S -
, — J*
i , f-K
. ' ' 'u
y lt;- ' ' -r
~ ^ t v sw. ■ ^
gt; LJ.
■ '.^ -r ■ * ■
\ •gt; ■*»' r' v
. M r • * ■ gt;-T 1 •i!
igt;- gt; V •-• . - ^-.4
^ ^ ^ ~ gt; •
; - - n
.gt; 'quot;• -,- 'v ^ .{ ,
■n -VV ?
■lt;gt; ./v ^ ,r ■' ■ v r.
■,; f .'i ,r -A -^
DE
CHRISTELIJKE MOEDER.
Imprimatur.
Loodii, 5 Februaril 1876.
J; C. WARBLINGS, Vic.-Gen.
IN DF.
noon \V. CRAMER
KA.NNCMK EH REGENT TAN HET SEMINARIE TE MUNSTER
MET VERLOF TAN DEN SCHRIJVER DIT HET ' HOOGDUITSCH VERTAALD DOOR
L. DE BOUMAN DE RYCKHOLT
PRIESTER
H. DESSAIN, DRUKKER |
W. VAN miCK |
M S
EIGENDOM. — ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN.
Door meerderen aangespoord en aangemoedigd om in liet kalliolijk Missieblad eenige bijdragen te leveren, over het oud, heilig en eerbiedwaardig gebruik, dat men, helaas ! in onze dagen, op alle mogelijke wijzen in verval poogt te doen geraken, volgens hetwelk de katholijke moeder, na de g;boorte van haar kind, op eene door de H. Kerk geregelde wijze, een plechtig dankbezoek in 's Heeren heiligdom daarbrengt, hebben wij het, bij de voldoening aan zoo veler wenschen, nuttig geoordeeld , een woord tot de christelijke moeders te richten, waarin wij echter niet beter konden slagen, dan door te beginnen den eersten kerkgang te bespreken.
Vol vreugde aanvaarden wij dezen arbeid. En hoe dieper wij dezen doorgron-
VI INLEIDING.
den,des te inniger werd onze overtuiging, dat deze arbeid voor velen heilzaam en voor allen uiterst nuttig zoude wezen. Daarom hebben wij besloten, van deze verhandeling die oorspronkelijk slechts voor het Missieblad bestemd was, verder uit te breiden, en een afzonderlijk werkje uit te geven, ten einde aan allen deszelfs inhoud toegankelijk te maken.
Ten einde elke verkeerdeopvatting voor te komen, diene men hier wel op to merken, dat het hoofddoel van dit werkje is, de groote verplichtingen der christelijke moeder, grondig daar te stellen — en dit hoofdzakelijk, betrekkelijk hare nog jeugdige kinderen, en die van meer gevorderden leeftijd. Hierbij hebben wij ons hoofdzakelijk moeten beperken, ten einde aan dit werkje, een zoo groot mogelijk getal lezers te kunnen verzekeren.
Vele huismoeders ontbreekt het aan tijd, om uitgebreide werken te lezen, en niet gering is het getal diergenen, die zich wegens geldgebrek, hiervan moeten
INLFIDING. VII
onthouden. Eene meer beknopte verhandeling, stelt beide hinderpalen ter zijde, en verzekert aan dit hoogst belangrijk vraagstuk, vooral in de betreurenswaardige dagen die wij thans beleven, ieders belangstelling. Wordt niet in onze dagen alles in het werk gesteld, om den mensch zijnen godsdienst en zijn geloof te ont-rooven ? Tusschen den Schepper, en het schepsel mag geene vereeniging meer bestaan, het geloof aan de bovennatuurlijke waarheden moet uit 's menschen hart verbannen worden , aan een beter, leven, aan gene zijde van het duistere graf, mag hij niet meer denken, en om hierin zeker te slagen, kennen wij geen zekerder middel dan de vcrgoddeloozmg der school, De H. Kerk en hare bedienaren, mogen op de school geenen invloed meer uitoefenen, en die verhevene hoedanigheden, waarmede de Allerhoogsle 's menschen ziel en hart heeft verrijkt, moeten door godsdienstig onverschilligheid worden verdoofd; en door het
VTTI INLEIDING.
naturalisme dat den kinderen reeds vroeg wordt onderwezen, zal liet laatste gevoel van hoogere en veredelende waarheden, geheel en al uit deze jeugdige harten verbannen worden. Wat blijft er dan nog over, welk ander redmiddel voor dc heiligste en dierbaarste belangens der jeugd, dan do invloed der godsdienst in den huisselijken kring te doen bloeien, en der christelijke moeders, die zulk eenen overwegenden invloed uitoefenen, op liet tijdelijk en eeuwig belang der aan ben, door God toevertrouwde kinderen, de grootheid en de verhevenheid hunner bestemming voor oogen te houden ? En boe belangrijk is dit niet in onze dagen ? Een oprecht en waarlijk christelijke moeder, hoeveel goeds kan die niet stichten I De kinderen waarvoor zij zorgt en waakt, ondervinden nog niet den verpestenden invloed eener diep bedorvene wereld, hunne jeugdige harten zijn buigzaam, en voor den beilzamen invloed der godsdienst, en de vreeze des Heeron,
INLEIDING. IS
vatbaar I Daardoor worden do harten der kinderen reeds vroegtijdig gevormd, en de grond gelegd, van eeno vasle en grondig godsdienstige overtuiging, welke do noodlottige invloeden , van liet kwaad nooit bij machte zullen zijn, te kunnen kreuken. En derhalve heeft de spreuk van eenen nog in leven zijnde kerkvoogd, dien wij tot Motto van onzen arbeid ge ^ nomen hebben. « Eeno dor grootste genade die God den mensch kan schenken, is voorzeker eene goede moeder, » in onze dagen eene onschatbare waarheid.
Een ander streven van den bedorven tijdgeest strekt, om jonge lieden, die door God, tot de priesterlijke waardigheid geroepen zijn, aan dezen roep ontrouw te doen worden en om zoo doende,een gebrek aan priesters te doen ontstaan, — eene ramp wier treurige gevolgen wij da-gel ijksch meer en meer ondervinden, en waarover in vele katholieke landen, te recht zulke bittere klachten worden vernomen. Mjgmen dan niet hopen, dat een
x INLEIDING.
jongeling die door God, tot het verheven priesterambt der katholieke Kerk geroepen is, het doel zijner.hestemming bereiken moge, en eens een sieraad worde van Gods heiligdom? Deze hoop duldt niet eens den minsten twijfel, wanneer hem het onbesefbaar bezit eener waarlijk christelijke moeder verzekerd is. Op haar berust de verhevene taak, van door haren vroomen levenswandel, van door hare vurige godsvrucht , dezen roep te verzekeren, en de bestemmingen van den hemelf op de aarde te verwezenlijken. De hoop der kerk en der katholljke wereld, berust onder dit opzicht geheel en al op de christelijke moeder, en daar ons de zware taak is opiiolegd van de jeugdige levieten op te leiden ,en van hen te vormen tot ware priesters naar Gods hart, konden wij niets beters, en niets heilzamer verrichten, dan een werkje uit te geven, in het belang van hen, die met ons deze zware taak , mot zulk eene stichtende offervaardigheid deelen. De gegronde
inleiding. xi
overtuiging, dat 's hemels zegeningen,op denwerkring der eliristelijke moeder, dan alleen zullen berusten, wanneer do genade Gods, al hare handelingen bezielt, heeft ons aangespoord om bij dit werkje eenige gebeden te voegen, bijzonder bestemd voor de christelijke huismoeder.
Nooit genoeg zullen wij er God dankbaar voor kunnen zijn, wanneer deze arbeid, aan allen het beoogde doel, doet bereiken !— Moge de hemel aan dii iverkje den toegang in alle christelijke gezinnen verzekeren, en de heilzame grondbeginselen der godsdienst, diep doeu doordringen in het hart der christelijke moeder, en al hare werken bezielen.
Munster, den 8quot;lt;-quot; dag van het feest der onschuldige kinderen 1872.
De schrijver.
IXLF, DING.
VOORREDE VAN DEN VERTALER.
Met toestemming van den Hoogeerwaarden schrijver, bieden wij aan u, christelijke huismoeders, een werkje aan, dat binnen twee jaren in Duitschland, 14 uitgaven verwierf. Voorzeker kan er voor een werkje geene betere aanbeveling zijn, omdat zoo vele verschillende uitgaven, op het gebied der letterkunde tot de werkzaamheden behooren. Moge deze arbeid die wij voor het eeuwig en tijdelijk heil , van u christelijke moeders van Nederland hebben ondernomen, met Gods hulp, onder U en onder de uwen, hot geloof en de liefde voor Jezus vlekkelooze bruid, steeds verlevendigen, en U en uwe dierbaren vrijwaren, tegen den noodlot-tigen invloed , van den bedorven tijdgeest.
Ook hier te lande wordt, tot groot onheil der zielen, met groote kraciits-insp,■inning gewerkt ann het bederf der
XII
INLEIDING. XIII
jeugd. De godsdienstlooze school, de slechte pers, ondermijnen de twee heeht-ste steunen van den staat, het christelijk gezin, en de H. Kerk.
De vertaler.
.
DE
I. HOOFDSTUK.
. DE EERSTl! KERKGANG.
He vooruitgangsmannen van dezen tijd verwerpen het gezag van God en van den (■ idsdienst. De cigentlijke en de alleen ware Lestemming van den mensch, ontkennen zij hardnekkig, en verdierlijkt door de booze driften, wier weerlooze slaven zij gewoi'den zijn , stellen zij.'s mensdien volmaakt geluk in dn bevrediging der zondige driften, en in het genot der aardsche goederen. De H. Kerk, en de aan htiar alleen, door God, toevertrouwde waarheden, leereu ons integendeel, dat de mensch hier op aarde, alles moet aan-
2 DE C.HIilSTF.LIJKE MOEDKB.
wenden om eens zijne ware bestemming te bereiken, dat de mensch een kind Gods en verplicht is van hem te dienen, hem tc verheerlijken, opdat hij eens zalig worde. Ook deze verplichtingen moeten zij nakomen die den huwelijken staat aanvaard hebben. Bovendien zijn echtelieden verplicht van God getrouw te dienen, van zich door het huwelijk te heiligen, en van de kinderen waarmede God hen gezegend heeft, in de deugd en in do vreeze des Hoeren op te leiden, opdat zij door hunne getrouwheid aan God, eens de eeuwige zaligheid mogen verwerven. Daarom laat de H, Kerk, krachtens het bevel des Heeren, hare kinderen den Huwelijken staat niet aanvaarden, zonder vooreerst, deze verbindtemis te heiligen en te zegenen door het ontvangen van een groot en heilig Sacrament, dat de Goddelijke Heiland tot dat einde heeft ingesteld.
Door dit heilig Sacrament worden na het verheven voorbeeld der vereeniging
eebste hoofdstuk. 3
van Christus met zijne heilige Kerk, man en vrouw op eene geheimzinnige wijze innig aan elkander verbonden, zoo dat zij voortaan in zekeren zin, geen twee, maar slechts één daarstellen. En krachtens den zegen en do genaden aan dit. heilig Sacrament verbonden, ontvangen de gehuwden de noodige hulp en bijstand van God, opdat hunne verhouding eene waarlijk Christelijke zij, en zij te zamen komen, niet gelijk de heidenen die God niet kennen, maar zoo als het de kinderen der heiligen betaamt.
Gods zegen is over beiden nedergedaald en de bruid is moeder geworden. In hare moederlijke vreugde drukt zij haar zoontje, haar dochtertje in hare armen. Het woord des Heeren heeft zich voor haar verwezenlijkt: « Eene vronw wanneer zij baren zal treurt, omdat voor haar het uur gekomen is; heeft zij echter een kind ter wereld gebracht, dan vergeet zij hare smarten, en jubelt van vreugde omdat een mensch geboren is. Deze
4 de christelijke moeder.
vreugde editor zal voor haar nog grooter worden.
De heilige Kerk begeeft zich tot de moeder, neemt het kind uit hare armen, opdat het door het H. Doopsel van de smet der erfzonde gereinigd, en herschapen worde in een kind Gods. En dan ontvangt de gelukkige moeder, haren lieveling weêrom terug. Haar vurig geloof, hare groote liefde tot God bezielt haar gemoed met de verhevenste aandoening, wanneer zij hare liefelijke kroost aanschouwt. Haar dierbaar kind is een kind Gods geworden, uitgerust met al de heerlijkheden die eigen zijn aan de erfgenamen van zulk een grootcn en machtigen vader, nog meer bemind door Hem, dan door zijne eigene moeder, voorzien van het grootste voorrecht om eens den Hemel, in al zijne heerlijkheid en vreugde, te bezitten. Kan eene peloovige en godvree-r zende moeder, hier op aarde eene groo-tere vreugde genieten ?
En welk eene verhevene taak is nu haar
EEKSTE HOOrDSTÜR; 3
aandeel geworden! Het kostbaarste, dat voor God buiten Hem zelvon bestaat, Zijn kind, in wiens reine en vlekkeloozeziel zijn evenbeeld straalt, vertrouwt hij op eene bijzondere wijze toe aan dn moeder, opdat deze Hem behulpzaam zij in het groote werk der opleiding van Zijn kind, tot die heerlijkheid en zaligheid, welke Hij hem in alle eeuwigheid toegekend heeft, en ook opdat de moeder, eens in den Hemel, deze groote belooning moge ontvangen, welke God eens zal toekennen aan die do zaligheid van anderen, door hunne medewerking hebben verzekerd.
Welk eene taak ! En welk eene waardigheid, tot welke zij is verheven geworden: de moederlijke waardigheid !
Dusdanig is de toestand eener christelijke echtgenoote, wanneer zij eenmaal moeder geworden is. Welke gevoelens dor verhevenste dankbaarheid moeten haar dan niet jegens God bezielen? Het bewustzijn harer moeder-waardigheid en het besef der verplichtingen die daaraan
6 DE CHItlSTELUKE MOEDER.
verboudeu zijn, zulleu haar steeds tot hoogere gevoelens stemmen en met eenen heiligen ernst bezielen.
En wanneer eens de gevolgen van een smartvol lijden verdwenen zijn, eene volledige herstelling daar is, en het bezoek van Gods heiligdom wederom kan plaats hebben, dan heeft deze eerste kerkgang niet op eene gewone, maar op eene zoo plechtig mogelijke wijze plaats ! Hoe zal zij God hare dankbaarheid betuigen, die haar met groote weldaden overladen heeft, bij haren eersten stap in den tempel ? Met hem, zal zij eenen nauwen en innigen liefdebond sluiten, die tot in de gelukzalige eeuwigheid zal voortduren. Daar zal het bewustzijn harer moederlijke waardigheid zich verlevendigen, en zal zij nieuwe genaden ontvangen om hare moederlijke plichten met de meeste nauwgezetheid te vervullen, en aan den voet der H. Altaren, de plechtige belofte vernieuwen, om voortaan met de stipste getrouwheid, alle verplichtingen van
EERSTE HOOFDSTUK. 7
haren levensstaat te vervullen, hoe groot ook het lijden, hoe zwaar ook de offoi s zouden mogen wezen, die van haar gevorderd worden. En met welk eene liefde zal zij haren lieveling onder 's Heeren bescherming en onder de hoede zijner vlekkelooze moedermaagd stellen ? Voor dat duurbaar pand zal zij 's Hemels rijkste zegeningen afsmoeken, aan hem de ijverigste zorgen wijden, voor zijn tijdelijk en voor zijn eeuwig welzijn, Gode het offer barer rust, en van hare kommernisvolle zorgen daarbrengen uit wederliefde voor Hem, die eens uit liefde voor haar, den bitteren en smartvollen kruisdood stierf.
Dit zijn alle gedachten en slichtende overwegingen, welke zich bij eene christelijke moeder, wanneer zij haren eersten kerkgang doet, opdringen. Maar de H. Kerk, die teedere en voor ons 'Jler heil zoo bezorgde moeder, bevredigt zich hiermede uiet. Ook zij blijft niet ongevoelig aan het geluk en aan de genaden die het aandeel
8 Dl! CHRISTELIJKE HOEDER.
zijn geworden der brave en godvreezende moeder, maar neemt daaraan een ruim doel. Zij heeft liaren priester belast, om de door God begunstigde, aan den ingang van 's Heeren heiligdom te verwei kom men, en haar plechtig te begeleiden tot aan het H. Altaar. De priester moot, door zijne gebeden, hare godsvrucht steunen en sterken. De zegeningen die hij over haar afsmeekt, verzekeren haar nieuwe genaden, en verzekeren aan hare handelingen het kenmerk der Godgevalligheid. In het portaal der kerl;, wordt de moeder door don priester, met de stola en het roket ontvangen, en dit om ons te toonen, den hoogen eerbied die de moederlijke waardigheid over-waardig is, en om ons te doen zien, de grootheid der verplichtingen die aan het moederschap verbonden zijn. Derhalve is ook de eerste groet tot haar gericht: «Dat Gods heilige genade over haar nedcrdale, opdat zij ten allen tijde de verplichtingen van haren levensstaat getrouw moge nakomen. » En wanneer de H. Kerk, door
EERSTE HOOFDSTUK. 9
haren dienaar, de moeder met het gewijde water besprengt, zegt zij: «De Heer besprooie u met den dauw zijner Hemelschc genade. — Amen. » — Als wilde zij zeggen : Gelijk do droppels van het door mij gezegend water over n neerkomen, gelijk de dauw, zoo mogen ook de goddelijke genaden uwen moederlijlien staat, even als een zachte dauw besprengen. — Daarna wordt de moeder eene brandende kaars in de handen gegeven, en ook in deze geeft de H. Kerk een nieuw bewijs van haren eerbied voor de moederlijke waardigheid — en het brandende licht in hare handen is tevens eene waarschuwing. — « Dat voortaan het licht van het Christelijk geloof en van uwen oprecht christelijken levenswandel het hart en don geest verlichten van uw kind, opdat het getuige zijnde uwer goede werken, door uw voorbeeld worde aangespoord, deze na te komen en don vader in den Hemel lofprijze en danke. « In de andere hand neemt do moeder het eene
10 DE CelUSTEUIRE MOEDER.
einde van den stola, hetgeen Ijetjekenl,, dat zij voortaan zich geheel en al moet beijveren om haar kind op te leiden volgens de grondbeginsels en de voorschriften der H. Kerk. In innige vereeniging, en nauw aan de heilige Kerk verbonden, maakt zij haren eersten kerkgang en de daarbij gebruikelijke godsdienstige oefeningen. En zulks ten gevolge der woorden die de priester bij het aanbieden der stola spreekt: « Treed binnen in Godstempel, en bid — betuig uwe dankbaarheid aan den zoon der vlekkelooze moedermaagd Maria, die u de vruchtbaarheid der nakomelingschap verleend heeft.
En in de lezingen, en in de gebeden van den priester, die de moeder naar het heilig Altaar begeleidt, gebeden die de priester in den naam der moeder uitspreekt, ademt alles vreugde en zoete voldoening voor de moeder; en dankbaarheid voor de groote weldaad des hemels, het vast en onwrikbaar voornemen van het kind Christelijk op te voeden en te
KEHSTE HOOFDSTUK. 1 1
verzorgen ; en vurig wordt er gebeden, opdat God hiertoe zijne hulp en zijnen bijstand moge verleeuen.
Bij het naderen van het altaar wordt de 120e psalm gebeden : «Ik heb mijne blikken tot den Hemel gewend, van waar ik de noodige hulp zal erlangen, mijne hulp komt van den Heer, die Hemel en aarde geschapen heeft, en Hij alleen kan ons de noodige hulp verleenen. »
Deze bede richt de priester tot God in naam der moeder om Hem te bedanken voor de hemelsche weldaden waarmede haar kind liegiftigd is geworden, en om de zoete en troostvolle hoop te verlevendigen, dat noch aan haar, noch aan haar dierbaar kind, de bescherming van den algoeden Hemelvader, nooit meer zullen ontbreken.
Dan bidt do H. Kerk voor Je moeder zelve: « Dat de Heer al mijne gangen begeleide, en dat hij alleen mijn steun en mijne kracht blijve, alle dagen mijns levens. » Dan zegt hij tot de moeder:
J 2 DE CHRISTELIJKE MOEDtH.
lt;i De Heer die zijn volk op eene liefdevolle
wijze beschermt, sluimert of slaapt niet maar waakt. Do Heer beschermt u, en wreekt de handhaving uwer rechten. Bij dage zullen u de brandende zonnestralen niet hinderen, en de treurige bleekheid der maan zal des 's nachts uw gemoed niet tot droefheid stemmen. De Heer zal u voor elke kwaal behouden, de Heer zal uwe ziel beschermen, en toezien over uwe gangen, niet alleen nu maar ten allen tijde. Eere zij den Vader, den Zoon en den H. Geest.»
Daarna worden de vrome gevoelens der gelukkige moeder op eene bijzondere wijze gestemd, door het gezamentlijk bidden van den « Onzen Vader # voor het welzijn van haar kind. « Ontferm u onzer, o Heer, Christus, ontferm u onzer. Heer, ontferm u onzer! » Zoo smeekt, zoo bidt de H. Kerk, en de moeder door den onbreekbaren band der getrouwheid en der liefde vereenigt hare bede met haar, met den heiligsten eerbied bezield, looft
EERSTE HCOFDSTÜK. IS
en prijst zij God, zij bidt den Onzen Vader, haar vader en de vader van haar lief kind, (i geheiligd zij uw naam. t Geloofd en geprezen zijt gij, o God, die mij tot de moederlijke waardigheid verheven hebt, die door de geboorte en door de genade van het H. Doopsel mijn kind met twee groote weldaden verrijkt hebt. O moge toch voortaan uw heilige Naaflt door mij on door mijn kind aanhoudend verheerlijkt worden. Schenk ons hiervoor do noo-dige genade ! « Ons toekome uw rijk, » verleen aan mij en aan mijn kind, dat wij steeds door eencn onwrikbaren trouw aan de H. Kerk, hare weldaden steeds waardig mogen blijven, en door eenen oprecht christolijken levenswandel steeds bevalli-ger worden aan uw aanbiddelijk aanzijn. « Uw wil geschiede. » Beschik over mij on over mijn kind volgens uw goedvinden, en ten allen tijde zullen wij de beproevingen, zoo wel als de weldaden, zonder morren uit uwe hand ontvangen. « Geef ons heden ons dagelijksch brood,»
14 DF. CHRISTELIJKE MOEDER.
Beschik over onze stoffelijke belangens, zoo als uwe voor ons allen even liefdevolle als vaderlijke besluiten . het voordee-ligste zullen oordeelen voor ons eeuwig zielenheil. « Vergeef! » O vergeef mij al mijne fouten, al mijne zonden, al mijne gebreken. « Leid ons n mij en mijn kind « niet in de bekoringen, maar verlos ons van alle kwaad. Amen. igt;
Na het Vader Ons, worden afwisselend door den priester en zijnen dienaar gebeden uitgesproken waardoor de H. Kerk den Hemel smeekt vcor do noodige genaden, voor dien vooridnrendeu bijstand, waaraan de moeder zulk eene groote behoefte heeft.
I'. Heer, maak uwe dienaresse zalig;
D. Die steeds op u, o God, hoopt met een vast betrouwen !
P. Zend haar uwe hulp, uit uw heiligdom ;
D. En bescherm haar van uit Sion.
P. Dat de vijand van alle goed op haui niets vermoge ;
EERSTE HOOFDSTUK. 1 S
D. En dat de zoon van alle boosheid zich niet verstoute haar to schaden.
P. Heer, verhoor mijn gebed,
D. En mijn smeeken kome tol u.
1'. De Heer zij met u,
I). En met uwen geest.
Laai om hidden.
Almachtige, Eeuwige God, die door de geboorte der vlekkelooze moeder-maagd, de smarten der geloovige barenden in vreugde veranderd hebt, werp eenen ge-nadenvollen blik op nwe dienaresse, die mot de heiligste vreugde bezield, dezen tempel is binnen getreden om U hare dankbaarheid te betuigen, verleen haar, door de voorspraak der H. Maagd Maria, dat zij eens na dit leven, met haar kind (even vreugdevol als nu) de eeuwige Hemelen moge binnentreden, om daar de vreugde der eeuwige zaligheid te mogen genieten. Dour Christus onzen Heer. Amen.
4 6 DF. CimiSTELIIKE MOEDtlB.
Welk een troostvol gebed ! Door de geboorte van Jezus zijn die smarten der ge-loovige barenden in vreugde veranderd, daar zij die geboren worden, herschapen worden in kinderen Gods, en erfgenamen van den goddcltjken Vader. Zonder deze wedergeboorte, zoude de geboorte van oen kind do oorzaak zijn dor diepste droef-heid, en van het grootste leed. —Die om U hare dankbaarheid te betuigen dezen tompol binnentrad. — Vreugdevol; wij vernamen degroote redenendozer vreugd. — Om dank te betuigen, begaf zij zich lieden op weg. Verleen haar dat zij eens oven zoo vreugdevol met haar kind, de vreugde dor eeuwige zaligheid moge genieten. Verleen haar dat zij altijd de moederlijke plichten stipt vervulle, en baar kind opvoode in de deugd, in de orde en in do vreezo des Hoeren, opdat zij met ter tijd, met haar kind, den tempel uwer hemelsche heerlijkheid moge binnen treden, even zoo vreugdevol, als ten huidige dage, opdat zij door hare
EERSTE HOOFDSTUK. . 17
voorbede nan haar kind de eeuwige zaligheid verzekere.
De voorlezing van het begin van h t Evangelie van den H. Joannes «In don beginne was het woord, en het woord was bij God » sluit de plechtigheid. Hierdoor wordt de moeder vermaand en haar de gi'oote verplichting voorgehouden, dat de grondbeginselen van het H. Evangelie, van den eens uit liefde voor ons mensch geworden Zojn Gods » haren levenswandel moeten bezielen en dat zij volgens deze grondbeginsels alleen, hetgroote werk der opvoeding van haar kind bewerkstellige. Ten bewijze harer bereidwilligheid en uil eerbied voor de leer des Heeren, kust zij liet Evangelieboek, haar door den priester overhandigd, daar waar de H. tekst begint. Daarna zegent haar de H. Kerk nog eens: « Dat de zegen van God den Vader, van God den Zoon en van God den Heiligen Geest over u nederdale, en u nimmer verlate I Amen. »
Wiens gemoed wordt door dezen zegen 2
(8 DK CHRISTKLMKF. MOEDEB.
niet tot ernst gestenul ? Want door dozen zegen verzekert de 11. Iverk dor moedor de noodige hulp en bijstand des Hoeren, om zich van haremoodorlijke plichten zoo te kwijten als de goede God het van haar vordert , ter zijner meerdere eer en glorie, en voor het eeuwig heil van haar kind.
Gezegend en gesterkt door de goddelijke genade, keert de moeder huiswaarts om hare groote en gewichtige taak te aanvaarden. Zoo moot men don eersten kerkgang, die met zooveel boteekenonde plechtigheden gepaard gaat, mot het oog des geloofs beschouwen. Alhoewel deze kerkgang ook gebezigd wordt om God voor de grootheid zijner weldaden te danken, blijft echter zijn hoofddoel, volgens de beschikking der H. Kerk : het bidden en het smeken om Gods zegen, en om de genade van de verplichtingen van het moederschap stipt te vervullen. — Het is het uitdrukkelijk bevel der H. Kerk, dat de moedor bij deze gelegenheid ernstig nadenko over do grootheid harerverplich-
EOISTE HOOFDSTUK. i 0
tingen, en de hieruit voortspruitende verantwoordelijkheid ; zij verplicht is van haar zelve en haar kind onder de bijzondere bescherming van den Hemel te stellen. De zegeningen der H. Kerk verplichten haar van het groote werk der opvoeding met de meeste nauwgezetheid te leiden, volgens hare loer en volgens hare voorschriften. Hoe bedroevend is hef, en welke treurige gevolgen ontstaan uit hol verzuim van deze daad der christelijke moeder ! Maakt zij zich en haar kind niet veler groote genaden en weldaden onwaardig door zich te onttrekken aan den heüzamen invloed der Godsdienst! Geve de Hemel dat dit stichtend gebruik door elk een geëerbiedigd worde! Eu mogen alle moeders dit met zulke gevoelens nakomen als wij hier aangeduid hebben. Dan zullen zij vele hemelsche vertroostingen genieten, in bet volbrengen hnr.ner kommernisvolle taak, en aan hun dierbaarst pand vele hemelsche weldaden verzekeren.
O DK CHRBTEUJKF. MOF.OEtl.
DK VOORBKHKTDUNDH OPLEIDIN'C D!;.F. MOEDI-R.
fie H. Kerk stelt hot grootste belang in iet beroep der christelijke moeder ; hiervan hebben wij ons reeds voldoende kunnen overtuigen, en het is om een denkbeeld te geven der groote verplichtingen die op de moeder berusten, dat zij li aai' plechtig bi j den eersten kerkgang in hare tempels ontvangt. Nu moet zij in naam der H. Kerk, den jongen mensch, haar zoontje of dochtertje, verder deelachtig maken aan de groote weldaden waarmede Christus de Heer hem begiftigd iieeft, door hem op te voeden in de vreeze des Ileeren en in de vurigste godsvrucht. Hetgeen de priester krachtens zijne verhevene bediening verplicht is van te doen voor de kinderen van meer gevorderden leeftijd, moet de moeder doen voor haar kind gedurende zijne eerste levensjaren,
TWttDL HOOFDSTUK- 21
zij is alzoo deu dienst der H. Kerk toegewijd. Verhevene bediening 1 wier grootheid wij nu meer uitgebreider zullen be spreken.
In de eerste levensjaren, is hot kind uitsluitend aan de zorgen der moeder toevertrouwd. Zijn lichamelijk gestel is nog te teeder om even als de meer volwassene zijn voedsel direkt uil de hand der natuur te kunnen genieten. In deze behoefte heeft de Schepper op eene wondervolle wijze voorzien, door het lichaam dor moeder zoo te vormen, dat het kind het voor hem onontbeerlijk voedsel ontvangt, en dit is de moedermelk. Hel kind ligt aan de moederborst, en ontvangt gretig van haar voedsel. En zoo versterkt zich zijn stoffelijk leven, en groeit langzaam op in de armen zijner liefdevolle moeder. Maar dat kind hoeft ook een ander leven ontvangen in het heilig Doopsel, en dit is het leven der heiligmakende genade, waardoor het een kind Gods geworden is. Gelijk nu de Heer de voeding van het na-
22 PK CHRISTELIJKE MOEDER.
tuurlijk (licliaruelijk) leven aan de natunr lieeft toevertrouwd, lieeft hij de sterking en den vooruitgang in hei bovennatuurlijk leven, aan du H. Kerk toevertrouwd ; zij voedt en sterkt dit door hare leer, door hare genademiddelen en door haro liefdevolle leiding. Maar zuo lang als dit, hooger leven, bij het kind, nog zwak en weinig ontwikkeld is, kan zij dit slechts door de tusschenkonist der moeder. Ook hier is het kind niet in staat, om zijnen vooruitgang in het bovennatuurlijk leven te bevorderen, en kan zich hoegenaamd geen begrip vormen van hetgeen de heilige Kerk van hem verlangt , dat het opgeleid worde in de godsvrucht en in de vroomheid, hiertoe moet het door zijne moeder worden voorbereid op eene wijze die voor zijnen teederen leeftijd vatbaar is. De moeder moet het kind langzamerhand de leer der H. Kerk, de schoonheid der deugd, het groote geluk van eenen oprecht christelijken leve'nswandel voorhouden en beminnelijk maken, en zoo
TWEEDE HOOFDSTUK. 23
zal het lichamelijker wijze en geestelijker wijze tot een oprecht Christen, tot een getrouw zoon der H. Kerk opgroeien, rustende op het moederlijk hart.
Werkelijk, vervangt dus, gedurende de eerste jaren, de moeder bij haar kind, de H. Kerk. De bevelen des Heeren, die de 11. Kerk ontvangen heeft, ora aan de menschen de eeuwige zaligheid te verzekeren, kunnen in dien teederen leeftijd alleen gehandhaafd en uitgevoerd worden door de christelijke moeder.
De christelijke moeder is voor haar kind de dienaresse der H. Kerk, wee haar wanneer zij hare groote verplichtingen niet beseft en niet stiptelijk vervult !
Men mag zich niet met de geringste hoop vleien, dat iemand die niet van af zijne prille jeugd, door zijne moeder godsdienstig is opgeleid geworden, ook een werkelijk goed Christen zal worden. Gelijk de mensch, het hem door Christus verzekerd eeuwig welzijn, niet zal ontvangen, wanneer de H. Kerk hem hieraan
24 DE CHRBTELMKE MOEDDP.
niet deelachtig maakt, zoo zal hij altijd min of meer Codes bovennatuurlijke weldaden ontberen, wanneer zijne moeder zal verwaarloosd hebben van hem deze te doen kennen en als kind te doen beseffen.
Maar van hel kind dat het onschatbaar geluk eener christelijke moeder ten deelo viel, eener moeder die zich beijverde om hem reeds vroeg eeneu waarlijk chrfste-üjken geest in te boezemen en hem opgeleid heeft in de beoefening aller christelijke deugdeu, kan men bijna met zekerheid van zeggen, dat dit kind later eenen hoogeu graad van christelijke volmaaktheid zal bereiken en de [eeuwige zaligheid zal verwerven.
Hoe groot is het aantal der Heiligen, welke hunne wondervolle heiligheid en do grootheid hunner hemelsche heerlijkheid, na God, verschuldigd zijn aan den heilzamen invloed die hunne vrome moeder, in hunne jeugd, op hen heeft uitgeoefend. Ja hoe veel heiligen tellen wij
TWEEDE HOOFDSTUK. 20
niet wier moeders cveneeas heilig zijn, en de eerste grondlage waren hunner eigene heiligheid. Welk eene groote weldaad heeft dan God aan een kind verleend dat eene echtchristelijke en grondig godsdienstige moeder bezit! De christelijke moeder is de dienaresse dor H. Kerk; toont zij zich in alles harer verhevene bediening overwaardig, dan is zij «iet alleen voor haar kind, maar ook voor de maatschappij, een ware zegen en de bronader van veel heil. Daarom spant de H. Kerk al hare krachten in en wijdt zich onverpoosd aan de grondig christelijke opleiding der moeders, opdat deze eens hare plaats op eene waardige wijze bekleedon. Ja, God zelf heeft het uitdrukkelijk gewild, dat zij zich op eene meer bijzondere wijze aan zijnen dienst toewijden, die hij zulk eene verhevene bediening bij zijne kinderen heeft toevertrouwd. Wie zal het durven ontkennen, dat de personen van het vrouwelijk geslacht eene zekere natuurlijke neiging hebben tot de vreeze
26 DE CHRISTELIJKE MOEDKR.
Gods en tot dc vroomheid, en eene bijzondere voorliefde bezitten voor de beoefening der deugden, welke voor de goede behandeling en de degelijke opvoeding van kleine kinderen van het uiterste belang zijn. en dat God haar gewoonlijk rijker met deze weldaad bedeelt dan de mannen, en dat zij onder menig oogpunt met mindere moeite eenen godvruehtigen levenswandel leiden , en eene hoogere christelijke volmaaktheid bereiken dan deze. Het is aan geen twijfel onderhevig dat de Schepper zulks zoo geregeld heeft met het inzicht op het moederschap. Omdat de jonge mensch gedurende zijne eerste jaren, waarin zijn hart het meest gevoelig is aan den invloed, van meer volwassenen bijna uitsluitend onder het too zicht zijner moeder staat, en hij in hare onmiddelijke nabijheid den dag doorbrengt, terwijl de vader zijne zaken moet waarnemen, daarom ligt er zoo veel aan gelegen dat dc invloed der moeder, eene goede, en met de vreeze des Heeren, en
TWEEDE HOOFDSTLK. Zl
eene grondige godsvrucht bezield zij. Zoo heeft de Heer ook ztif op natuurlijke wijze, bij het vrouwelijk wezen der moeder de beoefening der godsvrucht en der deugden welke den moederlijken staat eigen zijn, gemakkelijk gemaakt.
Des te ongelukkiger zal de inoedci1 zijn die hiel aan zich onttrekt. Maar ook de heilige Kerk, zooals wij reeds gezien hebbjn, beschouwt de grondig godsdienstige opleiding der moeder als eene harer hoofdverplichtingen. Aan wie zijn hare pogingen onbekend ? Wie kent niet de tallooze vereenigingen, de broederschappen, die de H. Kerk heeft ingesteld voor het welzijn der jeugd, om haar te bezielen met een waren christelijker! geest, en vooral om hare onschuld ongeschonden te bewaren ? Mot betrekking tot do christelijke maagden beoogt de II. Kerk, door deze instellingen , hoofdzakelijk , eeno grondig godsdienstige opleiding en vorming tot dien levensstaat dien de over-groote meerderheid der maagden met
28 DE CHniSTKLIJKE BOEDKR.
der tijd eens zullen aanvaarden, en zi j verlangt dat allen, eens in den huwelijken slaat getreden, het christelijk moederschap door de verhevenste deugden zullen opluisteren. Derhalve wijdt zij haar al hare zorgen, en waakt zij zoodra de eerste stap tut deze verhevene waardigheid plaats heeft, wanneer dc maagd bruid geworden is. Ach, mogelijk is nu het gevaar van de onschatbare parel der onschuld, het kostbaarste kleinood harer ziel, te verliezen, grooter geworden. De Kerk kent de grootheid van hot ongeluk dat daarin bestaat, wanneer eene maagd misbruik maakt van haren bruidstaat, en hare onschuld verliest. Hoe kan zij hopen dat zulk eene ongelukkige, die zoo roekeloos te werk gaat, aan hare christelijke plichten ongetrouw geworden, eens eene brave en god-vreezende moeder zal zijn ?
Van daar hare strenge vermaningen, hare onderrichtingen op den predikstoel, hare waarschuwingen in den biechtstoel en hare onverpoosde zorgen om elkeen
TWEEDE IIOOFD-TtJK.
liij voorkomende gelegenheden, van het groote gewicht van dit punt te overtuigen en de redenen waarom zij den Hemel geweld aandoet, opdat bruid en bruidegom, gesierd met de onschatbare kroon der onschuld voor hare altaren verschijnen. Is deze ovorkostbaro parel nog werkelijk hun aandeel, dan kan de H. Kerk, zonder kommernis de toekomst te gemoi t zien, want dan zal zij na eenigen tijd, onder de haren, cene goede moeder meer lollen. Waarom ziet men zoo vele ongelukkige huwelijken, waarom gaan zoo vele gezinnen, in jammer en in de diepste ellende te gronde? Omdat gedurende do verloving zoo vele zonden zijn bedreven geworden, zonden waaraan de ouders medeplichtig zijn, door het verzuim hunner ouderlijke plichten.
Het tijdstip waarop de maagd vrouw zal worden nadert. Met moederlijke liefde snelt de H. Kerk haar te hulp, opdat deze gewichtige stap niet geschiede zonder de noodige voorbereiding. Zij heeft hare dienaren ver-
29
M Dr. CHJilSTFXIJKF MOEDEH.
plic.lit van de christelijke bruid, vóór dat zij don h uwelijken staat aanvaardt, bij hen todoen komen, om haar hiertoe voor te bereiden, en te onderwijzen in de ffroote verplichtingen die aan don huwelijken staat verbonden zijn. En om deze verplichtingen te kunnen vervullen, moeten do ouders do herders behulpzaam zijn; verplichting die den ouders met nadruk steeds moot worden voorgehouden.
De dag van de inzegening des huwelijks is daar: Do bruid moet voor hot trouwaltaar gevoerd worden om den bruidegom, ter bekrachtiging van doneeuwi-?en band, de hand to goven. Maar de H. Kerk laat haar niet zoo in eens tot voor het heilige dor heiligen verschijnen. Hoeft zij reeds, in het bruidsondorzoek, aan beiden hunne verplichtingen voorgehouden, en hen overtuigd der groofn verantwoorde-ging die zij eens in het oordeel over het nakomen der verplichtingen van don huwelijken staat zullon moeten afleggen, dan vordert zij nog, dat 's avonds voor
TWEEDE HOOFDSTCK. 'M
het huwelijk of wel quot;s ochtens, de bruid met haren bruidegom voor de vierschaar der boetvaardigheid verschijnen, en daarna tot de tafel des Heoren naderen, om daardoor gezuiverd van alle zonden, gelouterd door don liefdebond, dien zij met den liefdevollen Heiland gesloten hebben, voor het trouwaltaar te verschijnen.
En gedurende dezen eersten stap, staat de II. Kerk haar ter zijdo.
In hare tegenwoordigheid moet deze heilige bond gesloten worden, opdat zij werkelijk een heilig sacrament ontvangen en deelachtig worden aan de genaden en aan de zegeningen die er aan verbonden zijn. Bijgevolg duldt de H. Kerk, volgens het streng bevel des Hoeren, het aanvaarden van den huwelijken staat dooide bruid, dan alleen, wanneer zij een heilig sacrament ontvangen heeft, opdat door deszelfs bovennatuurlijke werking het huwelijk geheiligd worde, en de grond waarop eens telgen zullen ontspruiten, door Gods zegen vruchtbaar worde,
32 DE CHRISTELIJKE MOEDER.
en ook opdat door de gfinadevolle werkingen van het H. Sacrament, de moeder reeds vooraf in staat worde gesteld om die kinderen welke God haar eens zal schenken, op eene waarlijk christelijke wijze ter zijner eer op te voeden.
Zoo gaat de H. Kerk te werk met den huwelijken staat, mot het daaraan vei-1'Onden moederlijk horoep, dat haar dier-baar en heilig is. Daarom spaart zij noch moeiten, noch zorgen, om de echtlieden en vooral de vrouw, te bezielen met eenen heiligen eerbied, haar te overtuigen van de groote deugden die haar aandeel moeten zijn, opdat zij den huwelijken staat met do noodige vereischten aanvaarde, en in die staat zich zelve en de haren zalige I
Heil en zegen de maagd en der echtge-noote, die deze voorbereiding onder do ieiding der H. Kerk stipfelijk zal gedaan hebben. Wanneer de lijd van haar moederschap daar zal zijn, dan zal het christelijk moederschap haar schoonste sieraad
TWEEDE UOOFDSTDK. 33
zijn, zij zal zich met een onbegrensden ijver aan deszelfs verplichtingen toewijden, en zoo zal zij in de H. Kerk veel goeds en in de maatschappij veel stich-tends daarstellen. Het is aan deze school waaraan eens zoo vele uitstekende moeders werden gevormd, die de heilige Kerk als heiligen vereert: eene heilige Elisabeth, eene heilige Hedwig, eene heilige Monika, eene heilige Paula en zoo vele anderen.
Maar hoe vele zijn er niet in onze dagen die de bevelen der H. Kerk verachten, hare wijze en heilzame raadgevingen van de hand wijzen,en van eene voorbereiding onder hare leiding tot eenen levensstaat, waaraan zulke groote gevolgen zijn verbonden, niets willen weten ! Hoe groot is het aantal der maagden niet waarbij men te vergeefs den geest der godsvrucht en der vreeze des Heeren zoude zoeken ? Ach, alles wordt gebezigd voor uiterlijk vertoon, de praalzucht maakt baarbij dag voor hare omgeving onverdragelijk, en
34 DE CnRISTELIJKF. MOEDER.
beneemt haar de nachtrust, altijd dorstend naar ijdele vermaken, hebben zij geenen ijver meer voor het gebed, voor het bezoek der kerk, voor het ontvangen der heilige Sacramenten , zij eerbiedigen hare ouders niet meer en houden zich met nietigheden onledig. En hoe is het met de onschuld des harten? Ach, dezo heeft sedert lang schipbreuk geleden I t En wanneer voor deze ongelukkige, de tijd der verloving daar is, wordt déze niet misbruikt in de verschrikkelijkste en in de walgelijkste zonden ? Terwijl men niets zoude mogen verzuimen om zich met den grootsten ijver tot zulk eenen gewichtigen levensstaat voor te bereiden, hoopt men zonden op zonden 1 En in welken betreurenswaardigen toestand verschijnt men dan eindelijk voor het trouw-altaar. Ach! dc lichtzinnigheid van den verlovingstijd verpest het huwelijksfeest, en men ontwaart geen spoor van dinn heiligen ernst welke aan zulk eene plechtigheid betaamt. En ontvangt men niet,
Tweede eoofdstük, 3o
ten gevolge van liet verzwijgen der zonden in de Biecht, ten gevolge van het onwaardig naderen tot de H. Tafel des Heeren, het H. Sacrament des huwelijks in eenen staat van doodzonden!
Hoe vreeselijk! met eenen drievoudigen Godsroof, met een geweten,bezoedeld met drieërlij heiligschennissen aanvaart men den huwelijken staat!
Hoe kan Gods zegen nederdalen over zulk een huwelijk ? Hoe zoude men kunnen verwachten dat zulk eene persoon eens eene goede moeder zal zijn ? Ach I eene droevige ondervinding heeft dit maar al te dikwijls bevestigd, dat bij de kinderen de gevolgen van het losbandig gedrag der moeder maar al te zichtbaar zijn ! En eene moeder, die in stede van hare kinderen in de deugd en in de vreeze des Heeren op te voeden, voor hen een steen des aanstoots is, maakt zich schuldig aan hunnen ondergang.
lil» cn;tISTELtJKF. MOEDEr..
.NOODZAKELIJKE VOORWAARDEN.
Dc christelijke moeder is voor haar kind de dienares der H. Kerk. Gelijk deze de verplichting heeft van hare geloofsgenoten te onderwijzen, te leeraren en te vermanen opdat zij eens het doel hunner bestemming bereiken, zoo moet ook de moeder, betrekkelijk hare kinderen, werkzaam zijn. Zij moet (en de vader eveneens) voor zoo verre het van hen afhangt, alles aanwenden, opdat hunne kinderen eens zalig worden.
De mensch heeft — om zoo te zeggen — eene dubbele bestemming, eene bestemming voor het tijdelijke, eene andere voor het eeuwig leven, eeno aardsche en eene verhevene bestemming. Hoofdzakelijk is er echter slechts eene; de bovennatuurlijke, maar om deze te bereiken moet de aardsche medewerken.
De groole verplichting der ouders en
rte
DERDE HOOFDSTUK. , 37
hoofdzakelijk der moeder, beslaat hierin, dat de kinderen reeds vroeg tot deze dubbele bestemming worden opgeleid. En om dit met een goed gevolg te kunnen doen, moet zij, voor verre zij daarvoor in staat is, haar kind tot toonbeeld strekken in alles wat voor zijne tijdelijke bestemming nuttig kan zijn, hem eene goede toekomst kan verzekeren, door hem op te leiden tot een nuttig lid der maatschappij.
Maar grootere zorgen moet zij aanwenden, dat het kind zijne eeuwige bestemming bereike, dat het onder hare leiding eens een waardig lid der heilige Kerk worde, opdat het in het rijk Gods, in het verblijf der gelukzaligen worde opgenomen. Deze is de grootste verplichting der moeder, van altijd in overeenstemming met den vader, hare kinderen in de vreeze des Heeren op te voeden en hen de geloofswaarheden grondig te leeren. Al het overige waarover eene moeder niet zonder bezorgdheid kan zijp. is niet d(?ze
38 DE CHKISTEUJ1E MOEDER.
groote verplichtiDg vergeleken, slechts van ondergeseliikten aard, en wordt door deze zoo ver overtroffen, als het eeuwige het tijdelijke overtreft. Bijgevolg is de hoofdtaak der christelijke moeder, de echt godsdienstige opleiding der kinderen, zonder welke de christelijke opvoeding niet kan bestaan. Al heeft eene moeder niets verzuimd om de geestvermogens van haar kind zoo goed mogelijk te vormen, om eens als lid der maatschappij een goed burger, een ijverig en werkzaam mau te zijn, heeft zij echter verwaarloosd of is zij niet bij machte geweest het hart en den geest dus kinds diep te doordringen van de vreeze des Heeren, en van de grondbeginsels van onzen heiligen godsdienst, dan moeten wij zeggen dat zij hare verplichting niet is nagekomen, zij heeft haar beroep misacht, zij is geene goede moeder voor hare kinderen geweest en hare verantwoordelijkheid voor de vierschaar van den onverbiddelijken vechter zal ontzettend zijn ! En hoe mees-
DEIIDE HOOFDSTUK. 39
tei l ijk zij ook hare kinderen voor de wereld moge hebben opgevoed, en hoe groot ook de loftuigingen der wereldlin-gen overhaar mogen zijn, niets zal haar ongeluk, niets zal het leed welk zij zich zelf berokkend heeft, kunnen bezweren.
Hoe groot ook de voordeelen mogen zijn welke de kinderen aan de moeder verschuldigd zijn, het allernoodzakelijkste, datgene hetwelk de moeder, krachtens de strengste rechtvaardigheid, verplicht was, van aan hare kinderen te verloenen, heeft zij hen echter onttrokken.
De vreeze Gudsen eene grondige deugdzaamheid, dit zijn de eerste en de belangrijkste onderwerpen, waarin de moeder reeds vroeg hare kinderen moet onderwijzen.
De vreeze Gods en eene grondige deugdzaamheid moeten de eerste geschenken zijn waarmede eene moeder hare lievelingen begiftigt, dit is de verhevenste en de heiligste verplichting der moeder,
40 DE CmUSTKLMKE MOEDER.
maar om deze verplichting met dc meeste nauwgezetheid na te komen, en om aan het edel en liefdevol streven der christelijke moeder, dien zoo vurig door haar verlangden uitslag te verzekeren, moeten hoofdzakelijk twee vereisohten grondig worden nagegaan.
Eerstens moet de moeder bezield zijn met de vreeze des Heeren en diep doordrongen zijn van de leer van onzen heiligen godsdienst. Tweedens moet zij hare kinderen eene ware liefde toedragen. Dit zal het onderwerp zijn van het volgende hoofdstuk.
IV. HOOFDSTUK.
DE MOEDER MOET GODVREEZEND EN GODSDIENSTIG ZUN.
Om hare kinderen eene degelijke opvoeding te kunnen geven, is het onmisbaar dat de moeder zelf werkelijk god-
VIERDE HOOFDSTUK. 41
vrcezend en vroom zij. Kan iemand iels aan een anderen schenken, hetwelk hij zolf niet bezit? En hoe zoude het mogelijk kunnen zijn dat eene moeder hare kinderen den geest der vroomheid in-boezeme, wanneer zij dezen zelve niet bezit? Of wie zoude eenen anderen in het een of in het ander vak kunnen onderwijzen waarvan hij zelf niet eens de geringste notie heeft ? Beschouwen wij de eenvoudigste dingen, een handwerk, eene kunst, eene wetenschap; om iemand anders hierin te kunnen opleiden, m03t men, gelijk elk een het zeer goed weet, ze zelf geleerd hebben, en zelfs er zeer in ervaren zijn. Zoude het mogelijk met de godsvrucht en de godvreezendheid anders kunnen gaan ? Voorzeker niet, want om daarin anderen te kunnen onderwijzen, moet men grondiger ervaren zijn dan in gewone zaken. Men moet om anderen hierin te kunnen onderrichten, zich zelf beiden eigen gemaakt hebben. Het hooge gewicht van dit onderwerp, noopt ons ora
42 DE CHRISTELIJKE MOEDER.
cms hierover meer uitgebreid onledig to houden.
En vooreerst stellen wij deze vraag : Zal eene moeder wier geest de deugd en de godsvrucht verafschuwt, zich er veel over bekommeren om hare kinderen eene godsdienstige opvoeding te verschaffen ? Niemand beijvert zich voor eene zaak, welke hem onverschillig is. Zieidaar do redenen waarom zoo vele ouders, en vooral zoo vele moeders, zoo weinig zorg dragen opdat hunne kinderen eens vroom en god-vreezend worden. In de meeste gezinnen is de volledige opleiding der kinderen hel werk der moeder, huiselijke bezigheden, orde en uitspanningen benemen ai den tijd aan eene opleiding tot oenen eclu christelijken levenswandel. Aan het onderwijs in den heiligen godsdienst, aan den ijver in liet beoefenen der christelijke deugden, aan het morgen- en avondgebed, aan het bidden voor en na hel eten, aan het bezoeken en aan het bijwonen der godsdienstplechtigheden wordt
VIERDE HOOFDSTUK. 43
niet eens gedacht. — Dat wordt hun niet geleerd, daar hooren of zien zij niets van te huis, de moeder zegt hun daar niets van, en waarom ? örndat de moeder er weinig aan gelegen ligt. *
Bijgevolg, wil men van de moeder te recht vorderen, dat zij aan haar kind eene godsdienstige opvoeding geve, zoo moet zij zelve met een vurigen godsdienst bezield zijn. Dan alleen zal zij in staat zijn om de bezwaren en de bekommernissen
quot; Voor eenigen tijd, ontmoette ik op eene wandeling con flink jongetje, en met hem sprekende vernam ik dat hij reeds 6 jaren oud was. Ik vraagde hem of /ijne moeder hem nog niets van den goeden God, van den hemel, van den godde-lijken Heiland verteld had? Daarvan wist het arm kind niets. Op de vraag of hij het Wees gegroet bidden kon, antwoordde hij neen ! Of hij het teeken van hot heilig kruis maken kon, neen : Arme jongen, dacht ik bij mij zeiven, gij zijt alreeds 6 jaren oud, en van dit alles hebt gij nog geen begrip. Welke ouders moet gij toch hebben cn welk eene pliehtvergetene moedor moet de uwe zijn. Ik deed den jongeling begrijpen dat hij zijne moeder moest verzoeken hem tu leeren het II. Kruisteeken maken cn te bidden. Toen ik later den naam van de familie kende heb ik mij verplicht gcjicht dit aan haren herder mede tc declen.
i 4 DE CUHISTELIJKK MOEDER.
die daaraan verbonden zijn te torschen. Want de degelijke en grondig godsdienstige opvoeding der tinderen vereischt op den duur eene gfoote opoffering, eene onbegrensde liefde. Niet gering zijn de moeiten die eene moeder zich moet getroosten om hare kinderen tot werkzaamheid, tot het bezoek der kerk en der school aan te wakkeren, om al hunne handelingen gade te slaan, te waken over hunnen omgang, en hen te onderrichten hoe zij den waren weg moeten bewandelen, hen te waarschuwen, en wanneer zulks noodig mocht zijn, te bestraffen. En toch moet dit alles stipt vervuld worden, om een werkelijk goed kind te vormen. Om dit te verwezentlijken is alleen eene echt christelijke moeder in staat.
De moeder die niet bezield is met eenen waren godsdienstzin, acht dit alles zeer weinig, zij zoekt haar gemak, alsmede een aangenaam en zorgloos leven en hierin wil zij niet door hare kinderen gestoord en belommerd worden, en zij be-
VIERDE HOOFDSTUK. 43
kornmert zich met hare kinderen dan alleen, wanneer de nood zulks vordert.
Kan men van de waarlijk christelijke vrome moeder alleen zeker zijn dat zij de godsdienstige opleiding van haar kind behartigt, zoo kan hare werkzaamheid alleen heilvolle gevolgen hebben. Eene hrave en godvreozende moeder kent alleen de taal der deugd eigen, welke in de jeugdige gemoederen der kinderen diep doordringt. En hoe meer haar hart blaakt van liefde voor God, des te meer zal zij zich beijveren om haar dierbaar kind den Heer te leeren kennen,en hem te onderrichten om God getrouw te dienen, want groot en vurig is de liefde die haar jegens God bezielt. Oes te gemakkelijker zal het voor haar zijn om de dierbaarste belan-gens van haar kind te behartigen, en zonder eenige moeiten, zullen hare woorden diep in zijn hart doordringen. Hoe heilzaam en hoe zalig zijn dus de vermaningen en de onderrichtingen eener godvreezende moedor, wf-lken zegenrijken
•tli HF, CHBISTEUJKE MOF.DEft.
invloed oefenen dezen niet uit op hel lee-dere hart van het kind, en verzekeren liera alle mogelijk heil, gedurende zijn geheel leven.
Maar hoe koud, hoe gevoelloos zijn de woorden eener moeder wier hart van God verwijderd is, wanneer zij nog soms met haar kind over Goden godsdienst spreekt! Aan zulke woorden blijft een kinderhart onverschillig.
De grondige en degelijke opvoeding der kinderen is verder eene zware en hoogst moeielijke taak. Hoe zoude men kunnen vorderen dat alle ouders, dat alle moeders vooral, de regelS en stellingen eener grondige opvoeding kennen en in derzelver toepassing ervaren zijn?
Maar is do moeder bezield met den geest der ware godsvrucht, zoo wordt aan dat hart, verlicht door het geloof en door de goddelijke genade, den rechten weg aangewezen, en haar vrome levenswandel zal voor het kind eene school zijn in welke het eindelijk beter dan door alle regelen
VIEftOE HOOFDSTUK. 17
en grondstelsels zal gevormd worden. De ondervinding leert ons dat een kind hetwelk godvreezende ouders heeft, op den duur zoo licht niet ontaart, terwijl andere kinderen, welke volgens de regels en de stellingen opgeleid zijn, maar het goed voorbeeld missen, jammerlijk van den goeden weg geraken.
Daarbij valt nog op te merken, dat een kind in de vroegere, teedere jaren, slechts weinig, en later hoegenaamd niet meer vatbaar is voor godsdienstige onderrich-lingen en vermaningen door het woord, maar des te beter de taal van het voorbeeld der moeder verstaat. Zoo uiterst gaarne, maakt het alles na wat het zijne moeder doen ziet. God zelf heeft deze zucht tot nadoen in 's kinds hart gelegd, opdat liet des te meer van de moeder leere, hetgeen het leeren en verstaan moet, omdat het zijn wil is dat het kind van de moeder slechts goed leere, en zij hem niets dan heilzame onderrichtingen geve. Zoo znllen dan, wanneer eene moeder de
18 DF. CHRISTELI-tKE MOEDER.
qroote waarde der deugd weet te beseffen, hare dageüjksche aan God toegewijde handelingen, voor het kind eene school zijn waarin het het wezen en de oefeningen van het christelijk leven, in zekeren zin, reeds eerder leert dan het begrijpen kan, en is het eens zoo ver gevorderd dat het ze beseft, des te zekerder zal alles getrouw worden nagekomen, en dit ten gevolge van het stichtend voorbeeld der moeder.
Zoo leert het kind van af zijne teedere jeugd, door het goed voorbeeld der moeder, God en zijnen Zaligmaker beminnen, met eerbied en met een groot vertrouwen zijne handen hemelwaarts te heffen ; hoe hoog de H. Kerk en de godsdienst moeten geacht worden, wordt hem gezegd en met liefde gaat het ter , kerk ; een groot medelijden voor de armen wordt hem ingeboezemd, het leert arbeidzaamheid, orde en reinheid, die aan den godsvrucht eenen hoogen luister schenken, zachtzinnigheid, vriendelijkheid en wel-
TIERDE HOOFDSTUK. 49
dadigheid worden hem ingeprent, altijd de waarheid zeggen, en alle andere deugden, die de moeder behartigt, worden zijn aandeel. Driewerf gelukkig kind, omdat het zulk eene moeder heeft! Haar levenswandel, haar voorbeeld zijn zijne school, waarin het bijna zonder te weten, en zonder groote moeite tot een grondig christelijk leven wordt opgeleid.
En niets dringt zoo diep in het hart door als datgene hetwelk door het voorbeeld geleerd wordt. Eenmaal tot eenen rijperen leeftijd gekomen, dragen al zijne handelingen het kenmerk eener grondige godsdienstigheid en alles wordt door eenen christelijken geest bezield.
Hoogst rnoeielijk zal daarentegen een kind eens een braaf christen, een ver-dienstig lid der maatschappij worden, welk, in zijne teedere jeugd, de onbesef-bare weldaad eener goede moeder en de zegen van haren Godgevalligen levenswandel niet heeft ondervonden. Wanneer het ongtluk wil dat de moeder jegens God
so de christelijke moeder.
en jegens de deugd onverschillig is, dan g
zal zij deze onverschilligheid aan haar Z
kind medcdeelon, cn wat zal ooit in staat k
zijn om den band der koude onverschil- d
iigheid, die zijn jeugdig hart knelt, te d-
verbreken '? Hoe zal het met der tijd nog V
mogelijk kunnen worden, het kind ijver w
in te boezemen voor God en voor de beoe- d(
fening der deugd, iets waarvan het te si
huis bijna niets, of misschien nog wel zi
nooit iets vernomen heeft, en hetgeen vc
hem in die jaren, waar het hart zich is
vormt, en zijn wil een vaste richting ge- ki
nomen heeft, vreemd is gebleven. Een Ik
kind dat zulk eene moeder heeft is door zi
een ongeluk zonder naam bezocht ge- d«
worden, eene moeder die in God, in den bi
heiligen godsdienst en in eenen christe- Gi
lijken levenswandel geen belang stelt! tn
Mogen toch alle christelijke moeders be- wi
grijpen, hoeveel er aan gelegen ligt, dat zi.
zij grondig godvruchtig en werkelijk de
vroom zijn,en hoezijzieh moeten beijveren l zi.
om in de christelijke volmaaktheid dage- ' ve
VIERDE HOOFDSTDK. ü t
gelijks niéuwe vorderingen te maken ! Zoo veel kinderen de Heer haar geschonken heeft, zoo vele redenen te meer om de beoefening van allo christelijke deugden met nauwgezetheid te behartigen. Want al deze kinderen zullen dan alleen werkelijk goed worden, wanneer de moeder braaf en godvreezend is, en zullen slechts in zoo verre braaf en deugdzaam zijn, als eene moeder zulks is. En hoe volmaakter de levenswandel eener moeder is, des te zorgzamer zal zij zijn om hare kinderen goed op te voeden, en zij zal hen ook des te beter kunnen leeren, hoe zij de beoefening van alle christelijke deugden moeten behartigen, en hoe groot hunne liefde moet zijn jegens den goeden God. Hoevele heiligen waarvan wij reeds melding gemaakt hebben, waren van deze waarheid diep doordrongen? En hoevelen zijn heilig geworden, omdat hunne moeders heilig waren, en het is aan deze dat zij na God hunne hemclsche heerlijkheid verschuldigd zijn.
fi3 DE CURISTEUJKF. MOf Di i*.
Welaan dan, cbristelijke moeder, besef nu eens met den geest des geloofs de verhevenheid van uw beroep, dat niets minder te vervullen heeft dan de kinderen welke God u toevertrouwt, voor God op te leiden, en denk er ernstig over na dat het onmogelijk is deze verplichting te vervullen, zonder dat gij zelf u uit geheel uw hart aan zijnen dienst toewijdt, en zijne geboden stiptelijk nakomt. Beijvert u om dagelijks in de liefde Gods nieuwe vorderingen te maken, door zijnen heiligen wil in alles te eerbiedigen, in de beoefening van alle christelijke deugden. Bidt den Heer vurig en met een onbegrensd vertrouwen, opdat God u hiervoor met zijne genade begiftige.
De Liefde.
Maar waartoe kan het dienen dat wij ons hierover uitbreiden ? Waar zoude men eene moeder kunnen vinden die hare kinderen niet bemint? Liefde, — de innigste, de teederste liefde der moeder voor haar kind is ja de voor-
I
VIERDE HOOrnSTL'K. 53
sef naamste hoedanigheid van Inar moeder-
er- schap. Wanneer de uiterste ontaaring daar
in- zoude zijn, dan zou zulks mogelijk kun-
•en nen zijn, — het zoude ja anders te onna-
fe tuurlijk wezen.
Jat Van deze natuurlijke moederliefde is
te hier geene spraak. Wij spreken hier al-
eel leen van de liefde eener christelijke moe-
en der voor haar kind, in zoo verre deze
ert cene voorwaarde is om hare plicht goed
we te vervullen, üaarvoor is de natuurlijke
iet- liefde alleen niet voldoende, daarvoor
de i heeft zij eene hoogere hulp, eene hoven-
sn. natuurlijke kracht noodig, en deze zal
be- haar alleen de ware christelijke moeder-
)or liefde kunnen verstrekken. En het is over deze dat wij de vrome lezeressen nu zullen onderhouden.
Jat De natuurlijke moederliefde alleen, is
iar uiet toereikend om aan eene moeder de
in- j noodige hulpmiddelen te verzekeren, om
it ? , hare moederlijke plicht zoo te vervullen
fde I als het behoort. En zij is op zich zelve
or- ' beschouwd, zonder dat zij door de boven-
'i l Dü CHRISTIiLMKE MOEDER.
natuurlijke chrislolijke liefde veredeld is, een beletsel in de vervulling der moederplichten, en de oorzaak dat deze hoegenaamd niet of slechts ten halve worden nagekomen. Zonde het moeielijk zijn van door voorbeelden te kunnen bewijzen, dat moeders, ten gevolge hunner natuurlijke liefde, verzuimen datgene voor hare kinderen te doen, hetwelk voor hun welzijn zoo dringend noodzakelijk is? Hoe dikwijls gebeurt het niet, dat moeders, alhoewel zij hunne kinderen hartstochtelijk uit natuurlijke liefde beminnen, dan nog voor hen datgene verzuimen hetwelk hen waarlijk gelukkig kan maken,, en hen opvoeden op eene wijze die hunnen volledigen ondergang verzekert. Mag dit niet te recht van alle moeders beweerd worden die aan het tijdelijke al hunne zorgen wijden, en zich daarbij bepalen ? Welke om aan hunne kinderen groote winsten, een onderkomen te verzekeren, hen aanhoudend in gevaar laten vertoeven van in zware zonden te vallen, hunne
VIERDE HOOFDSTUK. 85
onschuld en hun geloul te verliezen.
Ten gevolge barer ontijdige liefde, begrijpt eene dusdanige moeder, niet de rechte wijze, van een kind te straffen, zijne verkeerde neigingen te beteugelen, zooals liet met beleid en met voorzichtigheid moet plaats hebben, zij laat hem alles toe, zelfs datgene wat tot zijn verderf strekt, en zij voedt in hem, door zijnen verkeerden omgang, allerlei fouten en gebreken. Ware het ons gegeven van menschen die door hunne lichtzinnigheid en door hunne zonden, ongelukkig geworden zijn, te vragen waarom zij zulke ontaarde en diepgezonken schepsels geworden zijn, allen zouden ons eenparig antwoorden : Onze moeders zijn hiervan de schuld, omdat zij, in onze eerste levensjaren, hunne plicht niet gedaan hebben.
Zonder twijfel die natuurlijke, door het H. geloof niet gelouterde,en veredelde liefde der moeder, is voor een groot aantal menschen, de oorsprong van hunnen eeuwige verdoemenis. Zoo onbetwistbaar
S6 DE CHIUSILUJKK MO DI H.
het is, dat eene vurige liefde voor de kinderen onmisbaar is om het moederlijk beroep te kunnen vervullen (de moeder moet ja moedig, geduldig en volhardend zij n, ij verig om zulke lasten te overnemen, offerwaardig en nooit moedeloos, om hare plichten te vervullen) zoo zeer wordt het eveneens vereisoht dat deze liefde, opdat zij haar doel bereike, den stempel van het bovennatuurlijke, eene christelijke en bijna goddelijke zij. Deze ontstaat door de genade en door het geloof.
Al die hoedanigheden, welke der natuurlijke moederliefde eigen zijn, de innigheid, de gelatenheid, de offervaardigheid, zijn ook eigen aan de bjvenna-tuurlijke moederliefde, maar in eenen veel hoogeren en edeleren graad. Neemt de stam van eenen vruchtboom, ent daarop eene uitgelezene vrucht, hoe levendiger en hoe sterker de wilde stam zal zijn, des te krachtiger zal zich de fijne vrucht ontwikkelen, en eenen rijken oogst opleveren. Zulk eene sterke stam is de na-
VIERDE HOOFDSTUK. ÏM
tuurlijke moederliefde, door het geloof en de genade Gods veredeld en verheven tot eene bovennatuurlijke, zal zij de natuurlijke liefde ver overtreffen.
De waarlijk christelijke moeder, wanneer zij haar kind, met het oog des ge-loofs aanschouwt, ziet in hem een kind Gods. Gelijk het door de natuurlijke geboorte uit haar ontsproten is, en daardoor haar kind is, zoo is het door het heilig Doopsel voor God herboren, en daardoor een kind Gods geworden. En nog meer is het een kind Gods, dan haar eigen kind. Aan hem de teederste liefde, en de grootc liefde die de moeder jegens God bezielt, deze liefde gaat door zijne genade ook tot zijn kind over ; en daar zij hetzelve ook als haar eigen kind liefkoost, zoo wordt deze liefde met de bovennatuurlijke ver-eenigd, door deze opgeluisterd en verheven.
Niet alleen erkent.de christelijke moeder in haar kind een broertje, een zusje van Jezns-Christus, den God-Monsch, den
H8 l)i; CHRISTELIJKE MOEDER.
lieveling van zijn heilig hart. Zij weet hoezeer Jezus, degroote kindervriend, de kinderen en ook haar kind bemint, en hoe dierbaar ze Hem zijn. Zoozeer zij haren Heiland bemint, zoo zeer, en uit wederliefde voor Hem, bemint zij haren lieveling met ecne steeds toenemende en veredelde moederliefde.
Het geloof leert haar, dat haar kind eon lid is der groote gemeenschap der Heiligen, en dat derhalve, de geheele Hemel, met Maria, de koningin der Hemelen aan het hoofd, en met haar alle uitverkorenen, het grootste belang in haar kind stellen, en hem als haar broertje of zusje beminnen, voor hem zeer deelnemend zijn en zijn eeuwig heil vurig verlangen. Zij weet ook dat do verhevene Geesten, de H. Engelen in deze liefde dei-uitverkorenen voor haar kind een aandeel nomen ; ja, dat een onder hen, de ge-trouwste vriend, de beschermer van haar kind is.
Zullen deze beweegredenen den lieve-
VII.RDE aOOFDSTLK. 09
ling van haar hart niet oneindig dier baarder maken ?
Door het geloof ziet zij in haar kind het evenbeeld Gods, hetwelk iu het heilig Doopsel met de heiligmakende genade-verrijkt is , het beeld van den Aller-hoogsten spiegelt zich in zijne reine ziel, hoe aangenaam en hoe bevallig moet het dan niet zijn in zijn oog? De moeder erkent verder in haar kind, eenon, door Jezus-Christus, den Zoon Gods, verlosten, voor welken Hij eens zijn kostbaar bloed gestort heeft, en welken Hij door zoo veel lijden en door zoo vele smarten vrijgekocht heeft. — Verder erkent zij nog iu hem eenen tempel van den heiligen Geest, waarin hij op eene geheirnenisvolle wijze, door de heiligmakende genade troont. — Haar kind is een erfgenaam des Hemels, bestemd om eens aan de vreugde en aan den luister van het groot vaderlijk huis deel te nemen.
Zijn dit geene beweegredenen genoeg, om steeds eenen heiligen eerbied vóórhaar
fiO Dt CHRISTELIJKE MOEDE».
kind Ic hebben, en hem steeds als haar dierbaarst pand te beschouwen ? Voorzeker, en haar oog zal met ontzag den lieveling van haar hart aanschouwen, en haar hart zal met vreugde vervuld worden, en door den bijstand der goddelijke genade, zal deze liefde op eene wonderlijke wijze gesterkt worden, en begeesterd met wonderlijk heilige liefde, zal zij haar-kind in hare armen sluiten en aan haar hart drukken.
Deze is de liefde welke, volgens Gods wil, de moeder voor haar kind moet bezielen, en die haar beroep moet kenmerken. Daarom heeft God zelf er voor gezorgd om, door bijzondere genaden, deze bovennatuurlijke liefde te versterken, en deze altijd hooger te doen stijgen. Dit is eene dier genaden, welke aan het H« Sacrament des Huwelijks verbonden zijn, en wanneer de christelijke moeder voortaan door het gebed, door het bijwonen van het H. Sacrificie der Mis, door het dikwijls naderen tot de H. Sacramentet'
VIEBDE HOOFDSTUK. 61
der Biecht en der H. Communie, en door eene dagelijksche beoefening der christelijke deugden aan de ingevingen dei-goddelijke genade beantwoordt,dan wordt de moederliefde, door de heilzame werking der genade, vernieuwd en versterkt. De liefde der christelijke moeder heeft in de genade haren oorsprong, en ontvangt door haar nieuwe krachten en eene groo-tere vermeerdering, en wordt door haar eene bovennatuurlijke. En alle beschouwingen welke het geloof ons voorhoudt, om deze liefde te voeden, op te wekken en te sterken, zullen dan alleen nuttige en heilzame gevolgen hebben, wanneer aan de genade medegewerkt wordt. Ziedaar de moederliefde waarvan het hier geldt, de liefde eener christelijke moeder. Zij is het werk Gods in de schepping van het moederlijk hart.
Hij die dit hart met de macht der natuurlijke moederliefde begiftigd heeft, is het ook welke door zijne genade en rtoor zijne waarheid, tot eene bovennatuurlijke
G2 DE CHRISTF.LIJKE MOEDEÜ.
verheft. En verwerft de werking der natuurlijke liefde onze bewondering en onzen eerbied, hoe oneindig grooter en verhevener is dan niet de werking van het bovennatuurlijke, dat in den Hemel zijnen oorsprong heeft, de bovennatuurlijke moederliefde 1 En hoe machtiger en hoe heerlijker zijn hare uitwerksels en hare vruchten 1
«Sterk als de dood is de liefde I» Nergens wordt deze spreuk van den heiligen Geest sterker bevestigd 1 Geeft de natuurlijke moederliefde ons hiervan een plechtig bewijs, hoe wordt dan door de bovennatuurlijke moederliefde deze Godsspraak bevestigd ! Hoe meer eene moeder van eenen echt christelijken geest bezield is, hoe meer hare liefde voor haar kind zich door het bovennatuurlijke zal onderscheiden, des te warer, des te inniger zal deze liefde zijn: Geene moeite, geen bezwaren, geenen arbeid, geene onaangenaamheden, geen offer hoe groot, hoe zwaar het oolc zoude mogen wezen, zal haar weerhouden,
vierde hoofdstuk. fi.t
daar voor haar kind haar niets zal afschrikken. Hoeveel last het haar ook moge veroorzaken, welke ontberingen zij zich ook moeto laten gevallen, en al heeft zij ook bij dag en bij nacht, wegens hem geene rust, zij verliest hare vroolijke stemming niet, en nooit wordt zij ongeduldig of verdrietig. Voor haar kind laat zij zich alles welgevallen, voor haar kind doet en lijdt zij alles, en is zelfs bereid om voor hem haar leven ten beste te geven. Hetgeen de H. Apostel ons in het algemeen van de christelijke naastenliefde leert, wordt op eene bijzondere wijze dooide christelijke moederliefde beoefend: Zij wordt niet boos, zij is geduldig, zij is verdraagzaam, zij schikt zich in alles, zij is goedaardig, en vergeet haar zelve, 's Kinds leed is het hare, zij kan niet rusten vooraleer zij zijn leed verzacht en heeft doen wijken, 's Kinds vreugde, 's Kinds geluk, is het doel van haar streven en is het eenig waar geluk, de eenigste vreugde die zij kont. Dit is eene alge-
Bi DK CHBISTF.LIJKK MOEDER.
meene waarheid die op eene verhevene wijze wordt bevestigd, wanneer het hooier welzijn of wel een groot onheil het kind ten deele wordt.
De degelijk christelijke moeder ziet in haar kind, zooUs wij het reeds gezegd hebben, een kind Gods, hetwelk de machtige hemelvader aan haar heeft toevertrouwd, zoo als wij reeds gezien hebben, zij moet het tot Hem voeren, zij moet, zoa verre het in hare macht is, zijne opneming ia het hemelsch vaderhuis verzekeren. Het is juist de bovennatuurlijke liefde die haar jegens haar kind bezielt, die haar er toe aanmoedigt, opdat zij dit werkelijk doet. Haar grootste levensvraagstuk en het onderwerp barer aanhoudende zorgen en moeiten, is de opleiding van haar kind tot een werkelijk kind Gods, hem te beschermen voor do zonden en de eeuwige verdoemenis, hem het hoogste geluk, de heerlijkheid des Hemels en de eeuwige zaligheid te verzekeren, De christelijke moeder behartigt
vierde hoofdstuk. 65
niets zoo zeer dan het behoud van haar kind voor de zonden, en dat wanneer het het ongeluk gehad heeft van in zonden te vallen, of zich aan andere fouten plichtig gemaakt heeft, zoo spoedig mogelijk van de handen der zonden bevrijd worde en zich hetere.
Zoo deed Blanca, de godzalige moeder van den heiligen koning Lodewijk. AU men deze, na het heilig Doopsel aan de moeder terugbracht, nam zij hem in hare armen, kuste zijn hart en sprak : Kind, gij zijt nu een tempel van den heiligen Geest geworden, o moge toch nooit, dit Godsverblijf ontheiligd worden door eene zonde ! Toen hij grooter werd, trachtte zij hem eenen grooten haat in te boezemen tegen de zonde en zeide hem dikwijls : Mijn kind, liever wilde ik u den troon en het leven zien verliezen, dan u bevlekt te zien met eene doodzonde. Wij kennen de vrucht dezer moederliefde. Haar zoon werd heilig.
Geen leed, geene smart, geen ramp, en
m de christelijke moedf.h.
hiervan is de christelijke moeder ten volste overtuigd, kan de vergelijking doorstaan met de smarten en de rampen welke de zonden en de verkeerdheid aan het kind berokkenen. Daarom is de ware moederliefde nergens minder voor genegen dan ontijdige teederheid en verschoo-ning, wanneer de zonde moet afgewee rd of wel bestreden worden. Daarom aarzelt de christene moeder niet om haar kind aan eene strenge tucht te gewennen, hem allerlei onderrichtingen te geven, hem te bestraffen, hem zelfs lichamelijk te tuchtigen, zoo dikwijls zij dit noodzakelijk oordeelt, om het kind voor de zonden te vrijwaren, of hem te beteren. Moet hare liefde voor haar kind eene uitzondering maken aan die liefde welke Gods hart jegens den mensch bezielt ? Wederhoudt deze liefde den Heer, ons te tuchtigen en te bestraffen, wanneer dit noodzakelijk is ? Integendeel; «Diegenen welke God bemint, zegt de Apostel, die tuchtigt hij, en den zoon welken hij als den zijnen
VtEHbE HOOFDSTUK. 67
aanneemt, beproeft hij met gestrengheid. »
Het is dezelfde verhevene liefde welke de moeder aanwakkert, om waakzaam te zijn over haar kind, en om, zoo veel zij kan, alles van hem te verwijderen, dat aan zijne ziel schade kan veroorzaken, hetzij in of buiten 'shuis, hetzij door lichtzinnige gesprekken, slechte voorbeelden, gevaarlijken omgang, bedenkelijke uitspanningen of iets van dien aard. Hoe volmaakter de liefde zal zijn, des te zorgzamer, des te ijveriger zal deze waakzaamheid wezen.
Dat het kind in ware godsvrucht en deugdzaamheid opgroeie, dat is het hoogste verlangen van elk met de christelijke liefde bezield moederhart. En hoe grooter en hoe inniger deze liefde zal zijn, des te ijveriger zal ook haar streven zijn om het kind van af zijne eerste jaren, door woord en voorbeeld, voor alle goed, voor eene volmaaktere kennis der geloofswaarheden, voor het gebed en voor eene groote
08 DE CHRISTELIJKE MOEDEft.
liefde Gods en eene groote naastenliefde op te leiden, zonder eene christelijke deugd te verzuimen. Gelijk eene moeder, uit liefde voor haar kind, zijn tijdelijk welzijn behartigt, zoo moet zij oneindig grootere zorgen wijden aan zijne ziel, opdat het eens eenen godzaligen levenswandel leide, omdat zij zeer goed weet dat het onmogelijk is hier op aarde tot stand te komen, eenig welvaren te verwerven, zonder de vreeze Gods en zonder eene ware godsvrucht.
Houdt zoo de liefde de inspanningen en de bemoeiingen der moeder levendig voor het welzijn van haar kind, zoo is het ook zij die steeds de moeder aanmoedigt om in het gebed te volharden. Daarom doet de ware liefde de moeder zoo dikwijls naderen voor den troon Gods, om voor zich en voor haar kind datgene van den Hemel af te smeeken, hetgeen hare liefde voor hem wenschclijk acht.
Genoeg hiervan.
Het hier behandelde is voldoende om te
VIERDE HOOFDSTDK. 69
bewijzen welk en heilzamen invloed de ware christelijke liefde op het beroep der moeder uitoefent. Zij is onontbeerlijk opdat de plichten die aan dit beroep eigen zijn, zoo als het behoort, en op eene volmaakt mogelijke wijze vervuld, met den besten uitslag bekroond worden. Ook van haalkan men zeggen hetgeen de H. Geest ons van de wijsheid leert; « Met haar is alle goed mijn aandeel geworden ; » en hoe meer deze moederlijke liefde met het kenmerk dier hoogere christelijke liefde zal opgeluisterd zijn, des te rijkelijker zal zij er de hier besprokene heilzame uitwerksels van ondervinden.
Moet dit alles de christelijke moeder niet aansporen om deze bovennatuurlijke liefde voor hare kinderen te beoefenen, te sterken en te volmaken ? Zij doet het alreeds door elke oefening van het christelijk leven. Kan die moederliefde waarvan hier rede was, alleen tot stand komen bij de waarlijk christelijke moeder, zoo zal elke vooruitgang in de christelijke vroom»
■/O DE CHRlSTELUne MOEDE».
}ieid ook deze versterken en eone hoogere volmaaktheid doen bereiken. Hierover moet de christelijke moeder zeer dikwijls nadenken, en dan zal zij de noodzakelijkheid inzien van den onverpoosden ijver, waarmede zij den vooruitgang in deze deugd moet behartigen. Zij moet zioh gewennen van haar kind dikwijls met het oog des geloofs te betrachten. En alle aandoeningen betrekkelijk haar kind, welke deze aanschouwing in hare ziel zal doen ontstaan, zullen haar kind des te dierbaarder maken aan haar moederhart. Hoofdzakelijk moet de moeder den Heer smeoken, dat hij haar zulk eene liefde vorleene, dat door zijne genade, hare natuurlijke liefde tot eene bovennatuurlijke varheven worde, en dat deze liefde zich steeds vermeerdere. Dit zullen wij later nog behandelen.
VIJFDE HOOFDsTL'ï.
er V. HOOFDSTUK.
k- DU UITZET.
-l gt;
3Z0 Wanneer de zoon, de dochter op eer,en
ch , rijperen leeftijd gekomen, het ouderlijk iet huis verlaten, om zelf een fiimiliewezen
:11e | tot stand tu brongen, dan worden zij door id, de liefdevolle zorgen der ouders, van al
zal ] datgene voorzien, hetwelk voor eene huis-te houding te beginnen, noodig is, en dit is
irt. de uitzet. Van dezen uitzet wordt hier niet
eer gesproken. Wij beoogen ja, alleen het
ifde teeder en lief kind, en den invloed dien
na- ) de moeder op hem uitoefent. Maar er is ijke nog een ander uitzet, die door de ouders
sich en hoofdzakelijk door de moeder, alreeds
üter aan hot nog jeugdig kind verleend wordt.
Wanneer hot kindje, na het plechtig doopsel huiswaarts gedragen wordt, dan
(ontvangt de goloovige moedor hem met innige vreugde, met een hart bezield met eene groote dankbaarheid jegens God,ontvangt de goloovige moedor hem met innige vreugde, met een hart bezield met eene groote dankbaarheid jegens God,
li
72 de christelijke moeder.
Van nu af aan, is haar kind een kind Gods, hetgeen het geworden is door zijne wedergeboorte in het H, Doopsel. En krachtens deze wedergeboorte heeft het aanspraak op de onvergankelijke goederen des hemels, en is met de heiligma-kende genade en mei al de voorrechten die er aan verbonden zijn, begiftigd. Dat is de uitzet, hem door den hemelschen Vader geschonken ; dat is de uitzet die zijne geestelijke moeder, do H. Kerk, hem verleend heeft voor zijn leven en do eeuwigheid, voor het eeuwig leven.
Maar ook van de lichamelijke moeder (even als van zijnen lichamelijken vader) heeft het kind eene raedegift, eenen uitzet ontvangen, en het is deze die het bij zijne geboorte medebrengt. Dat zijn de hoedanigheden der moeder en misschien hare eigendommelijkheden. Deze gaan op eene geheimnisvolle wijze van de moeder op het kind over.
Aanschouwt dit kind. Is het niet het evenbeeld zijner moeder? Dezelfde ge-
VIJFDE HOOFDSTUK. 73
laatsvorming, dezelfde oogen, hetzelfde voorhoofd, dezelfde gelaatstrekken, en wanneer het grooter geworden is, welke gelijkvormigheid in de grootte en in de lichamelijke vorming, in den gang en in zijne manieren ! Het is alsof de moeder haar lichaam in haar kind verjeugdigd heeft. Eveneens, en zelfs in hoogeren graad, gaan ook de geestelijke hoedanigheden der moeder op het kind over, vooral de hoedanigheden van haar hart. Wanneer de moeder zacht, goedaardig, vriendelijk en meedoogend is, wanneer dn moeder de zindelijkheid en de orde hoogacht, wanneer de moeder waarheidslie-vend en rechtvaardig is en in alles redelijk te werk gaat,dan zal men reeds vroeg in het kind eene natuurlijke genegenheid voor al deze schoone deugden ontwaren ; ja, is de moeder grondig godvreezend en vroom, dan zal het kind eene zekere natuurlijke neiging tot de vroomheid mede op de wereld brengen.
Maar ook het tegendeel, ook de ver-
■74 DE CiiRIiTELIJKE MOEDER.
keovdhcden der mosder, erven zich op hot kind over. Spoort men de oorzaak op, waarom men soms Lij kinderen, reeds vroeg, eene overliecrschende neiging tot allerlei fouten ontwaart, dan zal men spoedig de treurige ondervinding opdoen dat de hoofdgrond dezer fouten en dezer onaardigheden hoofdzakelijk bij de moeder, alhoewel ok eenigzinshij den vader,te vinden zijn. De moeder is eigenzinnig, opvliegend, toornig, het kind is dit eveneens. Zij is ijdel en pronkziek, hot kind is het ook. Zij is leugenachtig en zoekt niets dan haar genoegen, zoo ook haar kind. Do moeder heeft hare ziel met onreinheden Lezwalkt , haar kind toont jveds vroeg tot dit ontzettend kwaad eene groote neiging. De moeder is onredelijk, oneerlijk en steekt hare handen uit naar andermans goed , en bet kind maakt zich aan dezelfde fouten schuldig. Zoo is het, alsof de moeder het zaad, de kiem hnrer fouten in het teedere hart van haar kind heeft overgeplant, en zoo ontstaan
VI3FDS HOOFDSTUK. 5
p dezelfde fouten, in het teedere kinder-
), hart; en zijn doen en laten, kenmerkt
Is zich door eene groots overwegende nei-
)t ging tot dezelven. Dit is ook een uitzet
« dor moeder voor haar kind, maar een
in allertreurigste en jammervolste uitzet,
nquot; f De daadzaak kan niet bestreden wor-
o- den. Want in elk huis kan men voldoende
te bewijzen vinden. Wel is waar, zijn deze
?, aangeboren deugden of fouten nog geene
n- ware fouten of gebreken, want door de
ld eerste is het kind nog niet aangenaam
kt i aan Gods oog, en door de laatste heeft
ar ' het zijne gramschap nog niet verdiend,
n- Maar hoeveel dragen, deze natuurlijke,
nt I aangeërfde fouten of deugden, er nie' toe
ne bij, dat de mensch bij tijds de christe-
k, lijke deugden beoefent en daarin eenen
ar grooten vooruitgang make, of dat hij de»*4 '
kt te gemakkelijker in de zonden valle en
is dieper daarin verzinke.
m , Het is waar dat iemand die zich aan
ar zonden overgeeft en de daden der boozen
an behartigt, zich bij God niet zal kunnen
v'V'
76 DE CHBISTELURE MOFDF.R.
verontschuldigen dat hij aan de kwade neigingen die hem werden ingeboren, den vrijen teugel heeft gelaten, omdat God zijnen toestand in aanmerking neemt en omdat ook voor hem de noodige genaden niet ontbreken om, hoe zwaar ook de strijd moge wezen, hij altijd overwinnaar zal zijn, vermits hij slechts met de genade medewerke. Elkeen ontvangt van God de noodige genaden om zalig te worden. Maar leert ons eene treurige ondervinding niet, dat menschen, welke ingeboren booze neigingen hebben, zich zoo licht door deze laten overmeesteren, en zich zoo licht laten misleiden ?
Welk eene vreeselijke waarschuwing voor eene moeder, wanneer zij hare eigene verkeerdheden, hare fouten en hare zonden in hare kinderen, om zoo te zeggen, afgedrukt ziet. Welk eene wroeging voor baar, wanneer zij, zooals het niet zelden gebeurt, met der tijd wegens de fouten en wegens de grillen barer kinderen door de eene onaangenaamheid na de andere
vijfde noornstök. 77
gekweld wordt, en zij dan zich zelve moet verwijten dat dit alles bare schuld is I Gij zelf zijt er de schuld van, gij zelf hebt u dezen geesel op den hals gehaald 1 En welk een gevoel van akelige moedeloosheid moet haar hart bevangen, wanneer zij de treurige verzekering opdoet, dat hare overgeërfde fouten in de kinderen booze driften zijn geworden en hen bedreigen met hunnen tijdelijken en met bunnen eeuwigen ondergang !
Ook dit moet der christelijke moeder oene ernstige vermaning (en ook voor den vader) zijn, dat zij zich moet beijveren om zich met de meeste nauwgezetheid van alles te onthouden wat verkeerd, laakbaar en zondig is; dat zij verplicht is van zich meer en meer van hare gebreken te ontdoen, opdat zij aan hare kinderen niet zulk eenen ongelukkigen uitzet in het leven verzekere.
En dit spoort haar krachtig aan om de beoefening en den vooruitgang in de christelijke volmaaktheid vurig te behar-
ÏS DE CHRISTELIJKE MOEÖEft.
tigen, opdat eens eene groote genegenheid voor het goed, een groote ijver voor de beoefening derzelfde deugden het onschatbaar erfdeel zij dat de moedor aan hare kinderen verzekert.
Inderdaad is deze overdraging der deugden en der fouten der moeder op het kind niet uitsluitend toe te schrijven aan dien invloed welke de moeder, door haar voorbeeld en door haar woord op het kind uitoefent, maar ook aan die geheimnie-volle schikking des Scheppers, krachtens welke de moeder aan het kind haar innerlijk wezen mededeelt, gelijk zij hem door de mededeeling van haar bloed, dat hare aderen doorloopt, en door de voeding der moederborst het lichamelijk leven in stand houdt. Ja, en met de verleening harer lichamelijke bestanddeelen voltooit zij ook op eene even geheimnis-volle wijze, de mededeeling van den in-nerlijken toestand van haar hart, van de strekkingen harer ziel, in het algemeen, op eene meer bijzondere wijze, van die
VIJFDE HOOFDSTUK. 79
genegenheden en gemoedsaandoeningen welke gedurende den staat van zwangerheid ontstaan. En zoo gebeurt het dan dat de moeder alreeds vuor de geboorte van haar kind op de vorming van zijn hart en op de stemming van zijn gemoed eenen overwegenden invloed uitoefent,' die door de ondervinding zoo dikwijls werd bevestigd. De gezinning, de ge-moeds- en hartenstoestand welke de moeder, gedurende hare zwangerheid in zich voedt en sterkt, gaat niet zelden op eene hoogst opvallende wijze op het k ind over. *
Bijgevolg, welk eene groote verplichting voor de christelijke moeders, van dezen tijd, die weken en die maanden voor de geboorte van haar kind te heili-
♦ Men heeft er voorbeelden van dat, wanneer de moeders zich gedurende dien tijd aan diefstal schuldig maakten, de kinderen reeds vroeg eene niet wederstaanbare neiging, om te stelen, toonden. Bij eenen jongen mensch ontstond reeds vroeg eene groote voorliefde voor vrome oefeningen, eene buitengewone godsvrucht, terwijl al zijne bloedverwanten zeer onverschillig waren
80 bE CntlISTELIJKÜ MOEDER.
gen. Hoe moeten zij niet op hare hoede zijn om zich aan geene verbodene gemoedsaandoeningen schuldig te maken, om in geene zonden te vallen I Hoe zeer moeten zij de ware christelijke vroomheid behartigen, ijverig zijn in het gebed, in het bijwonen der H. Mis, en van andere godsdienstoefeningen. Zij moeten gedurende dien tijd dikwijls waardig naderen tot de H. Sacramenten, en, volgens haren stand, werken van christelijke liefdadigheid verrichten.
Zoo wordt ons in de legenden van moeders van vele heiligen verhaald. Alreeds voor de geboorte droegen zij haar kind den Heer op, en deze opdracht ging gepaard met talrijke goede werken, en met een aanhoudend en vurig gebed voor hare
in den dienst van God en in het volbrengen hunner christelijke plichten , en werd hij ordens-gecstelijk. Later vernam men dat do moeder gedurende hare zwangerschap nergens anders aan dacht dan dat zij spoedig zou sterven, en alles aanwendde om den dood der braven en der god-gevailigen te sterven. Zij stierf dan ook werkelijk en het raadsel was opgelosd.
Vijfde uoofdstck 81
kinderen. En zoo gebeurde het dat zij hen een zekeren aanleg tot de heiligheid, en eene kostbare genegenheid oni aan de genade te beantwoorden, mede gaven hij hunne gebooi te. En eeus zal het openbaar worden hoe zeer deze onschatbare uitzet der voortreffelijkste moeders er toe bijgedragen heeft, dat hunne kinderen zulke groote en uitstekende heiligen wierden, en welk groot aandeel aan de deugden, aan de volmaaktheden en aan de christelijke heldendaden dier uitstekende dianaren Gods hunne heilige moeders hebben. Haar roem zal onsterfelijk blijven, haar geluk in dezalige eeuwigheid is onbeschrijfelijk.
Wie begrijpt niet welke groote verplichtingen in dit alles op de moeder berusten, verplichtingen van wier getrouwe vervulling het tijdelijk en eeuwig geluk of ongeluk geheel en al afhankelijk is. Dit heeft ons aangemoedigd om deze zoo uiterst teedere questie, ondanks eenen zekeren afkeer, hier te behandelen ; zij
ti
82 Di: CHRISTtXlJltE UOEDKE.
.dringt immers zoo diep door in liet gelul: of ongeluk der kinderen. Geve de goede God dat wij dit niet vergeefsch gedaan hebben 1 Moge dit het zijne er toe bij- j dragen opdat de christelijke moeders zich beijveren om altijd eenen waren christe-lijken levenswandel te leiden, om alle | zonden en elke neiging tot de zonden uit hun hart te verbannen, om de beoefening der deugden te behartigen, opdat zij aau al hnnne kinderen den ovorkostbaren uitzet van eenen grooten aanleg voor alles wat goed is kunnen verzekeren. quot; i
* Om elke verkeerde opvatting voor te konxen voegen wij hiprbij de volgende opmoi kingen .
Wanneer wij in het hier besproken onderwerp aan den van do ouders overgeërfden aanleg tof. zekere deugden of ondeugden zulk een groot gewicht hechten, zoo zijn wij er, het spreekt van zelve, verre van verwijderd . om daardoor de : grondbeginsels der ongeloovigcn (hoofdzakelijk der materialisten) te huldigen, welke van eene onsterfelijke ziel, van God en van do genade niets willen weten, en daarvan niets willen hoeren, alsof do deugden en de fouten niets anders \ waren dan eene natuurlijke stemming die alleen I ontstaat uit de verschillende lichaamshoedanig- quot; heden. Zooals reeds bewezen is heeft deze diepe r
ZESDE HOOI D ST UK.
83
VI. HOOFDSTUK.
DK OPLEIDING.
Neem deze plant, neem deze bloem, wilt gij dat ze weeldrig en krachtig opgroeit, zoo is het onmisbaar dat de dampkring rein en zuiver zij, dat in de planting en in de verzorging, de eigenaardigheden der plant in aanmerking worden
'grond tot de deugd of de ondeugd zijnen oorsprong in de onsterfelijke ziel in in hare verhouding tot de goddelijke gonade. Bovendien hebben de dikwijls van de ouders overgeërfde natuurlijke hoedanigheden op de ziel in debeoi--l-jning van het goede of in het najagen van hef kwaad eenen beduidenden, belemmerenden of wel begunstigden invloed, zoodat krachtens de natuurlijk overgeërfde neigingen, het goede ol het booze groote tegenkantingen ontmoet, of wel zeer vergemakkelijkt wordt. Wie begrijpt rtan niet duidelijk de groote beduiding dezer .•aangeërfde neigingen, alhoewel het eigentlijk de aoor de genade ondersteunde wil is, die door de medewerking aan de genade het goede doel, en door de miskenning der genade de zonden bedrijft. En gelijk de mensch ook met den beste» uitüurlijken aanleg niets vermag, en niet in staat
genomen. Eene zekere soort van bloemen, en deze zijn mee-tul de prachtigste, groeien alleen in een zuidelijk, zacht ea door de zon sterk verwarmd klimaat, Ea zal in het vroegjaar niet alles dor ea schraal vergaan, wanneer de koude noordenwind aanhoudend woedt en niets daa eene koude vochtigheid in den dampkring aanbrengt, die de weldadige werking der zon belemmert en alle weldoende bestand-deeleu uit de lucht verdrijft ?
is om iets goeds te verlichten zonder de gtnwln, zoo kan hij ook met behulp der genade de ongunstigste cn de hoosaiirdigste natuurlijke nei» gingen overwinnen. Daarom zal ook nooit io-mjnd bij God eenige verontschuldiging vindon wegens zijne zonden, in de hevigheid en in^de kracht zijner ingeborene booze neigingen. God was bereid om hem met zijne genade behulpzaam te zijn, en om hem de overwinning te verzekeren, hij behoefde slechts zich dezer genade waardig te maken. Valt iemand in zonden, gaat hij verloren, dan is dit zijne eigene schuld, maar daar het door niemand redelijker wijze kan betwijfeld worden, dat zekere booze neigingen bij het kind de eerste aanleiding tot de zonden geweest zijn dan blijft voorde moedor een altijddurend verwijt, daar zij gedwongen is van ts bekennen ; Deze hevige booze neigingen heeft het kind van of door mij ontvun jen,
Zr.SDF. EOOf D-SltK . F5
Zoo moet ook in huis eene weldoende lucht ingeademd worden, want anders is het onmogelijk dat het goede kind groeit en dagelijks sterker wordt. De Heer heeft in het H. Doopsel met het bovennatuurlijk leven, de kiem dier kostbare hemelsche planten van het geloof, van de hoop, van de liefde en van alle andere verhevene deugden in het teeder hart geplant; daar moeten zij steeds sterker aangroeien, prachtige blocmoD en eens heerlijke vruchten dragen voor het eeuwig leven. Het ouderlijk huis is do beschutting, die gedurende de eerste jaren, deze hemelsche plante i in het kinderhart uitsluitend omgeeft, daarin worden zij bewaard, en zoo is het een hoofdvereischte dat hierin het ouderlijk huis, de ware dampkring zij, met andere woorden, dat inliet ouderlijk huis een echt christelijke geest heersche, dat onder alle opzichten, in alle betrekkingen en in alle handdingen van de huisgenoten eenen oprecht chris-telijken levenswandel zich in al zijne ver-
Sfi DE CHRTSTEt.UKF MOKDFR.
licvenheid verkmnp. En opdat dit werkelijk zoo zij , gedurende de eigenlijke kindsheid, is uitsluitend de zaak der moeder.
Hel is Gods genadige wil, dat zulk eene echt christelijke, zuivere on reine atmos-pheer in alle huisgezinnen heersche, opdat zich in deze du onschatbare kiemen der deugden en van het christelijk leven ontwikkelen, groeien en bloeien, eens rijke vruchten dragen, opdat het kinderhart eene waarlijk christelijke vorming ontvange.
Verheelden wi j ons een kind hetwelk van af zijne teedorste jeugd in zulk eene christelijke familie vertoefde, waar alles van den geest der katholieke godsvrucht en der vroomheid bezield is, waar nooit iets gezien of gehoord wordt wat met dezen geest in strijd is, kan men er nog aan twijfelen dat zulk een kind niet met dezelfde gevoelens opgroeie ? Deze is de dampkring van een echt christelijk hujj, en brengt hij oneindig veel hij voor do
ZESDE HOOFDSTUK. 87
gelukkige en werkelijk Christelijke opvoeding van liet kind, hij is hel die dat teeder kinderhart in waarheid eene zekere wijding, de wijding van het christelijk leven verleent.
Bijgevolg, schep moed, christelijke moeder, spaar noch moeiten noch tijd, updat zulk eene atmospheer uwe kinderen omgeve. Als het waar is, zooals wij reeds meermalen aangetoond hebben, dat het kind, gedurende zijne eerste maar ook gewichtigste levensjaren, hoofdzakelijk en bijna uitsluitend, aan de moederlijke zorgen is toevertrouwd, dan ook moet hare levenswijze, hare manier van hfin-delen, haar gedrag, haar voorbeeld, alles in één woord, als de atmospheer harer kinderen uitmaken. Gelukkig de moeder, driewerf gelukkig het kind,, wanneer zij het er na aanlegt, opdat dezelve christelijk en katholiek zij ; dit is werkelijk heilzaam voor hare kinderen. Moge elke christelijke moeder dit behartigen.
Het huis zelfs ontvangt door hare tus-
88 BP, CÜBISTEl.MKE MOEDER.
sohenUom.H een christelijk uiterlijk. Men vindt er in verschillende, en ten minste in de hoofdvertrekken, godsdienstige prenten, een kruisbeeld, mogelijk nog een heeld der heilige maagd en van andere heiligen, men vindt er wijwatersvaatjes, eene gezegende kaars, enz. Het kind ziet rond, wordt opmerkzaam, vraagt en hoort van de moeder wat dit alles heteekent. Het leert van de moeder derzelver betee-kenis, en ontvangt door het zien en door het hoeren de heilzaamste indrukken, wordt reeds vroeg aan het katholiek leven gewend ; voorwaar een heilzame zegen ïoorzijn kinderlijk hart.
Maar deze heilzame dampkring bestaat hoofdzakelijk in den christelijken levenswandel der moeder. — Het kind ziet de moeder bidden en naar de kerk gaan, de godsdienstige onderwijzingen bijwonen, naderen tot de heilige Sacramenten der Biecht en der H. Communie, het merkt op dat zijne moeder voor en na het eten Hare handen vouwt en aandachtig
ZESDE HOOED-TCK. 80
bidt, juist omdat hel zijne moeder doet, liezielt znlkshem reeds vroeg met eerbied, rn wordt het aangespoord om hetzelfde te doen ; het doet het en maakt het na zoo voel het er voor in staat is.
Het kind bewondert de arbcid'aamheiu der moeder, ziet hoe zeer zij de zindelijkheid en do orde hoogacht, hoe zij de bezwaren, de onaangenaamheden en het lijden met de grootste bedaardheid en met het grootste geduld verdraagt, nooit ontsnapt aan haren mond een verdrietelijk woord, en nog veel minder een vloek of eene nitdmkking van gramschap, liet ziet dat de moedor zoo deelnemend, zoo milddadig en vriendelijk is jegens allen in hnis, en hoe zij goedaardig jegens anderen gestemd is, hen gaarne behulpzaam en gedienstig is, hoe zij do armen ondersteunt; en dit alles zijn stille onderrichtingen voor hot kind ; zeer gaarne doet het zijne mosder dit alles na, cn wordt, zonder dat de moeder hem hier
00 DF. CHRISTELIJKE HOEDER.
over een woord zegt, tot al deze deugden
aangespoord.
De kiem dezer deugden welke God in zijn harl gelegd heeft, beginnen te groeien en ontwikkelen zich weeldrig. En zoo in alles. Het doen en laten eener werkelijk christelijke moeder is inderdaad voor het kind eene gezegende en gunstige atmos-pheer, in dewelke de door God in zijn hart geplante kiemen eenen krachtigen en rijken groei ontvangen, eu hem reeds vroeg de eerbied en de liefde voor den godsdienst ingeprent worden. Dit is do christelijke inzegening van het kinderhart. Ja, de invloed dien de oprecht christelijke levenswandel eener moeder op haar kind uitoefent, dringt diep door in liet gansche wezen van het kind en werkt under vele opzichten heilzamer dan de vermaningen en andere onderrichtingen. Gelukkig het kind dat zulks in zich ondervonden heeft, een geluk, eono genadi' waarmede niets op deze aarde vergeluken kan worden.
ZEVENDE 1100FP5TIquot;5.
DE ONDFiUBICHTlNG IN CHB1SÏEL1JRE GELOOl'S-WAABHEDEN.
Wanneer het kind op de zoo even vermelde wijze, in hot ouderlijk hui? aan den christelijken geest gewend is, zoo rioht het zijn leven daar na onwillekeurig, zijn hart ontvangt zonder het te weten eene christelijke vorming.
Maar de moeder verzuimt niets om het kind tot het christelijk leven op te leiden en doet dit hoofdzakelijk door het kind in de geloofswaarheden te onderrichten. Overwegende dat tiod de Heer het eerste en het grootste aandeel aan haar kind heeft, dat hij het haar toevertrouwd heeft om hot voor hem op le voeden, is de moeder er reeds vroeg op bedacht zijn hart en zijne zinnen, door onderrichtingen en door eone terugwijzing op God tot hon-
■H
02 Dr. CHIUVTELIIKF. MOEDEE.
gr;re en vorhovencr gevoelens te stemmen.
Hot is werkelijk iets buitengewoons wanneer men de grooto voorliefde be-tracht die do kindereen, ook dan alreeds wanneer hunne geestvermogens nog niet tquot;n volle ontwikkeld zijn jegens God en jegens al d.itgene hetwelk op bet toekomstig leven betrekking heeft, bezielt. Het is alsof in het binnenste van hun
* Onlangs la.'.en wij eenon briof waarin een» bra'/e c'.iristclijke Damquot;, wolke de kleine kinderen cener hoogadelijke familie toevertrouwd waren, de volgende nvdedeeling deed over de verpleging van het kleinste : Het klein kindje wordt zoo bevallig, het vouwt alreeds r.oo lieflijk zijne handjes wanneer ik 's morgens met hem bid ; mot eenen zeer ernstigen blik hoort het elk woord uit dot ik hem vooiv.eg, en begint met mij eeni ;e woorden na te sprjk^n.
Bech'tuit gesproken, deze woorden hebben ons zeer getrollon. O, dachten wij, dat de moeders zoo met de kinderen omgingen, door reeds vroeg te beginnen met de kinderen voor God op te lelden ! Wij kunnen niet nalaten van hier een uittreksel te geven uit eenen brief van eene jonge moeder (vroeger een onzer leermeisjes), waaraan wij de eerste uitgaaf van dit werkje gezonden hadden : « Met een bijzonder genoegen heb ik het boekje gelezen, daar ik al reeds veel
ZEVENDE HOOFDSTUK.
wezen eene snaar geUkkeld wordt, wanneer men hen Van God, van den lieven Heiland, van den Hemel en van de ho-melsche dingen spreekt. Dan zijn zij aandachtig, genoegelijkheid en tevredenheid vertoonen zich op hun uiterlijk en toonen ons de groote gevoeligheid van hun hart. Het zijn, in zekeren zin, snaren die Gud zelf in het kind gespannen heeft, welke bij zulke gelegenheden overheerlijke' klanken verspreiden.
van datgene hetwelk aan het moederhart dierbaar moet zijn geleerd heb ; Zoo kan zich onze kleine Marie, nog slechts achuien maanden oud, alleen zegenen, en hot khin gebedje; « Lievo God, maak mij vroom opdat ik in den (lomol kome » bidden. Ook bidt zij voor hare ouders, groutouders en bloedverwanten. En wanneer ik haar vraag : Marietje, waar is de lieve God '? Boven in den Hemel, en wanneer Marietje zoet is, dan zal zij bij hem komen. Wanneer zij een kruisbeeld ziet, dan wil zij den liefdevollen God kussen. Hierover zijn wij zeer voriieugd, ook mijn echtgenoot (een staatsdienaar) is mij hierin zeer behulpzaam ; zoo leert hij haar, wanneer hij ze soms des avonds naar bed brengt, hare handjes vouwen en bidden. Ook des middags voor en na het «ten. Ook bon ik zeer verschuldigd aan mijne goede moeder, omdat zij mij van af mijne jeugd met een soeil voorbeeld is v jur-
93
94 DE CHRISTELIJKE MOEDES.
Daarom is de stelling zoo noodlottig : men moet de kinderen iu de jaren hun-nor teedere jeugd niet van zulke dingen spreken, omdat zij dezelve dan nog niet verstaan kunnen. Voorzeker verstaan zij dezelve nog niet gelijk de volwassene ; maar zij verslaan er veel meer van dan men gewoonlijk moenl; zij verstaan er genoeg van om het met nut te hooren en te leeren. En het is geen gering voordeel dat reeds zoo vroeg, en in die jaren waarin het menschelijk hart oene vaste richting voor hef geheel leven aanneemt,
gegaan. Ook nu bid ik nog eiken morgen met ecne kleine bijvoeging lt;lio gebeden, met dezelfde voornemens wolke zij mij als kind geleerd heeft. Wolke groote behoefte dringt mij nu om God ts bidden dat hij de kleine Marie, en het kind dat ik onder het hart draag in de onschuld beware. Ach, wanneer ik het klein, onschuldig wezen ii; de wieg sluimeren zie, dan moet ik dikwijls weenen, en do gedachte aan die gevaren die hem mogelijk bedreigen, doet mij huiveren. Dan moet ik mij tot God wenden, opdat bij mij bijsta, om, in vereeniging met mijnen man, dn kleinen op te leiden tot goede tnensclien. Hierin ia! mij het lief boekje tot groote diensten var-strekken, ik zal hot i]\erig lezen. »
ZKVKNDE HOOl'DSTUK. U.J
je kinderharten voor God en voor het eeuwige alreeds gewonnen zijn, en dan «al later voor hen het volledig begrip niet moeielijk zijn. Daarentegen is het uiterst moeielijk om kinderen, welke eenen zekeren leeftijd bereikt hebben, zonder van God en vau goddelijke zaken iets gehoord, iets gezien, iets vernomen te hebben, zoo ver te doen vorderen, dat zij zicb met hart en ziel aan God toewijden, en hunne eeuwige belangen behartigen. Mogelijk leeren en verstaan zij, maar het hart blijft koud en gevoelloos.
De kleine groeit op, en ontwikkelt zieli tot eene zekere zelfstandigheid en leert sproken. De moeder verzuimt niets om, naarmate dat de liohaineiijke ontwikkeling toeneemt, haar te onderrichten in de geloofswaarheden. Zij onderhoudt haar kind dikwijls over den goeden God, en doet hem stichtende vertellingen over den lieven Heiland.
* Hoe hij ook God zijnde uit liefde voor on* munscii werd, e» eens kind was ; hoo liij aU
9ö DE dUBI.iTEI.IJKE MOrOr.n.
Zoo moet de mueder, wanneer zij des winters bij den haard, en des zomers voor de deur zit te arbeiden, en haar kind om haar heen huppelt, of zich zelf met het een of het ander onledig houdt, zich met hem onderhouden. Ziet hoe de kleine met oog en mond aan de moeder hangt wanneer deze hem hierover onderhoudt, of het is zondag, dan blijft de moeder wanneer de andoren tor kerke gaan met de kleinen te huis, en gebruikt dezen tijd om zich met hem te onderhouden, gaat met hem in den tuin of doet met hem eene kleine wandeling, dan wordt het kind opmerkzaam gemaakt op al de schoone natuurtafereelen die zich aan
kind in het ouderlijk huis zich jcigons zijne ouders benam, hoe Hij hun in dun arbeid be-hulp/.aara \va=, en in het bijzonder dat hij ten tijde.der verkondiging zijner goddelijke leer zulke groote wonderen deed, de kinderen zoo zeer beminde, ze omhelsde en aan zijn hart drukt', hen zegende en zoo veel goeds voorhield, hoa hij daarna voor ons aan het kruishout stierf, maar daarna verrezen is, en nu in den Hemel troont, en ons zoo gaarne ho'pt opdat ',\ij eens bij U.m in den Hemel komen,
ZEVENDE HOOFDSTOK. 97
zijn oog ontvouwen, cn dal het de goede God is, de voor ons allen zoo liefdevolle 'Vader, die dit alles geschapen heeft, dat alles zoo heerlijk^ zoo verrukkend, zoo prachtig, gelijk de planten cn de bloemen en de vruchten, do lieve vogeltjes en de dieren, de gelieele wereld.
Kan het dan moeielijk zijn van een kind hierover te spreken ? Hoegenaamd niet, wanneer de moeder dit slechts behartigt. Rn dan spreekt zij eene taal die het kind zeer goed verstaat, en die dieper in hot hart doordringt dan het beredeneerd onderwijs in de school, en dat hoofdzakelijk wanneer zij er in ervaren is, om zich op deze wijze toegang te ver-sjhaffen lot de verstandvermogens van het kind.
Het kind nog weinig gewend aan het eigentlijk denken, cn hierin weinig geoefend , is het gemakkelijkst en het. best te onderrichten door de indrukken der zinnen. Daarom verzuimt eene plichtgetrouwe Imifmoeder niets en stelt alles
98 dk christelijke uoedeh.
in liet werk 0111 door uiterlijke indrukken haar kind de kennis te doen verwerven der hoogere godsdienstige geloofswaarheden. Zij laat hem prenten zien waarop datgene afgebeeld is wat zij hem wil zeggen, zij verklaart hem de beteekenis dezer prenten en het kind begrijpt dil vlug en zonder moeite. Daarom neemt zij hem, alhoewel nog jong en teeder, van tijd tot tijd mede naar de kerk, bijzonder voor of na de kerkelijke plechtigheden. Begrijpt het kind ook niet veel van al datgene hetwelk liet doet, ziel ol hoart, zoo ontvangt het toch van dit alles eenen allerheilzaamslen indruk. Bijzonder wanneer de moeder hem zegt dat dit oord heilig is, waarin de lieve Heiland zijn verblijf gevestigd heeft,dat men gehouden is van er zich godvruchtig en stichtend in te gedragen, en dat men in de kerk moet knielen en zijne handjes vouwen. Dan zal zij, voor het heengaan, het kind in de kerk van alles laten zien, schilderijen, standbeelden, altaren, den predik-
ZEVENDE liOOlDSTtlK. 99
stoel en de Biechtstoelen, om Kersmis het kribje, om Paasohen het heilig graf, en dan het een en dan het ander.
En hetgeen in de kerk plaats heeft gehad wordt te huis verklaard, en dit geeft eene gelegenheid en eene rijke stol' voor de heilzaamste onderrichtingen dor moeder voor het kind en voor allernuttigste verklaringen op die vragen, welke het kind, na het verlaten der kerk, aan zijne moeder doet.
Welk eene heerlijke gelegenheid, en welke hulpmiddelen zijn te gelijker tijd ter beschikking der moeder om haar kind godsdienstige onderrichtingen te doen en hem de verschillende feesten van het kerkelijk jaar uit te leggen.
Kan het dan eene moeder moeielijk zijn, om daags te voren of wel op den feestdag zelf, in algemeene bewoordingen de beteekenis van het feest uit te leggen ? En doet zij het, zoo zal het kind langzamerhand, om Kersmis, gedurende de goede week, om Paaschen, op 's Heeren
■
100 DE Ciinl.STEU.IKF. MOEDER.
Hemelvaart, om Pinksteren, enz., in de levensgeschiedenis des Heeren worden ingewijd, en op de feestdagen der allerheiligste Maagd zal het steeds vertrouwelijk worden met de moeder des Heeren, en in hare vereering grondiger onderwezen worden. En hoeveel stof bieden de dage-lijksch op den kalender vermelde heiligen de moeder niet aan voor nuttige verhalen, wanneer zij er prijs op stelt om de levens dezer heiligen vlijtig te lezen. Buitendien zal eene moeder wier hart voor God en godsdienst klopt, honderdo middelen hebben om haar kind vroeg tot God op te leiden, en zij die deze opleiding weet te beseffen, zal hierin lioegenaarnd geene moeielijkheden vinden. Zal zij zich kunnen verontschuldigen van zich met hare kleinen te bemoeien omdat zij er geeneu tijd toe heeft ? Is dan daai^oor zooveel tijd noodig, wanneer de moafler met haar kind omgaat, zooals wijJijp hier hebben aangeduid^LJ)?. gpamp;ife /vedBcTamp;den. die voortepruitehimlu5;j?edsd5ei^SSfe onder-
ZEVENDE HOOFDSTUK. 101
wijzingen der moedei' zijn er niet onvoorwaardelijk van afhankelijk dat deze onderrichtingen dikwijls plaats hebben en van langen duur zijn ; ja, het te dikwijls herhaalde en het al te langdurige kan zeer schadelijk zijn, maar het ligt er hoofdzakelijk aan gelegen dat hel kind reeds vroeg, uit den mond zijner moeder deze belangrijke dingen verneme , en eene grondige overtuiging krijge, en dat het alzoo eene noodzakelijkheid is, dat de moeder bij voorkomende gelegenheden hem er over spreke. En daarvoor heeft elke moeder tijd in overvloed, hier is slechts de goede wil voor noodig.
Maar zij verstaat er niets van ? Wat is er dan te verstaan ? Kan dan, ten minst •, eene moeder hetgeen zij weet niet aan haar kind zeggen ? En ware dit slech's van weinig beteekenis, ook dan zoude het oneindig veel goeds daarstellen. Eu kan eene moeder wier kennis uiterst beperkt is , in het belang barer kindoren, door lezen, door het aanhooren van
1(12 DE CHIUSTKUJEE MOEDER.
onderrichtingen en predikaliën geene grootere kennissen verwerven ? En is dit niet ten laatste voor haar eene groote verplichting ?
De grond der zaak en het eigentlijk voordeel berusten hoofdzakelijk op de meerdere of mindere uitgebreidheid dei-godsdienstige kennis, welke het kind van de moeder ontvangt, en nog veel meer dat bet kind reedo vroeg, alreeds zoodra zijn bewustzijn ontluikt, dan steeds meer en meer, reeds lang voor dat het de school bezoekt, van God en van de hoo-gere waarheden iets verneme, opdat zijn teeder hartje in zijne eerste neigingen zich daarvoor stemme, dat het van zijne moeder (of wel van zijnen vader) vernomen en geleerd heeft, opdat de ingeboren eerbied en liefde jegens zijne moeder, tot datgene overga hetgeen het kind uit haren mond vernomen heeft. Hetgeen nooit genoeg zal kunnen gewaardeerd worden.
Arm en ongelukkig is het kind, het-
ZEVENDE HOOFDSTUK. 103
s welk in deze zoo beslissende jaren te huis,
t tot dat het de school bezoekt, van God en
van goddelijke dingen niets hoort en niets verneemt. Daar zijn kinderlijk hart i i van God en van het eeuwige verwijderd is e 1 gebleven, zal het dan later werkelijk zoo r ' er voor toegenegen kunnen zijn als het n \ behoort ? Daar het van vader en moeder r I wier benemen gedurende die teedere a jaren zijn eenigste regel en maatstaf is,
ir nooit iets van God, van den goddelijken
e Heiland, van Maria, van de kerk en van
den godsdienst vernomen, nooit iets ge-n zien ol' gehoord heeft, zal hem dan dit
n alles niet hoogst onverschillig blijven,
ie omdat de vader en de moeder ook hier-
)- voor onverschillig zijn. Hoog betreurens-
n waardige schade, onherstelbare schade !
3t Inderdaad, zal al datgene hetwelk wij
it hier aangeduid hebben ecne algemeene
in \ toepassing verwerven, en het is eene on-'d 1 misbare voorwaarde voor de echt christelijke vorming van het kind, zoo moet,— it- wij herhalen het, — de moeder zelf met
101 DE CUT! STELIlivli MOLDliR.
den geest eener ware godsvrucht en eener grondige vroomheid bezield zijn.
Zonder deze is het, ja, eeno reine onmogelijkheid. Eone werkelijk chrisU-lijke rooeder zal, ja, dit alles van zelve doen. En dit zal zi j des te heler, des te ijveriger en des te grondiger doen, en hare pogingen ziillon des te heerlijker bekroond worden, naarmate dat zij eene degelijk christelijke moeder zal zijn. Hoeveel, wij komen 'er nogmaals op terug, hoeveel ligt er bijgevolg aan gelegen dat onze moeders ware, echt christelijke en godvreezende moeders zijn. Mochten toch alle moeders dit erkennen en niets verzuimen om hare kinderen te behoedon voor elk verderf, en zij nooit aan deze heiligste vcrplichliugen uulrouw worden.
ACUTSTÜ HOOFDSTUK. 103
BET TEGENGAAN DKII FOUTLN DER KINDEREN.
Meer dan eens vermeldden wij hóe dooide hulp des Heeren en krachtens hut heilwerk van Jezus-Christus, bij de in het H. Doopsel voltrokken wedergebooi lo de ziel van het kind met zijn hart om-schapen worden in eenen prachtigcn hemeltuin, in welken de milde hand des Heeren de, in zekeren zin, aan zich zelf ontnomene kostbare kiemen der g'ronii-deugden van het christelijk leven en do zaadkorrels der deugd en van al datgene waaruit eene steeds hooger stijgende gelijkenis met het goddelijk wezen ontspruit, neergelegd heeft.
Der ouders, en voornamelijk der moeder is, gedurende de eerste jaren, dit meesterstuk der schepping, dezeij tuin Gods toevertrouwd, opdat zij hem bewer-Uen en verzorgen.
Maar helaas, naast en tusschen dein
fOfi DE CHRiSTEUJRE MOEDER.
kiemen en zaadkorrels vindt men ook de
kiem en het zaad des onkruids, de treu- 1 i
rige erfenis onzer voorouders, en ook 1
misschien der eigene ouders van het kind. 1
Ed wanneer het zaad (Gods) opgroeide, l \
vertoonde zich ook het onkruid. Het zijn | z
de booze neigingen der door de erfzonde v
bodorvene meuschelijke natuur welke \ i:
volgens de aanbiddelijke raadsbesluiten v
Gods, door het H. Doopsel niet worden llt;
uitgeroeid, maar wel door de aan bet o
Doopsel verbondene genaden, met de me- ^ k
dewerking van den mensch zelf — tot a
zijn grooter heil — door een aanhoudend [ v
strijden overwonnen moeten worden. En h
de macht dezer booze neigingen, voor zoo vi
verre deze hunnen oorsprong hebben in d
de erfzonde, wordt nog versterkt en wordt k
heviger naarmate van den hoogen graad oi
van ontwikkeling, welke dezelve in de i g:
harten der ouders ten gevolge der zonden i m
en der verkeerdheden waaraan deze zich ' bi
schu'dig gemaakt hebben, ten tijde dat ki
het kind van hen geboren werd. al
ACHTSTE HOOFDSTUK. 107
Zoo verloonea zich reeds vroeg de uitwerksels van dit onkruid bij het klein kind door allerlei onaardigheden, verkeerdheden en fouten. En wie zal dit durven ontkennen? Kan de moeder hoofd-zakr'^l; dan wanneer zij niet door eene verkeerde liefde jegens haar kind misleid is, deze niet ontgaan ? En daarom is zij verplicht, en deze verplichting is eene levenszaak voor haar moederlijk beroep, om van af de vroegste jeugd van haar kind er op bedacht te zijn, en er zich veel aan gelegen te laten liggen, om de fouten van haar kind met beleid, met ernstigheid, maar tevens ook met de grootste voorzichtigheid tegen te gaan. Geschiedt dit niet, dan zullen dezo fouten met het kind opgroeien, om, tot overmaat van ongeluk van het kind niet den weeldrigen grond te worden van allerlei zonden, maar ook om den groei en de vruchtbaarheid dier goddelijke kiemen en zaadkorrels te belemmeren en deze geheel en al te doen stikken.
quot;
1 08 DE CHBISTELIJKK MOEDER.
Moohten toch alle moeders het eens in- E
zien en het met den grootsten ernst be- li
seffen hoe gewichtig, ja hoe noodzakelijk e
het is, dat het bestrijden der fouten dor e
kinderen reeds vroeg geschiedt, en dat 1 h
reeds de eerste jaren daarvoor moeten 1 '
gebezigd worden, opdat het kind in staat z
worde gesteld om zich op eene behoorlijke \ n
wijze van zijne fouten te ontdoen. Geldt n het slechts wanneer het kind faalt om afzonderlijke en in zekeren zin toevallige
fouten, dan zoude de zaak van weiniger \) belang zijn. Maar het zijn hier fouten welke diep in het kinderhart geworteld zijn, het zijn fouten welke ten gevolge
van booze neigingen ontstaan, welke, s wanneer men ze ongelukkiger wijze laat
opgroeien, eene heillooze neiging tot g
grootere fouten, tot zondige gewoonten w
Nooit schiet eene fout zoo diepe worte- 1 «
len :n het menschelijk wezen, dan wel in ' o
de vroegste kindsheid ; geene fout wordt e moeielijker uitgeroeid dan die.waaraan
'
ACHTSTE HOOFDSTUK.' 109
mén alreeds als kind gewend was. Wie kent niet het spreekwoord : Jong gewend en oud gedaan ? Laat een kind in zijne eerste jaren met zijnen eigen zin begaan, laat hem stijfhoofdig en ongehoorzaam zijn, stoort hem niet wanneer het eigenzinnig is, slaat geen acht op zijne grimmigheid en jaloerschheid, straft hem niet wanneer het wreed is tegen de dieren, laat aan zijne pronkzucht en aan zijne ijdel-lieid den vrijen toom, berispt hem niet wanneer het liegt, en ui deze fonten zullen met hem opgroeien en zich met hem vereenzelvigen, en eeno tweede natuur worden, en in den jongen of in het meisje slechts moeielijk meer te overwinnen zijn en in het latere leven, evenals zoo vele giftplanten geheel en al doordringen, welke aan het onkruid der zonden steeds nieuwe sappen zullen verstrekken, den waschdom tot een echt christelijk wezen onmogelijk maken en hunnen tijdelijken en eeuwigen ondergang verzekeren.
En toch kon dit onkruid, in de eerste
110 DE CHBISTF.LIJKE MOEDER.
levensjaren, zoo gemakkelijk uitgeroeid worden! Bijgevolg kaa eene moeder nooit genoeg de grootheid dezer verplichting beseffen, omdat zij meer gelegenheid heeft en er beter toe geschikt is om dezen heil-zamen invloed op liet kind uit te oefenen.
Daarom moet zij een waakzaam oog houden op de fouten harer kleinen. Mogelijk vertoont zich de eene of de andere fout op eene meer opvallende wijze, en dan mag men niet langer toezien en niet langer wachten ! Er niet aan denken dal het kind nog zoo jong is, het begrijpt er nu nog niets van, later zal ik wel zorgen. O neen 1 hoe vroeger dat men begint des te beter zal het lukken. Het is niet noo-dig dat het kind de afschuwelijkheid zijner daad weet te beseffen, het is genoeg dat het weet dat het deze niet mag verrichten, omdat de moeder (de vader) het niet hebben willen, en zich zoo dezelve ontwent, zich er van ontdoet, en in de toekomst er voor behoed blijft. Bijgevolg ook dan wanneer het, kind nog niet het
ACHTSTE HOOFDSTUK. 1 1 I
volle bewustzijn heelt, mag de moeder geene fouten dulden ! Zij moet dit aan het kind met liefde en met zachtheid zeggen, bij voorbeeld zoo : Dat moogt gij niet doen, dat is zoo niet goed, of: dit is den goeden God niet aangenaam, dan zi jt gij geen en zult nooit een goed kind worden, dan komt gij niet in den hemel. Baat dit niet, dan wordt er met meerdere strengheid gesproken, en met eene bestraffing bedreigd ; helpt dit niet, dan wordt de straf eerst zacht en dan strenger toegepast. Heeft dit geenen uitslag, dun wordt de straf zoolang toegepast totdat de gewenschte uitslag komt.
Eene werkelijk christelijke moeder acht zich verplicht van hare kinderen reeds vroeg van alle fouten te ontwennen, en onthoudt zich niet, wanneer zulks noodig mocht zijn, de kinderen te straffen, ja zelfs lichamelijke straffen te bezigen.
Wanneer haar natuurlijk, moederlijk gevoel daarvan eouen afkeer heeft, dan
i ) 2 DE CHRISTELIJKE MOEDER.
weet zij d;vt. zij zicli daardoor niet raag laten overheerschen, dat het Gods wil is, en bijgevolg voor haar eene groote verplichting om zich door eene verkeerde liefde niet te laten misleiden, wanneer de helangen van het kind het vorderen. Dat is de echte, door het geloof veredelde christelijke liefde, wanneer eene moeder haar kind bestraft, om hem van zijne fouten te ontdoen.
Voorzeker zal de ware moederliefde de moeder de middelen ter hand stellen om het kind door zoo zacht mogelijke middelen te verbeteren, maar bereiken deze het gewenscht doel niet, dan ontzie zij zich niet om stengere middelen te bezigen : de straf. Is het niet werkelijk wreed jegens het kind zijn, wanneer eene moeder, uit vrees van een kind leed te doen, zij het ongestoord zijne misdrijven laat begaan, en zijermede plichtig aan wordt, dat het kind met zijne fouten opgroeit, zijn werkelijk geluk miskent, en hem zeer groote onheilen bereid worden. Wio
ACHTSTE HOOFDSTUK, I t 3
heeft eene grootere liefde voor de men-l3' schen dan God zelf ? En hoe dikwijls kas-
r' tij (it hij toch deze zeer streng ! « Die ik
bemin, zegt hij zelf, tuchtig ik zeer 1 streng. »
1 Hoe hardnekkiger dat hij een kind
'J0 eene fout zich vertoont, des te nadrukke-
el' \ lijker middelen moeten dikwijls en met 116 volharding gebezigd worden. Wat zal het
baten wanneer eene moeder, van tijd tot Je tijd, het kind wegens begane misdrijven
m bestraft, en er hem dan wederom laat
d- doen zooals het wil, of wanneer zij de
zo j eene of de andere maal straft, en dan zeer 'ij dikwijls dezelfde fouten laat bedrijven
i- zonder eenige opmerking. Voorzeker is
3d het onverpoosd tegengaan van de fouten
ie- der kinderen niet zelden enne zware taak
n, die eene groote zelfsverloochening en
at zware offers vordert. Het is meestal
it, \ veel gemakkelijker de kinderen enkel t, hunne fouten te laten begaan. Maar de
ni moeder denke er ernstig over na, dat een
io christelijk leven zonder moeiten en zonder
8
1 I 'f m: CHRI3TliT.UK K MOEDKB.
groote offers onmogelijk is, en dat hot hier, waar het de dierbaarste belangen van het kind geldt, eenc heilige verplichting is dezelve te behartigen en met ijver te volbrengen.
Het is waar, zeer vele moeders zijn hoegenaamd niet onverschillig jegens do fouten hunner kinderen, zij bestrijden deze, maar op welke wijze ? Bijna altijd, en dit vooral bij grootore fouten, verbitteren zij het gemoed der kinderen, doen hunne gramschap ontvlammen en maken hen op alle mogelijke wijzen verdrietig. Zij storten over hunne kinderen eenen stroom vau grammoedige en harde bewoordingen zonder dat eene gepaste bestraffing volgt, of volgt deze soms, dan ademt ze slechts gramschap en woede en gaat zeer dikwijls tot wreedaardige handelingen over.
Hoe treurig ! Eene dusdanige handelwijze kan voor een kiud onmogelijk nuttig zijn en hem hoegenaamd niet in staat stellen om zich van zijne louleu te ont-
ACilTSTE HOOFDSTUK. 1 K'i
doon. Maar lioe heilloos is deze voui' hem I want waar blijft de achting voor de moeder wonneer deze het kind altijd met gramschap en opgewondenheid bejegent? Waar zal men die teedere kinderliefde zoeken wanneer de moeder zoo wreedaardig met hom omgaat? En toch zijnde achting en de liefde onmisbaar voor het welslagen nener degelijke opvoeding. Daarbij komt nog het slecht voorbeeld, alhoewel het goed voorbeeld zulk eene groote plicht is.
O ! mochten alle moeders het toch begrijpen hoezeer zij verplicht zijn van in het bijzijn hunner kinderen hunnen toorn te beheerschen, hunne gramschap te bedwingen. Kan dit soms bij voorkomende gelegenheden uiterst moeielijk vallen, vooral dan wanneer de moedor eene ingeborene neiging tot gramschap heeft, zoo ontbreekt 's Heeren genade toch niet, met wier behulp zij altijd geduldig en zachtmoedig kan zijn. Daarom is het zeer voordeelig van dikwijls zijne goede voornemens te vernieuwen, en van
i 1 6 DE CHRISTELIJKE MOEDKR.
dikwijls God te bidden opdat hij ons de noodige genade verleene.
Eene goede moeder is ondanks haren ijver om de fouten harer kinderen uit te roeien, zeer geduldig en zeer voorzichtig; zij denkt er aan dat het kinderen zijn die misstappen begaan hebben, en dat derhalve hunne plichtigheid niet zoo groot is. Maar door zulke inzichten laat zij er zich niet toe overhalen om zich le onthouden van het bestrijden der fouten der kinderen. Immers, zij bestrijdt deze met bedaardheid,bescheidenheid en ovet-leg,dan eens door eene onderrichting, dan eens door eene vermaning, dan eens door eene bestraffing, maar dit nooit in toorn. En hoe bedaarder zij in de terechtwijzing der kinderen zal zijn, des te zekerder zal zij haar doel bereiken. De kinderen begrijpen het meer en meer dat de moeder alleen hunne fouten verafschuwt, en worden ervan zelf afkeerig van, zoo dat zij niet alleen van misdrijven te begaan terug gehouden worden wegeus de Le-
ACHTSTE HOOFDSTUK. H7
straffing, maar tevens ook omdat zij het booze verafschuwen, en dit zal hunne verbetering bespoedigen, en hunne liefde 'jegens hunne moeder zal er niet door gekrenkt worden.'
• Wij achten het zeer nuttig van hier over eenige fouten en gebreken vertier uit te breiden. En op de eerste plaats moet hier vermeld worden de eigenzin, welke bij de kinderen zoo veelvuldig voorkomt, en waartegen eene goede moeder reeds vroeg met omzichtigheid moet werken. Zij gewent het kind om de bevelen van zijnen vader en van haar stiptelijk na te komen. En datgene hetwelk men na een rijp overleg zegt of beveelt, daar wordt vast aan gehouden, dat moet het kind doen ten koste van wat het ook zijn moge, al moest het ook door eene strenge be-stratiing er toe gedwongen worden. Ongelukkig, wanneer het kind gewaarwordt dat het zijn doel kan bereiken door koppig te zijn ! De eigenzin, dit groot onheil en deze groote struikelblok van alle goed, zal in hem opgroeien, bijzonder dan wanneer de eigenzin bij het kind eene hoofddrift is. Het gevaar is zoo groot voor de moeder, van zich door ontijdige liefde en door eene verkeerde toegevenheid te laten misleiden. Daarom, christelijke moeder, zijt op uwe hoede ! Het is eene groole verplichting van zich aan geen natuurlijk gevoel te stooren, wanneer de eigenzin uitgeroeid moet worden. Zijt er van verzekerd dat eens uw kind er u zeer dankbaar voor zal zijn. Worden de kinderen vroeg aan de gehoorzaamheid gewend, dan is men verzekerd dat zij
i 1« n:: CliniSTKUJKE MOFDEH.
Eenigc fouten zijn i)ij hot kind met zulk eene hardnekkigheid • gepaard dat de moeiten der moeder te vergeefs schijnen te zijn. Zal zij dan den moed opgeven en maar alles laten begaan zoo als het gaat ? Dat blijve ver van haar ? Wat doet eene moeder niet wanneer haar kind aan
God gehoorzaam zullen zijn, en bijgevolg christelijk en gelukkig zullen leven. Daarna komt de ijdelheid en de pronkzucht, en dit vooral bij de meisjes. Hoe nadeelig en boe verderfelijk zijn deze niet voor de volwassene. Ondanks het verlies van tijd en van geld, die er noodzakelijk uit volgen, oefent deze eenen uiterst noodlot-tigen invloed uit op het hart, dat langzamerhand slechts de pronkzucht behartigt en zich van elke genegenheid voor God en voor het bovennatuurlijke ontdoet; en zoo wordt het kostbaar kleinood der onschuld verloren en aan de zedeloosheid alles ten offer gebracht. En hoe dikwijls wordt de grondsteen van dit misdrijf bij de kinderen niet door de moeder zelve gelegd. Zij laat het kind met zijne ingeborene ijdelheid begaan, en voedt en sterkt dezelve. En wordt deze niet rijkelijk gevoed wanneer het kind opmerkt hoe dikwijls en met welke ingenomenheid de moeder van de kleeding en van den praal spreekt, hoeveel belang zij er in stelt, hoeveel omstand zij er mede maakt en hoezeer haar dit alles bevalt? Of wanneer de moeder zooveel kosten en zooveel zorgen wijdt aan da kleeding van haar kind, met eene belangstelling, alsof dit hare grootste ver-
ACUTSTK HOOFDSTUK. 1 19
licliamelijkc gebreken oudwhevig is? Alles geeft zij ten beste om hem daarvan te bevrijden ; zij wendt alle middelen aan waarover zij kan beschikken, doet een beroep op de ervarenheid en op de uitgebreide kennissen der gencesbeeren. En zoude zij onverschillig blijven voor de
plichüng was. Geen redelijk menscli twijfelt er cenigzins aan, dat eene moeder verplicht is van liarc kinderen tot de orde, tot de reinheid op te leiden. Orde en reinheid in de klceding en eene zekere netheid kunnen eeneu grooten invloed uitoefenen op de vorming van het hart, daar dc onreinheid en de vorwaarloozing zoo dikwijls de oorzaak van onzedelijkheid zijn. Maar niet te minder is de verplichting om al datgene te vermijden hetwelk aanleiding kan geven tot du praalzucht en tot de ijtlelheid. tin deze wordt aangekweekt, zoo als wij reeds zeiden, wanneer de moeder de zorg voor de kleeding overdrijft, daaraan veel tijd besteedt en zeer veel geld verkwist, wanneer zij haar kind, eenmaal gekleed, te veel paait en te veel bewondert, en dit vooral wanneer zij er op uit is om het kind op eene ongewone wijze op te knappen, cn hem hooger verheft dan andere kinderen; ja, zoo plant de moeder de ijdelhcid bij hare kinderen voort. Is dat niet het arme kind met volle zeilen in den afgrond der ijdelheid storten? Hij die eene groote stad bewoont, heeft maar al te dikwijls de gelegenheid om kinderen te zien welke door Imnne lichlzinnige moeders zoo zijn uitgedoscht.
1 20 Dii CHBISTKUJKE MOEDER, zielsgribreken die veel noodlottige!' en wier gevolgen onberekenbaar zijn ? O neen ! Zij kan aan de hoop niet verzaken van haar kind daar eens van bevrijd te zien. Baten hare eigene bemoeiingen niet,
Men zoude bijna gerechligd zijn van te gelooven dat het kinderen zijn van tooneeispelers. Welk eene geest wordt door zulk eene theaterklecding in de kinderen gevoed ? Neen, voorzeker niet de christelijke. — En weinig worden bovendien nog de christelijke tucht en de eerbaarheid geëerbiedigd ! — O christelijke moeders, zijt toch zoo wreed niet jegens uwe kinderen. Voedt en koestert toch niet zoo onbezonnen de adder der ijdel-heid in uwe kinderen — die zonder twijfel eens ongelukkig zullen worden. Kleedt uwe kinderen zoo als het aan uwen staat eigen is, moar neemt hierin zekere bescheidenheid in acht, en wacht u van elke overdrijving. Maakt de kinderen ei reeds vroeg op aandachtig dat de schoonste sieraad van den mensch daarin beslaal, dat zijn hart van alle zonden vrij en met christelijke deugden uitgerust is. Ongelukkig u, wanneer gij zelve, in uwe tinderen de ijdelheid aankweekten verspreidt, door hen op zulk eene overdrevene wijze op te knappen, dat zij boven alle anderen uitsteken. Is dit ijiet het waar geluk der kinderen in gevaar stellen om hunne ijdelheid te bevredigen ? Is dat niet der zielen uwer kinderen slt;jhijjjen? om, uwe eigene ijdelheid te paaien? fnneröaad, dit heeft veel gelijkenis met do han-quot;fifeuS .welke hunne kinderen
ten olrer'b'ri'cht'en cn wfre'é'di'ilrdig in de gloeien-
ACKTSTE HOOFDSTUK'. 12!
dan doet. zij een beroep op de liulp van den vader, houdt raad met voorzichtige vrienden, met de geestelijken, wier medewerking zij hoogacht. En helpt dit alles nog niet, dan zal de Heer haar bijstaan,
de armen van Moloch wierpen. Beschouwen wij nu eeno andere fout welke in lt;lc kinderwereld nog al sterk vertegenwoordigd wordt; De Leugenachtigheid. Is het noodig dat wij eerst de hatelijkheid en de noodlottigheid dezer fout aan-loonen ? Waarheidsliefde en een afkeer voor de leugen behooren werkelijk tot eenen echt chris-telijkcn geest, en nooit zal iemand die de voor-schriften van het christendom met nauwgezetheid \ervult, zich door eene leugen verlagen. En iemand die zich hiervoor niet ontziet, bewijst dat hij aan zware misdrijven niet vreemd is. Zoude de H. Maagd zich ooit tot de kleinste leugen hebben laten overhalen? Eerder zou zij haar loven ten oller hebben gebracht 1 Daarbij moet nog opgemerkt worden dat de leugen den zekeren weg is om in grootere misdrijven te vallen. Alzoo, christelijke moeder, bestrijd deze fout onverpoosd bij uw kind ; Maak toch niet dat het. eens dood ongelukkig worde! Kinderen maken zich zoo licht aan de leugen plichtig; laat men hen begaan, dan wordt dit eeno verderfelijke gewoonte. Bijgevolg, wees waakzaam, boezem 't kind in tijds eenen grooten afkeer in -^oor deze zonde en vorder van hem steeds met gestrengheid dat het altijd en overal rondborstig de waarheid /. ^ge ! Doet het dit niet, dan moet het berispt en gestraft worden. Onderzoek het
en zijne machtige hulp zal haar niet uiit-breken. Tot hem neemt zij, zooals altijdj haren toevlucht eu bidt en smeekt hem met volharding, dat zijne machtige ge
waar liet werkelijk of waarschijnlijk gelogen licelt, en tracht hem zulks te doen bekennen; bekent hel dit oprecht en niet berouw, dan moei de slraf verzacht ol wel soms niet toegepast worden. — Kn de goede God behoede u er voor dat gij zelf uwe kinderen het verderfelijk voorbeeld der leugen geeft, of gelegenheid van zich aan leugen schuldig te maken. Gods zegen berust op elk huis waarin men de leugen haat en vermijdt. Mogelijk is het dat een of het ander kind driftig van aard, en licht grammoedig wordt, opgewonden is, schimpt,kijft, krakeelt en vloekt. Laat men hem begaan, dan wordt de gramschap, de eerste der hoofdzonden, steeds sterker,dit is een van die fouten welkede grond en de oorsprong zijn van vreeselijke zonden. Hoe inocit-lijk wordt deze beteugeld wanneer zij in den mensch opgegroeid, en voor hem eene tweede natuur geworden is ! En hoe onheilvol is deze voor allen ; lichamelijk worden zij er zeer door gekrenkt, en de onheilen die do gramschap aan de zielen berokkent zijn ontelbaar. Merkt gij, christelijke moeder, dat uw kind aan dit gebrek lijdt, zoo verzuimt niets om dit reeds vroeg te beteugelen en hem daarvan te bevrijden. Onderricht hem, vermaan hem en des noods bestraf hem en dit zonder ophouden, naarmate de hevigheid der fout. Rust niet tot dat gij, met Gods hulp er in geslaagd zijt. — En indien gij zelve aan dit gebrek lijdt, wanneer het kind dal
A CI1TST2 HOOFD STL' K. 12.;
nade haar ter hulp moge komen, er. de hooze zin de? kinds breke en hem van zijne gebreken bevrijde. Hetgeen voor den mensch eene onmogelijkheid is, is bij God mogelijk, zegt de Heer.
lot gramschap geneigd Ks, mogelijk maar al te dikwijls de uitbarsting uwer gramschap waarneemt en zelfs ondervinden moet, hoe zal het dan door u kunnen geholpen worden ? Ach, gij stort hem steeds dieper in den afgrond zijner fouten, gij sterkt er hem in. Wee u : Mogelijk is aan deze fout eene andere innig en nauw verbonden — een zeker onaardig en baatzuchtig wezen. Dit vertoont zich in den omgang met de zusjes, liet kind is begeerlijk, het gunt zijne zusjes niets, het ontneemt hun zeer gaarne het hunne, het is niet vriendelijk, het krenkt en vernedert hen door woord en daad, en kan zich met hen niet verstaan. 01 dat verkeerd wezen vertoont zich in den omgang met andere kinderen en met andere menschen. Het neemt geen deel aan vreemden nood, het geeft of helpt de andere kinderen niets wanneer het er voor in staat is, voor eenen niets twist en krakeelt het met hen, beschimpt hen, vecht met hen. Dat alles zijn voortbrengselen der zelfzucht en der liefdeloosheid der bedorvene menschelijke natuur. Laat men deze zich vrij ontwikkelen, en worden ze niet bestreden, wat komt dan van het kind? Door de begeerlijkheid overheerschd , wordt het later een dier bedroevende wezens, welke ten huidigen dage de maatschappij ontsieren, wezens zonder oenige deugd, welke aan
HE CHMSTKLUKK MOKDER.
124
DF. BEWAKING DER EERBAARHEID EN DER ONSCHULD.
Vrienden van keurige bloemen, welke in staat zijn van een groot aantal te kunnen houden, hebben gewoonlijk een drijC-
eene godsdionslige overtuiging eigen is, en zon-dev eenige naastenliefde. Ach hoe vele redenen vinden wij niet om de wereld te beschuldigen dat zij geene naastenliofdo bezit! En toch is het onmogelijk een goed christen te kunnen zijn zonder naastenlielde, omdat de hoop voor het eeuwige ontbreekt. De grond van dit allertreurigst verschijnsel ligt maar al te dikwijls in de kinderjaren. De moeder heeft het kind door hem dikwijls to verstoeten eenen afkeer ingeprent legen de liefde, en het werd er nooit aan gewend. Christelijke moeder, houd het voor eene groote verplichting van in het groot werk der opvoeding, uwe kinderen, door onderwijzing, door vermaning, door berisping, door IcstrafTing en door gebed er toe over te halen, dat zij zich van al datgene ontdoen hetwelk strijdig is met de liefde welke zij aan hunne zusjes, aan hunne huisgenoten en aan alle menschen in het algemeen verschuldigd zijn. Mogen zij in u het toonbeeld vinden der oprechte en ware naastenliefde !
NEGENDE HOOFDSTUK. 125
huis. lu dit worden hoofdzakelijk vreemde bloemen en planten die aan een warm klimaat gewoon zijn, gedurende het gure jaargetijd bewaard, om hen aan den schadelijken invloed van het weder te onttrekken en te beschutten, en om door de warmte van het drijfhuis hunnen groei en hunue ontwikkeling te bevorderen.
Een dusdanig drijfhuis moest, door de bijzondere tusschenkomst der moeder, elk christelijk huis zijn, ter beschutting, ter bewaking en om den groei en de ontwikkeling te bevorderen van eene der kostbaarste, der schoonste en der prachtvolste bloemen. Zij komt uit het land der Hemelingen, Jezus, onze Heer, heeft ze uit den hemel op de aarde gebracht, en heeft ze geplant in den bloemrijken tuin der Heilige Kerk. Daar heeft zij van den beginne, door hare verrukkende schoonheid en door haren prachtigen bloemendosch geschitterd ; haar bloemendosch is zoo prachtig als Gods hart en verheugt dui-
1 ili nr. ciintstELUKE moedeu.
zcude en duizende menscheii. Zij is zeei' loeder van natuur, en wordt zoo licht door den verpesten adem der wereld ca door hare noodlottige invloeden gekwetst, zoo dat hare schoonheid verwelkt en haar prachtige dosch jammerlijk verdwijnt.
En daarom heeft zij eveneens een drijf-luiis met eene dichte beschutting noodig; het. christelijk huis moet dit drijfhuis zijn en de christelijke moeder de beschutting.
Welke is dan deze kostbare hemelscbe bloem? Het is de heilige reinheid, de deugd der kuischheid.
Wie kent haar, en weet hare waarde niet te schatten, wie werd niet door hare schoonheid bewogen, wie verheugde zich niet bij het aanschouwen van den heerlijken glans dien zij om zich verspreidt ? Zij is het, ja, welke in het hart dat door haar geheiligd is, de zoetste vrede doet heerschen ; zij is de zekere en de echte grondlage van het ware levensgeluk, zij verzekert de genade en de goddelijke
tCKOEKDE HOOI DSTL'K. (27
liofde, en is de zekerste voorbereiding tot het eeuwig homclsch geluk. En welke deugd is er, dio alom zno vele zegeningen verspreidt ais de lieiligedeugd der kuiscli-heid ? Maar zij is eene uiterst teedere deugd, geheel gelijk aan eene teedere liloem, welke door elke harde behandeling, door elk koud weder gekwetst en beschadigd wordt. Daarom moet volgens Gods wil het christelijk huis baar beschuiten, daar moet zij in verzekering zijn, van daar moet door do zorg der christelijke moeder alles verwijderd blijven hetgeen deze deugd kan kwetsen cl' schaden ; daar moet zij opgeleid en verzorgd worden. Daarom hebben wij tot titel genomen: Do bewaking der eerbaarheid en der onschuld.
Ach ! buiten in de wereld is het voor onze teedere levensbloem, in onze dagen, zeer bedenkelijk, daar wordt zij met groote gevaren bedreigd, daar worden haar duizende strikken gespannen, daar woeden vreeselijke stornun, en heerscht
1 28 HE CHRISTKUJKE MOEDER.
eene snijdende koude; daar is allerlei wangedrocht verscholen, daar lijdt de heilige onschuld, de kuischheid zoo licht schipbreuk. Ongelukkig, wanneer ook in den huiselijken kring deze niet beter werd beschut en bewaakt, wanneer ook in het heiligdom der familie haar gevaren bereid werden I Neen, de christelijke vader, en nog meer de christelijke moeder, draagt er zorg voor en is er op bedacht dat hier in het huis de heilige lucht heerscht in alles, in de gesprekken, in den omgangen in het dagelijksch ver-keer.
Eene heilige tucht heerscht in de gesprekken. Geen dubbelzinnig, geen aanstootend woord mag er gesproken worden ; onpassende scherts, ontstichtende liedjes kent men hier niet, en nooit zijn ergerlijke voorvallen, misdadige en zondige wanbedrijven liet onderworp van een gesprek.
Ontstichtende gesprekken, schertsen, liedjes, zijn uit hunnen aard, aanstootend
negende hoofdstdk. 129 en zondig ; aanstootelijko dingen mogen volgens de bevelen van den H. Apostel dei-volkeren, niet eens genoemd, en veel minder gesproken worden. Maar hoe groot is verder do schade, het verderf, welke zulke gesprekken, zulke schertsen de sprekers en de toehoorders berokkenen 1 Zij zijn eene ware pest, zij zijn het zaad der ontucht, dat door den lichtzin-nigcn menschenmond uitgestrooid wordt in de harten, om onkuische gedachten, onkuische verlangens, onkuische werken te doen ontkiemen. Het is aan hoegenaamd geenen twijfel onderhevig, dat bij die duizende en duizende zielen, welke nu in den modderpoel dor onkuischheid gedompeld liggen, de grond van hunnen ondergang door vuile gesprekken gelegd is.
Doet deze vuile gesprekken van de aarde verdwijnen, en duizenden welke nu de weerlooze slaven der ontucht geworden zijn, zouden het onschatbaar kleinood der luüschheid nooit verloren hebben en
■130 HE CHBISÏF.UJKF aOFDKft.
zouden ouder hare zegeningen voor tijd en voor eeuwigheid gelukkig zijn.
a Vuile gesprekken,» zegt de H.'Geest, ii bederven de goede zeden. » Hoe streng zullen eens diegenen door God geoordeeld worden, welke zich aan zulke gesprekken, hetzij rechtstreeks, hetzij zijdelings (door dezelve niet te beletten wanneer zij het konden en er toe verplicht waren) hebben schuldig gemaakt. Zulke vuile gesprekken, schertsen, liederen, worden in een christelijk huis niet geduld, maar met de grootste zorg vermeden. De moeder acht zich ten strengste verplicht, om te waken en om ernstig toe tc zien, opdat in huis geen aanstootelijk woord gehoord worde. Zij heeft op de dienstboden en op de arbeiders een waakzaam oog, en zij die hare vermaningen niet tellen, worden uit don dienst ontslagen en van den arbeid weggezonden. Hoe vele kinderen (en hoe vele jonge dienstboden) verliezen door de slechtigheid en de lichtzinnigheid van zulke menschen bunne onschuld, hun
Negende hoofdstük . 131 kostbaarst kleinood 1 * Ongehikkig hul: huis waarin, in het bijzijn der vrouw, zulke gesprekken ongestoord kunnen gevoerd worden, en daar waar de huisvrouw
Van eene huisvrouw op do hoeve N..., aan de grenzen van Munsterland, verhaalde, op hare heiarding, de pastoor het^volgendt): Een nieuwe knecht was op de hoeve gekomen. Alhoewel men in de keuze der dienstboden, gewoonlijk aan de brave en godvreezende den voorkeur gaf, zoo vond men zich toch in de keuze van dezen zeer teleurgesteld.
De nieuwe knecht was onbeschaamd van taal en had eene groote voorliefde voor lichtzinnige en zedelooze gesprekken. En zooais het aan zulke diepgezonken wezens eigen is, dat zij bij elke gelegenheid hunnen vuilen mond niet kunnen bedwingen, zoo gaf hij aan tafel zijne boosaardige gedachten de toepassing. De huisvrouw merkte het hem herhaaldelijk op, dat zulke gesprekken in het bijzijn der kinderen, hier in huis, niet aan de orde van den dag waren. Te vergeefs, ondanks alle waarschuwingen werd steeds op nieuw begonnen. Daar stelde zij zich heel bedaard achter den stoel waarop da losbol gezeten was, en diende hom rechts en links eet; paar flinke klappen toe zoo dat hij neertuimeld.;. Dit baatte. Was deze terechtwijzing min of meur streng, zoo ook heeft de Heer eens de geesels geslingerd tegen een zeker soort van lieden, en hij zoude het nog doen tegen die on verlatene; waarvan hier spraak is. In alle geval is het eene giojte verplichting van tegen zulko losbollen streng op te treden.
132 BK CnniSTEUJKE MemÖEB.
of de huisheer zoo diep verlaagd zijn dat zij zich niet ontzien van er genoegen in te nemen.
Het is verder in een christelijk huis een regel, dat nooit in huis in het bijzijn der kinderen en van jongere huisgenoten mag gesproken worden, over zekere ontuchtige gebeurtenissen die in de gemeente plaats gehad hebben. Och, waarom wordt toch niet altijd in het spreken de grootste voorzichtigheid in acht genomen ? De kinderen zijn in zulke gevallen zoo licht van begrip, zij zijn uiterst opmerkzaam wanneer dubbelzinnige gesprekken op liet tapijt komen, vangen elk woord op on denken er over na ; zij ondervragen zich en spreken er verder over met hunne gelijken, en zoo wordt eene te huis gehoorde onvoorzichtige uiting voor hen zoo licht de oorsprong van een groot ze-debederf. « Een kleine vonk, hoe dikwijls ontsteekt deze niet een feilen brand, » zegt de Apostel. '
* Voor moeders welke het land bewonen (en
NEGENDE nnOFDSTDK. 133
Do cliiistolijkc moeder ziet verder toe op de eerbaarheid en de tucht in de klee-ding. Hier is geen spraak van eene aan-stootelijke kleeding, zulk cene welke in hare snede en in haar geheel aanstootend is. Onzedige moden mogen door eene
die welke het toch soms aangaat) moeten wij hierbij nog de waarschuwing voegen, dat zij ei-steeds bedacht mogen op zijn, van zekere omstandigheden met het vee (de dekking van paarden en van koeien) aan de oogen der kinderen te onttrekken. Welk cene onbeschrijfelijke nalatigheid heeft in zulke gevallen zeer dikwijls plaats? Met de grootste onverschilligheid laat men toe dat zoo iets in het bijzijn der kinderen gebeurt. Ja, men geeft er aanleiding toe door zich hierin door kinderen te laten helpen. Hoe is dat mogelijk ! Ziet men dan niet in dat niets zoo zeer het schaamtegevoel kwetst en aanleiding geeft tot zware zonden tegen de heilige deugd ? Het is onbegrijpelijk dat er ouders kunnen zijn die dit niet inzien; het is eene nalatigheid welke, ten gevolge harer noodlottige gevolgen, nooit genoeg kan betreurd worden. Daarom, christelijke moeders, behartigt dit met de grootste voorzichtigheid ; het is hoofdzakelijk uwe zaak, en voor u eene groote verplichting. Een weinig moeite meer is geene reden om u hiervan te verontschuldigen. Gij moet het ten koste van wat het ook zijn moge beletten dat zoo iets in het bijzijn uwer kinderen plaats hebbe, en zooveel mogelijk dan niet wanneer'zij grootor ge worden zijn.
j 34 Utj CHRISTELIJKE MOEDER.
moedei', die de stem van haar geweten gehoor geeft, niet in huis geduld worden. Hier is alleen spraak van die onzedelijkheid welke in menig huis gebruikelijk geworden is, om in zekere tijden,bij voorbeeld in den zomer als het warm is, en bij verschillende werkzaamheden, door onvolledige kleeding gekrenkt te worden. De moeder zal er streng aan houden, dat de kinderen nooit hun slaapvertrek mogen verlaten zonder ten minste zoo gekleed te zijn, dat de eerbaarheid en de gevoege-lijkheid niet gekwetst worden, dat zij zich niet behoeven te schamen wanneer vreemden ben zien. Hoe treurig is hel wanneer men des morgens de kinderen blootsvoets , half naakt, alleen in het hemd, door het huis ziet rondloopen of buiten huis gezien worden. Kan dit voor hunne gezondheid schadelijk zijn, dan is het nog oneindig meer schadelijk voor hunne eerbaarheid die daardoor zoo zeer gekrenkt wordt. Zoo ook kan en mag niet geduld worden, ondanks het groot gemak
N EG K MIK 1101) F D ST ü K.
en liet genoegelijke, dat daarin gevonden wordt, dat do kinderen zich ontdoen van hunne kleeren op eene wijze welke de welvoegelijkheid kwetst. *
Zoo gewichtig het is dat de heilige zuiverheid, de dongd der kuischheid, da onschuld niet gekrenkt worden, zoo streng moet de heilige tucht onder alle opzichten gehandhaafd worden, en zoo komen wij tot de vordering, dat in huis een al te gemeenzamen omgang met personen van beiderlei geslacht moet vermeden worden. Do christelijke moeder moet derhalve zorgen dat hare kinderen van versehillend geslacht, dit is de jongens en de meisjes,
quot; MiH is ook bclrekki'lijk do volwassenen zeer wenscholijk dat, gelijk dit bij de manspersonen altijd liet geval is, ook de vrouwspersonen 's morgens vroeg in linis verschijnen geheel gekleed, en zoo, dat de welvoegelijkheid en de eerbaarheid niet gekwetst worden, en anderen niet, behoeven verlegen te zijn van met licn te spreken. Ook hier kan gemakshalve aan het recht niets tekort worden gedaan. Zonder twijfel zijn deze wenken, welke in vele huizen wel degelijk in aanmerking inu. iun genomen worden, ■wenken wier nalating de jammcrlijkste gevolgen hebben.
133
136 DE CHniSTELUKE MOEDEI».
niet in hotzclfdc vertrek en hoegenaamd niet in hetzelfde bed slapen, en eveneens mogen de kinderen niet met dienstboden van een ander geslacht slapen. Is zulk een ie zamen slapen zelfs voor kinderen niet zonder gevaar, het is iets onvergeeflijks dit nog toe te staan wanneer de kinderen tot de jaren van verstand gekomen zijn ; God weet alleen hoeveel kwaad hierdoor ontstaat. Hoe is het mogelijk dat zoo vele ouders betrekkelijk dit punt zoo nalatig 'en zoo buitengewoon lichtzinnig kunnen zijn, alsof zij geen verstand hadden en geen geweten !
Evenzco gewetenloos en lichtzinnig zijn die ouders, welke hunne volwassene kinderen in hun eigen vertrek laten slapen. — Elkeen die over dit punt ernstig nadenkt, en betracht aan welke gevaren de onschuld der kinderen wordt blootgesteld en hoe licht zij voor altijd schipbreuk kan lijden, en hoe onvermijdelijk hot is dat de eerbaarheid gekwetst wordt, die zal er zich zonder ecnige moeite van kun-
NEGENDE HOOFDSTUK. 137
nen overtuigen dat het voor do ouders eene heilige en strenge verplichting is en zij geene moeiten noch kosten mogen ontzien, dat de kinderen volgens hunne geslachten gescheiden, in verschillende bedden en in afzonderlijke vertrekken slapen. En zouden hiervoor de geldelijke middelen ontoereikend zijn, dan is men gehouden de hulp van anderen te verzoeken. Voorwaar,dit is een punt van zulk gewicht dat het zelfs van de daken verdiende gepredikt te worden.
Hij, die de wijze van behandeling van dit punt overdreven acht, kent de gevaren niet welke de gevolgen zijn van de verwaarlozing dezer maatregelen voor de jeugdige kinderen. Allergunstigst beoor-
♦Gowctensijverigeliuisheeron zuilen eveneens zorg dragen dat de slaapvertrekken der knechten en der meiden behoorlijk afgezonderd zijn, en dat hen ook bij andere gelegenheden de moge-liikheid van een gevaarlijke omgang niet eons gegeven worde. In elk geval zijn zij streng verplicht van zeer waakzaam te zijn en van niets te verzuimen dat ter hunner beschikking staat, om u'. datgene wat gevaarlijk is, te voorkomen.
138 Dt CaRISTELIJKE MOEDER.
rieelil,zoude men hier opeene groote kort- i
zichtigheid kunnen verwezen worden, 1
maar eene kortzichtigheid die, helaas, t
gepaard is met eene zondige lichtzinnig- 1
heid en eene verderfelijke gewetenloosheid, wanneer men het hier gezegde mis- j c acht, en er zich hoegenaamd niet aait gt; i stoort. l c Hoe weinig wordt verder in vele huizen ' i het schaamtegevoel geëerbiedigd en ver- , (. sterkt; hoe velerlei wordt er geduld L i waardoor het schaamtegevoel meer en 1 ü meer te loor gaat? Wij zuuden er ons voor | i ontzien van er over te spreken, wanneer 1 fc wij niet de verzekering hadden, dat het d groote belang van dit onderwerp onze r , handelwijze rechtvaardigt. d Zoo is het allernoodiottigst, wanneer 1, de moeder het niet belet, dat de kleine ü kinderen, wanneer zij zitten, liggen of v spelen, zich allerlei ontblootingen veroor- l v )ooven ; denkt gij er dan niet aan, dat t: door zoo iets toe te laten, het schaamte- d gevoel reeds vroeg zal verloren gaan. Ook li
NEGENDE HOOIDSTUK. 139
•t- in de wijze vaa de kleinen te bedaren (van
n, hen de moederborst toe te dienen) moeten
ts, ' de moeders liet schaamtegevoel meer eer-
g- biedigen.
3s- Hierbij moet nog vernield worden, d«l is- | do moeders de kinderen attent op moeten au maken, dat zij de behoeften moeten doen i op eene afgezonderde plaats, waar zij van ;c.n i niemand gezien zijn. Aan welk eene wal-!r- | gelijke schaamteloosheid maken zich ild l menige volwassenen niet plielitig? Het is en [ onbegrijpelijk en een uitei-st treurig tee-)or | ken, dat zoo velen voor altijd het schaam-eer l tegevoel verloren hebben. En toch is het iet dit schaamtegevoel hetwelk God in de ize natuur van den mensch geprent heeft, dat tot beschutting dient tegen de oneer kuischheid, eene omheining der heilige ine onschuld, eene afwering van al datgene i of wat noodlottig en gevaarlijk kan wezen or- l voor de reinheid der ziel. Is de omheining dat neergeveld, heb beg onstuimige wateren tc- deze in humio dofle vaart doen wegspoe-)ok luu, is het schaamtegevoel den ineuscii
■1 40 DE CF1RISTEHJKE JIOEDEH.
ontnomen, dan ontziet üij zich voor niets tuc
meer, en gaat zonder eenig nadenken tot Dai
elk kwaad over dat hem de gelegenheid ' wei
aanbiedt. En daarom is het van het ui- hui
terste helang, dat dit heilig schaamtege- eer
voel bij de kinderen niet gestoord worde; zed
integendeel, dat het steeds altijd geëer- hui
digd en steeds dieper ingeprent worde, en i vol,
daarin zal men nooit slagen, indien in quot; « C
huis niet alles vermeden wordt hetgeen var
er gevaarlijk en hoogst noodlottig voor , aar
Moge het hier gezegde overal met de ge\
meestenauwgezetheid worden nagekomen . voc
en toegepast, opdat de heilige kuischlieid aat
in de christelijke gezinnen steeds veilig me
zij, dank der zorgen en der onverpoosde zeg
waakzaamheid der christelijke moeder ! me
Hoe uitgebreider in onze dagen het rijk dra
der ontucht en der losbandigheid wordt, voc
om het geloof aan het eeuwig leven te [ (Bc vernietigen, en het waar geluk van den mensch onmogelijk te maken, des to igrooter moot de hcoi'schappij der heilige
NEGENDE HOOFDSTUK. 141
tucht in onze christelijke huizen zijn! Dan zal het, zoo God het wil, eene werkelijkheid worden, dat in zulk een huis een kuisch geslacht woont, kuische eerbare ouders, onschuldige kinderen, zedelijke dienstboden, en over zulk een huis zal zich datgene verwezentlijken, volgens de uitspraak van den H. Geest: « O hoe schoon is een kuisch geslacht van den glans der deugd omgeven !» Hun aandenken zal nooit verloren gaan, God zegent en schat hen hoog, de menschen geven er getuigenis van, en volgen hun voorbeeld. Onttrekken zij zich aan het aanschijn der menschen, zoo verlangt men er des te vuriger naar ; en eeuwig zegeviert het kuisch geslacht, omhuld met eene onverwelkbare gloriekroon, en draagt den prijs, dien het behaald heeft, voor het behoud der vlekkelooze reinheid (Boek der Wijsheid, IV, 1-2),
142 DE CHBISTJiUJKE lSO!;DtR.
DE KWEEKING.
Een tuinier heeft ten gevolge van buitengewoon gunstige omstandigheden , uitmuntend zaad van allcrprachtigsto bloemen ontvangen. Reeds heeft hij dezen aan den grond van zijnen tuin toevertrouwd ; het zaad ontkiemt en hier en daar komen de teedere plantjes uit de aarde op. Zal hij er nu niet meer voor bekommerd en bezorgd zijn ? O ! neen, hij is er zeer voor bezorgd en meermalen per dag ziet hij de plantjes na. Hij acht het niet voldoende van met de grootste zorg er alles van te verwijderen wat voor hen schadelijk en gevaarlijk kan zijn, maar hij verpleegt en verzorgt dezelve zoo goed mogelijk, opdat zij goed opkomen en zich ontwikkelen volgens hunne eigenaardigheid, in hunne volle schoon-
TIENDK HOOFDSTUK. lt;43
heid, in hunne verrukkende heerlijkheid.
Eene juiste aanwijzing voor christelijke moeders I Wat zijn de zeldzaamste en schoonste bloemen, vergeleken met die liefelijke plantjes, welke God zelf in het kinderhart nedergelegd heeft ? Zaadkorrels die uit de hemelsche gewesten gekomen zijn, kiemen door de onbegrensde liefde des Heeren, uit zijn hoogheerlijk en aanbiddelijk wezen zelf in hot men-schelijk wezen gelogd, opdat zij zich tot de heerlijkheid der christelijke deugden verheffende, den armen mensch meer en moer met God gelijk mogen maken.
De moeder moet voor deze de verplichtingen der tuinierster waarnemen. Bijgevolg moet de moeder met de grootste zorgvuldigheid, zooals wij reeds gezien hebben, en met de grootste omzichtigheid, het hart van het kind van elk onkruid reinigen, dat den groei en de instandhouding dezer goddelijke kiemen der deugd bedreigt, met eene teedere voorzichtigheid tracht zij dezelve te behouden
144 DE CHBISTEUJKIi MOEDER.
voor alles wat hen eenigzins nadoelig kan
zijn.
Maar zij doet nog meer. Stelt de tuinman er zich niet mede te vreden, dat hij den bodem, waarop hij zijne kostbare bloemen geplant heeft, van het onkruid rein houdt en de bloemen tegen allerlei ongevallen beschut? Neen hij bindt zijne lievelingen op en verpleegt ze zoo goed mogelijk, en verzuimt niets wat tot eeno goede behandeling behoort, opdat de bloemen des te heerlijker opgroeien en zich des te prachtiger ontwikkelen. Zoo gaat ook de christelijke moeder te werk. Zij beijvert zich, zooals het overigens hare plicht is, om met de grootste zorgen do christelijke deugden in het hart en in het leven harer kinderen te voeden en op te kweeken. Al heeft de Heer ook de kiem der deugden in het kinderhart gelegd, zoo is het toch noodzakelijk om deze deugden de vereischte volmaking te doen bereiken, dat, zoodra het kind tot de jaren van verstand gekomen is, met de
. TIENDE HOOFDSTUK. 145
goddolijUe genade medewerkt, opdat de deugden zich ontwikkelen, en tot volmaaktheid komen. En dit is het waartoe de moeder het kind bij tijds moet aanmoedigen en opleiden. Zonder deze aanmoediging, zonder deze opleiding zal het goed hetwelk God in het hart van hot kind geplant heeft, zich uiterst moeielijk ontwikkelen en zich zeker niet ontvouwen. Het zal gelijk zijn aan eenen kostbaren zaadkorrel die niet opkomt, aan eene plant die geen groei heeft.
De vijanden van het geloof hebben van de omstandigheid, dat zonder aanmoediging, zonder uiterlijke opleiding, het geloof, de godsdienstigheid, de liefde jegens God, de gewetens-nauwgezelhoid, en de overige christelijke deugden niot tot stand komen, zich verstout om hieruit te besluiten, dat al deze dengden nieta zijn en slechts ijdele gewoonten, die den kinderen van hunne ouders of van anderen worden medegedeeld 1 Die dwazen 1 Wanneer dan de zorgen en de aanhoudende
10
146 DE CHRISTELIJKE MOKDEH. bemoeiingen van den tuiiunan, wanneer dan de heilzame invloed van den bodera en van de lucht, van den regen en van den zonneschijn bewerken dat de kiem zich ontwikkelt en tot eene heerlijke bloem opgroeit, ontstaat dan de plant door den tuinman, door den regen, de lucht of den zonneschijn ? Zoude dit alles de bloem tot stand hebben gebracht, zonder dat eerst de kiem aan de aarde werd toevertrouwd ?
Zoo liggen ook, dank der goddelijke genade, de kiemen der deugden in het kinderhart, maar velerlei heilzame uiterlijke invloeden zijn noodzakelijk , en vooral die der ouders, en bijzonder die der moeder, opdat zij zich naar wenscli ontwikkelen en opgroeien.
Bijgevolg, alweêr eene groote, eene verhevene taak voor de moeder I Zij moet haar kind mede behulpzaam zijn,voorzoo ver zij er toe in slaat is, opdat die deugd welke de Heer hem heeft ingeprent, zoodra het tot de jaren van verstand
TIENDE HOüFDSTUï. 147
gekomen is, door hem beoefend worde, of hetgeen hetzelfde is: zij is verplicht van, zoodra het kind tot de jaren van verstand gekomen is, en als vrije mensch begint te handelen, van hem dan aan te sporen om zich dan in alles zoo te benemen, als het den oprechten christen betaamt, en in alles toonen dat het een waar kind Gods is ; dit is zooals de leer van onzen heiligen Godsdienst het voorschrijft, dat de moeder hem leere denken en oordeelen, spreken en handelen met een vurig geloof en met eene onwrikbare hoop op God, Hem beminnen, opdat het van den beginne zijnen evenmensch beminne, en goedaardig, zachtzinnig jegens hem zij, en hem medelijden en barmhartigheid betoone dat het van den beginne voorzichtig en ootmoedig zij, en het christelijk geduld beoefene en leere zich te bedwingen en ta overwinnen, en zich gewenne aau arbeidzaamheid en vlijt; opdat het van den beginne af, waarheidslievend en getrouw zij, dat het den eigendom van anderen
1 48 DE CHRISTELIJKE MOEDER.'
eerbiedige ea redelijk en eerlijk zij, en al datgene doe hetwelk aan een christelijk leven eigen is.
Of mag zich de moeder, zoolang het kind nog klein is, aan dit alles niet storen? Moet zij hare kinderen, voorloopig eeneu tijd lang, mogelijk tot op eenen vergevorderden leeftijd maar zoo voort laten leven, zooals zij het verkiezen, zonder te behartigen dal zij onmiddelijk en altijd als goede en oprechte christenen leven? Iets ongerijmders en te gelijUer tijd iets verkeerders als dit, kan niet bestaan. Men wil bijgevolg het laagste bestanddeel van het kind, zijne natuur, welke verkeerd en vol booze neigingen is,
vrij laten ontwikkelen en sterk worden, en het bovennatuurlijke van zijn wezen, de kindsheid Gods, de kiemen der christelijke deugden, zonder verzorging laten ! liggen ?
De natuurlijke, dikwijls booze mensch, de heiden moet opgroeien en de bovennatuurlijke mensch, het kind Gods, de
TIENDE quot;HOOFDSTUK. 149
, christen moet onontwikkeld, kloin en 30 fnacliteloos blijven ! Zal dan niet wanneer
jk de christen verzorgd en tot een christe
lijk leven opgeleid moet worden, zal hij iet dan niet de vlag moeten strijken voor
den natuurlijken, den verkeerden, den eu bedorven mensch, die alreeds groot en
iequot; sterk geworden is. De gevolgen van dezen
en strijd kunnen voor den tijd en voor de
'er eeuwigheid slechts heilloos zijn. Dusdanig
a'' was h^t geval met Ismaël, den zoon der
ien maagd uit Abraham's huis; als Isaac, de
161' zoon in wien zich de voorzeggingen moes-
■'ot' ten verwezentlijken, geboren werd, was
s'9 deze alreeds volwassen en wat gebeurde
ur» er ? «En Ismaël vervolgde Isaac. » (Gal.
13' 4, 29). — En is het niet Gods uitdrukke-
engt; lijke wil, dat de mensch hem zijn leven
engt; lang getrouw diene? Dat zijn kind, het-
welk de mensch door het H. Doopsel ge-■'en i worden is, van zijne teederste jeugd, zoodra het tot zijn bewustzijn gekomen ick» is, als een oprecht en grondig overtuigde
ren' christen optrede, handele en denke ? God
da
I BO DE CHB1STHLI1KE MOEDLB.
heeft eeno grooto voorliefde voor de eerstelingen; hoe aangenaam en hoe kostbaar zijn de eerste bewijzen van godsvrucht en van deugd aan :'ijn oneindig minnend hart 1
O welkeen onvergeeflijk plichtverzuim, welk eene beleediging der waarheid werkelijk aangedaan, wanneer men zich niet beijvert om het kind, van den beginne af, op te leiden tot een waar kind Gods, opdat het steeds en ten allen tijde een oprecht christen zij en blijve !
Beschouwen wij de kinderen der groeten en der machtigen dezer aarde : Welke zorgen worden niet aangewend, welke onverpoosde moeiten laat men zich niet welgevallen, opdat zij zich eens in alle omstandigheden zoo gedragen als het aan hunnen stand eigen is?
En christelijke moeders zouden niet zorgen dat hunne kinderen, die te geüj-ker tijd kinderen zijn van den allermach-tigsten vorst der hemelen, zich reeds in het begin op zulk eene wijze gedragen
TIENDE HOOFDSTUE. 151
als het den onderdaiicu viiu Gods rijk eigen is, zoo als het door de grondbeginselen van het christelijk geloof voorgeschreven wordt.
Het zij n juist de eerste jaren der kindsheid, on de eerste jaren die er op volgen, wanneer bij het kind het zelfbewustzijn ontwaakt is, die zulk eencu beslissender! invloed uitoefenen op geheel het leven. Nu, deze jaren zoude men laten verstrijken zonder het kind zoo op te leiden dat het zich dan alreeds als een goed christen gedraagt ? Hoezeer is het te vreezen, en hoe dikwijls is dit niet het geval, dat juist omdat men slechts kind zijnde, niet alreeds als christen leefde,nooit een grondig en ijverig christelijk leven, dat het geheel menschelijk wezen overheerschte, tot stand kwam. Wij achten het onnoo-dig de aandacht onzer lozers er op te vestigen, dat wanneer wij de strekkingen van het christelijk loven bespreken bij de kinderen, wij dan van hen niet hetzelfde vorderen als van de volwassenen.
Jo2 DE CliniSTlXUKE MOEDER.
D.m zoude men, ja, het onmogelijke vorderen. Maar juist daarom, omdat de kinderen God niet kunnen dienen als de volwassenen, en zoo als deze niet in staat zijn om eenen christelijken levenswandel te leiden, daarom moet bijzonder de moeder de middelares zijn van het kind en hem den weg aanwijzen, hoe het zich als kind Gods moet godragen en hoe het de christelijke deugden moet beoefenen. Hier komt wederom het boven vermeld voorbeeld van demoedermelk te pas. Gelijk de Heer gezorgd hoeft dat de door de natuur vereischte voeding, door de moedermelk aan het kind verstrekt worde op eene wijze die zijne zwakke lichamelijke gesteltenis niet schaadt, zoo moot ook de moeder het kind de vorplichtingon van het geestelijk leven op eene wijze die aan zijnen jeugdigen leeftijd eigen is, voorhouden, en zoo diep mogelijk in het hart prenten. Voorzeker vordert deze verplichting der moeder eene aanhoudende opmerkzaamheid, en geene offers hoe groot
TIENDE HOOFDSTUK. I K3
en hoe zwaar zij ook mochten vallen, kunnen liaar hiervan verontschuldigen. Voorzeker zal eene moeder, die het nooit met het christelijk leven ernstig gemeend heeft, zich moeielijk van deze taak kunnen kwijten. Daarom houden wij eene grondige vroomheid, als onmisbaar bewezen, voor eene goede opvoeding. Maar voor eene werkelijk christelijke moeder valt deze taak niet te zwaqr. En om dit voor iedereen begrijpelijk te maken, zullen wij hier de wijze waarop deze volbracht moet worden, bespreken.
Hel Geloof. De moeder onderwijst haar kind, zoo als wij het reeds gezegd hebben, reeds vroeg op eene kinderlijke wijze in de leer van den H. Godsdienst. Dit wekt, en bevordert de ontwikkeling van hot Geloof. Daarna gewent zij er het kind aan, dat het volgens hetgeen hem op die wijze van God en van den godsdienst hekend is, oordeele en zijne levenswijze daarna richt?. Het kind ondervindt reeds vroeg tegenspoed eu lijden ; de moeder
lo4 DE CHRISTELIJKE MOEDtn.
leert hom dal het gruolste uuheil de zonde is. Het kind ondervindt aardsche genoe gens, aardsche vreugde; de moeder doet hem begrijpen dat de vreugde van een goed geweten nergens bij kan vergeleken worden, en dat de vreugde welke men geniet van altijd goed gehandeld te hebben, nog grootsr, nog verhevener is ; zij herinnert het kind er aan, dat het altijd in Gods tegenwoordigheid is, zij doet hem denken aan de groote werken der goddelijke liefde, enz., die allen oefeningen des ge-loofs zijn. Zij leert het kind bidden, opdat zijn gelooi' zich vermeerdere.
De Hoop. De moeder verhaalt het kind uiterst gaarne hoeveel goeds, hoeveel groots en schoons de Heer Jezus der zijnen bereid heeft, en in de H. Kerk mededeelt ; wanneer het eens grooter zal zijn, dan zal het aan dit alles deelachtig worden, en er steeds beter, godvruchtiger en reiner van ziel door worden, dan zal do moeder hem medenemen om de H. Mis bij te wonen, waarin God hem op eene
TIENDE HOOiDSTIJK- I5:J
bijzondere wijze zal zegenen; met dei-tijd zal het in do school zoo veel goeds van den Heiland en van zijne H. Kerk leeren ; en eens zal het den liefdevollen Heiland mogen ontvangen. —Wanneer het zeer braaf en godvruchtig zal zijn, dan zal de goede God en de goddelijke Heiland hem op eene bijzondere wijze beminnen; welk een groot geluk! want zij zullen hem veel goeds doen. Dan zal de liefdevolle Moeder des Heeren, do koningin der hemelen hem beminnen, en alle Heiligen en Engelen eveneens, en wanneer het tot hen zijnen toevlucht neemt zullen zij hem bij God voorspreken, opdat God hem hier op aarde met zijne weldaden overlade en hem eens in den heinel onneme wanneer het sterven zal! Dan zal de liefdevolle Heiland zijne ziel te gomoet komen, opdat zij bij hem in don liemel alle mogelijke vreugde geniete ! En dan, wanneer gij slechts godvruchtig bidt en goed gehoorzaam zijt, dan bemint u dt goede God zeer, dan kunnen wij met een
Ifi6 DE CanlSTELIJHE MOEDEn.
vast betrouwen hopen, dat gij eens in den Hemel zult komen. — Of wanneer het kind zich aan eenig misdrijf schuldig maakt, wanneer het, bij voorbeeld, liegt, koppig of ongehoorzaam is, enz., o mijn kind, doo dit toch niet 1 Wat moet de lieve God en de lieve Heiland van u denken ! Zult gij dan in den Hemel kunnen komen? Kinderen die liegen, die ongehoorzaam zijn, waar zullen die eens komen ? In den hemel niet 1
De Liefde. Hoeveel gronden tot vreugde en opgeruimdheid vindt het kind niet in het dagelijksch leven, en welk een geluk ondervindt eene goede moeder, wanneer zij het kind er steeds opmerkzaam op kan maken, dat alles wat goed is van God komt, en dat het kind verplicht is van aan God zijne dankbaarheid te betuigen, -r- Die en die zijn liefdadig geweest jegens anderen. — O kind, al het goed hetwelk de goede God aan ons en aan u doet, overtreft dit ver 1 — Dan heeft zij met hasr kind een onderhoud over Gods goedheid,
TIENDE HOOFDSTUK. 1 87
Over zijne barmhartigheid, dat God onzer allen Vader is, en van Jezus, hoe hij uit liefde voor hem raensch geworden is, en zoo veel voor hem geleden heeft, en voor hem eens ïijn leven ten beste gaf, en hoe hij nog uit liefde voor hem in het H, Sacrament altijd aanwezig is, om hem goed te doen. « O nooit genoeg zult gij deze liefde met eene ware wederliefde kunnen vergelden ! » — Het een of het ander voorwerp is het kind uiterst aangenaam, en verschaft hem eene groota vreugde. Het hecht er eene groote waarde aan en verlangt vurig om het bezitten omdat het zoo schoon is ; de moeder zal hem zeggen: « Hoeveel schooner is da lieve God en de goddelijke Heiland 1 Hij verdient meer dan elk ander wezen van bemind te worden. Welk eene vreugde, welk een onschatbaar geluk voor u van hem eens te kunnen zien, van hem eens te kunnen bezitten I — Verhalen van heiligen, bijzonder van nog jeugdige heiligen, welke God zeer beminden. — Het
138 DE CHRISTELIIKF. MOEDIin.
kind moet dikwijls tot God bidden opdat Hij hem de genade verleene van hem nog meer te beminnen.
De Naaslenlkfde. Tot deze liefde moet de moeder haar kind op eene meer bijzondere wijze opleiden. En eerst en vooral moet de moeder vorderen dat het kind jegens alle huisgenoten liefdevol zij; het wordt er ernstig en aanhoudend toe aangemaand om tegenover de zusters, de dienstboden en andere huisgenoten al datgene te vermijden wat de liefde kwetst, zoo als de onvriendelijkheid, den toorn, den haat, den strijd, de eigenzinnigheid en de krakeelzucht, enz. ; het moet voor allen liefdevol, vriendelijk, voorkomend en gedienstig zijn; het moet aan allen eene vriendelijke deelneming toonen, medelijdend en behulpzaam zijn, en van alles wat men hem geeft, gaarne iets aan anderen mededeelen. Maar zoo moet het zich ook buiten's huis gedragen; de moeder herinnert hem er altijd aan, houdt er streng aan. Onbetamelijke kwaadspre-
TtEStfE nOOPDSTUK. 139
kerij over anderen, welke het kind in huis nooit hoort, mag ook niet van hem geduld worden. Het mag met anderen niet twisten noch krakeelen ; het moet verdraagzaam zijn; men gewent hem aan medelijden en aan barmhartigheid voor de armen en voor da noodlijdenden ; de moeder stelt hem in de gelegenheid van de ongelukkigen bij te kunnen staan ; zij spoort hem aan om zich zelf door bezuiniging in staat te stellen van anderen te kunnen helpen, van anderen iets te kunnen geven. Het voorbeeld der moeder doet hem de werkzaamheid beminnen.
Welk een zegen voor het kind, wanneer bijgevolg de christelijke naastenliefde met hem opgroeit, wanneer de begeerlijkheid en het eigenbelang reeds vroeg uit zijn hart zijn verbannen I
Waarom neemt in de wereld, het eigenbelang zoo de overhand, zoo dat da liefde en de hartelijke deelneming er
slechts bij naam nog bestaan? Omdat
1 60 DE CHRISTELIJKE MOEDEtt.
man de liefde niet als kind Leeft leeren
kennen en beoefenen.
Dit zijn eenige aanwijzingen voor de moeder, hoe zij te werk moet gaan betrekkelijk dit punt, en wat men te reclit van haar moet vorderen.
Zoo moet zij ook betrekkelijk andere punten handelen, en er zich zeer streng aan houden. Nooit mag er het minst aan toegegeven worden, dat hot kind altijd stiptelijk gehoorzaamt en altijd de waarheid zegt; dat het zijn woord houdt; dat het zich altijd bescheiden en terughoudend toont; het wordt aangemoedigd om zijne kleine onaangenaamheden en zijn lijden geduldig te verdragen, en wordt aan reinheid, aan de orde en aan den arbeid gewend. « De lieve God, zoo zegt de moeder, wil w^l is waar, dat do kinderen ook spelen, maar toch niet dat zij altijd spelen, want zij moeten ook arbeiden, vlijtig zijn en zich aan arbeid-zaamheii gewennen *; bijgevolg nu maar
* Het kan niet genoeg betreurd worden, dat
TIENDE HOOFDSTUK, * 161
«nel, ijverig cn moedig aan het werk !
Met der tijd komen leermeesters en onderwijzeressen de moeder in de opvoeding van het kind ter hulp. Wat is natuurlijker en rechtvaardiger, dan dat de moeder deze als de beste huisvrienden beschouwt, en haar kind eene groote achting jegens hen inboezemt, zonder welke zij, ja, onmogelijk eenen heilzamen invloed zullen kunnen uitoefenen, dat zij
zoo vele ouders, bijzonder van den hoogeren stand, dit bijna geheel en al verwaarloozen. Zij maken er niets uit, dat de kinderen hunne eerste jaren aan het spel en aan do vermaken wijden, en hen bijna niet aansporen om zich aan den arbeid te gewennen? En de gevolgen? Later is de school, en eens tot rijperen leeftijd gekomen, hebben zij eenen afkeer van het werk en van elke ernstige geestinspanning, omdat zij aan den arbeid niet gewend zijn, en de kwade gevolgen van den afkeer voor den arbeid komen voor den dag, de nalatigheid en de traagheid in de school, in de studiën, in de huishouding en in den dienst. Het verstaat zich van zelf dat de maat en de wijze van den arbeid in evenredigheid moet zijn met de kinderjaren, en dat men de kinderen zeer veel tijd moet gunnen om te spelen ; maar dan nog moet men hen vroeg aan den arbeid gewennen, en hen de verplichting van te arbeiden doen beseffen.
U
d 62 DE COniSTELIJKE MOEDER.
in het bijzijn van het kind nooit met. minachting over hen spreekt, dat zij het kind eene groote belangstelling toont voor al datgene hetwelk het in de school doet en leert, hem daarover ondervraagt, en met hem dikwijls er over spreekt.
De christelijke moeder leert haar kindje bidden zoodra het er voor in staat is. Even gelijk de hierboven vermelde Dame, leert zij haar kindje de handjes vouwen, en zegt hem een kindergebedje voor. Hoe schoon, wanneer het met den naam van zijne moeder en van zijnen vader,den naam van God, van Jezus en van Maria het eerst met zijnen kinderlijken tuond leerde stamelen! In elk geval leeren de kinderen van do moeder, zoodra het mogelijk is, het heilig kruisteeken maken, den Onze Vader, de Wees gegroet en eenig ander kindergebed bidden, en daar waar het mogelijk is, een kort morgenen avondgebed, en dit moeten zij eiken morgen en eiken avond bidden. *
* Vele moeders doen de kinderen hun mor-
tlENDE HOOFDSTUK. 1 63
Zeer gaarue necrat do mooJer liaiir kind van tijd tot tijd mede wanneer zij ter kerke gaat, opdat het godsdienst leere kennen en beminnen, en daaruit eene groote genegenheid putte voor de H. Kerk en voor den godsdienst. Het kind leert zoo veel mogelijk het feest en zijne beteekenis kennen, en wordt aangemoedigd om deze zoo goed mogelijk te vieren. De tijd komt dat het kind verplicht is van ter kerke te gaan. De moeder staat er op dat het de kerk geregeld bezoekt, altijd bij tijds komt, zij vermaant hem dikwijls van in de kerk stichtend en zedig te zijn, en van altijd aandachtig en godvruchtig te bidden. — Het kind moet biechten gaan en rnaakt zijne voorbereiding, waaraan de moeder het grootste
gen-en hun avondgebed bidden in hun bijzijn. Voorzeker i» dit een zeer lofTelijk gebruik. Gaarne denk ik er aan, en met een groot genoegen herdenk ik den tijd mijner jeugd waarin dit gabruik op het kinderlijk hart zulk eenen heil-zaoien indruk uitoefende, wanneer 's avondi do goede moeder de kinderen naar bed ' r cht, on tiaar met ons het «vondgebed deed.
1 64 DE CHRISTRI.ijKE UOKDEft.
deel neemt. Zij leert het kind hoe het eene goede biecht moet spreken, zij vermaant en helpt hem. En wannear soms zich grootere voorvallen, in het geestelijk leven van het kind voordoen, welke zijn hart op eene buitengewone wijze bevangen, dan komt de moeder hem met hoilzame onderrichtingen ter hulp, en geeft den vrede en de kalmte terug aati het geschokt gemoed.
Zoo gaat de christelijke moeder te werk, met de opleiding van haar kind tot een oprecht christelijk leven, opdat het reeds vroeg als christen leve en zich in alles als waar christen betoone.
En de heilzame gevolgen eener degelijk christelijke opvoeding zullen nooit genoeg gewaardeerd kunnen worden. En wanneer het kind niet reeds in zijne eerste levensdagen, eene grondig godsdienstige opleiding genoten heeft, dan kan men bijna niet hopen dat eens, tot rijperen leeftijd gevorderd zijnde, het een braaf en god-vroezend christen zal zijn, daar integón-
ELFDE HOOFDSTUK. 165
deel, zij die, dank der CDverpoosde zorgen hunner godvreezende moeder, reeds vroeg eenen christelijken levenswandel zullen geleid hebben, slechts zelden het pad der deugd zullen verlaten, en mocht dit ongelukkiger wijze geschieden, dan komen zij ligt tot inkeer.
Welaan dan, christelijke moeder, deel aan uwe kinderen deze groote weldaad mede ! Uw eigen geluk, uw eigen troost te midden der veelvuldige wederwaardigheden, die zich in uwen levensstaat opdoen, zijn er innig aan verbonden I
XI. HOOFDSTUK.
GODS woono AAN DE CHRISTELIJKE MOEDRB.
Voorzeker, kunnen wij onze vermaningen aan de christelijke moeder niet beter staven dan door bier eenige spreuken uit de H. Schrift te laten volgen,
1 fifi DE CHRISTELIJKE MOEDER.
waarin Gods heilige Geest zich op eene bijzondere wijze tot de ouders wendt. 1 1. Beginnen wij met de woorden des Heeren , welke hij aan Heli richtte, omdat hij, wel is waar, de goede opvoeding niet verwaarloosde, maar omdat hij door cone ontijdige liefde verblind, zijne zonen niet bestrafte zoo als het zijne plicht was; en hier ziet men klaar en duidelijk, hoe ernstig de ouders hunne plichten moeten beseffen, en welke strenge verantwoording God eens in zijn oordeel van hen zal vorderen. Zoo lezen wij in het boek-der Koningen 1, 3, 11, v. lt; En do Heer sprak tot Samuel: Ik zal al datgene aan Heli vervullen, waarmede Ik hem en zijn huis bedreigd heb, wegens
Wanneer de aangehaalde stellingen ook hoofdzakelijk tot de vaders gericht zijn, cn er bijna overal spraak is van de zonen, zoo is het bijna niet noodig dat men er den lezer opmerkzaam op maakt, dat die ook voor de moeders en voor de dochters van hetzelfde belang zijn ; daar er geen werkelijk verschil bestaat tusschen de plichten van den vader, van de moeder, van den zoon of van de dochter !
ELFDE HOOFDSTUK. 167
de misdaden zijner zonen ; want alhoewel het slecht gedrag zijner zonen hem bekend was, heeft hij ze toch niet gestraft.» Op welk eene verschrikkelijke wijze werd deze bedreiging vervuld ! De twee zonen vielen in den krijg, de ark Gods kwam in de handen van den vijand, toen Heli deze schrikkelijke tijding vernam, stortte hij achterover van den stoel en stierf.
2. Hier moet nog het verhevene gezegde van den ouden, eerbiedwaardigen Tobias vermeld worden, van dien voorbeeldiger) vader, die op het oogenblik dat hij deze wereldging verlaten, zijnen zoon, die ook Tobias heette, en zijne kleinkinderen op deze verhevene wijze vermaande: « Dient den Heer met een zuiver hart, en beijvert u om steeds datgene te doen, hetwelk Hem het aangenaamst is. Onderricht uwe kinderen, leert hun de wegen der gerechtigheid bewandelen, opdat zij medelijden mogen hebben met
1 68 DF. CHBISTF.LIJKE IVPEDEB.
de armen, God voor oogen houden, en zijnen lof ten allen tijde verkondigen. » Tob, 14. 11.
3. Een buitengewoon treffende schels uit het familieleven van den getrouwen dienaar Gods, Job, vinden wij in het eerste hoofdstuk van het godgewijd boek van denzelfden naam , hetwelk ons de waarlijk vaderlijke zorgvuldigheid,waarmede deze godvreezende vader,het zielenheil zijner kinderen behartigde, doet inzien.
i - « Wanneer » zoo lezen wij (Job 1, 8) « de dagen van het feestmaal, (welke zijne zeven zonen en zijne drie dochters bour-telingsvoor allen gezamentlijk bereidden)» voorbij waren, dan liet Job ze bij zich ontbieden, heiligde hen, (spoorden hen aan door vermaningen en Godsdienstige ceremoniën, om berouw te hebben over hunne zonden, en om God met eenen nieuwen ijver te dienen.) stond 's morgens bij het krieken van den dag op, en bracht den Heer een brandoffer (zoen»
ELFDE HOOFDSTUK, I fifl
offer) voor iedereen ; want zoo sprak hij; Mogelijk hebben mijne zonen gezondigd, en in hun hart God gezegend (dat is, door de zonde hun hart aan God onttrokken, of God in zekeren zin vaarwi I gezegd hebben). Welk eene schoone les voor de christelijke moeder, ook zij is verplicht van God te bidden, en hem hare offers daar te brengen, voor de zonden harer kinderen.
4. Ook de H. Schrift bewijst ons op eene onwederlegbare wijze dat het eon onmisbaar vereischte eener degelijke opvoeding is, dat de ouders (en hoofdzakelijk de moeder), zelve waarlijk goed , rechtvaardig en godvreezend zijn. De rechtvaardige, die in de heilige eenvoudigheid zijne dagen doorbrengt, zal gelukkige kinderen nalaten(B.Spreuk.20,7.) Men erkent den man (den vader even zoo goed als de moeder) aan zijne kinderen, (Jesu Sirach. 1 i, 30).
5. Herhaaldelijk vermaant de 11. Schrift (de ouders dringend) opdat zij de
170 DE CHRISTELIJKE MOEDER,
opvoeding hunner kinderen, met de grootste zorgvuldigheid behartigen. « Leert en onderwijst uwen zoon (zoo lezen wij in het boek der spreuken 29, 17) en hij zal u eene groote vreugde bereiden, en gij zult uwe ziel redden. Onderwijst uwen zoon, zoo lezen wij ter zelfder plaats, en leert hem hel goed beoefenen, wijdt al uwe zorgen aan zijn welzijn, opdat God u behoede voor het vreesselijk ongeluk,van getuigen te zijn der schande van uwen zoon (dit beteekent, dat hij anders zal ontaarden tot uw overgroot leed). En v.4,1,8-9 lezen wij : De kinderen der zondaren, zuilen eens kinderen des gruwels worden, en hunne erfenis zal vergaan. — « Verheugt u niet over goddelooze kinderen, » (hoe groot ook overigens hunne begaafdheden zouden mogen wezen).Verheugt u niet over hen, wanneer zij niet godvreezend zijn, een kind dat godvree-zend is, is beter dan duizend anderen. Het is beter, kinderloos te sterven , dan goddelooze kinderen achter te la-
ELFDE HOOFDSTUK. 171
ten {Jesu Sirach 16,1,3,4). Een ontaarde zoon strekt den vader en de moeder tot schande, eene verstandige dochter is het kostbaarst erfdeel voor haren man.
6. Met den grootsten nadruk, waarschuwt ons de H. Schrift, voor elke ontijdige liefde of onverschilligheid, en voor eene noodlottige toegevendheid betrekkelijk de volwassenen, die de kinderen in alles hunnen wil laat. Verlroedelt uwen zoon, dan zult gij eens ontzettend veel van hem te vreezen hebben, en wanneer gij in zijne opvoeding niet ernstig te werk gaat, dan zal hij u bedroeven. (Jesu Sirach 30, 9).
7. Reeds vroeg moet men beginnen, met de beteugeling en met de uitroeiing der fouten en der gebreken der kinderen; zoo lezen wij Jesu Sirach. 30, 8, 11, 12 ;
\ een ongetemd paard wordt onhandelbaar;
en zoo zal eveneens een zoon weêrspannig | ■ worden, wanneer men hem zijnen wil laat, —laat hem zijnen wil niet inzijne jeugd, en zijt niet onverschillig voor zijne ver-
172 DE CHRISTELIJKE MOEDER.
keerde neigingen, t In zijne jeugd maakt hem buigzaam, en zoo hij een kind is, doet hem uw gezag gevoelen; handelt gij zoo niet, c'an wordt hij hardnekkig, en de toestand zijner ziel, zal uwe dagen met droefheid overladen. »
En 7, 25 : Hebt gij zonen, dan onderwijst en buigt hen, van af hunne jeugd, en hebt gij dochters, dan moet gij zorgen, dat zij hun lichaam niet bezoedelen, en zijt nooit lichtzinnig in hunne tegenwoordigheid.
8. Ook spreekt de H. Schrift van de voorzichtige , maar niettemin strenge tucht : Zoo zegt f Jesn' Sirach 30. i. » Hij die zijnen zoon bemint, boude hem streng onder de tucht, opdat hij hem eens vreugde schenke. En in het boek dei-spreuken : 13,24 : Hij die de roede spaart haat zijnen zoon, hij echter die hem eene ware liefde toedraagt, houdt hem voordurend onder de tucht. — 19, 18. Tuchtigt uwen zoon, opdat de hoop die gij op hem gesteld hebt niet teloor gaat—29,1 S:
TWAALFDE HOOFDSTUK. 173
De roede en de bestraffing maken wijze menschen, de knaap echter die zijnen wil gelaten wordt, strekt zijne moeder tot schande.
9. Ton slotte volgt hierop de vermaning, van niet in toorn of opgewondenheid te straffen : En gij ouders, vertoornd uwe kinderen niet, en maakt hen niet grammoedig, voedt hen op in de deugd, in de orde, en in de vreeze des heeren(Eph.6,4). Gij ouders, maakt uwe kinderen niet onwillig, opdat zij niet moedeloos worden. Colos. 3, 21.
XII. HOOFDSTUK.
DE MOEDER EENS PRIESTERS.
Welk een groot deel neemt eene moeder gewoonlijk in den voorspoed en in het geluk van haren zoon ! De zoon heeft eene betrekking gekregen, of is door een huwelijk, in eene vermogende, en achtenswaardige familie opgenomen ; of hij heeft
174 DE CHRISTELI.IKE MOEDER.
soms oene andere onderscheiding verworven ; welke eene vreugde voor de moeder, welk geluk, zal het hare evenaren?En vooral wanneer zij het bewustzijn heeft,dat de zoon,gi-ootendecls zijn geluk aan haar te danken heeft, dat zij hem door eene degelijke opvoeding, den weg tot zijne verheffing verzekerd heeft.
Hoe edel, hoe verheven is dan het geluk eener moeder die een zoon heeft die priester geworden is 1 Want, wanneer wij de priesterlijke waardigheid met het oog des geloofs betrachten, dan is er geene hoogere waardigheid hier op aarde.Meestal zijn wij maar al te zeer geneigd van te oordeelen volgens het uiterlijke,misschien boezemen ons vele priesters welke wij kennen, weinig eerbied in voor de verhevenheid der waardigheid waarmede de goede God hen bekleed heeft, en betrachten wij hen dien ten gevolge slechts als gewoonlijke menschen, en dit omdat zij zelf weinig doordrongen zijn van de verhevenheid van hun beroep, en omdat hun
TWAALFDE HOOFDSTDK. 173
leven, niet waarlijk priesterlijk is. Zoo gebeurt het dan, dat men zich van de priesterlijke waardigheid, die zoo verheven is als de hemel, slechts een gering denkbeeld vormt, en voor dezelve zeer weinig achting heeft. En ondanks dit alles blijft zij even verheven als de hemel.
Daalt de waarde van eenen edelsteen, wanneer de bezitter, er de waardeniet van kent, en hem niet met de grootste zorgvuldigheid bewaart? Beschouwen wij de priesterlijke waardigheid, in het helder licht des geloofs, hoe verheven vertoont zij zich dan aan ons. Is 't aan den priester niet,denbijzondervertrouwelijken dienaar van Jezus-Christus, den almach-tigen Heer en Koning, voor Wien zich alle knieën buigen, door Hem met de verhevene zending belast, om het werk hetwelk hij «elf, eens onder ons midden verkeerende,stiohtte,voort te zetten,en om de genademiddelen, waarmede Hij zijne kerk begiftigde, aan de menschen mede te deelen ? Hij heeft hem uitgerust, met
nO DK CHniSTKUJKE MOEDER.
eene waarlijk goddelijke macht, zoodat zijn woord de kracht bezit van het brood en den wijn te veranderen in het vleesch eu bloed van Christus. Hij bezit de macht van den vloek der zonden te vernietigen, en van arme zondaars te herscheppen, in kinderen Gods 1 n O groote waardigheid, roept een heilige uit, o wondervolle volmacht ! Verhevene bediening ! die ons gemoed met den heiligsten eerbied bezielt! »
a De Heer,zoo spreekt de H. Bernardus, tot den priester, heeft aan u eene grootere macht verleent dan aan de keizers, en aan de koningen, grooter dan aan de engelen en aan de aartsengelen, verhevener dan die der hemelsche machten ! Slechts dan wanneer wij in den hemel de oneindige heerlijkheid van Jezus-Christus zullen kunnen aanschouwen, dan zullen wij eerst kunnen begrijpen , wat het is priester te zijn, dat is de plaatsvervanger van dien grooten en oneindigenGod ! Hoe zullen daar de gelukzalige priesters geëerd
■ twaalfde hooi dstuk . i 7ï worden, omstraald van den vollen glans, van het onuitwisbaar kenteeken van het priesterschap! Doze glans zal nog op eene bijzondere wijze aangeluisterd worden, door het heil hetwelk een werkelijk goede priester zal gesticht hebben.
Laat zulk een priester eene reeks van jaren als zielzorger, in eene gemeente werkzaam zijn, en al het goede hetwelk hij op den kansel, in don biechtstoel,aan hel ziekenbed, in de school, in de gezinnen, door woord en daad, doorzijn voorbeeld, door zijn gebed, en door zijnen onverpoosden zielenijver, meestal onbemerkt zal gedaan hebben, is niet te beschrijven, en valt onmogelijk onder eenita berekening. Een waardige priester, een ijverig zielenzorger, is in den volsten zin des woord s,een weldoener der menschheid. Hoe groot zal dan eens zijne belooning zijn.
« Zij zullen schitteren, zegt de H. Schrift, gelijk de sterren aan het firmament, in alle eeuwigheid. »
12
178 DE CimiSTEMJHE MOEDER.
Kan dan bijgevolg voor eene moeder, wanneer zij overigens alles met liet licht des geloofs betracht, een grooter geluk zijn, dan eenen zoon te hebben, aan wien de zegenrijke priesterlijke waardigheid is toevertrouwd,de gelukkige moeder te zijn van eenen priester volgens Godshart! Enwij aarzelen niet van die woorden, welke eens de geloovige vrouw in het Evangelie op do allerheiligste Maagd toepaste, en tot den Heer zeide : « Zalig de schoot die u gedragen heeft, zalig de borst die gij gezogen hebt,» ook op de moeder toe te passen : Zalig, de moeder eens priesters.
En wanneer de zegen, welke een goed priester alom verspreidt zoo groot is, zal dan de moeder, die dezen godvreezen-den priester opgeleid, en der kerk geschonken heeft, niet ruimschoots deelachtig worden aan de belooning welke God hem eens zal toekennen ? En wanneer eens, deze brave moeder in de gelukzalige eeuwigheid, met de engelen, de heiligen en de uitverkorenen, het eeuwig alleluia
TWAAI-FtJE HOOFDSTUK. 179
zal zingen , hoe zal haar geluk veredeld zijn, wanneer zij onder de scharen, van hen die overal het vlekkelooze lam zullen volgen, haar zoon, haar dierbaar pand znl aanschouwen, uitgerust met de eere-teekonen van het H. priesterschap. Maar zij zal ook deel hebben aan de belooning,voor al dat goede hetwelk haar priesterzoon, gedurende zijne aardsohe loopbaan zal gedaan hebben, daar ook zij er toe bijgedragen heeft, omdat zij door hare vrome opvoeding , den eersten grond zijner priesterlijke godvruchtigheid gelegd, en zoo zijne heilzame werkzaamheden verzekerd heeft I Hij die een propheet opneemt, in naam des prophcels, zegt de Heiland, dit beteekent : Hij die zich om hem bekommert omdat hij een propheet is, en hem behulpzaam is, opdat hij zijn ambt kan vervullen , dit is, de menschen onderrichteu en vermanen, en hen tot de zaligheid voeren, nij zal de loon welke God aan eenen propheet toekent ontvangen , dat is, hij lal eeus dezelfde
180 DE CiHUSTrUJKF. UOI.DKH.
belooning genieten, als de propheet zeli voor zijn streven voor het heil en welzijn der menschheid, omdat hij den propheet behulpzaam geweest is, en er toe bijgedragen heeft.
Zal dan eene godvroezende moeder, er niet vurig naar verlangen, van eenen geestelijken zoon te hebben, van eens de moeder te zijn van eenen priester! Hoe grootero vorderingen dat iemand in de christelijke volmaaktheid zal gemaakt hebben, des te verhevener en heiliger zal de eerbied zijn, welke hem bezielt voor de priesterlijke waardigheid ! Eveneens zal de christelijke moedoi', naarmatedat zij godsdienstig zal zijn, en de beoefening der christelijke volmaaktheid zal behartigd hebben , des te grooter eer-bied en achting hebben vour den priesterlijken staat, en des te vuriger zal zij zich beijveren en God smeeken, opdat hij zich gewaardige, het heilig verlangen van . haar moederhart te vervullen. Ja, men kan het volgens do omstandig-
TWAALFDE HOOFDfTCK. 181
heden,als een veel beteekenend verschijnsel beschouwen, wanneer eene moeder onverschillig blijft, aan zulk een verlau-gan, wanneer dit alles haar geheel en al vrjeind blijft, wanneer de gedachte dat een harer zonen den geestelijken staat zoude aanvaarden, haar onaangenaam stemt, en haar wederzin opwekt, zulk eene moeder men onmogelijk voor eene echt christelijke moeder kan houden, hoe zeer zij er ook den schijn van zoude mogen hebben. 1
Ook nog wegens andere redenen, moeten wij dit beweren. Een hoofdbestanddeel der echt katholieke godsvrucht, is de liefde der H.kerk.Kaar welzijn wordt dooiden getrouwen katholijk zeer behartigd ; vol hoogachting jegens haar en vol verlangen, opdat het haar door den Heer
Anders ware het geval, wanneer zij grondige redenen had, redenen üie ook soms voor het christelijk gemoed overwegend kunnen zijn, van
(lil hoegenaamd üiot to verlangen.
182 DE CHRISTELIJKR MOEDER,
toevertrouwd heil, zich niocr en meer uitbreide, en de menschen er zooveel mogelijk aan deelachtig worden, bidt hij aanhoudend voor haar, opdat God haar hierin behulpzaam moge wezen; ook brengt hij zeer gaarne zijn offer, en ontziet geene moeite opdat zijne vurige wen-schen zich verwezenlijken. Wat kan echter beter den heilzatnen werkkring der H. kerk grootrre uitbreiding verzekeren, dan deugdzame, godvreezende en geleerde priesters. Daarvoor smeekt zij den Heer aanhoudend, volgens het woord van den Heer Jezus. lt; Bidt den Heer der oogst, opdat hij een groot getal arbeiders jn zijnen wijngaard zende, want het volk is (en dit is maar al te waar in de treurige toestanden der ten huidigen dage zoo gruwelijk vervolgde kerk,) gelijk eene kudde zonder herders, s ieder oogenblik in gevaar van len gronde te gaan. En dit is eene der grootste belangens der H. kerk waarvoor alle ijverige katholijken God da» irclijkshidden !
TWAALFDE BOOFDWUK. . 183
ir Moet dan eene katholieke moeder,
el wanneer zij overigens een waar en levend
ij lid der H. kerk is, dit niet behartigen?
ir En hoe innig zijn deze gevoelens niet
k verbonden met haren eigen zoon ; hoe
vurig moet zij dan niet verlangen, dat hel gebf uren moge, dat zij den eenen of den ti anderen aan de 11. kerk kan schenken ;
5 dat zij hem eens, als priester aan haar
moederhart kan drukken, en dat hij als e getrouwe dienaar der K. kerk, aan hare
j groote taak medewerke. Ook hier kunnen
] wij met recht bijvoegen, dat men alle:
redenen heeft van te twijfelen, aan de grondige godsdienstige overtuiging eener moeder, wanneer zulke gedachten en zulke wenschen,haar geheel en al vreemd zi jn. Hoe toepasselijk is ditop onze dagen! Hoe zeer beoogt de achting van den tijdgeest, om de harten geheel en al van God te verwijderen, en om de mensehen slechts liefde in te bnozemen voor het aardsche en vergankelijke! Hoe zoude, het nog mogelijk zijn, dat in die streken
i 84 DE CHR13TF.UJKE MOEDER.
waar deze richting de overhand heeft , nog jeugdige harten opgeleid kunnen worden, tot den priesterlijken staat,eenen staat, waarin de tegenwoordige wereld zoo weinig belang stelt en overal tracht hatelijk te maken. Het zoude eene ver-geefsche moeile zijn,van in zulke streken eenigen zin of genegenheid tot dien staat te zoeken ? Van daar do eerste oorsprong der voortdurende klachten, van gebrek aan priesters.
Meerdere bisdommen, vinden niel meer het noodige getal priesters, om aan de dringendste behoeften van het geloovige volk te voorzien. En met grond moet men rreezen, dat bisdommen wier toestand lot nu toe nog gunstiger is, niet lang meer behoed zullen blijven voor de ontzettende ramp, van priestergebrek.
En wie. zal hier van de noodlottige gevolgen kunnen bepalen I Welk een groot ongeluk voor dego:neenten, wanneer ham-de noodige geestelijke hulp ontbreefit. of zij er zich nietin kunnen verheugen, dat de
TWAALFDE HOOrDSTfK, 1 8quot;
genade middelen de H. kerk haar ruimschoots worden medegedeeld ! Zijn dit, geene dringende beweegredenen, dia de christelijke moeder aansporen, om aan hare zonen, hare teederste zorgen te wijden? Is het niet een hnlproep, die de goede priesters van dezo zoo treurige dagen, wier heilloosheid ieder oogenhlik toeneemt, tot elk medelijdend katholiek moederhart richten , opdat zij deze of gene harer zonen als priester der kerk schenke.
Maar — en deze vraag heeft menige lezeres, al sedert lang geoppert — veronderstel dat deze of gene moeder sedert lang den wensch koestert van haren zoon priester te zien, wat zal dit ter zaak doen ? Hangt het van haar alleen af, dal deze wensch vervuld worde ?
Wij beantwoorden deze vraag, cn door het antwoord, komen wij nader tot ons doel, cn wij zeggen : Ja, eene moeder kan zeer veel voor de vervulling vau dezon wensch bijdragen. En vooreerst aarzelen
)8(ï DK CHRISTELUKF, MOEDER.
wij niet van de volgende stelling staande [
Wanneer eens moeder, het groot geluk d
weet te beseffen, vaneenen zoon te hebben f die priester is, wanneer zij het grootste
geluk, hetwelk haar kan overkomen, er a
in stelt van de moeder eens priesters te d zijn, en zij dit verlangen sterkt, dan mo-
gen wij met een vast betrouwen hopen. li
Zal zij dan niet in hare gebeden, dit e
verlangen van haar hart, den Heer vurig a iianbevelen ? Meer dan eens, heeft eene I 1;
vrome moeder den Heer gesmeekt, opdnt (|
hij haren echt zoude zegenen mei eenen h
zoon die zich aan den dienst zijner heilige v
altaren zoude toewijden en haar gebed d
word verhoord ! — Of de godvreezende n
moeder heeft in de hoop, dat het kindje, v
hetwelk zij van Gods goedheid verwachte, v
een zoontje zoude zijn, hem reeds vroeg- );
tijdig den Heer een offer gebracht, opdat t. het met der tijd priester zoude mogen worden, heeft aanhoudend hiervoor gebeden, en tot dit doel vele werken van
TWAALFDE HOOFtlSTUK. 187
liefdadigheid verricht, en ziet, niet ter tijd vertoonde zich de geestelijke roeping, en de jongeling werd een sieraad in Gods heiligdom.
Gaan wij verder. Het kind, de knaap groeide op onder de gunstigste omstandigheden ; schoone geestvermogens zijn bij hem gepaard met de edelste hoedanigheden van het hart ; daarbij is hij zedig en ingetogen. De moeder beschouwt dit alles met de grootste vreugde, en bij haar zelve ontstaat onwillekeurig de gedachte ; « zonde hij niet geroepen zijn tot het priesterschap ! O als hij eens priester werd!» — Dit is voor haar voldoende, om dit verlangen van haar hart, den Heer met eenen verdubbelden ijver aan te bevelen. Maar hiermede stelt zij zich niet te vreden, zij maakt van zekere gelegenheden gebruik, om op eene bedekte wijze, zelfs lachende, haren lieveling, er aan te loen denken van priester te worden.
* Zij neemt van lijd tot tijd den kleinen, wij
188 DE CÜIUjIiXUKE MOlDES.
Het begrijpt zich van zelfs, dut dit alles hoegenaamd niet gezocht mag worden.
willen hem Joseph noemen, mede naar de kerk ; hij ziet den pastoor, den kapellaan, aan het altaar, op den predikstoel, enz. Te huis teruggi -keerd, onze Jcseph heeft den pastoor gezien, nu wil hij ook priester worden.Er komen vreemden, die in den kleinen zeer veel belang stellen, de moeder « mijn kleine Joseph zeg hen eens wat gij wilt worden, hij wil pastoor worden, ■gt; Joseph komt in de school, hij krijgt een nieuw boek. Dit zal iets zijn, wanneer hij eens voor goed zal beginnen te studeren, hoevele boeken zal hij dan niet krijgen, en hoeveel schoons zal hij dan niet leeren ! » Of de kleine wordt in de gelegenheid gesteld zich een altaar, eene kanzei te maken, of er wordt bij tijds voor gezorgd, dat hij de H. Mis dient, en bij andere godsdienstige plechtigheden van dienst zij, of quot;wel tehuis zal gaarne over geestelijken gesproken worden op eene wijze, welke geëigend is om den knaap achting en liefde voor den geestelijken staat in te boezemen, misschien is de omgang met de plaatselijke geestelijkheid zeer vertrouwelijk, zij bezoeken somtijds het huis ; de kleine nadert hen, wordt met hen bekend; mogelijk nadert hij hen uit innerlijke neiging voor deu priesterlijken staat. Het begrijpt zich van zelfs dat wij dit alles,slechts als een voorbeeld hebben aangehaald, om aan te wijzen, hos eene moeder, met haar zoontje hetwelk zij voor den priesterlijken staat niet ongeschikt acht moet omgaan, en hoe zij er aan kan medewerken om de roeping te verlevendigen, en te doen slagen I
TWAALFDE HüOPD^frjK. 189
en veel minder gedwongen kan worden; dit moet als het ware zich van zelfs maken. Al te dikwijls mag dit niet geschieden,alleen bij voorkomende gelegenheden, en dan nng op eene wijze dat zelfs eiken schijn, van overreding, streng vermeden wordt. Het kan immers niet anders,dan de allernoodlottigste gevolgen hebben, wanneer eene moeder zich door het groote verlangen dat zij heeft, van haren zoon den priesterlijken stand te zien aanvaarden, zicfi liet verleiden, om hem hiervan eene verplichting te maken. ' Wanneer er werkelijk roep is voor den priesterlijken staat, dan is het voldoende voor eenen zoon, vermits hij eene goede en degelijke
* Voorzeker zoude het uiterst onvoorzictilig eu voor God niet teverantwooi Jeu zijn, wanneer de ouders, eenen zoon, die na zijae studiën begonnen te hebben, hoegenaamd geene genegenheid meer toont om den priesterlijken staat te aanvaarden, hem dan wegens hier niet te noemen redenen mochten dwingen, en verplichten dezen staat te aanvaarden; zoo iets moet achterwegen blijven, want dan worden de ouders medeplichtig aan het ongeluk van hunnen zoon, en doen zij de H. kerk schande aau.
j 90 df: christelijke moeder. opvoeding genoten heeft, dat hij bij voorkomende gelegenheden, met zachtheid wordt aangemoedigd om zijnen weg hoog te achten. Wij zeiden, voor eenen zoon, die overigens eene degelijke christelijke opvoeding genoten heeft; dan moet de christelijke moeder zorg dragen, dat hij het doel zijner roeping hereike, en al vermij de hetwelk hem dezen roep, zond.T kunnen doen verliezen, en hierin zal zij het best slagen, wanneer zij hem reeds vroeg, de godsvrucht en de dungdzaam-lieid geleerd heelt.
De knaap, de jongeling moet met eene groote godsvrucht bezield, en recht vroom van harte zijn, dit is eene noodzakelijke voorwaarde, opdat de roep tot den geestelijken staat,wanneer hij werkelijk aanwezig is, zijnen jeugdigen geest beziel.-, en eens tot werkelijkheid kome, deze voorwaarde is onontbeerlijk, opdat deze roep behoed blijve, en eens tot stand kome. De moeder maakt zich schuldig aan een groot plichtverzuim, wanneer zij
TWAALFDi: HOOFDSTUK. 19!
niet zorgt, dat de kiemen der godsvrucht welke zij reeds vroeg in hem legde, zich niet ontwikkelen. Wie kan en mag er aan twijfelen , dat God die met zulk eene groote voorliefde voor zijne heilige kerk zorgt en waakt, niet menigen jongeling voor den dienst der heilige altaren bestemd heeft ; maar hoe dikwijls gebeurt het niet dat door de nalatigheid der moeder dezen roep te loorgaat.De kiemen der teederste godsvrucht worden door haar niet ontwikkeld , en dien ten gevolge wordt de vervulling van den priesterlijken roep eene onmogelijkheid, want hij bezielt niet, of slechts op eene niterst-ge-hrekkige wijze de hart-en geestvermogens van het kind. — Mogelijk was deze roep, den jongeling reeds verzekerd, reeds had hij het besluit gemaakt van priester te worden. Maar daar de moeder dit weinig besefte, en er slechts weinig waarde aan hechtte,en verzuimde van in hem den grond van eenen echt christelijken levenswandel ta leggen, en dezen te ontwikkelen zoo
4 92 DE CHRISTELIJKE KOEDER.
als het hare plicht was, kwam hij aan de hoogescholen, in aanraking met lichtzinnige jongelingen, die hem langzamerhand op den verderfelijk en weg der lichtzinnigheid en dor zonde voerden , hij begon te wankelen, werd onverschillig , en deed zijne roeping schande aan. Hoe (iikwijlsgebeurt zulks. En het zijn meestal de uitstekendste jongelieden, die op zulk «•ene rampzalige wijze, aan de H. kerk, worden ontnomen 1 Bijgevolg eene nieuwe beweegreden,voor de christelijke moeders, dat zij datgene, hetwelk zij krachtens de heiligste verplichtingen, gehouden zijn stiptelijk na to komen, ook met de meeste nauwgezetheid doen, en niet verzuimen,om den geest der ware godsvrucht in hunne kinderen te voeren, épdat, wanneer de zoon roep heeft voor den geestelijken staat, deze roep zich ontwikkele, en eens het lang beoogde doel doe bereiken.
En is het dit niet waarop het in den geestelijken staat hoofdzakelijk op aankomt, dat zij die den priesterlijken staat aan-
TWAALFDE aoOFDSTUK. 193
vaarden,waarlijk vrome en godvreezende priesters zijn ? O, priesters, welke een waarlijk christelijk hart hebben, die eene standvastige en grondige godsvrucht bezielt, aan welke eene godvreezende moeder, reeds vroeg den geest der ware godsvrucht heeft ingeboezend, in onze dagen bestaat eene groote behoefte aan zulke priesters, het zijn deze door wier bemiddeling de Heer ook in onze eeuw , ondanks dat de maatschappij de weldaden welke de H. kerk haar aanbiedt, met verachting schijnt te weigeren, eens de volheid van liet christelijk heil zal verleenen 1 Ach, komt de ware priesterlijke godsvrucht eens in verval, dan is de priesterlijke arbeid onvruchtbaar, want lichtzinnige en slechte priesters veroorzaken den ondergang der wereld. O daarom, christelijke moeders,richt de H. kerk, in deze dagen van beproeving tot u eene bede, van toch medelijden met haar te hebben : staat up, christelijke moeders, denkt aan de grootheid en aan
d94 DE CHRISTELIJKE aonJER.
de verhevenheid van uw beroep, voedt uwe kinderen op in de deugd en in dd godsvrucht, maakt van uwe zoneii god-vreezende en grondig overtuigde christenen, opdat zij eens de gelederen der dienaren van Gods hei-ligdom mogen versterken ! Er is gebrek aan priesters, hun getal moet toenemen, hunne gelederen moeten altoos dichter worden, maar vooral is er gebrek aan degelijke goede priesters ! zij alleen kunnen de wereld redden ! o moeders, beseft uw beroep, leidt zulke waardige priesters op, on schenkt deze aan de heilige kerk en aan do zoo hulpbehoevende wereld ! Deze bede is aan u gericht, o christelijke moeder, opdat gij aan deze bede gehoor geeft. Verstoot deze bede niet. Leg reeds vroeg in het rein hart van uw zoontje de kiemen der teederste godsvrucht, versterk deze op alle mogelijke wijzen, en wanneer uw zoon eens met ter tijd priester zal zijn,dan hebt gij hem den weg van het heiligdom verzekerd. Dan zal uw hart jubelen van
TWAALFDE HOOFDSTUK. ^ 95
lieraelsche vreugde. De gedachte; « de Heer heeft mij de taak. opgedragen van eenen priester op te voeden en ik moet niets verzuimen , om deze stiptelijk te •'ervullen ! » moet uw hart verheffen. Beveel dezen zoon aanhoudend in uwe gebeden den Heer, voora! onder de II, Mis, en wanneer gij zult naderen tot de H. tafel des Heeren, beveel hem op eene bijzondere wijze aan de allerheiligste Maagd, aan de heilige engelen, aan zijnen naamspatroon, en aan alle heilige priesters. Vooral dan wanneer hij het ouderlijke huis zal moeten verlaten, om aan hoogere inrichtingen van onderwijs, zijne voorbereidende studiën te beginnen, ach aan welke groote gevaren is hij daar niet blootgesteld. Daar bedreigt hem de lichtzinnigheid, de zonde, de verwaarloozing zijner christelijke plichten, daar loopt hij gevaar van zijnen roep te verliezen I
Treed derhalve met zijnen vader in overleg, en verzuim niets om hem in zekerheid te stellen, en als het mogelijk
IOC! DE CHIUSTELUKE MOEDER.
is, plaats hem in een gesticht van op voeding voor jongelieden, of wel in een braaf en godvreezend gezin I Maar bij dit alles moet men vuriger, en met eene zich steeds vermeerderende christelijke liefde voor hem bidden.
Alll. HOOFDSTUK.
DR 1IOEDRB IN HAATi GEBED.
Eene moaderdio met een echt christe-lijken geest bezield is, en haar moederlijk beroep volgens de grondbeginsels van het christendom heiligt, zal altijd ijverig zijn in'het gebed. Haar moederlijk beroep geeft haar zoo dikwijls de overwegendste redenen, om in het gebed ijverig te zijn, en spoort haar aan om aanhoudend hare toevlucht te nemen tot God. De waarlijk christelijke moeder is ijverig in het gebed, en kan het anders zijn ? De overtuiging van de verhevenheid, en van de groote
DERTIENDE HOOFDSTDK. ! 07
verantwoordelijkheid van hare moederplichten, alsook de liefde voor hare kinderen, en het verlangen van hun geluk te verzekeren, en daarbij de erkenning van de noodzakelijkheid van don goddelijke!) bijstand, dit alles prikkelt steeds den ijver der christelijke moeder voor het gebed. Hoe verheven is het moederlijk beroep! Hoe veel wordt er voor gevorderd, om aan degroote verplichtingen te kunnen beantwoorden ?
En welke groote bezwaren, gaan met het moederberoep gepaard? welke groote offers, welke groote onberingen worden van haar niet gevorderd, bij dag en bij nacht, en wanneer de nakroost talrijk is, hoevele jaren blijft dan deze toestand niet voortduren 1 Inderdaad, om aan al deze verplichtingen te beantwoorden, zijn de menschelijke krachten niet toereikend. Bij gevolg moet God medehelpen. Tol Hem neemt de godvreezende moeder hare toevlucht, in de veelvuldige betrekkingen van haar beroep. Zij smeekt God om
198 DE CnftlSTEUJRE MOEDER.
genaden voor baar zeiven, opdat de Heer haar de noodige hnlp verstrekke, om de verschillende verplichtingen van haren levenstaat zoo te kunnen nakomen als höt behoort.
Zij bidt, om de genade te verkrijgen van eenen waarlijk christelijken, en vromen levenswandel,die onontbeerlijk is om de kinderen eene degelijk christelijke opvoeding te kunnen geven. Zij bidt om wijsheid, om die ware en godgevallige wijsheid, die haar moet bezielen, om de kinderen vulgens hunne bijzondere hoedanigheden, volgens hunne geestvermogens, en volgens hunne goede of kwade neigingen, zoo te leiden dat zij eens het doel hunner bestemming bereiken. Zij bidt, om de genade der ware en door het geloof verlichte liefde voor hare kinderen te verkrijgen, gelijk de H. Blanca, en opdat deze liefde zich bij haar steeds moge vermeerderen. Zij bidt,om moed en kracht en offervaardigheid en om de genade der volharding, om niet wanhopig
DERTIENDE HOOFDSTUK. 199
te wordeu, ten gevolge van de wederwaardigheden, die hare kinderen haar berokkenen, en om al datgene hetwelk voor eene christelijke opvoeding vereischt wordt, met de grootste volmaaktheid te kunnen nakomen.Zoo bidt de moeder voor zich, dan meer om deze genade, dan weder om eene andere, dan om alles te zamen, bij haar morgend- en avondgebed, wanneer zij tot de tafel des Heeren nadert, of bij gelegenheid van andere godsdienstige oefeningen. Mogelijk heeft zij het loffelijk gebruik van in deze gewichtige omstandigheid eenigen tijd te wijden aan geestelijke oefeningen te doen, zij verricht bijzondere goede werken der christelijke barmhartigheid, enz.
Zij bidt niet een groot vertrouwen , want zij weet dat de Heer haar door het H. Sacrament des huwelijks, en door den zegen die de H. kerk eens over haar moederschap uitsprak, eene zekere aanspraak heeft gegeven op alle genaden,wel-ke zij voor dit beroep noodig heeft,en dat.
200 DE CHBISTF.LIJKE MOEDER.
de Heer bereid is vau haar deze te geven, vermits zij deze op eeue waardige wijze zal vragen.
En welk zijn do vruchten van zulk een gebed. De stroom der goddelijke genade, zal zich steeds over zulk eene moeder, rijkelijker uitstorten ; zij wordt in haar beroep ervaren , en vervult de verplichtingen die er aan verbonden zijn, op eene voor hare kindereu heilzame wijze, eu voor haar zelve vindt zij er in, eene onuitputbare bron van nieuwe verdiensten. Ach, waarom zijn er zoo vele moeders, welke weinig waarde hechten aan het gebed. Men bidt niet, en daarom is meu door zijne eigene schuld niet instaat,om de moederlijke plichten te vervullen , deshalve zoo vele verzuimenissen, zoo vele misgrepen, zoo vele fouten in de opvoeding der kindereu, die eens den ondergang der kinderen zullen veroorzaken. De moeder smeekt God om genade voor hare kinderen. Zij smeekt den Heer, dat hij zich gewaardige van al dalgeen, het-
DEOTIENDE HOOFDSTCK. 201
welk zij aan haro kinderen doet, door zijne genade te zegenen, want zij is er van overtuigd, dat al datgeen hetwelk zij uau hare kinderen doet vruchteloos zal zijn, wanneer de goddelijke genade haar niet behulpzaam is.
Daarom beijvert zij zich, om al hetgeen zij verricht in do opvoeding van hare kinderen, steeds mot eeuen smeekenden blik lot God te doen; met God begint zij al haar werk voor de kinderen ; zij beveelt het Hem aan, wanneer zij liet volbracht heeft, opdat hij het in stand boude,opdat Hij het zegene, en voor de kinderen heilzaam doe worden.
De moeder bidt voor hare kinderen. God is rijk aan alle mogelijke goede gaven, en verhcot t diegenen, welken zich tjt hem wenden , zoo gaarne. De geschiedenis der heiligen, geeft ons hiervan de schoonste bewijzen, dat moeders, die vol betrouwen in het gebed volharden, voor hunne kinderen de onschatbaarste senaden onKavon verwerven.
202 DE CUIUfTELURE MOEDER.
Zien wij ook hierin niet de oorzaak, waarom zoo vele ouders, het zoo groote geluk ten deel is geworden, om den troost te genieten van hunne kinderen werkelijk goed en gelukkig te zien, terwijl zoo vele andere kinderen gebukt gaan onder allerlei lichaams en zielskwalen, en jammerlijk omkomen ?
De ouders, de moeders bidden niet, ot' bidden niet voor hunne kinderen zoo als het behoort, en dien ten gevolge blijven zij verstoken van al die genaden, welke God in zijne ondoorgrondelijke raadsbesluiten bestemd had om hen te ver-leenen, wanneer de ouders er Hem in hunne gebeden om smeekten.
De moeder bidt voor hare kinderen. En het gebed voor hare lievelingen, gaat - bij haar voor elk ander gebed. Zij bidt opdat de Heer hen voor de zonden, en vooral voor grootere zonden beware, dat hij hen van hunne fouten bevrijde ; dat hij die kostbare kiemen, van het geloof, van de hoop en van de liefde, en al de
^ . U-*-
i
DEBT1E.NDE HOOFDSTUK. 203
hieraan verbondene deugden tot stand doe komen, en eens hun eeuwigheid verzekc-re. De goede en ware moeder begeleidt haar kind met haar gebed, in de school, in de godsdienstles, wanneer het nadert tot de H. Sacramenten der biecht en der H. Communie , opdat overal zijne nog steeds zwakke pogingen, door den zegen der goddelijke genade hem heilzaam worden. Stellen wij nu de kinderjaren ter zijde, wanneer het kind met lichamelijk lijden, met ziektens bezocht wordt, en in levensgevaar komt, dan nemen zelfs niet zeer godvruchtige moeders, onmidde-lijk hunnen toevlucht tot het gebed; wat zal dan in zulke omstandigheden, eene godvreezende moeder doen.
Zij bidt nog veel meer voor hare kinderen, wanneer zij in gevaar zijn van in zonden te vallen, van verloren te gaan. Ea wanneer zij hoegenaamd geenen invloed meer heeft op haar kind. Hoe bidt zij, hoe roept haar angstvol en beklemd hart tot God ! Zoo bad en smeekte de
20 !■ DE CHRISTELIJKE MOKDER.
H. Monica vooi' baren afgedwaalden zoon gedurende vele jaren, en met welk roemrijk gevolg werd haar streven bekroond'?
De hedendaagscbe wereld spant al hare krachten in, om aan de christelijke moedors, eenen dergelijken toestand te berokkenen ; hoevele zonen, hoevele dochters, vindt men niet welke zich hebben laten verleiden door hunne verderfelijke gi-ond-beginsels, en de slaven geworden zijn dei-zonden en der lichtzinnigheid. Ach, hadden zij moeders gelijk do heilige Monica, dan was de hoop op hunne bekeering niet verloren 1 Maar nu, nu gaan zij jammerlijk ten gronde. Hunne moeders hechten goene waarde aan het gebed.
Welke gevaren bedreigen de kinderen niet later, en deze gevaren nemen steeds in sterkte en in getal toe , vooral dan wanneer de zoon of de dochter niet meer in het vaderlijk huis zijn, en in den vreemden moeten vertoeven ? Eene grootc oorzaak voor eene christelijke moeder om haar gebod te verdubbelen
DKHTIENDE HOOFDSTOK. 208
zij moet niet ophouden , den Heer te sraeeken, dat Hij den zoon, 'de doohter met zijne machtige hulp omgeve, dat Hij hen even onschuldig, en even vroom in het ouderlijke huis doe tcrugkeeren. En line belangrijker en beslissender de toestanden zijn waarin de kinderen komen, des te grooter is hunne behoefte aan de hulp, en aan de bescherming des hemels, des te werkzamer moet voor hen het zoo veel vermogend moederlijk gebed zijn. Zoo gebeurt het dat de moeder, in hare gebedsoefeningen, geene verpoozing heeft, want altijd hoeft zij hare blikken tot God gewend, des. morgens en des avonds, in de kerk of buiten de kerk, wanneer zij de H, Mis bijwoont, of tot de tafel des Hee-ren nadert, op de zon en feestdagen, wanneer zij den kruisweg bidt en tei bedevaart gaat — overal staan hare kinderen haar levendig voor den geest, vooi hun heil en welzijn bidt zij het meest. En hare goede werken, hare wederwaardigheden, haar leiden brengt zij God ter
200 de cnhlsfKLüKE moeder.
offer , opdat hij zich gewaardige hare lievelingen te zegenen, te beschermen, en hen alle dagen huns levens, de weldaden zijner goddelijke milddadigheid verleene. Haar moederhart laat haar geene rust, vooraleer zij in bijzondere omstandigheden, voor hare kinderen, werken van godsvrncht en van christelijke liefdadigheid ondernomen heeft. Vooral beoefent zij eene bijzondere godsvrucht ter eere van den Heer Jezus, voor het heil harer kinderen. Hij is immers de vriend der kinderen. Hij sluit ze, in zijn van liefde blakend hart.
En daar waar zij den Heer toegewijde zielen vindt, in wier gebeden zij een bijzonder vertrouwen stelt, die verzoekt zij voor hare kinderen te bidden; en vooral vraagt zij den bijstand der heiligen in den hemel, der allerzaligste maagd, der engelen bewaarders, der heilige naamspatronen, van alle heiligen en van de onschuldige kinderen. Ziet daar de christelijke moeder in hare gebeden ! Et
DEHTtRNDE HOOFDSTUK. 207 [re wie zal ooit in staat zijn, van de grooie en zegeningen te kunnen beseffen , welke len zulk eene moeder, aan haar kind ver-ie. zekert ? Nooit kan men de heilzame ge-st, volgen der handelingen eenergodvreezende ig- moeder te hoog schatten I En het aan-an houdend gebed en de goede werken dezer ig- moeder naar Gods hart, verzekeren aan het snt kind eene gelukzalige eeuwigheid. Het are _ is hoegenaamd niet te betwijfelen, dat -er zonder het gebed alle bemoeiingen der Ier moeder voor haar kind, op den duur ge-:de heel en al vruchteloos zullen zijn. Welke groote beweegredenen voor eene moeder, jde om vurig tebidden,en baren christelijk en lij- levenswandel te heiligen. Hoe beter dat de zij moederis, des te krachtiger zal haar gebed en bij God zijn, en des te rijker Gods zege-;en ningen en weldaden die aan hare kinderen jd, znllen verleend worden. En ook betrek-ge kelijk dit punt is het gezegde, eene groote ■an waarheid : dat eene werkelijk goede moede der, eene der grootste weldaden is welke Et God aan de menschen verleenen kan 1
208 aartsbroederschap der Driewerf gelukkig is het kind, hetwelk zulk eene moeder heeft! En ware het ons gegeven, dan zouden wij van alle moeders van den aardbodem met nadruk toeroepen : Bidt,bidt veel,bidt aanhoudend,met den grootsten, ijver voor uwe kinderen !
HET AARTSBROEDERSCHAP DER CHRISTELIJKE MOEDERS.
Nadat wij in het hier voorgaande, de hoofdvcreischten welke voor eene degelijke christelijke opvoeding der kinderen gevorderd worden behandeld hebben, kunnen en mogen wij hier niet sluiten,zonder de aandacht der lezeres te vestigen, op eene vereeniging welke hetzelfde doel beoogt als ons boekje, het is : « Het aartsbroederschap der christelijke moeders. » Eene aanbevelingswaardige vereeniging die in onze dagen zeer te stade komt. Het is waar ten huidige dagen ontstaan zoo
CHRISTELIJKE MOEDERS. 209
vele vereenigingen, dat men niet zonder grond bevreesd is, dat zij te talrijk worden, en dat men bezorgd moet zijn bij het ontstaan van nieuwe vereenigingen. Maar deze bedenkingen kunnen ons niet weêr-Louden, van alle moeders aan te moedigen, om zoodra mogelijk lid te worden eener vereeniging, die op zulk eene uitstekende wijze beantwoordt aan de be-boeftens van dezen tijd.
Voor een oogenblik geven wij bier het woord aan cene welsprekende voorstan-deres dezer schoone vereeniging, de voor eenige jaren tot de heilige kerk teruggekeerde, en nu in Mainz woonachtige gravin Halm-Halm ; ' « Het was in de maand Mei van het jaar 1850, wanneer in de stad Rijssel, in Frankrijk, eenige vrome moeders, bezorgd voor hunne kinderen, overeenkwamen om gezamentlijk voor hunne verschillende kinderen te bidden, hen te stellen onder de bijzondere
• lu N' 42 der Monika.
210 AARTSBROEDERSCHAP DEB bescherming der H. Maagd, en tot die inquot; tentie het H. Misoffer te laten opdragen. Uit deze zoo eenvoudige vereeniging in eenen hoek van Frankrijk, is do vereeniging van de gebeden der christelijke moeders ontsproten, die nu na twintig jaren met teedere moederarmen den geheelen uardbodem omspant, want in Noord-Ame-rica, in Bresiliën, in Oost-lndiën, in Turkeijen, en niet slechts in Europa, bestaan canonieke opgerichte filialen.
Eerst werd de vereeniging der geza-mentlijk biddende moeders te Parijs bekend. Hetgeen tot nu toe eenige vrome vrouwen te Rijssel met den besten uitslag verricht hadden, on hen had aangemoedigd om hunne vereeniging uitte breiden; dat geschiedde nu te Parijs op eenen grooteren voet, en met eene talrijke medewerking. Daar bet getal der leden, dagelijks op eene wonderlijke wijze toenam, gevoelde men de behoefte van deze vereeniging duurzaam en bestendig te maken, door zekere regelingen . en om
I
CHRISTELIJKE MOEDEKS. 2 1 {
haar tevens zoo vruchtbaar en zoo aanlokkelijk mogelijk te maken, door voordrachten over de plichten, de waardigheid, den stand, en de levensvraag dei-moeder. Voor en na, verzochten buiten-landsche medeleden, van zich aan te mogen sluiten, zoo datineenen zeer korten tijd andere filialen gesticht werden, en de deelneming was zoogroot, dat reeds in het jaar 1830, de vereeniging te Parijs, tot een aartsbroederschap verheven werd, en met twaalf aflaten gedurende het jaar, door eene Apostolische Breve, begunstigd werd. Langzamerhand werden in alle oorden der wereld filialen opgericht,welke door hare vereeniging met het aartsbroederschap , dezelfde geestelijke gunsten genieten. Tien jaren later werd de vereeniging te Mainz gesticht. Sedert dien .ijd is de invloed dezer vereeniging steeds heilzaam geweest, en van vele plaatsen komen nog dagelijks aanvragen, om uieuwe vereenigingen te kunnen stichten. Voortvaar, het is slechts eene vereeniging
212 aartsbroederschap der meer, onder tallooze vereenigingen 1 — zal men ons zeggen. Gaarne geef ik toe, dat eenigen wat hun getal aangaat zouden kunnen daargelaten worden,maar het dosl't welk zij beoogen mag niet ter zijde gelaten worden. Want wij mogen ons door geene bedriegehjke hersenschimmen laten misleiden. Het gezin wordt met een groot verval bedreigd.
De geloofsvijandschap heerscht reeds in vele landen van Europa en neemt dagelijks in hevigheid toe. In de volksscholen, op de werkplaatsen, in de inrichtingen van hooger onderwijs, in de pers, worden alle beschikbare middelen gebezigd, om den godsdiensthaat te voeden, twist en tweedracht te stichten tusschen de zonen van hetzelfde vaderland. Is het geloof eenmaal uil de harten verbannen, dan vervallen de grondbeginsels die er in ontsproten waren, de deugden verdwijnen welke de vruchten der goede grondbeginsels zijn, en zoo wordt de goede stemming langzamerhand verzwakt , en aan elke
CHRISTELIJKE MOEDERS. 2 I 3
zonden den vrijen toegang verleend. In deze richting beweegt zich de wereld in oüze dagen. Zij oefent eenen allernood-tóttigsten invloed uit op de familie. Maffnen die door hun beroep, door hun ambt, of door andere betrekkingen, met den tijdgeest in aanraking komen, verliezen door deze onheilzame verhouding, den klaren blik e.n het vrij oordeel, en worden er op zulk eene wijze voor ingenomen, naarmate dat zij meer of minder zelfstandig zijn, en naarmate dat zij door de grondbeginsels van den godsdienst doordrongen zijn. Deze mannen zijn echtgenoten en huisvaders. Zullen zij hunne kinderen werkelijk christelijk opvoeden?
l)e moeder blijft door haren stand , door hare bezigheden, beter buiten het bereik der wereld dan de vader; zij is dientengevolge minder in gevaar, van haar geloof te verliezen en de reinheid der zeden te krenken; zij heeft zich geheel en al aan de belangens harer kinderen toegewijd. Zij heeft hen bidden geleerd.
2i4 AARTSBBOKDERSCnAH DER
heeft lion verteld van God en van den gekruisten Heiland , lieeft hen in den godsdienst onderwezen, en hen over den cathe-chismus ondervraagd. Maar nu komen zij tot eenen rijperen leeitijd, zij moeten scholen bezoeken, waaruit de godsdienst verbannen is, zij komen in aanraking met jeugdige genoten, zij hoeren en zien van alles, wat hunne ijdelheid, hunne eigenliefde, hunne zueht na vermaken streelt» De moeder ziet het. Zij zoude niet aarzelen van met eenen leeuw in het strijdperk te treden, maar met de wereld ? Aanmerkingen, waarschuwingen, berispingen kunnen alleen, wanneer de gelegenheid er voor gunstig is, nut stichten. Zoo zegt men, het kind is niet zeer genegen om dezelve aan te hooren, het weet ze nog niet te waardaeren, herhaalt men ze te dikwijls, dan worden zij geheel en al vruchteloos. Arme moeder 1 het is haar krachtens alle goddelijke wetten verboden van haar kind, der wereld eu hare heillooze gevaren ten offer te bren-
chmstillijke moedebs. 21b gen,gevaren die hem zijn geluk, en zijne waardigheid ontnemen, en hem eens in een eeuwigdurend ongeluk zullen storten! Wat kan zij doen I —Zij kan bidden. Hoe wordt haar hart bevangen wanneer zij aan den zondvloed der gevaren denkt, en aan haar slecht uiterst zwak gebed. Troost u, arme moeder, en word lid van het broederschap der christelijke moeders, daar zult gij de noodige hulp en de noodige ondersteuning vinden, daar treft gij genoten aan die met u dezelfde zorgen, hetzelfde zielenleed declen, daar bidden met ii voor uwe kinderen, 120,000 moeders dagelijks, het klein gebed, hetwelk gij ook als medelid, voor hen en voor bare kinderen zult bidden, maandelijks wordt voor u en voor uwe dierbaren het heilig Misoffer opgedragen , in de H. Communie wordt eenen innigen liefdebond gesloten, tusschei) het goddelijk hart van Jezus en uw bedrukt hart, een godvreezend priester onderricht n en leert u hoe gij uwe veelvuldige verplicli-
2 I tj AARTsBROLDERSCHAP D£R
tingen moet volbrengen, zijne vermanin. gen zullen u den noodigen moed verstrekken om do talrijke wederwaardigheden van uwen levensstand, met geduld en met gelatenheid te verduren, en u overluigen dat gij deelgenoot zijt aan het groote en verhevene liefdewerk, hetwelk do goddelijke Verlosser voor ons eens ondernam ' het rijk Gods op aarde uit te bereiden, eu zielen te winnen voor het eeuwig leven. » Tot dus verre de edele gravin. Wij hopen dat onze lezeressen, er ernstig over voor God zullen nadenken, en het besluit zullen nemen, van lid te worden van dit heilzaam broederschap. De voorwaarden die wij hier lain volgen zijn hoegenaamd niet moeielijk, en geene enkele verplicht op straf van zonde. Ook moeders welke in plaatsen leven, waar het broederschap niet bestaat, kunnen zich laten inschrijven, en zij zijn niet verplicht van de inaandelijksche vergaderingen bij te wonen, om deelachtig te worden aan de aflaten, die er aan verbonden zijn, en de
CHBISTliUJKE MÓEDERS. 217
geldelijke bijdagen worden niet bepaald, elk een is vrij van er aan bij te dragen, zoo als zij het goedvinden, en hun vermogen het toelaat. Men behoeft zich slechts per brief te wenden aan den directeur van het genootschap, die elk een opneemt en de statuten zendt. 1 Ook is het voldoende van zich aan den bestuurder eener onderafdeeling te wenden.
Hierbij voegen wij den inhoud dei-statuten , met eenige ophelderingen. j Eene der heiligste verplichtingen dei-christelijke moeders — zoo lezen wij § 1. der regelen — is dat zij hare kinderen opvoeden, zoo als God het van haar wil, volgens den geest der heilige Kerk,
Gemakshalver geven wij hier de namen op van eenige dezer directeuren : In Munster, pastoor Fecke (het broederschap is in de parochie van den H. Martinus gevestigd), in Mainz : Z. D. Hw. de Bisschop, eveneens in Regensburg. InMunchen, pastoor Weber, in Bamberg, kapel-laan Dr Körber. Men kan zich ook direct wenden aan den directeur van het aartsbroederschap d( r christelijkB moeders te Parijs, Pater Theori. Ratisbonne.
2i 8 AARTSBaOEDERSCHAP DF.R door dewelke zij herboren zijn voor Gods rijk. Om deze opvoeding goed te kunnen doen, ontvangen de ouders bijzondere genaden door het H. Sacrament des huwelijks. Dezo genaden te bewaren, door eene medewerking in het gebed, door woord en voorbeeld, door gemeenzame stichting en voorspraak te vermeerderen, is het doel der kerkelijke vereeniglng van christelijke moeders. Door dezelve verbinden zij zich innig met het onbevlekt hart der moeder Gods, der reinste en verhevendste aller moeders, en zij zijn tegelijker tijd onderling vereenigd in de behartiging harer dierbaarst belangen, in de zorgen en in de gebeden, om op die wijze Gods zegen te verwerven voor hare kinderen en gezinnen.
Om lid dezer vereeniging te worden, lezen wij in § 2, wordl vereischt dat de moeders den katholieken godsdienst belijden, personen van eiken stand kunnen opgenomen worden, hetzij dat zij nog door den echt verbonden zijn, of wel dat
CHMSTELUKE MOEDEBS. 21 9
Dds zij reeds weduwe zijn,vermits hun levens-
len wandel oprecht christelijk zij, en zij het
ere vast voornemen hebben, van ijverig modó
in- te werken, aan de verwezenlijking van
)or het doel der vereeniging.
)or . § 3, 4, ö en 6 spreken over het beheer me dervereoniging, die onder de leiding staat in, van eenen geestelijken directeur. Verder ng worden eene voorzitteres, en eene onder-[ve voorzitteres , en 12 geheim schrijfsters ie- gekozen.— De voorzitteres moet den raad ite van toczicht bijeenroepen, en de verga-jn deringen aankondigen. Zij moet de welde daden, die de goddelijke barmhartigheid n, zich gewaardigd heeft, aan de gebeden lie der vereeniging te verleenen, zorgvuldig re inboeken. Zij moet alle stichtige mode-
deelingen , welke de christelijke moeders .
n, haar hierover toezenden aannemen, om
at daaruit hare jaarboeken te vervaar-
ist digen.
n- § C luidt : Familie moeders,welke plaat-
)g sen bewonen, waar dit broederschap niet
at is opgericht volgens de voorschriften der
120 AARTSBROtDERSCQAP DtR 11. Kerk, kunnon zicli op andere plaatsen waar het broederschap alreeds bestaat laten inschrijven, om deelachtig te worden aan de gebeden en aan de goede werken der christelijke moeders.
§ 7. Bepaalt de Kerk, waarin de hoofdzetel der broederschap gevestigd is.
§ 8. De kerkelijke verzamelingen moeten maandelijks plaats hebben, en voor zoo verre het mogelijk is, op die dagen waarop de leden eenen vollen aflaat kunnen verdienen. Dan wordt eene heilige Mis, ter intentie der medeleden gelezen, daarna wordt eene meditatie of wel eenige andere stichtende voordracht gehouden. Ten slotte een gezamenlijk gebed, voor de algemeene en do bijzondere belangens der vereeniging, en om al de medeleden onder de bijzondere bescherming te stellen, der allerheiligste Harten van Jezus en Maria.
§ 9 bepaalt de verplichtingen der medeleden :
a. Van hunne kinderen met de meeste
CHRTSTELUKK MOEDERS. 221
nauwgezetheid op te voeden, volgens den geest van Jezus Christus , en van zijne H. Kerk.
b. Van dagelijks die gebeden te verrichten welke de vereeniging voorschrijft.
c. Van zoo dikwijls mogelijk de vergaderingen der vereeniging bij te wonen.
d. Van dikwijls te naderen tot de tafel des Heeren, van minstens één maal per maand de H. Communie op te dragen, ter intentie der vereeniging, of wanneer het naderen tot de H. Tafel niet mogelijk kan zijn, van dan aandachtig de H. Mis bij te wonen, en dan de geestelijke Communie tot dezelfde intentie op te dragen. Het is zeer te wenschen, dat alle leden gezamenlijk tot de H. Tafel naderen, onder die Missen, welke op de dagen der vergadering opgedragen worden.
Volgens § 10 moet elk vermogend lid, op den dag der aanneming eene vrijwillige beduidende gift schenken, en in het vervolg jaarlijks een offer. Tot dus verre de statuten.
222 aartsbroederschap der
Aan alle broederschappen , welke op deze wijze geregeld zijn , heoft de H.
Vader bij rescript van den 18 september 1838, op twaalf verschillende feestdagen, of onder derzelver octaaf, eenen
vollen aflaat verleend, welke volgens de
breve van den 22 Juni 1869, ook verdiend D
kan worden door de afwezige medeleden. ra
Behalve deze is aan de medeleden eenen vi
vollen aflaat verleend inde uur des doods. \A
Het kort dagelijks gebed luidt aldus ; A
O Maria, onbevlekte Maagd, en Moeder H
der smarten, spreek onze kinderen voor 0
bij het aanbiddelijk Hart van Jezus, die h
aan zijne moeder niets weigert. Bidt voor X
Heilige Engelen-bewaarders, bid voor It
Heilige Joseph, gij machtige besclier- s]
Heilige Joannes, gij lieveling van Jezus o
Heiliga Anna, moeder van Maria, bid a
CHRISTELIJKE SIOEDKRS. 223
Heilige Aloysius, bid voor lieu I
Heilige Monica, bid voor hen I
VOLLF. AFLATEN.
6 Januari : op den feestdag der H. Drie Koningen. 2 Februari, Maria Liolil-rais. 19 Maart, 11. Joseph. April, op den vrijdag van 0. L. Vrouw der Zeven Weeën. 4 Mei, H. Monica. 21 Juni, II. Aloysius. 2S Juli, H. Anna. 28 Augustus, H. Augustinus.l,,e zondag vanSeptember, 0. L. Vrouw der zeven weeën. October, het feest der H. Engelen bewaarders. November, octaaf van Allerzielen. December, de onbevlekte Ontvangenis. Deze aflaten worden verdiend, wanneer de medeleden na eene rouwmoedige biecht gesproken te hebben, genaderd zijn tot de H. Tafel, in de kapel der broederschap, of in die plaatsen, waarin eene dusdanige kapel niet is, in elke kerk of kapel, en aandachtig zullen geboden hebben, ter intentie van Z. H. den P ,ugt;.
224 AARTSBtiÖF.ÖEftSCïIAP DER
Deze aflaten kunnen ook , op eenén dag gedurende de octaaf dezer feesten verdiend worden, en verder op eiken dag welke dc bestuurder der broederschap, voor de maandelijksche verzameling zal aanwijzen, ook dan wanneer deze dag niet valt onder de boven vermelde octaven.
Ten slotteverleentdeH.Vaderin hetuur des doods eenen vollen aflaat aan alle medeleden, welke met een oprecht berouw over hunne zonden, bet H. Sacrament der boete en des H. altaars zullen ontvangen hebben ; en in geval zij er niet voor in staat zijn, dat zij dan ten minsten met den mond of met het hart, den naam van Jezus aandachtig aanroepen. (Breve vun 7 Mei 1802).
enen gt;sten dag-
zal niet 'en.
uur TWEEDE DEEL.
alle
DE
IUW
in-
^01' TN 1IA41K GCBEDEN,
ten
jve
- ' r- '
voor de wezenlijke verhouding en voor de belangen van hei moederlijk beroep.
GEBED OP DEN VERJAARDAG VAN HET HUWELIJK.
O mijn God en Heer, het was op dezen dag dat ik in uw heiligdom neêi'geknield, voor het trouwaltaar het 11. Sacrament des huwelijks ontving; en met deszelfs zegeningen uitgerust, den huwelijken staat aanvaardde. Zoude ik dezen dag laten voorbijgaan, zonder denzelven te heiligen en u te danken ? Neen, o Heer, van gan-scher harte dank ik u, dat gij mij door een H. Sacrament in den huwelijken staat hebt opgenomen, en mijne echtelijke verbindtenis geheiligd en mij schatten van genade verzekerd hebt, opdat ik in staat zoude zijn, om aan de veelvuldige verplichtingen van den christelijken echt-
228 DE CHRISTELIJKE MOEDER.
staat te kunuen beantwoorden, en van in onbreekbare getrouwheid in de liefde, in de onderdanigheid jegens mijnen man, en in de kuisohheid volgens mijnen staat te kunnen volharden, en om de kinderen die gij mij geschonken hebt, te kunnen opleiden in uwe vreeze en in «we tucht, om zoo doende mijne eigene zaligheid te kunnen verzekeren. Ik dank u voor alle genaden, welke ik sedert dien tijd krachtens dit H. Sacrament ontving, ik dank u voor de bescherming en de hulp, en voor al de weldaden aan mij en der mijnen, door uwe vaderlijke goedheid verleend. Zijt eeuwig geloofd engeprezen.
Heb ik getrouw de verplichtingen van mijnen staat vervuld , en altijd aan de ingeving der genade beantwoord ? Heb ik altijd geleefd als eene ware christelijke vrouw ? Ach, mijn geweten verwijt mij maar al te veel, (Denk er hier eenige oogenblikken over na). O mijn God, van ganscher harte betreur ik dit 1 Heb medelijden met mij ! Vergeef mij in uwe
VEIISCIIILLK.NDE GEBl.DEX. 22!) oneindige barmhartigheid, ter wille van Jezus uwen Zoon ! Vast en onwrikbaar is mijn besluit, en met eenen verdubbelden ijver wil ik er mij in de toekomst op toeleggen, om alle plichten welke op mij als christelijke moeder en als echlgenootc berusten,stiptelijk te vervullen. Hoe zoudu ik andeis kunnen hopen, van in uwe genaden te leven, en van mijne zaligheid te kunnen bewerken? Maar, o Heer, wat zullen mij alle voornemens baten, wanneer gij mij de genade niet verleent, van deze te volbrengen ? Ik smeek u, o Heer, van op dezen dag den zegen van het H. Sacrament te vernieuwen; laat deszelfs genade eiken dag mij steeds rijkelijker toevloeien; en door deze bemoedigd en gesterkt, zal ik er altijd op bedacht zijn, om eenen levenswandel te leiden, die aan de heiligheid van mijn beroep beantwoordt.
Ook stel ik mijnen echtgenoot onder uwe bescherming. Verleen ons dat wij door dit heilig Sacrament zoo innic?
230 DE CHRISTELIJKE MOEDER.
vereenigd , steeds in de hartelijkste liefde, en in de getrouwste godsvrucht vereenigd blijven, opdat onze huwelijke staat, een waar afbeeldsel zij der innige vereeniging van Christus met zijne Heilige Kerk, en ons tot het eeuwig leven leide.
Neem onder uwe vaderlijke hoede, de kinderen die gij ons toevertrouwdet! Zegen en bescherm hen, opdat zij steeds aangenamer worden -in uw oog. Schenk mij de noodige hulp, opdat ik ze geheel en al ter uwer eer opleide.
Heilige Maagd en Moeder Maria, Heilige Joseph, alle heilige echtelieden en heilige ouders, bidt voor mij ! Amen.
GEBED BIJ DEN EERSTEN KERKGANG,
Ik dank u, o God, dat het mij door uwe genade vergund is van in uw H. Huis te verschijnen, ik dank u voor de hulp, en voor de bescherming welke gij mij verleend hebt. En op eene meer bijzondere wijze, dank ik Uvoor de genaden en wel da-
VERSCHILLENDE GEBEDEN. 231
;ste den, waarmede gij mij en mijn kindje hecht gunstigd hebt. Het is oen geschenk uwer jke oneindige goedheid voor ons 5 Gij hebt ige hem door het H. Doopsel tot een boven-ige natuurlijk leven geroepen, hem uitgerust met de onderscheidingen uwer kin-de deren, en deelachtig gemaakt aan de it! schatten der H. Kerk, ja den ganschen ids rijkdom der hemelsche heerlijkheid, en nk het vooruitzicht op het hoogste en op een 3ei eeuwigdurend geluk is hem verzekerd.
O Gij oneindig milddadige God, Gij God der liefde en der barmhartigheid, zijt geloofd en geprezen voor al datgene hetwelk gij voor mijn kind gedaan hebt. _Gij hebt het aan mij toevertrouwd, opdat ik mij voortaan van mijne verplichtingenvan christelijke moeder,met de meeste
ve nauwgezetheid jegens hem kwijte , en
te hem opleide, opdat het hier op aarde
in uwen aanbiddelijken naam verheerlijke
!•- en u in don hemel eens lofprijze. Mijn
re hart is bereid, 0 Hoer, mijn hart is be-
i- , reid. Maar hoe zal ik deze even talrijke
232 DK CHMSTlfUJKE MOEDliB.
als grooto verplichtingen kunnen vervul- God
len, wanneer uwe hulp mij ontbreekt, en ke \
uwe genade mij niet bijstaat? in (
Sta mij dan bij, vervul mijn hart niij
met uwen geest, en geef mij ijver, wijs- datj
heid en kracht, opdat ik het grooto werk licn
der opvoeding, tot u htilig welgevallen, spiquot; tot het heil van mijn kind, en tot mijn eigen heil moge volbrengen.
In vereeniging met de H. Moeder van
mijnen Heer, en met dezelfde gevoelens, (
waarmede zij zich zelve en haar goddelijk mi,
kind in den tempel, o Heer, ten offer die
bracht, breng ik ook. o God, mij en mijn pli'
kind aan u ten offer op den huidigen Sta
Geef o Heer, dat mijn kind, dat nu de
mot uwe heiligmakende genade verrijkt jet
is, deze nooit verlieze, geef dat ik mi j mi
voortaan beijvere, om mijn kind in do gr
genade te doen volharden, en om hem in
aan u terug te geven, rijk aan dougdnn ce
Heilige Maagd Maria, verhevene Moeder oj:
VERSCHILLENDE GEBEDEN. 233 God?, met welke dankbaarheid, niet welke vurige liefde tot God hebt gij uw kind in den tempel opgedragen ! Ik vereenig mij met n, en beveel mijn kind en al rlalgeno hetwelk ik in de toekomst voor hem doen zal, aan uwe machtige voorspraak. Amen.
MORGENGEBED.
0 aller goedortierendste God, gij hebt mij dezen dag geschonken , opdat ik u diene, door de getrouwe vervulling mijner plichten, en mijn eeuwig heil behartige. Sta mij hierin bij met uwe genade! Verleen mij vooral uwe hulp, opdat ik de groote verplichtingen welke op mij jegens mijne kinderen berusten, heden met de grootste zorgvuldigheid en met de ürootste getrouwheid volbrenge, en dat ik in al mijn doen en laten, hen steeds met pen goed voorbeeld voorga ! Zegen al datgene, hetwelk ik heden voor hunne opleiding, fn voor hun welzijn verrichlcn
234 DE CHRISTELIJKE UOBDER.
■/.dl. Neem mijne kinderen onder uwe hoede I Dat uwe teedere liefde hen be. scherme, en uwe genade ben bijsta. Bescherm hen in de gevaren , en bewaar ben van alle ongelukken ! Maar behoed ben vooral voor de zonde 1 Vervul hun kinderhart met uwe heilige liefde, verlevendig en versterk hen door uwe genade, opdat zij.u getrouw dienen, en met de jaren, in de deugd en in uwe heilige liefde mogen toenemen. Gij heilige Engelen bewaarders, en naamspatroncn mijner kinderen, aan u beveel ik hen, neemt ze als de uwen aan, en bidt voor ben. Amen.
AVONDGEBED.
Ik dank u, oGod cn vader,voor alle genaden en weldaden, welke gij ook op den huidigen dag aan mij en aan mijne kinderen, op zulk eene liefdevolle wijze verleend hebt. Alle goede gaven komen ja van u j gi,' waakt over ons met de grootste
VERSCHILLENDE GEBEDEN. 233 barmliaitigheid. Wee mij, omdat ik zoo ondankbaar ben, en u den besten aller vaderen, zoo dikwijls beleedig I Woes mij genadig ! Vergeef mij vooral de fouten die ik begaan heb, door de verplichtingen van mijn moederlijk beroep te verwaar-loozen !... Wat blijft mij anders over, dan u om vergeving te smeeken ! Moge ik toch meer en meer,de heiligheid mijner moederlijke plichten erkennen, en dezelve met de grootste gewetensijver vervullen 1 Ja Heer, dit wil ik. Ik herhaal u mijn vast voornemen. Kom mij ter hulp met de schatten uwer genade 1 Ontvlam mijn hart steeds meer en meer met uwe liefde, en met eene ware liefde voor mijne kmderen,opdat ik altijd ernstig behartige van hen op te voeden tot uwer meerdere eer en tot hunne eeuwige zaligheid.
Bewaak, o Vader van alle goedheden, mijne kinderen gedurende de duisternis der nacht. Dat uwe hand hen bescherme in hunne rust, verwijder den vijand van hunne rustplaats, en laat hunne heilige
230 na christelmke moedkr.
Engelen bij hen vertoeven. Sta niet toe, dat deze nacht voor hen eene aanleiding zij van te zondigen ; behoud ze in de onschuld, en in de vlekkelooze reinheid ! heilige Maagd, H. Joseph, gij H. Engelen en uitverkoorenen, ik stel mijne kinderen onder uwe bescherming. Amen !
GEBEDEN EEN ER CHRISTELIJKE MOEDER, WANNEEB ZIJ HET H. MISOFFER OPDRAAGT.
10 VOOB HAAR ZELVEN, OM VAN GOD DE VOOR HET MOEDERLIJK BEROEP NOODZAKELIJKE GENADEN TB VERWERVEN.
In het begin der heilige Mis,
O God ik verschijn hier in uw heiligdom, om u te smeeken, dat gij in uwe goedheid toch gewaardiget , mij de noo-dige genaden te verleenen, voor mijn moederlijk beroep. Ik ben niet iu staat
VEHSCHILLFA'DF. GEBEDEN. 237 d r allerzaligste Maagd, van de H. Joseph, om de verplichtingen die er aan verbonden zijn, zoo na te komen, dat ik aangenaam zij in uw oog, en dat ik het eenwig welzijn mijner kinderen verzekere, wan-nrer gij mij niet helpt. Gij hebt mij den bijstand uwer genade verzekerd in het H. Sacrament des Huwelijks. Ware ik deze slechts waardiger 1 Ach, o Heer, ik erken mijne onwaardigheid , en ook dat ik uwe genade niet waardig ben. Daarom kom ik aan het altaar van uwen goddelijken Zoon, om in vereeni-ging met het H. Offer, hetwelk hij, op hetzelve ook voor mij volbrengt, niet geheel en al onwaardig te verschijnen, en verhoord te worden, wanneer ik om uwen goddelijken bijstand in mijn beroep, en om uwe hulp voor mijne kinderen smeek. Verleen mij dan dat ik dit H. Offer mut cene heilige aandacht bijwonc, en mij uwer weldaden waardig make. Amen.
238 J)E CHRISTELIJKE MOEDER.
Bij de Oljerande.'
Almachtige eeuwige God, in vereeni ging met den priester, draag ik u deze gaven van brood en wijn op, en leg met dezen in den geest, al de verlangens van mijn hart, mijn smeeken voor de verwerving dier genaden welke noodig zijn voor de stiptelijke vervulling mijner plichten, op het altaar. O God ik erken het , dat even als deze gaven van brood en van wijn, zoo ook mijne gebeden gering en zonder waarde voor u zijn, maar daar het door uwe macht geschiedt, dat brood en wijn, in het U oneindig welgevallig offer des vleesches en des bloeds van uwen godde-lijken Zoon veranderd worden,zoo gedoog dat in de vereeniging met dit H. Offer, ook mijn smeeken, door uwe goedheid verhoord worde. Daarom smeek ik u in den geest der ootmoedigheid, en met een verpletterd hart, en onder den aanroeping
'') Tusschentijds kunnen de gebeden op bladz. /lt;48 ei; vuigt iiüe gelezen worden.
VER SCHILLENDE GEBEDEN. 239 als ook onder de gezamenlijke aanroeping der uitverkorene moeders en van alle Heiligen. Amen.
Bij de Consecratie.
O Jezus, gij gewaardigt u, in uwe oneindige liefde voor ons, op het woord van uwen dienaar, op h^t altaar neder te dalen, en onder de gedaante van brood en van wijn , het genadenrijk zoenoffer hetwelk gij eens op den Golgotha volbracht hebt. voor ons welzijn vernieuwd, voor ons daar te stellen, opdat wij aan deszelfs zegeningen en genaden deelachtig worden. In de diepste ootmoedigheid aanbid ik u, gij goedertierendste Heiland, hier tegenwoordig; gezegend en geloofd, zijt gij, o groote en driewerf heilige God ! Ik dank u voor de tallooze weldaden die gij mij verleend hebt I Neem mij en mijne lievelingen onder uwe hoede, en verhoor mijn smeeken bij dit heilig Offer, opdat ik voor mijne
210 nr. cnnTSTELTJKE mokdf.h.
kinderen, die gij Z30 lief hebt, steeds eene ware goede moeder zijn moge. Amen.
Nn de Consecratie
O God, nu verheft zich mijn hart met een onbegrensd vertrouwen tot n ; want lint is uw goddelijke zoon, welke mij bij u voorspreekt, en mijn smeeken, in ver-eeniging met hot offer van zijn heilig vleesch en bloed, bij u ondersteunt. Het is geene andere offerande, dan die welke hij eens aan het kruis uit gelioorznrtrilheid jegens u, tot den dood toe volbracht.
Dit Offer, was aan u oneindig welgevallig, j
moge *00 ook mijn bidden, in vereeni-ging met dit H. offer, en om zijnent wille hij u genade vinden ! Vergeef mij genadig, al datgeen hetwelk ik door on-getronwheid , aan de verplichtingen van l
mijnen staat, misdaan heb ; verleen mij uwen bijstand, opdat ik deze voortaan met eenen verdubbelden ijver volbrenge. Geef mij al die genaden, welke ik zoo zeer
VEftSCBILLKNDË GIBKDEN'. 541
noodig heb , voor de goede opvoeding oiijner kindoren : een voorbeeldig leven, liefde, moed, wijsheid, geduld, zachtmoedigheid, volharding, ijver in het gebed voor mijne kinderen. Verleen mij n Heor, de genade van mijne kinderen zoo op te voeden, dat zij u tot eer strekken, en voor zieh zeiven , voor tijd en eeuwigheid gelukkig mogen zijn, en ik er mij de eeuwige zaligheid door moge verzekeren. Amen.
Voor en hij de H. Communie.
•»
liet gebed tot Jezus don kindervriend. BI. 2157.
Hij hel einde der Mis.
Gebed totden H. Geest om zijne 7 gaven bl.284, en de gebeden van bl.266tot277.
16
242 DE CBBISTEUJKE MOEDER.
II. GEBEDEN ONDER DE H. MIS, WANNEEft DE
HOEDER DIE VOOR HARE KINDEREN' HOORT.
Bij hel begin der H. Mis.
O God, de liefde voor mijne kinderen, en het verlangen naar hunne zaligheid, doet mij heden uw H. Altaar naderen, om het offer van uwen goddelijken Zoon bij te wonen. Hoe zeer ik ook het welzijn van mijne kinderen behartig, en welke moeite ik mij ook zoude kunnen getroosten om ze goed op te voeden, zoo zullen toch al mijne pogingen nutteloos zijn, wanneer gij mij niet helpt, en mijne kinderen niet met uwe genade begunstigd. Daarom smeek ik u, o Heer, en daar mijn gebed en mijn smeefeen ellendig en onwaardig is voor uw oog, zoo vereenig ik deze in dit H. Misoffer, met het offer van uwen goddelijken Zoon, mijnen Heer, en bied u zelf dit offer aan voor mijne kinderen. Geef mij de genaden, dat ik
VF.nsCniLLKNDE GEBEDKX. 243 dit niet cene gioote godsvrucht doe, en dat ik voor mijne lieve kinderen talrijke genaden moge verwerven.Amen.
Hij de Offerande.
God hemelsehe Vader,de geringe gaven van brood en wijn, worden u door den priester aangeboden, opdat gij zelf uit dezen, u een welgevallig offer moget voorbereiden. Het plechtig oogenblik nadert, waarop door de kracht van den heiligen Geest, bij het woord van den priester, de wondervolle gedaanteverandering zal plaats hebben , en dat uw goddelijke Zoon, onze priesterofferaar, en ons offer zijn zal. Zoo breng ik in den geest mijne kinderen, op deze aan u toegewijde plaats, opdat de zegen van dit genadevol offer , over hen nederdale . Schenk hen door de verdiensten van dit heilig offer vergeving voor hunne zonden, wees hen genadig, en bewaar hen in de toekomst voor de zonde. Evenals door
244 de r.nmsTEUJKF. moeder. nwo Goddelijke macht hier brood en wijn, in het II. vleesch ea bloed van Jezus Christus veranderd wordt, zoo toon krachtens dit II. offer, do macht uwer genade, opdat hun hart steeds meer en meer gestemd worde voor do volmaaktheid van eenen echt christelijken levenswandel, en dat zij door eone voortdurende volharding in de beoefening der deugd, u steeds aangenamer mogen zijn.Het zijn toch ook uwe kinderen ; zegen hen dan en vervul hen met uwe genade, opdat zij uwer waardig zijn. Verleen hen, dat zij u met een levendig geloof, en met eene kinderlijke liefde aanhangen, en dat uw heilige wil, het richtsnoer zij van hun leven, waarvan zij nooit van afwijken, maar dat zij uwe wegen getrouw bewandelende, voor tijd en eeuwigheid gelukkig mogen zijn. Amen.
Gij heiligen Gods, H. Maagd Maria, II. Joseph, gij Engelen bewaarders, en allo heilige kinderen, ondersteunt mijn gebed, en smeekt opdat de vruchten van dit H. offer , rijkelijk aan mijne kinderen,
VÜBSCHILLENDE GEBEDEN. 248
mogeu wojdcD medegedeeld. Amen.
bij de Consrcrnlie.
Goddelijke Heiland, gij die eons aan ;illen weldoende, iu het H. Land onder de menschen rondwandeldet, gij zijt weder-om van den Hemel nedergedaald, gij -taal voor mij, dour uwe geheimnisvolle tegenwoordigheid, onder de gedaante van brood en wijn, inde genadevolle vernieuwing van dit uw heilig offer. Zoo zal ik ook,na het voorbeeld der moeders in het heilig land,deze genadevolle oogenblikken benutten, om aan u, goddelijke kindervriend, mijne kinderen in den geest voor te stellen. O Heer Jezus, hetgeen gij eens deed, ten gunste der kinderen dier moeders, toen gij ze in uwe armen sloot, en hun de handen oplegdet, gelief dit ook door de genade en de zegeningen , die aan dit heilig offer verbonden zijn, aan mijne kinderen te verzekeren.
24fi PF rnnisTF.LUKE moeder.
jVa de Consecratie.
God hemelsche Vader, gelijk gij eens, als uw goddelijke Zoon, mijn Heiland op de aarde rondwandelde en werkte, van uit den hemel gesproken hebt : « Deze is mijn geliefde Zoon, in dewelke ik mijn welbehagen heb,«zoo ziet gij ook nu met welgevallen op hem neder, daar hij ter eere van uwen heiligen naam en voor het welzijn uwer kinderen, zijn heilig offer op eene geheimnisvolle wijze vernieuwd heeft. Terwijl ik nu mij met zijn heilig offer vereenig, zoo verschijn ik bemoedigd voor den troon uwer barmhartigheid, om u mijne kinderen aan te bevelen. Neem hen onder uwe machtige bescherming in alle gevaren, naar de ziel en naar het lichaam. Behoed hen voor de zonde, en voor al datgeen hetwelk hunne zielen kan schaden. Beschik welwillend al het tijdelijke voor hun welzijn, bewaar hen in eene ongekrenkte onschuld, be-
VEBSCHILLtNDE GEBEDEN. 247 houd hen in uwe genade 1 Verleen hen dal zij naar het voorbeeld van den godde-lijken Heiland toenemen met de jaren in de ware wijsheid, in de deugden en in bevalligheid voorn en voor de menschen. 0 God, die machtig zijt, door uwe genade wees krachtens dit heilig offer van uwen Zoon, mo met mijne kinderen, dat z'j steeds mijnen troost en mijne vreugde mogen zijn hier op aarde, en mijne kroon in de eeuwigheid, en dat zij n, machtige vader, steeds behagen. Amen.Omse Vader, (voor de kinderen).
Bij de H. Communie.
O Heer Jezus, gij Zoon van den levenden God, nog eens wend ik mij tot u, gij hebt volgens den wil des Vaders, en in medewerking van den H. Geest, door nwen dood, der wereld het leven gegeven, zoo smeek ik u,door dit uw heilig vleesch en bloed, van mijne kinderen van al hunne kwalen te willen verlossen, opdat zij steeds
248 DE CHBISTELIIKE MOEDER.
uwe geboden trouw nakomen cn nooit
van u gescheiden mogen worden. Amen.
Bij het einde.
Gebed, bl. 280
VERSCHEIDENE GEBEDEN DER CHRISTELIJKE MOEDERS.
A. VOOB HAAR ZELFi
Gebed om de genade van een goed voorbeeld.
O God, welke groote bcteekenis heeft ook voor mij het woord van uwen godde-lijken Zoon ! «laat uw licht schitteren 1 » Het is uwen wil dat ik voor mijne kinderen een toonbeeld zij, aan cenen aan u welgevalligen levenswandel! Hoe kan het anders mogelijk zijn, dat zij eens zelf goed worden. Daarom smeek ik u, (door de verdiensten van uw heilig offer), om bijstand voor een waar christelijk leven. Verleen
VERSCHILLEND£ GEBEDEN. 249 mij de suhatten uwer genade, opdat ik bij machte zij, van in al mijn reden, in mijn doen en laten al datgeen te vermijden, hetgeen een christen onwaardig is. Help mij, opdat ik alle deugden van het christelijk leven heoefene, en dagelijks nieuwe vorderingen make in de christelijke volmaaktheid, opdat mijn levenswandel, het toonbeeld voor mijne kinderen moge zijn. — Hoe wonderbaar zijn uwe werken, met uwe heiligen ! werp eenen meedoogenden blik op mij, alhoewel ik onwaardig ben van zulk eene uitstekende weldaad te ontvangen. Maar gij zijt een God van medelijden en van barmhartigheid ; gij bemint mijne kinderen ; zij zijn imtnirs ook de uwe. Ter wille van ken, ter wille van uwen Zoon, verhoor mijn gebed. Amen.
Gebed om de ware bovennatuurlijke liefde van God te verwerven.
O God, gij Vader mijner kinderen, daar
quot;
2Ö0 DE CHR1STELUKL MOtDER.
gij mij dezelve hebt willen tocvertrou- hol
wen, zoo hebt gij in mijn hart een deel pli dier liefde ingeprent, welke uw goddelijk
hart jegens mijne kinderen bezielde, en wa
gij zijt bereid, krachtens het H. de:
Sacrament des Huwelijks, door uwe me
genade de natuurlijke moederliefde te we
veredelen en te heiligen, opdat wij steeds he
uit wederliefde jegens u, het heil onzer uw
kinderen mogen behartigen. Zoo smeek ik he:
u, gesterkt door het vertrouwen op de ra;
uitwerksels van dit H. Sacrament, door va;
de verdiensten van uwen goddelijken Zoon, he
door zijne liefde voor de kinderen, en door Ge
de voorspraak van alle uitverkorene moe- de
ders, om deze genade. Duld niet, dat ik hu
door de natuurlijke liefde verblind, dal- ne gene verzuim, hetwelk vereischt wordt
voor eene degelijke christelijke opvoeding wa
Bewaar mij voor eene ontijdige be- vo
straffing, en voor eene ontijdige verschoo- vo
ning. Geef mij moed en kracht, opdat ik vo
mij niet ontzie van te tuchtigen wanneer wa
VERSCHILLENDE GEBEDEN, 251 het noodzakelijk is ; en dat ik deze verplichting zoo volbrenge als het behoort.
Verlicht mijn verstand, o God, opdat wanneer ik mijne kinderen, met het oog des geloofs aanschouw, leere hen steeds meer en meer met die liefde te beminnen, welke uwen groolen heiligen Vader jegens hen bezielt; opdat ik hen beminne als uwe kinderen, uitgerust met de schoon-lieid en de voortreffelijkheid uwer heilig-makende genade, als broeders en zusters van Jesus Christus, vrijgekocht door zijn heilig bloed , als tempels van den H. Geest, als deelgenooten der gemeenschap der heiligen, geroepen om in uw heilig huis, eeuwig deel te hebben aan uwe heerlijkheid en zaligheid.
Verleen mij dan , o God , door deze waarheden, en door uwe genade, dat deze heilige liefde voor mijne kinderen steeds volmaakter worde,opdat ik ten allen tijde vooral behartige van hen op te leiden voor u, en van hen op te voeden in de ware godsvrucht en vroomheid, opdat zij
2o2 DE CHIUSTELUKiquot; MOLDER.
uwen naam verheerlijken en zalig worden. dei
Vervul mij mot ijver voor hel heil hun- on
ner zielen. Moedig mij aan en versterk |
mij, opdat mij geene moeite te zwaar, jie
geen offer te groot zijn moge, opdat ik in „je
het werken, het lijden en bidden onver- i en
moeid volharde, wanneer het zielenheil tro
mij ner kinderen dit vordert. Heer, schenk in
mij die heilige liefde, waarmede gij de ho
harten van zoo vele heilige Moeders ver- vie
vuld hebt, door Jezus-Christus. Amen. 1M
op
opi
Hoe groot, o God, en hpe belangrijk is
liet beroep,dat gij mij hebt toevertrouwd, iie
maar hoe zwaar zijn tevens ook de ver- (\a
plichtingen die er aan verbonden zijn. wc
üp mij berust do verplichting, van elk n,
dier kinderen welke gij mij toever- „p
trouwd hebt , volgens zijne bijzondere i()i
hoedanigheden op te voeden , zijne ge- W£
breken tegen te gaan, en hem op te il0
leiden in de beoefening dor christelijke i ,,v
VF.RSf.niLr.KNDR CBBFOF.N*. 2quot;)3 deugden. O mijn God, ik ben onwetend on nergens toe m sta;it.
Hoe zoude ik den rechten weg kennen die mij tot mijn doel leidt, indien gij mij niet helpt ? Zend dan, o God des lichts en der wijsheid , van uwen hcmelschen troon een straal uwer goddelijke wijsheid in mijn hart,gelijk gij eens Salomon ver-hoordet, toen hij u bad voor een wijs en vlekkeloos hart, opdat hij zijn volk heilzaam zonde kunnenregeeren.Verlicht mij, opdat ik erkenne, hoe ik mijne kinderen, volgens hun karacter behandelen moet, opdat zij van hunne gebreken ontdaan, bewaard blijven voor al datgene wat voor hen nadeelig en gevaarlijk is ; toon mij de middelen en den weg aan, om hen werkelijk goed tn kunnen opvoeden, doet mij de uiter.-ten vermijden, opdat ik niet ontijdig streng, en ook niet opeene noodlottige wijze toegevend zij, geef mij het waar woord wanneer ik hen onderwijs ; bemoedig en vermaan mij , toon mij uwen heiligen wil wanneer zij mij om raad
234 OE CHftlSTELUKE MOEDER.
vragen : Laat mij het werk der opvoeding volbrengen onder uwe leiding, zooals gij die uwe kinderen met oneindige wijsheid op den waren weg van hun heil weet te leiden. 0 heilige Geest, gij die de genaden en de gaven verleent, verleen mij de gaven van wijsheid en van raad, voor het welzijn mijner kinderen. Amen. Onze Vader, wees Gegroet.
Gebed om standvaHigheid.
O God, gij weet het, hoe licht dat ik onder de ontberingen, de bezwaren en de inspanningen, welke aan de opvoeding der kinderen verbonden zijn, moedeloos en ongeduldig word. En wee mij wanneer ik mij daardoor verleiden liet, om datgene te verzuimen hetwelk ik verplicht ben te doen , hetwelk voor het welzijn mijner kinderen noodzakelijk is, of hierin nalatig wordt 1 Vervul mij dan met moed en kracht, opdat ik de moeielijk-heden Tan mijn beroep met gewilligheid
VERSCHILLE.VDr OFBEOEN. 25S overncme en met geduld verdrage. Leer mij in hen het kruis vereeren, hetwelk uw heilige wil voor mijn welzijn bestemd heeft ; opdat ik het dagelijks opneme, en hei drage uit wederliefde voor mijnen Heiland, die eens zulk een vreesselijk lijden doorstond, voor het heil der zielen. Doe mij steeds de heilzame vruchten beseffen, van zoovele zorgen, waaraan het tijdelijk en het eeuwig geluk mijner kinderen verbonden is, met eene onschatbare belooning voor mij. — Zoo verleen mij dan, dat ik nergens voor terug deins, en voor mijne kinderen al het mogelijke doe, hetgeen voor hunne goede opvoeding onontbeerlijk en nuttig is. — OH. Geest, Gij geest der sterkte, verleen mij de gave der sterkte. Amen.
Onze Vader. Wees gegroet.
Gebed om zachtmoedigheid.
Goddelijke Heiland, gij die gedurende drie jaren met uwe leerlingen omgingt,
als een vader met zijne kinderen, hoe-
2')G Dli C.nnl5TltT.IIKF. MOKOfR.
veel moest gij u wegens hunne onvolmaaktheden, en wegens hunne gebreken laten welgevallen, en hunne handelingen, hnnne ruwheden, gaven u zoovele gelegenheden van toornig en ongeduldig to «•orden I En ondanks dit alles, waart gij jeger.shen, voorkomend,liefdevoI, geduldig, zachtmoedig en milddadig ! Nooit kwam een hard , een onvriendelijk woord over uwe lippen. —
O mocht ik toch aan u gelijken in mijnen omgang, met mijne kinderen I Wil ik werkelijk mijn eeuwig welzijn verzekeren, dan ben ik verplicht van uw voorbeeld na te volgen. I.eer mij dan de zachtmoedigheid I Wanneer ten gevolge der fouten en dor verkeerdheden der kinderen, de toorn en het ongeduld in mij opzwellen , verleen mij dan do be-heersching dezer neigingen, opdat mijne woorden en mijne daden, dezo verkeerde neigingen niet verraden. Beziel mijn ge-moed,opdat ik kalm en onbezonnen blijvo wanneer ik mijne kinderen vermanen of
VERSCHILLENDE GEBFDEN. 257, bestraffi-n moet. Want de toorn richt niets uit. wat u aangenaam is.
Gij zachtmoedigste Jezus, heb medelijden met mij. Amen.
Onze Vader. Wees gegroet.
Gebed tof Jeans, den kindervriend.
(Bijzonder gedurende de H. Mis, na de de H. Communie, en wanneer men eeu bezoek brengt aan het H. Sacrament).
ill
O Jezus, hoe groot wa? eens uwe liefde voor de kinderen 1 Deze liefde is nu nog dezelfde als voorheen, ja uwe liefde voor de christelijke kinderen is nog veel groo-ter. Zoo bemint gij, o goddelijke Heer ook mijne kinderen even als ik zelve, en gij zijthun goddelijke vriend. O hoe troostvol en bemoedigend voor mij! Zijt geloofd en geprezen. — Verleen mij dan, goddelijke Heiland, de genade, dat ik in alles zoo met, mijne kinderen omgA, en alles zoo voor hen doe, zoo als de verlan-
\'
200 DE CimiSTF.LI.IKE MOEDER.
gens van uw goddelijk hart het van mij vorderen. Verleen mij, dat ik ze geheel en al voor u opleide,en hen op alle mogelijke wijzen zoo onderrichte,dat zij u steeds beter erkennen, u hunne onbegrensde liefde wijden,en volgens uwe leer, en naar uw voorbeeld han geheel leven inricli-ten, opdat zij uwe ware zonen cn dochters mogen zijn, en door u de eeuwige zaligheid verwerven.
O Jezus, krachtens het heilig Sacrament, door hetwelk gij mij in den huwelijken staat en in het moederlijk beroep gesteld hebt, en door de genade van uw heilig offer, verleen mij, dat ik al do verplichtingen der christelijke moeders, mot de grootste getrouwheid vervuil e. Dat mijn levenswandel een voorbeeld zij voor mijne kinderen ; beziel mijn hart met de liefde , welke uw goddelijk hart jegens mijne kinderen vervult , schenk mij wijsheid en zachtmoedigheid, geef mij ijver in het gebed voor mijne kinderen. Uw goddelijke zegen
VERSCHILLENDE GEBEDEN. 2j9
komo over alles wat ik aan mijne kinderen doen zal. Amen.
Gtbed tot den Heiligen Geest voor zijne zeven gaven.
O Heilige Geest, gij bronader en gever van alle genaden en weldaden, tot u neem ik mijne toevlucht. Hoe zeer hel) ik uwe genaden noodig in het groot werk der opvoeding ! Verleen mij dezelve, naarmate der grootheid mijner behoefte.
Schenk mij de gave der wijsheid,opdat ik in de opvoeding mijner kinderen vooral hun zielenheil hoooge,en in alles die wegen en die middelen erkenne, welke hun het zekerste eene grondige godvruchtigheid en de ware vroomheid zullen verwerven, en hen tot het eeuwig heil zullen voeren. Amen.
Schenk mij de gave des verstands, opdat ik door u in de ware kennis der lei r van onzen heiligen godsdienst ervaren
260 DE CHaiSTELIJKE MOEDER. 0|
worde, en in staat zij, van mijne kinderen re
raet een goed gevola; erin te kunnen it
onderwijzen, en eene groote liefde voor sc
den H. Godsdienst in te boezemen. Amen. (lt;
Snhenk mij de gave der wetenschap, ]i
waardoor ik datgene leere, hetwelk voor n
mij en voor mijne kinderen aanbevelings- h waardigis; opdat ik in slaat zij van de
kinderen te onderrichten in al datgenu c
hetwelk hun nuttig en voor hen noodza- 1:
Schenk mij de gave van raad, opdat ik e
in het groot werk der opvoeding altijd li
don rechten weg insla, do voroischte mid- d
dolen uitkiezo en deze behoorlijk toepisse, e
om al datirene hetwelk de heilige be- r
velen Gods, en het belang van mijne kin- v
deren van mij vorderen,voor hun tijdelijk t
en eeuwig welzijn, met de grootste nanw- 1 gezetheid te volbrengen. Amen.
Schenk mij de genade der sterkte, I 1
opdat ik niet moedeloos warde, tengevol- (
s^e der bezwaren en der ontberingen van i mijn moederlijk beroep, maarmct eenen j
VERSCHILLENDE (JEBLDLN. 2C1 opbeurenden moed volharde, opdat ik mij nooit door eene verkeerde liefde jegens mijne kinderen late verleiden, tot hunne schade,door lot hunnen ondergangen, hcri ie verschoonen,maar om met eene christelijke sterk moedigheid daar waar het noodzakelijk is, eene strenge tucht onder hen te handhaven. Amen.
Schenk mij de gave der godsvrucht, cn ontsteek door uwe genade in mija hart het vuur der heilige liefde, opdat ik getrouw in den dienst van mijnen Heer, en vol ijver in de beoefening der christelijke deugden, en van alle goede werken, door het voorbeeld van eenen volmaakten ehristelijkcn levenswandel, mijne kinderen inlichte, en mijne onderwijzingen en vermaningen, door de zalving der ware godsvrucht en der genade, voor hen heilzaam mogen zijn. Amen.
Schenk mij de gave der vrets des Koeren , m doordring mijn hart met eenen grooten afkeer voor de zonde, en mot eene heilige verfoejing voor elke
262 DK CHlUSTELUKli MOEDKR. beleediging van mijnen Heer, opdat ik niet door mijne zonden, aan de kinderen ergernis geve, en de schuld worde dat de grootste van alle rampen, de zonden en hun verderf over hen neèrkome. Amen.
Gebed tol de Heilige Maagd.
O allerheiligste Maagd Maria, gij wonderbare moeder, tot u neem ik mijnen toevlucht, daar de Heer mij met liet moederlijk beroep vereerd heeft. O mocht ik ook als moeder aan u gelijken, en uwer liefde niet onwaardig zijn. Verwerf voor mij,gij heilige en machtige moeder, dezu genade, en moge het mij door uwe voorspraak vergund zijn, dat ik met gewetensnauwgezetheid , met getrouwheid, en met volharding al mijne moederlijke plichten vervulle. Welkeen godgevallig en heilig leven was het, hetwelk gij, heiligt; Moeder, aan de zijde van uwen heiligen bruidegom, met Jezus uwen goddelijkeu Zoon, in het gebed, in God toegewijde
VERSCHILLENDE GEBEDEN. 263 bezigheden, en iu goede werken in het quot; nederig huisje van Nazareth leidet 1 O
!len laat dit tot voorbeeld strekken van mijn
' familieleven 1 Smeek den Geest der gods-
1 en vrucht, opdat hij over ons huis nederdale,
opdat mijne kinderen steeds slagen in alles wat goed is. Amen.
Geoed tot den H. Joseph.
on-
Qen 0 H. Joseph, gij getrouwe gezel der H.
oe- Moeder, uwe maagdelijke bruid, gij die
: ik haar en haar goddelijk kind met zulk
ver eene toegenegenheid, en met zulk eene
30r groote zorgvuldigheid beschermt hebt, en
ezo uwe levensdagen aan hen offerdet, ik
or- smeek u, van ook mijn beschermer, en
re- die mijner kinderen te willen zijn, en
d , spreek ons voor bij Jezus uwen godde-
ike lijken pleegzoon. Verkrijg voor mij de
en genade, opdat ik de verplichtingen jegens
'gu mijne kinderen moge vervullen, gelijk
:eii Maria en u die jegens Jezus eens vervul-
en (]et. H. Joseph bid voor mij ! Amen.
de
2C4 DE CIIIU.vriiLI.IKE M01 D. n.
Gebed tol de H. E:.gelen bewaarders.
O heilige Engelen bewaarders, gij hc-molsehe vrienden mijner kinderen, vol vrrtrcmwen wend ik mij tot u. Zij die de Heer aan mijne zorgen heeft toevertrouwd, zijn ook hot onderwerp uwer liefde , uwer teederste zorgen. Verkrijgt dun voor mij de genade , dat mij dezelfde gevoelens jegens mijne kinderen bezielen als de uwe, dat ik hunne belangen be-hartige even als gij, en hen voor God cn voor den Hemel opleide. O moge ik zulk eene moeder voor mijne kinderen zijn, dut ik nooit uwer liefde en uwer vriendschap onwaardig moge zijn 1 Verwerft dit voor mij. Amen.
Gebed lot de H. Naamspatroi.en der kinderen.
Heilige naamspatronen mijner kinderen, gedenkt ook hunner moeder,enbidt voor mij, opdat ik door uwe voorspraak
verschillende gebeden. 265 de genade vcrwerve, van door woord en daad, eenen heilzamen invloed op mijne kinderen te kunnen uitoefenen, opdat ik hen, in de trouwe navolging uwer deugden, tot werkelijk goede medeleden der H. Kerk kunne opIeiden,en zij eens opgenomen mogen worden in uw gelukzalig gezelschap. Amen.
B. Voor de kinderen.
Gebed der moeder, om van God dm zegen en het welslagen haver zorgen voor hare hinderen te verkrijgen.
O God, zonder den zegen uwer genade, zal al hetgeen ik voor eene goede opvoeding mijner kinderen doen zal , goeue goede vruchten opleveren. Ofschoon ik ook plant en begiet, zoo zal de groei ontbreken wanneer gij dezen niet verleent.
Te vergeefs bouwen de bouwmeesters, zegt uw pro; heet, wanneer de Heer aan dor) bouw niet helpt : en wanneer de Heer
200 DE CHRISTELIJKE MOEDER.
liet huis niet bewaart, dan waakt de wachter vergeefs. Daarom smeek ik u, o Heer, zegen al datgene hetwelk ik door onderwijzing en vermaning, door waakzaamheid en bestraffing voor mijne kinderen doen zal, help mij over dezelve waken, opdat zij behoed mogen blijven voor alle gevaren der ziel en des li-chaams, help mij bouwen, opdat het gebouw der deugden eu der volmaaktheid in hen eene vaste grondlage hebbe, en zich steeds hooger ver heffe. Begeleid welwillend, al mijne woorden en al mijne werken met uwe genade ; opdat zij steeds tot het beste welzijn mijner kinderen mogen strekken. Door Jezus Christus. Amen.
Gebed om bescherming voor de kinderen in hunne gevaren.
O God,aan hoe vele, en aan welke groote gevaren zijn mijne kinderen blootgesteld, gevaren voor het lichaam en voor de ziel :
VERSC111LLE.\DE CliBEDEK. 2C7 gevaren die hen met eenen onberstelbaron ondergang bedreigen 1 En hoe ontoereikend is de bescherming, die ik hen ver-loenen kan. Ja, o Heer, te vergeefs waak ik over hen, wanneer gij niet waken wilt. Maar wanneer zij onder uwe hoede vertoeven, o Allerhoogste, en door u,o God des Hemels beschermd worden, dan alleen kan ik gerust zijn. Zoo stel ik dan, o Heer, mijne kinderen onder uwe machtige bescherming. Houd hen verre verwijderd van al datgeen hetwelk voor hunne gezondheid schadelijk en gevaarlijk is; sterk hunne ledematen, maar behoed hen vooral voor alle gevaren der ziel. Verwijder met uwe machtige hand al datgeen van hen, hetwelk eenen noodlottigen invloed kan uitoefenen op hun jeugdig hart, en hen tot de zonden kan verleiden. Bewaar hen voor de zonde I zend uwe H. Engelen , opdat zij mijne kinderen behoeden op al hunne wegen, dat zij hen op hunne handen dragen, .opdat zij zich niet aanstooton. O aluuicbtige God en
208 DE CHBISTELUKE MUÜDLU.
Vader, leid mijne kinderen zoo door de gevaren en de stormen van dit leven, cfat zij eens zeker in de haven dos heilszullen aanlanden. Amen,
Gebed opdat de Heer de kinderen voorde doodzonden moge bewaren.
O God, hoe talrijk en hoe groot zijn in deze dagen voor mijne kinderen de gevaren der zonden, de gevaren des bederfs. En nooit zal ik bij machte zijn, van hi n hiervoor te beschutten; gij moet hen redden en tot de overwinning leiden. Zoo rust n dan uit, o Heer, met de kracht uwer genade, en snel met eene groote macht te hulp, opdat nooit het monster dt r doodzonde mijne kinderen nadere. Gij weet het, o Heer, hoezeer ik mijne kinderen bemin; maar liever zal ik hen door den dood aan mijne zijde zien ontrukken, dan dat zij door zware zonden in den dood der ziel vervallen, en voor u, een voorwerp vuu ufkeer en van h,i;it
VF.ftSCmtLENOK OKBED-Jf.
worden. Daarom smoek ik u, gij Vader mijnnr kinderen, haast u, wanneer soms eon langer loven hen in dit ongeluk zoude storton, met hen tot u terug te roepen ; opdat ik hen missend gedurende dit kortstondig aardsch loven, hen in uw huis terug vinden moge, om hen eeuwig met u en in u te bezitten. Verhoor mij, o Heer, verhoor mij, door Jezus Christus. Amen. Wees gegroet Maria.
Gebed' om tot God voor de kinderen te bidden, op lat Hij hen den geest der ware godsvrucht en vreeze des Heer en ver-leene.
O God, alle goede gaven komen van u, door u alleen zijn wij in staat gesteld van goed te kunnen doen. Gij doet in ons den wil lot het goede ontstaan, gij helpt ons het goede volbrengen I Gij hebt mijne kinderen in het H. Doopsel tot de uwen hersehapen, en de kiemen der deugden in hunne harten gelegd, maar ook het
'27(1 nr. CniilSTELIJKE MOEDER.
toenemen en het versterken der deugden, komt van u. Zoo neem dan mijne kinderen m genade aan. Verleen hen, dat zij geheel en al, in en door het geloof leven. Verhef hun hart tot hemelsche gedachten en begeerten. Ontsteek in hen het vuur uwer liefde, opdat zij u aanhangen, u voor oogen houden, uwe geboden steeds trouw vervullen. Voed in hen den geest des gebeds, opdat zij steeds ijverig zi jn in het gebed en voor den H. godsdienst, opdat zij leeren bidden zoo als het behoort, en rijk worden aan hemelsche genaden. Bewaar hen in eeneongekwetste onschuld, en in eene groote reinheid des harten. Gij zijt machtig, o God,en in staat van elke genade overvloedig te verleenen, zoo bezoek dan mijne kinderen met uwe genade, opdat zij in de oprechtste en in de Hartelijkste godsvrucht en vroomheid bevestigd worden en toenemen, om tot de eeuwige zaligheid te geraken. Amen.
VEftSCnlLLENbE GEBEDEN. 27 1
Gebed om vnn God de noodige genaden voor de kinderen te verkrijgen, opdat deze de plichten van hunnen staat trouw vervullen,
Algocdc God, verleen aan mijne Kinderen de genade, opdat zij die verplichtingen, die zij als kinderen jegens hunne ouders hebben, getrouw vervullen. Het is uw heilige wil, dat elk een zich hoofdzakelijk heilige door de getrouwe volbrenging der plichten van zijnen staat. Gij vordert bijgevolg van mijne kinderen niets zoo zeer, dan dat zij jegens hunne ouders liefdevol, onderdanig en eerbiedig zijn; slechts dan alleen kunnen zij u aangenaam zijn ; en dan alleen zullen zij eens goede menschen vorden. Zoo boezem dan, o allergoedertierendste vader, mijne kinderen den geest van eerbied en liefde in, spoor hen aan, opdat hun hart steeds met dankbaarheid en liefde vervuld zij iegens hunne ouders, en zich met cene
272 DK CHRISTELIJKE MOEDER.
willige gehoorzaamheid aan hen onderwerpen. Onderdruk in hen, de eigenzinnigheid en den eigenwil , leer hen den wil hunner ouders, met getrouwheid vervullen, opdat zij daardoor leeren ook aan u te gehoorzamen.Gij hebt eenen rijken zegen, voor tijd en voor eeuwigheid aan de getrouwe vervulling van dit gebod verbonden, laat o Heer, dezen zegen over mijne kinderen rijkelijk nederdalen. Amen.
Gebed voor de kinderen voor de genade der kimchheid.
O allerheiligste God, gij die de reinheid des harten en de onschuld bemint, verleen aan mijne kinderen de ouschatbare gave der reinheid. Ongelukkig zij, wanneer het wangedrocht der onkuischheid hen overweldigde. Hoe ongelukkig zouden zij dan zijn — en mogelijk voor tijd en voor eeuwigheid. Heer, behoed en be-
.VEBSCHILLIiNDE GKBEDEN. 27.3 scherm lien, houd met uwen machtigeü arm dit wangedrocht verre van hen verwijderd. Zonder uwe genade, kunnen zij onmogelijk de kuischheid bewaren 1 O fiod, verleen hen deze genade ! Mog ' door uwe tusschenkorost hun hart aan een heiligdom gelijk zijn, vreemd aan alle onreine gedachten en begeerten; door haar zij hun oog zedig, hun oor en hun-non mond ontoegankelijk voor elke ontunhtige rede. Vervul hen door uwe genade met afkeer , jegens al datgene hetwelk mot de eerbaarheid strijdig is, en laat hen voortleven, in eene ongekrenkte reinheid van het lichaam en van de ziel, opdat zij steeds hunne handen vlekkeloos tot u kunnen richten, en hun lichaam oen onontheiligde tempel van den H. Geest blijvo. 0 God, gij beminnaar dor kuische zielen , neem mijne kinderen onder de schare uwer lievelingen op, laat de zegeningen en de weldaden, die gij in uwe goedertierenheid voor don tijd en voor de eeuwigheid aan dc kuischen vor-
18
274 DE CBRISTELIJKE MOEDER.
zekerd hebt, ook over mijue kinderen aeêrkonien. Amen.
Heilige Maagd Maria, gij kuische moeder, gij voorbeeld en voorsprekeres van alle reine zielen, II. Joseph, gij kuische bruidegom der H. Maagd, H. Aloysius, gij engel in het vleesch, H. jongelingen en jonge dochters en H. kinderen en alle heiligen, staat mij bij met uwe krachtige voorspraak, opdat de Heer mij gelijk eertijds u, alsook mijne kinderen, de genade eener ongekrenkte onschuld en kuischheid moge verleenen. Amen.
Gebed voor kinderen om de genade eencr uwe naastenliefde voor hen van God ie verkrijgen.
Gij God der liefde, gij die allo men-schen als uwe eigene kinderen bemint, en ons het H. gebod der liefde opgelegd hebt, opdat ook wij elkander oprecht beminnen, boezem ook mijnen kinderen
VKR-CniLLENDE GEBEDEN. 27 ïi don geest der naastenliefde in. Koei de zelfzucht en de eigenliefde uit, opdat zij uit wederliefde voor U, alle menschen oprecht beminnen. Verleen hen, dat zij allen met hunne zusjes, in de eendracht cn in den vrede volharden , opdat zij , nadat de oefening der liefde in het familieleven , voor hen eene tweede natuur geworden is, zij met ter tijd dezelve jegens alle menschen in toepassing brengen. Door Jezus Christus onzen Heer. Amen.
Gebed voor de kinderen om van God de genade te verkrijgen dat zij steeds de waarheid beminnen.
Gij God der waarheid, gij die de leugen iiaat, bewaar mijne kinderen , voor de schandelijke en verderfelijke fout der leugen,die hert afschuwelijk maakt in uw oog, en hen steeds in grootere fouten doet vallen. Boezem hen eenen grooten afkeer iu jegens elke leugen, leer hen de
27C DF CHRISTELIJKE MOEDER.
waarheid beminnen, opdat zij de waarheid heminncnde, allijd oprenht zijn. Amen.
Gebed voor de kinderen gedurende hunne schooljaren.
0 God, gij vader des lichts, werp eenen genadigen blik op mijne kinderen, die nu de scholen bezoeken. Welk eeue kostbare gelegenheid voor eene nuttige en heilzame ontwikkeling van het verstand en van het hart, en om nuttige kennissen te verwerven, die voor hun tijdelijk en eeuwig welzijn noodzakelijk zijn.
Verleen dat zij dezelve met ijver en met getrouwheid tot hun groot voordeel bezigen. Beteugel hunne jeugdige lichtzinnigheid, en spoor hen aan tot eene groote vlijtigheid. Sta hun bij, opdat zij alles goed verstaan en begrijpen. Bezoek hen vooral, met uwe hemelsche ingevingen, opdat zij de leer van den heiligen
VLRSCUlLLüNDE GEBEDEN. 2,77 godsdienst grondig begrijpen; doordring hun kinderlijk hart van de christelijke waarheden, opdat deze tot leiddraad dienen van al hunne handelingen.
Bescherm hen, tegen den noodlottigen invloed van slechte kinderen ; breng hen in aanraking met zulke kinderen, welke op hen eenen heilzamen invloed kunnen uitoefenen.
Zegen de priasters en de onderwijzers, cn al diegenen die over mijne kinderen oenig gezag uitoefenen, opdat hun invloed heilzaam zi j , en met het beste gevolg moge bekroond worden. — Laat o Heer, op deze wijze de school eene voorbereiding zijn tot de eeuwige gelukkige voorbestemming. Amen.
Gebed voor hel kind wanneer het hiechlen
(J'Ult.
Heilige en barmhartige God, gedoog dat ik u mijn kind aanbevele, hetwelk op het punt is van to gaan biechten. Van
278 nr. cnaifTi-xwKE soedeb.
u alleen koml de genade der boete, en Wj
door deze alleen llt;unnen wij een goed be- w( rouw verwerven , en de vergeving der
zonden verkrijgen. Vervul dan het liart co
van mijn kind rijkelijk met deze genade, Qj
opdat, het de jeugdige lichtzinnigheid W|
overwinne, en zich met ernst voorbereide w
zijne zonden hartelijk te verfoeien, eene 7C
oprechte biecht spreke, en in het H. rl
Sacrament de vergeving vinde. Laat mijn j.,
kind door de medewerking van den jj
Liechtvader, en door deze heilige oefenin- „
gen. de heilzaamste indrukken gevoelen, „
cn aangespoord worden, om zich voortaan ^ des te getrouwer in eenen recht cliriste-
ijken levenswandel te oefenen. Amen. j,
O heilige engel, begeleid mijn kind tot ],
r
Geled voor het kind ycdwendr xijnc voor- j
bereiding tot zijne lquot;6 heilige Com- 7
i
(Goddelijke Heiland, de tijd nadert ,
VMISCHILLKNDE GEBEDEN. 279 waarop gij mijn kind, de onbesefbaarste weldaad bewijzen wilt, door in uw H. Sacrament met licm voor den eersten keer eonen verhevenen liefdebond td sluiten. Oneindig is de liefde,mijn God en Heiland, welke gij mijn kind toedraagt, daarom wilt gij tot liem komen, en in zijne ziel zetelen, om hem door die H. liefde geheel en al met u te vereenigen, en met uwe kostbars genade verrijken, en tot hel hoogste beil te leiden. 0 Jezus, wie zal uwe liefde kunnen beseffen ? Zijt eeuwig geloofd en geprezen ! Moge tocb mijn kind bet groot geluk, betwelk hem te wachten staat, erkennen. Verlicht hem, leid hem tot deze erkentenis en spoor hem aan dat het zich tot zulk eeno groote genade waardig voorbereide. Verlicht uwen dienaar die hem hiertoe voorbereidt met uwe genade, opdat zijne onderwijzingen de kinderen doordringen van de kennis der christelijke waarheden, en zijn woord en zijne leerredenen, hen eenen oprecht christelijken levenswandel doen
280 Pt CUIUSTiiLUKIi MOEDE».
loiden. O Jezus , maak dat mijn kind dezen tijd der voorbereiding goed bestede, opdat het werkelijk waardig voor u ver-schijne,bij zijne eerste heilige Communie, en u aangenaam en welgevallig zij, en U waardig ontvangende, den grondsteen zijner eeuwige zaligheid moge leggen. Amen.
Gebed opdat God alles voor hel beste welzijn der kinderen moge beschikken.
Alles o God, berust in uwe hand j uwe macht vertoont zich over den ganschen aardbodem, en behartigt alom het grootste welaijn der schepselen.Gij regelt alles zoo, dat alles tot nut strekt der menschen, en dat zij het doel waarvoor gij hen geschapen hebt kunnen bereiken, namelijk uwen heiligen naam verheerlijken, en voor den tijd en voor do eeuwigheid waarlijk gelukkig mogen zijn. Aan IJ, alwetende God, aan uwe oneindige wijsheid zijn de wegen bekend, op welke
VEHSCUILLENDK GEBEDEN. 281
mijne kinderen het zekerste, hel doel hunner bestemming kunnen bereiken. Daarom smeek ik u, van hen op deze wegen te voeren. Moge in alles uwe heilige wil voor hen geschieden ! Uwe H. wil ;illeen is hun heil. Laat niet toe dat ;k zelve, door ontijdige aardsche beschouwingen verleid en verblind,hen op wegen voere, die ondanks allen uitcrlijken schijn, hen langzamerhand in het verderf storten. Behoed hen, opdat zij niet dooide jeugdige lichtzinnigheid verlokt, up zulke wegen verdwalen. Gij, o grooteen oneindig wijze , oneindig liefdevolle en oneindig machtige Vader mijner kinderen, Gij wilt hen voeren. Gij voert hen altijd tot hun heil. Op eene bijzondere wijze smeek ik u. Gij hebt in uwe macht en in uwe wijsheid besloten, dat elk een mijner kinderen, eens dien levensstaat aanvaarde , tot welken Gij hem geroepen hebt. In dezen door u voorbestemden roep, ligt hun eeuwig heil. 0 laat daarom niet toe, dat mijne kinderen door de
282 DE CHBTSTKUJRE MOK.DKR,
zonden, en door de verkeerde neigingen verdwaald, hunnen roep verliezen. Geef en onderhoud in hen een levendig geloof, bevestig hen in uwe heilige vrees, en in de ware vroomheid, dan zullen zij door uwe genade bij tijds hunnen roep erkennen j dan zullen zij denzelven zonder gevaar aanvaarden, en gij zult met hen zijn. Verhoor mijn gebed,o Heer, verhoor mij. Door Jezus Cliristus. Amen.
Gebed voor kinderen, die win hardnekkige fouten lijden.
Almiiflhtige God , rijk aan genaden, verhoor genadig mijn gebed voor mijnen zoon (mijne dochter). Gij weet het hoezeer de toestand van zijne (hare) ziel, mijn hart met kommer en zorg vervult. Ach, al mijne krachten, al mijn streven voor hem (haar) haddon tot nu toe geen gevolg Wat kan ik dan anders doen, dan mi'n • toevlucht te nemen, tot u o Hoer. Gii ?ijt een sterke God, in staat van el'se gen-de
VERSCHILLENDE GEBEDEN. 283 overvloedig te verleenen, en van door uwe genade de harten te vermurwen. Hoe dikwijls hebt gij door de werkingen uwer genade, de verstok ste zondaars op het pad der deugd doen terugkeeren, en hoe dikwijls hebt gij de bede van vrome moeders verhoord, en ter wille van haar, den kinderen de genade ecner oprechte hekeering verleend. Zoo versmaad dan ook mijn smeeken niet. Ik beken liet, ik heb uwe gramschap meermalen ontstoken door mijne talrijke zonden, cn heb zelf de grootste schuld aan de fouten en aan do verkeerdheden van mijnen zoon, (van mijne doobier), en derhalve ben ik niet waardig van door u verhoord Ie worden. Maar, o barmhartige God, ontferm u mijner, daar ik nu van ganscher harte mijne zonden betreur , en weiger mij uwe genade niet. Door uwe oneindige barmhartigheid, door de verdiens'en van uwen goddelijken Zoon, mijnen Heiland, door de voorspraak der allerzaligste Maagd Maria, der H. Monica, en van alle heiligen
281 DE CHRISTELIJKE MOIiDER.
Lid ik u , bezoek mijnen zoon , (mijne dochter) met uwe genade, opdat hij zijne (zij hare) fouten erkenne, die hartelijk hetreure en er berouw ovur hebbe, cn voortaan in alles uwen heiligen wil eerbiedige, en het overige van zijn (haar) leven in uwe liefde doorbrenge.
O Maria, gij moeder der barmhartigheid, gij toevlucht der zondaren , H. Monica,gij die door uw aanhoudend gebed over uwen zoon gezegevierd hebt, en alle heiligen, ondersteunt door uwe machtige voorspraak mijn gebed, opdat het verhoord worde. Amen.
Geked voor de kinderen om de zeven gaven van den H. Gees!,
Heilige Geest, daal genadig neder over mijne kinderen, en schenk hun de gave der wijsheid, opdat zij ten alle tijde de genade Gods, en het heil hunner zielen hooger achten, dan al het overige, en zij hun oog gevestigd hebben op het eeuwige.
VIChSCHILLENDE GKBKOEN. 285 O H. Geest, schenk aan mijne kinderen de gaaf van verstand, opdat zij de leer van onzen heiligen godsdienst steeds heter, tot hun eeuwig heil leeren beseffen en ijverig zijn, door de vlijtige aanhooring van Gods woord, en door de lezing van goede boeken in de heilzame kennis der geloofswaarheden vooruitgang te maken !
O H. Geest, schenk aan mijne kinderen de gave der wetenschap, opdat zij steeds grootore schatten van nuttige wetenschappen verzamelen, die voor hun eigen heil, en voor het welzijn hunner medemenschen gevorderd worden.
O H. Geest, schenk aan mijne kinderen de gave van raad, opdat zij, door deze genade verlicht , altijd beantwoorden aan uwen heiligen wil , en steeds datgene mogen kiezen hetwelk met uwe geboden overeenkomt.
O H. Geest, schenk aan mijne kinderen de gaaf der sterkte, opdat zij met deze uitgerust, alle gevaren kunnen trotseeren.
280 DE CaniSTKLUSK HOEDER.
waarmede de beoefening der deugd bedreigd wordt,en alle hinderpalen kunnen overstappen, welke de booze wereld uwen getrouwen dienaren in den weg legt. Amen.
O H. Geest, schenk aan mijne kinderen de genade der vroomheid, vervul hun hart geheel en al met uwe liefde, opdat zij steeds ijverig mogen zijn in alle goede werken, en alleen er op bedacht mogen zijn, van in alles uwen heiligen wil te volbrengen. Amen.
O H. Geest, schenk aan mijne kinderen de gave der vrees des Heeren, opdat zij de zonden als bet grootste kwaad erkennende, deze vooral verafsclmweu, en niets zoo zeer mogen vreezeu, dan van door de zonden de straffen der goddelijke rechtvaardigheid te boloopen, en het welgevallen des Heeren te verliezen. Amen.
VI ftSCHÏLLENDE GEBEDEN'. quot;J8li
DE KRUISWEG DER CHRISTELIJKE MOEDER
voor hare kinderen.
Goddelijke Heiland, den gelicelen rijkdom der liefde van uw H. Hart, hebt gij ons veropenbaard in de heilige stonden van uw bitter lijden en van uw sterven. Wreed jegens u zeiven, hebt gij den lijdensweg betreden, terwijl uwe men-schelijke natuur , daarvoor innerlijk schrok. De liefde jegens den Vader, en jegens ons heeft over het afgrijzen uwer natuur gezegevierd; het verlangen naar ouzo zaligheid hoeft u bewogen, om u aan de schande cn aan do folteringen ton besten te geven tot aan den dood dos kruizes. Door u ontvangen wij de vergeving onzer zonden, door u elke genade, om alle hc-melsche goederen en den vollen rijkdom van het eeuwig boil to verwerven. Aan u alleen onze wederliefde, onze eeuwige
288 nr. chbbtf.ujke mokdkh.
daiikbaarlieid I — In den geest betreed o i ik nu den weg van uw lijden, om hetzelve vu te vereeren, en om door de verdiensten die er aan verbonden zijn, voor mijne kinderen, die genade te verwerven, van van alle zonden bevrijd te blijven, en om bevoegd te worden, van uwe liefde te ve erkennen , u van ganscher harte eene onbegrensde wederliefde te wijden, en de door de getrouwe nakoming uwer geboden, rijkelijk deelachtig te worden aan stlt; . bet eeuwig heil, hetwelk gij ook voor zij hen verworven hebt. — Ach, mijne zon- scl den maken [mij onwaardig van voor uw Hc aanschijn te verschijnen , en ik durf de geene aanspraak maken om verhoord te ui worden. Schenk mij vergeving. Ik be- stt treur ze van ganscher harte. Sta mij bij als met uwe genade, opdat deze overweging va u aangenaam moge zijn. Laat mij en do mijne kinderen deelachtig worden aan de hit aflaten die er aan toegevoegd zijn. wi Amen. eei Heilige Maria, gij Moeder der smarten,
VERSCHILLENDE GEBEDEN. 280 o begeleid mot uwe voorspraak de bede voor mijne kinderen. Amen.
jL Wij aanbidden u, o Heer, en loven u ;
i^. Want door uw heilig Kruis hebt gij de wereld verlost.
Overweeg hoe Jezus voor den rechter staat, het hoofd met doornon gekroond, zijn H. lichaam, door geeselslagen verscheurd in de voorgaande nacht in den Hof en bij Ca!phas,bij Pilatus en bij Herodes, en door zielsmarten geheel en al uitgeput. Nu wordt over Jesus den heilig-sten, den besten, het doodvonnis geveld : als een boosdoener wil hij sterven, om van ons het oordeel der eeuwige verdoemenis af te wenden. Smeek hem, dat hij door dit even onrechtvaardig als wreedaardig oordeel, do kinderen uit het eeuwig verderf redde.
Gebed. O Jezus, ter wille van ons laat
290 DE CHRISTELIJKE MOEDER.
gij dit onrechtvaardig oordeel over u neêrkomen, door datzclve smeek ik u, van het oordeel der eeuwige verdoemenis van al mijne kinderen af to wenden.
Ome Vader. Wees gegroet. Ecrc zij den Vader.
y. Gekruiste Heer Jesus.
tij. Heb medelijden met ons. Dal de zielen dor overledenen door Gods barmhartigheid in vrederusten. Amen.
11 STATIE.
Jexiis neemt hel kruis op zijne schouderen.
Wij aanbidden u, enz.
Overweegt, hoe Jezus bereidwillig het zwaar kruis op zijne schouderen neemt, alhoewel hij tot stervens toe afgemat is, en weet hoeveel hij aan het kruis moet lijden, en den dood er aan moet sterven. Maar daardoor bereidt hij ons heil, en dit is voor den liefdevollen Jezus voldoende, om voor geene versmadingen en voor geene folteringen terug te deinzen.Smeek
VEnSCniLLENDE GEBEDEN. 201 licm,(.lat hij aan uwe kinderen do genade verleene zijn juk gewillig op te nemen, en een waarlijk christelijk leven te leiden.
Gebed. Jezus, gij die zoo bereidwillig het zware kruis opgenomen hebt, zegen door uwe genade mijne, en de bemoeiingen der priesters en der leeraars voor mijne kinderen, om hen in den Geest Gods, en tot een christelijk leven op te leiden, opdat zij uw juk gewillig opnemen en in het dragen volharden. Amen.
Jezus valt voor den eer ten maal ouder het kruis.
Wij aanbidden u, enz.
Het kruis is voor Jezus zoo zwaar. Hij bezwijkt onder den last. Tot dat hij er onder nederviel, heeft hij het, uit liefde voor ons eeuwig heil, willen dragen. Bid Jezus, opdat hij uwe kinderen in de go-
siU2 DE CHRISTELIJKE MOKDEB.
varen der jeugd bescherme en hen in de deugd behoude.
Gebed. O Jezus, gij die het zwaar kruis tot bezwijkens toe gedragen hebt, door de verdiensten van dezen val, bescherm mijne kinderen in de talrijke gevaren hunner jeugd, die hun naar ziel en naar lichaam bedreigen, opdat zij niet vallen. Heer behoed en bescherm hen, houd hen staande, leid hen gelukkig ter eeuwige zaligheid. Amen.
IV STATIE.
Jesus ontmoet zijne II. Moeder.
Wij aanbidden u, enz.
Beschouw hoe Jezus,als hij het kruis wederom opgenomen had, zijne H. Moeder ontmoette. Hoe doorboorde zijn blik haar moederhart. Wie zal hare smarten be-5effen ? Ach welk eene grievende smart /oor Jezus, van zijne moeder zoo gekweld ie zien ! Hij beminde haar zoo zeer. Bid den Heer, opdat door de verdiensten van
VKRSCHIf.LENDE GEBEDEN. 293
deze, voor zijne kinderlijke liefde zoo vreesselijke smarten, hij uwe kinderen, eene ware liefde jegens u, en jegens hunnen vader inboezeme, en Hij hen moge bijstaan in de trouwe vervulling hunner kinderlijke plichten.
Goddelijke Heiland, gij allerbeste en liefdevolle Zoon uwer heilige Moeder, door de liefdevolle deelneming die gij, in deze voor haar zoo smartvolle ontmoeting toondet, verleen aan mijne kinderen de genade, de plicht der kinderlijke liefde en der gehoorzaamheid steeds trouw te vervullen, opdat de zegen van het vierde gebod,en uw welgevallen,steeds hun aandeel blijve. Amen.
V STATIE.
Jcsics laat zich van Simon hel kruis nadragen.
Wij aanbidden u, enz.
Overweeg hoe dat Jezus onder het kruis wankelt, en ieder oogenblik in het
294 DE CHRISTELIJKE MOEDER.
gnvaar verkeert van eenen nieuwen val. Ach hij is lot den dood toe veiutoeid en uitgeput, en het kruis is zoo zwaar. Een mensoh moot hem helpen om het verder te dragen. Door deze bezwaren in het dragen van zijn kruis, smeek den goeden Jezus om do genade voor uwe kinderen, opdat zij de bezwaren van een echt christelijk leven, moedig op zich nemen, en met geduld en met volharding dragen.
Gebed. O Heer Jesus die voor ons hot zware kruis gedragen hebt, spoor de harten mijner kinderen aan U na te volgen. Schenk hun moed om uit liefde voor U alle lasten van een vroom leven gewillig op te laden, en geef hun krachten om steeds standvastig te blijven. Amen.
Jesus geeft aan Veronica het afbeeldsel van zijn //. aangezicht.
Wij aanbidden u, enz.
Overweeg en aanschouw het jammerlijk uiterlijk van uwen Heer ; zijn heilig
VKBSCHILLF.NDE GEBEDEN. 29S aanscliijn is misvormd door do vrcesselijk-sti; mishandelingen, on vol van goronnen Hoed, dat uit do doornen kroon stroomt. De edele vrouw , welke vol medelijden Hem eenen doel; toereikte, opdat Hij zijn aangozielit zon afdroogen, ontvangt dit van hem terug, met liet afbeeldsel er in geprent. Onschatbaar en heilverzekcrend aandenken ! Smeek den Heer opdat hij de herinnering van zijn heilig lijden, in de harten uwer kinderen steeds levendig boude, en hij hen eene groote godsvrucht tot zijn H. lijdon inboozeme !
Gebed. O Jezus, van af dit oogenblik hebt gij uwen uitverkorenen eene hartelijke herinnering aan uw heilig jijden geschonken, verleen aan mijne kinderen do genade, dat zij u in uw heilig lijden op eene bijzondere wijze vereeren 1 Ontsteek in hunne jeugdige harten, de vlam der teederste liefde tot, uw heilig en bitter lijden, opdat zij door do aanhoudende overweging van uw lijden, zich van de zonden onthouden, en u in eene onafgo-
2S6 DE f.HniSTELIJRE MOEDKR.
brokene getrouwheid, tot hun slcrvens-mir dienen. Amen.
VII STATIE.
Jcms vah voor de tweede maal onder het kruis.
Wij aanbidden u, enz.
Overweeg , hoe jammervol de Heer, onder het kruis op den grond ligt. De last onzer zonden, heeft hem neergeworpen. 0 welk eene ontzettende misdaad moet dan de zonde niet zijn, welke God, a.vi zijnen eigenen Zoon zoo wreekt 1 Bid God, opdat hij uwe kinderen, voor het gevaar van in doodzonde te vallen behoede.
Gebed. O Jezus, op den grond geworpen onder den last onzer zonden, heb medelijden met mijne kinderen. Ach, in welk groot gevaar verkeeren zij, van te bezwijken onder do bekoringen die hen in hunne levensdagen bedreigen, en van in zware zonden te vervallen. Daarom smeek ik u, door de verdiensten van dezen val onder het kruis, behoed hen voor dit
VERSCHILLENDE GEBEDEN. quot;297 rens- ongeluk ! Laat niet toe dat zij ooit uwe genade verliezen. Behoud hen in uwe genade. Amen.
■ het VIII STATIE.
Jezus wordt beweend door edele vrouwen.
eel. Wij aanbidden u, enz.
Do Aanschouw en overweeg, voor hetaan-
ivor- schijn des Heeren, wanneer hij gedwon-
laad gen werd van het kruis wederom op te
'Od, nemen, en slechts ouder de grootste
Bid smarten zijne voetstappen verder kon
het richten, hoe toen deelnemende vrouwen
ïde. jn tranen losharstlcu. Jezus werpt ondanks
pen zijne vreesselijke smarten, ecnon blik vol
de- liefde en vol achting op haar. Bid Jezus,
elk dat hij ook de harten uwer kinderen, met
vij- eonc groote liefde, en mot innige doel.
in neming voor hunne lijdende medemen-
in schen beziclo.
;ek Gebed. Liefdevolle Heiland, gij die in
va) uwe smarten die vrouwen met achting
dit cn liefde aanschouwd hebt, door dezen
298 OE CHRISTELIJKK MOKDElt. jammervollen Wik smeek ik u, verwek in de harten mijner kinderen meer en meer den Geest dier liefde, welke volgens uw goddelijk woord, hot kenteeken der uwen zijn moet. Verleen dat zi j vol deelneming zijnde, altijd bereid mogen zijn, om hunne in den nood verkeerende ru.edcmensclien met raad en daad bij te staan, en zij niets verzuimen om hun lijden te verzachten, hunne smarten te lenigen. Maak dat zij hunnen evenmensch uit wederliefde jegens u beminnen en hem ter liefde voor u behulpzaam zijn, Amen.
IX STATIE.
Jezus valt voor de derde maal onder het kruis.
Wij aanbidden u, enz.
Overweeg hoe dat Jezus, nu op het oogeublik dat hij, de plaats waar hij den dood moest sterven , meer nabij zijnde, ganscli uitgeput onder den last des krui-
VEB SCHILLEN DE. GEBEDEN. 209 zes noCrgczonkcn , en vol vrcessclijke smarten op den gronfl ligt. Alle zijne krachten heeft hij ingespannen in het groot werk onzer verlossing. Bid Jezus, opdat hij zich gewaardigo door de verdiensten van dezen val, uwe kinderen esnen grooten ijver in te boezemen in Zijn heiligen dienst.
Cicbed. Al uwe krachten licht gij ge-bezigt tot hot nedervallen toe, om het werk van onze zaligheid te voltooien ; zoo smeek ik U dan, o lieer, wil tocli mijne kinderen dooi' de verdiensten van dezen derden val, genadig bewaren voor do schande en voor hot ongeluk dor lauwheid en der traagheid in uwen dienst. Sterk hen door uwe genade in den ijver, opdat zij ten alle tijde en onvermoeid, hunne lichaams-en zielskrachten bezigen, om het groot werk der eeuwige zaligheid en der eere Gods te behartigen. Amen.
300 DE CHRISTELIJKE MOEDER.
X STATIE.
h'uis wordt van zijne kleedercn beroofd.
Wij aanbidden n, enz.
Men is op de plaats waar het doodvonnis ten uitvoer moet gebracht worden gekomen. Zonder mededogen, wordt Jezus door de wreede beulen aangevallen, on met geweld wordt bij ontkleed. Al zijne wonden worden losgescheurd en bloeden op nieuw; de doornen kroon in alle richtingen bewogen, hernieuwt al hare snijdende pijnen. Daar stond Jezus, bebloed en vol wonden, en geheel naakt. O vreesselijk schouwspel 1 Deze smaad en deze smarten worden voor ons doorstaan. Offer deze don Heer op voor uwe kinderen, opdat bij door deze den smaad en de schande der onreinheid van uwe kinderen verwijderd boude.
Gebed. 0 mijn, met hoon en smarten tar liefde van mij overladen Heiland ; diep geroerd aanbid ik uwe barmhartig-
VERSCHILLENDE GEBEDEN. ^01 heid en uwe liefde, en smeek u, van aan mijne kindeven eene der kostbaarste genade te willen verleenen. Ja, o Heer, door uwe voor u zoo pijnelijke ontblooting smeek ik u, van mijne kinderen, met uwe genade te willen beschutten, opdat zij beschermd zijn tegen de schande en tegen het verderf der onreinheid. Doordring en vervul hen geheel en al met de genade der kuischheid, opdat zij dezelve beminnen en ongeschonden bewaren, en aan de zegeningen deelachtig worden, welke gij aan de getrouwe beoefenaars dezer deugd toekent. Amen.
XI STATIE.
Jezus word! aan het kruin yeuuijeld.
Wij aanbidden u, enz.
Aanschouw hoe wreedaardig men met don Heer omgaat. Bereidwillig legt hij zich op het kruis, en strekt zijne handen en voeten uil, waar groote nagel? door-
302 DF. CHRISTELIJKE MOEDER.
godrovcn worden, om hem aan het kruis vast te spijkeren. Hoe dreunt elke hamerslag , welke vreesselijke smarten ontslaan in zijn heilig lichaam ! Hij is aan het kruis vastgenageld. Bid hem, opdat hij door de verdiensten van deze aannageling, in uwe kinderen do verkeerde natuur en allo booze neigingen uitroeie.
Gebed. Goddelijke Heiland, laat door de macht uwer genade in mijne kinderen, den ouden mensch, do verkeerde natuur, met hare booze neigingen als aan hel kruis genageld afsterven ; roei vooral bij hen uit die ongewone zinnelijkheid, de bronader van zoo vele zonden. Amen,
XII STATIE.
Jezus lijdt en sterft aan het kruis.
Wij aanbidden u, enz.
Aanschouw uwen goddelijken Heiland, hoe hij daar aan het ikruis hangt, overal gewond, uit alle deelen van zijn heilig lichaam stort bloed , van de menschen
verschillende gebeden. 303 vcrstootcn cn versmaad, en zelf van zijnen Vader verlaten. Wie zal do maat zijner smarten bepalen I Deze is de groole prijs door dewelken hij onze ziel vrijgekocht heeft! Beveel den Heer, de zielen uwer kinderen aan.
Gebed. O Jezus, niet voor goud of zilver, maar door uw kostbaar bloed, door uw bitter lijden, hebt gij onze zielen vrijgekocht. En zulke kostbare zielen, heht gij mij, in mijne kinderen toevertrouwd , o Heer, sta mij hij , leer mij hen beschermen, en hen leiden tot do eeuwige zaligheid. Laat den kostbaren prijs dien gij ook voor hen besteed hebt niet verloren gaan. Leid hen tot het eeuwig leven. Amen.
Het 11. lichaam van Jezus in den school der 11. Moeder.
Wij aanbidden u, enz.
Aanschouw, hoe het H. lichaam van Jezus, ontzield en van do holte der voeten
304 DE CHRISTELIJKE MOEDER.
tol aan het hoofd, met wonden bedekt in de armen der H. Moeder ligt. ïer wille van ons is hij een lijk geworden. Welke gevoelens zouden , u bezielen, bij het lijk van eenen vriend, die om u en uwe kinkeren, vaneenen gewissen dood te redden, zelf den dood onderging ? Jezus is deze vriend. Bid hem voor u en voor uwe kinderen, voor de genade eeuer groote dankbaarheid, en eene vurige wedjrliefde.
Geh'tl. Jezus, gij groote en oneindig edele vriend, gij die ook uit liefde voor mij en voor mijne kinderen den dood hebt ondergaan, opdat wij van den eeuwigen dood gered en het leven mogen hebben, laat niet toe dat wij ooit koud en onverschillig zijn jegens zulk eene liefde, en ondankbaar genoeg om deze te vergeten. Verleen mij en mijne kinderen de genade, dat wij u van ganseher harte eene onbegrensde wederliefde toonen, u steeds in onafgebroken trouwheid aanhangen, en u in den hemel eeuwig mogen prijzen. Amen.
VERr-CBILU.XDE Gl BEDHX.
XIV STATIE.
Het heilig lkha:,m des lleeren wordt in hel graf gelegd.
Wij aanbidden u, enz.
liet groote werk hetwelk hem do Vader opgedragen had is volbracht; op de volraaaksto wijze heeft hij den wil van zijnen Vader uitgevoerd. Nu nadert do verheerlijking der verrijzenis, do eeuwige hemelsche glorie. Bid den lieer, opdat hij ook uwe kinderen de genade verleene van hunne levensdagen gelukkig te eindigen, opdat zij ook eens deelachtig worden aan do glorieuse verrijzenis, en aan de gelukzalige eeuwigheid. Amen.
Gebed. Goddelijke Heiland, door uwe H. begrafenis bid ik u, dat gij mijne kinderen door alle gevaren en bekoringen iles levens gelieft te begeleiden, tot eeu zalig einde, tot eene glorievolle verrijzenis en tot hot eeuwig leven. Amen.
303
20
300 BE CHRISTELIJKE MOEDER.
Sluilgebcd. Moge aan u, o allcrlieiligste 3 Drievuldigheid, deze oefening aangenaam gCV zijn ! Verhoor genadig de bede voor mijne |le| kinderen. Neem hen onder uwe hoede, ^
nu en ton alle tijde I o almachtigo en mo oneindig goedertieronde God ; laat niet eer toe dat één hunner ooit verloren ga 1 Verleen dat zij allen te zamen, met mij y, bij u in den hemel komen. Amen.
b Vader ons, S wees yeyroel, om den aflaat te verdienen.
m
DE ROZENKRANS DER CHRISTELIJKE v; MOEDERS.
v
I. Voor zich zelve.
v
1. Die mij de genade moge verleenon r van altijd oen goed voorbeeld aan mijne kinderen te geven.
2. Die mij de noodige kennis moge verleenen van aan mijne kinderen eens goede opvoeding te geven.
VERSCHILLENDE GEBEDEN. 30?
3. Die mij voor eene verkeerde toegevendheid en voor eene ongepaste strengheid moge bewaren.
4. Die mij den ijver en de volharding moge schenken om aan mijne kindoren eene goede opvoeding te kunnen geven.
3. Die mijne bemoeiingen voor mijne kinderen moge zegenen.
1. Die mijne kinderen moge beschermen in alle gevaren van het lichaam en van de ziel.
2. Die mijne kinderen moge bevrijden van hunne booze neigingen.
3. Die mijne kinderen den geest der vreeze Gods, en der ware godsvrucht moge verleenen en vermeerderen.
4. Die aan mijne kinderen den zegen van het 4(!c gebod moge toekennen.
5. Die mijne kinderen moge behoeden, voor het groot ongeluk der doodzonde.
DK CimiSTI-MIKE UOEDlin,
(ililiEL) L)EU MOEDEB. VOOR DE K. BIECHT.
Voorbereidend gebed.
Ach 1 niiiar al te dikwijls lieb ik het getrouw volbrengen dier heilige verplicli-litigen, welko op mij jegens mijne kinderen berusten verwaarloosd. Zoo verleen mij o Heer, dal ik deze fouten en deze misstappen erkenne,lien hartelijk betreu-re, en vergeving derzelvo erlange. Mogo deze H. Biecht door uwe genade, er vooral toe dienen, dat ik met eenen nieuwen moed bezield, door uwe genaden versterkt, voortaan mijne moederlijke plichten heilige, en dezelve met eene groove tee-derheid van geweten, en met eene groote getrouwheid vervulle.Door Jezus Christus onzen Heer. Amen.
(Hier volgt het gewetensonderzoek).
Acte van berouw.
O God, mijne zonden zijn des te nniotci
308
Vl.USCUILEANDE CllUEDEN. 309 en des te strafbaarder voor u, oiudat ik door dezelve ontrouw geworden ben aan mijn moedcilijk beroep. Daar gij de kleinen, uwe kinderen, aan mij toevertrouwd hebt, opdat ik ze voor u opleide, daarom vordert gij des te meer van mij, dal mijn levenswandel aangenaam zij aan uw oog, omdat ik op deze wijze alleen, de kinderen in uwe heilige vrees, en in uwe liefde kan doen vooruitgaan. liet is vooral uw heilige wil, dat ik hen met oen goed voorbeeld voorga, en hen verlichte in ee-neu oprechten christelijken levenswandel.
Maar ach, hoezeer ben ik hieraan te kort gebleven. Wegens mijne lauwheid jegens u, wegens mijne nalatigheid in uwen heiligen dienst, wegens mijne zonden, zijn ook mijne onderrichtingen, mijns vermaningen zonder kracht en zonder werking voor mijne kinderen geweest, on van den zegen uwer genade verstoken gebleven. En welke groote verkeerdheden, 'iioovele onchristelijke daden , hebt gij eiken dag niel bii mij waarsenoinon
310 DE CUniSTIiLIJKIi MOEDER, tot groote schade mijner kinderen! Daarom zijn zij arm gebleven aan uwe genade, omdat ik het gebed voor hen verwaarloosd heb, of maar te weinig, maar te zeer voor evenveel gebeden heb, en mijn gebed niet waard was, om verhoord te worden. O mijn God, .hoe streng zal ik eens door u geoordeeld worden, wanneer ik dan eens zal moeten erkennen, dat ik aan die welke gij mij toevertrouwd hebt, aanleiding gegeven heb tot de zonde, in stede van hen tot hot goede op te leiden. En wee mij, wanneer zij, die ik voor den hemel moest opleiden, door mijne schuld verloren gingen !
Hoe moet ik mij schamen voor nw aan schijn 1 Hoe dierbaar zijn u mijne kinderen ; hoezeer bemint gij hen ! Wat hebt gij niet voor hen gedaan ? Uwen eenig geboren Zoon hebt gij voor hen ton beste gegeven; en uw goddelijke Zoon heelt zich niet ontzien, van voor hen het vreesselijkste lijden te ondergaan, en zelfs van voor hen te sterven ; hij heeft in de
VEnSCnn.LF.NDE GEBEDEN. J It
heilige Kerk , alle heilbronnen en alle schatten van genaden achtergelaten ; ja hij is altijd bereid, van zich zelf aan hen te schenken in de H. Communie, om hun de eeuwigheid te verzekeren. En ik heb deze, voor uw oog zoo kostbare, door n zon teeder beminde zielen zoo gering geschat, verwaarloosd, en zooveel voor hunnen ondergang bijgedragen I O ik ondankbare! Hoe zeer heb ik uw goddelijk vaderhart beleedigd en bedroefd 1
Ach, uit liefde voor mij, hebt gij mij het moederlijk beroep gegeven. Welk eene kostbare gelegenheid voor mij, om door de trouwe vervulling mijner plichten jpgens u, en jegens mijne kinderen, rijke schatten te verzamelen , de bemelsche belooning te verwerven, ja eeuwig uwer goddelijke vreugde, die gij aan uwe getrouwe dienaren verzekerd hebt deelachtig te worden, wanneer ik ook medewerk aan do eeuwige zaligheid mijner kinderen. En ach 1 ik heb zoo weinig en zoo slecht beantwoord aan uwe vaderlijke bestem-
3 ! 2 Di, CHRiSTELUKK MöIiDSR
tirngen op:icbtens mij! O God, ik heb voor u gezondigd. Maai' nu betreur ik mijne zonden, door uwe genade, van gan-S'-ber harte. Volgaarne ben ik bereid van voortaan mijn loven te beteren, mijne moederplichten zullen mij heilig zijn. Gceno moeite, geene inspanning zal mij weerhouden, van dezelve met do grootste getrouwheid te vervullen. En om te bewijzen, hoezeer dat ik er op bedacht bon, van mijn loven te beteren en van mijne kinderen met een goed voorbeeld voor te gaan, zal ik hen door woord en daad tot het goede opleiden. Zoo verleen mij de genade, van mij mijne misstappen te vergeven , door de verdiensten van uwen goddelijken Zoon, schenk mij om üijnent wille de vergeving van allo mijne zonden I Sla mij bij met uwe genade, opdat ik voortaan mijne goede voor-nomens trouw vervulle. Amen.
VEBSCHILLUNDS GEERDEN. 1 n
GRBED NA DE H. BIECHT.
Van gansclier harte kan ik mij nu wederom, o God, wegens uwe vriendschap verheugen ; ook die zonden tegen mijn moederlijk beroep hehl gij mij genadig vergeven, en mij de middelen Ier hand geslcldj om deze voorlaan des Ie zekerder (e kunnen vermijden, cn mijne moederlijke plichten dos te beter to kunnen vervullen. Ik herhaal hier de belofte in uwe tegenwoordigheid dat ik mijne betering • en mijnen vooruitgang in hot goede met don grootsten ijver zal behartigen. En zoo als hot mijne heiligste verplichting is, van voor mijne kinderen steeds eene ware moeder tczijn,zoo zal dit ook mijn ernstig streven zijn. Juist derhalve zal ik des te vlijtiger zijn, om mij te oefenen in de ware godsvrucht en in deware vroomheid, opdat ik in staat zij, van mijne plichton als moeder te vervullen. Vooral zal ik er op bedacht zijn, dat mijne kindoren in
II14 DE CUnlSTELIJKE MOEDER.
mijne gesprekken, in mijn doen of laten, niets waarnemen, wat aan u, o God, mishaagt, maar ik zal hen in alles een goed voorbeeld geven. Ik zal niets verzuimen, om hunne fouten uit te roeien, en hen tot al wat goed is op te leiden. Aanhoudend zal ik voor hen bidden.
0 God, gij hebt mij nu wederom den goeden wil gegeven, zoo schenk mij ook de genade der volharding. Zonder uwe genade vermag ik niets. Verleen mij uwe hulp I Maak mij door uwe genade, steeds meer en meer gelijkvormig aan die 11. moeders, welke hunne kinderen tot de heiligheid opgeleid hebben. Amen.
(Hier leest men, wanneer de tijd het t lulaut, eenige der gebeden, bi. 248).
GEBEDEN DEH MOEDER, RU DE 11.
COMMUNIE.
Voorbereidend gebed.
Goddelijke Heiland, gij hebt in deze 11. geheimen uwer liefde, ons eeno bron-
VLRSCQILLÜNDE GKBliDEN. 315 ador der rijkste genaden aclitergolaten , ^ uit deze moeten wij putten, om een leven te leiden, dat ons christelijk beroep waardig is, om als ware kinderen Gods te kunnen leven, cn de belooning die du kinderen Gods toegekend is deelaeliüg te kunnen worden. Hoe zeer heb ik den rijkdom uwer genade noodig , om alle plichten eener christelijke moeder, zoo te kunnen vervullen ais het behoort. Zookoin dan o Jezus, gij vriend der kinderen, kom in mijne ziel, en verrijk mij met uwe genade ; opdat ik door de kracht uwer genade voortaan des te beter in staat zij, mijne kinderen, uwe lievelingen, geheel en al volgens uwen heiligen wil en volgens uw verlangen op to voeden ; zonder de kracht en de ingeving uwer genade ben ik nergens toe in staa,t. Zoo kom mij dan ter hulp, o Heer, opdat ik door hot licht uwer genade voorgelicht, den rechten weg der opvoeding erkenne, en door hare kracht sterk en volhardend zij om hun steeds het goede voor te houden.
I lt;• lgt;li CHÏtibTllLIJKE MOtDtn.
Vernieuw door deze H. Communie in mij de genade welke gij mij in hctH. Sacrament des huwelijks bereid hehl; maak van mij cene waarlijk christelijke moedor, opdat ik steeds liet waar welzijn mijner kinderen behartige en gaarne voor hen alles doen moge. Amen.
BIJ DE GEREDEN- NA DE H. COMMUNIE.
O Jezus, nu zijl gij in mijne ziel wezenlijk tegenwoordig en op het innigslo met mij vereenigd. Gij zijt tot mij gekomen, om door uwe tegenwoordigheid, mijne ziel te heiligen, en om mij inniger dooide H. Liefde, met u te vereenigen ; gij zijt gekomen om mij met genaden te ver-j ijken, en om mij in slaat te stollen, opdat ik tot mijn welzijn, oenen u aange-nuuien levenswandel moge leiden ; gij zijt ook tol mij gekomen goddelijke kindervriend, ter wille van mijne kinderen. ?.ij liggen u zeer aan hol hart, gij voedt
VEHSCIITLLKNDE O: BEDEN. 317
den liefdcvollon \veii3i;li dat zi tot waardige ledematen uwci' lieili^o Kerk opgroeien, en eens liet eeuwig heil vinden mogen. Zoo verleen aan mij, de moeder, door deze II. Communie de genade, dat ik hen, uwe lievelingen , tot hun doel doe komen. Zoo vervul dan uwe liefdevolle inzichten jegens mij 1 Maak mij door do macht uwer genade eene werkelijke goede moeder voor mijne kindereu, en zegen alles wat ik voor hen doen zal.
0 Heer, ware het mij vergund geweest in die genadevolle dagen, toen gij door uwe zichtbare tegenwoordigheid het heilig land gelukkig maaktet, van hetzelve te hewomm, en even als Martha en Maria, u in mijn huis op te nemen, wat zoude ik dan meer behartigd hebben, even als die moeders, mijne kinderen aan u voor te stellen opdat gij ze zegendet. Zoude ik dit heden niet doen, nu gij nog de genadevolle gast mijner ziel zijt ? Ach neen, goddelijke Heiland, mijn hart dwingt mij van in deze heilige genade-
318 DE CnniSTELIJKE MOEDER.
volle oogenblikken, u mijne kinderen tin
voor te stollen. Zoo neem hen dan in ge- to
nade aan 1 Zonder u kan ik niets doen mi
voor het welzijn mijner kinderen, wat ik he
ook zoude doen, zal zonder u vruchteloos va
zijn. Sta mij hij in het groot en ge- he
wichtig werk der opvoeding I Behoed tii
mijne kinderen voor de zonden I Vervul te
mijn hart met uwe heilige liefde, en to
met uwen geest, opdat zij in alles te werk li,
gaan volgens uwe leer, en volgens uw o
voorheeld. Leid hen tot het eeuwig leven. v
o
Gebed der christelijke moeder voor huren v
(
God hemelsche Vader, even als aan mij, (
zoo hebt gij ook aan mijnen man de kinderen toevertrouwd ; gemeenschappelijk is ons beroep. En dan alleen, kan deszelfs hoofddoel, de goede opvoeding der kinderen, bereikt worden, wanneer wij beiden ons beijveren, om de verplieli-
VERSCmiXENDE GEBEDEK. 31 O
tingen jegens de kinderen, gezamenlijk te vervullen. Zoo verleen dan o God, aan mijnen echtgenoot de genade, dat hij do heiligheid en de belangrijkheid van zijn vaderlijk beroep goed erkenne; spoor hem aan, opdat hij niets zoo zeer behar-tige dan deze verplichtingen stiptelijk te vervullen.Moge hij vooral den kinderen tot voorbeeld van eeuen waarlijk christc-lijken levenswandel strekken. Daarom, o almachtige God, schenk hem de genade, van met alle ernst zijne fouten te bestrijden en te overwinnen, behoed hem, opdat hij in de veelvuldige verstrooiingen van zijn leven, steeds uwer indachtig zij, en hij niet te gronde ga in de gevaren des levens, boezem hen den geest in van een levendig geloof, van de hoop, van de liefde, geef hem ijver voor het gebed, voorden godsdienst en voor de oefeningen van een echt christelijk leven. Maak o Heer, dat hij een waar christelijke vader voor onze kinderen zij. Amen.
3-20 Dl! CnRISTliL'JKE MOf DER.
onn
Gebed om de genade der kuischheid voUjcah
en
O God, gij beminnaar dei- reine zielen, in'j
van wien alleen cike voluiuakto gaaf ond
komt, ook ik nadei' tot uwen troon, en 0 nlt;
smeek u vurig, om de gave en de genade 3,5
der kuischheid overeenkomstig mijnen tfiai
staat, want ik weet, dat ik niet in staat gen
beu van kuisch te leven, wanneer uwe des
hulp mij ontbreekt. 0 schenk mij dan dez(
deze genade ! Hoe onschatbaar is voor voll
uw oog het tuchtig en eerbaare samen- smf
leven der echtgenoten, welke een rein gij
hart hebben 1 Op hen rust uw welgeval- god
Ion ; zij verwerven den zegen uwer rijkste zelf
gaven, en van hen gaat het geluk tot de gen
« ü lioe schoon is het geslacht der zitn
kuischen I » — Zoo laat dan niet toe, dat ver
ik mij in de echtelijke samenleving be- voo
zoedele, door mij teugelloos aan de zinne- doo
lijke driften over te geven,« gelijk liet alle
VKBSCUlLLliNDE GEBEDEN. 321 onredelijk dier dat geen verstand heeft, « Iaat niet toe dat ik de heilige schaamte met de voeten trede, gelijk de heideneu, en zoo h van mij verwijderende, en uit mijn hart verbannende, de duivel mij onder zijne macht 1; rij ge. Neen, o Ilccr, o neenj « Laat ons te samen komen, zoo als hel lan de kinderen der heiligen betaamt ; Gij hebt mij liefdevol, tot zulke genade jerechtigd in het H. Sacrament des huwelijks, gij zijt bereid om mij dezelve te verleenen, vermits ik u met volharding er voor smeek. Zie, o Heer, ilc smeek er u voor 1 Door deze genade hebt gij ten allen tijde in uwe heilige Kerk godvreezende echtgenooten gevormd, die zelf in den huwelijken staat eenen heiligen levenswandel leidden. Door deze zal ik ook in staat zijn om de onordelijke zinnelijkheid te beteugelen, door deze versterkt zal ik getrouw volharden inde voorwaarden die gij zelf vastgesteld hebt, door deze verlicht en gezegend, zal ik ten allen tijde het doel van den huwelijlien
21
322 t)F. CHRISTELIJKE MOEDER.
staat voor oogen houden, en mij niets veroorloven wat er mede in strijd is ; van deze gesterkt zal ik onthoudend zijn, voor zoo verre het uw heilige wil is. Gij sterke en machtige « bij wien alles mogelijk is,» verhoor mij 10 H. Maagd Maria, en gij maagdelijke bruidegom, H. Joseph, en gij heilige echtelieden, bidt allen voor mij. Amen.
Gebed in den gezegetiden toestand.
Almachtige, algoedeGod, Schepper en bewaarder van alle menschen, gij die volgens de raadbesluiten uwer ondoorgrondelijke wijsheid, mijnen huwelijken staat gezegend hebt, hoevele redenen heb ik niet van u te danken, dat gij u gewaar-digt hebt, van mede te kunnen werken tot de uitvoering uwer vaderlijke inzichten, volgens dewelke gij wederom eenen mensch in het leven roept, bestemd on» uwen heiligen naam te verheerlijken en in staat, om door u voor den tijd en voor de
VEhSCUILtENÖE GEBEDEN. 323 eeuwigheid gelukkig te worden. O moclit ik toch altijd de verhevenheid mijner taak goed beseffen, en van mijnen kant niets verzuimen, om deze te vervullen zoo het behoort.
Zoo zegen dan, o mijn God, mij en het kind hetwelk ik u nu reeds toewijd. Gij hebt het mij gegeven, en ik geef en schenk het u wederom terug. Neem dit kostbaar pand onder uwe vaderlijke hoede, en sta mij bij opdat ik alles, wat eenen nadeeligen invloed er op zoude kunnen uitoefenen, volgens mijne krachten verraijde. Bewaar mij voor booze neigingen en voor verbodene begeerten, voor den toorn en voor opgewondenheid, voor de ijdelheid, en voor al datgeen hetwelk in uw oog zondig is.
Beziel mijn hart met den geest der ware vroomheid, en leid al mijne neigingen tot het goede, en tot al datgeen hetwelk u aangenaam is, opdat nu alreeds, het zich ontwikkelende hart van mijn kind tot het goede overhelle.
324 bECHBlStELiJKF. MOKDF.ft.
Wees o Heer, mijn steun en mijne bescherming, opdat mij niets overkome. Leid genadig o mijn Vader, en de Vader van mijn innig dierbaar kind, uw werk in mij tot de voltooiing, en verleen mij dat ik op den bestemden tijd , uwen naam moge lofprijzen, in de a zoete vreugde, omdat een menscb ter wereld geboren is igt;; door Jezus Christus. Amen.
Gebed om de genade van het priesterlijk beroep.
Goddelijke Heiland, hoe zeer behartigt gij het heil der menschen, en hoe groot is derhalve uw verlangen naar goede priesters. Daarom vermaant gij ons zeggende: « Bidt den Heer van den oogst, opdat hij degelijke arbeiders in zijnen wijngaard zende! i) 0 Jezus, uwe woorden overwegende, kan ik niet weêrstaan van het verlangen uit te drukken, dat ook een mijner zonen, de gelederen der priesters intrede? En welk eene groote genade voor mijnen
VERSCHILLENDE GEBEDEN. 323 zoon, en voor mij ? Zoo smeek en bid ik u dan, o Heer, dat, wanneer zulks niet in strijd mocht wezen met uwe raadsbesluiten, gij mijnen zoon aanmoedigt, hem met den roep tot den priesterlijken staat begunstiget en hem onder het getal uwer priesters opnemet. Gij leidt de harten der menschen even als de watervloeden. Gij kunt uit eenen Saulus eenen Paulus maken, « u is alles mogelijk. » Toon dan o machtige God, de kracht uwer genade, verhoor mijn smeeken ! Ach Heer ik erken het, dat ik zulk eene genade onwaardig ben. Maar gij zijt rijk aan genaden ook voor onwaardigen, zij het ook voor mij !
Ik wil alles, zoo veel ik er voor in staat ben, ten offer brengen, wanneer ik de verhooring mijner bede hopen mag, opdat de zoo beroepen zoon, door mij opgeleid worde tot eenen waardigen priester, en om hierin te slagen zal ik niets verzuimen om hem diep te doordringen, van de ware godsvrucht en vroomheid. Amen,
326 DE CHRISTELIJKE MOEDER.
Gij uitverkorene moeders, gij die het geluk en de genade hadt, van aan de heilige Kerk, waardige priesters te schenken, ondersteunt mijne onwaardige bede. Amen.
Gebed voor eenen zoon die geroepen is tot den priesterlijken staat.
O God, gij die mij onwaardige, do onschatbare weldaad verleend hebt, van mijnen zoon te begunstigen met den roep tot den priesterlijken staat, met een dankbaar hart smeek ik u , opdat gij het goede werk in hem vervullenen behouden moget. Ach hoe licht wordt deze verhevene roeping, door de eigene schuld eene schande ! Hoe grout en hoe talrijk zijn de gevaren voor de jongelingen, van aan dezen roep ontrouw te worden !
Daarom smeek ik u, o Heer, bescherm mijnen zoon in deze gevaren, leid hem opdat hij zonder te wankelen, de gevaarlijke loopbaan eindige, en het hoog doel,
VERSCHILLENDE GEBEDEN. 327 naar hetwelk hij streeft, steeds zonder achterdocht voor oogen houde. Bezoek hem, met de kostbaarste zegeningen uwer genade, opdat eene werkelijk christelijke vroomheid in hem tot rijpheid kome. Ondersteun en zegen zijn wetenschappelijk streven, opdat hij met de schatten der wetenschap uitgerust, in staat zij van de groote verplichtingen van zijn beroep op eene waardige wijze te vervullen. Verleen mij echter de hulp uwer genade, opdat ik voor zulk eenen zoon, de verplichtingen van mijn beroep des te getrouwer en des te ijveriger vervulle, en zooveel ik er voor in staat ben, door woord en daad ertoe bijdrage, dat hij tot eenen goeden priester opgroeie. Zegen dan, Algoede, mijn zwak streven , met de verwezenlijking uwer woldaden. Amen.
Gij heilige moeders, die heilige priesters opgevoed hebt, en daarom nu in eeuwigheid deelachtig zijt aan al het goede, welk zij verricht hebben, en met hen de glorie en de zaligheid deelt, en gij
328 DE CÜRISTELIJKE MOEDER.
heilige en uitverkorenpriesters, bidt voor mij, en verwerft voor mij de genade, dat ik niets verzuime om mijnen zoon tot eenen gueden priester te vormen en op te leiden. Bidt ook voor mijnen zoon, opdat do Heer hem de genade der volharding schenke, en hem moge verleenen, dat hij eens rijk aan vele deugden, onder het getal der priesters vvurdo opgiMiomon. Amen.
LIÏA.ME DER CHRISTELIJKE MOEDER.
Heer, ontferm u mijner!
Christus, ontferm u mijner 1 Heer, ontferm u mijner 1 Christus, hoor mij !
Christus, verhoor mij !
God de Vader in den hemel, ontferm u mijner.
Gij groote Vader,van wien het vaderschap
VEBSCÜILLKNDE GEBEDEN. 32!
on het moederschap uitgaat, ontferm i mijner.
God hemelsche Vader mijner kinderen, Gij, die mijne kinderen meer bemint, dan ik, hunne moeder, hen beminnen kan.
Gij die weet dat zij bij u eeuwig gelukkig wamp;i'den.
Gij die voor hen, uwen eeniggeboren c Zoon ten beste gegeven hebt, 5-
Gij die mij hierover eens eone strenge ®
rekenschap zult doen geven.
Gij die de trouwe vervulling der moe- g derlijke plichten eens rijkelijk zult'-— beloonen, P
God Zoon, Verlosser der wereld.
Gij die voor ons monsch geworden zijt, O Jezus, gij die eens kind geworden, de teedere kinderjaren geheiligd hebt,
O Jezus, gij liefdevol kind,
O Jezus, gij allerbeste Zoon uwer heilige moeder en van uwen voedstervader,
330 DE CHRISTELIJKE MOEDER.
O Jezus, gij dankbaarste en gehoorzaamste Zoon uwer heilige ouders, ontferm u mijner.
O Jezus, gij liefdevolle kindervriend. Gij die de kinderen tot u komen liet, om ze van ganscher harte te zegenen.
Gij die over al datgene hetwelk de kinderen tot het kwaad kan leiden, den vloek uitgesproken hebt, p
Gij die voor hun welzijn, uwe H. Kerk
met alle genaden voorzien hebt.
Gij die mij door het H. Sacrament des huwelijks voor mijn moederlijk beroep geheiligd en gezegend hebt. Gij die mij in uwe H. Kerk, voor dit
beroep rijke genade bereid hebt, God fl. Geest,
VERSCHILLENDE GEBEDEN. 331 Gij die door de heilzame werking der genade mijne kinderen door het H. doopsel, iu kinderen Gods herschapen hebt, ontferm u mijner.
Zonder uwe genade, kan ik onmogelijk mijne plichten jegens mijne kinderen behoorlijk vervullen.
Zonder uwe genade, kunnen mijne kin- O deren onmogelijk goed worden, en g; goed blijven, g
H. Geest der wijsheid en des verstands, c H. Geest des raads en der sterkte, g H. Geest der godzaligheid en der vreest' des Hijeren. 2.
H. Geest der wetenschap en van alle genade,
Gij die reeds, zeer dikwijls door uwe genade bij de kinderen wonderen verricht hebt,
H. Drievuldigheid een God,
H. Maria, bid voor mij 1 Gij moeder van eenen God, bid voor mij.
Moeder van Christus, bid voor mij.
332 DE CHRISTELIJKE MOEDER.
Allereinste moeder, bid voor mij. Allerkuischtfl moeder. Gij allerbeminnelijkste moeder, Gij bewonderingswaardige moeder.
Gij die uwen goddelijken zoon in den
tempel opgedragen hebt,
Gij die met hem ia Egypte gevlucht zijt.
Gij die hem gedurende drie dagen
vol droefheid gezocht hebt.
Gij die de echtelieden te Cana aan hem g
aanbevolen hebt,
Gij die hem aan het kruis hebt zien § lijden en sterven, g
Gij die hem gewillig den Vader tenoffer^
gebracht hebt.
Gij die u door zijne verrijzenis, en door zijne hemelvaart zeer verheugd hebt. Die nu met hem in den hemel verheerlijkt zijt,
H. Joseph,
Aan wien God het kostbaarste van alles, zijnen eigenen zoon toevertrouwd heeft,
VEn'CHlLLENDE GEBEDEN. 333 Gij die uwen goddelijkcn pleegzoon op eene liefdevolle wijze verpleegd en be-schermd hebt, bid voor mij.
Gi j die het geluk hadt van met hem zoovele jaren te leven en te wei-ken, Gij die in zijne armen gestorven zijt. Gij heilige Engelen bewaarders en vrienden mijner kindoren, die hen steeds den hemelschen Vader voor oogen houdt, w
Gij die van God gezonden zijt om hen lt; te beschermen, ^
Gij die vol liefde voor mijne kinderen g er altijd op bedacht zijt, om hen te^ beschermen en te leiden.
Ü zalige Anna, de gezegende moeder
van Samuel,
Die dit begunstigd kind zoo vele genaden, door uw gebed van God verkregen hebt,
Die het aan zijnen H. dienst toegewijd hebt,
H. moeder der Machabtërs, gij martelares van het oud verbond,
334 DF. CHRISTELIJKE MOEDKR.
Gij heldin en moeder der ware moedei
liefde, hid voor mij I Gij die met eenen onverschrokken moed, uwe zeven zonen, voor het gebod van God, den dood ten beste gegeven hebt,
H, Anna, uitverkorene moeder der
allerzaligste Maagd.
Gij die door u aan God opgedragen geduld, en door uw bidden do genade van zulk een moederschap verworven hebt, c Die door God met het genadenrijkst f kind gezegend zijt, l Die uwe heilige dochter tot alle deug-' den en lot de grootste volmaaktheidj opgeleid hebt.
Gij die haar door het voorbeeld van eenen allergodvruchtigsten levenswandel voorgegaan zijt,
Gij patrones der christelijke echtge-
nooten en moeders,
H. Joachim, gij vrome gemaal der H. Anna, gij vader der H. Maagd Maria,
VEIISCHILLENDE GEBEDEN. 33b Gij H. moeders der Apostelen die uwe zonen den goddelijken Heiland ten offer gebracht hebt, en aan zijnen dienst toegewijd hebt, bidt voor mij ! H. Felicitas, gij die even als de moeder der Machabeërs, uwe zeven zonen, vol vreugde voor Jezus, den martelaarsdood hebt laten ondergaan,
Tiij alle heilige moeders, die liever uwe kinderen den marteldood hebt laten sterven dan hun geloof verloochenen, jj, 11. Paula, gij toonbeeld der moederlijke S! liefde, o
' O
H. Monica, die door uw volharden inquot;' het gebed, uwen zoon voor God ge-£. wonnen hebt, quot;
H. Elisabeth, gij die met zulk eene groote zorgvuldigheid uwe zonen opgevoed hebt.
Alle Heiligen en uitverkorene moeders. Die door uwe gebeden en door uwe goede werken de genade der moederschap verworven hebt,
33« DE CHIUSTF.UJKE MOEDER.
Die u met do grootste zorgvuldigheid toewijdet , om de aan u door God geschonkene kinderen, door woord eti daad, tot eonen heiligen levenswandel op Ie leiden, bidt voor mij !
Die door de getrouwe vervulling uwer moederlijke plichten , u zeiven geheiligd en eene groote lieraelsche x3 belooning verworven hebt,
Alle heilige Engelen, g
Alle H. patriarchen en propheten,
Alle H. Apostelen en martelaars, J5; Alle H. Bisschoppen, priesters en be-quot; lijders,
Alle H. maagden en weduwen,
Alle H. onschuldige kinderen,
Zijt mij genadig, verschoon mij, o Heer, Zijt mij genadig, verhoor mij, o Heer, Van alle kwaad, verlos mij, o Heer, Van onverschilligheid wegens mijne moederlijke plichten, verlos mij, o Heer, Van geringschatting van het zielenheil mijner kinderen, verlos mij, o Heer,
verschillende gebeden. 337 Van de ontijdige liefde en van de verkeerde toegevenlieid , verlos mij , o Heer!
Van toorn en opgewondenheid.
Van elk slecht voorbeeld,
Van ongeduld en hevigheid,
Van den geest der onkuischheid,
Door dc verdiensten van uw leven, van
uw lijden en van uw sterven,
Door uwe liefde voor de kinderen, lt; Door uwe zorgvuldigheid waarmede £• gij het welzijn der kinderen behar- g tigt,
Door het rijke loon, dat gij aan0 diegenen toegezegd hebt, welke om « uwentwillen, het welzijn der kin- 1. deren behartigen,
Door de barmhartigheden van uw goddelijk hart.
Door dc voorspraak uwer H. Moeder,
Door de voorspraak van alle uitverkorene moeders,
Ik zondares, ik smeek u, verhoor mi j! Dat gij mij de genade verleenen wilt.
338 DE CHRISTELIJKE MOEDER,
van altijd de verhevenheid van mijn moederlijk beroep te erkennen , ik smeek u, verhoor mij 1 Dat gij mij uwe hulp verleenen wilt, om de heiligheid en de belangrijkheid der plichten jegens mijne kinderen steeds in te zien.
Dat gij mij in het groot werk der opvoeding met uwe hulp en uwe ~ wijsheid bijstaat, g
Dat gij mijn hart steeds wilt doordrin- g gen van eene ware liefde voor mijne ö kinderen, quot;i
CD
Dat gij in mij den ijver in het gebed g-voor mijne kinderen steeds moogto onderhouden, g
Dat gij mijne onderrichtingen en^
mijne vermaningen moogt zegenen, Dat gij mij de genade moogt schenken van mijne kinderen in alles met een goed voorbeeld voor te gaan.
Dat gij mijne kinderen in genade aannemen wilt.
Dat gij hen van alle lichtzinnigheid,
VERSCHILLENDE GEBEDEN, 339 en van het onheil eener doodzonde genadig moogt terughouden,ik smeek u, verhoor mij !
Dat gij in hen den geest der ware godsvrucht raoogt gronden en ontwikkelen,
Dat gij in hen de ware liefde moogt vermeerderen,
Dat gij voor hen, den schat eener on- ?r gekrenkte onschuld moogt bewaren, g
Dat door uwe hulp, de influisteringen §. van don boozen geest, hem tot c schande strekken, lt;
O
Dat gij hen moogt beschermen tegen g-de noodlottige invloeden der bedor- § vene wereld, E
Dat gij de moeiten der geestelijken en^ der leeraars voor hen moogt zegenen.
Dat gij hen raoogt behouden in uwe genade.
Dat gij hen tot het eeuwig leven moogt leiden,
340 DE CHHISTHUJaK MOEDER.
O Lam Gods dat wegneemt de zonden
dei-wereld, spaar mij, o Heer I O Lam Gods dat wegneemt de zonden der
wereld, verhoor mij, o Heer 1 O Lam Gods dat wegneemt de zonden dei-
wereld, ontferm u mijner, o Heer ! Christus, hoor mij 1 Christus, verhoor mij I Heer, ontferm u mijner !
Christus, ontferm u mijner I Onze vader. Wees gegroet.
GEBED TOT HET H. HART VAN JESUS.
O allerheiligst Hart van Jesus, gij troon der volmaakste liefde, gij bezitter van alle volmaaktheden, waardig dat u alle harten, de hoogste eer bewijzen, u beminnen en u aanhangen, ook ik breng u mijne innigste vereering, ik bemin u van gansoher harte, en verlang niets zoo zeer, dan dat ik u altijd meer en meer moge beminnen, en u geheel mijn hart en geheel mijn leven toewijden. 0 goddelijk Hart dat met zulk eene liefde, u met de zorg voor het menschdom belast hebt.
VERSCHILLENDE GEBEDEN. 341 en alles gedaan hebt wal voor hun eeuwig heil noodzakelijk was, ja zelfs voor hen smaad en kwellingen ondergaan hebt, en voor den dood niet terugdeinsdot, ontsteek in mijn hart de vlam der liefde, opdat ik bereid zijn moge voor het welzijn van mijnen evenmensch, alle bezwaren en alle offers te overnemen, en ontsteek bijzonderlijk in mijn hart eene liefde voor mijne kinderen die de uwe evenaart, opdat ik geheel en al voor hen leve, even als gij alles hebt laten varen om onze zaligheid te verzekeren. In uw liefdevol hart, beveel ea sluit ik mijne kinderen in. Omhul hen, gij troon der liefde, met uwe liefde. Sluit hen in dezelve, houd hen zoo in uwe macht dat nooit iemand ze u kan ontrukken. Gij kent de gevaren waaraan zij blootgesteld zijn, de vijanden die hen niet den ondergang bedreigen. Heb medelijden met, hen ! Snel heu ter hulp, volgens de grootheid en de menigvuldigheid uwer barm hartigheden !
342 DK CHRISTELIJKE MOEDER.
O Allcrbeiligst Hart van mijnen Heer, dat allo deugden en alle volmaaktheden in zich bevat, roei uit mijne kinderen al datgene welk u mishaagt; verlos hen van de zonden, cn vergeef hen al datgeen hetwelk zij misdaan hebben. Hetgeen u altijd behaagt, boezemt hen dat in, uit uw allerheiligst Hart. Heilig hen , en beschik over hen volgens uw welgevallen, en volgens uwe heilige liefde, verleen hen de genade van in uwe liefde te kunnen volharden; wanneer zij maar in uwe liefde verblijven , zoo beschik voor het overige slechts naar uw welgevallen ; en verstoot hen niet van u. Tot u smeek en roep ik ; u roep ik aan als de eenigste hoop van mijn leven , laat mij en mijne kinderen uwe almachtige bescherming ondervinden. Sta ons bij, volgens onze behoeften, vooral in het uur van onzen dood ; roep ons dan tot u, opdat ons hart, mot uw aanbiddelijk Hart in eeuwigheid in de liefde en in de zaligheid vcreenigd blijve !
VERSCHILLENDE GEBEDEN. 343
GEMEENSCHAPPELIJKE GEBEDEN.
MORGENGEBED.
God hemelsche vader, gij hebt ons lieden wederom frisch cn gezond laten ontwaken. Gij hebt ons dezen nieuwen dag geschonken. Gij verlangt zoo zeer, dat wij, uwe kinderen, zeer godvruchtig cn zeer gelukkig worden, daarom hebt gij ons dezen dag geschonken, opdat wij heden ook wederom recht vroom en braaf zouden zijn. Gij hebt ons dezen nacht voor alle ongelukken behoed. O Vader, wij danken er u hartelijk voor. Hoor Jezus Christus onzen lieven Heiland, Amen.
Nu willen wij ook heden brave en goede kinderen zijn, wij zullen ons zeer in acht nemen, en geen kwaad doen ; wij zullen zorg dragen van niet ongehoorzaam te zijn jegens onze ouders, van niet te kra-keelen, van niet le liegen, wij willen jegens onze ouders altijd onderdanig zijn; vlijtig leercn en arbeiden, aandachtig
344 de christelijke moeder.
bidden cn zeer dikwijls aan u,o liefdevolle God donken. Dan zijn wij u welgevallig, goede Vader ; dan verheugt gij u over ons, lieve Heiland. Dan staat gij ons bij, opdat wij altijd brave kinderen worden. Dan komen wij eens bij u in den hemel. Welke groote vreugde zullen wij dan bij u hebben ! 0 ja, wij willen brave kinderen zijn, maar lieve Vader, wij kunnen het niet wanneer gij ons niet helpt, o helpt ons dan ! Staat ons bij, dan zullen wij onze beloften kunnen vervullen. Amen.
O Joïus, goddelijke Heiland, hoe zeer hebt gij eens hier op aarde de kinderen bemind ? ook nu bemint gij de goede kinderen zoo zeer. Hoe waart gij eens als kind. zoo goed en zoo vroom, zoo gehoor-zaafu jegens de ouders, zoo aandachtig in den tempel, zoo vlijtig in de school en aan den arbeid. O zoo help ons dan, opdat wij zulke goede kinderen worden. O Jezus, ik bemin u van ganschm-harte 1 maak dat ik u nog meer beminno. Amen. Onze Vader.
VERSCHILLENDE GEBEDEN. 345
O M.u'ia, moeder van den lieven Heiland, gij zijt ook onze moeder ; o zoo bid dan uwen lieven Zoon voor ons , opdat wij goede kinderen worden, zoo als Jezus eens bij u was. — Wees gegroet. Maria.
O H. Engelenbewaarders, H. naams-palronen , gij heilige kinderen en alle Heiligen, bidt voor ons 1 Maak dat wij zoo leven, dat wij eens bij u komen. Ainen.
O God en Vader, wij bidden u ook voor onze ouders. O geef hen ook heden, de genade van het goede te doen, bescherm hen, schonk hen alles wal goed voor hen is, en beloon hen rijkelijk alles wat zij voor ons doen. Ook voor alle anderen welke wij beminnen, bidden wij u, voor alle christenen en voor alle menschen. Geef hen o God, wat goed en heilzaam voor hen is, bewaar hen van alle ongelukken. Amen.
AVONDGLUED.
O God hemelscho Vader, deze dag is
346 DE CHBISTKLIJKK MOI-DEtl.
wederom geeindigd. Gij hebt ons heden gezond in het leven behouden ; spijs en drank, en alles wat ons heden genoegen gedaan heeft, en al het goede hetwelk wij ontvangen hebben, dit alles zijn wij aan uwe vaderlijke goedheid verschuldigd. Gij hebt ons de genaden gegeven, van het goede te doen en van do zonden te vermijden. 0 buste en goede Vader, wij danken er u van harte voor. De beste dank kunnen wij u bewijzen door braaf en godvruchtig te zijn. Amen.
Maar zijn wij dan werkelijk heden, goed en braaf geweest fiiorte tusschen-poos). Ach wij hebben ook heden wederom fouten en zonden bedreven ! En wij hebben, u liefdevolle Vader, en n goddelijke Heiland er door beleedigd. O hoe ondankbaar zijn wij geweest! Liefdevolle Vader, vergeef het ons ! Wij smeeken u goddelijke Heiland om vergeving I Hoe doet het ons van harte leed 1 Wij heioven het u wederom ; morgen zullen wij ons beter in acht nemen. Sta
VËRSCHILLENDK GEBEDEN. 347 ons bij opdat wij wooi'd houden. Amen.
Nu leggen wij ons ter rust. Bescherm ons hemelsche Vader. Laat uwe lieve Engelen bij ons bed waken, opdat zij ons voor alle onheilen bewaren. On%c Vader.
0 Heilige maagd Maria, gij hulp der christenen, wij bevelen ons ook aan u, en stellen ons onder uwe besohorming. Verlaat ons niet, beveel ons aan uwen Zoon ! Toon dat gij onze moeder zijt. Wees gegroet, Maria I
Wij bidden u ook, God hemelsche Vader, voor al diegenen welken wij beminnen , voor onze lieve ouders, voor onze broeders en zustors, voor onze bloedverwanten, wij bidden u ook voor alle christenen, welke in nood en in gevaar verkeeren, ook voorde arme zielen in h»t vagevuur, en voor allo mensohen. Help allen, maak dat allen in den hemel komen. Anion.
(Bij het wijwater nemen) In den naam des Vaders en des Zoons en des H. Geestes Amen. In den naam van Jezus slaap ik in.
348 DE CHllISTl'LIJKE MOEDi n.
0 Jezus, Maria, Joseph, laat mij aan u bevolen zijn. Amen.
VOOR HET ETEN.
0 Gud de spijzen die wij nu gebruiken zijn uwe gaven ; wij danken u er voor. Zegen hen , en geef ons de genade , dat wij ze voldoende, matig en met een dankbaar hart ontvangen. Door Jezus Christus onzen Heer. Amen. Onze Vader. Wees gegroet.
NA HET ETEN.
Wij danken u, o God, voor uwe gaven welke wij nu genoten hebben ; wij danken u voor ai het goede hetwelk wij voortdurend van u ontvangen. Dour de spijzen, hebt gij ons nieuwe krachten ia uwen Heiligen dienst verleend, help ous door uwe gena le, opdat wij dezelve trouw daartoe bezigen. Door Jezus onzen Heer. Amen. Onze Vader. Wees gegroet. Dat de zielen der overledenen dcor uwe barmhartigheid ic vrede rusten. Amen.
u
it
Voorrede van den vertaler .... xu
Beroep voor de opleiding der moeder ...........20
Noodzakelijke voorbereidingen ... 30
Godsvrucht en vroomheid.....40
B De onderrichting iu de christelijke
s Het tegengaan der fouten der kinderen. 105 De bewaring der H. schaamte en der
i Godswoord aan de christelijke motder. 1C3
De moeder van eenen priester . . . 173
De moeder in haar gebed.....1lt;j6
3Egt;0 u-moUD. Het aarisbroederschap der christdijkf moeders......... . 208
11.
Gebed op den verjaardag van liet hu-
Gebed bij den eersten kerkgang. . . 230
Gebed der moeders bij de H. Mis. .
Gebed der moeders bij do H. Mis voor hare kinderen........2i2
GEBKDEN DER MOEDERS.
A. VOOR HAAR ZELF
Voor de genade van een goed voor- 2(8
Voor de ware bovennatuurlijke liefde
inhoud. 351
Tot Jezus den kindervriend .... 237 Tot den H. Geest om zijne zeven
Tot de. H. Maagd Maria.....262
Tot de H. Engelen bewaarders. . . 264
B. GEIIEDEN VOOR DE KINDEREN.
Voor den zegen en voor het welslagen
Voorde bescherming in de gevaren. , 266 Voor de behoeding tegen de doodzonden ..........268
Voor den Geest der godsvrucht en der
Voorde genade der trouwe vervulling, 271 Voor de plichten van den staat ... 271 Voor de genade der kuischhoid. . . 272 Voor de genade der ware naastenliefde . . '........274
Voor do genade van steeds waarheids-
Wanneer het kind biechten gaat. . . 277 Geduretidc de voorbereiding tot de I '|lt;!
3b2 INHOUD.
Dat God liunne beu-ekkingen zegene.
Bij hardnekkige fouten......
Om de zeven gaven van den H. Geest.
Kruisweg aandacht.......
De rozenkrans
Bij de H. Biecht........
Bij de H. Communie ......
Gebed voor den echtgenoot ....
Om de kuiscbheid volgens den slaat . Gebed in gezegenden toestand . . . Voor de genaden van den priesterlijken
roep...........
Voor oenen zoon die geroepen is lot
den'priesterlijken slaat.....
Litanie der christelijke moeder. . . Gebed tot het H. Hart van Jezus. . .
C. GEMEENSCHAPPELIJKE GEBEDEN.
Morgengebed.........
Avondgebed .........
Voor het eten.........
N j het eten.........
A. M. D. G.
Luik. — Druk. II. Dessain.
f ■ - —-f-' , -Tv quot; ' V
^ ^ ' 'v ' ^ 'quot;v., • •
W- V ' , V '** .1
r *^ iL N ■. - '• ■ '-^ ^ ■
-'r !y lt;*
i ■ v- t
• - k Vv- 1 *
O . , ' ■'quot; X ^ -vf ■ , Jij -i ^ * ƒ- 'J_f ^ J
! r ■■ t '')• ' '
L gt; ^ ■; ;■ vi ' ■ r T \ * «
^ - ^ JT '','■ ^■■'lt; • 4v_