S
;
iMÜ
naar den
HEILIGEN ALPHONSUS DE LIGÜORI^
KERKLEERAAR Stichter van do Congregatie des Allei h. Verlossers,
door
Pater SAINT-OM ER, Redemptorist
VERTAALD DOOR
Pater THEEI^KM, Rt*demptorist-
TWEEDE UITGAAF.
s\' VAN |
GOEDKEURINGEN.
Door onzen Hoogwaardigen Pater Generaal, Nicolaus Mauron, daartoe gemachtigd staan wij toe, dat het werkje : « Hoe voor tl eelt g het is dagelijks mis te hooren, » door Pater Sl-Omer, en door Pater II. Theelen uit het Fransch vertaald, gedrukt worde. Brussel, 8 September 1880.
J. H. P. KOCKEROLS,
sup. 1\'llüv. utlü.
IMPIUMATÜU.
Leodii, 30 Septembris 1880.
J. C. WAUULINGS, Vic.-Gen.
HOE VOOnnEELlf! HET IS
Uamp;tiELIJKS
NAAIt HEM
HEILIGEN AI.I\'llONSUS DE LIGÜORI (1).
Kinderen der mensehen, luistert: iiuiien menu kwam verzekeren dat,in do uabijlxeid uwer woning eene goudmijn lif,\'t, do rijkste der wereld, en dat het u vrijstaat er dagelijks, gedurende een half uur, mot volle handen iu te gaan scheppen, wolke zou niet uwe blijdschap zijn I Dat half uur moeite, zoudt gij n gaarne getroosten om zoo rijkdommen to hekomen, welke nog-tans, maar kortstondigon vergankelijk zouden zijn. üe Koning des hemels biedt n eono andere, eene veel kostbaardere goudmijn aan, die niet een aardsch motaal, maar eeuwige goederen, do goddelijke genaden,
(l) Uet leerstellige gedeelte van ilit werkje ultooii. i* noordelijk uit de Weiken van den U.Aiphonaus getrokueu.
•1 BOE VOORDIÏELIG HET IS
dc eouwige verdiensten der verlossing in» houdt. Ah I het geloof leert, ons dat, de minste der genaden meer waarde heeft dan al het goud der aarde. Welnu I de verhevene offerande der mis is die onvergelijkelijke schat. Ik kom u dan bidden in den naam van Onzen Heer Jezus-Christus, eiken morgen een half uur te besteden om uwe ziel tc verrijken, met het aanbiddelijk mysterie des altaars bij te wonen.
Maar laten wij liever terstond de heiligen spreken om u de onschatbare voordeelen dezer heilvolle oefening te doen beseffen.
Do mis, zegt dc heilige Franciscus van Sales, is de zon der geestelijke oefeningen, de afgrond van Gods barmhartigheid, de bron der goddelijke liefde, het hart der godsvrucht, de ziel der godsdienstigheid, het kostbaarste middel om genaden to bekomen.
De mis, zegt dc heilige Leonardus van Porto-Mauricio, is de zon der christene wereld, dc ziel des geloofs, het middelpunt des Katholijkcn godsdienst, waar alle kerkgebruiken, alle ceremoniën en alle sacramenten zich naar toewenden ; in een woord, zij is al wat er goed en schoon te vinden in de Kerk van God.
DAGELIJKS MIS TE UOOREN. Ö
Oin alles iu ecu woord uit te drukken, zij liet cms genoeg met den lieiligen Aiphonsus te zeggen : «de ruis is de offrande van liet licliaam en bet bloed van Jezus-Christus zelvon, opgedragen aan de goddelijke Majesteit onder de gedaante van brood en wijn. i)
En van waar komt die groote scbat der mis? Hij komt uit het Hart zelf van Jezus-Christus, wiens goedheid voor de mensehen oneindig is. Ja, het zoo teeder Hart van Jezus heeft dit wonderbaar middel uitgevonden om ons de genaden der verlossing mede te deelen ; het minnend Hart van Jezus zet hem aan eiken dag op onze altaren geboren te worden, opdat hij ons eiken dag moge komen vertroosten in ons balling-scbap , dat medelijdend Hart van Jezus praam t hom tot ous te naderen en te zeggen : 4 Komt lol mij uilen, die vermoeid zijl onder den lasl van den arbeid en van hel lijden, en ili zal u verkwikken. » Kind, dat ik zoo teei bemin, kom tot mijne offerande, en, indien gij ziek zijt, ik zal u genezen ; indien gij een hart van steen hebt, ik zal het wegnemen, en ueen gevoelig hart geven ; ik zal u in blijdschap water doen putten uit de fonteinen des Heeren ; ik zal u beklecden met
HOE VOORDEELIG HET B
het heilig sieraad der deugden, ik zal u binnenleiden in het heiligdom mijner liefde. »
Om de geloovigen aan te sporen dagelijks, zoo veel mogelijk, de heilige mis bij te wonen, gaan wij, met Gods hulp, er de uitmuntendheid en de verhevene doeleinden van toonen, en zullen wij ons werkje met eenige toepassende raadgevingen sluiten.
§ 1. UITMUNTENDHEID DER M[S.
1. Jezus-Christus is het slachtoffer dat diiar wordt opgedragen.
Men leest in de heilige Kerkvergadering van Trente aangaande de mis : « Wij moeten noodzakelijk bekennen dal de geloovigen geen heiliger werk aan God kunnen opdragen dan dit aanbiddelijk geheim, t God zelf kon niet bewerken dat er op aarde iets groo-ters worde verricht dan de plechtigheid der mis. Waarom? omdat het slachtoffer dat er wordt opgedragen, geen ander is dan Jezus-Christus, slachtoffer van oneindige waardigheid en waarde. — Oh I hoe veel uitmuntender dan al de offeranden der oude Wet is de offerande onzer altaren, waar het slachtoffer niet slechts een stier of lam is, maar de ware Zoon Gods 1 De Joden mochten alleen
6
DAGELIJKS MIS TE HOOREN\'. 7
essen slachtofferen, zegt Petrus van Cluny, maar de Christen, oneindig gelukkiger dan zij, kan Jezus-Chrislus zeiven opdragen. Dan voegt hij er bij, dat dienstbare slaehtofferanden alleen betaamden aan dienaren,tenvijUezus-Christus zelf, slachtoffer dat ons van da zonde en van de eeuwige dood verlost, aan vrienden en aan kinderen was voorbehouden. De H. Laurentius Justinianus zegt dan mot reden dat er geene offerande grooter is in haar zelve, noch voordeeliger aan de menschen, noch aangenamer aan God, dan die in de mis wordt opgedragen.
Ook verzekert de heilige Joannes Chrysos-tomus dat onder de plechtigheid van dit mysterie het altaar omringt is van engelen daar vergaderd om Jezus-Christus, het opgedragen ofler, te vereeren. Hij zegt ook van een geloofwaardig persoon gehoord te hebben dat, een dienaar Gods een groot getal engelen met schitterende kleederen, op het oogenblik der consecratie, nif den hemel zag afdalen, het altaar omringen ■ en daar verwijlen in eene eerbiedvolle hou-d ing,even als onderdanen voor hunnen vorst. En ik heb gsene moeite om het te gelooven, zegt de heilige, want wadr de koning is, ddar is het hof. « Kan een geloovige twijfe-
8 HOE VOOBDEELIG HET IS
leu, zegt de heilige Gregorius, dat op het oogenblik zelf der consecratie, de hemelen opengaan op de stem van den priester, en de Kuoi\'en der Engelen door hunne tegenwoordigheid het heilig mysterie komen ver-ceren, in hetwelk Jezus-Christus zelf voor ons slachtoffert. » De heilige Augustinus voegt er bij, dat de engelen daar zoo verre gaan dat, zij den priester omringen als dienaren om hem bij te staan in zijne verhevene bedieningen.
Daar Jezus zich slachtoffert aan het altaar-uit liefde tot ons, moeten wij ons ook uil liefde tot hem weten te slachtofferen. Laten wij eiken dag onze ongeregelde driften,onze al te zinnelijke begeerten, onze te hevige genegenheden slachtofferen op het altaar onzes harten. Het leven des christen is niet anders dan kruis en lijden ; \'t is eene gedurige offerande, die nooit zonder geweld wordt opgedragen :«Ik bid u dan, broeders: bij de barmhartigheid Gods, zegt de heilige Paulus, dal gij uwe lichamen tol een levend, heilig, Gode welbehagelijk offpr opdraagt, t Sterven wij dan alle dagen indien het noodig is, om den Heer te behagen. Nu dan, chris-tene ziel, onder alle vrijwillige offeranden kunt gij er u geene opleggen, die aan God
DAGELIJKS MIS TE UOOREN. 9
wclbehagelijkcrcn u zclvcn voordeeligcrzij, dan clkcu morgen do heilige mis bij te wonen. Offerande voor offerande ; een God die zich opoiïert voor den menscli, verdient wel dat de monsch zich opoffert voor zijn God.
Ik heb er den tijd niet toe, zegt gij. — Dat kan waar zijn, maar rechtzinnig gesproken, is dit waar voor u ?Ik weet, er zijn bezigheden die niet overeenkomen met het geluk van dagelijks mis te hoeren; maar ik weet ook dat die woorden : «Ik heb er den tijd niet toe, » voor zekere zielen niets anders zijn dan een ij del voorwendsel, eene verschooning zonder waarde, waarmede zij hunne traagheid, hunne godsdienstige onverschilligheid, hunne weinige edelmoedigheid zoeken te bedekken.
Maar, hervat gij, ik heb zoo veel bezigheden. — Hebt gij er meer dan do heilige I.odewijk, koning van Frankrijk ? Hij had de gewoonte dagelijks twee missen bij te wonen. Eu vernemende dat zekere hovelingen afkeurden dat hij lot die godvruchtige oefening een tijd besteedde, die, naar hun inzien, zoo noodzakelijk aan de belangen des rijks ware toegewijd, antwoordde hij : «Zie eens hoe verde bezorgdheid dier Heeren
I 0 HOB VOOUDEELIG HET IS
gaat 1 Voorzeker, indien ik tweemaal zooveel tijd op de jacht of op het spel doorbracht, niemand hunner zou het minste woord van afkeur laten hooren. »
Zijt gij landbouwer of ambachtsman , herinner u het voortreffelijk spreekwoord van voorheen; De aalmoes verarmt niet, ett de mis vertraagt niet. Dit spreekwoord betee-kent, dat, in \'t algemeen, ieder verstandige en werkzame man betamelijke aalmoeien kan geven, zonder zijn huisgezin te verarmen, en dat hij ook dagelijks godvruchlig mis kan hooren, zonder zijn arbeid te vertragen. En inderdaad, wat is daartoe noodig? Opstaan een weinig vroeger dan zijn luije buurman, dan werken met meer orde en goeden wil. Ten prijze van eene lichte opoffering trekt bij den zegen des hemels over zijn huisgezin : hij bekomt zeker de schatten der genade, en zelfs, indien het God behaagt, de tijdelijke zegeningen.
2. In de mis is Jezus-Christus de voornaamste offeraar.
De mis is de heiligste en aan God de aangenaamste handeling, niet alleen om het slachtoffer dat er wordt opgedragen, welk Jezus-Christus is, slachtoffer van oneindige
DAGELIJKS MIS TE HOOREX. \' I
waarde, maar ook om den voornaamsten offeraar die ook Jezus-Christus is, en die zich zeiven opdraagt door de handen dos priesters, gelijk de Kerkvergadering van Trente ons leert. Daarom zeide de heilige Cyprianus : s De priester vervult waarlijk de bedieningen van Jezus-Christus. » Laten wij hier ons geloof verlevendigen, en en in den persoon des priesters, die de mis opdraagt, den persoon zeiven van Jezus-Christus erkennen. Ook zegt hij niet, bij de consecratie : «Dit is het lichaam van Jezus-Christus, dit is zijn bloed ;» maar hij zegt: hDü is wijn lichaam, dit is mijn bloed.« « Oh I wat is de priester iets groots, roept de eerbiedwaardige pastoor van Ars met reden uit. God is hem gehoorzaam : hij spreekt twee woorden , en op zijne stom daalt Onze Heer Jezus-Christus uit den hemel en sluit zich op in eene kleine hostie! Indien men geloof had, zou men God verborgen zien in den priester als achter een glas, als wijn met water vermengd.
Bellarminus schrijft dat de offerande der mis wordt opgedragen door Jezus-Christus, door de Kerk, en door den priester ; maar niet op dezelfde wijze : Jezus-Christus draagt ze op als priester en voornaamste offeraar.
I 2 IIOE VOORDEELIG HET IS
bij middel van con mensch die priester en zijn dienaar is ; de Kerk draagt ze op, niet als priester, door een dienaar; maar als volk door een priester ; de priester eindelijk draagt ze op als dienaar van Jesus-Christus en als Voorspreker van al het volk. Evenwel is Jezus-Cliristus altoos de voornaamste offeraar in de mis, waar hij zich gedurig opdraagt onder de gedaante van brood en wijn, bij middel der priesters, zijne dienaren, die, terwijl zij offeren, zijne plaats vervangen. Daarom zegt de 1VC Kei\'kvergadering van Lateranen, dat de Zaligmaker te gelijkertijd priester en slachtofïlr is. Inderdaad, Let betaamde aan do waaidigheiu van deze offerande, dat zij voornamelijk werd opgedragen niet door zondige mcn-sclien, maar door den Opperpriester die niet onderworpen is aan de zoude, « door den lloogepriesler die heilig is, onschuldig, onbevlckl, afgezonderd van de zondaren.t
«Vandaar, zegt de heilige Leonardus van Porto-Mauricio, dat dc offerande niet ophoudt aangenaam aan God te zijn, hoe onwaardig de priester ook zij die ze opdraagt; omdat de voornaamste priester Onze lieer is, en de zichtbare priester alleen zija nederige dieuuar. Zoo wordt hij die de aal-
DAGELIJKS MIS TE HOOIIEN. 1 3
moes geeft door de hand van een zijner dienaren, met recht als de voornaamste gever aangezien; al ware de knecht oen deugniet, indien de meester een rechtvaardig man is, is zimc aalmoes niet te min ver-dienstig en heilig. »
Van een anderen kant, moeten wij weten, tot onzen troost dat de mis bijwonen of opdragen, op zekere wijze het zelfde is. De roden daarvan is, dat de priester als dienaar der Kerk, handelt, spreekt, bidt in naam van alle gcloovigen en voornamelijk in den naam dor omstaanders. Daarom zegt hij bij hot Ora/e fratres: Bidt broeders,opdatmijne offerande die ook de uwe is, aangenaam zij aan God den Vader almachtig. In de mis handelt do priester niet als privaat persoon, maar als vertegenwoordiger van al het vergaderd volk. Daarom zegt hij niet : «Ik offer, ik smeek, ik betuig, maar wij offeren, wij smeeken, wij betuigen, » omdat alle om-staanders offeren, smeeken, betuigen met hem : niet dat zij daartoe met het priesterlijk karakter bekleed zijn, niet dat zij aan den priester de macht van te cönsacreorcn kunnen mededeelen, maar omdat, zij ver eenigd zijn met deh priester die do mis opdraagt.
HOE VOOHDEEI.IG HET IS
3. De mis verbeeldt en hernieuwt de Kruis-offerande.
Toen Jezus hot heilig Sacrament des Altaars instelde, zeide hij : «Doet dit lot mijne gedachtenis. » Volgens den heiligen Thomas heeft de Verlosser ons juist daarom het heilig Sacrament nagelaten, opdat de gedachtenis der goederen die hij ons heeft verworven, en der liefde die hij ons heeft bewezen met voor ons te sterven, gedurig in ons verhlijve. Daarom wordt het heilig Sacrament des Altaars, door denzelfden heiligen leeraar, gedachtenis van Jesus lijden genoemd. Onder de regeering van Elisabeth werden in Engeland de geweldadigste wetten uitgevaardigd tegen de geloovigen die de mis hijwoonden. Een rijke katholiek werd eens om deze reden veroordeeld tot het betalen van vijf honderd stukken gouds.Deze man van geloof haastte zich terstond de schoonste portugeesche goudstukken op te zoeken, op welke het kruis was geslagen, en toen hij ze verzameld had, bracht hij ze bij den rijkskassier. « Hoe I riep de protestant met verwondering uit, hoe I zoo schoone stukken om eene boete te betalen ?—Ja, antwoordde de katholiek, « want de gunst die ik heb
ii
DAGELIJKS MIS TE HOOREN. IS
genolea van de mis bij te wonen, kan ik niet te goed betalen. Weetdat er tusseben dat kruis welke gij op die goudstukken ziet, en de heilige mis, eene geheimzinnige verwantschap bestaat, want hij die zich voor ons heeft geslachtofferd op het kruis, offert zich nog dagelijks voor ons in het verheven mysterie des altaars. Het kruis en de mis zijn twee allerzoetste gedenkenissen van de liefde mijns Zaligmakers. »
Maar de mis is niet alleen eene gedenkenis van de offerande des kruizes ; het is wezenlijk nog dezelfde offerande ; want het is dezelfde offeraar en hetzelfde slachtoffer, dat is het inenschgeworden Woord. Het verschil bestaatalleen indewijzevan opdragen, te weten: de offerande des kruizes was bloedig, en die der mis is onbloedig; in de eerste stierf Jezus wezenlijk, en in de tweede sterft hij, maar op eene geheimzinnige wijze.
Zoo dan, dierbare lezer, valt u het geluk te beurt de mis bij te wonen, bedenkt dat dit heilig slachtoffer, opgedragen door de hand des priesters, diezelfde Heer is die zijn bloed en zijn leven voor u heeft ten beste gegeven. Verbeeld u dan op den Calvarieberg te zijn, om er aan God het bloed en
1 G HOE VOORDEELIG IIET 13
het leven van zijnen aanbiddolijken Zoon op to dragen, en hebt gij het geluk tecommu-niceeren, verbeeld u aan de wonde van Jesus-Hart zijn kostbaar bloed to drinken. Oh! welk wonder 1 m elke mis, wordt hot werk der verlossing hernieuwd, zoodanig, ware Jezus niet eenmaal op het kruis gestorven, eene enkele mis zou aan de wereld dezelfde weldaden bezorgen welke ons do dood des Zaliginakers bezorgd heeft. « Ja, zegt de heilige Thomas, eene mis heeft voor het geluk en do zaligheid dor menschen dezelfde uitwerkingskracht als de offerande des kruizes. De aanbiddenswaardige offerande onzer altaren, zegt op zijne beurt de hci\'igo Augustinus, is heden voor God niet minder krachtig dan op den Calvarieberg het bloed en het water die van het Hart van Jesus ontsprongen, die uit het Hart van Jezus vloeiden. » De offerande van don Calvarieberg wordt ons toegevoegd door de offerande des altaars, De passie van Jesus maakt ons bekwaam voor de verlossing ; de mis stelt ons in haar zeiver bezit, en maakt ons deel-achtig aan de verdiensten van Jezus-Chris-tus; de eene opent ons de schat van do verdiensten des Zaligmakers, do andere stelt ons denzelven in handen ; do eeno is do
DAGELIJKS MIS TE HOOREN. 1 7
bron der genaden, do undere het kanaal waarlangs zij tot ons vloeien ; de eetie heeft maar eenmaal kunnen plaats hebben op don Calvarieberg, de andere wordt dagelijks op dnizende plaatsen der aarde hernieuwd.
«Neen, zegt Pater Ramière, er is geen enkel oogenblik op den dag of inden nacht, waarop de goddelijke offerande niet op de oene of andere plaats der wereld wordt opgedragen. Daar de katholieke Kerk hare dienaren hoeft in alle streken die ach torvolgens door de zon verlicht worden, zoo verwezenlijkt zij letterlijk do aloude voorzegging, volgens welke een dag moest komen waarop de onbevlekte offerande op allo plaatsen zou worden opgedragen, van den opgang der zon tot haren ondergang. Nu, van al die dnizende missen, die, eiken dag en elk oogenblik, in de heilige Kerk worden go-lezen, is er niet oene enkele waaraan iedei-Christen niet zijn deel hooft, niet ééne bijgevolg met dewelke hij zich niet mot recht kan voroenigen, niet ééne wier vruchten hij niet kan vermeerderen met die toe te voegen aan de zielen aan wie hij goed wil. Treffende gedachte en zoo bijzonder geschikt om don ijver van don godvruchtigen christen op te wekken en zijn betrouwen te versterken.
1 8 HOE VODRDEELIG HET IS
Zoo het scliijnt, moest hein deze gedachte nooit verlaten; gedurende den dag, temidden zijner vermoeiende bezigheden, moest hij daaraan denken en die gedachte moest als eene zoete ademhaling voor zijn vermoeid hart zijn; des nachts in de slapelooze oogenhlikken, moosl hij er aan denken, en die gedachte moest hem zijne rust helpen heiligen ; in zijne droevige oogenhlikken, in zijne smarten, in zijne bekoringen, moest hij er aan denken, ea die gedachte moest hem de kracht en den moed geven, die hem kunnen ontbreken.
4. Be mis is de grootste gave die aan de mensehen is geschonken.
Deze gave is Jezus-Christus zelf in persoon. Want het is een punt des geloofs dat, op het oogenblik als de priester consacreert, het menschgeworden Woord zich verplicht hem te gehoorzamen, daar het in zijne handen komt onder de sacramenteele gedaanten. Men is van verwondering getroffen, bij het hooren dat God gehoorzaamde aan Josuë, en aan de zon beval stil te staan op de stem van een mensch. Maar \'t is een veel grooter wonder dat God, gehoorzamende aan ocnige woorden van deu priester, zelf op
DAftELIJKS MIS TE HOORE.N\' 1 9
het altaar komt, cn elders overal waar de priester hem roept, en zoo dikwijls hij hem roept, en zie,h in zijn handen stelt, al ware die priester zijn vijand. Diiar, blijft hij geheel overgelaten aan de beschikking des priesters ; de priester kan hem, waar hij wil, van de ecno plaats naar de andere dragen; het staat hem vrij hem op te sluiten in hot tabernakel, ofuit t,e stellen op het altaar, of in processie rond te dragen ; het staat hem vrij hem te nuttigen af aan anderen ter nuttiging, te geven. 0 verbazende macht der priesters! o onuitsprekelijke goedheid van Jezus !
De heilige Bonaventnra zegt, dat de Heer in elke mis geene mindere gunst aan het menschdom bewijst, dan die hij hem bewees met mensch te worden. Zoodan, gelijk de leeraars opmerken, indien Jezus-Chrislus nog niet op aarde was gekomen, zou de priester, met de woorden van do consecratie te spreken, hem er op doen komen, volgens deze vermaarde uitspraak van don heiligen Augustinus :« 0 bewonderenswaardige macht der priesters, in tuier handen de Zoon Gods zich gewriardigt mensch te worden gelijk in den schoot der allerheiligste Maagd !»
Voor de schepping der wereld, sprak God:
20 HOR VOORnlïELIG HET is
Fiat, en op hetzelfde oogenblik, komt je wereld uit den niet op. iNegeutien eeuwen geleden, zelde ook Maria : Fiat, en ziedaar het eeuwig Woord wordt inonseh. Eiken dag zegt do priester in de mis eenige gewijde worden, en op hetzelfde oogenblik bevindt zich de Koning der koningen op liet altaar. Drie groote wonderen ; maar het grootste van de drie, wordt bewerkt door den priester, terwijl hij, zoo dikwijls hij da mis opdraagt, den Zoon Gods op do altaren doet geboren worden.
Een kloosterling van do oi\'de van den heiligen Franciscus, genaamd broeder Joannes van denAlverna, bereiddezieh op zekeren dag om de heilige mis op te dragen. Te dien einde begon hij de woorden der consecratie van hot lichaam des Heeren te overwegen, overdenkende de oneindige liefde dos Zaligmakers, die zich niet te vreden heeft gesteld met zijn bloed te vergieten om ons te verlossen, maar die ons nog zijn lichaarü met dat kostbaar bloed wil nalaten tot. spijs onzer zielen. Op dit oogenblik voelde hij eene zoo groote vurigheid en eene zoo uit-ncirendü zoetigheid in zijnhart aangroeien, dat hij op het punt was er aan te bezwijken: Hij gaf luid* kreten, en als dronken door
DAGELIJKS MIS TE HOOREff. 21
dou geest die hem benieesterdo, herhaalde hij gedurig deze woorden : Hoc est corpus enz.: Dit is mijn lichaam, liij het uitspreken meende hij den Zaligmaker met de allerheiligste Maagd en eene menigte engelen te zien , terwijl de heilige Geest zijne ziel verlichtte wegens do diepe cn verhevene geheimen van het verbazend offer des altaars. Onder den druk dezer vurigheid trad hij de kerk binnen, de woorden der consecratie gedurig herhalende : Iloc est corpus enz., en zicii verbeeldende van niemand gezien of gehoord te worden ; maar een broeder die in het Koor bad, boorde en zag alles. Oudertusschen, zich niet kunnende inbouden cn gepraamd (ioor den overvloed der goddelijke genade, hield broeder Joannes niet op overluid to roepen : in dien staaf verbleef hij tot aan het oogeublik der mis. Toen bij de offerande had begonnen,gevoelde bi j dat, naarmate hij voortging, de liefde tot Jesus in hem toenam. Vreezende dat die vurigheid zoo zeer zou toenemen, dat hij de mis zou moeten onderbreken, werd hij ongerust, niet wetende of hij moest voortgaan. Aan de Prefacie werd de zoetigheid zoo uitnemend,datbij bij hetbegin der consecratie, op het punt was van te bezwijken. Eindcl\'jk,
22 HOE VOOHDEULIG HET IS
aan het oogenblik der consecratie gekomen en nadat hij over do hostiedeze drie woorden had uitgesproken : Hoc est enim, werd het hem onmogelijk voort te gaan, en hij hield niet op te herhalen : Hoc est enim. Hetgeen hem wederhield; was dat hij Jezus-Christus zag omringd van eene menigte Engelen, en zoo bleef hij in de goddelijke Majesteit geheel verslonden. Dan nog, zag hij dat Jezus-Christus niet in de hostie trad, en dat do hostie zich niet in zijn lichaam zou veranderen zoo lang hij niet al de woorden der consecratie zou hebben uitgesproken. Hij was in dien staat van angstvalligheid zonder dat het hem mogelijk ware in do heilige offerande voort te gaan, toen de Gardiaan din, dit bemerkt had, alsmede de andere broeders en de leeken die de mis hoorden, allen het altaar naderden, en van verwondering verslagen bleven. Bij dit treffend schouwspel stortten zij zelfs velea tranen van aandoening. Eindelijk, na eene lange onderbreking, liet God toe dat broeder Joannes, bij de eerste woorden. Corpus Meum, kon voegen. Terstond verdween de gedaante van brood en in de plaats verscheen Jezus-Christus onder eene menschelijke gedaante en schitterend van glorie.
DAGELIJKS MIS TE HOOREN. 23
Oh! indien onze oogen open gingen, welke wonderen zouden wij op het oogenblik der Consecratie zien ! Maar neen, dit is (iOds wil niet, omdat wij de verdienste des gelooft ionden verliezen.
Ia een woord, de mis is al wat er het voortreffelijkste en het schoonste in de Kerk bestaat. IVat is er beter, wat is er schooner, vraagt de profeet Zacharias, dan de tarwe der uitverkorenen, en de wijn die maagden voortbrengt, kostbare gaven die de Heer ons schenkt aan het altaar ? De heilige Bona-ventura heeft dus wel gelijk wanneer hij de mis het begrip noemt iwi al de Liefde Gods en van al de weldaden waarmede de Heer de rnenschen heeft overladen. Daarom heeft dc duivel altijd alle pogingen aangewend om de heilige mis aan de wereld te ontrooven, hen aanstellende als voorloopers van den Antechrist, door behulp der ketters, die vooral het heilig misoffer zal trachten af te schaffen, eu wezenlijk zal afschaffen tot straf van de zonden der menschen.
§ II. DOELEINDEN DEB MIS.
1. Men kan God geen grooler huldebowijs aantiieden dan het heilig misoller.
De heilige Margaretha van Cortona, die vermaarde boetelinge,riepdikwijlsuit geheel
24 HOE VOORDKELIG UET IS
ontvlamd door de liefde : « Oh! had ik zooveel harten cn longeu als er sterren aan den (leniel, bladeren aan de boomen cn water-druppelen in de zee zijn, om mijn God te beminnen en te loven Op zekeren dag, als zij zich aau deze vervoeringen overgaf, zeide baar de Heer: « Troost u, mijne dochter ; door eene enkele mis die gij met godsvrucht zult hooren, zult gij mij al de eer die gij verlangt, en nog oneindig meer bewijzen.» O christenen, hoe gelukkig zijt gij dan, dagelijks, indien gij wilt, dit goddelijk mysterie te kunneu bijwonen 1
In de oude wet, vereerden de menscheu God door verscheidene offeranden ; maar in de nieuwe wet wordt God meer vereerd dcor eene enkele mis dan door al de oude olfcranden, die slechts eene figuur en eene schaduw waren van de offerande des altaars. Door de heilige mis, wordt God zoo vee\' geöerd als hij verdient, dewij\' hij daar up nieuw die oneindige eerontvangt welke hem Jezus-Cbristus gaf met zich zeiveu op het kruis te slachtofferen. Eene enkele mis geeft meer eer aan God dan alle gebeden en .lie boeten der heiligen, al de werken der anos-tclon, al de smarten der martelaren, al de vurigheid der Serafljneu en der goddelijke
DAGELIJKS MIS TE 1I00REN. 23
Moeder, hem hebben gegeven of ooit zullen geven. Want al de eer der schepselen is beperkt, terwijl de eer die aan God wordt gegeven door de offerande onzer altaren, daar zij hem door eene goddelijke persoon wordt gegeven, eene oneindige eer is. Men moet dus bekennen dat de mis het goddelijkste aller werken is.
\'t Was, om cenen priester te maken dat Jezus-Christus gestorven is. liet was niet noo-dlg dat de Zaligmaker stierf om de wereld te verlossen; een druppel bloods, een traan, een gebed, waren hem voldoende om de zaligheid allermenschen te verwerven; want daar deze offerande van eene oneindige waarde was, was zij voldoende, om, niet slechts eene wereld, maar duizende werelden te verlossen. Integendeel, om cenen priester te maken, is de dood van Jezus-Christus noodzakelijk geweest; inderdaad, waar zou men anders het slachtoffer gevonden hebben, wolk boden de priesters der nieuwe wet aan God opdragen, slachtoffer geheel heilig en onbevlekt, alleen voldoende om God op eene hem waardige wijze te eeren? Ja, al de levens der engelen en der menschen, zouden niet bekwaam zijn aan God de oneindige eer te bewijzen welke hem oen priester door eene
26 DOE VOORDEELIG HET IS
enkele mis bewijst. De heilige Vaders hadden dan wel gelijk het priesterschap eene goddelijke bediening, eene oneindige waardigheid, de edelste aller waardigheden dezer wereld te noemen.
Aan God eene oneindige eer bewijzen, welk geluk ! Ach ! indien wij een vonkje geloof en godsvrucht hadden, zouden wij mot een beroemd man uit Frankrijk, de Bernières, zeggen : a Liever zou ik geheel de wereld, indien ik ze bezat, dan eene enkele mis verliezen ; wel wetende dat bet grootste werk welk wij op aarde kunnen verrichten en welk de meeste eer aan God geeft, datgene is, in hetwelk Jezus-Christus zich opdraagt om hem eene oneindige eer te bewijzen. De priester draagt de heilige hostie op, maar in den naam van geheel de Kerk, voornamelijk voor hen die daar tegenwoordig zijn, en die het geluk hebben dezelve met hem op te dragen. Wat troost voor mij wanneer ik de mis heb bijgewoond! Ik heb aan God een oöer van oneindige waarde opgedragen, ofschoon ik de eer niet heb priester te zijn. Ik heb hem dus oneindig vereerd. 0 mijn Jezus ! Wat onwaardeerbare schat bezitten wij in ü, indien wij hem wisten op prijs te stellen.
DAGELIJKS MIS TE HOOREN. 27
Aan God ecuo oneindige eer bewijzen, o liemel! wij kunnen het eiken dag, met de mis bij te wonen, en wij zouden het niet doen ?.... Volgen wij Let voorbeeld na van Thomas Morus,groot kanselier van Hendrik VIII; nooit, niet tegenstaande zijne menigvuldige bezigheden, liet hij na de heilige mis te hooren, Op zekeren dag liet de koning hem juist op dien tijd roepen ; Een weinig geduld, antwoordde Thomas : ik moet voor alles mijne hulde bewijzen aan een verhevener vorst; ik moet in het verhoor dat de hemel mij verleent tot het einde blijven. » Die groote man dacht niet dat het beneden zijne waardigheid was de mis te dienen. « Ik reken het mij tot eer, zeide hij, dezen dienst aan den verhevensten dei-monarchen te bewijzen.»
2. Godvruchtig do mis bijwonen is een zeker middel om barmhartigheid te verwerven.
Dat dc mis waarlijk een verzoeningsoffer is, dat wil zeggen, dat God genadig maakt en hem beweegt om ons, niet alleen de verdiende straffen, maar ook nog de bedrevene zonden te vergeven, dit wordt bewezen door de instelling zelve van het heilig Sacrament des Altaars, welke voornamelijk tot vergil-
28 HOE VOOUDEELTG HET IS
fenis der zonden is gedaan. Dit, zegt Jezus Christus, is mijn bloed, dat zal vergoten iuoi-den tot vergiffenh der zonden. I)o ruis vergee \'t onmiddellijk, de verdiende straffen der zonde, zoo niet geheel, ten minste gedeeltelijk ; zij vergeeft ook de zonden, waren zij ook zeer zwaar, maar middellijk, voor zooveel als God dan de genade verleent die den meiiseh tot het berouw opwekt en hem aanspoort om zich te reinigen in het Sacrament van boetvaardigheid. In een woord, de mis verwerft eene oneindige barmhartigheid aan de zondaren.
De heilige Mechtildis zag eens in den geest eene maagd een diamant in het bloed van Jezus Hart doopen en dit dikwijls herhalen, om haar te leeren dat geen hart zou versteend is, welk het Hart van Jezus niet van leedwezen doet smelten. Wanneer een zondaar godvruchtig de mis hoort, ware zijn gemoed ook zoo hart als het diamant, de allerheiligste Maagd zal het welen te verzachten door het gedurig te doopen in het bloed van het Lam dat rust op onze altaren, liet volgende voorbeeld is er een bewijs van:
Eene jonge jufvrouw, met name Gauthier, verloor haren vader in den ouderdom van
DAGELIJKS MIS TE HOOREN. 29
zeventien jaren. Daar zij geen fortuin oezat, trad zij in den schouwburg van Parijs, waar zij zoo vermaard werd dat zij zelfs door de vorsten werd opgezocht. Eenc godvruchtige vriendin ondernam het, haar tot eene christelijkere lewenswijze terug te brengen. Do zaak was niet gemakkelijk. Feestelijk ont-. haald van do grooten, zwemmende in do vermaken, beminde de artiste de wereld en was er van bemind. Zij bereikte dertig jaren, toen zij op zekeren dag, van hare gewoonten afwijkende, eene mis gaat hooren. Aanstonds spreekt do genade tot haar hart, en ziet, nu gevoelt zij eene hevige onrust wegen? hare eeuwigheid. Zij keert weder naar de mis: hare kwelling vermeerdert. Zij neemi het besluit de mis dagelijks te hooren : de knaging wordt daarom des te geduriger. Stiptelijk ging zij dan eiken morgen naa: do kerk, en eiken avond naar den schouwburg. Uitgelachen over hare godsvruchtigheid begrijpt zij weldra dat men niet twee hoeren kan dienen : welken zal zij kiezen, God of de wereld? Verschrikkelijk was toon de strijd die in hare ziel ontstond. Eindelijk heeft de genade de overhand : de tooneol-spcelster verbreekt eensklaps al hare kennissen, en stelt gansch Parijs in verwonde-
30 HOE VOORDEELIG HET IS
ring over hare verwijdering. Een rijk man kwam haar een zijner landgoederen aanbieden,maarzij ontsnapte aan dezen nieuwen strik, en weldra vernam men dat zij non was geworden bij de Carmelietersen van Lyon, waar zij een geheel heilig loven leidde.
Wee, ja wee ons, zoo de groote offerande, die de goddelijke rechtvaardigheid weêr-houdt om de straffen over te zenden welke onze zonden verdienen, niet bestond! Al de slachtoffers der oude wet waren zeker niet voldoende om de gramschap van God tegen de zondaars te stillen. Had men zelfs de levens opgedragen van alle menschen en van alle engelen, zij waren niet waardig geweest om te voldoen aan de goddelijke rechtvaardigheid voor eene enkele zonde door een schepsel tegen zijnen Schepper bedreven. Jezus-Christus alleen heeft kunnen voldoen voor onze zonden. Alzoo heeft de eeuwige Vader hem op de wereld gezonden, opdat hij als stervelijk mensch en door het offer van zijn leven, hem ten gunste der zondaren verzoene; en dit offer wordt hernieuwd zoo dikwijls de mis wordt opgedragen. Oh I hoe veel beter roept de stem van het onschuldig bloed van onzen Verlosser barmhartigheid
BAGFLIJKS MIS TE HOOI1EN.
voor ons, dan het bloed van Abol wraal; riep legen Caïn.
Dit had eene arme zondares allerbest begrepen toen zij op haar doodsbed lag uitgestrekt. « Oh I kon ik nog eene mis hooren ! riep zij uit. Ob ! kon ik nog eene mis hooren! «En waarom? vroeg men haar. — Mij dunkt, hervatte zij, dat mijne ongerustheden zouden stillen, want den priester den kelk van Jezus bloed, ten Hemel ziende heffen, zou ik tot God zeggen : Heere, mijne schuld is groot, maar ziedaar mijne voldoening. »
Oh! kon ik nog eene mis hjoren!... Een dag zal komen, dierbare lezer, waarop ook gij op een bed van smarten uitgestrekt, misschien dienzelfden kreet zult laten hooren ; en wie belet u deze weldaad van morgen af te genieten ?
Oh ! kon ik nog eene mis hooren t... Zal het niet eene groote reden van wanhoop zijn voor de verdoemden, een zoo gemakkelijk middel te hebben gehad om barmhartigheid te verwerven op deze wereld, en niet gewild te hebben er gebruik van te maken ?
Oh! kon ik nog eene mis hooren !... Dusdanig is de kreet der zielen in het vagevuur. Zij voegen er bij : Oh ! indien iemand
32 HOE VOORDKKLIG IIET IS
eeno mis voor mij wilde hooren of lezen ! Helaas I had ik in mijn huisgezin do godsvrucht ingevoerd van mis te hooron I
Want is dit offer nuttig voor de levenden, niet minder nuttig is het voor de overledenen. Ook bidt de priester in de mis opdat de Heer, zijne dienaren die tot het ander leven njn overgegaan en in den slaap des vredes rusten, indachtig zij. Wanneer de liefde der zielen die uit dit leven vertrekken, niet voldoende is om hen te zuiveren, dan zuivert hen het vagevuur ; maar hetgeen hen nog veel beter zuivert is de liefde des Zaligmakers door middel van de offerande des Altaars, welke aan die zielen eene grootc vermindering bezorgt en zelfs dikwijls de verlossing hunner pijnen. De kerkvergadering van Trente verklaart dat de zielen, die in het vagevuurzijn opgesloten,krachtdadig geholpen worden door de gebeden der geloovigen, en vooral door het heilig misoffer. üe heilige Augustinus raadt ons aan de mis op te dragen voor alle overledenen, in geval de zielen die wij aanbevelen onze hulp niet konden ontvangen.
De eerbiedwaardige pastoor van Ars verhaalt dat een heilige priester bad voor zijnen vriend : ongetwijfeld had God hevn doen
DAGELIJKS MIS TE HOOR EN. 33
kennen dat hij in het vagevuur was. Het kwam hem in de gedachte dat hij niets beters kon doen dan het heilig misoffer voor zijne ziel op te dragen. Toen hij aan de consecratie was, nam hij de hostie tus-schen zijne vingeren, en zeide : » Eeuwige Vader, laat ons eene ruiling doen.Gij houdt de ziel van mijnen vriend die in het vagevuur is, en ik houd het lichaam van uwen Zoon die tusschen mijne handen is. Welnu I verlos mijnen vriend, en ik offer u uwen Zoon met al de verdiensten zijner dood. » Bij de opheffing van de heilige Hostie, zag hij inderdaad de ziel van zijnen vriend schitterend van glorie ten Hemel klimmen. Daags na Allerheiligen droeg eens broeder Joannes van den Alverna, de mis op volgens het inzicht der Kerk, voor de zielen der overledenen. Hij droeg dit aanbiddelijk offer, welk de zielen in het vagevuur zoo vurig verlangen om zijne krachtdadigheid, met zoo veel godsvrucht op, dat hij als verrukt scheen door de zoetheid der liefde tot God en tot de zielen. Op het oogenblik dat hij de opheffing deed van het lichaam des Heeren, bood hij het God den Vader aan, hem biddende ter liefde van Jezus-Chrislus zijn beminden Zoon, die Voor de
34 HOE VOORDEELIG HET IS
zaligheid der zondaars aan een kruis werd genageld, de zielen die hij had geschapen en vrijgekocht, uit de pijnen des vagevuurs te willen verlossen. Aanstonds zag hij eene menigte zielen uit het vagevuur opstijgen, even als vonken uit een brandend forneis. Zij stegen allen ten hemel door de verdiensten van het lijden van Jezus-Christus, die dagelijks in de mis, voor de levenden en de dooden wordt opgedragen in de heilige Hostie.
Al de omstaanders kunnen insgelijks zielen uit het vagevuur verlossen, dewijl het zeker is, gelijk wij hiervoren, bladz. 13, hebben bewezen, dat zij het heilig misoffer opdragen door den priester, als zij zich met hem vereenigen. O gij die dit boekje leest, waarom, bij de herinnering der overledenen, komen er tranen die nauwelijks hadden opgehouden te vloeien, weder uwe oogen bevochtigen ? Ach! die zoo goede vader, die onvergelijkelijke moeder, die man die u zoo zeer was toegenegen, dat kind iu hetwelk gij zoo schoone hoop had gesteld!.... zij zijn niet meer !.... In uwe liefde hebt gij hun gezworen hen nooit in uwe gebeden te vergeten. Misschien zijn zij opgesloten in den kerker des vagevuurs, en uit den
DAGELIJKS MIS TE IIOOREM. 3S
afgrond der brandende vlammen roepen zij u toe: lt;i Miseremini mei, miseremini wei, saltern vos amici mei, quia mams Domini tetigilme.ii Ontfermtu mijner, ontfermt u .mijner, gij ten minste die mijne vrienden zijt, want de hand des Heeren heeft mij geraakt. Oh! indien gij wist hoe zeer de mis de pijnen dier dierbare nabestaanden verzacht, uwe liefde, ja uwe liefde, want uw hart zou u de leugen verwijten, indien gij zeidet dat gij hen niet meer bemindt, uwe liefde zou u dwingen dagelijks de mis bij te wonen. «Elke maal het gelui der klok mij verwittigt dat eene mis gaat beginnen, placht een zeer brave christen te zeggen, schijnt het mij dat bitter gekerm, dat hartscheurend geroep der overledenen te hooren Miseremini mei, miseremini mei... en dan, hoe dringend ook mijne werkzaamheden zijn, vind ik mij gedwongen mijn levendig verlangen van mis te hooren te voldoen. Ik verbeeld mij die arme zielen in het midden der vlammen te zien, en nooit zou ik het hart hebben hun te zeggen: Wacht, vandaag heb ik den tijd niet. »
3C HOE VOOEDKEUG HET tS
3. Men kan God niet waardiger bedanken dan door middel van het heilig misoffer.
Het is rechtvaardig dat wij God bedanken voor de ontelbare weldaden die wij van zijne oneindige goedheid hebben ontvangen ; maar ellendig als wij zijn, welke waardige dankbetuiging zullen wij hem kunnen geven ? Indien God ons maar eenmaal een eenvoudig bewijs zijner vriendschap had gegeven, zou het nog van onzen kant eene oneindige dankbaarheid verdienen, omdat die goddelijke daad eene gunst en eene gave van oneindigen prijs zou zijn. Welnu, die goede Meester heeft ons een middel gegevenom niet beneden onze groote verplichtingen jegens hem te blijven, en om hem waardiglijk te bedanken : Welk is dat middel? De mis in dewelke wij hem Jczus-Christus opdragen. Daardoor wordt God volkomen bedankt en voldaan : want als de priester de mis leest, biedt hij aan God, voor al de genaden die hij ooit zelfs aan de uitverkorenen heeft geschonken, een offer van dankbaarheid zijner oneindige goedheid waardig. Dit offer van dankbaarheid Gode waardig, al de heiligen des hemels te zamen zouden het hem nie; kunnen
DAGELIJKS MIS TE HOOREN. 37
aanbieden ; zoodat nog onder dit opzicht, de waardigheid des priesters boven al de geschapene waardigheid is, zelfs boven die des hemels.De heilige koning David dankte den Heer voor al de weldaden die hij van hem had ontvangen, zeggende : « Wat zal ik den Heer vergelden, voor al de weldaden; die hij mij bewezen heeft ? Ik zal, hervatte hij, den beker der zaligheid opheffen.» Dit deed Jezus zelf, om zijn hemelschen Vader te bedanken voor de weldaden die hij aan alle mensohen had bewezen. «En hij nam eenen kelk, en gedanKt hebbende, zeide hij : Neemt en deelt dien onder u.»
Men verhaalt van de eerbiedwaardige Francisca Farnèse, dat zij zich met weldaden overladen ziende, niet ophield in haren geest een middel te zoeken om aan God haren schuldigen dank te betuigen en hem daarvoor eene rechtvaardige vergelding te geven. Op zekeren dag als zij in deze gedachte verslonden was, kwam de allerheiligste Maagd, en legde het Kindje Jezus in hare armen : a Neemt het, zeide zij tot haar, het behoort u toe, en weet er gebruik van te maken, met hem alleen zult gij al uwe schulden betalen. » O zoete onderwijzingen des geloofs ! Om God naar zijne
38 HOE VOOHDEELIG HET IS
weldaden te bedanken, is het niet noodig dat Maria haar goddelijk Kind in onze armen komt leggen : in de mis kunnen wij er over beschikken, om hem aan zijn hemel-schen Vader op te dragen. Hetzelfde veropenbaarde de Heer aan de heilige Theresia.Zich met gunsten overladen ziende, riep zij eens in eene soort van doodsbenauwdheid uit: Mijn God, mijn God, wat kan ik arm schepsel doen om uwe goedheden jegens mij ta erkennen ? En aanstonds hoorde zij eene stem des hemels die haar zeer duidelijk zeide : «Hoor eene mis.»
Op zekeren dag dat de gelukzalige Hen-ricus Suso de hoogmis zong, bij de woorden: Sursum corda, gratias agamus Domino Deo nostra : Verheffen wij onze harten, en danken wij den Heer, — werd hij in den geest opgenomen. Deomstaanders die dit bemerkt hadden, vroegen hem welk op dat oogen-blik zijne gedachte waren, t Vooral drie gedachten, was zijn antwoord, ontvlammen mijn hart. Ten eerste, beschouw ik in den geest geheel mijn wezen,mijneziel,mijn lichaam, mijne vermogens, en rondom mij al de schepselen, de engelen des hemels, de dieren der bosschen, de visschen, de planten, enz. Ik denk dat al die schepselen aan
DAGELIJKS MIS TE BOOREN. 39
God gehoorzamen en zoo veel zij kunnen bijdragen om God te loven en te gebedijden. Dan verbeeld ik mij als een muziekmeester in hun midden te staan,en iknoodig hen uit om blijmoedig met mij te zingen, hun zeggende : lt; Verheffen wij onze harten en danken wij den Heer.» — Daarna beschouw ik mijn hart en de harten van alle menschen; ik denk aan de blijdschap, de liefde, den vrede van hen die zich aan den dienst van \'God toewijden, vervolgens aan de ongelukken, de folteringen, de knagingen van hen die de wereld najagen. Dan noodig ik alle menschen uit die, de wereld bevolken, zich met mij tot God te verheffen om hem te loven en te gebenedijden. O arme harten der menschen, komt dan op uit den stroom die u medesleept, staat eindelijk uit de ondeugd en uit de dood op, verbreekt de ketenen uwer slavernij, rijst op uit den slaap uwer ongevoeligheid, schudt den slaap uwer onverschilligheid af, dat eene heilige bekeering u tot God geleide om hem te bedanken en te dienen I — Eindelijk wend ik mij tot alle zielen van goeden wil, die zich niet geheel aan God overgeven. Ik ween over hen, omdat zij God niet ten volle kunnen genieten. Ik noodig hen uit kloekmoedig de
40 HOE VOOItDEELIG HET IS
ijdele liefde der schepselen te verachten, zich voor altoos aan God te geven, en hem te bedanken, zeggende : a Verheffen wij onze harten, en danken wij den Heer. t
4. Het zekerFte middel om Gods genaden te bekomen, is hem die te vragen terwijl men de mis
hoort.
Indien ons beloofd is dat wij alles van God zullen bekomen, wat wij hem vragen in den naam van Jezus-Christus, hoe veel te meer moeten wij niet hopen deze genade te bekomen, wanneer wij hem den persoon van Jezus-Chrislus zelven opdragen ! Die goddelijke Verlosser, vol liefde tot ons, houdt niet op in den hemel voor ons ten beste te spreken • maar hij doet dit vooral gedurende de mis I Om genaden voor ons te bekomen, draagt hij zich dan zelven aan zijnen Vader op door de handen des priesters. Indien wij wisten dat al de heiligen met de Moeder Gods, voor ons bidden, hoe groot zou ons betrouwen niet zijn gunsten te bekomen ! Nu dan, een enkel gebed van Jesus-Christus vermag oneindig meer dan alle gebeden der heiligen.
In de oude wet was het alleen aan den Hoogepriester vergund het Heilig der hei-
DAGELIJKS MIS TE HOOREN. H
ligen binnen te treden, en dat maar eenmaal ia het jaar ; maar vandaag, zegt de heilige Laurentinus Justinianus, is het aan alle priesters vergund dagelijks het goddelijk Lam op te dragen, om voor hen, en voor het gansche volk Gods genaden te bekomen. De priester beklimt het altaar met de hoedanigheid van middelaar, om ten beste te spreken vooralle zondaars. lt;1 Daar, zegt de heilige Joannes Ghrysostomus, staat hij tus-schen God en de menschen; hij draagt onze gebeden aan God op, en bekomt van hem de genaden die wij noodig hebben.» De Heer verleent zijne genaden ten allen tijde ; wanneer zij hem gevraagd worden door de verdiensten van Jezus-Christus ; maar gedurende de mis verleent hij overvloediger, want onze gebeden zijn dan versterkt en vergezeld van de gebeden van Jezus-Christus, die zich dan zeiven slachtoffert om ons de genaden van zijnen Vader te verwerven.
Het is ten tijde van de mis, gelijk de Kerkvergadering van Trente zegt, dat de Heer op dien troon van genade zetelt, tot welken de Apostel ons aanspoort met be-i\' trouwen te naderen om Gods barmhartigheid af te smeeken en de genaden te bekomen die wij noodig hebben. De heilige
42 UOE VOOHDEELIG HET IS
Joannes Ghrysostomus verzekert dat de Engelen zeiven het oogenblik der mis afwachten, om des te krachtdadiger voor ons ten beste te spreken ; en hij voegt er bij dat men moeielijk op andere tijden zal bekomen, hetgeen men niet bekomt ten tijde van de mis.
In 1801, had eene moeder drie harer kinderen achtervolgens door het koliek zien aantasten en sterven te midden der verschrikkelijkste pijnen, zonder dat eenig\'geneesmiddel hare geliefde panden kon redden. Een vierde wordt door dezelfde ziekte aangetast. De arme moeder, in droeflieid verzonken, geene andere hoop meer vindende dan in den machtigen bijstand van het Hart van Jezus, geleidt haar kind naaide Mis, en nauwelijks heeft zij dit aan het Heilig Hart aanbevolen, of het geneest bijna plotselijk.
In 1863, werd eene jonge Religieus door eene hevige keelziekte aangegrepen. De ziek te maakte zoo spoedig voortgang dat de geneesheer verklaarde dat men de zieke van de laatste Sacramenten moest voorzien. Eene oude Moeder, die juist ter tijd het klooster bezocht, zeide aan de Overste negen missen te beloven aan het Heilig Hart om de gene-
DAGELIJKS MIS TE IIOOREN. 43
zing der zieke te bekomen. Den volgenden morgen was deze volkomen genezen, tot grootc verwondering van den geneesheer.
M. Jan Jozef A Hem and, stichter eener vermaarde Congregatie van jongelingen, en aposlel der jeugd, verloor gansch het gezicht omtrent den ouderdom van negen tot tien jaren. Het behaagde den Heer te doen zien hoe aangenaam hem de deugd van dit gezegend kind was, met hem het gebruik zijner oogen weder te geven. Dewijl de ouders dit arm kindje altijd hielden opgesloten, zeide dit dikwijls tot hen: «Geleidt mij naar de Mis, en daar zal ik zien.» Men beloofde altijd hem hierin te voldoen, maar men stelde gedurig uit, toen zijne meter, die hem teêr beminde, en het voorgevoel van het kind ernstiger dan zijne ouders opnam, hem op zekeren dag zeide: «Jozef, wij gaan te zamen eene novene houden; en daarna zal ik u naar de Mis leiden. » De novene werd gehouden, en op den laatsten dag, gaf de meter den arm aan den kleinen blinde, en geleidde hem naar de Mis, in gezelschap van eenige personen der familie. Aan den voet van het altaar neêrgeknield, woont Jan Jozef de goddelijke Offerande bij, biddende met eene voor zijnen ouder-
44 HOE VOORDEEUS HET 13
dom buitengewone godsvrucht, en den Heer smeekende met de levandigste gevoelens van zijn kinderlijk geloof hem het gezicht weder te geven. Eensklaps, door de bel van het oogenblik der Opheffing verwittigd, verheft hij onwillekeurig het hoofd; zijne oogen, lot hiertoe gesloten, gaan open; hij ziet het altaar, den priester, de heilige Hostie, en van blijdschap verrukt, roept hij uit: «0 mijn God 1 ik kan weerzien! mijne oogen zijn genezen 1 n Bij deze woorden staan de meter en al de omstanders op en diep getroffen omringen zij spoedig bot kind. De genezing was klaarblijkelijk. 0 goedheid van het Hart van Jezvs!
De Heer geliefde op zekeren dag de volgende woorden aan de heilige Gertrudis te zeggen : «Zoo dikwijls iemand godvruchtig de mis bijwoont, en zorgvuldig zijne aandacht vestigt op de goddelijke offerande die alsdan geschiedt voor de zaligheid dei wereld, beziet hem God de Vader met een goedgunstig oog, om bet welbehagen dit hij schept in de driemaal heilige hostie die hem wordt opgedragen.» De Zaligmaker voegde er zelfs bij dat de mensch, zoo dikwijls hij godvruchtig het heilig misoffer bijwoont, zijn eeuwig geluk vermenigvuldigt.
DAGELIJKS MIS TE IIOOHEfJ. 45
De heilige Francisca Romana zag eens eene bron van levende waters uit het hart van Jezus vloeien, en hoorde eene stem die herhaalde malen zeide : lt;i Wie dorst heeft kome tot mij, en drinke. — Wie dorst heeft home tot mij, en drinke.» Het is voornamelijk onder de heilige offerande der mis dat het aanbiddelijk Hart van Jezus zoo gaarne de zielen verkwikt die dorst hebben naar het ware geluk. Oh ! indien de wereldlin-gen dit wisten !... « Zij hebben mij verlaten, zegt de Heer, mij die de bron van het levende water hen, en zij hebben zich waterbakken gegraven die geen water kunnen behouden.»
Eene jufvrouw van goede familie met name Stephanie begaafd met de rijkste talenten der natuur, had gedurende vele jaren de wereld en hare vermaken nagejaagd. Op zekeren avond, door eene onbekende macht gedreven, nadert zij vol tranen tot eenen kloosterling: j Eerwaarde Vader, zegt zij, reeds zeven jaren lang zoek ik overal het geluk zonder het te kunnen ontmoeten ; ik bezit eene groote fortuin ; als eenig kind ben ik teer geliefd van mijne ouders, en overal geeërd in de wereld, en niettemin ben ik ongelukkig ; in het diepste mijner ziel is iets dat ik niet kan ver-
46 HOE VOORDEELIG HET IS
zadigon, en dit doet mij zoo wreed lijden, dat ik dikwijls mijne tranen niet kan weerhouden. Ach I Vader, waar is dan het geluk? Is het op aarde te vinden? Zoo gij weet waar het is, zeg het mij. Ja Mejufvroaw, antwoordde de man Gods, ik weet waar het geluk te vinden is, en gij zult het zeker vinden, indien gij drie raadgevingen wilt volgen. — Spreek, mijn Vader, uwe raadgevingen zullen letterlijk gevolgd worden, ik geef u mijn woord. — Welnu, kom dagelijks gedurende eene maand de heilige offerande der mis bijwonen : deze is mijn eerste raad ; na verloop van dien tijd, wil dan terugkomen, en ik zal u de twee andere geven.» De jonge jufvrouw verwijdert zich terwijl zij dikwijls tranen afwischt. Des anderendaags bevindt zij zich in de mis, maar ondervond een doodelijk vervelen, want deze godvruchtige oefening was haar, sedert zij uit de kostschool was gekomen, geheel vreemd geworden. Zoo ging de eerste week voorbij. Gedurende de volgende week verminderde de verveling, maar in de plaats kwamen mijmeringen, herinneringen van feesten, beangstheden bij de gedachte, wat zal men er van zeggen ? hoe zou ik mij bedrogen vinden, indien het beloofde geluk
DAGELIJKS MIS TE HOOREX. 4quot;
niet mocht komen ! De derde week begon, en nu zag men Stephanie naar de kerk komen met een gebedenboek. Zij begon eenige gebeden te lezen, gebruik welk zij, helaas ! zoo lang had nagelaten. Van dit oogenblik af, zeide zij later, scheen het mij het geluk te zien op verren afstand, gelijk aan een dageraad, die zich aankondigt achter den gezichteinder, en dat aangroeide naarmate hei einde der vierde week naderde. De mis verveelde mij niet meer ; ik had een voorgevoel dat zij mij eensdaags het geluk dat ik nog slechts in de verte zag, zou aanbrengen. » Zoodra de maand verloopen was, naderde Stephanie stiptelijk tot den biechtstoel gelijk haar was aanbevolen, begeerig zoo haast mogelijk de beloofde raadgevingen te vernemen. De kloosterling deed haar verstaan, dat zij nu hare biecht moest spreken, en zich met God, de bron van het ware geluk, verzoenen, en daarna dikwijls te communie gaan. Mijn, Vader, ik heb niet de minste tegenzin, om dit alles aan te nomen, hervatte de jufvrouw ; reeds meermalen heb ik onder de mis bij mij zeiven gezegd : Indien het waar is, dat Jezus-Christus op het altaar is, dan moet hij van daar in mijn hart komen, en
48 HOE VOORDEELIG HET IS
mijne verlangens zullen voldaan zijn, ik zal gelukkig wezen. Maar, mijn Vader, zeide zij, gij hebt mij drie raadgevingen beloofd ; ik ken er twee, welke zou de derde zijn? Ziellier, zeide de dienaar Gods: Ga voort met dagelijks de mis bij te wonen ; ontvang zoo dikwijls mogelijk het lichaam des Heeren, en ik aarzel niet te verzekeren, gij zult gelukkig zijn. » Stephanie was een dier edele zielen, bekwaam tot alle opofferingen. Zij beloofde zoo heilzame raadgevingen nauwkeurig te volgen, en zij hield woord. « Van dien dag, zeide zij, daalde het geluk als druppelings in mijne ziel, en bleef immer vermeerderen, tot dat ik eindelijk mijn hart te klein gevoelde om datgene wat ik eene zee van geluk noem te kunnen bevatten. Ah 1 welk geluk gevoelt mijn hart, iederen dag bij mijn ontwaken als ik denk dat ik Jezus op het heilig altaar ga aanbidden. De klok die mij roept schijnt mij duizendmaal welluidender dan het ver-rukkendste dat ik ooit op de muziekieesten der wereld gehoord heb.» Weldra was Stephanie geheel veranderd; op haar voorhoofd schitterde eene straal der engelen zedigheid. Zij nam de gewoonte aan alle acht d.igen te biechten te gaan, en iedermaal
DAGELIJKS MIS TE HOOREN. 49
als zij tot den bicclilvadcr naderde, herhaalde zij blijmoedig : «0 mijn Vader, wat ben ik gelukkig t. Een priester zeide : u Eertijds ging Stephanie naar de ballen, naar de avondpartijen en feestmalen, en daar wiar alles haar toelachte, was zij ongelukkig. Nu leidt zij een hard en verstorven leven, zij blijft ver verwijderd van de wereld en hare vermaken, zij woont getrouw do godsdienstoefeningen bij, altijd bezig met te werken voor hare armen, die zij zoo gaarne bezoekt, en zij is gelukkig! Welk geheim 11 Beminde lezer, is de geschiedenis van Stephanie de uwe voor dat gedeelte van haar leven waarin zij ver van God verwijderd leefde, moge zij ook de uwe zijn voor dat ander gedeelte van haar leven waarin zij het geluk vond met de mis te hooreu.
§ III. TOEPASSENDE RAADGEVINGEN.
Waarvan komt het dan dat de meeste Christenen zoo onverschillig zijn voor de heilige Mis? Deze onverschilligheid moest ons tranen doen storten 1 mon vindt parochiën waar de klok de geloovigen te vergeefs naar de kerk roept: de deur
50 hoe voohdeelig het is
der heilige plaats staat open, en niemand treedt daar binnen. Lauwe en nalatige Christen, hebt gij dan Gods zegeningen niet meer noodig ? Indien bij u alle voorspoed is, aan wien hebt gij het te danken ? Indien er ongelukken bij u zijn, waarom gaat gij niet tot God ? Indien gij te lijden hebt, indien gij een man, een vader, een kind hebt die ziek zijn, waarom gaat gij niet tot den hemelschen geneesheer? Zijt gij plichtig, waarom gaat gij niet tot uwen Zaligmaker? Vragen belangrijke zaken uwe zorgen, waarom gaat gij ze hem niet toevertrouwen? — Mijne tegenwoordigheid, zegt gij, is elders noodig. — In dit geval, dat uwe vrouw, of uwe kinderen in uwe plaats gaan. — Ach ! weet gij dan niet dat rene mis meer waarde heeft dan alle schat-len der wereld ? Daarom spoor ik u aan de-volgende besluiten te nemen :
, Eerste beslüit : Dagelijks mis hooren, wanneer er geene lichamelijke of andeir onmogelijkheid bestaat (1). Dit was altijd
(1) tk spreek niet van de verplichting voor ieder Christen van \'s zondags mis te hooren. Eenieder weet dat,, aar dezen plicht te kort blijven, doodzonde is, tenzij een zwaar beletsel iemand verschoont gelijk zon zijn, bij voorbeeld eene ziekte.
DAGELIJKS MIS TE HOOREfJ. SI
Lot gebruik van geloovigen zulk eonen naam waardig.
De heilige AlpliDnsus, als jongman in de wereld en beroemd advocaat, hoorde ieder morgen de mis alvorens zich naar de ge-rechiszaal te begeven.
De heilige Elzear, graaf van Ariiin , overeenkomstig met zijne vrouw, de heilige Delphina, had een reglement voor zijn huisgezin opgemaakt, waar op de eerste plaats stond dat allen eiken dag de mis moesten hooren ; knechten, meiden, bedienden, hij wilde ze allen in de mis zien.
Do heilige Hedwigis, hertogin van Polen, woonde dagelijks met geheel haar huisgezin het heilig geheim der mis bij ; noch afstand der plaatsen, noch moeielijkheid der wegen, noch regen, noch koude, noch sneeuw konden haar hiervan terughouden. Wanneer zij kon, hoorde zij verscheidene missen, gedurende welke zij op de knieën bad of tegen de aarde gebogen, en zelden geleund.
Wanneer de vermaarde Jeanne d\'Arc! met het leger te velde was, begaf zij zich eiken morgen, bij het krieken van den dag, naar de meest nabij gelegene kerk, en ge-
50 HOE VOOHDEELIG HET IS
der heilige plaats staat open, en niemand treedt daar binnen. Lauwe en nalatige Christen, hebt gij dan Gods zegeningen niet meer noodig ? Indien bij u alle voorspoed is, aan wien hebt gij het te dank en ? Indien er ongelukken bij u zijn, waarom gaat gij niet tot God ? Indien gij te lijden hebt, indien gij een man, een vader, een kind hebt die ziek zijn, waarom gaat gij niet tot den hemelschen geneesheer ? .?ijt gij plichtig, waarom gaat gij niet tot uwen Zaligmaker? Vragen belangrijke zaken uwe zorgen, waarom gaat gij ze hem niet toevertrouwen? — Mijne tegenwoordigheid, zegt gij, is elders noodig. — In dit geval, dat uwe vrouw, of uwe kinderen in uwe plaats gaan. — Ach ! weet gij dan niet dat rene mis moer waarde heeft dan alle scbat-len der wereld? Daarom spoor ik u aan d( volgende besluiten te nemen :
Eerste besluit: Dagelijks mis hooren, wanneer er geene lichamelijke of anderf onmogelijkheid bestaat (1). Dit was altijd
(1) Tk spreek niet van de rerplicliting voor ieder Chris-ton van\'s zondags mis te hooren. Eenieder weet dat,, aar dezen plicht te kort blijven, doodzonde is, tenzij een zwaai beletsel iemand verschoont gelijk zon zijn, bij voorbeeld eene ziekte.
DAGELIJKS MIS TE HOOBEN. SI
Let gebruik van geloovigen zulkeenen naam waardig.
De heilige Alphonsus, als jongman in de wereld en bei\'oemd advocaat, hoorde ieder morgen de mis alvorens zich naar de ge-rechlszaal te begeven.
De heilige Elzear, graaf van Ariiin , overeenkomstig met zijne vrouw, de heilige Delphina, had een reglement voor zijn buisgezin opgemaakt, waar op de eerste plaats stond dat allen eiken dag de mis moesten hooren ; knechten, meiden, bedienden, hij wilde ze allen in de mis zien.
Dc heilige Hedwigis, hertogin van Polen, woonde dagelijks met geheel baar huisgezin het heilig geheim der mis bij ; noch afstand der plaatsen, noch moeielijkheid der wegen, noch regen, noch koude, noch sneeuw konden haar hiervan terughouden. Wanneer zij kon, hoorde zij verscheidene missen, gedurende welke zij op de knieën bad of tegen de aarde gebogen, en zelden geleund.
Wanneer de vermaarde Jeanne d\'Arcf met het leger te velde was, begaf zij zich eiken morgen, bij het krieken van den dag, naar de meest nabij gelegene kerk, en ge-
s2 hoe voordeeltg het is
durende eene ha\'f uur deed zij door het geklop der klokken al de priesters die het leger volgden bijeenroepen, om de heilige misofferande op te dragen, welke zij met eene meer engelachtige dan mcnschelijke godsvrucht bijwoonde.
Bijna de gansche parochie van Aars hoorde dagelijks de mis.
Tweede besluit. Wanneer hot onmogelijk is lichamelijker wijze de mis bij te wonen, er ten minste in don geest tegenwoordig zijn. Herinneren wij ons wat hierover op bladzijde 17 gezegd is : Dit gebruik is den Heer zeer aangenaam, gelijk vele wonderen dit hebben bewezen. Het zij genoeg hier hof voorbeeld aan te halen van den gelukzaligen Sanctès van Urbino. Op zekeren dag, ondanks zijn verlangen, door gewichtige bezigheden belet, de heilige mis bij te wonen, hoorde hij het geklop der klok de opheffing der heilige hostie aankondigen, en hij wierp zich op de knieën om onzen Heer te aanbidden. Op hetzelfde oogonblik vier muren, die hem van het heiligdom scheiddon, openden zich en hij kon den priester zien aan het altaar, alsook de heilige hostie met licht omstraald. Toen de heilige offerande
DAGELIJKS MIS TE HOOBEN. 83
geeindigd was, vereenigdeu zich weder de muren, zonder het minste teeken hunner wonderbare scheiding achter te laten.
Derde besluit. De kinderen of eeaig ander lid van het huisgezin in zijne plaats zenden, wanneer men onmogelijk de heilige mis persoonlijk niet kan bijwonen. Ieder huisgezin moest eiken morgen zijn vertegenwoordiger naar het gehoor van den koning-der koningen zenden. De werkman van welken er spraak is in het volgende voorbeeld deed zich door zijnen Engel bewaarder vervangen.
De pastoor van eene kleine stad had opgemerkt dat eene dame zijner parochie, sedert eenigen tijd regelmatig alle dagen dagen de twee missen bijwoonde welke ach-lervolgens in zijne kerk gelezen werden, dat zij dikwijlder tot de heilige tafel naderde, en getrouw in den avond haar bezoek tot het Heilig Sacrament kwam doen, en daar nog al lang verwijlde. Deze schielijke vurigheid verwonderde hem een weinig, en hij -verlangde er de oorzaak van te kennen. Ziehier wat zij hem verhaalde, bij de eerste gelegenheid die hij had om haar te spreken. »Indien het u schijnt, Mijnheer Pastoor,
S4 HÜE VUOBDEELIG HET IS
dat ik een weinig meer liefde en vurigheid heb tot onzen Heer in zijn aanbiddelijk Sacrament, weet dat ik deze genade, die ik mijne bekcering heet, verschuldigd ben aan een armen werkman, aan Jozef, dien braven schri jnwerker welken gij kent.Drie maanden geleden, op eenen feestdag, keerde ik gerust, na de hoogmis, naar mijn huis terug, toon die goede werkman, die eenige dagen van te voren in mijn huis gewerkt had, ook uit de kerk komende, langs mij voorbij ging. Hij zag er zoo gelukkig uit. « Wel, Jozef, zeide ik tot hem, gij schijnt wel tevreden te zijn? Wezenlijk, Mevrouw, antwoordde hij, ik heb vandaag een zeergroot geluk gehad, dat mij zelfs mijn ontbijt heeft doen vergeten of liever er volgaarne aan heeft doen verzaken. — Ei! wat dan ? Ik heb het geluk gehad vijf missen bij te wonen. Alle zondagen, dewijl ik dan meester ben van mijnen tijd, is mijn grootste genoegen de twee missen bij te wonen ; na die van zeven uren ga ik ontbijten, vervolgens keer ik terug naar de hoogmis. Maar vandaag hebben drie vreemde priesters achtervolgens hunne mis gelezen na de eerste ; die schoone gelegenheid kon ik niet laten voorbijgaan, en ik gevoel hierom een zoeten
DAGELIJKS 11IS TE HOOREN. 05
troost! Ik tracht alzoo des zondags in te winnen, wat ik in de week moet verliezen om mijnen arbeid. Dan moet ik mij tevreden stellen met mijnen engelbewaarder te verzoeken de mis voor mij te hooren, en mij in den geest met de Heilige Offerande te vereenigen, wanneer ik de klokken hoor luiden. 0 ! wat geluk voor mij, indien ik er alle dagen kon naar toe gaan 1 Wat zijt gij gelukkig. Mevrouw, die allen vrijen tijd hebtl» Deze zoo openhartige woorden van den godvrnchtigen werkman deden een diepen indruk op mij; zij waren als een lichtstraal in mijne ziel. Ik beken tot mijne schande, dat ik nooit had nagedacht over de grootheid en de onschatbare waarde der heilige mis, dewijl ik Jezus daar uit loutere liefde tot ons, elke maal wezenlijk uit den hemel nederdaalt om zijne groote offerande van het kruis te hernieuwen. Ten gevolge van dit gebrek aan leveudig geloof, ging ik gedurende de week zelden naar de kerk, ofschoon ik er allerbest den tijd toe had zonder eenigen plicht van mijnen staat te verzuimen. Op dien dag nam ik dan het besluit nooit meer zonder wettige reden uit de mis te blijven, voortaan die onuitsprekelijke weldaad van God beter te schatten, en
36 HOE VUOUÜlitXlG UKT IS
beter aan die oneindige liefde van Let Heilig Uarl te beantwoorden.
Vierde uesluit. Altoos op eene behoorlijke wijze bij de mis tegenwoordig zijn, dat wil zeggen met eez\'bied, met aandacht en met godsvrucht.
1° Met eerbied. Dat men van u dien schoonen lof kunne spreken, dien eens een groot heer van de heilige Margare\'ha, konipgin van Schotland sprak : « Wilt gij weten, zeide hij lot een vriend, hoe de engelen in den Hemel bidden? aanschouw in de Kerk onze koningin met hare kinderen. »
Men gedooge dat wij hier nog een voorbeeld aanhalen uit de herinneringen onzer missiën.
In 1869, stierf te V... in de provincie Luik, een engel van godsvrucht met name Jean-Louis B. Het gebeurde somwijlen dat hij des avonds insliep alvorens zijn gebed te hebben gedaan, maar zoodra hij ontwaakte, was het elf uren of middernacht, stond hij op, zeggende : Ik moet mijn gebed tot de Lieve Moeder doen. « Dat gebed zijner voorliefde was ter eere der Onbevlekte Ont-vangeais. Wanneer hij dit gebed deed drukte
DAGELIJKS UIS TE HOÜREN. 57
hij met klem op deze woorden : « Maak dat ik eenmaal bij u moge zijn.» Dagelijks bad hij het Rozenhoedje ; zijn genoegen was over het kindje Jezus en zijne goddelijke Moeder te spreken. Dat onschuldig kind bewerkte een waar wonder in de parochie. Ten gevolge eener betreurenswaardige nalatigheid der ouders, gingen de kinderen dier plaats niet naar de mis, zelfs niet \'s zondags, of, indien zij er naar toe gingen, deeden zij niets anders dan de geloovigeu verstrooien door hun spelen. Weldra verscheen Jean-Louis, in do hoedanigheid van koorknaap, zijne ingetogene houding trok aller oogen op hem : men bewonderde hem, men beminde hem, men sprak van hem in de huisgezinnen. Niet eene moeder die hem aan hare kinderen niet lot voorbeeld stelde. Deze werden door eene heilige liefde en eenen naijver voor Jean-Louis ingenomen. Allen, om hem na te volgen, begonnen de mis bij te wonen, in eene godvruchtige en voor hunnen ouderdom buitengemeene houding; zij schenen zoo veranderd dat zij voor het altaar gelijk schenen aan engelen die het Heilig Sacrament aanbidden. Hoe stichtend, bij voorbeeld, hen te zien nederknielen, zelfs op beide knieën, wanneer hot Heilig
tiS HOE VOORDEELIG HET IS
Sacrament aan de geloovigen ter aanbidding was uitgesteld. Jean-Louis moest de aarde sleclits aanraken ; hij was reeds rijp voor den Hemel. Hij werd aangetast door de kroep, en gedurende den korten tijd dat die schrikkelijke ziekte duurde, hieldt hij gedurig een klein lievevrouw-beeld in de harden . Het gebeurde soms, onder de hevige aanvallen dat hij het beeldje verloor, maaiquot; weldra hoorde men hem uitroepen : Waar is mijn lievevrouw-beeldje?«Eenige oogen-blikken voor zijne dood, wilde hij volstrekt dat men hem zijne schoonste zondagskleederen zou aantrekken, « om zeide hij, tot de allerheiligste Maagd te gaan. » Dan vroeg hem zijn oom , waardige priester bij wien hij woonde en van wien hij teeder bemind werd : « Zoudt gij mij willen verlaten !» en zonder te twijfelen, antwoordde het kind; «Ja, om tot de allerheiligste Maagd te gaan. » En haar beeld kussende gaf\' hij den geest, in den ouderdom van vier jaren. In alle huisgezinnen werd hij bemind: in de nabijheid van de Kerk richtte men hem een gedenkteeken op voor hetwelk de kinderen langen tijd het Rozenhoedje gia-gen bidden.
2° Met aandacht. Een koning van Persië
DAGELIJKS MIS TE HOOREX. 59
nam in een slag Tigrane koning van Armenië gevangen, en met hem Berenice, zijne echtgenoote. Daar de overwinnaar den koning vroeg welk rantsoen hij zou willen geven om de vrijheid van Berenice te bekomen , antwoordde Tigrane : Machtige heer, ik zou mijn bloed en mijn leven willen geven. Korten tijd daarna, werd de vrede gesloten, en de doorluchtige gevangenen traden weder in het bezit hunner staten! Op zekeren dag, dat het gesprek op den edelmoedigen overwinnaar viel, vroeg Trigane aan do koningin : « Wat dunkt u van den luister van zijn hof, van don stoet zijner officieren, van den rijkdom van zijn paleis ? « Heer, antwoordde Berenice, van dat alles heb ik niets gezien, al mijne gedachten waren voor hem die zijn bloed en zijn leven heeft aangeboden om mij uit de slavernij te verlossen.» — O dierbare echt-gcnoote,riep de koning geheel bewogen uit, wat ben ik gelukkig een koningrijk te bezitten om het met u te deelen ! Wat Tigrane zou hebben willen doen voor zijne vrouw, Jezus-Ghristus heeft het wezenlijk voor ons gedaan in zijne passie, en hij hernieuwt het zoo dikwijls de heilige mis wordt opgedragen; ah! wenden wij tot dien teederen
60 HOE VOORDEF.LIG HFT IS
minnaar der zielen al onze gedachten, onze werken, onze genegenheden; dat niets, van al wat ons omringt, ons kunne verstrooien.
3° Met godsvrucht. Bij den eerbied en de aandachtigheid voeg het gebed. Vercenig u met don priester die in uwen naam de mis opdraagt, en woon ze bij tot de vier einden tot welke zij door Jezus-Christus is ingesteld, te weten: 1° Om God te eeren ; 2° om onze zonden uit te boeten ; 3° om den Heer te bedanken voor zijne weldaden ; 4° om zijne genaden te bekomen.
Wat de wijze van mishooren betreft, eenieder volge hierin zijnen trek. De eene zal volmaakt de mis hooren met mondelings te bidden ; de andere, met te overwegen, deze, met de gebeden der mis te lezen. 1
Eene brave jonge dochter klaagde aan haren bestuurder, dat zij de mis niet goed kon hooren. Wat doet gij dan ? Waarmede houdt gij u bezig ? vroeg hij haar. « Ach, mijn Vader, antwoordde zij, gedurende de gansche mis kan ik niets anders doen dan mijne zonden beweenen. — Ga voort, mijne dochter, hervatte de biechtvader, ga zoo voort, gij hoort ze zeer goed, »
DAGKTJJKS MIS TE HOOREN. 61
Een leekebroeder, weinig geleerd, had de gewoonte te zeggen dat hij maar drie letteren kende en dat hij niet meer wilde weten : De eene, zeide hij, is zwart, de andere rood en de derde wit. Do zwarte letter stelt mij mijne ziel voor bedekt mot zonden, en deze gedachte vervult mij mot schaamte en leedwezen; zij houdt mij bezig van het begin dor mis tot aan do offcrando. De roode letter doet mij denken aan bet lijden van mijnen Zaligmaker, dat ik overweeg tot aan de communie. De witte lettor doet mij aan de heilige hostie denkon die de priester nuttigt, en aan dewelke ik tracht deelachtig te worden bij middel der geestelijke communie. Onnoodig er bij te voegen dat die eenvoudige broeder zeer goed de mis hoorde.
De heilige Alphonsus raadt u de volgende wijze aan, die uitmuntend is :—Van het begin der H.Mistotaan het evangelie,draag de mis aan God op om hem te vereeren,— van het evangelie tot aan de ophofïing, draag de mis op om aan God voldoening te geven voor uwe zonden ; van de ophefling tot aan de communie, dank God voor zijne weldaden eindelijk, van de communie tot aan het einde, vraag aan God de genaden die
62 HOE VOORDEELTG HET IS
gij noodig hebt, en vergeet uwe bloedverwanten niet, uwe vrienden, de heilige Kerk, de zielen in het vagevuur en vooral de zondaars.
Ja, de zondaars, vergeet ze toch niet, hunne zielen hebben zoo duur aan Jezus gekost!
Op zekeren dag, terwijl zuster Mara der Menschwording voor hen bad, hoorde zij deze woorden : «Indien gij wilt dat ik u verhoor, vraag mij door het Hart van mijn allerbeminnelijksten Zoon. » Dit gezegend Hart, de bron van alle genaden der zaligheid, bezit gij op het altaar gedurende de mis. Een ijverige priester wendde alle mogelijke zorg aan om eene persoon zalig te maken, die zoo veel ijver niet kon begrijpen : » Gij zijt verwonderd, schreef hij haar, over hetgeen ik doe, over hetgeen ik zou willen doen en lijden voor uwe ziel! Waarschijnlijk weet gij niet, dat ik alle morgen, na de consecratie van den kelk, het aanbiddelijk bloed dat vergoten is voor uwe zaligheid, tusschen mijne handen zie bruisen. Wat is het gemakkelijk voor ieder christen, gedurende de mis, het bloed van zijnaanbiddelijken Zoon den eeuwigsnVader
Dagelijks mis te hooren. 63
op Ic dragen en van hem de bekeering der zondaars te bekomen.
«O! een dag, roept Mgr de Ségur uit, een dag begonnen aan den voet des altaars, vergezeld van de zegening van Jezus-Hostie, is zoo gemakkelijk christelijk, zuiver, onbevlekt, rijk in verdiensten, vruchtbaar voor den tijd en voor de eeuwigheid. Wat alschoonen en goeden voorraad van geduld, sterkte en onderwerping komen daar, voor den ganschen dag, de arme zielen putten die vermoeid en dikwijls neergebukt gaan onder den last der beproeving. »
Doe dan u best, christsne ziel, om eiken morgen naar de mis te gaan. Ja, naar de mis ! Daartoe noodigt u de allerheiligsle Drievuldigheid, omdat gij haar niet volmaakter kunt vereeren, daartoe roept u Jezus-Christus, opdat hij, de God van liefde, u daar de verdiensten van zijn lijden wil toevoegen; dat wil Maria, de Moeder van Jezus en uwe Moeder, opdat de rijke Zoon den armen zoon rijk make ; dat vragen de engelen, opdat gij zoudt kunnen deel nemen aan hunne hemelsche gezangen : « Heilig, Heilig, Heilig is de Heer! ook de heiligen herinneren u daar hunne hemelsche vurigheid en smeeken u hunne navol-
64 DOE VOORDEELTG HET 13, ENZ.
gers te worden : Imilalores mei estate.
Ja,naar de mis, christeneziel, de eervar! God vereischt het; de voldoening voor uwe zonden en voor demisdaden eener zoo strafschuldige wereld, bevelen het n ; de dankbaarheid wil bet; uwe behoeften vorderen , het.
Naar de mis 1 naar de mis I Zij zal uw schat wezen, uw troost, uwe sterkte, uwe zaligheid, uwe volharding, uwe kroon. 0 si adres donmn dei. Oh ! indien gij de gave Gods kendet! Dat de hemel u de uitstekende gunst verleene, die te mogen begrijpen I Amen.
Aanmerking. — Ten einde dit werkje in de fami-liën te verspreiden, zamp;l de uitgever dezes, groeten afslag doen ten gunste der katholieke sfcholen.
■,«A*/UWfW\\/V\\/V\\»VWVgt;/V/\\/VW\\^^^
amp;■
^-J Werken van den 31. ALPBBOA\'St\'S, kcrkleeraai
Hoe voortleelig; het is dadelijks Mis te hoor
^ naar den II. Alphonsusde Liguori kerkleeruar, stichter i de Congregatie des allerheiligsten Verlossers, door Po | St-Omer, Redemptorist, vertaald door Pater Theelen, 1
lt; demptorist. Prijs..............
5 OeTeninquot;; der liefde tot Jezus-Christus Voor ^ zielen die verlangen hunne zaligheid te verzekeren en n; \\ de volmaaktheid te streven door den H. Alphonsus de Ligu s kerkleeraar, uit het fransch vertaald door Pater H. Thee ? van de congregatie des allerheiligsten Verlossers, in-32 \\ ^ 326 hladz. Gebonden in linnen, rood op snede ... 1,
^ Devotie tot den li. «foseph, aanwakkering, medi
5 tiën, sermoon en lofzang door den H. Alphonsus de Ligu
$ kerkleeraar, vertaald door Pater H. Theelen, boekdeel v
^ 106 hladz. Gebrocheerd.............
| Gelijkvormigheid met den wil van God, door lt;] ^ H. Alphonsus kerkleeraar, uit het fransch vertaald door Pu $ H. Theelen. Prijs.............»,
| \'Wijze om gedurig met God bezig te zijn, door d i II. Alphonsus kerkleeraar, uit het fransch vertaald dor IJ ^ ter H. Theelen. Prijs..............
J Devotie tot do zielen des vagevunrs, door den
I Alphonsus kerkleeraar, uit het fransch vertaald dotr Pat
| H.Theelen. Prijs.............»,
^ Handboekje der broederschap van O. L. V. van gedm ^ gen Bijstand en van den H. Alphonsus de Liguori. | IIandboekje der leden, in-32 van 4Sbladz. De honderd 7, | Handuokkje van den bestuurder, in-32 van 80 bl. geb. », £ Naar den Hemel! IVaar den Hemel! Aanmoodigil | voor hen die lijden, naar deu II. Alphonsus de Liguori üer
lt; leeraar, door Pater St-Omer, Redemptorist, vertaald do\' ^Pater Theelen, Redemptorist, naar de 2e uitgave. Prijs »,
j^^^S£y^^x/\\,X/WVVVWWXZVWVVWWWWWVrzV\\. vwvv\\z\\/\\ vvvvvvw^^1^