-ocr page 1-

m

a

J. MEJJERS.

\'Beschouwingen

-enige

BETREFFENDE

ONTSMETTINGSOVENS

la

y

-ocr page 2-

m

1

/i ui:

■-V\'

m

i

m

m

1 \'.\'X

isi^i®!

mt

■M"

m

»

-ocr page 3-

\' ■ ■ •■ • > \'v

............. ... : .

, r

\'■■fc-.

-ocr page 4-

-ïiftrrTfTiiiriiM"\'

m:\' i

..7 :

-ocr page 5-

enige besehouwiDgen

betreffendk

ONTSMETTINGSOVENS

-ocr page 6- -ocr page 7-

EENIGE BESCHOUWINGEN

bbtkefl\'ende

ONTSMETTINGSOVENS.

PROEFSCHRIFT

ter vekkkijoing van den graat)

lïJiï lil

AAN DE RIJKS-UNIVERSITEIT TE UTRECHT

NA JIACnTIGING van den IIECTOB MAGNIFICUS

Dr. G. H. LAMERS

Ilooglccraar iii dc racultcit van Godgeleerdheid
:ME\'r TOESTEJIMING VAN DEN SENAAT DER UNIVERSITEIT

tegen db bedenkingen van

DE FACiüLTEIT ¥AN GE\'HEESKÜÏIDE

TE VERDEDIGEN
op Vrijdag den 2ilcii December 1887, de.s immiddiigs to 4 uro

JJ^IST IVCEIJ-ERS

geboreu Ic Holten.

UTRECHT

J. NlKEllK, Drukker cn Uitgever.
1887.

-ocr page 8-

l i i -

-, M , . i ■■

fhi

V r-J

■ I

-ocr page 9-

«a f\'i

-ocr page 10- -ocr page 11-

VOORWOORD.

Aan het einde mijner Academische loophaan ge-
komen zijnde , voel ik mij verplicht, U, Uoogleeraren
en Lectoren der Medische Faculteit, mijnen dank te
. hetuigen voor het omlerwijs, dat ih van U ge-
noten heh.

In \'t hijzonder betuig ik U, Hooggeleerde yan
overbeek de Meijeb ,
Hooggeachte Promotor, mijne
dankbaarheid voor de weluUlende hulp , die ih hij
het vervaardigen van dit Froefschrift van U mocht
ondervinden.

-ocr page 12-

Ooh U, waarde Yrijheid , hen ih erlcentelijk
voor de hulp, mij hij het nemen mijner proeven
verleend.

-ocr page 13-

INLEIDING.

In de laatste helft dezer eeuw heeft men meer
en meer ingezien, dat tot don plicht en de taak
van den medicus niet alleen behoort het behandelen
van ziekten , maar ook byzondero zorg aan het ver-
hoeden van ziekten gewijd moet worden.

Het streven om ziekten te voorkomen zal des to
meer kans van slagen hebben , naarmate de oorza-
ken, zoowel de onmiddelijke als de meer verwij-
derde , voor het ontstaan en de verbreiding der
ziekten beter bekend zijn.

Het onderdeel der medische wetenschap , dat zich
dit doel voor oogen stelt, de hygiene, heeft zijne
grootste vorderingen in den laatsten tijd gemaakt,
nu meer en meer de zuiver natuurwetenschappelijke
weg bij het onderzoek gevolgd wordt.

-ocr page 14-

De verbeterde liulpmiddelen , waarover de beoefe-
naren der natuurwetenschappen in de latere jaren
hebben te beschikken gehad, hebben ons een blik
doen slaan in het leven van micro-organismen , die
de naaste oorzaak bleken te zijn voor het ontstaan
van zekere besmettelijke ziekten.

Als eersteling van deze micro-organismen kan
gelden de bacillus antlmicis, die in 1855 en 1857
achtereenvolgens door
Pollen der en Brauell ge-
zien is en
w^aarvan Dayaine het eerst liet oorzakelijk
verband met miltvuur begreep. Het miltvuur
de eerste ziekte, waarvan werd aangetoond, dat ze
door een levend gif werd teweeggebracht.

"Wel was herhaaldelijk gepostuleerd, dat voor tal
van ziekten de oorzaak gelegen moest zijn in een
levend gif, in een gif dus , dat zich zelf kon ver-
menig-vuldigen (
Henle) , doch Davaine was de
eerste, die in het licht stelde, . dat de bacillus
anthracis voor het miltvuur het noxium qnid was.
Sinds dien tijd heeft men zich er meer en meer op
toegelegd , om de voorAvaarden voor het leven en de
voortplanting dier micro-organismen te leeren kennen ,
opdat ^en met meer kans van slagen daartegen in
het strijdperk mocht kunnen treden.

Hoewel tot vóór betrekkelijk korten tijd de mid-

-ocr page 15-

delen ter verdelging der ziektekiemen niet belioorlyk
bekend waren , werden toch reeds sedert lang maat-
regelen genomen, om te trachten het aantal der
door besmettelijke ziekten aangetaste personen te
beperken. Ik behoef slechts te herinneren aan de
quarantaine-voorschriften, die in verschillende Staten
reeds voor lange reeksen van jaren by de wet zijn
vastgesteld en over het algemeen gestreng gehand-
haafd zijn,

Nederland hooft zulke wettelijke voorschriften ook
gehad, terwijl de zorg voor de volksgezondheid
binnenslands Avas toevertrouwd aan provinciale en
plaatselijke Geneeskundige Commissiën. Na eenige
mislukte pogingen (in 1848 en 1862) zijn echter,
in 18G5, in do plaats van die Commissiën , Genees-
kundige Ambtenaren en Raden gesteld, die voor de
volksgezondheid in het algemeen hadden te waken.
Deze nieuwe regeling, door den Minister Thorbeeko
tot stand gebracht, liet intusschen de llegeering vrij
machteloos bij het heerschen van opidemisch-besmet-
telijke ziekten. In 1872 volgde daarom dc z. g.
epidemie-wet.

In hoofdzaak werden bij dezo wet maatregelen
voorgeschreven, waardoor het vorkeer van het
besmette individu on de daarmee in aanrakins:

-ocr page 16-

komende personen en voorwerpen met bet onbe-
smette deel der bevolking werd belemmerd.

Maar deze maatregelen beantwoordden, helaas
niet volkomen aan de eischen, die men nit een
hygiënisch oogpunt stellen moest; immers , de hier
bedoelde wet van 1872 veroorlooft slechts bij uit-
zondering
volkomene afzondering der zieken en
dooden ; zij laat over het geheel slechts halve maat-
regelen toe. Herziening van die wet is dus dringend
noodig.

Behalve de afzondering der zieken en dooden
behoort echter iets anders op de meest afdoende wijze
te geschieden , en dat wel de
ontsmetting der voor-
iverpen, die ziektekiemen kunnen hebben opgenomen.

In vroegeren tijd, vóór het bekend worden der
onderzoekingen gedaan door
Pasteur, Kocii , e. a.,
zag het er met die ontsmetting al zeer treurig uit
en is er heel wat voorgeschreven en gedaan, gewoon-
\'lijk ten koste van zeer veel geld, wat nu als vol-
slagen nutteloos, of althans als hoogst onbeduidend
wordt beschouwd. .

Maar na het ontdekken van pathogene micro-orßa-
\'nismen
is \'men ook op dit gebied op den goeden weg
gekomen en heelt men zich de vraag gesteld , of en
welke middelen er zijn, die de verdere ont^vikke-

-ocr page 17-

ling van deze kiemen kunnen beletten. Proeven ,
eenige jaren geleden het eerst in \'t deutsche Reichs-
Gesundheitsamt ter beantwoording van deze vraag
genomen, waren betrekkelijk eenvoudig. Verschil-
lende micro-organismen werden in verschillende tyd-
perken van ontwikkeling en groei, gedeeltelyk aan
zijden draden gedroogd, gedeeltelijk in daartoe ge-
schikte voedingsvochten verdeeld , of op glazen pla-
ten uitgestreken, aan de werking van verschillende
als ontsmettingsmiddelen bekend staande stoften
blootgesteld ; daarna Averd onderzocht, of zij in hunne
levcnsfunctio eene duidelijke verandering ondergaan
hadden of dour dc behandeling gedood Avaren. Ä1
spoedig bleek , dat bacterien, die geen
sporen vormen,
door desinfecticmiddelen gemakkelijk vernietigd Avorden;
wegens hunne karakteristieke culturen op aardappelen
werden bij die proeven meestal
bacillus in\'odicj iosus
en de bacterien van den blauwen etter gekozen.

Als sporenhoudend materiaal dienden hoofdzakelijk
do \'t meest resistent zijnde sparen van anthraxbacillen.

Om een vergelijkend oordeel over do werking
der aangewende desinfecticmiddelen te verkrijgen ,
werden de proeven, zoowel onder wyziging van
de concentratie der inwerkende stoffen als van den
duur der inwerking genomen.

-ocr page 18-

6

Zeer vele stoffen werden ten aanzien van hare
verhouding tot micro-organismen onderzocht. Maar
ik vermeld slechts de volgende, die proefondervinde-
lijk \'thest geschikt voor eene- algemeene desinfectie
gebleken zijn.

Carbolzuuroplossing van 1 % vertoonde zelfs na
15 dagen geene werking op anthraxsporen ; bij de aan-
wending eener oplossing van 2 7o gedurende meerdere
dagen werd de ontwikkeling dezer sporae iets ver-
traagd ; het gebruik eener oplossing van 3 7o sterkte
gedurende 3 dagen verschafte dezelfde vertraging;
de sporen werden
gedood bij eene werking van 7
dagen door de 3 7o —, van 3 dagen door eene 4 % en
van 2 dagen door eene oplossing van 5 "/o» Slechts
2 minuten waren voldoende, om
{xwth.mx.bacillen
door eene 1 7o carbolzuuroplossing to doen vernieti-
gen ; in eene 72 ^ Vi 7« oplossing gingen deze mede
te gronde, maar langzamer.

Van carbolzuurc?«?wj7e« was bjj gewone tempera-
tuur , blykens de prooven , voor desinfectie niets te
verwachten en besprenkelingen van voorwerpen met
5 7o carbolzuuroplossing hadden na tienmaligo her-
haling geen zeker gevolg. Van belang is verder de
opgave, dat het carbolzuur, in olie of alkohol opge-
lost , hoegenaamd geene ontsmettende werking heeft.

-ocr page 19-

7

Van de andere in den loop der tijden aanbevolene
desinfectiemiddelen werd het grootste gedeelte van
zeer zwakke werking bevonden , b. v. het ehloorzink
en het zwaveligziiur, terwijl broom-, chloor- en jood-
water van 2 gedurende een geheelen dag bleek
te moeten werken, alvorens de ontwikkeling van
sporae werd belet.

Merkwaardig en voor praktisch desinfectiedoel
welliclit van veel meer beduiding is het feit, dat
kalizeep in eene oplossing van 1 op 1000 volkomen
opheffing en reeds bij 1 op 5000 eene vertraging
der ontwikkeling van anthraxbacillen bewerkt. Eene
werkzame kalizeep-oplossing , zooals zij vaak aanbe-
volen geworden is, is te bereiden , als men 15 gram
kalizeep in 10 liter lauw water oplost.

Volgens de proeven was ten slotte het sublimaat van
al de middelen het beste. Reeds bij eene verdunning van
1 millioenste is eene merkbare verhindering van den
groei der anthraxbacillen te herkennen, bij cene
concentratie van 1 sp 30000Ö bleef de ontwikkeling
daarvan volkomen uit en eene oplossing van 1 op
5000 was als eenvoudig besprenkelingsmiddel vol-
doende , om de aan de voorwerpen klevende sporen
te dooden.

Bij de aanwending van carbolzuur- cn voorname-

-ocr page 20-

lijk van sublimaatoplossingen mag men intusschen
niet vergeten., dat sublimaat en carbolzuur met vele
minerale en organische stoffen onoplosbare verbin-
dingen aangaan. Zoo zijn b.v.
Schill en Fischer
bij hunne proeven , tuberculeus sputum door middel
van sublimaat te desinfecteeren , tot zulko slechte
resultaten gekomen, dat zij van de aanwending van
het sublimaat voor zulke geyallen geheel afzien.
Blijkbaar nemen hier de groote hoeveelheden van
eiwitlichamen , die de micro-organismen begeleiden ,
het bijgevoegde kwikzilverclilorid in beslag.

Carbolzuur van 5 % daarentegen is hierbij een
zeker desintectiemiddel.

Eerst onlangs is bekend gemaakt, dat do ontsmet-
tende werking van eene 5 Vo carbolzuur- of eene
1 7oo sublimaatoplossing zeer belangrijk kan worden
verhoogd , wanneer 0,5 7o zwavelzuur, zoutzuur of
beter nog wijnsteenzuur, aan dö oplossing wordt
toegevoegd. (
Laplace.)

Hoe goed dc laatstgenoemde middelen nu ook

blijken te zijn , toch is het duidelijk, dat zij niet

«

voor alle doeleinden gebruikt kunnen worden , b. v.
voor het ontsmetten van hedfourniturcn enz.^ want
zal de desinfectie volkomen tot stand zijn gekomen,
dan belioort eene geheele drenking van deze stoffen

-ocr page 21-

9

tot stand te zijn gebracht, on dit valt in de prak-
tijk zeer moeielijk, kost in elk geval te veel tijd,
afgezien van het bederven der goederen door deze
middelen.

Om dit praktisch bezwaar to ontgaan , heeft men
naar een ander ontsmettingsmiddel gezocht.

Men heeft het in de aanwending van eeno hoogo
temperatuur meenen te vinden en dat wel door hot
te werk zetten van gesloten ovens, die zoo sterk
werden verhit, dat de in de binnengebrachte goede-
ren aanwezige ziektekiemen werden gedood.

Deze inrichtingen wensch ik in dit proefschrift
meer bepaaldelijk te bespreken.

-ocr page 22-

■■■MiMi^HiiiM

■\'tmiin\'

. )

m

, j, ■ \' _

"»rïofc- luw -Jiif- \'uj . ^ri

. i

-ocr page 23-

BESCHOUWINGEN

aaniaajfle ie taiüH m eeöip entsiiieüi

Bij het aanwenden van hitte als hulpmiddel ter
ontsmetting kan men tot zijn doel geraken door het
gebruik maken van

1". droge lieete lucht,

2". heete lucht verzadigd met waterdamp ,

3". stroomenden waterdamp ,

4". oververhitten stoom.

L

Talrijke onderzoekingen van Kocii, Gaffky en
Löffler , in hot Keizerlijk Gesundlieidsambt te Ber-
lijn , hebben geleerd , dat droge lucht niet voldoen
kan aan de eischen , die men stollen moot, wanneer
men
in horten tijd eene volledige desinfcctio wil ver-

-ocr page 24-

12

krijgen vau besmette voorwerpen, die een yrootoi
omvmuj
hebben. De warmte namelijk dringt bijzon-
der slecht binnen in die voorwerpen , des te slechter
natuurlijk, naarmate de stoffen, waaruit zij bestaan,
de warmte slechter geleiden.

De ovens , welke droge heete lucht tot ontsmetting
bezigen , werden dan ook geconstrueerd in oen tijd ,
toen men nog niet algemeen bekend was met do
groote levens taaiheid van pathogene micro-organismen
bij verhitting, zonder dat zij gelijktijdig aan water-
damp werden blootgesteld. Deze ovens worden niet-
temin tegenwoordig nog in vele ziekenhuizen , gevan-
genissen enz. in Duitschland aangetroffen.

Tot deze ovens behoort die van Raetkk , bcschro-
ven\'in Yirch. Arch. , Bd. 102 , 1 lift , 1885, door
Ma.x Wolff te Berlijn. Hij bestaat uit eone vierkante
ijzeren kast van IV2 meter lengte, Vj., m. breedte en 1 m.
hoogte , door oen ijzeren tusschenscliot in 2 ruimten
van verschillende .grootte verdeeld. Do groote ruimte
is bestemd tot het opnemen van de voorwerpen, die
gedesinfecteerd moeten worden , de kleine is de plaats
voor de warmtebron. Door een luikje in het tus-

# • I \'

schenschot, dat van buiten te openen is , kan eene
communicatie tusschen de beide ruimten tot stand
gebracht worden. Een thermometer, in den boven-

-ocr page 25-

13

wand van den oven aangcbraclit, wijst dc tempe-
ratuur aan , die in de desinfectieruimte bereikt wordt.
Proeven, met dezen oven door
Wolfp genomen,
leidden tot het resultaat, dat eene inwerking van
droge hsete lucht van 90—120° C. gedurende 2 uren
voldoende was geweest, om
gistcellen zoowel als
sporenirije rottingsbacteriën en miltvuurbacillcn te
dooden. Yerwarming ytm den oven gedurende 3
uur tot op eene temperatuur van ongeveer 150" C.
bleek voldoende , om
sporenhoudcnde miltvuurbacillen
te dooden , wanneer zij weinig ingepakt waren.

Yeel minder guiistige resultaten werden bereikt,
wanneer voorwerpen van eenigszins grooteren omvang,
die de warmte slecht geleiden , b.v. opgerolde wollen
dekens, in den oven werden geplaatst. Bij eene der-
gelijke proef bleek, dat bij eene inwerking van
droge hccte lucht van 110 ii 120" C. gedurende 4 uur
slechts zelden in \'t binnenste van dergelijke voor-
werpen eene voldoende hooge temperatuur bereikt
werd.

Dit was alleen dan het geval, wanneer het voor-
werp betrekkelijk klein en zeer gunstig gejdaatst was,
d. w. z. dicht bij de opening, die de verwarmde
lucht inliet.

Terwijl in dit laatste geval, waarin do voorwaarden

-ocr page 26-

14

de gunstigste zijn, de centrale temperatunr tot 110° C.
kon stijgen, werd in de andere gevallen als maximum
sleclits eene temperatuur van 05" bereikt.

Dat het aanwenden van de laatstgenoemde tempera-
tuur niet mag geacht worden in staat te zijn om infecti-
euse kiemen te dooden, staat vast volgens de proefne-
mingen door Kocii en anderen. Ook de proeven, door
M.
WOLFP genomen met den desinfectieoven van
ScilBiMEL , vielen , waar hij. eenvoudig droge lieete
lucht aanwendde, niet zeer gunstig uit. In dit des-
infectieapparaat namelijk werden bij eene temperatuur
van 98° C. geplaatst een stroozak, eenige pakken
samengerolde wollen dekens, een zak mctjutcenecn
zak met linnen. Deze voorwerpen bleven 3 uur
10\'.aan de werking van heete lucht tusschen 92° C.
en 100° C. blootgesteld. Het resultaat van de proe-
ven was \'t volgende:

Do max. thermometers , die binnen de zoo oven
genoemde voorwerpen geplaatst waren, wezen
73" C. aan in den stroozak, de anderen respec-
tievelijk 35—49—52 en 54° C. Alle voorwerpen,
die van dieren aan miltvuur overleden afkomstig
waren, ^bevatten na de bewerking nog eene vol-
doende hoeveelheid levensvatbare smetstof, zoodat
18 cultuurproevcn alle ccn positief resultaat op-

-ocr page 27-

15

leverden. De hoogste temperatuur, die in de
desinfectieruimte van dit apparaat te bereiken was ,
bedroeg- 10072" on de temperatuur in het binnenste
van een pak van 5 opgerolde wollen dekens bedroeg
slechts 49° C., terwijl zelfs in vele gevallen de tem-
peratuur van 35° C. niet overschreden werd.

Een ander nadeel, aan \'t gebruik van droge heete
lucht verbonden, is, dat de goederen en voorwerpen,
die er aan blootgesteld worden,
in hm weefsel aan-
getast en voor verder gehruih ongeschikt gemaakt
worden.,
wanneer men de lucht zoover verwarmt, als
noodig is, om voldoende zeker te zijn van do desin-
fectie.
Rajison vond, dat witte wol, katoen, linnen
en zijde zonder schade 3 uur aan heete lucht van
121° C. blootgesteld kunnen worden. Eerst na 7
8 uur was slechts eene lichte verkleuring bemerk-
baar. Bij eone luchttemperatuur van 140° C. was
reeds na 3 uur de wol zeer sterk verkleurd, het
katoen cn het linnen slechts weinig. De weefsels
hadden nagenoeg nog niet geleden, \'tgeen ochtcr na
5 uur wol degelijk hot geval was. Do laatstgenoemde
temperatuur nu van 140° C. is eene, die vereisclit
Avordt, Avil men voldoende zeker zijn van do desinfectie.
Zoo haalt
Wolff (1. c.) oene proef aan, waaruit blijkt,
dat sporenhoudende micro-organismen door eene droge

-ocr page 28-

16

lucht van circa 150" C. gedood werden, die gedurende
3 uren werkte , doch tevens vermeldt hij , dat dit
alleen dan gelukte , wanneer zij vrij in dunne gla-
zen kolfjes in den oven gebracht werden, gepakt
in een voorwerp van slechts matige dikte. Wel is
waar worden de sporenvrije micro-organismen reeds
in 2 uur door eene droge lucht van 90" ä 120" C.
gedood, doch in de praktijk is dit resultaat niet vol-
doende.
riet is toch duidelijk, dat niet alleen de
bacillen, maar ook de sporen vernietigd moeten wor -
den, opdat niet van deze eene nieuwe ontwikkeling
der smetstof uitga.

De uitkomsten van Yallin komen met die van
wolff overeen. Ook de Chaumont constateerde,
dat wol, die gedurende G uur aan eene droge hitte
van 100"
C. of gedurende 2 uur aan eeno van 105"
C. blootgesteld was, reeds verkleurd was, zij \'t ook
in geringe mate. Linnen en katoen vertoonden geene
noemenswaardige verandering. Hierin komen de
onderzoekers overeen, dat droge heete lucht geen ge-
schikt middel is ter desinfectie van wollen gtoffen.

De in zeer vele ziekenhuizen, gevangenissen enz.
nog thans bestaande desinfectieovens met droge heete
lucht zijn dus onvoldoende en het ware wenschelijk deze
ovens door . andere van betere inrichting te vervangen.

-ocr page 29-

17

II.

Yeel meer aanbeveling, dan de desinfectie met
droge beete lucht, verdient die met
heete lucht
welke met waterdamp verzadigd is.

De voordeden van deze ontsmettingswy ze zijn gelogen
1°. hierin, dat de temperatuur niet
zoo hoog be-
hoeft opgedreven te worden, omdat zelfs sporen-
houdende bacillen aan zeer
vochtige heete lucht
veel minder weerstand kunnen bieden. In den
regel kan men aannemen, dat de werking van
zeer vochtige lucht, wier Avarmtegraad 100° O.
niet of nauwelijks tc boven gaat, voldoende is,
om in betrekkelijk korten tijd zelfs de sporen
van vele infectieuse micro-organismen te dooden.
Doordien de temperatuur niet zoo hoog behoeft
opgedreven to worden en doordien de lucht
vochtig is, worden dc wollen cn andere stoffen,
die voor verkleuring vatbaar zijn, tevens minder
aangetast en ontkleurd ;
2°. hierin, dat de temperatuur
sneller doordringt
tot in het binnenste der te ontsmetten voorwor-
pen, omdat de vezelen der stof waterdamp op-
nemen cn daardoor tot betere warmtogelciders
Avorden.

2

-ocr page 30-

18

Sambuc beschreef in de Revue d\'Hygiène, November
1885, het resultaat van proeven, waaruit bleek, dat de
tijd, noodig om de maximale temperatuur in het centrum
van een matras te verkrijgen , 15a 24 maal korter
w^as , wanneer de lucht verzadigd was met water-
damp en verzadigd gehouden werd.

In den oven van Sijmons en Huigen hebben we
een oven , waarbij ontsmetting verkregen wordt door
gebruik te maken van heete lucht en waterdamp.

Hij is zoo ingericht, dat men door het openen en
sluiten van kleppen naar willekeur droge heete
lucht van bijv. 120" C. , met waterdamp verzadigde
heete lucht van minstens 100" C., of wel dampen
van ontsmettingsmiddelen kan toevoeren. Dezo wor-
den aan den top der ruimte ingelaten en nabij den
bodem afgevoerd. De uitstroomende damp kan door
den vuurhaard worden geleid, om te voorkomen ,
dat ziektekiemen levend ontsnappen. De oven is
zoo groot, dat men eene geheele krib met toebc-
hooron daarin kan plaatsen. De inrichting is tevens
zoo, dat de goederen, die besmet zijn, na dc
desinfectie niet meer met de besmette voorwerpen in
contact behoeven te komen. De toestel wordt als
volgt gebruikt: nadat men droge heete lucht heeft
doen toestroomen , om do voorwerpen eonigszins te

-ocr page 31-

19

doen drogen, laat men zeer vochtige lieate lucht
inwerken, terwijl de voorwerpen door eon daarna
ingelaten stroom heete droge lucht weder gedroogd
worden. Een oven, als de hier bedoelde, is te
Utrecht voor rekening der gemeente geplaatst en
blijkens een onderzoek , ingesteld door eene commissie
door het gemeentebestuur benoemd en bestaande uit
de ITeeren If. L.
Verspuck , J. C. yan Eeten ,
F. E. van Embden , v. O. de Meijer, A. D. van
hiemsdijk
, C. Yermeijs en J. E. van der Meülen ,
aan welk onderzoek ook de officier van gezondheid
J. A. Vrijheid deelnam , heeft deze oven zeer goed
aan de gestelde eischen voldaan. Maximaal-thermo-
metcrs in dikke kussens en in eene matras . verstopt,
wezen na afloop van de ontsmetting, die 1 u. 25\'
duurde, eenen warmtegraad van minstens 100° C.
aan; levende micro-organismen en in \'t bijzonder
hunne sporae werden allen gedood gevonden.

Een zeer groot nadeel van dezen oven voor de
praktijk is echter, dat een zeer geruime tijd noodig
is , alvorens dc groote massa metselwerk tot een
voldoenden graad verhit is. Maar het is ook zéér
de vraag, of de inrichting van den te Utrecht
ten slotte beproefden oven wel beantwoordt aan de
beschrijving, die do Ileeren Si.oroNS en ITuuaEN

-ocr page 32-

20

aanvankelijk hebben gegeven van hunne vinding.

\\ Het heeft n. 1. allen schijn , alsof de oven de ont-

smetting thans alléén verschaft dOor stroomenden
waterdamp van 100" G., dio
van onderen wistroomt
en door de
bovenste reeten der deuren ontwijkt.

III.

Tot de ovens met stroomenden waterdamp behoort
die van
Henneberg. Hij bestaat uit 2 boven
elkaar staande cylinders, Avaarvan de bovenste dient,
om de te ontsmetten voorwerpen op te nemen ,
terwijl de onderste bestemd is voor de vorming van
den noodigcn waterdamp. De bovenste cylinder heeft
dubbele wanden van plaatijzer, wier tusschcnruimte
met eene de warmte slecht geleidende massa gevuld
is; aan het onderste einde is dc cylinder open, hier
rustende in eene gootvormig en met water gevulde
uitholling van den bovenrand van don waterketel.
In het deksel van den cylinder is een kanaal aan-
gebracht , waaruit de damp kan ontwijken.

Proeven met dezen oven door Dr. E. Esmarck
in het hygiënisch instituut te Berlijn genomen,
beschreven in „Zoitschrift für Hygiëne", 2 Bd., 2

-ocr page 33-

21

Hft. , 1887, licbbeu geleerd, dat de stroomeiide
waterdamp snel in de ontsmette voorwerpen dringt.
Kleine voorwerpen en ook grootere, Avanneer deze
los opgehangen waren , werden in zeer korten tijd
door den damp doordrongen, b. v. in 3 minuten, als
het apparaat met kleeren volgestopt was. "Waren
de voorwerpen vast samengesnoerd, of bestonden
deze uit stoffen , die minder poreus waren, bijv. hout
of papier, dan duurde dit doordringen veel langer,
bijv. ^/i uur voor het binnenste van kleine couran-
tenpakketten en bijna 2 uur voor groote balen linnen.

Hot indringen van den damp en dc daardoor
bewerkte, ontsmetting worden op 2 wijzen gecontro-
leerd , namelijk door het inAvikkelcn van maximaal-
cn electrischo of contact-thcrmometers, èn van moeie-
lijk to dooden bacteriënkiemen naast dc thermometers,
binnen de voorworpen. — Sporen van miltvuurbacillen
werden door don stroomenden damp in eenige minuten
gedood, de moer resistent zijnde tuberkelbacillen in
15 — 30 minuten. Andore bacteriën als dc cholera-
spiril cn de bacillen van typhus abdominalis en droes,
do verschillende kokken van den etter en van
Ei\'ysipelas, de bacteriën van de pneumonie en
diphtheritis , gingen veel eerder, voordat do tempe-
ratuur 100" bereikte , te gronde. Enkele tuinaarde-

-ocr page 34-

22

bacillen werden niet gedood , doch door inenting op
konijnen , cavia cobaya en muizen is bewezen, dat
deze volkomen onschadelijk zijn voor het dierlijk
organisme.

"Wat den duur betreft, bij permanent stroomen
van den damp was één uur voor niet te groote
voorwerpen voldoende, als kleeren, kussens, matras-
sen , 1—IV2 uur bij groote samengesnoerde pakketten.

Voor zeer natte voorwerpen was veel langer tijd
noodig, om door damp van 100\' doordrongen te
worden.

Aan te bevelen is dan ook, zooals ook in dc
grootere apparaten van
Uennebeuö geschiedt, deze
voorwerpen vooraf door warme of heete lucht to
drogen.

Ook de stoffen werden niet beschadigd; zoo wer-
den lappen van linnen, wol, zijde en laken van
verschillende kleuren , als helderblauw, rose en wit,
wei7ii() , de andere totaal niet, veranderd na 1—2
uur desinfectie. De oven is zoo gemakkelijk te be-
dienen , dat een enkele arbeider hiervoor voldoende
is; ook het kolenverbruik is zeer gering (2 Kgrm.
per uur).

Een oven van nieuw model volgens prof. DoBiios-

-ocr page 35-

23

LAVINE (Petersburg), étuve selhydrique door hem
genoemd, is beschreven in de Revue d\'Hygiène,
Juni 1886. Bij dien oven wordt stoom gebruikt
zonder spanning, maar heeft het vocht een hooger
kookpunt, daar in den ketel in plaats van water
eene keukenzoutoplossing aangewend wordt. Het
bleek, dat bij dc werking van eene temperatuur van
102—101" C. gedurende 3—4 uren de microben
gedood werden.

IV.

Dc ervaring spreekt er voor, dat de toestel-
len , bij welke de damp in gesloten ketels gevormd
cn met eene spanning van 3 tot 4 atmosferen toe-
gevoerd wordt, tengevolge van de grootere levende
kracht cn hitte van den damp sneller dcsinfecteeren
dan zulke, waarin de damp uit den ketel zonder
spanning naar de desinfecticruimte stroomt.

Bij het gebrnik van deze soort van toestellen ver-
dient het, volgens
Vallin , \'t meest aanbeveling ,
de te ontsmetten voorwerpen eerst bloottestellen aan
droge heete lucht van 100° C. gedurende Va uur,
om het in die voorwerpen aanwezige vocht tot ver-
damping tc brengen.

-ocr page 36-

24

Eerst daarna wil hij stroomenden waterdamp van
100° a 115° C. op de voorwerpen doen werken,
omdat hem gebleken is , dat die damp des te sneller
tot het centrum der te ontsmetten voorwerpen door-
dringt , naarmate die voorwerpen droger zijn en \'t
vocht dus gretiger opgenomen wordt.
Vallin raadt
aan , naar gelang van de dikte der voorwerpen dien
stroomenden waterdamp gedurende Va tot zelfs 4 uur
toe te laten werken.

Dat deze laatste duur van inwerking van den
stoom soms noodzakelijk kan zijn, bleek uit een
door
Vallin genomen proef. Een matras , die zóó
lang blootgesteld was, vertoonde eerst na 4 uur in

haar binnenste eone temperatuur van 100° C.

De tot deze groep behoorende oven van Schimmel
bestaat uit een vierkanten ijzeren ketel met dubbele
wanden , waartusschen zich eeno stof bevindt, die
slecht de warmte geleidt.

Een in \'t onderste deel van dezen ketel geplaatst
stelsel van kraagbuizen, door stoom verhit, ver-
warmt de lucht, die in den ketel besloten was,
terwijUeene daarboven geplaatste buis met zijdolingscho
openingen dient, om heete stoom direct in de ruimte
van den ketel te doen stroomen. De voorwerpen,

-ocr page 37-

25

die gedesinfecteerd moeten worden, kunnen buiten
den ketel op een wagentje geladen en zoo direct in
den ketel geschoven worden. Eene meer uitvoerige
beschrijving vindt men in Eulenberg\'s Yierteljahrs-
schrift f. gerichtl. Med., neue Folge, Bd. 37, bladz. 105.

Deze oven kan dus gebruikt worden zoowel voor
desinfectie met heete lucht als voor desinfectie met
waterdamp onder hooge spanning. Het gelijktijdig
gebruik maken van beide zou, volgens
Merke , ook
nog dit voordeel aanbieden , dat het al te nat wor-
den van de voorwerpen cn de al te aanzienlijke
ophooping van water op den bodem van den oven
wordt voorkomen.

Het resultaat der proeven, die door Wolff met
dezen oven genomen werden , was zeer bevredigend
te noemen.

Bij eene proef, die 2 uur 35\' duurde, was in het
centrum van pakken Avollen dekens van 5 a 10 stuks
eene volkomen steriliseering van miltvuursporen en
vaccincsmetstof tot stand gekomen,

Hoe deze oven aan den eisch beantwoordt, dat
grootere voorwerpen ook centraal gesteriliseerd Avor-
den , blijkt Avel uit do volgende proef. Een pak van
22
Avollen dekens Averd in den ovon gebracht en bij
eene temperatuur van ruim 100°
C. gedurende 2

-ocr page 38-

543

volle uren aan de inwerking van heeten stoom van
meer dan 100° blootgesteld.

Culturen met sporen van miltvuurbacillen , die in
het centrum van het pak wollen dekens geplaatst
geweest waren, leverden een negatief resultaat op.
De sterilisatie, d. w. z. de desinfectie, was dus vol-
komen. Met recht geeft men er daarom de voorkeur
aan, den oven van
Schimmel met stoom onder
spanning
te gebruiken.

Eene zaak, die voor de praktijk zeer veel gewicht
heeft, is verder de tijd , gedurende welken men de
voorwerpen moet blootstellen, om zeker van de
desinfectie te zijn.

Proeven , met het oog hierop genomen, leerden ,
dat cenc inwerking van heeten waterdamp van meer
dan 100° C. gedurende 1 uur in staat was, zelfs voor-
werpen van grooten omvang volkomen te ont-
smetten.

Zeer natte voorwerpen moeten echter in het alge-
meen langer blootgesteld worden.

Bij gelegenheid van de vergadering van dc ge-
zondheidscommissie te Düsseldorf ter bespreking van
maatregelen tegen eene eventueele cholera-epidemio
te nemen, op den 19"" Juni 1884 gehouden, werd

-ocr page 39-

27

(le wensclielijklieid betoogd, van stadswege eeno
blijvende ontsmettingsinrichting te doen vervaardigen.

De raad , die dit gevoelen deelde , droog aan Dr.
Eckardï op , over deze zaak in bespreking te treden
mét de Ileeren
Walz en "Windscheidt.

Daar geen der tot dien tijd bekende apparaten
van
Raetke , Merke , e. a. , algemeene goedkeuring
had kunnen verwerven, werd door
Walz en
Windscheidt een nieuw systeem van een desinfec-
tieoven bedacht, dat volgens hen als beter dan de
tot nu toe geconstrueerde mocht worden aangemerkt.
(Beschreven in Eulenb. Yierteljahrsschrift f. gerichtl.
Mcd., Neue Folge , XLIY , pag. 120). Het verschil
van dit apparaat met de tot nu toe geconstrueerde
ligt in hoofdzaak hierin , dat niet stroomendo, maar
stilstaande of althans weinig in beweging zijnde
waterdamp in den top van den sterk verhitten oven
ingedreven met eene spanning van Vm atmosplieer,
in den oven blijft hangen, terwijl men door het
openen van eene grooto afvoerbuis in den bodem
van het apparaat de lucht en de koudere waterdampen
kan laten ontwijken.

Mittenzweig on Fleischiiaueii namen met dezen
oven proeven, die leerden , dat eene verwarming tot
130" h 140" C. gedurende IV2 uur voldoende was, om

-ocr page 40-

28

zelfs den bacillus van de tuinaarde , die zoo moeie-
lijk te steriliseercn is, te dooden. Bij de exploi-
tatie stelden zij als eisch , dat de temperatuur van
130° a 140° C. gedurende minstens V2 uur gewerkt
hebbe.

Daar dit apparaat eene ruimte aanbiedt van 4,5 W
en de tijd voldoende ter volkomen desinfectie IV4 a
IV2 uur bedraagt, kan men dus, in tijden van
epidemie, minstens 6 a 8 X daags over de groote
ruimte van het apparaat beschikken.

Daardoor voldoet deze oven dus aan den eisch,
dien men met grond kan stellen aan ccn desinfectie-
ovcn voor eene groote stad.

Het hoofdbezwaar, dat volgens Merke (Yiertelj.,
1. c., pag. 145) tegen den pas beschreven oven
bestaat, is dit, dat niet voldaan kan worden aan
don eisch , om eeno gelijkmatige temperatuur in
alle deelen van dc ruimte van den oven tc onder-
houden.

Terwijl toch één thermometer 130" C. aanwees,
bleek op verschillende plaatsen in het apparaat\'eene
temperatuur van 150° C., ja zelfs 160° C. bestaan
tc hebben , waarvan bekend is , dat zij de goederen
in meerdere of mindere mate aantast.

-ocr page 41-

29

Op grond van dit bezwaar en enkele anderen van
minder gewicht, komt
Merke tot het resultaat, dat
de Düsseldorfsche desinfectieoven geen voordeden
aanbiedt boven de andere apparaten met stroomenden
waterdamp.

Een andere desinfectieoven is die van Leduc ,
beschreven in de Revue d\' Ilygiöne, October
1885.

Leduc deelt aldaar mede, dat hij tijdens de
cholera-epidemie, die Nantes in 1884 aantastte, aan
de Stedelijke gezondheidscommissie een ontsmettings-
stoof ter beschikking stelde. Dc gedesinfecteerde
voorwerpen werden in eene met waterdamp gevulde
ruimte geplaatst onder eene drukking van 1 ?i 2
K. G. Do desinfectic geschiedde wel, maar de
voorwerpen werden door en door nat en de tijd ,
noodig om zc tc drogen , mafiktc den oven ton cenc
malo voor de praktijk ongeschikt. Een ander ook
zeer groot nadeel van dezen oven was, dat dc weef-
sels or door aangetast worden , vooral linnen , welks
stevigheid cr door verminderde.

Om deze nadeden werd do oven te Nantes buiten
werking gesteld en zag
Leüuc om naar middelen ,
om do door hom aangegeven stoof to vorbotcron.

-ocr page 42-

80

Bij den verbeterden oven werden de voorwerpen ,
die gedesinfecteerd moesten worden , zoo geplaatst,
dat de waterdamp, w-arme lucht of ontsmettende
dampen, door de te desinfecteerende voorwerpen
werden heengezogen. De aldus veranderde oven van
Leduc is dus eigenlijk slechts een oven voor gewo-
nen waterdamp en hoewel gecompliceerder volkomen
op gelijke lijn te stellen met het lange cilindervor-
mige desinfectieapparaat voor laboratoriumgebruik
van
Koch.

De oven van Geneste en IIerscher, die de ver-
beterde oven van \'t systeem van
Rochard en Roche-
fort is , bezigt stoom onder hoogere spanning. Ilij
bestaat uit 2 ruimten ; in de eene wordt de damp
ontwikkeld, in do andere grijpt de desinfectie
plaats.

Bij eene door Dr. Grancher genomen proef
(Revue d\' Hygiène, Maart 1880) werden met dozen
oven micro-organismen gedood, o. a de kommabacil
van
Koch en die van Finkler , de sporen van
miltvuur, de bacillus subtilis, enz., ook, wanneor dezo
in het centrum van eeno matras geplaatst waren.
Do oven bleek eene uitstekende desinfecteerende wer-
king te bezitten en zou dus aan do te stellen eischen

-ocr page 43-

31

kunnen beantwoorden, ware \'t niet, dat de prijs
zeer hoog en het onderhoud zeer duur was.

Geneste cn Herscher hebben daarom getracht,
hetzelfde doel te bereiken met een meer eenvoudigen
minder kostbaren toestel, die ook vrij goed voldoet,
doordien de behandeling er van nog al gemakkelijk
is , maar die niet in aanmerking kan komen , waar
een groot aantal voorwerpen te gelijkertijd of in
korten tijd ontsmet moet worden. Deze laatste oven
is een toestel werkende met droge heete lucht cn
waterdamp zonder spanning.

Het nieuwe in het systeem van dezen laatsten
oven is dit, dat achtereenvolgens warme droge lucht
en warme lucht gemengd met waterdamp inwerken.

Behalve de tot nu toe behandelde desinfectieovens
zijn er ook nog uitgedacht door
Le Blanc , die water-
damp met spanning gebruikte ; die van
Pierron en
Dehaitre met waterdamp en stoom onder spanning ;
verder kleine modellen van ovens van
Henry ,
Girier
en Koerting; voor desinfectie van wagons
door oververhittten stoom ook een toestel van
Redard (Revue-d\'Hygiène, Mei 1886).

Tc Straatsburg werd een oven ontworpen door den
Franschen ingenieur A. Kocii; deze oven werkt mot

-ocr page 44-

32

waterdamp onder spanning , (Revue d\'Hygiène,
Juni 1886).

In den laatsten tijd heeft men meer en meer ge-
tracht , te gemoet te komen aan dc bezwaren , die
uit den boogen prys van ovens als die van
Schim-
mel
voortvloeien.

Men heeft namelijk vervoerbaro desinfectieovens
geconstrueerd, die dus voor meerdere gemeenten
tegelijk bestemd kunnen zijn. Tot deze ovens be-
hoort die van
Bacon , welke evenals die van
Schimmel oververhitten stoom bezigt (beschreven
in de Deutsche Medicinalzeitung, 1883, n". 45).
Deze oven heeft eene ruimte van 1,4 M\'^, welko,
zonder afbreuk te doen aan de vervoerbaarheid, nog
tc vergrooten zou zijn. Men kan dus zeggen , dat
deze cenc ruimte heeft, die voor vele, zij \'t ook
niet alle, gevallen voldoende te achten is.

Bij eene proef, die 1 u. 35\' duurde, bleek in het
centrum van tamelijk groote pakken volkomene
sterilisatie tot stand gekomen te zijn van miltvuur-
bacillen en kommabacillcn. Waren de voorwerpen
doornat, dan was ook hier de tijd , noodig voor
volkomen desinfectie , iets langer.

-ocr page 45-

33

Op eene andere wyze is deze vraag door Prof.
yan Oyeubeek de Meijer opgelost, die eenen oven
construeerde , welke, hoewel vervoerbaar, toch
niet
zóó hoog in prijs is, dat zelfs de kleinste
gemeente zich er wel één zou kunnen aanschaffen.

Dezen oven, werkende met stroomenden waterdamp
met zeer geringe overdrukkiug zal ik thans be-
schrijven.

-ocr page 46-

OHTSMETTINGSOYEN

VAN OVEEBEEK DE MEIJER.

Met het oog op de bezwaren, die ver.schillende
voornl. kleinere gemeenten, kleinere ziekenhuizen ,
enz., weerhielden van de aanschaffing van zeer dure
desinfectieovens, die bovendien nog door een machi-
nist moesten worden bediend, heeft Prof.
van
Overbeek de Meijer
een nieuwen oven bedacht.
Bij het samenstellen van zijnen oven ging hij van
het denkbeeld uit, dat deze moest zijn eenvoudig
en geconstrueerd met weglating van alles, wat den
prijs te veel zou kunnen opvoeren , zij \'t in zijne
constructie, zij \'t in zijn gebruik. ïot de zaken,
die eenen oven duur maken, behoort namelijk het
verplicht aanwezig zijn van eenen afzonderlijken

-ocr page 47-

35

stoomketel, welke alleen door eenen hiervoor aange-
stelden en tamelijk ontwikkelden machinist bediend kan
worden. Dit is bij bovenstaanden oven totaal overbodig.

Uit nevensgaande teekening blijkt voldoende zyno
samenstelling.

De oven is gemaakt uit platen van gegalvaniseerd
ijzer en bestaat uit eene dubbelwandige kast. In
den bovenwand van de binnenste kast bevindt zich
eene tamelijk groote opening
a. fig. 2, terwijl de
benedenwand der binnenste kast ook eene opening ver-
toont, die toegang geeft tot eene buis fig. 2, die,
loopende door de ruimte tusschen den binnen- en
buitenwand der kast, uitmondt in de buitenlucht
a.
fig. 1. De verhouding der grootte van dc openingen
in den boven- en den benedenwand der binnenste kast
is nauwkeurig berekend.

Do ruimte tusschen binnen- en buitenwand wordt
voor ongeveer V.-» der hoogte met water gevuld. Dit
water, bestemd tot het leveren van den damp voor
liet dcsinfecteeren der in de binnenruimte geplaatste
voorwerpen , wordt aan de kook gebracht door eene
gasvlam of eenen gewonen vuurhaard onder de kast
geplaatst. Ten einde het warmteverlies van den
oven zooveel mogelijk te verhinderen , is hij geheel
cn al bekleed met vilt.

-ocr page 48-

553

Prof. van Oyerbeek de Meijer heeft de goedheid
gehad een niet al te klein model van dezen oven
ter mijner beschikking te stellen, opdat ik de werking
nauwkeurig zou beproeven.

De uitkomst van die proefnemingen moge thans
hier eene plaats vinden. Dit model werd verwarmd
door een zeer kleinen gasoven met luchttoevoer ,
waarbij na ± 1 uur stoom uit de uitwendige opening
van den oven ontsnapte ; deze stoom had eene tem-
peratuur van ongeveer 101°5 C.

Om het desinfecteerend vermogen van dezen oven
te beproeven , werden achtereenvolgens in de binnen-
ruimte matrassen geplaatst, met kapok, paardenhaar
of ook wel met houtwol stijf gevuld , terwijl ccn
max. thermometer vry opgehangen word. Elke matras

bestaat uit 2 helften,
ieder lang 38, breed
28 en dik 10 cent.;
in het midden van
jeeno der beide breedo
vlakken van deze

matrashclft bevindt
0

zlich eene geul, 1
cM. diep ; Avaarin een maximum-thermometer en een
papiertje met eon draadje met micro-organismen ,

-ocr page 49-

37

vlak neergelegd kan worden (de thermometers zijn
bijna 20 cM. lang).

De 2 matrashelften werden op elkander gelegd en
goed vastgesnoerd door middel van bindtouw, zoodat
eene goede nabootsing van eene zeer dikko matras
ontstond. Bovendien werden zoowel de op elkander
liggende randen der matrasjes als de maximaal-ther-
mometer en het papiertje (met \'t koordje met lagere
organismen) met kapok bedekt.

Uit voorloopige proeven, genomen met de matrassen
zonder lagere organismen, bleek, dat na 15\' de
maxiniaal-thermometer binnen twee van de drie
matrassen over de 100° aanwees. Bij deze proeven
kon , tot mijn spijt, geen contact-thermometer ge-
bruikt worden , omdat de in het laboratorium van
Prof.
yan O verbeek de Meijer aanwczigc defect
was en een besteld nieuw instrument nog niet was
ontvangen.

Ik moest dus den omslachtigen weg volgen , den
oven telkens na een korter tijdsverloop te openen,
om den stand dor max. thermometers af te lezen.

Daarbij werd ik spoedig overtuigd van de nood-
zakelijkheid de gebruikte en nauwkeurig gecontro-
leerde maximaal-thermomctcrs goed verticaal en met
de kwikbol naar bcuedcn gericht to houden, daar

-ocr page 50-

38

anders de indicator allicht bij eenigszins hardhandige
bewegingen verschuift.

De uitkomsten van mijn onderzoek waren de
volgende:

-ocr page 51-

39

Temp. berekend hij 760 niM. harometerstaud.

<

Datum

Soort

O

1

t

vau

van

> ö
O ■

-a m
c

Temperatuur

vuu den
vrijhangenden
thermometer.

Temperatuur

van den
thermometer

Temperatuur
van de

AaumerkiiKjcn.

proefneming.

matras.

&
g &

in de
matrassen.

dainpruimte.

1

\'J rcLruivri .

kai)ok.

25\'

100°,8 C.

100,5 C.

99° C.

!

II

paardenliaar.

25\'

101° C.

100,3 C.

II

De matras was !
nog al voclitig. j

tl

liontwol.

25\'

101,1 C.

102.6 C.

II

16 Kebruari .

paardenliaar.

20\'

100,526

100,07-1

11

1

II

lioutwol.

20\'

100,:}26

100,726

II

II

kapok.

20\'

100,526

100,136

II

18 Fehruari .

houtwol.

15\'

100,7

100,5

II

II

piuvrdcnliaar.

15\'

100,7

101

II

II

kapok.

15\'

100,7

\'J0,5

II

Met do temperatuur der darapruimto (zie de voor-
laatste kolom) wordt bedoeld dc aanwijzing van don ther-
mometer, wiens bol oven ondor hot bovenblad van
don buitonketel geplaatst was, in den stroomenden
waterdamp, en aldaar tengevolge van de verdamping
uit den natten kurk, alsmede omdat de bol niet
diep genoeg Avas ingestoken, oen weinig werd afge-
koeld. Bij latere proefnemingon bleek, dat ook
deze thermometer 100" C. aanwijst, als het water
in den toestel kookt,

-ocr page 52-

40

liet resultaat van cle proefnemingen, waarbij
draadjes met sporen van liooibacillen voorzien bin-
nen de matrassen geplaatst waren en daarna als infec-
tiemateriaal van den bekenden agar-voedingsbodem
dienden , bly kt uit de volgende tabel:

Baroincterstaud
bcrekciul
bij 760 mJI.

Uitwerking
op ilc lagere
organismen.

Soort
van
matras.

ä ö .

o u ^

Ö § S

« §0 S

> a O

. « S

- .2

O r^

A a n m e r k i ng e n.

BM 5

fi

kapok,
lioutwol.

paardenhaar

23 Feb,

20\'
20\'

15\'
20\'
20\'
20\'
20\'

100,035
100,835

100,835
100,903
101,063
101,003
100,508

100,135
100,335

100,235
100,103
100,423
100,423
100,108

25 Feb,

2 Mrt

kiyiok.
paardenhaar
lioutwol.
kapok.

30\'

100,758

\'J0,\'J08

paardenhaar.

. ♦

ilü spoiac ilcr bacil-
len niet goduod.

id.

id.
id.
id.
id.
id.

do draad op 9 Jfnart
nog steriel; op 10 Ma:irt
waren langs liet verloop
vau den draad op do
agar duidelijk kuloiiiün
aiin to toonen.

dc getuige, bij 25" C.
gebroeid,was reeds den
volgenden dag aaugo-
slagcn.

Na 2fi\', omdat do teiupcraltnir
van den damp in du eorsto 10\' te
laag was geweest.

Het overtrek was van du binnen-
vlakte der beide niatrasbelflen ver-
wijderd , zoodat do tlieriu. in de
kapok lag. Het bleek diia nit deze
pruef, dat liet overtrek van binnen
liet doordringen van den water-
dam]) tiissclieu de beide op elkaar
gelegdo matrasjes kapok niet be-
vordert noi\'h vertraagt; bet rcsnl-
taat was in beido gevallen het-
zelfde.

Do proef up 2.5 Fcbr. bad ge-
leerd, dat ecfl tydsverloop vau 20\'
niet voldoende waa, om do «porao
tusscheu do boido nnitrasjes to
dooden, daarom 10\' langer.

-ocr page 53-

41

Soort

«
1

:3 .

IJaronicterstand
Lcrckend

bij 7eO mJI.

van
matras.

s s

p-

o

bc

1 c

2 «

£2 0

S u vl
^

ö g £

■V

c g c

c3 ^ o)

s i
ES«

houtwol.

30\'

100,758

101,508

kapglv\'.

35\'

101,134

101,224

houtwol.

35\'

101,424

100,134

paardenhiur.

35\'

101,224

100,334

kapok.

45\'

lül,5Gö

100,8G{)

houtwol.

4.5\'

101,500

101,300

paardenhaar.

45\'

101,500

101,300

kapok.

CO\'

101,825

100,935

lioutwol.

GO\'

101,825

101,025

Aanslag der koordjes
op den
voedingsbodem
na dagon.

Eerst op ileu 7. Jliuirt
vcrlooiit ilo ngnrcciiiKO
oiitwikkoliii); vim kolo-
niën, missclncu lict go-
volg vau irifectiu by
het invoeren vau den
draad in liet buisje. Op
9 Jlaart goenu voran-
doring in het buisje.
Op
IG Maart waren Ofk
uau \'t niiddclsto 3o go-
deulto van den draad
op do agar koloniüu te
bcapeuren.

Dol broeden vau dezu
y dradiiu op agar liU
.\'ifi" C. lint reeds ua ver-
loop van 3 dagen ko-
loniën macroscopisch
zichtbaar optreden, ter-
wijl op den 21. Jlaart
do geheele oppervlakte
der agar golUkniatig
bekleed was met een
vlies vau ralcro orga-
nisnien. Ulo vau d»
houtwol vertoont do
woekering in den pe-
riiigateu, dio van de
kapok in deu hoogsten
graad.

I)lü vau kapok pak zijn
veel siciker aangesla-
gen dan dio vau hout-
wol. Vermoedelijk z(ju
wel nllo bacillen ge-
dood, maar niet allo
sporae.

Daarom besloleu wo
eenu nieuwe proef to
nemen,u.l. den geïnfee-
teerden draad(hooibacil-
Icn) slechts 30\' in het
kapokp"k in den oven
topIaat.scn; daarna het
pak ongeopend weg to
leggen cn na 21 uren
(of 2X21 uren) ander-
maal
SU\' in don oven
te plaatseu.

!Mrt.

9 mt.

lO.AIri

23 Mrt,

Aaumerkinjen.

Ook hier evenals
hij ilo volgende proef-
nemingen werden do
therm. cn do draad
mot hooibacillen ge-
liTgd tusschen du vau
overtrek ontdnuo nia-
trasvlakten.

Uitwerking
OJ) ilc
lageru
organismen,

niet gedood.

uiet gedood.

niet gedood.

-ocr page 54-

42

tb
a>

Soort

S

"5

Barometerstand
berekend
bij 760 mM.

Uitwerking

Aanslag der koordjes

O

tf

c5
>

S

SS
p

van
matras.

.5 \'S
3 S

CH

"ÖJ 2
•V tc

^ ^ a
a <u ^
fS bO C

> p O

ifd
H

Ji
ö .S c

a <u
>■
. g

il £
a 3 "ë

op de
lagere
organismen.

op den
voedingsbodem
na dagen.

Aanmerkiiujeii.

SOilrt.

kapok.

75\'

101,0

100,7

op 1 April

wa.s het
buisje bij 30"

gebroeid
nog steriel.

II

kapok.

30\'

101,6

u

Het kapokp.ik werd
ongeopend wi^ggc-
Icgd.

1 Apr.

kapok.

30\'

101,425

101,525

gedood.

Dit was het kapok-
p-ik, dat op ao Maart
ongeopend wcgg-j-
legd was.

19 Apr;

ka^Jok.

CO\'

101,0

101,14

Gcconstatcci d iü,
dat du damp aan
do ultstroomingsopc-
lüng 100®GiO. wees,
nadat do ovon \'/j uiii\'
te stoomen stoud.

13 Mei

kapok.

90\'

102

101,55

den volgen-
den dag ge-
bleken niet
tc zijn ge-
steriliseerd.

lUcrvoor gebruikt
ecu pakje filtrcerpa-
picr, waarbinnen ü
di\'adcn koordzijde,
gedrenkt mot rcrfc/ic
rultniir van bac.ilins
stibtili».

20 :\\rei

kapok.

105\'

102,55

101,85

Op 21 Mei stcvk aiin-
Rcslagon. Da rcuda ccu-
iiiaul gubriilktu ilra:iil
cii no^\' pcn iindcr inlii-
(lur sicrk j (Si!n bcgoii
uvtiii aiiu tu ulaaii.

Itij deze piMief wer-
den 5 dnuU-u ge-
biMiikt, waarvan •! ge-
drenkt waren in rein-
cultnri\'u eu 1 uit
biiinje met een aan-
slag vanbac. subtilis.

21 Mei

1

kapok.

150\'

102,405

101,055

Ook aangeslagen.

Degenen, wolko Rif-
toren den stcrksten
aanslag gegeven bib-
bon , worden binnen
do kapokmatras in

don oven gcbraclit.

i

-ocr page 55-

43

Uit de vorenstaande tabel is op nieuw gebleken ,
dat de bacillus subtilis, of liever zijne sporac, zeer
weerstandbiodcnd zijn aan den invloed van stroo-
menden waterdamp zelfs van iets meer dan 100° C.

Dit voor den bacillus subtilis bekende feit geldt
ook nog voor enkele andere bactcricnsoorten , maar
stellig niet voor
pathogene.

Uit do boven medegedeelde proeven mag dus geen
besluit getrokken worden betreffende de al of niet
deugdelijkheid van den dcsinfcctieoven; zij hadden
slechts ten dool, na to gaan , hoe dc oven op
huiten-
gewoon
levcnstaaio sporae werkte.

Esmarcii heeft evenmin na zijne proefneming met
den
Henneberg\'sehen desinfectieoven, op grond van
het aanslaan van enkele tuinaarde-bacillen , een af-
keurend oordeel over dezen oven gevold.

Daar het ons echter tc doen was, om uit tc maken,
of do oven deze zeer Icvcnstaaic sporao dooden kan
cn in welk tijdsverloop, werd nog dc volgende proof
genomen:

10 zijden draden, gedrenkt in cenc versehe rein-
cultuur van bacillus subtilis met sporae verkregen
uit ccn hooiaftrokscl, worden elk afzonderlijk in
ccn pakje filtrcerpapicr gewikkeld. Dezo pakjes wer-
den aan eenen koperdraad vrij in den oven opgo-

-ocr page 56-

u

hangen, zonder dat zy elkander aanraakten; telkens
na een half uur werd de oven geopend , werd één
der pakjes verwijderd en werd met zijnen inhoud een
buisje met agar geinfecteerd. Het eerste buisje werd
alzoo weggenomen, nadat het
em half uur in de
ontsmettingsruimte gehangen had, cn zoo voort.

Uit de volgende tabel is dc uitslag van doze
proefneming tc zien:

Resultaat
ilci- iufcctiü üj) agar
1 Juni.

- OJ

C i:

B

A a u m O r k i ny c a.

i ® g
! O ^

Stork CU gelijkmatig
aaugeslagüu.

ld.

Reactie \'iets minder
sterk.

Zeer flauwe reaelie in
dc omgeving van den
draad.

ld.

mislukte proef.

Zeer llauwc reactie.

Zeer llauwc aanslag,
die zieli niet verder ont-
wikkelde.

Hoogst onljcduideiule
aanslag.

id.

] 01,903

id.
id.

id.

id.

id.
id.
id.

100,t03
id.

•J uur.

1 i,
li „

«

3

3.1 „

V

4.i „

Door \'t o])cncu van den
oven daalde dc tlicrmomctcr
in du waterruimte tot 98° (!.,
doch na liet sluiten wa.s zij
na 2\' weder tot voorgaandcii
stand.

Hoogte van het water J:
19.5 cM.

Hoogte van het watcrruim

17 cM.

Het draadje was op den
grond gevallen.

Waterstand ruim 11 cM.
het omhullend papier van
elk pakje was volkomen
droog.

id.

-ocr page 57-

45

Uit de bovenstaande proefreeks blijkt dus, dat
de oven ook zijne werking kan uitoefenen op do tot
nu toe als moest resistent bekend staande lagere
organismen , wanneer zij tot minstens 2 uron ver-
lengd wordt.

Tot nu too echter is nog geen enkel pathogem
micro-organisme bekend , dat aan stroomenden water-
damp van iets meer dan 100° C.. tot 101" C.,
langer dan % uur weerstand biedt. Het kwam er
dus . slechts op aan , om te bepalen , binnen welk
tijdsverloop do als het sterkst weerstand biedende
bekende sporae van miltvuurbacillen en van tuber-
kelbacillen allen in den oven gedood werden.

Reinculturen van tuberkelbacillen waron echter
in het laboratorium van Prof.
van Ovehijeek de
]\\[eijer
destijds voor mij niet beschikbaar; zij zijn
eerst later verkregen. Ik moest dus mijn onderzoek
bepalen tot do ontsmetting van draden enz. mot
sporae van miltvuurbacillen.

Eene geheele reeks van proefnemingen heeft mij
geleerd, dat deze sporae, wüer virulentie uit den
aard der zaak vooraf was vastgesteld , in den oven
stellig gedood werden, zonder óéno uitzondering,
ook in de dikste met kapok gevulde matras, binnen
één uur na. hot sluiten van den oven.

-ocr page 58-

46

Op grond van den uitslag der proefneming met
het model werd nu in de ijzergietery de Maas te
Delftshaven (Rotterdam) een oven gemaakt met
afmetingen , zooals hij in den kleinsten vorm voor
de praktijk geschikt is. Deze oven heeft eene ont-
smettingsruimte van 1,5 dus voor de meeste te
desinfecteeren voorwerpen zeer voldoende. Uit proef-
nemingen met dezen oven genomen, ook met de
sporae van miltvuurbacillen, is zijne volkomen
deugdelijkheid gebleken.

Zijne deugdelijke werking is bovendien erkend
door drie Commissiën, die te Delftshaven den oven
hebben beproefd, op uitnoodiging van de Ministers
van Binnenlandsche Zaken, van Koloniën en van
Oorlog.

•Met het samenstellen van dezen oven heeft der-
halve Prof. VAN OvERBEEK
de Meijer hetdoel,dat
hij zich voorstelde, n. 1. eenen goed bruikbaren ,
gemakkelijk te bedienen en eenen goedkoopen des-
infectieoven te ontwerpen, ten volle bereikt.

De deugdelijkheid van den oven blijkt uit voren-
staande proeven , zijne gemakkelijke bedienbaarheid
uit zijne samenstelling , en zijne goedkoopheid hieruit,
dat dQ prijs van den oven met 1,5 M-\' desinfectieruimte
slechts
f 650 bedraagt, terwijl een oven, wiens

V

-ocr page 59-

47

ruimte Vj^ X grooter is, slechts circa f 300 meer
zou behoeven te kosten. Een voordeel van dozen
oven is ook dit, dat hij door zijne eenvoudigheid in
constructie gemakkelijk vervoerbaar is to maken.

-ocr page 60-

V,-.. ..V %

• r.

- : • ■

Jr\'--/;-\';^

• i

ïT-

■ - ■ \'vj."\'*\'

• va,..

k:.

-ocr page 61-

Fig 2.

a L.

i

^II^CHK, Hfr-LITH. l/T^ECKT.

-ocr page 62-

- ••\'-•^-\'■.vl

\'r , *

-ocr page 63-

STELLINGEN

-ocr page 64-

•iv^-

Él;

y,\' \'

fÇ\':\'. •

^ \' .1 ja TB

.. vi:

1:

■ .........1

-ocr page 65-

STELLINGEN.

I.

Dc dcsinfecticüven viin van OvuiiniiEiv de Meijer
beantwoordt aan alle billijke eischen.

II.

Tot het ontsmetten van wollen stolFen kan droge

heete lucht niet aangewend worden.
«

III.

Bij den tegenwoordigcn stand der wetenschap is
sublimaat het eenige middel, dat ter ontsmetting van
woningen mag worden gebezigd.

IV.

Bijna constant is het voorkomen van albumen in
de urine van normale personen.

-ocr page 66-

52

Y.

Het is noodzakelijk, elke mammatumor te ver-
wijderen.

YI.

Joodtrielilorid is bij operaties boven carbol en su-
blimaat te verkiezen.

YII.

De cholecystectomie verdient de voorkeur boven
de cliolecystotomie.

YIII.

Ter genezing van favus is epilatie noodzakelijk.

IX.-

De irrigatie met sublimaat is in de verloskundige
praktijk te verwerpen.

X.

De meer en meer veldwinnende leer, om ter be-
reiking van een ideale antisepsis ook bij normalen
partus en normaal kraambed actief in te grijpen ,
verdient afkeuring.

-ocr page 67-

53
XL

Keering op het hoofd , volgens de methoden van
Busch en d\'Outrepont, kan uit de rij der verloskun-
dige kunstbewerkingen worden geschrapt.

XIL

Bij het diagnosticeeren van maagziekten dient het
chemisch onderzoek vau den maaginlioud op den

voorgrond te treden.

XIIL

Bij de meeste algemeene infectieziekten moet ook
de urine de ziektekiemen bevatten.

XIV.

De tegenwoordig aangewende tlierapie bij diabetes
mellitus voldoet slechts aan de indicatie symptomatica.

XV.

Bij inorpliinisme verdient in de meeste gevallen
eene acute onthouding van morpliine de voorkeur
boven langzame vermindering.

XVL

liet zien in de nabijheid bij slechte verlichting is

-ocr page 68-

54,

de voornaamste oorzaak ■ Voor het ontstaan en pro-
g-redieeren der myopie.

Staphylococcus pyogenes aureus, in weefsels zoo
eminent pyogeen, is op normale slymvliezen gebracht,
geheel onschadelijk.

XVIIL

De eed van geheimhouding, genoemd in de wet
van 25 Dec. 1878 Stb. 222, behoorde reeds te

!r.

ir

(

sp ., worden opgelegd na aflegging van het candidaats of i

ip ■ ■ j
ni tweede natuurkundig examen. |

t \'I \' i

i

i |ï }

-ocr page 69-
-ocr page 70-

lÄÄl

-ocr page 71-
-ocr page 72-

itócto^^ -ft\' yCt^

Î-

\'^\'Cx

\'.j

i-i\'.-.-,-*\' v \'j

-ocr page 73-

iMit

- ■ \' t, ■ J ■ . À

-ocr page 74-