-ocr page 1-

STELLINGEN

TER VERKRIJGING VAN DEN GRAAD
VAN

DOCTOR IN HET ROIEIWH ffl HEDENDAACM RECT,

AAN DE ÏÏOOGESCHOQL TE UTRECHT,

NA MAGTIGING VAN

den rector magnificus

D*. J. I. DOEDES,

gewoon hoogleeraar in de godgeleerde faculteit,

MET TOESTEMMING VAN DEN ACADEMISCHEN SENAAT

EN

VOLGENS BESLUIT VAN DE REGTSGELEERDE ÏACULTEIT,
TE
verdedigen

op Zaterdag 25 Oetober 1873, des namiddags ten 3 ure,

DOOB

GEMARD STEVEN VAM DELDES,

-ocr page 2-
-ocr page 3-

STELLINGER

I.

L 101 § 1 D. de solut. strijdt niet met 1. 96
§ 3 D. eod. (46.3.)

II.

Bij de cessio eener obligatie kan de schuldenaar
aan den tweeden cessionaris betalen, zoo lang door
den eersten niet gedenuntieërd is.

III.

De schuldenaar uit eene obligatio generis mag
niet die zaak geven, die den schuldeischer tijdens
het aangaan der verbindtenis behoorde.

-ocr page 4-

Art, 526 B. W. bedoelt geen beperkte volmagt.

V.

Het is geen vereischte, dat iedere verbindtenis
eene geldswaarde hebbe,

VI.

Art. 1480 B. W. in fine betreft ook de erfge-
namen van den dief.

VII.

De onwaardig verklaarde erfgenaam is niet ge-
houden de niet genoten vruchten uit te keeren.

VIII.

De vrouw, die zonder magtiging van haren man
eene overeenkomst heeft aangegaan, verliest door
de eenzijdige goedkeuring van haren man de be-
voegdheid niet zich op de nietigheid te beroepen.

IX.

De bezitter, die den eigenaar in het geding brengt,
is tot de schadevergoeding volgens art. 1405 B. W.
niet gehouden

-ocr page 5-

Uit eene schenking bij onderhandsche acte ont-
staat eene natuurlijke verbindtenis.

XI.

Het woord »niettemin" in art. 1377 B. W. is
niet misplaatst.

XII.

Het hier ontvangen kind van den hier gevestig-
den vreemdeling, in het buitenland geboren, na-
dat de vader naar het buitenland zijn domicilie
heeft overgebragt, is Nederlander.

XIII.

Bij de toewijzing der conclusien des eischers tot
verklaring van vermoedelijk overlijden zijn de kos-
ten voor diens rekening.

XIV.

Door cognoscement wordt geen bezit overge-
dragen.

XV.

De wijziging in den vrachtbrief der bij de wet

-ocr page 6-

bepaalde aansprakelijkheid is ook voor den gea-
dresseerde, die de goederen aanneemt, verbindende.

XVI.

Hij die daden van koophandel op eigen naam
voor vreemde rekening zonder provisie verrigt, is
niet als commissionair aan te merken.

XVII.

Art. 84 W. v. K. veronderstelt geen oneigenlijken
commissionair.

XVIII.

Ten onregte zeggen Mr. Asser c. s. (Aant, op
het W. v. K.), dat in art. 11 W. v. K. »zijne"
boeken niet beteekenen de gemeenschappelijke
boeken.

XIX.

Wanneer in eene elders te betalen assignatie
de vermelding van genotene waarde vervat is, is
zij toch als eene assignatie aan te merken.

XX.

Een orderbriefje met betaling op termijnen met
bijgevoegde rente kan toch handelspapier zijn.

-ocr page 7-

XXL

Verzet tegen de homologatie van het accoord
kan niet geschieden door schuldeischers, wier vor-
deringen eerst na de aanneming van het accoord
geverifieerd zijn.

XXII.

Liet verduisteren ten eigen bate van goederen
uit eenen faillieten boedel door de vrouw, als be-
waarster aangesteld, valt in de termen van art.
408 G. P.

XXIII.

In art. 301 C. P. is het begrip van vergiftiging
te ruim gesteld.

XXIV.

Het toelaten der verjaring in het algemeen, en
van die der uitgesprokene straf in het bijzonder,
is goed te keuren.

XXV.

De als getuige gedagvaarde, die de vereischten
van art 160 S.v. bezit, moet, zoo hij tot verdedi-
ger door den beschuldigde gekozen wordt, als
verdediger worden toegelaten.

-ocr page 8-

Teregt is in art. 85 G.w. aan de leden der
Tweede Kamer eene schadeloosstelling toegekend.

XXVII.

Het pauperismus kan niet gekeerd worden door
beperking van het huwelijk.

XXVIII.

Het is niet wenschelijk in den eersten tijd den
gouden standaard aan te nemen.

XXIX.

Onze registratie-belasting op den overgang van
onroerend goed is af te keuren.

XXX.

Vrijwillige mode-verandering werkt niet nadeelig.