EENE SCHETS DER IIYDROTHERAPIE
en der
UITKOMSTEN
daardoor in het Marine-Hospitaal te Willemsoord verkregen.
NA IAGTIGISG VAN DEN BECTOK-MAGNIFICUS
Mr. B. J. L. DE GEER,
Gewoon Hoogleeraar in de Regtsgeleer&heid.
MET TOESTEMMING VAN DEN ACADEMISCHEN SENAAT
EN
VOLGENS BESLUIT VAN DE GENEESKUNDIGE FACULTEIT,
TEE VERKRIJGING TAN DEN GRAAD VAN
AAN DE
HOOGESCHOOL TE UTRECHT.
TE YEEDEDIGEN
DOOR
^hederich: iivn^jfttiiisr oow^ajsr3
Officier van Gezondheid 3de klasse, Marine.
Geboren te Amsterdam.
°P Vrijdag den 25sten Jiinij 1869, des ^ middags ten / ure.
AMSTERDAM,
J. H. GEBHARD & (X
1869.
Handelsdrukkerij van M. & F. C. WESTERMAN.
-ocr page 3-MIJNE MOEDEE.
-ocr page 4-I
-ocr page 5-Reeds lang was ik omtrent de heus van een onderwerp
voor mijn Academisch Proefschrift, het niet met mij zelf
eens geweest, toen het vooruitzigt van een spoedig vertrek
naar Indië mij deed besluiten de Hydrotherapie en de
daardoor aan het Marine Hospitaal verkregene resultaten
tot onderwerp te nemen.
Het is mij een aangename pligt mijn dank te betuigen
aan Dr. Hellema , die mij bereidwillig zijne aanteeke-
dingen afstond en mij in de gelegenheid stelde, zelf onder-
vinding op te doen, benevens aan den Inspecteur van de
Geneeskundige Dienst der Zeemagt den Heer Slot, die
mij toestond van de ofjicieele rapporten gebruik te maken.
Ten slotte breng ik nog een woord van dank aan U
Hoogleeraar Loncq , hooggeachte Promotor, terwijl ik
mijne Leermeesters mijne erkentelijkheid voor het genoten
onderwijs betuig.
EENE SCHETS
DEK
EN DER
DAARDOOR IS HET MARINE-HOSPITAAL TE WILLEMSOORD VERKREGEN.
I. Over de Hydrotlierapie in het algemeen.
Ofschoon eerst in de laatste jaren de Hydrotlierapie
zich onder de handen van eenige weinigen tot een
systeem heeft ontwikkeld, was in de oudheid de aan-
wending van koud water als genees- en heelmiddel
zeer in zwang. Het warme water werd eerst later
gebruikt en kreeg al spoedig, vooral in liet Oosten ,
Verre de voorkeur boven het koude.
Een der oudste gevallen van de aanwending van wTater,
als therapeutisch middel, vindt men in de geschiedenis
Van Plato, die in Egypte ziek gewTorden zijnde, op raad
der Egyptische medici, de zeebaden gebruikte en vol-
komen herstelde. Nog voor dat men er aan dacht het
koude water speciaal als geneesmiddel aan te wenden,
Was het gebruik er van uit een hygiënisch oogpunt
^°or het geheele Westen verspreid.
Wat verder de aanwending van baden als hygiënisch
middel betreft, zoo kan men met Fleury de volgende
geographische verdeeling aannemen:
In het Oosten gebruikt men drooge badstoven, bij
uitzondering slechts vochtige. De bader ontkleedt zich
in de minst warme kamer, gaat vanhier in de tweede
over, waar weldra een algemeen zweet uitbreekt; zoo-
dra dit het geval is gaat men in de derde over, waar
men, na de overvloedige zweetafscheiding eenigen tijd
onderhouden te hebben, nog eenige bewerkingen, als
kneden, enz,, ondergaat. Aan het veelvuldig gebruik van
deze baden moet misschien voor een deel de traagheid
en verwijfdheid in het Oosten worden toegeschreven.
In het Noorden (Rusland, Zweden en Noorwe-
gen), worden uitsluitend vochtige badstoven gebruikt.
Het geheele bad is een dampbad, gepaard met wrij-
vingen, - geeseling, en eindigende met eene volkomene
onderdompeling in water van zeer lage temperatuur;
hierna ondersteunt de bader de reactie door bewe-
gingen in de vrije lucht.
In Midden- en Zuid-Europa eindelijk gebruikt men
gedurende de zomermaanden gewone baden, van ge-
lijke temperatuur, ten naastenbij als de omgeving, ter-
wijl men het overige gedeelte des jaars laauwe baden
aanwendt.
Meer bijzonder als geneesmiddel was het koude wa-
ter reeds in de oudste tijden bekend, en gold het als
specificum tegen haemorrhagie , erysipelas en ontste-
king. Celsus roemde het ter bevordering van cica-
trisatie.
In Arabië had men er zeer weinig mede op e11
wendde het bij gevolg ook slechts bij brandwonden eB;
volgens Avicenna, bij fracturen en luxatiën aan.
In de middeleeuwen, toen de geneeskunde bijna ge\'
-ocr page 9-heel in de handen van kwakzalvers was gevallen, en
de voornaamste geneesmethoden in bezweringen en
amuletten gelegen waren, lioort men niets meer van
bijzondere indicatiën voor de aanwending van koud
water, tot eindelijk Ambrosius Paré er melding van
maakt.
Paré spreekt er van, bij gelegenheid dat zekere Dou-
blet grooten naam maakte in de behandeling van
wonden met koud water ; het vulgus schreef dit toe aan
de bezweringen, die Doublet daarbij gebruikte, maar
Paré wist het middel juister te schatten en sprak er
van in de volgende woorden :
»Je ne veux laisser à dire, qu\'aucuns guarissent les
playes avec eau pure, après avoir dit dessus certaines
paroles, puis trempent en l\'eau des linges en croix et
les renouvellent souvent. Je dis que ce ne sont les
paroles ni les croix, mais c\'est l\'eau qui nettoye la
playe, et par sa froideur garde l\'inflammation et la
fluxion j qui pouvaient venir à la partie offensée."
Yeei later„ in 1774, vindt men bij den Italiaan
Cocchi in zijne verhandeling over de aanwending van
het koude water, een der belangrijkste wenken voor
hydrothérapie, ni. dat men, om behoorlijke reactie te
verkrijgen de aanwending niet te lang moet laten duren.
Tot nog toe was er nog slechts sprake van onder-
dompeling , het eerst kwam de gedachte van douches op
bij Theden , die in de laatste Jielft der achttiende eeuw
leefde ; Theden wendde het aan bij ankylose.
Theden kwam na langdurige ondervinding op dit
punt tot de conclusie, dat het effect door de douche
verkregen in regte reden staat tot de hoogte, van welke
het vocht valt1).
0 Progrès ultérieurs de la chirurgie, 1777.
-ocr page 10-In Engeland treden als hydropathen Hancoc en
Wright op den voorgrond.
De eerste, die in den vollen zin des woords hydro-
therapeut was, was Vincent Peiessnitz, die met regt
de vader der empirische hydrotherapie mag genoemd
worden.
Peiessnitz werd in 1799 op den Graefenberg gebo-
ren, volgens sommigen zoude hij in zijne jeugd voor
de veeartsenijkunde bestemd geweest zijn. Hij bespeurde
spoedig dat wanneer paarden zich de voet verstuikten
of wel de gewrichten kneusden, men spoedig genezing
verkreeg door de aanwending van koud water.
In zijne jeugd reeds werd hij in de gelegenheid ge-
steld het middel aan zichzelf te toetsen. Hij brak door
een val van zijn paard twee ribben; een heelkundige
werd geroepen, die, na vergeefsche pogingen tot coap-
tatie der breukstukken, de prognose stelde, dat hij
waarschijnlijk misvormd zoude blijven.
Zoodra Peiessnitz alleen avas, steunde hij de borst
tegen de leuning van een stoel, hield den adem in,
en het gelukte hem de breukstukken op hunne plaats
te brengen; vervolgens improviseerde hij een verband
van een natten handdoek, dronk overvloedig water en
genas zeer spoedig.
Deze eenvoudige geneeswijze maakte een diepen in-
druk op den jeugdigen Peiessnitz, en zijne genezing
aan de door hem aangewende middelen, in plaats van
aan de natuur, toeschrijvende, bestudeerde hij met ijver
de algemeene uitwerkselen der koude op het dierlijk
organisme,
Onder anderen stelde hij ook eene proef in het werk)
die wegens hare bijzonderheid, de aandacht verdient.
Hij koos tot zijne proefneming twee varkens uit van
nagenoeg dezelfde bouw en grootte, en voedde het eene
met warm, het andere met koud voedsel. Bij het dier
dat men warm voedsel had voorgezet waren de dar-
men rood, verweekt en gemakkelijk te verscheuren;
bij het andere vond men die deelen wit, vast en moei-
jelijk verscheurbaar 1)
Peiessnitz, de goede uitwerkselen van het koude
water in verscheidene ziekten bespeurd hebbende, meende
weldra op te merken, dat de wijze om de aanwending
zoo werkzaam mogelijk te maken, daarin bestond om
de huid vaak en sterk te laten zweeten; deze beide
middelen werden de basis zijner medicatie; die hij in
sommige gevallen van jicht en rheumatismus met goed
gevolg aanwendde2).
EMPIRISCHE HYDBOTHEEAPIE.
De hydropathische geneeswijze door Priessnitz uitge-
dacht omvat het volgende:
a. den Leefregel; b. de Beweging; c. Wateraan-
wending in- en uitwendig; cl. Zweetafscheiding.
a. De Leefregel.
Alle soorten van specerijen, het zout alleen uitgezon-
derd, benevens de zuren werden ten sterkste geweerd,
overigens bestond er geen beperking. Wat betreft de
hoeveelheid, deze kon overdadig genoemd worden,
aangezien Priessnitz zijne lijders zooveel deed eten
als hun mogelijk was.
L. FiEUfiY, Traité d\'Hydrothérapie, p. 51.
2) L. FiiEURY, De 1\'Hydrosudopathie, Arck. gen. de méd., d. XY,
p. 208, 1837.
Zijne zoogenaamde dieet bestond uit ligtere spijzen,
maar niet uit eene mindere hoeveelheid. Hij wilde
dat men veel at om het kraehtverlies, door den hydro-
therapeutischen arbeid geleden, te vergoedên en om de
natuur behulpzaam te zijn in het uitdrijven der ma-
teria peccans. Alle spijzen werden koud genuttigd,
Water was de eenige drank, dien Priessnitz ver-
oorloofde. Dit werd dan ook in ongeloofelijke hoeveel-
heden door de lijders verbruikt.
b, Beweging.
De beweging maakte een gewigtig deel uit van de
behandeling te Graefenberg.
Ten eerste waren de lijders verpligt een weg van
een half uur gaans af te leggen, ten einde zich naar
cle badkamer te begeven, en daarenboven waren allen,
zoowel mannen als vrouwen van een zaag voorzien,
en moesten zij dagelijks gedurende geruimen tijd hout
zagen, ingespannen studie was ten eenemale verboden.
c. Wateraanwending in- en uitwendig.
Te Graefenberg dronk ieder tusschen 15 en 40
glazen water daags, het gemiddelde getal was 25 glazen.
Een der hoofdvereischten van dezen drank was de
koude (8-42° Celsius).
De uitwendige aanwending had op verschillende
wijze plaats:
a. Onderdompeling. Het water was in een
groote kuip bevat., die eene diepte van 5 en een dia-
meter van 6 a 8 voet had. In die gevallen, wanneer
de lijder niet bij magte was zelf in de kuip te treden,
werd hij in een laken gelegd en vervolgens door eenige
helpers, die de hoeken vasthielden, eenige malen onder-
gedompeld.
b. Plaatselijke baden. Vooraf werden de
ligchaamsdeelen, die het bad moesten ondergaan, door
oefening verwarmd, of wel men wreef ze met natte
doeken.
Priessnitz wendde ze aan als afleidingsmiddel en in
dat geval moest het bad ± \\ uur duren; als tonicum
gedurende 10 minuten; als sedans gedurende eenige
uren. Gewoonlijk vereenigde Priessnitz de koude
begietingen met de baden.
c. Douches. De douches hadden volgens Priess-
nitz, de eigenschap de „materies peccans" te verdeelen
en uit het organisme te elimineren.
Ten slotte werd de koude nog aangewend onder den
vorm van natte lakens, koude compressen en natte
gordels, welke laatste bijna door iedereen, te Graefen-
berg, werden gedragen.
d. Zweetafscheiding.
Het geforceerde zweeten vormde in het begin slechts
het hoofdgedeelte der Priessnitzsche behandeling.
Om de zweetafscheiding te bevorderen, werd slechts
gebruik gemaakt van natte lakens, waarin de lijder
gedurende 6 — 8 ure verbleef, zoodra het zweeten
begon diende men den patiënt met kleine tusschen-
poozen water toe. Priessnitz verwierp alle mogelijke
diaphoretica, daar hij hun een nadeelige invloed op de
hersenen toeschreef.
Wanneer het zweet uitbrak, onderhield men het naar
omstandigheden gedurende längeren of korteren tijd,
en na afloop daarvan moest men zich geheel onder
water dompelen ; terstond na deze onderdompeling
moest een lange wandeling gemaakt worden, waarna
men den maaltijd gebruikte.
Als overzigt over het geheel moge de schets dienen
van een dag te Graefenberg, zoo als die door Scou-
ïetten is beschreven :
Des zomers te 4, des winters te 5 ure worden
de lijders gewekt en vervolgens aan een energische
zweetkuur onderworpen, waarna de patienten een on-
derdompeling ondergaan, dit wordt gevolgd door een
wrandeling van een uur.
Te 8 ure ontbijt.
Te 11 ure wrijvingen, douche, baden, naar om
standigheden en daarna de boven beschreven zware
ligchaamsoefeningen.
Te 1 ure werd het middagmaal gebruikt, na het
O o "
gebruik van den maaltijd werd nogmaals gewandeld.
Te 3 uren onderging men nog eens een zweetkuur
door douches gevolgd, hierna nogmaals de wandeling
van een uur.
Te 8 uren \'s avonds had het avondmaal plaats.
Te 9 uren een koud voet- of zitbad, soms een
koud clysma.
Te 10 uren begaf ieder zich naar bed.
Dit was de algemeene methode, die door Peiessnitz
zonder onderscheid op iedereen werd toegepast; Priess-
nïtz was humoraal-patholoog en wilde bij alles de
„materies peccans/\' die hij als oorzaak van alle ziekten
aanmerkte, uitdrijven, daarom beschouwde hij iedere
eenigszins langdurige reactie als een „crisis".
De voornaamste critische verschijnselen waren voor
hem furunculi, huiduitslagen, diarrhoeën, haeinorrhoï-
daal vloed, enz,
Peiessnitz, zelfs geen flaauw begrip van diagnostiek
hebbende^ wiens onderzoek zich tot de huid allee»
beperkte, beschouwde de hydrotherapie als een panacee.
Door ondervinding evenwel voorzigtiger geworden ,
weigerde hij de behandeling van borstlijders en van
diegenen, die de eene of andere uitstorting hadden,
(ascites, enz.)
Baldou, een der latere hydropathen, beschouwt als
absolute contra-indicatie phthisis en carcinoma, terwijl
hij de grootst mogelijke omzigtigheid aanbeveelt bij de
behandeling van aneusrvsmata, met gelijktijdige dila-
tatis cordis. 4)
De ziekten die met het gunstigsten resultaat door
latere, empirische hydropathen zijn behandeld, zijn:
rheumatismus, jicht, leverziekte, paralyse s, asthma,
neuralgieën, huiduitslagen.
Zoo als de hydrotherapie door Priessnitz werd be-
oefend, is zij steeds buiten de wetenschap gebleven,
aangezien Priessnitz niet individualiseerde, en dien
ten gevolge ook verscheidene zaken sterk overdreef.
In de eerste plaats ontaardde de rijkelijke voeding,
zoo als die werd voorgeschreven, spoedig in bepaalde
vraatzucht; in de tweede plaats had men de ruwe
ligchaamsoefeningen zeer gevoegelijk door gepaste gym-
nastische bewegingen kunnen vervangen, ook was het
dan ook geen zeldzaamheid, dat uitgeputte vrouwen
Graefenberg in een allerellendigsten toestand ver-
lieten.
De hoeveelheid water, die ingenomen werd, was
enorm, en was dan ook vaak de oorzaak van diar-
rhoeën, vomitus en andere digestie-stoornissen, terwijl
ten slotte de langdurige en herhaalde zweetkuren, een
buitengewoon krachtverlies ten gevolge hadden.
Wat betreft de crises, met name de furunculi en
!) Baldotj, Instruction pratique sur 1\' Hydrotherapie, p. 621.
-ocr page 16-abscessen, deze zijn een zeer natuurlijk gevolg van de
overdrevene functien, die men van de huid vergt ;
volgens Fleurt kan men willekeurig op ieder lig-
chaamsdeel deze kritische verschijnselen te voorschijn
roepen door voortdurende aanwending van natte com-
pressen op de deelen.
De eerste, die de methode van Priessnitz kritisch
beschouwde en bepaalde indicatiën opstelde, was Sche-
del, en hij kwam tot het resultaat dat men aan vijf
aanwijzingen kan voldoen. 2)
Een prophylactische aanwending (reeds aan Celsus
bekend).
Een antispasmodische werking.
Een antiphlogistische werking, die wel de langst
bekende mag worden genoemd, en eenvoudig op plaat-
selijke warmteonttrekking berust.
Een resolverende werking, door Priessnitz het eerst
als zoodanig aangeroerd.
Een adjuverende werking, die bij organische gebre-
ken, den algemeenen toestand verbetert.
Ten slotte had Priessnitz nog een zeer groote een-
zijdigheid, die welligt zijn grootste fout was, hij ver-
wierp ten eenemale alle geneesmiddelen, terwijl toch
de douches, in de behandeling van intermittente koort-
sen, zeer vaak slechts een krachtig adiuvans zijn.
RATIONELE HYDROTHERAPIE.
Hoewel de goede resultaten van de Priessnitzsche ku
ren, veel opgang maakten, duurde het evenwel gerui-
!) Fleurt, Traité d3 Hydrothérapie, p. 71.
s) Schedel, Examen critique de l\'Hydrothérapie. Paris, 1845.
-ocr page 17-men tijd, voor men de nieuwe methode uit een
physiologisch oogpunt beschouwde,
Fleury was de eerste, die het vraagstuk bestudeerde
en te Bellevue een hydrotherapeutische inrigting opende.
Hij begon naauwkeurig de werking der koude en
van het water op het dierlijk organisme te bestuderen,
en gaf verscheidene fragmenten in het licht, tot dat hij
in 1852 den eersten druk van zijn groot werk uitgaf.
Ook Fleury heeft daarin groote eenzijdigheid aan
den dag gelegd, want niettegenstaande zijn verklaring
»1\'Hydrothérapie n\'est point une panacee,"1) zal men
in zijn geheele werk te vergeefs een contra-indicatie
zoeken, zelfs gaat hij zoo ver van te beweren, dat er
niemand gevonden wordt, die de douches niet verdraagt,
hetgeen in enkele gevallen, die in het Marine Hospi-
taal te Willemsoord werden behandeld, bepaaldelijk
werd tegengesproken ; en wanneer Fleury zegt, dat een
korte douche nimmer schaadt, kan ik op grond van
een, wel is waar zeer kleine, ondervinding zeggen,
dat er lijders in gemeld Hospitaal zijn behandeld, die,
na eene douche van slechts eenige seconden, aan hevige
dyspnoea en rillingen leden, zoodat zij als het ware in
het bed werden heên en weêr geworpen ; zelfs hevige
bronchitides zijn soms waargenomen, ja een geval
eindigde ten gevolge hiervan met den dood.
Even als bij de empirische hydrotherapie heeft men ook
hier als hoofdmomenten aan te merken: den Leefregel,
O >
Beweging, Zweetafscheiding en Wateraanwending.
De Leefregel.
Als algemeenen regel kan men aanmerken, dat de
Archivcs médicales Beiges, December aflevering 1863 p. 418.
voeding rijkelijk zij, evenwel zal men natuurlijk in-
dividualiseren, en de dieet van een arthriticus niet
gelijk stellen met die van een anaemischen lijder,
en hierin is een fout gelegen, die vaak begaan wordt.
Men bedenke wel, dat de hydrotherapie niet door
de koude begietingen stofverlies herstelt, maar slechts
door hare exciterende werking op het organisme, waar-
door zij de stofwisseling bevordert. Nog een punt
waarin de maaltijden van de latere Hydropathen van
de Graefenbergsche verschillen, is, dat men er van te-
ruggekomen is om alle spijzen koud te laten gebruiken.
De Beweging.
Beweging is zeker een der belangrijkste momenten
om de functiën van het dierlijk organisme te regelen,
wanneer men slechts in het oog houdt, dat het krachts-
verbruik door goede voeding, rust en slaap vergoed
en geregeld wordt naar den bouw en den habitus der
verschillende individuen, terwijl bovendien sterke
inspanningen onmiddellijk vóór of na den maaltijd wor-
den vermeden. Tegenwoordig bezit men in de zooge-
naamde kamergymnastiek een zeer doelmatig hulp-
middel.
Aangaande de Zweetafscheiding valt niet veel bij-
zonders te zeggen. Men bezigt hiertoe een stoel, die
in de zitting met gaten van een centimeter middellijn
doorboord is ; onder den stoel wordt een alcohollamp
geplaatst; de lijder neemt plaats en wordt in een rui-
men mantel gewikkeld, die hem en den stoel geheel
omgeeft, de lamp wordt nu ontstoken en na eenige
minuten breekt een copieuse zweetafscheiding uit.
Men heeft de gewoonte onmiddellijk na deze zitting
een onderdompeling in koud water (± 12° C) te ver-
rigten, of wel een koude douche aan te wenden; in
een proef op mij zelf, ontstond zulk een hevige dyspnoea
en cerebraal congestie, dat ik voor goed werd afgeschrikt.
Ook komt het mij voor, dat het geforceerde syste-
matisch zweeten, door het groote krachtsverlies, dat
er een noodzakelijk gevolg van is, bij de meeste ziek-
ten • bepaald gecontraindiceerd zal zijn ; ook is het
zeer opmerkelijk, dat Fleury, die hoog opgeeft van
de gunstige gevolgen, van het geforceerde zweeten, bij
zijne ziektegeschiedenissen er slechts zeer weinig mel-
ding van maakt.
Wateraanwending
Wanneer men een kouden waterstraal met een zekere
kracht tegen het een of andere ligchaamsdeel doet aan-
slaan, of wel dien slechts zacht daarop aanwendt, zal
men een belangrijk verschil waarnemen. In het laat-
ste geval namelijk zal het water door zijn lage tem-
peratuur als warmteonttrekkend middel werken, in
het eerste zal men na een aanwending van eenige se-
conden (± 20) een levendige roodheid op het ligchaams-
deel waarnemen en de lijder zelf zal gevoel van tin-
teling en warmte aangeven.
Dien ten gevolge kan men gevoegelijk de werking
van liet koude water, naar de uitkomst die men ver-
langt, in twee deelen splitsen; wanneer men geen
reactie verlangt en dus het water in den vorm van
een bad aanwendt, werkt het als sedans; in het tegen-
overgestelde geval als excitans. Wanneer men het koude
Water als bad aanwendt, werkt het door zijn tempe-
ratuur en men verkrijgt dus al de werkingen aan
koude eigen. nl. de vaten der huid komen tot con-
tractie, de huid wordt eerst rood gekleurd, vervolgens
wordt zij cyanotisch, om eindelijk bleek te worden.
Dit zoü waarschijnlijk daaraan zijn toe te schrijven,
dat de spastisch gecontraheerde bloedvaten de bloed-
ligchaampjes in zich beklemd houden, welke bloed-
ligchaampjes door afgifte hunner zuurstof donkerder
worden.
Zoodra de inwerking der koude ophoudt, stroomt
het bloed weder naar de huidvaten terug; dit gaat
gepaard met een gevoel van warmte en prikkeling,
dat men reactie genoemd heeft. Wordt deze terugkeer
van bloed bevorderd door warmte, zoo geschiedt dit
stormachtiger, en stases en asthenische ontstekingen
(winterbuilen) zijn er de gevolgen van.
De aanwending van het koude water in dezen vorm
is dus aangewezen bij ontstekingen om de temperatuur
plaatselijk te doen dalen; bij bloedingen als adstrin-
gens, en als sedans bij hyperaethesie.
Verlangt men daarentegen reactie, zoo moet het
water met een zekere kracht het ligchaam treffen, en
zoodoende tevens mechanisch werken.
De graad van reactie wordt bepaald door drie mo-
menten : de kracht waarmede het water aanslaat, de
temperatuur van het vocht, en den tijd gedurende
welke men het water aanwendt. \'
De reactie staat in reste reden tot de kracht, waar\'
O J
mede de waterstraal aanslaat; die kracht kan men
natuurlijk willekeurig wijzigen door het reservoir waar-
uit men het water ontvangt hooger of lager te
plaatsen.
Men kan den waterstraal zoodanige kracht geven dat
hij zelfs kneuzend werkt.
De gemiddelde valhoogte van het water wordt op
14 meters gesteld, hetgeen met een drukking van
meer dan een atmospheer overeenkomt.
De temperatuur houdt men bij voorkeur op 8° a 10° C.,
maar het vertrek, waarin men de douches aanwendt,
moet goed verwarmd zijn. Dit heeft tweeërlei doel;
ten eerste bevordert het de reactie, en ten tweede maakt
het den lijder het verblijf daarin en de douche niet
noodeloos pijnlijk. Het zal tegenwoordig ook wel niet
meer voorkomen, dat men lijders de verklaring hoort
afleggen, dat het hun »in twee maanden niet gelukt
was zich te verwarmen."
Daar het reactievermogen bij ieder individu verschil-
lend is, zoo moet hiernaar de duur der douche gere-
geld worden, en hij, die de douches aanwendt, zal
door ondervinding moeten leeren, hoe lang hij den
lijder bij iedere zitting onderhanden zal moeten hou-
den. In het algemëen houcle men in het oog, dat een
te lang inwerkende douche altijd gevaarlijk is.
Onder den invloed eener douche van bovengenoemde
temperatuur ontstaat een kortstondige daling der lig-
chaamstemperatuur, die tot zelfs 2° C. kan bedragen.
Spoedig daarop stijgt de temperatuur ongeveer W C.
boven de norma. De ademhaling, bij den aanvang
eenigszins belemmerd, wordt weldra ruim ; de frequen-
tie is daarbij niet noemenswaardig vermeerderd. Het-
zelfde geldt ten opzigte van de polsfrequentie. Tege-
lijkertijd wordt de huid rood gekleurd.
Bij sommige lijders openbaarde zich al dadelijk een
hevige afkeer tegen de kuur, bijna zonder uitzondering
leden zij ook onder de douche aan hevige dyspnoea.
Het komt mij voor dat de psychische toestand van den
lijder veel afdoet tot het al of niet tot stand komen
van dit lastige verschijnsel, dat zelfs bij langdurig be-
staan een contraindicatie kan geven.
De huid wordt, zoo als gezegd is, rood gekleurd;
zoodra men dit bespeurt moet de douche gestaakt wor-
den, daar men anders, de temperatuur weder zoude
doen dalen en de reactie zou vernietigen.
Het is daarom onmogelijk om voor ieder geval een
bepaalden tijd te stellen; men moet den tijd van aan-
wending regelen naar het reactievermogen van het in-
dividu. Indien men dit in het oog houdt, zal zich
nimmer het verschijnsel van kippenvel voordoen.
Bij de meeste lijders die met douches behandeld wer-
den werd ook nog een psychische opgewektheid waar-
genomen, terwijl zij zeiven verklaarden een gevoel van
frischheid te hebben.
Soms werd gedurende de eerste dagen een ligte diar-
rhoe waargenomen, die evenwel spoedig, en in het
meerendeel der gevallen, zonder geneesmiddelen, genas.
Slechts een der lijders die ik zag behandelen, ver-
klaarde gedurende de eerste douches incontinentia uri-
nae te hebben, doch dit verschijnsel verdween bij de
derde douche.
Behalve het bovengenoemde werd bijna constant een
vermeerderde eetlust bij de lijders waargenomen, iets
dat mijns inziens gunstig mag genoemd worden, daar
zij zoodoende het stofverlies vergoeden. Evenwel komt
het mij voor dat hierin tevens een contra indicatie ge-
vonden wordt voor de aanwending der douches, nl.
atrophie in het algemeen en vooral phthisis; wanneer
men toch hier het consumtieproces in de hand werkt,
kan dit toch bijna niet anders dan tot nadeel van den
lijder geschieden. Daarenboven heeft men bij phthisici
nog met een ander bezwaar te kampen, wanneer men
hen aan een pulmonaal congestie, al is zij ook kort-
stondig, blootstelt, loopen zij toch gevaar een belang\'
rijke haemoptoë te krijgen. Ook is de dyspnoea bij
deze lijders toch belangrijk en wordt zij noodeloos vei"
hoogd; ook zijn de proefnemingen in deze ziekte nfe*
J7
van dien aard geweest om tot herhaling aan te
sporen.
De voortgezette aanwending der waterkuur heeft dus
deze gevolgen :
1°. Bevordert zij de opname van in het darmka-
naal gebragte stoffen. Wanneer men nl: een infusum
digitalis toedient ^ en eene exciterende douche geeft,
neemt men ongeveer 5 of 6 uur later reeds eene ver-
mindering der polsfrequentie waar. Nog sprekender
is dit uitwerksel bij een suppositorium met belladonna
bedeeld ; men neemt hierbij bijna onmiddellijk na de
douche pupilverwijding waar.
Daarenboven doet deze werking zich ook nog ken-
nen door den vermeerderden eetlust en vooral door-
liet toenemende gewigt der lijders.
Het behoeft dus geen betoog, dat bij de behandeling
van febres intermittentes, de douches een krachtig
adiuvans uitmaken bij de gelijktijdige toediening van
sulphas chinicus,
2°. Bevordert zij door de contractie der vaatwanden
de afname van tumoren, hetgeen vooral toepassing
vindt bij het bestrijden der miltvergrooting bij tus-
schenpozende koortsen en ook bij gewrichtslijden.
3°. Een exciterende werking, zich kenmerkende
door in den aanvang vermeerderde alvus, ruimere
zweetafscheiding, enz.
Door de werkingen naar de verschillende omstan-
digheden te wijzigen of te combineren, verkrijgt men,
volgens Fleur?, de volgende medicaties.
De sederende werking leidt tot een tweevoudige
medicatie: de ontstekingwerende, de bloedstelpende.
Terwijl de exciterende tot een vijfvoudige aanleiding
geeft: de toniserende , exciterende , revulsieve , resol-
verende en antiperiodische medicatie ; hiertoe rekent
Fleury nog een zesde, nl. de prophylactische of hy-
giënische.
Antiphlogistische medicatie. De wijze van
aanwending bestaat bij de antiphlogistische geneeswijze
in het bedekken van het aangedane deel met koude
compressen, of wel het voortdurend bevochtigen door
middel van een boven het deel opgehangene emmer,
die, aan den bodem , een uitlozingsbuis bezit. (Irri-
gation d\'eau froide continue van Giraldès) ; zoo bezit
men in de immersie (permanent waterbad van Lan-
genbeck) eveneens een uitstekend middel om fluxie
naar een amputatiestomp, of wat dies meer zij te
beletten, of wel, men legt een blaas met ijs gevuld
op het aangedane deel.
Vreemd genoeg heeft Trousseau, in Le Courrier
Médical Mei 1856, opgegeven, dat koude een stimu-
lans , warmte een sedans en antiphlogisticum was, en
trekt deze gevolgtrekking uit het feit , dat wanneer
men de eene hand in warm, de andere in koud water
dompelt, men bij het weder blootstellen der handen
aan de lucht, diegene, die in het koude water is
gedompeld, voelt gloeijen , de andere koud voelt
worden.
Trousseau heeft dus de primaire werking met de
reactie verward, want door de voortdurende bevochti-
ging met koud water, belet men der reactie, zich in
te stellen
Haemostatische medicatie. Wat betreft de
haemostatische medicatie, ook zij berust op de con-
tractie der haarvaten door koude, en werkt vooral
gunstig op parenchymateuse bloedingen.
Sederende medicatie. De sederende werking
is eveneens een gevolg van verminderde vulling der
capillaria.
Overigens is het bekend dat sterke koude een anaes-
thetieum is; de ,,aether-spray" van Richardson is
hiervan eene toepassing.
Het spreekt van zelf, dat , in de bovengenoemde
medicaties, het water slechts als drager der koude
werkt en nagenoeg geen aandeel neemt in de uit-
werkselen die men waarneemt, die uit de werking
der koude op het organisme zeer goed zijn te ver-
klaren.
Toniserende medicatie. Zoo als boven se-
O
zegd is ziet men bij de individu\'s die met douches
behandeld worden , de eetlust sterk toenemen ; dit is
een gevolg van het stofverlies , door vermeerderde
excretie geleden ; als een krachtig middel tot onder-
steuning dezer tonische werking, moet vooral cle lig-
chamelijke beweging genoemd worden, die ook bij
deze medicatie onontbeerlijk is. Ook zal men met
vrucht gelijktijdig martialia kunnen toedienen, aan-
gezien de resorptie belangrijk wordt verhoogd door
de koudwater aanwending.
Om de tonische werking te verkrijgen moet de straal
der douches een tamelijke kracht bezitten, op dat het
mechanisch geweld het zijne bijdrage tot de werking
der koude, en zoodoende de reactie beter tot stand
kome. Vooral moet men zorg dragen dat men de
douche naauwkeurig doseert, om het zoo uit te druk-
ken, want het geneesmiddel zal ten\'eenenmale werke-
loos blijven, wanneer men door te lang voortgezette
inwerking de reactie weder vernietigt.
Bij hydrops raadt men aan tevens een sterke zweet-
afscheiding tot stand te brengen, iets dat volgens Nie-
meijer bij morbus Brightii vooral, prachtige gevolgen
zou hebben. Volgens dezen schrijver, zouden hydropici
na een energische diaphorese van ± twee uren , tot 4
2*
-ocr page 26-pond aan gewigt verloren hebben. *) Door het enorme
vochtverlies, langs de huid, wordt het bloed meer ge-
concentreerd en zoodoende wordt de uitgestorte vloei-
stof weder geresorbeerd.
Exciterende medicatie. Om aan de excite-
rende medicatie te voldoen is een eerste vereischte,
dat men douches van groote kracht aanwendt.
Een groote rol speelt tegenwoordig het koude water
in de bestrijding der chronische loodvergiftiging; Mon-
neret te Parijs, die een der eersten was, die het
hiertegen aanwendden , heeft er zeer schoone resulta-
ten van gezien.
Bij paralyses, veroorzaakt door organische gebreken
der zenuwcentra , vermag de hydrotherapie absoluut
niets.
Een ander blijk van de exciterende werking der
douches ziet men in de vermeerderde alvus; bij hard-
nekkige constipatie is het in den regel voldoende om
met een krachtige straaldouche een paar malen den
buikwand op de hoogte van het colon te bestrijken ,
om ruime defaecatie te zien volgen.
Revulsieve Medicatie,
Wanneer men den Waterstraal zoo krachtig mogelijk
tegen een ligchaamsdeel doet aanslaan en de douche
slechts eenige weinige seconden doet duren, dan kan
men eene belangrijke afleiding maken
Bij tien lijders met habitueele hersencongestie waren
er slechts drie, bij welke deze wijze van aanwending
vruchteloos was,
r) Niemeijer Lehrbucli der Speciellen Pathologie und Therapie.
2* Band. S 31.
Vooral moet men zorg dragen, bij het behandelen
van gewrichtslijden door middel van douches, dat men
den waterstraal niet met volle kracht aanwendt, daar
zij dan zelfs kneuzend kan werken en een e belangrijke
verheffing der ziekte ten gevolge kan hebben.
Resolverende Medicatie.
Dat een vermeerderde eetlust een gevolg der dou-
ches is, is reeds boven gezegd; dat door het stofver-
lieê de resorptie sterk wordt verhoogd, is eveneens een
natuurlijk gevolg van de aanwending der douches, zoo-
dat men ook de resolutie van uitstortingen met het
uitwendig gebruik van koud water kan ondernemen,
dat wil zeggen, de uitstortingen in de groote ligchaams -
holte uitgezonderd; er is hier slechts sprake van uit-
stortingen in de gewrichten of in het bindweefsel der
extremiteiten.
Op nieuwvormingen evenwel schijnt de kuur even
weinig uit te werken als de gewone resolventia in de-
zelfde gevallen doen. Een lijder aan tumor cerebri,
die belangrijke beperking van het gezigtsveld had en
van tijd tot tijd aan epileptiforme toevallen leed, die
gedurende een jaar zonder succes met iodetum kalicum
was behandeld, werd door de douches wel eenigszins
gebaat, daar zij de congestie naar het hoofd belangrijk
verminderden, maar de beperking is niet in het minste
afgenomen.
Onder vijf lijders aan milt vergrooting mogt het bij
drie gelukken een ontwijfelbaar goed resultaat te ver-
krijgen, terwijl er bij één belangrijke verbetering werd
teweeggebragt.
Bij patienten met intermitterende koortsen en gelijk-
tijdige physconia lienis, zag men de milt na eene
douche soms vier centimeters kleiner worden, wel is
waar, om eenige uren later weder grooter te worden,
maar na een systematisch voortgezette kuur gelukte
het, bijna zonder uitzondering, het orgaan belangrijk te
doen verkleinen.
Anti-Periodische Medicatie.
De behandeling der intermitterende koortsen door
middel der hydrotherapie neemt een zeer groote plaats
in deze geneesmethode in.
Als van het hoogste gewigt beschouwt Fleury de
passieve hyperaemie van lever en milt, en hij houdt
de ziekte niet voor geëindigd, tenzij geen de minste
milt- of leververgrooting meer aanwezig is. Om des
te naauwkeuriger de miltvergrooting te bepalen, wordt
daarom aangeraden, de lijders in staande houding te
percuteren.
Onder anti-periodische douche verstaat men eene
regen- en straaldouche., die een korten tijd (liefst bijna
onmiddellijk) voor het acces wordt toegediend en van
15 tot 20 seconden duurt. Zulk een exciterende douche
oefent eene krachtig perturberende werking op het dier-
lijk organisme uit: het bloed wordt van de peripherie
naar het centrum gedreven, hetgeen bijna onmiddellijk
door een krachtige reactie wordt gevolgd. Een zuiver
anti-periodische douche kan dus slechts dan worden
toegepast, wanneer de typus der koorts naauwkeurig
is vastgesteld.
Het is bij zes lijders uit acht die met anti-periodi-
sche douches werden behandeld, gebleken, dat de koorts-
aanval afgesneden werd, terwijl bij de zevende de aan-
wending van sulphas chinicus werd noodig geoordeeld;
bij den achtsten werd de koortsaanval niet alleen niet
voorkomen, maar het acces werd veel heviger dan ooit
te voren.
Wanneer men evenwel met atypische koortsaccessen
te doen heeft, kan er geen sprake zijn van een anti-
periodische douche, maar men kan clan toch den aan-
val sterk in hevigheid cloen verminderen door, zoodra
de eerste koude rilling zich openbaart, een koud stort-
bad toe te dienen; de douche moet dan dienen om de
temperatuur te doen dalen en kan dan alleen den naam
van antipyreticum verdienen.
Met het toedienen van een anti-periodische douche
is evenwel de behandeling der intermittente koort-
sen niet afgeloopen. Men maakt bovendien gebruik van
antihyperaemische en toniserende douches.
De antihyperaemische worden op lever en milt aan-
gewend, daar, zoo als gezegd is, groot gewigt wordt
gehecht aan de passieve hyperaemie in genoemde or-
ganen.
De antihyperaemische douche moet altijd zeer zacht
zijn, daar zij anders juist een tegenovergestelde uit-
werking heeft, nl. kneuzend inwerkt en congestie ver-
oorzaakt. Een tweede voorzorg is dat men niet te
energisch ingrijpt; wanneer men nl een groote hoeveel-
heid bloed , dat kort te voren nog in de vergroote lever
of milt aanwezig was, weder in de circulatie brengt,
loopt men gevaar belangrijke congestie naar andere
organen, met name de hersenen, longen en het hart
te veroorzaken Dat dit geval zoo zeldzaam niet is,
heb ik gezien aan de hevige palpitatie het flikkeren
voor de oogen en de zware hoofdpijn, die vrij vaak
op de douches volgen. Men kan deze lastige gevolgen
eenigszins matigen door gedurende ongeveer twintig se-
conden een krachtigen waterstraal op den voetrug te
rigten Men maakt zoodoende eene heilzame afleiding.
Het is belangrijk te zien, hoezeer de milt na de
aanwending der douche verkleind is. De mate van
verkleining bedraagt tot zelfs vier centimeters, in den
regel evenwel is de verkleining zoo groot niet en
neemt men haar eerst, bij eene geregelde aanwending
der kuur, na een paar dagen waar.
Ten derde maakt men gebruik van de koudwater-
kuur, om de gevolgen van langdurig intermittens-lijden
te bestrijden, door middel van de toniserende douches.
Men dient deze douches toe, tot dat de huid haren
turgor heeft herwonnen en de zigtbare slijmvliezen
hunne normale kleur hebben teruggekregen, terwijl
men met uitmuntend succes de gebruikelijke medica-
mina met het gebruik der douches verbindt.
Ten slotte zij opgemerkt, dat Fleuey als uitingen
van minasmata paludosa nog aanmerkt vele ziekten,
die in moerasstreken voorkomen-, met name: neural-
gieën. catarrhen, cephaealgie, albuminurie enz.
Wij rangschikten deze aandoeningen onder de
atypische moeras-koortsen.
De verschijnselen die intermitterende koortsen soms
vertoonen, zonder daarom pernicieus te zijn, vereischen
soms een bijzondere zorg.
Hoofdpijnen en zelfs delirium kunnen aanmerkelijk
gelenigd worden door koude compressen op het hoofd.
Braking door de ingestie van ijspillen;
. Diarrhoea, die haar ontstaan aan atonie te danken
heeft door koude op den buik en zelfs door een enkel
koud clysma Dit laatste evenwel moet voorzigtig
toegepast worden. De gevallen toch, waarin het mid-
del hielp, zijn waarschijnlijk niet zoo talrijk als die
waarin de diarrhoea tot een stormachtige hoogte klom
Bij hydrops kan de hydrotherapie slechts dan wor-
den toegepast, wanneer er geen uitstorting in de
groote holten van het ligchaam bestaat. W aar hydrops
pericardii, ascites , hydrothorax of oedema pulmonum
aanwezig is, is er een bepaalde contra-indicatie, en
Fleury zelf zegt, dat men het wel zou kunnen beproe-
ven, met korte douches, om de uitstorting tot resorptie
te brengen, *) iets dat vrij gewaagd is, daar vooral
bij een oedema pulmonum deze proef hoogst onaan-
genaam voor geneesheer en lijder beide kan afloopen.
Bronchitis wordt altijd verergerd door de koud wa-
terbehandeling ; hetzelfde geldt van longaandoeningen,
die voorzeker een der vaakst voorkomende contra-in-
dicaties daarstellen,
Ten slotte zij nog opgemerkt, dat men zooveel mo-
gelijk gastrische aandoeningen moet bestrijden, alvorens
de lijders aan de douche te onderwerpen, daar zij an-
ders, door de meerdere congestie van spijzen den maag-
of darmcatarrhus zeer kunnen verergeren.
Bet komt mij voor, dat de gestoorde functie van
het darmkanaal bij phthisici een belangrijk aandeel
heeft in de ongunstige resultaten, die bij die lijders
zijn waargenomen, daar zij aan de meerdere eetlust
niet behoorlijk kunnen voldoen, en hunne maag het
geigereerde weder uitwerpt.
Hydrotherapeütisch Toestel.
Te Willemsoord heeft men in het Hospitaal onder
de nok van het dak een vergaderbak aangebragt,
ongeveer 1000 kannen water bevattende; de bak zelf
is met slechte warmtegeleiders omgeven en staat on-
geveer 14 Ned, ellen boven den beganen grond, dus
gelijkstaande met de drukking van ongeveer lri at-
mospheer.
i) Archives médicales Beiges, N!\'. 1. Maart 1864, p. 229.
-ocr page 32-De bak wordt door middel der brandspuit gevuld
en bezit een afvoerbuis, die in den binnenmuur der
badkamer zich in drie takken splitst. Een dezer tak
ken eindigt, buiten den muur tredende op 2% el boven
den grond, en geeft de neerdalende douches; de tweede
tak, voor horizontale douches, eindigt in een buis van
gevulcaniseerd caoutchouc, even als de derde, die be-
stemd is om aan het zitbad te worden geschroefd en
voor opstijgende douches wordt gebruikt.
De drukking is dus voor elk der takken verschil-
lend ; zij is voor den eersten tak gelijk aan de druk-
king eener waterkolom van lly2 Ned. el, voor de tweede
gelijk aan 13 Ned. el drukking, terwijl eindelijk de
waterzuil voor den derden tak 14 Ned. el bedraagt.
De rigting der douche is voor den eersten en der-
den arm onveranderlijk, voor den tweeden arm is zij
onder het bestuur van den geneesheer, die de aanzet-
buis in de hand houdt.
De omvang van den waterstraal wordt door kranen
geregeld, terwijl men eindelijk den vorm bepaalt
door verschillende aanzetbuizen aan de armen te be-
vestigen.
De aanzetbuizen, voor de dalende douche, geven een
straal douche, mesvormige douche of wel een regen-
douche, al naarmate men een eenvoudige buis met een
luinen van 15 millimeters aanzet, ofwel van trech-
ters gebruik maakt, die voor de mesvormige douche
van onderen gesloten zijn met een plaat, waarin twee
een centrische spleten, voor de regendouche een zeef
vormig doorboorde plaat bezitten.
Van deze vormen wordt de regendouche het meest,
ja bijna uitsluitend aangewend; uit de beide overige
zou men van de straaldouche gebruik kunnen maken,
wanneer men zeer krachtig wenschte in te grijpen.
Te Willemsoord heeft men altijd met de gietervormige
aanzetbuis het doel bereikt.
Aan den tweeden arm worden slechts twee aanzet-
buizen gebruikt ; de eene is een gieter, de andere een
eenvoudige buis, die, aan het vrije uiteinde, 9 milli-
meters middellijn heeft, daarentegen aan het verbon-
den gedeelte 11 millimeters meet. Aangezien bij de
aanwending der straaldouche het soms wenschelijk kan
zijn om den waterstraal mindere kracht te doen uitoe-
fenen, heeft men behalve de kraan, nog een ander
middel, namelijk een gebogen ijzeren plaat, met een
handvatsel voorzien. Men laat den waterstraal tegen
de uitgeholde plaats aanslaan ; men verkrijgt dan een
waaijervormige douche,, waarvan men de intensiteit
kan regelen door de plaat meer of minder sterk op
den straal te drukken.
De derde arm eindelijk wordt bevestigd aan een
koperen zitbad van zeer zamengestelde constructie.
Dat zitbad heeft namelijk vier kanalen, die door af-
zonderlijke kranen worden geopend en gesloten; men
verkrijgt aan dit zitbad een opstijgende zoomvormige
gieterdouche, door middel van eene doorboorde lijst,
loopende langs den binnenomtrek van het bad; een
horizontale mesvormige douche, in den achterwand
van het bad, op de hoogte van den eersten lenden -
wervel der lijders, cloor middel van een tien centime-
ters lange spleet; een kleine opstijgende gieterdouche,
door middel van een gietervormige aanzetbuis in het
voorste gedeelte van den bodem van het bad en ein-
delijk een opstijgende straaldouche, vooral voor ver-
ginaal-injectiën bestemd, door middel van een caout-
chouc aanzetbuisje, eveneens in het voorste gedeelte
van den bodem van het bad aangebragt.
Aangezien het zitbad hoofdzakelijk zijne toepassing
-ocr page 34-vindt bij aandoeningen der vrouwelijke genitalia, zoo
staan mij geen observatiën dienaangaande ten dienste.
Wijze van aanwending.
Men onderscheidt algemeene en plaatselijke douches.
De algemeene douches worden toegediend, doormid-
del van de verticale en de horizontale takken ; de
plaatselijke door middel van den horizontalen arm, en
den arm, die aan het zitbad wordt vastgeschroefd.
Algemeene douches worden het best op de volgende
wijze toegediend: men plaatst het individu onder de
nederdalende douche en laat hem het in den muur be-
vestigde steunsel aanvatten; vervolgens opent men de
dalende regendouche, na den lijder vooraf aangemaand
te hebben stil te blijven staan en diep en langzaam
adem te halen. Naar hetgeen men dan aan den lijder
waarneemt, sluit men onmiddellijk het water weder af,
of wel, men geeft aan de douche een duur van hoog-
stens vijftien seconden; gelijktijdig met deze regen-
douche wendt men langs de wervelzuil de straaldouche
aan die men eenige seconden langer laat duren dan
de regendouche; vervolgens doet men den lijder zich
omkeeren en wendt nogmaals de straaldouche op de
oppervlakte van zijn ligchaam aan. Ondervindt de
patiënt evenwel plotseling eene hevige dyspnoea, en
wordt hij zeer onrustig, dan is het beter voor dien
dag van verdere pogingen af te zien en het clen vol-
genden dag nogmaals te beproeven. Eene voortdurende,
onoverwinnelijke afkeer is eene bepaalde contra in-
dicatie
Het lastigste verschijnsel dat men bij de aanwending
der douches waarneemt is zeker wel de hoofdpijn, die
men kan bestrijden door middel van koude wasschin-
gen van het hoofd, of. wat nog beter is en tegenwoor-
dig ook algemeen gedaan wordt, men appliceert na
iedere douche een korte maar krachtige straaldouche
op de voeten, Mogt toch de hoofdpijn voorkomen, dan
verdwijnt zij na eenige douches altijd; blijft zij zeer
hardnekkig, dan kan men de algemeene regendouche
achterwege laten.
Plaatselijke douches worden onderscheiden naar het
deel, waarop men de douche rigt; zoo heeft men hoofd-
douches, leverdouches, miltdouches, hypogastrische dou-
ches, gewrichtsdouches enz.
Het hoofd mag nimmer aan den schok van een sterke
straaldouche worden blootgesteld. Het beste is daar-
voor de bewegelijke gieterdouche of wel de waaijer-
douche aan te wenden.
Voor de leverdouches laat men den lijder de regter-
zijde naar de zijde van den geneesheer keeren en doet
hem de regterhand op het hoofd leggen. Het is niet
noodzakelijk de levergrenzen vooraf op de huid af te
teekenen, aangezien de waterstraal als het ware voor
percussiehamer dient en men duidelijk verschil hoort,
wanneer de straal de levergrens overschreidt
Hetzelfde geldt voor de miltdouche, met dien ver-
stande, dat de lijder nu de linkerzijde naar voren keert.
Wanneer de organen gevoelig of pijnlijk zijn moet
men de straaldouche verwisselen met de gieterdouche
of met de waaijervormige douche.
II. Uitkomsten der Hydrotherapie in
ZIEKTEVORMEN.
a.) Eebris intermittens. (Hiertoe zijn 31 gevallen van ree ich6,
gebragt, benevens 4 gevallen van lijders aan physconia lienis
tropischen oorsprong)........................• \'
b.) Anaemie met groote zwakte en soms nerveuse palpitati6^
veelal het gevolg van vroeger doorgestane intermittentes, en in 3
vallen liet gevolg van dysenterie.................•
c.) Rheumatismus muscularis (13) en articularis chronicus (6) • •
d.) Progressieve spieratrophie.................•
e.) Bewegingsstoornissen van verschillenden aard......• *
f.) Erethismus nervosus cum debilitate ....,.....••\'\'
g.) Neuralgiae (intercostalis 2 ; ischias 1)..........\'
h.) Congestio cerebralis.................... • \' \'
i.) Tremor muscularis na commotio cerebri..........\'
k.) Hartklopping na kneuzing der borstkas.........■ \'
I.) Podarthrophlogosis chronica met atonie..........• \'
m.) Gastro-entero-catarrhus chronicus............•
n.) Palpitationes cordis nervosae...............\'
o.) Broncho -catarrhus chronicus...............\'
p.) Scorbutus........................• • \'
q.) Perityphlitis........................
,V ill llet
Aantal Gevallen.
&
ps
i-i
P
®
H
O
05
W
M\'
fa
P
CO tO CO cc
to
kt-
Ci
to
Aantal Douches.
Ontwijfelbaar goed
Resultaat.
O
®
Goed gevolg bij ge-
lijktijdige aanwending
van Geneesmiddelen.
m
CD to
» ht-
00
O
O
Gedeeltelijk of be-
trekkelijk goed ge-
volg.
to OS l-jI M1 CO
®
•■ï
1*7-
l-S
®
tf5
®
O
CO
CO
fed p
s s,
E? ta
9= £0
r*" «
CD
Geen of twijfelachtig
Resultaat.
ïïadeelige werking der
Kuur.
Staking door bijko-
mende bronchitis of
blijvenden tegenzin.
OS to Crt
Op meer of min ver-
wijderd tijdperk na de
Kuur overleden.
De in rubriek a vermelde lijders aan intermittentes
in het algemeen kunnen verdeeld worden in vier groe-
pen: 1° Zij, bij wie de intermitterende koorts van re-
centen oorsprong was; 2° zij die gerecidiveerd waren;
3° zij, bij wie tropische koortsen waren voorafgegaan
zonder evenwel blijvende sporen nagelaten te hebben;
4° zij, bij wie reeds uitgedrukte miltzwelling en ca-
chexie waren opgetreden.
Onder de lijders aan intermittens werden hoofdzake-
lijk zij voor de hydrotherapeutische behandeling be-
stemd , bij welke de typus zoo naauwkeurig mogelijk
was bepaald.
Uit een achttal lijders van de eerste groep werd bij
zes de koorts gecoupeerd, en dat wel na de eerste dou-
che ; slechts bij een hunner volgde op de douche een
aanval, heviger dan gewoonlijk, zoodat het raadzaam
werd geoordeeld de proef niet te herhalen ; deze patiënt
genas onder toediening van groote giften sulphas chi-
nicus. In het achtste geval werkte de douche als krach-
tig adiuvans bij de toediening van het genoemde anti-
typicum.
De ziektegeschiedenissen van eenige gevallen, waarin
de douche geen en zelfs een nadeelig effect hadden, zijn
belangrijk genoeg om hier medegedeeld te worden.
Eén dergenen, bij wien de kuur bepaaldelijk nadee-
lig werkte, was een 26jarige marinier. Hij leed in het
einde van 1865 aan boord van het stoomfregat Adolf
aan intermittens tertiana, bleef in de Middellandsche
Zee evenwel van de aanvallen verschoond, doch
werd bij zijne terugkomst in Junij 1866 weder aange-
tast en naar het Marine Hospitaal geëvacueerd.. De man
had een kwaadsappig voorkomen en klaagde over groote
zwakte en loomheid; er bestond een matige graad van
miltvergrooting; de antiperiodische douches coupeerden
den negenden koortsaanval, zoodat hij den 15den Julij
naar boord terugkeerde.
Op den 18den derzelfde maand keert de lijder naar
het hospitaal terug. De aanvallen keeren niettegen-
staande de douches met steeds toenemende intensiteit
terug, zoodat nu, benevens de douches, groote giften
sulphas chinicus en martialia werden toegediend Den
10den Augustus verlaat de patiënt het hospitaal. Den
15den Augustus wordt de man weder naar het hospi-
taal gezonden, lijdende aan febris intermittens tertiana.
Dezelfde behandeling wordt ingesteld, doch nu stijgen
de miltpijnen bij iedere douche, tot eindelijk op 7 Sep-
tember na de morgendouche de koortsaanval tot zulk
eene hoogte steeg, dat het raadzaam werd geoordeeld
de douches te staken. Eenige dagen later bespeurde
men reeds, dat de patiënt onder liet gebruik van ge-
neesmiddelen alleen snel verbeterde, zoodat hij op den
25sten September kon worden ontslagen. Zes maanden
later bezweek de man aan een hevige pleuropneumonie.
Daarenboven werden nog vier lijders aan miltver-
grooting behandeld; twee der ziektegeschiedenissen zijn
eene afzonderlijke vermelding waard.
Het eene geval betreft een marinier, 38 jaar oud,
die in 1864 te Makasser aan eenvoudige miltvergroo
ting leed, doch zonder koorts In Julij 1865 kwam
hij te Willemsoord onder behandeling; de milttumor
mogt enoim genoemd worden, aangezien de milt tot
aan het bekken reikte; het voorkomen was bleek en
cachektisch Martialia, cortex perurh.nus, wijn en
sterke voeding hadden gedurende een half jaar geen
waarneembaar effect; integendeel breidde de tumor
voortdurend uit en gaf tot allerlei stoornissen aanlei-
ding, met name tot hardnekkige constipatie, belem
merde urine excretie en opvolgend pyelitis.
c
-ocr page 40-n
Den 6aen Februarij werd de gemitigeerde miltdouche
aangewend; binnen het uur ontstond hevige milt- en
buikpijn, dispnoea, een langdurig koorts acces, waarbij
de lijder als het ware op zijn bed werd heen en weer
geworpen, en eenige uren later diarrhoea.
De miltpijn en de diarrhoea bleven verscheidene da-
gen aanhouden, daarna herstelde zich de vroegere toe-
stand, met die gunstige wijziging evenwel, dat de uri-
neloozing en de defaecatie geregeld plaats hadden.
De douches werden tijdelijk gestaakt en de vroegere
behandeling weder toegepast en nu met gunstiger gevolg^
zoodat in Mei de milt nog slechts 8 centimeters onder
het hypochondrium uitstak. In het laatst van Mei
wordt nogmaals beproefd, of de douche verdragen
wordt, en nu wordt de proef met een goeden uitslag
bekroond. Onder gelijktijdige toediening van kleine
doses sulphas chinicus, martialia en decoctum album
Sydenhami worden tevens twee malen daags miltdouches
geappliceerd. Met deze medicatie wordt voortgegaan
tot Augustus ; het gewigt was toegenomen, het uiterlijk
zeer verbeterd, de milt stak nog slechts weinig onder
het linker hypochondrium uit
Een ander geval eindigde met den dood.
Een 25 jarig matroos, die reeds in Cura9ao aan febris
intermittens had geleden, werd aan boord van het korvet
van Speyk weder aangetast, doch loopende behandeld.
In April 1866 viel de man in het tusschendeks van
den van Sjpeyh en leed geruimen tijd daarna aan len-
denpijn. Korten tijd daarop werd hij naar het Hospi-
taal geëvacueerd, lijdende aan febris intermittens.
Het voorkomen van den lijder was cachektisch, hij
was sterk vermagerd en klaagde over groote vermoeid-
heid en loomheid; de miltvergrooting mogt enorm ge-
noemd worden. Van den 10den tot den 18den Mei
werden gemitigeerde milt-douches aangewend; toen
moest de aanwending gestaakt worden , daar de milt-
pijnen- na de douche een ondragelijke hoogte bereikten.
De tumor breidde zich steeds uit; de gevolgen der
drukking, die het kolossale gezwel op de verschillende
organen der buikholte uitoefende, bleven niet achter-
wege , nl. bewegingsstoornis, oedema en doofheid der
onderste ledematen, stranguria, hardnekkige constipatio
alvi, zoodat maanden lang de defaecatie door drastica
moest worden geregeld , terwijl de blaas door den ka-
theter moest worden geledigd.
De behandeling, die grootendeels symptomatisch was
(martialia, cortex, wijn, sterke voeding) bleef geheel
vruchteloos , tot dat de man op den 18den November
overleed. De milt woog 4 kilo , de lever 3,6 kilo.
De in rubriek b behandelde lijders leverden niets
bijzonders op. In veie gevallen mogt ook, als oorzaak
hunner anaemie, het verblijf in Indische hospitalen >
alwaar men zeer mild met bloedonttrekkingen is , op-
genoemd worden.
Tot de in rubriek c behandelde lijders behoort ook
een geval voor meningitis spinalis rheumatica. Deze
man was ziek geworden ten gevolge van het zitten in
eene sloep bij ruwe weêrsgesteldheid.
Duizelingen , slaapzucht, braking , constipatio alvi ,
acht dagen later bewegingsstoornis der onderste lede-
maten, waren de voornaamste verschijnselen, waarbij
zich nog bezwaren bij de urineloozing paarden.
Onder eene hydrotherapeutische behandeling, zich uit
strekkende van Julij 1865 tot April 1866, was de lijder
zooverre hersteld, dat hij met gesloten oogen kon gaan
en geheel en al meester was van de bewegingen zijner
onderste ledematen.
Bij de 16 lijders aan congestio cerebralis mogten de
uitkomsten schitterend genoemd worden , vooral bij een
lijder, nog onder behandeling.
Deze lijder leed aan hevige epileptiforme toevallen }
klaagde over vonken zien en over hevige hoofdpijnen.
Het ophthalmoscopiscb onderzoek gaf negatieve resulta-
ten, terwijl daarenboven geen beperking bestond; een
tumor cerebri kon dus met waarschijnlijkheid worden
uitgesloten.
Na een geregelde aanwending der algemeene douches
en hoofddouches, van November 1868 tot Junij 1869, is
de toestand in zooverre verbeterd, dat de toevallen
zeer zijn verminderd en de alvus, die vroeger door
medicamenten moest worden geregeld, nu spontaan
plaats heeft
Ten slotte zij nog vermeld, dit de kuur is aangewend
ter ontmaskering van een similant. Evenwel zonder
succes Een jeugdig matroos had met groote hard-
nekkigheid een jaar lang aphonie voorgewend. Een
twintigtal krachtige straaldouches in den nek hadden
geen gevolg, evenmin, als de aanwending van den
moxa hamer ad nates
Later evenwel werd de bedrieger door de electro-
therapie ontmaskerd.
Het tegenwoordige keuringsreglement is verouderd.
II.
Het ware wenschelijk, dat het gebruik van Snellen\'s Letter-
proeven, bij de keuring voor de militaire dienst, officieel werd
voorgeschreven.
III.
Het éénige middel tegen croup is tracheotomie.
IV.
De gedurende cholera-epidemieën voorkomende diarrhoeën,
moeten grootèndeels tot de cholera-gevallen gerekend worden.
V.
De aanwending van chloroform is bij normaal verloopenden
partus niet tegenaangewezen.
Men zij uiterst omzigtig met de chloroform aanwending bij
operatiën van het inwendige oog.
VII.
Het is niet noodig, kanonniers den raad te geven, bij het
afvuren van zwaar geschut, den mond te openen.
VIII.
Aan boord der schepen verdient de hygieine de grootste
aandacht.
IX.
Als methode van operatie bij hydrocele verdient de excisie de
voorkeur.
X.
De naam tuberculeuse pneumonie is onjuist en geeft aanlei-
ding tot verwarring.
XI.
Epilepsie kan niet gesimuleerd worden.
XII.
Phthisis en atrophie in het algemeen zijn contra-indicaties
voor de aanwending van douches.
XIII.
Het komt mij voor, dat pupilverwijding niet als symptoom van
helminthiasis mag worden aangemerkt.
XIY.
Het ondersteunen van het perinaeum, durante partu, voor-
komt het inscheuren niet.
XV.
"Moleschott heeft ten onregte beweerd, dat de nervus vagus
geen „Hemmungsnerv" voor het hart is.
XVI.
In twijfelachtige gevallen kan de sphygmograaph een belang-
rijk diagnostisch hulpmiddel zijn.
XVII.
Bij solutio retinae moet de punctie beproefd worden.
-ocr page 46-