BLOEMEN
UIT
PARI Y-LE-MOIIAL
an
tBB
Vak 17
................................—üL
Vlï
GEESTELIJKE GRONDSTELLINGEN
van de
voor
L
EEIMPKIMATUH.
Harlemi , J. A. VAN DEN AKKER,
16 Maji *1876. Libr. Ctns.
Die 4 Maji 1882.
I.
Met een bereidvaardig harte en als geschenk van de Hand van uw\' hemelschen Vader, zult gij alle vernederingen en tegenspraak aannemen, die ooit uw deel worden; zonder op de andere oorzaken daarvan te letten, zult gij alleen Zijn minnend Hart beschouwen, dat Zijne aanbiddelijke hand nimmer zal veroorloven, iets over u te lalen komen, dat niet tot Zijne verheerlijking en tot uwe eigene heiliging leidt. Juist omdat Hij u bemint, zal Hij u dikwijls de middelen verschaffen, om u te kruisigen, \'t zij door de schepselen, \'t zij door u zeiven; maar op welke wijze dan ook, stel daar tegenover voor immer slechts uw stilzwijgen en uwe onderwerping en zeg Hem : «Mijn hemelsche Vader fheeft het gedaan ; «dat is mij genoeg.quot;
Onderwerping in alles aan den H. Wil Gods.
GEBED.
Enkel uit liefde tot mij , zoete Jesus, zijt Gij gehoorzaam geweest tot den dood, ja, tot den dood des kruises; uit liefde tot U, wil ik in alles aan Uw\' goddelijken Wil gehoorzamen; en wat het mij ook koste, ik zal deze gesteldheid des harten tot mijn\' laatsten snik bewaren. Naar Uw heerlijk voorbeeld, wil ik mij beijveren, om iederen dag het voedsel mijner ziele in de vervulling van den Wil Uws hemelschen Vaders te vinden.
o
II.
Als gij met eenige moeielijkheid , met lijden of kastijding bezocht wordt, zeg dan tot u zeiven: Neem aan wat het allerheiligste Hart van Jesus u overzendt, om u met zich te vereenigen en tracht boven alles den vrede des harten te bewaren, die meer waard is dan alle denkbare schatten. Het middel daartoe is, zelf geen\' wil meer te hebben, maar dien van dit Goddelijk Hart in plaats van den onze te stellen en dit Hart voor ons te laten willen alles, wat het meeste tot Zijne verheerlijking strekken kan.
Vereeniging van onzen wil met dien van Jesus Christus.
GEBED.
Goddelijke Verlosser, het was dan niet genoeg, dat Gij in de overmaat Uwer liefde, U gedurende Uw sterfelijk leven onderworpen hebt aan zooveel ontbering, vermoeienissen^ vernederingen en lijden; Gij hebt er nog meer bij willen voegen in Uw sacramenteel leven. Gij stelt U zeiven gevangen in de heilige Tabernakelen , Gij gehoorzaamt aan het woord des priesters. Gij zijt onderworpen aan zijn\' wil, laat U vervoeren, waarheen hij het wenscht en tot voedsel geven aan ieder, die het verlangt, zelfs aan uwa vijanden... Maak, Heer, dat ik, getrouw aan Uwe goddelijke lessen, U in alles wete te gehoorzamen en geen\' anderen wil meer kenne dan den Uwe.
0
HI.
Verlaat u geheel op de goddelijke Voorzienigheid en houd u bereid om van Haar alles te ontvangen, wat het ook zij, vreugde en lijden, vrede en ongerustheid, gezondheid en ziekte. Vraag niets en weiger niets. Arbeid aan de vol-komene onthechting van u zeiven. Handel en lijd in stilte. Houd altijd uwe ziel in vrede.
Volmaakte overgeving aan de Voorzienigheid.
Gij geeft, o mijn God, aan de vogelen des hemels hun voedsel, aan de bloemen des velds haar\' dos; zou ik dan, die Uw kind ben, mij niet met volkomen gerustheid in de armen Uwer Voorzienigheid nederleggen ? Ach, daar zal ik van nu af mijn dierbaarst toevluchtsoord vinden. Ik wil mij in U, o mijn God, ter ruste leggen, als een kind op den schoot zijner moeder. Beschik dan. Heer, over mij volgens Uw\'aanbidde-lijken Wit, die ook de mijne zal zijn in alles en voor immer.
7
IV.
Wees zachtmoedig, toegevend en liefderijk jegens den naaste, alsof het Hart van Jesus onder de menschen woonde; maar geef aan den naaste niets van hetgeen gij alleen aan het Hart van den beminnelijken Verlosser verschuldigd zijt.
De zachtmoedigheid jegens den naaste zal u toegevend te zijnen opzichte maken, liefderijk, om hem kleine diensten te bewijzen, hem in zijne gebreken te verontschuldigen, zijne verkeerde handelwijze te verdragen; aldus zult gij het Hart van Jesus Christus voor u winnen.
Boven alle andere dingen: toegevendheid jegens den naaste en liefde tot God.
GEBED
O mijn Jesus, ik wil U beminnen boven alles, U verkiezen boven alles; maar ik wil ook, ter Uwer liefde alles beminnen, wat Gij hebt bemind. Ik wil dan alle menschen beminnen, dewijl er geen enkele is, die geene plaats heeft gevonden in Uw Goddelijk Hart en voor wien Gij niet den vreeselijken dood des kruises hebt ondergaan. Schenk mij die kostbare gesteldheid des harten en de kracht, ze altijd trouw te bewaren.
7
V.
Als wij onze gebreken beschouwen, moeten wij. wel verre van ons te laten ontmoedigen, ons er over vernederen en tevens ons verheugen, dat wij ze mogen kennen, zooals zij zijn.
Deze oefening zal quot;uwe ziel in vrede houden en uw hart tot een\' troon maken voor God, die gaarne bij nederigen verwijlt. Wees ook verheugd, dat Hij u de gelegenheden verschaft om te lijden, hetzij ten opzichte van uw\' naaste, hetzij in u zeiven. Aanvaard deze gelegenheden als een onderpand Zijner liefde, die door dit middel uw hart aan het Zijne gelijkvormig wenscht te maken.
è
De nederigheid.
GEBED.
Waarom, o mijn God, zou ik trachten voor de menschen de gebreken te verbergen, die Uwe alles doordringende oogen in mij ontdekken. De achting der schepselen kan mij de Uwe niet doen verwerven, en ondanks den lof der menschen, ben ik in werkelijkheid voor U, o Heer, slechts een afgrond vol onvolmaaktheden en ellenden, een zwRk wezen en buiten staat, om eenig goed te doen; Uwe barmhartigheid alleen ondersteunt mij en verhindert mij in nog grootere ongeregeldheden te vallen. Be hoed mij, door mij altijd iu Uw Goddelijk Hart te bewaren.
VI.
Hecht u nooit aan geestelijke vertroostingen, want die duren slechts kort; maar zoek God door het geloof en bedenk, dat Hij niet minder onze liefde verdient als Hij ons bedroeft d.in wanneer Hij ons vertroost. Als Hij u eenige voldoening in uwe oefeningen geeft, houd het dan voor zeker, dat Hij u daardoor voorbereidt, om u door vernedering, versterving als anderszins, een druppel uit Zijn\' lijdenskelk te laten drinken. Stort al uwe ellenden uit in het barmhartige en medelijdende Hart van Jesus. Denk aan niets anders dan aan de liefde tot dat H. Hart en het vergeten van u zeiven.
Zuivere liefde tot het H. Hart van Jesus.
GEBED.
Ja, ik bemin U, o aanbiddelijk Hart van Jesus, ik bemin U als de bron en de volheid van alle goed. Ik bemin U duizendmaal meer dan mij zeiven, en duizend maal meer om de schatten, die Gij bevat, dan om die, welke Gij mij in Uwe eindelooze barmhartigheid hebt geschonken.
De eene afgrond roept den anderen aan: sta mij dan toe, allerheiligst Hart, dat ik den al-grond mijner ellende in den afgrond Uwer liefde verberge, en dat ik er mij voor immer in begrave.
a
10
■ ■■■■««■■■«■■■•■■BBaaaaBaafiflsamp;ssBfiCBBBRaBaBBiBaiiRaHaflBaBai
Bedenk steeds, dat gij een\' Bruidegom hebt, die naijverig is op uwe liefde, die volstrekt uw geheel hart of niets daarvan wenscht te bezitten. Als gij het schepsel er niet uit verbant, zal Hij or met Zyne liefde uit vertrekken; verlaat gij het schepsel niet, Hij zal u verlaten en u al het Zijne ontnemen. Hij wil alles of niets. Zijn Hart is toch voorzeker wel het uwe waard. Stellen wij Hem dan geene voorwaarde, geven wij Heraalles over, wat wij zijn, zonder ons over de toekomst bezorgd te maken of aan onze eigene onvolmaaktheid te denken; Hij zal in alles voorzien, omdat wij alles aan Hem overlaten.
De alles uitsluitende liefde.
GEBED.
Wie, o hemelsche Bruidegom, zou U mijn hart kunnen betwisten? Helaas.\' ik weet het door eene droevige ondervinding, bij de schepselen vindt men slechts onstandvastigheid, ellende en zwakheid. Gij alleen, o mijn Jesus, kunt het geluk uitmaken van eene ziel, die geschapen is, om U te bezitten en die ü in den tijd wil beminnen, met het standvastig vertrouwen, U gedurende de eeuwigheid te beminnen.
11
VIII.
Onze Heer wenscht van ons meer opofferingen n geest en wil, dan lichamelijke boetplegiagen.
tot deze laatsten nooit over, dan met toe-emming van uw\' zielzorger, wien gij gehoor-am en onderworpen moet zijn in al, wat het era behagen zal u op te leggen, nadat gij hem et eenvoudigheid het kwaad en goed uws harten lebt bloolgelsgd. Dit moet zich tot alle dingen \'.strekken; want als men gehoorzaam is, kan en niet bedrogen worden.
Gehoorzaamheid in de beoefening der boetvaardigheid,
0 Jesus, slachtoffer van gehoorzaamheid, ik al mij de woorden herinneren, die eens van we Goddelijke lippen vloeiden: »lk ben niet ekomen, om mijnen wil, maar om den wil an Hem, die mij gezonden heeft, te vervullen.quot; i zal mij die woorden dikwijls herinneren, cm nij aan U gelijkvormig te maken; stipt zal ik nij in de gehoorzaamheid oefenen, mij zeiven )esohouwen als eene offerhostie in de handen nijner meerderen, mijn\' wil verzaken, om mij eheel en al te schikken naar hun welbehagen, k beloof U ook liever die werken te laten, die nij het heiligste en nuttigste zullen toeschijnen, an ooit tegen de gehoorzaamheid te zondigen
IX.
Houd uwe ziel in eene volmaakte onthecliting aan al, wat overbodig is en onderdruk in uw hart alle ijdele genegenheden en gehechtheid, niet alleen aan de schepselen maar ook aan de zaken zei ven, die gij verricht en die gij meent goed te hebben verricht. Dat alles treedt bij u voor God in de plaats en belet u Hem te vinden en te bezitten; want Hij zal u evenveel met Zijne gaven en met Zicli zeiven verrijken, als gij u aan de schepselen en aan u zeiven zult onthechten. Verbreek den band, die uw\' wil nog gekluisterd houdt en onderwerp uw oordeel zoo vaak gij er de gelegenheid toe zult vinden dat zal Gode zeer aangenaam zijn.
De zuiverheid van onze meening GEBED.
Alles ter meerdere verheerlijking van Jesus, H. Hart. Dit woord, Heer, zal voortaan mijn geliefkoosde spreuk zijn, liet zal al mijne daden heiligen, al mijne gevoe\'.ens bezielen, al mijne werken richten. Miak, o mijn Jes\'is, dat Uwe liefde in mij den ijver ontsteke voor Uwe glorie en dat deze ijver mij verbrande, mij vertere als oen brandoffer, dat geheel aan de vlammen der liefde is prijs gegeven.
13
X.
: Ik geloof, dat gij het H. Hart van Jesus zult E bevredigen, wanneer gij daaraan u zeiven zóó ; geheel zult overgeven, dat hel voor altijd voor u ! zij : de blik van uwe oogen, het licht van uw ■verstand, de neiging van uw\' wil, de herinne-; ring van uw geheugen en geheel de liefde van l uw hart, terwijl gij het alles voor u laat be-; schikken volgens Zijn welbehagen. Koester geene E andere begeerte dan aan dat Hart te behagen en • het boven alles te beminnen.
Gelijkvormigheid van gevoelen\': met Jesus Christus.
GEBED.
■
■
B K
• Stort over mij, o mijn Jesus, Uw\' goddelijken : geest uit, opdat deze mijne ziel doordringe en ; bezit neme van al hare vermogens. Ja, mijn gt; God, laat deze uwe geheiligde geest de hefboom ; van al mijne daden, de regel van al mijne ge-
• dachten, de maatstaf van al mijne woorden zijn, E opdat ik naar het voorbeeld van den grooten l Apostel in waarheid moge zeggen: «neen, ik leef ; niet meer, maar Christus leeft in mij.quot;
14
: . X(.
j Gij moet u gereed en geschikt maken om ? .\'illes te doen en te lijden met het stilzwijgen van eene aan God volmaakt overgegevene ziel. Overgeving van het lichaam door even gaarne ; ziekte als gezondheid, arbeid als rust aan te : nemen. Overgeving naar den geest, door de dorheid, gevoelloosheid en mistroostigheid lief te ° hebben, als God u in dien toestand wenscht. Overgeving naar het hart: dit is de zetel van de liefde en van den wil, welken laatste gij zoodanig aan Jesus\' Goddelijk Hart moet opofferen, dat gij Het alles volgens Zijn welbehagen voor 11 laat verrichten.
Vertrouwen in het H. Hart van Jcsus.
GEBED.
Dat ik gaarne in U ruste, o Gij, eenigeliefde mijner ziel! Dat ik gaarne in deze geliefkoosde schuilplaats insluimere en er met vertrouwen in nederlegge mijne pijnen, ellenden en mijne ongerustheid over het verleden en voor de toekomst !... Hoe zoet, o Jesus, is het, aanhoudend tot mij zeiven te mogen zeggen : Ik ben onder den invloed van eene geheel vaderlijke goedheid, en noch de schepselen, noch de bedroevendste gebeurtenissen zouden den vrede mijner ziel kunnen verstoren, zoo lang ik mijn steun in het Hart van Jesus zal zoeken.
15
Verban uit uw hart alle gedachten van eigenliefde en van erkenning van eigen verdiensten, ■want zij verhinderen de werking der genade in uwe ziel. Wandel dan in eenvoudigheid met onzen Heer; Hij zal u niet verloren laten gaan, want Hij bemint u. Vertrouw u aan Hem toe, en vergeet, veracht u zeiven. Dwing u zeiven om Hem te beminnen; laat Hem handelen en gij zult den zoelsten vrede smaken.
Zich zeiven te vergeten GEBED.
Hij, die goedgunstig naar de zuchten en klachten van een verslagen en zich zelf vernederend hart luistert, heeft mijn gebed ontvangen; Hij heeft het geroep gehoord van mijne berouwhebbende ziel, die verbrijzeld is van droefheid, wijl zij Hem beleedigd heeft! ... Aldus is het vertrouwen mijns harten en Gij, o mijn Jesus, beveelt mij daarin te volharden, als Gij mij zegt, dat Gij gekomen zijt niet voor hen die gezond zijn, maar voor de zieken. Mijn vertrouwen steunt op Uw woord en op uwe goedheid, en het zal niet beschaamd worden.
10
XIII.
Om u tot de eenzaamheid voor te beieidcn, moet gij beginnen met uwe in- en uitwendige zinnen als in het H. Hart onzes Heeren op te sluiten en dat wel door hun een diep stilzwijgen op te leggen. Ga in de eenzaamheid, om u aan alles te onthechten en u zeiven te vergeten, door uwe algeheele overgeving aan de Voorzienigheid van Jesus\' H. Hart: Hij zal uw leidsman , uw alles zijn. Alles alzoo aan God, alles voor God! Een enkel hart, ook eene enkele onverdeelde liefde voor een\' eenlgen God.
De geest van afzondering en stilzwijgendheid.
«Ik zal haar in de eenzaamheid leiden, en daar zal ik tot haar hart spreken.quot; Welke, o mijn Jesus, is de eenzaamheid, waartoe Gij mij uilnoodigt? Is het die, welke mij van de schepselen afscheiden en van hunnen omgan0-verwijderen moet? Ach, goddelijke Verlosser, ik jegrijp, dat de afzondering des lichaams zonder lie des geestes niets beteekent en dat ik in mijn lart moet afdalen, om er die schuilplaats, die calmte, die rust te vinden, waarvan gij de bron zijt en die Gij wenscht, dat ik alleen in U zal zoeken.
17
XIV.
Het Hart van Jesus is een afgrond, waarin gij alles zult vinden; vooral is het een afgrond van liefde, waarin wij geheel onze liefde en voornamelijk de eigenliefde moeten uitstorten, die met hare slechte gevolgen: het menschelijk opzicht en de zucht om ons te verheffen en Ie bevredigen, in ons woont. Als gij uwe neigingen in den afgrond der goddelijke liefde werpt, zult gij er alle rijkdommen, voor uwen levensstaat noodzakelijk, uit putten.
Onze slechte neigingen bestrijden.
GEBED.
Terneèrgeslagen onder de ellenden mijns harten en onder de rampen, die het benauwen, kom ik in U, o mijn Jesus , de kracht zoeken, die ik noodig heb, om te weêrstaan aan de bedorven neigingen, die mij medesleepen en mij ie leren dag aan den rand des verderfs brengen.
Vooral zal ik bij U mijne koelheid verwarmen en die vurige liefde zoeken, welke al onze werken verdienstelijk maakt en die alleen, ons in de oogen van een\' God, die enkel liefde is, aangenaam kan maken.
18
XV.
Als gij in een\' afgrond van ontbering en erlatenheid ligt, bedenk dan steeds, dat het Goddelijk Hart een afgrond van vertroostingen s, in welken gij geheel moet wegzinken, zonder e wenschen, dat gij er ooit de zoetheid van zult maken.
Als g:ij in een\' toestand van dorheid en on-lacht zijt, werp u dan in het H. Hart van Jesus, at een afgrond van macht en liefde is, zonder e zaligheid dier liefde te wenschen, dan waneer het Hem behagen zal.
\'eem\', uwe toevlucht, hij inwendige dorheid, tot het H. Hart an Jesus.
GJE BED.
Te vergeefs, o mijn God, heb ik bij de schepten verlichting gezocht voor een hart, welks den Gij alleen kent! Ik heb bij hen slechts larten^ gevonden, die het mijne niet begrepen, een\' wil, die onmachtig was om mijne snaaien te lenigen. Wat zal ik dan doen, o mijn esus? De aarde schijnt mij eene uitgestrekte oestenij en ik kan mij in waarheid hier beneen als een\' vreemdeling\' beschouwen. Maar, Jwe liefde, o Heer, zegt mij, wat ik doen moet;
zal mij met vertrouwen in Uwe armen gaan rerpen; ik zal in Uw Hart verzinken en Uwe nd zal mijne tranen afdrogen en ze in eeuwige engde veranderen.
-l\'J
XVI.
Als gij in een afgrond van armoede en van alles beroofd ligt, stort u in het H. Hart van Jesus; het is met schatten overvuld, het zal u verrijken, als gij het slechts laat handelen. Zijt gij in een\' staat van zwakheid, ellende of weder in zonde gevallen, ga ook dan vaak tot het Goddelijk Hart; het is een afgrond van barmhartigheid en kracht; het zal u weêr oprichten en u versterken.
Vertrouwen in de oneindicje verdiensten van het H. Hart van Jesus.
Ik ben arm, o mijn Jesus, en vind in mij de vreeselijkste ellende; ik ben zwak en doe iederen dag van mijne armoede en zwakheid de droevigste ondervinding op. Wat zal ik dan doen, Heer! Ach, ik hoor Uwe stem, die mij roept en mij Uw Hart als de schuilplaats aanwijst, waar ik alle rijkdommen zal vinden, als het heiligdom, waar mijne ziel, versterkt en verjeugdigd, nieuwe krachten zal zamelen, om op den weg Uwer geboden te wandelen, of liever met vuur daarop voort te snellen.
20
XVII.
Als gij in u een\' afgrond van hoogmoed en dwaze eigenliefde ontdekt, vernietig ze haastig in de diepe vernederingen van Jesus\' Hart; dit Hart is een afgrond van nederigheid.
Ligt gij verzonken in een poel van duisternissen en onwetendheid, het Hart van Jesus is een afgrond van wetenschap en verlichting; leer boven alles, het te beminnen en slechts datgene te doan, wat het van u wenscht.
Zich zeiven te verachten.
Stort, o mijn God, in mijne ziel, een\' straat van Uwe goddelijke verlichting, opdat ik bij den glans van deze heilige fakkel, U en mij zeiven moge kennen. De duisternissen der onwetendheid en eigenliefde omsluieren mijne ziel en bedekken haar met noodlottige schaduwen; maar spreek Gij , en het zal licht worden en op hetzelfde oogenblik zullen de duisternissen voor U vluchten, als de nacht voor den rijzonden dageraad. Zeg tot mij, even als eertijds den blindgeborene: »Zie.quot; En ik zal zien, ik zal mijne ellende en Uwe opperste volmaaktheid zien en mijne ziel zal in verrukking de eindelooze mate Uwer barmhartigheid bezingen.
21
XVIII.
Als gij in een\' afgrond van ongetrouwheid cn onstandvastigheid ligt, bedenk: het H. Hart van Jesus is een afgrond van standvastigheid en getrouwheid; stort u er in en gij zult er een hart vinden, standvastig in U te beminnen en u wèl te doen. Als gij door gejaagdheid, ongeduld of toom gekweld wordt, ga tot Jesus\' Hart, dat een afgrond van zachtmoedigheid is.
Standvastige liefde.
GEBED.
Ik bemin U, o mijn God, en mijne verrukte ziel schijnt het heelal en zich zelve te vergeten bij de alles overtreffende bekoorlijkheden van deze goddelijke liefde. Maar waarom moeten deze gelukkige oogenblikken verstoord worden door de gedachte aan mijne zwakheid en onstandvastigheid? Hoe, o mijn Jesus, ik bemin U thans en geniet al de overstelpende vreugde Uwer liefde, en toch zou ik U nog kunnen verraden en be-leedigen! .. . Ach! ik smeek en bezweer U, laat het niet toe; bestuur mijn hart, neem het voor altijd in bezit en wees de waarborg van zijne getrouwheid en standvastigheid.
22
X[X.
Ligt gij in een\' afgrond van verstrooidheid en afleiding, in het H. Hart van Jesus zult gij een\' afgrond van ingetogenheid en vurigen ijver vinden, die in alles zal voorzien, uw hart en uwe verbeelding zal bevestigen, door ze met Hem geheel te vereenigen.
De aandacht bij het gebed.
GEBED.
O mijn God! verdien ik niet het verwijt, dat Gij eens door den mond van Uw\' profeet tot Uw volk richttet; »Dit volk eert mij met de lippen, maar zijn hart is verre van mij.quot; Ach! Heer, ik gevoel, dat mijn geest en mijn hart dikwijls zeer verre van U zijn, op het oogenblik zelf, waarop Gij mij in Uwe onuitsprekelijke barmhartigheid aan Uwe voeten duldt; laat mij dan, o mijn Jesus, in Uw Hart den ijver en den geest des gebeds putten, opdat ik U in geest en waarheid moge aanbidden.
\'23
XX.
Als gij in een\' afgrond van droefheid ligt. = stort dan die droefheid zelve in het H. Hart van Jesus, dat een afgrond van hemelsche vreugde is en de schatkist der wellusten van Engelen en Heiligen. Zijt gij in verwarring of ongerustheid , het Goddelijk Hart is een afgrond van vrede en ■ dien vrede zult gij deelachtig worden.
God dienen met de heilige vrijheid, zijnen kinderen beluniende.
GEBED.
Mijne ziel, o Jesus, is, even als de Uwe bij de nadering van Uw smartelijk lijden, zeer bedroefd , ik vind overal slechts reden tot droefheid en verwarring: mijne vrienden verlaten mij , de wereld is mij tot last, de eenzaamheid verveelt mij, en mijn hart, van sombere vreeze aangegrepen, ziet in U een\' vertoornden God, ten onverzoenbaren Rechter. Waar, Heer, zal ik gaan om Uwe roede te ontwijken ? Ach I het kruis biedt mij eene schuilplaats aan; daaraan werd Uw Hart geopend, om mij een toevluchtsoord te verzekeren en mij tegen de slagen Uwer rechtvaardigheid te beveiligen. Daarin zal ik mij dan verbergen en in deze geheiligde schuilplaats het vertrouwen en den vrede terugvinden, die de gedachte aan mijne feilen uit mijn hart had verbannen.
Als gij in bitterheid tn lijden zijt gedompeld, vereenig ze dan met den oceaan van matelooze pijnen van hi t H. Hart van Jesus; daarin zult gij leeren lijden en levens tevreden te zijn. Ligt gij in een\' afgrond van vreeze, het H. Hart is etn yfgrond van vei trouwen en liefde. Geef er u geheel aan over: daar zult gij leeren, dat de vrees voor de liefde behoort te wijken.
Hel lijden te beminnen.
GEBED.
De christen, o mijn Jesus, moet lijden en in zich aanvullen, wat aan Uw lijden ontbreekt; waarom, o Heer, zou ik mij dan beklagen over de smarten, die Gij mij overzendt en die mijn leven bedroeven!
Weet ik dan niet, o mijn God! dat de levende sleenen van het hemelsch Jeruzalem allen dooiden beitel des Kruises moeten gevormd en gepolijst worden? Ach! verre van er over te morren, omhels ik die smarten en kies ze voor mijn deel uit; voortaan zal ik ze als eene Uwer kostbaarste gunsten beschouwen en ze heiligen, door ze met Uw lijden te vereenigen.
25
XXII.
Treed in de H. Zijdewonde van Jesus: gij zult er u in afzonderen als een reiziger, die in den storm een veilige haven zoekt en die verheugd is, als hij haar gevonden heeft. Maar de reis is nog niet geëindigd; daar moeten nog stormen ontweken, klippen vermeden worden ; iederen dag vertoonen zich nieuwe. Jesus is uw goddelijke stuurman, geef u geheel aan Zijne leiding over; houd u met niets anders bezig, dan met Hem te beminnen en te trachten hem te bevredigen.
De kalnilc der liefde, de vrede van het Goddelijk Hart.
GEBED.
Geslingerd door de onstuimige golven van eene woedende zee, hoor ik, o mijn God, rondom mij de stormen der wereld razen , zie ik hare gunstelingen als droevige slachtoffers hunner zinne-looze hartstochten vergaan. Hoe zoet is het mij, o Jesus, te midden der gevaren, die mij omringen, in Uw H. Hart eene veilige schuilplaats te kunnen vinden. Daar gevoel ik mij, alsof ik reeds in de haven aangekomen ben, het doel en einde van mijn zwerftocht reeds bereikt heb; en hoor ik dan ook somtijds nog de stormen loeien, zij zullen niet meer vermogen, de rust mijns levens te verstoren; want alleen van U. o Goddelijke Jesus, verwacht ik mijn geluk en den zoetsten vrede.
20
XXIII.
Beschouw het lijden, dat Jesus gevoelde, toen Hij gekromd onder den last des Kruises, dit den Calvarieberg opdroeg en het hem eene nieuwe en breede wonde in den ontvleeschden schouder sloeg. Bedenk dan, dat het gewicht uwer zonden Hem nog smartelijker was, stel Hem u voor in den staat der diepste verguizing en verslagenheid, waarin Hij toen verkeerde en verwijt u zeiven, dat gij Hem in dien toestand gebracht hebt, door Hem nog met de schuld uwer dagelijksche overtredingen le overladen.
Het berouw.
GEBED.
De onschuldige lijdt voor den schuldige; Jesus draagt de straf, door onze boosheden verdiend; en ik, misdadiger, ik schuldige beklaag mij over eenige lichle beproevingen en in mijne ongerechtigheid, durf ik den Hemel van gebrek aan goedheid beschuldigen. Ach! groote God, wend Uwe verontwaardigde blikken van mij af; zie nog slechts op dien onschuldigen Zoon, bel.iden met den zwaren last mijner ongerechtigheden, vergeet ze en stel tusschen U en haar een\' eeuwigen scheidsmuur, ik smeek het U, in den naam Zijner verdiensten, in den naam van Zijn bloed.
27
XXIV.
Beschouw Jesus Chrislus, op het oogenblik, dat Hij sterft en tegelijk onze verlossing en bevrijding voltooit en die van de heilige zielen in het voorgeborchte der hel begint; aanbid de katste trillingen van Zijn Hart, en den laatsten zucht Zijns levens, die het besluit onzer zaligheid bezegelde en de voltooiing van Zijn offer en van Zijne zegepraal was.
De dankbaarheid.
GEBED.
De rotsen splijten vaneen bij Uwen dood o mijn Jesus, de zon weigert haar licht aan de aarde, de dooden ontwaken uit den slaap des grafs. Als zóó de levenlooze schepselen hunne droefheid betuigen, zou mijne ziel dan koud ei ongevoelig blijven, te midden van de algeheele beroering der natuur\'? Neen, mijn God, dat niet voor mij leeft Gij, ik wil voor U leven; Uw liefde voor mij geeft U den dood, zij zal mij he leven schenken, en alle zuchten, alle gevoelen mijns harten zullen voortaan voor U alleen zijn
XXV.
Gij zijt de welbeminde bruid van Jesus; gij zult Hem uwe liefde schenken in het H. Sacrament des Altaars. Tracht u daartoe geheel te zuiveren, om aldus aan dien goddelijken Bruidegom te behagen, heb bij alles, wat gij verricht, geen ander doel dan dit; geef Hem alles, zonder iets terug te houden, als gij wilt, dat Hij zich geheel aan u geve. Wenscht gij de zoetheid van Zijn liefdevol verkeer te smaken, verban dan alle eigenliefde, alle menschelijk opzicht uit uw hart.
De zuiverheid des harten.
GEBED.
«Zalig zijn de zuiveren van harte, want zij zullen God zien.quot; Deze woorden, o eeuwige Waarheid, zijn de uwen; maar wat zal het mij baten of ik er de zoetheid van begrijp, als ik ze niet in beoefening breng. Ik weet, o mijn God, dat niet zij, die roepen; «Heer, Heer!quot; het rijk der hemelen zullen ingaan, maar diegenen alleen, die Uwen wil zullen vervuld hebben. Geef dan, mijn God, dat ik tot de laatsten behoore; geef mij vooral die zuiverheid des harten, welke Gij van mij vraagt, opdat ik in waarheid moge zeggen ; mijn welbeminde behoort aan mij en ik behoor geheel aan hem.
\'29
XXVI.
God wil, dat gij Zijn leven, voor ons in het H Sacrament geslachtofferd, zult eeren. Daar is Hij een waarachtig Zoenoffer voor onze zaligheid. Draag u aan Zijn Goddelijk Hart op, als een slachtoffer, dat met Hem moet geofferd worden. Hij is offer en offeraar tevens, geef u aan Hem over, evenals het lam aan den priester, die het gaat offeren; smeek Hem, dat Hij al Zijne plannen, hoe streng ook, in u moge volvoeren.
De geest van opoffering.
GEBED.
«Dat Uw wil geschiede, o Heer, en niet de mijne quot; Dat is, o hemelsche Vader, de spreuk , die mijn hart onophoudelijk herhaalt en waarin mijne ziel steun vindt in de moeielijkste omstandigheden des levens. Ja, mijn God, Uw wil geschiede in mij geheel en al, geschiede in heel mijn wezen, in al wat ik bemin, in al wat mij toebehoort, geschiede, zelfs ten koste van mijn tijdelijk geluk, opdat, evenals voor U, o mijn Jesus, ook voor mij de vervulling van dien god-delijken wil mijn gewoon voedsel, mijn dsgelijlisch brood worde.
30
XXVII.
Gij zult uwe vooringenomenheid en uw\' afkeer, waarvoor ook, n:et meer betuigen. Gij moet uwe al te heftige neigingen en driften afsterven. Gij zult uit uw hart alle liefde tot u zeiven verbannen, alles ook wat niet aan God is, als gij wilt, dat uw hart gereed zij, om de genaden, die God het voorbestemt, te ontvangen.
Matiging van natuurlijke gevoelens.
GEBED.
Uwe genade, mijn God, doode in mij alle bewegingen der kwade natuur, alles wat niet aan U is, opdat ik in waarheid met den Apostel moge zeggen : »ik sterf lederen dag.quot; Inderdaad, o mijn God, sterf ik iederen dag, en op ieder oogenblik: mijn leven verloopt, mijne jeugd vliedt heen, mijne krachten worden uitgeput, de tijd gaat met ongeloofelijke snelheid voorbij en zal voor mij niet meer keeren. Waarom dan. Heer, zou ik niet mijne onvolmaaktheden afsterven en alles, wat mijn eeuwig geluk kan vertragen ?
31
Dood in U de nieuwsgierigheid der oogen, door ze van alle nuttelooze zaken af te keeren. Vestig ze op u zeiven, op de bewegingen uws harten en op het Hart vailt; Jesus. Dood evenzoo de ijdele nieuwsgierigheid der ooren, door ze niet te veroorloven, iets te hooren, dat u genoegen zou kunnen verschaffen of afgetrokkenheid veroorzaken.
Bewaking der zintuigen.
GEBED.
«Waakt en bidt, want de geest is wel gewillig, maar het vleesch is zwak.quot; Deze godspraak is van Uw\' mond, o mijn Jesus, uitgegain; geef mij de gemde, Inar in bquot;\'oefen:ng te brengen. Maak, dat ik mij in alles traehte te versterven. Zie Gij zelf door mijne oogen, hoor door mijne ooren, spreek door mijn\' mond, in één woord, leef in mij in den tijd, opdat ik in U leve in de eeuwigheid.
32
XXIX.
Gij zult de neiging, die u tot spreken dringt, dooden, door niets onnuts te zeggen. In uwe gesprekken, geene woorden, klachten of ontevredenheid , om den naaste te laken of zijne daden af te keuren. Gij zult niets zeggen tot uw\' eigenen lof, niets om uwe gebreken te rechtvaardigen. Gij behoort immer te gehoorzamen zonder tegenspraak, nimmer uw afkeer of uwe ingenomenheid te betuigen.
Let op uwe woorden.
GEBED.
Plaats, o mijn God, eene deur aan mijn\'mond en een\' wachter aan mijne lippen, opdat ik nimmer iets zegge, wat 17 zou kunnen beleedi-gen of den naaste kwetsen. Bestuur al mijne woorden of liever spreek door mijn\' mond, o eeuwige Wijsheid, opdat ik nimmer rekenschap behoeve af te leggen van de nutteloosheid mijner woorden. Geef, groote God, dat mijne tong stom zij voor de logen, het kwaadspreken en den laster, maar dat zij daarentegen altijd hare woorden gereed houde tot verdediging van den godsdienst, tot handhaving Uwer rechten, tot vertroosting en stichting van den naaste.
33
XXX.
Wees standvastig getrouw in ile beoefening n het goede, dat gij kent, en gij weet ge-eg om een heilige te worden. Stel al uw ver-rouwen in de liefde en in het H. Hart onzes eeren; neem tot dat Hart uwe toevlucht in uwe noodwendigheden, door het uwe be-loeften te toonen, even als een kind aan zijn\' der, want het heeft u op het kruis voortgebracht; daarom zal het u nooit verlaten, als maar niet het eerste ongetrouw wordt. Ver-et nooit, dat het uit liefde tot u gestorven is; zult het beminnen, zoo lang gij in stilte weet e lijden.
Gedachte aan Jesus\' liefde voor ons.
GEBED.
U vergeten, o mijn Jesus!..\'. liever mij zelen vergeten; als ik U kon vergeten zou mijn lart wel niet meer in staat zijn, om te bemin-en. Maar hoe, Heer, een vriend kan zijn\' riend, een moeder haar kind, een dankbare el de weldaad die zij heeft ontvangen, niet ergeten.. . en ik. Goddelijke Jesus, zou Uw [den. Uwe weldaden. Uw Hart en Zijne liefde iunnen vergeten!... Ach, liever zou ik dui-endmaal den wreedsten dood sterven, Jan mij oit aan eene zoo zwarte ondankbaarheid schul-g te maken.
34
Over de gelijkvormigheid aan het lijdemte en vernederde Hart van Jesus.
VAN DE
Gelukz. Margaretha Maria Alocoque.
(getrokken uit hare geschriften.)
De liefde maakt de harten gelijkvormig. Beminnen wij dus Jesus\' H. Hart, maar beminnen wij het aan het kruis, wijl het Zijne vreugde uitmaakt, liefde, lijden en stilzwijgendheid in een hart te vinden. Die spreekt van enkel liefde, spréke ook van enkel lijden. Uit enkel liefde moet men zich overgeven, om naar Zijn welbehagen, gekruisigd te worden; uit liefde alles lijden, zich onophoudelijk geweld aandoen, zich versterven, zich vernederen uit liefde. De liefde van Jesus heerscht in het lijden. Hij zegepraalt in de vernedering. Hij geniet in de eenheid.
^ Het H. Hart van Jesus is u meer nabij als gij lijdt, dan wanneer gij vreugde smaakt. Niets vereenigt u zoo nauw met het Hart van Jesus als het kruis, wijl dit het kostbaarste onderpand Zijner liefde is.
O! hoe onverdragelijk is het leven als men God niet bemint! Zonder Zijne liefde is het leven als de dood. Maar hoe zal men een
■J5
ekruisigden God beminnen, zonder het krui-; eF te hebben, zonder te leven en te sterven an het kruis! Een leven zonder kruis is een even zonder liefde.
Draag u aan Jesus\' Goddelijk hart op als een offer dat met Hem wil geslachtofferd worden; dit allerheiligste Hart zal het offeraltaar en tevens de offeraar zijn Smeek Hem, dat Hij al Zijne raadsbesluiten in u uitvocre, hoe streng zij der natuur mogen toeschijnen. Omdat Hij
bemint, zal Hij u de gelegenheid tot lijden dikwijls aanbieden; Hij wil u met Zijn koningschap vereenigen, door U met Zich aan het [ruis te hechten: daar zult gij met Hem ver-leerlijkt worden, indien gij, even als Hij, alle «■uisen draagt, die u worden aangeboden, zonder ze ooit moede te worden of U over hunnen last of langen duur te bsklagen.
Mijn Meester heeft mij gezegd, dat Hij wilde, dat ik in een\' toestand van voortdurende opoffering zou zijn; dat Hij daartoe mijne genegenheid en mijn afkeer zou vergrooten en wel zóó, dat ik niets meer zou kunnen verrichten dan met moeite en geweld, ten einde mij aldus, zelfs in de nietigste en onverschilligste zaken, stof tot overwinning te geven.
Welk geluk altijd in stille te lijden en eens in allerlei lichamelijke en geestelijke ellenden, in vergetelheid en smarten te sterven! Ik wil op nieuw beginnen met te lijden, als men ten minste het geluk, aan Christus\' kruis deel te hebben, lijden mag noemen. Het is onmogelijk te zeggen, dat men lijdt,.als men het hart van Jesus bemint.
Ik zal mij beklagen noch verontschuldigen, bedenkende, dat iedereen recht heeft om mij
3(5
te beschuldigen, te vernederen, mij te doen lijden, wijl de liefde tot het H. Hart mij verplicht alles geduldig te verdragen, zonder ooit te zeggen: Het is genoeg. Alles is mij volkomen gelijk, als Jesus slechts tevreden zij en ik Hem beminne, dat is mij voldoende. Hoe meer smarten in zal lijden, des te inniger zal ik met zijn Hart ver-eenigd worden.
Het kruis is mijn schat in het aanbiddelijk Hart van Jesus; het maakt daarin al mijne vreugde, al mijn genot uit; niets in deze wereld is in staat, mij te behagen, dan het kruis van mijn\' Goddelijken Meester, maar dan ook een kruis als het Zijne; zwaar, schandelijk; zonder zoetheid, zonder troost, zonder verlichting. Alle andere genaden zijn niet te vergelijken bij deze ééne: met Jesus Christus het kruis te dragen.
Hoe goed is het zijne neigingen te bestrijden, zonder ander genoegen, dan geen genoegen te hebben! Hoe zoet is het, den Goddelijken Bruidegom onzer zielen om Hem zeiven te beminnen en te dienen, zonder gevoel, zonder smaak, in lijden en verlatenheid! Hoe zoet is het, te leven aan het kruis, tusschen nagelen, geeselstriemen en doornen, zonder andere vertroosting dan Zijn welbehagen!
Als men de waarde van het kruis kende, zou het niet door iedereen feruggestooten en veracht worden; het zou integendeel zóó vurig bemind worden, dat men geen genoegen zou kunnen smaken buiten dit kruis onzes bemin-nelijken Verlossers, geene rust dan aan dit kruis, geene andere begeerte konde hebben, dan veracht en verlaten van heel de wereld, aan zijne heilige balken te sterven; maar
37
daartoe is het noodig, dat zuivere onverdeelde liefde ons hart slachtoffere en vertere, zooals het bij onzen goeden Meester is geschied.
Het kruis is te allen tijde en op elke plaats, geschikt om ons met den lijdenden en stervenden Christus te vereenigen. Weinig komt het er op aan, van welk hout het vervaardigd is, als het slechts een kruis is en de liefde van Hem, die er aan gestorven is, ons er aan houdt vastgehecht. Is het u niet voldoende, dat het u gegeven zij door de hand van etn\' vriend, wiens boven mate beminnelijk Hart het u van alle eeuwigheid heeft voorbeschikt, om u tot Zijn slachtoffer en tot werktuig bij de volvoering Zijner aanbiddelijke raadsbesluiten te maken?
In hoedanigheid van getrouw dienaar van Jesus Christus, moet gij arbeiden evenals Hij, als het mogelijk is, zooveel als Hij, alsof gij de onmetelijke werkingen van Zijn H. Hart kondet ondersteunen. Hoe zult gij slagen? Door de liefde. De liefde zal alles aanvullen en u voorschrijven, wat gij volgens de plannen van uw\' Welbeminde te doen hebt. Bemin, en doe alles, wat gij verder wilt, zegt de H. Augustinus; want wie de liefde bezit, bezit alles en doet alles door de liefde, in de liefde en voor -de liefde; de liefde alleen geeft alles zijne waarde. Doe alles uit liefde tot het Goddelijk Hart van Jesus en het zal alles ook voor u doen.
Houd u gereed, om alles te doen en te lijden in de stilte van eene volmaakt aan God overgegevene ziel. Het kruis is een kostbare balsem, die zijn\' heerlijken geur verliest, zoodra hij aan de buitenlucht wordt blootgesteld;
38
daarom moeten wij liet verbergen en met liefde en in stilte dragen, zooveel wij het kunnen.
Verlang niet naar de wegneming uwer smarten; zegen er God voor, wijl het kruis de troon is van de vrienden van Jesus gekruist. Beschouw u als een\' boom in den hof van uw\' hemelschen Vader geplant; hoe meer hij dooiden wind wordt heen en weêr geslingerd, des te dieper wortelt hij zich in den grond; evenzoo wordt gij te beter in het H. Hart van Jesus bevestigd, naarmate gij meer door de stormen der beproeving wordt geslagen. De grootste bitterheden zijn slechts hemelzoetheid in het aanbiddelijk Hart van Jesus, waar alles in liefde verandert.
Het H. Hart van Jesus is de schatkamer aller genaden en het vertrouwen is er de sleutel van. Stort al uwe ellende in het barmhartige en medelijdende Hart van den beminnelijken Jesus. Breng er al uwe kleine verdrietelijkheden heen; blijf er als in eene oninneembare vesting; alles zal er bevredigd worden. Gij zult er vinden het geneesmiddel tegen al uwe kwalen, kracht in uwe zwakhe:d en eene zekere toevlucht in al uwe nood wendighed en.
Vergeet u zeiven, en het H. Hart van Jesus zal u doen zien, dat het niet minder beminnelijk is in de bitterheden van den Calvarieberg dan in de verheerlijking en vreugde van den Thabor.
Wilt gij, voor het overige, weten, wie het meest in deze geheiligde woning van Jesus
Hart vooruitgaat ?____ Het is de nederige , de
verachte ziel. De ziel, die het volmaaktste zich van alles heeft losgemaakt, zal meer be-
39
zitten; de zich zelf kastijdende zal de meest geliefkoosde, de liefderijkste, de meest beminde zijn; de meest zwijgende zal het spoedigst verhoord worden; de gehoorzaamste eindelijk zal het grootste voorrecht, de meeste macht bezitten.
Heer, ontferm u onzer.
Christus, ontferm TJ onzer.
Heer, ontferm U onzer.
Christus, hoor ons.
Christus, verhoor ons God, hemelsche Vader, ontferm U onzer. God, Zoon, verlosser der wereld, ontferm U onzer. God, Heilige Geest, ontferm U onzer.
Hart van Jesus, met het Woord Gods zelfstandig vereenigd,
Heiligdom der Godheid,
Tempel der Drieëenheid,
Afgrond van wijsheid.
Oceaan van goedheid.
Troon der barmhartigheid.
oT Wiens overvloed ons allen verrijkt,
S Onze vreJe en onze verzoening, 5
Toonbeeld van alle deugden,
c Oneindig beminneni, en oneindig bemin- 0 IS nenswaardig, B
t; Springader des eeuwigen levens, 2
In Gethsemanle tot stervens toe benaauwd, Met verguizingen verzadigd.
Van fefde gewond,
Dat al Uw bloed aan het kruis vergoot,
41
Verbrijzeld om onze snoodheden,
Nu nog door ondankbaren verscheurd, r . Toevlugt der zondaren, S?
3, Troost der bedrukten,
= Volharding der regtvaardigen.
g Heilbron voor die op U vertrouwen, §
■e Plechtanker voor die in U sterven, S
3 Troostvolle bescherming voor Uwe ver- 7^ \' eerders. S
Onze hulp in overstelpenden nood,
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld,
spaar ons Jesus.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld,
verhoor ons Jesus.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld,
ontferm U onzer Jesus.
Christus, hoor ons.
Christus, verhoor ons.
V. Hart van Jesus brandende van liefde voor ons.
R. Ontvlam in ons hart eene brandende liefde voor U.
Almagtige God, wij bidden U, verleen ons dat wij, die in het allerheiligste Hart Uws geliefden Zoons al onzen roem stellen, en daaraan de voornaamste weldaden van zijne liefde dank weten, ook in de werking en vruchten daarvan ons mogen verblijden. Door denzelfden Christus onzen Heer. Amen.
4\'2
Akte van Eerherstel aan het H. Hart van Jesus.
O Aanbiddelijk Hart van Jesus! Bron van genade en iicht, o brandoven van liefde, die alle zaligen des Hemels doorgloeit! mocht ik nederdalen in uw\' diepte, door uwen gloed gekoesterd. door uwe vlammen verteerd worden! Goddelijk Hart, wat gaf ik tot hiertoe, mij weinig moeite, om U te leeren kennen, U te beminnen, U na te volgen. Mocht ik nu ten minste, doordrongen van den diepsten eerbied, van de levendigste droefheid, en van de vurigste liefde mij neder-werpen voor uw aanschijn, en U vergiffenis vragen, voor de beleedigingen, door zoo vele anderen en door mij niet het allerminste, U aangedaan in het Sakramunt uwer liefde vooral! Ja Minnelijk Hart, Eerherstel bied ik U, voor alle ongeloovigen die U niet kennen, voor alle ketters die U lasteren, voor alle slechte christenen die U vergeten. Eerherstel bied ik U ook, voor al mijne ondankbaarheden jegens U, voor mijn traagheid in het bezoeken van uw H. Sakrametit, voor mijn laauwheid in mijn Kommuniën, voor mijn oneerbiedigheid in uw kerken! O Hart, dat zoo gaarne vergeeft, maak ons uw vergeving waardig! Ons rest geen andere toevlucht tegen de rechtvaardigheid uws Vaders, dan juist dat hart dat zoo mishandeld wordt, en na de bloedigste mishandelingen zelfs, nog zoo gereedelijk vergeeft.
O medelijdend Hart van Jesus wees ons toonbeeld in ons leven, onze toevlucht in den dood, en ons loon in alle eeuwigheid. Amen.
43
TOT
isms.
\'s Morgens. O allerzoetst eo eindeloos goed Hart van Jesus, mijn getrouwen vriend, ik loof en* zegen U, ik verheerlijk en ik groet U. Ik offer u mijn hart op, en ik smeek U, o mijn Jesus, verleen mij, dat al mijne gedachten, woorden en werken den ganschen dag door geheel mogen overeenkomen met de begeerten van uw H. Hart en uwen aanbiddelijken wil.
Door den dag, het kruisteeken makend voor al mijne handelingen, zal ik er bijvoegen : tHe-melsche Vader, ik beveel U mijne ziel, in ver-eeniging met de gevoelens van uwen Zoon, geheel brandend van liefde.quot;
\'s Avonds. Dat mijn hart, terwijl ik slaap, o Heer, niet ophoude bij U te zijn. Heer, bescherm met uwe rechterhand uwe dianaren en al die ü beminnen. Heer Jesus, ontvang mijne ver-
44
zuchlingen in vereeniging met de dankbaarheid, die uit uw Hart in de harten uwer Heiligen vloeit en maakt, dat zij dankbaar zijn voor uwe weldaden Ontvang ze, wegens mijne misslagen , in vereeniging met uwe gebeden, uwe verdiensten, uwe intentiën en uwe verzuchtingen voor het heil en de zaligheid aller zielen.
De zalige voegt er bij: In uwe bekoringen, mijne ziel, vlugt in het beminnelijk Hart van Je sus. — Zie, hoe Hij zijn kostbaar bloed uit het Hart voor u stort op het kruis; wees dankbaar , en draag voor Hem alles wat het meeste voor Hem alles wat het meeste kost aan uwe natuur.
(Zie Trèa. du S. C. 11, p. U.)
45
Tereere der gelukzalige Margaretha Maria Alacoque.
Heer, ontferm U onzer.
Christus, ontferm U onzer.
Heer, ontferm U onzer.
Christus, hoor ons.
Christus, verhoor ons.
God, Hemelsche Vader ontferm U onzer. God, Zoon, Verlosser der wereld, ontferm U onzer.
God. H. Geest, ontferm U onzer. H. Drievuldigheid, één God, ontferm U onzer. H. Maria,
H. Moeder Gods,
H. Maagd der Maagden,
H. Joannes,
H. Franciscus van Sales,
M. Joanna Francisca de Chantal,
Gelukzalige Margaietha-Maria,
Kostbare Parel,
Bloem der velden.
Lelie der dalen.
Roos bij den dageraad ontloken,
Teergeliefd kind van M aria,
Welriekende wierook,
Palmboom van geduld,
Schat van Liefde,
Yerachtster der wereld,
Geliefde Bruid van Christus,
Viooltje uit den tuin van H. Franciscus van Sales,
Schitterende ster te midden der wolken.
4ü
Serapliijn aan den voet der altaren. j Heiligdom van het Hart van Jesus, I
Lust van het Hart van Jesus, I
Verzuchtende en Manke duive,
Onwankelbare rots in de stormen, I a
Engel der heilige raadgevingen. \\ g
Barmhartige vriendin der zondaren, I c Redmiddel der zieken, l 5
Slachtoffer der goddelijke liefde, 1
Schitterende lamp op de heiligen kan- I delaar, l
Vreugde van Uwe heilige orde.
Roem van Uw volk.
Lam Gods, dat wegneemt de- zonden der wereld . spaar ons Jesus.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, verhoor ons Jesus
Lam Gods. dat wegneemt de zonden der wereld. ontferrn U onzer, Jesus.
Christus, hoor ons.
Christus, verhoor ons.
Heer, Jesus Christus, die de onbegrijpelijke schatten van Uw Hart door wondervolle openbaringen aan de gelukzalige Maagd Margaretha hebt doen kennen, maak, dat wij, door hare verdiensten en haar voorbeeld, U in alles en boven alles beminnen, en alzoo waardig worden voor altijd eene plaats in Uw Hart le mogen hebben. Amen.
47
door 0. H. J. C. gedaan aan de gelukzalige MA BDASETHA-MARIA,
Kloostertusler tan de Visitatie,
ten voordeele der zielen, die godsvrucht tot zijn II. Hart hebben.
1. Ik zal hun al de genaden geven, die zij ■ noodig hebben in hunnen staat.
2. Ik zal den vrede in hunne huisgezinnen stellen.
3. Ik zal hen vertroosten in al hunne droef- : heden.
4. Ik zal hunne verzekerde toevlucht wezen : gedurende het leven en bijzonderlijk in het uur ■ des doods.
5. Ik zal overvloedige zegeningen uitstorten ; over al hunne ondernemingen.
6. De zondaars zullen in mijn hart den oor- : sprong en den oneindigen oceaan der barmhar- ■ tigheid vinden.
7. De lauwe zielen zullen vurig worden. • I
8. De vurige zielen zullen spoedigen voortgang : | doen in de volmaaktheid.
9. Ik zat de huizen zegenen, waar het beeld van mijn Hart zal geplaatst en vereerd zijn.
10. Ik zal aan de priesters de gaven geven, van de versteendste harten te raken.
11. De personen die deze godvruchtigheid zullen verspreideu , zullen hunnen naam in mijn hart geschreven hebben en hij zal er nooit uit-gewischt worden.
betrokken uit bet leven der gelukz. Margaeetha-Maria, beschreven door Mgr. Languet, Bisschop van Soissons, en in hare eigene geschriften.
48