-ocr page 1-

y O 1 O\'L

i

Eene bijdrage tot liet mechanisme der
snbcntane Nierverwondingen.

-ocr page 2-

EKNE BIJDRAGE TOT HET MECHANISME DER
SUHCUTANE- NIERVERWONDINGEN.

-ocr page 3-

• A \'V

-ocr page 4-

Eene l)ijilrage tot het mechanivSme der
siil)ciitaiie Niervenvoiuliiigen.

PROEFSCHRIFT

TKI{ VKUKKUOINCt VAN ItK.N OHAAl) VAX

.Doclor in de ©eneeskunde

AAN DE I^IJKS-jJNI VERSITEIT TE JJtRECHT,

NA MAIilTKilXd VAN- IIKN ltK(TUIt-MAIlMni:tlS

M^\' J. DE LOUTER

IIii-ocr page 5-

ips--ocr page 6-

c alan tnijfk\'. ( /tn\'cr.k

-ocr page 7-

Cv\'

- ,-ocr page 8-

VOORWOORD.

Gaarne maak il-ocr page 9-

-ocr page 10- -ocr page 11-

m\'M-

IM

-ocr page 12-

........-ocr page 13-

inleiding.

De leer der verwondingen vormt, den grondslag der chi-
rurgie; derhalve hebben ook len allen tijde de uit«tekendste
vertegenwoordigeiy onzei\' wetenschap zich bij voorkeur met
dit onderwerp bezig gehouden. Bewonderenswaardig veel
is er op dit gebied, in den loop der eeuwen tot, .stand
gebracht en toch zijn wij nog steeds van het einde van ons
streven verwijderd. Yoornanielijk met betrekking tot de
subcutane verwondingen der inwendige organen is nog veel
in een raadselachtig duister gehuld. Dit geldt vooral van
d(j subcutane nierverwondingen.

Er zijn wel is waar veiycheidene theorief\'ii, voor het ont-
staan der subcutane nierlaesies opgesteld, zij voldoen echter
in veel opzichten niet. Ze steunen gedeiiltelijk op enkele
waargenomen gevallijn van nierverwomling, gedeeltelijk op
proefnemingen.

Dit V(Mschil van inzichten wekte ni\\i tot verdere onderzoe-
kingen op, en in do volgende bladzijden hoop ik eene
kleine bijdrage te leveren tot deze belangrijke kwestie.

Vóór ik echt(!r o|) grond van eigen experimenten de be-
staande theorieën aan een nauwkeurig onderzoek onderwerj»,
acht, ik het gewenscht eerst van do literatuur, voor zoover
het voor ons van belang is, een historisch overzicht te geven.

In het eerste belangrijke werk over nierziekten, «loor
Havhk\') geschreven, is een hool\'ilstuk aan de „eoininotion,
Constitution et décliirurc des reins-ocr page 14-

bespreking der symptomen en eene mededeeling van eenige
gevallen, vinden we bij dezen schrijver opgeteekend, dat
Galeni het eerste geval heeft waargenomen van commotion ;
B, Houllier eene liaeniaturie na paardrijden, Ambroise Paré
eene nierbloeding na \'t rijden in eene postkar zag ontstaan.

Bij de ziektegeschiedenis van Bazile\') deelt hij mede hoe
deze zich de
commotion voorstelde. „Men kan de nier beschou-
wen als een der organen, die het meest blootgesteld zijn
aan de commotion.-ocr page 15-

■■Mi

geven. Vooral Le Denta^) is een warm voorvechter voor
dit nieuwe idée. Hoe hij zich dat voorstelt, kunnen we
uit dezen zin begrijpen: „sous l\'influence de la chute le
rein tend à se précipiter par en bas, vient butter contre le
squelette du bassin, et le choc peut être assez violent pour
déterminer l\'attrition do
1\' organe-ocr page 16-

■■Mi

sa lésion, il faut invoquer trois facteurs: la puissance, le
jmyit d\'appui et la résistance.

La puissance, représentée par l\'agent vulnérant, est
très variable. Ainsi, Thouvenel vit, dans une chute,
le coude même du malade s\'enfoncer (Jans le flanc. Ce sont,
en général: des coups de pied de chevaux, des chutes sur
une vergue ou une barre de fer, sur l\'angle d\'un meuble.
p]nfin et surtout le passage d\'une roue de voiture et les
coups de tampon de chemin de fer. Les Anglais insistent
sur ces derniers accidents.

Au point de vue de leur mode d\'action les agents vuhié-
rants doivent être divisés, comme ceux qui provoquent une
rupture de l\'urèthre, en deux groupes, suivant qu\'ils sont
étroits ou larges. Les premiers peuvent seuls pénéti-er (huis
1 echancrure iléo-costaie sans léser les organes voisins pour
comprimer la glande, et ce sont eux (jui provoquent les lé-
sions i.sol6es du rein. Les seconds, au contraire, ne peu-
vent atteindre le même but qu\'en fracturant les côtes et
en contondant les organes situés superficiellement, connue
le foie ou la rate. Le
mode d\'attaque de la puissance vul-
nùrante doit être rapide, il faut quo la paroi abdominale
soit surprise, l\'échancrure iléo-coslale est. ouverte alor.s ù
son maximum. Les muscles alKlominaux llaccides et élas-
tiques défendent mal les parties profondes et permettent la
compre.ssion du rein.

La résistance est l\'cprésentée i)ar la paroi de l\'abdomen,
les viscères sou.s-jacenfs et- le |)arenchymo rénal. La paroi
abdominale itr^-sente une élasticité remaniuable, elle permet
l\'écra-sement «le l\'organe satis être rompue elle-même. »Sa
Kîsion est exceptionnelle. Nous avons Irès rarement relevé
le fait d\'une ecchymose de la région. Dans un cas seule-
ment la paroi fut romj)ue. Le parenchyme rénal serait peu
ré.sistant sans
sa capsule bien mince en apparence, (it qui
ce])endant diminue beaucoup sa friabilité. Mais ce qui per-
met .surtout d\'éviter les oflets du traumatisme, c\'est.«a
mo-
bilité.
Dans toutes nos exiiériences sur les chiens, nous
avons constaté (pi\'il nous était impo.ssii)lo île déterminer la

-ocr page 17-

rupture du rein s\'il n\'était préalablement fixé. Bien que
chez l\'homme la mobilité de la glande soit moins étendue
que chez cet animal, il est certain qu\'il peut fuir dans une
certaine mesure sous la pression, et c\'est un moyen de
défense i)r6cieux dont il faut tenir compte. Nous l\'avons
plusieure fois vérifié sur le cadavre. Pour que l\'action de
la puissance soit efficace, le rein doit être
cale. Ceci nous
conduit à l\'étude du
point d\'oppuL

8® Ce point d\'appui peut être : a) urtificiel; h) on nntnrel.

(t) Si le corps vnlnérant comprime la glamle sur la région
ombaire appuyée elle-même contre un plan rfeistant, un
tronc d\'arbre, une roue do voiture, un tampon de chemin
de fer, la puissance et la résistaiice tendent à se joindre,
le rein éclate.

/-ocr page 18-

■■Mi

Na bespreking van eenige gevallen maakt Herzoq\') eene
nieuwe verdeeling in
directe en indirecte nierlaesies.

Tot de diï\'ecte worden gerekend de laesies ontstaan door
trauma van voren en op zijde, tot de
indirecte de laesies
bij ti-auma van achteren.

Hkh/og meent, dat bij trauma de nieren aan den liilus
getrokken worden en daardoor scheuren aan de achtervlakte
zouden ontstaan. Bij de laesies van voren en op zijde
komen de scheuren direct op de plaats, waar het voorwerp
de nier treft.

Na IlEiizoo is gedurende eenige jaren op dit gebied niets
belangrijks geiiubliceerd, totdat
Küstkk-) met eene geheel
nieuwe theorie te voorschijn trad.

Hij behandelt de verschillende verklaringen over dit thema,
en acht de eene om deze, de andere om die roden onvol-
doende, Alle hebben volgens
Küster bovendion ditééne groote
gebrek, dat ze niet oj) alle gevallen van toepassing zijn,
„Suchen wir,-ocr page 19-

tot het bekken reikende scheuren, gewoonhjk vrij nauw-
keurig in de diagonaal van de tredingsplaats. Hier is ten
minste de voornaamste scheur, over het geheele orgaan
verloopen kleinere radiaire scheurtjes. Wordt precies de
convexe rand getroflen dan vertoonen de scheuren meer een
overlangsch verloop.

Ook op \'tcadaver nam Küster eenige proeven. Bij een
cadaver waaruit de djirmen verwijderd waren, werden de
onderste ribben tegen de nier aangedrukt, wat rechtss door
do lever niet gemakkelijk gelukte. De nier werd opgespoten,
zooals boven is be.schreven en nu tegen do ribben een Hinken
slag gegeven.

Wat nog steeds mislukt wjis zag men nu gebeuren: de
nioi- had zoowel voor als achter ééne tot in het bekken rei-
kende scheur, en was achter op een klein plekje ge-
schaafd.

Hierop is do „hydraulische Pres-sinng-ocr page 20-

8

Eenige maanden later komt Güterbock^) in zijne „Bei-
träge zur Lehre von den Nierenverletzungen-ocr page 21-

■■Mi

adiposa eene massa vaten. Ruptureeren nu deze op de eene
of andere wijze dan krijgt men locale bloeduitstortingen.
Daar deze voor \'tbloote oog slechts als roede bloedpuntjes
zichtbaar zijn, worden ze zeer dikwijls over het hoofd gezien.

Duidelijker zichtbaar is \'t wanneer zich bloed tusschen de
Capsula lil)rosa en nier, of Capsula fibrosa en adiposa heeft
verzamelil. De vetkapsel is dan iets opgelicht. Deze bloed-
ingen ontstaan door het verscheuren der kleine vaatjes, die
tusschen vetkajisel en nier verloopen. Zijn er vele of eenige groo-
tere van deze vaten getroffen, dan zal de kapsel (his over
pene grootere uitgestrektheid van de nier los zijn. Het
gevormde haeniatoom kan soms van dien omvang zijn, dat
de nier geheel vrij in een grooten zak niet bloed is gelegen.
Is nu de wond van zoo\'n zak nog weder ingescheurd dan
heefl men liehalve dit liaematoom nog weder buiten de
kapsel l)loeduitstortingen.

2. OpiH\'rvluh\'huin ninrschcumi. In hot nierparenchyin
vindt men scheuren, die cchtcr niet do cnlicea renis mogen
openen. Zo gaan altijd vorgozelil van kai)sell)loe{lingen. De
kapsels behoeven hierbij niet verscheurd te zijn, al is dit
met tle capsula Hbio.sa meestal wel het geval. Deze haenia-
tomen zijn evenals die van de vorige groep nu^ostal van
niet grooten omvang, liet kost vaak moeite om deze scheu-
ren te vinden, -ocr page 22-

■■Mi

ren voor. De diepere sclieni-en worden soms in grooter
aantal aangetroffen. De stnkken nier vindt men herhaal-
delijk ver uit elkaar liggende, soms door een parenchymstuk
met elkaar in verbinding. Meestal is door de vaten of het
bekken nog onderling contact der nierstukken behouden.
De vetkapsel kan hierbij intact zijn, wat echter gewoonlijk
niet het geval is.

Wij vinden hierbij meestal groote vloelstofuitstortingen
uit urine en bloed bestaande. Is de kapsel niet verscheurd,
dan ziet men naast dien bloed-urine-zak nog een extra-kap-
sulair haematoom.

4o. Verhrijzeliny. De verbrijzeling van de nier kan totaal
of gedeeltelijk zijn. Daar ter i)l{i;itse is do nier dan in ver-
schillende stukkon uit elkaar gevallen of we hebben eene
groote holte voor ons, waarin van het nierweefsel zoo goeil
als niets meer te herkennen is. lliojbij juist is van IxOang,
wat ik omtrent de vetkapsels bij do vorige groep heb mede-
gedeeld.

5o. Pofjllaesies. De gevallen dio ik onder deze groej)
brengen wil, worden door de meeste schrijvers ftnder een
der voorgaande gerangschikt.

liet zijn dio, waar stukken nier zijn afgescheurd zomlor
opening van het bekken. Deze bepalen zich alleen lot ih;
i)eide polen, toch komt het ook voor, «lat aan den convoxen
rand çen stuk wordt afg(isnoden. Dezo stukkon kunnen nu
nog weder intact of verbi ijzeld zijn. Ze hobbon gewoonlijk
geen contact mot do rest van de nier, tenzij door \'teen of
andere bloedvat. Ze liggen meestal eenige^ c.M. van do nier
verwijderd in eeno vrij groote bloedmassa. De laesie van
de ondori)0ol gaat soms samen mot uretcrruptunr.

f)0. Hilmlacsk. Hij eeno laesie aan don hilns kunnen
zich vei-schillende cond)inafies voonloen. liet bekken, de
arteria ronalis, de vena renalis, do ureter kunnenieilej-voor
zich verwond worden, doch ook eenige van
deze tegelijk.

Hierbij kan de nier nu geheel intact zijn of ook geruptureerd.
*

-ocr page 23-

■■Mi

Bij al deze groepen komt vetkapsellaesie herhaaldelijk voor.

Deze groepen behooren alle tot de eenvoudige nierlaesies.
Gaan ze echter samen met laesies van andere organen, dan
heeten ze
gecompliceerd. Deze complicaties worden in groote
verscheidenheid aangetroffen, wat niet te verwonderen is,
wanneer men slechts bedenkt, door welke traumata de ver-
schillende nierlaesies kuiuien worden veroorzaakt.

Wij zien dus, dat de nierverwondingen, die bij den niensch
worden waargenomen, van zeer verschillenden aard kunnen
zijn. Het is- niet mijne bedoeling, al deze soorten van
nierverwondingen nader to l)esprokC\'n, ik wil mij slechts tot
de subcutane nierscheuren bepalen. Teneinde hot mechanisme
dezer nierverwondingen verder to bestudeeren, nsm ik eene
reeks van proeven die in het volgende zijn weèrgegeven.

-ocr page 24-

■■Mi

IMiOEVEN.

Proef I.

Eene nier, geheel volgens Küster behandeld, werd op do
sectietafel gelegd waarna haar niet een houten hamer één
slag werd toegebracht.

Deze proefneming werd l)lj verschillende nieren herhaald,
terwijl nu eens met dit, dan weder met -ocr page 25-

■■Mi

Fig. 1

De scheur begon aan de convexe zijde en reiivte tot
in het bekleen.

Proef III.

Eene nier werd op (lezelfdo wijze gehouden als bij proef
II. De slag werd met een houten hamer tegen den con-
vexen lateralen rand dei* nier gericht. Er ontstond eene
overlangs verloopende scheur 4.5 cM. lang, 3 cM. diep, juist
op \'t midden van den conve.xen rand.

Ei«- 2

De scheur was on(«laan op de plaats, waar do hamer
do nier had getrolVon en reikte niet lot het bokken. An-
dere, zelfs kleine scheuren, kon ik niet vindon.

-ocr page 26-

u

Proef IV.

Rechter nier, behandeld volgens Küster. Op eene tafel
werden eenige doeken gelegd, waarop eene long, en eerst
hierop de nier.

Fig- 3

De nier ligt niet den liilus naar beneden, den convexen
rand naar boven. De slag werd met een houten hamer togen
het midden van den convexen lateralen i-and gericht. Er ont-
stonden aan de ventrale vlakte der nier twee nagenoeg evenwij-
dige oppervlakkige scheuren (de caudale 1.5, de cranieeloO.5
cM. lang). De dorsale vlakte van de nier was volkomen intact.

Proef V.

Linker nier, volgens Küster behandeld. De nieren van dezo en
de vorige proef waren van hetzeltdcj cadavei\'. Er word op

Pf-

-ocr page 27-

■■Mi

dezelfde wijze als bij proef IV geëxperimenteej-d. Men vond
zoowel op de voor- als achtervlakte kleine scheuren. Deze
waren (ongeveer 1.5 c.M. lang) zeer oppervlakkig.

Zij waren gelegen aan den hllus van de nier, drongen
niet tot in het nierbekken door. Hare randen waren on-
regelmatig en vertoonden aan ile mediale zijde eene wijdere
gaping dan aan de laterale zijde.

Op gelijke wijze werden nog eenige nieren behandeld, die
slechts oppervlakkige scheuren vertoonden.

Proef VI.

liinker nier. Arterie met water geinjicieerd, de vena af-
gebonden. Het nierbekken werd niet gevuld, de ureter
niet afgebonden. Do nier werd met haren hilus zoo in een
doos watten gelegil, dat de convexe laterale rand naar
boven was gericht. Deze doos werd door iemand, mot
gestrekten arm, in de hand gehouden.

Met eonMiouten stok trof ik nu do nier dwars op don
convexen ran-ocr page 28-

■■Mi

voorvlakte, dicht aan den hilus. drong door tot het bekken,
opende dit echter niet. Bovendien waren eenige oppervlak-
kige kleine scheurtjes te vinden, zooals fig. 5 doet zien.
Ook op de dorsale nieroppervlakte verliep eene oppervlak-
kige scheur radiair naar den hilus toe. (Fig. 6).

Op doorsnede (Fig. 7.)

Fig. -7

zag men dat de scheur aan den convexen ranil zich ver-
der in de diepte uitstrekte tot in het nierbekken. In de
corticalis werd do scheur herhiialdelijk onderbroken door
weefselbruggen, dan strekte zij zich met een glad vlak iloor
eene i)yrami(le tot dicht bij Inuir toppunt uit, en verdeelde
zich ten slotte in tweeën, zoodat de papil zelve intact bleef.
De scheur maakte door deze verdeeling den indruk, ahsof ze
niet in het bekken wiu^ ontstaan, doch daar was geOindigd.

Proef Vn.

Hechter nier. Van hetzelfde cadaver, waaruit do nier
voor proef No. VI genomen werd. Voorbehandeling cn
positie der nier als bij proef No. VI.

Oj) den naar boven gerichten convexen nierrand werd
in dwarse richting op «lo i)laats, waar ik do nier tretren
wilde, een 8 cM. breed houtje bevestigil. Do nier kceeg aan
haar voor- en achtervlakte een groot aantal kleine oj»per-

-ocr page 29-

■■Mi

Fig. 8-ocr page 30-

■■Mi

convexen lateralen rand, terwijl de dorsale\'zijde in\'t geheel
geen verwondingen vertoonde. De grootste ruptuur aan den
convexen rand, (Fig. 10 en 11.)

Fig. 11

liep ongeveer dwars, was ruim 3 cM. lang en drong niet
dieper door dan tot den cortex. Aan de ventrale nieroj)-
pervlakte (Fig. 10) constateerde ik een groot aantal scheu-
ren, deels dwars, deels in de lengte verloopende. Allo
waren oppervlakkig, de dwarse eciiter iets dieper dan de
overlangsverloopende. Nierbekken en pyramiilen waren intact.

Proef IX.

Hechter nier, behandeld, g(!pla:vtst en vastgehouden als

-ocr page 31-

■■Mi

bij proef VIII. Ilet houtje, waarop de slag gegeven werd,
was dwars op de vrije dorsale vlakte der nier gelegd. Ook
hier bleef de getroffen doi-sale zijde van de nier vrij van be-
leedigingen.

De scheuren bevonden zich slechts op de tegenover-
liggende ventrale zijde, (Fig. 12) verliepen alle dwars en
drongen niet door de i)yramiden heen.

Proef X.

Rechter nier, arterie sterk niet water geinjicieerd, vena
afgebonden, nierbekken slechts weinig mot water gevuUl.
Do nier werd bij de bovenpool aan de vetkapsel opgehangen.
Terwijl zo vrij hing, werd met een 4 cM. breede lat een
slag toegelu\'acht, dicht bij do pool, aan haren convexen
rand. Na wegnamo dor kapsels constateerde ik op dezelfde
plaats, waar het trauma do nier had getroffen, een groot
aantal »licht bij elkaai gelogen kleine scheurtjes, van ver-
schillende richting. De scheurtjes weder onderbroken door
de weefselbruggotjos, zetten zich convergcerend in do tliepto
voort tusschen twee iiyramidon, bereikten echter niet het
niorbekken. Hot door do kleine scheurtjes getroffen nier-
weefsel had don vorm van oen kogel, wiens ba.sis naar do
nieroiipervlakto gekeerd was.

-ocr page 32-

■■Mi

Op de dorsale nieroppervlakte (Fig. 14) vond ik twee circa
0.5 cM. lange radiair verloopende oppervlakkige scheuren.
Op de ventrale zijde (Fig. 13) zag ik een iets diepere 2.5
cM. lange scheur, met kleine zijuitloopers. Deze begon aan
den hilus en verliep in hetzelfde radiaire vlak als de beide
kleine scheurtjes aan de dorsale zijde.

Proef XI.

Rechter nier, liehandeld en opgehangen als bij proef X.
Zij wenl met eene 4 cM. breede lat geslagen, dicht bij de
bovenpool. Na wegname der kai)sels kon men op de plaats,
waar het trauma had ingegrepen, geen beleediging consta-
teeren. Daarentegen bevonden zich scheuren aan de ven-
trale en dorsale nieroppervlakte, dus daar, waar het trauma
niet rechtstreeks had aangegrepen. Men zag op de ven-
trale vlakte van de nier een 3 cM. lange scheur, die aan
den hilus begon en zich radiair naur den convexen rand toe
uitstrekte; bovendien waren daar eenige kleine oppervlak-
kige, onregelmatig verloopende scheurljes zichtbaar (Fig. 15).

Fig. 15

Op de dorsale zijde vertoonden zich twee di(ï|)ere en eenige
o])pervlakkige khïine scheurtj(!s. De diepere waren
-ocr page 33-

■■Mi

Fig. 10

Legde iiioii de nier met de sectiosneile open (Fig. 17)

Fig. 17

zoo kon men op iedere .snedevlakte eene van buiten niet
zichtbare scheur vinden. Do scheur begon in \'tnierbekken,
-ocr page 34-

■■Mi

-ocr page 35-

■■Mi

Fig. 19

-ocr page 36-

■■Mi

Proef XrV.

Rechter nier, wier vaten en bekken met water waren ge-
vuld, werd opgehangen aan de bovenpool. Tegen den con-
vexen rand werd dicht bij de onderste pool een slag ge-
richt met een rond, 2.5 cM. breed stuk hout. Er ontston-
den verscheidene scheuren, waarvan twee zich aan de
ventrale zijde van de nier bevonden (Fig. 21.)

Fig. 21

Beiden waren 3.5 cM. lang. Zo lagen in het radiale vlak
van do plaats, waar de nier aan haar convoxen rand df)or
den stok was getroffen.

Fig. 22

De eoiitf) aciieur was luuir den hilus gericht, do andore

-ocr page 37-

■■Mi

naar ilen convexen rand. Op de dorsale zijde van de nier (Fig. 28)
constateerde men eveneens eene 2.5 cM. lange scheur van
den hilus uitgaande en-ocr page 38-

■■Mi

Fig. 24

Proef XVI.

Rechter nier, bekken en arterie sterk met water geinji-
cieerd. Opgehangen aan de bovenpool. Do slag werd met
een hamer gericht togen een rond stuk hout, dat tegen den
convexen lateralen rand dor nier werd gehouden. Eene groote
scheur bevond zich aan de dorsale zijde van de nier (Fig. 25.)

Fig. 25

Zij had slechts oon lengte van 1.5 cM. en verliep radiuir,
aan den hihisrand der nier beginnende. Dicht bij deze schónr,
kon men nog eenige zeer oi)pervhikkigo kleine .sdunntjes

-ocr page 39-

■■Mi

vinden en daar vlalc tegenover soortgelijke schenrt,jes aan
de ventrale zijde (Fig. 26.)

Fig. 20

Op de doorsnede ontdekt men bovendien nog tweesoiien-
ren, die diebt bij elkaar lagen cn jiarallcl verliepen.

De grootste drong tot in het bekken door, beide waren
radiair gericht naar do plaats van den niorrand, dio het
trauma direct had gotrotlbn, beri-ikten evenwel do oj^per-
vlakte niet.. Oppervlakkige en diepere scheuren hadden -ocr page 40-

■■Mi

vena afgebonden. De nier was opgehangen aan de boven-
pool. De slag werd met een houten stok(proefXlVenXV,)
tegen den medialen rand der nier gericht dicht bij de boven-
pool. Op de plaats waar het trauma had aangegrepen,
wds het nierweefsel gekwetsten vertoonde ettelijke scheuren.

Daarvan geïsoleerd bestonden nog twee zeer kleine
scheurtjes boven en onder aan den hilusrand der nier. Na
de nier te hebben opengesneden, kon men zich overtuigen,
dat, van de oppervlakkig gekwetste plaats uit, een groote
scheur tot in het bekken doordrong en in radiaire richting
verliep. Het lateraal van de scheur gelegen nierweefsel
vertoonde nog talrijke kwetsingen.

Proef XVm.

Rechter nier. Arterie en bekken met water geinjicieerd.
Vena afgebonden. De nier werd aan de vaten en het hilus
vetweefsel
z(3ó bevestigd oj) do linker zijde van con pas
uit \'tcadaver genomen stuk worvélkolom, dat de dorsale
vlakte van de nier naar voren was gekeerd. Do slag werd
latero-dorsal dicht bij de bovenpool toegebracht met een
dunne ijzeren stïuif. De plaats, waar de staafde nier t.rof,
bleef intact. Op de ventrale vlakte der nier bevond zich
een radiair verloopende scheur

-ocr page 41-

■■Mi

die reclits en links oppervlakkig verliep, in \'Unidden even-
wel tot in \'t bekken doordrong. De genoemde diepe scheur
reikte naar achteren tot in de corticaallaag, liet evenwel
de dorsale vlakte van de nier vrij.

Proef XIX.

Rechter nier. Behandeld en bevestigd als bij proef XVlIl.
De slag volgde met een circa 3 cM. breed stukje hout tegen
de dor.sale vlakte van de nier. Daar, waar de nier getrof-
fen was

Fig. 31

Fig. 30

bevond zich aan den hilusrand eene oppervlakkige scheur,
(Fig. 30).\' Aan (hj ventnile nieroppervlakte (Fig. 31.)

-ocr page 42-

■■Mi

zag men een groote radiaire schenr, die aan den iiilus 1.50 cM.
wijd gaapte, naar den convoxen ]-and toe, evenwel smaller
werd. Geen der scheuren opende het nierbekken.

Proef XX.

Linker nier. Behandeld en bevestigd als bij proef XVIII en
XIX. Dwars tegen den convexen lateralen nierrand werd
eene rib gelegd en daarop geslagen. De ventrale vlakte van
de nier bleek intact te zijn, daarentegen vond men op de
dorsale vlakte (Fig. 32)

Fig 32

eene radiair naar den hilus toe verloopende scheur, die aan
haar laterale einde in eene sterk ingedrukte plaat« eindigde.
Hier was naar alle waarscliijnlijklioiil het uiteinde van »Ie
ril) in do nier gedrongen. Er bestond getiii communicatio
mot het nierhekken.

Proef XXI.

Hechter nier. Arterie en nierbekken met water gciinji-
cieerd. Vena afgebonden. Aan do wervelkolom bevestigd
als bij proef No. XX. Do nier word met oen 1 cM. broeden
stok g(!s]agen in de richting van ondor bulten naar boven
binnen. D(; slag trof den convexen lateralen raml dicht bij
de bovenste nierpool.

-ocr page 43-

■■Mi

Kig.

Er was op de plaats, waar de stok do nier getrollenliad eene
kwetsing. Deze deed zich voor als een O.öcM. breede, 2cM.
diepe onregelmatig gescheurde wonde (met naar liiimen
gedrukte randen,) welke schuins over de doi-sale zijdo

Fig. \'M

naar de bovenste pool liep, terwijl zy op do ventrale nier-
oppervlakte (Fig. in twee kleine scheurtjes eindig-ocr page 44-

■■Mi

Proef XXn.

Linker nier, die buitengewoon week is. Arterie met water
geinjicieerd, vena \'afgebonden, ureter open. De nier werd
met liaar onderste pool op een vast voorwerp (een houten
bak) geplaatst en in deze positie met de hand vastgehouden.
De slag werd met een houten hamer tegen de bovenpool
gericht in de richting van de lengte-as der nier. Er ontstond
op de dorsale vlakte van de nier (Fig. 35)

Fig. 35

eene 2 cM. lange scheur nagenoeg overlangs verloopend.
Van deze scheur uit liej) scherphoekig eene tweede kleine
scheur^ 1.5 cM. lang, zeer oppervlakkig. Do scheuren dron-
gen niet tot in het bekken door, hot was geheel intact.

Proef XXIIT.

Hechter nier. Arterie met water geinjicieerd, vona afge-
bonden.. bekken ledig, ureter geligeerd. Positie van do nier
als bij proef No. XXII. Slag met cen houten hamer als bij
l)roef No. XXII. De nier kroeg aan don hilus (moor naar do
voorvlakte toe) twoo schouron. Dozo verlioi)en (in Fig. 3()
is de nier met gezicht op den hilus weorgogevon) riuliair,
waren 1.5 on 2.5 cM. lang en parallel mot do longtoiui van
de nier. Dc onderste scheur Wixs ccnigszins hoekig geknikt

-ocr page 45-

■■Mi

Fig. 3(1

011 op veel plaatsen onderbroken door «hvarso weefselbrng
getjes. Geen der scheuren communiceerde met het liekken

Proef XXIV.

Linker nier. Arterie en hekken sterk met water gevuld,
vena afgebonden. Positie van de nier en wijze van trauma
evenals bij proef No. XXI1 cn XXlil.

Fig. 37

lOr ontstond juui ilen hilus eeno radiaire scheur, diü3cM.
lang naar do ondeiulo pool ging, in de richting van de leng-
teas van do nier. Zij drong niet tol. in hot bokken door, dat
overal intact wjia.

-ocr page 46-

■■Mi

Proef XXV.

Rechter nier met drie anaemische infarcten, en zeer dni-
delijlv uitgesproken renculi. Arterie en vena werden met
dikkj warme gelatine (in water opgelost) en onder tamelijk
sterken druk opgespoten. Nierhekken en ureter blijven ledig.
Hierna werd de nier eenigen tijd in koud stroomend water
gelegd, totdat de gelatine volkomen vast was. Het orgaan
had nu een vaste, elastische consistentie en was sterk ge-
s|)annen. In dezen toestand werd de nier met den hilusop
een samengevouwen doek gelegd, en beide nam een assistent
in de uitgestrekte rechtcr\'hand, zoodat de convexe laterale
nierrand naar boven wjis gekeerd. -Daarna werd dieji
rand met een 5,5 cM. broeden hamer: een tamelijk sterke
slag toegebracht (lig, 38 a —b).

Als resultaat kreeg men een groot aantal kloino opper-
vlakkige, gedeeltelijk dwars, gedeeltelijk overlangs verloo-
pende scheurLJes uan de dorsale vlakte der nier. Do con-
vexe raiid zelf had ééne gekwetste plaats, ztïor oi)pervlakkig,
afkomsitig van den rand vali\'deii hamer.- Nierbekken vol-
komen\' intact, evenzoo de ventrale zijde van do nier.

-ocr page 47-

35

Proef XXVI.-ocr page 48-

■■Mi

en eene (ook radiair) aan den convexen lateralen rand (fig.
40). De scheuren aan den hilus toonden de grootste diepte
(tot 4 mM.), de overige liepen zeer oppervlakkig. Geen
scheur drong door tot in \'tnierbekken dat volkomen intact
was.

Proef XXVn.

Rechter nier. Arterie, vena en bekken met gelatine ge-
injicieerd. Na het afkoelen en vast worden van de massa
werd de nier aan haar bovenste pool aan resten van de
vetkapsel opgehangen en met een ongeveer 1.5 cM. breed
spaansch rietje dwars tegen den convexen lateralen rand
geslagen. Daardoor ontstond eene kleine radiaire scheur aan
de dorsale vlakte dicht bij den hilus van de nier. (Fig. 42)

Fig. 41

De scheur drong niet tot het bekkr-n door. Daaina word
dezelfde nier zoo geplaatst en met don liamer geslagen als
in proef No. XXV en XXVI. De vroeger ontstane scheur wtis
nu dieper en langer geworden, U.\'rwijl op do ventrale vlakte
oen nieuwe zich had gevormd. (Fig. 41) Deze vorlioj) eveneens
radiair en ging van den hilus uit. Dc beide scheuren ^dron-
gen niot tot het bekken door, dat, evenals het verdere
nierweefsel\' op doorsnede intact w;w.

-ocr page 49-

■■Mi

Fig. 42

Proef XXVIII.

Linker nier (van \'tzeKclc cadaver afkomstig als de vorige
van proef XXVII.) Arterie en vena werden met dikke warme
gelatineoplo.s.sing geinjicieerd, het hekken bleef ledig. Na
\'thard worden der mas.sa, werd de nier aan do boveni)ool
oi)gchangen en met een 1,5 cM. breed spaansch riet geslagen.
De slag trof de nier dwars in de nabijheid van de bovenste
pool, nauwkeurig kon de trefiilaats niet waargenomen
worden, tiaar het preparaat meteen op den grond viel.
De nier vertoonde op de ventrale vlakte dicht bij de
bovenpool (Fig. 43)

-ocr page 50-

■■Mi

een wijd gapende dwarse spleet, die bijna het gelieele bovenste
niergedeelte van het overige scheidde. Het bekken stond
wijd open. Op deze groote spleet stonden bijna loodrecht
een tweetal kleinere scheurtjes. Verder was de nier intact.

Proef XXIX.

Rechter nier. Arterie, vena en bekken met dikke warme
gelatineoplossing geinjicieerd. Het preparaat werd in ijswater
afgekoeld, waardoor het eene zeer vaste elastische consisten-
tie kreeg. Een assistent hiehl de nier op een samengevuu-
wen doek zóó in de uitgesti\'ekte rechterhand, dat de convexe
laterale rand naar boven was gekeerd. Nu werd hiero]) een
dun sigarenplankje gelegd en eerst daaro]j een Ziichte slag
met een houten hamer gegeven. Geen verscheuring. Het
plankje werd weggenomen en de hamer kwam direct tegen
den convexen nierrand. Twee van dergelijke zeer zachte
slagen hadden geen effect, eerst een vierde krachtige slag
i)racht eene verscheuring tot stand. Bij nauwkeurige
inspectie kon men vinden:

l®. Twee kleine radiaire scheurtjes op de dorsale vlakte
van de nier naast den hilus. (Fig. 44)

2-ocr page 51-

■■Mi

Fig. 45

De sciieiiren (Iroiigcn niet door tot in het nierbekken, zë
waren slechts enkele ni.M. diep.

Proef XXX.

Linker nier (van hetzelfde cadaver als de nier van jtroe
No. XXIX.) Injectie van arterie, vena en bokken mot dikke
wanne gelatineoi)lossing. Afkoeling in IJswater gednrende
eonigen tijd. Do bnitongowoon vaste nioi- werd op een dook
in do uitgestrekte hand zoo gehouden, dat do convexe rand
vrij naar boven was gekeerd.

Fig. -k;

De slag werd met een houten hamer (5 cM. broed) togen
den convexen rand gegovOn. Drio slagen wai\'on licht.

-ocr page 52-

■■Mi

Slechts de tweede liet in het midden van den convexen
rand een spoor achter, daar de hamer niet met het platte
vlak doch met den kant op de nier was terecht gekomen.
Eerst bij een vierden krachtiger slag ontstonden zware kwet-
singen. Men kon constateeren(Fig. 46): twee kleine dwars-
schenrtjes aan den convexen rand, ongeveer 5 cM. van el-
kaar verwijderd, afkomstig van het indrukken van de hamer-
kanten. 2® twee radiaire scheuren op de dorsale niervlakte.
De bovenste scheur bevond zich precies aan den hilus, de
onderste was iets daarvan verwijderd en op verschillende
punten door weefselbruggetjes onderbroken. Aan de ven-
trale vlakte, aan het nierbekken en binnen de nier konden
geen beleedigingen worden geconstateerd.

Proef XXXI.

Rechter nier met vetkapsel. Injectie van arterie en vena
met heet rundervet. Bekken ledig. Afkoeling in ijswater.
De sterk gespannen nier werd met niet te groote kracht
tegen den grond geworpen en kwam met de ventrale zijde
dicht bij de bovenpool daarop neer. Er vormde zich een 4
cM. lange, overlangs verloopende scheur o]) do dorsale zijde
der nier, dicht bij don convexen lateralen rand. (Fig. 47)

Fig. 47

De scheur^, vertoonde verschillende onderbrekingen door

-ocr page 53-

■■Mi

kleine weefsel bruggetjes, bleef echter zuiver corticaal. Bekken
en verdere nierdeelen geheel intact.

Proef XXXII.

Linker nier van \'t zelfde cadaver, (als bij proef No. XXXL)
kapsel geheel aanwezig. Arterie en vena goed opgevuld
met heet rundervet. Afkoeling in ijswater.

Fig. 48

De elastische vaste nier werd met de ventrale zijde tamelijk
sterk tegen den grond geworpen. Op de nier zag men (Fig. 42
een viertal ongeveer even lange, dicht bij elkaar slaande
paralelle en radiair vcïrloopende scheuren aan de ventrale
vlakte. De eer.ste bevond zich aan don hilus, iedere volgende
naderde iets meer den convexen rand. Oeen der .scheuren
drong tot het bekken door. (leen andere laesies.

Proef XXXIII.

Hechter nier zonder vetkapsel. Injectie van arterie, vena
en bekken met heet rundorvot. Afkoeling in ijswater. De
nier werd op een samengevouwen doek zóó in do uitge-
strekte rechterhand gehouden, dat de convexe rand naar
boven, do hilus naar beneilen was gekoerd. Met een 5 cM.
broeden houten hamer werd tamelijk krachtig tegen den
lateralen convexen rand geslagen.

-ocr page 54-

■■Mi

Deze vertoonde geen beleediging, daarentegen ontstonden
aan den liilus (Fig. 49) drie ongeveer 1 cM. lange radiaire
scheuren, twee aan de ventrale, een aan de dorsale nier-
oppervlakte. De scheuren drongen niet tot in het bokken door.

Proef XXXIV.

Linker nier van hetzelfde cadaver als dc nier van proef No.
XXXlll. Zonder vetkapsel. Injectie van arterie, vena en l)ek-
ken met heet rundervet. Afkoeling in ijswater. De nioi- werd
gelegd op een verscheiden koeren samengevouwen doek en

-ocr page 55-

■■Mi

zoo in de hand gehouden, dat de ventrale vlakte vrij naar
boven, de dorsale naar beneden was gekeerd.

Met een 5 cM. breeden houten hamer kreeg de ventrale
vlakte van de nier van boven een lichten slag, doch zonder
uitwerking. Eerst bij den tweeden krachtigen slag ontston-
den er laesies. De ventrale vlakte -vertoonde eene l)ijna
halfcirkelvormige indeuking, die door den eenigszins scheef
trettenden liamer was tot stand gekomen. (Fig. 50)

De dorsale vlakte had twee radiaire scheuren, (Fi;;. 51.)

Fig. 51

1

waarvan de bovenste, slechts 1 cM. lang, zich in het miilden
der vlakte bevond; ondei-ste, 3 cM. lang, iiegon tamelijk
wijd gapend aan den hilus. De .scheurcn waren nergens
dieper dan •! niM., cn bereikten geen van allen het bekken.

Proef XXXV.

Een groote, tamelijk vaste linker nier. Geen injectie. Do
nier werd met do ventrale zijde togen den grond geworpen.
Do volgende ver.scheuringen kondon worden waargenomen:
1-ocr page 56-

■■Mi

Fig. 52

2-ocr page 57-

■■Mi

slechts weinig met water opgespoten. Terwijl het cadaver
op den rug lag, werd met een houten hamer een slag ge-
geven tegen de achteizijde der 11de en 12de rib zoowel
links als rechts. Links was geen effect. Rechts fractureerden
op een afstand van 1.5 cM. van de wervelkolom de beide
ribben. De rechter nier vertoonde op haar ventrale zijde
(Fig 54) een radiaire scheur, overeenkomstig de gefractureerde
ribben.

Fig. 54

Deze was f-ocr page 58-

■■Mi

en een 4 cM. lange op (Je dorsale zijde van de nier (üg. 56).

Fig. 5()

Beide scheuren zaten ongeveer in het niidilen dor nieren
aan den hihis, haddon een radiair verloop en drongen niet
tot hec bekken door. Be nier vertoonde parenciiynuitouse-
degeneratie. De linker nier was bij dezo proef intact gebleven.

-ocr page 59-

K\'

Om het verloop eii het ontstaan der schenren nauwkenrig
te kumien bestudeeren, heb ik ook een aantal experimenten
op dieren genomen. In het begin betiröefde ik bij lévende
konijnen subcntane nierschenren tot stand\'to brengen,-op
de wijze door Ilerzog aangegeven.\'-ocr page 60-

■■Mi

wil zeggen: liet is uiterst moeilijk door inwerking van ge-
ring geweid bij de slappe cadavernieren nierscheuren tot
stand te brengen. Dit Wcis ook door vroegere proefnemers
ondervonden en werd vooral door Küster in \'t licht gesteld.
De laatste behandelde daarom de nieren op eene bijzondere
manier: hij spoot ze met water op van uit de arterie, de
vena en den ureter. Ook ik heb later bijna altijd de nieren
opgespoten, vóór ik ze voor de proeven gebruikte. Voor
de injectie werd gebruik gemaakt van water, gelatine en talk.

1-ocr page 61-

49

4-ocr page 62-

■■Mi

van dit voorwerp zelden gebruik gemaakt, en de meeste
proeven genomen met een latje, of houten hamer. Deze
troffen de nier direct of indirect door tusschenkomst van
een houtje of eene rib, die tegen de nier was aangelegd.

In slechts enkele gevallen heb ik gebruik gemaakt van
de wijze van Küster, om de nieren tegen den grond te
werpen, daar \'tzeer moeielijk is, nauwkeurig de plaats te
bepalen, waar de nier dan getrofTen wordt.

Dat natuurlijk de kracht, waarmede de nier getroffen
werd, zeer verschillend was, en soms meerdere slagen
moesten worden toegebracht, vóór eenige afwijking kon
worden geconstateerd, zal uit de proeven voldoende blijken.

Bij mijne proeven heb ik me ten doel gesteld, -ocr page 63-

■■Mi

Het aantal scheuren is zeer ongelijk; gewoonlijk tot enkele
heperkt. Do kracht, waarmede de slag wordt toegebracht,
heeft, zoover ik heb kunnen nagaan, geen invloed op het
aantal der scheuren, wèl daarentegen op hare diepte. De
scheuren drongen gewoonlijk niet verder door dan de schors-
zelfstandigheid; de pyramiden bleken hoogst zelden getroffen,
nog veel zeldzamer het bokken.

De randen der scheuren waren alles behalve glad, het
verloop der scheuren was dikwijls eenigszins goslingeixl.
Niet altijd verliepen zij in tién lijn, doch waren onderbroken.
Veelal vertoonden zij kleine zijscheuren, samengesteld uit
eene aaneenschakeling van si)leetjes, min of meer loodrecht
op de richting der groote scheur.

Do richting der scheuren was bijna altijd radiair, bij uit-
zondering overlangs vorlooj)end; — terwijl van scheuren vol-
gens den i-enculairen bouw van do nier, niets bleek. Do
voorbehandeling der nieren deed, wat \'teffect, verloop en
do uitgestrektheid der scheuren betreft, weinig ter zake,
mits een zekere spanning in de nier aanwezig was. Vulling
van \'t bokken maakte geen ver.schil.

De aard van het voorwerp was in zooverre van invloed,
dat, door smalle vooi\'worpen do scheuren eerder oj) dotref-
plaats ontstonden, en dan ook dieper waren, dan wanneer
do nier dóór l)reodere voorwerpen getroffen word. Bij aan-
wending van zoor smalle instrumenten ontbraken do scheuren
aan do tegenovergestelde zijdo van de trefplaats geheel.

Ook was er zeer goeil verschil to constateoren, wanneer
do nier op een vast voorwerp was neergelegd, of op een,
dat .slocht^s zoor geringon wedei-stand bood. Hoe kleiner
dezo weerstand, des to oppervlakkiger waren do scheuren
0]) de getroffen plaats. Nailat we nu gezien hebben, welke
niervorwondingen bij men.schen voorkomen en hoo ze aan
ca-ocr page 64-

■■Mi

Hoe ontstaan in vivo subcutane nierscheuren?

Om deze vraag te kunnen beslissen moeten wij, naar ik
meen, vooral letten op twee punten en deze nauwkeuriger
bestudeeren. Allereerst dienen wij uit te maken hoe het
trauma dat het lichaam treft, de nier bereikt en voorts
volgens welke physicalische Avetten de verwonding van het
parenchym bij de getroffen nier plaats grijpt.

1. Hoe het trauma in het menscheli/jk lichaam de nier
bereikt!

Eenvoudig nadenken, doch nog veel meer de studie van
de op deze gevallen betrekking hebbende literatuur leidt
tot de conclusie dat het trauma op zeer verscliillende wijze
werken kan en dat het mechanisme der verwonding dikwijls
van hoogst gecompliceerden aard is. Het trauma kan op
vier verschillende wijzen op de nier inwerken, en wel:

a.-ocr page 65-

■■Mi

voorste zijde der nier of liaren liilus. Hoe slapper de buik-
wand, hoe geringer het volume der viscera en hoe kleiner
het zich bewegende voorwerp, des te gemakkelijker is de
nier van voren te bereiken. Komt het voorwaarts dringende
object van terzijde of van achteren (of latero-doi-saal) zoo
dringt het door in de ruimte tusschen de ribben en de crista
ossis ilei, of wel het treft het eerst de onderste ril)ben en
doet deze naar de nier toe bewegen.

In de ileo-costale ruimte kunnen slechts kleine of smalle
voorwerpen met gemak indringen (stafvormige of hoekige
voorwerpen). Komt het tref-object van terzijde, zoo wordt hel.
lichtst getroffen de convexe rand of het voorvlak van de
nier; komt do knecht van achteren, dan wordt liet achter-
ste vlak of -ocr page 66-

■■Mi

weer bij vallen naar achteren en op zij in aanmerking moe-
ten nemen de meewerking der laatste ribben, die door de
kracht van het tref-object tegen de nier worden gedreven.
Zijn de voorwerpen, op welke het lichaam komt te vallen,
breeder, zoo zal in de eerste plaats het skelet getroffen
worden, en eerst in de tweede plaats de nier. Ook deze
gevallen zijn analoog met gevallen onzer eerste groep.

Een ander mechanisme schijnt evenwel te werken, wan-
neer het lichaam tegen een breed vlak slaat, bijv. tegen den
grond. Daarljij wordt de nier door de werking dei\' kracht
niet direct getroffen.

Plet lichaam kan met de dorsale, ventiale of laterale
zijde tegen het vlak slaan, maar ook is het mogelijk, dat
het eerst de voeten, het bekken of de schouders den grond
bereiken. Wij zien dus, dat het mechanisme der verwon-
dingen zeer verschillend van aard kan zijn, dat evenwel al
deze gevallen dit gemeen hebben,, dat de nier niet direct
aan het verwondende object is blootgesteld, üe nier zal
volgens de wet der traagheid in de richting van den val
worden voortgedreven, totdat zij oj) een hindernis stuit,
dat of in de fixatiemiddelen van de nier bestaat of in voor-
liggende vastei\'e deelen (l)ijv. wervelkolom). In het eei^ste
geval zullen hilus, vetkapsel enz. getroflcn worden; in het
laatste geval doen zich gelijksoortige verhoudingen voor als
bij de proefneming van Küster. (De nier wordt tegen den
grond geworpen).

Ad d. Er i)estaat eeno ri\'eks van nierverwondingen,
wier ontstaan aan sterke plotselinge spiercontractie wordt
toegeschreven.

Worden tegelijkertijd diaphragma en buikspieren hevig sa-
mengetrokken, dan stnan de buikorganen onder een plol^se
ling verhoogden druk. De nier wordt dan waarschijnlijk
van alle kanten tamelijk gelijkmatig samengedrukt (ruimte
beperking volgens Güterbock).

Of dit eeije verwonding der nier tengevolge heefl, dunkt

-ocr page 67-

mi] twijfelaclitig. Anders zon liet gesteld zijn, wanneer
hoofdzakelijk de spieren der eene zijde zich samen-
trokken.

Volgens Küster zouden daarbij de beide onderste ribben
zoo sterk geadduceerd worden, dat een krachtige drukking
naar den kant der nier toe, wordt uitgeoefend.

Wij zien dus, dat op zeer vej-schillende wijze het trauma
op de nier inwerkt. De kracht werkt of zoodanig dat zij
de nier van een of twee zijden drukt, dat zi) de nier tegen
een vasten omlergrond .slingert, dat zij aan den hilus, de
vetkapsel of andere lixatiemiddelen trekt, of ten slotte
wellicht zoo, dat zij de nier van alle kanten samendrukt.

Eeno niet onbelangrijke rol speelt in vele gevallen do
veiandering van plaats welke de onderste ribben ondergaan,
en waarop Küster voor het eerst nadrukkelijk heeft ge-
wezen. Deze kwestie is van zoo groote beteekenis dat wij
haar uitvoeriger moeten behandelen.

Wal w, in de eerste ])laats^ de topographisch anatomisrlu\'
verhouding van de Jiier tot de llde en de 12de rib?

Hieromtrent looi)en do meeningon nog al uiteen.

Do lengte van do r2do rib is zeer ongelijk, soms is zo
ruim een d.M. lang, dan weer zóó kort, dat men moeite
heeft haur to vinden. In enkele gevallen is \'t mij in \'t ge-
heel niet gelukt oen 12(lo rib t(i ontdekken.

liovendien wa.s er in de posit ie van do rib vei-schil; do
eeno was\' als eeno iH-ominontie, van de buikholte uit te
voelen; do andei-e lag in hetzelfde niveau als de overige,
bij enkoio weer kreeg ik den indruk, alsof zo om haar as
waren gedraaid. Dezo draaiing Wius dan zóó, dat do onder-
kant méor naar voren wa.s gelogen dan do bovenzijde.

Wat de verhouding van -ocr page 68-

■■Mi

en heb slechts die nieren op het oog, die een vrij normale
besveging toelaten.

Verschillende cadavers heb ik hierop onderzocht, hoofd-
zakelijk cadavers van oudere personen en voor \'t meerendeel
mannelijke hiervoor in aanmerking laten komen.

Algemeen aangenomen is, dat de nier tusschen den boven-
rand van de 11de rib en den Sden lumbaal wervel is gelegen.
Bij onderzoek bemerkt men echter, dat dit bij ieder individu
verschilt. Nu eens kan de nier zóó hoog staan, dat zij of
in \'t geheel niet, of slechts met haar onderpool onder de
12de rib uitsteekt, — dan weer zóó laag, dat genoemde rib
de bovenpool niet eens bereikt, of deze nog juist even
aanraakt.

Voorts bestaat er verschil tusschen de hoogte der rechter-
en linkernier; nu eens is de linker, dan weder do rechter
het hoogst gelegen.

Niettegenstaande uitgebreide statistieken geloof ik toch
te moeten aannemen, dat do ril)l)én, ten opzichte der nie-
ren, zóó groote individuoole venschillon aanbieden, dat het
moeielijk is hier van een vorm te spreken. Hoogstens zou
ik durven beweren, dat in vele gevallen do boyfn])ool der
nier tegen de ribbon aanligt.

JJoe verhoudt zidi de nier hij druhkintj tegen de onderste ribben ?

Volgens Klister hebben de llile en do 12de rib eeno zoo
groote bewegelijkheid, dat zij in het cadavei- bij een allengs
verhoogden druk van achteren of van tor zijdo zonder
moeite tot dichtbij de nier kunnen worden gebracht. Het
gelukt intus.schon niet, de nier in den hoek, waarin zij go-
legen is, zoo to beklonnnen, dat men jiaar zou kuimon
ineendrukken. Eerst als Küster de nier met water injicioei\'do,
en een i)lotsolingen stoot tegen de ribbon voerde, kwam
verwonding van het orgaan tot stand. Küster stolt het
zich zoo voor, „dat do in haar ondoi-sto gedeelte samen-
geponste borstkas (Ie nier zoo tegen do wervelkolom aan-
drukt, dat zij l)arst,-ocr page 69-

■■Mi

Ik kan deze opvatting van Küster niet zonder bedenking
deelen, hetgeen nit mijne experimenten op het cadaver
blijkt, welke ik op de volgende wijze heb uitgevoerd:

Terwijl het cadaver op den rug was gelegen, werd door
eene laparotomiesnede de buik geopend. Mijn ééne liand
braclit ik door deze opening in abdomine, schoof de darmen
ter zijde en plaatste mijn hand zóó los op do nier, dat ze
zich vrij in alle richtingen kon bewegen. ]\\Iet de andei-e
hand word nu afwisselend tegen de 11de en 12de rib aan
do achterzijde, dus zooveel mogelijk van het perifeere uit-
eiiido der ribben verwijderd — een druk uitgeoefend. Dik-
wijls drukte een ander, of controleerde de verplaat^^ing van
de nier; hierdoor kon do druk krachtiger zijn, en tevens
won de waarneming aan nauwkem\'igheid. Mochten wij al
een enkelen keer eene neiging om do wervelkolom te
naderen constateeren, toch werd in geen van onze ])roe-
ven de wei\'velkolom door de nier gerankt. Do nier ver-
plaatst zich naar voren in de richting van den hilus. (Dat
dezo veri-ocr page 70-

■■Mi

tureert de nier, maar ook de ribben worden gebroken. De
proef leidt steeds tot hetzelfde resultaat.

Door mijne bevindingen kom ik tot de conclusie dat bij
adductie der ribben zonder fractuur het niet licht gelukken
zal de nier tusschen wervelkolom en ribben samen te per-
sen. Ik wil evenwel niet betwisten dat eene samenpei\'sing
der nier onder gunstige omstandigheden (lange ribben, gun-
stige po.sitie van den nier, handig gevoerde slag) mogelijk
is, doch ben ik van meening dat men niet het recht heeft,
dit verwondings-mechanisme in zóó algemeenen zin tot ver-
klaring der nierruptuur aan te halen, als Küster doet.

Volgens denzelfden schrijver moet ook een heftige ailduc-
tie-beweging van de onderste ribben dooi- plotselinge en
krachtige spiercontractie kunnen ontstaan.

Ik bepioefde herhaaldelijk bij krachtige mannen zulk eene
sterke spiercontractie uit te lokktin, teneinde over den graad
der adductie van de onderste ribben een oordeel te kumien
vellen.

Was de proefneming goed en duidelijk uitgevallen, zoo
kon men dc punt van de IL\'de rib een weinig naar buiten
voelen en zien ])ewcgen. Kr werd dus geen aililuctie, doch
iiitegentlecl eene geringe a])(luctie waargenomen. Ook (loor
middel van electriciteit trachtte ik eene contractie van do
buiksi)ieren uit te lokken. Bij aanwending van sterke
electrische stioomen kon men nu wel een geringen graad
van adductie-beweging constateeron. Na deze i)roefnomin-
gen in vivo kan ik mij niet goed voorstellen, dat door
spiercontractie de onderste ribben met zoo\'n geweld tegen
de nier kunnen worden juingedrukt, dat deze rupturecrt. liet
komt mij voor, dat do mechaniek der nierverwondingen bij
eenvoudige spiercontnictio nog in \'t duister is gehuld.

Dl\' bt\'wci/nHjk/icid der iikr.

De bewegelijkheid van de nier s])eelt bij dc verklaring
van het mechanisme der nierverwondingen eveneens pene
niet onbelangrijke rol.

-ocr page 71-

■■Mi

AIIg sclirijvera (met uiizondering van Güterbock), die
tlieorieën over liet mechanisme in \'t licht hebben gegeven,
zijn uitgegaan van de veronderstelling, dat de nier bewege-
lijk is. De een moet voor zijn verklaring een belangrijker
verplaatsing van de nier aannemen dan do ander; Tullier
en Küster meenen, dat de nier tot aan do wervelkolom
uitwijkt; Le Dentu noemt zelfs eeno verschuiving tot het
bekken aan.

Ware het bekend, waardoor de nier in hare ligging
gefixeerd wordt, dan zou \'t evenals l)ij de gewrichten ge-
makkelijk zijn, (ie richting en graad van hare beweegbaar-
heid te bepalen.

Nog steeds trachten nieuwe onderzoekers deze (piaestio
op te helderen, doch
hoe overtuigd zij ook zijn van hun
goed inzicht, hoe groot het vertrouwen, dat ieder van hen
stelt in do beteekenis van het door hom gevonden lixatio-
iniddel, toch blijkt duidelijk uit hunne geschriften, dat zij
do oude, bekende lixatiemiddelen nog in aanmerking nemen.

Zoo heeft in \'95 CSerota oen warm i^leidooi gehouden om,
ovenals Sappey on andoren, als voornaamste fixatie-ai)paraat,
het achterste blad van do fascia ronalis aan te nomen, doch
de andere fiu\'.toren worden geen.szins door hem verworpen.

Zoo wonion hot peritoneum, aan do linkerzijde do dikke
darm, bij kinderen de bijnienMi als fixatici apparaten genoemd,
terwijl verdei\' de druk in do buikholte en het groote ge-
wicht (lor vaten door hou evenmin wonlen tor zijde gesteld.

Dij een zoo groot aantal fixatie-ai)paraton zou men on-
willekeurig V(ironderstellen, dat do nier onbewogeiyk is.
Lang heeft men dan ook aan do normale nier volkomen
onbowegolijkhoid toogeschroven, doch, hot nauwkeurig on-
derzoek der laatste jaren heeft, liet anders beslist en aan-
goloond, dat
wdeve nier b(nveg(4ijk is.

liet zijn Tullier en lrsa(-ocr page 72-

■■Mi

Wordt de nier by operatie blootgelegd, dan kan men dit
duidelijk waarnemen. Dit is echter niet de éenige beweging,
ook andere laat zij toe. Drukt men met een vinger tegen
de nier, dan wijkt zij wel degelijk voor dezen uit. De
palpatie der nieren heeft aangetoond, dat dit orgaan niet
voortdurend dezelfde plaats inneemt.

Bijna altijd is \'t me in vivo gelukt, (\'oor het ballottement
rénal van Guyon, door het palpeeren in zijligging naar
Israël, en door de respiratie, een bewegelijkheid van de
nier te constateeren ; — gewoonlijk l»ij de mannen eerst
dan, wanneer door narkose de spanning der buiksjHeren
was opgeheven. Dat bij staan de nier zou dalen, heb ik
niet kunnen waarnemen; de spanning der Iniikspieren ver-
hinderde dit. Bij eeno enkele i)atiente, waar in narkose
bij iiggen geen nier te vinden was, kwam zo bij zitten
dadelijk voor den dag. Dat er bij obductie zooveel minder
beweegbaarheid van do nier gevonden wordt, dan in vivo,
geloof ik dàaraan te moeten wijten, dat er minder op gelet
wordt; en verder, dat in vivo de vetkapsel meer bewegingen
toelaat dan post mortem. Mijne onderzoekingen oj) hot
cadaver over deze kwestie hebben me geleerd: 1°. dat er
steeds eenigci bewoging kon worden waargenomen; 2-ocr page 73-

■■Mi

aangetoond: »L\'nretère,-ocr page 74-

■■Mi

veiitro-mediaal wordt verschoven. Hier zijn liet slechts de
weekdeelen van den huik en de fixatiemiddelen van de
nier, welke tegenstand bieden. Volgens de bestaande theo-
rieën zou hier de verivonding van het nierparenchym nau-
welijks te verklaren zijn.

2. Volgens welke natuurkundige wetten ontstaan de nier-
scheuren ?

De oude verklaring dat de nierscheuren zouden ontstaan
door commotie of door contrecoup (LeDentu) verviel, zoodra
men zich aangaande de physiologische verplaatsbaarheid van
het orgaan een juister inzicht had weten te verscliaflen.
Ook de meening der Kngelsche schrijvers, als zoude do Hier-
door sterk achterover of zijwaarts buigen zoo zeer gespan-
nen worden dat zij barst, is onhoudbaar en werd reeds
door Küster als eene anatomische en natuurkundige onmo-
gelijkheid weerlegd. Dat het ontstaan der scheuren aan den
renculairen bouw (Grawitz) der nier zou te wijten zijn,kan
ik met zekerheid op grond mijner pi\'oefnemingen bestrijden.
De gereedelijkste instemming vond Küster\'s theorie, dat
tengevolge van eene „hydrauli.sche Pressung-ocr page 75-

■■Mi

(le randen der scheuren door, naar buiten geiirongen was.-ocr page 76-

■■Mi

Slechts bij aanwending van zoo zwak mogelijke krachten
kan men zich zekerheid versciiaff\'en omtrent de vj\'aag, waar
de scheuren het eerst ontstaan.

In den regel verschijnen zij tegenover de trefplaats en
zijn oppervlakkig.

Zeer zelden werd het bekken geopend. Deze bevindingen
laten zich onmogelijk verklaren door „Sprengwirkung von
hydraulischer Pressung-ocr page 77-

■■Mi

Daarbij speelt de structuur van liet nierweefsel eene groote
rol. Vanwege het radiair verloop iler urinebuisjes en vaten
kan zich de nier radiair splitsen. Als nu door te sterke
spanning het weefsel scheurt, dan zal dit geschieden in de
i\'ichtiiig van de splitsbaarheid, en de scheuren zullen dus
radiair veiloopeii. De scheuren ontstaan het oei-st aan de
oppervlakte en zetten zich achterwiuirts en naar binnen
voort, in tegenovergestelde richting als de kracht.

In het door ons aangehaalde voorbeeld zullen (his de
scheuren niet in de pyramidenlaag ontstaan, doch in die
deelen der nier, welke Iii)vorniig over het nierbekken uit-
steken.

(Bij onze afljoeldingon bevindt zich eene reeks, welke zulke
instructieve scheuren weorgoefl).

Treft nu het zich bewegende voorwerp niet den conve.x\'on
nierrand, doch het midden van het achtervlak der nier
zoo zal het tegenover gelegen voorvlak sterk naar voren
gedreven worden. De periphoro deelen barsten, en er ont-
staan al weder radiaire scheuren. Hetzelfde i)roces heelt
l)laats als het voorvlak gctroH\'en wordt. Woi\'kt do kracht
dicht l)ij eene pool, zoo kan het gedeelte om do pool wonlen
afgeslagen.

Een tweede gevolg van den uitgeoefenden stoot zal zijn,
dat do nier zich in de ruimte voortbeweegt.

Wij hel)l)en tot nu toe aangenomen, dat do nier zich vrij
in de lucht bevindt. Laat ons nu rekening houden met do
natuurlijke ligging en bevestiging van het orgaan.

Wat wij boven als eoi-sto uitwerking van den stoot hebben
genoemd, zal ook bij do natuurlijke jiositio van do nier
gemakkelijk kunnen geschitiden. Anders is het met do
tweede uitwerking van den stoot gesteld. Dc nier zal in
haar stroven zich voort te bewegen, op hindernissen stuiten,
welko gevormd worden door do naburige organen. Zijn
dezo van viusto consistentie (been), zoo moeten wij nog do
vei-schijnselen van compressie der nier verkrijgen.

-ocr page 78-

■■Mi

Zijn ze niet resistent (bijv. bij stoot van achteren), zoo
zullen (Ie natuurlijke llxatie-middelen van de nier (hilus,
vetkapsel enz.) mede van den stoot hebben te lijden, en
kunnen alsdan verwondingen vertoonen.

Ten slotte zou ik nog met enkele woorden op de theorie
van Güterbock willen terugkomen.

Deze legt het grootste gewicht op de ruimtebeperking
(„Kaumbeschränkung-ocr page 79-

U\'KSÜLTATEN VAN m.m ONDERZOEK.

1.-ocr page 80-

■■Mi

9. Nierverwondingen, ontstaan na spiercontractie, zijn
tot nu toe nog niet met zekerlieid verklaard.

10.-ocr page 81-

stellingen.

-ocr page 82-

Islf^lv.:..:,,

m: \'\'\',-ocr page 83-

stellingen.

L

Bij carcinoma linguae verwijdere men beiderzijds de glan-
dulae lymphaticae submaxillaris en glandulae cervicales
profundae.

II.

De inblazingen met boorzuur by acute middeloorontsteking
verdienen slechts afkeuring.

III.

Do zoogenaamde „primaire vetnekrose-ocr page 84-

■■Mi

VI.

Bij sterk regelmatig astigmatisme grijpe men operatief in.

VII.

Na iedere coïtus extra matrimonium verrichte men een
injectie met protargol.

VIIL

Bij hardnekkige capillaire bloedingen geve men per os
sulf. natricus in kleine hoeveelheden.

Kleine inguinaal hernien, die geschikt zijn voor Kocher\'s
radicaal-operatie, behandele men met alcoholinjecties.

X.

Bij exstirpatio bulbi behandele men de stomp volgens de
methode van Priestly Smith.

XI.

Bij sterk progressief huidemphyseem, berustende op
longlaesie, doe men thoracotomie.

XII.

■ k

Het slapen met open ramen dient niet slechts tijdens
enkele ziekten, doch voortdui-end bij oud en jong te worden
aanbevolen.-ocr page 85-

73

XIV.

Bij Carcinoma uteri met graviditeit gepaard gaande, is
exstirpatio uteri per vaginam noodig.

XV.

Dat liij matig gebruik alcoiiol een nadeelig genotmiddel
is, moet nog steeds bewezen worden.

XVI.

13ij vrees voor een perineaal ruptuur van eenige uitge-
breidheid, legge men prophylactisch eene naad dwars door
\'t Perineum.

xvri.

Do fundaalsnede van Fritscli verdient bij sectio cae.sarea
de voorkeur.

XV III.

I)i])htlierie serum geve men niet i^roiihylactisch, doch
zoodra de geringste verschijnselen van diphtherie zich ver-
toond hebben.

XIX.

Dat do iinenmonio bij drenkelingen zou ontstaan door
aspiratie van uit ilo mondholte, is zeer onwaiu-schijnlijk.

-ocr page 86-

a*\'.\'«. •.
Ecï\'«--\'

.. .-M

......Cr

m

■ mi -

\'V-. ■ -ocr page 87- -ocr page 88-

■■Mi

.fc-\'

»

T ;

m ■■ ■

..ÄV^

\\ :
A ■

-ocr page 89-
-ocr page 90- -ocr page 91-

m.

\'V.\'fï

-ocr page 92-

■■■ ü .. ... .