-ocr page 1-
» \\o$k>i
W ^ ■*               ^
r
DELFSTOFFELUKE RIJKDOMMEN
Trenchara- en Costilla-Gronden
IN
SAN LUIS PARK,
C0L0RAD0.
-«■:*$*;»>-
AMSTERDAM,
Stoomdrukkerij Loman, Kirberger & van Resteren.          ,
1870.
-ocr page 2-
-ocr page 3-
DELFSTOFFELIJKE RIJKDOMMEN
Trenchara- en Costilla-Gronden
SAN LUIS PARK,
C0L0RAD0.
HH»»fr»-------
AMSTERDAM,
Stoomdrukkerij Loman, Kirberger & van Kesteren.
1870.
-ocr page 4-
-ocr page 5-
DELFSTOFFELIJKE RIJKDOMMEN
VAN DK
Trenchara- en Costilla-Gronden
1 N
SAN LUIS PARK,
COLORADO.
In de laatste jaren zijn door onderscheidene gunstig bekende Geo-
logen en Mineralogen der Vereenigde-Staten van Noord-Amerika,
de volgende verslagen ten opzigte der delfstoffelijke rijkdommen
van bovengenoemde gronden, openbaar gemaakt.
Deze gronden zijn gelegen in het Zuiden, in het beroemde
Park van San Luis en vormen de Sangre de Cristo Grant.
Men verlieze niet uit het oog, dat het eerst in 1858 goud in
Colorado werd gevonden, — dat, na California, Colorado thans
meer goud dan eenig andere Staat of Territory der Unie voort-
brengt en dat vier vijfden dezer produktie in het Gregory-
Distrikt van Gilpin County werd gewonnen.
Het volgende is eene beschrijving van Colorado, zoo als zij
voorkomt in het verslag der algemeene landdienst over 1867,
van den heer Joseph S. Wilson, daartoe door de regering der
Vereenigde Staten gecommitteerd.
-ocr page 6-
4
Uit het: » Report of the General Land-Ojfice," door Mr. Joseph
S. WlLSON, Commissioner.
liet Colorado-Territory is een goudhoudende streek, door
takken van het Ilotsgebergte (Rocky Moiintains) doorsneden, die
voortreffelijke vlakke lauden, Parken genaamd, insluiten, welke
zich verscheidene duizend voeten boven het vlak der zee ver-
heffen.
Het San Luis Park, in het zuidelijk deel, is een onmetelijk
groote elliptische kom, de bedding eener vóórwereldlijke zee,
door vulkanische werking verrezen. Zijn bodem, schijnbaar zoo
effen als een watervlakte, beslaat een uitgestrektheid van circa
9400 vierkante mijlen, door vijf-en-dertig bergstroomen be-
sproeid, die uit een hem omsluitenden gordel van besneeuwde top-
pen en ketenen voortkomen en te zamen een bewonderenswaar-
dige symetrie in vorm en gedaante ten toon spreiden.
Het San Luis Park is als ware het een afgesloten geologisch
kabinet. Uit de vóórwereldlijke rotsen, uitstekende aan de
steenachtige toppen van de neêrgeplofte mijnlagen met aarde
bedekt en met planten prijkende, rondom San Luis Lake,
schijnen al de elementen van geologische schatten vertegen-
woordigd te zijn. De spleten der bijliggende rotsen op de rug-
gen der bergen zijn overvuld met de rijkste ertsen, bronaders
der goud-beddingen in de onderliggende stroomholten {gulches)
gevonden.
Ontdekking van Goud in Coloradó, Goud-Mijnen, en waarde
der Ertsen.
Uit: »Coloradó and its Rescourccs" door Mr. J. P. Wmtney.
In 1858 vonden eenige landverhuizers goud op den oever der
rivier Platte, in de nabijheid der tegenwoordige stad Denver,
-ocr page 7-
5
op twaalf mijlen afstands van do bergen; dit vestigde het eerst
de oplettendheid op Colorado als mijn-distrikt. Te dien tijde
werd het territory niet door blanken bewoond.
De gronden waar het meeste goud wordt gevonden, liggen
in de graafschappen Uoulder, Gilpin, Clear Creek, Jefferson en
het oostelijkst zuidgedeelte van Summit. Hoewel het ontegenzeg-
gelijk is, dat vele andere sektiën van het territory goud-
aderen bevatten, heeft men er niet veel acht op geslagen en
hebben zich de hoofdzakehjkste uitgravingen bij de graafschappen
Gilpin en Clear Creek bepaald.
De eigenlijk gezegde goud-aderen, alle in de graniel-formaiie
aanwezig, verschillen in breedte, en wel van een naauweljjks
merkbare streep tot veertig en -zelfs vijftig voet, doch zelden
gemiddeld de vier of vijf voet te boven gaande. Van de opper-
vlakte gezien, wordt de ader door een ligt poreus kwarts aan-
geduid, door de oxidatie der mindere metalen ontkleurd, en
waarin gouddeeltjes hier en daar verspreid liggen, soms in den
vorm van dunne schubben, fijne stof of vezelige brokjes, doch
zelden in massaas van eenigen omvang.
Wat de Colorado goud-aderen bijzonder onderscheidt, is dat
zij doorgaans rijker worden bevonden, naar mate men er die-
per naar graven moet. Deze regel schijnt zonder uitzondering
te zijn en er is geen voorbeeld van het verloren gaan eener
ader, tenzij door de opvolgende formatie afgebroken. Zuiver
goud nadat het van het bedekkend erts is ontdaan wordt niet
in eenige hoeveelheid aangetroffen.
De gemagtigde der Vereenigde-Staten zegt het volgende van
de mijnen:
»Kwarts dat 12 dollars per ton oplevert, is in gunstig ge-
legene streken winstgevend; doch er worden thans aderen ge-
exploiteerd, die van 20 tot 500 dollars per ton opleveren. Mijnen
die ter naauwer nood rendeerden aan de oppervlakte, werpen ver-
bazende winsten af op 150 tot 200 voet diepte." De verslagen
-ocr page 8-
der munt te Philadelphia toonen aan, dat Colorado tegenwoor-
dig in liet bedrag van het aldaar gemunte goud alleen bij Cali-
fornia achterstaat, daar deze Staat ongeveer viermaal zoo veel
goud als eenig andere der nieuwe Staten of territoriën heeft
geleverd.
De ontvangsten tot 18G5 bedroegen 80 millioen dollars.
Uit: »A description of the San Louis Park and the Sangre de
Cristo Grant, Colorado," door
EdWAED Bliss, Schrijver van
» Gold Fields of Colorado,, enz.
Delfstoffen. — Uit een naauwkeurige opneming blijkt, dat
ongeveer de helft der bedding van de Sangre de Cristo
Grant uit rijke delfstoffen bestaat; goudhondend kwarts is in
overvloed in de bergen aanwezig, en in vele rivier-beddingen
zijn rijke »placers" \') ontdekt geworden. Gedurende verscheidene
jaren heeft de ruwe en onbedreven hand der inexikaansche be-
volking, ruime hoeveelheden van het kostbaar metaal aan den
dag gebragt; en dat het gouddelven op deze gronden onbere-
kenbare winsten moet afwerpen is boven allen twijfel ver-
heven, wanneer behoorlijke werktuigen en bedreven arbeiders daar
worden gebezigd ter ontginning van de aderen en placers welke in
deze streek in overvloed voorhanden zijn. Zilver-, koper-, ijzer-
en looderts worden er evenzeer in ruime hoeveelheden aangetroffen
en uit meer dan één aanduiding blijkt dat al deze delfstoffen,
met goed gevolg en winstgevend kannen worden gedolven. Men
mag gerust beweren dat het aantal en de uitgebreidheid der
\') Aldus noemen de amerikaanschc gouddolvors de beddingen der
stroomen en de bergliolten waarin goud wordt gevonden, dat van de bergen
derwaarts afzakte.
-ocr page 9-
7
aderen (loden) over geheel de Sangre de Cristo Grant vol-
doende zijn om vele duizenden mijnwerkers gedurende een onbe-
paald tijdvak voordeelig bezig te houden.
Dat een rijke mijnstreek in staat is eene talrijke bevolking te
onderhouden en aan alle takken van koophandel ruim vertier te
bezorgen, blijkt ten duidelijkste uit hetgeen men weet van
het zoogenaamde Gregory-distrikt, in Gilpin County, Terri-
tory Colorado. Al de mijnen van dit distrikt liggen binnen
de grenzen van vier vierkante mijlen, en evenwel werd meer
dan vier vijfde part der geheele goud-produktie van Colorado
door dit enkele distrikt geleverd. De bevolking van Colorado,
thans op (30,000 zielen geschat, vindt een winstgevend bedrijf in
handelsartikelen betrekking hebbende tot of een gevolg van de ex-
ploitatie der mijnen van Gilpin-County. De geldsom vereischt om
in al de behoeften voor het handelsverkeer van zulk eene bevol-
king te voorzien beloopt niet minder dan 20 millioen dollars
jaarlijks. Vóór den oorlog tusschen Noord en Zuid was het
circulerend medium in Colorado stofgoud of gemunt geld, tot
welk laatste een filiaal-munt der Vereenigde-Staten te Denver
ruime bijdragen leverde. Welk een magt en invloed een rijk mijn-
distrikt uitoefent, blijkt ten duidelijkste uit het boven vermelde feit.
Latere nasporingen en mijn-ondernemingen hebben nog rijkere
distrikten dan de wereldberoemde »Gregory" binnen de grenzen
der Sangre de Cristo Grant aan den dag gebragt. Ervaren
praktische delvers, reeds vele jaren met den aard en den omvang
der Gregory-mijnen vertrouwd, hebben de mijnstreken der ge-
heele Grant opgenomen en verklaren ronduit dat deze de op-
brengst der Gregory-mijnen meer dan evenaren zullen, en wel
met minder kosten van aanleg en ontginning. Voor minder dan
een derde van de gewone dagloonen in het Gregory-distrikt kan
men daar arbeiders bekomen, en tot voordeel iger prijzen kunnen
er levensmiddelen worden aangeschaft.
-ocr page 10-
s
Verslag van Ba KON F. V. W. EGGOLFSTEIN, een Ingenieur, gedu-
rende verscheidene jaren in ambtsbetrekking bij de regering
der Verccnigde-Staten.
Mijne kennis van liet San-Luis Park is gegrond op de kritische
opmetingen door mij gedaan in den tijd toen ik van de regering
in last had Fremont, Beckwith, Macomb en Ives op te nemen.
Al de topografische en andere kaarten in de kartons van het
kongres aanwezig en het resultaat der gouverneinents-ondeme-
mingen aanwijzende, zijn door mij »ter plaatse" vervaardigd en
onder mijn toezigl uitgegeven.
Toen ik mij in 1855 op de Sangre de Cristogronden bevond,
strekte ik mijne opnemingen tot de bergen uit. Hier werd
mijne aandacht inzonderhe\'d geboeid door de buitengewone ont-
wikkeling der delfstoffelijke wereld, voornamelijk van het goud-
houdende kwarts, dank zij den gemakkelijken to°gang, een ge-
volg van de ineengedrongen massa der (Jordillera tusschen de
groote vlakten, ten oosten, en de vallei van San Luis Park, ten
westen. Het rijkste goudhoudende kwarts werd door mij in
onmetelijke massaas gevonden, aan de stroomoevers digt bij
hunnen oorsprong, opgehoopt; digte wouden, tal van rivie-
ren, bouw- en weiland en wild, alles is hier uitstekend. Water-
vermogen is genoegzaam overal aanwezig, en de lucht- en
grondgesteldheid belmoren tot de gezondste en schoonste der
aarde. Terwijl ik mijne opmetingen in de Sierras ten oosten
van San Luis Park voortzette, ontdekte ik op zekere plaats een
zeer rijke goudmijn. Met ongemeene voldoening overtuigde ik
mij tevens, terwjjl ik de goudhoudende massaas kwarts en de
talrijke »placers" in de af\'stroomende wateren onderzocht, dat
de bergen rijk aan goud zijn.
Ik heb vernomen dat latere en kritische onderzoekingen een
aantal goudmijnen in de Sangre de Cristogronden hebben aan
den dag gebragt, en dat a\'dus mijne voorstelling en beoordeeling
-ocr page 11-
9
werden bevestigd van hetgeen benieuwde nasporingen na mijn
allereerst en voorloopig onderzoek zouden ten gevolge hebben.
(Geteekend). F. V. VV. EGGOLFSTEIN.
New-Yokk, 3 Juni 1805.
Brief van A. A. BkADFORD, gedelegeerde van hel Congres der
Vereenigde-Staten.
Washington,
1 Juni 18(35.
Den WelEdelgeboren Heer AV. Gilpin.
Waarde Heer!
Vóór mijne verkiezing tot gedelegeerde bij het Congres voor
Colorado en tijdens ik nog raadsheer was in het Hoog-geregts-
hof, bezocht ik den zetel van Costilla County, (de stad St. Luis
de Culebra) alwaar ik de halfjaarszitting van het hof presideerde.
Bij deze gelegenheid doorreisde ik telkens de Sangre de Cristo gron-
den, en ik kan van hunne hooge waarde, hunnen hoogen graad
van ontwikkeling en rijkdom aan mijnen van edele metalen,
de beste getuigenis afleggen.
Gedurende den October-termijn van 1804 bezocht ik de
goudmijnen aan den voet van Culebra Peak, zes mijlen oost-
waarts der Culebra, in gezelschap der heeren ötone, Hinsdale
en Gaspar, allen zeer bekend met de mijnon van het Colorado-
territory. Wij vonden talrijke aderen van goudhoudend kwarts,
dat bij onderzoek zeer gehaltrijk bleek te zijn. Uit gesprekken
met bewoners der streek vernam ik het bestaan vau rijke winst-
gevende mijnontginningen. Uit informatiën door mij bij debe-
-ocr page 12-
10
volking ingewonnen vernam ik tot mijn genoegen dat binnen
den kring der hooge en zeer steile gebergten goudmijnen ver-
spreid liggen. Niet onopgemerkt bleef\' de buitengewone gemak-
keljjkheid van toegang tot den top der Sierra, van welken kant
men uitgaat, inzonderheid te C\'ulebra, dat slechts dertien mijlen
van de hoogste spits verwijderd ligt.
Op een mijner togten ontmoette ik Kapitein James Abobn en
het gezelschap mijnwerkers dat hem vergezelde. Ik ben het
volkomen met hen eens in hnniie verklaringen ten aanzien van
den overvloed en den rijkdom der mijnen van edele metalen,
van welke ik sommige heb gezien en onderzocht.
Er is een grootc voorraad water, van welks vermogen door
behoorlijke verspreiding gebruik kan worden gemaakt.
ALLEN A. 13RADFORD,
gedelegeerde bij liet 39e Congres.
Verslag van Kapitein JAMES AboRN, oud-Diredcur van de Narra- ,
ganset Mining Company\'s Works, in Gilpin Counti/, Colorado.
Providence, R. I.
11 Januari 1865.
Den WelEdelgeboren Heer Wm. Gilpin.
Ingevolge uw verzoek, deel ik u hiernevens den uitslag mede
van mijn uitstapje naar de Sangre de Cristo gronden.
Ik verzekerde mij van de diensten van tien der meest erva-
ren en voorspoedigste mijnkundigen in het Territory van Colo-
rado, en met hen ontdekte ik in twee-en-vijftig dagen twee-
en-twintig aderen (lodes) en twee placers.
Gedurende den tijd tot de opnemingen gebezigd, werden ver-
scheidene dagen aan het openen der aderen tot eene behoorlijke
-ocr page 13-
11
wijdte gebezigd; het opsporen van de ligging der ader vereischte
slechts weinige uren. Na plaatselijk onderzoek en volgens de ken-
teekenen der oppervlakte vonden wij overal, waar wij ook de
spade in den grond hadden gestoken, aderen in overvloed.
Naar mijn gevoelen, waarin allen die mij ter zijde stonden
deelen, zijn de aderen en oeverkanten ruim zoo rijk als eenige
in het Gregory distrikt. De aderspleten zijn wijder, voller
en weelderiger. IJzerpyriet ligt aan de oppervlakte opeenge-
pakt, vaak in aderen van acht of negen voet omvang.
De exploitatie der mijnen komt hier veel goedkooper dan in het
Gregory distrikt te staan, omdat zij gemakkelijker genaakbaar
zijn, en de vereischte materialen digt bij de hand liggen. Wa-
ter-vermogen, bosschen en hout zijn er in overvloed; akkers van
uitmuntende kwaliteit liggen in de nabijheid.
Tegen drie shillings daags zijn arbeiders te bekomen; het
leven is er goedkoop. Ik twijfel niet of men kan er molens op-
rigten, die goede renten beloven van elk behoorlijk uitgezet
kapitaal. Ik denk dat de streek tot deze concessie behoorende
zal blijken zonder weerga te zijn voor landbouw, mijnontgin-
ning en veefokkerij, waarvan iedere tak op zich zelve ruime
winsten kan afwerpen, en de uitbreiding waarvoor zij vatbaar
is, schijnt bijna grenzenloos.
1 & 2 BrLv Bradford.                              Hoogachtend,
(Get.) JAMES ABORN.
Uittreksel van een Brief des Heeren C. D. HENDRON, vroeger
Griffier van Costillia County, ivaarin het district Sangre de
Cristo Grant is gelegen.
San Luis, C. T.,
8 September 18G7.
Delfstoffen. — Ten eerste, wat de goxxü-placers in deze
streek betreft, deze worden thans met goed gevolg geëxploiteerd,
-ocr page 14-
12
als men de onvolkomen middelen waarover men te beschikken
heeft in aanmerking neemt. De gemiddelde opbrengst is onge-
veer tien dollars daags door handarbeid, doch daar de del-
vers thans toebereidselen maken om met machines te werken,
berekenen zij wel gemiddeld veertig tot vijftig dollars per hoofd
daags te zullen leveren.
Dezer dagen heeft zich een nieuwe compagnie gevormd ter
ontginning van een nieuwen pas ontdekten placer, die, zoo als
men zegt, uiterst rijk moet zijn. De werkzaamheden zullen
vermoedelijk nog in dezen herfst beginnen. Deze placers zijn
alle langs de Sangre de Cristorivier gelegen.
Men heeft hier specimens van zilver- en koper-erts gevonden,
doch daar geen belangstelling in het uithalen dezer metalen
wordt getoond, ben ik niet in staat een juist denkbeeld te
vormen ten aanzien hunner uitgestrektheid of tegenwoordige
waarde, en zoo als ik boven zeide, deze metalen trekken weinig
de aandacht onder de bevolking dezer streek, alwaar bijna alle
stroomen overvloed van goud voeren, en dit laatste gemakkelijker
kan worden verkregen, waarvan het veronachtzamen van andere
delfstoffen het natuurlijk gevolg is.
Brief van Majoor RiCHARD E. Whitseït, een der vroegste Kolo-
nisten van Colorado, en laatstelijk Griffier van Denver.
Denver, Colorado Territory,
21 November 1868.
Den Wel-Ed. Heer William H. Reynolds, (Providence, R. J.)
Wei-Edele Heer.
Na mijne terugkomst van San Luis Park maak ik van de
eerste gelegenheid gebruik, om n eeno beschrijving van mijn
-ocr page 15-
13
uitstapje te geven en u mijne denkbeelden over den staat der
gronden in het algemeen mede te deelen.
Wij verlieten Denver op den middag van den 23st("n 11. en
bereikten Fort Garland in den avond van den 27sten, allen ge-
zond en wel en opgeruimd van geest. De wegen waren voortref-
felijk, de lucht vol balsemgenren, zoo als hier gewoonlijk het ge-
val is, en niets van belang hinderde ons. Fort Garland, zoo als gij
weet, ligt op den oostelijken rand van het Park, onmiddellijk
aan den voet der Sierra Blanca en op weinige mijlen ten noorden
der gronden. In de nabuurschap vonden wij gravers in de
placet s bezig, uit welke zij groote hoeveelheden goud haalden,
waarvan de heer Fisher een monster kocht. Wij hielden ons
hier een dag op, om eenige herstellingen aan onze ambulance
te maken en reden den 29s,on verder. De weg liep in volkomen
zuidelijke rigting langs den voet van de keten welke de ooste-
lijke grens van het Park vormt, en de gansche weg verder op
tot San Luis Avas hard geplaveid en zoo effen als een biljart-
tafel. Aan de linkerzijde verhief zich de Sierra steil boven de
vlakte, en zoo scherp afgebakend, dat men letterlijk regt op
den platten grond met den rug tegen den berg geleund kan
zitten. Ter regterzijde lag het uitgebreide Park in al zijne
weelderige schoonheid tot aan den westelijken rand, op een
afstand van misschien zeventig mijlen, de meest uitgestrekte
vlakte vormende die ik ooit heb gezien, door de Sangre de
Cristo, Trenchera, San Luis, Culebra en andere stroomen
regthoekig doorsneden. Na vier-en-twintig mijlen alleraange-
naamst reizen bereikten wij de stad Sin Luis, langs de Cule-
bra-rivier gebouwd, met eene bevolking van omstreeks twee-
honderdvijftig zielen en liggende op de noordelijke zijde dei-
gronden.
Den negenden begaven wij ons op weg naar de mijnen, welke
op den rug der bergen verscheidene mijlen van daar, door
een vroeger gezelschap ontdekt, en door een ploeg arbei-
-ocr page 16-
14
ders, die ile lieer Fisher opzettelijk niet dit doel derwaarts had
gezonden, geopend waren. De aderen, voor zoo verre men ze ont-
dekt heeft, zijn talrijk en binnen een straal van een mijl lengte
besloten. Al de ertsen schenen zeer gehaltrijk te zijn; eene
ader inzonderheid werd door onze onderzoekers (de bek waallisten)
van Gilpin Üonnty, als onovertroffen verklaard bij alle tot nog
toe in het Territory ontdekt. »De opschudding zal niet gering
zijn in Gilpin," dus drukten zij zich uit. Uit de ertsen door
den heer Fislier medegenomen moet blijken of zij zich door
den schijn lieten verblinden. Ik liet eenige aarde vlak onder
een der aderen (loden) uitschoppen en wasschen, en de hoeveel-
heid goud daaruit gewonnen weesop zeer rijke />Zacer-del vingen.
Toen ik zag dat de bergketen, welke de gronden doorsnijdt, een
voortzetting is van die welke al de tot dusverre in het Terri-
tory ontdekte kostbare mijnen bevat, en mij te binnen bragt,
dat op de andere helling, genoegzaam regt tegenover, de be-
roemde Moreno-^aeej\'s liggen, was ik niet verwonderd over de
hoedanigheid der hier ontdekte ertsen, of over de onbetwistbare
aanwijzing van rijke goudwasschingeu; integendeel, het zou mij
verbaasd hebben ze niet aan te treffen.
Geheel de uwe,
RlCHARD E. WhITSETT.
Uit liet verslag van den Heer F. V. Haïüen, Hoogleeraar aan
de Universiteit van Pensylvania, geoloog van de Vereenigde
Staten in de Terriloriën Wijoming en Colorado.
(Professor Hayden bezocht de Sangre de Cristo-gronden in
November 1808.)
Mijnen. — Welligt is een der gewigtigste takken waarvan
ten aanzien dezer gronden sprake kan zijn, en die meer dan
-ocr page 17-
15
het landbouwbedrijf en de veeteelt zijnen invloed op de toekom-
stige welvaart dezer streek zal doen gelden, hun DELFSTOFFELIJKE
RIJKDOM. Langs den gansclien oostelijken rand loopt een keten
van hooge bergen, welke overvuld scbijneii te zijn niet goud-,
zilver-, koper-, lood- en ijzerertsen. Mijnen van groote waarde zijn
reeds aangelegd en leveren een rijke goud-productie. Een zorg-
vuldig onderzoek der stroomholte (ffulch) en der kwartsniijnen
in de nabijheid der bronnen van de Trenchera en de Culebra
en de opgaven van eenige der bekwaamste praktische gouddel-
vers in Colorado hebben mij overtuigd, dat de aanwijzingen aan
de oppervlakte van goud en andere kostbare metalen in dit
district gunstiger zijn dan in eenige andere streek van het
groote Westen.
De kwarts-aderen hebben een buitengewone wijdte en zijn
omsloten door goed afgebakende muren, terwijl het kwarts zelf
ongemeen gehaltnjk schijnt te zijn.
Al de hulpbronnen, benoodigd tot een doeltreffend bewerken
hetzij der stroomholten of der kwartsniijnen, zijn in de oiimid-
dellijke nabijheid in overvloed voorhanden, niet minder dan de
water-rijkdom en de brandstoffen. Vermoedelijk bestaat er geen
distrikt in de mijnstreken van ons rijk alwaar de delfstoffen
zoo ligt genaakbaar zijn als in deze velden. Fraaije rijpaden
kunnen met geringen arbeid regtstreeks naar de mijnen worden
aangelegd; en de arbeider kan den gansclien dag in de mijn
bezig zijn, des avonds naar zijne woning aan den voet des bergs
nederdalen, met al de producten der plantenwereld noodig tot
zijn onderhoud en rondom zijne woning gioeijende. Eene zoo
groote uitgestrektheid bouw- en weiland, van voortreffelijke hoe-
danigheid in zulk eene onmiddellijke nabijheid van uitgestrekte
mijngronden, moet onvermijdelijk naar deze streek binnen in een
betrekkelijk kort tijdsbestek talrijke bewoners lokken en haar
eene onberekenbare waarde te geven. Alleen de delfstoffelijke
hulpbronnen der Sangre de Cristogronden kunnen aan eene talrijke
-ocr page 18-
10
bevolking van mijnwerkers bezigheid verschaften, terwijl het bouw-
en weiland een overvloedigen voorraad zon opleveren ter voor-
ziening in hunne ligchainelijke behoeften. Wanneer men bedenkt
dat de gouvernementsprys van mijngronden is 20 dollars per
acre en dat er niet minder dan 500,000 acres van die soort
binnen de grenzen der Sangre de Cristogronden liggen, dan
blijkt al dadelijk hunne onmetelijke waarde.
Uittreksel van een brief van Dr. E. M\' Clellan, gebreveteerd
Majoor in het leger der V. S., gedateerd Fort Garland,
8 November 18G8.
Dat goud in de bergen aanwezig is, daarvan heb ik mij zel-
ven benevens eenige weinige andere officieren overtuigd, die een
kostbare ader in de bergketen aan de noord-oostelijke grens
hebben ontdekt. Het is overbekend dat al die bergketenen kost-
bare metalen bevatten, terwijl men er de getneene metalen in
grooten overvloed aantreft. De bergen zijn met kostbare bosschen
bedekt, en bijna ieder kanton levert uitmuntende gelegenheid
tot het plaatsen van molens met behoorlijk watervermogen.
Het eenige wat er ontbreekt om de milde gaven, door de natuur
in dit uitgestrekte park opeengestapeld, voor de bukken der
wereld open te leggen, is het aanwenden van kapitaal.
Uittreksel van een brief van Dr. E. M\' CLELLAN, gedateerd Garland,
20 December 1868.
De mijnader van de Sangre de Cristo Maatschappij is thans
deugdelijk opengelegd, en levert weinig bezwaar voor de bewerking
-ocr page 19-
17
op. Onderscheidene ploegen mijnwerkers hebben ze reeds be-
zocht en allen gaven er hunne voldoening over te kennen.
Gedurende de laatste zes weken zijn een aantal delvers om
deze reden naar de stroomholte {gulch) getogen; zij zijn thans
met do opmetingen bezig en alles doet vooruitzien dat in het
voorjaar een groot aantal mannen aldaar aan het werk zal zijn.
Afschrift van een Essaai-brief, door den heer Fred. Claudet
afgegeven.
Essaa i-Kantoor,
6 en 7, Coleman Street,
Londen, 30 Maart 1809,
Den WelEd. Heer W. Blackmore.
                         E.C.
Waarde Heer,
Ik heb de monsters erts geëssayeerd uit de Sangre de Cristo-
grond in Colorado en getrokken uit de boven-uitstekende dee-
len van tien verschillende aderen, opgegeven als zijnde van
drie tot twaalf voet zwaarte aan de oppervlakte.
Allen bevatten goud in kwaliteit afwisselende tusschen 3 pen-
ningen tot 8 ons op de ton; deze monsters zijnde gemiddeld
achttien penningen.
Het moedererts bestaat uit poreus kwarts, met een weinig
ijzer-oxied vermengd, vermoedelijk een gevolg der decompositie
van ijzer-pyriet. Het goud komt in zuiveren toestand voor en
zou door een der welbekende wijzen van amalgamatie gemakke-
lijk uitgetrokken kunnen worden.
Het monster alluviaal-goud, uit de naburige stroomholten
genomen, bevatte, op de proef, 910 deelen fijn goud en 88 deelen
fijn zilver, ter waarde van £ 3.17.4 of (f 36 ruim) het ons.
-ocr page 20-
IR
Daar dit alluviaal-goud, zoo als men zegt, op vele plaatsen
van die gronden wordt aangetroffen, waarbij tevens in aanraer-
king komt dat de talrijke kwartsaderen allen ook goudhoudend
zijn, blijkt hieruit ontegenzeggelijk dat dit edele metaal alge-
meen in liet distrikt verspreid ligt en daar een rijke mijn-
voorraad aanwezig is.
Uit een vergelijking met andere mijn-distrikten en ten gevolge
mijner eigene ondervinding in California opgedaan, houd ik mij
overtuigd dat gij in deze gronden een rijk veld tot zeer winstge-
vende ondernemingen bezit.
Hoogachtend.
FRED. CLAUDET.