STELLINGEN

TEE VERKRIJGING VAN DEN GRAAD VAN

i0tt0r in (U jjwltajb,

aan de hoogeschool te utrecht,
NA MAGTIGING VAN DEN RECTOR-MAGNIFICUS

Dr. J. J. VAX OOSTERZEE,

GEWOON HOOGLEERAAR IN DE GODGELEERDHEID,

met toestemming van den Aeademisehen Senaat

EN

volgens besluit van de Geneeskundige Faculteit _s

TE "VEEDEDIGEN

OP "WOENSDAG 3 MAART 1869, DES AVONDS TEN URE,

DOOR

HERMAN JACOB JACOBSON,

Geboren te Amsterdam.

MEDICINAE DOCTOR.

-oco^oo«-

AMSTERDAM,
J. C. A. SULPKE.
1869.

STELLING-EN.

I.

Bij beenneerose moeten de vrijliggen.de sequesters, wan-
neer zij tot sterke ettervorming aanleiding geven, ook dan
verwijderd worden, wanneer de beenlade nog onvolkomen
gevormd is.

II.

Bij verwonding der arteriën van de handpalm verdient
de onderbinding der art. brachialis de voorkeur boven de
weder onlangs door Roser aanbevolen onderbinding der
verwonde vaateinden.

III.

De onderbinding der art. iliaca externa bij elephantiasis
van de onderste extremiteiten is niet te regtvaardigen.

"Wanneer bij ziekteprocessen in beenderen de daarvan
afhankelijke veranderingen in de weeke deelen ver verbreid
zijn, dan behoeft men niet altijd de amputatie in gezonde
gedeelten dezer laatsten te verrigten.

V.

Ten onregte vergelijkt Billroth de verwonding na
resectie bij pseudarthrosen met eene gecompliceerde fractuur.

vi.

l)e verdeeling der wonden naar den toestand der wond-
vlakten (Simon) heeft voor de praktijk meer waarde dan
die naar de aetiologische momenten.

VII.

Wanneer nevens blaassteen hypertrophie der prostata
voorhanden is, zoo is dit geene contraindicatie voor het
verrigten der sectio lateralis.

VIII.

Bij het maken van lapsneden bij amputatiën mag men
niet als algemeenen regel aannemen, dat die lappen het
laatst moeten gevormd worden, waarin de groote vaten
gelegen zijn.

Bij gezwellen aan de tong van onzekeren oorsprong,
beproeve men, voordat eene operatieve behandeling wordt
ingesteld, eene antisypliilitische behandeling.

X.

De inspuiting van chloroform na de punctie van hydro-
cele moet verworpen worden.

XI.

"Voor de hygromata is de permanente compressie de
meest zekere therapie.

XII.

De doorsnijding der nervi ciliares, volgens de methode
van Meijer, bij neurosis sympathica na verwonding in de
regio ciliaris, verdient nader beproefd te worden.

XIII.

Wanneer bij chronische ulcera aan het onderbeen granu-
latievorming is ingetreden, zijn herhaalde ligte contractiën
der daartoe behoorende spieren van veel nut.

XIV.

De plotseling optredende aanvallen van pijn bij het
bestaan van gewrichtsmuizen moeten niet afgeleid worden
van het geraken daarvan tusschen de gewrichtsvlakten.

Vooral bij de operatie van dubbelde hazenlip is de geknoopte
hechting te verkiezen boven de omwonden hechting.

XVI.

Ten onregte verwerpt Stromeijer de punctie van het
gewricht bij pyarthros.

XVII.

De verwijdering van vloeistoffen uit de pleuraholten vol-
gens Guékin verdient afkeuring.

■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■il

■

■

f "

mi

■

:W- i

■

m--\'.

■

■