-ocr page 1-
VrivYi W2Q&
Vak 87
-*$m
NOVENE
TER EERE VAN HET
ALLERHEILIGST HART VAN JEZUS
BOOR
C. BORGO, s. j.
0
<
IN HET HOLLANDSCH BEWERKT
DOOK
A. M.
Kerkelijk goedgekeurd-
UT BB CHT ,
Wed. J. R. VAN ROSSUM.
\'
1873.
801
■<
-ocr page 2-
r
i
-ocr page 3-
NOVENE ™Pf>
Ptf.
TEK EEEE VAN HET
ALLERHEILIGST HART TAN JEZUS
DOOK
C. BORGO, s. j.
IN HET HOLLANDSCH BEWEEKT
DOOK
A. M.
Kerkelijk goedgekeurd-
UTBE CHT,
Wed. J. E. VAN EOSSUM
1873.
-ocr page 4-
r
IMPRIMATUR.
ÜLTJJAJBCTUM,                                  J. H. WENSING
15 Augusti 1873.                              Emir. Prof. Libr. Censor.
-ocr page 5-
NOVEIVE
TER EEKE VAN EET ALLERHEILIGSTE HART
VAN JEZÖS,
DOOK
C. BOEGO. S. J.
UITTREKSEL
van de verzameling van aflaten, uitgegeven te Eome
en goedgekeurd door de h. Congregatie der aflaten. \')
Pater Carolus Borgo, van het Gezelschap van Jezus,
heeft eene novene samengesteld ter eere van Jezus\' h. Hart,
bestaande uit verscheidene overwegingen, vol grondige
leering en zalvende godsvrucht.
Deze novene van pater Borgo scheen Pius VII zoo
nuttig toe, dat hij haar den geloovigen meende te moeten
aanbieden, en tevens aflaten te verleenen aan al degenen,
die ze met ijver doen zouden, hetzij vóór het feest van
1) Raccolta Ji orazioni o pie operc per lecjuali sono state con-
ccdutc dai sommi Pontefici Ie S. Iudulgenxc, Settima ediz. Romans,
Horaa 1831 pag. 188. Zie ook: Mauuel des dcrot, et indulg.
approuvees par Ie S. Siége; par M, 1\'abbé de Sambucq. Paris,
Gaume 1S33. pag. 317 en 614.
-ocr page 6-
4
het h. Hart van Jezus, hetzij in den loop van het jaar.
De aflaten, aan deze devotie verbonden, zijn:
lo. een volle aflaat op den feestdag van Jezus\' h. Bart,
of op een der dagen van de octaaf, voor alle gsloovigen, die
de voorbereidende novene van het feest van Jezus\' h. Hart
zullen gedaan hebben.
2°. een gedeeltelijke van 300 dagen, op eiken dag der novene.
NB. 1°. Deze aflaten zijn toevoeglijk aan de zielen in liet
vagevuur.
2°. Men kan de novene nog op een anderen keer ge-
durende het jaar doen, en op dezelfde voorwaarden
dezelfde aflaten verdienen.
3°. De geloovigen, die het werk van P. Alphonsus
Rodriguez, handelende over de christelijke volmaaktheid,
en in deze novene ter geestelijke lezing voor eiken dag
aangewezen,
\') niet bij de hand hebben, kunnen hunne
lezing houden uil elk ander ascetisch en godvruchtig
boek naar eigen believen.
WOORDEN
VXV O. H. J. C. TOT DB Z4LIGK MAKOAEKTA MA.BIA OVBB
DE DEVOTIE TOT ZIJN H. HAKT.
„Maak," zei J. C. tot haar, „deze devotie overal bekend,
en doe haar leven in alle harten. Den menschen in de
wereld moet gij haar aanbevelen, als een zeker en ge-
makkelijk middel om van Mij eene ware liefde tot God
1) Oorspronkelijk geschreven in liet Spaansch, is dit werk
overgezet in bijna alle Europcesche talen. Men kan het zicli
aanschaffen in alle goede boekwinkels.
-ocr page 7-
5
te erlangen; den geestelijken en religieuzen, als een
krachtig middel om tot de volmaaktheid van hun staat
te geraken; dengenen, die aan het zielenheil arbeiden,
als een beproefd middel om de meest versteende harten
te roeren, en eindelijk allen geloovigen, als eene der
grondigste en meest geschikte devoties tot het ovcrwin-
nen der sterkste hartstochten, tot het herstellen van
eendracht en vrede in verdeelde huisgezinnen, tot het
afleggen van verouderde gebreken, ter verkrijging van
eene zeer vurige en allerteederste liefde jegens Mij, en
eindelijk tot een spoedigen en gemakkelijken vooitgang
naar de verhevenste volmaaktheid." (Leven der eerbied-
waarde Margareta Maria door Mgr. Languet, bisschop
v. Sens.)
-ocr page 8-
INLEIDING.
Het houden van novenen is een uitstekend middel ter
heiliging, indien men er zich naar behooren van weet
te kwijten. Daarom, op welken tijd gij ze ook doet, en
welk ook het bijzondere doel zij, dat gij er u bij voorstelt,
verlies nimmer de volgende beschouwingen uit het oog.
Hebt gij uwe novenen goed gedaan, dan zullen zij
stellig altijd eene vernieuwing en vermeerdering van ijver
in u teweegbrengen; en ziedaar hetgeen wel voornamelijk
het algemeene en hoofdzakelijke doel van alle novenen
moet zijn. Hoe zoudt ge ook met grond kunnen hopen,
dat God zich verwaardige u bijzondere genaden te ver-
leenen, zoo gij niet eerst vastelijk besloten hebt, u
aan Jezus op eene meer bijzondere wijze aangenaam te
maken door eene meer bijzondere toewijding van u zelven?
LJw geestelijke voortgang zij dus het hoofddoel uwer
novenen. Alle oefeningen van godsvrucht, die niet recht-
streeks daarhenen voeren, zullen u weinig nut aanbren-
gen: zij integendeel, die er geheel en al op ingericht
zijn, zullen u zeer voordeeiig wezen, en moeten ala zoo-
danig u van het hoogste gewicht toeschijnen.
Laat al uwe uiterlijke oefeningen van godsvrucht,
van boetvaardigheid, van onderwerping, van godsdien-
stigheid enz., bezield zijn met den innerlijken geest,
den geest van rouwmoedigheid, den geest van zaehtaar-
-ocr page 9-
7
digheid, van ootmoed, van liefde enz. Zonder dien
innerlijken geest, zijn de schoonste blijken van godvruch-
tigheid in Gods oog slechts eene soort van spotternij.
Overlaad u niet met uiterlijke oefeningen. Haar te
groot aantal brengt overhaasting voort, die den geest
vermoeit en verstrooit. Weinig en goed, is altijd nuttig;
veel en slecht, is altijd nadeelig. Vermijd vooral zoo-
danige,, die Btrijdig kunnen zijn met een nauwgezette
vervulling der plichten van uwen staat.
Uw voornaamste oefening in de novenen moet zijn:
u van de gewone verrichtingen, uw gebed, uwe geeste-
lijke lezing enz. met de meest mogelijke volmaaktheid
te kwijten. Tracht al die bezigheden te doen samen-
stemmen met uwe novene, waarvan het plan derwijze
geraamd moet zijn, dat zij er een gedeelte van uitmaken.
Wees uiterst bezorgd om dagelijks te volbrengen
wat u ter verrichting gedurende de novene is voorge-
schreven, en vraag er u eiken avond rekenschap van.
Ga in dat onderzoek na, of gij dien dag veel voordeel
hebt getrokken uit de novene, hetzij door uwe gebreken
verminderd, of voortgang gemaakt te hebben in uiter-
lijke plichtsbetrachting en ingetogenheid des harten.
Op die wijze zal elke novene uwen ijver op den weg
der volmaaktheid merkbaar aanwakkeren; en indien gij
er verscheiden:; houdt in den loop des jaars, zult
gij nimmer het ongeluk hebben, tot traagheid te ver-
vallen.
Vergelijkt gij nu deze grondregels met de oefeningen
en gevoelens, die wij u aangeven in deze Novene van het
h. Hart van J.;
dan zult gij zien, dat zij alle hierin
hunne toepassing erlangen.
-ocr page 10-
8
De grondgedachte dezer novene hebben wij genomen
uit eene oefening van godsvrucht, die de zalige Margareta
Maria Alacoque beknoptelijk uitgegeven heeft onder den
titel van: „Levens van Jezus Christus in het allerhei-
ligste Sacrament: manier om die te vereeren tijdens de
octaaf van dat feest." Met betrekking hierop zal deze
novene u kunnen helpen, om het feest en de octaaf van
het allerheiligste Sacrament te heiligen door het oefenen
der devotie tot het goddelijk Hart. Dit toch moeten
wij, volgens den geest dier devotie, meer bijzonderlijk
vereeren in het Sacrament, waar Het wezenlijk tegen
woordig is.
En dewijl eenige godvruchtige personen verlaugden
dat de overwegingen in dit boekje vervat, twaalf in ge-
tal waren, om op den eersten Vrijdagvan iedere maand
telkens eene daarvan te nemen, hebben wij er eene bij-
gevoegd voor den dag, die de novene voorafgaat, een
andere voor \'s avonds vóór het feest van het h. Hart,
en een derde voor den dag zelven dier plechtigheid.
-ocr page 11-
1\\OVENE
IBB EBBE TAK
HET HEILIG HART VAN JEZUS.
OP DEN DAG DIE DB NOVENE VOORAFGAAT,
Welk het doel was der instelling van het
allerheiligste Sacrament.
Voorbereidend gebed. Een levendig geloof in Gods
tegenwoordigheid. Opdracht der overweging. Bid God,
dat Hij u aandachtig doe zijn, u verlichte en uw hart
bewege 1).
1) Geef, o mijn God, dat gedurende deze overweging alle ge-
dachten van mijn verstand, alle aandoeningen mijns harten, alle
werkingen mijner ziel zuiver en volkomen mogen strekken tot
den dienst en de glorie uwer goddelijke Majesteit.
O miju Verlosser, ik wenseh mij te vereenigen met Uw heilig
Hart, om dit gebed te verrichten in vereeniging met de vol-
maakte toewijding, den diepen ootmoed, den onbegrensden eer-
bied, de vurige liefde en al de heilige en goddelijke gestelte-
nissen, waarmede Gij tot Uwen hemelschen Vader hebt gebeden,
toen Gij op de aarde verkeerdet. Vereenig, smeek ik IJ, mijn
-ocr page 12-
10
Eerste inleiding. Verbeeld u J. C., op het oogenblik
zelf, dat Hij dit goddelijk Sacrament instelde. Hij ia
aan tafel gezeten met Zijne apostelen en houdt in Zijne
aanbiddelijke handen datzelfde brood, hetwelk Hij zegent
en zelfstandig in Zijn eigen lichaam verandert. Zie, hoe
Hij Zijne goddelijke oogen ten hemel opheft, die
schitteren van een onuitsprekelijk zachten glans. .Be-
schouw dat gelaat van een God, die meer dan ooit van
liefde voor u brandt. Hij is in ecne verrukking van liefde.
Tweede inleiding. Vraag Hem, dat Hij u bijsta met een
buitengewoon licht, om de inzichten Zijner liefde in dit
verheven Sacrament goed te begrijpen, en dat Hij u de
genade verleene, diep daarvan doordrongen te worden,
om ook zelf tot de verwezenlijking er van mede te
werken.
Eerste punt. Jezus Christus stelde het h. Altaarsacrament
in ter bevrediging van Zijn vurig verlangen, om ons al
Zijne goederen mede te deelen ... Geen enkel ander
middel om de menschen daaraan deelachtig te maken
had hem afdoende geschenen. JJeschouw nu, o Christen,
hoe dit edelmoedige Hart zich maar niet kon verzadigen
met u te beminnen, \'t Is hier geen nieuwe gave, die
Hij weg wil schenken aan zielen die Hij liefheeft: neen,
het zijn alle gaven te gelijk, het zijn alle genaden, in
ééno enkele gave opgesloten. Welke ook de behoeften
eener ziel in dit leven zijn mogen: \'t is hier dat zij het
geneesmiddel, de heilbron vindt voor alles. Gij dan
zwak gebed uiet <ie heiligheid van het Uwe, opdat ik bidden
moge met U eu door U en den hcmelschen Vader aanbidde in
geeat en waarheid.
-ocr page 13-
11
o zielen, wie de bekoring beproeft, gij, die treurt in
ongenade, die angstig terneergeslagen ligt in het onge-
luk, gij, twijfelachtigen en wankelmoedigen, gij, arme,
zwakke en kwijnende zielen, weet toch uwe toevlucht te
nemen tot dit goddelijk geneesmiddel, weet het naar
behooren aan te wenden. Hier vindt men alles aan-
wezig: al wat vrienden, wat verlichte raadgevingen,
voorbeelden, wijze overdenkingen, zelfs wat alle devoties
van het Christendom u zouden kunnen aanbieden, wordt
hier vereenigd aangetroffen, \'t Is in dezen schat van
allerlei goederen dat een onnoemelijk aantal zielen haro
heiliging hebben gevonden. Hoe vaak ontbreken ons de
andere middelen, en worden er beletselen gesteld tegen
den bekwamen tijd en den gereeden toegang! Maar
in dit wonderbaar Sacrament is Jezus Christus altijd
tegenwoordig, altijd gereed; en dit wel overal en voor
allen. Waarom dan, o lauwe ziel, die traagheid in
den dienst des Heeren ? Waarom die schuldige achte-
loosheid ? Hoe miskent gij aldus die grenzenlooze
weldaad P Dan, \'t is hier niet enkel eene samenvatting
van alle goddelijke gunstbetooningen; \'t is eene geheel
nieuwe gave, \'t is de grootste van alle. — Deze toch zijn
slechts de vruchten der oneindige liefde uws Verlossers;
maar hier is de plant zelve aanwezig, welke al die vruch-
ten voortbrengt: uw goddelijke Verlosser, die Zich Zelven
aan u geeft. Hij schenkt u Zijne heilige menschheid
met al de verdiensten van Zijn sterfelijk leven; Hij geeft
u Zijne godheid met al de schatten Zijner wijsheid, Zijner
macht en matelooze goedheid. Hij stelt eindelijk geene
andere perken aan het verlangen, dat gij zelve koestert
om u te verrijken, dan die uwer eigene gesteltenis en
-ocr page 14-
12
vatbaarheid. Bepeios die overmaat van liefde, o wereldsch-
gezinde ziel, die zoo gevoelig zijt voor aardsche vriend-
•chapsblijken. lü-en nietig geschenk bedaart uwe gram-
schap, verwarmt uw koud gemoed, wint en vermeestert
uw hart; maar geldt het uwen God, dan ja houdt dat
ondankbare hart op gevoelig te zijn. Ach, laat u dat
berouwen tot schamens toe, ween er over van droefheid ,
en bepaal bij u zei ven, wat gij voortaan denken en ge-
voelen en verrichten moet, om dat goddelijk Hart te
bevredigen, dat zoo mild is met Zijne liefdebewijzon.
Tweede punt. Jezus Christus heeft het heilig Sacrament
des altaars ingesteld, om Zich met onze zielen te ver-
eenigen. Zoo verre heeft de vurigheid Zijner liefde Hem
gevoerd... Hij Zelf is die koopman van het evangelie,
die zijn ganschen rijkdom veil heeft voor eene paarl, welke
hij zeldzaam en op hooge waarde schat. O Jezus, Zoon
van God, zijn wij dan, is dan het bezit van onze harten
ook zulk een kostbaar goed voor U? En gij, ondank
bare en ellendige ziel, begrijpt gij heel de grootheid
van dit geheim F De eenige Zoon des Vaders begeert
vurig, slechts één te zijn met u door de innigste ver-
eeniging, die plaats kan grijpen tusschen den eeuwigen
God en een sterfelijk schepsel; en door eene poging
Zijner almacht en wijsheid heeft Hij een middel ge-
vonden, om Zich met U te vereenigen door uw eigen
voedsel te worden. Hij wil geheel en al toebehooren
aan het schepsel, mits ook dit toestemme zich aan Hem
te geven door eene wederkeerige en liefdevolle schenking
van zich zelf. De rede zou deze waarheid verwerpen,
indien het geloof te ons niet leerde. Ja, mijn Heer en
mijn God, ik geloof het. Maar ach! dat ik ongevoelig
-ocr page 15-
13
kan zijn voor eene zoo groote liefde! En ken ik haar
wel, zooals ik ze moest kennen P Hoelang heb ik ver-
zuimd U en mij zelven te leeren kennen! Hoe meer ik
U bewonder, o mijn God, des te grooter afschuw krijg
ik van mij zelven. Hoe dikwijls prangdet Gij U liefdevol
tegen mijn hart! En ach, mijn goddelijke Bruidegom,
met welk monster voeldet Gij U vereenigd! met welk een
monster van onwaardigheid, van onzuiverheid, van koude
ondankbaarheid! Zoo dikwerf heeft mijne ziel zich in
den schoot bevonden van een ongekend geluk, waarvan
een enkel oogenblik zelfs ten prijs van mijn bloed niet
te duur ware gekoekt! En echter, o blinde, o onver-
standige en door eigen schuld ongelukkige ziel, hoevele
van die stonden hebt gij verloren! wat groote zaligheid
hebt gij niet weten te smaken! Zelfs de serafijnen bc-
nijdden u, en toch..... O, verachtelijke zinnen! be-
drieglijke wereld! trouwelooze en verraderlijke harts-
tochten! wat hebt gij mij nu in ruil gegeven voor zoo
groot een goedP
Houd hier eenige oogenblikken stil, en vergelijk een
zoo innig bezit van een God van liefde, met de beuzel-
achtige voorwerpen uwer aardschgezindheid, waardoor
u de smaak en de kennis van zulk een genot is beno-
men. Maak edelmoedige besluiten, vraag groote verlich-
tingen en genaden, en bied door eene oefening van vol-
komen zelfverzaking, uw hart zonder voorbehoud ten
offer aan de verlangens en aan de vlammen van het on-
eindig beminnenswaarde en oneindig beminnende Hart
uws goddelijken Bruidegoms.
-ocr page 16-
14
EEKSTE DAG.
HET GODDELIJK HAKT TAN JEZUS IN HET ALLEBHEILIGSTB
8AC1JAMENT LEIDT EEN LEVEN VAN
ZALIGHEID.
Hetgeen wij hier zeggen is eene waarheid, onbegrijpelijk
voor uwe eigenliefde, die in dit allerheiligste Sacrament
het Hart van Jezus Christus in een volslagen gemis
beschouwt van do goederen der aarde.
Voorbereiden!, gelei. Een levendig geloof in Gods te-
genwoordigheid. Opdracht der overweging. Bid God,
dat Hij u aandacht verleene, u verlichte en uw hart
bewege.
Eerste inleiding. Verbeeld u Jezus Christus in het aller-
heiligste Sacrament, Zijne borst ontdekkende en u Zijn
Hart toonende als op een troon, schitterend van een
liefelijk licht en een hevig brandend vuur.
Tweede inleiding. Vraag Hem om een deel van dat zachte
licht en dat goddelijk vuur, opdat de waarheid voor u
zichtbaar, en uw hart ontvlamd worde door Zijne liefde.
Eerste punt. Spoor in Jezus\' Hart het denkbeeld op,
dat gij u vormen moet van de grootheid, de schoonheid
en het genot der tijdelijke goederen... In de enge ci-
borie, die Hetzelve omsluit, geniet dat goddelijk Hart een
oneindig geluk, zonder nogtans ook maar het geringste
te smaken van hetgeen de wereld hoogacht, of uwe eigen-
liefde noodig oordeelt tot uw welzijn, In plaats van al
-ocr page 17-
15
dat vermakelijke, waaraan de wereld zich overgeeft,
heeft Jezus voor alle gezelschap enkel het stilzwijgen
en de eenzaamheid. In plaats van paarlen en kostbare
meubelen, is het tabernakel, waarin Hij woont, vaak
armoedig en van alles verstoken. De weinige oogenblikken,
dat Hij niet alleen is gelaten, heeft Hij doorgaans slechts
behoeftige en onbeschaafde menschen voor Zich.
Doch hoe menigmaal bevindt Hij Zich in de tegenwoor-
digheid Zijner meest verklaarde vijanden! hoe dikwijls
wordt Hij door hen beleedigd, bespot en verguisd! Welk
een droeve toestand is niet de Zijne, in de oogen uwer
eigenliefde! En toch, dat goddelijk Hart, te midden
dier verlatenheid, gedwongen tot zulk een gezelschap,
overladen met al die verachting, verliest niets van Zijn
altoos oneindig geluk. En gij, zoo vaak verliest gij
uwe rust! en dat wel om zooveel minder! Blind, en
zwak van harte, doet gij, door u aan het zinlijke
te hechten, tr tevens uw geluk van afhangen; tot op
dezen dag hebt gij dit daarin gezocht. Maar welaan, uw
hart is van dezelfde natuur als dat van Jezus Christus:
noch het Zijne, noch het uwe is gemaakt voor dezegoe-
deren, die uwc zinnen bedriegen. Erken dus uwe dwaling.
O oneindig gelukkig Hai\'t, doe mij toch de begoocheling
van het schijngeluk inzien, waardoor mijn eigenliefde
bedrogen en mijne rede in dwaling gebracht werd, en
geef mij eene onbeperkte minachting voor alles wat de
wereld hoogschat en liefheeft.
Onderzoek hier, door welke genietingen uwe eigen>
liefde het zachtst zou gestreeld worden; maak gansch
tegenovergestelde voornemens, en bid.
Tweede punt. Leer in Jezus\' Hart het denkbeeld kennen,
-ocr page 18-
16
dat gij u vormen moet van de grootheid, de schoonheid
en het genot der geestelijke goederen. . . . De liefde
en het bezit van God maken de zaligheid uit van Jezus\'
Hart, hetwelk, persoonlijk vereenigd met de Godheid ,
een oneindig geluk smaakt, gelijk ook Zijne liefde en
vereeniging met God oneindig zijn ; en \'t is om dezelfde
reden, dat die zaligheid niet in \'t minste gestoord kan
worden door het gemis van die tijdelijke goederen,
waaraan uwe beperkte zinnen zoo groot eene waarde
hechten. Voor Hem is de eenvoudige ciborie gelijk
aan den troon Zijner heerlijkheid in den hemel. Houd
een tijdlang uwe blikken strak op de zon gevestigd, en
weldra zult gij geen ander voorwerp meer gewaarworden:
de indruk, door dat helle licht in uwe oogen achterge-
laten, maakt ze onvatbaar voor alle andere, die minder
levendig zijn. O gelukkige ongevoeligheid voor de
goederen dezes levens ! Zij alleen kan in deze ellendige
wereld uw hart gelukkig maken. Zeg gij derhalve tot
u zei ven : mijn hart is niet van eene andere natuur dan
dat van Jezus Christus; hetgeen dat goddelijk Hart
gelukkig mpakt, is alleen in staat om mij te bevredigen.
Herinner u die dagen, of althans die weinige uren uws
levens, dat uw hart van eene vuriger liefde tot God
was ontvlamd. Wèl zijn dit zoete , doch tevens bittere
herinneringen. Toen ontbrak u niets ter volkomen be-
vrediging; en vergelijk nu eens met dien vrede, toen
door uwe ziel gesmaakt, haar tegenwoordigen toestand.
Ach, ontferm u over u zelven; wees gij zelf het voor-
werp uwer afgunst en uwer verontwaardiging tevens.
O Hart van mijnen Heer Jezus, oneindig tevreden en
gelukkig, wanneer zult Gij U mijner erbarmen F Doch
-ocr page 19-
17
van uit dit tabernakel antwoordt u Jezus: „Dwazeziel,
wanneer zult gij zelf u over u ontfermen ?" En wat zult
gij nu tot Hem zeggen P O vraag Hem allerdeemoedigst
vergiffenis, dat gij in uw hart dat heilig vuur hebt
laten uitgaan , hetwelk Hij Zelf er in ontstoken had en
in de zachte koestering waarvan Hij u den zoetsten vrede
liet smaken ; maak , met het oog op zekere uwer dage-
lijksclie verrichtfhgeu, het grootmoedige voornemen,
om u volstrekt los te maken van alles wat de goddelijke
liefde in u belet te ontkiemen en aan te wassen, en
bijgevolg ook uw tijdelijk geluk in den weg staat.
GEESTELIJKE LEZING.
Eodriguez. l«t« Deel. l»te Verhandeling. Hfdst. 14 en 15.
Bezoek aan het allerheiligste Sacrament.
Beschouw hier heden Jezus Christus als het eenige
voorwerp, dat u gelukkig kan maken, en Zijn heilig Hart
als de plaats, waarin uw gansche geluk is neergelegd.
Oefening van verlangen. Vraag aan God dat alleen Zijne
liefde u volkomen bevredige.
SCHIETGEBED OEDUSKNDK DEK DAO.
Amorem tui solum cum gratia tua mi/u dones,
et dives sum salis.
Geef mij, o mijn Jezus, slechts Uwe liefde en Uwe
genade, en ik ben rijk genoeg; ik vraag U niets meer.
2
-ocr page 20-
18
Deugdoefening grdurende dezen dag.
Bepeins dikwijls, bij elke handeling die gij zult ver-
richten, op welke wijze, wat het uiterlijke aangaat, en
met welke gemoedsstemming Jezus Christus die verricht
zou hsbben. De gedachte hieraan moet u helpen in
het verbeteren uwer gewone wijze van doen en in het
meer en meer heiligen uwer geringste bezigheden.
TWEEDE DAG.
OVBB HBT LEVEN VAN GENADE VAN HET HEILIG HAKT
IN HET AlLEBHBILIGSTE SAOBAMENT.
Van iemand die in den vreemde woont, om er handel
te drijven, of om wetenschappen op te doen, kau men
zeer gepast zeggen, dat hij er een handels-, of een stu-
dieleven leidt. Ofschoon nu de aarde voor Jezus in Zijn
verheerlijkten staat een alleszins onwaardig verblijf is,
heeft Hij haar toch tot Zijne woonplaats willen uitkiezen ,
om er te onzen opzichte als \'t ware de bezorger te zijn
van Gods genade. Vandaar dat men het leven, \'t welk
Hem te midden van ons in het Sacrament bezielt, ge-
nadeleven kan noemen. Gaan wij derhalve aandachtig
na le welke de gevoelens zijn van dat goddelijk Hart
voor ons; 2e welke de onze moeten wezen.
Voorbereidend gebed. Als naar gewoonte.
Eerste inleiding. Verbeeld u Jezus Christus in het aller-
heiligste Sacrament, Zich de borst ontblootende en u Zijn
Hart toonende, waaraan een heldere waterstroom ont-
-ocr page 21-
19
schiet: het zijn de genaden, die Hij overvloedig wenscht
uit te storten over al degenen, die tot Hem naderen.
Tweede inleiding. Stel u in de tegenwoordigheid van
Jezus Christus, als een arme zieke met melaatsehheid
overdekt en versmachtende van een doodelijken dorst;
vraag Hem dat Hij door Zijne genade u geneze, u zuivere
en uwe krachten herstelle
Eerste punt. Jezus Christus leidt in dit verheven Sa.
crament een leven van genade. Welke gevoelens wekte
in Zijn Hart dit leven niet op,\' toen Hij, onder ons
wonende, do zieken genas en Zelf hen ter genezing
opzocht; toen Hij den blinden het gezicht, den dooden
het leven terugschonk, en Zijne liefde tot ons Hem zoo-
vele wonderen deed werken! Diezelfde gevoelens van
medelijden, van teederheid, van ontferming, van goed-
hartigheid, heeft Hij thans alle te gelijk in dezen staat,
het vereenigingspunt van al Zijne wonderdaden.
Welke waren Zijne gevoelens, toen Hij zoovele ver-
moeienissen, zoovele tegenkantingen en folteringen uit
eigen verkiezing te gemoet ging? Die gansohe genegen-
heid, diezelfde oneindige liefde bezielt Hem nog in dit
aanbiddelijk Sacrament, waarin Hij voortgaat iederen
dag het werk onzer verlossing te vernieuwen. Hoe fel
en rusteloos is niet een groote vlam, als zij opgesloten
is in een engen ovenP Desgelijks het goddelijk Hart.
Ja, dat oneindig minnend Hart verduurt eene Boort van
onbeschrijfelijke foltering in die overvolheid van genaden ,
die Het omsluit en waarvan Het zich niet kan ontdoen,
bij gebrek aan personen, geschikt om ze te ontvangen-
Terwijl die God eens aan eene ziel, ilie Hij liefhad,
Zijn Hart vertoonde als een vuurkolk, sprak Hij tot haar:
i*
-ocr page 22-
20
„Mijn Hart brandt weg van verlangen, om zich aan de
zielen mede te deelen. Help Mij, dierbare dochter,
dit groote vuur blusschen. Verkondig zelve en doe
overal verkondigen, dat Ik zonder mate al Mijne genaden
zal uitstorten in de zielen, die er van komen putten in
Mijn Hart." Dan, gij zijt een diergenen, die koud en
ongevoelig zijn voor het Hart van dien minnenden God.
Hebt gij goed doordacht en begrepen, welke de ge-
voelens zijn van dat HartP £n thans, nu ze u bekend
zijn, wat denkt gij er van ? wat denkt gij van uzelven P
O oneindig goedaardig en liefderijk Hart, waarom heb
ik U niet vroeger gekend! Ach! daarom ben ik tot op
dezen dag zoo verstoken geweest van genaden, zoo weinig
betrouwend op 0, zoo kleinmoedig in mijne gebeden.
Bewondering ... Dankbetuiging ... Betrouwen ... Voor-
nemens . . .
Tweede punt. Welke gevoelens verwacht Jezuï\' Hart
van u voor dat leven, van genade, dat Hij om uwentwil
in dit Sacrament leidt?... 1. Gij moet dit goddelijk
Hart beschouwen als uw eenig toevluchtsoord in eiken
nood uws harten. Dit hebt gij nog niet gedaan; want
dat minnend Hart is steeds het laatste geweest, waar-
henen gij u wenddet. Hadt gij daadwerkelijk geloofd, in
dat goddelijk Hart het ware geneesmiddel te zullen
vinden voor uwe bekoringen, droefheden, twijfelingen
en zwakheden, dan zoudt gij het niet hebben gezocht
in de schepselen, in uwe zinnen of in uw eigene harts-
tochten. Onderzoek u oprecht omtrent het ongelijk, dat
gij daarin het teederste en vermogendste aller harten
hebt aangedaan, en begin het onverwijld te herstellen.
2. Uwe toevlucht nemende bij dat goddelijk Hart, moet
-ocr page 23-
21
gij een waar en vurig verlangen hebben naar al de ge-
naden, die u noodig zijn. O dat goddelijk Hart kent
al de verborgenste gevoelens van het uwe: Het ziet
uwe geringe opgewektheid om Het te beminnen op het
oogenblik zelf, dat gij Het om de genade hiervan vraagt;
Het ziet, dat gij bang zijt voor die genade van u vol-
komen te onthechten aan het schepsel, en dat, terwiji
uw mond bidt, gij een heimelijk afgrijzen gevoelt van
zelfhaat, van liefde tot vernederingen, en van vol-
komen verzaking uwer neigingen en lusten. Desniet-
temin zult gij u de genaden van Jezus Christus nimmer
waardig kunnen maken, dan door de oprechtheid en
vurigheid uwer begeerten. Denk eens na over die,
welke Jezus koestert voor u, en vergelijk ze met do
uwe. Schaam u er over in het diepste uws harten,
vraag Hem vergiffenis en smeek Hem ootmoedig, dat
de eerste Zijner genaden voor u een levendig verlangen
zij om genezen en het verlangen waardig te worden, dat
Hij heeft, om ze u mede te deelen. 3. Gij moet tot
Jezus\' Hart uwe toevlucht nemen, niet alleen met oot-
moed, maar ook met een liefdevol betrouwen, d. i. met
eene soort van vriendschappelijke gemeenzaamheid, die
God u toestaat en zelfs wil dat gij met Hem in dit
Sacrament onderhoudt. O ziel, die uw geluk miskent,
is dat niet het grootste liefdewonder van dat Hart voor
de menschenP Die God van majesteit en glorie, voor
Wien de engelen des hemels in heilige siddering zijn
neergebogen, gewaardigt Zich, op deze aarde gemeenzaam
met ons te verkeeren. Gij geeft uw hart gansch en al
aan schepselen over, die meermalen geringer zijn dan gij,
en u wellicht onteeren en verraden; en dat/.elfde hart
-ocr page 24-
22
verwijdert zich, het is gesloten, wanneer een God er
wel in nederdalen wil! En \'t is geen ootmoed, die u
weerhoudt: \'t is de weinige liefde, die gij voor Jlem
hebt, en het al te zwakke bewustzijn der liefde, die Hij
u toedraagt. O goddelijk Hart, oneindig minnend en
minnenswaardig, voortaan zal het anders zijn
Open Hem dan geheel uw hart; maak Hem bekend
met uwe smarten; ontbloot Hem uwe wonden; toon
Hem aan, wat gij noodig hebt. Hij kan niet weerstaan
aan een bedrukt hart, dat met ijver en vertrouwen
tot Hem smeekt.
GEESTELIJKE LEZING.
Kodriguez, Ie Deel. 7de Verhandeling. Hfdst. 8 en 9
SCHLLTUEBLl).
Susceptor mem es lu, et re/ugium meum; Deus meus, speraho
in eum.
Gij zijt mijn eenige steun en toevlucht: van U
alleen, o Jezus, verwacht ik alles.
Bezoek aan het allerheiligste Sacrament.
Vernieuw in uw geest de voorstelling en in uw hart
de aandoeningen van de inleidingen dezer overweging,
en bekrachtig diegene, welke deze overweging in u heeft
voortgebracht.
Deugdoefeni/ig.
Verricht eene of andere daad van liefde, voorkomend,
heid of vriendschap ten opzichte van iemand, voor wien
-ocr page 25-
23
gij afkeer gevoelt; en dit wel met het oogmerk, om u
zelven te straffen voor de langdurige miskenning van
Jezus\' liefde tot u.
DERDE DAS.
JEZUS CHBI8TUS LEIDT IN HET ALLERHEILIGSTE SACRAMENT
EEN LEVEN VAN OPOFFERING.
Het offer des Kruises duurde slechts eenige uren;
maar Jezus Christus vernieuwt het elk oogenblik in het
Altaarsacrament, doordien er geen tijdstip ie, dat het
heilig Misoffer niet op eene of andere plaats ter wereld
wordt opgedragen. Daarom kan men Jezus\' leven in het
Sacrament wel een voortdurend offerleven noemen, waar-
van Hij Zelf èn Offerande èn Offeraar is. Wij zullen
dus overwegen: 1° welk doel Jezus\' Hart neemt aan die
Offerande van Zich Zelven, door Hem Zelven tevens op-
gedragen, 2° hoe door die offerande onze harten worden
uitgenoodigd, om zich zelven op te offeren.
Voorbereidend gebed. Als naar gewoonte.
Eerste inleiding. Verbeeld u Jezus in het Sacrament als
een lam, gereed om op het altaar te worden geslacht,
terwijl vlammen uit Zijn Hart slaan, om het als Offer
te verteren.
Tweede inleiding. Bid Hem, u goed te doen begrijpen,
welke de waarde is van Zijn Offer, en u moed te schen-
ken , om Hem na te volgen door aan Zijne liefde een
volmaakt offer te brengen van u zelven.
-ocr page 26-
24
Eerste punt. Jezus\' liefde tot Zijn goddelijken Vader
en tot ons was de voornaamste oorzaak van het Kruis-
offer; doch de haat en afgunst Zijner vijanden en
van die Hem kruisigden brachten mede daartoe bij.
Hier echter is het enkel de liefde, die alles doet; \'t is
hier eene gansch nieuwe uitvinding van een van liefde
ontvlamd hart; \'t is een werk, dat geheel en al toebe-
hoort aan dat Hart, hetwelk nimmer moede wordt te
beminnen. Reeds was door het Kruisoffer op oneindige
wijze voldaan aan hetgeen Gods eer en \'s menachen ver-
lossing vorderden; waarom derhalve die zoo langdurige,
onafgebroken vernieuwing? Omdat hetgeen aan des Vaders
oneindige rechtvaardigheid heeft kunnen voldoen, niet
genoeg is geweest voor de oneindige liefde des Zoons.
Om opgeofferd te worden aan het kruis , was het toereikend
dat de Verlosser voor Zijne vijanden Zijne heerlijkheid
verborgen hield; want hadden zij Hem gekend als
den God van glorie, dan ware Hij nooit door hen ge-
kruisigd. Maar om Zich Zelven opnieuw te offeren in
het Sacrament, moet Hij noodzakelijk, ook voor Zijne
dierbaren, zelfs Zijne menschheid verborgen houden.
En waarom niet Zich vergenoegd met eene jaarlijksche
hernieuwing van dat Offer, daar toch de andere geheimen
slechts eenmaal \'s jaars in de Kerk worden herdacht F
Of minstens , waarom niet bij de hernieuwing des Offers
de verschuldigde uiterlijke huldeblijken, liever dan
die geheimzinnige en verborgen wijze van opdragen Y
Waarom P O tallooze moeilijkheden van den kant Zijner
grootheid en onzer geringheid waren er tegen; en alleen
de overmatige liefde van een Hart, dat niet kan nalaten
ons te beminnen, was in staat, om die te boven te
-ocr page 27-
25
komen. Begrijpt gij thans, o koude, blinde en ondankbare
ziel, welk deel Jezus\' Hart heeft in de Offerande van
Zich Zei ven, die Hij aanhoudend voor ons in dit Sacra-
ment opdraagt P Wek dan gevoelens op van bewondering ,
van dankbaarheid en van verlangen, om aan zoo groot
een liefde te beantwoorden.
Tweede punt. Het offerleven van Jezus\' Hart in het
Sacrament noodigt u uit insgelijks een leven van opoffe-
ring voor Hem te leiden. Wilt gij beantwoorden aan
Zijne liefde , dan hebt gij niets anders te doen dan Hem
na te volgen. Zijne liefde tot U doet Hem dagelijks
Zich Zelven ten beste geven: bemin Hem, en het zal
u licht vallen, u op te offeren voor Jezus. Die groote
afkeerigheid van vaak onbeduidende offers is — bedenk
dit wel — een teeken van flauwe liefde. Waarom is de
afzondering, de armoede, de gehoorzaamheid voor u
zulk een zware last P Waarom kost het u zooveel moeite
een gevoel van wraak of afkeer te onderdrukken, deze
of gene genegenheid te matigen P \'t Is omdat gij reeds
jaren lang zelfs niet even geproefd hebt van den onuit-
sprekelijken troost, dien de godminnende ziel in het
lijden vindt. Begin dus, met u ten ofl\'er te brengen ,
en gij zult Hem leeren kennen. Elk gering offer zal de
liefde in u vermeerderen, en u kracht en moed geven
voor een dat grooter en edeler is. Zoo de ziel maar
aanhoudt met dat zwakke pogen, zal Jezus\' Hart niet
moede worden haar telkens een weinigje mede te deelen
van het vuur dat Hem verteert. Dan komt er een dag,
waarop Hij onvoorziens haar in de gelegenheid stelt tot
het brengen van een heldhaftig oiler. Maakt zij er zich
slechts toe gereed, dan ontsteekt Jezus in haar harteen»
-ocr page 28-
26
vlam van die liefde, welke haar bekwaam maakt tot het
verrichten dier heldendaad. Denk hier goed over na,
want het wijst u tevens den weg, die het zekerst tot de
heiligheid leidt, en minder moeilijk is dan hij schijnt.
Vergelijk de oSers van Jezus met datgene, waartoe Hij
u thans de gelegenheid schenkt. Is het gering; welk
eene schande dan voor u het te weigeren! Is het groot;
welnu, gelukkig zijt gij: de dag is aangebroken, waarop
Jezus uwe heiliging wil aanvangen. Vestig dan uwe
blikken op het tabernakel: daar zetelt uw opperste Goed,
de Bruidegom uwer ziel, uw God, die Zich geslacht-
offerd heeft voor u. Spreek tot dat aanbiddelijk Hart
met dat vertrouwen en die gemeenzaamheid, welke voor
u de vrucht der overweging van gisteren heeft moeten
zijn , en maak uwe voornemens.
GEESTELIJKE LEZING.
Hodriguez. 2<le Deel. lete Verband. Hfdst. 14 en 15.
SCHIETGEBED.
Zeg dikwijls tot uwe zinnen, begeerten en neigingen:
„eamus el nos, el moriamur eum Ulo." Laten ook wij gaan,
en met Hem sterven.
Bezoek aan het heilig Sacrament.
Bezoek het heilig Sacrament, als om in den geest bij
Jezus\' kruisiging tegenwoordig te zijn op het oogenblik,
dat de lans Zijne borst doorboort en Zijn Hart verwondt.
-ocr page 29-
27
Wek u op tot bewondering, beschaming en liefde; draag
u op als een ofier en bid vurig om getrouwheid in de
uitvoering uwer gemaakte besluiten.
Tieitgdoefening
Onderzoek heden vroegtijdig en met zorg, welke nei-
ging, welke afkeer, welk gebrek in u het meest aan
Jezus\' Hart mishaagt, en bevlijtig u dezen dag, Hem
daarvan een ofier te brengen.
VIERDE DAG.
VEEEEB HET HEILIG HABT OM ZIJN LEVEN VAN VBE-
NE DE RING IN HET AXLEBHEILIGSTE SACBAMENT.
„Leert van Mij, omdat Ik zachtmoedig en ootmoedig van
harte ben,"
sprak eenmaal Jezus Christus; en daadwerke-
lijk predikt Hij ons dit nog in het leven van vernedering,
dat Hij in het Sacrament heeft aangenomen. Wij zullen
vandaag die vernedering beschouwen 1». in zich zelve;
2o. in hare voornaamste omstandigheden.
Voorbereidend gebed. Als gewoonlijk.
Eerste inleiding. Ga hier aandachtig na, hoe Jezus Zioh
in dit tabernakel zonder eenige heerlijkheid vertoont,
en stel u, in zoover het doenlijk is, de oneindige
majesteit voor, die Hem in den hemel omringt. Verge»
lijk die beide toestanden- en merk hot verschil er van op.
-ocr page 30-
26
Tweede inleiding. Vraag Hem, de geheime inzichten
Zijns Harten in een staat, zoo weinig overeenkomstig
met Zijne oneindige grootheid, te mogen kennen, Hem
in dien staat te beminnen en na te volgen.
Eerste punl. Zelfvernedering en liefde tot alles wat
die kan bevorderen zijn het kenmerk des ootmoeds. Be-
schouw Jezus\' vernedering in het Altaarsacrament. Al
wat eer uitlokt, laat Hij zorgvuldig verborgen. Welk
teeken wordt gij hier gewaar van Zijne godheid? Waar
is het licht, de majesteit, de engelendrom, de troon van
heerlijkheid ? Is hier een spoor te bemerken van die
macht, waardoor de wereld bestaat; van die wijsheid,
waarmede zij bestuurd wordt; van dat oppergezag, tet-
welk zich uitstrekt over hemel en aarde? Had Hij zich
heimelijker kunnen verschuilen, bijaldien Hij werkelijk
vreesde als God te zullen vereerd worden? Zich dieper
kunnen vernederen, zoo Hij inderdaad begeerde voorbij -
gegaan en veracht te worden ? Zijne woning is niets
anders dan een eng verblijf van hout, somtijds is het van
steen; en op enkele altaren na, waarop eene gepaste
versiering is aangebracht, wordt Hij op sommige plaatsen
zoo armoedig gehuisvest, dat een eenvoudige daglooner
soms voegzamer geherbergd is. Gelijk oudtijds voor
Salomons prachtigen tempel, had Hij voor Zijne taber.
nakelen goud en edele steenen kunnen eisenen. Maar
neen: ondanks Zijne voorkennis van hetgeen Hem een-
maal zou wedervaren, heeft Hij zich prijs gegeven aan al
de onverschilligheid, gierigheid en ondank der menschen.
Is er wel een treffender voorbeeld van ootmoed denk-
baar? te meer, daar geen nooddwang, maar volle vrije
keuze Hem die vernedering en dien onaanzienlijker
-ocr page 31-
29
staat deed omhelzen. Ziehier dus een Hart, dat op-
rechtelijk den ootmoed bemint, en als zoodanig door
u nagevolgd wil worden. Onderzoek daarom uwe oefe-
ningen van ootmoed, zoo in woorden als in daden: worden
die even vrijwillig, even liefdevol verricht? Is het voor
u, gelijk voor Jezus\' Hart, om het even, met eer, of
met verachting bejegend te worden? Laat gij, op Zijn
voorbeeld, uw eer en goeden naam van anderer wille-
keur afhangen? O welk eene leerschool! Welk een
verschil tusschen leerling en Meester! Denk er over
na... maak voornemens ... en bid.
Tweede punt- Overweeg twee gewichtige omstandig-
heden van Jezus\' ootmoed in het Sacrament. 1°. Een
hart, minder dan dat van Jezus Christus den ootmoed
liefhebbende, had allicht een zeker maathouden in die
vernedering als meer bevorderlijk geacht ter verbreiding
van Gods eer. Gemakkelijker toch ware die almachtige
God in het Sacrament erkend en vereerd, indien er zich
bijwijlen eenig waarneembaar teeken der verborgen god-
heid had vertoond Maar niet alzoo dacht Jezus\' Hart:
Hij wilde dat Zijn toonbeeld van ootmoed in dit Sacrament
oneindig volmaakt was. Denk er dan aan, godvruchtige
ziel, dat het vaak uw verborgen hoogmoed is, die u
bedriegt. Als ik zwijg, zegt gij, als ik toegeef, zet ik
mijne eer, mijne onschuld, de rechtvaardigheid op het
spel. Maar weet gij dan niet, dat de hoogste eer der
onschuld bestaat in onschuldig veracht te worden, en
dat de rechtvaardigheid haren roem erlangt uit het lijden
van onrechtmatige verdrukking? Dit is de geliefkoosde
stelregel van Jezus\' ootmoedig Hart, en de toepassing
er van, zelfs op de nietigste verriohtingen, voert god-
-ocr page 32-
30
vreezende zielen menigmaal tot de heldhaftigste deugd-
oefening. 2e Een hart, minder dan dat van Jezus Christus
met de ootmoedigheid ingekomen, zou allicht eenig zicht-
baar erkenningsteeken voordeeliger geacht hebben voor
het heil der zielen. Wie toch, o lieve Jezus, om onzentwil
in het vleesch verschenen, wie had weerstand kunnen
bieden aan dien zachten en goddelijk schoonen glans
Uwer aanbiddelijke menschheid, al ware ook slechts een
enkelen keer de kortstondige aanschouwing daarvan hem
gegund! Maar wederom, niet aldus dacht Jezus\' Hart. Hijt
de oneindige Wijsheid, achtte het voor ons heilzamer, in
het Sacrament het schoonste toonbeeld van ootmoed te
geven. Het staat dus vast, o Christen, dat uwe trotsch-
heid, uw ijdel zelfbehagen, uwe natuurlijke hooghartig-
heid door Jezus als de grootste vijand beschouwd wordt,
zoowel van u als van Hem Zelven. Om u door Zijn eigen
voorbeeld volkomen te overtuigen, heeft Hij, met Zich
aldus te verbergen, afstand gedaan van een middel, dat
veel gemakkelijker leidde tot het winnen onzer teederste
liefde.
En zoodoende, o allerootmoedigst Hart, o oneindig
vernederde Zaligmaker, zijt Grij zooveel beminlijkervoor
mij, als Gij U te mijner onderrichting dieper hebt ver-
nederd: „quanto pro me vilior, lanto mihi earior."
Onderzoek de bijzondere omstandigheden uws levens,
maak dienovereenkomstig uwe voornemens, en vraag met
aandrang om Jezus\' bijstand.
-ocr page 33-
31
GEESTELIJKE LEZING.
Bodriguez, 2e Deel. 8\'«° Verhand, Hfdst. 19 en 22.
SCHIETGEBED.
„O mi Jeiu, quanto pro me vilior, tanto mihi carior." O
mijn Jezus, Gij zijt en zult mij steeds dierbaarder
wezen, naarmate Gij U dieper voor mij hebt vernederd.
(H. Bernardus.)
- Bezoek aan het heilig sacrament.
Hernieuw in uwen geest de voorstelling, in de eerste
inleiding aangegeven, om door uwen eerbied en liefde
eenige vergoeding te geven voor de verguizing, waaraan
Jezus is blootgesteld, terwijl Hij voor u in dit Sacra-
ment een zoo verborgen en nederig leven leidt.
Deugdoefeniitg.
Wacht u met bijzondere zorg van iets te doen of te
zeggen tot uw lof of ontschuldiging.
VIJFDE DAG.
VEBEEU HET IHTBK VAN LI «F DU VAN JKZP8\' HAKT
IN HET HEILIG- SACBAMENT.
Daar wij ons met dit lief dele ven van Jezus meer bijzon-
derlijk hebben bezig te houden op den feestdag zelven van
-ocr page 34-
32
het heilig Hart, overwegen wij hier slechts dat Jezus
Christus in dit Sacrament steeds bij ons heeft willen
blijven. En dit wol 1° wonende in het tabernakel,
2e rondgebracht als teerspijze. Twee blijken van een
goddelijk geduld, door de liefde in Hem gewerkt.
Voorbereidend gebed. Als gewoonlijk.
Eerste inleiding. Vestig met aandacht en liefde uwe
blikken op het tabernakel, verlevendig uw geloof aan
Jezus\' wezenlijke tegenwoordigheid, en verbeeld u uit
Zijn mond de belofte te hooren, gegeven aan Zijne apos-
telen: „ecce Ego vobiscum turn usque ad consummationem sceculi .•"
Zie, Ik ben met u tot aan het einde der tijden.
Tweede inleiding. Vraag Hem, die teederheid en liefde
Zijns Harten te waardeeren, waarmede Hij in dit Sacra-
ment bestendig aanwezig is, en de dankbaarheid te ge-
voelen, Hem voor de uitvinding Zijner liefde verschuldigd.
Eerste punt. Jezus Christus kon onze heiliging be\'
werken door Zich enkel zinnebeeldig, en niet in werke-
1 ijkheid aan ons mede te deelen; doch Zijne oneindige
liefde is niet tevreden met van verre hulp te verschaffen
Hij wil het doen, persoonlijk aanwezig. Doch waarom Ziob
niet vergenoegd met slechts dan werkelijk tegenwoordig
te zijn, wanneer het heilig Misoffer wordt opgedragen!
Zoodoende had Hij toch iederen dag Zijne dicrbarei
kunnen bezoeken P Neen, Zijn Hart verlangde meer
Hij wilde voor altijd onder de Sacramenteele gedaantei
verscholen blijven, om als het ware onze medeburge\'
en huisgenoot te zijn. Hij had zich kunnen vergenoegei
met ééne stad van elk land, of ééne kerk van elke sta<
tot verblijfplaats te kiezen % maar neen, overal wilde Hi
aanwezig zijn. In des hemels uitgestrekte ruimten be
-ocr page 35-
33
vindt Zijne heilige Menschheid zich slechts op eeDe enkele
plaats; maar op aarde wordt zij als het ware onmetelijk
en is zij overal aanwezig, waar zich een gering aantal
Christenen hevindt. Volkomen waar is derhalve het
beweren veler heiligen, dat het Hart van Jesus op de
kinderen der menschen is verliefd. Bedenk daarenboven
dat dit aanzijn ten allen tijde en op alle plaatsen, m. a. w.
die onbepaalde vermenigvuldiging der heilige Menschheid
een groot wonder is van Gods almacht; en wat nog
meer zegt, juist door het wrochten van dit wonder
stelt Hij Zich aan de gelegenheid bloot, om tal van ver*
guizingen te verduren. En gij, beantwoordt gij aan die
vurige liefde van Jezus\' Hart, door een gelijk verlangen,
om met Hem te zijnP Ga dit na bij u zelven. Welke
moeite en last heeft het in, Hem te bezoeken? Hoevele
onkosten, zwarigheden en zorgen, als het geldt een hulde*
betoor. te brengen aan de grooten der aarde! Wat al
plechtigheden, reinigingen, gebruiken en oefeningen, wan-
neer oudtijds de Joden tot het tabernakel der heilige
Ark naderden! Maar aan het naderen tot dezen ons
minnenden God hindert noch armoede, noch mismaakt-
heid, noch geringheid van persoon of stand of kleed ij.
Bemin Hem slechts, en uwe liefde geeft u het recht met
eene grenzenlooze teederheid door Hem te worden ont-
vangen, als waart gij Zijns gelijke en boezemvriend. O
onbegrijpelijke liefde! Wat al weldaden, welk eene toe*
genegenheid! Doch ook, godvreezende ziel, hoeveel
heimelijke wroeging, zoo gij om ijdele voorwendsels
verzuimt Hem te bezoeken!
Tweede punt. Jezus smaakt zoo gaarne het genot van
bij ons te zijn, dat indien wij niet tot Hem kunnen komen,
3
-ocr page 36-
34
Hij Zich Zelven ten onzent laat henenvoeren. En geef hier
vooral acht op de buitengewone blijken Zijter minzaam-
heid. Waarhenen toch laat Hij zich dikwijls wegdragen ?
Naar plaatsen, die uwer fijngevoeligheid walging en af-
schtiw veroorzaken; naar nederige en armelijke hutten,
naar kwalijk riekende vertrekken, naar afschuwelijke
kerkerholen! En door welke handen wordt Hij soms
gedragen P hoe vaak door die van onwaarde bedienaren!
Maar zoo teeder mint ons Zijn Hart, dat Hij dat alles
niet eenmaal schijnt te bemerken. In de eerste christen-
tijden was het geoorloofd Jezus\' heilig Lichaam van \'s Hee-
ren tafel mede te nemen hetzij naar huis of op reis;
en had de Kerk, met reden verontwaardigd over de on-
eerbiedigheden, waaraan de geloofsverslapping het Sa-
crament blootstelde, dat gebruik niet opgeheven, dan
zou nog voortdurend Jezus Christus op dergelijke wijze
zich laten behandelen. Wat antwoord hebt gij, vrome
ziel, na de overweging van dit alles P Hebt gij wel ooit
goed begrepen, welk een sprekend blijk van Jezus\'liefde
het is, dat Hij onder ons een blijvende woonplaats heeft
verkozen ? Dan , nog bewonderenswaardiger toont zich
Zijne goedheid. Hoe vurig Hij ook verlangt om. steeds
bij u te zijn, houdt Hij u echter niet af van uwe plichts-
betrachting of verzorging uwer belangen. Al den tijd,
dien gij aan de behartiging uwer zaken te wijden hebt,
blijft Hij geduldig wachten op uwe vrije oogenblikken.
Zelfs wil Hij u niet berooven van uwe gepaste ontspan-
ningen, en laat u gaarne werk en verpoozing naar eigen
believen regelen; ja alle zorg schijnt Hij aan te wenden,
om, met Zich Zelven voldoening te willen verschaffen,
u tot geen overlast te strekken. Niet alleen overdag
-ocr page 37-
36
blijft Hij zoovele uren lang in een verlaten staat; doch
ook gansche nachten brengt Hij alleen door in de Ciborie.
Terwijl gij slaapt, waakt voor u Zijn Hart. Het waakt
en bidt voor u; Het beschut u tegen zoovele gevaren j
gelijk een trouw wachter, bewaakt Het uw huis. Ach,
indien gij niet ontroerd wordt door die teedere, beschei-
den, volhardende en volmaakte liefde, zeg dan dat gij
het geloof hebt verloren, of dat een hart in u klopt,
hetwelk niet waardig is te leven. Voeg u daarom de
sterkste verwijten toe, beween uwe ondankbaarheid, en
bepaal, wat gij te doen hebt voor Jezus, die Zich steeds
voor u opoffert om uw bijzijn te genieten.
GEESTELIJKE LEZING.
Bodriguez. 1ste Deel. 5d« Verh. Hfdst. 1 en 2.
SCHIETGEBED.
„Quam dilecta tabernacula tua, Domine virtutum!
„Concupiscit, et deficit anima mea in atria Domini": hoe
bemin lijk zijn uwe woonsteden, o Heer der heirscharen!
Mijne ziel verlangt smachtend naar de voorhoven des
Hoeren, (ps. 82)
Bezoek aan het heilig Sacrament.
Houd u bezig met eenige gedachten uit de over-
weging van dezen dag, en maak het vaste besluit, door
uwen eerbied en liefde de lauwheid en nalatigheid te
herstellen, waaraan gij u vroeger hebt schuldig gemaakt.
3*
-ocr page 38-
36
Deugdoefening.
Wend na een afgelegd kerkbezoek, meermalen uw
geest en hart in stilte naar het altaar, en offer aan God,
uit dankbaarheid voor Zijne liefde, de handeling op,
die gij gaat verrichten.
ZESDE DAG
TKBBEB JEZUS\' ITABT IN HET HEILIG SACBAMENT OM
ZIJN
WEBKZAAM LEVEN.
Hebt gij Jezus uiterharte lief, dan deelt gij ook
noodwendig in al Zijne belangen. Dat minnende Hart
geniet in het Sacrament geene ledige rust, maar werkt
er met een ijver, gelijk aan Zijne liefde. Met het oog
daarop, gaan wij na: 1° de verrichtingen van het werk-
zame leven
van Jezus in het Sacrament, en de redenen,
waarom gij met Hem moet medearbeiden en 2° de wijze,
waarop Hij werkt, als het toonbeeld dat gij moet volgen.
Voorbereidend gebed. Als gewoonlijk.
Eerste inleiding. Stel u Jezus in het heilig Sacrament
voor als den goeden Herder, met een gekwetst en ster-
vend schaapje aan Zijn boezem; Hij drukt het al dichter
nan Zijn Hart, en hergeeft het zoodoende gezondheid
en leven.
Tweede inleiding. Smeek Hem om een brandenden ijver,
-ocr page 39-
37
opdat gij naar best vermogen Hem doet kennen en be-
minncn.
Eerste punt. De eer Zijns goddelijken Vaders en het
heil der zielen zijn de groote beweegredenen vaii Jezus\'
blijvend aanzijn in het Altaarsacrament Ziedaar de
belangen van dit liefdevol Hart, daarmede alleen houdt
Het zich onledig. Van uit het stille tabernakel bestuurt
Jezus Christus Zijne Kerk. Aan deze goddelijke tafel
geeft Hij, de Herder, voedsel en leven aan Zijne schaap-
jes, aan de godvruchtige zielen, wier Meester en Ge-
neesheer en Beschermer Hij is. Hij, de kundige Leer-
meester en zorgvuldige Bestuurder, voedt en onderricht
ze hier vol liefde en versterkt hare zwakheid.
Hier roept Hij tot Zich, nu eens op den gezagvollen
toon des Meesters, dan weder met de zachte en goed-
hartige taal des Vriends, al de zielen die ten opzichte
Zijner liefde of ziek, of stervende of reeds gestorven
zijn. en hergeeft haar, als een goed Vader de schrik-
wekkendste bedreigingen met de vriendelijkste beloften
afwisselend, leven en gezondheid en schoonheid. Kortom,
al het goede dat wij ontvangen komt voort uit dat Hart,
uit die onmeetbare Zee van licht en liefde en leven en
geestelijken rijkdom, die zich uitstort over het geheim-
zinnig lichaam der Kerk. Wilt gij dus, godvruchtige
ziel, aan dit aanbiddelijk Hart toebehooren, doordring
u dan van Zijn geest, deel in Zijn arbeid en laten Zijne
belangen tevens de uwe zijn. Gij zijt Zijne slavin; Hij
heeft u gekocht, en voor welken prijs! Uw plicht derhalve
is, zooveel van Zijnen last over te nemen en te torschen,
als uwe krachten maar toelateu. Gij zijt Zijne dochter:
aan u dus de ijverigste behartiging van uws Vaders
-ocr page 40-
38
belangen Hij is de Bruidegom uwer ziel: schande dus
over u, zoo gij, tevreden met een zoet en rustig genieten
Zijner liefde, al uwe pogingen niet aanwendt om Zijne
glorie te verbreiden. Alzoo kan niets u ontheffen van
de verplichting, uit al uw vermogen te arbeiden aan de
bevordering van Gods eer en aan het heil der zielen.
Straks zult gij zien, hoe gij dat werkelijk vermoogt;
voor \'t oogenblik volsta de overtuiging, dat het plicht
voor u is. Haal u voor den geest alle gedachten, woorden
en werken uws levens, en zie, of gij wel ooit daarvan
een enkel gericht hebt op dat verheven doel, op uws
Meesters, uws Vaders, uws Bruidegoms verheerlijking
door allo menschen. Ach inderdaad, \'t is onmogelijk
Jezus te beminnen, zonder "tevens iets voor Hem te doen.
Maak dus hieromtrent voornemens. Gelukkig het huis-
gezin, waarin allen tegelijkertijd hiertoe besluiten!
\'tweede punt. Het Werkzame leven van het goddelijk
Hart in het Altaargeheim is een toonbeeld van dat,
hetwelk gij zelf kunt leiden.
lie grootste werken tot verbreiding Zijner goddelijke
eer worden hier verricht zonder dat gedruis en die
openbaarheid, welke de handelingen Zijns sterfelijken
levens moesten vergezellen, opdat alle apostolische mannen
in Jezus hun toonbeeld zouden vinden.
Hier echter is alles het werk eener stille, inwendige
genade: het zijn gedachten, raadgevingen, heilzame
bewegingen, in de ziel gewekt met het lankmoedigste
geduld, en bevrucht en versterkt met een overvloed
van bijzondere genaden. En ziedaar, vrome ziel, hetgeen
uw aandeel zijn kan in het apostelschap, \'t Is niet
noodig den kansel te beklimmen: een godvruchtig onder-
-ocr page 41-
39
houd, een wijze raad, een vriendelijk verzoek, een
deelnemend woord, een medelijdende blik kan veel tot
Gods eer bewerken. Hoe behendig en onopgemerkt weet
men soms in het hartsgeheim te dringen der zijnen, en
dan nog wel met een boosaardig opzet; en zou nu de
liefde tot Jezus niet even vindingrijk zijn, om hetzij
twee personen onderling te verzoenen, of eene zonde te
voorkomen, of eeno eenvoudige en onvoorzichtige ziel te
behoeden voor eenig gevaar?
Ten tweede bestaat Jezus\' arbeid in het Sacrament
in het geven van een goed voorbeeld. Dit geheime
Sncramenteele loven is een kort begrip van al die god-
delrjke voorbeelden Zijns sterfelijken levens, door de
navolging waarvan zoovelen tot de hoogste volmaaktheid
opklimmen. Nogtans zijn de goede voorbeelden, die
gij geeft, in zeker opzicht vruchtbaarder dan die van
Jezus in het Sacrament. De Zijne werken niet op allen,
omdat niet allen er acht op geven; de uwe echter zal
menigeen zijns ondanks moeten zien. En weet wel,
dat de grootste moeilijkheid om een godvruchtig gebruik
in een huis in te voeren, gelegen is in het vinden van
iemand, die het voorbeeld wil geven. Streef dus ten
bekwamen tijde naar een zoo schoonen roem , tot groote
voldoening van Jezus\' Hart.
Eindelijk werkt Jezus in het heilig Sacrament door
het gebed. Onafgebroken gaat Hij er voort met ten
onzen beste te spreken en zoowel Zijm alvermogende
bemiddeling als Zijn eigen persoon voor ons op te dragen
aan Zijn hcniclscb.cn Vader. Gebruik dus het gebed,
dat krachtige en onfeilbare middel ter verbreiding van
Gods eer. Gebruik het ter vervanging van andere
-ocr page 42-
40
middelen, die wij me. altijd bij machte zijn om aan te
wenden. O indien gij wist, hoevele zielen haar redding
verschuldigd zijn aan de vurige beden van heilige, god-
gewijde personen\' Draag u dan met Jezus als een ver-
borgen o fier aan God op tot heil der zielen; hierop zij
uw oog gericht, zoowel in het doen van goede werken,
als in het lijden van tegenspoed. Breng van dit oogen-
blik af en voor altijd het ofier van u zelven aan Jezus\'
werkend Hart, en reken er stellig op, langs dezen weg
de grootBte blijken zijner liefde te zullen ontvangen.
GEESTELIJKE LEZING.
Üodriguez, 3e Deel. 1ste Verh. Hfdst. 9 en 10.
SCUIEi GEBED.
„Sanctihcetur nomen tuum; fiat voluntaa tua." Min-
lijke Jesus, geheiligd zij Uw naam door de gansene
wereld; dat allen Uw wil volbrengen.
Bezoek aan het heilig Sacrament.
Draag aan God den Vader het Hart Zijns geliefden
Zoons op, voor de heilige Kerk, voor de bekeering der
zondaren en voor de volharding der rechtvaardigen.
"Voeg er de meening bij, deze opdracht en die van al
uwe goede handelingen weer bij zonderlijk te doen voor
de heiliging van al uwe huisgenooten.
-ocr page 43-
41
Deugdoefening.
Draag bij het begin van den dag en nog herhaalde
malen al uwe handelingen aan God op voor diegenen
Jer uwen, welke u eenig lijden hebben berokkend.
ZEVENDK DAG.
EEK BET VÏSBOBSIH LEVEN VAN HET GODDELIJK HART
IN HET ALTAAliSAClïAMKNT.
Het verborgen leven van Jezus ia een der verhevenste
voorbeelden van den in het Sacrament verscholen God.
Overweeg daarom met een leerzaam hart en een brandend
verlangen naar de indrukken der genade 1°. welk dat
verborgen leven is, waartoe het voorbeeld van den
Bruidegom uwer ziel in het Sacrament u uitnoodigt;
2». het groote voordeel, dat gij u stellig beloven kunt
er uit te zullen trekken.
Voorbereidend gebed. Als gewoonlijk.
Eerste inleiding. Stel u met de grootste ingetogenheid
voor aan Jezus Christus. Verwijder van u alle aardsche
gedachten en verbeeld u alleen te zijn met uw godde-
lijken Meester in die woestijn, waarin Hij Zich veertig
dagen lang afzonderde. Gij zijt er om te luisteren, niet
alleen naar de onderrichtingen, op iederen Christen
toepasselijk, doch ook naar de zoodanige, als met uw
bijzonderen toestand overeenkomen.
-ocr page 44-
4,2
Tweede inleiding. Bid Hem met den sterksten aandrang,
dat Hij u toch geene dier vefheven deugden verberge,
tot de oefening waarvan Hij u geroepen heeft, en u te
gelijk met die genade de noodige verlichting des geestes
schenke.
Eerste punt. Wie, die Jezus hier in dezen nederigen
toestand beschouwt, zou zeggen, dat Hij des ondanks
Degene is, die hemel, zon en sterren, engelen en menschen
en al het geschapene onder Zijn bestuur houdt P Hier
bespeurt men niets van die groote en wondervolle werking
Zijner voorzienigheid, wijsheid en almacht: hier woont
Jezus Christus met het enkele doel, om de geheime be-
langen van Zijn Hart in betrekking tot der zielen heiliging
te bevorderen, \'t Is hier alles stilzwijgen, eenzaamheid,
ootmoed, geduld: een verborgen en inwendig leven.
Volgens dit toonbeeld moet gij dat verborgen leven be-
schouwen, waarin Hij zoozeer verlangt door u nagevolgd
te worden. De grondslag daarvan is de innerlijke geest,
die de ziel moet zijn van elke uwer handelingen; een
geest, die niet blindelings werkt, noch tot menschelijke
doeleinden; maar steeds in alles God op het oog heeft;
een geest, die niet op den schijn, maar op het wezen
der dingen zijn oordeel bouwt, en alles ijdel en niets-
waardig schat, wat Gods wil niet is; een geest, die niet
streeft naar veel doen, maar naar goeddoen; een geest,
wien niets, wat Gode behaagt, eene kleinigheid dunkt;
bijgevolg zulk een, die geboren wordt uit de zuivere
liefde tot God en, deze tot eenige geleidster nemende,
ook haar alleen als eenige belooning wil ontvangen. Gij
begrijpt licht, hoe noodzakelijk die innerlijke geest is voor
uwe volmaking. Begin dus van nu af aan daaromtrent
-ocr page 45-
43
voornemens te maken; want is uw eerste pogen niet
gericht op het verwerven van dien innerlijken geest, dan
zult gij nimmer tot dat in Jezus verborgen leven ge-
raken, waarvan de h. Paulus en na hem zoovele andere
heiligen zulke groote dincen hebben verkondigd.
Heeft nu de ziel, doordrongen v;in den innerlijken geest,
al wat der wereld is, uitgeworpen, dan tracht zij in dat
verborgen leven, geheel haar eigen persoon aan het oog
der menschen te onttrekken. Niet dat zij daarom lijdt
aan begoocheling des geestes en zoodoende te kort komt
aan behoorlijke plichtsbetrachting; integendeel oefent zij
gehoorz-imheid en naastenliefde zoo volmaakt mogelijk ;
doch tevens bemint en zoekt zij het stilzwijgen, de een-
zaamheid en ingekeerdheid; zij vreest de wereld te zien
en er door gezien te worden, opdat geen e menschelijke
beschouwingen zich heimelijk in hare handelingen komen
inmengen. Geen ander begeert zij tot getuige te hebben
harer deugden en moeilijkheden, dan God alleen, en dit
is de reden, waarom zij vaarwel zegt aan alle ijdele ver-
troostingen der wereld, en zooveel mogelijk al datgene
tracht te verbergen, waaruit haar innerlijke vreugde of
geheime kwellingen zouden kunnen blijken. Zij vreest
niets zoozeer als zonderlingheid, het gewone gevolg van
geestbedrog. Zelfs van die deugden, waartoe zij zich
meer bijzonderlijk voelt aangetrokken, beperkt zij de al
te veel in het oog springende oefeningen. En om maar
zoo weinig mogelijk van zich te doen denken en spreken,
mengt zij zich in niets van hetgeen haar niet aangaat,
en neemt, zoo het haar vrijstaat, in alles voor zich dat-
gene, wat als onaangenaam en onaanzienlijk door ande-
ren is versmaad. Alleen de gehoorzaamheid heeft de
-ocr page 46-
u
sleutels van haar gemoed; maar zoolang dezer bevel
niet anders luidt, zal zij jaren en jaren in stille plichts-
betrachting weten door te brengen zonder ooit iemands
aandacht te trekken. Vergelijk deze levenswijze met die
van Jezus in het Sacrament: \'t is volkomen dezelfde.
Vergelijk haar met de uwe: welk een verschil! Doch
hoe groot dit ook zij, wacht u van den moed te laten
zinken. Vraag dat goddelijk verborgen Hart uws Brui-
degoms vurige verlangens in u op te wekken, vol moed
en vol vertrouwen.
Tweede punt. Dit verborgen leven brengt vruchten
voort, even kostbaar, als het in zichzelf voortreffelijk is.
lc. Het is een onfeilbaar en gemakkelijk middel tot
het bekomen eener groote reinheid van geweten en
eener algeheele onthechting van de wereld en van zich
zelven. Waarin toch hebben uwe gebreken hun oorsprong!*
Is het niet in de gelegenheden, door de voorwerpen,
die zich rondom u bevinden, aan uwe zinnen en kwade
gewoonten aangeboden Y Dit is b. v. het geval, wanneer
men ongeduldig wordt, aan zijne nieuwsgierigheid, ijdel\'
heid enz. voldoening geeft Terwijl echter de toeleg
op dat verborgen leoen u liefde inboezemt tot de afzon-
dering en gevolglijk alle overbodige zorg doet verwijderen,
onttrekt hij u tevens aan tallooze gelegenheden. Onge-
merkt maakt hij u gewoon aan een herhaald zelfonder-
zoeli, aan het nadenken over de verschillende gesteltenissen
en bewegingen uws gemoeds, zoodat tal van misslagen,
die gij thans niet opmerkt, dan na ze begaan te hebben,
door u voorzien en vermeden kunnen worden. En door-
dien dat onophoudelijk denken aan de voormalige voor-
werpen van verkeerde geneigdheden en gewoonten allengs
-ocr page 47-
4.5
vermindert, verslapt ook van lieverlede onze gehechtheid
aan de wereld en aan ons zelven.
2°. De vrede en rust, althans in het hooger gedeelte
der ziel, zijn ongetwijfeld de vrucht van dat verborgen
leven,
öit hetgeen boven gezegd is, kunt gij lichtelijk
opmaken, wat tot die innerlijke rust leidt. „Vanwaar,"
zegt de apostel Jacobus, „zoovele stormen in uw binnenste ?
Komen zij niet voort uit uwe hartstochten?" Hoe meer
voedsel gij dus, door u toe te leggen op dat verborgen
leven, aan uwe hartstochten ontneemt, des te eerder zult
gij die onverstoorbare zielsrust genieten, waarnaar gij
zoo sterk verlangt.
3°. Dit verborgen leven, is onontbeerlijk ter verkrijging
van den geest des gebeds\\, welke niet kan wonen in iemand,
die, steeds vol van zich zelven, zich met duizenden beu-
zelingen ophoudt en den ganschen dag verstrooid is.
Hier bebt gij het doeltreffende middel, om voorgoed een
einde te maken aan uw geklaag over de onvolmaaktheid
uwer gebeden; noodwendig immers moeten deze overeen-
komen met uwe gewone wijze van leven. Of spreekt
uw eigene ervaring daaromtrent nog niet duidelijk genoeg ?
4°. Volgens den gewonen loop van Gods beschikkingen
zijn innerlijke troost en ongemeene hemelgunster onze
gezellinnen in dit verborgen leven. Die dit niet weet te
leiden, waant het een leven van droefheid ; die het kent,
vindt er al spoedig een vreugdegenot in, oneindig ver-
heven boven alles wat de wereld aanbiedt. Herinner u
slechts aan hetgeen gij daaromtrent gelezen of van god-
vruchtige personen gehoord hebt.
En wat zegt gij nu van zoo groot een goed P Tracht
er naar te verlangen , en bedien er u van ter onderdruk-
-ocr page 48-
46
king van uwe weerstrevige eigenliefde. Maak een vaBt
besluit er dikwijls aan te denken, ten einde dagelijks
uwe voornemens te hernieuwen. Ofler u op aan het
goddelijk Hart en stel bij u zelven vast, u telken dage
te onderzoeken omtrent de in deze overweging genomen
besluiten.
GEESTELIJKE LEZING.
Eodriguez, 2de Deel. 2de verhand. Hoofdst. 8 en 9.
SCHIETGEBED.
„Dilectus meus mihi, et ego illi." O Jezus , eenig en
hoogste goed mijner ziel, dat ik voor U alleen leve,
en dat Gij alleen alles voor mij zijt!
Bezoek aan het heilig Sacrament.
Herinner u eenige der voorafgaande beschouwingen,
en vraag Jezus met aandrang u den moed te sehenken,
om de verwezenlijking te beproeven van de hoop, door
deze overweging in u gewekt.
Deugdoefening.
Neem vandaag met oene bijzondere zorg het stilzwijgen
in acht en onthoud u van alle inmenging in hetgeen u
niet aangaat.
-ocr page 49-
-17
ACHTSTE DAG.
VEREER HET LEVEN VAN HEERLIJKHEID VAN
HET GODDELIJK HABT IN HET HEILIO
SACRAMENT.;
Jezus\' leven in het allerheiligste Sacrament is in ver-
scheidene opzichten een verh\' erlijkt leven. Vandaag
echter overwegen wij de bijzondere glorie , die Zijn god-
delijk Hart op eene wonderbare wijze in het Sacrament
omgeeft. Die glorie, zoo geheel eigen aan dat minnende
Hart, openbaart zich in het Sacrament ten eerste hierdoor,
dat het enkel door de kracht der liefde de zielen tot
volkomen zelfverzaking brengt, en ten tweede, ze door
diezelfde kracht opvoert tot eene geheel goddelijke hoogte.
Voorhereidiugsgebed. Als gewoonlijk.
Eerste inleiding. Verbeeld u in Jezus\' geopende borst
Zijn goddelijk Hart te zien , vol liefdevuur, als een bran-
dende oven, waarin de harten der uitverkorenen smelten
als was en gelouterd worden als goud.
Tweede inleiding. Offer met algeheele overgeving uw
hart aan die goddelijke vlammen op, terwijl gij u aan
Jezus voorstelt, als volkomen bereid tot alles, wat Hij
met u wil beginnen.
Eerste punt. De glorie van dit goddelijk Hart openbaart
zich in die groote kracht der liefde, welke in dit Sacrament
de zielen bekwaam maakt, om, ondanks de natuurlijke
zwakheid, hare vreeselijksto vijanden te overwinnen en te
vernietigen. Herinner u die schoone zegepralen , door tal
van heiligen behaald, wier levens u bekend zijn. \'t Waren
schepselen, gelijk aan u, even zwak als gij; dit getuigen
-ocr page 50-
48
hunne gevaren, moeilijkheden, weifelingen en bekoringen.
"Vooral in dit Sacrament van liefde grepen die wonderbare
veranderingen in hen plaats. Bedenk, hoe dikwijls gij
niet dan met siddering die heldhaftige trekken hebt
kunnen lezen van hun geduld, hunne liefde, gehoorzaam-
heid, versterving en zelfhaat. Kunt gij zonder bewon-
dering staren op dien rustigen moed, die zachtzinnigheid.
die vreugde, te midden van langdurige , wreede en
smadelijke vervolgingen, of van smartvolle ziekten, of
schrikwekkende en aanhoudende bekoringen? Hoe nu
konden zulke zwakke schepselen aldus alle gevoel af-
leggen van deernis met zich zelven, allen tegenzin
in de lastigste verrichtingen, alle vatbaarheid voor de
teederste en tevens onschuldigste aandoeningen ? O zij
schepten dio kracht uit dit heilig Sacrament, uit die
bron van de kracht der liefde. En ziedaar de eigenlijke
glorie van het goddelijk Hart, te gelijk met hetgeen
een brandend verlangen er naar in hen vermocht uit te
werken. Zoo gij Jezus lief hebt, dan weet gij thans ,
hoe gij Hem moet verheerlijken. Wat stelt gij u voor,
wanneer gij in uw binnenste een heviger verlangen ont-
waart om te beantwoorden aan Zijne liefde P Acht alles
begoocheling wat u niet leidt tot zelfverachttng, tot het
verzaken van uw eigen wil, tot eene blinde en liefdevolle
onderworpenheid aan den wil van God. De volkomen
zege, die Jezus\' Hart, met u in dit Sacrament zoovele
genaden te schenken, wenscht te behalen, bestaat hierin,
dat gij geweld pleegt tegen uwe eigenliefde. Maak dus
het voornemen, om bij elk altaarbezoek, en wel vooral
op Communiedagen, eene of andere zelfverwinning aan
Jezus ten offer te bieden. Daar is niets, waarmede gij
-ocr page 51-
4H
beter kunt beantwoorden aan Zijne liefde, wijl het hier
\'t bijzonder belang geldt van de glorie Zijns Harten in
het Sacrament.
Tweede punt. De glorie van Jezus\' Hart in het Sacra-
ment openbaart zich hierin, dat zij door de kracht der
liefde
de zielen tot eene goddelijke hoogte opvoert. De
wondervolle zegepraal, door de liefde, zooals wij in het
eerste punt hebben gezien , op de zielen behaald , brengt
er eene verandering in voort, of liever, hervormt ze.
Zij leven voortaan slechts in Jezus Christus, die in haar
leeft, en zoo leiden zij reeds een goddelijk leven, alvorens
het sterfelijke met al zijne zwakheden te hebben afgelegd.
Deschouw haar uiterlijk: wat engelachtige zedigheid!
wat geduldige voorkomendheid! Welk een ininlijke zacht-
aardigheid, welke nauwgezetheid, welk beleid, welk eene
heiligheid spreekt uit al hare verrichtingen! J£ondet
gij binnentreden in haren geest; gij zoudt u overgeplaatst
wanen in een rijk van licht, van dat onzichtbare licht,
hetwelk zijne glansen werpt door het paradijs. Daar
schitteren de zuiverste denkbeelden , de verhevenste
kennis omtrent God en Diens geheimen. En waart gij
doorgedrongen in haar hart; hoe opgetogen zoudt gij
zijn over die zuiverheid, sterkte en vrede, over die
heiligheid in alle gevoelens! De genade en do godde-
1\'jke liefde hebbeu hier haren zetel gevestigd en voeren er
het oppergebied. Eene Gertruda, eeue Catharina van
biëna, eene Thcresia en zoovele andere zielen, met Jezus\'
geestelijke schatten verrijkt, zullen u kunnen loeren,
welke de heerlijkheid is van dien God en Minnaar onzer
zielen, als Hij deze uit hare eigene geringheid opheft
tot zulk een volmaakten staat. Laat uw geest zich een
4
-ocr page 52-
50
■weinig verlustigen in liemelsch genot bij de beschouwing
van al dit wondcrvolle. Om u echter niet te ontmoedi-
gcn en aan u zelven te wanhopen, dient gij in het oog
te houden, dat er in het Huis uws Vaders onderscheidene
woonplaatsen zijn; d. i., indien gij uit ootmoed niet dingen
moet naar al die verheven gaven , gij nogtans verplicht
ïijt eenigermate uw aanspraak daarop te doen gelden.
IJ et verdriete u niet van al wat er buitengewoons in is,
af te zien.: maar tracht naar de gave van eene groot e
zelfverloochening, eene diepe verachting der wereld,
een groot geduld, eene ware ingetogenheid enz. Gij
hebt inderdaad recht op die gaven; en verlangt gij er
vurig naar, dan zal het goddelijk Hart ze u niet weigeren.
Ook in u zullen zij eene verandering teweegbrengen,
die u hoog genoeg zal plaateen boven uwe tegenwoordige
ellende, en in die verheffing tevens de kracht van Jesus\'
liefde verheerlijken.
Hoelang nog zult gij met geest en
hart gehecht blijven aan deze verachtelijke wereld ? Hoe-
vele vrome zielen leven er te midden van het aardsche
ge «oei, terwijl Jezus door Zijne liefde in haar Zijne
heerlijkheid bewerkt; en zal Hij dan van u, die Hem
toegewijd zijt, slechts oneer ontvangen? Maak derhalve
vaste voornemens en bereid u derwijze tot het feest van
Jexus\' Hart voor, dat de Communie op dien dag voor u
het begin zij van een nieuw geluk en eene bijdrage tot
de glorie van Jesus Christus.
-ocr page 53-
51
GEESTELIJKE LEZING.
Bodriguez. 2<!e Deel. ls*e verhandeling. Hoofdst. 19 en 20.
SCHIETGEBED.
„Vivam ego, jam non ego; vivat vero in me Christus "
Geef, o Jezus, dat ik slechts voor U leve, of liever,
dat Gij Zelve in mij leeft.
Bezoek aan het heilig Sacrament.
Verschijn hier met gevoelens van diepen ootmoed en
schaamte, wijl gij tot nog toe Jezus in Zijne eer bedrieg-
lijk hebt tekortgedaan. Offer Hem, ter gereede afdoening
van zulk een groote schuld, Zijn eigen Hart met de
tallooze schatten van genade die Het omsluit, en bid
Hem dringend: „patientiam habe in me, et omnia reddam
tibi:" heb geduld met mij, en ik zal al het ongelijk
»
             herstellen, dat ik U in Uwe glorie heb aangedaan.
Deugdoefening.
Onderzoek vandaag nauwkeurig, door middel van
welke inspraak God sinds lang voortgaat aan de deur
uws harten te kloppen, en doe ernstige pogingen, om,
er gehoor aan te geven; hiermede toch moet in u do
glorie van Jezus Christus een aanvang nemen.
•1*
-ocr page 54-
52
NEGENDE DAG.
VEBEEB JEZUS* LEVE* VAN VOLKOMEN ZELFOPOFFEBING
IN HET HEILIG SACBAMENT.
Bij de edelste soort van ofleranden, de brandoffers ,
moest het opgedragene ganseh verteerd worden. Zulk
een offer was dat van Jezus aan het kruis, en hiervan
is het hoogheilig Aftaarsacrainent de hernieuwing en de
gedachtenis. Te recht alzoo kan men het leven, door
Jezus hier geleid, een leven heeien yxa.algeheele opoffering.
Om u ter navolging hiervan aan te sporen, kunt gij tot
stof nemen uwer overweging 1° de soort van opoffering,
die Jezus van u verlangt; 2° de volharding en bestendig-
heid, die vereischt worden tot een volkomen slachtofferen
van u zei ven.
Voorbereidingsgebed, Als gewoonlijk.
Eerste inleiding. Beschouw Jezus Christus in het Sacra-
ment, als een lam op het offeraltaar, en Zijn Hart, als
een vuuroven, in wiens vlammen het lam van liever-
lede verteert.
Tweede inleiding. Bid Hem, de kostbaarheid Zijns offers
naar waarde te leeren schatten, en u tevens den meed
te schenken, om u gansch en al uit liefde te Blacht-
offeren.
Eerste punt. Overweeg, hoe Jezus Zich niet vergenoegd
heeft met slechts in één opzicht u ten gevalle een offer
te brengen, maar Zich op alle mogelijke wijzen voor u
heeft geslachtofferd. Wat bleef Hem, genageld aan het
kruis, nog te geven over van Zijne goederen, van Zijno
eer, van Zijn leven? Doorloop met vrome bepeinzing
-ocr page 55-
53
si hetgeen Jezus tot uw welzijn heeft weggeschonken,
«a overweeg daarna het volgende:
Na Zijn gruwelijken dood was alleen het Hart nog
ongedeerd gebleven. Doch ook Dit wilde een deel uit-
maken van het ofi\'er en men kan zoggen, dat in dit godde-
lijk Hart de ofierande eerst voltrokken werd. Alzoo
wilde Het geopend en verscheurd worden. Een dergelijk
offer nu moet ook het uwe zijn. Welke hebt gij Hem
tot heden toe opgedragenP hoevele, waaraan gij ter-
nauwernood zijt begonnen, en hoevele andere, die slechts
bestonden in onvruchtbare en onwerkdadige verlangens P
Ook zijt gij Hem daardoor niet dierbaarder geworden;
want wie in deze aangelegenheid niet alles doet, heeft
niets verricht. En geef wel acht op de reden hiervan:
het is hoegenaamd niets geven aan God, zoo men zijn
hart niet schenkt; want het hart schat Hij hooger dan
wat ook, het is Hem meer waard, dan al het andere te
zamen; en niemand mag goacht worden, werkelijk zijn
hart te schenken, ingeval hij dit niet doet met de grootste
volkomenheid, zonder het minste voorbehoud. Voor u
dus bestaat de volledigheid des offers in eene algeheele
-on oprechte overgeving uwer gansche persoonlijkheid,
met het vaste besluit om u door Jezus te laten leiden,
al naar Hem zulks goeddunkt. Voorts moet gij u in
niets meester beschouwen van u zelven, maar steeds
•denken, dat God, in het overzenden zoowel van lief als
van\' leed, eenvoudig beschikt over hetgeen Hem toebe-
hoort. Ga hier opnieuw na, met hoeveel grootmoedigheid
Jezus Christus Zich gansch en al voor u heeft ten beste
gegeven en geslachtofferd. En had Hij dit somsnoodig,
«m Zijn eigen geluk te bevorderen P Of zijt gij het
-ocr page 56-
51
integendeel niet, die nimmer op aarde eenig genot zttlt
kunnen smaken, zonder geheel en al toe te oehooren
aan Jezus Christus? Ondervraag en onderzoek u ernstig,"
doch niet te lang; want uw geweten heeft het antwoord
gereed: welk is onder al wat God in u opgeofferd wil
hebben voornamelijk het punt, waaromtrent gij onwillig
zijt? Ach> gewoonlijk is het maar eene enkele zaak,
die aan ons offer ontbreekt, en altoos is het de eigen-
liefde, die zich daarvan het voorbehoud maakt. Pas op
dit gewichtige punt de verlichtingen en gevoelens toe,
die God u instort. O goddelijk Hart, zoo kwistig U
Zelve wegschenkend, dat Uwe genade mij bijsta, om na
te volgen hetgeen Uw heilig voorbeeld mij leertI
Tweede punt. Nooit heeft Jezus ook maar het geringste
teruggetrokken van de volkomen gift, u geschonken.
Integendeel, zoo dikwijls Hij Zijne opdracht in de heilige
Mis hernieuwt, doet Hij dit om uwentwil. Welk eene
volhardende en blijvende liefde! Stel hier tegenover de
offers, die gij zoo dikwijls aan Jezus gebracht hebt.
Helaas, van schier alle is wellicht geen spoor in uw
hart overgebleven. Herinnert gij u nog die vaste voor-
nemens om een ingetogen, geregeld en lijdzaam leven
te leiden? die offers van uwe neigingen, van afkeer,
eigenliefde en menschelijk opzicht? dien ijver en die
nauwgezetheid, waarmede gij in den beginne uwe geeste-
lijke oefeningen placht te doen? En thans, waar is dat
alles gebleven? wie heeft het u ontnomen? „O onge-
trouw en onstandvastig hart!" moet gij, beschaamd eu
bedroefd, tot u zelven zeggen. Zal echter die verlegen-
heid en smart nog ditmaal onvruchtbaar voor u zijn ?\'
Bedenk het wel, wat onberekenbaar verlies de wereld
-ocr page 57-
55
zou geleden hebben, zoo Jesus Christus, overeenkomstig
het goddelooze verlangen Zijner vijanden, van het kruis
ware afgekomen. Indien dat minnende Hart Zijne liefde-
wond dieht had laten gaan, van wat zoeteen voorwerp,
van welk een machtigen prikkel zouden uwe schroom-
vallige en onzekere verwachtingen thans verstoken zijn.\'
Nader dan, met een heilig mistrouwen op eigen kracht,
tot die zaligende levensbron. Indien gij, o machtig
Hart van mijn Verlosser, zoo vaak helaas door mij be-
drogen, mij niet bijstaat; wat rest mij dan nog in mijne
uiterste ellende? Wek in u eene diepe smart, en vuur
tevens uwe begeerte aan om hem eeuwig getrouw te
blijven; roep met het innigste leedgevoel uit: „ja, mijn
God, ik wil haar thans in werkelijkheid, die genade
eener bestendige volharding in mijne goede besluiten."
Gij kunt niets doen dat aan Jezus\' Hart aangenamer is,
dan met zulk een verlangen voor Hem te verschijnen.
Weet gij vurig te verlangen en te smeeken, dan zult
gij stellig verhooring vinden. Eoep ook de voorspraak
in van de barmhartige Moeder des barmhartigen Ver-
lossers, en sluit deze overweging met eene opoffering,
die .al de tot nog toe aangebodene omvat en hernieuwt.
GEESTELIJKE LEZING.
Kodriguez. l»\'e Deel. 8ste Verhand. Hfdst. 3 en 4.
SCHIETGEBED.
Daar vooral het mistrouwen uwe standvastigheid in
gevaar stelt, moet gij van daag dikwijls de betuiging
-ocr page 58-
56
hei\'nieuwen van uw vertrouwen op de kracht van Jezus\'
Hart, en zeggen: „Tn ie Domme, speravi, non confundar
in aeiemum."
Op U, o Heer, heb ik gehoopt en in
eeuwigheid zal ik niet beschaamd worden.
Bezoek aan het heilig Sacrament.
Denk dikwijls aan hetgeen Jezus ter uwer heiliging
gedaan heeft. Breng u met liefde en dankbaarheid te
binnen, hoeveel uwe verlossing Hem heeft gekost.
Hernieuw de voornemens , in deze overweging gemaakt.
Offer Hem de pogingen op, in het werk gesteld reeds
vóór uw bezoek, en neem u voor, er in te volharden.
Deugdoefening.
Wees vandaag zoo getrouw en ijverig mogelijk in het
vervullen van al uwe geestelijke plichten.
Des avonds vóór het feest.
VOOBBBBBIDING TOT DEN FEESTDAG VAN JEZUS* GODDELIJK
HABT.
Met ons deze devotie tot Zijn goddelijk Hart te
leeren, had Jezus ten doel, in de harten van alle
geloovigen de liefde tot Hem te doen ontbranden en al
Zijne bcminnaars aan te sporen , om door de volmaaktst
mogelijke liefde en de teederste betuigingen van eerbied
al het ongelijk te herstellen, dat Hem bijzonderlijk wordt
aangedaan in dit hoogheilig Sacrament door de onver-
echilligheid en boosheid van zoo velen, die Hem met
-ocr page 59-
57
ondank blijven bejegenen. Dienovereenkomstig verlangt
Hij van u, dat al wat gij op dit feest Zijn heilig Hart
ter eere zult verrichten, ook met die gevoelens zij
bezield.
Indien het u vrijstaat, wijd dan op den vooravond
van het feest, zonder gevaar voor tekortkoming in uwe
gewone plichtsbetrachting , een half uur of daaromtrent
aan het aanbidden van Jezus in het tabernakel. Stem
in dit altaarbezoek uw hart tot die gevoelens, waarvan
het doordrongen moet zija op den feestdag van morgen,
en lees te dien einde de volgende overweging.
Over de onschatbare waarde van Jezus\' Hart.
Om het allerheiligste Hart naar best vermogen te
waardeeren, moet gij er in beschouwen: 1°. de Godheid,
waarmede het is vereenigd; 2\'. de liefde, waarvan het
de zetel is; 3». de smart, wier middelpunt het was.
Voorbereidingsgebed. Als naar gewoonte.
Eerste Inleiding. Verbeeld u Jezus Christus in het
Sacrament, gelijk Hij verscheen aan de eerbiedwaarde
Margareta Maria Alacoque. Hij toonde haar Zijn godde-
lijk Hart gewond, gegeel omgeven van vlammen en met
eene doornenkroon omvlochten, waarboven een kruis.
Tweede Inleiding. Vraag uwen Koning en Bruidegom
om buitengewone verlichting, opdat gij eenigermate
moogt kennen de onbegrijpelijke waarde Zijns Harten
en Hem dientengevolge vereeren met de gepaste ge-
voelens van ootmoed en liefde.
Eerste punt. Overweging van de Godheid, waarmede
Jesus\' Hart is vereenigd. Bij de menschwording ver-
-ocr page 60-
58
eenigde zich de goddelijke natuur persoonlijk niet enkel
met de ziel, doch ook met het aanbiddelijk lichaam van
Jesus Christus, en werd, uit kracht dier persoonlijke
vereeniging, ook Zijn Hart één met de godheid van
het eeuwige Woord des Vader3. £n aldus is Het, ge-
lijk Het in eeuwigheid zijn zal, een goddelijk Hart en
het Hart van God, welks niet alleen menschelijk, doch
tevens goddelijk leven God zelven tot oorsprong en
beginsel heeft. De Godheid derhalve is het laatste
doelwit van de hulde, die wij Jesus\' Hart bewijzen.
Beschouw de godsdienstige vereerin^ en aanbidding,
die de Kerk ons gebiedt opzichtens het aanbiddelijk
Lichaam van den Godmonseh s welnu, zijn aanbiddelijk
Hart heeft daarop dezelfde rechten. Wanneer gij dus,
o godvruchtige ziel, • u nederwerpt voor het heilige
beeld van het Hart uws goddelijken Bruidegoms, denk
er dan wel aan, hoe verheven het voorwerp is uwer
huldebetooning, en maak u gewoon deze te bezielen
met gevoelens van den diepsten eerbied, gelijk net de
Godheid eens zoo verheven Bruidegoms eischt. O hoevele
en hoe kostbare schatten vloeien uit die innige ver-
eeniging met de goddelijke natuur in het Hart van den
Godmensch! Kunnen die schatten van genade en hei-
ligheid wel grooter wezen j immers zijn zij in Hem god-
delijk P O Hart, zuiver met Gods zuiverheid zelve;
heilig met Gods heiligheid zelve; liefdevol met Gods
liefde zelve; Bterk, met Gods sterkte zelve! O Hart,
zachaardig en mild, en getrouw en groot, met de zacht-
heid en mildheid, getrouwheid en grootheid zelve van
God! Aanbiddelijk en beminlijk Harte dan, gelijk God
zelve aanbiddens- en minnenswaardig is, \'t is van daag
-ocr page 61-
59
misschien voor het eerste dat ik begin U een weinig te
kennen. Ach, mijn Zaligmaker! ach, mijn Bruidegom,
maak dat mijn hart waardig zij aan het Uwe te worden
aangeboden! Ja, godvruchtige ziel, dit is hetgeen God
van u vraagt. Het Hart uwb Bruidegoms is ook daarom
zoo edel, zoo zuiver, zoo heilig, zoo getrouw, zoo sterk,
opdat het een volmaakt toonbeeld zij, volgens hetwelk
gij het uwe moet verbeteren en vormen. Vergelijk uw
armzalig hart met dat goddelijk Hart van Jezus Christus.
Ach, mijn God, wolk een verschil! Dan, vanwaar die
afschuwelijke misvormdheid uws harten? Ziehier de re-
den. Ieder menschelijk hart heeft een of ander gebrek;
en \'t is daarom, dat gij u het allerheiligste Hart van
Jezus tot toonbeeld moet stellen.
Welke behoefte toch hebt Gij , o goddelijk Hart, met
mij gemeen ? O levende Tempel der Godheid, in mijn
hart is alles duisternis, en in u woont lichamelijk de
volheid der Wijsheid; mijn hart is zwak, en in U zetelt
de Almacht; mijn hart is vreesachtig , bedroefd , terneer-
geshigen en zoekt vergeefs om rust en tevredenheid, en
bij U alleen en in de gelijkvormigheid met U moet, en zal
ik ook voortaan mijn waar geluk trachten te vinden.
Tweede punt. Over do liefde, wier zetel het heilig"
Hart is.
In ons is het hart een zeer werkzaam deel onzer per-
soonlijkheid. In Jezus Christus eveneens. Zijn Hart i»
bezield met eene brandende liefde, niet alleen tot Zijn
goddel ij ken Vader, doch ook tot ons. Ga dit na, o
koude ziel, met een heilig ongeduld, om de geheime
geschiedenis van Jezus\' minnend Hart goed te kennen.
Zijne liefde tot u nam te gelijk met Zijn leven een aan-
-ocr page 62-
co
vang, en om uwentwil leerde Het aanstonds Zich dio
bewegingen geven , welke de bezigheid en arbeid uitmaken
van een hart dat liefheeft. Buig in den geest u neder
voor de kribbe, treed in het Hart van dat goddelijk
Kind: in dit kleine Hart is de liefde overgroot, en in
waarheid kan hier gezegd worden : Hij is voortgesneld
als een reus, reeds in het begin Zijner loopbaan, de
loopbaan der liefde. O hoevele moeizame, afmattende
en gedwongen schreden in Zijn ganschen levensloop!
Beschouw al wat ons eigen hart verricht en verduurt,
wanneer het door eene hevige liefdedrift is bemeesterd.
Ontdoe nu dien werkzamen hartstocht van al heteeen
er aan zedelijke onvolmaaktheid in ligt; en al het overige
was werkelijk en op gevoelige wijze aanwezig in het Hart
uws goddelijken Bruidegoms. De liefde heet een vuur,
wijl zij het hart inderdaad met een heeten gloed vervult;
en is zij groot, dan is de hitte ook zoo fel, dat men
heiligen heeft gezien , die haar door middel van koud
water en frissche lucht moesten temperen. In een der-
gelijken toestand heeft Jezus\' Hart verscheidene jaren
voor uw heil doorgebracht. Verders op al de aandoeningen
eener ziel die bemint, [antwoordt het hart met zijne eigene
bewegingen. Doet niet eene groote begeerte het popelen
en onrustig voortkloppen P Het afzijn van het beminde
voorwerp doet het verdrogen, de ondank brengt het
stooten toe als van een degen, het medelijden doet het
pijnlijk ineenkrimpen, en het gemis doet het als weg-
kwijnen. En gij, steeds voortlevende in het aandenken
uws dierbaren Verlossers, Die niet alleen getuige is van
uwe onstandvastigheid, doch ook te voren er reeds van
bewust, gij laat dat bij uitstek minnende en gevoelige
-ocr page 63-
Cl
Hart al de kwellingen der liefde verduren. Ach, waart
gij ten minste te eenigen tijde zoo heilig geweest, als Hij
verlangde! konde ik u, niet het bittere, neen het zoete
aantoonen, hetwelk dit zoo teedere Hart smaakt in Zijn
arbeid van liefde tot ui Konde ik u uitdrukken, hoe
liet, u beminnende , Zich uitzet en trilt van vreugde,
hoe Het ontgloeit in de zoetste verrukking! Hoezeer
echter met zulk eene fijne gevoeligheid begaafd, blijft
dit Hart toch oneindig en onverstoorbaar gelukkig, en
voor getrouwe en minnende zielen keert die gevoeligheid,
wel verre van verloren te gaan , te Zijner verheerlijking.
Gij kunt nog tot voorwerp strekken aan die goddelijke
en zachte aandoeningen, aan dat vuur, waarvan Hij voer
u gloeit, zelfs te midden Zijner heerlijkheid. Intus3chen ,
wat zegt u deze zwakke schets van Jezus\' liefdewerking ?
Is zij niet de getrouwe afbeelding van alles wat gij
steeds hebt miskend? En wat verwacht heden dat Havt
van u, ais beloor.ing voor zoovele verdiensten? Het
verwacht gevoelens van bewondering, loftuigingen, dank-
zeggingen, doch vooral verlangens en een onwrikbaar
besluit, om uw hart voortdurend bezig te houden met
Zijne liefde.
L\'ercle punt. Over de smart, waarvan Jezus\' Hart het
middelpunt was. „Neen," zegt de godvruchtige Thomas
van Kempen, „in de liefde leeft men niet zonder smart."
Dus was ook het gansche leven van Jezus\' Hart kruis
en martelie. Wij beperken thans echter onze overwa-
ging tot het aandeel van Jezus\' Hart in de laatste smr.r-
ten der lijdensgeschiedenis. Herinner u dan de gevoelens
vai afschuw en medelijden, die meer dan eens in u
oprezen bij de bepeinzing der wreedo mishandelingen,
-ocr page 64-
62
waaraan Jezus\' aanbiddelijk lichaam blootstond, en weet,
dat al die smarten te zamcn slechts het geringste deel
uitmaken Zijns lijdens; de wreedste marteling werd vol-
trokken aan Zijn Hart. Die marteling ving aan bij het
binnentreden van den hof, en eindigde eerst aan het kruis.
Niet alleen de liefde heeft het hart tot haren zetel,
doch ook de smart; en dan eerst is deze voelbaar, wan.
neer en in zooverre het hart er in deelt. Hoop echter
niet tot het begrip te zullen geraken van al wat Jezus\'
Hart doorstond gedurende Zijn lijdenstijd. Wel weet
gij, hoe Het leed door de vrees, de verveling, het
verbeiden der folteringen, die hem wachtten, door de
derving van alle hulp en troost, door den haat tegen de
zonde en den ondank der menschen; maar bedenk dat
het Lichaam de pijnen de cene na de andere, het Hart
echter ze alle te gelijk verduurde. Daarenboven oefende
op dit laatste, wegens Zijne fijngevoeligheid, de foltering
van ieder ander lidmaat den pijnlijksten indruk. Ein-
delijk, de wreedheid Zijner beulen was slechts het gevolg
van een menschelijken haat, terwijl in het lijden Zijns
Harten, de wreedste en te gelijk dierbaarste beul, Zijn
eigene liefde was. Wie dus vormt zich een denkbeeld
van die bedruktheid, bezwijmingen, en plotselinge ont-
gloeiingen, straks door eene ijzige koude vervangen?
Neen, geene woorden vermogen uit te drukken hetgeen
ik gevoel; en ook dit blijft nog zoo verre beneden het
geen ik geloof! Jezus wilde ons een zichtbaar teeken
geven van de geheime martelie Zijns Harten: Hij werkte
een wonder: een bloedig zweet ontvloeide Zijn lichaam.
O minnend en lijdend Hart van mijn Jezus, hoeveel
ben ik U niet verschuldigd! Ja liefde voorliefde en
-ocr page 65-
G3
lijden voor lijden! Dan, hoe zal ik, zwak en weekhartig
als ik ben, mij kwijten van die schuld, zoo Gij, o Jezus,
mij niet een deel van Uwen moed verleent? O geef
mij liefde, groote liefde. De liefde zij mijn meester;
de liefde zal mij leeren, mij helpen lijden, zij zal mij
het lijden doen beminnen, ten einde Uw heilig Hart
na te volgen,
Op den feestdag Tan het Allerheiligste Uart
van Jcsns.
Dit feest is ook het feest van Jezus\' liefde; want bij
de instelling er van had Hij de verteedering onzer har-
ten en onze wederliefde op het oog. En ten einde ge-
makkelijker dat doel te bereiken, geeft Hij ons tot
voorwerp van dit feest Zijn heilig Hart, gelijk Hetwer-
kelijk is in Zichzelve, en tevens als zinnebeeld Zijner
goddelijke liefde. Gij hebt dus bijzonderlijk dezen dag
aan den eeredienst en aanbidding te wijden van dit on-
eindig aanbiddenswaardige Hart; en dit wel, volgens
den geest dezer devotie. Gij moet u derhalve opwekken
tot een waardig beantwoorden aan de liefde van Gods
Zoon voor u en voor alle menschen, en aan dien min-
nenden en toeh zoo weinig beminden God vergoeding
schenken voor de ondankbaarheid zoowel van u als van
anderen. Wijd dan dezen morgen uw hart met al het
goede dat gij zult verrichten aan het beminlijke Hart
uws Bruidegoms, en hernieuw dit offer meermalen in
den loop van den dag. Onophoudelijk zoudt gij vandaag
u moeten bezighouden met Jezus uwe liefde en hulde
te betuigen en u te vereenigen met Zijn lijden. Blijf
ten minste het stilzwijgen bewaren met de ingetogenheid
-ocr page 66-
(34
des harteD. Zelfs uwe uiterlijke verrichtingen moeten
bezield zijn met den geest dezer feestviering. Tracht
menig onderhoud te hebben met Jezus in het heilig
Sacrament, in zoover immers plichtsbetrachting en krach-
ten zulks toelaten. Draag uwe Communie op ter ver-
goeding van die, welke gij en alle Christenen, hetzij
op koele, of op onwaardige wijze hebt ontvangen;
bereid er u toe voor met de uiterste zorg en dat
uwe dankzegging dieper dan ooit uit het hart stijge.
Maar, om den wille van Jezus\' liefde, wacht u toch,
vooral heden, voor de dwaling van zoovelen, wien walgt
van bidden en goede werken, bij gemis van gevoeligen
troost. Op dien weg loopt gij gevaar, dezen dag niets
te winnen. Ween, niet geducht, en van goeden wil,
en niets nagelaten van hetgeen gij doen zoudt, bijaldien
gij meer ijver en godsvrucht gevoeldet.
Voorbereidiugsgebed. Als gewoonlijk.
Eerste inleiding. Verbeeld u Jezus Christus in het
Sacrament, gelijk Hij verscheen aan de zalige Mar-
gareta Maria Alacoque. Hij toont haar Zijn god-
delijk Hart, wreedelijk doorboord, geheel omringd van
vlammen en omvlochten met eene doornenkroon, waar-
boven zich een kruis verheft; Hij legt haar uit, wat die
zinnebeelden beteekenen; namelijk Zijne liefde en hetgeen
Hij lijdt van de ondankbaarheid der menschen.
Tweede inleiding. Bid Hem met aandrang u goed te
doen kennen en gevoelen die onbegrijpelijke overmaat
èn van zooveel liefde in Hem, èn van zooveel ondank-
baarheid in ous; opdat gij vastelijk moogt besluiten om
naar best vermogen genoegdoening te geven aan een zoo
minnend en echter zoo weinig bemind Hart.
-ocr page 67-
65
Eerste Funt. Welke zijn de gevoelens, waarmede het
goddelijk Hart jegens de menschen bestendig in het
Sacrament is bezield? Het zijn de gevoelens der leven-
digste en oprechtste liefde. Hetgeen de zon is midden
op den dag, is Jezus\' liefde tot ons in het Sacrament:
haar licht en gloed verloonen zich hier het sterkst. Wat
doet Jezus in het Sacrament? Hij mint ons. Dit woord
zegt alles en antwoordt op al wat men omtrent Hem
vragen kan. Waarom komt Hij erP Omdat Hij ons mint.
Hoe is Hij er? Als een God, die ons mint. Wat vraagt
Hij erP Hetgeen de liefde vraagt. Waarom vermenig-
vuldigt Hij Zich daar op zoo wondervolle wijze? waarom
verwijlt Hij er zoolang? waarom verbergt Hij er Zich
dusP \'t Is omdat Hij ons mint. Aan het kruis heerschte
de liefde to gelijk met de rechtvaardigheid, ja zij diende
de rechtvaardigheid; hier heerscht de liefde alleen,
haar alleen dient al het overige. De wijsheid, de
macht, do onmeetbaarheid , de voorzienigheid , alles
werkt mede ter algeheele voldoening der liefde. O blinde
menschen, ziet wat voor u het Hart van uwen God is
in het Sacrament! En ondervindt gij dat niet telken
dageP U, zondaren, boe neemt Hij u bier op? Zijre
klachten, Zijne berispingen en verwijten, ja Zijne dreig-
taal, die u verschrikt, komen voort uit Zijne liefde, £n
u, lauwe en onvolmaakto Christenen, heeft Hij u ooit
uit Zijne tegenwoordigheid verdreven ? biedt Hij integen-
deel u gcene verlichtingen aan, geen geneesmiddelen,
geen troost en aanmoediging? Maar gij vooral, zuivero
en vurige harten, gij moet voor de wereld getuigenis
afleggen van dit goddelijk Hart in het Sacrament. Welke
goedhartigheid! welk een vergeten van eigen grootheidI
6
-ocr page 68-
GO
welke minzaamheid! hoeveel inspraken en liefkoozingen
en zoete geneugten! Toef hier een weinig en pas al die
gedachten op u zei ven toe. Neem plaats, zooals voor-
heen, of gelijk thans u voegt, hetzij tusschen de zon-
Jaren, of onder de onvolmaakten, ofwel onder die vurigen.
Uwe voornaamste gevoelens moeten hier zijn die van
bewondering, van loftuiging en dankbaarheid. Ach,
misschien hebt gij in uw gauachen levensloop dit godde-
lijk Hart niet naar behooren dankgezegd voor die over-
maat van liefde.
Tweede puut. Welke zijn de gevoelens van het meeren-
deel der menschen jegens Christus in het Sacrament?
.Bedenk, hoe velen niet eenmaal weten dat het de liefde
tot hen is, waardoor een God tot dien toestand is ge-
bracht. Desniettemin houdt Jezus Zich in dit Sacrament
slechts bezig met Zijne liefde voor hen allen. En onder
die blinden, hoevele onwilligen, die, hoezeer uitgenoo-
digd om Hem te zoeken en te kennen, toch blijven
weigeren! O Jezus, is dat niet de verschrikkelijkste
kleinachting Uwer liefde! Helaas, \'t is nog de gruwe-
lijkste beleediging niet, die de meeste Christenen dat
goddelijk Hart aandoen. De ondankbaren, zij belijden
hun geloof in Jezus\' onpeilbare liefde in dit Sacrament,
en hoe beantwoorden zij daaraan P Denk hier slechts
aan die vergetelheid, oneerbiedigheid, onteeringen, hei-
ligschennissen en bespottingen, waarmede zij die hier
aan Jezus vergelden; voeg hierbij de omstandigheden
van tijd en wijze, het getal en de hoedanigheid der per-
sonen, die daartoe medewerken. Wek bij dit gezicht
eene heilige verontwaardiging in u, en werp een blik
op u zelf. O hoe hebt gij zel?e dien goddelijken Minnaar
-ocr page 69-
67
hehandeldP Doorloop uw vorig leven. Wellicht is met
uwe jaren tevens uwe ondankbaarheid toegenomen. O
schande, indien de zuiverheid, godsvrucht en ijver uwer
eerste Communiën langzamerhand zijn verminderd! Ach,
werp u met schaamte overdekt voor den troon neder
van die liefde, smeek om meer verlichting ten einde u
jzelven te kennen en te haten , en om overvloed van genaden
ter vaststelling van de edelmoedigste besluiten.
Derde punt. Welke gevoelens wekt in dat goddelijk Hart
eene zoo snoode ondankbaarheid van de menschen P ....
Om dit te begrijpen, moet gij eerst nagaan, welke die
gevoelens zouden kunnen zijn, zoo alleen de rechtvaar-
digheid die ingaf. Gij weet, hoe God de Joden strafiü
wegens hun ondank voor de uitstekende eer, die Hij hun
aandeed, met Zijn verblijf in hun tempel te vestigen.
Hij liet dezen tot in zijne grondslagen verwoesten en zwoer
bij Zich Zei ven, dat volk voor immer te verlaten. Maar
de liefde van dit Hart is oneindig grooter dan onze 011-
dankbaarheid. Nog altoos is Hij hier dat zachtaardige
Lam, dat Zijn mond niet opent op de slachtbank. Som-
tijds heeft Hij in het geheim Zijne klachten doen hooren
aan bevoorrechte zielen; doch diezelfde klachten zijn
steeds grooter bewijzen Zijner liefde. Hij zeide eens.
klagende over de algemeene ondankbaarheid, aan d«
zalige Margareta Maria Alacoque: „Die ondankbaar-
heid pijnigt Mij meer dan al de folteringen Mijns
lijdens. En indien de liefde der menschen beantwoord-
de aan de Mijne, zoude Ik al wat Ik tot nog too
geleden heb, als niets achten, en, ware het mogelijk,
nog meer voor hen lijden. Maar Ik vind slechts
koelheid en onwil voor al Mijne pogingen om hun wet
5*
-ocr page 70-
68
te doen." Oefenen deze liefdevolle klachten eenigen
indruk op u? Doch luister verder: „Hetgeen Mij echter
het pijnlijkst valt, is, aldus behandeld te warden door
harten, die zich aan Mij hebbon toegewijd." Hier spreekt
Jezus over u; gij zrjt ongetrouw, gij zijt koud en onge*
voelig voor die beleedigingen; en zult gij dit altijd blij ven r
Ach, doordring u toch van eene teedere dankbaarheid
voor zooveel liefde, van een levendige smart over zooveel
ondank, van een vurig verlangen om uw ongelijk te hei-
stellen door blijken van hulde on liefde. Die drie gevoelens
vormen het eigenaardig kenmerk van een bart, dut wer-
keiijk toegewijd is aan dat van Jezus. Maak het voornemen,
om u aan Hem op te offeren, vraag de genade om die
opdracht waardiglijk te doen , en bereid u derwijze tot
do algehoele overgave en slachtoü\'ering van u zalven.
Eindig uwe dankzegging na de heilige Communie met
do akte van toewijding, (van gelofte is in die akte volstrekt
geen sprake) en vervolgens met do akte vaneerherslell\'ug,
len einde eenige vergoeding te geven voor de ondauk-
baarheid zoo van u zelven als van anderen.
Schietgebed en Deugdoefening.
Beide bestaan vandaag in een zelfde zaak. Verwek
zoovele aklen van liefde tot God, als gij maar kunt:
zij moeten evenwel kort en vurig, en als \'t ware de adem
zijn uwer godsvrucht.
Geestelijke lezing.
Hebt gij geen boek dat bepaaldelijk handelt over het.
goddelijk Hart, herlees dan oplettend de overwegingen op
deu vooravond en op den morgen van het feest.
-ocr page 71-
69
Meeningen voor vijf altaarbezoeken,
1. Om Jezus te bedanken voor de liefde, welke Hij
<ler wereld bewezen heeft in de instelling van het
li. Sacrament.
2 Om Hem te bedanken, dat Mij zoo dikwijls tot u
gekomen is in de heilige Communie en u daarin zoovele
weldaden heeft bewezen.
3.  Om zooveel doenlijk de beleedigingen te herstellen,
die Hem in het heilig Sacrament worden aangedaan
door ketters en ougeloovigen.
4.  Om eveneens te herstellen de oneerbiedigheden,
heiligschennissen en mishandelingen van den kant der
geloovigen.
5.  Om in den geest Jezus Christus te aanbidden in
alle kerken van de steden en dorpen der wereld, waar
iJijn goddelijk Lichaam weinig voagzaam bewaard, zelden
bezocht en geringe eer bewezen wordt.
AKTE VAN TOEWIJDING
AAN IIET ALLEBHSILIGST H.4ET VAN JEZUS.
Aanbiddelijk Hart van mijn minlijken Jezus, wat heeft
II kunnen bewegen tot eene zoo overmatige liefde jegens
mij, wiens hart voor u steeds koud on ongevoelig bleef P
«la, die edelmoedige liefde, mij voorheen in weerwil der
grootste onverschilligheid betoond, geeft mij hoop op de
verhooring der bede, die mijne liefde dezen dag tot U
-ocr page 72-
70
opzendt. Neem dan, allerminlijkste Verlosser, genadiglijk
mijn verlangen aan, om mij volkomen toe te wijden aan
de eer en de glorie van Uw allerheiligst Hart en aanvaard
het geschenk dat ik U aanbied van al wat ik ben. II
wijd ik mijn persoon, mijn luven, mijne handelingen, mijn
lijden en strijden, wijl ik voortaan een ofier wil zijn ter
bevordering Uwer glorie. Aanvaard mijne offerande;
deele Uw heilig liefdevuur er zich aan mede , en moge
zij eenmaal gansch verteerd worden. Ontvang dan, o
mijn Heer en mijn God, dit hart met al zijne aandoe-
ningen; want die alle moeten gelijkvormig zijn met de
Uwe. Ik behoor dus aan U, o mijn God, ik ben het
eigendom Uws Harten, geheel en al, zonder voorbehoud.
Ach, liefdevolle Verlosser, hoe groot is jegens mij Uwe
barmhartigheid! Wat toch ben ik, o God van majesteit,
dat Gij die offerande mijns harten wel wilt aannemen!
Ja, mijn hart behoort voortaan aan U; geen schepsel zal
er nog iets van bezitten. Wees Gij dus, o minlijke
Jezus, mijn Vader, mijn Meester, mijn al. Neem het
offer aan, dat het onwaardigste schepsel aan Uw Hart
komt brengen, om de oneer te herstellen, die het U
tot heden toe heeft aangedaan. Ach, \'t is waar, ik geef
U weinig, maar ik geef toch alles, wat ik geven kan.
Ook weet ik, wat Gij vooral begeert, en daarom: wijd ik
II dit mijn hart, dan sta ik het voorgoed af, om het
nimmer terug te nemen.
Leer mij, o beminlijke Verlosser, mij zelven geheel en.
al vergeten, wijl dit toch de eenige weg is, die mijden
toegang verleent tot Uw aanbiddelijk Hart; en maak dat
alles wat ik voortaan uit liefde tot U verricht, tevens
Uwer waardig zij. Leer mij, wat ik doen moet om tot
-ocr page 73-
71
de zuiverheid te komen der liefde; geef haar mij, in al
haren gloed, in al hare edelmoedigheid. Schenk mij
die diepe ootmoedigheid, zonder welke U niemand kan
behagen, en volbreng aan mij in alles Uw heiligen wil,
zoo in tijd als in eeuwigheid. Amen.
AKTE TAN EERBOETE.
Minlijke Jezus, steeds van liefde tot ons vervuld,
steeds brandend van begeerte om ons mede te deelen
van Uwen rijkdom, ja U Zelven geheel en al aan ons weg
te schenken; o Jezus, mijn God en Zaligmaker, die in
de overmaat Uwer wonderbare liefde een slachtoöer hebt
willen zijn in het aanbiddelijk Altaarsacrament, die U
telken dage een millioen malen voor ons opdraagt, ach,
welke gevoelens moeten in dien toestand de Uwe niet
zijn, terwijl Gij na zoovele weldaden in de meeste harten
niets anders aantreft, dan verhardheid, vergetelheid,
ondankbaarheid en minachting!
Was het om ons te redden niet genoeg, o mijn Zalig-
maker , den moeizaamsten der wegen te hebben uitgekozen,
terwijl Gij toch ten prijs van zooveel minder ona Uwe
liefde hadt kunnen bewijzen ? Kondet Gij niet volstaan
met dien harden doodsstrijd, met dat drukkend hartzeer,
bij den aanblik van den zondenlast, dien Gij alleen hadt
te torsenen? Waartoe U dan nog dagelijks blootgesteld
aan al die laagheden, waartoe de zwartste boosheid van
mensehen en duivelen bekwaam is? Ach mijn God,
-ocr page 74-
72
mijn allerdierbaarste Verlosser, wat gevoelde wel Uw
Hart bij het zien van zooveel ondankbaarheid en zonden\'
zooveel oneer en heiligschennissen P
Doordrongen van de levendigste smart over die onwaar-
digé behandeling, buig ik mij deemoedig hier voor Uw
aanschijn neder, oui ten aanschouwen van hemel en aarde
U mijne eerboete aan te bieden voor hetgeen Gij sma-
delijks op de altaren verduurd hebt sedert de instelling
van dit aanbiddelijk Sacrament. Met schaamte en rouw
in het hart, bid ik U duizendmaal om vergiffenis voor
zooveel boosheid. Konde ik, o mijn God, met mijn
tranen en bloed al die plaatsen afwasschen, waar Uw
Jlart zoo schrikkelijk is beleedigd en die kostbare
panden Uwer goddelijke liefde zoo gruwzaam zijn ont-
cerd! Ach, dat ik niet, ook maar een oogenblik, meester
kan zijn van aller harten, om ze U op te offeren tot
herstel der vergetelheid en achteloosheid van al diegenen,
die U niet hebben willen kennen, of die, na U gekend
te hebben, U zoo weinig hebben bemind!
Doch, o aanbiddelijke Zaligmaker, hetgeen mij mot
schaamte overdekt en ik het diepst moet betreuren, is
dat ik zelf tot het getal der ondankbaren heb behoord.
O God, die den bodem peilt mijns harten, zie neder
op mijn rouwgevoel over eigen ondank, op mijne wilvaar-
digheid om dien op alle mogelijke wijze te herstellen.
Zie, o Heer, ik werp mij deemoedig voor U neder,
het hart verbrijzeld van droefheid, bereid om uit Uwe
hand aan te nemen al wat Gij ter voldoening voor zoo-
vele beleedigingen zult willen opleggen. Sla vrij toe,
o mijn God: ik zal haar kussen die hand, ter verdiende
kastijding tegen mij geheven. Ach, waarom ben ik
-ocr page 75-
73
geen alleszins waardig zoeuofier? waarom kan ik niet
met mijn bloed al die plaatsen besproeien, waar üw al Ier-
heiligst Lichaam onder de voeten gesleurd en vertreden
isP Hoe gelukkig zoude ik zijn, indien het mij, ten
prijs der grootste folteringen, gegeven ware zooveel smaad
en beleediging af te koopen! Of, ben ik die gunst on-
waardig, dan zij voor \'t minst mijn verlangen daarnaar
U welgevallig.
Neem, o eeuwige Vader, deze mijne eerboete aan, in
vereeniging met die van het goddelijk Hart Uws Zoons
op Oalvarië, en van de allerheiligste Maagd Maria, Zijne
Moeder, aan den voet des kruises. Gewaardig O het
gebod te verhooren , door dat goddelijk Hart tot U op-
gezonden. Geef mij kwijtschelding van al die oneerbie-
digheden, waaraan ik mij heb schuldig gemaakt, en be-
krachtig mijn voornemen, om U steeds met den vurigsten
ijver te beminnen en alle middelen aan te wenden ter
Uwer vereering. O mijn Koning, mijn Verlosser en mijn
Hechter, ik geloof vastelijk dat Gij werkelijk tegenwoor-
dig zijt in het aanbiddelijk Altaarsacrament, en door
den eerbied, waarmede ik voortaan voor IJ zal verschijnen,
en door een volhar.lenden ijrer voor mijne aanbiddingen,
wil ik tevens anderen doen zien, hoe hecht dit geloof
in mij is geworteld. En wijl ik besloten heb en bij
dezen plechtig betuig Uw allerheiligst Hart op bijzondere
wijze te zullen vereeren, wil ik daarin mijn verblijf
\'houden alle dagen mijns levens, en zoodoende het laatste
Uwer gunstbewijzen trachten waardig te worden: in dat-
zelfde Hart den doodssnik te geven. Amen.
-ocr page 76-
LITANIE
VAN HET
HEILIG HART VAN JEZUS.
Heer, ontferm U ouzer.
Chrittus, ontferm U onzer.
Heer, ontferm ü onzer.
Christus, lioor ons.
Christus, verhoor ons.
God, hemelsche Vader, ontferm U onzer.
God, Zoon, Verlosser der wereld, ontferm D onzer.
God, Heilige Geest, ontferm TJ onzer.
H. Drievuldigheid, één God, ontferm U onzer.
Hart van Jezus, met het Woord Gods zelfstandig
I vereenigd,                                                                i
Heiligdom der Godheid,                                             O
„ Tempel der heilige Drieëenheid,                                !jjf>
gl Afgrond van wijsheid,                                               Jg
i-s (Oceaan van goedheid,                                                IC}
g Troon der barmhartigheid,                                        /g
, jNooit uitgeputte schat,
j" f Uit Wiens overvloed wij ons zei ven, en alles ont
vangen hebben,
Onze vrede en onze verzoening,                               
Toonbeeld van alle deugden,
-ocr page 77-
75
\'Oneindig beminnend, en oneindig beminnens-
waardig,
Bron, die ten eeuwigen leren ontspringt,
Waarin de Vader Zijn behagen schept,
Zoenoffer voor onze zonden,
Voor ons met bitterheid overstelpt,
In Gethsemane tot den dood toe benauwd,
Met verguizingen verzadigd,
Door liefde gewond,
C
Met eene lans doorstoken,                                       f g
|
^ Dat al Uw bloed aan het kruis vergoot,
1
ö Verbrijzeld om onze snoodheden,
*■ Nu nog door ondankbaren in Uw Sacrament van
5 I liefde verscheurd,
" (Toevlucht der zondaren,
(Sterkte der zwakken,
f Troost der bedrukten,
[Volharding der rechtvaardigen,
\'Heil voor die op U vertrouwen,
Hoop voor die in U sterven,
Troostvolle bescherming voor Owe vereerders,
Geneugte van alle Heiligen,
Onze hulp in overstelpenden nood,
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, spaar
ons Jezus.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ver-
hoor ons Jezus.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ont-
ferm U onzer, Jezus.
Christus, hoor ons.
Christus, verhoor ons.
-ocr page 78-
Hart van Jezus, brandend van liefde voor ons,
Ontvlam in ons hart eene brandende liefde voor U.
LATEN WIJ BIDDEN.
Almachtige God, wij bidden T), verleen ons, dat wij,
die in het allerheiligste Hart Uws Geliefden Zoons al
onzen roem Btellen, en daaraan de voornaamste wei-
daden van Zijne liefde dank weten, ook in de werken
en vruchten daarvan ons mogen verblijden. Door den-
«elfden Christus onzen Heer. Amen.
-ocr page 79-
INHOUD.
Bladz.
Inleiding.................6
Over het doel der Instelling van het allerheiligste
Sacrament................9
Over het leven van zaligheid van Jezus\' Hart in het
heilig Sacrament.............11
Over het leven van genade van Jezus\' Hart in het
heilig Sacrament.............18
Over het leven van opoffering van Jezus\' Hart in
het heilig Sacrament............23
Over het leven van vernedering van Jezus\' Hart in
het heilig Sacrament............27
Over het leven van liefde van Jezus\' Hart in het
heilig Sacrament.............31
Over het leven van arbeid van Jezus\' Hart in het
heilig Sacrament.............. 3G
Over het verborgen leven van Jezus\' Hart in het
heilig Sacrament.............41
-ocr page 80-
Over het leren van heerlijkheid van Jezus\' Hart in
het heilig Sacrament............47
Over het leven van volkomen zelfopoffering van Jezus\'
Hart in het heilig Sacrament........52
Over de onschatbare waarde van JezuB* Hart ... 57
Op den feestdag van het allerheiligste Hart van
Jezus......         ..........63
Akte van toewijding aan het allerheiligste Hart van
Jezus.................69
Akte van eerboete.............71
Litanie van het heilig Hart van Jezus......74
-ocr page 81-
■ e»
V           Stoomdruk van P. W. van de Weijer, Utrecht.
- \\____________.____________________.. „____^_....._______________________