tes VERKKIJGING VAN DEN GKAAD
na magtiging tas DEW eeotob mag.nieicus
gewoon hoogleeeaae in de facumeii dee geneeskunde,
MET TOESTEIIIN& VAN DEN AGADEIISGIEN SENAAT
TOLÖBKS BESIXJIT DEB OEIfjEESKUMIGE I\'ACULTEIT ,
AAN DE HOOGESCHOOL TE UTEECHT,
TE VERDEDIGEN
OP DINGSDAG dej, 17den MAART 1868, des kamiddaqs ien half zeven uee,
GEBOBEN TE BEEUKELEN,
UTEECHT,
Boek-, riaat- en Steendrukkerij, „de Industrie
{k. a. mans s en.)
1868.
m
■ ■ ■ fvA
-ocr page 3-I
Niet digtdrukkiug der aorta, maar wrijyende drukking
op deze, verdient aanbeveling bij Haemorrbagia post
partum.
II.
Houden de dolores op of verzwakken zij voortdurend
bij drukking van het voorliggend deel tegen het Promon-
torium dan mag men geene hulp meer van den uterus
verwachten.
III.
. De hellingshoek van het bekken heeft geene waarde;
beter is het ter bepaling van de helling van het bekken
den hoek te nemen, dien de conjugata interna maakt met
de lendenwervelkolom.
IV.
Ter verklaring van het menigvuldiger voorkomen eener
eerste schedelligging boven eene tweede is de uitspraak
van Dr. SCHATZ : //die ziemlich gleiche Häufigkeit der rechten
und der linken Seitenlage der Frau, die relative Seltenheit
der Eückenlage und die grosse Häufigkeit der aufrechten
Stellung des Leibes derselben beim Stehen und Sitzen ,
welche die Häufigkeit jeder Seitenlage um das Dreifache
übertriiftzeer aannemelijk.
V.
De baarmoeder vergroot zich regelmatig naar de toename
harer inhoud; wordt deze regelmaat gestoord, dan vangt
de partus aan.
VI.
Het deelnemen van het liquor amnii aan de ontwik-
keling der vrucht, kunnen wij niet ontkennen.
VII.
De uitdrijving eener decidua menstrualis, is een abortus
van het tot decidua veranderde uterusslijmvlies.
Bij febris puerperalis moet men altijd het uitgangspunt
in de genitaliën zoeken.
IX.
Bij prolapsus funiculi voere men den funiculus op en tam-
ponere men het ostium internum der opening met watten.
X.
Te regt verklaart winckel zich tegen directe bloedont-
trekkingen aan den puerperalen uterus.
XI.
De uitdrijving der vrucht door uitwendige handgrepen
is eene methode eerder afkeuring dan aanbeveling waardig.
XII.
Tot keering bij dwarsligging is het vatten van den
laagsten voet bij eene eerste, van den hoogsten bij eene
tweede positie, aangewezen.
XIII.
Het gebruik der zuigflesch met slinger, bij kunstmatige
voeding, is zeer af te keuren.
XIV.
De oorzaak van Hydatiden-mola moet eerder bij de
moeder dan bij de vrucht gezocht worden.
XV.
Bij keering op de onderste extremiteiten handelt men
het veiligst door tot den navel te gaan en van hier uit
onmiddelijk het af te halen deel te zoeken.
XVI.
Het gebruik van secale comutum als ecbolicum is af
te keuren.
XVII.
Het nee gravidae abortum procuraturum, moest uit den
eed, dien de medicus bij zijne promotie aflegt, gelaten worden.
XVIII.
Het qhloroformiseren, na de barende in Morphine
slaap gebracht te hebben, (door hypodermatische injectie)
komt mij zeer wenschelijk voor.