^^^^trolytische
ONDERZOEKINGEN.
&ezag van den kecïoe, magnificus
\'^ëheaar in be faculteit der letteeen en der wusbegeeeïk,
IIET
toestemming van den academischer senaat
en
BBLIIII VA» BB WIS- EN 1ÏATDUHKUNMGB FACULTEIT.
ter veekrijging van den graad van
^AN DE EOOGESCHOOL TE UTEECHT,
ïiirt
den llden Mei 1866, des namiddags ten 2 ure,
te verdedigen
door
geHjoreii te \'s Gravenhage.
^liLFr — J. H. MOLENBROEK — 1866.
-ocr page 2-fpgl ■
tf-i
sr..-;v
i ^
î-\'X\': ,- -M an0-wU0fr " >j
te ■
-ocr page 5-^^ , na het afdrukken van dit proefschrift, de pen
ik ^^^ ^P\'^\'o.tte, om een Voorwoord te schrijven, verwachtte
^o-t die ligt geachte taak mij zooveel aarzeling
^iet.
&\'^dachte greep mij aan, dat ik met dat korte woord
\'"^d-fe een laatst vaarwel zou toeroepen aan mijnen
studententijd. Hoofd en hart Ijegonnen mij
te loorden. Hoe zou ik van al, dat ik zeggen
ymrne zeggen wilde, slechts datgene vermelden, icat
^^^ toch eenigziris voldeed en wat anderen niet mis-
het
en
\'»li;
PI,
\'\'hot vinden, — toat zoowel de verdenking van
«\'On,. ^^^^\'f^ï\'^^gingen te maken van mij afwierp, als mij
schijn van vleijerij bewaarde?
verheelden , dat enkelen , bevreesd om tusschen
^ \'\'Ppen 7
\'Oer, ^^ zeilen , het Voorwoord liever acUer-
den
kan
kli.
ih
Tot mijn geluk heb ik , dank zij de zorg mijner
lende en geliefde ouders! steeds uitmuntend ondertoijs ff^\'^
ten, en het vele., dat aan mijne vorming ontbreekt,
zeker noch hunne schuld, noch die mijner leermeesters-
Om van het lagere ondertoijs thans niet te spreh^^^ \' ^^^
als discipel aan de Technische School te Utrecht ^^^^
geene betere opleiding hebben kunnen ontvangen ,
fßt
daar gegeven middelbare ondertoijs heeft den overgO\'^\'\'^
het hoogere schier onmerkbaar voor mij gemaakt.
cli(
Iii zal dan ook nimmer vergeten , icat ik aan \'
7 Ml
destijds aan het hoofd der vermelde inrigting stond-,
Hen., die toen daaraan Leeraren tcaren, verschulddl^ ^^
Bijzondere namen te noemen, acht ik overbodig i
zonder uitzondering hen allen bedoel.
/ fC\'®^
Toen ik tot student aan de Utrechtsche HoogeschoO\'
; . jf\'-^\'
aangenomen, waren het inzonderheid de Professoren
en Natuurkundige faculteit, onder wier leiding ik :
zou voortzetten en die mij ten hoogste aan zich verpligt^^
Aanvankelijk zonder bepaalde voorliefde voor - ^^^
zonder deel der Natuurioetenschap en meer door
algemeene studie gedreven, heb ik dan ook, met
l)ela7igstelling en vrucht voor mij zeiven, Uwe uitni^\'"\'\' ^
lessen bijgetooond, Hooggeleerde Heeren R. VAr» ^^
IIAKTING , BUYS BALLOT , MIQTJEL en HOEK ! {Be BoO\'Jd^
nONDEBS vergunne mij, hier ook aan hem te
ilet
moeijelijk vallen, wat mij hetreft, eenig
en ^^sschen U te mahen. Neemt daarom allen ééne
j) betuiging mijner levendige erkentelijlcheid aan.
\'\'Uder,
onder ü gingen vaderlijk, de jongeren broeder-
, gingt gij vriendschappelijk met mij om.
■PocJi •
^ ^^ M de schatting mijner dankbaarheid een
^^^ mtei\' pares. Ook al noemde ik U niet, ieder , die
\' \' ^ \' Hoogge-
j- muldek ! Hooggeschatte Promotor !
\'^^nder
ki^, ^\'^^^nen lust tot de algemeene studie te doen ver-
het \' Hedurige opwekking, om, ook
^öö I-ijke Natuurwetenschap
^^ , deedt gij toch eindelijk eene
^ Chemie hij mij ontwaken. Mijne tveife-
^\'^^Ide \' besluit loas genomen , en ik ge-
^ \' ^^ ^k gevoel mij gelukkig in de keus door mij gedaan,
hot
Hik
^^ \'^»ee/ nut mm vriendschappelijke onderwijzingen
. uwe vaderlijke raadgevingen en hemoe-
^■Oeti
^aren , zou ik niet kunnen zeggen met
%at ■ \' ook niet met vele , evenmin als ik in
tiat \' S\'^^\'^oeg te danlcen, zoowel voor moe hulp bij
\'\'\'■\'éne
\'^\'^stellen van dit proefschrift mij hetcezen, als
.. aandeel {waa.rom zou ik het verzwijgen?)
Vr
^^Otijdige benoeming tot de nuttige en eervolle
Welke ik het voorregt heb te bekleeden.
Er is éém zaak, die ih TJ en mij zeiven uit den \'J\'
mijns harten loetvenseh , en die zaak is deze, dat 0
mijnen verderen arbeid steeds tevreden zijn moogt
.bir\'
Moge de goede God, die ü onlangs, tot ons alle\'»\'
schap, uio vijf en tiointigjarig Professoraat in
deed vieren, U nog lang sparen voor onze Boog^^*
voor ons Vaderland, voor de Wetenschap!
f\'j
Commilitones amicissimi! ook loij moeten scheiden-
\'d
zullen uiteengaan en in den lande worden verstroo\'i\' ■ ^^
een trekt noord-, de andere zuid-, de derde oost-, ^
ivestwaarts heen,
Terioijl ik dit schrijf, ondervind ik al den
■welke in die gedachte ligt.
Medeleden van het gezelschap Natura Dvix ^^
Auspex! zidlen de avonden, die wij te zamen doo^ ^
\' iét
met den beminden hakting aan ons hoofd, ook »
vergetelijk blijven ?
leiof\'\'^
Vaart allen wel, Academie-vrienden ! liet ga « \'
goed in deze tcereld. Ik zal uw aandenken levendig
Vergeet ook gij mij wiet! Mogten onze levensf^de^^ ^
dikioijls kruisen! Welk een genot, na zóó- en zóóvü^
elkaar terug te zien, eindelijk met een verouderd \'f
grijze haren , maar met een nog altoos jeugdig ^^^^^ ^
VAN ANORGANISCHE LIGCHAMEN.
van zwavelzuur.
Eigenschappen der electrolytiscli ontwikkelde
Eigenschappen der negatieve electrode na de
bevallen, waarin de negatieve electrode zich
»^et de electrolytisch afgescheiden waterstof
van salpeterzuur.
Verschijnselen, welke bij de electrolyse van
\'hoi, v se
I 3
4
\'Roly
salpetemnu\' aan de negatieve pool pla^^s
hebben............• \'
^ 6. Verschijnselen, welke bij de electrolyse v^®
salpeterzuur tusschen eene anode van pl^\'t\'"
nadraad en eene kathode van zilverdraad,
aan de positieve pool plaats hebben . •
§ 7. Electrolyse van rood rookend salpeterzuur
71
electrolyse der alcalien.
§ 8. Onderzoekingen van anderen aangaande de
electrolyse der alcaliën......■ \'
^ 9. Eigene onderzoekingen aangaande de electro-
lyse van bijtende potasch.....• \'
§ 10. Eigene onderzoekingen aangaande de electrO\' ^^
lyse van bijtende soda.....• ■ \'
electrolyse van gesmolten zouten.
§ 11. Proeven van buot, beetz, faraday, ^^
matthiessen cu anderen..........9?
^ 12. Electrolyse van gesmolten zwavelzure soda ■
I
§ 13. Electrolyse van gesmolten chloorzure potasc
ELECTROLYSE VAN ORGANISCHE LIGCHAMEN-
§ 14. Kort overzigt van hetgeen verrigt is op
gebied van de electrolyse van organisch® ^^^
ligchamen..........• \'
■§15. Ontledingscel, Avaarvan ik mij bij de ele"
trolyse van organische ligchamen lae®®^^
bediende ..........■ \'
\'^1\'olyse van organische zuren.
^^ lö. Electrolyse van mierenzimr . . . . . . 136
Electrolyse van azijnzuur en eenige andere
^ 18- Electrolyse van benzoëzuur . .......143
^ Electrolyse van kaneel zuur.......147
^ Electrolyse van melkzuur.......149
^ Electrolyse van zuringzuur.......151
^ 22, Electrolyse van wijnsteenzuur......153
Yse van organische zouten.
^ Electrolyse van mierenzure soda.....157
^ Electrolyse van valeriaanzure potasch en van
veilige andere vetzure zouten......160
Electrolyse van benzoëzure potasch .... 163
^ Electrolyse van kaneelzure soda.....168
^ Electrolyse van melkzure potasch .... 172
^^^ appelzure potasch .... 175
^i-ïse Van zoogenaamde koolhydraten.
Electrolyse van rietsuiker.......179
Ovo " ®^®ctrolyse van zetmeel, dextrine en gom . . 192
^^igt V
^an de door mij ingestelde electrolytisehe
^^«ierzoekingen............194
r^Â
-ocr page 13-® kolotn, door den Qnsterfelijken volta in het
J^ar
opgerigt, is tot heden de schoonste zuil
"et
iji J^^^^^\'^^de eeuw, eene zuil, die, hoe gering ook
de Y \' ^\'^hter in ware verhevenheid de colonnes
de Juillet, du Congrès, of welke andere
, der wereldsche grootheid en menschelijke
\' oneindig verre overtreft. Die kolom geeft
^ftat\' ^^^ heerlijk licht, en hij
dan. schijnsel tast de natuurvorscher dezer
^^ Ui t
o^j ^ langer in het duister rond. Op de zee zijner
Vu, , "Sen dient zij hem tot poolster en tot
beiden.
deze „
eeuw van grooten vooruitgang op natuur-
gebied,
1800
is van alle ontdekkingen, welke
tot
nis^i^ "" gedaan werden, die) van den galva-
®troom verreweg de belangrijkste geweest.
flfi\'\'
Wij leven in een praktischen tijd, een tijd,
men, over het geheel weinig met bloote beschou^^!ßö
. gji
ingenomen, al spoedig naar toepassing, naar nU
■ ZO^
voordeel vraagt. Ofschoon ik voor mij nederig
meenen, dat de wetenschap vooral om de wetens^
zelve moet beoefend worden, zoo zou de vraa^
eene nuttige aanwending van den galvanischen
mij echter niet verlegen maken. Ik had, uit ^
alleen op den electromagnetischen telegraaph te
dat voertuig voor den vluggen geest, gelijk diÜg®
en spoorwagen het voor het trage ligchaam zyii\'
welk vehikel wij, zelfs op verre afstanden on«®
dachten aan elkander kunnen mededeelen, schiei"
snel als onze eigene gedachten gaan.
eve"
i^m
j,.
De electrolyse behoort ongetwijfeld tot de ^^^
waardigste werkingen van den galvanischen stroo\'»
^ ................... " . lisd\'^"
1). Bijna alle scheikmidige verbindingen , die den gaN\'3"
stroom geleiden, worden daarbij in nadere besianddeelen
i\'ARADAY heeft deze ontleding zeer juist e 1 e c t r o 1 ƒ ® ^
noemd, en aan de geleidendeverbinding den naam
trolyt gegeven. De twee geleiders, die de polen der \'
met de eleetrolyt verbinden, worden electrode n S® j^^gft
De twee deelen, waarin de eleetrolyt gesplitst wordt^^^^
ïABADAY ionen genoemd. Elk dezer ionen komt
-ocr page 15-in
^^ ^ betrekkelijk zeer korten tijd heeft zij reeds
Jttj aan het licht gebragt. In 1807 deed zij sir
aan
de
11\'R ^ ®^beikunde der metalen eene zoo belangrijke
heeft gegeven. ï\'aeaday, berzelujs, da-
\'\' \'^\'il.leh^ becquerel, hatteücci, bunsen,
\'■Vïfjj
^ssen, d\'almeïda, de la eive, hittorf,
\' I^UFF, WIËDEMANN, KOLBE en anderen wer-
kin hunner belangrijke onderzoe-
bestuurd,
\'^och -1
^^ iK stel den overvloedigen arbeid dezer geleer-
^f-l) bekend voortnt, en zal daarvan slechts dan
Vqj,^ ^\'\'^^en, wanneer eene meerdere volledigheid dit
\' mijne eigene proeven met dien arbeid
Kn Iiiimers, door mijnen hooggeschatten
■ daartoe aangemoedigd, waag ik het, in dit
ue ^^^ electroden, waartusschen de electrolyt geplaatst
K^^lio ^^oi\'dt vRelal met den naam van
O lan ; de positieve, met dien van anode,
kaf ^^egatieve pool afgezonderde bestanddeel heet dan
\'\'^^^^\'idclee °"\' ^^^ de positieve pool afgescheiden
^ Öe naam van a n i o n draagt,
(ielp^^ zamengestelde ionen vervallen in nadere bestand-
zij aan de electroden in vrijheid worden
in nadere bestanddeelen, gelijk ook het
^^ do gj de bedoelde bestanddeelen met de electroden of
. wordt een secundair verschijnsel genoemd.
^Hry D^y^ het kalium vinden, welke ontdekking
proefschrift, vooral eenige eigene electrolytische
zoekiiigen, zoo van anorganische als van orga»\'"
ligchamen, mede te deelen. Mogten meer bevo^*.
dan ik zich opfr-wekt ijrcvo\'itni huiiüe kiachT^\'»
dezelfde zaak te wiidan! Do elf^cti olyse is ^
h.aar begin, e.n, hoe schoon haar korr voorj;\'"^-
zij, ZIJ gaat gewisselijk. eene nog luistervoller toe«\'
te gemoet.
Bij de rangschikking der door mij genomen P
zal ik de gewone verdeeling der scheikundige ^^^
• he
dingen volgen, en, het eerst de an organise
1 Tld^*
daarna de organische ligchamen onderzoek ^
achtereenvolgens, in zooverre ik daartoe aan^®^
vond, zuren, bases, zouten en zooge»^\'
indifferente ligchamen behandelen.
Behoef ik te verzekeren, dat ik, hij de gedach
het gebrekkige van mijnen arbeid, met bescheiden ^
om eene zachte beoordeeling vraag ? Voor een begi\'
beoefenaar der scheikunde, wiens hand de vasth®\' ^^^^
den geoefenden experimentator mist, zijn electroly^ ^^^
onderzoekingen verre van gemakkelijk. En er
.. \' rfloef^
omstandigheden bij weinig geschikt om mijn®
Matei\'
lijke taak te verligten. Ver van de Alma ^^^
voor mij althans ver, ontbrak mij dikwijls ^^
1 te gelegenheid, om mijne bevindingen aan
oor^p 1
ie^e ^^^ mijnen promotor te onderwerpen, en
Seil • ^^^ lange gedachten wisseling in
jj. ^^^^ mondgesprek niet vergoeden kan.
koij ^ ^^^en de hulpmiddelen, waarover ik beschikken
da,
S onvolkomen. De electrolyse, hoe jong van
\' IS echter in ontwikkeling mijn jeugdig
\'\'\'"ibt vooruit. Eindelijk, mijne drukke
lieten mij slechts weinig tijd, slechts
^^^reii over. De lezer zij dus goedgunstig !
V
i^JI^Jsy ysij.
-ocr page 19-ELECTROLYSE
van
^^\'OKganISCHE ligchamen.
-ocr page 20--
^■\'W-P
At/- ;
. .. , - ■ ■■■ ■■ i,-
j;-^ » \\ Î -
; - i-., .. ... ■ . K;.
:
/T\'^ iïïii\'At ? .. ,
v.\'l
te»»; .^ti--"«
» 1 _ V " * it ^ r V
Mn \'liï J -v^m.
Electrolyse van zwavelzuur.
§ 1-
^\'^^appen der electrolytisch ontwikkelde waterstof.
ïte ^^^ het gas, dat bij de electrolyse van verdund
^^elzt
aan de negatieve pool afgezonderd wordt,
^ y^isch ontwikkelde waterstof te noemen, in
Wi, "^^^^ding van de zoogenaamd gewone waterstof,
Uit
Verdund zwavelzuur en zink bereid wordt.
^Ofig er hoogst waarschijnlijk geen verschil
ili ^ in den grond der wording, noch
Vtjj ^^^ producten, op beide wijzen verkregen.
jjj \' zuiver zink ontwikkelt, volgens de la eive,
ligi verdund zwavelzuur, geene waterstof; maar
^iiik d
dit wel, wanneer het kool of metalen,
^ bil
«Way^j \'^öoi\'beeld lood, bevat, of ook wanneer het
\\ i^et lood
of arseniek verontreinigd is >).
.-.^^dere woorden: het zink ontwikkelt dan alleen
^ aiVE, Pogg. Ami. 19, p. 22J.
el
-ocr page 22-uit venluiid zwavelzuur waterstof, wanneer er tussc^®
1
het zink zelf en de hijgemengde ligchamen een g®
nische stroom ontstaan kan. Onder den invloed
dezen stroom wordt, zooals thans vrij algemeen
1)6\'
aangenomen, het verdunde zwavelzuur ontleed, eu
\'f6
wegen zich het zuur de zuurstof naar het ^
zink, dat dus opgelost wordt, terwijl de watei\'
op die gedeelten van het zink ontwikkeld wordt, ^^^
de bijgemengde ligchamen met het zuur in aanral^^®^^
zijn. En inderdaad, wanneer men het zink, gehj^
in den handel voorkomt, in verdund zwavelzuur op
bespeurt men op zijne oppervlakte gedeelten, die i »
■T vgleii\'
vreten worden, zonder daarbij gas te onfcwn^
Alleen op die plaatsen, welke niet aangetast
komt de waterstof vrij.
Het is daarom zeer waarschijnlyk, dat de watert\'
welke uit verdund zwavelzuur en zink verkregen
Ike M
zich op dezelfde wijze ontwikkelt als die, wei^
de electrolyse van verdund ZAvavelzuur ontstaat.
JAMIN en OSANN meenen echter gevonden te heb
dat deze twee soorten van waterstof verschillende » ^
schappen bezitten. Zoo beweert osann, dat de watei"" ^
uit zuiver verdund zwavelzuur aan eene
kathode
platina ontwikkeld, zilverzouten en in het hij^"\'^
-ocr page 23-^Uur zilveroxyde reduceert \').
^^Nus heeft deze reductie van het zwavelzuur
niet zien plaats hebben 2).
\' dat ook de gewone uit zwavelzuur en
bereide waterstof sulphas en nitras argenti her-
\'\'•dtkoDasten, door osann, magnus en beunnek
S^n, zijjj blijkbaar met elkander in strijd, en beant-
de vraag, of er, ja dan neen, eenig
1 tusschen de uit verdund zwavelzuur en zink
^tof en de electrolytisch ontwikkelde water-
®staat. ijj- heij (Jaarom hunne proeven herhaald,
öien heb ik onderzocht, of de waterstof, welke
^Utl door gloeijend ijzer afgescheiden wordt,
^\'iik heeft dan de waterstof, die door
clg ^^ \'Verdund zwavelzuur wordt vrijgemaakt, en
door den galvanischen stroom uit ver-
^ ^^avelzuur ontbonden.
2), Ami. 95 p. 311.
Pogg-, Auu. 104 p. ,555.
1\'ogg- Auri. 122 p. 153.
fi^ P\' eUFAVRE
lioogg^\'^\'^" ^^ P\' 827) beweren, dat de waterstof, onder
^ , zilver- en kwikzouten, en ook in het
^^avelznur zilveroxyde reduceert.
-ocr page 24-Verhouding van uit verdund zwavel^^
en zink bereide waterstof tot zwavel
zuur zilver oxyde en salpeterzuur
zilver oxyde.
De waterstof werd in eene Woulfsche flesch
verdund zwavelzuur en zink bereid. Het zink beV^
. . ïïe^
een weinig arseniek en sporen van antimonium,
zvyavelzuur daarentegen was scheikundig zuiver. ^
Ten einde eene verontreiniging van de waterstof ^
reducerende ligchamen, als zwavelwaterstof en
zuur, zoo veel mogelijk te voorkomen, goot
zwavelzuur, in verdunden toestand,
op het zink >■
;tt6
eii
1). GewooiiUjk overgiet men het zink eerst met
voegt er daarna, door eene trechterbuis, sterk zwavclzu
De waterstof, welke op die wijze ontwikkeld wordt, ^^^ j^gt
veligzuur en zwavelwaterstof bevatten. Immers,
sterke zwavelzuur zich niet genoegzaam met het water ve ^^^
zal het op den bodem van de Woulfsche llesch bezinken-^^ ^^ ^
zink zondert dan, uit het sterke zwavelzuur, zwavelig^
welk zwaveligzuur, door de gelijktijdig ontwikkeld
waterstof, iu statu nascenti, in zwavelwaterstof wordt o f
T
^ ^ ik het onzuivere, onaangenaam riekende gas,
opl ^oulfsche flesch ontwikkeld werd, door eene
^plo zwavelzuur zilveroxyde voerde, werd deze
terstond troehel, door de overvloedige afschei-
Vari
gas ^^^ grofkorrelig roodbruin praicipitaat. Het
daarbij zijnen onaangenamen reuk. De
^ ^^^ grofkorrelige roodbruine prsecipitaat
Ohi ^^^^^ plaats in de eerste oogenblikken der ms-
^adat rl
dgg^ gasontwikkehng eenigen tijd had geduurd,
Waterstof, in de genoemde zilveroplossingen,
^\'^odb troebeling meer ontstaan. Het
i^eêrslag Averd telkens op nieuw, eenige
ik
ï).
att,
H
Vor
ka.
g, in ruime mate afgescheiden, zoo dik-
versch zink met het verdunde zwavelzuur in
bragt.
^^^ de Woulfsche flesch ontwijkende waterstof
^\'seniekwaterstof en sporen van antimoonwater-
^\'ilvej^ " ligchaam geeft, zooals bekend is, in
ter^.^ 5 antimoonzilver (AgaSb) als prtecipitaat,
•"\'U „1 ^^\'®eniekwaterstof metallisch zilver neerslaat
^ ars • \'
\'\'\'^Uu de oplossing overgaat Het arse-
^OiH \' dnor middel van zwavelwaterstof, in de door
zilver bevrijde oplossing aan te wijzen.
-ocr page 26-14
De waterstof, welke door eene bijtende potasc^op^
sing en door sterk zwavelzuur gezuiverd was, "
uit de twee zilverzouten, zelfs bij het begin der »
ontwikkeling, geen roodbruin Hgchaam meer neder- ^^
De zuivering geschiedde in waschflesschen, di®
waren ingerigt, dat de waterstof, als zeer klem ■ =
gji
bellen, door dikke lagen van bijtende potaschlo 15
of®
zwavelzuur moest opborrelen. Aan deze lagen
o-eve\'"
ik minstens eene dikte van 5 a, 6 centimeters » ^
om zeker te zijn van het wegblijven der roodb^
ikk®^
troebeling, bij het voeren van het eerst ontwi
gas door de zilveroplossingen.
De thans gezuiverde waterstof werd door ee\'i
trale oplossing van nitras argenti geleid. Deze opl^® ^
bevond zich in eene wijde reageerbuis, geslot®\'^\'
eene kurk die twee glazen gasgeleidingsbuize\'
liet. De eene gasgeleidingsbuis bragt de
waterstof onder in de zilveroplossing; de ander
. de ^^
geleidingsbuis voerde de waterstof, welke door ^^
lossing opgeborreld was, weg. Ten einde,
e ifs\'
het ophouden der gasontwikkeling, de waterstoi?
dj
in de reageerbuis boven de zilveroplossing st^n \' ^^^^
die oplossing in aanraking te laten, werd het ^^^
de reageerbuis uitstekende gedeelte der afvoeren\'®
^ \' en met zijn uitemde onder water gebragt.
Vfin van nitras argenti Averd, na verloop
\'iiet troebel grijs, daarna troebel zwart,
^icli Paarschen weerschijn. Het neerslag zette
^Plo ^^ ^^^^ binnenwand van de in de
, ® gedompelde gasgeleidingsbnis en tegen den
van 1
«Ook reageerbuis. Met behulp van een micros-
gelukte het mij in dit neerslag\' een paar sierlijk
^ert
kristallen te vinden.
ij. et salpeterzuur zilveroxyde aanbelangt, ben
^elj \' ^®°ieken is, tot hetzelfde resultaat als b1u7n-
Hti geenszins het geval met be-
b tot het zwavelzuur zilveroxvde O.
hier "
■ ^vat ik waarnam.
Vettig
^Qor ^^^^ voerde ik gezuiverde waterstof
eene V
getiti verzadigde oplossing van sulphas ar-
i^Uis oplossing, welke ik mede in eene reageer-
^\'\'^IkriK, ^^ P^® vermelde gelijk, gedaan had, bleef
lielder.
1)
W ^ "Ganz almlicli wie auf salpetersaures
\'1. Igg\' ^\'irkt der Wasserstoff auf schwefelsaures." (Poc^tr
155. 1864, ^
\' pi U On\'o- .
en BECKETOïE (Ann.
Hq. ■ -^^larni. 110, p. 313. 1859) hebben dit niet zoo
f
Het verschil in de werking van de waters o ^
den sulphas en den nitras argenti werd vooral d» ^^^
hjk, toen ik, twee reageerbuizen gebruikende, de^®
waterstof, die eerst door de oplossing van ^^ ^
■ Cf ^^
argenti was opgeborreld, daarna door de oplossi»8
1 tr"®\'
nitras argenti liet gaan. De nitras argenti wer ^^
hel zwart; de sulphas argenti bleef helder. ^^^
wel gelukken van deze proef was het noodig\' ^^
de waterstof met bijzondere zorg gezuiverd \' ^^^^
dat de reageerbuizen voor de zilveroplossingen ^^^
met gedestilleerd w\'ater goed werden uitgespoeld\' ^^
einde alle organische stofdeelen daaruit te ver^^iJ ^^^
Organische stofdeelen zouden alleen reeds de r®
der zilverzouten bewerken.
De buizen, waardoor het gas naar de verS\' ^^^
deelen van het apparaat gevoerd zou worden, bad i\'
scbill®\'\'
lad
voordacht allen van glas genomen. Buizen van » ^^^^
niseerd caoutchouc toch verbergen hare onzni^^\'\'^ ^^^
voor het oog, en kunnen niet gemakkelijk g®^ ^^^
worden. Ook zou de zwavel, welke in deze bnif^i\'
komt, misschien door de waterstof meegevoeri^
worden, waardoor in de zilveroplossingen een ^^
troebeling van zwavelzilver zou kunnen ontst^^^ ^^
1). Ook bij mijne volgende proeven, ha zooverr®
-ocr page 29-ij de voorgaande proeven, door mij volgens het
Vo.
\'\'»schrift
van BUUNNER genomen, was de reiniging
de
ijord misschien onvolkomen. Deze proeven
dus niet bewijzen, dat de uit verdund zwavel-
Jïink bereide waterstof eene oplossing van nitras
^^ «luceert, ofschoon zij wel leerden, dat deze
eene oplossing van sulphas ar-
^ \'^iet reduceert.
Oqj
Zek "^"\'^^gelijk, ook aangaande den nitras argenti
te verkrijgen, ging ik aldus te werk:
dezelfde wijze als vroeger
Vgj,^ volgens eene betere methode gezui-
ïiiet
feci
Dp
nu
ïeinigende oplossingen, namelijk, werden
Waschflesschen gedaan , maar in lange glazen
ik iig^. \'■\'^S^^\'^schappeu van de waterstof betrekking hadden,
^ van buizen van gevulcaniseerd caoutchouc
^it\'v, ^ i^oodzakelijkheid
van dezen voorzorgsmaatregel
^l^\'^erg ^ ® volgende experiment van von babo. Dexe voerde
„ ringvormige ruimte tusschen twee in
elec^.^^"^®^^ glazen buizen, in welke ruimte hij onophou-
J^^\'i^reeg ontladingen deed plaats hebben. De waterstof
> eigenschappen. Doch toen hij
\' ^^ ringvormige ruimte geleid
^^\'\'\'^^\'teliQjj^ eene hoewel gereinigde buis van gerulcaniseerd
de ^^ waterstof, bij het
\'^^^kte buizen, eenen onaangenamen reuk,
\'^S^U \' door de vorming van zwavekilver, zilreroplos-■
-ocr page 30-buizen, met puimsteen gevuld \'). Deze buizen
40 N. duimen lang, 3 N. duimen wijd en
mig gebogen. In de kromte van elke U-vormige
welke kromte naar beneden gekeerd was, stond eene
drie duim hooge laag van de reinigende vloei®
zoodat de waterstof niet alleen door den bevochtig
(JoOi\'
puimsteen moest gaan, maar ook genoodzaakt
eene betrekkelijk vrij dikke laag van de reinig®"
vloeistof op te borrelen.
De eerste U-vormige buis, door welke de wat^ï\'
geleid werd, bevatte eene oplossing van nitras pi \' ^
de tweede, eene oplossing van sulphas argen^^\'
derde, eene sterke kaliloog; de vierde, eene opl^®"
van sublimaat; de vijfde, eindelijk, sterk
1
De alzoo gereinigde waterstof werd nu in de
pag. 14 en 15 beschreven reageerbuizen gevoerd-
eerste dezer reageerbuizen was gevuld met eene opl^\'®®
(f
doof
van sulphas argenti; de tweede, met eene op
van nitras argenti.
De laatst genoemde oplossing was verkregen
ti
het oplossen van versch gesmolten nitras arge\'i
______________.^{Ol
1). Men meene niet, dat een gas, hetwelk door eene vl«
opborrelt, door die vloeistof volkomen zou kunnen
reinigd. Immers, de binnenste deelen der gasbelle»
daarbij buiten aanraking met het vocht.
■sto^
\' oat over nitras argenti was gedestilleerd. Met
ïlr reageerbuizen zorgvuldig uitgespoeld.
alzoo in de oplossing van nitras argenti
"i\'ganische stofdeelen zijn.
ïoeii ]
^^ fie waterstofontwikkeling ongeveer 80 minuten
\'Uüi-fj 1 ,
J^acl, begon de oplossing van nitras argenti
microscoop gebragt, hadden de deeltjes
"\'^^iig troebel te worden. Dit troebel worden
toe.
en na verloop van tien uren was de op-
^^ Dielkachtig wit en ondoorzigtig geworden, en
op den bodem van de reageerbuis een spaar-
Sï\'aauw wit neerslag afgezet
oplossing van sulphas argenti daarentegen bleef
helder.
, het
het
y . graauw witte neerslag van den nitras argenti
^ ^enzelfden vorm als die van het zwarte neer-
- • I
ber T \' zwavelzuur en
elf.^! waterstof, en die, welke uit verdund zwavel-
ele "«\'-\'^isLoi, en aie, wenie uit verdund zwavel-
afgescheiden werd, in eene oplossing
^•■genti een graauw wit neerslag te voorschijn
vermeldt, dat de waterstof, onder hooge
«Üver^\' ^^^^ oplossing van chloorzilver in ammoniak,
jj^ graauw neerslag afscheidt, maar dat deze
.^^\'\'ieti ^^^ oplossing van nitras argenti, witte zilver-
°iitstaan. (Wiedemann, Lehre vom üalvanismus.
slag, dat, bij mijn vorig onderzoek, in de oplo^s^"\'\'
van nitras argenti ontstaan was.
In het medegedeelde experiment ligt, naar ik i^®®
het bewijs, dat de uit verdund zwavelzuur en zink
• rfefl^\'
reide waterstof eene oplossing van su.lphas ai»
niet reduceert, maar eene oplossing van nitras a »
wel \')•
IT.
iJ ^
Verhouding van uit verdund zwavsl^^
en ijzer bereide waterstof tot zw\'»^*^
zuur zilveroxyde en salpeterzuui
zilveroxyde.
25
b"\'
Ook de uit verdund zwavelzuur en ijzerdra^d
ilv^f\'
reide waterstof reduceert wel het salpeterzuur
oxyde, maar niet het zwavelzuur zilveroxyde. P® ^
- ■ - - -........--- dit"
1). Men zou, a priori, eer van den sulphas argc ^^^^^
van den nitras argenti eene reductie tot zilver bebbe\'\'^^
wacht. In den nitras argenti toch is het AgO verboo
NO5, dat uiterst gemakkelijk zuurstof afgeeft, en de
van het AgO zou kunnen tegengaan.
daarvan overtuigde, werd op dezelfde wijze
(] . beschrevene, en met inachtneming van
Zoo
e Voorzorgsmaatregelen genomen,
heb dit
experiment eenige malen herhaald. Eene
j-j, werd de oplossing van nitras argenti niet
^ ■^wart,maar troebel wit. Het neerslag, dat zich
•\'iejj
P den bodem van het vat verzamelde, bad eene
Witte kleur, en vertoonde, onder het microscoop
8eb
eenige fraai vertakte kristallen.
III.
^iding van door gloeijend ijzer en wa-
\'^^P bereide waterstof tot salpe-
t e f j.
^uur zilveroxyde en zwavelzu
zilveroxyde.
ur
leidde
Waterdamp over ijzerdraaisel, dat in een
\'^P boven een gasoven gloeijend werd gehou-
eiiaangenaam riekende, onzuivere waterstof.
\'len
t)
Mlc,
Zeer
- daarbij vormde, werd eerst gevoerd door
gi\'oote met koud ^ water gevulde waschflesch,
-ocr page 34-en daarna nog meer gereinigd in twee kleinere ^^^^
flesschen, door middel van dikke lagen van
potaschloog en geconcentreerd zwavelzuur.
De
A wa^®^
van deze drie wascMesschen werd met koud
afgekoeld.
iiatf\'
Noch het water, noch de sterke potasch loog
pxloof
den eigenaardigen stank van het uit den ge^vee ^
strooniende gas weg. Het geconcentreerde zwavelzuur e
ter absorbeerde dien stank volkomen, en dit zwaV
verkreeg daarna eenen voor mij niet onaangs^^\'\'^\'
reuk, welke wel iets van dien van muskus had-
iJi
De gereinigde en afgekoelde waterstof M\'erd
eeii^
ssif^
de pag. 14 beschrevene reageerbuis met tamelijl^
snelheid door de oplossing van^ sulphas argeH\'\'^
lil
voerd. Uit deze reageerbuis ging het gas
andere reageerbuis over, waarin zich eene opl^\'
van nitras argenti bevond. .
lid
De gasontwikkeling duurde tien uren, g®
welken tijd de geweerloop driemaal van iiieu"
draaisel voorzien werd.
De oplossing van nitras argenti begon, ^^ i
tro®
minuten na den aanvang der gasontwikkeling» ^^
A v^i^
te worden, inzonderheid tegen den binneiiwanu
in het vocht gedompelde glazen gasgeleidingshi^®\'
Worden nam aanhoudend toe, en reeds na
Veji
Van een paar uren was de oplossing zwart en
® sulphas argenti bleef volkomen helder. Toen
\'^ö geweerloop met nieuw ijzerdraaisel gevuld
geworden, en de gasontwikkeling eenige minuten
siiel had plaats gehad, scheidden er zich eenige
Uit
liet
stof
^^ ^<^ortzetten der proef, niet zien vermeerderen, en
\'-\'^"\'taat alzoo geen twijfel, of dit neerslag was ont-
"^oor de onzuiverheden, die gedurende de enkele
"^vaarin de waterstof te snel door de wasch-
^^^ stroomde, in de waterstof gebleven waren.
Waterdamp door gloeijend ijzer bereide water-
eteiit derhalve op sulphas en nitras argenti
^^\'erking uit als de waterstof, die uit verdund
door zink of ijzer afgescheiden wordt.
^^arte korrels, die gemakkelijk te tellen waren,
^^ oplossing af. Dit geringe neerslag heb ik, bij
IV.
tof
Eeducerende eigen schappen der wate^
die aan eene kathode yan platin®
wordt afgescheiden hij de electro-
lyse van verdund zwavelzuur.
JAMIN heeft het eerst een onderscheid meenet\'
vinden tusschen de uit verdund zwavelzuur en
hereide waterstof, en die, welke electrolytisch
afgezonderd.
Hij ving elk van deze tAvee soorten van
ge\'
op in eene verdeelde klok, boven water, dat een
ito\'
tefs
ringe hoeveelheid salpeterzuur bevatte. In iedere
bragt bij een uitgegloeiden platinadraad, die m
onderste uiteinde in het vocht dompelde. Ü®
ontstaan tusschen de gedeelten van den draad,
jie*
iet
lOlf\'
met het vocht en met de electrolytisch ont\'^\'i^\'^
geo
waterstof iu aanraking waren, deed aan het g
dat zich in het gas bevond, zuurstof afscheiden?
zuurstof zich met de waterstof verbond. De
welke aan het in het vocht staande gedeelte vnj
werd door de zuurstof van het daarin aanwezio
geoxydeerd. Zoo zag jamin meermalen de
^ ^^^^■\'^lytisch ontwikkelde waterstof bijna geheel ver-
, \' terwijl de uit verdund zwavelzuur en zink
Waterstof nooit werd geabsorbeerd i). Zijn ex-
heeft echter niet bewezen, dat de electrolytisch
^^kelde waterstof andere eigenschappen, dan de uit
^^ Zwavelzuur en zink bereide, bezit. Immers,
^\'■schillejj^ welke wij, in jamin\'s proef, bij de twee
^^^ waterstof opmerken, kunnen ligtelijk uit
^^inigingen der uit verdund zwavelzuur en zink
w
waterstof verklaard worden, verontreinigingen,
en
\'l® electromotoriscbe verhouding van waterstof
Plati
^^ aanmerkelijk kunnen veranderen.
de proef van jamin herhaalde malen gedaan,
■-cliiii daarbij zuiver zwavelzuur van zeer ver-
sterkte, en galv.anische stroomeu van 2 u 6
\'^^che elementen. i)e platinadradeu werden,
\'lat
voor-
ik
^olr ^^ verdeelde klokken bragt, achtereen-
Mt ^^ zwavelzuur, bijtende potasch, water en
ïiL ^ gereinigd. Doch ik heb niet éénmaal de
uer waterstof zien plaats hebben. Ook jamin
tßf^^^^ \' laaien de electrolytisch ontwikkelde wa-
zien verminderen. Somtijds, zegt hij,
\'\'AJity f,
^^\' tompt. Eend. 38 , p. 443. 1854,
-ocr page 38-lerstof
werd ^ meestal nog niet dc helft der
geabsorbeerd.
Kort nadat jamin zijne proef bekend had geB™^^ ^
deelde osann mede, dat de waterstof, uit zuiver
\'kk
zwavelzuur, aan eene kathode van platina ont^J
zilverzouten, en in het bijzonder zwavelzuur
oxyde reduceerde 0.
d
])e electrolytisch ontwikkelde waterstof "«\'era
hem, in eene koude verzadigde oplossing van ^^
zuur zilveroxyde geleid. Na eenigen tijd zag
oplossing troebel en zelfs ondoorschijnend woi\'deii
daarbij gevormde neerslag werd afgefiltreerd, »
schen en gedroogd. Het verkreeg metaalglans
het met een hard ligchaam gewreven werd.
Op het voorbeeld van osann deed ik het volg
Zwavelzuur van 1,220 spec. gewigt (dat dus ^^^
SOsHO bevatte) werd in een poreusen pot geda^i\' \'
Ike
deze pot werd gesloten met eene kurk,
kathode van platina en eene glazen gasgeleid"\'^ ^^^^
doorliet. De poreuse pot werd, geplaatst in ^^^^
dat met zwavelzuur van
dezelfde sterkte gev^\'
1). OSANN, Pogg. Aini, 95, p. 311. 1855.
® positieve electrode van platinablik bevatte. De
®lectroden werden met de polen eener batterij van
^^»isensche elementen verbonden en ontwikkelden
S^oote hoeveelheid gas.
den poreusen pot afgescheidene waterstof werd
bednvgQ^g dertig uren, door eene koude verzadigde
\'^i^\'oijsin
eef
g van sulphas argenti gevoerd. Deze oplossing
^oikomen kleurloos en helder. In eene oplossinfir
Was argenti daarentegen bragt de electrolytisch
waterstof een graauw wit kristallijn neor-
\'\'iet ^^^^ te voorschijn. Dit neerslag was echter
^ervloediger dan dat, hetwelk in denzelfden tijd
JVere, uit verdund zwavelzuur en zink bereide
Zou zijn gevormd.
heb
b!
Ik
zwavelzuur van verschillende sterkte ^eëlcc-
ai\', ^^^^\' ^^^ nooit gezien, dat de daarbij
waterstof den sulphas argenti reduceerde \').
; Éé
So^ïJ^^\'^\'^^ gebruik vau zwavelzuur, dat
® ela? ^ bevatte, waargenomen, dat de binnenwand vau
Ij ^\' zicli \' ë-®-® oplossing gevoerd
^^ eve verloop van ongeveer vijf uren zwart kleurde.
zwarte aanslag geen metallisch zilver, maar
siiip]^ ^^^^ \' bleek , toen ik de waterstof in eene oplossing
cadmii leidde. Deze oplossing werd, na eenen
a
t\\V:
\'ee
viej.
iin
V.
Reducerende eigenschappen der water"^
j. (jt
die aan eene kathode van platina ^^
afgescheiden, bij de electrolyse van
waterige oplossing van het vcrsch vd\'
kregen destillaat van Nor dh lUiseJ\'
zwavelzuur.
... ji, vef\'
Het resultaat der voorgaande proef, M\'aarbiJ ^ ^^
dund engelsch zwavelzuur als electrolyt
gebruikte\'
mij slechts weinig bevreemden, daar osann - ^^ ^^
stemt, dat de electrolytisch ontwikkelds waterst®
ggr^-ii\'
alleen niet missen kan sulphas argenti te red
«ch ^^
wanneer zij uit een mengsel van water en V\'er^
vil"
destilleerd Nordhäuser zwavelzuur verkregen i-
geruimen tijd, troebel geel, blijkbaar door de vorminj.
velcadmium.
Wil men dus zeker zijn vau !ict wegblijven der „ie"\'
belinpc in eene oplossing van sulplias argenti, dan , lU\'
.....i ^ -------O- \' j. „it"
voordat men de electrolytisch ontwikkelde
oplossing in aanraking brengt , het gas door kallloofe\' ^^^^jjiCi
1). OSASN drukt zich aldus uit: ,/Ich habe in
letzten Aiifsiilze über diesen Gegenstand erwähnt, ^^..^ijUi\'S
sicheren Gelingen dieses Versuches es nöthig sei, eine -
f,
Üit ,
1 etgeen volgen zal, meen ik echter te moeten
•^iten 1
\' ook de waterstof, op de door osann
ceejt^^^^^^®^®^^ bereid, geen sulphas argenti redu-
\' P-\'^entnin als de waterstof, welke , bij de electro-
Verdund engelsch zwavelzuur, wordt vrijge-
het
«fe versch verkregen destillaat van Nordhäuser
^^elz,.
bevrijd te hebben van hetgeen het eerst
Ovgj.
^otrl . gegaan, mengde ik het met zuiver water,
de Tl
Vajj j heldere en kleurlooze vloeistof een spec, gewigt
inli^^^^^^^^\'^\'egen had, en dus ongeveer 287^ SO3HO
Tl
ovj deed deze vloeistof in eene ontledingscel,
1 ingerigt als die, waarin ik, bij mijne
bp
bespii
Vel, \'^ï\'evene proef, het verdunde engelsche zwa-
Hl\' „1
ectrolyseerde, en ik verbond de twee electro-
Van
Vijj ^ Platinablik met de polen eener batterij van
\'^\'\'^^»ische elementen.
waterstof werd door eene koude ver-
dg \'Oplossing van sulphas argenti geleid. Zoodra
gasbel]
lege
met die oplossing in aanraking kwamen,
laatste donker zwart, ten gevolge van de
W,
Vij . ^SSßj,
einem frisch erhaltenen Destillaat Nordhäuser
^\'^\'^aft V . da die Mischung mit der Zeit diese Ei-
(Pogg. Ann. 106, p. 326)
-ocr page 42-afscheiding van een zwart prrecipitaat. Toen ik ^^^^ ,
de waterstof door eene oplossing van sulphas ^
voerde, zag ik deze oplossing onmiddellijk troeh^^^^^
worden, een bewijs, dat het gas zwavelwaterstof
aderli®"^
Het gasvormige kation riekte dan ook, inzom
bij het openen van den poreusen pot, zeer sterk ^
zwavelwaterstof. De vloeistof was, om de kathode
door afgescheiden zwavel, melkachtig wit gewoi^®\' ^^
Deze zwavel- en zwavelwaterstof-afscheiding ^^^^^^
negatieve pool verraste mij niet, want mijne elec^ ^^
bevatte noodzakelijk een weinig zwaveligzuu^»
1 ^fatei
zuur, zooals men weet, aan de negatieve poo^»
stof, zwavel en zwavelwaterstof ontbindt. i
lat
Hoewel het NordhÉiuser zwavelzuur, voor \' ^^^
door mij gedestilleerd werd, geen
vatte, moest echter het destillaat met zwave o
rel\'d
verontreinigd zijn. Immers, bi] de destillatie .
1 ^
SO3 uitgedreven, maar tevens SO3HO gevornia\' ^^^^
laatste ligchaam, zooals bekend is, niet kaU ^^
■ SÖ2
gedestilleerd, zonder voor een klein gedeelte i" ^^^
O te veranderen. Mogelijk werd nog een
de ^^^
deelte van het verwarmde zwavelzuur, door a
nische stofdeelen, die het kleurden, tot zwa^»^\'
gereduceerd.
ï
i, "" 4 het aan de negatieve pool ontwikkelde gas
\'^ïige met puimsteen gevulde buis, door eene
Potaschoplossing, van zwavelwaterstof bevrijd
b
H
^^^ ^^^ vermogen niet meer om sulphas
Pf. . te kleuren. Het ontstaan van het zwarte
Pitaat j
ïi\'r, \' OSANN in eene oplossing van sulphas
Waargenomen, kan alzoo niet worden toese-
ö
^an de reducerende eigenschappen der electro-
^%escheiden waterstof, maar wel aan eene aan-
•^et ^hoeveelheid zwavelwaterstof, die, te gelijk
en met zwavel, aan de ne«-atieve
1),
«O in verhandeling over de reduce-
ig^^ -^ischappcn der electrolytisch ontwikkelde waterstof
-^nn q; - ......
^ert, \' P- \'^^t dit gas ook dan sulphas argenti
oplossing van
\' potaschoplossing wordt
echter niet waarom hij dit deed , en
immers, in de uitvoerige beschrijvingen zijner
97^ ^Ü\'ie volgende opstellen (Pogg. Ann. 9ö ,
122, p. 635) vinden, wordt de potaschop-
^^n ^\'^\'^•■\'cht ? verwijderen van zwavelwaier-
\\ (ioo pblijkbaar, later althans,
geheeijt"^®\'\' waterstof door kaliloog, niet veel
11 dio \' immers, in de uitvoerige beschrijvingen zijner
) \'O9. ^ " \' ■
\'iit> , i
«let
genoemd.
lOf,^ -^\'Jt ej^ " ^li = ik iu;b gevonden, dat een mengsel van
zwavelwaterstof, met matige snelheid
iiie-t ^^^^ potaschoplossing
volkomen van HS bevrijd werd. Hel uit de
■Of
-ocr page 44-Toen ik de elecrtrolyse, welke ik liad doen oP\'
den, na circa 20 uren hervatte, bragt het gas^®
kation geen geel neerslag meer voort in eene op ^ ^^
van sulphas cadmii, noch eene zwarte troebe ^^^^
in eene oplossing van sulphas argenti, zelfs
aanraking van vele uren Ook werd, aan de
pool, niet langer ZAvavel afgescheiden.
VL
lleducerende eigenschappen der wate
r cl ^
die aan eene kathode van kool
afgescheiden, bij de electrolyt\'\'\'
van verdund zwavelzuur.
•ar.
Ook de waterstof, welke, bij de electrolyse jf
dund zwavelzuur, aan eene kathode van koo
vel\'\'
potaschopjossing ontwijkende gas bragt, na verloop ^oO^
i WW « - - \\Q ■
in eene oplossing van loodsuiker een zwart neCrsl^c ^^^^
scliijn. En toch was de potaschoplossing op verre ^^^ bo\'\'^
met zwavelwaterstof verzadigd. (Zie noot i
apparaat met sterke kaliloog gevuld, absorbeerde, ^
4 uren althans, het zwavel waterstofgas volkomen-
.(T
iet
eiden, reduceert het zwavelzuur zilveroxyde niet.
heeft osA-NN het tegendeel beweerd, doch magnxjs
^-eft 1
opmerken, dat de zwarte troebeling, welke
^^terstof in eene oplossing vau zwavelzuur zilver-
^Mzilv,
^eïide.
Weeg brengt, geen metallisch zilver, maar
is. De door eenê kathode van kool afge-
Waterstof is, volgens hem, altijd vermengd met
^^aterstof, afkomstig van het zwavelijzer, dat
Ui
gïoote hoeveelheid (bij voorbeeld 3,8®/o)
kool aanwezig is »)•
j. ^ gebruikte als kathode Bunsensche gaskool,
^\'^oals bekend is, eene aanzienlijke boeveelheid
yzer hevat 2). Deze kool werd met koningswater
\'^okt
\\\\ \' water uitgewasschen en in eene glazen
Volgens magnus, zgn deze middelen on-
om al het zwavelijzer uit de kool te verwij-
^^nsensche gaskool toch, zelfs 10 tot 12ma-
S), Pogg. Ami. 104, p. 556.
vog S^skool, waarvan osann zich bediende, werd, volgens
^U) jj BUNSEN (Ann. der Chem. u. Pharm. 39,
^\'^^eiijj \' gloeijen van een mengsel van coakspoeder en
het bereid. Het ijzergehalte dezer gaskool was alzoo
steenkolen afkomstig. Dit zwavelkies
1 ^aar pool in HS en EeS omgezet, en dit
het zwavelzuur ontleed, gaf eene nieuwe
-ocr page 46-len achtereenvolgens met versch koningswater gekoo^^\'
bevatte - verzekert magnus - nog ijzer, en
kelde, als kathode aangewend, nog altijd zwa
terstof.
Bij het zoeken naar\'koolsoorten, vrij van
ijzer, vond ik, tegen mijne verwachting, de steenh^\'\'^
kool, die zich tegen den binnenwand van eene ste®®
jjj!^
retort in de gasfabriek alhier i) had afgezet, zeer
ip\\i)
aan zwavelijzer. Met verdund zwavelzuur behan»\'
verspreidde deze kool den reuk van zwavelwaterstof\'
geleidde zeer goed.
Koolsoorten, zooals verkoold meel en verkoolde
die na verbranding geen spoor van asch
achterliet®\'
heb ik den stroom niet zien geleiden. Ook magt^^®
dit zoo gevonden, zelfs toen hij deze poreuse kools""
sterk had zamengeperst. Hieruit besluit hij, datz«^
1 jjool\'
ont^i\'^\'
avel^^\'
koolstof den stroom isoleert. Verder meent hij, dat ae
om te kunnen geleiden, zwavelijzer moet bevatte^\'- ^ ^
Wat hiervan ook zij: houtskool, waarin ik
ite"
slechts sporen van ijzer aanwezig konden zijn, geleidt\'
stroom eener batterij van vier Bunsensche eleö^®^
1). Te Delft.
-ocr page 47-\'\'eer
Koningswater, waarmede deze kool drie
In
^iig gekookt werd, nam in al dien tiid zelfs
^ïet a
^iet
geringste hoaveelheid ijzer in zich op.
alleen het zwavelijzer, maar ook andere anor-
^ ® ^igchamen, en hoogstwaarschijnlijk ook de phy-
geaardheid, schijnen dus de kool geleidend te
eji.
\\t f]
\'^Out ^\'^terstof, aan eene kathode van de bedoelde
eene
\'ossi;
^^^ ontwikkeld, aanbelangt: zij reduceerde
Van sulphas argenti niet.
inhoud dezer paragraaph is, vertrouw ik,
1)11 ^^^ electrolytisch ontwikkelde waterstof,
h\'e v i,
^^^onding tot zilverzouten niet van de zoo-
^ gewone waterstof verschilt. Beide soorten van
{letg ®^neeren zwavelzuur zilveroxyde niet en sal-
zilveroxyde wel.
§ 2.
Eigenschappen der negatieve electrode na de
electrolyse.
gcli
ie
electrolyt^\'
ele-
Volgens OSANN, zou niet alleen de
ontwikkelde waterstof, maar ook de negatieve elec^""
zelve, na de electrolyse, eene oplossing van
argenti reduceren >).
lel\'
Ten einde hieromtrent zekerheid te verkrijgen
sclie
ik den stroom eener batterij van vier Bunsensc
menten door verdund engelsch zwavelzuur van h^^ ^^
gewigt, dat dus 33o/o SO3HO hevatte. ^^ ^ ^^
electroden van ongeplatineerd platinahlik werdet
eenen poreusen aarden wand gescheiden.
bli!«\'
1). OSANN bezigde eene kathode van geplatineerd pl®^\'"^ .ffH
Hij verkreeg deze op de volgende wijze: «Ein Plat^®®
etwa 5" lang und 3" breit wird der Länge nach zu
umgebogen. Hierauf wird in die Spalte mittelst
Platinsalmiak eingetragen und hierauf ein feiner -^\'^^\'^jübt.
quer herumgewickelt. Nachdem wird der Platinsalmiak Je\'\'
Man hat jetzt in der Rinne Platinschwamm, welcher ^^^^^^
umwickelten Draht gehalten wird." (Pogg. Ann. 95,
eeiie electrolyse van circa twaalf uren had de
electrode den platinaglans behouden; doch,
minuten in een bad van sulphas argenti ee-
\'\'^Peld r- 8 ë
^ le zijn geweest, werd zij dof en zilverwit van
^ ^ J-oeii de zoo behandelde kathode zorgvuldig
Silver water was afgespoeld, verdween de witte
Qiet behulp van eenige droppels salpeterzuur,
als eene oplossing van nitras argenti rea-
\'"^gati
Ha
platinablik, dat ik eenige uren als negatieve
Bl
^ gebruikt had, had dus blijkbaar het zilver-
^®^educeerd.
hier echter bij te moeten voegen, dat
verschijnsel niet heeft kunnen waarne-
«0
\'üt
Ik
gj, ^ \' eii dat ook ik, bij vele gedane proeven,
y^jjg jj^ geslaagd ben de negatieve elec-
\' ^^ de electrolyse, het zilverzout te zien reduce-
Uet
\'^standigheden ook mogen zijn, door het plaat-
ïiQg \' ^^ of niet gebeuren der reductie schijnt van
^ \'^bekende omstandigheden af te hangen. Welke
«en
van
tfn,^ poreusen wand tusschen de beide elec-
\' h b •
^ ik het aan de positieve pool gevormde
zooveel mogelijk van de kathode
^^GSus, Pogg. Ann. 104, p. 556.
verwijderd gehouden. De reducerende eigensc
van de negatieve electrode konden derhalve, ^^^^
bedoelde oxy derende verbinding, niet vernietigd
De reducerende eigenschap, welke eene
kathode
-f ld
platina na de electrolyse bezit, staat ongetwij^® ^
verband met betgeen jamin mededeelt, namelijk? ^^^
waterstof, welke bij de electrolyse van water
,vlakte
eene kathode van platina vrijkomt, op de opper
van dat metaal verdigt wordt, en dat de kathol"
de electrolyse het vermogen verkrijgt, om gasv^®"^
zuurstof op te slorpen i).
Aangaande de reducerende eigenschappen, W^®
heeft\'
negatieve electrode van kool na de electrolyse
deelt osANN het volgende mede:
Legt men gaskool, die, na goed uitgewassc\'^®^
it
de
aeii\'
va»
gedroogd te zijn, gedurende slechts eéne miui^^ ^
kathode in verdund zwavelzuur is gehouden,
oplossing van sulphas argenti, dan ontstaat er
ai^
ceiie P\'
0J3J
kool, een zwart neerslag van zilver. Bij
van OSANN was de hoeveelheid zilver, door de
1). JAMIN, Compt. Rend. 38, p. 892.
-ocr page 51-den tijd van 24 uren afgescheiden, zoo groot,
heldere filtraat der gereduceerde oplossing nog
2eer zwak op zilver reageerde i).
^ok
^^ ^agnus heeft dit bevestigd; doch hij schrijft
^^ctie van het zilverzout niet, met osa.nn, aan
"f
liet afgescheiden waterstof toe, maar aan
lioe dat in de kool dikwijls in groote
wordt aangetrofien, en daaruit uiterst
\'^jelijk t.
jJi le verwijderen is.
Hgt •
aan ^^ duidelijk, dat de reductie van het zilverzout
it ^^"^^yker moet zijn bij het gebruik van de door
"^vatte
beschreven kool, die 3,5 ii S.Sy^ zwavelijzer
daii bij het gebruik van eene kathode van
\'iiOo 1 wanneer men kool, die zoo veel
He _ ^^^ haar zwavelijzer-gehalte bevrijd is, als
^atip
Os
electrode aanwendt, verkrijgt men, volgens
ei^ ^ \' ^hh® aanzienlijke reductie van het zilverzout;
^^h\'i^en sporen van zwavelijzer, in eene oplos-
i^Cid, ^^^ ^\'\'^Iphas argenti, slechts sporen van zilver
^^eren.
ïk
kan hl
^^thode
Vei, \' bijvoegen, dat ook de pag. 34beschre-
van houtskool, na de electrolyse, eene
Pogg. Aun. 95, p. 311.
-ocr page 52-oplossing van zwavelzuur zilveroxyde reduceerde.
1 vs"
reductie kon hier bezwaarlijk aan eenig inmengs^
\'i
de kool toegeschreven worden, daar de door lOiJ
bruikte houtskool, zooals men zich herinneren
slechts sporen van ijzer bevatte.
§3.
\' waarin de negatieve electrode zicli met de
afgeschèiden waterstof verbindt.
electrolytisch afgescheiden waterstof verbindt zich
^ijls
jj,, öiet de negatieve electrode. Is deze electrode
otbeel^ eene geoxydeerde koperplaat, dan wordt
^ïïïEs
Hg " ^sna waar, dat, bij het gebruik van eene
wieyg ,
tg. ®^ectrode van tellurium, de afgezonderde wa-
\'Ht ^^^ ^^^ tellurium verbond, terwijl er een
^^^^ prsecipitaat ontstond, hetwelk hij voor telluur-
hield 2). MAGNUS daarentegen beschouwde dit
3\' ^^^^«NTJS. Pogg. Ann. 104, p. 553.
a Of ali^ ^^^^ trans. 1810, p. 27): m. bitter has stated,
^^^^irn L metallic substances he tried for producing pot-
Voltaic electricity, tellurium was the only
\\vfaet"^^ procure it. And be states the very
\' \'\'ij m ^^^^ ^ circuit of electricity is completed in
jj ^^ thg of two surfaces of tellurium, oxygene is given
^^ ^ liro^v^^^^^^^^ surface, no hydrogène at the negative surface,
" powder, which he regards as a hydruret of tella-
prsecipitaat als tellurium, uit het gevormde t®^
pod
waterstof afgescheiden door de aan de positieve r ^
afgezonderde zuurstof, of anders door het aan die P
gevormde waterstofsuperoxyde >). .
Ook eene negatieve electrode van antimonium ver
zich met de zich afzonderende waterstof.
DAVY verkree;? eene vaste bruine verbinding
^Jyge
arseniek en waterstof, toen hij zich, bij de elects" ^
van water, van arseniekmetaal als kathode
bedien«®
seiiic
geleiden, zooals bekend is, den galvanischen ® ^^
De zwavel, in eene dikke laag althans, behoort ^^
niet-geleiders.
. 1)6
MAGNUS intusschen heeft waargenomen, dat ee
--------------- lljü\'
pot^^"
flia»
Het tellurium, het antimonium en het arseJi^®
riiim , is formed and separates from it ; and lie
the reason why tellurium prevents the metallization of P
is, that it has a stronger attraction for hydrogene,
alcali." ^jiji\'
■ 1). Bij het door magnos ingestelde onderzoek (fogS jc
17 , p. 521) scheidde het licht bruine prsecipitaat, .^j.
smelting, noch bij de sublimatie, waterstof af. ^ j^j^l 1
zamen verhit, verbond dit prsecipitaat zich met dat ^^
zonder waterstof af te zonderen. Het behoeft ons
wonderen, dat het tellurium ais een licht bruin (\'\'f
afgescheiden, daar magsvs mede heeft waargenome"\' ^^gubl\'\'
verdeeld tellurium, zooals dit tegen eenen glazen
meerd wordt, ook bruin van kleur is.
2). GKAHAM OÏTO\'S Ausf. Lehrb. II, 3, p. 580.
Van platina, die met eene zeer dunne laag van
V eclekt was, den stroom niet isoleerde. De aan die
^^thode -1
^ïykomende waterstof verbond zich met de
\'nvei t t
, ot zwavelwaterstof, terwijl er, om de negatieve
, \' geel neerslag van zwavel gevormd werd.
echtftr onzeker, of er in de zeer dunne
rni ^^^\' waarmede de kathode bedekt was, ook
^ie ^ ®^^euren of breuken konden gekomen zijn ,
, ® electrolyt
met het metaal zelf in aanraking had-
^^^^«en brengen
Vooj ƒ ^^^^ kathode van platina, welke hij
eene zeer dunne laag selenium bedekt
^i-^ONOs de proef genomen. Deze kathode
seleenwaterstof en een rood neerslag van
«el
beeft gevonden, dat ook de phosph
^Èïi ^^^ negatieve pool, met de aldaar afgeschei-
oj ^^ verbindt. Van dit laatste heb ik mij
^^ overtuigd.
^^^^ ^^^^ phosphorus, waarom een platina-
"■■j^gewoiiden was, in zuiver water, en vereenigde
to Voi\'"^®\' P- 561.
tTr behoort het selenium, in kristallijnen
84 geleiders van den galvanischen stroom. (Pogg.
\' P- 219),
orus
-ocr page 56-den platinadraad met de negatieve pool eener
van vier Bnnsensche elementen. In het water ioraf
tevens de positieve electrode van platinahlik.
A
De electrolyse ging langzaam voort; doch de
van phosphorwaterstof was niet te miskennen. ^ ^
de ontleding, door toevoeging van zwavelzuur
k
water, in kracht vermeerderde, werd ook de reu
de
die van
pt^ê
de
phosphorwaterstof sterker.
Het gas, dat aan de negatieve pool ont^^^
werd, was echter niet zelfontvlamhaar. Als ik ^ "
in het donker deed, zag ik de gasbellen ,
kathode oprezen, zoodra zij met de lucht in aa^r^
kwamen, zeer duidelijk phosphoresceren. Welk
hydrogenia phosphorata bi] deze proef gevormd
is mij niet gebleken.
Ook negatieve electroden van edele metalen
zich met de waterstof verbinden. j
BRUGNATELLI Zag eeuB kathode van goud in
de
zwavelzuur zwart worden, waarschijnlijk door
ming van een goudhydruur. In eene soda-opl\'\'"
t \')
battel"\'^
Jde
werden de beide electroden van gouddraad
I). BKUGNATELLI, Gilb. Am. 23 , p. 194.
-ocr page 57-toen hij den stroom, dien hij door
en ^ ^^^velzuur leidde, bij herhaling en snel, afbrak
heeft waargenomen, dat de kathode van
aajj^j zwarten aanslag bedekte, welken
^»or fijn verdeeld platina hield J), Doch ook
\'\'jkn • meerdere of mindere moeije-
te wording van dezen aanslag van platina
Watj ^^^^\' ^^ ^^ vorming van
^^\'^^troden plaats heeft, en dat de donkere kleur,
i^an ^^ ® ®lectroden dan verkrijgen, bij blootstelling
verdwijnt
\'^êeiioi^
\'•at jj^ en voorloopig kan ik hier reeds bijvoegen,
^nr denken.
gewezen, dat er, bij de
dev ® Van het water, steeds eene kleursverandering
He
de
•lebjj^ ^ van zuiver verdund zwavelzuur,
^^^ bedoelde verschijnsel meermalen
ik
bij genomen proeven met benzoëzuur,
^Èï jj ^^^ suikerwater, eene zwarte verkleuring
^^^erli ^^^^ electrode van platina heb bespeurd. Lang-
verdween de zwarte aanslag op die plekken,
^^^ .J^ ^ïcht waren blootgesteld, en maakte, na
\' Compt. Rend. 38 , p. 392.
-ocr page 58-verloop van eenige uren, weder voor den
platinaglans plaats. Dat de door mij geziene zwarte
slag moeijelijk voor iets anders dan platinahydrun
gehouden worden, zal, vertrouw ik, later uit «
idedeeling der bedoelde proeven hlijken i).
----------------------------------------jfUflf
1). BEKZEtius vermoedde het bestaan van een platin» J
Volgens HENBY DAVY, ZOU dit hydruur te verknj© ^^ jj^-
door eene verbinding van kalium en platina met i\'\'
handelen; hij meent, dat daarbij het platinahydruur
den vorm van zwarte plaatjes afscheiden zou. jga^\'\'^
])0ebebeineb (Pogg. Aun. 36, p. 309) en j^ti"*\'
ijie"
(Pogg. Ann. 31, p. 542) hebben het bestaan van het P"
hydruur ontkend.
^\'^happen der zwavel, die bij de electrolyse
^^ Hordhauser zwavelzuur aan de nega-
tieve pool afgescheiden wordt.
Vol hydv^at ontwikkelt, hij de
ni \'^^einig waterstof aan eene kathode
Wati,) . .,
N})^ . \' waarschijnlijk het grootste gedeelte
^^ reductie van zwavel uit het zwavelzuur
gelijkertijd ontwyken geringe hoe-
K ^^^ ^^avelwaterstofgas \')•
\'^«elfde V T,
ijse verschijnselen neemt men waar bij de elec-
ï\'ool ^^ ^^ Nordhauser zwavelzuur. Aan de negatieve
\\ ^t ^^ baarbij zwavel en een weinig zwavelig-
\'tol
^EUHy
Ve,; P- 370.
m OML, GEUTttp.b
i^\'^^\'ediü? oefent de temperatuur op den gang
\'Me grooten invloed uit. Hij beweert, dat,
"^•^olyse het SO,HO beneden de temperatuur van
-ocr page 60-g
Wanneer het zuur op één deel SO3HO meer ^^^
slecht.
deelen SO3 bevat, geleidt het den stroom zeer
dat geval wordt, volgens geuther, aan de d®»\'
pool noch waterstof, noch zwavelwaterstof,
veligzuur afgezonderd, en komt er aan ^
alleen zwavel vrii. ,
De zwavel kan, behalve uit het Nordhäuser 0
el®"\'
zuur, ook uit eenige andere zwavelverbindinge^^
trolytisch worden afgezonderd.
Wanneer men eene verzadigde oplossing van
blik
waterstof tusschen twee electroden van platina»
de werking van den galvanischen stroom
bei
wordt de zwavel aan de positieve pool afges ^^^
Doet men echter de proef met
eene oplossii^^
zwaveligzuur, dan gaat de zwaveKnaar
pool.
berthei.ot beweert, dat de eigenschappen^ ^^^^^^
afgezonderde zwavel in beide gevallen zeer vers^" ^^^^
zijn. Het eerste neerslag is, volgens hem, ^^ \'
O" gehouden wordt, de zwavel afscheiding aan de
pool geheel wegblijft, en er aan de negatieve po° ^^^
stof, en aan de positieve pool zuurstof vrijkomen-
de electrolyse van Nordhiiuser zwavelzuur wijzigt ^^^^ ^^^ v»\'
graad de verhouding der hoeveelheden van
het zwaveligzuur, die aan de kathode wordeu afg
(geuthek, Ann. der Chem. u. Pharm. 109, p-
oplosbaar en is kristalliseerbare zwavel; het
■Volstof
•eede
is onoplosbaar in zwavelkoolstof en bestaat uit
hseerbare zwavel
de electrolyse van de waterige oplossing van het
®idpho-oxyarsenicicum (AsOsSj), beweegt zich de
^^aar de positieve pool. Doch de daar afgeschei-
Bi
«cid
avel
^wavel
volgens
IS,
bij de
He
ill;
CLOEZ, niet dezelfde als die,
electrolyse van zwavelwaterstofwater
aan de positieve pool wordt afgezonderd 2).
\'Kelot neemt slechts twee modificaties van zwavel
J).
SBai
De
- eiectronegatieve zwavel, die in octaëders kristalliseert
oplosbaar is in zwavelkoolstof,
electropositieve zwavel, die over het geheel amorph
^ onoplosbaar in de gewone solvcntia-
ijj ij.\' \' die bij de cl6ctroly.se van zwavelwaterstofwater
\'\'^ol y . de poly.snlphiu-en van H en Ca aan de positieve
, is kristalliseerbaar en kan in zwavelkoolstof
he opgelost.
fiau de negatieve pool afgescheiden bij de elec-
, ^ ^OsHO en zwaveligznnrwater, is amorph en onop-
be ^^ \'^^avelkoolstof.
^erd \' ^^^ ^^ ontleding van NaOSoO; met behulp van
^\'^^^»Sch neergeslagen, is amorph. Ook de trithionzure
ö\'^\'Ue\'n ^etrathionzure
soda, het pentathionzuur, en de
joduren van zwavel bevatten amorphe zwavel,
^\'^\'\'^aat van zwavelwaterstof en zwaveligzuur
t),
jl \' volgens BERTHELox, amorphe zwavel (beuthelot,
cw P- 318 en 378.)
Compt. Rend. 46, p. é85, en 47, p, 819.
-ocr page 62-De eigenschappen der electroljtisch afgescheiden ^^
vel hangen alzoo niet nitslnitend van de electrochei»\'
verhouding van dit ligchaam af. De stroomste^^ ^
schijnt op deze eigenschappen eenen grooten invlo®^
te oefenen, cloez toch zag, bij de electrolyse vau ^
oplossing van zwavelwaterstof, de hoeveelheid onopJ^sb
zwavel met de stroomsterkte aanmerkelijk verroeei\'l®^
blijl^t\'
Uit de volgende door mij genomen proeven " •>
dat, althans bij de electrolyse van Nordhauser
zuur, de eigenschappen der electrolytisch afgezon
zwavel ook van den aard der electroden afhang^i^\'
• f dof^\'\'
Nordhauser zwavelzuur van 1,846 spec. gewig^\'
middel van
twee electroden van platinadraa^\'
aan de werking van den stroom eener batterij
Bunsensche elementen onderworpen, ontwikkelf^^
de beide polen eene ongeveer gelijke hoeveelHei\'^ ^
vier
Er vertoonde zich daarbij geen neerslag van zvi\'a
negatieve electrode; evenwel, toen ik na de elects"\'
het zuur met water verdunde, werd er eene ove:
hoeveelheid zwavel gepreecipiteerd.
sC
De bij deze electrolyse afgezonderde zwavel ®
-ocr page 63-erstond in het zwavelzuur te zijn opgelost,
de zwavel, die, bii het gebruik van
kathode van zilverdraad
■ anode van platinadraad i),
«len
vorm van gele wolken aan de kathode werd
■stof
^ene
•^ü. Deze zwavel verdeelde zich in de vloei-
zeer langzaam op.
ik echter eerst
anode van zilverdraad, en daarna
er
e kathode van platinadraad
liet
i Nordhiinser zwavelzuur bragt, scheidde deze
llOfiy \' ^^ ^^ oogenblik der indompeling, eene ruime
gfis af, alsmede een geel vliezig neerslag van
^^ \' in het zuur onoplosbaar was.
de anode, waarschijnlijk door de
alle
\'ïïlQiv
^^^ ^^^i^ilversuperoxyde, zwart. De anode ont-
1 ^ hoegenaamd. Na eenige oogenblik-
liield
zigtbare ontleding op. Zoo ik de ont-
Wjj^ eenige seconden weder met kracht
v]r> . hervatten, moest ik de kathode uit de
^emen, en haar daarna weder indompelen.
1(3(1
.......
j ^^ ® lioor mij gebruikte platinadradeii hadden eene dikte
zilverdraden waren veel dunner.
en
ELECTROLYSE VAN SALPETEBZUUÜ-
ter-
salp®
§ 5.
Verschijnselen, welke hij de electrolyse van
zuur aan de negatieve pool plaats hebhen-
De wijze, waarop het salpeterzuur door den ê^
nischen stroom ontleed wordt, is, zooals naen
tir ^
van de meerdere of mindere sterkte van dit
hankelijk. Verdund salpeterzuur ontwikkelt ^
_ de ^^
kathode eene hoeveelheid waterstof, die met
de positieve pool afgezonderde hoeveelheid ^ ^
a;quivalent is. Zeer^ geconcentreerd salpeterzui"^ ^^
entegen doet aan de kathode geene waterstof > ^^^^
salpeterigzuur en nog andere reductieproducten
salpeterzuur vrijkomen.
ScHÖNBBiN heeft echter opgemerkt, dat
het gebruik van het sterkste salpeterzuur, ur
ee\'-"
de
ste oogenblikken der electrolyse, aan "ï®
-ocr page 65-afgescheiden \'). Hij gebruikte eene
^^ kleine elementen bestaande trogbatterij die
^iigerigt, dat men de metalen platen naar
iln,. minder diep in den trog kon
Als hij üuiver salpeterzuur van 1,49 spec.
dat dus 89o/o NO5HO bevatte, door middel
Van
eeiien platinadraad met de positieve pooi zijner
Hefjj
j Verbond, en daarna de kathode van platina-
j, ,
het vocht bragt, had er op het oogenblik
^\'^^«oipeling, aan de laatste , waterstofafzondering
Voly
^v.i.. ™et water verdund had, duurde de
\'"ei,
\'"itl
\'eedci
hij het genoemde zuur voor de helft van
^\'^^oiitwikkeling 2 h 3 seconden, terwijl in een
\'S^sel
W-a gelijke volumina zuur en water, deze
^^iiui\' eerst na 30 seconden ophield.
lelijk . ^
, \' hij salpeterzuur , dat op éene maat NOsHO
1 twee maten water bevatte, door den stroom
hield de waterstofontwikkeling aan de nega-
tïev
®^trode even lang als de electrolyse zelve aan,
waterstofafscheiding hin^ bovendien
^an 1 O ö
\'les,.,. ® stroomsterkte en van de dikte van den
"it
^Oo
platinadraad af. Hoe sterker de stroom was.
■\'\'citö
Pogg. Ami. 47, p. 563,
-ocr page 66-eii hoe dunner de negatieve platinadraad, hoe "
de waterstofontwikkeling aanhield. ^^
SCHÖNBEIN heeft gevonden, dat bij de
van salpeterzuur eene negatieve electrode van P^^ ^^
draad reeds van den beginne af aan geen ga^
kelt, in de drie volgende gevallen i):
1» Als men, na eerst den platinadraad,
at
positieve electrode dienen zal, in het zunr gebr^» ^^^^
hebben, eenen vooraf gegloeiden platinadraad al^
thode in het vocht dompelt, heeft er aan ü«
geene gasontwikkeling hoegenaamd plaats.
2». Bij salpeterzuur van 1,49 spec, gewigt, Ho^ö ^^^^
met een gelijk volumen water verdund, " ,
gasvormig kation vrij, wanneer men, na de ai\'" ^^^^
platinadraad in het zuur te hebben gebragt, deze ^^
boven het vocht met de kathode van platinadraad
t ^^
en men dan de kathode langs de anode in
laat glijden.
3». Ook heeft er aan de negatieve electrode » ^^^^
gasontwikkeling plaats, als men deze electrode i ^^^^^
zuur laat glijden langs eene kathode, die, ^^^^^^^
der sub n". 1 en n». 2 vermelde methoden heb\'^"
geen gas ontwikkelt.
1). ScHÖNBEiN, Pogg. Aim. 1-7, p. 563.
^ drie vermelde gevallen is eene geringe beweging
f^oldraden of een kortstondig afbreken van den
tp ^^^^djls reeds voldoende, om de gasontwikkeling
^^ aanvangen. Deze gasontwikkeling begint telkens
Vq^jII^\'^\'^^\'\' ^^odra men de negatieve electrode uit het
en ^ ^^^^^ eenigen tijd aan de lucht bloot stelt,
^ai\'iia Aveder in het zuur brengt.
^OjT"
oNBEiff vermoedt , dat het salpeterzuur, hetwelk
flip kathode van platina geen gas ontwikkelt, aan
S^egftot annnoniak gereduceerd wordt. De
\'^^heid van dit vermoeden is door Schlagden-
\'En
experimenteel bewezen i), en ook de door mij
proeven leiden tot dezelfde uitkomst.
I platinadraden, Avelke ik in salpeterzuur van
\'pee. gewigt, dat dus SOV« NO5HO hevatte, gedom-
liad
\\ \' met de polen eener batterij van vier
[lOyi elementen verbonden. Aan de positieve
\'^eue krachtige gasontwikkeling plaats, terwyl
de
^\'Wii pool, na het sluiten van den stroom,
flfifij Seduven^g ^^ seconden
eenige gasafzon-
waargenomen.
1),
jgJourii. de pharm. et de chim. 31, p. 414.
Zal onderzoek door schiagdenhavfmn
§ 14 gehandeld worden.
•»et
str
De electrolyt, iu de oniniddelliike iiabijlie^d
gatieve pool aaiivaiikelijk groenachtig geworden»
na verloop van 30 minuten eene roode kleur
1 fpri\'^2\'^\'
zeker ten gevolge van de vorming van salpe^e^ o
en ondersalpeterzuur i). Doze roode kleur ve
echter na eenigen tyd, en kAvam later niet \'
voorschijn. Aan de negatieve pool werd aim\'^ ^^
gevormd, welk alcali na eene electrolyse
uren, zeer gemakkelï)k in het salpeterzuur ko^\'
den aangewezen.
1 ii-ii
Eene kathode van kool (gaskool of ook v-t^
\'or
kool) verhield zich in sterk salpeterzuur eve ^^^
eene kathode van platina. Gelijk de laatste,
zij namelijk geen gas maar wel ammonia af.
mI
Ook een ijzerdraad, door indompeling in roo
lp f\'
kend salpeterzuur passief geworden , werd bij f ^^^
trolyse van sterk salpeterzuur door mij als katbo"^
_______________ ,.
1). Salpeterzuur, dat in eene galvanische batten]
was, werd door iteitzsché aan eene destillatie onde ^^^jjei\'
waarbij de gasvormige producten in eenen sterk ^jci\'
ontvanger werden geleid. In dezen ontvanger verua® ^^^
eene donker groene vloeistof, welke alle eigenscbappei^ ^^^ ^
mengsel vau salpeterigzuur en ondersalpeterzuur ^^^^^\'
meermalen herhaalde rectificatie bij lage temperatuur, ^^^A)
eene schoone indigoblaauwe vloeistof gaf, die min®^®"®.^
watervrij salpeterigzunr bevatte (ïbitzsché, Journ-
Ghem. 53 , p. 86).
\' met de negatieve pool eener batterij van
\'^Usensche elementen verbonden. Deze ijzerdraad
zonder op te lossen, eene kleine hoeveelheid
af
» eene hoeveelheid veel geringer dan die, welke
^ \' aan de negatieve pool in een op den weg
^ stroom geplaatsten voltameter werd vrijge-
tJit
Vier
omstandiglieid, dat, bij de electrolyse van
^^Ipeterzuur, dezelfde stroom aan eene kathode
\' ril
lila geen sas hoesrenaamd afzondert, maar aan
^ athode van ijzer wel, meen ik te mogen allei-
^ * dftf j
Oe ammoniakvorming aan de negatieve\' pool
stejj.
Van
"n
Wati.
"iet
de eigenschappen van de waterstof in statu
alleen kan worden toegeschreven, maar ook
Voo
^^lainelijk aan eenen eigenaardigen invloed van het
Ha
Waterstof en salpeterzuur.
-ocr page 70-Verschijnselen, welke bij de electrolyse van s
zuur, tusschen eene anode van platinadraad
eene kathode van zilverdraad, aan de
positieve pool plaats hebben.
r-flO/o
door salpeterzuur van i,.3l5 spec, gewigt, dat du®
NO.HO bevatte, en gebruikte daarbij eeric aiiof!® ^
platinadraad en eene kathode van zuiver zilverdi\'S^tl\'
Na het sluiten van den stroom verliepen eï
seconden, voordat de anode gas afscheidde. Dekat\'""
werd onmiddellijk zwart, doch ontwikkelde ge®" °
zelfs iiiet bij den aanvang. Bij het dikAvijls ^
dezer proef, hield de zwarte kleur der
kathode s
even lang aan als de electrolyse duurde, terWi]
andere tijden de zwarte kleur reeds spoedig ver ^^
ite"
ik leidde den stroom van twee Bunseusche ele\'»\'^"
fiiii
P eei»
Als ik, in het vocht, de anode met de kat^o\'^\'"
aanraking bragt, hield natuurlijk de electrolyse^^
ik daarna de beide electroden weder scheidde,
-ocr page 71-terstond zwart, en nam de anode op de
\' \'«\'elke door de kathode was aangeraakt, voor
^^genblik eene donker bruine kleur aan. Ook op
® t)l
, ^ s begon de gasontwikkeling, welke zich spoe-
na het verdwijnen der kleur, over de
SJeli,
eele
oppervlakte der anode uitbreidde. Ik heb deze
proef
^^eermalen gedaan, de anode met de kathode op
Ver,
^^ Ellende plaatsen aangeraakt, en , met de laatste, op
bepaalde figuren getrokken. Telkens zag ik,
\'at,
voor den aanvang der gasontwikkeling , de
{! \' ^^kte punten der anode en de daarop getrokken
eeiie donker bruine kleur aannamen, en door
kie
die
üv ®cherp geteekend werden, terwijl meestal ook
Til
Y fatsen alleen de gasafzondering begon.
het
^^\'el gelukken der beschreven proef was eeji
V \'\'^\'■oom een vereischte, want bij eeu sterken stroom
^^^ \' de scheiding der beide electroden, de gas-
^elii^g jja^j^ anode zóó snel, dat ik dikwijls den
^ \'^^d, om de bruine kleur duidelijk M-aar te nemen,
ik 1
^ kathode, )ia haar van de anode geschei-
(!(; . ^^ehben, dadelijk uit het vocht nam, vertoonde
\'\'^iiD. ^ plaatsen, vroeger door de kathode
seraakt
^^thode
I\'laats
een
ditjj \' geene bruine kleur hoegenaamd. Als ik
eenige minuten, de kathode wieder in het
na
-ocr page 72-vocht dompelde, zag ik terstond op de bedoelde p^^
sen de bruine kleur zeer duidelijk te voorschijn
De bruine kleur scheen dus alleen onder den
van den stroom te kunnen ontstaan.
De anode, eens de eigenschap, om zich ^ij
sluiten van den stroom bruin te kleuren,
verkre^®"
p. ï\'j
tot
aoof
de"\'
ae»
ae"
galf\'
hebbende, behield deze eigenschap, ook zonder dat
op nieuw met de kathode in aanraking kwam, hij ^
malen herhaalde uithaling en wederindompeling der
Als bij de electrolyse van salpeterzuur de
van platinadraad en de kathode van zilverdraad
electroden van andere metalen vervangen
had de bruine verkleuring der anode niet pla^^®\'
nam ze althans niet waar bij het gebruik van
»nO\'
van zilver-, ijzer- en aluminiumdraad, en van kat\'^^
van platina-, koper-, ijzer- en aluminiumdraad.
Bij de vermelde proeven verhield het slapp®
terzuur zich even als het sterkere.
kojn®"\'
het
In rood rookend salpeterzuur werd aan de
de bruine kleur niet gezien.
.latina^
Behalve bet salpeterzuur heb ik nog eenig® ^
dere ligchamen tusschen eene anode van p
-ocr page 73-. kathode van zilverdraad geèlectrolyseerd.
jj^ eerst onderzocht ik eenige salpeterzure zouten.
^^ ^tte het onmogelijk, dat deze zouten aan
als
vrij salpeterzuur zouden werken, maar ik
niet bevestigd gezien. De anode toch, ofschoon
ii^ ^ e kathode in aanraking was geweest, nam
^ oplossingen dezer zouten de bruine kleur niet aan.
in de bruine verkleuring der anode plaats
^tej]^
Vfitfl ^^ phosphorzuur, kaliloog \'), zoutzuur,
ï^d
"(vavelzuur en zwavelzure zouten,
sterk
Zwavelzuur daarentegen was de bruine ver-
er anode zeer duidelijk. Iu dit zuur zag ik
\'Mrir^i ^\'^^\'^e al de verschijnselen , welke zij in het
de
Poi
liad vertoond.
b
-Hj rJi\'^^^\'^^ sterke potasclioplossing eenen platina-
"setij^l negatieve pool eener batterij van twee
^ --. . ,, , .....
\'Sit:
V\' ] ®®enten verbonden was. Daarna dompelde ik de
van platinadraad in het vocht. De gasont-
ii^ \'^"^Oiïi oogenblik
elect^^ ophouden, door
(if te ^^ platinadraden met elkander in aan-
be Bij het weder van elkaar verwijderen der
^^^\'\'^iibliij dè^ gasafzondcring aan de kathode niet op het
Üo\'^*\' 5 tot 12 seconden
fien*^^ kathode was, boe later de gasontwik-
nara.
dit
^ 7.
Electrolyse van rood rookend salpeterzuur\'
JU"\'
sensche elementen, aan geene van beide elects ^^
eenige gasontwikkeling. Het rood rookend
geleidde nogtans zeer goed, zooals bleek uit fl® ^
hoeveellieid gas, die in een op den weg van den
geplaatsten voltameter werd afgezonderd.
Na verloop van twee uren was
de eleetrolyt ^ ^
nabijheid der positieve electrode, van rood eer-
achtig en eindelijk kleurloos geworden, P® ^^^^
electrode, die gedurende het eerste halve ui^r ^ ^^^
aanvang der electrolyse geen gas hoegenaamd
gescheiden, ontbond nu evenveel gas als bij ^^
ring in den voltameter ontwikkeld werd.
De eleetrolyt had, om de negatieve
ie ^^
hare roode kleur behouden, en aan die electr^
1 \'(^t®
Gedurende de electrolyse van rood rookend sar ^
zuur van 1,49 spec, gewigt, zag ik, bij het
van twee electroden van platinadraad en van vie\'^
Vt K ^^^ gasbellen vrij, evenmin als in
der electrolyse.
Bij 1
• et voortzetten der proef bleef de electrolyt
^Olil r]
de ^ positieve electrode kleurloos, en rondom
Sati
keij^^ electrode rood. Ook had de gasontwik-
bet einde uitsluitend aan de positieve
Ureijj^ ^ \'\'-\'oen de electrolyse, welke circa twaalf
^®duurd, had opgehouden, bevatte het salpeter-
Vïjj aanmerkelijke hoeveelheid ammoniak,
lifttej.^^^\'^\'^^ electrolyse van het rood rookend sal-
medegedeelde, de volgende
De ^^
^\'\'We salpeterzuur geen onder-
^ïijg^, ^^^^ bevat, aan de positieve pool zou zijn
1 ïoen
. \' ^ aanvankelijk in haar geheel voor
i^H ^^ b®t ondersalpeterzuur verbruikt. Bij
Posif^^^^^ afneming van het ondersalpeterzuur om
Vi-ij ^^e pool^ ggj^ gedeelte van de zuurstof
kn
^^te , en die hoeveelheid vermeerderde, naar-
Qe
van het ondersalpeterzuur vermin-
to,
^^ ® ^\'^üistofafscheiding bereikte haar maximum
^^\'tiev de omgeving der
\\ a waren.
Negatieve pool verbond, zoolang de electro-
\'eji
-ocr page 76-lyse duurde, de waterstof zich met het salps^®\'\'
tot ammoniak en water. .
Om de ontkleuring aan de positieve pool ^^
kunnen zien, deed ik het rood rookend salp^t®\'\'
in een klein hekerglas, en dompelde toen den neg^ ^^^^
platinadraad zoo diep mogelijk in het vocht- ^^^
positieven platinadraad daarentegen stak ik daa^i\'
gte i
ininder diep, zoodat hij alleen met hef\' boven
deelte der electrolyt in aanraking kwam. ^ ^ j,
van twee uren, vond ik de electrolyt in twee
ccte ""
gescheiden, waarvan de bovenste laag, wier hoog
nr-
bare
afsch^\'
aii\'
de lengte van het loodregt ingestoken gedeelte ^
positieven platinadraad bepaald werd, volkomen
loos was, terwijl de onderste laag niets van
spronkelijke roode kleur had verloren. De
dezer lagen was scherp geteekend.
^^\'^ekiiigen van anderen aangaande de electrolyse
der alcaliën.
\'gen
liet 1
ïï
der voor de scheikunde belangrijkste ontdek-
■^as die van het potassium. Dit metaal werd
in
J^^ï 1807 door sir htjmpheï davy het eerst,
•^P de volgende wijze afgezonderd \').
smolt bijtende potasch (KaOHO) in een plati-
^OO \' ^^ positieve pool eener batterij van
^t verbonden was, en hij dompelde in
van
^^^ de
en
^^^^lolteii kalihydraat de negatieve electrode
wanden van den kroes werd zuurstof
H ^^ kathode werd kalium zigtbaar,
^^^^^^ vorm van kogeltjes in de vloei-
ett, met de lucht in aanraking komende,
Ndde.
li
het kalium ook nog op deze wijze afgezon-
. PW!, trans. 1808, p, 1.
derd: Hij legde een stuk vochtige bijtende potas"\'^ ^
eene platinaplaat, die met de positieve pool eener
van 250 élementen i) verbonden was, en hij sloo*
stroom met eene negatieve electrode van platm^ ^
welke hij op de vochtige potasch plaatste. De ^^
smolt in de nabijheid der heide electroden. ^^^ ^^
anode kwam zuurstof vrii. Aan de kathode besp®^
DAVY eene afscheiding van kleine metaalglanzen
geitjes, die, tort na hun ontstaan, met hevig»®\'
brandden
pljtig
BITTER heeft, als het kalihydraat niet te ^ ^^
was"! ook aan de anode een lichtverschijnsel
men. Dit lichtverschijnsel duurde dikwijls «reo
onafgebroken voort, en, na te hebben opgehpud® \' ^^^
toonde het zich van tijd tot tijd op nieu\'^f» ^^
d
1). ./The highest electrical power I could cod"\'^\'^
zegt DAvy twas produced bij a combination of v®^ , pjjte^
teries belonging to the Royal institution, containiug ^f ^
of copper and zinc of 12 inches square, 100 P\'^^^^j^ps
inches and 150 of 4 inches square, charged with sol^
alum and nitrous acid." (davy, Phil, trans. 1808 , P- ^^^^^ ec"®
gebruikte al deze elementen te zamen bij de electrolyse ^j^t ,
waterige potaschoplossing, doch het gelakte hem daa\'"
het kalium af te scheiden. ^^ b»\'\'
3). Tegenwoordig kan men deze proef doen Ciet ® jjjgjv
terij van 20 a 30 Bunsensche elementen
d\'Electro-Chimie, p. 305).
daartoe van buiten eenige aanleiding gegeven was.
t) ^
^elfd ^^^ e^ectroljse verspreidde het kalihydraat den-
^ feuk, welken men dikwijls na onweders bespeurt i).
eerste, boven aangehaalde, verhandeling
® t>A.VY reeds mede, dat de basis der potasch
, het door hem ontdekte kalium noemde)
^•»lal opgenomen, en met dit metaal tot een
^^^^ verbonden werd. In het jaar 1808 hebben
ECR
j,, i en BERZELius met von pontin s) bijna
\'ikti\'rl-
k., ^ ^^^ ^e^e affiniteit van het kalium tot het
ijp sebruik gemaakt, om het kalium, zoodra het aan
• Heg^f-
^^eld stroom in vrijheid werd ge-
\' de werking van lucht en water te onttrekken,
^^ grootere hoeveelheid te verkrijg-en.
SECic
lig^ ^ - en zijne wijze van proeinemen is later
jj, ^^^ gevolgd - ging daarbij aldus te werk:
^^^kte in een stuk kalihydraat eene komvor-
hoU
^ e, \'vvelke hij, na ze een weinig bevochtigd te
l), —
f\'^^\'^^eve\'^ï "^«merkt mau am Kali und Natron, so lange der
T\' giebt, und doch Leitung vorhanden
^\'^ïït ^^ ^"isnehmend starkeu besonderen Geruch, den Herr
oft bekannten electrischen Geruch , oder auch, wie
Gewittern bemerkt, ähnlich fand (Gilb. Ann. 28,
3).
Gilb. Ann. 28, p. 367 en p. 476. 6 April 1808.
^ELlüs en VON PONTIN, Gilb. Ann. 36, p. 247. Mei 1808.
hebben, met kwik vulde. Hij plaatste dit stuk ^^
hydraat op eene platinaplaat, die met de positieve
bij
eU
eener batterij van 6 elementen verbonden was,
hpt
dompelde de negatieve electrode van platinadraad i®
• nluU\'®"
kwik der komvormige holte. Dit kwik nam m
toe en vormde een kaliumamalgama, waaruit»
destillatie buiten toetreding der lucht, het kwi^
worden verdreven \').
l£OJl
oöt\'
eeU®
Kort nadat davy het kalium en het natrittDa
dekt had, onderwierpen berzelius en voN ponfi^
rloed
jr*
vef\'
sterke oplossing van ammonia aan den inv
een krachtigen galvanischen stroom. Zij z^K^®
negatieve electrode van kwik tot 5 a 6
volumen toenemen en in een ammoniumamalga®®
anderen davy heeft later bepaald, dat dit aniö»^"^
He
1). Wanneer men de komvormige holte met steenon ^^
wordt in deze vloeistof het kalium als kleine glan^^®"
gels afgescheiden. Doch bij het gebruik van steeöoli®
jjfl\')
260-
men een veel sterker stroom noodig dan bij dat
2). bebzelius en von pontin, Gilb. Ann. 36, P\'.
seebeck en bebzelius met von pontin hebben bij de
trolyse der alealische aarden en bij die der alui»»®\'"
amalgamata van het baryum, stroutiuni, calcium» ^ . j\'
-\'••\'-\'O.....»licv uarj uiu y ötiuiinuiil , uitiuiuiw » ^ Jjl^P
en aluminium weten te verkrijgen, en uitjdeze kwikver^i"
viel het hun niet moeijelijk, de metälen vrij te lif\'
werd reeds in het jaar 1808, kort na de ontdekking ^ ^
-ocr page 81-slechts V12000 ammonium bevatte »).
^\'ntQ getracht, aan de negatieve pool het
oiet nog andere metalen dan het kwik te
\'noji-\'^^^^ ^iJ electroljseerde daartoe eene chlooram-
pjj^^.tusschen eene negatieve electrode van
Y eene positieve van zink, cadmium of koper
w "
, metaal der positieve electrode loste eene
j,
tfode aan de negatieve elec-
\' . meestal chocoladekleurige neerslagen
afgezonderd. Deze neerslagen bevatteden:
5
^ gi\'- zink, 0,73 C. C. stikstof en 0,25 C.C.
\'ïstof.
§\'•• cadmium, 0,207 C. C. stikstof en geen
\'^P 5
Xtof.
op 5
l
iet,
■^^Mgsel van chloorammonium en goudchloride
\'tiin
de
j »atuurder alcalische aarden en der aluinaarde
él^^ ^\'i\'oeger hadden tokbekn Bergmann en lavoisiek
de Chimie, p. 174) het vermoeden uitge-
1). ^ \'ie baryt en de aarden metaaloxyden zouden zijn.
P-
^e\'^f^\'^tuuf^ ^ ^^^ boterachtige ammoniumamalgama bij eene
gas worden, zonder dat daarbij
49 «atwikkeld werd. (Phil. Mag. 19. p. 98; en Pogg.
\' P- 210).
^ali
Ittel»
gaf bij de electrolyse, aan de negatieve pool, eenen
• f OP "
poedervormigen aanslag van 10,3 spec, gewig^-
ftksl"
grammen goud hield deze aanslag 0,05 C. C. s
in >).
det
de
iko\'
Bij de electrolyse van de waterige oplosshig®\'"
alcaliën worden, hoe sterk de stroom ook zij\' ^
positieve pool zuurstof, en aan de negatieve po
gequivalente hoeveelheid waterstof afgescheiden,
hij het gebruik van den stroom eener batterij vaU
elementen, zag davy de ontleding aldus plaats heh"®
Volgens OSANN bevat de bij deze electrolyse ^riJ
mende zuurstof geen ozon
1). CROVE, Phü. Mag. 18, p. 548, en 19 p. ^ tfö\'
2). 3AVT, Phil. trans. 1808, p. 3. Zie ook noot 1
3). OSANN, Pogg. Ann. 95, p. 311.
-ocr page 83-Qaderzoékingett aangaande de electrolyse
gesmolten bijtende potasch.
Bij ^
^ proeven, waarover ik hier spreken
1 ^eld ik de bijtende potasch in eene zilveren schaal
ijj -Dunsenschen gasbrander gesmolten, en Het
dg
eL^ eener batterij van zes Bunsensche
tïQ^ ^ ^^ gesmolten massa dompelen. De elec-
^ilv ^^\'^«ieu zorgvuldig buiten aanraking met de
%
®chaal gehouden.
"•^ee electroden van zilverdraad
vk . e^i in de aanvankelijk kleurlooze en heldere
aanzienlijke hoeveelheid gas. De elec-
®efst blaauwachtig groen, daarna blaauw,
schoon groen.
werd, na het groen worden der kleur, de
eenen aanslag van zilver bedekt, welke aan^
van
ïi
n
id^
bel\'
slag in den vorm van glinsterende naaiden eii P
jes met vrij groote snelheid aangroeide.
Tjaiigzamerhand hield alle gasontwikkeling
polen op. De stroom bleef echter doorgaan,
circa 20 minuten na het begin der electrolyse,
dikke anode van zilverdraad geheel was opgelost-
De gesmolten electrolyt was toen donker groent
stolde na afkoeling tot eene blaauwachtig grijze mass»\'
de
Tn
• ee"®
met water overgoten levendig opbruischte en
potaschoplossing veranderde, waaruit een zwart ligc"
en glinsterende plaatjes bezonken.
Het is mij tot mijn leedwezen niet gelnkt
menstelling van dit zwarte prsecipitaat te bepale®\'
to
vrij
de
ei>
koud salpeterzuur, in kokend zwavelzuur en
zuur liet dit zwarte prsecipitaat zich niet oplossen»
wel, en zeer gemakkelijk, in kokend
salpeterzuur
koningswater. Deze oplossing reageerde niet op
De bezonken glinsterende plaatjes bleken zuivel
te zijn.
II.
Eene anode van platinadraad ^n
eene kathode van zilverdraad
scheidden beiden, in de aanvankelijk
kleurloos®
heldere electrolyt, eene aanmerkelijke hoeveelh®^
iu
eii
ef
minuten na het hegin der electrolyse werd
^ kathode, die inmiddels ZAvart was geworden,
r»
^^ ® Poedervormig ligchaam gevormd, dat, zoodra
^etrolyse een oogenhlik ophield, kleurloos in de
oploste.
vl
"•^istof
Dp
®^®ctrolyt werd eerst paarsch, daarna bruin, ter-
de
^^ Sasontwikkeling merkbaar afnam. Aan den
^^aiid van de zilveren schaal, waarin de bij-
ïinv gesmolten werd gehouden, vertoonden
kle"
glanzende plaatjes, die in salpeterzuur op-
^aren en duidelijk op zilver reageerden.
Ij.,, lï^athode werd een metaalglanzend sponsachtig.
\'\'Uiy ^%ezet, dat, tegen mijne verwachting, bijna
til) bleek te zijn, en slechts sporen van pla-
\'\'^Vatte.
^^ verzekeren of deze aanslag van zilver
of door de kathode zelve was afge-
^ta^d \' ^^ negatievs electrode van zilver-
ek,.. ^^^ eeüe van platinadraad, zonder iets aan de
^ ^^^ ^^ anode van platina te veranderen,
^eh nieuwe kathode hechtte zich spoedig
w S^anzend sponsachtige aanslag van zilver.
huneer
te^ ^ ^ "fien dus bijtende potasch in eene zilve-
^^^ gesmolten houdt, en haar tusschen eene
n ^^
kathode van zilver en eene anode van platina «
werking van den stroom onderwerpt, lost zij ®
kelijk zilver op, daar deze potasch anderma®^\'
nu tusschen twee electroden van platina, geële"
n
seerd, aan de kathode zilver afzet. Wij koioe
tot het dilemma:
Of de negatieve electrode van zilver, 6( ket
verb»\'\'\'^
iat^
van de schaal, die niet met den stroom m
stond, werd in de gesmolten potasch opgelost.
Ten einde, zoo mogelijk, hieromtrent zekert®\'
verkrijgen, deed ik de twee volgende proeven
de
III.
Twee electroden van platiuadr»"
dompelden in de zilveren schaal, waarin eene ^
hoeveelheid bijtende potasch gesmolten werd g®
den. Terwijl de beide electroden gas ontWJ ^^^
bleef de eleetrolyt een geruimen tijd kleurloos ^^^
der. Inmiddels werd de kathode zwart en
geelbruin.
Het vocht in de onmiddellijke nabijheid der ^
nam nu eene paarsche kleur aan, die in
-ocr page 87-vl •
ki en meer verloren ging, en daarin
geheel verdween.
Verloop van 20 minuten vertoonde zich in de
^^brn-
(1 ^^ gekleurde electrolyt een zwart prsecipitaat,
Van de kathode scheen los te maken.
30 minuten na het begin der electrolyse,
. gasontwikkeling aan de anode op. Niet lang
®gon zy weder op nieuw met groote levendig-
•ieii \' ^at ik mij herinner, daartoe van buiten
^ aanleiding te hebben gegeven.
jjjj kathode vertoonde nu een treffend verschi.insel.
st^^j^\'^^^\'^^e^poozen namelijk verspreidde het in de ge-
tjQ^ Potasch gebragte uiteinde der negatieve elec-
^ ^^^ schitterend licht, een licht, dat zich nu en
zó\'
a^jj ^ herhaalde, dat de negatieve electrode
gedeelte scheen te gloeijen.
^Hi ij..
^cli electrolyse van gesmolten bijtende pot-
65 vermelde lichtverschijnsel voort te
DAVY eene reusachtige batterij van
opp^ elk van 36 vierkante engelsche duimen
liij het lichtverschijnsel, pas vermeld,
van den stroom van slechts zes zwak
^^^itej \'^^®ensche elementen werd gezien. Het is
Waarschijnlijk,
dat ook het door mij waarge-
-ocr page 88-nomen lichtverschijnsel was toe te schrijven aan bet
dat bij het in aanraking komen met de lucht verbf^n
Het lichtverschijnsel, dat zich aan mij voordeed.
schitterend wit en geenszins paarsch. Jammer»
DAVï de kleur van het zijne niet heeft vermeed\'
olten
zegt alleen, sprekende over de electrolyse van ges®
at ^^^
potasch: //a most intense light was exhibited ^ ^
negative wire, and a column of flame, which
to be owing to the developpement of combustible ^
g flO
ter, arose from the point of contact; there ^
eflect of inflammation around it; but aeriform _
crh
which inflamed in the atmosphere, rose throng
potash" \'). Over de electrolyse van vochtige
11
handelende, drukt hij zich aldus uit: //snjan
• pre"\'\'
bules having a high metallic lustre, and being r
sely similar in visible characters to quicksilver» ^^^ ,
red, some of which burnt with explosion and
flame, as soon as they were formed"
Hoewel davy de kleur niet noemt, waarmede het ^ ^^
terwijl het bij de electrolyse van
bijtende potasch«^®\'
gescheiden, verbrandde, zoo berigt hij toch wel, .^j,
eigenschappen vanhet door hem ontdekte kalium hes"
1). H. DAVr, Phil, trans. 1808, p. 4.
3). H. DAVY, Phil, trans. 1808, p. 5.
Het
eenmaal afgezonderde kalium, in zuivere zuurstof
Mit, ~ ■ --------------
^ \' met eene schitterend witte vlam oxydeerde \').
M ■ ^^ bevestigd gezien. Zie hier
^ Waarnam.
île
^«sch ^^^^ ^ï"andend potassium, op platinablik in eene
gebragt, oxydeerde zich met groote
be werd met witte KaO dampen gevuld.
in de eerste oogenblikken helder wit ■
^ne blaauwachtig wit, en later verkreeg zij
paarsche kleur. De vlam behield deze
® ofschoon zij, kort voor het ophouden
\'landing, eene roode tint aannam
iu ^^ substances (Ka and Na) were strongly heated ,
V ^^^^at xvT\'^^" portions of oxygene, a rapid combustion with
t^^ -\'^^lUd ^^^ produced, and tbe metallic globules
^ \'converted into a white and solid mass, which in
P the ^ ®"bstance from potash was found to be potash ,
i. ; Op
V.,, Perf
case of that from soda, soda." (Phil, trans. 1808,
11 zegt DAVY; .The basis of potash (kalium)
0] \'6ct "o" • i ui^ ui jjuiasu ^Kitiiuil),)
When a spark from the
^^ the^"^^ ^ i® taken upon a large glo-
Cj" Wace^ atmosphere, the light is green, and combustion
P\'^ce - - - - -------------
\\ t>ij the point of contact only." Op pag. 12 ver-
■ (kalium) combines with oxygene
t\'lat of • ^^ ^^^ temperatures that I have tried
^lie ^^\'fes vaporization. But at this temperature combus-
iüt!^^^\' ^^^ is of a brillant whiteness and
^ fieed •
\'»yne proef in het donker. Toen ik , na den afloop
-ocr page 90-Ik keer nu terug tot mijne bijtende potascb» ^^
eene zilveren schaal gesmolten gehouden, onge*^®® ^
minuten lang tusschen twee electroden van platJ"^
was geëlectrolyseerd.
Er had zich om de kathode een donker gry®
achtig ligchaam afgezet.
eeö
itef
rOOf\'
.red
ook
Deze aanslag der kathode, ofschoon daartoe
zwart poeder behoorde, dat alleen in kom
oploste en platina bleek te zijn, bestond echte^ ^^^^
namelijk uit zilver. Dit zilver kon hier
van niets anders afkomstig zijn dan van de ^
schaal, die buiten den invloed van den stroo\'^
geweest. ^^ ^H^
Ook de nu volgende proef zal bewijzen,
veren aanslag der kathode, bij de electrolyse ^^^^^^^
beschreven, niet van de zilveren kathode zelv®\'
van de zilveren schaal afkomstig was.
van het experiment, mijnen amanuensis, die daarop voor
naar de kleur vroeg, door hem in de flesch met
genomen, zeide hij alleen een paarsch licht tehebbeoê
waarlijk het vereischte eene groote oplettendheid, j^j^jU
van het brandend potassium achtereenvolgens de witte j ^^j^gid«\'\'\'
achtig witte, de paarsche en de roode kleuren te ouders
^.yteude potasch werd in een porceleinen kroes
gehouden. Ik gebruikte weder, even als
^lümero II,
®ene anode van platinadraad en
®ene kathode van zilverdraad.
®® B
)ii , ^^sensche elementen verschaften mij den galva-
^^ «troom.
Dg .
^Qch aanvankelijk kleurloos en helder,
^o&n omstreeks 15 minuten geel, daarna
^öiiddellijk na het sluiten van den stroom
de v
, ^ ^^^o^e zwart. Zoo dikwijls de vloeistof een
^^^oelde, werd de positieve electrode om-
ti\'ug ®en paarsch schuim, dat bij sterkere verhit-
^eder
verdween.
ontwikkelden de beide polen eene ruime
I,"""« ga.
\'iiejlj.j^ der kathode verkreeg nu niet den
iii^jj. vorm, vroeger door mij waargenomen,
\'\'ie ^^^^^ slechts uit een dunnen zwarten aanslag,
a
H Ij-
\'«Bh ^^ nader onderzoek als platina deed kennen.
Van zilver was daarin te vinden.
Dp
■\'•holten
H,
80
V.
leif\'
De bijtende potasch werd ook nu in een P^r\'\'®
kroes gesmolten gehouden.
Twee electroden van platinadr»^
sehe
met de polen eener batterij van zes Bunsen
menten verbonden, ontwikkelden beiden gas.
werd zwart, en de anode behield haren glans-
De gasafzondering der anode verminderde ^^^^^
hand, terwijl de electrolyt groen werd. Na ei\'\'\'
minuten hield de gasontwikkeling aan de
heel op.
De vloeistof in de omgeving der positieve ^
werd, vooral bij bekoeling paarsch. j,i
De zwarte aanslag dor kathode was onopl\'\'® ^^
salpeterzuur en in zoutzuur, doch oplosbai^^
ningswater.
d,
elc
tie"
VI.
De bijtende potasch werd nogmaals in
leinen kroes gesmolten gehouden.
f\'
een
anode van koperhoudend zilverdraad
eene kathode van platinadraad,
® polen eener batterij van zes Bunsensche ele-
Verbonden, ontwikkelden beiden gas.
^•^\'Ode, die thans uit een alliage van zilver en
\'®®tond, werd onmiddellijk zwart i).
kathode werd zwart, hier en daar min of
J^en roodachtig schuim vertoonde zich om de
electrode van platina.
Verloop van 80 minuten was de anode van zil-
koperrood.
De gj
.. eetrolyt werd van kleurloos en helder, troebel;
" ^ei\'d
1 eerst blaauwgroen, daarna donker bruingroen van
V
^^^ geheel opgelost.
aaïisigg der kathode werd voor het grootste
d
^eej. salpeterzuur
t)
opgenomen, en reageerde
jj ^^elijk op zilver en koper.
evenwel om de kathode een zwart poeder
Oj, ^^^ alleen in kokend koningswater verdween,
^^^\'arte poeder kom ik zoo aanstonds terug.
lUet Potasck-spatten boven de gesmolten bijtende
anode van zilverdraad in aanraking kwamen.
^eze
®Patten schoon blaauw.
-ocr page 94-Eigen onderzoekingen aangaande de electrolys®
Mjtende soda.
Zooals te verwachten was, gaven de verscbï^^®
electrolysen, waaraan ik de bijtende soda
rIP
soortgehjke uitkomsten als die, welke in "
li fij\'\'
gaande paragraaph omtrent de bijtende pota-^^
medegedeeld.
Ik kan hier alzoo kort zijn, en vermeld
éene enkele proef, die door eene merkwaardige ^^^^
derheid zich aan de laatst beschrevene aansluit-
De bijtende soda werd in eene zilveren schaal
eenen Bunsenschen gasbrander gesmolten
gehouden-
Eene kathode van platinadraad ^^
eene anode van zilverdraad
dompelden in de electrolyt.
De electroden, met eene batterij van zes Bun-"
elementen verbonden, scheidden beiden gas af-
va»
^\'gtb ^^^ ^ei" anode werd een geel neerslag
Vet^ omringende vloeistof allengs
D
werd eerst roodachtig en daarna zwart.
® en de kathode werden met eenen zwarten
b bedekt. De positieve pool ontwikkelde
öiinder gas dan de negatieve; later meer.
dat om de kathode gevormd werd, was
aan-
Het
T
^eu f!
Si ^ electrolyse ongeveer e\'e\'n uur geduurd had,
^gf ® vloeistof voor een oogenblik kleurloos en hel-
\'^et ^ ^^^ binnenwand van de zilveren schaal
^arte 1 •
V ^ ^"nsterende plaatjes bedekt. Spoedig echter
^ weder donker zwart. De anode
^^^^^^ loste
meer en meer op.
het
^P^ou^ien der electrolyse, bleek de zwarte
S d
Petejjj^^ ^^ kathode voor het grootste gedeelte in sal-
^dgj. lossen. Deze oplossing reageerde zeer
«P zilver.
^^f na met salpeterzuur behandeld te zijn,
in geringe hoeveelheid, met een
van
^Schaam
A
meende ik dit zwarte ligchaam voor
^•^nr te moeten houden. Ik stelde de kathode
bloot\'
met haren aanslag eenigen tijd aan lucht en Hcb^
mijne
was
onderstelling te onderzoeken. Na twee dagen
zwarte aanslag niet merkbaar verminderd. Het ^^^
ligchaam was alzoo geen platinahydruur,
daar dit
gelijk vroeger reeds gezegd is, onder zoodanige ol
digheden zou verdwenen zijn. .
1 titss\'\'^
Ook bij de electrolyse van bijtende potascü, " ^^^
eene anode van zilverdraad en eene kathode
tinadraad (§ 9, VI, pag. 81), bevatte de aan
aef
•tïial
slag
pie\'
kathode, behalve het in salpeterzuur oplosbare ^^
der anode, een in het genoemde zuur onoplosba»\'^
rik th^\'\'
ligchaam. Het spijt mij, dat ook toen, geul\'^ .
de hoeveelheid van dezen zwarten aanslag te ^^
was, om ze van den platinadraad los te maken
zonderlijk te onderzoeken.
Ofschoon ik niet stellig zou durven ver2®
dat het bedoelde zwarte ligchaam platinapoed^^
zoo komt mij dit evenwel het meest waars"^""^^
voff-
¥
elij\'\'
Ik zou mij hier de vorming van dit platinapoeder
volgende wijze kunnen voorstellen. Als ik ^^^ i
vooronderstellen mag, dat de negatieve plati^^ ^^^
zich aan hare oppervlakte met het daar
metaal verbindt (en wij zullen van zoodanige ve^^\'^
om de meerdere of mindere gegrondheid van vca]^^ ^^
S \'Voorbeelden zien), dan is het, dnnkt mij,
dat bi] de behandeling van dit alliage met
Pete
een gedeelte van het platina, als een
poeder, onopgelost zal overblijven.
ELECmOLYSE VAN GESMOLTEN ZOUT^^^\'
Proeven van buff, eeetz,faraday, b
matthiessen en anderen.
Slechts weinige scheikundige verbindingeii\'
bruinsteen en enkele andere superoxyden,
iizeroxyde, magneetiizersteen, tinsteen,
• , loO\'^\'
seleenkoper en seleenzilver, — zooals zwavelkxe»\'
o-elei\'
glans, koperkies en nog meer zwavelmetalen, o
in vasten toestand den galvanischen stroom \')•
worden daarbij niet in nadere bestanddeelen ge®\'
Alle overige scheikundige verbindingen is®
vasten toestand den stroom volkomen, en gelei^^\'^
alleen, gesmolten of opgelost zijnde.
----------------^^^^ iet
1). Het is zeer opmerkelijk, dat het geleidiugsverni°8^,jgj;,
zamengestelde ligchamen , die zoogenaamd metallisch ^ ()it
niet afneemt met de vermeerdering der temperatuur,
bij de metalen het geval is, maar integendeel toeneeiot
Ann. der Chem. u. Pharm. 110, p.
.a-
Zij ait in gesmolten of opgelosten staat, dan
^i.i daarbij steeds ontleed; het schijnt dus, dat
I^g deeltjes eene zekere beweegbaarheid moeten
^^^ \' door den stroom van elkander gescheiden
^ dg electroden gevoerd te kunnen worden. Bij
clie, zooals het glas en het water-
^e^ ^^^^^ worden voordat zij smelten, schijnt deze
^baarheid der kleinste deeltjes reeds ver beneden
te ontstaan.
becqueuel begint het glas bij 300° den
® geleiden i); volgens beetz reeds bij 200" 2),
hepaald, hoeveel, bij stijging der tempe-
en
\' geleidingsvermogen van het glas toeneemt
ji e^geerbuis met kwik gevuld werd door bufp
met kwik gedompeld. Na de verhitting
van een
i\'ftn J^vvijx f^cuumj^ciu. J.11CI UC V
slijj^^ ^\'^itenste kwik, werd door middel
^^^^ platina, die in het kwik van de rea-
^vas gebragt, de stroom van één Daniëllsch
door den glaswand van de reageerbuis heen;
oiïiiienste kwik naar het buitenste kwik en
een galvanometer gevoerd. De eerste uitslag
DUis
N,
1).
W Compt. Eend. 38, p. 905.
Ann. 92, p. 462.
^nn. d. Chera. u. Pharm. 90, p. 257.
van den naald des galvanometers werd toen wa^i^»®
■ Tjit
men. Daarna werd de met kwik gevulde reageerh^i^® ^^^
den kwikbak genomen, en de stroom, door
van denzelfden sluitdraad van platina, op nieu^^
het kwik van den kwikbak en door den galv^^^®\'^
TT\'t Jl
geleid. De uitslag der naald was nu grooter.
verschil der beide uitslagen liet zich bij bena
de weerstand van het glas berekenen. Zoo vouu ^^
dat als bii 200° de weerstand van het glas door bc^»®
2582,0 voorgesteld wordt, bij 300« deze weêrst^\'^
16,8 en bii 400° door 8,4 moet worden aange^"\'\'^\'
Wat aangaat de mogelijkheid, dat ligcha®
gesmolten toestand, zonder ontleed te worden? ^^
A\'cls
geleiden, zoo heeft paraday die bij het kwikjo^
fluoorlood aangenomen i). beeïz daarentegen ne^
dat deze zouten den stroom geleid hadden, de elec^r
gepolariseerd gevonden. Volgens den laatste, h\'\'"^ ^^
A noS»\'^
ontleding plaats gehad, beeïz nam zelfs aan de n
electrode, wanneer zij met het kwikjodide in ^^^
was, de afscheiding van kwikjoduur waar, en ^^ ^^^^
zelfde electrode, wanneer zij met het fluoorlood
was de afzondering van loodmetaal
1). FABADAY, Exp. Res. § 691, § 1349 ea §
2). beetz, Pog. Ann. 92, p. 457 en p. 461.
-ocr page 101-heeste verbindingen, die uit een ongebjk aantal
harer bestanddeelen bestaan, geleiden
toestand den galvanischen stroom niet. Als
eringen hierop heeft men, volgens bupp i),
^eei het aluminiumchloride, het molyb-
^^^ het vanadinzuur, het chroomzuur, en eenige door
ß
ni
en HlïïORi? 3) onderzochte zwavelmetalen.
Sgt
Pfet ~ volgens hittoiif, eene stang zuiver ko-
ij( (CU2S door gloeipng van CuS verkregen)
V ^ S^^zen buis, en smelt men in de uitein-
^^^ ^^vee platinadraden, die in de buis
pQ^ ^^ CuaS aanraken, en daar buiten met de
^0(1 ^^^^ batterij verbonden zijn, dan Mdjst, bij ge-
een op den weg van den stroom
(Ijjj Voltameter slechts eene zeer geringe ontle-
" \'\' temperatuur evenwel
Uöo ^®^®i^ingsvermogen der stang toe, en bij
^Orrl
^^^ negatieven platinadraad
»»igo aanzetsels van koper zigtbaar, die langza-
^tid
S^Oe^j ^^^ ^ii^® van de positieve pool voort-
\' terwijl aan deze laatste pool CuS gevormd
1). -
^iia. der Chem. u. Pliavm. llü, p. -267.
Pogg. Ann. 84-, p. 1.
\'lit;
\'^Oïld
ko
90
wordt. Bij het gebruiken van eenen stroom van
Grovesche elementen behoeft men intusschen:
laatste verschijnselen voort te brengen, de stang
niet te verhitten, daar deze door den stroom
voldoende verwarmd wordt.
Wanneer men aan den weerstand vau het
sulphuur bij 0° de waarde van 1130 toekent>
wordt die weerstand bii 51® door 120
uitgedrnk^^\'
103°, door 22,4; bij 107", door 9,4; en bij
door 2.
ooi
ree\'
kope^"
da"
Slechts weinige zouten kunnen in gesmolten
aan de electrolj\'se onderworpen worden, daar
moeijelijk smeltbaar zijn, of reeds door de hitt®
ontleed worden.
Intusschen was het voornamelijk door de ^^^
van gesmolten chloormetalen, dat paraoa^ ^ij
roemde electrolytische wet gevonden heeft !)•
hf
alle\'^"
elcctï"^\'\'\'
Ontleedt men chloorlood tusschen twee ^le\'\'
van platina, dan verbindt zich het aan de »^^^^^
pool afgescheiden lood met de electrode van P
1). FARADAY, Exp. llcs., Sev. III, § 377; Ser. ^
-ocr page 103-^ordt ^^ positieve pool ontwikkeld
^^^eft iets soortgelijks plaats. Is de posi-
ie van tin, dan lost van deze positieve electrode
^ op als aan de negatieve electrode wordt afgezet.
^hloorzilver .Moordt, volgens faeaday, op
^\'ijze door den stroom ontleed.
Peroh1
geël to^^iii" ? ixi eeue U-vormige buis gesmolten en
ïolyseerd, vervalt, volgens bijfp, in twee ïequi-
\'^teji 1
^^ Koper en één »equivalent chloor.
\'\'et> i "^^^^^^\'"^^hloride geeft, volgens denzelfden, aan de
de twee cequivalenten aluminium, en aan
posif
yW ^^^ equivalenten chloor 2). Het
\'^^^lectrod
a
sponsachtige aluminium ontleedt bij de
te.m
\'\'«He
\'Peratuur het water ouder waterstofont-
TT • 1
-net IS dus duidelijk, waarom bij de electrolyse
eer
Hei
^j^^j^\'^^^^l^^ossing geen aluminium wordt afgezonderd.
chlooralumiaium met chloornatrium in
i)
looj\' Ch
^einen kroes, die eene negatieve electrode
N \' ^\'^odox^"^" \' P- ^^^
Wt ^ ^opercliloruur cu (iubbel-chroomzure potasch
geleiden, zonder ontleed te worden. In
WJ\' evenwel worden deze ligcharaen, volgens
\'\'^^^■aöddeelen gesplitst.
\' Anu. der Chem. u. pbarm. 110, p. 370.
van platinablik en eene positieve van kool bevat\'
worden, volgens devili.ei), aan de negatieve ele\'\'
alnmininin en keukenzout afgescheiden, terwijl
• • 0)
tieve pool chloor en dampen van chlooraluinWi\'^
wikkelt, HiTïOE,!\' meent, dat het
alumini«\'"
daii
hie^\'
secundair ontstaat door inwerking van het redu\'\'
natrium, welk metaal, volgens hem, moet vnj
bij de electrolyse van de verbinding van cblo"^
minium en chloornatrium, aan welke verbindi^^^
Na(AliCl3 Cl) tot formule geeft 2).
MATÏHIESSEN heeft ook het kalium, het n»^
het strontium en het calcium afgescheiden
electrolyse hunner gesmolten chloorverbindingen
Wanneer men namelijk een mengsel van ee^
bet^«"
1). Het mengsel van aluminiumehloride en
Al^CIg 4- NaCl) werd in een kroes , waarin een m^t ^^^^ifeU\'
mengsel gevulde poreuse aarden pot geplaatst
De anode van kool dompelde in den poreusen pot 5 ^^^^ gle^\'
van platinablik in den kroes, dbville beschrijft gft
trolyse aldus (Ann. de Chimie et de Physique > ^^
1855): „L\'aluminium se dépose avec du sel marin .^jyoi ""
de platine, le chlore avec un peu de chlorure et
dégage dans le vase poreux, des fumées se J^iiii\'
les détruit en introduisant de temps en temps du sei^
pulvérisé dans le vase poreux. Ce sel se transpc^^^^ p,.\'\'
l\'opération au pôle négatif en même temps que l\'»^*^
2). hittorf, Pogg. Ann. 106, p. 541. g/?\'^^^^
3). MAiTHiEssEN, Aiin. der Chem. und Pharm. 93,
ilcotfi\'
ilr
iiii
lUl\'
«len
bk. ^^ electrolyt met eene vaste korst hedekt
\' da
"^eta 1 " de negatieve electrode kalium af, welk
^^ ^^^ kogeltjes in de vloeistof op-
\' verzamelt, en daar-
oxydatie bewaard wordt.
t^^^ engsel van één a;quivalent chloorcalcium en
\'l^\'^^^^^lenten chloornatrium geeft, op dezelfde wijze
\\ 1 ^ordt nog gemakkelijker afgezonderd door zui-
^Qloojijii,-
^ tnium te ontleden (bunsen en matthiessen).
Ca] •
Hi electrolytisch vrijgemaakt worden
mengsel van twee sequivalenten chloor-
llh^ een sequivalent chloorstrontium en salmiak
■UrE
\'Ssek).
-let
wordt uit een mengsel van chloor-
p. 137. 1857.
^^ salmiak afgezonderd.
eft het magnesium op de volgende wijze
\'SEn a
■ ^nn. der Chem. ii. Pliarm.
Vill
Ui
. ehloorcalcium en e\'én sequivalent chloorkalium
^^ porceleinen kroes smelt, en eene dikke positieve
® Van kool te gelijk met eene kathode van
ijzerdraad in de vloeistof dompelt;— wanneer
de temperatuur zoo regelt, dat de opper-
jjroe®\'
Hij smolt cliloormagnesium in een porceleineö
waarvan het bovenste gedeelte door een porceleioei\'
schenschot in tweeën gescheiden was, en brag \'
de
beide kanten van dit tusschenschot, eene electro ^^
kool in het gesmolten zout. De twee electroden ^^
bond hij met eene batterij van tien Bunsensche
ten. Daar het aan de negatieve pool afge.®\'\'^ ..
• het^
magnesium ligter was dan de vloeistof, waarin ^^
werd, zou dit magnesium natuurlijk tot aan
vlakte zijn gestegen, en bij het in aanraking kom®^
det
de lucht zijn verbrand, indien bunsen dit ni
had, door, na de kathode krom te hebben g®\'\'
in hare holle zijde zaagvormige inkervingen te
welke de magnesium-kogeltjes moesten o
phonden- ^
Deze zaagvormige inkervingen worden, ^
MAïïHiEssEN, onnoodig, wanneer men net ni\'» ^
■ jeqi^\'
afzondert u.it het gesmolten mengsel van drie ^^^^
lenten chloorkalium en vier tequivalenten chloor ^^^^
sium, waarbij een weinig salmiak is gevoegd\'
A \'
het magnesium zwaarder is dan een op "je ^^^^
mengesteld mengsel, zinkt het .bij de afscheidh^=\'
den bodem, en kan het alzoo niet met d® \'
aanraking komen i). ^ie
________ ______ . jj^leii
1). Over de electrolytische afscheiding der
BECQUEREL , Eléments d\'Électro-Chimie, p. 304.
geel zuurstofzouteii zijn tot dusverre weinig
^^ S®®^®^^®" dubbel-boorzure soda
Md ^^^ geleidde, en dat aan beide polen gas ontwik-
da^.. ^ok nam hij even als matïeucci waar,
■J ® electrolyse van eenige gesmolten zuurstofzouten
^Ste ^^^ (azijnzuur- en boorzuur loodoxyde,
"^Cijftf. zilveroxyde) het metaal zich steeds aan de
® pool afscheidde.
secundaire verschijnselen waar-
^\'^^\'»lolt hittokf, dat bij de electrolyse van
tiii^ ^^ salpeter, aan eene kathode van goud of pla-
tlie eene blaauwe of groene vloeistof vormt
of platinaoxyde afzet 2).
f^sitji^^ "^nhbel-chroomzLire pota\'Sch geeft aan de
cliro ^^^^ \'ie negatieve kristallen
se, het om de
^ \'Sgeiide zout chroomzuur en chroomoxyde be-
^^ »leent, dat de dubbel-chroomzure potasch ,
^^^ ^\'^trolyse^ eerst in KaOCrO,, en CrO., vervalt,
1), ■
^llïDï \' § 5^00.
\'^Ajï},^ Lehre vom Galv. I, p. 31G.
-ocr page 108-96
I.
■dt
en
dat het CrOs daarna ha CrOj en O gesplitst
BIJ FF daarentegen besluit uit zijne proeven, ^^
stroom zich tusschen de neutrale chroomzure P" ^^
KaOC^\'
CtO^
electro
en het chroomzuur verdeelt , en dat alzoo de
in Ka en CrOs O ontleed wordt, en het
CrOf en O3 2).
De secundaire verschijnselen, die bi] de el
der gesmolten dubhel-chroomzure potasch worden ^^
genomen, zijn echter nog niet alle op eene vot
wijze verklaard.
383.
1). GEUiHEK, Ami. d. Chem, u. Pharm. 99,
2). Burp, Ami. d.-Chem. u. Pharm. 110,
-ocr page 109-Electrolyse
^aii gesmolten zwavelzure soda.
en
^ misschien te zeer geneigd, om in de be-
lectrolyse van het zwavelzuur koperoxyde de
alle mogelijke electrolysen te zien.
oV
k past men de schrijfwijze, waardoor men dit
■i\'iist aanverwante electrolyten betrekkelijk
^^^^^ ^eten voor te stellen, welligt te veel op
^ere
scheikundige verbindingen toe. En toch be-
vervallen van CuOSOs in Cu en SOs
het
O
H
et
Volstrekt niet, dat ook NaOSOs door den
Na en SO,
O ontleed zal worden.
(Iq^j^ en het koper zijn beiden metalen,
1 ^S^ns zeer verschillende ligchamen. Terwijl
^ej j Voorbeeld het zwavelzuur koperoxyde,
bezwaar, als het sulphan van koper be-
Cn en men de formule dien ten gevolge
fVioji
zon-
O) kan schrijven, ziet men dadelijk,
(Sq -\'aioge formule
van de zwavelzure soda Na
dat deze zoo uitgedrukte constitutie
Oïiwaarschijnlijk
overir
is. Immers, daarin staan
\'n
-ocr page 110-P
natrram, zwavelzuur en zuurstof naast elkander
wij weten, dat het natrium zelfs zwavelzuur r^i
j , jii^\'\'
Daar de splitsing in Na en SO3 O
1 iiiaS\'
waarschijnlijk is, en men haar in geen ge^^^
jpbf\'
postuleren uit analogie met de electrolyse vaii s
cupri, zoo zijn er overtuigende bewijzen noodi»\' ^
de ontleding van den sulphas sodae in Na en S^?
aannemelijk te maken.
Als bewijs mag hier misschien al dadelijk ê®
dat wanneer men, bij de electrolyse eenf^r op
van zwavelzure soda, kwik als negatieve electro ^^
bruikt, dit metaal zich met het natrium derz^^\'®^^
soda verbindt.
De onderzoekingen van hiïtorf hebben over
zaak veel licht verspreid 1), Zij toch hebben aang
1). hittokf, Pogg. Ann. 106, p. 369. ^^ vC\'
niTTORF heeft de overvoering der ionen van de ^^^^^
schillende electrolyten met groote naanwkeurigheid
Hij verdeelde de eleetrolyt door middel van dierlij\'^® ^^ de
in verschillende horizontale lagen, waarvan
bovenste elk met ééne der beide electroden in »^"^^^^"jat ^^
den gebragt. Na iedere electrolyse overtuigde bij ^^e!^
tusscheiiliggende laag of lagen niet van zamenstelling
waren. De wisseling der bestanddeelen van de onderste e\'J
bovenste laag werd, door de uitkomsten der quantitati«"^® t«
sen vau de lagen, vódr en na de electrolyse, met iscl\'"
vergelijken, bepaald; zij deed alzoo de directe g®
^fsclioon vooral bij de electrolyse der potaschzoii-
\' ^och ook bij die der sodazouten, de overvoering
\'\'^nen schier geheel onafhankelijk is van de tusschen
°^tdeeltjes gelegen en onveranderd gebleven water-
^at
ten
\'Ito
^at
h:
\'tften-
lï^et andere woorden: hittorf heeft bewezen,
® overvoering van het alcalimetaal biina onaf-
\'^\'ikelijk
^S van het w-atergehalte der zoutoplossing,
^^elzure soda, in waterige oplossing, wordt derhalve,
Wf in Na en SO3 -{- O gesplitst, terwijl
^^ de kathode vrijkomende metaal, uit het overigens
^iet
\'yna niet ontlede water, waterstof doet vrijkomen.
■^etlitig^T—
Keimen , vrij van alle secundaire werkingen, welke
ilUj^^/^^^oiien kunnen plaats hebben,
de f gelooft, op grond van deze zijne onderzoekingen, dat
^^ eener zoutoplossing de stroom zich tusschen
•leeit ^ gel \'
Het ■ Wel
geleidende zout en het slecht geleidende water ver-
Vq
M omgekeerde rede van hun geleidingsvermogen,
jjjj^hem, schier onmerkbaar, en het
\'^^tsluitend ontleed worden.
Wte ^ acht het onaannemelijk, dat de stroom of een
1 stroom van zoutdeeltje tot zoutdeeltje zoude
^tieu f^ \' zönder de tusschenliggende watermolekulen te ont-
\'.ftU V-tOopo-
moeff P- 104, p. 567), En toch zal hij
(J toegeven, dat de molekulen van het watervrije zout
tïïnl toestand hare ionen kunnen uitwisselen, en dat
\'le.
volgens het algemeen aangenomen gevoelen,
afstand Tan elkander liggen, die met de tempe-
De grens, waar deze uitwisseling niet meer
lößei^ 1
Piaats hebben, is niet door eene uitspraak te be-
-ocr page 112-Ook bij de electrolyse van gesmolten zwavelzure -
,ool
heb ik het natriummetaal zich naar de negatieve P
zien bewegen.
Aanvankelijk had ik met de moeijelijke sffi\'
van het zout veel te kampen, zoodat ik den P
kroes, waarin ik den anhydrischen sulphas sodae o ^
had, eindelijk met een deksel heb moeten slnit®^\' ^
onder witgloeijende houtskolen begraven. Al^®®^
tij®
deze wijze kon ik in den kroes het zout eenig®"
gesmolten houden. ,
Den kroes zeiven verbond ik met de positie^
. de
eener batterij van tien Bunsensche elementen, ^^
gatieve electrode van platinadraad dompelde ik \'\'
electrolyt.
Om deze kathode te isoleren, en
ae eventnel\'^
ok
triumkogeltjes tegen verbranding te vrijwaren, tr
den platinadraad door een pijpensteel, waar^^^\'^
kleine kop zat.
■ . . • de
Het in den sulphas sodae dompelende uitein
kathode was alzoo door een poreusen aarden ^^^
geven, die het kation tegen oxydatie moest ^^^^^^^
Een op den weg van den stroom geplaatst® ^^^^
meter wees duidelijk aan, dat de gesmolten
soda den stroom geleidde.
Negatieve electrode van platina was na de electro-
■^et een zwarten aanslag bedekt, die in zuiver water
""let li
evige gasontwikkeling verdween, zijnde blijk-
verbinding van het platina met het natrium,
\'^^®ctrolytisch was afgescheiden. Ook bij de eleetro-
H
Vse
iiect
^nth natuurlijk geene zekerheid geven.
Vayi
eenige andere gesmolten alcalizouten (chloor-
elect ^^^^^^^ vetzure alcaliën) zullen wij de negatieve
^ical" ^ ^^^ platina zich met het aldaar afgezonderde
alp ^\'ien verbinden. Bij de electrolyse der bijtende
^ evenwel hebben wij niets dergelijks waargenomen.
^gaande den aard van het anion kon de be-
•eii
\'\'^ssehen i
die . op natuur der ligchamen,
bl (1
^ groote hitte waarbij de electrolyse plaats
\\l konden, dan heeft de vooronderstelling
\'^at aan de positieve pool zwaveligzuur en
k vrijgekomen. SO4 toch bestaat niet, en SOj
y ooge temperatuur niet blijven bestaan.
^\'Helt verandering der zwavelzure soda door het
alleen is nog niets bekend.
ï).
«tld
§ 13.
Electrolyse van gesmolten chloorzure potascb-
,rde
Ik smolt de chloorzure potasch in eene getubu^®®\'
retort, waarvan de tubus, die de twee
electrodea
platinadraad doorliet, met eene kurk gesloten
Na den hals van de retort met eene easgelei^\'^\'\'
buis verbonden te hebben, leidde ik den stroom
zeven Bunseusche elementen door de eleetrolyt
Aan de negatieve electrode had geene, aan d®
tieve eene zeer sterke gasontwikkeling plaats. ^
Het aan de positieve pool ontwikkelde gas, doo^
oplossing van nitras argenti geleid, maakte de20 ^^
, t O
sing onmiddellijk wit en troebel. Ook riekte
sterk naar chloor.
---------- ^^^
1). De Eunsensclie elementen, üoü nu als vroegei
door mij gebruikt, hadden steeds de volgende afmetiöê\'®"^^ (j^D
51\'
De holle zinkeylinders waren 10,7 Ned. duimen boog
Ned. duimen wijd; de koolcylinders waren 13 Ned. duiO"
eeJ\'^
en 3 Ned. duimen dik.
M
De batterijen werden zamengesteld door het zink va\'i ^^^^
element met de kool van het daarop volgende te verbid
^ chloor ontdaan, had het gas den reuk van
\'\'Pbo \'^^^ï\'^oor ik het liet
vormde het digte witte nevels.
el
spojj^^ jj werd na eenigen tijd bruin, taai en
De electrolyse hield nu op.
tïol
platina van de negatieve electrode had zich dus
"aar vrijgekomen kalium verbonden,
^\'^tej. l^athode van koper, na de electrolyse in
gaf eene levendige gasontwikkeling.
I\'lios
^^"^S^tieve electrode van platinadraad, na de elec-
^^^^^ gebragt, gaf eene hevige ontwik-
ïtet ^^^ en maakte het water alcalisch.
ELECTROLYSE
van
^I^GANISCHE ligchaien.
-ocr page 118-_____ , t^-ii-^simï^ _
èôid»^ Ç0 e^^vte\'
Xf\'^^ à^JLTS« H-l^^efT fl^i
„TJ^i.. ,•:, . .vT^\', \'-„jail..\' „.Vi...«
^«rt
van hetgeen verrigt is op het gebied
electrolyse van organische ligchamen.
"len . ^^^ \'leeft eemge organische ligchamen aan
^^^^ krachtigen galvanischen stroom
Slti^^^^\'^\' daarbij tot geene belangrijke
beschrijft m zijne //Elements d\'Elec-
\' ^ftJSv \' eenige electrolytisehe proeven van
k brandt en duteochet op organische
onderwierp eenige dagen lang een
ï^e inwerking van den stroom eener batterij van
isl^^\'^^Ik de harsachtige bestanddeelen, de potasch
\' Ponr^*^^ ^^ negatieve pool afgezonderd. Aan de
\'crtigj^^^ —,aii ucii Buruuio eener oattenj van
bruin en scheen verschroeid.
Po \' \'
pool t """ "cgitticvc poul aigezonaeru. Aan ae
Wee cyaanwaterstof vrij. Een stuk vleesch,
eene\'lgedestilleerd water, eenige dagen
eii krachtigen stroom geëlectrolyseerd. werd hard
{iQ^^hoi, ^^ zouten, zoodat het bij verbranding
\' soda^ achterliet. Aan de negatieve pool kwamen
^^av^l\' en kalk vrij; aan de positieve pool
^^^uur, salpeterzu ur, zoutzuur en phosphorzuur
leeft
^ok sommige bestanddeelen vau levende planten
-ocr page 120-Van liet jaar 1830 tot 1840 werden door J\'
ijgiit
DORFF,\' EITCHIE, CONNELL en SOHÖNBEIN, OQl
de
electrolyse van getliylalcoliol en sether, de volge^
zonderheden medegedeeld.
Alcohol van 0,789 spec, gewigt geleidde den - ^^^
van 80 elementen uiterst moeijelijk. Alcohol vai^ ^
spec, gewigt deed dit veel gemakkelijker ^jj
en dieren door den galvanischen stroom gescheit®
dompelde namelijk de twee pooldraden eener galvaiü\'\'\'\'\'
in twee vaten met gedestilleerd water, en hij sloot- ^^^^^ ^ fi\'\'
door middel van een krachtig groeijenden
de twee vaten met gedestilleerd water verbond. Weioi?^ df^ ^^^j
na het sluiten van den stroom, vond üavy , in ^, ju
de negatieve pool in aanraking was, potasch en ggiiiS\'^\'\'
andere vat trof hij een zuur aan, dat door de
van chloorbaryum , chloorcalcium en salpeterzuur zilvef^^ j\'jdef \'
geslagen werd. De stengel scheen aanvankelijk niet vee ^j^pls^\'^
doch, na verloop van vier uren verwelkte en stierf de .
Ook leidde davy eenen galvanischen stroom door g®^
water en stak zijne vingers in het vocht. Hij
aan de positieve pool zoutzuur, phosphorzuur eu ^^^^ v\'*
afgescheiden worden, en aan de negatieve
alcali vrijkomen. ^^ ^-^yit \'"\'j
bsandt, pkbvosï , düm.4.s eu dutsochet zagen
de positieve pool stremmen. Yolgens pkevost en, ® fe
het eiAvit tevens aan de negatieve pool iu een gelei-"
chaam veranderd. if
GAY LüssAC en coiiN hebben opgemerkt, dat \'le J ^^^ e«"
stroom de alcoholische gisting van druivensap e» ^
suikeroplossing zeer bevordert.
1). LÜDEBSDORFF Vermeldt niet, bij welke teiflp
spec. gewigt van den alcohol bepaald werd.
tig^^ ^^^ andere geleiding, werd aan de nega-
(Ig ^^^^ brandbaar gas afgescheiden, terwijl aan
^^^^ gasafzondering plaats had i).
het brandbare gasvormige kation voor
alcQj^J^\'^^^^\'^terstofgas, en hij meende derhalve, dat de
eenen krachtigen stroom in CJIj en
iie^,,. ""^^P^^tst werd 2). oonnblt. echter heeft aan de
Sd slechts waterstof zien vrijkomen. Ook
\'^^D laatste, aan de positieve pool in
lii
■\'iö
\'^^öveelheid een harsachtig ligchaam gevormd 3).
^^ 55ag blaanw lakmoespapier, door den
\'ec^j O —------ ........, I^uui ucu
Ih alcohol bevochtigd, eene roode kleur
roode kleur kon door warmte niet
^ borden.
van sporen van zuren, bases of zouten
het geleidingsvermogen van den alcohol
y van 60 elementen gebruikende,
gv^ulUlJVCUUU, in
minuten aan de kathode 9 cubieke
5)\' ^llcgj\'"\'\'®^^\' ^""Sg- Ann. 19, p. 79, 1830.
^^^ïïEl \' P-
ï\'ogg. Anil, 36, p. 489, 1835,
® toevc
Bij de electrolyse van alcohol van 0,7938
y temperatuur, die op 100 deelen
\\ , bijtende potasch bevatte, ving connell,
Vet
centimeters waterstof op. De electrolyt werd ged\'-\'"^®^ ^^^
ontleding roodachtig, ten gevolge van
de afscheiding ^
de f^^
een rood harsachtig ligchaam i). Tevens werd aan ^ ^^
tieve pool een neerslag van koolzure potasch ^^^
Methylalcohol werd, ofschoon iets moeijelij^\'®
sethylalcohol, op soortgelijke wijze door den
ontleed .
er ^^
coNNELL trachtte te vergeefs den stroom een ^^
terij van 216 elementen door zuiveren sethyl^
voeren. Deze vloeistof isoleerde den stroom
zelfs wanneer zij sublimaat, chloorplatinum
zuur opgelost hield
SCHÖNBEIN heeft alcohol en sether onder den
den invloed van den galvanischen stroom en ^^ jj
verdeeld platina gebragt s). Hij
electrolyse®\'^ ,
voorbeeld een mengsel van één volumen water ei
fneV®^
volumina alcohol, welk mengsel hij door
1). Hoogstwaarschijnlijk bestond het roode
cbaam uit aldehydhars, die ik mede bij de electi^®^^ ^of\'^
melkzure potasch heb zien ontstaan. De aldehydh®
ook
zonder electrolyse gevormd bij het oplossen
in sterken alcohol.
2). coNNELi,, Pogg. Ann. 36 , p. 488.
3). Zie BECQTJEREL, Elem. d\'Electro-Chim., P-
4). CONNELL, Pogg. Ann. 36, p. 492.
5). scHÖNBEiN, Pogg. Ann. 47 , p. 575, 1839-
-ocr page 123-heeft deze proef ook genomen met een
e\'én volumen salpeterzuur van 1,35 spec.
\'ati volumen alcohol. Aan twee electroden
^oo^^^ \'^\'^^Pons werd hoegenaamd geen gas ontwikkeld.
\'^^tliQ^ kathode van platinaspons door eene
, ^^^^ platinadraad vervangen werd, ontbond
, Matste
\'Wiii hoeveelheid waterstof. Zoo
^Jk bij
zuurstof vrijkwam, verspreidde
^etig ^ ^^^^ ^^^ acetal.
gen electrode van ijzerdraad scheidde uit
VaJ\'^^"" electrolyten (en zelfs ook uit die meng-
^J^lpeterzuur, alcohol en water, welke aan eene
platinadraad geen gas afzonderden) eene
*®elheiti zuurstof af. schönbein zegt, dat
r
(ieii ■ .
■\'^Hod ^^^ ^^ elementen gas ontwikkeld; maar als de
iiit
versch uitgegloeid platinaspons bestond, werd
" ^lïcjlSfj
ftaji ^^ \' y de vermelde experimenten van schönbein,
H
deze zuurstof ongeveer de helft van het vo
d ""
het gasvormige kation innam. Op dien gron» o ^^^
hij, dat het wegblijven der zuurstof-afscheiding\' ^^^
gebruik eener positieve electrode van platina,
de oxyderende eigenschappen der electrolytisch
on"
verkil\'\'\'
dat dit wegblijven voornamelijk moet worden
kelde zuurstof alleen kan worden toegeschreven\'^^^^^
file"\'
uit de werking, w-elke het plathia op zuurstof
hol uitoefent. ^
Ook eene anode van gouddraad zonderde ê
doch minder dan eene anode van ijzerdraad- ^^^^
Aan het einde zijner verhandeling wekt scS^i\'®
scheikundigen op, om ook nog andere organiscne &
te
aan den invloed van den galvanischen stroom ^^^
werpen. //Verhältnissmässig wenige Versuche, \' ^^
hij daar—sind, meines Wissens, bis jetzt gen^^ st
den, um die strömende Electricität auch m
der organischen Chemie herüberzuziehen. ^^ ^ijf
• I das®
nicht die Wahrscheinlichkeit vorhanden ^^ef
diesem Gebiete das Volta\'sche Agens die Bede*^ ^^^^^
•luüie^
niet
lange, welche dasselbe in einem so ausgezeichnet® ^
isch
für die unorganische Chemie hat, so hin \'
überzeugt, dass wir dermalen noch weit davon
sind, der Anwendung der Säule im organs
-ocr page 125-Ï^eïeich diejenige Ausdehnung gegeben zu haben,
fähig ist."
J^i\'eii, nadat schönbein dezen wenk gegeven
eenige electrolytisehe onderzoekingen van
bekend: onderzoekingen, die, gelijk men weet,
\'Oï dg
^^\'S^idsche scheikunde van groot nut geweest zijn.
elp KOLBE in het jaar 1849 ingestelde
ïi
len
Hoi,
Vt
der azijnzure en valeriaanznre potasch, zijn
^^^ ^^^^ ^^^^ vrijheid
Ik "
\'Ven
Hl
hier eene korte beschrijving van kolbk\'s
volgen.
^ctrolyse van azijnzure potasch
\'i de
Qy; ^ ®lectrolyse eener verzadigde oplossing van
JQ^Ure
^ \' volgende ligcharaen afge-
\' ^^^^\'^^stof, koolzuur, een reukeloos brandbaar
\' en
H^^n naar sether riekend gas, dat door
^Ohj ^®-Velzuur volkomen geabsorbeerd kon worden.
\'^«eïd
\'on,
en
bestond,
b.
Volumina van het mengsel der gasvormige
en, nadat dit mengsel van koolzuur be-
Awn. der Chem. u. Pharm. 69, p. 279.
-ocr page 126-vrijd was, bij eene van kolbe\'s proeven uit-
63,8 vol. waterstof,
32,6 vol. methyl i),
2,1 vol. methyloxyde,
0,8 vol. riekend gas
0,7 vol. zuurstof,
Bi] eene andere proef bevatte het mengS\'
ionen, op
66 vol. waterstof,
28 vol. methyl.
ïen einde de beide ionen afzonderlijk op te ^^ "
ging KOLBE aldus te werk: . ,,
. nroii"
Hij plaatste op het open uiteinde van een ^^^
poreusen aarden pot, eene korte glazen buis
als de pot zelf, en hij vereenigde beiden
1de
met een band van caoutchouc. Dit zamenge®^®
................-......................hoef\'\'®\' J
1). Bij de aanwezigheid zelfs van de geringste ß ^gfi
chloorkalium in de oplossing van azijnzure potaS
iii!\'
chloormethyl gevormd. ..
2). De hoeveelheid van dit riekende gas (waarscbij» ^J^^^^^ier
zuur methyloxyde) was te gering, om het door koude^ ^^^^ [ß-
seren. Overigens laat zich de opslorping van het jjiipp®\'\'
Standdeel door zwavelzuur zeer goed uit de bekende eige®° (jut
van het azijnzuur methyloxyde verklaren. Het ^ ,
tot absorbtie van het riekend bestanddeel gediend
geel geworden; het werd bij verwarming bruin, onder
keling van azijnzure en zwaveligzure dampen.
iel
sei
^et eene verzadigde oplossing van azijnzure pot-
en met eene kurk, die, door twee openin-
^^ positieve electrode van platinahlik i) en eene
^^estel doorliet, gesloten. Het geheele
^erd geplaatst in een open glas, waarin zich dezelfde
^fo^e ^^^ azijnzure potasch en de negatieve elec-
\\t De beide electroden werden
I polen eener batterij van vier Bunsensche elemen-
^^^^onden
ïlet
asclij^ anion werd eerst door een met pot-
(k, kogelapparaat van koolzuur bevrijd , en
^^liii, ^^^ dergelijk apparaat met sterk zwavel-
Sei,
over-
\'even
leid
^ol
^^^^ a
het riekend bestanddeel ontdaan. De
gassen waren methyl 2) en eene kleine hoe-
öiethyloxyde.
4. -)
stelt de electrolyse van de azijnzure potasch
Volgende vergelijking voor:
J).
\'^^^^tieyg\'^ auode van een oplosbaar metaal, zoo wordt aan
& \'^^\'jiiziiv ^^^^ azijnzure zout van dat metaal gevo—
^ bj-\'\'\'^ potasch wordt, volgens hiïtorp (Pogg. Ann.
a . de electrolyse in Ka en C^HgOj O gescheiden. Het
^^ volgens hem, het water, zoodat aan de
4 • ^^ KaO vrijkomen.
, vnjKomen.
heeft in het jaar 1849 het methyl, door
^\'\'etn u ^^^^ op joodmethyl, in vrijheid gesteld (Ann.
■ ïliarm. 71, p. 313).
Is
KaO, C4H3O3 HO = C2H3 2CO2
Als men in deze vergelijking de volumina uit\'^\'\'^
verkrijgt zij den volgenden vorm;
C2H3 .... 3
fol.
fol
H
I2CO2
;KaO
jou®"
p
va"
3
KaO, CiHjOs HO =
Volgens dit sckema zou het mengsel ^^^
gelijke volumina waterstof en methyl bevatten-
toch is uit de door kolbb gevonden za
menstelM
het mengsel der gasvormige ionen gebleken, ^^^
flie-
het
waterstof ongeveer het dubbele volumen van
thylgas inneemt, zonder dat aan de positieve p
met deze overmaat van waterstof sequivalente hoeV®®
zuurstof wordt afgezonderd, kolbe besluit
dat er aan de anode, behalve C2H3 SCOj,
t
stof wordt afgescheiden, welke zich dan ^^
-Vi
0
■riig®
gedeelte van het aan diezelfde pool
men methyl tot koolzuur en water verbindt\')-
---1--- ■
1). Indien een gedeelte van het methyl zich met de ^ ^^^f
positieve pool afgezonderde zuurstof verbindt, mo®^ jia»\'
koolzuur gevormd worden, dan de bovenstaande forni ^
geeft. En werkelijk heeft kolbe aangetoond, dat et «Kj^ji,
volumen methyl zich meer dan 2V3 volumina
De bedoelde formule nu verlangt op één volumen \'
volumina köolzuur.
Yol-
\'^ooft.
.(jj, \'le^e zuurstof afkomstig is vau iiet wa-
•ïooj altoos volgens hem, te gelijk met hét zout
\'»leti ^^ ®troom wordt ontleed; verder meent hij, dat
stroom te verzwakken, deze wateront-
_ J ^oii kunnen beletten,
^at li
net ontstaan der bedoelde zuurstof betreft, is
Positieven
van een ander gevoelen i). Hij meent
^at de zuurstof, die aan de positieve pool het
^^■^\'leert, het anion van de goed geleidende
dejj ^ potasch is, welk alcali men al zeer spoedig in
poreusen pot aantreft 2).
TïlïTr
^^^Toaj^
^""iieii ^^ ^\'\'^gma\'s vau dieriijlc vlies, papier of poreus aardewerk
\'^iflejj JJ deelen , waarin de electrolyt door den stroom ge-
volkomen van elkander afgezonderd houden.
Ann- 104, p. 553) heeft zich van zulk een
\'^^"^liend, bij de electrolyse eener oplossing vau
bezigde eene anode van platina en vond 30
ï vrijgekomen zwavelzuur in de afdeeling der
Hieruit maakt hij op, dat alleen van de
Seclegll^^^®®^ equivalent naar de anode gaat, en dat slechts
\\ ajio^ equivalente hoeveelheid zwavelzuur zich
Ses erjfg Hij ziet in zijne proef eene wederlegging
""^Witsi ^de volgens welke het zout in Cu en SO,
Hlw ^-\'ordt.
> echter de proef van magnus op de vol-
„„ Het SOg, dat nevens O aan de positieve pool
de
In den poreusen tussehenwand \'komen alzoo
tl,
verbindt zich terstond met HO tot\'
ÖSO
-ocr page 130-b. Electrolyse van valeriaanzure pöta®
Bij de electrolyse van valeriaanzure potasch
KOLBE zich van het volgende toestel i):
Hij nam een cylindervormig glas (12 duime" ^^
en 21/2 duim wijd) en vulde het tot op Ve
hoogte met eene koude verzadigde en chlooi
oplossing van valeriaanzure potasch. Hij sloot
va»
vrije
dit
»
met eene kurk, die, door drie operiingen, ^eu^ ^ ^^^
glazen buis van V2 duim diameter, een koper^^^
een platinadraad doorliet. Het einde der ko^\'^®
dat buiten het glas uitstak, werd van eene kui
■ lucbtd\'^\'
zien, waarin eene glazen gasgeleidingsbuis
cy
paste. In het vat was de koperdraad met een • ^
-luit®
drisch gebogen en tegen den glaswand aaö"^
(le
op\'
de oplossingen van CnSO^ en HSO4 der anode-cel,
lossing van CuSO^ der kathode-cel met elkander i"
H en Cu bewegen zich nu beiden naar de kathode eu p\'
den zich met het SO4 van het CuSO^. Aldus ^"erklaart^^^^^cfl
het aanwezig zijn van het vrije zwavelzuur in de ^^^ ^^ g^iji\'\'
Volgens hem wordt op dezelfde wijze bij de electrolyse
zure potasch het alcali naar de anode gevoerd.
1). KOLBE, Ann. der Chem. u. Pharm. 69, p- ■- ^^^
2). De aanwezigheid van chloorkalium in de electr"
daarin nog onbekende chloor houdende ontledingsproducten 0
iiooê
operbhk verbonden, terwijl de platinadraad met
binder wijden cylinder vau platinablik vereenigd
r» ,
N ^e twee metalen cylinders werden in het vocht
k ^^\'^del van eenen dunnen glazen ring voor onder-
^^ Aanraking beveiligd. De beide draden, waarvan
die door de kurk gingen, in dunne
gesmolten waren, werden met de polen
^^^^erjj van 4 a 6 Bunsensche elementen inver-
eii ^ ^ S^bragt: de koperdraad met de negatieve pool,
, ® ï\'^atinadraad
met de positieve i).
Mlfi ^^ electroden had eene levendige gasont-
« piaats. Op de oppervlakte van de eleetrolyt
Ven ^^^\'^ödig gele olieachtige droppels zigtbaar. Na
P V
1/ eenige uren was de zoutoplossing met eene
fliiiij^ ]
\'^^"Jelfi- olieachtige ligchaam
% afgescheiden vloeistof werd van tijd tot
dg , door middel van eene pipet, die in de door
^\'^iaau,,, ".....° ...........
^ K i potasch heeft de electrolyse geheel anders
eene koude oplossing.
\'^öisloten buis gebragt werd. Om ook nog
het vlugtige gedeelte op te vangen, dat
de ontwikkelde gassen uit de glazen gas-
ontsnapte, werden deze gassen gevoerd
outledingstoestel werd in een vat met ijskoud
van
sepla^ . cou vat iiici, IJSÜUUU
^^^ slechts wehiig verwarmde oplossing
" «Ja,,
-ocr page 132-door eene wijde U-vormige buis, die door ee»
makend mengsel van — 16® omgeven was. ^^
Aan de negatieve pool kwam, blijkens opzette^J^
nomen proeven, zuivere waterstof vrij. De a^-^
eii
sitieve pool ontwikkelde gassen waren koolzuur ^^^^
tylen; zij bevatteden geen spoor van zuurstof en ^^
zich zonder gevaar van explosie aansteken.
de positieve pool Averd de reeds vermelde oli^^ ^^
vloeistof afgescheiden. Deze laatste was een
van butyl en valeriaanzuur butyloxyde; ^
van chloorcalcium. gedroogd, had zij een kookp^^^
van 100° tot 160° steeg. .
De ligte, aan de positieve pool afgezonderde
werd geruimen tijd met eene alcoholische kalil"*^®
dat
kookt, terwijl het apparaat zóó was ingerigt\'
1 te
vlugtig geworden dampen, na gecondenseera ^^^^
weder in het kokende vocht terugvloeiden. ^^^
bewerking werd het valeriaanzuur butyloxyde iw ^^^^
riaanzure potasch en butylalcohol veranderd. ^^
koelde vocht, met eene groote hoeveelheid water
deld, werd na eenigen tijd door eene heldere la^^
t
etherische olie bedekt. Deze olie, herhaaldelijk ^^^
geschud, en door chloorcalcium gedroogd en
had een constant kookpunt van 108°; J^ij "i®®\'
-ocr page 133-^^derd over, en brandde, aangestoken zijnde,
^^^^^ ^ieldere vlam. Haar specifiek gewigt bij
^ ^ ^ 0,694; dat van haren damp 4,053. De ver-
^^ ^^^g met koperoxyde gaf voor deze setherische olie
^^eiistelliiig Cgl-lg. KOLBE noemde dit ligchaam
alyj "
^ ■ Tegenwoordig heet het bntyl,
kaliloog, w^aarmede de electrolytisch
1\'ota gekookt was, bevatte valeriaanzure
en hoogstw^aarschijnlijk ook bntyloxydehydraat.
gas, dat aan de positieve pool ontwik-
procentische zamenstelling van het
^^^^^terstofgas, doch daarvan het dubbele speci-
liaai, koolwaterstof (butylen) was blijk-
^öc^ij^^ ^^^^^ valeriaanzuur butyloxyde, een
tlef "^ydatieproduct van het butyl. De electrolyse
potasch kan alzoo voorgesteld wor-
de volgende vergelijkingen \'):
18^
Cr \'•■ene elcctiolyse van
♦ lalg \' bfootendeels overgegaan in een mengsel van
^^^ fl 1 L t 1
uubbel-koolzure potasch, welk laatste zout
\'\'it.>„ \'"et
meestal kristallijn werd
«et ^^leriaa,
even gemakkelijk als
^^-Icool;, "^^^leden , daar de bij de electrolyse gevormde
^ soda door hare afscheiding den stroom aan-
I. KaO, CioHgOs U0 = CsHo 200^ ^^^
II. OsHa O = CaHs (bütyien) HO.
III. CaHa C10H9O3 O = Cs H9O, Cio HoOs\'
it
-I-
Behalve de azijnzure en valeriaanzure potasc 5 ^^^
iiog twee andere vetzure alcaliën aan den invlö®^
den galvanischen stroom onderworpen. ^^
potasch met eene batterij van zes Bunsensche ^^^
ten ontleed 1).
Bij de electrolyse der capronzure potas
ch »e®\' ,
de ontwikkelde gassen hoofdzakelijk uit
Avaterstof. Bovendien werd eene olieachtige
afgezonderd, die bij eene temperatuur van ^
pi ®
160° kookte. Deze vloeistof, in eene retort m ^^^
alcoholische potaschoplossing gekookt en gedesti
lïfjt
liet in de retort capronzure potasch achter.
stillaat, met eene overmaat van water behandeld?
een geurig riekend vocht af, dat bij eene tem?®
merkelijk verzwakte, en de ontleding na eenigen ^ij"
(tC
pbav"»\'
heel deed ophouden.
1). BRAZIEK en GOSsLfiUi, Auu. der Chem. ii\'
p. 249, 1850.
BRAZIER en GossLETH hebben in bet jaar
waterige oplossingen van capronzure en oenaut
tot 160O den dampvorm aannam. Het de-
"at bij 1550 was overgegaan, had de zamen-
het amyl (CioHa) O-
liisj,.^^ ^^^\'^^^olyse van oenanthylzure potasch kwamen
waterstof en eene naar «ther rie-
Van 1 Het kookpunt dezer laatste steeg
l3o=
iïi eene alcoholische potaschoplossing , bleef
iaat oenanthylzure potasch achter. Het destil-
dif ^^^^^^ vermengd scheidde een olieachtig vocht
J eene temperatuur van 170\' tot 310° kookte.
Voejjj ,
^üa ^^ \' de temperatuur van 202° overgehaald,
liet , constant kookpunt en de zamenstellinü- van
■«\'ell^e beneden de temperatuur van 202°
Hte \' verdigt tot eene olie , die aromatisch
^waakte, bij 175= kookteen CnH,.> tot
had.
\'\'li 1 ^ et •
^ïi "g \'wekend, dat omstreeks denzeifden tijd, waarin
ioo/^^Aïfö ^^\'"\'^^eth de capronznre potasch electrolyseerden,
"et amvl ----- .1... ■
„V, ^.^..jjwi.ziuiu cieuL.ruiysecraen ,
l (ïK verkreeg, door de inwerking van zink op
lieeft Chem. n. Pharm. 74, p.
bij de electrolyse van capronzure
I05 ^^^^ afgezonderd (würtz, Ann. d. Chem u
> p. 51).
^tell;
ing
VL; , ^ Bij de destillatie der afgescheiden
Ook enkele zouten van andere organische
onder den invloed van den galvanischen stroom g
Ik zal daarvan eenige voorbeelden vermelden.
1. Electrolyse van beuzoëzure pot»®
Eene geconcentreerde oplossing van
benzoëzure
ascb, aan de werking van den stroom eenei ^^^^^
van 20 Bunsensche elementen onderworpen, ont^^^\'
volgens Kor.BE , aan de positieve pool zuurstof»
de negatieve pool waterstof, zonder dat het ben^® ^^^^^
in nadere bestanddeelen verviel. Evenwel weid?
voortgezette electrolyse, de electrolyt een wein^is
iif
gekleurd
ie electro!)\'^\'\'
1 heö^
waterige oplossingen van eenige neutrale "
zouten bezig gehouden 2). Bij de electrolyse
kalk
if
cii
zoëzure potasch, en bij die van benzoëzuren
hij, dat de aan de twee polen afgescheiden
elkander sequivalent waren en volkomen gel\'jk ^
Avelke gedurende denzelfden tijd in een op tl®" " ^jpt
den stroom geplaatsten voltameter waren afgewon
Ook MAïïEücci heeft zich met de -
,1). KOLBE , LeJu-b. d. Org. Chem. II, p.
2). M.4TTEÜCCI, Ann. de Chim. et de Phys.
electroljse van benzoëzuur zinkoxjde bleek het
kathode neêrgeslagen zink met de aan de anode
zuurstof sequivalent te zijn.
^olyse van zuringzure, mierenzure
en wijnsteenzure potasch.
de
eet
^^t^eedde door eenen krachtigen galva-
^ stroom eenige zonten van organische zuren, en
J\'Osit; die organische zuren door de aan de
Sd ^ vrijkomende zuurstof langzaam geoxvdeerd
1) 7
Ä00 werd bij de electrolyse van eene op-
S Van
zunngzure potasch, en bij die van eene
\'^^g Van
mierenzure potasch, aan de positieve pooi
afgezonderd. Neutrale wijnsteenzure potasch
de anode een mengsel van koolzuur en
M
Il,
^^^\'olyse van barnsteenzure en melk-
zure potasch.
V
^^^^gde oplossing van barnsteenzure potasch
KOLBE, aan de positieve pool eene
Uber die Fortschritte der Chemie etc. 1853, p, 407.
oxydatie, ten gevolge waarvan
het barnsteenzu
koolzuur en methyl oxyde verviel i).
■KOLBE heeft ook melkzure potasch geëlectr®. ^^
en daarbij opgemerkt, dat het melkzuur ^^^ ^^^^
positieve pool, even als bij vele andere oxydatiep^^®
aldehyd en koolzuur gaf
4. Electrolyse van Dstherozwavelzure;
ll O ^
oxyd-zwavelzure en amyloxyd-p-
phorzure potasch.
eercl
■elkö
De setherozwavelzure potasch (KaOO-jHs^\' ^^^^^^
werd, volgens Guthrie 3) en hittokf 4), door den
in Ka en (O4H5O, SO3 -i- SO3 O) g®\'
Aan de negatieve pool kwamen alleen waterstof
tende potasch vrij, terwijl aan eene anode
tina zwavelzuur, zuurstof en oxydatieproduct®
het sethyloxyde (aldehyd en koolzuur) werdei^ ^^^^^
zonderd. Was de anode van geamalgame - ^
dan werd zij met eene laag van een vas
(waarschijnlijk zinkoxydehydraat) bedekt,
1). kolbe, Lehrb. der Org. Chem. II, p. 403-
2). KEKULÈ, Lehrb. der Org. Chem. I, p- 748-
3). gutheie, Ann. d. Chem. u. Pharm. 99 > P\'
4). HiTTOEi?, Pogg. Ann. 106, p. 531.
-ocr page 139-\'g van den stroom aanmerkelijk verminderde »).
heeft ook de amyloxyd-zwavelznre potasch
invloed van den stroom onderworpen, en hij
bij opgemerkt, dat aan de kathode geene an-
\'^lïien dan waterstof en bijtende potasch vry-
\'\'\'^^\'"st f\' ^^^ ^^^^ ^^ anode van platina zwavelzuur,
■^^lef ^^^ oxydatieproducten van het amyloxvde
^^^^\'\'özuur) werden in vrijheid gesteld i).
Phos^j^^^^® mede waargenomen, dat amyloxyd-
^Hii], potasch aan de positieve pool phosphor-
\'^^lïstof en valeriaanzuur deed afscheiden.
■^\'^"olyse van chloorkoo 1-onderzwa-
ve Izure potasch.
. de chloorkool-onderzwavelzure potasch
gav^\'^^^ ^^^^ van zink: „Am -(- Pol
"^^^\'^äui-eAldehyd, noch
Voi ^\'^^\'^ßc\'^en. Es überzog sich alsbald mit einem
\'\'Pt^ \'^therschwefelsaurem Zinkoxyd, welches die Lei-
dT*^^ allmählich hinderte." "hitïokï doet echter
Ki" «\'therozwavelzuur zinkoxyde in water op-
■to^ "^^^^^\'avelx s.hoQ, dat het aan de anode gevormde
S\'^j ^"^ko^yde, door de aan de kathode vrijge-
i)^ \'"^üocle^ potasch, ontleed is geworden, en dat daardoor
^^"koxydehyd
raat is neergeslagen.
® ■ Ann. der Uhem. u. Pharm. 99, p. 66.
^eti
leeft
\'V,
(KaO, C2CI3S2O5) geëlectrolyseerd »)■
werd aan de negatieve pool geen waterstof ont^i ^ ^^^^
terwijl aan de positieve pool zoutzuur eü ^^^^^^
vriikwamen. Evenwel, nadat de electrolyse eenig®
geduurd had, scheidde de negatieve pool wel
af, en werden er aan die pool octaëders van ovefC
zure potasch zigthaar.
De oxydatie aan de positieve pool, kan ^oo^
vergelijking worden voorgesteld :
De volgende proeven hebben betrekking ^P
trolyse van de zouten der alcaloïden.
PET.T,ETiER en couBKBE leidden eenen ^
stroom door eene oplossnig van opium. ^^ pgsjß
zich talrijke witte vlokken aan de negatieve p\'\'
jjiOfP
vlokken bleken bij nader onderzoek zniver^
te zijn. Aan de positieve pool werd mecoon^
scheiden 2).
------------236. IS^\'\'
1). kolbe, A-Iin. der Chem. u. Pharm. 64,
2). becquerel deze proef van pelletier ^^ ^jj^gi \'
schrijvende , zegt (Elém. d\'Electro-Chimie , p- 441)= ^^^^^^
tend donc à prouver que ia morphine existe toute^^ ^^
l\'opium, puisque pour l\'obtenir on n\' a
employe 0
alcali." Jk geloof echter niet, dat de electrolyse\'
-ocr page 141-. _ Wavelzure zouten van strychnine, morphine,
ii^e 1-1
^ \' orucine en narcotine werden door matteuoci
"lin of meer zure oplossingen
jj twee electroden van platina geëlectrolyseerd i).
ende zich van é ä 8 elementen en verkreeg
de negatieve pool het alcaloïde met waterstof
^^svoj\'^ positieve pool het zuur met zuurstof. Het
\'\'iiiir. ^^^ minder ruimte in dan de
stïQ,^^ \' gelijktijdig in een op den weg van den
ïi^)! 1 ®®P^aatsten voltameter afgescheiden werd. Het
dg ,
geyj^jj pool ontbonden gas was in de meeste
î),
^^Ipi ^\'^^^ere zuurstof. Bij de electroly se van
1 evenwel vond mattetjcci , in 7,4
van het gasvormige anion, 6,9 eu-
^^ \'\'^^timeters stikstof.
\'^e negatieve pool neêr-
di^ alcaloïde was altijd te klein, om met de aan
ontwikkelde waterstof ^equivalent te kunnen
Ijse vermoedt derhalve, dat bij de electro-
üotjl, ^^aterige oplossing van een alcaloïdezout het
liet
\'se
•»let , \'^ïid.
^^vater te gelijk ontleed worden, en dat de
ontleding, ons bekend kan maken
, zooals die in zamengestelde scheikundige
"Tif -----"-""lijv., vuuriiumeii.
^eci, Ann. de Chim. et de Phys. 74, p. 106, 1840.
1) a^i \' zamengestelde
^Att,, ^ ® \'zelfstandige groepen voorkomen.
^errnpt « , . _ .
som van de ontledingsproducten dier twee ^^^^
Eequivalent is met de zuurstof en met de
welke in een op den weg van den stroom
Ook BEAiJDE heeft de electrolyse van de
ik
alcaloïden nagegaan i). Hij maakte daarbij gebfi^\'
de bekende methode, waardoor seebeck en .
met von ponïin het ammoniumamalgama ka^d ^^^
kregen 2). Het mögt hem echter niet geb^^^
amalgamata van de hypothetische radicalen: morp
chininium enz. te zien ontstaan.
Dezelfde methode werd door hofman k bij
trolyse van het tetrfethylammoniumoxyde gefo^ê ^^^^^^^
ook hij nam daarbij], zooals hij zich uitdrnk^\'
eene vermeerderde waterontleding waar
de
Aangaande de reducerende werking van
negatieve pool afgezonderde waterstof bij de e
van organische ligchamen, is nog slechts weineg ^^
Nitrobenzol en nitronaphtaline, in alcoko^^^\'^^^y
lossing door schlagdenhauffen aan den
van den galvanischen stroom onderworpen
1). BKAKPE, Pogg. Ann. 22 , p. 308. 1831.
2). O V-er deze methode is in § 8 gesproken. ^^^
3). HOFHANN, Ann. der Chem. u. Pharm. 78, P\' gj^
4). SCHLAGDENHATJTFEN, Joum. de pharm, et de ohi"
.tel\'
den stroom gep^""
voltameter ontwikkeld worden.
de
^ negatieve pool aniline en naplitylamine i):
\'\'^sNo, (nitrobenzol)-f-He = CnHrN (aniline) 4H0.
^ ^4(mtronapht.) Hc=G2oH9N(naphtyla.) 4HO.
^eii Kolbe was er aan geene der beide electro-
gasontwikkeling te bespeuren, toen trichloor-
potasch, in water opgelost en tusschen twee
van zink geplaatst, den stroom van twee
elementen geleidde. Aan de kathode, na-
\' Verbond de waterstof zich voor de eene helft
chloor van het trichloorazijnzuur tot zoutzuur,
^flere helft der waterstof trad in het zuur en
^ao
Nd,
zink der \'electrode tot zinkoxyde, welk
een wit poeder in de oplossing bleef zweven 2).
het de volgende wijze te werk: Hij
eejjp onderzoeken ligchaam in eene der poreuse potten
\'«eerdere
elementen bestaande gesloten Bunsensche
al de overige poreuse potten met salpeterzuur
\'^\'^Satip^ In het te onderzoeken ligchaam dompelde de
bekend, dat nitrobenzol en nitronaphtaline, met
jj^ behandeld, op dezelfde wijze gereduceerd worden,
Lehrb. der Org. Chem. I, p. 654.
Vo-
gewoon azijnzuur:
•^iClgOs 6 H — KaO, C4H3O3 3 H Cl.
^\'^nrstof, aan de positieve pool vrijgekomen,
het
e ^^^
Ontledingscel, waarvan ik mij bij de electroly
organische ligchamen meestal bediende-
Voordat ik de proeven, door mij op organis
chamen genomen, mededeel, meen ik eene ^^
schrijving te moeten geven van het werktuig» _
meestal door mij gebezigd. Het apparaat is van
zamengestelden aard. „
ot (
De electrolj^t werd in een poreusen aarden P
3,5 Ned. duim diameter en 7,6 Ned. duim
fcJi"
gedaan, en deze pot werd met eene stop van ca® ^^^^
gesloten, die eenen platinadraad en eene g^^^^ ^^^^
geleidingsbuis doorliet. Het geheele toestel ^v6l
geplaatst in een glas, dat dezelfde electroi}-
(Jri®
en toegemaakt werd met eene kurk, die, door ^^^^
ningen, den poreusen pot, eenen tweeden pl^^\' \' ^^^
en eene tweede gasgeleidingsbuis doorliet-
genoemde, buiten de ontledingscel uitstekend® P^
draden waren binnen in de ontledingscel el^ ^^
van platinablik vereenigd; daarbuiten werden
met de polen der galvanische batterij.
■ ® eleetrolyt
werd dus door een poreusen wand
af?. gescheiden. De beide ionen konden derhalve
Mer];-!,
yj^ onderzocht worden.
"ot
dai .j ^^^i\'koming van misverstand zij hier gezegd,
oiitledingscel, dat de positieve
ujia
■^aat
\'mi
lOll
bevatte, de positieve cel zal noemen, en
deel de negatieve cel
^yn onderzoek doorgaans meer het gasvormige
v^), gasvormige kation betrof, en de sluiting
^en
% i\'^ï^eusen pot altijd volkomen was, maar die
iti^^ glas somtijds gebrekkig, zoo heb ik
gevallen de positieve pool met het plati-
llet aarden pot verbonden.
van zelf, dat, zoo alleen het anion
^öcht
Ce) iTioest worden, de afsluiting der negatieve
v^ij^^ ^vas. Wilde ik alleen het kation op~
d
^^^ poreuse pot als negatieve cel
^Oq ^^^ buitenste cel ongesloten blijven,
"\'^iijg ^ een of ander verschijnsel om eene der
por
elpf.
"^^^oden wenschte waar te nemen, bragt ik de
^eii buitenste glas, daar het platinablik
pot natuurlijk niet gezien kon worden.
-ocr page 146-De aarden potten, waarvan ik mij bediend liau, ^^^
steeds zorgvuldig met water uitgespoeld, eenig® ^ ^^^^^
onder die vloeistof bewaard, en daarna goed ui tg®» ^^^^
om ze zonder bezwaar bij eene volgende
weder te kiumen gebruiken.
eve"
De electrisclie endosmose was in de
ontledingscel zeer duidelijk.
Het voclit, door die endosmose van de p^si
naar de negatieve gevoerd, was soms zoo ovei" ^^^^^
dat de gasgeleidingsbuis der laatst genoemde cel
de electrolyt dan van bet gasvormige kation
Deze electrische endosmose was niet slechts
bij het verzamelen van het aan de negatieve y
wikkelde gas (welk gas nogtans door een ■
bolapparaat van de meegevoerde vloeistof |,et
worden); maar zij maakte ook het volumen
in een bepaalden tijd opgevangen anion klein®
hetwelk in dienzelfden tijd aan de positieve po» ^^
scheiden. Evenzoo werd de hoeveelheid van j^n
de
bepaalden tijd uit de ontledingscel gestroom ^^^^
grooter dan de hoeveelheid, in denzelfden t\'j^
kathode afgezonderd. V\'\'
Wanneer de juiste verhouding der voln
-ocr page 147-de
ioneil bepaald moest worden , werd eerst,
jiaar de bestanddeelen van het gasvormige
l\'® Zoeken, de hierboven beschreven ontledingscel
Daarna werd in eene andere cel, die niet
lOOf
(le I poreusen wand in tweeën gescheiden was,
^ ^ctrolyt; tusschen dezelfde electroden en door den-
\'0)1
\'let
len
stroom ontleed, en werd de zamenstelliiig van
^^^ die cel ontwijkende mengsel der gasvormige
onderzocht. Na aftrek der\' bestanddeelen van
van die van het mengsel der ionen, werden
Yg^j van het gasvormige kation en de
l, der volumina van de gasvormige ionen
, ® bestanddeelen der gasvormige ionen reeds
waren, of niet onderzocht behoefden te worden,
met een voltameter (denzelfden, waardoor ge-
de zamenstelling van het water electrolytisch
^^ngewezen) de verhouding van de volumina der
\'^ge ionen bepalen.
Sei)
d,
ELECTROLYSE VAN ORGANISCHE \'L
Electrolyse van mierenzuur.
Electrolyse van mierenzuur tuS
twee electroden van platinabH^\'
Ik vulde de iu de vorige paragraaph ^^
ontledingscel met mierenzuur, dat eene klein®
lieid water bevatte, en ik leidde den stroom 6\'
terij van zes Bunsensche dementen door de elects\'
lenei\'
roiyt-
, , stro""\'
Aanvankeliik had er na het sluiten van «en
aan de negatieve electrode, in de buitenste ce ^^
lioe^
geeiie werking hoegenaamd plaats. Eerst na
conden begonnen de beide polen gas te ont^^\'
Deze gasafzondering was het levendigst aan
van het platinablik.
de
Vil"
te
Het gasvorxnige kation, dat de dubbele
-ocr page 149-^^svormigg anion innam, was brandbaar; het anion
en onderhield ook de verbranding
I\'^alkwater, waardoor ik het anion voerde, werd
ïlet
^an de jwsitieve pool vrijgekomen gas, door
\'ÏOJi]^ 11
vau koolzuur bevrijd, bleek de verbranding
•liet.
^at
\'"^«rhouden.
Ten
^^^ ^ euade de zamenstelling van het gasvormige anion
te bepalen, bragt ik eene grootere hoe-
leid
iQ^ Van dit gas in eene lange verdeelde buis
Eerst werd het koolzuur door bijtende potasch
en daarna de zuurstof door pyrogalluszure
1) verminderden, na absorbtie van
GO,, tot
Volumina, die, na het w-egnemen van de O,
^olüinina overlieten van een onbrandbaar gas.
^\'\'ikst .residu was hoogstwaarschijnlijk
"•Ut \' ^^^^^\'^stig uit de dampkringslucht, die misschien
lelgj^ of te gelijk met de absorbtie-mid-
iJi
\'it
was.
df buis gekomen
1 zijn, zoowel liier als bij mijne volgende
\' 760ni.m, barometerdrukking en 0° temperatuur
-ocr page 150-Hefc anioii bestond dus uit
21S volumina COj, en
114 volumina O,
hoeveelheden, die ongeveer tot elkander staan
■ l
ir.
De electrische endosmose was bij deze
electrö
i van
in
acii
zeer merkbaar. Toen ik met eene batterij
meer
Bunsensche elementen werkte, viel zij nog
het oog, en werd het vocht uit de negati®^\'®
door de gasgeleidingsbuis naar buiten gedreve»\'
b. Electrolyse vau mie ren zuur tti
twee electroden van platinadr^
o-eeri
Ik deed sterk mierenzuur iu eene wijde
en sloot deze buis met eene kurk, die behal^"
electroden van platinadraad ook nog eene
geleidingsbuis doorliet.
Aan de beide electroden, met eene battenj
Bunsensche elementen verbonden, had eene
gasontwikkeling plaats.
Het uit de gasgeleidingsbuis ontsuapp^ii"\'\'
der ionen was reukeloos, het maakte
kalkwater ,
en, aangestoken zijnde, ontbrandde het nie
tAvC\'-\'
rfii-\'
de
val\'
jjiß®\'
^erd gedroogde gasmengsel, in eene
Ha ^^^ boven kwik opgevangen, verminderden,
^^sorbtie van het koolzuur, tot 9,6 volumina;
9
\' volumina lieten, na opslorping van de zuur-
volumina waterstof over.
liet
, gasmengsel bestond dus uit de volgende hoeveel-
^Cleii;
4.4 volumina koolzuur ,
1,1 zuurstof, en
8.5 // waterstof.
^ lioeveelheden staan ongeveer tot elkander als
Het
, anion was dus zamengesteld uit 4 vol. 00^ en
kf \' \' tation uit 8 volumina H, zoodat het
-Oil
Veel minder dan het dubbele volumen van het
bit 1
Vfit ^^^ste zou ons het secundair verschijnsel doen
elg^^ gedeelte van de aan de negatieve
ïtó ^^ oïitwikkelde waterstof de electrolyt had ge-
^^eerd.
j, ophouden deii electrolyse heb ik echter in de
^olyt
^^ geen secundair product gevonden,
de ^^ medegedeelde proeven is gebleken, dat, bij
^•"olyse van mierenzuur door den stroom eener
batterij van zes Bunsensche elementen, geheel
ablik ^iJ"
Je"
ligchamen aan de twee electroden van platinat
vrijgekomen, dan aan de twee polen van plath\'\'^\'
Men heeft, zooals bekend is, ook bij andere el®"
lysen, die met secundaire verschijnsels gepaa^« » ^^
resultaten als het hier vermelde verkregen. ^^ ^ ^^
heid der secundaire producten hangt steeds vai\'
vorm en de grootte der electroden af;
M\'oorden: zij wijzigt zich naar de intensiteit
stroom op de plaats der ontleding.
^^Hter
He
%se van azijnzuur en eenige andere vetzuren.
in de algemeene formule C„H„04 der vet-
de n grooter waarde verkrijgt, geleiden deze
den galvanischen stroom.
str
\'^oni eener batterij van zes Bunsensche ele-
\'^\'^^leedde het sterke mierenzuur vrij gemak-
h\' ^^^ sterke azijnzuur veel moeijelijker.
^ electrolyse van azijnzuur uit de ontledings-
-K beschreven, en die nu met eene batterij
te Ij, elementen verbonden was, eenig gas
®n opvangen, was het noodig, ijsazijn met
f \' het specifiek gewigt der
jj 1,026 bedroeg i).
Hig^ gasvormige kation was brandbaar; het gasvor-
kjjj. ^iet. Dit laatste onderhield echter de ver-
^^ let eene oplossing van bijtende potasch
\'ïte
■et
te
\'^g gebragt, nam het in 16 uren niet in
\' ko v^ ^^ electrolyseren oplossingen van Inelit te bc-
0 ik ze steeds vóór de electrolvse uit.
Het anion bevatte noch koolzuur, noch ^^^
gassen, en, hoe vreemd het schijne,het bleek \'
het enkel zuurstof was.
Valeriaanzuur werd door den stroom eenei
van zes Bunsensche elementen bijna niet ontle®*^
Ten einde bij de electrolyse van bet vale^^®\'
aan de heide polen eenige zelfs onbeduidende gason" ^^^^
electroden van platinadraad zeer digt bij elkaar t ,
De hoeveelheid van het afgezonderde ga®
Palmitinezuur en stearinezuur in
een onderzoek te gering.
Ofschoon het boterzuur den stroom iets beter g ^
mögt het mij echter evenmin gelukken,
■ Ideio®
stelling van de gassen te bepalen, die m ^
veelheden aan de beide polen waren vrijgekf"^®
ten
ling te doen plaats hebben, was ik genoodzaakt?
vaii
stand isoleerden den stroom eener batteri]
Bunsensche elementen volkomen. Een tnss
pooldraden geplaatste voltameter vertoonde o
minste gasontwikkeling.
§ 18.
Electrolyse van benzoëzuur.
bönzoëzuur, in een open vat bij eene tempera-
i, 1210
gesmolten, geleidde den stroom eener
^^ïi] V
Het
\'Ur
van acht Bunsensche elementen niet.
Vat <ïe snelle verdamping van het in een open
^^^ïUolten benzoëzuur te beletten, eo de proef dus
t.
^ kunnen doen, maakte ik gebruik van de
L P Van het benzoëzuur, om, onder water, reeds
•let
de temperatuur van 100 graden, te smelten.
glazen buis van één duim diameter werd aan
•^eiie
Viij^ \'-Uiteinde van eene kurk, die twee electroden
^ ^^^draad doorliet, voorzien; zij werd daarna
en water gevuld, en eindelijk aan het
iiiteiude door eene kurk, waarin eene blazen
^^\'^^iigsbuis paste, gesloten.
% met het uiteinde, dat het eerst ge-
geworden, naar beneden gekeerd, werd in haar
fiel
in
waterbad van 100° geplaatst. De electroden
-ocr page 156-werden met eene batterij van zes Bunsensche e
verbonden.
Het gesmolten benzoëzuur bezonk in het
electroden kwamen alleen in aanraking met het
liggend benzoëzuur, niet met het water.
Aan geene der beide polen baspeurde ik een\'» ^^
ontwikkeling. Evenmin vertoonde de
voltamétei\'\'
ontledi"^^\'
den weg van den stroom geplaatst, eenige
Nu het gebleken was, dat gesmolten ben^o^^^^\'^
stroom van zes Bunsensche elemeiiten. niet g®^®
beproefde ik de electrolyse van de in kond
zadigde oplossing van benzoëzuur.
De electrolyt werd in eene wijde reageerbuis _
en deze buis werd gesloten met eene km\'^\' ^^^^
drie openingen waren, twee vosr de
electrode»
platinadraad , en ééne voor eene glazen
buis. De electroden werden met de polen eenei
van zes Bunsensche elementen vereenigd,
ite"
Aan beide electroden had gasontwikkeli"8\'
doch aan geene van beidin werd eenig vast ^^^^^^
o-e
Moo =
de
afgescheiden. Bij deze electrolyse schijnt -
beiizoëzuur-anhydrid gevormd te zijn; immers»
er benzoëzuur-anhydrid ontstaan was, zon di^ ^^^^
schijnlijk als een onoplosbaar ligchaam aan
af
, ^gezonderd i). _ Volgens het thans vrii
^UHij aangenomen gevoelen, wordt in het ver-
H ^^avelznnr het SO3HO door den stroom in
Vej^ ® gescheiden, en komt er, door de groote
van het SO3 tot water, geen anhydrisch
eVftv,- ^^^^ zwavelzunrhydraat vrij. Op die wijze
, \' ^oti het wegblijven van het anhydrid bij de
van het benzoëzuur niet verklaard kunnen
men
\'let benzoëzuur-anhydrid toch heeft, zooals
Itjin groote verwantschap tot het water, en
door langdurig koken daarmede verbonden
«tlll
en later zien, dat, ook by de electrolyse
Uf! organische zuren en bij die hunner zouten
\'^^driden
Ik
der zuren niet vrijkomen.
^^^■\'^leding plaats. De gasontwikkeling was
po\'®" voldoende,
om de vereenigde
Qp vangen. Het mengsel der
^iet
^^^ onen gaf, aangestoken zijnde, een knal, en
Volumen af, nadat het twee dagen lang,
% ^ stelliger spreken , indien ik volkomen zeker
, \'^\'^oplosbaarheid
van het benzocznur-anhydrid in eene
\'\'enzoëzuurhvdraat.
in eene verdeelde buis boven kwik, met bijtende
in aanraking was geweest. Het gasvorm\'ge
vatte dus geen koolzuur.
Toen ik eene verzadigde waterige oplossing
eener
zoëzuur in een voltameter door den stroom
verd
terij van zes Bunsensche elementen ontleedde, ^^^
1 (fH^ \'
aan de negatieve pool juist tweemaal zoo vee o ^^^^
aan de positieve pool ontwikkeld. Ik nam ii^ ^^ .
trolyt geen secundair verschijnsel waar, maai ^^^^
platinadraad- ""
ik, dat de negatieve electrode van pl
loop van eenige uren, donker zwart werd. ^^
kleur verdween langzamerhand, toen de uit b®
1 ggjl X
genomen en goed afgespoelde platinadraad ^^^ ^^
uren lang aan lucht en licht werd blootgeste^^\' ^^^^^^
electrolyse van het Avijnsteenzuur zal ik
zwarten aanslag terugkomen.
be"\'
ba\'\'
van
Electrolyse van kaneelzuur.
^Hiij ^^ verzadigde waterige oplossing van kaneel-
S^leiclde ^ejj g^^oom zeer slecht.
Ik hj.
^Ppaj ® oplossing in een gewoon waterontledings-
\' ^^ verbond de twee electroden van platina-
«lejj^ ^^ batterij van vijf Bunsensche
^ • Na verloop van eenige uren hadden zich
rj
^tj^^^ 1,6 C.C. gas verzameld, en boven de
itiis^ gasvormige kation nam alzoo
ik.
■I^Oejj zooveel ruimte in als het gasvormige anion.
. eleotrolvse, in de kaneelzuur-
\' gasvormige anion was opge-
"k overmaat van bijtende potasch bragt, zag
^«t ^ van het gasvormige anion verminderen.
Ovg,
\'^Ikoïv, pyrogalluszure potasch
^^^Oo . S^^bsorbeerd. Het gasvormige anion bestond
Hit
mengsel van koolzuur en zuurstof.
\' positieve pool iverden gedurende de electro-
lyse kleine en sierlijk vertakte witte kristallen af»®®"
den, welke gemakkelijk in konden
alcohol oplo^«\'
en aan die vloeistof eene zwak zure reactie »
Met loodsuperoxyde en verdund salpeterzuur beh^^
verspreidden deze kristallen den kennelijken r®"
bitter-amandelolie. Het vaste anion was dus
.. gee
waarschijnlijk kaneelzuur (C18H8O4), en steU\'S
kaneelzuur-anhydrid (CisHyOs), zooals men ö^is®
zou. hebhen verwacht. Doch hierover later. ,
O\' \'
Bij de electrolyse van kaneelzure soda (J^ie P^®\'
zag ik het aldehyd van het benzoëzuur ^ »
1
hoeveelheid gevormd worden; doch bij de ele"\'
ik
van het kaneelzuur in vrijen toestand nam
afscheiding niet waar. Ik mag hier echter
zwijgen, dat ik slechts eene zeer geringe hoev®
kaneelzuur ter mijner beschikking had.
Electrolyse van melkzuur.
Ij. i^centreerd melkzuur is een zeer slechte geleider,
cti dit zuur met een gelijk volamen water,
^ "lit mengsel in eenen voltameter, die met de
eener batterij van zes Bunsensche elementen
^et
anion vulde 6,5 volumina; het gas-
42,5 volumina. Het kation nam
zevenmaal de ruimte van het anion in.
b
ditzelfde verdunde melkzuur in eene
^JectjJ\'^^®®®^^^«, die met eene kurk, welke de twee
.. ^^ ^^^ platinadraad en eene glazen gasgeleidings-
str,
\'H
\'ent
\'en
""^^■^iet, gesloten werd.
mijner batterij van zes Bunsensche ele-
^^ negatieve pool eene levendige gas-
^v^j^ plaats hebben. Aan de positieve pool
weinig gas afgezonderd.
-ocr page 162-Het mengsel der electrolytisch afgescheiden r
maakte kalkwater een weinig troebel, en gaf»
ken zijnde, een knal.
„..sell
^estf\'
810 volumina van het gedroogde gas, boveW
of
dei\'1\'
opgevangen, verminderden, na absorbtie van het ko"
iia
tot 790 volumina. Deze 790 volumina liete"^
braJiö
slorping der zuurstof, 705 volumina van een
gas over, hoogstwaarschijnlijk waterstof.
De gezamentlijke gasvormige ionen
bestonden
(lil\'
uit:
20 volumina COo,
85 volumina O, en
705 volumina H.
Deze getallen komen met de boven inedeg\'^
goed overeen.
Het gasvormige anion van het melkzuur\'
zamengesteld uit:
1 volumen GOj en
4 volumina O.
Het gelijktijdig vrijgekomen gasvormige kation
uit 35 volumina waterstof.
be^
de
dal\'
Hieruit kan men afleiden, dat er aan
pool nog iets anders moet zijn vrijgekomen
zuur en zuurstof.
Electrolyse van zurinezuur.
Verzadigde oplossing van znringzuur in water
het § 15 beschreven toestel aan de wei\'king
^^^ batterij van zes Bunsensclie
onderworpen.
na het sluiten van den stroom begon
k^vj]^ ^ levendige gasontwikkeling. BoveiL
v,,^ ^ \'^gevangen, nam
bet kation de dubbele ruimte
1, f^nion iii.
kaf
"on was brandbaar; het anion was onbrand-
k^u onderhield ook de verbranding niet. Door
\'Vfitej. j.
\'latlgj,,^ ®"\'ykende, maakte het anion die vloeistof
j ^ In het aan de positieve pool ont-
ue
oij^^j gas, door natronkalk van koolzuur bevrijd.
»V,
\'H
%
een glimmende zwavelstok terstond
zamenstelling van het gasvormige anion
ger te leeren kennen, werden 315 volumina
boven kwik opgevangen. Deze verminderden,
O
de
euri
\'H
^it
die»
na absorbtie van het CO2, tot 109 volumin»\'
"d
door pyrogalluszure potasch van zuurstof bevri]
volumina van een onbrandbaar gas overlieten. ^^
Dit overgebleven gas meen ik te mogen houdei\'
stikstof uit de atmospherische lucht, welke
t de ^
hetzij uit de ontledingscel, hetzij te gelijk m®^
i|,gid
sorbtiemiddelen, misschien in kleine hoeveei^
de buis gedrongen was.
Het bij de electrolyse van de verzadigde op
van zuringzuur aan de positieve pool vrijgekoi^^®
bestond dus uit:
f
206 volumina CO2 en
101 volumina O,
of, anders uitgedrukt, uit 2 vol. CO2 en 1 \' ^^^
De werking aan de positieve pool schijnt ^^
eene oxydatie van een gedeelte van het zuring^
bepalen. Na de electrolyse althans heb ik
ie P"
,nd lig\'\'
tieve cel vruchteloos naar eenig nieuw gevori
gezocht.
-ocr page 165-Electrolyse van wijnsteenzuur.
■Ue
^\'itledingscel, § 15 besclireven, werd met eene
fie^j oplossing van wijnsteenzuur gevuld, en met
4
Olit
Hoi,
ts^svormige anion deed een glimmenden zwavel-
ontbranden; het maakte kalkwater niet troe-
\' eii b
\'\'\'et j ^^^^^ \' bijtende potasch, daarna
P^rchloruur in aanraking gebragt, verminderde
^iet
■et
^^ volumen.
S^svornaige anion was derhalve zuivere zuurstof,
iil^ \'^vormige kation, dat dubbel zooveel ruimte
au"
innam, bleek bij nader onderzoek wa-
(Id^ ® electroly
se van het wijnsteenzuur werden
^^^ dp
positieve pool één equivalent zuurstof
e\'^ij van zeven Bunsensche elementen verbon-
e beide electroden had eene aanzienlijke gas-
plaats.
(311 aan de negatieve pool één equivalent ^^ ^
]f iii^t
afgescheiden, terwijl het organische zuur ze
nadere bestanddeelen verviel. ,
.. „oicbi.l^\'
Van soortgelijke ontledingen hebben wi], "
electrolyse van azijnzuur en bij die van benzot
voorbeelden gehad.
ide
iiie
De proef, door mij met wijnsteenzuur gei\'^"^
welligt niet van belang ontbloot, daar zij een ^^^^^
sel deed kennen, ook later bij de electrolyse ^^^^^^^^
dere ligchamen eenige malen door mij \'^vaaig
en dat ik nergens elders vermeld heb ge^o"
Ik laat de beschrijving daarvan hier volgen- ^^^^^^^
Het platinablik der negatieve electrode
rende dc electrolyse over de geheele oppers ju
komen zwart aangeslagen. Aanvankelijk nieeo
den zwarten aanslag, die op mechanische wijz®
zeer moeijelijk kon Avorden Vi\'eggeiiomen, n®
het een of ander zout te zien , misschien toev^
vo\'-
, f ik
ontledingscel geraakt. Spoedig evenwel gai ^ ^^^..jdt\'
moeden op, toen ik namelijk bemerkte, dat d
zwarte aanslag noch in zwavelzuur, noch
noch in salpeterzuur kon worden opge\'O^^.
L), ae negatieve electrode met deze reagentia
^f^oeld ^^^ zorgvuldig met water afge-
iVM " gebleven platinablik op de
. liggen.
J-ot
\'^i.ine bevreemding zag ik, dat de zwarte kleur,
«ai
plaatsen aan het zonnelicht blootgesteld , laug-
"lerli
verbleekte en binnen den tijd van twee
Selieel verdween.
l^rpukels echter van liet platinablik, en ddar
^^^^ blik toevallig- bedekt was geweest, kortom
iiiet verlichte plaatsen was de zwarte kleur
:en nog niet merkbaar
\'en
Vo,, \' zelfs na twee
^Oeii 1
liejj^ eze zwart gebleveii gedeelten later aan het
Hia ^^^^^^ blootgesteld, ontkleurden zij binnen den
\'\'Xp . ™ volkomen; het platinablik kreeg
^lün^ geheele oppervlakte zijnen vorigen
terujy
I\'et
op de omstandigheden let, waaronder de
\'bilslag ontstaan was, op zijne verhouding tegen-
itio ■• opmerkelijk verdwijnen, valt
\' ligchaam voor iets anders dan voor
Hs^ houden. En toch zou ik hier niet
durven spreken , want bij de vele electrolysen,
-ocr page 168-waaraan ik het wijnsteenzuur onderwierp, heb ik^ ^^^
gatieve electrode slechts ëéns zwart zien
11 f\'®
bij die enkele gelegenheid was de hoeveelheid ^^
zwarten aanslag te gering, om een behoorlijk ^^
naar zijne zamenstelling in te stellen.
del
Later wel is waar, zooals ik vroeger reeds t®
gaf, heb ik bij de electrolyse van het zwavel^i^^\'
bij die van het benzoëzuur, den zwarten aan^
kathode van platina teruggevonden, doch de ü ^^^
draden, bij die proeven als negatieve electroden o® ^^^^
voor
rerei"
leve
hadden eene te kleine oppervlakte, orn eene
onderzoek voldoende hoeveelheid aanslag op te
\'^^trolyse van organische zouten.
§ 23.
Electrolyse van mierenzure soda.
Als
^Eit men stellen, dat het gasvormige anion ,
bij 1
dijj e electrolyse van de scheikundige verbin-
anorganische basis met een organisch
ug -\'^"iit, geheel verschilt van het anion, dat bij
^^^ ^^^ voorkomende orga-
vrij aangewend, wordt afgescheiden.
\'lev,
Vol
^yse
ïiet
by de electrolyse van azijnzuur aan de
pool vrijgekomen (§ 17), was niet hetzelfde
^\'etwelk zich, volgens kolbe (§ 14), bij de
" bn . ^^et potaschzout van datzelfde zuur aan
^itip
Oqj^ pool ontwikkelde.
volgende onderzoekingen bevestigen den
\'-egel.
bi
de electrolyse de valeriaanzure potasch
-ocr page 170-(KaOjCioHgOa) aan de positieve pool CgHi) ^ ^^^
afscheidt, en de azynzure potasch (KaO,CiH303)\'
en C2O4, en daar nog eenige andere vetzure alca^^
overeenkomstige wijze door den stroom ontleed ^
zou men ligt kunnen vermoeden, dat ook de \'\'
zure potasch (KaO.C-iHOs) aan de positieve poo
loge bestanddeelen H en G2O4 zal afzonderen-
f het
op
i-ae"\'
«li
Uit de volgende proef blijkt echter, dat i-
van mierenzure soda geene waterstof bevat.
de §
oii\'
Bunsensche
elementen
eener
Eene waterige bijna verzadigde oplossing ^ ^^^
sp. gew.) van mierenzure soda werd in
schreven ontledingscel aan den invloed van
den
iltii"
van zes
worpen.
De zoutoplossing geleidde den stroom
en ontwikkelde aan beide polen veel gas.
Het gasvormige anion was onbrandbaar; ook
hield het de verbranding niet, en maakte het k»
onmiddellijk troebel. d
■ (tslUC^
Nadat het gasvormige anion de dampkring
jjad j
in de ontledingscel aanwezig was, verdreven
liet boven kwik in eene verdeelde buis opp
teï
tli^
et»
te
\'\'^fpt.
^ «iaarin met een stuk bijtende potasch in aanra-
^ijn gebragt, werd het geheel door deze basis
Vsl
1-ïet
gasvormige anion bevatte derhalve geen spoor
ko en evenmin van zuurstof; het was zuiver
^Uür.
positieve, zoowel als in de negatieve ontle-
de
«li,
Ptaj • \' gedurende de electrolyse een roodbruin
P^taat afgescheiden, dat echter niet overvloedig
^ om afzonderlijk te worden onderzocht. In
^^Velzuur werd dit roodbruine ligchaam kleurloos
ost.
-ocr page 172-on eei^^^®
Electrolyse van valeriaanzure potasch en van
andere vetzure zouten.
nn
De electrolyse eener verzadigde oplossing V»
I a fCö\'\'
aanzure potasch heb ik zien plaats hebben, s^ooai
ze beschreven heeft (Zie § 14). ^ ^^^
Voor zoover ik weet, heeft kolbe niet meden
1 posi^"\'
in welke verhouding de gassen, die aan de ^ ^^^^
pool ontwikkeld werden, in het gasvormige ani\'\'
■■ de^\'® ^
wezig waren. De volgende proef heeft my
houding doen kennen.
412 volumina van het gasvormige anion,
met een stuk bijtende potasch in aanrakmg »
waren na verloop van twee dagen tot ^^
n 1 val\'
verminderd. Deze 194 volumina, door
rogallusznre potasch van zuurstof bevriid , li®^^ ,
g (bii^-
volumina over van een sterk riekend brandbaar g - -
len). De procentische zamenstelling van hetg^®^
anion wordt dus voorgesteld door de volgende »
52,91 volumina koolzuur,
37,37 // butylen,
9,71 // zuurstof i).
af»
^^^^JO ° gesmolten palmitinezure soda
l^Hi) \' «looï "ien stroom eener batterij van vijf
®leïïienten werd aan twee electroden van
klej,\' ^^^^ ontwikkeld. Ik heb niet kunnen be-
^ gassen hierbij werden afgezonderd, daar
Sestj^^^J^^®^*^®^^ gasbellen op de oppervlakte van het
Zout een overvloedig schuim deden ontstaan,
eenen
^ O.],
gasgeleidingsbuis,
die het gas naar den
moeren, spoedig verstopte,
^as ^ ^^ minuten na het begin der electrolyse
Wij, \' eleetrolyt
rondom de positieve electrode rood-
\' negatieve electrode met
^ aanslag bedekt.
^^®§atieve electrode, na de electrolyse in water
veroorzaakte eene vrij levendige gasontwik-
zegt van de aan de positieve pool ontwikkelde
all^ riechenden Gase enthalten,
^^\'^°®Pliärische Luft aus dem Apparat verdrängt
^\'^Plosi Sauerstoff und lassen sich daher ohne Gefahr
anzünden» (Ann. der Chem, ii. Pharm. 69, p. 260).
-ocr page 174-keling en maakte het water alcalisch. Een
van het aan den platinadraad vrijgekomen natri\'^\'^^
zich dus met het platina verbonden.
ele"\'
Ook een platinadraad, die als kathode bij d®
trolyse van gesmolten soda-zeep gebruikt was,
in water gebragt hetzelfde verschijnsel
Ik herinner hier, wat ik pag. 101 en
vertoo\'^\'
te»
reeds vermeldde, dat nameliik ook bii de electi"
van gesmolten zwavelzure soda, en bij die van 0 ^^^^
ten chloorzure potasch, het platina zich aan de ^^^^^^
pooi met het daar afgescheiden alcalimetaal verhi\'
Gesmolten reuzel en gesmolten talk isoleei^®^
eleiiie\'^
stroom eener batterij van 10 Bunsensche
volkomen.
Electrolyse van benzoëzure potasch.
^lc
^^ ^^Ide de ontledingscel, § 15 beschreven, met
asclj alcalische oplossing van benzoëzure pot-
^ verkregen door officineel benzoë-
Vati pj Potaschoplossing te koken, üe twee electroden
ïiclit jj ^^^^^^^^ werden met de polen eener batterij van
. \'^^sensche elementen verbonden,
d
^ ^^^^^ eene levendige gasontwikke-
""geiioinen. Aan de anode evenwel kwamen de eerste
eenige seconden later dan aan de kathode vrij,
anion maakte kalkwater niet
^^iie \' ^^^ chloorcalcium gedroogd en in
^^^^ opgevangen. Door
^ W« Potasch en daarna koperchloruur in deze buis
Pyï \' in volumen, maar
potasch werd het volkomen geabsor-
IqcIj gasvormige anion bevatte dus noch koolzuur,
^et ^et was zuivere zuurstof.
^ negatieve electrode ontwikkelde gas nam
-ocr page 176-, li fit ^^
ongeveer tweemaal zooveel ruimte in ais ^^^
vormige anion. Het gasvormige anion nameüjl\'
Dit
1,21 volumina; het gasvormige kation 2,5.
was brandbaar en dus hoogstwaarschijnlijk 3
Toen de electrolyse ongeveer drie uren ge"
vond ik bij het openen van den poreusen \'
plat\'
mi] als positieve cel gebruikt, de anode van
blik met eene witte, hier en daar eenigzins ge®!^ ^^^
poreuse, reukelooze , niet kristallijne massa bede*\' ■ ^ ^^
aanzetsel vulde de positieve cel bijna geheel, doch ^ ^^^^^
durende de electrolyse den stroom niet merkbaar ve ^^
1 ya\'i
Dit vaste anion hield in zijn poriën ve ^^^^^
vloeibare electrolyt besloten; immers, toen ^^^^^^^
temperatuur van 75° gesmolten werd, schei ^^^^^^^
zich in twee lagen, waarvan de onderste nit g
benzoëzuur en de bovenste uit eene oplossing
zoëzure potasch bestond.
Het vochtige, amorphe en reukelooze
warmte of in een exsiccator gedroogd, ^^erd
n h®
lijn en verkreeg den eigenaardigen reuk va
cineele benzoëzuur. ,.•0\'\'\'\'
ra\'* ^
Dit gedroogde anion smolt bij 121" en ^
benzoëzuur (C14H6O4).
Daar uit de voorgaande proef gebleken
-ocr page 177-Van de aan de positieve pool afgezonderde
iets minder bedroeg dan de helft van het vo-
Van het gasvormige kation, heb ik de benzoë-
potasch andermaal, doch nu onder eenigzins ge-
^ ëde omstandigheden, geèlectrolyseerd. Ik had
ilet
Vol;
Glitten
•stof
® bepaaldelijk op het oog, om, zoo mogelijk,
^^euiidaii-e product, dat blijkens het te kort aan
de positieve pool gevormd moest zijn, te
ïstof
\'iiid,
^at
Het kwam mij namelijk niet onmogelijk voor,
gedeelte van het benzoëzuur aan die pool tot
^inr kon geöxydeerd zijn :
CuHbO^ O2 = CnHeOï C2O4.
Ik
\'^gtte mijn onderzoek thans op de volgende wijze in:
Vg beschreven ontledingscel werd met eene
^ neutrale oplossing van benzoëzure potasch
Vh \' ^^ "l® electroden werden met de polen eener
\'terij
\'i\\h vy^ Bunsensche elementen verbonden. De
•^•"stof
«iii
et
ti
zich aan de positieve pool ontwikkelde,
bi\'audbare gas (waterstof), dat aan de nega-
evp
pool
Van " \'^i\'ijkM^am, werden beiden boven kwik opge-
\'let ^et gasvormige kation vulde 77,0 volumina;
^^^ige anion 37,1. Het volumen van de zuurstof
§ 1
Va», , ook nu weder iets minder dan de helft
^at
Van het gasvormige kation.
-ocr page 178-J re"\'\'\'\'
De positieve electrode van platinablik werd g®""
•• nil ■
de electrolyse met een vyitten aanslag van benzo^z ^^^
dekt. Deze aanslag was niet poreus, gelijk die? ^^^^
bij de electrolyse van eene alcalische oplossing " ^^
gebruik van acht elementen ontstaan was, zooals ^^ ^^
voorgaande proef heb medegedeeld; maar
nu eene digte zamenhangende korst, die ö» ^^^^
tijd den doorgang van den stroom belette en de ele"^\'^
deed ophouden. Om de ontleding te doen voortdurei, ^^^^
ik van tijd tot tijd den aanslag van de anode lo®"
A bi\'^
Nadat de electrolyse 48 uren geduurd had? ^^^^^^
den stroom af en onderzocht den inhoud der P"
. ^ Je 11"»
en der negatieve ontledingscek Het vocht
tieve cel was sterk alcalisch; dat in de p^si
had eene uiterst zwak zure reactie; het beV^ ^^^
jiaii^\'
koolzuur, het stremde verdund eiwit niet, en
toevoeging van zwavelzuur ijzeroxyde, g\' .Je
■UgVOC\' "
lette kleur aan. Ook werd een met zoutzuur v j^jj
spaander van pijnboomenhout niet blaau^v,
met het vocht der positieve cel verwarmd wei\'d\'
positieve pool was derhalve geen phenylzuur vrijg
Het eenige secundaire verschijnsel, bij de^^e el
door mij waargenomen, was eene geelbruine
der eleetrolyt aan de positieve electrode.
liii
«O,
, beide beschreven proeven bleek het vaste anion
(Ci^HeOi) te zijn. De electrolyse der ben-
potasch kan alzoo voorgesteld worden door de
X^ende
Vej,
Vel,
^e vergelijking:
>3 3 HO = C^HeOi KaO H O.
Zou hier misschien eene geheel andere ontleding
^"^^t hebben. Immers, als het waar is, dat de zwa-
^Ure
potasch door den strtiom in Ka en SO3 O
Wordt, en dat de azijnzure potasch, zooals
beweert 1), in Ka en C4H3O3 O wordt
<ian ligt het voor de hand, dat ook de benzoë-
P^tasch (Ka0,Ci4H503) in Ka en CuHsOs O^
is ■ ■
ge-
H.
^lat
kalium en in anhydrisch benzoëzuur - -
Verdeeld zal worden. De reden, waarom wij
®^ectrolyse van zwavelzure potasch geen anhydrisch
^nur zien vrijkomen, ligt natuurlijk in de groote
avel;
eiie-
^tol ^an het anhydrid tot het water der elec-
w
y weten echter, dat het benzoëzüur-anhydrid
^ groote affiniteit tot het water bezit, en het is
Zeker, dat, zoo de benzoëzure potasch door den
^OOlïi
Ka en C14H5O3 O gescheiden werd, het
Ni benzoëzuur, als zoodanig, aan de positieve
moeten worden afgezonderd.
, Pogg. Anu. 98, p. 30.
-ocr page 180-Electrolyse van kaneelzure soda.
prd ^
Eene kokende oplossing vau koolzure soda ^^e ^^^^^
kaneelzuur geneutraliseerd en daarna uitgedampt-
de aldus bereide kaneelzure soda werd eene
flediiis\'\'
digde waterige oplossing in een gewoon wateroi^^
\'if ^
apparaat door den stroom eener batterij van vy
plaats. Aanvankelijk geleidde de oplossing "
sensche elementen ontleed. Aan de twee P^^®^\'
beiden van platinadraad waren, had gasont^^i ^^
ingzee-
jrkelijk\'
doch de geleiding verminderde
aanmerkelijk\' ^^
weinige oogenblikken na het hegin der
electroly®®\'
■st
kor
1(31\'
be-
positieve electrode zich met eene witte vaste
dekte.
Het gasvormige kation nam het dubbele ^ ,
bran
van het gasvormige anion in. Het eerste was i d«
,vf
het tweede was onbrandbaar, doch het on
verbranding.
ide
Het witte vaste ligchaam, dat aan de ^^^^
-ocr page 181-Sesche\'ri
\' loodsuperoxyde en verdund
olie behandeld, den reuk van bitter-amandel-
: t
kouden alcohol loste liet gemakkelijk op
^ aan die vloeistof eene zure reactie mede. Het
^^lon was alzoo kaneelzuur en geenszins kaneel-
toch is in kouden
byna volkomen onoplosbaar en kan in geen
^^ur reageren.
al
ï)
Poo]
^^ ik wenschte te weten, of er aan de positieve
-.ej het kaneelzuur en de zuurstof, ook nog
Veï» Schamen werden afgezonderd, bra gt ik de
dj. ® ® oplossing van kaneelzure soda in de ontle-
ssepi » _
\'^^^seiische elementen.
at li
. gasvormige anion de in de positieve cel
IvalL ^^^^ \'dampkringslucht verdreven had , werd het door
lijic geJeid. Het maakte dit water onmiddel-
een bewijs, dat het koolzuur bevatte,
verdeelde buis boven kwik met een stuk
\'1de
" n
potasch in aanraking gebragt, verminderden
tot ^\'^\'^^ina van het gedroogde gasvormige anion
PW ^^^\'^\'^ina. Deze 55 volumina werden door phos-
VqJJ
^^^\'Itl geabsorbeerd. Het gasvormige anion be-
^ Ve uit^gelijke volumina zuurstof en koolzuur.
-ocr page 182-dei\'
Bij liet openen der positieve cel nam ik dadeÜj ^^^^
sterken en eigenaardigen reuk van het aldehyd
benzoëzuur waar, en vond ik de positieve electro ^^^
platinablik met een schitterend witten aanslag ^^ ^^^
neelzuur bedekt. ])e vloeibare, zwak zure in^^^ ^^^
positieve cel was een weinig bruin gekleurd ^ ^^^
sterk naar bitter-amandelolie. Ook het ^
vocht in de negatieve cel verspreidde, ofschoo^ ^^^^
denzelfden reuk, zeker ten gevolge van de electn^
dosmose, die bij deze electrolyse vrij krachtig ^^^^
Uit het medegedeelde meen ik te moge» ^
dat eene waterige oplossing van kaneelzure s
CjgHyOs aq.) door den stroom in
CisHA\' \' itó
en H gescheiden wordt, en dat daarna eei » ^^^^
van het kaneelzuur tot bitter-amandelolie wordt»
deerd. Bij dit secundaire verschijnsel kan »
van het gasvormige anion niet veranderen.
De electrolyse der kaneelzure soda laat
voorstellen door de volgende vergelijking: q
jj
NaO, CisH^Oa a HO = CisHsO.! KaO 4- .
■ 1, t kaïi®
De oxydatie van een gedeelte van het
door de helft der vrijgekomen zuurstof ^e®
plaats:
Ci8H8 04 08 = C,4H602 4-aH0 ^ \'
-ocr page 183-fils ^^^^ ^^ opmerking volgen, dat, even
^^ «ie electrolyse der benzoëzure potasch geen ben-
maar benzoëzuur werd afgescheiden ,
^^ electrolyse der kaneelzure soda geen
\\ maar kaneelzuur afgezonderd werd.
^^riiiuer hierbij, dat ook bij de electrolys
\' Wat
7se van
\'ydria
\'\'^\'^ige oplossingen der twee genoemde zuren de
niet werden in vrijheid gesteld.
-ocr page 184-Electrolyse van melksure potasch-
Eene sterke oplossing van melkzure potasc^^
in de ontledingscei, § 15 beschreven, aan de
van den stroom eener batterij van zes Bunsen®
menten onderworpen.
De electrolyt geleidde den stroom zeer go®\'
;d.
de
Het gasvormige anion nam op verre na -
van het volumen van het gasvormige kation nie^ ^^^^^^
kation was brandbaar; het anion was onbr^
onderhield de verbranding niet, en maakte
onmiddellijk troebel. ^
90 volumina van het gasvormige anion,
deelde buis boven kwik opgevangen, lieten»
een
sorbtie van het koolzuur, 4 volumina v^i\'
ide
brandbaar gas over, waarin een glimm®\'^
K\'op®\'^
van
velstok met levendigheid ontvlamde. l^op®\'\' ^^^
wees in het gasvormige anion geene sporen
oxyde aan.
zich herinneren, dat ik § 14 heb gezegd,
\'»an ^y ^^ electrolyse van melkzure potasch
^t ^ behalve koolzuur, ook aldehyd
ït
et
gasvormige anion bestond alzoo -uit
86 volumina koolzuur en
4 volumina zuurstof.
Zien vrijkomen. Daar dit laatste ligchaam een
\'\'iel)
oxydatieproduct van het melkzuur is, kan men
voorstellen, dat een gedeelte van het
aan de positieve pool door de afgezonderde
^^ tot aldehyd geoxydeerd wordt.
^^ eveuAvel heb, na afloop der electrolyse, in
\'\'^tieve ontledingscel geen aldehyd gevonden,
"Misschien in verband staat met het volgende
^vaargeiiomen verschijnsel.
■V
Ik
\'ets
Vd electrolyse van de melkzure potasch
% / cellen, doch het meest in de negatieve,
-CJ) ^ ^ ------J ----------iu ixij JlcgclUlCVC,
pracipitaat gevormd. Dit neerslag
vocht in de negatieve cel steenrood. In
van
^\'^sitie
cel was het bruinzwarte ligchaam in geene
® hoeveelheid afgescheiden, om de kleur
\' tlie bijna helder gebleven was, te veran-
öieeste gevallen is het zeer moeijelijk, het
itateii
in
ontstaan te verklaren der bruinzwarte prsecipi
bij de electrolyse van vele organische Hgch^^\'"
kleine hoeveelheid worden uitgescheiden. D^cb
electrolyse van melkzure potasch is het brui ^^^^
neerslag blijkbaar gevormd door de inwerkio» ^^^
het aan de negatieve pool vrijgekomen alcaH ^^^
aldehyd, dat, volgens kolbe , aan de anode ^^^ ^^^
gezonderd. Bekend toch is het, dat het
een alcali in aanraking gebragt, in een hrui^^
achtig ligchaam (aldehydhars) veranderd wordt-
Electrolyse van appelzure potasch.
ïlei
J, oplossing van koolzure potasch werd met appel-
liet , ""^^^^^^aliseerd en daarna goed gekookt, teneinde
°lzünr en de lucht daaruit te verjagen.
V ^ verzadigde oplossing van de aldus
potasch werd in een gewoon water-
5 . ^^§®apparaat door den
stroom eener batterij van
S^ ^ elementen ontleed. Bij deze electrolyse
\'lüti v ^^^ negatieve pool 41/2 maal meer gas
Ven A
^aat positieve pool opgevangen.
^^ koude verzadigde oplossing van
^ Potasch in de § 15 beschreven ontledings-
afmetingen dezer ontledingscel waren
kleiner dan gewoonlijk. De beide electroden
Vijf. platinablik
en met de polen eener batterii
ver-
van
■e^sche elementen verbonden. De poreuse pot
de
^^ anode en was voorzien van eene gasgeleidings-
l^e gj gasvormige anion werd weggevoerd.
\'\'Vyt geleidde zeer goed. Aan de negatieve pool
-ocr page 188-doch
werd eene groote hoeveelheid gas afgescheiden
de positieve pool had geene sterke gasontwikkeling " ^^
Upf
Het gasvormige kation was brandbaar; nei\' ^^
mige anion was onbrandbaar en onderhield ° ^^^
verbranding niet. Door kalkwater geleid,
„pogeer"
het dit onmiddellijk troebel, en, in eene 1« » ^^^
boven kwik met bijtende potasch in aanraking s
werd het nagenoeg volkomen geabsorbeerd.
Ik verzamelde 33,5 volumina van het g®®^
anion in eene lange verdeelde buis boven
liet het gas een paar dagen lang met een ®
• n vel
zijnde , met eene helder lichtgevende vlam, ^je
meer aan
die van zwaar koolwaterstofgas
Na eene electrolyse van 12 uren ^vas
der negatieve cel vloeibaar , kleurloos en helden ^
De vloeistof reageerde sterk alcalisch; ^y ^^j^jgf
organisch bestanddeel verloren en bestond ^
geheel uit koolzure potasch.
■en
de
In de positieve cel had zich om de ano
vloedig wit kristallijn ligchaam afgezet.
-ocr page 189-^^^ positieve cel was licht geel geworden, rea-
sterk zunr en bevatte geen spoor van potasch
lïet aanzetsel der anode was appelzuur, een
\'dat, hoewel in de meeste gevallen in water
^^Jite/^^^ oplosbaar, onder sommige omstandigheden
minder gemakkelijk oplosbaar kris-
% ^^^ geconcentreerde oplossing
wordt.
j, ^\'oeibare licht gele inhoud der positieve cel werd
UQ
gewone temperatuur acht dagen lang in eene
^ gesloten reageerbuis bewaard. Het vocht
\\ 1. gedurende dien tijd aanmerkelijk van kleur,
hcht
i-Ootj^^j^^ ^^^^^ claarna
^^»•ooj ^^ daardoor deze kleursverandering
^^ ^^ werd, is mij niet gebleken.
\'Vodachtig bruine vloeistof reduceerde zilveroi:
0-
^^^ d^övatte noch azijnzuur, noch mierenzuur.
"^\'\'^tikl ^^^^\'^bad bij lOOo werd gedestilleerd, ging
ovg^ \'le hoeveelheid een kleurloos, helder en zuur vocht
^itt^^ \' destillaat reduceerde eene oplossing van
^et ^^^ ïiekte min of meer empyreumatisch.
it ^^ ^stillaat was ver beneden het kookpunt van
overgegaan; dit kookpunt lag
^ok de bij 121° ontwikkelde dampen wer-
ißet.
«eet
den in een ontvanger verzameld en daarin ver »
eene heldere, kleurlooze en zure vloeistof, die
eigenschappen bezat als het destillaat, dat hij ^^^
was opgevangen. De beide destillaten bestonden ^^
grootste gedeelte uit water; zij kookten bij j
Het vlugtige zuur, dat aan de positieve po^ » ^^ g,.
was, kwam in eene te geringe hoeveelheid voOi\'
de zamenstelling van te kunnen bepalen.
■"^^OLYS-E VAN ZOOGENAAMDE KOOL-
HYDEATEN.
Electrolyse van rietsuiker.
\'■^lectv 1
^ Toiyse van eene waterige oplossing
a ïi j, I _ ^
etsuiker tusschen twee electroden
van platinadraad.
j li
Vjgj ^ ^^ voeren van den stroom eener batterij van
Van elementen in eene waterige oplossing
Watjjj^^ \' zag ik aan de beide electroden van
negatieve, eene levendige
^^as ^ plaats hebben. Deze gasontwikkeling
^^^ïgt ^^^ merkbaar in suikerwater van 1,13 spec.
gebruik van den stroom van slechts
elementen.
waarmede de suikeroplossing
^^^ geleidde, deed mij terstond vermoeden.
-ocr page 192-tß
dat men daarbij aan iets anders dan waterontle\'^^^"
denken had. ,
Vóór dat ik de meerdere of mindere geg^ ^
van dit vermoeden trachtte te onderzoeken, ^^ ^^^^
een paar experimenten, die mij in de gelegenhe\' ^^^
den, om het geleidingsvermogen van sniker^\'^^®
dat van zwavelzuur te vergelijken. ^^^
Bij mijn eerste experiment plaatste ik op ^^^^
Tjjjjisen®
van den stroom eener batterij van vier -f
elementen twee gewone waterontledingsappai®"®
de \'\'
zóó waren ingerigt, dat daarin alleen het aan
tieve pool ontwikkelde gas werd opgevangen- ^^ ^
apparaten waren de twee electroden van platii^^ ^^^^^^^
Een van deze twee apparaten werd p
zwavelzuur gevuld , en zou als voltameter diei^ ^^^^^^
het andere werd zwavelzuur van 1,34 spe^-
dat S3o/o SO3HO bevatte, gedaan.
In het apparaat, dat als voltameter dien^®\' ^^^^^
melden zich in 14,5 minuten 64 volumina ^^^^^^gt
Het tweede apparaat werd nu geledigd en
• f o-evnl\'^" 1
zuiver suikerwater van 1,13 spec, gewigt » ^ot
Het suikerwater scheidde aan de nega ^^^
evenveel gas af, als het verdunde zwavelz^\'^
voltameter.
^ Verloop van 44é minuten hadden zich in beide
Htonti
i-ieaingsapparaten 49 volumina waterstof ont-
\'^kelcl.
O
^^ verandering, welke de sterkte der batterij bij
. twee proeven had ondergaan, in rekening te kunnen
^^^ , werd het suikerwater uit het waterontledings-
^at gegoten en weder door zwavelzuur van 1,24
^^bewigt vervangen.
"*^erden in 14,5 minuten 61 volumina water-
Gen voltameter vrij.
getallen bewijzen, dat zwavelzuur van
®pec. gewigt ongeveer 39 malen beter dan suiker-
1,13 spec. gewigt den stroom van vier
^^^«che elementen geleidt.
Wii \' tweede experiment ging ik op dezelfde
Werk.
ï)
\'H
V
de
\'Ooï
^ ïniddel van twee electroden van platinadraad
^ stroom eener batterij van zes Bunsensche
d ^^ zwavelzuur van 1,24 spec, gewigt gevoerd,
(j)^ door middel van eene anode van ijzerdraad
J i, ® kathode van platinadraad in suikerwater van
spec
^ • gewigt geleid. Bij de eerste electrolyse had-
^^Ifde dezelfde dikte en waren zij op den-
^f®taud van eikander verwijderd als bij de tweede.
-ocr page 194-Het zwavelzuur deed in 6 minuten in dea vo
ter 64 vol. waterstof ontwikkelen; het siii
eraf in 71 minuten in den voltameter 20 volun^i\'^\'
Hieruit volgt, dat zwavelzuur van 1,34 spec-ö
ongeveer 38 malen beter dan suikerwater va*\'
spec. gewigt, dat tusschen eene anode van ijzerdi\'®\'
eene kathode van platinadraad geplaatst is, d®^"
van zes Bunsensche elementen geleidt..
Wat het geleidingsvermogen van eene watenê\'® ^^^^
keroplossing betreft, voeg ik hier nog bij, ^^^ {
vermeerderen van het spec, gewigt, te begii\'^^® ^
1, dit vermogen eerst toe- en daarna weder a ^^^^
Suikerwater van 1,38 spec, gewigt ^^^^
stroom eener batterij van vier Bunsensche e.
geer slecht.
bi)
iiiij
Ik kom nu op de verschijnselen, door
^gl\'Ug\'
de electrolyse van suikerwater waargenomen, ,,
•d
In een gewoon waterontledingsapparaat
water van 1,14 spec, gewigt tusschen twee el^ ^^^
van platinadraad door den stroom eener ^^^^
zes Bunsensche elementen ontleed.
iiii\'
negatieve pool werden 36 volumina gas af-
^ ; aan de positieve pool slechts 7 volumina,
\'^^yze, waarop het hierbij gebruikte waterontle-
\'Pparaat was ingerigt, bevorderde den weerstand
"^eg van den stroom aanmerkelijk; de elec-
iiamelijk waren kort en dun en 3,6 Ned. duimen
alkander
verwijderd.
^^ eene andere suikeroplossing van hetzelfde spec.
^^^ in een ander minder weerstand biedend
^^\'^at door denzelfden stroom van zes Bunsensche
^^\'^^^ten ontleed werd, kwamen aan de positieve pool
^^luüiina gas vrij en aan de negatieve pool 54 vo-
Be verhouding van het volumen van het gas-
kation tot dat van het gasvormige anion
^^^ niet, gelijk zoo even, 2®/?= 3,71, maar
Al
ï*\'
de
ï),
\'\'Pa
toen eene suikeroplossing van hetzelfde
4
Vo
\' gewigt (1,14) tusschen twee zeer dunne en zeer
ï^^^tiiiadraden dik en lang) door
s
tfi)^ \'^^^om eener batterij van vier Bunsensche elemen-
PQ^j^^\'^^^^\'^^i\'olyseerd werd, scheidde zich aan de negatieve
dertigmaal meer gas af dan aan de
pool.
tj
\'it
een
en ander volgt, dat de verhouding van de
-ocr page 196-volumina der gassen, die bij de electrolyse vai ^^^^
water aan de negatieve pool en aan de positi®^ ^^
vrijkomen, meer ea meer tot 3 nadert, naar\'^ ^
weerstand vermindert en de stroomsterkte toene^
Eene suikeroplossing van 1,13 spec, ge^^\'i»*
en
gedaan in eene wijde, vertikaal gebonden g^^ ^^
waarvan de onderste opening met eene kiu\'^\' ^^^
twee electroden van platinadraad doorliet, g®®\'-® ^^^
Daarna werd ook de bovenste opening met
voorzien, waarin eene glazen gasgeleidingsb^\'® ^^^^^
digt paste. De electroden werden met de p®^®^
batterij van zes Eunsensche elementen vereenJo
De gasontwikkeling begon aan de nega
eenige seconden vroeger dan aan de positieve- ^^
Zoodra het mengsel der gasvormige ionen
kringslucht uit de ontledingscel verdreven ^^
dit mengsel boven water en daarna boven kwik op8\' j^gt
Het ontplofte, aangestoken zijnde, met een ^^
maakte kalkwater niet troebel en nam, jji
lang boven kwik met een stuk
bijtende P" \'^ ^gt
aanraking te ziin geweest, niet in volunxen
bedoelde mengsel bevatte derhalve geen kool^rr*^
.era
kopercliloruur daarin de aanwezigheid van
\'«xyde
aan.
^^ de ontledingscel ontwikkelde gassen werden
verdeelde buizen boven, kwik verzameld.
® eene buis lieten 68 volumina, na opslorping
^^^ ^ - zuurstof door phosphorus, 52 volumina over.
so^u verminderden 60 volumina, na ab-
f]
% \' ^\'^"^tof door pyrogalluszure potasch, tot
lO
het gasvormige anion innam. Het onder-
gasmengsel was ongeveer twee uren na het be-
eiectrolyse opgevangen en, zooals ik vroeger
^•^lumina.
tl
bgj.^ ^^ verdeelde buizen overgebleven brand-
ivai ^^^ de aan de negatieve pool afgezonderde
\'\'St \' ^^ electrolyse alzoo 3,2 maal de
"liii
Itooi
de
■\'Me
Mt,
\' van koolzuur.
de electrolyse 48 uren geduurd had, bleek het
^at het mengsel der gasvormige ionen, welke
^ ontwikkelden, wel koolzuur hevatte. Het
^^kte in kalkwater eene geringe troebeling.
tiQVp,^ zijnde, werd het in eene verdeelde buis
verzameld.
^otijjj^^ van het koolzuur door bijtende potasch^
^^deii 48,2 volumina tot 45 volumina. Deze
toi
■Qqï
-15 volumina lieten, na de opslorping van de
door phosphorus, 38,2 volumina waterstof over-
Een mengsel der gasvormige ionen, dat,
uit
2 uren na het begin der electroly®\'\'\'
76.2 vol. waterstof en
23,8 vol. zuurstof
bestond, had derhalve,
1 \' S ^\'
48 uren na het begin der electroJ)\'
de volgende zamenstelling:
79.3 vol. waterstof,
14,1 vol. zuurstof en
6,6 vol. koolzuur.
riif
De suikeroplossijig was na eene electrolyse ^^^^^^^
uren nog altijd kleurloos en helder; zij reage^^\'\'^ ^
zuur en had, na hare zoetheid bijna geheel ve
hebben, eenen aangenamen zuren smaak gekreg
Na de electrolyse had zij krachtiger re ^^^
eigenschappen dan vroeger; zij herleidde nu ^^^
kende oplossing van nitras argenti gemakk^\'J
ontleedde het suikerproefvocht reeds bij " " getS\'^
temperatuur. Door eene oplossing
van neutrale» \'
plumbi werd in haar een gering wit neerslag »
dat na eenigen tijd eene gele tint aannam-
duimen der geëlectrolyseerde suikeroj)lossing
■en . ...
teil
li
^^ eene retort, die met eenen ontvanger ver-
^^as, in een waterbad verwarmd,
v^j^ ^^ verloop van 15 minuten werd de oplossing
■e^rfoos, licht geel. Nadat de verwarming, die
Waterbad nooit hooger dan tot lOl» steeg, 40 nren
^ "^lurd, had de oplossing eene donker roode kleur
de ^^ ^^^^ ondoorsehijnend\'geworden,door
j van een zwart poeder i).
ontvanger hadden zich in 40 uren onge-
Vfi].^^ \'l^l^en van een kleurloos en helder vocht
^ ---------------------. „„^^v
■• Dit vocht reageerde zuur; het reduceerde
^iiijj, ^ gewone temperatuur eene alcalische oplos-
leia^ 1 ypermanganas potassae; in de kookhitte her-
H b:
^ " \' ................
Ultras argenti, niet nitras liydrargyrosus.
gevatte noch azijnzuur, noch mierenzuur en
eeiie oplossing van neutralen acetas plumbi
bet
^et laatste betreft, reageerde het overgehaalde
te voorschijn.
^\'"\'Nit ^^ "l® geëlectrolyseerde suikeroplos-
. de destillatie deed.
fcti
OnQpj^^^\'l®!\' was in water, alcohol, fctlier en verdunde
Wh; ° \' Joste in kaliloog dadelijk tot ecnc
vloeistof op.
-ocr page 200-Ik verzwijg hier verschillende door mij aau»
pogingen, om de zamenstelling der geëlectrolys®® ^^^
keroplossing te bepalen, daar mijne pogixig®"^ ^
tot geene voldoende uitkomst hebben geleid. ^ ^^^
Uit het bovenstaande is in elk geval
rlieP
gebleken, dat de suiker door den stroom tii i
pend wordt veranderd.
Bij het bestuderen van de electrolyse der
men, vrees ik, altijd te kampen hebben met ^^^^
lijkheid, om het electrolytisch afgescheiden »nn\'^
noegzame hoeveelheid te verkrijgen.
Het versterken van den stroom toch doet
ming van het zuur niet in
dezelfde rede toene^ ^^^^
Immers, viäj hebben vroeger (pag. 183) g®^^
de verhouding van het volumen van het g " ^^^^gf
kation tot dat van het gasvormige Mc
nflJ®
en meer tot 3 nadert, naarmate de str
stfOO"
grooter wordt. Hieruit volgt, dat bij zwakke ■
.. eJi
de secundaire werking het grootst zal j,,
■ zal
eene bepaalde hoeveelheid suiker meer zum
He
naarmate de stroomsterkte kleiner wordt. ggr
ggiieii
heid zuur echter, die door middel van ^gii
vei\'J^
zwakken stroom in een beperkten tijd kau
worden, is noodwendig gering.
^eb suikeroplossingen van verschillende digtheid
®^rooinen van 2 tot 8 Bunsensche elementen
ontleed, maar bij geene van al die
^^ysen lieij ggj^g aanmerkelijke hoeveelheid zuur
gezien. Ook scheen het mij toe, dat de hoe-
\'^\'•ittï toenam in evenredigheid met den
^\'^«ett^*^^ Waarschijnlijk werd, bij de voort-
Vo). ®^®etrolyse, een gedeelte van het eenmaal ge-
Wji^^ ontleed en geoxydeerd. Voor deze
^Oni "^^^y^^eid pleit, dat aan de positieve pool,
% ■ " vermeld is, aanvankelijk geen koolzuur
Werd, maar na verloop van 48 uren wel
lil.
Vaii
®trolyse van eene waterige oplossing
^^etsuiker tusschen eene kathode
platina en eene anode vau
ijzer, zink of koper.
ï
Oen
\'^^iie ]. ^^^^ "w^aterige oplossing van rietsuiker tusschen
\' ^lode van platinadraad en eene anode van ijzer-
lent
stroom eener batterij van 7 Bunsensche
"\'\'ten
\'iljy. geleidde, had alleen aan de kathode gasont-
plaats.
ïk
4a
\'eid
Aan de anode werd een groen vlokkig ° ^^^^^
afgescheiden, dat daar, waar het met de luch^\'
raking kwam, eene roode kleur aannam.
De anode van ijzerdraad nam inmiddels
iu dikte af, zoo zelfs, dat in den tijd vaU i
O
een ijzerdraad van 3 Ned. duim lengte en \'
duim dikte geheel werd opgelost.
Het roode ligchaam, dat door inwerking d®^ ^^ J^
het groene ontstaan was, bevatte geene organisc t
deelen. Bij nader onderzoek bleek het ijzeroXj
rer
te zijn ï).
Na het rood worden van het groene lig^\'\'^^\' ije
geerde de geëlectrolyseerde suikeroplossing,
verkleuring had plaats gehad, zwak zuur.
Het aan de anode van ijzerdraad gevorm
t
ligchaam tos derhalve een ijzeroxydulezou ?
■fill "
1). Een gedeelte van het ijzeroxydehydraat, dat ^^ggnoi"®^
electrolyse gevormd had, was door de oplossinS
en kon daaruit door filtratie niet meer
Evenwel, toen de rood gekleurde oplossing drie ^^^^^ ^
in een open bekerglas aan zich zelve was o verge
vloeistof kleurloos geworden en al het ijzeroxy jjjoa^^\'
een vlokkig ligchaam bezonken. Dit ligchaam,
de oplossing geschud, gaf daaraan, voor eenig® "
eene helder roode kleur terug.
vrijkwam, bij de oxydatie van het EeO door
^"^^rstof der lucht tot Pe.Oj.
Ook
li
^aii eene anode van koper werd door den stroom
batterij van 4 Bunsensche elementen in suiker-
^^^ 1,15 spec. gewigt geen gas ontwikkeld.
^^ ^^ode scheidde een groenachtig blaauw ligchaam
aan de geëlectrolyseerde suikeroplossing eene
kleur mededeelde, en zich reeds ontleedde, nog
onderzocht kon worden.
ïll
ee^jp -verwater van 1,15 spec. gewigt kwamen aan
Het ^^^^ ^^^ slechts zeer weinige gasbellen vrij.
d^t ^^^ een wit vlokkig ligchaam hedekt,
liet
de
\\ . ^^^%ewasschen en in eenen warmen luchtstroom
5lo
^ Voorzigtig gedroogd te zijn, uit zink-
\' ^"iraat bleek te bestaan.
Electrolyse van setmeel, dextrine en
Vil"
]?ij het gebruik van den stroom eener
ano\'
6 Bunsensche elementen zag ik aan eene -
1
ijzerdraad in de waterige oplossingen van zetmee >
.^yl\'Ofo
en arabische gom dezelfde verschijnselen,
in eene oplossing van suiker had waargenom^^^
de ^^
Ook in deze oplossingen werd alleen aan
van platina gas ontwikkeld, terwijl aan de ^n ^
ijzerdraad zich een groen vlokkig ligchaam
dat bij het in aanraking komen met de
werd.
Het groene vlokkige ligchaam was in
deariev^ ^^^^
oplossingen mede een ijzeroxydulezout, ^^^Qs
battery
de
ni
]?eO, onder het vrij worden van het znui\'?
veranderde.
rP^eP\'
üij
Wat nu in het bijzonder de geëlectrolyse^^^^®
oplossing aanbelangt: zoolang het daarin " j^^t
groene ligchaam onontleed bleef, reduceer
^ ®^Pi"oefvocht niet, maar zij deed dit wel, toen het
® ligchaam in ijzeroxydehydraat was overgegaan.
l^eii
Vermoedt hier welligt, dat het zetmeel door
™ veranderd, en dat deze
^laarna het ijzer heeft aangetast.
•Uit ,,
"iaaj ^^\'^^oeden evenwel blijkt ongegrond te zijn,
\\ dagen, nog geene vorming
tü
\'lïer
Or
batteri
■ij van 6 Bunsensche elementen ontleedt.
Waarneemt, wanneer men eene zetmeeloplossing
? 1
-«He. , electroden van platinadraad door den stroom
^ blijft
de zetmeeloplossing bij die electrolj^se
e kathode de kleine hoeveelheid gas afzonderde,
kleurloos, doorschijnend, geleiachtig
u . . dat, gedroogd en daarna aangestoken zijnde,
de^\'^ ^"erbrandde, even als schietkatoen.
electrolyse twee dagen had geduurd, was de kathode
IS
ïieutraal reageren \').
J^^\'s^Qtie^ gewone verdeeling der scheikundige verbindingen
tier electrolyse van eollodium bij
^^^"^^\'^mde koolhydraten,
^en tusschen twee electroden van platinadraad
^"^^i^teti ^ ^^^ stroom eener batterij van 8 Bunsensche
vlo
geleidde deu stroom zeer slecht, maar gaf toch,
hoe der electroden , aan de kathode eene
^^ \'l® de geringste
«e? ^^Ted ontwikkeld. Zoo de afstand der electroden meer
■ strepen bedroeg, hield aan de kathode alle gasaf-
[j (Jp ----iivt-V cciiliciu gtio ai^unuciuc 3
kleurloos, doorschijnend, geleiachtig
-ocr page 206-overzigj^t
van de
DOOR MIJ INGESTELDE
Electrolytische Onderzoekiïi^®^\'
orkoin\'^^
Uit mijne proeven is, zoo het mij vO\'
volgende gebleken:
§ 1-
itrn®
111
\'fiê
1°. De uit verdund zwavelzuur door zink °
ontwikkelde waterstof reduceert eene oplossi^^
sulphas argenti niet, maar eene oplossing
argenti wel.
2°. Ook de waterstof, die door gloeijend ij^®
waterdamp wordt afgezonderd, herleidt eene oP ^
van sulphas argenti niet, maar eene o^^oss^^ê
nitras argenti wel.
di«
op enkele plaatsen met eenen rooden aanslag bedekt^^ ^^^^
langzaam van haar losmaakte , en zich op den r"®\'
flesch, waarin de electrolyse had plaats gehad, ^
poeder verzamelde.
Ijet
vgj.^ de waterstof, die bij de electrolyse van
^^^avelzuur aan eene kathode van platina wordt
\' oplossing van sulphas argenti
\' \'^aar eene oplossing van nitras argenti wel.
e Avaterstof, die, volgens het voorschrift van
\' i^iit eene waterige oplossing van het versch ver-
\'\' \'ïestillaat van
JSTordhauser zwavelzuur aan eene
\'Ode
platina verkregen wordt, doet wel in eene
sulphas argenti een overvloedig zwart
^^tstaan, maar geen neerslag van metallisch
\'Vet
00
all
een van zwavelzilver.
\'^^^av ^ ^^ avaterstof, die bij de electrolyse van verdund
^^^ ^an eene kathode van kool wordt afge-
deduceert eene oplossing van sulphas argenti niet.
^l^Oo . ^ electrolytisch ontwikkelde waterstof verschilt
verhouding tot zilverzouten, niet van
^^\'^aamd gewone waterstof.
§ a-
^eti
van platina, die, na bij de electrolyse
^^^avelzuur gebruikt te zijn, onmiddellijk
^^ oplossing van sulphas argenti wordt
^let. \' deduceert dit zout somtijds wel, doch meestal
-ocr page 208-A\'
De electrolytisch afgescheiden waterstof,
j pt a\'
veelal met de negatieve electrode verbindt,
ook, al is deze laatste van platina.
§ 5.
uctio\'^^
1°. Zoo salpeterzuur aan eene negatieve e ^^^
van platina of kool geen gas ontwikkelt,
schel
salpeterzuur tot ammoniak gereduceerd.
Bij de electrolyse van sterk salpeterzuur
of
dezelfde stroom aan eene kathode van platina
geen gas hoegenaamd af, maar aan eene kath\'\'\'^
passief gemaakt ijzer eene kleine hoeveelheid.
1°. Zoo bij de electrolyse van salpeter^i\'i^ ^^^^^
anode van platinadraad en eene kathode ^^^
draad in de electrolyt met elkander in ^^^
gebragt en daarna weder gescheiden worde»\' ^^^^^^
de anode op die plaats, welke met de
aangeraakt, eene donker bruine kleur aan. ^e
t, eer-
2". Dikwijls begint op diezelfde plaats nei-
gasontwikkeling, welke zich dan spoedig over
-ocr page 209-^\'^lakte der anode uitbreidt, meestai na het
^^ der donker bruine kleur.
®ene anode van platina, eens de eigenschap,
1
^etk ^ ^ ^^^ sluiten van den stroom bruin te kleuren,
^Nt^^^^ ^®bbende, behoudt die eigenschap, zelfs al
kathode 5 f\\ 6 malen achtereen uit de
gehaald en weder ingedompeld.
tL, anode van platinadraad, na met eene ka-
V •
ver-
«111
zilverdraad in aanraking te zijn gebragt,
als • ^^^ ^^^^^ zwavelzuur dezelfde bruine verkleuring
iri
5o
®^^ipeterzuur.
In ^e bedoelde bruine verkleuring heeft niet plaats
^\'^\'^kend salpeterzuur, salpeterzure en zwavel-
\' zoutzuur, phosphorzuur en verdund
Mr
\'^ectf ^ rookend salpeterzuur tusschen twee
M
\'•^icit
Van platinadraad den galvanischen stroom
el
lect
oin
«ie
^oet het aanvankelijk aan geene der beide
eenig gas vrijkomen, en wordt al het NO4
positieve pool tot. NO5 geoxydeerd. Het
gedurende de geheele electrolyse aan de
pool tot NH3 herleid.
§ 9.
het
1°. Ofschoon DAVï, bij de afscheiding ^a»
.batter^\'\'
l-calium uit gesmolten bijtende potasch, eont-
van 100 elementen gebruikte, is echter eene ^^
van 6 B. E. reeds voldoende, om aan de katk^d ^^^
lichtverschijnsel te veroorzaken, dat hoogstwaarscl^y
ook door verbrandend kalium ontstaat. ,
lOt
de P\'
bet^^\'
2°. Bij de electrolyse van gesmolten bij^i^\'
asch lost zich eene anode, hetzij van platm^"
ntascb
van zilver of van koper, in de gesmolten P" \' ^ ^^^
en worden de genoemde metalen aan de ^
weder afgezet. , -.fl
S*\'. Bij deze electrolyse hebben talrijke
verschijnselen plaats.
In gesmolten bijtende potasch lost, ook
electrolyse, het zilver zich in vrij grooii-
heid op.
§ 10. j,
1°. Bij de electrolyse van gesmolten
1 bi]
hebben soortgelijke verschijnselen plaats, ais
gesmolten bijtende potasch.
eeo®
2°. Zoo de gesmolten alcaliën tusschen j
thode van platinadraad en eene anode van
-ocr page 211-^®®troljseerd worden, vormt zich om de kathode
aaslag, die voor het grootste gedeelte uit zilver
doch na behandeling met salpeterzuur een
poeder, hoogstwaarschijnlijk van platina, achterlaat.
j d
i e electrolyse van gesmolten zwavelzure soda
W electroden van platina, komt aan de
dg^ ■ pool natrium vrij, dat zich met het platina
\'^Wiode verbindt.
«est
-aat
§ 13.
anneer gesmolten chloorzure potasch tusschen
Of van platina en eene kathode van platina
^an 1
g per ontleed wordt, scheidt zich aan de ne-
P^ol kalium af, welk metaal zich met het pla-
ti
\'Ha
of
^^ üiet het koper der kathode verbindt.
diezelfde electrolyse -wordt aan de positieve
1,, naengsel van chloor en zuurstof afgezonderd,
lo
W
«eii,
e zuurstof naar phosphorus riekt en, met
aanraking gebragt, digte witte nevels vormt.
Al,
sterk
mierenzuur tusschen twee electroden
-ocr page 212-van platinablik door den stroom van zes B.
wordt, scheidt zich aan de positieve pool een ®
van % vol. koolzuur en 1 vol. zuurstof af.
gtroo"
Wanneer sterk mierenzuur door gelijk®\'^ ^^
tusschen twee electroden van platinadraad ontleed ^
;el
rio\'^
del\'
vaii
zondert zich aan de positieve pool een men^
4 vol. koolzuur en 1 voL zuurstof af.
Bij de laatste electrolyse neemt hetgas^\'\'
kation veel minder volumen in dan het dubbe\'
het gasvormige anion.
1°. Naarmate in de algemeene formule C-nll»
vetzuren, de n grooter waarde verkrijgt\' o
deze zuren slechter den galvanischen stroom-
ä®. Verdund azijnzuur ontwikkelt bij het g®
van 6 B. E. aan eene anode van platmf
zuurstof.
valeri»^\'\'
3°. Sterk azij}izuur, boterzuur en ^^
T*
aïK
ibrn
geleiden den stroom eener batterij van ö t>
zeer slecht.
4°. Palmitinezuur en stearinezuur isoleren ^ ^
va»
smolten toestand den stroom eener batterij
E, volkomen.
j • Het benzoëzuur (CuHeÜi) geleidt iu gesmolten
^ den stroom van 8 B. E. niet
• W
Wanneer eene koude verzadigde waterige oj)-
S V i,
^^^ benzoëzuur tusschen twee electroden van
\' door den stroom van 6 B. E. ontleed wordt,
Zich
lie
«cll,
aan de positieve pool zuurstof af, en aan
^^tieve pool eene sequivalente hoeveelheid waterstof.
^ ^ij diezelfde electrolyse wordt aan de positieve
/^^\'\'t^^^^schijnlijk geen benzoëzuur-anhydrid af-
iider^
v^n ^ electrolyse wordt de negatieve electrode
eenen zwarten, aan het licht
\'•^^^eiiden aanslag bedekt.
^ 19.
"f\'loss\' electrolyse van eene verzadigde waterige
ïl. ^^ ^^ ^^^^ kaneelzuur door den stroom van 5 B.
^\'^iiïite ■ gasvormige kation juist 3 maal meer
"^an het gasvormige anion.
\\ \'J deze electrolyse worden aan de anode
^^Hpf.) zuurstof, koolzuur en kristallen van
\'leelg
^\'\'fgescheiden.
-ocr page 214-j. ioo^
1°. Bij de electrolyse van verdund melkz^i^ ^^^^^
den stroom van 6 B, E. neemt het gasvormig®
ongeveer 7 maal meer ruimte in dan het gasvormig®
2". Dit gasvormige anion bevat op 4 vol- ^
1 vol. koolzuur.
§ 23.
water\'«\'
Bij de electrolyse van eene verzadigd®
atieV®
oplossing van zuringzuur wordt aan de nega ^^^^
eener batterij van 6 B. E. 2 maal meer gas
dan aan de positieve pool.
2°. Het gasvormige anion bestaat bij d®
trolyse uit 2 vol. koolzuur en 1 vol. zuurstof-
1". Bij de electrolyse van eene verzadigd®
oplossing van wijnsteenzuur wordt aan de ^^^^
pool eener batterij van 7 B. E. waterstof afg®®
en aan de positieve pool eene sequivalente li"
zuurstof.
atie^®
2°. Bij deze electrolyse wordt eene neg» -
trode van platinablik soms met eenen zwai^teu
die door geeue zuren kan worden opgelost,
\'^eh ^vel door het licht ontleedt.
r»
JJeze zwarte aanslag kan moeijelijk voor iets
an voor platinahydruur gehouden worden.
§ 28.
h
Vajj j gasvormige anion, dat bij de electrolyse
Verbinding van eene anorganische basis met een
^^^^ vrijkomt, verschilt meestal zeer van het
cli^ anion,
dat bij de electrolyse van het in
^^^^^ding voorkomende zuur, vrij aangewend,
^^ \'\'%escheiden.
de electrolyse van eene waterige oplossing
Kif ^an mierenzure soda wordt aan de
i-^oi eener
batterij van 6 B. E. zuiver kool-
^/^^^«cheiden.
®lect electrolyse ontstaat om de beide
ta^l Van platina een gering roodbruin prsecipi-
§ 24.
electrolyse eener waterige oplossing van
\'^est^j,, ^^^^ potasch door den stroom van 6 B. E.
het
gasvormige anion uit:
aat
52,91 vol. koolzuur,
37,37 vol. butylen en
9,71 vol. zuurstof.
imiti»"*"\'
ill
2^*. Bij de electrolyse van gesmolten pa
soda door den stroom van 5 B. E. wordt
electroden van platinadraad gas ontwikkeld, ^
negatieve platinadraad met natrium verbonden ^^
3°. Even als bij de electrolyse van gesiuol^®^^ ^^^^
velzure soda, — bij die van gesmolten chloorzuJ"® P
J iOO
en bij die van gesmolten palmitinezure soaa, ^^^^
verbindt zich, bij de electrolyse van gesmolten so^^ ^^^^^
een gedeelte van het aan de negatieve pool vrijS
alcalimetaal met de kathode van platinadraad- ^^^^^^
4®. Gesmolten reuzel eu gesmolten ^^^^
den stroom eener batterij van 10 B. E. volk®"^
§ 25.
ütrai\'^\'\'^\'
1°. Bii de electrolyse eener verzadigde j.
\' ie P"
lossing van benzoëzure potasch worden, ^^^^juf
pof
tieve pool eener batterij van 5 a, 8 B. -W\'
itieve
en zuurstof afgescheiden, en aan de neg®
waterstof.
itfl\'\'
oil
2". Het volumen der bij deze electrolyt®
-ocr page 217-liet ^^^^^^ bedraagt iets minder dan de helft van
J^^Jümen der afgezonderde waterstof.
eene electrolyse van 48 uren wordt de
tiria potasch om de positieve electrode van pla-
^ ^««lachtig bruin.
§ 36.
lo
■ E
^ ene verzadigde waterige oplossing van kaneel-
^^^ ^ ontleed wor-
\' in kaneelzuur, soda, zuurstof en Avater-
^cligj, gedeelte van het bij deze electrolyse a%e-
Hof^^^ ^^^^\'^elzuur wordt door de vrijkomende zuur-
jo "^^^t^r-amandelolie en koolzuur geoxydeerd.
b
Het
8o
Vajj ^ ^e electrolyse van de waterige oplossingen
organische zuren en van de zouten dier
het niet het anhydrid van het zuur, maar
in vrijheid gesteld,
§ 37.
gasvormige anion eener sterke waterige
^^^ melkzure potasch neemt op verre na
^iet volumen van het gasvormige kation
bestaat, bij het gebruik van den stroom
-ocr page 218-van 6 B. E., nit 86 vol. koolzuur en é vol. ^^
2". Bij de electrolyse van melkzure potash
aldehydhars gevormd.
fiiik
be-
P. Bij de electrolyse eener verzadigde "P
van appelzure potasch neemt onder het
gebr
den stroom van 5 B. E. het gasvormige anioi^
het volumen van het gasvormige kation in-
2". 33,5 volumina van het gasvormige ^^^^
staan uit 32 vol. koolzuur en 1,5 vol. van .
dat, aangestoken zijnde, met eene helder lido
vlam verbrandt.
lOSl
3°. Bij deze electrolyse wordt aan de P\'
zuiir
pool, behalve appelzuur, ook een vlugtig
scheiden. ^^ liij
De oplossing van appelzure potasch
woi-d^
licht:
deze electrolyse om de anode van platina -
na verloop van acht dagen, zonder verdere
den stroom, roodachtig bruin.
§ 29.
1°. Suikerwater van 1,13 spec, gewigt g
-ocr page 219-^^ an zwavelzuur van 1,24 spec, gewigt.
Vj geleidingsvermogen van suikerwater neemt
^ Vermeerderen van liet spec, gewigt, te beginnen
eerst toe en daarna weder af.
Vgg^j electrolyse van suikerwater tusschen
platinadraad, nadert de verhouding,
^ ^et volumen van het gasvormige kation tot
^^ "^ate de stroomsterkte toeneemt.
tl
? gasvormige anion staat, meer en meer tot
He
\'la ^^^ mengsel der gasvormige ionen bevat, kort
^Mig electrolyse, geen koolzuur, maar houdt
6,6% CO. in.
tlatijjj^^ \'^^^^^^^ater, dat tusschen twee electroden van
den stroom van 6 B. E. geleidt, wordt
^ sterk reducerende eigenschappen, en
6o ^^^ Neutralen acetas plumbi neergeslagen.
^®electrolyseerde suikerwater, in een waterbad
Kïl \' ^^\'\'andert zeer spoedig van kleur en doet een
helder zuur vocht overgaan, dat sterk reduce-
ren
behappen bezit, geen mierenzuur, noch aziin-
Devat
Wtegj.^ \' en neutralen acetas plumbi niet prjeci-
h
Êii
• voortgezette electrolyse van het suiker-
batterij van 4 B. E. ongeveer 39 maal
«r
liet
water wordt het eenmaal gevormde zuur wedei "
en geöxydeerd.
8°. Wanneer suikerwater tusschen eene
van platinadraad en eene anode van ijzerdr^^ ^^
stroom van 7 B. E. geleidt, heeft alleen
. ■ de
kathode gasontwikkeling plaats, terwijl aan
een groen vlokkig ligchaam afgescheiden
daar, waar het met de lucht in aanraking
een zwak zuur en ijzeroxydehydraat ontleed ^^
9°. Ook eene anode van koper ontwikkel^ ^^^^^
electrolyse van suikerwater geen gas,
doch scö
onbestendig groenachtig blaauw ligchaam
itf\'
10". Eene anode van zink wordt bij
ligcP^
lyse van suikerwater met een wit vlokkig »
d
bedekt, dat, na uitgewasschen en gedroog
uit zinkoxydehydraat blijkt te bestaan.
Ook in de waterige oplossingen va ^
dextrine en arabische gom wordt eene ^^^^ ^
ijzerdraad met een groen vlokkig
dekt, waarvan, door de zuurstof der
D ^^
vrijkomen van het zuur, het EeO in Tea^s Je
2". Zoolang het in de zetmeeloplossing ^ ■
®\'^^kerproefvocht niet, maar zij doet dit wel, wan-
groene ligchaam rood is geworden.
ttQij^^ zetmeeloplossing, die tusschen twee elec-
g ^ ^au platinadraad den stroom eener batterij van
\' reageert zelfs na 5 dagen nog neu-
^^ Verandert daarbij niet in suiker.
^ Colio^j^^ geleidt den stroom van 8 B. E.
§611 ^ \' ^^^^^ \' by bet digt zamenbren-
electroden, aan de kathode eene kleine boe-
gas.
W . onontleed blijft, reduceert die oplossing
% 1
üet
Xia
tj^^ y deze electrolyse wordt eene anode van pla-
clin^^ kleurloos, doorschijnend, geleiachtig lig-
^•^ökt, dat, gedroogd en daarna aangestoken
\' en hevig verbrandt, even als schietkatoen.
/ . S. ^ ^ . J
■ ij!, . . . ■
leert de constitutie der verbindingen
\'\'iet
mennen.
\'^eheiiuindig e typenleer, hoe voortretfelijk in vele
Ook, is echter geene blijvende leer.
III.
willekeurig kent men aan de elementen
^^Oöiigheid toe.
eene
Pi\'oev
IV.
li \'-ven van FoucAux/r omtrent de snelheid van
Verdienen geen vertrouwen.
V.
^^^^^ mechanische arbeid, Avelken de dieren kunnen
\' is meer een gevolg van de omzetting der stik-
^\'oedingsmiddelen
dan van die der eiwitstoffen.
-ocr page 224-Ten onregte kent ïeemy aan het metatmznur e
maal grooter ïequivalentgewigt toe dan aan h®^
if
vij
VIL
De ervaring is een voorname grondslag
wiskunde.
VUL
De granietgesteenten zijn niet plutonisch g®^
IX.
de
val"-
De ontworpen midden-Europeesche graadm® ^^
looft meer voor eene betere kennis van d®
TïOO
gesteldheid der aarde dan voor die van hare n
X.
Er kan absoluut gemis aan warmte bestaan-
XI.
.1 vef\'
ies
darwin\'s theorie //On the origine of sp^c
klaart het ontstaan der soorten niet.
XII.
De Amphioxus wordt ten onregte onder de^
gerekend.
In de natuurkunde spreekt men ten
kleuren.
Er is maar één element.
-ocr page 225-XV.
ïlr
\'»ier,
•en.
^\'Jn iiocli ééncellige planten, noch ééncellige
XVI.
^^ïalsnog verklaart de physiologie de voeding der
niet.
XVII.
behoud van arbeidsvermogen is nog onbewezen.
XVIII.
^ f^one van geotthus-hiïïoef verklaart de ver-
der electrolyse het best.
XIX.
fes/ "dat gelijke volumina van verschillende
Si aantal van even groote molekulen
^^ bevatten, is onjuist.
XX.
lot ^^ levensverschijnselen van elke plant leidt
hindering van waarneembare warmte.
ïlet
Öe th
«Clij
XXI.
^et
\'ge
ï*etroleum is geen product eener langzame
^<5stillatie van steenkolen.