-ocr page 1-
/TPj/y» \\^AO^O
AB-THO
WRT
45-400
-ocr page 2-
-ocr page 3-
400
ar^r
XfcEGJEXLiS
T
DER
VEREENIGING
TOT
BE VOEDERING DER VEREERING
VAN HET
ALLERHEILIGSTE SACRAMENT
EN TOT
VERSIERING DER BEHOEFTIGE KERKEN
VAN
NEDERLAND,
**
St. IVliehiels-Qe.st «;1,
TER BOEKDRUKKEB.IJ VAN \'T BISDOM VAN *S BOSCH, IN HEI
INSTITUUT VOOB DOOFSTOMMEN.
SKT-----V"
Vak 45
?
-ocr page 4-
-ocr page 5-
IREGKELS
DEK
VBEBSHKBIKTO,
f
-ocr page 6-
-ocr page 7-
fa\' tl*. t/&o
H/IQ Gr DE Hj ss
DER
VEREENIGMNO
TOT
BEVORDERING DER VEREERING
VAN HET
EN TOT
VERSIERING DER BEHOEFTIGE KERKEN
VAN
NEDERLAND
X
X
V,\'\'
St. Michiels-Gestol ,
TF.ll BOEKDRUKKERIJ VAN \'T BISDOM VAN \'S BOSCH, IN HET
INSTITUUT VOOR DOOFSTOMMEN.
1871.
-ocr page 8-
-ocr page 9-
REGELS der VEREENIGING
TOT
WiaMkAvnui! ama) axAacaLvki) raxim Lel) tJ^JüWU. ©a/cAjasryu™)
EN TOT
Versiering der behoeftige Kerken van Nederland.
I. Hoe meer de wereld zich jegens de oneindige liefde
van onzen Goddelijken Zaligmaker schuldig maakt aan on-
dankbare onverschilligheid, miskenning en versmading, hoe
meer wij ook, die er ons nog op beroemen Zijne leerlin-
gen en kinderen te zijn, ons moeten beijveren om jegens
Hem, in vereering, aanbidding, getrouwheid en liefde toe
te nemen. — De oprigting dezer Vereeniging is dus eene
oproeping van alle getrouwe zielen om door nieuwe blijken
van liefde te vergoeden en uit te wisschen zoo vele zon-
den jegens den Persoon van onzen Goddelijken Verlosser
en Zijn aanbiddelijk Liefdegeheim, het H. Sacrament des
Altaars, begaan.
                               t
-ocr page 10-
II.     Het doel van deze Vereeniging is :
A.     In zijn eigen hart eene bijzondere liefde aan to kwee-
ken voor Jesus, en wel voornamelijk voor Jesus, tegen-
woordig in het Allerheiligste Sacrament.
B.     Het zijne bij te brengen om ook in anderen die
liefde op te wekken en te bevorderen.
C.     Om uit diezelfde liefde naar vermogen behulpzaam
te zijn, ten einde arme en van hulp verstoken kerken van
alles te voorzien, wat tot betamelijke viering van het H.
Misoffer noodig is. — Wat toch is onzen Goddelijken Ver-
losser nader dan Zijn Altaar en Zijne H. Tabernakelen ?
Tevens vinden wij in de Altaarversiering een krachtig
middel, om de devotie tot het Allerheiligste Sacrament on-
der de geloovigen te bevorderen. En men denke niet dat
daaraan in ons land geen behoefte bestaat. De korte tijd,
sedert welken onzen Vereeniging opgerigt is, heeft van het
tegendeel reeds genoegzame bewijzen opgeleverd.
III.     Om aan deze Vereeniging de meest mogelijke uit-
breiding te geven, worden de leden daarvan in drie klas-
sen onderscheiden:
A. De Eerbleden , welke zich bepalen bij eene jaar-
lijksche bijdrage van
           Gulden ten behoeve der arme
kerken.
13. De Werkende leden der eerste Afdeeling , welke
zich tot een bepaald maandelijksch aanbiddings-uur verbinden
en jaarlijks
           Gulden bijdragen.
C. De Werkende leden der tweede Afdeeling , welke
tot bevordering van het liefdewerk der arme kerken
Stuivers betalen, doch in de keuze van hun maandelijksch
biduur geheel vrij word^i gelaten. Deze kunnen het te huis
-ocr page 11-
in stille afzondering doorbrengen, of daartoe ook eene of
andere Godsdienstoefening bijwonen, bijv. eene niet ver-
pligte Mis, de Vespers, het Lof, enz. *)
De jaarlijksche bijdragen zullen bij de inschrijving be-
taald worden, en wel in de eerste zes maanden voor het
volle bedrag, en in de laatste zes maanden voor de helft
van het loopende jaar. Verder zullen deze jaarlijks in de
maand Januarij door de LTveraarsters worden opgehaald.
IV. De Middelen om dat doel te bereiken zijn :
A. Getrouw maandelijks een uur doorbrengen in aanbid-
ding van Jesus in het Allerheiligste Sacrament. Het verdienen
der Aflaten is voornamelijk aan de vervulling van deze oe-
fening verbonden. Om aan dezen pligt te voldoen, wordt
er, zoo het getal der leden van de eerste Afdeeling groot
genoeg is, alle maanden een gemeenschappelijke biddag ge-
houden met uitstelling van het Allerheiligste, zoo dit door
den Ordinarius wordt goedgekeurd. Is het getal niet toe-
reikend om alle uren van den dag met een behoorlijk ge-
tal aanbidders te bezetten, dan kan daartoe een gezamen-
lijk uur genomen worden. Wanneer er een biddag gehou-
den wordt, zullen de leden der eerste Afdeeling zich ge-
trouw aan het bepaald uur houden, opdat het Allerheilig-
ste Sacrament, altijd van een behoorlijk getal personen om-
geven zij. Men mag het biduur met elkander verruilen of bij
verhindering een ander in zijne plaats zenden, in welk geval
men zijn eigen biduur op een anderen tijd volbrengen zal.
*) Het spreekt van zelf dat goeno dezer bcpalingon on verpligtin-
gon onder zondo verbinden. Doch die zonder wettige roden twoeach-
tereenvolgende maandon hot aanbiddingsuur verzuimt, verliest voor dien
tijd het regt op do aflaten, tot dat het weder volbragt wordt. — De
Kaad bepaalt voor clko Afdeeling het bedrag der jaarlijkscho contribntiën.
-ocr page 12-
— 8 —
B.     Zoo veel mogelijk de H. Mis bijwonen, welke alle
maanden voor de leden zal opgedragen worden, als ook
het lof. Onder beide oefeningen zal doorgaans eene toe-
spraak gehouden worden , in verband met liet doel der ATer-
eeniging. Na de Mis worden de overledene leden aanbevo-
len en daarvoor driemaal het Onze Vader en Wees gegroet
met den Be Profundis gebeden. De eerste collecte onder
de H. Diensten is ten voordeele van het liefdewerk. *)
C.     Getrouwe en godvruchtige bijwoning en bevordering
der plegtigheden, die in verschillende kerken ter vereering
van het Allerheiligste gehouden worden, zoo als: Gedurige
Aanbidding, Veertiguren-gebed, Processie enz. De leden
zullen bij voorkeur zich die uren ter aanbidding kiezen,
welke doorgaans het minst bezet zijn. Het bestuur zal met
behulp der IJveraarsters daarvoor bijzondere zorg dragen.
D.     Zoo de omstandigheden het toelaten, ijverige mede-
werking tot het vervaardigen van Kerkornamenten, Pries-
tergewaden, Altaarsieraden enz. Daartoe zal eene werkzaal
worden opgerigt om dat soort van handwerk aan te leeren
en het verder te huis voort te zetten.
E.     De jaarlijksche bijdragen en andere giften in stof
of in geld. Alles hoe gering ook, wat voor kerksieraden
dienstbaar kan zijn, zijden stoffen, kanten enz., zal met
dankbaarheid worden aangenomen, en kan aan de Dames
van het bestuur of aan de IJveraarsters ter hand worden
gesteld.
V. Het Bestuur van elke Afdeeling der Vereeniging
bestaat uit:
*) Dag, uur on wijze dezer oefeningen wordon vastgesteld door don
Raad van elke Afdeeling en door de IJveraarsters bokend gomaakt.
-ocr page 13-
— 9 —
A.     Een Priester-Directeur , welke daartoe door Z. D.
EL den Bisschop benoemd wordt.
B.     Eene Presidente , die de Vergaderingen voorzit, en
een waakzaam oog houdt over de gekeele Vereeniging. De
Presidente wordt benoemd bij eerste oprigting door de wer-
kende leden van de eerste Afdeeling der Vereeniging en
later door de leden van het Bestuur en van den Raad.
C.     Eene Vice-Presidexte , welke de leiding en het toe-
zicht heeft over de voorwerpen, die voor de behoeftige ker-
ken vervaardigd worden. Zij zorgt ook voor de verzending,
en bekleedt het voorzitterschap, bij afwezigheid der Pre-
sidente.
D.     Eene Secretaresse, welke nauwkeurige aanteekening
houdt van de namen en adressen der leden. Zij schrijft de
Vergadering aan, houdt nota der Vergaderingen, is belast
met de correspondentie, enz.
E.     Eene Penningmeesteresse , welke aanteekening houdt
der inkomsten en uitgaven, als ook der ingekomene giften
en der uitgedeelde voorwerpen.
F.   Eenige Raadsleden , welke over de belangen der Ver-
eeniging geraadpleegd worden.
VI. Door het bestuur worden uit de leden der Veree-
niging LTveraarsters benoemd, welke voor de uitbreiding,
en instandhouding der Vereeniging werken.
Voor haar zijn bijzondere regels aanwezig.
VU. Vóór de verzending zal er eene tentoonstelling ge-
houden worden der vervaardigde of aangekochte voorwer-
pen. Daarvan zal aan de leden kennis gegeven worden.
-ocr page 14-
REGELS
VAN HET
LIEFDEWERK DER ARME KERKEN,
Oii<loi"Iiii«i\' verband I usschon de
verse!iiJlon«i«ï ^V1"<1«»<\'1 in^-ou.
1.   De Yereeniging bestaat uit eene Hoofd-Afdeeling en
verder uit bijzondere Afdeelingen en Onder-Afdeelingen.
2.    De Hoofd-Afdeeling heeft haren zetel te Eotterdam;
bijzondere Afdeelingen zijn die welke zich in de Dekena-
ten der meest aanzienlijke plaatsen vestigen, bij welke zich
alsdan de omliggende plaatsen als Onder-Afdeelingen aan-
sluiten.
3.   Geen dan waarlijk behoeftige kerken, in waarlijk be-
hoeftige gemeenten gelegen, mogen bedeeld worden. Ge-
stichten en Inrichtingen echter van liefdadigheid zijn niet
uitgesloten. Het oordeel over de behoeftigheid blijft aan
H. D. H. de Bisschoppen. Geen kerk of kapel mag der-
halve bedeeld worden, zonder dat door de Bisschoppen, of
door Hem, die door Z. D. H. is aangesteld, een behoorlijk
getuigschrift is afgegeven, dat de opgegevene behoeften
werkelijk bestaan.
4.   Alle aanvragen van kerkgoederen moeten aan het Be-
-ocr page 15-
— 11 —
stuur (der Hoofd-Afdoeling) gerigt worden om alzoo de een-
heid en goede orde te bewaren en tevens zooveel mogelijk
de gelijkheid, billijkheid en volledigheid in de verdeeling
der goederen te bevorderen. Mogt eene bijzondere Afdee-
ling voor een of andere arme kerk eene zekere voorliefde
hebben, dan zal zij dit aan het Hoofd-Bestuur te kennen
geven.
5.     Het Hoofd-Bestuur zal, voorgezeten door den Direc-
teur, de aanvragen onderzoeken, deze in de orde rangschik-
ken, naar welke daaraan zal worden voldaan, en die met
een afschrift der brieven vervolgens aan de verschillende
Afdeelingen ronddeelen, welke dan verder belast zijn om
met behulp der Onder-Afdeelingen daarvoor te werken en
daaraan zooveel mogelijk te voldoen.
6.    Mogten de bijzondere Afdeelingen niet in staat zijn
in allen deele aan de aanvrage te voldoen, dan zullen zij
twee maanden voor de tentoonstelling daarvan aan de
Hoofd-Af deeling kennis geven, die zal zien hoe het ontbre-
kende kan worden aangevuld. Zoo zij echter meer voorwer-
pen ter beschikking hebben, dan zij zich hadden voorge-
steld, zullen zij zich tot den hoofdraad wenden, om te
weten, welke bestemming daaraan kan gegeven worden.
7.     Voordat de goederen verzonden worden, zal de Af-
deeling daarvan eene tentoonstelling houden, welke om de
drie of om de zes maanden of zelfs om het jaar kan plaats
hebben, naar gelang het getal der Leden en den ijver
waarmede zij zich met dien heiligen arbeid onledig houden.
Nummers en lijsten zullen aanduiden voor welke plaatsen \'
de voorwerpen bestemd zijn.
8.   De bijzondere Afdeelingen kunnen zich bij de Vice-
-ocr page 16-
— 12
Presidente der Hoofd-Afdeeling vervoegen, ter verkrijging
van gemeenschappelijke voorwerpen, als: gedrukte Regle-
menten enz.; Missalen, passement, stijf linnen, voering en
andere voorwerpen. In elk geval zal de Vice-Presidente
zich beijveren, om zoo goed en voordeelig mogelijk zich
al de benoodigdheden aan te schaffen.
De rekeningen zullen om de drie maanden vereffend worden.
9.     Wanneer in plaatsen, waar geen Afdeeling der Ver-
eeniging bestaat, verschillende Leden woonachtig zijn, kan
er door het Hoofd-Bestuur benoemd worden eene Zélatrice,
welke alle maanden voor den biddag, zijnde de eerste Vrij-
dag der maand, aan de Secretaresse van het Hoofd-Bestuur,
de lijst der leden opzendt, welke gedurende de maand als
leden zijn aangenomen.
10.  Elk jaar, voor het einde van de maand Januarij, zal
het Bestuur eener bijzondere Afdeeling aan het Hoofd-Be-
stuur rekening en verantwoording geven van eersten Januarij
tot Ultimo December van het vorige jaar; als ook eene
opgave doen van de giften en uitgedeelde goederen volgens
op te geven model. Ook zal daarbij een verslag gegeven
worden der bijzonderste gebeurtenissen, welke op de Yer-
eeniging betrekking hebben ten einde deze in het Alge-
meen Verslag op te nemen.
11.    Terwijl de Misgewaden zoo mogelijk uit giften in
stof vervaardigd worden, zullen de overschietende gelden
besteed worden tot het koopen van heilige vaten, mis-
boeken, beelden, kruiswegen, enz.
-ocr page 17-
REGLEMENT
te onderhouden bij liet aannemen -van
aanvragen en het doen van
bedeelingen.
1.   Alle aanvragen, die aan de bijzondere Afdeelingen zijn
gerigt, worden naar het Hoofd-Bestuur der Aartsbroeder-
schap opgezonden, en de Afdeelingen ontvangen van liet
Hoofd-Bestuur de opgaven der kerken, in welker behoeften
zij zullen voorzien.
2.     Zij geven aan de ZEw. Pastoors, die eene aanvraag
doen het adres op der Presidente, of Yice-Presidente van
het Hoofd-Bestuur, Eendragt\'s laan N. 69 te Rotterdam,
en verzoeken hun aan dat adres de noodige bescheiden in
te zenden.
Die bescheiden zijn:
A.   De lijst der voorwerpen die noodig zijn.
B.   De maat van dwalen, communie-kleed enz., in Ned.
Ellen.
C.   De verklaring van den Kerkvoogd of van den De-
ken, dat de aangewezene behoeften werkelijk bestaan.
3.   Ten minste vijf maanden, voor dat de Afdeeling hare
tentoonstelling denkt te houden, vraagt zij aan het Hoofd-
Bestuur de opgave der kerken, waarvoor door haar kan
gewerkt worden.
-ocr page 18-
— u —
i. In antwoord op deze vraag zendt het Hoofd-Bestuur
eenige lijsten van kerken, bij voorkeur die kerken ne-
mende, welke in het diocees of de provincie der Afdeeling
gelegen zijn.
5.     Het Bestuur der Afdeeling onderzoekt in eeue ver-
gadering, in hoe verre zij aan de aanvragen kan voldoen,
en geeft onmiddellijk kennis aan het Hoofd-Bestuur, van
den uitslag van dit onderzoek.
6.   Het Hoofd-Bestuur zal zooveel mogelijk trachten aan
te vullen wat voor de Afdeeling te zwaar zoude blijken, en
zorgt dat de voorwerpen in tijds aan de Afdeelingen wor-
den gezonden, om op hare tentoonstelling te komen.
Het is van belang, dat de ZEw. Heeren Pastoors zooveel
mogelijk in ééns, alles ontvangen wat zij gevraagd hebben.
Maandelrjksche Raadsvergadering.
1.   Elke maand houdt het Bestuur eene vergadering om
de belangen der Vereeniging te bespreken en te regelen.
Deze heeft gewoonlijk plaats na de maandelijksche Mis.
Elke Afdeeling bepaalt echter den dag en het uur, die het
beste gelegen komen. In Afdeelingen van minderen om-
vang komt men ten minste alle drie maanden bij elkander.
Deze vergaderingen zijn noodzakelijk tot de instandhouding
der Vereeniging.
2.     Men begint de vergadering met een gebed tot den
H. Geest, hetwelk door den Directeur wordt uitgesproken
of bij afwezigheid van dezen door de Presidente. Een ie-
-ocr page 19-
— 15 —
der vorme daarbij de intentie om de 300 dagen Aflaat
te verdienen.
3. De orde der handelingen kan gevoegelijk de volgen-
de zijn.
Volgorde dezer Vergadering.
1. Lezing uit de regels en reglementen, opdat deze den
Leden van het Bestuur immer duidelijk voor den geest
staan, om ze trouw op te volgen en daarover aan ande-
ren het gevraagde bescheid te kunnen geven. Men kan ze
over de twaalf maanden verdeden, als volgt:
Januarij. Eegels: I., II., III.
Februarij. Eegels: het overige.
Maart. De Eegels die hier gegeven worden voor de
maandelij ksche Vergadering.
April.         Eeglement voor het aannemen van aanvragen.
Mei.           Of in de maand dat de tentoonstelling wordt voor-
bereid : Opmerkingen betrekkelijk de tentoonst.
Junij.         Eenige bijzondere aanbevelingen.
Jul/J.          Eegels te onderhouden bij het vervaardigen van
kerkgewaden.
Augustus. Vervolg dier Eegels. Bijzondere Eegels exclusief.
September. Vervolg dier Eegels. Heilige vaten, enz.
October. Opwekking tot den geest van eenheid. Jaarb.
5d<= jaar. Blad. 14 tot 16. II.
November. Vervolg Ibid. bl. 16. II. bl. 19.
December. Eegels voor IJveraarsters (Zie hierna).
-ocr page 20-
— 16 —
2. De Directeur stelt met de leden een onderzoek in,
of liet voorgelezenc goed onderhouden wordt, en zoo noo-
dig beraamt hij met haar de middelen die ter verbetering
kunnen gebruikt worden.
■i. De Secretaresse leest het verslag voor der vorige
Vergadering, hetwelk, na goedgekeurd te zijn, door de
Presidente wordt onderteekend.
Dit maandelijksche verslag, zal het volledig zijn, moet
tot bron kunnen strekken voor het jaarlijksche algemeene
verslag, en bijgevolg bevatten, niet slechts alle handelin-
gen en alle besluiten van den Eaad, maar ook de merk-
waardigste gebeurtenissen, de geschiedenis der Vereeniging
betreffende, zoo als : buitengewone oefeningen welke gehou-
den zijn; met welke ijver, vrucht, enz., deze zijn bijge-
woond; bezoeken door voorname personen gebragt; ten-
toonstellingen; sterfgevallen van voorname leden met het
stichtende uit hun leven; in één woord , alles wat tot stich-
ting en opwekking kan dienen en onze Vereeniging kan
doen hoogschatten.
4.   De Penningmeesteresse geeft verslag van den gelde-
lijken toestand der Afdeeling, ontvangsten en uitgaven,
wat er nog in kas is, welke rekeningen er nog te betalen
zijn, wat er nog te innen is.
5.    Haar worden de gelden overhandigd die in den loop
der maand ontvangen zijn.
C. Inschrijvingen worden ingediend, boekjes geteekend,
biduren bepaald.
7. De Vice-Presidente bespreekt de belangen van het lief-
dewerk voor behoeftige kerken; stelt voor de inkoopen die
gedaan moeten worden, en de wijze, waarop deze het voor-
-ocr page 21-
— 17 —
deeligst kunnen geschieden; maakt hare aanmerkingen, zoo
er zijn, op de werkzaal en den arbeid; zoo de tijd der
tentoonstelling op handen is, hoe het daarmede staat, enz.;
ook vestigt zij de aandacht op de werkdagen, die welligt
door feesten verhinderd worden.
8.   De Dankbrieven worden voorgelezen, of althans wordt
de inhoud daarvan medegedeeld.
9.  De Aanvraagbrieven worden overgelegd en besproken,
en de antwoorden, daarop te geven, zullen worden be-
paald, alles volgens het daartoe bestaand Eeglement.
10.    De Presidente stelt hare bemerkingen of wenschen
enz. voorj vestigt de aandacht der leden op hetgeen er
in den loop der maand te doen voorkomt; zooals: in de
maand Januarij, het maken der rekening en verantwoording,
het verslag enz., het innen der gelden. In April en Octo-
ber: het bepalen van den dag waarop de H. Mis en de
H. Communie voor de overledenen zal plaats hebben; wan-
neer de vergadering der IJveraarsters zal gehouden wor-
den; de aanschrijvingen, welke voor gewone of ongewone
oefeningen, als retraites, novenen, triduüms, moeten ge-
daan worden; tentoonstellingen welke moeten worden aan-
gekondigd , en waarvoor wachtüren moeten aangewezen
worden; het verzenden en ronddeelen van verslagen, boek-
jes, biljetten enz.; het beleggen van eene algemeene ver-
gadering, waarin de Directeur het verslag geeft der Afdee-
ling; het kiezen van nieuwe Eaadsleden, IJveraarsters enz.,
en eindigt met de vraag, of de leden nog iets in het mid-
den te brengen hebben.
11. De Secretaresse vestigt zoo noodig de aandacht op
2
-ocr page 22-
— 18 —
liet laten drukken van boekjes, briefjes enz., zoo deze be-
ginnen te ontbreken.
12. Eindelijk sluit de Directeur de Vergadering en vult
aan, wat soms door de leden mogt vergeten worden; hij
bidt ten slotte: Onder mee bescherming, enz.
Gebed voor de Vergadering;.
Kom H. Geest vervul de harten Uwer geloovigen en ont- •
steek in hen het vuur Uwer liefde.
Zend Uwen geest uit, en zij zullen geschapen worden.
En Gij zult het aanschijn der aarde vernieuwen.
LATEN WIJ BIDDEN.
O God, die de harten der geloovigen door de verlichting
des H. Geestes onderwezen hebt, geef ons dat wij in dien
zelfden Geest de ware wijsheid erlangen, Jesus in zijn hoog-
heilig Altaarsacrament meer en meer beminnen en ons voort-
durend in deze vertroosting verblijden. Door denzelfden
Christus onzen Heer. Amen.
Wees gegroet, Maria.
Geloofd en gezegend zij te allen tijd— Het hoogheilig en
Goddelijk Sacrament.
Gebed na de Vergadering.
Onder uwe bescherming nemen wij onze toevlugt, o H.
Moeder Gods, verstoot onze gebeden niet in onzen nood,
maar verwerf ons de bevrijding van alle gevaren, o glorie-
rijke en gezegende Maagd. Amen.
Geloofd en gezegend zij te allen tijd— Het hoogheilig en
Goddelijk Sacrament.
f
-ocr page 23-
f
— 19 —
III. Vergadering cler IJveraarstern.
1.    Van de IJveraarsters hangt voor een groot gedeelte
de goede gang en de instandhouding der Vereeniging af.
Niets is echter geschikter om in haar den ijver gaande te
houden, dan het beleggen van vergaderingen, waarin zij
met al de bijzonderheden der Vereeniging worden bekend
gemaakt.
2.  In aanzienlijke Afdeelingen, daar vooral, waar de tweede
sectie eene groote uitgebreidheid heeft, is eene maandelijk-
sche vergadering noodzakelijk, wil men op de hoogte blij-
ven van het verhuizen enz. der leden. Bestaat ergens al-
leen de eerste Afdeeling, en is het getal IJveraarsters zeer
beperkt, dan zouden dezen den raad van het Bestuur kun-
nen bijwonen, of ten minste om de drie maanden daartoe
uitgenoodigd kunnen worden.
3.    Deze vergadering begint met het gebed tot den H.
Geest (zie boven). Een ieder vorme daarbij de intentie om
de 300 dagen aflaat te verdienen.
"Volgorde dezer Vergadering.
1.   Het verslag der vorige vergadering wordt voorgelezen
en goedgekeurd. Zoo de werkzaamheden voor de lste Se-
cretaresse te veelvuldig zijn, neemt men voor deze verga-
dering eene 2de Secretaresse.
2.     De Directeur geeft eene beknopte mededeeling van
hetgeen omtrent of van wege de Vereeniging is gebeurd.
Hij deelt de dankbrieven mede, de aanvragen die ingezon-
den en aangenomen zijn, welk werk er dus voorhanden is,
-ocr page 24-
— 20 —
wat er in de volgende maand voorkomt, vooral dat geno
waarop 55Ïj te letten hebben, enz.
3.    De IJVeraarsters brengen één voor één de aangewor-
ven leden in, met de ontvangene gelden, en ontvangen de
inschrijfboekjes.
4.     Vervolgens leveren zij de veranderingen van woon-
plaats in en ontvangen de leden, die in hare respectieve
wijken zijn komen wonen, om die in hare boekjes over te
brengen, terwijl zij die leden doorhalen, welke aan andere
IJveraarsters zijn aangewezen.
5.   De IJveraarsters worden uitgenoodigd om bemerkingen
in het midden te brengen, die zij tot welzijn der Veree-
niging nuttig achten.
6.     De Directeur houdt, zoo de tijd het toelaat, eene
kleine opwekking. Hij kan te dien einde eene of andere
van de regels voor de IJveraarsters voorlezen en daaruit
aanleiding nemen voor het stichtend woordje, dat hij haar
wil toespreken. (Zie de regels voor de IJveraarsters hieronder).
7.     Eens of tweemaal in het jaar, bijv. in Januarij en
Junij, moeten deze Regels in haar geheel voorgelezen worden.
8.     Do vergadering wordt gesloten met de Litanie van
het H. Sacrament.
IV. Kegels voor de IJveraarsters.
1. De IJveraarsters worden door het Bestuur uit de
leden der Vereeniging gekozen, en dat wel zooveel moge-
lijk in de verschillende wijken der stad. Zij moeten door
-ocr page 25-
— 21 —
vurigheid voor het liefdewerk, door zachtmoedigheid en be-
scheidenheid in den omgang met anderen uitmunten, en
onafhankelijk genoeg zijn, om ter bevordering van de Ver-
eeniging over eenige oogenblikken te kunnen beschikken.
2.   Elke IJveraarster houdt naauwkeurig aanteekening van
de leden, welke haar worden toevertrouwd. Op eene daar-
toe ingerigte lijst, zullen zij vermelden : 1. naam en voor-
naam van elk lid; 2. de woonplaats, wijk, straat en num-
mer; 3. of zij Eereleden of werkende leden zijn, en in het
laatste geval, of zij tot de eerste of tweede Afdeeling be-
hooren; 4. zooveel mogelijk de verandering van woonplaats,
om daarvan in de algemeene Vergaderingen verslag te kun-
nen geven, ten einde de leden op de lijst van eene an-
dere IJveraarster worden gebragt.
3.     Hare voornaamste taak is het liefdewerk te bevorde-
ren en uit te breiden, door het getal leden te vermeerde-
ren , door het verzamelen van giften en geschenken, en
door anderen op te wekken, om aan den heiligen arbeid ter
vervaardiging van priestergewaden deel te nemen. In dit
alles zullen zij echter met veel omzichtigheid te werk gaan.
4.     Zij zullen elke maand bij het Bestuur, wanneer dit
zijne maandelijksche vergaderingen heeft, de namen opge-
ven der leden, die zij mochten aangenomen hebben, en te-
vens de giften overreiken, welke haar voor het liefdewerk
zijn geworden, zoo zij deze niet reeds vroeger aan eenig
lid van het Bestuur ter hand hadden gesteld.\'
5.     Telken jare zullen zij in de maand Januarij en Fe-
bruarij de jaarlijksche bijdragen inzamelen, en daarvan aan
de Secretaresse of Vice-Secretaresse verantwoording doen.
6.   Ook zullen zij aan hare leden getrouw al de berich-
-ocr page 26-
___ 0-> ___
ten doen geworden , welke haar van wege de Secretaresse
worden toegezonden.
7.      Bij het overlijden van een harer leden zullen zij
daarvan aan den Directeur kennis geven, opdat deze de
ziel in de gebeden der Vereeniging aanbevele, en voor haar
na de H. Mis de gewone gebeden verrichte.
8.     Om de drie maanden zullen bij aanschrijving der
Secretaresse al de IJveraarsters tot eene algemeene Verga-
dering worden opgeroepen, om 1. do lijsten na te zien,
en daarin de noodige verandering te brengen; 2. eenige
nuttige wenken en mededeelingen te ontvangen; 3. ge-
hoord te worden in hetgeen zij in het belang der Veree-
niging ineenen te moeten mededeelen of voorstellen.
9.    De Secretaresse houdt aanteekening van hetgeen in
de vergadering besproken is, en zal in de eerstvolgende
vergadering een verslag daarvan voorlezen.
10.    De IJveraarsters zullen zich alle deze bemoeiingen
in den geest der Vereeniging gaarne getroosten, en daarin
eene schoone gelegenheid zien, om eeniger mate de onein-
dige liefdeschuld te voldoen, welke wij allen aan onzen
goddelijken Verlosser te betalen hebben.
Doen er zich onaangenaamheden op, dan zullen zij die,
naar het voorbeeld van denzelfden Jesus, voor wien wij ijve-
ren, met zachtmoedigheid en zonder tegenspraak trachten
te verdragen, overtuigd als zij zijn moeten, dat Christus
door niets zoo zeer verheerlijkt wordt, als door eene ver-
nedering te Zijner eer ondergaan.
-ocr page 27-
— 23 —
"V". «Xaarlrjksche Vergadering
van \'t Bestuur ter voorbereiding van
de algemeene "Vergadering.
1.   Alle menschelijke ondernemingen zijn aan verflaauwing
onderhevig. Aan het Bestuur is het toevertrouwd om deze
doodende kwaal van onze zoo heilige en zoo schoone Ver-
eeniging te weren. Daarvoor echter is het noodig jaarlijks
den toestand der Vereeniging in al zijne bijzonderheden na •
te gaan, om wat vernieuwing noodig heeft te vernieuwen,
wat hervorming te hervormen enz.
Deze vergadering moet plaats hebben in de maand Ja-
nuarij, wanneer alle verslagen en verantwoordingen zijn in-
gediend.
2.   Het tweede doel dezer Vergadering is, de boeken in
oogenschouw te nemen, welke door de leden van het Be-
stuur gehouden worden. Deze zijn: door de Vice-Presidente of
door hare hulpsecretaresse: het boek der bedeelingen , die
aan de verschillende kerken zijn gedaan; het Magazijn-boek ,
waarin de voorwerpen te vinden zijn, welke ter verbrui-
king of ter bedeeling nog aanwezig zijn.
Door de Secretaresse of hare Vice-Secretaresse:
Het Notulenboek der Vergaderingen.
Het Naamboek der leden, waarin vermeld zijn: naam
en voornaam, datum der intreding; kolom voor den datum
van uittreding of van overlijden; de IJveraarsters waaron-
der zij staan; de woonplaats met eenige ruimte, waar de
veranderingen van woonplaats of het nummer kan geschre-
ven worden, waaronder die naam verder te vinden is. In-
dien de Afdeeling zeer talrijk is, dan behoort daarbij een
-ocr page 28-
— 24 —
Legger, waar de namen op Alphabetische bladzijden voorko-
konien met aanwijzing der bladzijde, waarop zij in het naam-
boek te vinden zijn.
Het Verzendings-boekje , waarin vermeld staan het ge-
tal verslagen, novenen enz. welke aan de verschillende per-
sonen verzonden moeten worden.
Door de Penningmeesteresse:
Het Journaal , waarin de ontvangsten en uitgaven, zoo
als zij voorkomen, worden opgeteekend.
Het Boek van Kekening en Verantwoording, zoo als
die alle jaren moet ingeleverd worden.
Het Rekening-boek, waarin de posten beschreven wor-
den, waarvoor geld geïnd of betaald wordt.
Door de IJveraarsters:
De Naamboekjes der leden, welke aan hare zorg zijn
toevertrouwd.
3. Het derde doel, waarvoor deze Vergadering moet die-
nen, is te bespreken wat er in de Algemeene Vergadering
dient aanbevolen te worden.
VI. Jaarlijksche Verslag-inlevering.
1.   Tot instandhouding van den ijver voor de Vereeniging
draagt veel bij het jaarlijksche Verslagboekje. — Opdat dit
echter belangwekkend zij, behooren ook de bijzondere Ver-
slagen daartoe bouwstoffen te leveren.
2.    In de maand Januarij, zenden allo Af deelingen te
-ocr page 29-
—. 25 —
dien einde het volgende aan de Hoofd-Afdeeling:
1.   De rekening en verantwoording volgens Model, in
de jaarboekjes gevolgd.
2.  De lijst der geschenken in stoffen, die ontvangen zijn.
(Zie ibid).
3.  De lijst der voorwerpen, welke aan de bedeeldeker-
ken verzonden zijn, tenzij deze vroeger onmiddellijk na de
tentoonstelling waren opgezonden. Bij de voorwerpen geeft
men ook de geldelijke waarde daarvan op.
4.  De veranderingen, die in het Bestuur hebben plaats
gehad, of liever het geheel Bestuur met de lijst der Ze-
latricen.
5.  De aanvraag- en dankbrieven, zoo deze al nietvroe-
ger ingezonden zijn.
6.    Een verslag van den toestand der Vereeniging. -—
Om het vervaardigen van het verslag gemakkelijk te maken ,
geven wij hier de punten aan , die het verslag moet be-
vatten.
7.  Men voegt bij deze bezending tevens de aanvrage van
het getal gedrukte jaarboekjes, die men wenscht te ontvangen.
Het Verslag? zal bevatten:
1. Het getal leden:
A.  Hoe groot is het getal leden van de eerste, van de
tweede, van de Eere-sectie?
B.    Hoeveel nieuwe leden zijn er in elke sectie bijge-
komen, hoeveel zijn er afgevallen door sterfgeval als an-
derzins ?
C.   Is het getal vermeerderd of verminderd, en de reden
daarvan ?
-ocr page 30-
— 26 —
D. Uitbreiding in andere plaatsen.
2.  Veranderingen in het Bestuur.
3.  IJver der leden voor de devotie tot het H. Sa-
CRAMENT.
A.  Welke oefeningen houdt men \'s maandelijks?
B.  Worden de maandelijksche oefeningen trouw bijge-
woond, of laat dit te wenschen over; welke is de reden
daarvan ?
C.  Worden de biduren goed bezet?
4.  Bijzondere plegtigheden.
Zijn er ook bijzondere oefeningen of plegtigheden gehou-
den ten dienste der leden, zoo als: Novenen, Eetraiten,
algemeene Communiën, Missen voor overledenen, enz. ? be-
schrijving daarvan. AVelke was daarbij de deelneming, enz. ?
5.   Het liefdewerk voor arme kerken.
A.  Hoe dikwijls komt men voor dat liefdewerk bijeen,
waar, op welken dag, hoelang? wordt het met ijver be-
hartigd ?
B.   Zijn er geschenken ingekomen?
C.  Is er tentoonstelling gehouden, hoe is deze bezocht,
welke waren de opbrengsten der offerbus te dier gelegen-
heid ? Was men voldaan ? Heeft men ook eenige bijzondere
bezoeken en aanmoedigingen gehad?
6.  Bijzondere sterfgevallen.
Heeft men geen zware verliezen onder verdienstelijke le-
den te betreuren gehad? Zoo ja, eenige stichtende trekken
uit haar leven met betrekking tot de "Vereeniging.
7.   Andere bijzonderheden.
Welke bezoeken , aanmoedigingen heeft de Afdeeling
mogen ontvangen ? eenige trekken van bijzondere godsvrucht
-ocr page 31-
— 27 —
of edelmoedigheid; alles wat tot voorbeeld, stichting en
opwekking kan strekken; middelen die met goed gevolg
gebruikt worden, om de devotie en den ijver op te wek-
ken enz.
III.   Uit de opgaven van deze bijzonderheden wordt door
de Hoofd-Vereeniging een algemeen verslag gemaakt, dat
in het jaarboekje wordt overgedrukt, en naar de verschil-
lende Afdeelingen rond gezonden, zooveel in getal, als zulks
door de bijzondere Besturen zal gevraagd worden.
IV.  De Besturen zullen zorgen, dat de jaarboekjes zoo-
veel mogelijk in de handen van alle leden komen.
"VII. Jaarlrjksche algemeene Vergadering.
1.   Deze heeft plaats met het doel om over den toestand
der Vereeniging een algemeen overzigt te geven en te ne-
men. Daartoe worden dringend alle Eaads-dames en alle
IJveraarsters uitgenoodigd.
Zij heeft in de maand Februarij plaats, wanneer de jaar-
lijksche rekeningen en verslagen zijn ingediend.
2.   Zij begint met het gewone gebed. Ook aan deze ver-
gadering zijn 300 dagen aflaat verleend.
8. De Directeur maakt de Vergadering met het doel de-
zer bijeenkomst bekend.
4. Hij leest het algemeen verslag voor, dat naar de
Hoofd-Afdeeling zal verzonden worden, of geeft daarvan
mondeling de voornaamste punten op.
-ocr page 32-
— 28 —
5.   Hij legt bloot wat tot den bloei der Yereeniging wen-
schelijk zou zijn, en beraamt daartoe middelen, of door-
loopt de voornaamste punten der Reglementen, en stelt bij
de aanwezige leden een onderzoek in, of alles goed wordt
onderhouden.
6.   Na de overige leden geboord te hebben, eindigt hij
de Vergadering met het gebed als boven: Onder Uwe be-
seherming;
of zoo de tijd het toelaat, met de Litanie van
het H. Sacrament.
"VIII. "Wekelijksche -werkdag.
1.   In de Afdeelingen, waar voor arme kerken gewerkt
wordt, komen de werkende leden wekelijks in eene zaal
bijeen, om daar gezamenlijk eenige uren met dien heiligen
arbeid onledig te zijn.
2.   In groote Afdeelingen, heeft men zelfs twee werkda-
gen, eenen voor de eerste en een anderen voor de tweede
sectie der leden.
3.   De Vice-Presidente heeft de leiding der werkzaal.
Deze is het, die alles voorbereidt, knipt, gereed maakt en
aan de leden ronddeelt, en haar in de manier van ver-
vaardigen onderricht. Zij kan in dit werk bijgestaan worden
door andere leden of door eene hulp-Vice-Presidente.
4.   De Vice-Presidente zal zorg dragen dat alles netjes,
gaaf, rechtlijnig worde afgewerkt. De leden zullen zich daarin
-ocr page 33-
— 29 —
met alle nederigheid laten onderrigten en terecht wijzen, zich
herinnerende, dat haar werk moet dienen voor den Koning
der koningen, voor Jesus, onzen Heer.
5.   Bij het begin maakt een ieder een kruis, doet een
-kort gebed en draagt haar werk aan Jesus op, daarbij de
intentie makende om de 300 dagen Aflaat te verdienen,
welke voor elk half uur aan dit liefdewerk besteed, te
verdienen zijn.
6.   Het is in sommige Afdeelingen eene prijzenswaardige
gewoonte, om onder den arbeid de gesprekken met eene
stichtende lezing af te wisselen. Daartoe kunnen dienen de
dankbrieven, de aanvraagbrieven, de jaarboekjes, vooral de
bijdragen daarin, of andere godvruchtige werken vooral die
historisch zijn, zoo als: Devotion a la S. Eucharistie en
Exemples, par Ie E. P. Huguet (Eegis Buffet et C. Bru-
xelles). Les merveilles de Dieu dans la S. Eucharistie, par
Tabbé J. M. Lonjou (Montauban, Victor Bertuot). Le bon
Ange de la première Communion, par M. Fabbé Postel (Pa-
ris, Le Clerc.) enz.
Het is nutteloos op te merken, dat gesprekken, welke
ijdel, of met de christelijke liefde strijdig zijn, zorgvuldig
moeten vermeden worden. De pligt der Presidente en
der Vice-Presidente is het daarvoor te waken. Het werk
is een werk van de hoogste liefde, daarom betaamt het,
dat niets dan christelijke liefde de Vergadering beziele.
7. Dewijl tot het verdienen van de Aflaten een gebed
gevorderd wordt, zal niemand zijn werk staken, dan nadat
zij een of ander gebed zal verricht hebben. Het beste zou
zijn, dat men onder of tegen het einde van het werk een
gezamenlijk gebed deed, of onder het werk bad, bijv. een
-ocr page 34-
— 30 —
rozenhoedje of een tientje daarvan, of de Litanie van het
H. Sacrament enz. daarbij voegende de volgende gebeden.
öel>ed voor de werkzaamheden.
Goddelijke Jesus, Koning der eeuwige glorie, die uit
liefde tot ons, van rijk als Gij waart, arm zijt geworden,
om met de schatten des Hemels, ja met den alles bevatten-
den schat Uwer liefde, met het hoogheilig Altaar-Sacrament
ons te verrijken, aanvaard in dankbetuiging deze weinige
uren, welke ik U ter eer in heiligen arbeid wil doorbren-
gen! Arm toch en behoeftig zijt Gij nog heden ten dage
in zoovele tabernakelen! O, welk een geluk voor mij, welk
eene eer iets te mogen bijdragen, om Uwe armoede te leni-
gen. Ik zal voor U werken gelijk zulks weleer Uwe Heilige
Moeder Maria heeft gedaan. Mocht ik het doen met dezelfde
gevoelens van liefde als Zij! Geef daartoe Uwe Goddelijke
genade, en maak mij tevens ten volle deelachtig aan de
Aflaten, welke Uw Stedehouder op aarde aan dezen heili-
gen arbeid, in Uwen naam heeft verleend. Wees gegroet,
Maria enz.
Gebed oa de werkzaamheden.
Milddadige Jesus! die zelf geen dronk waters, in Uwen
naam gegeven, onbeloond wilt laten, wij bieden met kin-
derlijk vertrouwen dezen geringen arbeid onzer handen U
aan, gelief daarover Uwen heiligen zegen te geven, en dien
als een welgevallig dank- en zoenoffer te aanvaarden. Moge
dit alles strekken tot verheerlijking van Uw Goddelijk Sa-
crament, tot vertroosting van Uw bedroefd Hart, tot laaf-
nis der zielen, die in het vagevuur zijn, en geef dat het
-ocr page 35-
— 31 —
in onze harten die uitwerksels erlange, dat wij allen een-
maal met alle Heiligen en Uitverkorenen te zamen aan Uwe
rechterhand geplaatst, uit Uwen mond die zoete worden mo-
gen hooren: Komt gezegenden mijns Vaders! bezit voor
eeuwig het rijk der Hemelen, want ik was naakt en gij
hebt mij gekleed. Amen.
Onder Uwe Bescherming; enz.
Wees gegroet, Maria; enz.
~f.   Geloofd en gezegend zij te allen tijde
IJ».  Het hoogheilig en goddelijk Sacrament.
\'f.   En de zielen der overledenen
fy.  Rusten in vrede. Amen.
-ocr page 36-
GOEDKEURINGEN.
N°. 97. Voor zooverre ons Aartsbisdom betreft, hechten wg
aan bovenstaande regels onze goedkeuring.
Utrecht, 26 Januarij 1871.
Be Aartsbisschop van Utrecht,
f A.. I. Schaepmana
Bovenstaande Kegels worden door Ons goedgekeurd.
Be Aartsb.-Biss. van \'s Bosch,
(get.) f J. Zwijsen»
\'s Bosch, 28 Maart 1871.
N°. 865. Volgaarne geven ook wy, voor ons Bisdom, aan
bovenstaande Kegels onze goedkeuring.
Haarlem, 15 Mei 1871.
f O. I». Wilmer.
Bisschop van Haarlem.
Ook onze goedkeuring is hiermede aan bovenstaande Kegels
met genoegen gegeven.
Roermond, 22 Mei 1871.
f J. A.. Faredis.
Bisschop van Roermond.
N°. 1021. Wij schenken, in betrekking tot ons bisdom, aan
bovenstaande Regels met veel voldoening onze goedkeuring.
Hoeven, 13 Jun\\j 1871.
De Bisschop van Breda,
t J. van Greiili.