REGALEMENT

VAN DE

AARTSVEREENIGING

DEE

EEUWIGDURENDE AANBIDDING

EN VAN HET

LIEFDEWERK

DEE

A 56 iff K li K st |4 K ^

gevestigd te ROME.

ST. MICHIELS-GESTEL,

TEE SNELPEKSDRUKKRRIJ VAJS \'T EISI.OM VA.V \'S BOSCH IK HIT l.NsriTUUT VOOR DOOFSTOMMEN.

1884.

Historisch verslag omtrent de Aartsvereeniging der Eeuwigdurende Aanbidding, en van het Liefdewerk voor arme kerken.

Het zien der verlatenheid en armoede, waarin Jesus Christus in het Allerheiligste Sacrament zich in de arme dorpskerken bevond, en bovenal het verlangen, om eerherstel te geven voor de vergetelheid en onverschilligheid ten opzichte van dit Hoogheilig Sacrament, deden de gedachte ontstaan aan eene Vereeniging, welke tot doel zou hebben het geloof aan de waarachtige tegenwoordigheid van Onzen Heer in de Goddelijke Eucharistie op te wekken en tot dat einde: 1° Jesus Christus in het Allerheiligste Sacrament dag en nacht te doen aanbidden door duizenden zielen, die zich zouden verbinden iedere maand een uur aanbidding te houden, en eene jaarlijksche aalmoes te geven voor de arme kerken; 2^U den nitweudigen eeredienst te verheffen door handwerken en door het schenken van de benoodigde sieraden tot het vieren der heilige Geheimen; 3° van alle middelen gebruik te maken, die de glorie vau het Allerh. Sacrament zouden kunnen bevorderen en de oneer, die Hem aangedaan wordt, te herstellen.

De Vereeniging had zich in 1840 te Brussel (België) gevormd, maar zij was niet voldoende, om een zoo veelomvattend doeleinde te bereiken, en reeds het volgend jaar gevoelde men de behoefte aan eene religieus genootschap, dat er het middelpunt en den steun van zou wezen, en geheel toegewijd, om overal en op alle wijze de kennis, de liefde en de aanbidding voor de goddelijke Eucharistie uit te breiden en te vermeerderen. Daar geen enkel der ba-

staande religieuse genootschappen deze bijzondere zending tot doel had, zoo werd, om deze leegte aan te vullen, de oprichting van een nieuw Instituut, sedert 1849 ontworpen, acht jaren later verwezenlijkt. Zij, die het geluk had gehad zich het eerste aan de Vereeniging toe te wijden, Mej*\' A. de M., schonk zich toen geheel en voor immer, door in 1857 te Brussel het Instituut der zusters van de Eeuwigdurende Aanbidding te stichten, waarvan zij de eerste alge-meene overste werd.

De Vereeniging, die het Instituut had doen ontstaan, en met het oog, waarop het gesticht was, moest dus bij voorkeur het Liefdewerk zijn van het Instituut en zijne grootste medehelpster. Door haar tracht het Instituut het geloof en de liefde tot het Allerheiligste Sacrament op te wekken, niet alleen in de arme dorpsparochiën, die ondersteund worden, maar ook in de steden, waar het Liefdewerk opgericht is, en zelfs lot in de verst afgelegene Missiën. Hierin slaagt het Instituut door de aanbidders, welke het overal tracht te verwerven, door het werk voor de arme kerken, door het zenden van kerksieraden, door het versieren der straten bij de processiën, door de plechtigheid, die het tracht te geven aan de parochiale aanbiddingen en de veertig-uur gebeden.

Het doel van het Instituut is aan al deze Liefdewerken te arbeiden, niet alleen door zich zeiven, maar door zooveel personen te doen medewerken , als het mogelijk is , ten einde in de zielen de liefde tot Jesus Christus in het Allerheiligste Sacrament en den ijver voor zijne glorie op te wekken.

Met hetzelfde doel zijn de kerken van het Instituut altijd geopend, en is het Heilig Sacrament er dagelijks uit-

gesteld, den geheelen dag of gedurende eenige uren, volgens de plaatselijke omstandigheden.

De religieusen houden dagelijks twee uren aanbidding. Zij wijdeu zich toe aan het Liefdewerk van den catechismus ter voorbereiding van arme kinderen tot de eerste H. Communie; aan het bezoeken van arme zieken om hen tot het ontvangen der laatste HH. Sacramenten voor te bereiden; aan de geestelijke afzonderingen; eindelijk verleenen zij hare medewerking aan alle goede werken, die hare hulp vordereu. Zij beschouwen echter de Vereeniging als haar voornaamste Liefdewerk en als het beste middel, om de glorie van Jesus Christus in het Allerheiligste Sacrament te bevorderen en uit te breiden. Om denzelfden geest in de Vereeniging te onderhouden en te bestendigen, blijven zij de werkzame leiding voeren door de Vice-Presidente en de Penningmeesteres, die altijd uit haar midden worden gekozen op plaatsen, waar zij een huis bezitten. Want, zooals de Heilige Stoel verklaard heeft, toen het middelpunt der Aartsvereeniging van Brussel naar Rome werd overgebracht, door een decreet van den l⁸\'™ Februari 1879 „ De Aartsvereeniging is één met het Instituut in haar naam „en in haar doel, zij is aan het Instituut onderworpen als „ aan haar hoofd , en moet daaraan onderworpen zijn krach-,, tens de Constitutiën, door den Heiligen Stoel goedgekeurdquot;.

Het Instituut is dus het middelpunt en den band van al de afdeelingen; het tracht er het reglement in al zijn kracht te handhaven, den geest van eenheid en toewijding, die er de ziel van uitmaakt, te bewaren, en als het ware, de overlevering van den oorspronkelijken geest, die het Liefdewerk bij zijn ontstaan bezielde, te doen voortleven.

— 6 —

Tot dit zelfde doel veroorloven de Constitutiën van het Instituut aan hare leden het bezoek aan al de afdeelingen.

Het belang en de noodzakelijkheid van een algemeen middelpunt, dat de eenheid onder de verschillende Afdeelingen zou onderhouden, werd van het begin af erkend door Zijne Emiuentie den Kardinaal Sterckx, Aartsbisschop van Mechelen, en door al de Bisschoppen van België, waar het Liefdewerk ontstaan is; maar de grootste en verhevenste bekrachtiging werd haar geschonken door den Heiligen Stoel bij gelegenheid van de definitieve pauselijke goedkeuring der Constitutiën van het Instituut in 187 2, gelijk de drie volgende regels bewijzen, getrokken uit dezelfde Constitutiën.

„ 6. — Het Instituut zal altijd onder\' het oppergezag „van H. D. H. de Bisschoppen de leiding behouden der „ Vereeniging van de Eeuwigdurende Aanbidding en van het „ Liefdewerk der arme kerken. Het Instituut zal de leiding „waarnemen met behulp van de Afgevaardigden der Bis-„dominen, door de Vice-Presideute, door de Secretaresse „van de Vice-Presidente, belast met de correspondentie, en „de Penningmeesteres, die uit haar midden zullen gekozen „worden. De overste van het religieuse genootschap zal al-„tijd Vice-Presidente zijn. Pe Presidente, de Secretaresse, „de Vice-Secretaresse, de Vice-Penniugmeesteres, en de Da-„ mes-IJveraarsters zullen onder de wereldlijke personen ge-„ kozen worden, en onder de mede-geassuciëerden. Op plaat-„sen, waar het Instituut geen huis bezit, zullen de Vice-„ Presidente, hare Secretaresse en de Penningmeesteres even-„eens wereldlijke personen zijn. Allen zullen gesameulijk „arbeiden tot krachtige instandhouding der Yereeniging, „en om geen enkel der voornaamste punten harer eerste

„inrichting te veranderen, zooals: het algemeen middel-punt, de benoeming van geestelijke Directeuren door den „Ordinaris, het gratis werken voor de arme kerken.

„7. — Met zich toe te wijden aan de Vereeniging der „ Keuwigdurende Aanbidding, welke tot doel heeft op alle „wijzen de godsvrucht tot het Allerheiligste Sacrament uit „te breiden, zullen de Zusters der Eeuwigdurende Aanbid-„ ding vooral ter harte nemen, den eeredienst der Goddelijke „ Eucharistie op te luisteren door het versieren der straten „ tijdens de plechtige processiën , en door eene schoone ver-„ lichting ten tijde der parochiale Eeuwigdurende Aanbid-„ dingen en de veertiguur-gebeden.

„ 8. — Door het Liefdewerk der arme kerken, dat een „onafscheidbaar deel uitmaakt der quot;Vereeniging van de Eeu-„wigdurende Aanbidding, arbeiden de Zusters, om kerken „ in het land en in de buitenlandsche Missiën van het noo-„ dige voor den goddelijken eeredienst en tot viering der „heilige Geheimen te voorzien, en om door dit middel de „quot;Vereeniging aldaar op te richtenquot;.

ding genoemd worden , en haar

moederhuis in het bisdom Meche-len bezitten, hoeft de bovenstaande eonstitutiën , gelijk zij zich bevinden in dit exemplaar , waarvan het oorspronkelijke handschrift bewaard wordt in de archieven van genoemde Congregatie na eene proefneming van vijf jaren definitief goedgekeurd en bekrachtigd gelijk zij krachtens dit tegenwoordig dekreet goedgekeurd en bekrachtigd worden.

Gegeven te Rome , in de Secretarie van de H. Congregatie der Bisschoppen eu Regulieren den 8 April 1872.

F. Kakd. ASQUINI,

Aartsbisschop van Seleucie, Secretaris.

(Uittreksel der Constitutiën van het Instituut der Eeuwigdurende Aanbidding).

De Vereeniging van Brussel was tot Aartsvereeniging verheven voor de bisdommen van België per Breve van 6 Mei 1853 , maar ten einde den band van eenheid te bevestigen met de buitenlandsche afdeelingen , die het bel-gische reglement zouden aannemen, verzocht en verkreeg zij een speciale Breve gedateerd van den 16 Juni 1863 , die haar immer het recht verleende afdeelingen, welke in de vreemde landen opgericht worden , aan zich te verbinden. Er bestond evenwel eene beperkende bepaling: deze verbindingen moesten , na verloop van vijf jaren , door den H. Stoel bekrachtigd worden, opdat de afdeelingen konden voortgaan , met de aflaten te verdienen. Deze beperking werd opgeheven door een 2^lt;le Breve van den 26 Juni 1876, welke aan de Aartsvereeniging te Brussel voor immer verleende het recht afdeelingen over de geheele we-

reld op te richten, behalve in de stad Rome, die volgens gewoonte uitgesloten wordt in de Breven, als de liefdewerken aldaar hun middelpunt niet hebben.

De stad Rome, het middelpunt der Katholieke wereld, scheen evenwel het eigenlijke, zelfs het noodzakelijke middelpunt te moeten zijn van een Liefdewerk , bestemd om zich over de geheele wereld uit te breiden , om overal te trachten het geloof en de liefde voor het Allerheiligste Sacrament op te wekken en de armste kerken te ondersteunen ; van een Liefdewerk, dat door zijn reglement en het doel, dat het zich voorstelt, onmiddelijk onder het gezag der bisschoppen staat; want is Rome de stad niet, waar alle Bisschoppen der katholieke wereld en der verst afgelegene Missiën zich achtereenvolgens heen begeven ?

Geheel onverwachte omstandigheden deden zich voor en bewezen klaar de noodzakelijkheid en gunstige gelegenheid, om het middelpunt der Aartsvereeniging te Eome te vestigen , en er een huis op te richten. De zaak werd aan het oordeel van Onzen Heiligen Vader Paus Leo XIII onderworpen en Zijne Heiligheid verwaardigde zich volmacht te geven, om een huis van het Instituut te Rome op te richten, ten einde daarheen de Aartsvereeniging van Brussel over te brengen, de eerste die voor dit Liefdewerk opgericht was ; en aldus werd aan het Instituut het woord vervuld, dat Zijne Heiligheid uitgesproken had, ten opzichte van verscheidene soortgelijke gevallen, die hem waren onderworpen : „ Dat ieder Instituut voor de geheele wereld het middelpunt wezen moet van het Liefdewerk, waarvoor het opgericht is.quot; •

Zie het Dekreet door hetwelk Onze Heilige Vader den

— 10 —

Paus Leo XIII zich verwaardigd heeft den zetel der Aartsver-eeniging naar Rome over te brengen, Hidor. Aanteek. bl. 74.

Het Reglement der Aartsvereeniging van de Eeuwigdurende Aanbidding en van het Liefdewerk der arme kerken, was van het begin af voorzien geweest met de goedkeuringen van al de Bisschoppen in België, en van de Bisschoppen der verschillende landen, waar het Liefdewerk achtereenvolgens opgericht, werd. Bovendien was het in het kort en in de hoofdpunten goedgekeurd door de goedkeuring der Constitutiën van het Instituut; raaar wijl ten gevolge van het Dekreet, zoo even aangehaald, de Aartsvereeniging een Romeinsch liefdewerk geworden was, scheen het onontbeerlijk en ten hoogste passend, dat\' haar reglement voortaan ook voorzien zou zijn van de goedkeuring van den Heiligen Stoel.

De Algemeene Overste van het Instituut zond het nederig verzoek, om die goedkeuring aan Onzen Heiligen Vader den Paus. Zijne Heiligheid verwaardigde zich de suppliek gunstig te aanvaarden en machtigde de goedkeuring van het reglement door de Heilige Congregatie der Bisschoppen en Regulieren. Deze bekrachtiging, de ver-hevenste en kostbaarste , die de Aartsvereeniging kon verhangen, zal den band, die de afdeelingen onderling verbindt , meer en meer toehalen.

Het uitgeven der jaarboekjes van de Vereeniging, die de verslagen bevatten van het Liefdewerk in de verschillende landen, is een krachtig middel, om de eenheid te onderhouden en den ijver aan te moedigen ; het ware te wenschen, dat geen enkele Afdeeling er vreemd aan bleef.

REGLEMENT

VAN DE

441ïSTSSllIïiïI®

DKR

EEUWIGDURENDE AANBIDDING

EN VAN HET

LIEFDEWERK DER ARME KERKEN

goedgekeurd door de H Congregatie der Bisschoppen en Reguliiren , den 12 Januari 1880.

—- . » •0lt;SX»0 ■

I. HOOFDSTUK.

1⁰ Het doel dezer quot;Vereenigiug is :

— Jesus Christus in het Allerheiligste Sacrament des Altaars zonder ophouden te doen kennen, beminnen en aanbidden;

— De oneer te herstellen, die Hem in dit hoogwaardig Sacrament wordt aangedaan ;

_ Arme parochiën te hulp te komen, wier kerken niet

voorzien zijn van de benoodigdheden voor den goddelijken Dienst, op de eigen plaats waar het Liefdewerk opgericht is en in de vreemde Missiën.

2° Personen van beiderlei geslacht kunnen deel nemen aan de Vereeniging. ⁸

Om aangenomen lid te zijn en deel aan de aflaten te hebben , moet men :

— Zich laten inschrijven.

— Het Allerheiligste Sacrament iedere maand gedurende een uur aanbidden.

— Jaarlijks eene almoes geven ten voordeele der arme kerken. — Het bedrag dezer aalmoes is bepaald volgens de omstandigheden der verschillende landen. Gewoonlijk is zij een frank voor gegoede personen, en 25 centimes voor de mindere klasse. (!)

3^U De personen, die zich verbinden tot eene jaarlijksche aalmoes voor de arme kerken, worden als weldoeners van het Liefdewerk beschouwd en hebben in deze hoedanigheid een bijzonder deel aan de gebeden, die overal geschieden, waar het Liefdewerk opgericht is, en in de arme parochiën , die hunne giften ontvangen.

De leden, door God met tijdelijke goederen gezegend, zullen wel eene inschrijving willen voegen bij hunne jaar-lijksche bijdrage.

4quot; Het maandelijksch aanbiddingsuur heeft plaats bij dag of bij nacht naar verkiezing der leden. Het kan te huis geschieden, wanneer men belet is zich naar de kerk te begeven. De leden worden uitgenoodigd een vast aanbiddingsuur te kiezen op een bepaalden datum der maand, opdat de aanbidding eeuwigdurend zij onder de leden der quot;Ver-eeniging; evenwel is een vast uur geen verplichting, en eenige vrijheid is in dit punt gelaten, opdat de leden dit uur bij voorkeur voor het uitgestelde Allerheiligste Sacra-

(1) In UolIaDd ia dez3 aalmoes bepaald rolgens de omstandigheden.

ment zouden kunnen doorbrengen , vooral ten tijde der Eeuwigdurende Aanbiddingen en der Veertiguur-gebedeu.

5quot; Men spoort de leden der Vereeniging aan, alle weken of ten minste alle maanden, en bij gedeelten, de groote getijden van het Allerheiligste Sacrament, volgens het Ro-meinsche Brevier, te bidden overeenkomstig de vrome gewoonte der leden sedert het ontstaan van het Liefdewerk.

6quot; Iedere maand is er een dag van samenkomst, waarop het Allerheiligste Sacrament den geheelen dag, of een gedeelte van den dag uitgesteld is. Eene Mis wordt op dien dag opgedragen tot intentie van de leden der Vereeniging, gevolgd door eene onderrichting over het Allerheiligste Sacrament ; de leden hebben de vrome gewoonte bij deze H. Mis te commuuiceeren. — De onderrichting kan eveneens plaats hebben in den namiddag. — Bij gelegenheid der verschillende godsdienstoefeningen op den dag van samenkomst, wordt er gecollecteerd ten behoeve der arme kerken.

7° De leden der Vereeniging, die komen te overlijden, worden op de dagen van samenkomst .bij de Offerande der H. Mis aanbevolen, zij verkrijgen een bijzonder deel aan de communiën en gebeden der leden. — De Directeur der Vereeniging zal eveneens zorg dragen al hetgeen kan bijdragen tot de glorie van Jesus Christus in het Allerheiligste Sacrament aan de gebeden en den ijver der leden aan te bevelen.

8° Om de arme kerken te ondersteunen, richt men een depot op, waar alles ontvangen wordt, wat men tot dit goede werk bestemt. Alles wordt in dank aangenomen en met zorg besteed. — Indien men eertijds de Israelietsche vrouwen hare armbanden en oorsieraden zag offeren tot ver-

— li

siering van een tabernakel, dat slechts een afbeeldsel onzer kerken was, moet men dan niet hopen, dat katholieke Dames het zich een genoegen zullen rekenen, iets van het hare , waaruit vernuftige ijver nut weet te trekken, ten offer te brengen ter verheerlijking van den God, die tegenwoordig is op onze altaren.

9° Eens of meermalen \'s jaars, wordt er eene tentoonstelling gehouden der vervaardigde voorwerpen en der ont-vangene giften voor de arme kerken. Er wordt altijd gratis gewerkt. Al de tentoongestelde voorwerpen zijn gemerkt en voorzien van den naam der kerk , waarvoor zij bestemd zijn. — Terstond na de tentoonstelling heeft de verzending der sieraden plaats aan de ondersteunde kerken. — Gewoonlijk is er eene driemaandelijksche tentoonstelling in de groote steden, alle half jaren in de kleine steden, maar hoe weinig belangrijk de plaats ook zij, iedere afdeeling moet, ten minste éénmaal jaars, datgene tentoonstellen, waarover zij beschikken kan ten voordeele der arme kerken en het verzenden volgens het Reglement der Vereeniging.

10° Elke afdeeling wordt door een priester bestuurd, welke door den Bisschop der plaats benoemd is.

11° De Directeur wordt door een Eaad bijgestaan. Deze bestaat uit eene Presidente, Yice-Presidente, Secretaresse, Vice-Secretaresse, Penningmeesteres, Vice-Penningmeesteres en eenige raadsleden.

12° Er zijn Dames-IJveraarsters, die belast zijn met de uitbreiding der Vereeniging door het aanwerven van leden, inteekenaren, werksters, door het aanschaffen van stoffen enz. Zij ontvangen de jaarlijksche bijdragen en onderteekeuingen.

— 15 —

13° Het feest van het Allerheiligste Sacrament is het titelfeest eu het voornaamste der Aartsvereeuiging. De hierop volgende feesten zijn:

Het Allerheiligste Hart van Jesus,

Het Onbevlekt Hart van Maria,

Feest van den H. Joseph en de feesten der Heiligen, die de Aartsvereenigiug als bijzondere patronen vereert, ter oorzake hunner bijzondere godsvrucht voor het Allerheiligste Sacrament : H. Pranciscus van Assisië,

H. Thomas van Aquine,

H. Ignatius de Loyola,

H. Alph jnsus de Liguori,

H. Juliana (5 April).

II HOOFDSTUK. — INRICHTING.

1quot; De Aartsvereeniging der Eeuwigdurende Aanbidding en van het Liefdewerk voor arme kerken werd in België in 1848 opgericht en verrijkt met talrijke aflaten. Per Breve van 6 Mei 1853 werd zij tot Aartsvereeniging verheven voor de Bisdommen van België, en door de Breven van 16 Jüni 1863 eu 27 Juni 1876, ontving zij de macht over de geheele wereld afdeelingen aan zich te verbinden.

Haar zetel is naar Rome overgebracht door een dekreet van de Heilige Congregatie der aflaten van den l^sten Februari 1879 en is er gevestigd in het huis van het Instituut der Eeuwigdurende Aanbidding, „wantquot;, zegt het De-

8*

— 16 —

kreet, „de Aartsvereenigin^ is één met het Genootschap in zijn naam en doel; zij is onderworpen aan het Genootschap als aan haar hoofd , en moet daaraan onderworpen zijn krachtens de Constitutiën goedgekeurd door den Heiligen Stoel.quot;

2quot; In ieder land waar de Vereeniging zich vestigt, is er eene Hoofd-vereeniging, die het middelpunt is van al de andere af\'deeHngen van liet land ; zij outvangt al de aanvragen der arme kerken, onverschillig van welk bisdom des lauds , en deelt deze uit aan de verschillende onder-afdeelingeu, volgeus de hehoeften der keiken en volgens de hi.lphronnen, waarover deze afdeelingen beschikken kunnen.

Voor een Liefdewerk, opgericht in alle bisdommen en voor alle bisdommen, een algemeen weldadiglieidsdoel hebbende, wordt een algemeen middelpunt vereischt, om al de aanvragen te ontvangen en deze uit te deelen onder de verschillende Afdeelimren, die mede moeten werken ora er aan te voldoen. Een algemeen middelpunt is noodig, dewijl al de Bisdommen niet dezelfde behoeften noch dezelfde hulpbronnen hebben ; de eenen moeten dus de anderen helpen Doch alleen eene Vereenigir.g, die het middelpunt vormt, kan deze hulpbronnen op billijke wijze verdeelen. Een algemeen middelpunt is noo.lig, ten einde dubbele toezendingen te vermijden, die plaats hebben, als men zich tot meerdere afdeelingen te gelijk kan wenden. Duidelijke inlichtingen zijn noodig van den kant der wettige overheid om vergissingen en voorspraken zooveel mogelijk te vermijden , die tot zoovele zwarigheden aanleiding geven , en om onder afhankelijkheid der kerkelijke overheid te handelen en uitsluitend werktuigen der geestelijkheid te zijn.

— 17 —

3° Elke aanvraag voor de arme kerken moet aan den Hoofdraad gericht worden door den pastoor der parochie op eene gebruikelijke vraaglijst der Vereeniging en gewaarmerkt ziju door de goedkeuring van den deken of van den Bisschop der plaats.

\' quot; De Hoofdraad der Vereeniging, voorgezeten door de afgevaardigden der Ordinarissen, kiest onder de wettige aanvragen, de eerst aangekomene en de armste uit, onverschillig van welk bisdom , overeenkomstig de behoefte van elk harer. De Hoofdraad deelt deze aanvragen uit onder de hoofd-afdeelingen der verschillende bisdommen eenige maanden voor het tijdstip harer tentoonstellingen, haar bij voorkeur de armste kerken uit haar bisdom aanbevelende, en vervolgens de armste kerken der andere bisdommen , waaraan zij evenveel belang moeten hechten volgens den geest van het Liefdewerk, die één en algemeen is. Dezelfde regel wordt gevolgd voor de aanvragen der Missiën, voor welke de noodige inlichtingen aan de H. Congregatie der Propaganda gevraagd worden. In landen waar de bisdommen zeer talrijk ziju, of wanneer deze ver van het middelpunt van h \'t Liefdewerk verwijderd zijn, wendt de Hoofdraad zich tot de Ordinarissen, opdat zij in overleg met den Raad, eenige geestelijken aanduiden, die belast zijn bij de Vereeniging de behoeften hunner eigene bisdommen aan te wijzen.

5quot; De liaad der hoofd-afdeelingen in de verschillende bisdommen, voorgezeten door den Afgevaardigde van den Ordinaris, deelt aan de onder-afdeeliugen de volledige copie mede van eenige aanvragen, waaraan deze, volgens hare

— 18 —

hulpbronnen, geheel of gedeeltelijk kunnen voldoen, haar op de eerste plaats, indien het kan, de aanvragen aanbevelende der armste kerken van die plaats.

6° Al de afdeelingen beijveren zich, toezendingen gereed te maken zoo volledig, als mogelijk is, voor de kerken, die haar aanbevolen zijn; evenwel zullen zij niets verzuimen , om hare tentoonstelling met voorwerpen te verrijken, die andere toezendingen kunnen vervolledigen. Daar het mee-rendeel der voorwerpen giften in natura zijn, die slechts nu en dan ontvangen worden, is het onmogelijk, dat de verschillende afdeelingen al de voorwerpen bezitten, die overeenkomen met de aanvragen, waaraan zij hebben te voldoen; men moet elkander dus helpen en de toezendingen van elders vervolledigen.

7° De onvolledige toezendingen worden voltooid door de afdeelingen van hetzelfde bisdom, en bij gebrek hieraan , door den Hoofddraad, die zijne eigene hulpbronnen ter beschikking heeft en bekend is met het overschot, dat de verschillende afdeelingen ter beschikking hebben na de ver-volleuiging harer toezendingen.

De Hoofdraad beschikt niet over dit overschot naar willekeur en eigendunkelijk : nadat iedere raad de toezeudiu-gen, die hem toevertrouwd werden door den Hoofdraad, zooveel mogelijk voltooid heeft, geeft hij-aan den Hoofdraad verslag van hetgeen ontbreekt aan zijne toezendingen, en van hetgeen overblijft als overschot. De Hoofdraad , die bekend is met de aanvragen, aan welke te voldoen is gedurende de drie maanden of het half jaar, en bekend is met hetgeen aan ieder ontbreekt, antwoordt hierop, dat dit

overschot dienen zal ter vervollediging van deze of gene toezending, door een bepaalde afdeeling te doen. Deze overschietende voorwerpen worden vervolgens, overeenkomstig deze inlichtingen gemerkt door de afdeeling, die ze zendt, en gevoegd bij het te vervolledigen gedeelte der toezendingen , onverschillig welke afdeeling ze afzendt. — Het toezicht kan niet veiliger zijn.

De Hoofdraad geeft daar, waar de andere afdeelingen niet geven kunnen, vervolledigt hetgeen de andere niet kunnen vervolledigen. Zij kiest minder dan de andere afdeelingen de arme kerken; hij weet eerst na alle andere , waar hij geven zal, en eerst nadat hij getracht heeft al de andere bezendingen te vervolledigen, kiest hij eenige aanvragen uit, om er zelf aan te voldoen.

8quot; De volledige toezendingen verminderen aanmerkelijk de onkosten der verzending en briefwisseling, maar bovenal oefenen zij een heilzamen invloed uit op het arme dorpsvolk ; zij doen het geloof aan de Goddelijke Eucharistie herleven , en vergemakkelijken onder hen de oprichting van het openlijke maandelijksche biduur, wat de kostbaarste belooning is, welke de personen kunnen verlangen, die zich aan het Liefdewerk toewijden.

9° Na iedere tentoonstelling van kerksieraden, of ten minste éénmaal jaars, zullen de raden der hoofd-afdeelin-gen aan den Hoofdraad verslag geven van de ontvangsten en uitgaven; van de waarde der tentoonstellingen; van de leden en inschrijvers aller afdeelingen, die van haar afhangen. Deze mededeelingen dienen, om het jaarverslag der quot;Vereeniging te maken.

— 20 — GOEDKEUREND DEKREET

van het reglement der Aartsvereeniging.

— 22 —