Hebbende doen onderzoeken het Kerk- en Gebedenboek, getiteld : de Katholiek , geleid in het sebed en de ovekweging, laten wij toe, dat het gedrukt worde.

iets is den Christen, die. ^ de waarde van den tij d kent, ^noodzakelijker dan, bij het ontwa-3 ken, al de gedachten van zijnen geest, al de bewegingen van zijn hart en al de werken van don dag aan God toe te wijden. Zou hij den Vader

der barmhartigheden, die over zijn behoud waakte, terwijl hij in eenen diepen slaap verzonken lag, deze hulde kunnen weigeren! Hij volge den Koninklijken Profeet na, die in zijne gebeden (de psalmen) zoo menigwerf zijn verlangen betuigde zijne rust te onderbreken , om de wet des Heeren te overwegen: «Heer, zeide hij, ik heb mij uwer herinnerd, wanneer ik op mijne legerstede uitgestrekt lag, van den vroegen morgen af zal ik aan u denken.quot; En omdat hij er wezenlijk aan gedacht had, riep hij, zoodra hij ontwaakte, uit; «Mijn God, ik waak, om u van den dageraad af te bezoeken.quot;

Moak aanstonds als gij ontwaakt het teeken des H. Kruises, eo verwek terwijl gij u kleedt, de volgende

\'(W mijn goddelijke Zaligmaker! heilig door uwe genade dit eerste oogenblik van den dag, opdat ik, denzelven met u begonnen hebbende, uwe bescherming verdiene in den strijd mijner zaligheid, welke gij wilt, dat ik heden, ter uwer meerdere verheerlijking, blijve aanhouden.

CSD\' mijn God! ik geloof, dat gij hier aanwezig zijt, en mijne verborgenste gedachten kent; ik werp mij voor u neder, om u de aanbidding en eeredienst te bewijzen, welke ik u verschuldigd ben. Maar tevens beken ik, dat ik onwaardig ben voor uwe oogen te verschijnen, en dat mijne zonden mij allen toegang tot u ontzeggen. Ik zoude mij dan voor uwe Godheid niet durven vertoonen, zoo uwe heilige Schriften mij niet leerden, dat, hetgeen ik niet door mij zeiven kan, ik zulks vermag in Jesus Christus, uwen Zoon, door wiens toedoen de grootste zondaars door u verhoord en toegelaten worden, om u hunne wenschen en smeekingen aan te bieden. Het is dan in hem, dat ik u aanbid. Allerheiligste Drievuldigheid in éénen God, ik erken uwe opperheerschappij overmij en over alle schepselen, en onderwerp mij geheel aan uwen aanbiddelijken wil.

SED aar ik, o mijn God! alleen door uwe genade en door de tallooze menigte uwer gaven besta, dank ik u hiervoor uit den grond mijns harten, door denzelfden Jesus Christus , mijnen Zaligmaker. Onder andere gunsten, bedank ik u, dat gij mij dezen nacht behoedt hebt, door eene geheel bijzond igt;re bescherming, welke ik als een onderpand der barmhartigheid beschouw, die gij mij wilt bewijzen, door mij den tijd en de middelen te vergunnen, om aan mijne zaligheid te werken. Gij hebt mij Jesus Christus, uwen eeni-gen Zoon, voor Zaligmaker gegeven; gij hebt hem aan den dood des kruises overgeleverd om mij van den eeuwigen dood, dien ik door mijne zonden verdiend had, te verlossen; gij hebt mij in den schoot der waarheid, als kind uwer Kerk, bij voorkeur boven zoo vele anderen, doen geboren worden, en mij eene eindelooze menigte genaden verleend, om mij den hemel te verzekeren; eiken dag overlaadt gij mij met nieuwe weldaden. Ontvang, bid ik u, door Jesus Christus, de hulde mijner vurige dankbaarheid, en laat niet toe, dat ik

zoo veel gunsten misbruike, en eenen kostbaren tijd verlie/.e, die gij mij geeft om u te dienen, en om mij waardig te maken eens in uw eigen geluk te deelen.

barmhartigheid jegens mij te treden, dat ik u al mijne gedachten, al mijne verlangens al mijne woorden, al mijne werken van dezen dag, al de smarten en pijnen welke het u believen zal mij over te zenden, opdraag. Maak, o mijn God! dal er dezen dag niets in mij zij, dat niet strakke tot uwe meerdere verheerlijking, en dat ik mij op eene in uwe oogen zoo aangename wijze gedrage, dat ik uwe barmhartigheden moge verdienen.

Houd u hier eenige oogenblikken stil, tracht de bekorlugen te voorzien, welke gij zult te bestrijden hebben, en de gelegenheden, die er u gewoonlijk aan blootstellen; maak dien ten gevolge eenige bijzondere, voornemeus, en vraag aan God , dat hij u getrouw make in die te volbrengen.

Bk vraag u vergiffenis, o mijn God, voor al mijne ongetrouwheden en verledene nalatigheden, ik verlang daarvoor boetvaardigheid te doen, en van heden af, wil ik mij van den ouden mensch, die in mij is, ontdoen, om een nieuw leven te beginnen, dat aan de grootheid mijner verpligtingen beantwoordt. O Jesus, mijn goddelijk voorbeeld, ik ben voornemens om, naar uw voorbeeld, zachtmoedig en ootmoedig van hart te zijn, rein, niet alleen voor de oogen der menschen, maar vooral voor u, die harten en nieren doorgrondt; ik wil geduldig, gelaten en liefdadig zijn. Verre zij van mij alle afgunst, afgekeerdheid, haat en wraakzucht, het verlangen, om de vergankelijke goederen dezer wereld te vergaderen, zal mij niet meer aanzetten om de wetten der regtvaardigheid jegens mijne broeders te overtreden, en ik zal alle vermaak vlugten, wat uw Evangelie doemt, of dat mijne ziel noodlottig zou kunnen worden.

niagtige hulp uwer genade noodig; want uit mij zeiven ben ik niets dan zwakheid en ellende. Ik smeek u dan om die genade, en hoe onwaardig ik die ook zij, hoop ik dezelve echter van uwe eindelooze goedheid te verkrijgen. Ja, mijn God, steunende op de verdiensten van mijnen Zaligmaker, in wien alleen ik al mijn vertrouwen stel, hoop ik, dat gij, na zoo vele reeds aan mij geschonken genaden, in mij datgene zult voltrekken, wat gij begonnen hebt; ik hoop, dat gij mij zult geven, hetgeen gij van mij verlangt , en dat ik in u alleen zal vinden, wat mij ontbreekt, met het vermogen van u te geven, hetgeen ik u verschuldigd ben: ik vraag u dit dringend en met eenen diepen ootmoed, tot u zeggende:

— nze Vader, die in de hemelen zijt; geheiligd zij uw naam. Ons toekome uw rijk. Uw wil geschiede op de aarde als in den ge-mel. Geef ons heden ons dagelijksch brood. En vergeef ons onze schulden, gelijk wij vergeven onzen schuldenaren. En leid ons niet in bekoring, maar verlos ons van den kwade. Amen.

3^wees gegroet, Maria, vol van genade; de Heer is met u; gezegend zijt gij boven alle vrouwen, en gezegend is de vrucht uws ligcliaams, Jesus. Heilige Maria, Moeder Gods, bid voor ons, zondaars, nu en in het uur onzes doods. Amen.

Cjï\'edenk, o genadigste Maagd Maria, da.t niemand dergenen, die hunne toevlugt tot uwe bescherming genomen, en uwe voorbidding en bijstand gevraagd hebben, verlaten is geworden. Door hetzelfde vertrouwen aangemoedigd , haast ik mij, mijne toevlugt tot u te nemen, o Maagd, Moeder der Maagden, en zuchtende onder het juk mijner zonden; werp ik mij voor uwe voeten neder, O Moeder, van het vleesch geworden Woord, versmaad mijne bede niet, maar gelief die gunstig aan te nemen te verhooren. Amen.

Christus, zijnen eenigen Zoon, onzen Heer, die, ontvangen van den heiligen Geest, geboren is uit de H. Maagd Maria, die geleden heeft onder Pontius Pilatus, is gekruist, gestorven en begraven. Hij is nedergedaald ter helle, den derden dag is hij verrezen van den dood. Hij is opgeklommen ten hemel, en zit aan de regterhand Gods zijn Vaders almagtig, van daar zal hij komen oordeelen de levenden en dooden Ik geloof in den H. j Geest, de H. Katholieke Kerk, gemeenschap der Heiligen, vergiffenis der zonden, verrijzenis des vleesches, en het eeuwige leven. Amen.

ïeg de geboden Gods, met een vast voornemen van die, met de hulp zijner genade, te onderhouden.

1. Ik ben de Heer, uw God! gij zult geene vreemde goden voor mijne oogen hebben; gij zultu geen gesneden beeld of gelijkenis.maken ; gij zult die niet aanbidden of godsdienst aandoen.

10. Gij zult zijn huis niet begeeren, noch zijn land, noch zijnen knecht, noch zijne dienstmaagd, noch zijnen os, noch zijnen ezel, noch iets van al wat hem toebehoort.

5. Op de quatertemperdagen, vigiliën en gedurende de geheele vaste, zult gij de vaste onderhouden.

Mjyn God, ik geloof vastelijk al hetgeen gij geopenbaard hebt, en de heilige Katholieke Kerk mij voorstelt te gelooven, omdat gij de waarheid zelve zijt, en gij ons niet kunt bedriegen, noch bedrogen kunt worden.

JSÉJ-ijn God, ik hoop met een vast vertrouwen, door de verdiensten van Jesus Christus, dat gij mij in deze wereld uwe genade, en, zoo ik uwe geboden onderhoud, de zaligheid in het andere leven zujt verleenen, omdat gij het mij beloofd hebt, en gij eindeloos goed jegens ons, almagtig en getrouw in uwe beloften zijt.

\') Volien aflaat van 7 jaren en van 7 maal 40 dagen, voor elkemaal dat men deze oefeningen zal verwekken en bovendien een\' vollen aflaat, toevoe-gelijk aan de zielen in het vagevuur, voor hen, die dezelve, gedurende eene maand, alle dagen zullen verrigten, op eenen dag naar verkiezing, mits gebiecht en gecommuniceerd, en volgens de bedoelingen der H. Kerk gebeden te hebben. Benedictus XIV

HMSijn God, ik bemin u uit geheel mijn hart, en boven alles, omdat gij in u zeiven oneindig volmaakt, goed en beminnelijk zijt, en ik bemin mijnen naaste gelijk mij zeiven, uit liefde tot u.

\'S^ijn God, het is mij leed uit geheel mijn hart, u vergramd te hebben, ik verfoei uit liefde tot u, mijne zonden, omdat zij u mishagen, u, die eindeloos goed, eindeloos beminnelijk zijt; ik vraag u vergiffenis over dezelve, door de verdiensten van Jesus Christus , en maak het voornemen van, met de hulp uwer genade, in dezelve niet meer te hervallen, en er, tot aan mijnen dood, boetvaardigheid over te doen. Amen.

Oefening van gelijkvormigheid met den wil Gods, welke mevrouw Elisabeth, zuster van Lodewijk XVI, koning van Frankrijk, dagelijks bad.

Wat mij heden zal overkomen, o mijn God, is mij onbekend; al wat ik weet, is, dat mij niets zal wedervaren, hetwelk gij niet

hebt voorzien, geregeld en van alle eeuwigheid bevolen, zulks is mij genoeg. Ik aanbid uwe eeuwige en ondoorgrondelijke raadsbesluiten; ik onderwerp mij daaraan van gan-scher harte, uit liefde tot u. Ik wil alles, ik neem alles aan, wat gij wilt, en ik vereenig die opoffering met de offerande van Jesus Christus, mijnen God en Zaligmaker. Ik vraag u in zijnen naam en door zijne eindelooze verdiensten, het geduld in mijn lijden, en de volkomen onderwerping, welke ik u, in al wat gij wilt en toelaat, schuldig ben. Amen.

jji|_ng_el Gods, mijn trouwe en liefdevolle geleider, verwerf mij dezen dag en al de dagen mijns levens,zoo gehoorzaam te zijn aan uwe heilige ingevingen, dat ik niets van den weg der geboden van mijnen Godafwijke.

\'roole Heiligen, wier namen ik het geluk heb te dragen, beschermt mij, bidt voor mij, opdat ik God op aarde zoo moge dienen, 28 2

gelijk gij hem gediend hebt, en hem eens met u in den hemel moge bezitten. Amen.

^!Pervul,-o mijn God! met uwe zegeningen mijnen vader, mijne moeder, al mijne bloedverwanten,mijne vrienden, mijne weldoeners hen, die mij beleedigd hebben, alle Christenen in het algemeen, en in het bijzonder degenen, die de ongelukkigste en het meest verlaten zijn; en verleen vooral uwen magti-gen bijstand aan hen, die meest blootgesteld zijn om u te vergrammen. O goede God! schenk allen levenden uwe liefde, en den overledenen uwen vrede. Laat mij toe, u onder de afgestorvenen, op eene bijzondere wijze diegenen aan te bevelen, die de meeste aanspraak op mijne gebeden hebben. O mijn God! verhoor mij ten aanzien der verdiensten van Jesus Christus, uwen beminden Zoon. Amen.

Gij zult weldoen door uw morgengebed te slui-teu met de Litp.nie van den heiligen Naam Jesus, die zich onder de godvruchtige oefeningen voor den Dingdag bevindt.

geheel te lezen, begeef u ten minste niet aan uwe beroepsbezigheden zonder alvorens uw hart tot God verheven, en hem al uwe gedachten, al uwe werken, dooreenige godvruchtige verzuchtingen, te hebben toegewijd: voeg bij die goede gevoelens het Onze Vader, het Wees gegroet, de oefeningen van geloof, hoop, liefde en van berouw; en betuig uwen hemelschen Vader het leedwezen, dat gij gevoelt, van u niet langer met hem te kunnen bezig houdeo.

f\'^AiNDid den dag, zoo als gij dien begonnen hebt, namelijk: door het gebed; er is geen oogenblik van uw leven, dat niet aan God toebehoort, en welk gij hem kunt ontrukken, wij zijn aan God de hulde van den avond, even als die van den morgen, verschuldigd.\'^AiNDid den dag, zoo als gij dien begonnen hebt, namelijk: door het gebed; er is geen oogenblik van uw leven, dat niet aan God toebehoort, en welk gij hem kunt ontrukken, wij zijn aan God de hulde van den avond, even als die van den morgen, verschuldigd.

Stel het grootste belang in het onderzoek der misslagen, die gij gedurende den dag hebt begaan; niets zal beter geschikt zijn, om u tegen de slechte gewoonte en tegen de volharding in de zonde te behoeden. Zoo gij het ongeluk hebt gehad van in eene zware fout te vallen, begeef u dan vooral niet ter rust, zonder getracht te hebben u, door Gods genade, tot een volmaakt berouw op te wekken, denk, dat velen zich in eene bloeiende gezondheid ter rust hebben begeven, die van den slaap inde eeuwigheid zijn overgegaan, de dood komt als een dief in den nacht op het oogenblik, dat men hem niet verwacht.

mijn Heer en mijn God! die het heelal met uwe tegenwoordigheid vervult, reinig mijn verstand en hart, opdat, gedurende den tijd, dien ik aan het gebed ga toewijden, al mijne gedachten, al mijne genegenheden tot u, die mijn opperste Meester zijt, gerigt mogen wezen.

Ik aanbid u, o mijn God! met de onderwerping, welke de aanwezigheid uwer ein-delooze Majesteit mij inboezemt.

Ik bemin u van ganscher harte, omdat gij boven alles beminnelijk zijt, en ik bemin mijnen naaste gelijk mij zeiven, uit liefde tot u. Amen.

oogenblik mijner geboorte tot op dezen stond overladen hebt. Ik dank u uit geheel mijn hart, voor de onuitsprekelijke gift, welke gij mij in uwen Zoon Jesus Christus, gedaan hebt en voor al de geestelijke zegeningen, die gij niet ophoudt, mij, ten zijnen aanzien, te vergunnen. Ik beken, dat gij het alleen zijt, die mij belet hebt van in al de zonden te vallen, welke ik niet bedreven heb; dat gij het alleen zijt, die in en door mij het weinige goeds hebt gedaan , hetwelk ik heb kunnen verrigten, zoo ik het ooit tot nog toe gedaan heb. Prent, bid ik u, o mijn God, deze gevoelens in het diepste mijner ziel, en maak, door uwe genade, dat mijne werken en mijn leven nimmer ophouden eene trouwe getuigenis te geven van de dankbaarheid, welke ik u verschuldigd ben.

lénige Zoon Gods, wien de eeuwige Vader de magt van te oordeeleh heeft gegeven, ik bied mij voor u aan, als een misdadiger voor zijnen regter, om mij aan de billijkheid en regtvaardigheid van uw vonnis te onder-

werpen, en om van nu af uit getrouwheid en liefde datgene te verrigten, wat alle men-schen eens zullen moeten doen uit regtvaar-digheid en noodzakelijkheid. Ik aanschouw u met de oogen des geloofs, als den Opperpriester en het Opperhoofd, aan wien ik verlang mijn hart en geweten te openen, en mij van al de misslagen te beschuldigen, waaraan ik mij heb schuldig gemaakt. Maar dewijl ik niet kan belijden, hetgeen mij onbekend is, smeek ik u om dat goddelijk licht, dat mij alleen mijne zonden kan aantoonen mij daarvan overtuigen, en dezelve doen veroordeelen. Doe, bid ik u, de duisternissen der eigenliefde verdwijnen, die dezelve voor mij verbergen, of mij die doen verschoonen; maak, dat ik mij van heden af kenne, gelijk ik mij eens zal kennen, wanneer gij mij voor uwen vreeselijken regterstoel zult dagen.

Onderzoek u over het kwaad, dat gij meer regt-streeks tegen God begaan hebt; over de overtreding van en te kort blijving aan uwe pligten jegens uwen naaste en jegens u zei ven.

Zonden tegen God Nalatigheid of onachtzaamheid in de pligten van godvruchtigheid; oneerbiedigheden in de Kerk: vrijwillige of toegestemde verstrooidheden in het gebed; wereldsche inzigten

in de werken, met die door christelijke beweegredenen niet tot God te stieren, wederstand aan de genade, godslasteringen, gebrek aan vertrouwen op God, en aan onderwerping aan zijnea heiligen wil, menschelijk opzigt.

Zonden tegen den naaste. Kwaad vermoeden, lichtvaardig oordeel verachting, haat, afgunst, wraakzucht, twist, onverdnidisheden, gramschap, oploopendheden, verwenschingen, beleedigingen, kwaadsprekendheden, laster, ware, of valsche overdragingen, die verdeeldheden veroorzaken, schade toebrengen in de goederen of aan den goeden naam; slechte voorbeelden, gebrek aan eerbied en gehoorzaamheid jegens de, overheden, gebrek aan liefde, ijver en getrouwheid.

Zonden tegen zich zelven. IJdelheid, hoo-vaardij, leugentaal, gedachten begeerten, woorden, ef werken strijdig met de heilige deugd van zuiverheid, zedekwetsende lezingen, onmatigheden, gierigheid, zinnelijk en laauw leven, ongeoorloofde en verbodene vermaken, luiheid, verwaarloozing der plichten van zijnen staat.

Onderzoek u ook of gij getrouw zijt geweest aan de bijzondere voornemens, welke gij des morgens gemaakt hebt, en of gij, in het algemeen eenigen voortgang in de deugd hebt gemaakt, houd u niet tevreden met uwe gebreken te kennen, maar tracht derzelver oorzaak op te sporen ten einde het geneesmiddel beter op het kwaad te kunnen toepassen, met wederom bijzondere en toepasselijke voornemens te maken voor den volgenden dag.

k belijd voor God almagtig, de allerheiligste Maria, altijd Maagd, den H. Michaël, Aarts-engel, den H. Joannes den Dooper, de heilige Apostelen Petrus en Paulus, en alle Heiligen, dat ik zeer gezondigd heb met gedachten, woorden en werken; het is mijne schuld, mijne allergrootste schuld: daarom bid ik de H. Maagd Maria, den H. Michaël, Aartsengel, den H. Joannes den Dooper, de heilige Apostelen Petrus en Paulus, en alle Heiligen, om den Heer onzen God, voor mi j te willen bidden.

De almogende God gelieve zich onzer te ontfermen, en, na onze zonden vergeven te hebben, ons te brengen tot het eeuwige leven. Amen.

Ontslag, kwijtschelding en vergilfenis onzer zonden verleene ons de almagtige en barmhartige Heer.

CJP* mijn God en Vader! wat heb ik gedaan? Ondanks al mijne voornems van getrouwgt; te zijn, heb ik, helaas! op nieuw de voorkeur 28 2.

De almogende God gelieve zich onzer te ontfermen, en, na onze zonden vergeven te hebben, ons te brengen tot het eeuwige leven. Amen.

Ontslag, kwijtschelding en vergilfenis onzer zonden verleene ons de almagtige en barmhartige Heer.

CJP* mijn God en Vader! wat heb ik gedaan? Ondanks al mijne voornems van getrouwgt; te zijn, heb ik, helaas! op nieuw de voorkeur 28 2.

steld heeft om mij te bewaren, dat de oogen uwer liefde steeds op mij gevestigd blijven, om mij dezen nacht tegen alle noodlottige voorvallen te beveiligen; verwerft mij, dat ik vaneenen haastigen dood bevrijd worde, en dit leven niet verlate, dan na eene opregte boetvaardigheid over mijne zonden gepleegd te hebben.

Heilige Patronen, die mij tot voorbeelden zijt gegeven, bidt voor mij, en verwerft mij de genade van eene ware regtvaardigheid en heiligheid die mij eens met u in de vreugde van onzen Heer mogen doen binnen treden.

Gij allen eindelijk hemellingen, spreekt voor mij, beschermt mij gedurende dezen nacht, gedurende geheel den tijd mijns levens en bijzonder in het uur van mijnen dood. Am.

Men zal weldoen zijn avondgebed met de Litanie van de H. Maagd, hiexmt. (oefening van godvruchtigheid voor den zaturdag) te sluiten.

Zoo gij u in de noodzakelijkheid bevindt van uw gebed te verkorten, tracht dan ten minste de zoo belangrijke en heilzame oefening van het gewetensonderzoek niet achter te laten, die er het voornaamste deel van uitmaakt, noch de oefening van het berouw, welke er een onafscheidbaar gevolg van is, en voeg er het gebed des Heeren bij, met de groetenis des Engels.

Ontkleed u zedig, u heriimerende, dat gij u in Gods tegenwoordigheid bevindt; neem gewijd water, eer gij u te bed begeeft, en zegt deze drie schietgebeden, aan welke Paus Pius VII, den 28 April 1807, 300 dagen aflaat heeft vergund.

Jesus, Maria en Joseph, geef dat mijne ziel na mijnen dood bij u in vrede ruste.

Er zijn 100 dagen aflaat vergund voor hen, die slechts één dezer aanroepingen zouden zeggen. Deze aflaten kunnen toegevoed worden aan dc zielen in het vagevuur.

Tracht eindelijk in eene goede gedachte in te sluimeren, en zoo het gebeurt, dat gij des nachts ontwaakt, verhef dau aanstonds uwen geest en uw hart tot God, door eenige teedere verzuchtingen tot hem.

dacht, eerbied en die heilige vrees bijwone, welke zulke geduchte geheimen vorderen.

Ik vereenig mij met den priester en uwe gansche Kerk, om u dit offer met dezelfde

inzigten op te dragen, waarmede Jesus Christus hetzelve, aan het kruis, heeft opgeofferd: ik draag het u op, om uwe oppermagt over mij en over alle schepselen te erkennen, en om u mijne diepe dankbaarheid te betuigen voor al de de weldaden, die gij over mij hebt uitgestort.

Zoo gij de Mis bijwoont, met een bijzonder inzigt van God meer uitdrukkelijk te bedanken voor eene van zijne goedheid verworvene genade, zoo voeg erbij;

iÏIË n namelijk, dat gij mij dusdanige genade. om welke ik u smeekte, heb vergund. Ik draag het u ook op, om door de eindelooze verdiensten van het goddelijke slagtoffer, dat op het altaar gaat opgeofferd worden, de vergeving van al de zonden te verwerven, waaraan ik het ongeluk heb gehad mij pligtig te maken. Laat niet toe dat ik de bruiloftszaal uws Zoons binnentrede, zonder met het bruiloftskleed versierd te zijn. Reinig, van nu af, mijne ziel. De heilige zaken zijn voor de Heiligen: het is mij niet geoorloofd zoo digt u te naderen, zonder mij, even als Mozes, alvorens ontschoeid, dat is, zonder de aange-kleefdheid der zonde uit mijn hart verbannen te hebben; ik verfoei dan alle boosheden en

Eindelijk draag ik u, met uwe Kerk, deze eerbiedwaardige offerande op, om van uwe goedheid al de genaden te verwerven, welke zij voor mij en voor al hare kinderen van u vraagt; gij hebt mij, bij voorkeur boven zooveel anderen, het geluk geschonken, van in haren schoot geboren te worden en haar toe te behooren, verleen mij door de verdiensten van Jesus Christus, uwen welbeminden Zoon, de noodige hulp, om mijnen heiligen roep, door werken, den Christen waardig, te verzekeren, gewaardig u, om mijner zaligheids-wil, mij deze en gene genade toe te staan, welke ik heden bijzonder aan u verzoek.

Gewaardig u ook mij gunstig te aanhooren voor allen, voor welke de regt vaardigheid en liefde het mij ten pligt maken te bidden.

Indien uw voornemen is de H. Mis tehooren ten einde eenige bijzondere genade voor iemand te verwerven, druk hier dan den persoon en de genade uit, welke gij voor hem verlangt te hekomen, en herinner u altoos, dat, zoo gij om eeuig tijdelijk goed bidt, gij het voorwaardelijk moet vragen, voor zoo verre die gunst met den goddelijken wil overeenkomt en voordeelig ia voor uwe zaligheid, of voor die van degenen, voor wien gij bidt.

Ik verzaak vooraf, o mijn God, al de verstrooidheden, die mijnen geest zullen komen overvallen : ik bid u, gewaardigu mij daarvoor te behoeden, opdat niets wat aardsch is, mij aan de liefderijke gemeenschap onttrekke welke ik met u, o mijn Heer en God! verlang te hebben. Amen.

typ ^ader tot het altaar^ Heer, gij ggwdie het licht zijt van hen, die zich de duisternissen bevinden, en die ^g^mijne toevlugt zijt in alle de rampen, quot;\'welke mij omringen.yp ^ader tot het altaar^ Heer, gij ggwdie het licht zijt van hen, die zich de duisternissen bevinden, en die ^g^mijne toevlugt zijt in alle de rampen, quot;\'welke mij omringen.

mij dc zaligheid aan te brengen, naar welke ik verzucht, wolken des hemels zendt ons den regtvaardige, en dat de aarde den Zaligmaker voortbrenge.

Heilige Geest, teedere en edelmoedige Vertrooster, boezem mij gebeden in, die waardig zijn verhoord te worden, bestuur mijnen wil, versterkmijnenmoed, opdat ik over de wereld en over mij zeiven moge zegepralen: maak, dat ik steeds aan uwe inspraken onderdanig zij, maak vooral, dat ik u beminne!

CCy,fschoon gij, o mijn God! om mijne zonden te kennen, mijne belijdenis niet behoeft, en gij in mijn hart al mijne ongeregtigheden leest, belijd ik die echter voor het aanschijn van hemel en aarde; ik beken, dat ik u door mijne gedachten, woorden en werken belee-digd heb. Ik beschuldig mij daarvan en bid u ootmoedig om vergeving. Heilige Maagd, Engelen des Hemels, Heiligen van het Paradijs, bidt voor ons, vraagt voor ons genade, terwijl wij in dit dal van tranen en ellenden zuchten, en verwerf ons vergeving onzer zonden.

^2^\' Jesus, vergun ons de kostbaarste gave van het berouw en de vergiffenis, welke gij zelfs aan de grootste zondaars beloofd hebt, zoodra zij voor u hunne ongeregtigheden belijden en zuchten, omdat zij uwe eindelooze heiligheid beleedigd, uwe goedheid veracht, uwe grenzelooze beminnelijkheid miskend hebben.

®Sf\'elukkig hij, die, in zijne zwakheid door uwe genade ondersteund, waardigis tot uwe altaren te naderen!

Geef mij , Heer, die genade door de verdiensten der Heiligen, die zooveel deel hebben in uwe heerlijkheid.

IBÉn gewaardig u ons, die de opvolgers van hun geloof en van hunne heilige verlangens zijn, de genade der verzoening te ver-leenen, die hier op aarde het begin was van den vrede, dien zij in uwen schoot genieten.