VAN
lt/1
TOT DEN
cfl-aat 6ct tftauócf?
VIERDE uitgave.
's Jüertoirenboscli, LÜTKIE amp; CRANENBÜRG.
Mét Goedkeuring — 1873.
imprim a.txjr.
Haaren, 5 Mei 1872.
J CUIJTEN,
Libr. Cens.
N0. 54.
God is wonderbaar iu al zijne Heiligen; in eenigen editor doet Hij zijne goedheid, magt en IieerlijkJieid op eene meer bijzondere wijze uitsehij-nen. Onder dit getal, bekleedt de H. Antonius van Padua eene eervolle plaats.
Trooster dor bedrukten, beschermer oor zwakken in alle geostolijke en ligchamclijke noodwendighodon , is de H. Antonius van Padua een der meest algemeen bekend cu door het volk meest vereerde Heiligen.
Ter overtuiging hiervan leze men slechts, wat do Eenv. Hoor Stevaert, Boekkeurder van zijne Eminentie den Kardinaal Aartsbisschop vau Giechelen , van dien Heilige zegt in de voorrede van een boekje, getiteld ;
vookrede.
Litanie en Gebeden tot den H. Antonius van Padua.
Men leest (laar:
„Do H. Antoaius van Padua is „de waaraolitigo vertrooster van alle „bediukte zielen, en een kraelitig „voorspreker bij üod, in alle zwarig-„heden, zoo hgeliaraelijke als geesto-„lijke. ün Ofselioon God wonderbaar „is in al zijne Heiligen (Ps. LXVII, „36), is Hij nogtans in den H. Antonius op eene bijzondere wijze won. „derbaar, zoo als de tallooze mira-,.kelen en wonderdaden getuigen, „die in alle gewesten der wereld op „zijne voorbede dagelijks gosclueden ; „zoo dat het niet te verwonderen is, „dat er, na de allerheiligste Maagd „Maria, en haren Bruidegom, den „heiligen Joseph, geen Heilige in „Nederland, lielgie , Italië , Spanje „en andere rijken, door de goloovigen „met meer godvrucht en ijver aangeroepen en vereerd wordt.''
iv
VOOEREDE.,
Het mag als overbodig geacht ■worden , hier nog iets ter aanbeveling bij te voegen. Alleen de wensch, om in eene behoefte te voorzien, die zich dagelijks meer en meer doet gevoe^ len, door een beknopt en zakelijk handboekje van den H. Antonius van Padua bijeen fe zamelen, waardoor do godvrucht der vereerders van dien Heilige gevoed cn verlevendigd kan worden, doet dit Handboekje het licht zien. Men zal daarin, benevens een Levensverhaal, uit de beste bronnen geput, waarachter eeni-ge wonderen, op de voorbode des Heiligen geschied, e^ne volledige verzameling vinden van litaniëa, geboden en lofzangen ter oere van den H. Antonius van Padua, welke uit de beste schrijvers bijeenverzameld en naar de zuiverste bronnen bewerkt zijn.
])e Vader der barmhartigheid storte zijnen zegen over dezen nederigeu arbeid uit!
V
VOOKKKDJÏ.
Maria, do onbovlektc Maagd en onze teedere Moeder, neme dit werk aan als de hu'do van een teedermin-nend liart!
En do heilige Antonius, die mag-tigo besetiormer zijner vereerders, sla een genadigen blik op dit handhoekje, llem tor eero vervaardigd en opgedragen !
Do vervaardiger zal zich, ten slotte, gelukkig achten , wanneer hij, door do uitgave van dit boekje, iots mogt hebben bijgedragen, tot do verheerlijking van üod, do vtreering van den H. Antonius van Padna en tot heil en zaligheid zijner ware vereerd srs.
VI
KORTE LEVENSSCHETS
VAN' DEN
Tan de orde van tien H. Frauciseus.
VOLGENS A. BUTLER: (1)
üo [1. Antonius ontving, ofschoon hij in Portugal geboren was, den bijnaam van Padua, naar eene stad, waar zijne overblijfselen bewaard worden. Hij zag in 1195 te Lissabon het eerste levenlicht, en ontving bij den H. Doop den naam van Ferdinand. Zijne ouders , Martinus Bullion en Maria Tevera, beiden uit een doorluchtig geslacht gesproten, maar die nog meer door hunne deugd uitblonken ,
(1) Levens der Heiligen, dm 13 Juni De Ne-(lerlandgche bewerker heelt mede op enkele plaat-Ben het Leven van dien lleilijie, door den E. P. l)iiks Minderbroeder, geraadpleegd, en dien Bchryver soms gevolgd.
8 KORTE LEVEKSSCHETS
deden hunnen zoon, zoodra hij de moederzorgen was ontwassen, hij de Kanunniken der hoofdkerk in de wetenschappen en godvrucht opleiden.
Daar zij aldra bemerkten, dat God dien zoon voor zich eischte, wilden zij zich , als regtschapen christenen , tegen Gods beschikkingen niet verzetten. Met hunne toestemming begaf hij zich, in zijn vijftiende jaar, naar de reguliere Kanunniken van den H. Augustinus, buiten de stad Lissabon , en ontving daar het heilig kloosterkleed. Doch weldra zag hij, dat hij in de nabijheid der hoofdstad, do gewenschte rust niet ongestoord kon genieten: de herhaalde bezoeken zijner ouders en bloedverwanten verstrooiden hem, die de eenzaamheid zoo zeer beminde, dermate , dat hij zijnen overste verlof vroeg, om zich naar Coïmbre, in het klooster van liet H. Kruis te mogen begeven.
Daar was liy even als te Lissabon,
VAN DEN H. ANTONIUS.
een spiegel voor allen, die naar de volmaaktheid streefden. Iedereen bewonderde zijne liefde voor de afzondering' en ziine strengheden. Hi] wijdde die eenzaamheid toe aan de beoefening van het inwendig gebed, gepaard met een nederigen arbeid en eene geregelde studie, waarbij hij zich met hot lezen der II. Schriften en de uitleggingen der Kerkvaders bezig hield.
Eene aanhoudende naarstigheid geleid door eene wijze regelmatigheid , een helder verstand en rijp oordeel deden hem groote vorderingen maken. Hij bekwam eene diepe godgeleerde kennis en vormde zich tot die soort van kernachtige en overtuigende welsprekendheid, die later aan de Kerk zulke groote voordeelen verschafte, en hem als een wonder van geleerdheid deed beschouwen.
Door het verkeer met do Minderbroeders, die bij de Kanunniken van
9
10 KOJITE LEVENSSCHETS
het H. Kruis aalmoezen kwamen inzamelen , had hij de orde van den H. Franciscus, die te dien tijde was ingesteld en der Kerk tot stichting verstrekte, leeren kennen. Hij bewonderde de verregaande verachting der wereld, welke die eerwaardige mannen in kleeding en levenswijze aan den diig legden, en voelde zich allengs tot die orde aangetrokken. Een merkwaardig voorval, dat geheel Portugal verblijdde, en ook ter kennis van Ferdinand kwam, deed hem eindelijk liet vast en onveranderlijk besluit nemen, om het Kanunnikskleed tegen de ruwe pij van Franciscus te verwisselen. Men verhaalde namelijk, dat vijf minderbroeders te Marokko voor het geloof gestorven en de martelkroon verworven hadden, en dat hunne overblijfselen naar Portugal zouden overgevoerd worden.
Na het licht van den H. Geest
VAN DEN H. ANT0N1US.
afgesmeekt te hebben , wendde hij zich tot zijnen overste, ten einde de toestemming to erlangen, om tot de orde van Franeiscus van Assisië te mogen overgaan. Hoe onwelkom hun dit besluit ook ware, konden zij hem daarvan niet terughouden, dewijl zijn roep al de kentoekenen eener goddelijke inspraak droeg; en zoo doende ontving hij, na een tienjarig verblijf in die heilige vergadering , verlof om dezelve te verlaten.
Welgemoed ijlde hij naar de eenzaamheid van S. Antonio di Oliva-rio, in de nabijheid van Coïmbre, waar de Minderbroeders hem met innige blijdschap ontvingen. Daar nam hij , in 12'21, het nieuwe ordekleed aan , en verwisselde zijnen naam tegen dien van Antonius, om zich zoo doende aan de nasporingen zijner bloedverwanten en vrienden te onttrekken.
Sinds lang was hij met een groot
11
12 KORTE LKVENSSCHETS
verlangon bezield, om zijn bloed voor Jesus Christus te storten; lüj vroeg derhalve zijnen overste verlof, om het Evangelie aan do Mooren in Afrika te mogen prediken, hetwelk hem, nadat zijnen proeftijd verstreken was, en hij zijne plegtige geloften had afgelegd, werd toegestaan. In Mauritanië echkr werd hij door eene hevige koorts aangetast, die hem den geheelen winter noodzaakte het bed te houden, on hem eindelijk dwong naar Spanje terug te keeren. Het schip dat hem vervoerde, werd door tegenwind op de kusten van Sicilië geworpen, en liep in de haven van Messina binnen.
In een klooster zijner orde, in do omstreken dier stad, aangekomen , vernam hij van één der broeders, dat de H. Franciscus een algemeen Kapittel of vergadering zijner orde te Assisië hield. Aatonius
VAN DKN H. ANTONIUS. 13
maakto van deze schoone gelegenheid , niettegenstaande hij ten gevolge zijner ziekte zeer zwak was, gebruik, om ook dien grooten man te gaan zien en bewonderen , van wien hij zoo veel had hooren sproken , en vertrok met Philippus, oen jongen leekebroeder, naar gemelde plaats.
Na het eindigen der vergadering, namen do broeders afscheid van hunnen heiligen vader en van den nieuwen generaal der orde, broeder Helias. Ieder kloosterling voegde zich bij den provinciaal zijner landstreek, om daarmede te vertrekken. Antonius alleen, die met de toestemming van den H. Frmcis-cus ook in die streken wenschte te verblijven, vond niemand, bij wien hij zich kon aanmelden; hij zag er zoo eenvoudig en ziekelijk uit, dat niemand zich met hem wilde belasten, omdat hij, naar Ttscheen.
14 KOETE LEVENSSCHETS
het huis eer tot last dan tot hulp zou verstrekken. Eindelijk had de provinciaal van Eomagrna, met name Gratiani, medelijden met hem; deze bemerkte in hem zoo veel ootmoedigheid en godvrucht, dat hij hem met zich medenam naar Bulogne, waar hij hem naar den St. Paulus-berg, eene kluis in de nabijheid der stad, zond , om de keukendienst waar te nemen. Daar trok hij de bewondering op zich door zijne liefde voor do afzondering, voor het gebed nn de ingetogenheid, zoowel als door zijne gestrengheid, gehoorzaamheid en nederigheid. Nimmer ontviel hem één woord, dat zijne geleerdheid eenigzins kon doen vermoeden.
Gods inzigt was echter niet, An-tonius altijd verborgen te houden. Hij ontving, in zijn zes en twintigste jaar, van zijne oversten bevel, om zich met eenige andere broeders naar
VAN DEN H. ANTONIUS,
15
Forli to begeven, waar ook eenige jonge Predikheeren uit do nabuurschap vergaderd waren. Na hot avondmaal noodigde de Gardiaan deze laatsten uit, dat een van hen eeno stichtende aanspraak voor do vergadering zou houden. Allen verontschuldigden zich, voorgevende, dat zij er niet op voorbereid waren; even zoo deden do Minderbroeders. Toen hij zag, dat alle broeders bleven weigeren, liet hij do oogen op Antonius vallen, en zeide: sin-dien er dan niemand is, die ons het woord des lieeren wil voorhouden , zal broeder Antonius zulks wel doen.quot; Antonius verschrok op dat bevel, beleed zijne onbekwaamheid en zeide, dat hij zich uitsluitend aan de keukendienst had toegewijd Doch de Gardiaan bleef bij zijn verzoek en hernam : «Spreek , mijn zoon , en deel ons mode, wat do Heilige Geest u zal ingeven quot; Hij gehoor-
KOKTE LEVENSSCHETS
zaamde eindelijk, en sprak met zoo veel welsprekendheid, kracht en zalving, dat al de aanhoorders van verwondering waren opgetogen.
De overste der Bolognesclie provincie haastte zich, aan don H. Pranciscus van het voorgevallene kennis te geven, en deze heilige man, die Antonius reods had lee-ren kennen, en in hem zulk een diepen grond van ootmoedigheid ontdekt had, zond Antonius naar Ver-celli om zich daar in de godgeleerdheid te oefenen.
Toen de Minderbroeders zijne buitengewone vorderingen zagen, verzochten zij hem, dat hij hun de heilige Schriftuur en de godgeleerdheid zou uitleggen. De nederige man wees dit verzoek van de hand; doch dewijl do broeders steeds aanhielden , schreef hij aan den H. Pranciscus , om diens gevoelen daarcverte vernomen. Franciscus stemde in het
16
VAN DEN II. ANTONIUS, 17
verlangen der broederen toe, en zond aan Antonius een brief van den volgenden inhoud.
»Broeder Franciscus wenscht aan »zijn' beminden broeder Antonius »lieil en zaligheid.quot;
»Het is mij lief, dat gij aan do «broeders do godgeleerde schriften «uitlegt : zoo nogtans, dat noch in su, noch in anderen, en dit is mijn «vurige wensch , de. geest des ge-sbeds worde uitgedoofd, gelijk zulks »in den regel staat, dien wij belij-»den. Vaarwel!quot;
Antonius aanvaardde met ijver hot leeraarsambt, en bekleedde dat verscheidene jaren met den grootsten lof te Bologne, Toulouse, Montpel-lier en te Padua. Inmiddels verzuimde hij het prediken niet, maar wijdde zich in die hoedanig'heid, waarin hij waarlijk groot was, aan het heil der zielen, de bestrijding der ketterijen en de verbetering der zeden.
54 .}
18 KOKTE LEVENSSCHETS
De natuur en genade schenen hem voor zulk een gewigtig werk gevormd te hebben : hij had een beleefd uiterliik, voorkomende manieren en een innemend gelaat. Zijne stem was krachtig, helder, aangenaam , en zijn geheugen gelukkig; maar zijne welsprekendheid ontving hare voornaamste kracht uit de zalving, waarmede bij zijne leerredenen voordroeg; zijne woorden waren als zoo vele pijlen, die in de harten zijner toehoorders drongen. De kennis van de heilige Schriftuur en van den gewijden tekst waren , in zijne handen eene overvloedige bron van licht, en hij verklaarde er den zin en den geest van met een wonderbaar gemak en een diepen indruk. Hij deelde aan anderen van zijne volheid mede, en 't was niet te verwonderen ! dat hij, na het vuur dar goddelijke liefde in zijne eigene ziel ontstoken te hebben, dit ook
VAN DftK H. ANTO.VIUS.
deed branden in alien, die hem hoorden.
Vol verachting voor de wereld, verhief hij zich boven alle mensche-'ijk opzigt. Hij verkondigde de waarheden van het Evangelie aan groo-ten en kleinen , rijken en armen, met dezelfde kracht en ijrer. Hij dwong de bewondering der geleerden af door zijne verhevene gedachten , zijne edele verbeelding en de waardigheid, waarmede hij de eenvoudigste waarheden der zedeleer voorstelde; van den anderen kant, maakte hij zich verstaanbaar voor de minst geoefenden, door zijne eenvoudige voordragt, die de afgetrok-kenste zaken als tastbaar deed worden. Men vergaderde in menigte, om hem op alle plaatsen, waar hij predikte, te hooren. Wanneer do kerk het tal zijner hoorders niet kon bevatten, predikte hij op de openbare plaatsen, en zelfs in het veld.
19
20 KOBTE LEVENSSCHETS
Hij strekte zijnen ijver niet alleen uit tot Italië , maar ook tot Frankrijk on Spanje : ook bezat lijj do gaven om zielen te geleiden. Do vijanden verzoenden zich , de woekeraars gaven de onregtmatigo winsten terug , en de zondaren van allerlei soort loekeerden zich rechtzinnig.
Terwijl hij te Montpellier lee-raar was, had er een voorval plaats, dat den naam van Antonius geheel Frankrijk door verbreidde. Het zedenbederf was destijds groot, ten gevolge waarvan de ketterij in die schoone gewesten snelle vorderingen maakte. Antonius verhief luide zijne stem tegen de dwaalleer, on deed die in verschillende steden weergalmen. Zoo gebeurde het eens , dat, terwijl hij te Bourges predikte, een ketter, die van Joden-af komst was, en daar to stede een grooton aanhang verworven bad, met Antonius wilde twisten over het bestaan van
VAN DEN H. ANT0N1US. 21
het H. Sacrament des Altaars. Al spoedig bragt de heilige man den ketter, Guiald geheeten , zoo zeer in het naauw, dat deze verplet was door de onweerstaanbare redenen van onzen heiligen Minderbroeder. Beschaamd over zijne nederlaag in het bijzijn eener talrijke menigte, zocht hij nog eene laatste uitvlugt en zeide tot Antonius : «Laat ons de woorden daar laten , en tor zake komen. Indien gij de waarachtige tegenwoordigheid van Christus in het Altaar-Sakrament door een wonder kunt bevestigen, ben ik bereid het katholiek geloof te omhelzen.quot;
Do Heilige antwoordde daarop; »Ik vertrouw op mijnen Verlosser Jesus Christus, die mij, tot uw aller bekeering, genadig zal verlee-nen, wat gij mij vraagt.quot;
«Welaan, hernam de ketter, 'ik zal een lastdier in drie dagen geen voedsel geven en het zoo doende
i-2 KOHTE LEVENSSCHETS
uithongeren; na verloop van dien tijd, zal ik lietzolve in do tegen-ivoordiglieid van al het volk brengen en hot overvloedig voeder voorzetten ; Gij, daarentegen, zult u met het hgchaam des Heeren , zoo als gij dat noemt, ook hier bevinden: en indien dan het lastdier het aangeboden voedsel laat staan, om het Sacrament te aanbidden, neem ik de katholieke godsdienst aan.quot;
Antonius nam, vol vertrouwen op den bijstand des Hemels, de proef aan. Op den bepaalden dag, was er eene verbazende menigte volks te zamengovloeid, om getuige te zijn van hot wonder. Guiald bevond zich ter besproken plaatse, met een aanzienlijk gevolg zijner aanhangers en den ezel in hun midden Antonius naderde hen, begelei;! door eene schaar godvruchtige katholieken, met het allerheiligste Ligchaam des Heeren in zijne hand. Men zet-
VAN DEK H. AKTOjaUS. 23
tede het uitgehongerd muildier oen schepel voeder voor, doch Antonius hief het hoogwaardig Sacrament op, en sprak het dier aldus aan: — »Door de almagt en in den naam van uwen Schepper, dien ik hier, hoewel onwaardig, waamp;raclitig in mijne hand houd, beveel ik u aanstonds te naderen, en aan Hein, die u geschapen hoeft, dien eerbied te betuigen , welke Hem toekomt, opdat deze dwalende menschen overtuigend zien , dat al het geschapene onderworpen is aan den Schepper, dien de priesters op hot altaar doen nederdalen.quot;
Naauvvelijks had de Heilige deze woorden gesproken, of het lastdier liet het hem aangeboden voodor staan, en boog hoofd en knieën voor het allerheiligste Sacrament, hetwelk Antonius steeds opgeheven hield. Luide juichten do katholieken; de ketters daarentegen bogen be-
24 KOKTE LEVENSSCHETS
schaamd het hoofd en spoedden zich van daav henen. Guiald echter hield woord : hij liet zich doopen en bragt geheel zijn huisgezin in den schoot der Kerk terug.
Eers, toen hij in het Limosijn-sche gewest gepredikt had, bleef hij bij een deugdzaam heer vernachten, die hem eene afgelegene kamer tot verblijf aanwees, dewijl de goede man zijne liefde voor de eenzaamheid kende. Te middernacht wilde de gastheer van Antonius zien, of de vermaarde Minderbroeder dun nacht met slapen door bragt. Derhalve sloop hij, zonder gerucht te maken, tot bij do kamer des Heiligen , en zag met verbazing, dooide spleten der deur, de kamer zeer verlicht, en een schoon klein kindje, dat den H. Antonius teeder liefkoosde. Hij zag, hoe die groote man op het eerste gezicht van het goddelijk kind ontstelde: maar hoe hij
VAN DEN H. ANTONIUS. 25
daarna, zijn geltoidfn Jesas herkend hebbende, zijnen God ootmoedig' aanbad, Hem vervolgens op zijne beurt liefkoosde, en met zoete, doch vurige woorden, die uit zijn brandend hart voortkwamen, toesprak. De godvruchtige nieuwsgierige aanbad insgelijks zijnen God en g:ng naar zijne kamer terug, ten hoogste verblijd, dat hij dien heiligen man in zijn huis had mogen ontvangen. Doch 's anderendaags liet Antonius hem bij zich komen : het goddelijk kind had den Heilige geopenbaard, dat hij bespied was geworden, waarom hij dan ook zijnen gastheer bad, van het voorgevallene, gedurende zijn leven, aan niemand te verhalen, hetwelk de goede man hem beloofde, en ook getrouw nakwam. (1)
1) Dit wonder paf aanleiding, dat men den heiligen Antonius ook nop heden voorstelt met een boek, waarop het kind Jesus zit, dut hem minzaam lielkoost. Men vindt ook soms eenen ezel aan de voeten des Heiligen, ter herinnering aan het hiervoor vermelde wonder , waar een ezel zich voor het Allerheiligste nederboog.
KÜRTE LïVESSSCIIETS
In Lombardijö stelde hij zich in gevaar van zijn leven te verliezen, door het verdedigen van de onge-lukldgen. Hij vernam op zijne reis van Italië naar Frankrijk, in 12'27, do ongehoorde geweldenarijen en vreeselijke verwoestingen van Ez-zelino III, heer van Onara en Eo-mano, die zich aan hot hoofd der Weibilngen of keizerlijke soldaten in Italië geplaatst had. Vooral Verona moest zijne wreedheid ondervinden. Aanstonds besloot daarom Antonius naar die stad te vertrekken , waartoe hij van zijne oversten dan ook verlof bekwam. Naarmate do heilige man Verona naderde, ontwaarde iiij overal tooneelen van moord en verwoesting, aangerigt door Ezzelino's trawanten, die in hunnen overmoed noch ouderdom, noch kunne, nog rang ontzagen. Diep getroffen over al die gruwelen, ging Antonius regt naar het
VAN DEN 11. ANTONIUS.
paleis en vroeg om bij den Vorst te worden toegelaten. Hij werd daar binnengeleid tussclien gewapende lijfknechten. Ezzelino zat in konink-lijken dosch op eenen prachtigen troon, en zijne fonkelende oogen bliksemden in liet rond, als van eenen tijger, die eene prooi zoekt om te verslinden
Antonius liet zich echter door dat gezigt niet ontmoedigen. Met eene ongedwongene vrijmoedigheid naderde hij den Vorst, stak de hand naar hem uit, en sprak hem met eene krachtige stem in dezer voege aan ;
«Wreede dwingeland ! bloeddorstige tijger ! hoe lang zult gij Gods langmoedigheid nog tergen ? Wanneer zult gij een einde stellen aan uwe schreeuwende misdaden?
«Moordenaar van zoo vele on-schuldigen, hoort gij niet, hoe hot onschuldig bloed, dat gij hebt doen stroomen, de wraak des hemels te-
KORTE LEVENSSCHETS
gen u inroept? Hoort gij niet liet gekerm van woduwen en wezen, dat het hart van den bannhartigen doch regtvaardigen God het gevoeligste treft, en uw misdadig hoofd met den schrikkelijksten vloek belaadt?... En gij siddtet niet? En gij meent nog eenige rust te kunnen genieten, terwijl do Almagtige gereed staat u rekening te vragen van al dat onschuldig vergoten bloed!
«Ongelukkige ! zie de hand des Heeren is opgeheven; het zwaard der geregtigheid zwaait boven uw hoofd; Gods toorn is op het punt, om over u uit te barsten... En gij siddert niet?...quot;
Ja, Ezzelino sidderde. Nimmer had hij zulk eene on verschrokkene taal gehoord. In de grootste verslagenheid wachtten de lijfknechten een teeken van hunnen meester af, om den stoutmoedigen spreker neder te vellen. Doch de dwingeland daalde
VAN DEN H. ANTONIUS. 29
ontsteld van zijnen troon af wierp zich voor de voeten des Heiligen, en sprak met bevende stem: »Vader, ik ben een ellendigen booswicht, en heb do straffen des hemels duizendmaal verdiend. Bid voor mij, opdat de Altna^tige zijnen toorn vau mij afwende. Ik beloof u stellig, boete over mijne zonden te doen , en do schade Ie herstellen, die ik heb veroorzaakt.quot;
Ezzelino hield zich werkelijk in, zoo lang Antonius te Verona vertoefde , en herstelde, ten minste gedeeltelij k , het kwaad, dat hij verligt had. Later echter hernam hij zijne vorige wreedheden , en stierf als een wanhopige, in liet jaar 1259.
Zoo was Antonius alom de schrik der ongeloovig n en zondaars. Al-lenvege predikte hij met den besten uitslag. Hij werd daarbij tot do eerste plaatsen zijner orde verheven, welke hij met evenveel ijver als be-
30 KORTE LEVENSSCHETS
kwaamheid vervulde , en 't was bijzonder aan hem, dat men do instandhouding te dan leen heeft van de orde der Franciscanen, dio zich, om zoo te zeggen, nog in hare Icindscli-heid bedreigd zag, den geest van haren heiligen stichter te verhezen.
Na dan dood van den H. Francis-cus, had men tot diens opvolger gekozen den broeder Holias; maar deze nieuwe generaal had niets van den geest zijns voorgangers. Zijn ergerlijk gedrag zon de orde in korten tijd te niet hebben doen gaan , indien er geen spoedig middel tegen ware aangewend. Antonius en een Engelschman, met name Adam, verhieven vruchteloos hunne stem tegen de misbruiken; zij werden als warhoofden en onruststokers behandeld , en haalden zich, door hunnen ijver, vele verfmadingen en mishandelingen op den hals. De zaak werd eindelijk voor den Paus, Gre-
VAN DEX H. AKTOMUS. 31
gorius IX, gebragt, en Helias ontving bevel om te Eome voor Hem te verschijnen. Daar werd hij schuldig bevonden aan al do hoofdbezwaren, tegen hem ingebragt, om dien ten gevolge gestraft met do ontzetting uit zijne waardigheid van algemeen overste der orde.
Intusschen was de Paus ton uiterste over den ijver van Antonius voor do belangen zijner orde tevreden. Hij ontsloeg hom, op zijn dringend verzoek, van het ambt van Minister-Provinciaal en alle andere lasten, doch op voorwaarde, dat hij te Eome zou blijven, en daar in en buiten de stad zou prediken. Antonius echter , die het gewoel eener hoofdstad geenszins bominde, bad den Paus, om eenigen tijd op den berg Delia Verna te mogen gaan doorbrengen, ten einde wat uit te rusten, en in het gebed nieuwe krachten te putten, om daarna met vernieuwden
kohte levensschets
mood Gods woord tiloiïi tc kuimoii verkondigen. Gregorius gaf hem , hoewel ongaarne, zijne toestemming, waarna de Heilige vergenoegd vertrok. ü:iar verbleef hij tot den eersten Zondag van de vasto van tjaai 1231 , en hegaf zich toen naar Padua , in 't klooster van Santa Maria.
Hoewel het zijn voornemen niet geweest was de vaste te prediken T liet hij zich echter door de goede l'aduanen overhalen , om, — helaas! voor't laatst, - de hongerigenmet het woord Gods te spijzen, en de zondaren tot boete op te wekken. Ondanks het verval zijner krachten, predikte hij alle dagen, in het open veld, voor eeno onafzienbare menigte , die soms tut dertig duizend zielen beliep. Na zijne leerredenen, gaf hij nog bijzondere onderrigtin-gen aan verschillende menschen, die hem kwamen raadplegen, en bragt het overige van den dag in
VAN DEN If. ANIONIUS
den biechtstoel door, waar lüj sonis tot don avond bleef, zonder oenig voedsel te nuttigen.
Antonius hield zijn apostolischen arbeid vol tot aan de pinksterdagen. Toen, door de yermoeijenissen en zijne gestrengheden uitgeput, gevoelde hij, dat hij het prediken moest staken. Hij begaf zich naar het klooster te Campo san Pietro, op drie uren afstands van Padua, om zich daar in stille afzondering, meï zijnen God te onderhouden en zich tot de groote reis naar de eeuwigheid voor te bereiden. ïoen hij zijn einde voelde naderen, verlangde hij, dat men hem naar Padua terug zou voeren; doch zijne krachten waren dermate uitgeput, dat men genoodzaakt was, hem in de voorstad te laten. Daar nam hij zijnen intrek in het Klarissenklooster van Arcelii, waar hij als een kostbaar en door den hemel vertrouwd pand werd
5'j 3
08
34 KOETE LEVENSSCHETS
ontvangen. Na de Sacramenten der
stervenden ontvangen te hebben, las 1
hij de zeven boetpsalmen en eenen lof- \
zang ter eere der H. Maagd Maria, en c ontsliep daarna zacht en gerust in den ^ c
Heer, op vrijdag den 13 Junii des i
jaars 1231. Hij was toen 36 jaren 1
oud , waarvan hij er tien bij de Augustijnen , en elf in de orde van den H. Franciscus had doorgebragt.
De Minderbroeders trachtten den dood van Antonius, uit vrees voor den toeloop des volks, nog verborgen te houden; doch deze voorzorg was vruchteloos, want geheele troepen kinderen doorliepen de straten van Padua, en riepen luide : »De heilige vader is dood! De heilige Antonius is gestorven!quot; Dit gerucht verspreidde zich dra door do ge- * heele stad , en terstond zag men de inwoners in menigte do stad verlaten , om het ligchaam des Heiligen te gaan vereeren.
VAN DEN H. ANTONIUS, 35
Zijne heiligheid werd door tal-looze ■wonderen bevestigd, ten gevolge waarvan Paus Gregorius IX, die hem bijzonder goed gekend had, en de hoogste achting toedroeg, hem in 1232, een jaar na zijnen dood, heilig verklaarde.
EENIGE WONDERDADEN
VAN DEN
Mcerendecls getrokl»pii uit lt;le Jaarboeken rtcr Minderbroeders, door den Herwaarden l'ater Lucns Wadding ; gestorven in 1C57.
Opwekking der dooden.
1. Den 21 September des jaars 1649 kregen twee menschen, in do stad Lorette, twist en werden handgemeen. Een hunner, die in zeven jaren niet te biechten geweest was, word in dezen twist gedood. Geluk-Idg had het slagtoffer eeno zuster, die eone groote godvrucht tot don H. Antonius had. Zij wierp zich voor een altaar, dat aan dien Heilige toegewijd was, neder, en smook-
BENIGE WONDEKDADEN ENZ. 37
te hem de ziel van liaren broeder niet te laten verloren gaan. Van dien oogenblik af begon de doode zich te bewegen, nadat hij, volgens aller oordeel, twee uren zonder beweging gebleven was, en geen tee-ken van leven gegeven had. Hij vroeg met eene stervende stem om eenen biechtvader , biechtte , ontving de andere Sacramenten der stervenden, en gaf daarna zacht zijnen geest aan God.
2. In het jaar 1650, denSJulij, kwam een eerbiedwaardig Pastoor met andere gezworene getuigen bij zijnen Bisschop met eede verklaren, dat een werkman, met name Joan-nes-Baptista Berthold, door eone instorting in eenen put, dien hij liielp graven, bedolven word. Bij het vernemen dier mare begaf de Pastoor zich naar de plaats, waar dit voorgevallen was. Daar hij wist, dat de ongelukkige werkman, dien
38 EEKIGE WONDERDADEN
men zonder eenig toeken van leven to
onder de puinlioopen uitgehaald had, to
een beeldje van den H. Antonius sj
van Padua bij zich droeg, haalde hlt;
hij hetzelve uit zijnen zak, vertoon- gi
de het aan de aanwezigen, en ver- V
zocht hun voor het slagtoffer te t(
bidden; hij zelf bad ook over het »
lijk het responsum : Wilt gij mi- d
rakelen zien, enz. — Weldra kwam ^
de doode tot het leven terug, stond o
zelf op, en verkondigde den lof van d
3. Antonius Tortomana, een man, i
die eene zeer groote godvrucht tot \
don H. Antonius van Padua had, 1
stond den 15 April 1675 op het punt, van naar Pernando te gaan, ten einde daar vlas te koopen. Daags te voren, had hij met eenige vrienden het avondmaal genomen. Deze vielen Antonius op den weg aan. Tortomana nam zijne toevlugt tot zijn Patroon en riep tot tweemaal
VAN DEN H. ANTONIUS. 39
toe; »Heilige Antonius! heilige An-tonius!quot; doch een zijner aanvallers spotte met zijn gebed en vermoordde hem. Men wierp zijn lijk in eene gracht en bedekte het met bladeren. Vijf dagen daarna, riep de H. Antonius den overledene tweemaal toe: »Antonius ! Antonius!quot; En, owonder ! als op het geroep van eene welbekende stem, staat het slagtoffer op ; de Heilige neemt hem bij de hand, geleidt hem op den weg naar zijn huis, en verdwijnt met de woorden : »Ik heb u tweemaal bij uwen naam geroepen, gelijk gij mij tweemaal aanriept op den dag des ge vaars; ga, en denk niet op wraak.quot; Tortomana kwam te huis en droeg nog de teekens van een mensch, die eenigen tijd een lijk geweest was.
Bij deze tijding, onderzooht de Bisschop van Saint-Ange den van den dood verrezene, en maakte er, toen hy de zaak waarachtig be-
....... quot;
40 EENIGE WONDERDADEN
vondon had, eene akte van op, die gen
in liet klooster der Minderbroeders iodi
1. In liet jaar 1647, liaddon twee oei
heelmeesters , die kettersch waren, lio
oene wond, welke de Markgraaf de er;
Migroli aaa hot been bekomen had, ka
ongeneeslijk verklaard. Toen hij m
zag, dat de afzetting van hetzelve lx
noodzakelijk was om zijn leven te te
behouden, deed hij eene gelofte, om k1
het graf van den H. Antonius te Pa- Ir
dua te gaan bezoeken, cn er een g1
zilveren been te offeren. Den vol- h
genden nacht verscheen hem de Hei- v
lige, bood hem zijne afbeelding aan „ i)
en zeide: sIndien gij wilt genezen i n worden, log dan dit beeldje als een
geneeskundig verband op de woud.quot; 1 ):
De edelman staat op en gaat met , gt;:
VAN DEN n. AST0N1ÜS. 41
gemak, tot grooto verwondering van iedereen, en vooral van de twee on-geloovige lieelmeesters, die het katholiek geloof omhelsden.
2. Omstreeks dienzelfden tijd. had do volgende bekeering plaats. De vrouw van een Turkschen Pacha had eene ongeneeslijke kwaal aan de borst, die steeds meer en meer verergerde. Eene harer slavinnen, die katholiek was, sprak haar over do magt van den H. Antonius. De zieke beloofde aan dien Heilige Christen te worden, indien hij haar van deze kwaal verloste. Zij viel oogenblikke-lijk in een zachten slaap en ontwaakte geheel en al genezen. Vol dankbaarheid scheepte zij zich, buiten weten van haren echtgenoot, naar Spanje in, zwoer daar de leer van Maho-meth af en werd Christen.
3. sAloardine van Salvaterra was »eon soldaat, die uit nieuwsgierig-»heid , of veeleer uit eene spotzieke
42 EINIGE WONDERDADEN
songeloovigheid, naar Padua geko-smen was. Eens, terwijl hij aan ta-sfel zat, hoorde hij van de won-»derdaden van den H. Antonius sspreken. Hij begon er mede te spot-sten en zeide, in de meening daar-»mede eene lofwaardige aardigheid »te verrigten ; — Indien uw Anto-«nius, dien gij heilig en wonderda-))dig noemt, verhindert dat dit glas, «hetwelk ik in de hand heb, breekt, «wanneer ik het ter aarde werp, zal ))ik gelooven, wat gij mij vertelt. — «Hij staat daarna van de tafel op, «opent de raam, en werpt uit al »zijne magt het glas op de plaats «tegen een steen; maar.... het glas «breekt niet. Verstomd en verbaasd «valt Aloardine op zijne kniën en «stond katholiek op. Hij haalt zelf «zijn glas terug, en brengt hetzelve; «in tegenwoordigheid van al de oog-«getuigen van dit voorval, naar de «schatkamer van den heiligen An-
VAN DEN H. ANTONIUS. 43
stonius, waar wij het geluk hadsden hetzelve te zien.quot; (1)
Bijstand in den nood.
1. De H. Antoiiius deed eene wonderdadige reis (van 800 mijlen — te weten, van Padua naar Lissabon — op éénen nacht) ton gunste van den heer Martinus, zijnen vader. Deze edelman had langen tijd het opzigt over de schatten van den Prins, doch verzuimde dikwijls kwitantiën of bewijzen te nemen voor hetgeen hij uitgaf, waarbij hij te veel op de goede trouw der menschen afging. Toen hij daarna in het koningrijk Napels vervolgd word, en al zijne uitgaven niet konde verantwoorden, liep hij gevaar tot de betaling van groote sommen, of tot eene altijddurende ge-
(1) Vita di K. Ant., lib. II. p. 19S. — Gaume, t, III. p. 275.
44 EES I GE WONDEllDADEN
vangenis veroordeeld te worden. Dit voorval werd den Heilig-en door eene openbaring bekend gemaakt; hij be-geelt zich dadelijk op reis, wandelt langs dien onzigtbaren weg, welke de weg der Engelen is, en komt zoo donzelfden nacht te Lissabon aan, waar hij den regters zulk een naauw-keurig verslag gaf van do gilden, welke zijn vader had uitgegeven, cn voegde er alle omstandigheden van tijd, plaatsen en personen zoo duidelijk bij, dat zij verpligt waren alle vervolging to staken. De Heilige bevond zich weder in het klooster, zonder dat men zijne afwezigheid had kunnen opmerken.
2. Zeker Schrijver te Turijn verdacht zijne vrouw van overspel, overlaadde haar met verwijtingen eu mishandelingen, en maakte eens het besluit haar te dooden. Om tot zijn schuldig doel to geraken, geleidt hij haar op het hoogste des huizes, bindt
VAquot;N DEN II ANTONIUS. 4b
gt;it haar onmeêdoogend aan een balk,
:ie biedt liaar met de eene hand eenen
B- dolk en met de andere hand vergif
It aan, en zegt haar; »Kies, trcuwe-
:o loozo echtgenoote, door welke dezer
0 twee soorten van dood gij inv leven , wilt eindigen.quot; Do ongelukkige
vrouw roept den H. Antonius, wiens
, wonderdaden zij heeft hooren ver-
1 kondigen, om hulp aan, en belooft
eene novene te zijner eere te doen; zwelgt daarna in eenen teug het doodelijke vergif in, hetwelk haar — door een bovennatuurlijk wonder — smaakt als een zoete honig.
Toen de rampzalige man haar den volgenden dag welvarender vond dan ooit, werd hij woedend van toorn, en bood , met moorddadige hand, zijne vrouw ton tweeden male den gifbeker aan. Zij ledigde dien met hetzelfde vertrouwen als den vorigen dag , en vond don drank, even als daags te voren, vol zoetheid.
46 EEKIGE WONDERDADEN
Deze wreedheid bleef niet lang'on-gestraft. Een kind der .ongelukkige vrouw maakte den droevigen toestand zijner moeder bekend. De regters, er kennis van gekregen hebbende, begaven zich ter plaatse van het gebeurde. Zij erkenden de onmensche-lijke handelwijze van dien moord-dadigen man en de wondervolle bescherming van den H. Antonius. Zij veroordeelden den moordenaar om verbrand te worden en verbreidden luide do eer van den Heilige.
3. Zekere Bonellus, muzikant te Napels , die in genoemde stad voor zich zeiven en zijn gezin den kost niet kon winnen, begaf zich naar Rome om daar een bestaan te zoeken. Op den feestdag van den H. Antonius, begaf hij zich naar de kerk der Minderbroeders, om daar in de kapel van den Heilige mede te zingen en tegelijk dien getrouwen helper zijnen nood aan te bevelen.
VAN DEN H. ANTONIUS. 47
En zie uit de kerk komende , trof hij eenen edelman , die hem eene goede som gelds overhandigde en hem voor dien dag spijs zond. En schier ten zelfden tijde ontving hij berigt, dat hij verkozen was tot zangmeester van de bisschoppelijke kerk te Spoleto, welke betrekking hem genoeg opleverde, amp;in zijn gezin op eene eerlijke wijza te onderhouden. (Eusioni. fol. 72. van dei-Borgt , enz.)
V.
Overwinningen over den duivel.
i. De H. Antonius had eene zeer groote gevoeligheid des harten voor al degenen, die bekoord werden, en hij liet niets onbeproefd, om hen verligting te verschaften. Eens trof hij eenen geestelijke van de abdij van Solignac, in het bisdom van Limoges, aan , die door eene he-
EENIGE WOSDERDADEN
vige bekoring dos vleeschos gekweld werd, welke hij moeite had, om door hot gebod, door tranen en de strengste hoetplegingen des lig-cliaams te onderdrukken. De Heilige , getroffen over zijne droefheid, troostte hem, ontdeed zich van zijn bovenkleed; en overreedde hem om hetzelve aan to doen ; do geestelijke gehoorzaamde, en dit middel werkte zoo krachtig, dat hij in hot vervolg van dergelijke lastige bekoringen bevrijd bleef.
2. Een novice van hot klooster der Minderbroeders to Limoges werd hevig bekoord, om hot ordekleed te verlaten eu in do wereld terug te keeren. De Heilige had medelijden niet hem, smeekte den Hoor om hem de volharding te willen vorloonen, en genas hom van zijne ongerustheid eu deed hem het besluit maken, om te loven en te sterven in do heiligo orde, welke hij omhelsd had.
'IS
VAN DKN H. AKTONIUS. 9
V.
Genezing van zieken.
1. Een kettersch soldaat, die met een melaatscho gespot had, welke aan het graf van don H. Antonius zijn gebed kwam verrigten, werd zelf met deze ziekte geslagen, en verkreeg aaü dit verheerlijkte graf zijne gezondheid weder.
2. Een ander ketter, aangezet door vrienden , die even goddeloos waren als hij, begaf zich eens naar het graf van den Heilige. de oogen met een bebloeden doek verbonden hebbende, en veinzende blind te zijn. Hij werd inderdaad met blindheid geslagen en verkreeg zijne genezing niet, dan door zich tot den H. Antonius te wenden, dien hij bespot had.
3. In de stad Viterbo, deed de dochter van een edelman, die gevaarlijk ziek was, de gelofte tot den
54 ' 4
50 BENIGE quot;WONDERDADEN
H. Antonius, om geheel liaar leven - d
een aschgraauw kleed te dragen, in- d
dien hij haar de gezondheid weder- z
gaf. Zij genas werkelijk. Maar on- \
trouw aan hare gelofte zijnde, over- \ viel haar op nieuw eene doodelijke » 1
koorts, die haar aan den rand des i
grafs bragt. Zij nam nogmaals hare i
toevlugt tot haren beschermer, hernieuwde hare belofte, en werd ten tweede male gezond.
4. Een jongeling van Padua beleed aan den H. Antonius in de biecht, dat hij zijne moeder eenen schop met den voet gegeven had. De Heilige, die hem het gewigt zijner misdaad wilde doen gevoelen en hem tot meerder berouw opwekken , zeide hem, dat een voet, die het werktuig van zulk eene misdaad geweest was, verdiende afgesneden te worden. De boeteling, het inzigt niet doorgrondende van den ijverigen biechtvader, die niets anders beoog-
VAN DEN H. ANTOJSIUS. 51
de dan hem een grooten afkeer van deze zonde in te boezemen, begaf zich uit den biechtstoel naar huis waar hij, uit eene onbetamelijke boetvaardigheid , zich den voet afsneed. Deze daad werd spoedig ruchtbaar; maar de Heilige, die er inmiddels van onderrigt werd, zocht dien on-voorzigtigen jongeling op, hield den afgesneden voet togen het been en voegde dezelve, door de kracht van het teeken des heilgen Kruises, zoo volkomen aan elkander, dat men niet kon zien, dat de voet ooit afgesneden was geweest.
VI.
Hulp in gevaren door de elementen veroorzaakt.
1. In het jaar 1645, op den 1 Augustus, viel het eenig zoontje van den heer Zacharias Pontin, Li-vius genaamd, te Venetië in de zee
BENIGE -nONDEBDADKN
en bleef langer dan twee uren onder do golven. Do vader van het ongelukkige kind nam zijne toovlugt tot onzen Heilige, gaf last om liet ligchaam op te zoeken, en had weldra zijn zoontje ongedeerd in zijne armon.
'i. Eens predikte doze vurige Heilige op eene open plaats, tor oorzake van den grooten toevloed van men-sclicn, die waren toegesneld om zijne prediking te hooren. Een duistere wolk kwam opdagen, vergezeld van donder en bliksem, en dreigde de geheole vergadering met een zwaar onweder. Iedereen wilde een goed heenkomen zoeken,en was bedacht om eene schuilplaats te vinden; maar Antonius we-derlüeld hen allen met de verzekering dat zij niet nat zouden worden. En inderdaad, een hevige stortregen overstroomde , rondom do menigte ge-loovigen, het geheele land ; doch in den omtrek der toehoorders viel geen enkele droppel water.
32
VAN DEN H. ANÏONITIS.
3. Petrus Boiizolo scheepte zich, in 'I860, daags voor het feest van den heiligen Bartholomens, in de nabijheid van Venetië in. In do volle zee werd het schip door oen hevigen storm overvallen; de stuurman verloor den moed en iedereen bereidde zich tot een gewissen dood voor. Bonzole knielde reder, bad het re-sponsum: Si quceris miracula; wilt gij wonderen zien, ter eere van den H. Antonius, en dadelijk stilde het onweder en men kwam gelukkig in behouden haven aan.
VII.
Troost der gevangenen.
In het jaar 4628, werd een Na-poli taan , dien men ten onregte beschuldigde valsche munt to maken, tor dood veroordeeld. De onderkoning had gezworen hem geene genade to zullen schenken, en zijn
53
54 KENIGE WONDERDADEN
vonnis onherroepelijk te zullen doen uitvoeren. De vrouw van dezen ongelukkige, aan wie de gelegenheid ontzegd was, om haar smeekschrift aan do overheid in te dienon , nam hare toevlugt tot den heiligen An-tonius. Zij legde haar smeekschrift onder de dwaal van het altaar des Heiligen, en bad hem, om de genade van haren man te doen teekenen. Den volgenden dag, vond zij er inderdaad de handteekening van den onderkoning op. De regters, die verwonderd waren over die genade-schonking , vroegen den Hertog, waarom hij aan zijn woord te kort gebleven was. Hij antwoordde, dat een pater er hem toe overgehaald had. Men wenschte hem te zien ; de overheidspersonen begaven zich derhalve met den onderkoning naar het klooster der Minderbroeders; maar tot hunne groote verwondering kon de onderkoning onder al de pa-
VAN DEN H. ANTONIUS. 55
ters dengene niet ontdekken, die hem was komen smeeken. Eindelijk viel zijn oog op een afbeeldsel van den H. Antonius, en hij erkende daarin den pater, dien hij zocht. Dit wonder wekte bij de Napolitanen een groot vertrouwen jegens dien Heilige op, en van toen af rigtte men voor hem een zilveren standbeeld op.
2. Een rijk koopman uit de stad Saint-Germain, in de Marck van An-cona, werd door dieven overvallen, aan een boom gebonden, en zoo aan een langzamen en wreeden dood prijs gegeven. Hij nam zijne toe-vlugt tot den H. Antonius van Padua. Zijne banden braken en hij legde ze als zegeteekenen op het graf des Heiligen neder.
3. In het jaar 1665 had, op den feestdag van den H. Antonius, in de stad Eavarin een tweegevecht plaats tusschen een officier en een ridder. De knecht van dezen laatste. Ste-
GO EEKIGE WOS DEED ADEN
plianus Baroncini, diende zijnen lieer tot getuige. De officier werd gedood en Steplianus tot de galg-verwezen. Terwijl hij naar de strafplaats geleid werd, deed hij gelofte aan den H. Antonius, om gedurende geheel zijn leven, daags voor zijnen feestdag, en alle dingsdagen , te vasten , indien hij in deze netelige omstandigheid gered werd. Toen men hem den strop om den hals deed , hield hij niet op met vertrouwen te roepen: «Heilige Antonius, sta mij bij!quot; En zie, eensklaps brak de koord van zelve, en de gehangene viel zonder letsel ter aarde. Alle omstanders riepen : xGenade !quot; en verkondigden den lof des Heiligen. Eenigen tijd daarna werd Steplianus aangenomen als leekebroeder in do order der Minderbroeders, welke hij tot zijnen dood tot stichting diende.
VAK DEN H. ANTONIÜS.
VIII.
Men vindt de verlorene dingen-terug.
1. In liet jaar 1G40, had Juan Gomez Cana, Intendant der krijgsbehoeften to Brussel, in dienst van zijne katholieke Majesteit Pliilip-pus IV, koning van Spanje, een proces, van welks uitslag zijne toekomst afhing. Ongelukkig verliest hij de stukken, die voor ziine zaak van het meeste belang zijn. Hij nam zijne toevlugt tot den H. Antonius; en eens, terwijl hij, in gedachten verzonken, in de hof van het klooster der Minderbroeders wandelde, naderde hem een Pater, die hem in hot spaansch do reden zijner droefgeestigheid vroeg. Gomez verhaalde hem zijn ongeluk en verkreeg van hem dé belofte, dat hij den volgenden dag zijne papieren zoude hebben. Zulks geschiedde, en daardoor won
57
58 EENI8E ■WONDERDADEN
hij zijn procos. Er waren nu in liet klooster slechts twee broeders, die spaansch spraken, welke Gomez zeer wel kende ; en het was goen van deze heiden. Ook twijfelde niemand of dit was eene waarachtigo verschijning van den H. Antonius van Padua. Men bewaart er eene oorspronkelijke akte van in de handschriften des kloosters.
2 De koning van Engeland bevond zich, in het iaar 1655, te Keulen. Toen zekere dieven hem al zijn goud- en zilverwerk ontstolen hadden, zond hij naar de Minderbroeders om hunne gebeden te verzoeken. Des anderen daags, den 4 Januari] ontmoette een der Paters, die dooide kloosterkerk ging , eenen onbekende, die hem mot den vinger eenen biechtstoel aanwees en verdween. De Pater begaf er zich heen en vond al het verloren zilverwerk terug. De koning gaf, op deze tijding, een
VAN DEN H. ANIOmUS, 5'J
eigenhandig- geschrift met zijn koninklijk zegel voorzien, om de waarheid van dit wonder te bevestigen.
3. Ten jaro 1666, begaf de Eerwaarde Pater Cclostinus van den heiligen Simon, Provinciaal der hor-vormde karmelieten van de gallo-Belgische provincie, zich naar Eome met zijn voorganger en een anderen priester, om het algemeen Kapittel bij te wonen. Hij, die do reisbehoeften droeg, verloor bij ongeluk negen pistolen. Zij lazen den volgenden dag alle drie do Mis ter eero van den heiligen Antonius, zonder elkander dit voornemen te hebben bekend gemaakt. Voor de afreize onderzochten zij al de hoeken van liunuen reiszak, maar vonden niets en vervolgden hunnen weg. Na acht dagen reizens, betrokken zij eene herberg; maar, o wonder! op het oogenblik, dat men het vuur aanstak, vielen de negen pistolen
60 EBKIGE WONDERDADEN
uit oon stroowisch, waarvan men zich bediende, om het vuur te doen ontvlammen.
4. Wij willen hier ten slotte oen voorval uit hot leven des Heiligen bijvoegen, dat ons vertrouwen op zijno voorbode zal versterken. — Omstreeks het jaar '1225, was er te Montpellier, in het klooster, waaide H. Antonius destijds verbleef, oen jongeling aangenomen, die veel scheen te beloven. Doch weldra begon hem het kloosterleven te verdrieten , en hij besloot hetzelve te verlaten. En gelijk men* zich gewoonlijk van lieverlede tot het kwaad laat medeslepen, wanneer men eens den booze gehoor geeft, zoo gebeurde het ook met den onstand-vastigen novice. Want niet tevreden met heimelijk eene verg;:,dering te verlaten, welico hem zoo liefderijk in haren schoot had opgenomen, beloonde hij de zorg, die zij
VAN DEN H. AKTOXrUS,
voor hem liad gedragen, met de snoodste ondankbaarheid. Hij verliet des nachts het klooster, na alvorens zijn voormaligen leeraar Antonius een psalmboek ontstolen te hebben.
Iedereen weet, van hoe groote waarde in de middeleeuwen de boeken waren ; met welken buitenge-wonen arbeid en zorg dezelve werden geschreven, en hoe somtijds de grootste rijkdom eens kloosters in zijne boeken bestond. Daarenboven was dit psalmboek verrijkt met eigenhandige aanteekeningen van Antonius , die hetzelve gebruikte, wanneer hij aan do broeders do psalmen verklaarde. Men kan dus zeer gemakkelijk bevroeden, welk een verlies dit voor den heiligen man moest wezen; doch zijn vertrouwen op God kwam hem ook hier weer te hulp.
Zoodra hij zijn verlies gewaar werd, wierp hij zich op de knieën
61
BENIGE WOKDKEDADEN
en bad God, hem dit boek, hetwelk hem zoo noodzakelijk was, te willen teruggeven. De Heer verhoorde spoedig zijn gebed: want toen de jonge dief met zijn buit eene brug wilde overgaan, stond daar een af-zigtelijk gedrogt, dat hem met opgeheven bijl dreigde te dooden, indien hij niet aanstonds naar het klooster terugkeerde, om het geroofde boek weder te geven. De jongeling liep, half dood van schrik en inwendig door Gods genade getroffen , in allerijl naar het klooster terug, wierp zich weenende voor de voeten des Heiligen, en smeekte allerdringendst om weêr in de orde to worden opgenomen, hetwelk hij door de voorspraak van Antonius ook dadelijk verkreeg.
Het eenvoudig kinderlijk vertrouwen , dat Antonius in dat geval in den Heer stelde, heeft te weeg gobragt, dat hem nooit iemand
VAN BEX II. ANTONITJS.
Ik heeft aangeroepen, om verloren zaken
ai terug te vinden, zonder daarin de
0- magtige tusschenkomst des Heiligen
1- te ondervinden. Men heeft zelfs op-g gemerkt, dat menschen , die aan f- ' andere wonderen juist niet veel geloof i- slaan, evenwel, wat het hier aange-i haalde betreft, eenstemmig denken, t
Algemeene toevlugt.
i. In het jaar 1649, werdFran-ciscus Zimala, uit de hoofdkerk komende, door een geweerschot getroffen en viel ter aarde. Hij riep de hulp in van den H. Antonius, hem slechts zeggende: «Heilige wonderdoener, help mij.quot; Oogenblikke-4. lijk stond hij op; twee kogels vielen uit zijne borst, en lieten er geene andere lidteekens van hun geweldigen doortogt achter, dau twee bijna f onmerkbare kneuzingen.
63
64 EENISE WOUDEED A DEN
2. Hoewel do H. Antonius zijne jengel in Portugal doorbragt, en er zich niet oj) do beoefening der talen had toegelegd, predikte bij echter in het Italiaansch en Fransch met zoo veel welsprekendheid, als hadde hij er zich van kindsbeen af in geoefend. Er geschiedden gedurig wonderwerken, ten gunste dergenen , die in zijne leerredenen tegenwoordig waren, of ze verlangden bij te wonen.
Zoo kon eene vrouw geen verlof krijgen van haren man, die een zedeloos mensch was, om naar de preken des Heiligen te gaan luisteren. Zij klom toen naar eene hooge kamer harer woning, plaatste zich aan het venster, en hoorde het zoo duidelijk, alsof zij tegenwoordig was op de plaats, waar Antonius predikte, hoewel de afstand vrii groot was. Zij zeide zulks aan haren man, die zelf de waarheid van dit wonder
VAK DEN H. ANTONIÜS. 05
ondervond, hetwelk zijne bekeering ten gevolge had. Na dien tijd, hoorde hij met graagte het woord Gods door den mond des Heiligen verkondigen.
3. Eene andere vrouw vond, toen zij van de leerrede terugkwam, haar kindje dood in de wieg. Zij snelde dadelijk naar den prediker, om zijnen bijstand in te roepen. Hij zeide haar, hetgeen de Heer in het Evangelie tot den overste zeide, die om do genezing van zijn zoon bad: »Ga heen, uw zoon is gezond.quot; En ten zelfden stonde ondervond zij de waarheid van zijn gezegde ; want toen zij te huis kwam, was het kind reeds opgestaan en speelde met de andere kleine kinderen.
4. God had hem bovendien met den geest der voorzegging begaafd. Toen hij Gardiaan was in het Idoos-ter van Puy en Velay, ontmoette hij nooit zekeren Notaris, die als los-
66 EiiNIGE WONDERDADEN
bandig en vrijgeest bekend stond, zonder zich liet hoofd te ontdekken en hem zeer eerbiedig te groeten. De Notaris meende dat hij den spot met hem dreef. Eens zeide hij hem: »Als ik Gods oordeelen niet vreesde, «zou ik u leeren dengene, die u nim-»iner eenig leed gedaan heeft, te be-»leedigen, en ik zou u mijnen degen »door het lijf jagen.quot; De Heilige antwoordde , dat, wel verre van hem te beleedigen of te bespotten , hij hem met een diep gevoel van liefde en eerbied groette, dewijl hij verzekerd was, dai hij eens een zeer roemrijk martelaar van Jesus Christus zou worden; dat hij hem overigens smeekte zijner indachtig te wezen, wanneer hij zich in de pijnen zou bevinden. De Notaris begon te lag-chen; maar de voorzegging van den Heilige werd al spoedig vervuld. Deze man volgde eenen Bisschop, die naar Palestina reisde, om er do
VAN DEN H. A Vr O.N I US. H7
bekeering der Saracenen te bewerken; en ontbrandde daar in zulle een groo-ten ijver voor de zaligheid der on-geloovigen, dat hij zelf hun de waarheden van onze godsdienst verkondigde en hun de buitensporigheden van de leer van Mahomet voor oogen stolde. Deze versteende sectarissen keerden al hunne woede tegen hein. folterden hem gedurende drie dagen op eene wreede wijze, en benamen hem eindelijk het leven. De Notaris verklaarde stervende, dat do heilige Antonins hem deze gelukkige gebeurtenis voorzegd had, en dat men dien Heilige als een groot profeet moest aanzien.
Ziedaar eenige der geboekstaafde wonderen , die op de voorbede van den heiligen Antonins van Padua g'eschied zijn. Ze allen aan te halen zou geheele boekdeelen vereischen,
68 EENIGE WONDERDADEN ENZ.
en dan nog zouden er velen onbekend blijven. Want eens zullen wij, in de jaarboeken des hemels , eene menigte gebeurtenissen zien, waarvan wij hier beneden geene kennis dragen.
Deze enkele verhalen zijn echter voldoende, om ons een groot vertrouwen op de voorbede van den heiligen Antonius in te boezemen, en ons tot dankbaarheid op te wekken , dat God ons zulk een magtigen voorspreker verleend heeft.
KLEINE GETIJDEN
VAN DEN
HEILIGEN ANTOmUS VAN PADUA,
—co—
DE METTEN.
De zegen van den H. Antonius.
Ziet het kruis des Hoeren; vlngt, g-ij wederspannigc partijen, do leeuw-uit liet geslacht van Juda, de wortel van David heeft overwonnen. Alleluja, Alleluja!
v. Heer, open mijne lippen, n. En mijn mond zal uwen lof verkondigen.
v. God, geef acht op mijne hulp, r. Heer, spoed u om mij te helpen. Eere zij den Vader, en den Zoon, en den H, Geest, gelijk liet was in den beginne , en nu , en altijd , en in de eeuwen der eeuwen. Amen. Alleluja.
70 KLEINE GETIJDEN
Van Septuagesima tot Paschen zegt mm, in plaats van Alleluja : Lof zij u, Heer, Koning der eeuwige heerlijkheid.
LOFZANG.
Bij 't vernemen van de mare, Dat een Minderbroederschare,
Vijf in tal, als martelaar sneeft, En voor Jesus 't leven geeft;
Wordt hij daadlijlc Minderbroeder, Draagt zich op aan d' Albehoeder, En met 't woord Gods in de hand. Snelt hij naar der wilden strand. . Geef, o 'Jesus, vol genaden. Groot in magt en groot in daden. Dat Antonius altijd,
.Ons door zijn gebed bevrijd'.
Anliphoon. O wonderbare held van Spanje, schrik der cngeloovi-gen, nieuw licht van Italië, kostbaar pand van Padua: verkrijg voor ons, Antonius, de bescherming der
VAN DEN H. AKTONIUS. 71
genade van Christus, opdat wij den korten tijd, die ons vergund wordt, niet vruchteloos laten voorbijgaan.
Dat zich allo kinderen des Hee-ren verblijden.
Dat zij den lof van den (1. An-tonius alom verbreiden !
GEBED.
O God, die door de H. Kerk wonderbaar genoemd wordt in uwe Heiligen , door wier voorspraak zij bijstand gevoelt in alle kwellingen ; verleen ons, dat wij , die in den naam van uwen zaligen Belijder Antonius vergaderd zijn, mogen verkrijgen wat wij verzoeken, opdat wij, in allo voorvallen beschermd wordende, nimmer ophouden u te loven en te danken, door Jesus Christus, uwen Zoon, onzen Heer. Amen.
DE PRIMEN.
God, geef acht op mijne hulp.
72 KLEINE GETIJDEN
Heer, spoed u om mij te helpen, Eere zij den Vader, enz.
LOFZANG.
Hij verdrijft do ketterijen Met liet woord Gods te verbreien, Breekt der helle kerkerslot En bevrijdt de Bruid van God.
Geef, o Jesus, vol genaden, Groot in magt en groot in daden. Dat Antonius altijd Ons door zijn gebed bevrijd'.
Anl. Door wonderteekenen ,
die van God^ magt getuigen, Doet hij het ongeloovig volk
zich geloovig nederbuigen Voor God, zijn Heer, wiens
dierbre Bruid hun lastermond, Door hun vermeten taal,
zoo dikwerf had gewond. Ontwaak, H. Antonius , tot onze hulp.
VAN DEN H. ANTONIUS. 73
Verlos ons van alle zigtbare vijanden.
GEBED.
O God, die uwen heiligen Belijder Antonius zulk een uitmuntenden verkondiger van uw woord gemaakt, en de H. Kerk door zijne zalige leering zoo wonderbaar verblijd hebt ; verleen ons genadig , dat wij, hetgeen hij ons mot woorden en werken geleerd heeft, door zijno voorspraak getrouw mogen navolgen, door Jesus Christus, uwen Zoon, onzen Heer. Amen.
DE TEEÏIEN.
God, geef acht op mijne hulp,
Heer, spoed u om mij te helpen.
Eere zij den Vader, enz.
LOFZANG.
Waters vloeijen uit de steenen .
Hard versteende harten weenen.
KLEINE GETIJDEN
Als zijn tong, dio honig vlooit, 1! en met 's Hemels dauw besproeit.
Geef, o Jesus, volgenaden, Groot in magt en groot in daden , Dat Antonius altijd Ons door zijn gebed bevrijd'.
Ant. Hij dorstte steeds naar u, o God, en plagt te waken, Van 't eerste morgenlicht,
in uwe dienst en zaken ; Gij wildet, dorstend aan het kruis, dan voor hem zijn Een helderschijnend licht,
een lovende fontein. Doe door uwe verdiensten, aller-minnelijkste Antonius,
Onze harten in do liefde van Christus smelten.
GEDED.
Stort, allerliefste Jesus, den vruchtbaren regen uwer liefde overvloedig over onze dorre harten uit.
74
VAN DEN IT. ANTON irS. 75
en zuiver ze, door do voorspraak van den heiligen Antonius, van alle vlekken der zonden , gij, die leeft en heerscht, met den Vader en den Heiligen Geest, in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
DE SEXTEN.
God, geef acht op mijne hulp;
Heer spoed u om mij te helpen.
Eere zij den Vader, enz.
LOFZANG.
Hij had altijd in zijn leven, 't Heilig Kruis in 't hart geschreven; Droeg dit teeken in zijn ziel, Dat hem nimmer lastig viel.
Geef, o Jesus vol genaden , m. Groot in magt en groot in daden, Dat Antonius altijd Ons door zijn gebed bevrijd'. ( Ant. Looft, schepselen , den Heer gt; * die , uit de hemelzalen gt;
KLEINE GETIJDEN
Zijn milden zegen op
u allen af doet dalen, En uwe hoop beloont
door 't onwaardeerbaar goed , Dat, door Antonius, •
Hij voor u allen doet,
Dat allen zich verheugen en verblijden ,
Die door Antonius tot don schoot der heilige Kerk gebragt zijn.
GEBED.
O God! voor wiens aanschijn do hemelen zelfs niet zuiver zijn, (Job XV, 14) sla een oog van genade op ons, wier vlekken gij, door het dierbaar bloed van uwen ('enigen Zoon , gewaardigd hebt af te was-schenen vergun ons, dat wij , door de voorbede van den heilige Antonius , zoo door de tijdelijke goederen mogen wandelen , dat onze geest altijd naar u en naar de eeuwige goederen wenschen en verlan-
76
VAN DEN H. ANÏOiSlUS. 77
gen moge , door den zelfden Jesus Christus, die met u en den Heiligen Geest leeft en lieersclit in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
DE NONEN.
God , geef acht op mijne hulp ; Heer, spoed u om mij te helpen. Eere zij den Vader, enz.
LOFZANG.
Zijns ziele wordt ontbonden, En in die fontein verslonden, Waar hij nu, in volle rust. Eeuwig zijnen dorst aan bluscht.
Geef, o Jesus, vol genaden. Groot in magt en groot in daden, Dat Antonius altijd Ons door zijn gebed bevrijd'. Ant. Verheug u , Padua !
in wier verblijde staten , De Heer zulk eenen schat
heeft in bezit gelaten.,
KLKXNE GETIJDEN
En dat de goede God
u heeft geopenbaard, In welk een schoon altaar
hij dient te zijn bewaard.
De Heilige verheugt zich in zijne heerlijkheid.
Hij verblijdt zich in zijne rust-plaais.
GEBED.
Laat, o genadige God! uwe H. Kerk zich verheugen in de voorspraak van uwen H. Belijder Au-tunius; opdat zij door geestelijke hulp ten allen tijde gesterkt en waardig gemaakt worde , om eenmaal de eeuwige vreugde te genieten. Door onzen Heer Jesus Christus, die met u leeft en heerscht in de eenheid des Heiligen Geestes, door alle eeuwen der eeuwen Amen.
DE VESPEES.
God geel acht op mijne hulp ;
78
VAN DEN H. ANIONIUS. 79
Heer, spoed u om mij te helpen. Eere zij don Vader, enz.
LOFZANG.
Toen hij zalig was gestorven, Is zijn stoflijk deel bedorven,
Maar zijn tong, Gods lof gewoon, .Bleef onbedorven en zeer schoon.
Geef, o Jesus , vol genaden , Groot in magt en groot in daden , Dat Antonius altijd Ons door zijn gebed bevrijd'. Antiph. O zegenrijke tong,
die zong den lof des Heeren, En ook den zelfden lof
den menschen plagt te leeren: Wij zien nu zonneklaar,
door zulk een wonderdaad, Op welk een hoogen trap
gij in Gods achting staat. Gezegend zij de Heilige Antonius, Wien de Allerhoogste, in den hemel, met zijne heerlijkheid gekroond heeft.
KL EIS E GETIJDEN
gebed.
Verhoor ons, o God, onze Zaligmaker , opdat wij, door de voorbede van den H, Antonicjs , uwen Belijder, den Heiligen Geest, dien gij beloofd hebt aan allen , die den-zelven vragen, heden door zijne verdiensten waardig mogen worden te ontvangen , dien zaligmakenden Geest, die met u en den Vader leeft en heerscht in eeuwigheid. A.
DE COMPLETEN.
Bekeer ons, God, onze Zaligmaker.
En wend uwen toorn van ons af.
God, geef acht op mijne hulp ;
Heer, spoed u, om mij te helpen.
Eere zij den Vader, enz-
LOFZANG.
Wil aan uwe dienaars geven , Zoo gestorven, als di# lever;.,
80
VAN DEN H. ANTONIUS. 81
Door uw voorspraak, vol van kracht. 't Goed waar iedereen naar tracht. Geef, o Jesus, vol genaden,
Groot in magt en groot in daden, Dat Antonius altijd Ons door zijn gebod bevrijd'. Antiph. Nu is hij deelgenoot
der hemelvreugd geworden, Van 't zalige getal
der vaders van zijn orden, Wier leven hij hier had
beoefend met de daad. Zie, welk een kroon do deugd
haar minnaars achterlaat.
gebed.
Goedertieren Jesns, die uwen Belijder, den H. Antonius, mot ge-durigen luister van wonderteekenen versiert, verleen ons genadig, dat wij, hetgeen wij met vertrouwen door ziine verdiensten verzoeken, door zijne voorbede mogen bekomen.
54 fi
82 kleine getijden enz.
Die leeft en lieerscht in alle eeuwen dor eeuwen. Amen.
OPDKAGT.
Antonius neem de getijden,
Die 'k u ter eere bied, toch aan ; Ik wil uw dienaar zijn voortaan. Wil door uwe magt mijn ziel bevrijden, Haar steeds beschermen in den
nood,
Vooral in 't uur van mijnen dood. Wanneer zij zal van 't ligchaam scheiden :
Geef, dat zij op dien laatsten dag, U tot haar leidsman vinden mag. Die haar met liefde zult geleiden, Door uw hulpe en aan uw hand. Tot in het hemelsch Vaderland ! Ach, toon ook, bid ik, uw vermogen Aan hen, die nog in kwelling zijn, Toon aan die zielen Gods aanschijn, Opdat ze in vrede rusten mogen; Verkrijg van Gods barmhartigheid Voor hen de volle zaligheid!
OP DEN FEESTDAG
VAN BEN'
(13 Juny.)
—'55»-
LOFZANG.
Heden steeg hij, die Belijder,
wien de volken do eerekroon Juichend brengen, van doze aarde, zalig in de hemelwoon. Vroom, ootmoedig, kuisch enijv'rig, strijdend voor des Heeren zaak, Bleef hij trouw den pligt vervullen van zijn opgenomen taak. Door zijn deugd en voorbeeld tevens, keert in 't uitgeput gemoed Van den strijder Gods weer veerkracht en verhoogde zielegloed. Daarom ook stijgt, uit ons midden, dank en loflied hemelwaart;
81 LOi'ZANG ES GEBED.
Strek' zijn bede ook ons tot voorspraak bij den pelgrimstogt op aard; Dan toch wordt de lof behaaglijk in der hemellingen oor, Dien wij der Drieëenheid brengen, heden en alle eeuwen door. Amen.
Antiph. O beste Leeraar, licht der H. Kerk, Antonius van Padua, beminnaar der goddelijke Wet, bid voor ons den Zoon Gods.
De Heer geleidde den regtvaar-dige op effene paden,
En hij toonde hem het rijk Gods
GEBED.
Laat uwe Kerk, o God, zich verheugen in do plegtige feestviering van den H. Antonius, wn Belijder : opdat zij door geestelijke hulp te allen tijde gesterkt en waardig gemaakt worde, om eenmaal de eeuwige vreugde te genieten. Door onzen Heer Jesus Christus. Amen.
VAX DE.N
H. ANT0N1US VAN PADUA.
Heer, ontferm u onzer.
Christus, ontferm u onzer.
Heer, ontferm u onzer.
Christus, hoor ons.
Christus, verhoor ons.
Hemelsche Vader, waarachtig God, ontferm u onzer.
Zoon Gods , Verlosser der wereld, ontferm u onzer.
Heilige Geest, waarachtig God, ontferm u onzer.
Heilige Drievuldigheid, één God, ontferm u onzer.
H Maria, Moeder en Beschermster van den H. Antonius. bid voor ons.
H. Franciscus, Vader en onderrigter van den H. Antonius, bid v. ons.
LITANIE
H. Antonius,
Zalige vrucht van Spanje , Nieuw licht van Italië, Beschermer en roem van Padua Apostel van Frankrijk,
Navolger van den H. Vader Pran-
ciscus,
Lelie van zuiverheid.
Kostbare parel der armoede, Klaarschijnend licht van gehoorzaamheid ,
Spiegel van boetvaardigheid. Koos van verduldigheid.
Vlam van liefde,
Vat van heiligheid,
Pilaar der 11 Kerk, Verkondiger der genade, Uitroeijer der zonden,
Versmader der wereld, Verkondiger van Gods eer. Ootmoedige verberger der wijsheid Leeraar der waarheid, Blinkende ster van de Serafijn sche orde,
86
VAN DEN H. ANIONIUS.
Ark des Verbonds,
Bazuin des Allerlioogsten, Voorvechter van het geloof in het hoogwaardigst Sacrament, Brandende naar den marteldood, Geesel der ketters,
Schrik der ongeloovigen,
Roede der dwingelanden,
Vurige minnaar van Gods Huis, IJveraar voor de zaligheid dei-zielen ,
Wonderbare mirakeldoener,
Patroon in verlorene zaken, S Toevlugt der armen, o
Gezondheid der zieken , t»
Vertrooster der bedrukten, Hof van vreugden,
Kenner der harten,
Voorzegger der toekomende dingen ,
Verwekker der dooden,
Schroom der duivelen,
Navolger der Oudvaders en Profeten ,
87
LITANIE
Afbeeldsel dor Apostelen, bid voor ons.
Uitstekende onder de Leeraren, bid
voor ons.
Roem der Heiligen, bid voor ons. Onze allerzoetste Vader en beschermer, bid voor ons.
Wees genadig, spaar ons. Heer. AVees genadig, verhoor ons. Heer. Van alle kwaad, verlos ons, Heer. Van alle zonden,
Van de listen des duivels. Van pest, honger en oorlog. Van den eeuwigen dood, o
Door de verdiensten van den o
W
Door zijne brandende liefde, g l)oor zijnen ijver voor de bekee- quot;
Door zijne vurige begeerte naar S.
den marteldood.
Door zijne gedurige volharding in zijne beloften van armoede, zuiverheid en gehoorzaamheid,
S8
VAN DEN If. ANIONICS. 89
Door ziin onvermoeiden arbeid, verlos ons, Heer.
Door de wonderbare verscheidenheid zijner wonderwerken, verlos ons, Heer.
Op den dag des oordeels, verlos
ons, Heer.
Wij zondaars, wij bidden u, verhoor ons.
Dat gij ons tot een waarachtig berouw en leedwezen over onze zonden wilt brengen ,
Dat gij het vuur der goddelijke J liefde in ons wilt ontsteken , E Dat gij ons der verdiensten en g voorspraak van den H. Anto- _ nius deelachtig wilt maken, -Dat gij ons vaderland in de dienst S van den H. Antonius wilt gquot; doen volharden, 3.
Dat gij allen, die tot den H. o Antonius hunne toevlugt nc- f1 men, gezondheid naar ziel en ligchaam wilt verleeneu,
LITANIE
Dat wij, door de verdiensten van den H. Antonius, in alle soorten van deugden voort-gang mogen maken , ^
Dat gij alle minnaars en die- S naars van den H. Antonius gquot; met uwe zegeningen wilt voor- c komen,
Dat gij u gewaardigt ons te §
verliooren,
Jesus Christus, Zoon van den
levenden God,
Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, spaar ons. Heer. Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, verhoor ons,, Heer Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, ontferm u onzer. Christus, hoor ons.
Christus, verhoor ons.
Heer, ontferm u onzer.
Christus, ontferm u onzer.
Heer, ontferm u onzer.
Onze Vader, enz. Weesgegroet , enz.
9U
VAN DEN U, ANÏONIUS. 91
Bid voor ons, heilige Antonius ;
Opdat -wij der beloften van Christus waardig worden.
GEBED.
O allerbarmhartigste Jesus , die uwen Belijder, den H. Antonius, door voortdurende wonderen, op eene wonderbare wijze hebt doen uitschijnen; geef, dat wij, door zijne vooi spraak en verdiensten, met zekerheid bekomen, hetgeen wij met vertrouwen verzoeken. Dit smeeken wij u, die met den Vader en don H. Geest leeft en heerscht, in de eeuwen der eeuwen. Amen.
ANDEEE LITANIE
TOT DEN
Heer, wees ons genadig.
Christus, wees ons genadig.
Heer, wees ons genadig.
Jesus, hoor ons.
Jesus, verhoor ons.
God de Vader, Schepper des heelals,
■ ontferm u onzer.
God de Zoon, Verlosser der wereld, ontferm u onzer.
God de Heilige Geest, Heiligmaker der zielen, ontferm u onzer.
Heilige Maria, Beschermster van den H. Antonius, bid voor ons.
H. Franciscus, Vader en onderrigter van den H. Antonius, bid voor ons.
Hei'ige Antonius van Padua,
ANDERE LITANIE ENZ,
Eoem van Portugal, uw vaderland ,
Licht van Frankrijk,
Fakkel van Italië,
Liefdfl der volkeren.
Navolger van den heiligen Fran-ciscns,
Getrouwe beoefenaar van zijnen regel.
Wonder van boetvaardighuid, Zegepraler over de wereld, gt Beminnaar van het kruis, ^7 Overwinnaar van de begeerlijk- 8
heid des vleesches,
Voorbeeld van zuiverheid, ar- p
moede en gehoorzaamheid. Verkondiger van het H. Evangelie ,
Godspraak van den Heiligen Geest,
IJveraar der waarheid en dei-
liefde ,
Schrik der hel.
Voorbeeld der volmaakten,
03
94 ANDERE LITANIE
Afbeelding van het leven der
Apostelen,
Onderzoeker der gewetens, Bestierder der onwetenden , Trooster der bedrukten,
Verdediger der onschuld,
Vat van heiligheid,
Magtig in woorden en in werken, Die door de tegenwoordigheid S van het kind Jesus zijt ver-eerd geworden , S
Die ontvlamd waart voor de za- o ligheid der zielen , S
Die de toekomende dingen voorzegd hebt,
Die de dooden verwekt hebt,
Hoop van die in gevaar zijn, Wiens bescherming zich krachtdadig doet gevoelen aan degenen , die u aanroepen,
Wien men mot vrucht aanroept in het zoeken van verloren zaken, bid voor ons.
Lam Gods, dat de zonden der we-
van den h. aktonitjs. 95
reld wegneemt, vergeef ons, Heer. Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, ontferm u onzer. Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt, ontferm u onzer, v. Bid voor ons, H. Antonius, vermaarde verkondiger des geloofs.
r. Opdat wij, onder uwe bescherming, waardig mogen worden tot het eeuwig leven te geraken.
G EB£D
Wij smeeken u. Heer, ons, als voorspreker bij u te schenken uwen Belijder, den H. Antonius, wiens deugden en wonderen aan u hunne verdiensten, glans en verhevenheid schuldig zijn. Door Jesus Christus, onzen Heer. —
IV O VJKIX JE IN
Ol-
TKR EERE VAN DEN
Eene Novene is eene oefening-, bestaande in gebeden, die gedurende negen achtoreen volgende dag-en worden voortgezet ter eere van oenen Heilige , om door zijne voorspraak, oene weldaad van God te verkrijgen.
Gelijk de Aartsvaders het getal zeven voor een geheiligd getal hielden , omdat hetzelve betrekking had op de zes dagen der schepping en op den daaropvolgende)! zevenden dag, die de rastdag was, hetwelk alzoo eene voortdurende belijdenis van het leerpunt der schepping en ,
XOVI.XKV.
1 lijgevolg, van zeer veel gewigt was: i'U even als in de christen Kerk liet getal drie als geheiligd beschouwd wordt, omdat hetzelve betrekking heeft tot do Personen der Allerheiligste Drievuldigheid, welk goddelijk geheim door do ketters word aangerand , en waarom de Kerk zich beijverd hoeft om er de uitdrukking, in hare uitwendige eeredienst. van te vermenigvuldigen; — van waaide driemaal herhaalde besproeijing in het doopsel, hot driemaal heilifi in de openbare getijden, het driemaal herhaald toeken des heiligen Kruises door den priester in do Mis. enz.; — zoo ook is do novene, of negendaagsche oefening, als een geheiligd en uiterst nuttig gebruik aan te zien. Zie hi.r don oorsprong, dien men aan deze geestelijke oefening toeschrijft.
ISTa de Hemelvaart van Jesus Christus, waren de Apostelen naar Jernsa-
or
OS NOVENEN.
li^iu teruggekeerd, oin daar devol-i rekking' der beloften van onzen god-delijken Verlosser af tewacliten. Zij bleven er in eeue kamer afgezonderd . waar zij met Maria, de Moe- •-gt; der van Jesus, gedurende nccjen da-,ien, in het gebed volhardden. Den 'tienden dag, zijnde hot Pinksterfeest, ontvingen zij don Heiligen beest.
Om deze negendaagsche gods-v nicht-oefening wel te verrigten .
moet men dezelve beginnen met eene groote ootmoedigheid, met een die-pen eerbied, en vooral met oen zuiver doel, en daarbij geen ander inzigt hebben, dan de meerdere eer van God en van den Heilige, tot wiens oer men de novene houdt. En dewijl de zuiverheid van een goed ge- ^ wéten het krachtdadigste middel is, om Gods barmhartigheid ie bewe-o-on, dient men dezo noveno door cle biecht en de heilige Communie ^ te beginnen.
.\OVKNBX.
Is men niet in staat om wezenlijk te communiceren, dan trachtquot; men het geestelijker wijze te doen, hetzij in cone gewone, of wel in oene 4, tor oere van den Heilige, gelezene Mis.
Vóór, onder of na de IJL Jtis, kan men het onderwerp overwegen, hetwelk voor lederen dag voorgesteld is, en liet daarop volgende gebod lezen . waarbij men do litaniën, of de kleine getijden van den Heilige lean voegen , — zij , die niet kimnon lezen, kunnen vijf- of negenmaal, of zoo dikwijls zij hot goedvinden, het Onzr Vader en Vl t'es yejroct bidden.
Hot is ook eeno godvruchtige gewoonte, iemand te laten communiceren tot liet einde, dat men zich in de novene heeft voorgesteld, aalmoezen te geven, en op den vooravond, of op eenen dag der novene, te vasten.
Bovenal moet men een vast ver-i trouwen hebben, dat men zal bekomen hetgeen men verzoekt: ten tee-
N'OVENTS.
ken van cV.it vortromven, kuu men .•one waskaars doen ontsteken voor hot beeld dor Heiligen, als om door do vlam derzolvo do vuriglioid van ons vertrouwen en verlangen af te beelden.
Wanneer men geen genoegzaam geloof of vertrouwen in zijn hart gevoelt, kan men zich in den geest voreenigen met al degenen. die, toi zolfclor ure, in do verschillende landen der wereld, eonig gehed tot dozen Heilige storten; en zich verbeelden , dat men bij die personen is, hunne woorden ou geboden hoort, on in al hunne goede werken doelt: want or staat geschreven: W aar er ccnigeii hi hei gebed vereeniyd zijn , hcAi iJ' iii liidi midden.
' Eindelijk moet men volkomen overgegeven zijn in don goddelijkon wil. ton opzigto van hetgeen men van God, door do voorspraak on verdiensten van don Hoilige, verzoekt. Want. niettogon staan do zijno magtigo
1 on
XOVESEX.
I'll
bescherming, niogon wij ons uiet verzekerd houden, dat de novene met den uitslag van ons verlangen zal bekroond worden. Immers, hoevele Christenen verzoeken van Clod dingen , die strijdig zijn met zijnen bei-ligen wil. nadeelig voor hunne zaligheid on zijner verhevenheid onwaardig .' De God , die in eene schamele kribbe tranen stortte, kan niet altijd den gene verhooren. die aardsche genoegens vraagt, noch rijkdommen schenkim, daar hij de armoede aanprees. Een christen. door do genade en den geest Gods bezield, verkiest een gerust geweten boven de eer, de deugd boven het geld, ja zelfs de droefheid boven de vermaken. IMt hij somtijds om vergaÏÏke-lijke goederen, dan geschiedt zulks uit nood en fe1 zijner zaligheid; maar hij voegt bij zijne vraag dan altijd d^ woorden van den Zaligmaker: Nirl mijn wil ijcschicde, maordcuwc'.
KOVEN EN'.
102
Houdt men in dio g-tótoltuuis dc novene, en verkrijgt men evenwel niet wat men verzocht 1 leeft, dan verlieze men daarom niet het vertrouwen op den Heilige, dewijl God v dikwijls do gunsten. die wij verzoeken , verandert in een oneindig getal andere, welke met onze behoeften, die Hij veel boter kent dan wij, meer overeenkomen.
or
GUUViaXUÏIGUEIl) DEK NEGUS DINSDAGEN, TEU EEKE VAN DEN HEILIGEN AXTOKIUS VAN PADUA.
Oorsprong dezer negendaags^he god-vmchl-oefening.
Ton jare 1017 leefde er te Bo-nuJiiiquot; eene adellijke dame. i'weo on twintig jaren was zij gehuwd, zonder dat God deze edit met een knul zegende. Zij hoorde van de talrijke wonderen spreken, welke God op do voorbede van den H. Antonius wrochtte, en besloot tot dien mag-tigen voorspreker hare toevlngt te nemen. Eens wierp zij zifli mioi een altaar van den Heilige neder, en bad hem langen tijd. onder een vlood van tranen, om van den Hemel den zogen van haar huwelijk te be-
BEJtSTK NOVENE.
komeu. Den volgenden nacht meende /ij. in don slaap, den H. Antonins te zien, met oen glansrijk licht, nis schitterende stralen zijner ho-molscho heerlijkheid. omgeven. Hij gebood haar, negen achtereenvolgende dingsdagen zijne kapel te bezoeken en voor zijn beeld te bidden.
Die onvérwachto verschijning deed haar deze godvruchligo oefening met een kinderlijk vertrouwen ondernemen , waardoor zij verdiende verhoord te worden.
Maar de gunst , welke zij van God verworven had, strekte slechts om haar kwaaddenkenden man achterdocht in te boezemen. Hij behandelde haar met eene ongewone wreedheid, als ware zij hem ontrouw geweest; en bij deze droefheid der edele vrouw voegde zich nog eene tweede smart.
In plaats van een kind ter vvo-rcld te brengen, dat de roem van
EEUSÏE NO VEN K,
den Heilige deed blijken, aan wiens voorspraak het zijne geboorte te danken had, scheen hare vrucht niets monschelijks te hebben. Op dit gezigt drong de arme moeder (•en zwaard van droefheid door het harte, en onder oen stroom van tranen, beschuldigde zij zich zelve. den Hemel met hare verzuchtingen en verlangens last aangedaan te hebben. Maar in don wil van God berustende, neemt zij andermaal hare toevlugt tot don 11. Antonius. en op de bescherming van haren heiligen Patroon vertrouwende, gebood zij, het mismaakte wezen in doeken te winden en naar zijn altaar te brengen ; zij beval hetzelve den Heilige vurig aan ; en zie, eensklaps hoorde men het geschrei van een kindje, en het, beziende, zagen zij, dat het een kindje was, hetwelk zeer schoon en als een sieraad onder do kinderen der menschen was.
EERSTE KOVEN IS.
Do gelieele stad was van verwondering opgetogen , loofde God en zijn raagtigen dienaar , den u. ah-tonius van Padua, en iedereen erkende liet nut en de voordeelen der negon dingsdaagsclie godvruchtigheid ('I )■
EEltSTE DINGSDAÖ.
Magt van den H. Antonius van Padua over den dood.
(Zie Bladz. o'gt;.)
Uc H. Antonius van Padua lieett uon groot aantal dooden , in verschillende landen, ton leven opgewekt. Te Lissabon, gaf hij het loven aan zijnen neef terug, wiens lig,-haam reeds begon to verteven, lii liet koningrijk Leon, in Spanje, wekte hij de dochter des konings
(1) .VctH SS. l'ap., i'. Juquot;- quot;ï!' quot;■ '-J'
KEliSTE NOVENE.
up, die reeds sedert drie dagen overleden was. Hij heeft verscheidene kinderen , die of in de wieg- versmacht , of in 't vuur of water gevallen waren , weder tot hot leven geroepen.
Bemerk hier de groote magt van den H. Antonins over don ligchaine-lijken dood; maar bewonder nog meer den ijver, waarmede hij in den hemel ontstoken is, om de zielen uit den dood dor zonde op te wekken. Wilt gij derhalve den geheimen afschrik, dien gij van don dood hebt, overwinnen, en steeds door het leven dor goddelijke genade leven, neem dan uwe toevlugt tot onzen grooten Heilige.
Dat Israël op den Heer hope, van den dageraad af tot den nacht toe.
Want de Heer is barmhartig, en liij Hem is overvloedige verlossing, (l's. 129.)
107
HEKSTE NOVENE.
GEBED.
lioemrijlco lioiligf Antonius, dio. door onzen Zaligmaker Jesus Christus , aan zoo vele dooden liet leven hebt Avedergegoven, red. bid ik u, van den dood der zonde alle zielen. die er aan gestorven zijn; maar be-sdierm vooral de ziel van mij, uwen dienaar. Druk mij, groote Heilige, dio gevoelens in, die het tot een goed einde leiden : maak, dat de doodstrijd mij niet onverwachts overvalle, en dat ik, tot aan het graf, aldeplig-ten van oen waar christen vervulle. Sta mij bij in mijn laatste uur, en maak, door uwe bescherming, dat ik en uwe getrouwe dienaren van den wmwigen dood bevrijd blijven. Amen.
Ori-f Vdflfi-.... UWs ijcjrni'l...
EERSTE XOVEXE,
TWEEDE DINGS DAG.
.'.iagl van den H. Anlonius van l'aa .u over de dwalingen der ketterijen.
(Zie Blad/,. W.)
De 11 Antonius toonde vooral /.ijiie mag't, door de zielen op den weg der zaligheid terug to doen keeren. Hij werkte talrijke wonderen, om de ketters te beschamen en het geloof in hunne ziel te doen her-loven. Eens maakte hij, dat tweo dorre on half-verbrande wijngaard-rankon weder geheel groen werden; on op zijn hevel overdekten zij zich met druiven en bladeren, in tegenwoordigheid van twee kettorscho leeraars, die zich bekeerden.
Zoo verlicht onze grooto Heilige degenen, die in do duisternis dor ketterij dwalen. Wij moeten hem doze gonade verzoeken voor zoo volo
IK) KERSTE KOVEJCK.
oiigclnkkigGii, die van don wog: dor zaligheid verwijderd zijn.
lieer, verhoor mijn gebed, open uwe oorou voor mijne sraeekingou. volgens uwe waarheid; in uwe vegt-v:\ardig-lifid, verhoor mij. (Ps. li'i.)
CIOÜKD.
lioeinrijkü H. Antonius . glansrijk licht der heilige Kerk', gij, die zoo vele zielen op den weg ton hemel hebt terug' gebragt, die denzelvon verlaten hadden; verkrijg, bid ik u, voor allo getrouwe christcnon do genade, om in het geloof te volharden , on voor de ongeloovigen, om tot den oonigen schaapstal terug te koeren. Ontvlam de katholieke herders met ijver , om de verlorene schapen op to zookon; en maak, door uwe voorbede, dat er spoedig niet meer dan ééno knddo on één
EEKSTE NOVICE.
herder. dan éón conigf scliaapsta! /.ij. Amen.
Onze WkIci'____ \] re* t/wji'oi'l....
DEED]'] DINGSDAG.
Magt van den H. Antonius van Padua over het lijden en de kwellingen.
(Zie Bladz. 43.)
Onze Heilige onderscheidde zich altijd door een groot medelijden voor degenen, die door tegenspoed of kwellingen worden overvallen. De verdrukten vonden in hom altijd een' kloekmoedigon verdediger.
Stelt dan , Christenen . stelt dan voortaan uw vertrouwen op dezen inagtigen heschermer der zwakken en verdrukten. Wordt gij onregt-vairdig beschuldigd, voert men lastige processen tegen u, neemt dan uwe toevlugt tot hem : hij zal uw
Ill
112 EEKSTK KOVEXE.
voorspreker on vordodigor wezen: /,ijt gij mistroostig', opont liera clau uw hart, en liij zal u troosten.
GEBED.
Liofdorijke vertrooster van alle bedrukten , die tot u hunne toevhigt nemen , ik kom uwe goedertierenheid inroepen. Zie den angst, die mij henaauwt, en stil door uwe gebeden de goddelijke gramschap, welke mijne misdaden ontstoken hebben. Help • mij uit den nood, opdat ik God met meer vrijheid dos geestes diene. Is het echter te mijner zaligheid voordeelig. dat ik nog lijde, dan ben ik tevreden, als gij mij slechts geduld en gelatenheid in mijn lijden gelieft te verwerven, in ver-oeniging met hem , die zooveel voor ons geleden heeft. Ontferm u over de noodlijdenden, die in grootc behoefte verkeeren ; over de weezen, die verdrukt worden , en over de verlaten'1
EEKSTK NOVENE.
weduwen. Droog Imnno tranen af, en doe hun beseliermers vinden; 011 dat zij, na don tegenspoed tor voldoening hunner zonden geledon te hebben, waardig mogen worden met u dien vrede te genieten, welken men hier beneden niet vinden kan. Amen.
Oigt;:n Vader... Wees yegroet....
YIEEDE DINGSDACI.
Liagtvan dsn H. Antonius van Padua over de duivelen.
(Zie bladz. 47.)
Deze magt was zoo groot en zou wonderbaar, dat de aanroeping van zijnen naam alleen hen dikwijls op de vlugt gejaagd heeft, en hen met een vreesselijk geschreeuw de bezetenen hoeft doen verlaten: dit getuigt een groot aantal dier ongelnkkigen .
34 ' 8
111 EEB'STE NOVENE.
die door de verdiensten van den Heilige van de dwingelandij der hel-sche geesten bevrijd zijn geworden.
Christenen ! erkent met vreugde de groote magt van den H. Antonius over de lielscho geesten, on vlugt onder zijne besclierming, om over liunne aanvallen te zegevieren. Eigt tot hem thans hot volgende gebod;
GEBED.
Groote H. Antonius, magtige beschermer dergenen, die zich onder uwe hoede stellen, behoed ons van de doodzonde , die do ware duivel en dwingeland onzer zielen is. Maak dien wederspannigen en gevaarlijken geest beschaamd , die slechts den val onzer zielen beoogt, en doe ons over die trotsche on hoovaar-dige magten zegepralen ; opdat wij. na op aarde vrij van hunne bandon geleefd to hebben, in Ion he-
•4*
EERSTE NOVEKE. 115
mei do vrijheid en do eeuwige vreugden genieten mogen. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet...
VIJFDE DINGSDACi.
l/Iagt van den H. Antonius van Padua over de ziekten.
(Zie bladz. 49.)
Leer, door de voorbeelden, in uwe ligchamelijke en geestelijke kwalen uwe toevlugt te nemen tot den H. Antonius, en vooral niet ontrouw te zijn aan uwe beloften. Stel niet uit om u aan hem aan te bevelen, tot dat alle menschelijke geneesmiddelen vruchteloos beproefd zijn; maar wend u, van het begin uwer ziekte, tot dien magtigon dienaar Gods, zonder daarom de natuurlijke hulpmuldclen der kunst achter te laten. God zal dezelve met.
EERSTE -NOVENE.
vrucht doen werken. Meermalen schrijft men aan de bekwaamheid des geneesheers toe, hetgeen niets anders dan de uitwerking' des gebeds is.
GEBED.
Vermogende en liefdevolle geneesheer , genees, bid ik u, mijne ziel van al hare geestelijke kwalen. Ik ben , helaas ! met de me-laatschheid der zonde geheel en al besmet, en neem tot u mijne toe-vlugt. Ik ben met wonden overdekt , wees voor mij de barmhartige Samaritaan des Evangelies. Genees al degenen, die in hunne ziekten en ellenden uwe hulp inroepen, 011-dat zij zich met mij in eene volkomen gezondheid naar ziel en lig-chaam verheugen, en wij elkander tot de dienst van God gebruiken. Amen.
Onze . IVws getp'oel....
HEESTE NOVENE.
ZESDE DINGSDAO.
iiagt van den H. Antonius van i adua over de zee en de v/cteren.
(Zio blaclz. 51.)
Op de aanroeping van dezen groeten Heilige, heeft men dos nachts somtijds een schitterend licht den koers van een schip, dat in gevaar was, zien voorlichten: hij wandelde dikwijls zelf op de baren, om schipbreukelingen ter hulp te komen. en hij heeft ongeluk-kigen uit liet water geholpen , die op het punt waren van te verdrinken. Laten wij hem derhalve in onze gevaren aanroepen, en hem mot geloof en hoop hidden.
GEHKD.
Getrouwe gids der reizigers . geleid , bidden wij u. do schopnn .
.117
EERSTE NOVENE.
dio door den storm bestooltt worden , in behouden haven; maar bestuur vooral, groote Heilige, onzen looi) door deze wereldzee, waar wij zoo vele klippen ontmoeten. opdat wij gelukkig in de haven van het hemelsch Jeruzalem mogen aanlanden.
Onzo. Vader.,.. lt;/lt;*//V)W....
ZEVENDE DINÜSDAG.
Vlagt van den H. Antonius van Padua over de boeijen en kerkers.
(Zie blad/,. 53.)
üeze magt des Heiligen wordt door groote wonderen op tene onloochenbare wijze bevestigd. Zij zijn voor ons zoo vele beweegradenen, om in ongelukkige omstandigheden tot hem onze toevlugt te nemen, fii zijne voorbede in te roepen voor
IIS
EEKSTE NOVENE. 110
zoo vole ongelukkigon, dio in de boeijon verkwijnen , en dikwerf het slagtoffer zijn van eene oogonblik-kolijke drift of eone voorbijgaande zelf verge ting. Er bevinden zich in den kerker zielen. die dierbaar aan God zijn; harten . die hem willen beminnen en dienen.
OEUICD.
O roemrijke Heilige, waarachtige vertrooster der bedrukten, die zoo dikwijls de boeijen geslaakt hebt van hen, die onder het dwangjuk dor Turken of van andere overweldigers zuchtten; verbreek . bid ik u, do boeijon, die mijne ziel kluisteren. Verkrijg voor mij, groo-*gt; te Ileilige, oene ware kennis van God, eene opregte versterving en eene volkomono overwinning mijner I hartstogten, opdat ik leve als slaaf van God, en eenmaal met n do
KEESTE X0VJ3NE.
lieiligo Drieëenheid in allo ceuwig-lieicl kuunc loven. Amen.
Thize Vader.... Wees gegroet....
ACHTSTE DINGSDAG.
l.Iagt van den H. Antonius van Padua in het doen wedervinden van hetgeen verloren is.
(Zio lilaclz. o7.)
Ouder do vrondcrbare gaven, dio onzen Heilige kenmorken, is er eeno, welke hem van alle andere Heiligen onderscheidt, namelijk : do magt, die hij hoeft, om verlorene zaken te doen wedervinden.
Bij het zion van zoo vele he-wijzen . moeten wij met vertrouwen tot dien groeten Heilige onze toe-vlngt nemon, ora terng te vinden, liet,geen wij verloren hebhen. en te Iwluraden. wat wij bezitten. Maar
EERSTE NOVENE.
dewijl hot grootste wouder bestaat iii het terug bekomen der verlorene genade , bidden wij daarom voor degenen, die dit verlies ondergaan hebben, en ook voor ons zelven, indien wij dat ongeluk gehad hebben.
GEliED.
üid voor mij, groote Heilige, opdat ik de genade van mijnen God terug moge vinden, wanneer ik het ongeluk gehad heb dezelve te verliezen ; en dezelve te behouden, indien ik het geluk heb gehad ze ontvangen te hebben. Amen.
Onze Varh'r.... Wees fii'groel....
1:21
BEIISTE NOVENE.
NEGENDE DINGSDAG.
iiagt van den H. Antonius van Padut in alle omstandigheden des levens.
(Zie bladz. G3.)
Wij kunnen, zonder overdrijving van den gelukzaligen Antonius zeggen , hetgeen weleer do aartsvader Izaak van zijnen zoon Jacob getuigde : »Zie de geur van mijnen zoon, die den geur gelijkt van een vruchtbaren akker, welken God gezegend heeft.» Do wonderen bevestigen ten volle de waarheid van die woorden, welke op onzen Heilige toegepast zijn.
(tliBED.
O Jesus! die alleen wonderen en bovennatuurlijke wonderen wrocht, ik werp mij voor u ter aarde; ik loot', verheerlijk en dank u voor de
ËËllSTE NOVENE. L23
roemrijke g'aven, welke g'ij aan uwen dienaar den H. Antonius, in zoo ruime mate hebt medegedeeld. Door deze groote voorregten , smeek ik u, mijn God, de gebeden dergenen te verhooren. die uwe gunsten dooide voorbede van dezen Heilige af-smeeken; schenk Iran hot leven dei-genade , indien zij den dood dei-zonden gestorven zijn ; hot licht dei-waarheid in hunne dwalingen; den troost in hunne ongerustheden; oene veilige haven in hunne schip-break , en een' goeden uitslag in al limine ondernemingen. Ik aanbid u, Heilige Drieëonheid; ik aanbid u. magt des Vaders, wijsheid des Zoons, genade des Heiligen Goostos, en smeek u , mij de gunst te verleenen, die het doel mijner novene is. Ik vraag u dezelve door de verdiensten van den H. Antonius van Padna, mijnen beschermer. Amen.
Onzr Vader.... Waas yrciroiH...
, v ... h •
OF
-NEGErDAAGStllH GOUVitUGIlTlGlIEl I) TOT DEN II. AKTOKIUS VAN 1'ADÜA.
Gebeden, te lezen voor het beeld van den Heilige.
Ik groot u, II. Autonius, witte Iclio van zuiveiiioid, n, dio het sieraad on de room des cbristendonis /.ijt! ik groet n, groote 11 Autonius 1 ti, Cherubijn der wijsheid, en Sera-lijn, die door do goddelijke liefde geheel ontvlamd zijt! Ik eer en groot n uit don grond mijns harten ; ik wensch u geluk mot al de gunsten en weldaden, welke de Heer u zoo overvloedig heeft toegedeeld. O H. Autonius ! ik kniel in al de nederigheid mijns harten voor u neder , ik betuig mijnen eerbied aan uw
TWEEDE NOVENE.
135
koilig afbeeldsel, en smeek u niet het grootste vertrouwen, mij in al mijne noodwendigheden bij te staan. Met nat geweende oogen en onder liet slaken van zuchten zie ik tot nw beeld op; maar met de gevoelens der teederste toegenegenheid verhef ik de oogen mijner ziel ten hemel. Gewaardig u op mij eenen blik te vestigen met dezelfde genegenheid en liefde, waarmede ik mijne oogen tot uw heilig beeld ophef, en u smeek u mijner te ontfermen. Ik bid u door de teederheid, die gij gevoeldet, toen gij het beminnelijk kind Jesus op uwen arm droegt, hetzelve den nood, waarin ik mij bevind, te doen kennen, en mij zijne gunsten te verwerven. Het is u zoo gemakkelijk, H. Antonius, mij te helpen; slechts eene enkele verzuchting is er noodig, om mijn gebed te doen verhooren, dewijl het kind Jesus, dat gij met zon veel liefde
I2() TWEEDE NOVENE.
draagt, u niet zal kunnen weigeren, wat gij het voor mijn welzijn vraagt. Indien Jesus u, toen gij nog op deze aarde leefdet, zoo zeer bemind heeft, dat hij u niet alleen meermalen verschenen is, maar u zelfs toestond hem, als kind, op uwe armen te dragen, hem te omhelzen en met duizendquot; liefkozingen te overladen. zal hij u, nu gij in den hemel met hemheerscht, nog meer beminnen, eeren en ver-hooren. Eu opdat de wereld wete, dat het beminnelijke kind Jesus zich gewaardigd heeft tot heden toe op uwe armen te blijven rusten, gelijk het zulks op do aarde deed, heeft hij gewild, dat schilder on kunstenaar u voorstelden met het minnelijke kind Jesus, omdat Jesus en Antonius, als twee minnende harten, altijd vereenigd waren, en gedurende allo eeuwigheid vereenigd willen blijven. Tk groet u derhalve, onscheidbare vrienden, Jesus en Antonius!
TWEEDE NOVENK.
1:27
ik vereer u, zoo uaamv vereenigde zielen, Je.sus en Antonius! Ik smeek ii, minnende harten , Jesus en Antonius . toont u welwillend jegens mij, en ontvlamt mijn hart in uwe liefde en godvrucht voor u. Ik bid u daarom, o.Iesns! door den H. Antonius; ik bid er uom, Antonius, door uwen dierbaren Jesus. O Jesus en Antonius , ik smeek u door de overgroote teederhoid en do heilige gemeenzaamheid, die op aarde altijd tusschen u heerschten, en die gij thans in don hemel elkander voortdurend bewijst, neemt mij onder het getal uwer dierbaarste vrienden op. O Jesus en Antonius, ik schenk u mijn hart. O Jesus en Antonius, ik stel al mijne zorgèn en ongerustheden in uwe handen; schenkt mij slechts liet geluk. om , even als iic op do aarde met allen eerbied en allo godvruchtigheid mijne blikken op n vestig, u eeuwig in den lie-
l-iS TWEEDE NOVESE.
mei to mogen aanschouwen. Amen.
Onze Vader.... Wees rfeyroet...
—05—
TWEEDE DAG.
O H. Antonius, getrouwe en .standvastige vriend in den nood, die gewoon zijt de bedroefden van harten te vertroosten en bij te staan. werp van den troon uwer heerlijkheid een' ontfermenden blik op deze aarde , en zie mij , armen zondaar aan. Ik ben hier gekomen om u te bezoeken, uw heilig beeld te eeren, en u den nood, waarin ik mij bevind, kenbaar te maken. H. Antonius, met alle gunsten verrijkt, en schitterend van deugden en heiligheid. ik groet en vereer rnv beeld. Ik kom u al mijue nood-wendigheden bloot leggen , en roe]) hier de goedwilligheid van uw medelijdend hart in. Indien ik u bier
TWEEDE NOVENE.
persoonlijk zag, o, hoe veel eer zou ik u dan bewijzen, met welke nederigheid zou ik uwe voeten kussen , hoe hartelijk zou ik u omhelzen , en met allo vertrouwen zou ik u uit geheel mijn hart aanroepen! Maar, dewijl mij die gunst niet toegestaan is, wil ik aan uw beeld al de eor bewijzen, welke ik u toonen zou, indien gij hier in persoon tegenwoordig waart. Ik groet u dan, H. Antonius, en buig mijn schuldig hoofd met al den eerbied , die u toekomt; ik vestig mijne pligtige oogen op u, en hef mijn bedroefd hart tot u op. O H. Antonius, gij zijt in waarheid de vertrooster der zielen ; ik ben, wel is waar, door mijn zondig leven uwer voorspraak onwaardig; maar dewijl het der goddelijke Majesteit behaagt, dat de regtvaardigen niet alleen , maar ook de zondaars , die met eene ware godvrucht en een
64 9
129
TWEEDE NOVENE.
130
vast vertrouwen tot u hunne too-vlugt nomen , vertroosting ontvangen door uwe voorbede bij den Heer , kom ik tot. u in den nood , waarin ik mij bevind, en roep ik uw overgroot medelijden uit den grond mijns harten in. Duld, beminnelijke vader, dat mijn gebed tot u opstijge, en dat mijne zuchten uw ontfermend hart bewegen. De droefheid , waarin ik mij bevind . is u niet onbekend; mijne angsten zijn ii niet verborgen ; en gij kunt gemakkelijk van God verkrijgen, wat ik u vraag: hoe toch zal uw dierbare Jesus, die zich in uwe handen gesteld heeft, u iets kunnen weigeren? Duld dan, dat ik uwe goedertierenheid , welker roem bijna de geheele wereld door herhaald wordt, moge prijzen; want bijna allen, die u met opx'egtheid hebben aangeroepen , erkennen met blijdschap, dat gij vol van goed-
TWEEDE NOVENE. 131
heid zijt jegens den armen zondaar, en dat gij niemand, die uwe hulp met een vast vertrouwen heelt ingeroepen , wegzendt zonder hem te vertroosten. Ik stel daarom mijne huidige smeeking in uwe handen , en beveel ze u vertrouwelijk aan ; gewaardig u dezelve te mijnen gunste aan uwen dierbaren Jesus aan te bieden, en er over te beschikken volgens zijn' goddelijken wil. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
—lt;35T
DERDE DAG.
O groote H. Antonius, liefdevolle vertrooster van alle verlatene men-schen, en voortdurende wonderdoe ner in alle soorten van angsten, do geheele wereld herhaalt uwen lof: van alle kanten hoort men uwi wonderen verkondigen. Gelijk God u, toen gij op aarde leefdet, bij-
132 TWEEDE NOVENE.
zonder had uitvorkorcn om zoo veel duizende zielen te bekeeren, evenzoo is het zijn welbehagen u thans, nu gij voor alle eeuwigheid met hem in den hemel heerscht, door voortdurende wonderwerken te verheerlijken , en door uwe voorbede zijne genaden en gaven op de aarde te verspreiden. Ik nader u daarom met het grootste vertrouwen, troost dei-bedroefden, en bid n, door de bijzondere gunst, die God u verleend heeft, met u tot een' getrouwen en hechten vriend in alle noodwendigheden te maken, dat gij u gewaar-digt mijn gebed te verhooren, en mij in mijnen nood te vertroosten. Ik smeek u daarom door de onuitsprekelijke vreugde, die uw maagdelijk hart smaakte, toen het beminnelijk kind Jesus u in zijnen luistervollen glans verscheen, en u zoo vele bewijzen van gehechtheid en vertrouwen gaf, dat gij voor mij
TWEEDE NOVENE. 133
armen zondaar, spreken wilt bij dat goddelijk kind, dat ik tusschen uwe armen aanbid, en dat gij hem mijne behoeften blootlegt. Ik «meek er u om door al de gunsten en weldaden , waarmede Jesus Christus u hier beneden overladen heeft, dat gij mij uwer verdiensten deelachtig maakt, en mij de weldaad, waarom ik u vraag, niet weigert. Doe mij ondervinden, groote H. Antonius, dat ik u niet te vergeefs heb aangeroepen, opdat mijne liefde en godvrucht voor u meer en meer ontvlammo, en ik, ten aanhoore der geheele wereld , uwen H. Naam kunne loven, zegenen en verheerlijken. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
-Xr-
VIEEDE DAG.
O roemrijke H. Antonius, die met de gave van wonderen begunstigd
TWEEDE NOVENE.
m
zijt, en eon groot vermogen bij den Heer bezit om zijne weldaden over ons te doen afdalen, draag al mijne noodwendigheden voor zijnen troon , en verwerf mij, door uwe gebeden, zijnen goddelijken zegen. En indien ik niet bij magte ben al de beboetten, die mij omgeven, op te sommen , zie ze dan allen in liet wezen van mijnen en uwen Schepper. Zie, ik smeek, voor uw heilig beeld nederge-knield, uwe hulp met de diepste nederigheid af. O beschermer dergenen, die tot, u hunne toevlugt namen, ik werp mij met een kinderlijk vertrouwen in den schoot uwer goedertierenheid. Werp, bid ik u, een' onfermen-den blik op do smarten die mij drukken, en bedaar, door uwe voorspraak de gramschap van mijnen God , dien ik door mijne zonden vertooix d heb. Verlos mij van de droefheid, waarin ik mij bevind, opdat ik u met eene zalige gerustheid des geestes dienen
TWEJLDE NOVENE.
mogo. Indien liet editor tot mijne zaligheid voordeelig is nog te lijden, zal ik er in berusten; ma ar verkrijg dan voor mij een standvastig geduld en eene volmaakte onderwerping om te lijden ter liefde van hem, die, hoewel onschuldig, zich gewaardigd heeft voor de schuldigen te lijden. Verlaat mij, bid ik u, nooit, en verwerf mij in- en uitwendige vertroostingen in mijn lijden, opdat de goddelijke Majesteit, uit kracht uwer verdiensten, zich gewaardige ons in zijne heilige dienst te bevestigen, ons in onze kwellingen te ondersteunen , en ons eindelijk de genade schenke zulk een christelijk leven te leiden , dat wij tot het eeuwig leven mogen geraken, om daar met u gedurende allo eeuwigheid. God te loven, te zegenen en te beminnen. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet...
135
TWEEDE NOVENE.
VIJFDE DAGr.
O groote H. Antonius, magtigo Bescliermer van al degenen , die u met vertrouwen aanroepen, met godvrucht eer ik uw heilig afbeeldsel , en smeek u ootmoedig, door uw vurig verlangen om voor Jesus Christus te sterven, dat het u behagen moge mij krachtigen troost te verwerven in de ellenden die mij overstelpen. Wees mijn beschermer al de dagen mijns levens, en reik mij voortdurend eene behulpzame hand toe. Nooit heeft iemand zich met vertrouwen tot u gewend, zonder door uwe voorbede getroost en verligt te worden. Gij ziet de ellenden, die mij omringen, en de smarten, die het gevolg mijner herhaalde zonden on trouweloosheden zijn. Ik bid u, door al uwe tegenspoeden gedurende uw sterfelijk leven, en door het wonderbare geduld,
136
TWEEDE NOVENE. 137
dat gij altijd aan den dag legdet, voor mij, door uwe gebeden, eenigo vertroosting in mijnen nood te verwerven , of ten minste aan God te vragen, dat hij zicli gewaardige mij de noodige hulp te verleenen, om den tegenspoed met geduld te dragen , opdat ik door de menschelijke zwakheid niet overmeesterd worde, en het ongeluk hebbe tegen God te morren, of ongeduldig te zijn in de rampspoeden van dit tijdelijk leven. Bewijs mij die dienst, groote Heilige , opdat ik, door de uitwerksels van uwe vermogende hulp, uwen lof alom verkondigen moge, en aan de geheele wereld de groote verdiensten bekend maken, die gij bij den Almagtige hebt; en dat ik alzoo de menschen moge brengen tot de dienst van God , die even barmhartig als wonderbaar in zijne werken en Heiligen is, en die den menschen, door uwe vermogende voorspraak, tal-
TWEEDE NOVENE.
loozo gunsten en weldaden verleend heeft. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
-X'~
ZESDE DAG.
O wonderbare H. Antonius, die door do heiligheid uwer werken en uws levens van Gods goedheid do aanschouwing van zijn goddelijk wezen in den hemel verdiend hebt; en door uwe magtige voorspraak de ellenden en den nood dergenen afwendt , die door de banden des vleesches nog aan het aardsche gehecht zijn; neem ook deel in de rampspoeden , die mij thans drukken, en dat uwe teederheid u bewege om uwe gebeden voor mij aan God op te dragen. Tot mijne schande beken ik, dat al de ongelukken, die mij ieder oogenblik bestormen en verontrusten , de vruchten mijner ongereg-
138
TWEEDE NOVENE,
139
tighoid en het gevolg mijner zonden zijn ; doch , indien gij mijnen Schepper opmerkt, dat veeleer do zwakheid mijner hedorvene natuur dan mijne boosheid oorzaak zijn, dat ik gedurig herval, en mijne driften dikwijls mijne rede overheerschen, dat zult gij ongetwijfeld den toorn des Heeren stillen, en voor mij de vergeving bekomen. Ik stel mijn vertrouwen dan op u, magtige Voorspreker, wiens wondervolle werken door geheel do wereld bekend zijn, en ik twijfel er in geenen deele aan, of ik zal door uwe gebeden verligt worden. Neen, hoe onwaardig ik mij uwer bescherming ook gemaakt hebbe, zult gij mij niet verstoeten, maar gij zult mij vertroosten, of voor mij de noodigo hulp verkrijgen, om nog langer te lijden, en mij geheel aan den goddelijken wil te onderwerpen, opdat ik, door mijne gelatenheid, gedurig verdiensten
TWEEDE NOVENE.
kunne inzamelen, en mij op die wijze eene overvloedige belooning in den hemel voorbereiden. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
ZEVENDE DAG.
O wondervolle en beminnelijke vertrooster, die zoo vol van goedheid en zoo goedertieren zijt, waarachtige vader van alle bedrukte harten, die tot u hunne toevlugt nemen! Zie, H. Antonius, ik werp mij met een kinderlijk vertrouwen in den schoot uwer barmhartigheid; sla, bid ik u, een' medelijdenden blik op al de rampen , die mij bestormen, on van alle kanten overstelpen. Ach, keer, door uwe vermogende voorbede , de regtvaardige gramschap van mijnen God, die ik tegen mij ontstoken heb door mijne tallooze zonden, en bevrijd mij van da kwel-
140
TWEEDE NOVENE. 141
lingon, die mij bedroeven ; opdat ik voortaan mijnen Schepper eu mijn Al met eene heilige gerustheid des geestes en eene volkoraene vrijheid des harten kunne dienen en beminnen. Ik smeek u, weldadige en liefderijke Voorspreker, door al de gaven en weldaden, waarmede God u zoo overvloedig begunstigd heeft, dat gij u gewaardigt eene vaderlijke zorg te hebben voor mijne ziel, mijn ligchaam, al mijne handelingen, woorden en gedachten , en met geheel den staat en loop mijns levens, dewijl ik ten volle verzekerd ben, dat niets ter wereld mij zal kunnen schaden, zoo lang ik onder de hoede ben van zulk een grooten en magtigen Beschermer. Beveel mijnen nood, en leg mijne ellenden dan bloot aan dien zoo goeden God, dien Vader van barmhartigheid en alle vertroosting, die u op zulk eene buitengewone
J 42 TWEEDE NOVENE.
wijze bemind heeeft; opdat hij mij versterke in zijne heilige dienst, mij in mijne kwellingen verligting schen-ke, en hij zich gewaardige mij van al mijne kwalen en rampen te verlossen , of ten minste mij zijne hulp verleene, om ze tot mijn heil en meerdere verdienste te verdragen. Ik verzoek u die genade; doch ik vraag die niet alleen voor mij, maar ook voor allen, die zich in dezelfde smarten en droefheden bevinden als ik. O volmaakte navolger van Jesus Christus, die zoo volkomen al de aardsche goederen veracht en verlaten hebt, om des te beter in staat te zijn den hemel te vinden en te verdienen, en daarom van God het bijzonder voorregt verkregen hebt om de verlorene of vermisv,e voorwerpen terug te doen vinden; maak er, bid ik u, te mijnen gunste gebruik van, opdat ik al de geestelijke goederen , vooral de goddelijke genade,
TWEEDE NOVENE.
do rust mijner ziel en den vrede mijns harten, die ik door de zonden verloren lieb, terug moge bekomen ; want ik verklaar voor liemol en aarde, dat dit verlies mij meer bedroeft en verontrust, dan liet verlies van al de goederen dezer wereld. Ziedaar liet voorwerp van al mijne wensclien en verlangens! Ziedaar liet voorwerp mijner bede en do nederige smeeking, die ik u doe ! Ziedaar, wat ik door uwe voorspraak verwacht van den hemelschen Vader , door de verdiensten van zijnen eenigen Zoon Jesus Christus, onzen Verlosser en Zaligmaker, die met hem leeft en heerscht in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
-SJ-
ACHTSTE DAG.
Ik groet u, H. Antonius, uit den
143
TWEEDE NOVENE.
144
grond mijns harten, en wensch u geluk om de bijzondere genade, welke die zoo liefderijke God u geschonken heeft, toen hij u verhief tot de ware toevlugt van allen, die in ellende en droefheid zijn. Gelukkig, duizendwerf gelukkig zijt gij, H. Antonius, dewijl God, die de barmhartigheid zelve is, u zoo zeer begunstigd heeft, dat hij zich gewaardigde zijne goddelijke weldaden door u op de wereld uit te deelen. Mijn hart juicht van blijdschap, als ik slechts uwen naam hoor uitspreken , en mijne ziel wordt van vertroostingen overstroomd, wanneer zij zich uwer goedheid herinnert. Ach! hoevele bedrukte harten heeft God door u van hunne droefheid bevrijd? Daarom heb ik zulk een groot vertrouwen in u, dat ik vast geloof, dat God om u, mij niet verstooten zal; dewijl ik, even als anderen, u met getrouwheid aanroep
TWEEDE NOVENE. 145
on u mijne luildo breng. Verlaat mij derhalve niet, groote H. Antonius, en ik zal u ook niet verlaten. Bescherm mij, getrouwe vriend, door uwe vermogende geboden. Wees mijner gedachtig in mijne droefheid, en ik zal uwer gedenken in uwe heerlijkheid. Vergeet niet, u mijner te ontfermen , en ik zal nimmer vergeten n te eeren, tot dat ik u eens, in alle eeuwigheid, mag volgen in uwe heerlijkheid. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
-SSquot;-
NEGENDE DAG.
O H. Antonius, getrouwe en standvastige vriend in den nood; gij, die de ware vertrooster dor bedrukten van harte zijt, zie mij heden tot den laatsten dag mijner novene genaderd. Ik heb mij aan uwe dienst toeg ewij en mij beijverd om u te eeren m
54 jq
146 TWEEDE NOVENE.
al de gotromvhoid cn godvrucht, dio mijne zwakheid mij toeliet. Gij weet, hoe menigmaal ik u kwam vereeren , en hoevele verzuchtingen en gebeden ik ten hemel heb opgezonden. Ik heb dit ailes gedaan uit eene opregte en teedere genegenheid, en met hot doel om u, door hetgeen ik deed, te verblijden en te behagen. Ik nader u dan op dezen negenden en laatsten dag der novene met een groot vertrouwen, en, gedachtig do woorden van Jesus Christus (Luc. X, 7.), zoowol als van den Apostel (I Timoth. V, 18.), dat de werkman zijn loon waardig is, vraag ik u met allen behoorlijken eerbied hot loon, dat ik hoop verdiend te hebben. Herinnor u dan, H. Antonius, al de hulp en bijstand, die gij ooit verleend hebt aan hen, die met godvruchtigheid en vertrouwen , uw heilig beeld negen achtereenvolgende dagen bezocht en ver-
TWEEDE NOVENE.
117
eerd hebben. Ik heb zulks ook gedaan, zoo goed ik kon; en mogt ik het misschien niet gedaan hebben gelijk hot behoort, ben ik soms wat traag en verstrooid geweest in uwe dienst, dan is mi; zulks uit den grond mijns harten leed , en vraag ik er u nederig vergiffenis over. Om die nalatigheid te herstellen , offer ik u het allerzoetste hart van Jesus Christus op, met al do hemelschatten, die er in besloten zijn. Ik smeek u dan nogmaals, groote H. Antonius, dat gij u ge-waardigt mijn gebed te verhooron, on mij in mijne ellendon en droefheden te vertroosten. O toevlugt der armen, ik smeek u uit ganschor harte, mot alle mogelijke godvrucht en vertrouwen, door hot innig modelijdon , dat gij op aardo voor uwen gekruiston Zaligmaker en alle bedrukte harten gevoeldet, duld niet, dat ik ongetroost deze plaats ver-
l'i-8 TWEEDE NOVENE.
lato, maar verhoor mijn gobed. Ik hoop met oen vast vertrouwen, dat gij mijne vraag zult toestaan, voor zoo voel zulks mogelijk is, of, indien dit met den goddelijken wil niet strookt, dat gij mij, voor mijne godvruchtoofeningen gedurende deze novene, op eene andere wijze zult beloonen. Amen.
Ome Vader.... Wees gegroet...
DERDE NOVENE,
EERSTE DAG.
Eoemwaardige H. Antonius, beste Vader en toevlugt dor bedrukten , ik smeek u mijne nederige gebeden aan te nemen, en voor mij van God de kracht en genade te verkrijgen, om do rampen van dit ellendig leven on de angsten, die mij kwellen, met moed en gelatenheid te verdragen. Ik smeek er u om, door do barmhartigheid , die God u van uwe vroege jeugd af betoond heeft, door u met de zoetheden zijner genade te voorkomen, on u tot zich to trekken , om Hem boven al hot geschapene te beminnen. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
DERDE NOVENE.
TWEEDE DAG.
Allerzoetste en beminnelijkste Patroon , H. Antonias, wees mij, uwen armen dienaar . gedachtig; verkrijg voor mij, te midden der wereldscho woelingen, de ware zielerust, en quot;bevrijd mij van de angsten, waarin ik mij bevind, opdat ik de vrijheid der kinderen Gods geniete. Ik smeek u daarom door die aangename zoetigheden, welke uwe ziel smaakte in de afzonderingen van een geestelijk leven, dat u hier beneden een waar burger des hemels deed zijn, en er u den voorsmaak van het hemelsch paradijs deed genieten. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
-5S-
DEEDE DAG.
O liefdevolle en allermhmelijksto Heilige , ontsteek mij met de vlammen van uwe liefde. en doe in mijn
150
DERDE NOVENE. 151
hart het vuur der goddelijke liefde ontbranden ; die liefde, die mij den nioed zal schenken, om de angsten, die mg kwellen, te bover, te komen, en mij aan wereld, vleesch en zonde zal doen sterven, om slechts in God alleen te leven. Ik smeek u daarom door de allervurigst1 liefde , die nw hart deed vlammen , op hot gezigt van het bloed der martelaren van de H. Franciscus-orde, en u een anderen staat deed omhelzen, ten einde het middel te vinden om, even als zij, voor den naam van Jesus te sterven. Amen.
Onze Vader... Wees gegroet....
—l-o-f- -
Vriend van God, H. Antonius, ik stel nnjn leven onder uwe leiding, en smeek u, hetzelve volgens het uwe te regelen, en mjj bij de hand
DEEDE NOVENE.
te liouden, opdat ik in geene doodzonde vallo. Maak, dat ik al de pligten van een' goed Christen waardig vervulle , zonder mij ooit van Gods wegen te verwijderen, door welke dringende ontroering of bekoring liet ook wezen moge; behoed mij voor ergernis jegens anderen , maar doe mij veeleer door woorden en goede voorbeelden liet heil van allen bevorderen. Ik smeek u daarom door den brandenden ijver voor de zaligheid der zielen , die n zulke groote werken deed ondernemen, om de zondaars tot boetvaardigheid te brengen, en de goeden op den weg der zaligheid te geleiden. Amen.
Onze Vader.... Weesgegroet....
VIJFDE DAG.
Magtige en liefdevolle genoesheer, die alle ziekten, zoowel van de ziel
152
DEEDE NOVENE.
als van het ligchaam, geneest, heb medelijden met mij; want ik ben ziek en magteloos, en verkwijn als een zieke, die, door do koorts aangetast, nu eens koud, dan weder heet is; de hoogmoed en ijdelheid, de onzuiverheid en begeerlijkheid, de gramschap en het ongeduld, en andere soorten van zonden zijn mijne koortsen. Uwe magt strekt zich over al die kwalen uit; genees mij, opdat ik mij in eene volkomene gezondheid naar ligchaam en ziel verheuge, en een en ander aanwende , om God te dienen en uit al mijne krachten datgene te volbrengen, wat öode welgevallig is. Ik smeek u daarom door de kracht, die gij uitoefendet, en welke zoo velo wonderbare genezingen bewerkte. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
153
DERDE NOVENE.
ZESDE DAG.
H. Antonius, Patroon en beschermer dergenen, die op u vertrouwen , ik vraag u noch overvloed , noch armoede, uit vreeze dat de een de IJdelheid in mij doe ontstaan , de andere mij ongeduldig, neêrslagtig of wanhopig doe worden; maar ik vraag u slechts het noodzakelijke voor mijn levensonderhoud (en dat mijner huisgenoot en.) Ik besta uit ziel en lig-chaam: het ligchaam heeft behoefte aan voedsel cn kleederen; de ziel heeft de goddelijke genade noodig, om volgens den geest te leven, en God, die een geest is, te dienen : deze beiden zijn aan vele gevaren en ongelukken blootgesteld. Sta mij bij, vader en verzorger der armen, en verlos mij van alles, wat mij lean schaden. Ik smeek er u om door do liefderijke zorg, die gij
154
Derde novene. 155
altijd gehad hebt, om uwen dienaren eene behulpzame hand te bieden. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
ZEVENDE DAG.
II. Antonius, schitterende fakkel van de Christenwereld, verlicht, bid ik u, de oogen mijns geostes, om de waarheden te kennen, die noodig zijn om mijne ziel en de zielen dergenen, die mij zijn toevertrouwd, op het regte spoor to geleiden, en om de listen van Satan, en de strikken, die hij spant om mij te verrassen, te ontdokken. Duld niet, dat ik in eenige dwaling vervalle, noch voor de kracht van eenige hevige beleediging, tegenspoed of bekoring bezwijke ; opdat ik , altijd in waarheid wandelende, aan mijnen God moge behagen, en mijne
DERDE NOVENE.
ziel zalig maken. Ik smeek u daarom door de gave dier uitstekende wetenschap, die de vader des lichts zoo overvloedig in uwe ziel gestort heeft, om het heelal te verlichten. Amen.
Onze Vader.. . Wees gegroet....
ACHTSTE DAG.
Liefderijke Vertrooster der bedrukten , zie de angsten, die mij kwellen, en trek mij uit mijnen nood, of Md God , dat Hij mij eene standvastige gelatenheid schenke , om ze te verdragen ter liefde van Hem, die , hoewel onschuldig , zich ge-waardigd heeft voor de schuldigen te lijden. Verlaat mij , bid ik u, nooit in mijne rampspoeden , en verwerf den noodigen troost voor allen , die, even als ik, in ellende zijn. Heb medelijden met de armen, die
156
DERDE JJOVENE.
van honger omkomen; met de weezen , die men, helaas ! doet zuchten; met de weduwen, die men wreed verdrukt. Droog hunne tranen af; wek beschermers op, die hunne zaak verdedigen : medelijdende harten, die in hunne behoeften voorzien ; vertroosters, die hen tot geduld aanmoedigen; opdat zij God getrouw mogen blijven , en verdienen in te gaan in de eeuwige woon-tenten. Ik smeek u daarom door do groote liefde , die gij allen onge-lukkigen toedraagt. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
NEGENDE DAG.
Groote en getrouwe dienaar van Maria, de hoogwaardige Moeder van Jesus, wees bij haar een goede voorspreker voor mij en al uwe dienaren, opdat zij haren Zoon gunstig voor
157
DERDE NOVENE.
ons stemme, de vergeving onzer zouden , do noodige genade, om aan beiden welgevallig te zijn en den krachtigen bijstand in onze ellenden en gevaren, vooral in onzen laatsten doodstrijd, verwerve; opdat wij in de genade van God onze dagen gelukkig mogen eindigen , en ons met u in de hemelsche heerlijkheid verheugen. Ik smeek u daarom dooide onuitsprekelijke vreugde, die uwe ziel overstelpte, toen hot kind Jesus op uwe armen rustte, en zijne minnelijke Moedor u in persoon op uw sterfbed bezocht, en bereid was om uwe ziel te ontvangen, ten einde haar hemelwaarts te voeren en ze in de vreugde des Hoeren binnen te leiden. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet...
158
EERSTE DAG.
0 roemrijke en heilige Vader An-tonius, licht der heilige Schriftuur, en hulp der bedrukten, wij bidden u, verhoor onze nederige smeekingen , en verkrijg voor ons van God zijne goddelijke barmhartigheid en bijstand. Wij smeeken u daarom door uwe onschuldige kindschheid. Amen.
Onze Vader.. . Wees gegroet....
TWEEDE DAG.
O H. Antonius, roem der Godsgezanten , ijverige beoefenaar der deugd en verlichte zielbestuurder, verkrijg, door uw teeder en bemin-
100 VIERDE NOVENE.
nelijk hart, voor ons den goddo- T lijken bijstand in al onze angsten. Wij smeeken u daarom door de drie jaren, die gij zoo loffelijk in do H. Augustinus-orde hebt door-gebragt. Amen.
Onze Vader... Wees gegroet....
DERDE DAG.
O H. Antonius, zuiver zout der aarde, schitterend licht op den kandelaar der H. Kerk, en stad op den berg van beschouwing, verhoor, bidden wij u, de gebeden, die uit onze bedrukte ^ harten voortkomen ; verkrijg voor ons van God heilige begeerten en de genade , om er in te volharden. Wij smeeken u daarom door uw heilig leven in de orde van den H. Franciscus. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet,...
VIERDE NOVENE.
VIERDE DAG.
O H. Antonius, getrouwe dienaar der H. Maagd Maria, wees bij haar onze voorspreker, opdat zij haren Zoon gunstig voor ons stemme, en ons de vergeving van onze zonden en den bijstand iu onzen nood ver-werve. Wij smeeken u daarom door de onverklaarbare vreugde, die uwe ziel overstroomde, toen het kind Jesus op uwe armen rustte. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
VIJFDE DAG.
O H. Antonius, vader der weezen en verlatene menschen, vruchtbare hemeldauw, maak onze harten vruchtbaar in deugden en ijverig in het geloof; neem ons onder uwe hoede, bescherm ons in alle ziels- en
54 11
161
102 VlERBE NOVENE.
ligchaamsgevaren, en verkrijg voor ons eene volmaakte liefde tot God en onzen evennaaste. Wij smeeken u daarom door de tallooze wonderen, die gij op aarde gedaan hebt. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
-si-
ZESDE DAG.
O H. Antonius, toonbeeld van boetvaardigheid, schild togen de bekoringen , zekere weg der onwetenden, doe ons uwe heilige deugden navolgen , opdat het kostbaar bloed van Jesus Christus in oas niet verloren ga, maar wij, in zijne heilige wonden, de vreedzame haven onzer zaligheid mogen vinden. Wij smeeken u daarom door uwen heiligen dood. Amen.
Onze Vader. .. Wees gegroet....
VIERDE NOVENE. 163
ZEVENDE DAG.
O H. Antonius, licht van Italië, roem van Padua, troos' der onge-loovigen , verwerf ons een levendig geloof, eene vaste hoop en den gewenschten prijs der hemelsche vreugde. Wij smeeken u daarom door de heerlijke intrede uwer ziel in het verblijf der Zaligen. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet.... -■»-
ACHTSTE DAG.
O H. Antonius, levend voorbeeld der Evangelie-leeraars, troost dei-zieken , vreugde der bedroefden, vergeet do zuchten en gebeden niet, die wij tot u opzenden, maar bid God, dat Hij ons trooste en barmhartig zij. Wij smeeken u daarom door de vreugde en onbegrijpelijke liefde, die tusschen u en uwen hei-
161 VIERDE NOVENE.
ligen vader Pranciscus in den he-mtl heerschen. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
-se-
NEGENDE DAG.
O H. Antonius, die de zuiverheid bewaard en liet heilig kruis bemind hebt, bescherm ons in het uur des doods tegen alle bekoringen, opdat wij God met hart en mond belijden cii zijne goddelijke barmhartigheid mogen ondervinden. Wij smeeken u daarom door de allergrootste vreugde, die gij in eeuwigheid in de aanschouwing van het goddelijk Wezen geniet. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
VIJFDE NOVENE.
-se-
EEKSTE DAij.
Grroote Hoiligo, wien do Hemel met do overvloedigste zegeningen voorkomen lieeft, en dio door God tot het schild zijner Kerk verkozen zijt, ik geloof en zegen de godde-liïke Majesteit voor de groote en onvorgolijkelijke gunst. Ik dank er u voor, en verblijd er mij met geluk over; maar ik smeek u, mijne ootmoedige gebeden te verhooren en van de goddelijke goedheid te verkrijgen , dat Hij mij met zijne genade voorkome, vergezelle en altijd volge in mijne gedachten, woorden en werken; opdat alles, wat ik denke , zegge of doe, te zijner meerdere eer en tot zaligheid mijner ziel strekke. Ik vraag u die gnnst, door de genade, die gij in uwe
160 VIJi'DE NOVENU.
scliuldelooze kindschlieid van Gods vaderhand ontvangen hebt. Amen. Onze Vader... Wees gegroet....
TWEEDE DAG.
Alleredelmoedigste H. Antonius, die allo goederen en vermaken der wereld vaarwel hebt gezegd, wanneer zal ik, naar uw voorbeeld , mijn vleesch aan do zonden en wellusten kruisigen? Wanneer zal ik , te midden dezer vergankelijke wereld , met u een geheel hemelsch verkeer hebben? Verkrijg voor mij, groote Heilige, dat ik, volgens uw voorbeeld, mijne ziel door de gehoorzaamheid, mijne vergankelijke goederen door do armoede des gees-tes, en mijn ligchaam door de zuiverheid heilige; dat ik aan mij zeiven verzake , en mijnen wil aflegge als een' troon, waarop mijne drif-
VIJfDÜ NOVENE,
ten reeds al te lang geheerscht hebben. Maak, dat ik van heden af aan dien gevaarlijken wil afsterve, om slechts voor den wil van God te leven. Ik smeek u daarom door den grooten ijver, die u de wereld deed verlaten, om u in de eenzaamheid dos kloosters af te zonderen. Amen.
Onze Vader.. . Wees gegroet....
DERDE DAG.
O roemrijke heilige Antonius , toonbeeld van heiligheid, met het verlangen bezield , om met uw god-delijken Meester den Kelk te drinken, en, door het vergieten van uw bloed , de grondslagen zijner Kerk te bevestigen; gij zijt van de orde van don grooten H. Augustinus tot do nederige Franciscus-orde, die reeds martelaren telde, overgegaan.
167
VUrDJi NOV EKE.
Verwerf, bid ik u, dat het geloof in iTiijne ziel bloeije, en vruchten van deugd en goede werken voortbrenge. Dat de genade van mijnen God in mijn hart eene bloem gelijke, die door de bekoring nimmer verwelkt wordt, en dat ik, al de hinderpalen mijner zaligheid te boven komende, met Jesus Christus geheel geslagtofferd worde. Dit vraag ik u, groote Heilige, door het vurig verlangen , dat gij hadt, om bloedgetuige van onzen Heer Jesus te worden. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet. ..
VIERDE DAG.
Onvergelijkelijke H. Antonius, steun der deugden en vijand dei-zonden , getrouwe navolger van den Zaligmaker Jesus Christus, ik aanbid en vereer Jesus in u. ik eer u
168
VIJi'BE NOVENE.
1G9
in Jesus. Ik dank u voor de menigvuldige diensten , die gij aan do Kerk van mijnen Jesus bewezen hebt. Ik offer mij aar. u op ; offer gij mij voor altijd aan Jesus op. Vernietig in mij alles, wat tegenstrijdig is aan zijne eer, en schenk mij alles, wat daartoe kan bijdragen. Gij zijt gezonden , om de ondeugden uit te roeijen , en het zaad der deugden uit te strooijen, uwe tong, gezuiverd door het vuur van den Geest Gods, heeft in het hart der zondaren woorden doen binnendringen , waardoor zij bekeerd werden ; die wonderbare tong heeft zich op het Pinksterfeest doen hooren , als die der Apostelen , en het bederf des doods heeft haar niet kunnen schaden. Neem do gebeden van mijn bedrukt hart aan , roemrijke Heilige ; vraag aan God de vervulling mijner wenschen ; en dat ik altoos uwe grootheid en verhevenheid
170 VUIDE NOVENE.
bowondero, on vooral uwo doug-den navolgo. Ik vraag u die genado door don ijver, dien gij voor het heil dor zielen aan den dag legdet. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
VIJFDE DAG.
Wonderbare Heilige , die, zoo als do H. Bornardus zegt, do wetenschap der engelen, der aartsvaders , profeten , apostelen , martelaren en der belijders in ruime mate bezat; verwijder van mij, smeek ik u , de verderfelijke wetenschap der wereld , en verwerf mij dio der Heiligen, met welker hulp ik God kan loeren kennen en dienen. Maak mij uwer zuivere liefde tot Hem deelachtig; bemin en verheerlijk Hem voor mij. Vul al het gebrekkige van mijne pogingen aan, en vergoed honderdvoudig
VIJi'DE NOVENE.
de liofdo, clio ik Hom moet bewijzen , doch waaraan ik te kort blijf. Ontvlam mij in die liefde , waarvan gij gedurende gohoel uw sterfelijk leven branddet, en doe mij deel hebben in al den lof en do eorbe-wijzingen , die gij Hem geschonken hebt. Bid Hom, dat ik voortaan slechts moge leven om Hem te beminnen , en dat ik bereid moge zijn, liever duizendmaal te sterven dan Hem nog ooit te vergrammen. Dat alles, wat in mij is geweest is en zijn zal, in lofzangen en liefde veranderd worde. Ik smeek u daarom, door die verheven wetenschap , waarmede de hemel u verrijkte , en door die heilige liefdevlammen , die onophoudelijk in uw hart brandden. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
171
VIJ.FI)JE NOVENE.
ZESDE DAG.
O wonderdoende H. Antonius, die zoo vele schitterende wonderen hebt uitgewerkt, dat gij de nieuwe Moses van den staat deT genade, de gevolmagtigde des hemels bij de schepselen, die leven en dood in handen had, scheent te wezen, verlos mij van alle geestelijke kwalen. Verwerf mij een levendig geloof en eeno volmaakte liefde, opdat ik streng jegens mij zeiven , liefdadig jegens mijnen evennaaste on godvruchtig voor God moge leven. Verwerp, bid ik u, deze vraag niet, die ik u doo in naam der genaden, die gij zoo dikwerf van de goddelijke Goedheid ontvangen hebt. Verwerf voor mij ook, groote Heilige , de drie genaden, die uwe heilige loopbaan zoo verheerlijkt hebben, te weten : het innige verkeer met God, c'.e zegepraal over de bekoringen en de liefde
172
VIJFDE NOVENE.
voor de hemelsche zaken. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
ZEVENDE DAG.
O onvergelijkelijke H. Antonius, schrik der duivelen en dev hel, geesel der ketters en dwingelanden , roede der zondaren, geheimzinnige bonds-arke, kostbaar manna, dat de aangenaamheid van alle deugden bezit; duld, dat ik, voor uwe voeten ne-dergekuield, den moed en de kracht verwerve, om vreedzaam alles te lijden, wat de aanbiddelijke Voorzienigheid Gods mij overzendt. Dat mijn hart, van alle aardsche voorwerpen volkomen onthecht, vereenigd worde met het allerbeminnelijkst hart van Jesus, en zich geheel aan zijn heiligen wil overgeve. Dat het voor Hem alleen ademe, en naar niets dan naar Hem verlange, om eeuwig aan Hem
173
VIJFDE NOVENE.
te mogen toebehooren. Ik vraag u diL genade door de vreugde , die uwe ziel gevoelde, toen het kind Jesus zich op uwe armen nederzette.
Onze Vader.... Wees gegroet....
-a-
ACHTSTE DAa.
Allerbeminnelijkste H. Antonius, geheimzinnige regenboog, die in de duistere wrolken dezer wereld schittert; licht van geheel Italië, roem van Padua, eer van Frankrijk, troost en verlichting der zieken en noodlijdenden van den ganschen aardbodem ; zie mij hier aan uwe voeten , mij, ellendigen afstammeling van Eva, broos schepsel, vervuld met onvolmaaktheden en ellenden! Ik wend mij tot u, magtige voorspreker , roep de hulp des hemels voor mij in ; verkrijg voor mij het inwendig licht des Heiligen Geestes,
174
VIJtDE NOVENE.
om mijno ziel te verlichten, zijne genade om haar te zuiveren , en zijne gaven om haar te verrijken en te heiligen , opdat zij vcor Hem een voorwerp moge worden, dat zijner liefde, en niet zijner gramschap , waardig is. Ik vraag ti die gunst door den bijstand , dien de gelukzalige Maagd Maria u op uw sterfbed verleend heeft. Amen.
Onze Vader.. . Wees gegroet....
st-
NEGENDE DAG.
Allerroemrijkste H. Antonius, toe-vlugt der bedrukten, vader der weezen, weldadige regen des hemels, die in de harten de vruchtbaarheid stort, algememe vertrooster en weldoener van alle geloovigen; luister naar de geheime stem mijner ziel, gelijk gij weleer acht sloegt op de tranen uws vaders, die, niettegen-
]75
17f. VIJFDE NOVENE.
staande zijno onschuld, ter dood veroordeeld werd.
Neem mij aan onder het getal uwer dienaren; bid God, dat Hij , door zgne genade , de driften van mijn zondig hart beteugele; dat Hij mij een hart schenke volgens het zijne; dat Hij mij altijd geleide op den weg der deugd, des vredes, des voorspoeds en der eeuwige zaligheid, opdat ik mij nimmer meer van het pad ver wijdere, dat tot Hem geleidt. Wees mijn beschermer in mijne geestelijke en tijdelijke gevaren ; maak mij aan uwe deugden deelachtig; bid voor mij in den hemel, en bescherm mij van de hoogte uwer heerlijkheid ; kom mij te hulp in allen nood, maar bijzonder in het laatste uur mijns levens. Ik vraag u die genade door de eeuwige heerlijkheid, die gij thans geniet. Amen.
Onze Vader.... Wees gegroet....
VAN
DRIE GEBEDEN
Voor het beeld van den H. Antonius.
EERSTE GEI3ED.
_ Wees gegroet, H. Antonius! gij witte lelie van zuiverheid! en ovor-schoon sieraad en luister van het christendom. Wees gegroet, mijn H, Antonius! gij hoogverlichte Cherubijn en brandende Seraphijn in de liefde Gods! Ik eer en groet u uit den grond mijns harten, en wensch u veel geluks over al de gunsten en weldaden, die de milde God aan u heeft betoond. O mijn lieve H. Antonius! in de vernedering mijns 54 12
178 VBBSCIIILLENDE
harten , en met gebogeno knieën , kom ik om u in uw beeld mijn eerbied te bewijzen.
Wees indachtig, o welbeminde vriend van God! met wat verzekering dat gij hebt beloofd aan allo bedrukte harten, dat degenen, die uw beeld negen dingsdagen zouden bezoeken en vereeren in de kerk der Minderbroeders, den bijstand uwer goedheid zouden ondervinden (ziu de historie in het eerste deel, tweede hoofdstuk); dat gij ook tot nog toe zeer getrouwelijk hobt volbragt; zoo dat gij niemand (zonder wettige reden) ongetroost van u hobt laten weggaan; ;.k kom dan hier, om aan u met groot en uiterst betrouwen al mijnen nood te klagen.
Ik aanzie uw beeld met mijne uitwendige oogen vol tranen en mijn hart vol zuchten; maar de inwendige oogen van mijne ziel keer
OEFENINGEN.
ik met alle genegenheid tot u in den Hemel. Bezie mij toch met zulke minzaamheid en liefde, als ik uw beeld aanscliomve, en uw hart tot medelijden wenschte te bewegen.
Ik bid u door de liefde tot het minnelijke kind Jesus, dat gij op uwen arm draagt, dat gij het mijnen nood voorsteldet, en bij God voor mij genade wilt verwerven. Gij kunt mij zoo ligtelijk helpen, mijn H. Antonius! het zal u niet meer dan eene verzuchting kosten, om mijn gebed te doen verhooren, aangezien het lieve kind Jesus, daar gij zoo zoetelijk mede beladen zijt, uw redelijk verzoek niet zal van de hand wijzen, want is het dat Jesus u, als gij hier nog op aarde leefdet, zoo hartelijk heeft bemind, dat hij niet alleen menigmaal aan u verschenen is, maar zich ook van u heeft laten behandelen, kussen en omhelzen, zoo zal hij nu, als gij met
17'J
180 VERSCHILLENDE
him iu don liomel heerscht, u voel meer beminnen, eeren en verhooren. En opdat de wereld zoude weten, dat liet zoete kind Jesus, gelijk hot zich hier op do aarde in uwe handen en magt gesteld heeft, alzoo nog in uwe handen en magt wil blijven, daarom heeft God begeerd dat men uw beeld met een lief kind Jesus zoude schilderen en uitsnijden, als of dat Jesus on Antonius gelijk twee verliefde harten altijd te zamen zijn, en in eeuwigheid to zamen willen blijven.
Ik groot u dan, o twee onafscheidelijke vrienden Jesus en Antonius! ik vereer u , o twoe zoo zeer ver-eenigde zielen Jesus en Antonius! ik bid u dan, o twee verliefde har-ton Jesus en Antonius! toont mij uwe goedgunstigheid en ontsteekt mijn hart in uwe liefde en godvrucht.
O Jesus! ik bid n door uwen
OEFENINGEN. 181
lieven Antonius; o Antonius! ik bid u door uwen allerliefsten Jesus; o Jesus en Antonius! ik bid u dooide grootste liefde en gemeenschap die gij op de aarde tot elkander hebt gedragen, en nu zonder einde onderhoudt in den hemel, dat gij mij wilt rekenen onder het getal uwer liefste vrienden. O Jesus en Antonius! ik beveel u mijn hart. O Jesus en Antonius! in uwe handen stel ik al mijne zorg en bekommernis ; maak mij maar zoo gelukkig , dat, gelijk ik u hier met allen eerbied en godvrucht aanschouw op de aarde, ik u zoo voor altijd mag aanschouwen in den hemel. Amen.
TWEEDE GEBED.
O H. Antonius, opregte en allerzekerste noodvriend, die gewoon zijt alle ellendige en bedrukte harten
182 VERSCHILLENDE
te troosten en behulpzaam te zijn! sla uwe genadige oogen van den verhoven troon uwer glorie naar beneden, en bezie mij, armen zondaar, die hier in deze kerk gekomen ben om u te bezoeken en te vereeren.
Wees indachtig de troostelijke woorden, die gij eertijds gesproken hebt tot die edele vrouw van Bono-niën, zeggende: ga, bezoek negen dingsdagen achtervolgende mijn beeld in de kerk der Minderbroeders, en gij zult bevinden dat uw gebed verhoord is. Zie, ik ellendige zondaar, om dit uw bevel uit te voeren, ben gekomen in deze kerk om uw beeld te bezoeken, en voor hetzelve aan u mijnen nood te klagen.
O H. Antonius, edel vat van alle goedertierenheid, lielderschijnende karbonkelsteen van alle deugden en heiligheid! ik groet en eer uw beeld ; daarvoor buig ik de kniën van
OEFENINGEN.
mijne ziel ; alhier klaag ik aan u mijnen nood, en roep tot de goedertierenheid van uw mededoogend hart. Ik weet u niet beter te vinden , dan in uw beeld, noch nader voor u te komen dan voor uw H. altaar. Ware het dat ik u hier in persoon konde vinden , o wat eer zou ik u bewijzen! met wat ootmoedigheid zou ik uwe H. voeten kussen, hoe vriendelijk zou ik u omhelzen, en hoe hartelijk tot u roepen ! Maar mits mij die gunst niet mag gebeuren , zoo wil ik aan uw beeld alle eer betoonen als of ilc u hier in persoon tegenwoordig zag. Daarom groet ik u dan, o H. Antonius! en met verschuldigde eerbiedigheid buig ik mijn zondig hoofd; tot u hef ik mijne zondige oogen; tot u keer ik mijn geprangd gemoed.
O H. Antonius. waarachtige trooster der zielen ! liet is wel waar, dat ik ter oorzake van mijn boos leven,
183
VEHSCmii LENDE
184
uwe voorspraak niet verdien; aangezien nogtans dat liet aan de goddelijke majesteit zoo behaagt, dat niet alleen de regtvaardigen, maar ook de zondaren , die met opregte godvrucht en vast betrouwen tot u hunnen toevlugt nemen, door uwe voorspraak bij God zullen getroost worden, zoo noem ik mijne toevlugt tot u in dezen nood, en uit den grond mijns harten beroep ik u op uwe groote barmhartigheid. Laat toch mijn gebed opklimmen tot u, laat uw meiedoogend hart door mijne zuchten bewogen worden. O minnelijke Vader! gij weet mijnen nood, gij kent mijne bekommernis, en gij kunt ook ligtelijk van God verkrijgen de genade waarom ik bid: want hoe zou uw lieve Jesus aan u iets afslaan, daar hij ;dch zeiven in uwe handen heeft gesteld ? Zoo laat mij dan over uwe barmhartigheid roemen, die schier door
OEFENINGENquot;.
geheel dn wereld geprezen wordt;
bijna allen, die u met ernst helAen aangeroepen, bekennen met ^ rengd, dat gij tot der. armen zondaar zeer goedhartig zijt, en dat gij niet eenen, die met een vast geloof uwen bijstand verzoekt, ongetroost laat weggaan. Daarom stel ik in uwe handen en beveel u mijn tegenwoordig verzoek, opdat gij dit aan uwen lieven Jesus ton bésten wilt voorstellen , en beschikken volgens zijnen goddelijken wil. Anion,
DERDE GEDED.
O H. Antonius , o vriendelijke vertrooster van allo verlatene inen-schen, en onophoudelijke wonderdoener in allerhande bekommernissen! geheel de wereld is vol van uwen lof; van alle kanten hoort men uwe wonderdaden verkondigen : en geen wonder! want gelijk God,
1S5
18(5 YEKSCHIIiLEUDE
toen gij nog li ifUquot; op de aarde loefdet, u bijzonderlijk heeft uitverkoren om zoo menige duizende zielen te be-keeren, alzoo hoeft het hem ook bijzonderlijk behaagt, nu gij met hem voor alle eeuwen heersclit in den hemel, u mot gedurige mirakelen te vereeren, en door uwe voorspraak, gaven en genaden aan de wereld mede te deelen; zoo kom ik dan tot u met een groot betrouwen, o troost der bedrukten ! en bid u dooide bijzondere gunst die u God gedaan heeft, van u aan te stellen als eenen zekeren noodvriend in alle zwarigheden, dat gij mij in dit mijn verzoek wilt verhooren en vertroosten. Ik bid u door do overvloedige blijdschap, die gij in uw maagdelijk hart gevoeld hebt als het allerliefste kind Jesus in volle klaarheid aan u verschenen is , on zoo menige teekenen van liefde en vertrouwdheid heeft bewezen, dat gij dit
ÖÉFENINGEN.
zelfde allerzoetste Kind, dat ik in uwe H. armen aanbid, voor mij armen zondaar wilt te voet vallen, on mijnen nood aan hetzelve voordragen. Ik bid u door al de g-un-sten en weldaden, die Christus u hier op de wereld betoond heeft , dat gij mij deelachtig wilt maken aan uwe verdiensten , en de verzochte weldaad mij niet wilt ontzeggen. Doe mij ondervinden, o H. Antonius! dat ik u niet te vergeefs heb aangeroepen; opdat mijne liefde en godvrucht tot u meer en meer mag ontstoken worden , en ik uwen H. naam voor iedereen mag loven, verheffen en verheerlijken.
Deze drie gebeden , die ik voor uw beeld heb opgedragen, wil ik sluiten met dat groot betrouwen en die overgeving aan Gods wil, waarmede onzn Heer Jcsus Christus zijn drievoudig gebed, op don Olijfberg gesproken heeft: ik wil met zijne
187
VERSCIII1LENDK
woorden mot mond en liart tot den eeuwigen Vader roepen: Ahha, Vader ! alle dingen zijn u mogelijk , neem dezen kelk van zwarigheid van wij weg, en verleen mij genadiglijk hetgeen ik verzoek; nog-thans niet mijn , maar uw wil moet geschieden in alle eeuwigheid. Amen.
lt;§cbeb.
tol zijnen Engelbewaarder, voor dat men de godvruchtige oefeningen, ter eere van den II. Antonius van Padua, aanvangt.
Mijn Beschermengel , steun in mijne zwakheid , die do schitterende deugden en verhevene begaafdheden kent, welke den H. Antonius het voorwerp der liefde van God, van de engelen en menschen doen zijn; dewijl deze Heilige, in dit be-nedenrond, tot algeraoene patroon van alle geloovigen, tot voorbeeld in
iSS
OEFENINGEN. 189
do beoefening van de deugden, en tut hulp van geheel de wereld in geestelijken en tijdelijken nood is aangesteld , bid ik u , mij in zijne welwillendheid aan te bevelen, opdat hij , in zijne goedheid, zich gewaar-dige mij zijnen bijstand in mijnen nood te doen gevoelen. Maak hem, bid ik u, bekend, dat ik hem tot mijn voorspreker, vertrooster en mijn dierbaren verdediger verkozen heb.
Dat hij mij onder zijne hoede en getrouwe bescherming neme; dat hij mij in mijn lijdon verligto; dat hij voor mij de onderwerping aan den goddelijken wil en eene heil-zame vrees voor de zonde verwerve; dat hij de banden mijner kwade gewoonten verbreke ; en wanneer ik eenig geestelijk of tijdelijk verlies ondergaan heb, dat ik het dan, door zijne hulp, dadelijk terug bekome. Dat ik verwijderd blijve van alles, wat der goddelijke Majesteit
190 verschillende
züu kunnen mishagen. En om dit, en alles, wat mij noodig is , des te gemakkelijker te bekomen, verzoek ik u hem de gebeden aan te bieden , die ik te zijner eer en ter verheerlijking van God ga doen. Vraag diezelfde gunsten voor mijne ouders, bloedverwanten en vrienden; dat de zielen in het vagevuur weldra de eeuwige rust mogen genieten. En dat ik uit dezen nood.... moge verlost worden, en hij deze zaak.... voor mij verkrijge, indien het overeenkomstig den goddelijken wil is. Amen.-
(6cbclgt;
Om zich onder de bescherming van den roemrijken H. Antonius van Padua te steiien.
Roemrijke H. Antonius, groote gunsteling van God, getrouwe beschermer der zielen , die naar het inwendig leven haken en op u hun vertrouwen stellen; ik smeek u, in
OEFENINGEN.
191
voreoniging- der onuitsprokelijko lief-do , dio do goddolijko Majesteit u toedraagt, door u het vermogen te schenken om allen bij te staan , die uwe hulp godvruchtig inroepen, en met den meest mogelijken eerbied voor u nedergeknield , de beschermer mijner ziel te willen wezen. Ik vertrouw aan uwe welwillende zorg mijn ligchaam; al mijne voornemens, ondernemingen, mijnen arbeid en geheel mijn leven. Neem mij , bid ik u , groote Heilige, als een uwer dienaars aan, en oefen, in die hoedanigheid , over mij het gezag uit, dat God u schenkt om diegenen bij te staan, die zich aan uwe dienst toewijden. Weas mijne sterkte in mijne zwakheden en ziekten, mijne hoop in mijne ellenden en armoede, inijne toevlugt in al mijne noodwendigheden en 't verlies van goederen , mijn steun in al de rampen , die mij mogen treffen. Verleen
192 VBUSCIIIJ,LENDE
mij eindelijk uwe liefdevolle hulp in het uur van mijnen dood. Amen.
(Bcbcb.
om God te bedanken voor de genaden, die Hij aan den li. Antonius van Padua heeft medegedeeld.
O Heer Jesus Christus, Koning des heelals , luister der Heiligen, ik bedank u , dat gij den H. Antonius van Padua verkoren hebt, om hem tot zulk een' uitstekenden graad van heerlijkheid in den hemel te verheffen, en zijnen roem in de wereld doet schitteren door zoo vele wonderen , die hij uitwerkt ten gunste van hen, die hem met vurigheid aanroepen. Ik vraag u , mijn Heer en mijn God , de genade, om zijne hulp in mijnen geestelijken en tijdelijken nood te mogen ondervinden , opdat ik, de zonde verlatende, den weg der volmaaktheid, dien hij mij aangewezen heeft, bewandelen en zijne
OEFENINGEN.
goede werken navolgen moge, om met liem de eeuwige belooning te ontvangen, door onzen Heer Jesus Christus. Amen.
(Êcbeben
en verzuchtingen tot den H. Antonius van Padua.
lioemrijke Heilige, die de gave bezit van wonderen te doen, bewerk, bid ik u, mijne bekeering. En dewijl God u toegerust heeft met het vermogen om de verlorene zaken terug te doen vinden, smeek ik u, mij door uwen bijstand de goddelijke genade en de deugden, die hot licht mijns verstands uitmaken, te doen terug bekomen, zoo dikwijls ik het ongeluk zou hebben ze te verliezen. Verwerf ook voor mij, dat ik bevrijd blijve van alle kwalen, die mijne gezondheid kunnen schaden, en nadeelig aan mijne zaken zijn, en dat ik verwijderd blijve van de 54
193
194 VEBSCHIU/ENDE
ongevallen, die tot openbare ergernis strekken of mij van de dienst van God kunnen aftrekken.
Vertoon al mijne noodwendig-heden voor zijnen troon , en doe , door de kracht uwer voorbede , de zegeningen over mij afdalen , die tot zaligheid mijner ziel strekken. En ben ik niet bij magte u al mijne behoeften op te sommen, zie ze dan in het aanbiddelijke Wezen van mijnen en uwen Schepper. Bewijs mij die liefdedienst, groote Heilige ! 'opdat ik, do uitwerkselen uwer hulp ondervindende, der wereld uwen lof en de groote verdiensten , die gij bij don Almagtige hebt, verkondigen, en do menschen tot de dienst van zulk oen barm-hartigen God, die zoo wonderbaar in zijne werken en Heiligen is, bren-gon moge. Amen.
OEFENINGEN.
(Èclici)
tot den II. Antonius van Padua, als men
zich in bedruktheid of ijdon bevindt.
Liefderijke bescliorraer dergenen, die tot u Imnne toevlngt nemen , ik werp mij met een kinderlijk vertrouwen in den schoot uwer goedertierenheid. Zie, bid ik u, den angst, die mijn hart drukt, en bedaar , door uwe voorbede, den toorn van mijnen God, dien ik door mijne zonden vergramd heb. Verlos mij uit den nood, waarin ik mij bevind, opdat ik Hem met eene heilige gerustheid des geestes dienen moge. Is het nogtans te mijner zaligheid dienstig, dat ik lijde, clan zal ik er in berusten ; maar verwerf gij dan voor mij een standvastig geduld , en eene volmaakte onderwerping aan den goddelijken wil. Ik wil alles lijden ter liefde van Hem, die , hoewel onschuldisr. zich voor
195
106 • VERSCHILLENDE
do zondaren heeft laten slagtofferen, Verlaat mij, smeek ik u, nooit in mijnen nood , en verkrijg voor al degenen, die even als ik in lijden zijn, in- en uitwendige vertroostingen , opdat de goddelijke Majesteit ons, door uwe verdiensten, gelieve te versterken in zijne heilige dienst, te vertroosten in onze droefheid, en eindelijk ons de genade schenke om zoo te leven, dat wij het eeuwig leven verdienen mogen. om Hem, in uw gezelschap, te loven, zegenen en beminnen door alle eeuwen der eeuwen. Amen.
Qjcbcb
tot den It. Antonius, om eenen zaligen dood.
Groote H. Antonius van Padua, magtige verdediger dergenen, die zich onder uwe bescherming stellen, ik smeek u zeer ootmoedig, door het vurig verlangen dat gij hadt,
OEFENINGEN, 197
om voor Jesus Christus uw bloed te storten, dat het u behage mij do genade te verwerven, dat ik door geen haastigen dood overvallen worde , waaraan allen, die zich in dit ellendig ballingsoord bevinden, blootgesteld zijn. Leid mij altoos aan uwe hand door dit lovou, opdat ik in geene zonde valle, en maak, dat het goddelijke licht mijne schreden voorlichte , en mij al de pligten van een waren Christen waardig doe vervullen. Sta mij bij, grooto Heilige, en help mij en al mijne bloedverwanten en vrienden in onzen nood, maar vooral in ons sterfuur, opdat wij, door uwe hulp , ons leven in Gods genade mogen eindigen, en bevrijd blijven van het onherstelbaar ongeluk van eeuwig verloren te gaan. Amen.
TJS VJSKSCIIILLl'ND-E
van zich zclven aan den II. Antonius „ van Padua,
O H. Antonius, die ik tot mijn beschermer gekozen hob , ik bevoel u, mot al het vertrouwon mijns harten , mijn ligchaam on mijne ziel, mijn loven en mijnon dood aan. Ik bevoel u dat alles in vereen iging mot Jesus Christus, die stervende zijne geliefde Moeder aan den H. Joannes, zijn' welbeminden leerling, en daarna zijne ziel aan zijnen hemolschen Vader aanbeval. Uit kracht dier aanbeveling, stel ik mij in uwe handen , en zelfs in don grond uws harten. En even als do H. Joannes, krachtens die aanbeveling , de Hei-lirje Maagd Maria van dal oogen-blik af onder zijne bescherming nam (Joan. XIX, 27), bid ik u, mij, armen zondaar, ook onder uwe hoede te nemen en mij in allen
OEFENINGEN. l!)t)
nood bij to staan, maar vooral in het uur van mijnen dood. Gij zijt derhalve de beschermer en verdediger mijner arme ziel: ik stel haar dan , krachtens deze aanbeveling, in uwe heilige handen , opdat gij haar bewaart, dewijl ilc mij volkomen overtuigd houd, dat gij dit kostbaar pand , dat Jesus Christus voor den prijs van zijn heilig bloed heeft vrijgekocht, zoo getrouw en zorgvuldig bewaren zult, als een opregt vriend een' hom toevertrouwden schat bewaart. Laat mij u derhalve aanbevolen zijn, H. Antonius, cn bescherm mij, hetzij ik slape of wake, hetzij ik arbeide of ruste. Laat mij u aanbevolen zijn in ziekte en gezondheid, op reis of te huis, in bekoringen , droefheid en in allen nood, maar vooral in het bange uur des doods, als ik mijnen geest zal geven O, herinner u dan, met welke godvrucht ik u op dit oogenblik
200 VELSCHILLENDE
aangeroepen , en met welk vertrouwen ik mij u aanbevolen heb. Amen.
tot den H. Antonius van Padua.
Groote Heilige, die , door de bei-liglieid uwer werken en uws levens, van Gods goedheid de aanschouwing van het Goddelijke Wezen verdiend hebt, en in die verhevene beschouwing van verlangen branddet, om do zielen aan de bewondering der aardsche zaken te onttrekken, heb medelijden met de ellenden , die mij bestormen. Ik beken, tot mijne schande, dat al de rampen, die mijne rust aanhoudend storen, de vruchten mijner zonden zijn; maar indien gij tot God zegt, dat de zwakheid mijner bedorven natuur , veel meer dan mijne opzettelijke boosheid , de oorzaak van mijn' gedurig vallen is, en dat mijne drif-
OEi'ENINGElf.
201
teu dikwijls mijne rede vcrdoovcn, zoudt gij van Hem voor mij dan niet de gonadcn verwerven, die mijne ziel hare vorige schoonheid terug kDnnen schenken? Roemrijke Heilige, die zoo vele wonderen hebt uitgewerkt, bewerk ook , bid ik u, mijne bekeering ; en dewijl God u do gave heeft geschonken , om de verlorene zaken terug te doen vinden , smeek ik u, mij de genade te doen terug vinden, zoo dikwerf ik het ongeluk zou hebben ze te verliezen ; dat ik, door u ondersteund , bevrijd moge blijvon van alles , wat mijne gezondheid hindereu , mijne zaken beuadeelen, mijne broeders ergeren , of mij van de dienst van God verwijderen kan. Draag al mijne noodwendigheden voor den troon van God, en noodzaak Hem , door de kracht uwer gebeden , die genaden over mij uit te storten die tot zaligheid mijner
VERSCHILLENDE
ziel strekken; en indien ik n al mijne ellenden en behoeften niet kan opsommen, zie zo dan in liet Goddelijk Wezen, van waar alles afstraalt, en kom mij, op het zien derzelve, te hulp. Ik vraag u dit, opdat ik, do uitwerksels mijner godvrucht tot u ondervindende, in eeuwigheid de barmhartigheden des Heeren love, omdat Hij u tot zulk een grooten Heilige in den hemel verheven heeft. Amen.
(Scbtb
om voor het heilig Sakramer.t te lezen, ter eere der vijf wonden van Jesus , en ter cere van den II. Antonius vanPa-dna (hetwelk men , ten tijde der novene, met vrucht kan bidden.)
Gij, o Jesus, zijt regtvaardig, en al uwe uitspraken, besluiten en wegen zijn barmhartigheid en waarheid. Dewijl gi], minnelijke Jesus, met uw heilig Ligchaam en uwe dierbare vijf wonden hier in het allerheiligste Sa-
OKFENIJSGEN. 203
kram out tegenwoordig zijt, bid ik u door die bloedige wonden, en dooide verdiensten en voorspraak van uwen dienaar, den H. Antonius, dat gij u gewaardigt mijner te gedenken en mij bij te staan in dezen nood, deze zaak, deze omstandigheid [noem hief dezelve), waarin ik, door de liefde, die gij dienzelfden Heilige toedraagt, hulp en troost afsmeek.
Ik heb, wel is waar, uw heiligen wil in alles niet zoo volmaakt gevolgd, als het behoorde ; maar ik bid u, o minnelijke Jesus, dooide gezegende wond uwer regter-hand, en door do voorspraak van den H. Antonius, in mijne behoeften te voorzien en mij , volgens uwen heiligen wil, te helpen.
U, o Jesus, is alle magt gegeven in den hemel en op aarde, en de harten aller menschen zijn in uwe handen. Beweeg dan , bid ik u, door de wond uwer linkerhand en
201 VEltSCHM,LENDE
door de verdiensten van den H. An-tonius, het liart dier menschen, die mij in deze zaak moeten helpen, vertroosten, of teruggeven wat zij mij onregtvaardig ontnomen of ten onregte onthouden hebben.
O allerzachtmoedigste Jesus, die uwe dienaren en dienaressen op duizenderlei wijzen kunt helpen, vertroosten en verlossen , ik bid u dooide heilige wond van uwen regtervoet, en door de menigvuldige wonderen , waarmede gij uwen dienaar Anto-nius hebt vereerd, hel]), troost en verlos mij van alle zwarigheid in deze zaakdie ik u door den H. An-tonius ten hartelijkste aanbeveel.
O allergenadigste Jesus, ik geloof in u, ik hoop en vertrouw op u, ik bemin u, ik verfoei en verzaak al mijne zonden en al wat u in mij mishaagt, omdat gij de onfeilbare waarheid, de oneindige barmhartigheid , de goedheid zelve , en alle
OEFENINGEN.
liefde, eer en vertrouwen waardig zijt. Ik bid u, door de heilige wond van uwen linkervoet, en door de lieerlijkbeid van uwen dienaar, den H. Antonius, doe in deze zaak, die ik u door hom aanbeveel, wat goed en behagelijk in uwe oogen is. Ondersteun mijn zwak geloof, versterk mijne hoop, vermeerder mijn vertrouwen, ontvlam mijne liefde. Ja, Heer, al waren allo deuren der menschelijke hulp en troost gesloten, zoo zal ik evenwel op u vertrouwen : want gij zijt de beste der vaders, de God van barmhartigheid en van alle vertroosting.
Allerminnelijkste Jesus, waarachtig licht, dat alle menschen verlicht , die in deze wereld komen, ik bid u, door de smartelijke wond uwer zijde , die uw medelijdend hart voor ons opende, en door de verdiensten van uwen dienaar, den H. Antonius, dat gij, in deze zaak
205
jJUG VETISCH1LLENÜ15
di omstandigheid, mijn verstand gewaardigt te verlichten, opdat ik uwen heiligen wil moge kenuen, beminnen en volbrengen, nn en in allo voorvallen mijns levens.
Dit is het, allerheiligste Heer Jesus, wat ik, door uwe vijf heilige wonden en door de voorspraak van don grooton H. Antonius , van U en don hemelschon Vader hoop te vorkrijgen. Uie leeft en heerscht met uwen Vader, in de eenheid des H. Geostes, door allo eeuwen der eeuwen. Amen.
©cba)
tot den H. Antonius, om een' zaligen dood.
O Heilige vader Antonius, die met zulk eene groote en vurige begeerte bezield waart, om als martelaar te mogen sterven en uw bloed voor Christus te vergieten ; ik bid u met do meeste ootmoedigheid,
OF.FF.NINGKJJ. 207
Voor^ mij van God te verwerven , dat ik van een haastigen en onvoor-zienen dood moge bevrijd blijven ; verkrijg, bid ik u, voor mij tevens de genade, om het leven mijner ziel door geene doodzonden te verliezen, en sta mij en al uwe vereerders bij in onzen doodstrijd, opdat wij dit leven gelukkig mogen eindigen , om hot loon te gaan genieten, dat God bereid heeft voor die Hem beminnen en getrouw dienen. Amen;
QJclub
om de gezondheid te bekomen.
Almagtige, eeuwige God, waar-a.chtige geneesheer der ziel en des ligchaams, ontferm u mijner om de verdiensten en voorspraak van den H. Antonius , genees mij , Heer , want ik ben ziek; cd mijne beenderen zijn ontsteld, en mijne krachten hebben mij verlaten.
208 VERSCHILLENDE
(Psalm VI). Gij hebt door de gebeden van denzelfden Heilige zoo vele zieken genezen, zoo vele verminkte en verloren ledematen teruggeschonken , zoo vele melaatschen gezuiverd: verleen mij , te zijner liefde, dat ik met Naaman van Syrié zevenmaal in den Jordaan gewasschen moge worden (4 Eeg. V. 14); met andere woorden: dat ik door uw dierbaar bloed, welks kracht in de zeven heilige Sakra-menten besloten is, van alle ziekten der ziel en des ligchaams moge genezen worden. En u, mijn H. Patroon, Antonius, trooster en geneesheer der zondige zielen, waarvoor gij altijd zoo zorgvuldig gearbeid hebt, u bid ik, mij door uwe bescherming van alle ziekten der ziel te bevrijden, opdat ik nooit met de melaatschheid der zonden besmet worde; en dewijl het mij niet dan voordeelig kan wezen, de
OEFENINGEN.
gezondheid des ligcluams to genieten , om God des te beter en niet een vrijen geest te kunnen dienen, smeek ik u, mij de verlos-. sing van mijne ziekte en krankheden te verwerven, opdat ik gezond den tempel des Heeren moge binnen gaan, om God in u en door u te loven en te danken. Amen.
voor degenen, die op zee of in de gevangenis zijn.
O getrouwe Leidsman op den weg dor zaligheid, H. Antonius, die van God de magt ontvangen hebt, om over do winden en de onstuimige zee te gebieden, en dezelve meermalen hebt doen gehoorzamen; be-hoed , bid ik U, door uwe magtigo voorspraak , allen , die op zee varen, maar bijzoader mijne vrienden, in die schromelijke gevaren, die hen alle oogenblikken dreigen ; opdat zij
54 14
209
210 VEKSCHILLBKDE
met hunne goederen te gelijk hun loven niet verliezen , maar een en ander in behouden haven mogen brengen. Doch, doorluchtige verwinnaar der duivelen , verbreek vooral de banden der zonden, der driften en begeerlijkheden, waarmede do vijand van het menschelijk geslacht zoo vele zielen gevangen houdt. Ik beveel u ook allen, die zich schuldig of onschuldig in de gevangenis bonnden : verkrijg voor do eersten berouw over hunne misdaden en de kracht om hunne straf met go-duld te ondergaan , en voor de anderen verlossing, troost en overgeving in den wil Gods, opdat zij, naar het voorbeeld van Jesus, met liefde en geduld lijden en hunne verlossing met vertrouwen afwachten.
Ö almagtige God, die wonderbaar in al uwe werken zijt, en uw volk , de kinderen Israels, door uwen dienaar Moses geleid, droogvoets
OEFENINGEN. 311
door de Eoode Zee hebt doen gaan; verleen genadig, dat allen, die op zee in gevaar zijn , gelukkig met hunne goederen mogen aanlanden; maar vooral, dat zij de zorgvolle zee dezer wereld zoo mog'en bevaren, dat zij behouden in de haven der zaligheid aankomen.
O allerbarmhartigste Jesus, die, om ons van de banden der zonden te verlossen, hebt willen gevangen en met boeijen en koorden gebonden worden, en die, door de voor-spraak van den H. Antonius, zoo menigwerf gevangenen verlost en ongehinderd hebt laten heen gaan; ontsla door uwe barmhartigheid de ongelukkigen, die in de boeijen en kerkers zuchten, maar verlos hen vooral van do boeijen der zonden , opdat zij, de volle vrijheid der kinderen Gods genietende , U hier zoo mogen eeren, dienen, loven en danken , dat zij hierna uwen lof eeuwig
213 VERSCUILLBNDB
met de gelukzaligen zingen mogen. Amen.
(Êcbcö
om oen afwezigen vriend aan den H. Antonius te bevelen.
Aan wien kan ik beter mijnen vriend bevelen, dan aan U, Antonius, die de beste, do magtigste en welwillendste aller vrienden zijt! Ik bid U dan, zorg te wilbn dragen voor hem, die door mijne aanbeveling ook uw vriend wordt : behoed hem voor water en vuur, voor roovers en moordenaars , voor ziekten en schade, voor schimp en schande, voor zondenon bekoringen, voor verleiding door kwade gezelschappen of valsche vrienden , en eindelijk voor a'le kwaad en ongemak naar ziel en ligchaam. Laat niet toe, magtigo bestrijder van alle zigtbare en onzigtbare vijanden , dat hij, hetzij door list, hetzij in het openbaar , door boos-
OEfiNINGEN. 2]3
doeners overvallen worde; maar maak dai allen va:;i hem verwijderd blijven. Doe mij hem, door uwe voorbede, frisch en gezond wederzien , oixlat ik U voor zijne gelukkige overkomst mijn' verschuldigden of en dankbaarheid moge opdragen: mt tad ik U door die groote liefde, welke gij altijd tot God en uwe evennaasten in uw hart gevoed hebt, en door die zorg, welke gij altijd gehad hebt voor liet geestelijk en tijdelijk welzijn uwer dienaren. Ik zon, einde-4)k, een slecht vriend zijn, indien ik u met de eeuwige zaligheid van mijnen vriend aanbeval, met wien ik door uwe liefdevolle bescherming de hemelsche vreugde hoop te genieten in alle eeuwen der eeuwen. Amen.
©clicb
tot den Zaligmaker.
O Heer Jesus, die de fontein des
21.J, VERSCHILLENDE
levens zijt, eu ons zoo minzaam uitnoodigt tot U te komen, met de woorden ' Wio dcLCXWUfi drinkt,
zal in eeuwigheid geen dorst heb- «*-hen, stort in ons de kennis, en ontstook in ons de genegenheid, die uwen getrouwen dienaar Anto-nius bezielden , opdat onze mond altijd cn van ganscher harte uwen lof verkondige, even als zijne tong deed, die daarom lang na zijnen dood, door den H. Bonaventura, ongeschonden werd gevonden. Vergun ook, zoete Jesus, dat wij in al onze daden en handelingen, volgens zijn stichtend voorbeeld, zoo mogen leven, dat wij eens waardig bevonden worden binnen te gaan in ^ de eeuwige vreugde, welker poorten door uwen heiligen dood en lijden voor ons geopend worden, o heilige Verlosser! die met den Vader . | en den H. Geest leeft en heerscht in alle eeuwigheid. Amen.
OEFENINGEN.
©cbcb
voor degenen, die in nood en armoede zijn.
O H. Antonius, die zoo dikwijls uwe krachtige hulp aan de noodlijdenden hebt doen gevoelen , bid den ontfermenden Jesus, van wien de Evangelist zegt: Hij had medelijden met de scharen, en wilde ze niet zonder eten wegzenden , bid Hem, dat Hij allen , die zich in armoede quot;bevinden, gelieve bij te staan, en mij , ongelukkige, in 't bijzonder gelieve te hulp te komen; dat Hij, door zijne almagt en uwe veelvermogende voorspraak, mijn brood vermenigvuldige , en door zijne heilige Voorzienigheid, mij de gelegenheid verschafte , om het op eene eerlijke wijze te verdienen, en daar de mensch niet alleen leeft bij brood, maar bij alle woord, dat uit Gods mond voortkomt, bid ik U voor mij te verkrijgen , dat het woord Gods,
215
2 If) VERSCHILLENDE
dat voedsel mijner ziel, mij ook niet de
ontbreke, dat mijne noodwendigheid ! zo
mij niet belette, de goddelijke dien- «ö
sten christelijk bij te wonen , en di
mijn tijdelijke nood aldus niet na- hli
deelig zij aan mijne zaligheid. Ik ** en
vertrouw dan vast, H. Antonius , ge
door uwe verdiensten den goddelij- zij
ken bijstand te verwerven; ik weet ve:
dat onze Vader, die in den hemel ve;
is, wil en gebiedt, dat ik het da- mi
gelijksch brood, dat is: kost en mi
kleederen, vrage, en dat, al beproeft we ons zijne hand, Hij ons nimmer in de ellende zal verlaten, vermits de straf, beproeving en genezing, allen gelijke uitwerkselen zijner oneindige goedheid zijn. Bid dan, groote Heilige , dat zijn heilige wil over mij
geschiede, en alles zal gered wezen! lt;* tei
Hij zal mij uit den nood verlossen, ■ te
omdat ik op Hem vertrouwd heb ; kr
Hij zelf heeft ons door den mond en
van zijnen Profeet gezegd : Indien *■ Gc
OEPENINGEN.
de regtvaardicje op mij vertrouwt, zal ik hem bijstaan. ik zal hem aan den nood ontrukken ; en indien hij met volharding op mij blijft hopen, zal ik hem verheffen, en zijne gelukkige dagen verlengen. Ik mag dus te geruster zijn, H. Antonius, opdat ik, mijn vertrouwen met uw vast vertrouwen vereenigende, zeker ben, dat gij mijn onvermogen zult aanvullen, en mij den verwachten bijstand verwerven. Amen.
(Scbcb
als men van zigtbare of onzigtbare vijanden overvallen wordt.
J^eem uwo wapenen en uw schild ter hand , H. Antonius, en kom mij te hulp. Wend de schichten uwer kracht tegen hen, die mij vervolgen. en verkrijg van den almogenden God de zaligheid mijner ziel.
217
I
218 VERSCIIILLEUDF,
Dat zii, die mijne ziel kwellen, beschaamd en met schrik vervuld worden ; dat zij, die mij kwaad zoeken te doen , terugdeinzen , dat hunne wegen duister en glibberig worden, terwijl gij, vrome strijder van Christus , hen achtervolgt; opdat ik verlost worde van de lastertongen der boozen, en de geboden van mijnen Heer en God on-derhoude. Want zij die God niet voor oogen hebben, zijn vreeselijk en zonder genade tegen mij opgestaan : ik zou derhalve onder hun geweld welligt bezwijken, indien de Heer mij , op uwe voorbede niet te hulp kwame. Dat hunne booze plannen en aanslagen door uwen sterken arm verijdeld worden, en do vreeze Gods hen bevange. Dat zij , die tegen mij opstaan , voor hunne oogen zien, dat gij, Antonius, mijn verdediger zijt, en dat zij beschaamd de hand Gods erkennen.
OEPENISGEN. 2] 9
Mijne vijanden hebben menigmaal gezegd : Laat ons hen vervolgen en vangen. Maar in al mijne be-naauwdheden, wierp ik mij vol vertrouwen voor den troon der goddelijke barmhartigheid , ik beleed tegen mij zeiven mijne boosheden en ongeregtigheden , bekende openlijk schuld, enzeide: Ik heb gezondigd , Heer, ik heb gezondigd-, mijne hoosheden zijn tal rijker ge-ivorden, dan de zandkorrels op den oever der zee. Ik heb gedwaald als een verloren schaap. Ik beken mijne schuld. Ik bid U, vergeef hel mij , laat mij niet in mijne boosheden verloren gaan.
En gij, H. Antonius , mijn Beschermer , draag' dit mijn borouw en leedwezen aan God op. Maak, dat hij mijn gebed verhoore, opdat ik, door uwe voorspraak , hier den staat der heiligmakende genade bekome, daarin volharde, en hierna den oor-
VEBSCnlLLENDÜ
sprong en de fontein aller genaden eeuwig mogo aanschouwen. Amen.
©cliclicn
in grooten nood en droefheid.
Men bidde vooraf driemaal Onze Vader en Wees gegroet, en gedenke daarbij, hoe Jesus driemaal in den hof der Olijven gebeden en water en bloed gezweet heeft; daarna zegge men met Hem: Vader, indien het mogelijk is, laat dezen kelk van mij gaan ; doch niet mijn, maar uw wil geschiede!
O Jesus, die onschuldig voor vier Regters gesleurd werdt, ontferm U mijner.
O Jesus, zoo schandelijk gebonden en wreed mishandeld aan eene kolom, ter verzoening van het men-schelijk geslacht, ontferm U mijner.
O Jesus, om onzent wille zoo bespot en gelasterd, ontfern U mijner.
O Jesus, met het kruis beladen,
220
OEFENINGEN. 2i i
waarop men U gaat uitrekken, cin ons te verlossen , ontferm TJ mijner.
O Jesus , door uw heilig lijden en dierbare wonden, ontferm U mijner.
O Maria, die uw' beminden Zoon voor ons zaagt lijden, bid voor mij.
O Maria, die Hem met gal en azijn zaagt laven, bid voor mij.
O Maria, die zijne heilige oogen zaagt breken, bid voor mij.
O Maria , die Hem zonder eeni-gen troost en in de grootste verlatenheid zaagt sterven , bid voor mij.
O Maria, die door Hem aan zijn lieveling Joannes aanbevolen werdt, bid voor mij
Heilige Antonius , ik stel mij onder uwe bescherming , en, arme zondaar als ik bon, zoek ik bij U, Trooster der arme en verlaten mf n-schen , hulp en raad. Ach, sla op mij uwe teedere en medelijdende oogen , want de hand des Heeren heeft mij geraakt, en God heeft mij
222 VJLRSCUILLENDE
bezocht. Zie toch, geliefde Patroon, in welke ellende ik mij hevind, en hoe mijn hart met angst en he-naauwdheid bevangen is ; toon mij die groote christelijke liefde, die u, hier op aarde, altijd bezield heeft, en verlos, door uwe magtige voorspraak, mijne ziel van dit droevig lijden. Ik hef mijne handen ten hemel, en roep met groot vertrouwen : H. Antonius, reik mij uwe behulpzame hand, verlaat mij niet in den nood, opdat ik niet kleinmoedig worde. Steun dor zwakken, versterk mij. Verlosser van allen, die in gevaar zijn, verlos mij. Groote wonderdoener, schenk mij uitkomst in den toestand, waarin ik geene redding meer zie. Gij, c'ie altijd zoo liefdadig en behulpzaam op aarde voor do ongelukkigen Waart, zult dit nu in den hemel nog- duizendmaal meer zijn, ik houd mij daarom verzekerd, dat gij voor mij hulp,
OEFEN IXGEN.
J troost en redding van den hemel-' sclien Vader zult afsmeeken, van dien God, die uwe geboden nimmer heeft verstouten. Verwerf voor mij dan, dat zijn lieilige wil, vol-gens de grootte zijner barmhartigheid , liefde en goedheid, over mij geschiede. Amen.
O H. Antonius, getrouwe dienaar des Heeren, die thans met oneindige blijdschap het goddelijke Wezen gedurig aanschouwt, en daarin, als in den oorsprong en 't einde aller gelukzalighei 1, verslonden zijt, gij ziet in datzelfde aanbiddelijk Wezen al onze ellenden en behoeften, en gij werkt in dit tranendal zulke wonderbare dingen uit, dat gij met der daad toont een minnelijke Va-* der en Beschermer der bedrukten, een ijverige Vertrooster der noodlijdenden , een zekere Helper en Redder in alle kwellingen en tegen-
223
22i VERSCHILLENDE
spoed te zijn. Ik bid u door den God, dien gij aanschouwt, en in wien gij allo goed in liet hemelsch vaderland geniet, mij gedachtig te wezen in mijnen grooten nood, en mij van deze en allo andere ellenden der ziel en des ligchaams te verlossen, in zoo verre dit overeenkomt met den altijd goeden en aanbiddelijkon wil des Heeren, die beter dan ik zelf weet wat goed voor mij is, en die mij bemint als de beste dor vaders. Offer hem op mijne geduldige overgeving aan zijnon goddolijkon wil en mijn vast vertrouwen op zijne onbeperkte liefde en barmhartigheid, opdat ik zijner hulpe en zegening waardig worde. Amen.
om zijne zaken aan den H. Antonius aan te bevelen.
O roemrijke, wonderbare en uit-
OTÏFENTNGTN.
verkoren Vriend des Hoeren, TI. An-tonius , ik wenscli u veel geluk met al de gunsten, gaven en voorregten , waarmede de goddelijke goedheid u , onder alle Heilig'en . heeft verrijkt en verheerlijkt. O Voorspreker, die niet minder barmhartig dan mag-tig zijt, ik bid u ootmoedig door al de weldaden , die God n bewezen heeft, neem onder uwe vaderlijke zorg en bescherming mijne ziel en mijn ligchaam, mijne nering en mijn bedrijf, al mijne bezigheden en handelingen , die ik u hartelijk aanbeveel, dewijl ik zeker ben , dat geheel de loop en de staat mijns levens gezegend en geheiligd zullen zijn onder de bestiering van een zoodanigen Patroon. Gij zult ze den Vader der barmhartigheid, den God aller vertroosting aanbevelen , opdat Hij . die u zoo zeer bemint, door uwe verdiensten mij versterke in zijne heilige dienst. mij vertrooste in alle
5') ID
295
226 VEHSCHir,LENDE
droefheden en ontsteltenissen, mij verlosse van liet kwaad, en mij geleide tot het goede naar ziel en ligchaam. Amen.
aan God, en aan den II. A.ntonins, nadat men verkregen heeft. waarom men heeft gebeden.
U, God, loven wij, U, Heer, zegenen wij, met den H. Antonlus. om wien Gij U gewaardlgd hebt mij te zegenen en te verhooren , te helpen en te vertroosten in mijnen nood.
TT, eeuwige Vader, eert de geheele aarde ; U loven alle Engelen, Hemelen , Magten , Ghenibs en Serafs: en zingen U zonder ophouden toe. Heilig, heilig, heilig is de Heer, de God der heirkrachten, voor de menigvuldige weldaden , die Gij dagelijks , door de voorspraak van den H. Antonius, over de wereld uitstort. Lof, verheerlijking, eer en dank zij
OEFENING F.N.
den Vader, den Zoon en den Heiligen Geest, één God, lie mij, door de verdiensten en voorspraak van den H. Antonius, genadig heeft willen vertroosten . verhooren en verlossen.
Dat alle scliepselen uwe goddelijke Majesteit verheerlijken en bedanken voor al de wonderen, die Gij, om en door den H. Antonius. ten gunste dor stervelingen gedaan hebt en nog doet.
Voornamelijk wensch ik, dat hemel en aarde U zegenen, voor de hulp en bijstand, die Gij mij, uw onvvaardigen dienaar, bewezen hebt.
Wij bidden U, Jesus, Zoon Gods en Zaligmaker der wereld, die ons, door de verdiensten en voorbede van uwen grooten dienaar, den H. -gt; Antonius, verhoord en geholpen hebt; wij bidden U, minnelijke Jesus , kom uwe dienaren en dienaressen , die gij met uw dierbaar ■* bloed verlost hebt, ter liefde van
227
22S TERSCHILLENDE
uwen beminden Heilige, te Imlp.
Maak, dat wij eens onder het getal uwer Heiligen gesteld worden in de heerlijkheid.
Heer, maak uw volk zalig en zegen uw erfdeel, heersch over hetzelve en verhef het tot in eeuwigheid , opdat wij in de eeuwigheid der eeuwigheden , met uwen dienaar Antonius, uwen naam mogen loven en prijzen voor do tallooze weldaden , die Gij ons, door zijne voorbede, hebt bewezen.
Wil ons, o Jesus, voortaan, dooide verdiensten van den H. Antonius, van alle zonden of schade bewaren. Ontferm U onzer, ontferm U onzer te zijner liefde.
En laat ons uwe barmhartigheid ontwaren, gelijk wij op U vertrouwd hebben. Op U, Heer, heb ik vertrouwd, onder de bescherming van den H. Antonius ; en in eeuwigheid zal ik, oHeer, niet be-
OEFENINGEN,
schaamd worden, vertrouwende op uwe oneindige goedheid en op zijne voorspraak.
Wat zal ik den Heere wedergeven voor al liet goed . dat Hij mij bewezen heeft? Ik zal al de dagen mijns levens zijnen naam aanroepen, en Hem door deugden en liefdadigheid trachten te behagen, Amen.
lot Jesus, ter eere van den II. Antonius.
O Jesus, laat mij voor uwe oogen licht en genade vinden, om uwen heerlijken dienaar Antonius.
O allergenadigste Jesus, ik bid u, door het minnelijke hart van den H. Antonius, verleen mij troost, hulp en bijstand in deze zaken, waar ik u om bid.
O allerzoetste Jesus, gedoog, dat ik, tot uwe verheerlijking en tot lof van uwen Heilige, dit tijdelijk goed terug
239
vekscuillbnde
bekome, en uwe genade en goddelijke goederen nimmer meer verlieze.
O goedertieren Jesns, schenk mij 4 genadig , hetgeen ik u door de voorspraak van den H. Antonius verzoek.
O Jesus, fontein en oorsprong 5vaii al de wonderen , die gij dooide verdiensten van uwen dienaar Antonius uitwerkt, doe in deze zaak, waarom ik u bid, zoo als hut u behaagt on mij zalig is.
ik aanbid u, o kracht van God O den Vader, ontferm u mijner, om den H. Antonius.
Ik aanbid u , o wijsheid van God i. den Zoon, wees mij genadig, om de ' verdiensten van den H. Antonius.
Ik aanbid u, o goedheid van God den Heiligen Geest, maak mij een kind naar uw hart, om de voorspraak van den H. Antonius.
O allerheiligste Drievuldigheid , die wonderbaar zijt in uwen dienaar den H. Antonius, en om zijne
330
OEf BXINGEN.
verdiensten veel barmhartigheid bewijst, wees mij genadig.
O heilige Antonius, ik groet u in het hart van mijnen Jesus, verkrijg mij bij hem genade en barmhartigheid.
O heilige Antonius door de onuitsprekelijke vreugde , die uwe ziel gevoelde, toen het kind Jesus tus-schen uwe armen rustte, bid Hom voor mij, en verwerf voor mij rust en blijdschap des harten.
O heilige Antonius, heerlijke belijder en dienaar van Jesus Christus, bid voor mij, nu en in het uur mijns doods.
O heilige Antonius, allergetrouw-ste dienaar , bid voor mij , dat mijn hart vruchtbaar worde in deugden en goede werken, door denzelfden Heer Jesus in het heilig Sakrament.
Heilige vader Antonius, bid voor mij, dat ik bij Jesus de genade moge vinden , die ik verloren heb, en door uwe voorbede een dienaar
231
'2o2 ViJtSCHILLENDE OEl'EH rNGEN.
(of dienares) naar uw hart worde.
O heilige vader Antonius, op wiens geheel de duivelen door God uit de bezetenen verdreven zijn, verdrijf , door uwe voorspraak, uit mij alle kwade driften en neigingen.
Verdrijf uit mij, door de magt, welke God aan uw gebed toonde met de woeste baren der zee te gebieden , alles wat in mij aan God mishaagt, en verkrijg voor mij, o heilige belijder, alles wat God in mij wenscht en Hem behaagt.
TEK KEEJ; VAN UKN
LOFZANG,
gemaakt dook dex h. boxavextüka.
Si quteris miracula,
Mors, error , calamitas,
Dajmon , lepra fugiunt;
Aegri snrgunt sani.
Cedunt mare, vincula , Membra, resque perditas Petunt, et accipiunt Juvones et seui.
v. Pereunt pericula,
Cessat et necessitas;
Narrent hi. qui sentiuut,
Dicant Paduaui;
k. Cedunt mare, vincula, Membra, resque perditas Petunt, et accipiunt Juvenes et seni.
LOFZANGEN.
v. Gloria Patri, et Filio ,
et Spiritui Sancto. h. Cedunt mare, vincula, Membra, resque perditas Petunt, et accipiunt Juvenes et seni.
VERTALING.
v. Wilt gij miraklen zien ! hot weenen, kermen, zuchten , De duivel, dood en pest,
en ketterij moet vlugten; Wat ziekte hot ook zij ,
melaatscliheid zelfs verdwijnt, Geen mensch, hoe ziek ook, die
niet weer gezond verschijnt. k. De zee verwijdert zich,
de boeijen der gevangen Ontvallen aan hun hand
en jong on oud ontvangen , In bunnen hangen nood,
vaak hulp en onderstand, En wat verloren is,
komt wederom ter hand.
LOrZANGBN. 335
V. Wier stemmen zich tot hem /erheffen door g'eböden , Ontkomen aan gevaar,
aan ramp en zwarigheden; betuigen zij, wie hij
reeds hulp en bijstand bood, V erkondo 't Padua,
en prijz' Iiem klein on groot. R. i)e zee verwijdert zich, enz. {ills voor, de i verzen vohiil.} v. Eer zij den Vader, op
zijn g-lorietroon verheven , Don Zoon, die met Hem heerscht, * zij mede roem gegeven
Ln ook den Heil'gen Geest,
zij eeuwig hulde en lof, Op aarde, nu en immer,
in het hemelhof. it. Do zea verwijdert zich , enz. (als voor, de 4 verzen voluit.)
Anliphonu. Wonderbare held van • 'panje , schrik der ongeloovigen, holderschijnend licht van Italië, kostbaar pand der stad Padua, groote
LOfZAKGEN.
H. Antonius, verkrijg voor ons de genade, om ons den zoo korten tijd des levens, dien de goddelijke goedheid ons heeft toegestaan , te benuttigen , opdat wij de gelukkige oogenblikken . welke zij ons gegeven heeft om boete over onze zouden te plegen, niet verliezen.
O wil, Antonius, ons toch tor hulpe snellen,
Die ons vertrouwen op uwe magt en voorspraak stellen.
GEBED.
Allerzoetste en zachtmoedigste Jesus, die uwen Belijder, den H. Antonius, roemrijk hebt gemaakt door de wonderen, welke hij her-haalcelijk heeft verrigt: maak , dat wij door zijne voorbede inderdaad mogen verkrijgen , wat wij vertrouwelijk door zijne verdiensten vragen. Die leeft en heerscht door alle eeuwen der eeuwen. Amen.
LOFZANGEN.
HET DINGSDAGSCHE LOF.
TER EERE VAX DEN HEILIGEN AX-TONIUS VAN PADUA.
Lieve Jesus, n zij hulde, U, Antonius zij lof;
Naam, die heel deze aard vervulde, Roem en eer van 't hemelhof.
Was Franciscus hier beneden , Hem in deugden voorgegaan,
Hij, hij drukte zijne schreden In zijns vaders levensbaan.
Afgedwaalden bragt hij weder Tot Gods kudde, en zie, weldra
Bogen zondaars zich ter neder Voor de bronwel der gena
I Doodsgevaar, noch hellewoede gt; Stremde ooit d' ijver van zijn werk.
Krachtig stond hij in Gods hoede En tot pijler van zijn Kerk.
Heil'ge Gods , uw naam ter eere, Stort ons hart deez' beden uit;
2;!7
LOFZANGEN.
Dat do roem er door vermeêre, Die nw levensloop omsluit.
Neig uw oor nafir onze stemmen, Naar ons smeeken hier beneên; Zie , hoe zorgen ons beklemmen , Hoe ons hart is afgestreên.
O zie toe, dat wij niet zwichten
Op het glibbrig deugdenpad; Wil in lijden ons verligten ,
Voor ons op in de eeuw'ge- stad.
Dit, dit geve ons God de Vader,
Die niet d' eengeboren Zoon, En den Heil'gen Geest te gader, Zetelt op den hemeltroon.
v. Wil, Antonius, r:w' bijstand ons bereiden,
r. En door dit tranendal ons naar den hemel leiden;
(lEUED.
U allerzoetste en goeder tieren ste Jesus, die uwen Belijder, den H.
LOFZAKGEN.
Antonius, door uitstekende en voortdurende wonderen , geheel de wereld door vermaard hebt gemaakt; verleen ons genadig, dat wij door zijne voorbede mogen bekomen , wat wij door zijne verdiensten verzoeken. Die met den Vader en den Heiligen Geest leeft en heerscht in alle eeuwigheid. Amen.
DE LAATSTE ZEGEN.
Waardige ziel van Jesus, heilig' mij. Heilig ligchaam van Jesus, spijs mij. Kostbaar bloed van Jesus, drenk mij. Zuivere fontein der zijde van Jesus ,
was oh mij.
Verdienstelijk lijden van Jesus, versterk mij.
Liefderijke Jesus, verhoor mij. In uwe gezegende wonden , verberg mij.
Van alle kwaad, bevrijd mij, In mijn sterfuur . bescherm mij.
239
T.nPZANfiF.lf.
Na dit leven , roep mij.
In uwe heerlijkheid , ontvang mij . Opdat ik u, met den H. Antonius en al uwe lieve Heiligen , moge loven en danken in eeuwigheid. Amen.
LOFZANG
TER FEP.E VAN DEN TT. ANTONIUS VAN PA DU A.
Verheug u , Padua,
verheugt u allo menschen , Die tot Antonius
gerigt hebt uwe wenschen ; Want zijne wondermagt
bij Christus is zoo groot, Dat hij, door zijne bedo ,
ons helpt in eiken nood. Wat tegenspoed het zij,
de smarten, droefheid, pijnen, Zien wij, tot onze vreugd ,
door zijne hulp verdwijnen.
240
LOïZANGEN. 241
Do vrouw in barensnood,
de mensch in doodsgevaar, Zij worden, tot hun' Toost,
zijn' bijstand steeds gewaar. Wie op het ziekbed zucht,
_ Wordt door zijn hulp genezen; Wie iets verloren heeft,
wat dit ook moge wezen, Verkrijgt het weór terug.
Is 's menschen hart in pijn , Het zal, op zijne beê,
dra weer in vrede zijn. v. Men, ziet de wereld, 't vleesch, den duivel voor hem zwichten; Hij doet in 'tnevlig brein
den glans der waarheid lichten; De dwaling des gemoeds ,
moet wijken voor zijn licht, En 't kwaad , hoe groot het zij,
bezweert hij en het zwicht. r. Laat ons hem dan met vlijt,
met _ diepe godsvrucht eeren ; Laat ons, in eiken nood ,
ons harte tot hem keeren: 54 16
lofzangen.
Dan blikt hij op ons now,
on li ij verkrijgt gewis ; Wat wij vertrouwvol vragen,
als liet ons zalig is. v. Lof zij den Vader, die
de magt hem heeft gegeven; Lof zij den Zoon, die hem
verhief tot 't eeuwig leven , Lof zij den Heil'gen Geest,
die hem geheiligd heeft, Waardoor hij nu bij God,
in de eeuw der eeuwen loeft! ii. Laat ons hem dan met vlijt, met diepe godsvrucht eoren ; Laat ons in eiken nood,
ons harte tot hem keeren, Dan blikt hij op ons neer,
en hij verkrijgt gewis Wat wij vertrouwvol vragen,
als het ons zalig is. v. Help ons , Antonius ,
wil ons van kwaad bevrijden; li. Om, na deez' ballingschap,
ons eeuwig te verblijden.
lOfZANGEN.
GEBED.
O goedertieren en barmhartige Grod, die den H. Antonius zulke buitengewone genaden verleend hebt, dat hij daardoor, in deugden en heiligheid uitmuntende , bij U zulk een vermogen heeft gekregen. dat, door zijne tusschenkomst, de verblinde en versteende gemoederen verlicht en vermurwd worden, zoo-dat zij, die in de schaduwe des doods sluimeren, hierdoor uit hunnen slaap ontwaken en tot den weg des levens terugkeeren; wij bidden U, dat Gij, door zijne verdiensten, onze harten door uwe genade zoo gelieft te verlichten, te verwarmen en te versterken, dat wij over den duivel, de wereld en liet vleesch mogen zegevieren , en met genoegen onze zaligheid bewerken. Amen.
243
LOFZANGEN.
VAX DEN It. ANTONIUS VAN PADUA.
Wil Antonius, ons helpen,
Die vertrouwen op uw gunst; Wil steeds onze kwalen stolpen,
Leid ons in de zedekunst.
Doo de droefheid van ons vlugten.
Sta ons bij in eiken nood; Ban het kermen, ban het zuchten, Keer van ons een' kwaden dood. Maak dat wij zijn uitverkoren
Door 't beoef non van de deugd; Hebben wij soms iets verloren.
Breng het weêr tot onze vreugd; Opdat wij, van ramp ontslagen,
Die de wereld ons bereidt, God hier minnen en behagen, Tot ons aller zaligheid, v. Antonius, maak dat God ons gebed verhoort,
r. En 't kwaad van ons verdrijft, dat onze rust verstoort.
344
lofzangen. 245
gebed.
Heer Jesus Christus, wiens ge-noegen hot is met de kinderen der | menschen te wezen, waarom gij ook u zeiven aan den H. Antonius, om zijne kinderlijke zuiverheid en min-) nelijkheid, in de gedaante van een
kind lieht geopenbaard, en hem , alle liefde en toegenegenheid be-
weest; zoodat gij hem, nu hij verheerlijkt met u in den hemel heerscht, ; niet weigert, hetgeen hij voor zijne
dienaars op de aarde verzoekt: wij ; bidden u, door zijne uitmuntende
zuiverheid en andere deugden, waardoor hij die uitstekende gunst van u heelt verkregen, dat gij ons gemoed t van alle gebreken gelieft te zuive-s ren, en daarin een' opregten ijver
voor de deugd te drukken : opdat , wij waardig mogen worden te be
komen , wat wij door do voorspraak van uwen H. Belijder verzoeken. Am.
» - h-
VOORDEREtDING.
Kom H. Geest, vernü de harten uwer geloovigen cn ontsteek in hen liet vuur uwer liefde; gij, die door de verscheidenheid aller talen de volken in de eenheid des geloofs verzameld hebt.
Zend uwen Geest uit, en zij zullen herschapen worden.
En gij zult hot aanschijn dolaarde vernieuwen.
GEBED.
God, die de harten uwer geloo-vigen door do verlicht,ing des H. Goestes heht onderwezen , schonk ons in dienzelfden Geest het regte
/
OJIDEll BE H. MIS. 247
te verstaan, en ons steeds in zij-nen troost te mogen verblijden Door Christus onzen Heer. Amen.
GOED VOORNEMEN'.
Heer, mijn God, naar wiens evenbeeld ik geschapen ben, schenk mij zoo uwe genade gt; opdat ilc bij de heilige offerande met gepasten eerbied en godvrucht tegenwoordig zij , en dezelve met den Friester aan uwe goddelijke Majesteit opdrage :
1. Tot eer en verheerlijking van uwen H. Naam aan wien alleen dit offer toekomt.
2. Ter gedachtenis van uw Lijden en uwen Dood, tot welk einde gij dit heilig offer hebt ingesteld.
•J. Tot dankzegging voor allo mij
bewezeno weldaden. 4. Ter voldoening voor al mijne zonden en misdaden, welke ik bij dit heilig offer in uw heilig Bloed afwasch.
GEBEDEN
5. Tot verwerving van uwe genade en uwen bijstand in eiken nood. 0. Voor mijne dierbare ouders, bloedverwanten , vrienden en weldoeners , bijzonder voor.....
7. Voor de zielen der overledenen,
bijzonder voor.....
Moge dit mijn voornemen u welgevallig zijn, en gij mijne bede verhooren. Dit smeek ik door Christus, onzen Heer. Amen.
gebed aan dex voet des altaars.
Tn den naam des Vaders, en des Zoons en des 11. Geesles. Amen.
priester. Ik zal optreden tot Gods altaar.
dienaar. Tot God, die mijne jeugd verblijdt.
p. Doe mij regt, o God, en handhaaf mijne zaak tegen een onheilig volk; red mij van den onregtvaar-dige en trouwelooze.
248
onder de h. mis.
d. Gij immers, o God, zijt mijne sterkte; waarom zoudt gij mij ver-stooten ! en waarom zwerf ik treurig- om, terwijl mijn vijand mij verdrukt ?
p. Zend mij uw licht en uwe waarheid, opdat deze mij geleiden en mij tot uwen heiligen berg en in uwe woontenten voeren.
d. Ik zal tot Gods Altaar op-treden, tot God , die nijne jeugd verblijdt.
p. Ik zal U op den citer loven, God , mijn God! waarom zijt g-ij bedroefd, mijne ziel, en waarom verontrust gij mij ?
d. Hoop op God; want ik zal Hem nog loven , die mijn heil en mijn God is.
p. Eere zij den Vader, en den Zoon, en den Heiligen Geest.
d. Gelijk het was in den beginne , nu en altoos, en in de eeuwen dei-eeuwen. Amen.
249
gebeden
p. Ik zal dan optreden tot Gods, Altaar.
n. Tot God, die mijne jeugd verblijdt.
p. Onze hulp is in den naam des Heeren.
d. Die hemel en aarde gemaakt heeft.
Ik belijd voor den almagtigen God. voor de heilige Maria altijd Maagd, den heiligen Aartsengel MiChaël, den heiligen Joannes den Dooper. de heilige Apostelen Petrus en Paulus, en voor alle Heiligen, dat ik zeer gezondigd heb met gedachten , woorden en werken, door mijne schuld , door mijne schuld , door mijne overgroote schuld. Daarom bid ik do heilige Maria altijd Maagd , den heiligen Aartsengel Michaël. den heiligen Joannes den Dooper , de heilige Apostelen Petrus en Paulus, en alle Heiligen, den Heer onzen God voor mij te willen bidden.
250
ONDER DE II. MIS. 251
p. De almagtige God zij U genadig , Hij vergeve ü uwe zonden, en geleide U tot het eeuwig leven. d. Amen.
rgt;. De almagtige en barmhartige lieer verleeno ons kwijtschelding, ontbinding en vergiffenis van onze zonden, d. Amen.
p. God, keer U tot ons, en gi] zult ons doen herleven.
d. En uw volk zal zich in U verblijden.
p. Toon ons, o Heer, uwe barmhartigheid.
d. En schenk ons uwe hulj). p. Heer, verhoor mijn gebed. T). En mij geroep kome tot U. p. De Heer zij met U. d. En met uwen geest.
introïtus (of de ingang.)
Gezegend zij do heilige Drievuldigheid en onverdeelde Eenheid ;
gebeden
wij zullen haar loven, omdat zij onf. hare barmhartigheid bewezen heeft
Eere zij den Vader , die ons go-schapen heeft.
Eere zij den Zoon, die ons verlost heeft.
Eere zij den H. Geest, die ons heilig gemaakt heeft.
Eere zij de allerhoogste en onverdeelde Drieëenheid, onzen God . in de eeuwen der eeuwen. Amen. Heer, ontferm ü onzer. [Driemaal.] Christus, ontferm U onzer. (Driemaal.) Heer, ontferm U onzer. (Driemaal.)
gloria. (De Lofzang der Etujelenr
Eere zij God in de hoogsten V -melen, en vrede op aarde den men-schen van goeden wille. AVij loven U, wij zegenen U, wij aanbidden TT, wij verheerlijken U, wij danken U, om uwe groote heerlijkheid, Heer God, Koning des hemels, God al-
252
ONIJER DE H, SUS. 253
inagtigo Vader: Heer Jesus Christus , eeniggeboren Zoon; Heer God, ham Gods , Zoon des Vaders , die vregneemt de zonden der wereld, ontferm U onzer; die wegneemt de ..onden der wereld. neem ons ge-:ied aan; die zit aan de regterhand les Vaders, wees ons genadig. Want •-quot;ij alleen zijt de Heilige, gij alleen de Heer, gij alleen de Allerhoog-;:te, Jesus Christus, in do heerlijkheid van God den Vader. Amen.
ÜIJ DE COLLECTEN, DEN EPISTEL EN HET GRADUALE.
Verhoor, o God, de gebeden van t wo heilige Kerk, die'U in den aam van uwen welbeminden Zoon, nzen Heer Jesus Christus oot-■ loedig smeekt, ons uwe hulp en ' ijstand te verleenen , opdat wij aardoor van alle ramp bevrijd en ,1 uwe genade versterkt mogen vorden. Amen.
GEBEDEN
OEFENING VAN GELOOF.
Mijn Heer en mijn God, ik geloof al wat gij door de H. Schrift, door uwen ceniggeboren Zoon, onzen Hoer Jesus Christus, en door do H. Apostelen geopenbaard hebt, en mij door de H. Kerk, die de zuil en grondslag der waarheid is, te gelooven voorhoudt, In dit katholiek geloof wil ik, door uwe genade, leven en sterven.
OEFENING VAN HOOP.
Op U, allerliefderijkste Vader, Vader der barmhartigheid en God van alle vertroosting , vestig ik geheel mijne'hoop en mijn vertrouwen. Groot en menigvuldig zijn wel mijne zonden; maar oneindig veel grooter is toch uwe goedheid, die den dood des zondaars niet wil, maar dat hij zich bekeere en leve. Op deze uwe grenzelooze goedheid vertrouwende, hoop ik vastelijk de vergeving van
254
ON-DEJÏ DE H. MIS.
al mijne zonden en liet eeuwig loven to zullen verwerven.
OEFENING VAN LIEFDE.
Wie zal U niet beminnen, lief le-rijkste God ! die ons met een eeuwige liefde bemind h3bt, en uwen eeniggoboren Zoon voor ons ten beste gaaft ? niets wensch ik in den hemel, niets zoek ik op aarde, buiten U , mijn Heer en mijn God! in U verlang ik te leven en te sterven. Wanneer zal ik komen en staan voor uw aanschijn, om U in eeuwigheid te bezitten ?
BIJ HET EVANGELIE.
Heer Jesus, dio, volgens den wil van uwen hemelschen Vader, aan de wereld de blijde boodschap van liet Evangelie hebt aangekondigd; schenk mij de genade om er de waarheid van te bevatten, mijnen wil er naar te regelen, het in mijn geheugen te bewaren, en er de voorsclirif-
255
GEBEDEN
ton vau te vervullen; opdat ik met de schaar uwer uitverkoren schapen, die hier naar uwe stem geluisterd hebben, in dit leven zóó vereenigd worde, dat ik eenmaal, op den jong-yten dag, met hen aan uwe regterhand moge staan, en de troostvolle woorden hooren: Komt, gezegende mijns Vaders, bezit het rijk, dat voor U van het begin der wereld bereid is. Arnon.
BIJ DE GELOOFSDELIJDENIS.
Ik geloof in één God, almagtigen Vader, Schepper van hemel en van aarde, van alle zigtbare en onzigtbare dingen.
En in één' Heer Jesus Christus, Gods eeniggeboren Zoon, uit den Vader vóór alle eeuwen geboren; God van God, licht van licht, waarachtig God van den waarachtigen God; geboren en niet gemaakt, medezelfstandig met den Vader, door wien alles gemaakt is. Die voor ons
360
onder j)e h jus. ^57
mcnsclion, on om onzer zaligheids wille is nedergedaald van den liemel, en het vleesch heeft aangenomen van den Heiligen Geest, uit de Maagd Maria, en is mensch geworden. Hij is ook voor ons gekruisigd onder Pontius Pilatus; Hij heeft geleden en is begraven, on Hij is, volgens de Schriftuur, ten derden dage verrezen, en Hij is opgeklommen ten hemel, zit aan de regterhand des Vaders en zal wederkomen, met heerlijkheid, om te oordcelen de levenden en dooden: en zijn rijk zal geen einde hebben.
En in den Heiligen Geest den H eer en levendmaker; die uit den Vader en ueii Zoon voortkomt; die met den Vader en den Zoon te zamen aangebeden en verheerlijkt wordt; die door do Profeten gesproken heeft.
En in ééne heilige, Katholieke en Apostolische Kerk. Ik belijd een Doopsel ter vergeving der zonden. En ik verwacht de opstanding der dooden,
«ebedjex
en liet eeuwig toekomend leven. Amen.
bij de offerande. (Offertorium.)
O eeuwige Vader, die deze allerheiligste offerande der Nieuwe AVet, waardoor uw eeniggeboren Zoon aan u -wordt opgedragen, liebt ingesteld: ik draag, in vereeniging met dit offer, mij zeiven aan uwe goddelijke Majesteit op met alles, wat ik van uwe goedheid ontvangen heb. Zie genadig op mij neder, en ontferm U mijner. Amen.
1)1.1 het orate fratres.
priester.. Bidt, Broeders, dat mijn en uw offer aangenaam zij bij God, onzen Heer.
dienaar. De Heer neme het offer uit uwe handen aan, tot lof en verheerlijking van zijnen naam, tot heil van ons en van zijne heilige Kerk. Amen.
25S
ONDER DE H. MIS.
lil.J DE PREFATIE.
Tot U, ü God, voriietïen wij onzt-harten en zeggen uwe goddelijke Majesteit dank. Want liet is, in waarheid , betamelijk en billijk, pligtma-tig en heilzaam, dat wij U, heilige Heer, almagtige Vader, eeuwige God, altijd en overal dank zeggen , door Christus onzen Heer, door wien de Engelen uwe Majesteit loven, de Heerschappijen U aanbidden, de Magten voor U sidderen, de Hemelen en de krachten der hemelen, met de gelukzalige Seraphijnen, U met eenparige blijdschap vereeren. Vergun, bidden wij ü. dat wij ook onze lofzangen bij de hunnen voegen, en met hen in ootmoed uitroepen: Heilig ! Heilig! Heilig! is God, de Heer der heerkrachten. Hemel en aarde zijn vol van uwe heerlijkheid. Hosanna in het allerhoogste! Geze-
OEBEDEN
gend liij, clio komt in den Naam dos Heeren: Hosanna in het allerhoogste!
1)1.1 DE GEDACHTENIS DEK LEVENDEN.
{Memento.) t»
Wij smeeken U, Heer, door het lijden en den dood van uwen allerlief-sten Zoon, onzen Heer Jesus Christus,
dat gij bijzonder uwe heilige Kerk gedachtig zijt, en haar, als de Bruid van uwen Zoon, beschermt, heiligt en verheft, teg'elijk met uwen dienaar, onzen Paus, de Bisschoppen en alle herders en zielzorgers: vervul hen met uwen Heiligen Geest, opdat zij allen door hunne leeringen en voorbeelden den luister van uwen naam verkondigen en de zielen, hun gt;■ toevertrouwd, ter zaligheid geleiden.
Wees ook gedachtig, o Heer, mijne ouders, bloedverwanten vrienden en weldoeners, bijzonder.... en allen i voor wie ik schuldig ben te bidden,
260
ON DEK DE Jf. MIS. ^Öl
f on waarvoor gij wilt dat ik mijne beden storten zal. Stort uwe genade overvloedig over lien allen uit in dit loven, en schenk ze, na dit leven. ^ de eeuwige heerlijkheid.
1!I.1 DE OPHEFFING DER II. IfOSTIE.
Wees gegroet, Jesus Christus , mijn Verlosser en Zaligmaker, mijne hoop en toevlugt! O Jesus, eeuwig Woord des Vaders, ware Zoon van Maria, mijn God en mijn al, die aan liet kruishout U zeiven aan uwen hemelschen Vader hebt opgedragen , maak mij deelachtig aan de verdiensten van uw H. Lijden, en aan uw waarachtig Ligchaam en . Bloed, hier op het altaar tegen-igt; woordig, nu en in het uur van mijnen dood. Amen.
I
GEBEDEN
HIJ DE OPHEFFING VAN DEN KELK.
Wees gegroet, waarachtig en levend Bloed, dat uit de H. Wonden mijns Heeren Jesus Christus gevloeid, en met zijn H. Ligchaam in dit H. Sakrament vereenigd zijt. O dierbare schat, o edel bad van liet kostbaarste en zuiverste Bloed, wasch en reinig mij van al mijne zonden, en versterk mijne ziel ten eeuwigen leven. Amen.
NA DE OPMEFFINCi.
Heer Jesus Christus; die hier waarlijk onder de gedaante van brood en wijn tegenwoordig zijt, ik aanbid TJ met een levendig geloof. Laat niet toe, smeek ik U, dat dit uw kostbaar Bloed te vergeefs voor mij op het altaar des kruises gevloeid hebbe; maai' geef, door uw lijden
262
ONUlill U£ It. MIS.
en uwen dood, dat ik onder liet getal uwer uitverkorenen worde opgenomen, en U in eeuwigheid in uwen onbedekten luister aanschouwen en bezitten moge. Amen.
DE GEDACHTENIS DER OVERLEDENEN'.
Wees ook, o Heer, uwe dienaren on dienaressen gedachtig die ons met het teeken des geloofs voorgegaan zijn, en in den slaap des vredes rusten.
Neem hen, bidden wij U, Hoer, on allen, die in Christus rusten, in do plaats van verkwikking, van licht en vrede op. Door denzelfden Christus onzen Heer. Amen.
üoe ook ons, zondaars, uwe dienaren, die op de menigvuldigheid uwer ontfermingen vertrouwen, eenig deel in de gemeenschap hebben met uwe Heiligen...... In wier
gemeenschap wij II bidden, niet
üEBEDEX
om onze verdiensten, maar na ons vergeving geschonken te hebben, ons op te nemen. Door Christus 011-y.m Heer. Amen.
Onze Vader, die in de hemelen zijt, uw Naam worde geheiligd; uw rijk ons toekome, uw wil geschiede op de aarde, als in den hemel, geef ons heden ons dagelijksch brood; en vergeef ons onze schulden, gelijk wij vergeven onzen schuldenaren. En leid ons niet in bekoring; maar verlos ons van den kwade. Amen.
Verlos ons, bidden wij U, Heer. van alle verleden. tegenwoordig en toekomend kwaad, en verleen ons, door de voorbede der zalige en roemrijke Maagd en Bloeder Gods Maria, van de heilige Apostelen Petrus en Paulus en Andreas, en van alle Heiligen, genadig vrede in onze dagen; opdat wij, door den bijstand uwer barmhartigheid geholpen , altoos bevrijd nogen blij-
oxdek de i:. mis.
ven van zonden, en van alle kwellingen beveiligd zijn. Door denzelfden Heer Jesus Christus. uwen Zoon, die met U . in de eenheid des Heiligen Geestes, leeft en heerscht door allo eeuwen der eeuwen. Amen.
De vrede des Heeren zij altijd met ons.
Lam Gods. dat de zonden dei-wereld wegneemt, ontferm U onzer.
Lam Gods, enz. ontferm U onzer.
Lam Gods, enz. geef ons den vrede.
vooukerkiihnt; tot he ueesteli.ike commuxie.
Heer Jesus Christus, Zoon van den levenden God, die volgens den wil uws Vaders, en door de medewerking des Heiligen Geestes, de wereld door uwen dood hebt levend gemaakt; verlos mij, door dit uw allerheiligst Ligchaam en Bloed, van al mijne ongeregtigheden en van alle
^Ü5
ÜEHEDEN
kwaad; doe mij altoos uwe geboden opvolgen, 011 laat niet toe, dat ik ooit van U gescheiden worde. Gij, die leeft on heersclit met denzelfden God den Vader, en den Heiligen Geest, God in eeuwigheid der eeuwigheden. Amen.
Laat het nuttigen van uw Lig-chaam, Heer Jesus Christus, hetwelk ik. onwaardige, oji eene geestelijke wijze, wenscli te ontvangen, niet strekkeu tot mijn oordeel en mijne verdoemenis: maar dat het, door uwe goedertierenheid, mij een be-hoed- en geneesmiddel voor ziel eu ligchaam zij. Die leeft en heersclit met God den Vader, in de eenheid des Heiligen Geestes, God door alle eeuwen der eeuwen. Amen.
Zeg driemaal:
Heer, ik ben niet waardig, dat gij onder mijn dak komt, maar spreek slechts één woord, en mijne ziel zal gezond worden.
UNDEK DE H. MIS.
ONDER DE NUTTIÜIN'U.
Hot Ligchaam van onzen Heer Jesus Christus beware mijne ziel ten eeuwigen leven.
Ik heb Hem gevonden, wien mijne ziel bemint, ik zal hom bij mij houden en niet laten gaan.
O heilige Maaltijd, waarin Christus ontvangen, de gedachtenis van zijn lijden gevierd, de ziel met genade vervuld, en 'ons het onderpand der toekomstige heerlijkheid gegeven wordt.
Ziel van Christus, heilig mij.
Ligchaam van Christus, maak mij zalig.
Bloed van Christus, drenk mij.
Water uit de zijde van Christus, wasch mij.
Lijden van Christus, versterk mij.
O liefderijke Josus, verhoor mij.
In uwe heilige Won den, verberg mij.
GEBEDEN
Gedoog niet, dat ik van U ge- *quot; .scheiden worde.
Tegen den boozon vijand. bescherm mij.
In mijn sterfuur, roep mij.
Kn gebied mij te komen tot U.
Opdat ik U met uwe Heiligen love,
In alle eeuwigheid. Amen.
IU.1 DE LAATSTE COLLECTEN.
Ik bedank U, Heer Jesus, dat gij mij deelachtig' hebt gemaakt aan dit uw allerheiligst otter, waarbij ik do gedachtenis van uw bitter lijden en sterven vernieuwd heb.
Maak, bid ik TJ, dat ik, door de kracht en werking van dit allerheiligst Geheim, in het geloof, de hoop en de liefde volharde, en het eeuwig leven verwerven moge. Amen.
Laat, bid ik U, Heilige Drieëen-heid, de hulde mijner onderwerping U aangenaam zijn; en geef, dat dit v
3(18
OKDEil DE 1(. MIS.
otter, hetwelk ik, onwaardige, niet den priester, voor de oogen uwer Majesteit lieb opgedragen, U beha-gelijk zij, en mij en allen, voor welke ik het heb opgedragen, door uwe genade tot verzoening strekke. Door Christus onzen Heer. Amen.
I!I.I DEN ZEGEN'.
Ons zegene de almagtige God, de Vader, de Zoon , en do Heilige Geest. Amen.
BEGIN VAN HET li. EVANGELIE, VOLGENS JOANNES.
In het begin was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God. Dit was in het begin bij God. Alles is door hetzelve gemaakt, en zonder hetzelve is er niets gemaakt van hetgeen er gemaakt is. In hetzelve was het leven, en het leven was het licht der menschen, en het licht schijnt
209
■27U GEEEDja.'
in de duisternis, en cle duisternis heeft het niet begrepen. Er was een mensch van God gezonden, wiens naam Joannes was. Deze kwam als getuige, om van liet licht getuigenis te geven, opdat allen door hem gelooven zouden. Deze was liet licht niet, maar (hij was gekomen) om van het licht getuigenis te geven. Dit was het waarachtig licht, dfit allen menschen verlicht , die in deze wereld komen. Hij was in de wereld, en de wereld is door Hem gemaakt, en de wereld heeft Hem niet gekend. Hij kwam bij zijne eigenen, en de zijnen hebben Hem niet ontvangen. Maar al wie Hem ontvangen hebben , heeft Hij magt gegeven om kinderen Gods te worden: dengenen , die in zijnen naam gelooven; die niet hot bloed, noch uit den wil des vleesches, noch uit den wil des mans. maar uit God ge-
OXJ)KR DE II. MIS. -21 I
boren zijn. En he/ Woord is vleesch-geworden, en lieeit onder ons gewoond; en wij hebben zijne heerlijkheid gezien, eeno heerlijkheid , als van den eeniggeborene des Vaders , vol genade en waarheid.
Godo zij dank.
DANKZEGGING NA DE ü. 1HS. (uil Psalm '110.)
Looft den Heer, alle volkeren: looft Hem, alle geslachten.
Want Hij heeft zijne barmhartigheid aan ons getoond, en de waarheid des Heeren blijft in eeuwigheid.
Eer zij den Vader, en den Zoon. en den Heiligen Geest.
Gelijk het was in den beginne, en nu. en altijd, en in de eeuwen der eeuwen. Amen.
Dat do almagtige Heer onze dagen en handelingen in zijnen vrede chikke. Amen.
Voorredu.......
Korte Levenschets van den
H. Antonius van Padua. . 7 Eenig-e wonderdaden van den
Kleine getijden van den H. Antonius .......09
Litanie van den H. Antonius. 85 Novenen of Negendaagsche oefeningen ter eere van den
Verschillende oefeningen van
Lofzangen ter eere van den
Het Dingsdagsclie lof, ter eere
3?0y
van den H. Antonius . . 237 Gebeden onder de E. Mis. . 2-47
erxnh vax rgt;i:\ imioid.