|
i.( ~
|
||||||||
|
Vak 87 „ -
|
||||||||
|
!
|
||||||||
|
391
|
||||||||
|
\'.-
|
|||
|
I__
|
|||
|
/
|
|||||||
|
HET GODDELIJK
ART VAN JEZUS
|
|||||||
|
t
|
||||||||
|
■
|
||||
|
arratte£imum<,0r \\t$u
|
||||
|
Vak 87
39/
|
||||||||||
|
HET GODDELIJK
Bart van 3^3US
EENIG VOORWERP VAN LIEFDE.
OVERWEWNOEN EIST OEBEDZN
door
P JOZEF. R. K Pr. |
||||||||||
|
S\' BOSCH
W. VAN GULICK Hockhandelaa
|
||||||||||
|
BRUSSEL
HUBERT VOS
Parochianen straat, 15.
|
||||||||||
|
ST-GILLES-BRUSSEL
HUBERT VOS
Boekdrukker - uitgever.
1378. . ^ * x K .
-~< S CD i \\..,.t C
O. .\' |
||||||||||
|
Poonpoorb.
J""VK vorooring van Jezus\' II. Hart heeft tot
r [voorwerp de oneindige, onbegrijpelijke < liefde, welke ons Jozus-Chrislus, Gods ■j? menschgeworden Zoon. bewezen heeft, liet aanbiddelijk Hart, van Jezus is do troon dezer liofdo, de bron, waaraan al do genaden ontspringen, welke wij Hem te danken hebben. Haar wij ons echter niet het goddelijk Hart van Jezus van zijne overige lichaanisdcelcn geschei- den kunnen voorstellen, zoo gaat deze vereering oj> gansch zijn goddelijken persoon over. Even- wel vestigen wij moest onze aandacht, op zijn allerheiligste Hart, dewijl Hetzelve ons al zijne deugden herinnert en aan al hetgeen Jezus voor ons gedaan on geleden heeft doet gedenken; dewijl Hetzelve ons zijne grenze- loozo liefdo jegens ons vertoont en \'t meest geschikt is om onze harten te roeren, ze tot dankbaarheid en wederliefde op te wokken en ons aan te sporen om trouw na te komen wat |
||||||
|
8 VOORWOORD.
|
|||||
|
Jezus door zijn II. Hart van ons verlangt.
» Loert van Mij, dat ik zachtmoedig en ootmoe- dig van Harte bon « zoido Jezus, op zijn Hart wijzond, en den wonseh uitend, dat alle ge- loovigen zijn beminnelijk Hart moer volkomen zouden loeren kennen, terwijl zij zich tevens de uitstekende voorrechten* aan do vereerders van zijn II. Hart beloofd, zoudon verzekeren. Geven wij derhalve gehoor aan de stem en aan do uitnoodiging van onzon goddolijken Yerlos- ser. koesteren wij eene vurige devotie tot zijn II. Hart, schonken wij Hom onze harten on ons bevlijtigond dezo godsvrucht meer on moor uit te breiden, trachten wij, door onze dankbaar- hoid, onze oerbetuigingen on onze liefde aan dit goddelijk Hart oonige vergoeding te sehen- ken, voor den smaad dion Hetzelve van do meeste menschen ontvangt. Zoo zal Gods zogen overvloedig over ons noderkomen, gelijk Jezus- Christus zelf dit aan de Gelukzalige Maria Margarotha A la Coquo verzekerde, on zullen wij, in Jezus\' Hart opgenomen, ook daarin onze namen als in hot boek des levens geschro- ven vindon. v
|
|||||
|
HET GODDELIJK HART
|
|||||||||
|
van 3^s
|
|||||||||
|
EENIG VOORWERP VAN LIEFDE.
|
|||||||||
|
T
|
|||||||||
|
EERSTE DAG.
|
|||||||||
|
Oïcr do devotie tot het Allerheiligste Hart van Jezus.
¥|§|fef ET zichtbare of stoffelijk voorworp,
pdat wij bij <lo devotie van hot allor- hoiligsto Hart van Jezus vereeren, is het aanbiddclijk Hart van onzen Vor- lossor, het vleeschelijk Hart, dat de Zoon Gods, oven als de overige ledematen zijns heiligen lichaams uit den maagdelijkon schoot der allerzuivorsto Maagd Maria go- nomon hoeft, hot Hart, dat, na zijnon dood met oene lans doorstoken, den laatston druppel water on bloed vergoot, hot Hart, dat nu, ver- hooiiijkt en onlijdelijk, in don hemel do eeuwige gelukzaligheid geniet en in \'t heilig Sacrament i
|
|||||||||
|
10 HET GODDELIJK HART VAN* JEZUS.
|
|||||
|
dos altaars, waarachtig, wczentlijk on lovend
tegenwoordig is. Ziedaar hetgeen wij \'t eerst on mot allo recht aanbidden; want indien do menschelijke porsoon van Christus aanbiddens- waardig is, dan mag ook ongetwijfeld zijn Hart do goddelijke vereering geworden. — Hot hart is hot edelste doel dos lichaams, \'t middelpunt on do bron, waaruit \'t bloed naar alle ledematen lioonst roomt om hun loven ongevoelen medo- tedcclen.Daar wij nu hot bloed vanJozus-Chris- tus als don oneindig waardovollon prijs van onzo verlossing vereoren on aanbidden, hoezoor moeten wij dan niet het Hart vorooron en aan- bidden, dat do oorsprong on do bron van dit kostbaar bloed geweest is! — Alle loven, allo bewegingen on handelingen dos lichaams, allo gevoelens on gewaarwordingen «lor ziol komen voort uit \'t hart; stremt hot hart, zoo houdt hiermede alles op. Wat volgt hieruit? Dat allo handelingen onzes Verlossers, allo zijno woor- den, zijno schreden en blikken, allo zijno ge- voelens, kortom, dat alles wat Hij voor ons gedaan en geleden hooft, uit zijn Hart, als uit do oigentlijko bron, voortgekomen is. HOE groot de eer derhalve , dio aan hot
II. Hart van Jezus toegekend behoort te worden, dewijl Hot niet do allerheiligste ziel voreenigd was l Indien eono ziel heilig is, zoo neemt ook hot ganscho lichaam een zeker deel in |
|||||
|
HEÏ GODDELIJK HART VAN JEZUS. 11
|
|||||||
|
deze heiligheid, weshalve wij mot recht do go-
heenderen der heiligen als reliekwieën vereoren. Daar echter het liart, als het edelste deel van \'s menschon licliaam, do eigentlijkc zetel van al do gevoelens on deugden der ziel is, zoo noemt ook hot hart \'t grootste aandool in do heiligheid der ziel, met andore woorden; hoo heiliger de ziel eens menschon is, doste heiliger is ook zijn hart. Beschouwen wij dit ton opzichte van Jezus llavt, zoo moeten wij bekennen, dat Hetzelve onder allo menschenharten do hoogste vereering waardig is, vermits Het door de heiligste ziel bewoond word. Edoch hot Hart van Jezus moet niet alleen vereerd, maar ook aanbeden worden, dewijl Het mot de godheid onafscheidelijk voroonigd is, door do oneindige heiligheid van God zelf bezield, ja Oods Hart zelf is. — Hot met do allerheiligste ziel on do godheid van Christus op do innigste wijze vercenigd uit vleosch on bloed bestaand Hart onzes Verlossers is alzoo hot zich^re^stoffeljjko voorworp van de devo- tie tot Jezus Hart. Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus 1
geef, dat ik U altijd meer en moer beminno. (1). On se Vader. — Wees gegroet, Ik geloof in
God den Vader, enz. |
|||||||
|
Aan wie uit kort gebed dagelijks bidt, heeft Z. H. Pius
VII bij rescripten van 1 Maart lijOi, 20 Maait en 15 Nov, |
|||||||
|
M HKT GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
||||||||
|
TWEEDE DAG.
|
||||||||
|
Over de devotie tot het Allerheiligste Hart van Jezus.
(Vereolff.) _ET onzichtbare of geestelijk voorwerp, dat
iiB\\wij voornamelijk liij deze devotie veroeron nA .moeten, is do oneindige liefde, welke dit Tp Hart, niettegenstaande onze grooto on- rlankbaarheid, ons heeft toegedragen en nog toe- draagt. — Gelijk het aan het vuur eigenaardig is te branden, zegt de H. Thomas van Aqu inen, zoo is het aan \'t liart van nature eigen te beminnen. Het leven van \'t hart is do liefde, en hot is niet mogelijk, dat een hart leve zonder te bcmin- nen. •> Vandaar dat ook \'t hart als de zetel en |
||||||||
|
1802, 12 en IS Juli 1803,7 Juli 1815 on 46 Sept 1S17 vergund :
i"\' Vollen aflaat op don eersten vrijdag van de maand, of
den Zondag daaraanvolgende , op ilo gewone voorwaarden. £• Vollen aflaat op het feest van liet H. Hart, of op den
Zondag daaraan\\o!gendc. 3" Zeven jaren en zeven quadragenen op de vier Zon-
dagen, die het feest van het H. Hart voorafgaan. 4" Zestig dagen voor elk goed werk, verricht ter veree-
ring van het H. Hart. 5\' Vollen aflaat in het uur des doods, mits m«l met een
rouwmoedig gemond, n!t!ia:is mot liet hart, den zoeten naam van Jezus nnurnone. |
||||||||
|
HKT GODDELIJK HART VAN JEZUS. 13
|
|||||
|
\'t zinnebeeld der liefde beschouwd wordt, en
hart en liefde \'t zelfde bctoekonon. Om dezelfde roden stelt ons ook do II. Kerk Jezus Hart ter vercoring voor, opdat wij niet alloen het zicht- haro, stoffelijke, vleesolijk Hart zouden veree- ron, maar vooral en hij uitnemendheid de liefde, do oneindige liefde, onzes Verlossers, welke door zijn Hart zinnebeeldig wordt uitgedrukt. En om ons te toonen, hoe innig on grenzeloos dit Hart ons bemind heeft en voortgaat ons te be- minncn, wordt Hetzelve door vlammen, als door eon zee van vuur omgeven, voorgesteld. Jezus\' Hart wordt door zulk oen vurige liefde jegens ons verteerd, dat, indien alle menschenop aarde en allo Heiligen in den Hemel, alle Cherubijnen on Seraphijnen hunne liefde in één hart veroe- nigden, ile/.e nauwelijks een vonkje van dit liof- devLiurzoude voorstellen hetwelk in Jezus Hart brandt en wiens volheid ons Hetzelve verlangt mede to doelen. De vuuroven der Helde heeft in Jezus\' Hart zulk eone warmte en hittegraad bereikt; dat zijn enge hart niet moor bekwaam was hetzelve te bevatten ; vandaar zien wij uit \'t Hart van Jezus een vlammend vuur opstij- gen, on to midden van die vlammen prijkt het kruis als \'t zegeteekon en \'t altaar der liefde. NA_al hetgeen Christus voor ons gedaan en
geleden hooft om ons zijne liefde te laten blijken, wat kan, ja wat mag Hij niet met recht |
|||||
|
14 HET GODDELIJK HART VAN\' JEZUS.
|
|||||
|
van ons verwachten ? Moesten allo harten niet
van wederliefde glooien on bereid zijn, allo, ja zelfs do grootste offers tor zijner liefde to bron- gen? Edoch niots van dit alles ondervindt Hij van don kant dor inonschen Daarover be- klaagdo zich dan ook de Zaligmaker aan zijne beminde bruid, do gelukzalige Maria Marga- retha Alacoque : « Ziedaar, zeide Hij, ziedaar dat Hart, dat de monschen zoo zeer hooft be- mind, dat hot alles verdragen, ja zich zelvon gohoel vernietigd heeft, om hun zijne liefde to bewijzen ; in plaats van dankbaarheid ont- vang ik van de moeste monschon slechts ondank, door hunne verachting, onoorbiodighoid, sacri- legien on onverschilligheid welke zij mij in dit. sacrament der liefde aandoen..... Dit, ging Hij
voort, is mij smartvoller on pijnlijker, dan al
hetgeen Ik in mijn lijden verdragen heb; al hotgoon Ik voor hon geleden heb, acht ik ge- ring, on gaarne zoudo Ik, voor zoo verre het mogelijk ware, nog moor voor hon willen lijdon, indien zij slechts mijno liefde met wederliefde vergolden. » Daarom laat ons ook do goddelijke Zaligmaker zijn van liefde brandend Hart zóó voorstellen, als hot door do misdaden dor wen- schen smartelijk gewond en met doornen ge- kroond werd. Schietgebed. O liefderijk hart van Jezus j
geef, dat ik u altijd meer en meer bominne. |
|||||
|
IIKT GODDELIJK HART VAX JEZUS. 15
|
||||||||
|
Onse Vader,— "Wees gegroet,— Ik geloof in
God den Vader, enz. |
||||||||
|
DERDE DAG.
|
||||||||
|
Het beminnenswaardige Hart van Jezus.
IE in alles beminnenswaardig voorkomt,
wordt noodzakelijker wijze bemind. O, indien wij er op uit waren meer en meer te erkennen, om hoeveel redenen Jezus onze liefde verdient, voorzeker, wij zoudon ons allen genoodzaakt zien Hem te beminnen. "Waar zoude men oen beminnenswaardiger hart dan het Hart van Jezus vinden ? Zijn Hart is geheel rein, geheel heilig, geheel van liefde voor God en de monschen vervuld, dewijl Jezus niets anders verlangt dan do eer van zijn hemelschen Vaderen onze zaligheid. Dit is hot Hart waarin God zijne vreugde en zijn welbehagen vindt. In dit Hart heersenen allo volmaaktheden, alle deugden; daarin vindt men oono brandende liefde tot God, zijnen Vader, voroonigd mot do diepste nederigheid, en eerbiedigheid welke men uitdenken kan, de diepste beschaming over |
||||||||
|
16 HKT GODDELIJK HAKT VAN JEZUS.
|
|||||
|
onze zonden, daar Jezus zo op zich genomen
hoeft, en tevens het hinderlijkste vertrouwen van oon teeder minnondon Zoon ; in Jozus Hart vindt men den grootsten afschuw onzer misdaden en tegelijk hot innigste modelijden mot onze ellenden, het verschrikkelijkste lijdon, vorco- nigd met de volkomensto overgeving aan den goddelijken wil. — Zoo vindon wij in Het- zelve allo beminnenswaardigheid, wolko men uitdenken kan. Kenige menschen beminnen hunnen evennaaste, omdat hij rein of onschul- dig is, ofwel omdat zij zich aan zijnen omgang gewoon hebbon gemaakt, of omdat hij deugd- zaam is. "Ware het wel mogelijk iemand, in wien men al deze uitnemende hoedanigheden met andere voreenigd vindt, zijne liefde to wei- geren I INDIEN wij vernamen, dat in eone vreemde
streek een onbekend vorst leefde, wiens schoonheid , ootmoed, vriendschappelijkheid , deugdzaamheid, liefdo en milddadigheid ons geprezen word en die liet kwade met het goede loonde, voorzeker, zonder hem te kennen of van hem gekend te zijn, zouden wij hem beminnen, en hom onwillekeurig ons hart schenken. Hoc is het dan mogelijk, dat Jezus-Christus, die al dezo deugden op de volmaaksto wijze bezit en ons zoo teoder bemint; — hoe is het dan moge- lijk, dat Jezus zoo weinig door de menschen |
|||||
|
HET GODDELIJK HAKT VAN JEZUS. 17
|
||||||||
|
bemind wordt, on niet hot oenige voorwerp
hunner liefde is f O mijn God! en toch schijnt het, dat Jezus, die alleen oprecht beminnons- waardig is en ons zoovele blijken zijner liefde gegeven heeft, niet hot geluk, hoeft onze weder- liofde te verworven, alsof Hij dezelve niet waar- dig ware! Dat was do rede, waarom de II. Koza van Lima, de II. Catharina van Genua, do H. Thcresia en do II. Maria Magdalena van Pazzi van droefheid weenden on in smart uit- liepcn : Do liefde wordt niet bemind, ach, do liefde wordt niet bemind! Schietgebeden. O liefderijk Hart van Jezus!
geef, dat ik U altijd meer on moor beminne. (J)tii: Vculer. — Wees gegroet. —Ik geloof in
(!<h! (Ii\'n Yttrfcr. ens.
|
||||||||
|
VIERDE DAG.
|
||||||||
|
Hot liefdevolle Hart van Jezus.
jf^rONDEN wij. ellendige schepsels, toch be-
1 il S\'\'ijpcn, hoezeer hot Har! van Jezus voor
ft ons van liefde brandt! Dit goddelijk Hart
J\'Ahoeft ons zoo zoor bemind dat, indien ook
|
||||||||
|
18 HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||
|
alle monschon on aarde, allo Engelen en Hei-
ligen vereonlgd ons naar hun vermogen zochten te beminnen, hunno toegenegenheid jegens ons echter niet hot duizendste gedeelte der liefde, welke Jezus ons toedraagt, zoude hereiken. Jo- zus bemint ons oneindig meer dan Zicli zelven; Hij heeft ons ten overmate bemind : "zij spraken van zijne overmaat die Hij te Jerusalem ver- vullen moest. •> Kan er wol oen grootor over- maat van liefde uitgedacht worden, dan dat, een God voor zijne schepsels sterft; Hij heeft ons tot het uiterste bemind : » Daar Hij do zijnen lief had, zoo beminde Hij zo tot aan \'t einde. ■ (Joan. 13.). Ofschoon God ons roods geheel do eeuwigheid bemind hadt, zoo dat er geon oogenblik in de ganscho eeuwigheid was, waarin God niet aan ons gedacht en elk con van ons bemind zoude hebben, « met eeuwige liefde heb Ik u bemind;» zoo hoeft hij ook nog uit liefde tot ons inonsch willen worden, oen kom- morvol leven lijden en den dood aan \'t kruis willen sterven. Hij heeft ons derhalve meer bemind dan zijne oor, moer dan zijne eigene rust, moer dan zijn leven, wijl Hij alles op- geofferd heeft, om ons zijne liefde to kennen te geven. O wondervolle liefde, waardoor de Kngelon in den hemel do ganscho eeuwigheid door in verrukking worden gebracht? Doze liefde heeft onzen Zaligmaker ook .nog aan- |
|||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 19
|
|||||
|
gespoord, in \'t allerheiligste Sacrament des
altaars oven als op oen\' troon van liefde on- der ons te verwijlen; daar vindon wij Hem onder de gedaante van oen weinig brood in een Ciborie opgesloten, waar Hij zijne goddelijke majesteit schijnt vernietigd te hebbon, en niets anders doet dan do menschen beminnen! Do liefde bewerkt, dat mon do voortdurende tegon- woordigheid van hot geliefde voorworp wenscht deze liefde oh deze wonsch waren bijgevolg ook do oorzaak, dat Jezus onder ons in \'t allorhoi- ligste Sacrament des altaars wilde blijven. DE dertig jaren, welko Jozus onder de men"
schen op aarde loefde, schenen den liefde- vollen Heiland een to korten tijd too, weshalve Hij hot grootste aller wonderen meende te moe- ton bewerkstelligen, namontlijk de instelling van hot allerheiligste Sacrament des altaars om ons zijn wensch van immer bij ons te blijven, te konnon to geven. Edoch \'t verlossingswerk was reeds volbracht, de monschen waren reeds met God verzoend, waarom wilde Jezus dan nog in dit Sacrament op aarde blijven ; Hij blijft er, wijl Hij niet van ons scheiden kan, wijl, naar zijne eigene getuigenis, Hij zijn genoegen onder do kinderen der menschon vindt. Deze liefde hooft Hein bewogen zelfs eene spijs onzer ziel te worden, opdat Hij zich met ons vereenigen en met zijn Hart on onze harten slechts één hart |
|||||
|
20 HET GODDELIJK HAKT VAN JEZUS.
|
||||
|
zoude kunnon vormen : « Wie mijn vloesch eot,
blijft in Mij en Ik in Hem. •> (Joann. 6.). O wonder, o overmaat der goddelijke liefde! — Ken groote dienaar Gods placht te zeggen : " ln- dion iets mijn geloof aan \'t geheim van \'t aller- heiligste Sacrament des altaars kan doen wan- kolen, zoo zoude het niet do twijfel zijn, hoe het mogelijk is, dat hot brood in \'t vloosch van Christus veranderd wordt of hoe Hij op don- zelfden tijd op verschillende plaatsen tegen- woordig kan zijn, of hoe Hij zich in zulk een kleine ruimte bevindt, want op dien twijfel zoude ik aanstonds antwoorden, dat God alles vermag ; maar indien men mij vragen zou, hoe het mogelijk is, dat God de menschen zoo zeer bemint, dat Hij zelfs hunne spijs heeft willen worden, dan blijft mij goen ander antwoord over, dan te verklaren dat het een goloofswaar- hoid is, welke mijne bevatting te boven gaat, en dat de liefde van Jezus onbegrijpelijk is. O liefde van mijnen Jezus, maak dat de menschen U kennen en U beminnen ! Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus!
geef, dat ik U altijd moer en moer beminne. On;e Vader. — Weesgegroet. —Jh yeloof in
God den Vader. enz. |
||||
|
BET GODDELIJK HART VAN\' JEZUS. 21
|
||||||
|
VIJFDE DAG.
|
||||||
|
Jezus Hart verlangt onze liefde.
EZUS hcoft ons niet noodig; Jezus blijft
even gelukkig, cvon rijk, even machtig, wij mogen Hem beminnen of\' niet. Evenwel, zegt u do H. Thomas, verlangt Jezus zoo zeer door ons bemind te worden, alsof de mensen zijn God ware on zijn geluk van den monsch afhing. "Weshalve Job met verwondering uitriep : Wat is de mensch. dat Gij hem groot acht. of hoe hecht Gij uw Hart aan hein! (Job, 7.). Hoe, oen God wonscht en verlangt zoo vurig de liefde eens ellendigon aardworms? Het ware reeds eono grooto genade geweest, indien God ons slechts geoorloofd had Hem te beminnen. In- dien oen onderdaan tot zijn koning zoide : Heer. ik bemin u, men zoude hem voor een vorwaan- den mensch houden. Maar wat zoude men zeg- gen, indien de koning tot den onderdaan sprak : Ik wil, dat gij mij lief hebbet. Do koningen dor aarde vernederen zich zoo diep niet, maar Jezus, de koning des homels, smookt ons drin- gond, dat wij Hom zouden beminnen : « Gij zult dun Heer uwen God beminnen uit gansch uw hart ». Hij wenscht allervurigst, dat wij Hem ons hart schenken : » Mijn Zoon, geef mij uw hart-. |
||||||
|
22 HEt GODDELIJK HAR* VAN jEZt\'S.
|
|||||
|
Kn indien oono ziel Hem ook uit haar Hart
verjaagt, zoo verlaat Hij haar zelfs niet, neen, Hij blijft aan do deur van haar hart staan en roept en klopt om weder binnon to geraken : » Ik sta aan do deur en klop. « (Openb. 3.) Hij smeekt do ziel Hom toegang tot haar hart to schonken on noemt zo zijne zuster, zijne bruid: «Doe opon, mijno zuster, mijne bruid. » (Iloogl. 5.) Met oen woord, hij vindt er zijne vreugde in dat wij hom beminnen, en het is zijn grootste troost, indien eono ziel dikwijls tot Hom roept: O mijn God, ik bemin U! —Alles komt uit do grooto liefde voort, welke Jezus ons toedraagt. Wie bemint, verlangt noodzakelijker wijze ook weder- liefde. DE II. Rernardus roept in vervoering uit:
Waarom bemint ons God, zoo niet om ook door ons bemint te worden? En reods vroeger had God zelf ons hetzelfde geleerd : « Wat ver- langt do Heer, uw God van u, zoo niet dat Gij hem vreezet en beminnet.» (Dent. 10.). Wos- halve leert ons God, dat Hij do herder is, die, na het verloren schaap wedergevonden to heb- bon, allen tot zich roopt, opdat zij zich mot hem zouden verheugen : « Verheugt u met mij, want ik heb mijn schaap, dat verloren was, weder- gevonden. « (Luc. 15.). Hij leert ons, dat Hij de vader des huisgezins is, dio, wanneer zijn zoon tot hem terugkeerde en zich aan zijne |
|||||
|
HET GODDELIJK. HART VAX JEZUS. 23
|
|||||
|
voeten wierp, hom niot verstiet, maar hem
tooderlijk omhelsde on aan zijn hart drukte. Ja, Hij dreigt ons zelfs mot do pijnon dor hel, indien wij Hom niet beminnen: «Wie niet bemint, blijft in don dood. » (Joan. 3.) Daaren- tegen zegt God, dat Hij dongene, dio Hom bomint, bij zich behoudt en hom als zijn oigen- dom aanziet.» Wio in do liofdo blijft, blijft in God on God in hem? (1 Joann. 4.). Zouden zoo vele smeekingen, zoo dringend verlangen, zulke schrikkelijke bedreigingen, zulke schoono beloften ons niot bewegen eenen God te bomin- ncn, dio zoo vurig wenscht door ons bemind te worden ! Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus!
geef, dat ik U altijd meer en moor bcminnel Onze Vader. — Wees gegroet. — Ih geloof in
God den Vader, en:. |
|||||
|
_
|
|||||||
|
21 HKT GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||||
|
ZESDE DAG.
|
|||||||
|
Jezus\' Smartvolle Hart.
ET is niet mogelijk, «lat degene, dieerns-
tig overweegt, hoe grootc en ontelbare smarten Jezus Hart uit Helde tot ons op aarde verduurd heeft, geen medelijden niet zijnen Vader gevoele. Jezus zelf loert ons. dat zijn Hart mot zulke droefheid vervuld was. dat dezelve voldoende geweest ware om Hem hot leven te benemen en van smart te doen sterven, indien zijne allerheiligste godheid niet door een wonder zijn\' dood belet hadde. « Mijne ziel is bedroeft tot don dood toe. « (Mare. 14, 39.) Do grootste smart voor het lijdende Hart van Jezus was niet de gedachte aan de mar- telingon, welke Hem wachtten, on aan do mishandelingen, welke Hij van don kant der menschen te verdragen zou hebben, neen, hot was de blik op de ondankbaarheid, waarmede de monschon zijne oneindige liefde vergolden zoudon. Jezus voorzag klaar allo de zonden, waaraan wij ons plichtig zouden maken, on- danks al zijn lijdon, ondanks oen zoo bitteren en smartvollen dood ! Vooral zag Hij in, hoe verschrikkelijk de menschen zijn aanbiddons- waardig Hart, dat Hij ons, tot teeken zijner |
|||||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 25
|
|||||
|
liofde, in het allerheiligste Sacrament des al-
taars wilde achterlaten, beleedigen zouden. O mijn God, hoevele beleedigingen heeft
Jezus\' Hart in \'t sacrament zijnor liefde van wege de menschen niet moeten verdragen ! Zij hebben Het op den grond en in het slijk geworpen, zij hebben Het met de voeten ge- treden om den duivel vreugde te veroorzaken. Nochtans kon zulke oeno afschuwelijke behan- deling onzen Verlosser niet weerhouden ons dit groote onderpand zijner liefde op aarde achter te laten. Jezus haat vooral de zondo en niettemin schijnt zijne liofde tot ons grooter te zijn dan zijn haat voor do zondo, vermits Hij liever zulke schrikkelijke boloedigingen wilde ondergaan, dan de zielen, die Hem beminnen, van dit goddelijk voedsel te beroovon, Zoude «Ut alles ons niet tot liefde jegens een Hart bewegen, dat ons zoo zeer bemind heeft? Heeft Jezus-Christus misschien niet genoeg godaan om onze liefde waardig te zijn, Zullen wij on- dankbaron ook nog in de toekomst onzen Jezus alloen op \'t altaar laten, zooals het do meeste menschen doch? Zullen wij ons niet veeleer bij die deugdzame zielen, die Hem konnon, on die nog moor dan het licht waarvan dit hoogwaar- digste goed omgeven is, van liefde tot Hom verteerd worden? Jezus\' Hart kwijnt weg van 2
|
|||||
|
20 HKT GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
||||||||||||||||
|
liefde tot ons in \'t allerheiligste Sacrament des
altaars, en onze harten zouden in zijne tegen- woordigheid niet van liefde tot Hetzelve bran- don ! Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus!
geef, dat ik U altijd moor en moer lieminne ! Onze Vader. — Weesgegroet. — Ik geloof in
God den Vader, enz.
|
||||||||||||||||
|
ZEVENDE DAG.
|
||||||||||||||||
|
Jezus\' medelijdende Hart.
|
||||||||||||||||
|
AAR zouden wij oen medelijdendvoller,
oen zachtmoediger Hart vinden, dan liet |
||||||||||||||||
|
w
|
I
|
|||||||||||||||
|
Hart van Jezus-Christus? Zijn medelijden
|
||||||||||||||||
|
mot ons was oorzaak dat IIij uit don hemel
op aarde nederdaaldo en dood Hom zoggen dat Hij de horder was, gekomen om zijne beminde schapen hot levon modotodeolon. Ton einde voor onze zonden vergiffenis te bekomen, hooft Hij zich zelf niet willen sparen. Hij heeft zich op het kruishout geslachtofferd,\' om door zijn lijden voor de straffen, welke wij verdiend had- don, te voldoen. Ook heden nog legt Hom dezo |
||||||||||||||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 27
|
|||||
|
barmhartigheid en dit medelijden deze woorden
in den mond : « Waarom zoudt gij sterven, huis van Israël? Bekoort u en leeft.» (Ezech. 18. 31.) Hij roept ons toe : O gij. arme mensehen. mijne beminde kinderen, waarom vlucht gij Mij, om eeuwig verloren te gaan? Ziet gij dan niet, dat, indien gij u van Mij verwijdert, gij u in het eeuwig verderf stort ? Begrijpt toch, dat ik uwen ondergang niet verlang ; indien gij nu besloten hebt tot Mij terug te koeren, zoo moot gij in Mij geen mistrouwen hebben, komt on verzekert u op nieuw hot leven der genade. : » Bekeert u en leeft! » DIT medelijden doet Hem nog heden zeggen-
dat Hij die liefdevolle vader is, die zijn ondankbaren zoon niet verstoot, maar hem veeleer teodor omarmt, en alle boloodigingon vergeet, welke Hij van denzelven wedervaren hoeft, indien hij rouwmoedig tot Hom terug- koert : «Ik zal zijne misdaden niet meer indach- tig zijn." Be menschen handelen zoo niet, want indien zij ook vergeven, zoo vergeten zij echter de beloedigingon niet, welke men hun hoeft aangedaan; Zij bewaren in hun hart de booze neiging der wraakzucht. Indien zij ook, uit vrees voor God, zich niet wreken, zoo veroor- zaakt het hun niettemin een grooten afkeer met <liegeneu, welke hen boleodigt hebben, om te gaan. Integendeel, Gij, O mijn Jezus, vergeeft |
|||||
|
28 HET GODDELIJK HART VAN JEZCS.
|
|||||||
|
den rouwmoedigen zondaar zijno schulden; Gij
schenkt u zelfs aan hom op aarde in de H. Com- munie, ja, Gij wilt u in den hemel in uwe glorie aan hein modedeelon, zonder dat Gij don gering- sten afkeer bespeurt, mot die ziolo, welke U zoo zwaar beleedigt heeft, gansch de eeuwig- hei d vereenigd te blijven. Zoude het wel moge- lijk zijn, o mijn beminde Verlosser, een bomin- nenswaardiger en medelijdonder Hart. dan hot uwe, te vinden ? Schietgebed, O liefderijk hart van Jezus !
goef, «lat ik U altijd meer en meer bcminne ! Onze Vader.— Wees gegroet. — Ih geloof in
God. den Vader, enz. |
|||||||
|
ACHTSTE DAG.
|
|||||||
|
Jezus\' vrijgevige Hart.
"ENSCHRN, dio oen goed hart hebben,
wonschon allen tevreden te stellen, voor- .namelijk degenen, die zij \'t meest bohoef- tigof\'t meeste gekweld zien. Is het echter wol mogelijk oen vrijgeviger hart to vinden, dan het Hart van Jezus I Wijl Hij de oneindige goed- |
|||||||
|
HKT GODDELIJK HAKT VAX JEZUS. 29
|
|||||
|
huid zelf is, zoo verlangt Hij niets vuriger dan
ons zijne rijkdommen modotedoolon : «Bij Mij is rijkdom — waarmede Ik degenen, die Mij bc- minnen. verrijk.» (Spreuk. 8.) Jezus is arm geworden, zegt do Apostel, om ons te verrijken : Om uwentwille is Hij arm geworden, dewijl Hij rijk was, opdat gij door zijne armoede rijk zoudt worden. •> (Kor. 8.) Derhalve hoeft Hij ook in \'t allerheiligste Sacrament des altaars hij ons willen blijven, want wij vinden Hem daar met do handen vol genaden, zooals den Kerw. Pater Balthazar Alvarcz geopenbaard wierd, om de- zelve aan elkeen, die Hem in onze kerken be- zoekt, mcdetedeelon. Ziedaar ook do oorzaak, waarom Jezus zich in do II. Communie aan ons geheel en al heeft willen schenken, want daar- door geeft Hij ons te kennen, dat, vermits Hij Zich zelvon aan de mcnselien mededeelt, Hij hun gewis zijne overige weldaden niet zal wei- geren : «Zal Hij ons dan niet alles met Zich geschonken hebben. •• (Rom. 8.) IN Jezus\' Hart vindon wij alle goederen, alle
genaden, welke wij ons kunnen toewenschen : In alles zijt gij door Hem rijk geworden, zoodat het u aan geene genade ontbreekt. « Wij weten ook, dat wij aan Jezus\' Hart allo ontvangene genaden verschuldigd zijn : de genade der ver- lossing on dor roeping tot het Christendom, de genade des geloofs en de vergiffenis onzer |
|||||
|
30 IIKT GODDELIJK HAKT Y.YX JF.ZIS.
|
|||||
|
zonden, ecne zekere hulp in do bekoringen, do
sterkte en den moed om do wederwaardigheden geduldig te verdragen, want zonder zij n\' bijstand vermogen wij niet het geringste goed werk te doen. «Zonder Mij vermoogt gij niets.•> (Joan. 15 ) Kn, voegt do Heer er bij, indien gij voorheen goono menigvuldiger en grootere genaden ont- vangen hebt, zoo moet gij dit niet aan Mij wijten maar voegt u veeleer zelf dit verwijt toe, dewijl gij verwaarloosd hebt ei- Mij om te bidden. «Tot hiertoe hebt gij mij om niets gevraagd — bid on gij zult verkrijgen. - (Joan. 16). O hoc milddadig on vrijgevig vertoont zich Jezus\' Hart niet jegens allen, die tot Hom hunne toevlucht nemen : «Vrijgevig is Hij jegens allen, die Hom aanroepen. » (Kom. 10, 12). O hoo vele blijken van barmhartigheid ontvangen do zielen niet, die Jezus om hulp smeekon ; «want Gij o Heer, zijt goed, milddadig on vol erbarming jogons allen, dio u aanroepen, n (Va. 85.) Wenden wij ons derhalve immer tot dit goddelijk Hart, smooken wij Hetzelve met oen groot vertrouwen om huli) on WU zullen alles, wat wij wenschen, ontvangen. Schietc.eiieo. O liefderijk Hart van Jezus!
geef, dat ik u altijd meer en moer boniinnel 0>t;c Vader. — Wees gegroet. — Ik geloof in
God den Vader. en;. |
|||||
|
HET GODDELIJK HAKT VAN JKZL\'S. 31
|
||||||
|
NEGENDE DAG.
|
||||||
|
Jezus\' dankbare Hart.
fEZUS\' Hart toont Zich zoo dankbaar jegens
ons, dat Het niet \'t geringste werk, door ons uit liefiletot Hetzelve gedaan, niet een woord ter zijnor eere en lol\'uitgesproken, niet een enkele gedachte, door ons opgevat om aan Het- zelvo te behagen, onbeloond kan laten. Jezus is zoo dankbaar, dat Hij ons voor hot geringste goode werk een honderdvoudig loon aanbiedt : « gij zult het honderdvoudig ontvangen. » Do dankbaarheid is den kinderen der wereld onbo- kend. Zoli\'s diegenen welke nog ooniggevoel van erkentelijkheid bezitten plegen oono weldaad, welke men hun bewezen hooft, slechts eenmaal to vergoeden, waardoor zij dan, zooals men doorgaans zegt. aan hunne verplichting voldaan hebbon, om daarna de ontvangen weldaden uit \'t geheugen to verliezen. Alleen Jezus han- dolt zoo niet met ons : elke goode daad door ons verricht om Hom to behagen, beloont Hij niet alleen honderdvoudig hier op aarde, maar ook nog oneindig in do andere wereld, gedu- rendc gansch do eeuwigheid. Zoudo het wel mogelijk zijn. dat er nog menschen waren, zoo nalatig, dat zij niet alles in \'t werk stelden om |
||||||
|
32 HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||
|
Jezus\' dankbaar Hart eenige voldoening te
schonken ! Maar ach, o mijn God, wat doen do mcnsehon om aan Jezus te behagen ( Hoe is liet mogelijk, dat zij zich zoo ondankbaar jegens hunnen Zaligmaker kunnen toonen? HADDE Jezus slechts oen druppel bloed,
slechts eene traan voor onze zaligheid gestort, zoo waren wij Hem daarvoor een onoin- diggrooto dankbaarheid verschuldigd, wijl deze enkele druppel hloods, wijl deze enkele traan, van oneindige waarde zijnde, toerijkend zoude geweest zijn, oin van God alle genaden te heko- mon. Maar Jezus heeft voor ons al de oogonblik- kon zijns levens willen opofferen, Hij heelt ons al zijne verdiensten, zijn lijden, zijn smaad, ja, Hij hoeft ons zelfs zijn leven geschonken, zoodat wij oneindig meer verplicht zijn Hem to beniin- non Zelfs tegenover de redoloozo dieren toonen wij ons dankbaar ; indien een hondje ons zijne getrouwheid toont, meenen wij hetzelve te moe- ton beminnen : hoe is het dan mogelijk; dat wij zoo ondankbaar jegens God kunnen zijn I Het schijnt, alsof Gods weldaden voor ons van aard veranderen en in plaats van weldaden mishan- dclingon woiden: in stede dat wij God blijken onzer dankbaarheid en liefde schenken, beant- woordon wij dezelve met heleedigingen en smaad. O mijn God, verlicht ons. ondankbaren, opdat wij loeren inzien, hoezeer gij ons bemint. |
|||||
|
HET GODDELIJK HAKT VAN JEZUS. 83
|
||||||||
|
Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus i
geef, dat ik U altijd moor on moer boininno f Onze Vader. — Wees gegroet. — Ik geloof in
God den Vader, ena. |
||||||||
|
TIENDE DAG.
|
||||||||
|
Jezus\' vorsmade Hart.
R is voor een minnend hart geen grootere
smart dan wannoor het ziot, dat mon zijne «HJliofdo veracht ; de ondankbaarheid is Vf ilesto grootor, naarmate de bewijzen van liefde, welke men gegeven heeft, uitnemonder zijn. Indien een mensch aan al zijno goederen verzaakte en zicdi in een woestijn terugtrok, indien hij zich daar alleen mot kruiden voedde, op den naakten grond sliep en door bootplo- gtngen zijn lichaam pijnigdo om eindelijk voor Jezus te sterven ; — welk oono geringe ver- goeding zoude hij hierdoor daarstollon voor \'t lijden, door Jezus verdragen, voor \'t bloed, voer \'t leven zelfs door don Zoon Gods uit liefde tot hom geollbrd? — Indien wij ook elk oogonblik onzes levens opofferden, zoo zou- |
||||||||
|
31 HET GODDELIJK HAKT VAN .IKZl S.
|
|||||
|
don wij echter nog ver to kort schieten, om
aan de liefde to beantwoorden, welke Jezus ons door zijne opoffering in het allerheiligste Sacrament des altaars bewijst. Ken God ver- schijnt onderde gedaante van een weinig brood en strekt zijne schepsels tot voedsel! Maar ach, o mijn God, op welke wijze bcloonon U do monschon, op welke wijze bctooncn zij aan Jezus hiervoor hunne dankbaarheid, /ij mishandelen Hem, zij verachten Zijn heilige geboden on zijne leeringen, zij boleodigen Hem op eene wijze, zoo als zij noch oen\' vijand, noch oen\' slaaf, ja, den ellondigston monsch op aarde niot zouden bejegenen. IS het mogelijk, dat wij aan allo mishandelin-
gen welke Jezus verdragen heeft en nog dage- lijks lijdt, denken kunnen en niet de geringste smart daarover gevoelen? Is het mogelijk, dat wij ons niet de geringste moeite getroosten, om door onze liefde aan de oneindige liefde van zijn goddelijk Hart te beantwoorden, van dit Hart, hetwelk in het allerheiligste Sacrament des altaars van liefde voor ons brandt en niets vuriger wenscht, dan ons zijno goedoren te schenken en zich aan ons geheel en al te geven, bereid om ons zelfs in zijn Hart op to nemen zoodra wij tot Hem willen komen: «Wie tot Mij komt, dien zal ik niot vorstooton. (Joan.C.) Wij zijn gewoon geworden, van de Schopping. |
|||||
|
HET GODDELIJK BART VAX JEZUS. 35
|
|||||
|
van Jezus menschwording, van do verlossing,
van do geboorte dos Verlossers in oenen stal, van zijnen dood aan \'t kruis te hooren spreken, o mijn God, indien oen ander monsch ons oen dezer woldaden bewezen had, wij zouden hem voorzeker beminnen. Alleen God schijnt te nioo- ten ondervinden, dat, alhoewel Hij voordo men- schen niet moor zoude hebben kunnen doen, om hunne liefde te verdienen, zijne liefde door hen slechts mot verachting en ondankbaarheid be- jegend wordt. Waaraan moot dit toegeschreven wondon, zoo niet aan do onverschilligheid en lichtzinnigheid der monschen, waardoor zij Gods liefde uit het geheugen verliezen. Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus!
geef dat ik U altijd moor on meer beminne. Onze Vader. — Wees gegroet. — Ih geloof in
God den Vader, enz. |
|||||
|
3(5 HET GODDELIJK HAKT VAN JEZUS.
|
||||||
|
ELFDE DAG.
|
||||||
|
Jezus\' trouwe Hart.
hoo getrouw is het hart van Jezus niotjo.
ens degenen, <lio Hij tot zijne liefde goroe- pen hooft. " Getrouw is degene, die u goroe- pen hooft, Hij zal hot ook volbrengen. » (1 Tlioss. 5, 14.) Gods getrouwheid boezemt ons ho) grootste betrouwen in. Wanneer wjj zelfs God uit onze harten verbannen hebben, zoo mogen wij toch op nieuw do poort onzes harten openen, on aanstonds zal Hij in hetzelve wederkoeren : «In- dion iemand Mij opendoet, zal Ik tot gein ingaan en met hein \'t avondmaal nemen. •> (Openb. 3.) Indien wij genaden verlangen, zoo durven wij ze van God alloen in don naam van Jezus-Chris- tus verzoeken, want Hij heeft ons belooft, dat wij zo alsdan ongetwijfeld zullen ontvan- gen : "Al hetgeen gij den Vader in mijn naam vraagt, dat zal Hij u geven ! (Joan, 15). Worden wij bekoord, zoo moeten wij in zijne verdiensten al ons vertrouwen stollen, want Hij zal niet toelaten, dat onzo vijanden machtiger zijn dan wij : «God is getrouw. Hij laat niet toe, dat gij boven uwe krachton bekoord wordt. » (Kor. 10.) O hoo oneindig boter is hot niet mot God te doen te hebben dan wel mot de menschen, want ach. |
||||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 37
|
|||||
|
hoe dikwijls beloven zij niet hetgeen zij later
weigeren te geven, of wel omdat zij beloofden hetgeen zij op \'t oogenblik zelfs niet wilden volbrengen, ofwel omdat zij later van besluit veranderd zijn. "God echter, zegt de H. Geest, is niet gelijk do mensch, dat Hij liege, niet gelijk do kinderen dor menschen, dat Hij verandere, » Kor. 25.) God kan zijne beloften niet ontrouw worden, daar Hij, do waarheid zelf, niet kan liegen ; God kan niet van wil veranderen, wijl Hij steeds alleen datgene wil, wat rechtvaardig en goed is; Hij heeft beloofd elkeen op te nomen die tot Hom zijne toevlucht neemt, elkeen te heipon die om zijne hulp smeekt, eikoen te beminnen die Hem lief heeft. Zoude Hij mis- schien in iets zijne belofte te kort blijven? Noen, Hij heeft het gezegd on Hij zoude hot dan niet doen? O indien wij slechts even getrouw waren aan
God, gelijk Hij zulks voor ons is! Hoedik- wijls hebben wij niet beloofd, Hom te aanhooren, Hem te dienen, Hom te beminnen, en niettemin hebben wij Hom op nieuw verraden, op nieuw zijnon dienst verlaten en ons weder het slaven- juk des duivels op do schouders golegd. Bidden wij derhalve tot don Heer, dat Hij ons de sterkte verloene om Hem in \'t vervolg trouw te dienen. Gelukkig zullen wij zijn, indien wij de weinige geboden, welke Jezus ons oplegt, naleven. O |
|||||
|
38 HET GODDELIJK HAKT VAN JEZl\'S.
|
||||||||||||
|
voorzeker zal Hij ons met de grootste weldaden
overladen en wij zullen in waarheid ondervin- don hetgeen hij zij non dienaren beloofd heeft : «Welaan, gij goede en trouwe dienstknecht! Dewijl gij in \'t weinige getrouw geweest zijt, zal Ik u over veel aanstellen : treed binnen in de vreugde uws Hoeren. » (Matth. 45.) Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus !
geef, dat ik U altijd meer on meer bominno ! Onze Vader. — Wees gegroet. — Ih geloof in
God den Vader, enz. |
||||||||||||
|
TWAALFDE DAG.
|
||||||||||||
|
Jezus\' ijverzuchtige Hart.
|
||||||||||||
|
6
|
||||||||||||
|
OD stolde Zich niet tevreden ons te zeggen,
dat Hij onze harten verlangt; Hij verklaart |
||||||||||||
|
ons, dat Hij dezelve ijverzuchtig begeert,
"/& dat Hij dier bezit eischt, in zulko mate. dat niemand oonig dool aan dozolvo kan hebbon of de geringste aanspraak daarop mako. Niets is zoo billijk, zoo heilig, zoo rechtmatig dan de ijverzucht van dit goddelijk Hart ten onzen op- zichto. Hem behooren onze harten toe en Hij |
||||||||||||
|
HUT GODDELIJK HART VAN JEZUS. 30
|
|||||
|
alloen hooft vollo recht op onzo neigingen en
onze gevoelens. Voor zich alleen hooft do Hoer \'s mcnschenhart gevormd, on Hij wil, flat hot- zelve ook op deze aarde voor Hem alloen kloppe opdat hot waardig worde Hem in de andere wereld geheel en al te bezitten. De ijverzuchtige mensch zoekt alleen zijn eigen geluk, zijn\' eigen bevrediging, indien hij eene onverdeelde liefde verlangt; God echter zoekt alleen ons geluk te bevestigen, ons zijne genaden on gunsten waardig te maken. Bijgevolg is do ijverzucht des menschon oon laag, oen hatelijk on onge- rechtigd gevoelen, wreed on tijranniek ; in God daarentegen is de ijverzucht eon onomstootbaar recht, eene rechtmatige billijkheid on uitoofo- ning van \'t eigendomsrecht, hetwelk Hij over do gansche wereld bezit, waardoor Hij zijn\' roem en zijne oor wel is waar tracht te boscher- mon en to vermeerderen, maar waardoor Hij ook tevens ons waar geluk wil verzekeren. HEEFT Jezus, na al hetgeen Hij voor onzo
harten gedaan heeft, derhalve niet \'t recht om alles te verlangen? Zoude Hij geen reden genoeg hebbon om hoogst ontevreden te zijn. indien Hem slechts iets van hetgeen Hij ver- langde geweigerd werd? De ijverzucht van Jezus\' Hart komt dus voort uit eene reine liefde, "it eene gansch uitnemende liefde, in oen woord uit eene goddelijke liefde, welke alles verlangt. |
|||||
|
40 HET GODDELIJK HART VAN JEZUS,
|
|||||
|
dowijl zij alles verlangt, dewijl zij alles, ja, zich
zolf geeft. En wanneer dit Hart aan zulke uit- verkoren zielen ook wegons de geringste nala- tiglieid zijnen toorn gevoelen doet, zoo geschiedt dit alloen, omdat Jezus wil, dat zij Hem uit ganscher harte beminnen, dewijl ja ook Hij zonder deeling bemind heeft en nog bemint. Hij vordert van onze harten eene volkomen trouw, dewijl ook zijne liefde gansch volkomen is. — Welke goedheid, welke onbeschrijfelijke liefde van uwen kant, o mijn God! Gij zijt harts- tochtolijk ingenomen voor onze harten on bo- mint zo ijverzuchtig. En wat zijn hot voor harton? Hoo lauw, hoe trouwloos, hoe ellendig en U geheel onwaardig! O ja, tot zulk eon ijverzucht is alloen een goddelijk Hart be- kwaam! Gij geeft U geheel aan ons, opdat wij ons geheel aan U zouden schonken. O allcrhei- ligste God, hoe groot zijt Gij in uwe macht, hoe onuitsprekelijk in uwe goedheid! Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus!
geef. dat ik U altijd moer on moor beminno! Onze Vader. — Wees ger/r nat. — Ih geloof in
God den Vader, enz. |
|||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 41
|
||||||
|
DERTIENDE DAG.
|
||||||
|
Jezus heilige Hart in \'t aanbiddelijk Sacrament.
EER van uwen Verlosser in\'t allerheiligste
Sacrament, dat noch \'t bezit van tijdelijke goederen, noch \'t genot van aardsche, ver- Qfjr gankeljjke genoegens uwe ziel oprecht en voortdurend gelukkig kan maken. Jezus is hier in \'t allerheiligste Sacrament van alles ontbloot, wat de wereld hoogschat on tot een gelukkig leven noodzakelijk acht, on niettemin geniet Hij oeno oneindige gelukzaligheid. In plaats van een monschelijk onderhoud en woroldscho vermakelijkheden vindt hij hier slechts eon- zaamheid en stilzwijgenheid ; in plaats van goud en edelgesteenten meest armoede, een ecnvou- dig tabernakel, zonder pracht en sieraad, ja somwijlen vol stof en morsigheid. Meestal ziet f,rij liet hoogste üoed verlaten ! en wanneer Jezus in zijn II. Sacrament bezocht wordt, wie nadert dan tot Hemt Bij voorkeur zijn het de armen, nederigen, door de wereld gering geschat, niet zelden echter ook zijne vijanden, bespotters, lasteraars, verachters des heiligdoms ! HOE droevig is het lot van Jezus-Christus
in dit H. Sacrament, indien wij volgons 3
|
||||||
|
42 HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||
|
hot denkbeeld dor wereld oor \'celen. En evenwel
verliest dezo goddelijke Verlosser in deze ver- latenhoid, in zulke omgeving in zulke verachting niet hot minste van die onuitsprekelijke geluk- zalighoid, welke in den schoot dos Eeuwigen Vaders zijne vreugde uitmaakt. Hoc dikwijls daarentegen verliest gij uwe rust niet i Om wat beuzelarijen al verliest gij uwe vreedzaamheid, o blind on ellendig hart? "Wat lioht gij tot hiertoe niet gedaan, om tot \'t geluk, tot don vrede, tot do zaligheid te geraken, on niettemin hebt gij van dit alles niet het geringste govon- don. En waarom niet? Wijl gij uw geluk in uitwendige dingen, in \'t bezit van aardsche goedoren gezocht hebt, welke uw hart, dat voor God geschapen is on door hot vergankelijke niet verzadigd kan worden, niet kunnen bevro- digen. Erken uwe verblindheid; verzucht tot don lieer : O laat mij inzien mijn Jezus! de nietigheid der goederen en genoegens, welke mijno eigenliefde mij zoouitnemend voorstelt on naar wier bezit zij zoo voortdurend streelt! lioezcm mij eene oprechte verachting voor al datgono in, wat do wereld hoogschat on bemint! Schietgebed. O liefderijk hart van Jezus !
goef, dat ik u altijd moor en moer beminno! Ome Vader. — Weesgegroet. — Ih geloof in
God den Vader. en:. |
|||||
|
HUT OonDKl.UK HART VAN\' JEZUS. 43
|
||||||
|
VEERTIENDE DAG.
|
||||||
|
Jezus\' genadenrijke Hart in het allerheiligste
Sacrament. ENK aan do govoclons welke Jezus\' Hart
bezielden, toen Hij op aarde onder- ons rond- wandeldo en do kranken genas, ja zo zelf -je opzocht om zo te genezen ; toon Hij den blinden hot licht der oogen weergaf on do doo- don tot hot leven opwekte; kortom, toen Hij uit liefde tot ons zoo vele wonderen verrichtte. Allo deze gevoelens van modelijden, tcerharfig. hoid, erbarmen en mildheid vervullen dit god- delijk Hart ook heden nog in dit. II. Sacrament. Wat gevoelde dat aanbiddelijk Hart niet, wan- neer Het voor ons zoo vele bezwaren, weder- wnardiglioden on lijden op Zich nam ? Dio- zelfde liefde,ja diezelfde oneindige liefde gevoelt Het ook heden nog voor ons in \'t allerheiligste Sacrament, waar hot dagelijks het werk der verlossing vernieuwt. Hoe groot is niet de kracht eoner dichte vlam. die in oono enge ruimte opgesloten is? Zoo hevig brandt ook het liefdovuur van dit goddelijk Hart. JEZUS\' Hart gevoelt oono onboschrijfolijko
smart wegens don overvloed van genaden, |
||||||
|
44 HET GODDELIJK HART VAX JEZUS.
|
|||||
|
welke Het in zich opsluit en aan niemand mede-
dooien kan, wijl niemand dezelve begeert. Dozo wonderbare God zeide eens tot do gelukzalige Margarotha Alacoque, aan wie Hij zijn Hart toonde : «Mijn Hart verlangt vurig zich aan do zielen mode te deolen en wordt door dit vcrlan- gon verteerd. Help Mij, mijne dochter, dien gloed stillen ; verkondig dit, en laat het in de gansche wereld bekond maken, dat Ik aan mijne genadegaven geen grenzen stellen zal voor allen, die ze in mijn hart zullen zoeken. >. Zijt gij eene dier hardvochtige zielen, die geen gevoelen over hebben voor dit liefdevolle Hart van Jezus? Hebt gij thans begrepen welke gevoelens dit goddelijk Hart bezielen? Wat hebt gij uit u zelvon ? O liefdevol on vrijgevig Hart mijns Ver- lossers, ach, hadde ik U toch vroeger gekend ! Daarom ben ik ook tot heden zoo zeer van uwe genaden beroofd geweest, daarom had ik zoo gering vertrouwen in u, daarom was ik zoo kloinmoedig in mijn gebod, zoo neerslachtig in mijn bidden. Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus !
geef, dat ik U altijd meer en meer beminne! Onze Vader. — "Wees gegroet.—Ik geloof in
God den Vader, enz. |
|||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 45
|
||||||
|
VIJFTIENDE DAG.
|
||||||
|
Jezus\' Hart zich opofferend in \' t Allerheiligste
Sacrament. P Golgotha was hot wel is waar Jezus\' liefde
tot ons, welke Hom aan \'t kruishout vast- nageldo, doch zij niot alleen; want ook de boosheid en de baat zijner vijanden waren ook medewerkende oorzaken zijner opoffering. Hier echter in dit II. Sacrament is het alleen zijne oneindige liefde, welke Hein tot een voort- durond offer voor ons maakt. Door het bloedig kruisoffer was aan een beleedigden God vol- doening geschonken en het werk der verlossing van hot monsclldom voltrokken ; waarom echter wil do Zaligmaker nog voortdurend onder ons blijven als ons offeriam on zich dagelijks op eono geheimvolle wijzo op onze altaren slaeht- Offeven? — Zie, hetgeen tot de verzoening van de oneindige rechtvaardigheid dos eeuwigen Vaders voldoende was, dal. kon echter de gren- zolooze liefde van Gods Zoon niet. bevredigen. — Bij \'t offer aan het kruis was slechts zijne godheid onder de menseholijke gedaante ver- borgen, want nimmer zoudon zijne vijanden, zogt de II. Schrift, Hom gekruisigd hebben, hadden zij Hem als den Heer der heerlijkheid |
||||||
|
46 HET GODDELIJK HART VAX JEZUS.
|
|||||||||
|
erkend; — hier echter in hot wondervollo
Sacrament, in liet voortdurend offer voor ons geslacht, hoeft Hij ook zijne heilige menschheid verborgen, on bezit Hij nu in zijne onbogrijpe- lijko vrijwillige verborgenheid, volgens liet woord dos profects, noch gedaante noch schoon- heid. |
|||||||||
|
w
|
|||||||||
|
AAROM wordt misschien niet een en-
kclcn dag des jaars het geheimvolle |
|||||||||
|
offer op onze altaren voltrokken? Waarom
word niet daarbij moer voor de waardigheid van Gods Zoon zorg gedragen? waarom gaf lli.j Zich hier als het ware weerloos aan allo oncor- biedighoid en aan den Hem goddeloozon hoon prijs? O waarom, mijne ziel? Hij heelt ons bemind, en Zich zolve voor ons ton beste gege- ven!- (Gal. 2. 20.) «Machtige waterstroomen vermochten niet zijno liefde uit te doovonl « (Iloogl. 8.7.) Geen bezwaar kan baar afschrikken of terughouden. O Jezus, offer dor liefde, voor mij steeds op nieuw opgedragen in dit heilig geheim, hoe kan ik u genoeg danken voor zulke eene barmhartigheid ? Schietgebed. G liefderijk Hart van Jezus !
geef, dat ik U altijd moor on meer beininne! (hise Vader.— Wees gegroet. — Ik geloof in
God den Voeler, «i». |
|||||||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 47
|
||||||
|
ZESTIENDE DAG.
|
||||||
|
Jezus\' Hart zich verootmoedigend in \'t allerheiligste
Sacrament. E ware ootmoodigheid bestaat hierin, dat
wij ons zolvcn gering achten on alles, wat ons in do meening van anderen vernederen „ kan, met geduld te verdragon, ja in zekeren zin met dankbaarheid en vreugde aan te nemen. Overwegen wij de verootmoediging van Jezus in idt II. Sacrament. Hij die in den hemel, om- geven van \'t ongenaakbare licht zijner goddelijke Majesteit, aan de rechterhand zijns Vaders troont, dien do Engelen en Aartsengelen sid- derond aanbidden, dien de Seraphijnon met verborgen aangezichten onophoudelijk toeroo- ])on : >• Heilig, heilig, heilig is de Heer, God der heerscharen ! dien de koren dor gelukzalige geesten met den diopsten oorhied toejuichen : «Waardig is het Lam, dat gedood is, macht en godheid en wijsheid on sterkte en oor en prijs en lol\' te ontvangen!" (Openb. 5, 12.) — Hij woont hier ganscll verborgen onder ons; hier in do stilte en eenzaamheid dos tabernakels herhaalt Hij. wol is waar niet door woorden, maar door zijn voorbeeld, onafgebroken deze waarschuwing: «Leert van Mij, dat ik zacht- |
||||||
|
48 HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||
|
moedig on ootmoedig van Harte ben ! >• (Matth.
11, 20) — Wolk tcokon zijnor godheid ontwaart gij hier? Waar is de glans, de majesteit, waar do troon zijnor glorie? Wat bespeurt gij hier van die macht, welke do ganscho schepping draagt on in stand houdt, van dio wijsheid, wolko haar bestiert, van dio kracht in den hemel en op do aarde? Zijne woning is een eng houten of stoonen tabernakel, on behalve eonigo altaren, wolko prachtvoller versierd zijn, zijn er tallooze, zoo somber, zoo ellendig on naakt, dat dikwijls do woning eens nedorigen handwor- kers oneindig botor is. DE Zaligmaker had den christenen kunnen
voorschrijven dat zijne tabernakels met goud en kostbare odolgosteonten versierd moes- ten zijn, even als zulks voor Salomons tempel plaats hadt; maar noen, Hij wilde zich aan de onverschilligheid, aan do verachting van on- dankbare monschen prijs geven, om door zijn voorbeeld ons trotsch on hoogmoedig hart to bedwingen. Voorzeker, indien Hij zich als het ware aan do Hom toekomende eerbotuigingen had willen onttrekken, hadde Hij zich niet moer kunnen verbergen, indien Hij slechts geringschatting en verachting op aarde gezocht had. Hij had geen onbeduidender gedaante, goen nederiger woning kunnen verkiezen. Over- weog echter wol, dat Jezus zich gansch vrij- |
|||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 49
|
|||||
|
willig in dezen toestand geplaatst hoeft ; Hij
heeft Zich zolven vernietigt wijl Hij zelf dit verlangde. O wolk oen voorbeeld ! — Raadpleeg u zelven. mijne ziel, of gij oven zoo onvorschil- lig voor oor en verachting zijt, als uw lieer en God in dit H. Sacrament. Gevoelt uwe ijdelheid zich niet gekwetst, wanneer-anderen u voorgaan, terwijl gij de laatste plaats moet innemen? Zijt gij niet fier op de gaven dor natuur of de genaden, welke u God geschonken hoeft ? Wenseht gij niet moor geacht te worden, dan gij zulks verdiend? Onderzoek zelfs tot uwo woorden on handelingen welke zich als do uitdrukking dor ootmoedigheid vertoonen, uit eon waar nederig hart voortkomen : zijn zij even ongedwongen, oprecht en volmaakt, als die van uwen hemelschon bruidegom? En toch is Jezus do onsterfelijke Koning, gij daaron- tegen, stof en asscho ! Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus !
geef, dat ik U altijd moor on meer bominne! Oitse Vader. — Wees gegroet. — Ih yeloaf in
God den Vader, ens. |
|||||
|
50 HET GODDRI.UK HART VAN JEZUS.
|
||||||||||||
|
ZEVENTIENDE DAG.
|
||||||||||||
|
Het werkdadige leven van Jezus\' Hart in \'t allerheiligste
Sacrament. AT (loot <lc Hoor in dit geheim zijnor
|
||||||||||||
|
A
|
||||||||||||
|
liefde! Hij woont hier onder ons om do
oor zijns homelschon Vaders on \'t heil |
||||||||||||
|
-y dor zielen to bevorderen. Van uit hot
x\'illo tabernakel loidt on bestiert Jezus zijne heilige Kerk. Hier is Hij do goede Herder, dio zijne schapen, do ziolen namelijk, verzorgt on spijzigt; hier is Hij bun geneesheer, opvoeder leeraar, hun beschermer en hun toevlucht, Hier onderwijst on moedigt IIïj do zwakken, op don wog dor zaligheid nog onervaren zielen aan, hier wekt Hij do slapondon door vaderlijke vermaningen, genoost de zieken, do blinden on lammen, roept do dooden tot hot leven terug, hier verzadigt on ontvlamt Hij allen, dio, hon- gorond on dorstend naar do rechtvaardigheid, tot Hom komen, mot liofde on brandenden ijver. Overwoog dan, christelijke ziel, dat, in- dien gij uwen goddelijkon Verlosser in hot aan- biddenswaardig Sacrament oprecht on trouw dienen wilt, gij zijne gevoelens on inzichten moot dcolon on Hom in zijn\' arbeid behulpzaa-n wezen. Gij zijt zijne dienstmaagd, door don |
||||||||||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 51
|
|||||
|
kostbaren prijs zijns blootls vrijgekocht; \'t is
derhalve uw plicht. Hem don last des kruises, dat op zijne schouders rust, naar uwe krachten te verlichten. Oij zijt mijne dochter : Gij moet derhalve vertoeven in hetgeen uw Vader toe- behoort. Oij zijt zijne bruid, welke schande zoude hot derhalve voor u niet zijn, indien gij alleen de genoegens, doch niet het lijden en do vermoeienissen uws homolschon bruidegoms wildot doelen. JEZUS liefde is grootmoedig, offervaardig, zij
spoort tot edelmoedige daden aan, zij vol- brengt voel, waar degene die niet bemint moed en krachteloos voor terugdeinst. Kene werke- loozo Helde is er niet; eetie liefde, die alleen in schoone gevoelens, in vrome eisschon eeno voorbijgaande godsvrucht bestaat, verdient dien naam niet. Beminnen is loven voor anderen, opoffering werkzaamheid voor zich zelven, Wat hebt gij nu tot hiertoe voor de eer van God ge- daan, wat voor uw heil en de zaligheid van uwen evonmensch? Hierin wordt uw Heer, uw Vader en uw Bruidegom verheerlijkt, wanneer gij vele vruchten tor zaligheid voortbrengt; waar zijn echter do vruchten van uw tegenwoordig loven? wat hebt gij voor Hom gedaan, opgeofferd en gebeden? Kunt gij tot Hem de woorden van hot Evangelie richten : « Ik heb U verheerlijkt en zal U steeds verheerlijken! » (Joan, 12, 28.) |
|||||
|
52 HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
||||||
|
O beloof Hom ton minste dit van nu af te «loon,
en vraag Iloin <lo genade om uw voornomen trouw ton uitvoer te brengen. Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus,
geef, dat ik U altijd moor on moor beminno! Onze Vader.— Wees gegroet.—Ik geloof in
God den Vader, en:.
|
||||||
|
ACHTTIENDE DAG.
|
||||||
|
Het verborgen leven van Jezus\' Hart in \'t allerheiligste
Sacrament. IN dit allerheiligste Sacrament vertoont zich
Jozus-Christus waarlijk als een verborgen xGod. AVio zou wel kunnen geloovcn, zoo hij S niet door\'t licht des geloofs verlicht ware, dat hier, onder deze onbeduidende gedaante, in deze eenzaamheid, stilte on nederigheid Degene onder ons woont, die hemel en aarde in zijne handen draagt, bestiert on behoudten van wiens wonken de goheolo schepping af- hangt? Hier bespeurt hij niets dan slilzwijgend- heid, verborgenheid, ootmoed, geduld, een gehoimnisvol en inwendig leven. Dit leven uws |
||||||
|
IIK\'1\' GODDELIJK HART VAN JEZUS. 53
|
|||||
|
Verlossers moot gij navolgen, indien gij tot
eene ware volmaaktheid geraken wilt. De grondslag en de ziel van dit leven is do inwen- dige geest dos Hoeren, die onze harten door de genade bemeostert on beweegt; een geest, die niets toevallig, niets uit menschelijk in- zichten doet, maar alleen om Gods wille, voor God werkt; dio do dingen niet naar den niter- lijken schijn, maar naar hetgeen zij in waar- hoid on voor God zijn, beoordeelt en alles ijdel en nietig beschouwt, wat niet overeenkomstig don wil Gods geschiedt; eon geest, dio niet velerlei doot, maar zich alleen bovlijtigt dat- gene, wat hij doot volgons Gods welbehagen te verrichten ; dio niets gering acht wat den Hoor beledigen, niets verzuimt wat Hem welgevallig zijn kan; oen geest dio uit Gods heilige liefde ontspringt en alle«n in haar zijne rust on hot oonig loon zijnor handelingen zoekt. O moge do Hoer u dezen inwondigen geest schenken, dio tot volmaaktheid voort, en ons leert met Christus in God verborgen te leven ! DE ziel, door dozen geest geleid, scheurt
zich los van al hot geschapene en tracht, zooveel \'t mogelijk is, elk harer handelingen en zich zelve voor \'t oog der wereld te verborgen; waar do plichten van stand en boroep of de cischen der christelijke naastenliefde vorderen, dat zij voor de menschen moet verschijnen of |
|||||
|
?)4 HET GODDELIJK IIVRT VAN JËZÜS.
|
|||||
|
werken, «loot zij dit alsliet ware mot gonoogon
en uit ganscher harte, mrar zij bewaart ook daarbij <lo ingetogenheid «los goestes, on trekt zich, zoo haast mogelijk, weder in hare vorbor- gcnheid terug ; zij vreest niets moor dan te zien en gezien te worden. Allen menschelijken trotseh gering achtend, zoekt zij geen andere getuigen on deelnemers in hare vreugden on in hare kommernissen, dan God alleen. Zij vermijdt zorgvuldig alle zonderlingheden, welke moest do gevolgen eonor inwendige zelfmis- loiding zijn. Zij wenscht, dat niemand aan haar donko ; zij mengt zich niet in zaken, welke haar niet toevertrouwd zijn, en, zoover zij kan, verkiest zij voor zich zelven hot goringsto. Do gehooi zaamheid aan God en aan hare overheid is haar eonig richtsnoer, on waar deze niets anders gebiedt, looft zij gansehc jaren zoo ver- borgon on stil daarheen, dat men geen aanloi- ding vindt over haar te spreken. Dusdanig is hot loven van Jezus in het allerheiligste Sacra. ment, zoo is het mot \'t levon eonor volmaakte ziel gesteld. Vergelijk daarbij uw levon, en zie in wat u ontbreekt. Verootmoedig u voor den Heer, bied Hom uwe ernstige vooornemens aan, smeek Hem dringend om zijne hulp en vang nog heden aan u to boteren in datgene, waarin gij tot nu toe te kort zijt gebleven. |
|||||
|
HKÏ tiODDÉLUK HART VAN JEZUS. S5
|
||||||||
|
Schietgebed. O liefderijk liart van Jezus I
geef\', dat ik U altijd meer en meer boniinno! Onze Vader. — Wees gegroet. — Th geloof in
God. den Vader, enz.
|
||||||||
|
NEGENTIENDE DAG.
|
||||||||
|
Het glorierijke leven van Jezus\' Hart in het allerhei-
ligste Sacrament. fEZUS leven in hot allerheiligste sacrament
is, alhoewel verborgen en nederig, een leven van wonderbare glorie en heorlijk- u heid. Deze heerlijkheid vertoont zich op menigvuldige wijzon, \'t schitterendst echter openbaart zij zich in do goheimnisvollo, waar- lijk goddelijke macht, welke do Zaligmaker hier op de zielen uitoefent. Stil on vroed" zaam trekt IIij mot onweerstaanbare kracht do harten der monschon tot Zich, ontvlamt zo tot \'t daarstellen van heldhaftige werken van liefde on opoffering, welke de wereld niet begrijpen kan, stort hun eeno bewonderenswaardige sterkte in, waardoor zwakke jongelingen, teo- dere maagden en kinderen zoo dikwijls aan den |
||||||||
|
Sö HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||
|
duivol on zijno dienaren tot schrik geworden
zijn on allo gewold dor vervolgers, allo list dor hekoorders overwonnen on te schande gemaakt hebben. — Zio, dozo christelijke holden waren schepsels, gelijk gij, aan dezelfde gevaren bloot- gesteld, van dezelfde bekoringen omgeven, aan dezelfde onbestendigheid der natuur onderwor- pen; maar hier in \'t allerheiligste Sacrament l>utto don zij dio alles overwinnende sterkte, die grootmoedige zelfopoffering, welke hen be- voegd maakten, ons zulke wonderbare voorbeol- den van geduld, van ootmoed, van versterving, van liefde tot God en tot don evenmensen, kortom, van alle deugden na te laten; dio geesteskracht en opgeruimdheid, waarmode zij ziekten en ziolsmarton, laster, belaging on de gevoeligste beproevingen van allerlei aard met het grootste geduld verdragen hebben. DE natuur deinst voor alles, wat haar hin-
derlijk is, terug, alleen do liefde, welke door dozo honielsche spijs in deugdzame zielen ontstoken is, doot haar niets zwaar, niets on- dragelijk schijnen. Gevoed niet hot allerhei- ligste vloeseh van Jezus-Christus, die Zich zelvon tot verlossing dor menschon geslacht- offord heeft, die om onzontwille een man van smarten wildo worden, ja, zich tot "t uitvaagsel der menschheid vernederde, omhelzen zij mot vreugde elk lijden, elke smaad, en offeren deze |
|||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 57
|
||||||||
|
gaarne aan Hem op voor \'t welzijn hunner
broeders. Christelijke ziel! zie, de Heer ver- langt niets vuriger, dan ook aan u de schatten zijner genaden mede te dooien, ook uw hart tot een brandoffer zij nor liefde te maken. Hoe lang zult gij Hom wederstaan; hoe lang nog in traagheid daarheen leven? Zie, rond om u staan velen op, ijlen den bruidegom te gernoot en bemoosteren het rijk Gods : en gij dwaalt nog immer. Wat dezen en honon godaan hebben, zoudt gij dit niet kunnen doen. Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus !
geef, dat ik U altijd meer on moer bominne ! Onze Vader. — Wees gegroet. — Ik geloof in
God den Vader, enz. |
||||||||
|
TWINTIGSTE DAG.
|
||||||||
|
Jezus\' Hart leert ons in het allerheiligste Sacrament al
het aardsche geringschatten. EER van Jezus\' Hart in hot allerheiligste
Sacrament wolk begrip gij u van degroote en onschatbare waarde der geestelijke homolscho goederen vormen moot. De 4
|
||||||||
|
58 HET GODDELIJK HART V.VN* JF.ZfS.
|
|||||
|
liefde en het bezit van God maken de gelukza-
ligheid van Jezus\' goddelijk Hart uit : opliet innigst vereenigd met de godheid verheugt zich de allerheiligste ziel des Verlossers in zulke overvloedige zegening, dat zij het verlies van toevallige, uitwendige dingen, waarin gij zoo gaarne uwen troost zoekt, niet gewaar wordt. Wanneer gij eenigen tijd de zon staroogend aanschouwd hebt en dan uwe blikken weder op de aarde laat vallen, zoo kunt gij door den overgrooten glans des lichts niets anders meer zien. Evenzoo wordt de mensch, die dikwijls in den geest de eeuwige vreugde overweegt, door hunne grootte en oneindigheid ongevoelig voor al het nietige en vergankelijke. O zalige ongevoeligheid voor de goederen, do bedriog- lijke en snol voorbijgaande genoegens dezer wereld ; hoe noodzakelijk is zij u niet, om aan uw hart rust on vrede te geven ! Zeg dikwijls tot ti zolven : Mijn hart hooft dezelfde natuur als het allerheiligste Hart van Jczus-Clirisius. dat ik in II. Sacrament aanbid; wat Hem, mijn god lelijkcn Bruidegom, gelukkig maakt, dat, maar dat ook alleen vermag ook mij gelukkig te maken. Geschapen noch voor do aarde, noeli voor zinnelijke genoegens, noch voor verga n- kelijke goederen, maar voor God, het hoogste oneindige Goed, waar kan ik ergens rust vin- den, dan in Hem? |
|||||
|
HET GODDELIJK HART VAN" JEZUS. 50
|
|||||
|
HERÏNXER u den dag of de stonde, waarop
uw hart \'t meest van Gods liefde brandde. O zoete en tevens bittere herinnering! Wat ontbrak toen aan uw ïnwendigen vrede, of- schoon gij misschien uitwendig door lijden ge- kweld werdtt waar is nu de rust, het geluk, dat gij toenmaals genoot? Betreur het diep, dat door uwe schuld hot heilige vuur van Gods liefde in uwc ziel uitgedoofd is; mank het ernstige voornemen, u vooral van datgene te onthouden, wat u voornamelijk van God af- trekt, en bijgevolg u daarin ook verhindert, den waren vrede on \'t ware geluk dos harten te genieten. — O mijn lieer Jezus-Christus ! open mij de hemelsche schatten, die de oenige bron van alle waar geluk zijn; vervul mijn hart met \'t verlangen naar u; o geef mij alloen uwe genade, uwe liefde, zoo ben ik rijk en gelukkig genoeg en verlang niets anders. Schietgebkd. O liefderijk Hart van Jezus!
geef dat ik I\' altijd meer en meer beminne. Onze Vader. — Wees gegroet. — Ih geloof in
(lod den Vader, cm. |
|||||
|
60 HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
||||||||||||
|
EEN EX TWINTIGSTE DAG.
|
||||||||||||
|
Jezus\' Hart leert ons in \'t allerheiligste Sacrament de
nederigheid beoefenen. |
||||||||||||
|
I
|
IE do hoogc waarde der ootmoedigheid
niet kont, zoude wellicht moenon, dat de Zoon Gods Zich in \'t allerheiligste |
|||||||||||
|
T Sacrament te diep vernedert. Zoo ver-
borgen als Jezus hier leeft, wordt Hij door tallooze monsehon niet gekend, ja zelfs veracht; edoch, indien Hij slechts van tijd tot tijd hier een enkele straal zijns hemolschen lichtos zichtbaar deed schitteren, zouden alle storvo- lingen zich bevlijtigen Hem in dit allerheiligste Sacrament hunne oer en dankbetuigingen aan te bieden. Zoo zoudon wij oordeolen : Jezus echter hoeft Zich gansch willen verborgen, als hot ware om ons te leeron, hoe verkeerd het gevoelen is, dat ons niet zelden verblindt. Indien ik hier zwijg, — zoo sproken wij in ons hart — indien ik hier achteruit wijk, zoo lijdt do oer, de onschuld on rechtvaardigheid ! O weet gij niet, dat de hoogste oor de onschuld is, onschuldig veracht, belasterd te worden, dat. het de grootste room der gerechtigheid is; onrechtvaardig achteruit gesteld te worden? |
||||||||||||
|
het goddelijk, hart van jezus. 61
|
|||||
|
Ouk voor do zaligheid dor menschon zoude het
ons kunnen beter schijnen, dat do Heer in zijn II. Sacrament zich ton minste eonigor wijze glansvol aan ons oog vertoonde; want waar zou wel een hart gevonden worden zoo koud en ongevoelig, dar het Hem zou kunnen weder- staan, nadat hot eenmaal oen vluchtigen blik op zijne goddelijke schoonheid geworpen had ? Maar de oneindige wijsheid van den Zoon Gods meende ons door het voorbeeld van de diepste verootmoediging eono grootere woldaad te be- wijzen. Hij wist wel, dat juist do hoogmoed, de trotsch en ijdelheid onzer bedorven natuur ons hot moeste nadeel doen, en om ons don afgrond van dit ongeluk gansch te onthullen, ons voor elke zelfrnisleiding te behoeden wilde Hij liever van al datgene afstand doen, waar- door Hij do menschon gemakkelijker hadde kunnen lokken. O Jezus, allerootmoedigste Verlosser! Gij
zijt mij des te beminnenswaardiger, naar- mate Gij u tot mijn onderricht op oeno onbo- giijpelijke wijze vernedert hebt! O druk uwo voorbeelden diep in mijne ziel en wok mij op om U met ijver na te volgen! — O bcminnons- waardigste Hart, zoo diep, zoo onuitsprekelijk diep vernedert in \'t allerheiligste Sacrament uit liefde tot mij, woes eeuwig geloofd en verheerlijkt! Hoe schoon en lief schijnt Gij mij |
|||||
|
G2 HET GODDELIJK HAKT VAN JEZUS.
|
|||||
|
toe in uwe diepe vernedering! Uw rustig hei-
ligdoiu trekt al de krachten mijner ziel tot zich, en alhoewel ook verborgen, eiken ik u als het Hart mijns Gods en Heeren. Doordring derhalve met uw ootmoed mijn trotsch hart en ruk er de heillooze neigingen des hoog- moods uit, welke mij zoo dikwijls aansporen, de bedriegelijke gunsten rler menschen na te jagen en hun welbehagen voor het uwe te stellen. Breng mij, wanneer ik tot ijdelen roem bekoord wordt in den geest voor uw heilig tabernakel, opdat ik daar ondervindo, wat groot en heerlijk in het oog van God maakt. Schietgebed. 0 liefderijk Hart van Jezus!
geef, dat ik u altijd meer en meer beminne! On;e Vader.— Wees gegroet. —Ik geloof in
God den Vader. enz. |
|||||
|
HET GODDELIJK HAKT VAN JEZUS. 63
|
||||||
|
TWEE EX TWINTIGSTE DAG.
|
||||||
|
Jezus\' Hart leert ons in \'t allerheiligste Sacrament de
zelfopoffering. Tl "TOG verhevener zal ons do heerlijkheid en
\\ de goddelijke macht van Jezus-Christus \'31 en zijne geheimvolle waakzaamheid in dit * V H. Sacrament schijnen ; indien wij over-
wegon, <lat Hij degenen welke hier tot Hem komen en trouw mot zijne genaden modewor- ken, op een volkomen wijze in Zich verandert, zoodat zij voorts, naar \'t woord van den II. Apos- tel Panlus, in waarheid niet meer loven, maar Jezus-Christus in hen leeft. Daarom schittert ook aan ons oog in hen oen bovennatuurlijk, engelachtig loven, wiens onkole verschijning roods opbeurend on aanlokkend werkt. Welke bescheidenheid on ingetogenheid in hun uiter- lijko, welke zachtmoedigheid en uitnemende goedheid ! Overal verspreid zij den aangenamen geur van Jezus Christus en wekken in de zielen de goddelijke liefde op. En indien het ons gegund ware in hunne harten te lezen, welken ongostoorden, hemelschon vrede, welke rein- heid van inzichten, welke zuivere neigingen dos gomoeds zouden wij er niot vinden! welk een heiligdom der goddelijke genade en liefde! |
||||||
|
64 HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||
|
HERINNER u een II. Franciscus van As-
sisi. oen II. Aloysius, eone H. Thoresia, eeno II. Gertrudis en anderen, en gij zult er- kcnnon, hoe wonderbaar de heerlijkheid des Heeren is, die in hen zoo verhoven dingen heeft bewerkt on hen tot zoo nitgelozen vaten der genade gemaakt hooft. Ton einde gij in de beschouwing van zulke grooto dingen niet moedeloos wordet, zoo bedenk, dat in het huis dos eeuwigen Vaders volo plaatsen zijn. Laat aan andoren gaarne over die buitengewone genadegunsten, welke voor uwe nietigheid en zwakheid minder geschikt zijn; maar stroef moor en moer naar zelfverloochening, naar de verachting dor wereld, naar geduld, ootmoodig- hoid, gehoorzaamheid en inwendige ingekoerd- lieid ; bid en smeek den Heer on» deze genade en wees voorzeker, dat indien uw verlangen oprecht on vurig is indien gij u bevlijtigt, dagelijks door eenig olfer, door oenige over- winning op u zelven den Heer te eoren, Hij zich mot liefde over uwo ziel zal erbarmen die uit \'t dal van nood en jammer tot Hem om hulpo roept. Hij zal u bereidwillig mededoeleu wat uw hart ontbreekt, en zijne macht on ge- nade in u glorievol doen uitschijnen. Schietgehed. O liefderijk Hart van Jezus!
goof. dat ik U altijd meer en meer beminne! |
|||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JÊZÜS. 65
|
||||||||
|
Onze Vader. — "Wees gegroet. — Ik geloof in
God den Vader, enz. |
||||||||
|
DRIE EN TWINTIGSTE DAG.
|
||||||||
|
Jezus\' Hart leert ons ia het allerheiligste Sacrament
eene bestendige zelfopoffering. EZUS-CIIR1STUS hooft Zicli goliool aan
ons gegeven en verre van ons zelfs het geringste dool zijner genaden te ontnomen, u woont Hij veeleer achttienhonderd jaren als een efferlam op onzo altaren, on draagt zich dagelijks opnieuw gehoimnisvol aan zijn god- delijken Vader voor ons ton offer op en schenkt aan allen, dio zijne tafel naderen, zich zelven met ziel en lichaam, met godheid en mensch- heid, in onuitsprekelijke zoetheid tot spijze der ziel. O wonderbare volharding eenor opoffering, welke elk geschapen begrip te boven gaat; O wonder van liefde, welke nooit hernieuwd wordt en nooit verminderd ! Beschouw van don anderen kant het offer dat pij don Hoer tot hiertoe gebracht hebt on waarmede gij zijne liefde hebt vergulden. Herinner u de heilige |
||||||||
|
ö(5 HET GODDELIJK HAKT VAN JEZUS.
|
|||||
|
voornemens, welke gij geluid hebt in oogon-
blikken van rustige goestes ingetogenheid, van buitengewone gemoedsgesteltenis, wanneer do stem des Hoeren zoetluidend aan uw oor weerklinkt, aan Jezus-Ohristus gebracht hebt; herinner u de zoo vaak hernieuwde goede voornemens van uw leven te betoren, uwe hartstochten te bedwingen, uwe neigingen te beheorschen.alle menschelijk opzicht te vernch- ten, don tijd trouw te benuttigen, do plichten van uwe slaat nauwgezet te vervullen, puntelijlc te wezen in \'t gebed on alle geestelijke oel\'enin- gen! Waar zijn nu uwc voornemens, wat is daarvan geworden? Bloos onbestendig, on- trouw hart, van schaamte en beken ootmoedig en rouwmoedig voor \'t allerheiligste sacrament uwe onbekwaamheid on uwe ellende. INDIEN Jezus-Ohristus zoo veranderlijk ware
geweest als gij, indien Hij op den smartvol- len wegnaar den Kalvarieborg het zware kruis, waaronder Hij tot driemaal bezweek, van zijne schouders had geworpen, of indien Hij van hot kruishout ware afgekomen on hot vcrlossings- werk onvoltrokken gelaten liadde, waar zoude thans uwe zaligheid, uwc hoop, uw heil zijn; Richt u derhalve op, mijne ziel! hoelang zult gij nog dralen, hoe lang naar linker of rechter zijde overhellen ? Niet degene die begint, niet degene, diode renbaan afgemaakt heeft, neen, |
|||||
|
HKT GODDELIJK HAKT VAN JEZUS. 07
|
|||||
|
maar degene die tot hot einde volhoudt, die zal
zalig worden! » (Mattb. 10. 22.) IJl derhalve tot het barmhartige Hart van Jezus, in dit II. Sacrament verborgen, betreur uwe onttrouw, smook om vergiffenis on roep uit hot diepste uwer ziel, dat Hij u eindelijk helpe aan uwe voornemens getrouw te blijven, u geheel en al volhardend opofferen on u aan zijnen allcr- heiligsten wil volkomen onderwerpen. Bid ook de Heilige Maagd Maria, moeder van barmhar- tighoid, dat zij deze voornemens in uw hart boware en door hare liefdevolle voorspraak vruchtbaar make. Schibtgebkd. O liefderijk Hart van Jezus !
geef, dat ik U altijd moer on meer beminno! Ome Vader.— Wees yegroet. — Ih geloof\'in
God den Vader, en;. |
|||||
|
68 HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
||||||
|
VIER EN TnVINTIGSTE DAO. 12
|
||||||
|
Vier hinderpalen der ware godsvrucht tot Jezus H. Hart.
"W"*ENE lanioheid is do eerste hinderpaal.
Ir.Ecno laauwe ziel doet alleen datgene waar. ,1I Itoe zij gedwongen is. Zonder liefde, zonder (Stijver strekt zij zich zelven tot last, en in plaats van op den weg dor volmaaktheid voort" gang te maken, gaat zij achteruit. Doch men vergeet wat do Heer in do geheime openbaring zegt : » Omdat gij lauw zijt, zal ik beginnen mot u uit mijnen mond te spuwen. » Als wilde Hij zeggen, gij verdient niet in mij te leven, gij zult tot mijn Hart niet naderen, wijl gij mijne teedere liefde met de grootste on onbegrijpe- lijkste onverschilligheid en lauwheid boant- woordt. — Do tweede hinderpaal is de eigen- liefde. Do beoefening dor christelijke volmaakt- beid ligt in deze weinige woorden dos Zalig- makers besloten : •> Wie mijn leerling wil zijn, vorloocheno zich zelven, neme zijn kruis op on volgo Mij. » Edoch hoe weinigen nomen dit ernstig ter harte! Zij beminnen en booefonen alloen die deugden, welke hun aangenaam en streelend zijn. Maar hoe kan zulk eon hart zich mot Jezus\' Hart vereenigen! Dit goddelijk |
||||||
|
HET GODDELIJK HART VAX JEZUS. 69
|
|||||
|
Hart heeft zich geheel en onverdeeld aan ons
geschonken. Het verlangt derhalve ook alleen grootmoedige harten, welke zich geheel aan Hem toewijden en niet vreezen te ver te gaan, zich don terugweg af te snijden, kortom harten, die geeno achterhoudendheid kennen. DR derde hinderpaal is een heerschende
hartstocht welke men ontziet en waarmode men niet afbreken kan. En al heeft men ze alle geofferd buiten dozen enkelen, zoo kan de vereeniging der harten niet plaats vinden. On- derzoek naarstig, vrome ziel, welke hartstocht u nog aankleeft en brengt hom met een groot- moedig hart aan Jezus\' Hart ton offer. \'Wees verzekerd dat het u minder zal kosten er geheel en al met af te breken dan er ten deele aan ge- hecht te zijn.— De vierde hinderpaal is een ijdel gevoelen van hoogmoed. Men durft driest zeg- gon, dat van allo kwade neigingen geene zoo- vele zielen op den weg der deugd tegenhoudt, goono zoovele van eene groote volmaaktheid tot lauwheid on zonde gebracht hoeft, als den geest des hoogmoeds. Uit hem vloeit nu eens het onmatige verlangen voort, zich boven an- deron te vorheiron, in allo ondernemingen te willen slagen, dan leedwezen en moedeloosheid na eene mislukte onderneming, dan troost en genoegen, wanneer men zich voor andoren geëerd en geloofd ziet. En deze zielsgowaarwor- |
|||||
|
■/O HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||
|
ding dringt ook in de uitnemendste beoefening
der deugden binnon. Men is verstorven, vurig in \'t gebed; maar men wenscht ook—natnurlijk tot stichting dos evennaasten?—daarvoor gehouden te worden. Uit deze bron vloeit eeno zekere ge- voeligheid voort, in hetgeen onze eer betreft, een geheel koud, onverschillig gedrag, oen geheim verdriet, \'t welk aan nijd en wangunst raakt; eene zekere bedroefdheid over don voorspoed van andoren, zoodat men ook middel weet te vinden om dezen te verminderen, ja, ook eene onmatige droefheid en neerslachtigheid over ons herhaald vervallen in gebreken, welke onze ijdele eerzucht kwetsen. Schietgebeden. O liefderijk Hart van Jezus:
geef. dat ik U altijd meer en meer beminne. Onse Vader. — Wees gegroet. —Ik geloof in
God den Vader, em. |
|||||
|
HET QODDKLUK HART VAN .)F.7.rS. 71
|
||||||
|
VIJF EX TWINTIGSTE DAG.
|
||||||
|
Jezus\' Hart bemint de rouwmoedigen.
"T\'ToOR moor dan twee honderd jaren leefde
Om/pin Spanje een vermogend lieer, die van ^w\' den wog dei\' deugd afgedwaald, steeds 9 dieper en dieper in den afgrond der boos- heid zonk, doch eindelijk wegens zijne mis- daden ter dood veroordeeld den dood in oen geest van boetvaardigheid aannam. Terzelfder tijd hal eene heilige ziel eone verschijning, waarin zij meende dien heer te zien gehuld in een prachtig zilverwit kleed vol scheuren, al deze scheuren echter heerlijk met goud en edelgesteenten versierd. liet zilverwitte kleed betoekent het gewaad der eerste onschuld in \'t doopsel verworven, \'t goud on do cdelgosfeen- ten verheelden do kostbare vruchten der boet- vaardigheid. Eens het kleed dor onschuld ver- loren, zoo is dit voor eeuwig verloren. De scheuren blijven ook in den hemel en zelfs eon Heilige vind hot verloren sieraad der onschuld niet weder. Verlies echter den moed niet, o rampzalig hart; de schade kan nog hersteld worden, gij kunt nog schoon en heerlijk wor- den, en wel door bloed en tranon : door \'t bloed |
||||||
|
72 HET GODDELIJK HART VAN\' .TEZt\'S.
|
|||||
|
dat uit Jezus\' Harte vloeit en door uwe tranen
van boetvaardigheid en liefde. Aan deze stem kan God niet wederstaan. EEN oog, dat tranen van berouw en leed-
wezen stort bij de herinnering aan do zonden zijner jeugd, zulk non oog kwetst Jezus\' Hart. Doch zulke wonden bemint dit goddelijk Hart; zij vervullen Hetzelve met troost en vreugde. Dit leeren wij in de school des krui- zos. Reeds drie uren hangt do Verlosser aan \'t kruis gehecht. Nog leeft Hij, doch in een meer van onmeetbare smarten.Niemand verzacht zijne pijnon. De leerlingen zijn heengovlucht. Geen engel verschijnt er om Hem te troosten. Zijne Moeder zwijgt en zelfs de eeuwige Vader ver- bergt zijn aangezicht. De ziel van Jezus schijnt do ongehoordsto smarten te moeten verduren. Een troost nochtans ondervindt Hij in dezo smartvolle stonde -. hot weenend oog eoner zon- daros, die aan den voet van zijn kruis tranon van boetvaardigheid en modelijden stort; de rouwmoedige blik van een moordenaar, dio nog voor weinige oogenblikken op den rand van den afgrond der hollo stond. O hoo diep, hoe zoet echter werd het Hart van onzen goddclij- kon Verlosser hierdoor gewond ! Zijne eigen smarten vergetend, roept Hij in zijne oneindige barmhartigheid uit : " Heden zult gij mot Mij zijn in \'t paradijs ! •> O hoe goed, hoe oneindig |
|||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 73
|
||||||
|
goed is toch onze Heer en God! Met welke liefde
bemint Hij de zielen niet! Naderen wij der- halve met vertrouwen tot den troon dor barm- hartigheid. Zijne armen strekt Hij tot ons uit, zijn Hart is geopend, om ons te ontvangen. Ook heden nog is do dag des heils. Wie zijne eerste onschuld verloren hoeft, kome zich zuiver wasschen in \'t bloed dos goddelijken Lams. Schuld en straf worden hom vergeven en hij wordt op nieuw geboren. Hebt gij, o arme ziel, eene lang verzwegen zonde op uw hart? O kom, uw Zaligmaker roept u, om u van dezen last te ontdoen. Laat U niet afschrikken door de mo- nigto uwer zonden. Hoe grootor uw last, hoe grooter de vreugde van Jezus Hart over uwe bekooring. Uwe tranen van berouw en boet- vaardigheid openen u dit trouwe Hart. Werp oen blik in deze diepe wonde. Welke namen leest gij daarin ! Petrus, Thomas, Augustinus, Magdalena, Margaretha! Ach, Jezus! schrijf ook onzo namen in uw Hart! Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus!
geef, dat ik U altijd moer en meer bominnc. Onze Vader. — Wees gegroet. — Ih (/doof in
God den Vader. ens. |
||||||
|
5
|
||||||
|
74 HKÏ GODDELIJK HART V.VN\' .JKZl\'S.
|
||||||
|
ZES EN TWINTIGSTE DAG-.
|
||||||
|
Wij moeten tot Jezus\' Hart naderen.
"Srt OORAL Dioot gij dit goddelijk Hart als
SW-S (\'° een\'8° toevlucht in al uwc noodwendig- Wtf liodon beschouwen. Dat hebt gij tot hier-
Q<p toe niet gedaan, want dit liefdevol Hart was het laatste tot hetwelk gij uwc toevlucht naamt. Waart gij innig overtuigd geweest, dat gij in dit Hart hulp tegen alle uwe bekoringen, togen allo droefgeestigheid, twijfel en zwakheid vinden zoudot, gij haddet ze voorzeker niet bij do schepselen of in do voldoening uwer driften en hartstochten gezocht. Onderzoek u wol, welke oneer gij hierdoor het boste en liefde- volste Hart hebt aangedaan, en begin van stonde af, uwe ondankbaarheid te herstellen. Verder moot gij dit goddelijk Hart naderen niet een levendig en vurig verlangen naar zijne genade, welke gij zoo zeer noodig hebt. Overweeg, hoe Jezus verlangt u zijne genaden mede te doelen, en vergelijk daarbij hoe gering uw verlangen is dezelve to bekomen. Bloos derhalve van schaamte over u zolven, bid don Heer ootmoc- dig om vergiffenis on smeek Hom, dat Hij u vooral do genade schenke om vurig to verlangen door zijne genade uwo bekeering te bewerken. |
||||||
|
(HIT GODDELIJK HART VAX JEÜUS. "io
|
|||||
|
EINDELIJK moot gij tot Jezus\' II. Hart
uwo toevlucht nemen — wol is waar mot oono diepe ootnioedigheid, maar ook mot oon groot, levendig en van liefde gloeiend vertrou- won, dat is met ceno soort van vertrouwolijk- hoid. welko Ood ons vergunt en in dit H. Sacra- mont zelfs verlangt. Is dit allerheiligste Saera- mont dan niet het grootste wonder door dit II. Hart voor ons monschen bewerkt? Deze God vol majesteit en heerlijkheid, voor wion de hemelen niet zijne bewooners, Engelen en Hei- ligen, van oen heiligen eerbied sidderen, ver- nedert zich zoo diep, dat Hij vertrouwelijk niet ons wil omgaan. Gij schenkt uw hart ar.n ollon- dige schepsels, welke dikwijls minder zijn dan Gij, die U misschien ontoeron on verraden; on uw hart verwijdert zich en houdt zich verbor- gen voor een God, dio uit don hemel tot u kwam! Neon, hot is goon ootmoed, dio u ver- wiidort houdt, het is gebrek aan liefde! — O Hart mijns Gods, oneindig liefdevol on onoin- dig beminnenswaardig, het kan zoo niet langer blijven duren! — Open derhalve uw hart voor uwen Jezus; openbaar Hem uw lijden; toon Hom uwo wonden; log Hom uwo behoeften bloot. Hij kan oen hart dat mot ijver en ver- trouwen tot Hem nadert on zijne hulpo af- snieokt, niet afwijzen noch verstooten. |
|||||
|
7(> HET GODDELIJK HAKT VAN JEZUS.
|
||||||
|
ZEVEN EN TWINTIGSTE DAG.
|
||||||
|
De afbeelding van Jezus\' Hart.
E vlammen, welke uit Jezus\'Hart opstijgen
en Hetzelve omgeven betcekenen de onein- dige liefde, waarmede dat goddelijk Hart
ons steeds bemint hooft en niet ophoudt ons te beminnen. Overwegen wij derhalve, wie Hij is die ons bemint, wien Hij bemint on sedert welken tijd Hij ons bemint. Jezus, do Eenig- geboren Zoon des Vaders, — alzoo niot een machtige dezer aarde, niet oen der verhovonsto Kogelen, neen, geen schepsel, maar de Schop- por zelf en tevens ook onze broeder naar \'t vleesch, mensen gelijk wij, met dezelfde natuur bekleed, met dezelfde gevoelens bedoeld, dio in allos, behalve do zondo, aan ons gelijk was, om ook mot oono menschelijke liefde ons monsclien to kunnen beminnen. En Hij bemint ons, van wie Hij niets hooft, wier ondergang Hem niot ongelukkig, wier redding Hein niot gclukkkig maken kun, Hij mint ons, dio, vol- gens onze natuur zoo nietig en ellendig, door de zonde ons conigcrwijzo beneden den niet go- steld en tot vijanden gemaakt hebben van Dengono wiens liefde wij hier ondervinden. En deze liefde, als goddelijke liefde is van allo |
||||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZU8. 77
|
|||||
|
eeuwigheid, als menschelijke liefde begon zij
met liet eerste oogenblik der monsch word ing. Zoo heeft Jezus\' Hart ons voortdurend bemind, vóór dat wij bestonden, toen wij nog in den afgrond van den niet waren, en elk oogenblik stonden wij allen Hem voor den geest. Niets anders dan mij alleen beminde dit goddelijk Hart, zoo moet elkeen zeggen, alsof ik alleen het voorwerp zijner liefde geweest ware. Kn deze liefde heeft niet opgehouden ; neen, Jezus\' Hart hoeft mij ook in den hemel niet vergoten en schenkt mij overvloedig zijne genaden op aarde. Moeten wij ons hierdoor niet tot de innigste wederliefde, en tot het hinderlijkste vertrouwen aangespoord gevoelen I HET kruis, dat boven het II. Hart van
Jezus geplaatst is, herinnert ons de wijze waarop, en de middelen waardoor do goddelijke Zaligmaker ons zijne liefde toonde. Is dit niet eene herinnering aan al het lijden, dat Hij gedurende zijne aardsche loopbaan verduurd hooft, aan de kribbe, aan den stal, aan de vlucht naar Kgijpto, aan hot verborgen leven te Nazareth, aan zijn openbaar leerambt onder onbeschrijfelijke ongemakken en vervolgingen, eindelijk aan den smart vollen dood, waardoor Hij zijn offer voltrok. Kunnen wij dan nog dralen, door kruis en lijden, door zolfvorloo- chening on versterving onze wederliefde te |
|||||
|
78 HET GODDBI.UK HART VAX JEZUS.
|
|||||
|
betuigen? Do doornenkroon om Jezus\' Hart
geslingerd, herinnert zij ons niet do ondank- baarhcid, waarmede zijne liefde vergolden on zijn Hart dagelijks gepijnigd wordt! Wij behoeven niot vor te gaan, in ons vindon wij genoeg misdrijven en zonden, waardooi\' wij Jezus\' Hart met doornen omgeven on mot smarten vervuld hebben. Moge hot aanschou- wen derzelve ons tot berouw on leedwezen op- wekken on ons in het vaste voornomen moor on moor bevestigen om Hetzelve daarvoor eenige schadeloosstelling te geven. De wijd open- staandu zijdewond, toont ons duidelijk dat wij uit Jezus\' Hart alle genaden moeten bekomen, on daarin onzo toevlucht moeten nemen, want uit die bron vloeit ons heil en in die steenrots rusten wij veilig. Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus!
geel\', dat ik U altijd moer en meer beminnel Onze Vuiler. — Wees yegroel.— Ih geloof in
God den Vtider, enz. |
|||||
|
HRT GODDELIJK HAKT VAN JEZUS. 79
|
|||||||||||
|
ACHT EN TWINTIGSTE DAG.
|
|||||||||||
|
De eerherstellende Communie.
|
|||||||||||
|
I
|
|||||||||||
|
N onze dagen hebben do goddeloozon vooral
den strijd tegen Christus on don onder- |
|||||||||||
|
, gang zijner Kerk gezworen. Zij gaan zoo
(f\'ver, dat zij Jezus, don Heilige aller Hei- ligen. openlijk lasteren en zijne godheid met ongehoorde stoutheid loochenen. Door do vor- derfelijke loeringen, welke zij overal zoeken te verspreiden, verleiden zij de zielen, voeren zo tot, allo misdaden on storten zoo do goheolo maatschappij in don afgrond des verderfs. Mogen de deugdzame zielen dit wol rustig toezien? Is hot voor haar niet eene plicht zich te vereenigen on genootschappen tot stand to brengen om aan den stoods rijzenden stroom van zoovele goddelooze leeringen te wedorstaan en God voor de Hem aangedane beloedigingon oonigo voldoening te geven? Dit is hot doelwit der Voreeniglng van de eerherstellende com- munie; hare loden verplichten zich op een bepaalden dag der week of dor maand tot do H. Tafel niet do moeste godsvrucht to naderen, ton einde aan Jezus goddelijk Hart eenigo voldoening te schenken voor de ondankbaar- lieid, onverschilligheid, do zonden on misslagen |
|||||||||||
|
80 HET GODDELIJK HAKT VAN JEZUS.
|
|||||
|
jegens hot H. Sacrament van liefde bedreven;
zoo trachten zij (gelijk hot in breve van Pius IX. 9 Aug. 18(51 voorkomt.) « God te verzoenen, opdat Hij de geosels zijner gramschap van ons afkoore... on bidden zij Hom, dat het katholiek geloof overal ongeschonden bewaard moge blij- von on de kerk uit de vervolgingen harer sluwe vijanden ongedeerd oprijze. •> DEZE veroeniging werd mot vreugde door
den onsterfelijken Paus Pius IX begroet, die ze « een goddelijk werk, bestemd om de maatschappij to redden » noemde en den vurigen wensen uitdrukte, «lat zulk eono vrome en heilige godsvruchtoofening zich van dag tot dag moer en meer over gansch do wereld zoude uitbreiden. » IIoo zoor do goddelijke Zaligmaker deze oorhorstelling door de heilige Communie wenseht en verlangt, toont ons de levensgeschiedenis dor gezukzalige Margaretha Maria Alacoque. Eens verscheen Hij aan deze uitverkorene bruid zijns Harten en liet haar inzien hoe smartvol zijn van liefde brandend Hart door do ondankbaarheid, verachting, onoorbiedighedon en koudheid der monschon aangedaan wordt; daarna spoorde Hij haar aan al wat mogelijk was te doen om Hem hiervoor eenige voldoening te geven, vermits Hij zeide : " Verschaf gij ton minste Mij den troost, dat gij hunne ondankbaarheid, zooveel gij kunt, door |
|||||
|
HKT GODDELIJK HART VAN JEZUS. 81
|
|||||
|
eono oereboote herstelt. » Tevens verlangde Hij
van haar, dat zij tot herstelling van deze on dankbaarheid zoo dikwijls de II. Communie zou ontvangen als haar dit door de heilige gehoorzaamheid was toegelaten, en vooral op den eersten vrijdag der maand. Verders ver- zocht Hij haar dringend on den vrijdag die valt na hot Octaaf van II. Sacramentsdag, een feest- dag tor eere van zijn II. Hart in te stellen, waarop men inzonderheid door eene H. Com- munie en eene eereboete eenigszins zou voldoen voor do boloedigingen Hem aangedaan. Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus!
geef, dat ik U altijd meer en meer beminnel Onse Vader.— Weesgegroet. — lhgeloof in
God den Vader, ens |
|||||
|
82 HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||||||||
|
NEGEN EN TWINTIGSTE DAG.
|
|||||||||||
|
Het Apostolaat des Gebeds.
|
|||||||||||
|
E
|
|||||||||||
|
Ii is blijkbaar een tweevoudig apostelambt,
een dubbel apostolaat : oen apostolaat dat |
|||||||||||
|
> door do prediking, do uitdeeling der sa-
(jj^pcramenten on het bestier der Kerk vol- trokken wordt, on een ander dat tot doelwit heelt door middel van \'t gebed voor de behoef- ten der Kerk te bidden. Het eerste apostolaat kunnen alloen dogenen uitoefenen, die niet het kerkelijk loer-, priester- en herdersambt bolast zijn; hot tweede apostolaat, het apostelambt dos gebeds, wordt door allen bekleed, welke don arbeid der eerstgenoemde apostels door hunne gebeden ondersteunen, om over hun arbeid den zegen on de genadehulp van God af te smeeken. Tot dit tweede apostolaat zijn alle christenen door God geroepen en verplicht. O hoe troostvol en aanmoedigend is niet
voor eiken goeden Christen de gedachte : ik kan door mijn gebed aan de groote on heilige werking der Katholieke Kerk deel nemen en er toe bijdragen, dat de heidenen en ongeloovi- gen tot de kennis der waarheid geraken on do zondaren zich bekoelen; ik kan wel is waar niet in \'t openbare loven voor do zaak van God |
|||||||||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 83
|
|||||
|
optreden, ik kan niet \'t woord Gods verkon-
digen, ik kan niet als missionaris naar verre landen reizen, ik kan ook geone rijke aalmoe- zen geven, om den arbeid dor missionarissen te ondersteunen, ik kan echter bidden, dat God bekwame arbeiders in zij non wijngaard zonde, dut Hij de pogingen on moeiten der bisschoppon, priesters en ordcrsgeestelijkon ze- gone, dat Hij de aanrandingen dor goddeloozen en vijanden der Kerk te schande make enz. In den dag des laatsten oordeels zal het bekend gemaakt worden, hoeveel de wereld aan do geboden van zoovele vrome zielen te verdanken heeft, vermits zij niet zelden don straffonden arm Gods weerhouden hebben, gansche steden voor don ondergang behoedt, de zegenrijkste overwinning behaald en zoo op don loop der wereldgebeurtenissen een grooteren invloed gehad hebben, dan menige vorst on staatsman, welke door hunne lejormagten en staatskonnis do wereld meenden te regocron. Schietgebed. O liefderijk Hart van Jezus,
geef, dat ik U altijd moeren moer heniinne! Onze Viulcr.— Wees gegroet.—Ik geloof in
(Jod den Vader, en;. |
|||||
|
84 HET GODDELIJK HAKT VAX JEZUS.
|
||||||
|
DERTIGSTE DAG.
|
||||||
|
Eet Apostolaat des gebeds.
(Vervolg.) E voreeniging van hot apostolaat dos
gebeds is eeno oproeping tot allo christe- ncn om zich mot vernieuwden ijver aan hot gebed to wijden. Ten einde echter onze gebeden aan God welgevallig on krachtig mogen zijn, vordert dit broederschap, dat wij dezelve aan God opdragen in vereeniging met het goddelijk Hart vim Jezus. Christus, onzo Hoer, hooft gebod voor andoren geboden, en apostolaat des gebeds, als een hoofddoel van zijne /.onding op aarde aanzien; daarom be- steedde Hij van do 33 jaren, welke Hij op aarde, leofdo, slechts drie jaren tot zijn openbaar werken, \'t prediken en \'t veriel)ten van won- doren, terwijl hij 30 jaren in stilte en vorbor- gonheid doorbracht on zich alleen met bidden tot de verlossing der menschen bozig hield. Zelfs dikwijls gedurende zijn openbaar loven vinden wij Hom in do eenzaamheid biddend en ganscho nachten doorbrengend in tranen en in t gebed voor de zaligheid der zielen. En het- gcen Hij in «lc dagen zijner omzwerving op aarde gedaan hooft, dit gaat Hij voort te doen |
||||||
|
HET GODDELIJK H.UIT VAX JEZUS. 85
|
|||||
|
in zijno goheimnisvolle tegenwoordigheid in
hot H. Sacrament des altaars, waar Hij, dag en nacht in hot tabernakel verborgen, bidt en Zich tot heil der menschheid opoffert. Het van liefde tot do menschon brandende Hart van Jezus » leidt in hei allerheiligste sacrament een besten\' dig offerleven op het altaar, oon bestendig leven van gebed in \'t tabernakel. Daarom moeten wij dagelijks al onze geboden, werken en lijdon " aan God den Hoor opdragen in dezelfde meo- ning waarmode Jezus-Christus zijno geboden en zijn offer den hemelschen Vader opdraagt. In vorooniging mot hot goddelijk Hart van Jezus, waarin de hemolscho Vader zijn wolbe- hagen hoeft, zal ook ons zwak, ellendig en onwaardig gebed voor ons en onze medemen- schen aan God welgevallig, ja, alvermogend bij Hom zijn. DE veroeniging van hot apostolaat des go-
beds schrijft hare loden geen bijzonder werk voor on legt goeno zware verplichtingen 0]>; zij vordert alleen van hen dat zij dagelijks eenmaal hunne geboden, werken on lijden aan God opofferen mot en volgons do Intenties, waarvoor hot goddelijk Hart van Jezus zelf zonder ophouden bidt on zich ten offer brengt. Op zulk oone wijze maken zij al hun doen en laten, al hunne werkzaamheden en lijden tot gebed, en zoo kan elk goed werk, elk lijden- |
|||||
|
SÖ HKT GODDELIJK HAKT VAN\' JEZUS.
|
||||||
|
olkc versterving, elke staats- of beroepsplicht,
ja zelf eeno geoorloofde uitspanning een apos- tolisch werk en een middel worden, om voor do aangelegenheden der christenheid en voor hot heil der zielen te werken. Hoe zegenrijk moot bijgevolg niet een gebedsvereeniging zijn, waarin zich millioonon vrome christenen tot een heiligen band vereenigen om mot het II. Hart van Jezus don hemelschen Vader to bewegen, dat Hij Zich over de II. Kerk en haar opperhoofd, de heidenen, ongeloovigen en zon- daars, de onschuldigen en rechtvaardigen, do stervenden en de arme afgestorvene zielen, kortom over do geheele monschheid en in \'t bijzonder over de geheele christenheid er- barmo en elkeen datgene schonken moge, wat hij in zijn stand noodig hoeft om hot eeuwig leven to bekomen. Schietgebeden. O liefderijk Hart van Jezus!
geef, dat ik U altijd meer on moer beminno. Onsc Vader. — Wees ff eff roet. —Ih geloof in
God den Vader, en:.
|
||||||
|
•
|
||||||
|
GEBEDEN
Gedurende het H. Misoffer ter eere van Jezus
allerheiligst Hart. |
||||||
|
Voorbereidiugsgebed.
LMACHTIGE üo<l. hemelsche Vader ! ik
smook U om don II. Geest, opdat ik, , .—door Hom verlicht, mot aandacht bidde. \'dp O II. Geost ontstook mijn hart mot uwe heilige liefde tot het goddelijk Hart van Jezus, opdat ik hot zelvo door een godvruchtig gebed vereoro. Bid Gij zelf met mij, opdat mijn smeeken door do volken dringo on bij don troon van God verhooring vindo. Goedo meening.
O eeuwige Vader ! ik draag U hot allerhei-
ligsto Hart van uwen geliefdenZoon. Jozus- Christus, op, gelijk liet zich zelf aan uwe god- dolijke Majesteit in do II. Mis opgedragen hooft. Noem o mijn God, van mij en voor mg allo heilige verlangens on begeerten van mijn |
||||||
|
SS GEBEDEN ONDER DE H. MIS.
|
|||||
|
Verlosser aan: zij bohooron mij toe, want voor
mij hoeft Hij zich geofferd. Derhalve heb ik Hem mijn hart geschonken, on Hij heeft mij liet zijne gegeven; zij zijn ook do mijne, dewijl ik voortaan in mijn hart geen andoro verlan- gons on begeerten wil hebben dan de zijne. Neem ze dan aan, o hemelsche Vader; tot cono gedachtenis aan het leven, lijden en ster- ven van uw Eeniggeboren Zoon ; tot uwe hoogste eer, ter erkentenis uwer grenzelooze heerschappij on als oen olfer van lof on aan- bidding, welke U alleen toekomt; tor volkomen voldoening voor mijne zonden en die der gansche wereld ; tot dankzegging van allo ge- nade, welke mij en de mijnen noodig zijn, en inzonderheid voor die meoning, waarmede ik de H. Mis bijwoon en opdraag. Begin der H. Mis.
LATEX wij ons allen verheugen in don Hoer
bij de herinnering aan do liefde van Jezus allerheiligste Hart, waarover zich de Engelen verblijden en don Zoon Gods prijzen. Hoe lief- lijk zijn uwo woningen, o Heer dor heorscha- ren! Mijne ziel verlangt en verzucht naar de voorhoven des Hoeren. Eere zij den Vader, enz. |
|||||
|
HET GODDELIJK HAKT VAN JEZUS. 80
|
|||||
|
Bij het Kyrie Eleison.
HEMELSCHR Vader, ontferm ü over de
wei kon uwer handen ! — Hart van Jezus, heb medelijden met eene ziel. welke Gij tot zoo duren prijs gekocht hebt ! — Heilige Geost, wees het hart genadig, dat Gij tot uwe woning bereid en met uwe gaven vervuld hebt, Gloria iu excelsis.
HOE groot is ons geluk, o Jezus, daar Gij
zelf onder ons hebt willen wonen en ons in uw Hart oene schuilplaats bereiden. Gedoog, o Heer, dat wij onze dankbaarheid voor deze groote genade in den lofzang der Engelen uit- drukken en met hen zoggen : eere zij God in den hooge on vrede op aarde aan de mensehen, die van goeden wille zijn. Wij loven U. Wij prijzen U. W\\) aanbidden U. Wij verheerlijken U. Wij dankon U om uwe glorie. Heer God, Koning des Hemels, God Vader, Almachtige! Heer Jezus-Christus! Eeniggeboren Zoon ! Heer God, Lam Gods, dos Vaders Zoon ! Gij, die de zonden der wereld wegneemt, neem ons nederig gebod aan! Gij. die zetelt aan do rechter des Vaders, ontferm U onzer! Want Gij alleen zijt heilig! Gij alleen de Heer ! Gij alleen 0
|
|||||
|
90 GEBEDEN ONDER DE H. MIS.
|
||||||
|
do allerhoogste, Jezus-Christus, met den H.
Geest in de glorie van God den Vader. Amen. Gebed.
HEER Jezus, die door eene gansch bijzon-
dero weldaad in onzen tijd aan uwe Kerk de onuitsprekelijke schatten en rijkdommen uws Harten hebt willen openen, maak, dat wij de liefde van dit aanbiddenswaardig Hart door wederliefde vergelden endoor onzeeerbetuigin- gen alle smaad herstellen welke Hetzelve gole- den heeft en nog dagelijks van ondankbare menschen lijdt, Gij die leeft en hoorscht met den Vader en den H. Geest in alle eeuwigheid. Amen. Bij den Epistel en het Evangelie.
NADAT Jezus aan het kruis gestorven was,
doorboorde een soldaat met eene lans zijne heilige zijde en uit deze wonde vloeide bloed en water. Alleen daarom, zegt do H. Bernardus, werd Jezus door hot gruwzame wapen zijns vijands doorboord, wijl Het reeds vroeger door de gloeiendste liefde voor de zaligheid der menschen gewond was. — O beminnelijke wonde ! roept de H. Bonavontura uit, door u |
||||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. \'Jl
|
|||||
|
troed ik binnen tot in het heiligdom van Jezus
liefde. Zie! de poort des paradijzes is weder geopend : het zwaard, dat den toegang belette, is weggeruind door de lans, welke zulke ope- ning heeft mogen maken. O! ware ik in de plaats der lans geweest, ik hadde mij niet uit Jezus\' Zijde verwijderd ; ik hadde gezegd : Hier is mijne voordurende rustplaats : hier wil ik blijven, dit oord heb ik mij voor alle eeu- wigheid verkozen. — O dierbare wonde! O aan- biddenswaardige zijde. — O kostbaar bloed, mijne eeuwige hoop. Tot deze H. wonde wil ik gaan. om mij te verkwikken en den dorst naar geluk die mij verteert te stillen. — O Jezus ! ik heb het Hart gevonden dat met do grootste liefde vervuld is, het Hart dat mij ten overmato bemind heeft, het voor mij doorboorde Hart, dat immer openstaat om mij op te nemen; o Hart van den beste aller vaders. Hart van den teedorsten der herders, Hart van don trouw- sten der vrienden, dien ik verlangen kan. Vergun mij, o mijn Verlosser, dit Hart te nade- ron, opdat ik in\'t bloed dat uit Hetzelve stroomt gereinigd worde; laat mij deze haven des hoils binnengaan. — ü Jezus ! de liefde heeft mij uw Hart geopend, de liefde noodigt mij tot Hetzelve uit, de liefde zal mij in Hetzelve op- nemen, de liefde zal mij daarin bewaren togen de slagen dor goddelijke rechtvaardigheid. |
|||||
|
92 GEBEDEN ONDER DE H. MIS.
|
|||||
|
Daar wil ik leven, daar wil ik sterven, opdat ik
den kostbaren dood diergenen sterven kan, die in den Hoor ontslapen. Amen. Credo.
O allerheiligste Hart van Jezus ! ik offer
mij aan u op met het inzicht, dat mijn gansch wezen, mijn gansch leven, al mijne werken, al mijn lijden alleen gericht zij om u te beminnen en te verheerlijken nu en in de eeuwigheid. — O mocht mijn hart door uwe liefde verteerd worden ! Mocht ik slechts een hart hebben om U te beminnen, slechts een geest om U te aanbidden ! Maak, dat ik niets beninne dan U, in U on om U ! Ik verlang alleen U te gedenken, U te erkennen en U te beminnen. Mijne voeten zooken U alleen, mijne tong verkondige uwen lof, mijne oogen verhou- gon zich in uw aanschijn, mijne handen strek- kon alloen tot uwen dienst, opdat ik U gansch do eeuwigheid kunne beminnen. Amen. Offertorium.
HEMBLSCHE Vader! ik draagt! het Hart
van uw beminden Zoon op als oen offer van aanbidding voor uwe oneindige majesteit, als
|
|||||
|
tIKT GODDELIJK. HART VAN JEZUS. 93
|
|||||
|
oen dankoffer voor allo mij verleende weldaden,
als een zoeningsoffer voor al mijne zonden, als oen smeekoffer ton einde de mij noodzako- lijko genaden te bekomen, vooral de gonado der standvastigheid in het uitvoeren mijner voornemens. Neom het dan aan, o mijn God, ter vergoeding voor alles wat ik schuldig bon on wat mij ontbreekt. Want ik hob niets dat ik U als een olfer uwer waardig kan aanbieden, tenzij, Jezus, mijn Verlosser, dien Gij mij tot eigondom geschonken hebt. — O mijn Heer en mijn God! ik olfer U ook mijn hart met al zijne gevoelens. — Mijn God ! hoe groot, onoin- dig groot is niet uwe barmhartigheid jegens mij. — O God van oneindige majesteit; wio ben ik, dat Gij U gewaardigt hot offer mijns Halten aan to nemen ! Het spijt mij oneindig, dat ik het U offeren moot terwijl het mot zoo volo wondon bedekt, door zoo vele hartstoch- ten ontwijd, door zoo vele zonden bevlekt, in een staat, wolke U goliool onwaardig is. — Ik bied het U geheel on voor altijd aan. O liaddo ik de harten allor mensehen om zo u op to dragen! O bezat ik do liefde van allo Engelen on uitverkorenen, om zo U toe to wijden ! Nooin dan ten minste mijn arm hart aan, verander hot en maak hot. uwer waardig. — Neem, o Jezus! mijn hart on goof mij hot uwe; geef mij oon dankbaar hart voor zoo vele |
|||||
|
04 f,KI!KI)K.N ONDER DË H. MIS.
|
|||||
|
van Uontvangon weldaden, oen rouwmoedig
hart over mijne zonden, een trouw hart .jegens uwe genaden, een hart geheel overgegeven aan uw allcrheiligstcn wil. een hart bezield met uwe goddelijke liefde ; neem dit hart, o Jezus! en wannoor (Hj het eens in bezit zult genomen hebben, behoed het dan, bewaar het voor altijd en verberg hot in uw eigen Hart. Prefatie en Sanotus.
KOMT, gij alle schepselen en looft, met mij
liet liefderijkste Hart van Jezus.Looft, alle werken des Hoeren, het Hart van Jezus; zingt on verheft zijn lof in eeuwigheid. Looft, En- golen des Hoeren, het Hart van Jezus; looft, hemelen, hot Hart, van Jezus. Alle wateren, welke hoven den hemel zijn, looft het Hart van Jezus. Zon on maan, looft liet hart van Jezus. Sterren dos hemels, looft hot Hart van Jezus. Allo regen en dauw, looft, hot Hart van Jezus. Allo winden, looft het Hart van Jezus. Vuur en warmte, looft het Hart van Jezus. Dauw on rijp looft hot Hart, van Jezus. Koude en vorst, looft het Hart van Jezus. IJs en sneeuw, looft het. Hart van Jezus. Nachten en «lagen, looft hot Hart van Jezus. Licht on duisternis looft het Hart van Jezus. Bliksems en |
|||||
|
HKT GODDELIJK HART VAN JBZUS. 95
|
|||||
|
wolkon, looft hot Hart van Jezus. Borgen on
heuvels, looft hot Hart van Jezus. Waterbron, non, looft het Hart van Jezus. Allo gewassen dor aarde, looft het Hart van Jezus. Zeeën en rivieren, looft hot Hart van Jezus. Zoegedierten en al wat in do wateren zich beweegt, looft het Hart van Jezus. Allo vogelen dos hemels, looft het Hart van Jezus. De gehoele Kerk love hot Hart van Jezus, zij prijze en verheffe hot hoog in eeuwigheid. Gij priesters dos Heoron, looft het hart van Jezus ; gij dienaren des Hoo- ron looft het hart van Jezus. Geesten en zielen dor rechtvaardigen, looft hot Hart van Jezus. Heiligen on nederigen van harte, looft het Hart van Jezus. Het onbevlekte Hart van Maria, lone hot Hart van Jezus. Geloofd zijt Gij, aller- heiligste Hart van Jezus, van mij zolvcn, lof- waardig on verheerlijkt on hoog verheven in eeuwigheid. Dat het Hart van Jezus love on verheerlijkt
worde over don ganschon aardbodem ! Amen. Canon.
Obeminnenswaardigo Zaligmaker! ik smook
U, door uw goddelijk Hart, dat Gij mij tot oen veilig toevluchtsoord geopend hebt, wil wij zoo vast aan de heilige wonde uwer door |
|||||
|
00 GEBEDEN ONDER DR II. MIS.
|
|||||
|
boorde zijde drukken, dat ik mij niet meer
van do zelve scheide. Stel mij steeds in het bezit der hemelsche goederen, on verleen mij do aardsche goederen naar uw goddelijk wolbo- hagen. — Gedenk, o zoeto Jezus! hoe hot nooit gehooid word dat iemand, die tot uw allerheiligste Hart zijne toevlucht, nam on niot geholpen werd. Met hetzelfde vertrouwen be- zield, kom ik tot U, o goddelijk Hart, Koning aller harten! on zuchtend onder den last mijnor zonden, werp ik mij voor U neder, verstoot mijn arme bede niet maar neme het genadig aan en verhoor hetzelve. Toon dat Gij het Hart dos besten vaders zijt; on degene die tot onze zaligheid IT aan ons geschonken heeft, neme door uwe bemiddeling onze gebeden en eerbe- tuigingen aan. Memento der levenden.
OM wille van \'t lijden en don dood van uw
hominden Zoon, om wille van zijn uit liefde tot ons doorboorde Hart. gedenk, o aller- beste Vader, uwe heilige Kerk. welke uit Jezus Hart gesproten is; bescherm ze, heilig zo en verhoor ze als de bruid van uwen goddelijken Zoon — Gedenk ook, o Heer, mijne ouders on bloedverwanten, mijne vrienden en vijanden. |
|||||
|
HET GODDELIJK HART V.V.N JEZUS. 07
|
|||||
|
bescherm zo on laat zo door uwe genado op
don wog dor zaligheid voortgaan. O goddelijke Zaligmaker 1 verberg in do wonde uws II. Har- ton al degonon dio U aanhangen; vermoeder hun getal; versterk in hen het geloof, vorlo- vondig hunne hoop, onsteek in hunno harten hot vuur der liefde, opdat zij dooi\' hunne trouw L; schadeloosstellen voor do misdaden, waar- door degenen U bedroeven, die zoo ongelukkig zijn U niet te beminnen. Bij de Consecratie.
O Jezus, mijn oneindig beiuinnonswnnrdigo
Hoer en God ! dio uit liefde tot mij hebt. willen sterven en uw Hart laten doorboren om mij do onzichtbare wonde U door de liefde toe- gebracht te toonen, ik aanbid U, ik bemin U, ik verheerlijk U mot don Vader, don Zoon on den II. Geest, ik wonscli van ganschon harte, dat Gij door allo schepselen, op alle mogelijke wijze aanboden, bemind en geoord wordot, heden en in alle eeuwigheid. — Hcmolseho Vader! Zie neder op uwen veelgeliefden Zoon, dien ik U aan een lof-dank en zoenings offer opdraag. Ik bid on srneok U door zijne tranen, zijn zwoot on bloed, door do zuchten zijns H. Harten, heli medelijden met mij en al mijne |
|||||
|
98 GEBEDEN ONDER DE H. MIS.
|
|||||
|
medebroeders. Schonk ons de genade, om IJ
volkomen te beminnen nu en in alle oeu- wigheid. Amen. Memento derdoodon.
O barmhartige Vader! om wille van uw
teer beminden Zoon, heb medelijden met de zielen der afgestorvene geloovigen, bijzon- der met dogenen, die op narde oeno teedero godsvrucht aan Jezus II. Hart toedroegen. Schenk hun, in uwe oneindige godheid, ver- giffenis dor zonden on do eeuwige rust, opdat zij U, den Vader mot den Zoon on den H. Geest in den hemel gansch de eeuwigheid prijzon, loven en verheerlijken. Amen. Pater noster.
O God, Vader onzes Hoeren Jozus-Ohristus,
die uwen Kenigon Zoon gegeven hebt, om ons tot uwe kinderen te maken, laat U door de tranen en snieekingon van Jezus, die zich voor ons opoffert, bewogen en wees ons genadig en barmhartig. — O Jezus! uw goddelijke naam zij door allo redelijke schepsels gepre- zen on geheiligd; hot kostbare bloed, in uw bitter lijdon voor ons gevlooid, verwerve ons |
|||||
|
HET GODDELIJK HAKT VAN JEZUS. 99
|
|||||
|
do eeuwige zaligheid, waar wij mot eer on
glorie worden bekleed. — Hart van Jezus, Koning des hemels! ons tookome uw rijk, op zulk eene volkomone wijze, dat weldra geen hart meer op aarde gevonden worde, dat U niet geheel en al toebehoort. — o Jezus, die tot den dood dos kruises gehoorzaam waart! aan U onderworp ik on wijd ik mijn wil toe, uw wil geschiede en niet do mijne. Door uw bloedig angstzweet schonk mij, o Jez.us, deze genade. — O Jezus! maak mij waardig dikwijls in de H. Communie uw goddelijk lichaam, zoo vrecselijk verscheurd en mishandeld, te ontvangen. — O Jezus, toonbeeld van liet grootmoedigste geduld ! Gij die stervend voor uwe beulen gebeden hebt; maak mij zoo zacht- moedig en ootmoedig van harte, gelijk Gij hot geweest zijt. Uw kostbaar bloed, o Jezus ! zuL vore mijn hart van allo werken des doods, opdat ik den God van allo loven trouw kunne dienen. — O Jezus ! open mij uw Hart tot een veilig toevluchtsoord in allo bekoringen, opdat geen schepsel mij van uwe liefde schelde. — O Jezus ! hot water on bloed, uit Uw allerheiligste Hart gestroomd, diene om do zonden uit to wasschon, do zwakken te versterken, de kran- ken to genezen en ons tegen alle gevaren onzer zaligheid to vrijwaren. — O Jezus! verlos ons |
|||||
|
lÜO * GKBEDEN ON\'DKit DË H. MIS.
|
|||||
|
van allo rampen en noem ons op in don schoot
uwer oneindige liefde. Amen. Agnus Dei.
LAM Gods, dat wegneemt do zonden der
wereld, ontferm U onzer. Lam Gods, dat wegneemt do zonden der wereld, ontferm U onzer. Lam Gods, dat wegneemt de zonden dor wc-
reld, geel\' ons den vrede. Communie.
O Jezus, Koning aller harten ! stel U als
oen zegel op mijn hart en op mijnen arm ; op mijn hart. ton einde het voor al het aarseho te sluiten, en al zijne bewegingen, neigingen, gevoelens on gewaarwoordigen op U gericht te houden ; op mijnen arm, ten einde al mijne handelingen geen ander dool mogen hebben, dan uw goddelijk Hart te eoron en te boniinnen. — Mijne oogen on mijn hart blijven steeds gelicht op de wondo van uw II. Hart. — O Jezus, gooi\' mij van het levendige water, dat aan uw II. Hart ontspringt, opdat ik niet meer naar de vreugden der wereld dorstte. — Ik heb het Hart mijns Konings, mijns broeders, het |
|||||
|
HET GODDELIJK HART VAX JEZUS. 101
|
|||||||
|
Hart van Jezus, mijn besten en zoetsten vriend
gevonden, wat kan ik nog in den hemel of op aarde verlangen? — O allerzoetste Hart van Jezus ? blijf in mijn hart on geef mij de genade om U immer moor en moer te beminnen. Na de H. Communie. (")
Ziel van Christus, heilig mij ;
Lichaam van Chistus, maak mij zalig ; Kloed van Christus, maak mij dronken; Water van Christus zijde, wasch mij ; Lijden van Christus, versterk mij: O goede Jezus, verhoor mij ; In uwe Wonden verberg mij ; Laat niet toe, dat ik van U gescheiden worde ; Tegen den boozen vijand bescherm mij : In het uur van mijnen dood, roep mij ; |
|||||||
|
(\') Aflaat van 300 dagen [I\'lua ïx S) Janv. 1854) aan alle {te
loovigen, zoo DIKWERF zij dit irebed met een rouwmoedig hart bidden. Aflaat van 7 jaren aan alle priesters, die het zullen bid-
den, na de H. Mis gelezen te hebben, en aan de geloovigen, nadat zij te communie zijn geweest. Volle aflaat eenmaal in de maand aan degenen, die dit
gebed ten minste eenmaal gedurende den dag bidden, onder voorwaarden van te biechten, te communiceeren en een kerk ot\' openbare kapel te bezoeken, alwaar zij zullen bidden ter intentie van den H. Vader. |
|||||||
|
102 GEBEDEN ONDER DE H. MIS.
|
|||||
|
En laat mij tot U komen.
Opdat ik U mot uwe Heiligen love,
In de eeuwen der eeuwen. Amen.
Laatste gebed.
O Jezus! loer ons, die uw ootmoedig on
zachtmoedig Hart vereeren, de zachtmoo- digheid en nederigheid beoefenen, opdat wij al- zoo den vrede welken Gij ons beloofd hebt en de rust onzer zielen bekomen, Gij die God zijnde leeft en heerseht met don Vader en den II. Geest in alle eeuwigheid. Amen. Zegen.
LOK, eer on roem zij U, o Jezus, die, na
uwe discipelen gezegend te hebben, glo- rierijk ten hemel zijt govaren, waar Gij aan de rechter hand uws Vaders gezeten zijt; zogen ook ons heden, gelijk Gij in den laatston dag des oordeels uwe uitverkorenen zegenen zult. Amen. Laatste Evangelie.
ALMACHTIGE, eeuwige God, die in uwe
oneindige liefde uwen Keniggeboren Zoon tot middelaar tusschen U on de menschen go- |
|||||
|
HET GODDELIJK HART V.VX JEZUS. 103
|
|||||
|
steld hebt, neem genadig, wij bidden U, dit
aanbiddenswaardig offer aan. Laat niet toe, dat ik mij nogmaals van U scbeide. Zegen mij; geef mij de genade, om U in alles tot het einde mijns levens getrouw te dienen, en maak, dat ik na dit loven U met alle uitverkorenen eeuwig moge lonen en prijzen. Amen. |
|||||
|
&&\'6#$$#$$i&#\'&<S»e<$e^#<8\'$««&4&>«<&
|
|||||||
|
LITANIE
van het
GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||||
|
Hoor, ontferm U onzer!
Christus, ontferm U onzer! Heer, ontferm U onzer ! Christus, hoor ons !
Christus, verhoor ons !
Gort hemelsche Vader, ontferm ü onzer !
God Zoon. Verlosser dor wereld, ontferm U
onzer!
God 11. Goest, ontferm U onzer! H. Prevuldigheid. een God, ontferm U onzer! Hart vun Jezus, Zoon van den eeuwigen Vader, ontferm U onzer!
Hart van Jezus, Zoon van de Maagd en Moeder Maria,
Hart van Jezus, eigen on waardige woonplaats van den II. Goest,
Hart van Jezus, tempel van do allerheiligste Drievuldigheid,
Hart van Jezus, glorie en vreugd der Engelen, Hart van Jezus, oneindig in Majesteit, Hart van Jezus, voorwerp van alle liefde, ont- ferm U onzer ! |
|||||||
|
HET GODDELIJK BAKT VAN JEZUS. 105
|
|||||
|
Allerootmoedigste Hart van Jezus, ontferm U
onzer!
Allerzuiverste Hart van Jezus, Allorrninnolijksto Hart van Jezus, Hart van Jezus, vol van zogen on genade, Hart van Jezus, wollust van hemel en aarde, — Licht van geheel de wereld,
— Onoverwinnelijke sterkte tegen onze vijan-
den,
— Fontein van alle rechtvaardigheid,
— Oorsprong van goedheid en barmhartig-
heid,
— Vol medelijden en teederheid,
— Woonstode aller deugden,
— Waardig allen lof on oor,
— Aan wien allo aanbidding toekomt,
— Oneindige afgrond van allo homolscho
gaven,
— Fontein der springende wateren tot het
eeuwige loven,
— Verzoening onzer zonden,
— Troost van alle bedrukte harten,
— Hoop van die in U sterven,
— Ons loven en onze verrijzenis,
— Toevlucht van allo zondaren,
— Met bitterheid voor ons vervuld,
— Met versmaadheden voor ons verzadigd,
— Om onze boosheden doorwond, ontferm
U onzer! 7
|
|||||
|
IOC) HEI GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||
|
Hart van Jezus, voor onzo zaligheid gestorven
aan het kruis, ontferm U onzer ! — Met eeno lans doorstoken,
— Lovende, heilige en Godo behagende offe-
rando,
— Altaar, waarop alle Heiligen geofferd
worden, ontferm U onzer !
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, spaar ons, Jezus !
Lam Gods, dat wegneemt do zonden dor wo- reld, verhoor ons, Jezus !
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wo- reld, ontferm U onzer, Jezus !
f. O Koning der glorie, Gij zult nooit vcrsma- don.
k). Een boetvaardig en vernederd hart. |
|||||
|
BET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 107
|
|||||||
|
Gebed.
HEEKK Jezus, dio IJ gewaardigd hebt, do
onuitsprekelijke rijkdommen vanuwaller- heiligste Hart aan uwe Kerk to openbaren, vcr- leon ons, dat wij, do liefde van dit allerheiligste Hart mogen beantwoorden; en dat wij, door waardige dienstbewijzingen, vergoeden de ver- ongolijkingon, welke dat zelfde bedrukte Hart van do ondankbare menschen worden aange- daan, dio looft on heerscht niet God den Vader, in do eenheid dos II. Goostos, in allo eeuwen der eeuwen. Amen. |
|||||||
|
Eereboete aan het Allerheiligste Hart van Jezus.
MINNELIJKE en aanbiddelijko Jezus! mijn
Zaligmaker en mijn God! dio door oene vurige en wonderbare liofdo U zelven als slachtoffer in het hoogwaardig sacrament des Altaars gegeven hobt. Ach! welke smartelijke gevoelens moeten er in uw heilig Hart ont- staan, daar Gij in de harten van de moesten dor menschen niets vindt, dan versteendheid, vergetenheid, ondankbaarheid en verachting. Hot was U dar. niet genoeg don zoo moeilij- ken en pijnlijken weg verkozen te hebben, om |
|||||||
|
108 HET GODDKI.IJK HAKT VAN JEZUS.
|
|||||
|
onze zaligheid te bewerken] Het was U niet
genoeg, U overgegeven to hebben aan den zoo wreeden en angstvollon doodstrijd, veroorzaakt door do aanschouwing onzer zonden, wier last Gij op U genomen liadt! neen, Gij wildot daa- renboven U blootstellen aan do versmadingon, die door do boosheid der menschen, ja door do hel zelve uitgevonden worden. Mot een oot- moedig en droevig hart vraag ik duizend, en duizend maal vergeving voor al do versmadin- gen, die Gij op uwe heilige altaren ontvangen hebt. Ach 1 ware het mij gegeven, om met mijne tranon te bevochtigen en met mijn bloed af to wasschon al do plaatsen, waar uw minnelijk Hart versmaad is geworden en waar men uwe liefde mot verachting hoeft beloond! Ach! kondo ik door eeno nieuwe soort van dionstbo- wijzing en vernedering alle beiligschendingen on onteeringon herstellen! Mochto ik moester zijn van al do harten dor menschen, om ze U op te offeren en op deze wijze oonigszins hunne vergetenheid on gevoelloosheid to vergoeden, daar zij U niot hebben willen kennen, of gekend hebbende, U geeno of zeer weinige liefde heb- ben toegedragen. Maar, o minnelijke Jezus ! hetgeen mijbovon-
al met schaamte bedekt on zeer vernedert, is dat ik onder hot getal van die ondankbaren ben. Ach ! hoo durf ik nog voor U verschijnen i |
|||||
|
HET GODDELIJK. HAKT VAN JEZUS. 109
|
|||||
|
mijne oogen tot U verheffen! mijnen mond
voor U openen? Maar, liefderijke Verlosser! Gij ziet het binnenste van mijn hart. Gij kent de droefheid, die ik over mijne ondankbaarheid gevoel, en nimmer zult Gij een rouwmoedig hart versmaden, Gij zijt niet gekomen om den zondaar to veroordeelon, maar om hom zalig te maken. Vol van dit vertrouwen, zijn wij voor don troon uwer genade nedorgobogen en smee- kon U ootmoedig, niet op onze strafwaardig- heid, maar op uwe eindelooze barmhartigheid neder te zien, opdat uw dierbaar bloed, de prijs van onze zielen, voor niemand van ons verloren ga. Ach! minnelijk Hart van Jezus! geef, dat wij, door do levendige overdenking van uwe teodere liefde jegens ons, onze ondankbaarheid voor eeuwig verfooien on regtzinnig besluiten, om van dit oogenblik af, een hart van dank- baarhoid en wederliefde al de dagen van ons leven U toe te wijden, voor U alleen te leven, te lijden en te strijden, opdat wij eens het ge- noegen mogen smaken, om met de gelukzaligen in den hemel U voor eeuwig te loven en te dan- ken, Amen. |
|||||
|
110 HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
||||||
|
Rozenkrans ter eere van Jezus\' allerheiligste Hart. (*)
f. God! wees opmerkzaam op mijne hulp.
u). Heer, haast U, mij te helpen.\' I
O mijn liefdevolle Jezus, indien ik uw aller-
heiligsto Hart beschouw en zie, hoe Het vol liofde en zoetheid jegens do zondaars is, dan wordt mijn hart met vreugde vervuld en hoop ik inet het grootste vertrouwen, dat Uij ook mij genadig zult opnemen. Ach, hoevolo zonden hol) ik niet bedreven ! Edoch, even als Petrus en Magdalena, beween on verafschuw ik de- zclve, wijl ik U, hot hoogste Goed, daardoor beloodigd heb. O schonk ook aan mij vergeving al mijner zonden! Mocht ik veeleer sterven, dan nogmaals U te bolecdigon, dit vraag ik U, o Heer door uw allerheiligste Hart! Moet ik echter nog langer leven, zoo wil ik slechts loven om door mijne liefde aan de uwc te beantwoor- den. |
||||||
|
* Aflaat van 300 dagen eiken keel\'.
Volle aflaat eens in de maand voor hen, die dezen Rozen-
krans bidden, indien zij na gebiecht en gecommuniceerd te hebben, de gewone gebeden verrichten- Deze aflaat is toevoeglijk aan de zielen in \'t vagevuur. |
||||||
|
111
|
|||||||
|
HET GODDELIJK H.VKT VAN JEZUS.
|
|||||||
|
Onze Vader, en vijfmaal : Glorie zij den
Vader, enz. ter eero van Jezus goddelijk Hart. Allerheiligste Hart van mijn Jezus! geof, dat ik U meer en meer beminne ! II
Ik prijs, o mijn Jezus, uw allerootmoedigste
Hart en dank U, dat Gij mij Hetzelve tot toon- beeld hebt gegeven, en niet alleen mij dringend aanspoort Hetzelve na te volgen, maar ook door uwe giooto vernederingen mij den weg hiertoe hebt willen aantoonon on bereiden. O hoe verblind on ondankbaar bon ik tot hiertoe geweest! O hoever bon ik van dezen weg afgo- dwaald ! Ach, vergeef het mij. Geen hoogmoed, geen eerzucht moer ! Ik wil van stonde af met oen ootmoedig hart U te midden van allo ver- noderingen navolgen, om don vrede en de za- lighoid te bekomen. Goef mij daartoe kracht en en sterkte, en eeuwig zal ik uw allerheiligste Hart loven on prijzen. Onze Vader en vijfinaal : Glorie zij den Va-
der, enz. Zoet Hart van mijn Jezus! goef, dat ik U
moer on meer beminne! III
Ik bewonder, o mijn Jezus, uw alleryedul-
dir/ste Hart en dank U voor do menigvuldige |
|||||||
|
112 HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||
|
wonderbare voorbeelden van onoverwinnelijk
geduld ; welke Gij ons gegeven hebt. Het smart mij, dat deze voorbeelden mij tot heden wegens mijne teergevoeligheid, welke niet het kleinste ongemak verdragen kan, vruchteloos zijn go- weest. Ach, lieve Jezus stort in mijn hart eene gloeiende en bestendige liefde tot kruis en lijden, tot boete en zelfverloochening, opdat ik U, op den kalvarieberg volgend, met U tot heerlijkheid en vreugde des hemels moge go" raken. Onze Vader en vijfmaal : Glorie zij den
Vader, enj. Zoet Hart van mijn Jezus, enz.
IV.
Bij \'t aanschouwen van uw Allerzachtmoe-
dii/ste Hart, o mijn Jezus, ben ik beschaamd, diit mijn hart zoo zoor van hot uwe verschilt. Een woord, oen gebaar, de schijn ooner beloodi- ging is voldoende om mij te kwetsen en in kla- gon on jammerkreten los te breken. O vergeef mij deze oploopenheid, on schenk mij de genade, om voortaan in allo wederwaardigheden uwe onverstoorbare zachtmoedigheid na te volgen en alzoo een onafgebroken heiligen vrede te genieten. Onze Vader en Vijfmaal : Glorie zij den
Vader, enz. |
|||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 113
|
|||||
|
V.
O Jezus, geloofd en verheerlijkt zij uw groot-
moedig Hart dat dood en hel overwonnen heeft on deze en allo lof ovorwaardig is ! Ik ben echter meer dan iemand beschaamd, wanneer ik zie, hoe mijn hart daarentegen zoo klein- moedig is en voor elk gedrocht bevreesd is zelfs door een onbeduidend woord onsteld wordt. Dit zal echter niet langer meer blijven duren. Ik smeek U dringend, wil mij moed en sterkte geven, opdat ik met U hier op aarde strijdend en zegevierend met U ook in don hemel moge zegepralen. Onze Vader en vijfmaal : Glorie zij den
Vader enz. Zoet Hart van mijn Jezus, enz.
Wenden xrij ons thans ook tot de H. Maagd
Maria, en, ons op nieuw aan haren dienst toewijdende, zeggen wij met vertrouwen op haar Moederhart : Ik bid U, o vermogende Moedor dos Heeren
en mijne moedor Maria, verwerf mij, door de verdiensten van uw allerzoetste Hart, eene ware godsvrucht tot het allerheiligste Hart van Jezus, uwen goddelijken Zoon, opdat ik mot al mijne gedachten en gevoelens in dit Hart verborgen, al mijne plichten steeds zorgvuldig |
|||||
|
114 HKT GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||
|
waarneme, door inzonderheid dezon dag Jezus
vurig te beminnen on ijverig to dioncn. V. O Hart van Jezus, brandend van liefde
tot ons. 1$. Ontvlam onze harten van liefde tot U.
Gebsd.
VERLEEN, bidden wij U, o Heer, dat do
II. Geest ons mot dat vuur ontvlamme, hetwelk Jozus-Christus uit de diepte zijns Harten genomen on over do aarde uitgestort heeft, en dat, volgens zijn verlangen mot groote kracht moot branden. Hij, dio met U leeft en regeert in alle eeuwigheid. Amen. Smeekgebed tot het H. Hart van Jezus.
(Telkens 200 doffen a/laat.) MET don diepstcn eerbied aanbid ik IJ, o
mijn Ood en mijn Verlosser. Jezus-Chris- tus, waarachtig God en mensen hier verbor- gen in het allerheiligste sacrament dos Altaars ! Ik aanbid on bomin U uit ganscher harte tot vergoeding voor allo oneorbiedigheden, veron- golijkingen en ontheiligingen, welke ik zelf ongelukkiger wijze tot heden jegens IJ begaan |
|||||
|
HET GODDELIJK HAKT VAN JEZUS. 115
|
|||||
|
heb on voor dio, welke l" thans aangedaan wor-
den en, hetgeen God verhoede, voor die waar- door Gij nog zoudet kunnen bclcedigd worden. Ik aanbid U derhalve, o mijn God. wel is waar niet, zoo als Gij hot verdiend en ik hot zou moeten doon, maar toch zooveel het mij moge- lijk is, vurig verlangend dit met dezo \\olmaakt- heid to kunnen doen, waartoe allo redelijke schepsels bekwaam zijn. Ik maak aldus het voornomen U heden en altijd to aanbidden, niet alleen in de plaats van al die katholieken, dio U hunne aanbidding on Heide weigeren, maar ook tot vergoeding en voor do bekeering van allo ketters, schicsmatieken, godloochc- naars, godslasteraars en slaven van Satan, voor allo Turken, Joden on Heidenen. Ach, inochtet Gij, o mijn Jezus, door allen gekend, aanboden, bemind en voortdurend met dank- baarheid vereerd worden in het allerheiligste en goddelijk Sacrament, Ik aanbid U ieder oogonblik, o brood van
\'t hemelseh loven, o allerhoiligto Sacrament. Goddelijke Jezus, Hart van Maria zogen mij,
ik bid U. Ik geef U mijn hart, o mijn Jezus, o mijn
Zaligmaker. Gebed tot het allerheiligste Hart van Jezus.
(Eenmaal daags 100 dayen a/laat.) ZIE, o mijn liefdevolle Jezus, tot hoever
de ovennaat uwer liefde zich uitgestrekt |
|||||
|
11G HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||
|
hooft! Gij hebt mij mot uw vleesch on uw kost-
baar bloed eono goddelijke spijs bereid, om U geheel aan mij te sehenkon. Wat lieert U tot zulke overmaat van liefde aangespoord? A\'oor- zeker niets anders dan uw liefderijk Hart. O aanbiddenswaardig Hart van mijn .Jezus, vuur- oven dor goddelijke liefde, neem inijne ziol in uwe heilige wonde op, opdat ik in deze school dor liolde loeren moge dion God te beminnen, dio mij zoo wonderbare blijken zijner liefde heeft gegeven. Opdracht aan Jezus\' allerheiligste Hart.
{Dagelijks 100 dagen aflaat.) O mijn beminnenswaardige Jezus, tot be-
wijs mijner dankbaarheid en tot herstel- Ilng van mijn veelvuldige ontrouw schenk ik N. N. U mijn hart; ik wijd mij geheel aan U toe, en maak, door uwe genade geholpen, het vaste voornenion U in do toekomst niet meer te beleedigen. Gebsd tot Jezus\' H. Hart voor de stervenden.
(Telkens 100 dagen aflaat en volle aflaat voor hen die het driemaal daags op verschillende tijden bidden mits men er bij voetje : Cor Jesu in agona factum, miserere morientium. (Pius IX, 2 febr. 1850.) Oallerbarmhartigste Jezus, minnaar dei-
zielen, ik smeek U door den doodstrijd |
|||||
|
hkt 60doei.uk hart van jezus. 117
|
|||||||
|
van uw allerheiligste Hart on door do smarten
uwer onbevlekte Moedor, reinig in uw H. I?lood de zondaren der gohcele wereld, dio nu in doodstrijd zijn en hedon nog zullen sterven. Amen.
|
|||||||
|
Gebed om de liefde tot het H. Hart van Jezus te
bekomen. (naar den II. Alphonsus van Legnorio)
O mijn beminnelijke Verlosser! haddo mij
de eeuwige Vader wol kunnen bevelen oen waardiger voorwerp te beminnen dan Gij ! Gij zijt do schoonheid dos hemels, Gij zijt do beminde Zoon uws Vaders; in uw Hart bovin- don zich allo deugden. O beminnelijk Hart van mijn Jezus! Gij verdient toch zoo zoor do liefde aller harten. Arm on ongelukkig is het hart. dat U niet bemint. O mijn God ! zoo dik- wijls mijn hart U niet beminde, was mijn Hart steeds ongelukkig. Edoch in de toekomst wil ik dit ongeluk niet meor ondervinden. Ik be- min U, o mijn Jezus, on wil U steeds beminnen. O mijn zoete Heiland, laat dit toch toe ! Gij, mijn God, mint mij, en ik, ellendige zondaar, dien Gij zoo innig bemint, zoude ik U niet be- Jninnen? O gij heilige vlammen, die in het |
|||||||
|
118 HKT GODDELIJK HARÏ V.VN JKZÜS.
|
|||||||
|
minnende Hart van mijn Jezus brandt, komt, on
on steekt ook in mijn arm hart liet goddelijke en heilige vuur, dat Jezus van uit ilon hemel op aarde bracht om hot te ontsteken. Vernietig on ruk uit mijn hart allo onzuivere neigingen, welke het beletten geheel mijnon God aante han- gen. Maak, o mijn God, dat ik alleen leve om U te beminnen. Indien ik U ook al een tijd ver- acht hoh, weet dan heden dat Gij hot oenigo voorwerp mijner gotrouwste liefde zijt. Ik bemin U en wil niets anders dan U alleen beminnen O mijn beminnelijke Hoor! versmaad dan do liefde oens harten niet, dat U een tijd lang bo- droofd hooft. Moge het tot uwe verheerlijking strekken, wannoor do Engelen zien, dat een hart hetwelk zich zoo dikwijls van U gescheiden en U boleedigd heeft, nu van liefde tot U glooit. O allerheiligste Maagd Maria, ook Gij zijt mijne hoop! sta mij derhalve bij en smeek uwen Jezus, dat Hij mij tot zijn kind wille aan- ],omen. Amen. |
|||||||
|
Gebed tot vereeniging met het allerheiligste
Hart van Jezus. (Naar den II. Alphonsus tan Liguorio).
O mijn Jezus! Gij hebt niet geweigerd voor
mij uw bloed on uw leven ton beste te |
|||||||
|
BET GODDELIJK HAKT V.Y\\ JKZLS. 119
|
|||||
|
geven on ik zoude weigeren U mijn ellendig
hart te schenken? Neen, mijn beminde Zalig- maker, ik schenk hot U geheel en al, ik stol mijn wil in uwe handen; neem ze genadig aan en beschik er over naar uw welgevallen. Ik bezit niets, ik vermag niet hot geringste; maar ik bezit het hart dat Gij mij geschonken hebt on mij niemand ontnomen kan; men kan mij van goed, en leven beroovon, doch niet van mijn hart. Met dit hart kan on wil ik U be- minnen. Leer Gij mij, o mijn God, do vol- maakte verloochening van mij zelvon; toon mij wat ik doon moot om uwe liefde te verkrijgen, want uwe goedheid heelt mij het verlangen daartoe ingestort. Zie, ik bon besloten U to behagen; maar om dit met de daad to doen blijken heb ik uwe genade noodig en hoop uwe hulli to bekomen. Van U alleen, o minnend Hart van Jezus, hangt hot af, of mijn arm hart, dat voorheen zoo ondankbaar jegens U geweest is en door eigen schuld van uwe genade be- roofd was, in \'t vervolg U geheel zal aanhangen. Maak, o mijn Heiland, dat mijn hart van liefde tot U brando, gelijk uw Hart van liefde tot mij gloeide. Maak, dat mijn wil geheel mot 11 w heiligen wil vorcenigd zij, zoo dat ik in \'t vervolg niets begoere dan hetgeen Gij zelf wilt, en dat van heden af uw wil hot richtsnoer *an al mijne handelingen, van al mijn gedach- |
|||||
|
120 HET GODDELIJK HART VAN JËZl\'S.
|
|||||||
|
ten on begeerten zij. Ik hoop, o mijn Verlosser,
dat Gij mij do genade niet zult weigeren, om het voornomen ton uitvoer te brongen. dat ik heden aan uwe voeten gemaakt heb : Zie, ik neem met vreugde aan al hot goen wat Gij mij zult overzenden, zoo leven als dood. O allerhei- ligste on onbevlekte Maagd Maria! uw Hart was steeds in alles mot Jozus\' Hart veroonigd ; o mijne beminde Moedor, verwerf mij de ge- nado om in \'t vervolg niets anders te willen en te verlangen, dan hetgeen Gij en mijn Jezus van mij verlangt. |
|||||||
|
Gebed tot Jezus\' goddelijk Hart voorde bekeering
der zondaars. O mijn Heer en mijn Verlosser, Jezus-
Christus, ik bid en smeek U niet alleen om voor mijn hart do genaden to bekomen welke uit uw goddelijk Hart vloeien, maar ik beveel ook aan uwo oneindige barmhartigheid allo zondaren, dio Gij door uw kostbaar bloed tot zulk oen hoogon prijs hebt vrijgekocht. Laat zo allen naderen tot uw Hart, tot deze bron, ja tot deze zee uwer oneindige liefde, opdat zij in Hetzelve van alle vlek gereinigd worden en zij U, als hun zoetsten bruidegom hunner liefde, van heden af on altijd beminnen mogon. |
|||||||
|
HKÏ GODDELIJK HAKT VAN JEZUS. 121
|
||||||||||
|
Schenk aan allen en ook aan mij zolven hot
zalige loven in uw Hart. Amen. |
||||||||||
|
Memorare van Jezns\' H. Hart.
GEDENK, o allerbeste Jezus, hoe het nooit
gehoord is, dat iemand, die tot uw H. Hart zijne toevlucht nam uwe hulp aanriep of om uwe barmhartigheid smeekte, verstooten is geworden. Met hetzelfde vertrouwen bezield, o Heer, Koning aller harten, kom ik ollonde- ling tot U en onder den last mijner zonden zuchtend, worp ik mij voor uwe voeten eerbio- dig neder. O allerheiligste Hart versmaad mijne zwakke bode niet, maar aanhoor en verhoor dezelve genadig. O zoet, o milddadig en mede- lijdend Hart van Jezus ! |
||||||||||
|
Gebeden tot Jezus H. Hart, om de genade der
zuiverheid. (naar den Eervo. P. Franco S. J.)
BEMINNELIJK Hart van Jezus! Uit liefde
tot U heb ik besloten heden in geone en- kele booze gedachte toe te stemmen. Mijn |
||||||||||
|
8
|
||||||||||
|
122 HKT GODDKI.IJK HAKT VAX JEZUS.
|
|||||||
|
lieve Jezus, help mij alle kwade gedachten
haten en verfoeien ! Glorie zij den Vader, en\\.
Beminnelijk Hart van Jezus! Uit liefde tot
U heb ik besloten heden geen enkel onbetame- lijk woord te spreken. Mijn lieve Jezus, reinig mijne tong! Glorie zij den Vader, enz.
Beminnelijk Hart van Jezus ! Uit liefde tot
U heb ik besloten mij lieden geen enkele onbe- tameiijke handeling te veroorloven on elke gelegenheid tot zonde met do meeste zorg te vluchten. Mijn lieve Jezus, schenk mij de go- naile dor zuiverheid, en maak, dat ik in al mijn doen on laten uw heilig Hart steeds moge welgevallig zijn ! Glorie zij den Vader, enz.
|
|||||||
|
Wend U thans tot de H. Maagd Maria om hare hulp
te verzoeken. ZEGEN mij, o Dochter van den eeuwigen
Vader, en laat niet toe, dat ik mijn God ooit door eeno enkele gedachte beleodigo\' Ze- gen mij, o Moeder dos Eeuwigen Woords, en duld niet, dat ik mijn God ooit door één enkel woord vergramme! Zegen mij. o Bruid van den H. Geest, on laat niet toe, dat ik mijn |
|||||||
|
HET GODDELIJK HAKT V.VX JEZUS. 123
|
|||||||
|
God ooit door cenig werk of oenige vorzni-
menis beleodige, maar maak veeleer, dat ik Hein van ganscher harte beminne! O milde, barmhartige, liefderijke Maagd Maria! wees steeds mijne hulp en mijn bijstand, want na (Jod, o liefdevolle Moeder, is al mijn vertrou- won op u gevestigd ! Verzuchting tot Maria in de bekoringen.
(Telkens 40 doffen aflaat.) Mijne Meesteresse, o mijne Moeder, ge-
denk dat ik de uwe ben! Behoed mij, vor- dedig mij als uw goed en uw eigendom. |
|||||||
|
Toeheiliging van zich zelven aan het H. Hart van
Jezus. AAXBIDDKLIJK Hart van mijn goddolij-
ken Verlosser! Voor de onbegrijpelijke liefde, welke O ij den mensehen en mij in het bijzonder toedraag!; voor het dierbaar bloed, hetwelk (Jij voor mijne zaligheid hebt vergoten ; voor al deze weldaden wijd ik U heden toe al wat. ik ben, en al wat ik bezit : mijne ziel en hare krachten, verstand, geheugen en wil ; mijn lichaam en zijne zintuigen; mijne gedaeh- |
|||||||
|
124 HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||||||
|
ton. woorden en werken ; mijn lijden en mijn
strijden, on bovenal mijn hart. met allo zijne gevoelens en gewaarwordingen. Ontvang dit, O goddelijk Hart van Jezus! Zuiver, heilig en onsteek het door het blakend vuur uwer liefde. Amen, |
|||||||||
|
Verzuchtingen tot het fl. Hart van Jezns.
HEILIG Hart van Jezus! brandende van
liefde tot ons, ontsteek ons hart door liefde tot U. Minnelijk Hart van Jezus! be- droefd tot den dood op het zien mijner zonden, geef mij een nederig on vermorzeld hart. Jezus, zachtmoedig en volmoedig van Harte,
scheuk mij uwe genade, om hierin uw voor- beeld te volgen en langs dozen weg de rust van mijn geweten te vinden. |
|||||||||
|
Opdracht aan het H. Hart van Jezus.
(Naar de Gelukzalige Maria Margaretha
Alacoqite). IK X. N. geef en wijd aan het Allerheiligste
Hart van onzon Heer Jozus-Christus geheel mijn persoon en mijn leven, mijne handelingen. moeilijkheden en lijden, om in de toekomst |
|||||||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 125
|
|||||
|
mij geheel mot zijne liefde en zijne verheerlij-
king bezig te houden. Het is mijn vast en onherroepelijk besluit, om aan Jezus\' Hart geheel toe te behooron, alles uit liefde tot Het- zelve te verrichten, en uit mijn hart alles te verbannen wat aan dit goddelijk Hart zou kunnen mishagen. Derhalve verkies ik U, o allerheiligste Hart, tot eenig voorworp rmjner liefde, tot beschermer mijns levens, tot waar. borg mijner zaligheid, tot steun mijnor zwak- hoid en tot horstelling van al do misslagen mijns ganschon levens. O hart vol mildheid on goedheid, wees Gij mijno zekere schuilplaats in do ure van mijnon dood; wees Gij mijne regtvaardiging bij God, en wend van mij af de straffen zijnor rechtvaardige gramschap. O Hart vol liefde! op U stol ik al mijn ver- trouwen; van mijne boosheid vrees ik alles, doch van uwe goedheid hoop ik alles. Vernietig dan in mij alles, wat u mishagen of weor- strevon kan; moge uwe reine liefde zich zoo diep in mijn hart prenten, dat ik nooit moor vorgoto on nimmer van U kunne gescheiden worde. Goddelijk Hart, ik smeek U door uwe oneindige goedheid, dat mijn naam diep in uw Hart zij gegrift; want in uw dienst wil ik lovon on sterven. Amen. |
|||||
|
120* HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||
|
Schietgebeden tot het H. Hart van Jezus.
1. Overal worde Jezus\' II. Hart bemind.
(100 dagen aflaat.) 2. Jezus, zachtmoedig en volmoodig van
Harte, maak mijn hart gelijkvormig aan hot Uwe {Telkens 300 dagen aflaat.) 3. Ik aanbid u ton allen stonde.
O levend brood des homels. verheven Sacra-
ment. Jezus, en Gij, Hart van Maria,
Ik bid U mijne ziel te zegenen,
Aan U geef ik mijn hart,
Allerheiligste Jezus, mijn Verlosser.
(200 dagen aflaat, indien men er bij voegt
\'t gebed pag. 114.,) |
|||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 127
|
|||||||
|
8. Allerzoetste Jezus! wees mij niet een
Rechter, maar Zaligmaker. (50 dagen aflaat.) 9. Mijn Jezus, barmhartigheid! ("100 dagen
aflaat.) 10. Geloofd zij Jezus en Maria! Nu en altijd.
(50 dagen afl. Pias IX. 20 sept. 18G4.J |
|||||||
|
NOVENE
of
Negendaagsche oefening ter voorbereiding tot het
Feest van Jezns \'Heilig Hart. DEZE Novene kan ook, naar verkiezing,
op andere tijden gehouden worden. Rij uw ontwaken verheft uw hart tot hot goddelijk Hart van Jezus, en hegroet Hetzelve mot deze lofspreuk : Gekend, bemind, geloofd en gohonedijd, geëerd on verheerlijkt zij ten allen tijde en overal hot goddelijk Hart van Jezus on het onbevlekte Hart van Maria. — Horeid u dan niet do H. Honaventura drie woonplaatsen, oone in de wonde van Jezus\' hei- lige handen, ton einde mot ijver alles tot zijne meerdere oor te doen ; cone andere in de won- den zijner heilige voeten door voortdurende beoefening der ootmoedigheid; eene derde |
|||||||
|
128 HET GODDELIJK HAKT VAN JEZUS.
|
|||||
|
eindelijk in <lo wonde zijns II. Harten door
de toedorste, innigste en vurigste liefde tot zijn beminnend Hart. — Eiken morgen moot gij eene dor volgende
beschouwingen, op Jezus\' II. Hart betrekking hebbende, mot aandacht lezen en overwegen, ten einde er in don loop van den dag te kun- nen aan denken on daarnaar handelen. De verzuchting, waarmede elke overweging ein- digt, moet zij dikwijls in don dag herhalen. ^\'oon eiken dag, indien het mogelijk is, de
de II. Mis bij en maak dan gebruikvan do gebo- don, dor H. Mis welke in dit werkje voorkomen. Hiong een bezoek aan het allerheiligste Sa-
crament gedurende don dag on loos dan eenigo gebeden tot dit einde het best geschikt, zooals de litanie van Jezus II. Hart; akte van eerhors- tolling. akte van toewijding, onz. Be vlij tig u de deugden van Josus\' H. Hart
na to volgen, vooral diegene, welke voor eiken dag dor novene aangegeven is. Hij uw morgen en avondgebed voeg een
gebed tot het goddelijk Hart van Jezus. Tracht ton minste eenmaal binnen deze negen
dagen uwo zonden to biechten on tot de H. Ka- pel to naderen. |
|||||
|
HKT OOUtiKUJK HART VAN JEZUS. 12\'.I
|
|||||
|
EERSTE DAO.
Het beminnenswaardige Hart van Jezus. OVERWEGING. Het is niet mogelijk een
beminnenswaardiger hart to ontmoeten dan Jezus\' H. Hart. Ken Hart zoo zuiver, zoo heilig, zoo vol liefde tot God en tot ons, zoo nederig, zoo vriendelijk, zoo vroom, zoo zacht- moedig, een Hart dat de godheid, den oorsprong van alle schoonheid en beminnenswaardigheid in zich bevat en met alle deugden versieril is. Ach, hoe weinig wordt Het niet bemin 1 ! De liefde wordt niet bemind! De liefde wordt niet door wederliefde vergolden ! Oefening. Bid ter eoro van hot beminnens-
waardige Hart van Jezus negen maal hot Onze Vader en Wees gegroet,telkens er bij voegende : O zoet Hart van Jezus, Gij zetel van alle deug- den, van alle schoonheid en beminnenswaar- dii/heid, ik bemin U.\' Maalt, (lat mijn hart slechts hloppe om U te beminnen ! Verzuchting, 0 allerheiligste Hart van Je-
zus. Gij zetel der majesteit en heerlijkheid Gods, ik aanbid L, ik tjeloof in V, ik koojj in L\', ik bemin U. |
|||||
|
130 HKT GODDELIJK HART VAN JEZUS.
---,----------------------------------------------------
Opdracht.
INNIG dankbaar, en mijne ongetrouwlio<lon
willende herstellen, schenk ik N. N-. U mijn hart en wijd mij geheel aan U toe, o beminne- lijko Jezus, en met uwe hulp neem ik mij voor niet meer te zondigen. TWEKDE DAG.
Het liefdevolle Hart van Jezus.
OVERWEGING. Wie kan de liefde begrijpen
waarvan Jezus\' Hart voor ons brandt! Uit liefde tot ons mensch geworden, verkoos Hij een smaartvol leven en den dood dos kruizes ten einde ons zijne oneindige liefde te toonen. Ilij beminde ons meer dan zijne oor, zijne rust en zijn loven, dewijl Hij dit alles voor ons ten beste gaf. En daar de ware liefde zich vooral kenmerkt door eon vurig verlangen om steeds bij haar beminde te zijn, zoo verrichtte Ilij het grootste wonder in do instelling van het aller- heiligste Sacrament dos altaars, ten einde steeds bij ons te blijven! O grenzelooze liefde van onzen goddelijken Moester! OEFENING. Dank den Heer voor do liefde aan
ons bewezen. Schenk Hem uw hart en toon |
||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 131
|
|||||||
|
uwe liefde dooi\' werken, met nlle lijden, mooi-
1 ijkheid, verachting gaarne te verdragon en Hom ook vrijwillige verstervingen op te ofi\'o- ren. — Bid negenmaal hot Onze Vader on Wees gegroet ter cero van Jezus minnende Hart niet deze woorden eindigende : O liefdevol Hart van Jezus, Hart dat van liefde voor ons brandt en ons tot den dood des.hruizes bemind, hebt, U zij lof en dank in eeuwigheid ! Maak, dut wij U steeds meer en meer beminnen. Verzuchting. O zoet Hart van Jezus, dat ons
zoozeer bemint.\' maak, dat ioij U steeds meer en. meer beminnen! Opdracht. Innig dankbaar, enz.
|
|||||||
|
DERDE DAG.
Het naar liefde zuchtende Hart van Jezus.
Overdenking. Liefde zoekt wederliefde.\' Wat
verlangt liet goddelijk Hart van Jezus voor do aan ons bowezene liefde, zoo niet onze weder- liofde; niet alsof dit Hart onze-liefde noodig had, maar alleen om ons gelukkig te maken. " Zie, Ik sta aan de deur on klop. » Hij zoekt liet verloren schaap in do woestijn op, en hot op zijne schouders nemende verheugt Hij zich hetzelve weergevonden te hebben. Ach. hoezeer |
|||||||
|
132 HET GODDELIJK HART VAN JEZUS.
|
|||||||
|
verlangt Jezus\' Hart door do menschen bemind
te worden, en hoe weinig\' wordt hot bemind! Oefening. Open do deur uws harten voor
Jezus dio er aan klopt; bereid Hein, even als de H. Catlierina van Siena, oono woning, en tracht daar in al uwe bezigheden met Hein te vorkooren. Hier moot gij Hein dankon on bid- don. Hem om raad vragen, Hem alles opdra- gon, enz. Stort hier voornamelijk de gevoelens van uw hart in oen vurig gebed uit. — Bid ter oero van Jezus\' II. Hart negenmaal het Onze Vader en Wees gegroet met deze ontboezeming : O coet en geregend Hart van Je jus! O gij mijn eenig en onuitsprekelijk verlangen, \'mijne vreugde, mijne woonplaats, mijn toevluchtsoord, ik groet V, ik bemin V\'. U wijd ik mijn hart en mijn leven toe, neem dit voor altijd aan.\' Verzuchting. Ik bemin U, o Jejv.s, ik bemin
Uen teil Ueeuwig beminnen. Opdracht. Innig dankbaar, onz.
|
|||||||
|
VIERDE DAG.
Het smartvolle Hart van Jezus.
Overweging. "Welke smarten heeft Jezus\'
Hart niet uit liefde tot ons geleden! « Mijne ziel is bedroefd tot don dood! « zoo sprak Hij |
|||||||
|
HET GODDELIJK HART VAX JEZUS. 133
|
|||||
|
zelf. Welke smarten gevoelde dit goddelijk
Hart niet indonlaatsten doodstrijd, bij Catphus, voor den rechterstoel van Pilatus, aan het hof van Herodes, bij do geoseling, de doornen kro- ning, de kruisiging; vooral wegons de ondank- baarheid, de verblindheid en do zonden der menschon! — Welke ondankbaarheid, welke heleedigingen en versmallingen ondervindt Het nog voortdurend niet in het H. Sacrament van liefde! Oefening. Doe alles en verdraag alles ter
oore van hot smartvolle Hart van Jezus ; breng, zoo mogelijk een bezoek aan het allerheiligste Sacrament, en lees eerbiedig hot smeekgebed blad. 114 Bid nogenmaal het Onze Vader en M\'oes gegroet met deze ontboezeming: O smartvol Hart van Je sus. V zij lof en dank i\'i eeuwigheid! Door deze uwe smarten schenk ons vergiffenis onzer zonden .\' Verzuchting. O mijn Jezus,\' Mocht ik toch
\'i\'lh een groote droefheid over mijne zonden ffevoelen, als uw goddelijk Hart om mijne mis- wijven geleden heeft ! Opdracht. Innig dankbaar, enz.
|
|||||
|
134 HET GODDELIJK HART VAX JEZUS.
|
|||||
|
VIJFDE DAG.
Het meJelijdende Hart van Jezus.
Overweging. Hoe goed en medelijdend is
niet hot Hart van Jezus ! Zijne deelneming in het ongeluk der monschen bewoog Hem van uit den hemel op do aarde neder te dalen, on als een goede horder zijn leven voor zijne schapen ten beste te geven. « Ik heb medelij- den met hot volk », zoo zoide Hij. wanneer dit in de woestijn niets te aten had. En wanneer Hij later Lazarus uit het graf tot het leven riep, woonde Hij modelijdend bewogen. Ziedaar hoe groot zijn modelijden is ! Oefening. Bedank het liefdevolle Hart van
Jezus, dat Hot mot u medelijden gehad hoeft, wannoor gij zonder God rustig in do zondo voortloofdet, zonder zelf uw ongelukkigen toe- stand in te zien. Heb ook gij medelijden mot uwen naaste, zoo naar zijne ziel en als naar zijn lichaam. Bid driemaal hot Onzo Vaderen Wees gegroet als oone geestelijke aalmoes voor do zondaars, die hunnen schrik kol ij kim toestand niet. erkennen, on houd steeds uwe handen voor do bohooftigon geopend. — Bid negenmaal het Onzo Vader en Wees gegroet met deze ontboe- zeming : O mededoor/end H/tri vin Jesus, ik dank Li, dal (lij niet mijnen otigehMttgen toestand medelijden hebt gehad! |
|||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 135
|
|||||
|
Verzuchting. O medelijdend Hart van Jezus,
vol liefde, genade en erbarming, zie hoe ellendig en hulpeloos icij arme zondaars zijn, en heb medelijden met ons.\' Opdracht. Innig dankbaar, enz.
ZESDE DAG.
Het milde Hart van Jezus. Overweging. O hoe mild toont zich Jezus\'
Hart niet jegens allen, die tot Hem hunne toevlucht nemen ! Hij heeft zich aan ons ge- sehonkcn; Hij is voor ons arm geworden om ons te verrijken en geeft zich zoo dikwijls aan ons in do H. Communie, om ons met zijne gona- \'len te overladen. Ja, Hij wilde zeil\'don laatsten druppel bloed zijns Harten voor ons vergieten, daar Hij, na reeds in zijne geeseling, doornen- kroning en kruisiging omtrent al zijn bloed ge- stort te hebben, ook nog na zijnen dood zich (\'o zijde en liet Hart liet doorboren. " Hoe zoude Hij ook met zich zolvon ons niet alles geschon- ken hebben! » (Rom. 8.) Obfenino. Betreur het innig, dat gij tot
ui ertoe zoo veel voor de wereld en zoo weinig v°or God, voor Jezus godaan hebt; dat gij zoo karig jegens Jezus en zoo verkwistend jegens |
|||||
|
136 HKT GODDELIJK HAKT VAN JEZUS.
|
|||||
|
do wereld zijt. Bewoon uwe verblindheid, bid
om vergiffenis, beloof u te beteren. Uit liefde tot Jezus, tracht moor te doen dan hot uwe plicht is, mot veel te bidden, U te versterven, aalmoezen te geven on liefdediensten te bewij- zen. Leg ter zijde het gold dat gij aan de ijdel- hoid der wereld, — opschik, vermaken, enz. — besteden wilt om het, in don persoon dor ar- men, aan Jezus Hart op te offeren. — Rid ne- genmaal het Onze Vader en Wees gegroet tor eere van Jezus H. Hart met deze ontboezeming : O gord Hart mijns Verlossers, Gij hebt U met geheel uw rijkdom aan mij geschonken, U sij eeuwig dank! Ik schenk U mijn hart terug\', neem het aan on ontsteek er moe liefde! Verzuchting. O goed Hart van Jezus, ont-
ruk vit mijn boezem mijn lauw hart en out- vlam het met \'t vuur uwer liefde; reinig het rati alle vlek der zonde!
Opdracht. Innig dankbaar, enz.
ZEVENDE DAG.
Het dankbare Hart van Jezus.
Overweging. Hot Hart van Jezus is zoo dank-
baar. dat Het zelfs "t geringste werk, woord of gedachte, uit liefde tot Hem daargosteld, be- loond, ja honderdvoudig beloond, vooreerst |
|||||
|
HET GODDELIJK HART VAN* JEZUS. 137
|
|||||||
|
hier op aarde en hiernamaals gedurende gansch
de eeuwigheid. Ach, voor alles toonen wij ons dankbaar, maar voor hot goddelijk Hart van Jezus, aan wien wij zoo voel verschuldigd zijn, hebben wij niet de geringste dankbaarheid! Ach, zoo velo ontvangene weldaden boantwoor- don wij slechts met beleedigingen en smaad! Oefening. Doe en verdraag heden alles uit
dankbaarheid tot Jezus H. Hart. Bid negen- maal het Onze Vader en Wees gegroet ter eero van Jezus goddelijk Hart met deze ontboeze- ining : Genoeg heb ik U beleedigd, o mijn Je- zus! Vergeef mijne zonden; van na af wil ik Ubeminnen.\' Verzuchting. O mijn beminnelijke Jesus!
Vit dankbaarheid en tot herstelling van 300 me- nigvuldigc onffetrouwheden schenk ik N. N. V lieden mijn hart en wijd mij geheel aan Utoe; met uwe genade neem ik mij ernstig voor niet meer te zondigen. |
|||||||
|
ACHTSTE DAG.
Het mis\'tcnie Hart tan Jezus. Overweging. Ho 3 groot is de smart cener
moeder niet, wanne-T zij van hare kinderen 0
|
|||||||
|
1.38 HET GODDELIJK HAKT VAX JEZUS.
|
|||||
|
voor het, goed aan hen gedaan ondankbaarheid
ontvangt, wanneer zij zich door degenen, die zij zoo toer bemint, veracht, verlaten en ver- stooton ziet, wanneer zij bespeurt, dat, ondanks hare vermaningen en smoekingen, zij zich in \'t tijdelijk on eeuwig verderf storten ! Hoe groot is de smart der verachte liefde! — Oneindig grooter is de liefde van Jezus\' Hart tot ons, dan die eener moeder tot haar kind ; oneindig groo- ter is derhalve ook zijne smart, daar Hij zag en in \'t heilig Sacrament nog dagelijks ziet en ondervindt, hoe ondankbare monschen Hom door hunne zonden, onteeringen, verguizingen heleedigon. Ach, welk eone pijn voor het van liefde brandende Hart van Jezus ! Oefening. Tracht voor U on voor alle men-
schon aan het H. Hart van Jezus eenige voldoe- ning te geven en alle oneer, dit goddelijk Hart aangedaan, door eene ware dankbaarheid te herstellen; verricht uwen arbeid tot dit einde en noem al do wederwaardigheden, welke u overkomen in een\' geest van boetvaardigheid gewillig aan. — Bid nogenmaal het Onze Vader en Wees gegroet mot deze ontboezeming: O Zoet Hart van Jezus! hoc is het mogelijk, dat de menschen U vergeten en verachten! Vergeef ons ome ondankbaarheid! Verzuchting. O smartvol Hart van Jesits,
|
|||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZUS. 139
|
|||||||
|
vergeef ons onze ondankbaarheid; maak, dat
alle menschen Ueeren en beminnen.\' Opdracht. Innig dankbaar, enz. |
|||||||
|
NEGENDE DAG.
Het trouwe Hart van Jezus. Overweging. O, hoe getrouw is het godde
lijk Hart van Jezus niet jegens hen, die Het tot zijno liefde geroepen hoeft. » Trouw is degene, die Hij geroepen heeft, hij zal het ook volbren- gon » (Thess. 5, 14.) Hoe weinig kan men op do menschen rekenen. Nu beloven zij iets zonder \'Ion wil te hebben om hunne belofte te vervul- lon, dan veranderen zij hun wil. Jezus\' Hart is voortdurend getrouw, Het blijft zijn gegeven woord aanhangen. Wanneer allen ons verlaten, verlaat ons Jezus niet, maar is des te gereeder ons te holpon. Oefening. Betreur uwe ongetrouwheid jegens
Jezus on bid Hom, dat gij Hem niet op nieuw door de zonden ontrouw wordet. Offer Hem tot dit einde geheel U zelven, uwe gedachten, be- goorton, woorden en werkon op on bid negen- maal het Onze Vader en Wees gegroet met deze ontboezeming : O trouw Hart van Jesus, op U |
|||||||
|
140 HEÏ GOilllKI.IJK HART VAN JËZÜS.
|
|||||||
|
hoop en vertrouw ik; laat niet los dat ik op
nieuw van Ugescheiden worde! Verzuchting. Jezus, voor U leef ih! Jezus,
voor U sterf ik .\' Jezus, U hoor ik toe in \'t leven en in den dood.\' Opdrtcht. Innig dankbaar, enz.
|
|||||||
|
AKTE VAX TOEWIJDING
aan
JEZUS II. HART.
Oaanhiddolijk Hart van mijn Jezus ! hot tee-
dersto, het beminnelijkste on edelmoedigste van allo harten, doordrongen van dankbaarheid bij de onverdonking uwer weldaden, kom ik mij geheel en voor altijd aan U toewijden. Ik wil al mijne krachten inspannen, om uwe verooring uit te breiden on om, zoo zulks mo- gelijk is, alle harten voor U te winnen. O Jezus, ontvang heden mijn hart, of liever neem Gij het zelf, verander het, zuiver het, om het Uwer meer en meer waardig te doen worden, en maak mijn hart gelijk aan hot uwe, ootmoedig, zachtzinnig, geduldig, vol van heilige, van |
|||||||
|
HET GODDELIJK HART VAN JEZt\'9. 141
|
|||||
|
edelmoedige liefde. Verborg mijn hart mot al
do harten, dio U beminnen, in liet uwe, en laat nimmer too, dat ik hot terugneme. Ja, ik wil veeleer sterven, dan ooit uw aanbiddolijk Hart bedroeven. Hart van Jezus! hot verlangen mijns harten is, U altijd to beminnen, U altijd te eeron, U altijd to dienen, U altijd toe to behooren, en in hot loven, en in den dood, en in allo eeuwig- heid. Amen. Gelooid zij Jezus Christus ! |
|||||
|
113
|
||||||||||||
|
BIJVOEGSKI-.
|
||||||||||||
|
^$>»^4>^frfo$>^>$$$#i}fr®>fr^$$$$fo$fo
|
||||||||||||
|
GEBEDEN
VOOR EN NA DE H. COMMUNIE.
|
||||||||||||
|
Gebsden voor de H. Communie.
ESCHOUWT de dagen waarop gij com-
municeert als de gelukkigsten uws levens. Na \'t ontwaken, kleed u gestichtig, doe vurig uw morgengebed, begeef u lot het huis Gods, kits eene stille plaats, stel alle andere gedachten ter jijde, om u alleen be^ig te houden met het heilig werk waartoe gij u bereid. |
||||||||||||
|
Voorbereiding voor de H. Communie.
Oallerzachtmoedigste en liefdevolle Jezus,
zie, ik het onwaardigste van al uwe schep- solen, nader tot het allerheiligste Sacrament van uw ligchaam en bloed; ik kom tot u, om bij u het geneesmiddel te vinden, voor al de wonden van mijn ligchaam en van mijne ziel. |
||||||||||||
|
144 nuvoEGSKf.
|
|||||
|
Ik geloof dat ik, door hot ontvangen van het
II. Sacrament uwer Hof lo voorzien kan in al mijne behoeften, en tevens de grootste eer aan uwe goddelijke Majesteit, on aan allo bewo- ners van liet hemelrijk do grootste vreugde kan geven. Maar, o opperste en onbegrijpe- lijko Majesteit, o God van eeuwige heiligheid, voor wiens oog de hemelen zelfs niet zuiver zijn, en de grondzuilen der aarde sidderen en beven, hoe zal ik, ellendige aardworm, ik uw nietig schepsel, die geheel overdekt ben met wonden en ellenden, hoe zal ik met een door zoo vele onvolmaaktheden bezoedeld hart, durven naderen tot u, de bron van alle zuiver- heid? Hoe zal ik mij verstouten om u, de lelie der onschuld, eone plaats aan te bieden, in eene ziel waarin zoo veel doornen en distelen grooijen, in eone ziel waarin zoo veel aardsche en zondige neigingen hebben wortel gescho- ten? Inderdaad, o mijn Jezus, o dierbare vriend
mij ior ziel, ik bon diep beschaamd en verno- derd in uwo tegenwoordigheid, en vrees u grootelijks te zullen beloedigon met u in eene zoo afzichtelijke en uwer goddelijke Majesteit zoo onwaardige woonplaats binnen te leiden. Dan, o goede Jezus, ik herinner mij een
troostvol woord, dat gij zelf gesproken hebt. : « Niet de gezonden, maar de zieken hebbon |
|||||
|
BIJVOEGSEL. 1-15
|
|||||
|
eenon geneesheer noodig. « Ook weet ik", dat
gij tot uw bruiloftsmaal al de blinden en krou- pelen, zieken en armen hebt uitgenoodigd. Welnu, o goddelijke bruidegom der zielen, ik behoor onder het getal van die ongelukkigen, ik ben zelfs do ellendigste van allen, ook mij hebt gij dus uitgenoodigd, en ik mag aan uwe uitnoodiging niet wederstaan. Ik nader dan tot uwe II. Tafel, verootmoedigd door de over- tuiging van mijne onwaardigheid, maar vol moed en betrouwen, bij het gezicht van uwe mij zoo teeder uitnoodigonde liefde. Amen. Offerande van de H. Communie.
(om de aflaten te verdienen.) IK draag u op, almachtige God, in den naam
van Jesus Christus, uwen lieven Zoon, door de handen van do allerheiligste Maagd, deze communie tot dankzegging voor al de woldaden welke ik van uwe oneindige goedheid ontvan- gen heb, om te bekomen de volkomene vergiffe- nis mijner zonden en de genade om mij te betoren, voornamelijk van....., waarvan de ge-
woonte mij zoo zeer ingeworteld is. en zoo
schadelijk aan mijno zaligheid : en mits ik met |
|||||
|
146 BUVOKG8K!..
|
|||||
|
ontelbare schulden ten uwen opzichte beladen
en in de onmogelijkheid ben dezelve te voldoen, neem ik mijn toevlucht tot de aflaten welke de H. Kerk mij heden uit uwen naam aanbiedt; ik bid u vurig om de gesteltenis welke verzocht wordt om aan die aflaten deelachtig te worden; verheerlijk uwen Zoon, door mij te rechtvaardi- gen, door de toevoeging der overtollige ver- diensten en voldoeningen, welke hij mij gege- ven heeft voor mijne zaligheid, en ontslaging van de straf die ik voor mijne zonden schuldig was. Voeg mij, Heer, den prijs van dit aandeel toe dat de grootheid mijner misdaden, hoe gruwelijk deze ook zijn, oneindig te boven gaat; maak dat ik aan dezen rijken schat deelachtig worde, opdat ik in uwe oogen des te aangenamer zij. Ik smeek u uwe kostelijke zegeningen te willen uitstorten over onzen H. Vader den Paus, over de H. Kerk, over de geestelijkheid, over den kloosterlijken staat, dit koningrijk, dit bisdom, die parochie, dit huis.... Verdrijf de verblindheid der ongeloovi- gen, verzacht de versteendheid der ketters, raak de harten der zondaars door uwe vrees en uwe liefde, heilig de regtvaardigen meer en meer, geef ons den vrede, troost de zielen des vage- vuurs, doe barmhartigheid aan mijnen vader, mijne moeder, mijne zusters en broeders en aan al mijne vrienden en weldoeners zoo levende als |
|||||
|
147
|
|||||||||||
|
BIJVOEGSEL.
|
|||||||||||
|
dooden, opdat wij allen te samen u eeuwig
mogen loven in den hemel. Wanneer liet uur van de communie gekomen
is, terwijl men den Confiteor leest verwek nog eene oefening van berouw uit het binnenste uws harten, zeg daarna met de diepste ooimoe- heiddriemaal: Hoer, ik ben niet waardig dat gij komt onder mijn dak, maar spreek slechts één woord, en mijne ziel zal gezond worden. Ga tot de communiebank met de groo/s.\'e zedig- heid, de handen te samen de oogen necrjeslagen |
|||||||||||
|
STORT geheel uw hart voor Jezus Christus
uit, bewonder zijn\'! goedheid, aanbid Hem, bedank Hem, klaag Hem uwen nood, v rioeh zijne genade, offer v geheel aan Hem, op, en bidt het volgende : |
|||||||||||
|
Gebed van den H. Ignatius de Loyola.
ZIEL van Christus, heilig mij.
Lichaam van Christus, maak mij zalig. |
|||||||||||
|
MS
|
|||||||||
|
BIJVOEGSEL.
|
|||||||||
|
Bloed van Christus, maak mij dronken.
Water der zijde van Christus, wasch mij.
Lijden van Christus, versterk mij.
(roede Jezus, verhoor inij.
In uwe heilige wouden, verberg mij.
En laat niot toe dat ik van u gescheiden
worde. Tegen den boozen vijand, bescherm mij.
In het uur des doods roep mij.
En gebied dat ik tot u kome.
Opdat ik mot uwe Heiligen u in eeuwig-
beid love. Amen. |
|||||||||
|
Gebeden na de H. Communie.
O goode Jezus, o zoete Jezus, o allerbe-
minnclijkste Jezus, o Jezus, mijn eonig geluk en mijn eenige troost, hoe is het dan mogelijk, dat Gij u gewaardigd hebt tot mij te komen en geen afschrik hebt gehad om neder te dalen in een hart, dat besmeurd is door zoo vele zonden. Gezegend zij, o Jezus, uwe komst in mijn
hart, on gezegend zij do goedheid uwer liefde die u bewogen heeft, om mij armen zondaar, mot uw bezoek te vereeron. In de diepste node- |
|||||||||
|
1-19
|
|||||||
|
BUVoËGSEl..
|
|||||||
|
righoid, werp ik m\'j voor u neer, on kus uwo
allerhoiligste voeten, u uit geheel mijn hart vergiffenis vragend, voor hot gebrek aan gods- vrucht, voor do verstrooidheid on do weinige liefde, waarmede ik u, mijn Hoor on mijn God, ontvangen hol). O allorgoedertierenste Jezus, schonk mij vergiffenis, vernietig door do kracht uws allerheiligsten doods ook deze ongerogtig- heid, en gewaardig u aan te vullen, wat aan de gesteltenis mijns harten ontbroken hoeft. Ik bid u, vervolgens, wil dozo II. Communie
in uw hart aannemen, en die aan uwen hemel- schon Vader opdragen, mot al de liefde, waar- mode gij u zolven aan het kruis hebt opgedra- gen. En nu, o mijn goede Jezus, offer en geef ik u
mijn alloronwaardigst hart, on bid u hot te willen zuiveren in het kostbare water, dat de goddelijke liefde hooft doen vloeijen, uit de alleredelste roos van uw allerbeminnelijkst hart, wil mijn hart ook versterken en het be- sprooijn, met den allerzoetsten wijn van het kostbaar bloed, dat do wijnpers van hot kruis geperst heeft uit do druif van uw goddelijk hart. Amen. |
|||||||
|
150
|
|||||||
|
BUVoEGSKl..
|
|||||||
|
Gebed tot de H. Maagd.
IK bevoel mij aan u, Koningin des hemels en
der aarde, gezegende Moeder van Jezus, dien ik nu ontvangen heb, en bid u om uwe genadige voorspraak bij uwen zoon, opdat ik van hetgeen ik, in eerbiedigheid of anderszins in het ont- vangen van dit II. Sakrament te kort gebleven ben, vergiffenis bekome en daarom de vruchten van deze H. Communie niet verlieze. Gij zijt altijd zuiver on onbevlekt geweest, en
zijt steeds heiliger en aangenamer aan God geworden. Ach! mocht ik door het ontvangen van dien Zaligmaker zoo geheiligd worden, dat ik mij nu altijd zuiver van alle doodzonden moge bowaron. Nadat gij, Maria, uwen Zoon ont- vangon hadt, hebt gij met blijdschap uifgeroe- pen : Mijne ziel, verhof den Heor. Ach! mocht ik nu ook door uwe voorspraak de genade verworven van niet alleen met woorden, maar ook met werken te toonon, dut ik don Heer groot acht en mij in hem altijd verheuge door hem met eenon geest van liefde, godvruchtig- heid, dankbaarheid, zuiverheid, gebed, ver- sterving on waron vrede met mijnen evenmensen aan te kloven; ik verzoek, heilige Maagd, uwe voorspraak om de genade te verwerven, waar- |
|||||||
|
181
|
|||||||
|
BIJVOEGSEL.
|
|||||||
|
door versterkt, ik mij nooit ondankbaar tooue
aan dien minnelijken Zaligmaker, dien ik ont- vangon heb, maar hem met eone getrouwe liefde standvastig beminne en volkomenlijk diene al de dagen mijns levens. Amen. MEN kan bij de^e gebeden, voor en na de
H. Communie de litanie en andere gebeden toi het H. Hart van Je^us voegen, die hierin dit werkje voorgaan. |
|||||||
|
lf>2 Bijvoegsel.
|
|||||||||
|
GEBEDEN
ONDER HET LOF.
Bij de eersto zegening.
ëELOOFT on gedankt zij ton allon tijilo
hot allerheiligste on goddelijk Sacrament , dos Altaars. Zogen mij, Hoor Jezus, mot *,\'£ den Vader on don H. Geest, versterk mij door uwe genade, om zoo te loven volgons uwen heiligen wil, dat geheel mijn gedrag tot uwo moedere eer strekke. Geef aan den recht- vaardige volharding, aan don zondaar vergiffo- nis en aan do goloovigo zielen de eeuwige rust, help ons allen, nu en in de uur onzer dood. In den naam des Vaders, en des Zoons, en
des II. Geostes. Amen. Gebed.m tot Jezus in het All jrh jiligstc Sacrament.
|
|||||||||
|
w
|
|||||||||
|
EES gegroet, o dierbaar lichaam en
kostbaar bloed van mijnen Ilcor Jezus- |
|||||||||
|
BIJVOEGSEL, 1S3
|
||||||
|
Christus, die hier onder de gedaante van brood
waarlijk tegenwoordig zijt. O met welken eerbied, met welke liefde aanbidden en veree- ren u de Engelen in dit aanbiddelijk Sacra- ment! Konde ik u, o mijn Jezus, met denzelf- den eerbied, met dezelfde liefde aanbidden! Neergeworpen in den afgrond mijner nietig- heid, belijdik, o mijn Heer en mijn God, dat gij hier waarlijk tegenwoordig zijt. Ik groet u, o goddelijk lichaam van mijnen
Heer Jezus-Christus, voor mij eenmaal gena- geld aan een offerhout. Ik vereenig mij met den einrloloozen eerbied, waarmede uwe heilige Menscheid de Godheid aanbeden heeft, ik vergader in mijn hart de liefde van alle schep- selen om die aan u te geven ! en bedank u uit al de kracht mijner ziel, dat gij tot onze zalig- heid uwe dierbare tegenwoordigheid onder een zoo nederig hulsel verborgen hebt. Ik groet u, dierbare Jezus, Woord des Va-
dors, luister van zijne glorie, zaligheid der wereld, bron des heils, allerheiligste offerlam. Ik groet u, o Jezus ! gezalfde des Heeren, glans van het eeuwige licht, vorst van vrede, deur des hemels, levend brood, Zoon eener Maagd, heiligdom der H. Drievuldigheid. Ik geloof met de stelligste zekerheid, dat
gij, o mijn God, hier tegenwoordig zijt, dat 10
|
||||||
|
■
|
||||||
|
154
|
|||||||
|
BIJVOEGSEL.
|
|||||||
|
gij, verborgen onder den sluijer van uw Sacra-
ment, mij ziet en doordringt tot in het diepste van mijn hart. Ik geloof, dat onder die ge- daante van brood niet alleen uw aanbiddelijk vleesch en bloed, maar ook uwe Godheid en Menschheid tegenwoordig zijn. Hoewel dit geheim mijn verstand te boven gaat, toch geloof en belijd ik het uit geheel mijne ziel, en ben bereid tot getuigenis ervan mijn bloed en mijn leven ten offer te brengen. Ik werp mij met don diepsten eerbied voor
uw aanschijn neer, o driewerf heilig Sacra- ment. ik vcreenig mij met de Engelen en Aartsengelen, mot de Troonen en Magten, met de Cherubijnen en Seraphijnen, m^t al do Chorcn der zalige Geesten en zing met hen u hot loflied toe : « Dat het H. Sacrament des Altaars duizend en duizendmaal geloofd en geprezen zij ! >• O vaderlijk hart van mijn Jezus ! O aller-
dierbaarst Heiligdom! o hart van Jezus! dat door de innigste dankbaarheid, de vurigste liefde en den diepsten eerbied rnet de H. Drie- vuldighoid vereonigd zijt, ik dank u, dat gij aan Jezus de gedachte hebt ingegeven, om het aanbiddelijk Altaar-Sacrament in te stellen, waardoor hemel on aarde verzoend, en met al de schatten van genade verrijkt zijn geworden. O Jezus ! ik loof en verhef de wijsheid en de
|
|||||||
|
ISS
|
|||||||
|
BUVOBOSBI..
|
|||||||
|
goedheid van uw alvermogen, ik loof en aan-
bid dealmagten de goedheid van uwe wijsheid, ik zegen en bedank de wijsheid en de almag* uwer goedertierenheid. Uwe wijsheid heeft dat wonder uitgedacht, uwe goedheid heeft het ge- wild, uwe almagt hoeft het ten uitvoer gelegd. O Jezus! mijn Zaligmaker! o eonig voor-
werp en oonige rode van mijne hoop, ik loof, bemin, vereer en aanbid u uit het diepste mij- ner nietigheid ; ik smeek u, draag u zolven op aan uwen hemelschen Vader tot kwijtschelding mijner schulden, gelijk gij u aan het kruis tot kwijtschelding van <le schulden der ganscho wereld hebt opgedragen. O Jezus! o mijne zoete en eenige liefde,
werp een medelijdenden blik op mijne on- waardigheid ; zie, ik werp mij ootmoedig voor uwe voeten neer, en bid u uit den grond van mijn hart om de vergeving der zonden. O Jezus! edelste bloem van den wortel van
Jesse, ik bid u door de onuitsprekelijke liefde van uw alleraaniiiinnigst hart, ontferm u mij- ner, geef mij uwe liefde, om de glorie van uwen heiligen naam. O liefderijke Vader! zie hier uwen eenigon
welbeminden Zoon, ik offer u al zijne verdion- sten tot vergiffenis van al onze zonden. Vostig uw oog op het aanschijn van uwen
gezalfden, gedenk de overvloedige voldoening, |
|||||||
|
löti
|
|||||||
|
BUVOKUSKL.
|
|||||||
|
die hij voor onze zonden u op het kruishout
gegeven hoeft, en wees ons altijd genadig Amen. Onder de Ave Maria, lees driemaal het Wees
gegroet. Wanneer de laaste zegening gegeven wordt.
ZEGEN mij, Heer Jezus, met den Vader en
den H. Geest, en geef mij de genade om uwen allerheiligsten wil in alles, nu en in het uur mijner dood, te omhelzen en te volbrengen. Amen. Bij deze gebeden kan men voet/en de Litanie
van het Allerheiligste Bart van Jezus, benevens verscheidene andere der daarop volgende gebe- den. |
|||||||
|
157
|
||||||||
|
BUVoEttSKL.
|
||||||||
|
LITANIE
van de
ALLERHEILIGSTE MAAGD MARIA.
|
||||||||
|
HEER, ontferm u onzer.
Christus, ontferm u onzer. Heer ontferm u onzer. Christus, hoor ons. Christus, verhoor ons. God, hemelsche Vader ontferm u onzer. God Zoon Verlosser der wereld, ontferm u onzer.
God, H. Geest, ontferm u onzer. H. Drievuldigheid, één God, ontferm u onzer. H. Maria, bid voor ons, H. Moeder Gods, H. Maagd der Maagden, Moeder van Christus, Moeder der goddelijke genade, Alleneinste Moedor, Allerkuischste Moeder, Ongeschondeno Moeder, Onbevlekte Moeder, Minnelijke Moeder, Wonderbare Moeder, bid voor ons. |
||||||||
|
158 BIJVOEGSEL.
|
|||||
|
Moedor dos Scheppers, bid voor ons.
Moeder dos Zaligmakers, Allervoorzichtigste Maagd, Eerwaardige Maagd, Lofwaardige Maagd, Machtige Maagd, Goodortierone Maagd, Getrouwe Maagd, Spiegel der rechtvaardigheid, Stoel dor wijsheid- Oorzaak onzor blijdschap. Geestelijk vat, Eenvaardig vat, Schoon vat van godsvrucht, Geestelijke roos, Toren van David, Ivoren toren, Gulden Huis, Ark dos vorbonds, Deur dos hemels, Morgenster, Behoudenis dor klanken,
Toevlucht dor zondaars. Troosteres dor bedrukten. Hulp der christenen, Koningin der Pingelen, Koningin dor Patriarken, Koningin dor Profeten, Koningin dor Apostelen, bid voor ons. |
|||||
|
BIJVOEGSEL. 159
|
|||||||
|
Koningin der Belijders, bid voor ons,
Koningin der Maagden,
Koningin van alle Heiligen.
Koningin, zonder vlek ontvangen, bid voor ons.
Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt.
spaar ons, Heer.
Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, verhoor ons, Heer.
Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, ontferm u onzer,
Christus, hoor ons. Christus, verhoor ons. Heer, ontferm U onzer. Christus, ontferm U onzer. Heer, ontferm U onzer. Onze Vader, enz.
Anl. Onder uwe bescherming nemen wij onze
toevlucht, H. Moeder Gods, verstoot onze geboden niet in onzen nood, maar verlos ons altijd van alle gevaren, o roemrijke en gezo. gendo Maagd, onze moestoros, onze middelares onze voorspreekster, verzoen ons met uwen Zoon, beveel ons aan uwen Zoon, vertoon ons aan uwen Zoon, £. Bid voor ons, H. Moeder Gods,
r). Opdat wij waardig worden, de beloften
van Christus, |
|||||||
|
160
|
||||||||||
|
lU.JVciKGSKI..
|
||||||||||
|
Gebed.
Heilige Maria, mijne meesteres, ik beveel
mij heden en dagelijks en in het uur mijner dood in uwe gezegende trouw en zonderlinge bowa- ring en ik bevoel mijne ziel en mijn lichaam in den schoot van uwe barmhartigheid. Ik stel in uwe handen al mijne hoop en mijnen troost, al mijne benauwdheden en ellenden, mijn leven en zijn einde, opdat, door uwe allerheiligste voorspraak en verdiensten, al mijne werken mogen bestierd en beschikt worden naar uws Zoons en uwen wil. Amen. |
||||||||||
|
\\
|
||||||||||
|
INHOUD
|
||||||||
|
Voorwoord...........
Overwegingen voor eiken dag der maand .
Eerste Dag. Over de devotie tot het aller- heiligste Hart van Jezus . 9
2e — Over de devotie tot het aller- heiligste Hart van Jezus. (vervolg.).......12
3° — Het beminnenswaardige Hart
van Jezus.......15
4e — Het liefdevolle Hart van Jesus 17
5° — Jezus\' Hart verlangt onze liefde........21
|
||||||||
|
6» — Jezus\' smartvolle Hart .
7° — Jezus\' medelijdende Hart
8° — Jezus\' vrijgevige Hart .
9e — Jezus\' dankbare Hart .
10° — Jezus\' versmade Hart .
11° — Jezus\' trouwe Hart . .
12° — Jezus\' ijverzuchtige Hart
13e — Jezus\' heilige Hart in \'t aan-
biddelijk Sacrament ... 41
l4e — Jezus\' genadenrijke Hart in \'t aanbiddelijk Sacrament. . 43
15« — Jezus\'Hart zich opofferend in \'t allerheiligste Sacrament. 45
|
||||||||
|
lüi INHOUD.
|
|||||
|
16* — Jezus\' Hart zich verootmoodi-
gend in \'t allerheiligste Sa-
crament ....... 47 17" — Het werkdadige leven van Je-
zus\' Hart in \'t allerheiligste Sacrament......50 18e — Het verborgen loven van Jezus\'
Hart in \'t allerheiligste Sa- crament .......52 19" — Het glorierijke leven van Je-
zus\' Hart in \'t allerheiligste Sacrament ...... 55 20e — Jezus\' Hart leert ons in \'t al-
lorheiligste Sacrament al liet aardsche geringschatten 57 21e — Jezus\' Hart leert ons in \'t al-
lerhciligstc Sacrament de nederigheid beoefenen . . 00 221" — Jezus\' Hart leert ons in \'t al-
lerhoiligsto Sacrament do zelfverloochening .... 03 W — Jezus\' Hart leert ons in \'t al-
lerheiligsto Sacrament oeno bestendige zelfopoffering . 05 24» — Vier hinderpalen dor ware do-
votie tot Jezus\'II. Hart. . 08
25" — Jezus\' Hart bemint do rouw-
moedigen ..\'.... 71 |
|||||
|
INHOUD. 1G3
|
|||||
|
26° — Wij mooton tot Jezus\' Hart
naderen.......74
27e — Do afbeelding van Jezus\'Hart. 76
28e — De eerherstellende Communie 79
29° — Het Apostolaat des gebeds. . 82
30" — Het Apostolaat des gebeds.
(vervolg)......• 84
Gebeden gedurende het H. Misoffer ter
oere van Jezus\' allerheiligste Hart . .87
Litanie van het Goddelijk Hart van Jezus. 104 Gebed.............107
Kereboete aan het Allerheiligste Hart van
Jezus.............107
Rozenkrans ter eere van Jezus\' allerhoilig-
ste Hart............110
Smeekgebed tot hot II. Hart van Jezus . . 114
Gebed tot het Allerheiligste Hart van Jezus 115 Opdracht aan Jezus\' allerheiligste Hart . 116 Gebod tot Jezus\' H. Hart voor de stervon- den.............110
Gobod om do liefde tot het H. Hart van
Jezus te bekomen........117
Gebod tot vereeniging niet het allerheilig-
ste hart van Jezus.........118
Gebed tot Jezus\' goddelijk Hart voor do
bokeering dor zondaars......120
Momoraro van Jezus\' II. Hart.....121
Gebeden tot Jezus\' H. Hart om de genado
der zuiverheid.........121
|
|||||
|
104
|
INHOUD.
|
||||||
|
Gebed tot de H. Maagd Maria om hare
hulp te verzoeken........123
Verzuchting tot Maria in do bekoringen . 123
Toeheiliging van zich zelven aan het H. Hart van Jezus........123
Verzuchtingen tot het H. Hart van Jezus . 124
Opdracht aan hot H. Hart van Jezus, naar de Golukz. Margareta.......124
Schie\'gobedon tot hot H. Hart van Jezus. 126
Novene of Negondaagsche onfening ter voorbereiding tot het feest van Jezus H. Hart............127
Akte van toewijding aan Jezus H. Hart . 140
Bijvoegsel.
Gebeden voor en na de H. Communie . . 143
Gebeden onder het Lof....... 152
Litanie van de Allerh. Maagd Maria . . 157
(
|
|||||||
|
IMPRIMATUR
|
|||||||
|
Mcchlinise, 30 Novembris 1878.
P. C. C. Bogaerts, vic. gén. |
|||||||
|
Alle rechten voorbehouden.
|
|||||||
|
I
|
|||||||
|
WERKEN VAN DENZELFDEN SCHRIJVER,
Ver:chenon bij den uitgever dezes :
EEXE WEEK van Godvruchtige oefeningen
en gebeden aan do nagedachtenis der arme zielen in \'t vagevuur, toegewijd naar den Eerw. P. Ga ij; gebrocheerd groot in-32 .... fr. 0.30 DE MEIMAAND aan de Allerheiligste Maagd
en Moeder Gods Maria toegewijd, groot in-32.........fr. O.GO DE MOEDEROODSMAAND, opgedragen aan
hare geliefde kinderen, in-04. prijs...........fr. 0.20 DE MAAND MAAKT, toegewijd aan den hei-
ligen Jozef. Bruidegom van de Allerheiligste Maagd en Moeder Gods Maria. Voedstervader van Jezus en Beschermer der katholieke Kerk. Overwogingen on Geboden door P. Jozef. R. K. Pr. prijs gebrocheerd.......fr. 0.60 |
||||
|
IS VERSCHENEN
bij denzelfden uitgever :
HERMENIGILD,
of de zegspraal der Godheid van Christns
nooR
H. J. ALLARD, S. J.
Herziene Uitgave.
|
|||||||
|
Ecne prachtuitgave groot in-16.
prijs gebrocheerd ...... fr. 0.60 E ui gevers, die met goedkeuren des schrij-
vers dit werkje algemeen verkrijgbaar stel- len, meenden niets geschikter te kunnendoen dan het oordeel van een zeer bevoegden kunst- rechter in hot Utrechtsche Volksblad hier voorop te plaatsen : « Hermenigüd of de ser/e- « praal der Godheid van Christus door don •> Zeer Eerw. Heer H. J. ALLARD! "Wij goloo- - ven dat dit drama een der beste letterkundige
- voortbrengsels van dit genre is, waarop onze
•• vadorlandsche litteratuur van den lateien tijd •• mag bogen. Het innig godsdienstig gevoel, •■ de degelijkheid, de zuivere smaak, de eerbied - voor de regelen der kunst, die den Eerw.
• schrijver kenmerken, zijn mede do eigen-
« schappen van zijn meesterstuk. Het zij zonder - eenige ijdele reclame gezegd : zelfs wegens
- \'t drama Ilermeniyild alleen, wenschten wij
• \'t jaarboekje, waarin hot verschijnt, in aller
• \'fanden zoo van Roomsen als Onroomsch. »
|
|||||||
|
Sluontdritk. Haberl VOSj^iirustet en if-Glüis.
|
|||||||