-ocr page 1-
-ocr page 2-

v:

_

-ocr page 3-
-ocr page 4-

RIJKSUNIVERSITEIT UTRECHT

i

0702 6572

-ocr page 5-

Ill®ff11

VOOR |)H

L EDEN

Vale èj

H\'0

bibliotheek der p^IJKjpUWiyERSITEIT UTRECHT

AN COLL. THOi\'AAASSE

SITTA

Wit KI. UK

O. L. Vrouw van het H. Hart van

\'JliVESTIfiD l\\ nu

St. ANTONIUSKERK

TI fi®TTEMT)AM,

-ocr page 6-

KIERKIELUKIE OOEIDKEXJEIKTO

ï M P K I M A T U R.

Amstkt.odami, lt;//-■ 27 Mniiii 1SH0.

I\'. T. II. VAN ORTIlOl Lihr. (\'rtitf.


-ocr page 7-

)/ OOPx WOORD.

dlan dc öoSütucfitigc vezeeidcts oatv SlCazia, oii^ej ?cu tüct oan O. £. ^zoiuu van \'t Jf Kctt caii o\'ciiui.

/.s hef -icIkjoji ch (joilsdirimliy out (/lt;■ beroorrerhle 01 nix door Mahia iiilyekozi\'ii jilna/seii ie bezoeken, hoi1 rei\'eereml i* het ilmi. ter hurer eer en ouder den titel eau O. L. Vr. vim Jesus II. Ilarf eene bi-demart te hoiidrii en om Kan het doet der I ereeniyiny. hetwelk is devotie tot O. L. Vr. van \'til. Hart uit te breiden, te beunt woorden in ojjdut deze judrijl\'sche bedeeaart met (iodsrnicht en stirhtim/ (jehouden worde, bied het /lestuur een vollednj hondboeli ikiii . hetwelk en als l/ebedenhoek en ui* zunyboek kan yebrnikt irorden. oinliit nlie leden, ook zij die de bedeeoiirt niet kunnen medemuken. hnnne medeleden in den geest kunnen colyen en de yebeden rerrichten.

-ocr page 8-

INHOUD.

- \'o®Or-G E B E D E 3M .

Bldz.

iMufgeiigcbr-il................................ • • . 1

\\ vumlgT\'ljeil............................................................................quot;

Gebeden ouder de II. Mis ..................................................^

Korte Hieehtgebedeii......................................................\'\'9

Communie-gebeden ...............................

Gebeden ter cere van hel H. Saerainenl . welke men

gevoegelijk omler liet llt;quot;»l kan verriehleu......................5VÏ

Oefening van liefde jegens hel. II. Marl van .fesus ............fi\'i

Lofzang der II. Maagd......................................................,,s

Benedielir.......................................

Litanie van den Allerh. Naam •) es us....................................../I

Litanie van het Allerb. Saeramcnt.............................75

Litanie van het H. Hart van «lesus........................................^0

Akte van toewijding aan het H. Hart................................88

Akte van .Eereboete............... ■ ................

-ocr page 9-

v iMiori).

Bld^

l-)e II. Ko/eiikrans .............................

Oefening van den II. Kruisweg..............................|(j(j

Jjitanie van O. I,. \\rruu\\v van liet H. Hart...........J25

i»itanie van «Ie H. Maagd ......................................131

Litanie van het H. Hart van Maria ......................................135

Litanie ter eere van O. L. Vromv van Lourdes ...............] ;jy

Litanie van den U. Josef....................................................146

Litanie van den 11. Antonius van Padna ..............................151

Litanie van dlt;- II. Kosa..................................................15(5

C4 E Z A N a E N.

Lofzang Veni Creator........................................................163

Pelgrimslied . . ................................................................] g-

Smeekzang tut O. L. Vromv van het M. Hart....................168

■Salve Kegina i Wees gegroet . «• Koningin) ......................I7.\'{

ritnoodiging tot den luf van Maria ....................................171

Lc.f- en Smeeklied tot O. L. \\ n.nw van het H. Mart..........177

Hulde en bede aan de II. Maagd..........................\\ 7(j

Sineekliod voor onzen H. Vader den Paus........................181

Lofzang aan het II. Hart van Maria..................................^§5

De Engel des fleeren .....................................................I

De zeven smarten der Moeder van het M. Hart ..................188

Maria, toevlueht der zondaren........................................jy-)

-ocr page 10-

TMiori).

BIdz.

LielUezuclit tut het Kiiulje Jcsus eu zijne II. Moetlei- . . . . 196

Maria, u beeld der selioune liefde ................. W

Salve Kegiua (Wees gegroet van ganselier harte) ........ 19quot;

Naamfeest van Maria ........................... ^00

Lied van den H. Oasiinirns .......................... 201

De Kinderen van Maria ........................... ~quot;~

Aan Maria eer ....................................

Kind\'ren van Maria..............................

Avondbede tol dc It. Maagd ...................... 2\'(7

Lofzang ter eere van het Heilig en Onbevlekt Hart van

Maria. Vuur, bij en na Jcsus lijden................

Jubellied aan Maria. Onbevlekt Ontvangen ............ 21:!

Wees gegroet, Gij vul genade .......................

Gegroet zijt Gij. Maria .............................\'

Pelgriinsgruet aan Sittard.......................... ~\' \'

Dl- Litanie van O. L. Vrunw................................................21!l

223

Het \\Vees gegruet...............................

Dc bedroefde Moeder ............................................................22,

Maria ondei\' liet Imiis ......................................................~quot;:Jt

Het Afscheidslied..................................

Pan ge lingua.....................................

Aan Jesus\' H. Hart................. ..............

Akten vóór de H. (\'«mnnuiiie .......................

-ocr page 11-

INHO.n,

Bldz.

Akten ii.*i do H. fominuiiio................................2,35

Diil .losns leov\'..................................237

fioloofd zij .lesus (\'hnstiis..........................................2;{«)

Aan liet Allcrliciliuisto.................

Toewijding aan den ffrov...........................). |

Aan Jesus eer............................................24(;

Aan Jesns denken is reeds zoet............................24S

Aan het Allerh. Hart van Jesns.................................349

fo\'znnir ter eere van het IT. Nart van Jesns............250

Hulde aan het M. Mart van Jesns.......................gt;5;)

Akten van Relool. Ifoop. Liefde en Ucronw..................254

Akte van Geloof..

................................................................Z-)(gt;

Te Denm.......

..................................................................2o7

])r quot;• \'quot;\'finilie. Jesns, Maria. Josef............................20(1

Av»quot;\'lzaug.......................................

Lied tot den M. Josef

.........................................................-(».)

Sr. Josef Voedstervader...............

fi.\'Mingen tcv rrvr var, ,1,.,, II. Aiil.mins vnu l\'a.lua .......2fi7

Ave Maria ...

........................................................................2/0

(). li. Vrouw van \'r FTeiliu* Harl .................gt;7o

la\'ed van den II. Casiniirns . o-o ..............................................dio

Na de Oj)drae]it...........

............................................................2 i o

Lied ter eere van (», I,. \\ i-,m« In \'| Zaml ..................o7fi

VII

-ocr page 12-

I N Kol\' |gt;. VIII

Bldz.

Smeeklied................................................................................377

Magnifieat............................................................................378

() Sanctisshna ........................................................................27^

Salve, llegiua Coelitmu..........................................................380

Betrouwen oj) Maria..............................................................382

Pelgrimslieil naar Sitlard..........................28.\')

ge

-ocr page 13-

GEBEDEN.

Morgengebed.

Kom, H. Geest, vervul de harten uwer geloovigeu, en ontsteek in hen het vuur uwer liefde.

v. Zend uwen Geest uit en zij zullen herboren worden.

R. En Gij zult het aanschijn der aarde vernieuwen.

Laat ons bidden.

God, die de harten der geloovigen dooide verlichting van den H. Geest hebt onderwezen, geef ons, dat wij in denzelfden Geest de ware wijsheid erlangen, en ons door zijne vertroosting gedurig mogen verblijden. Door Christus, onzen lieer. Amen.

Bkh. ■ 277, ■ ■ • 378 •• 279 ■ 280 283 • 28;j

1

-ocr page 14-

2

Stellen wij ons in Gods heilige tegenwoordigheid.

Wij gelooven vastelijk, o God, dat Gij hier tegenwoordig zijt, ons ziet, en hoort; dat al de gedachten en genegenheden, ja de verborgenste bewegingen van ons hart U bekend zijn, en dat Gij bereid zijt, ons gebed te verhooren.

Laten wij God voor alle ontvangen weldaden bedanken, en wijden wij ons geheel aan Zijnen dienst toe.

Mijn Heer en mijn God, wij bedanken U zeer ootmoedig voor al de genaden, die Gij, in uwe overgroote barmhartigheid, ons tot heden toe verleend hebt; en wel voornamelijk, dat Gij ons gedurende deze dagen zoo vele en buitengewone middelen ter hand stelt, om U, o goede God, ijverig te kunnen dienen; is het niet wederom een uitwerksel uwer goedheid, dat wij dezen dag mogen beleven? Daarom willen wij dien geheel tot uwen dienst besteden. Wij dragen U alle gedachten, woorden en werken er van op. Zegen ze, o mijn God, opdat er geeue zij, die niet bezield worde door uwe liefde en niet strekke tot uwe meerdere eer.

-ocr page 15-

Laten wij een vast voornemen maken, om de zonden te vluchten en de deugd te beoefenen.

Aanbiddelijke Jesus, goddelijk voorbeeld der volmaaktheid, waarnaar wij moeten leven; wij willen alles aanwenden om ons meer en meer aan U gelijkvormig te maken: ootmoedig, zuiver, geduldig, ijverig in het gebed, verdraagzaam en zachtmoedig jegens elkander, en in alles onderworpen aan uwen heiligen wil; wij zullen ons bevlijtigen, om niet meerquot; in die zonden te vallen welke wij zoo dikwerf bedreven hebben, en rlie wij oprecht verlangen te verbeteren.

Smeeken wij hiertoe den bijstand der goddelijke genade af.

Maar, mijn God, Gij kent onze zwakheid; wij vermogen niets zonder den bijstand uwer genade; weiger ons die toch niet, verleen hulp naar onze behoefte, geef ons genoegzame kracht, om al het goed te beoefenen dat Gij van ons verwacht, en om inet geduld al de moeielijkheden en tegenspoeden te verdragen, die het U zal believen ons over te zenden. Amen.

Onze Vader. Wees gegroet. Ik geloof in God den Vader, enz.

-ocr page 16-

Laten wij akten van Geloof, Hoop en Liefde verwekken.

Akte van CJeloof.

Mijn Heer en mijn God, ik geloof, dat Gij één zijt in wezen en drievuldig in Personen; dat de tweede Persoon der H. Drievuldigheid voor ons is mensch geworden en gestorven, en dat Gij het goede loont, en het kwade straft. Dit en alles wat Gij geopenbaard hebt en door de Heilige Kerk te gelooven voorstelt, geloof ik vastelijk, omdat Gij de oneindige waarheid zijt, die het ons geopenbaard hebt. In dit geloof wil ik leven eu sterven.

Heer, vermeerder mijn geloof.

Akte van Hoop.

Mijn Heer en mijn God, ik hoop met een vast betrouwen, door de verdiensten van Jesus Christus van U te zullen verkrijgen den hemel en alle middelen daartoe noodig; dit hoop ik, omdat Gij het beloofd hebt, die oneindig machtig, goed en getrouw in uwe belofte zijt. In deze hoop wil ik leven en sterven.

Heer, vermeerder mijne Hoop.

-ocr page 17-

Akte vim Liefde.

Mijn Heer en mijn God, ik bemin U bovenal en uit geheel mijn hart, omdat Gij het opperste goed in U zeiven, en alle liefde waardig zijt; ik bemin mijnen evennaaste gelijk mij zeiven om U, en wensch, dat alle menschen U beminnen, in deze liefde wil ik leven en sterven.

Heer, vermeerder mijne liefde.

Akte van opdraclit

uan O. L. Vrouw van Tiet H. Hart.

Onze Lieve Vrouw van het 11. Hart, Aioeder van barmhartigheid. Deur des Hemels, Uitdeelster van Gods gaven, ik werp mij aan uwe voeten.

Wees gij, vermogende Maagd, Meesteresse van Jesus\' Hart, Toevlucht der zondaren, Troosteresse der bedrukten, wees Gij aller menschen heil, wees ook mij tot troost , tot bijstand en tot redding. Gij wordt het Vertrouwen der rechtvaardigen, de Hoop der hopeloozen, de Kracht der zwakken, de Vrede der verontrusten geheeten, daarom sla ik mijn smeekend oog naar U, Onze Lieve Vrouw van het 11. Hart; daarom stel ik

-ocr page 18-

mij voor immer onder 1 we vermogende en moederlijke bescherming, en ik wijd U heden toe mijn lichaam en al mijne zinnen, mijn hart en alle geneigdheden, ja mijn ziel en mijn al.

Kom mij te hulp, Koningin van Jesus\' Hart, verwijder van mij de strikken des duivels, doe mij God beminnen, Hem getrouw dienen, en in Zijne heilige liefde sterven, om met U eeuwig gelukkig te zijn. Amen.

AVONDGEBED.

Stellen wij ons in Gods heilige tcgenwooi-digheid.

Wij gelooveu vastelijk, o God, dat Gij hier tegenwoordig zijt, ons ziet en hoort; en dat al de gedachten, de genegenheden en de verborgenste bewegingen van ons hart U bekend zijn, dat Gij bereid zijt ons gebed te verhooren.

Bedanken wij God voor Zjjno weldaden.

Hemelsche Vader, welk een dank zullen wij U brengen voor al het goede dat wij van U genoten hebben, (jij hebt ons geschapen , met het dierbaar bloed van Uwen Zoon verlost, en zelfs heden heeft Uwe

-ocr page 19-

7

goedheid ons naar lichaam en ziel nog zoo milddadig gespijsd; want hoe vele en buitengewone gillisten en genaden mochten wij quot;ifi dezen dag van Uwe vaderlijke goedheid ontvangen. (reef, o God! dat wij aan zooveel weldaden met een dankbaar hart beantwoorden, ü oprecht dienen en beminnen en nooit ophouden U te loven. Amen.

Bidden wij om de kennis onzer zonden.

Heilige Geest, licht der harten, maak ons het kwaad indachtig, dat wij van daag be-«. dreven, en geef ons een groot berouw over al onze zonden.

(ïeweteusomlerzoek.

Onderzoeken wij ons geweten wat wij ten opzichte van God, onze evennaasten en ons zeiven misdaan hebben......

Akte vim Heromv.

Mijn lieer en mijn God, mijne zonden zijn mij leed uit den grond van mijn hart, niet alleen omdat ik daardoor den Hemel verloren en de hel verdiend heb, maar ook omdat ik daardoor U, die mijn opperste goed en alle liefde waardig zijt, heb vergramd;

-ocr page 20-

ik haat en verzaak de zonden uit liefde tot TT, en ik neem mij vast voor, met de hulp Uwer genade mijne zonden te biechten, mijn leven te beteren, en liever te sterven dan U ooit met eenige doodzonde te vergrammen.

Laat ons liidden voor lt;le leveuden en overledenen.

Stort, Heer, Uwe genade uit over onze ouders, bloedverwanten, weldoeners, vrienden en vijanden; bescherm al onze vrienden, zoo geestelijke als wereldlijke; help de armen, de gevangenen, de bedroefden, de reizigers, de zieken en de stervenden; bekeer de zondaars en onze dwalende broeders, en verlicht de ongeloovigen. (ïod van goedheid en genade ! heb medelijden met de zielen in het vagevuur, maak een einde aan hare pijnen en geef aan allen de eeuwige rust. Amen.

Ijitanie ruu O. L. Vrome van het H. Hort.

Avondlied {zie de Gezanyen.)

-ocr page 21-

Gebeden onder de H. Mis.

fiebed vóór de II. Mis.

Kom, o Heilige Geest! vervul de harten uwer geloovigeu, en ontsteek in hen het vuur uwer goddelijke liefde. Gij, die in weerwil der verscheidenheid van alle talen de volken in de eenheid des geloofs vereenigd, en rondom de eene offerande der nieuwe wet, die wordt opgedragen van den opgang der zon tot haren ondergang, vergaderd hebt!

Zend nit, o Heer, Uwen Geest en alles zal herschapen worden.

En Gij zult het aanschijn der aarde vernieuwen.

O (ilod, die de harten der geloovigeu door de verlichting van den JH. Geest onderwezen hebt, geef dat wij in dien zelfden Geest verstaan wat recht is; en ons altijd over Zijne vertroosting mogen verblijden. Door Christus onzen Heer. Amen.

-ocr page 22-

10

Akte van Geloof.

Ik geloof vastelijk, o mijn God! dat de

H. Mis de onbloedige offerande is der Nieuwe Wet, waarin het dierbaar Lichaam en Bloed van Jesns Christus, onzen goddelijken Zaligmaker, Uwen Zoon, onder de gedaanten van brood en wijn aan U, o hemelsche Vader, wordt opgeofferd.

O geef mij, smeek ik F, dat ik daarbij heden tegenwoordig moge zijn, met die diépe aandacht, eerbied en vreeze, en met die teedere en hartelijke godsvrucht, dat znlk een ontzaglijk en liefdevol Geheim van mij eischt.

illeeuin»\'.

Ik vereenig mij, o God, met den priester en geheel nwe H. Kerk, om nwer goddelijke .Majesteit dit heilig Offer op te dragen:

I. Tot meerdere eer en verheerlijking van uwen heiligen Naam, wien alleen dit offer mag worden opgedragen. 2. Ter gedachtenis van uw lijden en uwen dood, o minnelijke Verlosser, gelijk Gij zelf geboden hebt, dat zulks geschieden zou bij dit H. Offer. 3. Tot dankzegging voor alle weldaden die

-ocr page 23-

11

Gij mij bewezen hebt. 4. Tot voldoening der straffen, die ik voor mijne zonden verdiend heb, en die ik in dit Offer door inv heilig bloed hoop uit te wisschen. 5. Tot verkrijging van uwe genade en hulp in die zaak..... (5. Voor mijne ouders, bloedverwanten, vrienden en weldoeners, bijzonder

voor...... 7. Voor de zielen der overledenen,

voornamelijk voor..... Neem, o Heer! deze

mijne meening genadig aan en verhoor mij. Door Jesus Christus onzen Heer. Amen.

Oeberten aan rteu voet des Altaars.

p. In den naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes. Amen.

Ik zal ingaan tot het Altaar Gods.

d. Tot God, die mijne jeugd verblijdt.

Psalm 42. „Judica me.quot;

p. Doe mij recht, o God, en beslis mijne twistzaak tegenover eeu onheilia: volk, en

o o 7 .

bevrijd mij van den man des onrechts en des hedrogs.

i). Want gij zijt de God, mijne sterkte, waarom hebt Gij mij verstooten en waarom ga ik droevig voort, terwijl de vijand mij vervolgt?

-ocr page 24-

u

p. Zend uw licht en uwe waarheid: zij zullen mij geleiden en mij brengen tot uwen heiligen berg, en tot uwe woningen.

i). En ik znl ingaan tot het altaar Gods: tot God die mijne jeugd verblijdt.

p. En ik zal U loven op de harpe, o God, mijn God! —

Waarom zijt gij bedroefd, mijne ziel, en waarom verontrust gij mij?

d. Hoop op God, want ik zal Hem nog loven, Hij is de verlossing mijns aangezichts, en mijn God!

p. Eere zij den Vader en den Zoon en den Heiligen Geest.

d. Gelijk het was in den beginne en nu en altijd, en in de eeuwen der eeuwen. Amen. p. Ik zal ingaan tot het altaar Gods; j). Tot God die mijne jeugd verblijdt, p. Onze hulp is in den naam des Heeren; d. Die hemel en aarde beeft gemaakt.

Confiteor of sclmlrtbelijdeiiis.

p. Ik belijde aan God Almachtig, aan de gelukzalige Maria, altijd Maagd, aan dei: H. Micliaël, Aartsengel, aan den II. Joannes den Dooper, aan de heilige Apostelen Petrus

-ocr page 25-

13

en Paulus, aan alle Heiligen en aan u, mijne broeders, dat ik zeer gezondigd heb met gedachten, woorden en werken, door mijne schuld, door mijne schuld, door mijne allergrootste schuld. Daarom bid ik de gelukzalige Maria, altijd Maagd, den J I. Michael, Aartsengel, den H. Joannes den Dooper, de heilige Apostelen Petrus en Paulus, alle Heiligen eu u mijne broeders, voor mij te willen bidden tot den lieer onzen God.

j). De Almachtige God onfenne zich uwer, en vergeve u de zonden, en geleide u ten eeuwigen leven.

p. Amen.

n. Ik belijde aan God Almachtig, aan de gelukzalige Maria, altijd Maagd, aan den H. Michaël Aartsengel, aan den H. Joannes den Dooper, aan de heilige Apostelen Petrus en Paulus, en alle Heiligen en aan U, Vader, dat ik zeer gezondigd heb met gedachten, woorden en werken, door mijne schuld, door mijne schuld, door mijne allergrootste schuld. Daarom bid ik de gelukzalige Maria, altijd Maagd, den H. Aartsengel Michaël, den H. Joannes den Dooper, de heilige Apostelen Petrus en Paulus,

-ocr page 26-

14

alle Heiligen en U, Vader, voor mij te willen bidden tot den lieer onzen God.

p. De almachtige God ontferme zich uwer, en vergeve u de zonden, en geleide u ten eeuwigen leven.

d. Amen.

p. Vergiffenis, ontbinding en kwijtschelding van al onze zonden verleene ons de almachtige en barmhartige Heer.

i). Amen.

p. Heer, keer U tot ons en Gij zult ons levend maken.

d. En uw volk zal zich verblijden in U. p. Toon ons, o Heer, uwe barmhartigheid. d. En geef ons uw heil.

p. Heer verhoor mijn gebed. d. En mijn geroep kome tot U. p. De Heer zij met u.

d. En niet uwen geest.

p. Laat ons bidden.

Wij smeeken U, o God, neem weg van ons onze ongerechtigheden, opdat wij met een zuiver hart mogen ingaan tot het Heilig der Heiligen. Door Christus onzen Heer. Amen.

Wij bidden U, o Heer, door de verdiensten

-ocr page 27-

15

van uwe Heiligen, wier overblijfselen hier rusten, en van alle Heiligen, dat gij mij kwijtschelding gelievet te verleenen van alle mijne zonden. Amen.

Introïtus of iii«\'aiilt;gt;\'.

Gezegend zij de Heilige Drievuldigheid en onverdeelde Eenheid, wij zullen Haar loven omdat Zij ons bewezen heeft Hare barmhartigheid. (Ps. 8.) Heer, onze Heer, hoe wondervol is Uw naam over geheel de aarde! Eere zij den Vader en den Zoon en den H. Geest. Gelijk het was in den beginne en nu, en altijd en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

Gezegend zij de Heilige Drievuldigheid en onverdeelde Eenheid; wij zullen Haar loven, omdat Zij ons bewezen heeft Hare barmhartigheid.

Kyrie eleisoit.

p. Heer ontferm U onzer.

d. Heer ontferm U onzer.

p. Heer ontferm U onzer.

d. Christus ontferm U onzer.

p. Christus ontferm U onzer.

d. Christus ontferm U onzer.

-ocr page 28-

16

i\'. Heer ontferm U onzer.

}). Meer ontferm U onzer.

p. Heer ontferm U onzer.

Gloria in e\\celsis of Lofzang\' der Engelen.

Glorie zij God in den Hooge, en vrede den menschen op aarde die van goeden wil zijn! Wij loven U, wij zegenen U, wij aanbidden U, wij verheften U, wij danken V voor Uwe groote heerlijkheid! Heer onze God, hemelsche Koning; God, almachtig Vader, Heer Jesus Christus, eeniggeboren Zoon! Heer God! Lam Gods, Zoon des Vaders, die wegneemt de zonden der wereld, ontvang onze smeekgebeden; die gezeten zijt aan de rechterhand des vaders, ontferm U onzer! Want Gij alleen zijt heilig. Gij alleen zijt de Heer, Gij alleen zijt de Allerhoogste! O, Jesus Christus met den Heiligen Geest in de Glorie van God den Vader. Amen. p. De Heer zij met u.

i). En met uwen geest.

Collecte.

Laat ons bidden. Almachtige, eeuwige God, die uwen dienaren gegeven hebt, in

-ocr page 29-

17

de belijdenis des waren geloofs de eeuwigheid der eeuwige Drievuldigheid te erkennen, en in de oppermacht der goddelijke Majesteit de eenheid te aanbidden; wij smeeken U, dat wij door de kracht van datzelfde geloof ten allen tijde, tegen alle onheilen mogen worden beschermd. Door onzen Heer Jesus Christus, uwen Zoon, die met U leeft en heerscht in de eenheid des Heiligen Geestes, God, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.

Ejtistel.

O diepte der rijkdommen van Gods wijsheid en wetenschap; hoe ondoorgrondelijk zijn Zijne oordeelen en iioe onnaspoorlijk zijne wegen?

Wie toch heeft den zin des Heeren sekend?

Of wie is Zijn raadsman geweest?

Of wie heeft Hem te voren gegeven, dien het zal weder vergolden worden?

Want uit Hem en door Hem, en in Hem zijn alle dingen. Hem zij eere en heerlijkheid in eeuwigheid. Amen. (Rom. XI.)

d. Gode zij dank.

2

-ocr page 30-

18

Graduale.

Gezegend zijt Gij, o Heer, die de afgronden doorziet, en zetelt op de Cherubijnen.

Gezegend zijt Gij, o Heer, in het uitspansel des Hemels en lofwaardig zijt Gij in eeuwigheid. (Alleluja.)

Gezegend zijt Gij, o Heer, God onzer vaderen en lofwaardig zijt Gij in eeuwigheid. (Alleluja.)

Voorbereiding\' tot liet Evangelie.

Almachtige God, die de lippen van den Profeet Isaïas met een vurigen kool hebt gereinigd, zuiver mijn hart en mijne lippen. Gewaardig U mij zoo te zuiveren door uwe genadevolle ontferming, dat ik waardiglijk uw heilig Evangelie moge verkondigen. Door Christus onzen Heer. Amen.

Gebied o Heer, uw zegen.

De Heer zij in mijn hart en op mijne lippen, opdat ik waardig en betamelijk Zijn Evangelie verkondige. Amen.

Evangelie.

p. De Heer zij met u.

d. En met uwen geest.

-ocr page 31-

19

p. Vervolg van het Heilig Evangelie volgens den H. Mattheus.

n. Eere zij U, o Heer!

p. In dien tijd sprak Jesns tot zijne discipelen: //Mij is alle macht gegeven, in den Hemel en op aarde/\' Gaat dan en leert alle volken, hen doopende in den naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes,

o 7

hen leerend onderhouden alles wat Ik u bevolen heb. En zie, Ik ben met u al de dagen tot de voleinding der eeuwen!

d. Lof zij ü, o Christus !

p. Door de woorden des heiligen Evan-gelie\'s mogen uitgewischt worden onze zonden.

Credo.

Ik geloof in éénen God Al machtigen Vader, Schepper van hemel en aarde, van alle zichtbare en onzichtbare dingen. — En in éénen Heer Jesns Christus, den eenig geboren Zoon Gods, en uit den Vader vóór alle eeuwen geboren; God van God; licht van licht, waarachtig God van waarachtigen God; geboren en niet gemaakt, medezelfstandig met den Vader door wien alle dingen gemaakt zijn; die om ons menschen en om

-ocr page 32-

20

ons heil nedergedaald is uit den hemel: en het vleesch heeft aangenomen door den Heiligen Geest uit de Maagd Maria, en die is mensch geivorden. Die ook is gekruisigd voor ons onder Pontius Pilatus, die geleden heeft en is begraven. En die verrezen is ten derde daaie, volgens de schriftuur; en

O 7 o

opgeklommen ten hemel en zit ter rechterhand des Vaders; die met heerlijkheid zal Avederkeeren om te oordeelen levenden en dooden; wiens rijk geen einde zal hebben. -—-En in den Heiligen Geest, Heer en Levendmaker, die uit den Vader en den Zoon voortkomt, en met den Vader en den Zoon te zamen wordt aangebeden en verheerlijkt , die door de profeten gesproken heeft. — En eéne heilige katholieke en apostolische Kerk. Ik belijde één doopsel tot vergiffenis der zonden; en verwacht de opstanding der dooden en het leven der toekomstige eeuwen. Amen.

p. De Heer zij met u.

i). En met uwen geest.

p. Laat ons bidden.

-ocr page 33-

21

Offerande.

Gezegend zij God de Vader, en Gods eeniggeboren Zoon, alsook de Heilige Geest, omdat Hij ons Zijne barmhartigheid heeft bewezen.

Heilige Vader, almachtige eeuwige God, ontvang deze smettelooze oflerande, die ik, uw onwaardige dienaar, opdraag aan U, mijnen levenden en waren God, voor mijne ontelbare zonden, overtredingen en verznimenis-sen, en voor allen die mij omringen en voor alle geloovige Christenen, zoo levenden als overledenen, opdat zij mij en hun moge verstrekken tot heil ten eeuwigen leven. Amen.

O God, die de waardigheid van het wezen des menschen wondervol geschapen en nog wondervoller hebt hersteld, geef ons door het geheim van dit water en van dezen wijn, dat wij zijner Godheid deelachtig worden, die zich gewaardigd heeft onze menschheid aan te nemen Jesus Christus, Uw Zoon onzen Heer, die met U leeft en heerscht in de eenheid des H. Geestes, God in alle eeuwen der eeuwen. Amen.

Heer, wij offeren U den kelk des heils, en smeeken uwe goedertierenheid, dat hij

-ocr page 34-

nog tot onze zaligheid en der gansclie wereld met liefelijken geur mogen opstijgen voor het aanschijn uwer goddelijke Majesteit. Amen.

Wij bidden U, o Heer! neem ons aan in de nederigheid onzes geestes en in de ver-

O O

morzeling onzes harten, en onze Offerande geschiede heden zóó in Uwe. tegenwoordigheid, dat zij aan U mogen behagen, Heer, onze God.

Kom, o Heiligmaker, almachtige, eeuwige God en zegen dit f Offer, voor Uw heiligen naam bereid!

Ilaiiilwasscliiii»-.

Reinig uw hart meer en moer door gevoelens van berouw in u op te wekken, en bid met den Priester den XXVen Psalm. „Lavabo.quot;

Ik zal mijne handen wasschen onder de onschuldigen, en Uw altaar omringen, o Heer! Om te hooren de stem des lofs, en te verhalen al Uwe wonderheden.

Heer, ik heb liet\' den luister van Uw huis, en de plaats waar de woontente is ter Uwer eere.

O God, richt mijne ziel niet ten verderve met de zondaren, noch mijn leven met de mannen des bloeds.

-ocr page 35-

In wier handen ongerechtigheden zijn, en wier rechterhand vol is van geschenken.

Maar ik wandel in mijne onschuld; verlos mij en ontferm U mijner!

Mijn voet staat op elfen haan; in de Vergaderingen zal ik U zegenen, o Heer!

Glorie zij den Vader, enz.

Suscipe, Saucta, Trinitas.

Ontvang, o Heilige Drievuldigheid, deze offergave, die wij T opdragen tot gedachtenis van het lijden, de verrijzing en de hemelvaart van onzen Heer Jesus Christus en ter .^xereering van de Heilige Maria, altijd Maagd, van den H. Joannes den Dooper en van de H.H. Apostelen Petrus en Paulus, en van deze (namelijk wier overblijfselen hier rusten) en van alle Heiligen, opdat zij hun tot eere en ons tot zaligheid moge verstrekken; en zij voor ons gelieven te hidden in den Hemel, wier gedachtenis wij houden op aarde. Door denzelfden Christus onzen Heer. Amen.

Orate Fratres.

r. Bidt broeders, dat mijne en uwe offerande aangenaam moge worden bij God deu almachtigen Vader.

-ocr page 36-

D. De Heer gelieve de offerande aan te nemen uit uwe handen tot. lof en glorie van Zijnen Heiligen Naarn, tot ons voordeel en van geheel Zijne Heilige Kerk. Amen.

Secreta.

O Heer, onze God, wij smeeken U, heilig deze offerande door de aanroeping van Uwen Heiligen Naam; en maak ons zeiven door haar tot eene eeuwige U welbehageiijke offerande. Door onzen Heer Jesus Christus, Uwen Zoon, die met U leeft en heerscht in de eenheid des Heilisen Geestes. God.

o

Praefatie.

p. In alle eeuwen der eeuwen.

d. Amen.

p. De Heer zij met u.

d. En met uwen geest.

p. Heft omhooe; uwe harten.

d. Wij hebben ze verheven tot den Heer!

p. Laat ons dank zeg-o-en aan den Heer

oo

onzen God.

d. Het is waardig en rechtvaardig, p. Waarlijk waardig en rechtvaardig, billijk en zalig is het, dat wij U altijd en

-ocr page 37-

overal dank zeggen, heilige Heer, almachtige Vader, eenwige God. Die niet Uwen eeniggeboren Zoon en den Heiligen Geest één God zijt, één Heer, niet in de enkelvoudigheid van éénen persoon, maar in de drievuldigheid van één wezen. Want hetgene wij volgens Uwe openbaring nopens Uwe heerlijkheid gelooven, datzelfde nemen wij aan zonder verschil van onderscheiding nopens Uwen Zoon, datzelfde nopens den Heiligen Geest. Zoodat wij de waarachtige en eeuwige Godheid belijdende èn eigenheid in de personen , èn eenheid in het wezen, èn gelijkheid in de majesteit aanbidden. Welke de Engelen en Aartsengelen, de Chernbijnen en ook de Serafijnen lofprijzen, terwijl zij dagelijks niet ophouden te roepen en met ééne stem te spreken:

Saiictns.

Heilig, Heilig, Heilig de Heer, de God de Heerscharen! Hemel en aarde zijn vol van uwe glorie; Hosanna in den hooge! Gezegend Hij die komt in den naam des Heeren; Hosanna in den hooge!

-ocr page 38-

26

Tc Igitur.

Wij aanbidden U dan, goedertierenste Vader, en verzoeken U ootmoediglijk door Jesus Christus Uwen Zoon, onzen Heer, dat gij wilt aannemen en zegenen deze gaven f, deze geschenken f, deze heilige en onbevlekte offerande t, die wij U vooral opdragen voor Uwe Heilige, katholieke Kerk; opdat het U beliage haar den vrede te geven, haar te bewaren, in eenheid te handhaven, en te bestieren over geheel de aarde, te zamen niet Uwen dienaar onzen Paus N., en onzen Bisschop N., en alle rechtgeloovigen, en volgelingen van het katholiek en apostoliek geloof.

Memento of «•edachteiiis der levemleii.

Bid thans mot den Priester voor de personen die u op aarde bijzonder dierbaar zijn.

Gedenk, o Heer, uwe dienaren en dienaressen N. N. en allen die hier tegenwoordig zijn, wier geloof en godsvrucht U bekend is. voor welke wij U ook offeren, of die l opofferen dit Offer van lof voor zich en voor al de hunnen, voor de verlossing hunner zielen, voor de hope van hun heil en van

-ocr page 39-

27

hunne behoudenis, en die hunne geloften vervullen aan U den eeuwigen, den levenden en waarachtigen God.

Conimuiiicautes.

Wij houden ook gemeenschap en vieren de herinnering in de allereerste plaats dei-glorierijke Maria, altijd Maagd, en Moeder Gods onzes Heeren Jesus Christus, doch ook der gelukzalige Apostelen en Uwer Martelaren, Petrus en Paulus, Andreas, Jacobus, Joannes, Thomas, Jacobus, Phillippus, Bartholomaeus, Simon en Thaddaeus, Linus, Cletus, Clemens, Xystus, Cornelius, Cypria-nus, Laurentius, Chrysogonus, Joannes en Paulus, Cosmas en Damianus, en van alle Uwe Heiligen ; wil ons door hunne verdiensten en gebeden verleenen, dat wij in alle dingen mogen verdedigd worden door de hulp Uwer bescherming. Door denzelfden Christus onzen Heer. Amen.

Hauc Igitur.

Wij bidden U, o Heer, neem dan deze offerande van onzen schuldigen dienst, alsook van geheel Uw huisgezin genadig aan, beschik

-ocr page 40-

28

onze dagen in Uwen vrede, en verleen ons, dat wij van de eeuwige verwerping bevrijd, en onder de kudde Uwer uitverkorenen mogen gerekend Avorden. Door Christus onzen Heer. Amen.

Gewaardig U, o God, deze offerande in alles gezegend f, goedgekeurd fj geldig f, redelijk en aangenaam te maken, opdat zij voor ons mogen worden het t Lichaam en het f Bloed van Uwen allerliefsten Zoon, onzen Heer Jesus Christus.

Consecratie.

Bij de opheffing der JI. Hostie.

Klop eerbiedig op uwe borst, volgens het gebruik der Geloovigen, herhaal zulks tot driemalen en verwek deze akte:

Ik geloof in Uwe tegenwoordigheid, o Jesus, waarachtig God! Ik hoop op U, o God der Heerkrachten! Ik bemin U, o Jesus de Gods mijns harten ! Jesus mijne liefde !

Bij de opheffing can den kelk.

Goddelijk zoenbloed mijns Verlossers, reinig mij, heilig mij, en bewaar mijne ziel ten eeuwigen leven. Amen.

-ocr page 41-

29

Inde et Memores.

Wij, o Heer, uwe dienaren en uw Heilig volk, die hel zalig lijden van onzen Heer Jesus Christus, Uwen Zoon, als ook Zijne verrijzenis en heerlijke hemelvaart gedenken, offeren aan Uwe Opperste Majesteit van Uwe giften en gaven eene zuivere f offerande, eene heilige f offerande, een onbevlekte f offerande, het Heilig Brood des eeuwigen levens en den Kelk der altijddurende zaligheid.

Gelieve ze aan te zien met een genadig en goedgunstig gelaat, opdat zij U welgevallig mogen zijn; gelijk Gij U gewaardigd hebt, goedgunstig aan te nemen de giften van Uwen dienaar den rechtvaardigen Abel en de offerande van onzen Aartsvader Abraham, en die U werd opgedragen door Uwen Hooge-priester Melchisedech tot een heilig offer en eene onbevlekte offergave.

Wij smeeken U ootraoediglijk, almachtige God, laat deze offerande door de handen van t\'wen Heiligen Engel gebracht worden op Uw verheven altaar, voor het aanschijn Uwer Goddelijke Majesteit, opdat wij allen, die

-ocr page 42-

30

deelnemende aan dit H. altaar, het hoogheilig Lichaam f en Bloed f van Uwen Goddelijken Zoon zullen hebben genuttigd, met allen hemelschen zegen f en genade mogen worden vervuld. Door denzelfden Christus onzen Heer. Amen.

llemento «f «edaflitenis der overledenen.

Herinner u aan de afgestorvenen die u bijzonder dierbaar zijn en voor wie gij verplicht zijt te bidden.

Wees ook, o Heer, gedachtig Uwe dienaren en dienaressen N. N. die ons met het teeken des geloofs zijn voorgegaan en rusten in den slaap des vredes. Wij bidden U, dat gij dezen en allen die in Christus rusten, de plaats der verkwikking, des lichts en des vredes wilt geven. Door denzelfden Christus, onzen Heer. Amen.

Nobis (juoyue peccatoribiis.

Geef ook aan ons, zondige menschen, uwe dienaren, die op de menigvuldigheid Uwer ontfermingen vertrouwen, deel en gemeenschap met uwe heilige Apostelen en Martelaren, Joannes, Stephanus, Mathias, Barnabas, Ignatius, Alexander, Marcellinus, Petrus, Eelicitas, Perpetua, Agatha, Lucia,

-ocr page 43-

•ül

Agnes, Caecilia, Anastasia, en naet alle Uwe Heiligen, en neem ons genadig op in dezer gezelschap, niet ziende op onze verdiensten, maar ons vergiffenis verleenende door Christus onzen Heer. Door wien Gij, o lieer, altijd deze goede gaven voortbrengt, heiligt f, levend maakt f, en zegent f, en aan ons schenkt. Door Hem f en met Hem f en in Hem f gewordt U, almachtige Vader f in de eenheid des Heiligen Geestes f, alle eer en glorie.

p. In alle eeuwen der eeuwen.

d. Amen.

Pater noster.

p. Laat ons bidden. Door heilzame voorschriften vermaand, en door Goddelijke leering onderricht, wagen wij het te zeggen. Onze Vader, die in de Hemelen zijt, geheiligd zij Uw naam. Laat toekomen Uw Rijk. Uw wil geschiede gelijk in den Hemel, alzoo ook op aarde. Geef ons heden ons dagelijksch brood. En vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onzen schuldenaren, p. En leid ons niel in bekoring, i). Maar verlos ons vau den kwade, p. Amen.

-ocr page 44-

Libera hos.

p. Wij bidden U, o Heer, verlos ons van alle verleden, tegenwoordig en toekomstig kwaad, en verleen ons door de voorbede der gelukzalige en roemrijke altijd Maagd en Moeder Gods Maria, en dei-Heilige Apostelen Petrus en Paulus en Andreas, en aller Heiligen, genadiglijk vrede in onze dagen, opdat wij, door de hulp Uwer barmhartigheid bijgestaan, ten allen tijde vrij mogen blijven van alle zonden, en veilig tegen alle kwelling. Door denzelfden Jesus Christus, onzen Heer, Uwen Zoon, die met U leeft en heerscht in de eenheid des Heiligen Geestes, God.

p. In alle eeuwen der eeuwen. d. Amen.

p. De vrede des Heeren t zij altijd f met u f-

d. En met uwen geest.

p. Deze vermenging en heiliging van het Lichaam en Bloed onzes Heeren Jesus Christus moge ons, die zulks nuttigen, strekken ten eeuwigen leven. Amen.

-ocr page 45-

33

Agnus Dei.

Klop rouwmoedig op uw borst, eu zeg:

Lam Gods, dat wegneemt de zonden dei-wereld , ontferm U onzer!

Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U onzer!

Lam Gods, dat wegneemt de zonden dei-wereld, geef ons den vrede.

Heer Jesus Christus, die gezegd hebt tot uwe Apostelen: Ik laat u den vrede. Ik geef n mijnen vrede, zie toch niet op mijne zonden, maar op liet geloof uwer Kerk, en gewaardig U haar volgens uw goedvinden in vrede te behouden en in eeuwigheid te bewaren; die leeft en heerscht. God in alle eeuwen der eeuwen. Amen.

Heer Jesus Christus, Zoon van den levenden God, die uit den wil uws Vaders en de medewerking des H. Geestes, de wereld door uwen dood hebt levend gemaakt, verlos mij door dit uw heilig Lichaam en Bloed van alle mijne zonden, en doe mij altijd vertrouwelijk verkleefd zijn aan uwe geboden, en gedoog niet dat ik ooit van U gescheiden

.3

-ocr page 46-

34

worde, die leeft en heerscht met denzelfden God den Vader, en den 11. Geest, God in alle eeuwen der eeuwen. Amen.

Heer Jesus Christus, laat de nuttiging van uw Lichaam, dat ik onwaardige voornemens ben te ontvangen, niet strekken tot mijn oordeel en mijne verwerping, maar door uwe goedheid strekke het mij tot bescherming der ziele en des lichaams en tot mijne genezing; die niet U leeft en heerscht met God den Vader in de eenheid des Heiligen Geestes, God in alle eeuwen dei-eeuwen. Amen.

Do Priester knielt ter aanbidding en hij zal de H. Hostie nomen om haar to nuttigen. Kunt gij geen werkelijke Communie verrichten, doe dan een geestelijke Communie. Deze bestaat hierin dat men vuriglijk verlangt naar de II. Communie, zij is de Communie der begeerte. Verwek dan: 1. akte van geloof jegens het H. Sacrament; overdenk Jesus\' liefde in dit geheim, erken uwe onwaardigheid die u belet Jesus werkelijk te ontvangen; 2. Verlang-vurig naar Hem en vertrouw vastelijk dat gij deel verkrijgt aan de Communie des Priesters ; stel u zelfs voor dat Jesus uw hart bezoekt, zoo niet met Zijne tegenwoordigheid, dan toch met Zijne genade; 3. vraag bijzondere gunsten, die gij het meest noodig hebt van den Verlosser; 4. Verwek akte van liefde en dankbaarheid.

-ocr page 47-

35

1

3ii Ik zal het Hemel brood nemen en den in naam des Heeren aanroepen.

S Uomiiie nou sum di^iuis.

\'t Heer ik ben niet waardig dat Gij onder r mijn dak komt, maar spreek slechts een - woord en mijne ziel zal genegen zijn.

J)e If. Communie.

i

Het Lichaam van onzen Heer Jesus Christus beware mijne ziel ten eeuwigen leven. Amen.

Wat zal ik den Heer wedergeven voor al hetgene Hij mij gegeven heeft? Ik zal den Kelk des heils nemen en den naam des Heeren aanroepen.

Al lovende zal ik den Heer aanroepen en ik zal verlost zijn van mijne vijanden!

Het Bloed onzes Heeren Jesus Christus beware mijne ziel ten eeuwigen leven. Amen.

Geef Heer, dat wij, hetgeen wij met den mond hebben genuttigd, in een zuiver hart mogen ontvangen en dat het van een geschenk in den tijd moge worden voor ons tot een geneesmiddel voor de eeuwigheid.

P

-ocr page 48-

Heer, uw Lichaam, dat ik genuttigd, en uw Bloed dat ik gedronken heb, moge rusten in mijn binnenste; en verleen dat geen smet van zonde overblijve in mij, die gelaafd ben geworden met zoo reine en heilige geheimen: die leeft en heerscht in de eeuwen der eeuwen. Amen.

Gebed, Comiimnio n-eiiaanul.

Wij zegenen den God der Hemelen, en wij zullen Hem belijden voor allen die ieven, omdat Hij ons Zijne barmhartigheid heeft bewezen. (Tobias 12.)

p. De Heer zij met u.

i). En met Uwen geest.

Postcomiinmie

of gebed om God nu de H. Communie te bedanken.

p. Laat ons bidden.

Heer onze God, de nuttiging van dit

.. . ^ ^

H. Sacrament, en de belijdenis der eeuwige en heilige Drievuldigheid en dezer onverdeelde Eenheid, mogen ons verstrekken tot behoudenis des lichaams en der ziele. Door onzen

-ocr page 49-

37

Heer Jesus Christus uwen Zoon, die met U leeft en heerscht in de eenheid des Heiligen

IGeestes, God.Geestes, God.

p. In alle eeuwen der eeuwen, u. Amen.

p. De Heer zij met u.

d. En met uwen geest.

p. Gaat, het Offer is volbracht. d. Gode zij dank.

Placeat.

Laat, o heilige Drievuldigheid, het werk van mijnen dienst U aangenaam zijn, en geef dat deze Offerande, die ik onwaardig voor het aanschijn uwer goddelijke Majesteit heb opgedragen, U welgevallig en aangenaam zij, en mij en allen, voor wie ik ze heb opgedragen, door Uwe barmhartigheid tot verzoening mogen strekken. Door Christus, onzen Heer. Amen.

p. De almachtige God zegene u f de Vader en de Zoon en de Heilige Geest, n. Amen.

p. De Heer zij met u.

d. En met uwen geest.

-ocr page 50-

38

Laatste Evangelie.

p. Begin van het H. Evangelie van den

o o

H. Joannes.

d. Eere zij U, o Heer.

r. In den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God. Dit was in den beginne bij God. Alles is door hetzelve gemaakt, en zonder hetzelve is niets gemaakt, hetgeen gemaakt is. In hetzelve was het leven en het leven was het licht der menschen. En het licht schijnt in de duisternis, en de duisternis heeft het niet begrepen. Er werd een mensch van God gezonden, wiens naam was Joannes. Deze kwam tot getuigenis, om getuigenis te geven van het licht, opdat allen door hem zouden gelooven. Hij was het licht niet, maar om getuigenis te geven van het licht. Het waarachtig licht was, hetwelk iegelijken mensch verlicht die in deze wereld komt. Hij was in de wereld, en de wereld is door Hem gemaakt, en de wereld heeft Hem niet gekend. In zijn eigendom is Hij gekomen, en de zijnen hebben Hem niet aangenomen. Maar zoo velen als

o

Hem aangenomen hebben, aan hen heeft

-ocr page 51-

39

j Hij macht gegeven, kinderen Gods te worden, len aan hen die in Zijnen naam gelooven; die

Iniet nit den bloede, noch nit den wil des vleesches, noch nit den wil eens mans, maar uit God geboren zijn. En het Woord is vleesch geworden, en het heeft onder ons d. | gewoond, en wij hebben Zijne heerlijkheid 3r | gezien, eene heerlijkheid als des Eeniggebo-it 1 borenen van den Vader, vol genade en waarheid, n i). Gode zij dank.

it

s KORTE BIECHT.GEBEDEN.

1 Vóór de Iliecht.

Dank God voor zijne weldaden.

Ik dank U, mijn God, voor al Uwe weldaden, en bijzonder voor de groote genade van het ware geloof. Ik dank U, dat Gij mij zoo dikwerf in de genademiddelen Uwer H. Kerk doet deelen; en ik smeek Onze Lieve Moeder Maria, dat Zij mij helpe danken en bidden, om deze biecht met veel vrucht te gt; mogen doen.

Vraag licht om uwe zonden wel te kennen.

Barmhartige Zaligmaker, die het ware licht zijt en allen mensch verlicht, die in deze

*

-ocr page 52-

40

wereld komt; verlicht mijn geest en mijn hart, opdat ik mijne overtredingen en ver-zuimenissen wel moge inzien, rouwmoedig beweene, en openhartig aan uwen dienaar, als aan U zeiven, belijde.

Onderzoek mi oplettend uw geweten: wat gij gedacht, gesproken, gedaan of verzuimd hebt; ga ook de plichten van uwen staat en uwe hoofdfout na en spreek vervolgens aldus:

Heer Jesus Christus, waarachtig God en waarachtig mensch, mijn Schepper en Verlosser, het is mij leed uit den grond van mijn hart, dat ik U, mijn Heer en mijn God, beleedigd heb, U, wien ik als het Opperste Goed, bovenal moest beminnen en nu ook zóó wensch te beminnen.

Ik neem mij vastelijk voor, niet meer te zondigen, alle gelegenheden van zonden te vermijden, nu rouwmoedig en openhartig te biechten, en de boete, die mij opgelegd zal worden, godvruchtig te volbrengen.

En tot voldoening voor mijne zonden, draag ik U uw heilig leven, lijden en sterven en al den prijs van Uw voor ons vergoten Bloed op, met al de verdiensten van

-ocr page 53-

il

Uwe Onbevlekt Ontvangen Moeder Maria, van Uwen beminden Voedstervader Josef, van onze geliefde Beschennlieiligen, en van al Uwe Heiligen.

En ik vertrouw van Uwe oneindige barmhartigheid, dat Gij mij al mijne schulden zult vergeven, en genade verleenen, om een heilig leven te leiden en 1 ten einde toe getrouw te dienen.

God, wees mij, zondaar, genadig.

Jesus, Davids Zoon, ontferm U mijner.

Erbarming, mijn Jesus. Amen.

O. L. Vrouw van het H. Hart, vraag voor mij deze genade.

Ga nu tot den Priester en kniel voor hem neder, alsof gij voor Christus zclvon, wiens plaats lijj bekleedt, nederknieldet.

Xa de Biecht.

Ik dank U, allerbarmhartigste Jesus, dat. Gij met mij, onwaardigen zondaar, zooveel mededoogen en geduld hebt getoond; mij tot ü getrokken en mij in uwe goedertierenheid weder vergiftenis en kwijtschelding van schuld verleend hebt.

Neem, Heer, deze mijne ootmoedige schuld-

-ocr page 54-

38

Laatste Evangelie.

p. Begin van het M. Evangelie van den li. Joannes.

d. Eere zij TI, o Heer.

r. Tn den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was Gorl. Dit was in den beginne bij God. Alles is door hetzelve gemaakt, en zonder hetzelve is niets gemaakt, hetgeen gemaakt is. In hetzelve was het, leven en het leven was het licht der menschen. En het licht schijnt in de duisternis, en de duisternis heeft het niet begrepen. Er werd een mensch van God gezonden, wiens naam was Joannes. I)eze kwam tot getuigenis, om getuigenis te geven van het licht, opdat allen door hem zouden gelooven. Hij was het licht niet, maar om getuigenis te geven van het licht. Het waarachtig licht was, hetwelk iegelijken mensch verlicht die in deze wereld komt. Hij was in de wereld, en de wereld is door Hem gemaakt, en de wereld heeft Hem niet gekend. In zijn eigendom is Hij gekomen, en de zijnen hebben Hem niet aangenomen. Maar zoo velen als Hem aangenomen hebben, aan hen heeft

-ocr page 55-

39

Hij macht gegeven, kinderen Gods te worden, aan hen die in Zijnen naam gelooven; die niet uit den bloede, noch uit den wil des vleesches, noch uit den wil eens mans, maar uit God geboren zijn. Eu het Woord is vleesch geworden, en het heeft onder ons gewoond, en wij hebben Zijne heerlijkheid gezien, eene heerlijkheid als des Eeniggebo-borenen van den Vader, vol genade en waarheid, i). Gode zij dank.

KORTE BIECHTgt;GEBEDEN.

Vóór de Biecht.

Dank God voor zijne weldaden.

Ik dank U, mijn God, voor al Uwe weldaden, en bijzonder voor de groote genade van het ware geloof. Ik dank U, dat Gij mij zoo dikwerf in de genademiddelen Uwer H. Kerk doet deeleu; en ik srneek Onze Lieve Moeder Maria, dat Zij mij helpe danken en bidden, om deze biecht met veel vrucht te mogen doen.

Vraag licht om uwe zonden wel te kennen. Barmhartige Zaligmaker, die het ware licht zijt en allen mensch verlicht, die in deze

-ocr page 56-

40

wereld komt; verlicht mijn geest en mijn hart, opdat ik mijne overtredingen en ver-zuimenissen wel moge inzien, rouwmoedig beweene, en openhartig aan uwen dienaar, als aan U zeiven, belijde.

Onderzoek uu oplettend uw geweten: wat gij gedacht, gesproken, gedaan of verzuimd hebt; ga ook de plichten van uwen staat en uwe hoofdfout na en spreek vervolgens aldus:

Heer Jesns Christus, waarachtig God en waarachtig mensch, mijn Schepper en Verlosser, het is mij leed uit den grond van mijn hart, dat ik U, mijn Heer en mijn God, beleedigd heb, U, wien ik als het Opperste Goed, bovenal moest beminnen en nu ook zóó wensch te beminnen.

Ik neem mij vastelijk voor, niet meer te zondigen, alle gelegenheden van zonden te vermijden, nu rouwmoedig en openhartig te biechten, en de boete, die mij opgelegd zal worden, godvruchtig te volbrengen.

En tot voldoening voor mijne zonden, draag ik U uw heilig leven, lijden en sterven en al den prijs van Uw voor ons vergoten Bloed op, met al de verdiensten van

-ocr page 57-

4,1

Uwe Onbevlekt Ontvangen Moeder Maria, van Uwen beminden Voedstervader Josef, van onze geliefde Beschermheiligen, en van al Uwe Heiligen.

En ik vertrouw van Uwe oneindige barmhartigheid, dat Gij mij al mijne schulden zult vergeven, en genade verleenen, om een heilig leven te leiden en U ten einde toe getrouw te dienen.

God, Avees mij, zondaar, genadig.

Jesus, Davids Zoon, ontferm U mijner.

Erbarming, mijn Jesus. Amen.

O. L. Vrouw van het H. Hart, vraag voor mij deze genade.

Ga nu tot den Priester 011 kniel voor hem neder, alsof p;ij voor Christus zelveu, wiens plaats hij bekleedt, nederknieldet.

Na de lUeclit.

Ik dank U, allerbarmhartigste Jesus, dat Gij met mij, onwaardigen zondaar, zooveel mededoogen en geduld hebt getoond; mij tot IJ getrokken en mij in uwe goedertierenheid weder vergiffenis en kwijtschelding van schuld verleend hebt.

Neem, Heer, deze mijne ootmoedige schuld-

-ocr page 58-

42

belijdenis goedgunstig aan; en wat er ontbroken mocht hebben aan het openleggen mijner zonden, of aan mijn berouw, gelief dit door Uwe oneindige barmhartigheid aan te vullen, en mij, voor geheel ontbonden te houden in den hemel. Geef mij uw hulp, dat ik u niet meer mishage, maar U getrouw diene; geef het Heer, op de voorspraak van Uwe glorierijke Moeder, altijd Maagd, en van al Uwe Heiligen, die van het begin dei-wereld U hebben behaagd. God van ontferming, die leeft en regeert door al de eeuwen der eeuwen. Amen.

Opdracht van Christus\' II. leven eu lijden.

Allerbeminnelijkste Vader, tot voldoening voor mijne zonden en tot verbetering mijns levens, drang ik U het volmaakte leven op van Uwen Eéngeboreu Zoon, en al wat Hij voor ons, ondankbaren, verduurd heeft van het eerste oogenblik Zijner Menschwording af, tot het oogenblik dat Hij aan het kruis met luid geroep en gebogen hoofd, U Zijnen geest overgaf; en ik smeek U, om Zijne oneindige verdiensten, dat Gij al mijne zonden uitdelgt, en mij de genade verleent

-ocr page 59-

43

van liever duizendmaal te sterven, dan U, mijn Opperste Goed, mijn allerbeminnelijkste Vader, opnieuw te beleedigen.

Geef, dat ik van nu af U alleen beminne, aan U alleen zoeke te behagen, die alleen alle liefde van alle schepselen verdient. Amen.

Geloofd en gedankt zij onzen Heer Jesus

\' Christus. Amen.

—-----

COMMUNIE-GEBEDEN.

Gebeden vóór de II. Coniiiiiuiie.

Gebed van den H. Ambnosius.

Bij de gedachte dat ik, zondig mensch, tot de tafel van Uw allerzoetst gastmaal zal naderen, o goedertierenste Jesus, niet krachtens eigene verdiensten, maar slechts vertrouwend op Uwe barmhartigheid en goedheid, wordt ik met vreeze en siddering bevangen. Want mijn hart en mijn lichaam zijn met veelvuldige misdaden bezoedeld, en mijne ziel en mijne tong heb ik niet onbesmet bewaard. Ik ellendige, begeef mij dan, o aanbiddenswaardige Goedheid, o ontzag-

-ocr page 60-

14

lijke Majesteit, in de vreeze die mij benauwt, tot U, de bron der barmhartigheid; tot U snel ik om genezing te erlangen, onder Uwe bescherming vlucht ik; en dien ik als mijnen Rechter ducht, dien verlang ik als mijnen Verlosser te bezitten! Aan U, o Heer, toon ik mijne wonden; voor U leg ik geheel mijne verachtelijkheid bloot. Ik ken de veelheid en de grootte mijner zonden en zij jagen mij schrik aan. Maar ik hoop op Uwe ontfermingen, wier getal onuitsprekelijk is. Zie dan neer op mij met de oogen Uwer barmhartigheid, o Heere Jesus Christus, eeuwige Koning, Godmensch, Gekruiste voor den mensch. Verhoor mij, die hoopt op U, en heb medelijden met mij, die vervuld ben van alle ellende en zonde; Gij, die de bron Uwer ontfermingen altijd doet vloeien, neig een gunstig oor tot mijne smeekingen! Wees Gegroet, o Slachtoffer des heils, voor mij en geheel het menschelijk geslacht op het altaar des krnises geofferd! Wees gegroet, o edel en kostbaar Bloed, dat stroomt uit de wonden van mijnen gekruisten Heer Jesus Christus, en afwascht de zonden der gansche wereld! Gedenk, o Heer, uw schep-

-ocr page 61-

45

sel, dat Gij hebt vrijgekocht met Uw onschatbaar Bloed! O, het smart mij gezondigd te hebben, ik verlang vurig alles te her-•*gt; stellen wat ik misdeed! Neem dan weg van mij, allergoedertierenste Vader, al mijne ongerechtigheden en zonden, opdat ik, gereinigd naar ziel en lichaam, waardiglijk moge nuttigen het Heilige der heiligen, en geef dat het genot van Uw Lichaam en Bloed, hetwelk ik onwaardige voornemens ben te ontvangen, mij moge strekken tot vergiftenis mijner zonden, tot volmaakte zuive-t ring van alle smet, tot verdrijving van alle schandelijke gedachten, tot verwekking van goede gevoelens, tot krachtdadige hulp ter oefening van U welgevallige werken, tot onver-winnelijke verdediging van ziel en lichaam tegen al de aanslagen mijner vijanden. Amen.

Gebed van den H. Bepnardus tot de H. Maagd.

Door U mogen wij geleid worden tot Uwen Zoon; door U, o Gezegende! die genade gevonden hebt bij God, die het Leven hebt gebaard, en de Moeder onzes heils geworden zijt, opdat Hij ons aanneme door U, die door U aan ons gegeven is. — Uwe ongeschon-

-ocr page 62-

46

denlieid wissche uit bij Hem de vlek onzer bedorvenheid, en Uwe nederigheid, zoo welgevallig aan God, verkrijge vergiffenis voor onze ijdelheid en hoovaardij. Uwe overvloedige liefde bedekke het groot getal onzer zonden, en Uwe roemrijke vruchtbaarheid verschafte ons vruchtbaarheid aan verdiensten. O, onze Meesteresse, onze Voorspreekster, beveel ons nan Uwen Zoon, verzoen ons met Uwen Zoon, vertoon ons aan Uwen Zoon. Verwerf, o Gezegende, door de genade die Gij gevonden, door de waardigheid die Gij verdiend en door de barmhartigheid die Gij gebaard hebt, dat Hij, die zich ge-waardigd heeft door Uwe bemiddeling deelachtig te worden aan onze krankheid en ellende, ons ook door Uwe tusschenkomst deelachtig make aan Zijne zaligheid en Zijne glorie, Jesus Christus, Uw Zoon, onzen Heer. boven alles verheven en gezegend. God in de eeuwen der eeuwen. Amen.

Akte van Geloof.

O, mijn goddelijke Zaligmaker, ik geloof vastelijk, dat Gij het zelf zijt, dien ik zal ontvangen in het H. Sacrament des Altaars,

-ocr page 63-

47

met Uw Lichaam, Uwe Ziel en Uwe Godheid,. Gij zelf, die in den stal te Bethlehem geboren werdt, die voor mij hebt willen sterven aan het kruis, en die glorievol tronende in den hemel LI gewaardigt door een wonder Uwer almacht en liefde, onder de nederige gedaante van dit H. Sacrament waarlijk, werkelijk en wezenlijk tegenwoordig te zijn..

Dit geloof ik, o mijn God! en Uw woord verzekert mij meer van Uwe tegenwoordigheid in dit Hoogheilig Geheim, dan wanneer ik U met eigen oogen ontwaarde. Ja, ik geloof dat ik, onder den schijn van brood, zal ontvangen mijnen Zaligmaker, den waren Zoon Gods, den Meester en Heer van het heelal, den Rechter van levenden en dooden. Ik geloof het, o mijn God, en al moest ik duizendmaal den dood ondergaan tot verdediging dezer waarheid, ik zou liever willen sterven dan in dit punt mijnen godsdienst en mijn geloof verzaken.

Akte van Ootiiioe(lilt;gt;iieilt;I.

Wie ben ik, o God van glorie en majesteit, wie ben ik, dat Gij U gewaardigt tot mij te komen ! Hoe! ik zondaar, ik ellendige-

-ocr page 64-

4S

aardworm, ik verachtelijker dan het niet, mag ik tot een zoo heiligen God naderen, het Brood der engelen eten, mij spijzen met een goddelijk Vleeschl — Ach! Heer, dit verdien ik niet; neen nooit kan ik zulk eene eer waardig zijn. Ga van mij. o Heer, want ik ben een zondig mensch! — Koning van hemel en aarde, voor wien gansch het heelal is alsof het niet ware, hoe waag ik het tot U te naderen, plaats te nemen aan Uwe tafel, mij zoo inniglijk met U te vereenigen? Is het niet reeds veel voor mij, het geluk te hebben, U in Uwen heiligen tempel te mogen aanbidden en U mijne wenschen te mogen aanbieden? Dit toch is al wat Gij aan de Engelen vergunt, en ik, stof en asch, ik verachtelijk en zondig schepsel, zal den God aller majesteit , den onsterfelijken Koning der eeuwen , den Oppersten Rechter van levenden en dooden, mogen ontvangen ? Ach! hoe zou ik tot U durven naderen, indien Gij zelf het mij niet geboden hadt en indien Uw Goddelijke Geest door de stem der H. Kerk mij niet uitnoodigde, dikwerf tot het aanbiddelijk Sacrament van Uw dierbaar Vleesch en Bloed mijne toevlucht te nemen?

-

-ocr page 65-

49

Akte van Berouw.

Hoe zou het mij mogelijk zijn, o God, bij liet aanzien der groote eer, die (rij mij bewijst, en der teedere liefde, die Gij mij betoont in het H. Altaar-Sacrament, geene oprechte droefheid te gevoelen over de zonden, waarmede ik U, dien God van goedheid en liefde, gedurende mijn leven zoo dikwijls vergramd heb......

Ach! het smart mij, liet doet mij leed uit den grond mijns harten, dat ik U, mijn God en Vader, beleedigd heb! Ik verzaak en verfoei de zonden die ik ooit bedreef met al den afkeer waarvoor mijn gemoed vatbaar is, en ik bid U ootmoediglijk om genadige vergiftenis.

Vergeef mij de zonden, o mijn Vader, o allergoedertierenste Vader, Gij, die uwe liefde jegens mij, ellendige en onwaardige, zoo verre drijft, dat Gij mij heden uitnoodigt om tot U te komen, ik smeek U, vergeef ze mij!

Ik ben reeds, gelijk ik hoop, door het Sacrament van boetvaardigheid van mijne

4

-ocr page 66-

50

zonden gezuiverd; maar zuiver mij meer en meer, o mijn God; schep in mij een nieuw hart en vernieuw iti mij den geest van rechtvaardigheid, onschuld en heiligheid, die aan uwe goddelijke Majesteit zoo aangenaam is.

Akte van Hoop.

Gij komt tot mij, o goddelijke Zaligmaker! Wat moet ik niet verwachten van Hem, die zich geheel aan mij geeft.

Ik verschijn dan voor U, o God ! met al het vertrouwen, dat uwe oneindige almacht en goedheid mij inboezemen. Gij kent al mijne noodwendigheden; Gij kunt en wilt er in voorzien; Gij noopt mij tot U te komen; Gij belooft mij te helpen. Welaan, mijn God, zie mij hier; ik kom op Uw woord. Ik verschijn voor U met al mijne krankheid, met mijne verblindheid en geheel mijne ellende; ik hoop dat Gij mij zult versterken, dat Gij mij geheel zult vernieuwen. Ik hoop het, zonder vrees van in die hoop bedrogen te worden!

Want zijt Gij niet mijn God? Zijt Gij niet de Almachtige? Zijt Gij niet een God vol liefde en goedheid? Zijt Gij niet de

-ocr page 67-

51

meester van mijn hart? En wanneer zal mijn harte meer in Uwe macht zijn, dan wanneer Gij in mij znlt wezen?

Akte van Verlangen.

Is het dan mogelijk, o God van goedheid, dat Gij tot mij komt, en dit met eene oneindige begeerte, om mij met U te vereenigen?

Ach kom, welbeminde mijns harten, kom, Lam Gods, aanbiddelijk Yleesch, dierbaar Bloed mijns Zaligmakers, kom en verstrek mijner ziel tot geestelijke spijze.

Dat ik U bezitte, o God mijns harten, mijne vreugde, mijn wellust, mijne hoop en mijne liefde, mijn God, mijn Schepper en mijn al! AVie zal mij vleugelen geven om tot U te vliegen! Gij alleen zijt in staat om mijne begeerte te voldoen; verre van U versmacht mijne ziel, gelijk de dorstende haakt naar verkwikkende waterbronnen, alzoo verlang ik naar U, o mijn God, mijn eenig goed, mijn troost en mijne hoop, mijn schat, mijn geluk en mijn leven, mijn God en mijn al!

Kom dan, minnelijke Zaligmaker, kom tot mij, niettegenstaande mijne onwaardigheid

-ocr page 68-

en mijne ellende. Sla geen acht op mijne verledene zonden, denk alleen aan Uwe liefde. Mijn hart is bereid, goddelijke Jesns, en indien het niet bereid ware, door een enkelen 002;-

7 O

opslag kunt Gij liet bereiden, bewegen en ontsteken. Kom, Heer Jesns, kom, vervul mij met Uwe liefde. Amen.

Gebeden na lt;le II. (Joimmiiiie.

Ik leef, doch nu niet meer ik, maar Christus leeft in mij.

Akte van Aaubiddiu»\'.

Het is dan waar, dat ik in dit oogenblik in mijn hart bezit Hem, dien het heelal niet bevatten kan. Aanbiddelijke Majesteit van mijn God! voor wien al wat groot is in den hemel en op aarde, zich onwaardig acht te verschijnen, wat anders kan ik in ditoogenblik doen, dan mij met eene diepe nederigheid verootmoedigen, bij het beschouwen van het wonderbaar geheim van almacht en liefde

O

dat in mij voltrokken is. Ik aanbid U, 0 God van Majesteit, met al den eerbied, waartoe ik in staat ben; en, om mijn onvermo-

-ocr page 69-

gen te vergoeden, draag ik U de aanbidding op, die Gij onophoudelijk outvangt van de rechtvaardige zielen op aarde, en van de Engelen en Heiligen in den Hemel. Aan U alleen, o groote God, onsterfelijke Koning der eeuwen, aan U alleen komt toe alle eer en glorie; eer, heil en zegen aan Hem, die komt in den naam des Heeren. Gezegend zij de eeuwige Zoon van den Allerhoogste , die heden tot mij kwam om zich met mij zoo innig te vereenigen en bezit te nemen van een hart, dat zijner geheel onwaardig is.

Akte vaa Liefde.

Ik heb dan eindelijk het geluk I te bezitten, o God van liefde. Welk eene goedheid ! O koude ik daaraan beantwoorden!

Ware geheel mijn hart van liefde brandende, om U te beminnen, om l\' te beminnen zooveel als Gij beminnelijk zijt, en om IJ alleen te beminnen. Mijn welbeminde behoort mij, ik bezit Jesus, den beininnelijken Jesus! Moeder van mijn God, gelukzalige Engelen, Heiligen des hemels en der aarde, leent mij uwe harten, geeft mij de liefde,

-ocr page 70-

54

om Jesus, mijn beminnelijken Jesus te beminnen. Ja, ik bemin V, o God mijns harten 1 Ik bemin U uit geheel mijne ziel, ik bemin U uit al mijne krachten, en met een vast voornemen van nimmer iets te beminnen buiten 1. Bevestig Gij zelf mijn voornemen, o mijn God, en laat niet toe, dat ik U ooit een hart ontneme, dat in dit oosrenblik seheel het uwe is.

O O

Gebed dat de II. Ig\'iiatius dikwijls bad.

Ziel van Christus, heilig mij.

Lichaam van Christus, maak mij zalig.

Bloed van Christus, maak mij verheugd.

Water der zijde van Christus, wasch mij.

Lijden van Christus, versterk mij.

O, goede Jesns, verhoor mij.

In Uwe wonden verberg mij.

Laat mij niet van l gescheiden worden.

Verdedig mij tegen den boozen vijand.

Roep mij in de ure des doods.

En beveel mij tot U te komen.

Om U met uwe Heiligen te loven,

In de eeuwen der eeuwen. Amen.

-ocr page 71-

53

Akte van Verzoek.

Gedoog nu, o goddelijke Jesus, dat ik 1 mijne noodwendigheden blootlegge en tot V mijne gebeden vichte. Ach, aanzie mijne krankheden en mijne ellenden. Liefdadige Samaritaan; genees de wonden mijner ziel; goede Herder, laat niet toe dat uw schaap zich nog van den schaapstal verwijdere; Jesus mijn Zaligmaker, wees mijn Jesus!

Ach! ik vraag U hier op aarde noch eer, noch rijkdom, noch genoegens; ik vraag T , o mijn God, uwe vrees en uwe liefde. Maak, o Heer, dat mijne oogen, welke de H. Hostie zoo van nabij gezien hebben, zich nooit op onbetamelijke of gevaarlijke voorwerpen vestigen; dat mijne tong, welke U heeft aangeraakt , niets dan zuivere en stichtende woorden spreke; dat mijn hart, hetwelk Gij zoo aanstonds in bezit genomen hebt, niets dan eerbare en zedelijke begeerten koestere.

Zuiver mijn lichaam door uw allerheiligst Vleesch, vervul mijne ziel met uwen godde-lijken Geest; geef mij de zegepraal over mijne hartstochten, leef in mij, opdat ik leve in U, door U en voor l in eeuwigheid.

O, minnelijke Zaligmaker, verleen dezelfde

T

-ocr page 72-

56

genade aan hen, voor wie ik verplicht ben te bidden. Zondt Gij mij iets kunnen weigeren, na de genade, die gij mij heden doet van U zeiven aan mij te geven?

Akte van Opdracht.

Gij vervult mij met uwe gaven, o God van barmhartigheid, en U aan mij gevende, wilt Gij dat ik slechts leve voor U. Dit is ook mijn grootste begeerte, o mijn God, ik wil U geheel toebehooren; ik wil dat al mijne gedachten, mijne voornemens en al mijn doen overeenkomen met de volmaakte onderwerping, welke ik aan ( verschuldigd ben. Ik draag U onherroepelijk op al wat ik heb, gezondheid, kracht, verstand, begaafdheden en goeden naam. O Koning van mijn hart, onderwerp aan U al de vermogens mijner ziel; heersch volkomen over mijnen wil; ik zal niet gedoogen dat er iets in mij zij, dat U niet onherroepelijk en geheel toebehoort.

Akte van Ihnikzciiniii!»\'.

Welke dankzegging, o mijn God, zal uwe weldaden kunnen evenaren. Niet tevreden met mij tot den dood toe bemind te hebben\' o God van goedheid, gewaardigt Gij U nog

-ocr page 73-

57

mij met uw bezoek te vereeren, mij te voeden met uw heilig Lichaam, dat voor mijne zaligheid aan het kruis werd geklonken, met uw Goddelijk Bloed, dat op Golgotha vergoten werd.

O mijne ziel, verheerlijk den Heer uwen God, erken zijne goedheid, verhef zijne heerlijkheid. O, mijn lieve Zaligmaker, ik dank U met een hart vol liefde en erkentelijkheid, voor de onuitsprekelijke genade, die Gij lT gewaardigt mij te bewijzen. Ik beu ontrouw geweest, maar ondankbaar wil ik niet zijn. In eeuwigheid wil ik gedenken, dat Gij U heden aan mij gegeven hebt, en gedurende het overige mijns levens zal ik toonen, hoezeer ik besef, dat ik verplicht ben mij geheel aan U te geven.

Akte van («oed voornemen.

O teederste en edelmoedigste aller vrienden ! AA ie zou mij voortaan van 1 kunnen scheiden , nadat Gij mij zulk een treffend bewijs van uwe liefde gegeven hebt? Ach! ik verzaak uit geheel mijn hart, al wat mij ooit van U verwijderd heeft, en ik neem het vaste voornemen, met de hulp uwer

-ocr page 74-

58

genade, niet meer te hervallen in de zonden, die zoo menigwerf uw hart bedroefd hebben.

Van nu af aan, o mijn God, geene gedachten meer, geene begeerten, geene woorden noch werken, strijdig met de zui-verheid of met de liefde; geene ongeduldigheden , geene vloeken, leugens, twist noch achterklap; geen menschelijk opzicht meer, geen gevaarlijke omgang, geen verzuimenis-sen mijner christelijke oefeningen , geene schuldige vergetelheid mijner plichten, liever sterven, o mijn God, liever op dit oogenblik den geest geven, dan U ooit mishagen.

Gij zijt in het binnenste van mijn hart, o goddelijke Jesus. In uwe tegenwoordigheid maak ik deze voornemens, opdat Gij ze zoudt bevestigen, in uw aanbiddelijk Sacrament, hetwelk ik zoo even ontvangen heb, er als het zegel van zij, dat ik nooit zal mogen verbreken. Eevestig dan, o God van goedheid, het verlangen dat ik heb, van I alleen toe te behooren, en niet meer te leven dan om U te verheerlijken en I te dienen. Amen.

-ocr page 75-

59

Gebed tot de Allerheilig-ste Maa«\'d.

Onder uwe bescherming nemen wij onze toevluclit, o heilige Moeder (jlods, verstoot onze gebeden niet in onzen nood, maar verlos ons altijd van alle gevaren, o roemrijke en gezegende Maagd, onze Oppervorstin, onze Middelares, onze Voorspreekster, verzoen ons met uwen Zoon, beveel ons aan uwen Zoon, vertoon ons aan uwen Zoon.

GEBEDEN

ter eere van het II. Sacrament,

■welke men gevoegelijk onder het Lof kan verrichten.

Laat ons nu allen juichen in den lieer, bij de herinnering aan de liefde van Jesus in het allerheiligste Sacrament, waarover de Engelen zich verheugen en den Zoon Gods prijzen.

-Hoe liefelijk zijn uwe woningen o Heer der heerscharen! Mijne ziel verlangt en haakt naar de voorhoven des Heeren!

Eere zij den Vader, enz.

]

-ocr page 76-

60

Akte van Berouw ea betrouwen op Jesus.

Ach, beminnelijke Jesus! mocht ik toch meer en meer mijne ondankbaarheid en mijne zonden beweenen, waardoor ik Ü, de liefde zelve, veracht heb ! Ik beween, betreur en verwensch ook alle beleedigingen, ontrouw, smaad, onteering en zonden der geheele wereld, en bid 1 daarvoor om vergeving. O, goedertieren Hart, vergeef, vergeef, heb barmhartigheid met mij en de geheele wereld! O, de Liefde wordt niet bemind door hare eigene schepselen!

O, mijne ziel, geene zonden, geene zonden meer! Ach! kom en bemin uwen Jesus, die u zoo onsprekelijk bemint! Kom en nader tot Hem met vertrouwen. Hij kan en wil u alles geven.

O, goddelijke Jesus, zie, ik kom tot U! Mijn hart is duisternis en in U woont de volheid des lichts en der wijsheid; mijn hart is zwak, in U woont de almacht; mijn hart is bevreesd, bedroefd, neergeslagen, in I woont hemelsche rust, vrede, zaligheid; Gij zijt de oorsprong van alle geluk. Verlicht alzoo mijn blind hart, versterk mijn zwak en ongestadig hart! U beveel ik met een

-ocr page 77-

61

vast vertrouwen al mijne behoeften en noodwendigheden, mijne gebreken, mijne armoede, mijne naaktheid, mijne zwakheden, mijne traagheid en lauwheid, met één woord al de wonden mijner ziel, en bid U ootmoedig, wil U door dezelven tot medelijden laten bewegen, en naar de menigte uwer ontfer-raingen mij te hulp te komen. Amen.

Vijf verzncliting\'eii tot Jesus.

O, allerzoetste Jesus, uit den grond mijns harten verzucht ik tot 1 in vereenigina: van

O O

dei) lof, die U. van alle Heiligen toevloeit ter aanvulling van den lof, waarmede 1\' alle schepselen moeten loven.

O, allerzoetste Jesus, uit den grond mijns harten verzucht ik tot ü, in vereeniging der dankbaarheid, die alle Heiligen uit Uw allerheiligst Hart trekken, en I\' danken voor de gaven die aan hen verleend zijn.

O, allergeduldigste Jesus, uit den grond mijns harten verzucht ik tot U, wegens mijne en aller menschen zonden, in vereeniging met al het geduld waarmede Gij elke misdaad lijdt en verdraagt.

O, allerzoetste Jesus, uit den grond mijns

-ocr page 78-

62

harten verzucht ik tot U, uit begeerte en verlaneen naar al het goede dat de menschen

O _ D

tot Gods lof en hun heil behoeven, — in vereeni-ging niet die goddelijke begeerte, die Gij op aarde naar het heil der menschen gedragen hebt.

0, allerzoetste Jesus, uit den grond mijns harten, verzucht ik tot U in vereeniging des gebeds, dat van uit uw 11. Hart en uit de harten uwer Heiligen voor het heil van levenden en dooden gevloeid is. Amen. (H. Mechtildis).

Akte van aaulnddiun\' en «roetenis aan Jesus iu het. II. Sacrament.

Met den diepsten eerbied, welke het geloof mij inboezemt , aanbid ik U, o mijn God en Zaligmaker Jesus Christus, waarachtig God en mensch in het Allerheiligste Sacrament des Altaars verborgen, ter vergoeding van alle oneerbiedigheden, onteeringen en ontheiligingen die ik het ongeluk gehad heb tot dusverre tegen U te begaan, en van al degene, die door anderen begaan zijn of in de toekomst begaan kunnen worden.

Ik aanbid U, o mijn God, wel is waar niet zoo als Gij het waardig zijt; ook niet

-ocr page 79-

zooals ik het verschuldigd ben, maar toch zooals ik het vermag te doen; ik wenschte het met die volmaaktheid te kunnen doen, waartoe alleen uwe Engelen en Heiligen in staat zijn. Het is mijn streven U nu en altijd aanbiddend te vereeren, niet alleen voor alle Katholieke Christenen, die U niet aanbidden en U niet beminnen, maar ook tot uitboeting en voor de bekeering der onge-loovigen, goddeloozen, godslasteraars, godloochenaars en heiligschenners. Daarom, neem, allergenadigste en zoetste Jesus, mijne groetenis, aanbidding en huldebetoon genadig aan.

Wees geprezen, o liefdevolle Jesus, van mij den onwaardigsten van al uw schepselen in dezelfde liefde waarmede Gij, dooiden H. Geest in den reinen schoot van Maria zijt gevormd geworden.

Geprezen, o allerzoetst Hart van Jesus in dezelfde liefde, waarmede Gij door de allerheiligste ürieëenheid met alle hemelsche gaven versierd zijt geworden. Geprezen, o aller-mildst Hart van Jesus, in dezelfde liefde, waarvan Gij voor het heil der menschen gebrand hebt. Amen.

-ocr page 80-

64

Gebed van Verzoek.

Goddelijke Zaligmaker, Jesus Christus! (jij hebt U voor het heil der nienschen aan den hemelschen \\ ader op het kruis ten offer opgedragen en nog dagelijks vernieuwt Gij dat offer ontelbare malen op onze altaren.

Laat dat oneindig liefdeoffer alle menschen ten goede gedijen.

Bewaar, bescherm en bestuur uwe II. Kerk en haar Opperhoofd den Paus. Vereenig met het Opperhoofd de Bisschoppen, met de Priesters de geloovigen, opdat zij te zamen één geestelijk gebouw uitmaken, waarvan de Apostelen de grondslagen. Petrus de rots en Gij de hoeksteen zijt. \\ erdrijf verre van uwe H. Gemeente valsche leer, tweespalt, ergernis, vervolging en onverschilligheid. Bescherm alle regeerders en overheden, opdat zij, door uwe genade geholpen, met wijsheid en kracht hunne onderdanen, in vrede en eenheid, in gerechtigheid on liefde en in ware godsdienstigheid en tijdelijke welvaart mogen bewaren en tot de eeuwige zaligheid geleiden. Verleen aan alle ouders de genade om hunne kinderen ter uwer eer en tot hun eigen heil op te voeden;

-ocr page 81-

om hen tot kinderen Gods en tot erfgenamen des hemels in onschuld en deugd op te leiden.

Geef ook aan alle kinderen, gehoorzaamheid, eerbied, dankbaarheid en liefde voor hunne ouders; dat uw goddelijke Vaderzegen rijkelijk over hen nederdale. Schenk ook den dienstboden, getrouwheid en eerlijkheid in de vervulling hunner plichten, geduld en ootmoed en in reinheid van wandel de vreugde des H. Geestes. Bewaar, bid ik ü, o Heer! de onschuldige jeugd, sterk de boetvaardigen en bekeer de zondaars, zuiver de wereld van dwalingen, neem de ziekten weg; keer den hongersnood af, open de kerkers en verbreek de boeien der onschuldig arevan-

O O

genen; geef, bid ik U, o Heer! den reizen-den eene gelukkige wederkomst , den zieken de gezondheid, den strijdenden voor uwen Naam eene glorievolle overwinning.

Verneder de vijanden van uw rijk en breng hen in uwen schaapstal terug.

Breid de kennis van uwen goddel ijken Naam meer en meer uit, opdat alle menschen tot de kennis der waarheid komen en zalig worden.

-ocr page 82-

G6

Eindelijk bevelen wij alle inenschen in uwe Vaderlijke zorg, ontferm U ook over de zielen in het vagevuur, en wel bijzonder over de zielen van hen die in hnn leven tot onze Vereeniging behoord hebben, alsook over die zielen, voor welke geen bijzondere gebeden gestort worden.

Ontferm U ook, o lieer, over mijne ouders, bloedverwanten, vrienden en weldoeners, alsook over hen, die ik in hun leven aanleiding tot zonden heb gegeven en die in het vagevuur moeten af boeten; laat hen allen tot eene spoedige aanschouwing van Uw goddelijk aanschijn geraken, Gij die leeft en regeert met God den Vader in eenheid des H. Geestes, God van eeuwigheid tot eeuwigheid. Amen.

Oefening van liefde jegens het II. Hart van Jesus.

O Allerbeminlijkst Hart van Jesus! dat met de goddelijke volmaaktheden, die eigen zijn aan het llart van den Zoon Gods, alle menschelijke volmaaktheden vereenigt van het Hart van den Zoon des inenschen.

Alleredelst Hart! het verhevenste, het ruimste, het mildste, het edelmoedigste, het weldadigste aller harten; en tevens het zacht-

-ocr page 83-

07

aardigste, het nederigste, het zuiverste, het onschuldigste, het geduldigste en het liefderijkste dat er wezen kan ! —

Hart van onzen God, van onzen Verlosser, van onzen Weldoener! Hart van onzen Vriend, van onzen Broeder, van onzen Vader, van den Bruidegom onzer zielen! Hart dat door al deze titels onze hartelijkste liefde verdient! •—

Gij werdt gevormd nit het zuiverste bloed van de reinste der maagden, uwe .Moeder.

Gij waart het begin van het leven des God-menschen, van dat goddelijk leven geheel ten beste gegeven voor ons heil. Gij waart de bron van dat kostbaar bloed, waarmede wij werden vrijgekocht. Gij zijt de zetel der barmhartigheid. Gij zijt de ware en bestendige minnaar der menschen ; Gij omvat met uwe onmetelijke liefde alle rechtvaardigen en alle zondaren. Gij werdt met eene lans aan het kruis, uit liefde jegens ons doorboord. Gij werdt geopend om het toevluchtsoord te zijn der reine zielen, en de plaats harer zoetste rust. Gij waart het schuldeloos slachtoffer onzer zonden, dat dei-goddelijke rechtvaardigheid onder vreeselijke

-ocr page 84-

68

smarten werd aangeboden ter uitwissching

onzer schuld.

O, Heilig Hart, door al deze hoedanig-heden het waardigst voorwerp onzer liefde, dankbaarheid en teederheid! ü, gewaardigU, de teedere en liefderijke gewaarwordingen , die mijn hart gevoelt en U aanbiedt , genadig aan te nemen. Ik dank l duizend- en duizend malen voor de liefde waarvan Cxij brandt jegens ons, en voor de tallooze weldaden, die Gij over mij hebt uitgestoit. Ik vereenig mij zoo innig mogelijk met U. Ik omhels U, en ik heb U lief met al de genegenheid mijner ziel.

Ik wijd en offer mij voor immer aan L. O alleredelst, o allerzoetst, o allerminlijkst Hart, U zij de glorie, de lof, de dank en de liefde van alle harten en U zij de volkomen zegepraal en eeuwige heerschappij over alle harten. Amen.

LOFZANG HER H. MAAGD.

Mijne ziel maakt groot den Heer.

Eii verheugd heeft zich mijn geest in God,

mijnen Zaligmaker! • , • i

Omdat Hij nederzag op de geringheid

-ocr page 85-

69

zijner dienstmaagd; want zie, van nu af zullen alle geslachten mij zalig prijzen.

Dewijl groote dingen aan mij gedaan heeft, Hij die machtig is: en heilig is Zijn naam.

En zijne barmhartigheid is van geslacht tot geslacht, over degenen die Hem vreezen.

Hij heeft kracht gedaan door zijnen arm; verstrooid heeft Hij die hoogmoedig zijn in den waan huns harten.

Machtigen heeft Hij van den troon gestort, en geringen verheven.

Hongerigen heeft Hij met goederen vervuld , en rijken ledig weggezonden.

Hij heeft Israël zijnen dienstknecht aangenomen , zijner barmhartigheid indachtig.

Gelijk Hij aan onze vaderen heeft toegezegd, aan Abraham en zijn zaad in eeuwigheid.

Eere zij den Vader, enz.

Laat ons bidden.

Wij bidden U, o Heer, onze God, geef dat wij, uwe dienaren, eene altijddurende gezondheid naar ziel en lichaam mogen genieten, en door de glorierijke voorspraak dei-gelukzalige Maria, altijd Maagd, van den tegenwoordigen druk bevrijd tot de eeuwige

-ocr page 86-

70

zaligheid mogen geraken. Door onzen Heer Jesus Christus uwen Zoon, die met U leeft en heerscht in de eenheid des Heiligen Geestes, God, in alle eeeuwen der eeuwen Amen.

BENEDICTIE.

Tantum ergo Sacra- Genitori, Genitoque raentum, Lans et jubilatio,

Veneremurcernui: Salus honor, virtus Et antiquum doen- quoque

mentum Sit et benedictio :

Novo cedat ritui: Procedenti abutroque Praestet fides supple- Compar sit laudatio, mentum, Amen.

Sensumn defectui.

v. Panem de coelo praestitisti eis. r. Orane delectamentum, in se habentem.

Oremus.

Deus qui nobis sub Sacramento mirabili Passionis tuae raemoriam reliquisti, tribue quaesumus, ita nos Corporis et Sanguinis tui Sacra mysteria venerari ut redemptionis tuae fructum in nobis jugiter sentiamus, qui vivis et regnas, in saecula saeculorum. Amen.

-ocr page 87-

LITANIE

van den Allerh. Naam Jesus.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer.

Heer, ontferm ü onzer.

Jesus, hoor ons.

Jesus, verhoor ons.

God, Zoon, Verlosser der wereld, ontferm U onzer.

; God, Heilige Geest, ontferm U onzer. 1 Heilige Drievuldigheid, één God, ontferm U onzer.

Jesus, Zoon van den levenden God, Jesus, glans des Vaders,

Jesus, gloed van het eeuwige licht, Jesus, Koning der glorie,

Jesus, zon der rechtvaardigheid,

Jesus, Zoon der Maagd Maria, Beminnelijke Jesus,

Wonderbare Jesus,

-ocr page 88-

Jesus, sterke God,

Jesus, Vader der toekomende eeuw, Jesus, Verkondiger van het groote raadsbesluit.

Allermachtigste Jesus,

Allergeduldigste Jesus, Allergehoorzaam ste Jesus,

Jesus, zachtmoedig en ootmoedig van harte,

Jesus, Minnaar der zuiverheid.

Onze Minnaar,

God des Vredes.

Oorsprong des levens,

Toonbeeld der deugden,

IJveraar der zielen,

Onze God,

Onze toevlucht,

g Vader der armen,

SË Schat der geloovigen,

~ Goede Herder,

Waarachtig licht.

Eeuwige wijsheid,

Oneindige goedheid,

Onze weg en ons leven,

Vreugd der Engelen,

Koning der Aartsvaders,

-ocr page 89-

73

Meester der Apostelen,

Leeraar der Evangelisten,

;£ Sterkte der Martelaren,

o Licht der Belijders,

Zuiverheid der Maagden,

Kroon van alle Heiligen,

Wees genadig, spaar ons .lesns!

Wees genadig, verhoor ons Jesns ! Van alle kwaad, verlos ons Jesns! Van alle zonde.

Van uwe gramschap,

M an de listen des duivels,

Van den geest der onkuischheid, Van den eeuwigen dood,

\\ nn het verwaarloozen uwer inspraken, Door het geheim uwer 11. Menschwording, Door uwe geboorte.

Door uwe kindsheid.

Door uw goddelijk leven.

Door uwen arbeid.

Door uwen doodstrijd en lijden.

Door uw kruis en uwe verlatenheid, Door uwe smarten,

Door uwen dood en uwe begrafenis, Door uwe Verrijzenis,

Door uwe hemelvaart,

-ocr page 90-

74

Door uwe vreugden, verlos ons Jesus.

Door uwe glorie, verlos ons, Jesus. Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt,

spaar ons, Jesns.

Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt,

verhoor ons, Jesus.

Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt,

ontferm l onzer, Jesus.

Jesus, hoor ons.

Jesus, verhoor ons.

Laat ons Indden.

Heer Jesus Christus, die gezegd hebt: vraagt en gij zult verkrijgen, zoekt en gij zult vinden, klopt en u zal geopend worden: wij smeeken U, verleen ons op ons bidden, het vuur uwer goddelijke liefde, opdat wij L met geheel ons hart, onzen mond en onze reiken beminnen en nimmer ophouden L te loven.

Geef, Heer, dat wij eene voortdurende vrees eu liefde hebben voor Uwen H. Naam; want nooit berooft Gij hen van uwe leiding, die Gij in de hechtheid uwer liefde vestigt. Door onzen Heer Jesus Christus, uwen Zoon, die met U leeft en regeert in de eenheid des H. Geestes, God, door alle eeuwen dei-eeuwen. Amen.

-ocr page 91-

LITANIE

van het Allerheiligste Sacrament.

c

lt;x

\' Heer, ontferm U onzer.

5 Christus, ontferm U onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons,

■ Christus, verhoor ons.

■ God Vader in den hemel, ontferm U onzer. God Zoon, Verlosser der wereld, ontferm U onzer. God H. Geest, ontferm U onzer.

H. Drievuldigheid, één God, ontferm U onzer. • Levend Brood, hetwelk van den hemel zijt nedergedaald,

Verborgen God en Zaligmaker,

I Tarwe der Uitverkorenen, Tarwe der Uitverkorenen,

Wijn, die Maagden kweekt.

Voortreffelijk Brood en lekkernij dei-

Koningen ,

Gedurig offer.

Reine spijs-offerande,

LL___W U O gt; -

■*J

-ocr page 92-

70

Onbevlekt Lam,

Allerreinste tafel,

Spijze der Engelen,

Verborgen Manna,

Gedenkstuk van Gods wonderen.

Bovennatuurlijk Brood,

Vleesch geworden AVoord onder ons

wonende.

Heilige offerande.

Drinkbeker der zegening,

Geheim des geloofs.

Hoogwaardig en uitmuntend Sacrament, Allerheiligste offerande,

Zoenoffer voor levenden en dooden, Hemelsch behoedmiddel, door hetwel

wij voor de zonden bewaard worden. Wonder van Gods wonderen, Allerheiligste gedachtenis van het hjcle

des Heeren, , , ., ,

Geschenk dat alle volmaaktheid te

Voortreffelijk\' gedenkteeken der godde-

OvCTvloeiende\' bron van Gods milddadigheid , . , i • Allerheiligst en doorluchtigst geheim.

-ocr page 93-

77

Krachtige spijs der onsterfelijkheid, Aanbiddelijk en levendmakend Sacrament, Brood, hetwelk door de almogendheid des Woords zijt Vleesch geworden, Onbloedig Offer,

Tafelgerecht en Gastheer,

Allerheiligste Maaltijd, bij welken de Engelen tegenwoordig zijn en dienen, Teeken van genade,

Band van liefde,

Hoogepriester, die zelf het offer zijt. Verkwikking der heilige zielen, Teerpenning dergenen, die in den lieer sterven,

Onderpand der toekomende glorie,

Wees genadig, spaar ons. Heer!

Wees genadig, verhoor ons. Heer! Van het onwaardig nuttigen uws lichaanis

en bloeds, verlos ons, Heer!

Van de begeerlijkheid des vleesches. Van de begeerlijkheid der oogen. Van de hoovaardij des levens,

A an alle ongeloovigheid, verblindheid

des harten en ketterij,

Van alle oneerbiedigheid en misbruik met opzicht tot dit Hoogheilig Sacrament,

-ocr page 94-

78

Van alle zwakheden en zonden, welke de zalige uitwerkselen van dit aanbiddelijk Sacrament kunnen verminderen en tegenhouden,

Van alle gelegenheid tot zondigen,

Door de groote begeerte, die gij hadt, S om dit Paaschlam met uwe Leerlin- öquot; gen te eten, . o

Door den diepen ootmoed, waarmede gij g

de voeten uwer Leerlingen waschtet,

Door de allervurigste liefde, met welke ^ gij dit heilige Sacrament hebt ingesteld, ^ Door uw dierbaar bloed, hetwelk gij voor ons op het altaar hebt nagelaten.

Door de vijf kruiswonden, welke gij in het allerheiligste lichaam, dat gij voor ons aannaamt, hebt ontvangen. Wij zondaren, wij bidden U , verhoor ons. Dat het U behage in ons het geloof, eerbied en godsdienstige gemoedsstemming, ten lt; opzichte van dit wonderbare Sacrament ^ te onderhouden en te vermeerderen, | | Dat het U behage, ons door eene ware ^ g belijdenis onzer zonden, tot het dik- s wijls nuttigen dezer geestelijke spijs fquot; voor te bereiden,

-ocr page 95-

79

Dat het U behage, de kostbare, hemel-

sche vruchten van dit allerheiligste ^

Sacrament in ons overvloedig uit te :

storten , g

Dat het U behage, ons in het uur van ~ S

onzen dood, niet deze hemelsche spijze § 3 1 • i • i • i ^ tot de reize naar de eeuwigheid te\' jquot;-*

versterken,

Zoon Gods !

Lara Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, spaar ons , Heer !

Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, verhoor ons, Heer ! Lam Gods, dat de zonden der wereld

wegneemt, ontferm U onzer I Onze Vader, enz.

Heer, verhoor mijn gebed.

En mijn geroep koine tot U.

Laat ons bidden.

Heer Jesus, die ons in dit wonderbaar Sacrament, eene altoosdurende gedachtenis van Uwe liefde en van Uw lijden en sterven hebt nagelaten, geef, dat wij de geheimen van Uw lichaam en bloed niet zulk eene ware godsvrucht vereere, dat wij al den

-ocr page 96-

so

zegen, al de heilrijke gevolgen van onze verlossing onophoudelijk mogen ontwaren. Gij , diequot; met den Vader en den Heiligen Geest, één eenig God , leeft en regeert in eeuwigheid. Amen.

LITANIE van het H. Hart van Jesus,

Heer, ontferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

God, hemelsche Vader, ontferm C onzer. God, Zoon, Verlosser der wereld, ontferm U onzer.

God, Heilige Geest, ontferm U onzer. H. Drievuldigheid, één God, ontferm U onzer. Hart van Jesus, met het woord Gods zelfstandig vereenigd, ontferm U onzer, Jesus. Hart van Jesus,quot; Heiligdom der Godheid , ontferm U onzer, Jesus.

-ocr page 97-

81

Afgrond van wijsheid.

Tempel der H. Drieeënheid,

Oceaan van goedheid.

Troon der barmhartigheid.

Nooit uitgeputte schat.

Wiens overvloed ons allen verrijkt. Onze vrede en onze verzoening. Toonbeeld van alle deugden, Oneindig beminnend en oneindig

beminnenswaardig,

Springader des eeuwigen levens, Waarin de Vader zijn behagen schept , Verzoeningsaltaar voor onze zonden. Voor ons met bitterheid gelaafd, In Gethsemane tot stervens toe benauwd.

Met verguizingen verzadigd,

Van liefde gewond,

Dat al uw bloed aan het kruis vergoot,

Verbrijzeld om onze snoodheden,

Nu nog door ondankbaren verscheurd,

Toevlucht der zondaren.

Sterkte der zwakken,

Troost der bedrukten.

Volharding der rechtvaardigen,

-ocr page 98-

82

«THeilbron voor die op U vertrouwen, § Plechtanker voor die in U sterven, quot;2 Troostvolle bescherming voor Uwe

vereerders, g ^ te

Geneugte van alle Heiligen, g | m

_ Onze hulp in overstelpenden nood, di

Lam Gods, dat wegneemt de zonden der df

wereld, spaar ons. Heer! laf

Lam Gods, dat wegneemt de zonden der in

wereld, verhoor ons. Heer! ei

Lam Gods, dat wegneemt de zonden der vc

wereld, ontferm U onzer ! m

Christus, hoor ons. pve

Christus, verhoor ons. er:

Hart van Jesus, brandende van liefde voor ons. ni

Ontvlam in ons hart eene brandende liefde • za

voor U. ed

al

Laat ons bidden.

% dl

Almachtige God, wij bidden U, verleen Ja ons, dat wij, die in liet Allerheiligst Hart bi( TIws geliefden Zoons al onzen roem stellen, he en daaraan de voornaamste weldaden van be Zijne liefde dank weten, ook in de werking die en vrucht daarvan ons mogen verblijden. Ie\\ Door denzelfden Christus onzen Heer. Amen. |Ai

cP \'S

CD p co ^ 1

ei gt;

-ocr page 99-

83

Akte van toewijding- aau liet allerheiligste Hart van Jesus.

O, aanbiddelijk Hart van mijn Jesus! het teederste, het beminnelijkste en het edelmoedigste van alle harten, doordrongen van 1 dankbaarheid bij de overdenking Uwer wel-Hdaden, kom ik mij geheel en voor altijd aan IJ toewijden. Ik wil al mijne krachten inspannen om Uwe vereering uit te breiden en om, zoo zulks mogelijk is, alle harten voor U te winnen. O, Jesus, ontvang heden mijn hart, of liever, neem Gij liet zelf, verander het, zuiver het, om het Uwer meer en meer waardig te doen worden , en maak mijn hart gelijk aan het Uwe, ootmoedig, zachtzinnig, geduldig, vol van heilige en edelmoedige liefde. Verberg mijn hart met al de harten die U beminnen in het Uwe, en laat nimmer toe dat ik het terugneme. Ja, ik wil veeleer sterven dan ooit Uw aanbiddelijk hart bedroeven. Hart van Jesus ! het verlangen mijns harten is, U altijd te |beminnen, U altijd te eeren, U altijd te dienen, U altijd toe te behooren, en in het leven, en in den dood en in alle eeuwigheid. Amen.

I

-ocr page 100-

84

Akte van eereboete.

Goddelijke Jesus, Verlosser van alle men-schen, zie hier eenige ondankbaren ootmoedig voor U nedargeknield, doordrongen van de bitterste droefheid bij het herdenken der sehrikkelijke beleedigingen , welke U aangedaan zijn en nog dagelijks aangedaan worden. Gedoog dat wij door de oprechtheid onzer hulde, al die ongetrouwheid, al die ondankbaarheid waaraan wij ons schuldig erkennen, zooveel mogelijk vergoeden. Hart van Jesus ! het heiligste, het teederste, het beminnelijkste aller harten, wat hebt Gij niet gedaan om van ons bemind te worden. Voor ons o, Goddelijke Verlosser ! hebt Gij U van den glans Uwer Goddelijke Majesteit ontdaan; voor ons zijt Gij mensch, zijt gij een klein kind geworden; voor ons hebt Gij alles verlaten , alles ten offer gebracht; voor ons hebt Gij F met geesels laten verscheuren , met doornen laten kroonen; voor ons hebt Gij U laten nagelen aan het kruis, om daar te gt; midden van de onbegrijpelijkste smarten ons ter zaliging den laatsten druppel van Uw bloed te vergieten. En dit was nog weinig voor Uwe liefde.

-ocr page 101-

1

85

Door eene poging van Uwe almacht en door eene onbegrijpelijke uitvinding Uwer goedheid, hebt gij een middel gevonden om, ofschoon tot Uwen Vader teruggekeerd, tot de voleinding der eeuwen in ons midden te wonen, om ons in deze woestijn des levens tot troost, tot beschutting, tot lichtbaak , tot voedsel te verstrekken. Mijn God kon Uwe almacht meer voor ons doen ? . . . En wij, wat hebben wij gedaan, om aan zooveel liefde te beantwoorden ? Engelen des Hemels, staat verbaasd.... en gij Machten des Hemels, siddert van verontwaardiging.

In plaats van liefde met w ederliefde te vergelden, houden wij niet op Hem te vergrammen.

Jegens elk ander weldoener willen wij dankbaar zijn, doch wanneer het U geldt, o aanbiddelijke Heiland, dan is het als of men het zich tot eer rekent om ondankbaar te zijn, om de grootste weldaden met den grootsten ondank te vergelden.

y Vergeving dan, o Jesus! vergeving!

Vergeving, o vrijmachtige Heer dezer wereld!

Vergeving voor al de beleedigingen Uwer opperste Majesteit aangedaan. Vergeving, o onsterfelijke Koning ! voor alle de vergui-

-ocr page 102-

86

zingen, waaraan zoovele goddelooze wereldslaven zich jegens U plichtig maken. Vergeving voor de vermetelen , die zelfs ü aan-den voet van Uwen heiligen troon durven trotseeren. Vergeving, o God der heiligheid , vergeving voor zoovele heiligschennissen, voor zoovele onwaardige Communiën. Vergeving, o goedertierende Herder! die niets kent dan beminnen en lijden. O vergeving ook voor ons, vergeving voor de bitterheid, waarmede ook wij Uw heilig Hart laven, vergeving voor onze onverschilligheid jegens U , voor onze koele en flauwe Communiën, voor onze oneerbiedigheden in de kerk , voor het verzuim der heilige missen, vergeving voor ons zinnelijk , onverstorven en wereldsch leven.......

Getrouwe zielen die over de ongetrouwheden van Israël zucht, vereenigt u met mij; komt, werpen wij ons voor den troon der oneindige barmhartigheid, verzuchten wij te samen over de wonden aan het heilig en liefdevol Hart van Jesus toegebracht; betreuren wij het dat wij een zoo teeder en beminnelijk Hart hebben bedroefd.

O Jesus! Lam Gods, dat wegneemt de

-ocr page 103-

87

zonden der wereld, vergeet al onze ondankbaarheid, al onze misdaden, al onze snoodheid. O laat nog eenmaal Uw heilig bloed ons ten gunste spreken; het zal luider roepen dan al onze boosheden.

Mocht de rechtvaardigheid van Uwen Hemelschen Vader voldoening vorderen, wij die hier voor Uwe voeten liggen , zijn bereid die te geven. O konden wij met onze harten de harten van alle menschen vereenigen , om die allen op \'t altaar der liefde ten offer te brengen ? Liefderijke Jesus! het gelukke ons hierdoor de straffen, die wij zoozeer verdiend hebben, van ons af te wenden, en, verzoend met Uwen Vader, eenmaal waardig geacht te worden om met U in den Hemel gelukkig te leven. Amen.

O liefderijk Hart van mijnen Jesus, geef lat ik U altijd meer eu meer beminne.

Onze Vader. Ween ffeyroet. Ik (jehof in God den Vader, enz.

-ocr page 104-

De H. RozenkFans.

In den naam des Vaders, enz.

Ik geloof in God den Vader, enz.

Eer zij den Vader, enz.

Onze Vader, enz.

Ik groet u. Dochter van God den Vader;

wees gegroet, enz.

Ik groet n. Moeder van God den Zoon;

wees gegroet, enz.

Ik groet u, Bruid van God den Heiligen

Geest; wees gegroet, enz.

Eer zij den Vader, enz.

DE VIJF BLIJDE MYSTERIËN.

I. Igt;e boodschap des Engels.

De namen van Jesns en Maria moeten gezegend zijn van nu af tot in de eeuwigheid. Onze Vader, enz.

1. De H. Drievuldigheid heeft toegestemd in de menschwording van Christus; weesgegroet, enz.

-ocr page 105-

89

2. Maria is tot Moeder van Christus verkozen ; wees gegroet, enz.

3. De Engel Gabriel brengt Maria de blijde boodschap; wees gegroet, enz.

4. Maria was in de eenzaamheid in haar gebed; wees gegroet, enz.

5. De Engel zeide; \\Vees gegroet vol van genade, de Heer is niet n; wees gegroet, enz. G. Maria was verbaasd toen zij den Engel hoorde ; wees gegroet, enz.

7. De Engel zeide : Maria, wil niet vreezen, want gij zult ontvangen door den H. Geest ; wees gegroet, enz.

6. Maria zeide : Zie de dienstmaagd des Heeren, mij geschiede naar uw woord; wees gegroet, enz.

9. Maria is van den li. Geest overlommerd geworden, wees gegroet , enz.

10. En het woord is vleesch geworden, en heeft onder ons gewoond; wees gegroet, enz.

Eer zij Vader, enz.

II. De bezoekiii»\' van Maria aan hare niclit Elisabeth.

De namen van Jesus , enz.

1. Maria gaat uit ootmoedigheid hare nicht Elisabeth bezoeken; wees gegroet, enz.

-ocr page 106-

90

2. Maria bestuurd door den li. Geest; wees gegroet, enz.

3. Maria met haast opstaande, gaat over het gebergte; wees gegroet, enz.

4. Maria werd met veel liefde van hare nicht Elisabeth ontvangen; wees gegroet, enz.

5. Joannes is gezuiverd en van blijdschap opgesprongen in het lichaam zijner Moeder; Avees gegroet, enz.

6. Elisabeth zeide : Gezegend is de vrucht uws lichaams; wees gegroet , enz.

7. Maria heeft uitgeroepen : Mijne ziel maakt groot den Heer; wees gegroet, enz.

8. Elisabeth zeide: Wat geluk geschiedt mij dat de Moeder des Meeren tot mij komt; wees gegroet, enz.

9. Het huis van Zacharias is door de komst van Jesus en Maria gezegend; wees gegroet enz.

10. Maria heeft hare nicht drie maanden met veel liefde gediend; wees gegroet, enz.

Eer zij den Vader; enz.

-ocr page 107-

91

III. De geboorte van Christus.

De namen van Jesus , enz.

1. Maria heeft gebaard en zij is Maagd gebleven ; wees gegroet, enz.

2. Maria heeft Jesus in eenen stal gebaard en in doeken gewonden; wees gegroet, enz.

3. Maria heeft Jesns met liefde en verwondering aanschouwd; wees gegroet, enz.

4. Maria heeft Jesus omhelsd en aan haar hart gedrukt; wees gegroet, enz.

5. Maria heeft Jesus met haar heilige borsten gevoed; wees gegroet, enz.

(5. Maria heeft Jesus in eene krib gelegd ; Avees gegroet, enz.

7. Jesus lag op hooi en stroo tusschen os en ezel; wees gegroet, enz.

8. De engelen hebben gezongen: Eere zij God in het hoogste, en op de aarde vrede den menschen die van goeden wil zijn; wees gegroet, enz.

9. De herders hebben het kind komen bezoeken ; wees gegroet, enz.

10. De drie koningen hebben het kind komen aanbidden, en het hunne giften geofferd; wees gegroet, enz.

Eer zij den Vader, enz.

-ocr page 108-

92

IV. De opdracht van Christus in den tenipel.

De namen van Jesus, enz.

1. Maria gaat om haar heilig kind te otteren ; wees gegroet, enz.

2. Jesus en Maria onderwerpen zich aan de wet; wees gegroet, enz.

8. Maria gaat langs moeielijke wegen naar Jerusalem; wees gegroet, enz.

4. Maria heeft Jesns op haar armen gedragen; wees gegroet, enz.

5. Maria vordert al biddende haren weg; wees gegroet; enz.

(5. Maria heeft Jesus in den tempel geotterd; wees gegroet, enz.

7. Maria heeft aan de wet voldaan met de ottergift der arme menschen ; wees gegroet, enz.

8. Anna, de prophetesse, loofde God voor de verlossing van Israël; wees gegroet, enz.

9. De oude Simeon heeft Jesus omhelsd en op zijne armen genomen ; wees gegroet, enz.

10. Simeon zeide: Heer, laat uwen dienaar naar uw woord in vrede gaan: weesgegroet, enz.

Eer zij den Vader, enz.

-ocr page 109-

93

V. De vimliii»- van het kind Jesus iu den tempel.

Dé namen van Jesus, enz.

1. Maria heeft haar lief kind verloren; wees gegroet; enz.

2. Maria heeft haren schat seniist; wees

O \'

gegroet, enz.

3. Maria heeft hem met veel droefheid gezocht ; wees gegroet, enz.

4. Maria heeft Jesus langs alle wegen en

O O

straten gaan zoeken; wees gegroet, enz.

5. Maria heeft Jesus na drie dagen gevonden; wees gegroet, enz.

0. Maria vindt Jesus in den Tempel , wees gegroet, enz.

7. Jesus, twaalf jaren oud zijnde, onderwees de wetgeleerden; wees gegroet, enz.

8. Maria zeide: Zoon waarom hebt gij ons bedroefd; wees gegroet, enz.

9. Jesus is met hen gegaan en was hun onderdanig; wees gegroet, enz.

10. Maria, bewaarde in haar hart al de woorden, die Jesus tot haar sprak; wees gegroet, enz.

Eer zij den Vader, enz.

-ocr page 110-

94

Laat ons bidden.

O Maria, allergoedertierenste Moeder, verwerf droefheid voor mijn hart en tranen van berouw voor mijne oogen om te beschreien dat ik Jesus door de zonden zoo dikwijls heb verloren, vergun mij Hem wederom te vinden en altijd te behouden. Amen.

DE VIJF DROEVE MYSTERIËN.

I. De benauwdheid van Christus iu den hof.

De namen van Jesus, enz.

1. Jesus gaat naar den hof van Oliveten; wees gegroet, enz.

2. Jesus valt plat ter aarde neder; wees gegroet, enz.

3. Jesus volhardt in het gebed; wees gegroet, enz.

4. Jesus is bedroefd tot den dood toe; wees gegroet, enz.

5. Jesus zweet water en bloed; weesgegroet, enz.

6. Jesus stelt zijnen wil in den wil van zijnen hemelschen Vader; wees gegroet, enz.

-ocr page 111-

7. Jesus vermaant zijne leerlingen om te waken en te bidden; wees gegroet, enz.

8. Jesns wordt van zijnen Apostel door een kus geleverd; wees gegroet, enz.

9. Jesus wordt van zijn bemind volk gevangen; wees gegroet, enz.

10. Jesus wordt vreeselijk gebonden en gesleurd van den eenen rechter tot den anderen; wees gegroet, enz.

Hoe lief heeft God den mensch gehad r dat hij zijnen eenigen Zoon niet gespaard , maar hem geleverd heeft tot den dood, ja, tot den dood des kruises.

II. We Geeseliiig- van Christus.

De namen van Jesus , enz.

1. Jesns wordt van de joden aan de heidenen overgeleverd; wees gegroet, enz.

2. Jesns wordt bij Pilatus valschelijk beschuldigd ; wees gegroet, enz.

3. Jesns wordt van zijn volk achter Earabas gesteld ; wees gegroet, enz.

4. Jesus, alhoewel, onschuldig verklaard, wordt geleverd om gegeeseld te worden; Mees gegroet , enz.

-ocr page 112-

96

5. Jesus kleederen worden uitgerukt; wees gegroet, enz.

6. Jesus staat daar naakt en bloot; wees gegroet , enz.

7. Jesus aan een kolom gebonden; wees gegroet, enz.

8. Jesus wordt wreedaardig gegeeseld; wees gegroet, enz.

9 Jesus bloed vloeit langs de aarde; wees gegroet, enz.

10. Jesus is gewond, om onze zonden; wees gegroet, enz.

Hoe lief heeft God den raensch gehad, enz.

III. De Kroning\' van Christus.

De namen van Jesus , enz.

1. De soldaten hebben Jesus een doornen kroon bereid; wees gegroet, enz.

2. Zij hebben de doornen kroon in Jesus hoofd gedrukt; wees gegroet, enz.

3. Jesus hoofd langs alle kanten doorwoud; wees gegroet, enz.

4. Jesus hoofd sijpelende van het bloed; wees gegroet, enz.

5. Jesus met een purperen mantel bespot; wees gegroet, enz.

-ocr page 113-

97

0. Zij hebben Jesus een riet voor schepter in de hand gegeven; wees gegroet, enz.

7. Zij hebben met het riet op het gekroonde hoofd van Jesus geslagen; wees gegroet, enz. S. Zij hebben in Jesns geheiligd aangezicht gespuwd ; wees gegroet, enz.

9. Jesus is overladen van versmaadheden; wees gegroet, enz.

10. l\'ilatus heeft Jesus aan het volk vertoond , zeggende: Ziet den mensch; wees gegroet, enz.

Hoe lief heeft God den rnensch gehad, enz.

IV. De Kruisdraging- van Christus.

üe namen van Jesus, enz.

1. Jesus wordt veroordeeld om gekruist te worden ; wees gegroet, enz.

2. Jesus heeft zijn kruis met liefde omhelsd; wees gegroet, enz.

3. Jesus heeft zijn kruis op zijne doorwonde schouders gedragen; wees gegroet, enz.

4. Jesus wordt tusschen twee moordenaars opgeleid ; wees gegroet, enz.

ö. Jesus bezwijkt onder het kruis om onze zonden ; wees gegroet, enz.

-ocr page 114-

98

6. Jesus beladen met zijn kruis ontmoet zijne bedroefde Moeder; wees gegroet, enz.

7. Jesus wordt beweend door de godvruchtige vrouwen van Jerusalem ; wees gegroet, enz.

S. Jesus zeidc haar : Handelt men zoo met het groene hout, wat zal er dan met het dorre geschieden ; wees gegroet, enz.

9. Niemand wilde Jesus zijn kruis helpen dragen ; wees gegroet, enz.

10. Jesus klimt voor ons op den berg van Calvarië; wees gegroet: enz.

Hoe lief heeft God den mensch gehad, enz.

V. lgt;e Kruisiging\' van Christus.

I)e namen van Jesus, enz.

1. Jesus werd omnenschlijk op het kruis uitgerekt; wees gegroet, enz.

2. Jesus handen en voeten doornageld; wees gegroet; enz.

3. Jesus werd aan het kruis opgericht en zijne wonden vloeiden van het bloed; wees gegroet, enz.

4. Jesus bidt voor zijne vijanden; wees gegroet, enz.

5. Jesus belooft den moordenaar het Paradijs ; wees gegroet, enz.

-ocr page 115-

99

G. Jesus beveelt den H. Joannes aan zijne

moeder ; wees gegroet, enz.

7. Jesus dorst hebbende, wordt met galen

edik gelaafd ; wees gegroet, enz.

S. Jesus heeft uitgeroepen: Mijn God!

waarom hebt gij mij verlaten; wees gegroet, enz.

9. Jesus zeide : Het is volbracht; wees gegroet, enz.

10. Jesus heeft zijnen geest gegeven, en zijn hart voor ons laten openen; weesgegroet, enz.

Hoe lief heeft God den mensch gehad, enz.

Laat ons bidden.

O Jesus ! ik bid U door al uwe smarten en uwen bitteren dood, door uwe doornagelde handen, doorboorde voeten, doorstokene zijde en al Uwe gezegende wonden, ontferm U mijner en druk uw heilig Lijden zoo in mijn hart, dat mij niets anders behage dan gij mijn Jesus, die voor mij gekruist zijt. Amen.

DE VIJF ROEMRIJKE MYSTERIËN.

I. De Verrijzenis van Christus.

De namen van Jesus, enz.

1. Jesus is ten derden dage roemrijk verrezen; wees gegroet, enz.

-ocr page 116-

100

.2. Jesus heeft dood en hel overwonnen ; wees gegroet, enz.

3. Jesus heeft de oudvaders getroost en verlost; wees gegroet, enz.

4. Jesus verblijdt Zijne H. Moeder; wees gegroet, enz.

5. Jesus verschijnt als hovenier aan Maria Magdalena; wees gegroet, enz.

6. Jesus vertoont zich aan Petrus; wees gegroet, enz.

7. De leerlingen van Enunaus zeiden: was ons hart niet brandend in ons, als hij tot ons sprak; wees gegroet, enz.

8. Jesus staat in het midden van Zijne leerlingen en wenscht hun alle den vrede; wees gegroet, enz.

!j. Jesus toont zijne roemrijke wonden aan den H. Thomas; wees gegroet, enz. 10. Thomas roept uit: o, mijn Heer en mijn God! wees gegroet, enz.

Geloofd en gedankt zij ten allen tijde het allerheiligst en goddelijk Sacrament.

II. De Hemelvaart van Christus. De namen van Jesus, enz.

1. Jesus, vaart roemvol ten hemel; wees gegroet, enz.

-ocr page 117-

101

2. Jesus klimt op door Zijne eigene macht; wees gegroet, enz.

3. Jesus scheidt van Zijne lieve vrienden; wees gegroet, enz.

4. Jesus belooft met hen te blijven tot hei: einde der wereld; wees gegroet, enz.

5. Jesus belooft hun den H. Geest; wees gegroet, enz.

ö. De leerlingen hebben Jesus aanschouwd en Hij heeft hen allen gezegend; wees gegroet, enz.

7. Jesus heeft voor ons den hemel geopend; wees gegroet, enz.

8. Jesus zit aan de rechterhand van Zijnen hemelschen Vader; wees gegroet, enz.

i). Jesus toont Zijne H. Wonden voor ons aan Zijnen hemelschen Vader; Avees gegroet , enz.

10. Jesus is onze middelaar in den hemel; wees gegroet, enz.

Gelooid en gedankt, enz.

III. De zeiidiu»\' van den II. Geest.

De namen van Jesus, enz.

1. Jesus heeft den H. Geest gezonden; wees gegroet, enz.

-ocr page 118-

102

2. Jesus heeft den Trooster gezonden; wees gegroet; enz.

3. Jesus heeft het vuur op de wereld gezonden ; wees gegroet, enz.

4. De H. Geest heeft de harten met liefde ontstoken; wees gegroet, enz.

5. De II. Geest heeft de verstanden verlicht; wees gegroet, enz.

(5. De H. Geest heeft de harten versterkt; wees gegroet, enz.

7. De H. Geest heeft verscheidene talen doen spreken; wees gegroet, enz.

8. De IT. Geest heeft zijne gaven uitgedeeld ; wees gegroet, enz.

(J. Kom, H. Geest, bezoek de harten van uwe geloovigen; wees gegroet, enz. 10. Kom, H. Geest, ontsteek in ons het vuur uwer liefde; wees gegroet, enz.

Geloofd en gedankt, enz.

IV. De Hemelvaart van Maria.

De namen van Jesus, enz.

1. Maria is opgeklommen ten hemel; wees gegroet; enz.

2. De hemelsche Vader ontvangt Zijne beminde Dochter; wees gegroet, enz.

-ocr page 119-

103

3. .lesus omhelst Zijne lieve Moeder; wees gegroet, enz.

4. De H. Geest verwelkomt zijne lieve Bruid; wees gegroet, enz.

5. De Serafijnen groeten Maria; wees gegroet, enz.

6. De Engelen dienen Maria; wees gegroet , enz.

7. Geheel de hemel is verblijd door Maria; wees gegroet, enz.

8. Maria zit de naaste bij Jesus; wees gegroet, enz.

U. Maria is onze Moeder en Middelares in den hemel; wees gegroet, enz. 10. Maria is onze voorspreekster bij haren lieven Zoon; wees gegroet, enz.

Geloofd en gedankt, enz.

V. De Kroonin;!, van Maria.

De namen van Jesus, enz.

1. Maria is roemvol gekroond in den hemel; wees gegroet, enz.

2. Maria gekroond om hare serafijnsche liefde; wees gegroet, enz.

3. Maria gekroond om hare engelachtige zuiverheid; wees gegroet, enz.

-ocr page 120-

104

4. Maria gekroond om hare groote oot-moediglieid : wees gegroet; enz.

5. Maria gekroond om hare volmaakte gehoorzaamheid ; wees gegroet, enz.

fi. Maria gekroond om hare groote voorzichtigheid : wees gegroet, enz.

7. Maria gekroond om hare heilige verduldigheid ; wees gegroet, enz.

S. Maria gekroond om hare ijverige dankbaarheid; wees gegroet, enz.

!J. Maria gekroond om hare volharding in alle deugden; wees gegroet, enz.

10. Maria boven alle Engelen en Heiligen in den hemel gekroond, gelijk der Moeder van God toekomt; wees gegroet, enz.

Geloofd en gedankt, enz.

Ik offer F, allerzuiverste Maagd en aller-roemvolste Moeder Gods Maria , in de ver-eeniging van al uwe deugden, verdiensten en volmaaktheden, deze geestelijke kroon van gebeden en groetenissen; gewaardig U die te ontvangen met al de lofzangen, die op aarde en in den hemel gedaan worden, en verkrijg voor mij en allen voor welke ik gehouden ben te bidden, van uwen lieven Zoon genade om wel te leven en zalig te sterven. Amen.

-ocr page 121-

105

Een Ouze Vader, tot dankbaarheid dat God ons de genade gedaan heeft om den Rozenkrans te bidden. Onze Vader, enz.

Een Wees gegroet, opdat Maria ons verstand opdrage aan den heinelschen Vader, en wij in eeuwigheid zijne barmhartigheid mogen gedenken. Wees gegroet, enz.

Een Wees gegroet, opdat Maria ons ge-hengen opoffere aan haren Zoon, en wij gedurig Zijn leven en bitter lijden indachtig mogen wezen. Wees gegroet, enz.

Een Wees gegroet, opdat Maria onzen wil toeëigene aan den H. Geest, en dat hij gedurig in ons van liefde moge branden. Wees gegroet, enz.

Het Geloof zullen wij bidden , opdat ons gebed God moge aangenaam zijn, dat het moge strekken tot Zijne meerdere eer, tot welstand der H. Kerk, tot bekeering der zondaars en afgevallene christenen en welvaart der gemeenten. Ik geloof in God den Vader almachtig, enz.

De almogendheid des Vaders beware ons.

De wijsheid des Zoons onderwijze ons.

De liefde des H. Geestes ontsteke ons.

In den naam des Vaders, enz.

-ocr page 122-

Oefening van den H. Kruisweg.

VOORBEREIDEND GEBED

EN

^KITE BEROUW,

Met den diepsten eerbied werp ik mij voor U ter aarde, Verlosser van den zondigen mensch! Innig getrofi\'en over het lijden , dat U mijne verlossing gekost heeft, wil ik mij in deze oogenblikken met dit wonder van liefde bezig houden, door U in den geest op Uwen bloedigen Kruisweg te vergezellen. Maar hoe zal ik dit op eene waardige wijze kunnen verrichten ? Ik die U zoo dikwerf beleedigde. Uw lijden niet zelden vernieuwde ? Ja, mijn Jesus ! ik beken het, ik ben zondaar, een onwaardige; maar Gij kunt mij rechtvaardig en Uwer liefde waardig maken. Ontferm U dan over mij , verwerp mij niet van Uw

-ocr page 123-

107

aanschijn en vergeef den boetvaardigen zondaar , die U als het hoogste goed boven alles bemint, en jnist daarom berouw heeft over zijne zonden.

Niet meer, mijn God, niet meer zal ik zondigen, maar U steeds zoo beminnen dat ik éénmaal onder diegenen gerangschikt worde, voor wie Uw IMoed niet vruchteloos vergoten werd.

Tot voldoening voor mijne misdrijven, otter ik U deze oefening op. Stort, gedurende dezen bloedigen tocht , in mij den goeden geest, en geef dat ik, door Uw lijden bewogen, tot Uwe navolging aangespoord worde. Maak mij deelgenoot aan de verleende Aflaten, opdat zij mij behulpzaam zijn, om in dit leven Uwe erbarming en hierna Uwe heerlijkheid van aanschijn tot aanschijn te genieten. Amen.

Onder den H. Kruisweg gebruikt men het lied

De bedroefde Moeder.

(Zie de gezangen.)

1ste STATIE.

Jesus ivo relt ter dood veroordeeld. Wij aanbidden U, Christus! en loven U.

-ocr page 124-

108

Omdat Gij door Uw H. Kruis de wereld verlost hebt. .

Overweeg, mijne ziel ! met welke gevoelens Jesus dit vonnis ontvangt; zie, hoe gewillig Hij zich aan hetzelve, uit liefde tot U, onderwerpt. Ach dat gij u toch eens schaamdet, gij, die zoo dikwerf het vonnis des eeuwigen doods verdiendet, gij gewaardigt u nauwelijks eene geringe versterving aan te nemen, tot welke Hij, die Gods plaats bekleedt, u soms veroordeelt.

Welaan dan, wendt u vol schaamte tot Jesus, uwen Bruidegom, en zeg Hem met een hart vol liefde :

Gebed.

Dierbare Jesus! Uwe onschuld en de liefde, waarmede gij U, zonder eenige tegenspraak, aan het onrechtvaardige vonnis onderwerpt, doen mij blozen; liet is mij leed, dat ik mij bij het ontvangen van eene geringe be-leediging, bij het hooren van een smadelijk woord, tot hiertoe zoo verontwaardigd toonde; ja, dit smart mij, en ik maak een vast voornemen oin voortaan, met Uwe heilige hulp, elke versmading , hoe onrechtvaardig,

-ocr page 125-

109

hoe smartelijk die ook zijn moge, gaarne te verduren.

Onze Vader. — Wees (jegroet.

Glorie zij den Vader, enz.

Ontferm U onzer, Heer! ontferm U onzer.

2de STATIE.

Jesus iieemt het kruis op Zijne schouderen.

Wij aanbidden U , Christus en loven U.

Omdat Gij door Uw H. Kruis de wereld verlost hebt.

Mijne ziel, beschouw uwen Jesus! zie met welk een teederheid Hij liet kruis omhelst; met welk eene kalmte en gelatenheid Hij den moedwil der woeste bende verdraagt. Ach ! bloos over de onverduldigheid , waar-aan gij u bij het verschijnen van het geringste kruisje van tegenspoed zoo vaardig overgeeft. Kom vergezel uwen met het kruis beladen Jesus en zeg Hem:

Gebed.

Met reden schaam ik mij, lieve Jesus, wanneer ik l het kruis, quot;het door mijne ondankbaarheid, door mijne zonden vervaardigd kruis , zoo liefderijk zie omhelzen, ter-

-ocr page 126-

110

wijl ik aarzel, die lichte, die aangename kruisjes op te nemen, welke Uwe oneindige liefde mij vormde en door zoo vele genademiddelen dragelijk maakte. Vergeef hel mij, bid ik U, vermits ik een vast besluit maak, niet alleen om dezelve voortaan gaarne te omhelzen, maar daarenboven met Uwe geliefde heilige Teresia, U onophoudelijk te smeeken ,, of lijden of sterven, het kruis of de dood.quot;

Onze Vadei\'. - Wees yegroet.

Glorie zij den Vader, enz.

Ontferm U onzer. Heer! ontferm l onzer.

3de STATIE.

Jesus valt de eerste maal onder het Kruis.

Wij aanbidden U, Christus! en loven U.

Omdat Gij door Uw H. Kruis de wereld verlost hebt.

Mijne ziel, ziet gij de beleedigingen niet, welke uw gevallen Jesus te verduren heeft? En echter zwijgt Hij , en echter verdraagt Hij alles uit liefde tot u. Hoe ongeduldig zijt gij niet, wanneer een lichte ziekte u aantast, wanneer een gering ongeval u treft, hoe bitter beklaagt gij u dan niet!

-ocr page 127-

Ill

Ach, werp u met tranen van berouw voor Jesus voeten neder, en bid Hem.

Gebed.

Beminnelijke Jesus ! met leedwezen werp ik mij voor 1 ter aarde, omdat ik U zoo dikwerf door mijn ongeduld beleedigde. Ach, schenk mij de genade om te kunnen opstaan, den weg des kruises met liefde en vreugde te vervolgen en alle rampspoed gaarne te verduren.

Ome I ach)-. — Wees yegroet.

Glorie zij den Vader , enz.

Ontferm I onzer. Heer! ontferm U onzer.

4de STATIE.

Jesus ontmoet Zijne 1L Moeder.

Wij aanbidden U , Christus! en loven U.

Omdat Gij door I w H. Kruis de wereld verlost hebt.

Ach, welk eene hevige smart doorboorde het hart van Maria, en wie kan de folteringen opnoemen, waarmede Jesus lijden bij deze ontmoeting verzwaard werd ?

Ween, mijne ziel, ween bij dit hartscheurend schouwspel en troost de bedroefde Moeder en den lijdenden Zoon op deze wijze.

-ocr page 128-

112 Gebed.

Liefderijke Moeder, ik ben het, die uwen geliefden Zoon, uwen Jesus, aan die bar-baarsche handen van rnwe krijgsknechten overleverde.

Toen ik zondigde, juist toen, vormde ik het zwaard van droefheid dat uw moederhart doorboorde. Ach, ik heb er berouw over en smeek U beiden om erbarm ing en vergeving. Erbarming heilige Maria! mijn Jesus! met een zondaar, die het besluit maakt om niet meer te zondigen, en tot dat einde dikwijls te overwegen de smarten van Jesus en Maria.

Onze Vuder. — Wees gegroet.

Glorie zij den Vader, enz.

Ontferm U onzer, Heer! ontferm U onzer.

5de STATIE.

Jesus wordt (looi\' Simon run Cyrene in het kruisdraden geholpen.

Wij aanbidden U, Christus! en loven U.

Omdat Gij door Uw H. Kruis de wereld verlost hebt.

Denk eens na, mijne ziel; welke beleediging de Cyreneër Jesus aandeed, door Hem in

-ocr page 129-

113

het kruisdragen zijne hulp te weigeren. Maar beleedigt gij Hem niet meer, als gij liet kruis dat Jesus u overzendt, gedwongen en niet met liefde torscht, als gij het nasleept en zelfs durft ontvluchten ? Ach! verfoei uwe dwaling, en bid uwen liefhebbenden .lesus :

Gebed.

Liefdevolle Jesus ! ik belijd het, ik was die Cyreneër, ik die slechts gedwongen het kruis der wederwaardigheden gedragen en altijd getracht heb hetzelve te ontvluchten. Ach! ik erken mijne misdaad , ik smeek om vergeving en genade voor de toekomst ! Zend mij vrij die kruisen , welke U zoo dierbaar zijn; met Uwe hulp zal ik ze volgaarne omhelzen.

Ome Vuder. — Wees gegroet.

Glorie zij den Vader, enz.

Ontferm U onzer, Heer! ontferm U onzer.

6de STATIE.

Veronica droogt Jesus aanschijn met eenen zweetdoek.

Wij aanbidden U, Jesus! en loven U.

8

-ocr page 130-

114

Omdat Gij door Uw H. Kruis de wereld verlost hebt.

Is het mogelijk, mijne ziel ! dat gij niet van liefde en teederheid wegsmelt, bij de overweging van de belooning, welke de goede Jesus aan de vrome A eronica uitreikte, voor hare aan Hem betoonde daad van medelijden? Hij stelde haar in het bezit van Zijne in deii zweetdoek ingedrukte, aanbiddelijke gelaatstrekken. Zou Hij niet op dezelfde wijze ook met u handelen, door Zijn heilig W ezen in uw hart te drukken, zoo gij dikwerf uw medelijden jegens Hem opwektet? Ach! geef dan van dit gemis aan u zeiven alleen de schuld, en zeg Hem:

Gebed-

Gefolterde Godmensch! zoo Gij niet in mijn hart gedrukt zijt, is de schuld niet aan U, neen, aan mij zeiven, aan mijne ongevoeligheid moet ik het dank wijten. Immers, gevoel ik wel ooit medelijden jegens U? overweeg ik wel ooit Uwe smarten? Ach! ik verfoei mijne handelwijze en wil voortaan Uw bitter lijden dikwijls overwegen , opdat Gij met onuitwischbare letteren in mijn hart moogt gegrift blijven.

-ocr page 131-

115

Onze Vader. — Wees gegroet.

Glorie zij den Vader, enz.

Ontferm U onzer, Heer! ontferm U onzer.

7de STATIE.

Jesus valt ten tweede male onder het Kruis.

Wij aanbidden U, Christus! en loven U.

Omdat Gij door Uw II. Kruis de wereld verlost hebt.

Ach ! mijne ziel, hoe ongevoelig zijt gij 1 Ziet gij niet, dat het uwe trotschheid is, die Jesus ook nu op den grond doet neder-vallen , daar gij uwen Heiland met voeten treedt, om u zeiven te verheffen ? Ach ! verfoei toch eens dien hoogmoed , en beloof uwen gevallen Vriend beterschap.

Gebed.

Ja, mijn Jesus! ik beween mijne trotschheid , waardoor ik steeds boven anderen den voorrang begeerde, eu dewijl ik hierdoor oorzaak van Uwen val was, besluit ik, mij ook voor mijne minderen te vernederen, altijd met nederigheid en onderwerping te spreken en allen hoogmoed uit mijn hart te

-ocr page 132-

110

verbannen. Help mij hierin door Uwe vermogende genaden.

Onze Vader. — Wees gegroet.

Glorie zij den Vader, enz.

Ontferm U onzer, 1 leer! ontferm U onzer.

8ste STATIE.

Jesus troost de weenende vrouwen.

Wij aanbidden U, Christus! en loven U.

Omdat Gij door Uw H. Kruis de wereld verlost hebt.

Zie, mijne ziel! hoe de voor Jesus geplengde tranen met de door Hem gegevene vertroostingen gepaard gaan. Nauwelijks weenen Jerusalem\'s vrouwen, of Jesus vertroost haar. Overweeg eens, dat, zoo gij tot hiertoe van Hem nog geene troost ontvangen hebt, het een sprekend bewijs is, dat gij nog geene tranen van medelijden over uwen lijdenden Zaligmaker gestort hebt.

Gebed.

Beminnelijke Verlosser! al te wel gevoel\' ik mijne verplichting, om over mijne ondankbaarheid en zondige werken te schreien, maar des te meer beween ik dezelve, omdat zij oorzaak van Uw lijden waren. Zoo dan

-ocr page 133-

117

de tranen der bedroefde vrouwen U welgevallig waren, o, versmaad dan ook de mijne niet, opdat ik zoowel nu als in het uur van mijnen dood door U getroost worde.

Onze Vader. — Wees yeyroet.

Glorie zij den Vader, enz.

Ontferm U onzer. Heer! ontferm Uonzer.

9de STATIE.

Jesus valt ten derde male onder hef Kruis.

Wij aanbidden U , Christus ! en loven U.

Omdat Gij door Uw ii. Kruis de wereld verlost hebt.

Beschouw, mijne ziel ! beschouw uwen hier ten derde male op den grond gevallen Jesus. Uwe zonden rieden Hem bezwijken , Hij kon den last uwer ondankbaarheid niet langer torschen. Maak dan toch eenmaal het besluit, om niet meer ondankbaar te zijn, en uwen Verlosser op te beuren. Zeg Hem met geheel uw hart:

Gebed.

Goede Jesus! het is maar al te waar. Uw herhaald vallen werd door mij veroorzaakt, doordien ik aan Uwe genade zoo slecht be-

-ocr page 134-

118

antwoordde; maar zie, ik hel) er berouw over en neem mij voor, om in het vervolg geene genade onbeantwoord te laten. Dit echter kan ik niet zonder Uwen bijstand. Help mij dan, om uit dien afgrond van ondankbaarheid op te staan en nooit meer uit Uwe genade te geraken.

Onze Vader. — Wees gegroet.

Glorie zij den Yader, enz.

Ontferm U onzer. Heer! ontferm U onzer.

10de STATIE.

Jesus wordt ontkleed en met gal gelaafd.

Wij aanbidden U, Christus en loven 1 .

Omdat Gij door Uw li. Kruis de wereld verlost hebt.

Overweeg, mijne ziel! hoe Jesus maagdelijke zedigheid hier beleedigd, hoe Zijn smaak hier verbitterd werd. Ach! uwe onbeschaamdheid , uwe zinnelijke kleeding, uwe ijdelheid beroofden u van uwe onschuld, rukten Jesus de kleederen van het lijf; uwe onmatigheid verbitterde den smaak van uwen Heer. Welaan dan, spreek Hem rouwmoedig aan, zeggende: G-ebed.

Lijdende Jesus! ja, ik beween mijn ijdel pogen oin in de wereld eene vertooning te

-ocr page 135-

119

maken, ik verwensch mijne onwaardige begeerten, ik verfoei alle gehechtheid aan de wereld; geef dat ik mij voortaan nooit meer van het kleed der onschuld beroove, dat ik mij nooit meer aan overdaad plichtig make, en door de eenvoudigheid mijner kleeding, de zedigheid mijns haiten levendig uitdrukke.

Onze Vader. — Tfecs gegroet.

Glorie zij den Vader, enz.

Ontferm U onzer, Heer! ontferm 1 onzer.

llde STATIE.

Jeans wordt aan het Kruis genageld.

W ij aanbidden U, Christus en loven 1.

Omdat Gij door Uw H. Kruis de wereld verlost hebt.

Eindelijk, mijne ziel 1 eindelijk wordt uw vermoeide, afgematte Jesus aan het vloekhout geklonken. W een hier bij de herinnering, dat uw zoo gekoesterde hartstochten die scherpe nagelen waren , waarmede Zijne handen en voeten doorboord werden; dat uw bedorven wil de hamer was, welke slagen Golgotha weergalmen deden. Ach! smeek Hem hiervoor vergeving door te zeggen ;

-ocr page 136-

120

Gebed.

Mijn gekruiste Jesus ! duld dat ik vol droefheid en leedwezen mijne zonden en ondankbaarheid in Uwe doorboorde handen legge, niet om U op nieuw te kruisigen; maar opdat mijne trouwloosheid met U gekruist zijnde, van weedom sterve, om in eene eeuwige trouw te veranderen.

Onze Vader. - Wees gegroet.

Glorie zij den Vader, enz.

Ontferm U onzer; Heer! ontferm 1 onzer.

12de STATIE.

Jesus sterft aan het Kruis.

Wij aanbidden I , Christus! en loven I .

Omdat gij door Uw H. Kruis de wereld verlost hebt.

Beschouw, mijne ziel! beschouw nogmaals uwen aan het Kruis gehechten Jesus. Zie, hoe treffelijk Hij den eeuwigen Vader bidt voor u, die Hem zoo schandelijk hoondet; en gij aarzelt nog, vergeving te schenken aan hen, die u soms verongelijkten , die u beleedigden. En echter gij zijt het, die den Zoon van God niet slechts beleedigd, maar zelfs gekruist hebt. Welaan, verhef dan

-ocr page 137-

121

vol berouw over zoo vele zonden uwe stem tot Jesus, en zeg Hem:

Gebed.

Beminnelijke Zaligmaker! Uwe stem, waarmede Gij den Vader voor mij om vergeving badt, roept mij onophoudelijk toe, dat ik niet alleen mijne naasten alle verongelijking vergeven, maar ook U voor mijne beleedi-gers om vergeving smeeken moet. Gehoorzaam aan die stem, verfoei ik dan ook mijn tot hiertoe gevolgde hardvochtigheid en maak het voornemen, om hun, die mij verongelijking aandoen , weldaden tc bewijzen, opdat

ik ook eenmaal van U hooren moo-e; Heden

i • •

zult gij met Mij in het Paradijs zijn.

Onze Vader. — Wees yeyroet.

Glorie zij den Vader, enz.

Ontferm l onzer. Heer! ontferm \\ onzer.

13de STATIE.

Jesus wordt van het Kruis yenomen.

Wij aanbidden U, Christus en loven U.

Omdat Gij door Uw H. Kruis de wereld verlost hebt.

Gij waart het, mijne ziel ! die den gestor-

-ocr page 138-

122

ven Jesus in Maria\'s schoot legdet, zoo dikwerf gij Hem in het, H. Sacrament met weinig godsvrucht, mogelijk wel op eene heiligschen-dende wijze, in uw hart ontvangen hebt en Hem zoo doende in uw binnenste deed sterven. Ach ! vraag Jesus hiervoor vergeving; bid Maria om hare voorspraak.

Gebed.

Ja , mijn God ! het is waar, ik was ongevoelig genoeg om zulk een droevig schouwspel daar te stellen , dewijl ik zoo dikwerf Uwe heilige Tafel naderde, zoo niet door een bezoedeld geweten, dan toch met weinig godsvrucht en met een aan het aardsche gehecht hart. Ach ! dit berouwt mij en spoort mij tevens aan , om voortaan het Brood dei-Engelen zoodanig te ontvangen, dat het voor mij een onderpand worde der toekomstige

heerlijkheid.

Onze Vader. - Wees gegroet.

Glorie zij den Vader, enz.

Ontferm U onzer. Heer! ontferm V onzer.

14d0 STATIE.

Jesus wordt in het graf gelegd.

Wij aanbidden 1 , Christus! en loven U.

-ocr page 139-

123

Omdat Gij door 1 w H. Kruis de wereld verlost hebt.

Overweeg, mijne ziel! hoedanig het graf was, waarin uw ontzielde Verlosser gelegd werd. Het was een nieuw graf, en met kostbaar reukwerk gebalsemd, werd Hij in hetzelve nedergelegd. Dan, helaas! uw hart is voor uwen Jesus geen nieuw graf meer, daar gij der zonde in hetzelve eerst eene plaats hebt ingeruimd. Welaan tracht het dan nu ten minste te vernieuwen, en bid Hem dat Hij in u een geheel andei hart scheppe.

Gebed.

Liefde mijner ziel 1 ik belijd het, mijn hart was tot hiertoe een door zoo vele zonden en onvolmaaktheden bezoedeld graf; maar vol schaamte en berouw bid ik U, schep in mij een nieuw en zuiver hart, en geef, dat ik hetzelve met den balsem van de gedachtenis aan Uw lijden zalve, en met het reukwerk der deugden verfraaie. Dan zult gij altijd in mijn hart rusten als in een graf, dat heerlijk, U welgevallig is. Amen.

Ouse Vader. - Wees gegroet.

Glorie zij den Vader, enz.

Ontferm IJ onzer. Heer! ontferm 1 onzer.

-ocr page 140-

]24

SLUITGEBEI».

Hartelijk dank zij U, o Heer! voor al Uwe weldaden, en inzonderheid voor die, welke Gij mij nu weder bewezen hebt, door mij op dezen Kruisweg te ondersteunen. Ik mocht mij dan gedurende dezen tijd eens van het aardsche losscheuren, mij in de geheimen van uw lijden verdiepen en daaruit heilrijke lessen inzamelen. O, dat deze oefening dan ook werkelijk strekke tot verbetering van mijnen wandel, tot zaligheid mijner ziel. Geef, goede Jesus! dat zij ook aan die afgestorvenen voor-deelig zij, voor welke ik dezelve heb opgedragen , en mochten deze die Aflaten niet noodig gehad hebben, gewaardig T dan, dezel-ven aan die zielen toe te voegen, voor welke geene bijzondere gebeden gestort worden, en die aan mijne hulp de meeste behoefte hebben; beschik over dezelve gelijk het U behaagt.

Eindelijk verleen mij, dat ik Uw heilig lijden bestendig in mijne gedachte hebben, mijnen wandel daarnaar regelen en tot den laatsten adem mijns levens in de deugd volharden mo2:e. Amen.

O

Zesmaal Onze Vader, Wees yeyvoet, en Glorie zij den Vader, enz.

-ocr page 141-

125

Goddelijk Hart van Jesus, ontferm U onzer. (100 d. afl.) Moge het H. Hart van Jesus alom bemind worden.

(100 dagen aflaat.) Onbevlekt Hart van Maria, bid voor ons. (100 d. afl.)

LITANIE

TOT

Oe I,, Vrouw van het H. Hart van Jesus,

Heer, ontferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

God hemelsche Vader, ontferm U onzer. God Zoon, Verlosser der wereld, ontferm U onzer.

God Heilige Geest, ontferm U onzer.

Heilige Drievuldigheid, één God, ontferm U onzer.

-ocr page 142-

126

Onze Lieve Vrouw van het Heilig Hart, 1)1(1 voor ons.

Koningin des vredes en der goedertierenheid, Uitdeelster van Gods gaven , Veroveraarster der harten ,

„ Moeder der barmhartigheid,

quot;S Moeder der goddelijke genade ,

S Zoet geschenk des Hemels,

tp Opperste Weldoenster, ^ Onvergelijkelijkste Schatmeesteres, Doorluchtige Middelares ,

Zekere hulp in alle gevaren , ^

^ Hoop en Bijstand der hoopeloozen , | Moeder der weezen en veriatenen, : Gij, die de geslachten zegenen, |

S Üij, wier lieflijkheid de zoetheid van • 2 honig overtreft.

Gij, wier gebeden bij den Alinachti-g ge alles vermogen ,

Gezegende aarde , die de vrucht des cu levens hebt voortgebracht, J Onbevlekte lelie, welker geuren het heelal vervullen,

Geheimzinnige bron ,

Areilige schuilplaats tegen de gevaren der wereld,

-ocr page 143-

127

Onze Lieve Vrouw van het Heilig Hart, Zuiverste en beminnelijkste der schepselen, bid voor ons.

Dat het U behage onze lofzangen aan te nemen en onze smeekingen te verhooren, O. L. Vrouw van het H. Hart.

Dat de Hemel U eere,

Dat de aarde uwe weldaden verkondige,

Dat de jeugd onder uwen maagdelijken C

mantel schuile, g

DatdemoedersUhare familie toevertrouwen _

Dat de grijsaards U aanroepen en zegenen, %■

Verkrijg de bekeering der verhardste o

zondaars, lt;

Vraag de vermorzeling onzer harten, £

Verwerf ons tranen van berouw, lt;

AVees onze wapenrusting als satan ons lt;

belaagt, -

Dat het U behage ons in \'t heiligen van squot;

ons leed behulpzaam te wezen,

Dat het U behage Gods zegen over onze JT

werkzaamheden af te smeeken, rjP

Dat het U behage ons onder uwe be- _

scherming te bewaren,

Laat U bewegen door onze wonden, ge- -Tquot; varen en kwalen,

-ocr page 144-

128

Dat uwe liefde ons uwe armen ten

toevluchtsoord moge openen ,

Dat uwe meewarigheid ons helpe onze

fouten te verbeteren ,

Dat uwe teederheid ons nimmer moge verlaten ,

Dat uwe nederigheid over onzen hoogmoed moge zegepralen ,

Dat uwe liefde ons tot het Hart van

Jesns moge geleiden,

Dat uw gebed ons in het laatste uur

moge bijstaan ,

Dat uwe verdediging ons voor Gods

rechterstoel moge beschermen ,

Bewaar door uwe tusschenkomst den

Paus-Koning,

Verkrijg, dat het ware geloof in ons

vaderland steeds bloeie,

Verkrijg, dat de bisschoppen en de geestelijkheid op den weg der heiligheid bestierd worden,

Bescherm de wereld tegen de pogingen

der goddeloosheid ,

Breng door uwe voorspraak de ketters en scheurmakers terug tot de Kerk van Christus,

-ocr page 145-

129

Verwerf, dat het licht des Evangelies schittere voor de oogen der ongeloovigen, Onze Lieve Vrouw van het Heilig Hart.

Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt,

spaar ons, Heer.

Lam Gods, dat de zouden der wereld wegneemt,

verhoor ons, Heer !

Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt,

ontferm U onzer.

Christus, hoor ons. Christus, verhoor ons. Heer, ontferm V onzer. Christus, ontferm U onzer. Heer, ontferm U onzer.

v. Bid voor ons, vermogende en onver-winnelijke Vrouw van het H. Hart.

r. Opdat wij door U, verhevene Hoop der hopeloozen, mogen waardig worden de beloften van Jesus Christus, uwen Zoon.

Laat ons bidden.

O God, die, om de zegepraal uwer barmhartigheid en het heil onzer zielen, aan Maria de onbevlekte maagd, den grootsten invloed hebt willen geven op het Hart van Jesus; verleen ons , door hare gebeden en tusschen-komst, de genade in uwe heilige liefde te

9

-ocr page 146-

130

leven en te sterven. W ij vragen het L , dooi denzelfden Jesns Christus, onzen Heer. Amen.

HET „MEMORAREquot;

VAN O. L. VROUW VAN HET H. HART VAN JESÜS.

100 dagen aflaat (nrs ix 13 juni 1870.)

Gedenk , Onze Lieve Vrouw van het Heilig

Hart, den onweerstaanbaren invloed, dien H

Gij bezit op het Hart van nwen aanbidde- Cl

lijken Zoon. Vol vertrouwen op uwe ver- H

diensten komen wij uwe bescherining af- Cl

smeeken , liefderijke Moeder van Jesns, die Cl

de onuitputbare Bron van alle genade is, G

welke sij naar welgevallen kunt openen , G om er over \'t menschdom te doen uitstroo-

men de schatten van liefde en barmhartigheid, G

van licht en zaligheid, die er in zijn opgesloten. Verleen ons , smeeken wij 1 , de gunsten die wij verzoeken. Neen, wij zullen niet afgewezen worden, en , omdat Gij onze H Moeder zijt, Onze Lieve Vrouw van het M H. Hart, neem onze gebeden gunstig op, M en o-elief ze te verhooren. Amen. A

A

-ocr page 147-

LITANIE

van de H. Maagd Maria.

Heer, ontferm U onzer.

Christus , ontferm U onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

God heinelsche Vader, ontferm U onzer.

God Zoon, verlosser der wereld, ontferm

U onzer.

God H. Geest ontferm U onzer. II. Drievuldigheid, één God, ontferm U onzer, li. Maria, bid voor ons.

H. Moeder Gods, c-;

H. Maagd der maagden ,

Moeder van Christus, g

Moeder der goddelijke gratie,

Allerreinste Moeder, £

Allerzuiverste Moeder, *

Ongeschondene Moeder,

-ocr page 148-

Vó-z

Onbevlekte Moeder,

Zeer minnelijke Moeder, Zeer wonderlijke Moeder, Moeder des Scheppers, Moeder des Zaligmakers, Allervoorzichtigste Maagd, Eerwaardige Maagd, Lofwaardige Maagd,

Machtige Maagd, Goedertierene Maagd, Getrouwe Maagd,

Spiegel der rechtvaardigheid, Stoel der wijsheid.

Oorzaak onzer blijdschap, Geestelijk vat,

Eerwaardig vat,

Schoon vat van devotie. Geestelijke roos,

Toren van David,

Ivoren toren,

Gulden huis.

Ark des verbonds.

Deur des Hemels, Morgenster,

Behoudenis der kranken. Toevlucht der zondaren,

-ocr page 149-

133

Troosteres der bedrukten,

Hulp der christenen ,

Koningin der Engelen,

Koningin der Patriarchen , 3:

Koningin der Profeten , lt;

Koningin der Apostelen , o

Koningin der Martelaren, 0

Koningin der Belijders, S

Koningin der Maagden,

Koningin van alle Heiligen,

Koningin , zonder vlek ontvangen,

Koningin van den IL Rozenkrans,

Lam Gods, hetwelk de zonden der wereld

wegneemt, spaar ons, Heer.

Lam Gods, hetwelk de zonden der wereld

wegneemt, verhoor ons , Heer. Lam Gods, hetwelk de zonden der wereld

wegneemt, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons. Christus, verhoor ons. Heer, ontferm 1 onzer.

Onze Vader, enz.

ant. Onder uwe bescherming nemen wij onzen toevlucht, o heilige Moeder Gods! verstoot onze gebeden niet in onzen nood, maar verlos ons altijd van alle gevaren, o glorierijke en gezegende Maagd! onze Vrouw.

-ocr page 150-

134

onze Middelares , onze Voorspreekster! verzoen ons met uwen Zoon, vertoon ons aan uwen Zoon, beveel ons aan uwen Zoon. v. Bid voor ons H. Moeder Gods ! k. Opdat wij der beloften van Christus

waardig worden.

Laat ons bidden.

O Heer, God! wij bidden U, stort uwe genade in onze harten , opdat wij, die door de boodschap des Engels de menschwording van Christus, uwen Zoon, gekend hebben, door Zijn lijden en kruis gebracht worden tot de glorie der verrijzenis. Door denzelfden Jesus Christus, onzen lieer. Amen. Gebed tot de Allerheiligste Maagd Maria. Gedenk , o genadigste Maagd Maria ! dat men nooit gehoord heeft, dat iemand die tot u gevlucht is. uwen bijstand verzocht of uwe voorspraak gevraagd heeft, van u verlaten is geweest. Door dit betrouwen aangemoedigd , o Maagd der maagden ! kom ik tot u, en zuchtende onder het gewicht mijner zonden, werp ik mij voor uwe voeten neder. O Moeder des Woords! versmaad mijne gebeden niet, maar neem ze genadig aan en gewaardig ze te verhooren.

-ocr page 151-

LITANIE ttmt Itci liciliii i^ari itnu piaria.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

God hemelsche Vader, ontferm U onzer. God Zoon, Verlosser der wereld, ontferm U onzer.

God, Heilige Geest, ontferm II onzer. H. Drievuldigheid, één God, ontferm 1\' onzer Hart van Maria, zonder vlek ontvangen,

bid voor ons.

Hart van Maria, vol van gratie, g

Hart van Maria, onder alle harten lt;

gebenedijd, 5

Hart van Maria, allerootmoedigst hart, o Hart van Maria, allerzuiverst hart,

-ocr page 152-

136

Hart van Maria, heilige rustplaats van

de heilige Drievuldigheid,

Hart van Maria, zeer gelijkende aan

het allerheiligste hart van Jesus,

Hart van Maria, tabernakel van God, menschgeworden op den dag uwer boodschap ,

Hart van Maria, met nieuwe gratiën in

uwe bezoeking vervuld,

Hart van Maria, woonplaats van Jesus,

ten tijde van negen maanden.

Hart van Maria, overgoten met blijdschap in de geboorte van Jesus,

Hart van Maria, vol van verwondering

in de aanbidding der wijzen.

Hart van Maria, doorstoken met het zwaard van droefheid , door de voorzegging van den heiligen Simeon in uwe zuivering,

Hart van Maria, vol van zorg en ongemak in de vlucht naar Egypte,

Hart van Maria, bedrukt over het verlies van Jesus, en wederom verblijd over zijne wedervinding in den tempel. Hart van Maria, door droefheid bevangen met Jesus in den hof der Olijven,

-ocr page 153-

137

Hart van Maria, inwendig verscheurd

in zijne geeseling,

Hart van Maria, met doornen doorstoken in zijne kroning,

Hart van Maria, vol angst en benauwdheid bij de ontmoeting van Jesus, dragende zijn kruis,

Hart van Maria, deel hebbende in al de pijnenen smarten vanuwenlie ven Jesus, Hart van Maria, met Jesus aan het

kruis genageld,

Hart van Maria, in den dood van Jesus

met droefheid overgoten,

Hart van Maria , met Jesus gestorven

en in het graf gelegd.

Hart van Maria, met blijdschap verrezen,

in de verrijzenis van Jesus,

Hart van Maria, door liefde vervoerd in de openbaring en hemelvaart van Jesus, Hart van Maria, door nieuwe gratiën geheiligd in de komst van den heiligen Geest,

Hai\'t van Maria, boven alle gelukzaligen verheven op den dag uwer hemelvaart. Hart van Maria, gesteld aan de rechterhand van Jesus in den Hemel,

-ocr page 154-

138

Hart van Maria, toevlucht der zondaren.

Hart van Maria, steun der rechtvaardigen, cr Hart van Maria, blijdschap der Maagden, — Hart van Maria, troost der bedrukte en o zieke menschen, ^

Hart van Maria, hoop der stervenden , 2 Hart van Maria, blijdschap der Engelen

en van alle heiligen.

Lam Gods, dat de zouden der wereld wegneemt, spaar ons, lieer.

Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, verhoor ons, Heer.

Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt , ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

v. O, H. Maagd, gedoog dat ik u love ! h. Verleen mij sterkte om uwe vijanden te wederstaan.

Laat ons bidden.

H. Maria, Moeder van onzen Heer Jesus Christus, en Koningin van geheel de wereld, die niemand verlaat of niemand verstoot, aanzie mij met een oog van genade en barmhartigheid, o verhevene Vrouw ! Verkrijg bij uwen Zoon vergiffenis over al mijne zonden.

-ocr page 155-

1:39

opdat ik nu in den geest niet nlle mogelijke liefde den lof en de verdiensten van nw heilig en onbevlekt hart overwege en hiernamaals de kroon der eeuwige zaligheid verkrijge. Door onzen lieer Jesus Christus, die leeft en heerscht met God den Vader in de eenheid van den heiligen Geest, in alle eeuwen

der eeuwen. Amen.

------

LITANIE

TER EERE VAN

O. L. VROUW VAN GOURDES.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

God hemelsche Vader, ontferm Iquot; onzer. God Zoon , Verlosser der wereld , ontferm U onzer.

God Heilige Geest, ontferm ( onzer.

Heilige Drievuldigheid, één God, ontferm U onzer.

-ocr page 156-

140

Maria, allerheiligste en allerverbevenste

Moeder Gods, bid voor ons.

Maria, minzame Koningin, wier glinsterende troon op de vleugelen der Seraphynen, aan de rechterhand van den Koning der koningen rust,

Maria, machtige Koningin, welke heerscht over legioenen engelen, die eerbiedig uwe bevelen afwachten om uwe getrouwe dienaars ter hulp te snellen, Maria, bewonderenswaardige Koningin , _ die van het hoogste uwer uitmuntende EL grootheden, U gewaardigd hebt neder te zien op een woeste plaats der aarde, c om er een arm kind te zoeken,

Maria, die, schitterend van luister en £ hemelsche goedheid , verscheiden malen verschenen zijt. in de grot van Lourdes , aan een jonge dochter des velds ,

Maria, die, tusschen uwe handen een rozenkrans houdende, en het teeken des H. Kruis makende, het verbaasde kind hebt aangezet om den H. Rozenkrans te bidden,

Maria, die, met bedrukten blik, aan

-ocr page 157-

141

de kleine herderin bevolen hebt veel te bidden voor de zondaren,

Maria , die het eenvoudige kind tot de Priesters gezonden hebt, om te zeggen: dat Gij wildet, dat men U eene kapel zou bouwen op de rotsen , waar Gij verschenen waart,

Maria, die aan het nederig kind gezegd hebt, dat Gij verlangdet. dat men de spelonk van Lourdes bezoeke, en er in processie kome,

Maria, die eene bron van helder water hebt doen ontspringen uit de rots, op welke uwe gezegende voeten hadden gerust,

Maria, die, onder alle verhevene namen en glorierijke eeretitels, dien uwer Onbevlekte Ontvangenis verkozen hebt om te Lourdes geëerd te zijn, Maria, die, al de pogingen der wereldsche wijsheid, welke den stroom uwer goedheid en gunsten wilde tegenhouden , in de grot van Lourdes, verstomd en verijdeld hebt, door uw alverbazend vermogen,

Maria, Oceaan van genaden, weldaden

-ocr page 158-

143

en zegeningen, die gedurig de wonderbare bron van Lourdes onderhoudt en voedt,

Onbevlekte Maagd, uitnemende Bron van glorie , vreugd en zaligheid voorde gelukkige heinelingen ,

hemelsche Bron van zoetigheid, vrede en volharding voor de rechtvaardige zielen,

onuitputtelijke Bron van medelijden, barmhartigheid en vergiffenis voor dc arme zondaars,

levende Bron van vertroosting, op-go beuring en steun voor de bedrukte 43 harten,

^ overvloedige Bron van bijstand, kracht t? en genezing voor de zieken en 4; kranken,

J zalige Bron van hulp, genaden en (2 hoop voor de stervenden , ^ weldadige Bron van verzachting, licht en verlossing voor de lijdende zielen des vagevuurs,

vermaarde Bron van heil, bescherming en welzijn voor het menschel ijk geslacht, die aan de blinden het

-ocr page 159-

143

gezicht, aan de stommen de spraak, aan de dooven het gehoor en aan de verlamden het gebruik hunner ledematen verschaft,

wier ontelbare wonderen en schitte- 5quot;! rende weldaden in alle gewesten

O ***

der aarde verkondigd en bewon- g

O O

derd zijn, ~

wier Heilig Hart overstroomt van S

teederheid en goedheid voor ons,

wier liefde tot ons de liefde aller moeders voorharekinderen overtreft, wie nooit iemand heeft aangeroepen zonder verhoord te zijn.

Van uit den schoot der goddelijke glorie, die U in den hemel omringt, bewaak ons Maria. In de onderhouding der geboden Gods en der Heilige Kerk, moedig ons aan, Maria. Op den engen weg des hemels, ondersteun ons, Maria.

In den strijd van Satan, de wereld en het

vleesch, beschut ons, Maria.

In de ware standvastige godsvrucht, bevestig ons, Maria.

In ziekten, krankheden en smarten, vertroost ons, Maria.

öü Cw

03

c

-ocr page 160-

144

In de uur ouzes doods, bescherm ons, Maria. Als wij, bevend, voor onzen rechtvaardigen Rechter zullen staan; bid voor ons, Maria. Lam Gods, dat wegneemt de zonden dei-

wereld , spaar ons, Heer.

Lam Gods, dat wegneemt de zonden dei-

wereld, verhoor ons. Heer.

Lam Gods, dat wegneemt de zonden dei-

wereld, ontferm U onzer. Heer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

Onze Vader. 11\'ee.s (jeyyoet. enz.

Bid voor ons, o heilige en onbevlekte

Moeder.

Opdat wij waardig worden der beloften

van Christus.

O Jesus , God van oneindige goedheid, die Maria, Uwe onbevlekte Moeder, hebt aangesteld tot Uitdeelster van dien schat van genade en barmhartigheid, waar Uw goddelijk Hart het begin en de eeuwige bron van is, en welke het die wonderlijke Maagd behaagt op zulke verbazende A\\ijze uit te storten over de gezegende rotsen van Lourdes, wij bidden U nederig, door hare verdiensten en gebeden, geef ons toch al

-ocr page 161-

145

wat ons heilzaam is, de gezondheid der ziel en des lichaanis, maar bovenal de onschatbare genade van U altijd meer en meer te kennen en te beminnen, opdat wij, na U op aarde getrouwelijk gediend te hebben, ons eens in den hemel, voor uwen troon mogen bevinden, aan de voeten van Maria , onze goede Moeder, en vereenigd met de koren der Engelen en der Heiligen , U met hen loven , danken en beminnen in alle eeuwigheid. Amen.

Aan Maria.

Wees eeuwig gezegend, geloofd, bemind en aangeroepen, o Maria! die met zooveel liefde eenen overvloed van genaden uitstort over de grot van Lourdes, welke Gij door uwe tegenwoordigheid geheiligd hebt. Wees toch altijd onze Moeder, onze lioop, onze troost op aarde en onze Koningin in de eeuwige zaligheid. Amen.

Gebenedijd zij de heilige en Onbevlekte

Ontvangenis van de Allerh. Maagd Maria!

(300 (lui/en nflaaf.)

Zoet hart van Maria, wees mijne zaligheid.

(300 claf/en aflaat.)

10

-ocr page 162-

144

In de uur onzes doods, bescherm ons, Maria. Als wij, bevend, voor onzen rechtvaardigen Rechter zullen staan; bid voor ons, Maria. Lam Gods, dat wegneemt de zonden dei-

wereld, spaar ons, Heer.

Lam Gods, dat wegneemt de zonden dei-

wereld, verhoor ons. Heer.

Lam Gods, dat wegneemt de zonden dei-

wereld, ontferm U onzer. Heer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

Onze Vader. Wees gegroet, enz.

Bid voor ons, o heilige en onbevlekte

Moeder.

Opdat wij waardig worden der beloften

van Christus.

O Jesus, God van oneindige goedheid, die Maria, Uwe onbevlekte Moeder, hebt aangesteld tot Uitdeelster van dien schat van genade en barmhartigheid, waar Uw goddelijk Hart het begin en de eeuwige bron van is, en welke het die wonderlijke Maagd behaagt op zulke verbazende w ijze uit te storten over de gezegende rotsen van Lourdes, wij bidden U nederig, door hare verdiensten en gebeden, geef ons toch al

-ocr page 163-

145

wat ons heilzaam is, de gezondheid der ziel en des lichaams, maar bovenal de onschatbare genade van U altijd meer en meer te kennen en te beminnen, opdat wij, na U op aarde getrouwelijk gediend te hebben, ons eens in den hemel, voor uwen troon mogen bevinden, aan de voeten van Maria , onze goede Moeder, en vereenigd met de koren der Engelen en der Heiligen , U met hen loven , danken en beminnen in alle eeuwigheid. Amen.

Aan Maria.

Wees eeuwig gezegend, geloofd, bemind en aangeroepen, o Maria! die met zooveel liefde eenen overvloed van genaden uitstort over de grot van Lourdes, welke Gij door uwe tegenwoordigheid geheiligd hebt. Wees toch altijd onze Moeder, onze hoop, onze troost op aarde en onze Koningin in de eeuwige zaligheid. Amen.

Gebenedijd zij de heilige en Onbevlekte Ontvangenis van de Allerh. Maagd Maria!

(;iÜ0 ihKjen dfluat.)

Zoet hart van Maria, wees mijne zaligheid.

(300 do (/en aflaat.)

10

-ocr page 164-

L I f A M 11 VAN DEIN^ H. JOSEF.

lieer, ontferm U onzer.

Christus, ontferm ü onzer.

Heer, ontferm I onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

God, hemelsche Vader, ontferm V onzer.

God, Zoon, Verlosser der wereld, ontferm

U onzer.

Cod H. Geest, ontferm U onzer. H. Drievuldigheid, één God, ontferm U onzer. H. Maria, bid voor ons.

H. Moeder Gods, bid voor ons.

H. Maagd der Maagden, bid voor ons. _ H. Josef, bid voor ons. g_;

Bruidegom van Maria , lt;

T w

Voedstervader van Jesus, c

Man naar Gods hart, c

Getrouwe en wijze dienaar , f-

9

-ocr page 165-

147

iBewaarder der zuiverheid van Maria,

jMedehulp van Maria,

;Die om Maria met bijzondere genade

begunstigd zijt,

10 gij zoo zuiver in maagdelijkheid, (iij zoo die]) in ootmoedigheid,

Gij zoo vurig in liefde,

lüij zoo hoog in beschouwing, [Die door den Heiligen Geest zeiven

rechtvaardig zijt verklaard,

[Die in de goddelijke verborgenheden boven anderen verlicht zijt geweest, |Die door den Engel in het geheim der

Menschwording onderwezen zijt, [Die met Maria, uwe bruid, welke bevrucht was, naar Bethlehem gereisd zijt, ])ie, in de herberg geen plaats vindende,

in een stal zijt gaan vernachten, ])ie waardig geacht zijt bij Christus te wezen, toen Hij bij zijne geboorte in eene krib gelegd werd ,

Die, toen Christus besneden werd, zijnen ; naam Jesus genoemd hebt,

|)ie met Maria het kind Jesus in den j tempel hebt opgedragen,

|)ie op het woord van den Engel, met

-ocr page 166-

148

Jesus en Maria naar Egypte gevlucht zijt.

Die na Herodes dood met het Kind en zijne Moeder naar het land van Israël zijt wedergekeerd,

Die, toen het Kind Jesus te Jerusalem gebleven Avas, het vol droefheid met Maria zijne Moeder gezocht hebt, Die Hem zittende in het midden der leeraren, na drie dagen met blijdschap gevonden hebt.

Aan wien de Heer der Heeren op aarde

is onderdanig geweest,

Wiens lof in het Evangelie vermeld wordt. Man van Maria, uit welke Jesus geboren is. Patroon der IJ. Kerk,

Onze voorspreker, hoor ons H. Josef. Onze beschermer, verhoor ons H. Josef. In onzen nood, help ons H. Josef. In al onze benauwdheden,

In het uur van onzen dood,

Door uwe allerheiligste trouw.

Door uwe vaderlijke zorg en teederheid, Door al uw arbeid en zwoegen,

Door al uwe deugden,

Door al uwe verdiensten ,

-ocr page 167-

149

Wij, die ii als beschermer aanroepen, wij

bidden u, verhoor ons.

Dat gij Jesus wilt bidden, om vergiffenis

onzer zonden te verkrijgen,

Dat gij ons steeds aan Jesus en Maria

gelieft aan te bevelen ,

Dat gij voor alle maagden en ongehuw-den de gaaf van zuiverheid gelieft te verwerven,

Dat gij voor de gehuwden eene onbevlekte ~ getrouwheid en heilige eendracht wilt verkrijgen,

Dat gij voor alle vergaderingen eene ~ volmaakte liefde en overeenstemming ~ wilt verwerven, £

Dat gij de vaders der huisgezinnen in 5-het opvoeden hunner kinderen wilt £ behulpzaam zijn, c

Dat gij alle vergaderingen , die u hijzon- p

derlijk zijn toegedaan, wilt begunstigen, Dat gij allen die op uwe hulp betrouwen, altijd en overal, wilt beschermen, Dat gij alle geloovigen en de gansche H. Kerk door uwe voorbede wilt helpen.

Lain Gods , dat de zonden der wereld wegneemt , spaar ons, Heer.

-ocr page 168-

150

r

Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, verhoor ons. Heer.

Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, ontferm ü onzer.

Jesus Christus, hoor ons.

Jesus Christus, verhoor ons.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Hid voor ons H. Josef.

Opdat wij de beloften van Christus waardig 1 worden.

Laat ons bidden.

Wij bidden ü, Heer, dat wij door de verdiensten van den Bruidegom der allerheiligste Maagd en Moeder Gods Maria geholpen worden, opdat ons door zijne voorspraak gegeven worde wat wij door ons zeiven niet kunnen verkrijgen. Die leeft en regeert in de eeuwen der eeuwen. Amen.

-ocr page 169-

L I T A. 1E

VAN DEN

H. Antonius van Padua.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, ontferm U onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

Hemelsche Vader, waarachtig God, ontferm U onzer.

Zoon Gods, Verlosser der wereld, ontferm U onzer.

HeiligeGeest, waarachtig God, ontferm TJ onzer.

Heilige Drievuldigheid, één God, ontferm U onzer.

H. Maria, Moeder en Beschermster van den H. Antonius, bid voor ons.

H. F \'ranciscus. Vader en onderrichter van den H. Antonius, bid voor ons.

-ocr page 170-

152

H. Autonius,

Zalige vrucht van Spanje,

Nieuw licht van Italië,

Beschermer en roem van Padua,

Apostel van Frankrijk,

Navolger van den H. Vader Franciscus,

Lelie van zuiverheid,

Kostbare parel der armoede;

Klaarschijnend licht van gehoorzaamheid,

Spiegel van boetvaardigheid,

Roos van verduldigheid,

O 7

Vlam van liefde,

Vat van heiligheid .

Pilaar der II. Kerk,

Verkondiger der genade,

Uitroeier fier zonden,

Versmader der wereld.

Verkondiger van Gods eer.

Ootmoedige verberger der wijsheid, Leeraar der waarheid,

Blinkende ster van de Serafijnsche orde. Ark des Verbonds,

Bazuin des Allerhoogsten,

Voorvechter van het geloof in het hoogwaardig Sacrament,

Brandende naar den marteldood.

-ocr page 171-

158

j Geesel der ketters,

l Schrik der ongel oovigen,

Roede der dwingelanden,

Vurige minnaar van Gods Huis,

IJveraar voor de zaligheid der zielen, Wonderbare mirakeldoener,

Patroon in verlorene zaken,

Toevlucht der armen,

Gezondheid der zieken , ^

Vertrooster der bedrukten , c

Hof van vreugden , -=

Kenner der harten, §

Voorzegger der toekomende dingen, Verwekker der dooden,

Schroom der duivelen,

Navolger der Oudvaders en Profeten. Afbeeldsel der Apostelen ,

Uitstekende onder de Leeraren,

Roem der Heiligen,

Onze allerzoetste Vader en beschermer.

Wees genadig, spaar ons, Fleer.

Wees genadig, verhoor ons. Heer Van alle kwaad, verlos ons. Heer.

Van alle zouden, verlos ons , Heer.

Van de listen des duivels, verlos ons. Heer. Van pest, honger en oorlog, verlos ons, Heer.

-ocr page 172-

154

Van den eeuwigen dood,

Door de verdiensten van den H. Antonius, Door zijne brandende liefde,

Door zijnen ijver voor de bekeering dei-zondaren ,

Door zijne vurige begeerte naar den

marteldood,

Door zijne gedurige volharding in zijne beloften van armoede, zuiverheid en gehoorzaamheid,

Door zijn onvennoeiden arbeid,

Door de wonderbare verscheidenheid

zijner wonderwerken,

Op den dag des oordeels, verlos ons Heer. Wij zondaars, wij bidden U, verhoor ons. Dat gij ons tot een waarachtig berouw en leedwezen over onze zonden wilt brengen,

Dat gij het vuur der goddelijke liefde

in ons wilt ontsteken.

Dat gij ons der verdiensten en voorspraak van den H. Antonius deelachtig wilt maken,

Dat gij ons vaderland in den dienst van den H. Antonius wilt doen volharden,

-ocr page 173-

155

Dat gij allen , die tot den H. Antonius ^ hunne toevlucht nemen, gezondheid naar ziel en lichaam wilt vevleenen, ^ Dat wij, door de verdiensten van den H. Antonius, in alle soorten van deugden voortgang mogen maken ,

Dat gij alle minnaars en dienaars van den o H. Antonius met uwe zeseninsen wilt

O O C

voorkomen, B,

Dat gij u gewaardigt ons te verhooren, 2 JesusChristus, Zoon van den levenden God, •quot;0 Lam Gods, dat do zonden der wereld weg-

o

neemt, spaar ons. Heer.

Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, verhoor ons, Heer.

Lam Gods dat de zonden der wereld wegneemt, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

Heer, ontferm 1 onzer.

Onze Wider, enz. IFees (jegroet, enz.

Bid voor ons lieilige Antonius.

ü])dat wij de beloften van Christus waardig worden.

-ocr page 174-

J 50 (liebert.

O allerbarmhartigste Jesus, die uwen Belijder den H. Antonius, door voortdurende wonderen, op eene wonderbare wijze hebt doen uitschijnen, geef dat wij, door zijne voorspraak en verdiensten, niet zekerheid bekomen, hetgeen wij met vertrouwen verzoeken. Dit snieeken wij U , die met den Vader en den H. Geest leeft en heerscht, in de eeuwen der eeuwen. Amen.

LITANIE

Heer, ontferm U onzer,

Christus, ontferm I/ onzer.

Heer, ontferm U onzer.

Christus, hoor ons.

Christus, verhoor ons.

God, Hemelsche Vader, ontferm U onzer.

-ocr page 175-

157

God Zoon, verlosser der wereld, ontferm

U onzer.

God H. Geest, ontferm U onzer.

H. Maria, geheimzinnige Koos, bid voor ons. II. Rosa, Moeiende van liefde tot uwen

Bruidegom,

Id. Rosa, wier aangezicht in de wieg op eene Roos gelijkend bevonden en die daarom genoemd werd Rosa: daarna door O. L. Vrouw genaamd,

Rosa van de 11. Maria,

H. Rosa, die van uw vijfde jaar u , opgedragen hebt aan Christus Jesus, rS. H. Rosa, die door de ingevingen Gods, /

O o 7 . /

het kleed van den II. Vader Domi-/

nicus aanvaard hebt,

11. Rosa, die gewoon waart uwe spijzfe g

te mengen met alsem of gal der dieren, II. Rosa, die zeer streng in uwe boetvaardigheid waart, \'s Vrijdags gal drinkende ter gedachtenis aan de gal, die Christus gedronken heeft,

H. Rosa, die door God met vele ziekten, benauwdheden des harten, keelgezwellen en aamborstigheid zijt bezocht geworden,

-ocr page 176-

158

H. Rosa, die van Jesus, uwen Engelbewaarder, de H. Catharina van Senen en de 11. Maagd Maria dikwijls zijt liezocht geworden,

II. Rosa, die van Jesns zeiven hebt mogen liooren; Rosa! zijt mij eene bruid mijns harten, ^

II. Rosa, (lie door uwe boetvaardigheid pL en door het dragen van eene scherpe lt; kroon de strafte Gods van de stad £ Lima hebt afgekeerd , c

11. Rosa, aan wie Jesus zelve voorzegd S heeft, van hier verschrikkelijk te moeten lijden,

H. Rosa, die ten hemel gevlogen zijt, om voor eeuwig de omhelzingen van uwen Bruidegom te genieten,

H. Rosa, eerste en allerschoonste bloem

van Amerika,

Lam Gods, dat wegneemt de zonden dei-

wereld, spaar ons, lieer.

Lam (iods, dat wegneemt de zonden dei-

wereld , verhoor ons, Heer.

Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld , ontferm U onzer.

Onze I \'ader. enz.

-ocr page 177-

159

v. Bid voor ons H. Rosa de Lima. k. Opdat wij waardig worden der beloften van Christus.

Gebed.

Almachtige God, nitdeeler van alle goed en gaven, die de 11. Rosa, door den hemel-schen dauw der genade voorkomen, aan die van Indië hebt laten bloeien, geef ons, uwe dienaren, dat wij, in haren zoeten geur levende, den goeden geur van Christus mogen worden. Die met U leeft en regeert, in de eenheid des Heiligen Geestes, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.

quot;A/W—

-ocr page 178-

158

H. Rosa, die van Jesus, uwen Engelbewaarder, de H. Catharina van Senen en de H. Maagd Maria dikwijls zijt bezocht geworden,

IT. Rosa, die van Jesus zelven hebt mogen hooren; Rosa 1 zijt mij eeiie bruid mijns harten,

11. Rosa , die door uwe boetvaardigheid en door het dragen van eene scherpe lt; kroon de strafte Gods van de stad c Lima hebt afgekeerd, c

II. Rosa, aan wie .lesas zelve voorzegd i heeft, van hier verschrikkelijk te moeten lijden,

H. Rosa, die ten hemel gevlogen zijt, om voor eeuwig de omhelzingen van uwen Bruidegom te genieten,

H. Rosa, eerste en allerschoonste bloem

van Amerika,

Lain Gods, dat wegneemt de zonden dei-

wereld, spaar ons, lieer.

Lam Gods, dat wegneemt de zonden der

wereld, verhoor ons. Heer.

Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld , ontferm U onzer.

Onze Wider, enz.

-ocr page 179-

159

v. Bid voor ons H. Rosa de Lima. k. Opdat wij waardig worden der beloften van Christus.

Gebed.

Almachtige God, uitdeeler van alle goed en gaven, die de 11. Rosa, door den hemel-schen dauw der genade voorkomen, aan die van Indië hebt laten bloeien, geef ons, uwe dienaren, dat wij, in hareu zoeten geur levende, den goeden geur van Christus mogen worden. Die met U leefr en regeert, in de eenheid des Heiligen Geestes, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.

i

-ocr page 180-
-ocr page 181-

EZ ANGEN.

-ocr page 182-
-ocr page 183-

Lofzang VENI CREATOR.

Kom, Schepper, kom, o heilige Geest Bezoek ons all\' van minst tot meest, Kom, en stort uw genadekracht Tn de harten door U voortgebracht.

Gij zijt de Trooster hooggeroemd , Gij wordt de gave Gods genoemd. De levensbron, de liefdegloed. En ware zalving van \'t gemoed.

Gij zijt van \'s Vaders rechterhand De vinger, en dat waardig pand, Die hart en tong zeer rijk begaaft. En met uwe zeven gaven laaft.

Geef, dat uw licht onz\' ziel bestraal. En uwe liefde in \'t harte daal. En daar zoo zoet en krachtiar werkt, Dat al wat zwak is wordt versterkt.

-ocr page 184-

164

5. Verdrijf den vijand van ons af,

Verleen ons vreê in plaats van straf, Geleid ons langs de rechte baan,

Opdat wij alle kwaad ontgaan.

(i. Maak, dat ons door U kenbaar zij De Vader en de Zoon daarbij,

En dat wij U, hun beider Geest Belijden, dienen onbevreesd.

7. Lof zij den Vader, lof den Zoon, Die door Zijn dood het leven won ; Lof aan U, die de Trooster zijt,

Van nu af tot in eeuwigheid. Amen.

v. Zend uwen Geest uit en zij zullen herschapen worden.

r. En Gij zult het aanschijn der aarde vernieuwen.

Laat ons Imlden.

God, die de harten der geloovigen dooide verlichting van den II. Geest hebt onderwezen, geef ons, dat wij in denzelfden Geest de ware wijsheid erlangen, en ons door zijne vertroosting gedurig mogen verblijden. Door Christus, onzen Heer. Amen.

-ocr page 185-

165

Gezangen gedurende de Reis. Fgt;EL GRIMSLIED.

Wuzs : Na te Dia.

Zie, Maria! Rotte\'s broederledeu , \'t Hart vol vreugde, tot Uw zetel treden Met een vast en kinderlijk vertrouwen Komen wij U ons belang ontvouwen. Moeder Gods verheven,

Troosteres in alle smart!

Laat ons smeeken . j

Tot U spreken, ^js

Lieve Vrouw van quot;t Heilig Hart. \\

Kunnen wij U ginder niet meer eeren Waar de wetten Uwe dienaars weren; Op de plaats door U thans uitverkoren Zult gij ook Uw\' kinderen beê verhooren Moeder Gods verheven.

Troosteres in alle smart \'

Laat ons smeeken , 1

Tot U spreken, \'

Vrouwe van het Heilig Hart. i

-ocr page 186-

161)

3. Ja, door innig liefdevuur gedreven , Komen wij U eer en hulde geven, Knielen voor Uw schoone beeldnis neder En ons hart verzucht en smeekt U teeder;

Moeder Gods verheven ,

Troosteres in alle smart!

Laat ons smeeken, j

Tot U spreken, bis.

Lieve Vrouw van \'t Heilig Hart. I

4. O Maria 1 sla Uw moederoogen

Op den grijsaard onder \'t leed gebogen, Die Gods Kerk op aarde moet bestieren. Laat Hem spoedig de overwinning vieren. Moeder Gods verheven,

Troosteres in alle smart!

Laat ons smeeken , i

Tot U spreken , bis.

Lieve Vrouw van \'t Heilig Hart. \\

Wil de slagen van Gods Kerke weren, Doe de vrede voor Haar wederkeeren. Schenk Uw dienaars die vervolging lijden. Moed en kracht om harent wil te strijden. Moeder (iods verheven,

-ocr page 187-

167

Troosteres in alle smart!

Laat ons smeekeu, i

Tot U spreken, \'

Slentel van het Heilig Hart. I

«. Wil ons voor snoode wetten hoeden. Die zoo menig Christlijk hart doen bloeden; ,i\\ il de prinsen van Gods Kerk gedenken. En Haar priesters zielenijver schenken. Moeder Gods verheven Troosteres in alle smart!

Laat ons smeeken, j

Tot r spreken, i3js

Deur van \'t Godlijk Heilig Hart. \\

7. In de smarten van dit aardsche leven. Wil ons. Moeder, kracht cn sterkte geven. Blijf ons aan het Godlijk Hart bevelen. Opdat wij in al zijn schatten deden.

Moeder Gods verheven Troosteres in alle smart!

Laat ons smeeken, 1

Tot U spreken, \' ]jjSi

Zek\'re weg tot \'t Heilig Mart! |

8. Geef dat allen \'t U ter eer, verkonden Die Uw hulp en bijstand ondervonden,

-ocr page 188-

168

Opdat zij die onder \'t lijden zuchten, Met vertrouwen tot U mogen vluchten. Moeder Gods verheven,

Troosteres in alle smart I Laat ons smeeken , j

Tot U spreken, bis.

Lieve Vrouw van \'t Heilig Hart 1 \\

9. Leid ons op den pelgrimstocht des levens , Moeder Gods 1 en onze Moeder tevens , Wil ons aan het Godlijk Harte binden. Opdat wij een veilge haven vinden, Moeder Gods verheven,

Troosteres in alle smart!

Laat ons smeeken, i

Tot 1\' spreken , ljis,

loon ons Jesus Godlijk Hart. ^

Na liet Pelgrimslied, bidt men Vijfmaal het Onze Vader en Wees gegroet, om van God, door Maria\'s voorspraak, eene voorspoedige reis af te smeeken.

—o-o-

SMEEKZANG TOT 0, L VROUW VAN HET H, HART,

Wijzen : OostenrijkscJi Volkslied en vele benedictiën.

1. Zalig uur ! dat ons geleidde

Naar dit heilig pelgrimsoord,

-ocr page 189-

169

Waar ons zulk een rust verbeidde En geen wereld ons bekoort;

Verre zijn hier zielsgevaren,

Waar zoo menig in vergaat;

Moge God ons steeds bewaren En ons hoeden voor het kwaad.

Ach, wie bracht ons tot die dreven \\ oor den troon dier reine Maag-

Waar de ziel zich voelt ontheven A an de smarten, hier geklaagd !

t Is Gods Moeder, uitverkoren Om haar vroomheid en gebed ;

Want het Kind. uit haar geboren. Heeft de zondige aard\' gered.

U zij onze dank en hulde,

Lieve Vrouw van \'t heilig Hart ,

Die ons hart met troost vervulde In gevaren, druk en smart.

Zie nu niet op onze zonden,

Maar op onzen zielenood:

Ach, bij zóóveel droeve wonden. Vreezen wij te recht den dood.

Zonden uit vervlogen tijden

Grimmen ons nog dreigend aan,

-ocr page 190-

170

Toen wij verre van te strijden, \'t Lokkend kwaad zijn ingegaan!

Ach, waar bleef ons jeugdig leven. Dat verwijtend vóór ons staat

En geen vruchten heeft gegeven? Ach, wij zuchten, maar te laat!

Wij beproefden duizendwerven, Ons van onze schuld te ontslaan.

En wij spraken liever sterven ,

Dan die zonde weer begaan!

En wij waakten , en wij streden En weerstonden menig tijd.

God zag neer op onze beden,

O, wat was ons hart verblijd!

Maar de driften, maar de zinnen, \'s Werelds lust en schijngenot,

Satans listen , — zij verwinnen ! .. . \'t Is weêr zonde tegen God !

Bleef men waken, bleef men vluchten. Vol van afschuw voor het kwaad ,

Bleef men trouw tot God verzuchten , \'t Kwam niet tot dien jammerstaat.

Toch niet van genu verstoken.

Zagen wij naar redding uit,

-ocr page 191-

171

En het hart van rouw gebroken, Snelden wij tot Josef\'s Bruid ; Tot Maria, die ons wachtte

Hier aan \'t heilrijk feestaltaar , Baden wij bij dag en nachte:

Red ons uit ons doodsgevaar!

S. God zij lof! wij zien U weder, Moeder van barmhartigheid ! Zie ontfermend op ons neder,

Gij die voor de zondaars pleit; Ja, gezegendste aller vrouwen,

Wij, al is onz\' schuld ook groot. Hij toch komen vol vertrouwen. Red uw kind\'ren uit den dood!

y. Wil dan in deez\' boetedagen.

Nu wij zuchten voor uw troon, W il voor ons vergeving vragen,

Moeder ! bij uw lieven Zoon; Vraag het om zijn diepe wonden,

ant als gij geen redding biedt, Toont de boosheid onzer zonden Ons de hel reeds in \'t verschiet.

). Maar gij. Moeder! blijft nog spreken Voor een diep gevallen kind;

-ocr page 192-

172

Gij zult \'s Heeren gramschap breken ,

Dat ik nog ontferming vind?

ISeen, \'t is nimmer nog vernomen,

Dat ge een zondaar hebt versmaad : Zie ook óns dan tot n komen, Om verlossing van ons kwaad.

11. Eens ook, als ons oog verduistert,

\'t Hoofd reeds in den dood zich buigt, Als de mond nauw \'t woord meer fluistert.

Dat van zielsberouw getuigt;

Als de ziel zich gaat ontbinden

Tot de reis der eeuwigheid,

Laat ons, Moeder! u nog vinden, Die ons aan uw hand seleidt.

O

i;2. \'t Is ook. Moeder! voor die dagen. Als ons alle kracht ontzinkt,

Dat we nu reeds bijstand vragen,

Dat reeds nu ons smeeklied klinkt: Zóó nog hopen we eens te sterven

In de liefde van uw Zoon,

Laat ons hier die gunst verwerven, Hier bij uw genadetroon.

De Litanie van O. L. Vrouw van liet H. Hart, voor tie leden tier Processie , opdat de verlangens van hen die deze bedevaart houden, vervuld worden , als het hun zalig is.

-ocr page 193-

173

Salve Regina.

Wijze: O rijf werelds klare Helden.

1. Wees gegroet , o Koninginne! Moeder, gij vol teed\'re minne, Gij ons leven, hoop, zoo zoet, Wees, Maria ! wees gegroet.

Bid voor ons, Maria!

\'t Is tot CJ dan, dat wij vluchten. Onder tranen en veel zuchten;

Tot U rijst ons klaaggeschal In dit aardsche tranendal.

Bid voor ons, Maria!

\'i. O, dan nu, wil voor ons spreken,

\'t Goedig oog slaan op ons smeeken 7 Gij, die altoos voor ons pleit,

Moeder van barmhartigheid !

Bid voor ons, Maria !

i. En na dit ons ballingsleven,

l oon ons Jesus hoog verheven , Heil\'ge vrucht van uwen schoot;

Toon Hem ons bij onzen dood. Bid voor ons, Maria!

-ocr page 194-

174

5. O dan, Moeder vol ontferming,

Toon ons, kind\'ren, uw bescherming O, gij Maagd! zoo vroom zoo zoet, W ees, Maria, wees gegroet !

Bid voor ons, Maria 1

\'Mituooöiaimi toi Öim (of uan plama

Wijze: Mijn stem, nu laaf n zoetjes hooren.

1. Komt, spoedt u! komt Maria prijzen,

Zij is zoo groot;

Met snaar en stem haar eer bewijzen

Tot aan den dood.

f Broeders, zusters! zwijgt nu niet. Zwijgt Maria\'s grootheid niet,

Maar verheft haar in uw lied :

Wees gegroet, wees gegroet, wees gegroe

[Maria!

2. Lokt uit uw speeltuig zoete klanken !

Zij is zoo goed ;

En laat uw stem Haar zingend dankei

Met blij gemoed.

t Broeders, zusters ! enz.

-ocr page 195-

175

Vlecht, maagden! om Maria te eeren,

Een leliekrans ;

Eens moge uw leliewit veikeeren

In hemelglans f Broeders, zusters ! enz.

O, moeders , reeds uw zuigelingen

Zijn Haar gewijd;

A rij moogt gij hare zorg bezingen ,

Zij waakt altijd.

f Broeders, zusters ! enz.

Gij, vaders! hoe vermoeid van \'t zwoegen,

Zingt Haar ter eer;

t \\\\ ordt offerand en zielsgenoegen :

Wat wilt gij meer ?

f Broeders, zusters ! enz.

O, jong ling! wijd uw schoonste jaren

Aan deze Maagd ;

Zij redt uw onschuld uit gevaren.

Zoo gij het vraagt.

f Broeders, zusters ! enz.

Wanneer de schapen veilig grazen In klaverwei,

-ocr page 196-

17Ö

Dan moet de herdei\' \'t loflied blazen

Op zijn schalmei.

f Broeders, zusters ! enz.

8. En scheep\'ling! komt na \'t stormgeklater De kalmte weêr,

Hezing dan vrij, voor lucht en water,

Maria\'s eer.

t Broeders, zusters ! enz.

S). Wanneer de dagtoorts met haar stralen In \'t oosten glimt,

Zij hooro, hoe tot Haar, drie malen

liet Ave klimt.

f Broeders, zusters ! enz.

KI. En spreidt de zou in \'t heete zuiden Haar glans en gloed ,

Dan moet de bedeklok weêr luiden

Ten Engelgroet.

Broeders, zusters ! enz.

I 1. Maar zinkt het licht naar de avondlanden, Eu daalt de nacht.

Heft dan tot Haar uw hart en handen:

Groot is Haar macht, f Broeders, zusters ! enz.

-ocr page 197-

177

Wij op deze aarde vreemdelingen,

Gaan bevend voort;

Zij leidt ons die Haar liefde zingen ,

Naar \'t vaderoord.

t Broeders, zusters ! enz.

Rozenhoedje voor de bekeering der zondaren.

LOF- EN SMEEKLIED

ter eere van

ONZE LIEVE VROUW VAN T H. HART,

Wijze: Moeder vol ran teeclerheid.

Lieve Vrouw van \'t Heilig Hart,

Nooit in Satans strik verward , Wij komen hier tot U; i .

Verhoor en help ons nu. \\ \',\'s-

Zie Uw Godlijk kind daar staan , \'t Noodt ons uit tot U te gaan, En zegt, met stom gebaar: j i, Komt kind\'ren vlucht tot haar!quot; ( ^gt;\'s-

Ja, wij vluchten tot Uw troon ,

Lieve Moeder van Gods Zoon ! En knielen biddend neer (

Bij \'t loflied U ter eer. \\ ^!S-

12

-ocr page 198-

178

4. Ja, wij zingen Uwen lof Koningin van \'t Hemelhof!

En melden als om strijd, i .

Hoe groot en goed (jij zijt. \\ )lh\'

5. Moeder van het Godlijk kind,

Die het Heilig Hart bemint,

Des vredes Koningin, )

Toon ons Uw moedermin. |

6. Gij, zoo vol barmhartigheid

Die Gods gaven mild verspreidt, Die alle harten wint )

Toon dat Gij \'t onze mint. |

7. Zoet geschenk van \'s Hemels zaal, Leiddraad van Gods g\'nade straal , Doorluchte Midd\'lares Zijt onze advokates!

8. Zek\'re hulp in elk gevaar.

Hoop der hopelooze schaar.

Der weezen steun en troost,

Bid voor uw schuldig kroost!

9. Zuivere aarde uit wier schoot.

Eens de Vrucht des levens sproot, Wees ons een veil\'ge reê, |

Op \'s werelds woeste zee. \\

-ocr page 199-

] 79

10. Reine lelie uit liet dal.

Geurend door het ganscli heelal, Geheim\'uisvolle bron, )

Wees onze levenszon. | ^s\'

11. Ach, versmaad den lofzang niet Dien het kinderhart U biedt

En toon dat Gij altijd |

Een goede moeder zijt. ( ^\'s-

15. Sta ons bij in druk en smart, En ontsluit ons Jesus Hart,

Zoo vol van liefdevuur, j

Vooral in \'t stervensuur. j \'),s-

18. Leid ons dan aan Uwe hand In het Hemelsch Vaderland,

En voer ons tot den troon |

^ an Jesus Uwen Zoon. (

Ken llozenhoedje van O. L. Vrouw van het H. Hart voor hen die zieli in onze gebeden hebben aanbevolen.

Hulde en bede aan de H. Maagd.

Wijze: Komt broeders heft een loflied aan.

1. Komt, heffen wij een loflied aan.

Luid klimni\' het op van de aard\',

-ocr page 200-

180

Tot voor den troon waar de Eng\'len staan ,

\'t Zij mot hnn lied gepaard.

Wij zingen op den toon van \'t stof.

En knielen voor U neêr,

Wij staam\'len dankbaar Uwen lof,

O Moeder van den Heer!

Dat onze lof U niet mishaag\',

O Hemelkoningin !

Al is de toon van \'t stof te laag,

Hij dring\' ten hemel in.

Wat sterv\'ling, die zooveel vermocht,

Wat haalt er bij Uwe eer ?

Nooit is Uw hulp vergeefs gezocht 1

O Moeder van den Heer !

Uw ootmoed was zoo weergaloos. Zoo nhnlijk in Gods oog.

Dat U zijn Zoon tot Moeder koos En neerkwam van omhoog ; O Morgenster der zaligheid ! Hij daalde op aarde neêr , De Redder, eeuwenlang verbeid, O Moeder van den Heer!

-ocr page 201-

181

4. In woede sloeg de ontroerde hel Om \'t heil van ons geslacht,

Toen U de Aartsengel Gabriël De hemelboodschap bracht.

Hoe satan dreig\' bij eiken tred , Wij vreezen hem niet meer;

Uw Zoon heeft hem den kop verplet, O Moeder van den Heer 1

5. Hoe lieflijk klonk der Eng\'len toon Voor de eerste maal op aard\',

Toen gij, o zuiv\'re Maagd, Gods Zoon

In Bethi\'em hebt gebaard;

Het hemelkoor juichte in ons lot

En daalde om \'t kribje neer.

Het zag — een menschgeworden God !

O — Moeder van den Heer !

0. Wij roepen nog met heel de Kerk Door de eeuwen heen U aan.

Heeft Jesus \'t eerste wonderwerk Niet op Uw beê gedaan ?

Ach, zie beschermend van omhoog Hier op uw kind\'ren neer,

Aanschouw ons met meêdoogend oog, O Moeder van den Heer !

-ocr page 202-

182

7. Toen Jesus aan het kruishout hing, Ons \'t eeuwig heil verwierf

Gaf Hij TI aan zijn lieveling

Eer Hij voor allen stierf :

Gij werdt zijn Moeder, Hij uw kind.

Wij deelen in die eer;

En ons hebt gij als hem bemind,

O Moeder van den Heer!

8. Uw Moeder is zij, Pelgrimschaar ! Die U getrouw bemint;

Zeg, zeg in alle zielsgevaar: Ach Moeder! hoor uw kind!

Zie lieve Moeder, vol gena.

Zie op uw Pelgrims neêr.

Uw liefde heeft geen wederga, O Moeder van den Heer!

9. Ach, Moeder van barmhartigheid! Onttrek uw hulp ons niet;

Als ons de wereld lokt eu vleit

En gij ons wank\'len ziet,

Of satan ons zijn strikken zet.

Door wellust, goud of eer,

Ach, dat Uw voorspraak ons dan redd\',

O Moeder van den Heer!

-ocr page 203-

183

10. Wanneer behoefte ons dreigt of drukt, Of ramp bij ramp ons slaat;

Als wat we ook pogen wreed mislukt,

Ons alle hoop vergaat ;

Als ons deze aard geen troost meer biedt,

Zie gij dan op ons neêr.

En weiger ons Uw hulp toch niet,

O Moeder van den Heer!

11. Als \'t albeslissend sterfuur slaat , En \'s levens licht verdwijnt

Voor de eeuwigheid, die opengaat En aan de ziel verschijnt;

Ach, dat ik dan mijn brekend oog. Mijn Moeder! tot LT keer\'.

Uw zoeten blik ontmoete omhoog, O Moeder van den Heer!

12. Beveilig onze Pelgrimsbaan En waak aan onze zij\'.

Hoor, Moeder! hoor Uw kind\'ren aan

En blijf ons altoos bij.

Wat lot ons in dit leven beid\',

U zingen wij ter eer;

U zingen we eens in eeuwigheid,

O Moeder van den Heer!

Vijfmaal het Onze Vader en Wees gegroet, voor den bloei der H. Kerk.

-ocr page 204-

184

Smeeklied Voor onzen H. ||adcr den ®auó.

Wijze: O, beeld der schoonste liefde!

1. U, Moeder nooit volprezen ,

U zij ons pelgrimslied.

Nu nog één gunst bewezen,

Gij smaadt deez\' bede niet. Wij smeeken U te gader.

Zooveel ons hart vermag,

Geef onzen heiligen Vader,

Een blijden zegedag.

\'2. Gij schonkt in \'t beêvaart-vieren Ons reine zielevreugd;

Zoo blijve Uw gnnst ons sieren

Met vlekkelooze deugd.

Wij smeeken U te gader, enz.

3. Maar ach, maar ach! wij vreezen.

Zoo zwak toch is Uw kind; Wil onze Moeder wezen ,

Beminnend en bemind Wij smeeken U.te gader; enz.

4. Al de eer, deez\' beêvaarttijden

U door Gods Kerk gedaan.

-ocr page 205-

185

Wij komen \'t zaam U wijden ,

En bieden \'t heden aan. Wij smeeken U te gader, enz.

5. Wil \'t oord en beeld gedenken.

Dat Uw triomfen meldt, Der Kerk de zege schenken,

Die ons Uw liefde spelt. Wij smeeken U te gader, enz.

6. U Moeder ! nooit volprezen ,

U zij dit beêvaartslied.

Nu nog één gunst bewezen:

Gij smaadt deez\' bede niet. Wij smeeken U te gader, enz.

Een Rozenhoedje voor onzen H. Vader.

LOFZANG AAN HET H. HART VAN MAKIA.

1. O Maagd, o schoonheid nooit volprezen O Moeder van \'t oneindig Wezen,

Wat luister schittert van Uw troon; De Seraf, aan zich zelf onttogen , Juicht, voor Uw glorie neergebogen: O Koningin! wat zijt gij schoon.

-ocr page 206-

180

2. Wij derven in het aardsche duister \'t Genot nog van I w hemelluister,

Maar smaken toch Uw liefdegloed; De Seraf zinge uw heerlijkheden, Wij dan, wij juichen hier beneden : O Moedermaagd ! wat zijt gij goed.

3. Ach! konden onze kinderklanken ,

1 voor de ontelb\'re gaven danken, Ons toegevloeid door Uwe hand; Ontvang voor al die zegeningen,

Maria! van uw gunstelingen Hun hart ten eeuwig liefdepand.

4. Zie , Moeder, altoos goed en teeder 1 O zie met welbehagen neder

Op \'t otter van ons kinderhart;

0 moog\' het immer \'t uwe wezen, Geen onheil is ons dan te vreezen,

Wij zijn getroost in alle smart.

5. Dan spann\' de wereld vrij haar strikken, Dan dreig\' de hel ons met haar schrikken;

Wat vijand onze ziel bestrijd\', Wij weten, wij, op wie wij hopen ,

1 w moederhart staat voor ons open,

O gij, die onze toevlucht zijt !

-ocr page 207-

187

6. Met L dan zullen wij verwinnen , • Wij blijven eeuwig ü beminnen , En zien T\' op Uw glorietroon ; Dan zullen met de hemelkringen , Ook wij, o Moeder! eeuwig zingen: Wat zijt gij goed, wat zijt gij schoon I

De Engel des Heeren.

quot;Wijze: Komt, heffen wij een loflied aan.

1. Wanneer liet blijde morgenlicht, Na quot;t nachtlijk duister daagt,

Vervul dan trouw uw kinderplicht,

En groet de Moedermaagd ; „O Moeder Gods! wij bieden U „Den groet, dien de Engel bood; „Maria! help ons, zondaars, nu „En ook in onzen dood.quot;

En als de klok op \'t middaguur,

Op nieuw zich hooren doet,

Herhaal dan weêr vol liefdevuur:

Maria! wees gegroet;

„O Moeder Gods ! wij bieden 1

„ Den groet, dien de Engel bood: „Maria ! helpt ons, zondaars, nu „En ook in onzen dood.quot;

-ocr page 208-

188

3. En als de dag ten einde spoedt.

Nog eens dien groet gebracht, Nog eens : Maria , wees gegroet,

Bewaar ons in den nacht; a O Moeder Gods! wij bieden U

//Den groet, dien de Engel bood; vMaria! help ons, zondaars, nu „En ook in onzen dood.quot;

Laat ons bidden.

4. O God ! stort uw genade neêr

Op \'t menschelijk geslacht. Dat juicht , wijl Gabriel weleer

Die blijde boodschap bracht.

Geef ons door \'t lijden en den dood

Van Christus uwen Zoon, Uw bijstand hier in allen nood, En eenmaal \'t eeuwig loon.

DE ZEVEN SMARTEN

der Moeder van liet II. Hart.

Wijze : Mayne Joseph, fili David.

1. Heil\'ge Moeder

Van mijn Broeder \'s Vaders ongeschapen Woord,

-ocr page 209-

189

Zie mij komen Zonder schromen,

Daar Ge uw kind\'ren steeds verhoort. Wil uw kind de grootheid leeren Van uw diepgevoelde smart;

\'k Wil die immer trouw vereeren, Moeder van het heilio; Hart !

:2. Had Gij \'t lijden

En het strijden Met uw kinderen gemeen,

O 1

Zóó verheugde Moedervreugde,

Als uw deel was, is er geen.

Doch dat voorrecht zoo verheven. Werd de reinste bron van smart —-Hoog vereerd in \'t heilig Eden, Moeder van het heilicc Hart!

1

Toen zijn toekomst werd onthuld !

-ocr page 210-

190

Komt mij \'t eigen leed verscheuren. Keert mijn blijde lioop in smart, Wil mij dan in de armen beuren. Moeder van het heilig Hart !

Onder zuchten Zie quot;k U vluchten

Met uw kind, Gods eigen Zoon.....

Maar vertrouwend Zie \'k U schouwend Naar des eeuw\'gen Vaders troon. Moeder, ik vlucht met U mede. Leid mij op den weg der smart; Steun uw kind bij ied\'re schrede , Moeder van het heilig Hart!

\'t Drietal dagen Vrucht\'loos vragen Heeft uw ziel in rouw gehuld; \'t Zalig vinden Des Beminden,

Heeft uw hart met vreugd vervuld. Zucht mijn ziel naar haar Beminde, Geef dan. Moeder, door uw smart. Dat zij weldra Jesus vinde.

Moeder van het heilig Hart !

-ocr page 211-

191

\'t Zwaard der smarte Wondde uw harte.

Toen uw Zoone met zijn kruis U ontmoette ,

Teeder groette, Voortgestuwd door \'t laag gespuis. Moeder, ach ! wil mij ontmoeten Op den kruisweg zoo vol smart; ^ il uw lijdend kind dan groeten , Moeder van het heilig Hart I

Vol van rouwe Stond Ge als Vrouwe -Vaar uw lijdend kind te zien ; En moest derven In het sterven Hem uw moedertroost te biên. Moeder werdt gij de eigen stonde , En gij baardet mij in smart; Sta eens aan mijn stervenssponde , Moeder van het heilig Hart!

ü\' om mijn zonden Zoo gewonden Jesus naamt Gij in uw schoot,

-ocr page 212-

192

Diep bewogen Sloot Gij de oogen,

Reeds gebroken door den dood. Moeder, worde door uw zorgen Eens mijn lijk uit de aardsche smart In uw kuischen schoot geborgen, Moeder van het heilig Hart !

i). Bleekgeschreide !

Gij geleidde \'t Heilig lichaam naar het graf; Teeder kust Gij,

En niet rust Gij Dan bij \'t Kind dat God U gaf.

Rust mijn lichaam eens ten grave Geef dan, Moeder, bij uw smart, Dat mijn ziel door uwe gave,

Rusten mag aan \'t heilig Hart.

Een Rozenhoedje voor de overledene leden dezer Processie.

Maria, toevlucht der zondaren.

Wijze : Laten wij ons nederbuiyen.

1. Groote Koningin der heem\'len!

Hoog gezeten op uw troon,

Waar ontelbare Eng\'len weem\'Ien

Voor het aanschijn van uw Zoon;

-ocr page 213-

193

Laat ons \'t eergestoelte naken.

Waar u \'t eeuwig loflied rijst;

Laat ons hart de zoetheid smaken, Dat het ook mv liefde prijst.

Wie heeft immer u gebeden, £n is troostloos heengegaan ?

W ie vereerde u hier beneden,

En gij hoordet hem niet aan?

Aromen! wilt het luide tuigen, Van uw wieg door haar bewaakt ;

\\Vilt uw dankb\'re knieën buigen. Zondaars door haar vrijgemaakt.

/ij, ja, heeft voor u gesproken , Zij , zij heeft uw ziel gered;

Licht uw slavenjuk verbroken , Zondaar 1 \'t is door haar gebed.

Nimmer, neen! heeft ze afgewezen Wie bij haar zijn toevlucht zocht :

Hoeveel beden tot haar rezen,

\'t Blonk te meer wat zij vermocht.

Gij, die uwe ontelb\'re zonden Klimmen deedt met dag eu uur.

Eeuwig waart gij reeds verslonden Door het wrekend hellevuur.

-ocr page 214-

] 94-

Maar uw Moeder bleef nog spreken,

Keerde uw naderende straf,

Wil dan om haar voorspraak smeeken, En gena daalt op u af.

Werp u, zondaar, in haar armen ;

Zij, uw toevlucht bij den Heer, Zij , een Moeder vol erbarmen ,

Ziet goedgunstig op u neer.

Kunt gij nog haar hulp versmaden

Die zij telkens u weêr biedt ? Zondaar, zondaar! laat u raden. En verstoot haar liefde niet.

Wil haar droeve klachten hooren ,

Hoe zij minlijk tot u spreekt:

,/ Kind zult gij mij \'t hart doorboren , „Dat voorlang van weedom breekt ? ,/t Zwaard ging door de ziel mij henen,

„Toen ik onder \'t kruishout stond „En mijn stervend Kind zag weenen, „Gansch van hoofd tot. voet doorwond.

„ Was die troost mij bijgebleven ,

z/Dat Zijn dood het heil verwierf; „(iij wilt mijn dien troost niet geven, //Zoo Hij vruchtloos voor u stierf.

-ocr page 215-

195

f/Hoor dan, zondaar! hoor mijn smeeken

„O keer weder tot uw Heer!

,/k Zal als Moeder voor u spreken, „Hij dan wordt uw Vader weer.quot;—

Zóó, vol teeder mededoogen ,

Zóó, met uwe ziel begaan, Zóó, met liefdestralende oogen ,

Spreekt u nog uw Moeder aan. Zal die taal uw hart niet winnen,

Dat ge uw zondig leven laat;

Dat ge uw\' Jesus gaat beminnen En Hem nimmermeer verlaat ? ...

Moeder! ja, k wil de uwe wezen , \'k Heb gezegd en keer nu weer; Doet mijn zondental mij vreezen, Gij beveelt mij aan den Heer. Zie hier ben ik, diep misdadig.

Maar vermorzeld van berouw : „Ach! maak mij I w\' Zoon genadig, „Hem nu zweer ik eeuwig trouw.quot;

-ocr page 216-

190

Liefdeziiclit tot liet Mudje Jesus en Zijne H, Moeder.

Wijze : P/iis-L/ed.

Hoor, o zoete Onze groete ,

Die we u, lieve Moeder, biên , Toon ons , armen ,

Toch erbarmen ,

Laat, laat ons uw kindje zien.

Wil Kelieiio-en,

O o

Dat we brengen Lentebloesems , lentedicht;

Dat we M aken,

\'t Harte maken Tot een rustplaats voor uw Wicht.

O die Zonne,

Liefdebronne,

Die gij als uw God bemint,

Geef, o reine,

Ons dat kleine,

Geef ook ons uw godlijk Kind.

Laat ons samen,

Naar betamen ,

Lelies vlechten tot een kroon.

-ocr page 217-

197

\'t Hart zoo louter,

Als het outer —

Waslicht wijden aan uw Zoon.

5. En Hem drukken,

Met verrukken,

En Hem wiegen aan de borst. Die alleene Naar dat eene Lieve kleine Kindje dorst.

(i. Eu dan sluiten

Alles buiten,

Om met Hem alléén te zijn.

En te geven Heel ons leven ,

Alles aan het Kindekijn.

Een Rozenhoedje van O. L. Vrouw van liet II. Hart voor Z. I). H. den Bisschop.

-----3..0---

MARIA, O BEELD «ER SCHOOjVE LIEFDE.

1. O, beeld der schoone liefde,

.Maria, Josef\'s Bruid

Gij vraagt mij wederliefde En stort uw gunsten uit.

\'k AVil eeuwig U beminnen , O groote Koningin,

-ocr page 218-

198

Prent diep in hart en zinnen Mij uw gedacht\'uis in.

O, Josef\'s Bruid, mijn Moeder, Mijn Troost, mijn Toevluchtsoord ,

Uw Zoon is mijn Behoeder, Die immer U verhoort.

\'k Wi] eeuwicr l beminnen, enz.

3. O, liad ik zooveel monden Als sterren in de lucht.

Ik zou uw lof verkonden Met innig zielsgenucht.

\'k Wil eeuwig enz.

4. O, had ik zooveel zielen Als korrels zijn op strand ,

Als immer druppels vielen \'k Schonk ze U met milde hand. \'k Wil eeuwiff enz.

O

ö. Hoe moet ik mij beklagen,

Daar ik armzalig mensch,

1\' zoo niet kan behagen Gelijk ik vurig wensch.

\'k Wil eeuwig enz.

Vijfmaal liet Onze Vader eu Wees gegroet voor onzen Eerw. Directeur.

-ocr page 219-

199

SALVE REGINA.

J. Wees gegroet van ganscher harte,

Wees ^esroet, o Koningin !

C? O \' r?

Met een kinderlijk vertrouwen \\ y ■ Roepen wij uw voorspraak in. (

2. Wees gegroet, o teed\'re Moeder,

Moeder van barmhartigheid !

W ees, zoo smeeken wij en zuchten, | ^ Tot ontferming steeds bereid. |

3. Wees gij onze steun in zwakheid.

Onze hoop, o reine Maagd !

Wees Gij onze troost in droefheid, ( ^ Die aan \'t kwijnend harte knaagt. (

4. Zie met kinderlijk mededoogen.

Ons, met zondenschukl belaan. Ons, verloren Adams-kinderen, | ^ Minzaam als Uw kind\'ren aan. j

5. O Maria, onze toevlucht.

Onze voorspraak bij den Heer 1 Wend op ons in \'t dal van tranen I ^ Liefderijk Uwe oogen neer. {

-ocr page 220-

200

Voer ons aan des levens einde ,

Lieve Moeder! tot lT\\v Zoon; Dat ons door Zijn milde handen \\ j Zij geschonken \'t hemelloon. (

Wees gegroet, o Maagd Maria,

Hulp in nood en troost in smart 1 Wees gegroet, o bron van liefde, | j Zalving voor ons lijdend hart ! J \'

NAAMFEEST VAN MARIA.

Uw zoete naam,

Maria, \'k heb dien quot;t eerst geweten. Uw zoete naam Aanriep ik al de handjes sailm Nog staamlend in de wieg gezeten, En \'k zal in \'t doodsuur niet vergeten Uw zoete naam.

Uw zoete naam Is allerliefst muziek in de ooren, Uw zoete naam Is meer dan honig aangenaam.

o o

De duiv\'len kunnen hem niet hooren; I lij is het merk der uitverkoornen. Uw zoete naam.

-ocr page 221-

201

•3. Uw zoete naam

Staat eeuwig in mijn hart geschreven. Uw zoele naam Is zielespijs en drank te saam ; Hoe troostelijk verlaat ik \'t leven! Xog op mijne doode lip zal zweven I w zoete naam.

LIED VAN DEN H. CASIMIRUS.

I. O, Gij die troont

Waar Jesus woont,

Zie gunstig op ons neder. Ons zondig hart Verkwijnt van smart;

Toon 1\' ons Moeder teeder.

5. Verhoor ons been,

Stil het geween Van die Uw zegen vragen; Teu allen tijd Zal \'t hart verblijd U dankend hulde dragen.

S. Weer van ons af

Der zonden straf Van \'t onboetvaardig sterven.

-ocr page 222-

202

Neen , neen, het kind Door I bemind Zal nooit genade derven.

4. Klim kindertoon Tot voor den troon

Waarop gij zijt verheven ; Dan volgen wij,

Uw kind\'ren rei,

In Sions zaal\'ge dreven.

5. Schenk ons nu deugd,

Hierna de vreugd

Van met de hemellingen,

Vereend van geest,

Op \'t eeuwig feest Maria\'s naam te zingen.

IDT5 IKlIISriDERElSr quot;V^A_Kr

i. Wij allen zijn Maria\'s kind\'ren

Onder \'t kruis nam zij ons aan,

Zijn wij bij haar, niets kan ons hind\'ren, En onz\' harten zijn voldaan !

Maria,

Allen zijn we uw kind\'ren,

Maria,

Lacht ons als Moeder aan.

-ocr page 223-

203

2. AV e aanschouwen U, met de armen open De hand omstraald met \'t noodig gratie-licht:

Wat mag uw\' kind van I niet hopen? God heeft uw troon naast Zijnen troon gesticht. Wij allen zijn Maria\'s kind\'ren, enz.

3. Een sterrenkrans blinkt om uw\' schedel, I w glans verdooft den felsten zonnegloed.

Gij trapt de maan , zoo lief, zoo edel, De helsche draak ligt plassend in zijn bloed. Wij allen zijn Maria\'s kind\'ren, enz.

4. Komt schrik ons teeder hart bespringen. Op \'t zien van satans list en boos geweld....

Wie kan ons uit uw armen wringen ? Uw\'liefde, uw\' macht is tusschen ons gesteld. Wij allen zijn Maria\'s kind\'ren, enz.

5. De wereld toont haar brooze goed\'ren. Roemt \'tschijngeluk, dat hare minnaars streelt.

Terwijl Gij Moeder aller moed\'ren, Het ware goed aan uwe kind\'ren deelt. Wij allen zijn Maria\'s kind\'ren, enz.

(5. Weg, ver van hier, gij schandvermaken. Die lach en dans met zucht en tranen paart.

Men kan uw doodend gift niet naken. Waar Jesus liefde ons ware vreugde gaart. Wij allen zijn Maria\'s kind\'ren, enz.

-ocr page 224-

204

7. Trek steeds tot l ons hart eu zinnen, O Koningin van \'t zalig hemelhof.

Dat, wij, naast .lesns, 1\'beminnen, En eeuwig meer verheffen Uwen lof. Wij allen zijn Maria\'s kind\'ren, enz.

7% A K /VI A H l A. E H!.

Wijze: Maria leec\\

Maria eer! wat liefde en luister meng\'len

Zich in dit hart; van allen smetten vrij ! Maria eer! 1\', Koningin der Eng\'ien, I , Moeder vol genu! I w zingen wij. Maria, Moeder !

Ach ! hoor uw kind ;

Eer aan Maria!

Die ons zoo teêr bemint.

Maria eer! komt, laat ons nederknielen , Ze is Dochter Gods, Gods Moeder, Godes

Bruid;

Maria eer ! de toevlucht onzer zielen.

Door hare hand stort God zijn gunsten uit. Maria, Moeder ! enz.

-ocr page 225-

205

3. Maria eer I zou ik haar ooit vergeten ?

\'k Zonk liever neêr in \'t immer- zwijgend

graf;

En zou ik eens geen dankbaar kind meer

heeten,

Breek liever dan, o God mijn dagen af. Maria, Moeder ! enz.

4. Maria eer! zoo \'k in haar liefde leve,

\'k Ben , als haar kind, voor kwaad noch dood beducht; De laatste klank die van mijn lippen zweve, Zij, Moeder! nog een teed\'ie liefdezucht. Maria, Moeder ! enz.

KIND \'REN VAN MARIA.

Refrein.

Kind\'ren van Maria!

Op uw pelgrimsbaan Heft nu \'t Alleluja ,

Heft uw loflied aan.

I. Op haar moederbede

Tot haar Zoon en lieer,

Daalt Zijn liefde en vrede

In de harten neêr.

Kind\'ren van Maria ! enz.

-ocr page 226-

206

\'s Vijands legerscharen Vlieden vol van schrik ;

Ons blijft zij bewaren Met haar moederblik.

Kind\'ren van Maria ! enz.

Haar zijn wij gegeven,

Toen haar Jesns stierf,

En ons \'t eeuwig leven Door zijn dood verwierf.

Kind\'ren van Maria ! enz.

Roept op al uw wegen Roept uw Moeder in.

Nooit, neen, zonder zegen. Laat zij haar gezin.

Kind\'ren van Maria! enz.

Moeder ! blijf ons leiden Naar de hemelwoon ;

Rreng ons, bij \'t verscheiden, Tot uw God en Zoon.

Kind\'ren van Maria ! enz.

-ocr page 227-

207

puouööcöc tüi\' ftc planiift.

Wijze: Maria\'s heeld te midden.

Komt, nog een groet en bede

Maria toegebracht!

En dan in \'sHeeren vrede

Den slaap weer ingewacht,

(jernst en wel te moede. Vertrouwend op haar hoede.

Maria, Maria, Moeder ! zegen ons.

In \'t beeld, omgloord van stralen ,

Met dat gelaat zoo zacht.

Zien we U in \'s hemels zalen. Van waar ge ons tegenlacht , Ons die hier aan uw voeten U, lieve Moeder groeten.

Maria, Maria, Moeder! zegen ons.

Maria , zoo vermogend !

Bid gij voor ons den Heer, Ach Moeder ! zie nieêdoogend Op d\' armen zondaar neer;

Cïeleid der zwakken schreden ,

Jloor aller vromen bede.

Maria, Maria, Moeder! zegen ons.

-ocr page 228-

208

4. Wij bidden u te gader

Bij \'t einde van deez\' dag,

Vraag, Moeder! onzen Vader,

Wiens wakend oog ons zag.

Dat Hij ons kwaad verschoone , Het goede ons eenmaal loone.

Maria, Maria, Moeder! zegen ons.

5. Beveilig uwe kind\'ren ,

Waak, Moeder ! dezen nacht, Dan zal geen ramp ons hind\'ren.

Dan is ons rnsten zacht ;

Dan ziet ge ons spoedig weder, O Moeder goed en teeder!

Maria, Maria, Moeder! bid voor ons.

•O. Gegroet, gij vol genade.

Gij, Moeder van den Heer ! Het klinke, — wie n smade,—

Te luider U ter eer :

O wil met de Eng\'lenzangen , Ook onzen groet ontvangen ,

Maria, Maria, Moeder! wees gegroet!

—«—

-ocr page 229-

209

LOFZANG

ter eere van het II. eu Onbevlekt Hart van Uur

quot;Wijze: Lieve Moeder run den Heer.\'

I.

Vóór Jesus lijden.

1. Laat nu de aarde op blijden toon.

\'t Duizendstemuiig feestlied zingen. Reeds weerklinkt om \'s Heeren troon

\'t Lofgezang der hemellingen : \'t Ruiscli der Moeder van den lieer En haar lieilio; I lart ter eer 1

o

.2. Spiegel, gij 1 van Godes macht ,

Lie voor de erfsmet U beveiligd. En U onder \'t aardsch geslacht

Zich ter woontent heeft geheiligd , Heiligdom van Gods genA ,

sl zonder wederga !

Mekloos Hart! wie zal n\\v lof, ^\\ ie uw zaligheid bezingen ? De Eng\'len van het hemelscli hof Spreken in hun hooge kringen , Neen zij spreken nimmer nit, W at dit heilig Hart omsluit.

14

-ocr page 230-

210

4. Voor het machtig zonnelicht

Wijkt de stille starrenluister;

Maar de zon haalt \'t aangezicht

En haar stralen weg in \'t duister N oor de glorie van de Maagd,

Die aan quot;t hart van God behaagt.

5. Reiner dan ooit d\' sneeuwvlok viel,

W aardig hier haar God te aanschouwen, Was de nederige ziel

Der gezegendste aller vrouwen : Op die schoonheid zag de Meer Van Zijn hoogen zetel neêr.

II.

Bij Jesus lijden.

1. Toen nu \'t Woord in uwen schoot , Moedermaagd! was neergekomen, En bereid ten offerdood ,

Ivnechtsgestalt\' had aangenomen , O wat heb ge een liefdegloed In uw Moederhart gevoed.

5. Hoe was toen uw Hart verheugd, En in liefdevuur verslonden,

Want gij droegt der heem\'len vreugd!

-ocr page 231-

211

Maar, o Moeder eens ook wondden Al de schichten van de smart 1 w beminnend Moederhart.

3. I doorgriefde wond bij wond

Door geheel nw lijdend leven;

Maar toen ge onder \'t kruishout stondt, En nw\' Zoon den geest zaagt geven, En een speer Zijn zij\' doorstak, Ach! wie meldt, hoe \'t hart 1T brak.

•\'5. Uit dat lichaam, zoo verscheurd,

Vloeit een bloedstroom voor haar neder: Wie, wie is er die niet trenrt

Met een Moederhart zoo teeder. Maatloos als de onmeetb\'re zee, Is Maria\'s boezemwee.

5. Ach! droog hare tranen af.

Rijs, o Koning van het leven !

Rijs weer nit het duister graf:

En van glorielicht omgeven,

Trooste Uw aangezicht de smart \\ an \'t gebroken Moederhart.

lil.

Na Jesus lijden.

1. Wees, Maria! wees getroost.

Lang zal \'t lijdensnur niet wezen,

-ocr page 232-

212

Et\'r de derde morgen bloost,

Ziet ge uwquot; Zoon uit \'t graf gerezen, Vrij van smart en vrij van smaad, In \'t onsterflijk lichtgewaad.

.0. Daar, daar ziet zij reeds haar God, Haar beminden Zoon genaken,

En een nameloos genot

Voelt Zij nu Haar hart doorblakeu. Tot Hij in triumf gekeerd,

Aan des Vaders zij\' regeert.

3. Rustloos zucht haar minnend hart,

Nu ze op aard nog moet verwijlen : O zij wil van liefdesmart,

Opwaarts naar haar .fesus ijlen. Die in \'s Vaders heerlijkheid Reeds haar zetel toebereidt.

4, Als het maagd\'lijk was, door quot;t vuur.

Voelde zij haar Hart verteren , En versmacht naar t zalig uur.

Dat de stem haar roept des lleeren; Toen kwam Jesus haar te moet,

En zij stierf van liefdegloed.

•5. Heilig Harte vrij van smet,

Troost voor wie op u vertrouwen.

-ocr page 233-

313

Hoor ons kinderlijk gebed,

O gezegendste aller vrouwen !

Vraag nu , vraag van \'t god lijk Lam, Dat Zijn liefde ons hart ontvlamni\'.

Meilied aan Maria, onkylelt ontvaiigeii.

Wijze . II(jvyvoet (gt;]gt; l\'iudcrtooii.

1. Lieve Moedor van den Heer,

Laat ons om Uw zetel dringen.

_ ^ o

Laat T w kind ren 1 ter eer

\'t Zielverrukkend feestlied zingen, \'t Moet weerklinken luid en blij: Moeder, onbevlekt zut (Jij !

2. \'t Heeft reeds \'t wijde wereldrond ,

En herscheppend overklonken, \'t Woord door Pius mond verkond, En Uw kind\'ren, vreugdedronken, .lub\'len op Uw feestgetij:

Moeder, onbevlekt zut Gij !

8. Neen, dat loflied zwijgt niet meer. Tot aan \'s werelds verste palen , /uilen met het hemelsch heer

Al Uw kind\'ren \'t luid herhalen, \'t Woord van \'t zalig jubeltij ; Moeder, onbevlekt zut Gij !

-ocr page 234-

214

4. En we voegen dank en beê

Aan de blijde feestgezangen.

AVie , wie dankt niet met ons meê

Voor al \'t heil door V ontvangen, In het zalig jubeltij.

Moeder, onbevlekt zi.tt Gij!

•\'). Zonnezniv\'re Moedermaagd,

Om de glorie U gegeven,

Hoor ook wat ons hart U vraagt;

Dat wij na een schuld\'loos leven Eenwig jub\'len aan Uw zij\' :

Moedek , onbevlekt zi.it Gij !

iiciu?oci, lii nor

Wijzen: Pias-Lied. Laten wij ons neclerhaigen , enz.

i. w ees gegroet, Gij vol genade , O, Maria , Moedermaagd Die van alle Jnda\'s docht\'ren

\'t Meest den Schepper hebt behaagd,

.i. Gij, die onder alle vrouwen l itverkoren zijt geweest ,

Om den Zoon van God te baren.

Door de werking van Zijn Geest.

-ocr page 235-

215

3. Met 1\' zij de Vrucht gezegend,

Die door Uwen Maagdenschoot Aan de zuchtende aard\' geschonken. Ons verloste van den dood.

4. O, Maria, om Uw deugden

Thans verheven bij Gods troon. Stort. o Moeder, Uw eebeden

Voor ons, zondaars, tot Uw Zoon.

5. Bid, zoolang we in zielsgevaren

Zwerven in dit aardsche dal :

Maar vooral wil ons gedenken Als de dood ons naken zal.

0. Bied, o Moeder! bied Uw kindren Zóó Uw liefderijke hand,

Dat wij veilig door dit leven Opgaan naar ons Vaderland.

7. Amen, amen! het geschiede

Wat ons kinderhart U vraagt, O, dan juichen we eeuwig, eeuwig Met U, glorierijke Maagd!

-ocr page 236-

316

GEGROET ZIJT GIJ, MARIA.

Wijze: Geloofd zij Jesus Christus!

1. O Hemelkoningin ,

Ik zing uit kindermin :

Gegroet zijt Gij, Maria!

2. Wat heil heeft niet voor de aard\' Dal hemelsch woord gebaard :

Gegroet zijt Gij, Maria!

3. De heimacht stond ontsteld,

Toen U Gods Engel meld\';

Gegroet zijt Gij, Maria!

4. Die groet had het begin Van quot;s werelds redding in.

Gegroet zijt Gij, Maria!

quot;). Daarom zong wijd en zijd De Kerk ten allen tijd:

Gegroet zijt Gij, Maria!

(i. Nog zingt in vreugd en smart, Elk dankbaar kinderhart;

Gegroet zijt Gij, Maria !

7. Ja, Moeder van Gods Zoon, Wie juicht niet op dien toon : Gegroet zijt Gij, Maria!

-ocr page 237-

217

De hemel gaat ons voor.

Daar zingt heel \'t Engelkoor: Gegroet zijt (Jij, Maria!

i). Eu wij in \'t aarrlsche stof, Wij zingen tot Uw lof:

Gegroet zijt Gij, tVIaria!

10. Als satan ons bekoort .

Wij spreken \'t machtig woord : Gegroet, zijt gij, Maria!

11. Wij roepen in den nood En nu en in den dood:

Gegroet zijt Gij, Maria !

10. En eens in \'s hemels stee ,

Dan juichen we eenwig meê: Gegroet zijt Gij, Maria !

—1—

PELGRIM SftltOET AAJ\\ SITTARD,

wijze: ii itn Xefrlandti hloed.

1. Gegroet, o Sittard, schoone stad, Op Limburg\'s lieren grond,

Die in uw veste een schat bevat Als nooit een stervling vond;

-ocr page 238-

318

Een schat die n ten zegen strekt,

Gods gunsten mild verspreidt, Die aller harten tot u trekt,

Uw naam alom verbreidt, (bis.)

2. Geen goud, geen zilver, geen smaragd. Geen saphir noch juweel,

Hoe groot in waarde of rijk in pracht,

Kan \'t halen bij uw deel ;

Neen, boven aller steden goed

Blinkt \'t uwe vol waardij En daarom Sittard, wees gegroet Op \'t heuglijk feestgetij, (bis.)

8. Ja, Sittard, in oud-Limburgs kroon Zijt gij een rijke steen ,

Want een Vorstinne, groot en schoon,

Toog naar uw veste heen. Uw Klooster werd Haar lievlingsoord,

De lustplaats naar Haar zin En daaglijks wordt dc lof gehoord Dier machtige Vorstin, (bis.)

4. Beveel u aan Haar hoede steeds In allen druk en nood ;

Schonk zij u Hare gave reeds Haar voorraad is zoo groot.

-ocr page 239-

219

En daarom wat u dreige of tart\' Gij weet waar hulpe rest ,

De lieve Vrouw van \'t Heilig Hart Heerscht binnen uwe vest. (bis.)

■\'gt;. Gegroet dan, Sittard, zij gegroet Van Rotte\'s pelgrimschaar, Uw Koningin zoo groot en goed

Trekt ons tot u en Haar ; M ij komen knielen voor haar troon Bij smeekgebed en lied :

Maria, Moeder van Gods Zoon , Verstoot Uw kind\'ren niet !\'quot; (//ia.)

DE LITANIE

VAN ONZE LIEVE VROUW,

Kyrie eleison.

Christe eleison.

Christe, audi nos.

Christe exaudi, nos.

Maria, Maria, wij bidden l\'! Ach help ons mi en in den dood, O allerzniversté Maagd Maria ! I

Pater de coelis, Deus.

Miserere nobis.

Fili Redemplor mundi Deus,

-ocr page 240-

230

Miserere nobis.

Maria, enz.

Spiritus Saiicte, Deus,

Miserere nobis.

Sancta Trinitas, vmus i)eus,

Miserere nobis.

Maria, enz.

Sancta Maria,

Sancta Dei Genitrix,

Sancta Virgo Virgimun, Ora pro nobis.

Maria, enz.

Mater Christi,

Mater divinae gratiae,

Mater purisshna, Ora pro nobis.

Maria, enz.

Mater castissima,

Mater inviolata,

Mater intemerata, Ora pro nobis.

Maria, enz.

Mater amabilis,

Mater admirabiiis.

Mater Creatoris , Ora pro nobis.

Maria, enz.

Mater Salvatoris,

Virgo prudentissima,

Virgo veneranda, Oi\'a pro nobis.

-ocr page 241-

221

Maria, enz.

Virgo praedicanda,

Virgo potens ,

Virgo clemens, Ora pro nobis.

Maria, enz.

Virgo fidelis,

Specnlnra justitiae,

Sedes sapientiae, Ora pro nobis.

Maria, enz.

Ciinsa nostra laetitiae,

\\ as spiritnale ,

Aas honorabilc , Ora pro nobis.

Maria, enz.

Vas insigne devotionis,

Rosa mystica,

Tnrris Davidica, Ora pro nol)is.

Maria, enz.

Tnrris ebnrnea,

Domns anrea,

Foederis area, Ora pro nobis.

Maria , enz.

Janna cocli ,

Stella matntina.

Sains infirmornni, Ora pro nobis.

Maria, enz.

Refugium peccatorum,

-ocr page 242-

222

Consolatrix afHictoium,

Auxilium Christianonim, Ora pro nobis.

Maria, enz.

Regina Angelorum,

Regiiia Patriarcharum ,

Regina Prophetaruni, Ora pro nobis.

Maria, enz.

Regina Apostolorum,

Regina Martyrnm,

Regina Confessorum, Ora pro nobis.

^laria, enz.

Regina Virgin um,

Regina Sanctorum omnium,

Regina, sine labe concepta, Ora pro nobis.

Maria, enz.

Regina Sacratissimi Rosarii,

Agnus Dei, —- qui tollis — peccata mundi, — Paree nobis, Domine.

Maria, enz.

Agnus Dei, — qui tollis— peccata mundi,— Exaudi nos , Domine.

Maria, enz.

Agnus Dei, — qui tollis — peccata mundi, Miserere nobis.

Maria, enz.

Christe, audi nos.

-ocr page 243-

223

Christe, exaudi nos.

Kyrie eleison.

Christe eleison.

Maria, enz.

HET WEES aEamp;ROET.

Wijze : IFees (/egroet op kindertoon.

1. Wees gegroet Maria, Maagd, Tot Gods Moeder uitverkoren,

Die liet Heilig Hart behaagt,

Wil uw kiud\'ren beè verhooren.

Vrouw van \'t Heilig Hart zoo zoet, \\ j ■. Lieve Moeder, W ees gegroet! ) quot;s

2. Gij die vol genade zijt,

W il voor ons gena bekomen,

Doe het Heilig hart altijd ^ oor 1 w kiud\'ren overstroomen,

Van genade en overvloed. j ^. Lieve Moeder, Wees gegroet! \' /s\'

•i. Zie de Heer is steeds niet ü, En gij ganscli in Hem verslonden.

Ach , verhoor ons smeeken nu In dit dal van smart en zonden. Kom Uw kiud\'ren te gemoet; l / ■. Lieve Moeder, wees gegroet! I quot;\'s\'

-ocr page 244-

324

4. Vi-ouwc die gezegend y.ijt Boven alle andere vrouwen,

U zij steeds ons lied gewijd, L, die we onzen nood vertrouwen : Daarom klinkt het welgemoed: | Lieve Moeder, Wees gegroet! i

■). Hoog gezegend is de Vrucht Van l w lichaam Jesus Moeder.

Wie er immer tot U- vlucht, \'t Hart van Jesus zij zijn hoeder, Leid hem tot die bron van \'t goed ;

Lieve Moeder, Wees gegroet !

(i. O, Maria, Moeder Gods,

Wil voor ons, schoon zondaars, smeekcii

Als natuur en kunst ten trots, \'t Doodsuur voor ons aan gaat breken: Zuchte dan nog \'t zwak gemoed: | ^ Lieve Moeder, Wees gegroet! I

7. Ja, Maria, Wees gegroet!

Wees gegroet van ons en allen.

Laat ons eens met de Eng\'len stoet, \'t Driewerf heilig, heilig schallen , Zamensmeltend met het zoet: . ^ Lieve Moeder, Wees gegroet r \'

-ocr page 245-

235

DE BEDROEFDE MOEDER.

quot;Wijze : Stahaf Mater.

Naast het kruis met schreiende oosren

o

Stond de Moeder, diep bewogen,

Waar de Zoon doornageld hing,

Toen door ziel en znchtend harte, Overstelpt van wee en smarte, Een doorborend slagzwaard ging.

Hoe bedrukt, hoe neergeslagen.

Moest die teed\'re Moeder klagen

Om Gods eenig Kind, Haar Zoon! Ach! hoe streed Zij, ach, hoe kreet Zij, En wat boezempijnen leed Zij,

\'t Roemrijkst Kind aan \'t kruis ten toon.

Wie kan tranen wederhouen,

Jesus\' Moeder zoo aanschouwen

Door zoo grievend leed verscheurd? Wie kan zonder diep erbermen,

Jesus\' Moeder hooren kermen,

Daar Zij Haren Zoon betreurt?

Voor de zonden van de zijnen Zag Zij Jesus zoo in pijnen Door de felle geeselstraf;

-ocr page 246-

226

\'t Dierbaar Kind zag zij hier lijden, Gansch verlaten, doodlijk strijden, Eer de geest Hem nog begaf.

Geef, o Moeder, bron van liefde. Dat ik \'t leed, dat U zoo griefde.

Met U voele en met Ü klaag; Dat Zijn gloed mijn harte winne. Dat ik Jesus, Godmensch, minne. Dat ik ook aan Hem behaag.

lleil\'ge quot;Moeder, wil mij geven Wonden diep in \'t hart gedreven,

Jesns\' kruis zij steeds inijn doel. Dat ik, schuilende in Zijn wonden. Dus gefolterd om mijn zonden, Deelend Zijne smart gevoel.

Mocht ik klagen al mijn dagen, Waarlijk al die smarten dragen

Tot mijn sterfuur overviel!

Mij bij kruis met U vereenen , Met U sterven, met U weenen, \'t Is de weusch van mijne ziel.

Maagd der maagden, roem en zegen Wees, ach, wees mijn zucht niet tegen Gun mij, dat ik met U klaag;

-ocr page 247-

227

Doe mij strijden, doe mij lijden, Christus\' striemen langs de zijden ; Dat ik steeds daarvan gewaaec 1

o o

U. Doe mij door die slagen wonden, Dronken van dit kruis verkonden,

W at de liefde üws Zoons vermag ; \'k Ben ontvlamd, in liefde ontsteken, Wil toch zelve voor mij spreken In den jongsten oordeelsdag.

10. Doe mij door het kruis bewaren; Jesus\' kruisdood moet mij sparen.

Wiens genade mij verheugt. Als mijn lichaam komt te sterven, Geef dat mijne ziel mag erven

\'s Hemels glorierijke vreugd. ------

MARIA Oi\\D£R HIT KIMTS.

Wijze : Komt laten wij ons neclerbuicjen.

1. Droef stond de Moeder neergebogen

Daar onder \'t kruis, dat Jesus droeg. De tranen vloten uit hare ooo-en

o

Die ze onbeweeglijk op Hem sloeg.

-ocr page 248-

228

Ach dan , wat moet er in dit harte,

üit moederhart zijn omgegaan!

Hoe moest het grieven, \'t zwaard van smarten! Hoe treurig ziet zij J esns aan!

„Ach, zucht zij, „mocht ik zelve sneven !

Wat heeft mijn dierbaar kind misdaan? O, Jesus ! leven van mijn leven,

Hoe ziet me uw stervend oog nog aan.quot; \' • Wie voelt zich \'t harte niet verscheuren.

Als hij die goede Moeder ziet?

Wie zou met haar niet medetreuren, /00 overstelpt van zielsverdriet.

lt;3. Helaas! en \'t is voor onze zonden, 0

Dat daar Uw Zoon aan \'t kruishout hangt, En afgemarteld door Zijn wonden;

Vergeefs naar lafenis verlangt!

Bedrukte Moeder , bron van liefde,

AVat tranen heb ik U gekost!

Och, of Uw droefheid mij doorgriefde. Mij, zondig mensch, zoo duur verlost!

4. O, mocht ik door mijn medelijden

En mot U weenend om Uw Zoon, Uw droevig Moederhart verblijden En troosten door mijn rouwbetoon !

-ocr page 249-

221)

Ja, geef, rlcit ik, geheel verslonden

Van goddelijken liefdegloed.

Verborgen in mijns Heeren wonden, Voor al mijn zonde eu ondank boet\'!

HET AFSCHEIDSLIED.

Wijze: O Maagd, o schoonheid nooit volprezen.

1. Vaarwel! vaarwel! o schoone stede. Waar onze wensclien en gebeden.

Gestort zijn voor den glorie-troon , Der lieve Vrouw van Jesus Harten, Der zwakken steun en troost in smarten. Haar zij gewijd ons dankbetoon. (Jgt;is.)

2. Ach, konden onze kinderklanken, U voor d\' ontelb\'re gaven danken,

o quot;

Ons toegevloeid door Uwe hand, O Moeder, wat al zegeningen Schonkt Gij ons. Uwe gunstelingen, Ontvang ons hart ten liefdepand, (his.)

.\'5. Gij schonkt weer hoop aan \'thoop\'loos harte. Gij heeldet wee en zielesmarten,

Uw hand bood ons hier laaf nis aan. Uw moederhart is vol erbarmen, Gij naamt den zondaar in uw armen, Om zoo tot Jesus op te gaan. (//«.)

-ocr page 250-

230

4. Wat zoete rust en zaligheden,

Schonkt Gij ons, Moeder door uw beden,

Terwijl wij knielden voor uw troon, \'t AVas of wij bij \'t eerbiedig luist\'ren Uw Moederstemme hoorden fluist\'ren: Mijnkind, schenk mijuwharttenloon. (bis)

5. En wij, wij schonken U onz\' harten, Bij zoete rust en droeve smarten.

Bij al wat ons in \'t leven tart. Doe ons in Jesus liefde leven W il ons Uw Moederzegen geven

O lieve Vrouw van \'t heilig Hart. (/gt;«.)

(i. Gegroet, gegroet , dan lieve Vrouwen Van Jesus Hart,— ons heilbetrouwen, Ach blijf ons steeds, watG\' altijd waart. Blijf ons aan Jesus harte binden,

Laat ons daar steeds vertroosting vinden Bij onzen pelgrimstocht op aard. (bis.)

7. Behoed voor rarnp en zielsgevaren , O Moeder! deze pelgrimsscharen ;

Geleid ons aan Uw Moederhand, Tot wij na \'s werelds wisselingen.

Uw lof met d\' Eng\'lenscharen zingen In \'t eeuwig zalig Vaderland, (hit-i.)

-ocr page 251-

231

S. Daar spant geen wereld ons haar strikken. Daar kan geen hel onz\' ziel verschrikken, Daar is geen angst noch zielesmart; Daar znllen wij niet d\' Hemellingen ,

Een eeuwigdurend loflied zingen.....

O lieve Vrouw van Jesus Hart. {his.)

RANGE LINGUA,

Wijze : Als het VuandeUied ou vele Benedictiën.

1. Wil, mijn tong, \'t geheim des Heeren, \'t Lichaam, allen roem te groot,

\'t Kostbaar Bloed met lofzang eeren. Dat de Vrucht uit ed\'len schoot.

Dat de Heer van wie regeren Ten rantsoen der aard\' vergoot.

Ons gegeven , ons geboren ,

Lit een maagdelijke Bruid,

Heeft Hij de aard\' ten woon verkoren, Strooit het zaad des woords er uit, Tot Hij \'t leven, Hem beschoren. Met een wondere orde sluit.

8. Den laatsten avond van Zijn leven, Met /ijn broed\'ren aan den disch.

Heeft Mij, als het voorgeschreven

-ocr page 252-

232

Panschmaal trouw gelioudcii is,

Zelf zich hun ten spijs gegeven In dit nieuw Geheimenis.

4. \'t Woord, in\'tvleesch tot ons gekomen, .Maakte brood Zijn vleesch door \'t woord,

Wijn Zijn bloed, dat uit ging stroomen. Zoo geen zin \'t Geheim doorboort;

\'t Is genoeg voor \'t hart des vromen, Dat hij hier \'t geloof slechts hoort.

5. Eeren wij dan, diep gebogen. Een zoo Heilig Sakrament;

De oude schaduw is vervlogen,

In dit nieuw Geheim volend.

Wat de zinnen niet vermogen, \'t Worde door \'t geloof gekend.

(i. Lof den Vader, ongeboren ,

En zijn Eéngeboren Zoon;

Lof van alle jubelkoreu Zij met dank en zegetoon.

Beider Geest, als Hun, beschoren O]) hun eenen glorietroon.

-ocr page 253-

23;3

flan Sfgue If.

quot;Wijze : llree.s yeyyoet op kindertoon.

Hart van mijn gekruisten Heer,

I^eeld en bron der hoogste liefde Hart van Jesns, toen een speer

U nog in den dood doorgriefde, Boodt Gij water ons en bloed. Tot een dubb\'len levensvloed.

Zaal\'gend Hart van d\'Offeraar,

Heilfontein van liefde en leven , Nog blijft Ge altijd op \'t altaar

U voor ons ten otfer geven.

Zijt Ge ons. Heer, op wond\'re wij Daar ten zoen eu zielespijs.

Teeder Hart, voor ons doorwond. Breid Uw stroomen van genade Wijder uit niet eiken stond.

Dat er alle ziel in bade.

God\'lijk Hart, dat eind\'loos mint. En zoo weinig liefde vindt.

Geef het, Jesus, nu nog meer;

Wij zijn immers U te nader, Minn\'lijk Hart van onzen Heer,

-ocr page 254-

231.

Sinds ons aller dierb\'re Vader; Die zich reeds bij U verblijdt, Ons aan U heelt toegewijd.

5. Wij dan, hoe de vijand woedt, Wij dan blijven op U hopen, God\'lijk Hart, oneindig goed.

Altijd voor ons, zondaars, open. Beeld en bron der eeuw\'ge min, Zegen ons en ons gezin.

—^ogjo;^—

AKTEN VOOR DE H. COMMUNIE.

\\V uzE ; Lieve Moeder vuti den Heer.

1. Jesus, Meuschgeworden God,

Die niet in uw woord kunt falen, Gij rust hier in \'t Sakrament:

Kan \'t mijn geest niet achterhalen. God der waarheid, \'k tuig het nu, Jesus, ik geloof in ü.

2. God van almacht, liefde en trouw,

\'k Ben beschaamd om al mijn zonden Maar Gij, Heer, hebt ze nitgewischt In het bloed van zóóveel wonden, Vol betrouwen kom ik nu ,

Goede Jesus, \'k hoop op U.

-ocr page 255-

235

8. God van liefde en opperst goed,

Gij wilt spijzen ons en drenken, In \'t Geheim der hoogste min

Heel U zeiven aan ons schenken. Liefste Jesns, kom, kom nu ,

Ach mijn ziel verzucht naar U.

4. \'k Ben niet waardig, groote God,

Dat Gij ingaat in mijn harte; Spreek, Heer! spreek een enkel woord

En , doorwond van liefdesmarte. Schrei ik: Jesns! kom toch nu, Kom, o kom, ik smacht naar U!

5. \'k Zal dan aan den Heirgen Disch

U mijn Jesus, gaan ontvangen ; U, mijn\' God, mijn\' grooten God,

Aan mijn zalig harte prangen. Gcede Jesus! kom toch nu.

Kom, o kom, ik snel tot U !

AKTEN NA DE H. COMMUNIE.

quot;Wijze: Klt;jgt;nt, heffen wij eett loflied aan.

1. Nu heeft mijn lieve Jesus dan Zich mij tot spijs gegeven,

Die mijn verkwikte ziel bewaar\'

-ocr page 256-

236

In \'t eiudelooze leven ;

Ach, goede God! U smeek en wij : Blijf ons nu eeuwig bij.

Zoo is dan waarlijk \'s Vaders Zoon

Tot mijne ziel gekomen,

En heeft zijn zetel in mijn hart,

Mijn zondig hart genomen ; Ach God! ach God! U smeeken wij: Blijf ons nu eeuwig bij.

O, dat ik al de stemmen had,

Die opgaan van deze aarde , En \'t uimmer-zwijgend hemelkoor

Zich aan mijn loflied paarde ! IJ God! I God ! aanbidden wij,

Elijf ons nu eeuwig bij.

\'k Aanbid, ik loof, ik dank U, God

Ach, zie mijn tranen beven ; Wat zal ik, goede Jesus, IJ,

Voor zóóveel liefde geven ? U God! U God! U danken wij.

Blijf ons nu eeuwig bij.

Ik wil, mijn Jesus, wat ik ben.

Mijn hart, mijn vreugd en lijden, Mijn leven en mijn stervensuur

-ocr page 257-

237

Ten offerand U wijden.

U God! U God! beminnen wij Blijf ons nu eeuwig bij.

fi. Maar zwak is onze ziel, o Heer,

Als \'t licht-bewogen riet.

Almachtig Cod ! wij smeeken U ,

Verlaat, verlaat ons niet.

Nog eens, nog eens dan smeeken wij Blijf ons dan eeuwig bij !

—I— —

Dat Jesus leev\'ï

1- Dat Jesus leev\' !

Dit is de kreet des harten.

Dat J esus leev\', de leeraar aller deugd.

TVquot; i • • • ...

IN aam, dien ik nooit van mijnlippen laat vloeien, Zonder de liefde in mijn hart te doen gloeien. Dat Jesus leev\' ! {his.)

Dat Jesus leev\'!

Dit is de kreet der dapp\'ren Die \'t trouwe volk tot zijne vanen roept. Gij Jesus zijt al mijn schat, al mijn leven, \'k VolgU, waarheen ge ook U moget begeven. Dat Jesus leev\' ! (his.)

-ocr page 258-

238

Dat Jesus kev\' !

Dit is de kreetdcr hope Voor \'t schuldig hart, dat zijne misdaad voelt. Hij zet den boetling meer moed bij en sterkte. Hij kroont het goed, dat zijn hulp in hem

[werkte. Dat Jesus leev\'! (bis.)

Dat Jcsus leev\' !

Op dezen kreet der sterkte Vlucht ver van ons het helsche leger weg. Jesus, uw naam aan uw dienaars zoo teeder. Ploft in den afgrond de duivelen neder. Dat Jesus leev\' ! (bis.)

Dat Jesus leev\' !

Dit is de kreet der liefde.

God, die voor \'t oog slechts brood op

\'t altaar schijnt; k Weet, \'t is alleen oiu mijn liefde te winnen , \'k W il van nu af U met warmte beminnen. Dat Jesus leev\' ! (bis.)

Dat Jesus leev\'!

Zijn lieve Moeder leve !

Ze is Moeder ook van \'t uitverkoren volk.

-ocr page 259-

239

Zoo ik haar min als een kind zijne moedei\', Dan min ik Jesus, haar Zoon, mijnen broeder. Dat Jesns leev\' ! (bis.)

7. Dat Jesns leev\' !

Triomf! dat zegepralend ,

Die naam verwinn\', wat kwaad en

boosheid heet. Wijl \'k door dien Naam eens den hemel

moet erven, Zoo wil ik ook voor hem leven en sterven.

Dat Jesus leev\' 1 (bis.)

——

Geloofd zij Jesus Christus.

i.

1. Als \'t eerste duister breekt,

Ontwaakt mijn hart en spreekt:

Geloofd zij Jesus Christus !

2. De heil\'ge feestklok luidt En roept het plechtig uit:

Geloofd zij Jesns Christus !

■). Wat is de schoonste klank ,

De zoetste toon van dank?

Geloofd zij Jesus Christus!

-ocr page 260-

240

In \'s Heeren heilio; Imis Is \'t eerste beegesuis :

Geloofd zij Jesus Christus!

In mijn gelukkigst uur,

Zing ik met liefdevuur: Geloofd zij Jesus Christus !

Hij al wat ik begin,

Roep ik met hart en zin: Geloofd zij Jesus Christus!

En wat mijn werk ook zij, Ik zeg er vroolijk bij:

Geloofd zij Jesus Christus!

II.

Üe schoonste vruchten kweekt Het hart dat altijd spreekt: Geloofd zij Jesus Christus !

Bij spijzen en bij drank , Is dit mijn vrome dank: Geloofd zij Jesus Christus !

Zoo zing ik vroeg en spa Als :k bid of werken ga :| Geloofd zij Jesus Christus !

-ocr page 261-

241

En nooit verveelt de groet, Zoo schoon, zoo wonder zoet : Geloofd zij Jesns Christus 1

Als treurigheid mij plaagt, Dan roep ik onversaagd:

Geloofd zij Jesns Christus!

Hij \'s levens zielsverdriet,

Vind ik mijn troost in \'t lied: Geloofd zij Jesns Christus!

In nood en bitt\'re smart,

Roep ik met mond en hart : Geloofd zij Jesns Christus!

Droef om mijn schuld te moê, Zucht ik mijn Jesns toe : Geloofd zij Jesus Christus !

De macht der helle vliedt Voor dit mijn zoete lied: Geloofd zij Jesus Christus I

III.

De liefelijkste lof Is ook in \'s hemels hof:

Geloofd zij Jesus Christus I

-ocr page 262-

2-12

:2. Des Vaders eeuwig woord

Klinkt daar en eeuwig voort: (ieloofd zij Jesus Christus !

■\'gt;. Zingt, mensehenkind\'ren ! luid, Zingt jubelend liet uit:

(ieloofd zij Jesus Christus I

4. Heel \'t aardrijk in het rond , Weêrklinke telken stond :

Geloofd zij Jesus Christus 1

Als quot;t licht ten einde spoedt , Zij dit de laatste groet:

Geloofd zij Jesus Christus !

(i. De duisternis wordt dag

Voor wie slechts zingen mag: Geloofd zij Jesus Christus !

7, Mijn hart houdt sluim\'rend wacht, quot;t Zingt in den stillen nacht : Geloofd zij Jesus Christus !

S Ja, nog mijn ziele spreekt, Als reeds mij \'t harte breekt : Geloofd zij Jesus Christus!

-ocr page 263-

243

Zingt, hemel, aarde, zee.

Zingt al wat ademt meê:

Geloofd zij Jesus Christus !

\'t Weerkliuke wijd en luid Voor Hem, eeuw in, eeuw uit: Geloofd zij Jesus Christus !

Aan het; Allerh eil igs te.

Wijze : Maria leer1.

U, Jesus ! eer, om ons zoo diep verborgen In quot;t Sakrament van uw onpeilb\'re min; Hier waakt Ge altijd, vand\' avond tot den

morgen,

En trekt om ons Uw gloriestralen in. Mijn God en Koning !

Mijn Opperheer!

U, in Uw woning,

TI, Jesus, dank en eer.

U dank en eer, van alle tong en talen ,

Van wat op aarde en in den hemel leeft; Ten boete blijv\' heel \'t wereldkoor herhalen; Aan Jesus eer ! die ons zich zelv\' hier geeft Mijn God en Koning ! enz.

-ocr page 264-

344

U danken eer, maar ach, die zwakke klanken, !

Zij kunnen U, die in ons midden troont, Voor zulk een gunst, zoo eind\'loos groot,

niet danken, Veel minder nog, als Ge in ons binnenst

woont.

Mijn God en Koning I enz.

I. O, geven wij voor liefde , liefde weder: Zij trekke ons hier naar .lesus tempelkoor. Daar werpen we ons ten dankbaar offer neder. Dat onverdeeld en eeuwig Hem behoor Mijn God en Koning !

Dan vieren wij,

In \'s hemels woning ,

Uw eindloos lofgetij.

TOEWIJDING AAN DEN HEER.

Wijze: O groote God! wat zijn uw tabernakels.

1. Verborgen God! onziohtb\'re Gloriekoning ! Hoe lieflijk is uw tabernakeltroon ; Hier koost Ge om ons uw zegenrijke woning, Hier zijt Gij ons ten pand van \'t

eeuwig loon.

-ocr page 265-

245

2. \\\\ elzalig, die met V lüer mag verblijven, Aan \'t altaar op uw liefdeblikken wacht; W at is een eenw in \'swerelds lustbedrijven Bi j \'t oogenblik, met ( hier doorgebracht ?

\'ó. Hier is de bron van hemelzaligheden,

t Is voorsmaak hier van quot;t allvervullend

goed ;

Barmhartig God, hier stort ik mijne heden , En uw gciii\'i stroomt uit in overvloed !

4. Ja, méér nog, lieer, met duizend zegeningen Voorkomt Gij al de wenschen mijner ziel! \\\\ at wedermin , wat dank moet mij doordringen ,

Waar ik zoo dicht voor Jesus aanschijn

kniel.

■quot;). Hier wil Hij mij ten zielespijs zich geven , Ontvang ik Hem, mijn godlijkOfferlam Hier staart een vlucht van Eng\'len die

me omzweven. Verrukt het aan, dat Jesus tot mij kwam.

(i. W at wuft genot zou langer mij bekoren , Nu quot;k Jesus zelv\' , en hart aan hart

begroet ?

-ocr page 266-

346

\'k Wil, Jesus, U, en U alleen behooren, Zoo slechts mv kracht voor ontroin\\\'

mij behoedt.

. Heersch over mij, die Vorst van dood

en leven.

Heersch over mij, die Liefdekoning zijt ! Wijk, wereld, wijk, wat heil hebt

te geven

Aan \'t zalig hart, dat zich in God

verblijdt.

AAN tesus EER:

Wijze : Dat Jesus leer\' !

Aan Jesus eer!

Zoo stijge ons dankbaar smeeken, Aan Jesus eer\' door aarde en hemelheer. O zoete naam, dien nimmer ik kan spreken , Of\'k voel te feller in liefde me ontsteken. Aan Jesus eerl (his.)

Aan Jesus eer 1 Is \'t lied der Christenscharen. Aan Jesus eer ! Hem, onzen God en Heer, Die al wie trouw om Hem henen vergaren, Trouw in den strijd voor zijn naam zal bewaren. Aan Jesus eer! {his.)

-ocr page 267-

247

3. Aan Jesus eer!

Mag ook de zondaar zuchten.

En tot zijn Heer ga hij rouwmoedig weer: Geen boet\'ling, neen, heeft zijne wrake te

duchten,

Hij lieeft alleen in zijne armen te vluchten. Aan Jesus eer ! (bis.)

4. Aan Jesus eer !

Is \'t lied van \'t zielsvertrouwen , Aan Jesus eer! zoo roepen we immer weêr; Hoe langer toch wij zijn wonden beschouwen , Hoe meer ons ook onze zonden berouwen. Aan Jesus eer ! (bis.)

■quot;). Aan Jesus eer !

Is \'t lied der hemelzalen , En \'t Eng\'lenheer valt diep aanbiddend neêi ; Dat moet heel de aard\' met haar tongen

en talen ,

En al wat is door alle eeuwen herhalen. Aan Jesus eer ! (bis.)

(5. Aan Jesus eer !

Nog eens het aangeheven.

Aan Jesus eer! eu immer, immer meer!

-ocr page 268-

248

Aan Hem alleen zij van nu af ons leven, Aan Hem geheel ons ten offer gegeven. Aan Jesus eer ! {bis)

7. Aan Jesus eer!

Zoo blijve ons danklied stroomen. Aan Jesus eer! voor eemvia; onzen Heer. Hij zelf, Hij zelf is nu in ons gekomen, 1 lij zelf heeft ons tot de zijnen genomen. Aan Jesus eer ! {his.)

-------a/\\A/\\a—

Aan Jesus denken is reeds zoet.

jesu dulcis memoria.

Wijze : Gegroet o Hemelkoningin.

1. Aan Jesus denken is reeds zoet

t Geeft ware blijdschap aan \'t gemoed ; Maar Jesus zoete bijzijn gaat Voor honig eu wat bestaat.

I. Niets zoeters brengt een zangtoon voort, Niets streelenders wordt ooit gehoord, Aanminnigers wordt uiet gedacht Dan Jesus, door God voortgebracht

3. O Jesus! hoo]) voor al wie boet.

Wat zijt gij voor de smeek\'ling goed.

-ocr page 269-

249

Voor wie U zoekt, hoe teêrgezind, Maar wat voor hem wel, die U vindt.

4. Geen tong, neen, spreekt het immer uit. Geen letter, die het ooit beduidt; Wie \'t smaakte, dit geheimenis, Hij weet, wat Jesus minnen is.

ö. Wees, Jesus! onze zielevreugd.

Die \'t loon eens wezen zult der deugd; Zij onze roem in U alleen,

Door al der eeuwen eeuwen heen.

AAN HET ALLERH. HART VAN JESUS.

1. Komt laten wij ons ncderbuigen,

En werpen we ons in \'t stof ter neer, Om onze liefde te betuigen

Aan \'t Hart van Jesus onzen I leer. O Hart van onuitspreekbre waarde , O levensbron, o hoogste schat, Dat voor den balling hier op aarde Een overvloed van troost bevat.

2. O Hart van Jesus vol van liefde ,

Dat eens aan \'t kruis ons harte won. Toen U het schrikklijkst leed doorgriefde, Dat ooit een stervling lijden kon.

-ocr page 270-

250

O Hart dat door een lans geopend, Nog altijd voor ons open staat,

En steeds voor allen op U hopend , Een steun zijt en een toeverlaat.

Ü. O Hart zoo minzaam en zoo teeder, Zoo nedrie en oneindig groot !

O O O

O zie met mededoogen neder Op ons zoo arm en zoo ontbloot.

Wil toch ons hart naar quot;t Uwe vormen, \'t A olmaakste toonbeeld van de deugd.

Om eens met U na \'s levens stormen, Vereend te zijn in hooger vreugd.

ÜEKAXCi TER EERE VAV HET II. HART VAXJESlV

I. Voor Jesus\' harte zinge

Mijn ziel in mingeneugt :

Door alle wolken dringe De luide toon der vreugd.

(Refrein.) Geëerd ten allen tijde Zij Jesus\' H. Hart!

Dat aller hart zich wijde Aan \'t Hart, vol liefde en smart.

-ocr page 271-

251

2. O Hart, voor mij gebroken

Uit louter liefdepijn ,

Om mijne schuld doorstoken,

Mocht Gij mijn Redder zijn. — refr.

3. Uit breede hartkwetsure

Sprong water, heilig bloed.

Hoe rijk stroomt, sinds die ure, Ons Uw genadevloed. —- refr.

4. Heer Jesus , eene bede ,

Slechts eene gun ze mij :

Ruim mij een zoete stede

In Uw doorboorde zij. — refr.

5. Dan word ik naar de trekken,

Die \'k in Uw beeld bemin, Zachtmoedig, rein van vlekken En nederig van zin. —- refr.

(gt;. Verschuilend in Uw wonde Vind ik mijn zielernst;

In zoete en bittre stonde

Veracht ik \'s werelds lust. — refr.

7. En als mij de oogen breken.

Zich sluitend voor den schijn. Wil ik nog stervend spreken;

Heer Jesus , eeuwig mijn. —■ refr.

-ocr page 272-

HULDE AAN HET H, HART VAN JESUS,

Wijze: Maria leev\\

O, Heilig Hart, van \'t vuur der liefde gloeiend. Dat voor het heil van\'tzondigmcusclidom blaakt;

Genadebron van Hemelzegen vloeiend, Die \'t hart verkwikt dat U met liefde naakt. Harte van Jesus,

Ons hoogste goed ,

Aanvaard de hulde Van \'t kinderlijk gemoed.

jN\'een.Iesus, neen, geen Engel kan \'t ons malen Hoe o-aarn\' ge Uw hart aan \'t hartdesmenschen

o o

bindt,

Geen schetst de kracht, den gloed der

liefdestralen Die ge overstort in \'t hart dat U bemint. Harte van Jesus,

Ons hoogste goed,

Aanvaard de hulde Van \'t kinderlijk gemoed.

Geen menschentong kan 1\' naar waarde

schatten,

O, Heilig Hart, geheim der liefde Gods.

Geennienschengeest kan dat geheim bevatten, (), ned\'rig Hart! versmaad door stervlings trots.

-ocr page 273-

25-3

Harte van Jesus,

Ons hoogste goed,

Aanvaard de hulde Van \'t kinderlijk gemoed.

O, Heilig Hart, wat vuur moest U verslinden Toengeaanden Heer als liefdes offer vroegt. Dat Mij zich zelv\' op \'t nauwst aan ons

zou binden, \\\\ ijl dra voor Hem het uur van scheiden sloeg. Harte van Jesus,

Üns hoogste goed,

Aanvaard de hulde Van quot;t kinderlijk gemoed.

O, Heilig Hart, wie kan Uw vreugd verkonden Als Gij Uw wensch tot waarheid zaagt gemaakt. En voor de ziel een spijze wordt gevonden [n \'t Sakrament als zelfs geen Engel smaakt ? Harte van Jesus,

Ons hoogste goed.

Aanvaard de hulde Van \'t kinderlijk gemoed.

Wees dan geloofd, o, Jesus God\'lijk Harte 1 Nooit worde \'t vuur der liefde iu ons gebluscht;

-ocr page 274-

254

Elijf onze lust zoowel in vreugde als smart e, Tot eens ons hart ntd U en in U rust. Harte van Jesus,

Ons hoogste goed,

Aanvaard de hulde Van \'t kinderlijk gemoed.

Ata van Gelnof, Iodp, LiEfde en Berraw.

Wijze : Heil\'(je Geest ! kom laat uw stralen. Akte van Geloof.

1. Ik geloof en zal gelooven

Wat Gods Kerk, verlicht van boven.

Voorstelt als geopenbaard.

Gij, mijn God, Gij kunt niet falen, En Uw Kerk kan nimmer dwalen. Naar Gij zelf ons hebt verklaard.

2. 1\' belijd ik, nooit volprezen Drie Personen, één in wezen,

God de Vader, Geest en Zoon! God de Zoon kwam tot ons neder. Stierf, verrees en keert eens weder, \'t Kwaad ten straf en \'t goed ten loon.

-ocr page 275-

255

Akte van Hoop.

Vader, \'k hoop dat Ge ons zult geven Om Uw Zoon het eenwig leven,

Met al \'t geen ons heil vervult; quot;k Hoop het vast, daar Gij almogend. Goed, getrouw en mededoogend , \'t Geven kunt, en wilt, en zult.

Akte van Liefde.

lieer, ik wil uit hart en zinnen I steeds bovenal beminnen ,

Want Gij zijt het Opperst Goed ; En om U bemin ik allen.

Die ik naar Uw welgevallen Als mij zelv\' beminnen moet.

Akta van Berouw.

God van goedheid, heel mijn harte Is vol rouw en boetesmarte.

Om al quot;t kwaad door mij begaan; \'k Wil het U ter liefde haten ,

Nooit, o nooit U meer verlaten ;

Neem mij in ontferming aan !

-ocr page 276-

256

AKTE VAN GELOOF.

1. Broeders, welk geloof hebt gij?

Zegt uw Credo; antwoordt mij.

Credo \'t Evangelie Gods,

Met de vastheid van de rots.

Credo , Credo!

,3. Zeg mij dan op welk gezag

Zulk een vastheid steunen raag

Op mijn Gods waarachtigheid,

Die niet faalt en niet misleidt.

Credo, Credo!

3. Maar van waar, uit welken mond Weet gij wat God heeft verkond ?

Uit den mond van Jesns Bruid, Die zich mild voor mij ontsluit.

Credo, Credo!

4. Ja , maar wijst de bron mij dan, Waar de Kerk uit putten kan.

\'t Woord van God, dat God haar liet, \'t Zij \'t geschreven staat of niet. Credo, Credo!

-ocr page 277-

257

•\'). Maai\' wat baatte noo- die bron

O

Zoo de Kerk eens falen kon?

Jesns woord blijft eeuwig waar. Dat Hij altijd is met haar.

Credo, Credo!

fi. Zal uw Credo van dit uur,

Broeders, zijn van langen duur?

En in voorspoed en in nood,

Credo, Credo tot mijn dood.

Credo, Credo !

7. Laat ons, God, eens zien bij U, Wat wij hier gelooven mi.

Laat ons, God, eens zien bij U, Wat wij hier gelooven nu.

Credo, Credo!

TE JDEUM.

1. Groote God, U loven wij,

Onbepaald is Uw vermogen ;

Voor Uwe opperheerschappij

Buigt zich \'t aardrijk opgetogen. Gij bestondt voor allen tijd.

Blijvende eeuwig wat Gij zijt. (/;/.v.)

17

-ocr page 278-

258

Alles heft een loflied aan.

Cherubijnen, Serafijnen ,

Dnizende Engelen, die staan

Rond Uw troon, om U te dienen. Alles roept U, nimmer moê .

Heilig ! heilig ! heilig! toe. (bis.)

Al wat op Uw vruchtbaar woord

Groote God der legerscharen. Uit het niet sprong dankend voort. Alle schepselen, die ooit waren, Hemel, aarde en oceaan,

Alles heft een danklied aan. (//is.)

Op verrnkkelijken toon.

Zingt het heer der uitverkoren, Neergebogen voor Uw troon, Martelaars , Apostelkoren ,

Alles juicht in lofgeschal , Opperkoning van \'t heelal, {his.)

Grondkracht, waarop \'t aardrijk draait Door wiens hand ontelb\'re zonnen Zijn door \'t maatloos ruim gezaaid, Hoort Ge Uw lof, o Onbegonnen Een\'ge Vader van \'t bestaan ,

Door den christ\'nen citer slaan? (Jrs.

-ocr page 279-

259

6. Lof \'t Drievuldig in persoon,

\'t Eenig onbesefbaar Wezen.

Lof U, \'s Vaders een\'geii Zoon Op denzelfden toon geprezen;

Lof U, Geest, die \'t al vervult.

Waart en zijt en wezen zult. {his.)

7. Gij, des Vaders eeuwig Woord,

En te Bethlehem geboren.

Gij, dien eene Maagd bracht voort,

Door U zelv\' daartoe verkoren. Gij vergoot Uw dierbaar bloed En verwierft ons \'t hoogste goed. (Ijls.)

S. Aan des Vaders rechterhand

Zijt Ge in heerlijkheid gezeten, In ontzaggelijken stand,

Zult Gij, Rechter, ons geweten , Xa het laatst trompetgeschal,

Openbaren aan \'t heelal, {his.)

9. Sta dan l we dienaars bij,

Die voor U en met U strijden, Die Gij met Uw liloed kocht vrij,

Toen U Golgotha zag lijden;

Stel ons, na dit tranendal,

Onder \'t juichend Eng\'lental. {his.)

-ocr page 280-

260

10. Zie Uw volk genadig aan,

Help het, zegen Heer Uw erve. Leid ons op de rechte baan,

Dat geen vijand ons verderve;

Open ons de gloriezaal,

Wij zijn Uwe zegepraal, (ö/\'s.)

11. Alle dagen zullen wij

Uwe wondere goedheid prijzen. Aan Uwe opperheerschappij

Eindeloozen dank bewijzen;

Help in d\' allerlaatsten strijd. Wie Uw heil\'gen Naam belijdt, (b/s.)

12. Zoete Jesus, onze Heer,

Stort meedoogend Uwen zegen Op do christen volk\'ren neer.

Zie, ons hart klopt onverlegen. Op 1 , Jesus, hopen wij ,

Dat onz\' hoop nooit ijdel zij! (ht\'s.)

•He !ïx Ifnmilic, Sfcpiie, plrtina,

1. U, Josef, wijd ik mijnen zang. Maria zins; ik levenslana:.

O O

U, dierb\'re Jesus, is \'t nog meer, VV ien ik met mijnen zang vereer.

-ocr page 281-

261

O heilig Huisgezin,

Daar eer ik Josef in ,

Ik eer Maria, Moedermaagd, Met Haar god\'lijk Kind ,

Dat ons teeder mint,

En niets van ons dan liefde vraagt.

Was ooit een huigezin zoo groot En te gelijk in dieper nood,

Dan \'t allerheiligst Huisgezin? Dit boezemt troost bij \'t lijden in. O heilig enz.

Was ooit op aarde een huisgezin Zoo mild, zoo rijk aan menschemnin Ik werp daarom voor U , o Heer, Mij zelf als dankbaar offer neêr. O heilig enz.

Was ooit een huigezin op aard Zoo heilig, zoo onz\' achting waard? Het hoofd gebogen in het stof.

Zing ik dit heilig drietal lof.

O heilig enz.

-ocr page 282-

262

AVOND-ZAPTG,

1. De zon daalt als vermoeid in \'t westen neder,

Natuur neigt tot rust en ademt vree , Het duister valt, de nacht verschijnt alreê En noodigt ook den raensch tot rusten

weder, (his.)

2. Clelukkig hij, die dezen dag besteedde

Tot eer van God, tot heil van zijne ziel, Die niet in satans zondenstrikken viel. Wacht nu de rust voor zijn vermoeide

leden. (èlt;V.)

3. Hij mag gerust zich op zijn rustplaats strekken;

Geen droom, geen schrikbeeld stoort zijn

zoete rust, Een Engel zal, terwijl de slaap hem kust. Als met een schild hem met zijn vleug\'lsn

dekken, (h\'s.)

4. O welk geluk, wat heil mocht ons niet treffen,

W aanbaden God, we zongen tot zijn eer Wij nutten \'t Vleesch en Bloed van onzen

Heer

En mochten zijnen grooten Naam verheffen. (/gt;/\'*.)

-ocr page 283-

263

Dan ach, hoe vaak verstrooid was onze bede, Hoe dikwerf sprak de mond en zweeg

het hart,

Hoe klaagden wij niet bij de minste smart, Enmordenbij de kleinstemoeielijkheden. (h/\'x.)

O zien wij dan eens op ons vorig leven.

Of onze ziel zoodanig is gesteld,

Als ons de dood deez\' nacht ter neder velt , Dat zij voor God dan rekenschap kan

geven, (lis.)

Ach Jesns! neen, van schaamte neergebogen, Belijd ik U , mij meer dan doemb\'re

schnld.

De zondelast waarmee ik ben vervuld. Benauwt mijn hart, perst tranen uit

mijn oogen. {bis.)

Doch \'k zie U nog, Uw armen tot mij

strekken ,

\'k Vlucht tot Uw beeld aan \'t galgenhout gehecht, \'k Vlucht tot Uw hart: dat dit mijn.

lot beslecht , Het zal mij wis, o Jesus tot U trekken, (bis. )

-ocr page 284-

264

ü. O reine Maagd, ach zie ons tot U vluchten, Gij die de hoop van alle zondaars zijt. Ach! als gij ook voor ons uw dienaars pleit. Dan hoort Uw Zoon in gunst naar onze

zuchten, {bis.)

10. Dan zal Hij ons in liefde nog gedenken,

Dan zuivert Hij ons hart van alle schuld. Daar hij het ruim met zijn gena vervult , Zal geene macht, hoe groot, het immer

krenken, (bis.)

11. Dan zullen wij voor God hier immer leven ,

Dan wordt voor ons het sterven een gewin, Dan treden w\' eens den blijden hemel in. Om daar aan God voor eeuwig eer te

geven, (bis.)

15. Dan paren wij daar met de Englen reien, O Moeder, ook de stem tot Uwe eer. En loven U, naast God den Opperheer Als oorzaak vanons eeuwigzielsverblijen. (bis.)

-ocr page 285-

265

Liied tot den H. Josef.

1. Heil\'ge Josef, vol betrouwen Brengen we U ons need\'rig lied;

Want van aangenomen kind\'ren Smaadt G,ij \'t dringend smeeken niet.

Waker van den kleinen Jesns, Hoed ook ons in teed\'re jeugd;

Dan gewis voor God en inenschen («roeien we op in eer en deugd.

2. Mogen we altoos Jesus volgen Van de wieg tot aan het graf,

Die van ootmoed en van liefde Ons het schoonste voorbeeld gaf.

Waker enz.

•\'5. Ach, bescherm ons heel het leven. Sta ons bij in ramp en smart.

Toon ons altijd beste Leidsman, Toon ons steeds Uw vaderhart !

Waker enz.

St. JOSEF quot;VOEIDSTEIEfV-A^IDIRIR,.

1. Leev\' Josef, voedstervader Van Jesns onzen Heer,

-ocr page 286-

266

Wij treden biddend nader

En knielen voor l neêr; Gij draagt op vaderarmen

Het god\'lijk Jesns-Kind , \\\\\'i] onzer Ü erbarmen, | O dierbre zielen vrind. |

2. Richt, Josef, onze dagen

En schik ons verder lot Naar Jesus welbehagen En Godes heilgebod. Wil door Uw zorg ons geven ,

O zeek\'re toeverlaat,

Dat we onzen roep beleven 1 En heil\'gen onzen staat. j

3. Wij smeeken U te gader,

Patroon van Nederland,

Blijf Josef ons tot vader,

Bewaak \'t U dierbaar pand. Blijf altoos onz\' behoeder

En toevlucht in den nood, Met Jesus en Zijn Moeder, | Van nu tot in den dood. j

-ocr page 287-

267

GEZANGEN TER EERE VAN DEN

H. ANTONIUS VAN PADÜA.

Wijze : Creator alme sidenim.

(Langzaam en statig.)

1. Engratulemur hodie.

1. Komt, zingen wij met blijden lof,

Den Godmensch, die als Koning troont, In Wiens verheven gloriehof Antonins nu juichend woont.

2. Zijns Vaders spoor verlaat hij niet,

Maar streeft in al Franciscus na, Om, als een beek haar bron ontvliedt. Te spreiden \'t water der gena.

3. Hij stroomt in \'t wijde en breede voort.

En wie ten dood van dorst versmacht, Herstelt hij, door het zaalgend woord En \'s hemels dauw, in \'s levens kracht.

4. Als zoon is hem een steun zeer hecht

Zijn Vader die de wonde draagt. Die zich vertoont aan \'t kruis gehecht. Wanneer zijn zoon van \'t kruis gewaagt.

-ocr page 288-

268

In \'t strijdperk onder zulk een held Verwon hij zich , werd niet gedeerd.

Is, nu door geenen strijd gekweld, Als strijder niet zijn hoofd vereerd.

Dat wij, die nog in \'t oorlogsland, Steeds ijv\'ren om der vad\'ren kroon,

Getrouw aan onzen naam en stand Met eer verwinnen smaad en hoon.

Dat dit de Vader ons verleen\',

Des Vaders Zoon, de Heil\'ge Geest,

De Trooster, met hun beiden een. Die ons ten Schepper is geweest.

2. Si quaeris miracula.

Verlangt ge een tal van wonderheên: En dood, en ramp, en dwaling vliedt, Met duivel, en met pest;

De kranke richt zijn veege leen,

Die hij genezen ziet.

De boei zij valt, de zee, zij wijkt, En jong, en oud, wat gij verloort, Hetzij een li.chaamslid.

Hetzij een zaak, die u verrijkt.

Vraagt slechts, gij zijt verhoord

-ocr page 289-

269

3. Gevaar, hoe dreigend, hoe verblind,

Is op zijn voorbeê dra vergaan. En nood, hoe bang, houdt op; Verhaal het ons, die \'t ondervindt.

Verhaal het Padnaan.

De boei, zij valt; enz.

4. Eer zij den Vader en den Zoon,

Eer zij met Hem den Heil\'gen Geest; Eer den dric-éénen God,

Wiens oppermacht en glorietroon

Van eeuwen zijn geweest.

De boei, zij valt; enz.

v. Bid voor ons. Heilige Antonius. h. Opdat wij waardig worden de beloften van Christus.

Laat ons bidden.

Wij bidden U, o God, dat de voorbede van den Heiligen Antonius, uwen Belijder, uwe Kerk verblijde, opdat zij altijd door geestelijke hulp beschut worde, en verdiene de eeuwige vreugde te genieten. Door Christus, onzen Heer. Amen.

-ocr page 290-

370

--e--

Wij brengen als de engel, U, Moeder zoo zoet,

Met teedere liefde Den dierbaren groet;

Ave, ave, ave Maria, {his.)

Zoodra in het Oosten Het morgenlicht daagt ,

Looft \'t kleppen der Ang\'lus U, Moeder en Maagd;

Ave, ave, ave Maria, [bis.)

Weer klinkt op den middag Die bede zoo zoet,

Zendt de aarde aan Maria Den minlijken groet:

Ave, ave, ave Maria, (/us.)

En daalt weer de scheem\'ring Van \'t avondnnr neer.

Door \'t duister noch ruischt het Gods Moeder ter eer:

Ave, ave, ave Maria, {bis.)

Door dalen en wouden,

-ocr page 291-

271

Langs bergen en vliet, Klinkt de eer van Maria

In \'t hemelsche lied: Ave, ave, ave Maria, [hix.)

De talen der volken

Verheflen haar naam ; Zij smelten in \'t Ave

Maria te zaam:

Ave, ave, ave Maria, {his.)

Aanvaard dan de hulde , O Moeder, zoo goed , De hulde uwer kind\'ren,

Aanhoor onzen groet: Ave, ave, ave Maria, {hts.)

Zoo blijft, o Maria,

In vreugd en in smart, In leven en sterven

De kreet van ons hart: Ave, ave, ave Maria, {his.)

Die groet zij de laatste

Door \'t harte nog geuit, Wanneer in het sterven

De mond zich reeds sluit: Ave, ave, ave Maria, {bis.)

-ocr page 292-

272

Maar dan door Maria

Geleid tot haar Zoon ,

Herhalen wij eeuwig

Geschaard om haar troon :

Ave, ave, ave Maria, (bi-s.)

mmw mvm mm. --^--

Zaligst Verkorene , heiligst Geborene,

Vlek\'looze Moeder van \'t Goddelijk Hart! Leidster der zwervenden. Hope der stervenden , Toevlucht en Redster in allerlei smart !

koor.

Hoor onze beden, ginds in Gods Eden, Hef er Uwe oogen voor ons naar Gods troon. Toon er Uw Hart aan het Hart van Uw Zoon.

Opperst Weldadige , altoos Genadige,

Vlek\'looze Moeder van \'t Goddelijk Hert! Wondervol Krachtige, door den Almachtige. Die ons door U tot een Broeder eens werd !

kook.

Hoor onze zangen, zie ons verlangen, \'t Harte Gods te erven tot eeuwig genot, \'t Harte te geven aan \'t Harte van God.

-ocr page 293-

273

Liefdevol Gloeiende, zegenrijk Bloeiende,

Vlek\'looze Moeder van \'t Goddelijk Hart Hemelzoet Minnende, alles Verwinnende, Wat ooit vijandig Uw kinderen tart!

koor.

Hoor , hoe wij geven, goed, bloed en leven Moedig en zalig met U in den strijd , \'t Harte van Jesus voor eeuwig gewijd.

Hemelsch Verhevene, vlek\'loos Gehlevene, Machtige Moeder van \'t Goddelijk Hart Toevlnchtderlijdenden, Sterkteder strijdenden Troost der bedrukten, door satan gesard

KOOR.

Lenig de smarten , roof onze harten , Voer ze ten hemel in onschuld en deugd,

U en Uw Jesus tot eeuwige vreugd.

--«---

yii ym wm i.

Vlekkelooze , Hemelroze,

Prijkend in de witte blaan,

18

-ocr page 294-

272

Maar dan door Maria

Geleid tot haar Zoon ,

Herhalen wij eeuwig

Geschaard om haar troon : Ave, ave, ave Maria, (bin.)

öa. wirimsrt iiiy® ais,at.

--B--

Zaligst Verkorene , heiligst Geborene ,

Vlek\'looze Moeder van \'t Goddelijk Hart! Leidster der zwervenden. Hope der stervenden , Toevlucht en Redster in allerlei smart !

koor.

Hoor onze beden, ginds in Gods Eden, Hef er Uwe ooe-en voor ons naar Gods troon, Toon er Uw Hart aan het Hart van Uw Zoon.

Opperst Weldadige , altoos Genadige,

Vlek\'looze Moeder van \'t Goddelijk Hert! Wondervol Krachtige, door den Almachtige, Die ons door l\' tot een Broeder eens werd !

koor.

Hoor onze zangen, zie ons verlangen, \'t Harte Gods te erven tot eeuwig genot, \'t Harte te geven aan \'t Harte van God.

-ocr page 295-

373

Liefdevol Gloeiende, zegenrijk Bloeiende,

Vlek\'looze Moeder van \'t Goddelijk Hart! Hemelzoet Minnende, alles Verwinnende, Wat ooit vijandig Uw kinderen tart!

kook.

Hoor. hoe wij geven, goed, bloed en leven. Moedig en zalig met U in den strijd, \'t Harte van Jesüs voor eeuwig gewijd.

Hemelsch Verhevene, vlek\'loos Geblevene,

Machtige Moeder van \'t Goddelijk Hart 1 Toevluchtderlijdenden, Sterkteder strijdenden. Troost der bedrukten, door satan gesard!

koor.

Lenig de smarten, roof onze harten , Voer ze ten hemel in onschuld en deugd,

U en Uw Jesüs tot eeuwige vreugd.

---®---

yii mn isa u* nmmmt*

Vlekkelooze , Hemelroze,

Prijkend in de witte blaan,

is

-ocr page 296-

274

Leer met vrijheid ous en blijheid,

Zuiver TI een loftoon slaan.

refrein.

Vrouwe van het Godd\'lijk Hart ! Koester ons in \'t Licht dier zonne,

Laaf ons uit die Liefdebronne Springend uit het Godd lijk Hart.

Maria zoet ! Maria zoet!

Leer ons minnen \'t Godd lijk Hart. (hls.)

Nooit geschonden door de zonden.

Moeder Gods en tevens Maagd ,

Als de schoone pahnboomkrone ,

Die èn bloeit èn vruchten draagt. {Eefi -ein.

Maged waart Gij, Maged baart Gij

Uwen Goddelijken Zoon d\' Albeheerder en Regeerder ,

Wien der Heend\'en eerbetoon. {Refrein.)

Liefdewingerd , Roos, omslingerd

Van der kuischheid lelieblad ,

Maak ons reiner, maak ons kleiner, Leid ons op het Hemelpad. {Refrein.

Koninginne, Avie slechts minne ,

Lofzang voegt en eertrophecn ,

-ocr page 297-

ZiO

Die verlorenen maakt verkorenen Door hun vonnis te vertreên. {Refrein.)

Bange zwerv\'ling was de sterv\'ling

Door de vlek van Adams kwaad, Maar de wegen lachen tegen,

Die Gij vóór ten Hemel gaat. (Refrein.)

MA\\ 11 il* 11 ai if.

Juicht, juicht met ons, o Hemeliugen, Wij zijn Maria toegewijd;

Haar altaar blijven wij omringen , Zij zal ons sterken in den strijd.

refrein.

O zalig uur vol zegeningen ,

Wij zijn Maria toegewijd !

Laat ons vereend Maria zingen Ze is onze Moeder voor altijd.

Zij heeft ons Jesus onzen Broeder, Uit maagdelijken schoot gebaard,

Zij, als Gods Dochter, Bruid en Moeder, Van allen zondensmet bewaard.

Refrein. O zalig enz.

-ocr page 298-

lt;V I *J

Zij is het die in zielsgevaren

Ons hoedt met moederlijke hand,

De Zeester, die op \'s levens baren

Ons wenkt naar \'t hemelsch Vaderland.

Refrein. O zalig enz.

Haar Naam dan leve in aller harte En aller hart zij Haar gewijd ,

Het blaak\' van liefde in vreugd\' en smarte, Zij is onze Moeder voor altijd.

Refrein. O zalig enz.

O Gij, om Wie wij hier vergaren, O, Leid ons op het pad der deugd.

Totdat wij met de zaal\'ge scharen U zien in de eindelooze vreugd.

Refrein. O zalig enz.

iL i S i

ter eere van O. L. VROUW IN \'T ZAND.

Wijze : Lieve. Moeder run den Heer.

Onze Lieve Vrouw in \'t Zand,

Hulp der Christ\'nen, Heil der Klanken,

-ocr page 299-

277

Maagd, geroemd door heel het land, Zingend komen wij U danken ,

In uw heerlijk wonderbeeld | j.

Waar Gij zooveel gunsten deelt. ( *\'

Door dat heeld, hier in de wel.

Door een herder eens gevonden ,

Stichtet Gij uw bidkapel.

Waar de wond\'ren luid verkonden.

Dat Gij, Maagd ten allen tijd ( ..

Uit genade almachtig zijt. ^ HS\'

Blijf dan, Hemelkoningin,

Hier uw blijde gunsten schenken ;

Blijf, gekroonde Rijksvorstin ,

Hier uw kinderen eedenken;

Toon ons steeds uw milde hand, f

Onze Lieve Vrouw in \'t Zand. (

----

i 11,1 ]i i 111,

Gegroet, o Maria, o Moeder en Maagd, Die hier in uw beelt\'nis, de liefde aan ons vraagt!

Wij brengen U blijde, o Moeder ons hart,

ij willen [I minnen in vreugde en smart.

Behoud\'nisder kranken, uw macht is zoo groot!

-ocr page 300-

278

Hier schonkt Gij bevrijding van ziekte en dood!

O blijf onze bijstand in ziekte en pijn, Dan znllen wij, Moeder, de uwen steeds zijn.

Gij, Troost der bedroefden, diehier bij uw beeld Zoo menigen lijder zijn bartewond heelt:

Ja troost ons ook allen in druk en in smart: Wij schenken, o Moeder, U eeuwig ons hart.

Gij, Toevlucht der zondaars, tot hulp steeds

bereid,

W at hebt gij hier velen van zonden bevrijd I

Verwerf ons vergif\'nis door boete en berouw. Dan blijven wij immer in liefde l getrouw.

Ja hulp aller Clmst\'nen, Gij machtige Maagd, Hoor, wat 1 hier smeekend het kinderhart vraagt: Snel steeds ons terhulpe, alsde hel onsbekoort, Dan zetten we eens eeuwig ons liefdelied voort.

])] A i n 1F l i A T *

Magnificat anima mea Domimun.

Et exnltavit spiritus mens® in Deo salutarimeo. Quia respexit humilitatum ancillae suae ;* ecce enim exhoc beatam me dicent omnes generationes.

-ocr page 301-

279

Quia fecit milii magna qui potens est,® et sanctum nomen ejus.

Et misericordia ejus a progenie in progenies,quot; timentibus ejum.

Fecit potentiam in brachio suo® dispersit superbos mente cordis sui.

Deposuit potentes de sede® et exaltavit luuniles.

Esurientes implevit bonis* et divites demisit inanes.

Suscepit Israël puerum suum, ® recordatus misericordiae suae.

Sicut locutes est ad patres nostros® Abraham et semini ejus in saecula.

Gloria Patri, etc.

t: t,

i.

0 sanctissima. Ü piissima,

1 )ulcis Virgo Maria ! Mater auiata, Intemerata,

Ora, ora pro nobis.

Tu solatium, Et refugium.

Virgo; Mater -Maria I Quidquid optamus. Per te speramus, Ora, ora pro nobis.


-ocr page 302-

280

3.

Ecce debiles, Perquam tlebiles, Salve nos, o Maria, Tolle languores, Sana dolores, Ora, ora pro nobis.

4

Virgo, respice. Mater, adspice, Audi nos, o Maria Tu medicinam. Portas divinam, Ora, ora pro nobis


o.

Tua gaudia, Et suspira,

Juvent nos, o Maria! In te speramus.

Ad te clamamus, Ora, ora pro nobis.

mui» mmm

Salve, Regina coelituni, o Maria! Sors unica terrigenum, o Maria ! Jubilate, Cherubim,

Exultate, Seraphim,

Consonate perpetim,

Salve, salve, salve, Regina •\'

-ocr page 303-

281

Mater misericordiae, o Maria!

Dulcis parens clementiae, o ^Jaria I Jubilate, etc.

Tu vitae lux, fons gratiae, o Maria Causa nostrae laetitiae, o Maria! Jubilate, etc.

Spes nostra, salve, Domina, o Maria Extingue nostra crimina, o Maria ! Jubilate, etc.

Ad te clamamus exules, o Maria ! Te nos rogamus supplices, o Maria ! Jubilate, etc.

Audi nos Evae filios, o Maria ! In te sperantes miseros, o .Maria ! Jubilate , etc.

Eja ergo nos respice, o Maria ! Servos tuos ne despice, o Maria ! Jubilate, etc.

Converte tuos oculos , o Maria ! Ad nos in hoe exilio, o Maria ! Jubilate, etc.

Ostende tuum Eilium , o Maria I

-ocr page 304-

282

Nobis post hoc exiliuui, o Maria ! Jubilate, etc.

Redde cordis laetitiain, o Maria! Per peccatoruin veniam, o Maria ! Jubilate, etc.

Maria, inijiic lieve, lieve Moeder, Heb medelijden met Uw kind, Gij schenkt Uw Jesusmij tot Broeder, Ach, toon dat Gij mij nog bemint.

Refrein. De wereld wil Uw kind misleiden , O, Moederlief, sta mij toch bij,

Xiets mag een kind van Moeder scheiden, | , Reik maar Uw hand en ik ben vrij. |

Ik zie door U den mensch herleven. Door U begint het rijk der deugd, Met Uwen Zoon hebt Ge ons gegeven Den vrede Gods, de ware deugd.

Befrein. De wereld wil enz.

-ocr page 305-

283

W ie heeft ev niet door U gevonden.

Verlichting, vrede, troost, geluk? De deugd door U blijft ongeschonden, Gij trekt de zondaars uit den druk.

frcln. De wereld wil enz.

Blijf nog als Moeder mij beschermen,

In stervensnood sta nevens mij. Mag ik ontslapen in uw armen. Dan vrees ik niet, dan sterfik blij.

fn\'iii. De wereld wil enz.

FEJL GFtlMSLIEn

N.VAll

S I T T A R X),

Wi.izk : Pii/s Noiiiiv.

1.

Lieve Vrouw van Jesus Harte, Smeekende almacht om Gods troon !

-ocr page 306-

284

Heil van ziel- en lichaamssmarte Spreek voov ons bij uwen Zoon! Komt Maria\'s teer beminden Komt van eiken ouderdom!

Hier is altijd troost te vinden In Maria\'s heiligdom.

2.

Komt naar Sittards Ursulinnen , Gij, die \'t wee der zorgen draagt, U verkwikken hart en zinnen , Om den troon der Moedermaagd. Komt Maria\'s enz.

3.

Vallen ziels- en lichaamskwalen Drukkend op \'t bezwaard gemoed , Wil o-een troost in quot;t harte dalen , Valt Maria dan te voet !

Komt Maria\'s enz.

4.

Loert de hel op onze zielen,

Spant zij al haar krachten in ; Wie zal hare macht vernielen? Gij Maria, Koningin !

Komt Maria\'s enz.

-ocr page 307-

285

o.

\\\\ il de satan met zijn listen, O Maria , Moeder zoet !

Aan uw zoon ons hart betwisten, Plet, hem dan met uwen voet ! Komt Maria\'s enz.

(5.

Randt de wereld in haar woede Paus of kerk van Jesus aan , Zal Maria met haar roede Heel haar helsche macht verslaan Komt Maria\'s enz.

7.

\\\\ ekt de wellust ons tot zonden , Ts ons onschuld in gevaar;

Zendt Maria de ongeschonden Ons ter hulp een Engelenschaar. Komt Maria\'s enz.

8.

Doe ons scheepje veilig varen, O , Maria , ster der zee ! Doe het trots de woeste baren Landen in de zaalge ree !

Komt Maria\'s enz.

-ocr page 308-
-ocr page 309-
-ocr page 310-
-ocr page 311-

ï

I

I i

I

-ocr page 312-
-ocr page 313-

-

-

ïV\'.# v a:;

\'M\' : ; \'■

\'