-ocr page 1-
-ocr page 2-

A. qu.
192

-ocr page 3-

■4 " ■. .

V r. ■ \'

• V

t ■ .■>

■•■••ft...

- -".A

(i .

.V,

\'t. .. . .

-ocr page 4-

V

J. ,

v.»-

■■M

M

V-

-ocr page 5-
-ocr page 6-

• \' :■ \' \'
/ -t\'

\\

■■ïr-.-

fiVl-.;-\'

■ l" > ■

,\'r,

-ocr page 7-

OVER ASYMPTOTISCHE ONTWIKKELINGEN,

-ocr page 8-

: ........; .., ,• :, jrs\'^v ;..... - : . ^

.ifemrf

Kï\' \' ......

*

\' rl"\'?.,-. .. ■ \'ï V

i

- > v

-ocr page 9-

OYER ASYMPTOTISCHE ONTWIKKELINGEN

PROEFSCHRIFT

TER VERKRIJGING VAN DEN GRAAD
van

DOCTOR IN DE WIS- EN NÄTOÜRKÜNDE

AAN DE RIJKS-UNIVERSITEIT TE UTRECHT

NA MACHTIGING VAN DEN RECTOR MAGNIFICUS

Dr. j. m. s. baljon

hoooleekaau in de faculteit der godgeleeudheid

VOLGENS BESLUIT VAN DEN SENAAT DER UNIVERSITEIT

tegen de bedenkingen van de

FACULTEIT DER WIS- EN NATUURKUNDE

TE VERDEDIGEN
OP WOENSDAG 1 MAART 1905, DES NAMIDDAGS TEN 4 URE

doou

eERRIT GORNELIS AUGUST VALEWINK

oeboiien te AMEHSFOORT

HAARLEM
I)K ERVEN LOOSJES
1905

-ocr page 10-

■ - ■ ■ - ^ -..si

■ - ■ f- ^ \' ■i \' ■ ■ •/■ . .

-ocr page 11-

(flail \\niync ^r-oinu.

-ocr page 12-

:

i

•vVtj

S

\'C

) i \'

V
t

. /

ym

■ ^ : „ •Hi\'^.JfT

.... ^

%

ii- I

-, 1 i-^\'-;. • -V.^ ! Li. . ^

■ (^ir-
■j

Y , ■ ■

-ocr page 13-

Aan het einde van dit \'proefschrift gekomen, is het
mij eene aangename taak U, Hoog leeraren in de
Faculteit der Wis- en Natuurkunde, die tot mijne
vorming hebben hijgedragen, mijn dank te betuigen.

Inzonderheid geldt die dank U, Hooggeleerde Kajoteyn.
Uwe welwillendheid en belangstelling, Hooggeachte Pro-
motor, zullen mij steeds in aangename herinnering blijven.

U, Hooggeleerde Julius, de Vries en Nyland mijn
dank voor de hulp, die, wHnneer ik ze ook inriep, mij
steeds door U werd verleend.

-ocr page 14-

\' .»\'■ r

iS-i*;

y-

•S:\'

M

......

h -

àr:.

ft,-\'

-ocr page 15-

INHOUD.

Blz.

Inleiding.................................................... 1

Hoofdstuk I. Oudste onderzoekingen.

I. La Place................................ 3

n. Cauciiy.................................. 5

Hoofdstuk II. Ontwikkeling in reeksen.

I. Methode van Stieltjes................... 11

II. Toepassing op li-functie................... 17

Hoofdstuk III. Definitie van Poincaiuï. Bewerkingen en Toe-
passingen.

I. Definitie.................................

II. Bewerkingen............................. 38

III. Toepassingen............................. 51

Hoofdstuk IV. Bepaling van sommige asyniptotisclie ontwikke-
lingen door middel van oen dilTerontiaalvergelüking........ 07

Hoofdstuk V. Toepassing op dillerontiaalvergelijkingen......... 74

Hoofdstuk VI. Vervolg.

I. Methode van Knese»..........................................101

II. „ „ Houn..............................................108

III. „ „ Jacoijstual ................................115

IV. Voorbeelden.............................. 118

Noot 1..........................................................................................................130

Noot II............................................................................................................184

Noot IH..........................................................................................................180

Noot IV............................................................................................137

Stklunoen.................................................. 139

-ocr page 16-

fe\'

! ■• ■

-ocr page 17-

INLEIDING.

1. De Euler Mac-Laurinsche sommatie-formule is:

p—\\ ra-\\-ph Ji

h ^ f{a rh) = f{x) dx—-^\\r{a -{-ph) - f{a)|

V (- 1) ^^ _ (1)

waar de 5\'s de Bernoulliaansclie getallen voorstellen, n.1.

O 1 7. 1 7. 1

= - ; B,= - ; enz.

i?2n i stelt de restterm voor, die verschillende vormen
kan krygen (zie Noot I).

Wanneer nu in formule (1), die voor elko waarde van
n geldt:

Hm R2n i = 0........... (2)

M=3XP

wordt, dan gaat \'t tweede lid voor lim7i = oo over in een
convergente reeksontwikkeling, wier som volkomen over-
eenstemt met de waarde van het eerste lid. Dit is echter
in den regel niet het geval.

2. Soms bezit R^n i de eigenschap, met toenemende
waarden van n eerst af te nemen en voor een bepaalde
waarde 7?, van
n eene (betrekkelijk zeer kleine) minimum-
waarde te krygen, zoodat dan de reeks:

n 73 7,2»\'

V (-1).-1 ip-i ia ph) - (a)! ... (3)

by toenemende waarde van n tot n\\ too, ook mot toene-
mende nauwkeurigheid de wiuirde van het eerste lid
aangeeft.

1

-ocr page 18-

- 2 -

Wordt n grooter genomen dan wi, dan wordt Bzn i weer .
grooter en reeks (3) geeft dan de waarde van het eerste
lid met des te minder nauwkeurigheid aan, naarmate men
n laat toenemen,

3. Legendre noemde deze reeksen semi-convergent (de
semi-convergentie werd \'t eerst ontdekt door
Euler) en
Stieltjes heeft dezen naam behouden voor de door hem
onderzochte ontwikkelingen.

Semi-convergente reeksen zijn dus zulke divergente
reeksen, waarbij de som van een behoorlijk (eindig) aantal
termen de waarde van een gegeven uitdrukking, met be-
trekkelijk groote benadering, aangeeft. Deze benadering is
niet, zooals bij convergente reeksen, zoo nauwkeurig als
men wil, doch is door den aard van de reeks beperkt.

Voor rekenkundige berekening is de theoretisch iville-
keurig (jrooic
benadering door convergente reeksen niet
van zooveel belang als de
betrekkelijk (jroote benadering
door semi convergente reeksen.

4. Zeer belangrijke semi-convergente reeksen worden
uit (1) gevonden, zooals b. v. b. de voorstelling van:

........... (4)

»>=0

die uit (1) te verkrijgen is door f{x) te vervangen door
log X. Deze reeks werd reeds door Stihlino behandeld,
voordat formule (1) bekend was.

Gewoonlijk noemt men de semi-convorgentn uitdruk-
king voor

v

2\' log r

of wel die, voor do meer algemeene vorm :

logr{x-\\-\\)
de formule van Stirlino.

-ocr page 19-

HOOFDSTUK I.
OUDSTE ONDERZOEKINGEN.

I. Laplace.

1. Laplace maakt in zijn „Tiiéorie analytique des proba-
l)ilités" (1812) gebruik van eenige reeksen, die in hunne
eerste termen zeer snel convergeeren, wier convergentie
vermindert en eindigt met over te gaan in divergentie.
Dit is echter geen beletsel voor \'t gebruik van die reeksen,
want, wanneer de eerste termen genomen worden, waarby
de convergentie snel is, krygt men een rest, die verwaar-
loosd mag worden. Deze rest toch is de ontwikkeling van
een algebraïsche functie of van een integraal, wjuarvan de
wjuirde zeer klein is in betrekking tot \'t geen voorafgjuit.

2. Als voorbeeld beschouwen we do ontwikkeling in
oen reeks van do integrajil:

(It

waarvan Laplace de afleiding niet geeft.

jr.-\'\' (It kan op verschillende wyzen ontwikkeld worden.

Om tot don vorm van Laplace to komen gaan we op de
volgende wüze to werk:
Stel

dus =

-ocr page 20-

_ 4 -

Er komt dan:

je at- ^
_P , i
f dp _

T xTïÖgp T
— L. p -L p i- f ^^p

_i p . i p .3. i p .3.5.1 p

2 {logpyi^ \' 22 (/o^r^)\'/^ \' 2^{logpyi* \' 2-1

2t ^ \\...... ^ \'

Voor de grenzen T en oo komt er dus:
r 7. 1 I i.3.5 , I

^^ = W r - -22^ ~ -WW I • ^^^

Deze reeks is divergent, hoe groot ook de waarde is,
die men aan
T toekent; men kan echter, zonder merkbare
fout de eerste termen gebruiken.

Nemen we de eerste vier termen, dan zal de rest van
de reeks zijn:

1.3.5.7

2^ Jt .........

Nu is deze grootheid, afgezien van het teeken, kleiner
dan de term

2». T\'

die onmiddellijk voorafgaat; d. w. z. men heeft:

e-ï"\' 7 - ...

^>-2-Jr—.........

want:

_ [e- \'T— -

Jt ~Jt

T\'

2rj

-ocr page 21-

- 5 -

dus:

J, ts ^ 4 • yo®

maar deze laatste uitdrukking is kleiner dan:

-Z"

Tl

als we slechts 4Ï^>7 of kiezen.

Hieruit blijkt de waarheid van (4) voor een betrekkelyk
kleine waarde van T; zoodat voor groote waarden van
T
de eerste termen van de gevonden reeks genomen kunnen
worden, zonder merkbare fout te maken.

II. Cauchy.

3. Cauchy toonde op elementaire wyze aan, i) dat
sommige divergente machtreeksen, steeds tot die soort
behooren, welke
Poincaré later asymptotische noemde.
Bü do reeks van STiuLiNa on by een menigte andere
reeksen vond
Cauciiy, dat de eerste der verv/aarloosde
termen juist een bovenste grens is voor de correctie.

4. Deze eigenschap is evident voor een meetkundige
reeks met reöelo termen, want, nemen we een positieve
variabele
x en een positief getal /c, dan is:

• \' • • ^ -TTTT^ ••• (1)

k-{-x k k^ \' " \' (/c .-c)

.......... ®

e

Wanneer we dus een meetkundige reeks met reöolo

\') Coniptoa Rondus, 1843. T. XVII.

-ocr page 22-

- 6 -

termen en afwisselende teekens bij een zekeren term af-
breken, zal de eerste verwaarloosde term een bovenste
grens zijn voor de begane fout en de overeenkomstige
correctie zal \'t zelfde teeken hebben als die term.

Dezelfde eigenschap geldt voor elke reeks, die gerang-
schikt is naar opklimmende machten van de variabele en
voortgebracht wordt door de ontwikkeling van een ratio-
neele of een transcendente functie, die ontleed kunnen
worden in enkelvoudige breuken van den vorm:

h

k -\\-x

waar li en k positief zijn, öf in breuken van den vorm:

n

waar h positief en k reëel is.

Er wordt dus geöischt, dat de vergelijking, die men
krijgt door \'t omgekeerde van de gegeven functie gelijk
nul te stellen, slechts reëele negatieve wortels heeft öf
imaginaire wortels, zonder reëel deel.

Dezelfde eigenschap komt ook toe aan de ontwikkeling
van bepaalde integralen, genomen van den oorsprong uit-
gaande en waarin dergelijke functies onder het integrajil-
teeken voorkomeji al of niet vermenigvuldigd met factoren,
die binnen de integratiegrenzen altyd positief blyven.

5. De reeks van Stirling is de ontwikkeling van zulk
een integraal. Wanneer men bij die ontwikkeling allo
termen verwaarloost, waarin de getallen van BtmNOULLi
voorkomen, dus reeds bij den eersten term ophoudt, dan
komt er een resultaat, dat door
Liouville gevonden is.

Hetzelfde geldt voor de ontwikkeling van /"(.r) wanneer
fiSJC) een een waardige analytische functie voorstelt, maar
zóo dat:

-ocr page 23-

= ...... <3)

- 7 -

(t)

wanneer we veronderstellen, dat de residus in den eer-
sten term van het tweede lid genomen worden voor alle
wortels der vergelijking:

7k=\'.............

en wel in bepaalde volgorde. (Zie hierover Noot II.)

Nemen we aan, dat deze wortels alleen negatief reëel
of zuiver imaginair zijn en ontwikkelt men nu in \'t tweede

lid van (3) —^ in een reeks, volgens opklimmende

""" ^

machten van x, waarby elk der partiëele residus van ƒ(«)
positief is, dan zal men eene ontwikkeling van
/\'(x) ver-
krijgen, die weer dezelfde eigenschap heeft.

Ook heeft de ontwikkeling van een integraal van den
vorm:

fa

u/\'(x)dx............. (5)

f

J O

deze eigenschap, als de factor tusschen do grenzen o en
a positief is.

6. Een eenvoudig voorboold wordt gevonden door te
stollen :

of

.......... (ß)

Vergelyking (4) giuit dan over in:

en deze heeft tot wortels do refiolo fen imaginaire loga-
rithmen van de eenheid, d. w. z.:

f

-ocr page 24-

- 8 -

2mii (n = 0,1,2...., —1, - 2,.....)

(3) geeft dan de ontwikkeling:

__l___ i , 1 4_ 1 , 1

— 1 1 — X 2 X—27ri x — i^ri

1 , 1

x-^2 ni a; 4 TT i

en dus:

l!_i__1 lUof 1 |. 1 I-

Hier hebben we nu te doen met een ontbinding in breu-
ken van den vorm:

2

rc2 Ä2

Door de getallen van Bernoulli in te voeren vindt men
voor alle waarden van
x:

X X 2]~2l 4! 6!

Bn x2»-2 Bn l . (Ö < 1).....(7)

- (2n)! ^ (2n 2)r ■ • ■ ^ • ■ ■ ^ f

(Zie hierover Noot III).

Stellen we nu door u een reöele functie van x voor, die,
tusschen de grenzen a en van
x, niet van teeken ver-
andert, dan krijgen we uit (7)

ff\' 71 1 1 1 , -ßi f\' , Bn ft\' „ , ,

6-]CZ. - .. .
waar ö < 1,

7. Hierdoor zijn we in staat log r (z) in een reeks te
ontwikkelen.
De formule van
Binet is:

-ocr page 25-

- 9 -

logr{z)={z—  . .(9)

waarin:

.......

In \'t algemeen is:

Formule (8) geeft dan:
^, ,_ -öi
Bz \\ B\'i Bn

(äHriiwhüs^- • ■ («<i) • • • • (11)

8. Stellen we in (11) n=l, dan krygen we de formule
die
Liouville reeds gevonden heeft, nl.:

= ............(12)

waardoor voor (p(z) als bovenste grens gevonden wordt:

lè...........

9. Wordt in formule (8) «=0 en b = oo genomen en
stollen we:

u = x\'\'. e-®-\'\'

waar k oen positief getal is, maar overigens willekeurig,
dan komt er:

Br, nfc 2n-l) ./^n i 

10. Door in (14) te substitueeren:

-ocr page 26-

- 10 -

7-^^ = 1 4-  • • •

1 —e-^

komt er, als we k \'> 1 veronderstellen •

1 . 1 _ 1 1 BiTik-h 1)

• • • 7. 1 1 i, \' 1 \'

ël-    - 1) _ Bn i r{k 2n l)

41 -f-----(2„j!  (2« l)! ^

Als k tusschen 1 en 2 ligt en z groot genomen wordt,
geeft (15) \'t middel om met groote benadering de som te
bepalen van:

co 1

1

"=o (z-f-n)\'\'

-ocr page 27-

HOOFDSTUK II.
ONTWIKKELING IN REEKSEN.

I. Methode van Stieltjes.

1. Stieltjes 1) onderzocht eenige ontwikkelingen van
den vorm:

ƒ•(„)=,„„ ........(1)

a a-

die men niet onbepaald mag voortzetten, zoodra het gebil-
berekening geldt, wanneer ze divergent zijn.

Zulk eene divergente ontwikkeling heeft echter eene
bepfialde beteekenis, als men haar beschouwt als een sym-
bolische wyze van uitdrukken, waarmede men wil aan-
geven, dat:

Urn F (a) = lUo

a = oo

Urn. a ji^\'Ctt) — ?»o! = Wh
(! = « I I

Hm a- \\f («) — nio — — { =

II = CD \\ I

Hm a" j F (a) - m. -- ... -=
(»=00 ( " " !

enz.

\') Kcchorcho.s sur quelques aórios sonii-convorgoiitcs. (Tlièso do
doctorat) Aiuiales du l\'ócoie iionnalo supérieure 1880.

-ocr page 28-

- 12 -

2. Als toepassing van de handelwijze van Stieltjes moge
het volgende dienen: ,

"Wordt een functie F{a) uitgedrukt door een reeks, die
voor groote waarden van a, er een asymptotische voor-
stelling van geeft, dan is:

Urn F (a) — rtio

a=!x>

een eerste benadering voor F (a). Zoo is dan:
Urn a \\ Fia) — nio t = Wh

a=qo

een betere benadering en de volgende uitdrukkingen geven
telkens weer een betere benadering.
Kiezen we als voorbeeld:

rl paz_ 1

F(a) = e-^ ---dz..........(2)

Jo Z

dan is:

/I po-z _ 1 r\\

—^dz I e^dz
iini r {a) = am -—--=lim — =

00

1 e^-l

= Urn-= O

a=oo a = i» C"

zoodat we volgens \'t bovenstaande krijgen:

trio =■ 0.

Eveneens vinden we nu:

1

lim a \\ F ia) — mo j = lini a F{a) ■

= liïH a F (a) = lim —---=

6"- 1

= ---= hm —TT-ïT = 1

a a-

—7A*/wi ^ " ^ ■ \'■ ■■ 7.»/v\\i

= Urn

-ocr page 29-

- 13 —
zoodat dan gevonden V70rdt:

mi — 1. I

Op gelijke wijze worden gevonden:

Hm a laF(a) — 1| =1

0 = 00

lima ja^Fia) - a - H=2

a — cc

enz.

Hieruit volgt dan de ontwikkeling:

3o z a a- a^

3. Om nu door zulk een reeks de waarde van F{a) te
vinden, moet de complementaire term bepaald worden,
d.i. de term, die men by een bepaald aanüil begintermen
van de reeks moet voegen om de werkelyke waarde van
F{a) te krygen. Die bepaling biedt in \'t algemeen groote
moeilijkheden, als men een behoorlijke benadering wil
hebben; slechts in enkele gevallen gehoorzamen de coëffi-
ciënten m aan een zóo eenvoudige wet, dat die bepaling
op vry gemakkelyke wyze geschieden kan. In verschillende
gevallen, waar de teekens der coëfficiënten afwisselen, is de
nauwkeurige wjiarde van
F(a) gelegen tusschen de n\' en
(n 1)\'" term. Om deze reden werden de reeksen semi-
convergent genoemd, welke uitdrukking door
Stieltjes
echter meer algemeen werd opgevat, die ze n.1. ook ge-
bruikt om reeksen te benoemen, waar de teekens allo
golp zyn.

Zoo komt hy dan tot de onderscheiding van reeksen
van de eerste en van de tweede soort.

4. By reeksen van de tweede soort, b.v.b.:

1 _i_ 1 _L2\'. . 3! , , (H-1)! ,
«

redeneert Stieltjes op de volgende wyzo:

-ocr page 30-

i

- 14 -

Zij F{a) een bepaalde functie van a, symbolisch uit-
gedrukt door:

dan is, voor een bepaalde v^aarde van a:

F{a)=Ti-]-T2-}-T^ ... Tn B.n. \' . . (5)

waar dus de rest voorstelt, die aan de eerste n termen
van de reeks moet toegevoegd worden om
F{a) te krijgen.
Is nu
a vast en dus F (a) bepaald, dan zal E„ bij toe-
nemende watirden van n eerst positief zijn; daar echter de
reeks meer en meer tot oo nadert bij toenemende waarden
van n zal stellig eindigen met —
oo te worden.

Er is dus een waarde n waarby i?„ overgaat van positief
tot negatief, dus nul is. Beschouwt men nu En als een
continue functie van ?i en kan men een geheel getal als
waarde voor n bepalen, waarvoor

Bn = 0............. (0)

is, dan geeft deze ?i \'t rangnummer van die terra van do
reeks, waarachter geen restterm meer behoeft gevoegd te
worden d.w.z. die term, waarbij men moet ophouden om
de nauwkeurige waarde van F(a) door middel van de
reeks te verkrygen.

De gevonden waarde voor » zal echter in \'t algemeen
niet een geheel getal zijn. Neemt men nu het naastgelegen
kleinere en ook het naastgelegen grootere geheele getal,
dan verkrygt men twee grenzen voor de rest, die gowoonlyk
niet ver uiteen liggen, daar de overgang van teeken moesüil
in de nabijheid van den kleinsten term phmts heeft.

Wanneer men als oplossing van

K = 0

-ocr page 31-

- 15 -

de waarde N heeft gevonden, dan is deze waarde te
schrijven als

waar n het grootste geheele getal voorstelt, dat bevat is in N.

De beste benadering zal dan zyn:

5. De benaderde oplossing van (6) is altyd van den vorm:

„ = ....... (7)

a a-\'

\'t Is echter dikwijls geschikter a als onbekende te be-
schouwen en eerst de coëfficiënten (i te bepalen van de
ontwikkeling

....... (8)

Do reeksen (7) en (8) hebben gelyken vorm en karakter
als de oorspronkelyke

1.

71/ \\ I Wil , nio I

Enkele dor coëfflcienten worden berekend; verdere be-
rekening is zeer lastig, daar ze geen eenvoudige wot volgen,
\'t Onderzoek van de oorspronkelyke reeks is zoo terug-
gebracht tot dat van (7) \'t welk veel ingewikkelder is.
Men vraagt och tor den wortel van (6) slechts met zekoro
benadering to bepalen en diuir do nauwkeurigheid van (8)
toeneemt naarmate n grooter is, is \'t slechts noodig (7)
en (8) te benaderen door
a en n voel kleiner wanrden to
geven, dan die, wiurvan men zich moet bedienen by do
oorspronkelyke reeks. Do verkregen benadering zal altyd
meer dan voldoende zyn.

ß Do behandeling van do reeksen van de eerste soort
kan, tot op zekero hoogte, in overeenstemming gebracht
worden mot die van ;-oekson van do tweede soort. Zy zulk
oen reeks:

-ocr page 32-

- 16 -

Tl - Ts Ts - 2^4 .. .. ± ß„.....(9)

waarbij Ti.T^----Tn en Bn positief zijn en waar:

Rn<Tn en i?n<r„ i........(10)

is. Dit laatste volgt uit het positief zijn van Rn terwijl:
Tn^En-l-^Rn..........(H)

Men ziet dus dat Rn-\\ en Rn elk afzonderlijk kleiner
zijn dan !r„, zoodat dus ook:

Rn < Tn-\\-l

Inplaats dat de kleinste term opgezocht wordt, zoekt men
het minimum van Rn door oplossing van de transcendente
vergelijking:

^ = 0............(12)

dn

De waarde van n, hieruit gevonden, verschilt zeer wei-
nig met het rangcijfer van den kleinsten term, waardoor
de volgende opmerking, die bij verschillende gevallen ge-
maakt kan worden, te verklaren is:

Stellen we, dat de wortel van (12) tusschen n en n — l
valt, dan zal by benadering:

Rn-l = Rn

zijn (zooals uit een figuur gemakkelijk te zien is) en de
begane fout zal een klein breukdeel van Rn zijn; hieruit
volgt dan weer dat Rn ten naastenbij de helft van 2\\i is,
zoodat de fout van:

een klein deel van Tn is en wel kleiner naarmate w groo-
ter is.

Voegen we hierby dat in \'t onderhavige geval R

n in een

semi-convergente reeks te ontwikkelen is volgens afdalende
machten van w, dan latit de eerste term van deze ontwik-
keling zien dat:

*

-ocr page 33-

— 17

IS voor n = co.

11. Toepassing op li-functie.

7. De integraallogarithme geeft een voorbeeld van de
tweede soort:

r" du

logu

li{a)=r

J O

Deze integraal is onbepaald als a > 1 is; dtuironi neemt\'
men de principale waarde, die volkomen bepaald is.
"Voor a > 1 is dus :

du

du

li (a) = Hifi

e=o

- . . . . (18)

f\'-\'j^ r

Jn logu ;i4

en :

x!
1

frt logu Ji 8 logu\\
Vervangt men hierin a door c» en stelt men verder:

dan komt er:

I rl-e p-a,- t-r^ p-af )
H
(e«) = e« Hm / ,-dv ƒ — dr ... (14)

s=o(\'\'o Ji sl-r )

Substitueer hierin:

^ = 1 H-...

( fi-» lx\'

Bn 1
j-ti

im. f J\'" r-«\'\' dr | r" r-\'"\' dr = —\'

Hm

e

l\'irilL A> I nr.

dan wordt de uitdrukking:
H (c") = e"

-ocr page 34-

— 18 —

waarin:

fl—e fi—av

rl-s .,n p-av r» ß-ar

Rn = V—  • • • (Iß)

d.i. de principale waarde van de integraal:

C» ß—ar

i:

— dr

fo 1-r

De vorm, die i?„ hier aanneemt, doet zien, dat de waarde
van Bn afneemt, naarmate fi grooter wordt.

De eerste term van de uitdrukking voor B„ bepaalt de
orde van i?„; daarin is r altijd kleiner dan 1, zoodat die
term kleiner is, naarmate n grooter genomen wordt.

8. We willen nu een benaderde oplossing zoeken voor
de vergelijking:

Bn^O.............(17)

Stellen we a = n 7/ dan krijgen we:

= Hm I T^ dv -f r e-\'i" dl\' j.. (18)

Rn moet ontwikkeld worden in een semi-convergento
reeks volgens afdalende machten van n.

Het stellen van a=n-{- ij beteekent, dat de rest van een
term Tn beschouwd wordt, in de buurt van de kleinste
term, want ?/ is een eindig getal.

Daar het orh eene benadering te doen is, mogen we die
stukken verwaarloozen, welke ten opzichte van do andere,
sneller afnemen dan eenige negatieve macht van n.

We verwaarloozen daarom:

ar r (^„-.•■•„,....(19)

Jo l- r Ji /, 1 -

en behouden:

R„ = uJ ...(20)

£=ü ( Jl-/> 1 - Jl-f-B 1 —!

-ocr page 35-

19

waarin h en k eindig en positief, maar overigens wille-
keurig zijn.
Beschouwen we eerst:

Jl-h 1 -

re-\'\' wordt mäximum voor j\'=1. Stel:
re-" = c-i-\'"\'
en
1 — r = t

dan is:

(l — t}e\' = e-\'\'............(21)

Voor kleine waarden van x is f te ontwikkelen in een
reeks van den vorm:

t=aiX-\\-ao .T-\' «3 -f ... o^, ... (22)

waarvan we nu de coöfflcienten a willen bepalen.
Uit (21) vinden we:

t-hlor/d-

of:

f t- _
^ - — - y -------

Verwaarloozen we hoogoro machten van t, dan krygen
we als eerste benadering:

/ = X 1^2

zoodat: a\\ = 1^2

is. Om de andere coëfficienton te bepalen, merken we op dat
uit (21) onmiddollyk volgt:

= - O..........(23)

Door (23) 11 malen» te differentieoren en diuirna .r = Oen
< = 0 te stellen, krygen wo de recurronto betrekking:

n (tx fN, 4-(//-l)frja„-i (» - 2)f/:)  = - 2(/„_i(»^2)

-ocr page 36-

— 20 —

Gaan we nu uit van ai = dan worden de andere
coëfficiënten gevonden.

Hetzelfde resultaat is nog wat gemakkelijker te bereiken
door in (23) de veronderstelde reeks (22) te substitueeren
en dan de waarden van a^ enz. door toepassing van \'t theo-
rema der onbepaalde coëfficiënten te berekenen. Er komt
dan :

(ai a; a^ .r2 «3 . ..) (a^ 2 ao rc 3 a^ (c^ ----) =

= 2x{\\. aix aosc:- a^a^ . . . )

of:

«12 a; «1 «2 a- 0.3 ai a^ ar* «i «5 .\'r® .....

2 ai aox^ a^^a^x^-^ 2a2a4rr5 .....

3aia3.\'r\'\'^ 3a2a3.\'ri-i-3a32.\'c5-|-.....

4aia4ar* 4a2rt4.\'ï® .....

.....=

= 2 rr - 2 ai - 2 «2 .\'c\'^ - 2 as .r* - 2 ai —.....

waaruit onmiddellijk gevonden wordt:

2 1 2 1
ai=1/2; (12 = - 5 jg ; -[^5 5 K 2; enz.

zoodat:

\' - k ■ fis • •

Hieruit volgt:

Verder vinden we hieruit:
_ _ i
-i/ó r - 1 r2-4- -- 1/2 -- (

Schrijven we:

2!" \' 3!

-ocr page 37-

21

en substitueeren we hierin de gevonden reeks voor dan
krijgen we, na rangschikking:

Substitueerende krijgen we ten slotte:

Ji-h 1 - \'\'

xjl- ...... . . (25)

3 9 ■ \'.....) x

(De bepaling van f\' en wordt hierachter besproken).

of:

c-\'/" dr = rV\'"\' I 1 -c ^l\'j/la — . (2(5)

Jl-ft 1 — J\' Jf\' I

waarin de coëfficiënten A alle polynomia in zyn, b.v.b.:

enz.

De waarde p van do bovenste grens in (26) hangt af
van de positieve grootheid
h. Nu wordt h zóó gekozen,
dat do reeks:

1 .....

convergent blijft in \'t geheele integratie interval, zoodat h
dus een eindige grootheid is, onafhankelyk van n. Ook is
h onafhankelyk van v, want de straal van de convergentie-
cirkel van de reeks;

-ocr page 38-

- 22 -

.....

is onafhankelijk van jj. i)

Dus h is een numerieke constante. —
Om de integraal:

l fc ii,n- y)n

ii 1-i\'

c-\'" dl

\'1

op analoge wijze te behandelen, kiezen we:

re-" =

en: ~ 1 =t

zoodat =

is. Nu ontwikkelen we t als:

^ = ai re — ao x- «a — a4 • • • •

waarin «i , oo , enz. dezelfde waarden hebben als zooeven.
Er komt dan:

ji 1-j\'

= _ e-n-v j 1 _ _ As .-6-\' • •• j -(27)

waar de coëfficiënten A dezelfde beteekenis hebben als
in (26).

Dit zullen we\' nu eerst aantoonen.
Uit:

r — I — i = X — rto X- (h (li • • • (-fi)

volgt:

dr = dt= \\ (ii — 2 (lo X 3 a,] x-^ — 4 rv\' .. . . | dx
en uit:

\') Immers do grootste waarde van \'/ is 1. 1« de convorgontiestraal
nu zóó gekozen, dat de reeks eindig is voor >/ = 1, dan is die straal
vanzelf convergentiestraal voor gebroken waarden van v.

-ocr page 39-

= ...........(29)

- 23 -

volgt:

- t^log{l t)=- x^

of:

T Y ----

Hoogero machten van t verwaarloozende, krijgen we:

of: t — x\\/~2.

zoodat: «i = 1/2

Door (29) te differentieeren komt er;

Substitueeren we (28) hierin, dan komt er:

(«1 X — a.» a.i - .. .) («i - 2 «o x 3 rt.-j .x-\'\' - .. .) =
= 2 x{\\. -{■ ayx — a-i X- as .tr\' — ...)

Door geiykstolling van coöfilcienten en door gebruik to
maken van ai=i/\'2, komt er dan:

2 1 — 2
ai =1/^2; a, = - ; a. = -^; =

en dit zyn dezelfde waarden als by de vorige berekening.
Dus is:

»

Hieruit volgt weer:

-ocr page 40-

24

dx

en verder:
dr _

Voeren we de deeling uit, dan komt er:

Verder is:

e-\'i" = e-w \\) — Q-n g-v\' =

en:

zoodat de integraal wordt:

- IJ. -^r c- ^ I 1 - ^ ...j j 1 I - i -f... jl^

Voeren we de vermenigvuldiging uit, substitueeren we
de reeks voor
t en rangschikken we naar a;, dan komt er:

ri k _

1

ji_fi 1 - r ~~

dx

waaruit de overeenkomst van de coGfficienten A in beide
gevallen blijkt.

-ocr page 41-

— 25 —

Uit:
volgt:

— r logv — — 1 —.\'C2
Voor de grens r=l é komt in de plaats do grens

T-4 Ï —

Verwaarloozen we hoogere machten van t dan volgt dus
hieruit:

of =

als onderste grens.

We kiezen nu k zoo, dat de bovenste grens in \'t tweede
lid van (27) ook weer j) wordt. Voegen we (26) en (27)
stimen, dan vallen de stukken weg, die oo worden voor f
(of f\') = 0.
Nemen we dus f = 0, dan krygen we:

i-h 1—Ji S 1—r

= 2e-»-\'/ f\'c-"^\' I Al Aa M .r« ... | ... (80)

j O

f O-"-\'\'x" (lx (X>0)
Jj,

voor n = 00 sneller tot nul naderen, dan eenige negatieve
macht van n; een benaderde waarde voor (30) zul dus
gevonden worden als:

2 6\'-»-\'/ j c-"\'\' Ji </x = Al c-\'-" ~

Nu zal:

-ocr page 42-

— 26 —

of voor V » in de plaats stellend a en Ai vervangend
door de gevonden waarde, vinden we:

2jt

\'V

De verwaarloosde stukken:

r» (re-»\' " „„ ,

I -\'—e-\'^\'(Ir en / V--e-\'^ dr

Jo 1 —\'\' h k 1 —\'\'

hebben geen invloed op de ontwikkeling van Bn volgens
afdalende machten van n. In de eerste integraal toch is
de grootste waarde van

re-*\' — d

waarin ö een positieve echte breuk is, zoodat we vindon:

rl-li r^./j-vV» fjn r 1

Jo 1 — \'\' « Jh

Ö» f
h Jh

c\'i" da
\'h

waar de breuk sneller afneemt dan eenige negatieve
macht van ?i.
In de tweede integraal stellen wo

i\' = I w

e-a

en zien dan, dafde absolute waarde er van kleiner is dan:

J Ic

k

Kiezen we een grootheid > -[- 1 die aan:
voldoet, dan is:

k

1 /cz=:c\'\'-

1 < c voor u > k

en dus is:

-ocr page 43-

— 27 —

-7 f\'(1 e-"» fi-\'/" < Ce-\'"\' O" T)-\'" (^m

/t\' Jk ti J li

Nu zien we, dat:

sneller afneemt, dan eenige negatieve macht van de
tweede integraal mag dus ook verwaarloosd worden.

Formule (30) levert dus de gevraagde ontwikkeling in
den vorm:

of wel:

,/l , 5 ,, 2r3 .. I , 1 , 25 \\ 1 , (

Uit den vorm van (31) maakt men op, dat de waarde
van die

Rn = 0

iniuikt, ontwikkeld kan worden als:

waarvan de coüfllcienten [i bepaald worden, door substi-
tutie van deze reeks in de gelyk nul gestelde vorm tus-
schen accolades van (31), door middel van onbepaalde coöf-
licienten.
Zoodoende vinden we:

1 . 8 . . 184

Djuir we gesteld hebben, vinden we;

" = " 8 -4ÏÏ5 " 2551Ö ■ • • •

-ocr page 44-

28

1 8 1 , 16 1
= 3- -4Ö5- ä 2-55r5- \' "

9. Wanneer we dus de benaderde waarde van de wor-
tel van

Bn^O

N noemen, dan wordt \'t resultaat:

= ..... i

\' \' !... m

AT- - 1 I 1-4-

^ 3 ■ 405 \' a 25515 ■ a^ "

met een orde van nauwkeurigheid, die gegeven wordt door;

Kf

e\'

10. Door een getallen voorbeeld springt \'t voordeel van
\'t gebruik van de ontwikkeling van
Stieltjes boven dat
van andere reeksen direct in \'t oog.
Willen we\' b.v.b. de waarde van bepalen, dan is:

e\'*=10io

dus: • « = 23,025851

en: 22,692

We moeten dus 22 termen van (34) nemen cn de 23«\'«
0,692 maal. Op deze wijze wordt dan gevonden: _

li (]010) = 455055614, 2227 0,692 X 0,5246 =
= 455055614, 585

Als nauwkeurige waarde is berekend:

^i(lOiO) —455055614, 5866

door middel van de reeks:

of ook door omkeering:

-ocr page 45-

29

a , rt- , a^

li {e±-) = % ± ^ ± ^ ± enz. i)... (85)
maar dan moeten veel meer termen gebruikt worden.

10. Om te zien welke term van (35) van directen in-
vloed op de tweede decimaal is stellen we:

a"

0,01 en nemen m. ! == r (»-f-2)

n. n!

Nemen we logarithmen en maken we gebruik van de
reeks voor
logr{n-\\-2\\ dan krijgen we:

of:

n log a — log (n 2) -f 0,4343 {n 2) -

- log {27t) =-2

Daar verwacht kan worden, dat n vrij groot is, is:
, 2(n-f 2)~

zoodat:

1,3022 (« 2) — 2.7244 — (n %) log {n -}- 2)

0,4843 (n 2) — log {2n) = _ 2

of:

1.7965 (n 2) — {n ^h) hg {» -\\-2) = 0,8225
By beide leden —l<>9 {n2) optellende, komt er:
1,7965 (;/ 2) —
{u 2) log (n 2) = 0,8225 —1/2 log (n -f- 2)

\') waarin C = 0,5772150040015.128006065 ... = constanto van Euleii
volgons Soi.dnek. Tiiéorio ct tables (rune nonvollo fonction transcen-
dente. München
180<).

-ocr page 46-

30

waaruit:

De teller van de breuk in \'t tweede lid is veel kleiner
dan de noemer, dus is bij benadering:

2) = 1,7965

of w 2 = 62,46

Nauwkeuriger: log (n 2) = 1,7955

waaruit: n 2 = 62,44

zoodat er ruim 60 termen gebruikt dienen te worden.

Op dezelfde wijze vinden we, dat n — 62 genomen moet
worden om directen invloed op de derde decimaal te hebben.

11. De integraallogarithme levert voor een argument
kleiner dan de eenheid een reeks van de eerste soort.

li (a) moet voor dit geval dan geschreven worden in den
vorm
li Nu is:

rp-v. /•» p-av

— (hl — — e-« ^^dr .... (36)

Door hierin te stellen:
1

=Z 1 _ -I- r^ — -f......± r"

1 r

Of: TT7 = \'—

komt er :

li(e-a) — — e-af (3-«\'- 11 —r r\'-i-.. . .jdr... (37)
J O

nu is:

r" 1 r "I ® y

I e-\'«" =---j- — =

Jo a. . Jr, a Jo

= — f r\'-^ (•-\'"■ dr \'
a Jo

-ocr page 47-

31

Deze bewerking voortzettend, zien we:
i

zoodat dan:

......

Uit (37) volgt dan:
Door weder

a = 9i -h fj

te stellen, kunnen we I?„ weer in een reeks ontwikkelen
volgens afdalende machten van evenals dat gedaan is
bij

Er komt dan:

(ïïï - è rè è" ä) ik • V •

Nemen wo nu:

(In

dan zien wo, dal do waarde voor die hieraan voldoet,
to ontwikkolen is als:

waaruit dan weer volgt:

of door omkooring:

,1 = «,-f u„ -f- . . . .

-ocr page 48-

32

Bij uitvoering wordt gevonden:

enz.

(41)

(42)

of:

n — a — TT— . • . • enz.
6a

12. Door partieele integratie vinden we direct:

r -11 -14-(_ IV. L

i / . r

dus:

^^^^ V 1« a2 ^ aß a-» ^ ^ ^ ^ a" i I

Hieruit vinden we:

[-„. (± _ ..(_,)., <„! „n £

(lu

<m!

Of:
zoodat:

e« 71 L u" _

waaruit afgeleid wordt:
IwuHod [a" j ä (C-«) - ^ .. (- 1)« ^^ ) j ^

Hieruit volgt (zie Hoofdst. Hl) dat de gevonden reeks
werkelijk de asymptotische ontwikkeling van is.

13. Als voorbeeld van berekening van //(c-") nemen we:
0,00000454 = //(«-10).

1-1 T 00

-ocr page 49-

- 33 -

Uit:

N = a - . . .

ba

volgt, dat we 10 — ^ d. w. z. (daar \'t ons om benade-

59

ring te doen is) 9 termen moeten nemen en ^ van de tiende.

li C^\'-io^ — — ^^^___ï__h —____! —

\' (10 lO\'-^^lO^\' .......j-

= - 0,00000454 X 0,09154563 =

= - 0,000000415617 .........

Voor negen termen wordt gevonden :

- 0,000000415782 ____

Volgens opgave van Houëll is:

0,000000416

14. Nemen we =(lO-^o)

dan is hier:

a = 23,02585 .... en dus
iV = 23,01861 ----

zoodat we moeten nemen 23 tonnen on 0,01861 maal do

248to.

Er wordt gevonden:

li (10-10) = - 0,000 000 000 041 68 ......

waarby verwaarloosd is.
De 24«»o term toch is:

0,000 000 000 000 975 13 .....

Om zekere benadering to krijgen, boliooven wo do be-
rekening niet zoo ver voort te zetten.
Do uitdrukking:

N = a- ^

1

geeft allóen aan, hoever do rooks voortgezet moot worden

3

-ocr page 50-

- 34 -

om de hoogst mogelijk bereikbare nauwkeurigheid, volgens
deze methode, te verkrijgen.

14. Ten slotte zullen we nog drie berekeningen uit-
voeren, waar
a kleine waarden heeft.

a. Voor li (0,5) = li (e-«)
is a = 0,69312

= ^ = 0,45271 .....

6a

Daardoor vinden we:

O 45971

Door gebruik te maken van drie termen van de reeks
van
Bretschneider

a; ~ x\\ l.x l {l.x-\\-\\)\\{l.x)\'^ ilx-^2\\
__^_212!___I

vinden we: (0,5) 0,324.

De werkelijke waarde is

li (0,5) = - 0,37867 ......

Eén term van de reeks van Stieltjes geeft dus grooter
nauwkeurigheid dan drie van die van
Bretschneider.

h. Ter bepaling van li substitueeren we a= 1 en

krijgen dan:

< 1 2\' 81 4\' I

- I ^ i ^ 1 1^1.....I ^

\') Theoriae logarithrai integralis lineamento nova. Crollo. Bd. XVII.
ï) Dezo zolfdo reeks, ontstaat door in do reeks van Bretscukeideii
(Crelle. Bd. XVII):

" a; xlx ( Lx (la)^ ^ )

to substitueeren x = e.

-ocr page 51-

- 35 -

Nu is (lus:

zoodat een benadering is:
Werkelijk is:

/i = - 0,21938 ......

c. Nemen we nog

= !1 1 21 3! •• "! ■• I,

zoodat:

dan vinden we:

1,7740. . . .

De werkelijke waarde is:

1,8951.....

De hiatste drie voorbeelden bevatten kleine waarden
voor «, hoewel de reeks bedoeld is voor groote waarden.
Toch vinden we uitkomsten die betrekkelyk weinig van
de ware waarden verschillen; waiiruit, in verband met
de geringe moeite om do gevonden uitkomsten te ver-
krijgen, wèl do bruikbjuirheid van de aangewende reeksen
blükt. (Zie Noot IV.)

-ocr page 52-

HOOFDSTUK III.

DEFINITIE YAN POINCARÉ. BEWERKINGEN.
TOEPASSINGEN.

I. Definitie van Poincaré.

1. Poincaré geeft de definitie in den volgenden vorm i):
Een functie F(a) heeft tot asymptotische ontwikkeling
een divergente reeks van de gedaante:

m\\ , m-2. I •

„2 4:

. Q I I Wn 2 I

wanneer de uitdrukking:

\'a» \\F{a) - Sn\\

voor iedere positieve geheele waarde van w tot nul nadert,
als
a (steeds reöel positief) onbepaahl toeneemt.
Dus moet dan:

of

Urn rt» I F{a) - Sn | = Hm f = O

a = 00 n = 3ï

Sn Stelt dus de som der eerste n -f-1 termen van do
reeks voor.

We schrijven dan:

_ F{a) co Sn

\') Acta mathoinatica 8.

-ocr page 53-

- 37 -

2. Wanneer een functie eene asymptotische ontwikkeling
heeft, dan is deze ook de eenige; want stellen we eens,
dat de functie twee zulke verschillende ontwikkelingen
toelaat, dan is dus:

(L Cc" 0/

en ook:

dan moet:

{nio - Po) Oni - P\\)\\a-----V {mn - pn f» - f\'n) = O

(.1/ Cl

of mo=po

mi=2h
enz. .

- i^n f« - \'\'n=0

waaruit volgt, dat beide ontwikkelingen volkomen gelijk
zyn.

3. Hot omgekeerde is echter niet waar, d.w.z. een ge-
geven asymptotische reeks kan verschillende functies asymp-
totisch voorstellen.
Beschouwen we de funtie c-", dan zien we:

Urn (■-<» = 0 = /»O

n = 00

Hm a (C-" — mo) = O = m\\

a et>

H)n II\' ( C-" — lila ——)=() =
enz.

t

waaruit blykt, dat de asymptotische ontwikkeling van c-"
identiek nul is.

-ocr page 54-

- 38 -

Is dus gegeven de asymptotische ontwikkeling:

en tellen we daarbij of

^.e-« =0 0 0 enz.

dan zien we, dat ook:

= ----

G/ tlji

is. Er bestaan dus functies M{a) zoodanig dat:
li7n a" M (a) = O

a = 00

voor elke (positieve geheele) waarde van w. De asymptoti-
sche ontwikkeling van
F(a) is dan tevens die van

F{a) Ä. M(a).

Willen we dus hebben, dat een gegeven reeks de asymp-
totische voorstelling is van een bepaalde functie, dan die-
nen we nog voorwaarden te stellen b.v.b. dat de bedoelde
functie de integraal moet zijn van een gegeven differen-
taal vergelijking.

II. Bewerkingen op asymptotische ontwikkelingen.

4. Wanneer eenige functies asymptotisch voorgesteld
kunnen worden, dan blyft, bij \'t toepassen van bewerkin-
gen op die functies, de asymptotische voorstelling bestaan,
d. w. z. de asymptotische voorstelling van som, verschil,
product en quotient van twee of meer functies wordt ge-
vonden uit som, verschil, product en quotient van de
asymptotische voorstellingen dier functies.

Dit is analoog met \'t geen bij convergeerende reeksen
geschiedt.

-ocr page 55-

- 39 -

5. Optelling en aftrekking.
In:

0/ th" (t

en

zyn f» en tn

kleine grootheden, die by \'t aangroeien van
a meer en meer tot nul naderen; dus zal in:

F {a) Fi (a) = {nio m\'„) \'

a

Vlo 7h\'O I m„ m[ n I ^ »I

a" \' rt"

(fn f\'n) aan dezelfde eigenschap voldoen, zoodat de som
der asymptotische voorstellingen van de gegeven functies
de asymptotische voorstelling van de som dier functies is.

Men zegt dan kortweg, dat \'t geoorloofd is asymptoti-
sche ontwikkelingen op to tellen en af te trekken.

6. Vermenigvuldiging.

Nemen we weer dezelfde functies met hunne asympto-
tische ontwikkelingen als zooeven, dan zien we by ver-
menigvuldiging:

F [a) X Fl («) = »lo m\'o -]-----

tv

, Vin ni-> -f- nii m\'x -f- )n<i m\'o , ,
-- ............

, mo m\'n /»I  • •  o i ^\'n tn\'O , .

" rt" a"

1 m {m\'n ^\'n)

"\'•J m n—l n \'nj I I

•i "f" -1-

I {^n ^n) {»l\'n ^\'H)

-ocr page 56-

- 40 -

of:

r. / n v/ / x - i »«o wi\'i mi m\'o i ,

F (a) X Fl (a) = nio m\'o -^^--h.........

(l

I nip m\'n mi m\'n-i • • • m\'o m,, y

«« ft» \'

waar 57, bij onbepaalde aangroeiing van onbepaald afneemt,
want 1; is van dezelfde orde als en t\'n-

Wanneer dus twee of meer functies voorgesteld kunnen
worden door asymptotische reeksen, dan kan hun product
voorgesteld worden door \'t product van hunne asymptoti-
sche voorstellingen.

7. Hieruit volgt onmiddellijk, dat een macht met geheele
exponent van een asymptotisch ontwikkelbare functie voor-
gesteld kan worden door de gelijknamige macht van de
asymptotische ontwikkeling van die functie.

Als tweede gevolg verkrijgen we hieruit, dat een poly-
nomium, waarvan de termen machten zijn van een functie,
die asymptotisch oniwikkelbaar is, asymptotisch te ont-
wikkelen is, als we voor de termen van \'t polynomium
hunne asymptotische ontwikkelingen in de plaats zetten.

/-{F) = Ao-\\-Al F A2 F-^ H----\\-Aj, Fi\'

is dus asymptotisch te ontwikkelen, als men weet:

8. Deeling.
Wanneer we nemen:

Ka) - mo

\') \'t Product eindigt bü don term mot ; deze toch geeft don
graad van nauwkeurigheid van do ontwikkeling aan.

-ocr page 57-

- 41 -

dan is:

1

( mo a lUo a- lUo a"

Stellen we hierin:

m 1 >»2 I , ?«n f»

- •• ••

dan is\'

Deze reeks zal convergeeren als

I \'K«) I<1;

als a iuingroeit tot oo, nadert q> tot nul.

is dus als een polynomium te beschouwen.
Wanneer dus
nio -A O krygt men hier als (luotient do

asymptotische ontwikkeling van ^^

F(a)

Do deeling van twee asymptotische ontwikkelingen is
zoodoende teruggebracht tot vermenigvuldiging, onder voor-
waarde echter, dat de term mo van den deeler niet O is.
Hebben we de asymptotische ontwikkelingen:

P/ \\ I \'"1 1 I _ c\'

(l d"

en Fl {(i) .-O — ••■ =

(Z d"

dan is ile asymptotische ontwikkeling van \'t quotiënt dezer
functies:

t

(«) JL^V A /». _ J-

-rrs - A - - ----

F{a) Vlo Ulo\' mo\'*

-ocr page 58-

- 42 -

9. Door directe deeling, van de asymptotische ontwikke-
lingen van twee functies op elkaar, vinden we:

Fl (a) _ m\'o . yn\'i vip — m\'„ J_ ,
F{a) \' ~ä

I m\'2 nio- — 711\'1 Mo mi — m\'o mg m^ m\'o rni- 1 ,

, m\'z nio ^ — m\'2 mo ^ mi — m\'i mg - 711-2 m\'i momi- — m\'o mo-7ns^2m\'o motnim^i—m\'p mi^ J^
 r-T—

m

enz.
De (n term is:

m\'nmo*\' — ...... Wq** t\'n — m\'o fn J_

\' a"

stel nu: --^rj-= V

waar ?/ dus een grootheid voorstelt, die evenals

fft en f\'n

bij aangroeiende waarde van a, oneindig klein wordt.
Er komt dan:

{(i) _ ^ I I I I An V

d. i. dus de asymptotische ontwikkeling van \'t quotiënt
van de gegeven functies. Ook hier zien we dat tUo niet
nul mag zyn.

10. Worteltrekking.

Ook zal een zekere machtswortel van een functie, die
asymptotisch ontwikkeld kan worden, asymptotisch voor-
gesteld worden door de wortel van de ontwikkelitig van
de functie.
Is gegeven:

n/ v_ i mi . , i

dan zal:

-ocr page 59-

- 43 -

14- ^  _J_____|_

nio a mo rt- w?o .

moeten zijn. Het tweede lid toch mag, volgens \'t binomium
ontwikkeld worden, want door
a groot genoeg te nemen,
kan men de waarde van de reeks, die op 1 .volgt zoo klein
maken als men wil, dus:

1 - A^ji .....

L imiott \\pmo p\\p /2!wo-l«-

waaruit blijkt:

Um. j [F (a)f^ - mo^^\'\' | = Hm f = O

enz.

m. a. w. is asymptotisch te ontwikkelen en wel

volgens de wortel uit de ontwikkeling van F{a).

11. Uit het voorgaande volgt nu, dat een algebraïsche
functie van eenige functies, die elk voor zich asymptotisch
ontwikkeld kunnen worden, ook voor zulk eene ontwik-
keling vatbaar is.

Wanneer dus f een algebraïsche functie voorstelt en
verder:

a \' a- a"

enz.

asymptotisch ontwikkelde functies zyn, dan is ook \'t tweede
lid van:

[F(a)]\'/i\' nio\'lP

-ocr page 60-

— 44 —

7,1 7-- ZT- r- ^ _ A I L _1_ \\ AnVn

fii . . .)=Ao — ... —--

een asymptotische reeks.

12. Integratie.

Nemen we een functie F{x) die asymptotisch ontwik-
kelbaar is b.v.b.:

yw ,, _ I m , m-2 , nin fn

dan is:

f"\' ( T^/ X nii I , /""> ( 1112 I m-i , 1 "\'«i , I

.lo •\'

(lx

(Wij brengen hier de termen m^ en in het eerste

QCi

lid om integralen te vermijden, die geen zin hebben).

Nu laten we «i onbepaald aangroeien en onderzoeken
dan, wat er van het tweede lid wordt.

I 1 m , I nii , , 1 tUn . f\'n / ,x
^ .....^^

mo
i

We zien:

" dx

mod. f ■^dx</inf

J (I X Ju

waar /i„ de grootste waarde voorstelt, die kan krijgen
als X \'t interval a tot oo doorloopt. Dus is:

_ mod. f\'n ^ ."» 1

mod

-Ja X" a«-!

zoodat f\'n = O , waar //«od. ö < 1 is.
n — 1

*

-ocr page 61-

— 45 —

Hieruit volgt, dat tot nul nadert. Bijgevolg is \'t tweede
lid van («) werkelijk de asymptotische ontwikkeling van
\'teerste lid.
Schrijf de integraal in den vorm:

waar «o een bepaald getal is, dan zien we, dat de eerste
van deze twee integralen een constante is.
Noemen we deze G\\ dan is:

n,F(x) - mo - — I (h\'.= Cl - r F{x)dx
J a \\ ) J Oo

7)1,, {a a,,) -f 7ni log
F (x) (lx = m„ a log aG —

a

((o

waaruit volgt:

f.

J_ _ 1 C

Door a een bepaalde waarde te geven kan G bepaald
worden.

13. Hebben we de asymptotische gelykheid:

,, (;r, I) ro /; ? /\\ /:, ... i" f„

waar f„ , /j enz. functies zijn van x alleen of van x en ?
beide en veronderstellen we, dat de uitdrukking:

waar </„ de som van do eerste (n 1) termen van de reeks
voorstelt, uniform tot nul nadert (wht ook
x zü) als 5 tot
O nadert, dan is er dus oen getal <• to vinden, onafhanke-
lyk van
x en alleen afhankelük van I, dat tegelykertyd
O wordt met f, zoodanig, dat:

m>(l{i, - ^

-ocr page 62-

- 46 -

Integreeren we nu:

mod - f f dx

Jxo Jx„

Daar f onafhankelijk is van x, wordt dit:

fXi

mod I (q[ — rpn) dx < I» f {Xi — Xo )

JXo

mod. f (<f\' q\'n) dx < 7;
waar Urn. = O is.

5 = 0

Hieruit volgt de asymptotische gelijkheid:

ƒ {X, I) dx \'JO ƒ /; cte I ƒ A H-----h ƒ A« fte

die we wilden bewijzen.

14. Differentiatie mag op asymptotische ontwikkelingen,
in \'t algemeen, niet toegepast worden. Uit de integratie
n.1. volgt dat, wanneer een functie
F{a) een asymptotische
ontwikkeling heeft, de afgeleide
F\'{a) tot asymptotische ont-
wikkeling zal moeten hebben de afgeleide van de asympto-
tische ontwikkeling van
F{a).

Dit gaat dus slechts door voor \'t geval, dat F\'{n) voor
asymptotische ontwikkeling vatbaar is.

Nemen we b.v.b. een functie F{a) zoodanig, dat voor
alle waarden van n

lim\\a\'\'F{a)\\=0

a = co ■ •

is, dan is zijn asymptotische ontwikkeling identiek nul. De
afgeleide van de functie behoeft echter deze eigenschap niet
te vertoonen, terwyl de afgeleide van de asymptotische
ontwikkeling wèl nul moet zijn.
F\'(a) is dus niet asymp-
totisch voor te stellen.

-ocr page 63-

- 47 -

Beschouwen we b.v.b.:

F (ft) = e-« sin (<?«\')

Hier is:

Urn (e«\')i =0

n = ao

voor alle waarden van n.
De afgeleide van de functie is:

C-«. e«\'. 2ft. cos (e«\') - c"« . (e"\')

waarvan de eerste term voor Urn a = oo niet tot nul na-
dert; dus kan die afgeleide niet asymptotisch worden voor-
gesteld.

15. Geval waar differentiatie geoorloofd is.
Als een functie en zyn afgeleide beide door asymptoti-
sche reeksen voorgesteld kunnen worden, krijgen we de
reeks van de afgeleide functie door de reeks van de functie
term voor term te differentieeren.
Hebben we n.1. de asymptotische voorstellingen:

71/ X I 1 ffh I I /IN

= — ............(1)

en

.........(2)

dan is bij definitie :

lim Fiu) = mo . . . . ,................. • . (3)

arma

Hm a \\F{a) — I ..................(4)

rt = ao

Hm a-\' j F{a) - mo - | = m..............(ó)

(i «3 00 i (t \\

Hma^\\F{a)-mo-^-^[ = »>,.........(0)

■—^ i (/(tl

0 = 00 ^

enz

-ocr page 64-

- 48 -

mx m2

mn-i I

m„... (7)

(8;
(9)

lim a" F (a) - mo —

a

a = oo i

en evenzoo:
limF\'ia) =Po

limcfi \\F\'{a) -jJol =2h
(» = 00

lij7i a-
(1 = 00

lim aP

(10)
(11)
(12)

a2 I

a
a

a = oo

Pn-\\I_

lim a» F\' (a) - jh -

Wanneer de limiet van een functie van zekere variabele
tot een eindige bepaalde waarde, of tot nul nadert, wan-
neer de variabele tot oneindig nadert, dan zal de limiet
van de afgeleide van die functie niet van nul kunnen
verschillen.

Zy toch :

Urn F (a) = mo

dan is ook:

Hm F {a i) = m„

wat ook i- zij. Dus:

of als men t oneindig klein laat worden:
lim F\' (a) = 0

Dit, in verband gebracht inet (8), levert ons:

Po = (^..........

(13)

-ocr page 65-

- 49 -

waardoor (9) overgaat in:

lim a F\' {a) ....\'......(14)\'

* a=ioo

Door (4) te differentieeren krijgen we:

Urn \\aF\'{a)\'\\-{F{a) - Wo)| =0.....(15)

O =00

Uit (3) en (14) volgt echter, dat \'teerste lid van (15)
Pi is. Dus:

= O.............(1(5)

Daardoor gaat (10) over in :

Urn a\'^\\F\'{a)\\= Pi.........(17)

(19)

(20)

Door (5) te differentieeren krijgen we:
Urn ïa^ I F\' ia) ^ j -f j F (a) - mo - = O
of:

Hm [cfi F\' ia) m, H- 2 1« (F («) - vio) - Wi j] = O . . (18)
« = 06

Volgens (-1) en (17) is \'teerste lid van (18) dus
moet:

P2 wil = O

zyn of

p.y = - )lli..........

en daardoor gaat (11) over in :

Wil I

a-

lim.n\'^\\P{a)

Door (6) te differentieeren krygen we:

Hm ïa^ j F\'ia) ^ | 3«^ | F ia) - m^
«=soo LI a" a ] (

of:

7»! ?>?.2 j"
a I

= 0

a^ F ia) a 2/n,. 3 j a\'-\' (^F ia) - Wo " ) "

Hm

\'ft=oo

0... (21)

?»2
•1

-ocr page 66-

- 50 -

Volgens (5) en (20) is \'t eerste lid van (21) pz 2^2,
zoodat dan

P\'i = O

of: Pi — - 2»t2............(22)

Gaan we op deze wijze door, dan vinden we in \'t alge-
meen :

Pr=-{r - \\)mr-i.........(23)

Substitueeren we dit in (2) dan krijgt deze den vorm :

\' a- a^ a-i

die ook verkregen wordt door de termen van de asymp-
totische reeks van (1) stuk voor stuk te dififerentieeren.

16. Tweede geval waar differentiatie geoorloofd is.
Zij

ij (x, I)

de oplossing van een differentiaalvergelijking:

met parameter I en zij:

.....

een divergente röeks, die formeel aan de vergelyking vol-
doet, terwijl die reeks zoodanig is dat de asymptotische
gelijkheid

bestaat d. i. dat:

voor 1 = 0
De functies
f zijn functies van x en
Zij nu
S\' de reeks, die men verkrijgt door S term voor

4

-ocr page 67-

- 51 -

term te difterentieeren, dan zal S\' formeel aan die diffe-
rentiaalvergelijking voldoen, die men verkrijgt door de
oorspronkelijke differentiaalvergelijking naar
x te differen-
tieeren.

Om ,dit te bewijzen behoeft men slechts op te merken,
dat:

,„!_(» -jCO

1 r" 1

\'a

e

dx^ \\dx\'^ dy\' dx)

deelbaar is door wanneer men weet dat
deelbaar is door

III. Toepassingen.

17. We gaan nu van eenige functies do asyniptotisclie
ontwikkelingen zoeken,
zy gevraagd

(I

te ontwikkelen, waar a positief reöol en do integratie weg
ook reëel gestold wordt.

F («) = fV-\'\' dt =- d t"«\'-\'\' =

Ja J tt it

® f" 1

1 ..3.5... (2»-1)

T 2» Ja~

-ocr page 68-

- 52 -

De som van de eerste (w 1) termen noemen we
hier gebruiken we
{n 1) termen, waarvan de eerste O is.
Dus:

dt

moa. i F(a) - S„ l<

^ . 5 .. (2;?-3) a^

2» a2»-i

1.3.5... (2n-3) 1

<

2"

Zoodat dus:

Hm a" I (û) - Sn i < lim 1 \' ^ • 5^.. (2»-3) _ 1 ^ ^^ ^ ^

a — oo n = -xi ^ " a = oo

18. Zij gegeven:

00

«=i a îi

waar c een positieve constante < 1 is.

De verhouding van de term tot de (n — 1)®^ term is
kleiner dan 1 als n groot is (behalve wanneer a een nega-
tief geheel getal is) zoodat de reeks convergeert voor alle
waarden van
a, behalve negatieve geheele waiirden.

We nemen voor a positieve waarden grooter dan n]
nu is:

1 1 1

a

Doen we dit voor alle wtiarden van n en bouwen we

daarna de oorspronkelijke reeks hieruit op, dan wordt deze:

.......(«)

-ocr page 69-

- 53 -

CD 00

Al = c"; = - » • c" r enz

waar:

?j=l n=l

_ Al Ao

Reeks («) divergeert. We kunnen echter aantoonen dat
{«) een asymptotische ontwikkeling is van
F(a) zoodat
F(a) dan berekend kan worden voor groote waarden van a.
Zij:

^ ^ ai\' i

dan is:

c, ® f c" nc" , n\'-c .

„IiLl V aj )« «.■

{-\\)P nP c\'*

oP ï J

c" tic"

Dus is:

. T) irnr

\' a „=i a n

00

Nu is; —r— eindig, zoodat:

„cl a n

Hm aP I F (a) - Sj, | = Hm - = 0.

(T=00 <1 = 00 (I «"li (l }l

19. Gaan we uit van:

F(s)=J e-\'^x^-Ulx

dan krygen we door partiöele integratie:
ƒ (lx =  (rt - 1) C--

1

(a-l)(rt-2)...(a-fi) f/.r

-ocr page 70-

- 54 -

waaruit: .

n - T . ^ 1 ^ 1 , a - 1 , (a - l)(a - 2) ,
Jz Z Z^ Z^

De eerste term iHo van de ontwikkeling is O, dus:
2^-^\\F{z)-Sn-i\\=(a-l)(rt-2)..(a-n)^\'»-«-V je

Wanneer deze uitdrukking nul tot limiet heeft voor
z=zco ^ dan is de reeksontwikkeling asymptotisch; x be-
weegt zich tusschen ^ en oc, zoodat altijd:

Er volgt uit:

-X

mod 1F (z) — Sn-i (< (« - 1)... (a - n — 1)

<(a—l)...(a —« —1).—

z

Letten, we niet op het teeken, dan is dus:
Urn j F (z) - Sn-i I < Hm -l^ilH-lll - = 0.

.1=00 r=ao \\(l — U — i) ! S

20. In

\'-Uit

\' X

is X weder reüel positief en de integratieweg is de reöele
as in \'t <-vlak. -
Door partiëele integratie wordt gevonden:

/.» «r-t

-ocr page 71-

— 55 —

Noemen we de som van (w 1) termen weer Sn, dan is:

= l)» i (» !)! r

Jx

mod \\f{x) — Sn\\ =(n l)! dt.

Omdat t zich beweegt tusschen x en oo, is altijd:

e^-« < 1

Hl

zoodat dan:

J 3

Hieruit volgt, als we niet op \'t teeken letten:
UrnX" i f{x) — Sn\\< lim —■ = 0.

x«=ao a;=ao ^

g = ( I log 11 - log (1 — c-") \\ — c"\'
J O

21. By \'t zoeken van de asymptotische ontwikkeling van:
\\ log tl -

\' O

maken we gebruik van de eigenschap, dat een asymptoti-
sche reeks geïntegreerd mag worden.
DifTerenteeren we beide leden naar x, dan komt er:

= ^ Tl log u - log (1 - C-") |
dx X J O

1

c-^«! log u - log{\\ - c"«) l]""

X

Nu is:

Alt

logu - log{\\-(r^\'y

~ c-r»

J_

U

1 - (;-«

= 0

= lim

lim

M«0O l_

X

want:

1

-ocr page 72-

1

— 56 —
1
1 -
^ 2! ^

J_
u

J_
u

e"- 1

I I

verder is:

\'log u —log {I — e-")

=: lim.\'

U = O

\'2x

gxu

lim

tt = O L

want:
\'1- e-»\'
n(l - e-\'O
, X e""*

] ........

- = - 1 w........) =

2

en:

zoodat:

[e-^« j log u - log (1 - e"") t
Hieruit volgt:

clx 2x2 ^Jp e«-l/

Door invoering van de getallen van Bernoulli krijgen
we volgens Noot Hl:

- - J- - Ifê— rl - ^ . « ^ - ^ «r>

dx- 2x2 xio\' 12 2! 6!"^

_ Bn ^^ Bn i

du

(2n-}-2)! J

(2«)!

1 l

x L 2 X 2! x2"^ 4! \' 6! x«\'

2x2

Bn(2n-1)! Bn i(2n-i-L)l

(2n-f2)!x2" --J

, ^ _____

i ö.,

B

n l

«

-ocr page 73-

- 57 -

Of bij integratie:
_J_ _
Bi . _ Bz

n 1

B,

(2n)2rc!

1 » 7?

7/ c^ C — 27 - 1)P —-i^—

\\

waar

22. Asymptotische ontwikkeling van logr{z).^)
Evenals bij de methode
Cauciiy gaan we hier uit van
de formule van
Binet: we beschouwen de functie voor
positieve reëele waarden van
z.

logr{z)= (2-^) logz-z ^log{2n) q>{z)

Of:

f\'^l^g tg (-;•) dx

(>2,70: _ 1

Substitueer hierin de reeks van Leibniz :
, , X X 1 x^ . 1 x^ 1 .t;\' ,

(2n-l)22».-

dan komt er:

/^OO X

0 c2nx _ 1 S Jo 62"-« - 1 & Jo - 1

^00 ,\'(;2»»-l
22/1-1

_ ^ _

7 J„ - 1 2» - 1 - 1

\') Whittakeh. Modern Analy.siö.

X

~dx

dx

u-l

2(-l)

-ocr page 74-

- 58 -

Nu is:

fdx _ J_
Jo _ 1 — 4 W "

door dit te substitueeren krijgen we:

42 8 ■ 4. 2.23 5 ■ 4.8.25 7 4.4.2^\' "\' \'

Omdat t\'^ positief is, zien we:
r j dx r t^- dt \\ 1 dx I

want:

Urn

im  

Voor de laatste uitdrukking kunnen we schrijven :

r x^\'^ uïx

— f

{2n-\\-l)z^Jo

of:

Bn l

4(n l)(2n
Maken we hiervan gebruik, dan zien we dat:

/ii 2 .7^2 . 2

- g - rëTF^^" 5\' 4.8.2-\'\'\' \' •

4- /_ nu-i ^ _-I- /_ iv« -1- . «

waarin :

4(n l)(2n 1)2-\'

Voor groote waarden van z is dus altyd:
*

\\

-ocr page 75-

- 59 -

waar lim f = O

i =00

Schrijf de ontwikkeling in den vorm :

z

dan is:

als we niet op \'t teeken letten.

Overgaande tot de limiet zien we dan :

Um 1 sp (z) - S2„-i! < 2. lim « = O

C = 00 5=00

De asymptotische ontwikkeling van log r{z) is dus:
log r (z) co (^s - log z ~ z-ir^ log (27r)

>.. (- 1
2H(2?i. - l) ■ s\'-H-i

23. De asymptotische ontwikkeling van r{z) krijgen
we uit die van
logr{z).

1 Jk. _ Jii_

r{z)= s-\'-T (2/r)\'/^ c^- 2ü.4..-\'

waarin :

Door de getalwaarden van do getallen van Bernoulij to
substitueeren krygen we:

/\' (.) . c- I 1 2W - TOW -

_ , I

120(12 3)» \' !

als asymptotische ontwikkeling van do r functie.

WiuTTUAKKii. Modern Analysis.

-ocr page 76-

- 60 -

24. Willen we de asymptotische ontwikkeling bepalen
van:

r(a)

(waar I positief is.)
dan gaan we uit van de formule van
Cauchy:

Vervangen wo hierin a door a ? dan komt er:
Door middel van:

ƒ1 _px -I

c^ - 1 e^-l ^ \' 2 . ]o

vinden we dan:

f lo, r «, s,.. Î=f_ j ^ - («-■\'•-•) i

Uit deze formule en:

(I- I/o) log a=- e\') f
leiden we af:

log

log r{a-[-i)-aloga-\\-a-logy^2i-{^-\'^l2) loga =

Door hierin ^ = 0 te stellen komt er:
*

-ocr page 77-

- (51 -

log r (ff) — a loff a ff — log 1/2 log a =

(d. i. formule (9) van Hoofdstuk I waar x veranderd is in
—X, zoodat 00 verandert in —00, terwijl tevens de gren-
zen verwisseld zijn en daarna \'t teeken veranderd is.)

Door aftrekking vinden we nu:

De functie onder \'t integraalteeken is eindig voor I < 1
en wordt nul voor
a=cc; zoodat voor a — co dadelijk de

asymptotische waarde: log ^ ^^ l log a wordt ge-
vonden.

We bepalen de ontwikkeling alleen voor 1 >;>0. Voe-
ren we nu de polynomia van
Bernoulli in, waarvoor we
de definitie van
Whittaker i) nemen. Het polynomium van
de 71« orde wordt gedefinieerd als de coëfficiënt van

SL

n\\

in do ontwikkeling van:

1

/.

e\'-l

zoodat we hier dan krygen:

X

en dus is:

A-^-i A \\ d) ^«-2 _ li
y\'x u\\ " .rl"

\') Modorn Anulysis. p. 08

-ocr page 78-

- 62 -

Dit substitueerende komt er:

of:

J —w X J-zD J—00 O;

r ....

J —co \'T .

Uit de definitie der polynomia van Beenoulli vinden we:
qi(z) = z

<jf2 {z) — z- Z

In \'t algemeen is voor ??>2:

6!

De eerste der integralen van \'t tweede lid verdwijnt
omdat «fi (I) — S = 0 is; de tweede wordt door de inte-

gratiegrenzen = — .

0/

Letten we nu op:

ƒ0 m\'

dan krijgen we ten slotte:

Dit is een asymptotische ontwikkeling.

25. Asymptotische ontwikkeling van de Besseische
functie
Ir (x).

-ocr page 79-

- 68 -
We nemen de uitdrukking:

2r — 1

____ , IX sin X — —— TT

l/Snaj^Xr T) - ( ^

1

Ir i^)

en beschouwen de functie alléén voor positieve reëele
waarden van
x.
Zoeken we nu eerst de asymptotische ontwikkeling van:

waar is.

Door:

te substitueeren, vinden we:

waarin:

.... ..... t

\') wiiittakku. Modern Analysia. p. 200 (gowüzigd).

-ocr page 80-

- 64 -

Wanneer a:=oo wordt en n eindig is, nadert « tot een
limiet, n.1.:

«=--^ j jJ ^^^ jju-^r cl VI

~~{k-n-l)\\\' (n l)! \'\\2x) \'

Hieruit volgt nu dat:

Urn x^ . « = O

.r = 00

is, d.w.z. de reeks vertoont het kenmerk van een asympto-
tische ontwikkeling.
De asymptotische ontwikkeling van
f{ti) is dus:

Bij de ontwikkeling van:

verandert i alléén en wel in — i, zoodat we daarvoor
vinden :

Gaan we nu \'substitueeren in de voor I,. (x) gevonden
vorm, dan krijgen we:

- cos \\x--;;- TT —--^----

-ocr page 81-

- 65 -

of:

(-i)\' I

_ j, _ „ I f 1 - i^i >: i

Schrijven we dit uit, dan komt er:

~ " G-I)

) . ( 2 r - 1 I

.....................

( G\'-l)-- 1 I ( 2r-l I

-1---------" • • • • i i" ~ -r- 1

of:

I„ (.r)\'^0 Pn si» (^x - ^^ QnCOS (^X- -- - \' rr^

waar:

-ocr page 82-

- 66 -

n l

n (4r2-l)(4r2-9). ■.(4r2-(4r l)2)

\') Pn en Qn zijn de reeksen, waarvan N. Nielsen gebruik maakt
in: „Sur une intégrale définie". Math. Ann. Bd. 59. 1904.

-ocr page 83-

HOOFDSTUK IV

«EPALING VAN SOMMIGE ASYMPTOTISCHE
ONTWIKKELINGEN DOOR MIDDEL VAN EEN DIFFE-
RENTIAAL VERGELIJKING.

I

1. De meest algemeene vorm van een differentiaal-ver-
gelijking is:

(1)

^ V dx ^.....

d" 1!

Hieruit is ^^ op te lossen in functie van de overige
grootheden. Differentieeren we nna,r .
t, dan kri^jgen we
ll^q^ in diezelfde grootheden uitgedrukt, daar do nieuw

optredende door do eerstgevonden waarde vervangen
wordt.

Geven we nu x een bepaalde waarde « en veronderstel-
len we, dat we voor x = (( substitueerend, krygen:

fdv\\ _ . {d\'^v\\ _

dan volgen hieruit en de gevonden uitdrukkingen voor:

te)..\'
waarden voor deze differentiaalquotienten.

-ocr page 84-

- 68 -

Stellen we

y —

dan krijgen we de uitdrukking:

y = ([ {X) — q 1 « (.«-«) j =

d\'* n

waarin qpW («) de waarde van -j— is, als x daarin door « is

vervangen.
De reeks is dus te schrijven als:

y = (a; - «)  «2 . . .  «n . . . (3)

^ ! Iv l

welke formeel aan vergelijking (1) voldoen zal.

De coëfficiënten u^ , , enz. zijn volgens het boven
gezegde te bepalen, wanneer we slechts «o , «i... ,
kennen.

2. Nemen we als voorbeeld de vergelijking:

x\'^\'^^^ax hy..........(4)

dan willen we een reeks voor y vinden, die formeel aan
de vergelijking voldoet. Stel dat voor
x — 0

is, dan moet \'

yn="o = 0

zijn. Uit de gegeven vergelijking volgt:
dy_nx-\\-by

(5)

dx

of

I 7

f(l]l\\ _ f(tx by\\ _ _dx

\\dx)o V \\ 2rf / " " ^ \'

y=o

-ocr page 85-

- 69 -

dit geeft:

of

\\dx)o h

Uit (5) vinden we door differentiatie:

X\'

dx"

( clx- \\ dxj I •

Door hierin (6) te gebruiken, komt er-

(d- ?/\\ _ ( (Z.7;\'-\' dx\\
\\dxOo ^
3.\'C

n

waaruit volgt:

V dx-Jo \\ dx- dx/o

of

/d-

Zoo doorgaande krygen wo als oplossing:

2/ = - }f 1 .^M-1 . 2 .. (n-1)! • | • (7)

die formeel aiin (4) voldoet.

1

3. Nemen we nu weer do vergelyking (1):

in-:\'

.53

-ocr page 86-

- 70 -

y-. r, • • • = O

en berekenen we de afgeleiden van y voor x = 0 door
naar
x totaal te difFerenteeren en voorwaarden te stellen,
dan krijgen we een vorm:

Is deze reeks convergent in zeker gebied, dan stelt ze
in dit gebied een. integraal voor.

Immers, als we y door deze uitdrukking vervangen in F
dan zal men een functie van x verkrijgen, n.1.:

Bij hypothese zijn y en zijne afgeleiden zóo gekozen, dat
F en zijne afgeleiden nul zijn voor x—0. Deze afgeleiden

zijn voor ic=0 Ao, ^i, A^.....dus is de ontwikkeling

van F identiek nul, waaruit volgt, dat de aldus bepaalde
waarde voor ij een integraal van de vergelijking is.

Stel nu, dat de gegeven differentiaalvergelijking een
integraal heeft, die asymptotisch ontwikkeld kan worden
b.v.b.:

I , 7)12 1 I /ü\\
— —......(8)

Hebben bovei]dien de afgeleiden van y tot de n® toe,
elk eene asymptotische ontwikkeling, dan zal (8) formeel aan

F=0

voldoen. Drukken we n.1.

y%. • • •

uit op de wijze, zooals we dit veronderstellen en substi-
tueeren we deze ontwikkelingen in F dan zal men, door
de bewerkingen uit te voeren, die door F worden voorge-
steld, de asymptotische ontwikkeling van F krygen: deze
is echter identiek nul, want (8) is een integraal.

-ocr page 87-

- 71 -

Hieruit blijkt dan, dat de asymptotische ontwikkeling
van
y formeel voldoet aan

F — O.

Wanneer er dus integralen bestaan, die door asymptoti-
sche reeksen kunnen worden voorgesteld, dan voldoen deze
reeksen formeel aan de differentiaalvergelijking.

De asymptotische ontwikkelingen van de integralen moe-
ten dus gezocht worden onder de asymptotische reeksen,
die formeel aan de vergelijking voldoen.

Wanneer echter een asymptotische ontwikkeling en de
afgeleiden er van de functie
F niet identiek nul maken,
maar er een ontwikkeling aan geven, die asymptotisch nul
is, dan zal de gegeven ontwikkeling niet formeel aan de
vergelijking voldoen en dus ook géén asymptotische ont-
wikkeling van een integraal van de vergelijking kunnen zijn.

5. Door middel van het voorgaande zijn we somtijds in
staat de asymptotische ontwikkeling eener functie, die zulk
eene ontwikkeling bezit, te vinden, wanneer een differen-
tiaalvergelijking bepaald kan worden, waarvan de functie
een integraal is.

Zij b.v.b.:

\'1 c^z _ 1

dz

O 2

V = f

J c

dus:

Deze functie bezit een asymptotische ontwikkeling, zoo-
als we vroeger (iïoofdst. II. 2) zagen. Door differentiatie
vinden we:

dx Jo z Jo

d.r Jo

of:

-ocr page 88-

- 72 -

De asymptotische ontwikkeling van de gegeven functie
moet nu gezocht worden onder de asymptotische ontwik-
kelingen, die formeel aan deze differentiaal-vergelijking
voldoen.

Zal nu de asymptotische ontwikkeling:

I mi ,mo mn

bestaan, die aan de gevonden vergelijking voldoet, dan
moet:

dy mi 2m2

C\\J —

dx x\'^ x^

en dus:

dy , , mi , mo — mi . m-^ - 2mo .

De asymptotische ontwikkeling van het tweede lid moet
herleid worden tot —. Dit eischt:

X

nio — O ; nii — 1 ; m» — mi ; m^ — 2ni2 ; enz. zoodat de
eenige asymptotische ontwikkeling, die voor y gevonden
wordt is:

1 , 1 , 2! , 3! ,

welke overeenkomt met de vroeger gevondene.
6. Eveneens vinden we de ontwikkeling van :

F (x) = ƒ dt = y
Differentieeren we, dan wordt:

waaruit:

dx Jx

-ocr page 89-

— 177 —

Stel nu:

, mi , m-2 I

dan vinden we bij substitutie:

2 mo — O
2 mi — 1 enz.

waaruit dan volgt:

mo — O ; mi — \'/ï; m^. = 0; m^ = "Vi, enz.
zoodat de ontwikkeling wordt:

. , _L__L_ I Jll. _ iiM 1

2x ^ af\' 2^. ----

evenals in Hoofdstuk III. 14, gevonden is.

7. Ook nog:

dt

nX-t

X

dx X \'^Jx-t

t

waaruit de differentiaal vergelyking volgt:

^ dx X

d l/ _ 1

u ~

Stel weer:

i m\\ , i rth ,

dan krijgen we by substitutie:

tuo = O ; )»i = 1 ; = - l\', ms = 2 !; m^ = - 3 !; enz.
zoodat de ontwikkeling wordt:

/w N 1 1,2! 8! ,

zooals ook vroeger in Hoofdst. III. 17 gevonden is.

-ocr page 90-

HOOFDSTUK V.

TOEPASSINGEN OP DÜFERENTIAAL
y ERGELIJ KINGEN.

(1)

1. Fuchs heeft bewezen, dat de noodzakelijke en vol-
doende voorwaarde, opdat de integralen van de vergelyking:

2)my— 0.

voor x=co niet onbepaald zijn, daarin bestaat, dat in de
nabijheid van a: = oo de coëfficiënten ontwikkeld kunnen
, worden in convergente reeksen van den vorm :

- -t- ^^ -r

Pi
Pi

X
h-i

— i

— "I" ^

(2)

Xi

X-

_ t>n [

h

»n 1

Pr

waar a, ft, c,... constante getallen zyn.

In dit geval zal iedere integraal de eigenschap bezitten,
dat ze niet oneindig wordt, wanneer ze met een bepaalde
macht (afhangende van den mird der vergelijking) van
x
vermenigvuldigd wordt.

Deze integralen hebben gewoonlijk den vorm:

-ocr page 91-

- 7Ö -

^r I c 1 ü 1 ^ I

waarin de waarde van r bepaald wordt door de vergelijking:

r (r 1) {r 2) •■ (r — 1) - ai r (r 1) -

••• (r m-2) Ö2r(r 1) •• (r -f w-S)--- ±/„, = 0.

Zijn er onder de wortels van deze vergelijking eenige,
wier verschillen geheele getallen zyn, dan correspondeeren
met deze groep wortels, integralen van den vorm:

(^) \'\'^ (s) ^ ■ ■ a;) ^^^ ■ ■

aarin ^u convergente reeksen zijn van den vorm:

(3)

waf

.........(5)

De integralen heeten dan alle regulier in do nabyheid
van x = cc.

2. Stellen we nu, dat naby x = co:

I «1 I I

, 1 I ,

(0)

dan kunnen do integralen niet allo regulier zyn.
Substitueeren we dan in (1):

dan komt er:

(7)

-ocr page 92-

76

I m ,„ 1 du , m{m — 1) ^ d^u .

w.{m-\\){m-2)
^ 3! dx^ -1- • • •

\\ { I , «2 , \\ I ™ 1 1 m-l ,„_odu.

(m-l)(m-2) I

^ dx^ ^ I ^

/

I /i, I I , \\ ,„ O I m-2 odu .

I {m-2){m-S) dHi . „J .
....................

De coëfficiënt van u, voor zoover die niet afhangt van
X, is dus:

«\'»    H----\\-ko" lo .... (9)

Bepalen we nu de waarde van « zóódanig, dat dit stuk
nul wordt, dan vinden we m waarden

«1 «2 «3 • • • • "in

Stellen we dari:

y = e«»® . u

dan krijgt de vergelijking bij substitutie den vorm:
d"\'u , / . , a\'i , a\'o , ^ d\'^-hi

dx"

I / I I _i_ A

-ocr page 93-

- 77 -

Trachten we aan deze vergelijking formeel te voldoen
door een reeks van den vorm:

^ {.. Al . A2 . I

waar Ao -- O is en waarin \'»i zoo bepaald wordt dat de
coëfficiënt van den term, waarin de hoogste macht van
x
voorkomt (d. i. dus nul wordt. Bedoelde coëfficiënt is:

Ao (ko\'Ql h\')

zoodat:

t\'i — —

ka\'

gekozen moet worden, terwijl Ao willekeurig is.

Nu worden de achtereenvolgende coëfficiënten Ai , A2,
enz. bepaald.

De coëfficiënten van .x\'\'\'"", x"\'"^, en zijn:

Ao 112\' ki\' (\'1 s„\' «1 (cn -1) t Al ko\' (c\'i - 1).... (x^\'\'--)

Ao I k2\' ni Si\' (>1 {i>i -ï) to\' qi (qi - 1) («, - 2) 1
yli I h\' 4- ki\' {ni - 1) So\' (qi - ]) (oi -2) 1

-\\-A2\\h\' ko\'{ni-2)\\.................(.\'»•>\'^-\'0

Ao\\h\' kt^\' Cl S-.\' «1 (C\'I -1) \' (\'1 (t\'i - l) (c\'i - 2)

(l\'i-l)(l\'i-2)(«i-3)|
Al I (»1 -l) si\' (C\'i - 1) (\'s\'i -2) to\' (c\'i -1) (t>i -2)(«i -3) j
Ao i k\' ki\' (ni - 2) so\' (c\'i -2) (in - 3) |
 ..................(x^\'\'-^)

Ao I  (c\'l - kn - l)(l\'l -2)H-

ri\' t\'i {<>1 - 1) (i\'i - 2) (c\'i - 3) (lo\' »1 (i\'i -1 )(i.i - 2) («I _ 3) («1 - 4) I
vli 1/4\' /.3\'(c\'I -1) S2\'(c\'i -1) (l\'i -2) /i\' (c\'i - 1) (1..1-2) k\'i -3)

n\' im - 1) ((>1-2) (a -3) (c\'i -4)t
h.\'(tM -2) .si\' (cm - 2) (ei - 3) to\' (oi - 2) («1 -3) (CM -4)1
1 h\' ki\' (c>i -3) (c\'i - 3) (c>i -4) t -I-
-i-.i4i/i\' A\'o\'(c\'i-4)i.................

-ocr page 94-

- 78 -

In \'t algemeen is de coëfficiënt van re"\'"":

Ao I In\' (>. ... /io\' Cl (?i -1),. • • (i>i - « 1) 1
Ai I l\'n-l k\'n-2 («1 - 1) S\'n-3 (Pl - 1)\'(«1 - 2) . . . |

A2 1 l\'n-2 k\'n-3 (Cl - 2) (?1 " 2) - 8) . . . j
.............................

Men vindt dus een reeks:

X X- )

en m—1 analoge ontwikkelingen, die correspondeeren met
de wortels tf2, «3, • • • • «m

8. Deze ontwikkelingen zijn in \'t algemeen divergent;
ze voldoen formeel aan de differentiaal vergelijking, maar
zijn geen integralen.

Dat ze echter niet zonder beteekenis zijn en voor do
bepaling der waarden der integralen, voor groote waarden
van rr, gebruikt kunnen worden, heeft
Poincaré aangetoond.
De belangrijkheid van dit resultaat blijkt daaruit, dat vele
reeksen, die in de theoretische sterrekunde gebezigd wor-
den, divergent zijn.

4. Nemen we i) een differentiaalvergelijking van den
vorm:

waarin de coëfficiënten j) polynomia van den graad zijn
en beschouwen we \'t eenvoudigste geval, n.l.:n=: 1. We
trachten
y uit te drukken door middel van een integraal

y= f" i\'(2) rr^dz..........(11)

j io

\') PiCAKD. Traitó d\'Analyso. III.

-ocr page 95-

- 79 -

waar de grenzen to en onafhankelijk van x zijn (deze
worden later bepaald) en waar r (z) een functie van 2 is.
Differentieeren we telkens naar ic, dan vinden we:

(12)

Nu berekenen we de producten

V = f \'\' (2) .\'ï; dz = [;■ (2) c\'-^t - jj\' ---vP e-- dz
J in io J >0

dy f\'J /X -r 7 r / \\ F" d (v (z). Z) ,

f(.7. J fo io »0 (\'H I

Do functie r{z) en de constanten en Ci denken wo
ons nu zóo gekozen, dat

[, (z) = O ; [;■ (z) z c-jj\' = O ; enz. [;- (2) 2\'» = ü.

" io io

Zetten we de coëfficiënten van de gegeven vorgelyking
in don vorm:

2)o = aoX b„ ; ih = aix bi ; . . pm = amX-\\-b,n

dan wordt do vergelyking, door gebruik te maken van
(12) en (18):

d\'" y

dy

.X

X

X y

dx \' ■ ■ " dx\'"^
Door partiëele integratie wordt gevonden:

io dz

(13).

-ocr page 96-

- 80 -

cl {r (z)

J - ~ "" dz \' " ~ ^^ \'^dz-\'\' ~

dr{z) ■

- . . . —^ »\'(2)

dz — 0.

De uitdrukking onder \'t integraalteeken nul stellend,
komt er:

(a„ z\'» ai ---- z a,„) ^ -

- [bo 2\'" - {üo m-Ih)z»«-! - (ai (m - 1) - Ö2).. b,„] r=0

of:

waaruit volgt:

1 rfr(z)_g(z)_  ..

r(z) dz P{z) \' Z-«1 2-«m

Hierin is = — en stellen «1 «2 • • • «w de wortels voor

«O

van

P(z) = 0

(aannemende, dat P(z) geen dubbele wortels heeft).
Integreerende komt er:

log {r (z))=u z Zci log (z - «i ) /co fo^ (z - «2) • • /O» % (z - «„,)
of:

5. We nemen aan, dat er geen enkele betrekking be-
staat tusschen de coüfficienten van (10).

Beschouw éen der punten « b.v.b. «1 en trek door dit
punt in de richting van de negatieve ^-as een lijn even-
wijdig aan de (reëele) ^as na 2 = ^ gesteld te hebben.

Als integratieweg nemen

......................r/ we een lus beginnende in

^...................V \'t punt —00 op de ?-as;

het punt Co betcekent nu

-ocr page 97-

- 81 -

in de figuur liet punt — oo op de De lus geeft dan
als integratieweg: Co ^ cirkel C, met straal
r om «i als
middelpunt, H-rCi,
Het punt Cl valt in \'t oneindige met Co op de |-as samen.
Veronderstellen we verder, dat \'t reëele deel van
x groo-
ter is dan dat van —,« d. w. z. de correspondeerende inte-
graal :

f\'\' e"- (2 - «i)\'^-\' (2 - . . . {z-u,„fm dz \'
j Co

zal dan een zin hebben (omdat .^ .«<0 is) en de voor-
waarden :

[v (2) f \' =0 ; [r (z) ze*^]^\' =0____[;■ (2). 2\'« e--^]\' = O

so »0 fo

zullen vervuld zijn. Zoo krijgen we dan m integralen van
de gegeven vergelyking.

6. Gaan we nu na, hoe die integralen zich gedragen
voor groote positieve waarden van
x.

Aan de algemeenheid wordt niets te kort gedaan door
«1 z= O te veronderstellen en
x te vervangen door x - ,
daar /t eindig is en x zeer groot genomen wordt; d. w. z.
we stellen
fi = 0 ten opzichte van x.
We krygen dan de integraal:

ƒ 2^\' (2 — «O )\'•■!\'... (2 — «,„)\'\'■"\' e""" dz
—ooc-00

Deze bestaat uit drie deelen, n.1.:

/i = f z\'" (2-«2)^». . . (3-««.)\'\'"\' (\'\'\'""dz

J -00

I2 = j 2*\' (2 —«2)^\' • • • (2—«m)^\'" C\'^\' dz

ƒ., = ƒ 2\'\'\' (2-«2)^«. . . (2-«„,)\'\'•.« e---^ (Iz

-ocr page 98-

- 82 -

Ii nadert tot nul, wanneer x, positief zijnde, onbepaald
toeneemt. Voor z negatief en kleiner dan —r ziet men:

waar ê een positieve grootheid is.

De integraal zal dus een absolute waarde hebben, die
kleiner is dan:

r

a. i. O-\'"-"

X — t

en nadert dys tot nul voor lmx = oo.

Evenzoo nadert het product van de integraal met, waar
•/ een willekeurige constante is, tot nul, voor
Hm x —oo.

Hetzelfde geldt voor Is , zoodat Jo nog te onderzoeken
overblijft.

Beschouwen we hiertoe eerst de integraal:

I z\'f\' e^ dz
Je

en zoeken we de limiet van \'t product:

^fr. i I e\'^ dz
Jc

voor a; = 00.

Stel zx= — y, op een getal factor na komt er dan:
ƒ y^« e-y dy

langs een cirkel K met straal rx^ uitgaande van een punt
rx in \'t vlak van de complexe variabele ?/. Wo vinden dan:

f y\'\'i e-\'J dy = f e-y y^^ dy f c" dy =

Jk \' J rx Jo

j O

-ocr page 99-

- 83 -

voor x—co, wordt dit:

(e2nfA, _  1)

Dit product is niet nul, behalve wanneer een positief
geheel of nul is, want in dit geval is

[e\'^nik, _ 1) z= O

en r (A-i 1) 0.

Is A;i een negatief geheel dan wordt: r{ki l) = ooen
dus \'t product niet nul.
Gaan we nu terug tot de oorspronkelyke integraal.
Voor voldoend kleine modulus van z, zullen we:

z\'^"\' (2 — «o)*^ . . . (z — «m)^\'»»

ontwikkelen in een reeks van den vorm:

Ao z^^ Al z^-\' i 4- Ao ........

Alleen de eerste term van deze reeks geeft voor .-c = oo
een limiet die van nul verschilt, als de reeks vermenig-
vuldigd is met (\'t geval ki = positief geheel of nul
wordt uitgesloten).

Nemen we de straal van de cirkel G voldoende klein
en beschouwen we weer:

.T^\' i f I AoZ>\'-\'-i-Aiz>\'-\' ^ H-----Irr-^dz

j c

We breken de reeks

Ao-\\-Aiz-\\-A2Z^-\\r. . . .

af by yl„2" zoodat de rost dan i?„ is.

Nu zyn er altijd twee getallen en {> zóódanig to be-
palen, dat:

\\A„\\< u . /j"
Dan kunnen we opschryven:

.... 1-1 I \'H-i

lin <

n (»» 1

I - rn I

Zoo hebben we dan to onderzoeken de som:

-ocr page 100-

- 84 -

f Aoz^^ eF^dx -\\----h rr^-\' if Anz^^ \'^^dz f Enz^-\'e^dz. . (14)

J C J C J c

Door zx —-y te stellen gaat de laatste integraal over in:

f Rny^^e-ydy
Jk

waar K een lus is in \'t vlak van de variabele 2/, uitgaande
van \'t punt
rx en er in terugkeerend, na om de oorsprong
gegaan te zijn. De modulus is dus, op een getalfactor na,
die onafhankelijk is van
ki kleiner dan de modulus van

1 — r

Omdat verondersteld kan worden dat

r«< 1

is, kan men dus n groot genoeg kiezen, opdat de rest van
de som (14) kleiner is, dan welk getal men ook wil, on-
verschillig welke waarde
x heeft.
De moduli van de eerste termen gaan over in die van:

f Aoy\'^^e-\'^dy;-f Aiy\'^\' ^e-\'Jdy; ^f e-\'-^ dy; enz.

J K X J K X J Ji

V

\'t Aantal is eindig; elk is zeer klein (want — is zoo klein

CC

men wil^z^rt behalve de eerste, zoodat de limiet der
som gelijk te stellen is aan de limiet van de eerste term,
welke niet nul is. Dus heeft \'t product van de integraal
met ic^\' i (behalve in \'t uitgesloten geval van A;i=:pos.
geheel of nul) voor x = (x> een eindige limiet, die van nul
verschilt.

Geven we «i echter en willekeurige waarde en nemen
wè /I ook weer aan, dan krygen we de integnial:

yi =Jef*\'{z — «i)\'-« (z - «o)\'\'».... (z — »,nf\'" e\'^\'dz

genomen langs de lus, die met «1 overeenstemt.

-ocr page 101-

- 85 -

Om tot «1=0 teruggebracht te worden, moet z dan ver-
vangen worden door z «i en daarna moet \'t zooeven ge-
vonden resultaat toegepast worden op:

yi ■ e-

Zoo is dus gevonden:

Urn [jji . O en <C 00

= oo

als 2/1 de integraal is, die overeenstemt met «i

7. Uit het voorgaande is nu een asymptotische voorstel-
ling af te leiden voor

l/i 1)

Schrijven we n.1.:

e-<*,x xf\'. i = ^^ki-hi f . . . .

J L

r  f zk, dz......(15)

J fj J L

waar de integralen genomen worden langs de lus, die de
uiteinden in \'t oo heeft in de vroeger aangewezen richting
en die om z = 0 gaat, dan zien we, dat elke integraal uit
twee rechte stukken en éen cirkelvormig bestaat. Van de
rechte stukken weten we, dat \'t product van de integraal
met een willekeurige macht van
x tot O nadert als x on-
bepaald toeneemt. We hebben dus slechts te beschouwen:

X"\'^^ ƒ Ao Z^\' e--«^ (/2 H----f- .-C^\' l jAn dz

Nu is:

\') PoiNCAnÉ. Acta mathoniatica 8.
Picard. Traité d\'Analyso III.

-ocr page 102-

- 86 -

rc\'^\' i f Al = ^ f r e-y dy

J C X L J rx

g27riA-x r\\jki l g-2/ ^y
Jo

A, rrx »

= —r - 1) / cly —

X J O

Aj^ {e^nik, _ 1) Vr -I- ^ 1) _ r y^ i i g-y dy
X L Jrx

= 0. {y willekeurig)

Verder is:

Hm x^ \\ y^i^^ e-y dy

X = 00 L J rx

en ook de limiet van \'t product van de laatste term van
de reeks van (15) met een willekeurige macht van
x is
nul, als X onbepaald toeneemt, want:

1 /t ««-1

<

X 1-r«

f Bnz\'^e^dz

Jc

op een getalfactor na.
Schrijven we:

Ï4r - 1) 1 ^ 1) - r e-v dy j
1=0 L OC\' I J rr. )

Jc

dan vinden we volgens \'t bovenstaande:
Hm x\'^yi x^^-^"^ —

x = ao

— Um i - 1)  

x=oo i=0 ^ J rx

Hm x\'^i w i f z^i dz =

x = ao J C

= _ 1) r (ki Z 1) Htn t

1=0 ® X = 00

-ocr page 103-

- 87 -

Zoodat:

lim

x=co

z^^—lim t

x=a>

A. = o ^

waar f een waarde is, die voor oo verdwijnt.
Dus is:

 .... AT^ I)-

1)

een asymptotische voorstelling.
We kunnen dus schrijven:

, l)(A:i 2)...(A:i n) f»

a;» "" x»J

lim fo = O

X=! CD

wtiar

\'t welk ook in den vorm te brengen is:

of:

Onderzoekt men op gelyke wyze de uitdrukking:

. = f z,\'(z) e-\'- (Iz
(Ir. Jr,

dan vindt men:

waar

lim. =r 0.

-ocr page 104-

- 88 -

De termen, met uitzondering van die, welke f, bevat,
komen voort uit de differentiatie der gevonden reeks van
y^ (overeenkomende met \'t geen in Hoofdstuk Hl gezegd is.)
Ten slotte wordt gevonden:

waar lim f™ = O-

8. Substitueert men nu deze waarden voor:

\' dx \' dx^ \' ■ ■ ■ \' dx"^ \'
in de gegeven differentiaalvergelyking, dan stelt men de
coëfficiënten van de opvolgende machten van — alle nul,

CO

omdat n een getal is, dat zoo groot genomen kan worden
als men wil. Hierdoor worden dan de coëfficiënten
P ge-
vonden.

Door (9) worden m waarden voor « gevonden en met elk
dezer waarden komt eene ontwikkeling van de hier ge-
vonden vorm overeen.

De uitdrukking, zooeven voor ?/, gevonden, valt dus sa-
men met een dier ontwikkelingen, welke in \'t algemeen
divergent zyn.

Hierdoor krijgen wy de stelling van Poincaré:

De m divergente ontwikkelingen van den vorm:

zyn de asymptotische voorstellingen van m integralen, van
de differentiaal vergelijking, wanneer
x positief blyft en
onbepaald toeneemt, i)

») Poincaré. Acta Math. 8.

-ocr page 105-

- 89 -

9. Dit theorema van Poincaré blijft onveranderd, wan-
neer men, inplaats van te veronderstellen, dat alle coëf-
ficiënten van de vergelijking

van den eersten graad zijn, aanneemt, dat ze van wille-
keurigen graad zijn. We zullen dit niet uitvoerig nagaan,
maar willen liever deze algemeene stelling toepassen op
de Besselsche differentiaal vergelijking:

d"y

doö
Stel nu:

dan komt er by substitutie:

da-

stel:

«2 1=0 dus « = ± è

én verder:

dan wordt gevonden:

2c. l=0 of 4

,,2| yli (2e-8)«yl2 = 0

waaruit:

-ocr page 106-

1

- 90 -

■ ^ --\'1—i ^
— TT • —
 ci ■ -"O

(2o—1)« 2«

(2o-3)«

2 . 4. «2

(2(>-5)« 6«

enz.

Deze substitueerend komt er:

2 . 4 . 6 «3

y — Ao e"^ rc-\'/a

1-

2. 4. «2

X-\'

X

stelt men hierin u — i en u — — dan komen er twee
reeksontwikkelingen:

4r2-l 1 (4r2_i)(4^,2_9) i i

1-

■ 2! (2ta;)2
1

2ix

21 (-2ü;)2

4 4

2/1 — AoC^. x-\'l\'i

4.4

f^ 4r2-l 1 ^ (4r2-l)(4r2-9) 1

4 (-2ix)

Volgens Poincaré zijn deze beide ontwikkelingen asymp-
totische voorstellingen van de integralen van de
Bessel-
sche
vergelijking. Om hieruit de asymptotische ontwikke-
lingen der integralen
T, (x) en Y,. (x) te vinden, heeft men
dus slechts lineaire functies van yi en ?/2 te nemen en de
constanten behoorlijk te bepalen.
We nemen dus:

I,. (x) = A ?/i Byo
Om ^ en te bepalen maken we gebruik van:

r..,,{x) = i-xy (4--li)"

-ocr page 107-

- 91 -

waaruit:

7- / X / 2 / sinX \\

enz.

13 5

Stellen we nu: = —; — ; ; enz. in ?/i en

^

dan komt er:
\'JV

— c« /, 3 3 \\ 1 3 3 \\

Uit:
volgt:

Uit:
volgt:

Uit:

-ocr page 108-

- 92 -

volgt:

= - en B =

zoodat in \'talgemeen uit:

J,(x) =Ayi By2.........(16)

volgt:

A=-^_ en --

i 1/27r i l/27r

of:

I l

^ /

We hadden de vrije beschikking over de wiuirden van
A en B, die willekeurig genomen kunnen worden; we
hebben nu die waarden gekozen, welke de hier voorge-
stelde uitdrukking voor in overeenstemming brengen
met de uitdrukking voor , die op andere wijze gevon-
den wordt.

Schrijf 7/1 en 7/2 als:

. .. , 4;\'2_l I ] (4,\'2_I)(4,,2_9) lil,

= --^^^--21-T-P

4=5 ■ 3 1 ■ 8 i ■ .r\' ■ ■\' j

r^ 4 2i X 42 2! 4
_
(47\'2 —l)(4r2—9)(4i\'2—25) J_ _L J_ 1 I
4-"5 " 3! ■
8i \' .....j

I

27—1

Stel: X--T-Tt = t;

4

, «

we zien dan:

-ocr page 109-

1

- 93 -

git- Q-it -

i\\X2TTX
_ (4r2-l)(4r2-9)

42

4^2

2i X

2!

3! " 8i \'

(4r2-l)(4j\'2_9)(4j\'2-25) 1

43

- 1 (4.2-1) (4.2-9) J^ I

ilX^^ \' 4 \'2i\'x\\ 42 • 3! • 22 • rr^^-•)"

(4,,2_9)(4,,2_25) 1 , i

42 ■ 3! ■ 22x2"^ • • "j

1 4r2-l

cos t

(4r2-l)(4i\'2-9) 1 1 , ) . / 2;—l \\ ,

r -—42—- • ^ • • • • j (^—4- V

, 1 /"T 4r2_l 1 (4r2-9)(4r2_25) 11, / 2r-l \\

^V ~x - TT-------3! • • ^^—T-^J •

1! 42

Hier vinden we dus weder:

2r-l

\\/~ jPn sin {x-^-^ n) ro« n)

evenals in Hoofdstuk Hl, 23.

Voor oneindige waarde van \'t argument word vroeger
reeds gevonden:

dit is de eerste term van de zooeven gevonden ontwikke-
ling voor
lim x=\'x> d. i. voor zeer groote waarden van x.

10. Om J_,, {X) te ontwikkelen gebruiken we:

W = (- D\' " sin ^.

-ocr page 110-

— 94: —

waaruit voor 2, 3 enz. volgen:

(x) = — x-\'l"- {X sin X cos x)

1 yY\' / . .cos x\\

= — 1/ — . ( sin xi--)

y ttx \\ X J

, , , 1 /"IT /3 sin X . \\

enz.

Stel nu: v = — \'/i ; — \'/i ; — \'i-i in yi en y^ dan komt er:

_ (>ix _ q-ix

2/1,-\'/.—Ti^ \' y^-Vi —

yi
yi

o-ix

^ (i- 7^) 

_ e« 3 3 \\ ,3 3\\

.-V.- 1 - ^-; \' 2/2,-V.-

üit: J-v, {X) = ^2/1, ^2/2,-\'/,

volgt: • ^ = en

Uit: ƒ_./, [x) = ^2/1,-Va Byo-\'U

volgt: ^ =

Uit: ƒ_./, (rc) = vl?/i /^2/2.-v.

volgt: vl = ——en B=- ^

U it: 7-73 {X) = ^//i,-\'/.

volgt: en =

In \'t algemeen zal uit:

-ocr page 111-

- 95 -
I-,.
{x) — Aiyi Biy^
2i\'-l

volgen:

n t

Til

(17)

G

^V — l

2i\'-l

I-. {x) =

of:

?/i

Z/2

waaruit gevonden wordt:
(4r2-l)(4>-2-9) 1 1 1 1 /

2r—1

)-

K2 4r2-l 1 (4r2-9)(4>-2-25) 111, ( . / , 2r-l \\

11. Als y geheel is vinden we:

{4r2-l)(4r2-9) 1 1 1
p

111, I . / 2r—I \\

f /T" 4r2-l ( 1 (4,2-9)(4r2-25) 111,1/ 2;—l \\

V ^x -w irr- --p--sT- 2^- ^ —r\'V

Hieruit vinden we óok, dat voor geheele waarden van r:

lAx) = {-\\Y l^Ax)
Voor v = 0 zyn /,, (x) en (o;) gelyk. i)

\') Door V to vorandoron in —v blijft de difforentiaalvorgolijking
onvorandord; dan is or nog oen oplossing n.1.:

Dit is dezelfde als do zooevon gevondene.

-ocr page 112-

- 96 -

12. Stel e-^\'^\'—u

dan is in (16) en (17):

a t3 1 ^ 1 75 «

De gevonden particuliere oplossingen yi en y^ komen
overeen met die, welke uit Ir{oc) en T_y{x) afgeleid
worden op de volgende wijze:
Zijn:

7/2 I,, (x) B\\ (x)

dan vinden we, omdat we:

I,. (x) = Ayi B7j2

en J_ „ {x) = Al yi Bi y^

hebben aangenomen, dat:

B — —i--7 , Bi — —-j—7-

1 -[- «» 1 -j-

genomen moeten worden, om de gevonden particuliere
oplossingen yi en y^ te verkrijgen uit de bekende functies

en I_,,{x).

13. Bev/ezen is: i)
d Iy(x) 2 i l \' I

\'t Tweede lid kan volgens de stellingen uit Hoofdstuk Hl
asymptotisch ontwikkeld worden, zoodat ly (a;) een functie

\') Foksyth. Differential equations, p. 161.

-ocr page 113-

— 97 —

is, die, asymptotiscli voorgesteld, gedifferentieerd mag
worden.

14. Uitgaande van:

vinden we op geheel analoge wijze:

, 1 /"X 4J-2-1 ( 1 (4r\'-\'-9)(4r2_25) 1 1 , |./ 2;\'-l \\
Eveneens vinden we:

15. Door in de bekende betrekking:

-r-^-\\C0S l\'TT T^. —

sin rn \' \' \'

te substitueeren:

ly —p sin « <1 ros «
en ,, = p sin {« \'\' -r) r/ cos {« -f- r ,t)

waarin:

VO"

2r — 1

on X— ^ 7T = « gestold zijn, komt er:

1-:-psini( 7cos«) — ])(sinucosr.T 4-.cos«sin r.r)

sin /\'TT

— (j,{cos « cos r:r — sin « sin r-r)]
— — p ros «(] sin «

-ocr page 114-

- 98 -

of

Door in:

= sin i\'TT I,, cos VTT. F,, (x)
evenzoo te handelen komt er :

Y__ ,,= sin vtt (p sin «-]-(/ cos «) cos rn (—p cos « <7 sin «) =
= —
ros (« i\'.T) q sin (« i\'tt) =

■ 1 2r—1 , 1 ■

\' I , 1 ■

-\\-qsin

= —p cos

. j , 2r-l I , ( , 2r-l i
=p mn j X H-- w-j q ros j x --— tt ^

of:

16. Resumeerende krijgen we dus:

\\/fx± OI

r_„(.r)co j/A sin Q„ ros

17. Nemen we verder nog als voorbeeld do differoii-
tiaalvergelijking:

of:

-ocr page 115-

- 99 -

Door hierin y^e^-^.u te stellen, krijgen we een derde-
machts vergelijking op te lossen ter bepaling van drie
waarden voor l.

Kiezen we nu « = — en k —
dan vinden we:

(Pu .dhi / . 7 M if^\'^q;, 7 j c f\\

V •> X , X () x-\' x-^ J

Nu stollen wo:

= "........(\'«)

waaruit volgt:
Do vergelijking gaat dan over in:

stellen wo nu:

dan krygen wo tor bepaling van en van do coëfficionton A :

Ib r.\'l- (.\'U- 0 o = ()
t

A„ j (3?. - O (o - I ) (2/. H-r) rf/. f-V,|\\^-A I j (3/. - (l\'- 1)

-ocr page 116-

100 -

violet\' (si-

A2 j (31 - (n_2)(o- 3) (2/.& c)(o-2) // r/j

^3 I (3/. -  /. = 0

A^ j(si - (« - 3) (n - 4) m c) {n - 3) f {/\\

A, j (^3;. - (O - 4) Ih cj l = 0.

De recurrente betrekking tussclien drie opeenvolgende
coëfficiënten is hierdoor bekend.
Uit de eerste dezer vergelijkingen vinden we;

_ Ib c

I-s;.

Ao is arbitrair. We krijgen dus drie particuliere inte-
gralen ; is elk met een arbitraire consfcinto vermenigvul-
digd, dan vinden we door optelling de algemeene integraal.

-ocr page 117-

HOOFDSTUK VI.
Vervolg.

1. In de hoofdstukken III en V is een kort overzicht
van de methode van
Poincaré gegeven; daarby is vooral
\'gelet op het toepassen in de praktijk.

Latere schrijvers zooals Kneser, Horn, Jacobsthal en
Weber hebben differen tiaalvergely kingen van de eerste
en tweede orde onderzocht.

De methoden van de drie eerstgenoemden zullen we in
\'t kort vermelden, zooveel mogelyk echter weder hot oog
houdend op de praktische toepassingen.

I. Methode van Kneser.

2. Kneser onderzocht do reöelo integralen van de diffe-
rentiaalvergelyking:

{Vhi , du ,

= o........ (1)

wluvr:

I f\'i I rt-j 1

= — -— H-----

.c .co
— ; I 1

asymptotische ontwikkelingen met reöele coöfflcienten zyn*

-ocr page 118-

— 102 —

De gezochte integralen kunnen allen door asymptotische
reeksen voorgesteld worden i).

3. Aan het eigenlijk onderzoek gaat een algemeene
beschouwing vooraf over differentiaalvergelijkingen van
den vorm:

waar /", binnen een zeker interval « < x < voor wille-
keurige waarden van y eindig en continu is en steeds \'t
zelfde teeken heeft als y.

Verder geldt de voorwaarde, dat een reëele continue
integraal van de vergelijking voor het geheele gebied
binnen \'t interval ondubbelzinnig bepaald is door voorge-
schreven waarden van w en •

dx

Nu worden de volgende resultaten gevonden:

dv

1°. Van de functies y Qn kan er binnen het inter-
val niet meer dan éen nul worden en deze niet meer dan
een maal.

2°. Wordt verder nog geëischt, dat f tegelyk met y
toe- of afneemt, als x een bepaalden weg doorloopt, terwijl
\'t interval zich -aan den positieven kant tot in \'t oneindige
uitstrekt, dan bezit de vergelijking twee soorten integralen,
maar ook niet meer dan twee.

De eerste soort omvat die integralen, welke steeds aan-
groeiend of afnemend ±
oo tot grens hebben. De verhouding
van twee zulke integralen heeft de eenheid tot limiet.

Tot de tweede soort behooren die integralen, wjuirby y en

\') Untersuchungen und asymptotische Daratollung der Integrale
gewisser DifF. gl. bei grossen reellen Werthe des Arguments. Crelle\'s
Journal (1896 - 99). Bd. 116-117-120.

-ocr page 119-

— 103 —

tot nul naderen, terwijl de een steeds aangroeit, de

ander steeds afneemt. Twee integralen van de tweede
soort zijn identiek, zoodra ze in éen punt van \'t interval
gelijk zijn.

4. Onder de beschouwde vergelijkingen ressorteert:

= ......... (2)

waarin

Um (f/ = O

x=co

en a- een positief getal is, terwijl bovendien wordt aan-
genomen dat:

•X

IJ\' (x) dx = eindig is.

Dü integralen van (2) zyn tot do tweo zooovon vermelde
groepen te brengen, n.1.:

(1 ^0......... (3..)

dio steeds aangroeien on voor x=co tot \'t oneindige
naderen en

= a t.)......... (B\'O

Wfuirby //s en ~ tot nul naderen, torwyl do oen steeds

(\'X

aangroeit en do ander steeds afneemt.

Do coëfficiënten Bx on B^ zijn constanten; voor.\'t; = oo
gelden:

lini = /im. f y = Um f\'i = Um <-\'o = O.

5. Vergelijking (2) wordt uit (l) afgeleid, door in deze
to substitueeren:

u =!/ G- VsJ
In de daardoor vorkrogon vergelyking:

-ocr page 120-

104

c]^

clx^

is de coëfficiënt van een asymptotische reeks, als de
coëfficiënten van (1) asymptotische reeksen zijn (volgens
de stellingen van Hfdst. III.)
De vorm (2) wordt nu verkregen door:

Co = bo--^ — ci^

te stellen, terwijl verder voldaan moet worden aan de eisch:

Cl =öi—Y «O «1=0.

6. De resultaten in art. 4 vermeld, vinden een gewich-
tige toepassing op de asymptotische voorstelling van de
integraal van een lineaire differentiaalvergelijking door een
divergente reeks, die formeel aan de vergelijking voldoet.

In \'t bijzonder toont Kneser nu aan, dat elke integraal
van de differentiaalvergelijking:

dx^

waar de coëfficjent van y een reëele machtreeks is, waar-
van het convergentiegebied niet verdwynt, asymptotisch
kan worden voorgesteld door een reeks:

I "1 I I I "n

X X" x^

7. Analoge onderzoekingen stelde Kneser in omtrent
differentiaalvergelijkingen, wier reëele integralen oscilla-
torisch zijn d.w.z. integralen, die voor groote reëele waar-
den van \'t argument oneindig veel malen verdwynen. In
\'t byzonder wordt de vergelijking:

-ocr page 121-

- 105 -

onderzocht. Ook hier ontbreekt de term met — .

x

Nadat vooraf aangetoond is, dat alle integralen van dezo
vergelijking voor groote waarden van
x voorgesteld kunnen
worden door:

ij=Gi cos ax Co sin clc f
wtuirin Ci en Co constanten zyn en
lim f = lim f\' = O

x=oo a;=eo

wordt de asymptotische voorstelling van deze integraal
gegeven, n.1. als:

U ^ CVS ax. j „„ ^. ... a.-, j ..

waarin «<, en i^o willekeurige (Cj en Q> van do vorige
uitdrukking) constanten zijn.

8. De BESSEL\'sche vergelyking:

dx- dx . ^ \'

y •> 1

u = en = --h

wordt door de substitutie:

JL

herleid tot:

Daardoor wordt als algemeene integraal gevonden:
// .>5 (r^o i\'OS X sin x) Pn — ("o Sin X - {io cos x) Qn
wjuiruit dus:

u (O ^ - {«O cos X (io sin X) 1\\ — («„ sin x - (io cos x) Qn

-ocr page 122-

— lOH —

(die gemaklvelijk te herleiden is tot den vorm, gevonden in
Hoofdstuk ni art. 25).

9. Ook voor \'t geval, dat de bepaalde integraal:
/ (f\' (x) dx

j x

niet eindig is, worden uitdrukkingen voor y afgeleid. Daar-
door wordt dan de asymptotische voorstelling van de
integralen van de vergelijking:

d-y / .> , Cl I Ca , \\

met reëele coëfficiënten, voor reëele oneindig groote waarde
van X, afgeleid.

Deze voorstelling is:

wajirin «o willekeurig is. De coëfficiënten «i , , enz.
zijn zoo bepaald, dat de reeks formeel aan do vergelijking
voldoet.

Voor negatieve waarden van a krijgen we dus integra-
len, die nul worden voor x=x) ; al deze integralen zyn
dus alleen van elkaar onderscheiden door constante fac-
toren n.1. «0.

Is a positief, dan hebben we door dezelfde formule de
asymptotische voorstelling van alle integralen, die oneindig
worden voor
x = co de limiet hunner verhouding is in
dit geval de eenheid.

10. De gevonden resultaten worden door Kneseu ton
slotte gegeneraliseerd voor de vergelyking:

d-y

dx^

waarin:

-ocr page 123-

107

Kunnen nu een positieve echte breul: y en twee posi-
tieve constante getallen
g en fir\'\'gevonden worden, zoo dat
voor
x\'>g:

\\xy <i\'{oc)\\<gi en \\iT{x)\\<gi
zijn en dat verder

f MïH^^

Jx X

een eindige grootheid is, terwijl de functies q (.c) en q\'ix)
continu en a en ci reëele constci.nten zyn, dan is:

kleiner dan zekere vaste grens, zoodra x^g is, terwyl
dan ook de integralen van do vergelyking, evenals hunne
afgeleiden voor groote watirden van .-c, tusschen eindige
grenzen liggen.
Die integralen hebben dan den vorm:

!/= Cl c\'Oö\' j-^ logx ax j C,< ain j hg x ux | f
waar Ci on Cj constanten zyn,^terwyl
/i,n f =
Um = O

Do algomoene reëele integraal van do vorgelyking.-
f^\'.\'/ I j .) I f-\'i I \'\'-1 I I

wjuirin do coëflicient van //, voor groote waarden van x
convergent is en de constanten a en c reëel zyn, wordt
dan voorgesteld door do reeksontwikkelingen:

(„„ ^ ^ ...) c» lo,j s „,.)

-ocr page 124-

- 108 -

« en (5 zijn reëele constanten, die te bepalen zijn; en
j5o zijn arbitrair.

11. De oorspronkelijke vergelijking:
heeft dus, voor \'t geval dat

Oo — ho —j- «o" < O

4

is, integralen, die asymptotisch voorgesteld worden door:

^ «o J: K\' -CO «

en wanneer:

Co > O is door: ^

II. Methode van Hokn.

12. Vooreerst houdt Horn i) zich bezig met de verge-
lijking van de eerste orde:

..........^^^

waarin k een geheel positief getal voorstelt en f een con-
vergente machtreeks voor kleine waarden van | .i; | en
I y I voorstelt.

De integralen van deze vergelyking worden voorgesteld
door reeksen, welker termen te bepalen zyn. Deze reeksen
zijn, zooals aangetoond wordt, convergent voor voldoend
kleine reëele positieve waarden van a;, wanneer het reëele
deel van
f (O, 0) positief is. \'

\') Cbelle\'s Journal Bd. 119 en vlg.

-ocr page 125-

— 109 —

13. Vervolgens onderwerpt PIorn de gevonden integraal-
iiitdrukkingen, die voldoen aan:

(waarin de machtreeksen voor voldoend kleine waarden
van X convergeeren) aan een nader onderzoek en wel:

met betrekking tot hun gedrag bij nadering van x
tot het onbepaalde punt .\'c=0
20. ten opzichte van hun gedrag bij omloop om dit punt.
Eindelijk nog worden die waarden van
x, in de omge-
ving van .Tj^O bepaald, waarvoor de integralen gegeven
wjiarden krijgen, in \'t bijzonder bij de nulplaatsen der
integralen.

Het onderzoek onder vermeld, geschiedt door in (2)
to stellen :

y — ?/ O r = l *■ \'• ~

waardoor de vorm van de vergelijking dezelfde blyft, maar
do coëfficiënt van
x den vorm krijgt:

(to ai .X   (Ik

Zonder aan de algemeenheid to kort te doen, kan a„ •=■ 1
genomen worden.
Wordt nu:

an.....(3).

luingenomen, dan wordt als algemeene integraal van (2)
gevonden:

.....(4)

Do integratieweg begint by x = 0 in zulk een richting
dat:
lim 1 = 0 is.

X = O

14. Do algemeene vergelyking:

-ocr page 126-

110

wordt formeel voldaan door:

waarvan de coëfficiënten te bepalen zijn.
Nu voert
Horn k integralen van (5) in, n.1.:

(Uit\'(4) door 0=0 te nemen). De integratieweg giuit
uit van x = 0^ zóódanig, dat:

(4m —l)7r _ , - (4m l)7r

^ \' < arg. x < ^--—

2k 2/.:

Verder blijft x alleen in deze sector en in do beide aan-
grenzende, d.w.z.
arg.x blijft in \'t gebied-

4w-3 ^^ 4m 8

TT tot -- TT .

2/c 2k

Wordt nu een functie aangenomen, waarbij dezelfde
integratieweg gebruikt wordt als voor i/, n.1.:

h- — t-^ r x»-\'--\'^ t dx

J O

dan komt er door partiëele integratie:

f (1 rti X-h c(2 .-i;- ... ((/c / dx=x\'\' t-i f .r"-\' / </x

Jo Jo

of:

1,4- «1 . .. ak-\\ h u-\\ {(\'k \'•) Ir K- ==
Hierdoor wordt dan gevonden:

1 r.x/ = ho 7o 7i . ■. hn A. — Ih A. i • • ■ - Ih A. /.-
of:

-ocr page 127-

00

- 111 -

Vm = - h,. = Cl x ... c„ .r» 7?1 ƒ„ ! ... Bu /„ a-
,. = 0

ö„ i/„ i enz----

Stelt men:

?/„»= C; f„ x"
A = 0

dan wordt bewezen: | f,, | <f
wanneer: | .\'c | <

waarin (>„ een positieve grootheid voorstelt en ara. x in
de aangegeven drie sectoren blijft.
Zoo wordt dan gevonden:

voor: hm. .r = O en ——— < arg. x. < —-

O K 2 k

15. Do algemeene integraal van (5) ia:

Beweegt x zich na^ir O, zoodat:

(4m-l) . ^ (4w-f 1)

- TT <ar</. X < -—-V—- iT

2k 2A:

torwyl , dan is:

/ün= en dus ook hmy=co. Voor dozo grenzen
van \'t argument is dus ?/,„ do intogranl, dio asymptotisch
door de reeks wordt voorgesteld.
Verder vindt
Hohn, dat voor:

(dke integraal van (5)\' (uitgezonderd als C=oo wordt)
asymptotisch voorgesteld wordt door:

-ocr page 128-

— 112 —

W 1

?/ ro Cl X*-
i=0

Het gedrag van de integraal in \'t geval onder ver-
meld wordt bepaald door convergente reeksen.

16. Wanneer in de vergelijking:

(1 -]_ ^^ 4- a., ... au x\'\') y = Ih  . . .

dx

ük geen geheel getal is, dan heeft de vergelijking een, in
de omgeving van x — O, eenwaardige integrajil, die voor-
gesteld wordt door:

-t-OO

y — 2\' p x^

welke in de verschillende deelen van de omgeving van
verschillende asymptotische voorstellingen toelaat van
den vorm:

-J_ ____ .. ^±=1

waar:

Co Cl .r ...

een reeks is, die formeel aan de vergelijking voldoet en
in \'t algemeen divergent is.
Voor
m = k is:

Nu wordt aangetoond, dat de coöfflcienten 2h "it to
drukken zijn
door Ao^A^ ...Ak-i

en f\'o, c, ... Dit geldt óók
als Uk een geheel geUil is, voor do functie die voor-
komt in de integraal:

1 ^ ,
77-7— k-l ■■■

y — P{x) Be ^ " " ^ .r""^- hxj x

De functie P {x) is in do omgeving van r» = O eenwaardig.

-ocr page 129-

- 113 -

De asymptotische voorstellingen worden gebruikt om \'t ge-
drag van de integralen in de omgeving van a; = O te
onderzoeken.

17. Verder beschouwt Horn nog de vergelijking:

% ..... (6)

waar k een geheel positief getal (óok 0) voorstelt en P en
Q rationeele functies van x zijn, die in de omgeving van
x— co voorgesteld kunnen worden, door:

Als de wortels «i en «o van do vergelijking:

«■2-1- ao « = O

verschillen, wordt de gegeven vergelyking foimeel voldaan
door twee normale reeksen van
Thomé, n.1.:

"A a-P «/,, ar\'\'-\'

I «c dj" I

waar h=\\ of 2 is.

A/,^ is van do orde: t^\' nl (;;=/c-|-l)

Voor k=0 voert een passende omzetting van do som-
matie van divergente reeksen volgens
Borkl \') van de
reeksen
S/, tot de transformatie van Laplack, waarvan
Poinuark^) gebruik heeft gemaakt om \'t gedrag van irro-
guliero integralen van lineaire difforontiaalvergelijkingen
te onderzoeken.

\') Ann. do l\'öcolo nonnixlo sup. 1809.
Aniorioiin .louiniil. 7. Acta Math. 8.
PiCAun. Traitó d\'Analyso t. III. Ch. .XIV.

-ocr page 130-

- 114 -

Het geval waarvoor k > O is, is op dat, waar A; = O is, terug
te voeren door verhooging van de orde van de differentiaal-
vergelijking.

Horn bepaalt nu het gedrag van de integralen van (6)
in de nabijheid van \'t onbepaalde punt rr=oo.i)

18. Aan de algemeenheid wordt niet te kort gedaan
door \'t geval te nemen, waarvoor:

«1 = i en «2 — —i
is. Vergelijking (6) bezit 2p integralen

en

waar o =0,1,2 .. .7? —1, van zóódanigen vorm, dat in de
nabijheid van a;=oo voor:

2«-l ^ . 2« 2

—-TT <C ara x <C-tt

P \' P

asymptotisch voorgesteld wordt door de reeks S] en

voor:

2«- 2 ^ . 2« 1

—^-TT < ara x < — tt

P \' P

asymptotisch wordt voorgesteld door de reeks Sj.
De algemeene integraal wordt (afgezien van consbmto
factoren) voor:

—::— < arq x < ----—

P P

asymptotisch voorgesteld door .S> en voor:

(2 (> —1) TT ^ O TT

—-— < arq X <

P P

door Si.

Om een willekeurige integraal y van (0) in do nabüheid
van
arf/x=0 te onderzoeken, zet men:

__ __ V = 

\') Math. Annalen 49 on 50.

t

-ocr page 131-

- 115 -

Men vindt dan door formeele oplossing van de vergel ij kin?:

c, S, c, Sj = O

een asymptotische reeksontwikkeling voor de nulplaatsen
van ?/ in de nabijheid van x=oo met
arf/x = 0.

19. De vermelding van verdere beschouwingen en ont-
wikkelingen van
IIoRN, zullen we hier (evenals geschied is
met die van
Poincarb, waarop ze een vervolg zijn) ach-
terwege laten.

III. Methode Jacobsthal.
20. De vergelijking:

M   [B Bi z\'\']t = 0

met tweeledige recurrente betrekking en éen\'onbepaald
punt in \'t oneindige, brengt
Jacobsthal i) tot den normaal-
vorm :

«?/ = O

(Ix^ \' V \' I \' (Ir.

Om tot een asymptotische voorstelling van den integraal
in de omgeving van
x = co te komen, bepaalt Jacobsthal
de divergente reeks, die formeel voldoet:

y =1. V  - 1) 1

en splitst daarna die reeks in twee deelen Sn-\\-Rn, waar
Sn do som dor termen tot en mot do n\' voorstelt, terwyl
Rn in den vorm van een bepaalde integniai wordt gezet.
Daartoe wordt:

\\!l =

\') Asyniptotisclio DarstolliiiiK v. lAsungoii lin. l)i(T. gin. Mivtli. Ann.
50 (180!)).

-ocr page 132-

- 116 -

in den normaalvorm gesubstitueerd, waardoor het eerste
lid
cp(x) den vorm krijgt:

f w V Jif^^j - n - 1) iJin)

Rn krijgt dan de gedaante:

>

Rn = £ \'HOe\'. [yx(x) y.ic) - y^M y^m d I

waarin yi en y^ twee particuliere integralen van den nor-
maalvorm zijn.

Om nu een schatting van de grootte van i?„ te kunnen
maken, wordt de normale vergelijking door twee bepaalde,
integralen geïntegreerd, die
x als parameter bevatten.
Als een dezer particuliere integralen wordt gevonden:

,, = ±1}-\'. (i -i)^-\'as

De tweede wordt gevonden door in den normaalvorm
te substitueeren:

y = e-^ . Ij.

waardoor deze wordt:

d. i. dezelfde, als men « en ^ verwisselt en x vervangt
door —
X.

2/2 = Jo (x) = u, - X) =

De integraties zyn oorspronkelijk als rechtiynig aange-
nomen; by den omloop van
x om \'t nulpunt wordt de in-
tegratieweg veranderd en \'t gedrag van
Ji(x) en Io(x) by
deze omloop onderzocht.

Om de functies h en li in \'t geheele vlak den waardig
to maken, moet er een doorsnede goniiuikt worden van \'t

ïi:4

-ocr page 133-

- 117 -

nulpunt uit, tot in \'t oneindige in zekere richting. Om ze
tevens eindig en continu te maken moet die doorsnede
aangebracht worden langs de negatieve imaginaire as. Bij
\'t overschrijden door x van deze snede treedt discontinuï-
teit op, zoodat we \'t vlak waarin x zich beweegt door deze
snede begrensd moeten denken.

Hierdoor wordt een schatting van Rn mogelijk en krygt
men een bovenste grens van de fout; zijn n.1. /c en l de
grootste geheele getallen, die in « en bevat zijn, zoodat:

« = /c -f- f en p\' = / u

dan vindt Jacobsthal voor bovenste grens:

voor 1=0 n\'l\'^.

l = 1 ?tV3. e-»«

l>l n-\' \'/a. e-»

die nog zeer ruim genomen zyn.

Als asymptotische voorstelling van de integralen //i on
wordt dan gevonden:

yx = h(x) CU S/)

= e-^ I. {x) 6V2)

waar = is on uit Sn volgt als men « on —x
in do plaiits stelt voor «, on x.

,Dezo voorstolling geldt nu voor de geheele omgeving van
\'t oneiiidigo punt.

In de omgeving van het nulpunt krggt Jacousthal do
convergente ontwikkelingen:

Deze convergeeren slecht voor grooto waarde van \'t ar-
gument; voor dit geval worden ze vervangen door de
asymptotische uitdrukkingen:

-ocr page 134-

— 118 —

Fi c\'i c\'o S,P
Yo co Cl e-^ Co Sy2).

IV. Voorbeelden.
21. Nemen we als voorbeeld de vergelijking:

d-y

(1)

^ V rc ^ V dx ^ X

waarin a reëel en positief is.
Stellen we dat:

I 1 \'"i I /o\\
— .........

formeel aan (1) voldoet voor x= co.
Nu is dus:

— V 2!hL V _ /ox

.-C« \' dx~n1x \' dx^ nZl \'

Bij substitutie wordt dan gevonden:

1(n—1)7«„\'

m

= 0 . . (l\')

of: ^ (n-1) = 0 .... (l\'O

X n —2 .T

zoodat 7)io = O en wji = arbitraire constante.
Voor de coëfficiënten geldt dan de betrekking:

wï„.i(M-«)-/»„ = O (n>2). .\' . . . (4)

Uit (4) volgt, dat (2) divergent is. Schryven we nu (4)
in den vorm :

"\'—<-\'>■-fj^i- .......w

Uit (4\') en (3) volgt dan de formoele ontwikkeling:

-ocr page 135-

- 119 -

.....

Is a een geheel getal, dan is y een rationeele functie
van
x\\ de reeks heeft een eindig aantal termen. Is a niet
geheel, dan is (5) oneindig doorloopend.

We nemen in het laatste geval een eindig aanüil 0>-l)
termen, zoodat:

waiiruit volgt:
Bij invoering hiervan, wordt (1):

p-l 00 J

als we de waarde van \'t lo lid van (1) voorstellen door F{y).
Door <Soo te vervangen door S^ stellen we eigenlijk:

Dip = =... = Wloo = O

Zoo komt er dan:

p-i • 1 I

F{Sp) = jw„_i(n-a) — — nij,-i (p-a) —

,1—1 x x\'

Het eerste deel van \'t tweede lid is nul wegens do
betrekking tusschen de coöfflcienten, uitgedrukt door (4);
dus krygen we:

= {p-a)^=iij{x)...... (6)

Deze niet-homogeene vergelyking kan geïntegreerd worden
met behulp van twee lineair onafhankelyke integralen
Y^ en i\'i van de homogeene vergelyking (1)
Als integraal van (6) vinden we dan eene uitdrukking:

= ........ ((!\')

wjuir A en B functies van x zyn, die bepmild worden uit:

-ocr page 136-

— 120

dY,\\
Y, )

^ dx

^ dxJ

dY,

■ dx

dx )

Verder volgt uit (1):

dY, dY

- Y, ^ = ...... (8)

dx dx-

De waarde van C hangt af van de keuze der coëfficiënten
van Y^ en Y^; deze kiezen we nu zoo, dat C = — 1 is.

dY, dY,

......

Door invoering van de integratie variabele t, krijgen we
uit (7) en (9):

Jx

De integraal van (6) is dus volgens (6\'):
S=Ci Y^-i-Gj

- r./\'(Oe^.(\'^\'lYJx)Y,(t)- Yi(x).YJt)idt.. . (10)

Jx

Sp is een particuliere Integraal van (6), dus gtuit by ge-
paste keuze van de constanten
Gy en Go, S over in Sj,.
Ook is:

Cl =

een particuliere integraal van (1) voor do zooeven aange-
duide keuze van Ci en C^.

of B, = !/-Sp........... (11)

\\

I (7)

-ocr page 137-

- 121 - \'
verandert nu in de- uitdrukking:

Bp = rip(t)e\'.t-ll\\(x)r;,(t)-l\\(x)r,(t)l(U. . . (lil)

Jx

\\

De restterm van de divergente reeks, die aan (1) formeel
voldoet, is hiermede uitgedrukt als een bepaalde integraal.
Om een schatting van de waarde van Bp te krijgen moeten
F.^ en F;, behoorlijk gekozen worden. Daartoe moet (1)
door een bepaalde integraal voldaan worden.

Vergelijking (1) wordt verkregen uit de vergelyking
van de hypergeometrische reeks:

= . (12)

door daarin te nemen:

CV

« = — 7n ; y = a ; = 1 ; Xi = ~ als:
/, d\'ij , r , 1 cn 1 dt/ ,

( 1--)  Cl - {- \'11 2) —  ?/ = 0.

V m J dx- L \' mj dx

Wordt hierin m = co gestold, dan krygen we, na door
x gedeeld te hebben:

Aan (12) wordt voldaan door: ^

{xi) = C C t^-\' ü-txi)-\' dt.

Jo

Door hier dezelfde substituties, enz., toe to passon als
zooevon, wordt \'t tweede lid:

m

dt

wolke uitdrukking van m = oo overgiuit in (als wo tegelyk

s

t = — nemen):

-ocr page 138-

- 122 -
- .......

Dit is nu een particuliere oplossing van (1). De bovenste
grens is nog variabel; om deze vast te leggen, substituee-
ren we (13) met grenzen O en js in (1) (doch schrijven die
grenzen niet) en krijgen dan:

Om deze uitdrukking nul te doen zijn, zooals geëischt
wordt, is \'t noodig twee grenzen te kiezen, zoodat

a-3

= 0

is; dit is \'t geval voor s = 0 en s = co waardoor nu de
bovenste grens bepaald is. We nemen dus:

(14)

Een tweede particuliere integraal van (I) vinden we
door te nemen:

y—e-^.z

Dit geeft dan: .

. d-z . f a \\ dz , l—a

Veranderen we hierin x in — .r, dan komt er:

z

die denzelfden vorm heeft als (1). De coëfficiënt van —

is « - 1 inplaats van 1. Trachten we aan (15) te voldoen
door een integraal van den vorm (13) d. w.z.:

-ocr page 139-

- 227 -

waarin «, (i en nog bepaald moeten worden, dan vinden we
bij substitutie:

De grenzen zijn reeds gekozen; het nul worden moet
dus alléén afhankelijk gesteld worden van de keuze van
« en (i, zoodat \'t polynomium onder \'t integraalteeken nul
moet zijn, d. w. z.:

1) « - 1 _ Ji _ O \\

u(li-2) 0<-i-2)([i-2) u(f>\'-2) ■

= 0

- 3)

De eerste van deze, in den vorm geschrovon:

IC (« 1 - a) (t — 1 - « _ ^

X

X-

doet zien dat: u — a— 1 gekozen moet worden. Aan de
boide andere wordt voldaan door te nemen
(i = 2. De
tweede particuliere oplossing van (1) wordt dan:

ds

g—.t r*

Om een waarde voor / te krygen, merken wo op dat in
}\'x en do exponenten juist verwisseld zyn; in \'teerste

(10)

-ocr page 140-

- 124 -

geval toch hadden we — als coëfficiënt\'van in \'t tweede

CC

; in \'t Ie geval was O d, i. 1 — 1 de expo-

a - 1

X

geval

nent van s, nü zal / dus = a — 2 zijn.
Zoodat:

Uit formule (11\') gaan we nu een benadering voor de
rest zoeken en vinden dan :

r"^ 1 r ( 1 / s \\)

B, = (p - a) é t, }-(l - 1) X

, pt-x r® 1 / t. \\ (1-2 -T

1 r 1 / s \\

= cc,

t gaat langs dó reële as van x tot oo; x nadert tot oo; x
en t verschillen dus zoo weinig men wil, dus de vorm
onder \'t integraalteeken is zoo klein men wil. Zoodat nu:

1 r

= C Cl mp_i {p-a) • ^J^ * di

lim Rp = lim

L^P-U

Door gebruik te maken van formule (11) zien we, dat:

lim {ij-Sp)=lim ( j-i)

-ocr page 141-

- 125 -

of:

lim /c^-i I »/ —S^jI = 1]

r—ac

wtiaruifc volgt dat reeks (5\') werkelijk een asymptotische
ontwikkeling is:

De algemeene integraal van de gegeven vergelijking wordt
dan voorgesteld door:

„=i \' I {(t-n) .r«

De hier gebruikte methode is eene navolging van de
door
Jacobsthal luingewende.

22. Nemen we de vergelijking van de derde orde:
en stellen we dat:

formeel voldoet; dan is:

_« Wj, (Jjl _ % _ n. 7».,t

=„ .r" \' (lx \'

dX\' ,Zi \' (ix^ ,Zi

De eorsto schry ven wo liever in den vorm:

I mn

= ^

(lal

By substitutio blykt:

vi„ = 0 ; ?>?i = arbitrair en <:- h-\\-2r= O
als oisch voor do gotalcoëfticionten.

-ocr page 142-

- 126 -

De betrekkingen der coöfflcienten m zijn:
—1.2,3 mi 1.2 q. ??^l 2.3 r tn^, - am\\ — 2bmo-\\-c7}i2 = O

— 2.3.4 nio 2 s?ni 2.3 g?n.2 3.4 rm^-2 ani2-3 bmz cm^ = O
-3.4.5 mz 2.3sm» 3.4qm^ ^.hrm^ -3«m^-4 hm^ cnu = O
of in \'t algemeen:

- {p -1)2?- 2) {p - l)smp-2-\\-{P- <1

-\\-p {jy\\-l)rmp -{p-\\)a h m^ c mp = 0.

Als recurrente betrekking vinden we dus:
1 c p (i) \\)r-ph\\ mpMp -1) 1 1 ) i> g - rt I

(P>2).

23. Door s=0 to nemen wordt de vergelijking:

g (« \'«) I

Voor deze is dan ook:

; m\\ arbitrair en c—h-\\-2r=0 eiscli, waaraan

de getalcoëfficienten voldoen moeten.
De recurrente betrekking wordt eenvoudiger, n.1.:

I c p{p l)r-ph I iiipMP-1)1 -«i (;;>2)

of:

_(2.3 a-27)(3.4 a-37)(4.5 a-4f/)... j(p l);) f/-(/)-l)7{ |;)(/) l) a-;;gl(/;-l)l
(2.3r c-2ö)(;3.4r c-3/>)"(4.5r c-4/>)... |(/p
-1)/j;- 6--(7J-1)/;| \\p{p \\)r^r-\\-ph\\

24. Voor r—\\ , a—c en q=b wordt de vergelijking:

g = 0

met eisch: a — b= — 2

terwijl de recurrente betrekking der coöfficenten m dan is:
n)p = (jt ~ 1)! .

-ocr page 143-

- 127 -
Zoo krijgen we dan de vergelyking:

S ^^ S fx • ^ ^ ^

waaraan formeel voldaan wordt door:
1 I 1 1 2! , 3! ,

.....

Deze reeks is in \'t algemeen divergent.
We vinden als integraal van (1) echter:

ƒ."• pl-x _ p-X

..........®

voor X reëel en positief.

Volgens Hoofdstuk Hl is te vinden, dat (2) de asympto-
tische ontwikkeling van (3) is. Volgens Hoofdstuk IV is
(2) dus een integraal van de vergelyking (1).
Door nu in (1) te stellen:

y — e-^. z

gaat deze over in:

g (;rr2 .T - g _ ^

of = ^ stellende:
(lx

 ~ - . . . (5)

Aan deze vergelyking wordt voldmin door do particuliere
integraal

X

Door middel van dezo particuliere integnuil vindon wo
oen tweede, n.1.:

dus:

1 — (/

-ocr page 144-

- 128 -

dz , e^ , „ e^

--\\-B--a;-

dx X 1 — a

of:

z — Ae\'\'

B 1 e^

x^ x\'^^ aP^ x^^

^ \' X X^ CÜ^

l-a (a-1)! re«
Zoodat een integraal van (1) v/ordt voorgesteld door:

^ i X x-^ x^ )

Daardoor vinden we de particuliere integralen:

1 j 1 I 2! , 3! ,

......

(dezelfde als (2)) en
1 (/ I I (« !)! I I /QN

Is a een geheel positief getal, dan is (8) van een be-
paalden term af, gelyk loopend met (7).

24. ,Door te stellen:
Krijgen we:

= -1 on O, = -«
terwij 1 voor
= —a:

Ai = aAo

blijkt te zijn; op deze wijze krijgen we dezelfde reeksen
als zoooven.

-ocr page 145-

/

- 129 -

25. Trachten we een vergelijking van de tweede orde
te vinden, die na differentiatie (1) oplevert en stellen we
die voor door:

dap zien we, dat gekozen moet worden:
Q—ax] P — x^-\\-ax
De gezochte vergelijking is dus:

Schryven we deze als:

en stellen we hierin:

dan gajit de vergelyking over in:

dz . _

x^ —h oxz — G
dx

waarvan do integraal is:

G C C\'

(a-l).-» \'

zoodat:

dy, __C__ C C\'_

waarvan de algemeene integraal is:

Do dorde particuliere integraal, die hier optreedt is ook
to vinden uit (4).

9

-ocr page 146-

NOOT I.

Neem en f als functies van de variabele a zoo dat:
,,=ƒ/• da.

Volgens Taylor is:

{a /O = (a) hf{a) ^ f\'ia) T • • • (1)
of:

{a h) - (a) = /./•(«) ± f\' (a) /•" («) .......i

(2)

7/3

Tellen we de eerste en tweede leden van dezo verge-
lijkingen by elkaar op, dan komt er:

i} {aph) - i} (a) = \\

7.2 _

-I-^ f r («) r (« /\') (« 2//) •• -1/\')!

enz. I

-ocr page 147-

- 131 -

\'t Eerste lid van de nu verkregen vergelijking is niets
anders dan:

(•a p/i

(Ia

ra ph

fict)

J a

de vergelijking is dus te schrijven:

J^ /la)da=h^t (a r//) ^f\'(a rh) enz...

(i)

Door in (3) (f te vervangen door /; daarna f door /",
f\' door f enz., krijgen we achtereenvolgens:

i\\a-^Vh)-f\\a)=h^na r/0   enz. (r>)

V—O l\'=0

(7)

enz.

Vermenigvuldigen we nu beide leden van (4) met 1
van (5) met
Ai h\\ van (6) met Ao h- enz., waar de coëfli-\'
cienten
A later bepaald zullen worden en tellen wo do
overeenkomstige leden op, dan krygen we:

ƒ 11 »)/«

r{a)da Aili\\na-\\-pli) ~ fin)] \\r{a-{-ph) -

(1

yt^u

(- ff TT) ^

rmu

-ocr page 148-

- 132 -

De coëfficiënten Ä worden nu zóo gekozen, dat alle
termen van \'t 2e lid, behalve de eerste natuurlijk, nul
worden (daardoor wordt tevens de voorwaarde ingevoerd,
dat geen der functies
f, f\\ /"\', enz. oo mag worden).

De vergelijking gaat dan, als we de leden verwisselen,
over in:

ra ph

Ji Z f{a Vh)= / fia) da Ai k \\f{a ph) - f{a) ( A. j f\' {a pli)-

v=o J a

- r (a)i ^3 mr (a ph) - r{a)\\ A, ¥\\r{a ph) - r{a)\\ . . . (8)

waarin nu nog de coëfficiënten A door hunne waarden
vervangen dienen te worden. Deze vinden we door
f{a)
speciale waarden te geven. Stellen we n.1:

na) = e^

en substitueeren we dit in (8) dan krijgen we:
h 1  • • • | - e«) (1 Ai h A 0//.2 .....)

(jh^h - j = ......)

deelende door: —1) komt er:

^ = \\    ........ (9)

Door hierin te nemen h=2iz vinden wedat^] = - i

wordt, maar de overige coëfficiënten met oneven index
alle nul worden. Dus (8) gaat over in :

h 2: /-(a r/O = / fia) du - ■■ | r(a-\\-p/i) - f{a) | Aoh\'21 f (a ph) - f (a) (
r=» J a ^

Aih^f"irt-{-pk) -f{a)\\ AGW\\r{a ph) -^((1)1 enz.........(10)

Vergelijken we vergelijking (9) met de bekende betrokking:

c^-l - h 2 ^ 2! 4! \'\'
*

-ocr page 149-

- 133 -

dan zien we:

i _-Bi , _ -B3 , , _-B3

" ~ U \' — ~ Tl \' ® ~ "6! \'

Door dit in (10) te substitueeren krygen we den alge-
raeenen vorm:

\'\' h

h ^^ r{a rh)= f{x)dx - \\f{a ph)-f{a)\\

»\'=0 Ja "

»•=1 (^\'7!

(Zie hierover o.a. Sciilömilcii. Handbuch der Diff. und
Integr. Rechnung
184:7, pag. 285. Maclaubin. Treatise of
fluxions
1742, pag 672, of de fransche vertaling hiervan
1749. Ho partie pag. 146 en vlg.)

-ocr page 150-

NOOT 11.

Formule (3) van Hoofdstuk II wordt op de volgende
wijze gevonden:

Onder de totale residu van een functie (p (x) wordt ver-
staan de integraal:

genomen langs den omtrek van een cirkel c met oneindi-
gen straal
Ji
Men heeft dus:

Vervangt men nu cp{z) door:

n^)

x—z

en schryft tevens:

1

t

in de integraal, dan komt er:

dt

(^\\\\x-z)J\' 27TiJ t{l-tx)

li

waarin nu de integraal in negatieven zin genomen wordt

-ocr page 151-

- 135 -

langs den omtrek van een cirkel met zeer kleinen straal
, Men kan dit tweede lid dus in den vorm brengen:

(l-xz)

Vervangt men \'t eerste lid nog door:
dan vindt men:

x-z \' <-^((z))(l-xz)

f{z) moet eene eenwaardige analytische functie zijn in \'t
geheele oneindige gebied. Zijn de residus oneindig in juin-
fall, dan moet op hunne volgorde gelet worden. Ze worden
gerangschikt naar de toenemende moduli van deoneindig-
heidspunten.

-ocr page 152-

NOOT III.

We maken gebruik van de definitie:

1 ® 1

2 ^

7 (2p)\\

Nemen we:

1

J_ — I 1 _ _
2 ^ ■ "

1

1

2 l — e-\'

1 -

X

1^2 e—2 1 _ ï

- — = — - -

2 X X

eö - e~2

1

en verder:

1 " 22
TTctgnz - —= y—-
Z Z" — H"

dan krijgen we voor:

ix

27T

1 1

____ _ ___2 -_

l-e-^ X 2

1

X

zoodat dan:

1-0 v_L_.

V 1 - c--^ a; 2 y .-e ~ x\'^ tt^\'

00

= 2 2-
»1=1

1

X-

voeren we nu de B\'s in dan komen we tot:

/_1_ 1 BjX^ B-s X*

U-e-^ 2)x~~2\\ 4! fi!

(2n)\\ (2n 2)!

-f

-ocr page 153-

NOOT IV.

1. SoLDNER gaf in „Théorie et tables d\'une nouvelle
fonction transcendente" (1809) de volgende formules ter
berekening van /i-functies voor verschillende waarden van
x:

= (1)

, , I X l.a. yl" . a.ayl\'" ..

U^a. .)=Ua - .. (2)

waar !j = l ! coöfflcienten A worden bepaald
door: yl\' = 1 ; yl" = 1. yl" - /. a ; yl"" = 2. yl"" (Z. a)^
yl^ = 8.yi"" - {l.a)^ ; enz.

(1 ± ic) = C x ± yl<\') a; - 1 yl<\') ± -L ^O^pS ... (3)

^ O

waarin:

^(n) -L- -1 yiC)--L- --.1 - enz... (3\')

n l n » — 1 H—2 \'

In (1) en (3) stelt C de Eulersche constante voor. Door
gebruik te maken van deze formules stelde
Solüner tafels
op voor
li 0,01 met 0,01 opklimmend tot 1; voor U 1 met
0,1 opklimmend tot li2^ voor
li2 met 1 opklimmend tot
li 10; voor li 10 tot li 20; voor li 20 met 2 opklimmend tot
//40; voor Zi40 met 5 opklimmend tot
li 100; voor ZtlOO
met 10 opklimmend tot ZilOO; voor ZilGO met 20 op-
klimmend tot
11320; voor Zi 820 met 40 opklimmend tot
ZiG40; voor Zi640 met 80 opklimmend tot /n280.

-ocr page 154-

- 138 -

De functies van de tusschengelegen getallen kunnen
bepaald worden door de interpolatieformule:

7-/ IN 7-1 inn A\' 100 a; (1 - 100 x) .„,
li{a x) - ha 100icA =---j]-^

100a;(l-100a;)(2-100a;) ^^^

3!

waar A\' \'t eerste verschil is; A" \'t tweede verschil, enz.
a is het getal, in de tafel voorkomend, dat \'t dichtst ge-
legen is bij \'t gegeven getal en
x is \'t geen \'t gegeven
getal grooter is.

Op deze wijze li te bepalen is zeer tijdroovend. Dat-
zelfde nadeel heeft de berekening door de reeksen van
Bretschneider (zie Hoofdstuk H, art. 14).

Na het afdrukken, bleek op blz. 104 nog een fout to schuilon. In
hot tweede lid van do asymptotische gelykhoid, aan \'t einde van
art. 6, is de factor e - ^er ongeluk uitgevallen.

-ocr page 155-

s T E L L1N G E N.

-ocr page 156-

■ ■

f

i

i\'

I

m"

-ocr page 157-

I.

Do oplbssingswijze, die Forsytli geeft van

dx\' ~

waar }\' een functie van y voorstelt, is onvolledig.

Het is wenschelijk een beiiaiilde noüitie voor do getallen
van Bernoulli algemeen aan to nemen.

Wanneer \'t doel is een benaderde oplossing van een
differentiaalvergelyking te verkrygen, dan is \'t geoorloofd
die vergelijking to vereenvoudigen, door termen van som-
men, die er in optreden, to vervangen door benaderde
wjuirden (dus soms zelfs weg to laten) wanneer, binnen de
grenzen, waarvoor de oplossing beschouwd wordt, \'t ver-
schil tusschen de vervaagen tonnen en die benaderde
waarden klein is, ten opzichte van do sommen wmirvan
ze tormen zyn.

-ocr page 158-

- 142 -

IV.

De oplossing van de vergelijking

waar P en Q functies van x zijn is eenvoudiger te vinden
door te stellen
y — dan door y = u v.

V.

De onderverdeeling der reeksen, voorkomende onder D 2
in den „Index du répertoire bibliographique des sciences
mathématiques" is onvolledig.

VI.

Het eenvoudigste elementaire bewijs voor de stelling der
onbepaalde coëfficiënten is dat, waarbij gebruik gemaakt
wordt van de onbepaalde uitdrukking

VII.

Op \'t onderscheid tusschen „fout" en „correctie" wordt
niet altijd voldoende gelet.

VIII.

Sin^x beduidt volgens den vorm eigenlyk Sin (Sinx).
Men behoorde daarom te schryven (Sinxf.

IX.

Jäger komt ten onrechte tot de conclusie:
„Es sind daher die zwischen die Gasmolekeln wirkende
Krüfte, Abstossungskräfte".

(Winkelmann, Handbuch der Phys. Bd II 2. blz. 54(5).

-ocr page 159-

- 148 -

X.

Drukvermeerdering by condensatie is een waardevol
controlemiddel bij \'t onderzoek naar de zuiverheid van
een gas.

XI.

Van \'t beginsel der virtueele verplaatsingen is, by \'t
onderwijs in de elementaire Mechanica, veel nut te ver-
wachten.

XII.

Het zou wenschelyk zijn de Beschryvende Meetkunde
als vak van onderwys op H. B. Scholen te vervangen door
de Boldriehoeksmeting.

-ocr page 160-

\'■m\'. ■ - - ^ ■ :., mm

.....

I

\' iWr J

■ *■\'»• r V

vè \'t\'

f.*::-

-ocr page 161-

: T\'« , . !,

\' il"-\' r ;

w

., ,1

i4d-ii£fi

-ocr page 162-

■•Kr^-\'"-" \'

-V ■ - ■ ^

_ ■ V - •■■ ■

Av F*\' . ■

\' s •

!

\' > \'.

/t

t, ■ •

■ -w.-, ; ■■■

m. ■

: ■

■ • . : $ \'■: J-."\' ■ . ..

\' V-

t \' - ■ ■ .

ktifi

-

j. i : vr ,■»_

■ ■ . f««

\' Jc ■■ i

. ■ f

, \' . \' .r ■ ■

-ocr page 163-

.;

• : * \' *

I. \'V.. ■

-(SS \'

r.

\'■Uttx

J ,

I ^

«, yr

...

i

:• vi

: > . -ve

; \'s\'.\'.itt»

-ocr page 164-

Di!