-ocr page 1-
-ocr page 2-
-ocr page 3-

• - 3,

-ocr page 4-
-ocr page 5-

Vak 58

. Ifltf

igt;^goei^je

der

Aartsbroederschap

H. Hart van Jezus.

-ocr page 6-

Goedkeuringen

der eerste uitgave.

Door onzen Hoogwaardigen Pater Generaal,. Nicolaus Mauron, daartoe gemachtigd, staan wij toe, dat het werkje: Ilaudboeltjc «U-r Aarfsbroedersrhni» „de Kcrewaeht van lift ]f. Hart van Jeaiiisquot; worde gedrukt.

P. OOMEN, cssu. Sup. Prov. Hol).

Amsterdam, 0 Mei 1881.

Op last van Zijne Doorl. Hoogw. Mgr. J. A. PA-REDIS, heb ik dit boekje onderzocht, en keur hetzelve goed , tevens verklarende dat de vertaling der gebeden , waaraan aflaten verleend zijn, den zin van den oorspronkelijke!! tekst getrouw wedergeven.

P. .ï. If, Kut^el, Can. et Prof. Roermond 13 Mei *1881.

Goedkeuring

der derde vermeerderde uitgave.

IMPRIMATUR. J. M. SCHOLTIS, Par. et Dec.

ad hoc delegatus.

Galopi» 18 Februariis 1884.

EIGENDOM TAN BEN HOOFDZETEL TE KAPEL IN \'T ZAND, ROERMOND.

-ocr page 7-

Doel, Oorsprong cu Voortgang «Ier Eerewacht.

quot;^ioen Je H. Gertrudis op zekeren dajj in besehou-\\Yiiig verzonken was, en zij zicli met den 11. Joannes den Evangelist, den leerling, dien Jezus zoo lief\' had, mocht onderhouden, vroeg zij in de overmaat harer liefde tot Jezus\' aanbiddelijk Hart, ■waarom hij toch niets geschreven had over de gevoelens van dat Hart, waarop hij in het laatste avondmaal had mogen rusten. En het antwoord van Joannes was: »Ik moest voor de pasgeboren Kerk het Evangelie van het ongeschapen Woord van God den Vader schrijven; maar God heeft zich voorbehouden, de zoetheid van dat ilart in de laatste tijden te doen kennen om daardoor de liefde weder op te wekken, ■welke dan in hooge mate zal verflauwd zijn,quot;

Die tijden zijn thans aangebroken. Van alle kanten zien wij den godsdienst veracht, de Kerk gehoond, ja zelfs God ontkend. In de harten der meesten vertoont zich geen geloof meer, levende doör de liefde. De liefde tot God is bij hen verdwenen , en heeft plaats gemaakt voor een ellendige genotzucht, vooreen geest van onafhankelijkheid, voor eene zinneljjke-liefde, welke de maatschappij met den ondergang dreigen. Weshalve de onsterfeiijke Pius IX met recht mocht uitroepen : «Voor de Kerk en de maatschappjj is geen hoop meer dan in het Hart van Jezus; ziedaar het geneesmiddel voor al onze kwalen.quot; Dit openbaarde dan ook Jezus zelf aan zijne uitverkorene Bruid de Gelukz. Margaretha Alacoque, toen Hij haar

-ocr page 8-

— 4 —

zijn Hart toonde, mot doornen omkranst, door oen lans doorstoken en vlammende van liefdevuur. Dat Hart. zoo gaf Iljj haar te kennen, is, ofschoon het van de meesten niets dan ondankbaarheid en ontee-ringen ontvangt, het tlciiirje dn- llfiligcii, waarin Hij zich thans wil doen kennen, als den middelaar tus-schen God en de menschen, die de straffen van ons afwendt, welke wij door onze zonden hebben verdiend.

«Door middel der godsvrucht tot dat goddelijk Hart wil Jezus Christus aan velen het leven wedergeven..... o\\erv!ocdig den schat zijner genade schenken...... en alleen door de zoetheid zijner liefde zijn

rijk van liefde vestigen.quot;

Toen de nederige maagd die voor allen zoo troostende openbaringen bekend maakte, moest zij vreese-lijke vervolgingen ondervinden. Zij werd uitgemaakt voor een «dweepster en huichelaarsterquot;, zij werd een voorwerp van schimp en bestraffing. ïallooze vijanden en tegenstrevers stonden tegen haar op, maar ten laatste zegevierde de waarheid, en werd de godsvrucht tot het H. Hart, zooals Jezus had verlangd, algemeen over de H. Kerk uitgestrekt.

En terecht! Die devotie is immers de godsdienst tot het Hart, het edelste deel van \'s menschen lichaam, dat onafscheidelijk vereenigd met den goddelijken Persoon van Jezus Christus, goddelijke eer toekomt.— Dat goddelijk Hart is tevens het meest sprekend zinnebeeld zijner onmetelijke liefde; eenmaal werd het uit liefde voor de menschen op het kruis geopend door een lans; en thans, ofschoon het voortdurend geestelijker wijze verwond wordt door de zonden en de ondankbaarheid dier zelfde menschen, blijven er desniettemin tallooze liefde- en genadestroomen ontspringen, als uit de bron van levend water, dat vloeit ton eeuwigen leven. \') Ja waarlijk dat liefdevol Hart is, volgens de woorden van den onvergetelijken Pius IX, »de bron van alle goed,quot; en volgens Z. H.

1) Joïs IV. 14.

-ocr page 9-

— 5

Leo XIII, den thans regeerenden Paus, «de onuitputtelijke bron dor rijkste gavun des Hemels, waaruit eenieder den vrede des harten, de verlichting zijner kwellingen, den zegen over zijne ondernemingen, een zoet toevluchtsoord gedurende het leven en vooral in het uur des doods putten kan.quot;

Geen wonder dus, dat die devotie, eermaal goed begrepen, op allerlei wijzen werd verspreid, dat er tallooze vereenigingen en broederschappen in alle lai.den der wereld verrezen , die het zich een eer en vreugde rekenden, dat allerbeminnelijkst Hart onder een of ander bijzonder oogpunt to vereeren.

Maar hoevele vereenigingen er ook ontstonden , geen enkele had nog ton doel vuortcluraiid en unuf-gchmken oor, liefde en vergoeding to geven aan het allerheiligste Hart van Jezus, dat eenmaal op het kruis werkelijk gewond, door de vergetelheid, de ondankbaarheid en de zonden der raenschen dageljjks opnieuw geestelijker wijze verwond wordt. Welnu, zulk eene vereeniging kwam op den IS\'1quot;1 Maart 1863 in het klooster der Visitandinnen te Hourg, in Frankrijk, tot stand. Op dien dag, feestdag der H. vijf Wonden, kozen oenige der zusters aldaar zich ieder een Uur van den dag uit, waarin zij voortaan dagelijks op eene bijzondere wijze het H. Hart zouden verheerlijken, beminnen en troosten. Zij deden dit zonder iets in hare bezigheden te veranderen. Zij begaven zich slechts in den geest naar den tabernakel, en droegen daar aan het H. Hart van Jezus alle gedachten , woorden, werken , ntioeielijkheden enz. van dat uur op, en trachtten verder gedurende hetzelve door schietgebeden met Jezus\' goddelijk Hart vereend, te blijven. Zoo vormden zij, daar zij elkander onophoudelijk opvolgden , eene voortdurende Eerewacht rondom dat van liefde brandend Hart, en ontvingen zij duizenden en duizenden genaden.

JJie vereeniging vond spoedig bij velen bjjval, ja breidde zich zoo snel uit, dat zij reeds den i) Maart 18(34 op kanonieke wijze als Broederschap door den Bisschop van Belley voor zijn diocees opgericht, ver-

-ocr page 10-

— 6 —

volgens door Z. H. I\'ius IX. z. g. goedgekeurd en met tal van aflaten verrijkt werd.

Weldra zag men de Eerewacht van het H. Hart van Jezus ook in andere landen kerkelijk opgericht en aanstonds door haar ledental bloeien. Ook in Nederland werd zij spoedig gevonden, o. a. in de kapel van O. L. Vrouw in \'t Zand te Roermond, waar zjj, den 2i Juni 1872, door Mgr. Paredis kano-niek ingesteld, zoozeer toenam, dat zij in 8 jaren tijd meer dan 6000 leden telde. \')

Toen nu Z. H. Leo XIII de Eerewacht den 26 Nov. 1878 voor Frankrijk en België, en den 1 quot;2 Juni 1879 voor Italië tot Aartsbroederschap verhief, en tevens voor die landen de twee hoofdzetels aanwees, Bourg en liome, waar de overige broederschappen zich tot het ontvangen der aflaten konden aggregee-ren, kwam men op de gedachte die gunst ook voor Nederland aan te vragen.

Hij Apostolische breve van 26 Nov. quot;1880 verhief Z. H. Leo XIII de Broederschap der Eerewacht, bestaanó\'e in de Kapel in \'t Zand, tot Aartsbroederschap, en verrijkte haar met alle aflaten, gunsten en privilegiën , welke dezelfde Aartsbroederschap der Eerewacht te Bourg, in Frankrijk bezit, tevens daarbij a\\s grens der aggregatie Nederland en deszel/s koloniën aanwjjzende.

Deze nieuwe en plechtige goedkeuring door den H. Stoel aan de Eerewacht van Jezus\' H. Hart geschonken , heeft thans die schoone vereeniging voor goed in Nederland gevestigd. Moge daardoor die zoo kostbare devotie over geheel ons vaderland meer en meer verspreid worden, moge overal de Broederschap der Eerewacht worden opgericht, en zoo het goddelijk Hart van Jezus alom voortdurend verheerlijkt, bemind en vertroost worden!

1) Thans, hij de uitgave van dezen derden druk. lelt zij alleen meer dan 11000 leden: de ov.rijje hroederschappen van dien naam in Nederland zijn daaronder niet gerekend.

-ocr page 11-

Pauselijke Bveve

VAN DE

Verheffing der Eerewacht van het H. Hart, bestaande in Kapel in \'t Zand te Roermond,

TOT

AA^XSS^O,ElI3,SHSQISA^ vo:»r \'ï«Nis\'rSa;!il en deszclfs Kolnulën.

LEO P.P. XIII.

Ad pnrpeluam rei me-nwriam. A dileoto filio C, J. Ilultormans Presbytero Reotore publici Saoolli a Sanota Maria in Arena, Ruruemanfiie existentis ex-positum Nobis est sodali-tatem Excubiarum ad ho-norent Sacratissinii Cordis Jesu die festo nativitatis S. Joannis Baptista; anno MDCCCLXXIIcanonice in-stitutam, siugulari Fide-lium pietate florere et numero adeo crevisse. ut am-pliussex mille Christifideles eidem sodalitati nomen dederint. Quo vero cultus Sacratissinii Cordis Jesu latius propagetur, eadem-lt;jue Sodalitas majora sus-cipiat incrementa ah eodem lt;iilecto filio supplicatur No-bis, ut pnedictam sodallta-tera ARCHISO DALITATIS

LEO XIII. PAUS.

Ter ecuwiyor gedachtenis. Door Onzen geliefden zoon C. J. Ilultennans, Priester en Rector der openbare Kapel van Onze Lieve Vrouw in het Zand te Roermond, is Ons uiteengezet , dat de broederschap der Eerewacht van het Allcrheilir/ste Hart van Jezus, kanoniek opgericht op den feestdag der geboorte van den II. Joannes den Dooper, in het jaar 1S7-2, door de buitengewone godsvrucht der Geloovigen bloeit, en zoozeer in leden-getal is toegenomen, dat meer dan zes duizend Chris-tengeloovigen zich in deze broederschap hebben doen opschrijven. Opdat echter de vereering van hot Allerheiligste Hart van Jezus meer worde verspreid, en


-ocr page 12-

nomine et privilegiis dite-mus, et alias sodalitas ne-dum intra Hollandio; fines, verum etiam in Sacris per Neerlandiam Ecpmlition i-bus aggregandi facultate augearaiis. Nos hujusmodi votis obsecundare, onines-que et singulos, quibus hae Litterae Nostree f\'avent, peCLiliari benevolentia prosequi volentes, et a quibus-vis excomniunicationis et interdicti, aliisque ecclesi-asticis sententiis, censuris ac poenis, quovis modo vel quavis de causa latis, si quas forte inourrerint, hu-jus tantum rei gratia ab-solventes et absolutos fore censentes, Sodalitatem prse-diotam Rurasmundie in publico SacelloSanota) Maria; inArena canonice erecfam. in ARCHISODALITATEM cum omnibus et singulis honoribus, juribus, privilegiis ac prseeminentiis so-litis et consuetis Apostolica Auctoritate Nostra, harum Litterarum vi, perpetuum in modum erigimus et in-Btituimus. Archisodalitatis autem sic erectae Mode-ratori ac Proceribus, ut alias ejusdem nominis et instituti Sodalitatcs, intra JJollandia; fines atque in Neerlat}dmsihus Missioni-bus erectas vel erigendas, gezegde broederscliap groo~ teren wasdom ontvange r wordt door denzelfdcn geliefden zoon de bede tot Ons gericht, dat Wij voornoemde broederschap met den naam en de voorrechten van AARTSBROEDERSCHAP verrijken, enmetde-macht begiftigen, om andere broederschappen niet alleen binnen de grenzen van HnUand, maar ook in do llollandsche Missiën , met zich te vereenigen. Wij , deze wenschen willende begunstigen, en allen en eenieder, ten wier gunste-dit Ons schrijven strekt, met bjjzondere welwillendheid willende bejegenen, en van alle excommunicatie, interdict en andere kerkelijke vonnissen, cen-suren en straffen, op welke wijze of om welke reden ook opgelegd, zoo zij er-wellicht mochten beloopen hebben, ter wille van deze^ zaak alleen, ontslaande en ontslagen oordeelende, verheffen en stellen voor eeuwig door Ons Apostolisch. Gezag, uit kracht van deze-Brieven , voorzegde broederscliap, te Roermond in de openbare Kapel van, Onze Lieve Vrouw in he; Zandkanoniek opgericht tot AARTSBROEDERSCHAP


-ocr page 13-

ei Archisodalitati, servatis tarnen forma Constitutionis fel: ree: Clementis VIII Pnedecessoris Nostri, ali-isque apostolicis Ordinati-onibus desuper editis, ag-gregare, illisque omnes et singulas indulyentias, pec-latorum remissinnes et po:nitentiaruni rel a.rationed , ipsi sodalitati raodo per Nos in Archisodalita-tem erecta;, ab Apostolica Sede ooncessas quae tarnen eommunicabiles sint, cnm-munieare libere iicitcque possint et valeant, Apoato-lioa auctoritate Nostra, te-norc praesentimn perpetuo concedimus ct indulgemus. Decernentes bas Litteras Nostras firmas, validas et efficaces existere ao fore, süosque plenarios et inte-gros effeetus sortiri et ob-tinere, illosque ad quos spectat et in posterum spectabit plenissime suffra-gari; sicque in praemissis per quoscumque .Indices ordinarios et delegates eti-am causarum Palatii Apos-tolici auditores, Sedes A-postolicieNuntiosetS. R. E. j Cardinales etiani de Latere ; Legates, sublata eis et eorura cuilibet quavis ali-ter judicandi et interpre-tandi facilitate et auctoritate , judicari ao definiri in. met alle eer, alle rechte», alle voorrechten en allen voorrang, diö gewoon ere gebruikelijk zijn. Aan den Bestuurder echter van de aldus opgerichte Aartsbroederschap en aan zjjne Opvolgers staan Wij, krachtens Apostolische macht r bij dezen voor immer toe en veroorloven Wij, dat zij andere, reeds opgerichte of\' nog op te richten broederschappen van denzelf\'den naam en aard, binnen de grenzen van holland en in de Nederlandse he Missiën, vrij en rechtmatigquot; met deze Aartsbroederschap vermogen en kunnen vereenigen, volgens den vorm nochtans der Constitutie van Onzen Voorganger, Clemens VIII. z. g., en volgens de andere Apostolische Verordeningen dienaangaande gegeven , en dat zij hun alle aflaten, vergevingen van zonden en kwijtscheldingen van straffen, zoo in \'t algemeen als in \'t hijzonder,. die aan de broederschap, welke nu tot Aartsbroederschap door Ons is verheven, door den Aposto-lisclien Stoel zijn toegestaan , in zoover die mededeelbaar zijn, op dezelfde-wijze kunnen mededeelen.


-ocr page 14-

— 8 —

nomine et privilegiis dite-mus, et alias sodalitas ne-dum intra HoUandia; fines, verura etiam in Sacris per Neerlandiam Ecpaiition i-bus aggregandi facultate augeamiis. Nos hujusmodi votis obsecundare, onmos-que et singulos, quibus hae Litterae Nostras invent, peculiari benevolentia prosequi volentes, et a quibus-vis excommunieationis et interdicti, aliiaque eccleei-asticis sententiia, censuris ac poenis, quovis modo vel quavis de causa latis, si quas forte incurrerint, hu-jus tantum rei gratia ab-solventes et absolutos fore censentes,Sodalitatem prse-dictam Rura;niund;e in publico Sacollo Sancta; Marise in Arena canonice erectam. in ARCHISODALITATEM cum omnibus et singulis honoribus, juribus, privilegiis ac pra;eminentiis so-litis et consuetis Apostolica Auctoritate Nostra, harura Litterarum vi, perpetuum in modum erigimus et in-stituimus. Archisodalitatis autem sic ereotae Mode-ratori ac Proceribus, ut alias ejusdem nominis et instituti Sodalitatrs, intra Hollandia; fines atquo in Neerlandoisihus Missioni- j bus erectas vel erigendas,

gezegde broederschap grooteren wasdom ontvange r wordt door denzelfden go-liefden zoon de bede tot Ons gericht, dat Wij voornoemde broederschap met den naam en de voorrechten van AARTSBROEDERSCHAP verrijken, enmet de-macht begi ft i^en, om andere broederschappen niet alleen binnen de grenzen van Holland, maar ook in de llollandschc Missiën , met zich te vereenigen. Wij, deze wenschen willende begunstigen, en allen en eenieder, ten wier gunste-dit Ons schrijven slrekt, met bijzondere welwillendheid willende bejegenen, en van alle excommunicatie, interdict en andere kerkelijke vonnissen, cen-suren en straffen, op welke wijze of om welke reden ook opgelegd, zoo zij er wellicht mochten beloopen hebben, ter wille van deze zaak alleen, ontslaande en ontslagen oordeelende, verhellen en stellen voor eeuwig door Ons Apostolisch. Gezag, uit kracht van deze Brieven, voorzegde broe-derfxhap, te Roermond in de openbare Kapel van Onze Lieve Vrouw in het j Zandkanoniek opgericht tot 1 AARTSBROEDERSCHAP

-ocr page 15-

ei Archisodalitati, servatis tarnen forma Constitutionia fel: ree; Clementis VIII Pnedeoessoris Nostri, ali-isque apostolicis Ordinati-onibus desuper editia, ag-gregare, illisque omnes el sinr/ulas indulgentius, pec-catorum remission es et pomitentianmi relaxatio-nes, ipsi sodalitati modo per Nos in Archisodaüta-tem erectie, ab Apoatolica Sede conceaaas quae tarnen communicabiles sint, cmn-municare libcre lieiteque possint et valeant, Apoatolica auctoritate Nostra, te-nore praesentimn perpetuo concedimus et indulgemus. Decernentes bas Litteraa Nostraa firmaa, validaa et efficacea existere ac fore, auoaque plenarios et into-gros effectua sortiri et ob-tinere, illosque ad quos spectat et in posterum apectabit plenisaimo auffra-gari; sicque in praemissis per quoscumque Judicea ordinarioa et delegates eti-am cauaarum Palatii Apoa-tolici auditorea, Sedes A-poatolicse Nuntios et S. R. E. Cardinales etiani de Latere Legatos, sublata eis et eorum cuilibet quavia ali-ter judicandi et interpre-tandi facilitate et auctoritate , judicari ac definiri in. met alle eer, alle rechten-, alle voorrechten en allen voorrang, dié gewoon ere gebruikelijk zijn. Aan den Bestuurder echter van de aldua opgerichte Aartsbroederschap en aan zijne Opvolgers staan Wij, krachtens Apoatoliache macht, bij dezen voor immer toe en veroorloven Wij, dat zij andere, reeds opgerichte of nog op te richten broederschappen van denzelfden naam en aard, binnen de grenzen van Holland en in de Nederlandsche Missiën. vrij en rechtmatig-met deze Aartsbroederschap vermogen en kunnen vereenigen, volgens den vorm nochtana der Constitutie van Onzen Voorganger, Clemens VIII. z. g., en volgens de andere-Apostolische Verordeningen dienaangaande gegeven , en dat zij hun alle aflaten, vergevingen van zonden en kwijtscheldingen van straffen, zoo in \'t algemeen als in \'t bijzender,. die aan de broederachap, welke nu tot Aartsbroederschap door Ons is verheven, door den Aposto-lischen Stoel zijn toegestaan, in zoover die mededeelbaar zijn, op dezelfde-wijze kunnen mededeelen.


-ocr page 16-

— 10 —

•debere, atque irritum et inane, si seous super his a quoquam quavis auctoiitate scienter vel ignoranter con-tigerit attentari. Non ob-stantibus constitutionibus et Ordinationibus Aposto-licis, et quatenus opus sit, prsedietai Sodalitatis ali-isque quibusvis etiam ju-raraento confirmatione A-postolica, vel quavis firmi-tate alia roboratis st.itutis et consuetudinibus, oeteris-que in contrarium faoien-tibus quibuscumque. Datum Roma; apud S. Petrum sub Annulo Piaoatoris die XX VI Novembris MDCCCLXXX Pontificatus Nostri Anno Tertio.

Xh. C^ril. TIertrl.

Wij verklaren, dat deze Onze Brieven geloofwaardig, geldig en, van kracht zijn en blijven, en hunne volle en algeheele uitwerking erlangen en bekomen, en hen, op wie ze betrekking hebben, of in het vervolg zullen hebben, ten volle begunstigen ; en dat aldus in het voorgaande door gewone en gemachtigde Rechters, welke ook, zelfs door de auditeurs der processen van het Apostolisch Paleis, door de Nuntiussen van den Apostolischen Stoel en door de Kardinalen der Heilige Roomsche Kerk, al waren zij ook buitengewone gezanten (de latere Legates), terwijl hun en ieder hunner in het bijzonder alle macht en bevoegdheid om anders te oordeelen of uit te leggen is ontnomen, moet geoordeeld en beslist worden, en , zoo iemand, wie hij ook zij, of met welke bevoegdheid ook , wetend of onwetend, anderszins hieromtrent mocht bestaan, dat het ongeldig is en van geener waarde. De Apostolische Constitu-tiën en Verordeningen, en, voor zoover het noodig is, de Statuten en gebruiken der voornoemde broe-


-ocr page 17-

ii —

dersohap, of welke anderen ook. al waren zij ook door eed, Apostolische goedkeuring of welke andere bekrachtiging ook, bezegeld, en al wat verder, van welken aard het dan ook zijn moge, hiermede in strjjd mocht zijn, staat niet in den weg. (iegcven te Kome bij St. Pieter onderden Visschers-ring, den \'20 November 1880. het derde jaar van Ons Pausschap.

\'I\'ll. Card. 31 er I el.

-ocr page 18-

prapr-^rir.-r-T- prjfc:rrTögt;rmfairaF.ngt;.tgit^^

ST^LTHTTETSr

der Aartsbroederschap Ddc Eerewacht van het allerh. Hart van Jezus.quot;

Aut. \'1. He Aartsbroederschap der Eerewacht van het allerh. Hart van Jezus heeft ten doel, voortdurend en onafrjeln oki n, Eer, Liefde en Vergoeding te brengen aan het allerheiligste Hart van Jezus, dat, eenmaal op het kruis werkelijk gewond, door de vergetelheid, de ondankbaarheid en do zonden der menschen, dagelijks opnieuw geestelijker wijze verwond wordt.

Aht. 2. Om dit doel te bereiken, nemen de leden bij hunne inschrijving één uur per dag aan, genaamd het Uur der Eerewacht, gedurende hetwelk zij, :onder verplicht te zijn iets in hunne bezigheden te veranderen , hun best doen het H. Hart van Jezus te verheerlijken, te beminnen en te troosten.

Art. 3. Tot ditzelfde doel worden verder op den eersten Vrijdag (of eersten Zondag) van elke maand twee openbare oefeningen gehouden ; des morgens n. 1. de generale Communie, genaamd Communie van Eerherstel, en des middags of des avonds de andere, waarin, na een kort lof, de belangen der J\'roederschap en der leden aan het allerheiligst Hart van Jezus worden aanbevolen , daarvoor gebeden, en eene onderrichting of preek met Eereboete aan het allerheiligst Hart gehouden wordt.

Art. 4. Üm lid te worden dezer Broederschap en tevens recht te hebben op de talrijke aflaten en geestelijke gunsten, daaraan verbonden, moet men : 1quot; zich persoonlijk \') doen inschrijven in de

1) Volgens de Declaratio S. Congr. Irdul?. cl Reliq. (26 Nov. 1880). op lasl Tan Z. H. Leo XIII gegeven, mogtn diegenen zich door brief of

i

-ocr page 19-

Aartsbroederschap voor Nederland en zijne over-zeesohe bezittingen, of in een der Rroederscliap-pen, die met deze Aartsbroederschap wettig ver-eenigd zijn.

2quot; zijn uur der Ferewacht houden of, zoo men liet vergelen mocht hebben, het verrichten alg men er aan denkt. \')

Art. 5. Niets verplicht op zonde.

Art. 6. De inschrijving geschiedt c/ehml knstelonos. Art. 7. Do inrichting dezer Aartsbroederschap is de volgende: Aan het hoofd staat een Uonfilhestimr-der of Moderator. Krachtens breve van Leo XIII van den 26 Nov. -ISS1), is daartoe voor altijd benoemd; de tijdelijke Kector aan de Kapel in \'t Zand te Roermond.

Elke Broederschap heeft vervolgens een Be-stuurder of Dire i-nr. Deze wordt benoemd dooiden Bisschop der diocees, waar de Broederschap wordt opgericht, en ontvangt daarna ziju diploma van aanstelling van den Hoofdbestuurder.

Elke Directeur kan vervolgens zelntoren en zelalrii en aanstellen, die tot den grooteren bloei der Broederschap zullen medewerken en, even als hij zelf, binnen de grenzen der plaats, waar zij is opgericht, leden kunnen insolirjjven. Art. 8. De EE lill. Bestuurders van Broederschappen der Eerewacht, welke zijn opgericht, of die haar wenschen op te richten, en die tevens mededeeling der aflaten verlangen, behooren het diploma van aggregatie bij den Hoofdbestuurder aan te vragen; zonder dit diploma toch kan geen

1

Dit althans wordt vereisebt om de aflaten te verdienen . welke rechtstreeks het uur Tan Eerewacht aangaan (men zie de vergunning van 7 April 1865 op bladz. 17): voor de overige aflaten is bet voldoende datgene te vervullen wat de Pain heeft voorgeschreven tot het verdienen der aflaten (S. Congr. Indutg. 12 Maji 1843). Men vindt deze vereischtcn in de verschillende »Aaumerkingenquot; bij de lijst der aflaten gegeven.

-ocr page 20-

— 14 —

broedt rsctiap der Eerewaclit met de aflaten worden verrijkt.

Art. 9. Het hoofdfeest der Aartsbroederschap is het feest van het allerh. Hart van Jezus, vastgesteld op den eersten Vrijdag na de octaaf van het feest van het II. Sacrament.

De leden zullen dit feest met zijne octaaf zoo godvruchtig mogelijk trachten Ie vieren en, zoo mogelijk, zich daartoe door eene novate of drie-daagsche oefening voorbereiden,

AliT. 10. Do geheele maand Juni, meer bijzonder toegewijd aan het H. Hart van .lezus, zal daarenboven de maand zijn, waarin de leden meer dan anders het allerheiligst Hart van Jezus zullen verheerlijken, beminnen en troosten.

Art. 11. Alle leden zullen er eindelijk op uit zijn, hunne liefde en godsvrucht te vermeerderen voor het bitter lijden van Jezus, waardoor zijn Goddelijk Hart zooveel heeft verduurd, en jegens het allerheiligste Sacrament des Altaars, waar dat Hart nog immer zetelt, en zoo vurig verlangt verheerlijkt, bemind en vertroost te worden. Art. 12. Deze statuten hebben slechts betrekking op de Aartsbroederschap der Eerewacht van het allerheiligst Hart van Jezus met de aan haar verbonden Broederschappen van dien naam in Nederland en zijne overzeesche bezittingen , en mogen niet dan mot uitdrukkelijke toestemming van HH. DD. 1111. de respectieve Bisschoppen, veranderd of gewijzigd worden.

De hiervoren omschreven statuten der Aartsbroederschap onder de benaming der Eeiewacht van het allerheiligst Hart van Jezus, worden en zijn hiermecie voor zoo ver ons Bisdom betreft, goedgekeurd.

Boermand 24 Maart 1881.

De Bisschop van Roermond J. A. Pareclis.

-ocr page 21-

JSJFJ^jSJTJZIS

waarmede de Aartsl roederschajj verrijkt is,

Algcmeene of Pauselijke Aflaten,

Aanmerkingen.

•I0. Voor alle hier opgenoemde volle aflaten wordt steeds, behalve de bijzondere vereischten, die bij elke-vergunning zijn aangegeven , biecht, communie en yehed tot intentie van Z. //. vereischt.

2°. Alle aflaten zijn toepasselijk op de zielen in het Vagevuur.

VERGUNNING VAN DEN 16 JUNI 1864.

EERSTE OPGA VE.

Volle Aflaten.

1o. Op den dag der inschrijving.

2o. Den eersten Vrijdag of den eersten Zondag der maand.

\'So. Op den feestdag van liet H. Hart of den Zondag daarop-volgende

4o. Op twee dagen van iedere maand, naar verkiezing.

5o. In het uur des doods mits men den Naam van Jezus, ten mintte met het hart, aanroepe.

Gedeeltelijke Aflaten.

1o. 6C daj-en vcor ieder godvruchtig werk, gedurende den dag verricht

2o. 7 jaren en 7 maal veertig dagen op de vier Zondagen , die het leest van hel H. Hart onmiddellijk voorafgaan.

Aanm. Om de aflaten dezer eerste opgave te verdienen moet men

1o. Ingeschreven zijn in de broederschap der Ferewacht.

2o. Mken dag podvruchtig ter e^re van het H. Hart bidden: het itOnze Vaderquot;, »Wees gegroetquot; en het w/fr getoof in God den Vader enz.quot; met het sr.hieigebed: bO zoet Hart van Jezus, maak dut ik U meer en meer beminne.quot;

Het DÜnze Vaderquot;, het »Wrees gegroetquot; en het b/7c gnloof in (ïodquot; enz idat men des morgens of des avonds gewoonlijk bidt, kan daarvoor dienen, mits het tot die meening geschiedt.

L

-ocr page 22-

— 10 —

TWEEDE OPGAVE. Volle Aflaten.

2 Febr. Maria-Zuiverin{_ quot;12 Maart. H. Giegorius. 19 Maart. H. Jozef.

quot;25 Maart. Maria-Boodschap Op Witten DondercUiiJ.

Op den eersten Paaschdag. Op ieder der zes Zondagen of zes Vrijdagen, die het feest van het H. Hart voorafgaan.

Hemelvaartsdag.

29 Juni. HH Petrus en Paulus. 15 Aug. Maria-Hemelvaart. 8 Sept. Mariii-Geboorte.

1 Nov. All»3!heiligen.

2 Nov. Allerzielen

K Dec. Onbe\\ h kteOnlvangenis. 25 Dec. Kerstmis,

27 Dec. H. Joann. Kvang.

Op de navolgende feestdagen:

• TTV.U.. k I .. .. i r. r/n .r IJ


Gedeeltkujkg Aflaten.

lo. 30 jaren en 30 maal veertig dajen op de navolgende feest- en andere, dagen:

Beloken Paschen.

25 April. H. Marcus.

De drie Kruisdagen.

» inksterzondag en op ieder der dagen van de Octaaf

26 Dec. H. - teplia nus.

\'27 Dec. H Joannes Evang. 28 Dec. HH. Onnoozele Kinderen.

1 Jan. Besnijdenis des Heereu.

•6 Jan. H. Driekoningen.

Op de Zondagen Septuagesima.

» Sexagesima.

» Quinquagesima,

Goeden Vrijdag.

Paaschzaterdag.

Op den 2q en 3n Paaschdag en Op de dagen van de Octaaf

2o. 25 jaren en 25 maal veertig dagen op Palmzondag. 3o. 15 jaren en 15 maal veertig dagen, op:

Aschwoensdag. , Daags voor Kerstmis.

Uen 4n Zondag in de Vasten. Kerstnacht en Den3n Zondag in den Advent, i in de H. Mis van den Dageraad. 4o 10 jaar en 10 maal 40 dagen op:

Den In. 2n en 4n Zondag in

den Advent. De Quatertemperdagen in December.

Alle overige Zondagen en dagen der vasten •Daags voor Pinksteren.

De Quatertemperdagen in September.

5o. 7 jaar en 7 maal veertig dagen voor hen , die eene novene houden ter voorbereiding van het feest van het H. Hart, iederen dag der novene te verdienen, — voor hen, die een dnedaagsche oefening voor ditzelfde feest houden , insgelijks iederen dag van deze drie te verdienen , — voor hen, die op de feesten der Alierh. Maagd en der Apostelen, waarop geen volle aflaat verleend is, communiceeren.

Aanm. Om de aflaten dezer tweede opgave te gewinnen moet men lo. Lid zijn der eerewacht. 2o Bezoeken de kerk der Broederschap, of een kerk of publieke kapel, welke ook. (Pius IX. 3 Aug. 1875). 1) 3o. Bidden tot intentie van Z. H. den Paus.

1) Bij wettige reden echter kin de Biechtvader dit bezoek in eeu of ander goed werk reranderen.

-ocr page 23-

Z. H. heeft vervolgens, om de devotie tot Maria te vermeerderen, aan alle leden der Aartsbroederschap ten eeuwigen dage verleend:

bÜU dagen aflaat, als zij des morgens, des middags en des avonds, drie malen ter eere der allerh. Drievuldigheid, voor de gunsten geschonken aan de H. Maatgt;d, bijzonderlijk vuor hare ten hemel opneming, herhalen : Eere zij den Vader, en den Zoon ■en den H. Geest, gelijk het was in den beginne en nu en •altijd en in alle eeuwen der eeuwen.

1UÜ dagen aflaat, zoo dikwijls zij dit driemalen herhalen.

Volle aflaat, eens in de maand op een dag naar \\erkie-zing, mits men gedurende den loop der maand, deze oefening driemaal daags onderhouden heeft, biecht en de H. Communie ontvangt.

VERGUNNING VAN 7 APRIL 18G5.

7 jaren en 7 maal veertig dagen, voor het uur der Eere-wacht van eiken d;»g, mits men het met rouwmoedig hart en volgens de wijze der Broederschap verricht, en daarenboven •eenijr gebed tot intentie van Z. H. stort.

iüO dagen, voor elk uur, dat men daarenboven op dezelfde •wij/e doorbrengt.

\'Volle aflaat, eens in de maand te verdienen onder de gewone voorwaarden, als men getrouw is geweest in het houden van zijn wachtuur.

VERGUNNING VAN 3 AUG. 1875.

Alle leden der Kerewacht kunnen\', zoo bij het verdienen van een aflaat het bezoek der Broederschapskerk of der kerk, waar men woont, is voorgeschreven, en zij zich om afwezi*.-ïieid in de onmogelijkheid hiertoe bevindenquot;, volstaan met eene kerk of publieke, bidplaats, welke ook, te bezoeken.

VERGUNNING VAN 13 JUNI 1876.

100 dagen voor de allerkostbaarste offerande (lange formule zie bl. 23) en

80 dagen voor de korte formule dier offerande (zie bl. 23.)

Placet ut publicentur f J. A. PARE DIS, EPUS Ruraem.

Bij eo ml ere of Msschoiiiielijke Aflaten.

Z. D. H. de aartsbisschop van Utrecht, heeft d^n 18 Nov, 187 2 voor zijn aartsbisdom den aflaat van het wachtuur vermeerderd met 40 da^en.

Hetzelfde deed Z. D. H. de bisschop van Roermond voor zijn bisdt-m den 24 Juni 1872.

Zoo ook Z. L). 11. de Bisschop van \'s Bosch voor zijn bisdom den 12 Augustus 1881.

-ocr page 24-

BIJZONDBEB

GEBEDEN EN OEFENINGEN

DER

J : i : 12 !•: A\\ . V CIIT-

I. Iiisclirijving iu de Eerewaclit.

gt;XJ/le inschrijving in de Aartsbroedersohap gescliiedt zooals iti de statuten is aangegeven, en daardoor quot;Vjci alleen is men reeds als lid aangenomen. Na de Hd inschrijving is het goed, ofschoon niet verplichtend, de opdracht te bidden, voorkomende op bladz.-19, en op dien dag ook te biechten en te communie te gaan, daar men alsdan eea vollen aflaat kan verdienen.

Ofschoon de enkele inschrijving voldoende is, om lid te zjjn der Eerewaclit, en deelachtig te worden aan de aflaten en voorrechten, is er voorzeker niets aangenamer aan het H. Hart van Jezus, niets ook dat den ijver levendiger houdt onder de leden, dan een plechtige en publieke opname in de Aartsbroederschap. Deze kan dan, als er nieuwe leden op te nemen zijn, bij een der oefeningen van den eersten Vrijdag of Zondag op de volgende wijze geschieden.

De nieuwe leden houden allen de medaille in hunne handen. De directeur, hetzij op den preekstoel, hetzij voor de communiebank staande, spreekt de volgends formule uit, terwijl hij tevens deze medailles zegent:

Ontvang het teeken

dcrBroederschap totbo-

Accipe fraternitatis ad coipo-

ris et animsc defensio-! scherming van lichaam

-ocr page 25-

— 19 —

nem, ut Cordis Jesu gratia ct ope Marisc Matris nostrsc, tetcrnam Beatitudlnem consequi mereans. In nomine Patris et Filii -j- et Spiritus-j-sancti. Amen.

en ziel, om door do genade van Jezus\' Hart en de hulp van onze Moeder Maria, de eeuwige gelukzaligheid to verwerven. In den naam des Vaders, en des Zoons, en des heiligen Geestes. Amen.


Daarna besproeit lijj de medailles met wijwater en, waar het gewoonte is ze aan een lint in de oefeningen te dragen, hangt ieder zich deze om.

Vervolgens knielt de Directeur neder, en spreekt in naam van allen het volgende gebed uit, dat een ieder in stilte niedebidt:

Opdracht.

Allerzoetste, beminnelijkste en teeder beminnende Jezus, ik N.N. neem heden vrijwillig en uit ganscher harte dienst in do Eerewacht van uw allerheiligst Hart. Ik wensch daardoor, zooveel in mijn vermogen is, uw aanbiddelijk Hart te verheerlijken, te beminnen en te vertroosten voor de nalatigheid en de ondankbaarheid der menschen. Ik beloof U, met de hulp uwer genade, gedurende het uur, dat ik tot mijn wacht-uur heb uitgekozen, immer getrouw op mijnen post van eer, liefde en vertroosting te zullen wezen. Amen.

Het zal ook zeer goed zijn, dit gebed jaarlijks op het hoofdfeest der liroederschap, hetzij afzonderlijk, hetzij te zamen te herhalen, ten einde alsdan zijne opdracht te vernieuwen.

-ocr page 26-

— 20 —

II. Het Wachtunr.

/SS/Jet waclituur is voor de leden der Eerewacht de VOjv geheele grondslag der Broederschap; dit is het in (ijf) der daad, waardoor zij werkelijk als leden optre-

T den, en waarvan zij de overvloedigste vruchten voor hunne zielen kunnen inoogsten.

Waarin dan bestaat dit waclituur?

In een uur, dat men zich bij de inschrijving uitkiest, en gedurende hetwelk men zich dagelijks in den geest en zonder zijne bezigheden te veranderen, als op wachtpost stelt bij het H. Hart, om daar dat goddelijk Hart ie heniitiuen, te verheerlijken en te troostten. Men draagt daartoe aan het H. Hart van Jezus alle gedachten, woorden, werken en moeielijk-heden op, en men zoekt in dat uur meer dan anders door schietgebeden niet Jezus\' allerbeminnelijkst Hart te spreken.

Dat aan dit uur aldus doorgebracht overvloedige gunsten zijn verbonden, en dat zij, die het een ge-ruimen tijd hebben gedaan, de heilzaamste vruchten hiervan hebben geplukt, wie zal dit ontkennen? Zou Hij, die beloofd heeft, dat een glas water in zijnen naam gegeven, zijn loon niet zal missen, minder vrijgevig zijn jegens die zielen, die gedurende den tijd van een uur zich beijveren den brandenden dorst te lesschen, die Hem kwelt? Zou Hij, die in dat Hart om liefde smeekt, aan hem, die ze geeft en voortdurend blijft geven, zijne gunsten weigeren? Zou Hij, die de gevraagde vertroosting voor de zonden en ondankbaarheid en onteeringen der wereld ontvangt, zijne vertroosting onttrekken? Voorzeker neen.

Elk lid der Eerewacht moet dan op dat bevoorrechte oogenblik met evenveel verlangen wachten als Jezus Christus zelf Die goede Meester weet, wie van zjjne getrouwen, bij het begin van elk uur, aan zijne voeten moet komen; zijn Hart wacht op hen met een heilig

-ocr page 27-

— 21 —

ongeduld der liefde, ziet verlangend naar hen uit en klopt van vreugde, als Hij ziet, dat zij getrouw hunnen wachtpost innemen. Iljj wacht daar met do handen vol genaden, en zoekt slechts om ze dan uit te deelen.

Maar welke zal dan wel de beste wijze zijn om dat uur heilig door te brengen ?

Nog eens, bepaalde voorschriften zijn niet gegeven, en derhalve, zoo wij hier eene wijze opgeven om het te verrichten, meene niemand, dat het juist aldus moet worden doorgebracht. Zoo men slechts het doel bereikt, dat voorgeschreven is, dan kan men dit op welke wijze ook verrichten. Ziehier echter, wat wij voor de beste wjjze houden;

Zoodra de klokslag het begin van het uur aangeeft, zal men, zoo men alleen is, een kruis maken, en zich in den yecat naar den Calvarieberg of naar den voet van den tabernakel begeven, en zich veroenigend met de Engelen en Heiligen in stilte de volgende Opdracht \') uitspreken :

Goddelijke Jezus, allerzoetste Zaligmaker, ik offer U mijn uur van Eerewaclit op, en verlang, gedurende dit uur, in vereeniging met de (hier noeme men de beschermers van zijn uur) a) U op geheel bijzondere wijze te beminnen, te verheerlijken maar vooral uw aanbiddelijk Hart door mijne liefde te troosten. Neem tot deze

1) Gaat dit mneielijk, dan wordt aangeraden deze opdracht des morgens bij het morgengebed te verr chten en ze thans met een enkel woord te vernieuwen.

Als beschermers der verschillende uren zijn in de Eerewacht aan-gt;

genomen :

12—1 uur.

De Allerheiligste Maagd

6—7 uur.

De Heerschappijen.

1 — 2 »

De H. Jozrf.

7 — 8 »

De Krachten.

2—3 n

De rechtvaardigen der

8—9 »

De Macht*n.

aarde.

9—10 »

De Vorstendommen

3—4 »

De Seraph ij nen.

10—11 »

De Aartsengelen.

4 — 5 o

De Chrrubijnen.

11-12 »

De Engelen.

3—6 »

De Tronen.

liceft men derhalve bijv. zijn wachtnur van 12—1 uur, dan zegt mea : in vereeniging met de Allerhêiligste Maagd:

-ocr page 28-

- 2\'2 —

meening al mijne gedachten, woorden, werken cn moeielijkheden aan; ontvang vooral mijn hart, dat ik U zonder voorbehoud wegschenk, terwijl ik U smeek, het te willen verteeren door het vuur uwer goddelijke liefde.

Als men aldus zijn waclituur begonnen heeft, zal men vervolgens meer dan ooit zijn best doen, aan de tegenwoordigheid van Jezus te denken. Men verricht zijne gewone bezigheden, maar onder den blik van dezen liefdevollen Meester,

Zoo nu en dan herinnere men zich de oneindige liefde van Jezus\'beminnelijk Hart, door aan het oogenblik te denken, waarop het zoo wreedaardig op het kruis doorstoken werd, of door in den geest zijne blikken op den Tabernakel te vestigen en te denken, hoe Jezus daar door zoovelen veracht, gehoond en verguisd wordt door de ondankbaarheid, d j zonden en de verlatenheid der menschen. Zoo zullen voortdurend korte akten van liefde uit ons hart opstijgen, en zullen wij dikwijls schietgebeden als deze herhalen :

Bemind zij overal het heilig Hart van Jezus!

(100 dngnn ajlaat, l\'ius IX. \'-3 Sept. 18G0).

Jesu, mitis et humilis] Jezus, zachtmoedig en

corde, fac cor rneum sicut Cor tiuim.

nederig van hart, maak mijn hart gelijk aan het uwe!

(30Ü daqiui o/ldal. Pius IX. 25 Jan. 1868.)

Zoet Hart van Jezus, maak dat ik U altoos meer en moer heminne !

(300 (lagrn aflaat. I\'ius IX. 26 Nov. 1876.)

O mijn Jezus, barmhartigheid! (100 dafjm a/laat. Pius IX. 26 Sept. 1846).

O allerbeminnelijkst Hart van Jezus, Gij zijt mijne kracht, mijn steun, mijne belooning, mijn

-ocr page 29-

— 23 —

heil, mijn toevlucht, mijn liefde on mijn al. {Gelnkz. Margar. Maria.)

O Hart van liefde, blijf\' bij mij en in mij . bestuur mij , red mij , en verander mij geheel cn al in U. (Gelukz. Margar. Maria.)

Laudatum, adoratum, | Het H. Hart van Je-amatum cum grati ani- [ zus , zij in alle taber-mi affectu sit Eucha- i nakelen der wereld elk risticum Cor Jesu singu-i oogcnblik tot aan de lis temporis momentis ! voleinding der eeuwen, in omnibus orbis tal)er- \\ met een innig gevoel «aculis usque ad consu- | van dankbaarheid gc-mationem sccculorum. loofd, aanbeden en be-Amen. i mind. Amen.

(100 dar/en aflaat. Pius IX. 29 Febr. 1808).

Heeft men zoo een gedeelte van liet uur doorgebracht, dan denke men vervolgens aan de arme zondaars en de beltovflwi der 11. Kerk. Men brenge daarvoor nu en dan een klein offer, bijv. men houde zijne nieuwsgierigheid een weinig togen, men onder-drukke een toornig woord, men bestrijde elke ongeregelde opwelling, enz. enz.

Maar ten slotte gedenke men vooral, dat wij gedurende het uur van Eerewacht offeraars met lezus Christus moeten zijn van die Goddelijk Bloed- en Waterstroomen, welke uit zijn doorwond Hart gevloeid zijn. Één druppel daarvan is voldoende , om werelden te ver\'ossen. Jezus vermag het; maar gewoonlijk maakt Hij den mensch niet zalig zonder den mensch. Daarom verlangt het goddelijk Hart, dat «Ik lid der Eerewacht met Hem medewerke, en met Hem dat Bloed en Water den hemelschen Vader aanbiede voor de hoosheden der wereld. Daarom moeten wij onopgemerkt, en al is het met een enkele gedachte, die opdracht doen. Daarom ons deze lange of korte »Allerl:o*lbaarsle Offerande\' eigen maken, en aan het einde van ons wachtuur bidden;

-ocr page 30-

— 24 —

Allerkostbaarste OfFerande,

Jezus, mijn allerbeminnelijkste en allerzacht-moedigste Zaligmaker, duld, dat ik U, en door U aan den eeuwigen Vader, het allerkostbaarst Bloed en Water opdraag, die gevloeid zijn uit de wonde, welke men in uw goddelijk Hart op den boom des kruises geslagen heeft, Gewaar-dig U de verdiensten van dit Bloed en dit Water toe te passen op al de zielen, maar in-het bijzonder op die der arme zondaars en op de mijne. Zuiver, hervorm en red alle men-schen door de hulp uwer verdiensten. Ja, sta ons toe, o Jezus, in uw allerbeminnelijkst Hart binnen te treden en daar voor altijd te wonen.

(100 dagen aflaat. Pius IX 13 Juni -1876.) of wel:

Heilige Vader, ontvang als zoenoffer voor de behoeften der H. Kerk en tot herstel voor de zonden der menschen, het allerkostbaarst Bloed en Water, die uit de wonde van Jezus\' goddelijk Hart gevloeid zijn , en wees ons barmhartig! Amen.

(80 dagen aflaat. Pius IX 13 Juni 1876.)

-ocr page 31-

— 25 —

III. Heiliging van den eersten Vrijdag-(of Zondag) der maand. \')

MORGENOEFENING.

Is hef van den Hoogw. Bisschop is toegestaan r VJjyJ gesohiede dozc morgenoefening met uitstelling-tórj. van het II. Sacrament.

\'■fe1 Zoodra alsdan het 11. Sacrament is uitgesteld, zinge men het » Vi\'iii Creatorquot; of\' een ander kerkelijk lied tot het Evangelie.

Daarna begint de priester op den predikstoel damp; voorbereidei.de akten tot de Communie, terwijl aan? het altaar het II. Misoffer wordt voortgezet.

Waar echter deze voorbereidende akten niet geschieden , verrichte ieder lid doze voor zich (men vindt daartoe geboden ofwel in die der H. Mis y bladz. 53, ofwel in die vóór en na de Communie op bladz. 74gt;. Intusschcn wordt door het koor, bijv. na de Consecratie, een of\' andere Latijnsche hymne of antiphoon gezongen. Men zie de hymne-van het II. Ilait op bladz 30 en 31.

Zoodra het oogenblik der Communie gekomen is r gaan allen op hun beurt de H. Communie ontvangen, waaronder opnieuw eenig kerkelijk lied gezongen wordt. Daarna verricht de priester op den predikstoel, eenc korte dankzegging, bidt met de leden eenigen tijd voor de belangen der Eerewacht, en eindigt na do 11 Mis met een der volgende gebeden. Waar echter die dankzegging niet geschiedt, bidt de Priester een dezer gebeden, na de Mis, aan den voet desaltaars.

1

De oefeningen, gebeden en jezangen hier aanjogeven kunnen naar-omstandigi.eden door de EE. HH. Directiurs gvwijzigd worden.

-ocr page 32-

— 26 —

In den naam des Vaders en des Zoons en •des H. Geestes. Amen.

O allerbeminnelijkst Hart van onzen Zaligmaker ! \'Gij zijt de zetel van alle deugden, de bron van allo genaden, de brandende vuuroven, waar alle heilige zielen van het vuur der goddelijke liefde ontvlamd worden; Gij zijt het voorwerp van Gods algeheel welbehagen ; het toevluchtsoord der bedroefden, de woning van alle zielen, die U liefhebben. O Hart, dat waardig zijt over ons te heersehen en al onze liefde te bezitten ! O Hart, uit liefde tot ons op het kruis door de lans geopend, maar nog meer gewond door onze zonden; sedert voortdurend op onze altaren verblijvend, gewond door de onteerende ondankbaarheid der menschen ! O Hart, dat ons allen zoo teederlijk liefhebt, maar zoo weinig wederliefde vindt, herstel die zoo groote ondankbaarheid door onze harten in eene vurige liefde tot U te ontvlammen. O, konden wij toch de geheele wereld doorloopen, om aan allen, de genaden, de zoetheden, de schatten te verhalen, die Gij verschaft aan hen, die U waarlijk beminnen ! Aanvaard ons verlangen, dat wij met U vereenigd thans uiten; wij zouden toch zoo gaarne alle harten zien branden voor U. O goddelijk Hart, wees onze troost in al ons lijden , onze rust bij onzen arbeid, onze vertroosting bij onze kwellingen, onze haven bij de stormen van dit leven. Wij wijden U heden ons lichaam, onze ziel, ons hart, onzen wil, ons leven, al onze gedachten, al onze gevoelens, al onze verlangens toe. Eeuwige Vader, wij o(leren U de zoo zuivere gevoelens van het H. Hart van

-ocr page 33-

— 27 —

Jezus : zoo Gij ook do mijne verwerpt, o die van Uwen Zoon, de Heiligheid zelve, kunt Gij niet verstooten; dat zij aanvullen, wat mij ontbreekt, dat zij mij aangenaam maken in uwe oogen. Amen.

{Of wel het volgende gebed;)

Eeuwige Vader! uw goddelijke Zoon heeft ons beloofd, dat Gij ons alle genaden zult schenken, welke wij U in zijnen Naam zullen vragen; vol vertrouwen in die belofte, smeeken wij U in den naam en door het Hart van Jezus, met wien wij allen thans vereenigd zijn, om de volgende genaden, welke wij tevens voor al onze medeleden der Eerewacht afsmeeken:

Wij vragen U opnieuw de vergiffenis van al de beleedigingen , welke wij U hebben aangedaan; wij zeggen het U nogmaals: zij zijn ons van harte leed; het spijt ons uwe oneindige Goedheid versmaad te zien. Liever willen wij duizendmaal sterven, dan U nog ooit te belee-digen.

Wij vragen U uw goddelijk licht, om de ijdel-heid der wereld en de voortreffelijkheid van het oneindig Goed, dat Gij\' zijt, te mogen kennen.

Wij vragen U uwe heilige lief Ie, om onthecht te worden van de schepselen en vooral van ons zeiven , om niets meer dan U en uw H. Wil te beminnen. Ontsteek toch in ons hart het vuur uwer liefde !

Wrij vragen U een onbeperkt vertrouwen in de oneindige verdiensten van het Hart van Jezus en in de bescherming van Maria.

Wij vragen U de volharding in uwe liefde.

-ocr page 34-

— 28 —

Gij kent, o Jezus, onze zwakheid en onzo ongetrouwheid. na zoovele beloften, welke wij U hadden gedaan. Als Gij ons niet aanhoudend\' bijstaat, dan zullen wij opnieuw het ongeluk hebben, uwe genade te verliezen. O goddelijk Hart van onzen Verlosser! laat niet toe, dat wij van U gescheiden worden. Wij maken het vaste voornemen, in allo bekoringen en noodwendigheden tot U onze toevlucht te nemen, en zijn verzekerd , dat Gij ons altijd zult bijstaan, als wij ons aan U aanbevelen; maar wij vreezeu dat wij zullen verwaarloozcn U aan te roepen, en dat deze nalatigheid de oorzaak zal worden van onzen ondergang. O eeuwige Vader! Wij bidden U door de liefde , welke Gij Jezus toedraagt, geef ons de genade van het gebod, dat is, de genade nooit op te houden U aan ta roepen, en immer te herhalen: »0 mijn Jezus, barmhartigheid! Zoet Hart van Jezus, wees mijne liefde! Maria, mijne Moeder, sta mij bij! Zoet Hart van Maria, wees mijne toevlucht I H. Jozef, vriend van het H. Hart, bid voor ons.

Daarna wordt het vTanlum ergo\'\' yezongen, en de zegen mei het A\'M rheitir/ste gegeven.

Na den zegen wordt donr allen te zamen aangeheven ;

A- do- ro- mus in ae- ter- num Sanc-tis- simum Aan bid-den wij in eeu-wigheid het allerheiligst

15:

Cor Je- au. Hart van Jezus.

-ocr page 35-

— 29 —

Twee voorzangers gaan

Laudate Dominum «omnes | gentes; laudate j eum ornnes populi.

Allen. Adoromnsetc.

Quoniam confirmata ■est super nos | miseri-•cordia ejus; et veritas Domini | manet in sternum.

Allen. Adoremusetc.

Gloria Patri et | filio, et Spiritui Sancto.

Allen. Adoremusetc.

Sicut erat in princi-pio | et nunc et semper, et in sx\'cula | ssoculo-rurn. Amen.

Allen. Adoremusetc.

door in den 5{1\'n kerktoon:

Looft den Heer alle alle geslachten; looft hem alle volken.

Aanbidden wij enz.

Want zijne barmhartigheid is over ons bevestigd ; en de waarheid des Heeren blijft in eoewigheid.

Aanbidden wij enz.

Eer zij den Vader en den Zoon en den H. Geest.

Aanbidden wij enz.

Gelijk \'t was in den beginne en nu en altijd, en in allo eeuwen der eeuwen. Amen.

Aanbidden wij enz.


Ook kan men desverkiezenda een der geestelijke liederen zingen.

-ocr page 36-

— 30 —

AVONDOEFENING

A Is het H. Sacrument ter aunbkhlivq is uitgesteld, kan men een anlifihuon of hymne Ier eere uan het H. Sacrament af een. der volycnde hifzungen \') zingen.\'

1quot;

B

Ha

B 4

1. Cor Ar-\'2. Te vut-

3. Quisnon

4. De- cus

ca 1c- gom con-li- nens, non ser-ne- ra- tuin Cha-ri- tas le- tu a- man-tem re- da-met, Quis non Pa- ren- ti et Fi- li- o, Sane- to-

1. yi- tu- tis ve- te- ris, sed gra- ti- ae, sed

2. pa- ten-ti vo- la- it; a- mo- ris in- vi-

3. re- deraptus di- 11- gat, et Corde in is- to

4. que sit Spi-ri- tu- i, qui-bus po-tes-tas,

BB*!

quot; «.

^ i k . ra fi

1. ve- ni- ae, sed et mi- se- ri- cor- di-ae.

2. si- bi- lis ut ve- ne- re- mur vul- ne-ra.

3. se- li- gat ae-ter- na ta- ber- na- cu-la!

4. glo-ri-a, regnum queinora- neestsai- cu-lum.

I) Dc vorlaliti? der eerste lofzang vindt men in Lied No 4.

Aan I eden . die niet nudezingen vordt aangeraden de gebeden gedurende het lof te verrichten. Zie blade 83.

of wel;

A-

ï

? quot;

±

S

-ocr page 37-

— 31 —

Bg B* ^

1. Auctor be- a te see- cu-li, Chris-te

2. A- mor co- ë- git te tu-us Mor-ta-

3. Perous-suinadhoo est lan- ce- a, pas- sum-

e

4. De cus Pa- renti, et Fi- li- o, Sanc-to-

üEz!

m : £kBjS! ^z.h-11quot;

1. Re- dcmptor o-

2. Ie cor- pus su-

3. que ad hoe est vul-

4. que sit Spi- ri-mnium la- men Pa-

me- re, Ut no- vus

ne- ra, ut nos la-

tu- i, qui-buspo-


dr

4-

1. tris dn lu- mi- ne, De- us- que ve- rus

2. A- dam red-de- res, Quodve- tus il- leabs-

3. va- ret sor- di- bus, un- da- fiu- en- te et

4. tes-tas, glo- ri- a, regnumquein omneest

1. de De- o

2. tu- le- rat.

3. san-gui-ne.

4. sae- cu- lum. A- men.

v. Ignem véni nuttere in

terram (Alleluja). R. Kt quid vólo, nisi ut aceendat ur. (Alleluja.)

Vuur ben ik komen brengen op aarde.

En wat wil ik, tenzij dat het ontstoken worde.


-ocr page 38-

LAAT ONS BIDDEN,

Maak, o Heer Jezus, dat wij met de deugden van uw allerheiligst Hart bekleed en door uwe liefde ontvlamd worden; opdat wij én gelijkvormig aan het beeld uwer goedheid, én deelachtig aan uwe verlossing ver-cula socculorum. dienen te worden. ■—- Die

R. Amen. leeft en heerscht door

alle eeuwen der eeuwen. Amen.

Daarna zingt men de Litanie van Loretto, of een antiphoon of lofzang ter eere der allerheiligste Maagd Maria, ofwel:

OREMUS.

Fac nos, Dorniue Josu, sanctissimi Cordis tui virtutibus indui et aflec-tibus inflamtnari: ut ot imagini tuae bonitatis conformcs, et tuae re-demptionis mereamur esse participes. Qui vivis et regnas in sajcula si:c-

\'■faL-li

¥

—1^quot;i:

SB

Sanc-ta Ma- ri a, Mater De- i, o- ra pro

-ocr page 39-

33

uobis pec- ca-to- ribus nunc, et in ho- ra

mor- tis nos- trae. A- men.

Dit word\'! driemalen herhaald. Duarna zinge men: v. Ora pro nobis, Sancta i liiii voor ons, heilige

DeiGenitrix.(Alleluja.) Moeder Gods. r. Ut di^ni efficiamur | Opdat wij waardig promissionibus Christi. worden de beloften van

(Alleluja.)

oremus. Grat\'arn tuam , qnaj-

Christus.

LAAT ONS BIDDEN\'.

Wij bidden U, Heer,

sumus Domine, menti- stort uwe genade bus nostris infunde , ut!onze harten, opdat wij, qui Angelo nuntianteIdle door de boodschap Christi Filii tui incarna-i des Engels, de mensch-tionem cognovimus, per wording van Christus, passionemejusetcrucem uwen Zoon, gekend adresurrectionis gloriarn !hebben, door zijn lijden perducamur. Per eum-|en kruis tot de glorie dem Clii\'istian Dominum kier verrijzenis mogen nostrum, u. Amen. gebracht worden. Door I denzelfden Christus on-\'zen Heer. Amen.

Divinum auxiliumma-neat semper nobiscum. r. Amen.

De goddelijke hulp blijve altijd met ons. Amen.


Daarna geschiedt de volgende oefening: de priester bidt luide, terwijl alle in stilte medebidden:

3

-ocr page 40-

— 34 —

In den naam des Vaders, enz.

Opoffering van. ]iet wachtnur.

Goddelijke Jezus, allerzoetste Zaligmaker, wij offeren U dit uur van Eerewacht op, en verlangen gedurende hetzelve in vereeniging met de Engelen en Heiligen des Hemels, en met de rechtvaardigen der aarde, U op geheel bijzondere wijze te beminnen, te verheerlijken, maar bovenal uw aanbiddelijk Hart door onze liefde te troosten. Neem, o lieve Jezus, tot deze mee-ning al onze gedachten , woorden , werken en moeielijkheden aan; ontvang vooral onze har-ton, welke wij U zonder voorbehoud geheel en al schenken, terwijl wij U dringend smeeken, deze te willen verteeren door het vuur uwer goddelijke liefde.

Bemind zij overal het H. Hart van Jezus!

Allen antwoorden:

Bemind zij overal het H. Hart van Jezus!

Gebed tot Maria.

O Maria, teederste en bedroefdste der moeders. door de onvergelijkelijke smart, welke gij gevoeldet naast het kruis, toen gij den soldaat uwen dierbaren Zoon zaagt naderen om zijn goddelijk Hart te doorsteken, bidden wij u om erbarming voor de ongelukkige zondaars. Gij toch zijt ook hunne voorspreekster, ook hunne Moeder. Verkrijg dan, o Maria, dat ook voor hen het bloed en water, welke toen uit dat goddelijk Hart van Jezus stroomden, niet vruchteloos gestort zijn. Verkrijg hun, door de oneindige verdiensten van Jezus\' hartelijden, eene ware en oprechte bekeering.

-ocr page 41-

— 35 —

Gezegende Maagd! middelares en medehelpster in het verlossingswerk! al onze hoop is op het Hart van Jezus en op u gevestigd. Verwerf allen eene teedere en innige godsvrucht tot dat H. Hart, en help gij zelve ze uitbreiden over •de geheelc wereld. — En ons, o Moeder, neem ■ons aan onder liet getal uwer dierbare kinde-ren; open ons het inwendige van Jezus\' Hart, verkrijg ons allen, naar zijn voorbeeld, een •diepe nederigheid en eene groote zachtmoedigheid. Amen.

Onze lieve Vrouw van het H. Hart,

Allen antwoorden:

Bescherm de Eerewacht.

Vnrunlqens staat dn Priester op, beveelt in de ge-heden der leden die personen en intenties aan, waarvoor ren gehed verzocht is, en bidt alsdan een Onze Vader en Wees gegroet. Ook zal het goed zijn alsdan Jiet ininwier op te geven van het lied, dat na het lol, zul gezongen worden. — Nu volgt de onderrichting of preek. — Bij het einde daarvan knielen allen neder en bidt men, terwijl de Priester voorbidt, de eerehoetc tot het H. Hart van Jezus. — Zoo het kan , zij daarbij hel II. Sacrament ter aanbidding uit-yesleld

Eereboete aan liet H. liart van. Jezus.

Goddelijke Zaligmaker, lieve Jezus! sla, bidden wij U, een barmhartig oog op de leden lt;ler Eerewacht, die vereenigd in denzelfden geest van geloof, herstel en liefde, hier voor uwe voeten nedergeknield, hunne ongetrouwheden, en die van de ongelukkige zondaren, hunne broeders, komen beweenen.

Mochten wij, om wille der eenparige en

-ocr page 42-

— 36 —

openbare beloften, welke wij gaan verrigtenr uw goddelijk Hart treilen, en uwe barmhartigheid verwerven zoo voor ons zeiven als voor de ongelukkige en schuldige wereld, en voor allen, die het geluk niet bezitten U te beminnen.

Ja, in de toekomst, wij allen beloven hetr zullen wij U don grootst mogelijken troost verschaffen.

Voor de nalatigheid en de ondankbaarheid dor menschen,

De aanwezigen : ZuUeu wij U troosten, o Heer l Voor uwe verlatenheid in het H. Sacrament, Voor de misdaden der zondaren.

Voor den haat der goddeloozen,

Voor de godslasteringen, welke men tegen

U uitbraakt.

Voor debeleedigingen, uwe Godheid aangedaan. Voor de heiligschennis, waardoor men uw

Sacrament van liefde onteert,

Voor de oneerbiedigheden, waaraan men zich in uwe goddelijke tegenwoordigheid schuldig maakt,

Voor het verraad, waarvan Gij het goddelijk

Slachtoffer zijt.

Voor de onverschilligheid van dc meeste uwer kinderen,

Voor de minachting uwer liefdevolle voorkomendheid ,

Voor de ongetrouwheden van hen, die zich

uwe vrienden noemen.

Voor het misbruik uwer genade.

Voor onze eigene ongetrouwheden.

Voor de onbegrijpelijke ongevoeligheid onzer harten,

-ocr page 43-

— 37 —

Voor onze langdurige traagheid om U te beminnen, zullen wij U troosten, o Heer!

Voor onze lafheid in uwen heiligen dienst,

zullen wij U troosten, o Heer!

Voor de hittere droefheid, waarin U het verlies der zielen dompelt, zullen wij ü troosten, o Hoer!

Voor uw lang wachten aan de deur onzer harten, zullen wij U troosten, o Heer!

Voor de heleedigende afwijzingen, waarmede men U overlaadt, zullen wij U troosten, o Heer! Voor uwe zuchten, zullen wij U troosten, o Heer! Voor uwe tranen, zullen wij U troosten, o Heer! Voor uwe gevangenschap van liefde, zullen wij

U troosten, o Heer!

Voor uwen marteldood van liefde, zullen wij U troosten, o Heer!

LAAT ONS BIDDEN.

O Jezus, goddelijke Verlosser, die uit uw H. Hart deze smartvolle klacht hebt laten hoo-ren: ygt;lk heb vertroosters gezocht, maar er geenen gevonden.quot; Gewaardig, bidden wij U, dit klein offer onzer vertroosting aan te nemen, en ons bij te staan door de hulp uwer genade, opdat wij in het vervolg zorgvuldig vluchten wat U mishaagt, en ons in alles, overal en altijd toonen uwe getrouwe en onderdanige kinderen. Dit vragen wij U door U zeiven, die God zijnde leeft en heerscht met den Vader en lt;len H. Geest, in de eeuwen der eeuwen. Amen.

Daarna wordt hel »Tantum errjnquot; gezongen en de ■zegen met het II. Sacrament gegeven.

-ocr page 44-

— 38 —

B

U«—■

- ^ . \'

Tan-tum er- go sa- cra-men- tum Ve- ne- ro-

Ee- ren wij dandiepge bo- gc.n Een zoo hei-Ge- ni- fo- ri Ge- ui- to- que Laus tt ju-

Lof den lader, on- ije- bo- ren, En zijn een-

quot;V* ■ \' ■

----f

■ ■-quot;-B quot;

mar eer- nu- i; Et an- ti- quum do- cu-

lig Sa- era-ment; Da oude schaduw is ver-bi- la- ti- o; Sa- lus ho- nor vir-tus ge- bo- ren Zoon, Lof van al- le ju- bel-

fi- des sup-ple-mentura Sen-su- um de- fee-tu-i. zin- ti en met verniogen\'t Worde door \'tgeloof gekend. den-ti ab u-tro- que Compar sit lau-da-ti-o. geest,al shun beschoren, Op hun éénen glorietroon.

^ -H-

A- men. A- men.

-ocr page 45-

39

Brood uit den hemel hebt Gij hun gegeven.

Dat alle geneugte in zich bevat.

laat oxs bidden. God , die ons onder het wonderbaar Sacrament de gedachtenis van uw lijden hebt nagelaten ; verleen ons, bidden wij U, de heilige ge-lieimem van uw lichaam en bloed zóó te veree-ren, dat wij de vrucht uwer verlossing gedurig in ons mogen gevoelen. Die leeft en lieerscht door alle eeuwen der eeuwen.

Amen.

Addat de zeyen met het Allerheiligste gegeven is, hidde men voor de ovrrledenc leden der Eereivacht één »Onze Vader en Wees gegroetquot; met:

v. Heer, schenk hun de eeuwige rust.

H. Het eeuwige licht verlichte hen.

v. Dat zij rusten in vrede.

r. Amen. \')

v. Pancm de cnulo praes-

titisti eis. (Alleluja.) R. Omne delectamén-tum in se habentem. (Alleluja.)

oremus.

Deus, qui nobis sub Sacramento mirabili passionis ture mernoriam reliquisti: tribue qute-sumus, ita nos corporis et sanguinis tui sacra mysteria venerari, ut redemptionis tu;c fruc-turn in nobis jugiter sentiamus. Qui vivis et regnas in saicula sie-cnlorum.

r. Amen.

Daarna zlnge men een der liederen hierachter voorkomende, waaronder, zoo het gebruikelijk is, de Trek-briefjes \') worden uitgereikt.

1) Waar liet gebruikelijk is. *orde ook de Engel des Heer en gebeden. Zie l»l. 50 en 61.) 2) Het is van den eersten beginne der Broedeff.hap, gewoonte geweest, derge ijke Maandliriefjes te trekken. Men vindt daarop

-ocr page 46-

— 40 —

111. Bezoek aan het Beeld van het H. Hart van Jezus.

Z. IT. Pius VI heeft aan alle geloovigen, die godvruchtig en met een rouwmoedig hart een beeld van het H. Hart van Jezus, in eene kerk of bidplaats •of op een altaar ter vereering uitgesteld. bezoeken, en eenige oogenblikken tot intentie van \'L. H. daar bidden, telken male een aflaat verleend van 7 jaar en 1 mnul wertir/ dai/fn (Rescr. \'2 Jan. quot;1799.gt; Deze beeltenis moot die van oen mensohelijk hart zijn, uitgedrukt op de borst van het Beeld des goddelijken Zaligmakers. iS. Congr. Indulg. I\'i Jan. •I8781.

Kik gebed derhalve gestort voor zulk een b \'eld is goed, doob het volgende is daartoe bijzonder ge-eigend.

TOEWIJDING VAN ZICH ZELVEN AAN HET H. HART VAN JEZUS.

Aanbiddelijk Hart van mijn goddelijken Verlosser, zie mij, die uitverkoren ben om tot uw Eerewacht te behooren, hier voor uw beeltenis neergeknield! O, ik ben besloten U altijd meer en meer te ecren , te beminnen, te troosten voor de ondankbaarheid en de oneer , welke U door de menschen worden aangedaan. Ik wijd U daarom too geheel mijn persoon en mijn

•de Oefening eenrr Deugd, een Svhietgebid en een Aflaatgched. De oefening, welke men trekt, tracht men eiken dag na te lezen . en roort-durend gedurende de maand in beoefening te brengen. Vooral is het goed, hij het wachluur daarop na te drnken. (iodvruchtige p Tronen gaan daarenboven op den dag. welken zij getrokken hebben , zoo het bun is toegestaan. Ie Communie, en kunnen alsdan, een vollen aflaat verdienen; want aan ieder is dit zelfs op twee dagen der maand naar Terkiezing, toegestaan. Men zie de lijst der aflaten. Eerste opgave 4°.

-ocr page 47-

— bi

leven , mijne handolingen, moeielijkheden en lijden, al wat ik ben en al wat ik bezit. Het is mijn vast en onherroepelijk besluit, om aan U, goddelijk en beminnelijk Hart van mijn Jezus, toe te behooren voor eeuwig. Derhalve verkies ik U tot eenig Voorwerp mijner liefde, tot Beschermer mijns levens, tot Waarborg mijner zaligheid, tot Kracht in mijne zwakheid, tot Troost in alle kruisen van dit leven. Ja, van nu af behoore mijn hart onverdeeld aan U, o Hart vol goddelijke liefde. Vernietig in mij alles wat aan U mishaagt, verbreek die banden der genegenheid voor de schepselen, en hecht mij zoo vast aan uw Hart, dat ik in eeuwigheid niet meer van U gescheiden worde. Zuiver, heilig en ontsteek mijn hart door het blakend vuur uwer liefde. Dan zal ik eeuwig gelukkig zijn. Amen.

Korte Opdracht.

Ik NN., om U mijne erkentelijkheid te too-nen, en alle mijne ongetrouwheden te hersfel-len, schenk U mijn hart en wijd mij geheel aan U toe, o mijne beminnelijke Jezus; en met uwe hulp neem ik mij voor niet meer te zondigen.

(300 daqr.n aft int, eem per dar/, doch als men deze opdracht voor een beeld van het H. Hart bidt. Pius VII. 9 Juni t800j.

-ocr page 48-

— 4\'2 —

IV. Novene ter eere van liet H. Hart.

Z. H. Pius VII. Tergunde bij Rescript van de H. Congr. der aflaten van den 13 Jan. 1818 aan allo geloovigen , die op welken tijd ook door het jaar, eene novene houden ter eere van het 11. Hart.

Een a/laat van 300 dagen op iederen dag.

Een volle a/laut op den dag, onmiddelijk volgende op de Novene, of op een dag van de octaaf daarvan, mits men na rouwmoedig gebiecht en gecommuniceerd te hebben, bidde voor de eendracht onder de Christen-voreten, de uitroeiing der ketterijen en de verheffing van onze Moeder de H. Kerk.

Een schoone novene vindt men aan het einde van dit Handboekje. Bladz 95.

Y. De maand Juni.

Z. H. Pius IX heeft aan alle geloovigen , die gedurende de maand Juni, ter eere van het allerheiligste Hart van Jezus gebeden en oefeningen van godsvrucht godvruchtig en niet een rouwmoedig hart, verrichten, verleend:

Een aflaat van 7 jaren, eens per dag.

Een vollen aflaat op één dag in die maand naar hun goedvinden, mits zij biechten, communiceeren en een kerk of publieke kapel bezoeken en daar tot intentie van Z. 11. godvruchtig bidden. (S. C. Indulg. 8 Mei -1873.)

Ten einde deze oefening eiken dag van de maand Juni voor de leden der Aartsbroederschap gemakkelijk te maken, is er voor hen een afzonderlijk werkje uitgegeven, getiteld: «Codvruihtige Oefenin-ijen voor lie leden der A a rlsbroi\'lt; h\'rscliap de Eereioacht van hel H. II \'rt van Jezus.quot; Her is verkrijgbaar aan den Hoofdzetel te Roermond, en verder bij alle Directeurs, Zelateurs en Zelatricen der Aartsbroederschap.

-ocr page 49-

-- 43 —

VI. Voorbereiding tot het feest van het H. Hart.

Zooals in do opgave der aflaten gemeld is, kunnen alle leden der Eerewacht, die een novene of een drie-daagsche orfeniuij voor den feestdag van het H. Hart houden, dagelijks 7 jaar en 7 maal veertig dagen aflaat verdienen. Bepaalde gebeden tot het houden dezer oefening zijn niet voorgeschreven. Men kan dus met e!k gebed, ter eere van het H. Hart tot die intentie gestort, volstaan. Bijzonder wordt echter de novene van den H. Alphongus Maria de Liguori aanbevolen , welke hierachter voorkomt. Zie bladz. 95.

Het moet voorzeker zeer aangeprezen worden, als deze novene in het openbaar in de broederschapsker-ken gehouden wordt. Daar het volgens onze synodale voorschriften geoorloofd is, gedurende de geheele Octaaf van H. Sacramentsdag Lof niet uitstelling van van het Allerheiligste te houden, bestaat daartoe dus eene zeer schoone gelegenheid, bijv.: door onder dit lof de oefeningen der Novene gezamenlijk met de leden te verrichten.

De novene begint op den vooiavoad van H. Sacramentsdag.

-ocr page 50-

— 44 —

Vil. Feest van het H. Hart.

Daar dit het grootste feest der Broederschap is, zullen de leden zich beijveren, dien dag of op den Zondag onder de Octaaf te Communie te gaan. Zoo mogelijk worden ook alsdan de twee oefeningen gehouden , en het Beeld van het H. Hart van Jezus gedurende de geheele Octaaf zoo prachtig mogelijk uitgesteld.

Bij eene der oefeningen worde, in plaats van het gebed na de Communie of der gewone Eereboete, de volgende plechtige toewijding gedaan;

Aanbiddelijk Hart van Jezus, verslonden door liefde voor de menschen en verteerd door den dorst naar hun heil; Hart, dat zoozeer bemint en zoo weinig bemind wordt; Hart, zoo liefderijk, zoo barmhartig en zoo teedcr, sta toe, dat wij , op dezen duizendvoudig gezegenden dag, nederig voor U knielen en U plechtig eerherstel doen voor al de beleedigingen , oneerbiedigheden, ontheiligingen en heiligschennissen, bedreven tegen het aanbiddelijk Sacrament onzer altaren.

Vergiffenis, Heer! voor de vergetelheid en ondankbaarheid der mensclien, voor de verlatenheid en onverschilligheid, waarmede zij uwe onmetelijke liefde vergelden!

Vergiffenis voor de arme zondaren!... Vergeet, Heer, onze ontelbare zonden, open uw allerheiligst Hart en laat daaruit, heden vooral, op ons stroomen van genaden, van ontferming en vergiffenis vloeien!

-ocr page 51-

— 45 —

Neem onze nederige en ootmoedige ecrbe-wijzing aan, door welke wij ieder uur alle be-leedigingen zouden willen herstellen, welke U zijn aangedaan.

Duld, o allerheiligst Hart, dat wij op dit plechtig feest ons geheel en al U toewijden dat wij onze harten geheel en al aan U ten ofler brengen. Konden wij U de harten van alle menschen der aarde aanbieden!

Wij smeeken de zegeningen van uw allerheiligst Hart af over dit bisdom en zijn Kerkvoogd, over alle priesters, maar in het bijzonder over den Paus en de geheele H. Kerk.

Bewaar ons, bescherm ons, verberg ons in uw allerheiligst Hart, totdat wij eenmaal in het hemelsche Vaderland, voor eeuwig rondom uw troon geschaard, met alle Engelen en Heiligen door alle eeuwigheid zullen herhalen: »Ecr en aanbidding, dank en liefde, eeuwige lof en vertroosting zij gebracht aan het zoo minnend en allerbeminnelijkst Hart van onzen goddelijken Verlosser Jezus Christus!quot; Amen.

-ocr page 52-

ALGEMEEHSTE

gebeden en oefeningen

VOOR DE LEDEN DEIl

i: i : 11 i: gt;a v c i ï rr. )

1. Jlorgenoefening.

oodra gij ontwaakt, verhef uw hart tot God, maak een kruis met gewijd water. 1) en draag a zeiven en alles, wat gij dien dag zult doen, aan het H. Hart van Jezus op.

Verricht onder het aankleeden eenige schietgebeaen, en kniel daarna neder en bid:

MORGENGEBED

(getrokken uit de werken van den H. Alptionsus.)

Mijn Heer en mijn God, ik geloof, dat Gij hier tegenwoordig zijt. Gij ziet en hoort mij. Ik aanbid U en bemin U uit geheel mijn hart.

Ik dank U voor al uwe weldaden en in het bijzonder, omdat Gij mij dozen nacht bewaard hebt.

1

Pius IX schonk den 23 Maart 1866 een aflaat v.m 100 dagen aan allen . die met een berouwvol hart een kruisteeken met wijwater maken, en den 28 Juli 1863 een aflaat van 50 dagen voor ieder kruis, dat meu met een berouwvol hart maakt.

-ocr page 53-

— 47 —

Alles, wat ik dezen dag doen of lijden moet, ofler ik U op; mijn lijden en mijne handelingen vereenig ik met die van Jezus en Maria, en alle aflaten waaraan ik deelachtig kan worden, wil ik verdienen.

Ik maak het voornemen, elke zonde te vluchten ; [hier herinnert men zich vooral die fout, ivaarin men het meest valt] en ik bid U, om de liefde van Jezus, mij de genade der volharding te geven.

Ik maak ook het voornemen mij in alle wederwaardigheden aan uwen H. wil te onderwerpen en te zeggen : Heer, uw wil geschiede!

O Jezus, ik stel mij in uwe H. Wonden, en cn verberg mij in uw H. Hart.

Zoet Hart van Jezus, maak dat ik U immer meer beminne!

(300 dagen aflaat. Pius IX. 26 Nov. 1876.)

Jezus zachtmoedig en ootmoedig van Hart maak mijn hart gelijk aan het uwe.

(300 dagen (ijlaal, eens per dag. Pius IX \'25 Jan. \'18CS.)

Zoet Hart van Maria, wees mijn Heil.

(300 dagen a/luit, Pius IX 30 Sept. 1852.)

H. Jozef, Vriend van het H. Hart, bid voor ons. (300 dagen afloat, eenu per dag. Pius IX. 3 Juni-1874.)

Engel Gods , mijn bewaarder , verlicht, bewaak , geleid en bestier mij, die door Gods liefde aan uwe zorg ben toevertrouwd. Amen.

(\'100 dagen ajlaut. Pius VI 2 Oct. 1795) \')

HIERNA BIDT MEN :

Onze Vader, Wees gegroet en de 12 artikelen des

1) Om deze vijf aflaten te verdienen is het noodig, dat men die schietgebeden bidt met godsvrucht en een rouwmoedig hart.

-ocr page 54-

ALGEMEEHSTE

gebeden en oefeningen

VOOR DE LEDEN DEIl

i: i : 11 i: gt;a v c i ï rr. )

1. Jlorgenoefening.

oodra gij ontwaakt, verhef uw hart tot God, maak een kruis met gewijd water. 1) en draag a zeiven en alles, wat gij dien dag zult doen, aan het H. Hart van Jezus op.

Verricht onder het aankleeden eenige schietgebeaen, en kniel daarna neder en bid:

MORGENGEBED

(getrokken uit de werken van den H. Alptionsus.)

Mijn Heer en mijn God, ik geloof, dat Gij hier tegenwoordig zijt. Gij ziet en hoort mij. Ik aanbid U en bemin U uit geheel mijn hart.

Ik dank U voor al uwe weldaden en in het bijzonder, omdat Gij mij dozen nacht bewaard hebt.

1

Pius IX schonk den 23 Maart 1866 een aflaat v.m 100 dagen aan allen . die met een berouwvol hart een kruisteeken met wijwater maken, en den 28 Juli 1863 een aflaat van 50 dagen voor ieder kruis, dat meu met een berouwvol hart maakt.

-ocr page 55-

— 47 —

Alles, wat ik dezen dag doen of lijden moet, ofler ik U op; mijn lijden en mijne handelingen vereenig ik met die van Jezus en Maria, en alle aflaten waaraan ik deelachtig kan worden, wil ik verdienen.

Ik maak het voornemen, elke zonde te vluchten ; [hier herinnert men zich vooral die fout, ivaarin men het meest valt] en ik bid U, om de liefde van Jezus, mij de genade der volharding te geven.

Ik maak ook het voornemen mij in alle wederwaardigheden aan uwen H. wil te onderwerpen en te zeggen : Heer, uw wil geschiede!

O Jezus, ik stel mij in uwe H. Wonden, en cn verberg mij in uw H. Hart.

Zoet Hart van Jezus, maak dat ik U immer meer beminne!

(300 dagen aflaat. Pius IX. 26 Nov. 1876.)

Jezus zachtmoedig en ootmoedig van Hart maak mijn hart gelijk aan het uwe.

(300 dagen (ijlaal, eens per dag. Pius IX \'25 Jan. \'18CS.)

Zoet Hart van Maria, wees mijn Heil.

(300 dagen a/luit, Pius IX 30 Sept. 1852.)

H. Jozef, Vriend van het H. Hart, bid voor ons. (300 dagen afloat, eenu per dag. Pius IX. 3 Juni-1874.)

Engel Gods , mijn bewaarder , verlicht, bewaak , geleid en bestier mij, die door Gods liefde aan uwe zorg ben toevertrouwd. Amen.

(\'100 dagen ajlaut. Pius VI 2 Oct. 1795) \')

HIERNA BIDT MEN :

Onze Vader, Wees gegroet en de 12 artikelen des

1) Om deze vijf aflaten te verdienen is het noodig, dat men die schietgebeden bidt met godsvrucht en een rouwmoedig hart.

-ocr page 56-

ALGEMEEHSTE

gebeden en oefeningen

VOOR DE LEDEN DEIl

i: i : 11 i: gt;a v c i ï rr. )

1. Jlorgenoefening.

oodra gij ontwaakt, verhef uw hart tot God, maak een kruis met gewijd water. 1) en draag a zeiven en alles, wat gij dien dag zult doen, aan het H. Hart van Jezus op.

Verricht onder het aankleeden eenige schietgebeaen, en kniel daarna neder en bid:

MORGENGEBED

(getrokken uit de werken van den H. Alptionsus.)

Mijn Heer en mijn God, ik geloof, dat Gij hier tegenwoordig zijt. Gij ziet en hoort mij. Ik aanbid U en bemin U uit geheel mijn hart.

Ik dank U voor al uwe weldaden en in het bijzonder, omdat Gij mij dozen nacht bewaard hebt.

1

Pius IX schonk den 23 Maart 1866 een aflaat v.m 100 dagen aan allen . die met een berouwvol hart een kruisteeken met wijwater maken, en den 28 Juli 1863 een aflaat van 50 dagen voor ieder kruis, dat meu met een berouwvol hart maakt.

-ocr page 57-

— 47 —

Alles, wat ik dezen dag doen of lijden moet, ofler ik U op; mijn lijden en mijne handelingen vereenig ik met die van Jezus en Maria, en alle aflaten waaraan ik deelachtig kan worden, wil ik verdienen.

Ik maak het voornemen, elke zonde te vluchten ; [hier herinnert men zich vooral die fout, ivaarin men het meest valt] en ik bid U, om de liefde van Jezus, mij de genade der volharding te geven.

Ik maak ook het voornemen mij in alle wederwaardigheden aan uwen H. wil te onderwerpen en te zeggen : Heer, uw wil geschiede!

O Jezus, ik stel mij in uwe H. Wonden, en cn verberg mij in uw H. Hart.

Zoet Hart van Jezus, maak dat ik U immer meer beminne!

(300 dagen aflaat. Pius IX. 26 Nov. 1876.)

Jezus zachtmoedig en ootmoedig van Hart maak mijn hart gelijk aan het uwe.

(300 dagen (ijlaal, eens per dag. Pius IX \'25 Jan. \'18CS.)

Zoet Hart van Maria, wees mijn Heil.

(300 dagen a/luit, Pius IX 30 Sept. 1852.)

H. Jozef, Vriend van het H. Hart, bid voor ons. (300 dagen afloat, eenu per dag. Pius IX. 3 Juni-1874.)

Engel Gods , mijn bewaarder , verlicht, bewaak , geleid en bestier mij, die door Gods liefde aan uwe zorg ben toevertrouwd. Amen.

(\'100 dagen ajlaut. Pius VI 2 Oct. 1795) \')

HIERNA BIDT MEN :

Onze Vader, Wees gegroet en de 12 artikelen des

1) Om deze vijf aflaten te verdienen is het noodig, dat men die schietgebeden bidt met godsvrucht en een rouwmoedig hart.

-ocr page 58-

feest der II. Drievuldigheid) aan het Verheug u enz.quot; is telkens eene aflaat van 100 dagen verbonden, als men deze gebeden n. 1. bidt des morgens, des middags en des avonds op het luiden van de bedeklok. Hierbij valt op te merken;

4. Men moet «De Emjel des Heerenquot; geknield bidden, uitgezonderd des Zaterdags avonds en den ye-heelen Zondag, dan n. 1. sfaande. Insgelijks immer staande het »Verheug u enz.quot;

2. Zij , die het » Verheug u enz.quot; niet uit \'t hoofd kennen, kunnen ook in den Paaschtijd volstaan met »/)r Engel des Heerenquot; te bidden.

3. Bevindt men zich op een plaats, waar men het luiden niet hoort, dan gewint men den aflaat ook, als men de bovengemelde gebeden bidt omstreeks-den tijd, dat er gewoonlijk geklept wordt.

lt;Bened. XIII 14 Sept. iTii. liened. XIV 20 April 1742. Pius VI 18 Maart 1781 .

2. Als de klok slant.

Maak het II. Kruisteeken en bid:

Bcmmd zij overal het H. Hart van Jezus!

3. Als men zich aan het werk begeeft.

Heer! ik offer U dit werk. Wees gegroet, enz.

4. Bij eene bekoring of in eenig gevaar.

Jezus, Maria, Jozef, helpt mij! H. Enge\',bewaarder ! sta mij bij!

5. Als men bemerkt een fout begaan te hebben.

O mijn God, het spijt mij , U beleedigd te hebben. Oneindige Goedheid, ik ben besloten het niet meer te doen.

-ocr page 59-

— 53 —

6. In tegenspoed.

Gods allerrechtvaanligste, allerhoogste en allerbeminnelijkste Wil gescliiede in alles, en zij in eeuwigheid boven alles geloofd en verheerlijkt.

(100 dagen aflaat. Pius VII 19 Mei 1818.)

7. ^4/s de 11. Communie naar een zieke gebracht wordt.

Tracht immer als getrouw lid der Eerewaclit, zoo de H. Communie aan een zieke gebracht wordt, het H. Sacrament te vergezellen. Is u dit om eene of andere reden onmogelijk, kniel dan, zoodra gij de schel hoort, neder, en bid een Onze Vader en een Wees gei/roet tot intentie van Z. II.; zoowel aan het vergezellen als aan deze laatste wijze van liefdebetoon hebben de Pausen aflaten verbonden.

Hf. Gebeden onder de H. Mis.

De groote H. Augustinus merkt op, als hij spreekt van het H. Altaarsacrament, dat de offerande der H. Mis bij God niet minder krachtdadig is dan het Offer, op het kruis opgedragen , toen het bloed en water uit do wonde van Jezus\' Hart vloeiden. Waarom? Omdat het Hart van een God daar door dezelfde offerande als op het kruis, doch op onbloedige wijze, aan zijn hemelschen Vader eeuwige glorie, eeuwigen dank voor zjjne weldaden jegens ons, en waardige, voldoening voor onze zonden schenkt; omdat het daar te zamen met ons bidt, en door de verdiensten van zijn Ijjden voor ons genaden afsmeekt. — In de H. Mis toont dus de Zaligmaker zoo overvloedig mogelijk de overmaat zijner liefde. Laten wij, als leden der Eerewacht, er op uit zyn die vol-

-ocr page 60-

feest der II. Drievuldigheid) aan het Verheug u enz.quot; is telkens eene aflaat van 100 dagen verbonden, als men deze gebeden n. 1. bidt des morgens, des middags en des avonds op het luiden van de bedeklok. Hierbij valt op te merken;

4. Men moet «De Emjel des Heerenquot; geknield bidden, uitgezonderd des Zaterdags avonds en den ye-heelen Zondag, dan n. 1. sfaande. Insgelijks immer staande het »Verheug u enz.quot;

2. Zij , die het » Verheug u enz.quot; niet uit \'t hoofd kennen, kunnen ook in den Paaschtijd volstaan met »/)r Engel des Heerenquot; te bidden.

3. Bevindt men zich op een plaats, waar men het luiden niet hoort, dan gewint men den aflaat ook, als men de bovengemelde gebeden bidt omstreeks-den tijd, dat er gewoonlijk geklept wordt.

lt;Bened. XIII 14 Sept. iTii. liened. XIV 20 April 1742. Pius VI 18 Maart 1781 .

2. Als de klok slant.

Maak het II. Kruisteeken en bid:

Bcmmd zij overal het H. Hart van Jezus!

3. Als men zich aan het werk begeeft.

Heer! ik offer U dit werk. Wees gegroet, enz.

4. Bij eene bekoring of in eenig gevaar.

Jezus, Maria, Jozef, helpt mij! H. Enge\',bewaarder ! sta mij bij!

5. Als men bemerkt een fout begaan te hebben.

O mijn God, het spijt mij , U beleedigd te hebben. Oneindige Goedheid, ik ben besloten het niet meer te doen.

-ocr page 61-

— 53 —

6. In tegenspoed.

Gods allerrechtvaanligste, allerhoogste en allerbeminnelijkste Wil gescliiede in alles, en zij in eeuwigheid boven alles geloofd en verheerlijkt.

(100 dagen aflaat. Pius VII 19 Mei 1818.)

7. ^4/s de 11. Communie naar een zieke gebracht wordt.

Tracht immer als getrouw lid der Eerewaclit, zoo de H. Communie aan een zieke gebracht wordt, het H. Sacrament te vergezellen. Is u dit om eene of andere reden onmogelijk, kniel dan, zoodra gij de schel hoort, neder, en bid een Onze Vader en een Wees gei/roet tot intentie van Z. II.; zoowel aan het vergezellen als aan deze laatste wijze van liefdebetoon hebben de Pausen aflaten verbonden.

Hf. Gebeden onder de H. Mis.

De groote H. Augustinus merkt op, als hij spreekt van het H. Altaarsacrament, dat de offerande der H. Mis bij God niet minder krachtdadig is dan het Offer, op het kruis opgedragen , toen het bloed en water uit do wonde van Jezus\' Hart vloeiden. Waarom? Omdat het Hart van een God daar door dezelfde offerande als op het kruis, doch op onbloedige wijze, aan zijn hemelschen Vader eeuwige glorie, eeuwigen dank voor zjjne weldaden jegens ons, en waardige, voldoening voor onze zonden schenkt; omdat het daar te zamen met ons bidt, en door de verdiensten van zijn Ijjden voor ons genaden afsmeekt. — In de H. Mis toont dus de Zaligmaker zoo overvloedig mogelijk de overmaat zijner liefde. Laten wij, als leden der Eerewacht, er op uit zyn die vol-

-ocr page 62-

— 56 —

Denk aan de ontzettende vernedering, luelhe daardoor het minnend Hart van Jezus tverd aangedaan, — maar herinner u ook dat, als gij de zonden begaat, gij ook Jezus verloochent! Zeg daarom tot Hem: Hart van mijn Jezus, ontferm U mijner, ontferm U mijner, ontferm ü mijner! Geef tranen aan mijne oogen, op-flat ik dag en nacht mijne zonden heweene. Amen.

Gloria ix exgelsis.

Terwijl, de engelen het goddelijk Hart van Jezus onophoudelijk prijzen en verheerlijken, tverd het door de Joden en de Romeinsche soldaten den ganschen nacht hespot, verguisd en vernederd.... O mijn ziel, help die oneer, het goddelijk Hart aangedaan, herstellen. Vereenig ii daarom met de engelen des hemels, en verheerlijk uw God in het schoone Gloria in exgelsis , herhaal met den priester: Eere zij God in den hooge, en vrede op aarde aan de menschen, die van goeden wille zijn. Wij loven U. Wij prijzen U. Wij aanbidden U. Wij verheerlijken U. Wij danken U om mve groote glorie. Heer God, Koning des Hemels, God Vader, Almachtige ! Heer Jezus Cliristus, eeniggeboren Zoon! Heer God, Lam Gods, Zoon des Vaders! Gij, die de zonden dor wereld wegneemt, noem ons nederig gebed aan! Gij, die zetelt aan de rechterhand des Vaders, ontferm U onzer! Want Gij alleen zijt heilig! Gij alleen de Heer! Gij alleen de Allerhoogste, Jezus Christus, met den H. Geest in de glorie van God den Vader. Amen.

-ocr page 63-

— 57 —

Epistel.

Jezvji hekent, dat Hij de Christus, de Zoon van den levenden God is, en de hoogeprisster

en de joden veroordeelen Hem ter dood____

Diezelfde veroordeeling geschiedt thans nog zoo dikwerf\' door de ongeloovigen, door de zondaars, misschien ook door u , die de zonden begaat. . . Smeek het il. Hart om genade ... bid: O mijn Jezus, barmlmrtiirhcid met de zondaars, met de ongeloovigen! O mijn Jezus, barmhartigheid met mijne arme ziel!

Evangelie.

Het hoek wordt omgedragen. De leer des Evangelies ging van de ondankbare Joden tot de Heidenen over. Verheeld u, hoe Jezus van Caiphas naar Pilatus tverd gebracht, en hoe Hij daar valscheljk beschuldigd werd.... Sta op , om te belijden , dat gij niet tot die beschuldigers wilt hehooren, maar leven wilt naar zijn H. Evangelie. Zeg aan hel Hart van Gods Zoon: O Jezus! ik zeg U duizendmaal dank, dat Gij mij het H. Evangelie van uw Woord verkondigd hebt en mij tot het H. Geloof hebt geroepen boven zoo veel duizenden, die deze genade niét ontvingen. Duizendmaal dank daarvoor. Ik betuig het U, ik zal voortaan boter naar dat woord luisteren, beter volgens de leer des Evangelies leven. Help mij daarin door uwe genade.

Credo.

Overdenk, hoe de Zoon van God van Pilatus naar Herodes werd gebracht, en hoi Hij daar

-ocr page 64-

— 56 —

Denk aan de ontzettende vernedering, luelhe daardoor het minnend Hart van Jezus tverd aangedaan, — maar herinner u ook dat, als gij de zonden begaat, gij ook Jezus verloochent! Zeg daarom tot Hem: Hart van mijn Jezus, ontferm U mijner, ontferm U mijner, ontferm ü mijner! Geef tranen aan mijne oogen, op-flat ik dag en nacht mijne zonden heweene. Amen.

Gloria ix exgelsis.

Terwijl, de engelen het goddelijk Hart van Jezus onophoudelijk prijzen en verheerlijken, tverd het door de Joden en de Romeinsche soldaten den ganschen nacht hespot, verguisd en vernederd.... O mijn ziel, help die oneer, het goddelijk Hart aangedaan, herstellen. Vereenig ii daarom met de engelen des hemels, en verheerlijk uw God in het schoone Gloria in exgelsis , herhaal met den priester: Eere zij God in den hooge, en vrede op aarde aan de menschen, die van goeden wille zijn. Wij loven U. Wij prijzen U. Wij aanbidden U. Wij verheerlijken U. Wij danken U om mve groote glorie. Heer God, Koning des Hemels, God Vader, Almachtige ! Heer Jezus Cliristus, eeniggeboren Zoon! Heer God, Lam Gods, Zoon des Vaders! Gij, die de zonden dor wereld wegneemt, noem ons nederig gebed aan! Gij, die zetelt aan de rechterhand des Vaders, ontferm U onzer! Want Gij alleen zijt heilig! Gij alleen de Heer! Gij alleen de Allerhoogste, Jezus Christus, met den H. Geest in de glorie van God den Vader. Amen.

-ocr page 65-

— 57 —

Epistel.

Jezvji hekent, dat Hij de Christus, de Zoon van den levenden God is, en de hoogeprisster

en de joden veroordeelen Hem ter dood____

Diezelfde veroordeeling geschiedt thans nog zoo dikwerf\' door de ongeloovigen, door de zondaars, misschien ook door u , die de zonden begaat. . . Smeek het il. Hart om genade ... bid: O mijn Jezus, barmlmrtiirhcid met de zondaars, met de ongeloovigen! O mijn Jezus, barmhartigheid met mijne arme ziel!

Evangelie.

Het hoek wordt omgedragen. De leer des Evangelies ging van de ondankbare Joden tot de Heidenen over. Verheeld u, hoe Jezus van Caiphas naar Pilatus tverd gebracht, en hoe Hij daar valscheljk beschuldigd werd.... Sta op , om te belijden , dat gij niet tot die beschuldigers wilt hehooren, maar leven wilt naar zijn H. Evangelie. Zeg aan hel Hart van Gods Zoon: O Jezus! ik zeg U duizendmaal dank, dat Gij mij het H. Evangelie van uw Woord verkondigd hebt en mij tot het H. Geloof hebt geroepen boven zoo veel duizenden, die deze genade niét ontvingen. Duizendmaal dank daarvoor. Ik betuig het U, ik zal voortaan boter naar dat woord luisteren, beter volgens de leer des Evangelies leven. Help mij daarin door uwe genade.

Credo.

Overdenk, hoe de Zoon van God van Pilatus naar Herodes werd gebracht, en hoi Hij daar

-ocr page 66-

— 60 —

Uw lichaam door de geeselstriemen geheel ■verscheurd, vol bloed en wonden. De zonden, en de zonden alleen hebben U zoo misvormd... Jezus, vergeef mij mijne zonden! In eeuwigheid geen zonden meer.

Prakfatie.

Be Joden roepen luide: DKnmig Hem! kruisig Hem!quot; en herhalen onophoudelijk dien moordkreet... Jezus wordt dan veroordeeld, en Hij gaat uit om gquot;kruist te worden... Voor dienzelfden Jezus moeten de Engelen en Heiligen nederknielen in den hemel. Vereenig u met hen, huig u in den geest neder en aanbid uw God en Heer. Zeg Hem:

Sanctus, Sanctu Sanctus Dominus Deus excercituum : plena est terra gloria tua.

Gloria Patri, gloria Filio, gloria Spiritui Sancto.

Heilig, Heilig, Heilig Heer, God der heir-scharen: de aarde is vol van uwe heerlijkheid.

Glorie zij den Vader, glorie den Zoon, glorie den H. Geest.

(100 daqen aflaat, eens per dag. Clemens XIV. 6 Juni 1769.)

Gebed voor de levenden.

Terwijl gij Jezus in den geest volgt op den weg naar Caluarie, bid en verzucht in stilte met den priester :

Mijn God! ik beveel U door de verdiensten van het H. Hart van Jezus, den Paus, alle Bischoppen, biechtvaders, predikers en priesters aan; schenk hun uwe overvloedige genaden, opdat zij met vrucht aau de za igheid der zielen werken.

-ocr page 67-

— 61 —

Ik beveel U mijne bloedverwanten, vrienden en vijanden, de leden der Eerewacht, de stervenden en alle geloovigen, die in staat van genade zijn; ik bid U , hun de volharding in uwe liefde te geven.

Ik beveel U de ongeloovigen, de ketters en de zondaren: verlicht en sterk hen, opdat allen U kennen en beminnen.

Kom, Heer .le/.^s, kom Gij op het altaar en schenk ons alle genaden, welke ik U afsmeek. Uw allerbeminnelijkst Hart kan ons niets weigeren.

Consecratie.

Overdenk, dat Jezus aan een kruis gehecht werd, van de aarde werd opgeheven en daar sterven moest tusschen twee moordenaars ...

, Door zijn lijden en dood verwief Hij ons barmhartigheid. Smeek Hem dan tot driemaal toe:

Bij de opheffing der //. Hostie.

Dulcissime Jesu, non sis mihi Judex, sed Salvator.

Allerzoetste Jezus, wees niet mijn Rechter maar mijn Zaligmaker.


(50 dagen aflaat. Pius IX. 11 Augustus 1851).

Jesus, Deus meus ,

super omnia amo te.

(50 dayen aflaat. Pius IX. 7 Mei 1851,)

Gebed voor de stervenden.

Jezus, mijn God, U bemin ik boven alles..

O aroedertierenstff

Jezus, beminnaar der zielen, ik smeek U door den doodsstrijd van uw allerheiligst Hart en

O clementissime Jesu, amator animarum , ob-secro te per agoniam Cordis tui Sanctissimi et per doloies Matris Tuic

-ocr page 68-

— 62 —

Immaculatoe lava in Sanguiiie Tuo poccato-res totius mundi nunc positos in agonia et 1 iodic morituros. Amen.

O clementissime Jesu, salus, vita, resurrectie nostra tu solus es. Te ergo qusesumus ne de-relinquas nos in angus-tüs et perturbationibus r.ostris, sed per agoniam cordis tui sanctissimi et per dolores Matr is tutc immaculatse, tuis famu-door do smarten van uwe Onbevlekte Moeder, wasch in uw bloed de zondaars der geheele wereld, die nu in doodsstrijd zijn en heden zullen sterven. Amen. Hart van Jezus, in doodsstrijd gekomen, outferm U over de stervenden.

Cor Jesu in agonia factum, miserere mo-rientium.

(100 dagen aflaat. Pius IX 52 Febr. Iamp;jO.)

Bij de opheffing van het 11. Bloed.

En ziet, toen Jezus daar hoog verheven hing op het kruis, vloeide zijn goddelijk Bloed uit zijne doorwonde handen en voelen, ja uit geheel zijn lichaam. Dat kostbaar Bloed smeekte den hemelschen Vader om barmhartigheid. Hij heeft door dat Bloed de wereld verlost. Offer dan met den Priester dat li. Bloed opnieuw den hemelschen Vader op:

Heraclsclie Vader, ik bied U het allerkostbaarst Bloed van Jezus Christus aan, tot voldoening voor mijne zonden en voor de behoeften der H. Kerk.

(100 dagen allaat. Pius VII. 22 Sept. 1817).

0 goedertierenste Jezus, Gij alleen z\'jt ons heil, ons leven, onze verrijzenis. U dan smee-ken wij, verlaat ons niet in onze kwellingen en benauwdheden, maar kom door dendoedsstrijd van uw allerheiligst Hart en door de smar-


-ocr page 69-

63 —

ten van uwe onbevlekte Moeder, uwen dienaren te hulp, die Gij door uw kostbaar bloed licbt vrijgekocht.

(iOO dagen aflaat, eens per dag. Pius IX. 0 Oct. 1870.)

Bij dat doorwonde Hart van Jezus stonden drie \'personen: Maria, de Moeder van Jezus, Joannes en Maria Magdalena. Zij ivaren de eerste Eerewacht, zij mochten de allereerste verdiensten op zich toegepast zien, zij zich zeiven met Jezus opofferen. Gij, leden der Eerewacht, die hij hetzelfde offer tegenwoordig zijt, vereenigt u met hen en draagt aan God DE ALLERKOSTBAARSTE OFFERANDE op: [Zie hladz. 24./ En ga dan verder:

Zie, o Heei\', Heilige Vader, uit uw Heiligdom en van uwe hooge hemelwoning neder, en aanschouw deze hoogheilige Offerande, welke U onz^ Hoogepriester, uw heilige Zoon, de Heer Jezus, voor de zonden zijner broeders opdraagt, en stil uwe gramschap over de menigte onzer boosheden. Zie de stem des Bloeds van onzen Broeder Jezus roept tot U van het kruis. Verhoor, Heer! word verzoend. Heer! let op ons smeeken en doe ons barmhartigheid; toef toch niet, mijn God, uwe eigen glorie is ermede gemoeid; want uw Naam is over deze stad, en over uw volk aangeroepen, en handel met ons volgens uwe barmhartigheid. Amen.

Dat Gij U gewaardigt deze stad te verdedigen, te bevredigen, te bewaken, te beschermen en te zegenen. Wij bidden U, verhoor ons. (iOO dagen aflaat. Pius IX. 4 Febr. IS??).

lis subveni, quos pre-tioso sanguine redemisti.

-ocr page 70-

64 —•

Wees immer ecuwig gedankt on gezegend, o Jezus, in het Sacrament uwer liefde. O liefde, allo hemelsche en aardsche liefde waardig! Door cene liefde zonder grenzen • vobr mij, ondankbaren zondaar, hebt Gij, o Jezus, U bekleed met onze menschelijke natuur, uw allerkostbaarst Bloed in uwe smartelijke geeseling gestort , en zijt Gij voor ons aller zaligheid gestorven op een schandelijk kruis. Verlicht door een levend geloof, smeek ik U thans met al tien aandrang mijner ziel, met al den gloed van mijn hart, allernederigst docr de oneindige verdiensten van uwe wreede smarten, mij moed en kracht te geven, om alle booze driften, welke mijn hart beheerschen , ten onder te brengen , U te zegenen bij mijne grootste droefheden, U te verheerlijken door de nauwkeurige vervulling van al mijne plichten, om elke zonde met den grootsten afschuw te haten en om mij ten slotte heilig te maken. Amen.

(100 dagen aflaat Pius IX. \'1 Jan. 186C).

Gebed voor de overledenen.

Toen Jezus aan het kruis hing, leed en slierf\' Hij niet slechts voor de levenden op aarde, maar Hij offerde zich ook op voor de zielen in het vagevuur. Ook deze moest Hij verlossen. Wal zal dan het Offer der 11. Mis, hetzelfde als van Calvarië, voordeelig zijn ook voor die arme zielen! Bid daarom, als de priester die zielen gedenkt, het volgende gebed:

Ik beveel U aan, o mijn God, de zielen mijner bloedverwanten, weldoeners, vrienden, vijanden en van hen , dio door mijne schuld in het vagevuur lijden. Ik beveel U de zielen aan

-ocr page 71-

— 65 —

uwer Evangelieverkondigers, der priesters eu vooral van hen, die voor mijne ziel hebben zorg gedragen.

Ik beveel U de zielen aan der overleden leden der Eerewacht, van hen, die eene bijzondere godsvrucht hadden tot het allerheiligst Hart van Jezus, tot zijn H. Altaarsacrament en bitter lijden en tot de H. Maagd Maria; voornamelijk beveel ik U ook aan, o God, de zielen van hen die het meest verlaten zijn, die het meest lijden, en die op het punt zijn den hemel binnen te gaan. Mogen zij allen rusten in vrede. Amen.

bu het »pater noster.quot;

Hoor, hoe Jezus van het kruis zijne zeven ivoorden spreekt, en trek er vrucht uit voor uwe ziel:

1. Vader! vergeef het hun, ivcdU zij weten niet wat zij doen!... O Jezus! ik vergeef uit liefde tot U alles, wat mij ooit misdaan is; ik leg allen haat en afkeer af, ik wil mijne vijanden beminnèn. Vergeef Gij ook mijne zonden, zij zijn mij van harte leed.

2. Heden zult gij met Mij wezen in het Paradijs... Ja, lieve Jezus, ook ons kome uw rijk, uw Paradijs eens toe... Wanneer zal ik komen en uw aanschijn aanschouwen?... Ik wensch ontbonden te worden en met U te zijn.

3. Vrouw, ziedaar uw zoon . . . zoon , ziedaar uw Moeder!... O Maria, Gij zijt dan mijne Moeder, ik uw kind ... Ik wil het altijd blijven, en stel mij onder uwe bescherming.

4. Afijn God, mijn God, waarom hebt Gij mij verlaten?... Jezuslief, wat was dat lijden

5

-ocr page 72-

— 66 —

van uw Hart groot op dat oogenblik! A.ls trouw lid der Eerewacht wil ik U nooit verlaten. Ach Heer, verlaat ook mij niet, maar sta mij altijd bij.

5. Ik heb dorst!... Jezus , Gij hebt dorst naar mijne liefde... Jezus, die mij altijd alles geeft, wat mij naar ziel en lichaam gelukkig kan maken, ik wil U eeuwig beminnen.

6. liet is volbracht!... Ja, goddelijk Hart van mijn Jezus, Gij hebt in alles den wil van uw hemelschen Vader volbracht. .. Geef, dat ook ik alle mijne plichten getrouw volbrenge, opdat ik eens op mijn sterfbed kunne zeggen: Hel is volbracht.

7. Vader, in uwe handen beveel ik mijnen Geest! Ja, hemelsche Vader, ik geef mij zeiven geheel aan U; ik geef TJ mijne ziel en mijn lichaam, mijn verstand, mijn geheugen, mijn wil en alles wat in mij is. Gij hebt mij alles gegeven, ik geefU alles terug. Geef mij slechts uwe liefde en uwe genade, dan ben ik rijk genoeg en verlang niets anders. Amen.

Agnus Dei.

En toen Jezus zijn laatste woord gesproken had, boog Hij het hoofd en stierf... Aan-whouw uw Jezus; zie hoe zijne armen wijd uitgestrekt zijn om u in liefde te ontvangen, zijn hoofd is naar de aarde gebogen, als wil Hij u den vredekus geven. O , verblijd u dan en bid tot dat goddelijk Lam, dat zich voor ons offert:

Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U onzer.

-ocr page 73-

— 67 —

Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U onzer.

Lam Gods, dat ■wegneemt de zonden der wereld, geef ons den vrede.

Bij de Communie.

Toen Jezus gestorven ivas, kwam een der soldaten naar het kruis, nam een speer, en doorstak de zijde van Jezus... En zie, uit dat goddelijk Hart vloeide Water en Bloed. Dat waren de zinnebeelden der goddelijke genade stroomen welke ons uit dat Hart zijn toegestroomd en nog toestroomen door de Sacramenten, in het bijzonder door het H. Sacrament des Altaars. Als gij dan het geluk hebt, thans met den priester te eommuniceeren, ga dan met een groot verlangen tot de 11. Tafel en vraag veel. Jezus\' Hart is almachtig, het kan u alles geven, Jezus1 Hart is algoed , het wil u alles geven, Jezus\' Hart is getrouw in zijne belofte, het zal u alles geven, wat het beloofd heeft.

Zoo gij niet communiceert, doe dan deze geestelijke Communie:

O mijn Jezus, ik geloof dat Gij in het H. Sacrament tegenwoordig zijt. Ik bemin U bovenal, on ik verlang U in mijne ziel te ontvangen. Maar dewijl ik dit thans niet werkelijk doen kan, zoo smeek ik U, ten minste op eene geestelijke wijze in mijn hart te komen. Zie, ik omhels U, als hadde ik U reeds werkelijk ontvangen, en ik vereenig mij geheel en al met U; laat niet toe, dat ik ooit van U gescheiden worde.

-ocr page 74-

— 66 —

van uw Hart groot op dat oogenblik! A.ls trouw lid der Eerewacht wil ik U nooit verlaten. Ach Heer, verlaat ook mij niet, maar sta mij altijd bij.

5. Ik heb dorst!... Jezus , Gij hebt dorst naar mijne liefde... Jezus, die mij altijd alles geeft, wat mij naar ziel en lichaam gelukkig kan maken, ik wil U eeuwig beminnen.

6. liet is volbracht!... Ja, goddelijk Hart van mijn Jezus, Gij hebt in alles den wil van uw hemelschen Vader volbracht. .. Geef, dat ook ik alle mijne plichten getrouw volbrenge, opdat ik eens op mijn sterfbed kunne zeggen: Hel is volbracht.

7. Vader, in uwe handen beveel ik mijnen Geest! Ja, hemelsche Vader, ik geef mij zeiven geheel aan U; ik geef TJ mijne ziel en mijn lichaam, mijn verstand, mijn geheugen, mijn wil en alles wat in mij is. Gij hebt mij alles gegeven, ik geefU alles terug. Geef mij slechts uwe liefde en uwe genade, dan ben ik rijk genoeg en verlang niets anders. Amen.

Agnus Dei.

En toen Jezus zijn laatste woord gesproken had, boog Hij het hoofd en stierf... Aan-whouw uw Jezus; zie hoe zijne armen wijd uitgestrekt zijn om u in liefde te ontvangen, zijn hoofd is naar de aarde gebogen, als wil Hij u den vredekus geven. O , verblijd u dan en bid tot dat goddelijk Lam, dat zich voor ons offert:

Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U onzer.

-ocr page 75-

— 67 —

Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U onzer.

Lam Gods, dat ■wegneemt de zonden der wereld, geef ons den vrede.

Bij de Communie.

Toen Jezus gestorven ivas, kwam een der soldaten naar het kruis, nam een speer, en doorstak de zijde van Jezus... En zie, uit dat goddelijk Hart vloeide Water en Bloed. Dat waren de zinnebeelden der goddelijke genade stroomen welke ons uit dat Hart zijn toegestroomd en nog toestroomen door de Sacramenten, in het bijzonder door het H. Sacrament des Altaars. Als gij dan het geluk hebt, thans met den priester te eommuniceeren, ga dan met een groot verlangen tot de 11. Tafel en vraag veel. Jezus\' Hart is almachtig, het kan u alles geven, Jezus1 Hart is algoed , het wil u alles geven, Jezus\' Hart is getrouw in zijne belofte, het zal u alles geven, wat het beloofd heeft.

Zoo gij niet communiceert, doe dan deze geestelijke Communie:

O mijn Jezus, ik geloof dat Gij in het H. Sacrament tegenwoordig zijt. Ik bemin U bovenal, on ik verlang U in mijne ziel te ontvangen. Maar dewijl ik dit thans niet werkelijk doen kan, zoo smeek ik U, ten minste op eene geestelijke wijze in mijn hart te komen. Zie, ik omhels U, als hadde ik U reeds werkelijk ontvangen, en ik vereenig mij geheel en al met U; laat niet toe, dat ik ooit van U gescheiden worde.

-ocr page 76-

— 66 —

van uw Hart groot op dat oogenblik! A.ls trouw lid der Eerewacht wil ik U nooit verlaten. Ach Heer, verlaat ook mij niet, maar sta mij altijd bij.

5. Ik heb dorst!... Jezus , Gij hebt dorst naar mijne liefde... Jezus, die mij altijd alles geeft, wat mij naar ziel en lichaam gelukkig kan maken, ik wil U eeuwig beminnen.

6. liet is volbracht!... Ja, goddelijk Hart van mijn Jezus, Gij hebt in alles den wil van uw hemelschen Vader volbracht. .. Geef, dat ook ik alle mijne plichten getrouw volbrenge, opdat ik eens op mijn sterfbed kunne zeggen: Hel is volbracht.

7. Vader, in uwe handen beveel ik mijnen Geest! Ja, hemelsche Vader, ik geef mij zeiven geheel aan U; ik geef TJ mijne ziel en mijn lichaam, mijn verstand, mijn geheugen, mijn wil en alles wat in mij is. Gij hebt mij alles gegeven, ik geefU alles terug. Geef mij slechts uwe liefde en uwe genade, dan ben ik rijk genoeg en verlang niets anders. Amen.

Agnus Dei.

En toen Jezus zijn laatste woord gesproken had, boog Hij het hoofd en stierf... Aan-whouw uw Jezus; zie hoe zijne armen wijd uitgestrekt zijn om u in liefde te ontvangen, zijn hoofd is naar de aarde gebogen, als wil Hij u den vredekus geven. O , verblijd u dan en bid tot dat goddelijk Lam, dat zich voor ons offert:

Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U onzer.

-ocr page 77-

— 67 —

Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U onzer.

Lam Gods, dat ■wegneemt de zonden der wereld, geef ons den vrede.

Bij de Communie.

Toen Jezus gestorven ivas, kwam een der soldaten naar het kruis, nam een speer, en doorstak de zijde van Jezus... En zie, uit dat goddelijk Hart vloeide Water en Bloed. Dat waren de zinnebeelden der goddelijke genade stroomen welke ons uit dat Hart zijn toegestroomd en nog toestroomen door de Sacramenten, in het bijzonder door het H. Sacrament des Altaars. Als gij dan het geluk hebt, thans met den priester te eommuniceeren, ga dan met een groot verlangen tot de 11. Tafel en vraag veel. Jezus\' Hart is almachtig, het kan u alles geven, Jezus1 Hart is algoed , het wil u alles geven, Jezus\' Hart is getrouw in zijne belofte, het zal u alles geven, wat het beloofd heeft.

Zoo gij niet communiceert, doe dan deze geestelijke Communie:

O mijn Jezus, ik geloof dat Gij in het H. Sacrament tegenwoordig zijt. Ik bemin U bovenal, on ik verlang U in mijne ziel te ontvangen. Maar dewijl ik dit thans niet werkelijk doen kan, zoo smeek ik U, ten minste op eene geestelijke wijze in mijn hart te komen. Zie, ik omhels U, als hadde ik U reeds werkelijk ontvangen, en ik vereenig mij geheel en al met U; laat niet toe, dat ik ooit van U gescheiden worde.

-ocr page 78-

— 72 —

voor mij veil harlt, zoo beleedigd heb. Lieve Jezus, in eeuwigheid geen zonde meer! Uw Hart wil ik beminnen, en daarom het niet meer doorsteken door de zonden.

Daarom neem ik mij vaste lijk voor, niet meer te zondigen , de gelegenheden te vluchten, te doen wat mijn biechtvader mij zal opleggen, ja liever te sterven dan U nog ooit te be-leedigen.

O Jezus, versmaad een nederig en berouwvol hart niet! O zoetste Jezus, wees niet mijn Rechter, maar mijn Zaligmaker! H.Maria, Moeder der barmhartigheid, kom mij te hulp voor den troon van God, en smeek voor mij om vergiffenis. Ja, gij zult mij die verwerven. Gij vermoogt alles op het Hart van uw Zoon.

Ga clan tot den Priester en kniel voor hem neder, alsof gij voor Christus ziiven, wiens plaats hij bekleed, nederknieldet.

IVa de SSieelit.

Goddelijk Hart van mijn Jezus! hoe groote dankbaarheid ben ik U niet schuldig! Ik hoop, dat Gij mij om de verdiensten van uw Bloed, mijne zonden vergeven hebt. Ik dank U daarvoor uit geheel mijn hart, ik brand van verlangen om uwe barmhartigheid dooi\' alle eeuwigheid te verheerlijken. Tot nu toe, o God, was ik uw verrader, ik zal voortaan uw dienaar m alles zijn. Ja, in het vervolg wil ik U niet meer verliesen; ik wil veranderen van leven, ik heb het beloofd aan de voeten van uw dienaar: ik zal getrouw zijn. Ik beloof U nogmaals de gelegenheden van zonden te vluchten,

-ocr page 79-

— 73 —

de middelen aan te wenden, welke mijn biechtvader mij heeft aangewezen, en den dood te quot;verkiezen boven de zonde.

Maar, o Jezus, Gij weet hoe zwak ik ben; geef mij toch de genade van U getrouw te blijven tot den dood en help mij , telkens als de duivel, de wereld of het vleesch mij tot de zonden aanlokken en bekooren, uit te roepen: Jezus, Maria en Jozef, staat mij bij. Zoet Hart van mijn Jezus, ik bemin U.

Maria, Moeder der volharding, op u stel ik al mijne hoop.

Neem nu nog eenmaal de vermaningen van den biechtvader goed ter harte; vernieuw uw besluit, ora deze getrouw op te volgen en bid daarna;

Hemelsche Vader, Gij hebt mij door de verdiensten van uw lieven Zoon Jezus Christus, weder als uw kind aangenomen. Zie , in ver-eeniging met de oneindige boete van uw Jezus, en de zoo overvloedige boetedoeningen der Heiligen, wil ook ik thans mijne boete volbrengen, welke de priester mij heeft opgelegd. Daarbij offer ik U tevens al mijne goede werken, welke ik ooit verricht, alle aflaten , die ik ooit verdiend heb, of zal verdienen. Mogen daardoor alle tijdelijke straffen worden uitgewischt, opdat ik geheel zuiver moge leven, en zóó ook eenmaal voor uw aangezicht verschijne.

Bid hierna, zoo u geen andere tijd is opgegeven, uwe penitentie.

-ocr page 80-

V. Gebeden vóór en na de Communie.

en lid der Eerewaclit behoort zóó te leven, dat hij dikwijls tot de Sacramenten kan naderen, want dan vooral leeft men in vereeni-ging met Jezus\' Hart, eert, bemint en vertroost men het. Het is toch zijn vuri^ verlangen, met de kinderen der menschen te zijn, en het verlangt er naar. zich aan de menschen als voedsel te geven.

Ga daarom zoo dikwijls, als uw geestelijke bestierder dit goedvindt, tot de H. Tafel. Verzuim vooral de maandelijks Communie nimmer , en zorg op den eersten Vrijdag of eersten Zondag immer trouw deel te nemen aan do Generale Communie der Eerewacht, daar waar deze gehouden wordt.

Maar ook telkenmale, als gij dat groote geluk, van hart aan hart met Jezus te zjjn in de H. Communie, geniet, worde uw geloof, uw vertrouwen, uwe liefde verlevendigd. Vol vurigheid moet gij naderen tot dat goddelijk Gastmaal , dat alle geneugten te boven gaat. Zorg daarom uw voorbereiding en dankzegging; immer goed te doen.

Gebedkn vóór de H. Communie.

Denk reeds den aiond te voren aan uw II. Communie, welke gij den volgenden dag gaat verrichten. Bereid u zeiven door een goede en oprechte Biecht voor, en ga te ruste niet de gidachte: Morgen komt Jezus in mij.

Zoodra ge ontwaakt, zult gij uw hart tot God verheffen en aan Jezus zeggen: »Koh, mijn Jtzis, kom, mijn ziel verlangt naak u1quot; Kleed u dan spoedig, doe vurig uw morgengebed, lee/eef u in stilte naar de kerk en kies een stille plaats uit, om u alleen bezig te houden met het heilig werk, dat gij gaat verrichten. Laar kunt gij alsdun de volgende akten bidden:

-ocr page 81-

Akte van Geloof.

O allerzaclitmocdigst en liefdevol Hart van mijn Jezus, ik mag dan dezen morgen tot uw allerheiligst Sacrament naderen, om mij te voeden met uw Lichaam en Bloed. Mijn Heer en mijn God, ja ik geloof dat vastelijk. Gij zijt hier wezenlijk , waarachtig , zelfstandig tegenwoordig onder de geringe gedaante van brood. O heilig Gastmaal, waarin Christus genuttigd wordt! O onuitsprekelijke liefdedaad! Jezus-komt tot mij, Jezus de Zoon van God, dien de hemelen niet kunnen bevatten, komt zich een woning kiezen in mijn arm , ellendig hart, ja nog meer. Hij wordt het voedsel mijner ziel onder de nietige gedaante van brood! Kan ik dit ontzettend wonder begrijpen? Neen, \'t is onmogelijk! Maar uw woord, o God, kan niet. falen, uw Hart kan mij niet bedriegen. Gij hebt het gezegd: «Neemt en eet, dit is mijn lichaam;quot; derhalve is het zoo en geloof en belijd ik, dat. Gij hier wezenlijk tegenwoordig zijt, en Gij U aan mij komt geven. O moest ik voor dit mijn. geloof mijn leven geven, ik zoude het gaarne-doen. In dit geloof wil ik leven en sterven.

Akte van Hoop. •quot; a \'

Goddelijk Hart, wat moet ik niet van U hopen, nu ik mij met U mag vereenigen en één met U worden ! «Vertrouwt slechtsquot;, zoo _ spraakt Gij tot zoo velen, toen Gij nog met \\ ons rondwandeldet en zij ontvingen duizendeH genaden. Lammen gingen\', blinden zagen, doo-ven hoorden, zieken werden gezond, ja doodetv

-ocr page 82-

— 70 —

stonden op om de hoop en het vertrouwen van hun bloedverwanten. — Wat mag ik dan niet verhopen, nu Gij in mijn hart komt, nu Gij •onder mijn dak wilt vertoeven? — \'t Is waar, ik ben een zondaar, maar de oneindige ver-■diensten van uw kruisdood zijn daar, om mijne zonden uit te wisschen; uw bloed heeft in ■de Biecht gestroomd over mijne ziel, en zij werd gezuiverd. Ja, ik mag dus hopen op U, -dat Gij mij nu ook door deze H. Communie tallooze genaden zult mededeelen. Want in uw H. Gastmaal wordt de ziel met. genaden vervuld : dat hebt Gij beloofd. En als God zijt Gij getrouw in uwe beloften. Ja, Heer Jezus, ik hoop dan op U. In eeuwigheid zal ik niet beschaamd worden. In deze hoop wil ik leven en sterven.

Akte van Liefde.

Goddelijk Hart van mijn Jezus, ik bemin TJ, maar ik bemin U veel te weinig. Uit liefde tot mij zijt Gij uit den hemel gekomen en geboren in een armen stal, uit liefde tot mij \'hebt Gij armoede en vervolging geleden, hebt Gij dertig jaren lang verborgen geleefd en gezwoegd in het zweet mvs aanschijn; uit liefde tot mij zijt Gij veracht en tegengesproken in uw openbaai- leven; uit liefde tot mij gaaft Gij zelfs uw leven in de vreeselijkste pijnen •op een schandelijk kruis. Ja, als ware dit nog niet genoeg, voedsel wordt Gij voor ons in het H. Sacrament des altaars. Liefdevol Hart, liebt Gij nog meer kunnen doen, dan hetgeen Gij gedaan hebt? — En dat voedsel van uw

-ocr page 83-

— 77 —

eigen Vlecsch en Bloed mag ik gaan ontvangen! O oneindige, o onbegrijpelijke liefdevan het H. Hart van Jezus! Een God in mij! Een God, de spijze mijner ziel! Jezus, vergun mij het te zeggen , Gij zijt dwaas van liefde voor mij! — O, zou ik U dan niet liefhebben, zou ik dan nog koud voor U willen blijven ? Neen, Jezus, nooit, nooit meer wil ik van U gescheiden worden. Ik bemin U, ik bemin U, ik bemin U. Hoe spijt het mij, U niet altijd bemind te hebben-Voortaan is mijn besluit genomen: in eeuwigheid geen zonden meer, ik wil U alleen beminnen én nu én de gansche eeuwigheid door-Oneindige goedheid van mijn God, ontvlam mijn koud gemoed, en leer mij steeds U meer en meer beminnen. Weg van mij, aardsche genegenheden! Jezus, de oneindige liefde zelve, komt zich aan mij geven. Ik wil Hem alleen beminnen.

Akte van Verlangen.

Goddelijk Hart van mijn Jezus, ik verlang naar U. Gelijk een hert naar de waterbronnen, zoo verlangt mijne ziel naar U, mijn eenig-Geluk, mijn Troost, mijn Wellust, mijn Voedsel. Kom , goddelijke Zaligmaker, plaats uw troon in mijn hart, om daar eeuwig te wonen-Kom , beminnelijk Hart van mijn Jezus, en laat mij als Joannes rusten, hart aan hart. O Jezus, mijn Heer, mijn God en mijn Al, ik geef U mijn hart en mijn ziel, ik wensch m eeuwige vereeniging met U te leven. — Ja mijne zifel verlangt naar U! — Maar wie ben?

-ocr page 84-

— 78 —

ik, dat ik zulke weldaad durf vragen, dat ik dit durf verlangen? Minnelijke Zaligmaker, ik beken het volgaarne, ik ben die genade niet waardig; maar uwe goedheid noodigt mij uit, uwe liefde dwingt mij. Daarom dan ook nader ik vol verlangen, daarom onbevreesd en vol vertrouwen. Kom, o Jezus, kom spoedig in mijn hart. — Hoe zoet is het, met U vereenigd te zijn en zóó te leven en te sterven! Kom, o goddelijk Hart, en vervul de vurige wen-schen van het mijne. Amen.

Als het oogenblik der Communie gekomen is, verwek dan nog, terwijl hel Confiteor geheden wordt, een akte van berouw, en zeg daarna met de diepste ootmoedigheid driemaal; «Hoer, ik ben niet waardig, dat Gij komt onder mijn dak , maar spreek gleohta één woord, en mijn ziel zal gezond worden.quot; Ga dan met de grootste zedigheid, de handen te zarnen en de oogen neergeslagen, tot de Communiebank en ontuang uw Jezus.

IVa de SI. Communie.

Als gij dan het H. Sacrament ontvangen hebt, moet gij vooral uw ziel voor Jezus Christus uitstorten , aanbid Hem, bedank Hem, klaag uw nood, verzoek zijne genade, offer u geheel aan Hem op. Het is niet noodig nu een boek te gebruiken, uiv eigen hart zegt u, wat gij Jezus moet bidden. Geef u dan over aan die stille gevoelens van uw hart, en blijf, zoolang gij kunt, aldus met Hem spreken. Daarna kunt gij de volgende gebeden doen.

Akte van Geloof.

Allerzoetste Jezus, Gij zijt in mij! Ik ben uw altaar genaderd, en Gij hebt mij gevoed

-ocr page 85-

— 79 —

met uw goddelijk Vleesch en Bloed. Ja nu leeft Gij in mij, en ik in U.

0 mijne ziel, vernieuw uw geloof en uwe liefde! Uw God, neergedaald in uw hart, rust er als op zijn hemelschen troon. Duizenden en duizenden engelen omringen u, en aanbidden sidderend in u hun Heer en hun God.

Ja, o Jezus, ik geloof het, ik belijd het, en daarom verban ik thans alle gedachten uit mijn hart, die niet voor U zijn; vol levendig geloof, diepe nederigheid en innige liefde wil ik dankbaar voor zulke onschatbare genade, U aanbidden.

Akte van Aanbidding.

Ik aanbid U, goddelijk Hart van mijn Jezus, waarlijk in mijn hart tegenwoordig. Ik aanbid U met die Engelen en Heiligen, die U omringen en vergezellen. Ik aanbid U met die duizenden hemelsche geesten, die, verstomd van bewondering op het gezicht van de vernietiging uwer goddelijke grootheid, hun gelaat met de vleugelen bedekken , en diep voor U nederval-len. Lieve Jezus, ik vereenig mij met die velen, en draag U hunne aanbidding op , vooral de aanbidding der allerheiligste Maagd, op den dag der menschwording, en later zoo dikwijls zij met U was, of U ontving in de II. Communie.

Ja , mijn lieve Jezus, ik aanbid met een levendig geloof, met den diepsten eerbied , uw Lichaam, uw Bloed, uwe Ziel, uwe Godheid, nc vooral uw allerbeminnelijkst Hart, want met dat alles zijt Gij in mij, en hebt Gij U aan mij geschonken.

-ocr page 86-

— 80 —

Engelen des Hemels, die God in zijne grootheid kent, en u verheugt in zijne glorie, looft en zegent mijnen Jezus voor mij in eeuwigheid.

Heiligen Gods, die God van aanschijn tot aanschijn aanschouwt, Hem eeuwig prijst,, looft en zegent mijnen Jezus voor mij in eeuwigheid.

Gij vooral, koningin des Hemels, Maria, mijne moeder, die uw Zoon in al zijne volmaaktheden zoo kent en verheerlijkt, loof en zegen mijnen Jezus voor mij in eeuwigheid.

Akte van Dankbaarheid.

Aanbiddelijk Hart van mijn Jezus, welken dank ben ik U niet verschuldigd! Het was U niet genoeg, mij van den eeuwigen dood en de hel te verlossen, door te sterven voor mij aan een kruis niet genoeg, - U dooi- het on-uitsprekelijkste aller wonderen dagelijks voor mij als slachtofi\'er, te geven; Gij hebt het voedsel mijner ziel willen worden, en U geheel en al aan mij gegeven. O heilige maaltijd, in welke Christus genuttigd wordt, de gedachtenis van zijn lijden gehouden, onze ziel met genaden vervuld, en ons een onderpand der toekomende glorie gegeven wordt! Wat zal ik U dan wedergeven, o heilig Hart van mijn .Tezus, voor al die schatten uwer goddelijke liefde, welke Gij mij geschonken hebt? — Dankbaar wil ik U zijn, eeuwig dankbaar, en U dit tooneo door daden. Daarom in eeuwigheid geen zonden meer! Neen, beminnelijk Hart van Jezus, geen zonden meer! — Ik ben besloten voortaan voor U al-

-ocr page 87-

— 81 —

leen te leven, en daarom zal ik alle gelegenheden tot zonden schuwen, en vooral wil ik letten op datgene, wat mijn biechtvader mij heeft voorgehouden, ijverig zijn in mijn godsdienstplichten, ijverig in mijne verplichtingen, als lid der Eerewacht. Ja Heer Jezus, uit dankbaarheid voor uwe liefde zal ik getrouwer zijn aan mijn wachtuur, en dan vooral uw zoo miskend Hart eeren, beminnen en vertroosten. — Heiligen des hemels, Engelen Gods, die het H. Hart van Jezus immer aanbiddend omringt, komt mij te hulp.

Akte van Vernedering en Opoffering.

O goede Jezus, o zoete Jezus, o allerbeminnelijkste Jezus, o Jezus, mijn eenig geluk en mijn eenige troost, hoe is het dan mogelijk, dat Gij U gewaardigd hebt tot mij te komen, en geen afschrik hebt gehad om neder te dalen in een hart, dat besmeurd is door zoo vele zonden.

Gezegend zij , o Jezus, uwe komst in mijn hart, en gezegend zij de goedheid uwer liefde, die U bewogen heeft, om mij, armen zondaar, met uw bezoek te vereeren. In de diepste nederigheid werp ik mij voor U neer, en kus uwe allerheiligste voeten, U uit geheel mijn hart vergiffenis vragend voor het gebrek aan godsvrucht, voor de verstrooidheid en de weinige liefde, waarmede ik U, mijn Heer en mijn God, ontvangen heb. O allergoedertierenste Jezus, schenk mij vergiffenis, vernietig door de kiacht van uw allerheiligsten dood ook deze ongerechtigheid , en gewaardig U aan te vullen,

6

-ocr page 88-

— 82 -

■wat aan de gesteltenis mijns harten ontbroken heeft.

Ik bid U vervolgens, wil deze H. Communie in uw hart aannemen, en die aan uwen he-melschen Vader opdragen, met al de liefde, waarmede Gij U zeiven aan het kruis hebt opgedragen.

En nu, o mijn goede Jezus, offier en geef ik U mijn alleronwaardigst hart, en bid U het te willen zuiveren in het kostbare water, dat de goddelijke Helde heeft doen vloeien uit de alleredelste roos van uw allerbeminnelijkst Hart; wil mijn hart ook versterken en het besproeien met den allerzoetsten wijn van het kostbaar bloed, dat de wijnpers van het kruis geperst heeft uit uw goddelijk Hart. Amen.

Zon de tijd het toelaat, zal men verder met vrucht verschillende gebeden bidden , voorkomende in dit handhockje, vooral: De Allerkostbaarste Offerande (bladz. 2i), het gebed: Eeuwige Vader (bladz. 27), Gebed voor het üeeld van liet H. Hart (bladz, 40), en verder cte gebeden voorkomende op bladz 68, na de Communie in de II. Mis. Men eindige met de volgende opdracht, welke men ook zeer goed eiken dag zal herhalen.

O Jezus\' Hart! o zoetste Bron!

O Hart mijns Gods! o reinste Zon!

U bid ik in den morgen,

U offer ik den ganschen dag,

Opdat hij heilig wezen mag,

Met al zijn leed en zorgen.

-ocr page 89-

— 83 —

Mijn bidden, werken, lijden, Heer! Leg ik in U als oll\'er neer,

Van \'t harte voor het Harte,

Opdat uw vlam, uw kruis, uw kroon, En de open wond, waarin ik woon. Mij redt van zonde en smarte.

O Hart van God,

Mijn zoetst genot,

Door \'t harte van uw Moeder, Aanvaard mijn hart.

Dat \'t uwe werd,

Mijn Heiland! (iod en Broeder!

VI. Gebeden gedurende het Lof, of bij een

bezoek aan het Allerh. Sacrament.

O wat zijn zij a!in het H. Hart van Jezus aangenaam, zij, die Hem dikwijls bezoeken en er hun vermaak in stellen , de wacht to houden bij dien H. Tabernakel, waar Jezus in zijn Sacrament rust! Godvruchtige ziel, gij in het bijzonder, die als lid der Eerewacht het II. Hart daar vooral moet verheerlijken, beminnen en troosten, verzuim toch geen enkelen dag, eenigen tijd aan de voeten van dat H. Sa-: crament door te brengen. O , welk een geneugte ia het, daar met dat goddelijk Hart zich te mogen onderhouden , gelijk oen vriend met zijnen vriend! — Maar laat ook niet na eiken dag een klein bezoek te brengen aan Maria, door wie God wil, dat alle genaden ons toevloeien, en aan den H. Jozef, den in-nigsten vriend van Jezus\' II. Hart.

gebed van voorbereiding.

Heer Jezus Chrittus, die oin de liefde, welke

-ocr page 90-

— 84 —

Gij den menschen toedraagt, dag en nacht, onder de gedaante van brood op onze altaren rust, terwijl Gij vol barmhartigheid en liefde, allen, die U komen bezoeken, afwacht, uitnoo-digt en ontvangt; ik geloof dat Gij in het Sacrament des altaars tegenwoordig zijt; ik aanbid U daar uit den afgrond van mijn niet, en ik bedank U voor alle genaden, welke Gij mij hebt bewezen, voornamelijk hiervoor, dat Gij mij U zeiven in dit heilig Sacrament geschonken, uwe allerheiligste Maria tot voorspreekster gegeven en mij geroepen hebt om U in deze kerk te bezoeken.

Ik groet dan in dit oogenblik uw allerheiligst Hart, en doe dit met een drievoudig doel; ten eerste, om U te bedanken voor deze kostbare gave; ten tweede, om de oneer te herstellen, welke Gij van alle uwe vijanden ir. dit H. Sacrament hebt ontvangen, en ten derde, om, door dit bezoek, U te aanbidden op al die plaatsen der wereld, waar Gij het minst vereerd en het meest verlaten zijt in uw Sacrament.

Mijn Jezus, ik bemin U uit geheel mijn hart. Het doet mij leed, dat ik uwe oneindige goedheid zoo dikwijls vergramd heb. Ik maak het voornemen, door uwe genade gesterkt, U niet meer te beleedigen in de toekomst; van dit oogenblik af wijd ik mij, hoe onwaardig ik ook ben , geheel en al aan U toe; ik verzaak aan mijn wil, aan mijne neigingen, aan mijne verlangens; ik geef U alles wat mij toebehoort. Doe voortaan met mij en met al het mijne, vat Gij wilt. Ik vraag U en ik verlang niets

-ocr page 91-

— 85 —

anders dan uwe heilige liefde, de volharding ten einde toe en de volmaakte vervulling van uwen heiligen wil. Ik beveel ü de zielen van het vagevuur aan en in het bijzonder haar, die het meest godvruchtig waren jegens uw H. Sacrament en jegens de allerheiligste Maagd Maria. Ik beveel U ook al de arme zondaars. Ik vereenig eindelijk, o mijn dierbare Verlosser, al de gevoelens van mijn hart met die van uw liefdevol Hart, en, zoo vereenigd, offer ik die op aan uwen eeuwigen Vader, Hem smeekende in uwen naam, die uit liefde tot U te willen aannemen en verhooren.

300 dacjen aflaat. Pius IX. 7 Sept. 1854.

BEZOEK. •)

O lieve Jezus, welk eene heerlijke vond uwer liefde was het, onder de nederige gedaante van brood bij de menschen uw verblijf te nemen, om aldus toegankelijk te wezen, voor al wie maar verlangt met U te spreken. Hij had wel groot gelijk de Profeet Isaias met te zeggen, dat men luid op en overal de liefdevonden van onzen goeden God zou vermelden.

O allerliefderijkst Hart van mijn Jezus! over-waardig zijt Gij alle harten te bezitten. O Hart van mijn Jezus, altijd brandend van de zuiverste liefde! o verslindend vuur, verteer in mij geheel en al den ouden mensch, vernieuw

1) Zij, die eiken dag een ander bozoolc verlangen te doen. raden wij aan daaitoe gebruik te maken van het «Gulden boekjequot; van den U. Alphon— sus ; Bezoeken bij het Allerheiligste Sacrament ; of ook van de Novene tar es re van het H Hart voorkomende op bladz. 85 en volgende.

-ocr page 92-

— 86 —

mij, en laat ik voortaan een nieuw leven leiden van liefde en genade! Vereenig inij zo» innig met U, lieve Jezus, dat ik nooit wederom van U gescheiden worde! O Hart van mijn Jezus, dat altijd open staat als een toevluchtsoord voor de zielen, neem ook mij op 1 O Hart, om de zonden der wereld zoo doorwond op het kruishout, verleen mij een oprecht berouw over mijne zonden! Ik weet, lieve Jezus, dat Gij mij in dit goddelijk Sacrament diezelfde liefde toedraagt, welke Gij voor mij hadt, toen Gij voor mij stierft op het kruis; groot daarom is uw verlangen om mij geheel en al met U te vereenigen. En zou ik dan nog langer kunnen weigeren aan dit verlangen te voldoen, en aan uwe liefde geheel mijn hart ten offer te brengen ? Ach , tref Gij dat hart, doorwond het, lieve Jezus, hecht, bind het aan U en vereenig het geheel met uw Hart! ik maak heden het vast besluit met den bijstand uwer genade, U de hoogst mogelijke voldoening te geven, door alle menschelijk opzicht met voeten te treden, en aan U op te offeren neigingen, vermaken, gemakken, alles in één woord, wat mij verhinderen kan volmaaktelijk aan U genoegen te geven. Help mij, lieve Jezus, dit mijn voornemen zoo getrouw na te leven, dat van dezen dag af al mijne gedachten , woorden en werken in alles overeenkomstig zijn aan uw goddelijk welbehagen. O liefde van mijn God, wees Gij het eenig voorwerp mijner liefde! En gij, o Maria, mijne hoop, gij die alles vermoogt bij God, verkrijg mij dooi\' uwe voorspraak de genade van tot aan mijnen dood toe getrouw te

-ocr page 93-

— 87 —

blijven aan de liefde voor het goddelijk Hart van Jezus. Amen.

schietgebed.

Liefdevol en getrouw Hart van Jezus, ontvlam mijn ellendig hart, opdat liet brande voor U, gelijk Gij brandt voor mij.

geestelijke communie.

Ik geloof, o lieve Jezus, dat Gij in het allerheiligste Sacrament tegenwoordig zijt. Ik bemin U, en verlang mij met U te vereenigen. Kom dan in mijn hart; ik omhels U; o verlaat mij nooit meer.

Aanbid hier Jezus eenige oogenblikken, als ware Hij werkelijk in uw hart tegenwoordig, en vraag Bern een of andgt;\'re bijzondere genade zoo voor u zeiven als voor anderen.

Begroeting van Maria.

O zondaar, roept de gelukzalige Bernardinus de Bustis uit, wanhoop niet, maar neem uwe toevlucht tot die verhevene Koningin, mot het vaste vertrouwen van verhoord te zullen worden ; gij zult haar vinden de handen vol barmhartigheid en genaden. Wees overtuigd, dat die medelijdende Koningin meer verlangt u goed te doen dan gij hare hulp verlangt. — Wees dan gegroet, eerbiedwaardige Vredekoningin, allerheiligste Moeder Gods, bewerk door het allerheiligst Hart van Jezus, den Vorst des vredes, dat zijn toorn bedare, en Hij over ons in vrede heersche. Gedenk, o allergoedertierenste Maagd Maria, hoe het nooit gehoord is, dat iemand,, die uwe voorspraak inriep , door U verlaten is

-ocr page 94-

— 88 —

geworden. Aangemoedigd door dit vertrouwen, snel ik tot U, Moeder des eeuwigen Woords, versmaad mijne gebeden niet, maar neem ze genadig aan en verhoor ze, o goedertierene, o zoete Maagd Maria.

(300 dagen aflaat. Pius IX. 23 Sept. 18i6).

ScFIIETGEBED.

Maria, Moeder Gods, bid Jezus voor mij.

Gebed.

Tot U, o allerheiligste en onbevlekte Maagd, en mijne Moeder Maria, tot \'U, de Moeder mijns Zaligmakers, de Koningin der wereld, do Voorspreekster, de Hoop en de Toevlucht der zondaars, neem ik, de ellendigste van allen, op dit oogenbük mijne toevlucht. Met den diepsten eerbied kniel ik voor U neder, o groote Koningin, en ik bedank U voor alle genaden, die Gij mij tot nog toe hebt verworven, en voornamelijk hiervoor, dat Gij mij van de hel, zoo dikwijls door mij verdiend, bevrijd hebt. Ik bemin IJ, mijne allerbeminnelijkste Meesteres, en om die liefde, beloof ik U altijd te zullen dienen en zooveel in mijn vermogen is te maken, dat ook anderen U beminnen en dienen. O Moeder der barmhartigheid! op U stel ik mijn hoop, al mijn behoud; neem mij aan, ik smeek er U om , als uwen dienaar, en verberg mij onder uwen mantel. Eu daar Gij zoo machtig zijt bij God, bevrijd mij van alle bekoringen, of wel verkrijg voor mij de noodige krachten, om tot aan mijn dood toe die alle te overwinnen. Van U vraag ik eene ware liefde tot Jezus Christus; van U hoop ik de genade van eenen

-ocr page 95-

— 89 —

goeden dood te sterven. O geliefde Moeder, bij de liefde, welke Gij aan God toedraagt, smeek ik U, mij altijd uwen bijstand te verleenen, maar voornamelijk in dc laatste oogenblikken van mijn leven. Verlaat mij niet, voordat Gij mij gelukzalig ziet in den hemel, waar ik U zegenen, en uwe barmliartigheden zal prijzen in alle eeuwigheid. Zoo hoop ik, zoo zij het! Amen.

(3U0 dagen aflaat. Pius IX. 7 Sept. 1854.)

Begroeting van den H. Jozef.

H. Jozef, Beschermer en Vader der maagden, aan wiens getrouwe bescherming Christus Jezus,. de Onschuld zelve, en de Maagd der maagden, Maria, zijn toevertrouwd geweest, ik smeek en bezweer u door Jezus en Maria, die twee allerdierbaarste panden, behoed mij voor alle onreinheid, en maak dat ik met een onbesmetten geest, een zuiver hart en een kuisch lichaam, Jezus en Maria ten allen tijde allerzuiverst diene. Amen.

(-100 dagen aflaat eens per dag.\' Pius IX. 4 Febr. •1877.)

VIL Avondgebed.

Groote God! ik bedank U voor alle ontvangen weldaden, voor alle gunsten en genaden, welke Gij mij heden verleend hebt; en in het bijzonder, dat Gij mij dezen dag bewaard hebt. Ik smeek U, mij ook dezen nacht voor alle kwaad te behoeden. Ik ga rusten om U te behagen. Elke ademhaling geschiede om U ta beminnen, te prijzen en te dienen, gelijk de Heiligen in den hemel dit doen!

-ocr page 96-

— 90 —

Kom heilige Geest, verlicht mijn verstand om mijne zonden, fouten en gebreken te kennen, welke ik heden begaan heb, en geef mij de genade, er een oprecht berouw over te hebben.

Onderzoek hier eenige oogenbükken uw geweten.

Daarna bidt men de akten van geloof, hoop, liefde \') en berouw.

Kyrie, eleison.

Christe, eleison. % rie, eleison.

Christe, audi nos. Christe, exaudi nos. Pater de coelis Deus,

miserere nobis.

Fili Redemptor mundi g Deus, V1\'

Spiritus Sancte Deus, 3 Sancta Trinitas unus 3-Deus, f°\'

Sancta Maria, ora pro nobis,

Sancta Dei Genitrix, 2 Sancta Virgo Virgi- ^ num, g

Mater Christi, B Mater divinae gratia;,

Heer, ontferm U onzer. \'\')

Christus, ontf. U onzer. Heer, ontf. U onzer. Christus, hoor ons. Christus, verhoor ons. God, hemelsche Vader,

ontferm U onzer. God Zoon , Verlosser §

der wereld,

God H. Geest, c; H. Drievuldigheid, één o God, S

H. Maria, bid voor ons.

H. Moeder Gods , St H. Maagd der Maag- ^ den, o

Moeder van Christus, ° Moeder der godde- o lijke genade, S


-ocr page 97-

— 91 —

Mater purissima, ora

pro nobis.

Mater castissima,

Mater inviolata,

Mater intemerata, Mater amabilis,

Mater admirabilis, Mater Creatoris,

Mater Salvatoris,

Virgo prudentissima,

Virgo veneranda,

Virgo prsedicanda, Virgo potens ,

Virgo clemens, S. Virgo fidelis, 53

Speculum justitias,

Sedes sapientiee,

Causa nostrae lajtitise, Squot;

Vas spirituale, Vas honorabile, Vas insigne devotio-

nis,

Rosa mystica,

Turris Davidica,

Tunis eburnca,

Domus aurea,

Foederis area,

Janua coeli,

Stella matutina,

Salus infirmorum, Refugium pcc( atorum,

Allerreinste Moeder, bid

voor ons. Allerzuiverste Moeder, Ongeschonden Moeder, Onbevlekte Moeder, Beminnelijke Moeder, Wonderbare Moeder, Moeder des Scheppers, Moeder des Zaligmakers^ Allervoorzichtigste

Maagd,

Eerwaardige Maagd, Lofwaardige Maagd, Machtige Maagd, Goedertierene Maagd, St Getrouwe Maagd, Spiegel der gerech- ö tigheid, ^

Zetel der wijsheid, g. Oorzaak onzer blijd-

schap.

Geestelijk Vat, Eerwaardig Vat, Uitstekend Vat van

devotie, Geheimzinnige Roos, Toren van David, Ivoren toren.

Gulden huis.

Ark des verbonds,

Deur des hemels, Morgenster,

Behoud der kranken. Toevlucht der zondaars.


-ocr page 98-

— 92 —

■Consolatrix afflictorum,

ora pro nobis. Auxilium Cliristiano-

rum,

Regina Angelorum, Regina Patriarcharum,

O

Regina Prophetarum,^ Regina Apostolorum, | Regina Martyrum, „

O

O-

Regina Confessorum, Squot; Regina Virginum, Regina Sanctorum

omnium,

Regina sine labe ori-

ginali concepta, Regina Sacratissixni Rosarii,

Agnus Dei, qui tollis peccata mundi, paree nobis, Domine,

Agnus Dei etc. exaudi

nos, Domine.

Agnus Dei etc. miserere

nobis.

Christe, audi nos. Christe, exaudi nos.

Ant. Sub tuum presidium confugimus, sancta Dei Genitrix, nostras deprecationes ne despi-

Troosteres der bedrukten, bid voor ons. Hulp der Christenen,

Koningin dor Engelen, Koningin der Patriarchen,

Koningin d. Profeten, ^ Koningind.Apostelen, o Koningin der Marte- ?

laren, g

Koningin d. Belijders, 7\' Koningind. Maagden, Koningin van alle Heiligen,

Koningin zonder erf-

smet ontvangen, Koningin van den allerheiligsten Rozenkrans,

Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, spaar ons , Heer.

Lam Gods, enz. verhoor

ons. Heer.

Lam Gods, enz. ontferm

U onzer.

Christus, hoor ons. Christus, verhoor ons.

Onder uwe bescherming nemen wij onze toevlucht, o heilige Moeder Gods! verstoot onze


-ocr page 99-

— 93 —

cias in nccessitatibus nostris, sed a periculis cunctis libera nos semper , Virgo gloriosa et benedicta.

v. Ora pro nobis, sancta Dei Genitrix.

r. Ut digni efficiamur promissionibus Christi.

oremus.

Concede nos famulos tuos, qusesumus, Domi-ne Deus, perpetua mentis et corporis sanitate gaudere, et gloriosa beataï Mariae semper Virginis intercessione, a prajsenti liberari tiisti-tia et Ecterna perfrui isetitia. Per Christum Dominum nostrum.

r. Amen.

gebeden niet in onzen nood , maar verlos ons altijd van alle gevaren, o glorierijke en gezegende Maagd.

v. Bid voor ons, o H. Moeder Gods.

r. Opdat wij waardig worden de beloften van Christus.

laat ons bidden.

Wij bidden U, o Heer onze God, geef dat wij, uwe dienaren, eene altijddurende gezondheid naar ziel en naar lichaam mogen genieten, en door de glorierijke voorspraak der gelukzalige Maria altijd Maagd, van de tegenwoordige droefheid bevrijd, tot de eeuwige vreugde mogen geraken. Door Christus onzen Heer. Amen.-


Gebed om een zaligen dood.

O Maria, zonder vlek ontvangen, bid voor ons, die onze toevlucht tot U nemen; o toevlucht der zondaars, Moeder der stervenden, verlaat ons niet in het uur van onzen dood, maar verwerf ons eene volmaakte droefheid, een oprecht berouw en de vergiffenis onzer zonden. Verkrijg

-ocr page 100-

— 94 —

ons ook, dat wij waardig de allerheiligste Teerspijze ontvangen en door het H. Sacrament des Oliesels versterkt worden, opdat wij ons eenmaal veilig kunnen vcrtoonen voor den troon van den rechtvaardigen, maar ook harmhartigen Rechter, die on/e God en Verlosser is. Amen.

(tOO dagen aflaat eens per dag. Pius IX. 11 Maart 1856).

Jezus, Maria en Jozef, ik geef\' U mijn hart, mijn ziel en mijn leven.

Jezus, Maria en Jozef, staat mij bij in mijn doodsstrijd.

Jezus, Maria en Jozef, laat mij sterven in uw H. gezelschap.

(100 dagen aflaat voor ieder dezer drie schietgebeden. Pi us VII. 28 April 1807.)

Bemind zij overal het H. Hart van Jezus!

Zoet Hart van Maria, wees mijne toevlucht.

H. Jozef, vriend van het H. Hart, bid voor ons.

De Heer gelieve ons te zegenen, tegen alle-kwaad te beschermen en tot het eeuwige leven te geleiden, en dat de zielen der geloovigen door Gods barmhartigheid rusten in vrede. Amen.

Daarna bidt men gelijk des morgens de drie Wees gegroeten om de zuiverheid te bcivaren, en maakt het kruisteeken niet gewijd water. Leg u dan zedig te rusten en zeg tot u zeiven:

Ik moet eens sterven, maar weet niet wanneer l

Ik moet eens sterven, maar weet niet waar!

Ik moet eens sterven, maar weet niet hoe!

Dit echter weet ik, dat, als \'k in doodzonde sterf, ik eeuwig verloren ben.

-ocr page 101-

iisr o quot;V IB isr ie

TER EERE VAN HET H. HART VAN JEZÜS.

Door den H. Alphonsus Maria de Liguori.

EERSTE DAG.

Het beminnelijk Hart van Jezns.

fÏÏÏÏp.

«ih5» io zich in alloa beminnelijk toont, doet zich USl/ iioodzrtktlyk beminnen. Ó! zoo wij er op uit V-jsy* waren om al de schoone titels te kennen, die tFr Jezus Christus kan doen gelden om bemind , ^ te worden, we zouden allen in de g-elukkige noodlt;akelijkheid -verkeeren van Hem lief to hebben. ^Inderdaad, welk hart is er onder alle harten te Tinden, dat beminnenswaardiger is dan .lezus\' Harte? dat Hart zoo rein, zoo heilig, zoo vol van liefde voor God en voor ons. Immers al zijne verlangens hebben geen ander voorwerp dan de eore Gods en ons welzijn. Ziedaar dat Hart, waarin God al zijn genoegen, al zijn behagen vindt. In dit Hart tronen alle volmaaktheden, alle deugden; een allervurigste liefde, tegelijk met de diepst mogelijke nederigheid en hoogachting voor God , zijn Vader ; eena algeheele beschaming over onze zonden , waarmede Hij beladen is, gevoegd bij een volslagen vertrouwen van den teederminnendsten Zoon; een allergrootste afschuw van onze zonden, gepaard met een levendig medelijdensgevoel van onze ellenden; eene allerhevigste smart, te zamen gaande met eene volmaakte gelijkvormigheid aan den goddelijken wil. lu Jezus vindt men dus alles, wat maar beminnenswaardig is.

-ocr page 102-

— 96 —

Eenigen -worden tot liefde jegens anderen getrokken door schoonheid, sommigen door onschuld, anderen door lieftalligheid, wederom anderen door godsdienstigheid. Gesteld nu, dat er een persoon bestond, in ■wien al deze en nog andere deugden vereenigd zijn, ■wie zou zoo iemand niet liefhebben ? Zoo wij wisten, dat er ergens een buitengewoon schoon, nederig, lieftallig, godsdienstig, liefdevol, jegens een ieder zachtzinnig vorst leefde, een vorst, dio weldoet aan die hem kwaad doet, wij zouden hem liefhebben en ons zeiven niet kunnen weerhouden hem te beminnen, ook zonder hem te kennen of van hem gekend te zijn, en al hadden wij ook niets met hem te maken. En Jezus Christus dan, die al deze deugden in zich ■vereenigt en alle in een volmaakten graad, en die ons zoo teeder bemint, hoe is \'t mogelijk, dat Hij dooi\' de menschen slechts weinig bemind wordt, en dat Hij niet het eenig voorwerp onzer liefde is?

O God, terwijl Jezus alleen beminnenswaardig is, en ons zoovele blijken heeft gegeven van de liefde, die Hij ons toedraagt, schijnt het als ware Hij ten onzen opzichte in de droevige onmogeljjkheid van zich door ons te doen beminnen, als ware Hij onze liefde niet genoegzaam waardig! Ziedaar wat de Rosa\'s Tan Lima, de Catharina\'s van Genua, de Teresia\'s, de Maria Magdalena\'s van Pazzi tranen deed weenen. Deze ondankbaarheid der menschen overwegende, riepen zij al weenend uit: »De liefde wordt niet bemind, de liefde wordt niet bemind!quot;

Verzuchtingen en Gebeden.

Mijn beminnelijke Verlosser, welk beminner.swaar-diger voorwerp kon uw eeuwige Vader mjj buiten U gebieden lief te hebben? Gij zijt de schoonheid van het paradijs. Gij zijt de liefde uws Vaders, in uw Hart hebben alle deugden hare woonplaats. O beminnelijk Hart van mijn Jezus, Gij hebt wel de liefde aller harten verdiend. Arm cn ongelukkig het hart, dat U niet lief heeft! Zoo ongelukkig, o God, was

-ocr page 103-

— 97 —

mijn hart gedurende al dien tijd, dat het U niet be-minde. Maar ik wil niet langer zoo ongelukkig wezen. Ik bemin ü, o mijn Jezus, en wil U immer beminnen.

In vroegere dagen, o Heer, heb ik U vergeten; en wat toef ik thans? Zal ik wellicht wachten, totdat Gij wegens mijne ondankbaarheid U verplicht vindt, mij volslagen te vergeten en aan mijn lot over te laten? Neen, mijn dierbare Zaligmaker, neen, laat het niet toe. Gij zjjt het voorwerp der liefde van een God, en Gij zoudt niet het voorwerp zijn der liefde eens cllendigen zondaars, gelijk ik ben, die door ü zoozeer met goedheden overladen en bemind is geworden? O scboone vlammen, die daar brandt in het minnend Hart van mijn Jezus, welaan ontsteekt gij in mijn arm hart dat heilig en zalig vuur, dat Jezus uit den hemel op de aarde is komen ontsteken. Verteert en vernietigt al de onreine genegenheden, die in mjjn hart wonen en het beletten geheel aan Hem te zijn. Geef, mijn God, dat het niet leve dan om U alleen lief te hebben, U alleen, mijn dierbare Zaligmaker. Heb ik U een tijd lang miskend, weet thans, dat Gij mijne eenige liefde zijt. Ik bemin U, ik bemi i U, ik bemin U, en geen ander dan U wil ik beminnen. SNlijn geliefde Heer, och weiger niet een hart aan te nemen, dat U beminnen wil, een hart, dat een tijd lang U verdriet heeft aangedaan. Het zij U eene glorie, aan de engelen een hart te toonen, dat van liefde voor U gloeit, nadat het ü een tijd lang heeft gevlucht en versmaad.

Allerheiligste Maagd Maria, mijne hoop, help mij. I!id Jezus, dat Hij mij door zijne genade zoo make als Hij mij weuscht te zien.

TWEEDE DAG.

Het minnend Hart van Jezus.

O! mochten wij do liefdo begrijpen, die in Jezus\' Harte voor ons brandt! Zoozeer heeft Hij ons lief gehad, dat indien alle menschen, alie engelen en alle

7

-ocr page 104-

— 96 —

Eenigen -worden tot liefde jegens anderen getrokken door schoonheid, sommigen door onschuld, anderen door lieftalligheid, wederom anderen door godsdienstigheid. Gesteld nu, dat er een persoon bestond, in ■wien al deze en nog andere deugden vereenigd zijn, ■wie zou zoo iemand niet liefhebben ? Zoo wij wisten, dat er ergens een buitengewoon schoon, nederig, lieftallig, godsdienstig, liefdevol, jegens een ieder zachtzinnig vorst leefde, een vorst, dio weldoet aan die hem kwaad doet, wij zouden hem liefhebben en ons zeiven niet kunnen weerhouden hem te beminnen, ook zonder hem te kennen of van hem gekend te zijn, en al hadden wij ook niets met hem te maken. En Jezus Christus dan, die al deze deugden in zich ■vereenigt en alle in een volmaakten graad, en die ons zoo teeder bemint, hoe is \'t mogelijk, dat Hij dooi\' de menschen slechts weinig bemind wordt, en dat Hij niet het eenig voorwerp onzer liefde is?

O God, terwijl Jezus alleen beminnenswaardig is, en ons zoovele blijken heeft gegeven van de liefde, die Hij ons toedraagt, schijnt het als ware Hij ten onzen opzichte in de droevige onmogeljjkheid van zich door ons te doen beminnen, als ware Hij onze liefde niet genoegzaam waardig! Ziedaar wat de Rosa\'s Tan Lima, de Catharina\'s van Genua, de Teresia\'s, de Maria Magdalena\'s van Pazzi tranen deed weenen. Deze ondankbaarheid der menschen overwegende, riepen zij al weenend uit: »De liefde wordt niet bemind, de liefde wordt niet bemind!quot;

Verzuchtingen en Gebeden.

Mijn beminnelijke Verlosser, welk beminner.swaar-diger voorwerp kon uw eeuwige Vader mjj buiten U gebieden lief te hebben? Gij zijt de schoonheid van het paradijs. Gij zijt de liefde uws Vaders, in uw Hart hebben alle deugden hare woonplaats. O beminnelijk Hart van mijn Jezus, Gij hebt wel de liefde aller harten verdiend. Arm cn ongelukkig het hart, dat U niet lief heeft! Zoo ongelukkig, o God, was

-ocr page 105-

— 97 —

mijn hart gedurende al dien tijd, dat het U niet be-minde. Maar ik wil niet langer zoo ongelukkig wezen. Ik bemin ü, o mijn Jezus, en wil U immer beminnen.

In vroegere dagen, o Heer, heb ik U vergeten; en wat toef ik thans? Zal ik wellicht wachten, totdat Gij wegens mijne ondankbaarheid U verplicht vindt, mij volslagen te vergeten en aan mijn lot over te laten? Neen, mijn dierbare Zaligmaker, neen, laat het niet toe. Gij zjjt het voorwerp der liefde van een God, en Gij zoudt niet het voorwerp zijn der liefde eens cllendigen zondaars, gelijk ik ben, die door ü zoozeer met goedheden overladen en bemind is geworden? O scboone vlammen, die daar brandt in het minnend Hart van mijn Jezus, welaan ontsteekt gij in mijn arm hart dat heilig en zalig vuur, dat Jezus uit den hemel op de aarde is komen ontsteken. Verteert en vernietigt al de onreine genegenheden, die in mjjn hart wonen en het beletten geheel aan Hem te zijn. Geef, mijn God, dat het niet leve dan om U alleen lief te hebben, U alleen, mijn dierbare Zaligmaker. Heb ik U een tijd lang miskend, weet thans, dat Gij mijne eenige liefde zijt. Ik bemin U, ik bemi i U, ik bemin U, en geen ander dan U wil ik beminnen. SNlijn geliefde Heer, och weiger niet een hart aan te nemen, dat U beminnen wil, een hart, dat een tijd lang U verdriet heeft aangedaan. Het zij U eene glorie, aan de engelen een hart te toonen, dat van liefde voor U gloeit, nadat het ü een tijd lang heeft gevlucht en versmaad.

Allerheiligste Maagd Maria, mijne hoop, help mij. I!id Jezus, dat Hij mij door zijne genade zoo make als Hij mij weuscht te zien.

TWEEDE DAG.

Het minnend Hart van Jezus.

O! mochten wij do liefdo begrijpen, die in Jezus\' Harte voor ons brandt! Zoozeer heeft Hij ons lief gehad, dat indien alle menschen, alie engelen en alle

7

-ocr page 106-

— 100 —

Ur die zoo beminnelijk zijt en mi] zoozeer hebt liefgehad, dat Gij, om mij (e verplichten U te beminnen, niet meer doen kordct. Ik besef, dat ik, om een tijd lang aan uwe lit-fde verzaakt te hebben, verdienen-you veroordeeld te worden U niet meer te kunnen beminnen. Maar neen, mijn dierbare Zaligmaker, geef mij liever alle andere straf, niet deze. Verleen mij de genade U te beminnen, en straf mij dan zooals Gij wilt. Doch hoe kan ik vreezen, dat Gij mij die straf zult opleggen, terwijl ik hoor, boe Gij voortgaat mij het zoet, het dierbaar gebod aan te bevelen van U, mijn Heer en God. lief te hebben? »Gij zult den heer vwen God hrniinnun vit geheel uw hart.quot; \') Ja, mijn God, Gij wilt van mij bemind worden en ik wil U\'beminnen, ik wil zelfs niemand anders beminnen dan U, die mij zoo zeer bemind hebt. ü liefde van mijn Jezus. Gij zjjt mijne liefde. Ü van liefde gloeiend; Hart van Jezus, ontvlam ook mijn hart. Gedoog niet, dat ik in het vervolg zelfs één oogenblik behoeve televen, beroofd van uwe liefde. Doe mij liever sterven, vernietig mij. Laat de wereld van zulk een schromelijke ondankbaarheid geen getuige zijn, dat ik. die zoozeer van U bemind word, na zoo vele genaden en verlichtingen van U ontvangen te hebben, opnieuw er toe overga uwe liefde te versmaden. Neen, mijn Jezus, gedoog dit niet. Ik hoop bij het bloed, dat Gij voor mij vergoten hebt, dat ik U altoos zal beminnen, en ook Gij altoos mij beminnen zult; dat die liefde tusschen mij en U in eeuwigheid niet meer onderbroken zal worden.

O Maria, moeder der schoone liefde, gij, die Jezus zoozeer wenseht bemind te zien, bind en strengel mij Tast aan nwen Zoon, maar strengel mij zoo vast, dat ik mij nooit meer van Hem gescheiden zie.

1) Matth. 22. 37.

-ocr page 107-

— 101 —

DERDE DAG.

Het Hdrt van Jezus begeerig bemind te worden.

Jezus heeft ons niet noodig. Mot of zonder onze liefde is Hij even rijk en machtig; en toch, zegt de H.\'Thomas, lt;) omdat Jezus Christus ons bemint, verlangt Hij zoozeer onze liefde, als ware de raensch zijn God , en als hing zijn geluk van dat des men-.schen af. De H. Man Job stond hierover verbaasd en zeide: «Wat is de niensch, dat Gij hem verheerlijktquot;!\' Of ivanrom stelt Gij uw hart op hem\'?quot; \'1) Weihoe? Eon God verlangt en zoekt met zulken aadrang de liefde van een worm? — Zoo God ons alleen hadde toegelaten Hem te beminnen , dit ware reeds eene groote gunst geweest. Een onderdaan, die tot zijn ïoning zou zeggen: Heer, ik bemin U, — zou doorgaan als een vermetele. Maar wat zou men zeggen, zoo de koning aan zijn onderdaan zeide: Ik wil, dat gij mij bemint? — De vorsten dezer aarde dalen zoo laag niet af. Maar Jezus , die de Koning des hemels is. Hij is het, die mot zooveel nadruk om onze liefda vraagt: «Gij zult den Heer, uwen God, beminnen uit geheel uw hart.quot; Mot den grootsten aandrang vraagt H|j ons hart: Mijn zoon, schenk mij uw hartquot; ;1) En wordt Hij ooit uit eene ziel weggedreven, dan vertrekt Hij niet, maar plaatst zich buiten aan de deur ■dos harten, en roept en klopt aan om binnen te komen. ii Ik sta aan (Je deur en klop aan.quot; \') Hij smeekt haar Hem open te doen, terwijl Hij haar zuster «n bruid noemt: nOpen mij, mijne zusier, mijne bruidquot; *) Kortom, Hjj vindt er zijn lust in zich door ons bemind te zien. Hij is gansch getroost, wanneer eene ziel Hem zegt en Hem dikwerf herhaalt: «Mijn God! mijn God! ik bemin U.quot; Dit alles is het gevolg der groote liefde, welke Hij ons toedraagt. Wie be-

1

Opsc. 63 c. 7. 3) Job VII: 17. 3) Pjov. 23: Ï5. 4) Apoc. 3; 13. H) Cautie, o. 2, 4, 8.

-ocr page 108-

— 102 —

mint, verlangt noodzakelijk bemind te worden. Het hart vraagt het hart. De liefde zoekt liefde. Daarom alleen, zegt de H. lïernardus, bemint God, opdat Hij bemind worde.quot; \') Reeds vroeger had God zelf dit gezegd: x Hei vraaijt de Heer vw God anders van ii, tenzij dat gij Hem liefhebtT\' \') Daarom doet Hij ona beseffen, dat Hij die herder is, die, na zijn verdwaald schaap te hebben weergevonden, allen samenloopt om zich met Hem te troosten: » Verblijdt u met mij, v;ant ik heh mijn verloren schaap wedenjevon-ilen\' 3) Hij doet ons begrjjpen, dat Hij die Vader is, die, wanneer een verloren zoon aan zijne voeten wederkeert, dozen niet slechts vergiffenis schenkt, maar teederlijk omhelst. Mij verklaart ons, dat al wie Hem niet bemint, ter dood veroordeeld blijft: »Wie niet bemint blijft in den doodquot; 4) Maar al wie Hem liefheeft, houdt Hij bij zich en neemt Hij tot den zijne: »Wie in de liefde blijft, blijft in God en God in Item.quot; s)

Zullen nu zoo vele smeekingen, zoo vele aansporingen , zoo vele bedreigingen en beloften ons niet doen besluiten een God te beminnen, die zoo zeer wenscht van ons bemind te worden?

Verzuchtingen en Gebeden.

Mijn dierbare Verlosser, zal ik U met den II. Au-gustinus zeggen, Gij gebiedt mjj U te beminnen, en Gij dreigt mij met de hel, zoo ik U niet bemin: maar kan mij wel eene vervaarlijker hel , eene groeitere ongenade treffen dan van uwe liefde beroofd te zijn? Wilt Gij mij derhalve vrees aanjagen, bedreig mij dan slechts, dat ik leven zal zonder U te beminnen; deze bedreiging alleen zal mij meer doen schrikken dan duizend hellen. Zoo de verdoemden, o mijn God, te midden der helsche vlammen van uwe liefde konden gloeien, de hel zou een paradijs worden. Konden daarentegen de zaligen in den hemel U niet bemin-

1) Cant. S. 83. 2) Heul. 10: 12. 3) Luc. 15; 6. il. ij 1, Joa 3, 14. Jgt;] i Joa. 4, 16.

-ocr page 109-

— 103

nen, het paradijs zou eenc hel worden. Aldus sprak do H. Augustinus.

Ik weet wel, mijn beminde Heer, dat ik om mijne zonden verdiende, van uwe genade beroofd te worden en hierdoor veroordeeld, om U niet meer te kunnen beminnen. Maar ik hoor, dat Gij voortgaat mij te gebieden, dat ik U beminne. Ook voel ik in mij een groot verlangen om U lief to hebben. Dit mijn verlangen is eeno gaaf uwer genade. Gij zelf geeft mij dit. Geef mij nu ook nog de kracht om het uit te voeren, on maak, dat ik L\' in waarheid en uit ganscher harte voortaan zegge en immer herhale: Jlijn God, ik bemin U, ik bemin U, ik bemin U. Gij verlangt mijne liefde, ik verlang de uwe.

Vergeet dus, o mijn Jezus, alle leed, dat ik U voorheen heb aangedaan. Laten wij elkander steeds beminnen. Ik zal LF niet loslaten; laat ook Gij mij niet los. Gij zult mij altoos beminnen; ook ik zal U altoos beminnen. Mijn dierbare Zaligmaker, uwe verdiensten zijn mijne hoop. Ach, doe 0 altoos beminnen en doe U veel beminnen van een zondaar, die U veel heeft beleedigd.

Onbevlekte Maagd Maria, help mij, bid Jezus voor mij.

VIERDE DAG,

Het bedroefd Hart van Jezus.

Onmogelijk te overwegen, hoezeer hier op aarde hot Hart van Jezus ter onzer liefde is bedroefd geweest, zonder medelijden met hetzelve te gevoelen. Hij zelf heeft ons te kennen gegeven, dat zijn Hart dermate van overgroote droefheid gedrukt was, dat deze alleen zou voldoende geweest zijn om Hem het leven te benemen, en van loutere smart te doen sterven, hadde de kracht zijner Godheid niet door een mirakel den dood belet; »Mijne ziel is ledroefd lot den dood lot\'.quot; \') De grootste smart, die zoozeer het Hart van Jezus pijnigde, was evenwel niet het zien der folteringen en der verguizingen, welke Hem de menschen be-

1) Hare. 14, 34.

-ocr page 110-

— -104 —

reidden, maar liet zien hunner ondankbaarheid tegenover zijne matelooze liefde, Iljj voorzag duidelijk al de zonden, die wij begaan zouden na zoo vele smarten en een zoo bitteren en smaadvollen dood. Hjj voorzag in \'t bijzonder de schromelijke beleedigingen, die de menschen zjjn aanbiddelijk Hart, dat Hij ons ten bewijze zjjner toegenegenheid in het allerheiligste Sacrament naliet, zouden aandoen. O God! en wat al onteeringen heeft Jezus Christus in dit Sacrament der liefde van wege de menschen moeten verduren I Deze heeft Hem met voeten vertrapt; gene op een vuilnishoop geworpen; een ander is er toe gekomen er eene hulde van te brengen aan den duivel. En evenwel weerhoudt het gezicht van al die smaadheden Hem niet, ons dit groot onderpand zijner liefde te laten. Hij haat de zonde met eon oneindigen haat. Maar zijne liefde jegens ons schijnt den haat , dien HÖ der zondo toedraagt, in Hem overmeesterd te hebben. Immers Hij getroost zich al die heiligschennissen toe te laten, liever dan de zielen, die Hem liefhebben, van deze goddelijke spijze te berooven. En dit alles zal nog niet voldoende zijn , om ons te doen besluiten een Hart te beminnen , dat ons dermate heeft liefgehad ? Of heeft wellicht Jezus Christus er nog niet genoeg voor gedaan, om onze liefde voor zich te verdienen? Zullen wij nog ondankbaar genoeg zijn om Jezus op de altaren alleen te laten, gelijk do meeste menschen doen? Zullen wij ons niet veeleer bij die weinige vrome zielen aansluiten, die Hem weten op prijs te stellen en van liefde wegsmelten, meer nog dan de waskaarsen , die rondom do heilige ciboriën branden? Jezus\' Hart is daar brandende van liefde jegens ons, en wij zouden in Jezus\' tegenwoordigheid niet branden van liefde jegens Hem ?

Verzuchtingen en Gebeden.

O mijn aanbiddelijke en dierbare Jezus, zie hier aan uwe voeten dengenen , die uw allerminzaamst Hart al te zeer bedroefd heeft. O God , hoe heb ik

-ocr page 111-

dat Hart, hetwelk mij zoozeer heeft bemind, en niets gespaard hoeft om zich van mij te doen beminnen, zóó kunnen kwellen! Doch troost U, durf ik U zeggen, mijn Zaligmaker. Weet, dat mijn hart, door uwe genade van uwe liefde getroffen , zulk een spijt gevoelt over het verdriet U aangedaan, dat het van droefheid zou willen sterven. O, wie geeft mij, mijn Jezus, eene smart over mijne zonden gelijk aan die, welke Gij tijdens uw leven er over hadt! Eeuwige Vader, ik offer U het leéd en den afschuw, die uw Zoon over mijne zonden heeft gevoeld , en smeek U door dezelve mij zulk een groot leedwezen to geven over de beleedigingen, die ik U heb aangedaan, dat ik daardoor immer in droefheid en smart blijve leven, steeds indachtig, hoe ik een tijd lang uw vriendschap versmaad heb. Rn Gij, mijn Jezus, geef mij van heden af zulk een afschuw van de zonde , dat deze mij zelfs de kleinste fouten doe verfoeien, aangespoord door de gedachte, dat zij U mishagen, U die niet verdient beleedigd te worden\'roch weinig, noch veel, maar die veeleer eene eindelooze liefde verdient. Mijn geliefde Heer, ik verfoei thans alles, wat U mishaagt, en wil voortaan niets beminnen dan U alleen en datgene, wat Gij bemint. Help m j, geef mij kracht; geef mij de genade ü, o mijn Jezus, aan te roepen en deze bede steeds te blijven herhalen: »Mijn Jezus, geef mij uwe liefde, geef mij uwe liefde, geef mij uwe liefde.quot;

En gij, allerheiligste Maagd Maria, verkrijg mij de genade van U steeds aan te roepen en U te zeggen: Mijne Moeder, doe mij Jezus Christus beminnen!

VIJFDE DACx.

Het medelijdend Hart van Jezus.

Waar zullen wjj ooit een hart kunnen vinden, dat meer medelijdend en teeder is, dat grooter mededoo-gen met onze ellendon heeft dan het Hart van Jezus? Dat medelijden deed Hem uit don hemel op aarde dalen. Dit deed Hem zeggen, dat Hij die goede herder was, gekomen om zijn leven te geven tot redding

-ocr page 112-

— -toe —

zijner scliapen. Om ons zondaren vergiffenis te verwerven. heeft Hij zich niet ontzien, en zichzelven op het kruis ten offer gebracht, ten einde door zijn lijden de straf te boeten , die ons toekwam. Dat medelijden, dat gevoel van erbarming doet Hem nu nog zeggen: fiWaarom ivi\'t r/j sterven, huis van Israël\'/ Keert ten\'f/ en leefi\'\' \') Menschen, zegt Hij, mijne arme kinderen, waarom wilt gij u verdoemen, door van mij weg te vluchten ? Ziet gij niet, dat, zoo gij u van mij verwijdert, gij den eeuwigen dood te gemoet loopt\'.\' ik wil u niet verdoemd zien. Wanhoopt niet. Keert terug, zoo dikwjjls gij terugkeeren wilt, en gij zult het leven wederviuden: »Keert terug en leeft.quot; Dat medelijden doet Hem nog zeggen, dat Hij die liefdevolle Vader is, die ofschoon Hij zich van zijn zoon versmaad ziet, dezen, wanneer hij rouwmoedig wederkeert, niet verstoeten kan, maar teederlijk omhelst , zonder aog aan al de ontvangen beleedigingen te denken: »ƒamp; ra/ aan al deszclfs onf/ereehtigheden niet meer danken.quot; \') Zoo handelen de menschen niet. Vergeven zij ook al, zij bewaren desniettemin de herinnering aan de ontvangen beleediging, en voelen zich aangespoord tot wraak. En wreken zij zich niet, wijl zij God vreezen, zij worden toch immer een grooten tegenzin gewaar om met die personen , welke hun eenigen smaad hebben toegevoegd, om te gaan en te onderhandelen. Ach mjjn Jezus, Gij vergeeft niet slechts aan de rouwmoedige zondaars, maar Gij weigert zelfs niet U , geheel aan hen to schenken gedurende dit leven in de 11. Communie, en later in het ander leven in den hemel door de mededeeling uwer glorie, zonder er den minsten weerzin in te gevoelen, diezelfde ziel, welke U beleedigd heeft, gedurende de gansche eeuwigheid te bljjven omhelzen. Waar dan , o mjjn dierbare Zaligmaker, zou men een beminnenswaardiger en medelijdender hart kunnen vinden dan het Uwe?

1) Ezech. 18, 31. 5) Ezech. 18. 55.

-ocr page 113-

— 107 —

Verzuciitingen en Gebeden.

Medelijdend Hart van mijn Jezus, erbarm U mijner, ïAllerzoetste Jezus, ont/erm U mijner.quot; (Jesu dulcis-sime, miserere nwi.) Ik zeg hot thans, maar geef mij de genade, het U altoos te zeggen: Allerzoetste Jezus, ontferm U mijner. Ook vooraleer ik U belee-digde, o mijn Verlosser, verdiende ik gewis niet ééne der vele genaden, die Gij mij geschonken hebt. Gij toch hebt mij geschapen en mjj zoovele verlichtingen gegeven, en dat alles zonder mijne verdiensten.. Doch sedert ik U beleedigde, heb ik niet alleen geene gunsten verdiend, maar ik verdiende van U verlaten te worden; ik verdiende de hel. Uw medeljjden heeft bewerkt, dat Gjj mjj at\'gewasschen en mij ten tijde, dat ik in uwe ongenade was, het leven gespaard hebt. Uw medeljjden heeft mij verlicht en tot vergiffenis uitgenoodigd, heeft mij droefheid over mijne zonden geschonken , alsook het verlangen om U te beminnen — en thans vertrouw ik, mij door uwe barmhartigheid in uwe genade te bevinden. Houd niet op, o mijn Jezus. mij uwe barmhartigheid te blijven bewijzen. De barmhartigheid, die ik U vraag, is, dat Gij mij het licht en de kracht verleent van\' U niet meer ondankbaar te wezen. Neen, mijne liefde, ik betuig niet te verdienen, dat Gij mij opnieuw vergeeft, zoo ik U wederom den rug zou keeren. Dit te vergen zou eene laatdunkendheid wezen, die U beletten zou, mij nog ooit barmhartigheid te toonen. Maar ook welke barmhartigheid zou ik nog van U te hopen hebben, indien ik, opnieuw ondankbaar wordende, uwe vriendschap ging versmaden en mij van U scheidde? Neen, mijn Jezus, ik bemin U en wil U altoos; beminnen. Ziellier de barmhartigheid, welke ik van U verhoop en afsmeek: ))Gedoog niet, dat ik van U gescheiden worde, gedoog niet, dat ik van U gescheiden worde.quot; (Ne perniittas me saparari a Te; nc perniittas me. separari a Te.) Ook u smeek ik hierom, Maria mijne Moeder, gedoog niet dat ik mij nog: ooit van mijnen God scheide.

-ocr page 114-

— 108 —

ZESDE DAG.

Het milddadig Hart van Jezus.

Het is eigen \'aan personen, die van natuur goed-liartie zijn, dat zij allen zonden willen tevreden stel-len, vooral do meest behoeftigen en bedroefden. Doch waar zal men ooit iemand vinden, beter van liarte dan Jezus Christus? Hij is immers de emdelooze goedheid, en heeft diensvolgens een allervurigst verlangen ons zijne rijkdommen mede te doelen. «By M\'j zijn de rijkdommen..., om hen, die Mij hef hebben, te verrijken.quot; \') Het was ora ons rijk te maken, zegt ■de Apostel, dat Hij zich arm heeft gemaakt: quot; Terwijl Hij rijk was, is Hij om uwentwil arm geworden, opdat gij door zijne armoede rijk. zondt wezen. ) Tot datzelfde doel heeft Hij onder ons willen blijven in het Allerh. Sacrament, waar Hij ten allen tijde .aanwezig is, de handen vol genaden, (zoo toch zag Hem Pater Alvarez) om ze aan al, wie Hera komt bezoeken, uit te deelen. \'t Is nog daarom dat Hij aich zeiven geheel aan ons geeft in de H Coramume. Hierdoor doet Hij ons verstaan , dat wijl hij zelts .geheel zich zeiven geeft. Hij zijne goederen onmogelijk weigeren kan: «ffoe heeft Hij om ook met alles met Hem geschonkenquot;\'? 3) hl Jezus Harte vinden wij derhalve aÜe goed , alle genaden , die wij verlangen. »Gij zijt in alles rijk geworden in Hquot;m . . . zoodal u niets ontbreekt in eenige genade. ) bedenken we verder wel, dat wij alle genaden, dis we ontvangen hebben; verlossing, roeping, licht, vergiffenis, hulp om aan de bekoringen het hoofd te bieden, gelatenheid in tegenspoed, dat wij dat alles verschuldig aijn aan het Hart van Jezus. Inderdaad r.oo is het; want zonder zijn bijstand waren wij niet in staat het minste goed te doen: vZonder ilj kunt gtj mets doen.quot;*) En zoo gij voorheen niet meer genaden nog

1) Prov. 8, 18. 2) 11 Cor. 8. 9. 3) Kom. 8. 3i, 4) I Cor. 1. S. S) Joa. 15, 5.

-ocr page 115-

— 109 —

ontvangen liebt, zegt de Heer, wijt het Mij niet, maar wijt het u zeiven, daar gij verzuimd hebt Mij dezelve te vragen: «Tot nu loc hebt gij nog om niets gebeden... bidt en gij zult verkrijgenquot;. \') O hoe rijk en vrijgevig is het Hart van Jezus voor al, wie tot Hem om hulp gaat! »Rijk over allen, die Hem anti-roepen.quot; \'J) C) wat al bewijzen van barmhartigheid ontvangen niet die zielen, welke er op uit zijn huligt; te vragen aan Jezus Christus! zooals David zeide: »Want Gij, lieer, zijt zoetaardig en zachtzinnig en vol hamihurliyheid jegens allen die U aanroep: n\' •\')\' Laten we ons dus altoos tot dit Hart wenden; laten wo met verflouwen vragen, en we zullen alles verkrijgen.

Terzuclitingen en Gebeden.

Ach, mijn Jezus, Gij hebt niet geaarzeld uw bloed en leven voor mij prijs te geven: en ik zou aarzeleii U mijn ellendig hart te schenken? Neen, mijn dierbare Verlosser, ik offer het U gansch, ik schenk U geheel mijn wil. Aanvaard denzelven en beschik er over naar uw welgevallen. Ik heb niets, en vermag: ook niets; ik heb alleen dit hart, mjj door U ge-Bchonken , en waarvan mij niemand berooven kan. Mjjne goederen, mijn bloed, mijn leven kan men mij ontnemen , maar niet dit hart. Met dit hart kan ik U liefhebben ; met dit hart wil ik ü liefhebben. Welaan, o mijn God, leer mij mijzelven geheel verloochenen.\' Leer mij , wat ik doen moet om tot uwe zuivere liefde te geraken, waartoe uwe goedheid mjj het verlangen heeft ingegeven. Ik voel in. mij een vastbesloten wil om U te behagen; maar van U verwacht ik en smeek ik den bijstand af om dat besluit uit te voeren. Aan U de taak, o minnend Hart van Jezus, mijn arm hart, dat U vroeger zoo ondankbaar en door eigen schuld van uwe. liefda

1) Joa. 26, U, 2) Kom, 10. 12, 3; I\'s. 85, 5

-ocr page 116-

— 108 —

ZESDE DAG.

Het milddadig Hart van Jezus.

Het is eigen \'aan personen, die van natuur goed-liartie zijn, dat zij allen zonden willen tevreden stel-len, vooral do meest behoeftigen en bedroefden. Doch waar zal men ooit iemand vinden, beter van liarte dan Jezus Christus? Hij is immers de emdelooze goedheid, en heeft diensvolgens een allervurigst verlangen ons zijne rijkdommen mede te doelen. «By M\'j zijn de rijkdommen..., om hen, die Mij hef hebben, te verrijken.quot; \') Het was ora ons rijk te maken, zegt ■de Apostel, dat Hij zich arm heeft gemaakt: quot; Terwijl Hij rijk was, is Hij om uwentwil arm geworden, opdat gij door zijne armoede rijk. zondt wezen. ) Tot datzelfde doel heeft Hij onder ons willen blijven in het Allerh. Sacrament, waar Hij ten allen tijde .aanwezig is, de handen vol genaden, (zoo toch zag Hem Pater Alvarez) om ze aan al, wie Hera komt bezoeken, uit te deelen. \'t Is nog daarom dat Hij aich zeiven geheel aan ons geeft in de H Coramume. Hierdoor doet Hij ons verstaan , dat wijl hij zelts .geheel zich zeiven geeft. Hij zijne goederen onmogelijk weigeren kan: «ffoe heeft Hij om ook met alles met Hem geschonkenquot;\'? 3) hl Jezus Harte vinden wij derhalve aÜe goed , alle genaden , die wij verlangen. »Gij zijt in alles rijk geworden in Hquot;m . . . zoodal u niets ontbreekt in eenige genade. ) bedenken we verder wel, dat wij alle genaden, dis we ontvangen hebben; verlossing, roeping, licht, vergiffenis, hulp om aan de bekoringen het hoofd te bieden, gelatenheid in tegenspoed, dat wij dat alles verschuldig aijn aan het Hart van Jezus. Inderdaad r.oo is het; want zonder zijn bijstand waren wij niet in staat het minste goed te doen: vZonder ilj kunt gtj mets doen.quot;*) En zoo gij voorheen niet meer genaden nog

1) Prov. 8, 18. 2) 11 Cor. 8. 9. 3) Kom. 8. 3i, 4) I Cor. 1. S. S) Joa. 15, 5.

-ocr page 117-

— 109 —

ontvangen liebt, zegt de Heer, wijt het Mij niet, maar wijt het u zeiven, daar gij verzuimd hebt Mij dezelve te vragen: «Tot nu loc hebt gij nog om niets gebeden... bidt en gij zult verkrijgenquot;. \') O hoe rijk en vrijgevig is het Hart van Jezus voor al, wie tot Hem om hulp gaat! »Rijk over allen, die Hem anti-roepen.quot; \'J) C) wat al bewijzen van barmhartigheid ontvangen niet die zielen, welke er op uit zijn huligt; te vragen aan Jezus Christus! zooals David zeide: »Want Gij, lieer, zijt zoetaardig en zachtzinnig en vol hamihurliyheid jegens allen die U aanroep: n\' •\')\' Laten we ons dus altoos tot dit Hart wenden; laten wo met verflouwen vragen, en we zullen alles verkrijgen.

Terzuclitingen en Gebeden.

Ach, mijn Jezus, Gij hebt niet geaarzeld uw bloed en leven voor mij prijs te geven: en ik zou aarzeleii U mijn ellendig hart te schenken? Neen, mijn dierbare Verlosser, ik offer het U gansch, ik schenk U geheel mijn wil. Aanvaard denzelven en beschik er over naar uw welgevallen. Ik heb niets, en vermag: ook niets; ik heb alleen dit hart, mjj door U ge-Bchonken , en waarvan mij niemand berooven kan. Mjjne goederen, mijn bloed, mijn leven kan men mij ontnemen , maar niet dit hart. Met dit hart kan ik U liefhebben ; met dit hart wil ik ü liefhebben. Welaan, o mijn God, leer mij mijzelven geheel verloochenen.\' Leer mij , wat ik doen moet om tot uwe zuivere liefde te geraken, waartoe uwe goedheid mjj het verlangen heeft ingegeven. Ik voel in. mij een vastbesloten wil om U te behagen; maar van U verwacht ik en smeek ik den bijstand af om dat besluit uit te voeren. Aan U de taak, o minnend Hart van Jezus, mijn arm hart, dat U vroeger zoo ondankbaar en door eigen schuld van uwe. liefda

1) Joa. 26, U, 2) Kom, 10. 12, 3; I\'s. 85, 5

-ocr page 118-

— 112 —

goed en vergevensgezind Mart, dat openlijk verklaart al de beleedigingen eens zondaars, die berouw heeft en bemint, te zullen vergeten

Mijn dierbare Jezus, weleer het) ik U beleedigd en versmaad. Maar thans bemin ik U boven alles, meer dan mij zeiven. Zeg mij, wat Gij van mij wilt: ik ben ten volle bereid het met de hulp uwer genade te doen. Ik geloof, dat Gij mij geschapen hebt, dat Gjj ter mijner liefde uw bloed en uw leven hebt gegeven. Ik geloof nog, dat Gij voor mij U zeiven in het Allerh. Sacrament hebt nagelaten. Ik dank U, mijne liefde! O gedoog niet. dat ik ondanks zoo vele weldaden en blijken uwer liefde, lafer nog ooit ondankbaar worde. liind en hecht mij vast aan uw Hart, en laat niet toe, dat ik in het leven, hetwelk mij overblijft, U nog ooit misnoegen en verdriet veroorzako. Genoeg, mijn Jezus, bob ik ü beleedigd; thans wil ik U beminnen. Och ! konden mijn vorige jaren eens wederkeeren! Maar neen , die keeren niet weder, en het leven, dat mij over blijft, zal kort van duur zijn. Doch kort of lang, mijn God, den tijd, die mij over blijft, wil ik gansch besteden om U te beminnen , U mijn opperste Goed, die eene eeuwige en oneindige liefde verdient.

Maria , mijne Moeder , duld niet, dat ik nog ooit ondankbaar zij jegens uwen Zoon; bid Jezus voor mij.

ACHTSTE DAG.

Het versmade Hart van Jezus.

Er bestaat geen grooter smart voor een hart dat bemint, dan zijne liefde versmaad te zien. Die smart is des te grooter, wanneer de bewijzen, die men van zijne liefde gegeven heeft, groot geweest zijn, on eene groote ondankbaarheid daar tegenover fctaat. Laat allo menschen aan al hunne bezittingen vaarwel zeggen en in eene wildernis gaar. leven, zich voeden met kruid in, op den blooten grond slapen, door boetplegingeii zich uitmergelen en eindelijk zich om het leven laten brengen voor Jezus Christus:

-ocr page 119-

— «3 —

welke wedervergelding zou dit wezen voor de smarten, het bloed, liet leven, dat de eeuwige Zoon van God ter hunner liefde heeft veil gehad? Zouden we ons ook ieder oogenblik ter dood laten brengen, we zouden voorwaar niet eens voor het kleinste deeltje de liefde terug betalen, die Jezus Christus ons bewezen heeft met zich aan ons in hot Allerh. Sacrament te schenken. Een God verbergt zich daar onder de gedaante van een weinig brood, en maakt zich het voedsel van zijn eigen schepsel!

Maar, o God, welke vergelding en erkentelijkheid betuigen de mensohen aan Jezus Christus? Ja, welke? Mishandelingen, versmading zijner geboden en zijner leer, zulke onteeringen, dat zij hunnen vijand, hunnen slaaf of den grootsten ellendeling der aarde dusdanige niet zouden aandoen. Kn zouden wij nu aan al die mishandelingen, die Jezus Christus ontvangen hoeft en nog dagelijks ontvangt, zonder hartzeer kunnen denken? Moeten wij niet trachten door onze liefde de onmetelijke liefde van zijn goddeljjk Hart te betalen, van dat Hart, dat in het Allerh. Sacrament nog altijd van dezelfde liefde jegens ons brandt, dat nog altijd verlangt, ons zijne goederen mede te deelen en zich zelf geheel aan ons te geven , dat nog altijd bereid is ons op te nemen, zoo dikwijls als wij daar heen gaan? vlier», die lot Mij kotyU, zal ik niet buiten werpen.quot; \') quot;U\'ij zijn er gewoon aan geworden te hooren spreken van schepping, van menschwor-ding. van verlossing, van Jezus in een stal geboren, van Jezus aan het kruis gestorven. O God, wisten wij, dat een ander mensoh ons ook slechts eéne enkele dezer weldaden bewezen had, wij zouden ons niet kunnen weerhouden hem lief te hebben. Op God alleen schijnt (om zoo te spreken) het droevig lot te drukken , dat . ofschoon llij niets onbeproefd heeft gelaten om zich van de mensehen te doen beminnen, Hij er niet in slagen kan. Ja, in plaats van bemind (e worden, ziet iiij zich versmaad en verstooten.

1) Joa. 6, 37.

8

-ocr page 120-

De oorzaak van dit alles is, dat de mengchen de liefde van hunnen God uit het oog verliezen.

Verzuchtingen en Gebeden.

O Hart van mijn Jezus, afgrond van barmhartigheid en liefde, hoe komt hot, dat ik hij het zien der goedheid, dio Gij mij betoond hebt , en mijner ondankbaarheid , niet sterf en niet van smart verga 7 Gij, mijn Zaligmaker, na mij het bestaan te hebben geschonken, hebt mij nog al uw bloed en uw leven gegeven, en U tor mijner liefde overgeleverd aan de versmadingen en den dood. Hiermede nog niet tevreden, hebt Gij hot middel uitgevonden, om U zeiven dageUjks voor mij in de H. Mis te slachtofferen, U vrijwillig blootstellend aan de onteeringen, die Gij in dit Sacrament van liefde zoudt moeten ondergaan, en die Gij vooruit gekend hebt. O God, hoe kan ik mij herinneren zoo ondankbaar jegens U te zijn, zonder van schaamte te sterven? Maak een einde, o Heer, aan mijne ondankbaarheden door mijn hart met uwe liefde te tretï\'en en mij geheel den uwe te maken. Herinner U het bloed en de tranen, die Gij voor mij vergoten hebt, en vergeef mij. Ach , laat deze uwe zoo groote smarten voor mjj niet verloren zijn! Ofschoon Gij zaagt, hoe ondankbaar en hoe zeer ik uwe liefde onwaardig was, hebt Gij toch niet opgehouden mij lief te hebben, al beminde ik U ook niet, en al verlangde ik zell\'s niet eens door U bemind te worden. Hoeveel meer dus moet ik nu niet op uwe liefde vertrouwen , nu ik niefs anders wil noch wensch dan U te beminnen en van U bemind te worden ! Welaan, bevredig dezen mijnen wensch ten volle, of laat ik juister spieken, bevredig uwen wensch; want Gij zelf hebt mij dien ingegeven. Geef, dat deze dag de dag mijner algeheele bekeering zij, zoodat ik beginne U te beminnen, om nimmer meer op te houden U, opperste Goed, lief te hebben. lt;ieef, dat ik in alles aan mij zeiven sterve, om voor U alleen te leven, en altoos van liefde tot U te branden;

-ocr page 121-

O Maria, uw hart wns dat zalig altaar, waarop het vuur der goddelijke liefde aanhoudend brandde. Mijne dierbare Moeder, maak mij aan u gelijk. Vraag deze genade voor mij van uwen Zoon, die er genoegen in heel\'t u te eeren . door u niets te weigeren, van al wat gij Hem vraagt.

NEGENDE DAG.

Het getrouwe Hart van Jezus.

O hoe getrouw is het schoone Hart van Jezus Christus jegens hen, die Hij tot zijne heilige liefde roept! nHij, die u geroepen heeft, is rjetrouiv \'jn zal het ook doen.\'\' \') Gods getrouwheid wekt in ons het vertrouwen op van alles te verhopen, al verdienen we ook niets. Zoo wij God uit ons hart mochten verdreven hebben , laten wij Hem de deur wederom openen, en Hij zal terstond weder binnen komen, volgens zijne eigene belofte: »Zoo iemand... mij de deur zul openen, ik zal tot Iwrn inkomen, en met hem- maaltijd houden,quot; \'J) Indien wij genaden verlangen, laten wij ze dan in Jezus\' naam aan God vragen, en Jezus heeft ons beloofd, dat wij ze verkrijgen zullen: ygt;Indien gij den Vader om iets in mijnen naam zult hidden , Hij zul het n geven.quot; a) Zijn we bekoord, laten we op zijne verdiensten vertrouwen, en Hij zal niet dulden, dat onze vijanden ons boven onze krachten bevechten: it God nu is getrouw en Hij zal niet toelaten, dut gij beproefd wordt boven uw vermogen.quot; M O, wat is men er beter aan met God dan met do menschen! Hoe vaak beloven niet de menschen , en doen zij hun woord niet gestand, ofwel omdat zij liegen bjj \'t beloven, ofwel omdat zij na hunne belofte van wil veranderen! ))God is niet gelijk de mennc/i, (zegt de H. Geest) dut Hij zou liegen, noch gelijk de Zoon des menschen, dut Hij verandcien zouquot;. \') God kan aan

1) Thcss. 6, 44. 2) Aror. 3, 50. 3) Jcgt;. 16, 83. ») 1 Cor. 10, IS. S) Num. Ï3, 13,

-ocr page 122-

— HG —

zijne gedane beloften niet ontrouw wezen, dewijl 11 ij niet liegen kan , ala zijnde de Waarheid zelve. Hij kim evenmin v»n wil veranderen , omdat alles, watr Hij wil, rechtvaardig en juist ia. Hij heeft dan beloofd een ieder, die tot Hem komt, op te nemen hulp te verleenen aan een ieder, die ze Hem vraagt, te beminnen al wie Hem bemint; en nu zou Hij dit niet doen? »Hij heeft dan gesproken, en Hij zou het niet doen?quot; \') 0 waren wij God trouw, gelijk Hij ons trouw is! Wij , hoe menigmaal hebben wij Hem vroeger beloold Hem toe te behooren, Hem te-dienen en te beminnen! En later hebben wij Hem. verraden, ons aan zijn dienst onttrokken, en onamp; zeiven als slaven aan den duivel verkocht. Laten wij Hem derhalve smeeken, ons de kracht te geven van Hem in Let toekomende getrouw te zijn. O wat zullen we gelukkig zijn , zoo wij Jezus Christus in de weinige zaken, die Hij ons gebiedt te doen, getrouw blijven! (Jok Hij zal getrouw zjjn door ons-boven alle maat te beloonen , en ons doen hooren, wat Hij zijnen trouwen dienaren beloofd heeft: Zeer vwl, yij fjOt\'dc en yetrouue dienstknecht! omdat gij ovtr weinig grtrovw zijt geweest, zal ik u over veel-stellen: ga in tot de vreugde des Heeren.\'\' 2)

Verzuchtingen en Gebeden.

Mijn dierbare quot;Verlosser, o ware ik U trouw gebleven, geljjk Gij trouw geweest zijt jegens mjj ! Zoo menigmaal ik Li mijn hart geopend heb, zijt Gij binnengetreden , om mij te vergeven en in uwe geïiade-op te nemen. Zoo vaak ik tot U riep, zijt Gij komen aansnellen, om mij te helpen. Gij zijt getrouw geweest jegens mij; maar ik, ik bon al to ontrouw jegens if geweest. Ik heb U beloofd ü te dienen, en heb daarna onnoemelijke malen U den rug toegewend. Ik heb U mijne liefde beloofd, en die later U zoo menigwerf geweigerd, alsof Gij, mijn God, die mij geschapen en verlost hebt, minder verdiendet bemind te worden dan de schepselen en mjjne el-

-ocr page 123-

— -117 —

lendige voldoeningen, om welke ik U verlaten heb. Mijn Jezus, vergeef mij. Ik erken mijne ondankbanr-heid en verfoei ze. Ik erken, dat Gij de oneindige .goedheid zjjt, die eene oneindige liefde verdient, vooral van mij , dien üij in weerwil der vele belee-•digingen, die ik U heb aangedaan , zoozeer bemind hebt. Wee mij , zoo ik verdoemd ga! De genaden , welke Gij mij geschonken en de blijken van bijioa-dere genegenheid, die Gij mij gegeven hebt, ze zo i-•den, o God, de hel mijner hel wezen. Ü neen, mijne Liefde, erbarm U mijner. Gedoog niet, dat ik U opnieuw verlate, on dan in de hel, waartoe ik verdienen zou gedoemd te worden, moete voortgaan door be-leedigingen en haat de liefde te betalen, die Gij mij hebt toegedragen. Welaan, liefdevol en getrouw Hart •van Jezus, ontvlam mij voor U, gelijk Gij brandt voor mij. Mij dunkt, mijn Jezus, dat ik U thans bemin, maar ik bemin U weinig. Geef, dat ik ü veel ba-minne en U tot mijn dood getrouw zij. Deze genade vraag ik U, tegelijk met do genade van die steeds te blijven verzoeken. Laat mij sterven , alvorens ik U opnieuw verraden zou.

O Maria, mijne moeder, help mij om uw Zoon getrouw te zijn.

-ocr page 124-

GEESTELIJKE LIEDEREN

UEIR AARTfoKROKEErtSOIIAIP. \') .Vquot; 1.

LIED DER EEREWACHT.

(Melodie; Kommt herab, ihr Himmelsfürsten.) 2)

Daalt omlaag, gij vredesenglen ,

Die de blijde boodschap bracht;

Wilt met ons uw tonen menglen,

Zingt het lied der Eerewacht.

Laat het met ons, stervelingen,

Luide door de wolken dringen:

Hart van Jezus, Hart zoo zoet,

Wees gedankt, bemind, gegroet!

Allerreinste Seraphijnen\',

Die het god\'lijk Hart zoo mint;

En gij , vuurge Cherubijnen,

Die daar uwe ruste vindt;

Doe voor ons den juichtoon rijzen,.

Leert ons toch de Liefde prijzen;

Hart van Jezus, Hart zoo zoet,

Wees gedankt, bemind, gegroet!

Ja, uw lof zal eeuwig schallen,

Godlijk en beminlijk Hart!

Wat ons ook ten deel zal vallen,

Eer of schande, vreugd\' of smart,

Met het heir der hemelingen

Blijven wij het eeuwig zingen :

Hart van Jezus, Hart zoo zoet.

Wees gedankt , bemind , gegroet!

1) Z. H. Paus l\'ius VII rcrleendi\' bij Rescript van 16 Jan. 1817. om de geloovigen aan te sporen Reeslelijke liederen te zingen en ze fan we— relilscbe af te houden: Een aflaat van een jaar alt;:ii hen, die anderen tot bet zingen da.irvan aanzetten.

Hen aflaat van 100 dagen aan hen. die ze zelf met berouwvol hart zingen.

2) De melodiën dezer liederen zijn rrrkiijgbaar aan den hoofdzetel der Aarlsbroederschap , Kapel in \'t Zand, Roermond.

-ocr page 125-

— 119 —

]%T» a.

LIJDENSLIED.

(Melodie: O Haupt vuil Bl\'.U untl Wundem.

0 Hart. om onze zonden Zoo uiterst diep gehoond,

O Hart zoo vol vuu wonden Wet doornen wreed omkroond;

U komen wjj vereere.n,

U, godlijk Hart vol smart:

Bemind, o lieve Jezus,

Zij steeds uw heilig Hart!

O Hart, op \'t kruis doorstoken , Uit louter liefdegloed,

Dat. ééns voor ons gebroken,

Sinds reinigt door uw Bloed;

U komen wij hedankt\'n,

Voor zooveel liefdesmart;

Bemind, o lieve Jezus,

Zij steeds uw heilig Hart!

O Hart, nog steeds vergeten Door zielen zonder tal,

Nog steeds vanééngereten Door veler zondeval;

U komem wjj verlrooslen

Voor zooveel smaad en smart;

Bemind, o lieve Jezus,

Zij steeds uw heilig Hart!

-ocr page 126-

— 120 —

Hf» 3,

DE BRON DER LIEFDE.

Sterv\'Iing, vindt gjj hier beneden De echte bron der liefde niet:

O dan kwaamt gij haar niot zoeken,

Waar zij oveivlopdig vliet. Let slechts op de bittre smarte In uws Jozua\' godljjk Harte,

En de liefde stroomt u tegen, Als een uitgestorte regen.

Zie dat Hart; het is doorstoken

Door een wreede en scherpe lans. Df ornen kwamen het omkronen , Saamgevlochten tot een krans.

Zie het kruis daar boven zweven.

Door de vlammen gansch omgeven. Waarom al die hartewonden ? Christen, \'t is om uwe zonden!

Sterv\'ling, zoudt gij nu niet minnen,

Als gij \'t Hart van Jezus ziet? Zal uw hart niet voor Hem kloppen,

Daar zijn Hart slechts liefde u biedt? Ja, mijn Jezus, mijne Liefde,

Dien \'k voorheen, helaas, zoo griefde, U wil \'k eeuwig, eeuwig minnen, \' \'k Schenk U hart en ziel en zinnen.

-ocr page 127-

— 121 —

af» 4.

Vertaling van dCor arcaquot; etc. Zie bladz. 30.

O Hart, o Ark van \'t nieuw verbond,

Waar slaafaohe vrees geen toegang vond, Waar slechts vergeving is bereid. Genaden en barmhartigheid!

De liefde gaf den wrceden stoot,

Die U doorwondetd opensloot,

Opdat de onzichtbre liefdewond Dij ons ook haar vereering vond.

Wie mint Hem, die zóó mint, niet weer?

Wie, die verlost werd, mint niet teer, En kiest niet eeuwig in dat Hart Zijn woonplaats uit in vreugde en smart?

Eer den zij Vader en den Zoon,

Als ook den Hcilgen Geest gehoor, Aan wie is macht en majesteit En heerschappij in eeuwigheid!

Amen,

-ocr page 128-

— 122 —

Ufo 3.

LIEFDEZANG.

. f Jlar\'a\'s Beeld te midden, o/quot; ■ i Komral laszt uns friihlich singen.

Wie kan uw llait genaken,

0 Jezus, eindloos zoet.

En voelt zich niet doorblaken

Van goddeljjken gloed?

Och leei\' ons dan beminnen ,

En heei\'jch in hart en zinnen , ü Jezus, o Jezus, Jezus, heersch in ons!

Gij biedt in de open wonde,

O Hart, een toevluchtsoord,

Ofschoon de lans der zonde

Nog immer U doorboort.

Och leer ons dan beminnen,

En heersch in hart en zinnen,

O Jezus, o Jezus, Jezus, hoortcli in ons!

Uw liefde blijft steeds boeien,

Schoon ze ook geen liefde vind; Zij blijft steeds sterker gloeien ,

En smeekt, dat men bemint.

Och leer ons dan beminnen,

En heersch in hart en zinnen,

O Jezus, o Jezus, Jezus, heersch in ons!

-ocr page 129-

— -123 —

ar» 6.

JEZUS LIEFDE VOOR DE ZIELEN.

(Naar den H. Alphonsus)

O God, wat ia de mensch gelukkig, Die sterven mag van liefdesmart

Voor Jezus, die in liefde en schoonheid Elke andre liefde en schoonheid tart.

Uit liefde voor zijn arme schepselen Neemt Jozus alle vormen aan.

Om ze aan zijn godljjk Hart te boeien, En in één liefdeband te slaan.

Hij, \'t godlijk Woord, daalt neer op aarde. En ziet als Kind het levenslicht ;

De Liefde komt om liefde smeeken,

Zoet schreiend als een hulploos wicht.

Dan als een arme en schoone Jongling, Neemt Hij een needrig handwerk aan,

Vindt in een lage werkmanswoning,

Hard zwoegend, zijn gering bestaan.

Ton laatste toont Hij zich aan allen, Als oproerling, geboeid, gesard;

En eindigt zoo zijn pijnlijk leven. Gedompeld in een zee van smart.

Nu onder schijn van brood verborgen, Breidt Hij nog steeds zijn armen uit

Naar iedre ziel, die tot Hem ijlend, Hem volgen wil als zijne bruid.

O zwijg dan, zwijg, gij valsche wereld, Verwacht geen liefde meer van mij!

Een ander heeft mijn hart veroverd.

Meer min lijk, meer getrouw dan gij !

-ocr page 130-

ar» 7.

KERSXI.IED

TER EKBE

VAN HET H. HART VAN JEZUS.

(Meiodie: Heiligste Nacht.)

Heiligste nacht! heiligste nacht!

\'Duisternis wijkt hier, en liefelijk glanzend

Straalt van den hemel een licht in zijn pracht Englen verschijnen, verkonden den vrede,

Vrede op de wereld den menschen gebracht. Komt dan, o Christnen, ja komt dan met spoed, Brengt met de herders aan Jezus uw groet! Jezus, uw God en Heer,

Daalde als een Kindje neer,

Komt dan met spoed!

Liefderijk Hart! Liefderijk Hart!

■Gij, het geluk en de vreugde des hwmels,

Schijnt zoo veracht in dit goddelijk Kind. Liefde tot ons heeft zoo diep U vernederd,

Wees dan, o Hart, van ons allen bemind! Goddelijk Kindje, vol lijden, vol smart, Wat roept Gij luide, Geef mij toch uw hart! Zie dan, o lieve Heer,

Kindje, zoo goed en teer.

Hier is mijn hart!

Goddelijk Hart! Goddelijk Hart!

\'k Breng bij uw kribje mijn needrige gaven

Van een rouwmoedig en liefderijk hart;

Jezus, U min ik, \'k verzaak aan de zonden,

U slechts mijn liefde bij vreugde, bjj smart! Hart van mijn Jezus, dat mij zoo bemint.

Hier voor ons kloppend in \'t hulplooze Kind: \'k Min niemand meer, o neen ,

Gij zijt mjjn deel alleen,

Ik blijf uw kind!

-ocr page 131-

— -125 —

Bs« 8.

ZEGEZANG.

Welk een soliouwspel, \'t Hart der harten,

\'b Eeuwigen Vaders eeuwige Zoon ,

In een zee van smaad en smarten,

Op het sohandlijk kruis ten toon Waar ziju haatren Ilem omschaatren i hisgt;

Mot een storm van spot en hoon. |

Waar dat Hart tot zeven malen,

Uit zijn rijkste schatten nam,

Zeven paarlen, zeven stralen,

quot;Van zijn goddelijke vlam.

Liefde tolken , 1

Alle volken i Ms-

Eoepend tot zijn kruishoutstam.

Waar dat Hart een een viertal vlieten,

Over Golgatha en do aard\',

Uit zijn diepste voort ziet schieten ,

Meer dan paradijzen waard.

Sinds zijn Handen \\

\'t Kruis omspanden I his. .

Dat een eeuwig Eden baart. )

Waar dat Hart in quot;t eii:d gebroken,

Door zijn namelooze smart,

Ja tot op den grond doorstoken.

Des Geregten rechten tart.

En die regten |

Komt bevechten . bis.

Met die eeuw\'ge wond in \'t Hart. \'

-ocr page 132-

Welk een Rcliouwspel, God der liefde,

Wie vergeet het nog voortaan ,

:Sinds de speer uw boezem kliefde, En uw Hart bleef open staan.

Om te ontvangen Die \'t verlangen Er voor eeuwig in te gaan.

Ik verlang het, ik bezweer het,

Ja ik wil, ik moet het Heer!

Sterk dat wensehen en vermeer het. Maar ik bid liet en bezweer.

Moet ik leven,

Laat mij geven.

Hart voor Hart en immer moer. Moet ik lijden,

Laat mij strijden,

Altoos moedig , altoos moer. Moet ik sterven ,

Doe mij erven \'t Hart dat ik alleen begeer.

-ocr page 133-

INHOUD.

filidz

Doel, Oorsprong en Voortgang der Ecrewacht . 3 Pauselijke Breve van de verheffing der Eere-wacht van het JJ. Hart, bestaande in de Kapel

in \'t Zand te Roermond, tot Aartsbroederschap 7

Statvten der Aartsbroederschap......12

Aflaten , waarmede de Aartsbroederschap verrijkt is.....•.........15

Bijzondere gebeden en oefeningen der Eerewacht 18

I. De InsohrijviDg in de Eerewacht .... 18

II. Het Wachtuur..........20

III. Heiliging van den eersten Vrijdag (of Zondag) der maand..........25

Morger.oefening..........25

Avondoel\'ening..........30

III. Bezoek aan het Eeeld van het H. Hart

van Jezus ..........40

IV. Novene ter eere van het H. Hart ... 42

V. De maand Juni..........4-2

VI. Voorbereiding tot het feest van het II. Hart 43 VII. Feest van het H. Hart.......44

Algemeene gebeden en oefeningen voor de leden der Eerewaiht ...........46

I. Morgenoefening..........46

II. Oefeningen door den dag.......50

III. Gebeden onder de H. Mis......53

IV. Biechtgebcden..........70

-ocr page 134-

— -128 —

BIadz„

V. Geboden vóór en na de Communie ... 74

VI. Gebeden gedurende het Lof en bij een bezoek aan het allerheiligste Sacrament en aan de H. Maagd.........83

VII. Avondgebed...........89

Novene ter cc re van het U. Hart van Jezus . . 95

Eerste dag. Het beminnelijk Hart van Jezus . 95 Tweede dag. liet minnend Hart van Jezus . . 97 Derde dag. Het Hart van Jezus begeerig bemind te worden.......101

Vierde Dag. Het bedroefd Hart van Jezus . .103\' Vijfde dag. Het medelijdend Hart van Jezus . 105 Zesde dag. Het milddadig Hart van Jezus . 108 Zevende dag. Het dankbaar Hart van Jezus . HO\' Achtste dag. Het versmade Hart van Jezus . 112 Negende dag. Het getrouwe Hart van Jszus . 115 Geestelijke liederen der Eerewacht.....117

-ocr page 135-
-ocr page 136-
-ocr page 137-