ItWv ,
-ocr page 2-5
)
m
ifJiv-:..
MOLENGRAAFF INSTITUUT
VOOR PRIVAATRECHT
NIEUWE GRACHT 60
UTRECHT
LjÂju ê^^. ^
X.
^ ^ /L
-ocr page 4-IrtJU^ JynA^^t^/
-ocr page 5-Het Examen ter verkrijging van den Graad van
t
i
O
^Candidaat in de RECHTEN, van de^ Student
zal plaats hebben
^ ^ ^op ^^^^^^^ dag, den ^ te ^
^nreii.
OlrCM- CLju 1rc,>X.^tJL
(■Ij-Ji,
-e^ . Itrrrf- ^\'cA..
xt/LUMftjn ytKAjJ \'t/unu/iAyK
l/fr^Xi^.^X tA ^av, (AP-I^ tin. on^/i <H ./fy^
^fAtJ^-f^A^UA^ PTKJUJUIUA/ \'u/j^.Cf^pr^/■
J^ilTt4 \'UJb^j-j^\'^eK. I ,
-ocr page 7-VERGADERING met den Raad van Toezicht op dag-
den y..................190^, des namiddags ten ure, Biltstraat No. 32.
Punten van Behandeling:
Dc Directie,
-ocr page 8-, n UoU- ù/i^^ iU^. Urr^ .yiyk. T^^trf^^f^ 1.4,
-ocr page 9-U- ^
r eU^j ùiAj. cw-^r. /Hf^jot-, Jy^. cL H. /^ÛI
1
m
KOlENGRAAFf.lüSTITUUr VOOR PUIVAATi""\'
ytx^
Verzekeringsrecht.
§. 66. INLEIDING.
JLtK.^
Begripsbepaling.
a. Verzekering in oconomischen zin: de bijeenvoeging
t^\'z-z-^^^van geringe bijdragen van belanghebbenden^ tot een fonds of
\'f^l/ kapitaal, ten einde daaruit do middelen te vinden om te
hunnen behoeve eene bepaalde praestatie te doen onder ^m-
^ standigheden^ waarvan het ontstaan (of;het tijdstip, waarop
\\ zij zullen voorkom^\'^^ oïi^kor is. Eene feitelijke vereeniging
- y^jAt/e^^ eenzelfde of een gelijksoortig^i4steo loopen.
■ \'«Omstandigheden» enz.: het lijden van een vermogensnadeel
(door brand, schipbreuk enz.), ziekte, dood, het bereiken van
een bepaalden ouderdom, enz.
Twee hoofdvormen: 1°. de zoogenaamde premie verzeke-
ring ; zelfstandige overeenkomsten tusschen de verzekerden
en den verzekeraar, die do premies beurt, eigenaar is van
hot fonds en do uitkeeringen doet; 2\'. do onderlinge ver-
zekering: de belanghebbenden vormen eeno juridische veree-
niging (maatschappij), brengen als leden der vereeniging het
fonds bijeen en ontvangen als leden do uitkeering.
Eene variabele premie (jaarlijksche omslag van het bedrag der
uitkeeringen over de leden) niet het kenmerk der onderlinge
verzekering.\'^
Economische verwantschap tusschen onderlinge verzekering
on coöperatieve voroonigingon. Vereenigingen ter be-
vordering van de stoffelijko belangen der ledon, mot behulp
van "ech^door de ledon samengebracht kapitaal.
/ . 22
lc> CjttiuA^tVdjJti^ .
t
u
■Jym
. «___ x
7
trCt te éo ^
Lt^j.y:^
\'f \'
fu.
322
ö. Verzekering in juridieken zin. De overeenkomst van
verzekering, op zich zelve beschouwd. De inhoud der over-
eenkomst beslist; of de verzekeraar daarnevens andere soort-
gelijke overeenkomsten afsluit, is onverschillig.
"^niA-^uc.^ Tïï^ hoofdvormen: 1". jBohte^/^^crzokoring. Verzekering
van verniogensbestanddeelen, vermogensrechten; verz.
tegen vermogensverliezen ter verkrijging van vergoeding daar-
voor \\ s 0 ti\'öi d. O ^^ zakei^erzekering. Mogelijkheid eener op
geld waardeerbare schade (verlies of gederfde winst) een ver-
eischte. h
Verwantschap met garantie en borgtocht.
. ire^tu^J--^*^ 2°. .^^.e^h t e verzekering. Verzekering ter verkrijging eener^ ƒf^\'^-
(geld)proootatio onafhankelijk van geleden schade, in\'omstan-
\'\'^v^digheden waarvan het ontstaan of het tijdstip, waarop zij ^ ^
/ • ..„i/vvi^yz, zullen voorkomen, onzeker is. ï^evens^ onpersonen ver- ^^^
^^^ / zekering (ziekte-, invaliditeitsverzekering, enz.) Mogelijkheid v \' ^
/V zt^ f ggj^ waardeerbare schade (of zelfs maar van econo-
IVA4. /\'^{jt^et^\'\'\' misch nadeel) geen vereischte.
Verwantschap tusschen levensverzekering en lijfrente:
\' kapitaal- en rente verzekering; —tusschen levens verzeke-
tj^ ^ kering en ^^aa^contrj^^oo^geldleening. [Principieor verschil
tusschen -eehfee- en -óseehte- verzekering. Beide kunnen pre-
j c^ Ui- mie-verzekering of onderlinge verzekering zijn.
^^^verzekeringstechniek. Toepassing der kans- of waar-
schijnlijkheidsberekening. Mathematische levensverzekering-
wetenschap.
A. Scliade- )2{t-zak€^yorzekering.
_§ 67. BRONNEN EN LITERATUUR.
De Romeinsche rjfhtsbronnen zwijgen over de verzekering.
E. Cauvet, traité des assurances maritimes, hitroduction, bl.
VI vlg. — G. F. Reatz , Geschichte dçs europ. Seeversicherungs-
rechts, 1880, bl. 15 vlg.
Middeleeuwsche rechtsbronnen.
Ontwikkeling van de premie-verzekering uit het -pecunia ira-
— /yiA^L- é\'l ( f------- ----
/uL »t-cV.
r •
V J^oAJ^j^
oMcÜi^. -----^ _
fCù^^/oC ^o^ /é^y*«.^/-«
e^i^ ^^
T
fh^^-jtâ--er^ y^a,^ /c-e^vyir
l flL^^ri— ^^^r
V-
l^fi^c./
I /
^etA-njL»
. oCu M^aCaoj.
^ ____....... .
UreJl.
/ tciJéA. ,
i JUJùh^iiUiM^^ HyttjLt-t^ttu^ ayi \'
ie.
rfm^c^ UeJe\' u. e(£. é>o Se. tf^ V-. ^ j
^ / î/.
«-vi- eÂji^ Vi^-^^t^f-yn. gJtCyv^Ay^ayf^riy^i I/ttt- oLx^r^
t
jectitia {cambio marittimo, bodemerij) in de 14<le eeuw in de
Italiaansche handelssteden. Oudste vermelding in de boeken der,
r Florentijnsche firma Francesco del Bene e Comp, van 1318 en
1 volgende jaren."*^— Notarieele oorkonde betreffende eene gesloten
\\ overeenkomst van verzekering, te Grosseto opgemaakt in 1329.
Notarieele akten van verzekering in de archieven te Genua van
1347 af.
Oudste wettelijke bepaling omtrent verzekering: Genua 22 Oct.
1369. Later tal van bepalingen, statuten en ordonnanties van
Italiaansche en Spaansche steden. Florence 1393 en later , 1522,
1523, 1528; Venetië 1411 en later; Albengal519; Barcelona 1435
gew. 1436, 1458 gew. 14ßl, 1484; Burgos 1538; Sevilla 1552 en ^^ ^ /r^
1556; Bilbao 1560.
In Portugal werd onder Koning Ferdinand (1367—1383) voor
reeders eene gedwongen onderlinge zeeverzekering ingevoerd.
Literatuur.
Pardessus, Collection de lois maritimes antérieures au XVIII®
siècle, 0 dl. — Reatz, op. cit. — Molengraafi-;, de overeenkomst
van verzekering, in Rechtsgel. Magazijn, dl. 1 (1882), bl. 410v.—
C. Vivante, l\'assicurazione delle cose. Evoluziono storica, in
Archivio Giuridico, dl. 32 (1884), bl. 80 v. — E. Bensa, il con-
tralto di assicurazione nel medio evo, 1884. — L. Goldschmidt ,
zur Geschichte dor Seeversicherung, in Juristische Abhandlun-
gen. Festgabe für G. Beseler, 1885. — K. Adler, die Prämien-
vorleislung bei der Versicherung, in Zft. f. d. ges. Hr., dl. 34
(1888), bl. 162. — Voorlreffelijk overzicht bij L. Goldschmidt,
Handb. des Handelsr., 3de dr. (1891), dl. 1, Univei\'salgeschichle
des Handelsrechts, bl. 354 vlg.
Oudste Vaderlandsche rechtsbronnen.
Oudste vermelding der premie-verzekering le Brugge in 1370.
— Vonnissen der schepenbank le Brugge in verzekeringszaken
van 1444 en later (L. Gilliodts van Severen , coutume de la ville
de Bruges, 1875, dl. 2, bl. 104 v.). — Oudste wettelijke ver-
melding, Plakkaat van Philips v. Bourgondiö, d.d. 15 Febr.
1459.
Ordonnanties en plakkaten van Karel V cn Philips II van 25
Mei 1537; van 29 .lan. 1549, artt. 20—23 (=arU.19—22 Plakk.
v. 19 Juli 1551); van 31 Oct. 1503, lil. Ordonn. op de Vcrsckcryn-
ghe oft Asseuranlie; van 31 Mrt.\' 1509 (verbod der verzekering);
van 27 Oct. 1570 (weder-inlrokking van hel verbod) ; van 20 Jan.
1571 (niel 1570). — Costumen van Antwerpen van 1582, cap. 54.
Jh/l-.
324
Literatuur.
C. F. Reatz, Ordonnances du duc d\'Albe sur les assurances
maritimes de 1569, 1570 et 1571 avec un précis de l\'histoire du
droit d\'assurance maritime dans les Pays-Bas, 1877. — M. Th. Goud-
smit, Geschiedenis van het Nederlandsche zeerecht, dl. 1,1882,
Hfdk. 2.
Latere bronnen van het Nederlandsche verzekeringsrecht.
a. Fransche.
De Guidon de la Mer, een rechtsboek uit de laatste helft der
16iïe eeuw. — De ordonnance de la Marine 1681. — De Code de
commerce van 1807.
b. Nederlandsche.
De Stedekeuren: Amsterdam 31 Jan. 1598; 10 Maart 1744, gew.
30 Jan. 1756 en 31 Jan. 1775.^ Rotterdam 12 Mrt. 1604; 9 Oct.
1721, titel v. asseurantie, artt. 23—82. — Middelburg 30 Sept. 1600,
gew. 4 Febr. 1719. — Vlissingen 12 Febr. 1661. — Dordrecht 29
Juni 1775, artt. 16 en 29—81.
^et Friesche Landrecht van 1723, tit. 28.
Ontwerp Wetboek v. Koophandel van 1809.
M. Th. Goudsmit, op. cit., Hfdk. 3. — A. J. E. Jolles, bijdrage
tot de kennis v. d, ontwikkeling v. d. zeeassurantie in de Veree-
nigde Nederlanden, Prft. 1867.
De bronnen hebben nagenoeg uitsluitend betrekking op de zee-
verzekering. Toch komen ook andere soorten van verzekering
voor, zooals brandverzekering (Amsterdam 1744, art. 18, gew. 31
Jan. 1775), land- en riviertransport-verzekering (Plakkaat 1571,
art. 29; Amsterdam 1598 artt. 15 en 16, 1744 art. 9 en polisfor-
mulier n". 5, 1775 formulier n". 5).
Hedendaagscli recht.
Nederland. — "Wetboek van Koophandel, Bk. 1, tit. 9 en 10
(artt. 246—308: verzekering in \'t algemeen, brand-, oogst- en
levensverzekering); Bk. 2, tit. 9 en 10 (artt. 592—695), benevens
artt. 709—721 van tit. 11 (transportverzekering).
In het wetboek van 1830 ontbreken de titt. 9 en 10 van boek
1; zie de wetten v. 26 Dec. 1835.
Engeland. — Geen codificatie. Enkele wetten: 49-Gtîor-H-r-c-
ssn, ^r^ Vint r» Stamp act 1891, 54/55 Vict. c.
39, s. 91-100.
Frankrijk. — Code de commerce van 1807, artt. 332—390
(alleen zeeverzekering). — Wet van 12 Aug. 1885 tot wijziging
van verschillende artikelen van bk. 2 v. d. C. de comm. — De-
^ fn^A^y. ^^^ ^^^ ^
/I tJXc IL^ crr
-ViL/vt, 2 tC^Off^ ^ t^ /J/eon^ . /^/ay.
Ji^ ^UcCi/yn- InojTL. / , J,
»f
/
kreet v. 22 Jan. 1868 betreffende de verzekeringmaatschappijen.
België. — Wet van 11 Juni 1874, C. de comm. revisé, bk. 1,
tit. 10 (des assurances en général), tit. 11 (de quelques assurances
terrestres); — wet van 21 Aug. 1879, G. de comm. re visé, bk.
2, tit. 7 (des assurances maritimes). ^^ yj/P-^ero
Duitschland. — Handelsgb., bk. «Ot, 783—805,
ûoS\' 810 v. (alleen zeeverzekering). — Allgemeine Seeversicherungs-
Bedingungen van 1867. — Allg. Preussische Landrecht (5 Febr.
1794) II, 8, §§ 1934—2358 (zee- en zg. binnenverzekering). —
Yûocts-offitrent-brandverzekering verschillende -\\vetten-en- veror^
demügea_iö--de verschillende-Duitsche staten:
Italië. — Codice di commercio van 1882, artt. 417—453,604—641.
Spanje. — Codigo de commercio van 1885, artt. 380—438,737—805.
Beide niet beperkt tot zeeverzekering.
Hongarije. — Handelswetboek v. 1 Dec. 1875, artt. 453—514
(verzekering in \'t algemeen).
De zeewetten van Zweden (nieuwe [Scandinavische] zeewet van
12 Juni 1891)/en Finland, «^t-hot ontwerp van eone Sca}vima-
wßchc zee wet {Denemarken, N^oorwojon) regelen ook de zeever-
zekering.
De algemeene werken over handelsrecht (voor zooverre de ver-
zekering in de handelswetboeken is geregeld) en over zeerecht
(voor zooveel betreft de zeeverzekering); in Duitschland ook de
werken over Deutsches Privatrecht, Preussisches Privatrecht, eirz.
Speciale werken.
P. Santerna, dc assecurationibusetsponsionibus,1552. —Ben.
Straccka, tractatus dc assecurationibus, 1509. — Cohn. v. Bijn-
kersiioek , Questionesjuris privati, 1752, lib. IV. — PoTiiiEn, traité
du contrat d\'assurance, 1777 ; uitg. Estrangin, 181j(S^. — J. Weskett:,
complete Digest of the theory, laws and practice of insurance,
1781. — Alauzet, traité général des assurances, 2 dl. 184-4. —
A. CuAUiTON, les assurances, 2 dl. 1884—8(). — E. Agnei, et C.
he Corny, manuel général des assurances dr. 1889. —König,
die Versicherungsgeschäftc, in Endemann\'s Handbuch, dl. 3, Abth.
10. — W. Lewis, Lohrbuch des Versichcrungsrcchts, 1889. —
Sacerdoti, il contratto d\'assicurazione, 2 dl. 1874—78.— C. Vi-
\'•vante, il contratto d\'assicurazione, 3 dl. 1885—87. — Marsham,
(Shee), a treatise on the law of insurance, 1800. — G. J.
Faber, aanteekeningen op den O^en ijie) v. h. l»\'« Bk. v. h. Wb,
v. Kph., 184«.
M /y<rt>.
326
/"n
Baldasseroni, delle assicurazioni marittime, 2« dr. 5 dl. 1801/4. —
Emérigon, traité des assurances et des contrats à la grosse, 1783,
éd. Boulay-Paty, 2 dl. 1827. — J. V. Cauvet, traité sur les as-
surances maritimes, 2 dl. 1862. — G. D. Weil, des assurances
maritimes et des avaries, 1879. — E. Cauvet, traité des assuran-
ces maritimes, 2 dl. 1881. — A. Droz, traité des a.ssurances
maritimes, du délaissement et des avaries, 2 dl. 1881. — A. de
Courcy, questions de droit maritime, 4 séries, 1877—88. — Be-
necke, System des See-Assekuranz- und Bodmereiwesens, 1805/21,
ed. V. Nolte, 2 dl. 1851/2. — J. F. Voigt, das deutsche See-
versicherungsrecht , 1884/87. —[J. A. Park , a system of the law
of marine insurances, 1787, 7e dr. 1817, 8e dr. 1842. — Duer,
the law and practice of marine insurance, 2 dl. 1846. — W.
Phillips, a treatise on the law of insurance, 5e dr., 2 dl. 1867.—
J. Arnould , a treatise on the law of marine insurance and ave-
rage, 1848, ei^p-dr. doof Di Maglag^
kins, manual of marine insurance, 1867. — F. 0. Crump, the
principles of the law relating to marine insurance, 1875. — R.
Lowndes, a practical treatise on the law of marine insurance,
2e dr. 1885. — C. Mc. Arthur, the contract of marine insu-
rance, dr. 180(^
PouGET, dictionnaire des assurances terrestres, 1855.—Bonne-
ville de Marsangy, jurisprudence générale des assurances ter-
restres, 1882.— H. Delalande et A. Couturier, traité théorique
et pratique du contrat d\'assurance contre l\'incendie, 18^4^. — H.
y.âJ\'.\'Tox-\'à^, ÙJ-.T^&v^xX^, G. wood^ the law of fire insurance, 2 dl., 2e dr. 1886 (Am.). —
\'JZ^-X.^//\'^ J\'llji. Porter,Haws of insurance; fire, life, accident and guaran-
tee, 2e dr. 1887.^^— j. w. May, the law of insurance as applied
to fire, life, accident, guarantee, and other non maritime risks.
2 dl. 1891-(Am.);
^^^ \' ■ ^ " ^^-------------^ ^^
F. Kuijpp:r van Harpen , Vei"zameling van gewijsden in zaken
van zee-assurantie sedert 1838, 1859.
Ucn^ \'»^•Z Beteekenis der beursconditics en -polissen en van do vor-
^^ ä ^ zekeringsvoorwaarden der grooto maatschappijen.
§ 68. BEGRIP EN WEZEN DER OVEREENKOMST.
M. Tydeman, proeve van onderzoek omtrent het wezen der
overeenkomst van verzekering, Prft. 1850. M. Rutgers v. d.
Loeff, het assurantiecontract en het verzekerbaar belang, Prft.
1864. — M. Th. Goudsmit, het begrip en wezen der kansover-
eenkomsten, Prft. 1871 (ree. G. J. A. Fauer in Themis 1872, bl.
M. Hop-
I • ^Ayi^ - ÙA^a^c^yf^,
^■(fcmyi\'^\'^ j areÂj, ^yuoJ^c^^LJl- ciiyt ot^^urL^x-^tjbi} ^ X"^ /cPcPd\'.
iL. J //? /r. ^ ^jC ^Ue^y^ t^ \'^/ULcJr
JiG^^ , tu. l^ta^ crf -OLcr^\'j ^ol. cr-^
fn^lrcU^, tc^^^l^-
de. cP, -iio C^^kJ. -
<f /t
—/ S /ocrv. \' / , ^
OP\'^\'i CA^J.— a or- ^^^^ ce,
^ Xy\'z«^^ ^^ ^^^^ ^ ^^^^ ^ ^ ^ g ^^^ ^^^^^
\' UW ^ iJtf^L/? ^ ft^Uuit^ ^^ . ^c-/: . ^Vr
k
^^^ yu^t^
i)
-r
CX Q ----"X-
^ /
/
I j
...—^^
-ocr page 16-( CfpifCL .
HAJL.,
i-y-V\'-
100); — moet de hoegrootheid der verzekeringssom geheel aan de
willekeur van partijen worden overgelaten\'? in Themis 1873,
bl. 180. — Molengraaff, de overeenkomst van verzekering, in
Rechtsgel. Magazijn, dl. 1 (1882), bl. U v., 393 v. — W. Ende-
mann, das Wesen des Versicherungsgeschäftes, in Zft. f. d. ges.
Hr., dl. 9, bl. 284 v., 511 v. en 10, bl. 242 v. — L. Cohn, der
Versicherungsvertrag nach allgemeinen Rechtsprincipien, 1873
(ree. P. Laband in Zft. f. d. ges. Hr., dl. 19, bl. 044 v.). — V.
Ehrenberg, die juristische Natur der Lebensversicherung. 1" Abtt.
Der Versicherungsvertrag überhaupt, in Zft. f.d. ges. Hr., dl. 32,
bl. 412 v. — C. Vivante, allgemeine Theorie der Versicherungs-
verträg^^^W^r, dl. 39, bl. 451v. —
Definitie: Verzekering is de overeenkomst waarbij de eene
partij, de verzekeraar, zicli verbindt aan de andere, den ver-
zekerde, de scbade te vergoeden, welke deze door het plaats
grijpen van een aangewezen ^toevallige gebeurtenis zal lijden,
de andere partij, de verzekerde, om harerzijds eene premie
to betalen. Verg. art. 246 W. v. K.
Verzekering eene k a n s overeenkomst, art. 1811 B. W.
Art. 1811 al. 1 B. W. Eene kans-overeenkomst is eene hande-
ling, waarvan de uitkomsten, met betrekking tot voordeel en na-
deel, hetzij voor alle de partijen, hetzij voor eenige derzelve, van
eene onzekere gebeurtenis afhangen.
Art. 1104 Cod. civ, II (Ie contrat) est commutatif lorsque cha-
cune des parties s\'engage à donner ou à faire une chose qui est
regardée comme l\'équivalent de ce qu\'on lui donne, ou de ce
qu\'on fait pour elle.
Lorsque l\'équivalent consiste dans la chance de gain on de
perte pour chacune des parties, d\'après un événement incertain,
le contrat est aléatoire.
Art. 19()4 Cod. civ. Le contrat aléatoire est une convention
réciproque dont les elTcts, quant aux avantages et aux pertes,
soit pour toutes les parties, soit pour l\'une ou plusieurs d\'entre
elles, dépendent d\'un événement incertain.
Art. 2^133 Ontw. Burg. Wb. 1820. Wanneer in l)illaterale con-
tracten de wederkeerige prestation beschouwd worden als aan
elkander in waarde gelijk te staan, wordt eene zoodanige over-
eenkomst vergeldende of venvisselcnde genoemd; gelijk daaren-
tegen eene overeenkomst, waarbij het aequivalent voor ieder der
contracterende partijen, of voor eene van heiden, bestaat in de
i
P.
t
t
328
kans van winst of verlies, van eene onzekere gebeurtenis afhan-
gende, een kans-contract genoemd wordt.
„Kans van winst of verlies", lees: „kans eene meer of min-
der waardige tegenpraestatie te ontvangen".
Definitie van Kist, Handelsregt, dl. 4, bl. 13: „kansover-
eenkomst is de zoodanige, waarbij de praestatie van een of
meer der contractanten wordt afhankelijk gesteld van een
onzekere of in allen gevalle aan partijen onbekende gebeur-
tenis". L
De onderscheiding in verwisselende en kansovereenkomsten
is in rechte irrelevant.
Onjuiste meening dat de overeenkomst van verzekering
geen kanscontract is, omdat de verzekeraar, steunende op de
kansberekening en eene reeks overeenkomsten sluitende, daarbij
niets waagt maar eene zekere winst behaalt. Aldus Endemann ,
op. cit., dl. 9, bl. 517 v. en na hem velen; anders Molen-
graaff , t. a. p., bl. 397 v.
Verwantschap tusschen verzekering en spel en weddenschap.
Beide zijn overeenkomsten, waarbij partijen zich verbinden
tot het geven over en weer van eene geldsom (of zaak), en
tevens voor
w.
ÜJLQ^,:
nacviA\'
een van hen beiden of voor beiden, de vervul-
ling\'dier verbintenis fof^e hoegrootheid der praestati^\'afhan-
• ^ ^ - \' \\ maken van het plaats grijpen eener onzekere gebeurtenis,
v- jJ Verschil tusschen verzekering en spel en weddenschap:
verzekering een- schadevergoedingsconixdici, spel en weddenschap
als geen van beide partijen vooraf belang hebben bij de on-
zekere gebeurtenis.\'^
Verg. over het begrip van spel en weddenschap: Kist, t. a. p.,
bl. 13 v.; — GounsMiT, Prft., en «beursspel» in Themis 1886,
bl. 22. v.; — Molengraait, t. a. p., bl. 16 v.; — v. Logiiem, spel
en weddenschap, Prft. 1880; — H. Wiersma, over de natuur
van den tijdkoop van openbare fondsen, Prft. 1868, hl. 186 v.
(ree. T. M. C. Asser, in de Gids 1869, dl. 1, hl. 58.5 v.; Mom
Visen, in Themis 1868, bl. 638 v.).
Onjuiste meening dat do overeenkomst van verzekering niet
zou zijn een schadevergoedingscontract, maar eene zoogen. ab-
stracte geldbetalingsbelofte (Summenversprechen): Endemann,
^ tAyivo tft _f.-—g
U.
v: tJi) ^ê, ULoy^ . ô^.ts^/.
-ocr page 18-loihJf
r
A-
g^otMJt^ CJL^ tx^^.auu^ CcnrxJA- , |
O \' K ^____
i esL
uu.
^ U- /
^ ^
Y\'
(A errrf:
^-------- \' /
u.
öUiL- Uct-^—\' mLyCuiyi-\'yt.c-tsiji^
^i\'CXf/iL^tf -te./- b. / f
1 O w ^_
e^/t / rr / n ^f.. n rT,iV«.—t<Tnrr. ....../
^ec:::
UtfOicf:, O I W^AjQf nf» «Oin.ji^il^ <
/"QTri.^;!^ t. w-rJy. y n,., . . . .o/ ^—I. rrrt «ViLy^f | i,
r
^ tJ^YIZJ/UGoJt-, ; ^I^CX^- n^jUl^ Uvx^cL
-ocr page 20- -ocr page 21-/ -- \' \'\'
^ y __h w^^ rwa • ^ .
-ocr page 22-Het Examen ter verkrijging vau den Graad van
Candidaat in de RECHTEN, van den Student
zal plaats hebben
op ^^A^\'^^dag, den te/Jureu.
-ocr page 23-/
■ I« <f »«■
jL
- f—t^t.,^ fr/v-----^
..^»jZjC,
/
/ Vx • un. ^
JUß^ Ut-f^f^*-*^ .I\'ll l< -T J ■^r\'A
—t-^ ___^s^st^^x,^ fj^ytA^-e/f- ■V^yiJ\'ti-i^^ueJ^\'v^\'^^ .
eUL-i^o,____
-ocr page 25-trCcc*-^ Ât^ Çjyzzytxyj^er^ e^e-^ . rrr.
/
£
"UsiiU- cU.\'injijU. ^—• ^lU-i^-^c^ tt C>XJ-. ^Itùij Im^-^rk. o^éftjL^.^
f / ^
;y^/i^^eci^- i/^L. fp TQ tct. 77, [ir. ^./^.^Ju\'oy
I /fp^vJ^.^\'^-^\' irrnroCo/VoL^ —-Ala^ Z/\'ji^n--.
329
t. a. p.; ten onzent Goudsmit , t. a. p. in Themis 1873. We-
derlegging dezer opvatting: Molengraaff, t. a. p., bl. 393 v.;
verg. Kist , t. a. p., bl. 18 v.
Vroegere strijd*over het wezen der overeenkomst van ver-
zekering. Invloed van het woekerdogma op de beschouwingen
der juristen. Opvatting als buur, borgtocht en koop (emtio
venditio periculi).
Vei^. Endemann, t. a. p., dl. 9, bl. 301 v.; Molengraaff, t. a. p.,
bl. 424 v.; ook Endemann, Studien in der roraanisch-kanonistischen
Wirtbschafts- und Rechtslehre bis gegen Ende des 17ten Jahrb.,
dl. 1, bl. 9v.; dl. 2, bl. 322 v. AjUa^
Verzekering eene tweezijdige of wederkeerige, bloot
consensueele overeenkomst, art. 257. Verg. Diephuis, dl. u/.*f>•
j^^^ßS-y\'\'S, bb 57, 58 v. caju^ ■ÄJ-x^ !? e^t-tf cy. n-yrCt,.
Vroeger de verzekering een reëel contract; betaling van de
premie gevorderd voor het ontstaan der overeenkomst. Ord. van
Barcelona 1435, art. 11 (Reatz, Geschichte, bl. 130); Gold-
scHMmT, Handb. des Handelsrechts, 3de dr., dl. 1, bl. 365v.,
i. h. b. nt. 101; ook Amsterdam, keur v. 5 Dec. 1620 (bij niet-beta-
ling van de premie bij het teekenen der polis, is de verzekering
«nul, negeen ende van onwaerden»). Anders de Groot, Inleydin-
ghe, bk. 3, dl. 24, $52; v. d. Keessel, th. 713; ook G. Rooseboom,
Recueil van verscheyde Keuren en Costumen (1656), c. 30 op
art. 30, bl. 145. Barels, Advijsen, n". 22, dl. 1, bl. 126.
Vele verzekeringsvoorvvaarden vorderen nog vooniitbetaling der
premie of betaling tegen overreiking der polis. Verg. hieronder § 73.
Onjuiste meening, dat do ovoreonkomst oone voorwaardelijk l)^ "
eenzijdige zoude zijn, zonder verplichting aan do zijde van
den verzekerde.
§ 69. SCHADEVERGOEDING.
Algemeen vereischte: m o g o 1 ij k h o i d van op gold waar-
deerbare schado, hetzij doordat do verzekerde iets (een ver-
\'7^^^*^7^ïi^ogensbestanddeel) verliest of doordat hij onkosten moet
^^^ ,\'^hetzij doordat hom iets ontgaat, wat hij anders zeker
ZOU hebbon verkregen.
ft^rt^ Dit vermogensbestanddeel, deze uitgave, deze verwachte
^cft^m^ e\'ev Wt\'X. .
"jr y
-ocr page 28--3
.ÉiiW«^ \'^■\'//j ^
/
-ocr page 29-^ ^jiie—^-\'^i^ï» öua^ ^^Az^cä^ caxï.j^\'ö/«- vz^oyck^ cr^^
^ ^ Ûti^Q,^.^*-^ X-A^OmX- VZ»-^
/
. /
1 ^^ / /
> (jj.-pv- (f
c\'cC ^-Oa^^ O . . dTtJi^i^f-/
-ocr page 30-_ /
ûL»-CjA/. -^O-tci^tff- \'A (XjiJ^ fiy^y ■
tj-r^ C^^eJjL/l/:^/
-ocr page 31-_ /
-^O-tci^tf*- \'^ (XM^^ ■
330
. vermogensvermeerdering (een huis, schip, losgeld, vracht,
^ , enz.)Is in het bijzonder het voor-
ji\'-\'^\' ^ ^^ werp der verzekering, de verzekerde zaak, het verzekerde
jt^ voorwerp, art. 250 K. In het algemeen is steeds het vermo-
gen de verzekerde zaak.
De verzekerde zaak kan wezen eene lichamelijke of eene
onlichamelijke zaak, eene die onmiddellijk door het ongeluk
wordt getroffen of die men alleen verliest ten gevolge van
ö--(Je vernietiging van een andere zaak »(voorbeelden: het schip ,
het huis; de vracht, de hypothekaire schuldvordering), ^^^^ i^r-^if-\'UM-^
j s/ly^Rs^t^ Het voorwerp der verzekering is steeds het verzekerde
Verwarring door identificatie van het verzeKerae voorwerp ^
^ ■^^xsxQ.i de lichamelijke zaak, die vergaan kan en van welker be-
^^^^ staan het bestaan of de waarde van het verzekerde voorwerp
afhankelijk is. Zo-o êAru^^tL/i^^ «x/j. tnu^
RutgeIrs v. d. Loeff, Prft.: het voorwerp der
verzekering is het belang, niet het verzekerde voorwerp. — T. J. \'\'
^^^ ^^ ^ Noyon , het verzekerbaar belang van den crediteur in den zee-
\'handel, Prft. 1872, bl. 17, onderscheidt verzekering van het be- -y ^^
• verzekering op het voorwerp of de zaak die het belang ^^^^—
J^.-],^\' beheerscht. — Arbiters 28 Dec. 1870, M. v. H. 1871, bl. 80: yc.^^\'Y\'f^j
f\'^\' het woriüej\'p der verzekering is iets anders dan de wrze/cerde zaa/£. _
\'f^\' , ^Het verzekerbaar belang als voorwerp van verzekering.
— M. Tijdeman, bl. 35 v. — Rutgers v. d. Loeff, op. cit. —
v^"^\'\'*^\'! ^ Noyon, op. cit., bl. 4: «het verzekerbaar belang is het op geld
.ƒ ^^ waardeerbaar belang, dat iemand heeft bij het niet plaats grijpen
van voor hem gevaarlijke gebeurtenissen». — Molengraaff,
\' / A*^ Rechtsgel. Magazijn, dl. 1, bl. 457 v.
1/ I ^ Polisformulieren ter beurze gebruikelijk: casco-, goedoron-
trttk^M^ \' en brandpolis. Clausule: „spruitende het interest (van den ver-
/ ■ I zekerde) voort uit voorschot, commissie, vracht", enz.
Is duidelijke aanwijzing van het^bela^noodig, of kan
^jWA^ ^^^^ daarvan worden in het midden gelaten? Verg. art.
^(iLf 263 al. 2 K. Duidelijke omschrijving bij bodemerij-verzeke-
" " ring gevorderd door art. 608 K. Gevolgen van verzwijging
of verkeerde opgave. [
L cry
V-—- /LlX —^ . •
Cn^yi-o-*^ tU^
; rt/»^, z.5"S ew g.6<r XTÏ
•I \'
I . ^fftu. tt, /U. Ot,^, ■u.tl^U^uUeL ^flvtf^liO^ At/. L-fvCUu *tUAj tryvr^"^
a
-ocr page 33-n
aJjUx^
/^^y\'i^\' -yt.\'
-trrr-rn / i-t/CZ —--Au^y^Uy^
h/tA
•ra • ^^vt-wi/t^-^-S^ i^jtyC. u—^I^UL^C
Jl\'.....^ . .... . , ,
y
r
--1 oX
CJU^
2. Ô^^-uPc^o M. u^^c^
(AUZL
r/jt, \'trv-L
hjuC^ aJyé îjL^ty JXMjLÀCinÀyiy^ ti/^tAA^ CcUiit.
^rl- IMT vt^Y\'^^^ -î\'Ttvi^
\'Tm-wt/yj . X^prfCt Uj^
ax;^/—AT»»\'. ^
^flo/oXi. cUyt /vmdJ:
•»\'Wi-L^^ ^TTyT^ajJly t><tyt tAj^Je^^.^
tu
tint
tly\'^ -yy^o^bc/L. " lAv j ^ t\'tVVM/lA.\'/Ll ,
i\'trvtML.t\'Uti.^ ùzj- ^fyi, yro^ " \'f-
T ^e/WAjyy ^/e^A- Urtny(oC aJl^ ^
iKtyL-\'-j^ : ^îi WuJdtjLr- \'lAA-îj^ Cu^ (X^a^
IpiS^fji. onxittu...
^ e^ ^^C^c^
331
Rb. Rotterdam 11 Juni 1851, W. n». 1242, bev. op dit punt
.^^-^of Zd. Holland 4 Mei 1853, W. n». 1436, cass. verw. H. R. 7
April 1854, K. v. H. n®. 2 (eene verzekering gesloten door een
commissionnair op eigen naam, met vermelding van lastgeving,
dekt zoowel het interest van den committent als van den commis-
sionnair zei ven); — anders Rb. Amsterdam 8 Apr. 1880, R. B.
1881, B bl. 180 (verkeerde opgave van het interest do^ het
recht op schadeloosstelling vervallen), evenzoo Arb. Amsterdam
11 Febr. 1864, M. v. H. 1864, bl. 61, waarmede echter te verg.
Arb. Amsterdam, e. d., t. z. p., bl. 59. — Eene behouden-varen-
verzekering «spruitende het interest uit het casco» is eene verze-
kering van het interest van den eigenaar of pandhouder, niet van
crediteuren: Rb. Amsterdam 20 Apr. 1882, R.B. 1882, Bbl. 21.—
Zie ook Rb. Amsterdam 27 Jan. 1888, "W. n". 5526 (verzekering . äwj,.
«op eene pretensie van-^het schip»), bev. door Hof Am- j -
sterdam 31 Mei 1889*¥. v^hTTsSO bl. 279, P. v. J. 1889 n°. 98. — \'\' t
Rotterdam 2 Febr. 1889, W. n°. 5724.
described».
Art. 263 al. 2: Hof den Haag 29 Dec. 1890, P. v.J. 1891 n". 8,
W. n». 5996. .yOi,.^. U^.
Verzwijging of verkeerde opgave van het interest is geen ver-
zwijging enz. in den zin van art. 251 K.; anders Arbiters Gro-
• ningen 18 Febr. 1867, M. v. H. 1867, hi 231. —^^
L iCß^ Verzekering (tot dekking van elk belang |jbij een bepaald yi
(p^K-t^t^\'x^^^) niet van een bepaald belang^ behouden-varen-verzekering
zonder vermelding van het interest (Amsterd. clausulo); „tot
dokking van het interest van den verzekerde onverschillig
waarin het bestaat" (Rotterd. clausule) Zie hieronder § 76.
Toepassingen van het beginsel:
Ä. Zonder mogelijkheid van schade, zonder
belang, geene goldige verzekering, art. 250 K.
Belang niot noodzakelijk bij het aangaan der overeenkomst,
maar tijdens den duur der verzekering. Verzekering eener toe-
f komstige mogelijkheid van scliadeTM.Tydeman,.Prft., bl.41 v.; —
j y^f\' Rutgers v. d. Loei-t, Prft., bl. 98v.;— Rb. Amsterdam 2(5Nov.
\' ^ 1880, W. n". 4077 («ten tijde der verzekering» in art. 250 vor-
dert alleen belang ten tijde van het sinister); — Rb. Amsterdam
4 Mrt. 1881, VV. n°. 4698 («ten tijde der verzekering» wil zeggen
té iM^n^. Ju-) . ^"^e C : t^ft^at-l - ^-x.-^^A-y /.tuunc^^ -At«-»^ (\'.\'«, ;
^ A;
-ocr page 34-A
i . / ^^^
«I ^Cpkw. «r»»— tX.— ^acu- Xjl tA^i^éy^^^^^
*
^ V-tJcJßirtJt-— ^ -TAI«^ ^ e\'w.^h^
-ocr page 35-u i\\
«A-^O-u-tU^ ^ nrtrr^ «- V«»— M -
- Qy^Xt*^ t^ \\rO--iJtJ-W - . ^
t—, ÛpxmU cry, \'CHw-^A-**-\'»
jt^rrukJ-T.^ l^tSZrZ
^^ ItM^/" fV^yK-C^ -ó-CiJ-fi^ «Â— Öüt—\' finrtrUiJt.^\'^ ^ ^
»VE»-^ AyV-. TùUJili«— ttJ^j.^ tÀM. tJilJè-erM *
--. ^ M
fila, Liu^y^ . «V*.%*
Ire*-*—
4
332
«gedurende den loop der verzekering»). — Niet juist: vijf advo-
caten op art. 250 W. v. K., en Faber, op. cit., bl. 29.
Toepassingen: 1°. Verbod om te verzekeren wat verbo-
demd is, artt. 599 n\'. 3 en 600.
2°. Regeling van de verzekering van bodemerij-penningen
geschoten op verzekerde voorwerpen.
Verzekering van bodemerij uit noodzaak toegelaten, art.
609. Bij uitgaande bodemerij, artt. 610 en 611. Critiek dier
bepalingen.
3®. De artikelen 659 en 660 in verband met art. 587 K.
Voorduin, dl. 10, bl. 388. — -er4tieV^
Over oververzekering en dubbele verzekering, zie hieronder bl.
338 v.
B e w ij s van het belang. Te leveren door den verzekerde.
"Wedverzekeringen, assurances par forme de gageures (poli-
ces d^Jionneur), tcager-policies.
Clausules: interesse o no interesse, without jjroof of interest,
interest or no interest, Interesse oder non-Interesse.
Verbodsbepalingen: Goldschmidt, Hb. d. Hr., 3<iedr., dl.l,bl.
.\'370, nt. 114. — Ord. v. Barcelona 1435, artt. 9 en 10; .1458,
art. 10; 1484, art. 13; — Genua, Decreet van 1475 en later her-
haaldelijk (Bensa, op. cit., bl. 125v.); — Ord. van Amsterdam
1598, art. 24 (assurantie op weddingen van reysen ofte voyagien
ende diergelyke inventiën); 1744, art. 13 al. 2; — Middelburg,
1600, art. 2; — Rotterdam, 1604, art. 10 (asseurantien op weddinge);
1721, art. 28.
Engeland: 19 Geo. 2, c. 37 (1747), ongeldigverklaring (behou-
dens uitzonderingen) van alle ^verzekeringen met de clausules:
«interest or no interest», «without further prooi of interest than
the policy» or «without benefit of salvage» or «made by way of
gaming or wagering». /Algemeene nietigverklaring van spel en
weddenschap: 8/9 Vict., c. 109, s. 18.
Molengraaff, t. a. p., bl. 442 vlg.
Clausules strekkende om het bewijs van hot interest te
vereenvoudigen en chicanes af te snijden.
Clausule: azonder verder heivijs van interest dan de polisD;
de verzekerde heeft niettemin het interest te bewijzen, daar ont-
slag van alle bewijs van interest nietig ware: Arb. Amsterdam
14 Febr. 18()8, R. B. 1869, bl. 440; 14 April 1870, W. n».3224.
\'J
m
^ A-t^/pU^ v A-- Ayc^^
»Ct.
t t/^/\'Z«-
txj xr^.A-\'^t.aJt/r^, O-IA.
-ocr page 37-r LuJ\'l\' Lu chu ,
t/^. It \' • ^Zeno ^ t^w/ia^ J". -»«-«-ÉJ/V^iw^o e— "tm-i^ ; iL-U^in^à-
5. hÀr tu ée^Uc^oJ- tZ. ^ Ui. ôuL^trLc. fl^/r^ <5«»
luOLEt^GRAAFfmriTUUT VOOR PRIV/A
333
Clausule der Amsterd. behouden-varen-polis: «.zullende tot be-
wijs van intrest, waarde of eigendom verstrekken deze polis en
hetgeen men verder ter goeder trouw zal kunnen produceerenD.
Zij ontheft niet van de verplichting om bewijs te leveren van het
interest, maar dit zal niet naar scherpte van recht beoordeeld wor-
den: arbitrale vonnissen bij Kuijper v. Harpen, Verzameling enz.,
nos. 38 en 47, waarmede te verg. n°. 44. — Zij keert den bewijslast
om: Rb. Amsterdam 20 Apr. 1882, R.B. 1882, Bbl. 21; Hof Am-
sterdam 31 Mei 1889, P. v. J. 1889 n®.98, M. v. H. 1889 bl.279,
cass. verw. H.R. 7 Febr. 1890, VV. n«. 5836. Verg. ook Rb. Am-
sterdam 26 Nov. 1880, R. B. 1881 B bl. 170, W. n°. 4677, op
dit punt bev. Hof Amsterdam 4 Nov. 1881, R. B. 1882 B bl. 18,
W. n». 4730.
Clausule der goederen-polis: «.zullende in geval van avarij of
schade geen ander bewijs van intrest, waarde, {order) of eigen-
dom gevorderd worden dan alleen deze polis en het cognossements*;
zij ontheft niet van de verplichting het interest te bewijzen: Arb.
Amsterdam 14 Apr. 1870, W. n». 3224.
Verg. nog over de clausule: «dat in geval van avarg of schade
geen ander bewijs van interest zal worden geproduceerd of ge-
vorderd dan de polis (en het cognossement)-» Rb. Amsterdam 10
Apr. 1868, W. n». 3003, en 8 Apr. 1880, R. B. 1881, Bbl. 180;
— Rb. Rotterdam 6 Nov. 1880, W. n». 4578.
Men onderscheide het bewijs van het interest (do mogelijk-
heid van schade) en het bewijs van de (werkelijk geleden)
schade (het bedrag der schade). Bewijs van het eerste is niet
voldoende. Bewijs van schade sluit in zich bewijs van inte-
rest, niet omgekeerd.\'^
Dil onderscheid uit hel oog verloren door Rh. Utrecht 16 Apr.
1851, R. B. 1851, bl. 615, op dit punt bev. Hof Utrecht 26 Jan.
1852, R.B.1853, bl. 69.
Het bestaan van schade feitelijk fals niet ter zake dienende
beschouwd: Rb. Amsterdam 27.1an. 1888, \\V. n". 5526, bev. door
Hof Amsterdam 31 Mei 1889, P. v. .1. 1889 n°. 98, M. v. H. 1889
bl. 279, cass. verw. Hooge Raad 7 Febr. 1890, \\V. n". 5836.
.Tuist Arb. Amsterdam 14 Febr. 1868, R. B. 1869, bl. 440. —
Zie ook K. v. H. n°. 65. — Geheel onjuist Arb. Rotterdam 12
Juli 1852, K. v. H. n\'. 3.
B. Elko mogelijkheid van schade kan aanlei-
ding geven tot verzekering, art. 268 K.
334
Vroeger recht. — Verzekering beperkt tot lichamelijke zaken,
tot het eigenaarsbelang. Verg. Reatz, kap. 2, §^10en 11; Bensa,
bl. 65 V.
Verbod van verzekering van vracht en verwacht wor-
dende winst. Dit verbod komt nog voor in den Code de com-
merce, art. 347; opgeheven bij de wet v. 12 Aug. 1885.
Het plakkaat van 1549 zwijgt over verzekering van vracht,
evenzoo Ord. Rotterdam 1604; de Ordd. van 1563, art. 4, en
Rotterdam 1721, art. 26, vermelden haar; een uitdrukkelijk ver-
bod bevatten Ordd. Amsterdam 1598, art. 10, en Middelburg
1600, art. 4; Amsterdam 1744, art. 15, regelt haar.
Verbod van winstverzekering: Plakk. v. 1549 art. 22,1563 art. 9;
Ordd. van Rotterdam 1604 art. 2, en 1721 art. 28; toegelaten door
Ord. V. Amsterdam 1744 art. 17 en keur v. Dordrecht 1775 art. 72.
Thans beide toegelaten; tegen misbruiken waken artt. 623,621
en 622 K.
Uitzonderingen, art. 599. 1°. Soldijen en gagiën van het
scheepsvolk, premie en kaplaken (niet ook de gagie) des
schippers. Uitvloeisel van art. 418 j° art. 386 K. Zie reeds
Plakk. (v. 1549 art. 21,) 1563 art. 9, 1571 art. 21; Amster-
dam 1598 art. 11, 1744 art. 13 al. 1. Anders Rotterdam
1721 art. 26.
2°. Voorwerpen, waarin volgens de (Nederlandsche) wetten
en verordeningen geen handel mag worden gedreven en sche-
pen die tot vervoer dier voorwerpen worden gebruikt. Verg.
M. Tydeman, bU48v.; Kist, bl. 22 en 139; Diephuis, dl. 3,
bl. 82 v.
Vroeger verzekering van \'s vijands goed (Plakkaat v. 1 April
1622, Gr. Plak.b., dl. 1, bl. 840; Bijnkershoek, Q.J.Publ., 1. 1,
c. 21, an res hostium liceat assecurare; ook nog Holtius, dl. 3,
bl. 35 en 188f en dat van vreemden (Reatz , bl. 59 v., 207 v.;
Bensa, bl. 67, 85 v., 94, 104, 120 v., 130; Goldsciimidt, t.a.p.,
bl. 378, nt. 135) veelal verboden.
C. Elk belang kan volledig, voor do volle waar-
de, worden verzekerd, impl. art. 253 al. 1 K., expl.
art. 289 al. 1 (brandverzekering), art. 602 (cascoverzekering),
art. 616 K. (vrachtverzekering)..
Oudtijds in den regel verzekering voor de volle waarde verbo-
den: Goldsciimidt, t. a. p., bl. 370, nt. 136.
Ut,
flM.^oUUi,^ I/IJ^ c^itf!
fiC.^sS-.
Oud-vaderlandsch recht. — Plakkaat 1563, artt. 8 en 11; 1571,
artt. 3 en 20; —Amsterdam 1598, artt. 2, 10 en 16: schepen Va
wagens, karren en paarden V2, goederen\'/lo; — Middelburg 1600,
artt. 3 en 4: schepen Vs, goederen \'/lo; — Rotterdam 1604, art.
4: schepen "U of Vi; 1721, art. 31: schepen \'U. — Rotterdam 1604
art. 2 en 1721 art. 25 laten verzekering van goederen voor de
volle waarde toe; Middelburg 1719 en Amsterdam 1744, artt. 7
en 22, zoowel van goederen als schepen.
Vergoeding van meer dan de volle waarde, als de schade
meer bedraagt. Kosten van vergeefsche pogingen tot redding,
artt. 283, 655 en 665.
Nederlandsche beurscondities en beurspolissen beperken de ge-
houdenheid des verzekeraars tot de geteekende som.
Zie over de sue and labour clause der Engeische polissen,
Lowndes, bl. 202 v. ^(nai^iA^ . <<4r.t-. {(f\'\'^, /c^
Beperkingen. Bij lichamelijke zaken is vaak de volle
verzekerbare waarde in den zin der wet minder dan de wer-
kelijke waarde, dan de waarde die het goed voor den verze-
kerde heeft. Gevolg: onvolledige schadevergoeding.
Men onderscheide: aanschaffings-, inkoops- of kostende
A./1-
y
prijs, verkoops- of veilingsprijs (waarde tijdens het ongeval)4
_en,industrieele of exploitatie-waarde.
Algemeene regel: volledige schadevergoeding alleen bij ver-
goeding van den aanschathngsprijs onder kortmg voor verbete-
ring van oud tot nieuw. Bijzondere gevallen: artikelen die een ^
vaste of geregelde markt of beurs hebben, winkelgoederon
(factuursprijs onder korting voor verbetering van incourante 7 ^^
in courante artikelen), enz. ^^
\' Bepalingen van stellig recht: au.«^//
1®. Brandvei\'zehering, artt. 288, 289 en 295 K.
F. C. N. Dammers, grondslag der schadeberekening bij brand- \'j ^^c? tc^
assurantie, Prft. 1880. ^ \'
a. Verzekering om goreod gold van vaste of
van roerende /r^f ueum^*^
goederen.
Maatstaf van vergoeding: „Waarde vóór do ramp", art. 288 ^„Vv-
al. 2, of „ten tijde van den brand", art. 295 al. 2. fl/Xc/y\'
VtlU-C IvrVKA^-t- VA-O O^A-l . i^Mj . frx,^
-ocr page 40-- 336
"Welke waarde bedoeld? Aanscbaffings-(bouw-) of verkoops-
waarde? Verg. art. 287 4°. K.
Ontw. 23 Mrt. 1835, art. 3 al. 2: «/n geval van beding van
wederopbouwing, kan de waarde van het verzekerd voorwerp,
,, Av/"\'^\' worden verhoogd, voor de meerdere kosten die tot
opbouwing mogten worden vereischt» (thans art. 289 al. 2 en 3).
! \'njtt \'^\' «waarde van het perceel» wordt het best gekend uit ver-
""met de koopwaarde van andere dergelijke perceelen, op
mag niet worden gelet (art. 274 was toegepast): ^^
f^\'^T Amsterdam 30 Juni 1875, R. B. 1882, B bl. 43, en 6 Mrt.
\' 1879, W. no. 4363, bev. Hof Amsterdam 25 Juni 1880, W. n-.r
4555, cass. verw. H. R. 22 Apr. 1881, W. n". 4637, R. B. t.z.p.
De «waarde vóór de
ramp» (art. 288 al. 2) is de waarde zooals
y fïie in de polis is uitgedrukt: Rb. den Haag 19 Juni 1860, W.
do^^kae^ 27 Mei 1861, W. n". 2288;
/ \'-^^\'^b. den Haag 4 Jan. 1861, W.V. 2359; upcji
r. «waarde ten tijde van den brand» (art. 295 al. 2j is (ook bij /w^
( ^^^ verzekering van eene algemeenheid van roerende goederen) de ^f^r
suii\'ii^ waarde, zooals die in de polis is uitgedrukt, behoudens de be- Rv.^.
voegdheid des verzekeraars volgens art. 274 al. 1 en 2: Rb. Arnhem
^ 19 Juni 1882 bev. door Hof Arnhem 24 Jan. 1883, R. Bijbl. 1883,
r y / ..t^ 27 Juni 1891, W. n». 0072.\'\'Anders^rb. Amsterdam 24 Aug. 1846, \' ƒ ^\'
\'^t ,.^)W.n°.9ü9; 28 Apr. 1858, W. n". 2105; Rb. Amsterdam 30 Nov. \' ^ \' ^
2.2.V; De Rotterdamsche brandpolis omschrijft de schade met opzicht
tot den opstal en de gereedschappen als het bedrag dat vereischt
•vr^-^ wordt om hetgeen verbrand, bedorven of vermist is te brengen
in zoodanigen staal, als het ten tijde van den brand is geweest.
uA/-^^\' Evenzoo brandpolis-formulier Amsterdam 1744.
msA
^^\' Veraekering van gebouwen in herbouw, art. 289 al.
/^•/•r\' 2 en 3. .
" Aftrek van voor verbetering van oud tot nieuw. Verg.
713-716 K.
^^^ Is de verzekerde verplicht het verbrande? weer op te bouwen
zoo als het was\'.\' Arb. Amsterdam 11 Dec. 1858, W. n®. 2110 en
Rb. Amsterdam 16 Oct. 1885, P. v. J. 1885 n°. 51*, R. B. en B.
enrk. irr-n. LAf^-Z^-Zc. 4JUVJL, ^ttwt^ a^-tJ^OJC^ii. _
a^ f-^ LaJ^^Ji^ft^ Cl^-^k- c^JU^l^L, yv^,^.«^
l^X-Xr UjtCC OtaJ-eM — ^ 5BFwV^oy^t^^ .
5 ^ AWf«.^ c^^t^^oC^
-U-C^o^^ j^J^y^^, fZdi. ÛyJ,^. JU iip2>r, t^
^ \'WVJ^ Co. cnro
Ji, tygu^ e^
lATK^rtyy^ ot/x
a-u,^ : tïaX., Llf.iit. fTt^i^-jMX^ ^ 3 .
upjti tAL.^. Ze. Ci^if ff. H/O.
al* ùtM-oAt^ oU^ UAHvTL/v^ci«, . C^\'■ te y ! yp\'t\'t..
At) elx. kjUc.
7
t/tAC. ^ Unro crfo t^^^kn^
i/e/JC, VS/vu «^«/TA, «- 3. tVu l^ii^Zt^ï-Y^^.*», ,
1
ly» ^ ifi^.yo • ijU. iH/iyitMJJL tM/Kl^jA^ IAA, y-vcH^ti ^^V*,«.ij^oA«^ tw iv^o^Oa.\' ^
-ocr page 41-/■ -• ^ ^^^ ^./S^O^J ^ ^ ^
■y^/AjdSi.
lif-
, L.
Ui-a
c
/
i. JtyU./> -yrrrrr- /<PL
\'1880/7, B bl. 144 verlangen een gebouw van dezelfde soort. Verg.
Dammers, bl. 97 v.
Staat het den verzekerde vrij (meer of) minder te besteden dan
de herbouwkosten bedragen\'? Rb. Zutfen 7 Oct. 1880, W. n". 5394 ^
(de verzekeraar draagt in de werkelijke bouwkosten bij tot het
verzekerde bedrag of tot zooveel minder als ^U beloopt van de kos-
ten, die noodig zouden zijn om het verbrande perceel weer op
te bouwen zooals het was).
2". Oogstverzekering, art. 301 K.
Volle waarde : „de waarde ten tijde van derzelver inoogsting
of genot",
3". Zeeverzekering.
a. Schip (Casco), art. 602 K.
Verg. art. 602 met art. 593 al. 2—5, uit. K. Over de verhou-
ding tusschen verzekering van het casco incl. uitrustingskosten
en bruto-vracht-verzekering, zie P. Lugt, de vrachtverzekering
in het hedendaagsche zeerecht, Prft., bl. 58 v.
Do „volle waarde" is de inkoopsprijs of de bouwkosten, zie art.
619. Verg. Rb. Amsterdam 20 Mrt. 1884, R. B. 1884, B bl. 187.
In geval van schade gelden artt. 713—717. Grondslag van
afrekening: de herstellingskosten onder aftrek van \'/, voor
verbetering van oud tot nieuw. Amsterdamsche en Rotter-
damsche beursconditiën: aftrek bij ankers en kettingen \'/s- —
IJzeren schepen.
Vj van (Ie hooge werkelijke kosten of van de mindere kosten,
die noodig zouden zijn voor herstel ter |)laalse, waar het schip
thuis behoort\'? Rb. Amsterdam 31 Dec. 1886, M. v. II. 1889, hl.
^ Wu vern. door Ilof .\\nisfcrdam 29 Mrt. 1889, M. v. II. 1889,
bl. 161. — Verg. Lownues § 180.
Art. 716 is limitatief op te vallen: Ilof Amsterdam 29 Mrt.
1889 bev. Rb. Amsterdam 31 Dec. 1886, t.a.p.
/(. Goederen, artt. 612—614, 620, 709,
De volle waarde in den zin dor wet is de waarde ten tijde
en ter plaatse van verzending, vermeerderd met de onkosten
tot aan boord en do premie van verzekering; do werkelijke
volle waarde de netto waarde ter bestemmingsplaats. Verg.
art. 709 al. 2 met al. 3. Bunkckk (Nülte), dl. 1, bl. 255 en
dl. 2, bl. 752. — Lowndes, bl. 3 v., 27v.
23
-ocr page 42-338
Correctief: art. 613; critiek dier bepaling. Juister correctief:
de winstverzekering of verzekering van de meerdere waarde
van het goed, artt. 615, 621 en 622 K.
J. C. Hubregtse, winst verzekering, Prft. 1887 (ree. Rechtsgel.
Mag. 1887, hl. 243).
Winst bij vervoer van goederen over zee: het verschil
tusschen de waarde van art. 612 K. en den marktprijs ter
bestemmingsplaats ten tijde van de aankomst.
Art. 612 God. di comm. ital. Le cose caricate possono e.ssere
assicurate: .... o per il prezzo corrente nel luogo di destinazione
al loro arrive senza avarie.
- de Courcy, quest, de dr. mar., 4me série, bl. 54v.
D. Nooit wordt meer vergoed dan de schade.
Gevolgen:
1°. Verbod van oververzekering, artt. 253 al. 1,
278 al. 1.
Plicht des verzekerden om de waarde te bewijzen: o. Open
polis, artt. 273 en 295; h. Getaxeerde polis f artt. 274 en
295 (Hof Zd. Holland 27 Mei 1861, W. n°. 2288; Kist,
bl. 88; Holtius, dl. 3, bl. 357; anders lib. Amsterdam 30
Nov. 1876, W. n°. 4075). Voorgeschreven bij brandverzeke-
ring, art. 287 zie boven dc jurisprudentie over art. 288
al. 2 [waarde vóór de ramp] en art. 295 al. 2 [waarde ten
tijde van den brand]) en bij casco-verzekering, art. 592 7".
Ook bij bodemerij- en winstverzekering, artt. 607 en 615?
! Renunciatie aan art. 274 is nietig volgens Rb. Rotterdam (5 Apr.
1842, R. B. ia42, bl. 470. — Clausule: mmnic.ndc (jemeld in-
^^ terest, met wederzijdscJi. (jocdvinden (jctaxeerd, vastgesteld op de
verzekerde som van f 4000, welke taxatie door ons wordt he-
sehomod cn aangenomen ah ware die, overeenkomstig art. 275
W. V. K. 2de al. l»te ged., door deskundigen vooraf gemaakt.
Zidlende in geval van schade dc vergoeding jdaats hebben vol-
gens deze taxatie, nu voor alsdan vaslgesteld aU de xoerkelijke
waarde onmiddellijk vóór den hramh: art. 274 niettemin toe- -
passelijk volgens Rb. Amsterdam 24 iuiii 1887, P. v. J. 1888,
n». 21; anders Rb. Rotterdam 27 .luni 1891, W. n».
^In eerstgemelden zin Rb. Amsterdam 20 Nov. 1872, M. v. II. n Jpt-.
I,
ff
U.\'UIH^.
1\'V
«r
^ A
, (hx-i"
lA^-t^A-
ojt^- y^ tk^.^ OL^^^ pTi^ Xk^ -»Vi^
/ (Çf^oUuiVl. , clC.Û , , XV. / --AAv^ -ahje^JU^
i . VjÇ Û^
r
A
ZiL u. i\'i a C/Tt
7 iz^/
t
!. »-» t/\'O.-n
Qo-
-ocr page 43-A
mÊ
-oC.
^t^^juA^ ^ f^i^co^^ pd^^t^ h
Êà
(J.VTM» ^^^
1872 hl. 221 (clausule: loelke taxatie door ons zal loorden aan-
genomen als de werkelijke waarde, loelke de katoen onmiddellijk
vóór den brand zal hebben gehad); Rb. Amsterdam 30 Juni
^ i875,^-ftr^r-f883—M. v. H. 1875 bl. 203^ H. R. 22 ^jr^t^^Ct^
r Apr. 1881 fR. B. t. z. p., W. n". 4637; Rb. Rotterdam 7 Mrt. ^ a-mT^""
1883, W. n°. 4887 (clausule: aldus met ivederzijdsch goed- ^
vinden getaxeerd en vastgesteld als waardo onmiddellijk vóór
den brand, waarop nimmer zal worden teruggekomen); Rb.
Amsterdam 14 Juni 1871, W. n°. 3351 (clausule: wordende
het interest met wederzijdsch goedvinden getauxeerd en vastge-
steld op de resp. daarvoor gestelde sommen, welke sommen in
eas van schade nu voor alsdan door ons loorden aangenomen
voor de waarde, xoelke het verzekerde onmiddellijk vóór den brand
gehad heeft). F. M. Brouweu Ancher, de inhoud van de ^ ^
Amsterdamsche brandpolis, Prft., Hfdk. 2, taxatie-clausule. * ,
c. Polis met taxatie door deskundigen: art. 275. Uit-
zondering, art. 619.
VooRDUiN, dl. 10, ad art. — F. B. Coninck Lieesting, Ver-
klaring van art. 619 W. v. K., in Themis 1859, hl. 414 v. —
W. H. Ei-ias, de taxatie bij zeeverzekering, Prft. 1869.
Toepassingen van den regel: bij goederenverzekering, art.
614 j" art. 613 (Luqt, t. a. p., Hfdk. 3, § 1); — bij winst-
verzekering, artt. 615 en 622; — bij vrachtverzekering, art.
617; — bij verzekering tegen de gevaren der slavernij, art.
618.
i/^ kvfaC, rtA,?*
cltj 1-e VX* /-e o^\'J^
* f^r.
l/r^vy eU. veten. o.TKvaXt\' irttl^/^eA^a.
S/
2°. N e r b o d van dubbele verzekering (van dozolfde zaak
tegen hetzelfde gevaar gedurende deirzolfdcn tijd) f art. 252.
„Uitgezonderd de gevallen bij do wot bepaald". artt. 271
en 280.
Toepassing bij verzekering door een ucgotionim gesior. Dc
verzekering, door den bolangbebbendo zolven of op zijn order
gesloten, gaat voor, art. 266.
Artt. 272 en 280 (verzekering van de vordering op don
eersten verzekeraar tegen diens onvermogen; zg. herverzekering
door den verzekerde).
Nadere regeling der dubbele verzekering, artt. 277, 278
al. 2 en 279.
Arl. 277: «ter goeder trouw», lees: «zt-\'Z/s ter goeder trouw»;
i
340
zie Kist, t. a |)., hl. 38. — Art. 279 al. 3: «herverzekeren», lees:
«opnieuw verzekeren».
Clausule: aloopende de risico in gemeenschap met zoodanige
sommen als voor de geassureerden op {de gemelde goederen) zoo
hier als elders mochten zijn of worden verzekerd\'». Rb. Amster-
dam 15 Nov. 1872 bev. Hof Nd. Holland 26 Juni 1873, M. v. H.
1873, bl. 104. ^^ -ut^vi-iAanhc. -wro^ cLl, ^^^j^ji-^SU,
io- bi- Volgens Engelscli recht \'A^^-^è^^-^tih- verzekeraar^aaa?
, , evenredigheid der door I hen geteekende somBieal verbonden T
L hJL iqoC. As- f/cJMO-, ° X, ö vefL.
, J , (evenzoo volgens Rotterdamsche beurs-brandpolis). De vcp^-
o^ kerde kan allen tegelijk aanspreken , of een^vran nen, of
^ ^ achtereenvolgens meer dan een, als ware ieder van hen
alleen verzekeraar. De verzekomars hebben onderling op el-
, . kander verhaal. Pkitciiard , Digest of Admiralty and Mari- L
^ ^ tnne Law, 3<i« dr.; v® marine assurance, n»» 587—590. Lown- ^ uf-iu-
^ ^^^^^^des, §i,37"^vlg. — Verg. voor het oud-Vaderl. recht: v. d. t^n-
-^"Keessel, theses selectae, n". 763.
àm
Kist, hl. 32: dezelfde zaak kan meer dan eens verzekerd wor-
den, mits er maar verschillende belangen zijn.—A. de Councv,
la double assurance, in Questions de dr. mar., le série, bl. 353 v.,
spreekt van «deux ou plusieurs contrats d\'assurance faits sur les
mêmes choses par des intéressés différents». Verg. hierboven bl. 3:30.
§ 70. ONZEKERE, TOEVALLIGE GEBEURTENIS.
Onzekere gebeurtenis, d. w. z. waarvan het onzeker is of en
wanneer zij zal plaats grijpen.
Subjectieve onzekerheid, d. w. z. onzekerheid voor partijen,
voldoende, art. 269. Negatief uitgedrukt, zie Kist, bl. 51.\'\'—
Tegen misbruiken waakt art. 270. Zie Diephuis , <11. 3, bl. 64 v.
Zeeverzekering, art. 597 j° artt. 269 en 270.
Toepassing bij verzekering door tusschenkomst van een derde:
^ Arb. Amsterdam 23 Dec. 1857(8), M. v. II. 1859 bl. 2<), K. v.
H. n°. 57. --\'
Verzekering „op goede of kwade tijding", art. 598. Do vermel-
ding volgens al. 1 als waarborg der goedo trouw. Verg. art. 603.
Rb. Rotterdam 16 Dec. 1874, M. v. H. 1875, bl. 24; 28 Juni
1875, W. n». :i875; — Arb. Amsterdam 9 Nov. m\'A), M. v. 11.
1860, bl. 331.
ITaCt^ y /fTtP ci ^
\'.aJt^^, »»«-St.\'
// _ „
<9/1^. ayx.^.
, Y ^
Ùjt^ t/V---C^COA^
--- ^^ ------------
341
Toevallige gebeurtenis, L-Wr-K> /^rtijen mogen niet tot bare
verwezenlijking medewerken, of "daarop invloed uitoefeneny^
-Gevolgen:- 5e verzekerde mag de gebeurtenis niet pro-
voeeeren.
Verzekering tegen opzettelijk veroorzaken van scbade onge-
oorloofd, artt. 14 A. B. en 135G 4" j". artt. 1371 en 1373
B. W. Toepassing in art. 640 al. 2 K.
Invloed van scbuld (onvoorziebtigbeid) des verzekerden,
art. 276 K.
.T. F. rackf.n, schuld des verzekerden, Prft. 1884.
Bijzondere bepaling voor brandverzekering, art. 294. „Mer-
kelijke scbuld of nalatigheid", d. i. roekeloosheid.
Arl). den Haag 16(17) Mei 1864, M. v. H. ISfri hl. 111, W.
no. 2587; — Rh. Dordrecht 11 April 1870, W. n». 3238.
Verzekering tegen onvoorziebtigbeid in het algemeen ge-
oorloofd. Ook togen roekeloosheid ? Zie Backer , bl. 2 v.
Nadere bepaling van bet begrip ,<?c/i?<W. Eigen scbuld, d. i.
een doen of niet-doen van den verzekerde zeiven.
Omvat dit de daad van den agent, voogd, curator, echt-
genoot, bestuurder of directenr, die de belangen van den
verzekerde waarneemt?
Directeur van eene naamlooze vennootschap. — Rh. Winscho-
ten 12 Oct. 1881, W. n°. 4811, hev. Hof beeuwurden l Nov.
1882, W. n». 4840, R. H. 1883 R hl. 78, cass. verw. II. R.
30 Nov. 1883, W. n". 4988, R. B. 1884 R hl. 164 (de daad
door den directeur geploegd in do oefening van zijne functies
[ van hot hedrijf der vennootschap) is niot de ilaad der vennoot-
schap). Zie voorls Rackf.h, hl. KW. on hiorhoven, hiy!)(».
Schuld van bedienden, art. 290 („onacbtzaambeid, scbuld
of schelmerij van eigeno bedienden") brandverzekering, art.
637 zeeverzekering, art. 693 landtransportverzokering.
Arl. ()37 dcrogeort niot aan art. 27(). «Nalatigheid of verzuim
van den schipper« komt niet ten lasto van den verzekeraar als dc
schipper tevens de verzekerde is: Rh. Rotterdam 15 Nov. 1879,
CJ^.Uüt/j Vorg. Rh. Amsterdam 24 Dec. 1873 en
13 Jan. 1875, hev. Hof Nd. Holland 23 Dec. 1875, M. v. 11.1875,
hl. 297; Rh. Rotterdam 24 Nov. 1883, W. R. \\m, W hl. I(i0.
342
Verschil ^te dezen tusschen brand- en zeeverzekering.
Uitzonderingen: 1°. artt. 640 en 641. Schelmerij van den
schipper, baraterie (baraterie de patron, baratry) d. w. z. op-
zettelijk gepleegde, schade toebrengende handelingen. Niet-aan-
sprakelijkheid van den verzekeraar bij casco- en vrachtver-
zekering en verzekering van goederen eigendom der reederij^
Verzuimen door den schipper te kwader trouw gepleegd zijn
schelmerij, Arh. Amsterdam li Fehr. 1864, M. v. H. 1864, bl. 54. "
In den Code de comm. art. 353 omvat de term baraterie de
patron ook de niet-opzettelijke handelingen. — Lyon-C.\\en en
Renault, n°. 2140, dl. 2, bl. 357, nt. 1. — Verg. voorts A. de
CoüRCY, la baraterie de patron, in Q. de dr. mar., 2me série, bl.
1 v.; — Backer, bl. 84 v. — P. G. H. Dop, de lading eigendom
der reederij, Prft. 1887, bl. 28 v.
2°. Artt. 638 en 641 K. Reisverandering (art. 638 al. 3),
koersverandering (deviatie, art. 639) en verwisseling van het
schip, als daden van den schipper. Dezelfde regeling als bij
schelmerij.
Beteekenis van art. 638: Arb. Amsterdam 1 Febr. 1871, M. v.
II. 1871 bl. 54.
Zie voorts art. 689 K. over landtransportverzekering.
3". Windverlegging door den schipper, art. 642.
B. Niet-aansprakelijkheid van den verzekeraar voor de ge-
volgen van eigen gebrek van het verzekerde goed.
de Courcy, le vice propre de la chose, in Questions de dr.
marit., Ife série, bl. 319 vlg.
Art. 249: „schade of verlies uit eenig gebrek, eigen bederf,
of uit den aard en de natuur van do verzekerde zaak zelve
onmiddellijk voortspruitende". De gebeurtenis moet van buiten
af komen.
Beding van het tegendeel (Voorduin, dl. 9, bl. 145 v.); bij
brandverzekering niet noodig, zie Kist, t.a.p. bl. 58. Verg.
art. 290 i. f.
Toepassing bij zeeverzekering: 1°. go\'ederenverzekering.
a. Verzekering van vloeibare waren, zout en suiker.
bek- of smeltgoedercn cn bederfelijke waren, artt. 0\'i3 en
-ocr page 47-ilii
jC< -^fs. OTTO CJC 3CO vix^A^ ■éiLn^a/to^^\'rT. —ir^tÀ Vzt/rt ^^VeZj^Yon-k ■na^e^ ^ ^yf-ct^^fT^u^t^aOi/i.^
Ma
fHcra (fyj /o (T^ÙL ^OA. U/^a-oiuA,«^ tru^ UyCs-a/inu^-éâ. Ui J^-fy^Û^a^nu
tJUu^
L
m K., in M. v. h. 18G0, bl. 52 ]\\Ten?. — C. w. j. .T. Papk,
bijdrage tot de leer der zeeverzekering van vloeibare waren,
Prft. \'1868. — H. N. Mees, franchise bij goederenverzekering,
Prtt. 1881.
Bij nnine verzekerd, art. 643. — „Of dergelijke": Arb. Am-
sterdam \'20 .Jan. 1848, K. v. H. n". 26 (hieronder valt talk
niet), daarentegen Rb. Rotterdam 11 Nov. 1882, W. n». 4834
(margarine wèl).
„Lekkaadje": ziet dit op het vocht (bet wegvloeien daarvan)
of op het fust (den lekkenden toestand van het fust)?
Schade ontstaan door verkoop in een noodhaven, noodzakeUik
gemaakt door den slechten toestand der vaten, dus om het weg-
loopon der vloeistof te voorkomen, is schade ihor lekkaadje \\ev-
oorzaakt en komt als zoodanig niet ten laste van den verzekeraar:
Rb. Rotterdam 27 Mei , bev. Hof Zd. Holland 22 Febr. 1858,
W. n". 1955, vern. door H. R. 18 Mrt. 1859, W. n". 2051, K. v.
H. n°. 2<J (schade door lekknadjc is het verlies/door vermin-
dering van hoeveelheid/TTnmiddellijk en rechtstreeks ontstaan
door weglekking). Cf. 11. R. vonnis Rh. Rotterdam 18 Oct.l8()5, ^
vern. Hof Zd. Holl. O April 18()6. W. n». 2785, M. v. H. iSm
bl. 98, vern. 11. W. 7 Dec. 18C)6, VV. n". 2854.
«Lekkaadje» is «langzaam wegvloeien»; schade door verlies van
vloeistof als onmiddellijk gevolg van gebleken zeeëvenementon
komt ten laste van den verzekeraar, volgens art. 0:J7 K.: Rb. Am-
sterdam 7 Mei 1886, P. v. .1. 188() n». 43% bev. door Hof Am-
sterdam 15 Apr. 1887, W. n». 5i89, P. v. .1. 1887 n". 4;}% R. R.
en n. 188(5/7, D bl. 132.^Even7.oo schade door verbranding der
lek- of smeltgoederen, door lekkaadje en smelting ten gevolge
van brand, of door vervluchtiging tengevolge van zeoëvenemenl,
/Rb. Rotterdam 24 Mei 187(;, W. n°. \'M)!.
„Stooten, schipbreuk of stranden vnn het scbip", „lossing
on borlading van de verzekerde goederen in een noodhaven".
Zie over de beteekenis dezer woorden Rb. Amsterdam 20 Jan.
1859, K. v. H. n°. 63, bev. door Hof Nd. Holl. 8 Mrt. 1860, M.
V. H. 1860, bl. 81 (levens bosli.<Jsende dat de clausule in de
polis, dat assuradeuren op zich nemen alh forluinrn vnn dr zec,
bedacht of onbcdachl, (jcwoon of ongewoon, gerne uitgezonderd.,
geen renunciatie bevat aan art. ()\'\'i3), cass. verw. door H. R. 26
Apr. 18(jt, W, n". 2270, M. v. 11. bSOl 1)1. 175. — Rb. Rolter-
344
dam 2(3 Mrt. 1887, W. n°. 5M2 {verstuwen staat niet gelijk
met lossen en herladen).
Clausule: vrij van schade en lekkage onder 3%, mits door
zeeëvenementen veroorzaakt met renuntiatie aan art. 64S K.
Rb. Amsterdam 30 Dcc. 1881, R. R. 1882, R bl. 3, bev. Hof
Amsterdam 28 Apr. 1882, R. B. 1883, B bl. 26.
Niet bij name verzekerd, maar als behoorende tot onder een
algemeenen naam verzekerde goederen, art. 644 al. 2.
Art. 64-4 al. 2 te lezen: «Wanneer verzekering is gedaan onder
de algemeene benaming van goederen of koopman.scbappen, of in
welke zaken ook het belang van den verzekerde moge bestaan,
en het gevaar is geloopen op voorwerpen, die ter plaatse, alwaar
de verzekering is gedaan» enz.
h. Verzekering van lichtelijk aan bederf of vermin-
dering onderhevige goederen.
Amsterdam 1744, art. 34. — A. .1. .T. Salm, de verzekering
«vrij van beschadigdheid», Prft. 1872. — H. N. Mees, op. cit.—
R. Prien , die sogenannte Strandung.sklausel im Weltverkehr, 1891. i
Bij name verzekerd: vrijdom van den verzekeraar voor schade
onder 3\'\'/„, art. 645.
Beteekenis van <(franchiser>. — Onderscheid tusschen vrij van
en vrij onder zeker percent.
Verzekerd als behoorende tot onder een algemeenen naam
verzekerde goederen, art. 644 al. 1 en 2 (vrij onder 3\'\'/o,
vrij onder lO\'/^, en „vrij van bescbadigdheid behalve in ge-
val van schipbreuk, brand , stranding of aanvaring (collisie)").
Clausule: „vrij van heschadigdheid" (niet synoniem met „vrij
^t- van schade" of „avarij"), art. 646. Beschadigdheid is verniin-
- ^c*" jiß\' dering in hoedanigheid, en vermindering in hoeveelheid die
W\' ^^^ gGvolg is van vermindering in hoedanigheid.
li" t de assecuratione in salvam navigationem quae dici-
tur(Ned.), bl._20v.
^ \' Clausule: ynj\' van heschadigdhoid, ten ware de goederoi, door
Jf^^\' \' i^^lP\'" of/t^ schipbreuk, meerder dan 50% schade of heschadigdheid hadden.
^fU^\' iß--^ Beteekenis van «schipbreuk»: Rb. Rotterdam 23 .luni 1841, vern.
W f^. ^^ \' door Hof Zd. Holl. 2 Febr. 1842, K. v. II. n». 19, R. R. 1842
l^iP bl. 145 v. Zie ook Arb. Amsterdam 24 Nov. 1853, K. v. II. n\'\'.24.
MOLBiGRAAfF-IKSïilüUÏ VOOR PRlVAAîR^Ci^
t ■
F "
i. -
«
-i
-ocr page 49-^ [/li^ vMv tuLo^aCe.. J mnnyh gp ^/n^tJittCjL A\'cr» ^^^ V?»^.
r
«Free from average iinless general, or the ship he st^\'anded,
sunk or hurnty>: Rb. Amsterdam \'19 Apr. 1872, W. n°. 3455,
bev. door Hof Nd. Holland 7 Jan. 187^,{W. n". , cass. verw. JX^ .t^.
H. R. 21 Apr. 1876, W. n°. 3989. — «Fry van heschadigdheid
volgens Engelsche conditiëny>: Rb. Rotterdam 20 Dec. 1875, W.
n". 3943, en 15 Nov. 1876, W. n°. 4049;LHof Nd. Holland, 15
^ Oct. 1874, R. R. 1875 R bl. 68, M. v. H. 1874 bl. 23^; Rb. yr^.^/^e^
^ Rotterdam 5 Jan. 1889, M. v. H. 1890, bl. 19 (begrip van stranding). J^
Met heschadigdheid, vrij onder 5% Engelsche conditie: Rb.
Amsterdam 26 Apr. 1877, W. n°. 4136.
Zie over andere clausules: Mees, Prft., bl. 144v.
Do Amsterdamsche en Rotterdamsche beursconditiën heb-
ben de artt. 643, voor zooveel zout en suiker betreft, 645 en
646 afgeschaft. Zij behandelen voorts breekschade op den voet
van art. 643.
Slechte verpakking is een eigen gebrek van het goed. Verg.
Hof Nd. Holl. 8 Mrt. 1860 s. c. (6t. 3^5/.
2°. Casco verzekering.
Eigen gebrek — onzeewaardigheid.
C. M. J. willeumier, eigen gebrek van schepen in verbantl
met de zeeverzekering, Prft. 1807.
Onzeewaardigheid bestaat als het schip de reis begint, of
gedurende de reis door den verzekerde buiten noodzaak en
met weten gelaten wordt, in zoodanigen toestand dat het
ongeschikt is om de reis te ondernemen of voort te zetten. —
Ahsohde en relatieve onzeewaardigbeid (ongeschiktheid voor
eeno bepaalde reis).
Lowndes 106: There is no warranty that Ihc shi|) shall con-
tinue seaworthy nor even that the master shall do his best to
keep her so, or lo restore bcr to that condition, in case be shall
have the opportunity.
Certificaten van onderzoek en bewijzen van zeewaardigheid.
Kracht dier certificaten.
Bewijs door don verzekerde te leveren. Verscbillendo mee-
ningen : a. Do verzekerde heeft alleen to bewijzen schade op de
zeereis geleden. Praesumptio juris van zeewaardigheid (dus van
zeeëvenementen als oorzaak der schade), althans bij overleg-
ging van een bewijs van onderzoek vóór het vertrok.
f.\'^r\'\'
346
de Pinto, Handl., 2dc ged., § 284. — In dien geost Rb. Rot-
terdam 25 Mei 1859, K. v. H. n«.?!, M. v. H. 1859 bl.65, W.
n». 2092; Arb. Groningen 8 Apr. 1805, M. v. H. 1865, bl. 237;
anders Rb. Rotterdam 9 Oct. 1861, M. v. H. 1862, bl. 1. —Fran-
sche schrijvers en jurisprudentie: Lyon-Caen en Renault, n".
2145 bis: «Lorsque le certificat de visite est représenté, le navire
est réputé être parti en bon état jusqu\'à preuve du contraire.
L\'absence de certificat de visite fait au contraire présumer le
vice propre». Verg. art. 225 C. de comm. met art. 347 W. v. K. —
Engelsch recht: Lowndes 109: «Every ship is to be presumed
seaworthy until the contrary be proved», waarmede echter te
verg. § 123.
b. Hij moet in elk geval bewijzen, dat de sehade(bijv. het
lek) veroorzaakt is door een van buiten komend onheil (zee-
ë venera ent),
Hof Nd. Holland 3 Mrt. 1859, K. v. H. n". 55, cass. verw. H. R.
2 Dec. 1859, M. v. H. 1859 bl. 3 en 274, W. no». 2099 en 2127;
Hof Zd. Holl. 23 Jan. 1860, vern/Rb. Rotterdam 25 Mei 1859 s.
c., cass. verw. H. R. 9 Nov. 1800, M. v. H. 1860 bl. 40 en 322,
W. nos. 2140 en 2222; Hof Nd. Holl. 20 Mrt. 1862, W. n". 2388;
cLC,.!
althans van buiten komende onheilen (zeeëvenementen), die
de ondervonden schade aan een zeewaardig schip kunnen
veroorzaakt hebben, deze redelijkerwijze verklaren.
fta^-\'- \'sJacob, verhaal van eenige zeeverzekeringsgeschillen, in Het
Regt in Nederland, dl. 4, bl. 3i)2 v. — Hof Nd. Holland 23 Juni
1864, M. V. H. 1864, bl. 198, eindarrest 20 Apr. 1865, M. v. H.
1865, bl. 125; 27 Juni 1867 , M.v. H. 1867, bl. 2.57; 31 Mrt. 1870
en 12 Oct. 1871, M.v. II. 1870, bl. ^ en 1871, bl. 185 (de ver-
/ zekerde moet omtrent do schade — niet uit eigen gebrek maar
t^è^fyrr^ fl^. if^^Z uit zee-fortuinen — die verantwoording opleveren , waartoe hij
, / ^ y i\'cf\'elijkerwijze in staat is); 8 Febr. 1872, M. v. H. 1872, hl.29;
-At) . 24 Oct. 1872, M. v. 11. 1873, bl. 10; Hof Zd. Holland 27 Dec.
1875, R. R. 1878 R bl. 83; Rb. Rotterdam 10 Jan. 1877, t.z.p.
bl. 86; [Ilb. Amsterdam 26 Febr. 1892, W. n°. 6186 (machinebreuk), ^^tAr.
Zie verder Kuyper v. Harpen, nos. 7^ 8, 22 en 51; —
Léon-Levy, op art. 249 en art. 637, nos. 2, 3, O, 8, 10, 14, 2;},
24, 29 en 37. — Rb. Rotterdam 19 Oct! 1889, W. n°. 5790; —
Hof den Haag 29 Dec. 1890, .P.v.J. 1891 n". 8, \\V. n». 51KK). —
^^ M. v. H. 1860, Meng. bl. 20.
li
«
(nt^.\'.i.
ffLu ■teJvta^CâJtyoycxJx. ^Lroy.\'y
M-i.ZlÇ C-cL.c . : ^
oLJ-tCr^ 4
Cy^^J^
/. / _ , . .
rWMa^ AU-
t , f-^. -H" J^.yr.U,, oPjif (IT/
.ej^ \'trmycu\'^y\'iou^ J. \' V
-ocr page 51-2.C V. ix^a^i^QJL/KZZ^C^r^ß-yy^ (ryo cU, <xnytà~. , 4
zrzp -K fC^ i^i/
H liAuM-VuuL^ " ü^JuAi^ ^^ e&^iv^ ^ ^ovula, öio -icLtuJUyv^ , i
IrvJ^eUiA, «Cu nrthi^^unH^OjO^ / vU |
tyyt-
\' /
!v*05fHGRAAFF-!!^STiIUUr VOOR PRiV/A^"\'\'
347
Moet de ouderdom van het schip in aanmerking worden
genomen bij de appreciatie der zeeëvenementen ? Ouderdom
is geen eigen gebrek. i/i c^^, u/"- i^jr^.
M. v. h. 1863, Meng. bl. 90 v. — willeumier, Prft., bl. lOiv.—
DE Courcy, Ie vice propre etc., t. a. p., bl. 320 v.
Invloed van onzeewaardigheid op de overeenkomst. — En-
gelsch recht: implied warranty of seairorthiness.
De goederen-assuradeur kan zich beroepen op onzeewaar-
digheid van het schip, als de inlader tevens reeder is: Rb.
Amsterdam 17 Dec. 1886v. J. 1887 n". 23*, R. B. en /W,
B. 1886/87 B bl. 125; P. G. H. Dop , de lading eigendom /
der reederij, Prft. 1887, bl. 38 v.— anders de assuradeur ^^
van zet-schippers-inventaris, volgens Hof den Haag 10 Mrt. ^
1890, W. n». 5864, bev. Rb. Rotterdam 23 Mrt. 1889, W. ^ ^r/vr
n". 5734.
Clausule: vrij van reeds gemaakte schade en avarij.
Strekking en invloed op den bewijslast: Arb. Amsterdam 15 Sept.
1854, llof Nd. Holland 3 Dec. 1857, K. v. 11. n». 68.
Classificatie der schepen. — Lloyd\'s Register of Shipphig,
bureau Veritas, Nederl. Vereeniging van Assuradeuren, Ger-
manischer Lloyd, Record of American and Foreign Shipping, enz.
§ 71. HET SLUITEN DER OVEREENKOMST. DE
POLIS EN DE PARTIJEN.
Do polis. — Art. 255: „Do verzekering moet schriftelijk wor-
den aangegaan bij eeno akte, welko den naam van polis
draagt."
Vroeger werd het gebruik van bepaalde polis-formulieren voor-
geschreven. Zin de Plakkaten van 1563 en 1571; Amsterdam 2J)
.lan. 1(>88, 17M, 31 Jan. 1775; Rotterdam 1721. Ook nog Ontw.
Wefb. V. Kph. 180!), art. 641.
C. J. Schokker, eenige opmerkingen over dc verzekering tegen
de gevaren der zee, Prft., Afd. 2: de polis van zee-assurantie.
Retcckenis van dit voorschrift, art. 257. — Do polis de
oorkonde, dio van dc reeds gesloten overeenkomst wordt op-
gemaakt. Ord. Amsterdam 31 .Jan. 1775; Voorduin, dl. 9,
bl. 191|
Dag waarop de verzekering is gesloten, art. 256 1°. — Ver-
melding daarvan van belang, zie artt. 266, 269, 270, 277,
278, 597, 598.
Verplichting tot uitlevering van de polis: van den verze-
keraarartt. 257 al. 2 en 259 (Diephuis, dl. 3, bl. 36), van
den makelaar\', art. 260. — Sanctie, art. 261.
Bewijsmiddelen, zoolang de polis niet is uitgeleverd, art. 258. ^
a. Het sluiten der overeenkomst: „Begin van schriftelijk be-
wijs«, artt. 258 al. 1 IC., 1939 B. W. en 681 nM K.
Onjuist Rb. Rotterdam 16 Oct. 1876, W. n». 4039: de beslis-
sende eed is uitgesloten. — Zie voorts Lkon-Levy op art. 258, n". 1.
l. Bijzondere bedingen en voorwaarden (de details der over-
eenkomst), art. 258 al. 2. „Vereischten, welker uitdrukkelijke
vermelding bij de polis op straffe van nietigheid gevorderd
wordt«; zie artt. 272 al. 2, 280 al. 2, ^03 al. 2, 606 al. 1,
608, 615 al. 1.
De Sluitnota (handpolis), üip of covering-note. Art. 681
n". 1 K.
"ƒ \' polis wordt opgemaakt door (den makelaar, den com-
irv*--^\'^ missionnair of) den verzekeraar, verg. art. 259. — De aan-
lii^^ t-nt. trnryoL-nrinrr • vrnnolnafm\'i "—___a ^ —
vrago tot verzekering; vraaglysteiï: ,
^ /\' yan niet-vermelding of onjuisto vermelding in do
^^^cv^polis in verband met artt. 256, 287, 592 en 686. — Nietig-
beid of beperking van bewijs? Bekentenis en eed. — Verg.
Kist, t.a.p., bl. 25, en de 5 advocaten op art. 256. — Lyon-
l Caen en Renault, n». 2272.— Arb. 14 Nov. 1865 bev. Hof
Nd. Holland 28 Juni 1866, M. v. H. 1866, bl. 143 (getui-
cl-\'
u
genbewijs uitgesloten).
Critiek van de bepalingen omtrent den inhoud der polis.
Loi belge van 11 .luni 1874, art. 27: La police d\'assurance
h\' , énonce: 1®. la date du jour où l\'assurance est contractée; 2". lo
y\'*^personne qui fait assurer pour son compte ou pour le
compte d\'autrui; 3°. les risques que l\'assureur prend sur lui et
les temps auxquels les ri,«ques doivent commencer et finir,
^ J-jf
urtnclM-. «^tv-wu/l rf\'- t^
[vldJiM. J(W IJ-UM^ dl^ üt^^v^ /j^i- lA^lJ^^^]
J 3 ^ V. UPIS/ZL, T, iqt^ ^Txu^v.
r
■>->-1-CK ik-iJ^ ù
I_ ^ Se. Ar.
t. U
-iLi-a_—
ƒ - vr^^iU^^ (y ny-/ -, ■ •
t\'-f\'-
tA-^At-i-.- .^-f
f^^^y^ ee.aO\'cUu^^, /-a»., rt-t/. \'257
/
-ocr page 53--/f Ô50
Jc^Ajvi). d. ^ Sri. \'ha^
li tl. vL .
1r-o-i/y u^-e^ tUjL.
l/^ l/^COÄt^\'^AA-«.^\'-—^ VV-vy UJXXL, (^JLA. ÛLJK.-^ a^-u^t- j/
-ocr page 54-1-
lA-r^iT-^P^ -- -
1 V - ■ n « n \'I * ■ v-erutO^^ .
-ocr page 55-OW
Oi, KrcPIfi-
â
cJU OJlL\'jej U.vX-
•O-
\' ^ecnJ-i-^V-
1, - M-O!^
Je^ JT jcv/f ,
Ä
ƒ l^U ^aic^^ unrLyâl- Cc-a-tA^
De partijen. — Verzekering door middel van tussehenper-
sonen: makelaars, jeommissionnairs^ assurantiebezorgers en
agenten.
Zu.
R. L. Scholten , de makelaar in zee-assurantiën, Prft. 1879. —
J. vijn, de commissionnair in assurantiën, Prft. 1888. — Mag.
v. H., \'1865, Meng. bl. 73 v. (over art. 683 K.).
Verg. over makelaars in zee-assurantie, hunne rechten en
plichten, artt. 681—685.
Verzekering voor rekening van een derde, artt. 264 v.
P. H. Fromuerg Jr., de lasthebber-verzekeraar, Prft. 1882. /. , T
Vermelding in de polis gevorderd, artt. 265 en 267. — Ge- ^to ^.^ia.
volgen der niet-vermelding, in verband met art. 266. ^^ ^^ ^^ ^^
.Zie over art. 267 Hof Zd. Holland 29 Mrt. 1854, K. v. H. n°. 5. ^ \' \'
Opgaaf van den naam des dorden niet noodig. Vookduin,
dl. 9, bl. 215, en art. 256 n". 2. Zie echter art. 662 al. 2. ^^ ^
Verzekering op eigen naam met uitsluitend voordeel voor an- tA^ fwir r^^.
deren (eene verzekering op heb. v., interest uit bel casco en toe-
f^ ^ . bebooren, door een schuldeischer in eigen naam gesloten op order •
^ van den kapitein-eigenaar) is geoorloofd; de verzekeringnemer ^ ^^^
kan alsdan in privé invorderen: Rb. Amsterdam 4 Mrt. 1881,
4698. Uqj^. e^,
\'e beurspolissen voor goederen verzekering renuntieeren sian , , ^^^^
artt. 267 en 6()2 al. 2. v//.^ . ^J-uWly— ^fté-Y. W^^-f ^\'^^^/t^/u/.
Recht tot zelfovorneming der gegeven order, art. 262; zie ^^ V
hierboven bl. 66. 6C \'
Verzekering voor rokenin g van wien het aangaat
{fi\\r licchnwig wen es angeht; pouv comple de qui il upparlien-
dra; per conto di chi spetta).
oe—,
Ati ^ •auf\' (fa. A—
j:
Clausule: (kWij ondevtjeschvevenen verzekeren aan.. U----of die ^^ ^la-ff*^"^*-*^
het anders geheel of ten deele zou inoge/i aangaan». \' \' ^
Holtius op art. 264, dl. 3 bl. 33. — Kist, bl. 67 v. — Lew, /r\'
ADHwl)., op artt. 785 v. — C. Levillain , les polices «p. c. d. q. iT n\'T^f
app.», in Dalloz, Roe. pér. 1889, 11, p. 177. z,ü-et^tJ.^ r^f ^ f
Voor de geschiedenis: Hecht, Geschichte dor Inhaberpapicro : i
in den Niederlanden, 1869, hl. 34 v. 113 v., 158 v. fjUxcM^\'**^^\'^\'
Beteekenis dezer clausule: verzekering ten behoeve van
dengene die hot interest heeft, voor oigen rekening of (en)
350
e^^A-A^ cjLc^ t^
r . / v^
f I voor rekening van een derde. Zij ontheft van de verplichting
van art. 265^\' Verg. Rb. den Bosch s. d., W. n°. 319. —
\' 10 April 1848 en Rb. Rotterdam
\' ^^ 1851, hieronder aangehaald.
Miskenning der clausule door Arb. Amsterdam 23 Jan. 1850,
K. v.\'H. n". 36 (art. 265 is op deze verzekering toepasselijk; bij
niet-inachtneming daarvan moet de verzekeringnemer geacht
worden de verzekering voor zich zeiven te hebben gesloten). — Zie
Aj^
ook Rb. Amsterdam 8 Jan. 1892, W. no. 6187.-^
Is deze verzekering eene verzekering door een vertegenwoor-
diger (commissionnair, ^lasthebber) of eene overeenkomst ten
behoeve van een derde ? ^ Q^enJ^o^, ^-^.juui.^ Äw
l^cA/J- \' ^Ccji Lewis, op. cit., bl. 129 v. — Tartufari, della rappresentanza <2/w
conclusione dei contratli, in Archivio Giuridico, dl. 46, bl. Curew:\'^!^\'^^
^ ^^^ ~~ E\'iriENBERG, die Versicherung für fremde Rechnung,
^ \' in Jahrb. f d. Dogmatik, dl. 30, bl. 422 v. t^^rr If /U\'
■(yf^ Is degene, die de verzekering heeft gesloten voor rekening\'
/fj^\'t-^ een-Äöd^, bevoegd tot het doen van alles wat deverze-
kerde kan doen, bijv. tot abandonnement en invordering van
de schadevergoeding? Wordt hij door het houden der polis
\'^daartoe gelegitimeerd? Artt. 1830 en 1833 al. 2 B. W.
HSl Arb. Amsterdam 10 Apr. 1848, K. v. 11. n°. 64 (hij, die voor
rekening van wien het aangaat de verzekering heeft gesloten,
^^ kil» rechte optreden ter invordering van de schadevergoeding);
^J^, evenzoo Rb. Roltenlam 11 Juni 1851, W. n». 1242, bev. op dit
punt door Hof Zd. Holland 4 Mei 1853, W. n°. 143(), K. v. 11.
" ^ rekening van wien het aangaat, met bijvoeging, dat
^ ^^^ lastgeving geschied(ie)^Anders Arb. Amsterdam 7 Oct.
(t-^ {j^ 1858, K. v. 11. n". 61 (hij die de verzekering heeft gesloten voor
(jif^lJ^ J^^^ rekening van wien bet aangaat, met verklaring te bandelen met^\'—
lastgeving, is niet bevoegd op eigen naam de vordering tot scha-
ti.rf- «\'«vergoeding iii te stellen); Rb. Rotterdam II Apr. 1877, R. H.
\\ 3 1877, B bl. 223. — Dieimiuis, t. a. p. bl. 72.—From hero, t.a. p.,
> \' /m^\' bl. 1() v., 56 v. — Verg. ook de clausules hierboven bl. 332 v. f
//?• ADHgb. artt. 891 en 892. \'
Het interest van den derde (den lastgever) moet in elk ge-
val bewezen worden.
Ut
y-
y
/vi
-f
. , ^ . i -VV\' LfLi C .
cU.—
7
ixniy*^
4 tflM^"^_^ t.i.\'^e^.^oï., (U. j^/it-.\'^ r*;^\'*/
O 1
l^fskx^*^ tA-vO/e»— AJ\'i^ -tö—P ^Ifct.^ -Uv-«-cl Vr» —
.ft.-iW. f^tu.. C^ ^^t fiCff^rv. l\'y» lU_ ____ih.-tn\'SÖJLn^---^ ykjU^^lj^^------
/
/L , u
H
0-
-ocr page 57-: Ut-
^^ay^e^ùa-t^ t^P^Jthi^y.^ ^Lto-o^
ƒ c/^rt/^
^ i^. r ■ , ^ I ƒ < --go-, , ^ O .■
^^ \' ^ ^ II ,- I r ,- \'„^ nr .- ^ - - --
^ ^.
U^-rA.
y
e^Mu^ , a/
-ocr page 58-fi<y(X-t— anS-a-^ cf^
U ScUe^^ C-- ■/c r \'i \'_<\'•trk.li —_éif^\'t..
fA^/ttjCoC-
OiOv^. üPJL\'L^ -àCér.^, aU./j^ {M\'J.S-, ^ ZT,
OJJ.. /S-y C4p^O, .
» UPJi^ b / IrtL^n, 2.5% ^Cin^c. /f Ûiuht/.
.^MJL^\'. CU. ortcw i^izxy^w^^ Ai. Ajl. o^^^Â^yî-û^i-xAii, c-U«^ \\rf
. CiU^ATtA. ^ eJJL,^ ^ l^ClL, ^
> i{>ti iXjJUMÇ, caU, iLi fc. Ut^a^tJ^^ i»^ ^^ ^ Jlw
l/tAuOCt^ f nro-fT- ciji^ f\'UULJ\' ci^ Jl/^. CJ>6yJ ^ A^^UC-
r^ L /
^ . ... V " ___ ^ ^ 4 Lu. u .È. . ^À
\' -----
oixk.1. ivTv?!^
c,
^ »XUi— oM,
Ow
r
\'VUO-«\'^\'^ A^«.\'^. ^
/»^/«t^^/t^ r^^U^C
/o
a-.- »V^ ^i^ry^f^-O^
-7\'
fi^\'Uc^f^ tA^ iL^V.Jl^cl vf^vt^^ UluJi: ffi^Z /âCn.C<ry^ CÜZ
Polissen aan order of toonder. Verg. hierboven §§36
en 44.
Men onderscheide: a. aanduiding des verzekerden met de t^f^.
order-clausule of als toonder. Art. 896 j" artt. 301, 303 en
305 ADHgb.
a»tw.-^t809—aftr-48^: De polissen drukken uit: 1°. de bena-
ming van dengen(j(f\'die de assurantie laat doen, en mogen niet
aan toonder gesteld worden, enz. — Evcnzoo Dk. 27\'tit—9-,-artr
Voorduin, dl. 9, bl. 190 nos. V en IX, 195 n». XI. — ïyde- ^.i
man ^ 109; Holtius, dl. 3, bl. 25; Schokker, bl. 71 v. en Kist, ƒ
bl. 68: verzekeringen blootelijk aan toonder nietig; anders Diep- ^
huis, dl. 3, bl. 42; Cosman, de verbindtenis jegens toonder, Prft.
1863, bl. 208v. — Kist, bl. 69 acht eene verzekering ten name
van een bepaald persoon ten behoeve van den toonder of ten
eigen behoeve en van den toonder geldig; art. 25(5 al. 2 j" art. 265. —
Verg. ook Lyon-Caen en Renault, nos. 2126, 2-252.
h. Polissen met betalingsclausule aan order of toonder.
Hecht, t. a. p. — Zie verder hierboven §§ 36 en 44. — Gold-
scHMiDT, System, 3« dr., bl. 238. — Gareis, Handelsrecht, 3edr.,
bl. 531.— r^\'- ^^^^Al^cO^ «T-,
Polis v. d. Ordonnantie \\an Philips H vau 1563: «de voorz.
asseureiu-s verobligeren henluijden den voorsz. geasseureerden, of
doi hrcmjer van dcse tegenwoordige, te betalen al \'t gene dat
een yegelijk van hun onderteekent zal hebben» enz.
Ord. van Rotterdam 1721. Formulier van Policen van Asseu-
rantie voor Rantpoen tot lossinge uyt slavernye: «. . . . wij be-
loven elke onse volle geteykcnde .sonmie . . . promptelyk zonder
eenige kortinge aan den Geasseuroerde of Toonder dezes to be-
talen», enz.
Dubbele functie der clausulo voor rekening van wien het
aangaat en van de verzekering ten bcboovo van order of toon-
der; zij geven don verzekerde de bevoegdheid zijne rechten
ovor te dragen, l\'^t^ck^^irx,, cU.n, int tiCj. \'
Zie voor de clausule: of die het anders geheel of ten deele zou \' , „/
Holl. 29 .luni 1871, W. n». ^4, M.v. II. 1871 bl. 114;\'\'— -
Hl, Uotterdam 28 .luni 1875, W. n». 3875,\'^vern. Hof den Haag
R bl. 22.^^ /r. .yr
\'fit. /ïrf^i-i\'U\'f-^ A. ^J-\'KI.,Cr^y\'^M ./»-
^ AmA. A/y^o\'^ 3 »-V. f »«n/iui ff \'t^f\'rdnj r^ ^.
(•->v ar^\'i^a.*^^ < tt,. , j^t- i\'4.
-ocr page 59-352
Overgang van de verzekering bij verkoop of eigendoms- , ^
^ overgang van het verzekerde voorwerp, art. 263 K. Het recht ^ V
uit de polis volgt het interest. Zie hierboven bl. 120.
^ ^^ Voorduin, dl. 9, bl. 207 vlg. — P. Burgers, de overgang der
^Jjiit)-^\'^^^ op den kooper of nieuwen eigenaar, Prft. 1881.
^^ Rechtskarakter van den overgang: Holtius, dl. 3, bl.
ADHwb.
^ Rb. Leeuwarden 27 Oct. 1863, M. v. 11. 1865, bl.89, de vroe-
/ gci\'e eigenaar blijft verplicht de premie te betalen. Evenzoo Kist,
V^^. t. a. p., bl. 31. — Anders Lewis, bl. 287, naar aanleiding van
cy^^^^\'^ ^ie over art. 203 al. 2: Hof den Haag 29 Dec. 1890, W. n». 5996.^
ih\'-\'^U^\' ^ bevaar.
Het gevaar (risico): de nadeelige kans, die de verzekeraar
voor zijne rekening neemt, wordt bepaald door:
r. (Den aard van) de onzekere gebeurtenis die do schado
moet hebben toegebracht; door het gevaar (in engeren zin)
K, tA^^^^»^ waartegen verzekerd wordt.
/ Men onderscheide: verzekering tegen bepaalde gevaren
^ (brand-, hagelverzekering), en verzekering tegeii/t44^ gevaren
^-^schade toebrengende gebeurtenissen) die eene ficbamelijke
\\ zaak kunnen treffen (zeeverzekering,^ transportverzekering,
247. Verg. Arb. Amsterdam 1 Sept. 1809,
\'j^Lci., ^^^ V. H. 18G9, bl. 159.\'\' _ ^
De overeenkomst beslist, art. 250 5°. Bij stilzwijgen
\' ^ van partijen geldon voor brandverzekering artt. 290—292, ^ ^"ïj^
d)*^ Bhouweu Anciier, Prft. Hfdk. 5.
tli^^^ • Brand door zei/o)t<6m/i(/iHy komt voor rekening van den brand-
^^^ verzekeraar; verg. Kist, bl. 91 v.
beurs-hrandpolissen derogeeren aan art. 2ü2, voor zooverre
geen brand is ontslaan, iouii] üiiUsetnscliatlc oï scIukIo door ijas-
o)ilploJJin(j.
voor zeeverzekering art. G37,
Veng. over liel begrip van s</vt>u/t/if/F. A. Molstkh . op/elielijke
stranding in hel avarij-grosrecht, Prfl., bl. 1 v. )
m
wifaiMI
^ tZ^
laSj^^ jL^\'ij\'l ________________
êfl^aui^ : y^cr^ .JL^ U-.^\'C ^.r^ ^C^
tf^j/ï, «--Ä-
j
-etw
"â.......
>
jxt—
itCit^ J
.«rtyt-fl-vl- -Ta.-»,, — l/t»,— tCCK. ^I^T*.«/L»tA^n^rt. ^"\'if^*-\'/
-ocr page 60->1 VuuR Pki»A 1
r.&si
i^J^Ul^ e A.
A
e.
tel. ôe/>XJC, ^l\'Çcrxî^c.i\'^, étk
^^^ U^ix-.—
Se., f e^./j.^
jiCcf H I ti-m ■ I I\' *!• " / ^^^-t-l\'H^L l^i\' ƒ ^^
/ \'
y
\'U.CU. (UL^ , Syt^\'A-^j^*-^
CittMn^ UJ^ o^ dVÜ^JOjüLfA .
-ocr page 62-.L
vV 14.1 > H.
U M
e^ (jd^ • yf. ve^tA^-^i-—^ V
-J
/fy ^ ^ Ûri^ y«^ I\'MnliMj^ ^ e^jJ-t-KTU^ tU. ùU^ Cjct
M
iu^^A»» tîv tf,^«^ O^JAwt.—^ , \'UA.i U
-ocr page 63- -ocr page 64-h^&^-STELLINGEN
TER VERKRIJGING VAN DEN GRAAD
VAN \'
aan de Rijks-Universiteit te Utrecht
OP GEZAG VAN DEN RECTOR MAGNIFICUS
DR. JAN DE vries
Iloogleeraar in de Faculteit der Wis- cn Nntnurkunde
. VOLGENS BESLUIT VAN DEN SENAAT DER UNIVERSITEIT
TEGEN DE BEDENKINGEN VAN
DE FACULTEIT DER RECHTSGELEERDHEID
TE VERDEDIGEN
op Dinsdag 27 April 1909 des namiddags le 4 uur
door
CORNELIS MARIUS VAN VOORST VADER
geboren te Harderwijk
Seiiatus Veteranorum Typographus et Librorum Editor
Utrecht — 1909
îlcl-^
i ____. < i. ! ._A .... . ..
\' M tu"9 -
tJj^, Ub Tti^. , A/»^ y./ ; c^.yty A:. ^ % c^oJUr^
^ .
c^/MWC/iaKC^.^ Touy^. üMdf, Ujt^ .r/. 16-UMtji
-CtjLjL-
-ocr page 66-7 ■
5
o^Ly
>1
oC. ÊJZ-^
\\
L
4
-f. <1 A
T
S v. r .r
ùUlJhuu^
X-o-Lt. a.
"^Clc
C2KD
y cÂt^ ó^Jx^jnn^et
1 ûiSc^. X.
t-l/v^
aji-^^ji-
— l^K-C«-
\'U.
7
A-oca- . ___
\'T/^iX-
th (if JL^
IAA^XA^ .W a r f-a^C- CI-LIL, Ï/\'é.\'L/UL-^GX\'"«J«-«« .
- a___ l»^
-fr-
ytl^ 2. Tl tA rJL
* ciiH\'^, f^ L. «-V
-ocr page 68-^ ^ (UTU-^Ul ci ei»- «-» AJi-^ ^»î\'îxt^^^ôwÂ- tUuun/fcA,^
«Ai-
ü-oJLyté/O-Wi ■ t^ ótOlAtJxjL^ -^-JiJ- , .Ka. iLat-^
iCiAlikjo «ï^»-»^ ^^tA/v^t^^ê-«— -Ujvt^ o^T-jOiAj^Mx.^ y ÄiA cÀjtM c^ta^J^AA.
aik-Xfl« I <{ fi^.n,. ovX^TJLa^
TER VERKRIJGING VAN DEN GRAAD
VAN
aan de Rijks-Universiteit te Utrecht
OP GEZAG VAN DEN RECTOR-MAGNIFICUS
DR. jan DE VRIES
Hoogleeraar in de Faculteit der Wis- en Natuurkunde
VOLGENS BESLUIT VAN DEN SENAAT DER UNIVERSITEIT
TEGEN DE HEDENKINGEN VAN
DE FACULTEIT DER RECHTSGELEERDHEID
TE VERDEDIGEN
op Donderdag 19 November 1908 des namiddags te 4 uur
DOOR
Mr. JAN AREND GODERT DE VOS VAN STEENWIJK
geboren te Zutphen.
P. DEN BOER
senatus veteranorum typographus et librorum editor
Utrecht — 1908
TER VERKRIJGING VAN DEN GRAAD
VAN
aan de Rijks-Universiteit te Utrecht
OP GEZAG VAN DEN RECTOR-MAGNIFICUS
Hoogleeraar in de Faculteit der Wis- en Natuurkunde
volgens besluit van den senaat der universiteit
TEGEN DE HEDENKINGEN VAN
DE FACULTEIT DER RECHTSGELEERDHEID
te verdedigen
op Donderdag 19 November 1908 des namiddags te 4 uur
DOOR
Mr. JAN AREND GODERT DE VOS VAN STEENWIJK
geboren te Zutphen.
senatus veteranorum typographus et librorum editor
Utrecht — 1908
l ^
^ -------7
7-
^^^
UycL
Y ^t^ , r, ù/. \'Ti.
tó . // ^ .
( : 71k. ^ âi.c. /v»^ L Se. yr ^ ^^ ^^
/t.«/. tó. 1 ôt.iflyëir^ j^di. UffUj^
Ui fit. tbj, ,
fivo^^r^^ . ^^ li^JLo-^ tsyé^. üfly{, -M^.lr. Us, u, êi-. .
efC^ o^nyi- e/t- -t^s^-Äo-»^ nrv-ry-
353
Zinken is bij casco-verzekering geen zeeëveneinent, de oorzaak
van het zinken moet worden bewezerl^ anders bij goedei\'^-veti
zekering. Rb. Middelburg 17 Dec. 1890, W. n». 5977den
Haag 29 Dec. 1890 en 14 Dec. 1891, W. no3. 5996 en 6133. Zie
voorts hierboven bl. 345 v. L
Verkoop van het ten onrechte afgekeurde schip door den schip-
per komt niet voor rekening van den verzekeraar en valt niet
onder schade door verzuim des schippers: Hof Nd. Holland 30 Juni
1873, cass. verw. H. R. 19 Juni 1874,/m. v. H. 1873, bl. 119
0, en 1874, bl. 187; Rb. Rotterdam 8 ^Irt. 1875, R.-B. 1875,-B-
Executie van het schip wegens niet-betaling van reparatiekosten
of van bodemerij uit noodzaak is geen zee-evenement voor risico
van verzekeraars op het casco of op avarij-penningen: Arb. Am-
sterdam 26 Febr. 1872, M. v. H. 1872, bl. 71; 7 Apr. 1870, bev.
door Hof Nd. Holland 12 Dec. 1872, M. v. H. t. z. p., bl. 245.
Volgens beursconditiën komt schade door explosie voor reke-
ning van verzekeraars op casco of op lading.
voor binnen-transportverzekering art. 687 j®. art. 637 en
M.M^. art. 693,
^ jdrr. U^P voor verzekering van bodemerij penningen i. h. b. artt. 659
Uiy.lb. en 600, waarover men verg. Holtius, dl. 3 bl. 191 v. en
Backer, Prft. bl. 106 v.
^ De verzekeraar op bodemerij waarborgt alleen dat de bodemerij-
Veêv^ gever uit zeefortuin geen schade zal leiden, niet ook dat hij bij
7) verkoop batig zal worden gerangschikt, Rb. Amsterdam 21 Dec.
1876, W. n». 4068.
\'J
Een uitdrukkelijk beding is noodig voor de gevaren ver-
meld in artt. 249, 638 al. 1, 640 al. 1, 641, 642.
Clausule vrij van molest, artt. 647—649, waarmede to verg.
art. 658. Molest: iedere gewelddaad van vreemden, hetzij ro-
geering (ook eigen regeering), hetzij zeeroovors. Onderscheid
tusschen art. 647 (verval der verzekering door molest) en 648
(aansprakelijkheid voor zeegevaar ook ni\\ molest).
J. G. ScuüLViNCK, invloed van oorlog en oorlogsmolest op do
overeenkomsten van bevrachting en zeeassurantie, Prft. 1886, bl.
103 v.; — W. v. Hulst, het bevrachtings- en assurantiecontract
in oorlogstijd, Prft. 1887, bl. 54 v.
t, -
(
/
/
Of^O it*-, rf^ 6ti./. /fer/A^Ä^- 5/5 ur^
\'24
-ocr page 72-z eer/
^iJtr-tyy
854^ ^
lyt^j-t^i- /Ht-
/ iflii- ^^—^^^\' ^^ Amsterdamsche en Rotterdamsche heurs-
^^ condities door andere bepalingen vervangen.
S^/^^- - ■ 2". De lichamelijke zaak, die door de onzekere gebeurte- ^^
•nis moet worden getroffen, en de mate waarin deze zaak /
in bet bijzonder er aan blootstaat getroffen te worden. /
JLO^
De vatbaarheid om door de ramp getroffen te worden hangt
af van allerlei omstandigheden, als de aard, bestemming,
_omgeving, enz. der zaak.
. "Verplichting van den verzekerde om te geven eene behoor-
lijke omschrijving van de zaalc^^\'wa^a^f\'^li^ belang is vast-
geknoopt , en mede te deelen alle omstandigheden die van
invloed kunnen zijn op hare vatbaarheid om getroffen te ^^
\'worden door de gebeurtenissen waartegen wordt verzekerd.\'^^^^^^
Nietigheid der overeenkomst in geval van verzuim ook te
\'goeder trouw, art. 251 j®. art. 256 3» en 8°.
J. C. de Vries, de reticentie bij de overeenkomst van ^i^jx^ Ar^-
f/^^ring, Prft. 1865 (ree. Themis, 1865, bl. 322 v.; .T. C. Reep-
hP, 42^a!u»_maker, M. v. H. 1865, Meng. bl. 86 v.). — P. Raelde, opmer-
kingen naar aanleiding van art. 251 W. v. K., Prft. 18t>l. — A. ^h/r
^^ . \'de Courcy, la réticence et Terreur, in Q. de dr. mar., Ire .série,
^j^ct^/C^/.^ bb301v.
^^^""\'^^^\'\'"\'\'^erkeerde of onwaarachtige opgave (allegatio falsi, misre-
\'presentation)-, \\]gmg (reticentie, suppressioveri, concealment).
fU-^ /^t/iA^ éi^ ^^ ^^^^^ ^^^ Bestrijding der bepaling van art. 251
in 1825, zie Voorduin, bl. 155 v., nos VI, X, XI
en XV. Ij^.y.t. cit.C
/ Beteekenis der bepaling, i. h. b. van den mededeehngsplicbt.
\'f
Toepassing van het leerstuk van dwaling bij overeenkomsten ?
Voorduin, t. z. p., bl. 157; Kist, bl. 74; Lewis, Lebrb. des
Versicherungsrechts, bl. 71 (er is geen overeenstemming als
iets is verzwegen of niet-medegedeeld); Baelde, Prft. bl. 12 v. —
Anders J. C. Reepmaker, M. v. H. t. a. p.— de Vries,
Prft., Hfdk. iti^DiEPiims, dl. 3, bl. 31 v.;"
Hof Nd. Holland 17 Nov. 1864, M.v.Il.1864, bl. X)7. — Verg.
over het leerstuk der dwaling en art. 1358 B. W.: Dr. .T. F.
Houwing, dwaling bij overeenkomsten naar Nederlandsch recht,
Prft. 1888. — Legt art. 1358 een mededeelingsplicht op 7
IV/
\\r
fU, «v^i/i-i/d^^;^ ayy^ , vmJfAyC
v
ftJ >
.V\'
S-Cyß^^JU^
c^o^-^e^yi.»^
^t^ffJUa ^^ . / ae./c/i, fen. /W
o^A^^JjL/i\'t -ve/tta.
c/Ki. lil CJUuu /$S-CP ^ .c^. f ^UJU^ VTW iO/Ï:
^-hy^^fjuv« /\'Vx^^X/y , vxr^f^ytf.* t.\'u t^tAyx^i- »^«-».».t .
-ocr page 73-ffyn ypc«^
ULtJ- ; -zrrr-t.^
4 ,
• \'\'im» iWe^/.
- _ --------- . ^ .
-j\'i^.M/i-
yrxt
oJLcUa-
-Öbi^- ; t-i-^loxJl
(JU.— cvC^ t/v.AiL . fTr^T-
____t-.___
-ocr page 74-«^Aöte-oteaXö,^ ^fc/i»^
^ EvtwLro ^/^vnirvJttl I !, ■^iy ; /^e^^f^e., 2., (f\'^.z.
oJUxJL^ Lx-l. o^ß.^, dL/vé-. /C.
tiw^
^^^^ t^k-^e^,
rvm.^ rHyy
Ijl/U- dJu- {jvuuUwiK.- iM-e^hB^ußJ- t\'.\'-W- W«^ .
u^dLo-ihuJU^J Jt^ *—kuvrnjtL^ cfi L yvJU^ o-CU ^
((. Mi
/
y
Rust ook op den verzekeptfar gelijke mededeelingsplicht?
Zie de Vries, o. c., Hfdk":\'4; Levy, ADHwb. bl. 880 v.;/^
anders Diephuis , t. a. p.
„Verzwijging van aan den verzekerde bekende omstan-
digheden".
Niet alleen die hem uit bijzondere, maar ook die hem uit pu-
^ itb^ blieke berichten bekend zijn. Arb. 9 Nov. 18Gü,/m. v. H. 4860,
bl. 330. L
Ook van omstandigheden die hij behoorde te kennen, waar-
van hij zich opzettelijk of uit nalatigheid onkundig hield?
Baelde, bl. 52 v. — Verg. Rb. Rotterdam 16 Dec. 1874/M. /ü/.iyf»
v. H. 1875, hl. Rb. Amsterdam 14 Oct. 1875/m. v. H.
1875, bl. m\'\' ^ / ^^
De wetenschap van den verz;,ekerde moet beoordeeld worden
naar het tijdstip, waarop do overeenkomst is gesloten, de ^ ftt^CaU^
\'MKcfo^i.t^j^ sluit-nota is opgemaakt. De verzwijging naar het oogenblik \\a ■ L^^it,
a^co^ van het opmaken der polis? Rb. Rotterdam 19 Nov. 1873, f
\'H^- ^^ 1873 bl. 58. ^ pC^cUcj^.
A
Geen verplichting tot mededeeling 1". van algemeen bekende of
aan den verzekeraar bekende feiten, of van feiten of omstandig-) ^
f^uc^ _ heden die de verzekeraar behoorde to kennen of kon bevroeden;,
Arb. Amsterdam 31 Mei 1870, W. n». 3277. Rb. Rotterdam 6
Dec. 1882, W. n». 4847, vern. door Hof den Haag 21 April 1884,
W. n". 5058, eindarrest 30 Mrt. 1885,\'" W. n°. 5149; Rb. Rot-
^ ^ terdarn 1 Mei 1886, W. n". 53;39; zie ook Rb. Amsterdam 30
Jf^ \' iS ^Irt. 1882, R. B. 1882, B bl. 51. Verg. voorts Arb. 9 Nov. 1860 s. c.
< /
U.
-2®. van feiten waarnaar door den verzekeraar niot is ge- (^K^h^nn^
vraagd, als do verzekering gesloten wordt op een vragenlijst
van den verzekeraar.
Hongarije Hwb. art. 474 al. 3. «Si, lors de la conclusion du
contrat d\'assurance, le contractant est invité par l\'assureur à rem-
plir un questionnaire, il ne répond que de la vérité des indica-
tions données dans ce (]ue.stionnaire». — Anders Lewis, op. cit.,
bl. 83 v.
Geon verzwijging of verkeerde opgave, als de zaak, waaraan
het belang is vastgeknoopt, namens den verzekeraar is opge-
nomen. ^
at.
*
t\'ciM /^c^nfl/oé\'/Yoc^\'^j\'l^f
/
-ocr page 76-356
Arb. Amsterdam 17 Nov. 1858 en 4 Mrt. 1859, W. no. 2138.
Rb. Arnhem 13 Apr. 1882, W. n°. 4794, R. B. 1883 B bl. 16,
waarmede te verg. Rb. Amsterdam 15 Oct. 1886, P. v. .T. 1887,
n». 6*.
Toepassing van art. 251 bij verzekering door tusscbenper-
De Vries, Prft., Hfdk. 6; —Baelde, Prft. § 6. —^DHgb. artt.
SlO-en-Slé\'. Soia e^ cPo?, ge^
T
Art. 251. . . . „welke van dien aard zijn, dat de overeen-
komst niet, of niet onder dezelfde voorwaarden zoude zijn
gesloten, indien de verzekeraar van den waren staat der zaak
bad kennis gedragen".\'^ Objectief te beoordeelen. Verg. Levy
op art. 811 ADHwb., bl. 964. ^
Verg. Hof den Haag 30 Mrt. 1885, W. n». 5149.
UfïP^-
„Maakt de verzekering nietig". Is-nietigvor-klaring noodig^
Verg. Arb. Amsterdam 7 Aug. 1868, W. n". 3040, M. v. H. ^
1869 bl. 105 (nietigverklaring moet gevraagd worden). A
Afwijking van art. 251 bij overeenkomst geoorloofd. ^^"^fr\'
M. Tydeman, t. a. p. bl. 6 v.; Kist, bl. 74; Baelde, bl. 114v.
Rb. Amsterdam 27 Mrt. 1840, R. B. 1843 bl. 774; Hof Nd. Hol-
land 4 Dec. 1873, W. no. 3687, M. v. H. 1873 bl. 238; Rb. Am-
sterdam 5 Juni 1891, M. v. H. 1891, bl. 303.^nders ten onrechte:
de Vries, bl. 89 v., Levy in W. n«» 5461 en 5467.
De beurspolis-clausule.
Casco- en goederen-polis: Voorts op conditie, dat wij onder-
geteekenden het art. 251 v. h. W. v. K. tegen den geassureerde
niet zullen mogen inroepen, tenzij de rechter mocht beslissen,
dat daartoe in eenig geval, ter goeder trouw en volgens usantie
alhier, termen voorhanden waren; — brandpolis: zullende in
deze verzekering geen restorno noch abandonnement plaats kun-
nen hebben, als zijnde daarvan over en weder uitdrukkelijk
gerenuntieerd, gelijk mede van art. 251 W. v. K., voor zooverre
de rechter niel mocht begrijpen, dat daartoe ter goeder trouw
en volgens usantie termen bestonden.
Beteekenis dier clausule: a. Zij heeft er geen, de Vries,Prft.,
aiM^
ik
Ve^ry. ^k/f^l^i^-UyzJ-oL^
\'Zùc^a^ yu,
OlPJ^
-ocr page 77-I _ ^i^ruib
cÀJuX. t^^ J c^^iygvU^cCud!^ I/tl^
•vtx
, VIm^-
J.C.
f \'^uC^\'yv.aycU^aLtJ.^U^ ûtLyU u-^
j^-ouJT uray) !
y ^ <
/■^^pLV^ 1
trire-nju--
H-tru^ U- A-
Hfdk. 7; Rb. Amsterdam 5 Juni 4891, M. v. H.1891, bl.303; —
h. zij laat de toepassing van art. 251 over aan het arbitrium ju-
diets, Rb. Amsterdam 45 Oct. 1886, P. v. .1. 1887 no. 6* c. zij ^^^^
laat beroep op art. 251 K. alleen toe in geval van bewezen opzet, \'J ^^ L y
kwade trouw of verregaande nalatigheid van den verzekerde (sub-
jectief criterium): Rh. Amctordam 27 Mri. 18i0, s. c.; Arb. den
Haag 16 Mei 1864, W. n». 2587; Arb. Amsterdam 25 Nov.
en 17 Febr. 1866^ M. v. H. 1866, hl. 161 en 39; Rb. Rotterdam ^ \' \' ^ " .
24 Mei 1876, W. n". 3997; Rb. Amsterdam 15 Juni 1882^ M. v.
H. 1882 bl.3b5, eindvonnis 19 Mrt. 1883, R. B. 1883, Bbl. 8; —
d. zij laat het beroep toe als het verzwegen of onjuist medege-
deelde feit een groot verschil in het risico maakt (objectief
criterium): in dien geest Hof Nd. Holland 4 Dec. 1873 vern. Arb.
Amsterdam 20 Juni 1872 (4 Mei 1871), M. v. H. 1873, bl. 233.\'\'
Rb. Rotterdam 7 Mei 1881, W. n». 4662, M. v. H. 1882 bl. 3,
eindvonnis 24 Mei 1882,/r. B. 1883, Bbl. 1; 6Dec. 1882, W. n°.
4847, R. B. t. z. p. bl. 11, op dit punt bev. door Hof den Haag
U/: -
ll^ifiO
21 Apr. 1884, W. n°. 5058;\'— e. zij vordert verband tusschen de
verkeerde opgave of de verzwijging en de schade.
Verscherping van den regel: sommige mededeelingen vor-
dert de wet op straffe van nietigheid, artt. 272 al. 2; 280 al.
2; 603 al. 27 606 al. 1 (Arb. Amsterdam 16 Dec. 1867, vern.
Hof Nd. Holland 7 Dec. 1868, M. v. H. 1868, bl. 267); 608
en 615 al. 1. Zie ook art. 598.
Critiek van art. 251. Verband tusschen de verkeerde opgave
of verzwijging en de ramp. Arb. Amsterdam 4 Mrt. 1859,
W. n". 2138. A^caj^c
Onderscheid in het Engelsche recht tusschen representation en ^yiA^^^t^-
warranty {expressed en implied warranties).
Moeten de fdten\'^ die de wet in^e^^lis vermeld^j^lzi^,
op dien gr^d per se als beslissende omstandigheden worden
beschouwa?
Toepassing van het beginsel van den omschrijvingsplicht:
a. in het algemeen: art. 256 3®: „genoegzaam duidelijke
omschrijving".
Verzekering tegen brand van: „roerende goederen, inboe-
del (Arb. 12 Dec. 1859, M. v. H. 1859 bl. 276), meubelen
of huisraad en stoffering", art. 296.
t\'ciM /^c^nfl/oé\'/^oc^\'^j\'l^f
/
-ocr page 79-858
Clausule bij brandverzekering: (.(.goederen evenveel waarm he-
staaitde».
Verzekering van „goederen" tegen de gevaren der zee, artt.
596 en 644.
b. Bij brandverzekering: art. 287 1"—3® en 5».
Art. 287 5°: «de ligging der gebouwen» enz. Arb. Amsterdam
25 Nov. 1864, M. v. H. 1866 bl. 160 (beteekenis van hofstede).
Rb. Amsterdam 15 Juni 1882, M. v. H. 1882 bl. 315, R. B.
1883 B bl. 64 (vermelding kadastraal nommer niet vereischt)."\'
Zie ook Rb. Amsterdam 20 Mrt. 1884, R. B. 1884, B bl. 197.
^ /l tr/ftn^rx^y^ Beurspolis-clausule: ongeprejudieeerd welke de belendingen zijn
^ ^ of mochten worden. — Arb. Amsterdam 12 Jan. 1869, "W. n°.
/fU^/^^z • ^ ^ jjj 225. - F. M. Brouwer Ancher, de
^r^f^ inhoud van de Amsterdamsche brandpohs, Prft. 1888, bl. 10 v.
^ flL^^ ^^ c. Bij oogstverzekering, art. 299.
ir. Bij transportverzekering, art. 686 2» en 3®.
/f eyUjOfi^\'\'^e. Bij zeeverzekering, art. 592 1"—5°.
t^ptc^ fenJ^^^\'"^^\' Naam van den schipper. Gevolgen van vervanging van den
" \' schipper, Arb. 30 Mei 1861, M. v. H. 1861, bl. 222./
Polis-clausule: A of wie anders daat^an schipper mag zijn; —
het schip .... daar schipper op is.....of wie voor schipper
of schippers in zijne plaats zouden mogen varen.
Naam van het schip. Gevolgen van verwisseling van het
schip, artt. 638 en 641. Daarentegen bij transport-verzekering
(te land en op binnenwateren), artt. 691 en 692.
Verzekering „op schip" of „schepen"; assurantie m
quovis, artt. 595 en 650.
G. Bicker Caarten, de assurantie in quovis, Prft. 1886. —
Lewis,\' t. a. p. bl. 104 vlg. — Pandectes Beiges, ve assurances
maritimes, nos 534—550.
Verzuim van opgave van den order- of adviesbrief bij het
sluiten der overeenkomst maakt de verzekering nietig volgens
Eb. Amsterdam 23 Nov. 1876, R. B. 1877, B bl. 215 v.
Beteekenis van art. 595 al. 2 j" art. 650: „er moet een tijd
bepaald worden, waarbinnen de goederen moeten worden af-
geladen". Bicker Caarten, bl. 31 v.
Verbinding van de verzekering op „goederen" met die op
^ yÂ\'vw/WT.^vKT-- /r \'^-^■Z- ^
CrfyUeU.
CL\' Oi/i^ f .
-ocr page 80-I^ir^i^ ^ «A^ o-r tßu^^ ^ oJtJ.. Lcjr
^^OreA - - \'\' -
„schip of schepen". Welke aflading valideert bij deze over-
eenkomst? Mogelijke opvattingen, 1®. de eerste aflading en
vervolgens de verdere afladingen naar orde des tijds, totdat
de verzekeringssom is uitgeput;
E. Cauvet, traité des ass. mar., nos. 230 v.; — deGourcy, Ques-
tions de dr. mar., 4e série, bl. 310; — Pandectes beiges, t. a. p.,
n". 538; — Bicker Caarten, bl. 61.
2°. de verzekerde heeft de keuze, welke aflading hij wil
laten valideeren. Engelaßherechtspraak (Pritchard\'s Admi-
ralty Digest, v« Marine InsuraiïceT-S^r. n°. 857); — 3°. alle
afladingen valideeren.
De polis wordt vaak eerst opgemaakt als de naam van het
schip bekend is geworden. Nota behelzende de voorwaarden
van verzekering.
Deze nota geen verzekeringsbelofte, maar eene minder volledige
(voorloopige) oorkonde over de gesloten overeenkomst: Rb. Am-
sterdam 23 Nov. 1876, R. B. 1877, Bbl. 215 v. Anders Rb. Rot-
terdam 20 Oct. 1875, R. B. 1877, Bbl. 212.
De contract-polis; — verzekering tot een bepaald ma-
ximum per schip op iedere aflading, die gedurende den loop
van het contract (één jaar, tot wederopzegging) aan den ver-
zekerde wordt gedaan.
Ook als voor iedere aflading een nadere polis moet worden
opgemaakt, bevat de contract-polis de verzekeringsovereenkomst;
Rb. Amsterdam 11 Juli 1876, R. B. t. a. p., B bl. 218 v., op dit
punt bev. door Hof Amsterdam 8 Febr. 1878, R. B. 1878, B bl.
262 v.; Rb. Amsterdam 12 Mrt. 1880, P. v. J. 1880 n". 21% R. B.
1881 B bl. 199.
Verplichting tot kennisgeving: avenant d\'application, declara-
tion d\'aliment. Cc^un- cU. Tany^^ Z> Me!^^ . , «^i är:
Police (d^assurances) flottanie of police d^abonnement; — lau-
fende, General- of Abonnements-PoUze, Pauschalpolize (zie hier-
onder bijlage); — continuing of floating policies.
Verzekering van waarde-verzendingen per post. Verg. Bicker
Caarten, Prft., alwaar tal van formulieren.
Verg. over mogelijke conflicten tusschen de verzekering bij con-
rp tn e O,
A
IÉ
360
tract-polis en het verhod van dubbele verzekering, de Courcy,
la double assurance, in Quest, de dr. mar., série 1, bl. 374 v.
3°. De sora waarvoor verzekerd wordt, art. 256 4".
Men onderscheide de verzekerde som (art. 256 4".) en de
(verzekerbare) waarde van het voorwerp der verzekering of
het interest (artt. 287 4», 592 7«).
Getaxeerde polis als deze waarde is opgegeven; open
polis als zij ontbreekt. Verzekering voor de volle waarde als
de verzekerde som niet is vermeld. Verzekering van een zaak
voor een bepaalde som en van een bepaalde som op een zaak.
Getaxeerde polis voorgeschreven bij brand- en cascoverzeke-
1 ring, artt. 287 4". en 592 7". Derhalve de verzekerde sora
tevens als taxatie te beschouwen, als deze niet afzonderlijk
is uitgedrukt.\'^^onsequenties in verband met artt. 288 al. 2
•en 295 al. 2^Zie hierboven bl. 3^en 338.
Zie ook artt. 607 en 615 over bodemerij- en winstverzeke-
ring. Art. 618, verzekering tegen de gevaren der slavernij,
vordert niet een getaxeerde polis.
De verzekerde som een\'^axirtium.. Bij zeeverzekering ook
^ I een minimum, franchise (vrij onder). Art. 719: vrij onder l^/^;
, peurscondities: vrij onder 3"/o.
De franchise van 17o komt reeds voor in het Plakkaat van 1571,
\' art. 25. Zie voorts Amsterdam 1598, art. 26; Rotterdam 1604,
- art. 17; Middelburg 1600, art. 18. De franchise van 37.: Ord.
Rotterdam 1721, art. 44.
Clausule: wij van avarij of schade. Zie hierboven bl. 344.
i^jt^^l Partieele schade;/bedraagt de verzekerde som minder
^^ (\'A^\'^an de verzekerbare waarde, de verzekeraar betaalt
tM
^^ diet--sain.^-staa^e-4ot-do-geb6ele-schade-alsM-l6-v«rzekor4o^o
^^ (^fJJ^ ^ J. tot-4e-^verzakfirbare-waard^ art. 253 al. 2 (min juist geredi-
geerd). Toepassingen in artt. 709 al. 3, 713 at-i, 720. Zie
verder hieronder bl. 366 v. f \'
Art. 253 al. 3.
4®. Den tijd, gedurende welken de verzekering loopt; het
tijdsverloop, waarbinnen de onzekere gebeurtenis moet plaats
grijpen, art. 256 6\'\'.
I
o-\'C-ùlL.
-y
u
Aa^ veru., -ïtrav eJU^ c»>w««-v kir^ajAu u^ant^J.
VtA^H/^tjuijCa
M.USai.t /uc tU^Uztl AjU clJ^ùlA^i^
\\ y . - y . y \' U^lacékJ ,
■ r, ^ y . .
-ocr page 82-Px — -1
\\ l
^»^«tJê (Oé^fp^ l\'JcrvobiCo ijLoJ^-tökl^
fln/L*».^ IL^ Z\'i^ TÂ^ «
/Û tJ^ . Zt^lCt^v^ J-c^t? kyiJLo
Uheutti-cjU. fyjMjuA,. iCx) i^io /i. — /
U
i^ik^cnA^ CmajJ^. 2.\'i-o kjju ci r/.(^û -— - tp^C
imttjL ^ WT-
i,t-o -- /zr
61. r«\'
^ órurrv : icnm ^/ZTO / f ^
/
r^ Za^ic^^yi. tK^^cyl- -ï-d\'j*^. /i\'c-v-o lUto
jTT^o
izr^
rO-iw-^^ c
\'[\'■ej^yl-t.C-XfJ« c
^irzCAfyufe. iOo&Me/L,. ^yé.
f y / Ue-Uvn, 3
Lo ,/ i^j
/
t^^ic/tAA /y^^Ae^o - M ^ 5-T)
lird / So ^ ^ :
^ /I \'^ao kdu
/JhP^ -
éxro
UfUJiu
t.
V
-ocr page 83-l-
So ÔaJiyy^^ Ut^^Ji^ yJwr»^ (TT" jf
■Bi
^Xjl.
^ /^^JUx-eJÜL. u^^\'-e^ythj "l/\'eyiyoi^^ ■OJtn..^^^ ^
-ocr page 84-/ O \' I
. - ^ /I ____ - j^V^ éiie^.-rt-V\' «S\'VrV
C^éi\'f—\'
fj^
^ ( ■ / ^ ^^^
.t/Vtl^ -^.^-tÀril «■fa— ^
l lU^tii^rtw^cylCLru^H
C
Ars \'Ve-^^yLfeM.
ir-t^-yL-
fT.
ff A If-r^\'-e^ 9 H \'^fiWt
l } ie. e , * f
MT^ U. -j^fJS-é^ K^yt^., ypaiii,
361 ^^ ■ ,
Ingang der verzekering: bij het sluiten der overeenkomst,
op een vroeger, op een later tijdstip.
Op een vroeger tijdstip, zie artt, 270^ 597 en 598 (ver-
op goede of kwade tijding),^^- Op een later tijdstip:
zie art. [635 K,
jij^ Verzekering gedurende een bepaalden tijd (tijdverzekering),
gedurende een bepaalde reis (reisverzekering), voor een be-
paalde reis gedurende een zekeren tijd (mixed policy), voor
(yt ^ meerdere reizen of trajecten aan te vangen gedurende een be-
paalden tijd of tot wederopzegging (contract-, abonnementspolis),
a. Tijdverzekering, artt. 300, 594 ah 3, 674 K. ^AOu^^ytr».-^^
H. K. Moutuaan, de tijdverzekering, Prft. 1873.
Cr^ ( Wat is rechtens, als gedurende den tijd der verzekering
r
cfu
V
meer dan eens schade wordt geleden? Moet de verzekeraar
iedere schade beneden 100"/o integraal betalen, ook als de
schaden te zamen 100"/o overtreffen, of nooit meer dan IGO"/,,?
Het eerste volgens Kist, bl. 90 v., het laatste volgens Hol-
tius, dl. 3, bl 360. —
(geen uitzondoring-
Bij tijdpolis/.is er één doorloopend risico, Arb. Amsterdam 4
Nov. 1870, bev. Hof Nd. Holland 16 Nov. 1871, M. v. H. 1871
bl. 193 v. f-
Anders Beurscondities van Amsterdam en Rotterdam. Zij be-
fti. ^ ^ schouwen de verzekering van een casco voor een bepaalden tijd
en de verzekering op het behouden-varen van een schip voor een
bepaalden tijd als een opeenvolging van zelfstandige doch aan
elkander sluitende reisverzekeringen (een abonnement op reis-
verzekeringen). — Practisch belang: geen cumulatie van schade
, : (totaal verlies en franchise, vrij onder 3%), zeewaardigheidy^
\'b. Reisverzekering, art. 592 2\'\'—6®.
W. L. ten Kate, de reis in hare betrekking tot het zee-assu-
rantie-contract, Prft. 1886.
/IS. ^
Onderscheid tusschen de reis in verzekeringsrechtelijken
zin [voijage assure) en de reis, het traject {iter navis, voyage
réeï). Art. 592 2"—6" bepaalt het traject, het traject bepaalt
de reis.
^ eJ.iur-i I
•^-Aa--* - - ffJ-tt, tlttttfyx^J (<
te......^tV..- ^
362
Aanvang en einde van de reis bij casco-, goederen-, vracht-,
bodemerij- en winstverzekering, artt. 624—633/^bij land- en
riviertransport-verzekering, artt. 688 en 690.
Presumtie van art. 605, in verband met artt. 603, 604
en 606.
Clausules: goederen, loaren of koopmanschappen, gereed of
niet gereed, en in het laatste geval, hetzij ons daarvan kennis
is gegeven of niet, geladen of nog te laden, en welk schip of
schepen vermoedelijk is liggende, derogeeren aan de artt. 603 en , ,\'
606. Verg. Rb. Rotterdam 28 Juni 1875, VV. n". 3875. ,
Gevolgen* van Niet-aanvaarding van het tr-aject, opgeven t/pJP\'^
van de reis, artt. 635 esn=rêSö-(de wet spreekt van staking). , (^oitr^
Ristorno, zie hieronden^___ (^iZ —
Staking (jidorwog. Verg. art. 653 al.
^^ , /. Vertraging der reis; windverlegging, art. 642./t-t^a^, ^^ itö^
^ i/-^\'^\' verandering der reis, artt. 638, 641, 660. ^
Cfy*^^*^^, \'^^or^ Beteekenis van art. 638 al. 3; is het besluit des schippers
U -voldoende, of moet de koers verlaten worden ter wille van
de nieuwe bestemming-haven? Het laatste: Kist, bl. 246;
het eerste: ten Kate, bl. 31; Lowndes , t. a. p. bl. 89; Lyon-
Caen en Renault, n^s 2153 v. Zie ook Diephuis, bl. 135.
Clausule goederenpolis: ((we^ doorloopende risico, zoonoodig
tegen verbetering van premie, hij andere bestemmingsplaats dan A
hierboven gemeld-.. ^^
t Willekeurige verandering van koers {deviatie), artt. 638, 639
en 641. /^c » ^JJ^^\'U^/\'^ v^v
Willekeurig is de verandering, niet veroorzaakt door eve-
nementen,\'waarvoor de verzekeraars aansprakelijk zijn.|_
W. M. Jolles, over deviatie in zeeverzekering, Prft. 1867.
Hof Nd. Holland 3 Mrt. 1859, K. v. H. n». 55. "^Rb. Rotter-^
terdam 30 Mrt. 1859, K. v. H. n°. 66, W. n°. 2056, bev. Hof Zd.^
Holl. 27 Juni 1860, W. n». 2190, cass. verw. H. R. 17 Mei 1861
^ M. v. H. 1861, bl. 178 v.^ W, . \'\' ■
t^\' Polis-clausule: zullende het voorz. schip mogen varen, voor-
waarts, achterwaarts, wenden en keeren aan alle zijden, en
door nood of met willen aannemen alle zulke havens en reën,
als den schipper of schippers tot nut en vordering voor de voor-
/i iUin \'^ßM.vP
bk
O-
LU
I
. , \' Zó\',--
J
OCtM U^éKJU^to^ ttJU -U-eO-Ü^ ü ^
i . ,
avrJ!\'^\'
L
\'.yL^/i^oCé-
Ic^^t".
lfe.1
IA
II u
U ■ K- cj Jfftr/.
-ocr page 86-1031
UïjW^^ ijy-\' j/iMJMA^ tfxmJLcrtrfd^oOi^
^ -<2«-«- cW^t^^oCa^c^Sc-
^ \'f ^ öyUir. l^iZ ! l^l^l, l/i\'l, ù>/Jt b-L^.
«
schr. reis goeddunken zal. — Strekking der clausule: Arb. Am- •
sterdam 10 Oct, 1848, K. v. H. n". 35.^— Kist, bl. 161, 243 y.s^^o,
•Q. Verlenging van de reis, art. 653.A
Transport-verzekering van goederen (te land en op binnen-
wateren), zie artt. 688 en 689. — ten Kate, bl. 56 v.
Verzekering voor uit- en t\'huisreis (Arb. Amsterdam 20 ^^ ^^^ ptt^n
Nov. 1854, K. v. H. n°. 46); — verzekering voor meer dan
één reis zonder stilstand van risico (à prime liée), art. 626:
verg. Arb. Amsterdam 11 Mrt. 1858 en Hof Nd. Holland
16 Juni 1859, K. v. H. n». 59, M. v. H. 1859 bL 139 f
Arb. 22 Apr. 1857, K. v. H. n». 42, M. v. H. 1859 bl.232,
en 25 Juni 1857, M. v. H. 1859 bb 94, K. v. H. n». 49."\'
De Amsterdamsche beurscondities regelen deze verzekeringen.
c. Gemengde verzekering (mixed policy). — Voorbeeld
bij land- en riviertransportverzekering, artt. 686 n". 1 en 690,
Kist, bl. 259.
Ord. de la Marine (1681), titre des assurances, arl. 35: «Mais
si le voyage est désigné par la police, l\'assureur courra les ris-
ques du voyage entier, à condition, toutefois, que si sa durée
excède le temps limité, la prime sera augmentée à proportion,
sans que l\'assureur soit tenu d\'en rien restituer, si le voyage
dure moins».
§ 73. VERPLICHTINGEN VAN DEN VERZEKERDE.
1". Verplichting om te zorgen, dat, voor zooveel van hem
afhangt, het risico^niet wordt gewijzigd of verzwaard/^ /i^tf-
Code de comm. rev. belge, Bk. 1, tit. 10, art.31 (wet v. 1874)
«les obligations de l\'assureur cessent lorsqu\'un fait de l\'assuré trans- ^eU^^i/t^ ^
forme les risques par le changement d\'une circonstance essen-
tielle ou les aggrave de telle sorte, que si le nouvel étal de cho- ^^
ses avait existé à l\'époque du contrat, l\'assureur n\'aurait point
consenti à l\'assurance ou ne l\'aurait consenti qu\'à d\'autres con-
dilions.
Ne peut se prévaloir de cette disposition l\'assureur qui, après ^^^ ^^^^^
avoir eu connaissance des modifications apportées aux risques, a
néanmoins continué à exécuter le contrat».
Toepassing bij brandverzekering, art. 293.
ant^. T. M. C. Asser, in Mag. v. Handelsr. 1889, bl. 28 v. — Hof
//A\' Leeuwarden 17 Sept. 1879, R. B. 1882, B bl. 56 v. ^^
^^ ^^ Toepassing bij zeeverzekering: de bepalingen omtrent reis-
en koersverandering, en verwisseling van schip (daad van
\' den verzekerde), artt. 638, 639 en 641. Zie hierboven bl. 358.
en 362.
I Soms wordt den verzekerde een mededeclingsplicht opgelegd
bij vermeerdering van gevaar ook buiten zijn toedoen. — Voor-
beelden./
2". Kennisgeving van schade en verplichting om deze te
KQ^ I voorkomen ofte verminderen, artt. 283 al. 1, 654, 655, 656; —
n^if/ iïi bijzonder verplichting tot reclame, artt. 655—658; —
■ waar tegenover verplichting van den verzekeraar om de kos-
ten voor te schieten, artt. 655 al. 2 en 665.
Toepassing bij voorschotverzekering : Rb. Amsterdam 2 Oct. 1884,
R. B. 1884, B bl. 190.
3°. Verplichting tot betaling van de premie.
D. Mesritz, de premie van verzekering, Prft. 1872.
Oorspronkelijk werd de premie alleen betaald in geval van be-
houden aankomst, Goldschmidt, Handb. des Handelsr., S^e dr.,
dl. 1, bl. 365 v. — Zie ook Pothier , traité du contrat d\'assurance,
n". 175. — Later vooruitbetaling (zoogen. contante betaling) van de
premie veelal voorgeschreven, Goldschmidt , t. z. p., bl. 367 nt 101.
K. Adler, die Prämienvorleistung bei der Versicherung, in Zft.
f. d. ges. Hr., dl. 34, bl. 170 v. Zie ook Amsterdam keuren v. 26
Jan. 1610, 5 Dec. 1620, 1744, art. 37; Rotterdam 1604, art.
7. — Verg. R. L. Schölten, over makelaars in zee-assurantie,
bl. 34.V.
Vermelding in de polis, art. 256 7": voldoende is aanwij-
zing van gegevens waarmede de premie bepaald kan worden.
Clausule der con tract-polis: Voor zooverre er risico\'s valideeren
op dit contract, waarvan de premie of conditie niet hieronder
bepaald zijn, zullen deze bij onderlinge schikking of des noods
door arbiters geregeld xoorden-, clausule: npremie nader te rege-
len door arbiters)), verg. art. 661. — Alternatieve bepaling der
premie. Zie Rb. Rotterdam 20 Oct. 1875 en Rb. Amsterdam 23
Nov. 1876, R. B. 1877, B bl. 212 v.
3
oyt-\'^âr. 4\' ? (5\' 6 2 ei .
J^OL-A-â.
\'pTluk--
865
„Verbetering" van premie. Voorbeeld, art. 661; clausule:
met doorloopende risico, zoo noodig tegen verbetering van premie,
hij andere bestemmingsplaats dan hierboven gemeld, of bij eventueele
overlading onderweg.
Restorno of ristorno, ristourne, return of premium. Te-
ruggave van de ontvangen premie door den verzekeraar op
grond van het^wegvallen van het risico.
Ristourne heet in Frankrijic iedere vernietiging of ontbinding
der verzekeringsovereenkomst (Droz, tr. des ass. mar., n°. 262;
Lyon-Caen en Renault, n°. 2064); ristorno in Duitschland de
ontbinding der overeenkomst door teruggave der premie (Benecke-
Nolte, dl. 1, bl. 335; zie echter Lewis, bl. 295).
Voor de geschiedenis zie Goldschmidt , t. a. p., bl. 376, nt. 127.
Algemeene regel, artt. 281 en 282.
Voorbeelden: dubbele verzekering, oververzekering (terugbren-
/ ging der taxatie volgens art. 274), ...yernietiglB^ wegens verkeerde j
^^^^ opgave of verzwijging (aldus ook Engeland [Pritchard, ve Ma-
rine Insurance, nos 900 en 901] en België [C. d. c. rev., Bk. 1, t. "" ^
10, a. 10], anders Duitschland [ijlDHgb. a. 8^]; Frankrijk be- -/
twist [Droz, n". 286: geen restorno; Lyon-Caen en Renault,
n°. 2269: restorn^], winstverzekering als geen winst is behaald
(art. 622), vrachtverzekering door den goederen-eigenaar als de
goederen geheel vergaan (art. 613), brandverzekering bij verval
volgens art. 293, bodemerijverzekering in geval van art. 660 [niet
ook van art. 659, zie Voorduin, dl. 10, bl. 390], enz.
Lowndes § 40: «the retaining of the premium by the under-
writer is conditional on his actually running a risk». J
Bijzondere regeling voor zeeverzekering, art. 662: ristorno
van de halve premie, 4e<jh hoogoton^ \'/„\'*/(, der verzekerde "/^
som. Droit de signature, Eistorno-gebilhr.
In de beurs-goederenpolis wordt van art. 662 al. 2 gerenunti- ^^ e ^^
eerd; in de beurs-hrandpolis bepaald dat geen restorno zal kun-
nen plaats hebben.
Zie voorts artt. 635, 636, 652 en 660.
Bij verzekeringen op beurspolis wordt de premie betaald
door den assurantie-bezorger.
Clausule: nEn zulks tegen genot van eene premie van . . . ten
honderd, voor dewelke wij ondergeleekenden N.N. in rekening-
366
courant hebben belast en alzoo den geassureerde kwiteeren bij
deze». — Verg. hierover J. Vijn, de commissionnair in assuran-
tiën, bl. 53 v.
§ 74. VASTSTELLING EN BETALING DER SCHADE.
ABANDONNEMENT.
Vaststelling der scliade.
De verzekerde moet het bew^ der schade leveren. Zie bo-
ven bl.- 333, 338. „Schade" omvat „materiëele schade" en
„buitengewone onkosten".
a. Partieel verlies, beschadiging.
1®. Brandverzekering. — Vergoed moet worden het
verschil tusschen de waarde der verzekerde goederen vóór den
fexi^ brand en die van het overgeblevene, artt. 288 al. 2 en 295
al. 2. Zie hierboven bl. 335 v., 338 v.
f;
\'\' op afbraak); waarmede te verg. Rb. Amsterdam 30 Juni 1875
, l^^^iA-A^ y Berekening bij onroerend goed : Rb. Amsterdam 23 Nov. 4876,
W. n°. 4075, bev. Hof Amsterdam 25 Jan. 4878, R. B. 1878, B
J bl. 268 v. (de waarde van het overgeblevene is de waarde geta-
f^ xeerd met het oog op herbouw en exploitatie, niet met het oog
^^ ■ Jj^- ^ enz., hierboven bl. 336.
2». Goederenverzekering. — Artt. 696 en 701. -
i^\'\'- Delaborde, traité des avaries particulières sur les marchandi-
ses , 2(le dr. 1838. _ twtx/t.^;«^ Pf
Expertise en begrooting der schade vóór dat de verzekerde
c^ de goederen onder zich neemt, bij uiterlijk zichtbare schade,
art. 712 al. 1.
Arb. 17 Febr. 1866, M. v. H. 4866, bl. 39, bev. door Hof Nd. Hol-
J^" land 47 Oct. 4867, M. v. H. 4867, bl. 334; — Arb. Amsterdam UAu ^imO
■ k\'^ 4 Sept. 4869, M. v.^H. 4869, bl. 159. Zie ook Rb. Amsterdam 5 "
^ Dec. 1861, W. n°. 2368. 1. ^ j/^ü
3 X 24 uren na de lossing, ook nadat de verze-
ff^ ^ kerde de goederen onder zich heeft genomeii, bij uiterlijk niet
hi"^ //tcK zichtbare schade, art. 712 al. 2.
Art. 712 is alleen toepasselijk, wanneer het beschadigde goede- Ixè
V ren geldt, die hier te lande worden aangebracht: Rb. Rotter-
.dam 28 Jan. 1857, Hof Zd. Holland 29 Mrt. 1858, K.v.H.no.28.
iJ^\'- /Tl-
P- u»- ^
U
y
" >
^ lU^ Ui
Jd.
^ ----—
atf^t:"^ / -----—\' tt^
f
\'■ejt^ a/i- (n-t-t^
-ocr page 90-U^J/. UsrrejL. ^ J^opyr, Ä.yf
JU.
Mtai
- tt OcA^. ^ok (o\'L\'jt..
ói^yiriyle\'
Éa
Deskundigen, in juridischen zin, zijn alleen diegenen die door
de wederzij dsche partijen of de bevoegde autoriteit als zoodanig
zijn aangewezen, Arb. 20 Juni 1861, M. v. H. 1861, bl. 226.
Eene gerechtelijke expertise, door den verzekerde eenzijdig aan-
gevraagd, is .geefi\' voldoend bewijs: Rb. Amsterdam 21 Nov. 1879,
R. B. 1881, B bl. 163. ^
Over bindende vaststelling van bestaan, oorzaak en omvang der ^^
schade door een declaratoir van agenten der verzekeraars, zie [j^
Hof Nd. Holland 28 Juni 1875, W. n». 3919, M. v. H. 1875 bl.
173. Verg. ook Rb. Rotterdam 23 Mrt. 1863, bev. Hof Zd. Holland
4 Mei 1864, M. v. H. 1864, bl. 185.
Sanctie, art. 746 (verval van aanspraak op vergoeding).
Rb. Rotterdam 6 Dec. 1876, W. n°. 4060. — Artt. 746 en 712
zijn ook toepasselijk bij vermindering der goederen in hoeveel-
heid (manco, ontbreken van enkele colli): Rb. Amsterdam 14
Dec. 1877, R. B. 1878^ B bl. 38.
«Op de wijze bij de wet voorgeschreven» omvat de buitenland-
sche wet (zie art. 711) en de contractueele regeling bij polis ge-
steld : Rb. Amsterdam 13 Mrt. 1873 en Hof Nd. Holland 13 Mei
1875, R. B. 1875, B bl. 65.
De verzekerde op goederen is, wanneer vaststaat dat deze
zeeschade hebben geleden, niet gehouden nader bewijs van
zeeëveneinentên te leveren. t/T
Rb. Amsterdam 5 Dec. 1861, M.v.H.1862, bl. 8; 26 Mei 1873,
ur. ■ Ji\\ en-H. R. 2 Apr. 1874,"\'M. v. H. 1874, bl. 120; — Rb. Rotterdam USM^\'^\'
Juni 1880^ R. B. 1881, B bl. 154:/^ Rb. Amsterdam 5 Nov.
1880% 28 Jan. 188lfR.^B.-488h-b4>U61-cxi-15?;\'\'Rb. Amsterdam "
/ / / 6(i(> Amsterdam 28 Apr. 1882, R. B. 1882
^B bl. 3, 1883 B bl. 26. , - , ^ ^ ...
^Avarij-rekening, art. 711.
. / De in het buitenland opgemaakte avarij-rekening (dispache)
bewijst wel de schade en de hoegrootheid daarvan, en beslist of
zij al of niet avarij-grosse is, maar niet ook te wiens laste de schade
komt, die niet avarij-grosse is, niet dus welke verzekeraar (bijv.
die op casco of die op vracht) deze schade moet betalen. Hof den
Haag 11 Febr. 1878, W. n». 4209, vern. Rb. Rotterdam 28 Febr.
1877, W. n°. 4099, cass. verw. H. R.13 Dec. 1878, W. n". 4320.«.
Hof den Haag 28 Apr. 1879, W. n». 4367, bev. Rb, Rotterdam
L
I
-ocr page 91-368
Berekening der schade, zoowel bij open als bij getaxeerde
olis, overeenkomstig art. 709 al. 3. De verzekeraar betaalt
zooveel percenten van de verzekerde som als het verschil tus-
schen de gezonde waarde en de waarde van het beschadigde
goed percenten uitmaakt van de gezonde waardef benevens
de kosten der avarij-opmaking. Aldus Arb. Amsterdam 1 Sept.
1869, M.v.H. 1869, bl. 159; Hof Amsterdam 18 Nov. 1881,
W. n«. 4735, terecht vern. Rb. Amsterdam 5 Nov. 1880, W.
n». 4666. Zie ook Arb. Amsterdam 5 Apr. 1854, K. v. H.
n». 41. — Art. 710.
\' De waarde ter bestemmingshaven is de bruto-waarde (de markt-
prijs of prijs in consumtie), dus de waarde de inkomende
rechten, al mocht het ook gewoonte zijn de goederen in entrepot
op te slaan en te verkoopen, zooals tabak in Engeland: H. R. 14
Nov. 18Ö2, W. n». 2432, vern. Hof Nd. Holland 14 Nov. 1861, "VV.
no. 2361, bev. Arb. Amsterdam 14 Febr. 1861, M. v. H. 1861,
bl. 115 en 268. Verg. M. v. H. 1862, Meng. bl. 23 en 113; Mol-
ster in M. v. H. 1863, Meng. bl. 25. — Cf. H. R. de Fransche
jurisprudentie en literatuur, Lyon-Caen en Renault, n°. 2223.
Evenzoo de practijk in Engeland, Lowndes § 163.
Bij geheel verlies of verkoop onderweg van een deel is art.
709 al. 2 toepasselijk.
Zie Lowndes § 161; Lyon-Caen en Renault, n". 2221. Rb.
Amsterdam 25 Apr. 1878, R. B. 1878, B bl. 258.
Algemeene franchise van l"/(,, art. 719, in de practijk 3"/o.
Berekening der franchise. Is cumulatie van (materieele)
schade en kosten geoorloofd? Niet volgens art. 719.
Amsterdam keur v. 30 Jan. 1756: cumulatie met onkosten , niet
met avarij-grosse. — S. Ricard, traité général du commerce
(1781), t. 2, p.508 s. —Arb. Amsterdam 28 Febr. 1839, K. v. H.
n". 13.— Arb. Amsterdam 17 Jan. 1870, W. n". 3205 (vrij van
beschadigdheid onder 107o\'. geen cumulatie met onkosten). —
Verg. Rb. Amsterdam 21 Nov. 1879, W. n\'\'.\'4475 (Oud-Holland-
sche conditie vrij onder 107o). Arb. Rotterdam Jan. 1864, M. v. H.
1864, bl. 72 (cumulatie van avarij-particulier met avarij-grosse is
vaste usantie)ita/iv Ae^ k Ccrf\'j^&wij.
A
(Kuji^k—j^Cw\'/ J ■>] L lil O t*
Z
uC-
9<Jt fJI .
S-a^yy^tn^ PO"
. li" Z*^^ t^ix^ny /t^
itcvzif-e^ , tAv\'-J^H\'i. -) % . <Ï-w tji-eA/C f ^tL TTJL^^,^.
M. i\'-r^ , r
^ tv 1
-ocr page 92-\'yytrt/li\'^ xrv-cnr a-t/ijji..^5 /jrwuUv^ v——
/U. (A/^t
__ Olc^t/v^-A-,
------
Orvv-^v^JJl. T/WV Irt^U^-l^—2 x^Dt^-^nJi^ ^ — Tn^«-/i—
c
Amsterdamsche heurscondifie: (beshiit v. 1870) cumulatie van
schade met kosten (behalve makelaars-courtage of expertiseloon)
en avarij-grosse; ingetrokken in 1890, thans geen cumulatie.
Kotterdamsche beursconditie: «Daar waar alle avarij-gros ver-
goed wordt, vindt geen cumulatie van schade met onkosten en/of
avarij-gros plaats».
Franchises onder kunnen niet concurreeren (dus niet
die van artt. 644 en 645 met die van art. 719), wel eene fran-
chise onder met eene van (bijv. die van art. 719 met
die van art. 648).
Toegepast wordt óf art. 644 al. 1 en art. 645 bij bederfelijke
goederen, óf art. 719 bij niet-bederfelijke goederen. Bij lek- of
smeltgoederen zoowel art. 643 als art. 719.
Beding van opmaking der scbade per collo of bij seriën
(bijv. „average payable on every ten hales of cottbn, running
landing numbers").
3". Casco-verzekering. Artt. 696 en 701.
De verzekeraar betaalt \'j^ der werkelijk gemaakte repara-
tiekosten, bij reparatie van de geheele schade, anders der
kosten noodig voor reparatie der geheele schade,^en wel in
evenredigheid van de verzekerde som tot de waarde van het
schip (open polis) of tot de getaxeerde waarde (getaxeerde
polis), artt. 718 en 714, waarbij te letten op art. 619.
Verg. over de vraag welke kosten, buiten die tot de eigenlijke
herstelling van het schip/" valleft-efttler het-begrip (a\'^paratiokos-
Arb. Amsterdam 4 Nov. 1867, vern. Hof Nd. Holland 30
^Nov. 1868, M. v. H. 1868, bl. 25lf^Rb. Amsterdam 6Febr. 1874,
M. v. H. 1874 bl. 74. Rb. Rotterdam 29 Nov. 1882, R. B. 1883
B bl.43, bev. Hof den Haag 4 Febr. 1884, R. B. 1884 B bl. 176.
Zie voorts hieronder bl. 371.
Werkelijk gemaakte kosten: Hof Amsterdam 29 Maart 1889,
W. n". 5866, M. v. H. 1889 bl. 161, vern. Rb. Amsterdam 31
Dec. 1886, M.v. H. t. z. p., bl. 46. Zie boven bl. 337. — Bij ge-
deeltelijke reparatie moet de verzekeraar betalen volgens de be-
grooting van deskundigen: Rb. Amsterdam 31 Mrt. 1881, R. R.
1881, B bl. 283; anders Avarij-commissie 25 Juni 1887, R.B. en
B. 1886/7, B bl. 115. — In geval van opdracht van de begrooting
der schade en der reparatiekosten door de partijen aan deskun-
25
■fr^t \' if - ^\'ne^rZ-
iCr^J.
370
digen is die begrooting in elk geval beslissend voor de schade-
vergoeding: Rb. Rotterdam 22 Dec. 1888, W. n°. 5707, M. v. H.
1889 bl. 206, bev. door Hof den Haag 20 Mei 1889, P. v. J. 1889
n». 79, M. v. H. 1889 bl. 307.
Bewijsmiddelen, art. 714; — correctie van den aftrek van
\'/^artt. 715 en 716. Zie boven bl. 337.
h. Totaal verlies.
Rewijs der volle (verzekerbare) waarde noodig, maar ook vol-
doende.
Aftrek van uitgespaarde kosten , artt. 614 en §17.
Bewijsmiddelen: artt. 273, 295 (brandverzekering), 620 , 651 en
709 al. 2 (goederen verz. tegen zeegevaar), 621 (verwacht wor-
dende winst), 623 (vracht). Zie voorts art. 512 en daarover hier-
boven bl. 272.
Bij getaxeerde polis gelden artt. 274, 275 en 619. •
Begrip van verlies; is vernietiging van het goed vereischt?
Rb. Rotterdam 7 Mei 1887, W. n". 5455, bev. Hof den Haag
12 Mrt. 1888, W. n". 5549 (wegraken van het goed door schuld
van den schipper is verlies van het goed). — Ook bij opbrenging
en neming, verlies zonder vernietiging; zie art. 637.
Case o-verzekering.
Men onderscheide feitelijk verliés {absolute of actual total loss),
als vergaan en onherstelbaarheid, en wettelijk verlies {constructive
total loss).
Bewijs van het feitelijk verlies, vergaan: Hof Nd. Holland 31
Mrt. 1870, M. v. H. 1870, bl. 85 v.
Wettelijk verlies: kosten van herstel der schade, die ten
laste van den verzekeraar komt, meer dan van de waarde
van hQt schip, art. 717. M. v. H. 1862, Meng. bl. 9. — Af-
keuring van het schip.
((Waarde van het schip», d. i. 1°. bij ijetaxecrde polis, de
waarde in de polis uitgedrukt: Hof Nd. Holland 23 .luni 1864,
M. v. H. 1864, bl. 198; Arb. Amsterdan^ 22 (en 23) Dec. 1866,
M. v. H. 1867 (1868), bl. 16 (83), bev. Hof Nd. Holland 7 Mei
1868, W. n». 3037; Arb. Amsterdam 7 Apr. 1870, W. n». 3305
(niet de tauxatie van het schip in zeewaardigen staat, dus nä de
reparatie, in de noodhaven)r2". Bij open polis, de waarde welke
i
• . /L JL-. ^^
.Att. 7/5" : ftc^
j,
\\ ;
Up^l. M. •
; ^ /-iji^-u-cJi^^-Ji.. ir^ l-^^JU t^sl^ U-^a^ ZZ-^ O^JC^ul-JflfZ\', ^ ^(TL
AA
^ U^t o^ ùn^ Âri-cJL
fr^cuVh.^^ ^C^ CA^owy-f\'y-^^ ^Lc^
/
Ir
lA. lts,
j
»
m M
het schip tijdens het aangaan der verzekering had: Arb. den Haag
2 Mei 1868, M. v. H. 1868 bl. 128. Verg. Arb. 17 Sept. 1861,
M. v. H. 1861 bl. 271.
Rotterdamsche beursconditie: de in de casco-polis aangenomen
waarde -1- het op behouden-varen-polis als meerdere waarde verze-
kerde. Engelsche rechtspraak: de waarde nä de reparatie, Lown-
des bl. 141.
«Kosten van herstel»: uitsluitend de kosten besteed aan de
herstelling zelve van het beschadigde schip of al de kosten te
Jjetalen om het schip weer in zeewaardigen toestand te brengen\'?
Tot de kosten van herstel behooren: de kosten van het boven
water brengen van het schip: Arb. Amsterdam 17 Nov. 1864, W.
n°. 2762, 2 Aug. (10 Juli) 1865, W. t. z. p., M. v. H. 1866 bl.134,
vern. Hof Nd. Holland 24 Mei 1866, W. n". 2834, M. v. H. t. a.
p., vern. H. R. 26 Apr. 1867, W. n». 2896; anders T. M. C. As-
ser in M. v. H. 1865, Meng. bl. 3; — de kosten van afbrenging
bij stranding: Rb. Amsterdam 19 Jan. 1883, R. B. 1883, B bl.
50; — commissie van den scheepsagent voor toezicht op de ver-
timmering: Arb. Amsterdam 22 en 23 Dec. 186(5 s. c.; Rb. Rot-
terdam 13 Maart 1865, W. n°. 2681, Hof Zd. Holland 8 Jan. 1866,
M. v. H. 1866, bl. 79; anders Hof Nd. Holland 7 Mei 1868 en
2 Dec. 1869, W. n°. 3037, M. v. H. 1868 bl. 121, en W. n°.3176,
M. v. H. 1869 bl. 235; — commissie voor wissel-endossement: Rb.
Rotterdam 13 Mrt. 1865 s. c., Hof Zd. Holland 8 Jan. 1866 s. c.,
cass. verw. H. R. 7 Dec. 1866, W. n°. 2859, M. v. H. 1867 bl. 40;
anders Hof Nd. Holland 7 Mei 1868 s. c.; — gagie en voedings-
kosten (kost- en maandgelden) van de equipage gedurende de re-
paratie: Rb. Rotterdam 13 Mrt. 1865 s. c.; anders Hof Zd. Hol-
land 8 Jan. 1866 s. c. — Zie voorts over de muntherleiding: Hof
Zd., Holland 8 Jan. 1866 en H. R. 7 Dec. 1866, en daartegen M.
v. H. 1866, Meng. bl 129. — Rb. Rotterdam 4 Juni 1887, W.
5473.
lerekening der kosten: Arb. Amsterdam 7 Apr. 1870
en 26 Febr. 1872, M. v. H. 1872, bl. 74 en 71; Hof Nd. Holland
30 Juni 1873, M. v. H. 1873, bl. 119 (als maatstaf geldt niet het
bedrag werkelijk besteed aan reparatiekosten, maar de begrooting
dier kosten door deskundigen).
«Schade die ten laste van den verzekeraar komt»,
niet ook kosten tot herstelling van slijtage of eigen gebrek, i. e. w
van schade niet veroorzaakt door de fortuinen der zee waartegen is
verzekerd: Rb. Rotterdam 14 Dec. 1859, M. v. H. 1859, bl. 282;
n
m
/
IUP
7
372
Hof Zd. Holland 14 Jan. 1861, M. v. H. 1861, bl. 95; Rb. Rot-
terdam 18 Dec. 1880, W. n°. 4608, bev. Hof den Haag 30 Jan.
1882, R. R. 1882 R bl. 29, W. n°. 4737; Rb. Amsterdam 30
Juni 1881, R. B. 1881 B bl. 191, bev. Hof Amsterdam 16 Mrt.
1883, R. B. 1884 B bl. 184; Rb. Rotterdam 15Nov. 1882, W. n".
4836, en berbaaldelijk. — Verg. ecbter Lowndes, bl. 140.
fjW\'
I
ily^\'
Met bovenmatigheid der kosten van herstel staat gelijk on-
mogelijkheid om te repareeren wordenjde kosten van herstel
^getaxeerd op}minder dan van de waarde van het schip. C)
Arb. Amsterdam 6 Juli 1866 ^n Hof Nd. Holland 27 Juni 1867,
v. H. 1867, bl. 257; - Rb. Amsterdam 7 April 1875, W.
no. 3868; Hof Amsterdam 21 Dec. 1877, W. n°. 4201, cass. verw.
H. R. 28 Mrt. 1879, W. n". 4365, waarmede echter te verg. Rh.
Amsterdam 30 Dec. 1880, R. B. 1881, B bl. 182 v. — Rb. Ams.ter-
dam 13 Sept. 1882 en 1 Nov. 1883, W. no. 4900, P. v. J. 1882
nos. 43» en 44*, 1884 no. 28% ^
Onderscheid tusschen volstrekte en betrekkelijke onherstelbaar-
heid.
Bewijs van de schade en van de bovenmatigheid der kos-
ten. Is de begrooting der reparatiekosten door deskundigen
voldoende bewijs, of bewijs behoudens tegenbewijs door den
verzekeraar ?
De begrooting door wettelijk benoemde experts is maatgevend,
zoolang de onjuistheid er van niet is gebleken: Rb. Rotterdam
15 Nov. 1882, W. no.4836, R. B. 1883 Bbl. 55; Rb. Amsterdam
19 Jan. 1883, R. B. 1883, B bl. 50.Hunne uitspraak is af-
doende, als de polis zelve eene schriftelijke verklaring van des-
kundigen vordert, Arb. Groningen 25 Apr. 1879, W. no. 4432.—
Zie voorts over de bewijskracht van expertises: Rb. Rotterdam
8 Mrt. 1875, R. B. 1875 B bl. 147, en 26 Jan. 1876, R. R.1876
R bl. 82. f
W. F. ScnooK, het abandonnement, Prft. 1858 (ree. Lagemans
in Themis 1858, hl. 450, en G. J. A. Faber in Nw. Rijdr. 1859,
bl. 888. — W. L. ten Kate, de reis in hare betrekking tot het
zee-assurantiecontract, hl. 37 vlg. — Bewer, das Herrschaftsge-
biet des Abandon, in Zft. f. d. ges. Hr., dl. 38, bl. 372 v. — A.
de Courcy , le délaissement, in Q. de dr. mar., 2oie série, bl. 289 v.
r /Ö.
óch
(^^^eJL ipiyC. i-iA/l. -yr^af^yf^yy^
K /iJtyyiyZ-^o-tra^^ Sé. Zy<
TTpyyx. J y-ù^\'a-riy^
-ocr page 97-çat.
riOlEüGKAAFF-IHSTIÏÜUÏ VGöR PKiVAAIu.c.
373
In sommige gevallen heeft de verzekerde het recht, onder
afstand aan den verzekeraar van hetgeen van het verzekerde
interest na de ramp nog aanwezig is, de volle verzekerde som
te vorderen, als ware er totaal verlies.
Geschiedenis. — Oudste regeling: Ord. van Burgos van 1538,
Reatz, bl. 263. — Guidon de la mer, ch. 7. — Goldschmidt,
Handb. d. Hr., 3de dr., dl. 1, bl. 377, nt. 130. — Bewer, t. a. p.,
bl. 384 v.
Amsterdam 1598, artt. 8, 9 en 25; 25 Jan. 1640 ; 24 Jan. 1701;
1744, artt. 26—28; Rotterdam 1604, artt. 12, 14, 15; 1721, artt.
60-69.
Volgens de wet alleen bij zeeverzekering, artt. 663—680.
Gevallen waarin abandonnement is toegelaten, art. 663, nader
bepaald voor de gevallen van onbruikbaarheid, vergaan of bederf
in artt. 664 (schip) en 666 (schip en goederen): schadevan
de verzekerde (lees: verzekerbare) of in de polis getaxeerde
waarde; voor de gevallen van stranding, opbrenging en aan-
houding in art. 665, en van opbrenging en aanhouding in
art. 668.
De verzekerde heeft bij cascoverzekering de keus tusschen aban-
donnement en art. 717.
Abandonnement in geval van uitblijven van tijding (ver-
missing), art. 667.
Arb. Amsterdam 20 Nov. 1854, K. v. H. no. 40.
De termijnen van art. 667 zijn in de beurscondities door andere
kortere vervangen met onderscheiding van zeil- en stoomschepen.
Abandonnement van het vorderingsrecht van den koopprijs
van bedorven goederen of afgekeurde schepen, art. 669.
Termijn waarbinnen en vorm waarin het abandonnement
moet worden gedaan, artt. 670, 671 en 672.
Rb. Rotterdam 6 Nov. 1880, W. no. 4578: bij abandonnement
van rechten of vorderingen, die in plaats van de verzekerde goe-
deren zijn getreden, is cessie overeenkomstig art. 668 B. W.
noodig.
Wettelijk vermoeden (behoudens tegenbewijs) bij tijdverze-
kering, art. 674.
374
Bijzondere plichten van den verzekerde, artt. 673 (binnen
vijf dagen tegenover onverivijld in art. 654), 675 en 676 (in het
exploit van beteekening); — van den verzekeraar, art. 665 ,
te verg. met art. 655 al. 2.
Abandonnement eene wijze van eigendomsverkrijging, art.
678; — het mag niet gedeeltelijk worden gedaan, noch voor-
waardelijk, en is onherroepelijk, artt. 677 en 679.
De eigendom gaat over met alle toebehooren; onder het casco
is de vracht niet mede begrepen. Moeilijkheid bij gelijktijdige ver-
zekering van bruto-vrachtpenningen. Verg. Kist, bl. 231 v. l
Abandonnement bij gedeeltelijke verzekering, art. 677 al.
2; van schepen en goederen die zoowel verbodemd als verze-
kerd zijn, art. 601.
Clausule der beurspolis (casco en goederen): het verzekerde
interest niet aan ons zal kunnen of mogen xvorden geabandon-
neerd, tenzij hetzelve ongetwijfeld zal verloren zijn, of dat er
geen redelijke grond tot hoop van terugbekoming plaats heeft,
in welke gevallen echter mede de toestemming en goedkeuring
van den rechter zal vereischt worden, alvorens deze bepaling
in werking te kunnen brengen. Interpretatie dezer clausule: Arb.
Amsterdam 23 Febr. 1867, M. v. H. 1867 bl. 250, W. n\'\'.2881;^
Rb. Amsterdam 8 Nov. 1889, W. no. 5826.j[be termijn van art.
670 begint eerst te loopen nä de toestemming of goedkeuring van
den rechter: Arb. Amsterdam 20 Nov. 1854, s. c.
Abandonnement alleen bij zeeverzekering; — leemte in de wet.
Art. 756 Ontw. 1815 regelt het abandonnement bij brandver-
zekering. Voorduin, dl. 9, bl. 253, VII. — Reurs-brandpolis: «suZ-
lende in deze verzekering geen restorno noch abandonnement
plaats kunnen hebben,y) enz.
y •
e Ui- ^^
y t y y^^O-^
SX.^.
ff-u-iy
_ /^renfjii^
Cc^-^^i , Subrogatie van den verzekeraar in de rechten van den
r/ri
i\'-\'^\'f^ ^etf,verzekerde, art. 284, beperkt tot allo de rechten tegen derden
\'ter zake der geleden schade, d. w. z. tot vergoeding daarvan.\'
Verg. ook art. 656.
Niet te verwarren met abandonnement; zie Svpkens bij Voor-
duin, dl. 10, op art. 663, II. — Rb. Rotterdam 18 Juni 1887,
W. no. 5482.
Verg. over art. 284 eenerzijds Kist, bl. 76v.; — Diephuis, dl,
O
A
V-oty^ \'Jk. Hiriiinh^ Kf c<P(lL üPjS ya^ ^f" ész/P
cU
yOJ"^
t
lO y^c^^ y
J
-ocr page 99-f^CIt Drf^i A l^n ^
■i. -Cwî,.
fjUh^C^j
Vjî«— .
^ t/fe CHM, (Mr^l^. Ùii^l^ ( tqa^^
2A| t^/il, ^ihyyyTpttrf.
l^t^ ùj-. ( V— ^
h-UJLj
-ocr page 100-iWis.--irxA^f uß^a^. y w
^■\'ÎVAvi*^^,?»^ f| fjt I: J lAf^fléf^ f,< t-ir.
-ocr page 101-t/a^^ÙL»
- ^icx^^ucrtiA^ouyi^ eAn/y Ó^J^ sée^ AAJOA
IfyOju.
cAtyn^ JUJ/iviyfyô /q/)^, ^ ft-* cP\'T^^, ^ AO-AAJU.../^^^
IÓa^Aj^ , iCÙ ^\'ix^ fco\'a^ J«^ /^-e-ö^y-A«« Itt^ cOy^ c^«^^
-ocr page 102-cKV-^ ■J^-ii-.. tUiuA- Auut- „ - \'
\'yy^o.oU-ciLLCi\'
k ^^
j ____
t/tA^ - ^ \'S
(T^ 1-c^\'ô^U) - inUyl-
UApl^eiyJi^Cp. cAÏ\'IA^ ßy^e^^Ayi-pu^ ^ajUL oJléLi.
"J^ e^t^Sy^J-JQ-e^ Gj^aA^^^-^JM/-!^
_____J/J-Jhf-^y^^^^^
Û
A.
lAM I
o-f
cJU oUl- «r
ûLu
\'VtJx.C.xAiUL^iMj^ CyJL^ cJ-iy Vv^l^tUtJLh^\'UÎ-^
/^j-o-i-v-iA\'
\'Irg^yxJlf^ vCà-t-ÙC^\'-^^ loiyt^.
Ct^tnrp^-ctzK:.^
A
kjLM^^KAA.KAXji\'*^
ô»^/ ^LTMS-^lV^YtK^ iJUt
-ocr page 104-T^Lha-\'^O tA .
6-
V-&-
Jout.
1-««-»-«- Jit^.^ e^^e^ytü
-ocr page 105- -ocr page 106->
Â\'f » -î^-^-^ Vwt^Mr A .
/
-ocr page 107--u-^mh^ ê^/Ce^ ^
IrCJt/v-cryt ^JO-t/
-ocr page 108-f \'
^tijjiju^ >
ItS* -v^^A^
P^l
-ocr page 109-r
D
-» Si,
(.-t .,-; !■„ -
\'î Ï.\' ti V.-»«-
S
//
2 -f
:
A"
7
y
a-.
\'J\'
^
S/7Xy—-
<3 ^ rr f ;
—o-c.
Het Examen ter verkrijging van den Graad van
Ged.
Doct^ in de R E C H T vS VV ET E N S C H A P
van den Caii\'didaatr^ Pi.f. plaats hebben
v f. x,./i.
op /idag, den % ^ 190 ƒ , te A-^ureu.
-ocr page 111-I\'d. zs
ÓifZ. t/.
Het Examen ter verkrijging van den Graad van
1". Ged.
Doet®, in de
van den Candidaa
^^al plaats hebben
den AOO^, te uren./l/^^V
â-tr-ry cAj-^t^ l-^yZrvS^ ^ u^X-t CXJL.
uj.^
ZjiJct^ A- ô~e ■LoJU^i^ ■[/^a^-KI\'xJ^ j-fyiyi— sy» ^yU- irA^^Q^ ji-r^Ca^ ^^^
-ocr page 115- -ocr page 116-V
r
t
ö
?
iJZru^^
-ocr page 117-7
(/^..iJciJULxL
CK^OLA^ - ■ • n - c\\r(Lt_ttt ■ ■ -—gfïrv^y c/^ acjL^cfazO-
jSju^
fiiJit\'
-y
-ocr page 118-iilK/T tr.J. lUßiPS-^ H^S-l"^: ; ^
^ÀÂ.Zi^f[^Po^ ; ^^
-ocr page 119-OL^O-LajlJLJU t^a^oj^
UotA. \'VL.yl^\'h^hjL. UAJZ -^toe-.î.ay\'.jâ, -^U^^H^-vxy
T"
(fk.
-ocr page 120-VAN Toezicht op ^^ dag-
namiddags ten><?./^ ure, Biltstraat No. 32.
De Directie,
-ocr page 121-^ // - /f\'/Y.
/f^i. ^-7 \'
-ocr page 122-. _^ ---1—
T ■ - !
575
uH
3, bl. 75; — anderzijds Asser, Schets, bl. 226, en Noyon, Prft.
bl. 55 V. — Zie voorts hieronder § 76 bl. 379 en 388.
«De verzekerde is verantwoordelijk voor elke daad» enz. — Zie
over de verantwoordelijkheid des verzekerden voor het niet-op-
voigen van artt. 493 v. en het daardoor verloren gaan der t/.
lijke regresactie tegen den schipper (art. 746): Hof Nd. Holland
28 Juni 4875, W. no. 3919; — Rb. Rotterdam 25 Sept. 1880,
R. B. 1881 B bl. 159; - ook Rb. Amsterdam 5 Nov. 1880, R.
B. t. z. p. bl. 160. "
Omvang van den hetalingspliclit.
Vergoeding der materieele schade (schade aan het goed zelf)
en der reddings- en bergingskosten, artt. 283, 655 en 665.
Zie voorts artt. 701 (aanwijzing der bijzondere avarijen) en 708.
De beurspolissen beperken den betalingsplicht steeds tot 1007„^
Moet de verzekeraar ook betalen wat de verzekerde aan derden
moet vergoeden, ten gevolge van het plaats grijpen van een
der gevaren waartegen is verzekerd; schulden die als het ware
op het verzekerde voorwerp drukken, bijv. de bijdrage in
avarij-grosse, schadevergoeding wegens aanvaring?
Avarij-grosse: art. 720j" art. 719 (verg. H. N. Mees,
franchise bij goederen-verzekering, bl. 127 v.).
De verzekeraar van het casco voor do volle waarde betaalt het
geheele aandeel in de avarij-grosse ten laste van het schip, ook
al is in de dispache aan het schip eene hoogere waarde toegekend
dan in de polis: Rb. Rotterdam 16 Jan. 1856, W. no. 1719, bev.
Hof Zd. Holland 30 Juni 1856, W. no. 1764, cass. verw. H. R.
22 Mei 1857, W. no. 1856, K. v. H. n«. 20.\'^ndersbij goederen-
verzekering: Arb. Amsterdam 5 Apr. 1854, K. v. H. no. 41.
Bewijst de buitenlandscheldispache tegenover den verzeke-
raar op afdoende wijze het bedrag hetwelk de verzekerde in
avarij-grosse moest dragen? tu^^t*^
Rb. Rotterdam 28 Febr. 1877, W. no. 4099, op dit punt bev.
door Hof den Haag 11 Febr. 1878, W. no.4209, cass. verw. H. R.
13 Dec. 1878, W. no. /j320; — Rb. Rotterdam 29 Juni 1881, W.
no. 4«55, bev. Hof den Haag 9 Oct. 1882, cass. verw. H. R. 17
Mei 1883, W. n». 4913, R. B. 1883 Bbl. 90; —Rb. Amsterdam
31 Mrt. 1881, R. R. 1881, B bl. 283; — A. A. Weve in Nw.
Bijdr. 1881, bl. 478 v.; 1882, bl. 199 v.; 1883, bl. 86 v. — An-
r
376
(Iers Rb. Rotterdam 4 Febr. 1882, W. no. 4769; — Gootsmit in
Themis 4882, bl. 48 v. en 493 v. — Verg. Lyon-Caen en Renault,
no. 2226.
Schadevergoeding wegens aanvaring.
De beurspolis (abestaande wijders de voorz. risico: in alle ge-
varen der zee......overzeilen, aanzeilen, aanvaren of aan-
drijven .....verzuim van schipper en scheepsvolk, als ook
schelmerijen van het voorz. seheepsvolki)) verplicht den verzekeraar
te vergoeden de schadeloosstelling, door den reeder aan een derde
te betalen -wegens aanvaring, te wijten aan de schuld van den
schipper: Arb. Amsterdam 45 Sept. 4859, W. n». 2404 , bev. Hot
Nd. Holland 3 Jan. 4864, W. no. 224Ö, cass. verw. (concl. conf.)
H. R. 47 Apr. 4862, W. no. 2370, M. v. H. 4862 bl.65 en88 v.—
Zie voorts L. J. H. Bouman in Nw. Bijdr. 4858, bl. 455; Levy
in M. v. H. 4860, Meng. bl. 97;/" — anders Diephuis, t. a. p.
bl. 440; — Rechtsgel. Adv. dl. 7, bl. 474. — Verg. Lyon-Caen
en Renault, no. 2450.
Beursconditie later vastgesteld: de verzekeraar vergoedt niet
meer dan ^U der aan derden verschuldigde schadevergoeding. Verg.
over deze conditie: Asser in Handelsrechtelijke aanteekeningen I
(Studiën op het gebied van recht en staat, 4889, bl. 209 v.). —
Rb. Rotterdam 24 Nov. 4883, R. B. 4884, B bl. 460 (beroep op
art. 276 wordt door de conditie niet uitgesloten). Running-down
of collision-clause.
^ ^ Schadevergoeding aan derden, wegens verzuim , schuld of
nalatigheid van schipper of scheepsvolk,
j*-*\' Aansprakelijkheid des verzekeraars aangenomen door Arb. den
/
Haag 8 Apr. 4867, W. no. 2898\'^ uitgesloten door de beurscon-
fjti*^^*^. «J^.i^\'dities betreffende aanvaring.
^^^f «■ \' Betaling der schadevergoeding. Artt. 680 en 721 (zeeverze-
f^ ^^^^^^^^^^^ Rotterdam 47 Mei 4879, R. R. 4879, R bl. 324, bev. Hof
den Haag 28 Juni 4880, R. R. 4881, B bl. 168 (de verzekeraar
is tot betaling verplicht, al is de verdeeling der avarij-grosse nog
niet opgemaakt), r
De interessen loopen uit kracht der wet, in afwijking
van art. 128^ B. W. Verg. Arb. 24 Juni 1859, K. v. H. n».
76, M. v. H. 1860 bl. 79; Hof Nd. Holland 3 Jan. 1861,
r d ^ ^
Crr\'^
I
crtn^—
lA\'i ùc-a VV ver^M^fciA^A^iuX tA ^ u-
/ /U,. /icr\'fi^.^-,..^^ ^ V \\ //ƒ
rjLUj e^ t^rjl^ jSe-Zo-v^JL^ /.ajx^^^ A/t-aucy/i
-ocr page 124-fill
cr-z^
il:
1 ,
Vi
||| 2JjrX. ^f 2J>a /C. i Â*^
||, ^\'ano*^ y---—----^------
t/mrr^ fo ^\'a-o^ • . v-t/T^-r-v-JJjl*.^ « Vt-t -î^^t^
i/^trvt^eyCuLnyLj^ej tr^tJÙ^t^^.j.jOt^ »v-e^\'tt*^\'
(ot^ßju^ {/.fSu^^cuul^/z ira^
M. v.H. 1861, bl. 3; 26 Mei 1864, M. v. H. 1864, bl. 152 v.
Verjaring, artt. 743 (M. v. H. 1861, Meng. bl..60) en 747.
Renuntiatie aan art. 747 in de beurspolissen. Rb. Amsterdam
12 Mrt. 1880, E. v, J. -1880- n". 21*, R. D. 1881-^-blr^.
Kan de verzekeraar eene condictio indebiti instellen na be-
taling, hetzij vrijwillig, hetzij na vonnis? Rb. Rotterdam 30
Mrt. 1859, K. v. H. n«. 66, W. n». 2056/%ev. Hof Zd. Holland
27 Juni 1860, W. n«. 2190, M. v. H. 1861 bl. 17^rb.
Amsterdam 7 Apr. 1870, W. n». 3305. — Ook op grond van
oververzekering? Zie T. J.\' Noyon, Prft. bl. 61 v.
Faillissement van den ver^^\'aar\', art. 285. — De curator
heeft de keuze, bl. 250. Verg. Kist, bl. 80 v.
§ 75. HET EINDE DER OVEREENKOMST.
De verzekering eindigt door: ^
1°. afloop (verstrijken van den overeengekomen tijd, ein- ^ i/f^*^\',
digen van de reis), art. 653; ^^_
2®. totaal vverlies; -------— ^
^^ e ti g . vordering-van-den^verzekeraar,
art. 251-; »ly^c.n,, f- """-c c^ii^\'^^fè.
ontslag van den verzekeraar (opzegging door den ^^^ fjm^
verzekerde), artt. 272, 279 al. 2; \'wL.cJE.4
^ .6® verval, a. doordat de verzekerde zaakniet^ordtbloot- /"^wé/
gesteld aan het gevaar;
Cod. de comm. beige rev., bli. 1, t. 10, art. 28: l\'assurance ne
peut avoir d\'effet, si la chose assurée n\'a point été mise en
risque.
toepassing voor zeeverzekering in artt. 635 en 636; h. bij
wijziging of vermeerdering van het gevaar, artt. 293, 638,
642 en 660; bij verzekering „vrij van molest" in de gevallen
van artt. 647 en 649; F"
ontbinding wegens wanpraestatie van een der par-
I tijen, art. 1303 B. W., ^ ^
378
§ 76. EENIGE VERZEKERINGEN IN HET BIJZONDER.
A. Verzekering van de hypothekaire schuldvordering tegen
verbranding van het onderpand.
1«. Het beding van art. 297 K. j" art. 298 K.
J. W. v. d. Biesen, het beding van art. 297 K., in Themis
4884, bl. 564. — H. M. J. Wattêl, een verkeerd advies? in
Themis 4882, bl. 475. - A. Sassen, in Recht en Wet, dl. 30. —
Molengraaff, in Verzekeringsbode v. 29 Dec. 4888 en 42 Jan.
4889. — G. Bicker Caarten , t. z. p., 5 en 49 Jan. 4889. — T.
M. G. Asser, in Mag. v. Handelsr. 4890, bl. 55. — H. P. van
Heust, brandverzekering ten behoeve van den hypothekairen
schuldeischer, Prft. 4890.
Aard van het beding; bevat het eene cessie van de even-
tueele vordering tot schadevergoeding, of geeft het den hypo-
theekhouder alleen het recht de assurantiepenningen te ont-
vangen en als tijdelijk onderpand onder zich te houden?
Kist, bl. 99 v.; Diephuis, Handelsr. dl. 3, bl.494, Ned.burg.
R., dl. 7, bl. 499 (beiden cessie); — anders Wattel, t. a. p.;
v. Heust, bl. 27 v.
Gebreken der regeling; onvoldoende bescherming van des
hypotheekhouders belang.
Het beding van art. 297 werkt niet tegen den kooper van het
bezwaarde huis, ook al is het ingeschreven in hethypotheekre-
gister: R. 7 Mei 4858, W. no. 4956, cass. verw. Hof Gronin-
gen 24 Juni 4856, W. no. 4792, vern. Rb. Appingedam 24 Jan.
4856, Nw. Bijdr. 4864, bl. 486, nt. 3; Rechtsgel. Adv., dl. 6, hl.
494 v.; Opm. en Med., dl. 43, bl. 492 v.; S. Tjadf.n Busmann,
in Nw. Bijdr., t. a. p., bl. 486 v.; v. Heust, bl. 7 v.
Voorstellen tot betere regeling.
Voorstellen der Staatscommissie voor de herziening der wetge-
ving op de eigendomsoverdracht van onroerende goederen, hel
hypotheekstelsel en het notariaat, ben. in 4867: Versl. hl. 42 (art.
46), 72 (art. IV), 438 en 480. Verg. hierover Asser, t. a. p. en
i v. Heust, bl. 49v.
Molengraaff in de Verzekeringsbode, t. a. p. — v. Heust, bl.66v,
II s
. (ïw 4- ..-V-W---» - - —^—-----^ ■ -----
t^/eua^vt
ttJCjo^
TI^tJL../^ tfe.Zoi
-ocr page 126-Heeren leden van het Collegie van Regenten der vereenigde
Gods- en Gasthuizen te Utrecht, wordt kennis gegeven, dat op
den.y^ des middags
ten .ClÓz,^^^........... ure precies, in het Algemeen Gasthuis Vergadering
zal worden gehouden.
-ocr page 127-tia^W ^ .
oruJ^^Ji^/y^^AAAJi*^ : /IC». /itr^iUnS^tJt^ ^ "
cCitX. -xrOL^ uJUl^ S^aÂ^ tc\'^ß^
Vtiu^ i^jyf.. tJLucp .
ytrry,r JU^^^o^ A^^
ft, ! ! --
VTX.— -Ä-Cw-^ W«^ ^»^frxXh.
^ i/b-Ci/ uL ctJty»
^UL!^ \'U.j^tx^tJUjuu»-*- tir Pe trVt^J.
/unth- ÂAA^XjdUrt, . ^
y ^
A.
T
/T
.»V
vW
»..A-I-M— le-ts-^fr eAx.
7
oJU oytxrtA a^ fxri-o^-aJL i/^jULj
oLfitJi^ t/trl^efC.
--- /
\' ««\'clX^A-U. rfe^
JO\'i-a.tuOßJtJ-
2". Wettelijke toekenning van een recht op de assu-
rantiepenningen aan den hypotheekhouder.
Belgische "svet «sur la révision du régime hypothécaire» v. 16
üec. 1851, art. 10. — Pruisische wet van 5 Mei 1872, über den
Eigenthumserwerb und die dingliche Belastung der Grundstücke,
enz., art. 30. — Fransche wet van 19 Febr. 1889, artt. 2—4 —
£Witw. v. h. Duitsch/B. W. (eei^stü-kzing), §§ 1007-5°,-4970: - //So.
A. DarRxVS en E. Tarbouriech , de l\'attribution en cas de sinis-
tre des indemnités d\'assurances, in Annales de dr. comm. 1889,
II, bl. 241 v., 1890, 11, bl. 48. — Stobbe, Handbuch d. dt. Pri-
vatr., dl. 2, § 112 n°. 6. — Scherer, ergreift das Pfandrecht die
Versicherungssumme? in Jahrb. f. d. Dogm., dl. 20, bl. 80 v.
3". Zelfstandige verzekering van de hypothekaire
vordering. ^ ^^
Noodzakelijkheid van subrogatie in des hypotheekhouders " \'
rechten of van abandonnement (cessie) der vordering. /vi^
Voorbeeld van verzekering eener hypothekaire vordering; sub-
rogatie krachtens art. 284 aangenomen: Arb. Amsterdam 7 Oct.
1867, bev. Hof Nd. Holland 10 Sept. 1868, W. nos 2955 en 3064,
M. v. H. 1867 bl. 314 en 1868 bl. 211. — v. Heust, bl.33—68. —
Belgische wet v. 11 Juni 1874 (G.d.c. rev., bk. 1, 1.10) artt. 6-8.
B. lïelioiiden-varen-verzekering.
J. S. van Reesema, de assecuratione salvae navigationis, Prft.
1840. — M. Mees, de assecuratione in salvam navigationem quae
dicitur, Prft. 1854 (Ned.). — W. F. v. Leeuwen , Opmerkingen
over de behouden-varen-verzekering, Prft. 1883.
Amsterdamsche clausule (in te voegen in eene casco-polis):
Geschiedende deze Assurantie op het behouden arrivcmcnt van
bovengemeld schip, ter gedestilleerde jüaatse, en wel met dien
verstande, dat wij, in geval zxdks niet gebeurde, hetzij door
schipbreuk als anderzints, {behoudens Art. 249 , 640 en 641 wn
het IK v. Kph.) verloren gaan of verongelukken, onze getee-
kende sommen prompt en zonder eenige exceptie zullen voldoen,
zoodra het ongeluk alhier bekend en ons aangekondigd zal zijn.
Voorts wordt wel uitdrukkelijk bedongen, dat wij in het geval
van non-arrivement voornoemd, nimmer eenig genot zullen
hebben van zoodanig gedeelte, als door berging zoude moge wor-
den behouden {ten ware de aard van het intrest hierin naar
f- r
\'T
380
hillijklieid toijzigingen vorderde), waartegen wij vrij zijn van
avarij-gros en bijzondere avarij en van alle andere onkosten
meV of zonder succes geïmpendeerd, zullende tot bewijs van in-
trest, waarde of eigendom verstrekken deze polis, en hetgeen
men verder ter goeder trouw zal kunnen produceren\', renuntiëe-
rende wel expresselij k als lieden van eer, van zoodanige artikelen
van het Welhoek van Koophandel, en andere, die deze verze-
kering zouden kunnen contrariëeren of verbieden; belovende
ons daarmede nooit te zullen behelpen.
Rotterdamsche clausule:
Deze verzekering geschiedt tot dekking ra» het interest van
den verzekerde bestaande in.....{onverschillig waarin het
bestaat) en-zidks bepaaldelijk op de behouden aankomst van het
bovengemelde schip ter plaatse van bestemming. Wij nemen
gevolgelijk voor onze rekening al de in het gedrukte gedeelte
der polis vermelde gevaren der zee, op de gemelde reis, doch
alleen en uitsluitend voor hel geval, dat daardoor of tengevolge
daarvan, de behouden aankomst van het schip mögt ivorden
^e*^ fi- diensvolgens het verzekerde interest mögt verloren zijn,
in welk geval wij aannemen de verzekerde som geheel te beta-
len, met dien verstande nogtans, dat wanneer van het verze-
kerde interest iets mögt teregt komen of gered loorden, het
bedrag daarvan aan ons zal vergoed worden.
Wij verklaren voorts, dat, voor zoover de aard van het ver-
zekerde interest dit medebrengt of toelaat, de bepalingen van
art. 024 en volg. v. h. W. v. Kph., betreffende het begin en het
einde van het gevaar, op deze verzekering van toepassing zijn.
Geldigheid der verzekering, verg. Mees, t.a.p., bl. 60 v.
De A. cj. zwijgt over de verzekerde zaak (het interest); aan-
duiding soms door „interest voortspruitende uit" enz. — Het
schip is niet de verzekerde zaak; het interest beslist over het
karakter der verzekering.
Juist: Hof Nd. Holland 17 Apr. 1845, K. v. H. n". 21; — Arh.
Dordrecht 24 Nov. 1862, R. R. 1864 hl. 586. — Anders Noyon,
bl. 75 v.; — Arb. Amsterdam 28 Dec. 1870, M. v. H. 1871, bl. 80.
r
Beteekenis van den afstand van het geborgene in de A. cl.:
Kist , bl. 153 v.; v. Leeuwen , bl. 60 v. — Kuyper v. Har-
pen, n«» 1, 9, 47, 65. — Onjuist Arb. Rotterdam 12\'Juli
1852, W. n\'. 1365, K. v. H. 3. j
1
\'fr
JL e/o-n^
J
-ocr page 130-jfisOL /ox^^ ft
7.
iM-d^^ US\'^uJLL urfi/L \\ J^\' tf>c ^ i^\'fif
381
De bepalingen omtrent Qfiec^-verzekering ^ijn alleen dan
toepasselijk als het interest uit (den eigendom van) het casco
voortspruit. Toepasselijkheid van de artt. 249, 640 en 641.
Anders ten onrechte Arb. Amsterdam s. c. — Ook de beh.-v.-
verzekering «interest casco» is geen casco-verzekering; derhalve
art. 717 niet toepasselijk, althans niet onmiddellijk: Hof den
Haag 27 Mrt. 1876, W. n». 3981; H. R. 10 Nov. 1882, W. n».
4836. — Verg. Rb. Rotterdam 18 Dec. 1880, W. n°. 4008, en 15
Nov. 1882, W. n°. 4830.
Beteekenis van „behouden arrivement" of „aankomst".
Arb. Amsterdam 23 Febr. 1867, W. n». 2881, M. v. H. 1867
bl. 250; 10 .Tan. 1868, M. v. H. 1868 bl. 137; 7 Sept. 1868, W. . ^
n». 3039. — Rb. Rotterdam 22 Apr. 1808,/M. v. H. 1868 bl. 243, /
bev. Hof Zd. Holl. 15 Febr. 1809, M. v. H. 1869 bl. 39 (zinken in de .l\'Jt JU^
bestemmingshaven); Rb. Rotterdam 24 Mrt. 1875, W. n°. 3829, bev.
Hofden Haag 27 Mrt. 1876, W. n". 3981 (afkeuring in de bestemmings- \' ^
haven). — Verg. ook Hof Zd. Holl. 7 Jan. 1846, K. v. H. n«. 12. tU )u ßl.-p
Gevaren waartegen verzekerd wordt: 1". A. cl. „niet be-
houden arrivement door schipbreuk als anderzints, verloren gaan
of verongelukken\'^.
Dat afkeuring ingevolge art. 717 den verzekeraar niet aan-
sprakelijk doet zijn, betoogt v. Lekuwen , bl. 14 v. — Zie over de
komma achter anderzinis\'. Hof A<«stCEIlarTT 25 Juni 1874, M. v. 11.
1874, bl. 127. uUMfrUiJ^ t^u-z^^n^u^
Is de verzekeraar in geval van niet-behouden-arrivement
van het schip aansprakelijk voor elke, dus ook voor parti- ^r/-«-ct^o^^i^«."^/
eele schade, als het interest uit ingeladen goederen voort-
spruit? Arbiters 29 Fobr. 1868, R. B. 1869 bl. 449, on
daartegen v. Leeuwen , bl. 79 v. ^——""
2°. R. cl. „niet behouden aankomst van het schip en diens-
volgens verlies van het verzekerde interest". Do verzekeraar
aansprakelijk ook in geval van afkeuring van het schip doch
alleen voor totaal verlies.
De jurisprudentie neemt aan, dat het schip tegenover den ver-
zekeraar op behouden varen moet worden beschouwd te zijn
vergaan of verloren gegaan, als in een haven, die niet de be-
stemmingshaven is, of bij tijdverzekering, vóór afloop van den
overeengekomen tijd, het geval aanwezig is van art. 717, en het
582
schip dientengevolge wordt afgekeurd: Arb. Amsterdam 23 Dec.
1866, M. v. H. 1868, bl. 83; — Rb. Amsterdam 7 Nov. 1872""en
7(9) Apr. 1875, M. v. H. 1873 bl. 85, R. B. 1875 B bl. 143; —
l Arb. Amsterdam 26 Febr. 1872, M. v. H. 1872,\'\'bl. 71 (tijdver-
i/duljjïW;^ zekering). — Hof AmstcrdaR/ 25 Juni 1874%. c. — Eenigszins
anders Arb. 2 Mei 1868, M. v. H. 1868, bl. 128.
Arb. 29 Jan. 1855, K. v. H. n". 9: een schip dat niet voldoende
kan worden hersteld, zonder oneindig meerdere kosten, dan het
na de herstelling waardig zou zijn, en daarom door deskundigen
wordt afgekeurd, staat in een gezonden zin volkomen gelijk met
een schip dat verongelukt is. — Evenzoo Arb. Amsterdam 24 Jan.
1859, K. v. H. n". 65.
Verg. voorts Rb. Rotterdam 4«-Dee. 1880 en 15 Nov. 1882, s. c.;
Hef-defr-Haag 30 Jan.488^ en 31 Mrt. 1884, W. »«-4737 en 5042.
Arb. Amsterdam 15 Juni 1863, W. n". 2535: ieofcre afkeuring,
mits niet voor schade uit eigen gebrek, belet het behouden va-
i-en; art. 717 niet toepasselijk.
Berekening van de waarde van het schip.
Voor de toepassing van art. 717 moet, bij beh.-var.-verzekering
«interest casco», om de waarde van het schip te vinden, bij de
taxatie in de casco-polis gevoegd worden, wat als meerdere waarde
van het casco op behouden varen is verzekerd: Rb. RotterdamL-
15 Nov. 1882 en Hof den Haag 31 Mrt. 1884 s. c.; Rb. Rotterdam
19 Juni 1886, R. B. en B. 1888, B bl. 217.
Verschil tusschen verzekering van het schip of de goederen
op hehoiiden aankomst en verzekering op behouden varen {of
aankomst) van het schip of de goederen. ^
Art. 854 ADHgb. (verzekering «für behaltene Ankunfl») regelt
niet de behouden-varen-verzekering.
C. Verzekering van avarij-penningen.
Doel dezer verzekering, Arb. Amsterdam 7 April 1870, M.
v. H. 1872, bl. 245.
De verzekerde heeft alleen dan recht op schadevergoeding, als
het totaal der zeeschade lOO*"/» van de casco-verzekering overtreft:
Hof Nd. Holland 12 Dec. 1872, M. v. li. t. z. p., bl. 248.
De verzekeraar wordt ontslagen door vrijwillige koersver-
andering, art. 638 Iv.: Arb. Amsterdam 1 Febr. 1871, M. v.
II. 1871, bl. 54.
upyb
/- \'T" "
m.\'i/cj^ »(JU vvxt) «^.\'T W - .. oO— uu^
.O- CMTV.
yjfif^t
-ocr page 132-7
r.
» y /v^
A
Kn.yirL.V\' \'l.O . ^ ^ g C 6>CC. ■. > ^ n. t ufi n «^tdft.a«.
Irc/t^a
\'Vtvt*\'
l^rmJ- ^ Cf/ra.ti)^. cO-e^ita^cù/ CtAc/i- /W-ev^f^/ic
-fa
L-ourv^ir-cfi- ^ ^ri^ûO^ .
P. Lugt, de vrachtverzekering in het hedendaagsche zeerecht,
Prft. 1871. ~ Molengraaff, étude sur le contrat d\'affrètement,
in Revue de dr. int., 1882, hl. 59 v.
Verzekering van de op een bepaalde reis te verdienen vracht
voor die reis, art. 630. — Critiek van dit artikel: Levy, op
art. 829 ADHwb. ; Lugt , bl. 28 v. — Reeds vóór den aan-
vang van de reis kan de vracht voor verzekering vatbaar zijn. —
Verzekering van op een latere reis te verdienen vracht of van
verwachte retourvracht op behouden-varen-polis.
Voorheelden: de «Delta» en de «Graaf v. Nassau», K. v. H. nos
42 en 65. — Verg. Molengraaff, t.a.p.; Lugt, hl. 37v.; v. Leeu-
wen, Prft. hl. 95 v.
Onderscheid tusschen verzekering van bruto- en van
netto-vrachtpenningen. — Over bruto-vracht-verzekering han-
delen artt. 616, 617 en 623 K.
v^\' Netto-vrachtverzekering voorgeschreven door Ord. Amsterdam
> ^ -1
\'7-
t
17/i4, art. 15.
\\j^^jy^/f^ Begrip van ïic^io-ümc/ii/joijii/t^en als vTJorwerp van verzekering:
Rb. Amsterdam 11 Jan. 1878 en ^n. 1879, R. B. 1878, B bl.
34 en 1879, B bl. 4Q^(ondcr netto-vrachtpenningen moet wor-
den verslaan de bruto-vracht verminderd met alle kosten van de
reis, als uitgaande kosten, gages en onderhoud van schipper cn
equipage en de kosten ter bestemmingsplaats), waarmede te verg.
Lugt, hl. 64 v. en R. B. t. z. p., bl. 151 v. - Arb. 31 Mei 1864, vern.
Ilof Nd. Holland 6 Apr. 1865, M. v. 11. 1865 bl. 66, W. n°. 2730
(aftrek van de uitgespaarde kostgelden n;i de ramp).
De netto-vracht wordt wel gesteld op \'h der bruto-vracht, zie
Arb. Amsterdam 1 Juli 1857, K. v. H. n°. 52.
Verhouding tusschen do verzekering van het schip met do
uitrustingskosten (art. 602) en do vrachtverzekering, zie Lugt,
Hfk. 2, § 1.
Verzekering van de vracht door den reoder-oigenaar
der lading, art. 623 al. 2. Arb. Amsterdam 14 Jan. 1870,
M. v. H. 1870, bl. 135, bev. Ilof Nd. Holland 25 Mei 1871,
M. v. H. 1871, bl. 129 v.
Verzekering van vraclit-avans bij ondcrvervrachting:
-ocr page 133-384
Arb. Arasterdam 21 Mei 1860, M. v. H. 1860, bl. 222, bev.
Hof Nd. Holland 24 Oct. 1861, M. v. H. 1861, bl. 264.
^iTif^\'^ Verzekering door den inlader a. van de vracht, artt. 613
en 614 al. 1 (zie Ord. Amsterdam 1744, art. 35, ampl. 30
J^"^ Jan. 1756; Lügt, Hfk. 3, § 1); — è. van de vooruitbetaalde
vracht (zonder restitutie), fret ä tont événement, verg. artt. 482
al. 2 en 614 al. 2 K. Clausule: „sufficiënt cash not exceeding
£>.. to he advanced at the port of loading etc. subject to premium
of insurance". Zie hierboven bl. 289.
Zie over den mededeelingsplicht van den verzekerde bij verze-
kering van vooruitbetaalde in geen geval terugvorderbare vracht:
Hof Amsterdam 4 Nov. 1881, W. n®. 4730, vern. Rb. Amsterdam
26 Nov. 1880, W. n°. 4677.
Afkeuring en verkoop van het schip in het geval van art.
717 is ook tegenover den vrachtverzekeraar eene gewettigde
handehng, Arb. Amsterdam 14 Jan. 1870, M. v. H. 1870
bl. 135, W. n®. 3242.
Verg. Hof Nd. Holland 25 Mei 1871, M. v. H. 1871, bl. 129 v. (J
(de verkoop van het schip moét gerechtvaardigd zijn als eene daad
van verstandig overleg en van juiste berekening). Anders: iedere
afkeuring (ook eene onnoodige) geeft, als de vracht daardoor ver-
loren is, tegen den verzekeraar op vrachtpenningen, aanspraak op
vergoeding: Arb. Amsterdam 21 Jan. 1874, R. R. 1875, R hl. 192.
Berekening van avarij-particulier bij verzekering van netto-
vrachtpenningen.
Rh. Amsterdam 8 Jan. 1879, R. R. 1879 R bl. 40 (het verschil
\'tusschen de netto te verdienen en de netto verdiende vracht maakt
de avarij op netto-vrachtpenningen uit); anders Arb. Rotterdam
Jan. 1864, M. v. H. 1864 bl. (72 (de avarij-particulior op netto-
vrachtpenningen wordt verkregen door evenveel percenten van do
(getaxeerde) netto-vrachtpenningen te.nemen, als het verschil tus- ^
sehen de bruto te verdienen en de bruto verdiende vrachtpennin-
gen percenten uitmaakt van de bruto te verdienen vrachtpenningen).
Zie voorts over onkosten al of niet ten laste van den vracht-
verzekeraarr Arb. Rotterdam 30 Sept. 1866, M. v. H. 1866, bl.
198 (de kosten van aanmonstering van eene nieuwe equipage bij
sterile van de oude zijn eene avarij-particulier op vrachtpenningen);
Hof den Haag 11 Febr. 1878, vern. Rb. Rotterdam 28 Febr. 1877,
w
\'IrtjL^ n/T^^yîc^ -bi^JiJU^ thrcJL,
U^ov, cPtl-t-.
7
Cc/^CP
•VlA
// oi^fy, àf. i
. ^ •
U. U. Cjo^■
(vJ-. <0/-/ ^
.if. • J1 ----- ■
Y
Jtr
„tÄ- -îr*-»^
k:.
X
\'\'-\'T^rX. _^Jîa.^.
y-\'
Ä« A-\'.
I&i
r V
7
cw 7
/ïx/ yvxi- -Vtt/v^ hri-totJi n-^-\'ij\'^ f^w ot«, i-^vi^U cr\'^
fa— fUt^ t^yt^f-.
W. nos 4209 en 4099 (onkosten in een Engelsche dispache ten
laste van de vracht gebracht), cass. verw. H. R. 13 Dec, 1878,
W. n®. 4320.
J. C. HuBnEGTSE, winst verzekering, Prft. 1887, en daarover
Molengraaff in Rechtsgeleerd Magazijn, 1887, hl. 243 v.
Winstverzekering eene verzekering van de meerdere
waarde van goederen boven de verzekerbare waarde. Zie
liierboven bl. 338.
Winstverzekering geoorloofd, onversebillig waaruit de meer-
dere waarde voortspruit, art. 246;\'^geregeld alleen bij verzen-
ding van goederen over zee;\' artt. 615, 621 en 622.
Art. 615 vordert opgave van de winst in de/i)olis; kracht
dier opgave, art. 622. Rb. Rotterdam 24 Nov. 1875, R. B.
1878 B bl. 81.
Bewijs der winst, art. 621; alleen de in dit art. genoemde
winst vergoedt de verzekeraar, tenzij „door verkoop te beha-
len winst" of „elke bewijsbare winst" is verzekerd.
Volgens heurscondities wordt, in geval van geheel of gedeelte-
lijk non-arrivement, de hegrooting der winst voor den verzekeraar
verbindende beschouwd en ten volle vergoed, onverschillig of er
winst zou geweest zijn, al dan niet.
Gehoudenheid van den verzekeraar ^p winst in geval van
beschadiging der goederen.
De vei7.ckeraar moet betalen zooveel percenten van de meer-
dere waarde van gezond goed\'\'(van de bewijsbare winst), als het
ver-schil tusschen de gezonde waarde cn de waarde van het be-
schadigde goed (de schade) percenten uitmaakt van de gezonde
waarde. .Mdus ook de heurscondities.
Beschadiging van een deel dor goederen kan winstderving op
het geheel (totaal verlies van winst) ten gevolge hebben. Verg.
IIuuregtse, bl. 20 v. cn 63; Rechtsgel. Mag., t. a. p., hl. 2i().
Vergoedt de verzekeraar winstderving door vertraging van
de reis? zie art. 621: „na het afleggen eener gewone reis".
Ristorno der premie in geval van art. 622.
De winstverzekeraar draagt geen avarij-grosse, noch kosten
tot redding,
2ü
/.Mc/\'
-y
/ér
386
In geval van abandonnement van bet goed aan den goe-
derenverzekeraar komt het totaal verlies van de winst ten
laste van den winstverzekeraar.
Aldus MoLENcnxVAFF in Rechtsgel. Mag., t. a. p., hl. 247 v. —
Engelsch en Amerikaansch recht: «a constructive total loss of
the goods constitutes a total loss on profits» (Phillips, a treatise
on the law of insurance, 5<le dr., n°. 1657). — de Courcy, I\'assu-
rance du fret et du benefice, in Questions de dr. mar., 2mesérie,
hl. 409. — Pandectes Beiges, ve Assurances maritimes, n". 408.
Anders: Rb. Amsterdam, 6 Dec. 1871, M. v. H. 1871, bl 221,
bev. Hof Amsterdam 17 April 1873, M. v. H. 1873, bl. 71; —
Hubrb:gtse, bl. 24 v.
Andere soorten van winstverzekering: verzekering van com-
missionnairs-provisie; verzekering van winst op te leveren
goederen tegen het gevaar, dat de verkooper ten gevolge van
brand mocht worden ontslagen van zijne verplichting tot
levering (Rb. Amsterdam 21 Oct. 1881, P. v. J. 1882 n\'.
3*, R. B. 1882 B bl. 47vern. Hof Amsterdam 4(14) Mei
1883, W. n". 4983, R. B. 1884 B bl. 194, en daarover Hu-
bregtse, bl. 48 v.); — verzekering van schade door stilstand
van bedrijf;\'^— van schade door aanplakking van besmette-
lijke ziekte.\'
F. Verzekering van schuldvorderingen.
T. J. Noyon, het verzekerbaar belang van den crediteur in
den zeehandel, Prft. 1872. — A. de Councv, les choses qui peu-
.vent étre assurées, in Q. de dr. mar., Ire série, bl. 269 v.
Eigenlijke schuldvorderingverzekering, verzekering tegen
de insolventie van den schuldenaar. Vereischte: verhaalbaar-
heid der vordering bij het sluiten der verzekering.
a. Verzekering van art. 280 al. 1.,
Santerna, tract, de assecurat., Hl, no»55v.; — Straccha,
tract, de assecurat., introd. n». 49.
De tweede verzekeraar wordt, door betaling der schade, krach-
tens art. 284 van rechtswege gesubrogeerd in de rechten van den
verzekerde tegen den eersten verzekeraar: Rb. Amsterdam 17 Fobr.
1882, W. n». 4785, R. B. 1882 B bl. 54, bev. HoT Amsterdam
21 Oct. 1883, R. B. im B bl. 200/
■t
h. Verzekering eener vordering tegen onverhaalbaarheid ten
gevolge van het te niet gaan van een bepaald voorwerp van
eigendom van den schuldenaar of van een speciaal onderpand
door een der in de polis aangewezen gebeurtenissen. Dit
voorwerp of onderpand wordt daarbij niet verzekerd.
.Tuist Hof Nd. Holl. 17 Apr. 1815, K. v. H. n». 21. — Gevolg:
de verzekeraar van een voorschot tegen vergaan van het schip
aansprakelijk voor deviatie en schelmerij van den schipper, artt.
(538 , 040 en 041. Anders Noyon; bl. 09 v., bij wien eene ver-
keerde voorstelling.
Algeheele miskenning der schuldvordering-verzekering door Arb.
Groningen 18 Febr. 1807, M. v. H. 1807, bl. 220 v., die haar
beschouwen als eene verzekering, i. c. van het schip, «door den
schuldeischer ge.sloten als procurator in rem suam loco dotniniD.
Voorbeelden: hypotheek-verzekering, bodemerij-verzekering,
voorschot-verzekering, enz. Bij do laatste boboudon-varcn-polis
gebruikelijk. Zie v. Leeuwen , Prft. bl. 80 v.
Vereischte: verhaalbaarheid der vordering bij het begin
der verzekering; anders ten onrcchto Arb. G Fobr. 1844, K.
v. H. n®. 21. — Verg. Noyon, bl. 44 v. — Zie hierboven
bl. 331 v.
üe schuldvordering-verzekering dekt alleen het interest, dat
tijdens het sluiten der verzekering aanwezig was, dus niet het
\'bedrag waarmede de schuld sedert dien is toegenomen: Arb.
Amsterdam 30 Oct. 18G0, M. v. H. 1801 bl. 10(\'..
Do verzekerde moet bewijzen niot-verhaalbaarheid der vor-
dering op het genoemde voorworp ten gevolge van het plaats
grijpen van eeno der in do polis omschreven rampen.
Verg. Arb. O Febr. 1844 s. c., vern. Hof Nd. Holl. 17 Apr. 18i5,
t. z. p. — v. Lkkuwen, t. a. p.
De verzekerde behoeft niet eerst den schuldenaar aan to
spreken of diens insolventie te bewijzen: Ilof Nd. Holland
14 Nov. 18G1, M. v. II. 1861 bl. 310. Arb. Amsterdam 1
Febr. 1871, M. v. H. 1871 bl. 55; 7 Oct. 1867 bov. Hof
Nd. Holland 10 Sept. 1808, W. n<» 2955 en 3064.
388
Geen wettelijke subrogatie volgens art. 284 K.; zie boven
bl. 374 v.
Anders Arb. Amsterdam 11 Febr. 1864, U. v. H. 1864, bl. 54 (verze-
kering van boekhoudersvoorschot); — Hof Nd. Holland 14 Nov. 1861,
M. v. H. 1861, bl. 310 (implicite); — Arb. Amsterdam 1 Febr. 1871,
ÄI. v. H. 1871, bl. 55; - vooral Rb. Amsterdam 19 Juni 1872,
M. v. H. 1872, bl. 112.
Moet eene verplichting des verzekerden tot abandonnement
(cessie) der vordering worden aangenomen?
"Wenschelijkheid eener wettelijke regeling o. a. bewezen door
het proces «Slangevecht» (verzekering van een boekhoudersvoor-
schot als pretensie op het schip op het behouden varen daarvan):
Rb. Amsterdam 27 Jan. 1888, W. n®. 5526, bev. Hof Amsterdam
31 Mei 1889, P. v. J. 1889 n». 98, M. v. H. 1889 bl. 279, cass.
verw. H. R. 7 Febr. 1890, W. n°. 583G. Bedenkingen tegen deze
rj^ beslissingen. — Juiste bepaling van art. 809 ADHgb.: «1st eine
lU-.J^ Forderung versichert, zu deren Deckung eine den Gefahren der
- ^ \'S
^ See ausgesetzte Sache dient, so ist der Versicherte im Falle eines
Schadens verpflichtet, dem Versicherer, nachdem dieser seine
Verpflichtungen erfüllt hat, seine Rechte gegen den Schuldner
insoweit abzutreten, als der Versicherer Ersatz geleistet hat».
■ i
Verantwoordelijkheid van den verzekerde voor de deugde-
lijkheid van het vorderingsrecht. — Oproeping in vrijwaring
van den verzekerde; verg. Noyon , bl. 61 v.
G. Ilerverzekering
H. N. Tkding v. Bkrkiiout, de reassurantie, Prft. 186(). — V.
7/ tf^ctuy y*^ Eiiiienukrg, die Rückversicherung, 1885. — A. hk Coöiicy, la
\' \' réassurance et les traitós de róassurance, in Quest. de dr.
mar., 4e série, 1)1. 261 v.
j]^ ßcatu^^iA/tuJ-, ^ 1". De verzekering van art. 280, eeno insolventie (subsidiaire
J^ tweede)-verzekering.
Lm. \'^-J\' \' ^\' 2°. Do verzekering van art. 271, de e i g\'o n 1 ij k o h o r v e r z e-
^(jyf. kering: de overeenkomst, die een verzekeraar (de herverze-
^ t i? anderen verzekeraar (den hervorzekeraar),
^ \' \' waarbij de laatste tegen beding van eeno premie zich verbindt
den eerste to vergoeden, wat deze uit kracht van een door hem
gesloten verzekeringsovereenkomst verplicht is aan zijn ver-
zekerde uit^ te keeren.
arjo
/ ^ ePti S" (^si^ic^C^-^OK—tS^jßtpfSi^tX\'^i^ .
t
-ocr page 138-, -^-yi^tr^^l-yv^ .
p
Ur^^;-na^lcrA^ ci^ eu^ ^^ ^Ca^^r
i
ycuv^\'/-\' W ioi. . ^ ;
Oudste, document: Genueesche oorkonde van 1370 (Bensa,
doe. n°. 8). — Guidon de la mer, ch. 2, art. 19. — Ord. de la
marine (1681), tit. assurances, artt. 20—22. — In Engeland ver-
boden door de zg. Gambling act v. 1747 (19 Geo. 2, c. 37, s. 4);
weer toegelaten in 1867 (30/31 Vict. c. 23, s. 3); fA^o^-? c»:^ ^■\'t.M..
Nut van de herverzekering; de excedenten-verzekering; —
zie art. 53 K.
Het voorwerp der verzekering, de verzekerde zaak is hot
vermogen van den eersten verzekeraar,^ niet de door/dezen/
verzekerde zaak (het huis, het schip, enz). Gevolgen.
De herverzekering kan omvatten de geheele verzekerde som, crwC^
Zie Kist, t. a. p., bl. 33 v.; Teding v. Bekkiiout, bl. 41 v.
Ook de premie der herverzekering? Zie hieronder bl. 392. ^
Kan de herverzekerde verzwijgen dat hij bedoelt eene her- f\' \' . r-,
verzekering te sluiten? Noodzakelijkheid om het interest aan
te duiden. .«fi/\'/v-.^, ^/-.x.....c,.
Tkding v. bf.nKiiouT, hl. 78 v. — «An insurer may eilect re- ~
insurance directly on the subject-maller of insurance against the y,
risks, or any part thereof, insured .against in the original policy,
without being hound to disclose in the policy, or otherwise, that ^^ .t o/\'r vc.
it is are-insurance, unle-ss challenged to do so». PniTCHAnns\' .x t-
Admiralty Digest, 3\'!« dr., ve marine insurance, n°. 595. > ^ ^^
sterdam 2 .Juni 1863, M. v. H. 1863, bl. 166; llb. Amster- \'\'\'\'\'
dam 11 Nov. 1868, M. v. H. 1868, bl. 247.
Vaststelling en betaling dor schade. Vast moot stann de
verplichting des herverzekerden oni zij n verzekerde to
betalen. Het is niot noodig dat bij dezen betaald heeft, maar
evenmin voldoende. .Tustificatie van den betalingsplicht.
Overlegging van een arbitraal of rechterlijk voimis is afdoend *
bewijs der verplichting tot belalen (behoudens tegenbewijs van
niet behoorlijke verdediging). — Verg. Rh. Amsterdam 11 Nov.
18()8, s. c. — Anders Rh. den Haag (i Febr. MM), bij REnKnouT,
1)1. 92.
Invloed van het faillissement des herverzekerden op de ver-
plichting des berverzekeraars.
ffyn ypc«^
■C/^UUL—léyi OÉ^^^ -------------\' I I\'
- _ --------- . ^ .
ULtJ- ; -zrrr-t.^
4 ,
yrxt
oJLcUa-
Ä--»-^ «/Vf
_________
■ TIocJLCJ^O.
ƒ Ûùc^^
TL.
ha. -vzuiy
-ocr page 141-390
^ . Rb. Amsterdam 1 Oct. 1874, M. v. H. 1874 bl. 197, R. B.
B bl. 65, cass. verw. H. R. 28 Mei 1875, W. n". 3861; ?
Rb. Amsterdam 9 Juni 1876, R^ B. 1876, B bl. 161 (in beide ^ ore
y^^ ^ zaken naar aanleiding van na te melden reassurantie-clausule).
. - ^^^^ Spectator jg. 1, n". 6, bl. 45; jg. n». 15, bi. 123; //
M. v. H. 1875, bl. 244 en 275. — T. v. Berkhout, bl. 97. — de
CouRCY, t. a. p., bl. 287 v.
De kosten der schaderegeling komen ten laste van den
herverzekeraar; ook proceskosten door den herverzekerde ge-
maakt?\'^. v. Berkhout, bl. 94.
Abandonnement aan den herverzekeraar; de termijnen van
artt. 670 en 671 loopen van het oogenblik af, waarop de her-
verzekerde in de mogelijkheid is om te abandonneeren. Anders
T. v. Berkhout, bl. 102 v.
De herverzekerings-clausule.
\' Stellende wij ons door deze reassurantie geheel in de plaats
^ der eersten assuradeurs, en geven denzelven dienvolgens volko-
men magt en authoriteit, om in de eerste verzekering te doen
al hetgeen ZEd. zal goedvinden-, ons verbindende om alle schade,
welke ZEd. uit kracht van voormelde teekening, of ten gevolge
zijner gemaakte schikkingen verpligt mögt worden te nantisee-
ren, of definitief of op rekening te betalen, te zullen restitu-
eeren en voldoen, alleen op vertoon der quitantie, waamit die
betaling blijkt.
Strekking dezer clausule, 1»\'® mooning: elke betaling, door
den herverzekerde to goeder trouw gedaan, ook do on-
verschuldigde, geeft aanspraak op den herverzekeraar.
Aldus: Emérigon, tr. des ass. et des contr. a la grosse, ch.
11, s. 9 (le réassureur doit payer, sans être recevable ä opposer
aucune exception. II suffit que le réassuré ait agi de bonne foi).—
Arb. Amsterdam 30 Aug. 1857, K. v. II. n". 77; — Rb. Amster-
lAb dam 13 Mrt. 1802, M. v. II. 1862 bl.55, W. n». 2383, bev. door
-
Hof Nd. Holland 28 Mei 1863, M. v. H. 1863, bl. 163; — Arb.
2 ,Tuni 1863, M. v. H. t. z. p., bl. 166; — Rb. Rotterdam 15
Juni 1878, R. B. 1878, B bl. 253 (Iaat toe bewijs dat de herver-
zekerde met voorbijgang der goede trouw naar willekeur heeft
gehandeld en bedriegelijk is te werk gegaan); — Rb. Amsterdam
8 Febr. 1877, R. B. 1878 B bl. 95, en 7 Apr. 1883, W. n°. 4929; —
Rb. Rotterdam 3 Dec. 1873, W. n". 3678, bev. door IlofZd. Holl.
-/\'^rr^xJ\'
.\'Zu,
i / / . ^gt xrv-tryxtrtnrfy itt\'X\'i\' ^a t /- (VavUk.. h/t^fCt*^^ tf^
Ii,
3 Mei 1875, W. n°. 3849, R. B. 1875 R bl. 63 en 263 (beroep
alleen op bedriegelijke verkorting van de rechten des herverze-
keraars is toe te laten).
meening: de bewijslast wordt overgebracbt op denber-
verzekeraar, wien het recht toekomt aan te toonen dat de
herverzekerde niet verplicht was te betalen.
TF.niNG V. Berkhout, bl. 120, 128 v.
3\'\'® meening: de handeling des herverzekerden moet getoetst
worden aan „1\'exercice normal de la profession".
DE Councv, t. a. p., bl. 264 v. —In dien geest Hof Nd. Holl. 17
Nov. 1864, M. V. H. 1864, bl. 357 (het moet blijken dat de be-
taling gerechtvaardigd was). —
Strekking der clausule bij verschil tusschen de voorwaarden
der verzekering en die der herverzekering: Arb. 7 Febr. 1873,
R. B. 1874 1)1. 538, en Hof Nd. Holland 15 Oct. 1874, R. B.
1875 B bi. 09, M. v. H. 1874 bl. 233 on 236.
Heeft de herverzokeraar een vorderingsrecht tegen den oor-
spronkelijken verzekerde, aan wien door den hcrverzckcrdo
onverschuldigd werd betaald?
Reassurantie-contracten.
1°. Do contract-polissen van reassurantie: een abonnement
op reassurantie. ,, , .
Do herverzekeraar verbindt zieh-, togen genot van een ovon-
redig deel der oorspronkelijke premie, allo oxcedonten, geheel
ftcjS-y ^^ ^^^ bepaald bedrag, gedurende eon bepaalden tijd, to
rt fc^. horverzekerei\\ (traité de rcassurance d\'excédevts de plein , Exee-
Xt-i^i-o-q^ur- dentenvertrag). Afrekening op bordoreaux.
lie reas.surantio-contract-polis voor excedenten verplicht den
^ herverzekerde niet, wal beneden het exoedent is, voor eigen
.W-\'A .jgi tjj houden: Rh. Amsterdam 8 Aug. 1871, M. v. H. 1871,
\' , / 1)1.212. > ^.\'\'^r.
^ tf, Overeenkomst tusschon twee verzekeraars, dat allo vorzoko-
cb^i*^\' ringen, door den eon gesloten, voor do helft of een ander deel zul-
len loopon ton bate en schado van don andor; vaak onder
beding van wederkeerighoid {traité departage): eene handeling
voor gomeeno^ rekening, assurantie-participatie,
^ f/.
loZ ("\'\'rrC^
^ 392
, A. DE Courcy, t. a. p., bl. 311 v. — T. v. Berkhout, bh-lT-iv.
Men onderscheidt facultatieve en obligatoire contracten,
^ /af ^ naar gelang de h er verzekeraar de posten, die hem moeten
worden aangeboden, mag weigeren of niet.
rttn"*\'\'\' H. Preinieverzekering.
Goldschmidt, Handb. des Ilandelsr., 3<3e dr., dl. l,bl. 365,
nt. 98. — Guidon de la mer, ch. II, art. 9; —Ord. de la marine,
, assurances, art. 20 («il sera loisible aux assurés de faire
y /A»^\'*^ assurer le coût de l\'assurance»); — Code de comm. art. 342; —
^ , Amsterdam 1744, art. 22; — Rotterdam 1721, art. 25; — Mid-
^^^Jf delburg 1719, art. 3.
Uitgangspunt: toevoeging van de premie bij de verzeker-
bare waarde van over zee te verzenden goederen, art. 612 K.
Redenen die daartoe hebben geleid. Verband tusschen winst-
en premieverzekering.
Ook bij casco-verzekering wordt de premie vaak in de verze-
kering begrepen: taxatie van het schip ^^pvemie vwltiis" (Arb. „
Amsterdam 22 Dcc. 1866, M. v. H. 1867, bl. 16). UrU^"-^-"^
Is premie-verzekering bij andere verzekeringen (verwachte
winst, provisie, vracht, herverzekering) geoorloofd? /k../^^-
M. PöiiLS, Darstellung des Seerechts nach gem. u. hamburg.
^ ! Rechte, §562. — A. Heise en F. Cropp, Juristische Abhandlungen,
\' \' (Jl, 2, n°, XVII, von der Einrechnung der Prämie in die Versi-
cherungs-Summe, bl. 579 v. — Beneckf.-Nolte, System d. See-
Assekuranz- nnd Bodmereiwesens, dl. 1, bl. 827 v. — T. v. Berk-
hout, de reassurantie, bl. 63 v. .At^n\'i,
Verzekering van de premie der premie. Berekening daarvan.
f
^^ /-e> - < ^ -
-ocr page 144-I
J
HüLC^GKAAFF-UoiirdUT VOOk PKiVAATlUui.
393
Bijlage A.
Wij ondergeschrevenen verzekeren aan U
of die het anders geheel of ten deele zoude mogen aangaan, vriend of vijand,
te weten elk voor de som bij ons hieronder geteekend, van
en alle circumjacentiën van dien af tot
op het casco cn de kiel, het tuig,
de takelage cn het oorlogstuig van het schip met al deszelfs toebehoorcn, do
mondbehoeften en alle onkosten tot in zee too, (\'t geen God beware) den voor-
zegden ^ of iemand anders toebehoorende, genaamd
daar Schipper op is
of wio voor Schipper of Schippers in zijne plaats zouden mogon
varen, zijnde do Geassureerde ongehouden tot opgave van dedesignatio, charter
of soort van hetzelve Schip, doch indien hetzelve mocht blijken van vurenhout
getimmerd to zijn, zonder dat ons zulks zal zijn opgegeven, zullen wij niot
verder gehouden zijn dan tot hot voldoen van do helft der govalleno schade,
liet
Vrij van onkosten van ligdagen en van overwintering, on vrij van schado
cn nvary-gros onder drio ten honderd.
Neniondo wij do risico mits dezo ten onzen laste, van hot uur en den dog
af, dat het voorschreven Schip een begin mot laden van Koopmanschappen zal
hebbon gemaakt, of wel zoodra het oen begin hoeft gemaakt met den ballast
voor do verzekerde reis in to nemen, cn zal dezelve eindigen 21 dngen
nadat hot Schip tor Inatst gedestincordo losplaats zal zijn oangekonion, of
zooveel eerder als hetzelve geheel zal zijn ontlost. Zullende het voorzegde
Schip mogen varen voorwaarts, achterwaarts, wondon on keeren aan allo zijden,
on door nood of met wille aannemen al zulke Havens of Uccdon, als den
Schipper of Schippers tot nut on vordering van do voorschreven reis goeddun-
ken zal; bestaande wijders de voorzegde risico in allo gevaren ter zee, onwodor,
schipbreuk, stranden, overzeilen, aanzeilen, aanvaren of aandrijven, gedwon-
gen verandering van koers of vau do reis, kappen, overboord worpen, brand,
// /
geweld, overstrooming, neming, kapers, roevers, aanhouding op last van
hooger hand, verklaring van oorlog, represailles, nalatigheid, verzuim van
Schippers en Scheepsvolk, alsook schelmerij van het voorzegde Scheepsvolk,
en alle andere fortuinen van de zee, bedacht of onbedacht, gewoon of onge-
woon , geene uitgezonderd; alle welke schaden door ons zullen worden betaald,
ieder pro rato onzer geteekende som, en dat zonder korting, binnen drie
maanden na het behoorlijk bewijs van dezelve.
En in zulke gevallen geven wij U Geassureerde en alle anderen volkomen
macht om, zoowel ten onze schade als tot ons voordeel, alle noodige middelen
tot behoud van het ten deze verzekerde Interest in het werk te stellen, het-
zelve, zoo het noodig is, te doen verkoopen en de penningen te distribnëeren,
zonder onze toestemming of volmacht te behoeven te vragen, mits ons echter,
zooveel de omstandigheden zulks zullen toelaten, behoorlijk daarvan preadver-
teerende; de gevallene schade zoowel als de alzoo gemaakte kosten, zuilendoor
ons worden betaald, hetzij deze laatste met of zonder succes worden geïmpen-
deerd, mits een en ander te zamen niet te boven gaande de door ons verzekerde
sommen, en zullen wij de rekening deswege geloof geven op behoorlijk gejusti-
ficeerde bewijzen, of op dén Eed van dengene die denzelve zal hebben gedaan.
Voorts op conditie, dat wij Ondergeteekenden het 251 art. van het Wet-
boek van Koophandel tegen den Geassureerde, niet zullen mogen inroepen,
tenzij de Kechter mocht beslissen dat daartoe, in ecnig geval, ter goeder trouw
en volgens usantie alhier, termen voorhanden waren, waartegen het verzekerde
Interest niet aan ons zal kunnen worden geabandonneerd, tenzij hetzelve ongetwijfeld
zal verloren zijn, of dat er geen redelijke grond tot hoop van terugbekoming
plaats heeft, in welke gevallen echter mede de toestemming en goedkeuring
van den Rechter zal vereischt worden, alvorens deze bepalingen in werking
te kunnen brengen. Zijnde verder deze Verzekering aangegaan ondor uitdruk-
kelijke voorwaarde, dat art. 747 van lietzelvo Wetboek van Koophandel niot
tegen ons kan worden ingeroepen, als zijnde aan dit art. door don Verzekerde
gerenuntiëerd.
En zulks tegen genot van een premie van ton honderd,
voor dewelke wij Ondergeteekenden
in Rekening-courant hebben belast, en alzoo den Geassureerde quitecron bij
deze.
Alles onder verband en submissie van onze personen cn goederen, presente
en toekomende, renuntiëerende als lieden van eer van allo cavillatiën cnoxcep-
tiën die deze zouden contrarieeren.
Aldus gedaan, ter goeder trouwe, op alle goede cn kwade tijdingen, en
op do gedeponeerde Beursconditiën, to Rotterdam, den
■ V\' "
\' «il
____.
. ■ M
4 .
f-
I-
r
t ...
m
m
. . - . ^^ ____
Il
■Ôt v-t ;îîvr.
Bijlage B.
BEURS-GOEDEREN-POLIS.
Wij ondergeschrevenen verzekeren aan U
of die het anders geheel of ten deele zoude mogen aangaan, vriend of vijand
te weten elk voor de som bij ons hieronder geteekend, van en
alle circumjacentiën van dien af tot
Met inbegrip van alle ligter-risico zoowel naar als van boord cn met onderwer-
ping aan alle bepalingen in het connossement vermeld.
En dat op Goederen, Waren cn Koopmanschappen, gereed of niet gereed, en
in het laatste geval, hetzij ons daarvan kennis is gegeven of niet, geladen of
nog to laden in het Schip, hetwelk God beware, genaamd
daar Schipper op is of wie voor Schipper of Schippers
in zijne plaats zouden mogen varen, of hoe do naam van Schipper of Schip
anders zoude mogen georthographeerd, gesteld of gespeld worden, en welke do
dcsignatie, charter of soort van hetzelve Schip zoude mogen zijn.
! lastgeving
lastgeving voor zooverre de vermelding daarvan volgens de
wet vereischt wordt.
Het gemelde schip
Met wederzijds genoegen getaxeerd en vastgesteld op de verzekerde som. Zul-
lende in geval van avarij of schade geen ander bewijs van Intrest, Jraarde
of Eigendom gevorderd worden dan alleen deze polis en het cognos.<iement. Met
al hetwelk wij volkomen genoegen nemen.
Vrij van onkosten van ligdagen cn van overwintering, cn vrij van schado
ondor drio ten honderd, doch met vergoeding van alle averij-gros.
>
Nemende wij de risico mits dezen ten onzen lasto van het uur en den dag af,
dat do voorschr. Koopmanschappen zullen gebracht zijn op do Kade of den Wal-,
om van daar geladen te worden in liet voorsclir. Schip or in Schuiten, Barken
of Ligters, om\' daarmede gevoerd te worden aan boord van hot gemolde Schip,
cn zal dezelve loopen ter tijd toe dat hctzolvo Scliip tot do plnats of jilaatscn
als boven zal zijn aangekomen, on do voorschr. Goederen, zonderecnicoschado
of verlies, aldaar gelost, vrijelijk on vredolijk op het land gebracht zullen zijn,
in het vermogen van U Geassureerde of uwe Gemachtigden, mits dat do ont-
lossing gc^schiodo binnen 30 dagen na hot nrrivoment van liet schip tor gedos-
tineorde i)Iaats, ten waro dat door wettige verhindering de lossing in dien tijd
niet had kunnen geschieden, hetwelk, in geval van ramp of schado bewezen
zal moeten wordon. Zullende liet voorsclir. Schip mogen varen voorwaarts, ach-
terwaarts, wenden on koeren aan alle zijden, on door nood of met wille aan-
nemen alle zulke Havens en liecdon, als den Schipper of Schippers tot nut on
vordering van do voorschr. reis goeddunken zal, en of door nood do gcmeldo
// /
Goederen door dezelven ontladen werden en herladen in eenig ander Schip of
Schepen, klein of groot, hetwelk zij zullen mogen doen eigener autoriteit en
zonder ons consent te wachten, zullende wij de risico blijven loopen, alsof de
Goederen nooit ontladen waren geweest.
Bestaande wijders de voorschr. risico in alle gevaren ter zee, onweder, schip-
breuk, stranden, overzeilen, aanzeilen, aanvaren, of aandrijven, gedwongen
verandering van koers, van de Eeis of van het Schip, overboordwerpen, brand,
geweld, overstrooming, neming, kapers, roovers, aanhouding op last van hoo-
gerhand, verklaring van oorlog, represailles, nalatigheid, verzuim of schelmerij
van den Schipper of het Scheepsvolk, zonder toedoen of voorkennis van U
Geassureerden geschiedende, en alle andere fortuinen van de zee, bedacht of
onbedacht, gewoon of ongewoon, geene uitgezonderd; alle welke schaden door
ons zullen worden betaald, ieder pro rato onzer geteekende som, en dat zonder
korting, binnen drie maanden na behoorlijk bewijs van dezelve. En in zulke
gevallen geven wfl TJ Geassureerden en alle anderen volkomen magt, om zoo-
wel ten onzen schade als tot ons voordeel, alle noodige middelen tot behoud
van het ten dezen verzekerde Interest in het werk te stellen, hetzelve, zoo het
noodig is, te doen verkoopen en de penningen te distribueeren, zonder onze
toestemming of volmagt te behoeven te vragen, mits ons echter, zooveel de
omstandigheden zulks zullen toelaten, behoorlijk daarvan praeadverteerende; de
gevallen schade, zoowel als de alzoo gemaakte kosten zullen door ons worden
betaald, hetzij deze laatste met of zonder succes worden geïmpendeerd, mits
een en ander te zamen niet te boven ga de door ons verzekerde sommen, en
zullen wij de rekening deswege geloof geven, op behoorljjke gejustificeerde be-
wijzen, of op den eed van dengene die denzelven zal liebben gedaan. Voorts op
conditie, dat wij ondergeteekenden het 251 art. van het Wetboek van Koophan-
del tegen de Geassureerden niet zullen mogen inroepen, tenzij de nagenoemdo
Ilegter mocht beslissen, dat daartoe, in eenig geval, ter goeder trouw en
volgens usantie alhier, termen voorhanden waren, waartegen het verzekerde
Interest niet aan ons zal kunnen of mogen worden geabandonneerd, tenzij het-
zelve ongetwijfeld zal verloren zijn, of dat er geen redelijke grond tot hoop
van terugbekoming plaats heeft, in welke gevallen echter mede do toestemming
en goedkeuring van den Regter zal vereischt worden, alvorens dezo bepaling
in werking te kunnen brengen. Zijnde verder deze verzekering aangegaan onder
uitdrukkelijke voorwaarde, dat art. 2G7 , alsmede art GG2 van het Wetboek
van Koophandel, het laatste art. voor zoo ver do opgave van den naam van
den origineelen Verzekerde betreft, niet door ons, en art. 747 van hetzelve
Wetboek van Koophandel, niet tegen ons kan worden ingeroepen, als zijnde
aan het laatste art. door don Verzekerde gerenuntiëerd. Verders is bepaald dat,
wanneer er verschil over deze polis, do gevolgen van dien of do daarbij aange-
fane verzekering moclit ontstaan, alsdan partijen zich zullen onderwerpen aan
e uitspraak der Arrondissementsregtbank te Amsterdam en in hooger beroep,
zoo de zaak daarvoor vatbaar is, aan die van het Provinciaal Geregtshof van
Noord-Holland, of het regtscollege waardoor dat Hof welligt later mögt worden
vervangen.
En zulks tegén genot van eene premie van ten honderd, voor
dewelke wij ondergeteekenden in Rekening-Courant hebben
belast en alzoo den Geassureerde quitceren bij dezen.
Alles onder verband cn submissie van onzo personen en goederen, presente
en toekomende, renuntiëerende als lieden van eer van alle cavillatiën en excep-
tiën, die deze zouden contrariëcren.
Aldus gedaan, ter goeder trouw, op alle goede cn kwade tijdingen cn op
Beursconditiën to Amsterdam, den
Met dooi-loopende risico, zoo noodig tegen verbetering van premie, bij andere
bestemmingsplaats dan hierboven gemeld, of bij eventueele overlading onder teeg.
-\'t •
\' • . -
• ..s.-:.,.
\\
•1
"X-; ■
r-5
rrK\'
-ocr page 148-Ki!»-!
Si\'
■ • V^^ifl, Ai". ■ V tii^n, , ,
\' \' • p
-it:-
V vi -
■ V : - | |
■ \' . | |
.iUr \' ■ ■ ■ | |
BniSv \' |
\' I\' T\'
Bijlage C.
BEÜIiS-BRAND-POLIS.
Wij Ondergeschrevenen verzekeren aan IJ
of die liet anders geheel of ten deelo zoude mogen aangaan, Vriend of Vijand,
te weten, elk voor de som bij ons hieronder geteekend
(zijnde de Gronden of Erven onder deze Verzekering niet begrepen) staande en
gelegen
mitsgaders op de Gereedschappen tot gemelde
behoorende, mitsgaders op den Inboedel en hetgeen
verder in of op gemelde is of zijn berustende, en
gedurende deze verzekering daarin of op gebracht zullen worden, mitsgaders op Goe-
deren , Waren en Koopmanschappen, van wat qualiteit of natuur dezelve zijn, geene
uitgezonderd, dewelke reeds in of op de voorschreven
zijn of gedurende deze A\'\'crzekering daarin of op zullen worden gebracht. En zal het
den Geassureerde vrijstaan, om telkens zoo velo Goederen, Waren en Koopman-
schappen in of op to slaan en wederom af te leveren, als het denzei ve gelieven zal.
Zullende, ingeval van ongeluk, do Verzekeringen, welke, zoo hier als elders, aan
bovengenoemde Geassureerde op Goederen in hetzelfde Pand bij eene andoro l\'olis of
Polissen zijn gedaan, of nog bij deze of andero l\'olis of Polissen mochten worden ge-
daan, beschouwd worden in gemeenschap to zijn geschied, en zal alzoo bij onverhoopt
ongeluk de schade geslagen worden over al do alsdan loopende Verzekeringen, zon-
der ouderscheid van vroeger of later Contract.
En zulks voor brand, veroorzaakt hetzij door onweer, eigen vuur, onacht-
zaamheid, schuld of schelmerij van eigen Uedienden, Huren, Vijanden, lioovers
en alle anderen hoe ook genaamd, op wolk cono wijzo do brand ook zoude mogen zijn
ontstaan of veroorzaakt, bedacht of onbedacht, gewoon of ongewoon , geene uitge-
zonderd , mitsgaders voor do schade dowolko als een gevolg van den brand moet
worden genomen, aangemerkt of gehouden, als bederf of vermindering van liet Ver-
zekerde door hot water ter blussching gebruikt, ook dieverijen of hot vermissen van
iets van het Verzekerde gedurende de brandblussching en beredding.
En zulks voor don tijd van maanden, aanvang nemende mot
den on eindigende den
beiden des middags ton twaalf ure.
AVordende de Opstal getaxewd op do som van f
doGereetlschappen opdosom van/■ de Inboedel op do
som van f on do Goederen, Waren en Koopmanschappon
op de som van f waarmedo wij genoegen nemen.
En zal, in casvan schade, behalve een verslag, behelzende zooveel mogelijk do
omstandigheden welke den brand vermoedelijk of zeker veroorzaakt hebben, moeten
// /
worden vertoond deze Polis, benevens een bewijs van de schade aan het verzekerde,
door den brand en de hiervoren beschreven gevolgen van dien veroorzaakt; zullende,
zoo er door ons geen bewijs van het tegendeel geleverd wordt, voor een voldoend
bewijs van de gevallene schade worden gehouden :
Met opzicht tot den Opstal en de Gereedschappen, eene
taxatie van neutrale Personen, te committeeren bij den Rechter, ter plaatse waar het
Verzekerde is gelegen,en indien aldaar geen Rechter zijn mocht, bij dengenen die
aldaar eenige macht of gezag is hebbende of uitoefenende, en deze mede ontbrekende,
eene verklaringonder eede van den origineelen Geassureerde zeiven, of van dengeneof
degenen dewelke de directie heeft of hebben gehad van hetgeen verbrand, bedorven of
vermist is, en hoeveel er vereischt wordt om hetzelve te brengen in zoodanigen staat,
als het ten tijde van den brand is geweest.
Eu met opzicht tot den Inboedel, de beëedigde Attestatie
van den origineelen Geassureerde of van dengene of degenen dewelke de directie heeft
of hebben gehad.
En met opzicht tot de Goederen, Waren en Koopmanschappen, de Boeken,
Aanteekeningen, Lijsten of ander deugdelijk bescheid., naarmate van de door den
Rechter te beoordeelen omstandigheden, en bij ontstentenis van die bescheiden ten
gevolge van de ramp, zoodanige verklaringen of andersoortige bewijzen, als gepast
geoordeeld of, desnoods, door den Rechter voorgeschreven zullen worden, waaruit
tevens van het werkelijk daar aanwezig zijn, in het verbrande Perceel, tijdens den
brand blijkt, terwijl van hetgeen overgebleven is, door eene onmiddellijke nadsn
brand door den verzekerde, of dengene of degenen die de directie hebben of gehad
Rebben, onderteekende lijst zal moeten blijken. Behoudende wij ons het recht voor,
om de beëediging van de goede trouw onwaarachtigheid van het een en ander, door
de Opgevers en Onderteekenaars, ten overstaan van den bevoegden Rechter, in onzo
tegenwoordigheid, immers nadat wij behoorlijk geroepen zijn, te vorderen.
Autoriseerende wij den Geassureerde en alle anderen, om ingeval van brand tot
redding, blussching en berging zoodanige orders te stellen cn te doen uitvoeren, als
men ten meeste nutte zal geraden vinden, approbeerende nu voor alsdan hetgeen
daartoe zouden mogen zijn of worden aangewend.
Alle welke schaden, benevens de kosten op do beredding gevallen, door ons,
ieder in evenredigheid der door ons geteekende som, zullen worden voldaan, ééne
maand nadat ons het ongeluk zal zijn bekend gemaakt, zonder eenige korting, des
echter, dat wij in geen geval meer dan de som , waarvoor wij ons bij onzo teekening
verbonden hebben, zullen behoeven te betalen.
Zullende in deze Verzekering geen restorno noch abandonnement plaats kunnen
hebben, als zijndo daarvan over en weder uitdrukkelijk gerenuntiëerd, gelijk mede
van Art. 251 van het Wetboek van Koophandel, voor zooverre do Rechtbank niet
mocht begrijpen dat daartoe ter goeder trouw en volgens usantio termen bestonden.
Evenzoo is gerenuntiëerd van Art. 292 van het Wetboek van Koophandel, voor
zooverre het ongeval geen brand ten gevolge heeft gehad.
Verder is bedongen dat wij Ondergeteekenden. zoo te zamen als ieder in het bij-
zonder, of iemand van onzentwego, het recht zullen hebben, het verzekerde tijdens
of na den brand te komen inspecteeren, hetzij alleen, hetzij vergezeld van getuigen,
de verzekerde voorwerpen zullen mogen komen bezien en opnemen, cn een proces-
verbaal van bevinding of van bevinding en taxatie to doen opmaken, zonder dat wij
echter daardoor in eenige der door ons te voeren sustonuën zullen worden geprojudi-
....... ^
M
-01
\'X
; il- ■■
■.-•\'Ho
:
... • . ... . ■
- ■ ■ ■ ■■•\'iy
.... , \' .. - ÙM.\' \' ■" \' \' \' ■■ . ■"■>
V.v,. :
» ;v .•\'•.• -i \' > i-:-f\'-\'
IÉ | ||
W. ..it! | ||
••J9 | ||
r
t J\'\'
m
\'1
■ y
V .f. . \'
cieerd, van welk proces-verbaal, in geval van verschil zoodanig gebruik zal kunnen
worden gemaakt, als bevonden zal worden te behoorea.
Zullende deze Assurantie, voor zoover dezelve loopt op den Opstal van eenig
Pand of op Inboedel, doorgaan, ook dan wanneer het Verzekerde van Eigenaar
mocht veranderen, mits ons daarvan binnen de eerstvolgende driemaal vierentwintig
uren kennis worde gegeven, en wij in dat geval binnen veertien dagen niet verklaard
hebben de Verzekering te willen doen ophouden; terwijl wij, ingeval wij de Verze-
kering niet willen doen voortduren, driemaal vier en twintig uren na do door ons
gedane kennisgeving niet verder verbonden zullen zijn, edoch verplicht om daarna
een evenredig gedeelte der genotene Premie terug te geven, en, voor zoover dezelve
loopt op Goederen, Waren en Koopmanschappen, zal, wanneer het Verzekerde
van Eigenaar mocht veranderen, onzo risico ophouden zoodra hetzelve van onder
het beheer van den oorspronkelijken Verzekerde zal overgaan onder dat van den
nieuwen Eigenaar, tenzij over de voortduring der Verzekering nader overeenge-
komen worde.
Zijnde verder deze Verzekering aangegaan onder uitdrukkelijke voorwaarde dat
Art. 747 van liet Wetboek van Koophandel niet tegen ons kan worden ingeroepen,
als zijnde daaraan door den Verzekerde gerenuntiëerd.
En zulks tegen genot van eene premie van per Mille, voor
dewelke wij Ondergeteekenden in Rekening-Courant
hebben belast en alzoo den geassureerde quiteeren bij deze.
Alles onder verband en submissie van onzo Personen en Goederen, presenteen
toekomende, renuntiëerende als lieden van eer van allo cavillatiën ou exceptiën die
deze zouden contrarieeren.
Zullende onder onze risico ook begrepen zijn de Schaden omschreven in Art. 292
]V. V. K. voor zooverre het inslaan van den bliksem of het ontploffen van gas betreft.
Aldus gedaan ter goeder trouw, op de conditiën van de ter Griffie van de Ar-
rondissements-llechtbank te Rotterdam gedeponeerde Beurs-Brandpolis, terwijl
elke afwijking daarvan in den druk dezer, krachteloos zal zijn.
In Rotterdam den 189
-ocr page 151-// /
Bijlage D.
"Wij ondergeteekenden verzekeren aan de Heeren N. N. en Co. te A., een
som van Vijfhonderd Gulden, als maximum per iedere gelegenheid, geene
uitgezonderd, op alle goederen, geene uitgezonderd, welke van al 23 Maart
1892 tot en met 23 .Maart 1893, dus gedurende Twaalf maanden aan, door
of voor UEd. hetzij voor eigen rekening of voor rekening van derden worden
verzonden van en naar alle havens, plaatsen, zeeën, stroomen, rivieren en
eilanden van-Nederland, vice versa of zoo wel hier als in alle andereplaatsen
in Nederland zijn verladen en blijven liggen per schuiten, ligters, beartsche-
pen, stoombooten, spoorwegen, of per zoodanige gelegenheden als daarvoor zul-
len gebruikt worden, geene uitgezonderd, en wel zoo dikwijls als de Geassu-
reerden of hunne lasthebbenden, zulks zullen goedvinden of noodig oordeelen,
alles zonder eenige stilstand of uitsluiting van risico hoegenaamd.
Loopende onze risico op Beurspolis Alhier in gebruik voor alle schade en
met vergoeding van alle avarij-grosse hoe gering ook en voor zoover de Goede-
ren op dek zijn geladen vrij van heschadigdheid, volgens conditiën alhier in
gebruik.
Zullende in geval van avarij of schade hiervan zoo spoedig mogelijk (doen-
lijk) moeten worden kennis gegeven aan den Makelaar N. N. Alhier, en geen
ander bewijs van waarde of intrest behoeven geproduceerd te worden dan alleen
eene verklaring, waaruit blijkt, welke verzekerde goederen tijdens de ramp
waren geladen en de waarde hiervan door de Geassureerden moeten worden
opgegeven, waarmede wij genoegen nemen, en waarna de behandeling en af-
doening der schade zal geschieden alsof de risico door ons op een afzonderlijke
beurspolis was geteekend. Zullende onze risico steeds per iedere gelegenheid als
boven omschreven, onaangezien hoeveel aan avarij of schado wordt betaald,
tot het in dit contract bepaalde maximum ad Vijfhonderd Gn/de« blijven door-
loopen.
Ook nemen wij aan de risico te loopen der verzekeringen genoemd maximum
te bovengaande, doch zal van die meerdere risico ons onmiddellijk moeten
worden kennis gegeven, cn de premie daarover volgens afzonderlijk tarief door
onS worden geboekt.
En zulks tegen genot eener premie van 3% over het maximum in eens af,
waarvoor wij den Makelaar N. N. in rekening-courant liebben belast, en alzoo
de Geassureerden .kwiteeren bij deze.
Renuntieerende wij voorbedachtelijk aan alle wetten cn bepalingen die deze
verzekering zouden kunnen contrarieeren of verbieden.
Aldus gedaan te Rotterdam 23 Maart 1892.
{Naam der Maatschappij),
f 500.-- voor Vijflionderd Gulden,
(w. g.) N. N.
500.— k 37„ f 15.—.
Onk. . . . „ 1.—.
f IG.-.
/La^.
l/éyi^ aJc.sLnyiy^\'^, « Ui. dJiyL.
^ ^ -----
^ (oy St^ryi^e^ -----^-\'---
Zu^L
^2/
- bT^Z.
-
-
--
"p ù\'i
^ jif 4
. _ -jrtt/xO-—> — ------
^ —T 3 Ó 6
Vf
^ U/vri^\'Ûireri.\'tQ^iCcu-^
-ocr page 152- -ocr page 153-dX, (re \'(rt L^p/f
) kS^^ \' \\
V ^^ ^ / \'
àr Oict. pMC. (yyi f^J^cZf« ^^ Cu "CÙt JL^o (r^^^-CfZDKX
tidjUw-pUL^\'^-
-h ^t^fiJU/u.J^.
-ocr page 154-yVtrioJu^ ôu/iUtc, \'V-A^ v-eMe.t^QjKJuU^cf C/jlju*.
^ /l a»« ThU yjuSt/t^ ,
Hi. dju fA^vTjLw^\'urvw^v^- xrtrx.-\'V^^ .J?
^ f\'tfl IfùrxJU^ j.
-ocr page 155-Het Examen ter verkrijging van den Graad van
Candidaat in de RECHTEN, van den Student
cA^ zal plaats hebben
op dag, den ^ te/^
/ \'
\' uren.
y
OL»- ^
^ l -Ta t^a-^ (^^i-rl
äi/^^-t
X\', cl
-----------—-----~ ----------""—---—___
W ____________________. /:cy.f^\'\'J<pjcf
t
* Z\'-
. , , , , i^\'Cxunn^e^J.
In^-Z/Lt^ tt.-il-/- tx/t-^, éi}^
/-
X^IJW <V. iT^,
- ^ »
üß: ft,"
^^e^ "^ÂA^-.v^/xJt^^ ^i^fUJcA»^
----
r
-ocr page 158-—\'
^ e^arry uw
fio, ^tr-KfJ^-itx^^yi- / afltPù , ùJi ■^x," S^iS^ j — ^oj^^yuC^t^
TJ^
tr*Ji^a-cnCyt)LjtLXU~ ehrcnr
tnrxK-^
C\'-\'Ct-AJi^OUytJ
f
-ocr page 159-/* ^ titCt^"Iji, oJtc^jL, d}.
/rrrtt\'A*/ —i\'i.^- ^f i-. "-^.-r n-rr
.yfc^.
7
/=
-ocr page 160-ircoj^hi
Y
_ Ji;,./e. UPJ^,
-ge»«. / .il«\' ^.rrrrf ■
t^e^t^ chwr- ^ n u— ■ ^^ fojtJ^:
/ ^ ■ 6
-----------^iTMi/ f
-ocr page 161-"I
A- ^ •• .....
r-
■^Xtyt^cJUsi_
IjueMyJ-
7
t
Olf^-v\'\' tJt-^^
-TV0 1. <
I
tl.
\' U/\'trtJIi ^ e/W^
cryy\\
-ocr page 162-/Ù>. ■^e-tA.^x.vixyi^tt^ , ^ ery ft "
f. )
■fi^
j
ex^ Si/ÊkyUjc^ Je^
-ocr page 163-\\i v: /
________ ______, \'ZA.aJZ^/i. Ô-Co— _ __
/y O r.
P^rtTuer^^yf-tJf^Styyi- : ùtjv^f ■
-SaM.
f - A
■in
1/
-ocr page 164-,"7 1
Ç-cnA^c^À^yj ^ ■
cJl^ -^et-Aji—^ ^ iCjl!-»^ at«"«"\'«— .
^ /. ƒ . nr -LiJ? ff f^rr— —CA--arfrt. A«*/ ^ , ?
ffl/^tv l/^Ayyj^.^uo-i^f^ -fh^ étAr~crtJU~ \';
i
jC-t— ov^tA^y O^K/^ itc*^ at».
-f
*
. /p.
-ocr page 165-cjuu .M)^\'
-ocr page 166-/ // , T i\'i
Cf. e-
V
I
OJ\'crtJri ,
. ù-CyC ^e-^s-^ yu^eyi-^Y^^k^Jr^
-ocr page 167-^—-----unrJl-
ez-
__. y. /wO â M t ^ fr. fa J ^ É.. À/^t Jrt m. - ^ . - J
Urttwi. , 4/vin. iJZ^^*^^ e^
^ fli ..... ^t/v-cry
ÛhA.
Onr-t/i
^yL-oUU. /itAjt^\'t^\'\'^ fjyd 2. C-cL. (ÙV. 1
ca, «Wvt^\'a/2. / ptA^^^M^^ Ci^ ^
-ocr page 168-(^^diJ r^e^Aj^e,^ UjD^/jJe^^^ (À ^ ^ ^^^
^/n.- ^ît-? eA«.
J f/
»... c/zrty-ty
1
\' ^ ^ . ■ /. . / AA _rt ^ . . O
-ocr page 170-§ 77. LEVENSVERZEKERING. — BRONNEN EN
LITERATUUR.
Men onderscheide a. Kapitaalverzekering.
1". Verzekering van het leven eens derden (uit-
keering bij overlijden). ,
E. Bensa, il contralto di assicurazione nel medio evo, 1884,
capo 8, le prime forme dell\' assicurazione sulla vita. — Gold-
sciimidt, Handbuch d. Handelsr., 3ie dr., dl. 1, Universalgeschicbte
des Handelsrechts, bl. 382.
Bij Bensa Genueesche levensverzekeringcontracten van 1427
en 1428; bij Scaccia (de commerciis et cambio, §1, quaest.
.1, n°. 142)\'een Genueesche levensverzekeringpolis van 1609.
Karakter dezer verzekeringen.
Statuut v. Genua van 1588, bk. IV, c. 17: «Sine licentia se-
natus non possint fieri securitates, vadimonia, seü partita super
vita pontificis . . . . super acquisitione, amissione, seu mutatione
dominorum ... . . super felici seu infelici successu exercituum
.....super rnatrimoniis contrahendis, vel non contrahendis.....
super partu mulierum, neque navium aut aliorum appulsu aut
recessu.....super futura vel non futura peste aut bello, neque
super electione ducis.....etc.» Verg. Straccha, tract, de
sponsionibus, p. IV.
Guidon de la Mer, 16, 5: «Autre sorte d\'assurance est l;üte par\'
les autres nations sur la vie des hommes, en cas qu\'ils décédas-
sent estant sur leur voyage, de payer telles sommes à leurs hé-
ritiers ou créanciers; mesme les créanciers pourront faire assurer^
27
m
402
leurs dettes, si leur débiteur passait de pays en autre; le mesrne
feraient ceux qui auraient rentes ou pensions, en cas qu\'ils dé-
cédassent, de continuer pour telles années à leurs héritiers telle
pension ou rente qui leur estait deue, qui sont toutes pactions
réprouvées par les bonnes moeurs et coutumes, dont il arrivait
une infinité d\'abus et de tromperies pour lesquelles ils ont été
contraints abolir et défendre ledit usage, qui sera aussi prohibé
et défendu en ce pays».
Ordonnance de la Marine (1681) , bk. 3, tit. 6, art. 10: «Dé-
fendons de faire aucune assurance sur la vie des personnes».
Gambling act, 14 Geo. Ill, c. 48^(1774): verbod van alle ver-
zekeringen «on the life or lives of any person or persons, or on
any otheR event or events whatsoever, wherein"the person or
persons for whose use, benefit, or on whose account such policy
or policies shall be made, shall have no interest, or by way of
gaming or wagering_____)•>
Nederland. —
Ord. v. Karel V van 4 Dec. 4544: verbod van «weddinghen op
knechtkens oft meyskens» (Costumen van Antwerpen 1582, t.54,
art. 3). — Ord. van 20 Jan. 1571, art. 32: «verbod van verzeke- y jj
ringen, op \'t leven vande lieden ende personen^ — Costumen v. /
Antwerpen, t. a. p. art. 2. — Ord. v. Amsterdam 1598, art. 24;
Rotterdam 1604, art. 40; Middelburg 1600, art. 2.
Frankrijk, avis du Conseil d\'Etat v. 28 Mei 1818: «. . . .qu\'il
ne doit"pas être permis d\'assurer sur la vie d\'autrui sans son
consenteni^nt». — België, wet v. 11 Juni 1874, art. 41 al. 3:
«l\'assurance sur la vie d\'un tiers est nulle, s\'il est établi que le
conti-actant n\'avait aucun intérêt à l\'existence du tiers». — Italië,
C. d. ç., art. 449 al. 3 (gelijkluidend). — Hongarije, H.wetb.
art. 499 (toestemming des derden of belang). — Rumenië, II.well),
art. 473 al. 2 {hehng). — Nederland, Wetb. v. Kooph., artt. 303
en 306.
2". Verzekering van eigen leven.
De onderlinge, verzekering van uitkeeringen bij overlijden
in den vorm van ondersteunings- en begrafenisfondsen reeds
bekend bij de Grieken en Romeinen.
De fQuroi (broederscbappen). — De collegia funoraticia, col-
legia tenuiorura. ,
■ G. StóiiuLLAZj lös>-sociétés de secours mutuels, th. 4890, livre
i, ch. 4 en 2. — v. Holst, de eranis graecorum imprimis éx
jure Attico, Prft. 4032. — Bruns, fontes juris Romani antiqui,
ed. Mommsen en Gradenwitz (G), bl. 345 v. — v. Lyskowsky, die
collegia tonuiorum der Römer, Prft. 4888. — SciiiESZ, die römi-
schen collegia funeraticia, 4888. _ ^ AÂ/^^^»ett^yevi^;.^. J^t/.
Latere ontwikkeling. De gilden en Gildefondsen (conjura-
tiones, Schutzgilden). De confréries, broederschappen.
W. E. wilda, das Gildenwe^en im Mittelalter, 1831. -- O.
Gierke, das deutsche Genossenschaftsrecht. Bd. 1 Rechtsgeschichte
der deutschen Genossenschaft, 18G8, passim. — T. Saiitii, En-
glish gilds, 1870. — L. Brentano, die Arbeitergilden der Gegen-
wart, 2 dl. 1871/2, dl. 1, bl. 4-88. _ ^».c,./;,. t^^l
^°Srafenisfondsen en -bussen. , ^
j ^ Uit de begrafenisfondsen hebben zich, de moderne levens- oJU
ontwikkeld. De verzekering van eigen leven ho^fdza^**^^/» oiua^
! The Amicable Society 170G (in.tW-beginne met jaarlijksche ver-
deeling der inleggelden tusschen de rechtverkrijgenden van de over- ^^
_ ledenen).Societies, en Industrial Assurance Companies. - ""t!^
Engeland. — Friendly Societies Act, 1875, 08/39 Vict. c. Oö, / Q /;• a
Ccr€i£cA^ gow in 4887 cn 4889 (^egrafenisfondsen). — The Life Assurance
i Companies Act, 4870 , 33/34 Vict. c. Gl, gew. in 4871 en 1872, —
/Mz^^jYI^q Policies of Assurance Act, 18G7, 30/31 Viel. c. 144 (to enable
aJ. .^^i^^^-assignees ot policies of life assurance to sue thereon in their
CÄ- names). — The Married Women\'s Property Act, 1882 , 45/46 j,
Vict. c. 75, art. 11.
éPyó,^/^ Frankrijk. — Tijdelijk verbod van levensverzekeringmaatschap-
c. pijèö bij Decreet van 24 Aug. 1793. — Avis du Conseil d\'Etat v.
—— 28 Mei 1818. — Wet van 45 Juli 4850 on Dooroot v. 26 M-rir. /.À/^ oiP\'^r^.,
1852 sur loB eooiotéa do cocourc mutuolB. — Loi sur les sociétés clu^ 3
V. 24 Juli 48G7, art. 66. oPß^ ^ ■
i
L
België. — Wet van -3. Apr. -1 Rol- sur les sociétés
van 44 Juni 4874, C. d. comm. revise, bk. 4,
tit. 41, artt. 41—43. _ ^it^e^,. J-e^-./^aii. AJ^UeAt^;-^ ^
Zioitserland. — Bondswet v. 25 Juni 4885 op het slaatsloezichf. ^ ;
dctfb\'^^ne^-
J-^jcU\'^M-./
-ty^-^Jtfi/.
/
Rumenië. — Wetb. v. Kooph., artt. 473—477.
Nederland. — Zie boven bl. 102 vlg__Wetb. v. Kooph., artt. J(\'
302—308. \'Tf
b. Rente- of Pensioenverzekering. Overeenkomst van lijfrent^
Reeds in de Middeleeuwen eeno veel voorkomende overeen-
komst, vooral door kloosters, landsheeren, steden, enyge-
yi/Y^^-\'^\' sloten. ^cU^ i^\'^^^cM^\'^citu^
Scaccia , t. a. p. n°. 294 vlg. — Stobbe , Beiträge zur Ge-^
schichte des dt. Rechts, hl. 25 vlg.
Latere ontwikkeling. Prebende-societeiten, weduwen-enjw^
^zen-beurzen, tontinen. ^ .
t ^ — Allg. Preuss. Landrecht, 1, 11, 595 v.,606 kl^\'
Oostenrijk, Burg. Wetb. artt. 1284 — 1^6. — Code
1968-1983. — Italië, cod. civ., artt. 1789-1801. —
ZZet. Zwitserland, Obl.recht, artt. 517—523. — Nederland, Burg.
^^ Wetb., artt. 1812—1824; Wetb. v. Kooph., art. 308.
404
■Mag. -1801^\'ill VA\'U-j^ ra^ /^aé.
Hongarije. — Wetb. v. Kooph., artt. 453—462 , 498—507.
JOJ-\'"^ /taiiè\'. — Wet van 15 Apr. 1886 over de rechtspersoonlijkheid
van vereenigingen van onderling hulpbetoon. — Wetb. v. Kooph.,
,Cfartt. 449-453.
Span/e. — Wetb. v. Kooph., artt. 416—431.
^ \'J\'^ Portugal. — Wetb. v. Kooph., artt. 455—462.
/tdïJuyi/K^)
^^^wel kapitalen als lijfrenten, uit te keeren bij leven of
^^^ bij overlijden. ^
^.hnM. Literatuur. ^
a. Begrafenisfondsen. — Ö. Sérullaz, op. cit. — J. Gerbore , ^
des sociétés de secours mutuels, th. 1890. — W. T. Pratt, the ^^ ^^
law of friendly societies, 11« dr. door E. W. Brabrook, 1888. — \'^^^Jlo, i
De begrafenisfondsen in Nederland, Rapport door W. L. P. A.
Molengraaff, G. J. Legeueke en J. L. Huysinga, 1891. — P.
v. Geer, begrafenisfondsen, in Vragen des Tijds 1891. — Ver.slag
i^Pff-
CJÜL^
cOowP*- «Fondsen-Enquóte» der Staatscommissie van Arbeidsenquête, 1893.
/V«^ — v. Waldkirch, die Staatsaufsicht über
^"^^oLuix. privaten Versicherungs-Unternehmungen in der Schweiz, 1892.
^^ \' Is wettelijke regeling van het bedrijf der levensverzekering
rtm.
k/UT«-»/? ^
Lu^
-etr
Siy^^e., i^f^,
qojLsi-, M^.\'iSu^ Ay^ri^\'y^, IC^fS". /Jis^.
^ \' \'wenschelijk? Zoo ja, in welke richting en op welkegron^ï^agen7 Cy
Praeadviezen v. M. Tii. Goudsmit en L. Wolterbeek, in Hand. Ned.
Ver., 1884, dl. 1, bl. 154 v. Discussie, dl. 2, bl. 78 v. —
V eo/^Aa^\' Samot, in Themis 1884, bl. 378v. — J. A. Molster,
jl/^ in Rechtsgel. Magazijn 1884, bl. 346 v. — P. v. Geer, de Staat
tegenover de Levensverzekering, in Vragen des Tijds 1888. —
^ Mededeelingen der Vereeniging voor Levensverzekering, n°. 4. —
\'\' A. L. C. Pabst, staatstoezicht op levensverzekering, Prft. 1889.
Cj.De overeenkomst. — De algemeene \\yerken over verzekerings-
^A^^a-^^^^^-echt, zie hoven bl. 325 v. -//^\'A eh^n^ TI^A.^yajtcu^cC-, /tyo
C. .T. Bunyon, the law of life assurance, S*" dii, 186^ — Cu.
crawley, the law of life insurance, 1882. — G. Bliss, the
law of life insurance (Am.), 2e dr. 1874; — F. H. Cooke, a trea-
ti.se on the law of life insurance (Am.), 1891.
p\'^fù^ J. Rome, du contrat d\'assurance sur la vie etc., 1868. — Cii. Tis-
joi^ sier, des assurances sur la vie en droit français, th. 1870. — L. de
Montluc, des assurances sur la vie, 1870. — G. Vibeht, le contrat
d\'assurance sur la vie, 1877. — P. Herbeault, traité des assu- ■
rances sur la vie, 1878.— E. Couteau, traité des assurances sur
y /LA^\' ^iß) 2 fil- 1881. — H. Mornard, du contrat d\'assurance sur la
\' \' th. 1883. — A. de Courcy, précis de l\'assurance sur la vie,
\'{jv^^ 3® dr. 1887. — L. Reiifous, le contrat d\'assurance en cas de
\'décès, 1887. — M. Deslandres, de l\'assurance sur la vie, 1889. ,
». — Cii. Dum.vine, du contrat d\'assurance sur la vie, ^dr. 1892.—
? A- Typaldo-Rassia, les assurances sur la y^a au point de vue /ù
^^ théorique et pratique, 1892. — Proefschriften van C. Dujarier, ;
yy^ ijPj\'^\'^^yon 1885; J. Rab.\\tel, Grenoble 1886; A. Marciial, Toulouse
B^\'ciiade, Poitiers 1889; .L M. Couturier, Lyon 1889; 1
J. c0ulaz0u, Montpellier 1890; Tii. N. Végléris, Bordeaux 1890; |
^ opqy Staudinger, die Rechtslehre vom Lebensversicherungsver-
/^»/M.^ \'C trag, 1858. — H. Hoffmann, der Lebensversicherungs-Vertrag
und die für denselben geltenden Rechtsgrundsätze, -1873. — L.
Elster, die Lebensversicherung in Deutschland, 1880. — Fn.
Buff, über einige Fragen aus dem Gebiete der Lebensversiche-
rung, Prft. 1881. — Ad. Rüoiger, die Rechtslehre vom Lebens- 1
Versicherungsvertrag, 1885. j
.T. A. Foest, iets over levensverzekering, Prft. 1880. — .T. van — |
SciiEviciiAVEN, wettelijk karakter van het contract van levens- — ;
verzekering, Prft. 1888. — Eischen de wettelijke bepalingen om- \'J
trent de overeenkomst van levensverzekering herziening? zoo ja, r
-»f-
-ocr page 173-in welken zin\'? Praeadviezen van C. Hartsen en W. L. P. A, ^^
Molengraaff, in Hand. Ned. Jur. Ver. 1888, dl. 1, bl. 253 -280
en 74—198. Discussie, dl. 2, bl. 428 vlg. — M. Tn. Goüdsmit,
in Themis 1888, bl. 409. \'
Ôz.oJ^\'^ locrken.
\' Em. Dormoy, théorie mathématique des assurances sur la vie,
dl. 1878. — W. Karup, theoretisches Handbuch der Lebens-
Versicherung, 2e dr. 1885, — G. L. Landré, wiskundige hoofd-
zélcA-«-\'--\'---^/ stukken voor levensTOrzekering, 1893. \' ■"
J- L. Blankenberg, Overzicht der (Nederlandsche) litera-
tuur over levensverzekering, in Jaarboekje v. d. Vereeniging voor
levensverzekering, 1893, bl. 122 v.
§ 78. RECHTSKARAKTER DER LEVENS-(PER-
rjirf^f^^\' SONEN-) VERZEKERING.
Bij de person|nyerzekering onderscheide men: verzekering
van kapitaal (uitkeering in eens) en verzekering van perio-
dieke uitkeering (lijfrente, rente, pensioen, enz.).
Men onderscheide verder: uitkeering bij hot bereiken van
een bepaalden leeftijd, bij overlijden, in geval van ziekte,
^^ van invaliditeit, van overlijden of ziekte door een ongeluk,
^ ^^ werkloosheid, ,enz. ^jevensverzekering , d® verzekering
eener uitkeering bij leven-of bij overlijden. Verwantschap en ver- .
schil tusschen le ven s- (in \'t algemeen p\'^rs^lticn-) verzekering
^ en schade- of zakenverzekering (vermogonsverzekering).
AX Staudinger, op. cit., bl. 21 v. —H. Tiiöl, Handelsrecht, Gedr.
CL S 310. — Stobbe, Handbuch d. dt. Privatrechts, dl. 3, §498.—
i Heuling, Studien aus dem Gebiete des Lebcnsversicherung.srechts,
fi in Zft. f. d. ges. Hr., dl. 45, bl. 57 v., 320 v. — Hinricus, die
Lebensversicherung, ihre wirthschaftliche und rechtliche Natur,
t. z. p., dl. 20, bl. 339 v. — M. Predöhl, Begriff und Wesen
% des Lebensversicherungsvertrages, t. z. p., dl. 22, bl. 442 v. —
A P. Laband, die juristische Natur der Lebens- und Renleversi-
I cherung, in Festgabe zum Doctorjubiläum Tböl\'s, 4879. — El-
^ ster, op. cit.— F. Buff, op. cit. bl. 2 vlg.—Fr. Fick, der ju-
ristische Charakter des Lebensversicherungsvertrages, 4884. —
rüdiger; op. cit., bl. 38 v. —König, die Versicherungsgeschäfte,
in Enpemann\'s Handb. f. H., S. u. W.r., dl. 3, 413 v. —
Eiirenberg, die juristische Natur der Lebensversicherung, in
4
ïaI , /À^. à/^ M.. 5,
407
Zft. f. cl. ges. Hr. dl. 32, bl. 409 v. ; dl. 33, Ll. 1 v. — Goldschmidt,
System des Handelsrechts, 3de dr. bl. 241 v. —Köhne/Beiträge
zur Lehre von dem Lebensversicherungsvertrage, in Busch\' Ar-
chiv für Handels- u. Wechseln, dl. 4ü, bl. 51 v. — Ehrenberg,
Versicherungsrecht (1893), dl. 1, bl. 53 v. _ (^çiZoou^^u^^^ c^ ^.cas-o-,
Mornard, op. cit. — Herbeault, op. cit., nos 22 v., 46 v. —
Couteau, op. cit., nos 94 v., 200 v. — Deslandres, bl, 38 v. —
Marchal, bl. 101 v. — Adan, étude sur la nature du contrat
d\'assurance sur la vie, 2de dr. 1880. ^
C. Vivante, natura giuridica del contratto di assicurazione
sulla vita, in Archivio Giuridico, dl. 31, bl. 94 v., en allgemeine,
Theorie der Versicherungsvertpge, in Zft. f. d. ges. Hr., dl.
bl. 451v. . • .
J. A. Levy, levensverzekerin\'i^, in Themis 1875, bl. 121 v. —
P. H. R. v. Rossem, eene\' vçaag over levensverzekeringrecht,
Prft. 1884, bl. 44 v. — Molengraaff, Praeadv. bl. 78 v.
^ Economische verwantschap tusschen schade- en personen-
verzekering aangewezen hierboven bl. 321.
Personen-verzekering geen scAacZc-verzekering ; verzekering
van gefixeerde sommen {un contrat de capitalisation aléatoire).
Anders : levensverzekering is verzekering van een te vormen
kapitaal tegen het gevaar van een ontijdigen dood, welke ver-
hindert door verder sparen het beoogde kapitaal bij een to
brengen (Herbeault, Couteau, Goldschmidt, Köiine, ook
Rüdiger, Eiirenberg), of wel eeno verzekering van den
menscli zelf, als vertb|enwoordigende con kapitaal {capital ^^
humain: Mornard, ÏIX\'bàtel); — Rcnteverzokoring is ver-
zekering tegen het gevaar van te lang leven, waardoor men .
buiten staat geraakt in zijn onderhoud te voorzien (Köhnk,
Goldscumidt).
Definitie omvattende allo verzekeringen: _
Verzekering is eene overeenkomst, waarbij,^ in verband met Icr^
de kans van bet al of niet, vroeger of later plaats grijpen
Ç^J-^anc- eener^evallig^gebeurtenis, ^ic den persoon van den verze-
keringnemer of van oen derde treft of aan het vormogon des ver- —\'
zekeringnemers schade toebrengtj) —^de cono partij (de verzeko- ^ i
ra\'ar) zich verbind^ ^letzij eene uitkeering in\'eons of periodiek ^^J^
i
-ocr page 174-t/Ci^. /flflr ß.tid. tyvr^ ^^
^^ . .^.. ,408
^ betaalbaar te doen aan een aangewezen of door de^verzeke- .
ringnemer nader aan te wijzen persoon, betzi||^e /geleden j/^w- ww^
Vermogensscbade te vergoeden , de andere partij \' (de^verzeko- ^
ringnemer) zich verplicht eene premie te voldoen, in eens
of periodiek betaalbaar.
Voor deze overeenkomsten gelden geene gemeenschappelijke
wel voor vermogens-verzekeringen eenerzijds,
^J^ -«-\'\'^"voor ^rsonen^verzekeringen anderzijds.
Lj\'^&^t^ O Kenmerk van Ehrenberg (Zft. f. d. g. Hr.): „Intention
planmässigen Grossbetriebes auf Seiten der Parteien" (anders:
^ Versicherungsrecbt, bl. 61 v.), van Vivantk (Zft. f. d. ges.
Hr.): het „Auftheilungsamt", bet vormen en onderhouden van
een premiefonds door den verzekeraar. Daaruit door ben af-
pj^ ^J^*^geleide rechtsgevolgen. Critiek.
er s o nen/^erzekering: de overeenkomst waarbij , — in ver-
^ band met de kans,van bet al of niet, vroeger of later plaats
grijpen eener toevallige gebeurtenis, die den persoon van den
verzekeringnemer of van een derde treft, — de eene partij (de
verzekeraar) zich verbindt eene uitkeering in eens of periodiek
betaalbaar te doen aan een aangewezen of door den verzeke-
ringnemer nader aan te wijzen persoon, de andere partij (de
verzekeringnemer) zich verplicht eene premie te voldoen, in
eens of periodiek betaalbaar.
r^ltK.. Levensverzekering: de overeenkomst, waarbij, in ver-
band met de levens- of sterftekans van een of meer bepaalde
personen, de eene partij (de verzekeraar) zich verplicht,
^^yr^- eene uitkeering in eens of periodiek betaalbaar te doen (een
kapitaal of eene rente uit te keeren) aan een aangewezen of door
den verzekeringnemer nader aan te wdjzen persoon, de andere
partij (de verzekeringnemer) zich verbindt eene premie te
voldoen, in eens of periodiek betaalbaar.
Levensverzekering geen „aleatorisches Darlebn" (Thöl),
evenmin een spaarcontract (Hinrichs, Elster), noch een
combinatie van een spaar- en een verzekeringscontract (Du-
jarier, bl. 30 v.; Predöhl, Rüdiger, Ehrenrerg).
Bestaat de verzekering tot uitkeering bij overlijden uit eene
■ ifc -i ^.
409^
serie verzekeringen, elke voor den tijd\'van één jaar ? — Zooge-
naamde regel dat de betaling der premie\'facultatief is (Gou-
teau, n". 35 V.; 132 v.; Rkhfous, n". "30 v., 80 v.; Disslan-
dres, n». 24 V.; Rabatel).
De premie bij de levensverzekering. 2?rwto-preraie — jjeito-
premie -f- opslag voor onkosten. Bestanddeelen der netto-
premie: bijdrage tot de reserve en bijdrage tot de uitkeeringen.
Zoogen. reserve-premie.ZA-^\'^-^r^a^yy^o..
De reserve bij de levensverzekering. Zij is een boekposV: het ^
nadeelig verschil tusschen de contante waarden \'der uit de
loopende contracten. voortvloeiendè;yerplichtingen tot uitkee-
ring en der daartegenoverstaande/premie-vorderingen; de con- /ne^A^-
tante waarde dier contracten. . .. ;
/" Hecker,\'die rechtliche Nalur der Prämienreserve bei der
,>//^6^^\'\'^\'^\'^T.ebensversicherung, in Zft. f. \'d.ges. Hr., dl. 37, bl. 369 v/— D.
///z \' rechtliche Bedeutung der Prämienreserve.\'eines
^ ^^fe^\'/\'^-Lebensversicherungsbetriebes, 1891. — Heck, die Lebensversi-
cherung zu Gunsten Dritter eine Schenkung auf den Todesfall,
^ W. 26 V. ^ C.Ucyr^, z«^.«.^ j
Rechten der verzekeringnemers
. daarvan, in geval van wanbeheer.
Rechten der verzekeringnemers op de reserve of ter zako î\'«^«^\'--.
IliNRicus, t. a. p., bl. 355 v. —Eiirenuerg eu Vivante , s. c. —
Life Assiirance Companies Act, 1870, art. 21. — Crawley, bl.
/iG, 238.
Deelgerechtigheid in de winst. ï\'o^^me-of accumulatie-polis-
sen ; assessmont-stelsel.
§ 79. WETTELIJKE BEPALINCtEN OMTRENT
LEVENSVERZEKERING.
A. Kapitaalverzekrering.
Terminologie onzer wet: persoon wiens leven verzekerd is
(artt. 303, 304, 306) = persoon van wiens leven of dood de
uitkeering afhangt. — Verzekerde (artt. 304, 300) = con-
tractant, bij verzekering op het leven van een derde; be-
voordeelde, bij verz. van eigen leven.
Verzekeringnemer — verzekerde — verzekeringbcurder, be-
voordeelde. Praeadvies, bl. 91 v.
(UiSi,
ytjU.
410
Art. 302 (gew. wet van 1 .Juni 1875, S. n". 81).
Ontw. Burg. Wetb. 1807 (v. d. Linden), Bk. 3, tit. 11, afd.
1, a. 34: «Assurantie op iemands leven\', mag niet anders gedaan
worden dan voor een bepaalden tijd, gedurende welken hij ver-
plicht is, om zich aan een onzeker gevaar bloot te stellen, of
^ voor .een bepaalde rei?c».
\'^J^v^jui^\'i^VTertoog
• der Kamer v. Kooph. te Rotterdam tegen de woor-
^ „voor een bepaalden tijd" in a. 523 ab 1, Wb. 1830^
a,-^: Vqorduin ad art.
Rb. Amsterdam 22 Febr. 1870, bev. Hof Amsterdam 2 Nov. 1871,
M. v. H. 1871 bl. 202, cass. verw. H. R.23 Mrt. 1873, M. v. H.
^ 1873 bl. 173, W. no. 3577. — Diephuis, Handelsr., dl. 3, bl. 207.
Bestrijding van het ontwerp tot wijziging van art. 302 door
Levy, in Themis, t. a. p. — Stukken betreffende de wet v. 1875
in M. v. H. 1875 bl. 211 v. Zie Voorl. Verslag en Mem. van
i Antw. 2. — J. A. Hingst, de wet v. 1 Juni 1875 n». 81,
^ Prft. 1883.
Beteekenis van „belanghebbende". Voorduin , t. a. p., bl. 284.
Art. 303. Zie Voorduin op het art., bl. 282 v. — Art. 306.
,Verg. art. 1816 B. W.
Art. 304. — Art. 305. Voorduin , t. z. p., bl. 286. Ua^.
Art. 307. „Hij, die zijn leven beeft laten verzekeren", à.
■w. z. „hij die eene verzekering heeft gesloten op het eigen
leven." — Verg. art. 276 K.
P. H. R. v. Rossem, aangeh. Prft. 1884. — Afwijking van het
artikel geoorloofd: zie W. nos. 5459 , 5401, 5405 , 5467 en 5409
. Art. 308.
. f ■
B. R e n t e verzekering.
Diephuis, het Ned. Burg. recht, dl. 12, bl. 273 v. — Opzoo-
mer, het Burg. Wetb. verklaard, dl. 10, bl. 276 v, — M. Th.
Goudsmit, het begrip en wezen der kansovereenkomsten, bl.l52v.
Zij geschiedt bij overeenkomst onder bezwarenden titel. Zio
art. 1812 B. W.
Artt. 1813, 1814, 1816 en 1817. Zijkannen gemist worden.
Art. 1815 B. W. — Verzekering ten behoeve van een derde,
v Art. 1973 al. 2 God. civ.: «Dans ce dernier cas, quoiqu\'elle ait
les caractères d\'une libéralité, elle n\'est point assujettie aux for-
éS.\'J.
ixt
mes requises pour les donations; sauf les cas dc réduction et de
^ ù^- nullité énoncés dans l\'article 4970». (Réduction : si elle excède
ce dont il est permis de disposer; nullité: si elle est au profit
d\'une personne incapable de recevoir).
Opzoomer, t. a. p., bl. 285. — Diephuis, t. a. p., bl. 277 v. ^ ^
Artt. 1818 en 1819. Juiste regeling : ontbinding en terug- ^
gave door den scbuldenaar van de contante waarde der rente. yQ^^iz.. u^.
Ontw. Burg. Wetb. 1820, art. 2902: in beide gevallen vernie-
en teruggave der hoofdsom.
Art, 1820.\'^ Juiste regeling : verificatie voor do contante
waarde. Aldus Ontw. Burg. Wetb. 1820, art. 2903. ^
Artt. 1821 en 1822. — Art. 1824 j». K. B. v. 16 Febr. 1891, ,
S. n°. 30^ houdende bepalingen \'iibpens bet afgeven van at- ^ y^/js
\'^ r^ testatiën de vita.
^\'^U^.^^^kxi. 1823. Verg. artt. 1465 3«. B. W. en 756 3«. W. v. B.
— Bedoeld zijn de schuldeischers van den rentebeffer.—
yjo^\' is rechtens bij vestiging eener lijfrente onder bezwaren-
den titel ten behoeve van een derde (art. 1815)? ^ a ^ ^
vermogen dat niet voor executie vatbaar is, Prft. 1892, bl. 8 v., 12 v.
§ 80. VERSCHILLENDE VRAGEN OVER
LEVENSVERZEKERINGRECHT.
Verzekering op het leven van een derde : moet belang of ^^
toestemming des derden gevorderd worden.
Zie hierboven bl. 402. — Rapport der Commissie uit de, 2de Ka- ^cj
et.
mer in België over art. 41 der wet van 1874: «un intérêt
fection provenant par exemple des liens de famille nous paraît ^ irtf^\'^^\'J
devoir suffire». — König , t. a. p., bl. 785 v. — Rùdiger , op. cit.,
§ 22. — de Montluc, bl. 155 vlg., 187 vlg. — Rehfous, op. cit.,
nos 194—204. — Ehrenberg, Zft. f. d. ges. Hr., s. c., dl.
bl. 37 v. — Praeadvies, bl. 99 v. ^
Verzwijging en verkeerde opgave.
Verzwijging behoort bij levensverzekering geen reden van
nietigheid te zijn. !^tJt\'l
Hinrichs, bl. 394 vlg. — Rüdiger, §§ 27 -33. — Praeadv., XA.jfSjyrcrf\'^\'^
-ocr page 176-412
108 V. — Hongariie, Wetb. v. Kooph. art. BOGj" art. 474 al. 3, zié ■
bovea bl. 355.
G. König , die Behandlung der falschen Angaben und Verschwei-
gungen im Lebensversicherungsvertrage, Prft. 1889.
Verkeerde opgaven te goeder trouw. c\'^^f.v&vi
\'l/^\'^yti^a^tyZ,^ óUtAi^aC
t/
^ \' a Gevolgen bij wanbetaling der premie. — Vrije polis
uitkeering der reserve. — Analogie met afbetalingscon-
cfcr^
C(ruJic/ju Innocent misstatements or non-disclosure do not avoid a con- c^ it^a^ oCl.
tract of life insurance, unless there be a condition that they shall : -t^jujUi-eya^
/xyts^ ( qj^^^ley, op. cit., bl. 129 v. — Reichsgericht 9 0ct.l882(Entsch. tujLf.
Bd. 10, S. 159). — Rüdiger, bl. 181 v. — Agnel en de Corny,
manuel général des assurances, ^jiir. n". 370; — Marciial, bl. 91 v.
Premie-restorno bij goede trouw: art. 281 W. v. K.; art. ^^^ ^
10 Belg, wet v. 1874. . . u^./f^np
An action will lie for the return of the premiums, or their re- cPiS^^.
turn will be ordered if the policy is avoided for the innocent
misrepresentations of the insured: Crawley, bl. 138.
Verg. Rüdiger, §§ 40 en 41.,— Praeadv., bl. 116 v. — Agnel
en de Corny, n°. 376. — Anders Rehfous, bl. 42.
Onaantastbare polissen, unanfechtbare Policen, undisputable
policies.
F. Gerkratii, die Unanfechtbarkeit des Lebens-Versichei-ungs-
Vertrages, 1888. — K. Neumann, Unanfechtbarkeit der T.ebens-
versicherungs-Police, 1888. — lA^. ^ö^a^oolä^ cyi. c^ùt-
Ve^],
tracten.
^ Spanje, Hwb. a. 426: de uitkeering wordt teruggebracht in
Vy^^\' verhouding tot de betaalde premiën (vrije polis).
ß,/ c^-^i Invloed van zelfmoord des verzekerden op de verplich-
Mf
à-, ting tot uitkeering bij verzekering op eigen leven.
P. H. R. v. Rossem, aangeh. Prft. 1884.
Art. 307 W. v. K., zie boven bl. 410. — België, wet v. 1874
art. 41 al. 4 en 5: «l\'assureur ne répond point de la mort de
celui qui a fait assurer sa propre vie, lorsque cette mort est le
résultat .... d\'un suicide, sauf la preuve que celui-ci n\'a pas
été volontaire .... Dans ces divers cas, l\'assureur conserve les
primes, s\'il n\'y a convention contraire».—Italie, Hwb. a. 450.—
Hongarije, Hwb. a. 504 (verplichte teruggaaf van Va der betaalde
B-tit-OLn-cry^^yf^
A. oi.r^
- ^
413
premies).- — Portugal, Hwb. a. 458 (vrijwillige zelfmoord). —
Spanje, llvvb. a. 423 (zelfmooi\'cl). — Rumenië, Hwb. a. 474
(zelfmoord).
Beteekenis van „zelfmoord".
«Zelfmoord» is zich dooden in toerekeningsvatbaren toe-
stand: Arb. 29 Dec. 1874, M. v. H. 1875, bl. 8; Kgt. Arnhem
5 Oct. en 7 Dec. 1892, W. n". G286. — Zie voor het buitenland:
H. Fick , ob Selbsttödtung in unzurechnungsfähigem Zustande von
Lebensversicherungs-Anstalten als Befreiungsgrund geltend gemacht
werden könneVjn Zft. f. d. ges. Hr., dl. 20, bl. 1 v. — A. Em-
minghaus, die Behandlung des Selbstmordes in der Lebensver-
sicherung, 1875. — Goldschmidt, die Einwirkung des Selbstmor-
des auf die Rechte aus der Lebensversicherung, in Zft. f. d.
ges. Hr., dl. 23, bl. 183 v. — König, in Endemann\'s Handb.,
t. a. p., bl. 814 v. —Rüdiger, bl. 112 v. — Gouteau , n°. 397 v.—
Herbeaült, n". 170 bis. — Rehfous, n". 96 v. — Agnel en de
Gorny, n". 393. — Crawlev, bl. 52 v.
Op wien rust de bewijslast? op den verzekeraar het bewijs
van toerekeningsvatbaren zelfmoord of op den bevoordeelde
het bewijs van de ontoerekenbaarheid?
In den laatsten zin Kgt. Arnhem, s.c.— Zie voorts de aangeh.
plaatsen, Herbeault n°. 178 en Rehfous n°. 106.
Wenschelijke regeling. — Onaantastbare polissen, zie boven.
Praeadvies bl. 145 v., 150 v. j
Het recht van don bevoordeelde bij verzekering
eigen leven. jLoLn^tt^zi\'^^^ nuA
Behalve de reeds aangehaalde literatuur: L. S. Boas, de recht- ^Ou^e^i^^
G hebbende bij levensverzekering,, in Themis 1880, bl. 210 v.
W. H. de Savornin Lohman, de rechten van derden bij de over- \\
^ ^een komst van levensverzekering, Prft. 1880. — F. A. Eggers ,
naar aanleiding van de levensverzekering, in Themis 1888, ^^^^ga^
É.
^.cjy- 454 v. — L. Blin, de l\'assurance sur la vie et spécialement de
théorie pratique des donations par contrat d\'assurance en cas de dé- \'\'
ces, 1878. — J. Lefort, études sur les assurances sur la vie, 1887.
— Levillain , in Dalloz, Bec. pér. 1879—2—25. — Boistel, t. z. p.
1889—2—129 en 153. — E. Bazknet, de l\'assurance sur la vie con-
(J jfoArvJi/iîyyvii t/ùU-, <x,cU^ éiuc^, oT\'\'^.
^^ A- C^uJr^. f ^^^ • ^ -^^v \' ß\'-z^\'r,
\' ■ tractée par l\'un des époux au profit de l\'autre, 1889. — Vvom\', c^/^^^-a/ta.
m, in Zft. f. d. gcs. Hr., dl. 12, bl. 169. — M. Scherer, inJahrbü-^^7
(jl^u^ycJ^\'^\' cher f. d. Dogmatik d. Privatr., dl. 20, bl. 149 v. — Ledermann^ \'lédôJi^,
• gehört die. Lebensver.?icherungssumme zum Nachia.sse d. Versi- ^
^ cherungsnebmers, Prft. 1888. — Heck, die Lebensversicherunj^ öU\'^
zu Gunsten Dritter eine Schenkung auf den Todesfall, 1890. —
j.à Malss en Elster, in Verhandlungen dos lOten Deutschen Juris- ouaj .èï^Âi.,
en 200—216.
^^^^^ van den bevoordeelde: bij name, generiek,
als order, als toonder. ^j4. ^c^^^/i^ ^
^yntA\'*-«^ «Aan de naaste betrekkingen» : Rb. Leeuwarden 2 Juni 1892,^
H w. n». 6309.
! ^^^ aanwijzing. Overdracht der polis. ^ ii^LoAm
t/ßO^iff Engeland, Policies of Assurance Act 1867, is de polis
(Zt^t^\'^^\' dossabel, niet negotiable. — Spanje, Hwb. a. 430. — Agnei.
^ ^^ ^ ^^ Corny, nos. 420—437. — Zie voorts hierboven bl. 177.
Aiöif^r Rechtskarakter der herroepelijke aanwijzing. fcc^^^^
Z/^i/^ ^ Recht daaraan door den bevoordeelde ontleend. — Belang
vraag: bepalingen omtrent de huwelijksgemeenschap , om- tx^Tó^l^ll
. \'^"\'^ -trent beschikkingen bij doode (erfstelling en legaat : bekwaam-
\'YpÙ^ «^^^beid, inbreng, wettelijk erfdeel), rechten der schuldeischers,
^a*^ j faillissement, successierechten. Verschillende meeningen: . gj^
^lo, I. Overeenkomst ten behoeve van een derde, mits de be-
voordeelde bij name zij aangewezen of althans individucol
frf-^f^\' femme, ook mes enfants\'l), artt. 1121 en 1973 God. KcC.a^^
I T\'ic^nzP civ. De verzekeringnemer verwerft voor zich zelf en staat gé-
j^l^\'tf" bjktijdig Schenkings wij zo aan den bevoordeelde af het recht
uitkeering. De bevoordeelde moet aannemen, doch kan
.jv^ dit doen na het overlijden. Terugwerking der aanneming tot
den dag van het sluiten van het contract: O. de cass. 10
Mei 1876, 2 Mrt, 1881 (Dallüz, Ree. pér. 1876—1—488,
^\'^1881—1—401), 22 Juni 1891 (Ann. dr. comm. 1891—1
- Blin,
op. cit.; — Herbeault, o. c.; — Bazenet,
jC^*^^^ bl. 17 v.; — Mauchal , bl. 128 v., 153 v.
dji^^^\'f/^\'^iJ\', Het kapitaal geldt als bij leven geschonken: Cour do
.cass. 8 Febr. 1888 (Dalt.oz, Ree. pér. 1888—1—199), Cour
d\'Amiens 8 Mei 1888 (Ann. de dr. comm. 1888-1—211) en
31 Jan. 1889 (Sikey, 1890—2—5).
Bij generieke aanwijzing van den bevoordeelde (»»es héritiers,
mes ayants-droit) beboort de uitkeering tot de nalatenschap :
7 ^oj^o C. de cass. 15 Juli 1875, 20 Dec. 1876, 7 Febr. 1877 [à ses ^
\' enfants], 27 Jan. 1879 [à ses enfants], 10 Febr. 1880 [sa femme ^
(ci enfants, bij gemengde verzekering] : Dalloz , Ree. pér. ^ v
W^ 1876-1-232,1877—1—504,1877—1—337,1879—1—230,
1880-1-169. . \'
^^^ II. De aanwijzing van den bevoordeelde maakt de overeen- -
komst tot eene overeenkomst ten beboeve van een derde,
art. 1121 C. c., art. 1353 B. W. De bevoordeelde verkrijgt dade- ^^^^
lijk bij bet sluiten der overeenkomst een voorwaardelijk en ^^X^/g»
berroepelijk recbt op de uitkeering. Dit recbt wordt onber- ^^/J^r
roepelijk door de^ dood van den verzekeringnemer of door.
aanneming door den bevoordeelde : Bazenet , bl. 35 v. — \'
Deslandres, bb 81 v. — Rüdiger, bl. 263 v. — Boas, t. a.,
p., — Moltzer , in Hand. Ned. Jur. Ver. 1888, bl. 174 v. — ^ \'
Reicbsger. I Civ. Sen. 15 Mei 1889, II Civ. Sen. 22 Apr.,
— Verg. ook Cour de cass. 22 Febr., 27 Mrt. cn
i^yj Aug. 1888^(Dalloz, Ree. pér. 1888—1—193,1889—1—161);
J^-^ — Hasenöhrl, das österreicbiscbe Obligationenrecbt, dl. 1,
^ § 34, bl. 437; § 35, bl. 441 v.
Er is wel oeno vrijgevigheid, doch alloen de premies
^ geldon als bij leven geschonken (Bazenet , Moltzer). Volgens ^^
anderen is bet recbt van den bevoordeelde geheel onaantast-, ^^ Aa-waäi
baar (Rüdiger, Boas). \'\'yitjuj^ô^*^
III. Bij het sluiten van eene levensverzekering met aanwij- ^jl à2JU/:
zing van den bevoordeelde handelt de verzekeringnemer als ^
zaakwaarnemer {negotiorum gestor) des bevoordeelden , die te ^ f,i>
allen tijde de handeling kan . bekrachtigen. |Alleen do pre- ^^
mies maken bet voorwerp) van eone schenking uit : LabbÉ in
sirey 1877—1—393; — Deslandres; — Rabatel; — ook ^
de Montluc , bl. 131 v. Z^^-/\'\'
IV. Dc bevoordeelde verkrijgt het recht op do uitkeering
JU)
, te.
^f^^&t bij doode: Stobbe, Handb. d. dt. Privatr., dl. 3 § 172,
bl. 124. En wel: . . c^^tr.
als een zelfstandig recht, niet uit het vermogen des ff
^^^ cW^ zekeringnemers: Buff, bl.. 75 v.; — zie ook Cour do cass.
2 Juli 1884 (Dalloz, Ree. pér. 1885—1—150) en 23 Juli 1889
I^.K./\'ü/Ai.r (SiRBV, 1890—1—5); ^^ ^
fiC,y/o. door mortis causa donatio: Enneccerus, 16de Duitscho Juris- ^^
^^^ tendag, Verh., II, bl. 120 v.; — Heck, o. c.;
\'t-
krachtens eene /beschikking bij doode {Vergabung
^ von Todeswegen, libéralité postJaime): Köhne, in Archiv f. ^^
/ Handels- u. Wechselr., dl. 46, bl. 190 v.; — Eggers, in The-
/ mis; — Praeadv./bl. 169 v. —
\' f Conclusie: Het recht op de uitkeering maakt gedurende
het leven des verzekeringnemers een bestanddeel van diens
^ vermogen uit, waarover bij, door middel der aanwijzing, bij jgjL^o^^\'^-
doode beschikt. Naar geldend recht behooren de bepalingen
cM\' omtrent beschikkingen bij doode (i. h. b. die omtrent de making) \'
analogisch te worden toegepast.
jJ^ Rechten der schuldeiscbers in het bijzonder. Redenen tot pju^êrr^\'^^
j/ twijfel. Hun wordt verhaal toegekend door Enneccerus , Köhne , ^^
^ Heck, Eggers. \\
Recbtskarakter van do o n h e r r o e p e 1 ij k e a a n w ij z i n g, \\
Ir ^^^ overdracht der polis aan den bevoordeelde. (jyvi\'"
Er heeft bij aanwijzing of overdracht o m n iet eene sehen- ll\'lf]
^jJ^I van het recht op de uitkeering plaats, in elk geval eene
. verschaffing van dit recht aan den bevoordeelde indirect uit,
, Ifß^immeva ten koste van het vermogen des verzekeringnemers
{libéralité indirecte). — Verg. art. 1815 B. W.
y^ Nederlandsche jurisprudentie.
a. Rb. Utrecht 13 Oct. 1884, vern. Ilof Amsterdam 13 Nov
1885, P. v. J. 1885 n». 52* (schuldbekentenis met machtiging op
^ jy\' den schuldeischer om de uitkeering te ontvangen). — b. Rb.
utrecht 31 Mrt. 1886, W. 5274, bev. Hof Amsterdam 9 Dec. 1887,
P. v. J. 1888 n°. 5, W. n°. 5550, cass. verw. H. R. 29 Juni 1888,
W. n". 5588 (Polis ten name van de vrouw; afstand van de gemeen-
schap; beneficiaire aanvaarding der erfenis; conllict met de schuld-
eiscbers). — c. Rb. Arnhem 14 Febr. 1887, W. n». 5399 (Polis:
(taan zijne weduwe». Overlijden in staal van kennelijk onvermo-
gen). — d. Rb. Utrecht G Mrt. 1889, W. n". 5717 (Polis: «aan
zijne wettige of testamentaire erfgenamen». Successierecht). — e.
Rb. Rotterdam 9 Mrt. 1891, W. n«. 6049 (Polis: «aan zijne ge-
machtigden, erven, representanten of rechtverkrijgenden». Suc-
cessierecht). _ ^ ZOiffaU^ Sm^ ^t/ t lU\'TvP^^^lfA\'^^^^\'^ ^
jfh^fU^^\'^ Volgens c, (/en e ontstaat voor den bevoordeelde het recht op de \'TT"
^^ "—\' uitkeering eerst met, of na den dood van den verzekeringnemer, ^^^^
Buitenlandsche •
Frankrijk. Wet van 21 Juni 1875, art. 6: Sont considérés,
pour la perception du droit de mutation par décès, comme fai-
sant partie de la succession d\'un assuré, sous la réserve des droits de ct/ityh^\'^^^
communauté, s\'il en existe une, les sommes, rentes ou émolu- ^jjuur&f^^^^^
menls quelconques dus par l\'assureur à raison du décès de l\'assuré. \'DLt^^/j
België. Wet van 11 Juni 1874, art. 43 (Code de comm. rev.): -^«-t«/. \'
la somme stipulée payable au décès de l\'assuré appartient à la ç-^ec\'-jj\'^^\'
personne désignée dans le contrat, sans préjudice de l\'application ^t^.
des règles du droit civil relatives au rapport et à la réduction du ^.v.ti- \'f"^\'
chef des versements faits par l\'assuré.
In dien geest ook Italië, W. v. K. art. 453; Portugal, W. v.K.
art. 460^©» Rumenië, W. v. K. art. 477j tK.Lfh
Wenschelijke regeling. — Moet het verzekerde kapitaal of
moeten de betaalde premies, als bij leven aan den bevoor-
deelde geschonken of bij doode aan hem toegekend, beschouwd y ^ ^^^
worden. Verg. Bazenbt, bl. 35 v., 154 v.; Deslandres, bl. ^ • C
91 v.; Dujarier, bl. 101_^(de premies, Vappauvrissement) ; ^
Marchal, bl. 153 v.;
(het kapitaal), — Verg. voorts Egqers, t. a. p.; Hand. Ned. ^^
Jur. Ver. 1888 en Verhandl. Deutsch. Juristentag 1882. ■
§ 81. ANDERE PERSONEN VERZEKERINGEN.
ARBEIDERSVERZEKERING.
Ziekte- en p e n s i o e nverzeicering bohooren mede tot den *^ j
werkkring dor sociétés de secours mutuels in Frankrijk en Bel- ofe-re^jr^^^,
gië, en der friendly societies in Engeland. Zie boven bl. 403.
i e k e n f o n d s e n. ^ ^
-e^ Nederland. Verslag «Fondsen-enquête» der Staatscommissie yrf/f/^ ^^
^fs-- Arbeids-enquéte, 1893. y. dff\'^//
-ocr page 179-vztyrt- Duitschland. Wet van 7 April 1870 op de «eingeschriebe- ;
. n\'en Hülfskassen», gew. wet v. 1 Juni 1884. |
Verzekering tegen ongelukken (tot uitkeering in geval
\'7/aMff ongelukken, die den persoon van den verzekerde treffen), n.
kri^ ljli üh ^^ yaxs. rMum.,
^^ Tarbouriech, dës assurancéff contre\'^Ies accidents du ^^J^^/ef
vail, th. 1889./^ L. MxVrtin, des assurances contre les accidents, ,
ajî^i- — villetard de Prunières, de 1 assurance contre les ^
/ accidents du travail, 1892. ^ .. ?/ Ài^ /jl/ca ^^,
cXjL— ritr^-^ f Onderscheid tusschen verzekering eener uitkeering in geval
• ^^«\'•^\'^^van ongeluk {assurance réparation) en verzekering ter zake
^f^ van de aansprakelijkheid voor ongelukken {assurance responsa- Su^ !
^\'^\'fi^j^ci\'^t^\' Castelbolognesi, considerazioni in tema d\'assicurazione dei
V 7/9 ij)oii>p\'°7 conduttori di opere contro gli effetti della rèsponsabilîta civile, in .
Giuridico, dl. 47, bl. 563v.
^^"^^^^Individueelo en collectieve verzekering. ,
Ji^\'^ ^^H/^ M. S.vuzet, situation des ouvriers dans l\'assurance^accidents,
in Revue critique de lég. et de jurisprud. 1886, bl. 362ƒv. — Au- UC
zière, droits conférés à l\'ouvrier par l\'assurance collective, t. z. p. ] \'
,û.c. 1887,. bl. 459 v. — Thaller, de l\'action directe des ouvriers
. ^ contre l\'assureur dans l\'assurance collective accidents, in Annales
I ^^ ^^^ ~ Ehrenderg, die Ver-
/ Sicherung für fremde Rechnung, in Jahrb. f. d. Dogm., dl. 30,
^ Rechten der werklieden bij collectieve verzekering. Karakter
verzekering.\' Analogie met verzekering voor rekening van
^y/W derde. / \\
Rb. Leeuwarden 2 Juni 1892, W. n^ 03O9^de^z^Sk|rd^»^ !
ali&e» eene vordering tegen den aanïiemer. — Rb. Den Bosch
, y. Apr. 1893, W. n^ 6399.-
Q, I^e arbeiders Verzekering als tak van staatszorg. \'
ie.
Congrès international des accidents du travail. 2e Session (Sept."/;^^\'\'
Jjlcojv^^,"--\' ^891). Rapports et Procès-Verbaux, Berne 1891.^M. Bellom, les / -,
^ lois d\'assurance ouvrière à l\'étranger, Assurance contre la /-
j^- \' ^ maladie, 1892;Al- étude sur les législations étrangère^concernant
fl-ff-. • l\'organisation de l\'assurance contre la maladie, in Bulletin de la
. ^ société de lég: comp. 1892, bl. 81 v. M. oPo,s
Ô^JJI^ l^.d.
LL^
(tel-v. -- -892 [15 Juni 1883] op de «Krankenver-
t^^^icf^ Sicherung der Arbeiter»; — van G Juli 1884 «Reichsunfallversi- , fc^oxj.
cherungsgesetz» ; — van 28 Mei 1885 tot uitbreiding dezer wetten ; — ^
V^OjyiJp^\'\' \'van 15 Mrt. ISBö omtrent «die Fürsorge für Beamte und Perso- / .. .
J^J^X^\'^J^n des Soldatenstandes in Folge von Betriebsunfällen» ; —van 5 ^ ^^^
^cW^\'w. Mei 1886 op «die Unfall- und Krankenversicherung der in land- ua^. tr.
forstwirthschaftlichen Betrieben beschäftigten Personen»; — (P^ COuJ^Jlt-r^iyt^
Van 11 Juli 4887 op «die Unfallversicherung der bei Bauten be- ^ ✓
^\'7;vC;M^schäftigten Personen» ; —van 13 Juli 1887 op «die Unfallversiche-
^jJJxÄeJ^^Vrung der Seeleute und anderer bei der Seeschiffahrt betheiligten O/uM),
/Personen»; — van 22 Juni 1889 op «die Invaliditäts- und Alters-
^ ^r Versicherung», gew. (§ 157) wet van 8 Juni 1891, rt^n.
^ ; Literatuur. P. Köiine , Karakter und systematische Stellig des J^. óc/ltif^
^^ "Arbeiterversicherungsrechts, in Zft. f. d. ges. Hr., dl. 37, bl. 76 v. i — ^-
Tj^ I^ORNHAK, rechtliche Natur der Arbeiter Versicherung, t. z. p.,
\' dl. 39, bl. 216 v.^-R R^jn, das Recht der Arbeiterversiche-
/ jL ^890/3/—iL^^Eiui, der Rechtsbegrifl der Arbeiter-
^ É. ^\'Versicherung, in Archiv f. öffentl. Recht, 1890, bl. 529 v. — R. , a/fol^.
Piloty, das Reichs-Unfallversicherungsrecht, dessen Enstehungs- ^
an^^ùM«^^- der Unfallversicherung, Die Reichs-Unfallversicherungsgesetze dar- /^À
t/Z-o^ oUie^
^ ^^^ terversicherungsrechts, in Krit. Vierteljaliresschr., dl, 34, bl. 404
out», Oostenrijk. \' c^i^
\' Wetten van 28 Dëc. 1887 op «die Unfallversicherung der Ar- ^g^ytJA^ cfe/^-1
heiter»^— van 30 Maart 1888 op «die Krankenversicherung der ji/e^. ^
Arbeiter», gew. wet van 4 Apr, 1889; — Bruderladengesetz van
28 Juli 1889, gew. 17 Jan, 1890 , 30 Dec. 1891 en 17 Sept. 1892.
A. Menzel, das Recht der Arbeiterversicherung, in Zft. f. priv^^.
u. öffentl, R,, 1891, bl. 280 v. ; — die Arbeiterversicherung nach
österreichischem Rechte, 1893.
Frankrijk.
Wet van 18 Juni 1850: ([ui crée, sous la garantie de l\'Etat,
une caisse de retraites ou rentes viagères pour la vieillesse, ver-
vangen door de wet v. 20 Juli 188j, relative à la caisse n tio-
Dniisclüand.
vicj. ^.jniauvtiöii/iici ulig. i/ic iicioiis-uiiianversicnerungsgeseize aar- ^
T ^^^^Sliedern des ^chsversicherungsamtts nach de^ {p^U^
U (/z^^ . Ajbtenmatoi\'iri dieser Behörde, 1898$ — Zur Literatur des Arbei-
\'He.c^Jp
____________ , ......., . _ .
-ocr page 180-420
nale des retraites pour la vieillesse. Decreet v. 28 Dec. 1880.
Wet van 11 Juli 1SÖ8: portant création de deux Caisses d\'as-
surances, l\'une en cas de décès et l\'autre en cas d\'accidents ré-
sultant de travaux agricoles et industriels. Dekreet v. 10 Aug.
1868, gew. 13 Aug. 1877. /?
iZ.(f . > -
■rt..
Wet v. 8 Juli 1883 betreffende de ^stichting van eene rijkskas
- ter verzekering van werklieden tegen ongevallen bij den arbeid
overkomen, gew. wet v. 23 Dec. 1886j° dekreten v. 24 Juli 1887
en 22 Nov. 1888. — u^^ jlo c^yd^
^ ^^ instituant une caisse générale d\'épargne
Vr^ . et de retraite. ^ \'
Italië. /r i-e Pi^ /^ôrv
uM/t-
Hejc Examen ter verkrijging van den Graad van
I^ Ged.
Doct^ in de E C H T S W E T E N vS CIT A P
van den Candidaat /:zal plaats liebhen
Ihn^. 190^ , te
-ocr page 182-^^^■^(JX^^U^ cA
dU (A^ crf\\ \'Ó^-vv tA^ytJi.
cry* cLu^ J\'-iêiAx-\'^^y* ry»
M-
-ocr page 183-^I-I.L.^ UU^ Âtx^^/tX^^^yjL
^e^^/tSo-tv^O A-crzre-ft^fy^
A.
O-ei^iyoI^CLyeudLi^^d ce.\'-\' ^ -u^ miT^iAjtX^
are-fi^^Cyire^
\'Cu* .
l\'tLA.y^j -ß^^^^^euutSr (XOUU/OJL oLu ^
-ocr page 184-u
é
iù. djü J-tj-g.^ ff\'^\'^ûT.
, ^H"cPoiL^.
Cùj/, Irf-AJL^, ^ 7
A^ IrzrQ) aJtSlu.. KM^C-
-ocr page 187-Xrtl
A-\'t^ T/^-o^ M-/
1/lrVy^ ^
-ocr page 188-// /
M.
(Je
- c^^yi. /,55-5
A- e^si^ _____e^ ^^
c/trty-i<- J Ct\'cj n/^TU-^^ «-Ct^.^ ■■^^«/T;\'\'-»—
-ocr page 189-7
J
otiAtnU.
/^■Ca^- ^iA^OL.^
-ôy
^UfU.,^/ ^ UJrrârt S-e^tyu-tjû^ Jxïxrr 3, ^
\'ïA^
trtiaLt^ Otj-i/f^,
ap/f:
iti. to-il-i«.^ e/ttj
-ocr page 190-Z/\'CJi—\'-ty
ó
ïA
J^e-e-C
cye-
/
7"
-ocr page 192-^ \' ___— —___—
_ r
-ocr page 193-De akademische Senaat wordt geconvoceerd tegen.
yf^ CC-ci^t/dag, den ^ ƒ tt^^^x/, te/J,\'\'uren.
Onderwerp :
tijL—^ i â iJ* >1»:; V i"zr
(u CxaIKV /vJLaJCr,
ehcttjy »î/TX*^ -ÖM-A.^
77 een?
-ocr page 196- -ocr page 197-WNiyil
m.