Iquot; -- f
DIE ZICH BEVINDEN IN HET ARCHIEF
Q B
1
EN VAN DE
COMMISSIE VOOR DE STATISTIEKE BESCHRIJVING
Ml
Hatidelsdrulvkcrij, ERVEN B. VAN DER KAMP, Groningen. 187«.
Dewijl de boekerij, verhonden aan het bureau voor da-tistieJc ia de provincie Groningen, sedert 1863 in uitgebreidheid is toegenomen, zijnde dit het jaar, waarin hel eerste supplement op den catalogus in het licht verscheen , was het noodzakelijk dat er of een tweede supplement of een geheel nieuwe catalogus in het licht werd gegeven. Aan het laatste iverd de voorkeur gegeven, deivijl men daardoor een gemakkelijker uverzigt verkreeg van de in de boekerij aanwezige werken; — van daar deze nieuwe catalogus.
Echter zijn daarin thans niet opgenomen ; 10. de gemeente-verordeningen, — en 2°. de gedrukte stukken, die door da Regering bij de Staten-Generaal zijn gebragt, en in het bovengemelde supplement met f zijn geteekend.
IJMWWJKMI BETREFFENDE
HET GEBRUIK DOOR BIJZONDERE PERSONEN
VAN
HET ARCHIEF EN DE BOEKERIJ
VAN HET
aau de proTinciale Griffie Tan Groningen,
EX VAX DIE
DER COMMISSIE VOOR DE STATISTIEKE BESCHRIJVING DER PROVINCIE GRONINGEN,
vastgesteld door Gedeputeerde Staten den 28 April 1858.
Art, 1.
De voor het gebruik vereenigde Archieven en Boekerijen van bet Bureau voor Statistiek en van de Commissie voor de statistieke beschrijving der provincie Groningen zijn voor het beschaafd publiek geopend eiken Woensdag, van 11 tot 1 uur.
Art, 2.
De werken, welke men op het Bureau verlangt te lezen of in te zien, worden aangevraagd van het Hoofd van 't Bureau, als verantwoordelijk voor het Archief en de Boekerij , of, als deze afwezig is, van den Adjunct-Com-mies, en door dezen in de spreekkamer van het Bureau ten gebruike afgegeven,
1
2
Art. 3.
Stukken en boeken uit bet Archief en de Boekerij kunnen ten gebruike aan buis worden bekomen door geletterde of wetenschappelijke personen, die, naar bet oordeel van het Hoofd van 't Bureau, op die vergunning aanspraak kunnen maken.
Art. 4.
Het staat echter aan bet Hoofd van 't Bureau, als verantwoordelijk voor het Archief en de Boekerij, vrij, iemand voortaan het medenemen van stukken of boeken te weigeren, zonder dat hij van die weigering anders dan aan den Voorzitter van Gedeputeerde Staten rekenschap behoeft te geven.
Art. 5.
Ieder der in art. 3 genoemde personen, die gebruik wenscht te maken van bet daar bedoelde voorregt, verbindt zich vooraf, door zijne naamteekeniug in een register , om alle bepalingen van dit Reglement, voor zoo ver zij hem betreffen, na te komen; met uitdrukkelijke bijvoeging , dat hij bet Hoofd van 't Bureau magtigt, om, in bet geval bij eenig van bet Bureau ten gebruike ontvangen werk niet op den vastgestelden tijd, of wel beschadigd, terug bezorgt, ten zijnen aanzien te handelen zoo als dit Reglement voorschrijft.
Art. G.
Hij verbindt zich buitendien , om , wanneer hij een werk uitgeeft, waartoe hij van een of meer der bescheiden of boeken van bet Bureau of van de Commissie voornoemd zal hebben gebruik gemaakt, van dat werk aan bet Bureau een exemplaar ten geschenke te zullen geven.
3
Art. 7.
Niemand zal eenig stuk of boek bekomen ten einde bet buiten het Bureau te gebruiken, dan na een bewijs van ontvangst geteekend en afgegeven te hebben; welk bewijs hem, bij de teruggaaf van het geleende, weder zal ter hand gesteld worden.
Art. 8.
Indien het uit te leenen stuk of werk niet in behoorlijken toestand mogt zijn, zal zulks op het bewijs van ontvangst bij de afgifte aangeteekend moeten worden. Bij gemis van zulk eene aanteekening zal de gebruiker aansprakelijk zijn voor den gebrekkigen toestand, waarin hij het stuk of werk terug geeft.
Art. 9.
Geen werk wordt voor een onbepaalden tijd afgegeven, tenzij bet Hoofd van 't Bureau daartoe schriftelijk door den Voorzitter van Gedeputeerde Staten is gemagtigd.
Art. 10.
De stukken of boeken worden voor niet langer dan veertien dagen ten gebruike uitgeleend, en moeten derhalve binnen dien tijd terug bezorgd worden. Indien echter een uitgeleend werk gedurende dien tijd door niemand aangevraagd mogt zijn, zal het aan den tijdeljjken gebruiker nogmaals uitgeleend kunnen worden, mits op een nieuw bewijs van ontvangst.
Art. 11.
Men verkrijgt het regt, om een aan een ander uitgeleend stuk of werk op zijne beurt te ontvangen, door eene schriftelijke, gedagteekende aanvraag in een daartoe bestemd register.
4
Alle uitgeleende stukken of werken, zonder ecnige uitzondering, moeten telken jare den 1 Junij terug bezorgd en op het Bureau aanwezig zijn.
Art. 13.
Het Hoofd van 't Bureau is bevoegd, om gedurende de eerste helft van Junij het uitgeven van stukken of boeken te schorsen, indien hij dat noodig acht voor het houden eener inspectie van het Archief en de Boekerij.
Art. 14.
Zoolang iemand nalatig gebleven is in het terug bezorgen van eenig hem geleend stuk of werk, ontvangt hij geen ander stuk of werk uit het Archief of de Boekerij.
Art. 15.
Het Hoofd van 't Bureau zal het aan 't Bureau of de Commissie voornoemd toebelioorende van den nalatige terug vorderen. Indien aan die opeisching niet binnen eene week zal zijn voldaan, wordt het verschuldigde door het Hoofd van 't Bureau voor rekening van den nalatige op nieuw aangekocht. Indien het ontbrekend werk niet te verkrijgen is, alsmede indien een geschreven stuk verloren is gegaan, moet de schade volgens taxatie van het Hoofd van 't Bureau aan het Bureau vergoed worden.
Art. 16.
Indien een uitgeleend stuk of werk beschadigd wordt terug gebragt, zal het Hoofd van 't Bureau beslissen, of de laatste gebruiker in plaats van het beschadigde een nieuw exemplaar zal moeten leveren, dan wel of hij de schade volgens taxatie zal hebben te vergoeden.
5
Art. 17.
Iemand, die schadevergoeding schuldig is, niet berustende ia de uitspraak van het Hoofd van 't Bureau nopens het bedrag der verschuldigde vergoeding, kan het oordeel van den Voorzitter van Gedeputeerde Staten inroepen, maar moet zich zonder verder beroep onvoorwaardelijk aan dat oordeel onderwerpen.
Art. 18.
Gedeputeerde Staten behouden zich voor, dit Reglement zoodanig te veranderen of uit te breiden, als zij goed en raadzaam zullen achten.
I.
Statistiek. Staathuishondknnde en andere Politieke Wetenscliai»pen, in liet algemeen.
A. AFZONDERLIJKE WERKEN.
1. ALGEMEENE.
A. L. von Schlozer, Theorie der Statistiek of Staats-kunde ; le stuk ; Groningen en Amsterdam , 1807.
W. E. A. von Sclilieben, Ansichten üb. Zvveck und Einrichtung statistischer Sammlungen oder Bureau's; Haile, 1830.
J. E. Woerl, Erlüutemngen zur Theorie der Statistik in naherer Rücksicht fiir Staatszwecke; Freiburg i/B. 1841.
E. A. Jonak, Theorie der Statistik; Wien, 185G.
W. Lexis, Einleitung in die Theorie der Bevölkerungs Statistik, 1875.
Daadzaken betrekkelijk do graanwet en aanteekeningen uit Statistiek en geschiedenis, graanbouw en graanhandel betreffende; J 847.
J. P. Sussmilch, de Goddelijke Orde, heerschende in de veranderingen van bet menschelijk geslacht, uit de geboorte, het sterven en de voortplanting van hetzelve bewezen; 2 deelen , in 4 stukken; Amsterd. 1770—1772.
G. Wttewaall, Bijdragen tot de Staathuishoudkunde en Statistiek ; II deelen; Leiden, 1836.
I.
Statistiek, Staathnishondknnde en andere Politieke Wetenschappen in het algemeen.
A. AFZONDERLIJKE WERKEN.
1. ALGEMEENE.
(Bladzijde 6 van den Catalogus.)
M. T. Laarman. Museum van Kerkelijke geschiedenis en oude letterkunde, 1825.
Maurice Block. Handbuch der Statistik, Leipzig 1879. M. Lort et. Des fleuves et de leur influence, Lyon 1847, Prof. Dr. J. E. W a p p a u s. Einleitung in das Studium der Statistik.
(Bladzijde 7 van den Catalogus).
F. Domela Nieuwenbuis. Algemeen stemrecht. __-— Karl Marx. Kapitaal
en arbeid; 1881.
Gr. Fr. Kolb. Handbuch der vergleichenden Statistik der Volkerzustands- und Staatenkunde. Vermeerderde uit-gavej Leipzig, 1879.
7
J. Stuart Mill's, Staathuishoudkunde door Mr. Jacques Oppenheim, 1875, le en 2e deel.
J. A c k e r s d ij k, de Statistiek. (Overdruk uit het Staatk. en Staathuishoudk. Jaarboekje) ; 6e jaarg.
A. Mor eau de Jonnès, Elements de Statistique, eet. 2e édition augtnentée; Paris, 1856.
Gr. Fr. Kolb, Handbueh der vergleichenden Statistik eet.; 2e umgearb. Auflage; Leipzig, 1860.
Dr. M. Haushofer, Lehr- und Handbueh der Statistiek in ihnes neuesten wissensehaftlichen Entwickelung; Wien, 1872.
Dr. A. van Oettinger, die Moralstatistik in ihrer Bedeutung fiir eine christliche Soeialethik; Erlangen, 1874.
Dr. R. J a n n a s c h, Abhandlungen über Nationaloecono-mie uud Statistik; Bazel, 1875.
Achille Guillard, Eléments de Statistique humaine, ou Demographic comparée eet.; Paris, 1855.
L. I. Gerstner, Die grundlehren der staatsverwaltung, Würzburg, 1864.
A. Wagner, Die Gesetzmiissigkeid in den scheinbar willktihrlichen menschlichen Handlungcn vom standpunkte der Statistik; Hamburg 1864, 2 d.
Fr. Kolb, Grundriss der Statistik, Leipzig, 1865.
O. van Rees, Redevoering over de Wetenschap der Statistiek ; Utrecht, 1860.
A. Wild, Probleme der Statistik im Zusammenhange rait der Politischen Rechnungs-Wissenschaft und mit beson-derer Berücksiclitigung d. statistischen Tabellen üb. Morta-litatsverhaltnisse ; mit 6 Holzschnitten; München, 1862.
Th. Wittstein, Mathematische Statistik und deren Anwendung auf National-oekonomie und Versicherungs-wissenschaft; Hannover, 1867.
8
Dr. W. Gleuns, Over levensduur en levensverzekering.
G. F. Knapp, Theorie des Bevölkerungswechsels. Ab-handlungen für angcwandten Mathematik. Braunschweig, 1874.
O. Hllbner, Statistische Tabel aller Lander der Erde;
8e Aufl., 1858.
--Statistische Tabel aller Liindcr der Erde;
9te Aufl., 1859.
--Statistieke Tabel van de bekende landen
der aarde. Voor Nederlanders bewerkt en uitgebreid dooi K. Ven erna; Veendam, 1859.
Idem door Ph. Bello; Deventer 1870.
O. Hübner, Die Zolltarife aller Lander, Zweite Aufl.
Iserlohn, 1866.
W. J. Ge er ling, Beknopt statistisch handboek nopens
de voornaamste staten; Gouda, 1872.
S. H. ten Gate, Handboekje der statistiek van do Staten en Rijken der aarde; Zwolle.
H. F. Brachelli, Dreissig statistische Tabellen üb. alle Lander u. Staaten der Erde, u. s. w.; Leipzig, 1862.
Fr. Kreüsser, chronologisch-statistische Uebersichts-tafel des Bevölkerungs-Zuwachses der Welt- und Gross-Machte ; Münehen, 1860.
J. E. Wappaus, Allgemeine Bevölkemngsstatistik-; Vor-
lesungen; I, Leipzig, 1859.
O. van Rees, Verslag van vier in 1860—1862 bij Justus Perthes, te Gotha, in 'tlicht verschenen werkjes over Bevolkingstatistiek (van Ficker en Block);
1863. (Afdruk.)
H. A. Wijnne, de leer der Bevolking in verband met
9
volkswelvaart en vooruitgang; 1861. (Overdrukuit Sloet's Tijds. XXI, St. i )
W. J. Geer ling, Is er strijd tusschen de gelijkmatigheid der verschijnselen op maatschappelijk gebied, en den vrijen wil van het individu. (Overdr. uit de Economist, Febr. 1869.)
L. Ali Cohen, Statistiek der Doofstommenen Blinden in eenige landen van Europa (Afdrukken uit het Ned. Tijds. v. Geneeskunde, 1859, no. 45; 1860, no. 13 en no. 30.)
D. B u d d i n g h , Algemeene Statistiek voor Handel en Nijverheid. Een Handboek enz.; Haarlem 1847—1858 ; V deelen.
R. Sim son, zur Eeform der Handels- und Verkehrs-Statistik ; Breslau, 1859.
Al. von Lengerke, Entwurf einer Agricultur-Statistik des Preussischen Staates eet.; Berlin, 1847.
Adolf Ficker, Die Bevölkerung des Königreichs Böhmen in ihren wichtigsten statistischen Verhaltnissen, Wien und Olmiiz, 1864.
Rapport van eene Commissie uit de Hollandsche Maats, van Landbouw omtrent Landb.-statistiek; Augs. 1852.
W. C. H. Staring, Landbouw-Statistiek; 1859. (Afdruk uit de Volksvlijt 1859.)
Dr. Schumacher, Erschöpfung und Ersatz bei dem Ackerbaue, Versuch einer Statik des Ackerbaues, Berlin, 1866.
L. Triest, Beitrilge zur Deutschen Criminal-Statistik, nach amtlichen Quellen bearbeitet; Leipzig, 1861.
Compte rendu des travaux du congrès général de Sta-tistique, réuni a Bruxelles les 19—22 Sept. 1853 , Bru-xelles, 1853.
10
J. M. v. d. Star, Militaire statistiek van de Europe-sche Staten, 'sGravenh. 1866.
Rapport namens de Commissie voor Statistiek bij de Ned. Maatschappij t. Bevord. d. Geneeskunst, voorgedragen 22 Junij 1853, door J. Zeeman. (Afdruk).
Congrès de Statistique réuni ti Bruxelles les 19, 20, 21 et 22 Septembre 1853; Compte rendu par M. Xav. Heuschling; Paris, 1853.
H. A. Wijnne, het Congres van Statistiek te Brussel; Zwolle, 1854. (Overdruk uit Sloet's Tijdschr. deel IX.)
Congrès de Statistique rénni a Paris du 10 au 15 Sept. 1855; par M. Xav. Heuschling; Paris, 1855.
Adolf Ficker, die dritte Versammlung des Internationalen Congresses für Statistik zu Wien im September
1857 ; Wien , 1857.
Compte rendu général des travaux du congrès international de statistique dans les séances tenues u Bruxelles, 1853, Paris, 1855; Vienne, 1857 et Londres, 1860, public sous la direction de M. Ie Dr. Engel; Berlin 1863.
Solutions arrêtées dans la session du congrès international de statistique, réuni a Florence en 1867 et recommandées par la junte organisatrice aux différents états.
Programme de la cinquième session du congrès iateina-tional de statistique a Berlin du 6 au 12 Sept. 1863; Berlin, 1863.
M. M. van Baumhauer, Idées-mères ou plan motivé d'un programme pour la septième session du congrès internat. de statist, la Haije, 1868.
Projet du programme pour la septième session du congrès internat, do statistique a la Haije.
Congres internat, de statistique a la Haije. Septième session du 6 au 11 September 1869. Programme
11
2de et 3ième partie. Compte-renda des travaux de la septième session, public par les soins de M. von Baum-hauer, la Haije 1869 et 1870.
Eésolutions du congrès internat, de statistique arrêtées dans la septième session, tenue a la Haije en 18G9.
Rapport du délégué officiel du gouvernement Roumain au septième congrès internat, de statist, sur les progrès statistiques, accomplis en Ron manie depuis le dernier congrès .de Florence jusqna celui de la Haije 1869.
Rapport au congrès internat, de statist, a la Haije sur l'état actuel de la statistique officielle de l'empire d'Autriche.
Idem, sur l'état de la statistique en Finlande.
Idem, sur certaines branches des statistiques officielles du Royaume-uni, par M. Val pij, London 1869.
H. Storch, Cours d'èconomie politique, ou exposition des principes qui déterminent la prospérité des nations; 3 vol.; St. Pètersbourg, 1815.
Adam Smith, Recherches sur Ia nature et les causes de la richesse des nations. Traduction du comte G. Garni er, revue eet, par M. Blanqui, avec les commentaires de Buchanan eet., II vol ; Paris, 1843.
J. B. Say, Cours complet d'èconomie politique eet. 3e èdition augmentée de notes, par Horace Say; II vol.; Paris, 1852.
Stuart Mill, Principles of political economy; London 1872.
Fred. Bastiat, Oenvres complètes; VI tom.; Paris, 1855.
H. P. Buckle, Geschichte der civilisation in Engeland, Leipzig und Heidelberg, 1860.
Dictionnaire de rÉconomie politique cet. cet., par M. Fr. Bastiat, H. Baudrillart cet., publiè sous la di-
12
rection de M.M. Ch. Coquelin et Guillaumin; II Tom.; Paris, 1854.
Eeutzsch, Handwörterbuch der Volkswirthschafts-lehre; Zweite Ausg.; Leipzig 1870.
Rob. ven Mo hl, Encyklopadie der Staatswissenschaf-ten; Tubingen, 1859.
Hugo Sell ober, Kateehismus der Volkswirlhsehafts-lehre; Leipzig 1869.
Antonin Rondelet, du Spiritualisme en économie politique; Paris, 1859.
K. Marx, zur Kritik der Politischen Oekonomie, Heft I; Berlin 1859.
----Das Kapital, Kritik der Politischen Oekonomie , Band I, der Productionsprocess des Kapitals; Hamb. 1867.
J. W. E. de Man, de Staathuishoudkunde; Amersfoort 1849.
F. de Hamal, Beginselen der Staathuishoudkunde enz.; Deventer 1850.
E. van Voorthuijsen Hz., Staathuishoudkunde; Amst. 1856.
Joseph Gamier, Beknopte Verhandeling over de beginselen der Staathuishoudkunde; vert.; Rotterd., 1859.
J. L. de Br uijn Kops, Beginselen van Staathuishoudkunde; 3e herziene en vermeerderde druk, 2 deelen; Amst., 1859.
S. Vissering, Handboek van praktische Staathuishoudkunde, 1ste stuk; Amsterdam, 1860.
Handleiding tot wetenschappelijke waarnemingen, ten behoeve reizigers enz., uitgegeven door het Aardrijkskundig genootschap. IX Handleiding tot het statistisch onderzoek van Mr. S. Vissering.
13
O. van Rees, Overzigt der Staathuislioudkunde; Utrecht 1861.
K. H. Rau, Grundsiitze der Volkswirthscliaftslehre; Gte Ausgabe; Leipzig u. Heidelberg, 1855.
-----Grundsiitze der Volkswirthschaftspolitik; II
Abth., 4te Ausg.; Leipzig u. Heidelberg, 1854 u. 1858.
--------Grundsiitze der Finanzwissenschaft, le Abth.,
4e Ausg,; Leipzig u. Heidelberg, 1859.
----Grundsiitze der Finanzwissenschaft, 2c Abth.,
4e Ausg.; Leipzig u. Heidelberg, 1860.
Wilh. Rose her, System der Volkswirthschaft, I Baud, die Grundlagen der Nationalökouomie II Bd., die Natio-nalökanomik der Landwirthschaft; Stuttgart 1865 u. 1866.
Financiëele beschouwingen. Het op beleening of prolongatie uitzetten van gelden; Gravenh. 1866.
J. J. Weeveringh, Financieel statistisch overzicht van de voornaamste staten der aarde, Jaarboekje voor 1871; Amst. 1871. (bis).
Mr. Goeman Borgesius, Schulze Delitsch en zijne crediet-vereenigingen; Arnhem 1872.
Schultze-Delitsch, Jabresbericht fiir 1871 über die auf Selbstluilfe gegründeter deutschen Ervverbs- und Wirth-scbaftsgenossenscliaften; Leipzig 1872.
Prince Adam Wiszniewski, La méthode histori-que, appliquée a la réforme des banques et des crédit-mobiliers; Paris 1865.
N. G Piers on, Twee adviezen over muntwezen; Amsterdam gt; 1874.
J. Meijer, Das Miinzwezen auf einheitlichen Grundlage; Berlin 1875.
O. Hiibner, Petit manuel populaire d'Économie politique, traduit de l'Allemand avec l'autorisation de I'auteur
14
par Ch. le Hardy dc Ban lieu; Bruxelles et Paris, 1861.
B. Waréc, Répertoire bibliographique des ouvrages de Legislation, de droit et de jurisprudence etc.; Paris, 1863.
W. Heek er. Het Staatsleven der volken: Groningen, 1856.
A. H. L. H e e r e n, Ideën over de staatkunde, onderlinge verkeering en den handel van de voornaamste volken der oudheid. Vertaald enz. door Mr. G. Dornseiffen; VI deelen; Rotterdam, 1825—1827.
O. van Rees, Geschiedenis der Staathuishoudkunde in Nederland, 2 deelen; Utrecht 1865 en 1868. •
M. A. L e g o ij t, La France et l'étranger études de sta-tistique comparée; Paris et Strasbourg, 1864.
F. Guizot, Algemeene geschiedenis der beschaving in Europa enz.; Leiden, 1843.
H. I. Nassau, Historische proeve over den gunstigen invloed, dien de opvolgende oorlogen.....op den vooruitgang .....der beschaving hebben uitgeoefend; Groningen,
1834.
Fr. Brom me, Zonengemillde; Naturgesehichte u. Völ-kerkunde, vollstandig in Wort u Bild; Stuttgart, 1846; mit 40 color. Tafeln.
P. J. G. Cab an is. Rapports du Physique et du moral de l'homme. Nouvelle édition eet. par le Dr. Cérise, II tom.; Paris, 1855.
M. Blanqui ainé, Histoire de l'Economie politique depuis les anciens jusqu' a nos jours; eet.'Se édition, II tom.; Paris, s. a. (1855).
E. W. de Ro o ij, Geschiedenis der Staathuishoudkunde in Europa, van de vroegste tijden tot op heden; Amsterdam, 1851.
15
Geschiedenis dei? staathuishoudkunde in Nederland tot het einde der achttiende eeuw door Mr. O. van Rees, le deel. Oorsprong en karakter van de Nederl. nijverheids-politiek der zeventiende eeuw; (Overdr. uit de Nieuwe Bijdragen voor E. en W. Dl. XVI, st. 1, hl. 133).
F. 1. Mone, Beitrage zur geschichte der Volkswirth-schaft aus Urkunden; Karlsruhe, 1859.
Emile Worms, TAllemagne économique ou histoire du Zollverein Allcmand; Paris, 1874.
De staatsleer van J. J. Kousseau door Mr. A. E. Amt-zenius, 1874.
S. van Houten, Verhandeling over de Waarde; Groningen, 1859.
Studiën op sociaal gebied door Mr. H. P. G. Quack, 1877.
De socialisten, personen en stelsels door Mr. H. P. G. Quack, 1875.
H. A. Wijnne, Waarde, geld en crediet in den wereldhandel; Groningen, 1854.
--------Middenprijzen. (Overdruk uit de Volksvlijt, 1859).
Th. Tooke u. W. New march, die Geschichte u. Bestlmmung der Preise wilhreud der Jahre 1793—1857; Deutsch und mit Zusatsen versehen von C. W. Ash er; II ïh.; Dresden, 18G2.
J. Heemskerk Az., Voordragten over den eigendom van voortbrengselen van den geest; Haarlem, 185G.
J. A. Molster, Voorlezingen over de neutraliteit vooral in verband met de scheepvaart der onzijdige volken; Haarlem, 185G.
Beknopt verslag over de Hulpbanken of vereenigingen tot het geven van voorschotten, naar Debouteville, door W. H. Sur in gar.
16
J. T. Buijs, Voorlezingen over Circulatie-banken enz.; Haarlem, 1856.
Over voorschotten op hypotheek in het Buitenland; Ara-sterdam, 1864.
H. A. Wijnne, Het konsignatie-stelsel.
A. M. Par eau, Oktrooijeu; 1861. (Overdruk uit het Bijbl. v. d. Economist, 1861).
E. Star Busman, Octrooijen van uitvinding, acad. proefschrift; Groningen, 1867.
H. A. Wijnne, Vcrzekerings-statistiek; 1861: 8vo. (Overdruk uit de Volksvlijt, 1861).
Historisch tafereel v. d. Hamburgsche Instelling tot ondersteuning der behoeftigen, voorkoming der verarming en afschaffing der bedelarij; uit het Hoogd. vert. ; II stukjes; Amsterdam, 1805.
H. A. Fr ég uier, des Classes dangereuses de la population dans les grandes villes et des moyens de les rendre meilleures. Ouvrage recompensé en 1838 par l'Institut de France, eet. II tom.; Paris, 1840.
L. M. Moreau-Christophe, du problème de la Misère et de sa solution chez les peuples anciens et modernes; III tom.; Paris, 1851.
I. A. van Roijen, Wetgeving en armoede beschouwd in betrekking tot het misdrijf. Redevoering, uitgesproken den 10 Febr. 1846; Zwolle, 1846.
P. Hofstede de Gr root, de voorname bron van maatschappelijke ellende in onzen tijd; Groningen, 1854.
A. A. Cadèt-de-Vaux, Moyens de prévenir le retour des disettes; Paris, 1812.
Amelioration de la vie domestique de la classe ouvrière; Gand, 1864.
E. van Voorthuijsen, Voorlezingen over de duurte der levensmiddelenj Haarlem, 1856.
33
Moviraento della uavigazione e commercio in Trieste dell' anno solare 1857 amp; dell' anno solare 1858 (Trieste, 1858 amp; 1859).
GBOOT-BRITTANJB en IEELAND.
Tables of the revenue, population, commerce eet. of the United Kingdom, and its Dependencies. Supplement to part XVIII (Sect. A.) Statements relating to Foreign Countries; London, 1851.
Statistical abstract for the United Kingdom each Year from 1840 cet.
Statistical abstract for the United Kingdom in each of the last 15 Years, from 1843—1857; no. V; Lend., 1858.
Résumé des principaux faits statistiques du Royaume-Uni pendant les 15 dornières annécs 1847—18G1, finissant le 31 Décembre; traduit de l'édition Anglaise; Londres, 18G2.
Mercantile Marine Bill (No. 2) for Improving the condition of Masters, Mates and Seamen, and maintaining discipline in the Merchant service; 25 July 1850; 13 and 14 Vict.
Statistieke overzigten van den Handel en de Scheepvaart in Groot-Brittanje en Ierland enz., over de jaren 1850 eu volg.
Reports by the Commissioners for the British Fisheries, cet. Being Fishing 1849—1858; VII parts; London, 1850— 1859. (Ontbreken de rapporten over 1853—1855).
Leone Levi, History of British commercc 17G3— 1870; Loudon, 1872.
ZWITSERLAND.
Beitrage zur Statistik der Industrie und des Handels der Schweiz von G. Fr. Kolb; Zurich, 1859.
3
16
J. T. Buijs, Voorlezingen over Circulatie-banken enz.; Haarlem, 1856.
Over voorschotten op hypotheek in het Buitenland; Arasterdam, 1864.
H. A. Wijnne, Het konsignatie-stelsel.
A. M. Par eau, Oktrooijen; 1861. (Overdruk uit het Bijbl. v. d. Economist, 1861).
E. Star Busman, Octrooijen van uitvinding, acad. proefschrift; Groningen, 1867.
H. A. Wijnne, Verzekerings-statistiek; 1861: 8vo. (Overdruk uit de Volksvlijt, 1861).
Historisch tafereel v. d. Hamburgsche Instelling tot ondersteuning der behoeftigon, voorkoming der verarming en afschaffing der bedelarij; uit het Hoogd. vert.; II stukjes; Amsterdam, 1805.
H. A. Fr ég uier, des Classes dangereuses de la population dans les grandes villes et des moyens de les rendre meilleures. Ouvrage recompensé en 1838 par Tlnstitut de France, eet. II tom.; Paris, 1840.
L. M. Mor eau-Chris tophe, du problème de la Misère et de sa solution chez les peuples anciens et modernes; III tom.; Paris, 1851.
I. A. van Roijen, Wetgeving en armoede beschouwd in betrekking tot het misdrijf. Redevoering, uitgesproken den 10 Febr. 1846; Zwolle, 1846.
P. Hofstede de Groot, de voorname bron van maatschappelijke ellende in onzen tijd; Groningen, 1854.
A. A. Cadèt-de-Vaux, Moyens de prévenir le retour des disettes; Paris, 1812.
Amelioration de la vie domestique de la elasse ouvrière; Gand, 1864.
E, van Voorthuijsen, Voorlezingen over de duurte der levensmiddelen; Haarlem, 1856.
33
Moviraento della uavigazione e commercio in Trieste dell' anno solare 1857 amp; dell' anno solare 1858 (Trieste, 1858 amp; 1859).
GROOT-BRITTAN JE en IERLAND.
Tables of the revenue, population, commerce eet. of the United Kingdom, and its Dependencies. Supplement to part XVIII (Sect. A.) Statements relating to Foreign Countries; London, 1851.
Statistical abstract for the United Kingdom each Year from 1840 cet.
Statistical abstract for the United Kingdom in each of the last 15 Years, from 1843—1857; no. V; Lond., 1858.
Resume des principaux faits statistiques du Royaume-Um pendant les 15 dernières annécs 1847—1861, finissant le 31 Décembre; traduit de l'édition Anglaise; Londres, 18G2.
Mercantile Marine Bill (No. 2) for Improving the condition of Masters, Mates and Seamen, and maintaining discipline in the Merchant service; 25 July 1850; 13 and 14 Vict.
Statistieke overzigten van den Handel en de Scheepvaart in Groot-Brittanje en Ierland enz., over de jaren 1850 en volg.
Reports by the Commissioners for the British Fisheries, cet. Being Fishing 1849 —1858; VII parts; London, 1850— 1859. (Ontbreken de rapporten over 1853—1855).
Leone Levi, History of British commercc 17G3— 1870; London, 1872.
ZWITSERLAND.
Beitrage zur Statistik der Industrie und des Handels der Schweiz von G. Fr. Kolb; Zurich, 1859.
3
34
Uebersicbts-Tabelle der im Jalire 1851 in der Scbweize-rischeu Eidgenossenschaft zur Eiu-, Aus- und Durchfuhr verzollten Waaren.
Hetzelfde werk over de jaren 1852—1858; 7 dln.
Loi fédérale sur les péages eet. du 30 Juin 1849.
Loi fédérale sur les péages eet. du 27 Aoüt. 1851.
BUSLAND.
Manuel du Tarif des douanes Eusses de l'année 1850 compare a, celui de 1841; St. Petersbourg, 1851.
Tarif général des douanes de l'empire de Russie et du royaume de Pologne, pour le Commerce Europeen. St. Petersbourg, 1851.
Tableau des Marcbandises etrangères, d.d. 23 Juin 1854.
SPANJE
Aranceles de Aduanas para la Peninsula e islas Baleares; Madrid, 1849.
Scheepvaart-beweging in de baven van Cadix in 1856 en volg.
Kon. dekreet houdende bepalingen betreffende de klassi-ficatie van de Spaanscbe havens. (Madrid 30 Dec. 1849; Gaceta de Madrid, 1850, 5 Enero).
TURKIJE.
Tarif de douane pour le commerce Néerlandais dans l'empire Ottoman, d.d. 30 Nov. 1850; Constantinople 1851.
E. Testa, notice statistique et commerciale sur la re-gcnce de Tripoli de Barbarie; la Haye 1856.
CHINA
(Offlc.) Berigt uit Canton, Mei 1851, betreffende den
35
Nederlandschen Handel enz. in en met China, over 1849 en 1850.
(Offlc.) Berigt betreffende den In- en Uitvoer onder Ne-derlandsche vlag in China, over 1851; d.d. Canton, Aug. 1852.
VALPARAISO.
Rapport van den kapitein-luitenant ter zee van Braam Houckgeest, betreffende den handel te Valparaiso, d.d. 12 April 1850.
VEBSCHILLBNDE LANDEN.
Verzameling der consulaire berigten en verslagen over nijverheid, handel en scheepvaart; 's Gravcnhage, 1865 en volg.
NEDERLAND.
J. C. H. Bley, Beitrag zur Handelspolitik der Nieder-lande und die Behandlung deutscher Schiffe in hollandi-schen Hafen; Oldenburg, 1860.
Overzigt van den fondsenhandel ter beurze van Amsterdam over 1850 en volg. jaren.
Overzigt van den Arasterdamschen handel in 1860.
Verslagen over den toestand van handel, scheepvaarten nijverheid te Amsterdam.
B. TIJDSCHRIFTEN.
Journal de la Societe de Statistique de Paris, le année, Juillet 1860 seq.; Paris et Strasbourg, 1860.
36
Journal of the statistical society of London.
Mittheilungen des statistischen Bureau's in Berlin; Her-ausg. von C. W. F. Dieterici.
---------------------; Her-
ausg. von E. Helwing, XIII (Neue Folge I [en laatste] Jahrg.); Berlin, 1860. — Thans vervolgd als:
Zeitschrift des Königl. Preussischen statistischen Bureau's, redigirt von Dr. E. Engel, I, Berlin, 1860.
Zeitschrift des statistischen Bureaus Kon. Sachs. Min. d. Innern. V u. VI, 1859 u. 1860; Leipzig, 1859 u. 1860.
U. Glogau, der Compass; Archiv fiir das 6esa.ntte Gebiet dcr Volkswirtschaft mit bcsonderer Berticksichtigung Deutschlands und dcutscher Interessen; Ie Jaarg. 1848, He en Ille 1859—1860: Frankf. a/M., 1858, 1859 en 1860; 3 d.d. (Meer zal hiervan niet verschijnen).
Jahrbuch f. Gesetzkunde und Statistik; herausgegeb- vom Centralarchiv fiir Gcsetzgebung, Verwaltung und Statistik, L. Stein, M. v. Stubenrauch und H. Fr. Bra-cbelli; I, Wien, 1862.
B. W. A. E. Sloet tot Oldhuis, Tijdschrift voor Staathuishoudkunde en Statistiek.
J. L. de Bruijn Kops, de Economist.
Annuaire de l'Économie politique et do la Statistique pour 1858—1860, par Mee Block et Guillaumin; 15c, 16e et 17e année; Paris, 1858—1860; 3 tom.
Idem, 28 et 29 années.
Annuaire internationale du Crédit public pour 1859, par J. E. Horn; Ie année; Paris, 1859.
L. Figuicr, 1'Année scientifique et industrielle eet.; I-V; Paris, 1857—1861.
John Timbs, The Year-book of Facts in Science and-Art. eet.; Ill; London, 1859—1861. (Loopcn over 1858, 1859 en 1860).
(Bladzijde 37 van den Catalogus).
Year-book of agricultural foots for 1861. Edited bij Robert Scott Burn, 1862.
37
J. B. E. Husson, Revue populaire d. Sciences princi-palement dans leurs rapports avee la prodnction agricole, la santé de l'homme et des animaux et 1' économie domes-tiqne, eet; Tom. I—V, avee.pl.; Brnxclles, 1858—1862.
W. Löbe, Jahresbericht lib. die Fortscbritte der gesamm-ten Land- nnd Hauswirtbschaft u. d. einscblagenden tecbni-scben Gewerbe eet. des Jabres 1857; I Jabrg.; Leipzig, 1858; des Jabres 1858; II Jabrg.; Leipzig, 1859.
Annalen der Landwirtbscbaft in den Kön. Preussiscben Staaten; Wocbenblatt eet.; Ier Jabrg.; Berlin, 1861.
Year-book of Agricultural Facts for 1861, edited bij Rob Scott Burn; Edinb. and. London, 1862.
The Companion to tbe Almanac or, year-book amp; general in formation for tbe year of our lord 1859; Lond., 1860.
Fr. Oesterlen, Zeitscbrift f. Hygieine mediciniscbe Statistik u. Sanitatspolizei I; Tubingen, 1859 u. 1860.
L. Pappenbeim, Monatscbrift zur exacte Forscbung auf dem Gebiete der Sanitatspolizei, I, 1859, II, 1860; Berlin.
—-------Beitriige zur exacten Forscbung auf
d. Gebiete der Sanitatspolizei, les Heft (Heft 4 u. 5 der Monatssbrift u. s. w., 1860); Berlin, 1860.
De Volksvlijt, Tijdscbrift voor Nijverheid, Landbouw, Handel en Scheepvaart; Amsterdam, 1855 en volg.
J. C. Ballot, Magazijn voor Landbouw en Kruidkunde, 1857 en volg.
J. C. Ballot, Magazijn voor Landbouw en Kruidkunde, Nieuwe Reeks, I; Utrecht, 1859.
--------Landbouwkundige werktuigen; 3 platen
met 46 afbeeldingen.
Annalen der Landwirtbscbaft in den Kön. Preussiscben Staaten; herausg. vom Priisidium d. Kon. Landes-Oecono-mie-Collegiums u. redigirt von dem General-Secretair dess.
38
C. von Salviati u. s. w.; Monats-Blatt, XX, XXI, Berlin, 1862, 1863; Wochen-Blatt, I—III, mit Abb.; Berlin, 1861—1863.
Register over de eerste 19 jaargangen van vorenstaande Annalen (tot en met 1860); Herlin, 1862.
Tijdschrift ter bevordering van Nijverheid, nitgeg. door de Ned. Maatschappij t. Bevord. van Nijverheid.
Afwijkingen in Nederland, in verband met wind en regen, in 1857 en 1858; Utrecht, 1858. (Ecarts dans les Pays-Bas.) Overdruk uit het Jaarboek van het Kon. Nederl.' Meteorologisch Instituut; 1858.
S. Blaupot ten Gate en W. de Sitter, Tijdschrift voor het Armwezen; Eerste reeks, 5 deelen; Groningen, 1852—1857; Tweede reeks, 4 d.d.; Groningen, 1861.
Repertorium der verhandelingen en bijdragen, betreffende de geschiedenis des vaderlands, in mengelwerken en tijdschriften tot op 1860 verschenen; Leiden, 1871.
Bibliotheca historico-Neerlandica, Catalogus van boeken en handschriften betreffende Nederlandsche geschiedenis en plaatsbeschrijving; 's Gravenhage, 1871.
(Bladzijde 38 van den Catalogus).
Register op de veertig eerste jaargangen van de Gids 1837—1876.
Vragen van den dag. Populair tijdschrift onder hoofd redactie van Dr. H. Blink en A. Winkler Prins.
11.
Nederland in het algemeen.
A. AFZONDERLIJKE WERKEN.
1. OUDERE EN LATERE GESCHIEDENIS.
Een band bevattende;
1°. Supplication im Jar LXX zu Speir vor Key. Ma. Chur und Fursten; sampt allen Reichs Stenden, wegen der hochbenottrangten gewieclmen und vertriebenen aus der Stat un Lantschafft Groningen eet. eet. Met vele bijlagen. „Gedruckt aussen Franckfurt am Main im Jhar 1573, dem 4 Septembris.quot;
2°. Königlieher Maiestat zu Hispanien eet. allergnadigste Erklerung des guten willens vnd der Vatterlichen nei-gung zu seinen Nidderlandiscben Vasallea vnd vnder-thanen der Kays. Maiest. Commissariën, auff der Staten Proposition, den ersten July, dises M. D. LXXIX Jars zu Cölln ubergeben eet. Gedruckt zu Cöllen .... im Jar 1579.
3°. Religions Vrede. Gbedruckt int Jaer ons Heeren .... anno M. D. LXXIX. den xij Junius.
4°. Auszug Ettlicher Zeitungen, was sich zum anfang des jetzigen Türekenkriegs, an etlichen orten in Vngern, verloffen vnd zugetragen bat, in dises M. D. LXVI. Jar. Gedruckt zu Franckfurt am Mayn, 1566.
5°. Beweisunge, das die Commission, die der Hertzocb
t
40
von Alba . . . hat lassen auszgehen, sampt dcm Bapst vnd seinen Botten vnd Tyrannischen hauffen, im namen des Köninges von Spangen, Sey olmwissend des Kö-ninges erdiclitet cot. S. L. 1570.
6°. Beweisnnge das im gantzen Nidderlande keine Bepst-lehre noch Catholiscbe Persone sey, nach Aussagung der Spanisschen Inquisitionen vnd dem Tridentischen Concilium. Met bijlagen. S. L. 1570.
7°. Placcaet endo ordinantie ghemaect by onsen ghena-dighen Heere den Coninck, opt stuck vande brandt-stichters, moordenaers, cet. ghepubliceert van wegen der Maiesteyt, tot Antwerpen den 24 Mecrte An. 1562. styl van Brabant.
8°. Listen vande generale middelen gheresolveert by zijn Alteze, mijn Heere den Prince van Orangnien, den Raedt van State, ende de generale Staten. T' Antwerpen 1578.
9°. Des Duca von Alba, vnd seiner verordenten zwelff Eethe erklerung, quot;Welcher halben einer Leibs vnd Guts in den Niderlanden verlustig. S. L. Anno 1569. 10°. Een warachtigh cort Verhael van die wonderbaerlicke Miraculeusc Veranderinghe ende verscheyden Acten, die den 23. 24. 25. Novembris Anno 76 binnen de stadt Groningen zijn toegedragen.
11°. Newe Warhafftige und mannigerley Zeytung. So von etlichen Fiirstlichen Gesanten von itzichem lleichsztag zu Augspurg, ihren Gnedigen Fürsten vnd Hernn uberschickt cet. S. L. et A.,
12°. Ordinantie inhoudende de nien Poincten van den Hey-ligen Besnijdenis Ommeganck, der stadt van Antwerpen, geschiet in den Jare 1564. Gheprint Thant-werpen ... by Hans de Laet. S. A.
Een ex. van de te Haarlem (ter drukkerij van Joh,
41
Enschedé en Zonen) in 1778, met de oude letteren, welke Aelbert Hendricxz in 1578 te Delft gebruikt heeft, gedrukte verzameling van stukken, uitmakende de op last van de heeren Kaaden van Staate der Vereenigda Nederlanden (resolutie \an 28 Aug. 1777) in druk uitge-gevene en met alle mogelijke zorg naar de originele stukken afgeschrevene, gedrukte en gegraveerde verzameling van de originele stukken betrefiende de nadere Unie van Utrecht, geteekend 6 December 1578, — die onderteekend 23 Januari) 1579, — de akte van submissie, van 13 Julij 1579, — benevens de bij het tweede stuk behoorende ampliaties eet. 1 Februari) 1579 — 11 April 1580.
Apologie, ofte Verantwoordinghe des Doerluchtighen ende Hooghgeborenen Vorsts ende Heeren, Heeren Wil heiras van Godes ghenade Prince van Orangien eet. eet. Teghen den Ban ofte Edict by forme van Proscriptie ghepubliceert by den Coningh van Spaegnien teghen den voorsz. Heere: eet. Ghepresenteert aen Myne Heeren de Generaele Staeten van de Nederlanden... [Tot Leyden] By Charles Sil-vius, ghesworen Drueker der Staten s'landts van Hollandt. 1581. (Met bijlagen).
Een band waarin:
1°. Verhandelinghe vande Unie, Eeuwich Verbondt ende Eendracht.... Binnen der Stadt Vtrecbt ghesloten, ende ghepubliceert viï - den Stadthuyse den 29 January, anno 1579; Tot Delft.
2°. Nieuwe, vermeerderde druk daarvan; In 's Graven-Haaghe, 1631.
3°. Tractaet van t' Bestant, ghemaeckt ende besloten binnen de Stadt en Cité van Antwerpen, den 9 Aprilis 1609, voor den üjt van twaelf Jare ...; In s' Graven-Haghe.
4°. Verdrach gemaeckt ende besloten inden Haghe in Hol-
42
landt, den 7 Januari) 1610... op eenighe swariclicden enz. uyt den Tractate van den Trefue den 9 Aprilis 1609... ghemaeckt; In 's Graven-Haghe, 1610.
5°. Puncten ende Articulen verdraghen ende geaccordeert inden Hage in Hollandt, den 24 Junij 1610, enz. In s' Graven-Haghe, 1610.
611. Waerschouwingo Nopende de betalinge vanden gheac-cordeerden Tol inden Orizont enz. In 's Graven-Haghe, 1646.
7°. Aecoort tusschen den Coningh van Denemarcken en de Staten-Generael Van de Geünieerde Nederlanden, Den 13 Augusti 1645; t' Amst. 1645.
8°. Articuli pacis, unionis, et confoederationis perpetuö duraturae, inter.... Olivarium, Dom. protect. Eei-publ. Angliae eet. et Celsos Potentesque Dominos Ordines Generales Foederat. Belgii Provinciarum ah altera parte conclusae; 1654.
9». Articvlen Vande Vrede in Italien Tusschen den Keyser, Coningh van Vranckrijck enz. beraemt ende afgehan-delt binnen Cherasco, op den 6 Aprilis, Anno 1631; t' Amst., 1631.
10°. Versoeck Vande Heere Appel-Boom Kesident vande Koninck van Sweden In 's Graven Haghe... over de geruchte van een machtighe Vloot Oorlogh-Schepen ter Zee te zenden amp; c.; Anno, 1656.
11quot;. Verbont tusschen den Coninck van Sweden ende den Keurfurst van Brandenbvrg, besloten den 11 January 1656; In s' Graven-Hage.
12°. Tol-Rolle inden Oresondt voor d' Onderdanen der Gheunieerde Nederlandsche Provintien; 13 Augusti 1645.
13°. Tractaten, gesloten tusschen de Staten-Generaal der Vereenigde provinciën en verschillende Mogendheden, 1585—1634.
II.
Nederland in het algemeen.
A. AFZONDERLIJKE WERKEN.
1. OUDERE EN LATERE GESCHIEDENIS.
(Bladzijde 42 van den Catalogus).
Commissien te velde 1706, alsmede resolutie van de H. M. Heeren Staten-Generaal der Vereenigde Nederlanden.
Verhandelinge van de Unie, Eeuwich Verbont ende Eendracht: Tusschen die Landen, Provinciën, Steden ende Leden van dien hiernae benoemt, binnen die Stadt Utrecht gesloten, ende gepubliceert van den Stadthuijse den 29 Januari, Anno 1579.
^'r^r^Tf
M?
(Bladzijde 43 van den Catalogus.)
Gesehichte des Krieges der Mlinsterer und Cölner enz., gegen Holland, von C. B. Dep ping, (1870).
43
Verzameling van 109 Autentijke Copien van Tractaeten enz. tusschen verschillende regeringen gesloten, 1660— 1683; I Band.
Verzameling van Tractaten, 1672—1693.
Verzameling van Tractaten, loopende van 1694 tot en met 1713, gesloten in dien tijd tusschen de Staten-Generaal der Verecnigde Nederlanden en verschillende Mogendheden van Europa.
Keceuil van de [73] tractaten gemaekt en gesloten tusschen de Hoogh Mog. Heercn Staten Generael der Ver-eenighde Nederlanden ter eenre, ende verscheyde Koningen, Princen en Potentaten ter andere zijde; 1576—1701; 's Gravenhage, s. a.
Hollands op-komst, oft bedenkingen, op de schaadelijke schriften, genaamt Graafelijke regeeringe en Interest van Holland, uitgegeven door V. D. H., vergadert door J. C. Leijden, 1602.
Chronyck en de Historie van het Edele ende Machtige Gheslachte van den Huyse van Egmondt ghelegen in Noordt-Hollandt. By een vergadert door AnthoniumHoveum... Tot Alckmaer, 1603.
E. van Meteren, Nederlandsche Historie en haar naburen oorlogen; 2 d.d.; 's Gravenhage, 1614.
-------Historie der Nederlanden en haar
naburen; Amsterdam, 1663.
Gulielmus Baudartius, Memorijen ofte cort verhael der gedenck-weerdichste so kercklicke als wertlicke Ghe-schiedenissen van Nederland, Vranckryck, Hoogduytsch-land. Groot Brittannyen, Hispanyen, Italyen, Hungaryen, Bohemen, Savoyen, Sevenburghen ende Turkyen; 2 dd.; Arnhem, 1624—1625.
Saecken raeckende den Staet van Oostvrieslandt begin-
44
nende metten Jare 1630 ende eyndigende motten jare anno
1631.
Stucken raeckende den Staet van Oostvrieslant mette uijtspraken ende Resolutien bij haer ho. Mogen op deselve gedaen ende genomen. In de Jaeren 1631 ende 1632.
Uijtspraeck bij haer ho. Mogen tusschen de Stenden van Oostvrieslandt ende de Stadt Embden, den 31 October 1634.
Verbael van d' Heer G. van Vosbergen van sijne ambassade hem bij barer Ho: Mo: opgeleijt aan Hartoch Ferdinand van Beijeren, Churvorst van Geulen, enz.; anno, 1633.
Kesolutien raeckende de beveilinge vande Zee, begin-. nende met January 1627 eude eyndende met April Anno
1632.
Verbael van de Ambassade nae Polen, Sweden, Denemarken ende elders verricht door de Heren van den Ho. naert. Bicker ende An dree; anno 1635.
Verzameling van Stukken rakende het Houwelijck van Prince Wilhelm van Orangen met de dochter van Enge-lant; anno 1641.
Resolutien van haer Ho. Mogen Rakende de vredenhan-del tot Munster, beginnende den 1 Febrnarij totten lesten Junij 1647.
Handelingen met den Coninch van Denemarken over de Toll in den Orisond; anno, 1641.
Verbael gehouden bij de heeren de Witt enz. van de besoignes bij deselve als Extraordinaris Ambassadeurs aan Croonen van Sweeden ende Denemareken gedaan; 1645.
Tractaet met Denemarken van 13 August. 1645; 7 stukken.
Besoignes bij de heer Jacob de Witt als extraord. ambassadeur gedaan en gesonden bij de Croonen Sweeden
45
eude Denemarcken; sedert 8 December 1644—21 October 1G45.
Acten ende Resolutien van de Hoogli Mog. Heeren Staten Generael der V. N. genomen in Saeken van Sweden ende Denemarcken t' sedert 21 Oct. 1644 tot 10 Januari) 1646.
Tractaet met Denemarcken den 12 Februari) 1647; 5 stukken.
Placcaet (van de Staten Generael d. Vereenigde Nederlanden), inhoudende Verbodt, dat geenc Jesuiten, Priesters, Papen enz. in dese Landen en zullen mogen comen ofte verblijven, eet.; d.d. 14 Aprilis 1649.
Verzameling van 15 Tractaten, Traités, Articuli pacis etc. tusschen de Staten-Generaal en buitenlandscbe vorsten; 1650—1757. (Allen te 's Gravenbage gedrukt, 1651—1758).
Remonstrantie Aen Haere Hoogb.-Mog.: Inhoudende Grondelijck Bericht van het Guarnisoen in der StadtEmb-den; Geéxhib. 10 Febr. anno 1655; In 's Graven Hage, 1655.
Articuli tractatus confocderationis et amicitiae inter Mag-nae Britanniae Regem et Ordinis Generalis Foederatarum Belgii provinciarum initi; Hagae Comitis, 1663.
Tractaet van de Marine, gedaen, besloten ende gearres-teert in den Hage in Hollant den 17 Dec. 1650 tusschen den ... ambassadeur ord. van den H. Coningb van Spaigne en de H.H. Gedep. vande Hoog Mog. H.H. Staten Generael d. V. N.; 's Graven-Hage, 1663.
Tractaet van Vreede, den 18 Aprilis 1666 binnen de Stadt van Cleve ghemaeckt ende gheslooten, tusschen de H. M. H. Staten Generael d. V. Ned., ter eenre; ende den H. Bisschop van Munster, ter andere zijde; 's Graven-Hage, 1666.
Een paket bevattende 92 Tractaten en andere politieke
46
stukken (originelen en kopijen), loopende van 1678 tot 1718.
Tractaet van Vreede en Commercie, gesloot, tusschen S. M. den Keiser van Marocco en de Hoog Mog. H.H. Staaten Generael d. V. N., 1752; 's Gravenhage, 1777.
Traite de Paix entre S. M. Ie Roi de la Grande Bre-tagne et L. H. P. les Etats Generanx des Provinces Unies des Pais-Bas; la Haye, 1784.
Geheime Conventie tusschen Frankrijk en Pruissen, van 5 Aug. 1796.
Traité de Paix conclu a Luneville, le 20 Plaviose an IX (9 Febr. 1801); 's Gravenhage, 1801.
Publicatie van het Staats-Bewind der Bataafsche Republiek, behelzende het Vredes-Tractaat den 27 Maart 1802 te Amicus gesloten; den Maag, 1802.
L. V. A., Herstelde Leeuw, of discours over 't gepasseerde in de Vereenighde Nederlanden, in 't Jaer 1650, ende 1651; 's Gravenhage, 1652.
Hngonis Grotii, Annales et historiae de Rebus Bel-gicis; Amstelsedami, 1657.
Hugo de Groots Nederlandsche jaarboeken en historiën; Amsterd., 1681.
Aanwijzing der heilzame politieke gronden en maximen van de Republike van Holland en West-Vriesland; Leiden en Rotterd., 1669.
(Daarachter zijn bijgebonden 40 stuks politieke pamfletten uit het begin der 18de eeuw, uitmakende den
Esopus in Nederland, gedrukt na de Romeinsche Copy;
Amst., 1701—1702).
P. C. Hoofts's Nederlandsche historiën, seedert de ooverdraght der Heerschappye van Kaizer Kaarel den Vijfden op Kooning Philips zijnen zoon, tot de doodt des Prinsen van Oranje; Amsterd., 1677,
(Bladzijde 47 van den Catalogus).
Extract uit de resolutien van de Edel Mogende Heeren Raaden van Staate der Vereenigde Nederlanden, 1777.
47
M. Alting, Notitia Germaniae inferioris antiquae qua hodie est ia dicione VII. Foederatorum; Amstelffidami, 1697.
Verzameling van stukken, behelzende de rapporten van der Hoog Mogenden ambassadeurs enz. in verschillende rijken van Europa over hetgeen in die rijken omging; anno, 1701.
Romyn de Hooghe, Spiegel van Staat des Vereenigde Nederlands; Amsterdam, 1706; VI din. in 1 band.
Secrete missiven specterende tot onderhandelinge van Vrede tot Geertruidenberg; 2 Jan.—27 Julij 1710.
Een bundel, bevattende 46 Secrete missiven, rakendo de Vreede tot Uittregt geslooten, met de datums der missiven cn resolutien. (De stukken loopen van 5 September 1711 tot en met 22 April 1713; de missives zijn gerigt aan do Staten-Generaal der Vereenigde Nederlanden, door S. L. Gockinga, gedeputeerde van de provincie van Utrecht.)
A. Matthaei, Veteris aevi Analecta; 10 dn.; Lugd. Batav., 1698—1710.
M. Brouërius van Nidek, Analecta Medii jevi, Ofte oude en nooit voorheen gedrukte Nederlandsche Geschiedenisboeken; le deel; Middelburgh, 1725.
Rous set, Recueil historique d' actes, negociations, memoires et traitez; 19 vol. avec 2 suppl; La Haye, 1728— 1748.
Frans van Mieris, Histori der Nederl. Vorsten, uit de Huizen van Beyere, Bourgonje en Oostenrijk, eet.; 3 deelen; 's Graavenhaage, 1732—1735.
Gerard van Loons Aloude Hollandsche Histori der Keyzeren, Koningen, Hertogen en Graaven; welken, sedert de komst der Batavieren in het thans genaamde Holland... aldaar hot Hooggebied gehad hebben; 2 deelen; 's Graavenhaage, 1734.
48
Gerard van Loons Hedendaagsche Penningkunde enz.; 's Graavenhaage, 1732.
-----------Beschrijving der Nederlandsehe
Historipenningen, enz.; 4 deelen; 's Graavenhaage, 1723— 1731.
---------Gesehicht-bistoriaal rym, offiym-
cbronyck van den beer Klaas Kolyn enz. enz. 's Graavenhaage, 1745.
Verzameling van (gedrukte en geschrevene) rapporten van hunner Hoog Mogenden ambassadeurs enz. in verschillende landen in Europa, betreffende den staat van zaken in die landen; anno 1743 en 1744.
P. van der Schelling, de Aloude Vrijheid, Staatsregering en Wetten der Batavieren, eet.; Rotterdam, 1746.
Recueil van verscheidc Placaaten, Ordonnantiën, Reso-lutien, Instructien, Ordres en Lystcn etc. Betreffende de saaken van den Oorlog, soo to water, als te lande. Het 5e deel. 's Gravenhage, 1754.
Vaderlandsche historie, vervattende de geschiedenissen der nu Vereenigde Nederlanden, inzonderheid die van Holland van de vroegste tijden af. Met konstplaaten en kaarten opgehelderd; 21 d.d.; Amst., 1752—1759.
S. Stijl, de opkomst en bloei van de Republiek der Vereenigde Nederlanden, enz.; Amsterdam en Harlingen, 1774.
Mémoires histor. et politiq. des Pays-Bas autricbiens. Dédiés a 1' Empereur (Josef II); Neuchatel, 1784.
Verbaal van de Heeren . .. gecommitteerden tot bijlegging en vereffening der geschillen tusschen de meerderheid der Ridderschap en Steden van Overijssel, raakende het recht van overstemming; anno 1784.
A. Kluit, Historie der Hollandsche Staatsregering, tot aan bet jaar 1795; 5 dl; Amsterdam, 1802—1805.
17
F. Ie Play, les Ouvriers européens. Etudes sur les travaux, la vie domestique et la condition morale des populations ouvrières de l'Europe; Paris, 1855.
Question ouvrière, patrons et ouvriers, participation aux béncfices.
Dr. Bern hard Hesslein, Volkswirthschaftliclien Ar-beiten. Katecbismus; Leipzig, 18G5. quot;'
K. Jannasch, Die Trades-unions oder Gewerkver-eine; Basel, 1870.
d'Andrimont, Des institutions et des associations ouvrières de la Belgique; Bruxelles, 1871.
Leroy-Beaulieu, bet arbeidersvraagstuk der negentiende eeuw met voorrede en aanteekeningen van N. G. Pier son; Haarlem, 1874.
K. Wacbtler, Onze werklieden, bewerkt door Dr. M. Niemeijer; Groningen, 1874.
E. G1 a s s o n, Elements du Droit Frangais consideré dans ses rapports avee le droit naturel et l'économie politique, 2 deelen; Paris, 1875.
Verslag aan den Koning over do vereiscbten en inrigting van Arbeiderswoningen, door eene Commissie uit het Kon. Instituut van Ingenieurs; 's Gravenbage, 1855.
B. I3ecker, Wie Arbeiterwohnungen gut und gesund einzurichten und zu erhalten seien. Preisscbrift; Basel u. Biel, 18G0.
W. Baring, Wie Arbeiterwohnungen gut und gesund einzurichten und zu erhalten seien. Preisschrift; Basel u. Biel, 1860.
Th. Meyer-Merian und J. J. Balmer-Rinck, sicherer Wegweiser zu einer guten und gesunden Wohnung. Zwei Preisschriften. Basel, 18G0.
I. J. Blaupot ten Gate, Verhandeling over het Domicilie van onderstand; Groningen, 1860. Commentatio
2
18
oeconomico-politica inauguralis pro gradu Doctoris J. U.)
Congres international de Cienfaisance de Bruxelles. Session de 1856; II tom.; Bruxelles, 1857.
Congrès international de Bienfaisanee de Francfort s/M. Session de 1857; II torn.; Francf. s/M., 1858.
Programme de la session du Congrès international de Bienfaisanee et de l'Associatiou nationale (Anglaise) pour 1'avancement des Sciences sociales, a Londres, le 4 Juin 1862, ii l'occasion do l'Exposition Univcrselle; 1862.
A. Bourguignat, Legislation appliquée des établisse-nients industriels eet. Traité complet etc.; II tom.; Paris, 1859.
F. Laferrière, Cours de Droit publique et administra-tif mis en rapport avee les lois nouvelles eet.; 5e édit; revue eet.; II tom.; Paris, 1860.
Concessionirung derj. gewerblichen Anlagen, welche in
den Königl. Preussischen Staaten----einer besondern
polizeilicben Genebmigung bedürfen. Eine Sammlung aller dabin einscblagenden Gesetze, \ erordnungen und Instruc-tionen u. s. w. Mit 89 Holzschnitten; Braunschweig, 1859.
J. A. Uilkens, Inwijd.-Redevoering over den invloed der Landbuisboudkunde op het bestaan en de welvaart der burgerlijke Maatschappij; Groningen, 1816.
H. de Thünen, Recherches sur l'influence que le pris des grains, la richesse du sol et les impots exercent sur les systèmes de culture. Trad. par I. Laverrière; Paris, 1851.
U. G. Schilt huis Jz., de verhouding van den Landbouw tot den bodem en de bevolking, do toestand van do landbouwende klasse in Nederland en de verbeteringen daarin mogelijk en wenschelijk, Haarlem, 1853. (Bekroonde Prijs verh.)
(Bladzijde 18 van den Catalogus).
.Verslag over de landhuishoudkundige school te Groningen en het landbouwonderwijs in naburige Rijken, door Dr. W. C. H. Staring; 1861.
19
M. L. de Lavcrgne, rAgriculturc et la Population; Paris, 1857.
Do natuurkundige grondslagen van den Landbouw. Openbare voordragten voor Landbouwers van wege Z. M. den Koning in den winter van 1853—54; Schoonhoven, 1858 (N. titel-uitgaaf).
F. G. Schulze, Volkshuishoudkunde voor allen, die in Landbouw en Nijverheid belang stellen. Bewerkt door E. C. Enklaar; Zwolle, 1858.
F. Bülau, Der Staat und der Landbau, Beitriige zur Agriculturpolitik; Leipzig, 1834.
C. F. W. I. Haberlin, Lehrbuch des Landwirthschafts-rechts; Leipzig, 1859.
Agricultural statistics, Ireland. General abstracts showing the agreage under the several crops, and the number of live stock, in each county and province for the year 18G9; Dublin, 1869.
B. Hildebrand, Die statistische Aufgabe der Land-wirthschaftlichen Vereinc. Ein Vortrag am 1 Juni 1863 in der Versammlung Thiiringischer Land- und Forstwirthe zu Jena gehalten; Jena, 1863.
Justus von Liebig, Naturwissenschaftliche Briefe über die moderne Landwirthschaft; Leipzig und Heidelberg, 1859, 2e Abdruck.
W. Löbe, die Landwirthschaft und ihr Einfluss auf d. sociale u. materielle Wohl der Staaten und Völker; 3 ïh.; Leipzig, 1853—1854; met portretten en afbeeldingen.
F. J. Otto, Lehrbuch der rationellen Praxis der land-wirthschaftlichen Gewerbe, u. s. w.; 5te umgearb. u. ver-merhte Aufl. mit zahlreichen Holzschnitten; Braunschweig, 1859—1860 seq.; II Th.
Emil Per els, Handbuch zur Anlage und Konstruction landwirthschaftlicher Mascbinen und Gerilthe ftir Maschi-
20
nenfabrikanten, gebildete Landwirthe u. s. w.; mit 97 lithographirten Tafeln, I und II Band; Jena, 1866.
W. F. Dünkelberg, Der Wiesenbau in seinen land-wirthschaftlichen und technischen Grundziigen, u. s. w., mit 97 in den Text eingedruekten Holzstichen und zwei farbi-gen Kanten; Braunschweig, 1865.
G. Abel, Die Pfiege der Wiescnbewasserungs-Anlagen, u. s. w., mit 12 Tafeln in steindruck; Karlsruhe, 1865.
Doe hl. Das Meliorations-Wesen des Preuszisehen Staa-tes, oder die Wasser-Gesetzgebung mit Bezug auf Bewiis-serung und Entwasserung des Grund und Bodens iin Interesse des Landeskultur; Brandenb. 1868.
H. Grouven, erster Bericht üb. die Arbeiten d. Agri-culturchemischen Versuchsstation des landwirthschaftl. Cen-tralvereins d. Provinz Sachsen cet. zu Salzmiinde; Halle, 1862.
Der Landwirth d. XIX. Jahrhunderts, od. das Ganze d. Landwirthschaft; mit 2500 Abbild.; von einera Vereine praktischer Landwirthe Frankreichs, dirigirt von Dr. Alex. Bixio; — I. Abschnitt, Alg. Landwirthschaft, 10 T., Stuttgart, 1846; II. Abs., Handelsgewachse und die Hausthiere, 10 T., aid., 1846; III. Abs., die land-wirthschaftliche Technologie, 10 T., aid., 1846; IV. Abs., die Forstvvirthschaft u. landwirthschaftliche Getsetze und Verwaltung, 10 T., aid., 1847; V. Abs., die Gartnerei; 10 T., aid., 1847.
E. Wagner, die chemische Technologie u. s. w.; 2te umgearb. und verm. Auflage; mit 154 Originalholzschnit-ten; Leipzig, 1853.
L. Walkhoff, der praktische Rübenzuckerfabrikant u. s. w.; mit einem Vorwort von Dr. Fr. Jul. Otto; 2e Aufl.; Braunschweig, 1858.
Hetzelfde werk; Braunschw., 1867; Zweite Hiilfte.
F. E. J. Cr tiger, de Natuurkunde in de Voksschool.
(Bladzijde 20 van den Catalogus).
Nieuwen atlas ofte wereltbeschrijving in 5 deelen. Statistik der Neuzelt u. s. w. vou Gr. Fr. Kolb,
(Bladzijde 21 van den Catalogus).
Hemelsche trompet ofte komeet met de lange baard, verschenen in 1618; door M. Mulder.
Voordragten over riolering en afvoer door ür. M. v. Pettenkofer; 1877.
Dr. A. Schaffle. Die Quintessenz des Socialismus.
Verhandelingen rakende de natuurlijke en geopenbaarde Godsdienst, uitgegeven door Te ij Iers godgeleerd genootschap.
Dr. A. Gr. Fr. Schaffle. Bau und Leben des Socialen Körpers, 4 deelen; Tubingen, 1878.
Jo. Eberhardi Rau. S. theol. prof. p. Monumenta Vetustatis Grermanicae ut puta de Ara Ubiornm in C. Corn. Taciti I annalium libri duo tum de Tumulo Honorario Caji et Lucii Caesarum in Confinio übiorum ac Treverorum liber Singularis cum figuris aeri incisis; 1738.
Spoorwegkaart van geheel Europa.
De belangen van groothandel en nijverheid getoetst aan het tractaat met Belgie en de herziening van het tarief van in- en uitvoer, door een Amsterdammer, 1858.
21
Naar den derden Hoogd. druk vertaald door D. J. Steyn Parvé; Leiden, 1854.
J. H. Gr. van Jnsti, Volledige verhandeling der Manufacturen en Fabrieken, met verbet, en aanmerk, van J. Beekman, vertaald door J. v. M., Az.; Utrecht, 1872.
T. V c r d e i 1, de 1' Industrie moderne; Paris, 1861.
Dr. Nicolaas Hoeker, Die Groszindustrie Rheinlands und Westphalens, ihre Geographic, Geschichte, Production und Statistik. Leipzig, 1867.
Stukken betreffende de Wereldtentoonstellingen te Londen, in 1851, en te Parijs, in 1855.
L. Ali Cohen, Medcdeelingen uit het gebied van na-tuur, wetenschap en kunst; 2 deelen in 3 stukken, m. pl.; Gron., 1844—1846,
L. Ali Cohen, een woord over den in Arkadië in 1859 nieuw ontdekten Den, Abies reginae Amaliae, enz. (Overdruk uit de Landbouw-Courant, 1861, no. 29).
Lehrbuch der Finanzwissenschaft von Dr. Lor enz von Stein, 1875.
Me nier, l'avenir cconomiquc, tome I partie politique; Paris, 1875.
Tijdschrift van het Aardrijkskundig genootschap.
Karl And ree. Geographic des Welthandels, Band I; Stuttgart, 1867.
2. BIJZONDERE.
Slaals-gcnccskundigc onderwerpen, geneeskundige Slalisliek en derg.
A. Mühry, klimatologische Untersuchungen, oder Grund-züge der Klimatologie in ihrer Beziehung auf die Gesund-heits-Verhaltnisse der Bevölkerungen; Leipzig u. Heidel-berg, 1858.
22
W. R. Boor, De Arbeid. Handboek voor volkshuishoudkunde; Amsterdam, 1865.
M. Baehr, Note sur une question de géométrie do Tespace.
M. S e h o o c k, Exercitationes variae, de diversis materüs, 1663.
H. Witte, Handboek voor den bloementuin; Gron., 1866.
R. W. 13oer. Bijdragen tot de kennis der houtteelt; Zwolle, 1857.
Theodor Riseh, Bericht über Schlaebthiiuser und viehmarkte in Deutsehland, Frankreich, Belgien, Italien, Engeland und der Schweiz. Berlin, 1866.
Dr. Ed. Hantstein, Der Londoner Viehmarkt und seine Bedeutung fïïr den Continent; Bonn, 1867.
Grondbeginselen der staatbuishoudkunde door Mr. N. G. Pierson; 1875.
A. Que te let, über den Menschen. Deutsche Ausgabe eet. von V. A. Rieeke; Stuttgart, 1838.
Jules Ga var ret, Algemeine Grundsatze der medici-nischen Statistik; übertragen aus d. Franz, in's Deuts. von S. Landmann; Erlangen, 1844.
J. L. Casper, Beitrilge zur raedicin Statistik u. Staats-arzneikunde (enth. die wahrscheinliche Lebensdauer des Menschen u. s. w.); Berlin, 1835.
---------Denkwürdigkeiten zur medicinischen
Statistik und Staatsarzneikunde; Berlin, 1846.
--------üb. die wahrscheinliche Lebensdauer
des Menschen. Eine Vorlesung. Berlin, 1843.
J. Ch. M. Boudin, Traité de Geographic et de Sta-tistique médicales eet., avec 9 cartes et tableaux; II Tom.; Paris, 1857.
Mare d' E s p i n e, Essai analitique et critique do Sta-tistique mortuaire comparéc cot.; Geneve eet. 1858.
22
W. E. Boer, Dc Arbeid. Handboek voor volkslmis-houdkunde; Amsterdam, 1865.
M. Baebr, Note sur mie question de géométrie de Tespaee.
M. S e b o o c k, Exercitationes variae, de diversis materüs, 1663.
H. Witte, Handboek voor den bloementuinj Gron., 1866.
R. W. Boer, Bijdragen tot dc kennis der boutteelt; Zwolle, 1857.
Tbeodor Riscb, Bericbt über Scblaebthauser und viebmarkte in Deutscbland, Frankreieb, Belgien, Italien, Engeland und der Scbweiz. Berlin, 18G6.
Dr. Ed. H ant stein, Der Londoner Viebmarkt und seine Bedeutung flir den Continent; Bonn, 1867.
Grondbeginselen der staatbuisboudkunde door Mr. N. G. Pierson; 1875.
A. Quetelet, über den Menseben. Deutsche Ausgabe cet. von V. A. Riecke; Stuttgart, 1838.
Jules Gavarret, Algemeine Grundsiitzc der medici-niscben Statistik; iibertragen aus d. Franz, in's Dcuts. von S. Landmann; Erlangen, 1844.
J. L. Casper, Bcitriige zur medicin Statistik u. Staats-arzneikunde (entb. die wabrsebeinliebe Lebensdauer des Menscben u. s. w.); Berlin, 1835.
---------DenkwUrdigkeiten zur mediciniscben
Statistik und Staatsarzneikunde; Berlin, 184C.
--------iib. die wabrsebeinliebe Lebensdauer
des Menschcn. Eine Vorlesung. Berlin, 1843.
J. Cb. M. Boudin, Traité de Geographic et dc Sta-tistique inédicales cet., avec 9 cartes et tableaux; II Tom.; Paris, 1857.
Marc d' E s p i n e, Essai analitique et critique de Sta-tistique mortuairc comparêc cet.; Geneve cet. 1858.
(Bladzijde 23 van den Catalogus).
2. Bijzondere.
Staats-geneeskundige onderwerpen, geneeskundige Statistiek en derg.
A. H. Israels, De verdiensten der Nederlanders in het verspreiden en uitbreiden der haroegaansche ontdekking.
23
P. Floureus, de la Longevité humaine ct de la quan-tité do vie sur le globe; 3e edit.; Paris, 1856.
L. Moser, die Gesetze der Lebensdauer cet. Ein Lcbr-buch; Berlin, 1839.
J. E. Wappaeus, tiber den Begriff und die statistische Bedeutung der mittleren Lebensdauer: Göttingen, 1860.
Fr. d' Ivernois, sur la Mortnalitc proportionelle des peuples, considerée comrae mésure de leur aisance et de leur civilisation; Geneve et Paris, 1833.
F. W. Beneke, Mittbeil. und Vorschlüge betreffend Morbilitats- und Mortalitats-Statistik cet.; Oldenburg, 1857.
W. C. de Neufville, Lebensdauer und Todesursacben verscbiedener Stande nnd Gewerbe; Frankf. a/M., 1855.
Statistik der Mortalitats Invaliditats und Morbilitats verbiiltenisse bei dem Beamtcn personaal der Deutschen Eisenbahnvervvaltungen bearbeitet von G. Bebm; 1876.
Escbericb, Hygieiniseb-statistiscbe Studiën über die Lebensdauer in verscbiedenen Stilnden; Wurzburg, 1854.
G. C. B. Suringar, Onderzoek naar de doelmatigste inrigting van sterftelijsten enz. (Bekroonde verhandeling). Amsterdam, 1831.
J. Ackers dijk. Iets over de aanwending der sterfte-tafels voor de kennis van den Levensduur. (Overdr.)
A. H. Israels, over de Sterfte der kinderen in de 3 eerste levensjaren, gedurende de laatste 30 jaren te Amsterdam. (Afdruk).
J. C. de Man, over de Statistiek der maaudelijksche sterfte, of over den invloed der jaargetijden op dezelve. (Met bijzondere toepassing .op Zeeland en Middelburg). (Afdruk).
Pb. Patissier, Traité des maladies des Artisans, et de celles qui résnltent des diverses professions, d' après Ramazzini; Paris, 1822.
24
A. L. Fonteret, Hygiëne physique ct morale de I'ou-vrier dans les grandes villes en général et dans la ville de Lyon en particulier eet. (Ouvrage couronné); Paris, 1858.
L. Ali Cohen, beschouwing van S. Sr. CoroneI's werk: de Gezondheidsleer toegepast op do Fabrieknijverheid (behandeling van de vraag betreflende het regelen van den fabriekarbeid, inzonderheid van kinderen, door het openbaar gezag); 18G3. (Afdruk uit het Tijds. v. h. Armwezen , 1863).
Kapport der Commissie, belast met het onderzoek naaiden toestand der kinderen in fabrieken arbeidende, 2e, 3e en 4e afl.; 's Gravenhage, 1870.
J. B. Monfalcon et A. P. J. de Polinière, Traité de la Salubrité dans les grandes villes; Paris, 1846.
E. Salomon, Welches sind die Ursachen d. in neuester Zeit so sehr tiberhand nehmenden Selbstmorde, und welche Mittel sind zur Verhütung anzuwenden? u. s. w. Mit statistischen Tabellen imAnhange; Bromberg, 1861.
F. C. Donders, do Voedingsbeginselen. Grondslagen eener algemeene Voedingsleer; Tiel, 1852.
--------de Accijnsen op 't geslagt en op 't gemaal , uit het diaetetisch oogpunt toegelicht en vergeleken; Tiel, 1854.
A. Heynsius, dc vertering van weelde in de dierlijke huishouding; Amst., 1858.
De stofwisseling van het menschelijk ligchaam, volgens het tijdschrift: „der Naturarztquot;, voorafgegaan door eene voordracht over Ozon en Autozon, alsmede iets over de oorzaken en gevolgen van cholera en veepest; Zutphen, 1867.
Verslag (van de Kon. Akademie van wetenschappen, afd. Natuurkunde) aan den Minister van Binnenlandsche Zaken ovey het gebruik als voedsel voor den mensch van vleesch
25
van rundvee, aan besmettelijke Longziekte of aan andere ziekten lijdende; Amst., 1861.
Bertillon, Conclusions statistiques contra les détrac-teurs de la Vaccine, précédées d'un Essai sur la méthode statistique appliquée a rétude de l'homme; Paris, 1857.
M. E. von Bulmerincq, das Gezetz der Scbutzpoc-ken-Impfung im Königreiche Bayern, eet.; Leipz., 1862.
A. Tardieu, Dictionnaire d' Hygiëne publique et de Salubrité eet.; III tom.; Paris, 1852—1854.
Eusèbe de Salie, Coup-d'oeil sur les Involutions de l'Hygiène, ou Considerations sur l'histoire de cette Science et ses applications a la morale, eet.j Paris, 1825.
E. Keich, zur Staats-Gesundheitspflege, eet.; Leipzig, 1861.
L. A li Co ben, Handboek der openbare gezondheidsregeling en der geneeskundige politie; Gron., 1869.
Max. V'ernois, Traité pratique d'Hygiène industrielle et administrative, comprenant l'étude des établissements insalubres, dangereux et incommodes; II tom.; Paris, 1860.
C. Vogel, de geneeskundige Politie-wetensehap, theoretisch en praktisch beschouwd; naar het Hoogd. met de Nederl. wetgeving in verband gebragt door Mr. L. G. Vcrnée; Tiel, 1854.
A. Wurtz, sur 1'Insalubrité des ïésidus provenant des distilleries et sur les moyens proposés pour y remedier; Kapport eet.; Paris, 1859.
Des moyens de recueillir et d'utiliser les Engrais, qui se perdent dans les grands centres de population, au détriment de la salubrité publiq. et de ragriculture, par J. P. Schmit. — Kapport fait a la suite d' une circulaire de M. Ch. Rogier, Ministro do 1' Intérieur. — Orné de 11 planches; Paris (Bruxelles) 1850.
26
L. Ali Cohen, Algemeenc gezondheid en Fabrijk-Nij-verheid. Het verband tusschen beide, en de wijze waarop beider strijdige belangen kunnen worden overeengebragt, in twee Rapporten aan Heeren Gedeputeerde Staten der provincie Groningen ontwikkeld; 2 stukjes; Groningen, 1860.
S. Sr. O or o nel. Beschouwingen over het eerste van vorenstaande Rapporten; Oct. 1860. (Afdruk uit de Gids, Nov. 1860; pp. 14).
L. Ali Cohen, Hygiène en Economie. (2 stukjes, Jan. en Dec. 1859; — afdruk uit de Economist, 1859).
---------— Algemeene gezondheid en Landbouw;
eene Verhandeling. (Afdruk uit de Economist, 1861 , Bijblad stuk 1).
De Fregcinet, Rapport sur l'assoinissement des fabri-ques ou des procédés d'industries insalubres en Angleterre, dans la Belgique et la Prusse-Rhénane et en France; Paris, 1868.
S. Sr. Coronel, de Gezondheidsleer toegepast op de fabrijknijverheid; een Handboek enz.; Haarlem, 1861.
La man Trip, Beschouwingen over het toezicht op in-riebtiugen van nijverheid, Acad. proefschr.; Gron., 1868.
Dr. S. Sr. Coronel, De arbeid van vrouwen en kinderen in Groot-Brittannie. (Overdruk uit het tijdschrift de Economist).
Recueil des travaux du Conseil départemental d'Hygiéne publique et de Salubrité du Bas-Rhin de 1849 il 1858; Strasbourg, 1858.
Hygiène de Lyon: Compte rendu des travaux du Conseil d' hygiène publique et de salubrité du depart, du Rhone, du 1 Janvier 1851 au 31 Dec. 1859, eet.; Lyon, 1860.
Handelingen der Nederl. Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst in 1857 en 1858; 2d.d.; Amst., 1857, 1858.
(Bladzijde 27 van den Catalogus).
Onderzoek naar de verspreiding der Geneeskundige hulp Nederland, 1879.
27
Verslagen aan den Koning van do bevindingen en handelingen van hot geneeskundig staatstoezicht, over de jaren 1866 en volg.
Verslag der vergadering van den Geneesk. raad voor Friesland en Groningen; gehouden 17 Junij 1876.
Versuch einer medieinischen Topographic von Berlin; von Dr. L. Formey; Berlin, 1796.
Audin-Bouvière, Essai sur la Topographic physique et médicale de Paris; Paris an II de la republique Fran-gaise.
Versuch einer Topographic der Stadt Wttrzburg u. s. w., von Dr. Ph. Jos. Horsch; Arnstadtu.Rudolstadt, 1805.
Topographie dcr Stadt Hanau, in Bcziehnng auf den Gesundbeits- und Krankheitszustand der Einwohner, von Dr. J. H. Kopp; Frankf. a/M., 1807.
Fr. X. Metzler, Versuch cines Lcitfadens zur Abfas-sung mediziniscber Topographicn. Freyb. u. Konstanz, 1814.
E. I. I. Meijer, Vcrsuch einer medicinischen Topographie und Statistik von Dresden; Stolberg u. Leipzig, 1840.
J. Gavarrct, Algemcine Grundsatze der medicinischen Statistik; aus dem Franz, übers. v. S. L an dm ami; Erlangen, 1844.
H, W o 11 h e im, Versuch einer mcdicinischcn Topographie und Statistik von Berlin; Berlin* 1844.
J. Gratzer, Beitrage zur Bcvölkerungs-Statistik der Stadt Breslau; Breslau, 1854.
L. Krabmer, die Mortalitatsverbaltnissc dcr Stad Halle; Halle, 1855,
E.. Köhler, das gesunde nnd kranke Leben in dcr Stadt Tubingen; Rede cct.; Ttibingcn, 1860.
C. P. Pons Koolhaas, Middelen tot verbetering van
28
den gezondheidstoestand in steden en meer bijzonder in 's Gravenhage; 's Gravenhage, 1862.
L. Ali Cohen, de Cholera is eene ziekte, die in verreweg de meeste gevallen zeker en vrij gemakkelijk genezen kan worden. (1 Januari) 185G; Afdruk uit het Ke-pertorium, 1856).
-------het verband tusschen de gesteldheid
van don Hodem en het heersehen van Cholera. (Afdr. uit het Ned. Tijds. voor Geneeskunde, 1862, blad 5).
Maatregelen, strekkende om het ontstaan en de verbreiding van den aziatischen braakloop tegen te gaan en den lijder, daardoor aangetast, eene spoedige en doelmatige hulp te verleenen. (Losse vellen).
Cholera-regalatief, aanbevolen aan geneeskundigen, ge-zondheidscommissiën en het publiek door de hoogleeraren Dr. W. Griesinger te Berlijn, Max. von Petten-koffer te Miinchen cn C. A. Wunderlieh te Leipzig. Gron., 1866.
De eholera-epidemie in Nederland in 18G6 en 18G7, Ie, 2e en 3e stuk, 's Gravenh., 1872.
W. de Sitter, Gezondheids-commissiën; Groningen, 1857.
Dr. S. Sr. C or on el. Plaatselijke gezondheids-eommis-siën; Leeuw., 1867; (een afdruk).
J. Baart de la Faille, Advies over het rapport der Raads-commissie, omtrent een voorstel ter oprigting eener Gezondheids-commissie te Groningen; Groningen, 1855.
Fr. ÜQSterlen, Handbuch der medicinisehen statistik; Tiibingen, 1864, le en 2e afl.
Sterfte-staten in Amsterdam in 1873 en volg.
(Bladzyde 28 van den Catalogus).
Engelhard. Feriae hybernae Groninganae, 1733.
- leriae aestivae Groninganae ex hib.
variorum dist,
—-- Otium feriis Groninganis interpositum.
29
Handel en Scheepvaart van verschillende landen.
BELGIË.
Tableau general du Commerce avec les pays étrangcrs, pendant les années 1843—1858, publiés par le Ministre des Finances; Bruxelles, 1847 en volg.
Tarif complet des Douanes de Belgique, au 5 Janvier 1858, eet.; Bruxelles, 1858.
^Lettre (autographe) du Consul de S. M. le roi des Pays-Bas a S. Exc. Mr. le Ministre des Aft. étrangères des Pays-Bas; d.d. 5 Février 1853.
Recueil Consulaire, contenant les rapports des Consuls de Belgique, public en execution d' un arrète du Roi, T. I., années 1839—1855; T. II—XII, années 1856 en volg.
DEUTSCHE ZOLLVEBEIN.
Beleuchtung der Denkschrift Ub. die Verhaltnisse des Deutschcn Zollvereins zur Schweiz; Bern, 1851.
Die Baumwoll-Spinnerei im Zollverein; Bremen, Jan. 1858.
Alphab. Waaren-Verzeichniss mit den im Steuervereine u. im Zollvereine beim Ein- u. Ausgange zu entrichtenden Abgabe-Satzen; Hannover, 1853.
Statistische Uebersichten üb. Waaren-Verkehr u. Zoll-Ertrag im deutschen Zoll-Vereine f. d. Jahr 1847; Berlin, 1849.
HAMBURG.
Hamburg's Handel 1851 en volg.
Hamburg's Handel und Schiffahrt 1855 en volg.
30
Hamburg's u. Altona's Schiffartsverkehr mit der Ober-Elbe in 1855. Vervolg.
Hamburg's Scbiffabrt u. Rhederei in 1855.
Hamburg's See-Scbiffabrt u. Rhederei im Jabra 1861, zusammengestellt von dem bandelsstatistiscben Bureau; Hamburg, 1862,
Revidirte IJamburgische Zoll-Verordnung; d.d. 29 Dec. 1851.
Bekanntmacbung betreffend versebiedene Maassregeln zur Vermeidung des Zusammenstossens von Scbiffen cet.; d.d. 1 Sept. 1858.
Revidirte Consumtions-Accise-Verordnung und Accise-Tarif, d.d. 20 Dec. 1861; Hamburg, 1861.
Verein f. llandels-Frcibcit; Bericht des Vorstandes, d.d. 5 Jan. 1853 u. d.d. 1 Febr. 1854; 2 stuks.
Verein f. Handels-Freibeit; Jabresb. abgestattet 31 Jan. 1856; Hamb., 1856.
Verein fiir Handels-Freibeit; Bericht des Vorstandes, 26 Nov. 1858.
Andere stukken betreffende den Handel en de Handels-Statistiek van Hamburg, 1850 en volg.
BREMEN.
Uebersicht des Bremischen Handels im Jahre 1850. Tabellarische Uebersicht des Bremischen Handels im Jahre 1851, zusammengestellt durch die Behörde f. d. Handels-Statistik; Bremen, 1852.
Hetzelfde werk over de jaren 1852 en volg.; Bremen, 1853 en volg.
Andere stukken betreffende de Handels-Statistiek van Bremen, 1847 en volg.
31
LUSECK.
Tabellarische Uebersicbten des Ltibeckscben Handels im Jabre 1858, zusammengestellt vom Bureau der Handcls-kammer; Lübeck, 1859.
Andere stukken betreffende den Handel en de Handels-Statistiek van Lübeclc, 1849 en volg.
Lübeck's Nordiscber Handel unter Berücksiebtigung seiner Bedeutsamkeit f. d. deutsebe Fabrication; 2te Aafl.; Lübeck, 1849.
DUITSCHE STATEN.
H. Rau, Vergleicbende statistik des Handels der Deut-scben staaten; Wien, 18G3.
STETTIN.
Stukken betreffende de Handels-Statistiek enz. van Stettin, 1849 en volg.
KoNIGSBEBG, ELBING, PILLAU, MEMEL, DANTZIG en LIBATJ.
Stukken betreffende de Handels-Statistiek dezer havens .over verschillende jaren.
KONINGRIJK HANNOVEB.
Gesetz-Sammlung f. d. Königreicb Hannover; Jahrgünge 1852—1858, verschillende No's, betreffende Handelswetgeving enz.
Gesetz-Sammlung u. s. w., 1800, le Abth., no. 26, enthaltend das Gesetz u. d. Bekanntmacbung betreffend die Einfiibrung eines Lootszwengs auf der Ems, eet.
32
Gesetz-Sammlung u. s. w. 1861, le Abth., no. 10; Inhalt: Bekanntmachung, den Tarif f. d. auf der Ems zu entrichtende Zwangslootsgeld bBtreffcnd.
Statistische Verkeurs-Uebersichteu des Hafens Leer f. d. Jabr 1859 u. s. w. Veröffentlicht von der Handels-Depu-tation im Mai 1860 u. Miirz 1861; II St.; Leer, 1860, 1861.
Uebersicht des Handels-Verkehrs zu Weener im Jahre 1859 u. s. w.
GROOTHERTOGDOM BADEN en rasp. MA.NHEIM.
Stukken betreffende de Handels-Statistiek enz. van Man-heim, 1852 en volg.
Statistiscben Jabresberiebt über den Schiffs- und Güter-verkebr auf den Rhein, in den Jabren 1864 en volg.j Man-heim.
Handelswetgeving enz. van Baden, d.d. 13 Junij 1852, 2 April 1853 cn 3 Nov. 1853.
FRANKFORT a/M-
Die Frankfurter Fruchthallej Oct. 1851.
:i:Missive van den Nederl. Resident te Frankfort betreffende vorenstaand werkje, d.d. 19 Nov. 1851, get. Ei -gant (Voorz. van de Handelskammer aldaar).
Amts-Blatt der freien Stad Frankfurt, 9 Aug. 1855, betreffende de „Fracbtbörsen-Ordnung.quot;
OOSTENRIJK.
Keizerlijk patent van 6 Nov. 1851 betreffende het nieuwe Toltarief voor Oostenrijk.
Der allgemeine österreichische Zolltarif f. d. Ein-, Ans-und Durchfuhrj AVien^ 1851.
49
J. Sch cl tenia, Staatkundig Nederland; een Woordenboek tot de biogvaphisclie kaart van dien naam; 3 deelen Amsterdam, 1805 — i 806.
Capitulati opzicbtelijk de 25000 man Fransebe troupes, in dienst van de Kepubliek overgegaan, gearr. bij besluit van H.H. H.H. M.M. van 17 Julij 1795.
Naamlijst van de uitgewceken geweest zijnde [424] Nederlanders ; bekend onder den naam van Bataven, die zicb, ingevolge der Publicatio van May [...], bij Eequesten aan de Natiojiale vergadering bebben geadresseerd.
Verzameling van stukken betreffende bet Bataafscb ge-meenebest en bet Koninkrijk Holland; 5 Junij 1860 en vervolgens.
Reglement sur les revues, 1' administration, la solde et la comptabilité de l'armée de terre p. Ie royaume de Hol-lande, d.d. 24 Julij 1807; met de Staten en Modellen; (Fr. en Nederlandscb.)
Verzameling van stukken uit den tijd van en rakende het Koninkrijk Holland; 1807—1809. (Bijgevoegd: eenige stukken betreffende bet bestuur der gemeenten enz. onder bet Bataafscb gemeenebest.)
Documens bistoriques et Reflexions sur le gouvernement de la Hollande, par Louis Bonaparte, ex-roi de Hol-lande; III Tom.; Paris, 1820.
Instructions s. 1. service des Commissaires de Police (Fr. en Nederd.) d.d. 10 Julij 1811.
Circonscription des arrondissements, cantons et communes , qui composent les departemens de la Hollande; décret imperial du 21 Oct. 1811.
Stukken betrekkelijk de organisatie van verschillende provinciale en gemeentebesturen, van 1803, 1815—1818.
De grondlegging van Neêrlands onafhankelijkheid, in de
4
50
vestiging van de Republiek der Vercenigde Nederlanden, in liet jaar 1572, enz.; Amst., 1814.
J. Elaev, Novum ac magnum tbeatrura urbium Belgicse Foederatse; Amst., 1649.
----Novum ac magnum theatrum Belgicse regise;
Amst., 1649.
Stukken betreffende de O. I. Compagnie; 1795.
AV. F. Verboeven, bekroond antwoord op de Prijsvraag; Hoedaenig was den Staat van de band-werken, en van den koophandel in de Nederlanden, ten tyde van de dertbienste en veertbienste eeuwe? (Mémoires de l'Aca-démie imp. et royale de Bruxelles, prix de 1777; Bruxel-les, 1778).
N. Briavoinne, Mémoire (couronné le 7 Mai 1840) sur l'état de la Population, des Fabriques, des Manufactures et du Commerce dans les provinces des Pays-Bas, depuis Albert et Isabelle jusqu' a la fin du siècle dernier (Tom. XIV des Mémoir. couronnés de l'Académie royale de Bruxelles).
Et. Laspeyres, Gescbichtc der Volkswirtbscbaftlicben Anscbauungen d. Niederliinder und ibrer Litteratur zur Zeit der Republik; gekrönte Preisscbrift; Leipzig, 1863.
O. van Rees, over P. H. Engels werk, de belastingen en de geldmiddelen van den aanvang der Republiek tot op heden; Utrecbt,' 1862. (Afdruk.)
H. A. Wijnne, De restauratie; 1866.
Jan Orlers, Waracbtige Bsscbryvingbe van alle de Belegeringben ende Victorien, Te Water ende te Lande. Die God Almacbicb, tot welvaren der Vereenicbde Nederlanden te wege gebracht ende gegeven beeft .... Den tweeden druck: vermeerdert met verscbeyden Nassauscben Oorlochsdaden. Verciert mette figuyren van de voornaemste
(Bladzijde 50 van den Catalogus).
M. B. van Nidek. Analecta Medii aevi, ofte Oude en nooit voorheen gedrukte Nederlandsche Gescbiedenis-boeken, eerste deel, waarin gevonden worden: Chronickel der Vriescher Landen en der Stadt Groningen; Corte Cronyck, tracteerende van de hercomste der Vreesen, ende oer Vrijheyt; Cleyne Cronica van de Groninger Omlanden en Cronyxke van de Ommelanden.
(Bladzijde 51 van den Catalogus).
L. Sm ids. Sinnebeelden der Graven.
Mr. H 0 Feitb. Geschiedkundig betoog, dat de priesteren, reeds vóór de 15® eeuw, in de Vriesche Landen, tusschen het Vlie en de Wezer, zooals overal elders, leefden in den ongebuwden Staat, 1846.
De Luxemburgsche kwestie beschouwd door een Nederlander, 1857.
John Bowring. Brieven geschreven op een reis door Friesland, Holland en Groningen, 1830.
Lambert van den Bosch. Tooneel des oorlogs, opgericht in de Vereeuigde Nederlanden door de wapenen van de Koningen van Vrankryk en Engeland, Keulsche en Munstersche Bisschoppen, tegen de Staten der Vereenigde Nederlanden en bare Geallieerden, 1675.
Mr. B. Cos te rus. Historisch verbaal, ofte eene deductie van zaaken, raakende het formeren van de Republique van Holland en de West-Vriesland, de veranderinge in de Kegeringe, met den gevolge van dien, zedert den jaare 1572.
P. de Raadt. Nassau-Siegen. (Overgedrukt uit de Recensent, Alg. Lett. Maandschrift).
51
Beleglienughen, crulo ecnigbe Nassausche Graven; Leyden, 1619.
P. Bor Cz., Nederlantsche oorloghen, beroerten ende Borgerlycke oneeuichcyden; G dd.; Leyden en Amsterd., 1621—162G.
E. P. Famiani Stradae Komani e S. J. de Bello Belgico Decas Ia; Antverpise, 1649; — Decas Ha; ibid., 1648.
E. van Re yd, Historie der Nederlantsebe Oorlogen, begin ende voortganek tot den jaere 1601: Leeuwarden, 1650. (2. exempl.)
L. van Aitzema, Verhael van de Nederlandscbe Vre-debandeling. Op nieuws gecorrigeert en met eenige stuc-kcn vermeerdert; Amsterdam, 1653.
--------Historie of Verhael van saken van
Staet en oorlogh, in endè omtrent de Vereenigde Nederlanden; 14 deelen; 's Gravenbage, 1657—1671. (Vaneen 2e exempl. ontbreekt bet 148 deel.)
L. Sylvius, Historiën onses tijds, bebclsende saken van staat en oorlogb; Amsterdam, 1685.
------Vervolgb van saken van staat en oorlogb;
Amst., 1688.
La Hollande pittoresque les frontières menacées voijage dans les Provinces de Frise, Groningue, Drenthe, Gueldre et Limbourg, par Henry Havard, 1876.
Nederlands toestand; Eerste jaargang, door J. Kuyper.
Bentivoglio, Historie der Nederlandscbe Oorlogen, sedert bet vertrek van Filips de II, Koning van Span-jen, uit de Nederlanden, tot aan bet twaalfjarig Bestant; beschreven in 3 dd.; Amst., 1674.
P. Bor Cz , Oorspronck, begin en vervolgb der Nederlandscbe oorlogen, beroerten en borgerlijke oneenigbe-den; 4 dl.; Amst., 1679.
52
P. Valkenier, 't Verwerd Europa ofte Polityke en Historische Beschryvinge der waare Fundamenten en Oorsaken van de Oorlogen en Revolutien in Europa, voornamen tlijk in en omtrent de Nederlanden zedert den jaare 1644 enz.; Amsterdam, 1G88.
------Vervolg van 't Verwerd Europa, of Polityke en Historische Beschryving van alle gedenkwaardigste Staats- en Krygs-Voor vallen zoo binnen, als buyten 't Chris-tenryk, voornamentlyk in en omtrent Hoog- en Neder-Dnytsland en derzelver aangrenzende Ilyken en Staten, zedert den Jaare 1672 tot 1675; Amsterdam, 1688.
2. OUDHEDEN.
r
Lud. Smids Schatkamer der Nederlandsche Oudheden; 2o druk; vermeerdert mot Aantekeningen door Pie ter Langendyk; Haarlem, 1737.
E. M. E n gel bert s. Aloude Staat en geschiedenissen der Vereenigde Nederlanden; 4 dn.; Amst., 1784—1799.
G. Acker Stratingh, Aloude Staat en geschiedenis 'des Vaderlands; II dln. in 3 stukken; Groningen, 1847— 1852. (Met kaarten en platen.)
Verhandelingen ter nasporinge van de wetten en gesteldheid onzes Vaderlands door het Genootschap Pro Excolendo Jure Patrio te Groningen.
L. van Bolhuis, Tweetal van plegtige redevoeringen vooral over de oudheden dezes lands; Groningen, 1778.
N. Westendorp, Algemeen overzigt der Bomeinsche Oudheden in de Noord-Nederlanden; Groningen.
J. D. Wester wout, Beschrijving der 17 Nederlandsche provinciën; Nijmegen, 1781.
(Bladzijde 52 van den Catalogus).
Nieuw Kerkelijk handboek, omvattende al de door den Staat gesubsidieerde protestantscho kerkgenootschappen, door M. W. L. van Alp hen, 1878 en volgende jaarg.
Verklaring der kaart van den tiendaagschen veldtocht, 1832.
De nieuwe rarekiek, vertoonende de daden van de Belgische helden in 1832.
2. OUDHEDEN.
Beschrijving van vroegere Nederlandschc gemeentezegels in het Rijksarchief bewaard, 1875.
Mededeelingen van de Rijks-adviseurs voor de monumenten van geschiedenis en kunst.
N. Westendorp. Verhandeling over de hunnebedden.
Oud-Nederlandsch Letterschrift.
F. A re n d s. Natuurkundige geschiedenis van de kusten der Noordzee en van de veranderingen welke zij, sedert den Cymbrischen vloed tot op heden, door watervloeden ondergaan hebben, met voorrede en aanteekeningen van Dr. R. Westerhoff; 2 deelen, 1835.
- Q-eschiedenis der watervloeden aan de kusten
der Noordzee, sedert den Cymbrischen vloed tot en met 1830, 1837.
H. Wester. Merkwaardige bijzonderheden uit de vroegere en hedendaagsche gebeurtenissen van ons vaderland, 1814.
Verslagen omtrent 's Rijks oude archieven.
Overzicht van de inventarissen der oude Rijks-archieven in Nederland, 1884.
J. H. Veenendaal. Nederland in 1880.
Joh. A. Leopold en L. Leopold. Van de Schelde tot de Weichsel. Nederlandsche dialecten in dicht en ondicht, 2 deelen.
(Bladzijde 53 van den Cafalogus).
Inventaris der archiefstukken, berustende bij de ver-eenigde doopsgezinde gemeente te Amsterdam, opgemaakt door Dr. J. G. de Hoop Scli effer.
Tweede stuk, eerste afdeeling. Archief der gemeenten te Amsterdam, tweede afdeeling, Arciiief van doopsgezinde gemeenten buiten Amsterdam. Uitgegeven en ten geschenke aangeboden door den Kerkeraad dier gemeente, 1884.
Pakket verschillende losse stukken over voormalige toestanden.
53
Het Vaderland met vaderl. afbeeldingen; Amst., 1791.
G. Acker Stratingli, over eenige wilde dieren, welke vroeger in ons Vaderland geleefd hebben. (Eene voorlezing goh. in het Gen. t. bev. d. Nat. Wet. te Groningen.)
E. van Loon, Prijsantwoord omtrent de Sagen dat de eerste bevolking van Friesland afkomstig zou zijn uit Phrygie. (Afdruk uit de Handd. van het Genoot, t. bev. van Nijv. te Onderdendam, 1805/51.)
N. Westendorp, Antiquiteiten. Een oudheidkundig tijdschrift; 3 dn.; Groningen, 1819—1820.
N. Westendorp en C. J. C. Reuvens, Antiquiteiten. Een oudheidkundig tijdschrift; 2e deel; Groningen, 1822.
N. Westendorp, Verhandelingen over onderwerpen uit het gebied der oudheidkunde en godenleer; Delft, 1826.
Circulaire van wege de Kon. Akademie van Wetenschappen te Amsterdam, dd. Sept. 1860, betreffende de overblijfsels der Nederlandsche kunst van beschaving uit vroegere tijden.
Verslag van de Commissie der Kon. Akad. v. Wetens, tot het opsporen, het behoud en het bekend maken van Overblijfsels der Vaderlandsche kunst uit vroegere tijden; Amst., 1862.
Nader Verslag dier Commissie; Amst., 1863.
Catalogus der verzameling van kaarten van het Ministerie van Marine.
3. T0P0GRAP1IIE, KAARTEN, ENZ.
Meetkunstige beschrijving van het Koningrijk d. Nederlanden, bevattende de getallenwaarden, gebruikt bij de zamenstelling van de topographischo cn militaire kaart van
54
het Rijk, uitgegeven op last van het Ministerie van oorlog, door het Topographiseh Bureau; 's Gravenhage, 1861.
Algemeene Kaart van het Koningrijk der Nederlanden, zijnde eene itineraire door Caspar us Muller; 1816.
Topographische Kaart der grensseheiding tussehen het Oud-Nederland en do Belgische provinciën enz. Maart 1831; met het vervolg 1834. (Vervaardigd aan het Topographiseh Bureau te 's Gravenhage.)
Kaartje van het ontworpen Spoorwegnet 1859. (Behoo-rende bij het desbetreffend ontwerp van wet in 1859 bij de Kamers der Staten-Generaal door de Regering ingediend.)
Kaartje van het ontworpen Spoorwegnet 1860. (Bijlage tot do offic. stukken betreffende het wets ontwerp 1860.)
Spoorwegkaart der Nederlanden enz. 's Gravenhage 1860 (Augustus).
Telegraaflijnen en Kantoren in Nederland. April 1860. (Vervaardigd op het Topogr. Bureau bij het Ministerie van Oorlog.)
Staatkundige Kaart van het Koningrijk der Nederlanden (vervaardigd in 1858 door J. J. van Kerkwijk), 's Gravenhage, 1859.
W. C. H. Staring, Kaart voor de Natuurkunde en de Volksvlijt van Nederland; Haarlem, 1860.
J, Knijper, Natuur- en Staathuishoudkundige Atlas van Jfederland; in 15 kaarten, met tekst; Leijden, 1862.
Instructie voor do Geographische Ingenieurs bij het Dc-pöt-Generaal van Oorlog van het Koningrijk Holland, d d. 4 Maart 1808; met Bijlagen.
A. J. van der Aa, Geschied- en aardrijkskundige beschrijving van het Koningrijk der Nederlanden enz.; Go-rinchem, 1841.
S. H. Hertzveld, Handleiding tot do kennis van de
3. TOPOGRAPHIE, KAARTEN ENZ.
(Bladzijde 55 van den Catalogus).
Statistiek van de huisgezinnen, huizen en inwoners van de gemeenten, van bet Rijk en hare voornaamste onder-deelen, 1873.
Novum ae magnum Theatrum urbium Belgicae foedcratae. J. Blaar, 2 deelen.
.55
geregtelijke, burgerlijke en finantiëlc inclcelingcn des Rijks enz.; 's Gravenhage, 1846.
Alphabetisch Register van allo bewoonde oorden des Rijks enz., tezamengesteld bij het Topographisch Bureau van bet Dept. van Oorlog, enz.; 's Gravenhage, 1850.
S. G. Heringa, Aardrijkskundig woordenboek van Nederland, 3de dr. Utrecht, 1874.
Aardrijkskundig woordenboek van Nederland door P. H. Witkamp, 2 dl.; 1877.
Afstandswijzer v. d. Stations dor K. Nederlandsche Paar-denposterij enz. Met eene Itineraire kaart; 's Gravenhage, 1834.
Waterstaatskaart van Nederland op de schaal van 1 tot 50,000. Vervaardigd op last van den Minister van iJinnen-landsche Zaken, onder toezicht van F. W. Conrad en J. A. Besier; 's Gravenh., 1865, in afleveringen.
Kaart van de Nieuwe Merwede en het Hollandsch diep van de Tangplaat tot de Noordschans in twee bladen, opgemaakt door E. Olivier Dz. en C. B. Olivier, onder directie van J. A. Beijerinck.
Topographische en militaire kaart van het Koningrijk der Nederlanden, vervaardigd door de officieren van den Gcneralen staf en gegraveerd op het topographisch bureau van het Ministerie van Oorlog; 1862.
Gegevens betrekkelijk de herziene Rivierkaart.
4. statistiek (meer aUjcmecne onderwerpen belrcf/'endc).
Een bundel, bevattende 4 verhandelingen van Willem Kersseboom, en wel
1quot;. Eerste. verhandeling tot een Proeve om te weeten de probable menigte des volks ia de provintie van Hol-
56
landt en Westvrieslandt enz.; 3e druk; 's Graven-haago, 1748.
2°. Tweede verhandeling, bevestigende de Proeve cnz^ Beneevens ______ een reegel om te vinden de duurzaamheid der lluuwelyken; 's Gravenhaage, 1742. 3°. Derde verhandeling over de probable meeuigte des Volks in de provintie van Hollandt en Westvrieslandt, bevattende, eerstelyk een Vertoog over do proportie der meenigte des Volks tegcns hot getal der geboorene, enz.; 's Gravenhaage, 1742.
4°. Eenige Aanmerkingen op de gissingen over den Staat van het menschelyk geslagt, euz. begreepen in het Boek, genaamt Inleiding tot de Algemecne Geographic, door N. Struyck, vervat in een brief van W. K.; 's Gravenhage, 1740.
Tegenwoordige Staat der Vereenigde Nederlanden, I, vervattende eene Algemeene Beschrijving des lands, enz. Met eene naauwkeurige Landkaart enz.; 2e druk; Amst.,
1739.
vervattende eeno Beschrijving der Generaliteitslanden enz. Met naauwk. Landkaart en prentverbeeldingen; Amst.,
1740.
Verslag door den Secretaris van Staat voor de Binnenl. Zaken omtrent den toestand des Lands gedaan aan de Ed. Mog. Heeren Staten-Generaal, op 30 November 1814. (Ned. St. Ct., 9 Dec. 1814.)
A. Quetelet, Recherches statistiques sur le royaume des Pays-Bas; Bruxelles, 1829.
Volks-tellinge in de Nederlandsche Eepubliek; uitgegeven op last der Commissie tot het ontwerpen van een plan van Constitutie voor het volk van Nederland; 1796; in den Haag; z. J.
4. statistiek (meer alyemeene onderwerpen betreffende).
(Bladzijde 57 van den Catalogus).
Uitkomsten der 6® tienjarige volksstelling in het Koninkrijk der Nederlanden op 1 December 1879.
57
Opgave der bevolking van het Koningrijk der Nederlanden, gedurende de jaren 1815--Mei 1824; 's Gravenhage, 1827.
Tweede verzameling van Staten, uitgegeven door de Commissie voor de Statistiek; 's Gravenhage, 1829.
Derde verzameling van Staten, uitgegeven door de Commissie voor de Statistiek, ingesteld bij Kon. besluit van 3 Julij 1826, No. 52; 's Gravenhage, 1843. (Nederd. en Fransche tekst.)
Bijdragen en Mededeelingen voor de Statistiek van het Koningrijk der Nederlanden; No. I (Verslag over den Staat der Gestichten voor Krankzinnigen in de jaren 1857— 1859); 's Gravenhage, 1861.
Verslag omtrent den toestand van het geneeskundig gesticht voor krankzinnigen, genaamd het St. Joris Gasthuis te Delft.
Bijdragen en Mededeelingen enz.; No. II (Verslag van den Staat der zeevisscherijen in 1860); aid., 1861.
Staten van de bevolking der Steden en Gemeenten van het Koningrijk der Nederlanden, op 1 Jan. 1840; 's Gravenhage, 1841.
Uitkomsten der Derde Tienjarige Volkstelling in het Koningrijk dsr Nederlanden; 's Gravenhage, 1852; 12 stukken.
Idem der vierde tienjarige volkstelling in het Koningrijk der Nederlanden op den 31 December 1859, 3 dln.; 's Gravenhage, 1863 en 1864.
Idem der vijfde tienjarige volkstelling in het Koningrijk der Nederlanden op den 1 December 1869; 2 dln.; 's Gravenhage, 1873 en 1875.
Bevolkingstafelen; twaalfjarige Staten der levendgeborenen en sterfgevallen, enz.; 's Gravenhage, 1856.
Sterfte-atlas van Nederland, uitgegeven door de Nederl. maatschappij tot bevordering der geneeskunst.
58
T. J. Wilier, Volkstelling in Nedcrlandsch Indie; 's Gravenhage, 1861.
Periodieke Volkstellingen op Java; Rapport van de Kijks-commissie v. statistiek, d.d. 31 Dec. 1861;'s Gravenhage, 1862.
Missive van de Hoofden der Provinciale Statistieke Bureaux aan den Minister van Binnenl. Zaken, d.d. 9 Nov. 1861, betreffende de bezwaren enz. der jongste Volkstelling (uit. Dec. 1859), en de wijze waarop die in liet vervolg kunnen voorgekomen worden.
Mr. H. Jacobi, Een pluiswerk, beschouwingen naar aanleiding der volkstelling van 1869.
J. de Bosch Kemper, Statistiek van Nederland; 2e druk; Amst., 1858.
Algemeene statistiek van Nederland. Beschrijving van den maatscbappelijken toestand van het Nederl. volk in het midden der XlXe eeuw. Uitgegeven door de vereeniging voor de statistiek in Nederland. Leiden, 1870 en 1871; le tot 8e afl , 9de, 10de.
Statistieke bescheiden voor het Koningrijk der Nederlanden; 's Gravenhage, 1867 en volgende jaren.
Schets eener algemeene statistiek van het Koningrijk dei-Nederlanden, met toelichting; Leiden, 1867.
Bijdragen tot de algemeene statistiek van Nederland.
H. A. Wijnne, Statistische studiën over Nederland. (Overgedrukt uit het Staatk. en Staathuishoudkundig Jaarboekje.)
Statistiek van Nederland over 1858, opgemaakt uit de verslagen van Ged. Staten over dat jaar: — leading-artt. van het Algemeen Handelsblad 1859, Julij—September.
Beknopt overzigt van den toestand van het Koningrijk der Nederlanden over het jaar 1859, opgemaakt uit de verslagen van den toestand der verschillende provinciën in
(Bladzijde 58 van den Catalogus).
Missive van W. C. H. Staring aan de Chefs van de afdeeling Statistiek over de inriclitiug van het 13® hoofdstuk der provinciale verslagen, 1875.
De „Statistiekquot; door Mr. J. Ackersdijck.
Statistiek der bevolking van het Koninkrijk der Nederlanden over 1875.
Idem over de Nationale Militie 1872—1875.
Bijdragen tot de al^emeene Statistiek van Nederland.
Jaarcijfers over 1881 en vorige jaren, omtrent bevolking, landbouw, handel, belastingen, ouderwijs enz.
Hetzelfde werk over 1882 en vorige jaren.
Overzicht der naamlooze vennootschappen volgens de patent-registers over de jaren 1861/1862—1880/1881.
Vijfjarig overzicht van de sterfte naar den leeftijd en de oorzaken van den dood in elke gemeente van Nederland, gedurende 1875—1880.
Dr. I. C. G. Evers. Bijdrage tot de beYolkingsleer van Nederland.
Naamlijsten der gemeenten enz. in Nederland.
Bijdragen van bet Statistisch Instituut, 1885.
59
genoemd jaar, door de Gedeputeerde Staten der resp. provinciën uitgebragt in de gewone zomervergadering dier Staten van 1860. — 18 leading artt. in het K Amst. Hand. en Eff blad; 1860 (no. 262, 266, 275, 303, 312, 316, 325, 329, 344, 350, 354, 359) en 1861 (no, 4, 5, 9^ 10, 12 en 15).
Rapport van de Kijkscommissie voor Statistiek, d.d. 29 Mei 1860, aan den Minister van Binnenl. Zaken, betreffende de wijze, waarop inkomstig de Verslagen van den toestand der provinciën zouden behooren ingerigt te worden.
Verslag van de werkzaamheden der Rijkscommissie voor Statistiek, 1859 en 1860; 's Gravenhage, 1861.
Tweede Verslag, 1861; 's Gravenhage, 1862.
Laatste zitting van voorn. Commissie, d.d. 10 Dec. 1861; verslag.
J. Zeeman, Rapport namens de Commissie voor Statistiek, voorgedragen op de algemeene vergadering te Amsterdam, 22 Junij 1853.
J. F. B. Baert, de Rijks-Commissie voor Statistiek; 25 Dec. 1861. (Overdruk.)
Besluit van den 29 September 1828 (Stbl. No. 57), houdende bepalingen nopens eene nieuwe en algemeene volkstelling.
Ko,n. besluit van 26 September 1859 (Stbl. No. 101), betrekkelijk de 4de algemeene tienjarige volkstelling.
Concept-besluit omtrent het vernieuwen en bijhouden der Bevolkingregisters; October 1860.
(Zie verder I, B, Tijdschriften, bl. 23—25, en II, B, Jaarboeken en derg. hierachter; — enz.)
Kon. besluiten van 3 Nov. 1861 (Staatsblad no. 94 en 95), omtrent het vernieuwen en bijhouden der Bevolkingregisters en regelende de verpligting tot het doen van aangifte voor de Bevolkingregisters.
60
Kellenaers, Handleiding voor de geregelde bij houding der Bevolkingregisters, voorafgegaan door eene beschouwing over de belangrijkheid der Statistiek in het algemeen en der Bevolkingstatistiek in het bijzonder; 's Elertogenbosch, 1863.
Schuit ze, Wetgeving op de Nationale Militie; Leeuwarden, 1825.
------Reglement op de Nationale Militie; Leeuwarden, 1829.
-----Vervolg op het voorgaande; Leeuw., 1839.
Statistiek van het Koningrijk der Nederlanden behelzende de uitkomsten der herziening van de belastb. opbrengst der gebouwde eigendommen 1876.
5. NATUURLIJKE GESTELDHEID.
Opgave van de uitgestrektheid des Rijks naar de uitkomsten van het Kadaster in 1832 en de veranderingen die daarin tot 1848 door ontginningen, droogmakerijen en inpoldering plaats hadden, in Ned. bunders.
W. C. H. Staring, de Aardkunde en de Landbouw van Nederland; Zwolle, 1844.
---------Voormaals en thans, Opstellen
over Neerlands grondgesteldheid; Zwolle, 1858.
---------de Bodem van Nederland. De
zamenstelling en bet ontstaan der gronden in Nederland enz.; II dn.: Haarlem, 1856—1860; met kaart en platen.
L. Ali Cohen, Bijdragen tot de geologie van ons Vaderland.
J. W. Gunning, onderzoek,naar den oorsprong en de scheikundige natuur van eenige Nederlandsche wateren • Utrecht, 1853.
le bijhouding beschouwing dgemeen en •togenbosch,
ilitie; Leeu-
litie; Leeu-
mvv., 1839. behelzende . opbrengst
de uitkom-sringen die ijen en in-
Landbouw
Opstellen
rland. De Nederland en platen. ! van ons
ong en de wateren.
5. NATUURLIJKE GESTELDHEID.
(Bladzijde 61 van den Catalogus).
Graphische voorstelling der waterstanden in de Zuiderzee, in het IJ voor Amsterdam enz., van 1 Juni tot 28 September 1872.
61
C. II. van Ankum, over de aanwezigheid van Jodium in het drinkwater en den dampkring van Nederland ; 's Gra-venhage, 1855. (Afdruk.)
G. A. Ven erna, nieuwe en eenvoudige verklaring van de veranderingen, die de Kusten van ons land langs de zee, de wadden, de zeeboezems en groote stroomen ondergaan; Gron., 1849.
------over het dalen van de noordelijke Kusten van ons land; Gron., 1854.
Verslag aan Z. M. den Koning, uitgebragt door de Commissie tot onderzoek over den verhoogden waterspiegel op de rivieren de Waal en Merwede, ingesteld bij 's Ko-nings besluit van den 29 October 1856, no. 71; 's Gra-venhage, 1858.
Waterhoogten langs de hoofdrivieren des Eijks; offic. Staten over 1856 en volg.
Waarnemingen van waterstanden langs de kust der Zuiderzee van 1871 en volgende jaren met daarbij gevoegde hoogteschalen.
Idem langs de kust der Noordzee van 1871 en volgende jaren.
J. 11. van S win den. Observations sur le froid rigou-reux du mois de Janvier 1776; Amsterdam, 1778.
E. H. Gr eve. Verklaring der Verhevelingen of korte Meteorologie, voornamelijk betrekkelijk tot deze gewesten; 2 stukken; Haarlem, 1816.
W. A. Enschedé, Bijdrage ter beantwoording der vraag: „Heeft de doorgaande luchtsgesteldheid sedert historische tijden eenige merkbare verandering ondergaan ?quot; Voorl., den 10 Jan. 1844 gehouden. (Afdruk.)
Over den Veendamp. (Overgedrukt uit den Vriend des Vaderlands.
Weersgesteldheid in Nederland; 1858, 1859. (Overdruk
62
uit het Jaarboek van het K. N. Meteorologisch Instituut; 1858, 1859.)
F. A. W. Miquel, Flora van Nederlandsch Iridic; III deelen, in 21 stukken, met platen; Amst. en Utrecht, 1855—1859. — Eerste bijvoegsel, le afl.; Amsterdam en Utrecht, 1860; met platen.
G. A. Stratingh, Naamlijst van werken over de Vee-nen enz., met een verslag van een paar dier werken. (Afdruk.)
G. A. Venema, de haas, de ritnaald, de hamel, do aardvloo, de graauwe akkerslak en de muizen. (Overdrukken uit de Boeren-Goudmijn, 1856—1858.)
G. Outhof's verhaal der Watervloeden in Europa; Embden, 1720.
Historisch tafereel van den zwaren watersnood op 3, 4 en 5 Febr. 1825 een groot deel van ons Nederland hebbende getroffen; Amst., 1826.
Geschiedkundig verslag der dijkbreuken en overstroomingen langs de rivieren in het Koningrijk Holland, voorgevallen in Louwmaand 1809; 2e dl.; Amsterdam, 1809.
Bibliotheca juridica, catalogus van alle boeken sedert 1837 in het Koninkrijk der Nederlanden verschenen over staatswetenschappen, wetgeving en rechtsgeleerdheid; 's Gra-
venhage, 1874.
6. STA\TSUEGT EN ADMINISTRATIE.
Briefwisseling van cenige Regtsgeleerden (Mr. J. D. Meijer, Mr. H. W. Tydeman enz.), over de aanstaande Nederlandsche wetgeving; Leijden, 1819.
Hetzelfde werk; 6de stukje of 5de vervolg; Leijden, 1819.
(Bladzijde 62 van den Catalogus).
Korte beschrijving van alle plaatsen en polders, die gebroken zijn door den watervloed van 26 Januari 1682
J. H. Goudsmit. Verlies en vernietiging van toonderpapier.
J. v a n Kaalte. De reclame van verkochte goederen, J. L. W. C. von Weiier. Ken paar vi'agen over de bewijskracht van koopmansboeken.
R. J. H. Pa tij n. De geschillen van bevoegdheid.
Gr. Brouwer Jzn. Araienrecht.
A. M. D. Sweerts de Land as Wyborgh.. Het Berlijnsche tractaat van 26 Februari 1885.
J. Pauluê. De Hoogerhuizen in Europa en Amerika.
O. J. E. van Wassenaar. Het onderzoek van de geloofsbrieven der volksvertegenwoordigers.
J. Z. Mazel. Dc verdediging der rivierdijken bij ijsgang en boog opperwater.
H. Vos. Publiekrechterlijke geschillen.
M. F. Boonzajer M.Fz. Levering van onroerende zaken naar Nederlandsch recht.
F. J. W. G. Spiering. Eenige opmerkingen over uitvoerders van uiterste wilsbeschikkingen.
A. Burger C.Pz. Het recht van den verhuurder na vervoer der van zijn voorrecht onderworpen goederen.
L. J. A. van Lidt de Jeude. Dc terugwerkende kracht van het vonnis van scheiding van goederen.
L. W. van Grigch. Het onderzoek van strafzaken op de terechtzitting. Aanteekeningen op de artikelen 149 tot 169 van het wetboek van strafvordering.
S. J. L. van Aalten Jr. Historisch-critische beschouwing van de leer der trias politica.
J. D. Pasteur Jr. Iets over beperkte handlichting.
W. H. van Nes van Meerkerk. Opmerkingen over artt. 778—785 wetboek van koophandel.
A. van der Goes. Handels- en fabrieksmerken.
E. tl. K. J. ter Kuile. Dc doorhaling van hypothecaire inschrijvingen.
K. F ruin. Geschiedenis van Westerwolde.
H. B. van der Eist. Du lailliet na het ontslag der curators.
T. M. Ver ster. Handelsleveranties.
U. W. A. D ij c k q; e e s t c r. Aanbod van gereedc betaling, gevolgd van consignatie. Artt. 1440—1448 B. W
J. A. G. de Vos van St een wijk. Art. 156 der grondwet.
A. D. T. Gevers. Art. 44 der gemeentewet.
M. P. H. Wie rex. De voogdij van regenten.
W. J. P. J. van der Diiijn. Eenige beschouwingen naar aanleiding van art 116 der provinciale wet.
P. H. J. J. Ras. Eenige opmerkingen over art. 23 der gemeentewet.
A. C. Visser. Geschiedenis en beginselen van het onteigeningsrecht.
A. E. J. van Voorst tot Voorst. Aardhaling.
W. Th. Gevers Deynoot. Inkwartieringen.
A. A. Moll. Het toezicht van Gedeputeerde Staten op de burgerlijke rechtshandelingen der gemeentebesturen.
F. J. G. van Tricht. Do rechtstoestand der stichtingen.
M. M. de Lange Boom. De Duitsche wetgeving op
den burgerlijken stand, vergeleken met het Nederlandsch burgerlijk wetboek.
G. L. C. van Rossen Hoog en dijk. Avis du Conseil d'Etat du 30 Mars 1808, sur les cas dans lesquels la rectification des liegistres de l'Etat Civil par les Tribunaux n'est pas nécessaire en art. 1 der wet van 16 Mei 1829 (Stbl. no. 33).
G. He ij mans. Karakter en methode der Staathuishoudkunde.
Mr. C. F. van Maan en. Aanteekeningen van het verhandelde over de grondwet van 1814.
Mr. J. A, Levy. Antirevolutionair Staatsrecht, 1886.
C. van Look eren Campagne. Opmerkingen over de overeenkomst van levensverzekering.
L. J. Veening. Eenige opmerkingen over de artikelen 149—165 der provinciale wet.
G. M. Slothouwer. De staatsman Sicco van Goslinga, grietman van Franekeradeel.
H. Zillesen. Over administratieve rechtspraak.
L. H. L. J. van der Maesen de Sombreff. Over den aanvang van het lidmaatschap der Staten-Generaal.
A. C. van Daalen. Art. 121 en 122 der gemeentewet.
G. Pekelharing. Opmerkingen over den onderhoudsplicht van bijzondere personen tvn opzichte van wegen en andere ten openbaren dienste bestemde werken.
J. H. J. Quarles van Ufford. Algemeene maatregelen van fnwendig bestuur.
E. de Vries. Het toezicht van hooger gezag op de waterschappen, volgens hunne reglementen.
J. H. van Menrs. Persoonlijke dienst en belasting in natnra (artt. 192 en 239 Gemeentewet).
J. H. Fransen van de Putte. Beschouwingen over art. 3 van de additionele artikelen der grondwet.
J. W. II. M. van ld sin ga. Geschiedenis en beginselen van art. 91 onzer grondwet.
A. A. van Doorn. De hoofdelijke omslag. Beschuu-wingen over art. 243 der gemeentewet.
A. Pekelharing. Opmerkingen naar aanleiding van de wet van 10 April 1869 (Stbl. no. 65).
D. Fock. Iets over art. 23 der wet van 12 Juli 1855 (Stbl. no. 102).
J. F. Pennink. Eenige opmerkingen naar aanleiding van het achtste hoofdstuk der grondwet.
A. M. Pleijte. De rechtstoestand der Marken in Nederland.
F. D. Schim m e 1 pe n ninck. De beteekenis van hoofdverblijf en verblijf in art. 245 der gemeentewet.
F. C. W. Stork. Over het domicilie van minderjarigen.
W. Roe 11. De inrichting der Algemeene Kekenkamer.
II. A. Hooft. De rechten en loonen van ait. 238 der gemeentewet.
D. J. A. A. van Lawick van Pabst. Eenige be-schouwingen over rte artt. 229—231 der gemeentewet.
W. H. J. Royaards. Veranderingen in de gemeentelijke indeeiing des Rijks. (Beschouwingen naar aanleiding van art. 2 der grondwet).
L. Boekhoudt. Voetpaden, dreven of wegen aan verscheiden geburen gemeen.
E. E. Sickenghe. Het verzuim der huwelijksafkondigingen bij huwelijken in het buitenland voltrokken.
C. C. W. Vis. Do Eerste Kamer der Staten Generaal in de praktijk.
P. H. \V. van Alp hen. Eenige opmerkingen over de kiezerslijsten, in verband met het onderzoek der geloofsbrieven
O. J. H. van Limburg Stirum. De bevoegdheid van den ingezetene om namens de gemeente te procedeeren.
N. J. E. de Voogt. Bijdrage tot de kennis van art. 192 der grondwet.
J. A. Beijnen. Art. 188 der grondwet. (Schutterij).
C. Th. van Deventer. Zijn naar de grondwet onze koloniën deelen des Rijks?
E. Kr use man. Moet, in art. 339 B. W. de toestemming der Moeder tot de erkenning door den Vader, beschouwd worden als erkenning van hare zijde?
M. van Reen en. De ontbinding van provinciale staten en gemeenteraden.
H. Krabbe. De burgerlijke staatsdienst in Nederland.
W. K. G. Dittlinger. De zin der woorden: Ambt en Ambtenaar.
G. F. M. van Hugeupoth tot Aerdt. De bevoegdheid van den Raad van State.
J. Pij Is. Het begrip van provinciaal-en gemeentebelang naar het Nederlandsche Staatsrecht.
6. STAATSRECHT EN ADMINISTRATIE.
(Bladzijde 63 van den Catalogus).
Rapport der commissie van onderzoek aangaande de alsnog hier te lande geldende wetten.
Bijdragen tot de buishouding van den Staat, 2e stuk.
M r. J. R. T h o r b e c k e. Aanteekening op de grondwet, 1841. (2 deelen).
Mr. J. T. Biüj.s. „de Grondwetquot;, 1883.
T. Gat son id es. Opmerkingen over art. 2 der patentwet en art. 61 der kieswet.
L. J. Toxopeus. Wat zijn algemeene maatregelen van inwendig bestuur.
F. D. de Boer. Eenige opmerkingen naar aanleiding van artt. 17 en 18 der onteigeningswet.
W. W. F ei tb. Eenige opmerkingen naar aanleiding van titel 3 der onteigeningswet.
H. N. Addens. Delegatie van wetgevende macht.
B. Ten Bruggen Gate. De verhouding van den Burgemeester tot het Staatsgezag.
J. E. H u ij d e c o p e r. Eenige opmerkingen over den ambtseed.
H. van Weede. De benoeming van den burgemeester.
A. Nilant. Art. 9 van de wet, houdende algemeene bepalingen der wetgeving van het Koningrijk.
A. J. van Vollenhoven. Eenige opmerkingen over naturalisatie.
J. M. G. D. van S Huge landt. Het domicilie.
J. H. Caspers. Eenige opmerkingen over de ambtenaar van den burgerlijken stand.
R. E. W. van Weede. Eenige opmeikingen over de vereenigde zittingen van de beide kamers der Staten-Generaal.
J. N. Bastert. De provincie in Nederland in haar financiewezen en als wetgeefster beschouwd.
63
J. dc Bosch Kemper, do rigtiugen en partijen in het staatkundig leven, enz.; Amsterdam, 1857.
__________Open brief aan Mr. G. Groen
van Prinsterer; Amst., 1857.
J. R. Thorbeeke, Parlementaire redevoeringen; II dn.; Deventer, 185G—1859.
---------Historische schetsen; 'amp; Gravenhage,
Handleiding tot de kennis van het Staatsbestuur in het Koningrijk der Nederlanden; 4 deelen en 1 stuk; Dordrecht, 1826—1829.
W. IJ. van Hamels veld, Nederlandsche Pandecten of verzameling van wetten, in het Koningrijk der Nederlanden; 10 deelen; Delft, 1827—1844. (2 ex.)
G. K. Grave van Hogendorp, Bijdragen tot de Huishouding van Staat in het Koningrijk der Nederlanden enz. Tweede verbet, uitgave, onder toezigt van Mr. J. R. Thorbeeke, 10 dn., in 5 banden; Zalt-Bommel, 1854.
Staatkundige brieven aan een Lid van de Tweede Kamer der Staten Generaal I—V; 's Gravenhage, 1844, 1845.
Een waarschuwend woord voor de toekomst enz.; dooiden Schrijver der Staatkundige brieven; 's Gravenhage, 1847.
De aangekondigde grondwetsherziening; Amst., 1847.
De ontbindbaarheid der Tweede Kamer v. d. Staten-Gencraal op zich zelve en in verband beschouwd met directe verkiezingen en een verantwoordelijk Ministerie; 's Gravenhage, 1848.
Stukken betreffende de Amstel-Societeit te Arasterdam, en de benoemingen van kiezers in 1847.
O. van Rees, Redevoering over de staathuishoudkundige Geschiedenis van Nederland; Zutphen, 1858.
J. Ackersdijck, Mouvement des idéés économiques,
64
progvès des réformes; ètat de la question colouiale ct do 1' esclavage en Hollandc. (Extrait du Journal des Econo-mistes, Nov. et Dec. I860,) Utrecht, 1861.
J. de Bosch Keraper, Handleiding tot de kennis van het Nederlandsche Staatsregt en Staatsbestuur; Amsterdam, 1853.
-----------Handleiding tot de kennis van
het Nederlandsche Staatsregt en Staatsbestuur. Vermeerderde uitgave, I deel: de Wetenschap der zamenleving, 1ste stuk: Inleiding tot de wetenschap der zamenleving; Amsterdam, 1860; 2do stuk: Leiddraad bij het geschiedk. onderzoek naar de ontwikkelingsperioden der zamenleving in de oude wereld; aid. 1861.
----------Handleiding enz., 3de stuk:
Leiddraad bij het gesch. onderz. n. d. ontwikkelingsperioden d. zamenleving in de nieuwe geschiedenis; Amst., 1861; — 4de stuk: Leiddraad bij do beoefening d. speciale wetenschappen, enz.; aid., 1862; — 5de stuk: de bijzondere levensbetrekkingen onder de bescherming van het regtsgezag; aid., 1863.
J. de Bosch Kemper, Staatkundige geschiedenis van Nederland tot 1795; Amst., 1866.
Idem van 1785—1814; Amst., 1867.
Idem van 1814—1830; Amst., 1868.
----------Letterkundige aanteekeningen,
betreffende de geschiedenis van het Nederl. staatsleven en staatsrecht; Amst.. 1871.
J. J. de la Bassecour Gaan, Handleiding tot de kennis van het Administratief regt in Nederland, I, 1, 's Gravenhagc, 1856; II en III, ad.. 1857 en 1859.
Mr. L. E. L en ting. Schets van het Nederl. Staatsbestuur en dat der overzeesche bezittingen; 2e uitg.; Amst., 1870.
(Bladzijde 64 van den Catalogus).
Mr. E. L. van Emden. De rechtspraak en de administratieve beslissingen op de Nederlandsclie Staatswetten, besluiten enz.
Mr. D. Leon. Do rechtspraak van den Hoogen Raad, gebracht op de artikelen der Staats- en burgerlijke wetten, besluiten en verordeningen, herzien door Mr. E. L. van E m d e n.
J. H. D. Munnik. Handboek voor de plaatselijke besturen in Nederland.
J. J. Gosselin. Alphabetische naamlijst der gemeenten en derzelver onderhoorigheden.
Koninklijke en Ministeriëele decisiën en explicatiëu.
H. Schultze. Wetgeving op de nationale militie volgens wetten, van 8 Januari 1817, 28 November 1818 en 27 April 1820.
Aanteekening op de wet der nationale
militie.
- Reglement op de nationale militie en
vervolg.
(Bladzijde 65 van den Catalogus).
Eenige vertoogen op wetboeken, als burgerlijk wetboek, wetboek van burgerlijke rechtsvordering, van strafvordering enz., alsmede eene aanspraak in zake het beklemrecht.
Verzameling van wetten, besluiten enz. betreffende de spoorwegen in Nederland, bewerkt door Jhr. E. van Citters en J. C. A. van Koosendaal, 1860—1866, 1879.
Staatsblad van het Koninklijk der Nederlanden, bewerkt door Jhr. Mr. W. H. de Savornin Lobman.
Alphabctische lijst dor ambtenaren en autoriteiten aan welke vrijstelling van port voor hunne briefwisseling is
toegestaan.
David J. A. Sa mot, F 1 A Het vraagstuk van de pensioenen voor Rijksambtenaren.
Inkwartieringstafelen, houdende opgaven van de gelegenheid tot inkwartiering en stalling.
65
Mr. L. de II ar tog, De gronden derstaats-, proviuciale en gemeente-inrichting van Nederland; 2e dr.; Leiden, 1871.
G. H. Betz, I. A. F ruin en P. F. Hubrecht, Bijdragen tot de kennis van het Staats-, Provineiaal en Gemeentebestuur in Nederland; Rott., 1858 en volg. jaren.
Staatsblad van Nederlandsch-Indië voor het iaar 1854 en vervolgens.
Verslag van het beheer en den staat der Nederl. koloniën over 18G4 en volg. jaren.
Lijst van boeken en geschenken, uitmakeudo de bibliotheek van het Departement van Koloniën.
Beraadslagingen in de zittingen der T\v. K. van de Sta-ten-Generaal, van 15, 16 en 17 Oct. 1860, aangaande de suikerkuituur op Java enz.; 's Gravenhage, 1860.
Hartelijke toespraak aan de E. M. H. Leden der Staten-Generaal bij de plegtige opening en aanvaarding hunner werkzaamheden op den 19 Oct. 1835.
Verslag der Staats-Commissie, benoemd bij Kon. besluit van 3 Mei 1852, tot het doen van onderzoek naar en het uitbrengen van verslag over een aan de tegenwoordige staatsinrigting en wetgeving meest passend stelsel van IV lieie-wet, enz.; 's Gravenhage, 1853.'
Drankpolitie en gemeentebesturen; Amst., 1862.
W. C. D. Olivier, Proeve over de beperkingen van den eigendom door het Politieregt; Leijden, 1847.
B. Cohen, over lijfsdwang in handelszaken; Akadem. proefschrift; Leiden, 1859. (Hierin eene Statistiek van Gijzeling.)
Ontwerp van Staatsregeling voor het Bataafsche volk; door de Constitueerende vergadering, ter goedkeuring of afkeuring aan hetzelve volk voorgedragen; Amst., 1798.
R. A. Baron van Hoëvell Nijenhuis, Nota betrek-
5
6ö
kelijk het fonds ... ten name van den Hoogcn Raad van Adel; (1851).
J. H. G. Boissevain, Staatsregt van Nederland enz.; Arnhem, 1855.
de Savornin Lobman, Do Nederlandsche staatswetten, met aant. (in afl.)
De Nederlandsche Wetboeken en eenige andere wetten, besluiten en reglementen enz.; Schiedam, 1859.
A. Walker Cremcr, Wet van 29 Junij 1851 (Staatsbl. no. 85), regelende de zamenstelling, enz der gemeentebesturen. ■ Aangevuld met tot toelichting en toepassing van hare bepalingen uitgevaardigde besluiten, enz. tot op uit. Dec. 1857; 's Gravenhage, 1858.
L. G. Greeve. Wet van 21 Junij 1851 (Stbl. no. 85) regelende de zamenstelling enz. der Gemeentebesturen, uit icgterlijke uitspraken en administrative beslissingen toegelicht; Schiedam, 1862.
J. Huizin ga, Wet op bet gemaal bijgewerkt tot op den laatsten December 1846; Groningen, 1847.
-------Wetten op de personele belastingen,
het geslagt en het gemaal; Groningen, 1847.
Handleiding tot de kennis van de bestaande bepalingen op het lager schoolwezen; 2e druk; Gouda, 1842.
J. Nieuwenhuis en W. J. Wen del. Wet op het lager onderwijs, met toelicbtingen; Gron., 1857; (2 ex.)
J. J. de la Bassecour Gaan, de Wet op het lager onderwijs, met eene aanteekening; 's Gravenhage, 1859.
G. D i e p h u i s, Handleiding tot de kennis der wetgeving op het lager onderwijs; Groningen, 1859.
Vrije practische blik op het ontwerp van wet voor 't lager en middelbaar ouderwijs; Gron., 1854.
Voorschriften van den Min. v. Binncnl. Zaken, van 8 Jan. 1855, no. 241, 7de afd., betreffende het opmaken
(Bladzijde 66 van den Catalogus).
H. S c h u 11 z e. Reglement op de schutterijen.
- Vervolg op dat reglement.
Koninklijk besluit d.d. 3 Maart 1871 (Staatsblad no. 9), houdende vaststelling van het reglement op het geneeskundig onderzoek omtrent de geschiktheid voor den dienst bij de zee- en landmacht, en zulks met intrekking van het reglement, vastgesteld bij Koninklijk besluit van 25 Maart 1862 (Staatsblad no. 31), met inlichtingen nopens het gebruik der letterproeven bij het onderzoek van het gezichtsvermogen.
(Bladzijde 67 va» den Catalogus).
Statistiek van het Koninkrijk der Nederlanden. Berekening van de waarde der onroerende goederen (gebouwde en ongebouwde eigendommen) in hot Rijk.
67
der Tabellen voor de onderscheidene soorten van instellingen van weldadigheid.
H. Verwoert, Wet tot regeling van het Armbestuur in het Koningrijk der Nederlanden; Amsterdam, 1857.
H. J. S m i d t, de Wet tot regeling van het Armbestuur, met aanteekeningen; Winschoten, 1861.
J. F. Boogaard, Wetten, decreten, besluiten en trac-taten op den Waterstaat in Nederland, met aant. en alphab. register; 's Gravenhage, 1859.
Eerste vervolg op dit werk: wetten enz. 1858—1860; bijlagen en nadere aanteek. op wetten, 1669—1857; Vervolg van het alph. register; 's Gravenhage, 1861. n
Methodique verzameling der wetten, decreten enz. betrekkelijk het Cadaster van het Fransche rijk enz. (Fransch en Nederlandsch); II deelen; Amsterd., 1812.
Stukken (Staatsbladen) betreffende het Kadaster, van 1825 en 1826.
A. A. Br en do nek. Kadaster en grondbelasting, beschouwd in hunne onderlinge betrekking, naar aanleiding der vigerende• wetten, enz.; Amst., 1858.
Staat van het getal perceelen, het getal zielen en het getal artikelen van den legger, nagenoeg overeenkomende met het getal eigenaren, de grootte en de belastbare opbrengst (na aftrek van dijk- en polderlasten) der ongebouwde en gebouwde eigendommen, per kadastrale gemeente, op het tijdstip van de afsluiting der kadastrale leggers van het dienstjaar 1871.
O. Gleuns, Archief voor het Kadaster, le jaarg., afl. 1 en 2; Gron., 1874.
L. Ali Cohen, Korte beoordeeling van de voornaamste bedenkingen, die tot dusver in het midden zijn gebragt tegen de op 20 Junij j.1. door de Regering bij de Tweede Kamer der S. G. ingediende 4 ontwerpen van wet betref-
(38
fende de geneeskundige aangelegenheden; Dec. 18G2 en Jan narij 18G3. (Overdruk.)
Resolutie en Placaat op den opbef van de convoijen en licenten enz.; 's Gravenhage, 1725. (Bijgevoegd: Lijste van de gemeene middelen op de inkoomende en uitgaande goederen en koopmanschappen; 'sGrav., 1725.)
Alg. en beredeneerd Register op alle de publicatiën en Ordonnantiën v. d. gemeene middelen, bij de verg. van H. H. M., vertegenwoordigende het Bataafsche Gemcene-best, gearresteerd; -— onbeschrevene middelen; 's Hage en Amsterd., 180G.
Alg. en beredeneerd Register op alle de pnblicatiën en ordonnantiën v. d. gemeene middelen, voor het Koningrijk Holland, voormaals het Bataafsche Gemeenebest gearresteerd; II dl.; 's Hage cn Amsterd., 1807.
Wederlegging door Fabrijkanteu van de vertoogen over de (z. g.) belangen van den Koophandel, bij gelegenheid der aanst. veranderingen in de inkomende en uitgaande regten, No. 1; 's Gravenhage, 1816.
J. Hora Siccama van Slocbtcren, Beantwoording van eenige voorname tegenwerpingen tegen eene beperking van den invoer van vreemd graan in het Koningrijk der Nederlanden; Groningen, 182-1.
Betoog wegens het hoogst noodige en allezins nuttige tot daarstelling eener doelmatige wet tegen de toelating van vreemde granen op de Nederlandsche consumtie-marktcn, en zulks zoowel in de belangen van den graan-, wijn- en koloniaalhandel, als in die van den landbouw in Nederland; Amsterdam, 1835.
Adres aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, inhoudende bezwaren tegen het aangeboden wetsontwerp op den waarborg, enz.; Nov. 1851.
J. L. de Bruijn Kops, over indirecte belasting als
|
' | |||
|
. 18G2 en |
imvoijen en gd: Lijste n uitgaande i)
□licatiën en i verg. van i Gemeene-'s Hage en
□licatiën en Koningrijk sst gearres-
-;oogen over gelegenheid a uitgaande
-ntwoording 3 beperking ningiijk der
3 nuttige tot ♦elating van ie-markten, i-, wijn- en Nederland;
icneraal, in-Bontwerp op
belasting als
__
_
(Bladzijde 69 van den Catalogus).
Rapport aan den Koning nopens het verleenen van pensioen aan weduwen en weezen van 's Rijks burgerlijke ambtenaren en omtrent het weduwenfonds voor de ambtenaren van het algemeen bestuur.
69
middel van plaatselijke inkomsten; eene Staathuishoudk. proeve; Amst., 1851.
H. A. Wijnne, de Wet op het regt van patent wit een handels- en staathuishoudk. oogpunt beschouwd; Gron,, 1853,
--------de voorgestelde herziening van het Tarief van regten op den in-, uit- en doorvoer, en het oordeel onzer Kamers van Koophandel en Fabrijken; Gron., 1857. (Afdruk uit Sloet's Tijdschr., 15e deel, 5e stuk.)
-----------onze veer- en beurtschepen; 1855. (Afdr.)
De herziening van het Tarief der in- en uitgaande regten in Nederland, door de redactie van het cLgblad 1' Intelligence; Maastricht, 1857.
De beetwortelsuiker-fabricatie; Dordrecht, 1863.
P. Kegout, de bezwaren van Handel en Nijverheid tegen het Wetsontwerp tot herziening van het tarief van in-, uit- en doorvoer; 5de verzamel.; 's Gravenh., 1862.
----Adres aan de Tweede Kamer der Staten-Ge-
neraal (over de Maas-kwestie), d.d. 2 October 1862.
------Adressen aan den Koning en aan de Eerste
Kamer over Handelswetgeving, d.d. 28 Julij 1862.
Eenige opmerkingen betreifende de vraag, of de lijfsdwang in Nederland moet worden behouden of afgeschaft ?
De afschaffing van Fransch-Keizerlijke decreten, door Jhr. Mr. C. J. van Nispen tot Pannerden, laatstelijk Advocaat-Generaal bij het Provinciaal Geregtshof in Zuid-Holland.
L. Ali Cohen, De inhoud van den open brief van Prof. F. C. Donders aan de leden van de Tweede Kamer der S. G., van 12 November 1864 j aan de werkelijkheid getoetst; Gron., 1864.
Register der wetten en besluiten betreifende het openbaar bestuur in de Nederlanden door G. Luttenberg, van 1796—1838,
70
7. OPENBARE WERKEN, WATERSTAAT EN DERHEL.
Verslag aan den Koning over do Openbare werken in 1850 en volg. jaren.
Verslag aan den Koning over den toestand der Telegrafen in Nederland, 1854 en volg. jaren.
Kapport over de verbetering van den Waterweg van Rotterdam naar Zee, uitgebragt door een Raad v. Waterstaat, enz.; 's Gravenhage, 1858.
Verslag aan den Minister van Binnenlandsche Zaken over ecne verbinding van Amsterdam met de Noordzee, door middel van een kanaal door Holland op zijn smalst, uitgebragt door den Kaad van den Waterstaat, enz.; 's Gravenhage, 1859.
Voorwaarden der verleende Concessie tot doorgraving van Holland op zijn smalst; 1862.
Verslag aan Z. M. den Koning, uitgebragt door de Commissie tot onderzoek omtrent de droogmaking der plassen beoosten de Veeht, ingesteld bij 's Konings besluit van 1 Janij 1858; 's Gravenhage, 1860.
Droogmaking van het zuidelijk gedeelte der Zuiderzee, Verzameling van officiëele bescheiden, uitgegeven door de Ned. maatseh. voor grondcrediet; 's Gravenhage, 1868.
De indijking der Zuiderzee, volgens den heer Beije-rinck en hare gevolgen voor de niet ingedijkte kusten, vooral met het oog op de afwatering van Frieslands boezemwater. St. Anna-Parochie, 1867.
Beschouwingen naar aanleiding van het wetsontwerp tot bedijking en droogmaking van het zuidelijk gedeelte van de Zuiderzee, door Mr. P. J. G. van Diggelen; Zwolle, 1877.
Jhr. Mr. Teding van Berkhout, De landaanwinning
7. OPENBARE WERKEN, WATERSTAAT EN DERGELIJKE.
(Bladzijde 70 van den Catalogus).
Verslag over de verbetering van den waterweg van Amsterdam naar Rotterdam.
De verbetering onzer rivieren en bedijkingen enz., van C. Schiffer, 1851.
Nota over de waarneming van het slibgehalte in de Nederlandsche rivieren en stroomen, gedurende het jaar 1881 en 1882.
Verslag betreffende het Noordzee-kanaa! 1876.
Rapport der commissie, benoemd tot het instellen van een onderzoek omtrent het ontwerp voor een nieuwen waterweg van Amsterdam naar den Rijn en van Amsterdam naar Rotterdam, 1877.
Vervolg van dat rapport, 1878.
Rapport omtrent eene verbetering van de bestaande Keulsche vaart van Amsterdam langs Utrecht enz., 1878.
Nader rapport daaromtrent, 1880.
Overzicht der scheepvaartkanalen iu Nederland on 1 Januari 1878 en volgende jaren.
Voorloopig verslag van de Staatscommissie benoemd bij Koninklijk besluit d.d. 4 December 1877, no. 1, tot het instellen van een onderzoek omtrent de verbetering van den waterweg langs Rotterdam naar zee.
Eindverslag van die Staatscommissie.
Open brief omtrent de droogmaking der Zuiderzee.
Rapport betreffende eene aanvraag van den heer J. G. Jager te Amsterdam, om concessie voor den aanleg vau een kanaal door de Geldersche vallei.
Rapport der Hoofd-Ingenieurs en Ingenieurs van den Waterstaat in het 96, 5e en 8e district, omtrent een nader onderzoek van het ontwerp van een kanaal door de Gelder-sche vallei.
(Bladzijde 71 van den Catalogus).
Verslag over de waarnemingen in de Noordzee, omtrent de stroomen langs de Nederlandsche knst,in dejaren 1880—1882.
Nederland als polderland. Beschrijving van den eigen-aardigen toestand der belangrijkste helft van ons land, tevens bevattende de Topografie van dat gedeelte met de voornaamste détails, toegelicht door kaarten en teekeningen, door A. A. Beekman, oud-genie-officier, leeraar aan het gymnasium te Zutphen.
Verslag over den stormvloed 30/31 Jan,1877,door P. Calan,
Statistiek van de schulden der polders en waterschappen in het Koninkrijk der Nederlanden, 1879.
Ontwerp van een kanaal van Amsterdam langs Utrecht over Wijk bij Duurstede naar Tiel, en vau een kanaal van Amsterdam over Gouda naar Botterdam, van den hoofdingenieur I. van der Toorn.
Stroomsnelheidsmetingen op den Boven-llijn en zijne takken, (1875—1879) en op de Boven-Maas (1877).
Verslag der Staatscommissie, benoemd bij Kon. besluit van 21 April 1878, no. 10, tot het instellen van een onderzoek omtrent de verbetering van het Zwolsche diep.
Kapport der commissie van Hoofdingenieurs, betreffende het plan eener Rijnvaart tnsschen de Waal en het Noordzeekanaal, van den Directeur der publieke werken te Amsterdam, 1880.
Nota der commissie van Hooidingenieurs, betrekkelijk den brief van het Amsterdamsche Kijnvaart-comité aan den Minister van Waterstaat enz., d.d. 26 November 1880.
Beantwoording door de Staatscommissie omtrent de verbetering van den waterweg langs Rotterdam naar zee, 1880.
Verslag over het voorgevallene tijdens het hooge opper-water en den ijsgang op de Nederlandsche rivieren in den winter van 1879 op 1880 en van 1880 op 1881.
Memorie van vergelijking met het wetsontwerp tot den aanleg van Staatsspoorwegen met de aanvrage om concessie van J. P. Bredius, Mr. W. S. van Reesema en E. Riche.
71
op do Friesche wadden in hare noodzakelijkheid, uitvoerbaarheid én voordeelen beschouwd. Zwolle, 1867.
A. Huët, De Noordzee vóór Amsterdam, Eene memorie over de afdamming van Pampus en de indijking van het Y. Amst., 1868.
J. L. Schneitter en G. v. Diesen, Verslag eener reis gedaan in Oct. 1859, op last van den Min. v. Bin-nenl. Zaken, tot onderzoek naar de inrigting van eenige bruggen in Duitsche en Zwitserscho Spoorwegen; 's Gra-venhage, 1860. — Bijvoegsel tot dit Verslag; aid., 1860.
J. G. W. Fijnje en G. van Diesen, Verslag eener reis, gedaan in Januarij 1862 op last van den M. v. B. Z., tot onderzoek naar de inrigting van de Spoorwegbrug over den Rijn bij Mainz; 's Gravenhage, 1862.
H. F. Fijnje, Verslag over het Stoomwerktuig in den polder van Wamel, Dreumel en Alphen; Nijmegen, 1849.
Rapport der Inspecteurs v. d. Waterstaat, naar aanleiding eener beschikking van den Min. v. Binnenl. Zaken van 27 Maart 1861, no. 123; 's Gravenhage, 1861. (Over de overstroomingen in ons land in den winter van 1860—
1861, en de middelen om zulke onheilen te voorkomen).
Aanteekeningen betrekkelijk Ijsbezettingen en Overstroomingen langs de Nederl. rivieren (bijlage no. 5 van vorenstaand rapport, afzonderlijk uitgegeven); 's Gravenhage,
Verslag der staatscommissie omtrent de regeling van de zaak der calamiteuse polders in Zeeland; 's Gravenh., 1869.
Bibliographic van Technische kunsten en wetenschappen 1850—1875, door R. van der Meulen.
Verslag over het voorgevallene tijdens het hooge opper-water en den ijsgang op de Nederl. rivieren in den winter van 1875 op 1876.
72
L. J. A. van der Kuil, Memorie over de Spoorwijdte der IJzeren wegen; 's Gravenhage, 1847.
John Dixon, Spoorwegen. Nieuw stelsel van vertakkingen; Amst., 1847.
Bestek en Voorwaarden voor den aanleg van den Aken-Maastrichtsehen Spoorweg op Nederlandscli grondgebied; Maastricht, 1847.
Verslag van de directie der Aken-Maastrichtsche Spoorweg-Maatschappij over het jaar 1853; Maastricht, 1854.
M. X. Tartc, Cliemin do fer de la Mer du Nord a la Mer Baltique; Bruxelles, 1848. (Bijgevoegd is een prospectus en eene missive daaromtrent.)
G. H. van Soest, de Nederlandsche Spoorwegen ; 's Gravenhage, 1858.
J. d. L., Spoorwegen in Nederland; Arnhem, 1858.
Aanvrage van concessie tot liet aanleggen van spoorwegen in de Noord- en Noordoostelijke provinciën van Nederland; 's Gravenhage, 1858.
Op welke wijze kan een goed Spoorwegnet in Nederland tot stand komen? Amsterdam, 1858.
Onze Spoorweg-leening; beschouwingen van Oeconomus; Amsterdam, 1858.
M. de Brouwer van Hogendorp, Eenige teregtwij-zingen betreffende mijne aanvrage tot concessie der Noorden Noordooster Spoorwegen; 's Gravenhage, 1858.
M. Simon, Gzn., Eenige bedenkingen tegen de bestrijding der Spoorweg-Concessie van de heeren Sloet en Reuchlin; Leeuwarden, 1858.
J. G. \V. Fijnje, Bijdrage tot de kennis van het belang der Nederlandsche Spoorwegen; Dordrecht, 1858.
---------Bijlagen behoorende bij de Bijdrage tot
de kennis van het belang der Nederlandsche Spoorwegen; Dordrecht, 1858.
(Bladzijde 73 van den Catalogus).
Verslag over het jaar 1876 door den Kaad van Toezicht op de spoorwegdiensten aan den Minister van Hinnenland-sche Zaken uitgebracht.
Verslag betreffende den aanleg van staatsspoorwegen over 1876 en volgende jaren.
Statistiek van het vervoer op de spoorwegen en tramwegen.
W. van Rappard. Iets over de regeling der tramways.
73
Nederland in deze eeuw van vooruitgang, onderworpen aan stelselloosheid, aan bekrompenlieid van iuzigt en aan het toeval. Beschouwingen over den gang van zaken in Nederland ten aanzien van .... den aanleg van spoorwegen; Amst., 1858.
J. G. W. Fijnje, Bijdrage tot de kennis der verschillende voorgestelde of ontworpen Nederlandsche Spoorwegen, bevattende tevens algemeene beschouwingen over de voorwaarden van concessie en van vervoer; Gorinchem, 1859.
Verslag der Maatschappij tot exploitatie van staatsspoorwegen over het jaar 1868; 's Gravenh.-, 1869 en volg.
U. G. S e h i 11 h u i s, J z., Toelichting van de belangrijkheid en de rigting der Noordelijkste Spoorwegen in Nederland; Groningen, 1859.
Ueber den Anschliisspunkt der Ilollandischen Nordbahn an die Hannoversehe Westbahn; I. und II Heft.; Osna-brüek, 1861 en 1862.
Die Hollandische Nordbahn und ihre östliche Fortsetzung; mit 2 Karten eet.; Leer, 1862.
J. C. H. Bleij, Beitrag zur Ansehlussfrage der Nieder-liindischen Nordbahn an die Hannoversehe Westbahn; Oldenburg, 1862.
Wet houdende bepalingen omtrent het gebruik der Spoorwegen; Schiedam, 1859.
A. de Lavelye, Notes pour servir a 1' histoire finan-cière des chemins de fer; Bruxelles, 1858.
A. Biirkli, Ueber Strassenbahnen und Eisenbahnen in Stadten, Zweito Aufl.; Ziirich, 1865.
C. Soetens, Asphalt-sporen door geheel Nederland enz.; 1 Dec. 1847.
-----Railroutes; Amst., 1861.
Dr. R. Wester hof f, Twee hoofdstukken uit de geschiedenis van ons dijkwezen; met oudheidkundige aanteeke-
74
ningen, inzonderheid betrekkelijk de prov. Groningen en Friesland; Gron., 1865.
P. R e g o n t, Peut- on se servir en toute securité, de la ligne du chemin de fer de l'état; Maestricht, 1865.
Noord-Hollandsch-Friesche spoorweg. Verbinding van Leeuwarden langs Hoorn met Alkmaar en Amsterdam.
Noord-Hollandsch-Friesche spoorweg. Is geldbelegging in spoorwegen raadzaam over het algemeen en in het bijzonder in de evengenoemde ?
J. J. Ermerins, Het Koninkluk besluit van 17 Dee. 1819, houdende overdragt van het beheer en de bekostiging van waterstaatswerken aan de staten der provinciën. Acad. proefschr.; Gron., 1869.
Charles T. Liernur, De rioolquestie; 'sGravenh., 1867.
P. Maas Geesteranus, Het rioolstelsel van Ch. T. Liernur toegelicht en aanbevolen; 'sGravenh., 1868.
Ch. T. Liernur, Het pneumatisch rioolstelsel nader beschouwd en toegelicht in zijne technische bijzonderheden en werking, benevens het advies, daarover uitgebracht door F. W. Conrad; 'sGravenh., 1868.
8. VOLK EN VOLKSLEVEN.
D. Lu bach, Grondtrekken eener Ethnologic van Nederland; Haarlem, 1861; met platen.
A. Esquiros, Nederland en het leven in Nederland; naar het Fransch door N. S. Calisch; Amsterdam, 1858.
H. J. Koenen, de Nederlandsche boerenstand historisch beschreven; Haarlem, 1858.
Emile de Laveleije, Etudes d'économie rurale de la Neêrlande; Paris, 1865.
75
P. P. Koorda van Eysinga, Voorlezing over kolonisatie door Nederlanders in Nederlandsch-Indië enz.; Haarlem, 1856.
Ontwerp ter bevordering van meerdere bestaanmiddelen in Nederland; 's Gravenhage, 1847.
Gr. J. Mulder, de voeding in Nederland, in verband tot den volksgeest; Eotterdam, 1847.
--------de voeding van den Neger in Suriname; Rotterdam, 1847.
-------- de voeding van de Nederlanders; 1
Januari] 1854; Rotterdam, 1854.
Missive van den Agent van Nationale opvoeding der Ba-taafsche Republiek, d.d. 11 April 1799, houdende dat door het Uitvoerend Bewind eenige burgers zijn gecommitteerd tot het opstellen van eene Pharmaeopoea Batava.
I. J. van den Bosch, de Oorzaken, voorbehoedingen genezing der Ziekten onder de menschen, voortvloeijende uit de natuurlijke gesteldheid van het Vaderland enz ; Amsterdam, 1794.
Voorschriften bij 't heerschen der Cholera asiatica in 1832 door de Regering aan de bevolking gegeven, ten einde de uitbreiding der epidemie enz. tegen te gaan; 1832.
J. Zeeman, Geschiedenis van de Cholera gedurende 1859 in Nederland; 1860. (Afdruk.)
H. van Cape 11e, Bijdrage tot de geschiedenis d. epidemie van Diphtheritis in Nederland, gedurende de jaren 1859, 1860, 1861 en 1863; Amst., 1862. (Afdruk.)
Opgaaf van het gemiddelde der jaarlijksche betrekkelijke sterfte in de verschillende gemeenten van het Rijk, gedurende de jaren 1856—1860; uitgegeven van wege den Minister van Binnenlandsche Zaken, in 1861.
Bijlage van de Circulaire van den Minister van Binnenlandsche Zaken, van 27 Junij 1843, no. 110, 7e afd.,
76
betreffende den treurigen toestand van de behandeling der Krankzinnigen bier te lande.
Verslagen over den staat der Gestichten voor Krankzinnigen over de jaren 1848 en volgende.
Verslag betreffende het geneeskundig gesticht voor Krankzinnigen te Delft, over de jaren 1860 en 1861; (Delft 1862.)
Stukken betrekkelijk een tot stand te brengen patronaat ten behoeve van herstelde behoeftige Krankzinnigen; Cir-cul. van den Min. van Binn. Zaken, d.d. 30 Oct. 1860, no. 170, 7e Afd.
L. Ali Cohen, het Nederl. Gasthuis voor behoeftige en minvermogende ooglijders, gevestigd te Utrecht. (Afdruk uit het Ned. ïijds. v. Geneeskunde 1861, blad 42.)
Derde, vierde en vijfde jaarlijksche verslagen betrekkelijk de verpleging en het onderwijs in het Nederlandsche Gasthuis voor ooglijders; uitgebragt in Mei 1862, 1833 en 1864 door F. C. Donders; Utrecht, 1862—1864.
Historie en gedenkschriften van de Maatschappij tot redding van drenkelingen, opgerigt binnen Amsterdam; 3 dn., 1 st.j Amst., 1767.
J. A. Kool, Verslag omtrent de Maatschappij tot redding van drenkelingen enz., 1854—1862; Amsterdam, 1862.
J. Bosscha, Het roode kruis; 's Gravenh. . 1867.
Verslag der verrichtingen van het hoofdeomité der Nederl. Vereeniging tot het verleenen van hulp aan zieke en gewonde krijgslieden in tijd van oorlog; Den Haag, 1871.
Idem II, 1872.
Verslagen over den staat van het Instituut tot onderwijs van blinden enz. te Amsterdam, over 1827—1834; 1849 — 1851; 1851—1853; 3 stukken.
Nederlandsche Vereeniging tot afschaffing van sterken
8. VOLK EN VOLKSLEVEN.
(Bladzijde 76 van den Catalogus).
Note sur les dispositions legislatives qui régissent les Sociétés de secours uiutuels dans les Pays-Bas, par M. A. J. W. Farncombe Sanders, 1878.
Nederlandscbe vei-eeniging tot afschaffing van sterken drank, 37e jaarverslag 1880.
Verslag over den toestand der afdeeling Nederland van de Internationale vereeniging tot verbetering van het lot der blinden, 1882.
Verhandlungen des Ve Blindenlehrer-congresses in Amsterdam, Augustus 1885.
(Bladzijde 77 van den Catalogus).
H. A. Wijnne. Is er strijd tusschen de gelijkmatigheid der verschijnselen op maatschappelijk gebied en den vrijen wil van het individu?
Verslag van het centraal comité voor de noodlijdenden door de uitbarsting op Krakatau. le en 2® stuk 1884 en 1885.
77
drank; XVe en XVIe Jaarverslagen, over 1858 en 1859; Amsterdam, 1859 en 1860.
De Sterke drank als Volksdrank veroordeeld door circa 500 Nederl. Geneeskunstoefenaren; Amsterdam, 1861.
L. Ali Cohen, over de nuttigheid, de noodzakelijkheid en het eigenlijke doel van Afschaffingsgenootschappen; voorgedragen in de openlijke vergadering van de afd. Groningen der Ned. Vereeniging ter Afschaffing van den sterken drank als Volksdrank, gehouden den 24 Maart 1862. (Afdruk uit het Tijds. v. h. Armwezen , 1862.)
De pokken-epidemie in Nederland in 1870—1873.
Plan van een onderzoekingstocht in Midden-Sumatra door J. 'Schouw Santvoort. (Uitgegeven van wege het Aardrijkskundig Genootschap.)
De Residentie-kaarten van Java en Madoera door F. de Bas. (Uitgegeven van wege het Aardrijksk. Genootschap.)
9. FIJfANTieN EX WELVAART.
C. Zillesen, Onderzoek der oorzaaken van de opkomst, het verval en herstel, der voornaamste en hedendaagsche Volken; 6 declen (in 3 banden); Utrecht, 1781—1782.
-------Wijsgeerig onderzoek wegens Neerlands
opkomst, bloei en welvaard; het daarop gevolgd verval, enz.; Amst., 1796.
------Wijsgeerige Staathuishoudkunde, bijzonder voor het thans vergroot Koningrijk der Nederlanden; Rotterdam (s. a.). [Bevat o. a. eene „Concept tafel van jaarlijks te doene waarnemingen.....om daar de bijzondere en algemeene staat des rijks uit te kunnen opmaken,quot; enz.]
La richesse do la Hollande; II torn.; Londres, 1778.
78
Memorie, houdende het generaal rapport van de Perso-neele Commissie van het Financie-weezen, met Bijlaagen. In dato 21 Meij 1790. Ten gevolge van haar Hoog Mogende Kesolutie van den 4 Meij 1785. — Met de Resolutie van haar Hoog Mogende daarop genomen, op den 21 Meij 1790.
Bylaagen behoorende tot het generaal rapport van de personeele Commissie van het Finantie-weezen, in dato 21 Mey 1790; tengevolge van haar Hoog Mog. resolutie van 4 Mey 1785.
Missive van het Uitvoerend Bewind aan de le Kamer van het Vertegenwoordigend Ligchaam, d.d. 23 Nov. 1800, omtrent het leggen van belastingen op den uitvoer van levensmiddelen.
Compte general du Trésor public pour l'an 1806, rendu au Kol par le Ministro des Finances; 1808; — Alg. rekening over de geldmiddelen van het Koningrijk voor het jaar 1807, aangeboden aan den Koning door den Minister van Finantiën; 1809. (In één band.)
Algemeene begrooting der Staats-behoeften voor de Ba-taafsche Eepubliek, over het jaar 1804; In den Haag.
Compte de 1' administration des Finances en 1809 et 1810; Paris, 1811.
---du Trésor de l'Empire pour l'année 1809—1811;
Paris, 1811 en 1813.
---Rendu rélativement aux Budgets généraux des
recettes et dépenses des exercices 1813, 1814, 1815, 1816 et 1817; contenant un état general de la situation du Trésor a 1' époque du 1 Janvier 1818.
Tableaux annexés a, l'exposé de la situation de l'Empire eet.; dd. 25 Février 1813,
Compte Rendu des recettes et dépenses du Royaume des Pays-Bas, pendant l'année 1817.
van de Perso-met Bijlaagen. laar Hoog Mo-ret de Resolutie 3p den 21 Mejj
•apport van de en, in dato 21 . resolutie van
de le Kamer 23 Nov. 1800, in uitvoer van
i 1806, rendu — Alg. reko-l voor het jaar Minister van
voor de Balen Haag. 3 en 1809 et
1809—1811;
generaux des 1814, 1815, e la situation
i de l'Empire
Royaume des
9. FINANCIËN EN WELVAART.
(Bladzijde 79 van den Catalogus).
Arasterdamscbe bank. Verslag over het jaar 1881. Statistiek van bet grondcrediet in Nederland over de jaren 1879 en 1880, uitgegeven door bet departement van Financiën, 1882.
79
Calculs servant de base au Budget general de l'Etat pour l'année 1819.
Beraadslagingen in de zittingen der Tw. K. van de Staten Generaal, van 13 en 14 December 1860, aangaande het wetsontwerp tot vaststelling van hoofdstuk XI der Staatsbegrooting voor 1861 (Dept. van Koloniën); 's Gra-venhage, 1860.
Iets over Volksverbetering en vermeerdering van Volkswelvaart in Nederland enz.; 's Gravenhage, 1843.
J. T. Buys, de Nederlandsche Staatsschuld sedert 1814; Haarlem, 1857.
H. A. Wijnne, Gelijk de welvaart van het eene land afhankelijk is van die van het andere, zoo moet het ware en duurzame welzyn van het moederland gepaard gaan met dat der Koloniën. Eene voorlezing. Groningen, 1860.
------de Nederlandsche bank en de provinciën; Groningen, 1863.
J. de Bosch Kemper, Inkomsten en uitgaven van den Staat. (Volksbibliotheek, no. 59.) Amst., 1860.
Stukken betreffende de Nederlandsche Hypotheekbank, gevestigd te Amsterdam, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 24 Nov. 1860, no. 33.
Nederlandsche bank. Verslagen van den president en verslagen van de Commissarissen, uitgebragt in algemeene vergadering van stemgeregtigde aandeelhouders in 1865 en volg.
Bescheiden voor de statistiek van het Koningrijk der Nederlanden. No. 1. Bescheiden betreffende de geldmiddelen. Eerste stuk. Overzigt van de opbrengst der directe belastingen, indirecte belastingen en accijnsen, gedurende de jaren 1846—1859. Uitgegeven door het Dep. van Fi-. nancien, met medewerking der Rijks-Commissie voor statistiek; 's Gravenhage, 1861.
80
Idem, Tweede stuk, gedurende de jareu 1860—1868; 's Gravenh., 1869.
Idem, Derde stuk, gedurende de jaren 1869—1873; 'sGravenh., 1874.
10. ARMWEZEN.
Berigt v. d. werkzaamheden d. Algemeene Armen-Com-missie v. h. Departement Holland in het heramen van eene nieuwe Armen-inrigting, zooals dezelve hier te lande nit-voerlijk is; In 'sHaage, 1806.
Tafereel der Nieuwe Armen-inrigting In den Haag; (In 's Haage) 1807,
Js. van den Bosch, Verhandeling over de mogelijkheid, de beste wijze van invoering, en de belangrijke voordeden eener Algemeene Armeninrigting in het Rijk dei-Nederlanden, door het vestigen eener Landbouwende Kolonie in het Noordelijk gedeelte; Amst., 1818.
Ontwerp tot verbetering van den toestand der noodlijdenden , gevangenen, bedelaars enz., door middel van den landbouw, enz.; Amsterdam, 1818.
Verzameling van reglementaire en organieke Wetten en Verordeningen der Maatschappij van Weldadigheid, enz.; Amst., 1820.
Algemeene Verslagen van de Maatschappij van Weldadigheid over de jaren 1817, 1837, 1838, 1840 tot en met 1850, 1852 tot en met 1857; 19 stukken.
Reglement voor de Maatschappij van Weldadigheid; 's Gravenhage en Amst., 1818.
Reglement der Maatschappij van Weldadigheid, vastgesteld d.d. 23 April 1859.
Begrooting der Inkomsten en Uitgaven van de Maatschappij van Weldadigheid over 1860.
(Bladzijde 80 van den Catalogus.)
Bescheiden voor de statistiek van het Koninkrijk der Nederlanden, no. 1.
Bescheiden betreffende de goldsmiddelen, vierde stuk.
Idem, vijfde en 6e stuk.
Opbrengst der directe belastingen in iedere gemeente in 1877 en 1878, uitgegeven door de vereeniging voor de statistiek in Nederland.
Opgaven betreffende do verdeeling van het grondbezit, lc deel.
Chronologische tafel der stukken, vervat in de verzameling der wetten, besluiten en aanschrijvingen, betreffende de Directe belastingen en de in- en uitgaande rechten en accijnsen, over de jaren 1823—1859.
H. H e s s e. Beschouwingen over de middelenwet.
F. A. I. A. H. M. Hengst. Wie moeten in de Directe gemeentebelastingen bijdragen ?
M. W. F. F r e u b. Ontwikkeling en verband van de Ryks- Provinciale en Gemeentebelastingen in Nederland, 2 deelen.
10. AllMWEZEN.
(Hliidzijde M van den Catalogus).
Statistiek der philantropische spaar- en beleenbanken Nederland, over 1880—1882.
81
Beschouwingen over den toestand der Maatscli. v. Weldadigheid in 1860, en de begrooting der inkomsten cn uitgaven enz. over 18G1, door de Commissarissen der Maatschappij ; 's Gravenh., 1861.
Verslagen van het verhandelde in de Algemeene vergadering van Afgevaardigden der afdeelingcn v. d. Maatschappij v. Weldadigheid over 1862 en volg.
Verslag aan de E. M, H. Staten-Generaal op 28 December 1816, gedaan door den Minister v. Binn. Zaken omtrent het Armbestuur en de opvoeding der annenkinde-ren; 1'russel. (Nederd. en Fransch.)
Verslagen over den staat van het Armwezen in het Koningrijk der Nederlanden, in 1826 cn volg. jaren.
Instructie voor ae Plaatselijke besturen met het inwinnen der Berigten omtrent de huiszittende armen belast (Commissie van 5 Jan. 1822, no. 36; Not. van 15 Aug. 1822, no. 3; no. 10.)
W. de fei 11er, Korte verhandeling over het Pauperisme in Nederland; Groningen, 1850.
----■--de armenverzorging in Nederland en het
verschaffen van werk aan behoeftigen; Groningen, 1851.
De wet tot regeling van het armbestuur met aanteekeningen; Gron., 1854.
Iets over de werking der wet tot regeling van het Armbestuur; Sept. 1881. (Afdruk uit het Tijds. v. h. Armwezen.)
I. J. Blaupot ten Cate, de Regering en de Arm wet; Gron., 1861.
W. T. Sandberg, een Woord over de werking en uitvoering der Wet van 28 Junij 1854 (Stbl. no. 100) tot regeling van het Armbestuur; Zwolle, 1862.j
H. J. Trip, het Domicilie van onderstand volgens de
6
82
wet van 28 Junij 1854 (Stbl. no. 100), toegelicht en verdedigd; Groningen, 1862.
L. Ali Cohen en W. de Sitter, Verslag van het Eerste Congres over het Armwezen, gehouden te Groningen, den 26 en 27 Junij 1854; Groningen, 1854.
J. Heemskerk en Aug. Philips, Verslag van het Tweede Congres over het Armwezen, gehouden te Amsterdam, den 27 en 28 Mei 1856; Groningen, 1856.
Algemeene verslagen der Vereeniging van den H. Vin-centius van Paulo in Nederland, over 1855, 1857, 1858 en 1859; met een algemeen statistiek overzigt over 1846— 1859; 's Gravenhage, 1856 en 1861.
Verslag der Commissie v. h. district Zalt-Bommel t. onderstand der noodlijdenden door den Watervloed van I8bl; Zalt Bommel, 1862.
J. C. W. Quack, Kort verslag der werkzaamheden dooide Comm. v. onderstand v. noodlijdenden ten gevolge van Watersnood in de dorpen Brakel enz.; Dordrecht, 1861.
11. JUSTITIE, GEVANGENISWEZEN, OPENBARE VEILIGHEID.
Statistiek van bet gevangeniswezen in Nederland, over 1854 en volgende jaren.
Circulaires van den Minister van Justitie en statistische Tabellen betreffende het Politiewezen, over het jaar 1853 en volgende.
Geregtelijke Statistiek van het Koningrijk der Nederlanden, 1847 en volgende jaren.
Statistieke tabellen van de bevolking dor Gevangenissen in Nederland, over 1844 tot en met over 1853; 10 stukjes.
Circulaires van den Minister van Justitie van 16 Nov. 1854, no. 118, en van 30 Nov. 1855, en statistieke tabellen; 2 st.; 's Gravenhage, 1854 en 1855.
11. JUSTITIE, GEVANGENISWEZEN, OPENBARK VEILIGHEID.
(Bladzijde 82 van den Catalogus).
Van den Honert's verzameling van arresten van den Hoogen Kaad der Nederlanden, voortgezet door Mr. C. C. E. d' E n g e 1 b r o n n e r.
(Bladzijde 83 van den Catalogus.
Inleiding tot de eerste beginselen der Groninger rechtskennis.
Verzameling van reglementen enz. betrekkelijk het provinciaal en stedelijk bestuur van Groningen.
Idem, 2e deel.
J. F. I n g e u h o u s z. Beschouwingen over onteerende straffen.
83
Staten, aamvijzende de maatregelen in de verschillende provinciën van Nederland genomen ter voorkoming van aanranding van de regtcn van don Staat en van die van Personen en Eigendommen, van 1 Jan. tot uit. Dec. 1851, en van 1 Jan. tot uit. Dec. 1852.
Rapport van den Inspecteur der Gevangenissen betreffende zijne inspectiereis, gedaan in 1857 uit het oogpunt van cellulaire opsluiting; 's Gravenhage, 1857.
Rapport aan Z. E. den Minister van Justitie van Mr. P. W. Alstorphius G re vel ink, J. A. H. Notscher en A. C. Pier son, omtrent eenige buitenlandsche Gevangenissen, enz. met Bijlagen en platen; 'sGraveuh., 1858.
Vaucher-Crémieux, Système préventif des dclits et descrimes; Lausanne, 1872,
Beschouwingen van de regterlijke collegien, de commis-sien van administratie enz. over de eenzame opsluiting van gevangenen, vergeleken met de gemeenschappelijke gevangenisstraf; 's Gravenhage', 1857.
W. H. Sur inga r enz.. Ontwerp tot oprigting van een Nederlandsch Genootschap ter zedelijke verbetering dei-Gevangenen; Leeuwarden, 1823.
Verslagen door Hoofdbestuurders van het Nederlandsch Genootschap tot zedelijke verbetering der gevangenen, gedaan in 1827 en volgende jaren.
Algemeene Verslagen van het verhandelde op de alge-meene vergaderingen van het Hoofdbestuur enz. van het Fonds ter aanmoediging enz. van de gewapende dienst, gehouden te Amsterdam, in 1827 en volgende jaren.
12. ONDERWIJS.
Stukken betreffende het Lager onderwijs in de Bataafsche republiek; 1801 en 1802.
84
Reglement op de inrigting van liet Hooger onderwijs in de zuidelijke provinciën van liet Koningrijk der Nederlanden; 's Gravenhage, 181G.
Verslag aan de Edelm. H.H. Staten-Generaal van 't Koningrijk der Nederlanden, op den 28 December 1816, gedaan door den Minister van Binnenlandselie Zaken, omtrent liet Armbestuur en de opvoeding der armenkiuderen; gedrukt op bevel van de Tweede Kamer der Staten-Gene-raal; Brussel.
Stukken betreffende de reorganisatie der Godsd. Scholen voor de Nederl. Israëliten, in 1817.
Verordeningen voor liet Israëlitisch Kerkgenootschap, Iste en Ilde deel, le en 2e st.; 's Gravenh., 1822.
Verslag over de scholen van het Koningrijk; Brussel, 1827.
Uittreksels uit de jaarlijksche Verslagen en aanmerkingen nopens den staat der Gymnasiën ; 1828—1829. (Fr. en Nederd.)
Memorie aan den Min. van Binnenl. Zaken van het Genootschap van Leeraren aan de Nederl. Gymnasiën, betreffende het examen t. toelating t. d. academische lessen; dd. Amst., 17 Sept. 1842.
J. R. van Eerde, Redevoering ter viering van den vijfentwintigsten verjaardag van de eerste bemoeijingen van den Staat met het lager onderwijs, uitgesproken den 15 Junij 182G; Groningen, 1830.
Verslagen nopens den staat der Hooge, Middelbare en Lagere Scholen in 1830 en volgende jaren.
Overzigt van den toestand van het L. O. in het Koningrijk der Nederlanden op 31 Dec. 1869 vergeleken met dien op 31 Dcc. 1857; 's Gravenh., 1872.
Volksonderwijs in 1872. Open adres aan de leden der
12. ONDERWIJS.
(Bladzijde 84 van dèn Catalogus.)
S. Blanpot ten Ca te. Subsidiën aan Israëlitische scbolen.
(Bladzijde 85 van den Catalogus).
Algemeen verslag van den Staat van het middelbaar en lager onderwijs voor Europeanen en met dezen gelijk gestelden in Nederlandsch-Indië, over 1884 en volgende jaren Kapport der commissie, door de Maatschappij tot l.evor-dering der bouwkunst benoemd, om een antwoord te geven op de vraag: welke eischen dient men te stellen aan eene goede regeling van vakonderwijs voor handwerkslieden in de bouwambachten. Amsterdam, 1886.
Verslag omtrent de invoering van deu leerplicht, uitgebracht door eene commissie uit het Nederlandsch schoolverbond. Utrecht, 1874.
G. J. van Ever din gen. Iets over het voormalig Forum Privilegiatum van professoren en studenten.
85
Staten Gcncraai door Jhr. Mr. F, II. van Be ij ma thoe Kingmaj Heerenveen, 1873.
Verslagen der commissien, belast met het afnemen der eindexamens voor de hoogere burgerscholen in 1872 en volg.
Die Elementar- und Mittel-Schulen im Königreiehe der Niederlande und deren Entwickelung nach der Einfühnmg der Gesetze vom 13 August 1857 (Elementar-sehule) und vom 2 Mai 1863 (Mittel- und technische schulen); Leiden, 1873.
Algemeen Verslag van den staat van bet Schoolwezen in Nederlandsch Indië, onder ultimo December 1849 en volg. door de Hoofd-Kommissie van Onderwijs ingediend aan Z. E. den Minister van Staat, Gouverneur-Generaal van Nederlandsch Indië.
Verslag van het inlandsch onderwijs in Nederland-Indië, over 1863 en volg.
Verslag aan den Koning betreffende den tegenwoordigen tpestand der Kon. Akademie van Beeldende Kunsten te Amsterdam en voorstellen naar aanleiding van dien. (Nov. 1860.)
Praktische opmerkingen in Lagere Scholen, naar aanleiding van art. 23, lid 1, der wet van 13 Aug. 1857. Medegedeeld door een Schoolopziener in eene onderwijzers-verceniging; I860.
Model-Staten betrekkelijk de Statistiek van het Lager onderwijs; 1862.
Voorschriften betrekkelijk de Statistiek van het Lager Onderwijs, door de Regering ingevoerd in December 1861.
B. D. H. Te liegen, Vrees en hoop aangaande het openbaar Schoolwezen; Groningen, 1862.
Eene ernstige vraag in een gevaarvollen tijd over de ministeriëele circulaire betreffende het onderwijs; Rotterdam, 1850.
86
H. A. Wijnne, Het middelbaar onderwijs en de boo-gcrc burgerscholen in Nederland; Gron.
A. W. Alings, liet ontwerp van wet tot regeling van het middelbaar onderwijs beoordeeld door — Gron., 1802.
Verslag van de commissie der Koninklijke Akademie van wetenschappen, tot het opsporen, het behond en het bekend maken van overblijfsels der vaderlandscbe kunst uit vroegere tijden; Amsterdam, 18G3 cu volg.
Kien we bijdragen ter bevordering van het onderwijs en de opvoeding, voornamelijk met betrekking tot de lagere scholen in het Koningrijk der Nederlanden, Aug. 1863; 's Gravenh., 1863.
13. HANDEL ES SOIIEEPVAAUT.
Statistiek van den Handel en de Scheepvaart vai bet Koningrijk der Nederlanden, over bet jaar 1846 en volg.
H. A. Wij nne. De scheepvaart van het Koningrijk der Nederlanden gedurende de jaren 1846—1860, vergeleken met die van eenige andere landenj Amsterdam, 1864.
--------De handel van het Koningrijk der Nederlanden gedurende de jaren 1846—1860, vergeleken met dien van eenige andere landen; Amsterdam, 1863.
G. F. de Bruijn Kops, Statistiek van den handel en de scheepvaart op Java en Madura sedert 1825; 11 dee-len; Batavia, 1857 en 1859.
J. L. de Bruijn Kops, Handelcijfers, overzigt van den in-, nit- en doorvoer der Ned. handelsartikelen in elk der jaren 1846 tot en met 1855; Amst., 1?57.
H. A. Wij nne. Handel en Scheepvaart in Nederland (afdruk uit het Staatk. en Staathuishoudk. Jaarboekje, 1862).
A. J. L. van den Bogaerde de Ter-Brugge,
(Bladzijde 86 van den Catalogus).
Jaarverslagen van de Inrichting voor spraakgehrekkige ot' achterlijke kinderen te Amsterdam.
13. HANDEL EN SCHEEPVAART.
Statistiek der scheepvaart, 1877 en volgende jaren. Eerste gedeelte: Staten betreffende strandingen, schipbreuken enz. Tweede gedeelte: koopvaardijvloot enz.
i. H. Rovers. Onze scheepvaart. Onze zeelieden en
passagiers, 1876.
___Onze volkswapening te land en ter zee.
1878.
Jaarboekje voor de schippersvereeniging „Schuttevaerquot;, voor het jaar 1875 en volgende jaren.
Statistiek der scheepvaartbeweging op de rivieren en kanalen in Nederland in 1881 en volgende jaren.
Beschouwingen over eenige rivieren, in verband met handels- en scheepvaartbelangen, enz. door J. 6. W. Fijn je.
(Bladzijde 87 van den Catalogus).
Internationaal seinboek ten dienste van alle natiën, uitgegeven op last van Hunne Excellentien de Ministers van Waterstaat, Handel en Nijverheid en van Marine, 1884.
87
Essai sur l'importance du commerce, de la navigation et de 1'industrie dans les provinces formant le royame des Pays-Bas, depuis les temps les plus reculés jusqu'en 1830; III torn.; La Haye et Bruxelles, 1845.
Verslag over de vermoedelijke gevolgen der doorgraving van de Landengte van Suez voor den Handel en de Ree-derijen van Nederland. (Door de Commissie benoemd bij Kon. besluit van 10 Julij 1856, no. 61); 's Gravenhage, 1859. (2 ex.)
Felix Mcritis, Werkzaamheden van de Afdeeling Koophandel, 1852—1853, 1853—1854; II Jaargangen.
H. J. Koenen, de vroegere en latere Nederlandsche Handelspolitiek; Haarlem, 1857.
E. W. de Rooij, Geschiedenis van den Nederlandschen Handel; 4 gedeelten; Amsterdam, 1854—1856.
Handel en Nijverheid, Het Belgische tractaat en het archief; 's Gravenhage, 1858.
Staat der Nederlandsche Koopvaardijvloot, in 1845 en in 1849; (2 staten.)
Neêrlands vloot en reederijen over 1858 en volg.
Répertoire Génèral de la marine marchande a, voiles et ó, vapeur, publié par l'administration du bureau-Veritas. Paris, 1870.
J. J. F. Noordziek, Geschiedenis der beraadslagingen, gevoerd in de Tweede Kamer over bet Wetb. van Koophandel; I dl.; 'sGravenh., 1872.
J. de Sitter, Over beurtveeren, Acad. proefschrift; Groningen, 1868.
U. Stheeman, De makelaardij, Acad. proefschrift; Groningen, 1869.
T. G. H. Reitsma, De nationaliteit van koopvaardijschepen, Acad. proefschr.; Gron., 1868.
88
T. G. H. Keitsma, Het wetsontwerp op de zecbricven in zijn hoofdstrekking beschouwd; Groningen, 1869.
14. LANDBOUW.
Wetten van de Nationale Nederl. Huishoudelijke Maatschappij, 1800 en 1806; — verbalen van het verhandelde in de Alg. verg. van afgevaardigden uit de Commissiën van Landbouw, in 1806, 1808, 1809; — Handd. der Alg. vergad. v. d. Hollandsclie Huishoud. Maatsch., in 1814, 1815, 1816, 1817, 1818, 1819, 1820; — Berigten derz. Maatsch. in 1811—1812, 1813—1815; — Uittreksels uit de Berigten iu J817—1820; — Verhandd. van E. G. W. Cohen, 1817; van H. N. Kemp, 1818 en E. W. J. Bagelaar, 1817; — Prijsvragen, 1815—1820; — Modellen-kabinet, 1815; — Tentoonstellingen van planten en gewassen, 1818 en 1820.
Mededeelingen en berichten van het hoofdbestuur en van de afdeelingen der Hollandsclie maatschappij van landbouw , jaarg. 1858—1862, 1866 no. 1 en 1869 no. 1—3; Schiedam.
Verslag van den Landbouw over het jaar 1808 en volg.
H. C. van Hall, Landbouw in 1870. (Overdr. uit het tijdschr. tor bevord. van nijverheid, St. 7, Dl. XII.)
De stand der gewassen op de door zeewater overstroomde polders door G. Rein der s, 1877.
Beitrag zur kenntniss der Einwirkung des Meerwassers auf den Boden von G. Reinders, in AVarfurn, 1876.
Jan Kops, Magazijn van Vaderlandschen Landbouw; 6 de'elen; Haarlem, 1803—1814.
-----Verhand, bevattende een overzigt van den
staat der voornaamste gewassen in Nederland geteeld en van de gesteldheid van het weder in de jaren 1806—1828; Utrecht, 1841; 2 stukjes.
(Bladzijde 88 van den Catalogus).
Concessie tot liet graven cn exploiteeren van het Noord-Willeraskanaal, 1855.
De Haarleraiuermeerpoldcr.
Bedenkingen tegen liet rapport der Commissie tot onderzoek naar de middelen ter verzekering eener behoorlijke waterontlasting van den Haarleramermeerpolder, door een Niet-ingelaud. Febr. 1859.
De verbetering der onvruchtbare zure gronden in den Haarlemmermeerpolder door J B. Boeke en Dr. J. M. van Bemmelen, 1859.
Verzoekschriften omtrent den aanleg van spoorwegen, aan Z. M. den Koning enz. door E. J. H. Dull, 1858.
Afsluiting van het Reitdiep en oene verbetering der afwatering- en scheepvaartkanalen in het algemeen door Gr. Keinders, 1856.
14. LANDBOUW.
Nedeiiandsch Landbouw-comité. Mededeelingen en berichten, 1884 en volgende jaren.
89
Kon. besluit van 7 Maart 1822, no. 12, houdende benoeming van eene Staats-Comraissie ter wegneming der bezwaren van den Landbouw.
Ontwerp van een Landelijk Crediet-systema voor bet Koningrijk der Nederlanden, met adstructie.
Verslagen van het verhandelde op do Landhuishoudkundige Congressen van af 1847.
Programma's van verschillende Nedsrl. landhuishoudk. congressen.
R. W es ter h off, Tweetal Redevoeringen, uitgesproken bij do opening en bij do sluiting van het XlVe Ned. Land-huish. Congres tc Winschoten; Groningen, 1860.
Adressen met Bijlagen ter bevordering ecner verpligtende afkoopbaarstelling der Tienden in Nederland. Aangeboden door N. B. Bosdijk, tc Amsterdam; 1859.
H. Dijkema, Antwoord op de prijsvraag over het verbouwen van vlas, bekroond 30 Mei 1839; Groningen.
R. J. van der Ley, Antwoord op de prijsvraag hoedanig moet do mesthoop ingerigt zijn ? enz. bekroond 26 Mei 1842; Gron., 1842.
Stukken betreftendo het nieuwe werktuig om boter tc karnen, uitgevonden door P. K. Kuipers, te Ten Boer; Gron., (Mei en Junij) 1834.
H. C. van Hall, Neêrlands Plantenschat of Landhuishoudkundige Flora enz., met 288 afbeeldingen; Leeuwarden, 1855.
Bulletin du congrès international de botanique et d' horticulture réuni a Amsterdam les 7, 8, 10 et 11 Avril 1865; Rotterdam, 1866.
H. Poiise, Leerboek over den [Nederl.] Landbouw, in Zamenspraken; uitgeg. op last van den Min. van Binnenl. Zaken, ingevolge het Staatsbesl. van 4 van Zomermaand
90
1806, no. 5; I stukje, 2e dr., Leijden 1827; II en III, aldaar 1810.
E. C. Enklaar, Handboek voor den landbouw; Nijmegen, 1855.
---_____ Wat c|e landjeugd behoeft, een boek
ten dienste van den dorpsschoolonderwijzer en den landbouwer, niet een voorbericht van Prof. C. A. J. A. Oudemans; Amst., 1866.
W. C. H. Staring, Huisboek voor den landman ia Nederland; Haarlem, 1860—1861.
W. C. H. Staring, Zaklijst van Nederlandschc land-bouwplanten en dieren; Haarlem, 1861.
--------'s Almanak voor den Landman 1860;
Zwolle, 1860. (Bodem-statistiek van Nederland, bl. 52 volgg. )
------------Verslag over de Landhuishoudkundige school te Groningen en het Landbouwonderwijs in naburige Rijken; uitgeg. op last van den Min. van Binnenl. Zaken; 's Gravenhage, 1861.
M. D. van Otterloo en J. H. Veenendaal, Landhuishoudelijk Rekenboek voor de Lagere scholen ten platten lande, bekroond en uitgegeven door de Afd. Nijmegen der Geldersche Maatsch. v. Landbouw; 3 stukjes; Nijmegen, 1851.
E. C. Enklaar, Landhuishoudelijk Leesboek, bekroond als voren; 3 stukjes; Nijmegen, 1854.
J. Wttewaall, kort Verslag aan den Minister van Bin-nenlandsche Zaken van het onderzoek in betrekking tot de schadelijke insekten, over 1860.
Exposition universeile d'borticulture, au printemps de l'an 1865, dans le palais de rindustrie, a Amsterdam.
I. J. Ellerbroek, Die Hollandische Rindviehzuht und Milchwirthschaft, u. s. w.; 2c Aufl. Braunschw., 1866.
(Bladzijde 90 van den Catalogus).
Programma's van liet onderwijs aan de Kijks-landbouw-school te Wageningen, 1884, 188!quot;).
Verbetering van liet paardenras in liet Koningrijk der Nederlanden, 1861.
Dr. L. Ali Cohen. Een woord over den in Arkadië in 1859 nieuw ontdekten den „Aries Keginae Amaliaequot; zijne bijzondere eigenschap, en de pogingen om hem ten onzent inheemsch te maken, 1861.
Beraadslaging in de Tweede Kamer in 1860, betreffende de conclusie van het verslag der Commissie omtrent de stuk ken en mededoelingen betreffende de regeling van de Gonvernements-suikercultuur op Java en de dading met den heer Van Vloten ter beeindiging van procedures nopens de onderneming Pangka in het bijzondere, 1860.
91
ZIEKTEN VAN HET VEE.
Stukken over veeartscnijkundige zaken; 1802, 1819 enz.
Verslag van de bevindingen en handelingen van bet vee-artsenijkundig staatstoezigt in 1871 enz.; 's Gravenh., 1872 en volg.
A. Nu man, Over den nadeeligen invloed van den zieken veestaat op den landbouw; Zwolle, 1847.
-----Vee-artsenijkundig magazijn; 3e deel; Gron.,
1837; 4e deel, Gron., 1844. (Hierin Nu man's Verhandelingen , Verslagen enz. over de Longziekte van het Rundvee.)
-----Adres aan het Vijfde Landhuishoudk Congres betreffende de Longziekte; Leiden, 1850.
-----Handboek der genees- en verloskunde van
het vee, 4e druk; Gron., 1844.
------Aanwijzing ter genezing van de schurft der
schapen en ander vee; Utrecht, 1847.
-----Over de inenting van het mondzeer en
klaauwziekte aan runderen en schapen; Utrecht, 1842.
J. van Hertum, Verhandeling over de besmettelijke Longziekte van het Rundvee enz.; Zierikzee, 1839.
(Hetzelfde werk, 2e druk; Zierikzee, 1842.
--------Een woord over de Oorzaken van
het voortdurend hccrschen der besmettelijke Longziekte onder het Rundvee enz. (In Vriend van den Landman, IX (1845), no. 4.)
Mededeelingen omtrent gedane proeven van inenting der Longziekte op runderen in de prov. Friesland, benevens geschiedk. aantcek. nopens het ontstaan enz der ziekte in dat Gewest van 1852; Leeuwarden, 1853.
Tweede Verslag van de Commissie ter opsporing der
92
middelen tot genezing der Longziekte onder het rundvee in de prov. Friesland enz.; Leeuw., 1854.
Derde verzameling van verslagen, betreffende gedane proeven van inenting der besmettelijke longziekte op runderen in de provincie Friesland; Leeuw., 1855.
Vierde Verslag van de uitkomsten der in de prov. Friesland verrigte inentingen tegen de Longziekte onder het rundvee (uitgegeven op last der Staten dier prov.); Leeuwarden, 1858.
Derde Verslag der proefnemingen met do inenting als voorbehoedmiddel tegen de Longziekte van het rundvee; 's Gravenhage, 1855.
Instruetie voor de agenten en correspondenten der Ned. Maatschappij van Vee-Verzekering (28 Dcc. 1835).
Reglement ter onderlinge verzekering van rundvee tegen de verliezen door Longziekte en brand veroorzaakt, in do provincie Groningen; 1840.
[Rapports et Documents officiels relatifs a 1' Inoculation de la Pleuropneumonie exsudative d' après le procédé do M. le Docteur W i 11 e m s; Ge Rapport de la Commission instituée pres du Ministère de 1'Intérieur; Bruxelles, 1860.
C h r. S. F u c h s, der Kampf mit der Lungenseuchc des Rindvielies, eet.; Leipzig, 1861.]
Reglement der Ned. Maatsch. van Vee-Verzekering, gevestigd te Middelburg.
L. Ali Cohen, Vergiftiging van paarden door met kryptogamen verontreinigd voeder; 1862. (Afdruk uit het Ned. Tijds. van Geneesk. 1862.)
Verhandeling over den kolder der paarden, met een voorrede van Dr. A. Nu man; Breda, 1841.
ZIEKTEN VAN HET VEE.
(Bladzijde 92 vau den Catalogus).
Instructie ter regelmatige waarneming van den vétéri-nairen dienst» bij bet leger, in tijd van vrede.
(J3
15. FABRIJKS- EK ANDERE KIJVERHEID.
Rapport der Hooid-Commissio ter beoordeeling der voorwerpen van Nationale nijverheid, tentoongesteld te Gent, in de maand Augustus 1820, aan Z. Exc. den Minister voor het Publieke Onderwijs, de Nationale Nijverheid en de Koloniën; 's Gravenbage, 1820.
Catalogus, aanwijzende de namen en woonplaatsen van de Fabrikanten van het Koningrijk, met eene korte opgave der voortbrengselen hunner nijverheid; opgesteld door de Kommissie, belast met de directie der Algemeene tentoonstelling, te Gent den 1 Augustus 1820; Gent, 1820.
Rapport de la Commission supérieure sur les produits de 1' industrie nationale exposés a Harlem, dans les mois de Juillet et Aoüt 1825; La Haye, 1825.
Voorloopig verslag van do Commissie, belast met de regeling en leiding van de uit Nederland naar de Louden-sche Tentoonstelling gezonden voorwerpen; Haarlem, 15 Julij 1851.
Catalogus der voorwerpen ingezonden op de Tentoonstelling van voortbrengselen der nationale nijverheid van Nederland en zijne Overzeesche Bezittingen, te Arnhem, in 1852; Arnhem, 1852.
Staat van de Nederlandsche Fabrieken volgens de verslagen der Gemeenten, die aan het Ministerie van Binnenl. Zaken worden gezonden; uitgegeven door de Nederl. Maats, t. Bev. v. Nijverheid; Haarlem, 1859. (2 ex.)
Administratie over de Nationale Nijverheid; Catalogus der Modellen over Bouw- en Werktuigkunde, voorhanden in de Rijksverzameling te 's Gravenbage; 's Gravenbage, 1835.
Catalogus dsr Werktuigen en Gereedschappen van 's Rijks kabinet van Landbouw te Utrecht; 's Gravenbage, 1840.
94
Vervolg en Tweede vervolg van den Catalogus der Werk. tuigen en Gereedschappen van 's Rijks kabinet van Landbouw te Utrecht; 's Gravenhagc, 18-J4 en 1846.
Catalogue des instruments et machines a 1' usage de T agriculture, rcunis au cabinet de 1' état de 1' agriculture a Utrecht; La Haye, 1846.
Seconde suite du Catalogue des instruments et machines a 1' usage de 1' agriculture, réunis au cabinet a Utrecht; La Haye, 1847.
Catalogus der voortbrengselen van de Nationale Nijverheid, toegelaten ter 3de alg. ïentoonstelling te Brussel, in de maand Julij 1830; Brussel, 1830.
Stukken betreffende de nijverheids-tentoonstellingen te Aken (in 1843), — te Utrecht (in 1847), — te Delft (in 1849), — en te Arnhem (in 1852).
Stukken betreffende de Algemeene Nationale Tentoonstelling van Nijverheid in 1861, te Haarlem te houden.
Stukken betreffende do Internationale Tentoonstelling van voortbrengselen van Nijverheid en Kunst te Londen, in 1862.
M. H. de Graaff, Landbouw, Fabrijkwezen en Koophandel in Nederland; Leeuwarden (1846); 2e druk.
E. H. von Baumhauer, Voorlezingen over de Neder-landsche nijverheid en de middelen om Laar te ontwikkelen; Haarlem, 1856.
H. J. Koenen, Voorlezingen over de geschiedenis der Nijverheid in Nederland; Haarlem, 1856.
Stuk betreffende het Kon. besluit van 12 Mei 1823, no-105, waarbij aan W. F. Dom Seiffer [Seiffen?] de som van f 9000 is vereerd wegens zijne uitvinding van een molen met horizontale wieken.
J. Vegclin van Claerbetgen, Vertoog over de Veengraverijen; Leeuwarden, 1766; benevens Verzameling
(Bladzijde 94 van den Catalogus).
Redevoering van den heer D. C o r d e s, voorzitter van het Comité van uitvoering, bij gelegenheid van de uitreiking der bekroningen aan de Nederlandsche inzenders op de Internationale Koloniale en Uitvoerhandel tentoonstelling te Amsterdam in 1883.
(Bladzijde 95 van den Catalogus).
Verslag der commissie voor de internationale tentoonstelling van visscherijvoortbrengselen, gereedschappen enz. te Bergen, in Noorwegen, Augustus 1865.
K. T. Mees. Siaatstoezicht op de fabrieksnijverheid in het belang van openbaar nut, veiligheid en gezondheid.
95
van drie diverse stukken over het regt van vergraving der laage veenlanden , enz. Met 1 kaart; Leeuwarden, 1766.
H. L. S t e m f o o r t, Handboek voor veengraverij en land-ontginning in de booge veenen: Assen, 1847.
Gr. A. Ven erna, over den Turfaceijus, de Veenderijen, de Statistiek der verveeningen zelve. (Afdr. uit het Staatk. en Staathuishoudk. Jaarboekje 1862.)
Handleiding tot de kennis der Graan- en Aardappelstokerijen , ten behoeve van Ambtenaren en Branders, door een hoofdambtenaar bij de administratie der accijnsen; Gron., 1858.
Verslag omtrent de Tentoonstelling van Visscherij-gereed-sehap, gehouden te Amsterdam in September en October 1861; 5s Gravenhage, 1862.
Catalogus der inzendingen uit Nederland naar de internationale Tentoonstelling van visscherij-voortbrengselen, gereedschappen enz. te Bergen in Noorwegen, Aug. 1865; Kotterd., 1865.
B. JAARBOEKEN EN DERG.
Bericht wegens de gesteltenis der hooge vergaderingen en collegiën, in 's Gravenhage, met de benaamingen dei-leden, daar in sessie hebbende, enz. Voor de jaren 1771 en 1778; 2 stuks.
Naamregister der heeren militairen officieren .... over de troupen der Vereenigde provintiën enz. Voor den jaare 1779; Leijden.
Naam-Boekje van WEd. Heeren der Hooge Indiasehe Rcgeeringe, gequalificeerde Persoonen enz. op Batavia, enz. Alsmeede alle de Gouverneurs-Generaal zedert het jaar 1610, enz.; Amst., 1795.
96
Koninklijke almanakken over de jaren 1807 en 1808; Den Haag en Amsterdam.
Almanaeh imperial, pour los années 1810 et 1811; Paris.
Almanaeh du Commerce du Eoyaume des Pays-Bas, et des principales villes du monde, pour 182G; 2 torn.; Bruxellos.
Staatsalmanakken over de jaren 1815 tot en met 1829; 's Grav. en Amst.
Kesidentie- en Stads-Almanak voor het jaar 1859; 's Gra-venhage, 1859.
Staatsalmanak voor bet Koningrijk der Nederlanden, 18G0.
Idem; 1861 en volg. Met magtiging van de Regering uit offic. opgaven zamengesteld.
Jaarboekjes over 1827 tot en met over 1838; uitgegeven op last van Z. M. den Koning; 's Gravenliage, 1827— 1837.
Statistisch Jaarboek voor het Koningrijk der Nederlanden, uitgegeven door het Departement van Binnenlandsche Zaken; 's Gravenliage, 1851 en volg.
Staatkundig en Staathuishoudkundig Jaarboekje voor 1849 en volg.
Jaarboekje voor het Lager- en Middelbaar Onderwijs in Nederland voor 1858 en voor 1859; Nijmegen, 1858 en voor 1859; Nijmegen, 1858 en 1859.
Mr. P. F. Timmers Verhoeven, Handboek voor alle standen, bevattende aanwijzing van alle de in bet Rijk bestaande ministerien, regerings-departementen, boogare en lagere regtbanken, raden, commissariaten, collegien, lands-en provinciale besturen, enz.; Dordrecht, 1840.
J. H. Swildens. Naamregister van de Ouderwijzers in het Koningrijk der Nederlanden enz., met aanteek. enz. I; Amsterdam, 1861.
97
Jaarboekje van de Socicteit tot aanmoediging der verbetering van liet Paardenras in het Koningrijk der Nederlanden over 1845—1850; 6 jaargg.; Haarlem.
Jaarboek der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, voor 1856—1862; 6. stukken.
III.
ProYincie cn Stad Oroningon.
A. PROVINCIE GRONINGEN IN HET ALGEMEEN, EN DE GEMEENTEN, BEHALVE DE STAD GRONINGEN.
1. geschiedenis {meer in het algemeen?)
33 Stukken (originele), meerendeels betrekkelijk het Convent Frimunt bij Marum; van de jaren 1487, 1492, 1493 en 1503—1595.
Ommelander, Provinciale Groninger en Groninger couranten over de jaren 179G tot en met 1802, 1814 en 1815, in vijf banden.
Staatkundig dagblad van het Departement van de Wester Eems en advertentiebladen van Groningen over de jaren 1812, 1813 en 1814, in 4 banden.
H.S. bevattende het ontvang- en uitgaafboek van den (laatsten) abt, Henricus Lontzenius, van de abdij Selwerd, betreffende dat gesticht, over de iaren 1560 1563. (Het originele stuk.)
Verklaring der Conventuelen van Thesinge over de na-deelen, hun in 1580 door bet Staten-krijgsvolk, bij Selwerd liggende, aangedaan (bij welke gelegenheid ook het zegel van het Convent was te zoek geraakt); 16 Nov. 1594. (Afschrift.)
III.
Provincie en Stad tironiugen.
A. PROVINCIE GRONINGEN IN HET ALGEMEEN, EN Üïï GEMEENTEN, BEHALVE DE STAD GRONINGEN.
1. «iEScuiEDENis {meer in het algemeen).
(Bladzijde 98 van den Catalogus.)
Voorloopig register van charters, privilegiën, placaten enz. Stad en Lande betreffende, loopende tot bet jaar 1594, Groningen 1789, door A. J. de Sitter.
Register van hooge en lage ambtenaren, van af 1594— 1784.
Opkomsten en pachten van de gerechte van Selwerd.
Instructie voor de Reekencamer der Provincie van Stad Groningen en Ommelanden.
J. A. Feith. Het gericht van Selwerd, bijdrage tot de Vaderlandsche rechtsgeschiedenis.
(Bladzijde 99 van den Catalogus).
Anteikeningen over het Ommelander Landregt, mitsgaders over ü'instructie van Lieutenant en Hoofdmannen.
Annotatien, specterende de Groninger Landregten, 2 deelen.
99
Privilegie of octrooi van Koning Philips aan de stad Groningen over de Hoofdmannenkamer, het Stapelregt en het vertier der Bieren in de Ommelanden; 31 Oct. 1582. (Afschrift.)
Aanteekeningen betrekkelijk het leggen van eene nieuwe Wetsingerzijl, van 1590—1598.
Ubbo Emmius, twee werken in 1 band; als: Rerum Frisicarum historiae decas la; Arnhemii, 1605; — de Agro Frisiae eet., Groningse Frisiorum, 1605; — benevens Series Consvlvm eorunq. qui ante eos consvlari potestate fvere in civitate Groningana, ab ao. 1260 ad praesens hoe tempus digesta; eet.; Groning., 1605.
Ubbonis Emmii de agro Frisiae inter Amasum et Laurica fl. deque urbe Groningae eet.; Groningae, 1646.
Een band, waarin:
1°. Sententie van Borgemeesteren en Raedt In Groningen, Tegens Sebo Hvninga Wt de Beerta in den Old-ambte. Tot Groningen Gedruckt by Hans Sas, s. a. (De sententie is van 22 November 1639.) 2°. Procvratie Ende daer op gevolgde Eemonstranfien ende
Protest Enz. (Als 1° op de volgende bladz.) 3°. Bewys vande Vryheyt ende Independentie Der Vrije
Oldampten Enz. (Als 2° op de volgende bladz.) 4°. Extract Wt het eerste Capittel vanden Eysch van de Heeren van de Ommelanden, ende van de Antwoorde van de Heeren van de Stadt Groeninghen, enz. S. 1. et a.
Dat nyc Landtrecht van Hnnsingo, Fivelingo, vn het Westerquartier, in den Vmblanden, lussehen die Embs vnde Lavwers, eet. Gedruckt tho Groningen, Durch Gerhard Ketel; 1603. (Daarachter geschreven aanteekening van Tamme Pop kens, tho Merum, over Redger Rechten, aanvangende anno 1481 en eindigende anno 1638.)
100
Een band, waarin:
1°. Procvratie Ende daer op gevolgde Eemonstrantieu ende Protest, By d' Oud-Ampten .... aen hare Hoog-mog: ende derzelver gedelegeerde Kechters respectivelick ever-gegeven, neffens eenige Omlander Resolutien ende Acten. Get. Gedruckt in 's Graven-Hage 1640. 2°. Bewys Vande vrijheyt ende independentie Der Vrye Oldamptcn. Get. Rotterdam 1640.
Extract van eenige articulen soo uit het Stadts-boeek; Als Oldamster. ommelander, ende Gorechter Lantrechten; benevens de ordonnantiën van d vrywüligbe vereopingben Gollaterale successien als anders.
Register van de Provincie-Landen ende Heemsteden enz. soo op Gregorij ao. 1647 (die Jaermalen daarvan geeindigt sijnde) wederorarae ses Jaaren lanck verhuret sijn; Idem op Gregory 1650 (alsoo Jaermalen daervan waren geexpi-reert.)
H. Al ting, Narratio historica de ortu, vitae cnrriculo, rebns gestis, et morte . . . Abeli Gonders ab Helpen, Do-mini in Eusum: eet.; Groning., 1629. (Met bijlagen enz.)
Levensbeschrijving van Jhr. Abel Koenders, door H. Alting; geslachtslijst der Koenders. Leevensberieht van Jhr. Frederik Koenders enz. enz.; Groningen, 1775.
Landt-recht des gerichts van Selwerdt, begrn pende de Oude en Nieuwe Landrechten ende Goustumen van voorschreven Gerichte, soo als deselve op 't nieu zijn gerevi-deert, gearresteert ende gepubliceert; Groningen, 1673.
H. H. Brucherus, Gedenkboek van Stad en Lande; Gron., 1792.
Placcaat Resolutie. Generale ordonnantie. Mitsgaders ordre van Vepachtinge enz. betrefl. de generale middelen van Stadt Groningen ende Ommelanden; Groning., 1717;
(Bladzijde 100 van den Catalogus).
Bedenkingen over de lezingen, het verstand en den zin van het Selwerder Landrecht, door S. A. van ld sin ga.
Vertoog behelzende eenige bedenkingen, over den oorsprong en oorzaak der Groninger wet nopens de verdeeling der ouderlijke nalatenschap tusschen zoons en dochters, van T. vaa Zwaneveld, met bijvoeging van een vertoog over het Ouimelander Landrecht van Mr. E. Ippius.
Regering van Stad en Lande, beginnende van 1594, le deel. 2e deel beginnende 1750
Conditiën en register van eenige der Provinciale Landerijen, welke verkocht staan te worden in het Provinciehuis binnen Groningen op den 27 Januari en 3 Februari 1784.
H. H. Brucherus. Geschiedenis van de opkomst en de vestiging der Kerkhervorming in de provincie Groningen, 1821.
Repertorium Synodate. Groningo-Omlandicum.
Selwerder Landrecht van Karei van Gel re, van Louwmaand 1529, met aanteekeningen en een geschiedkundig overzicht van Selwerd en diens rechten, door Mr. H. O. Feith, alsmede Landrecht des Oldenampter met aanteekeningen, door Mr. J. S. G. Koning.
N. Westendorp. Bijzonderheden uit de geschiedenis der Hervorming in de provincie Groningen, 1832.
Aanwijzingen van de grootte der Twaalf Schepperijen, onder Winsumer- en Schaphalsterzijlvest.
Landtrechtvan Wedde Ende Westenvoldinge-Landt, 1677.
(Bladzijde 101 van den Catalogus).
Bijdrage tot de geschiedenis der omwenteling van 1795 in de provincie Groningen, door E. Feith, 1870.
101
(Bijgebonden vroegere resolut. enz. aangaande deze onderwerpen.) [2 Ex.]
Reglement van zijne doorlugtigste hoogheid den Heere Prince van Orange en Nassau euz. enz. enz. om te dienen tot een fundamentele en onverbrekelijke wet, waar na alle zaken, zoo van politie als justitie, daar in vervat, voortaan in de stad Groningen en in de Ommelanden zullen worden beleid en behandeld, mitsgaders instructie voor de hoge justitie kamer iu de Provincie van Stad Groningen en Ommelanden; Gron., 1761.
Kronijk of breedvoerige tijdrekenkundige tafel inzonderheid voor de prov. Groningen, Friesland en Drenthe waarin tevens voorkomt een chronologisch overzigt van de vaderl. geschiedenis met eenige bijlagen door M. D. Teens tra; 2 deelen; Uithuizen, 1859.
Verzameling van stukken door Dr. G. I. G. Bacot, ter verdeediging zijner eer eu onschuld vooral op het grie-vendste beleedigd door de Staaten van Stad Groningen en Ommelanden, 1789.
Monumenta Groningana veteris aevi inedita of verzameling van onuitgegevene oude charters en stukken betreffende de provincie Groningen, aanvang nemende met do vroegste tijden en eindigende met het laatste van de 14e eeuw, bijeengebragt en met eenige aanmerkingen opgehelderd door Mr. II. K. Driessen, 1824; in drie deelen.
Chronologisch overzigt van gebeurtenissen die in ons vaderland en elders hebben plaats gehad en wel inzonderheid in de prov. Groningen, Friesland en Drenthe, van 1795—1845 met 2 bijlagen door M. D. Teenstra, 1862.
Echt verhaal van de onlusten, voorgevallen in de Pro-vintie Groningen sederd ds verkiezing van zijn Doorluchte Hoogheid W. K. H. Frizo, Prinse van Oranje, enz. als
102
Stadhouder van de Unie, tot de vaststelling van het erf-stadhouderscbap aldaar; Arasteldam, 1748.
Defensieboek (extracten uit het resolutieboek der Staten van Stad en Lande, van 18 Nov. 1784—17 Maart 1787, omtrent hetgeen tot defensie van de provincie behoorde te geschieden.)
Stukken betreffende hetzelfde onderwerp; 1785—1799.
--------de vreemde troepen en hunne bewegingen in Stad en Lande, in 1795. (Originele stukken en correspondenties.)
W. F e b e n s, Kronyk van Groningen en de Ommelanden, m. pl.; Groningen, 1743. (2 ex.)
Korte Schets der Regeerings-form van Stadt en Lande; Groningen, 1777.
Aanleiding tot do eerste beginselen der Groninger Eegts-kennis; 3dc druk; Groningen 1778. (In vragen en antwoorden, 506 bladz.)
Informatie van en omtrent het proces van den Burgemeester W. Sicca ma en Cons, in qlte tegen H. L. Bonman en Gons. iu qltc over 't uitzetten v. d. Dollartdijk; 1785.
H. L. Wichers, Verklaring van het tractaat van de reductie der stadt Groningen aan de Unie van Utrecht; 2 stukken; Groningen, 1794 en 1798.
H. H. Brucherus Jr., Geschiedenis van de opkomst der Kerkhervorming in dc Prbv. Groningen, tot aan het jaar 1594; gevolgd door de geschiedenis van de vestiging der kerkhervorming in dezelfde Prov., tot aan de Nationale Synode van Dordrecht in 1618 en 1619; Groning., 1821.
11. Kremer, Beknopte aardrijks- en geschiedkundige beschrijving der prov. Groningen; 2de dr.; Gron., 1839.
Verslag van dc Commissie ter verzorging van de dooiden veenbrand, op den 11 en 12 Junij 1833, ongelukkig
(Bladzijde 102 van den Catalogus).
Beknopt kronijkje van Groningen en de Ommelanden enz., 1727.
Kvonijk van Groningen en Ommelanden, door M. B. van Nidek, 1725.
Oudheden en gestichten van Groningen en Groningerland enz., 1724.
H. van Berkum. Kerkelijke geschiedenis van Nieuw-Beerta, 1856.
Kronijk van de Friesche landen en den Staat van Groningen.
Vervolg van die kronijk.
Reglement op de administratie der kerken, pastorien enz., in de Ommelanden, 1773.
Mr. G. E. Voor me uien van Boek er en. Hoe de voorgenomen stichting eener burgerlijke gemeente Stadskanaal kan worden verdedigd.
-------— Feestrede,
ter viering van het honderdjarig bestaan der Koloniën. Stadskanaal, 1865.
Programma van de gecosfumeerde optocht te houden bij gelegenheid van het eeuwfeest te Stadskanaal, 1865.
Het 250jarig bestaan van de gemeente Noorddijk, door P. Boel es Jr.
Verslag van de werkzaamheden der Commissie in zake het monument te Heiligerlee, 1869.
Mr. H. O. Feith. Redevoering over onderscheidene takken van nijverheid, wat de provincie en stad Groningen betreft.
' P. A bresch. Leerrede op den bijzonderen dank- en bededag in de stad Groningen en de Ommelanden, 1780.
J. San nes. üe opkomst van Veendam. Een drietal voorlezingen gehouden voor het aldaar gevestigde zeemans-genootsehap en met eenige aanteekeningen vermeerderd, 1830.
Leerreden ter inwijding van de Nieuwe kerk te Solwert, 1783.
J. N a n n i n g a U i 11 e r d ij k. Geschiedenis der voormalige Abdij der Bernardijnen te Aduard, 1870.
Leerredenen van waarde voor de geschiedenis, vooral van Groningen.
Mr. J. J. Cremers. Het jachtrecht in de provincie Groningen, 18n6.
Conclusiën bij Siadt ende Lande respective genomen, met die decisien daarop gevallen en de uitgegeven bij d'Hooch Mog. H.H. Staten-Generaal der Vereenichde Nederlanden, den 24 Jillij 1640.
Bellingewperder uitspanningen, behelzende eenige geestelijke en mengelstoffen, in rijn', door Clara Teyvena van Sijtzama, benevens eene voorrede en aanhangsel, betreffende het doorlachtigste Huis van Oranje en Nassau etc., 1746.
S. J. Rutgers. Beschrijving van Kolham met eene kaart der plaats, 1849.
H. A. Ben it. Redevoering over het 200jarig bestaan der Kolonie Wildervank, 1850.
S. Blaupot ten Gate. Voorlezing over de opkomst van de Veenkoloniën Hoogezand en Sappeineer, 1854.
F. Koppius. De duizendjarige vestiging der christelijke godsdienst in Ham en Fransum.
C. A d a m i Naamlijst der predikanten in de Provincie van Stad Groningen en Ommelanden 't sedert de Reductie, 1745.
Mr. H. O. Feith. Kronijk van Egge rik Eggen s Phebens van 1565—1594 naar een handschrift uitgegeven.
Het leven van Menso Alting, door Ubbo Emmius, (1728).quot;
Een drietal van uitgebreide leerredenen op de verlossing en vrede betrekkelijk, 1749.
Een vijftal van leerredenen, betrekking liebbeude op de inwijding van de Veendammerkerk enz., 1772.
J, Heer es. De Bellingenvolderschans en derzelver oorsprong en lotgevallen.
Reise durch Osnabrück und Medermünster in das Vater-land, Ostfriesland und Groningen, 1800.
Gedenkboek van Heiligerlee.
Rome en Ulrum of Piers en Woudsma als herders, in verband met tijdgeest en zeden.
De blokkade van Delfzijl.
Liste des Maires et des adjoints de Maire dans le département de l'Eius Occidentale, 1812.
J. E. Heer es. De wijzigingen in den regeeringsvorm van Stad en Lande in de jaren 1748 en 1749. Eene bijdrage tot de geschiedenis der provincie Groningen.
103
geworden ingezetenen van de Prov. Groningen, met eene geschiedk. aanteekening door Mr. H. O. Feitb; Groningen, 1835.
H. O. Feith, het Muntregt der Ommelanden; Groningen, 1857.
--------Werken van den Ommelander edelman
Johan Rengers van ten Post; D. I en II Kronijk; Deel III „de standt en politie der Ommelanden,quot; en „Brieven van Ubbo Emmius;quot; Groningen, 1852 en 1853.
Groninger Volksalmanakken; 15 Jaargangen; Groningen, 1837—1851. (Compleet.)
Groninger Jaarboekje I, 1862; II, 1863.
Geschiedenis der Provincie Groningen van het begin onzer tijdrekening tot 1848, door A. Smith.
Beschouwingen uit de veenkolonien door A. Winkler Prins; 1866.
Kronijk van Groningen en Ommelanden; Eerste ged.; 1726.
G. Acker Stratingh, H. O. Feitb en W. B. S. Boeles, Bijdragen tot do geschiedenis en oudheidkunde, inzonderheid voor de provincie Groningen; I; Gron., 1863.
Geschiedenis van Groningen en Ommelanden; 1 deel. (Handschrift.)
Vervolg der geschiedenis van Groningen en Ommelanden. (Handschrift.)
Decisie, Reglement en de Wett by de Hooch Mogende Heeren Staten Generael der Vereenigde Nederlanden den 19 Aprilis Anno 1659, gearresteert, waarop voortaan on-verbreekelyck do Regeringe van de Ommelanden tusschen Eems en de Louwers sal werden besteld, ende gereguleert, ende waarna sich yder Joncker, Ilovelingh, Eygen-Erfde, ende Volmacht in deselve Ommelanden praeciselyk sal hebben te reguleeren ende gedragen, 1659.
104
Redger Egbert Derckscns, Remonstrantie aan de Edele Moogende Hoeren, mijn Heeren de Gecommitteerde Raden der Ommelanden tussehen de Eems en do Lauwers, overgegeven In Haar Ed. Moog. Vcrgaderinge, binnen Groningen, in Let Ommelander Huys, op den Eersten Marty 1660.
Aecusatie endo conclusie overgegeven aen syn Furstlyke Doorlucbticlieydt den Heere Prins Wilbelm Fridericb van Nassau wamp;c. Stadt-houder van Stadt en Lande, ende de H. Heeren Gedelegeerde Richteren van beijde Leden deser Provincie, Door d' Advocaten Fiseael by welgemelde Provincie geconslitueert, op ende Tegens Den gewesenen Staet Generael Joban Schulenborcb, wegen desselfs verscbeydene Crimes gednyrcnde syn Ampt, ende tegens de Provintie begaen.
Criminele proeeduiren door bet Hoog-Edel Gerichte van Oosterdecl Langewold, in d'Ommelanden tussehen d'Eems en de Lauwers, tegens vierentwintig sodomiten uitgevoert op Maandag den 24 Septemb. Anno 1731.
Memorie van Jonkeren, hovelingen, eigen-erfden enz. in proces tegen den heer van Faan, 6 Mei 1734.
Echt verhaal van de onlusten voorgevallen in de prov. Gron , sedert de verkiezing van W. H. Friso, als Stadhouder der Unie, 1748.
Missive van Burgemeesteren en Raad in Groningen aan de Staten der respectieve Provinciën d.d. 31 Mei 1734, waarin gededuceerd wordt de oorsprong en hun aanbelang nopens de zwevende difforenten in de Prov. van Stad en Lande.
Missive van de Staten van Stad en Lande aan de Staten van Gelderland euz. over de ontstane difforenten met de Staten van Holland en West-Friesland 1759.
Rapport van Gecom. tot het overleggen, welko voorzie-
:rantie aan do ccommittcerde n do Lauwers, -inge, binnen den Eersten
-syn Furstlyke n Friderich :n Lande, ende bei]de Leden ■)y welgemelde ïcn gevvesenen -'ogen desselfs ende togens
Gericbto van seben d' Eetns :en uitgevoort
:n-orfdeu enz.
1734.
ü in de prov.
Troningen aan U Mei 1734, un aanbelang van Stad cn
■aan do Staten ■enten met de
yelko voorzie-
(Bladzijde 105 van den Catalogus).
Een band, bevattende:
a. Sententiën bij Burgemeester en Kaad in Groningen
gepronnncieerd tegen G. H. W a r e n d o r p.
h. tegen J. van Emm en.
c. tegen Job an van Olde n bar nevel d.
d. tegen G. van L e v e n b e r g.
e. tegen G. H. ten Berge en anderen.
Procesorde van civiele zaken in de Ommelanden, door Princes Anna.
Procescrimineel van B. Conders tegen B. Hamer, 1660, over het maken van valscbe munten.
Eeuige jaargangen van „de Ommelandaquot;. Tijdschrift ter bevordering van het maatschappelijk welzijn. Ommelauder Courant, 1796—1800 (2 deelen). „Ue Marnequot;, eene geschiedkundige beschrijving van de Ommelanden in het algemeen en van het westelijk gedeelte van Hunsingo in het bijzonder, door J. Zijl ma.
2. OUDHEDEN.
Eenige zedige bedenkingen over het geschrift oudheden van het Goorecht en Groningen.
105
ningen behooren te worden gedaan in geval van overlyden van Hare K. H. Erfstadhoudcresse , 1755.
Sententien of desicien op diverse differenten tusschen de Stad Groningen, Ommelanden en Oldambten, 1649.
Onderscheidene gelegenheidsgedichten.
Een pakket, bevattende brieven en stukken van verschillenden aard, als wapenkorpsen, leessocieteiten enz. 1786.
2. OUönEDEN.
L. van Bolhuis, Tweetal van plegtige redevoeringen, over Jez. LXVI: 1, 2 — en Hagg. I: 14 (waarin vele bijzonderheden uit de oudheden dezes lands); Gron., 1778.
N. Westendorp, Eerste leerrede gehouden in de nieuwe kerk te Sebaldeburen, benevens eene oudheidkundige verhandeling; Groningen, 1809.
-------Jaarboek van en voor de provincie
Groningen; Groningen, 1829—1832.
R. K. Dries sen, Monumenta Groningana veteris aevi inedita; 4 stukken; Groningen, 1822—1830.
A. Ypey en H. O. Feith, Oudheden van het Goorecht en Groningen; Groningen, 1836.
Catalogus der letter- en oudheidkundige nalatenschap van Mr. A. J. de Sitter, overleden 17 Junij 1814; verkocht te Groningen, den 10 Febr. 1863.
Tengnagel, Handleiding tot de kennis der prov. Groningen, met een voorbericht van A. Winkler Prins; Oude Pekela, 1868.
Mr. A. J. de Sitter, Adversarie-boek. Annatata spc-ciatim ad Historiam Provinciae Groninge, Omlandiae; Handschrift in vijf deelen.
106
3. KAARTES EN ATLASSEN.
C. Fehse, Gemeente-Atlas van de provincie Groningen, in 62 kaarten; Groningen, 1862.
(Kadastrale) Kaart van de provincie Groningen, opgemaakt door J. H. Jappé; Groningen, 1835; 4 bladen. (Opgeplakt.)
Kaart van de provincie Groningen, met aanduiding van de grondsgesteldheid enz., opgemaakt onder toezigt van Dr. G. Acker Stratingh, door J. A. Smit van der Vegt; Gron., 1839. (Met eene beschrijving.) Opgeplakt.
Kaart van de provincie Groningen, door J. W. Blanken; Groningen, 1857. (Opgeplakt.)
Kaart van de provincie Groningen, met aanduiding van alle gewaterpaste lijnen in do provincie Groningen, 1860. (Behoort bij de verhandeling over de waterpassingen in de provincie Groningen, in de Bijdragen der Commissie voor de Statistieke beschrijving der prov. Groningen, II, stuk 1, 1860.) Opgeplakt.
Kaart van de provincie Groningen, waarop grootendeels de uitkomsten van de aldaar in de jaren 1855 1859 gedane Waterpassingen zijn aangewezen; op last van Heeren Gedeputeerde Staten dier provincie en onder toezigt van C. Brunings, Hoofd-ingenieur van den Waterstaat in het le district, opgemaakt door K. van Rijn, Civiel-ingenieur enz.; Groningen, 1861; 4 bladen.
Schetskaart van de zijlvesterijen, hoofdkanalen, zeesluizen enz. in de prov. Groningen, behoorende bij de beantwoording van de door de Commissie van landbouw nitge schreven prijsvraag van 31 Januari 1850.
Kaart voor de Natuurkunde en de Volksvlijt van de provincie Groningen, door W. C. H. Staring. (Blad 3 van Staring's Schoolkaart enz.) Opgeplakt.
3. KAAIITUN K.N AT I. A SS K.N VAN UE I'HOVKNCIE EN STAD GRONINGEN.
(Bladzijde 106 van den Catalogus).
Kaart van de stad Groningen 1652.
Wegkaart van de provincie Groningen, met de hand leiding daarvoor, door J. Kater Tz. eu J, C. Haze winkel C z.
(Bladzijde 107 van den Catalogus).
Beschrijving, behoorende tot de Hydrograpbischc kaart der monden van de Eems, 1859.
4. statistiek {meer in het algemeen).
Statistique personelle des Arrondissements Appingedam et Grouingue, 1811.
107
G. A. V ene ma, Alphabetischc tafel vau de geopraplii-sche ligging d. getrianguleerde punten iu de prov. Groningen; 1861. (Overdruk uit de Bijdragen d. Comm. v. d. stat. beschr. d. prov. Gron.)
Voorloopige Katalogus van kaarten betreffende de prov. Groningen; Sept. 1861.
Lijst van kaarten van de provincie Groningen.
De Gros. Kaart van de Prov. en Ommelanden, 1792.
4. statistiek [incer in het algemeen).
Tegenwoordige Staat van Stad en Lande; Amst. enz., 1793; II deelen in 3 stukken.
Staten van do Volkstelling in Julij 1807, in de gemeente Hoogezand.
Statistiek van het Departement Groningen, opgemaakt door den Landdrost in 1809. (Met bijlagen en begeleidende missive aan den Koning.)
(Uitvoerige) Statistiek van het Departement Groningen, den 16 Aug. 1810 aan den Min. van Binnenl. Zaken van het Keizerrijk ingezonden door den Landdrost van het Departement.
Statistiek van het Depart. Groningen, door den Landdrost aan den Minister van Binnenlandsehe Zaken, d.d. 6 van Oogstmaand 1810, ingezonden. (Innerlijke toestand van het Departement.)
Statistiek als voren, d.d. 9 van Zomermaand 1810. (Uiterlijke staat van het Departement.)
(Uitvoerige) Statistiek van het Departement van de Wes-ter-Eems, den 17 Aug. 1811 aan den Intendant van Holland gezonden door den Prefect van het Departement.
108
Renseignements topographiques et statistiques du Departement de 1' Ems-Occidental, anno 1812. (Onder de Bijlagen o. a. afschrift van het Keizerlijk dekreet van 22 Oct. 1812, over het vestigen van Akademiën te Leijden en te Groningen, van de Secondaire school tc Utrecht, enz.)
Innerlijke staat van het Departement van de Wcster-Eems in 1812.
Eenige oudere statistieke bescheiden betreffende de provincie, zonder vermelding van jaar.
Statistieke tabel en toestand van Reiderland; (z. j.)
Statistieke opgaven betreffende de prov. Groningen; kort na 1814 opgeteekend.
Statistieke tabellen betreffende de kerkelijke gemeenten, geestelijken, kerkgebouwen enz. in het voormalig Departement Groningen en in 1818.
Aanspraak van den Gouverneur der prov. Groningen, ter gelegenheid van de opening der Statenvergadering 1816.
Verslagen van de Gedeputeerde Staten, aan de Staten der prov. Groningen, over 1817 en volg. jaren.
Uitvoerig en beredeneerd verslag van den toestand dor provincie Groningen over de jaren 1853 en volg.
Statistiek van de huizen, inwoners, ambachten, rijtuigen, schepen, paarden, ossen, koeijen, schapen en varkens in de verschillende gemeenten, dorpen, vlekken of gehuchten der provincie; 17 Junij 1829.
Statistieke opgaven van de plaatselijke Besturen, wegens het aantal huizen en gebouwen in hunne gemeenten, 1833/4.
Opgaven betreffende het aantal huizen in 1859.
Statistiek van het vee in de arrondissementen van het depart. Groningen, in verband met liet Fonds der Veeziekte, over 1807 en volg.
(Bladzijde 108 van den Catalogus).
Statistiek betreflende de plaatselijke indeeling van de g meenten in de provincie Groningen, door T. Venema A
(Bladzijde 109 van den Catalogus.)
Mr. J. A. van Roijen. Afscheidsrede, uitgesproken de zitting der Provinciale Staten van Groningen.
109
Statistiek der paarden, varkens, runderen en schapen in het depart, van Wester-Eems, in 1812.
Staten en stukken betreffende do paardenfokkerij en het aantal zwijnen in het arrondissement Winschoten, in 1812 (Fr. tekst), en Tafreel der inwendige gesteldheid der Veeteelt over 1813.
Kohieren van het Veefonds over 1814—1818, om daaruit te zien het getal der onderscheidene soorten van Vee in deze provincie.
Opgaven van de plaatselijke besturen houdende het getal der trekpaarden en voertuigen, 1826 en 1830; 2 paketten.
Antwoorden van de gemeentebesturen, voor zoover die ingekomen zijn op de vragen van wege de Commissie voor de statistieke beschrijving der provincie hun in 1855— 1856 gedaan.
Bijdragen tot de kennis van den Tegenwoordigen staat der provincie Groningen. Uitgegeven door de Commissie voor de statistieke beschrijving der provincie Groningen.
Korte statistieke mededeelingen ontleend aan de verslagenvan eenige gemeenten in de provincie Groningen, nopens haren toestand in 1858. (Afdruk.)
5. NATUURLIJKE GESTELDHEID.
R. A. Venhuis, Natuurlijke Geschiedenis der provincie Groningen; Gron., 1829.
R. Westerhoff en G. Acker Stratingh, Natuurlijke Historie der provincie Groningen, I, 1 stuk; Groningen, 1839.
Mr. W. W. Buma, Schiermonnikoog, de Lauwers, de Scholbalg; Oct. 1872.
110
G. A. Vcncma, Schets van den natuurlijken toestand van Westerwolde. (Overgedrukt uit de Boeren-Goudmijn, 1857, No. 7.)
S. J. Brngmans, Natuurkundige Verhandeling over een zwavelachtigen nevel, den 24 Juni 1783 in de provincie van Stad en Lande enz. waargenomen; Gron. (1783).
H. C. van Hall, de planten der provincie Groningen; 1859. (Afdruk uit de Bijdragen der Commissie voor de statistieke beschrijving der provincie Groningen.)
J. Braak, Responsio ad quaestionem „Quaeritur catalogus avium, in provincia Groningana indigenorum eet.; Grcn., 1821.
G. A. Venema, de barnsteen in het oostelijk gedeelte der provincie Groningen, met een naschrift van F. A. W. Miquel. (Afdruk uit het 2e dl. der Verh. v. d. geol. Commissie.)
P. J. van Kerkhoff, de Hondsrug in de provincie Groningen bevat mergel. (Afdruk uit de Boeren-Goudmijn, •1855, no. 12.)
6. STAATSRIJGT E.\ ADMINISTRATIE.
Benoemingen der leden van de (36) gemeentebesturen in het Departement Groningen, dd. Utrecht, 19 Oct. 1808.
Tabellen betreffende de inrigting der Besturen in het Departement Groningen, in 1809 en 1812.
(Zeer gedetailleerde) Statistique personelle des fonction-naires dans le Dept. de l'Ems-Occidental, en 1811. (Ook eene soort van zwart boek.)
Reglement omtrent de zamenstelling der Staten van de prov. Groningen; — id. op het bestuur ten platten lande
5. NATUURLIJKE GESTELDHEID.
(Bladzijde 110 van den Catalogus).
Over deo bodem van het Oldambt en Westervvolde, lld0 ged., door Dr. G. A. Venema.
Bijdragen ter aanmoediging der beoefening van de kennis der gronden in de provincie Groningen, 1826.
110
G. A. Vcncma, Schets van den natuurlijken toestand van Westerwolde. (Overgedrukt uit de Boeren-Goudmijn, 1857, No. 7.)
S. J. Brngmans, Natuurkundige Verhandeling over een zwavelaehtigen nevel, den 24 Juni 1783 in de provincie van Stad en Lande enz. waargenomen; Gron. (1783).
H. C. van Hall, de planten der provincie Groningen; 1859. (Afdruk uit de Bijdragen der Commissie voor de statistieke beschrijving der provincie Groningen.)
J. Braak, Kesponsio ad quaestionem „Quaeritur catalogus avium, in provincia Groningana indigenorum eet.; Grcn., 1821.
G. A. Venema, de barnsteen in het oostelijk gedeelte der provincie Groningen, met een naschrift van F. A. W. Miquel. (Afdruk uit het 2e dl. der Verh. v. d. geol. Commissie.)
P. J. van Kerkhoff, de Hondsrug in de provincie Groningen bevat mergel. (Afdruk uit de Boeren-Goudmijn, •1855, no. 12.)
6. STAATSRIiGT E.N ADMINISTRATIE.
Benoemingen der leden van de (36) gemeentebesturen in het Departement Groningen, dd. Utrecht, 19 Oct. 1808.
Tabellen betreffende de inrigting der Besturen in het Departement Groningen, in 1809 en 1812.
(Zeer gedetailleerde) Statistique personellc des fonction-naires dans le Dept. de TEms-Occidental, en 1811. (Ook eene soort van zwart boek.)
Reglement omtrent de zamenstelling der Staten van de prov. Groningen; — id. op het bestuur ten platten lande
5. NATUURLIJKE GESTELDHEID.
(Bladzijde 110 van den Catalogus).
Over deo bodem van het Oldambt en Westerwolde, lld0 ged., door Dr. G. A. V ene ma.
Bijdragen ter aanmoediging der beoefening van de kennis der gronden in de provincie Groningen, 1826.
6. STA ATSRRCHT EN ADMINISTRATIE.
(Blackijde 111 van den Catalogus).
Statistiek van het departement der Wester Eems; 1812. Noodig bericht aan het volk van Stad en Land, inhoudende een plan van de regeering over de gebeele Provincie, door C. Ver we r, 1797.
Memorie instructief betreffende de bevolking, 1807. Rcgcering van Stad en Lande, beginnende 1750. (Clauwboek).
Ill
in de provincie Groningen, van 30 Mei 1825 en 23 Julij 1825.
Statistiek van de Mairies in het Depart, van de Wester-Eems, in 1811 (en later.)
Uitvoerige Statistiek van de personen, die in 1811 en 1812 in dit departement in publieke dienst waren.
Liste des Maires et des Adjoints de Maire nommés par S. M. l'Empereur et Eoi, dans le Depart, de l'Ems Occidental; 1812. [Bevat vele bijzonderheden betreffende de bedoelde personen.]
Brief van den Prefect a M.M. les Maires du departement, betreffende hetgeen ook hier gedaan behoorde te worden naar aanleiding van den laatsten, ongelukkigen vcldtogt des Keizers in Rusland; d.d. January 1813.
Opgaven van de Gemeentebesturen betreffende de datums van de aanstelling der Burgemeesters in de verschillende gemeenten; 1850.
Opgaven van benoemingen van de Wethouders, Secretarissen enz.; met den tijd sedert welken zij in functie zijn; 1859.
Verordeningen voorgevallen in het personeel der Gemeentebesturen in 1859.
Opgaven betrekkelijk de uitgestrektheid der gemeenten, de namen der gehuchten en dorpen in dezelve (1837).
Opgaven voor het topographisch bureau van het Departement van Oorlog; 1844.
Kort verslag van de handelingen der Staten van do provincie Groningen over de jaren 1854—1855 tot en met over 1859—18G0; Groningen 1855 en volg ; G dln.
Verzameling van Reglementen enz. betreffende het bestuur der stad en prov. Groningen; II dln.; Gron , 1828-, enz.
Verzameling van verschillende Resolutiën, Publicatiën enz. van het bestuur dezer provincie; van 1718—1819.
112
Verzameling van 85 publieatiën der Provinciale Bestaren van Stad en lande en van Groningen; 21 Junij 1802—12 April 1815.
Publieatiën der prefecture van het departement van dc Wester-Eems. Publieatiën van liet bestuur der provincie Groningen 1811—1831; Groningen; 3 dln.
Publieatiën van het bestuur der provincie Groningen, gedurende de jaren 1832 tot en met 1848; Groningen (de eerste vijf jaren zonder datum), 1843, 1849; 4 dln.
Repertorium voor bepalingen omtrent het Lager onderwijs, inzonderheid voor de provincie Groningen; sedert 1 Januari) 1817; Groningen, 1836.
Verordeningen omtrent het Middelbaar en Lager Onderwijs, uitgevaardigd voor de provincie Groningen; 4 dln., in 2 stukken, Gron., 1846 en volg.
Reglement op de zamenstelling en het ijken der Botervaten enz. in de provincie Groningen; Gron., 1841. (Ex. waarin de bouwstoffen voor het nieuwe Reglement zijn op-geteekend.)
Reglement op het toezigt der wegen in de provincie Groningen; Groningen, 1850.
Reglement houdende verordeningen van policie op het gebruik van alle voor de scheepvaart bestemde en bevaren wordende rivieren enz. enz. in de provincie Groningen; Gron., 1845.
Reglement op het toezigt der wateren, bruggen en waterwerken in de provincie Groningen; 11 Julij 1855.
Politie-reglement op de rivieren en kanalen in de provincie Groningen; Gron , 1860.
Reglement van een societeyt opgesteld ten nntte voor Weduwen, door H.H. Staten gecorroboreerd 20 Mei 1754.
Provinciaal Blad van Groningen over 1849 en volg. jaren.
(Bladzijde 112 van den Catalogus).
Publicatie van de Gedeputeerde Staten der provincie Groningen van den 3 Januari 1816, houdende bepalingen ter betere executie van het 18e artikel van het huishoudelijk schoolreglement voor het departement Stad en Landen van Groningen, van den 23 Februari 1807.
Bericht van het Collegie dor Gedeputeerde repraesen-tauten van het volk der Stad Groningen en de Ommelanden over eene propositie gedaan^door den burger H. J. van Bolhui s.
Eerste brief over de recommandatiën in de Ommelanden, aan den heer A. B. C., Lid van de Burger Societeit biunen Groningen enz.
Tweede brief over de approbatie van de Gecommitteerde en Extra gecommitteerde Raden in de Ommelanden, aan den heer A. B. C., Lid van de Burger Societeit binnen Groningen euz.
Memorie aan Hun Edel Mogenden, de Heeren Staaten van Groningen en Ommelanden, van Jan Fred. Schaeffer Hz.
Instructie voor de Gedeputeerden der Stad Groningen en Ommelanden, waarna zij haar zullen hebben te re-guleeren.
113
Oprcclitc Groninger Almanak op de jaeren 1711, 1714, 1734, 1751, 1754, 1758, 1760—1765, 1778, 177Ü— 1788; 23 stuks.
Regerings Almanach voor de provintie Stad en Lande voor de jaren 1789—1792, 1794; 5 stuks.
Politieke almanakken (bestellingen der ambten en bedieningen in Stad en Lande) van de jaren 1701—1710, 1708—1717, 1722—1750, 1761—1780.
Bestellinge der Generaliteyts, Provinciale, ende voor yder Lidt Particuliere Ambten van de provincie van Stadt en Lande Voor den Jaere 1755; enz.
Wacht Almanach des Borgelyken Regiments der Stadt Groningen, voor de jaren 1767—1777; 11 stuks.
Naamregister der leeden van Regering en verdere ambtenaren , zederd het begin der Revolutie, en over het Jaar 1796, van de Provincie Stad en Lande, enz.
Groninger Zak Almanach voor de jaren 1803—1807, 180!), 1814; 6 stuks.
Regeringsalmanak van de provincie Groningen, 1820, 1821, 1823, 1824, 1828, 1830—1832; 8 jaarg.
Regeringsalmanakken van en voor de provincie Groningen, 1839 en volg.
N i c u w e n h u i s en O n n e k e s, Register voor de periodieke en andere werkzaamheden der gemeentebesturen in de provincie Groningen, 2e uitg. door Onnekes; Groningen, 1868.
Do ede van A ras weer, de pracpositurcs reformatis, eet.; Ghedruckt int Jaer 1611.'
(Bijgebonden: 1) Christclycke uude truhartighe vermaen-schriften, an de ghemene Collatoren vnde Prediger, in de provintie van Stadt vnde Omlanden van Groningen: Handelende van den Jure patronatus eet.; tot Franeker, ghedruckt, bij Abbo Wybes; 1597;
114
2) Erinneringe van de Beropinge der Prediger, woda-nicli, vnde doreh wehn desulve gescben sal eet.; Gedrucket tho Groeningen, bij Gerbard Ketel. Anno, 1604.
Missive van eenige beeren predikanten in de provincie Groningen aan H.H. Gedeputeerde Staten dier provincie, betreffende de inkomsten der Kosterijgoederen enz.; Groningen, 1859, 7 Junij.
De Gedeputeerde Staten, do Koste rij-goederen cn bet Kollegie van Toezigt in de provincie Groningen; Groningen, 1859.
H. Piccardt, de Kosterij-goederen der Hervormde gemeenten in de provincie Groningen; Groningen, 1859.
De Predikants-beroeping in de Hervormde gemeente te 't Zandt. Uitgegeven door bet Provinciaal kerkbestuur te Groningen; Groningen, 18G0.
W. B. S. Boeles, de geestelijke goederen in de prov. Groningen, van de vroegste tijden tot op beden; een geschiedkundig onderzoek; Groningen, 1800.
Collatieregt en landstractement, beschouwd naar aanleiding van een over die te Warfbuizen gevoerd geding, door J. Boeles, 1856.
J. J. Cromers, Memorie van Regte, rakende de Om-melander kas; uitgeg. door de Commissie uit gecommitteerden van de gemeentebesturen in de Ommelanden; Groningen, 18G1.
ï. Haak ma Tresling en H. O. Feitb, Mèmoire de droit renfermant les principes sur lesquels se fondent les propriétaires des terres sises dans le Département de l'Ems-Occidental et affermées sous une Beklemming fixe et per-pétuelle (ainsi nommée), lesquels propriétaires sont d'avis que, ex vertu de la loi du 18 Décembre 1790, leurs dits biens ne sont point racbetables, et que, pour leur conscr-
(Bladzijde 114 van den Catalogus).
Doede van Amsweer. Spieghel der Aenvechtinghe des Sathans en ware proeve des gheloofs: daer in ons de strijdt des vleesches teghen den gheest die alle christen in tijde van cruijce ende teghenspoet in sick gevoelen levendich wort voor oogen ghestelt. Allen entvoldigen ende swack-geloovighen herten die onder dat cruijtze suchten ende door dese nu nieulyck opgeresen Euangelischer kercken-strijdt in argernisse mogen vallen. — Tot troost ende sterekignbe des gheloofs. Nu andermael weder revideert ende in den druck verveerdighet.
(Bladzijde 115 van den Catalogus).
Mr. T. Haak ma Tres ling. Verhandeling over het recht van beklemming, 1819.
Eenige resolutiën, raekende landerijen ende geebruijkers daarvan.
D. de Ruiter Zijlker. Het recht van beklemming uit een staathuishoudkundig oog beschouwd.
Mr. A. Oude man. Rechterlijke uitspraken over het Groninger beklemrecht.
H. O. Feith. Handboekje over het beklemrecht, ten dienste van eigen en beklemde meijers, 2e dmik, 1851.
115
vatioa, ils nc doivent point êtrc inscrits aux registres ties hypotbèques; Groningen, 1813.
Memorie van liegt, inlioudende de gronden, waarom de eigenaren van landen, in het depart, van do Wester-Eeraa gelegen, .... van oordeel zijn dat deze limine goederen niet afkoopbaar zijn. (Groningen, 1813.)
T. Haak ma Tres ling, verhandeling over het recht van beklemming in het departement van Stad en Landen; Groningen, 1805.
—--,---------Berigt betrekkelijk het regt
van beklemming; Groningen, 1819.
-------------Memorie van llegte, over de
ontzetting van eigendom bij beslag op een ondeelbaar vast goed, en wel bijzonder op een beklemde plaats; Groningen, 1823.
A. P, Driessen, Verhandeling over het regt van beklemming of overdragt in de provincie Groningen; 1ste, 2de en 3de hoofdstuk; Groningen, 1824, 182G. (2 ex.)
H. O. F e i t h, Memorie van Regte, over eenen eisch tot afscheiding van een deel eener beklemming, bij saisie-im-mobilière, gearresteerd ten laste van den, te boek staan-den, meijer; Groningen, 1824.
--------Groninger Beklemregt, 2 dln.; Groningen, 1828- 1837.
------Erfpachtsregt; 1831.
Memorie van regte over het erfpachtregt, ingevoerd bij de wet van den 10 Januarij 1824, niet'betrekking tot de Groninger vaste beklemming; Groningen, 1831.
11. O. Feith, Handboekje over het Beklemregt, ten dienste van eigen en beklemde meijers; Gron., 1848.
Kort berigt van de voorwaarden, waarop Landeigenaren, alsook . . . vaste beklemde meijers in de provincie Groningen zich in Maatschappij kunnen vereenigen, en geza-
HG
menlijk verbinden voor de kapitalen, welke door hen zullen worden opgenomen, enz.; z. j.
C. llömelittgb, Verslag over de voordeden der Beklemmingen tegen verbrokkeling van grondeigendommen, (Opgenomen in Sloet's Tijds. 1854, X., 7.)
Adres van de Provinciale Staten van Groningen aan Z. M. den Koning, betreffende de vorderingen van het domein-bestuur tegen de bezitters van aanwassen en polderlanden; op voorstel van K. T. Mees en H. de Ranitz, vastgesteld in de zitting dier Staten, 19 Julij 1842.
It. Westerhoff, de Kwelderkwestie nader toegelicht, enz. Met eene Wadkaart; Groningen, 1844.
Landrecht des gerigts van Selwerdt, 1G73.
Idem van Uunsingo, Fivelingo en het Westerkwartier, 1G31 bis en 1G79.
Aanleiding tot de eerste beginselen der Groninger regts-kennis, 1738.
Idem, 1778.
Reglement om te dienen tot een wet ^waarnaar allo zaken, zoo van politie als justitie in de stad Groningen eu Ommelanden zullen worden behandeld, 1751.
Idem, 17G1.
Corpus der Groninger regten, 1735.
Reglement betreffende de zijlvesterzakcn in de Ommelanden, 1783.
Bijzondere finaneiele regtsbetrekking tusschen een aantal kerkel. gemeenten in de provincie Groningen en den staat door Mr. B. S. Boeles, 18G6.
Verzameling van reglementen enz., gestatueerd door W. 0. H. F ris o enz. voor de Stad en Provincie.
(Bladzijde 116 van den Catalogus).
Verkooping der Nijenoortsche veenen, 1815.
Handelingen van de Representanten van het volk van Stad en Lande, (3 deelen, 1795- 1798.
Decisie reglement en wet, waarnaar de Ommelanden zullen worden geregeerd, 1659.
Verzamelinii' van reglementen, instructiën en dispositiën, gestatneert door Zijne Doorluclitigste Hoogheid W. C. 11. Friso, Prince van Orange en Nassau enz. enz. enz. en vervolgens door Hare Koninglijke Hoogheid, Mevrouw de Princesse Gouvernante, enz. enz. enz. Grior. gedachtenis, strekkende tot onverbrekelijke wetten voor de Provincie van Stadt en Lande, 1761.
7. OPENBARE WEKKEN, VOORAI. WATERSTAAT EN WEGEN.
(Bladzijde 117 van den Catalogus).
Voordracht van Gedeputeerde Staten aan de Staten der provincie Groningen, ter zake van de afsluiting van het Reitdiep.
117
7. OPEKBAUE WERKEN, VOORAL WATERSTAAT EN WEGEN.
G. Acker Stratingb en G. A. Ven erna, de Dollard enz. Met 3 kaarten. Gronniugen, 1855.
G. A. Ven erna, liet afbakenen van lange r?gte lijnen op bet veld; Gron., 1847.
-------Proeve eener nieuwe en eenvoudige
methode voor het verdeelen van regt- en kromlijnige stukken grond enz.; Gron., 1852.
-------over de naauwkeurigheid, waarmede
men lijnen op de kaart kan uitpassen.
-------- Bijdrage tot de Hydrographie van de
provincie Groningen; 1859. (Afdruk uit [de Bijdr. v. .d. Comm. v. d. statist, beschr. d. prov. Groningen.)
------Proeve van een ontwerp voor het waterpassen van en het waarnemen der waterstanden in de provincie Groningen; Gron., 1855.
Lijst van de werken voorlangs de zeekust ten Zuidoosten van Delfzijl, 1809; 2 staten.
Stukken betreffende de werken ten KW. en Z.0. van Delfzijl; 1815 en 1818.
Memorie van den Landdrost van het Departement Groningen aan den Minister van den Waterstaat over eenige pointen betreffende de verbeterde waterstaat in dit Depart., vooral met betrekking tot het leggen van eene suatiesluis in het Reijdiep; (z. j.)
Stukken betreffende de afsluiting van hetReitdiep; 1833 en volg.
Beschouwing van de afwatering op en van het Reitdiep; 24 Febr. 1842.
A. J. van Roijen, de Voordeden der geprojecteerde Inpoldering van een gedeelte der Laurwerzee; Gron., 1853.
Gemeenschappelijk rapport en voorstel der zamengestelde
118
Commissie uit de Staten der provinciën Friesland en Gro-, n in gen j in zake de gedeeltelijke inpoldering der Lauwerzee; en bijlagen; Groningen, 185i.
N. J. van der Lee, de Afsluiting van het Reitdiep bij Wetsinge, in verband met de verbetering van die rivier voor do groote scheepvaart, naar aanleiding van liet verhandelde in de voor- en najaarsvergaderingen der Staten van Groningen, in 1854; Groningen, 1855.
G. A. V ene ma. Aan den heer N. J. van der Lee over de kanalen in de provincie Groningen, 20 April 1856.
Verzameling van stukken betreffende de verbetering der afwaterings- en scheepvaartkanalen in de prov. Groningen:
1. Scheepvaartkanalen in de provincie Groningen: Rapport der Commissie aan de Staten; 2e druk; Groningen, 1858.
2. Missive van 27 Aug. 1856 van de Kamer van Koophandel aan de Staten der provincie Groningen.
3. Rapport der Staatscommissie belast met het doen van voorstellen enz. enz., opzigtelijk de waterschappen Hunsingo, Oldambt en Fivelingo.
4. Plan cener nieuwe indeeling der waterschappen in de provincie Groningen.
5. Verslag der centrale afdeeling betrekkelijk het rapport der Staatscommissie voor cene verbetering enz.; 7 Oct. 1856.
G. Mededeeling van de Staatscommissie over eene verbetering enz.; 15 Oct. 1856.
7. Rapport der Commissie ter zake de indeeling der provincie in nieuwe waterschappen, opzigtelijk de grenzen van 't waterschap Rciderland; Winschoten, (1857, 13 Julij).
8. Idem opzigtelijk de bezwaren tegen de daarstelling
119
van het waterschap Oldambt en Fivelingo, 15 Julij 1857.
9. Idem ten opzigte van de aan haar gerenvoijeerde stukken, betrekking hebbende tot het geprojecteerde waterschap Oldambt en Fivelingo.
10. Nader rapport van de Commissie belast met het onderzoek van de plannen ter verbetering, en wel speciaal nopens het nieuw op te rigten waterschap Westerkwartier, 5 Junij 1857.
11. Verslag van de centrale Afd. omtrent het rapport enz. van de Commissie tor verbetering enz. ter zake Westerkwartier ingediend 5 November 1857; 8 Dec. 1857.
12. Tabel betreffende de bedenkingen tegen 't nieuwe waterschap Westerkwartier.
13. Nadere toelichting van de beschouwingen enz. van den heer H. Oortwijn, door de Staatscommissie ter zake van de verbetering enz.; Gron., 1857.
14. Rapport van de Commissie der Staten van 15 October 1856.
15. Eenige opmerkingen betreffende dit Rapport, 15 October 1856.
16. Een paar aanteekeningen, door den heer W. de Sitter, 16 October 1856.
17. Tabel, inhoudende opgaven opzigtelijk de stroomiag met de Zijlen te Delfzijl; 20 October 1856.
18. Rapport van de Commissie uit den Raad der gemeente Groningen en missive van de Kamer van Koophandel en Fabrijken, betreffende de verbetering, enz.
19. Verslag aan den Raad van de centrale Commissie, waarin is onderzocht enz. het rapport van 11 Julij 1857; Gron., 1857.
20. Verslag der centrale Afd. of het 2de rapport der
120
Staatscommissie betreffende het waterschap llunsingo en dat van Oldambt en Fiveliugo; 6 Oct. 1856.
21. Kapport en bijlagen betrekkelijk liet geprojecteerde waterschap Westerkwartier (34 ingediende adressen) ; Gron., 1857.
22. Staten der molenkoloniën, gelegen tussclien het Eeit-diep en het Damsterdiep, in de vier Kerspelen-, Bel-lingewolder-, Termimter-, Oterdummer- en Driedelf-zijlen-Zijlvestcnijen en bezuiden het Winschoterdiep en den Astroom; Gron., 1857.
23. Kaart van het Waterschap Oldambt en Fivelingo; 1858.
Denkbeelden over do scheepvaartkanalen enz. door 11. Beekhuis Dams té.
C. J. Geertsema, Beschouwingen over het waterschap Oldambt, mede naar aanleiding van het ongunstig rapport van de Commissie uit het hoofdbestuur over eon stoomgemaal; Gron., 1867.
T. van Baaien, Eenige beschouwingen over het waterschap Westerkwartier; Groningen, 1872.
Staat van de molenpolders of molenkoloniën en de uitgestrektheid der landerijen, die door derzelver molens bemalen worden in de verschillende gemeenten der provincie Groningen, in 1856.
G. A. Venema, de Kota's van den heer Commissaris dos Konings in de provincie Groningen, betreffende de verbetering der scheepvaartkanalen enz.; Groningen, 1856.
--------Kanalen in de provincie Groningen;
20 April 1856.
De verbetering der scheepvaartkanalen en de drie ton; Groningen, 1857.
U. G. Schilt li u i s, Jz., Beschouwing van de thans
121
ontworpene plannen tot verbetering en verecniging der scheepvaartkanalen in dit gewest.
U. Gr. Schilthuis, Jz., Redevoering over eene algc-meene verbetering der scheepvaartkanalen in de provincie Groningen, gehouden bij het Genootschap ter bevordering der Natuurkundige Wetenschappen te Groningen, den 4 Maart 1057; Groningen, 1857.
H. A. Wijnne, Iets over de scheepvaart- en afwateringskanalen in de provincie Groningen (twee Voorlezingen gehouden in Felix Meritis te Amst.); Haarlem, 1857.
Verslag over de Kanalisatie-plannen aan de Staten der provincie Groningen door Gedeputeerde Staten; vastgesteld den 29 October 1859, en uitgegeven den 14 Dcc. 1859.
Mededeelingen van Gedeputeerde Staten aan de Staten van de provincie Groningen, rakende de verbetering der scbeepvaartkanalcn in dat gewest; Gron., 1860 (Aug.)
K. van Rijn, de algemeene waterpassing der provincie Groningen. (Afdr. uit de Bijdr. v. d. Comm. v. d. stat. beschr. d. prov. Groningen; met kaart.) 1860.
B. Prakken, Beschouwingen over de wenschelijkhcid en uitvoerbaarheid van eene kanaalverbinding tusschen Blokzijl en Groningen (met een schetskaart); Steenwijk, 1867, 2e dr.
F. O. van Sleesw-ijk en K. S. van Andringa, Beschouwingen over het belang van eene kanaalverbinding Groningen —Gorrcdijk—Heerenveen—Lemmer, naar aanleiding van een ontwerp kanaal-verbinding Plokzijl—Groningen van den heer B. Prakken; Amst., 1868,
Verzameling van Kaarten enz. betreffende den waterstaat, de aan te leggen kanalen enz. in do provincie Groningen:
I. Project Noord-Hollandsch Kanaal en geprojecteerd Kanaal in Groningen.
2. Hoogteschaal der bouten, slagdorpels, sluisdeuren en
122
andere vaste punten, ontleend uit eeno waterpassing van Groningen via Statenzijl naar Delfzijl, gedaan door den civiel-ingenieur K. van Rijn in de jaren 1855 en 1856.
3. Hoogteschaal der bouten enz. ontleend uit do waterpassingen van Groningen langs het Eeitdiep via Groot-Zeewijk langs den Zeedijk, gedaan door de civiel-ingenieurs M. E. C. Plemp en J. Singels, in bet jaar 1855.
4. Hoogtescbaal der bouten enz., ontleend uit de waterpassingen van Groningen langs bet Darasterdiep via Delfzijl en langs den Zeedijk naar Groot-Zeewijk gt; gedaan door de eiviel-ingenieurs G. C. B u ij s k e s en A. A. Overgaauw Pennis, in de jaren 1855 en 1857.
5. Hoogtescbaal der bouten enz. ontleend uit de waterpassingen der dwarslijnen in het Hunsingo-kwartier, gedaan door de civiel-ingenieurs M. E. C. Plemp; J. Singels en G. C. Buijskes, in de jaren 1855 en 1856.
6. Hoogtescbaal der bouten enz. ontleend uit de waterpassing der dwarslijnen in het Fivelingo-kwartier, gedaan door de civiel ingenieurs M. E. C. Plemp, J. Singels, G. C. Buijskes en A. A. Overgaauw Pennis, in de jaren 1855, 1856 en 1857.
7. Hoogtescbaal der binnenpeilen van de molenkoloniën, welke door de Delfzijlen uitwateren, 18 April 1857.
8. Hoogtescbaal van de binnenpeilen der molenkoloniën, afwaterende op het Winscboterdiep, de Pekeler- en Westerwoldsche Aa; 12 Junij 1857.
9. Hoogteschaal van de binnenpeilen der molenkoloniën, in de Termunter en Oterdummer Zijlvestenijen; 16 Maart 1857.
(Bladzijde 123 van den Catalogus).
Generale profielen van Alle Dijken, horende onder de Provincie, van Stad Groningen en Ommelanden, geapprobeert en vastgesteld door de Ed. Mog. Heeron Gecommitteerden van Stad Groningen en Ommelanden. Tot de Dijken cum pleno den 8 Augustij 1720.
123
10. Hoogteschaal van de binnenpcilen der molenkoloniën in de Vier Karspelen en Bellingewolder Zijlvestenijen, de Oostwolder, Finsterwolder en Stadspolders; 2 Maart 1857.
11. Hoogteschaal van de binnenpcilen der molenkoloniën, tussclien het Reitdiep en Damsterdiep; 10 December 1856.
12. Kaart van de molenpolders gelegen in het Zijlvest der Drie Delfzijlen, het Oostwolder-, Wold- en Farm-summer Zijlvest; 18 April 1857.
13. Molenkoloniën op de Pekela en Westenvoldsche A; 12 Junij 1857.
14. Molenkoloniën op het Winsehoterdiep; 11 Junij 1857.
15. Molenkoloniën in de Vier Karspelen en Bellingewolder Zijlvestenijen, de Oostwolder en Stadspolders; 17 February 1857.
16. Molenkoloniën tusschen het Damsterdiep en het Reitdiep; 10 Dee. 1856. bis.
17. Molenkoloniën in de Termuntcr en Oterdummer Zijlvestenijen, 16 Maart 1857.
18. Kaart van het waterschap Westerkwartier, opgemaakt door den civiel-ingenieur J. Kater; 3 Nov. 1857.
19. Kaart van de Molenpolders in het Westerkwartier der prov. Groningen, en de daardoor uitwaterende in d'e prov. Drenthe; onder toezigt van den Hoofdingenieur C. Brunings, opgemaakt door K. van Rijn, Civ.-ing. enz.; met beschrijving; Gron., 1862.
Memorie van toelichting en omschrijving van het plan van een internationalen waterweg tusschen Nederland en Hannover, Julij 1865.
Omschrijving der ontwerpen tot verbetering der Schcep-vaartkanalen in Groningen. (Bijlagen beboerende bij de Staatsbegrooting voor het dienstjaar 1861.)
124
liet Hogesanster Contract waeniacr liet Hooftdiep zal worden gegraven, d.d. 28 Maart 1G60. (Afsehrift.)
Memorie over het nadeelige van het maken eener communicatie tusschen de Nieuwe Pekel en Veendam door de Zuidwenning; 1817.
Verzameling van stukken rakende het Winsummer en Schaphalster Zijlvest; Gron., 1821.
Eapport van de commissie uit het collegie van overste scheppers, zijlvesten en scheppers van het Termunterzijlvest over het verbeteren van den waterstaat in dat zijlvest; Groningen, 1857.
Plan van indijking, negotiatie en bestuur voor den Oostpolder in de provincie Groningen, goedgekeurd bij Kon. besluit van den 2 November 1839, uo. 4; Gron., 1839.
De Rekening van liet Generale Zijlvest der 3 Delfzijlen, van het Dorpster-, Slochter- en Scharmer Zijlvest, van Mei 1848 tot Mei 1849, met aanmerkingen en aanteekeningen over de Zijlvestenijen in de provincie Groningen; Gron., 1850.
Memorie betrekkelijk de zaak der Dijkregten Wierum, Hooge en Lage Paddepoel, Schilligeham en Klein-Garn-werd, opgemaakt enz. doorj het Lid der Staten H. W. Wier da, 10 Nov. 1857.
H. W. Wier da, Huusingo (over het peil van); 18 April 1850. 4
--------Hunsingo (Beschouwingen en raadgevingen ten aanzien van liet waterschap); Gron., 1859.
A. J. van Koijen, Aan de stembevoegde ingelanden binnen het waterschap Hunsingo; 16 April 1859.
Eapport der Commissie ter zake van de indeeling der provincie in nieuwe waterschappen, opzigtelijk de tegen de daarstelling van liet waterschap Oldambt en Fivelingo in-gebragte bezwaren, enz.; 15 Julij 1857.
(Bladzijde 124 vau den Catalogus).
Dat nije Landtrecbt van Hunsingo, Fivelingo ende het Westerquaitier, op einen Gemeiuen Landtdach van den Stater, der Stadt Groningen oude Omblanden gearrettirt, geconfirmeert ende angenomen: Nu üverst op het nije weder overgesien, oek met den Boem des Sibtals, un einen bequamen Register, daer in alle rnaterien ordentliek te vinden, verbetert un verzieret.
Rapport der Staatscommissie, belast met het doen van voorstellen, betrekking hebbende tot de verbetering der scheepvaartkanalen en tot eene indeeling der provincie in waterschappen, opzichtelijk de grenzen van het waterschap Hunsingo en van het waterschap Oldambt en Fivelingo.
Rapport van de Commissie uit het Collegie van overste Schepper, Zijlvesten eu Scheppers van het Termunterzijlvest, benoemd op hunnen gewonen waarsdag van den 5 November 1856, oyer het verbeteren van den Waterstaat in dat Zijlvest.
Voordracht van de Gedeputeerde Staten der provincie Groningen aan de Staten en twee rapporten van de Commissie voor de verbetering en vereeniging der scheep-vaartkanalen en de verdeeling der provincie in nieuwe waterschappen, allen betrekking hebbende tot de oprichting van het waterschap Westerwokle.
Rapport van de Commissie voor de verbetering en ver-eeniging der scheepvaartkanalen en de verdeeling der provincie in nieuwe waterschappen, ter zake de oprichting-van het waterschap Westerwokle, uitgebracht aan Gedeputeerde Staten der provincie Groningen.
Plan eener nieuwe indeeling der waterschappen in de provincie Groningen.
Plan van inpoldering of daarstelling van een waterschap achter den Finsterwolderpolder.
(Bladzijde 125 van den Catalogus).
Adres aan Z. M. den Koning, tegen bet reglement voor het waterschap Hunsingo, van H. W. Willem sen, grondeigenaar en landbouwer te Wartt'u merk looster.
125
Rapport der Commissie ter zake de indecling der provincie in nieuwe waterschappen, opzigtelijk de grenzen van het waterschap Eeiderland en de aldaar uittevoeren werken, 13 Julij 1857; Winschoten.
Opgaven van de Gemeentebesturen omtrent den staat der wegen en voetpaden in 1858—1860.
Adres van Gedep. Staten der provincie Groningen aan de Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 1 December 1859, betreffende het toen aanhangige wetsontwerp op de Noorder- en Zuider-Spoorwegen.
G. A. Venema, Kunstwegen in de prov. Groningen, met eene kaart; 1861. (Overdruk uit do Bijdragen der Comm. v. d. statist, beschr. der prov. Groningen.)
Verslagen van de Directeuren der Noord-Willems-Kanaal-Maatschappij, nopens den staat der Maatschappij en hare werken over 1857 en volg.
Verslag nopens den staat van sommige publieke gebouwen in de provincie Groningen over het jaar 1858; opgemaakt door den Hoofd-Ingenieur van den Waterstaat in het le distrikt.
Staten betreffende de openbare werken, over 1858.
Stukken betreffende de gesteldheid der Zeeweringen enz. in de provincie over 1834—1844 en half 1845.
T. Ven e ma, Kadastrale indeeling der gemeenten in de provincie Groningen, 1868.
Rapport betreffende de watertolheffingen in de provincie Groningen van den griffier der Staten aan Gedeputeerde Staten dier provincie en tabellarisch overzigt.
Stukken betrekkelijk do afsluiting van het Keitdiep, 1835, 1840; 2 st.
Rapport, memorie en adres door den Raad der gemeente Winschoten ingediend aan den Raad der gemeente Gro-
12G
ningen over de opruiming van tien clam te N. Pekela, 1857.
Reglement betreffende bet Hoornschc diep, 1824.
Register van Schouwbare Objecten onder het Winsumer en Schaplialster Zijlvest, zullende strekken tot een Richtsnoer voor de Respectieve Scheppers en Zijlrechteren, era diensvolgens hunne schouwingen te exerceren, 1783.
Gravamina en salvatien in casu revisionis ingedient in de procedures tusschen Swyko Emmen en consorten in qlté, de post volgens acte in dato den 8 Nov. 1779 Ajold Tenkens, als deze procedures hebbende gereiis-smneert in die qualiteit, in welke deselve op de naam van Swyko Emmen hebben geloopen.
Geschiedenis van het oude dorp Rottum door D. E. Zuid hof, 1857.
8. BEVOLKING EN VOLKSLEVEN.
Burgerlijke Stand; kwartier Groningen, 1813—1833; 2 deelen.
Idem, kwartier Appingedam, 1811—1833; 3 deelen.
Idem, kwartier Winschoten, 1811—1833; 3 deelen.
Verslagen van de geboorten, sterflen, huwelijken, echtscheidingen over de jaren 1822, 1840—1846, 1847 ged., 1848, 1849.
Opgaven (staten) der bevolking naar de onderscheidene godsdienst-gezindten over 184G tot en met 1857; 12 pakketten.
Staten van de bevolking naar- de godsd.-gezindten, in 1858 en 1859.
Stukken, betreffende den staat van de bevolking in de provincie Groningen en haren loop over de jaren 1819 tot
(Bladzijde 126 van den Catalogus).
Kolle van de Humsterdijken enz., 162U.
Korte beschrijving van den watervloed, voorgevallen 13 November 168Ü, te rijm gesteld door H. Schenkel.
Reglement van Hare Koninklijke Hoogheid Princes de Douairière Nassau, om te strekken tot wet voor alle Schepperijen, Dijk- en Zijlvesten in de Ommelanden, 1755.
Clauwboek van de Gerechtigheden in de Ommelanden.
Orde van procederen voor de gerichten der Heerlijkheid Wedde enz., 1784.
Mr. C. C. Gr eert se ma. De Zijlvestenijen iu de Groninger Ommelanden.
Ordonnantie van Hurgemeesteren en de Ka;idt op het Zijlvest van Termunterzijl, 1697 en 1731.
Ordonnantie wegens de Buir en de Dijk-Richters en ordre op de schouwingen van wegen, dijken en voetpaden, 1735.
8. BEVOLKING EU VOLKSLEVEN.
(Bladzijde 127 van den Catalogus).
Staat behelzende de gemiddelde sterfte in de gemeenten, 1841—1860.
Staat van geboorte en sterfte der stad Groningen, 1814—1818.
Verhuizingen in 1826.
Staten van de bevolking in de onderscheidene gemeenten en kantons in de provincie Groningen.
127
en met 18G0, met do daarbij behoorende staten der ver-sc!)illende gemeenten.
Staten betreffende de bevolkings-statistiek der provincie, 1811—1823..
Bevolkingsstaten der provincie Groningen over 1819, 1824—1860.
Staten der bevolking over 1850, 1853—1872.
Bevolkings-statistiek der provincie over 1831—1850, 1852, 1853, 1855—1857.
Opgaven der landverhuizingen in 1848 tot en met 18G0; 13 stukken.
Opgaven van het getal personen, dat zich in 1821 in de gemeenten heeft gevestigd en dat uit de gemeenten is vertrokken.
Lijsten der ingezetenen opgegeven door de plaatselijke besturen (1828).
Opgaven der levenloos vertoonde kinderen over 1837.
Stukken betreffende de bevolking der gemeenten in do provincie Groningen, in Mei 1858, naar hun wonen binnen of buiten de kommen der gemeenten.
Opgaven en tabellen betrekkelijk de tienjarige volkstelling in 1839.
Opgaven omtrent de-gehoudene volkstelling in 1849. — Nadere opgaven; 2 pakk.
Opgaven van de bevolking op den 1 Jannarij 1850. Idem der bewoonde en onbewoonde huizen; 2 pakk.
Opgaven der Gemeentebesturen over de inrigting dei-bevolkingsregisters (1857).
Opgaven van de Gemeentebesturen nopens de Bevolkingregisters, het bijhouden daarvan, moeijelijkheden enz.; 1859.
Stukken en opgaven van de Gemeentebesturen betreffende de Volkstelling van 1859.
128
H. A. Wij nne, buislioudelijke toestand dor arbeidende klassen in de provincie Groningen; over 1855. (Afdruk uit de Bijdragen der Comm. v. d. statist, beschrijving d. prov. Groningen.)
H. A. W ij n n e en G. J. W e ij 1 a n d, Bijdrage tot de kennis van de instellingen ter voorkoming van schade in de provincie Groningen. (Afdruk uit de Bijdragen van de Comm. v. d. statist, beschrijving der provincie.)
licquesteii aan den Koning van de Schouten in het Hun-singokwartier en in de Manie over het verplaatsen van de Rechtbank naar Onderdendam.
Reglement voor de Provinciale Groninger Societeit (1853).
S, Tres ling en A. Nu man, bekroonde geneesk. prijsverhandelingen behelzende 1) de beschrijving der zenuwkoorts, welke gedurende de jaren 1808 en 1809 te Peize geheerscht heeft, — en 2) waarnemingen omtrent den persloop, welke in den nazomer van het jaar 1810 in de Kiel heeft plaats gehad; Groningen, 1812.
Opgaven van de plaatselijke besturen wegens de dooide heerschende ziekte ongelukkig geworden huisgezinnen; 1826.
Opgaven van de plaatselijke besturen wegens gedanen onderstand tijdens de volksziekte in 'tjaar 1826.
Circulaire van den Gouverneur der prov. Groningen, d.d. 10 Mei 1832, betreffende maatregelen te nemen bij bet naderen en bet heerschen der Cholera; met 1 bijlage.
Aanschrijving van den Commissaris des Konings in Groningen, van 29 Sept. 1854, en Circulaire van den Minister van Binncnlandsche Zaken, van 26 Sept. bevorens, no. 162, 9e Afdeeling, betreffende de Cholera asiatica.
Opgave der personen in 1848 en 1849 door de Cholera aangetast, daaraan overleden of hersteld; 1849.
129
Opgaven van de Gemeentebesturen van personen tot vaccinateurs; 2826.
Stukken betreffende den staat der Koepokinenting in de provincie Groningen, van 1 October 1857—1 Oct. 1860; 3 pakk.
Stukken betreffende de gedane Koepokinentingen in de gemeenten der provincie in 1858—1860; 3 pakk.
Opgaven van (het getal?) krankzinnigen in de prbv. Groningen; 1816 en 1824.
Reglementen op het begraven dor lijken bij de verschillende gemeentebesturen (1828). — Opgaven omtrent liet? aanleggen van nieuwe begraafplaatsen.
Armen-apotheek voor de prov. Groningen; Gron., 1831.
Pharmacopoea pauperum provinciae Groninganae; goedgekeurd 13 Julij 1859; uitgegeven 17 Sept. 1859.
Lijsten der Geneeskuustoefenaren in de prov. Groningen , 1826—1856.
Lijst van geneeskundigen, tandmeesters, apothekers, droogisten en vroedvrouwen in de prov. Groningen, op den 1 January 1871.
Stukken betreffende het vaststellen van eene Prijslijst van geneesmiddelen voor de Armpraktijk in de provincie Groningen; 1860—1861.
Stukken betreffende de zaak der Gezondheids-commissiën in de gemeenten der provincie; Nov. 1860.
L. A li Co hen, beknopt overzigt van den Gezondheids-en Ziektetoestand in de verschillende gemeenten der provincie Groningen, over het jaar 1858. (Afdruk.)
——-----statistiek overzigt van den toestand der
Gezondheid en Ziekte van menschen en vee enz. in de verschillende gemeenten der prov. Groningen, over het jaar 1859. (Afdruk.)
9
130
L. Ali Cohen, Overzigt van den toestand der prov. Groningen en van hare verschillende gemeenten, over het jaar 1860, met betrekking tot hetgeen onder de rubriek „Medische politiequot; pleegt gebragt te worden; 1862.
Staat, aantoonende de voornaamste bijzonderlicden betreffende den algemeenen Gezondheids- en Ziektetoestand in de verschillende gemeenten der provincie Groningen, over 1860, opgemaakt door de provinc. Commissie van geneeskundig Onderzoek en Toevoorzigt in Groningen; 1861.
Idem over 1861; Grön., 1862.
gt; J. Z e e m a n, Rapport van de Commissie voor Statistiek der Maats. t. bev. d. Geneeskunst, over de lotelingen uit de provincie Groningen, van 1836—1861.
9. FIKANTIEN.
Stukken betreffende den lOOsten penning, genegocieerd anno 1672, en loopende over vele jaren der 18de eeuw.
Extra Capitaal en Heerdsteden over den jare 1697.
Gemaal over anno 1697; 2 stuks.
Gemaal over anno 1698; 2 stuks.
Opbrengen van d' Extraordin. Zeep en Asijn over dese provincie 1698 en 1699.
. Redres van de provinciale Finances; 1720—1724.
Rapport der H.H. Gecommitteerden van Stadt en Lande, tot het Redres en Verbeteringe van deese provincie Finances. Actum Groningae Mercury den 12 Junij 1720.
Offic. (en belangrijke) gegevens betreffende de finantiëu van Stad en Lande, 1752—1787.
Middelen van Consumtie over de geheele provincie Groningen voor de iaren 1750 tot en met 1801 (ontbreekt
(Bladzijde 130 van den Catalogus).
Staat der sterften in de verschillende gemeenten over de jaren 1839—1860.
Reglement op de administratie der kerkelijke fondsen van de eeredienst bij de Hervormde gemeente in de provincie Groningen, 1830.
9. FINANCIËN.
Placcaet, resolutie, Generale ordonnantie, mitsgaders Ordre van verpachtingen en de procederen. Idem particuliere ordonnantiën ende instructiën op 't collecteeren ende innen van de Generale middelen van Stadt Groningen ende Ommelanden, 1661, 1676, 1697, 1717.
Verkoopingen van provinciale landen, 1764—1773.
(Bladzijde 131 van den Catalogus).
Recneil der ordonnantiën op het stuk der Grenieene middelen over de Heerlijkheid Wedde en Westwoldinger land.
131
1792); — 49 Rekeningen. (Behelzen: Staat van de Peep, Azijn, wollen Lakenen en Manufacturen, Zout, Aardappelen, de Wage, Torff, Spilsluisen, Coffij, Thee eet., üit-heemsche bieren. Wijnen, Brandewijn, Tabak, Extra Ge maal, Beestiaal, Enzï., ook Drooge gest sedert 1783.)
Qnitantie Boeken van Hoorngeld, Capitaal, Heerdsteden en oude Lompen, van de jaren 1758 tot en met 1801, over de provincie van Stadt en Lande; 44 Boeken.
Besoignes der Heeren Gecommitteerden tot het redres der provinciale Finances; 6 Dec. 1791 tot 28 Maart 1794.
Stukken betreffende de Verponding in dit Departement, in 1811.
Verzameling van stukken betreffende finantiële aangelegenheden van de provincie, opbrengst van belastingen enz., 1806—1817.
Stukken betreffende de Rekening en Verantwoording wegens de enkel provinciale en huishoudelijke inkomsten en uitgaven van de provincie Groningen over het dienstjaar 1857.
Rekening en Verantwoording der enkel provinciale en huishoudelijke Inkomsten en Uitgaven, dienstjaren 1858 en volg.
Begrooting provinciaal bestuur van Groningen, voor zooveel het Rijksbestuur is voor de jaren 1859 en volg.
------enkel Provinciale enz. Inkomsten en Uitgaven, voor de jaren 1859 en volg. met de Memoriën van toelichting.
Stukken betreffende de opbrengst der belasting op den Wijn en de Sterke dranken, die in de gemeenten der prov. Groningen wordt geheven onder den naam van Massaal-fonds over de jaren 1857—1862; 4 st.
Verordening enz. betreffende de belasting op den Wijn
132
cn de Sterke Drauken ia de gemeenten dor provincie Groningen, met uitzondering van de gemeente Meeden; vastgesteld in December 1859.
Statistieke opgaven van de Gemeentebesturen, betrekkelijk aanslagen voor de personele belasting; 1835.
Statistieke opgaven wegens de huurwaarde en het mobilair; 1836.
Statistieke tabellen betreffende de personele belasting, 1842—1843.
Statistieke tabellen der stedelijke en plaatselijke belastingen; 1849.
Stukken betreffende de zaken van het Kadaster in de provincie, over 1844.
Verzameling van stukken betreffende do invoering van den provincialen hoofdelijken omslag van 18G8—1875.
Ordonnantiën en instruction op het collecteren en de inning van do Generale middelen van Stad en Ommelanden 1737.
Punten van bezwaarais en conclusie ten laste van G. H. ten Berge als gewezen Kontmeoster dor vaste goederen van de Provincie, 1687.
Rapport van Gecommitteerden van Stad en Lande tot redres van verbetering van do finantion der Provincie 17 20.
Placaat Resolutie enz. order van verpachting enz. instructie op het collectoren en innen van generale middelen in do Stad Groningen en Ommelanden 1717.
10. ARMWEZEN.
Stukken betreffende armenzaken en armenonderhoud; 1598, 1704, 1781, 1783, 1784, 1789, 1790, 1796, 1800, 1812.
(Bladzijde 132 van den Catalogus).
Staat van door de gemeenten in de provincie Groningen gedane uitgaven over de jaren 1850, 1860, 1870, 1880 en 1882 ingevolge goedgekeurde rekening enz., door T. Ven erna A z. (Burgemeester van Sappemeer), 1885.
10. ARMWEZEN.
Reglement van de spaarkas te Aduard, 1838.
Gewone begroeting, no. 21, kosten, vallende op de Per ceptie en Keeberche der Nationale, voorbeen Gewestelijke Middelen en linposiüën, in bet Departement Stad en Lande van Groningen; 5de somme.
H. A. Wijnne. De heffing der provinciale opcenten op de grond- en personeele belasting in de provincie Groningen, 1865.
133
Stukken betreffende het Armwezen in deze provincie; 1601, 1701, 1791, 1818, 1820 en J821.
Rekeningen der Ommelander Armen over de jaren ]804 en 1808.
Staat betreffende kosten van het Armwezen in deze provincie in 1809.
Staten betrekkelijk de Armen-Statistiek in het Depart. Groningen, in 1807 en 1811.
Staat houdende renseignementen ten aanzien van de Armen in de prov. Groningen, in 1815.
Verslagen, opgaven en tabellen omtrent de Instellingen van weldadigheid in deze provincie', over de jaren 1872 en volg.
Eeglement op het armwezen in de provincie Groningen, van 6 Nov. 1832.
Eeglementen van de Instellingen van Weldadigheid in de verschillende gemeenten der provincie; 1855.
Lijsten der Instellingen van Weldadigheid in de verschillende gemeenten der provincie in 1856.
Stukken betreffende het armwezen in de provincie over 1859. (Rapport aan den Minister van Binn Zaken, d.d. 31 Mei 1860).
Stukken betreffende de kosten van het Burg. armwezen in de gemeenten der provincie, over 1852, 1853, 1856 en 1860.
Eapport der Commissie, aan welke door het Genootschap van Nijverheid te Onderdendam de beantwoording der vraag was opgedragen: „Hoedanig is de toestand der dienstbaren enz.?quot; (Overdruk uit de Handelingen des Genootschaps, 1851).
H. A. Wijnne, Huishoudelijke toestand der arbeidende klassen in deze provincie.
W. de Sitter, Bijdrage tot de kennis van den Tegen-
]34
woordigeu staat van het Armwezen in de prov. Groningen gt; over 1855. (Afdruk uit de Bijdr. v. d. Comm. der Stat. besclir d. prov. Groningen).
Verslagen van de algemeene vereeniging tegen bet Pauperisme, 1851—1860.
Het Bestuur over de zorg voor armen en verwaarloosden , door J. B u s c h K e i s e r.
11. gevangeniswezen; openbare veiligheid.
Statistieke opgaven betreffende de bevolking in de Gevangenissen in de prov. Groningen in 1857—1861 en 1862 ged.
Bewegingsstaten der bevolking in bet Huis van verzekering en de Gevangenissen in de prov. Groningen over 1859 en 1860; 2 st.
Opgaven der Brandbluschmiddelen in de verschillende gemeenten der prov.; 1823 en 1827.
12. onderwijs.
ïh. van S win de ren, Ontwerp van eene geschiedenis der schoolverbetering in de prov. Groningen; Gron., 1821.
H. Wester, Eedevoeringen over de alg. en bijz. Schoolorde in het depart, de Wester-Eems; Gron., 1813.
Ter Gedachtenis van Hendrik W ester; Groningen, 1821.
Stukken betreffende het Lager onderwijs in de prov. Groningen; 1807 en 1815.
Statistiek van de kosten enz van het Publiek onderwijs in het Departement van de Wester-Eems; d d. 9 Januarij 1812.
135
• Klassificatie der scliolen in de provincie Groningen, opgemaakt in 1807 door de Commissie van Onderwijs. Nu herzien in 1823; Groningen.
Opgaven van de onderscheidene schoolopzieners omtrent het aantal schoolgaande kinderen; 1 April 1826.
Stukken betreffende de zaak van het Lager Onderwijs en de Onderwijzers in de provincie Groningen.
Beredeneerde Verslagen van den toestand van het Lager Onderwijs in de zeven distrikten van de provincie Groningen over 1858 opgemaakt en volg., door de respective Schoolopzieners, volgens art. 65 der Wet op het Lager Onderwijs» van den 13 Augustus 1857 (Staatsblad No. 103).
Opgaven van de Gemeentebesturen betreffende de kosten enz. van het Lager Onderwijs in de prov Groningen in 1858 en 1859; 2 pakk.
Stukken betreffende de opgaven der Onderwijzers van de Lagere Scholen nopens hunne Scholen enz.; December 1859.
Stukken betreffende den staat der Gymnasia in de prov. Groningen, in 1860—1862.
G. A. Venema; over het ter school gaan der kinderen in het 7e schooldistrikt van de provincie Groningen, in 1858; Groningen, 1859. (Afdruk uit de Bijdr. v. d. Comm. v. d. Statist, beschr. d. prov. Groningen).
-------over het ter school gaan van kinderen
in het 7e distrikt van de prov. Groningen, gedurende het jaar 1859. (Afdruk uit de Bijdr. v. d. Comm. v. d. Statist. beschr. d. prov. Groningen).
Reglementen van het Weduwen- en Weezenfonds en van het Ondersteuningsfonds, beide voor de onderwijzers in de provincie Groningen, goedgekeurd bij besluit van Gedep* Staten der prov. Groningen, van 28 April 1853, no. 78, en van 19 Augustus 1858.
136
Handelingen der Alg. Verg. over het Weduwen- en Wee-zenfonds voor Onderwijzers in de provincie Groningen; 1852, 1853, 1855 en volg.
Jaarlijksch verslag van den staat van het gesticht voor bejaarde, hulpbehoevende onderwijzers en derzelver nagelaten betrekkingen over 184-4—1845
Verschillende stukken betreffende het Weduwen- en Wee-zenfonds en het Ondersteuningsfonds voor Onderwijzers in de provincie Groningen.
Staat der gewestelijke vereeniging Groningen van het Nederl. onderwijzers genootschap ia 1850.
llede bij de inwijding van dc Zuiderbewaarschool te Groningen, door Mr. J. H. Trip.
S. Blaupot ten Gate, De schoolbibliotheken, inzonderheid in de Provincie Groningen.
Antwoord van de Afdceling Appingedam van het Genootschap van Nijverheid, op de vraag; Welke middelen kunnen in het algemeen, of door het Genootschap ter bevordering van Landbouw en Nijverheid te Onderdendam in het bijzonder, worden aangewend, om het geregeld schoolgaan der kinderen op de lagere school te bevorderen?
13. HANDEL KN SCHEEPVAART.
Staten van de hoeveelheid levensmiddelen, fcurage, brandstoffen enz., welke in de gemeente Groningen ter markt zijn verkocht geworden met aanwijzing van derz. gemiddelde prijzen; 1824—1836; 13 st.
Verslagen wegens den slaat van Koophandel, Zeevaart; Fabrijken enz. in do provincie Groningen, over 1830—18C0.
Verslag van den staat van den Gewestelijken Koophandel, Scheepvaart en Visscherij, in 1841.
12. ONDERWIJS.
(Bladzijde 136 van den Catalogus).
S. Blaupot ten Gate. Het schoolverzuim in de provincie Groningen, in betrekking tot het schoolverbon I.
Tabellarisch overzicht van de regeling van het lager onderwijs in de provincie Groningen, 1862.
Verslag van de uitkomsten van het onderzoek naar den toestand der bewaar- en kleinkinderscholen in Friesland en Groningen, ingesteld door leden, plaatsvervangende en correspondeerende leden van den geneeskundigen raad voor Friesland en Groningen in 1882.
137
Weekstaten van In- en Uitgeklaarde Schepen in de provincie Groningen, over het jaar 1836—1838.
Kwartaal-staten van de In- en Uitgevoerde goederen in de provincie Groningen, over de jaren 1833—1842.
Kwartaal-staten van In- en Uitgeklaarde Schepen in de provincie Groningen , over de jaren 1834—1842.
Staten van den In- en Uitvoer in en uit de Provincie Groningen, over 1856—1860.
Statistiek van den Scheepsbouw in de prov. Groningen, 1814—1818 (en ook voor 1814).
Staten en andere stukken betreffende den staat van den Scheepsbouw in de prov. Groningen, over de jaren 1853— 1860.
Staten betreffende den Scheepsbouw in de provincie Groningen over de jaren 1853—1861, opgemaakt door G. J. We ij land, Kapitein-Expert van het bureau Veritas, te Groningen; 8 stuks.
G. J. We ij land. Staat van den Scheepsbouw in de prov. Groningen, over 1860—1861. (Overdruk uit de Bijdragen d. Comm. v. d. stat. beschr. d. prov. Groningen).
Stukken betreffende de Scheepvaartbeweging op de Kanalen in de provincie Groningen, over 1858.
Memorie van ingezetenen van Veendam aan den Koning, 25 Junij 1818, over de noodzakelijkheid, om tot behoud der Reederijcn de schepen als vast goed te doen considereren.
Statuten der Provinciale Groninger scheepsbouw- en scheepvaartmaatschappij.
Opgaven der Gemeentebesturen van de in hunne gemeente tehuis behoorende buitenlands varende schepen (1836).
Stukken betreffende scheepsverliezen, scheepsbouw enz. in eenige gemeenten der provincie, in 1838.
Opgaven der scheepsverliezen in 1842, 1843, 1846— 1848.
138
Statuten van de Alg. onderlinge Zee-verzekerings-Maats. de Goede Trouw, gevestigd te Sappemeerj 1858 en 1860.
lOjarig Verslag, over 1847 tot en met 1856, van de Alg onderlinge Zee-asstirantie-Maats. de Goede Trouw te Sappemeer; opgemaakt 10 Deo. 1858.
Algemeen aangeuomene Taxatie-tabel voor Zeeschepen der Zee-assurantie-Maatschappijen iu de provincie Groningen; Wildervank, 1860.
H. A W ij n n e, Handel en ontwikkeling van Stad en Provincie Groningen, geschiedkundig beschouwd; Groningen, 1865.
Briev aan een koopman in de Ommelanden; Waar in uit Oude Historiën, Echte Stukken en Bewijzen, het recht des Stapels voor de Stad Groningen ten klaarsten werd bewezen en uit Origineele Stukken voldongen, door een negotiant in Groningen, 1787.
De zandgronden van het stapelrecht, ontdekt en aangewezen en door vernietiging van hetzelve de vrijheid der ommelanden hersteld, 1787 en nota,
14. LANDBOUW.
H. Dijkema, Proeve van eene Geschiedenis der Land-huishoudiug en Beschaving in de provincie Groningen; 2 stukken; Groningen, 1851.
H. C. van Hall, Mededeelingen omtrent de statistiek van den Landbouw in de provincie Groningen; 1860. (Overdruk uit het Tijds. d. Maats. t. Bevord. v. Nijverheid, 1860; I, stuk 3). .
Rapporten van de Commissie v. Landbouw wegens den staat van den Landbouw en der Landhuishoading in 1818— 1821.
Staat van den Landbouw en der Landhuishouding enz.
13. HANDEL EN SC1IEEPVAAHT.
(Bladzijde 138 van den Catalogus).
Statuten der Onderlinge Zee-assnrantie-maatschappij Concordia.
Jaarverslag der Kamer van Koophandel en Fabrieken te Veendam en Wildervank, over 1878.
Ordre op de ingeslapene misbruiken bij de Provinciale trekveeren. — Gearresteerd 11 Februari 1773 (benevens 3 andere stukken).
139
in de prov. Groningen, in den jare 1818, opgemaakt en uitgegeven door de Commissi;; v. Landbouw in dezelfde provincie; Grou., 1821.
Stukken betreffende den staat der gewassen en voortbrengselen van deu Landbouw in de provincie, over 1829— 1845.
Verslagen van de Commissie van Landbouw in de prov. Groningen nopens den toestand der gewassen en van het vee in dat gewest, over 1859; opgemaakt 24 Mei, 9 Julij en 20 September van dat jaar.
Staat der gewassen en van bet vee, als voren, over 1860.
Staten van de Middelprijzen der granen over het jaar 1838.
Staten betreffende de opbrengst van den oogst in 1812, in het Depart, van de Wester-Eems.
Staten van de landerijen en den oogst in de provincie, in 1817—1819 en 1823.
Statistiek van de opbrengst van den oogst in de verschillende gemeenten der provincie, over de jaren 1817 tot en met 1823; 7 tabellen.
Statistieke opgaven en algemeene tabellen van de opbrengst van den Oogst in de verschillende Gemeenten dei-provincie, over de jaren 1827 en 1832 tot en met over 1860; 30 pakk. en tabb. (De algemeene tabel over 1856 ontbreekt).
C. J. Geertsema, Beschrijving van den landbouw in de districten Oldambt, Westerwolde en Fivelingo, in de prov. Groningen; Haarlem, 1868.
P. Heidema en E. Dijkema, Beschrijving van den landbouw in het district Hunsego; Haarlem, 1871.
Opgaven dat er geene ziekte onder de varkens heerscht; 1830.
Opgaven betreffende de aanwezige zieke varkens; 1846.
140
Staat nopens de in de pvov. Groningen gedane inentingen van het Eundvee tegen de besmettelijke Longziekte, van 14 April 1854 tot en met 1860.
L. Ali Cohen, Overzigt van den loop der besmettelijke Longziekte en van den loop en de uitkomsten der daartegen aangewende Inenting in de prov. Groningen, van 14 April 1854 tot uit. December 1859. (Afdruk uit het Ned. Tijds. v. Geneesk., 1861).
Stukken betreffende eene besmettelijke Paardeziekte, welke in 1860 in de prov. heeft geheerseht.
Verslag omtrent het besmettelijke en de middelen tot voorkoming of genezing der Longziekte onder het Rundvee; opgemaakt door de Commissie van Landbouw in de provincie Groningen; Mei 1860.
Inenting van Runderen tegen de Longziekte in de prov. Groningen, door J. C. Billroth; Mei 1860.
Opgaven betreffende de aanwezige veeartsen ia do provincie Groningen; 1846.
Halfjarige verslagen der Kijks-Veeartsen nopens do ziekten van het Vee; 1858—1862.
Reglement ter voorkoming van het overbrengen en voortplanten der heerschende Longziekte onder het rundvee in de provincie Groningen, 25 April 1848.
Reglement ter onderlinge verzekering van rundvee tegen de verliezen van Longziekte en brand veroorzaakt, in de provincie Groningen; Gron., 1840.
Suppletoir reglement betreffende de provinciale verwaar-borging bij de Ned. Maats, van Veeverzekering.
Opgaven van de plaatselijke besturen wegens de gedoode veldmuizen in hunne gemeenten (1825).
Opgaven der schaden door veelvuldige regens en rupsen in den zomer van 1829 geleden.
H. C. van Hall, Geschied van de verwoestingen door
14. LANDBOtW.
(Bladzijde 140 van den Catalogus).
Reglement op het bestuur der stichting, genaamd „Fonds voor den Landbouwquot; in de provincie Groningen.
(Bladzijde 141 van den Catalogus).
Statistieke opgave omtrent schapen, 1833—1852.
Verslag over den veestapel in het Westerkwartier der provincie Groningen, door J. C. Bil rot li.
141
de rupseu, ia het jaar 1820, aangerigt in do prov. Groningen ; Gron-, 1829.
Opgaven wegens verlies van rundvee of schapen; 1830.
De Longziekte onder het rundvee in de prov. Groningen, door J. 0. Billroth; 1875.
Over den uitvoer van mest uit Friesland; 1805.
Opgaven omtrent hot beuoodigd brood in het depart, van de Wester-Eems, Aug. 1812. *
Stukken betreffende de executie van het dekreet van 4 Mei 1812, over de circulatie van het koren; hoeveelheid granen enz., in Groningen, in 1816.
Over het verbod van den uitvoer van granen; 1816.
Missives van den Gouverneur en van de Comm. v. Landbouw over den invoer van buitenlandsch rundvee; 11 en 12 Maart 1817.
Rapporten over inculte gronden, toemaking en bemesting in deze provincie, Groningsche stratendrek enz.; 1808—1810.
Missives over de teelt der aardappels; 1817 en 1818.
Rapport van Gedeput. Staten aan den Min. v. Binnenl. Zaken over de bevordering van do afgraving der hooge veenen, d.d. 15 April 1818.
Rapport van den Gouverneur aan de Min. v. h. Publiek onderwijs, de Nationale nijverheid en da Kolomen, over de ontginning van woeste gronden, d.d. 3 Nov. 1819.
Informatien gegeven aan den heer T. S y p k e n s, over de ter ontginning geschikte afgeveende gronden in deze provincie; d.d. 27 April 1818.
Stukken betreffende de Dallanden in de gemeente Wil-dervank, 1818.
Over woeste gronden in Groningen; over de Veenkolo niën enz.
Rekwest en Inlichtende memorie, namens een aanzienlijk
142
aantal voorname Landbouwers in de prov. Groningen, ter erlanging van tijdelijk verbod van en voortdurend bezwaar op den invoer van granen en peulvrucliten, aan Z. M. den Koning der Ned , in de maand Dcc. 1823 ingediend; Gron., 1823. (Het stuk is gesteld door J. R Modderman).
Memorie, inhoudende bezwaren tegen de voorgedragene wijzigingen in de thans bestaande Graanwet; door S. Pic-cardt en 14 andere ingezetenen van de prov. Groningen (waaronder de heeren J F. ZijIker, G. Reinders en R. Wasterhoff; 1844.
Adres van de Staten der prov. Groningen aan den Koning, om te verzoeken, dat de wet van 29 Dee. 1835 (Std. no. 41) — de Graanwet — niet veranderd of gewijzigd worde; d.d. 2 Julij 1844.
Handelingen van het Genootschap ter bevordering dei-Nijverheid, gevestigd te Onderdendam; 1837—1S60.
Plan betrekkelijk de zamenstelling, de benoeming, enz. van eene Commissie van Landbouw in de provincie Groningen, 22 Julij 1851.
Stukken betreffende de Maatschappij van Landbouw in Groningen, 1853—1860.
Mr. E. vau Loon, Verslag, ingezonden door de Afd. Appingedam van het Genootschap van Nijverheid, gevestigd te Onderdendam, over de Landbouw-statistick.
15. FABIUJKS- EN OOK ANDERE NIJVERHEIÜ.
Statistieke tabellen der Fabrieken en Trafieken in de provincie Groningen op 1 Augustus 1816. (Eerste tabel behoorende tot de Circulaire, d.d. 31 Augustus 1816, no. 61, A). Opgemaakt door Gedeputeerde Staten der prov., den 9 Julij 1817.
(Bladzijde 142 van den Catalogus).
Verslag van de Maatschappij van Nijverheid in het Westerkwartier der provincie Groningen, over 1880, en rundvee-stamboek voor het Westerkwartier.
Handelingen van het Genootschap van Nijverheid in de provincie Groningen, 1878/79 en volgende jaren.
Vierde verslag van de proefvelden van het Genootschap van Nijverheid in de provincie Groningen. Oogst van 1885.
15. FABRIEKS- EM OOK ANDERE NIJVERHEID.
Verslagen van de Kamers van Koophandel eu Fabrieken in de provincie Groningen.
Nyverheidsstatistiek in de provincie Groningen, 181G— 1829.
143
Opgave van de Fabrijken en ïrafijken in de provincie op den 1 Aug. 1816 en den 1 Dec. 1819.
Provinciale opgaven der Fabrijken en Werkwinkels in dc provincie Groningen, op 31 December 1819.
Aanmerkingen omtrent den toestand der Fabrieken en quot;Werkwinkels in de prov. Groningen, en de middelen.om derzelver bloei te bevorderen; 1820.
Opgaven omtrent schepen, fabrijken, enz. over 1846— 1848.
Stukken betreffende de ambaebts- en fabrijknijverheid van Groningen, over 1859 en 1860.
Stukken betreffende de statistiek der Arbeiders in fabrijken in deze provincie; April 1861.
Stukken betreffende de zaak der Veenen en den impost op de Turf; 1806 en 1807.
Stukken over het graven van Kanalen en Veengraverijen enz.; 1816 enz.
Vragen en opgaven betrekkelijk de Looijerijen en schurftige schapen in do provincie; 1818; 2 stukken.
Stukken betreffende de Goud- en Zilversmeden; 1800.
Registre des declarations et insculpations de pompons, faites par les Fabricants d' ouvrages d'or et d'argent, affi-neurs eet , prescrites par les artt. 72 et 113 de la Loi du 10 Brumaire an VI. [Loopt over 160 fabrikanten enz. in Groningen en Drenthe en eenigen in O. Friesland; zond. jaartal].
Stukken betreffende de bevolking en het Fabrijkwezen in het arrondissement Appingedam, in 1811 en 1812.
U. G. Schilt hu is J.zn., Statistiek van de Ambachts-en Fabrijksnijverheid in de provincie Groningen; 1856 vergeleken met 1819. (Afdr. uit de Bijdragen der Comm. v. d. stat beschr. d. prov. Groningen).
Stukken van de Gemeentebesturen, behoorende bij de
144
vorenstaande verhandeling van den heer ü. 6. Schil thuis over den staat der fabrijken in 1856.
H. A. Wijnne, Bijdrage tot de kennis van de Nijverheid in de provincie Groningen. (Overgedr. uit het Tijdschrift v. Staathuishoudkunde en Statistiek: XIII d.; 6 afl.)
Opgaven betreffende do fabrieken in de prov. Groningen, in 1861, waarin meer dan 10 kinderen arbeiden.
H. A. Wijnne, Bijdrage tot de kennis van de nijverheid in de Provincie Groningen.
Opgaven ten behoeve van dc Rijkscominissie tot het onderzoek van kinderen in do fabrijken.
B. STAD GRONINGEN.
1. GESCHIEDENIS.
Verzameling van Ordonnanties, Resoluties, Keuren enz. van de jaren 1601—1799.
A. J. de Sitter, Voorloopig register van charters, privilegiën, placaaten, ordonnantiën enz. Stad cn Lande betreffende, loopende tot aan het jaar 1594; Gron., 1789.
Verzameling van 40 Advertentiën, Notificatiën, Publica-tiën, enz. van Burg. en Raad van Groningen; 17 Oct. 1809—30 Dec. 1816, in portef.
Verzameling van Pnblicatiën, Notificatiën enz. van de Regering der Stad Groningen, uitgekomen in 1811, 1814— 1821; 1827—1833; 1 dl.
Verzameling van Pnblicatiën enz. der Stad Groningen, van 1851—1860.
B. STAD GRONINGEN.
1. GESC1I1EDENIS.
(Bladzijde 144 van den Catalogus).
Verzameling van reglementen en instructiën van de Stad Groniugen.
Als boven.
Gilderolle van de brouwers.
Series consulum eorumque qui ante eos consulaire potestate fnêre in civitate Groningana ab anno MCCLX ad praesens boe tempus digesta, 2 deelen.
Instructie voor die Secretarien van Borgemesteren en Raadt in Groningen enz.
Platte Grond der Stad Groningen, 2 verschillende exemplaren.
(Bladzijde 145 van den Catalogus).
Voorstel door de Municipaliteit der Stad Groningen, gedaan aan de onderscheidene Kerkgenootschappen aldaar, betreffende het plan van schikking nopens de Kerkgebouwen, alsook het plan van schikking zelve, en project nopens de graven, met de resolutie en bijlagen daartoe betrekkelijk.
Voorstel van Municipaliteit en Kiezers, uitmakende de representatie van de Stad, aan het vrije volk van Groningen.
145
Verzameling van Resolutiëa van de provisionele Munici-paliteit der Stad Groningen.
Verzameling van resolutien van de Municipaliteit der stad Groningen.
Reglement voor de Gewapende Burgerraagt der Stad Groningen; Gron., 1806.
Reglement voor het bestuur der Stad Groningen, van 24 Jannarij 1324.
Registers van de Publicatiën enz. van Burg. en Raad der Stad Groningen van 1800—1810.
Notificatie van de Municipaliteit der stad Groningen, van 7 Oct 1796, betreffende de herziening van alle Stads-Ambten en derzelver Tractementen.
Brandordre, gearresteerd bij Burg. en Raad der stad Groningen, 16 April 1804; benevens andere stukken van dat jaar.
Een band, waarin 30 onderscheidene Conclusiën en De-cisiën, of Sententiën op en over onderscheidene differenten tnsschen de Stad Groningen en de Ommelanden, enz.; allen gedrukt in de 17de eeuw.
Placcaet, Resolutie, Generale ordonnantie, mitsgaders ordre van verpachtingen ende procederen item particuliere Ordonnantiën ende Instruction op 't collecteren en innen van de generale middelen van Stad Groningen ende Ommelanden; 1707.
Noodige Verantwoordinge Ende Bericht Op ende tegens het Ommelander Vertoogh Mitsgaders Cort ende waerach-tigh verhael van eenige notable veranderingen ende Onlusten, in die Regieringe van Stadt Groningen ende Ommelanden zedert eenige oude tijden tot nu toe . . . voorgevallen; Wegen Borg. ende Raadt in Groningen overgegeven in die Vergaderinge van haere Hog. Mog. 9 Januari] anno 1645; Groningen, 1645.
10
146
Conclusien mitsgaders decisien ofte sententien definitive op ende over verscheyden differentcn een tijdlanek gesweeft hebbende tusschen De stadt Groningen, Omlanden ende d'Oldampten, gepremmcieert ter vergaderinge ende op de naem van de Hog. Mog Heeren Staten-Generael der Ver-eenigde Nederlanden, den 7 Aug. 1649.
Corpus der Groninger Kegten. Vervattet in 4 deelen, rakende bet eerste de maniere van Procederen in Stadts Saaken, bet tweede het Eegt van Persoonen en Saaken, het derde Misdaden, het vierde het Oldambt en Sapmeer enz.; Groningen, 1725.
Handelingen van de® representanten van het Volk van Stad en Lande, mitsgaders bet rapport over het Conceptplan van oproeping tot ene nationale Conventie; 6 d.; Groningen. (gt;de deel ontbr.)
Stukken rakende de inschrijving tot het Nationale Fonds in de prov. Stad en Lande en de memorien en requesten bij den Breden Kaad der Stad Groningen ingedient ter renversering der gevestigde Constitutie enz.; 1786- 1788.
Portbocol en Wetten van de Commissie tot de Correspondentie met alle gewettigde Genootschappen en Vader-landsche Societeiten zoo binnen als buiten deze provincie; 11 Sept. 1786 en 6 Aug. 1787.
B. Alting, de pilaren ende peerlen van Groningen, enz. Groningen, 1750. (Bijgebonden andere stukken, ook van B. Alting, als: zijne historische Lofrede ter eere van Groningen; Groningen, 1710)
J. Alstorpbii, Conjectanea philologica super nummo cuso in memoriam obsidionis et liberationis urbis Groniugae anno 1672; cd. auctior; Gron , 1719.
Verklaring van het Tractaat van de reductie der Stadt Groningen aan de Unie van Utrecht; Groningen, 1794.
S. H. van Ids in ga, het Staats-recht der Vereenigde
(Bliulzijde 146 van den Catalogus).
Lof der Stad Groningen, door Quintijn Pabus, 1741.
Groningae's Adelaar, of de gedachten van L. Gockinga, 1699.
De persona van Groningen.
Nog een woord over Groningen's alouden toestand.
Over de ligging en aloude onafhankelijkheid der Stad Groningen.
Groningen veroordeeld door het Veemgericht te Wunner-berg in 1456, door Mr. H. O. Feith.
Opwekking tot de wapenoefening aan de Burger-Schutterij te Groningen, door G. J. G. Bacot, 1784.
Naamlijst der burgers, aangeteekend om don plaatselijken dienst tot maintien van rust en veiligheid in de stad Groningen waar te nemen.
Antwoord op de briev van Benjamin aan den besten en belanghebbenden burger in Groningen, door zijn meede broeder Joseph.
Tweede samenspraak tusschen drie Groninger burgers, over de noodzakelijkheid dat onze regeringsvorm, niet aristocratis, noch democratis, maar democratis bij representatie moet zijn. Gehouden den 26 Junij 1786.
Derde samenspraak tusschen drie Groninger burgers enz. Gehouden den 2 November 1786.
(Bladzijde 147 van den Catalogus).
Het nieuwe gecorrigeerde stadsboek van Groningen. Een band, bevattende het stadsboek, keurwet, gilde-i*echten enz.
Brief van een Groninger burger aan den heer S. H. van ld sin ga over zijn nieuwelijk uitgegeven boek tegens die van Groningen.
147
Nederlanden vertoond volgens dc geschiedenissen der Stad Groningen onder de Bisschoppen van Utrecbt en volgende Princen; I en II, le verdeeling, in 1 band; Leeuw., 1758.
T. Brunsveld de Blau, Groningens oudsten predikant niet kerkelijk noch rechterlijk, maar bij politieke resolutie der Stads-regering zijn ambt opgezegd enz.; Amsterdam en Groningen (1788); le st.
J. R. Modderman, Iets over de te dezer dagen door de Stad Groningen op nieuw, over het Oldambt, Wester-woldingerland, het Goreeht en Sappemeer gepraetenteerde superioriteit; Groningen, 1816.
T. P. Tres ling, de Warven en de Hoofdmannenkamer enz. binnen de stad Groningen; Groningen, 1839.
H. O. Feith, Korte schets van de oude gewoonte, om in houten gebouwen te wonen, enz, voornamelijk in Groningen; (afdruk, s. 1. et a.).
-------Diss, de Gildis Groninganis; Gron., 1838.
------Eegister, voor zoover het is uitgegeven,
van het Archief van Groningen; chronologisch en alphabe-tisch gedeelte.
------het Oldermansboek (1434—1770); Gron.»
1850.
--—-----het Eegt der stad Groningen op het klooster Ter Apel; Gron , 1851.
Verzameling van stukken betreffende de herstelling der Gilden enz. in de stad Groningen; 1808—1814.
Stukken betreffende de Finantiën der stad, 1812—1820.
Begrootingen der plaatselijke Inkomsten en Uitgaven van de gemeente.
Kort overzigt van het voornaamste, 't welk is voorgevallen in de stad Groningen, gedurende den jare 1835— 1844, 1846—1852.
Stadsboek van Groningen.
148
Groningens rust geboren uit onrust; 1748.
Geschiedenis van het beleg van Groningen, door E. Meter, 1839.
Herinnering aan het 2e eeuwfeest van Groningen bevrijding door J. Suringa, 1873.
Aanmerkingen op een leerrede van Ds. Blaauw, 1770.
Patriotuur regent geschetst in een Lauddagspredikatie, 1785.
Herstelde predikdienst van Groniugen's oudsten predikant T. B. de Blau, 1795.
Wat te doen in een bozen tijd, 1788.
Memorie en andere stukken over bezwaren tegen de Wet op de Patenten en derzclver executie, vooral met betrekking tot Groningen, d.d.....1819 en Julij 1820.
Adressen van de Kamer van Koophandel en Fabrijken te Groningen tegen de bepalingen over het Handelzegel enz., aan de Tweede Kamer der S. G., d.d. January 1843, en aan de Eerste Kamer, d.d. April 1852.
Adres van dezelfde Kamer aan de Tweede Kamer der S. G., over het ontwerp van wet houdende het Tarief op den In-, Uit- en Doorvoer; d.d. Nov. 1844.
Het Stadboek van Groningen van het jaar 1425.
Stukken betrekkelijk de defensie der Stad Groningen, 178 ■.
Een pakket, bevattende verscliillende stukken van de municipaliteit der stad Groningen.
Beknopte plaatselijke en geschiedkundige beschrijving der stad Groningen, door P. J. Beukema.
Redevoeringen bij plegtige gelegenheden.
Programma van het 2e eeuwfeest van het ontzet van Groningen, 1672.
Bouwstoffen tot eene geschiedenis van de boekdrukkunst en den boekhandel in Groningen, door J. Oomkens Jz., 1864.
(Bladzijde 148 van den Catalogus).
Gedenkwaardigste voorvallen omtrent de belegering van Groningen, door D. L e n t s.
Groningen verlicht in duisternis, door A. Troramius, 1744.
Stukken en bescheiden, rakende de procedure tegen den Heer Mr. C. Geertseraa, 1753.
Memorie van den Rentmeester van de Sladsveenen en Ter Apel, 1871.
Verschillende stukken betreffende de instelling der Regering van de Stad Groningen, 1795 enz.
Mr. W. de Sitter. Beschouwing van den financieelen toestand der gemeente Groningen, 1870.
Plan van oproeping, alsmede voorschriften voor de Regering der Stad enz., 1798.
A, Hoe tink. Het beleg der Stad Groningen in den jare 1672. Geschiedkundig tooneelspel in drie bedrijven.
Eeuwzang op het verlaten beleg van Groningen.
Installatie van Dr. Jacob Rosenberg tot opper-rabijn van de provincie Groningen, op 24 Mei 1853.
Verzameling van stukken betrekkelijk Groningen en Coevorden in 1672.
C. H. van Herwerden C.Hzn. Jubelrede op het tweede eeuwgetijde van Groningen's bevrijding, den 28 Augustus 1872.
A. van der Horst, nu Roelfzema. De belegering van Groningen in het jaar 1672, door sprekende personen uitgebeeld, 1772.
M. A, Amshoff. Gedachtenisviering van de vestiging der kerkhervorming binnen Groningen, in 1594.
M. Corstius. Jubeljaars-predikatie ter gedachtenis van de hervorming in de Stad Groningen, uitgesproken den 27 van Hooimaand 1794.
Geschiedkundige aanteekeningen omtrent het beleg van Groningen in 1594, benevens het uitvoerig programma van
deu gecostumeerden optocht, te houden in Groningen door het studentencorps in de maand September 1850.
K. Beunink Janssonius. Gruno's zegefeest (28 Augustus 1838.
A. Trommius. Bevindingen van hem zei ven gedurende zijn levensloop, 1720.
De belegering van Groningen in 1672.
P. Boeles. Het beleg en de bevrijding van Groningen in 1672.
P. Hofstede de Groot. Groningen's bevrijding in 1672.
Gezangen, welke gezongen zullen worden den 28 Augustus 1847 op het Volksmuziekfeest in de Martinikerk te Groningen.
Historisch verhaal van 't leven en oorlogsbedrijf van de Heer C. B. van Galen, Bisschop van Munster enz.
De Groninger kermis, dichtstuk door Hilarides, 1826.
Feesttoonen op de vernieuwde feestelijke herdenking van het beleg en ontzet van Groningen in 1672.
C. P. Sander. Brief aan den WelEd. Zeer Gel. Heer U. E. van Berehuijs over de Consubstantiatie in het Leerstuk van het Heilige Avondmaal, 1786.
H. Trip Gockinga. Brief over den Godsdienst. Begin der XIXe eeuw.
Dissertatio historico-medica inauguralis etc. auctore S. P. Popta.
(Bladzijde 149 van den Catalogus).
S. Grat ama. Dissertatie de locis in urbe Gron.: juridicundo et rei publicae administrandae olim dicatis.
2. B100 RA nu EN.
Adres (met bijlagen) van Roelof Schenkel, commies 3e klasse bij de Ju- en Uitgaande rechten, gestationeerd op Ameland, aan Z. M. den Koning, om te worden benoemd tot commies visiteur of als ambtenaar bij een der Entrepots in een der steden van Amsterdam, Kotterdam en Antwerpen.
149
Rekening, reglementen enz. van het Burgerlijk regiment in Groningen, 1725.
Feesttoonen op de feestelijke herdenking van het beleg van Groningen in 1672.
Ordonnantie omtrent het dragen van de rouw in Groningen, 1738.
Resolutie van de municipaliteit omtrent de trouwplegtig-heden en het formulier, 1796.
Caerte van de Belegeringe en opbrekinge der Bisschoppen van Collen en Munster voor de stadt Groningen. Aangevangen den 9 July geeyndieht den 16 Austy. En in deze proportie gebracht door J. Veldman amp; H. B o e r u in, Ingenieurs.
Korte opgaaf dor veranderingen, welke Groningen ondergaan heeft sedert het begin dezer eeuw; Gron , 1830.
E. J, Diest Lorgion, Geschiedkundige beschrijving der stad Groningen, met platen en kaarten; II dd.; Groningen, 1852—1857.
P. Hofstede de Groot, Geschiedenis der Broederenkerk te Groningen; Gron., 1832.
----------------Groningens bevrijding in 1672;
rede den 28 Aug. 1838 uitgesproken, met aanteek.; Gron., 1838.
J. O om kens Jzn., Voorafspraak bij het feest ter viering van de 50ste verjaring der oprigting van het Boek-verkoopers-Collegie binnen Groningen op den 29 Dec. 1860; Gron., 1861.
2. BIOGRAVHIËN.
P. Hofstede de Groot, Hulde aan T. A C1 arisse; Gron., 1828.
150
L. Ali Cohen, Aanteekening over Volcher Koyter; een beroemd Groninger uit de 16de eeuw. (Afdruk.)
S. Stratingb Ez., Redevoering ter plegtige nagedachtenis van wijlen den Hoogleeraar J. A. Uilkens, met portret; Groningen, 1825.
De nagedachtenis van S. Stratingh Ez., gevierd in het Genootschap ter bevordering der Natuurkundige Wetenschappen te Groningen, 1841; Gron., 1841.
J. A. van R o |j e n, Korte biographic van U. G. Schilt-huis Jz.; Julij 1860. (Afdruk.)
Vita et merita Rudolphi Agricolac door T. P. Tres-ling, 1830.
Nagedachtenis van T. A. Clarisse, gevierd den 12 Nov. 1828, door G. H. van Senden.
Gedenkrede op H. D. Guyot, door Mr. B. H. Lulofs, 1828.
Berigten nopens Doede van Amsvveer, door Mr. J. Potter van Loon, 1842.
Tjassens Kei ser. Toespraak gehouden in de kerk der Hervormden te Helium, op Donderdag den 2 Maart 1865 bij de begrafenis van den Heer de Haan.
3. ADMINISTRATIE EN DEIUi.
Verslag van den toestand der gemeente Groningen over 1851 tot en met over 1860; Gron., 1852—1861; X dd.
Reglement voor de Regering der stad Groningen, gearresteerd bij besluit van Zijne Majesteit den Koning, van 5 November 1815; Groningen.
Regerings-Reglementen voor de Stad Groningen (oudere en nieuwere).
Reglementen van politic voor de gemeente Groningen, van 11 Nov. 1822 en van 7 Junij 1856.
(Bladzijde 150 van den Catalogus).
J. Baart de la Faille en A. Modderman. Ter nagedacliteris van Mr. 11. de Ranitz.
Toespraak vau P. Hofstede de Gr root omtrent L. Gr. Par eau als man der wetenschap.
Laats. Geboorteplaats van Abel Jansz. Tasman. (Leiden 1846 uitgegeven).
Mr. H. A. Span daw en Mr. C. Star Nu man. Ta mm o S ij p kens, tot aandenken voor zijne vrienden. Dr. H. J. Nassau. Levensschets van Mr. C. Pothotï. Mr. 11. O. Feith. Levensschets van Dr. R. Wester-hoff, 1875.
J. Hofstede. Het leven van Sicco Tjaden. Ter gedachtenis van Jan Jacob Moddeiman, door zijne vrienden Theodorus van Swinderen en Barthold Hendrik Lulofs, 1809.
Mr. A. Modderman. Dichtregelen voor het declaraa-torium, ter gedachtenis van den Hoogleeraar Mr. B. H. Lulofs.
Schets van het leven en karakter van Alexander Nu man, door C. Star Nu man.
3. ADMINISTRATIE EN DERGELIJKE.
(Bladzijde 151 vau den Catalogus).
Jhr. Mr. H. J. Trip. De reiniging der Stad Groningen, in verband met de Veenkoloniën in hare voormalige jurisdictiën van 't begin der 15® eeuw tot op den tegen-woordigen tijd, 1880.
151
Stukken betreffende het belastingstelsel en de belastingen in de stad Groningen, in de jaren 1823, 1833 en 1852. * Verzameling van Publicatiën, Reglementen enz., betreffende beurtschepen en derg. van Groningen op andere gemeenten in de provincie of in andere provinciën (26 stuks).
Ontwerp-Reglementen en Instructiën tot regeling van de dienst der opruiming en den verkoop van de vuilnis van wege de gemeente Groningen, met toelichtingen; Groningen, 185».
Stukken betreffende de Veenen der stad Groningen.
Convenant tusschen de Stad Groningen en de Drentsche veengronden van Eext tot Valthe ingesloten.
Stukken betreffende het Vlotgeld en vervoer van de Stadsstratendrek; 1684, 1694, 1782, 1784, 1800, 1807, 1818 en 1819.
Opgaaf van de zuivere opbrengst van de Stads-straten-drek van 1810—1821.
B. D. H. Te liegen, de Mest-Inrigting der stad Groningen; Groningen, 1851.
Opgaaf van den koopman Casimir betreffende de mid-delprijzen van de granen, olie enz., van 1783—1809; Nov. 1822 (de olie over 100 jaar).
Stukken (Reglementen enz.), oudere en nieuwere, betreffende de Havens te Groningen.
Stukken (Reglementen enz.), oudere en nieuwere, betreffende de Korenbeurs, do Waag en het Boterhuis, de Korenmeters, den Beursmeester en de Voerlieden te Groningen.
Voorstel door de municipaliteit der Stad Groningen gedaan aan de onderscheidene Kerkgenootschappen aldaar, betreffende het plan van schikking nopens de Kerkgebouwen enz.; Groningen , 1800.
Reglement van Politie; 7 Junij 1856.
152
Reglement voor het Begrafenisfonds, opgerigt door het Alg. Collectanten-Gezelschap der Ned. Herv. Gemeente te Groningen; d.d. 10 Dec. 1860.
4. IMUGTINGEN VOOR ONDERWIJS.
Acta saecnlaria xVcademiae Groninganae complectentia orationes et carmen in natali eius ducentesimo publice dicta die 10 Octobris 1814. Edidit H. Munting he; Gronin-gae, s. a. (1816).
Beschrijving van de plegtigheden bij den 200sten verjaardag der Gron. akademie; Gron , 1815.
Het voormalig en tegenwoordig Academiegebouw, 1850.
Nagalm der feestviering te Groningen, bij gelegenheid der inwijding van het Academiegebouw, 1850.
Dr. W. J. A. Jonckbloet, Gedenkboek der Hooge-school te Groningen, ter gelegenheid van haar vijfde halve eeuwfeest; Gron., 1864.
Geschiedkundige aanteekening van het beleg van Groningen in 1594, programma van do gecostumeerde maskerade in 1850 gehouden.
E. J. Diest Lorgion, Gedenkschrift der inwijding van het nieuwe Akademiegebouw te Groningen in Sept. 1850; 2e druk; Groningen, 1851.
H. O. Feith, over den grond, waarop thans een nieuw Akademiegebouw voor 's Rijks Hoogeschool te Groningen wordt opgerigt; Gron., 1846. (Afdruk).
Gedenkboek of verzameling van stukken, betrekkelijk den uittogt der Studenten van Groningen en Franeker ten strijde voor het Vaderland iu 1830; Gron., 1831.
B. H. Lulofs, aan de dappere Studenten van Groningen en Franeker: Gron., 1831.
4. INRICHTINGEN VOOR ONDERWIJS.
(Bladzijde 152 van den Catalogus).
W. J. Wen del. Groningen's Akademiefeest van September 1864.
Beschrijving van do maskerade, welke door de H.H. Studenten, leden der vereeniging „Vindicat atque Politquot; den 12 October 1854 te Groningen zal gehouden worden.
Reünie en Akademiefeest. Scbetsen en mededeelingen door den schrijver van Ons Dorp, 1851.
J. Ruardi. Gedicht aan Z. K. H. de Souvereinen Vorst der Nederlanden, Willem den Eerste, op den 10 October 1814, wanneer het 200jarig bestaan der Gro-ningsche Academie gevierd werd, 181G.
Album van en voor de dcelgenooten der vereeniging van Oud-Studenten, bij de viering van bet 250jarig bestaan der Akademie te Groningen, 1864.
Feestzangen, ter gelegenheid van de inwijding van het Nieuw Akademiegebouw te Groningen.
Dr. L. S. P. Me ij boom. Feestrede uitgesproken den 12 September 1860, ter gelegenheid van de reünie te Groningen.
Mengelingen door de Groninger Studenten, 1816.
P. Hosstein. Aanteekeningen op de blijde dagen van 30 September en 1 October 1831, bij de terugkomst dei-Groninger en Franeker Studenten binnen de stad Groningen.
Aanspraak van Mr. T. A. ten Berge, voorzitter-curator indertijd, aan de Heeren Professoren.
Waarachtig verhaal van hetgene omtrent het hoogleeraars-ambt van Mr. Fred. Adolf van der Marck in bet Staats-, Natuur- en Volkenrecht op de Hoogeschool der Stad Groningen en Ommelanden is voorgevallen, 1775.
H. T. T. Fockens. Akademia Groningana, dimidio Secnlo XIX.
Effigies et Vitae professorum Akademiae Groningae en Omlandiae.
M. 0. Grratama en J. A. Feith. Geschiedkundige aanteekeniugen bij en uitvoerig programma van den optocht, voorstellende den intocht van „Grave Edzard I den Grote, tho Oostfreeslantquot; 1 Mei 1506 binnen Groningen te houden door de leden van het Groninger Studentencorps „Vindieat atque Politquot; 24 September 1879.
Prof. W. Heek er. Toespraak ter opening der reünie van Oud-Studenten der Groningsche Hoogeschool, den 22 September 1879.
Dr. M. J. Baart do la Faille. Toespraak aan de Oud Studenten der Groninger Ploogeschool bij hunne reünie, gehouden den 27 Augustus 1872.
Korte beschrijving van het 45jarig herinneringsfeest van den uittocht der vrijwillige flankeur-kompagnie Groninger en Franeker Studenten, 1876.
Vindieat atque Polit. Mengelingen door de Groninger Studenten, 1816.
B. H. Lulofs. Loflied van Groningen's Studenten £.an de muze der toonkunst.
Dankbetuiging aan de Groningsche Jufferschap bij het omkransen van het vaandel, uit naam der terugkeerende Studenten, 1831.
Mr. J. A. van Roijen. Openingsrede tot het feest, gevierd te Groningen, den 19—23 Juni 1844, ter herinnering aan den Akademischen leeftijd over de jaren 1820—1830.
Groninger Studenten-liederen, 1816.
Krijgsliederen.
L. D. Poitevin. Hommage aux étudians, flanqueurs volontaires de Groninque et de Franeker.
J. J. L. P. Mar chant. Le chant du depart, dédié
anx corps patriotiques des universités de Grouingue, de Leijde et d'Utrecht.
Mr. A. W. En gel cd. Lied voor de uittrekkende Groningsche Studenten, 1830.
Triumph-zang aan de Groninger Hoogescboolgenoten, 1830.
Welkomstgroet aan de tehuis komende vrijwillige flankeurs uit de Groninger Hoogeschool enz. na eene zegevierenden veldtocht.
Aan Nederlands dappere jongelingschap bij haren zegevierenden terugtocht uit het leger naar de onderscheidene hoogescholen.
Krijgslied voor Groningen's uittrekkende Studenten, door Mr. B. H. Lulofs.
O. Q. I. J. van S. Idem.
F. C. de Greuve. Juichtoon en zegezang bij den plechtigen intocht van de vrijwillige flankeur-compagnie dor Studenten van Groningen en Franeker, in de stad Groningen, den laatsten van Herfstmaand, 1831.
Reglement op het Beurzenfonds aan de Rijks-Universiteit te Groningen, opgericht door de Vereeniging van Burgemeesters in de provincie Groningen.
(Bladzijde 153 van deu Catalogus).
Jaarboeken der Rijks-Universiteit te Groningen, van af 1877—1878 en volgende.
153
Album der H.H. Officieren, Onder Officieren en Manschappen, uitmakende de Compagnie vrijwillige Flankeurs der Groninger iloogeschool en van het Franeker tVthenao-um; Groningen, 1830.
Handteekeningen der Deelgenooten vaa het Feest ter herdenking van den Akademischen leeftijd, te Groningen gevierd in 1844; Groningen, 1S44.
Feestrede uitgesproken op den 1 Julij 1830 in de Nieuwe Kerk te Groningen (Reünie studenten) door Mr. B. H. L u 1 o f s.
Academia Groningana, Dimidio Seculo XIX.
Getal der inschrijvingen als student sedert de oprigting der Iloogeschool te Groningen, verzameld door Mr. A. L. W i c h e r s.
Het voormalige en het tegenwoordige Akademiegebouw te Groningen enJJderzelver plegtige inwijding op 23 Aug. 1614 en 25 Sept. 1850, met afb ; Groningen, 1850.
Annales Academiae Groninganae 1815—1837, Gtonin-gae, 1817—1839; XXII vol.
Annales academici 1837—1857 ; Hagae Comitis, 1840— 1860; XI vol.
Almanak der Akademie van Groningen; 1—XVIII, 1813—1830.
Index rerum naturalium in Museo Academico Groningano; Gron., 1822.
Verzameling van stukken betrekkelijk de Akademie van Teeken-, Bouw- cn Zeevaartkunde (Minerva) in Groningen; 1798.
Schets van het onderwijs, hetwelk door den instituteur K. J. Koers aan de Academie van teeken-, bouw- en zeevaartkunde te Groningen gegeven wordt; Gron., 1798.
Handteekeningen der deelgenooten van het feest ter herdenking van den Acad. leeftijd 1820—1830.
154
Programma van het Stedelijk Gymnasium te Groningen; 1876 en 1877.
Stuk betreffende bet heffen van eene belasting op de uit dit Depart, uitvarende schepen ten voordeele van de Academie van Teeken-, Bouw- en Zeevaartkunde; 1812.
Memorie betreffende voornoemde Akademie; 1812.
Adres van bet Bestuur der Akademie van Teeken-, Bouwen Zeevaartkunde aan den Gouverneur der provincie; d.d. 4 Nov. 1818, ter opbeuring van de Akademie.
Stuk over de Academie Minerva (1829?).
Verslag omtrent den staat enz. der Akademie Minerva te Groningen, sedert derzei ver oprigting tot 1 Jan. 1837.
H. T. Roskes en J. VV. Ermerins, de Akademie Minerva aangeprezen, in twee voorlezingen; Gron., 1845.
Staat van de Akademie Minerva in 1861 en 1862.
Concept van een op te rigten Instituut van opvoeding; z. j. (Fransche memorie.)
Bepalingen der Landhuishoudkundige School te Groningen, 1845, 1850—1861.
Bepalingen d. Landbuishoudk. School, 1861—1^62; met afb. van de Boerderij der school te Haren, Reglement van orde voor de school, enz.
Adres aan de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Ge-neraal over de Landhuish. School te Groningen, April 1851.
Verslagen der Landhuishoudkundige school te Groningen, 1848—1861.
H C. van Hall, de Landhuishoudkundige School te Groningen: Gron., 1844.
J. Boeke, Waaraan heeft do Landbuishoudk. School te Groningen nog behoefte? 1860. (Afdruk.)
Archief der Maatschappij de Landhuishoudkundige school te Groningen;
(Bladzijde 155 van den Catalogus.
Bijzondere school-ordre voor de scholen ten platte lande het Departement Groningen, 1808.
155
1. Gedrukte stukken en dubbelden;
2. Notulen van het bestuur, 1861—1871; (2 stuks);
3. Notulen van de vergadering van Aandeelhouders;
4. Presentielijsteu en andere bijlagen bij de notuleu der vergaderingen van aandeelhouders;
5. Inhoudsopgave van ingekomen en afgezonden stukken;
6. Ingekomen stukken, 1861 —1871 ;
7. Afgezonden stukken 1861—1871;
8. Bewijzen van overdragt van aandeelen;
9. Overeenkomsten, Reglementen enz ;
10 Model van een Diploma der Landhuish. school;
11. Teekening en bestek van het vernieuwde gebouw te Haren;
12. Journalen, [veeboeken, melkboeken, kasboeken, grootboeken enz.
Adres van het Depart. Groningen der Ned. Maats, ter Bevord. van Nijverheid aan den Minister van Binnenland-sche Zaken (Maart 1860), aandringende op het tot stand brengen der nieuwe wet op het middelbaar, en zoodoende op bet industrieel onderwijs.
Reglement voor de Kweekschool voor Zeevaart te Groningen; 27 February 1858.
Bepalingen voor de sub-commissiën der Kweekschool voor Zeevaart, gevestigd te Groningen; 18 Aug. 1858.
Circulaires betreffende genoemde Kweekschool; Maart 1858.
Verslagen van de Kweekschool voor Zeevaart te Groningen, 1858—1860.
Het vijftigjarig bestaan der Kweekschool voor Onderwijzers te Groningen op den 19 Junij 1847 plegtig gevierd; met Bijlagen enz. betreffende de geschiedenis dier school; Gron., 1847.
156
Wet van het Gesticht voor bejaarde Onderwijzers enz.; 24 Sept. 1848.
Berigt over de Normaalschool voor Gymnastic, opgerigt door het Depart. Groningen der Maatsch. tot Nut van 't Algemeen (in 1844 opgerigt); Gron., 1855.
Verslagen enz, van het Natuur- en Scheikundig Genootschap te Groningen, van de oprigting (1801) af tot 1860, tusschen beide onder verschillende benamingen, laatstelijk „ter bevordering der Natuurkundige Wetenschappenquot;.
Th. van S win deren, Het 25jarig bestaan van liet Natuur- en Scheikundig Genootschap te Groningen, plegtig gevierd op den i Maart 1826.
Het vijfenzeventigjarig bestaan van het Natuurkundig Genootschap te Groningen, feestelijk herdacht op 25 en 26 Februari) 1876.
Vierenzeventigste verslag van het Natuurkundig Genootschap te Groningen, over 1874.
Wet van het „Natuurkundig Genootschapquot; te Groningen ; 29 October 1862.
H. O. Feith, Redevoering, ter gelegenheid van het vijf en twintigjarig feest der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, uitgesproken den 16 van Slagtmaand 1809; Gron., 1809.
H. O. Feith en B. H. Lulofs, Redevoeringen Dichtregelen, uitgesproken ter gelegenheid van het vijfentwintigjarig feest van het Departement Groningen der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, den 8sten van Louwmaand 1817, met aanteek.; Groningen, 1819.
H. O. Feith, Redevoering uitgesproken bij de viering van het vijftigjarig bestaan der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen door het Dept. Groningen dier Maatschappij, op den 19 November 1834; Groningen, 1836.
Concept-plan ter oprigting van een Scheikundig-oekono-
(Bladzijde 156 van den Catalogus.)
Mr. A. Modderman. Bijdrage tot de kennis-van het Departement Groningen der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen.
(Bladzijde 157 van den Catalogus.)
Beschrijving van het Instituut voor Doofstommen te Groningen aan de leden en oud-kweekelingen aangeboden tot een aandenken aan de viering van het 75jarig bestaan der inrichting, in het jaar 1865.
Verslag van de Commissie voor de practische ambachtschool, opgericht door de Vereeniging van Industrieëlen en Werkbazen te Groningen, over 1877.
Algemeen verslag en reglement van het Instituut (ïiphcretli Bacharium), ter onderwijzing van de Israëlitische jeugd te Groningen, en deszelfs plechtige inwijding op den 1 Augustus 1815.
157
misch Instituut voor de Fabrijken in het Gemeenebest en wel te Groningen (onder prof. P. Dries sen); z. j.
C. Guyot en R. T. Guyot, Beschrijving van het Instituut voor Doofstommen te Groningen, ten geleide v«n eene systematisch gerangschikte lijst der werken en geschriften over Doofstommen en het onderwijs aan Doofstommen; Gron., 1824.
Verslagen van het Instituut voor Doofstommen te Groningen.
Dissertatio de jure Surdo-Mutorum, door D. T. Guyot, 1824.
A. W. A lings, Auszug aus dem Berichte d. Taub Stummen-Anstnlt zu Groningen vom Jahre 18G0; Jahrg. 1862, van het Organ der Taubt. u. Blinden-Anstalten in Deutschland eet.
Wetten van het Instituut voor Doofstommen, 1798 in H. S., 1817, 1825, 1846, en veranderingen in de wet van 1846 gemaakt in 1856.
H. 0. Feith, Redevoering uitgesproken op het feest, gevierd bij het vijftigjarig bestaan van het Instituut voor Doofstommen te Groningen op den 22 van Hooimaand 1840; met aanteek.; Gron., 1841.
B. H. Lulofs, Verslag van de Commissie uit de Hoofddirectie van het Instituut voor Doofstommen te Groningen, ter zake het aldaar opgerigte monument ter eere van Henri Daniel Guyot; Groningen, 1829.
Het weldadig Groningen, of opgave en beschrijving van de nuttige inrigtingen te Groningen, in bet bijzonder ?an die ten behoeve van armen en ongelukkigen; Ciron., 1844.
Giftbrief van Mr. Th. van S winde ren , d.d. 22 April 1850 (opgenomen in het maandblad van het Nederl. On-
158
derwijzers-Genootsehap ter bevordering van Volksopvoeding en Onderwijs, 1850, no. 6, Junij).
5. INKIGTINGEK VAN WELDADIGHEID.
Twintigjarig Verslag van het Genootsehap der Moederlijke Weldadigheid te Groningen; Gron., 1845.
Verslag van de Vrouwen-Vereeniging te Groningen enz., over 1848 en 1849; Groningen, 1850.
P. Hofstede de Groot, Over armenverzorging door vrouwen, volgens eene twintigjarige ondervinding. Redevoering ter viering van bet twintigjarig bestaan der vrou-wenvereeniging ter bevordering van werkzaamheid en welstand onder de geringe volksklasse te Groningen, den 23 Febr. 1858.
Berigt over het gesticht voor pleegzusters en toevlugts-oord voor verwaarloosde meisjes te Groningen, van de oprigting af tot nu toe, bijzonder over het jaar 1858; Gron., 1859.
Wetten der Hulpkas voor Israëlieten, opgerigt te Groningen den 1 Junij 1850; Gron., 1H50.
Algemeen Reglement voor het Gesticht voor Pleegzusters enz.; Gron , 1856.
Stukken betreffende de Vereeniging tot onthouding van sterken drank te Groningen; 1843.
Stukken betreffende de Vereeniging voor dienstboden te Groningen; (1847 volgg.)
Verslag van de Vereeniging Nut en Genoegen te Groningen; 1849—1850.
J. A. Wijnne, Programma van het Stedelijk Gymnasium te Groningen, voor het jaar 1864—1865, waarbij gevoegd is eene verhandeling, ontleend.aan de Geschiede-
5. INRICHTINGEN VAN WELDADIGHEID.
(Bladzijde 159 van den Catalogus).
U. Gr. Schilt hu is. Vereenigingen tot weldadigheid in de gemeente Groningen bestaande.
Staat, aanwijzende hetgene in de Stad Groningen thans jaarlijks door elkander betaald wordt voor hier ter stede of voor elders bestaande nuttige of weldadige instellingen.
159
nis der oudheid en tot onderwerp hebbende: Macedonië tot den dood van Alexander den Groote; Gron., 1864.
Berigt betreffende het fonds, waaruit algemeen nuttige inrigtingen kunnen worden gesticht of ondersteund, te Groningen; 1854.
Reglement voor eene Maatschappij van lijfrenten, te Groningen, opgerigt den 17 Februarij 1854.
Verslag van bet Zeemans-Collegie de Groninger Eendragt over 1860.
Openbaar verslag van den staat des Nederlandscben Bij-belgenootschaps in het algemeen, en van dien der Groninger Afdeeling van hetzelve in het bijzonder, namens het Bestuur gedaan den 26sten Mei 1818.
Verslagen van het Algemeen Diakengezelschap der Ned. Herv. Gemeente van Groningen over de jaren 1846 tot I860, benevens eene circulaire van 1846.
Circulaire aan de Leden der Ned. Hervormde Gemeente te Groningen, 14 December 1857.
Eeglementen voor de Nederlandsche Israëlitische Hoofdsynagoge te Groningen.
Berigt over de Normaalschool voor Gymnastie, opgerigt door het Departement Groningen der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen.
Geschiedkundige beschrijving van het Diaconie Gasthuis te Groningen, door Dr. Keitsma, 1852.
Rekenschap van de benoeming van het Kerkelijk Kiescollege in 1867, door Hofstede de Groot.
Geschiedkundige schets van het Anthony-Gasthuis door Mrs. v. H. Bosch en Trip, 1851.
De Groene Wees; Schetsen en mededeelingen betreffende het Diakonie-Kinderhuis der Ned. Herv. Gemeente te Groningen, door C. P. L. Rutgers.
160
6. TOl'OGBAPHIE EN JiAÏUÜBLIJKE GESTELDHEID.
J. P. Beukema, Beknopte beschrijving der Stad Groningen, m pi; Gron., 1821.
Korte bandleiding voor vreemdelingen, die het merkwaardigste in de stad wenscben te zien; Gron , 1825.
Plan van de stad Groningen met derzelver oude en nieuwe afwateringen; Groningen, 1834.
M. Beekhuis, Proeve eencr naamlijst van versteende koralen en schelpdieren, welke in den Hondsrug gevonden worden; Gron., 1833.
L. Ali Cohen, de Hondsrug on deszelfs versteeningen, en geognostische beschrijving van den Hondsrug; 2 stukjes, met eene kaart; 1841 en 1842. (Afdruk.)
F. Roemer, Die Versteinerungen der silurischcn Dilu-vial-Gescbiebe von Groningen in Holland; 1858. (Afdruk.)
P. J. van Kerekhoff, de Hondsrug in de prov. Groningen bevat mergel; Gron., 1855.
7. GENEESKUNDIGE ÏOPOGRAPHIE EN EPIDEMIOLOGIE.
S. E. Stratingh, Groningen als woonplaats beschouwd; eene bijdrage tot de geneeskundige plaatsbeschrijving van deze stad; Gron., 1858.
H. J. Berghuis van Woortman, Diss, de ratione qna medicina tum veteriori, tuin recentiori tempore in civitate Groningana factitata est; Gron., 1839.
L. All Cohen, Bijdrage tot de geschiedenis van de prostitutie en hare regeling in de stad Groningen, van 1425 tot heden; 1860. (Afdruk.)
A. A. Sebastian, Geneeskundige bijdragen; Gron.,
7. GENEESKUNDIGE TOPOGRAPHIE EN EPIDEMIOLOGIE.
(Bladzijde 161 van den Catalogus).
Jlir. Mr. H. J. Trip. Geschiedenis der ziekten in 17®, 18e en 19e eeuw gelieerscbt hebbende te Groning 1867.
161
1839. (Daarin: Statistiek van de sterfgevallen in de stad Groningen, gedurende het jaar 1838.)
E. J. Thomassen a Thuessink, AlgemeenOverzigt der epidemische ziekte, welke in het jaar 1826 te Groningen geheerscht heeft; Gron., 1827.
G. Acker Stratingh, Diss, de cinchonio etc.; Gron., 1828. (Hierin: De cinchonini, chinini etc. efficacia et usu in febr. intermitt., habita praesertim ratione epidemiae Groningae anno 1826—1827 observatae.)
M. Nauta Peters, Spec. med. inaug. exhibens collectanea epidemium auni 1826 et 1827 Groninganam spec-tantia; Gron., 1828.
G. Bakker, Bijvoegsel tot den 2en druk van de Volkeziekte, welke in het jaar 1826 te Groningen geheerscht heeft; Groningen z. j.
M. J. Keiser. Diss, continens annotationes quasdam in febr. intermittentem, durante epidemia, praecipue Gronin-gana 1826 et 1827, cum lienis morbo copulatum; Groningen, 1830.
L. T. Schlenrholts, Diss, de effluviorum paludoso-rum, in regione inprimis Groningana, origine, natura eet.; Groningen, 1830.
Verslag van de Commissie tot ondersteuning eet., bij de heerschende ziekte (van 1826 en 1827) te Groningen. Gron., 1828.
D. de Vries Reilingh, Kort overzigt van de Koortsepidemie welke in 1846 in de prov. Groningen geheerscht heeft; Gron., 1847.
H. Reilingh Dz.; Verhandeling over de in de prov. Groningen epidemisch geheerscht hebbende Tusschenpoo-zende koortsen, sedert de elfde eeuw; Gron., 1858.
J. W. van Peyrna, Diss, sistens brevem conspectum
11
162
epidemiae vaviolosao quae anno 1840 Groningae grassata est; Gron., 1841.
H. Wichers, Verhand, over de Roodvonk-epidemie, die in het jaar 1855 te Groningen geheerscht heeft; Gron., 1856.
D. de Vries Keiliugh, Over het ontstaan en de verbreiding der Cholera te Groningen, in 1853 en vooral in 1854. (Overgedr. uit het Repertorium, N. R., deel 1.)
Verslag van do Commissie voor cholera zieken te Groningen omtrent hare werkzaamheden gedurende het heer-schen dier ziekte aldaar in het jaar 1849; Gron., 1849.
Verslag van de Vereeniging tot bevordering van do volksgezondheid te Groningen; 3 jaargangen.
D. de Vries Roilingh, de Cholera te Groningen in 1855 (Overgedr. uit het Repertorium, N. R., deel II.)
------------Geschiedkundige aanteekenin-
gen over de epidemiën, welke van het jaar 1806—1866 te Groningen geheerscht hebben; Groningen, 1869.
W. G er hards. Verslag van de werkzaamheden der Commissie voor Cholera zieken te Groningen in bet jaar 1854; Groningen, 1855.
W. Gerhards en J. Baart de la Faille, Verslag van de werkzaamheden der Commissie voor Cholera-zieken te Groningen, in het jaar 1855; Groningen, 1855.,
Verslag betreffende het heerscben der Cholera te Groningen in 1859.
Verslag van de werkzaamheden der Typhus-Commissie, gedurende de zomermaanden van 1856, te Groningen; Gron., 1856.
Reglement op bet toezigt over de Publieke vrouwen en Bordeelen, vastgesteld door den Raad der gemeente, den 27 Julij 1861.
Bijdrage over de voedingsmiddelen in de stad Groningen
(Bladzijde 162 van den Catalogus).
Eenige mededeelingen omtrent de Cbolera-epidemie en de werkzaamheden der Cholera-coiumissie te Groningen in het jaar 1866.
Herinnering aan den jare 1826, of alphabetische naamlijst der overledenen te Groningen, sedert den 1 Januari 1826 tot 31 December 1826.
Verslag van de Commissie voor Cholera-zieken te Groningen in 1849.
W. van Doeveren. De gunstige gesteldheid van Groningen voor de gezondheid; af te leiden uit de natuurlijke historie der Stad, 1771.
Verslag van de in bet jaar 1826 te Groningen waar-ganomene ziekten.
O
(Bladzijde 163 van den Catalogus).
Verslag van de verloskundige kliniek aan de Hoogeschool te Groningen, gedurende het jaar 1868, door Prof. Dr. W. M. H. Sanger.
163
gebruikelijk, door eene Commissie uit de Afd. Groningen van de Ned. Maats. t. Bev. d. Geneeskunst; 1855.
B. D. H. Tellegen, Het verbruik van Tarwe en Eogge in de stad Groningen in de jaren 1821 en 1822, en in de jaren 1827—1856. (Afdruk uit bet Staatk. en Staat-huisboudk. Jaarboekje.)
Geneeskundige Artnen-verpleging te Groningen; Bijlage, beboorende bij eene missive van de Afd. Groningen der Nederl. Maats. t. Bevord. d. Geneeskunst aan den Raad der gemeente Groningen en aan de onderscheidene Diake-nieën in die gemeente aangaande dit onderwerp, d.d. 16 Februari} 1855.
Eapport van eene Commissie uit de afd. Groningen der Ned. Maatscb. ter Bevord. der Geneeskunst, uitgebragt 21 Deo. 1854. (Behoort bij vorenstaande Bijlage.)
Verslag aan den Secretaris van Staat voor de Binnenl. Zaken, van eenige proefnemingen betreffende bet gewone zout, ten einde de deugdzaamheid van dit zont ten beste der ingezetenen te verzekeren, door P. Driessen; 31 Maart 1815.
Verslag van P. Driessen, als voren, met adres aan de Tweede Kamer der S. G. van de Zoutzieders W. Wol-tbers en Co. te Groningen, d.d. 16 Nov. 1844.
Missive (en finantiële staat) van Burgemeesteren der stad Groningen aan Ged. Staten, betreffende het Ziekenhuis en de Apotheek daarin, d.d. 17 Jan. 1820.
IV.
De andere provinciën des Kijks.
1. KOORD-BH ABANT.
Statistisch Tafereel der provincie Braband ... op primo Januari] 1815; op last der Heeren Staten van Braband gedrukt; 's Hertogenbosch, 1815.
Verslagen van den staat der provincie, uitgebragt door Gedeputeerde Staten, over de jaren 1831 en vervolgens.
Notulen van het verhandelde in de vergaderingen der Staten van Noord-Brabant; 1854 en volg.
Kort overzigt van de onderwerpen, behandeld in de gewone zitting der Staten, in November 1852.
Tabellarisch overzigt betrekkelijk de regeling van het Openbaar Lager onderwijs in de gemeenten van Noord-Brabant; 1861 en 1877.
Staat der onroerende goederen, der inschrijvingen op een der Grootboeken van de N. W. S., der rentegevende schuldbrieven en andere bezittingen van de gemeenten in Noordbrabant, alsmede der schulden ten haren laste, op 1 Jan. 1861.
Verslag wegens het Instituut voor Doofstommen, te St. Michiels-gestel, over het jaar 1862, 1863; St. M.-Gestel, 1863 en 1864.
2. GELDERLAND.
A. van Slichten horst, 14 Roeken van de Geldersse
IV.
I)e andere ProTinciën des Kijks.
1. JVOORD-BRAB AM'.
(Bladzijde 164 van den Catalogus). A. C. Bondam. De Ortensche verwikkelingen.
(Bladzijde 165 van den Catalogus).
J. L. Berns. Het Landrecht van Veluwe en Veluvve-zoom van 1593.
A. Roeloffs. Bijdrage tot de geschiedenis der grondrenten op de Veluwe.
165
Geschiedenissen, van 't begin af vervolghcl tot aen de af-zweeringh des Konincx van Spanien j vvaervan 't eerste Deel verhandeld de Landbesehrijvingh. Verciert met alle sijn Landkaerten, Steden ende Forten, benevens de wapenen der Vooghden, Graven ende Hertoghen; Arnhem, 1654.
J. Schrassert, Commenlatio ad Reformationem Vela-viae, eet; Hardervici, 1719.
Is. Ah. Nijboff, Gedenkwaardigheden uit de geschiedenis van Gelderland, door onuitgegevene oorkonden opgehelderd en bevestigd; deel 1—3, 5, 6, le st. (4e deel ontbreekt); Arnhem, 1830—1859.
Tegenwoordige Staat der Vereenigde Nederlanden, III, vervattende de beschrijving der provincie Gelderland; met naanwkeurige Landkaarten enz.; Amsterdam, 1741.
Statistieke opgaven betreffende deze provincie; 1810— 1812?
Statistieke beschrijving van Gelderland, uitgegeven dooide Commissie van Landbouw in dat gewest; met pl. en tab.; Arnhem, 1826.
L. A. J. W. Sloct, Bijdragen tot de kennis van Gelderland; Arnhem, 1855.
Geraerds Thesing, De ontwikkeling van de veluwe in verband met de verdediging des lands; Arnhem, 1867.
Proefblaadje eener Agronomische Kaart der gemeente Vorden in Gelderland (door Jhr. C. A. E. A. van Pan-huys; 1855. (De kaart zelve is niet in 't licht gekomen.)
Catalogus van de Openbare bibliotheek te Arnhem; Junij 1858; Arnhem, 1858;
Staat der Bevolking en van het Vee, op Januari) 1846, en van de opbrengst der Gewassen gedurende 1846 in Gelderland. Uitgegeven door de Geldersche Maatsch. van Landbouw; Arnhem, 1847.
166
Verslag betreffende het Gesticht voor Krankzinnigen te Zutplien, over het jaar 1858; Arnhem, 1859.
Verslagen van den staat der provincie, uitgebragt door Gedep. Staten, over de jaren 1830 en verv.
Notulen van het verhandelde bij de Staten van Gelderland.
Tabellarisch overzigt betrekkelijk de regeling van het openbaar lager onderwijs in de gemeenten van Gelderland.
3. VOORMALIGE PROVINCIE HOLLAKI).
Verbalen van het verhandelde bij de Heeren Staten van Holland; 1814; 1816—1822; 8 stukken.
Verslagen van den staat der provincie, uitgebragt door Gedeputeerde Staten, over de jaren 1830 en vervolgens.
Tegenwoordige Staat der Vereenigde Nederlanden, IV, V, VI, VII en VIII, behelzende de beschrijving van Holland; met Landkaarten enz.; Amst., 1742, 1744, 1746, 1749 en 1750.
J. Le Francq van Berkhey, Natuurlijke historie van Holland; 3 deelen, met afb.; Amst., 1769—1776.
J. de Gelder, Tableau alphabétique des villes, villa ges et communes des départemens de la Hollande, indiquant auquel canton de justice de paix auquel arrondissement ils appartiennent; Amsterdam et La Haye, 1811.
Eeglement van orde voor de vergadering van do Provinciale Staten van Holland, d.d. 5 Julij 1816.
4. ZUIDIIOLLANI).
Verslagen van den staat der provincie, uitgebragt door
2. GELDERLAND.
(Bladzijde 166 vau den Catalogus).
Verslag omtrent het onderzoek der grondsoorten in de Betuwe, door Dr. T. Seelheim, 1883.
Opmerkingen der waterschaps- en andere belanghebbende besturen en van een aantal grondbezitters, omtrent het ontwerp-reglement op het beheer der rivierpolders in de provincie Gelderland (Herziening 1876—1878).
Catalogus van de bibliotheek der Rijkslandbouwschool te Wageningen, 1877.
Eerste vervolg op dien Catalogus.
Rijkslandbouwschool te Wageningen. Programma van het onderwijs.
P. A. N. S. van Meurs. Geschiedenis en rechtsontwikkeling van Elburg.
4. ZUIDHOLLAND.
(Bliidzijcle 167 van den Catalogus).
Verslag van de Medische politie over het jaar 1863, te Eotterdam.
Schoollokalen. (Overgedrukt uit de Nieuwe Bijdragen ter bevordering van het Ouderwijs en de Opvoeding, van Februari 1860).
167
Gedeputeerde Staten, over de jaren 1840 en vervolgens.
Notulen van de buitengewone vergadering der Staten van 1842, en van de vergaderingen van 1852 en volg.
Register op de Notulen van het verhandelde bij de Provinciale Staten van Zuid-Holland, over de jaren 1841— 1860.
Tabellarisch overzigt betrekkelijk de regeling- van het Openbaar lager onderwijs in de gemeenten van Zuid-Holland, 1862.
Idem op 1 Januari 1872.
Verzameling van Plaatselijke verordeningen der gemeente Rotterdam; Rotterdam, 1857—-1859.
Jaarlijksche verslagen door de Hoofd-commissie aan de leden van de Vereeniging tot daarstelling van eene Alge-meene Openbare Bibliotheek en van een daaraan verbonden Leeskabinet te Rotterdam, medegedeeld in de Algemeene vergaderingen van February 1860—1863; 4 stuks.
Catalogus van do bibliotheek der polytechnische school te Delft, 1867.
Eerste vervolg op den catalogus van de bibliotheek der polytechnische school te Delft, 1873.
Verzameling van Plaatselijke verordeningen der gemeente Schiedam; Schiedam, 1858.
Verslagen van de Noord- en Zuid-Hollandsche Redding-Maatschappij over verschillende jaren.
Verslag aan Heeren Ged. Staten van Zuid-Holland over de gedane inentingen op het rundvee enz., in 1855, met 7 bijlagen.
Verslagen betreffende de Kweekschool voor Zeevaart te Leyden; 1858, 1859 en volgende.
G. de Lang, Bijdrage tot de kennis van de sterfte, geboorten en andere bijzonderheden, betreffende den ge-
168
zondheidstoestand der gemeente Hellevoetsluis. Gedurende liet öOjarig tijdvak van 1814—1863; Hellevoetsluis, 1865.
5. NOORDHOLLAND.
Staat van de kermissen en markten in de provincie Noord-Holland, 1 Jan. 1870.
Bijdragen tot de geneeskundige plaatsbeschrijving van Nederland, 3e stuk, Geneeskundige plaatsbeechrijving van het Gooiland.
Sterftestaten enz. van Amsterdam over 1874.
Het Dijks- en Molenbestuur in Holland's Noorderkwartier onder de Grafen-Regering en gedurende de Republiek, door Mr. G. de Vries Az.
Verslagen van den staat der provincie, uitgebragt door Gedeputeerde Staten, over de jaren 1840 en vervolgens.
Notulen van het verhandelde in de najaarsvergadering der Provinciale Staten van Noord-Holland, 4, 18, 20 Nov. 1856; en van de vergaderingen van 1856 tot en met 1860.
E. C. Buchner, Bijdragen tot de Statistiek der sterfte in de gemeente Amsterdam, gedurende de laatste twaalf jaren; Amsterdam, 1852.
S. Sr. Coronel, de bevolking van Hilversum in verband tot hare Industrie; eenc statistische studie; 1862. (Afdruk.)
Verslag, uitgebragt in de 28ste openbare vergadering van het Ned. Isr. Armbestuur te Amsterdam, op 31 Julij 1861, door den Vice-president I. T. Philips; Amst.i 1861. (Met afb. van het Ned. Isr. geneesk. gesticht voor Krankzinnigen te Amsterdam.)
Stukken betreffende de verkoopingen van afdeelingea ia
5. NOORDHOLLAND.
(Bladzijde 169 van den Catalogus).
Maatschappij tot opvoeding van weezen in bet huisgezin, gevestigd te Amsterdam.
De oploop te Amsterdam op Vrijdag den 24 Maart 1848. De Amsterdamscbe Weeskamer. Akademisch proefschrift door N. de Roever Az.
169
den drooggemaakten Haarlemmermeer-poider, met kaarten; 1854 en 1855.
Verslagen van den Handel, Scheepvaart en Nijverheid van Amsterdam.
Tabellarische overzigten der regeling van het openhaar lager onderwijs in elke gemeente der prov. Noordholland.
Maatschappij voor gemeente-crediet te Amsterdam over 1875.
C. Commelin, Beschrijvinge van Amsterdam, zynde een naukenrige verhandelinge van deszelfs eerste oorspronk uijt den Huyse der Heeren van Amstel en Amstellant, Haar Vergrootingen, Rijkdom, en Wijze van Regeeringe, tot den jare 1691; Amsterdam, 1704.
Mr. A. J. Enschedé, Inventaris van het archief van Haarlem, 3e Afdeeling; Haarlem, 1867.
Dr. P. Scheltema, Inventaris van het archief en catalogus der oude bibliotheek van Alkmaar; Alkmaar, 1869.
Inventaris van het provinciaal archief van Noord-Holland door Dr. P. Scheltema; Haarlem, 1873.
Catalogus van de bibliotheek der stad Amsterdam, zesde gedeelte; 1876.
6. ZEELAND.
Tegenwoordige staat van Zeeland;. 2 dn.; Amst., 1751.
S Sr. Coronel, Middelburg voorheen en thans; bijdrage tot de kennis van den voormaligen en tegenwoordi-gen toestand van bet armwezen aldaar; Middelburg, 1859.
K. Broes van Dort, Bijdrage tot de kennis van de sterfte der gemeente Goes en van den gemiddelden en waarschijnlijken levensduur harcr inwoners, gedurende het 30jarige tijdvak (1830—1859); Goes, 1861.
170
Verslagen vau den staat der provincie, uitgebragt door Gedeputeerde Staten, over de jaren 1836 en verv.
Notulen van de najaarsvergadering der Staten 1852, en volg.
Statistieke Tabellen betrekkelijk den algemeenen Gezondheids- en Ziektetoestand in de gemeenten der provincie Zeeland, gedurende het jaar 1859; ingediend door dc Prov. Comuiissie van Geneesk. Onderzoek en Toevoorzigt in Zeeland.
Reglement op het gebruik van de Provinciale Bibliotheek van Zeeland; vastgesteld d.d. 18 Nov. 1859.
Catalogus van de Provinciale Bibliotheek van Zeeland; Middelburg, 1860 en 1869.
Bezoek der leden van het 17de Ned. Landhuishoudk. Congres in den Wilhelmina-Polder, den 21 Junij 1862 (door Jb. Boeke). (Afdruk.)
Tabellarisch overzigt betreffende de regeling van het Openbaar lager onderwijs in de provincie; 1863.
J. P. van Visvliet, Inventaris van het oud archief van Zeeland. Kaarten en teekeningen; dl. I; Middelburg, 1874.
Idem, vervolg; dl. II; Middelburg, 1876.
Bijdragen tot de geneeskundige plaatsbeschrijving van Nederland; le stuk; natuurkundige plaatsbeschrijving van de prov. Zeeland.
Nieuwe catalogus van dc Provinciale Bibliotheek van Zeeland (1876).
7. UTRECHT.
Tegenwoordige staat van Utrecht, met platen: Amsterdam, 1758.
6. ZEELAND.
(Bladzijde 170 van den Catalogus).
A. J. F. Fokker. Het Bestuur van het Waterschap Schouwen.
171
Tegenwoordige staat van Utrecht, vervolgende de beschrijving van de Provincie Utrecht, met plat. en aanteeh.; Amst., 1772.
Mr. Joh. v. d. Water's Groot Plakkaatboek 's lands van Utrecht. Aangevuld en vervolgd tot het jaar 1810. Door C. W. Moorrees en P. J. Vermeulen; I deel; aflev. 1—9; Utrecht, 1857—1859.
Verslagen van den staat der provincie, uitgebragt door Gedeputeerde Staten, over de jaren 1830 en vervolgens.
Notulen van de vergaderingen der Staten van Utrecht.
Tienjarig register op de Notulen der prov. Staten van Utrecht, 1850—1859; Utrecht, 1860.
Tabellarisch overzigt van de regelingquot; van het Lager onderwijs in de prov. Utrecht; 1861.
Staat aantoonende de voornaamste bijzonderheden betreffende den Ziektetoestand over 1861 in de prov. Utrecht; Utrecht, 1862.
Verslagen van den toestand der gemeente Utrecht over 1851 en verv.
Kapport betrekkelijk den toestand der hulpmiddelen voor het natuur-geneeskundig onderwijs, enz., enz., aan de Hoo-geschool te Utrecht aanwezig; aan Zijne Excellentie den Minister van Binnenlandsche Zaken aangeboden door Curatoren der cvengemelde Hoogeschool; Mei 1849.
Plaatselijke verordeningen der gemeente Utrecht, bijeenverzameld door W. H. de Watteville, le ged. Politieverordeningen, Utreclit, 1860; — 2e ged. Belastingverordeningen, aid. 1860; — 3e ged. Huishoudelijke verordeningen, aid. 1860.
Jhr. Mr. J. Roëll, Het reglement op het onderhoud en gebruik der wegen in de provincie Utrecht met geschied- en regtskundige aanteekeningen; Utrecht, 1872.
172
Inventaris van het archief der Prov. Utrecht van den vroegsten tijd tot en met 1810, door P. J. Vermeulen, 1875.
Idem tot en met het jaar 1300.
Catalogus der Tentoonstelling van voor Nederland belangrijke Oudheden en Merkwaardigheden in de stad en provincie Utrecht voorhanden; Utrecht, 1857.
Verslag omtrent den toestand der vereenigde Gods- en Gasthuizen in de gemeente Utrecht , d.d. 31 Maart 1862.
Verslag van den toestand der gemeente Amersfoort enz. over het jaar 1861 en volg.
8. FRIESLAND.
Ubbonis Emmii rerum Frisicarum historia, eet; Lngd. Batavorum, 1616.
P. Camper, Recueil van stukken tot do V deelen dijken van Friesland betrekkelijk, waarin de nieuwe ordonnantie, ende instructie op den Binnen- en Buytendijk onder zijne G. den Graave Wilhelm Ludwich Als Stadholder van Friesland enz. enz. den 9 April van den jaare 1614 gemaakt, ten Nutte der Dijkgenooten van deese Contributie bijeen verzameld; Franeker, 1779.
J. Dating, Het verward Frieslandt of omstandig be rigt vervattende in zich, beroerten, oneenigheden en verwarring ontstaan onder de Ingezetenen van voornoemde Provincie enz. , 1749.
Mr. W. J. Baron d'Ablainij van Giessenburg, Nederlandsche gemeentewapens, of wapenboek der gemeente-heerlijkheden, waterschappen en corporation, welke sedert 1815 deel hebben uitgemaakt of behoord hebben tot het
7. UTRECHT.
(Bladzijde 172 van den Catalogus).
Verslag omtrent de gemeente- en waterschapsarcLieven iu de provincie Utrecht, over 1884/1885.
8. FRIESLAND.
Mr. M. Hettema. Het Emsiger Landrecht van het jaar 1312. Naar een oorspronkelijk oud friesch perkamenten handschrift uitgegeven en niet eene Nederduitsche vertaling en ophelderende aanteekeningen voorzien, 1830.
Bijdrage tot de levensgeschiedenis en verdienstea van H, van Deventer, door J. J. Kiestra.
173
Koninkrijk der Nederlanden, zoowel noordelijk als zuidelijk gedeelte der Provincie Groningen, Fiiesland, Drenthe en Overijssel.
P. Winsemius, Chronique ofte Historische geschiede-nisse van Vricslant, Beginnende van den jaere nae des Werelts scheppinghe 3635 ende loopende tot den jaere nae de gheboorte Christi 1622. Met schoone figuyren ende een Landts ende Steed-Caerten verciert; Franeker, 1622.
C. Schotanus, Beschrijvinge end Chronijck van de Heerlickkeijdt van Frieslandt tusschen 't Flie end de Lau-wers enz.; Franeker, 1655.
-------de geschiedenissen kerckelijk ende we-
reldlijck van Friesland Oost ende West; Beginnende van d' eerste Geheuchenis ende vol-trocken tot op het jaar na Christi Geboorte 1583; Franeker, 1658.
It aade Friesche Terp, vertooncnde De Frije Friezen, in haar oorsprong, opkomst, en voortgang. Als Landbestiering, Waapenhandel, Krijchsdaaden, Weetenschap , Vreemde voorvallen, Yver voor de Vryheit, Afgooderijje, Godsdienst en Landstreek. In 't gemeen bijeen gehoopt, voor de liefhebbers der vrijheit. Naa de wijze van een korte jaarteller, off (Chronologie) tezaamengesteld; Leeuwerden, 1677.
Een band, waarin:
1. Joannis Caroli de Rebus Casparis a Eobles Billaei in Frisia gestis Commentariorum Libri IV eet. Leovardiae 1731. (Met een geschreven Index.)
2, Naamrol der Edele Mogende Heeren Raden 's Hoffs van Friesland, Sedert de aanstelling van 't zelve in den Jare 1499, tot heden, eet. Waar achter gevoegt zijn verseheide Gedichten van Friesche Edelen; Leeuwarden, 1742.
G. F. Baron thoe Schwartzenberg en Ho hen-
174
lansberg, Groot Placaat- en Charter-boek van Vriesland, 2 dd.; Leeuwarden, 1768, 1773.
G. F. Baron thoe Schwartzenberg en Hohen-landsberg, Groot Placaat- en Charter-boek van Vriesland, 5de deel; Leeuwarden, 1793; benevens een gedeelte van het 3de deel (dat „om redenen door de Staten is ingehoudenquot;).
Register der Resolutien en Placaaten van Hun Edel Mogenden de Heeren Staaten van Friesland, beginnende met het jaar 1570 en eindigende met 1780 ingesloten; 2 deelen; Campen, 1784.
Lettre des Representans provisoires du Peuple de la Frise au citoyen Sou ham, général commandant la le division de 1' armee du Nord, par rapport au général Thierry, d.d. 4 Juin 1795.
P. O. van der Chijs, De munten van Friesland, Groningen en Drenthe (der Heeren van Koevorden), van de vroegste tijden tot aan de pacificatie van Gend; Haarlem, 1855.
Verslagen van den staat der provincie, uitgebragt door Gedeputeerde Staten, over de jaren 1831 en vervolgens.
Notulen van de wintervergadering der Staten van 1852 en volg.
Register op de gedrukte Notulen der prov. Staten van Friesland, over 1839—1849 en der drie buitengewone vergaderingen in 1850, gehouden vóór de invoering der wet van 6 Julij 1850 (Staatsbl. no. 39); Leeuw., 1862.
Tegenwoordige staat van Friesland; 4dn.; Amst., 1788.
J. V. C o u 1 o n, Statistiek en geneeskundig berigt wegens de geborenen en gestorvenen ia de provincie Vriesland, in de jaren 1815 tot 1828 ingesloten, enz.; Leeuwarden, 1831.
Statistieke tabellen betrekkelijk den algemeenen Gezond-
(Bladzijde 174 van den Catalogus).
Verzameling van provinciale reglementen enz. van politie en oeconomie, door J. H. D. Munuik, 1845.
De Scriptoribus Frisiae, decades XVI et semis auctore Suffrido Pctro, 1699.
De Frisiorum Antiquitate et origine, libri tres, auctore Suffrido Petro, 1(398.
Apologia suftVidi petri.
Herinneringen uit 1815 door eenen Frieschen vrijwilliger jager, 1866.
Rouwklacht op den ontijden dood van den Hoog Wel Geboren Heer Jr. H e s s e 1 Dou we Ernst van A y 1 va, 1777.
W. W. W i c h e r s Wie r d s m a. Geschiedenis van het administratief toezicht op de lage verveeningen in Friesland.
A. Felting. Het Oud Friesche Stadsrecht.
(Bladzijde 175 vau den Catalogus).
Bijlagen tot de geneeskundige plaatsbeschrijving van Friesland.
Vrijmoedige beoordeeling van de „Bijdragenquot; tot de geneeskundige plaatsbeschrijving van Nederland; 2° stuk; natuurkundige plaatsbeschrijving van de provincie Friesland, door Jhr. J. A. Lijcklama a Nijeholt, 1879.
A. A. F. van Fanbuijs. De landgemeente in Friesland. Akademiscb proefschrift, 1869.
S. A. Gab be ma. Verhaal van de Stad Leeuwarden, 1701.
Mr. Jan Willem de Crane. Letter- en geschiedkundige verzameling van eenige biographische bijdragen en berichten.
Geschied- en rechtskundige nota over de voormalige pastoriegoederen van de dorpen Usbrechtum, Tjalhuizen en Tirns in de Grietenij Wijmbritseradeel.
Missive en voorstel van Gedeputeerde Staten tot wijziging en aanvulling van bet reglement tot voorkoming van de overbrenging van de runderpest, 1867.
Medcdeelingen van de bevindingen en handelingen van het geneeskundig Staatstoezicht, voor zooveel betreft de provincie Friesland, le halfjaar 1885.
175
heids- en Ziektetoestand in de gemeenten der prov. Friesland, gedurende het jaar 1860, ingediend door do Prov. Comm. v. geneesk. Onderz. enz.; Leenwardeu, 1861.
Hetzelfde werk over 1861; Leeuwarden, 1862.
Mededeeling omtrent gedane proeven van inenting der besmettelijke longziekte op runderen in de prov. Friesland, benevens aauteek. nopens do ziekte, van het jaar 1842 tot en met 1852; Leeuwarden, 1853.
S. Feddema, Statistiek van het gebruik van sterken drank in de prov. Friesland in 1853; met toelichtingen; Leeuwarden, 1856.
J. Boeke, een blik op den Frieschen landbouw; eene Voorlezing, gehouden in Sept. 1860. (Afdruk uit den, Vriend van den Landman 1861.)
W. Eek hof, Korte beschrijving van de provincie Friesland, toegelicht door statistieke berichten omtrent handel, nijverheid, scheepvaart enz.; Leeuw., 1864.
Itjade Friesche Terp of Kronijk der geschiedenissen van de vrije Frieschen met bijvoegsels en aanteekeningen van J. van Leeuwen, 1854. (2 stuks.)
Algemeene beschrijvinge van oud en nieuw Friesland door Foeke Sjoerds, 1765—1768. 4 deelen.
G. Acker Stratingh, Marken in Friesland; Amsterdam, 1865.
Historische Jaarboeken van Oud en Nieuw Friesland van de vroegste gehengenissen tot op den tegenwoordigen tijd door Foeke Sjoerds, 1768. 5 deelen.
9. OVERIJSSEL.
Tegenwoordige staat van Overijssel, 3 dn. en 1 stuk; Amst., 1803. (Compleet voor zoo ver verschenen.)
G. Dumbar, Verhandeling over het Graafschap Goor
176
en beschrijving van de Heerlijkheid Almelo en Vriezenveen. Twee onuitgegevene Hoofdstukken van den Tegenwoordigen Staat van Overijssel; Deventer, 1859.
Stukken betreffende de opgaven van den graanvoorraad, in Mei—Junij 1812, in deze provincie.
Statistieke opgaven betreffende deze provincie; 1810— 1812?
Schets eener statistieke beschrijving voor de gemeenten in Overijssel. (Uitgegeven door de Overijsselsche Vereeni-ging tot ontwikkeling van Provinciale Welvaart.) Zwolle, 1854.
Algemeen jaarlijksch verslag van de Directie der Overijsselsche Vereeniging tot ontwikkeling van Provinciale welvaart, over het jaar 1863, 1864, 1865; Zwolle, 1864, 1865, 1866.
Statistieke tabellen betrekkelijk den algemeenen Gezondheids- en Ziektetoestand in de gemeenten der prov. Overijssel, gedurende het jaar 1860; ingediend door de prov. Commissie van Geneesk. Onderzoek en Toevoorzigt; Zwolle, 1861.
Hetzelfde werk over 1861; Zwolle, 1862.
W. C. H. Staring, de Aardkunde van Twenthe. Eene voorlezing. Zwolle, 1845.
----------de Aardkunde van Salland en het
land van Vollenhove. Eene voorlezing. Zwolle, 1846.
Proeftuin te Deventer; 1862.
Verslagen van den staat der provincie, uitgebragt door Gedeputeerde Staten, over de jaren 1830 en vervolgens.
Notulen van het verhandelde bij de Staten van Overijssel in de zomer- en wintervergadering van 1855 en vervolgens.
Reglement op het beheer der dijken, polders en water-
9. OVERIJSSEL.
(Bladzijde 177 van den Catalogus).
Catalogus van de bibliotheek der Overijsselsche Vereeni-ging tot ontwikkeling van provinciale welvaart.
Gr. 1. Dozij. üe oudste Stadrechten van Zwolle.
T. A. E b b i n g e W u b b e n. Plaatsbeschrij ving der gemeente Staphorst, provincie Overijssel, met eenige oudheidkundige bijvoegselen.
177
leidingen in de provincie Overijssel. Met aanteekeningen en bijlagen. Zwolle, 1836.
J. van Deventer H.Az., Memorie met bijlagen betreffende de geldmiddelen der gemeenten in do provincie Overijssel in 1857; Zwolle, 1857.
-------------en W. T. Sandberg,
Memorie betreffende de dijk- en polderdistricten in de provincie Overijssel; Zwolle, 1858.
-------------en W. T. Sandberg,
Memorie betreffende de geldmiddelen der prov. Overijssel; Zwolle, 1862.
Verzameling van Verordeningen der gemeente Zwolle, door den Raad vastgesteld sedert de invoering der wet van 29 Junij 1851; Deventer, 1859.
G. Dnmbar, Verhandeling over bet graafschap Goor en beschrijving van de heerlijkheid Almelo en Vriezenveen. (Twee onuitgegeven hoofdstukken van den tegenwoortligen staat van Overijssel). Deventer, 1859.
Bijdragen tot de Geneeskundige plaatsbeschrijving van Nederland, 4e stuk; Natuurkundige plaatsbeschrijving van de provincie Overijssel.
van Doornink en Nann in ga Uiterdijk, Bijdragen tot de geschiedenis van Overijssel, in afleveringen.
10. DRENTHE.
J. Picardt, Korte besebrijvinge van eenige vergetene en verborgene antiquiteiten der provintien en landen gelegen tusschen de Noordzee, de IJssel, Emse en Lippe, waarbij gevoegt zijn Annales Drenthiae; 2e druk; Groningen, 1731.
Nederlandscbe gemeentewapens; (zie Friesland).
Echte stukken, rakende de Oostermoerscbe zeevaart van ouds bet Schuitendiep genaamd, gelegen in het landschap
178
Drenthe. Bijeenverzameld door de volmagten van do markten veengenooten als eigenaren enz.; Gron., 1795.
J. S. Magnin, Overzigt der kerkelijke geschiedenis van Drenthe; Groningen, 1855.
Verslag, nitgebragt bij de 2de klasse van het K. Ncd. Instituut wegens de Brug of het houten voetpad, ontdekt op de grenzen van Drenthe en Westwoldingerland; Ara-sterdam, 1816- (Afdruk.)
J. W. Kar sten. Verslag van het oude planken voetpad tussehen Ter Apel en Valthe; 1819; met eene kaart. (Afdruk.)
G. A. Stratingh, Bijdrage over de Hunebedden enz. Eene voorlezing.
L. Ali Cohen, de Hunebedden uit een oudheidkundig en geologisch oogpunt beschouwd. Eene voorlezing; Nov. 1843. (Met afbeeldingen.)
Verslagen van den staat der provincie, nitgebragt door Gedeputeerde Staten, over de jaren 1830 en vervolgens.
Notulen (verbalen, voorstellen en rapporten) van de Staten van Drenthe, 1852 en volg.
Tegenwoordige staat van Drenthe; Amst., 1792.
Apenju statistique du Depart, de Drenthe; 1809.
Specifieke begroting van dc gelden, die de Landdrost van het Departement Drenthe over 1810 zal behoeven, voor zoo verre die het Ministerie van Eeredienst en Bin-nenlandsche Zaken concerneeren.
Tabellarisch overzicht der regeling van het gewoon en meer uitgebreid lager onderwijs in de gemeen ten van Drenthe op 31 Dec. 1866.
Statistieke opgaven betreffende deze provincie; 1810—
10. DRENTHE.
(Bladzijde 178 van den Catalogus).
J. S. Magnin, De voormalige kloosters in Drenthe, geschiedkundig beschouwd.
Mr. J. de Wal. Bijdragen tot de geschiedenis en oudheden van Drenthe, 1842.
De Hunnebedden in Drenthe.
Dr. H. J. Nassau. Beschrijving van Beilen.
De miniatuur-provincie Drenthe.
A. L. Lesturgeon. Feestrede, uitgesproken te Koe-vorden op het tweede eeuwfeest van het ontzet dier stad, den 7 Augustus 1872.
-------------Meindert van der Thijnen,
of de verrassing van Koevorden in 1672.
P. S. van der Scheer. Do Valtherbrug haar Grer-inaansche oorsprong, 1855.
J. Mich go rins. De ware troostgrond der geloovige zielen. (Gedaan en beschreven over het overlijden van C. K a b e n h a u p t).
Dr. H. J. Nassau, Mr. Petrus Hofstede in zijn leven en werken, 1839.
P. O os ting. Dissertatie de Provincia Drenthina ab ordinibus generalibus provinciarum Belgarum Saeculo XVII exciusa (pas prior), 1835.
W. H. Hofstede. Dissertatie de Regiminis in Drenthina regione forma, cum antiqua turn nova, 1821.
H. Vos. DissertatiodejudiciisDreutliinoriimantiquis, 1825.
J. Ton ekens. Dissertatie de escis Drenthinis et servitutibus earum, 1837.
Het Landrecht van Drenthe van 1608, door Menno O. Gratama.
Een bijdrage tot de rechtsgeschiedenis van Drenthe, door Seerp Gratama.
Eenige aanteekeningen op het Landrecht voor Drenthe van 1412. Proefschrift door C. L. R ah der.
E. Pelinek. Geschiedenis van het huwelijksgoederenrecht in Drenthe.
179
Bevolkingsstatistiek en bestuur van het arrondissement Assen, in 1811 en 1812.
Staat van de sterfte in het arrondissement Assen in 1812 (naar maanden, geslacht, leeftijd en gemeenten); opgemaakt door den toenmaligen onderprefect, later Gouverneur, Mr. P. Hofstede.
Beschouwing van den tegenwoordigen toestand van Drenthe, in gemeenzame brieven; Amsterdam, 1818.
J. W. Alstorphius Grevelink, Statistiek van de provincie Drenthe. Met 2 kaart, en tabellen. Assen, 1840.
Rapport van Gedep. Staten der provincie aan den Min. van Binn. Zaken, d.d. 25 Februarij 1818, betreffende dc aanmoedigingen, welke van 's Rijks wege tot afgraving van Hooge veenen zouden kunnen verleend worden.
A. Kom mors Pz., de ontworpene kanalisatie van Drenthe uit het ware oogpunt beschouwd en in hare waarde geschetst; Groningen, 1847.
S. J. van Roijen, Specimen continens quaedam de chemica constitutione terrarum nonnullarum provinciae Drenthe; Groning., 1850.
----------de aard van^de gronden van Drenthe; Gron., 1852.
F. K. A m s h o f f, Specimen exhibens collectanea quaedam Topographiam medicara provinciae Drenthinae spectantia; Gron., 1848.
P. L. de Boer, Spec. Complectens Topographiam et statisticen medicam provinciae Drenthinae; Gron., 1848.
Reglement voor het Genootschap ter bevordering van den Landbouw in de provincie Drenthe; Assen, 1852.
Staat aantoonende de voornaamste bijzonderheden betreffende den algomeenen Gezondheids- en Ziektetoestand van Drenthe over 1861, in verband tot andere maatschappelijke
180
toestanden en de gesteldheid van den grond; 1862. (Afdruk uit het Verslag van Ged. Staten over 1861.)
11. LIMBUKG.
Verslagen van den staat der provincie, uitgebragt door Gedeputeerde Staten, over de jaren 1841 en verv.
Notulen van bet verhandelde in de vergadering der Staten.
P. Regent, la Navigation sur la Meuse et le Canal de Maestriebt a Bois-le-Due; 2 Eecueils de documents relatifs aux entraves de cette navigation internationale; Maastricht, 1857 en 1858.
Twee nota's over betzelfde onderwerp, van de lieeren R ego ut en Meylink; 1857 en 1858.
Tabellarisch overzigt betrekkelijk de regeling van het openbaar lager onderwijs in de gemeenten van Limburg.
Statistische labellen betrekkelijk den algemeenen gezondheids- en ziektetoestand in de gemeenten van het Hertogdom Limburg, ged, 1863, Maastricht.
11. LIMBURG.
(Bladzijde 180 van den Catalogus).
Bijdragen tot de geneeskundige plaatsbeschrijving van Nederlaud, 5e stuk, Limburg betreffende, 1881.
Losse bijdragen tot de geschiedenis der beweging ter bescherming der landbouw-nijverheid ia Limburg.
V.
Vreemde Staten.
(Onderscheidene hier behooreude werken zijn reeds opgenomen in de afdeeling Handel en Scheepvaart,
en in de rubriek Tijdschriften.)
1. BELGIË.
J. E. Horn, statistisches Geraaelde des Koenigreichs Belgien. Nach der gleichzeitig erscheinenden „Statistique générale de la Belgiquequot; u. andern Quellen. Mit einer Einleitung von X. Heusehling; Dessau, 1853.
------Bevölkerungswissenschaftliche Studiën aus
Belgien. Mit durchgebender vergleichender Erforschung der entsprechenden Verhaltnisse in Oestreich, Sachsen, Preussen, Frankreich, England, Holland u. s. w.; Leipzig, 1854; Ir. Band.
L. van de Walle, Schets van Belgies toestand, met betrekking tot de Staatkunde, de zedelijke en stoffelijke belangen des lands; Gent, 1854.
H. A. quot;\V ij n n e, eenige mededeelingen betreffende België's landbouw. (Overdr. uit de Boeien-Goudmijn, 1855; No. 4.)
A. Scheler, Annuaire statistique et historique Beige, pour 1.862; Brux., 1862.
Statistique de la Belgique. Exposé de la situation du royaume. Période décennale do 1841 a 1850 et de 1851 ii 1860.
182
Statistique de la Belgiqne. Population. Mouvement de I'Etat civil pendant les annécs 1842 ii 1850.
Documents statistiques, publiés par le département de rintérieur, avec la concours de la commission centrale de statistique. Tome I—XII, Bruxelles, 1867—1868.
Statistique de la Bclgique. Population. Recensement Général (31 Decembre 1856, 31 Decembre 1866, 15 Oc-tobrg 1846). Bruxelles, 1870.
Eoyaume de Belgique. Bulletin de la commission centrale do statistique. T. XI. Brux., 1869. Id.; T. XII.
Statistique do la Belgique. Agriculture. Recensement général (31 Decembre 1856, 31 Decembre 1866, 15 Oc-tobre 1846). Bruxelles, 1871.
Idem. Industrie (5 Octobre 1846) 6e en 7e année.
Anuuaire statistique do la Belgique.
2. OOSTENRIJK.
H. A. Wijnne, Oostenrijk. (Overdr. uit Sloet's Tijdschrift, XVIII, Stuk 3).
A. Fickcr, Bevölkerung der Oesterreicliischen Monarchie, in ihren wiclitigsten Momenten statistisch dargestellt; Gotha, 1860.
F. Sclimitt, Statistik des Oesterreichischen Kaiscrstaa-tes; 2e Aufl.; Wion, 1860.
Statistische Darstellung der Vertheilung des Grundbesitzes im Bezirke Windischgratz. Nach den Beschliissen der Wiener Versammlung des Internationalen Statistischen Congresses bearb. von K. Freih. von Czoernig; Wieu, 1860.
Statistisches Jahrbuch der oesterreichischen monarchie für das jahr 1863; Wien, 1864.
Mittheilungen aus dem Gebiete der Statistik , XIV Jabrg.
V.
Vreemde Staten.
3. DUITSCHLAND.
(Bladzijde 183 van den Catalogus).
Deutsche Rundschau für Geographic und Statistik, Unter Mitwirkung hervorragen der Fackraiinner, herausgegeben von Prof. Dr. C- Arendz.
Statistik des Deutscher Reichs. Band XXXI Abtheilung. 1° 1878.
Idem Abtheilung 2, 1879.
Statistisches Jahrbuch für das Deutsche Reich. Erster jahrgang, 1880.
Gustav Schmoller. Staats- und Socialvvissenschaft-liche Forsehungen.
--Stadte finanzen in Preusscn.
4. PRUISSEN.
Mittheilungen des Statistischen Bureaus in Berlin.
183
Heit I, Ubersicht der mit Marz 1867 sicli ergebenden faclischcü Verlaste der K. K. Armee im Doppel-Feldzu^e des Jalires 1866; Wien, 1867.
Charles Keleti, Statistiquc officielle de la Hongrie, Rapport présenté au VII congrès international do statistique :i la Haye en 1869. Pesth, 1869.
3. SOORn-DUlTSCIILANI).
Ge org von Vie b all n, Statistik des Zollverointen und Nordlichen Deutsehlauds; Berlin, Ir. Th. 1858; Ilr. Th. 1862.
4. I'KUISSEJV.
C. F. W. Dieteriei, Statistische Uebersicht der wieh-tigsten Gegenstiinde des Verkehrs und Verbrauchs im Preuss. Staate und im Deutsehen Zollvcrbande, in dem Zeitraume von 1831 bis 1845; 4 Theile; Berlin u s. w., 1838—1848.
F. H, Ungewitter, die Preussiscbe Monarchie naeh den zuverlassigen Qnellen geographisch, statistisch, topo-graphisch eet. dargestellt; Berlin, 1859.
C. F. W. Dieteriei, Handbnch der Statistik des Preus-. sischen Staats; Heft 1—7; Berlin, 1858—1861.
---------iiber den Begriff der Mittleren
Lebensdauer und deren Berechnung fitr den Preussisehen Staat; Berlin, 1859.
Preussisclie Statistik. Herausgegeben in zwanglosen Heften vom Königl. Statistiscben Bureau in Berlin; I—III, Ver-gleichende Uebersicht des Ganges der Industrie, des Handels und Verkehrs im Preussisehen Staate 1859, 1860, 1861; Berlin, 1861—1863.
Jabrbuch. f. d. amtliche Statistik d. Preussisehen Staats;
184
herausg. vom Königl. Statist. Bureau; I. Jahrg. 1862; 1 Theil; Berlin, 1862.
Leon Puslowski, Das Königlicli Preussiscbe Stais-tisclie Bureau und seine üependentieu: Berlin, 1872.
V. Jacobi, Landwirthschaftlicho u. nationalökonoinise.iegt; Studiën in der Niederrheiaiscben Heimath; Leipzig, 1854.
Dr. Engel, Bertrlige znr Statistik des Unterrichtswesens im Pronssisclien Staat und seinen alteren Provinzcn. Di; zeit von 1818 bis 1861 resp. 1867 umfassend. Berlin, 1869.
5. SAKSEN.
K. H. L. Politz, Handbucb der Statistik des König-reiclies Sachsen, für Selbstbelehruug und Jugendunterricht; Leipzig, 1810.
H. Lange's Atlas von Sachsen. Ein geographisch-pby-sikaliscb-statistiscbes Gemalde des Königreicbs Sacbsen. Zwölf Karton mit erliiut. Textcj le und 2o Lief; Liepzig, 1860.
G. BEUEREN.
Beitriigc zur Statistik des Königreicbs Bayern; VIII; Bevölkerungs-Statisük u. s. w.; aus amtlichen Quelleti berausgegeben von F. B. W. von Hermann; Müncben, 1859. A
7. BADEN.
Beitrage zur Statistik der inneren Venvaltung des Grosz-berzogtbums Baden; Heft 1 (die Volkszablung von December 1858); Carlsrube, 1859.
(Bladzijde 184 van den Catalogus).
Ueber die kanalisirnng der Hochmöre im mittleren Emsgebiete.
6. BEIJEKEN,
Geschichte der Direkten Steueru in Baiern vom ende des XIII bis zum begin des XIX Jahrbnnderts, vou Ludwig Hoffmann, 1883.
9. HANNOVER.
(Bladzijde 185 van den Catalogus).
Zur Statistik des Königreichs Hannover. Aus dem Staüstiscben Bureau, VII Heft. Hanuover 1860, fol. (Kesultaten van de Volksstelling- op 3 December 1858, van de algemeene Veetelling in December 1857, enz.).
10. OOST-FIUESLANU.
J. G. Hoc he. Keise durcb Osnabriick und Meder-müuster in das Vaterland, Ost-friesland und Groningen, 1800.
185
8. HAMBURG.
Beitrage zur Statistik Hamburg's. (Mit besonderer Riick-sicht auf die Jahre 1821—1852). Hamburg, 1854.
Statistische Tabellen zur Kenatniss der Zustiinde Hamburg's; 1816—1852.
Erster Jaliresbericht itber die Wirksambeit des Nacli-weisungs-bureau der Auswanderenbcbörde in Hamburg van 1 Mai bis 31 Dec. 1855; Hamb , 1856.
Beitrage zur statistiek des vormaligen Königreicbs Hannover, lltes, 12tes u. 13tes Heft; Heft, Hannover 1865, 1866 en 1.^67.
Dr. Bruno Hildebrand, Statistik Thiiringens, Mit-tbeilungen des statistischen bureaus vereinigten Thttringi-scher Staaten, Band 1: Jena, 1867.
10. OOST-FRIESLAND.
Das Ostfriesiscbe Land-recht etc.; Aurich, z. j. (2 ex.)
Egge rik Beninga's volledige Chronyk van Oostfries-lant; vermeerdert in druk uitgegeven door E. F. Har ken-roht; Emden, 1723.
J. I. Harkenroht, Oostfriesehe oorsprongkolijkheden van alle Steden, enz.; 2 deelen; 2e druk; Gron , 1731.
J. C. Freeze, Ostfriesz- und Harrlingerland; I bd.; Auricb, 1796.
F. A rends, Ostfriesland und Jever in geographiscber, und bes jnders laudwirtkschaftiicber Hinsicht; Emden, 1818, 1819; II Bde.
--------Gemalde der Sturmfluthen vom 3 bis 5
Februar 1825; Bremen, 1826.
Tabelle der bydrologischen und metcorologischen Beobacb-tungen zu Nesserland, im Monat August. 1858.
186
Statistische Notizen zur Eenrtheilnng dor Bedentung der Stadt Leer mit Bczug auf die Frage \vo die Holliindische Nordbahn am vortlieilhaftesten in die Westbahn einmiiadet; Oct. 1860.
[Der (Deutsche) Natioaalverein ia seinera Entstehea und scinem Fortgango; Emdcn, 18Ö0.
Ostfriesisehen Urkundenbuch hcrausgegebeigt; von Dr. Ernst Friediaender, Erste Heft, 787—1400.
11. FBANKRIJK.
M. Block; Statistique de la Francs comparé avcc les autres états de 1'Europe; II torn.; Paris, 1860.
M. E. Levasseur, Histoire des Classes onvrières en France depuis la conquete de Jules César jusqu a la revolution (ouvrage couronné par 1'Academie d Sc moral, ct politiq.); II toni.; Paris, 1859.
M. Fr. du Cellier, Histoire des Classes laboricuses en France depuis la conquêtte de la Gaule par Jules César jusqu' a nos jours; Paris, 1860.
Statistique de la France Mouvement de la population pendant les annécs 1855, 1856 ct 1857; Strasbourg, 1861.
Annuaire pour 1'an 1853, publié par le Bureau des Longitudes. (Bevat vele statistieke opgaven.)
Bulletin annuel de 1'institutiou imperiale des sourds-muets. Annee scalaire 1865—1866; Paris, 1866.
12. RUSLAND.
Statistische Tabellen des Eussischen Reichcs f. d Jahr 1856. Auf Anorduung des K. Russ. Ministeriums des Innern herausg. durch d. statist. Central-Comité. A. d. Russ. obers. u. bearb. von E. v. 01 berg; Berliu, 1859.
(Bladzijde 186 van den Catalogus).
J. E. Harkenroht. Oostvriescho watersnood van het jaar 1717 en kort verhaal van den nieuwjaarsvloed, 1720.
11. FRAiNKRIJK.
Conseil Gèneral du Departement de la Seine, session ordinaire de 1871—1878.
Idem session de Mai—Juni 1878.
Assainissement do la Seine, tome I en II, enquête et annexes, 1876.
Assainissement de la Seine, documents administratifs et anglais, 1876 et 1877.
Assainissement de la Seine, Commission d'etudes, 1878.
Idem. Mémoire au conseil municipal, 1878.
Idem. Rapport de la commission d'enquête de Seine-et-Oise sur 1'avant projet d'un canal d'irrigations de Clicby a la foret de Saint-Germain, 1876.
Idem. Avant-projet d'un canal d'irrigation a l'aidc des eaux d'éjrout de Paris entre Clicby et la partie Nord-est de la foret de Saint-Germain, 1876.
Idem. Commission d'études, 1878.
Catalogue general de 1'exposition Spéciale de la Ville de Paris et du departement de la Seine, 1878.
Departement de la Seine. Compte des recettes et des dépenses. Excercice 1876 et 1877. Projet de budget des recettes et des dépenses, Excercice 1878.
Prefecture de la Seine. Compte des recettes et des dépenses. Excercice, 1877,
Prefecture de la Seine. Service des enfants assistés, 1878. Direction de l'administration générale, 1878.
Idem. Service des enfants assistés.
Departement de la Seine. Exercice 1885. Budget des recettes et des dépenses ordinaires et extraordinaires. Public en execution de l'article 25 de la loi du 10 Mai 1838.
Notices sur les objets et documents exposés par les divers services de la Ville de Paris et du departement de la Seine, 1878.
Lois, Arrêtés, instructions. Extraits du bulletin de rinstruction primaire du departement de la Seine, 1878.
L'instruction primaire a Paris et dans le departement de la Seine, en 1875. Mémoire adressé a M. le Préfet de la Seine par SI. Gréard, 1877.
Atlas cantonal du departement de la Seine, par O. T. Lefevre, 1872, 1873.
Bulletin des Lois de la républiqne frangaise.
Préfecture du departement de la Seine. Kapport Presenté par M. Marié-Davy, Directeur de l'observatoire de Montsouris, a la Commission Chargée de surveiller l'emploi de la subvention municipale applicable a l'étude de rhygiène de Paris. (Séance du mardi 10 Decembre 1878).
Préfecture du departement de la Seine. Rapport Présenlé par M. Marié-Davy, Directeur do l'observatoire de Montsouris, a la Commission Chargée de surveiller remploi de la subvention municipale accordée a eet établissement.
D. R. de Marees van Swinderen. De Franscbe wetten vau 27 Mei 1885 en van 14 Augustus 1885 ter beteugeling en voorkoming der recidive.
12. BUSLAND.
(Bladzijde 187 van den Catalogus).
Statistik der productiven Krafte Russlands, 1875.
13. ENGELAND.
Verslag over de lichting van het in Januari 1886 op de Theems gezonken stoomschip Edward Eecles, groot 841 registerton, enz.
Etude sur Smijrne, 1868.
R. Macalester Loup. Geschiedenis van het Engel-sche kiesrecht.
187
H. A. Wijnne, de voortbrenging van granen in Ens-land; Gron.; 1856.
13. E.NGELAND.
Verschillende stukken, de Income-taxe en andere belastingen betreffende.
Nieuwen atlas, ofte Werelt-besehrijvinge, vertonende de voornaamste Rijcken ende Landen des geheelen Aerdt bodems; vermeerdert met veele sehoone Lant-Kaarten nieu-welijeks nyt-gheglieven; V deelen; Amst., 1649—1652.
(Deel Ij Amst., 1652;
Deel II, inhoud. Nederlandt, Vranckrijek en Hispanien;
Deel III, vervattende de deelen van Italien, Asia, Africa en America, en het vervolg daarvan, waarin beschreven worden de deelen van Asia, Africa en America;
Deel IV, vertonende Groot Brifannien, vervattende de Koninghrijcken van Engelandt, Sehotlandt ende Yrlandt;
Deel V, vervattende een naarstige Beschrijving van alle Zeen des gantschen Aardbodems, ontdekt door de huydendaagsehe Schipvaart; alsook de Oude quot;Wereld en Griekenland, neffens de vergelijking der voorgaande Volkeren, Landen en Steeden, inel de tegenwoordige aldaar.)
G. F. A. Wen de bom, Staat van Regering, godsdienst, geleerdheid en konsten in Groot-Hritauje, omtrent het einde van de agttiende eeuw; 4 dd.; Campen, 1790—1792.
Beknopte beschrijving van eenige voorname steden en belangwekkende plaatsen; enz met platen; Amst., 1847.
Spoorwegkaart van geheel Europa; Amst., 1856.
Tegenwoordige Staat van alle Volkeren. Beschreven door T. Salmon, vert, en vermeerdert door M. van
188
Goch; Amsterdam, 1729—1803; 43 deelen. (Met vele kaarten en platen.)
(Deel 1—5 bevat: Azië en de eilanden van den Archipel.
6 „ Turkije en Polen.
7 „ Rusland en de Staten van liet
Noorden.
8—9 „ Duitschland.
10—33 „ de Nederlanden ; — zie deze nader onder de resp. provinciën.
34—43 „ Groot-Brittanje; Frankrijk; Spanje en Zwitserland; Afrika en Amerika.)
E. B lane hard, Des poissons des eaux doruis de la France; Paris, 1866.
J. G. Bertram, The harvest of the sea, A contribution to the natural and economie history of the britisb food fishes; Loudon, 1865.
J. J. Sturz, Der Fischfang aaf hohen See und rationell betriebener Kiistenfischfaug; Berlin, 1862.
Dr. G. M. Kletke, Die Fischcrei-Gesetzgebnng im Preuszischen Staate; Berlin, 1868.
Baron von Ehrenkreutz, Das Ganze der Angelfi-scherei und ihrer Geheimnisse u. s w. Quedlinb. u. Leipzig, 1857.
F. L. H. d'Alquen, Vollstiindiges Handbuch dcr fei-nern Angelkunst; Leipzig, 1862.
Dr. H. Sc hl egel, Nederl. tijdschr. voor jachtkunde, le en 2e jaarg.; Arnhem, 1851 en 1852.
Ver ster van Wulvenhorst, Nederl. tijdschr. voor liefhebbers der jagt en visscherij, 3e, 4e, 5e en 6e jaarg.; Arnh., 1855 —1858.
F. A. Ver ster, vervolg op het voorgaande, 7e jaarg.; Arnhem, 1859.
189
Vademecum op jagt en visscberij; Amst.
Magazijn voor jagtliefhebbers; Arnhem, 1850.
Dr. Bern. Al turn, Die Sangethiere des Münsterlandes in ihren Lebensverhaltnissen; Munster, 1867.
A. Bürkli, Anlage und organisation stildtiscber Was-serversorgungen; Ziirich, 1867.
D. Mulder Bosgoed, Bibliotheca iebthyologica et piscatoria; Haarlem, 1874.
R. Ludwig, Die Meeresströmungen in ihrer geologi-schen Bedeutung; Darmstadt, 1865.
Dr. E. Rtickert. Die Pfablbooten und Vülkerscbichten Ostcuropa's, besonders der Donaufürstenthtimer; Würzburg, 1869.
Rudolph Gyszen, Der Torf, seine Bildung und Eigenschaften, wie seine beste, billigste Bereitungsweise u. s. w. ftir Torfland besitzende Gemeinden und allen Tn-dustriellen; Weimar, 1864.
Dr. E. Schenek zu Schweinsberg, Rationelle Torfverwerthung, Ein Leitfaden fiir die Anlage von Torf-darr und Torfverkohlungs öfen und fur die Construction von Torfverdichtungs-Mascbinen; Braunscbw., 1862.
C. Scblickeijsen, Mittbeilungen iiber die Fabrication von Press- Torf durch die Patent-Universal-Ziegel- und Torf-Presse; Berlin, 1864.
---------Die Maschinen zum Pressen von
Ziegeln, Röhrer, Torf und Koble u- s. w.j Berlin, 1866.