DE
ÏAS Z. II. DE^i PAUS LEO XIII,
gevolgd van de
DOOR Z. H. VOOUGESCHllEVEN, ten gebruike
Imprimatur.
Mechliniffi 3 Julii 1883. Fn. VICTORINUS CARTUYVBL3, Min. Prov.
Vidi. Gandse, 30 Junii 1883. F. DE VOS, C. L. C.
P. ,/. II. HUSSEL, Can. et Prof ad hoc delegatus.
urcemundce, 8 Aurjusti 1883.
BETKEFfENDK
(leu Regel der wereMlpe Dercle Orde,
dook Gods voorzienigheid Paus.
Leo, Bisschop, Dienaar der dienaren Gods, tot eeuwige gedachtenis.
De barmhartige Zoon Gods die, den rnenschen een zoet juk en een lichten last opleggende, in het leven en de zaligheid van allen voorzien heeft, liet de Kerk, door Hem gesticht, erfgename zijner macht en zijner goedertierenheid, opdat de weldaden die Hij ons verworven had , in alle eeuwen met dezelfde liefde zouden worden nit\'s gereikt. En daarom, gelijk in al d^
handelingen en geboden van Jesus, in heel zijn leven, die zoete wijs-lieid, en die grootheid eener onoverwinbare goedheid uitschenen, zoo bemerkt men ook in ai do instellingen van het,christen gernee-nebest,eene wondere toegevendheid en zachtheid ; zoodat de Kerk, hierin zelf eene duidelijke gelijkenis uitdrukt met God, die liefde is. (i Joan, iv, 10.)
Welnu, het zonderling ambt dier . moederlijke goedheid bestaat inderdaad hierin, dat zij zooveel mogelijk, de wetten wijselijk schikt naar de tijden en de zeden; en dat zij in de voorschriften en de verplichtingen altijd eene opperste rechtmatigheid behoudt. De/.e standvastige liefde vereenigd met de wijsheid laat aan de Kerk toe de volstrekte en eeuwige onveranderlijkheid der leering te verbinden met voorzichtige veranderingen in de gebruiken.
— 5 —
Daar quot;Wij in het uiloefenen der Pauselijke macht Onzen geest en Onze ziel naar deze grondregels schikken, beschouwen Wij als Onzen plicht een rechtmatig oordeel over den aard der tijden to dragen, en alles te onderzoeken, opdat de inoeielijkheden niemand afkeeren van de beoefening der deugd die zoo voordeelig is. Thans hebben Wij goed gevonden de Jnstelling der wereldlijke Derde Orde van den H. Franciseus aan dien regel te onderwerpen, en zorgvuldig (e beslissen of deszelfs wetten moesten verzacht worden, ter oorzaak van de verscheidenheid der tijden.
Deze roemvolle instelling van den Patriarch Franciseus hebben Wij vurig aanbevolen in den brief.iws-picato, aan heel de Katholieke wereld toegestaan, en gegeven den 17 September van verleden jaar. Wij schreven dien alleenlijk met het inzicht en het bijzonder doel van
— 6 -
ten bekwamen tijde, door Onze uit-noodiging, zoovele zielen mogelijk tót de verdienste der christene heiligheid weder te roepen. Want de voornaamste oorsprong der kwalen die de wereld overvallen, en der gevaren die zij vreest, is de nalatigheid der christelijke deugd; de menschen kunnen die kwalen niet genezen, en die gevaren niet afkeeren, tenzij op voorwaarde van in het openbaar en in het bijzonder den terugkeer tot Jesus Christus te verhaasten; Hij kan altijd deze redden, die door Hem hunne toevlucht nemen tot God. (Hebr. vu, 35.)
Al de franciskaansche regelen steunen op de onderhouding dei-geboden van Jesus Christus; de H Insteller had niets anders voor oo-gen dan van deze levenswijze eene school te maken, waar men zich met vlijt op de beoefening dei-christelijke deugden zou toeleggen.
- 7 -
it- Ongetwijfeld, de eerste en de twee-jl^ de Orde van den H. Franeiscus, ie door het oefenen der groo(e deug-nt den gevormd, streven naar een vol-a,. maakteren goddelijker einde; maar sa zij zijn het voorrecht van het klein Ie getal van hen, aan wien de genade i; Gods toelaat de heiligheid der ;n Evangelische voorschriften te beet hartigen met eene bijzondere op-m rechte vurigheid. Maar de Derde 3r * Orde is ingesteld en geschikt voor te. gi\'oot getal. De gedachtenissen ^e van het verleden en de ondervin-e- ding van het tegenwoordige be-r. wijzen hoe krachtig zij is, om de zeden rein, zuiver en godvruchtig •n te maken.
2r jf Wij moeten dank zeggen aan
[ God, den ingever en den ondersteu-
a. ner der wijze schikkingen, omdat
ie het christen volk de ooien niet
;h gesloten heeft voor onze opwek-
3l. » kingen. Wat meer is, uit talrijke
n. landen bericht men Ons den voort-
gang der godsvrucht tot den H. iVanciscus van Assisié, en den aangroei van het getal dergenen die vragen om in de Derde Orde te treden. Ten einde die beweging nog meer te begunstigen hebben Wij besloten, Onze aandaeht te vestigen op de oorzaken welke dat heilzaam verlangen der zielen zouden kunnen beletten of vertragen. Vooreerst bevonden Wij, dat de Regel der Derde Orde, zooals hij door Onzen voorzaat Nieolaus IV, in zijne Apostolische Constitutie Supra montem, den 15 Augustus 1289 goedgekeurd en bevestigd is, niet meer volkomen beantwoordt aan de hedendaagsche zeden en tijden. Ook, daar deszelfs voorschriften zonder inoeile en last niet kunnen gevolgd worden, heeft men lot hierloe, op aanvraag der leden, ontslag moeten geven van vele der voornaamste voorschrilten; zulks, dit begrijpt men van zelf, kan niet
— 9 —
geschieden, tenzij met inbreuk aan de aigemeene regeltucht.
Er waren bovendien in dit ge-nootschap nog andere dingen, die Onze aandacht tot zich trokken. De Pausen van Rome, Onze voorzaten, die dc Derde Orde van haar begin af bijzonder genegen waren, hebben aan de leden groote en talrijke aflaten geschonken, tot voldoening voor hunne zonden. Met verloop van tijd werd het moeielijk deze gunsten juist te bepalen: de echtheid dezer pauselijke aflaten, de dag daartoe aangewezen, en de aard derzelven, werden dikwijls betwist. Dit komt voorzeker hiervan niet, dat de Apostolische Stoel hieromtrent iets te wenschen liet; Paus Benedictus XIV, onder anderen, in zijne Constitutie ad Roma-num Pontijicam, van den 15 Maart 1751, heeft een einde willen stellen aan de vorige twijfels; maar sedert
— 10 —
dien, zijn er andere in groot getal opgerezen.
Deze zwarigheden overwegende besloten Wij, eenige Kardinalen van de vergadering der Aflaten en der Heliquieën aan te stellen, om zorgvuldig de oude regels der Derde Ordelingen na te gaan ; alsook om de Allaten en voorrechten te onderzoeken. en Ons een verslag te doen met uitlegging, om met kennis van zaken te oordeelen. en Ons te kennen te geven wat behoorlijk moet behouden of veranderd worden uit hoofde van het verschil der tijden. De zaak weid onderzocht volgens Ons bevel; en de Kardinalen stelden Ons voor de oude wetten te verzachten en ze met de hedendaagsche gebruiken overeen te brengen, door eenige hoofdstukken te wijzigen. Wat de aflaten aangaat, om allen twijfel onmogelijk te maken, en alle gevaar te vermijden van tegen het
j recht te handeleo, dachten zij dat Wij, naar het voorbeeld van Be-nedictus XIV, wijs en voorzichtig zouden doen, met al de aflaten, tot hiertoe gegeven, in te roepen en af te schaffen; en er anderen te vergunnen, alsof niets voor deze genootschap ware gedaan geweest.
Hijgevolg, tot welzijn en voordeel der toekomst, tot meerdere glorie Gods, tot aanmoediging van de godvruchtigheid en den ijver voor alle deugden, vernieuwen en bekrachtigen Wij zooals boven gezegd is, den Kegel der wereldlijke Derde Orde van den H. Franeiscus, door de tegenwoordige brieven, uit kracht van Ons apostolisch gezag.
1 Hierom moet men niet denken dat er iets veranderd is aan den aard zelf dezer Orde: Wij willen dat zij in haar geheel en onveranderd bewaard blijve. Daarenboven, Wij willen en stellen vast, dat de leden de kwijtschelding der straffen of
aflaten en de voorrechten genieten, die in de hieronder staande lijst opgenoemd zijn, en Wij doen te niet al de atlaten en voorrechten welke de apostolische Stoel, ten allen tijde, op welkdanige wijze, tot hiertoe aan dit Genootschap had verleend.
DER
Leden m\\ ile werelijte Derde (Me
VAN DEN H. FRANCISCÜS.
EERSTE HOOFDSTUK.
Aanneming; proefjaar; Professie.
§ 1. Het is verboden een medelid te aanvaarden vóór den ouderdom van veertien jaar. Alleen deze kunnen aanvaard worden, dio zich onderscheiden door een stichtend gedrag, eene vreedzame inborst, en vooral door de nauwkeurige onderhouding van den katholieken Godsdienst, en eene rechtzinnige onderwerping aan de Hoomsche Kerk en den Apostolischen Stoel.
§ 2. Getrouwde vrouwen kunnen niet aanvaard worden zonder kennis en toestemming van den man:
_ 14 —
en als er eene uitzondering aan dezen regel moet geschieden, \'t is aan den biechtvader daarover te beslissen.
§ 3. De leden van dit Genootschap zullen volgens het gebruik, het klein scapulier en de koord dragen; anders zijn zij beroofd van de rechten en gunsten.
§ 4. Die in de Derde Orde komt doet een jaar noviciaat; daarna, de professie der Orde volgens den Regel uitsprekende, belooft hij de rechten van God te eerbiedigen, aan de Kerk te gehoorzamen, en de opgelegde boete te vervullen, indien hij te korl doet aan zijne professie.
TWEEDE HOOFDSTUK.
§ 1. In hunne levenswijze en kunne kleederen zullen de leden der Derde Orde eene onbehoorlijke pracht vermijden; ieder volgens
— 15 —
zijnen stand, zal de voorschriften der zedigheid onderhouden.
§ 2. Met de grootste waakzaamheid moeten zij zich onthouden van onbetamelijke zang- en schouwspelen, alsook van losbandige bijeenkomsten.
§ 3. In eten en drinken zullen zij de matigheid onderhouden; zij zullen niet aan tafel gaan zitten, noch er van opstaan, tenzij na God met eerbied en dankbaarheid aanroepen te hebben.
§ 4. Zij zullen vasten op den dag vóór de feesten van de Onbevlekte Ontvangenis en van den H. Fran-ciseus. Het is zeer loffelijk, daarenboven, volgens het oud gebruik \'s Vrijdags te vasten en des Woensdags vleesch te derven.
J 5. Iedere maand zullen zij te biccht en te Communie gaan.
§ 6. De Derde-Ordelingen, die geestelijken zijn en dagelijks de getijden lezen, zijn hier omtrent
— 16 —
tot niets anders verplicht. De wereldlijken, die de groote getijden niet lezen, noch de kleine getijrien der H. Maagd, zullen dagelijks twaalf maal het Onze Vader, Wees geyroet, en Glorie zij de.n Vader 7,eg-gen, tenzij de ziekte hen beietle.
§ 7. Die zulks kan, moet bij tijds zijn testament maken.
§ 8. In het dagelijksch leven zullen de \'Derde-Ordelingen zich toeleggen, om aan de anderen het goede voorbeeld te geven, en de oefeningen van gods-vruchten goede werken behartigen. Boeken en dagbladen die de deugd kunnen kwetsen zullen zij niet in hun huis laten komen, noch aan hunne onderhoorigen laten lezen.
§ ü. Onder elkander en jegens de anderen zullen zij de liefde en de welwillendheid onderhouden. Overal waar zij kunnen zullen zij de oneenigheden pogen te stillen. § 10. Buiten geval van noodza-
— 17 —
kelijkheid zullen zij nooit eed doen. Zij zullen de oneerlijke woorden en het onbetamelijk schertsen vermijden. Des avonds zullen zij hun geweten onderzoeken, om te zien of zij eene dergelijke fout bedreven hebben; in dit geval moeten zij die door de boetvaardigheid herstellen.
§ 11. Dagelijks zuilen zij Mis hooren, indien het gevoegelijk kan geschieden ; zij zullen zich begeven tot de maandelijksche bijeenkomsten, welke de Bestierder hun aanduidt.
§ 13. Volgens hunne middelen zullen zij elk bijdragen tot eene som gelds, bestemd om de armste leden, vooral in ziekte, te ondersteunen, of om den goddelijken dienst naar behooren te verrichten.
§ 13. De Bestierders zullen de zieken bezoeken, of iemand anders zenden om dit liefdewerk te verrichten. Is de ziekte gevaarlijk, dan geven zij de noodige vermaning en
— 18 —
raad, opdat hij bij tijds schikkingen neme tot zuivering zijner ziel.
§ 14. De Derde-Ordelingon dei-plaats of van elders zullen de uitvaart van den overledene bijwonen, en tot lafenis zijner ziel het derde deel van het Rozenkransgebed, door den H. Dominicus in-• • 1 gesteld, zeggen. De priesters, in de
H. Mis, en de wereldlijken, indien zij kunnen, in de H. Communie, zullen godvruchtig bidden tot de eeuwige rust van den overleden broeder.
DERDE HOOFDSTUK.
Bedieningen; bezoek; Regel.
§ 1. De ambten of bedieningen worden in de vergaderingen der leden, voor drie jaren gegeven. Niemand mag ze weigeren zonder goede reden, noch dezelve nalatig uitoefenen.
§ 2. Die belast is met de Derde-
— 19 —
Ordelingen, en Visitator wordt genoemd, moet naarstig onderzoeken of de regels stiptelijk onderhouden worden. Daarom moet hij, volgens zijn vermogen, de vergaderplaats der Genootschappen alle jaren bezoeken; en meermalen, indien dit noodig is; hij roept de bestierders en de leden tot de vergadering-samen, en allen zijn gehouden er naar toe te gaan. Indien de Visitator iemand tot zijnen plicht roept, hetzij door eene vermaning, hetzij door een bevel of eene heilzame straf, dat deze zich ootmoedig on-derwerpe, en de boete niet weigere.
§3. Ue Visitators zullen gekozen worden uit de eerste Orde der Minderbroeders, of uit de Reguliere Derde Orde, en aangesteld door de Custoden of Gardianen, wanneer zij er toe verzocht worden. Geen leek kan het anibt vaa Visitator uitoefenen.,\'.;quot; gt;
§ 4. De léden die niet gehoorza-
-go-
men en die eene fout begaan zullen driemaal vermaand worden; indien zij zich daarna nog niet oader-vverpen, zullen zij uit de Orde worden verwijderd.
§ 5. Men wete dat de fouten tegen den Regel uit zich zelve geene zonden zijn, tenzij deze daarenboven tegen de wetten van God of van de H. Kerk strijden.
§ 6. Een lid, dat om eene groote en wettige reden eenige schikking des Regels niet kan onderhouden, is van dit punt ontslagen- die schikking kan voor hem met voorzichtigheid in een ander goed werk veranderd worden. — De oversten van de eerste en derde Orde van S. Franciscus met gewone macht bekleed, alsook de bovengemelde Visitators, kunnen deze ontheffingen verleenen.
DEB
^ EERSTE HOOFDSTUK.
De Derde-Ordelingen van beiderlei geslacht, volgens het gebruik gebiecht en gecommuniceerd hebbende, kunnen vollen aflaat verdienen op de volgende dagen en voorwaarden:
I. Op den dag hunner aanneming.
II. Op den dag hunner professie in de Orde.
III. Op den dag der maandelijk-sche vergadering of conferentie der Derde-OnJelingen, indien zij eene kerk of openbare bidplaats bezoeken, en daar volgens gewoonte
*, bidden tot welzijn der H. Kerk.
IV. Den 4 October, feestdag vaa
— 22 —
St. Franciscus, hunnen stichter; den 12 Augustus, feest der H. Clara, moeder der tweede Orde; den 31 Augustus, feestdag van O. L. V. ter Engelen; alsook op den feestdag van den heiligen patroon der kerk, waarin het genootschap gevestigd is; indien zij deze kerk godvruchtig bezoeken en er bidden tot welzijn der H. Kerk.
V. Eens in de maand, op eenen dag naar ieders verkiezing; op voorwaarde van eene kerk of openbare bidplaats te bezoeken, en daar eenigen tijd te bidden volgens de inzichten van Z. H. den Faus.
VI. Zoo dikwijls zij, uit ijver tot de volmaaktheid, acht achlereen-volgende dagen geestelijke oefeningen houden en daaronder godvruchtige overwegingen doen.
VII. In het uur des doods, indien zij den H. Kaam Jesus aanroepen, ten minste met het hart, wanneer zij niet kunnen spreken.
T
é
— 23 —
Zij zullen dezelfde gunst genieten, indien zij alsdan niet kunnen biechten en communiceeren, doch leedwezen hebben over hunne zonden.
VIII. Tweemaal in het jaar kunnen zij eenen Vollen Aflaat, verdienen door den Pauselijken Zegen te ontvangen, op voorwaarde van een gebed tot intentie van Z. H. te doen. Op dezelfde voorwaarde wordt hun deze Aflaat toegestaan, wanneer zij de Absolutie, dit is te zeggen den Zegen, ontvangen op de na volgende dagen; 1quot;. Kerstmis, 2°. Pasehen, 3°. Pinksteren, 4U. het feest vau het Allerh. Hart van Jesus, 5quot;. de Onbevlekte Ontvangenis, fi\'. den 19 Maart, feestdag van den H. Joseph, 7°. den 17 September, feest der wonden van den H. Vader Fran-ciscus, 8quot;. den 25 Augustus, feestdag van den H. Lodewijk, Koning van Frankrijk, Patroon van de broeders der Derde Orde, 9quot; den 19 November, feest der H. Elisabeth.
— 24, —
IX. Ook, eens in de maand, indien zij vijfmaal het Onze Vader, Wees gegroet en Glorie zij dm Vader bidden voor het welzijn der H. Kerk, en eens tot intentie des Pausen, genieten zij, tot kwijtschelding hunner zonden, dezelfde voorrechten, die aan de Statiën van Home gehecht zijn, en aan het godvruchtig bezoek van Portion-cula, de HH. Plaatsen van Jerusalem en de kerk van den H. Jacobus te Compostella.
X. Op de dagen der Statiën, in het Roomsch Missaal aangewezen, indien zij eene kerk of openbare bidplaats bezoeken, alwaar het genootschap is ingericht, cn aldaar bidden voor het welzijn der H. Kerk, genieten zij op die dagen en in die kerken of bidplaatsen dezelfde voorrechten, als de inwoners en bezoekers van Rome.
TWEEDE HOOFDSTUK.
Gedeeltelijke Aflaten.
I. Al de Derde-Ordelingen van beiderlei geslacht, die eene kerk of kapel bezoeken, waar een genootschap der Derde Orde is ingericht, en aldaar bidden tot welzijn der H. Kerk, winnen eenen aflaat van zeven jaren en zeven maal veertig dagen, op den feestdag dei-wonden van St. Franeiscus, van St. Lodewijk, Koning van Frankrijk, van de H. Elisabeth, Koningin van Portugal, van de H. Elisabeth van Hongarije, de H. Margaretha van Cortona, of eenen anderen van twaalf dagen, die zij kiezen en die de Overste der Orde goedkeurt.
II. Eenen aflaat van drie honderd dagen, telkens dat zij de H. Mis of andere kerkelijke diensten, of openbare of bijzondere vergaderingen der leden bijwonen ; eenen arme herbergen; geschillen beslech-
2»
— 36 -
ten of helpen beslechten ; aan eene * processie deelnemen; het Allerh. Sacrament vergezellen, of, indieu zij belet zijn, op het teeken dei-klok eenmaal het Onze VacUr en Wees gegroet bidden; zoo dikwijls zij vijfmaal het Onze Vader en Wees gegroet bidden voor het welzijn der H. Kerk of voo,- de overledene leden ; zoo dikwijls zij eenen overledene naar het graf begeleiden; iemand die van het goede afweek, terugbrengen tot zijne plichten ; aan een ander de geboden Gods en de vereischten ter zaligheid leeren, of een ander dergelijk liefdewerk verrichten.
De Derde-Ordelingen kunnen f deze volle en gedeeltelijke aflaten \' toevoegen aan de zielen in het Vagevuur.
1. De priesters der Derde Orde,
i
— 37 —
aan welk altaar ook de H. Mis lezende, genieten het geprivilegieerd altaar driemaal per week, indien zij hetzelfde voorrecht op andere dagen niet bekomen hebben.
II. Die de H. Mis leest tot lafenis der afgestorvene leden heeft overal het geprivilegieerd altaar.
En Wij willen dat alle deze dingen, en elk in het bijzonder, zooals zij hierboven zijn vastgesteld, voor altijd beslist, bevestigd en bekrachtigd blijven, niettegenstaande alle constitution, apostolische brieven, statuten, gebruiken, voorrechten en andere regels van Ons en van de Apostolische kanselarij, en al wat er aan tegenstrijdig is. Het sla dan niemand vrij Onzen Apostolischen brief op eenige wijze of in eenig deel te overtreden. Maar zoo iemand vermetel genoeg ware om hem in eenige wijze tegen te spre-
— 28 —
ken, die wexte dat hij de verontwaardiging van God en van de HU. Apostelen Petrus en Paulus zal op zich laden.
Gegeven te Kome, bij St. Petrus, het jaar Onzes Heeren achttien honderd drie-eu-tachtig, den derden dag der kalenden van Juni, het zesde jaar van Ons Pausschap.
C. Kard. Sacconi, prodatarius.
Th. Kard. Mertel. Visa van het hnf: I. De Aquila.
Plaats f des zegels.
Overgeschreven in het Secretariaat der brieven.
cugnoki.
ten gebruike der
Derde Orde van ten H. Fraiicisciis,
voohgesciireven dooe o. h. v. den paus leo xiii,
in het Dekreet Quo universi, (jedag-teekend den 7 Juli 1882.
I.
Zegen met Vollen Aflaat, voor de wereldlijke Deiide-Ordelingen.
Antiph. Intret oratio mea in con-spectu tuo, Domine; inclina aurem tuam ad preces nostras, paree Do-mioe, paree populo tuo, quem rede-misti sanguine tuo pretioso, ne in teternum irascaris nobis.
Kyrie eleison. — Christe eleisoii. — Kyrie eleison.
Pater noster.
Et ne nos inducas in tentationem. Salvos fac servos tuos.
Deus meus sperantes in te. Mitte eis Domine auxilium de Sancto.
Et de Sion tuere eos.
Esto eis Domine turris fortitudinis.
A facie inimici.
Nihil proficiat inimicus in nobis.
Et filius iniquitatis non apponat nocere nobis. Domine exaudi ora-tionem meam.
Et clamor meus ad te veniat. Dominus vobiscum.
Et cum spiritu tuo.
OREMUS.
Deus, cui proprium est misereri semper et parcere; suscipe depre-cationem nostram ; ut nos, et omnes famulos tuos, quos delictorum catena constringit, miseratio tute pietatis clementer absolvat.
Exaudi, queesutnus Uomine, supplicum preces, et confitenfium tibi paree peccatis; ut paritev nobis indulgenliam tribuas beni-gnus et pacetn.
InefTabilem nobis, Domine, mi-sericordiam tuam clementer osten-de; ut simul nos et a peccatis omnibus exuas, et a pcenis, quas pro his meremur, eripias.
Deus qui culpa offenderis, pceni-tentia placaris; preces populi tui supplicantis propitius respice: et tlageila tuee iracundite, qute pro peccatis nostris meremur, averte. Per Christum Dominum nostrum. Amen.
Dido deinde:
Confiteor etc. Misereator etc. Indulgentiam.
Sacerdos prosequitur
Doininus Noster Jesus Christus; qui Beato Petro Apostolo dedit po-
tesfalem ligandi atque solvendi. ]l!e vos absolvat ab onini vinculo delictorum, ut habeatis vilam aiteniam, et vivatis in sjecula sfecu-loruni. Amen.
Pei- sacratissimam Passionem et Mortem Domini Nostri Jesu Chrisli; precibus et meritis Bealissimai semper Virginis Marise, Beatorum Apostoloruni Petri et Pan li, Heali Patris Nostri Francisci et omnium Sanctorum, auctoritale a Sumuiis Pontificibus nühi concessa, ple-nariam Indulgentiam omnium pec-catorum vestrorum vobis irnper-(ior. In nomine Patris f et Filii et Spiritus sancti. Amen.
Si luec Indulgentia immediate post Sacramentalem absolutionen impertia-tur\\ reliquis omissis, Sacerdos absolute incipiat a verbis: Doininus nostei Jesus Christus e(c. et itaprosequatur usque ad Jinem, plurali tantum numero in singularcm immuntato.
II.
Formuul deb Generale Absolutie
in het uur des doods.
Sacerdos. ingrediendo cuhiculum, dicat:
Pax huic domui et omnibus habitantibus in ea.
Dein aegrotum; cuhiculum et astantes asptrgat aqua benedicta, dicendo:
Asperges me Domine, etc.
v. Adjutorium nostrum in nomine Domini.
E. Qui fecit ccelum et terram.
Ant. Ne reminiscaris, Domine, delicta famuli tui (anciilai tuse), neque vindictam sumas de pecca-tis ejus.
Kyrie, eleison. Christe, eleison. Kyrie, eleison.
— 34 —
Pater noster.
v. Et ne nos inducas in tenta-tionem.
r. Sed libera nos a malo. v. Salvuin fae servmn lunm (ancilam tiiarn).
u. Deus meus sperantem in te. v. Domine, exaudi orationem meam.
li. Et clamoi- meus ad (e veniat. v. Doininus vobiseum. a. Et cum spiritu tuo.
OUEMÜS.
Clementissime Deus, Pater misericord iarum, et Deus totius con-solationis, qui neminem vis perire in te c red en tern atque sperantem, secundum inullitudinem miseratio-num tuarum, respice propitius fatnulum tuum N. quern (anciilam tuam N. quam) tibi veva fides et spes Christiana commendant. Visita eum (earn) in salutari tuo, et per
— 35 —
Unigeniti tui passionem et mortem, omnium ei delictorum suorurn romissionem et veniatn elementer indulge; ut ejus anima in hora exitus sui te Judieem propitiatum inveniat, et in sanguine ejusdem Filii tui ab omni macula abluta, transire ad vilam mereatur perpe-tuam. Per eumdem Christum Uo-minum nostrum, k. Amen.
Confiteor, ete. Misereatiur, etc.
Dominus noster Jesus Christus, P\'ilius Dei vivi, qui beato Petro Apostolo suo dedit potestalem li-gandi, atque solvendi: per suam piissitnain misericordiam recipiat confessionem tuam, et restituat tibi stolam primam, quam in Bap-tismate recepisti; et ego facilitate mihi ab Aposlolica sede tributa, Indulgentiam plenariam, et remis-sionem omnium peccatorum tibi concedo.
In nomine Patris, etc. Per sacrosanetee humanEe repa-rationis mysteria, remiltat tibi oin-nipolens Deus omnes prsesentis, et futurse vitse pcenas, Paradisi portas aperiat, et ad gaudia sempiterna perducat. Amen.
Benedicat te omnipotens Deus, Paler, Filius, et Spiritus sanctus. Amen.
Fobmuul voce den Paüselijken Zegen,
die slechts tweemaal in het iaar mag gegeven worden, en nooit op denzelt\'den dag en op dezeltde plaats waar de Bisschop hem geeft.
Sacerdos nullis circumstantilus Mi-nistris, stola et superpelliceo indutus, ante Altare genujlexus, dicit;
v. Adjutorium nostrum in nomi-ue Domine.
— 37 —
E. Qui fecit ccelum et terram. v. Salvutn fae populum tuum, Domine.
r. Et benedic hsereditati tute. v. Dominus vobiscum. a. Et cum spiritu tuo.
Deinde stans sequantem recitel ora-tionem ;
OREMUS.
Omnipotens et misericors Deus, da nobis auxilium de saneto, et vota populi hujus in humilitafe cordis veniam peccatorum poseen-tis, tuamque benedictionem prajsto-lantis et gratiam, clementerexaudi: dexteram tuam super eum benignus extende, ac plenitudinem divinse benedictionis effunde, qua bonis omnibus cumulatus, felicitatem et vitam consequatur aiternam. Per Christum Dominum nostrum. Araen.
Posted ad cornu Epistolce accedat, et stans, una benedictione, unico videhcct skjno cvucis, dcucdicut, cdta voce prof evens hcec verba:
Renedicat vos omnipotens Deus f Pater, et, Filius, et Spiritus sanctus u. Amen.