Genade, barmhartigheid, vrede zij u van
God onzen Vader, en Christus Jezus
onzen Heer!

Bestuurderen der NEDERLANDSCHE GEREFOR-
MEERDE ZENDINGS-VEREENIGING te Amsterdam,
u aanbiedende een exemplaar der statuten van ge-
noemde Vereeniging, gevoelen zich gedrongen daarbij
met een enkel woord te wijzen op de oorzaak van haar
ontstaan, alsmede op het hooge gewicht der zaak, die
zij voorstaat.

Doordrongen van de dure verplichting, welke op
de Kerk van Christus rust, om niet all��n het Evan-
gelie te verbreiden en de Christelijke tucht te hand-
haven in eigen boezem, maar ook boden uit te zenden
naar het buitenland, � waarvan reeds de eerste Christen
gemeenten het voorbeeld gaven, � hebben leden der
Nederlandsche Hervormde Kerk in der tijd eene op-
roeping gezonden aan hunne geloovige medeleden, ten
einde bij hen aan te dringen om zich voor den Heer
der Kerk te verbinden, dien duren plicht op zich te
nemen, totdat de Kerk dien eindelijk erkennen en
aanvaarden zou. � De bedoelingen en werkzaamheden
aller vereenigingen van geloovigen, die zich ten doel
stellen het Evangelie te verbreiden, erkennende en
waardeerende, meenden toch de Oprichters dezer
Vereeniging niet te veel te verwachten door te reke-

nen op de volkomen sympathie van allen, die de Kerk
der Vaderen in waarheid liefhebben, voor haar behoud
bidden, en niet het minst van al hare getrouwe Leer-
aren en Opzieners.

Tot hiertoe vonden de Bestuurders zich in vele op-
zichten in hunne verwachtingen te leur gesteld, of-
schoon zij het denkbeeld niet kunnen laten varen, dat
de Heer eenmaal den wensch hunner harten zal ge-
ven en inmiddels hunne Vereeniging zegenen zal; mits
de leden, die met hen het hooge gewicht der zaak
gevoelen, zich nauw bij hen aansluiten in den gebede
voor het herstel van Christus souvereiniteit in den
boezem der zoo z��r beminde vaderlandsche Kerk;
overtuigd als zij zijn, dat die eerst dan weder eene
stad op een\' berg zal worden, als het werk der zen-
ding van haar zal uitgaan.

Daarom wenschen Bestuurderen en Leden vol te
houden in den gebede, en met Nehemia te zeggen:
�God van den hemel, die zal het ons doen gelukken,
en wij, zijne knechten, zullen ons opmaken en bouwen."

En nu de heilige zaak der zending zelve: deze be-
hoeft voorwaar geene verdere toelichting om haar
aan te bevelen. Is het denkbaar, dat eene ziel, die
gevoelt wat het zegt verlost te zijn van het eeuwig
verderf, daar zij zich zeive mag verheugen in dien
onuitsprekelijken zegen, die zoo duurgekochte vrucht
van het bloedig lijden en sterven van den gezegenden
Zone Gods; die dus gelooft aan Gods Woord, dat ons
zegt, dat Hij geen lust heeft in den dood des zon-
daars, doch dat Hij het offer heeft aangenomen, dat
op Golgotha gebracht is geworden voor de zonden
der arme wereld, opdat een iegelijk, die in Hem ge-
looft niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe;
is het denkbaar dat die ziel geene onweerstaanbare

behoefte heeft uit te gaan of mede te werken, om die
blijde boodschap te brengen tot aan de einden der
aarde? Hoeveel minder denkbaar is het dan, dat het
hart van den Nederlandschen Christen niet geschokt
wordt bij de gedachte aan die millioenen van heide-
nen, welke in Gods raad aan zijne verzorging zijn
toevertrouwd, opdat hij aan hen zijne barmhartigheid
bewijze ?

Bestuurderen en Leden der Nederlandsche Gerefor-
meerde Zendings-Vereeniging, met schaamte voor den
Heer belijdende hunne eigene lauw- en koelheid bij de
gedachte aan hunne ontzachelijke schuld, stellen u voor
zich bij hen aan te sluiten, om een hart vol liefde
voor zich zelven, en voor elkander af te smeeken,
en om datgene te doeu in het werk der zending, wat
de Heer zal aanwijzen, allereerst in onze koloni�n
en wel bijzonder op het heerlijk eiland Java. Hunne
Vereeniging, die daar sints 1862 werkt, mocht, dank
zij den trouwen God, ondanks al het zondige en ge-
brekkige, niet all��n staande blijven, maar reeds vrucht-
baar worden, ten blijke dat zi) geplant is in en haar
voedsel ontvangt van den waren Wijnstok, Christus.
Zij heeft thans twee hoofdstations Poerbolingo
en T e g a 1, alwaar hare beide zendelingen, Vermeer
en Bieger, gevestigd zijn, die weder op onderscheidene
plaatsen in de beide residenti�n (Banjoemaas en Te-
gal) bijgestaan worden door vijf inlandsche helpers.

Och, ware dit getal arbeiders vertienvoudigd, hoe-
zeer zouden wij het zien, dat de Heer, volgens Zijne
belofte, de vensteren des hemels zou open doen, en
zegen afgieten op onze Kerk en op ons dierbaar Va-
derland!

Hoort, hoe in den laatsten tijd het gebrek aan Zen-

delingen in onze koloni�n de aandacht van Engelsche
en Amerikaansche Christenen getrokken heeft.

1) �Zekerlijk hier (in de Nederlandschc koloni�n) is een werk
roor de zending-kerken in Groot-Brittnnje en Amerika om ernstig
overwogen en ondernomen te worden. Hier is een ontzettend ge-
brek aitn Christelijken zcndingsnrbeid, in staat om de innigste be-
langstclling op te wekken; hier is plaats voor de hoogste ontwik-
kcling van Christelijke geestkracht en ijver. Konden 20 zendelin-
gen verschaft worden, zij zouden terstond twee aan twee geplaatst
knnncn worden op posten, waar zij niet all��n krachtig werkzaam
konden zijn, doch ook den sekoonsten kans van welslagen hebben.
Welke kerk is gereed te helpen?...

Wie wil uitgaan en uitdeeler zijn van het brood des levens aan
de verwaarloosde en zooz��r behoeftige bewoners dezer uit ge -
strekte eilanden ?"

0, Gij Heer des oogstes! Stoot Gij vele, vele ar-
beiders uit in Uwen wijngaard in onze schoone kolo-
ni�n. Uw Woord zegt het ons: de velden zijn ook
daar wit om te oogsten, doch de maaiers, waar zijn
zij � Gij zijt machtig om die te verwekken, maar ook
Gij all��n. Och! leer ons dag en nacht tot U zuch-
ten en vergeef ons de koudheid onzer harten; ver-
warm die door den gloed Uwer liefde en open onze
lippen, opdat wij Uwen lof verkondigen; dan zullen
zich de zondaars tot U bekeeren en de gezegende
Naam Uws Zoons verheerlijkt worden tot aan de ein-
den der aarde. Amen!

]) Woordelijk overgenomen uit �The Missionary News, verschonende
brj T. W. Partridge & Co. No. 9. Paternoster Row, Londen.

STATUTEN der Nederlandsche Gereformeerde
Zendings-Vereeniging, te Amsterdam.

(Goedgekeurd bg Koninklijk Besluit van den 4 December 18SS, Staatsblad N>. 117).

Art. 1. De Nederlandsche Gereformeerde Zendings-
Vereeniging stelt zich ten doel de Evangelie-verkon-
diging onder de Heidenen, inzonderheid in de Neder-
landsche Overzeesche Bezittingen.

Art. 2. De Vereeniging heeft tot grondslag de
belijdenis der Gereformeerde Kerken.

Art. 3. De uit te zenden Evangelie-boden moeten
eene met dezen grondslag overeenkomende opleiding
ontvangen hebben.

Art. 4. De Vereeniging ziet nauwkeurig toe, dat
niemand uitgezonden worde, dan die de waarheden,
in bovengenoemde belijdenis vervat, door de werking
des Heiligen Geestes aan zijn hart heeft ondervonden,
en die zich door den Heer tot het werk der Evange-
lisatie geroepen gevoelt.

Art. 5. Er worden plaatselijke Vereeuigingen opge-
richt, die hunne bijdragen in de kas van het Hoofd-
bestuur storten, met dien verstande, dat zoodanige
plaatselijke Vereenigingen, om als rechtspersoon te
kunnen optreden, van wege het staatsgezag eene
erkenning zullen behoeven, afgescheiden van die aan
de Hoofd-Vereeniging verleend.

Art. 6. De Vereeniging wordt bestierd door een
Hoofdbestuur, dat uit zeven leden bestaat, gevestigd
is te Amsterdam, en door de afgevaardigden der plaat-
selijke Vereenigingen gekozen wordt. Het Hoofdbestuur
heeft het recht zich adviseerende leden uit verschil-
lende plaatsen des lands toe te voegen.

Art. 7. Niemand kan lid zijn van het Bestuur,
hetzij van het Hoofdbestuur of van eene der plaatse-
lijke Vereenigingen, dan die de belijdenis der Gerefor-
meerde Kerken als uitdrukking van zijne geloofsover-
tuiging erkent.

Van de leden der Vereeniging wordt uit den aard
der zaak verwacht, dat zij met art. 1 en 2 instemmen.

Art. 8. Het getal van 10 leden en voorts van ieder
20tal daarboven, geeft recht tot afvaardiging van een
lid tot de Algemeene Vergadering.

Art. 9. Twee leden van het Hoofdbestuur treden
jaarlijks op de Algemeene Vergadering af; de aftredende
leden zijn dadelijk weder herkiesbaar.

Art. 10. De leden der plaatselijke Vereenigingen
kiezen hun eigen Bestuur, bestaande in den regel uit:
een President, een Secretaris en een Penningmeester.

Art. 11. Elk Bestuur, ook dat der plaatselijke
Vereenigingen, regelt den tijd zijner vergaderingen,
de verdeeling der werkzaamheden, en geheel het uit-
wendig beheer bij huishoudelijk reglement.

Art. 12. De zorg voor de geldelijke aangelegenhe-
den der Vereeniging wordt opgedragen aan een der
leden als Algemeenen Penningmeester, bijgestaan door
eene flnanti�ele commissie uit het Hoofdbestuur. Hij
legt om de drie maanden eenen staat over van den
toestand der kas.

Art. 13. Het boekjaar der Vereeniging sluit op
30 April.

Art. 14. Om lid der Vereeniging te kunnen worden,
moet men jaarlijks ��n Gulden minstens betalen. De
leden ontvangen het Maandblad: de Heidenbode,
dat door het Hoofdbestuur uitgegeven wordt. Gaven
worden in dank ook van hen aangenomen, die zich
niet als leden Wenschen aan te sluiten.

Art. 15. Jaarlijks wordt eene Algemeene Vergadering
gehouden, waartoe de plaatselijke Vereenigingen afge-
vaardigden, in evenredigheid tot het getal van hare
leden, zenden.

Art. 16. Op een nader te bepalen dag worden door
alle plaatselijke Vereenigingen bidstonden gehouden.

Art. 17. Deze bepalingen kunnen, met uitzondering
van art. 2, in de jaarlijksche algemeene Vergadering
door 2/3 der aanwezige leden gewijzigd worden, be-
houdens de koninklijke goedkeuring der te maken
wijzigingen.

Art. 18. Deze Vereeniging wordt opgericht voor
een tijdvak van negen en twintig jaren.

Het Hoofdbestuur der Nederlandsehe Gereformeerde
Zendings-Vereeniging,

E. W. HE�BLOM, VoortiUer.
W. HOVY, Sttretarii v. het Buiteril.
N. J. A. C. SWELLENtiREBEL, Secr. v. h. Binn.
J. H. STOOV�, Penninpmteit*r.
H. W. VAN MARLE.

F. C. WIJLE.
D. VERBEEK.



		Art. 9. Twee leden van het Hoofdbestuur treden jaarlijks op de Algemeene Vergadering af; de aftredende leden zijn dadelijk weder herkiesbaar. Art. 10. De leden der plaatselijke Vereenigingen kiezen hun eigen Bestuur, bestaande in den regel uit: een President, een Secretaris en een Penningmeester. Art. 11. Elk Bestuur, ook dat der plaatselijke Vereenigingen, regelt den tijd zijner vergaderingen, de verdeeling der werkzaamheden, en geheel het uit- wendig beheer bij huishoudelijk reglement. Art. 12. De zorg voor de geldelijke aangelegenhe- den der Vereeniging wordt opgedragen aan een der leden als Algemeenen Penningmeester, bijgestaan door eene flnanti�ele commissie uit het Hoofdbestuur. Hij legt om de drie maanden eenen staat over van den toestand der kas. Art. 13. Het boekjaar der Vereeniging sluit op 30 April. Art. 14. Om lid der Vereeniging te kunnen worden, moet men jaarlijks ��n Gulden minstens betalen. De leden ontvangen het Maandblad: de Heidenbode, dat door het Hoofdbestuur uitgegeven wordt. Gaven worden in dank ook van hen aangenomen, die zich niet als leden Wenschen aan te sluiten. Art. 15. Jaarlijks wordt eene Algemeene Vergadering gehouden, waartoe de plaatselijke Vereenigingen afge- vaardigden, in evenredigheid tot het getal van hare leden, zenden. Art. 16. Op een nader te bepalen dag worden door alle plaatselijke Vereenigingen bidstonden gehouden. Art. 17. Deze bepalingen kunnen, met uitzondering van art. 2, in de jaarlijksche algemeene Vergadering door 2/3 der aanwezige leden gewijzigd worden, be- houdens de koninklijke goedkeuring der te maken wijzigingen. Art. 18. Deze Vereeniging wordt opgericht voor een tijdvak van negen en twintig jaren.

		Amsterdam., 1 Januari 1875.		Het Hoofdbestuur der Nederlandsehe Gereformeerde Zendings-Vereeniging,

		E. W. HE�BLOM, VoortiUer. W. HOVY, Sttretarii v. het Buiteril. N. J. A. C. SWELLENtiREBEL, Secr. v. h. Binn. J. H. STOOV�, Penninpmteitr.* H. W. VAN MARLE. F. C. WIJLE. D. VERBEEK.



		*ll�lj*
		uw

		*QR.W/S.1..Z6*


		r


		Wfr.Til, ^u-.



		i