:

Pamp;r

\' ±üsSiS-£^ i ilt; :.^T:: s}i\' ■

f

Irr

GOD i

IS MIJN HEIL:\'

a-4if*

GEBEDENBOEK $i

. j /1 j ■ ^

ROOMSCH-KATHOLIEKEN

w

AMSTERDAM

J. S. I)« Haaf- »ntl

m

■ ■-■■■:; f ■ |

«iisi-

TIJDREKENING.

Hel jaar heeft 12 niaandcn of o2 weken, 1 dag en 6 uren, welk uiimanktöGu dagen en G uren. Viermaal 0 uren geefc 1 dag, en deze dag maakt alle vier jaren hel schrikkeljaar, welk lang is 560dagen.

GEBODENE VASTENDAGEN.

Behalve de veerligdaagsche Vaste, zullen lt;t nog geboden vastendagen zijn : de quaier-.omperdagen, de dag vóór Pinksteren, de vigiliedagen vóór S. Pieter en Paulus, vóór O. L. V. Hemelvaart, Allerheiligen, Kersmis en elke woensdag en vrijdag in den Advent.

Op S. Marcusdag en de Kruisdagen is het geboden vleesch ie derven en te vasten tot den rnddag.

QUATERTEMPERDAGEN.

Quatertemper wordt gehouden des woens lt;1 igs, vrijdags en zaïurdags na den derden zondag van den Advent, naden eersten zondag van de Vaste, na Pinksteren en na H. Kruis-verheffing.

TE VIERENE FEESTDAGEN.

Eerste en tweede Paaschdag. Eerste en tweede Pinksterdag. Kersmis. Besnijdenis. Drie Koningen.HemelvaartdesHeeren. H. Sacramentsdag. Lichtmis. De Boodschap van Maria. De Hemelvaart van Maria. Degebooite van Maria. Onbevlekte Ontvangenis van Maria. Heilige Apostelen Petrusen Paulus. Allerheiligen. H. Stephanas. De patroon der plaats of

fQ u -i\'

TAFEL

VERANDERLIJKE FEESTDAGEN.

i°amp;€

FEBRUARIJ.

MAART.

i°ee_

JUNIJ.

AUGUSTUS.

.ie

SEPTEMBER.

2

5;

;JO?gt;

AUGUSTUS.

SEPTEMBER.

2

/Cm:..

NOVEMBER.

_^1=

OVER ÜET OEBEX5-

L et is zeker,dat wij zonder de hulp ®van God niets goeds voor onze ziel kunnen uitwerken; van eenen anderen kant betuigt God, dat Hij zijne genade alleen degenen verleent, die ze Hem vragen : « vraagt, en u zal gegeven worden. » (Matth. vu. 7.) Dïensvol-gens, zegt.de H. Theresia, zal hij, die niet vraagt, niet ontvangen. » Zonder liet gebed (volgens de gewone voorzie-niglieid) zullen onze overwegingen, onze goede voornemens, onze beloften altoos vruchteloos wezen; wij zullen ontrouw zijn aan het hemelseh licht; want, om het goede daadwerkelijk te verrigten, om de bekoringen te overwinnen, om de deugden te beoefenen, in één woord, om de verschil-

LifT*

OVER HET GEBED.

lende geboden te onderhouden, zijn de hemelsehe verlichtingen, de beschouwingen, de goede voornemens niet voldoende, wij moeten nog den daadwerkelijken bijstand van God hebben; en nogmaals. God verleent die niet dan aan hen, die hem met volharding vragen. Zoo wij dan willen zalig worden, moeten wij bidden: wij moeten het doen met ootmoedigheid en vertrouwen en het bidden vooral nimmer moede worden. Het inwendig gebed is daarom alleen zoo nuttig, omdat het ons aan het bidden herinnert : anders zouden wij het vergeten en in ons verderf loopen. Doordringen wij ons dan wel van de aangelegenheden van het groote middel des gebeds. Zoo wij in het verledene groote misslagen begaan hebben, laat ons dan wèl begrijpen, dat deze het gevolg waren van onze onachtzaamheid in het bidden en den bijstand van God in de bekoringen te vragen.

r^: :

OVER HET GEBED.

Al de verdoemden zijn verloren gegaan, omdat zij niet gebeden hebben; zoo zij het gedaan hadden, zouden zij zalig geworden zijn; hunne grootste wanhoop in de hel is, en zal immer zijn, van met zoo veel gemak te hebben kunnen zalig worden, met aan God zijne genade te vragen, en van nu niet meer in staat te zijn zulks te doen. Bedanken wij God, dat Hij ons den tijd en den wil nog vergunt om te bidden.

A

«ie

Aanvaard, Algoede, d\'ochtendbede

Die ik thans dankend tot U zend ; Oeef dat de deugd op \'t ondermaansche Steeds in mijn harte hlijv\' geprent.

%

mm

■iTïL;. -_:_;___—- -______^ n

MORGENGEBEDEN.

den naam des quot;N\'aders, en des Zoons, en des H. Geestes. Amen.

Verzoeken wij de genade van den II. Geest,

Kom, H. Geest! vervul de harten uwer geloovigen, en ontsteek in hen liet vuur uwer goddelijke liefde.

Stellen ju ij ons in Gods tegenwoordigheid.

Wij gelooven vastelijk, o mijn God : dat Gij hier aanwezig zijt, dat Gij ons ziet,ons aanhoort, dat al de gedachten, neigingen en de verborgenste bewegingen onzer harten aan U bekend zijn, en dat Gij bereid zijt ons gebed te verhooren.

24 MORGENGEBEDEN.

Aanbidden wij God en danken wij Hem voor zijne weldaden.

Wij aanbidden U, o groote God! bij het begin van dezen dag; wij erkennen, dat Gij onze opperste Heer en Meester zijt, dat wij geheel in uwe magt zijn, en zonder U niets vermogen; dat Gij ons, door Jesus-Christus, uwen Zoon, geschapen, verlost en kinderen van uwe H. Kerk hebt gemaakt ; wij danken U, o mijn God! voor deze en alle andere weldaden, welke Gij ons ooit bewezen hebt, en i wel voornamelijk, dat Gij ons dezen nacht hebt gelieven te bewaren.

Belijden wij onze zonden.

Ik belijd voor God almagtig, de heilige Maria, altijd Maagd, denH. Aartsengel Michael, den H. Johannes den Doop er, de H. Apostelen Petrus en Paulus, en alle Heiligen, dat ik zeer gezondigd heb met gedachten, woor-

%

den en werken, door mijne schuld, door mijne schuld, door mijne allergrootste schuld. Daarom bid ik de allerheiligste Maria, altijd maagd, den H. Aartsengel Michaél, den heiligen Johannes den Dooper, en alle Heiligen, den Heer onzen God voor mij te willen bidden.

De almagtige God ontferme zich over ons. Hij vergeve ons onze zonden en leide ons tot het eeuwige leven. Amen.

De almagtige, barmhartige God verleene ons kwijtschelding, ontbinding en vergiffenis van alle zonden. Amen.

Lezen wij het Onze Vader, de groetenis des Engels, het Symbolum des Geloofs, de tien geboden Gods en de vijf geboden der II. Kerk.

Onze Vader, die in de Hemelen zijt.

1. Geheiligd zij uw naam.

2. Ons toekome uw rijk.

y.oj

morgengebeden.

r

3. Uw wil geschiede op de aarde als in den Hemel.

4. Geef ons lieden ons dagelijksch brood.

5. En vergeef ons onze schulden, gelijk wij vergeven onze schuldenaren.

6. Ea leid ons niet in bekoring.

7. Maar verlos ons van den kwade. Amen.

Wees gegroet, Maria! vol van genade, de Heer is metu, gezegend zijt gij boven alle vrouwen, en gezegend is de vrucht uws ligchaams, Jesus. H. Maria, Moeder Gods, bid voor ons, zondaren, nu en in het uur van onzen dood. Amen.

1. Ik geloof in God den Vader al-magtig, Schepper van Hemel en aarde.

2. En in Jesus-Christus, zijnen ee-nigen Zoon, onzen Heer.

3. Die, ontvangen van den H. Geest, geboren is uit de Maegd Maria.

4. Die geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruisigd, gestorven en

)egraven.

MORGENGEBEDEN. -7

5. Hij is nedergedaald ter helle, den derden dag verrezen van den dood.

6 Hij is opgeklommen ten Hemel en zit aan de regterliand van God den Vader almagtig.

7. Van daar zal Hij komen oordeelen de levenden en de dooden.

S. Ik geloof in den H. Geest.

0. Eene heilige katholijke Kerk, gemeenschap der Heiligen.

10. Vergiffenis der zonden.

11. Verrijzenis des vleesches.

12. En het eeuwige leven. Amen.

1. Boven al bemin één\' God.

2. Zweer niet ijdelijk noch spot.

3. Vier de heilige dagen.

4. Eer vader en moeder.

5. Met wil noch werk, sla niemand dood.

G. Doe geen overspel noch onkuisch-heid ooit.

7. Gij zult niet stelen noch onregt-vaardig leven.

W\'-----------—•^±3;!

—=.minx

28 morgengebeden.

8. Gij zult geene getuigenis der valschheid geven.

0. Begeer niemands beddegenoot.

10. Noch iemands goed, hetzij klein

of groot.

1. De gebodene heilige dagen zult gij vieren.

2. En dan ook Mis hooren met goede manieren.

3. Geene geboden vastendagen zult gij breken.

•1. Gij zult ten minste eens \'s jaar? uwe biecht spreken.

5. En nuttigen omtrent Paschen het Ligchaam des Heeren.

Denken wij hier op de zonden, aan welke wij \'t meest onderworpen zijn, en trachten wij de gelegenheid te voorzien, die er ons gewoonlijk in doet vallen. Maken to ij bijzondere voornemens om deze te vlugten. — Hier blijft men een oogenblik stil, en men zegt :

Almagtige, eeuwige God! die ons

MORGENGEBEDEN.

tot het begin van dezen dag hebt doen komen, bescherm ons lieden door den bijstand uwer genade, opdat wij in geene zonden vallen, maar al onze woorden, gedachten en werken door het licht uwer wijsheid bestuurd worden tot het onderhouden van uwe regtvaardige geboden; door onzen Heer Jesus-Christus, uwen Zoon, die met U leeft en heerscht in de eenheid van den H. Geest, God in alle eeuwigheid. Amen.

Laat ons al de werken van dezen dan aan God opdrogen.

quot;Wij zijn, o Heer! tot geen ander einde in deze wereld dan om uwen heiligen wil te volbrengen en om U te dienen volgens den staat, in welken uwe goddelijke Voorzienigheid ons gesteld heeft. Ontvang goedertieren-lijk, o God! de offerande, die wij U opdragen van al de werken, die ons

dezen dag te doen staan,

MORGENGEBEDEN.

Geef ons de genade, om alles wat Gij van ons vereischt, ootmoedig en getrouw te volbrengen; maak, dat wij in al onze gedachten, woorden en werken, geen ander inzigt hebben dan U te behagen en uwen II. Naam te verheerlijken, Amen.

Verzoeken wij dan hijstand der allerhei-llijste Maagd en van onze Deschenn-Engelen.

SALVE REGINA.

Wees gegroet, o Koningin, Moedei\' der barmhartigheid! quot;Wees gegroet, ons leven, onze zoetheid en onze hoop! Tot u roepen wij, verbannen kinderen van Eva. Tot u verzuchten wij, kermende en weenende, in dit tranendal. Welaan dan, middelares, keer uwe barmhartige oogen tot ons, en toon ons na deze ballingschap de gezegende vrucht uws ligchaams, Jesus. O gena dige, o mededoogende, o lieve Maagd ♦ Maria!

MORGENGEBEDEN.

v. Gewaardig dat ik u love, lieilige Maagd.

r. Geef mij sterkte tegen uwe vijan-

v. Geloofd zij God in zijne Heiligen. R. En heilig in al zijne werken.

O God ! die door eene onuitsprekelijke voorzienigheid, U gewaardigt uwe heilige Engelen ter onzer bewaring te zenden, wij bidden U ootmoedig dat wij hier altijd door hen mogen beschermd worden, en ons eens in hun gezelschap eeuwig mogen verblijden. Door Christus, onzen Heer. Amen.

Verzoeken tuij den rjoddclijken zegen en bidden wij voor de geloovtge xielen.

De Heer zegene ons, bevrijde ons van alle kwaad en leide ons tot het eeuwige leven. Dat de geloovige zielen door Gods barmhartigheid in vrede rusten. Amen.

JLa*

AVONDGEBEDEN,

N den naam des Vaders, en des

gt; Zoons en des H. Geestes. Amen. Verzoeken wij de genade van den

II. Geest.

Kom, H. Geest, vervul de harten van uwe geloovigen, en ontsteek in hen diet vuur uwer liefde.

Stellen wij ons in Gods tegemuoor-

digheid.

quot;Wij gelooven vastelijk, o mijn God! dat Gij hier tegenwoordig zijt, dat Gij •ons ziet, ons aanhoort, dat TJ al de neigingen en de verborgenste bewegingen van ons hart bekend zijn, en

AVONDGEBEDEN.

dat Gij bereid zijt ons gebed te verhoeren.

Aanbidden wij God en danken wij Hem voor zijne weldaden.

quot;Wij aanbidden U, o groote God: en erkennen, dat Gij onze volkomen Meester en opperste Heer zijt, dat wij in alles van U afhangen, dat Gij ons door Jesus-Christus geschapen, verlost, en kinderen van uwe H. Kerk hebt gemaakt. Wij danken U, o mijn God! voor deze en alle andere weldaden, welke Gij ons ooit bewezen hebt, en in het bijzonder, dat Gij ons dezen dag hebt gelieven te bewaren .

Lezen wij het Gebed des lieer en, enz..

zie bladz. 25.

Mijn God, opperste Regter der menschen! die niet wenscht, dat de zondaar verloren ga, maar dat hij zich j ^

3 8

^ --------- -- ■

—---:-

34 AVONDGEBEDEN.

bekeere en boetvaardigheid doe, verlicht ons verstand, geef ons het noo-dige licht om de zonden, die wij heden bedreven hebben, te kennen, en verleen ons de noodige droefheid, om ze te beweenen en te verfoeijen.

Onderzoeken wij ons geweten, alsof wij verzekerd waren op dit oogcn-hlik voor God te moeten verschijnen.

1. Tegen God, door verwaarloozing der godvruchtige oefeningen, oneer- | biedigheden in de kerk, vrijwillige verstrooidheden in het gebed, weerstreving aan de genade; door vloeken en zweren, door morren ; door gebrek aan vertrouwen en overgeving aan den heiligen wil van God.

2. Tegen den evenmensch, door ligt-vaardige oordeelvellingen, versma-dingen, haat, afgunst, wraakzucht, twist, gramschap, achterklap, bespottingen, valsche beschuldigingen; _v

door schade, gedaan aan het goed, aan den naam en faam van onzen evennaaste ; door kwade voorbeelden, verergernissen, gebrek aan eerbied, gehoorzaamheid, liefde en trouw.

3. Tegen zich zeiven, door ij dele roemzucht, menschelijk opzigt, leugentaal, gedachten, begeerten, woorden, werken tegen de zuiverheid, onmatigheid, gramschap, ongeduld; door onnut en zinnelijk leven ; door traagheid in de pligten van zijnen staat te volbrengen.

Vragen wij God vergeving.

Mijn God, hat is ons van harte leed, dat wij U vergramd hebben, omdat Gij oneindig goed en beminnelijk zijt, en de zonde U mishaagt; wij bidden U om vergiffenis door de verdiensten van Jesus-Christus, en nemen, met de hulp uwer genade, vastelijk voor niet meer te

4«_

AVONDCEBEDEX.

zondigen, en ons leven te beleren.

Belijden wij onze zonden. Ik belijd, enz., zie bladz. 24.

Hidden wij voor dc geloovige. zielen.

O God, Schepper en verlosser van alle geloovigen • verleen aan de zielen uwer dienaars en dienaressen de vergiffenis van al hunne zonden, opdat zij de genadige kwijtschelding, naar welke zij altijd verlangd hebben, door godvruchtige gebeden mogen verwerven.

Hidden wij voor oonze geestelijke oversten, voor onze ouders, vrienden, weldoeners en vijanden.

Verhoor, o Heer! onze geboden, die wij U voor onzen heiligen Vader, den Paus van Rome, voor onzen

\'r^

AVONDGEBEDEN.

Bisschop, en voor al de herders, die ons onder zijn gezag besturen, opdragen ; stort over hen den geest van wijsheid en verstand, van raad en sterkte, van wetenschap en godsvrucht, en vervul hen met den geest van de vrees des Heeren.

Erbarm U, o Heen over onze ouders en vrienden, over allen, die ons weldoen, cn over ouze vijanden; vervul hen in dit leven met uwe «enade, en maak hen zalig in het andere.

Bevelen wij ons aan God.

Mijn God, wij offeren U de rust, die wij gaan nemen, ter eere van de rust, die Jesus-Christus op de aarde genomen heeft. quot;Wij bidden U, o Heer ! bezoek deze woning, en weer alle listen des vijands er van af. Dat uwe heilige Engelen daarin wonen, om ons in vrede te bewaren, en dat nw zegen altijd over ons blijve, door

\'gt;S.

AVONDGEBEDEN.

onzen Heer Jesus-Christus uwen Zoon, die met U leeft en heerschappij voert in de eenheid van den H. Geest, God in alle eeuwigheid. Amen.

Verzoeken tuij de bescherming van de allerheiligste Maagd, van onzen Bescherm-Engel en van alle Heiligen.

SUB TÜUM PRESIDIUM,

Onder uwe bescherming nemen wij onze toevlugt, o H. Moeder Gods: verstoot onze gebeden niet in onzen nood, maar verlos ons altijd van alle gevaren. O roemrijke en gezegende Maagd! onze middelares, onze voorspreekster, verzoen ons met uwen Zoon, vertoon ons aan uwen Zoon, beveel ons aan uwen Zoon.

v. Gewaardig, dat ik u love, heilige Maagd.

k. Geef mij sterkte tegen uwe vijan-

------ -_____

onder de h. mis. 43

want Gij zijt alleen heilig. Gij zijt alleen de Heer, Gij zijt alleen de Aller-hoogste, Jesus-Christus! met den H. Geest in de heerlijklieid van God den Vader. Amen.

gebed.

Verleen ons. Heer! door de voorspraak van de allerheiligste Maagd en van alle Heiligen, de genaden, die uw dienaar voor zich en voor ons vraagt. Ik vereenig mij met hem en ik offer U op hetzelfde gebed voor die en deze... voor welke ik verpligt ben te bidden, en ik verzoek U, Heer, voor mij en voor hen, al den bijstand, die Gij weet ons noodig te zijn om het eeuwig leven te bekomen, in den naam van Christus-Jesus, onzen Heer. Amen.

epistel.

Mijn God ! Gij hebt mij buiten zoo vele volkeren, die leven in de onwetendheid, tot de kennis van uwe heilige

^:o^ ^

Samp;jsrs- --------------------------------\'J^iJ

r*^.₌__;--------------r-xrnz

2$\'

•14 GEBEDEN\'

Wet geroepen; ik aanvaard uit geheel mijn hart die goddelijke AVet, en ik luister met eerbied naar de heilige Godspraken, die Gij door den mond. der Profeten en Apostelen hebt uitgesproken; ik eer die met al de onderwerping, die men aan het woord van eenen God schuldig is, en ik verlang er de voltrekking van met al de blijdschap mijner ziel.

quot;Waarom heb ik niet voor U, o mijn God! een hart, gelijk de Heiligen van uw oud Verbond? waarom verzucht ik niet naar U met den brandenden ijver der Patriarchen ? waarom. Heer!

ken ik U niet gelijk de Profeten ? waar om bemin ik U niet en hecht ik mij.

niet eeniglijk aan U , gelijk de hei •

lige Apostelen?

EVANGELIE.

Het zijn noch de Profeten, noch de Apostelen, mijn God, die mij mijne pligten gaan leeren, het is uw eenige.

[=4?

Zoon zelf; het is zijn woord, dat ik j ga hooren; maar, helaas ! wat zal het i mij baten te gelooven, dat het uw j woord is, wanneer ik volgens mijn j geloof niet leef? wat zal het mij baten, wanneer ik voor U zal verschijnen, geloofd te hebben, wanneer ik de verdiensten der liefde en der goede werken niet heb?

Ik geloof, en leef alsof ik niet geloofde, en alsof ik een ander Evangelie geloofde dan het uwe; oordeel mij niet, o mijn God! op die gedurige ^! tegenstrijdigheid, die er tusschen uwe j grondregels en mijnen handel is; ik geloof, maar geef mij ook de kloek- j moedigheid om te oefenen hetgeen ik j geloof; aan U alleen zal de eer en I glorie daarvan toekomen,

CREDO.

Ik geloof in éénen God, den ahnag-tigen Vader, Schepper van Hemel en van aarde, van alle zienlijke en on-

J

f

zienlijke dingen. En in eenen Heere Jesus-Christus, den eeniggeboren Zoon Gods, die uit den Vader voor alle eeuwen geboren is, God van God, licht van licht, waarachtigen God van den waarachtigen God, geboren en niet gemaakt, van dezelfde zelfstandigheid met den Vader, door wien alle dingen gemaakt zijn; die om ons, menschen, en\' om onzer zaligheids wil, nedergedaald is uit den Hemel, en is vleesch geworden door den II. Geest uit de Maagd Maria, en is mensch ge-worden; is ook voor ons gekruist onder Pontius Pilatus, heeft geleden en is begraven; en is ten derden dage wederom opgestaan volgens de Schriftuur ; en is opgeklommen ten Hemel, en zit aan de regterhand zijns Vaders, en zal wederom komen met heerlijkheid om levenden en dooden te oor-deelen, van wiens rijk geen einde zal zijn. En in den H. Geest, den Heer en levend!gmaker, die van den Vader en

K *_- - ----------------------i^r

ONDER DE H. MIS. 47

den Zoon voortkomt, die met den Vader en den Zoon te gelijk aanbeden en mede verheerlijkt wordt, die door de Profeten gesproken heeft. En in ééne heilige, katholijke en apostolijke Kerk. Ik belijd een doopsel tot vergiffenis der zonden, en ik verwacht de verrijzenis der dooden, en het toekomend eeuwige leven. Amen.

OFFERANDE,

Oneindige Vader, almagtige en eeuwige God ! hoewel ik teenemaal onwaardig ben in uwe tegenwoordigheid te verschijnen, durf ik U echter,

door de handen des Priesters, dit slagtoffer opdragen, met de meening, die Jesus-Christus, mijn Zaligmaker, gehad heeft, wanneer Hij hetzelve instelde, en die Hij nog heeft op het oo-genblik, waarop Hij zich hier voor ons opoffert.

Ik draag het U op tot erkentenis uwer opperheerschappij over mij en £

gga,——----------

48 GEBEDEN

over alle schepselen, tot uitwissclüng mijner zonden, en tot dankzegging voor al de weldaden, die Gij mij verleend hebt.

Ik offer U ook op, o mijn God ! dit heilig en eerbiedwaardig slachtoffer, om voor mij, mijne ouders en weldoeners, voor mijne vrienden en vijanden..... door uwe oneindige goedheid

de genaden te bekomen, die aan eenen zondaar niet kunnen gegeven worden dan door de verdiensten van Dien, die de regtvaardigheid zelve is, en zich een slagtoffer van verzoening voor ons allen heeft gemaakt.

Maar U dit aanbiddelijk offer opdragende, beveel ik U, mijn God! geheel uwe heilige, katholijke Kerk, onzen heiligen Vader den Paus van Rome, onzen Bisschop, al de herders der zielen en al de christerie vorsten, met alle volkeren, die in U ge-looven.

quot;Wees ook gedachtig, o Heer! de

o.y\'i

SjLïTE\'--------- — . ------------

ONDER DE H. MIS.

geloovige zielen, en om de verdiensten van uwen lieven Zoon, geef hun eene plaats van troost, verkwikking, licht en vrede.

Vergeet, o mijn God\', uwe of mijne vijanden niet ; heb medelijden met alle ongeloovigen, met de ketters en alle zondaars; vervul met uwen zegen allen, die mij vervolgen, en vergeef mij mijne zonden, gelijk ik hun al het ongelijk vergeef, hetgeen zij mij hebben gedaan of zouden willen doen. Amen.

PREFATIE,

Ziehier het gelukkige oogenblik, waarop de Koning der Engelen en der menschen gaat verschijnen! Vervul mij. Heer! met uwen geest; dat mijn hart, van de aarde onthecht, niets anders gedenke dan U! quot;Welke verpligting heb ik niet om U ten allen tijde en op alle plaatsen te danken en te loven, God van Hemel en aarde,

8

GEBEDEN

oneindig groote Meester, almagtige en eeuwige Vader?

Niets is er redelijker, niets is er voordeeliger, dan ons met Cliristus-Jesus te vereenigen, om U onophoudelijk te aanbidden; het is door Hem, dat alle gelukzalige Geesten uwe Majesteit loven; het is door Hem, dat de Hemelen en de hemelsche Krachten, vol van eene eerbiedige vrees, zich vereenigen om U te verheerlijken. Gedoog, Heer! dat wij onze zwakke lofzangen met die der hemelsche Geesten vervoegen, en dat wij te zamen met blijdschap zeggen :

SANCTUS.

Heilig, heilig, heilig is de Heef, de God der heirkrachten! Hemel en aarde zijn vol van zijne glorie en heerlijkheid. Dat de gelukzaligen Hem loven in den Hemel. Gebenedijd zij Hij, die voor ons komt op de aarde,

ONDER DE U. MIS. Ol

God en Heer, gelijk aan zijnen liemel-.sclien Vader»

CANON.

Wij bidden U ootmoedig, o goedertieren Vader! in den naam van Christus-Jesus, uwen Zoon en onzen Heer, ons barmhartig te zijn, in dank aan te nemen en te zegenen het offer dat wij U opdragen; opdat het U believe de heilige, katholijke Kerk te bewaren, te beschermen en te bestieren, met al hare lidmaten, den Paus van Rome, onzen Bisschop, en in het algemeen allen, die nw heilig geloof belijden.

quot;Wij bevelen U in liet bijzonder, o Heer! allen, voor welke wij uit regt-vaardigheid, dankbaarheid en liefde verbonden zijn te bidden ; allen, die in dit aanbiddelijk offer tegenwoordig zijn, en bijzonderlijk NN.; en opdat onze offerande U aangenamey zij, o groote God! vereenigen wij ons

met de glorierijke Maria, altijd Maagd, Moeder van Christus-Jesus,

onzen Heer, met al uwe Apostelen, gelukzalige Martelaren en alle Heiligen, die met ons eene en dezelfde Kerk uitmaken.

Waarom heb ik nu, o mijn God, die vurige begeerte niet, waarmede de heilige Aartsvaders naar de komst van den Messias verlangden! ach: waarom heb ik hun geloof en liefde niet: Kom, Heer Jesus! kom, minnelijke Zaligmaker der wereld! kom, voltrek dit mysterie, welk het kort begrip van al uwe wonderheden is geweest. Zie! daar komt dat Lam Gods: zie, daar is dit aanbiddelijk Slagtoffer, waardoor al de zonden der wereld vernietigd zijn.

ELEVATIE.

Menschgeworden Woord des Vaders, goddelijke Jesus, waarachtige God en waarachtige mensch! ik ge-

............- ...... \'•ïa.iJDr,

ONDER DE H. MIS.

loof dat Gij hier waarlijk tegenwoordig zijt, ik aanbid U met ootmoedigheid ; ik bemin U uit geheel mijn hart, en gelijk Gij hier ter mijner liefde komt, zoo offer ik mij teenemaal aan U op.

Ik aanbid dit dierbaar bloed, dat Gij voor alle menschen gestort hebt, en ik hoop, o mijn God! dat het voor mij niet vruchteloos zal uitgestort zijn; geef mij de genade om deszelfs verdiensten mij toe te eigenen; ik offer U het mijne, o minnelijke Jesusl tot dankbaarheid voor die oneindige liefde, die Gij gehad hebt, van het uwe uit liefde tot mij te geven.

VERVOLG VAN DEN CANON.

Hoe groot zou voortaan mijne boosheid en ondankbaarheid wezsn, indien ik, na gezien te hebben hetgeen ik aanschouw, U kwam te vergrammen! neen, mijn God! ik zal nooit vergeten hetgeen Gij mij voorstelt

GEBEDEN

dezen doorluchtiger! Godsdienst, te weten : uw lijden, de glorie uwer

verrijzenis, uw doorscheurd en doorwond ligchaam, uw dierbaar bloed voor ons uitgestort, voor mijne oogen hier wezenlijk tegenwoordig op dit altaar.

Het is nu, o eeuwige Majesteit! dat wij, door uwe genade, U dit zuiver, heilig en onbevlekt offer opdragen, dat Gij zelf ons hebt willen verleenen, en waarvan al de andere slechts afbeeldsels waren : hier is oneindig meer dan al de offers van j Abel, Abraham en Melchisedech; hier is liet eenige Slagtoffer, uw altaar waardig, onze Heer Jesus-Christus, uw Zoon, het eenige voorwerp van uw eeuwig welbehagen.

Dat allen, die hier met den mond of met het hart deelachtig zijn aan deze heilige slachtofferande, met zegen vervuld worden!

i

ONDER DE H. MIS.

o mijn God! over de zielen der f,^re-loovigen, die in vrede gestorven zijn, en bijzonderlijk over de ziel van N. en N.; verleen hun, o Heer: door deze offerande, de volle verlossing van hunne pijnen en smarten.

Gewaardig U ook aan ons dezelfde genaden te verleenen, oneindig goedertieren Vader: en maak, dat wij deel mogen hebben met uwe heilige Apostelen, Martelaren en alle Heiligen, opdat wij U eeuwig met hen mogen beminnen en verheerlijken in de glorie des Hemels. Amen.

PATER NOSTER

Hoe gelukkig ben ik, o mijn God: IJ voor Vader te hebben: welk eene vreugde smaak ik, als ik denk, dat de Hemel, waar Gij zijt, eens mijne woonplaats zal worden: Dat uw heilige naam geëerd zij over geheel de aarde: heersch volkomen over al de harten en over allen wil; wei

_________________

\',\'j 56 GEBEDEN

uwen kinderen noch liet geestelijke, noch het ligchamelijke voedsel. quot;SVij vergeven van harte, vergeef ons ook. Ondersteun ons in de bekoringen en in de rampen van dit ellendig leven, en bewaar ons van zonde, het grootste van alle kwaad. Amen.

AGNUS DEI.

Lam Gods, voor mij geslagtofferd, wees mij genadig. Aanbiddelijk slachtoffer van mijne zaligheid! maak mij zalig. Goddelijke Middelaar! verwerf mij genade bij uwen Vader, en geef mij uwen vrede.

H. COMMUNIE.

Hoe zoet ware het mij, o minnelijke Zaligmaker! van het getal der gelukkige christenen te zijn, aan wie een zuiver geweten en teedere godvruchtigheid toelaten dagelijks tot uwe heilige Tafel te naderen ! quot;Wat geluk voor mij, ware het dat ik U in mijn hart mogt bezitten, U mijne

RE—______

ONDER DE H. MIS.

liefde bewijzen, U mijne noodwen-digheden vertoonen, en deelachtig zijn van de genaden, die Gij geeft aan die U wezenlijk ontvangen». Vervul, o God! hetgeen aan mijne bereiding ontbreekt; vergeef mij al mijne zonden, ik verzaak die uit geheel mijn hart, omdat zij U mishagen, aanvaard de opregte begeerte, die ik heb, om mij met U te vereenigen; reinig mij door eenen uwer oogslagen, en maak mij waardig om U met den eersten te ontvangen.

Dien gelukkigen dag verwachtende, bid ik U, Heer! mij deelachtig te maken aan de vruchten, die de communie des Priesters in alle geloovi-gen, die bij dit heilig offer tegenwoordig zijn, moet uitwerken. Vermeerder mijn geloof door de kracht van dit goddelijk Sacrament, versterk mijne hoop, zuiver mijne liefde; vervul mijn hart met uwe liefde, opdat het

niets anders betrachte

Lsr.m

58 GEBEDEN

voortaan niet anders leve dan voor U alleen. Amen.

LAATSTE COLLECTE.

O mijn God! Gij slagtoffert U voor mijne zaligheid, ik begeer mij voor uwe glorie te slagtofferen; ik ben uw slagtoffer, spaar mij niet; ik aanvaard gewillig de kruisen, die Gij mij zult overzenden; ik omhels die, ik neem die van uwe hand gaarne aan, en vereenig die met het uwe.

Nu ga ik weg, gezuiverd door uwe heilige mysteriën. Ik zal met schrik de minste vlekken der zonden vlugten, bijzonderlijk..., daar mijne genegenheid met meerder geweld mij naar toe trekt; ik zal aan uwe Wet getrouw blijven, en ik heb vastgesteld liever alles te verliezen en alles te lijden, dan die te overtreden,

BENEDICTIE.

Zegen, o mijn God: deze heilige

------- ------------

ONDER DE H. MIS.

voornemens; stort over ons uwen heiligen zegen door de hand van uwen dienaar, en doe de uitwerkselen van denzelven eeuwiglijk over ons blijven; in den naam des Vaders, en des Zoons, en des H, Geestes. A.men.

ST. JANS EVANGELIE.

In het begin was het quot;Woord, en het quot;Woord was bij God, en God was het quot;Woord. Dit was in het begin bij (jod. Alle dingen zijn door hetzelve gemaakt, en zonder dat is er niets gemaakt van hetgeen er gemaakt is. In hetzelve was het leven, en het leven was het licht der menschen; en het licht scheen in de duisternissen, en de duisternissen hebben het niet begrepen. Er werd een mensch van God gezonden, wiens naam Johannes was. Deze kwam tot getuigenis, om getuigenis van het Licht te geven, opdat zij allen door Hem gelooven zouden. Hij was liet Licht niet, maar hij was om van

——yamp;j!

KVKs---:----------ramp;lgg!

(P m

60 gedijden

het Licht getuigenis te geven. Dit was liet waarachtige Licht, welk verlicht allen mensch, komende in deze wereld. Hij was in de wereld, en de wereld is door Hem gemaakt, en de wereld heeft Hem niet gekend. Hij kwam in zijn eigen, doch de zijnen namen Hem niet aan. Maar aan allen, die Hem aangenomen hebben, heeft Hij magt gegeven om kinderen Gods te worden, degenen, die in zijnen naam gelooven, welke niet uit den bloede, noch uit den wille des vlee-sches, noch uit den wille des mans,

maar uit God geboren ,zijn. En [dit zeggende knielt men) het Woord is vleesch geworden, en het heeft onder ons gewoond. En wij hebben zijne glorie gezien, eene glorie als van den eeniggeboren Zoon des Vaders, vol van genade en waarheid.

Antw. God zij dank.

gebed na de h. mis.

Ik dank U, Heer! voor de genade

-=—-——?5£W.

------------ ---—

ONDER DE H. MIS. 01

die Gij mij verleend hebt, van te gedoogen, dat ik heden bij de heilige Offerande der Mis ben tegenwoordig geweest, buiten zoo vele anderen, die dit geluk niet gehad hebben : ik vraag U vergiffenis over al de gebreken, die ik in dezelve bedreven heb door mijne lafhartigheid en verstrooidheden. Dat deze offerande, o mijn God! mij van het verledene zuivere, en mij tegen het toekomende versterke.

Ik keer nu met vertrouwen weder tot mijne bezigheden, tot welke Gij mij roept; ik zal geheel den dag de genaden herdenken, die Gij mij verleend hebt, en ik zal trachten dat er mij niet een woord, niet een werk, niet eene gedachte noch eenige begeerte ontvalle, die mij de vrucht zou kunnen doen verliezen van de heilige Mis, die ik nu heb gehoord. Dit is hetgeen ik mij voorstel met de hulp uwer goddelijke genade. Amen.

-*lt;2i£gt;5

SLmïs-^- —-

KO

DE H. iKilS

VOOR OYELEDENEN.

VOORBEREIDEND GEBED.

rjfc LMAGTiGE Schepper van Hemel en cücJö aarde, ootmoedig val ik U le voet, en bid voor de zielen, die, in uwe genade uit deze wereld geBChei-den, echter aan uwe strenge regt-vaardigheid in het vagevuur betalen wat zij op aarde niet genoeg geboet hebben. Onder deze zijn welligt mijne ouders, mijne bloedverwanten, vrienden en weldoeners. Hoe vele van deze en andere lijden daar misschien om zonden, tot welke ik aanleiding of gelegenheid gegeven heb; ik hen

DE H. MIS VOOR OVERLEDENEN. 65

verpligt tleze te helpen; en hoe kan ik haar beter te hulp komen dan door het heilig Bloed van het vlekkelooze Lam, hetwelk ik door de handen des Priesters voor haar opoffer.

Neem derhalve dit heiligste offer aan, o Vader der levenden en doo-den i en laat het aan de lijdende zielen tot troost verstrekken; al zijn zij strafwaardig, zij zijn echter uwe dierbare kinderen, die naai* U alleen haken en U in den Hemel voor eeuwig verlangen te loven. quot;Wees bijzonder genadig de ziel van Ts. (indien men eenen aüuat wil toevoegen, voegt men er bij :) maak haar of hem deelachtig aan den aflaat, dien ik heden wil verdienen, en aan de heilige Communie, die ik U voor haar of hem van harte opoffer. Amen.

In den naam des Vaders, en des Zoons, en des heiligen Geestes. Amen.

/OT.H:------------------------aJtriTX

^

K 61 DE H. MIS

CONFITEOR.

Ik beschuldig mij, enz., zie hl. 41.

KYRIE ELEISON.

God heraelsche Vader, ontferm U over de zielen in liet vagevuur ; zij zijn het werk uwer handen, vervul haar verlangen; doe haar in vrede rusten !

God Zoon, Verlosser der wereld , ontferm IJ over de zielen in het vagevuur! Doe haar de vruchten van uw lijden en uwen dood genieten;

maak haar zalig!

God H. Geest, ontferm U over de zielen des vagevuurs, die Gij geheiligd hebt; verlos haar uit hare pijnen!

O God! aan wien het eigen is altijd \':/■ barmhartig te zijn en te behouden,

ick ___\'_

\' .........

VOOR OVERLEDENEN.

wij bidden U ootmoedig, dat Gij aan N., en aan alle overledene geloovi-gen, volkomene vergeving hunner zonden wilt verleenen en lien in de woonplaats uwer heerlijkheid laat binnen treden. Dit verzoeken wij U door Jesus-Christus, onzen Heer, die met U leeft en heerschappij voert in de eenheid van den heiligen Geest. Amen.

EPISTEL.

O God ! wij allen zijn uwe kinderen, allen leden van ééne Kerk, waarvan Jesus-Christus het Opperhoofd is. De dood zelf breekt de banden niet, waarmede de Godsdienst ons veree-nigt. Schoon de dood ons heeft gescheiden, mag echter onze liefde geen einde nemen. Ook leert Gij ons, o God, dat het eene heilige gedachte is, mits zij op het geloof gegrond is en door de liefde ingeboezemd wordt, en 5 8

54

------------- .\'jzm

rr

OO DE II. MIS

eene zaliye (jcdachte, dewijl liet der lijdende zielen troost verschaft en hare zaligheid verhaast, en het ons verdienstelijk is, voor de overledenen te bidden, opdat zij van hunne zonden ontbonden worden. Voed, o mijn God: in mijn hart de liefde, welke ik den afgestorvenen in Christus moet toedragen, en verleen hun, door mijne ootmoedige smeekingen, de genadige kwijtschelding, waarnaar zij altijd verlangd hebben.

EVANGELIE.

O God! hoe troostend worden ons de tranen, welke de liefde en dankbaarheid ons over den dood onzer vrienden afpersen, wanneer wij Jesus. uwen Zoon, op het graf van Lazarus,

dien Hij beminde, zien weenen! Hoe opbeurend zijn ons de woorden, met welke Hij de bedrukte Martha, zuster

van den overledenen Lazarus troost-

___

keor- ~—— ------------

$ I

Pamp;2.-

VOOR OVERLEDENEN.

te : « Ik ben de verrrijzenis en het « leven. Die in Mij gelooft, zal leven, « schoon liij dood ware. En al wie « leeft en in Mij gelooft, zal in eeu-« wigheid niet sterven. » quot;Wij zijn dan niet voor altijd van onze vrienden gescheiden. Het vertrouwen op uwe barmhartigheid doet ons hopen, dat zij in uwen vrede uit dit tranendal verhuisd zijn; maar uwe heiligheid, voor welke niets onzuivers mag verschijnen, doet ons vreezen, dat zij tot uwe eeuwige omhelzingen nog niet zijn toegelaten. O Vader aller genade! laat U bewegen door onze smeekingen en door hun vurig verlangen naar U; verlos hen van hunne pijnen, neem hen bij U, laat ons hen eens bij U wederzien, en daar U danken, dat. Gij ze ons hebt wedergegeven.

Lees de gebeden van af de Offerande, hlads. 47, tot aan het Agnus Dei, blcdz. 56.

—SS

DE H. MIS

AGNUS DEI.

Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, wees de zielen des vagevuurs genadig! Aanbiddelijk Slagtoffer voor de zaligheid der men-schen, maak haar zalig! Goddelijke Middelaar, verwerf haar genade bij uwen Vader en verleen haar de eeuwige rust!

COMMUNIE.

Hoe zoet ware het mij, enz., bladz. 56.

LAATSTE COLLECTE.

Verhoor, o Heer! de dringende Jjede, welke wij U, voor liet welzijn aller overledene geloovigen, tot den troon uwer barmhartigheid opzenden ; zuiver hen van al wat hen van het —lot der voor hen bestemde zalig-

-_—_ quot;

■ 5?

VOOR OVERLEDENEN. 69

heid nog verwijderd houdt; en laat hen voor U geregtvaardigd worden door liet bloed van uwen Zoon, dat eens voor hen aan het kruis werd gestort en dagelijks nog op onze altaren vloeit. Dit bidden quot;wij U door denzelfden Jesus-Christus, onzen Heer. Amen.

EVANGELIE VAN DEN H. JOHANNES.

In het begin, enz., hlach. 59.

GEBED NA DE MIS.

O God\' mij zult Gij ook eens uit deze wereld roepen, en ik weet niet wanneer. Misschien ben ik slechts weinige schreden meer van het graf verwijderd. Leer mij dan mijne plig-ten naauwgezet volbrengen, opdat ik mij in het doodsuur niets te verwijten hebbe. Leer mij den tijd dien ik nu nog heb, zorgvuldig waar-

rftf:_____

^-----------------r----------------------

DE H. MIS

nemen, en de bewerking mijner zaligheid niet tot eenen toekomenden, die mij onzeker is, uitstellen, opdat de nacht des doods, in welken niemand zal kunnen werken, mij niet onverwachts, en vóór ik bereid beu, overvalle. Laat mij nooit vergeten, dat al het aardsche vergankelijk is, iat mij noch rang, noch rijkdom in de eeuwigheid volgen kunnen, maar alleen de goede werken. Leer mij ook het lijden dezes levens met geduld en standvastigheid dragen, opdat het in mij een eeuwigdurend gewigt van heerlijkheid uitwerke. Met onderwerping aan uwen heiligen wil, laat ik mijnen langeren of korteren levensloop en al zijne veranderingen aan uwe verordening over. Maak mij getrouw in de gehoorzaamheid aan uwe geboden tot het einde mijns levens. Bewaar mij van eenen haastigen, on-voorzienen en ongelukkigen dood. ^T - at mij, vóór mijn sterven, waardig

VOOR OVÜliLEDENEN.

lt;le H. Sacramenten ontvangen. Laat mij mijnen laatsten snik geven onder tie bescherming der allerheiligste Maagd Maria, van mijnen Beschermengel en van mijne heilige Patronen. Ontferm U over allen, die nu in doodstrijd liggen. Versterk de zwakken; help de kranken; sta de behoei-tigen bij, zorg voor weduwen en weezen; vertroost diegenen, welke met treurige harten tot U weenen; wees ons genadig. Door Jesus-Christus, onzen Heer. Amen.

- -

Mie _

i€.U. irt^;

BIECHTOEFENINGEN.

GEBED VÓÓR HET GEWETENS-ONDERZOEK.

lige Geest! verlicht de duisternissen mijner ziel, geef mij eenige stralen van dat groote licht, hetwelk mij in het uur van mijnen dood al mijne zonden zal doen zien.

Duld niet, dat mijn hoogmoed deze voor mijne oogen verberge; maar geef dat ik die zie, gelijk zij waarlijk zijn, opdat ik ze verzake, zooveel zij het verdienen.

Onderzoek zorgvuldig uvj geiveleu. Zie of gij in uwe voorgaande biechten nergens aan ontbroken hebt; of gij niet de noodige bereiding tot de heilige Tafel genaderd zijt of andere cramenten ontvangen hebt; a

______- _;_

BIECHTOEFENINGEN, TB

daarna de tien geboden Gods, op elk derzelve wat stil blijvende, om ernstuj te overwegen, wat gij daartegen met ocdachten, begeerten, tuoorden en tuer-ken bedreven hebt; zoo ook de vijf geboden der IJ. Kerk, de zeven hoofdzonden, de negen vreemde zonden, de plig-tcn en verbindtenissen van muen staat, denkende op ivelke plaatsen gij geweest zijt en met tuelke personen gij ov\\gang hebt gehad, enz.

Stel u, na het onderzoek, de volgende beweegredenen of ten minste eenxge van deze voor,

pcuKcfltcïicncn cm bet Ijart tot ecu «maracljtui Iccbiüi^cn op tc luckkcu.

De afschuwelijkheid der zonde.

De doodzonde is eene vrijwillige overtreding in eene voorname zaak van Gods H. quot;Wet; zij is eene verachting van de oppermajesteit; zij doodt

____________i gnraf

74 BIECHTOEFENINGEN.

tie ziel door haar het geestelijk leven te benemen, dat is de heiligmakende genade, die al haren glans en luister in zich bevat; zij maakt de ziel voor de oogen van God zoo leelijk als de j duivel zelf. Deze, helaas, heb ik be-i dreven! Ja, zoo vermetel ben ik geweest, die in de tegenwoordigheid van mijnen God te bedrijven! Nu is het oogenblik daar, dat ik er van kan verlost worden, met er eene ware droefheid over te hebben; die goede God, dien ik versmaad heb, vraagt zelf dit van mij, en is bereid mij genade te schenken. Zal ik zulks weigeren?

De dood.

Het is zeker, dat ik eens zal sterven, — onzeker wanneer. Ben ik op dit schrikkelijk oogenblik nog met deze zonden beladen, helaas, hoe zal ik dan sterven! hoe rampzalig zal mijn vertrek uit deze wereld zijn!.... Hoe pijnlijk dit leven te verlaten ! hoe

Sg__\'__sJpf

gp¹---------------

BIECHTOEFENINGEN. 75

vreeselijk, met dit pak naar de eeuwigheid te vertrekken!... lioe beangst zal dan mijne arme ziel wezen!... Nu kan ik daarvan ontslagen worden, door die zonden met een waar berouw te biechten; verzaak ik ze nu niet, zoo zal in het doodsuur mij welligt de tijd en de genade geweigerd worden. Zoude ik zoo willen en durven sterven?

Het oordeel,

Hoe zal ik voor mijnen Regter verschijnen, zoo deze zonden mij niet vergeven zijn!... Hoe zal ik Jesus, dien ik versmaad heb, durven aan-j schouwen!,.. quot;Welke schaamte zal ik gevoelen, daè.r aan geheel de wereld bekend te zien, hetgeen ik nu zoo beschaamd ben aan eenen Triester alléén te openbaren, die alles moet — en hetgeen ik zeker weet — alles zal zwijgen!... Hoe zal mijne ziel gesteld zijn, wanneer zij dit verschrikkelijke vonnis zal hooren ; ga van mij, ver-

fe—--------

--—--

ff

76 BIECHTOEFENINGEN.

vloekte, in het eeuwig vuur! Hoe vree-selijk zal het zijn aan de duivels overgeleverd te worden\'... Hiervan kan ik mij bevrijden, met nu opregt bedroefd over deze zonden te zijn, en ze voortaan nooit meer te bedrijven. Zal ik versteend blijven?

De hel.

De zonden, die het geweten mij nu verwijt, zullen mij tot de verdoemenis brengen, om een ongelukkige brandstok van het helsche vuur te worden, indien ik mij niet bekeer!... Heb ik ooit eens luel nagedacht, welke pijnen de hel in zich bevat, waar de duivel mijn beul en mijn gezelschap zal wezen, waar weenen, huilen, knarsetanden en wanhoop mijne bezigheden zullen zijn; waar mij alle troost zal ontzegd worden; waar het vuur, de stank, de honger, de dorst en alles wat pijnlijks kan uitgedacht worden, mij nimmer zullen verlaten; waar

BIECHTOEFENINGEN.

andere ontelbare verdoemden, die met mij zullen branden, mijne ellenden door wederzijdsche vervloekingen zullen vermeerderen! 0 hel! heb ik ooit eens ivel nagedacht wat de hel is ? Deze hel heb ik verdiend, nu ben ik verpligt in die hel eeiiwiy te bran-nen ; één middel kan mij daarvan bevrijden, namelijk : nu door tranen van leedwezen mijne zonden uit te wisschen. Zal ik zulk een gemakkelijk I middel verwerpen?

De eeuiuigheid.

Heb ik, rampzalige zondaar, ooit wel overwogen, dat die pijnen der hel eeuwig zullen duren; dat millioenen en millioenen jaren die pijnen noch verminderen, noch verkorten zullen ?... Heb ik wel ernstig nagedacht, dat de eeuwigheid, waarop ik nu zoo weinig denk, mij dan in het midden der vlammen altijd in de gedachte zal zijn ? Dat ik dan zal trachten er niet

BIECHTOEFENINGEN.

op te denken, doch tegen wil en dank in eeuwigheid zal gedwongen zijn eeuwig de eeuwigheid in het geheugen te houden?... Dat mijn eigen geweten mij nooit zal gerust laten, maar onophoudelijk tot mij zal roepen ; Zoo, ongchikkuje, zult gij eeuwig branden! eeuwig.... zonder ophouden; eindeloos!.... O eeuwigheid van pijnen, hoe wreed is de gedachte aan u!.... Nu kan ik zulks voorkomen met eene ware droefheid over mijne zonden te hebben; zai ik tegen mijne arme ziel zoo wreed blijven? Zal ik de zonde van ganscher harte niet verfoeien?

Den Hemel verloren.

Wat die ongelukkige eeuwigheid bovenal nog zal bezwaren, is, beroofd te zijn van het eeuwige geluk des Hemels, waarvoor ik was geschapen, en tot hetwelk ik regt had, indien ik wel hadde geleefd. Geen verstand knn nu begrijpen hoe groot de hequot;\'

BIECHTOEFENINGEN.

lijkheid en het geluk des Hemels is, waar men alles, wat schoon en vermakelijk kan bedacht worden, vindt waar alles is, wat men verlangt, en niets zal zijn, wat mishaagt;... maar dan zal ik tot mijn ongeluk beter begrijpen, wat het is, van zulk een groot geluk beroofd te zijn. Nu houdt mij het tijdelijke bezig en verblindt mij; maar dan, ontbloot van de be-driegelijke dingen dezer wereld, zal ik zien en kennen wat ik verlies.... Door deze zonden heb ik dien schoo-nen Hemel verloren!... Nu kan ik nog het regt op dien Hemel herkrijgen, door mijne zonden met een rouwig hart te beweenen; zal mijn hart dan niet bewogen worden ?

Christus voor ons lijdende,

O mijne ziel! beschouw uwen goeden Jesus voor u aan een kruis lijdende om u van lijden te bevrijden.... voor u stervende, om u van den eeuwigen dood te verlossen.

w^-* 80

quot;Welke grenzelooze liefde, o Jesus! bewijst Gij mij!... Gij, God en Schepper, voor mij, ondankbaar schepsel, en verre van U dankbaarheid te bewijzen, heb ik dit uw lijden door mijne zonden vernieuwd, doch Gij zijt zoo goed, die te willen vergeven, indien ik ze door een opregt berouw wil verzaken; zal ik voor zulk eene teedere liefde ongevoelig blijven?

God alle liefde waardig.

God is de opperste schoonheid, goedheid, heiligheid en volmaaktheid, die alle goed in zich besluit, en dus alle liefde waardig is, ja, oneindig meer liefde dan alle schepselen Hem kunnen bewijzen. Die opperste schoonheid heb ik versmaad; die opperste heiligheid heb ik onteerd die opperste goedheid heb ik veracht; die opperste volmaaktheid heb ik gehaat;.... ja, ik zoude God zei ven vernietigd hebben, ware het in mijne magt geweest! Rampzalige menech.

BIECHTOEFENINGEN. .

wat heb ik gedaan! o mijne ziel, hoe weinig kent gij uwen God !... Zult gij, ellendige, uwe oogen niet openen, om die opperste en onveranderlijke schoonheid te beminnen en tranen van leedwezen over uwe zonden, die van eene oneindige boosheid zijn, te storten, omdat zij tegen God, die van eene oneindige waardigheid is, bedreven zijn!... Is er dan geen enkel liefde vonkje meer in mijn hart te vinden, dat ik weiger dien God te beminnen, die alle liefde waardig is ?... Het is gedaan, o mijn God! ik zie nu mijne boosheid; verleen mij toch eene ware droefheid over mijne zonden; het is nu de dood niet meer, die mij beangst, noch oordeel, noch eeuwigheid, die mij verschrikt en in mij eenen haat tegen de zonde verwekt; maar ik verzaak ze, omdat ik uwe opperste goedheid, schoonheid en volmaaktheid vergramd heb. Om U, o Heer ! wil ik de zonde laten, U alleen en boven alles, eeuwig beminnen.

6

rag.

.3^

82 BIECHTOEFENINGEN.

Verwek, wanneer het hart door deze htweeyredenen geraakt is, de volgende oefeningen.

OEFENING VAN GELOOF.

Mijn Heer en mijn God! ik geloof vastelijk al juat Gij veropenbaard hebt en de II. Kerk mij voorhoudt te geloo-ven, en in het bijzonder geloof ik, dat Gij aan uwe II. Kerk de magt hebt gegeven om alle zonden, hoe groot of hoe zwaar die ook mogen wezen, uit uwen naam te vergeven ; en daarom, dat al mijne zonden, die mij, waneer ik waardig bereid ben. door uwen dienaar op aarde vergeven worden, ook door U volkomen zullen vergeven zijn in den Hemel. Dit geloof ik, o Heen omdat Gij, die de opperste en onfeilbare waarheid zijt, lt;lil geopenbaard hebt. O l hoe zeer moet deze zekerheid mij troosten en opwekken om mijne zonden getrouw en met een waar leedwezen te belijden. Versterk mij, o Heer! in dit ge-

__SM

_r-

loof, in hetzelve wensch en tuil ik door uwe genade leven en sterven,

OEFENING VAN HOOP.

Mijn Heer en mijn God! ik hooji dat Gij mij, arme en ellendige zondaar, niet zult verstooten; alhoewel ik beken meer verdiend te hebben uwe regtvaardigheid te ondervinden, dan uwe barmhartigheid \'te genieten, hoop ik echter, o mijn God, dat Gij mij niet door mijne verdiensten — want ik beken, dat ik er geene heb, en dat ik zelfs met misdaden beladen ben — maar, door de verdiensten van Jesus-Christus in het heilig Sacrament, hetwelk ik nu verlang te ontvangen, verijevimi van mijne zonden zult ver-leenen. Ik hoop wijders, dat Gij, na mij van mijne zonden gezuiverd te hebben, mij ook de genade zult geven om ivel te leien, en hierna het eeuwig leven, tot hetwelk Gij mij hebt geschapen. Ik heb zeker de allergrootste reden om dit te hopen, omdat Gij, o Vader der

BIECHTOEFENINGEN,

barmhartigheid! tot ons oneindig goed zijl, en almagtig, die alles doet, wat U belieft, en omdat Gij, die getrouw zijt i?i uwe beloften, vergiffenis en barmhartigheid aan alle zondaren, die zich waarlijk bekeeren, beloofd hebt. Mijn hart is met regt ten hoogste droevig, wanneer ik de leelijkheid mijner zonden overdenk; maar hoezeer wordt het getroost door de zekere hoop van vergiffenis, en van XJ eens in uwe heerlijkheid te mogen genieten ; mijne ongetrouwheid alleen kan deze hoop verijdelen. Wil toch. Heer mijne zonden vergeven, en mij door uwe genade zoo versterken, dat ik U altijd getrouw blijve, opdat ik op U zoo hope, dat ik in eeuwigheid niet beschaamd worde. In deze hoop. Heer! wil ik leven en sterven.

OEFENING VAN LIEFDE.

Mijn Heer en mijn God! ik beken met de grootste schaamte, dat ik U tot dusverre niet bemind heb; mijn

BIECHTOEFENINGEN.

geweten, dat mij de leelijkheid mijner zonden voorstelt, overtuigt mij, dat ik U zelfs veracht en versmaad heb ; maar nu verlang ik door het heilig Sacrament, hetwelk ik ga ontvangen, van mijne zonden ontslagen te worden, om U in het vervolg met eene zuivere liefde te kunnen beminnen ; gedoog dat ik op dit oogenblik voor Hemel en aarde zegge : Ik bemin 1\' boven al, uit geheel mijn hart; en ik wil voortaan door mijne werken too-nen, dat ik U waarlijk bemin en liever alles, ook het leven zoude verlaten, dan U met eene doodzonde te vergrammen. Uwe oneindige goedheid en barmhartigheid tot mij, die ik rijpelijk overwogen heb, doen mijne gedachten tot U opstijgen, om te gedenken hoe oneindig goed, verheven, waardig en volmaakt Gij in U zeiven zijt; dit is de reden, waarom ik U uit geheel mijn hart bemin, omdat Gij het opperste goed zijt, wiens volmaak the-

Xöamp;i,_______—___-vnpx

P %

¹ S6 BIECHTOEFENINGEN.

den onbegrijpelijk zijn, die in schoonheid alles te boven gaat, -waarom ik verlang, U eeuwig te beminnen en allen lof en eer te geven, en tot verder bewijs van de opregtheid mijner liefde bemin ik mijnen evennaaste, zonder die, welke mij iets misdaan hebben,

uit te zonderen, gelijk mij zeiven uit liefde lot U, en wensch met hen gezamenlijk U in alle eeuwigheid te loven en te prijzen. In deze liefde.

Heer ! wil ik door uwe genade leven en sterven.

OEFENING VAN BEROUW.

Mijn lieer en mijn God! alhoewel ik meermaals mijne droefheid betuigd heb van U vergramd te hebben, nog-tans nu, daar ik mijne zonden aan den Priester, die uwe plaats bekleedt, ga belijden, verlang ik met eene op-regte droefheid te zeggen : het is mij (jrondhartig leed dat ik uiue godde-lijke Majesteit door mijne zonden

^_____ __.

•■fts.

BIECHTOEFENINGEN,

vergramd heb; het is mijne schuld, o Heer! het is mijne schuld , het is mijne allergrootste schuld. Ik haat die nu als uwen en mijnen grootsten vijand en verzaak ze als het grootste kwaad, uit liefde tot U, die alle liefde waardig zijt; eti ik maak een vast voornemen van, door uwe hulp en genade, niet meer te zondigen, de fieJegenheden van zonden le schuiven, en mij zeiven te verloochenen; niet meer naar de ingevingen van den boozen geest te luisteren, de kwade voorbeelden der bedorvene wereld nooit meer te volgen, mijne driften te beteugelen, en mij zoo in alles door uwe genade te beteren.

Vermeerder toch. Heer! dit mijn berouw; doe mij meer en meer de leelijkheid mijner zonden en de oneer kennen, die ik uwen H. Naam heb aangedaan, en welke ik nu verlang te herstellen ; vernieuw mijn hart door

een opregt leedwezen, dan mag ik

BIECHTOEFENINGEN.

vertrouwen, dat Gij door dit Sacrament mijne zonden zult vergeven; want ik weet, Heer, dat Gij een vermorzeld en verootmoedigd hart niet zult verstoeten.

Nader tot den biechtstoel met die eer-hiedigheid, in welke gij u zoxidt houden, zoo Jesus-Christus ziythaar en in yersoon in de plaats van den Priester was. Kan men zich genoeg verootmoe-diien, wanneer men de hel verdiend heeft en men genade zoekt te erlangen ?

Vraag, wanneer gij in den biechtstoel zijt neder geknield, den zegen van den Priester; maak, terwijl gij dien ontvangt, het teeken des heiligen kruises, en zeg

DE VOORBIECHT.

Ik belijd voor God almagtig, de H. Maagd Maria, voor alle Heiligen en voor u, vader, dat ik gezondigd

heb met gedachten, woorden en werken, door mijne schuld, door mijne schuld, door mijne allergrootste schuld. Mijne laatste biecht is geweest, sedert [noem hier het getal der dagen, weken, maanden, enz.

Biecht uwe zonden op eene klare, eenvoudige, korte, omzichtige en eerbare wijze, met ootmoed en opregt-heid, alsof gij lot God spraakt; en waarlijk gij spreekt tot God, in den persoon van zijnen dienaar. Zeg het getal uwer zonden; indien gij het juiste getal niet zeker weet, zeg dan het naaste; doe eveneens nopens den tijd, dien de zonde geduurd heefl. Druk de omstandigheden uU, die de-zonde kunnen veranderen of de boosheid der zelve merkelijk verminderen of vermeerderen. Indien gij twijfelt eene zonde bedreven te hebben, of dat, die gij bedreven hebt, doodzonde zij. geef dat alles uwen biechtvader te kennen, opdat hij er ow nnrdeele.

BIECHTOEFENINGEN.

Zeg, na al uwe ■zonden beleden en eenvoudig op de ondervraging van den biechtvader geantwoord te hebben, met eenen verootmoedigden geest en een vermorzeld hart

DE NABIECHT.

Ik beschuldig mij van deze zonden, en van alle, die ik mij thans niet herinner, alsook van al de zonden van mijn gansche leven. Ik vraag aan God vergiffenis en aan u, vader, de penitentie en absolutie, indien gij het goedvindt.

Geef hierna naauwkeurig acht op al wat n de biechtvader zegt, wetende dat hij in den naam Gods tot u spreekt, ■ Let bijzonder met aandacht op de middelen, die hij u voorschrijft, cm in het vervolg de zonden te vermijden, en : welke goede werken hij u tot boetple-ging oplegt.

Onderwerp u ten volle aan het gedrag, hetiuelk de biechtvader ten opzichte van

Mg_______%

..............--------------------------3gt;nra;

BIECHTOEFENINGEN. 01

de absolutie goedvindt; indien hij ze u weigert, zucht inwendig; beken, dat gij niet waardig zijt die te ontvangen, en ga zonder tegenspreken of morren, zonder den Prieeter lastig te vallen, uit den biechtstoel, met een vast voornemen om nieuwe pogingen te doen, om door verandering van leven en eene ware boetvaardigheid de absolutie te verdienen, Indien de Priester goedvindt u de absolutie te geven, aanzie ze dan als eene genade, die gij niet waardig zijt; ontvang ze ootmoedig, met het hoofd neêrgebogen; verwek ten zelfden tijde eene oefening van berouw.

DANKGEBED.

Barmhartige God 1 hoe groot is uwe goedheid tot mij! Nu bemerk ik, hoe groot nwe liefde tot den mensch is, dat Gij mij, ondankbare zondaar, in genade hebt willen ontvangen en zoo vele zonden vergeven, die ik tegen :oddelijke Majesteit bedreven

ij*-— —----------------------gt;gt;4.:

grsts— ------

02 BIECHTOEFENINGEN.

heb; wat genoegzame dankbaarheid zal ik U kunnen bewijzen? Indien een misdadiger voor een\' wereldschen regter, de doodstraf verdiend had, en uit loutere goedheid des regters in vrijheid werd gesteld, wat toereikende dankbaarheid zoude hij kunnen bewijzen? Ik beken, o Heen dat ik zulk een pligtige ben, die door mijne zonden de eer uwer goddelijke Majesteit gekwetst heb, waarom ik niet alleen de doodstraf naar het ligchaam, maar ook de eeuwige straf der hel verdiend heb; en Gij hebt nogtans, uit loutere goedheid, mij zoowel de schuld mijner zonden, alsook de eeuwige straf, zoo ik vertrouw, ten volle vergeven. O goedheid van mijnen God: welke dankbaarheid zal ik u bewijzen! Ik erken mij hiertoe geheel onbekwaam. Het dunkt mij echter, o Heer! dat Gij tot mij zegt : Ga in vrede, wil voortaan niet meer zondigen, en ik zal dit voor dankbaarheid aannemen» Heer ! ik ben thans daartoe

gp* -------------------

BIECHTOEFENINGEN. 03

bereid; versterk mij hiertoe door uwe genade; ik zal ook dagelijks trachten te overwegen hetgeen Gij mij door uwen dienaar belast hebt, en dit getrouw zoeken te onderhouden; ik zal die woorden van zaligheid overdenken, niet als eene les door eenen mensch, maar door U zeiven gegeven, waarvan ik U in den jongsten dag rekening zal moeten doen. Verleen mij. Heer ! uwe genade, zonder welke ik in al mijne voorgaande, ja nog in ergere zonden zoude vervallen. Gij. die mij vergiffenis verleend hebt van het kwaad, geef mij ook versterking tot het goede, opdat ik een nieuw leven beginne, U altijd getrouw en dankbaar blijve, en in alles uwe meerdere eer betrachte. Door Christus onzen Heer. Amen.

o-rrTQQz-yo

iiU—¹ —— ^

BOETPSALMEN.

Dc woorden, die in andere letters staan, zijn geene woorden van den Psalm, maar dienen om den zin beier le verslaan.

Ant. quot;Wees, o Heer! niet gedachtig.

I. PSALM 6.

[eeu : straf mij niet in uwe verbol-gt; genheid, noch kastijd mij in uwe gramschap.

Ontferm ü mijner. Heer! want ik ben krank; genees mij, Heer! want mijne beenderen zijn ontsteld.

En mijne ziel is zeer ontsteld : maar Gij, Heer! hoe lang zult Gij vertoeven mij te helpen ?

Keer ü tot mij, Heer! en verlos mijne ziel ; behoud mij om uwe barmhartigheid.

quot;Want er is niemand, die in den dood U gedachtig is; en wie zal U in de hel loven ?

telg_

BOETPSALMEN.

Ik ben vermoeid van het zuchten; ik zal alle nachten mijn bed was-«chen, met mijne tranen zal ik mijne rustplaats besproeijen.

Mijn oog is van de verbolgenheid ontsteld, door het hitler en geduriy tueenen; ik ben onder al mijne vijanden verouderd.

Gaat weg van mij, allen, die onge-regtigheid bedrijft; want de Heer heeft de stem mijns weenens verhoord.

De Heer heeft mijn smeeken gehoord; de Heer heeft mijn gebed aangenomen.

Dat al mijne vijanden beschaamd en geheel ontsteld worden; dat zij zeer haastig terug keeren en zicli schamen.

Eere zij den Vader, enz.

II. PSALM 31.

Zalig zijn zij, wier boosheden vergeven en wier zonden bedekt zijn.

p¥§

96

«Ie zonden niet toegerekend heeft, en in wiens geest geen bedrog is.

Omdat ik zweeg, dewijl ik heb nagelaten mijne zonden ootmoedig en opregt voor U te belijden, zijn mijne beenderen {mijne krachten) verouderd, terwijl ik den ganschen dag riep.

quot;Want dag en nacht is uwe hand op mij bezwaard; in mijne ellende heb ik mij tot U bekeerd, terwijl ik met den doorn van smarten en van een knagend geweten doorstoken werd.

Ik heb mijne misdaden aan U bekend gemaakt, en mijne ongeregtig-heid heb ik niet verborgen.

Ik zegde : ik zal tegen mij mijne cngeregtigheden voor den Heer belijden, en Gij hebt de boosheid mijner zonden vergeven.

Hierom zal ieder Heilige tot U ten regten tijde bidden.

Ook wanneer er groote watervloeden komen, zullen zij tot hem niet naderen.

SP==-----^

BOETPSALMEN. 97

Gij zijt mijne toevlugt tegen de verdrukking, die mij omvangen heeft; o God! die mijne verheuging zijt, verlos mij van hen, die mij omringen.

Ik zal u verstand geven, zoo spreekt Gij, o God! tot uwen dienaar, en u in den weg onderwijzen, waardoor gij gaan zult. Ik zal mijne oogen op u gevestigd houden.

quot;Wil, o meiisch! niet worden gelijk een paard of muilezel, die geen verstand hebben.

Bedwing, Heer! met breidel en toom van eene zalige vrees de kinnebakken dergenen, die tot U niet komen.

De geeselen der zondaars zijn menigvuldig ; maar dengene, die op den Heer hoopt, zal de barmhartigheid omringen.

Verblijdt u in den Heer, en verheugt u, gü regtvaardigen! en roemt in Hem, allen, die.opregt van harte zijt.

Eere zij den Vader, enz.

7 8

_ __

.....-.. .....—

08 BOETPSALMEN-

III. PSALM 39.

Heen straf mij niet in uwe verbolgenheid, noch kastijd mij in uwe gramschap.

quot;Want uwe schichten steken in mij, en Gij hebt uwe straffende hand op mij bezwaard.

Er is geene gezondheid in mijn vleesch, ter oorzake uwer gramschai); er is geen vrede in mijne beenderen om mijner zonden wille.

Want mijne ongeregtigheden zijn boven mijn hoofd gewassen, en als een zware last drukken zij mij.

Mijne wonden zijn verrot en bedorven ter oorzake mijner dwaasheid, van zoo lang mijne boetvaardigheid uit te stellen.

Ik ben ellendig geworden en ten uiterste onder den last mijns lijdeus neergebogen ; den geheelen dag ga ik bedroefd.

quot;Want mijne lenden zijn met be-

BOETPSALMEN.

driegelijkheden vervuld, en er is geene gezondheid in mijn vleescli.

Ik ben verdrukt en vernederd hoven mate, ik brieschte van het zuchten mijns harten.

Heer! voor U is al mijne begeerte, en mijn zuchten is voor U niet verborgen.

Mijn hart is ontroerd, mijne kracht heelt mij verlaten, ja zelfs het licht mijner oogen is bij mij niet meer. ,

Mijne vrienden en naasten zijn tegen mij opgekomen en opgestaan.

En die bij mij waren, bleven van verre, en die naar mijn leven stonden, deden geweld.

En die kwaad tegen mij zochten, spraken ijdelheden en bedachten den ganschen dag bedrog.

Doch ik, als een doove, hoorde niet, en als een stomme deed ik mijnen -mond niet open.

En ik was als een mensch, die niet hoort, en die geene wederspraak in zijnen mond heeft.

BOETPSALMEN.

quot;Want op U, Heer! heb ik gehoopt; Gij, Heer, mijn God! zult inij verhooren.

Dewijl ik gezegd heb : dat toch mijne vijanden zich nooit over mij verblijden; zij hebben, als mijne voeten wankelden, trotsch tegen mij gesproken.

quot;Want ik ben tot de geesels\'bereid, en mijne smart is altijd voor mijne oogen.

quot;Want ik zal mijne boosheid openlijk bekend maken, en op mijne zonden (\'enken.

Doch mijne vijanden leven en zijn magtiger dan ik ; en die mij ten on-regte haten, zijn vermenigvuldigd.

Die goed met kwaad vergelden, lasterden mij, omdat ik het goede volgde.

Verlaat mij niet. Heer, mijn God! ga van mij niet weg.

Denk op mijne hulp. Heer! God mijner zaligheid.

Eere zij den Vader, enz.

IV. PSALM 50.

Ontferm U mijner, o God! volgens

e groote barmhartigheid.

Ï63P5£______iL»Or^

BOETPSALMEN. 101

Ea volgens de menigte uwer barm-liartigheden, wisch mijne boosheid uit.

A\\\'asch mij meer en meer van mijne ongeregtigheden en reinig mij van mijne zonden.

quot;Want ik beken mijne boosheid en mijne zonde is altijd voor mijne oogen.

Voor U alleen heb ik gezondigd, voor uw aanschijn heb ik het kwaad gedaan.

Vergeef het mij, opdat Gij in uwe woorden geregtvaardigd wordet, mve beloften, waardoor Gij aan hen, luelUe boetvaardigheid doen, genade toezegt, en overwint als Gij geoordeeld wordt.

quot;Want zie, in hoosheid ben ik ontvangen, en in zonde heeft mij mijne moeder ontvangen.

Want zie. Gij hebt de waarheid lief, de onbekende en verborgene geheimen uwer wijsheid hebt Gij mij geopenbaard.

Besproei mij met hijzop, on ik al gezuiverd worden ; wasch mij, en ik zal witter worden dan sneeuw.

k h 102 BOETPSALMEN.

Gij zult, door mijne zonden ie vergeven, aan mijn gehoor blijdschap en vreugd verleenen, en mijne vernederde beenderen zullen van vreugde opspringen.

Keer uw aangezigt van mijne zonden, en quot;vvisch al mijne ongeregtiylie-den uit.

Schep in mij, o God! een zuiver hart en vernieuw den regten geest in mijn binnenste.

Verwerp mij niet van uw - aanschijn, en neem uwen H. Geest van mij niet weg.

Geef mij de blijdschap uwer zalige hulp weder, en versterk mij met eenen kloeken geest.

Ik zal den boozen uwe wegen lee-ren, en de goddeloozen zullen zich tot U bekeeren.

Verlos mij van het bloed, dnt ik onrcglvaardig heb vergoten, o God ! God mijner zaligheid, en mijne ziel zal met vreugd uwe regtvaardigheid

verheffen.

---------------—.......

103 j?

Heer! Gij zult mijne lippen open doen, en mijn mond zal uwen lof verkondigen.

quot;Want hadt Gij eene offerande gewild, ik zoude U die immers opgedragen hebben; in brandoffers zult Gij geen genoegen scheppen.

Een bedrukte geest is eene offerande voor God ; een vermorzeld en verootmoedigd hart zult Gij, o God ! niet versmaden.

Heer! handel volgens uwen goeden wil met Sion goedertieren, opdat de muren van Jerusalem opgebouwd worden.

Dan zult Gij de offerande van regt-vaardigheid, de dank- en brandoffers aannemen ; dan zal men kalveren op uw altaar leggen.

Eere zij den Vader, enz.

V. PSALM 101.

lieer! verhoor mijn gebed, en mijn geroep kome tot U.

Keer uw aangezigt van mij niet af

■ gt;t-5

BOETPSALMEN.

op wat dag ik verdrukt worde, neig uw oor tot mij.

Op wat dag ik IJ aanroepe, verhoor mij haastig.

quot;VVant mijne dagen zijn vergaan als rook : en mijne beenderen zijn als verdroogd hout dor geworden.

Ik ben geslagen als hooi, en mijn hart is uitgedroogd : omdat ik vergeten heb mijn brood te eten.

Van het geluid mijner zuchten kleeft mijn gebeente aan mijn vleesch.

Ik ben aan den pelikaan der woestijn gelijk geworden : ik ben geworden gelijk de nachtraaf in een huis.

Ik heb gewaakt, en ben geworden als eene eenzame musch op het dak.

Den geheelen dag beschimpten mij mijne vijanden, en die mij voortijds prezen, zwoeren nu tegen mij.

Omdat ik asch als brood at, en mijnen drank met tranen mengde.

Ter oorzake uwer gramschap en verbolgenheid : omdat Gij mij opgeheven en nedergestooten hebt.

w*—⁼—-

BOETPSALMEN. 105 j\'.

Mijne dagen zijn als eene schaduw verdwenen, en ik ben als hooi dor geworden.

Maar Gij, Heer! blijft in eeuwigheid, en uwe gedachtenis duurt van geslacht tot geslacht.

Gij zult opstaan, en U over Sion ontfermen; want de tijd U harer te ontfermen, de tijd is gekomen.

quot;Want hare steenen behagen aan uwe dienaren, en zij zullen met haar stof medelijden hebben.

En de volkeren zullen uwen naam vreezen, Heer! en al de koningen der aarde uwe glorie.

Omdat de Heer Sion opgebouwd heeft, en dóiir in zijne heerlijkheid zal gezien worden.

Hij heeft op het gebed der ootmoe-digen gezien, en hunne bede niet versmaad.

Dat deze dingen voor het volgende geslacht geschreven worden ; en het volk, dat zal geschapen worden, zal

den Heer loven.

.....^.......

/SFJ*.? «jsrjrar

106 BOETPSALMEN.

Want Hij heeft van boven uit zijne hooge, heilige plaats nedergezien ; de Heer heeft van den Hemel nedergezien op de aarde.

Om het zuchten der gevangenen te hooren; om de kinderen der gedoo-den te ontbinden.

Omdat zij in Sion den naam des Heeren verkondigen en zijnen lot in Jeruzalem.

Als de volkeren zullen te zamen komen, en de koningen, om den Heer te dienen.

Hij heeft hem op den weg zijner sterkte gezegd ; geef mij de kortheid mijner dagen te kennen.

Neem mij toch niet weg in liet midden mijner dagen : uwe jaren ilurcn van geslacht tot geslacht.

Gij, Heer! hebt in het begin de aarde gegrondvest, en de Hemelen zijn de werken uwer handen.

Die zullen vergaan; maar Gij blijft altijd : en zij zullen gelijk een kieed verouderen.

Si 3

ifer*------------------

BOETPSALMEN.

En gelijk een opperkleed zult Gij ze veranderen; en zij zullen veranderd worden ; maar Gij zijt altijd dezelfde, en uwe jaren zullen niet eindigen.

De kinderen uwer dienaren zullen met U, Heer! wonen, en hunne nakomelingen zullen in eeuwigheid bestuurd worden.

Eere zij den Vader, enz.

VI. PSALM 1*20.

Uit de diepte mijner ellende heb ik tot U geroepen : Heer ! Heer! verhoor mijne stem.

Laat. toch uwe ooren naar de stem mijner smeekingen luisteren.

Indien Gij, Heer! de ongeregtig-heden gadeslaat, Heer! wie zal dan bestaan ?

Omdat er bij U genade is, en om uwe wet heb ik U, o Heer! lang-mnedig afgewacht.

Mijne ziel heeft zijn woord afge-

BOETPSALMEN.

-wacht; mijne ziel heeft op den Heer gehoopt.

Dat Israël van den morgenstond af tot den nacht toe op den Heer hope.

Want bij den Heer is barmhartigheid, en bij Hem is overvloedige verlossing.

En Hij zal Israël uit al zijne on-geregtigheden verlossen.

Eere zij den Vader, enz.

vir. PSALM 142.

Heer, verhoor mijn gebed, luister naar mijn smeeken volgens uwe regt-vaardigheid.

En treed met uwen dienaar niet in het regt, want niemand, die leeft, .zal voor uw aanschijn geregtvaar-digd worden.

Verhoor mij, want de vijand heeft mijne ziel vervolgd, hij heeft mijn leven ter aarde toe vernederd.

Hij heeft mij in het duister gesteld, zoo als degenen, die voor lang dood en mijn ——*

-----———

Sr ü

BOETPSALMEN. 109\'

beangst, mijn hart is in mij ontsteld geworden.

Ik ben de oude dagen indachtig geweest, ik overwoog al uwe daden.

Ik heb mijne handen tot U uitgereikt; mijne ziel is voor U als aarde zonder water, is dorstig naar de stroomen uwer genade.

Heer, verhoor mij haastig, mijn geest is bezweken.

Keer toch uw aangezicht van mij\'

niet af, anders zal ik gelijk worden aan hen, die in het graf nederdalen.

Doe mij vroeg de stem van uwe barmhartigheid hooren, want ik heb i op U gehoopt.

Maak mij den weg bekend, dien ik moet bewandelen, want tot U heb ik mijne ziel opgeheven.

Heer! verlos mij van mijne vijanden, tot U heb ik mijne toevlugt genomen ; leer mij uwen wil doen, want Gij zijt mijn God.

oj

BOEtPSALMEX.

Uw goede geest zal mij op den regten weg leiden; om uwen naam. Heer! zult Gij mij in uwe geregtlg-lieid levend maken.

Gij zult mijne ziel uit de verdrukking leiden; en in uwe barmhartigheid zult Gij mijne vijanden vernielen.

En Gij zult al degenen vernielen, die mijne ziel verdrukken; want ik ben uw dienaar.

Eere zij den Vader, enz.

Antiph, quot;Wees, o Heen onze misdaden, noch die onzer ouders gedachtig, en neem geene wraak over onze zonden.

COMMUNIE-GEBEDEN.

Bemerkingen op dc onwaardeertare genade, die onze Heer Jesus-CIirislus ons bewijs!, met zich aan ons in de heilige Communie te geven.

i- • : i Jt Gij. o Jesus! die boy id zift u.u tol mij le komen?

(X

.-f. u zijt waarlijk die groote, ahno-- ^ gonde God, Schepper van Hemel en aarde, de Koning der koningen, die over alles heersclit, aan wie alles to unit, en aan wiens rijk geen Inde zijn zal; Gij zijt waarlijk God en waarlijk menscii, mön\'Veelosser en Z-\'liginal.ej:, die alléén niijn geluk uitmaakt. Gij zijt do UijdF\' liap des Hemels, de glorie der\'Engelen en der men: chen.

COMMINIE-GEBEDEIV,

liemerkingen op de onwaardeerbare genade, die onze Heer Jesus-Christus ons bewijst, met zich aan ons in de heilige Communie le geven.

Wie xljt Gij, o Jesus! die bereid zijl om tot mij te komen?

gende God, Schepper van Hemel en aarde, de Koning der koningen, die over alles heerscht, aan wie alles toekomt, en aan Miens rijk geen einde zijn zal; Gij zijt waarlijk God en waarlijk mensch, mijn Verlosser en Zaligmaker, die alléén mijn geluk uitmaakt. Gij zijt de blijdschap des Hemels, de glorie der Engelen en der menschen.

COMMUNIE-GEBEDEN.

Wie hen ik, o Jesus! tot wien Gij U gewaardigt te komen?

Een verworpen mensch, naar het ligchaam stof en asch, naar de ziel vol zwakheden, een ondankbaar mensch, een groot zondaar, die zoo vermetel ben geweest van U dikwijls en groo-telijks te vergrammen; ik ben voor U waarlijk als een louter niet, die van mij zeiven niets ben, en die het quot;minste goed ter zaligheid niet zonder U kan doen ; zal ik U mogen te gemoet gaan, om U, o groote God! te ontvangen ?

Hoe komt Gij tot mij, o liefderijke Jesus?

Uitwendig komt Gij op eene ootmoedige en vernederde wijs, onder den schijn van brood, maar uw glorierijk ligchaam en uwe ziel, vereenigd met uwe Godheid, gaan alle aard-srha _ör. schoonheid te bovej

COMMUNIE-GEBEDEN. 113

de Engelen des Hemels omringen en aanbidden U; zij bewonderen liet geluk, dat mij overkomt.

Waarom komt Gij tot mij, o goede Jesus ?

Gij komt als een allerzorgvuldigste vader tot zijn kind, om mij, alseenen verloren zoon, die tot U wederkeert, in genade en onder uwe bescherming te ontvangen; Gij komt als een milddadige koning tot zijnen onderdaan, om mij met uwe geestelijke weldaden te verrijken; Gij komt als een vermogend heer en meester, om mij, uwen armen slaaf, te verlossen; Gij komt als een teedere bruidegom tot zijne bruid, om mij de grootheid uwer liefde te bewijzen; Gij komt als een goede herder tot zijn schaap, om mij met een allerkrachtigst en hemelsei! voedsel te spijzen; Gij komt als een medelijdende geneesheer tot eenen zieke, om mij van al de ellen-

-—————

*j

114 COMMUNIE-GEBEDEN.

den mijner ziel te genezen; Gij komt als een liefderijke leeraar tot zijnen leerling, om mij te onderwijzen, te troosten en te verlichten; met één woord, Gij komt als God en Zaligmaker zelf, om mij, uw arm schepsel, in den weg mijner zaligheid te leiden, en mij voor eeuwig, indien ik bij voortduring U blijf gehoorzamen en dienen, zalig te maken. O Jesus I hoe bezwijkt mijne ziel niet, als zij dit alles rijpelijk overweegt? Met welk eene liefde zal ik ü niet te gemoet gaan? O Jesus! geef dat ik zoo met U vereenigd worde, dat ik mij nimmermeer van U schelde.

OEFENING VAN GELOOF.

Mijn Heer en mijn God, ik geloof vastelijk al hetgeen Gij geopenbaard heot. en de II, Kerk mij voorhoudt te geloot\'en; en in het bijzonder geloof ik, dat Gij, o liefderijke Jesus! hier onder de gedaante van brood waar-

ïsm?_______

\'1« M

COMMUNIE-GEBEDEN. 115

lijk tegenwoordig zijt, niet alleen met uwe godheid, maar ook met uwe menschheid, met die ziel en dat ligchaam, gelijk Gij hier op aarde voor mij geleefd hebt. en gelijk Gij nu in de grootste heerlijkheid aan de regterhand uws Vaders zijt gezeten; dit alles geloof ik zoo vast, ja, beter dan dat ik het met mijne ligchame-lijke oogen zoude aanschouwen, en ik geloof het, omdat Gij, die de opperste en ou feilbare waarheid zijt, het zelf gezegd hebt. quot;Welk geluk, welke troost voor mij, met en bij U te zijn, ja, U te mogen ontvangen, en door de heilige Communie met U vereenigd te worden? Wat doet Gij hier anders, o Jesus! dan ons eenen zoeten voorsmaak uwer hemelsche glorie te geven?.... In dit geloof, o Jesus\' wil ik,

door uwe genade, leven en sterven.

OEFENING VAN HOOP.

mjn Heer en mijn God! Jesus-j Christus l die hier waarlijk en wezen-

---twrn

COM M UNIE- G EBE DEN.

lijk tegenwoordig zijt, ik hoop dal Gij mij door Uwe oneindige verdiensten, indien er nog iets in mij is, wat mij zoude beletten U waardiglijk te ontvangen, de volle vergeving van al mijne zonden zult geven; en al beken ik onwaardig te zijn U onder mijn dak te ontvangen, hoop ik echter, dat Gij barmhartig zult aanvullen hetgeen in mij ontbreekt, om U waardig te nuttigen en met U veree-nigd te worden ; ik hoop dat Gij mij al de vruchten van zulk een heilig werk zult laten genieten, en dat Gij mij hierdoor te meer genade zult ver-leenen om altijd luel te leven; en ik hoop insgelijks, dat Gij U zult ge-waardigen mij hierna het eeuwige leven te schenken, omdat Gij oneindig goed tot ons en ahnagtig zijt; welke goedheid en almogendheid Gij bijzonder in dit aanbiddelijk Sacrament toont, en omdat Gij, die al deze voordeelen beloofd hebt aan hen, die •j TI waardig nuttigen, getrouw in uwe

COMMUNIE-GEBEDEN.

bcAoflen zijt. In deze hoop durf ik tot dezen H. Maaltijd naderen, e7i in deze hoop wil ik door uwe genade leven en sterven.

OEFENING VAN LIEFDE.

Mijn lieer en mijn God, mijn liefderijke Zaligmaker, die waarlijk in dit Sacrament tegenwoordig zijt, ik bemin U boven al uit geheel mijn hart; ik weet, door uw heilig woord, hoe aangenaam het U is, en hoe zeer dit tot uwe eer strekt, uw heilig Vleesch en Bloed waardig te nuttigen; daarom wordt mijn hart door eene vurige drift gedreven, om U te mogen ontvangen, om U, zoo veel mij mogelijk is, te vereeren, mijne liefde te bewijzen, en om voortaan in alle gelegenheden, die zich in mijn leven zullen opdoen, U mijne liefde te doen blijken, uwe meerdere eer en glorie te bevorderen, om alzoo te toonen, dat ik U niet enkel met mijne woorden.

COMMUNIE-GEBEDEN.

maar ook door mijne werken, wil beminnen, omdat Gij het opperste (joed en aller liefde vjaardig zijt, vermits Gij in alle volmaaktheden alles te boven gaat, en te d\\en e\\m\\e bemin ik ook mijnen evennaaste, zelfs hen, die mij ooit kunnen misdaan hebben, of zouden misdoen, gelijk mij zclven nit liefde tot. U. O Jesus! vermeerder mijne liefde, en maak, dat ik in waarheid moge zeggen : in deze liefde toil ik leven en sterven.

OEFENING VAN BEROUW.

Wanneer ik mij op dit oogenblik, op hetwelk ik U, goddelijke Zaligmaker! ga ontvangen, beschouw, doet mij niets meer schamen, noch vreezen, dan dat ik gedenk, hoe zeer en hoe dikwijls ik U in den loop mijns levens heb vergramd ; daarom, o Jesus! «1 is het, dat ik vertrouw, dat Gij mijne zonden vergeven hebt, durf echter tot U niet naderen, zonder

— — •ïstiSK

COMMUNIE-GEBEDEN,

alvorens met eene vermeerderde droefheid te zeggen ; Mijn Heer en mijn God! het is mij uit den grond des harten leed dat ik uwe godde-lijke Majesteit door mijne zonden vergramd heb. Ach, ware ik toch zoo gelukkig geweest van nooit eenige zonde bedreven te hebben! Rampzalig oogenblik, waarop ik U, o opperste en onveranderlijke schoonheid, heb verlaten en versmaad! ik haat en verzaak die zonden uit liefde tot U, en maak in uwe heilige tegenwoordigheid een vast voornemen, van door uwe hulp niet meer te zondigen, de gelegenheden van zonden, in welke ik U heb vergramd, of waar ik mij in het naastgelegene gevaar zoude stellen van U te vergrammen, getrouw te schuwen en mij krachtdadig te beteren.

OFFERANDE VAN DE H. COMMUNIE, OM AFLATEN TE VERDIENEN.

Ik draag U op, o mijn God ! in

X

120 CO-MM UNIE-GEBEDEN.

naam van Jesus-Christus, uwen lieven Zoon, door de handen van de allerheiligste Maagd, deze Communie op, tot dankzegging voor al de weldaden , die ik van uwe oneindige goedheid ontvangen heb, om de volkomene vergiffenis mijner zonden en de genade om mij te beteren, te bekomen, hijzonder van.... waarvan de gewoonte mij zoo zeer ingeworteld en zoo nadeelig aan mijne zaligheid is; en vermits ik met ontelbare schulden, ten uwen opzigte, beladen en in de onmogelijkheid ben hiervoor te voldoen, neem ik mijne toevlugt tot de aflaten, welke de H. Kerk mij heden uit uwen naam aanbiedt; ik bid U vurig om de gesteltenis, die vereischt wordt om er deelgenoot van te worden. Verheerlijk uwen Zoon, o mijn God ! met mij te rechtvaardigen, door de toevoeging der overgroote verdiensten en voldoeningen, welke Hij mij voor mijne zaligheid gegeven

oi

■«

COMMUNIEGEBEDEN*. 121

heeft, en kwijtschelding van de straf, die ik voor mijne zonden schuldig was. Verleen mij, o Heer: den prijs van dit rantsoen, dat de grootheid mijner misdaden, hoe gruwelijk die ook zijn, oneindig te boven gaat; maak dat ik aan dezen rijken schat deelachtig worde, opdat ik in uwe oogen des te aangenamer zij. Ik smeek U, uwe kostbare zegeningen over onzen H. Vader den Paus, over de H. Kerk, over de geestelijkheid, over den kloosterlijken staat, over dit koningrijk, dit bisdom, deze parochie, dit huis te willen uitstorten. Verdrijf de verblindheid der onge-loovigen; vermurw de versteendheid der ketters; raak de harten der zondaars door uwe vrees en door uwe liefde; heilig de regtvaardigen meer en meer; verleen ons den vrede; troost de zielen des vagevuurs; bewijs barmhartigheid aan mijnen vader, aan mijne moeder, aan mijne broeders, aan mijne zusters en aan

m*\' ==***

-m

$

Mijne vrienden en weldoeners, zoo levende als doode, opdat wij U allen te zamen in eeuwigheid in den Hemel mogen loven.

VERZUCHTINGEN VÓÓR DE H. COMMUNIE.

Ik geloof. Heer, help mijne ongeloo-vigheid. Mare. 9.

Vermeerder mijn geloof. Luc. 27. Gij zijt Christus, de Zoon van den levenden God. Matth. 6.

Mijn Heer, mijn God! Johann. 20. Het is mij goed aan God gehecht te zijn en in Hem al mijne hoop te stellen. Psalm 72.

In U, o Heer! heb ik mijn vertrouwen gesteld, en in eeuwigheid zal ik niet beschaamd worden. Psalm 30.

Gij weet. Heer! dat ik U bemin. Johann. 21.

Tot wie zal ik gaan? Gij hebt de woorden des eeuwigen levens. Joh. 6. Heer! wees mij, zondaar, genadig.

7,.^ TO

COMMUNIE-GEBEDEN.

Ontferm U mijner, Zoon van David. Marc. 20.

Indien Gij wilt. Heer! kunt Gij mij genezen. Luc. 15.

O Heer der heerkrachten! hoe liefelijk zijn uwe tabernakelen! mijne ziel wenscht en bezwijkt van verlangen naar de voorzalen van liet huis des Heeren. Ziel en ligchaam haken met vrolijkheid naar den levenden God. Ps. 83.

Gelijk een hert naar de waterbronnen haakt, zoo verlangt mijne ziel naar U, o God! Psalm 41.

Kom, Heer Jesus ! Apoc. 22.

Mijn hart is bereid, mijn God! mijn liart is bereid. Psalm 56.

Wanneer het uur der Communie gekomen is. verwek, terwijl men het Confiteor leest, nog eene oefening van berouw uit het binnenste uw8 harten ; zeg danrna met den diep-ootmoed driemaal : Heer! ik ben niet waardig dat Gij onder mijn dak komt, maar \'•quot;quot;eek slerhts dén woord en mijne 2ii

?6

COMMUNIE-GEBEDEN

fjczond worden. Ga tot dc Cummnniebankinut tic grootste zedigheid, do handen te zamen, de oogen neèrgcslagen, zonder te dringen om anderen voor te gaan. Ontvang de H. Hostie, met den Communiedoek op de handen, het hoofd regt on stii houdende, de oogen nederwaarts, den mond behoorlijk geopend, de ton^ lot aan de onderste lip. Doe den mondzaehtj-;s toe, wanneer de Priester de hand terugtrekt; laat de II. Hostie een weinig op de tong rus ten, tot dat zij wal vochtig wordt, om ze gemakkelijk door te zwelgen; zegondurtusschen met het hart; liet Ligchfiain van onzen Heer Jesus-Christus beware mijne ziel tot het eeuwige leven. Verbat de Communiebank met dezelfde stichting. Wacht u van spuwen en van aanstonds uit de kerk te gaan, stort geheel uw hart tot Jesus Christus uit, bewonder zijne goedheid, aanbid Hem, dank Hem, klaag Hem uwen nood, verzoek zijne genade, drang u geheel aan Hem op. Hiertoe kan men mei het hart doen de volgende

VERZUCHTINGEN NA DE H. COMMUNIE.

O God van mijn hart en mijn erfdeel in eeuwigheid ! Ps. 72.

quot;Wat is toch de mensch, dat Gij hem \' xehtig zijt ? Vs. 8.

aorig.----------------

COMMUNIE-GEBEDEN. 125 /

Wat is toch de menscli, dat Gij liem groot maakt, of belang in liem stelt? Job 7.

Loof, mijne ziel, den Heer! en al i wat in mij is, love zijnen heiligen naam. Ps. 102.

quot;Wat zal ik den Heer wedergeven voor alles wat Hij mij geschonken lioeft? h\'s. 115.

Heer! wat wilt Gij dat ik doe? .4(7.0. Heer! spreek, want uw dienaar luistert. 1. lieg. 12.

GEBED VAN DEN H. IGNATIUS DE LOYOLA.

Ziel van Christus, heilig mij.

Ligehaam van Christus, maak mij zalig.

Bloed van Christus, lesch mij.

quot;Water der zijde van Christus, wasch mij.

Lijden van Christus, versterk mij.

O goede Jesus ! verhoor mij.

In uwe H. quot;Wonden, verberg mij.

En duld niet dat ik van U gescheiden worde.

H

K?______W

COMMUNIE-GEBEDEN.

Van den booze, bescherm mij.

In liet uur des doods, roep mij. En gebied dat ik tot U kome.

Opdat ik met uwe Heiligen U in eeuwigheid love. Amen.

OPDRAGT ZIJNS HARTEN AAN JESUS.

Ik heb Hem gevonden, dien mijne ziel lief heeft; Gij zijt het, Heere Jesus! die mijne ziel met eene eeuwige liefde bemint; ik heb U niet alleen gevonden, maar Gij hebt U zelfs gewaardigd uw verblijf in mijn hart te nemen ; ach, ware ik toch zoo gelukkig U altijd te bewaren en U nimmermeer te verliezen! Na al de weldaden, mij tot nu toe bewezen, zijt Gij zoo goed om die nog te vermeerderen, met U geheel aan mij te geven. quot;Welke dankbaarheid, Heer Jesus, ben ik U niet verschuldigd! Hetgene mij bedroeft, is dat ik niets heb, of niets in mij waardig i« om U tot tee-ken mijner dankbaarheid opgedragen

;eii

-yrim

COMMUNIE-GEBEDEN.

te worden. Hetgeen mij echter hierin troost, is uwe goedheid zelve, door welke Gij in uw heilig woord ge-waardigd hebt ons te kennen te geven, dat het U aangenaam zoude zijn, dat wij U ons hart opofferen en schenken om U altijd te beminnen en te dienen, ja. Gij gewaardigt U het zelfs te vragen, wanneer Gij zoo liefderijk tot ons allen zegt : Kind! geef mij uw hart. quot;Wie staat hier niet verbaasd! Gij vraagt het, alsof Gij het behoefdet; Gij vraagt het, alsof Gij daartoe geen regt haddet; Gij vraagt liet, alsof het U niet toebehoorde; Gij, die God en van zoo groote, onbegrijpelijke Majesteit zijt, vraagt het van mij, zoo geringen en nietigen mensch; Gij vraagt het, nadat Gij mij, na vele andere weldaden, wederom met eene allergrootste hebt verrijkt; Gij vraagt het op zulk eene liefderijke, vaderlijke en zielroerende wijze; wie kan deze uwe goedheid en genegenheid tot mij hparijpen?... O groote God! o liefde-

COMMUNIE-GEBEDEN.

jijke Jesus! wat zal ik antwoorden? Mijn hart behoort U door zoo vele en groote titels toe; Gij hebt het geschapen, Gij hebt het mij gegeven. Gij hebt het bewaard; Gij hebt niet alleen regt om te gebieden, maar liet ware voor mij eene allergrootste boosheid, U dit van zelfs niette geven ; des te meer nu, na dat ik de grootrte weldaad van U ontvangen heb; des te meer nu, daar Gij liet zelf zoo liefderijk vraagt! ik antwoord dan, lieer Jesus! met den godvruchtigen koning David ; Mijn hart is bereid, o (jOd! mijn hart is bereid; ik schenk het U, om niets meer te bezitten dan U ; ik schenk het U, om voor U alleen te leven, U te, danken, te dienen en te beminnen ; ik schenk het U, opdat Gij liet besturet en alleen schikket volgens uwen goddelijken wil... Maar weet gij wel, o mijne ziel, wat gij zegt, terwijl gij aan God aldus het

*

---~S|

COMMUNIE-GEBEDEN. 129 denkt gij, verstaat gij wat gij doet? Uw hart schenken, wil zeggen : dat voortaan de volle en geheele liefde van dit hart voor God zal zijn, en niet meer voor uwe bedorvene vermaken, niet meer voor het tijdelijke en onbestendige goed, niet meer voor uw eigen ij delen roem : het is te zeggen, dat uw hart, hetwelk al uwe woorden, werken en gedachten bestuurt, die zoo zal leiden, dat zij allen tot meerdere eer en glorie van God strekken. Zijt gij hiertoe bereid?

Zijt gij bereid om heden te beginnen;

zijt gij bereid om tot den dood toe aldus uw hart te gebruiken; zijt gij bereid om al uw zweet, moeite en arbeid aan God op te dragen? Zijt gij bereid om altijd eerbaar, ootmoedig en vreedzaam te leven! Zijt gij bereid om al die gevaarlijke plaatsen en gelegenheden van zonden te verlaten? Is het alzoo? O mijne ziel, zeg dan vrij ; Mijn hart is bereid.\' Ja,

lieve Jesus! die U gewaardigd hebt 9 S

quot;

COMMUNIE-GEBEDEN.

COMMMUNIE-GEBEDEN, 131

GEBED TOT MARIA.

Ik beveel mij aan u, o Koningin des Hemels en der aarde! gezegende Moeder van Jesus, dien ik nu ontvangen heb, en bid u om uwe genadige voorspraak bij uwen Zoon, opdat ik, van hetgeen, waaraan ik in eerbiedigheid of anderszins in het ontvangen van dit H. Sacrament te kort gebleven ben, vergiffenis bekome en daardoor de vruchten dezer heilige Communie niet verlieze.

Gij zijt altijd zuiver en onbevlekt geweest, maar na uwen Zoon ontvangen te hebben, zijt gij nog heiliger en aangenamer bij God geworden. Och, of ik ook, door het ontvangen van dien Zaligmaker, zoo geheiligd werde, dat ik mij nu altijd zuiver van alle doodzonde bewaarde! Nadat gij, o Maria, uwen Zoon ontvangen hadt, hebt gij juichend uitgeroepen : Mijne ziel maakt yroot den Heer! o mogt ik nu ook door uwe voorspraak de

_m-------------^

132 COMMUNIE-GEBEDEN.

genaden verwerven van niet alleen met woorden, maar ook met werken te toonen, dat ik den Heer groot acht, en mij in Hem altijd verheuge,

door Hem met eerien nieuwen geest te dienen, eenen geest van liefde, van godvruchtigheid, van dankbaarheid, van zuiverheid, van gebed, van versterving, van waren vrede met mijnen evenmenseh; ik verzoek, o H. Maagd! uwe voorspraak, om de genade te verwerven, door welke versterkt, ik mij nooit ondankbaar toone aan dien liefderijken Zaligmaker, dien ik heb ontvangen; maar Hem met eene getrouwe liefde al de dagen mijns levens standvastig be-minne en volkomen diene. Amen.

Men kan bij deze gebeden de Litanie en andere gebeden lot Jesus in het ailerheilig-sie Sacrament des Altaars voegen, alsmede de Litanie en andere gebeden tot het heilig Hart van Jesus, die hier in de week-oefenin-gen volgen.

L_____

- -......- ^----

COMMUNIE-GEBEDEN. 133

• Men kan hierloi; ook niet genoeg aanprijzen het vierde boek der Navolging van Christus door Thomas a Kempis, en den Rozenkrans lot het allerheiligste Sacrament, opgesteld door den H. Alpuonsis df. Liglorio.

Keer, na uwe dankzegging geëindigd te hebben, zedig naar huis; breng deren dag in de grootste godvruchtigheid door; woon met meerderen ijver de goddelijke diensten bij. Lees de levens der Heiligen, d»n Rozenkrans, enz.; gedraag u wijders in het toekomende zoo heilig, dat gij met den heiligen Paulus moogt zeggen ; Ik leef, ik nu niet, maar Christus leeft in mij (Galat. 2.).

-----------—------**nrx.

•I i

GODVRUCHTIGE OEFENINGEN

VOOR AL I»E DAGEN DEK WEEK.

DE ZONDAG.

IL.ITA.3SriB

van de heilige Drievuldigheid.

Peer, ontferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer.

lieer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

God hemelsche Vader, ontferm U onzer.

God Zoon, Verlosser der wereld, ontferm U onzer.

God H. Geest, ontferm U onzer.

H. Drievuldigheid, één God, ontferm U onzer.

LITANIE VAN DE H. DRIEVULDIGHEID. 135

Heer, die een geest zijt, en in geest en waarheid wilt aangebeden worden, ontferm U onzer.

lieer, wiens godheid noch goud, noch zilver, noch steen, of iets dergelijks is.

Heer, aan wien niemand gelijk is,

en huiten wien er geen God is. Koning der eeuwen, die alleen van natuurswege de onsterfelijkheid hebt,

Groote God, uit wien alles voort- ₀

komt, en door wien alles behouden S

wordt, 2

Heer, in wien wij leven, ons bewe- f

cJ

gen en zijn, ₀

Heer, die overal zijt, en wiens Voor- | zienigheid boven alles is, t*

Heer, die zoo groot zijt, dat U geen

verstand begrijpen kan.

Heer, wien noch geheel het aardrijk, noch de Hemelen kunnen bevatten.

Heer, wien geen mensch gezien heeft, noch zien kan.

LITANIE

Heer, wiens oordeelen ondoorgrondelijk en wiens wegen onnaspeurlijk zijn, ontferm U onzer.

Heer, voor wiens Majesteit wij

slechts stof en asch zijn.

Heer, die in den Hemel, op de aarde, in de zee en de afgronden alles naar uwen wil regelt.

Heer, die de harten der menschen • in uwe hand hebt, en die neigt

daar Gij wilt, o

Heer, die een verterend vuur zijt, ^ wiens gramschap niemend kan 5 wederstaan, cj

Heer, die eenieder naar zijne werken § vergeldt, g

Heer, die alles in getal, gewigt en *

maat schikt.

Heer, die onze harten onderzoekt

en onze nieren doorgrondt.

Heer, die alles, wat er is, bemint, en niets haat van al wat Gij geschapen hebt.

Heer, die de zonden der menschen

VAN DE H. DRIEVULDIGHEID. 137

om hunne boetvaardigheid kwijtscheldt, ontferm U onzer.

Heer, die in uwe woorden waarachtig, en in uwe beloften getrouw zijt,

lieer, die niet wilt dat wij zullen vreezen, omdat Gij, onze God en 2 helper, met ons zijt, ??

Allerheiligste God, door wiens g heerlijkheid geheel de aarde ver- d vuld is, §

Heer, wien alle eer en heerlijk- ^

heid toekomt.

Heer, die zelf het loon uwer dienaren zijt.

Wees genadig, spaar ons. Heer.

Wees genadig, verhoor ons. Heer. Van allen hoogmoed en opgeblazenheid

des geestes, verlos ons. Heer, Van alle onmatigheid en onzuiverheid,

verlos ons. Heer,

Van alle gramschap, nijd en kwaden wil tegen onzen evennaaste, verlos ons. Heer.

Van traagheid en van aardsche en

138 LITANIE

ongeregelde droefheid, verlos ons. Heer.

Van gierigheid, die de wortel van

alle kwaad is.

Door uwe grenzelooze almogendheid, ^

Door uwe oneindige wijsheid, $

Door uwe overvloedige goedheid, g Door uwe ondoorgrondelijke alwe- 2 tendheid en voorzienigheid, ®

Door den diepen afgrond van de ®

oordeelen uwer regtvaardigheid,

Door uwe volmaakte en onverander-

lijke gelukzaligheid,

In den dag des oordeels.

Wij, zondaren, wij bidden U, verhoor ons.

Dat Gij ons de genade wilt verleenen om U uit geheel onze ziel, geheel ons verstand en uit al onze krachten te beminnen, wij bidden U, verhoor ons.

Dat wij uwen heiligen Naam nooit ligt-vaardig gebruiken, wij bidden U, verhoor ons.

___yjof

----- - -..... -_________; -XTQ

■

VAN DE H. DRIEVULDIGHEID. 139

Dat wij de zon- en heiligdagen, die U zijn toegewijd, in godsdienstige en andere goede werken mogen doorbrengen en heiligen, wij hidden U, verhoor ons.

Dat wij aan onze ouders en alle overheid eer en gehoorzaamheid omuwent wil bewijzen.

Dat wij nooit het leven of de eer ^ van onzen evenmensch krenken, d: Dat onze zielen nimmer door onzui- 5quot;. vere werken, woorden, begeerten £

of gedachten besmet worden, ³ d

Dat wij nimmer iemand door onregt- *

lt;5

vaardigheid benadeelen, !2

Dat wij onzen mond van valsehe o getuigenis en alle leugentaal zorg- ^ vuldig bewaren, g

Dat wij de aardsche genoegens niet. *

ongeregeld verlangen.

Dat Gij onze harten tot het onderhouden uwer geboden wilt neigen. Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, spaar ons. Heer.

Hg_

LITANIE

Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, verhoor ons, lieer. Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, ontferm U onzer. Allerheiligste Drievuldigheid, hoor ons. Allerh. Drievuldigheid, verhoor ons. Onze Vader, enz.

LAAT ONS BIDDEN,

Almagtige en eeuwige God, die uwen dienaars, door de belijdenis van het ware geloof, de heerlijkheid der eeuwige Drievuldigheid hebt doen kennen, en in de oppermagtige Majesteit geleerd hebt één wezen te aanbidden, wij bidden U, dat wij door de standvastigheid van hetzelfde geloof van allen tegenspoed bevrijd mogen worden. Door Jesus-Christus, onzen Heer. Amen.

fufjong ; £c pfum Uiubiimus.

U, o God! loven wij; U, o Heer I belijden wij.

U, eeuwige Vader! eert het gansche

Tot U roepen al de Engelen, de Hemelen, al de Magten,

De Cherubijnen en Serafijnen onophoudelijk :

Heilig, heilig, heilig is de Heer! de God der heerscharen!

Hemel en aarde zijn met de grootheid uwer glorie vervuld. Het luisterrijke koor der Apostelen, Het lofwaardig getal der Profeten, Het blinkende heir der Martelaren looft U.

De H. Kerk belijdt U over de gan-sche aarde,

U, Vader, van oneindige heerlijkheid !

Alsook uwen hoogwaardigen, waren en eenigen Zoon,

Alsmede den vertrooster den heiligen Geest.

Christus, Gij zijt de koning der glorie. Gij zijt de eeuwige Zoon des Vaders, Gij hebt, wanneer Gij, om den mensch te verlossen, d^ mpnsnbhpi/i

LITANIE

zoudt aannemen, den school eener maagd niet geschroomd.

Gij hebt, na den prikkel des doods overwonnen te hebben, den geloovi-gen liet hemelrijk geopend.

Gij zit aan de regterhand van God in de glorie des Vaders.

Wij gelooven, dat Gij eens als regter zult wederkomen.

quot;Wij [onder deze woorden knielt men) bidden U dan : kom uwe dienaren, die Gij door uw dierbaar bloed verlost hebt, te hulp.

Geef, dat zij in de eeuwige glorie onder het getal uwer Heiligen zijn mogen.

Heer! maak uw volk zalig en zegen uw erfdeel.

Bestuur hen, en verhef hen tot in

eeuwigheid.

Dagelijks loven wij ü.

En prijzen uwen naam in eeuwigheid, en in de eeuwigheid der eeuwig

«. heden.

XjLiZ--

.

VAN DE H. DRIEVULDIGHEID. 143

Gewaardig U, Heer, ons heden zonder zonden te bewaren.

Ontferm U onzer. Heer, ontferm U onzer.

Laat, o Heer, uwe barmhartigheid over ons komen, gelijk wij op U gehoopt hebben.

Op U, o Heer! heb ik mijne hooi) gesteld, en in eeuwigheid zal ik niet beschaamd worden.

Met dezen lofzang kan men aile godvruchtige oefeningen sluiten.

Scljictflcbti tot ic ullcrljcUiDStc Pcicimliisljci».

Heilig, heilig, heilig is de Heer, de God der heerkrachten! geheel de aarde is vol van uwe glorie. Glorie zij den Vader, den Zoon en den H. Geest.

de maandag.

LITANIE

V-A.3Sr ÜElSr H. GrlBEST-

p err, ontferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer. Heer, ontferm U onzer,

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons. God hemelsche Vader, ontferm onzer.

God Zoon, Verlosser der wereld. God H. Geest,

H. Drievuldigheid, één God,

H. Geest, van den Vaderen den Zoon

voortkomende.

Geest der eeuwige waarheid,

Geest van wijsheid en verstand, j Geest van raad en sterkte,

.....

___- ■

hi\'

LITANIE VAN DEN H. GEEST. 145

Geest van de vrees des Heeren, ontferm U onzer.

Geest van heiligmaking.

Geest van kracht, liefde en matigheid.

Geest, door wiens ingeving de Profeten gesproken hebben,

H. Geest, wiens zalving ons alle

dingen leert,

H. Geest, die de dolende zondaren

bekeert, ₀

H. Geest, die uwe ware geloovi- E gen van één hart en ééne ziel ^ maakt, ^

H. Geest, die uwe kinderen de ware ^ vrijheid verleent, g

H. Geest, die de dubbelhartigen en %

geveinsden ontvlugt,

H. Geest, die de ziel zijt van het

ligchaam der H. Kerk,

H. Geest, die ons de duisterheden der H. Schrift door uwe H. Kerk verklaart,

H. Geest, die de Apostelen vervuld, en in hunnen mond uwe

10 8

____

TQLBs._______-__üJgriry

g?s vfr\'

140 LITANIE

j I

woorden gesteld hebt, ontferm U onzer.

H. Geest, die alleen ons Gods wet

kunt doen volbrengen,

H. Geest, die zelf ook de gever van

het bidden zijt,

H. Geest, die zelf in ons en voor ons bidt,

H. Geest, die onze harten van droefheid verlost, en ze met liefde, blijdschap en vrede ver- §

vult, lt;v

H. Geest, die ons geduld, goeder- 3 tierenheid en goedheid verleent, cj H. Geest, die onze zielen met zacht- § moedigheid en zedigheid versiert, ^ H. Geest, die ons de onthouding en

kuischheid verleent,

H. Geest, die de liefde Gods in onze

harten stort,

H. Geest, die in uwe geloovigen als

in uwe tempels woont,,

H. Geest, die uit uwe geloovigen stroomen van levende wateren doet voortvloeijen,

---------: : - ------

VAN DEN H. GEEST. 147

H. Geest, door wien wij nu geene slaven meer zijn, maar Gods kinderen en erfgenamen, ontferm U onzer.

H. Geest, door wien de slaafsehe vreesachtigheid is weggenomen, en Gods kinderen roepen met liefde en vertrouwen tot hunnen Vader, ontferm U onzer.

H. Geest, die ons naar de voltrekking onzer aanneming en verlossing doet zuchten en verlangen, ontferm U onzer.

II. Geest, die, in ons wonende, onze sterfelijke ligchamen zult levend maken, ontferm ü onzer.

Wees genadig, spaar ons. Heer.

Wees genadig, verhoor ons. Heer.

Van alle zonden, verlos ons, Heer.

Van vermetelheid en wanhoop, verlos ons, Heer.

Van ongeloovigheid en hardnekkigheid tegen de bekende waarheid, verlos ons, Heer.

LITANIE

Van alle bekoringen en lagen des duivels, verlos ons, Heer. Van afkeerigheid, tweedragt, gramschap en nijd tegen onzen naaste, Van alle onreinheid van ziel en

ligehaam,

Van onhoetvaardigheid en verhardheid des gemoeds.

Van allen geest, die aan IJ tegenstrijdig is,

Door uwe altijddurende voortko- o ming van den Vader en den o Zoon, o

Door de wonderbare werking, door w welke Christus in het ligehaam K der zuivere Maagd ontvangen is, Door uwe nederdaling over Christus, ten tijde zijns doopsels.

Door uwe komst over de Leerlingen

van Christus,

In den dag des oordeels, quot;Wij, zondaren, wij bidden U, verhoor ons.

Dat wij nooit de vleeschelijke nei^-

VAN DEN H. GEEST. 140 t

gingen volbrengen, wij bidden U, verhoor ons.

Dat Gij den geest der regtvaardig-heid in onze harten wilt vernieu-

Dat Gij ons wilt versterken, om manmoedig het goede uit te werken.

Dat wij U nooit bedroeven, ^

Dat wij U nooit wederstaan, ^

Dat Gij onze harten zoo wilt ver-vullen, dat de vermakelijkheden g⁴ der wereld in ons geene plaats ³ vinden, -

Dat wij alle geesten niet gelooven, ^ maar wijselijk onderscheiden of g zij uit God zijn, 2.

Dat wij door uwe genade in den 2 geest der zachtmoedigheid de ^ zondaren onderrigten en vermanen.

Dat wij altijd arm van geest mogen wezen.

Dat Gij ons de christelijke en heilige droefheid wilt leeren,

—

_________:________

m m

150 LITANIE

Dat Gij ons hongerig en dorstig naar de regtvaardigheid wilt maken, wij bidden U, verhoor ons.

Bat Gij ons de zachtmoedigheid en barmhartigheid tot alle mensehen wilt instorten,

Dat wij den vrede met onzen naaste — zoo onderhouden, dat wij kinderen g-Gods mogen genoemd worden, g Dat Gij ons zuiver van hart wilt cj maken, opdat wij God mogen lt;!

zien, ■=■

Dat wij de vervolging om de regt- § vaardigheid, als een bijzonder ©

geluk achten,

Dat Gij ons tot het einde toe in het

goed leven wilt bevestigen.

Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, spaar ons. Heer.

Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, verhoor ons, Heer.

Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, ontferm U onzer,

Christus, hoor ons.

fe.-----öJI

VAN 1gt;EN H. GEEST.

Christus, verhoor ons.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer.

lieer, ontferm U onzer.

Onze Vader, enz.

v. De genade van den H. Geest, r. Verlichte onze zinnen en harten.

LAAT ONS BIDDEN.

O God ! die de harten der geloovigen door de verlichting van den heiligen Geest hebt onderwezen, geef, dat wij in denzelfden Geest de ware wijsheid bezitten, en ons altijd over zijne vertroosting mogen verblijden. Door onzen Heer Jesus-Christus, uwen Zoon. Amen.

LOFZANG : VENI, CREATOR SPIRITUS. Kom, Schepper, kom, o H. Geest! Bezoek ons all\' van minst tot meest; Kom, stort toch uw genadekracht In d\'harten door U voortgebragt. Gij zijt de Trooster, hoog geroemd, Gij wordt de gave Gods genoemd.

«1

!=«_

)£SL.i*

LITANIE

De levensbron, de liefdegloed, De zalving van \'t opregt gemoed. Gij zijt van \'s Vaders regterhand, De vinger, en die waarde pand. Die hart en tong zeer rijk begaaft En met uw zeven giften laaft.

Geef, dat uw licht onz\' ziel bestraal\'. En dat uw liefde in \'t harte daal\'. En daar zoo zoet en krachtig werkt. Dat al wat zwak is wordt versterkt. Verdrijf den vijand van ons af; Verleen ons vreê in plaats van straf; Geleid ons langs de regte baan. Opdat wij alle kwaad ontgaan.

Maak, dat ons door U kenbaar zij De Vader en de Zoon daarbij;

En dat wij U, hun beider Geest, Belijden, dienen onbevreesd. Den Vader zij staag lof en eer.

En ook aan Jesus, onzen Heer; En U, die onze trooster zijt,

O heil\'ge Geest, ten allen tijd.

Mcl dezen lofzang kan men al zijne godvrnch-llge werken beginnen.

VAN DEN H. GEEST. 153

LOFZANG : VENI, SANCTE SPIRITUS.

Heilige Geest, kom, daal toch neer. Kom van omhoog, bestraal ons wéér Met \'t helder licht uit hooger sfeer. Vader, kom, die d\'armen voedt. Kom, o bron van alle goed!

Kom, o licht van ons gemoed !

Die de beste Trooster zij t.

Zoete Gast, die \'t hart verblijdt, Onz\' verkwikking in den strijd. In den arbeid geeft Gij rust; Gij verdrijft den kwaden lust; Gij zijt \'t die onz\' droefheid bluscht. O zeer zoet en zalig licht! Kom, ontsteek en onderrigt Die Gij door\'t Geloof verlicht.

Zonder uw barmhartigheid Is in ons maar ijdelheid.

Leugentaal en vuiligheid.

\'t Geen besmet is, maak dat rein. Doe wat dor is, vruchtbaar zijn, quot;Wees onzer ziel medecijn.

\'lt;€ïï.m.

pes

154

Buig den wil, in\'tkwaad verstijfd, Uit ons hart de koü verdrijft, En wat doolt te regte drijft. Gun, tot troost in \'t tranendal. Aan uw\' lieve kinders all\' \'t Zevenvoudig gavental.

Geef ons hier de ware deugd.

Die in \'t sterven \'t hart verheugt. En hierna de hemelvreugd. Amen.

L 1 T A N IE

TOT LAFENIS

DER GELOOVIGE ZIELEN.

Meereer, ontferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer.

Heer, onferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

God hemelsche Vader, ontferm U over le lijdende zielen.

^TTTf..----------------

quot;=i?g 3^

DER GELOOVIGE ZIELEN. 155

God Zoon, verlosser der wereld, ontferm U over de lijdende zielen.

God H. Geest, ontferm U over de lijdende zielen.

H. Drievuldigheid, één God, ontferm U

over de lijdende zielen.

H. Maria, bid voor haar.

H. Moeder Gods,

H. Maagd der maagden.

Alle heilige Engelen,

Alle heilige Aartsvaders en Profeten,

Alle heilige Apostelen en Evangelis- ^ ten, g:

Alle heilige Martelaren, lt;

Alle heilige Bisschoppen en Belij- g ders, p

Alle heilige Leeraars, t

Alle heilige Priesters en Levieten,

Alle heilige Monniken en Kluizenaars,

Alle heilige Maagden en Weduwen,

Alle Gods lieve Heiligen,

quot;Wees genadig, spaar haar. Heer.

—z

156 LITANIE TOT LAFENIS

Wees genadig, verhoor ons, Heer. Van alle straffen en pijnen, verlos

haar. Heer.

Van de ijselijke vlammen.

Van de verschrikkelijke duisternissen.

Van het schromelijk klagen en wee-nen.

Van de pijnen die zij door de dage-lijksche zonden verdiend heb-ben, |

Van hetgeen zij voor de dood-zonden, waarvoor zij nog niet ten volle hadden voldaan, moeten g lijden,

Van de straf voor hare onachtzaam-

heid in U te dienen, p

Van het droevig zuchten over het verzuimen der gelegenheden, welke zij gehad hebben, om in de deugd te vorderen.

Van het gejammer, dat zij maken over den tijd en de werken,

welke zij tot uwe dienst en

_____^

....... *

DER GELOOVIGE ZIELEN. 13 \'

glorie niet besteed hebben, verlos haar. Heer.

Van hetgeen zij ondergaan voor het verzuimen van het gebed en andere goede werken.

Van hetgeen zij lijden voor hare

gebreken tegen de overheid. Van hetgeen zij moeten betalen voor het ontbreken in de zorg der onderdanen,

Van hetgeen zij lijden voor kleine ^ onmatigheden, ijdele voldoenin- g-gen en kleine begeerlijkheden, ^ Van hetgeen zij verdiend hebben g door alkeerigheid en weinig be--*¹ duldenden twist,

Van de ellenden, waarin zij nu j? zijn, om hare voorgaande onlijd-zaamheid.

Van de pijnen, welke zij verduren osn het overvloedig of kwalijk spreken.

Van hetgeen zij lijden voor kwade gedachten, begeerten en andere inwendige zonden,

y.

LITANIE TOT LAFENIS

Wij, zondaren, wij bidden IJ, verhoor ons.

Dat wij door uwe genade in deugden mogen aangroeijen, en haar door goede werken behulpzaam zijn.

Dat wij, door werken van liefdadigheid, barmhartigheid voor haar mogen verkrijgen, ^

Dat wij, door onze ootmoedigheid voor hare onboetvaardigheid g kwijtschelding mogen verwer- § ven, d

Dat wij, met ons te versterven voor lt;

o

hare zinnelijkheid en kwade drif-ten mogen voldoen, §

Dat wij, door onze verduldigheid, o vergeving voor hare onverduldig- w heid mogen bekomen,

Dat wij, door onze zachtmoedigheid, de zuivering van hare opvliegendheid en gramschap mogen verdienen.

Dat wij, door ijverig en naarstig

)amp;_____________SiM

JLkt» ■ —rsoöi

Kr^-_____

hifs \'ïï*.

DER GELOOVIGE ZIELEN. 159

te bidden, U over hare traagheid in het gebed mogen verzoenen, wij bidden U, verhoor ons.

Dat wij, door het beoefenen van alle deugden, vergiffenis van al hare fouten mogen verkrijgen, wij bidden U, verhoor ons.

Dat Gij de zielen van onze ouders, vrienden en weldoeners, die in U gestorven zijn, van de pijnen des vagevuurs wilt verlossen, wij bidden U, verhoor ons.

Dat Gij aan alle geloovige zielen de eeuwige rust wilt verleenen, wij bidden U, verhoor ons.

Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, geef haar de rust.

Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, geef haar de rust.

Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, geef haar de eeuwige rust.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer.

iêo:quot;..........................

\'-m

LITANIE TOT LAFENIS

Heer, ontferm U onzer.

Onze Vader, enz,

PSALM 129. De Pvofundis.

Uit de diepte heb ik tot Ugeroepen: Heer! Heer! verhoor mijne stem.

Laat uwe ooren luisteren naar de stem mijns biddens.

Indien Gij, Heer» de ongeregtighe-den gadeslaat. Heer, wie zal bestaan ?

Omdat er bij U genade is, en om uwe wet heb ik U, o Heer! langmoe-dig afgewacht.

Mijne ziel heeft op zijn woord gewacht; mijne ziel heeft op den Heer gehoopt.

Dat Israël van den morgenstond af tot den nacht toe in den Heer hope.

quot;Want bij den Heer is barmhartigheid en bij Hem is overvloedige verlossing.

En Hij zal Israël uit al zijne onge-regtigheden verlossen.

der geloovige zielen. 161

v. Heer, geef haar de eeuwige rust, R. En het eeuwige licht verschijne haar.

v. Van de poort der hel,

r. Verlos, o Heer! hunne zielen, v. Dat zij in vrede rusten.

r. Amen.

v. Heer, verhoor mijn gebed, r. En mijn geroep kometot U.

©fbeb uoor imïicr en mortier.

O God, die ons geboden hebt vader en moeder te eeren, ontferm U genadig over de zielen van mijnen vader en mijne moeder, vergeef hunne zonden, en maak dat wij hen in de vreugde van het eeuwige licht mogen aanschouwen. Door onzen Heer, enz.

f oor imenfcen en wcUracncro.

O God! gever der genade en minnaar der menschelijke zaligheid, wij

162 litanie der geloovige zielen.

de broeders, vrienden en weldoeners onzer vergadering, die uit deze wereld gescheiden zijn, op het voorbidden van de heilige Maria, altijd maagd, met al uwe Heiligen, tot de gemeenschap der eeuwige zaligheid wilt brengen. Door onzen Heer, enz.

tbor alle gclfloingc 3icUn.

O God, Schepper en Verlosser van alle geloovigen! verleen aan de zielen van uwe dienaars en dienaressen de vergeving van al hunne zonden, opdat zij de genadige kwijtschelding, naar welke zij altijd verlangd hebben, door godvruchtige gebeden mogen verwerven. Die leeft en heerscht in alle eeuwigheden . Amen.

v. Heer! geef haar de eeuwige rust, K. En het eeuwige licht verschljne haar.

v. Dat zij in vrede rusten.

r. Amen.

WW. XJLjx-\'

, Si_____________

fwiS

x i

DE DINGSDAG.

LITAKIE

VAN DEN ZOETEN NAAM JESUS,

(300 dagen aflaat aan hen, die deze litanie lezen.)

pEER, ontferm U onzer.

¹ Christus, ontferm U onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Jesus, hoor ons.

Jesus, verhoor ons.

God hemelsche Vader, ontferm U onzer.

God Zoon, Verlosser der wereld,

ontferm U onzer.

God H. Geest, ontferm U onzer. H. Drievuldigheid, één God, ontferm

U onzer.

—---------

164

LITANIE VAN DEN

Jesus, Zoon van den levenden God,

ontferm U onzer.

Jesus, schitterend licht des Vaders, Jesus, glans van het eeuwige licht,. Jesus, koning der heerlijkheid,

Jesus, zon der regtvaardigheid,

Jesus, Zoon van de Maagd Maria, Minnelijke; Jesus,

Wonderlijke Jesus, g

Jesus, sterke God, ^

Jesus, vader der toekomende tijden, 5 Jesus, verkondiger van Gods verhe- ci ven raad, §

Allermagtigste Jesus, o

Allerverduldigste Jesus, Allergehoorzaamste Jesus,

Jesus, zoet en ootmoedig van harte, Jesus, minnaar der zuiverheid,

Jesus, onze minnaar,

Jesus, God des vredes,

Jesus, oorsprong des levens,

Jesus, voorbeeld der deugden,

Jesus, ijveraar der zielen,

Jesus, onze God,

m

_

ZOETEN NAAM JESUS.

Jesus, onze toevlugt, ontferm U onzer. Jesus, vader der armen,

Jesus, schat der geloovigen,

Jesus, goede herder,

Jesus, waar licht,

Jesus, eeuwige wijsheid,

Jesus, oneindige goedheid, s

Jesus, onze weg en ons leven,

Jesus, blijdschap der Engelen, 5 Jesus, koning der Patriarchen, ^ Jesus, meester der Apostelen, 2

Jesus, leeraar der Evangelisten, ® Jesus, sterkte der Martelaren,

Jesus, licht der Belijders,

Jesus, zuiverheid der Maagden,

Jesus, kroon van alle Heiligen,

Wees genadig, spaar ons, Jesus.

Wees genadig, verhoor ons, Jesus. Van alle kwaad, verlos ons, Jesus. Van alle zonden, verlos ons, Jesus. Van uwe gramschap, verlos ons, Jesus.

Van de listen des duivels, verlos ons, Jesus.

-

LITANIE VAN DEN

Van den geest van onkuischheid, verlos ons, Jesus.

Van den eeuwigen dood,

Van de veronachtzaming uwer inspraken.

Door het geheim uwer heilige

mensch word ing.

Door uwe kindsheid,

Door uwe geboorte, o

Door uw allergoddelijkst leven, o* Door uwen arbeid, o

Door uwen doodstrijd en uw lijden, ? Door uw kruis en uwe verlating, o* Door uwe smarten, g

Door uwen dood en uwe begrafenis. Door uwe verrijzenis.

Door uwe hemelvaart,

Door uwe vreugden.

Door uwe heerlijkheid.

Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, spaar ons, Jesus. Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, verhoor ous, Jesus. ^T-.am Gods, dat de zonden der wereld

_

ZOETEN NAAM JESUS.

wegneemt, ontferm U onzer, Jesus, Jesus, hoor ons. Jesus, verhoor ons.

LAAT ONS BIDDEN.

Heer Jesus-Cliristus, die gezegd hebt : Vraagt, en gij zult verkrijgen; zoekt, en gij zult vinden; klopt, en u zal open gedaan worden; wij bidden U, verleen ons, op onze smeekingen, het gevoelen uwer allergoddelijkste liefde, opdat wij U uit gansch ons hart, door woorden en werken mogen beminnen, en nimmer ophouden van U te loven.

Maak, o Heer! dat wij te zamen de vrees en de liefde van uwen H. Naam in der eeuwigheid mogen bezitten, omdat Gij nooit van uwe bestiering berooft alwie Gij U gewaardigt in de kracht van uwe liefde te vestigen. Door onzen Heer J.-C., uwen Zoon. Amen.

AANROEPING VAN DEN H. NAAM JESUS.

0 goede Jesus! o allerteerhartigste Jesus! o allerzoetste Jesus! o Jesus,

a

iOT.5

XT*:-168

Zoon van de H. Maagd Maria, vol barmhartigheid en goedheid! Jesus, ontferm U mijner volgens uwe groote barmhartigheid! O allerzachtmoedig-ste Jesus! ik smeek U door dit dierbaar bloed, hetwelk Gij voor de zondaren hebt willen vergieten, dat Gij al mijne ongeregtigheden zoudt uit-■wissehen; werp eenen medelijdenden oogslag op mij, ellendige en onwaardige, die U ootmoedig om vergiffenis van mijne zonden smeek, door uwen heiligen naam Jesus te aanroepen. O Naam Jesus, allerzoetste Naam! Naam Jesus, liefelijke Naam! Naam Jesus, vertroostende Naam! want wat wil Jesus zeggen, dan Zaligmaker? Jesus! wees mij, uit hoofde van uwen heiligen Naam, een Jesus, en maak mij zalig; gedoog niet dat ik verworpen worde, nadat Gij uw bloed voor mij vergoten hebt. 0 goede Jesus! dat mijne ongeregtigheid mij, die door uwe almagt en goedheid ge-

ZOETEN NAAM JESUS.

schapen ben, niet doe verloren gaan! O zoete Jesus l erken in mij wat van U is, en verdrijf al wat vreemd is : ontferm U mijner, terwijl de tijd der vergiffenis nog daar is, opdat Gij mij niet veroordeelet, wanneer het tijd zal zijn mij te oordeelen. quot;Welk nut zoudt Gij van uw bloed hebben, zoo ik in het eeuwige verderf nederdaal? Heer, de dooden zullen U niet loven, noch al diegenen, welke in de hel nederdalen.

O allerbeminnelijkste Jesus, Jesus, Jesus! ontvang mij onder het getal uwer uitverkorenen; o Jesus! zaligheid dergenen, die in U gelooveni o Jesus! troost van hen, die hunne toe-vlugt tot U nemen! o Jesus, Zoon van de Maagd Maria! stort in mij uwe genade, uwe wijsheid, de kuisch-heid en de ootmoedigheid, opdat ik IJ volmaakt moge beminnen, loven, dienen en mij in U roemen met allen, die uwen H. Naam aanroepen. Amen.

K33amp;s—z-------- — \'Vnrx:

r i*

DE WOENSDAG.

LITANIE

TER EERE

VAN DE HEILIGE ENGELEN.

Meer, ontferm U onzer,eer, ontferm U onzer,

Christus, ontferm U onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

God hemelsche Vader, ontferm U onzer.

God Zoon, Verlosser der wereld, ontferm U onzer.

God H. Geesl, ontferm U onzer. H. Drievuldigheid, één God, ontferm U

onzer.

H. Maria, bid voor ons.

H. Michaël, bid voor ons.

H. Gabriel, bid voor ons.

H. Raphael, bid voor ons.

iM.

Xmt*--------------------gt;j»nra;

r

LITANIE VAN DE H. ENGELEN. 171

JI. Beschermengel, bid voor ons.

Alle H. Engelenen Aartsengelen,

Die uwen Schepper altijd met eene

uitmuntende liefde bemind hebt.

Die nooit in eenige de minste zonde

zijt gevallen.

Goddelijke dienaars, die altijd tot den dienst van Gods opperste Majesteit bereid zijt.

Die u met allen eerbied in zijne

tegenwoordigheid houdt.

Die in alles zijnen heiligen wil vol- S;

brengt, £

Zuivere Geesten, aan wie God onze § bewaring heeft bevolen, ^

Die gesteld zijt om de magt des p

duivels van ons af te weren.

Die door het ingeven van goede gedachten van ons de kwade invallen verdrijft,

Die ons door goede bewegingen de

kwade driften doet overwinnen, H. Bestuurders, die ons van de gelegenheid tot de zonde verwijdert,

fck.____

Die ons gedurig door goede ingevingen tot de deugd vermaant, bidt voor ons.

Die niets dan onze zaligheid zoekt, bidt voor ons.

Die u in ons goed leven verheugt, bidt voor ons.

Die te zamen met ons om Gods genade bidt, en ons tot bidden opwekt, bidt voor ons.

Die onze gebeden en goede werken aan God opdraagt, bidt voor ons.

quot;Wees genadig, spaar ons. Heer.

Wees genadig, verhoor ons. Heer.

Van alle gelegenheden tot zonden, door uwe H. Engelen, verlos ons. Heer.

Van het misbruiken uwer genade, door uwe H. Engelen, verlos ons. Heer.

Van alle gevaar naar ziel en ligchaam, door uwe H, Engelen, verlos ons. Heer.

Van alle verleidende gezelschappen, door uwe H. Engelen, verlos ons.

PIL------------^

TER EERE VAN DE H. ENGELEN. 173

Van alle onkuischheid, door uwe heilige Engelen, verlos ons. Heer.

Van alle kwaadwilligheid ten opzigte onzer oversten, door uwe H. Engelen, verlos ons. Heer.

Van alle onachtzaamheid ten opzigte onzer onderdanen, door uwe heilige Engelen, verlos ons. Heer.

Van alle traagheid in U te dienen, door

uwe H. Engelen, verlos ons. Heer. quot;Wij, zondaren, wij bidden U, verhoor ons.

Dat wij in alles aan het bestuur

uwer H. Engelen onderdanig zijn, ^ Dat wij de goede gedachten, welke ^ zij ons ingeven, waarnemen, E* Dat wij altijd hunne aansporingen 2 tot de deugd involgen, ^

Dat wij hen niet door onze traag-heid en onachtzaamheid bedroe- ? ven, noch van ons vervreemden, o Dat wij hen mogen navolgen in U te ^ beminnen en onderdanig te zijn, g Dat wij, naar hun voorbeeld, gaarne

,*-25 cJ

M

%

onze evennaasten dienen, wij bidden ü, verhoor ons.

Dat wij geduldig de gebreken van andere menschen mogen verdragen, gelijk zij de onze verdragen, ^ Dat wij onzen evennaaste door ^ geene kwade voorbeelden verer- 5; geren, o

Dat wij hem, zoo veel het in ons ^ is, van alle kwaad bevrijden, ^ Dat wij door woorden en werken 2 zijne zaligheid trachten te bevor- c

deren, ^

o

Dat uwe H. Engelen ons 111 ons g

sterfuur mogen bijstaan.

Dat wij U in eeuwigheid met hen

loven en danken.

Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, spaar ons. Heer. Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, verhoor ons. Heer. Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

TER EERE VAN DE H. ENGELEN. 175

Christus, verhoor ons.

Heer, ontferm U onzer, enz.

Onze Vader, enz.

LAAT ONS BIDDEN.

O God! die door eene onuitsprekelijke voorzienigheid uwe H. Engelen tot onze bewaring gewaardigt te zenden, verleen ons, die U smeeken, dat wij door hunne hulp altijd beschermd worden en hun gezelschap mogen genieten. Door Christus, onzen Heer, Amen.

GEBED VAN DEN H. SOPHRONIMÜS,

PATRIARCH VAN JERUSALEM, TOT DE

II. ENGELEN.

O zalige geesten! wier glorie zoo groot is, wier voorregten zoo verheven zijn, wier heiligheid zoo luisterrijk is. Engelen, Aartsengelen! ik bid uwe grootheid, ik smeek uwe wonderbare goedheid, dat gij mijn leven van rampen, en bijzonder van de besmetting

LITANIE

der zonden wilt bewaren. Gewaardig u mij een onwankelbaar vertrouwen in te boezemen ; maak dat mijne zeden aan uwe zorgen en aan uwe waakzaamheid beantwoorden. Voegt bij deze gunsten eene edelmoedige liefde tot God en den evennaaste; mijn hart gevoelt hoezeer het deze gave voor zijne rust en zijn geluk noodig heeft. Met een woord. Geesten des lichts, toont mij den weg der zaligheid en der volmaaktheid, den weg, die aan God het aangenaamste is, en dat uw onvermoeide ijver en uwe medelijdende liefdadigheid niet ophouden mij, voor uw voet, als uw kind te geleiden tot in het hemelsche vaderland, waar ik voor altijd de liefelijkheden en reine wellusten van uw zalig gezelschap zal genieten.

VERZUCHTINGEN\' TOT DE NEGEN KOREN DER ENGELEN.

Zalige Geesten van de Koren der

CO

TER EERE VAN DE H. ENGELEN. 177

Engelen, ik verheug mij over de vlijt, welke gij voor de zaligheid der zielen betoont, houdt geen oogenblik op, gij bijzonder mijn heilige Bewaarder, mij te beschermen.

Zalige Geesten van het Koor der Aartsengelen, ik verheug mij, omdat gij de belangen van God zoo zeer behartigt ; bewaart mij van de verleiding der wereld, van hare valsche leeringen en verleidende voorbeelden.

Zalige Geesten van het Koor der Magten, ik verheug mij, omdat God u de zorg om de elementen te besturen, toevertrouwd heeft, behoedt mij voor elk onverwacht ongeval; helpt mij mijne hartstogten overwinnen, en standvastig het pad der deugd bewandelen.

Zalige Geesten van het Koor der Heerkrachten, ik verheug mij over de magt, welke God u gegeven heeft over de zigtbare en onzigtbare vijanden mijner zaligheid ; verdedigt mij in den 12 8

________________ zamp;jLX

^ 178 LITANIE

strijd, dien zij mij aandoen, en boezemt mij eenen lievigen afschrik voor de zonden in.

Zalige Geesten van het Koor der Vorstendommen, ik verheug mij, dat God u bevolen heeft over de rijken, provinciën, bisdommen, kloosterlijke vergaderingen te waken, keert de geesels zijner regtvaardigheid hier van af.

Zalige Geesten van het Koor der Heerschappijen, ik verheug mij over den ijver, welken gij hebt, om het rijk van Jesus-Christus uit te breiden, maakt dat Hij alleen over mijnen geest en mijn hart heersche.

Zalige Geesten van het Koor der Troonen, ik verheug mij, dat God op u rust; bekomt mij den vrede met God, met den naaste en met mij zeiven.

Zalige Geesten van het Koor der Cherubijnen, ik verheug mij, omdat Gij de schoonheid van God in Hem zeiven en in zijne werken beschouwt;

___SgW

w- —— - - TsOOi

__2J£3Ügt;\\

TER EERE VAN DE H. ENGELEN. 170

leert mij zijne volmaaktheden kennen.

Zalige Geesten van het Koor der Serafijnen, ik verheug mij over de liefde, welke gij den Heere toedraagt; ontsteekt mijne ziel door het heilige vuur, hetwelk u verteert.

GEBED TOT DEN H. BESCHERM-ENGEL.

Getrouwe leidsman, die mij van God tot beschermer en bewaarder gegeven zijt, welke dankbaarheid ben ik u niet verschuldigd voor al de zorg, trouw en liefde, die gij mij dagelijks bewijst! Als ik slaap, bewaakt gij mij; als ik bedroefd ben, vertroost gij mij; als ik kleinmoedig ben, versterkt gij mij; als ik in gevaar ben, helpt gij mij; als ik in twijfel ben, raadt gij mij. Gij wederhoudt mij van het kwaad, gij brengt mij tol het goed; gij wekt mij op tot boetvaardigheid, en verzoent mij met God. quot;Welligt lag ik reeds lang in den afgrond der hel gedompeld, indien gjj

Li*⁷ quot; \' ^r—~

^TTTM f * iJTTO

180- litanie van de h. engelen.

door uwe tusschenspraak Gods gramschap van mij niet hadt afgekeerd. Ik bid u, wil mij nooit verlaten. Troost mij in tegenspoed, bescherm mij in gevaar, kom mij in de bekoringen te hulp, opdat ik er nooit door overwonnen. worde. Draag . al mijne gebeden en goede werken voor het goddelijk aanschijn, en maak dat ik, na dit vergankelijke leven, het eeuwige bezitte. Amen.

LITANIE

VAN DEN HEILIGEN JOSEPH.

eer, ontferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

God hemelsche Vader, ontferm U onzer.

God Zoon, Verlosser der wereld, ontferm U onzer.

wse _____________________________:

xS *1 ..... \' \' - - ■ (•quot;\'Xï

LITANIE VAN DEN H. JOSEPH. 1S1

God H. Geest, ontferm U onzer.

11. Drievuldigheid, één God, ontferm

U onzer.

H. Maria, bid voor ons.

H. Moeder Gods,

H. Maagd der maagden,

H. Joseph,

Beschermer van Jesus,

Bruidegom van Maria,

Man naar Gods hart.

Trouwe en wijze dienaar.

Bewaarder der zuiverheid van y

Maria, ^aquot;

Medehulp van Maria, o

Leidsman en troost van Maria, ^ * o

Die, om Maria, met bijzondere ge- ^

naden begunstigd zijt.

Allerzuiverste in reinheid.

Allernederigste in ootmoed.

Allervurigste in liefde,

Allerverhevenste in beschouwing.

Die door den H. Geest zeiven regt-

vaardig zijt verklaard.

Die in de goddelijke verborgenhe-

___ «yH

LITANIE

den boven anderen verlicht zijt ge weest, bid voor ons.

Die door den Engel in het geheim der menschwording onderwezen zijt.

Die met Maria, uwe bruid, naar

Bethlehem zijt gereisd.

Die, in de herberg geene plaats vindende, in eenen stal zijt gaan vernachten.

Die waardig geacht zijt bij Christus te wezen, toen Hij geboren en in g eene krib gelegd werd,

Die, als Christus besneden werd, zij- o nen naam Jesus genoemd hebt, o Die met Maria het kind Jesus in quot;

den tempel hebt opgeofferd.

Die, op het woord van den Engel, met Jesus en zijne -Moeder naar Egypte zijt gevlugt.

Die, na den dood van Herodes, met Jesus en zijne Moeder naar het land van Israël zijt wedergekeerd.

VAN DEN H. JOSEPH.

Die het kind Jesus, dat te Jerusalem gebleven was, met Maria, zijne Moeder, vol droefheid gezocht hebt, bid voor ons.

Die Hem na drie dagen met blijdschap gevonden hebt, zittende in 2*. \'t midden der wetgeleerden, Aan wie de Heer der heeren op de § de aarde onderdanig geweest is, ₀ quot;Wiens lof in het Evangelie vermeld S wordt.

Onze voorspreker, hoor ons, H. Joseph. Onze beschermer, verhoor ons, heilige Joseph.

In al onzen nood, help ons, H.Joseph.

In al onze benaauwdheden,

In het uur onzes doods, s*

^T fD

Door uwe allerzuiverste trouw, «5* Door uwe vaderlijke zorg en tee- §

derheid, quot; Door al uwen arbeid en zweet,

Door al uwe deugden, o

Door al uwe verdiensten, •§ Door uw eeuwig geluk.

f£ïïquot;X3 U3ir

Wij, die u als beschermer aanroepen

wij bidden u, verhoor ons.

Dat gij Jesus de vergiffenis onzer

zonden wilt vragen.

Dat gij ons steeds aan Jesus en

Maria gelieft te bevelen.

Dat gij voor alle maagden en onge-

huwden de gave van zuiverheid

wilt verwerven, ^

Dat gij voor de gehuwden eene on-

bevlekte trouw en heilige een- 5-

a

dragt wilt verkrijgen, g

Dat gij voor alle vergaderingen c eene volmaakte liefde en overeen- lt;j stemming wilt verwerven, 2-

Dat gij de vaders der huisgezinnen o in het christelijk opvoeden hunner ó kinderen wilt behulpzaam wezen, 5 Dat gij alle oversten in het bestuur der hun toevertrouwden wilt behulpzaam zijn.

Dat gij alle vergaderingen, die u bijzonder zijn toegedaan, wilt begunstigen.

VAN DEN H. JOSEPH. 185

Dat gij allen, die op uwe hulp vertrouwen, altijd en overal wilt be-Bchermen, wij bidden u, verhoor ons.-Dat gij alle geloovige zielen door uwe voorbede wilt helpen, wij bidden u, verhoor ons.

Beschermer van Jesus, wij bidden u,

verhoor one.

Bruidegom van Maria, wij bidden u,

verhoor ons.

H. Joseph, wij bidden u, verhoor ons. Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, spaar ons. Heer.

Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, verhoor ons, Heer.

Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons, enz.

Heer, ontferm U onzer, enz.

Onze Vader, enz.

LAAT ONS BIDDEN.

quot;SVij bidden U, o Heer ! dat wij door de verdiensten van den Bruidegom uwer allerheiligste Moeder geholpen

N

Ms? yJ3

---------------------, - -

186 LITANIE VAN DEN H. JOSEPH.

mogen worden, opdat wij door zijne voorspraak verkrijgen, hetgeen wij door ons zeiven niet kunnen bekomen. Die leeft en heerscht in de eeuwen der eeuwen. Amen.

GEBED OM DEN H. JOSEPH TOT PATROON

TE VERKIEZEN EN ZICH ONDER ZIJNE

BESCHERMING TE STELLEN.

Groote Heilige! ik verkies u heden voor al den tijd mijns levens, tot eenen bijzonderen patroon, meester, leidsman en bestierder van mijne ziel en mijn ligchaam, van mijne gedachten, woorden en werken, van mijne begeerten en genegenheden, van mijne eer en goederen, van mijn leven en mijnen dood, en ik neem vastelijk voor u nooit meer te verlaten, maar uwen heiligen Naam te verheffen, en uwe eer, zoo veel mogelijk, te bevoorderen. Ik bid u vurig, dat gij mij als uwen eeuwigen dienaar wilt ontvangen. Help mij in al mijne werken, en verlaat mij niet in het uur des doode

I*

DE VRIJDAG.

LITANIE in\\n l)it lijiicu mm 0113011 lt;.)m .BKssUS-CïlïtISXUS.

Tj^f\'EER, ontferm U onzer.

dbcAb Christus, ontferm U onzer.

eer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

God hemelsche Vader, ontferm U on-\'zer.

God Zoon, Verlosser der wereld.

God H. Geest, g

H. Drievuldigheid, één God,

Jesus, om onze zonden in den hof s van Olijven benaamvd en be-bedroefd tot den dood toe, £

Jesus, door eenen Engel versterkt,

opdat wij onze hulp in allen nood •\'

-....... -.....-

\'1

«---

19G LITANIE VAN HET LIJDEN

van den Hemel zouden leercn ver wachten, ontferm U onzer.

Jesus, die uwen verrader met minzaamheid hebt ontvangen, om ons de zachtmoedigheid te leeren, Jesus, door uwe leerlingen verlaten, opdat wij op God alleen zouden leeren vertrouwen,

Jesus, door de Joden gebonden, om ons van de zonden te ontbinden, Jesus, voor Annas en Caiphas val- _c schelijk beschuldigd, opdat wij E alle ongelijk zouden leeren ver- § dragen, ^

Jesus, door Petrus verloochend, op- ₀ dat wij onze zwakheid zouden 5 leeren kennen en ons zeiven r⁵ mistrouwen,

Jesus, door Herodes met een wit kleed bespot, omdat wij het kleed der onschuld verloren hadden, Jesus, achter Barrabas gesteld, opdat wij ons nooit boven anderen zouden verheffen,

^:

VAN O. H. JESUS-CHRISTUS. 197

Jesus, wreedelijk gegeeseld en met doornen gekroond, opdat wij de gemakken en alle eerzucht zouden verfoeijen, ontferm U onzer.

Jesus, gelasterd, bespuwd en geslagen, opdat wij onze zinnen zouden versterven,

Jesus, aan liet volk ten toon gesteld, opdat wij uw voorbeeld zouden voor oogén hebben en naar hetzelve leven,

Jesus, door Pilatus aan uwe vijan- o den geleverd, om ons van onze c vijanden te verlossen, g

Jesus, met het kruis beladen, om ^ ons te leeren ons kruis met vlijt o

te dragen, n

2

Jesus, aan het kruis genageld, op- ^ dat wij ons vleesch met zijne driften en begeerlijkheden zouden kruisigen,

Jesus, tusschen twee moordenaars gekruist, om ons de vernederingen te leeren beminnnen.

19S LITANIE VAN HET LIJDEN

Jesus, die den goeden moordenaar in genade hebt ontvangen, opdat wij nooit zouden wanhopen, ontferm U onzer.

Jesus, die, aan het kruis hangende, voor uwe vijanden hebt gebeden, om ons onze vijanden te leeren beminnen,

Jesus, met gal en mirre gelaafd, opdat wij onze tong van alle zonden zouden bewaren, ^

Jesus, die stervende uwen geest in s de handen uws Vaders hebt be- 2. volen, opdat wij, stervende, on- ^ zen geest ook in uwe en zijne ^ handen zouden bevelen, g

Jesus, die voor ons den bitteren dood zijt gestorven, om ons de boosheid onzer zonden te leeren kennen,

Jesus, die ons door uwen dood het leven gegeven hebt, opdat wij niet voor ons, maar voor U zouden leven,

VAN O. H. JESUS-CHRISTUS. 190

•Jesus, wiens zijde na uwen dood geopend is, om in dezelve onze zonden en krankheden te verbergen, ont-ferm U onzer.

.lesus, begraven en den derden dag verrezen, opdat wij, gestorven en begraven voor de zonden, tot een deugdzaam leven zouden verrijzen, ontferm U onzer.

Wees genadig, spaar ons. Heer.

quot;Wees genadig, verhoor ons. Heer. Van alle kwaad, verlos ons, Heer. Van alle zonden.

Door uw bloedig zweet.

Door uwe geeseling, ^

Door uwe doornen kroon, ^

Door uw kruis en lijden.

Door uwe allerheiligste vijf won- | den,

Door uwen dood en uwe begrafenis, 3 Door uwe heilige verrijzenis,

Door uwe wonderbare hemelvaart, 1 ii den dag des oordeels. Wij, zondaren, wij bidden U, verhoor ons.

200 LITANIE VAN HET LIJDEN

Dat uw heilig lijden ons leere hoe zwaar en schrikkelijk, de zonde is, om welke Gij zoo veel geleden hebt, wij bidden U, verhoor ons.

Dat wij, door het overdenken van uwe pijnen en smarten, alle ziekten, pijnen en tegenspoed geduldig mogen verdragen,

Dat wij in allen angst, droefheid en nood ons tot U keeren, en uwe ^ hulp afsmeeeken, tü

Dat wij alle schande, verachting en g; tegenspoed, met overgeving aan § den wil Gods, mogen ontvan-d eren, ;

Dat wij de valsche beschuldigingen 5-en onregtvaardige oordeelvellin- o gen naar uw voorbeeld mogen © verdragen, ^

Dat Gij ons de vruchten van uw

kruis wilt mededeelen,

Dat wij, door de kracht van uw kruis den duivel, de wereld en het vleesch mogen overwinnen

.....................^

VAN O. H. JESUS-CHRISTUS. 201

I)at wij in uw bloed van alle zonden

mogen gereinigd worden, wij bidden

U, verhoor ons.

Dat Crij ons wilt verleenen, ons

kruis dagelijks op te nemen, en U

gaarne na te volgen,

Dat wij eene genegenheid mogen

krijgen, om uw heilig lijden met

liefde en dankbaarheid dikwijls te

overdenken, cr

Dat wij, dagelijks bemerkende, dat è

Gij uit liefde voor ons gestorven §

zijt, door wederliefde ontstoken P

worden, om niet voor ons zeiven, ^

maar voor uwe dienst te leven, S-\' o

Dat wij onzen troost in uwe heilige ^ quot;Wonden mogen vinden, g

Dat Gij ons door uw kruis en uwen ^ bitteren dood in het uur onzes doods versterken wilt.

Dat Gij ons door uw kruis in uwe

heerlijkheid wilt brengen.

Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, spaar ons. Heer. jc^ JVUj

LITANIE VAN HET

Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, verhoor ons, Heer. Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, ontferm U onzer. Christus, hoor ons, enz.

Onze Vader, enz.

LAAT ONS BIDDEN.

Almagtige, eeuwige God, die onzen Zaligmaker het vleessh hebt doen aannemen en den dood des kruises doen lijden, opdat de mensch het voorbeeld zijner ootmoedigheid zoude navolgen ; geef genadig, dat wij naar de lessen zijner lijdzaamheid leven en deel verkrijgen in zijne verrijzenis , door denzelfden Jesus-Ohristus, onzen Heer. Amen.

Gebed tot de vijf Wonden van Jesus-Christus, hetwelk de B. Franciscus-Xaverius dikwijls

las.

Heer Jesus-Cliristus, door de

bamp;e_

h. hart van jesus.

quot;Wonden, die Gij aan het kruis uit liefde tot ons hebt ontvangen, kom uwe dienaars te hulp, die Gij door uw dierbaar Bloed hebt afgekocht. Amen.

ZLIT^lsriE

van het

ALLERHEILIGSTE HART YAN JESÜS.

eer, onferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

God hemelsche Vader, ontferm ü onzer.

God Zoon, verlosser der wereld, ontferm U onzer.

God H. Geest, ontferm U onzer.

H. Drievuldigheid, één God, ontferm U onzer.

LITANIE VAN HET

Hart van Jesus, Zoon van den eeuwigen Vader, ontferm U onzer.

Hart van Jesus, Zoon van de Maagd Maria,

Hart van Jesus, eigene en waardige

woonplaats van den H. Geest,

Hart van Jesus, schatkamer van de

allerheiligste Drievuldigheid,

Hart van Jesus, roem en vreugd der Engelen,

Hart van Jesus, oneindig in Majesteit,

Hart van Jesus, voorwerp aller § liefde, 5?

Allerootmoedigste Hart van Jesus, 5 Allerzuiverste Hart van Jesus, cj Allerminnelijkste Hart van Jesus, s Hart van Jesus, vol van zegen en 2 genade.

Hart van Jesus, wellust van Hemel

en aarde.

Hart van Jesus, licht van geheel de wereld.

Hart van Jesus, onoverwinbare

sterkte tegen onze vijanden,

H. HART VAN JESUS.

Hart van Jesus, bron van alle regt-

vaardigheid, ontferm U onzer.

Hart van Jesus, oorsprong van alle

goedheid en barmhartigheid,

Hart van Jesus, vol medelijden en

teederheid.

Hart van Jesus, woonplaats aller deugden.

Hart van Jesus, allen lof en eer

waardig, o

Hai\'t van Jesus, aan hetwelk alle ^ aanbidding toekomt, S

Hart van Jesus, oneindige afgrond ^ van alle hemelsche gaven. ©

Hart van Jesus, zaligheid dergenen, g die in U hopen, r*

Hart van Jesus, fontein der springende wateren tot het eeuwige leven.

Hart van Jesus, verzoening onzer zonden.

Hart van Jesus, troost van alle bedrukte harten.

Hart van Jesus, hoop dergenen, die in U sterven.

LITANIE VAN HET

Hart van Jesus, ons leven en onze

verrijzenis, ontferm U onzer.

Hart van Jesus, toevlugt aller zondaren,

Hart van Jesus, met bitterheid Voor

ons vervuld,

Hart van Jesus, met versmaadheden

voor ons verzaad,

Hart van Jesus, om onze boosheden ür doorwond, 2

Hart van Jesus, om onze zaligheid ^ aan het kruis gestorven, o

Hart van Jesus, met eene lans door- g stoken, ^

Hart van Jesus, levende, heilige en

God behagende offerande.

Hart van Jesus, altaar, waarop al

de Heiligen geofferd worden, Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, spaar ons, Jesus. Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, verhoor ons, Jesus. Lam Gods, dat de zonden der wereld ■wegneemt, ontferm U onzer, Jesus.

II. HART VAN JESUS,

•v, O Koning der heerlijkheid, Gij zuil

nooit versmaden,

R. Een boetvaardig en vernederd hart.

Laat ons bidden.

Heer Jesus-Christus, die U gewaar-digd hebt aan uwe H. Kerk de onuitsprekelijke rijkdommen van uw goddelijk Hart kenbaar te maken! geef dat wij waardig worden aan de liefde van dit allerheiligste Hart te beantwoorden, en de versmadingen, aan hetzelve door de ondankbaarheid der menschen aangedaan, door waardige dienstbewijzing te mogen vergoeden. Dit vragen wij U, die leeft en heerscht met God den Vader en den H. Geest, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.

Oefening van herstel van eer.

Liefderijke en aanbiddelijke Jesus, mijn Zaligmaker en mijn God! die U door de vurigste en wonder^⁰⁰quot;⁰»quot;

208 LITANIE VAN HET

liefde tot een slagtoffer in liet hoogwaardigste Sacrament des Altaars gegeven hebt, wat droevige gevoelens moeten er in uw heilig Hart ontstaan, daar Gij in de harten van de meeste menschen niets vindt dan versteendheid , vergetenheid, ondankbaarheid en verachting! Het was U dan niet genoeg den moeijèlijksten en pijnelijk-sten weg gekozen te hebben, om onze zaligheid te bewerken! het was niet genoeg U overgegeven te hebben aan eenen zoo wreeden en angstigen doodstrijd, veroorzaakt door het aanschouwen onzer zonden, welker last Gij op U genomen hadt! Gij hebt ü nog aan al de versmaadheden willen blootstellen, die door de boosheid der menschen en der hel kunnen uitgevonden worden ; met een verootmoedigd hart en eene diepe droefheid vraag ik U duizend en duizendmaal vergiffenis voor al de versmadingen, die Gij op uwe altaren ontvangen hebt.

. s»

H. HART VAN JESUS.

Ach, ware liet mij gegeven, met mijn bloed al de plaatsen af te wasschen, waar uw hart versmaad is geworden en waar men uwe liefde met verachting heeft beloond ! Ach, konde ik door eene nieuwe soort van dienstbewij-y.ing, van verootmoediging, van vernedering, zoo vele heiligschennis en onteeringen herstellen! Ach! mogt ik van al de harten der menschen meester zijn, om ze U op te offeren en aldus eenigzins hunne vergetenheid en ongevoeligheid te vergoeden, daar zij U niet hebben willen erkennen, of U gekend hebbende, U zoo weinig hebben bemind !....

Maar, o liefderijke Zaligmaker l hetgeen mij het meest met schaamte bedekt, en waarom ik het diepste zucht, is, dat ik onder het getal dier ondankbaren ben. Gij, o mijn God! die het binnenste van mijn hart doorziet, Gij kent de droefheid, die ik over mijne ondankbaarheden gevoelquot;: 14 8

LITANIE VAN HET

Gij weet dat ik bereid ben daarvoor alles te doen en te lijden, zoo veel in mij is, om die te herstellen. Zie dan. o Heer! hier ben ik om van uwe hand te ontvangen al wat Gij mij ten dien einde zult gelieven op te. leggen. Sla en kastijd mij, o Heer! ik zal de hand. die mij zoo regtvaardig kastijdt, zegenen en kussen. Gelukkig zoude ik wezen, indien ik door alle mogelijke pijnigingen voor zoo vele versmadin-gen eenigzins voldoen konde. Maar. indien ik die genade niet verdien, neem ten minste de opregte begeerte aan, die ik daartoe heb, en geef eene volle kracht aan het voornemen, dat ik maak, van nooit iets na te laten, om U, o mijn Zaligmaker! in het aanbiddelijk Sacrament des Altaars te beminnen en te eeren.

II. HART VAN JESUS.

Verzuchtingen tot het allerheiligste Hart van Jesus in het hoogwaardigste Sacrament des Altaars.

O allerzoetste Jesus! hoe verre heeft zich dan uwe onuitsprekelijke liefde tot mij uitgestrekt! Om U geheel aan mij te geven, hebt Gij uw eigen vleesoh en dierbaar Bloed tot eenen goddelij-ken maaltijd voor mij bereid. Dooh wie heeft U tot zulke overvloedige betuigingen van liefde bewogen ? Inderdaad niemand anders dan uw heilig Hart, dat mij zoo teeder bemint.

O aanbiddelijk Hart van mijnen minnelijken Jesus! gloeiend fornuis van goddelijke liefde! ontvang, bid ik U, mijne ziel in.uwe heilige quot;Wonde, opdat ik in deze school van liefde moge leeren beantwoorden aan de liefde van ü, mijn God! die mij door zoo vele wonderbare bewijzen van uwe liefde overtuigd hebt. Amen.

Kir**\'

H. KRUISWEG

I. STATIE.

Jesus wordt lot den dood des kruises veroordeeld.

v. Wij aanbidden en loven U, Christus!

R. Omdat Gij door uw heilig kruis de wereld verlost hebt.

O Jesus! mijne misdaden hebben het onregtvaardig doodvonnis tegen U beroepen.... Ik zou van droefheid over mijne zonden moeten sterven.... Geef mij de genade, opdat ik niet ophoude ze te beweenen.

Onze Vader. quot;Wees gegroet, enz.

Ontferm U onzer. Heer, ontferm IJ onzer.

God, wees ons, zondaren, genadig.

H. KRUISWEG.

II. STATIE.

Jesns neemt het kruis op zijne schouderen.

v. Wij aanbidden, enz.

OJesus\'. die den zwaren boom des kruises op uwe verscheurde schouderen gewaardigd hebt op te nemen, verleen mij de genade, om met geduld de kruisen te dragen, welke uwe Voorzienigheid mij overzendt.

Onze Vader, enz. Ontferm U, enz.

III. STATIE.

De eerste val van Jesus onder het kruis.

v. Wij aanbidden, enz.

O Jesus! die, beladen met den zwaren last mijner zonden, vermoeid onder uw kruis ter aarde zijt gevallen; ach, iaat niet toe, bid ik U, dat ik in dezelve nog hervalle.

Onze Vader, enz. Ontferm U, enz.

H. KRUISWEG.

IV. STATIE.

Jesus ontmoel zijne Moeder.

v. quot;Wij aanbidden, enz. O allerheiligste Moeder! bekom mij van uwen lieven Zoon tranen van eene ware boetvaardigheid over mijne zonden, die de oorzaak van zijn en uw lijden zijn geweest. Sta mij bij in al de ellenden van dit leven. Verlaat mij niet in liet uur des doods.

Onze Vader, enz. Ontferm U, enz.

V. STATIE.

.Simon van Cyrene helpt Jesus het kruis dragen.

v. quot;Wij aanbidden, enz.

O Jesus! geef mij sterkte om met liefde het kruis mijns lijdens op te nemen en met kloekmoedigheid U na te volgen.... Ik zal mij gelukkig achten in iets aan U gelijk te zijn en

H. KRUISWEG.

uwe smarten door de mijne te eeren.

Onze Vader, enz. Ontferm U, enz.

VI. STATIE.

Veronica droogt het aangezigl van

Jesus af.

v. quot;Wij aanbidden, enz.

O Jesus! druk de gedachtenis van mv smartelijk lijden zoo levendig in mijn hart, dat ik het gedurig overwege en aangemoedigd worde om uwe bloedige voetstappen op te volgen.

Onze Vader, enz. Ontferm U, enz.

VII. STATIE.

Tweede val van Jesus onder het kruis.

v. quot;Wij aanbidden, enz.

O Jesus! mijne hoovaardigheid heeft U onder den last des kruises nedergeworpen. Ach ! leer mij zachtzinnig en ootmoedig van harte zijn..,. Ik wil alle verootmoedigingen en versmadingen verduldig lijden, opdat ik.

U. KRUISWEG.

U in uwe vernederingen navolgende, met U deel moge hebben in de glorie. Onze Vader, enz. Ontferm U, enz.

VIII. STATIE.

Jesus troost de weenende vrouwen.

v. quot;NVij aanbidden, enz.

O Jesus ! geef eene bron van tranen aan mijne oogen, opdat ik dag en nacht mijne zonden beweene. Ach! gewaardig U meer en meer mijne ongeregtigheden af te wasschen, en mij van mijne zonden te reinigen.

Onze Vader, enz. Ontferm U, enz.

IX. STATIE.

Derde val van Jesus onder het kruis.

v. quot;VVij aanbidden, enz.

O Jesus! reik mij eene helpende hand toe in het midden der gevaren, aan welke ik blootgesteld ben, opdat ik in de zonde niet valle.... Verdedig mij tegen de vijanden mijner zalig-

^{1 :} ..............oi

H. KRUISWEG.

lieid, opdat ik onder het geweld hunner bekoringen niet bezwijke.

Onze Vader, enz. Ontferm U, enz.

X. STATIE.

Jesus worjU van zijne klecderen ontbloot en met edik en gal gelaafd.

v. quot;Wij aanbidden, enz.

O Jesus! geef dat ik al mijne booze gewoonten aflegge, mijn hart onthechte van al wat aardsch en vergankelijk is, mijn dartel vleesch kas-tijde, mijne zinnen versterve, en gaarne met U uit den bitteren kelk des lijdens drinke.

Onze Vader, enz. Ontferm U, enz.

XI. STATIE.

Jesus wordt aan het kruis gehecht.

v. Wij aanbidden, enz.

O Jesus! hecht mij met TJ aan het kruis; ik wil met U, gelijk Gij, en om U lijden, opdat ik, levende, lijdende

H. KRUISWEG.

en stervende in uwe liefde, eeuwig met U en door U moge gelukkig 2ijn. Onze Vader, enz. Ontferm U, enz.

XII. STATIE.

Jesus sterft ann het kruis.

v. quot;Wij aanbidden, enz,

O Jesus! door de bittere smarten, welke Gij voor mij aan liet kruis geleden hebt, bijzonder toen uwe ziel uit uw gezegend ligcliaam is gescheiden, ontferm U over mijne ziel, als zij deze wereld zal verlaten.

Onze Vader, enz. Ontferm ü, enz.

XIII. STATIE.

Jesus wordt van hot kruis genomen en in den sehoot zijner Moeder gelegd.

v. quot;Wij aanbidden, enz.

O Maria, vergun mij, dat ik tusschen uwe armen mijnen gekruisten Zaligmaker, uwen lieven Zoon aanbidde. ¹ kranen met de uwe mei

H. KRUISWEG.

Bewaar mij door uwe magtige voorspraak van het ongeluk, van uwen Jesus door mijne zonden wederom te kruisigen, en dus met een nieuw zwaard uw moederlijk hart te doorsteken.

Onze Vader, enz. Ontferm U, enz XIV. STATIE.

Jesus wordt in het graf gelegd,

v. quot;NVij aanbidden, enz.

Ik zal eens sterven en begraven worden, gelijk Gij, o mijn Zaligmaker ! gewaardig U, in mijn sterfuur, mij door uwen kruisdood te vertroosten, en mijn ligchaam, wanneer Gij het weder zult opwekken, met uwe glorie te verheerlijken.

Onze Vader, enz. Ontferm U, enz.

Hierna zal men bidden : vijfmaal het Onze Yadeiquot;, vijfmaal het Wees gegroet, en zoo veel maal Eere

H. KRUISWEG.

den Vader, ter eere van de vijf Wonden van Jesus, en een Onze Vader en Wees gegroet met Eere zij den Vader, enz., ter meening van Z. H. den Paus.

DANKZEGGING NA DEN H. KRUISWEG.

O Heer Jesus-Christus, die gezeid hebt : Wie mij wil aanhangen, die neme zijn kruis op zich en volge mij! — zie, ik volgde U stap voor stap op den weg uws kruises en overdacht op denzelven al de geheimen van uw lijden. Ik dank U voor deze groote genade, en bid U, laat de oneindige verdiensten van uw lijden niet aan mij, arme zondaar, verloren zijn, quot;Wasch mijne ziel in uw kostbaar bloed, en verleen mij, die U op aarde naar den Kalvarieberg volgde, U eenmaal op den berg Sion, in den Hemel, te aanschouwen. Amen.

DE ZATERDAG.

GETIJ DEN

VAN DE ONBEVLEKTE ONTVANGENIS

iillcrheiligslc Maagd Maria.

ING, o mijne tong, de vreugden Van een onbevlekte Maagd ! Zing den lofzang haren deugden. Zing hoe zeer zij God behaagt. Moeder, kom mij toch verblijden.

Sterk mij door uw groote kracht; Wapen mij, in al mijn strijden. Tegen alle helsche magt.

Eere zij den Vader, en den Zoon en den H. Geest, gelijk het was in het begin, nu en altijd, en in de eeuwen eeuwen. Amen. Alleluia.

GETIJDEN VAN DE

Van Septuagesima tot Paschen zegt men, in plaats van Alleluia : Lof zij U, Heer, Koning der eeuwige heerlijkheid.

LOFZANG.

quot;Wees gegroet, o Vrouw der wereld, \'s Hemels eed\'lé Koningin;

Maagd, met zuiverheid bepereld. Noordster onzer zoete min!

quot;Wees gegroet, vol van genaden, Vol van \'t helder, godlijk licht. Kom in \'s werelds duistre paden Schijnen voor ons aangezigt.

Vóór \'t begin van dag en jaren, Heeft u God reeds aangesteld, . Om zijn eenlg kind te baren, \'t Eeuwig Woord, zoo lang voorspeld Dat den Hemel schiep en de aarde. Dat u noemde zijne Bruid,

Dat u voor de smet bewaarde. Die uit Adams zonde spruit.

v. God heeft haar uitverkoren, r. En heeft haar in zijne woning

\'$■- doen verblijven.

ONBEVLEKTE ONTVANGENIS.

v. Vrouw, verhoor mijn gebed, r. En mijn geroep kome tot u,

GEBED.

H. Maria, Koningin der Hemelen, Moeder van onzen Heer Jesus-Christus en Vrouwe der wereld, die niemand verlaat of versmaadt, aanzie mij goedertieren, o lieve Vrouw ! met de oogen uwer genade, en verkrijg van uwen lieven Zoon vergeving mijner zonden, opdat ik, die nu uwe heilige, onbevlekte Ontvangenis met een godvruchtig en toegedaan hart vereer, hierna voor loon, de eeuwige zaligheid moge verkrijgen, door gunst en gave van dien Zoon, welken gij, zuivere Maagd, ter wereld gebragt hebt, onzen Heer die met den Vader en den H. Geest leeft en heecscht in volmaakte Drievuldigheid, één God, in alle eeuwen. Amen. v. Vrouw, verhoor mijn gebed. k. En mijn geroep kome tot u. v. Laat ons den Heer loven.

224 getijden van de

R. Gode zij dank.

v. Dat de zielen der geloovigen door Gods barmhartigheid in vrede rusten. r. Amen.

TE PRIMEN.

Moeder, kom mij toch verblijden,

Sterk mij door uw\' groote kracht; Wapen mij, in al mijn strijden,

Tegen alle helsche magt.

Eere zij den Vader, enz.

lofzang.

Wijze Maagd, ik kom u groeten, Tempel Gods, waar Hij in woont. Grondsteen, waar we op steunen moeten.

Tafel Gods, in \'t goud gekroond!

Uw almogende Behoeder Heeft van zonden U bewaard :

Heilig waart gij eer uw moeder U ter wereld had gebaard.

Moeder, die van d\'Hemellingen Wordt als Koningin geacht,

Vrouw, wier luister d\'Englen zingen. Ster, daar Jacobs zaad op wacht;

onbevlekte ontvangenis. 225

Sterke Maagd, die kloek en krachtig Dood en duivels beven doet,

quot;Wees uw christenen gedachtig,

Sterk hen in den tegenspoed.

v. Hij heeft haar geschapen in den H. Geest,

k. En haar verheven boven al zijne werken.

v. Vrouw, verhoor mijn gebed, R. En mijn geroep kome tot u. Gebed. H. Maria, bl, 223.

TE TERTIEN.

Moeder, kom mij toch verblijden.

Sterk mij door uw groote kracht; Wapen mij, in al mijn strijden.

Tegen alle helsche magt.

Eere zij den Vader, enz.

LOFZANG.

All ér wij ss te Koningstroone,

Arke van het nieuw verbond,

Schoone boog aan \'s Hemels wone. Braambosch dien het vuur niet schond; 15 8

getijden van de

Maagd, verbeeld door Samsons honig; Gedeons vlies en Aarons staf.

En de poort, die \'s Hemels Koning Maar alleen den ingang gaf.

\'t Godd\'lijk Kind, dat gij moest baren. Kon niet lijden, dat de smet Zijne Moeder zou bezware i.

Ons door Adam aangezet.

Noch dat ooit uw\' zuivre leden Aan eon zondig, helsch venijn,

Of aan satans listigheden Onderworpen zouden zijn.

v. In het allerhoogste heb ik mijne woonplaats,

k. En mijn troon is in eene wolkkolom.

v. Vrouw, verhoor mijn gebed, r. En mijn geroep kome tot u.

Gebed. H. Maria, bi. 223.

* TE. SEXTEN.

Moeder, kom mij toch verblijden.

Sterk mij door uw groote kracht; quot;Wapen mij, in al mijn strijden,

Tegen alle helsche magt.

Eere zij den Vader, enz.

onbevlekte ontvangenis. 227

lofzang.

Moeder-Maagd, ik kom u groeten, Tempel der Drievuldigheid,

Op wie de Englen roemen moeten, Woonplaats van de zuiverheid !

Hulp in allen druk en strijden, quot;Wellust van een vroom gemoed Spiegel van verduldig lijden,

Maagd\'lijk vleesch en zuiver bloed

Gods gewijde boeken noemen U een priesterlijken grond.

En geen duivel kan beroemen,

Dat hij hier ooit ingang vond.

Stad des Heeren, vol van klaarheid, Oosterpoort, waar langs het licht Van Gods ongeschonden waarheid, \'t Menschelijk geslacht verlicht.

v. Gelijk eene lelie onder de doornen,

r. Zoo is mijne vriendin onder de doohters van Adam.

rvs u *hv- ____;___1_ \\

^%A\\ 228 getijden VAN de

v. Vrouw, verhoor mijn gebed,

r. En mijn geroep li ome tot u.

Gebed. H.Maria, hl. 223.

TE NONEN.

Moeder, kom mij toch verblijden.

Sterk mij door uw groote kracht:

Wapen mij, in al mijn strijden.

Tegen alle helsche magt.

Eere zij den Vader, enz.

lofzang.

Stad vantofcvlugt, hoop der menschen, Davids toren, wees gegroet.

Kan ik sterker bolwerk wenschen Voor mijn vlugtende gemoed?

Maagd, ontvangen in Gods liefde! Die, gesterkt door \'s Heeren hand,

\'t Hart des helschen draaks doorgriefde In uws moeders ingewand.

Kloekste Judith, waard te minnen,

Door Abisag afgebeeld.

Die zoo lieflijk hart en zinnen Van den waren David streelt.

rtf» • .a. £3*

onbevlekte ontvangenis. 221)

Kachel baarde den behoeder.

Voor Egypteland alleen;

Maar Maria wordt de Moeder Van \'t geluk van iedereen.

v. Geheel schoon zijt gij, mijne Vriendin,

r. En nooit is de vlek der erfzonde in ii geweest.

v. Vrouw, verhoor mijn gebed, r. En mijn geroep kome tot u. Gebed. H. Maria, bl. 223.

TE VESPEREN.

Moeder, kom mij toch verblijden,

Sterk mij door uw groote kracht; quot;Wapen mij, in al mijn strijden.

Tegen alle helsche magt.

Eere zij den Vader, enz.

lofeang.

Zonnewijzer Ezechias,

Waar de zon terug op straalt, Als Gods eeuwig Woord Messias In uw maagd\'lijk ligchaam daalt.

230 ^ %

getijden van de

Christus stelt zich onder de Englen Om \'t gevallen menschdoin meer Aan zijn Godheid vast te sti\'englen En te brengen in zijn eer.

Zie, mijn\' ziel, hoe al de stralen Van die goddelijke Zon Op Maria nederdalen.

Daar haar leven eerst begon.

Zie de lelie in de doornen,

^zie hoe zij de slang verplet.

Zie de maan met zilvren hoornen Daar de dolende op let.

v. In den Hemel heb ik een licht gesteld dat nooit zal vergaan.

Ti. En gelijk een nevel heb ik geheel het aardrijk overdekt.

v. Vrouw, verhoor mijn gebed, R. En mijn geroep kome tot u. Gebed. H. Maria, bl. 223.

TE COMPLETEN.

Moeder van barmhartigheden,

Keer toch \'s Heeren gramschap af ;

SpSi-

ONBEVLEKTE ONTVANGENIS. 231

Opdat Hij, door uw gebeden,

Zegen geve in plaats van straf.

Moeder, kom mij toch verblijden,

Sterk mij door uw groote kracht; quot;Wapen mij, in al mijn strijden. Tegen alle helsche magt.

Eere zij den Vader, enz.

Bloem der maagdelijke zeden. Moeder, waar geen smet in woont. Koningin, vol zoetigheden,

Met een sterrenkrans gekroond!

Verre boven de Englen-zalen Praalt deez\' Maagd in \'themelsch land, In een kleed van gouden stralen. Aan des Konings regterhand.

Zoete Moeder van genade.

Zondaars hope, ster der zee, O herstelster onzer schade,

In de stormen veil\'ge re\'?!

Deur des Hemels, troost der kranken, Ach! of ik door u verwierf.

Eeuwig uwen Zoon te danken.

Die voor u en voor mij stierf.

v. Maria, uw naam is als eene uitgestorte olie.

k. Uwe dienaars hebben u bovenmate bemind.

v. Vrouw, verhoor mijn gebed, R. En mijn geroep kome tot u.

Gebed. H. Maria, bl. 223.

OPDRAGT.

Maagd, tot voor Gods troon verheven. Neem mijn zangen gunstig aan, En verwerf mij, heel mijn leven. Langs den weg der deugd te gaan.

En als mijne ziel moet scheiden Van dit ligchaam door den dood,

quot;NVil haar veilig dan geleiden In de rust van Abrahams schoot.

Antiph. Deze is de roede, in welke

ONBEVLEKTE ONTVANGENIS. 233

noch bot der erfzonde, noch schors van dagelijksche schulden geweest is.

v. In uwe ontvangenis, H. Maagd, waart gij onbevlekt.

R. Bid voor ons den Vader, wiens Zoon gij gebaard hebt.

God, die door de onbevlekte Ontvangenis der H. Maagd Maria eene waardige woonplaats voor uwen Zoon hebt bereid gemaakt, wij bidden U, dat, gelijk Gij uit het voorzien des doods van denzelfden uwen Zoon, haar van alle vlekken bewaard hebt, ons ook wilt verleenen, dat wij door hare voorspraak zuiver en onbevlekt tot U mogen komen, door onzen Heer Jesus-Christus, uwen Zoon, die met U leeft en heerscht. God in alle eeuwigheid. Amen.

• e|§g|o-w

-

--

LITAISriB

VAN DE H. MAAGD MARIA.

«trrtj»eer, ontferm U onzer.

cALcAb Christus, ontferm IJ onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

God hemelsche Vader, ontferm U onzer.

God Zoon, Verlosser der wereld,.

ontferm TJ onzer.

God H. Geest, ontferm U onzer. H. Drievuldigheid, één God, ontferm

U onzer.

H. Maria, bid voor ons.

H. Moeder Gods, bid voor ons. H. Maagd der maagden, bid voor ons. Moeder van Christus, bid voor ons.

LITANIE TER EERE VAN DEH. MAAGD. 235

Moeder der goddelijke genade, bid

voor ons.

Allerreinste Moeder,

Allerzuiverste Moeder,

Ongescliondene Moeder,

Onbevlekte Moeder,

Zeer minnelijke Moeder,

Zeer wonderlijke Moeder,

Moeder des Scheppers,

Moederdes Zaligmakers, Allervoorzigtigste Maagd, ^

Eerwaardige Maagd, S

Lofwaardige Maagd, lt;

Magtige Maagd, £2

Goedertierene Maagd, 2

Getrouwe Maagd,

Spiegel der regtvaardigheid,

Zetel der wijsheid.

Oorzaak onzer blijdschap.

Geestelijk vat. .

Eerwaardig vat,

Schoon vat van godsvrucht, Geestelijke roos,

Toren van David,

Ivoren toren, biel voor ons.

Gulden huis.

Ark des verbonds.

Deur des Hemels,

Morgenster,

Behoud der kranken,

Toevlugt der zondaren.

c

Troost der bedrukten, E\'

Hulp der christenen, lt;

Koningin der Engelen, ®

Koningin der Patriarchen, g

Koningin der Profeten, ™

Koningin der Apostelen.

Koningin der Martelaren,

Koningin der Belijders,

Koningin der Maagden.

Koningin van alle Heiligen,

Koningin zonder vlek ontvangen. Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, spaar ons. Heer. Lam Gods. dat de zonden der wereld

wegneemt, verhoor ons. Heer. Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, ontferm U onzer.

ter eere van de h. maagd. 237

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Onze Vader, enz.

Ant. Onder uwe bescherming nemen wij onze toevlugt, o heilige Moeder Gods! verstoot onze gebeden niet in onzen nood; maar verlos ons altijd van alle gevaren, o glorierijke en gezegende Maagd! onze Vrouw! onze Middelares! onze Voorspreekster! verzoen ons met uwen Zoon, vertoon ons aan uwen Zoon, beveel ons aan uwen Zoon.

v. Bid voor ons, H. Moeder Gods, r. Opdat wij der beloften van Christus waardig worden.

laat ons bidden.

Heer God! wij hidden U, stort uwe genade in onze harten, opdat wij, die door de boodschap des Engels de

LITANIE

menschwording van Christus, uwen Zoon, gekend hebben, door zijn lijden en kruis gebragt worden tot de glorie der verrijzenis. Door denzelfden Jesus-Christus, onzen Heer. Amen.

Gebed, gemaakt door den 11 Aloysius van

Conzagua, om zich onder de bescherming der allerheiligste Maagd te stellen.

H. Maagd Maria, mijne geleidster, mijne Meesteres, ik kom mij in den schoot uwer barmhartigheid werpen, en mijne ziel en mijn ligchaam van dit oogenblik af en voor altijd onder uwe bewaring en bijzondere bescherming stellen. Ik vertrouw en stel tusschen uwe handen al mijne hoop en mijnen troost, al mijne pijnen en smarten, mijn leven en deszelfs einde, opdat door uwe heilige voorspraak en door uwe verdiensten, al mijne werken volgens uwen en uws Zoons wille geschikt worden.

TER EERE VAN DE H. MAAGD 239

debed tot de allerheiligste Maagd Maria, gemaakt uit de gevoelens van den heiligen Bernardus.

Gedenk, o genadigste Maagd Maria! dat men nooit gehoord heeft, dat ieman\'d die tot u gevlugt is, uwen bijstand verzocht of uwe voorspraak gevraagd heeft, verlaten is geworden. Door dit vertrouwen aangemoedigd, o Maagd der maagden! snel ik tot u, en onder liet gewigt mijner zonden zuchtende, werp ik mij voor uwe voeten neder. O Moeder des Woords» versmaad mijne gebeden niet, maar neem die genadig aan en gewaardig .ze te verhoeren.

ULiIT-A-lsTIE

TER EERE

VAN O.-L.-VROUW VAN LOURDES.

jjEER, ontferm U onzer.

¹ Christus, ontferm U onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

God hemelsche Vader, ontferm U onzer.

God Zoon, Verlosser der wereld, ontferm U onzer.

God H. Geest, ontferm U onzer.

H. Drievuldigheid, één God. ontferm XJ onzer.

Maria, allerheiligste en allerverhe-venste Moeder Gods, bid voor ons.

Maria, minzame Koningin, wier glinsterende troon op de vleugelen der Serafijnen, aan de rechterhand van den Koning der koningen, berust, bid voor ons.

M/S

LITANIE VAN O. L. V. VAN LOURDES. 241

Maria, magtige Koningin, die heerscht over legioenen Engelen, die eerbie-diglijk uwe bevelen afwachten om uwe getrouwe dienaars ter hulp te snellen, bid voor onp,

Maria, wonderlijke Koningin, die van het hoogste uwer uitmuntende grootheden, u gewaardigd hebt neder te zien op eene woeste plaets der aarde, om er een arm kind te zoeken,

Maria, die schitterend van luister ^ en hemelsche goedheid, achttien ^ keeren verschenen zijt in de grot o van Lourdes aan een jong doch- ^ tertje des velds, s

Maria, die tusschen uwe handen \' eenen paternoster houdende, en het teeken des heiligen Kruises makende, het verbaasd kind hebt aangezet om den heiligen Rozenkrans te bidden,

Maria, die, met bedrukten blik, aan de kleine herderin bevolen 16 8

242 LITANIE VAN O. L. V.

hebt van veel te bidden voor de zondaren, bid voor ons.

Maria, die het eenvoudig kind tot de priesters gezonden hebt, om te zeggen, dat gij wildet dat men u eene kapel zou bouwen op de rotsen waar gij verschenen waart,

Maria, die aan liet nederig kind gezegd hebt, dat gij verlangdet dat men de spelonk van Lourdes be-zoeke en er in processie kome, o*.

Maria, die eene bron van helder ^ \' lt;

water hebt doen spatten uit de g

rots, op welke uwe gezegende ^

o

voeten hadden gerust, s

Maria, die, onder al uwe verhevene \' namen en glorierijke eeretitels, dien uwer Onbevlekte Ontvanoenis verkozen hebt om te Lourdes geëerd te zijn,

Maria, die al de pogingen der wereldsche wijsheid, die den

sten wilde tegenhouden, in de grot van Lourdes verstomd en verijdeld hebt door uw alverba-zend vermogen, bid voor ons. Maria, oceaan van genaden, weldaden en zegeningen, die gedurig de wonderbare bron van Lourdes onderhoudt en voedt,

Onbevlekte Maagd, uitnemende bron van glorie, vreugd en zaligheid voor de hemellingen, £;

Onbevlekte Maagd, hemelsche bron van zoetigheid, vrede en volhar- o ding voor de regtvaardige zielen, o Onbevlekte Maagd, onuitputtelijke bron van medelijden, barmhartigheid en vergiffenis voor de arme zondaars.

Onbevlekte Maagd, levende bron van vertroosting, baat en steun voor de bedrukte harten.

Onbevlekte Maagd, overvloedige bron van bijstand, kracht en genezing voor zieken en kranken.

.......—------------------sS

Onbevlekte Maagd, zalige bron van hulp, genaden en hoop voor de stervenden, bid voor ons.

Onbevlekte Maagd, weldadige bron van verzachting, licht en verlossing voor de lijdende zielen des vagevuurs.

Onbevlekte Maagd, vermaarde bron van heil, bescherming en welzijn voor het menschelijk geslacht, Onbevlekte Maagd, die aan de blin- ^ den het gezicht, aan de stommen ^ de spraak, aan de dooven het ge- lt; hoor en aan de verlamden het ge- ® bruik hunner lidmaten verschaft o Onbevlekte Maagd, wier ontelbare .^M wonderen en schitterende weldaden in alle gewesten der aarde verkondigd en bewonderd zijn, Onbevlekte Maagd, wier heilig hart overstroomt van teederheid en goedheid voor ons,

Onbevlekte Maagd, wier liefde tot ons de liefde aller moeders voor

VAN LOURDES. 245

liunne kinderen overtreft, bid voor ons.

Onbevlekte Maagd, wie nooit iemand aanroepen heeft zonder verhoord te zijn, bid voor ons.

Van uit den schoot der goddelijke glansen die u in den Hemel omringen, bewaak ons, Maria.

In de onderhouding der geboden Gods en der H. Kerk, moedig ons, aan, Maria.

In den engen weg des Hemels, ondersteun ons, Maria.

In den strijd tegen satan, de wereld en het vleesch, beschut ons, Maria.

In de ware en .standvastige godsvrucht, bevestigt ons, o Maria.

In onheilen, armoede en ellenden, help ons, Maria.

In ziekten, krankheden en smarten, vertroost ons, Maria.

In hel uur onzes doods, bescherm ons, Maria.

Als wij levend voor onzen regtvaar-

LITANIE VAN O. L. V.

(ligen llegtei* zullen staan, bid voor ons, Maria.

Gedurende de zalige eeuwigheid, bid

voor ons, Maria.

Lam Gode, dat de zonden der wereld

wegneemt, spaar ons. Heer. Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, verhoor ons, Heer. Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, ontferm U onzer, Heer. Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

Onze Vader, enz. Wees gegroet, enz. v. Bid voor ons, o heilige en onbevlekte Moeder Gods,

r. Opdat wij waardig worden der beloften van Christus.

GEBED.

O Jesus, God van oneindige goedheid, die Marta, uwe onbevlekte Moeder, hebt aangesteld tot uitdeelster van lt;lie zee van genaden en barmhartigheid, waar uw goddelijk hart het be-

VAN LOURDES.

«in en de eeuwige bron van is, en welke het die wonderlijke Maagd behaagt op zulke verbazende wijze uit ie storten over de gezegende rotsen van Lourdes, wij bidden U nederig» door hare verdiensten en gebeden, geef ons toch al wat ons heilzaam is, de gezondheid der ziel en des lig-cliaams, maar bovenal de onschatbare genade van U altijd meer en meer te kennen en te beminnen, opdat wij, na U op aarde getrouwelijk gediend te hebben, ons eens in den Hemel, voor uwen troon mogen bevinden, aan de voeten van Maria, onze goede Moeder, en, vereen igd met de koren der Engelen en der Heiligen, IJ met hen loven, danken en beminnen in alle eeuwigheid Amen.

AAN MARIA.

quot;Wees eeuwiglijk gezegend, geloofd, bemind en aanroepen, o Maria! die met zooveel liefde eenen overvloed

_____________________________

? ! 248 litanie van o. L. v. van lourdes.

van genaden uitstort over de grot van Lourdes, welke gij door uwe tegenwoordigheid hebt geheiligd. Wees toch altijd onze Moeder, onze hoop, onze troosteres op aarde en onze Koningin in de eeuwige zaligheid. Amen.

Gebenedijd zij de heilige en onbevlekte Ontvangenis van de allerheiligste Maagd Maria.

(100 dagen afl. ieder maal. Zoet hart van Maria, wees mijne zaligheid. [300 dag. afl. ieder maal.)

Imprimatur. Mechlinise, 25 Oct. 1S70.

J. B. Lauwers, Vic. Gen.

LITANIE

ter eere van het

H. HART VAN MARIA.

[ eer, ontferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

«Christus, verhoor ons.

God hemelsche Vader, ontferm U onzer.

Ood Zoon, Verlosser der wereld, ontferm U onzer.

Ood H. Geest, ontferm U onzer.

H. Drievuldigheid, één God, ontferm U onzer.

Hart van Maria, zonder vlek ontvangen, bid voor ons.

Hart van Maria, onder alle harten gezegend, bid voor ons.

Ootmoedig Hart van Maria, bid voor ons.

_____________. yr

250 LITANIË TER EERE

Zuiverste Hart van Maria, bid voor ons.

Minnelijkste Hart van Maria,

Hart van Maria, heilige rustplaats van de allerheiligste Drievuldigheid,

Hart van Maria, tabernakel van God, mensch geworden op den dag uwer boodschap.

Hart van Maria, met nieuwe genaden in uw bezoek bij Elisabeth c-vervuld, ^

Hart van Maria, woonplaats van d

o

Jesus, ^

o

Hart van Maria, overgoten met » blijdschap in de geboorte van\' Jesus,

Hart van Maria, vol van verwondering in de aanbidding der quot;Wijzen,

Hart van Maria, met het zwaard van droefheid, volgens de voorzegging van den H. Simeon, in uwe zuivering doorstoken.

VAN HET H. HART VAN MARIA. 251

Hart van Maria, vol zorg en angst in de vlugt naar Egypte, bid voor ons.

Hart van Maria, bedrukt over liet verlies van Jesus, en weder verblijd over zijne vinding in den tempel,

Hart van Maria, met dat van Jesus in den hof der Olijven van droel-lieid bevangen.

Hart van Maria, wreed verscheurd

in zijne geeseling, 5;

Hart van Maria, inwendig met lt; doornen doorstoken in zijne kroo- ^ ning, o

Hart van Maria, vol angst en be- ? naauwdheden in de ontmoeting van Jesus, zijn kruis dragende, Hart van Maria, deelende in al de

pijnen en smarten van Jesus,

Hart van Maria, met Jesus aan het

kruis genageld.

Hart van Maria, overgoten met droefheid in den dood van Jesus,

__^

mK «

252 LITANIE TER EERE

Hart van Maria, met Jesus in hel graf gelegd, bid voor ons.

Hart van Maria, tot de blijdschap verrezen in de verrijzenis van Jesus,

Hart van Maria, verrukt door liefde in de verschijning van Jesus,

Hart van Maria, vervuld door eene onuitsprekelijke vreugd in de hemelvaart van Jesus,

Hart van Maria, door eenen nieuwen overvloed van genaden in ^ de nederdaling van den H. Geest Hi geheiligd, ^

Hart van Maria, boven alle geluk- ° zaligen verheven opden dag uwer | hemelvaart.

Hart van Maria, toevlugt der zondaren.

Hart van Maria, bescherming der

regtvaardigen.

Hart van Maria, gesteld aan de reg-terhand van Jesus in den Hemel, Hart van Jesus, wellust der maagden.

van het ii. hart van maria.

Hart van Maria, troost der bedrukten

en zieken, bid voor ons.

Hart van Maria, hoop der stervenden,

bid voor ons.

Hart van Maria, blijdschap der Engelen en Heiligen, bid voor ons. Lam Gods, dat wegneemt de zonden

der wereld, spaar ons, Jesus. Lam Gods, dat wegneemt de zonden

der wereld, verhoor ons, Jesus. Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U onzer, Jesus. v. O H. Maagd, gedoog dat ik u love. r. Geef mij sterkte tegen uwe vijanden.

laat ons bidden.

H. Maria, Moeder van onzen Heer Jesus-Christus, en Koningin der wereld, die niemand verlaat noch verstoot, aanzie mij met een barmhartig oog, verhevene Vrouw! en bekom mij bij uwen Zoon vergeving van al

LITANIE TER EERE

mijne zonden, opdat ik, nu in den geest met alle mogelijke liefde en lof de verdiensten van uw heilig en onbevlekt hart overwegende, hierna de kroon der eeuwige zaligheid ver-krijge, door onzen Heer Jesus-Christus, die leeft en heerscht met God den Vader in de eenheid van den H. Geest, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.

Gebed tot het heilig Hart van Maria.

O Hart van Maria, Moeder van God en onze Moeder! zeer minnelijk Hart, voorwerp van het welbehagen der aanbiddelijhe Drievuldigheid, waardig van de Engelen en van de men-echen geëerd en bemind te worden! Hart, het gelijkvormigste aan dat van Jesus, waarvan gij het volmaaktste afbeeldsel zljt! Hart vol goedheid en zoo medelijdend met onze ellenden! gewaardig u onze koude harten te verwarmen ; maak, dat zij zich alleen net het Hart van hunnen goddelijken

VAN HET H. HART VAN MARIA. 255

Zaligmaker bezig houden; stort daarin de liefde uwer deugden, ontsteek ze door dat zalige vuur, waardoor het uwe onophoudelijk verslonden werd.

Waak over de Kerk, bewaar haar; wees haar onoverwinbaar schild tegen alle bestormingen harer vijanden. Wees onze weg om tot Jesus te gaan, en de bronader, door welke wij al de genaden, ter zaligheid noodig, mogen ontvangen. quot;Wees onze bijstand in onze noodwendigheden, onze troost in onze kwellingen, onze toevlugt in de bekoringen, onze schuilplaats in de vervolgingen, onze hulp in al de gevaren, maar voornamelijk in den laatsten strijd onzes levens, in het uur des doods, als de gansche hel zich tegen ons zal ontketenen om onze zielen te rooven. In dat vreeselijk oogenblik, waarvan onze eeuwigheid afhangt, ach I laat ons dan, o medelijdende Maagd, smee-ken wij u, laat ons dan de zoetheid

LITANIE TER BERE

van uw moederlijk hart en de kracht van uw vermogen op dat van Jesus gewaar worden, met ons in de bron van barmhartigheid eene veilige schuilplaats te verleenen, opdat wij door een regtzinnig leedwezen, een levendig geloof, eene vaste hoop en eene brandende liefde, denzelfden Jesus met u in den Hemel in alle eeuwen der eeuwen mogen loven. Amen.

Verlangen cm de oneer, die de Moeder Gods is aangedaan geweest, te herstellen.

O Maria, Koningin van Hemel en aarde! al is het dat ik niet bekwaam ben om al de oneer en lasteringen te vergoeden, die uw maagdelijk hart van den helschen vijand en van de booze christenen en ketters, zijne werktuigen, geleden heeft, nogtane, door nieuwen ijver tot uwe glorie o-Pfi^even, wil ik alles doen, wat in

/QOSi.

Mr?

mijn vermogen is, om uwe eer te herstellen. Daarom betuig ik voor geheel de wereld, dat ik u waarlijk toeschrijf alles, wat de goddeloozen u ooit onregtvaardig hebben willen onttrekken. Ik geloof dan dat gij de ware Moeder Gods, altijd Maagd, en liet volmaaktste onder al de schepselen zijt. Ik eer met de H. Kerk uwe onbevlekte Ontvangenis en roemrijke Hemelvaart; ik eiken uwe barmhartigheid, uwe goedheid en uw groot vermogen bij Jesus, uwen Zoon; met vreugd aanzie ik u als de Moeder der genade, de toevlugt der zondaren, hunne zoetheid, hun troost, en ik acht uwe moederlijke bescherming en gunst als een allerzekerst middel om van de goedheid van uwen lieven Zoon, al de genaden te bekomen, die ik in het leven en in het uur van mijnen dood verwacht. Ontvang dan, o minnelijke Moeder! ontvang deze regtzinnige gevoelens mijns harten; quot;^waardig mij uw moederlijk hnrt

17

258 LITANIE TER EEKE

te openen en mij aldaar onder uwe ware kinderen en minnaars eene plaats te geven. Laat mij de zoetheid van dit uw heilig hart smaken, opdat ik met verwondering dagelijks meer en meer de eindelooze magt van God, die u zoo groot, zoo heilig, zoo minzaam en zoo wonderbaar heeft gemaakt, moge loven.

LOFZANG : AVE MARIS STELLA.

Os t er die door den luister Uws levens, ons in \'t duister

Van deze zee bestraalt !

Maagd, Moeder Gods verheven, O deur van \'t eeuwig leven.

Daar gij nu zegepraalt. Een Engel komt u groeten, En ónzen druk verzoeten,

Och, toon uw blij gelaat.

Geef ons den vrede op heden, Van allen kant bestreden.

Om Eva\'s snoode daad.

VAN HET II. HART VAN MARIA.

Verlos ons, vastgebonden Met banden van de zonden, Van blindheid ons behoed. Wil ons \'t onheil weren.

En al wat ons kan deren.

Verkrijg ons \'t regte goed. Toon dat gij zijt onz\' Moeder, Doe bij onzen Behoeder Nu gelden uwe magt. De Zoon, uit u gewonnen. Zal Hij verstoeten konnen Een Moeder, zoo geacht? O Maagd, der wereld wonder, In deugden gansch bijzonder.

Vol goedheid en geduld ! quot;NVil ons gemoed verzachten. Steun ons in deugdbetrachten,

Help ons uit alle schuld. Doe ons zoo zuiver handlen En \'t veilig pad bewandlen In de oefening der deugd. Dat gij ons in moogt halen, In Edens hooge zalen, Tot onderlinge vreugd.

LITANIE TER EERE

U willen wij nu loven,

O Godheid, die daar boven Zoo wijs\'lijk alles schikt. Den Vader, bron van \'t wezen. Den Zoon, uit \'t graf verrezen. Den Geest, die ons verkwikt.

LOFZANG : STABAT MATER DOLOROSA.

De bedrukte Moeder stond Bij het kruis haars Zoons en weende !

Ach! hoe werd haar ziel gewond. Die van bittre droefheid steende !

Ach! hoe werd haar moederhart Toen door biltren angst bevangen,

Als zij in de felste smart Haren Zoon aan\'t kruis zag hangen.

quot;Wie, zoo hij Gods Moeder daar. Lijdend met dien Zoon zag treuren.

Zou, uit derenis met haar,

Zijn gemoed niet voelen scheuren?

Om zijns volks gepleegden hoon. Zag zij Jesus lijf doorkerven;

Zag zij haar geliefden Zoon, \' i het kruis verlaten sterven !

^

VAN HET II. HART VAN MARIA. 201

Moeder, bron van liefde, maak.

Dat ik innig met u lijde.

Dat mijn hart van liefde blaak\'

En zich gansch aan Jesus wijde.

Moeder, ach! druk in mijn hart Zijne aan\'t kruis ontvangen wonden ;

Doe mij deelen in de smart Van die leed om mijne zonden.

Mogt, zoo lang mijn pols zal slaan. Ik om Jesus met u weenen.

Nevens u bij \'t kruishout staan.

En mij met uw smart vereenen !

Mogt ik door uw maagdenbloem Immer torschen \'t kruis des Heeren,

Met Hem lijden en mijn roem Stellen in zijn wonden te eeren !

Laat, uit liefde tot dien Zoon, Mij doorgrieven door die wonden.

En trots allen smaad en hoon,

Door dit kruis als zijn verslonden.

O ! mogte ik, door liefdevuur,

Gansch ontstoken en geheiligd.

Door u, Maagd, in \'t angstig uur Van het oordeel zijn beveiligd !

^ 20^

262 LITANIE VAN \'T H. HART VAN MARIA.

Mogt ik in dien hangen nood,

Hulp in \'t kvuis van mijn beminde,

Sterkte in zijn geleden dood,

In zijn gunst vertroosting vinden !

O, verkrijg bij uwen Zoon,

Als mijn stoflijk deel zal sterven.

Dat mijn ziel het eeuwig loon In liet hemelrijk moge erven.

(Er is een aflaat vergund van 300 dagen voor eiken keer, dat men de-.eu Lofzang zal hidden).

Schietgebed tot de heilige Harten van Jesus en llaria.

Dat de goddelijke Harten van Jesus en Maria altijd en overal gekend, geloofd, gezegend, gediend en geroemd worden. Amen.

hetwelk men gedurende dertig dagen kan bidden ter eere van het lijden van onzen Heer Jesus-Christus en van de H. Maagd Maria, zijne Moeder, om voor zich zeiven of voor anderen de genaden en de geestelijke ol tijdelijke vertroostingen, welke men noodig heeft, te bekomen.

H. Maria, Maagd der maagden. Moeder der genade, Moeder der barmhartigheid en vaste hoop der bedrukten, door het zwaard van droefheid, dat uwe ziel doorstak, toen uw eenige Zoon, Jesus-Christus, onze Zaligmaker, den dood des kruises onderging; door de kinderlijke liefde, die Hem deed medelijden hebben met uwe moederlijke smarten; door de zorg welke Hij nam om u, stervende, aan zijnen beminden leerling, erfge-am van zijne gevoelens voor u, aan

GEBED

te bevelen; gewaardig u, gevoelig te zijn en hulp toe te brengen aan de pijnen, smarten, krankheid, ellenden en treurige noodwendigheden, welke ik ondervind. O verzekerde schuilplaats der ongelukkigen ! o zoete troost der bedrukte zielen! o liefdadige verlosseres dergenen, die in gevaar of lijden zijn ! aanzie de tranen, welke mij de rampen, die ik om mijne zonden te lijden heb, afpersen. Tot wie zal ik, in de onrust en de verlegenheid, waarin ik gedompeld ben, mijne toevlugt nemen, dan tot u, magtige beschermster. Moeder van den Zaligmaker der wereld en herstelster der rampen, die het mensch-dom kwellen! Ach» heilige Maagd, aanhoor met die teederheid, welke u eigen is, het ootmoedig en aanhoudend gebed, dat ik u toezend.

Ik smeek uwe hulp af door de onvergelijkelijke liefde van Jesus, uwen

VAN DERTIG DAGEN.

vereeniging, welke Hij met de men-schelijke natuur aangegaan heeft, wanneer Hij, bekleed met onze sterfelijkheid, zich gewaardigde in uwen zuiveren schoot te rusten en uit u geboren te worden, om onder ons te wonen ; door de vrees, het verdriet, de droefheid, door den wreeden doodsangst, welken die goddelijke Zaligmaker in den hof van Olijven geleden heeft, toen Hij, zijnen Vader smee-kende Hem van de bitterheden zijns lijdens te verlossen, zich nogtans met eene volkomene overgeving aan zijnen heiligen wil onderwierp; door de moedige getrouwheid, waarmede gij Hem tot den dood gevolgd zijt; dooide onuitdrukkelijke smarten, welke u de smaad, de pijnigingen en al wat Hij van de woede zijner vijanden te lijden had, veroorzaakt hebben ; dooide banden, waarmede men Hem gebonden heeft; door zijn geduld en zijn zwijgen in het midden

GEBED

handelingen ; door zijne wreede gee-seling, en door de ontelbare wonden, waarmede zijn ligchaam overdekt werd; door de doornen kroon, die zijn hoofd doorboorde; door de gal en den azijn, waarmede Hij gelaafd werd ; door het kruis, waarmede men Hem beladen heeft; door de nagelen, die ei-Hem aan gehecht hebben; door de beschimpingen en pijnigingen, die Hij er aan geleden heeft; door de lans die zijne zijde geopend heeft ; door het bloed en water, die er uit gestroomd en voor ons eene bron van genade geworden zijn ; door de barmhartigheid, welke Jesus den boet vaardigen moordenaar heeft getoond; door deze goddelijke woorden, welke Hij in het midden zijner smarten tot zijnen hemel-schen Vader rigtte : Mijn Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat iij doen; en door deze, die zijne offerande eindigden : Mijn God! mijn God! waarom hebt Gij Mij verlaten?..

li

i=k_

VAN DERTIG DAGEN. 2Ö7

Alles is volbragt.... Mijn Vader, in uwe handen beveel ik mijnen gresl ; door de wonderen, uitgewerkt ten tijde van den dood van dezen Godmensch, als het voorhangsel des tempels scheurde, de aarde beefde, de zon verduisterde, de steenrotsen barstten en de dooden verrezen; door de ne-derdaling van Jesus in het voorgeborgt der hel, en door de vreugd, welke de regtvaardigen, die Hem afwachtten, verrukte; door de glorie zijner zegepralende verrijzenis; door de verschijningen, waarmede Hij u, heilige Maagd, alsook de Apostelen, de Leerlingen en de heilige vrouwen vereerd heeft; door zijne glorierijke hemelvaart, wanneer Hij zich in hunne tegenwoordigheid ten Hemel verhief; door de gaven van den H. Geest, den Vertrooster, die Hij over u en hen op Pinksterdag deed nederdalen, en welke Hij naderhand over de geheele aarde verspreid heeft ; door zijne

(jj^rTT

tweede komst in deze wereld en het verschrikkelijk oordeel, dat Hij over levenden en dooden zal uitspreken; eindelijk, heilige Maagd, door de smarten, welke gij gestadig met uwen goddelijken Zoon gedeeld hebt, en door de vreugd en de onuitsprekelijke wellusten, waarmede Hij uwe ziel vervuld heeft op den dag uwei-hemel vaart, en eeuwig zal blijven vervullen; ik smeek u, o teederhar-tigste Moeder ! toon dat gij waarlijk de mijne zijt ; heb medelijden met mijne ellenden, verhoor mijn ootmoedig gebed, hetwelk uit het levendigste vertrouwen voortkomt.

Noem hier de hulp en de genade, welke gij verlangt te bekomen.

O Maagd vol goedheid! overtuigd van het vermogen, dat gij bij uwen almagtigen Zoon hebt, die u niets weigert, durf ik door uwe zoo krachtige voorspraak op de hulp en ver-

van dertig dagen.

troosting hopen, welke ik vraag volgens het welbehagen van mijnen God, die beloofd heeft den wil te doen van hen, die Hem vreezen, en de verlangens hunner harten te verhooren. quot;We^p. op mij eenen teederen blik, o mijne Moeder! aanzie mijnen nood en kom mijne zwakheid te hulp.

Bovenal gewaardig u, om van uwen Zoon, mijnen Zaligmaker, voor mij te bekomen een levend geloof, eene vaste hoop, eene brandende liefde, een opregt berouw over al mijne misdaden, eene bron van heilige tranen, eene ootmoedige en regtzinnige belijdenis mijner zonden, eene genoegzame-voldoening, eene naauwkeurige waakzaamheid over mij zeiven, eene volstrekte onthechting van al wat aardscli is, eene ware liefde tot God en den naaste. Gewaardig u mij de genade ie verwerven van Jesus in zijn leven, in zijn lijden en in zijnen dood na te \'n alles mijnen wil te schik-

-----

GEBED VAN DERTIG DAGEN.

ken naar den wil van God ; te wandelen in zijne tegenwoordigheid, te denken, te verkeeren en te handelen volgens zijnen geest; te volharden in zijnen dienst, in zijne liefde, in de oefening der goede werken ; eindelijk door eenen heiligen en voor zijne oo-gen kostbaren dood het eeuwige leven te verdienen, waar ik het geluk zal hebben van mijnen God te aanschouwen, te zegenen en te bezitten, van mij bij u, o heilige Maagd te bevinden, van met de Engelen en Heiligen, met mijne zalige ouders en vrienden deel te hebben in de hemelsche belooning. Amen.

-ccm-

UITBREIDING

van het

GEBEDDESHEEREN.

ït ©rottenis its (engcla

EN DE GELOOFSBELIJDENIS, door Z. H. Pius VII.

Uitbi-eiding van liet gebed lt;les Heei-en.

Onze Vader, die in de Hemelen zijt.

roote God en Heer, voor wiens oneindige Majesteit alle schepselen moeten beven! welk eene genade is het voor mij, armen zondaar, U Vader te mogen noemen, ik, die niet waardig ben uw geringste dienaar te zijn ! (lij zijt waarlijk een Vader:

UITBREIDING

Gij zijt een almagtige Vader, die mij in alles kunt helpen ; Gij zijt een Vader, -vvien niets verborgen is : Gij kunt mij dus in alles helpen ; Gij zijt de liefderijkste Vader, die mij in alles helpen quot;wilt.

Maar Gij zijt niet alleen mijn Vader in liet bijzonder; Gij zijt ook onze Vader ! Gij zijt een algemeene Vader, een Vader van zoo vele kinderen als er menschen op aarde zijn, want er is geen enkele onder hen, hoe gering en verachtelijk hij weze, wien Gij niet toelaat tot U te roepen :

Onze Vader,

Maar waar zijt Gij, liefderijkste Vader ! waar zijt Gij te vinden ? O ! Gij zijt overal tegenwoordig; Gij vervult alles door uwe onafmeetbare grootheid, het is in U dat ik leef. dat ik mij beweeg en dat ik ben, even als al het geschapene. Nogtans wilt Gij, riot ïv zegge ; die \'ⁿ TTpmpipn 7iit.

VAN HET GEBED DES HEEREN. 273

opdat ik van de aarde, die eene plaats van ellenden is, mijn hart tot den Hemel, mijn vaderland verheffe.

Geheiligd zij uw naam.

Ziedaar het verhevene einde, waartoe GU, almagtige Vader! mij geschapen hebt; dan, helaas! hoe weinig heb ik mij er mede bezig gehouden, hoe weinig pogingen heb ik gedaan, om er toe te komen ! Niet uwen, maar wel mijnen naam heb ik getracht te verheffen, niet uwe, maar mijne eer heb ik in mijne ondernemingen beoogd. Ach, in plaats van al mijne krachten tot uwe meerdere verheerlijking te gebruiken, heb ik niets dan ij dele eer in de wereld gezocht. Maar nu, aanbiddelijke Vader! zal ik niet meer werken dan om in alle gelegenheden uwe heerlijkheid uit te breiden; het eerste einde, en de voornaamste van al mijne bezigheden zal zijn, dat hierdoor (jeheiliyd zij uw Naam.

is

------------ ----------

271 UITBREIDING

I

dat ik ten koste mijns levens konde bewerken, dat Gij van alle volkeren gekend, geëerd en bemind wordet! Ondersteun, bid ik U, de ijverige geestelijken, die uwe heilige wet aan de ongeloovige volkeren verkondigen, opdat door hunnen arbeid uw naam meer en meer geheiligd zij.

Ons toekome mu rijk.

Door deze woorden ben ik overtuigd van mijne bestemming tot een eeuwig rijk. Dit rijk, o weldadige Vader! hebt Gij beloofd, mij tot erfdeel en vergelding te geven, indien ik U getrouw dien. Ach, wat kunt Gij van mij billijker en gemakkelijker eischen, en wat kunt Gij mij meer beloven ? En nogtans hetgeen zoo billijk en gemakkelijk is, heb ik veronachtzaamd ; zelfs dwaze, die ik ben ! ik heb meer gedaan om dit eeuwige rijk te verliezen dan om het te winnen; maar in het vervolg zal ik zoo blind niet meer vezen. Uw rijk is alles waard ; door

VAN HET GEBED DES HEEREN, 275

uwe genade wil ik het bekomen. In allen tegenspoed, ongevallen en ellenden, zal ik mij door deze woorden tot verduldigheid aanmoedigen : ons toe-kome uw rijk. Maar alvorens die gelukkige dag kome, die mij in het rijk uwer heerlijkheid zal brengen, maak, o barmhartige Vader! van mijn hart een rijk uwer genade, en heersch daar als koning. Doe mijne zondige neigingen onder u buigen ; heersch over de zintuigen mijns ligchaams, over de krachten mijner ziel; maak mij een zoo trouwen en onvermoeiden dienaar, dat ik niets anders zoeke dan door mijne werken en mijn voorbeeld anderen met mij in het rijk uwer genade, en eens in het rijk uwer heerlijkheid te geleiden.

Uw wil geschiede op de aarde als in den Hemel,

Duizend en duizendmaal, o mijn God! heb ik deze woorden uitgespro-

(M \'

uve

KlTKti_:_______

270 UITBREIDING

ken, maar ik heb mij weinig bevlij-tigd ze te volbrengen. Ik wist wel, dat uw wil, die altijd heilig en regt-vaardig is, de leidsman mijns levens moest wezen, en dat de ware deugd en het geluk op deszelfs gansche volbrenging gegrond zijn; nogtans heb ik uwen wil, die waar is en niet bedriegt, niet gevolgd; maar liever den mijnen nagekomen, die blind, onstandvastig en tot alle kwaad geneigd is; zelfs uw allerheiligste wil, uwe allerwijsste schikkingen, uwe allerregtvaardigste wetten hebben menigmaal moeten wijken voor eene ijdele vrees der menschen, voor een wereldsch vooroordeel, of voor eene ongeregelde drift.

Maar nu, verduldigste Vader, verzaak ik mijnen bedorven wil, en breng hem als wederspannig en trouweloos voor den troon uwer goddelijke Majesteit, U ootmoedig biddende hem zoodanig door uwe genade te onderwerpen, dat hij voor-

5^\'

VAN HET GEBED DES HEEREN. 277

taan niel meer , tegen U, noch tegen uwe bevelen opsta. Uw heilige wil zal in het toekomende mijn eenige levensregel zijn; ik onderwerp mij in alles aan uwe bevelen en aan uwe zeer wijze beschikkingen, en tracht niets anders, dan dat uw wil ten allen tijde zoo volmaakt in en door mij volbragt worde als hij in den Hemel wordt volvoerd.

Geef ons heden ons dagelljksch brood.

Alvoorziende Vader! die mij tot nu toe met zooveel goedheid onderhouden en gevoed hebt, ik vertoon mij heden nog eens voor U en bid U met een kinderlijk vertrouwen : Geel\' ons heden ons dagelijksch brood. Ik vraag U geen\' overvloed, maar verzoek U ootmoedig datgene, wat mij volgens mijnen staat tot onderhoud .noodig is. Maar geef mij, dewijl de mensch niet alleen leeft van het stoffelijke brood, ook het brood der zielen, het brood

\'A

UITBREIDING

van het goddelijk woord, dat «it uwen mond komt; doe mij geestelijke boeken hebben, zend mij herders en ijverige Priesters, die met eenen waren geest van Godsdienst en eene heilige zalving de ware leer der ka-tholijke Kerk en de eeuwige waarheden verkondigen. Vergun mij ook het brood, waarvan uw goddelijke Zoon spreekt, als Hij zegt : het brood, dat Ik u geven zal, is mijn vleesch. Verleen mij de genade om dat hemelsch brood waardig in de heilige Communie te ontvangen, zoo wel nu, gedurende dit leven, als op mijn doodsbed; maak, dat ik het met een levendig geloof, eene vaste hoop, eene vurige liefde, een brandend verlangen, eene diepe ootmoedigheid en met een zuiver hart ontvange.

En vergeef ons onze schulden, gelijk zuij vergeven ome schuldenaren.

J*2.—

VAN HET GEBED DES HEEREN. 279

belijd ik, dat ik de ondankbaarste der menschen ben, en bij U de allergrootste schulden, door het groote getal mijner zonden, heb gemaakt. Ik verdien noch kwijtschelding, noch genade; nogtans, dewijl uwe goedheid en barmhartigheid grenzeloos zijn, en Gij zelf de zondaren tot boetvaardigheid uitnoodigt, roep ik tot U met een rouwmoedig hart : vergeef ons onze schulden. Herinner U dat uw liefste Zoon zich met al onze zonden heeft beladen; dat Hij den schuldbrief daarvan aan zijn kruis gehecht en met zijn bloed uit-gewischt heeft. Met dit dierbaarste Bloed vereenig ik mijne tranen tot voldoening mijner zonden, ik zal die voortaan ernstig mijden, en ze meer dan alle ander kwaad haten.

Maar, o Vader van barmhartigheid ! opdat GU mij zoo veel te eerder, volgens uwe beloften, zoudt vergeven, zie, uit liefde tot U en naar het voorbeeld van mijnen Zaligmaker, vergeef

UITBREIDING

ik uit er harte aan allen, die mij ooit

eenig ongelijk aangedaan hebben.

E\\i leid ons niet in bekoring.

Ik vraag U niet, mijn God\', dat Gü mij geene bekoringen laat overkomen ; maar omdat ik zwak ben, en mijne vijanden listig en sterk zijn, bid ik U vurig om van mij die bekoringen te willen afwenden, onder welke Gij voorziet, dat ik zoude bezwijken. Versterk mij onophoudelijk door uwen krachtigen bijstand in alle bekoringen, gelegenheden en gevaren, die GÜ soms zoudt willen toelaten, opdat zij mij nimmer een strik van zonden, noch eene oorzaak van verdoemenis zijn ; maar maak dat zij mij veeleer tot beproeving mijner getrouwheid, tot oefening der ware deugd, tot aangroeijing mijner verdiensten en voornamelijk tot vermeerdering uwer glorie strekken.

Verlaat mij niet op het einde mijns

f°6€ .

VAN HET GEBED DES HEEREN. 281 quot;V

levens, wanneer ik mijnen laatsten snik zal geven. En om den pijnlijken doodstrijd, dien Jesus-Christus, uw beminde Zoon, ter mijner liefde geleden heeft, help mij mijne vijanden overwinnen, want indien Gij mij bijstaat, heb ik niets te vreezen, de zegepraal is behaald, en de Hemel is de mijne.

Maar verlos ons van den kwade.

Ik beken, groote God, dat ik, om mijne zonden, alle rampen verdien; maar dewijl Gij zelf wilt, dat ik tot U roepe ; verlos ons van den kwade, zoo verhoor, bid ik U, mijne ootmoedige bede, bewaar mij, bewaar hen, | die mij toebehooren, de plaats, waar ik woon, mijn vaderland en heel het christendom, van alle tijdelijk ongeluk, welk het ook zij. Indien Gij nogtans, als een vergramde Vader, besloten hebt, mij en ook anderen te

kastijden, kus ik met eerbied de hand

KSLteTquot;-^:

UITBREIDING

die mij slaat, en onderwerp mij aan uwe straf. Ik bid U door uwen heiligen naam, U te gewaardigen» om van ons alle geestelijke rampen, de zonden, de verergernissen, de verleiding, scheuring en de valsche leer af te keeren. Ach! straf niet mijne zonden, noch die van anderen, met ons nieuwe misdaden te laten bedrijven. Eindelijk, verlos mij en alle menschen, welke Gij voor den Hemel hebt geschapen, en die uw goddelijke Zoon door den schandvollen dood des kruises heeft afgekocht, van het eeuwige kwaad en van de eeuwigdurende verdoemenis.

Amen.

Dat alles, o mijn God en Vader! waarom ik U door de zeven vragen gebeden heb, ter uwer eere en roem, tot mijne zaligheid en die van mijnen evennaaste geschiede, uit kracht der verdiensten van uwen beminden Zoon,

VAN DE GROETENIS DES ENGELS. 283

van wien ik dit gebed geleerd heb! Amen.