-ocr page 1-
-ocr page 2-

I

•• v..quot;/' , r'-,/ : , ' - ^

. S ■ .

./ ' ^ ■;! - ^ ; V'

f o .. -lt;■■, ■ ■ ^ ' ; ' ■

' ^ . ;

I

, /1 . '* ■ '

A

'

vO ■

v

■■ gt;

■ C :

• 1 ' - ■ lt;■ ' :gt;• ' ^

.

■ ■ - - , - -, ,\ . ---^

___

-ocr page 3-

quot;f ............... 11 11 lt;

i

'

»

ff n gt; . , . - , , _.

1

iv; ; - . ;■/ ■ ■ ■

f ■ ' /' 4 '■■■'■. ' / ' , 'L, i:x.

V : ' • lt;' .

/ ■ .r

, ■ \

■ ) ;

\: . ■ . . , ' . V • • v \ v ^ ■ y

M

-ocr page 4-

V' ■ .

-

J ■) ,

\ ■ 'i f ,

■ V'' ,

c

)

ï ' vx' .

1 a

/i.

MC

■' i

1

) 'r ■

li'

|

y-t

lil

'

-iv , .:..v t l! ;

_

_

-ocr page 5-

quot;OJViMÜNIEBOEKji I 'quot;7

o /0 *

VOOR

GODVRUCHTIGE ZIELEN,

BEVATTENDE

I:HKI)I:% OP UKÜT vouravckvo

VAN j EN OP DINquot;

c o M Yi i % i i-; 8gt; % u.

ALS:

MORGEN-, AVOND- EN MISGEBEDEN, VERSCHEIDENE GODVRUCHTIGE ó 'VINGEN BIJ UK H. COMMUNIE , BENEVENS OVERWEGINGEN EN GEBEDEN ONDER DE NAMIDDAGGODSDIENST.

Is AAR HET HOOGDUITSCH.

Vijiue druk.

TH GEONLNOEN, EU

F. FOJ quot; R S.

-ocr page 6-
-ocr page 7-

O V lgt; K it H I T I N r».

HOE EE NE GODVRUCHTIGE ZIEL ZICH OP DEN' VOORAl'GAANDEN AVOND TOT DE H. COMMUNIE VOORBEREIDEN KAN.

-olt;^Qgt;oo-

Wit geschiedt op zeer nuttige wijzen : 1. Dooi zicli tc onthouden van dagelijksohe zouden, als ook van anders geoorloofde uitspanningen en vermaken. 2. Door iets minder te eten en te drinken dan gewoonlijk, door eene aalmoes of een ander werk van boetvaardigheid, en door onbevlekte zuiverheid der ziel en des Hgehaams. 3. Door het staken van alle zorgen en onnoo-dige huiselijke bezigheden, voor zoo veel tijd en omstandigheden het slechts gedoogen. -4. Door oefeningen van liefde en verlangen naar Josus in de heilige Communie. 5. Door een opregt verlangen, om in de liefde Gods voortgang te maken. 6. Door eene godvruchtige herinnering aan het lijden van Jesus Christus en het geheim der liefde, welke hij ons in het allerheiligste Sacrament des Altaars betoont. 7. Een goed middel, om de heilige Biecht en Communie met behoorlijken ijver en naarstigheid , en met de meest mogelijke waardigheid

-ocr page 8-

6

tc ontvangen is, dat men zich altijd vóór en na liet ontvangen voorstelle, als moest men terstond van daar naar liet oordeel Gods gaan. 8. Men kan bij iedere heilige Communie een bijzonder oogmerk hebben, b. v. ter verkrijging van deze of gene deugd, om deze of gene slechte neiging of gewoonte af te leggen , om deze of gene bekooring tc overwinnen , enz. Dit zoude door de heilige Communie voor den toestand der ziel zeer heilzaam worden.

Christelijke ziel! indien gij u goed tot de heilige Communie voorbereidt, zoo wees verzekerd , dat u al die uitstekende genaden ten deel zullen worden, welke Jesus diegenen beloofd heeft, die zijn vleesch en bloed waardig ontvangen.

-KgSB-

GEBED.

Mogi ik toch, o goddelijke Vriend der zielen, mijne zonden opregt verfoeijen, en U zoo van harte beminnen, dat ik tot uwe heilige tafel komen en U in mijn hart opnemen durfde! Doch ik vrees, dat ik daartoe nog niet genoeg voorbereid ben. Daarom bid ik U, ó Jesus! kom ten minste door uwe genade in mijn hart; reinig mij steeds meer en meer van de zondige begeerten , enz. Ontvlam mijn hart steeds meer van liefde jegens U, opdat ik morgen waardig tot uwe heilige tafel moge naderen. Amen.

-ocr page 9-

7

umitiiUKi: wooiiina van jesus

TOT VOORBEREIDlNix VAN HET OKTVANGEN DEB HEILIGE SACRAMENTEN DER BIECHT EN DES ALTAARS.

Ik beu een minnaar dei' zuiverheid en een uitdeeler der heiligheid. — Een zuiver harte /,oek Ik, en daarin is de plaats mijner rust. — Bereid mij eeue ruime, versierde eetzaal, en Ik zal paschen bij u houden met mijne leerlingen. Indien gij wilt dat Ik tot u kome en mijn verblijf bij u neme, ruim dan het oude zuurdeeg der zonde weg, en reinig de woning uws harten. Ban de geheele wereld er uit en allen opstand der zonden; zit als de musch eenzaam op het dak, en overdenk uwe misdaden in de bitterheid uwer ziel; want ieder die waarlijk bemint bereidt zijnen geliefden vriend de beste eu schoonste plaats, wijl daardoor het minnend gevoel van dengene erkend wordt, die den geliefde opneemt.

AVeet echter, dat gij niet in staat zijt, om deze voorbereiding uit de eigene verdienste uwer werken te volbrengen , indien gij u ook een geheel jaar voorbereidet, en gij niets anders van zins waart; maar alleen door mijne goedertierenheid en genade wordt u vergund, tot mijne tafel te naderen. Doe dan, wat gij vermoogt te doen; doe het echter zorgvuldig , niet uit gewoonte , niet uit dwang, maar ontvanquot;: met

-ocr page 10-

heilige vreeze, eerbied eu liefde het ligchaam van uwen geliefden Heer en God, die zich ge-waanligt, tot u te komen. -— Ik ben het, die u geroepen heeft; Ik heb bevolen, dat het geschieden moest; Ik zal in uwe behoeften voorzien ; kom slechts , eu neem Mij in uw hart op !

Indien Ik u de genade der godsvrucht geef, zoo dank uwen God, niet wijl gij dezelve waai-dig zijt, maar omdat Ik mij over u ontferm. Indien gij deze godsvrucht niet hebt, maar u veeleer koel en droog gevoelt, zoo volhard in liet gebed , zucht en klop aan, en houd niet op tot gij gewaardigt wordt, een broodkruimeltje of een droppeltje heilzame genade te ontvangen. —• Gij hebt Mij noodig, niet Ik u; gij komt niet, om Mij te heiligen en te verbeteren; gij ^ komt, opdat gij door Mij geheiligd en met Mij veree-nigd vvordet, opdat gij nieuwe genade ontvangen en op nieuw tot verbetering des levens aangespoord worden moogt. — Verzuim deze genade toch niet, maar bereid met alle zorgvuldigheid uw hart, en leid uwen beminde bij u binnen.

Gij moet u echter niet alleen voor dc heilige Communie tot godsvrucht voorbereiden, maar u ook na het genieten van het heilige Sacrament zorgvuldig in dezelve bewaren. Ook wordt er geene geringere waakzaamheid na, dan eene godvruchtige voorbereiding xgt;66r het ontvangen ver-■ ischt. Want eene strenge waakzaamheid na het ontvangen is de beste voorbereiding, om steeds meerdere genade te verkrijgen. Terwijl daardoor namelijk iemand zeer onvoorbereid wordt.

-ocr page 11-

indien hij zich aanstonds te zeer in uitwendige vertroostingen gaat verstrooijen. Wacht u voor veel praten, en houd u in de eenzaamheid en geniet uwen God; want gij bezit Dengene, dien de geheele wereld u niet ontrooven kan. Aan Mij moet gij u geheel overgeven , zoo dat gij in het vervolg niet meer in u zeiven, maar slechts in Mij in rust en vrede leeft. »

Een Onze Vader en een Wees yegroet. Na den naam Jesus voes? er l)ij; «Die ons steeds den geest van boetvaardigheid gelieve te verkenen, eer wij Hem ontvangen.quot;

Geiteden «j» tien % oofavouel van :I« ;■ 33. C'ogcFiiiiiniCiia^;.

PLEGT1GE EEREBOETE. AAN JESUS CHRISTUS (Door den II. Alphonsns van LiyuoriJ.

Mijn Heer en mijn Heiland, Jesus Christus! ik, die U morgen aan uwen disch bezoeken zal, om U zeiven te nuttigen' ik wil voortaan van ganseher harte niets meer beminnen dan U. Ik wil, dat Gij het eeuige voorwerp mijner liefde zijt, en wensclite wel van droefheid te sterven, wanneer ik er aan denk, dat ik vroeger de schepselen bemind en verre van U mijne vreugde gezocht heb, en dat ik van Ü, die do oneindige goedheid zijt, vveggevlugt ben. Dewijl Gij echter niet wildet, dat ik verloren ging, daarom hebt Gij mij met zoo veel geduld verdragen, en

-ocr page 12-

10

om mij te straffen, hebt Gij mijn liart met zoo veel liefdesehieliten doorwond, dat ik U niet langer wederstaan konde, cn mij eindelijk geheel nan U, en wel heden nog, al3 een geschenk over-geve. Ik erken, dat Gij verlangt, dat ik U geheel zal toebehooren; nu dan, wijl Gij het verlangt. Gij mijn liefderijkste Jesus ! soo bewerk het derhalve ook. Geef, dat ik alle verkleefdheid aan het aardsche en alle eigenliefde verzake, en dat ik aan niets anders denke, dan aan U, van niets anders spreke, dan van U, en niets anders wensehe , dan ü te bezitten , on dat ik naar niets anders hake, dan van liefde tot U ontstoken te zijn, dan voor U alleen te leven en voor U te sterven. O zoete liefde tot mijnen Jesus ! kom ontvang geheel mijn hart, en verdrijf er alle andere liefde uil, waarvan God het voorwerp niet is. Ik bemin U, o mijn Jesus, mijn leven, mijn kleinood, mijne zaligheid en mijn al. Vergeet daarom het verledene! Ook in het vervolg wil ik, met uwe hulp, er beter zorg voor dragqji, dat ik alle aardsche neigingen uit mijn binnenste verbanne, welke mij hinderlijk zijn om die genaden deelachtig te worden, welke Gij mij mogt willen mededeelen, Doch ook na de heilige Communie wil ik, zoo goed als ik kan, er op bedacht zija , om van U den heilzamen bijstand te verkrijgen, ten einde in do liefde tot Ü meerdere en snellere vorderingen te maken. Verleen mij slechts de genade , om mijne goede voornemens ook ten uitvoer te brengen. Ach, mijn Jesus! hoe weinig heb

-ocr page 13-

11

ik er vroeger aan gedacht om U tc beminnen. Doch de tijd , welken uwe barmhartigheid mij nog overig laat, is voor mij een tijd, om mij tot den dood voor te bereiden, en door mijne liefde de beleedigingen weder goed te maken, die ik U heb aangedaan. Zie , ik wil dezen tijd doorbrengen, met mijne zonden te beweenen en U te beminnen. Ik bemin U, ó Jesus, mijne liefde ! Ik bemin U , Gij mij mijn eenigste goed ! Ontferm U mijner en verstoot mij niet! O Maria, gij Moeder vnn mijnen goddelijken Heiland , bid voor mij, opdat ik Jesus toch getrouw blijve in mijne beloften. Amen.

Een Onze Vader en een Wees gegroet. Na den naam Jesus voeg er bij: „ Die ons aan zijne heilige tafel voor alle zondige gedachten gelieve te bewaren.quot;

GEBEDEN TOT DE 11. ENGELEN.

Deze gebeden zullen vele genaden te weeg brengen, vooral indien zij op den coinranniedag voor liet ontvangen van het heilige Saerament, of op den vooravond, als voorbereiding daartoe, gebeden worden.

I.

1. Heilige Michaël! ik beveel u het uur van mijnen dood aan; houd den helsehen vijand dan gebonden, opdat hij mij niet verzoeke en mijne ziel geene schade toebrenge. Een Onze Vader.

-ocr page 14-

12

■2. Heilige Gabriël! verwerf mij van God oen levendig geloof, eeno onwrikbare hoop, eene vurige liefde en groote godsvrucht tot het heilige Sacrament des Altaars. Een Onze Vader.

3r Heilige Raphael! geleid mij altijd op den regten weg der deugd en der volmaaktheid. Een Onze Vader.

4-, Heilige Engel-Bewaarder l verwerf mij god-dt'lijke ingevingen en de bijzondere genade Gods, om quot;dezelve te kunnen opvolgen. Een Onze Vader.

II.

1. O gij van liefde brandende Serafijnen! verwerft mij eene vurige liefde tot God. Een Onze Vader en drie Wees gegroelcn, ter eere van de heilige kooren der Engelen.

3. 0 gij verlichte Cherubijnen ! verwerft mij eene uitstekende kennis van God. Een Onze T ader

eu drie Wees gegroeten.

3. O gij voortreffelijke ïroonen ! verwerft tmj de inwendige rust des harten. Een Onze lade) en drie Wees gegroeten.

4. O gij heilige Heerschappijen ! verwerft mij de overwinning over al mijne slechte neigingen. Een Onze Vader en drie Wees gegroeten.

5. O gij wonderdadige Krachten! verwerft mij de volheidquot; aller deugden en volmaaktheden. Een Ome Vader en drie Wees gegroeten.

6. O gij onoverwinnelijke Machten! verwerft mij sterkte tegen alle helsche raagt. Een Onze Vader en drie Wees gegroeten.

-ocr page 15-

13

7. O gij doorluchtigste Yorsteudommen! verwerft mij volmaakte gehoorzaamheid eu regtvaar-digheid. Een Onze Vader en drie Wees (jecjroe-ten.

8. O gij heilige Aartsengelen! verwerft mij gelijkvormigheid aan den goddelijken wil. Een Onze Vader en drie Wees geyneten.

9. O gij heilige Engel-bewaarders! behoedt mij voor alle kleinmoedigheid, en verwerft mij den waren ootmoed en een groot vertrouwen op Gods barmhartigheid. Een Onze Vvier en drie Wees yegroeten.

VERZUCHTINGEN.

CS God mijns harten ' wanneer zal ik volmaakt met U vereenigd worden? Wanneer zal ik dooide genade en bovennatuurlijke liefde geheel in U veranderd worden ?

O Jesus! Gij zult de liefde mijner ziel zijn. Ach, liefste Jesus ! neem spoedig bij mij uwen intrek.

Jesus, mijn God en mijn al, wat wil ik meer en wat kan ik zaligers verlangen ! Gij schept een gerust hart, Gij geeft vrede en feestelijke vreugde. Zonder U kan niets lang behagen ; maar indien iets aangenaam zal zijn, dan moet het gekruid worden , met het kruid uwer wijsheid.

O Jesus, eeuwig licht, zend mij eenen straal van uw licht, opdat het mijn hart doordringe. Reinig, verblijd, verheerlijk en verlevendig mijnen

-ocr page 16-

14.

^ecst , opdat hij aan U gelicclit zij in jubelende blijdschap.

O, wanneer zal die zalige en gewenselite stond komen, dat Gij mij verzadigt met uwe tegenwoordigheid , en in alles mijn al zijt ? Zoo lang mij dat niet verleend wordt, kan mijne vreugde niet volmaakt zijn.

Een Onze Vader cn een If'ees gegroet. Na ilen naam ■Tesus voeg er bij: een innig verlangen naar dit

Brood desquot; hemels in ons gelieve op te wekken.quot;

Bid ten slotte godvrnclitig uw avondgebed, en de Litanie tot de heilige Moeder Gods, met de meening , dal . ij \i door hare voorbede eene waardige Communie verwerven moge; ontvang vervolgens de geestelijke Communie en leg u te slapen met de gedaehte;

Verheug u, mijne ziel! morgen zal Jesus, uw geloof, uwe hoop cn liefde, uwe vreugde en uw al, zich met u vereenigen.

Tracht met deze en dergelijke gedaebten, nadat gij u met wijwater besproeid hebt, des avonds in te slapen; groet Jesus nogmaals in het allerheiligste Sacrament des Altaars, zeggende;

Geloofd en aangebeden zij ten allen tijde het allerheiligste en goddelijke Sacrament des Al-iaars !

-ocr page 17-

15

GEHEIMEN VAN DEN KOZEN KUANS, ALS VOORBEREIDING TOT DE II. COMMUNIE.

]. Jesus: die in liet allerheiligste Sacrament als hemeische geneesheer onze zieke ziel gelieve te genezen.

2. Jesns; die als goede herder onze ziel op

zijne hemeische weide der genade gelieve te leiden.

3. Jesus: die als leeraar ons in de waardige

voorbereiding gelieve te onderwijzen. 4 Jesus; die als onbevlekt Lam de onreine woning onzes harten niet gelieve te versmaden.

5. Jesus: die ons met het bruiloftskleed der zuiverheid en der liefde tot zijnen heiligen maaltijd gelieve te versieren.

TWEEDE ROZENKRANS.

Jesus: die een brandend verlangen naar zijnen heiligen maaltijd in ons gelieve op te wekken.

Jesus: die ons de vereischte ootmoedigheid gelieve te verleenen.

Jesus: die met zijn heilig bloed al onze onreinheid gelieve af te wasschen.

Jesus: die ons eene ware verheffing des harten tot God gelieve te verleenen.

-ocr page 18-

16

5. Jesus: die als het levende brood des Hemels , ons het ware leven in Hein gelieve te verleenen.

Aanmerking. Deze beide Rozenkransen voor ile heilige Communie, kan men op de beide dagen die de heilige Communie vooraf gaan bidden, op iederen dag een, of ook wel op eenen anderen tijd naar goedvinden : als op den vooravond , of op den morgen van den heiligen Communiedag. Die verre van de kerk wonen, kunnen dezelve als voorbereiding onder weg bidden. Hebt gij echter geheel geenen tijd, zoo bid een Onze Vader en tien Wees geyroeten, en voeg er na den naam Jesus een dezer tien punten bij en wel naar de rij nf.

-8®*^--

Drie Litauiem.

(.iKMtOF1, aBWOï» en ïiïiiFSJK.

Aamnerlciny. Deze litaiiien kunuen op iederen tijd , voornamelijk op den vooravond, des morgeus, ouder de heilige -Mis, en bij deu namiddag- en avondgodsdienst op communiedagen gebeden worden.

LITANIE VAN HET GELOOF.

liter, outfenn Ü mijner !

Christtis, ontferm U mijner!

Heer, ontferm U mijner !

God hemelsche Vader, ontferm U mijner!

God Zoon, Verlosser der wereld , ontferm U aiijuer!

God Heilige Geest, ontferm U mijner!

-ocr page 19-

17

Heilige Drievuldigheid , één God , §

Gij die als de eeuwige Waarheid niet be-

driegen kunt, 3

Die als de Alwetende niet bedrogen kunt cl worden, g

Die uwe Kerk op eene onoverwinnelijke «5:

steenrots gebouwd hebt,

Die aan uwe Kerk uwen gedurigen bijstand

beloofd hebt,

Dat Gij de eenige ware God zijt, die het goede beloont en het kwade straft, geloof ik vaste-lijk , ó God !

Dat Gij één in wezen en drievuldig in personen zijt,

Dat uwe goddelijke Zoon inensch geworden is , Dat Hij voor het heil der wereld aan het

kruis gestorven is,

Alles, wat Gij ons in de heilige Schrift ^ geopenbaard hebt, §

Alles, wat Jesus Christus ons in de hei-

lige Evangeliën geleerd heeft,

Alles , wat de heilige Apostelen gepredikt | hebben,

Alles , wat de algemeene, wettige vergade-rinsren der Kerkvaders als geloofswaar-heden verklaard hebben , ^

Alles , wat de katholieke Kerk gebiedt te o*

gelooven,

Allo , zoo wel geschrevene als ongeschreven geloofsartikelen ,

Onvoorwaardelijk en zonder allen twijfel , Met gehecle onderwerping mijns verstands,

-ocr page 20-

18

Met volkomene toestemming des wils, zij]

Met innprlijke en uiterlijke belijdenis , vei

Om uw hoogste gezag, 0p

Ora mv onbedriegelijk woord, g ftrl,

Om uwe waarachtigheid en onfeilbaarheid-, ge'

Al zoude ik daarom ook vervolgd worden, ^ _ 7jc\

nogthans S pn

Al zoude ik daarom ook have en goed ? wi;

verliezen, nogthans Sjii Qi]

Al moest ik daarom ook mijn ligehaam en

leven ten beste geven , nogthans In vereeniging met het levendige geloof al- J

Ier regtvaardigen ,

In vereeniging met het standvastige geloof

aller heilige Martelaren,

In vereeniging met het volmaakte geloof

der maagdelijke Moeder Maria ,

Lam Gods, dat wegneemt, enz. (driemaal, gelijk

in andere Liianien), 11

Heer, ontferm Ü mijner ! Cl

Christus, ontferm U mijner! IL

Heer, ontferm ü mijner ! Gi

Onze Vader, enz. Gi

Gi

GEBED. Hi

I)i

O God , die in de overmaat uwer goedheid ' Di mij tot liet ware, katholieke geloof geroepen l^i hebt, schenk mij ook de genade, dat ik tot aan Bi het einde mijns levens daarin bestendig volharde ; zie ook genadig neder op zoo vele ketters Al en ongeloovigen, waarvoor uw goddelijke Zoon

-ocr page 21-

19

zijn dierbaar bloed vergoten heeft. Verlicht en versterk hen met uwe bovennatuurlijke genade, opdat zij de ware, alleen zaligmakende Kerk erkennen, zich zonder menschenvrees, zonder geveinsde tegenwerpingen, grootmoedig met dezelve vereenigen, en alzoo door eene opregte en werkdadige belijdenis des geloofs hunne eeuwige zaligheid verwerven mogen. Door Jesus Christus, onzen Heer. Amen.

LITANIE VAN DE HOOP.

Heer ontferm U mijner!

Christus, ontferm U mijner!

Heer , ontferm U mijner !

God hemelsche Vader , S

God Zoon, Verlosser der wereld , ?■

God Heilige Geest, =

Heilige Drievuldigheid , één God , c;

Die mij in alles kunt helpen ^ -

Die mij in alles weet te helpen, ==;

Die mij in alles wilt helpen , £?

Die zoo dikwijls beloofd hebt mij te zullen helpen ,

Alle noodzakelijke, zoo wel natuurlijke als bovennatuurlijke genade , hoop ik , ó God !

-ocr page 22-

20

üe gezondheid des ligchaams , Het dagelijksche voedsel,

Uwen bijstand in al mijn doen en laten. De bewaring voor ongelukken en gevaren, Uwe vermogende hulp in bekooring en aanvechting tot zonde ,

Sterkte en geduld in alle kwellingen en wederwaardigheden ,

De vergiffenis mijner zonden ,

De ernstige verbetering mijns levens , Den voortgang in alle deugden.

Den wasdom in uwe genade ,

De volharding in het goede,

Eenen verdienstelijken en deugdzamen dood, De eeuwige vreugde en zaligheid bij U in

den hemel,

Dit alles zonder angstvallige vreeze,

Zonder kleinmoedigheid wegens vertraagde hulp ,

Al mogt alle onheil mij ook treffen, nogthans Al mogt ook alles tegen mij zamenspan-

nen , nogthans Al mogt het ook schijnen, dat Gij zelf mij

verlaten hadt, nogthans ï\Tiet op mij zeiven en op mijne krachten, Niet op de gunst en hulp der menscben, Niet op het vernuft, op de schranderheid

en magt der wereld ,

Slechts op U alleen,

Op uwe almagt, voorzienigheid en goedheid, Op uwe onfeilbare trouw in het vervullen van datgene, wat Gij beloofd hebt,

-ocr page 23-

21

Op uwe genade, welke Gij niemand laat

ontbreken, die U aanroept,

Op de oneindige verdiensten van uwen Zoon, die onze Verlosser, onze Middelaar en quot;Voorspreker is,

Op de voorbede van alle Heiligen ,

In vereeniging met die onwrikbare hoop,

welke alle regtvaardigen des ouden Ver-bonds op U gesteld hebben,

In vereeniging .met die kinderlijke hoop,

welke alle regtvaardigen des Nieuwen Verbonds op U gesteld hebben,

n vereeniging met die volmaakte hoop,

welke uwe maagdelijke Moeder Maria op ü gesteld heeft.

Lam Gods, dat wegneemt, enz. (driemaal,

in andere Liianien)

Heer, ontferm U mijner!

Christus, ontferm U mijner!

Heer, ontferm U mijner!

Onze Vader, enz.

GEBED.

O God, die niemand verlaat of te schande maakt, die op U hoopt; ik bid U door uwe vaderlijke goedheid en door Jesus, uwen geliefden Zoon, geef mij een kinderlijk vertrouwen op U en een bestendig mistrouwen op mij zeiven, opdat ik in allen kommer, nood en gevaren mijnen eenigen toevlugt tot U neme ; want Gij kunt mij het beste helpen, Gij weet wat mij

Q

O G-

gelijk

-ocr page 24-

22

nuttig ia. Aan U en uwe liefderijke Voorzienig- Meer heid iaat ik alles over. Geef slechts, ó God, dat Meer ik Ü nooit mishage, maar U altijd getrouw blij ve, Meer tot ik daar moge komen , waar Gij de hoop der Meer uitverkorenen volkomen vervult. Door Jesus Chris- Meer tus, onzen Heer. Amen. Meer

en Slecb Wijl Wij! Al h loi

LITANIE VAN DE LIEl'DE GODS. Al d

nc

(Boor deu eerwaardigen Paus Pins TIJ. Al n

de

Heer, ontferm Ü mijner! In o

Christus, ontferm U mijner! In g

Heer, ontferm U mijner! In a

God Hemelsche Vader, § In v

God Zoon, Verlosser der wereld, ? In g

God Heilige Geest, 5 In li

Heilige Drievuldigheid, één God, c; In ti

Die de oneindige liefde zelve zijt, = In v

Die mij met uwe liefde zijt voorgekomen,. ==; al

Die mij gebiedt U te beminnen, S In v

Die uit liefde tot mij uwen eenig gebore- m

nen Zoon hebt overgegeven, In v

Met geheel mijn hart, bemin ik Ü. 6 God, w

Met geheel mijne ziel, bemin ik U, 6 God! w

Met geheel mijn verstand, bemin ik U, 6 God! Lam Uit al'mijne krachten, bemin ik U, 6 God! 1 in

-ocr page 25-

23

Meer clan alle vreugden en vermakelijkheden,

Meer dan alle eer en goederen.

Meer dan mij zeiven en al het mijne,

Meer dan alle vrienden en hekenden.

Meer dan alle Engelen eu menschen ,

Meer dan al het geschapene in den hemel

en op aarde.

Slechts alleen om U zelven ,

Wijl Gij het allerhoogste goed zijt,

Wijl Gij oneindig beminnenswaardig zijt, —

Al haddet Gij mij ook den hemel niet be- | loofd , nogthans 5'

Al dreigdet Gij mij ook niet met de hel, ^ nogthans

Al mogt Gij mij ook met rampen en wederwaardigheden beproeven , nogthans 0' In overvloed en armoede , g2 In geluk en ongeluk, ^ In aanzien en verachting,

In vreugde en lijden,

In gezondheid en ziekte ,

In leven en dood ,

In tijd en eeuwigheid,

In vereeniging met die liefde, waarmede alle Engelen en Heiligen U beminnen, In vereeniging met die liefde, waarmede uwe

maagdelijke Moeder Maria U bemint, In vereeniging met die oneindige liefde,

waarmede Gij U zelven bemint en eeuwig beminnen zult,

Lam Gods, dat wegneemt, enz. (drieriaal, gelijk in andere lAtanienj.

-ocr page 26-

24

Heer , ontferm U mijner ! zij

Christus , ontferm U mijner ! don

Heer, ontferm U mijner ! keli,

Onze Vader , enz. fen

- zij

GEBED. li)k(

, tall

O God, die in eene onbegrijpelijke overmaat al- [ ten

les bezit, wat ooit volmaakt en beminnenswaardig vrei

zijn kan j blusch alle zondige, zinnelijke en on- gen

redelijke liefde tot de schepselen in mij uit , en gre

ontsteek in mijn hart het reine vuur eener op- dcc

regte, vurige en bestendige liefde tot U, opdat of

ik niets anders beminne, dan U alleen of om voe

Uwentwil; tot dat ik eindelijk , door uwe heilige ó i

liefde verteerd, daar beginne te leven, waar ik U tha

met alle uitverkorenen op het volmaakste genieten, ooi

bezitten en eindeloos beminnen zal. Door Jesus wel

Christus, onzen Heer. Amen. veilen

de

BHCCHT-OEFEWIWCwEHr. en

in

--hei

])!a

HEILZAME LESSEN EN VERMANINGEN TOT j^;

BOETV AARDIGHEID. lei(

drc

O mensch, schepsel Gods, waarom zorgt gij me in het sterfelijke vleesch zoo weinig voor de vei eeuwige heerlijkheid! Indien gij wist hoe groot De

-ocr page 27-

25

zij is, zoo zoudet gij buiten haar naar niets dorsten , en niet zoo naar het ijdele en vergankelijke aardsche trachten. En indien gij de straffen der hel erkendet, hoe veelvuldig en groot zij zijn, zoo zoudet g'j zekerlijk uwe vleesche-lijke begeerten vaarwel zeggen , en met regt uwe tallooze zonden in woorden, werken en gedach-al- ; ten diep bewogen bewcenen. Zoo groot zijn de dig 1 vreugden der Heiligen, zoo groot de kwellin-ou- gen der verworpelingen, dat geen verstand beider en grenzeloosheid kan bevatten , tot dat na den op- dood, de ziel het lot der goeden te beurt valt, dat of onvoorbereid bij de schaar der boozen ge-om voerd wordt. Als het vleesch begraven wordt, ige 6 dan weet men van den geest niets, of hem : U thans vreugde of straf ten deel viel, daar wordt en, ook nu weinig naar gevraagd. Men huichelt sus wel is waar treurigheid, doch de naaste bloedverwanten deuken met vreugde aan de te doelen nalatenschap, eu bij het deelen ontstaat er dikwerf onder hen twist, haat en strijd. Bij de begravenis gaan de overige nabestaanden en bekenden eten en drinken , en zondigen zelfs in het aangezigt van den dood door onmatigheid en buitensporigheid; ja zelfs de dood, in plaats van ernstige gedachten van boetvaardigheid in hen te doen ontstaan, is hen eene aanleiding tot zonde. Men ziet immers dikwijls den dronkaard beschonken van de begravenis zijns gij medezondaars komen! Ach , zoude men geloo-de ven, dat zulk eene verstoktheid mogelijk ware ? ot De overledene -door gebeden eu goede werken

2

-ocr page 28-

26

te helpen, daar denkt men niet meer aan. — fioeden sterven, kwaden sterven, doch een hoogst ongelijk lot valt hun ten deel; het eeuwige leven of het eeuwige verderf. Dan is er geen tijd tot boetvaardigheid meer; geene mogelijkheid meer voor die rampzaligen, om hier terug te koeren, geene plaats, waarheen zij vluchten kunnen; slechts om voor den Eegter gebragt en voor de oogen van de geheele wereld geoordeeld en met schande overladen te worden , zullen zij weder uit den afgrond te voorschijn worden gehaald; dan zal u niets baten indien gij Jesus niet bemind, Maria niet geëerd en u geenen patroon verworven hebt.

Daarom laat ons thans, daar het nog tijd is , een heilig leven verkiezen, en in deze wereld het kwaad beweenen, dat wij bedreven hebben.

EI ECHTGEB EDEN.

Wie goed biecht zal oof goed leven en — zalig sterven. Goed biechten wil echter niet zeggen, slechts in rouwmoedige stemming zijne zonden aan den priester belijden un de voorgesehrevene gebeden te spreken ; maar niet de genade Gods ook tevens er naar streven, om den vroegeren zondigen zin en wandel in eenen deugd-zamen en godbehagelijken te veranderen — en al het gepleegde kwaad en onregt, aan zich zeiven en anderen, naar vermogen weder goed ts maken. Alzoo slechts, wanneer de, biecht u gebeterd heeft, of gij u ten minste de opregte getuigenis geven kunt, van errstig en niet der daad naar verbetering gestreeft te hebben , dan hebt

-ocr page 29-

37

gij goed gebiecht. Kies u tot dit hoogst gewigtige werk eeneu biechtvader, aan wien gij met het volste vertrouwen uwe geheele zielsgesteldheid opregt openbaart; houdt u steeds bij den zelfden, opdat hij u immer beter leere kennen, om u des te zekerder te kunnen besturen eu leiden ; kies ook het liefste uwen biechtvader uit de geestelijken uwer gemeente, die aangesteld zijn om u den weg ten hemel aau te wijzen en eens uwe laatste biecht op het sterfbed te hooren. Zonder de genade Gods kunt gij volgens de woorden des Apostels geene goede gedachte opvatten, alzoo ook niet goed biechten. In deze meening doe God uwe

DANKZEGGING VOOlt DE OXTVAKGENE GENADE.

allerheiligste Drievuldigheid, één God, Vader, Zoon en Heilige Geest, ik arm zondaar werp mij voor den troon uwer oneindige barmhartigheid neder, en zeg Ü den innigsten dank voor alle genaden en weldaden, welke Gij mij gedurende mijn leven tot op dit uur bewezen hebt; ik dank U, dat Gij mij geschapen, verlost, geheiligd, en ia uwe ware, alleenzaligmakende katholieke Kerk geroepen hebt; ik dank Lr, dat Gij mij om mijne zonden niet eeuwig-gestraft en van Ü verstooten hebt. —■ Uit oneindige goedheid hebt Gij mij boven zoo \ele duizenden nog tijd tot boetvaardigheid gegeven, om mij door de heilige biecht weder met U te kunnen verzoenen. Hoe zal ik U vergelden, 6 Heer, wat Gij aan mij gedaan hebt! Zie, van mij zeiven iieb ik niets. — Uit dankbaarheid echter voor deze onwaardeerbare genade, otter ik Ü het liefste

-ocr page 30-

28

up , wat ik U brengen kan; het dierbare bloed van mijnen Heiland, Jesus Christus, hetwelk Hij ter uitdelging der zonden uit oneindige liefde vergoten heeft.

Bid na cle dankzegging van nieuws ootmoedig om de genade, om uwe zonden regt te erkennen door het volgende

GEBED.

«oedertierendste Jesus, Gij hebt het heilige Sacrament van Boetvaardigheid in uwe ware Kerk ingesteld, opdat wij zondaren een krachtig , onfeilbaar middel zonden hebben, om door hetzelve vergiffenis onzer zonden te verkrijgen. Door die onbegrijpelijke liefde en goedheid, welke U bewogen om dit heilig Sacrament in te stellen, bid ik ü, schenk mij de krachtige genade, dat ik dit kostbare middel ook goed gebruike. Jesus , Gij die liet ware licht der wereld zijt, verlicht mijn geheugen, opdat ik goed moge inzien, waarin ik mij tegen U bezondigd heb ; Jesus, Gij God mijns harten , roer en tref hetzelve, opdat ik een waar berouw hebbe over al mijne zonden; Jesus, Gij eeuwig Woord des hemelschen Vaders, bestuur mijne tong, opdat ik mijne zonden oprecht biechte, en door liet heilige Sacrament van boetvaarc igheid, uit kracht van uwe oneindige verdiensten , volko-mene vergiffenis derzelve verkrijge. O Heer, mogt ik mij zeiven toch goed kenner. ; mogt ik toch tot eene heldere kennis van al m:jne zonden

-ocr page 31-

29

en gebreken komen, waarmede ik tot dus verre een gruwel in de oogen uwer goddelijke Majesteit was.

AANROEPING VAN DEN HEILIGEN GEEST.

9» goddelijke, Heilige Geest! die gelijk God zijt met den Vader en den Zoon, verlicht mijn verstand, opdat ik mijne zonden, derzelver getal , grootte, boosheid en ook alle omstandigheden die daarbij plaats hadden, moge kennen; tref mijn hart, opdat ik dezelve hate en ver-foeije, betreure en beweene; dat ik ze allen onbevreesd en onbeschroomd voor den priester be-lijde. Versterk mijnen wil, opdat ik mij ernstig betere, en geene, ook niet de geringste zonde meer bedrijve. Amen.

GEBED TOT DE UEILIGE MOEDER GODS.

O heilige Maria, toevlugt der zondaren , bid thans voor mij, en verwerf mij door uwe voorbede die goddelijke genade, welke mij noodig is om mijne zonden goed te kennen, goed te betreuren en opregt te biechten. Alle Heiligen Gods, voornamelijk gij, die door ijverige boet-plegingen zalig geworden zijt, bidt voor mij, opdat ik in uwe voetstappen treden en ware boetvaardigheid doen moge.

Onderzoek uw geweten. — Denk nu zoo over alle zonden sedert uwe laatste geldige biecht na, alsof het de laatste maal in uw leven ware, en gij terstond voor

-ocr page 32-

30

ileu eeuwigen alwctendeu Rogier vcrseliijnen moest; wees niet ligtzinnig en verontsehuldig u niet wegens uwe feilen ; wees ook niet te angstvallig, — God wil den dood des zondaars niet, — maar wees opreyt. Onderzoek U over alle pligteu van uwen staat; onderzoek u ook over de zonden uws harten, uw gedachten en begeerten ;

biecht ook deze en maak den biechtvader voornamelijk op uwe hoofdzonden en uwe hoofdneiging opmerkzaam.

Klaag u tevens ook aan, hoe het gekomen is , dat gij in de vorige zonden hervallen zijt, misschien, wijl gij de gelegenheid niet vermeden of de vermaningen uws biechtvaders niet opgevolgd hebt.

Verwek na het onderzoek des gewetens een waar berouw. Zonder dit is de biecht niet geldig; het waar berouw echter is zulk eencn afschuw van de zonde hebben, dat gij liever alles in de wereld, zelfs gezondheid en leven, bereid zijt te verliezen, dan ook'maar in eene zonde ie willigen. Zie, of gij zoo gezind zijt en dus oen waar berouw hebt, dit te hebben is ook eene genade, doe daarom een

GEBED OM WAAR BEROUW.

Almagtige, eeuwige God, ik zondig mensch waag liet wederom voor uw goddelijk aansoliijn te verschijnen, van wiens aanseliouwing ik door mijne zonden verdiend heb, voor eeuwig verstoeten te worden. Ja Vader, ik ben niet waardig mijne oogen tot U in den hemel op te hefl'en,

wijl ik gelijk een verloren zoon voor U gezondigd heb. O mijn Vader, dien ik beleedigd heb, ^ doch die ~nogthans barmhartig zijt, ik ben bevreesd ; ik sidder voor U, ó mijn regtvaardige God, dien ik zoo herhaaldelijk door mijn zondig leven vertoornd heb. Doch waarheen zoude ik vlugten? waarheen anders dan tot uwe e

I

-ocr page 33-

31.

iicfdo en ontferming. Ik weet, Gij wilt den dood des zondaars niet, maar dat hij zicli bekeere en leve; ik weet, dat Gij mij mijne zonden kunt en wilt vergeven; vant Gij verstoot niemand, die met een berouwhebbend hart tot U komt. Zie, ik verlang, ik verzucht naar een boetvaardig, vermorzeld hart. Ik kom, ik keer tot U terug, Ö Vader, ik, de verlorene zoon; verstoot mij niet, maar neem mij weder in uwe genade aan : dan zal mijne ziel U, mijnen goedertierensten God, beminnen cn loven in eeuwigheid.

fxeloof; Eïoop, ïLiefile en ESerocsw» voot- de Kïieeiit.

GELOOF.

49 alwetende en waarachtige God, ik geloof ea houd voor zeker cn onfeilbaar alles, wat Gij geopenbaard hebt; ik geloof het vastclijk, dat Gij de regtvaardigste, barmhartigste, almagtige cn getrouwe God zijt, een belooncr van het goede en een straffer van hot kwade; ik geloof dat Gij het hoogste goed , het laatste doel en einde van den mensch zijt; ik geloof dat U niets mishage-lijker is dan do zonde , welke Gij den boetvaar-digeu zondaar nogthans door het heilige Sacrament der Biecht wil kwijtschelden. Dit en al het overige, wat Gij mij door uwe ware Kerk voor-

-ocr page 34-

gesteld hebt te gelooveu, geloof en houd ik voor zeker, wijl Gij, die de eeuwige Wijsheid en onfeilbare Waarheid zijt, zulks gezegd hebt.

HOOP.

O regtvaardige God, ik belijd voor U en voor alle hemelsche Heerscharen, dat ik door. mijne vele en zware zonden uwen regtvaardigen toorn dikwerf en menigmaal verdiend heb; ja ik heb verdiend, om mijne zonden door U gestraft en eeuwig verstooten te worden ; echter hoop ik dooide kracht van het heilige Sacrament van Boetvaardigheid do vergiffenis mijner zonden te verkrijgen, en door de verdiensten van Jesus Christus en mijns eigene medewerking die eeuwige zaligheid, waartoe Gij mij geschapen hebt; ook hoop ik al datgene, wat mij tot het verkrijgen er van noodig en nuttig is, want Gij almagtige en getrouwe God , hebt genadiglijk geloofd mij het te zullen geven. Op [J hoop ik , en ik zal niet te schande worden.

LIEFDE.

O goedertierenste God, die aller liefde waardig zijt, ik bemin U boven alles uit den grond mijns harten , omdat Gij liet oneindig volmaakste Goed zijt, en wensch van harte, dat alle men-scken ü mogten kennen, eeren en beminnen. Indien er ook geeno hal, geen hemel, geene belooning en geene straf ware, uit liefde tot U ben ik nogthans bereid om uwe heilige geboden en

-ocr page 35-

33

wetten te onderhouden tot aan het einde van mijn leven toe, en in alles slechts alleen volgens uwen allerheiligsten wil te leven. Ach, dat ik U altijd bemind hadde! —

LITANIE VAN HET BEROUW.

(Door den Eerwaardigen Paus Pius VI.)

Sieer, ontferm U mijner !

Christus, ontferm U mijner!

Heer, ontferm ü mijner!

God hemelsche quot;Vader,

God Zoon, Verlosser der wereld.

God, Heilige Geest,

Heilige Drievuldigheid, een God, §

Die uwe almagt en goedheid door sparen en g5 geduldig toezien openbaart, 5

Die de bekeering der zondaren zoo geduldig ^ afwacht,

Die de zondaren zoo liefderijk tot boetvaar- Jï.

digheid uitnoodigt, |

Die U over de bekeering der zondaren zoo

zeer verblijdt.

Dat ik gezondigd heb! is mij van harte leed , ó God!

Dat ik zoo dikwijls en zoo zwaar gezondigd heb,

is mij van harte leed, 6 God!

Dat ik met gedachten, woorden en werken gezondigd heb, is mij van harte leed, 6 God!

*

-ocr page 36-

34

Dat ik zoo voorbedaclitelijk eu moedwillig

gezondigd heb , g Dat ik met ontelbare nalatigheden en vcr-

zuimenissen gezondigd heb, =

Dat ik uwe heilige wetten zoo vermetel _

overtreden heb, S Dat ik uwe almagt niet gevreesd heb ,

Dat ik uwe liefde veracht heb , g

Dat ik uwe goedheid en langmoedigheid ~

misbruikt heb , ogt;

Dat ik de wonden en smarten van uwen ^

Goddelijken Zoon vernieuwd heb, §-Dat ik mij aan uwe regtvaanlige straf in deze quot;

en in de andere wereld schuldig gemaakt heb, Om dit alles! Is het mij van harte leed, ei God ! Doch nog veel meer en vooral om U zeiven ,

Omdat ik U vertoornd heb, __

Omdat ik U mishaagd heb, g.

Omdat ik U niet boven alles beminde, 3 Jn vereeniging met dat eeuwige berouw der ^

liefde, hetwelk ooit alle heilige boetelingen S gehad hebben ,

In vereeniging niet dien uitersten afschuw £

van de allerminste zonde, welken de «

maagdelijke Moeder Maria altijd gekoes- fT lerd heeft,

In vereeniging met die onbegrijpelijke smar- 0gt;

ten, welke uw goddelijke Zoon op den q

Olijfberg om mijne zonden en die der 9_

geheele wereld heeft doorgestaan, — Lam Gods, dat wegneemt, enz (driemaal; gelijk in andere JAianien.)

-ocr page 37-

Heer, ontferm U mijner! Christus, ontferm U mijner ! Heer, ontferm U mijner! Onze Vader, enz.

GEBED.

48 God ! wien liet eigen is, altijd te sparen ou genadig te zijn, zie niet op de menigte en boosheid mijner zonden, maar op de grootte uwer barmhartigheid. Ach! versmaad mijn vermorzeld en verootmoedigd hart niet; met uwe hulp wil ik mijn leven beteren , alle gevaren en slechte gelegenheden vhigten , ja , liever wil ik sterven , dan nog eenmaal eene zonde bedrijven. Tuchtig mij, ó mijn lieer eu mijn God , die zoo dikwijls en zoo zwaar door mij beloedigd zijt, gelijk het U behaagt, ik heb alles verdiend. Slechts hierom bid ik U door uwen geliefden Zoon, die voor ons zondaren gestorven is, verstoot mij niet voor eeuwig van uw aanschijn, ontrek mij de genade niet, om nog in dit leven waardige vruchten van boetvaardigheid voort te brengen, opdat ik eens in den hemel met alle heilige boetelingen uwe cindelooze ontferming eeuwig loven en prijzen moge, door Jesus Christus onzen Heer. Amen.

God wil den dood der zondaren niet, maar dat liij zich bekeere en leve. — 'Wilt gij vergiffenis, zoo maak een ernstig vcornemen van verbetering. Dat liet emstifl is, kant sij slechts door uwe veranderde gezindheid en iuvpm verbeterden levenswandel bewijzen.

-ocr page 38-

36

VOORNEMEN,

Ik neem mij nu ernstig voor, 6 mijn Goci, U nooit weder vrijwillig te willen beleedigen, wat ik tot dus verre zondigs bedreven heb , boetvaardig te biechten, en uwer regtvaardigheid zoo veel mij mogelijk is te voldoen. Slechts U alleen wil ik in het toekomende van ganscher harte beminnen, en niets zoo zeer vermijden en haten dan de zonde; ik wil ook do gelegenheden en gevaren van te zondigen vlugten, mij zelven alle geweld aandoen, ora mijne slechte neigingen en hartstogten uit te roeijen en elke zondige opwelling te bedwingen. Verleen Gij , o barmhartige God, mij daartoe uwe genade; want uit mij zelven kan en vermag ik niets, in U en met U echter vermag ik alles. O God, kom mij te hulp; Meer, haast U om mij te helpen. Amen.

SLOTGEBED VOOR DE MECHT.

SS God, uwe ontferming is eindeloos. Gij hebt mij tot dus verre met geduld en langmoe-digheid verdragen, Gij hebt mij tijd en gelegenheid tot boetvaardigheid gegeven. Gij noodigt mij zelfs liefderijk uit, om door eene opregte bekeering tot U terug te keeren, en wilt mij door het bloed van Christus zuiveren van alle schuld. In het vertrouwen op Jesus, onzen Verlosser, sta ik op en kom tot U. — Bij den dood van mijnen Heiland aan het kruis, bij zijne heilige won-

-ocr page 39-

37

den beloof en zweer ik, voortaan elke zonde te zullen haten; —• ja, liever wil ik sterven, dan U ooit weder verachten en beleedigen.

Schenk mij echter ook uwen goddelijken bijstand, opdat ik voor den priester, uwen plaatsbeklee-der, eene boetvaardige belijdenis van al mijne zonden , die ik sedert mijne laatste geldige biecht beging, aflegge ; dat ik mij aan zijne vaderlijke leiding bereidwillig overgeve, zijne vermaningen getrouw opvolge, en vervolgens uit zijnen mond uw woord van begenadiging verneme: „ Wees getroost, uwe zonden zijn u vergeven.quot;

Als gij in den biechtstoel zijt, zoo maak het teeken des heiligen kruises en spreek:

Eerwaardige Vader, geef mij uwen zegen, opdat ik al mijne zonden goed volmaakt moge belijden. — Ik arm zondig mensch belijde voor den almagtigen God, zijne heilige moeder Maria , alle lieve Heiligen, en voor U, Vader, stedehouder Gods, dat ik dikwijls en veel gezondigd heb met gedachten , woorden, werken , en het verzuimen van vele mijner pligten; het is mijne schuld, ja mijne schuld, en mijne allergrootste schuld. Inzonderheid beschuldig ik mij, dat ik sedert mijne laatste biecht die ik voor.... gesproken heb, mij bezondigd heb als volgt:

Als gij al uwe zonden gebiecht heb, zoo spreek:

Deze en al mijne andere zonden, die ik mij

-ocr page 40-

3S

nu niet lierinneren kan, zijn mij leed uit den stv

grond mijns harten, omdat ik God, liet iioog- vai

ste en beminnenswaardigste Goed , daardoor ver- aai

toornd heb. Ik heb mij vastelijk voorgenomen, vo

om met de genade Gods mijn leven te beteren, lie

en bid derhalve U eerwaarde om eene heilzame de

boete en de vrijspreking mijner zonden, indien gij lo(

mij waardig oordeelt. mi

ko

Oiuler de absolutie bid stil bij u zclvcn: aa

ku

Jesus Christus , ik betreur nog eenmaal iii( ge

den grond mijns harten alle zonden van mijn dii

geheele leven , omdat ik U, mijn hoogste goed , mi

daardoor beleedigd heb. Ik bid U, ö Heer, Al

vergeef mij dezelve, door uw .hitler lijden en de

sterven. ' l,e

re

-««O r0

kc

OEISEDEK NA DE BIECHT.

Gij hebt de bezaligendc uitspraak vernomen; „Ga iicen,

uno zonden zijn u vergeven;quot; vergeet eebter de vermaning va

niet: „docb zondig voortaan niet meer, opdf.t n niet wat quot;e

ergers overkome.quot; God heeft n door den mond des pries- 1111

tors uwe zonden vergeven, zeg #

COD UWEN DANK. di

W

Hoe onbegrijpelijk, o barmhartige God, is in

uwe goedheid jegens mij zondig mensch. Zoo ui

dikwijls heb ik om mijne zonden de eeuwige Ik

-ocr page 41-

39

straffen verdiend, en Gij hebt mij nogtlmns zoo vaderlijk, zoo liefderijk weder in uwe liefde aangenomen. Dank, eeuwige dank zeg ik U, voor de onschatbare genade, welke Gij mij in het heilige Sacrament van Boetvaardigheid dooide vergiffenis mijner zonden bewezen hebt; geloofd en geprezen zij uwe barmhartigheid jegens mij. Ach, hadde ik zoo vele tongen als er zandkorrels aan den oever der zee, als er sterren aan den hemel zijn, om U zonder ophouden te kunnen loven cn prijzen; gij Kooren der zaligen, Gij Heiligen Gods, voleindigt den dank, dien ik niet naar waarde vermag uit te spreken; met u wil ik instemmen in den lof van den Algoede , met u wil ik nu en in eeuwigheid den Albarrahartige prijzen, zeggende: Heilig, heilig, heilig is de lieer, de God der Heerscharen; hemel en aarde zijn vervuld met uwen roem cn uwe heerlijkheid; gezegend zij Hij, die komt in den naam des H-eren! Eer zij Hem in den hoogen!

Neem nu nog eenmaal de vermauingen van den biecht-vader goed ter harte, vernieuw liet besluit, om dezelve getrouw te willen opvolgen, eu bid vervolgens ootmoedig :

Hemelsche Vader, Gij hebt mij door de verdiensten van mijnen Heiland Jesus Christus weder als uw kind genadig aangenomen. Zie, in vereeniging met alles, wat mijn Heiland, uw welbeminde Zoon, voor de zonden der ge-heele wereld gedaan, en uwer strenge regtvaar-

-ocr page 42-

40

digheid ten offer gebragt heeft, wil ik nu die boete verrigten, welke de priester mij ter voldoening voor mijne zonden heeft opgelegd. Daarbij offer ik ü alle goede werken op, welke ik onder den bijstand uwer goddelijke genade ooit verrigt heb; alle aflaten die ik verdiend heb; ik offer U op, alle wederwaardigheden, alle kruis en lijden, welke ik nog te dulden en te dragen zal hebben. Gewaardig U, ó mijn God, dit alles genadig van mij aan te nemen, en laat het mij tot heil mijner onsterfelijke ziel strekken.

Verrigt de boetgebeden, of zijn dezelve voor eenen anderen tijd bestemd , zoo vernieuw het voornemen , van alles in het ivcrk te zullen stellen, om de heden gedane belofte van verbetering ook zeker te houden. Die u het willen gegeven heeft, zal u ook het volbrengen geven; bid Hem, bid Hem er dagelijks om, vooral indien ten tijde van bekoring uw besluit begint te wankelen.

Ja, mijn God, het besluit is genomen, nooit wil ik weder zondigen, nooit U weder vrijwillig beleedigen. — Uwe goedheid jegens mij is zoo groot: hoe heb ik U toch kunnen beleedigen ? Ach, hadde ik U vroeger zoo goed gekend en U ijveriger gediend I — Niets berouwt mij zoo zeer, dan die tijd, welken ik in den dienst der zonde heb doorgebragt. O, konde ik al die oogenblik-ken herroepen, konde ik al die daden ongesohied maken! — Doch te vergeefs! — In het toekomende echter zal mijn geheele leven, al mijn doen en laten slechts aan uwe eer en uwen cienst zijn toegewijd; ik wil mij er ernstig en ijverig op toe-

-ocr page 43-

41

leggen, om te herstellen, wat ik tot dus verre nagelaten of verzuimd heb. Niets wil ik zoo hoog schatten, niets zoo vurig beminnen, dan ü, mijnen God; niets wil ik zoo zeer haten en vlugten, dan de zonde, wijl zij eene zoo groote beleediging uwer goddelijke Majesteit is.

Dit is mijn ernstige wil en mijn vast voornemen: door uwe genade, ó mijn God, heb ik dit voornemen gemaakt, en ik vernieuw het nu voor uw aanschijn en wil het met uwe genade houden tot aan het einde mijns levens. Doch Heer, Gij weet hoe dikwerf ik mij zulks reeds heb voorgenomen en helaas! mijn voornemen niet ten uitvoer bragt; Gij kent mijne zwakheid en onbestendigheid, slechts Gij alleen kunt mij versterken, opdat ik uitvoere, wat ik in dezen heiligen stond besloten heb. — Met U, ó sterke God, kan en vermag ik alles, zonder U ben ik zwak. Toon dan, ó sterke, ö almagtige God, aan mij de kracht uwer ontferming, en geef mij de genade der volharding in het goede , waarom ik U door de verdiensten van Jesus Christus ootmoedig bid. Gij zijt mijn God, mijn Verlosser, mijne sterkte, mijn toevlugt; versterk mij in alle gevaren, bescherm mij tegen alle listen en lagen van den boozen vijand, laat mij nooit weder, zelfs niet in eene zonde hervallen; geef mij eenen levendigen, onverzoenlijken haat tegen de zonde, en eenen waren, duurzamen ijver in uwen dienst; want voor U alleen wil ik voortaan leven, voor U wil ik sterven, U wil ik toebchooren in het leven en in den dood.

-ocr page 44-

O heilige Maria, gij toevlugt van die zondaren, welke zich ernstig tot God willen bekeereu; zie, nu met God verzoend zijnde, is het mijn vaste wil, Hem niet weder te beleedigcn , maar met. alle krachten mijner ziel te beminnen en te ecren. Wees gij mijne voorsprekeres bij God, opdat ik door zijne genade versterkt mijn voornemen niet weder verandere. Heilige Maria, bid voor mij.— Gij Heiligen Gods, bidt ook gij voor mij, opdat ik sterk moge zijn, om de genade, die ik lieden ontvangen heb, nooit weder uit ligtzinnigheid ol' kwaadwilligheid tc verbeuzelen ; bidt voor mij , opdat ik standvastig tegen alle bekoringen kunne kampen, en naar uw voorbeeld, liever mijn leven dan de goddelijke genade verlieze; bidt voor mij, opdat dit uur voor mij een waarachtig begin zij van een echt christelijk, Gode behagelijk leven , van eenen vurigen ijver in zijnen dienst, en van eene onverbreekbare liefde tot het hoogste Goed. Gij Heiligen Gods, bidt voor mij.

God, hemelsche Vader, ontferm U mijner en versterk mij in mijn voornemen; God Zoon, Verlosser der wereld, ontferm U mijner en bewaar mij in uwe genade; God Heilige Geest, ontferm Ü mijner en ontsteek mijn hart met het vuur uwer goddelijke liefde Heilige, drieëenige God, ik beveel mij U aan, laat mij nooit weder door de zonde van U gescheiden worden. Amen.

-ocr page 45-

13

SrCïSSSSKXOKFEïSIJS «

op sEe«a liailige» CoELiinuitierïag.

Laat li de communieJag een bijzonder heilige dag zijn ; zoodra gij des morgens ontwaakt, godvruchtige ziel, zoo vestig uwe eerste gedachten op God en uwen Jesus, wien gij heden het groote geluk hebt te ontvangen; groet uwen Verlosser en Zaligmaker me ; de lofspraak: Gelooft zij ■Jesus Christus! Besproei u met wijwater, en teeken u met het heilig kruis, en spreek, u in den geest tot het Hoogwaardige uwer parochiekerk wendende:

OEI.OOFD EN GEZEGEND ZIJ HET ALLERHEILIGSTE SACRAMENT BES ALTAARS ! NU EN ALTIJD EN IN ALLE EEUWEN DER EEUWEN! AMEN.

MORGENGEBED OP DEN H. COMMUNIEDAG.

'S'ot cennn bij uitstek feestelijker! dag liebt Gij mij op dezen morgen doen ontwaken, liefderijke henielselie Vader; want op liet plegügste, weldadigste en treffendste zal ik heden van uwe liefde verzekerd worden, die U bewogen heeft , uwen eenig geborenen Zoon voor ons allen in den dood over te geven. — O, hoe verheugd is mijne ziel, dat de dag weder aangebroken is , dat de ure weder nadert, waarin ik het ligehaara mijns Ver-

-ocr page 46-

4-4

lossers in zijnen maaltijd ontvangen zal; hoe pleg-tig is mij deze dag! Dag mijner hoogste vreugde en zaligheid! Dag der eere, waarop mijn Verlosser, de stichter mijner rust en gelukzaligheid, zijn intrek bij mij nemen wil! Verleen mij toch, ö hemelsche Vader, de genade, dat ik alle gedachten en gewaarwordingen mijner ziel op het heilige offer vestige, hetwelk ik nuttigen zal, om met Diengene op het innigste vereenigd te worden , aan Wien Gij ijw grootste welbehagen hebt. Bewaar mij voor alle verstrooijingen, opdat ik het goed ter harte neme, welk een geluk het is, tot de dischgenooten van uwen Zoon te behooren.

Goddelijke Heer en Heiland, Jesus Christus , vervul aan mij het woord der belofte: „ Zoo iemand mijne stem hooren en mij zijn hart ontsluiten zal, bij dien zal Ik ingaan en het avondmaal met hem houden.quot; — Het nuttigen van uw heilig vleesch en bloed zij mij gezegend ter versterking van mijn geloof, ter bevordering der godsvrucht, tot geduld in lijden, en tot eene zalige hoop des eeuwigen levens. Ja ik wil geheel in U berusten: alles wil ik aan uwen wil overlaten, aanhoor slechts nog deze eenige bede : Laat mij liever sterven, dan U beleedigen ; vermeerder in mij het geloof, de hoop en de liefde. In het beoefenen dezer deugden wil ik volharden , tot dat ik tot U kome , ó Jesus 1 Amen.

morgengebed xot de h. maagd mae::a.

Heilige Maagd, gij koningin des vredes, ver-

-ocr page 47-

45

werf mij van uwen Zoon de genade , dat ik dien vrede erlange, dien Hij zijne leerlingen als erfdeel heeft nagelaten. Bid voor mij, ó gezegende Maagd en moeder des heils, die God zoo welbehagelijk waart! Mogt ik toch door u toegang bij uwen Zoon en in uwe oogen genade vinden, opdat gij mij , gelijk zoo velen uwer kinderen , tot de tafel mvs Zoons vergezeldet! Gij vermoogt immers alles bij uwen goddelijken Zoon. Sta mij bij, ó goe-dertierenste Moeder, opdat, als uw Zoon tot mij komen zal, Hij eene aangename woning in mij vinden moge. Amen.

GEBED TOT DE HEILIGE ENGELEN.

Alle mijne geliefde Heiligen en Engelen , en vooral gij , mijn Besclierm-engel, die tot dus verre getuigen mijner misstappen geweest zijt, bidt voor mij en vergezelt mij tot de Tafel des Heeren, en houdt alles van mij verwijderd, wat mijne godsvrucht zoude kunnen verstoren. Bidt voor mij, dat deze heilige communiedag, die misschien de laatste mijns levens is, mij tot volkomene genezing mijner ziel strekke; staat mij ter zijde met uwe voorbede, heden en altijd, opdat niets ter wereld mij van Jesus, mijnen Heiland, schelde, en ik eens daar korae, waar ik Hem , mijnen Heer en God, dien ik heden bedekt onder de gedaante van brood, ontvangen zal, met u van aanschijn tot aanschijn aanschouwen en prijzen zal in eeuwigheid. Amen.

-ocr page 48-

46

Een On:z Vader eu eeu Wees aegroet, benevens drie

Wees (jegroeten tct de allerheiligste Maagd , om de deugd

der volharding in het goede, en om U door hare voorspraak in de liefde Gods te bewaren.

DE STEM VAN DEN II. ENGEL-BEWAAKDER 01' DEN WEG NAAR DE KERK.

-Tïijn pleegkind, dat mij door God zijt toevertrouwd, gij gaat naar de Kerk, om aldaar uwen Heiland te ontvangen. Verheugd vergezel ik u in de woning, die God zich onder de menschen heeft uitverkoren; bereid u voor, door godvruchtige gedachten en korte gebeden, gelijk het tot het ontvangen van het iieilige Sacrament zijn moet; stel alle huiselijke bezigheden en tijdelijke zorgen ter zijde; tracht nu dit alles te vergeten en ontsla u niet slechts van het nuttelooze, maar ook zelfs van het noodzakelijke. Alles heeft namelijk zijnen tijd; na verrigte godvruchtige oefeningen hebt gij weder tijd om aan de pligten van uw beroep te denken. Bereid Jesus, dien gij voornemens zijt te ontvangen , eene zuivere woning in uw hart en denk na over de volgende

DRIE VRAGEN,

DIE MEN ■VOOB HET ONTVANGEN DEK 11. COMMUNTK ERNSTIG TER HARTE NEMEN EN WELKE.1 WAARACHTIGE BEANTWOORDING MEN GROSDIG OVERWEGEN MOET.

1, Wieu zal ik ontvangen? Gij zult Jemm

-ocr page 49-

47

Christus ontvangen, den Zoon Gods, den Heer dei-Heerlijkheid, diengene, die mensch geworden is, geleden heeft, gestorven en uit het graf verrezen is, en nu aan de regterhand des Vaders zit, wieu alle magt gegeven is in den hemel en op aarde. Hem zult gij ontvangen, van wien David zegt; „Indien ik U slechts heb, o Heer, wat vraag ik dan naar hemel en aarde !quot;

3. Waarom sal ik Christus otiivangen? Omdat de mensch slechts dan, wanneer hij weder met God vereenigd wordt, waarachtig gelukkig en zalig worden kan.

Daarom zeide Jesus zelf: „Voorwaar, voorwaar Ik zeg u : Indien gij het vleesch van den Zoou des menscheu niet eet en zijn bloed niet drinkt, zoo zult gij het leven in u niet hebben. Die mijn vleesch eet en mijn bloed drinkt, die heeft het eeuwige leven.quot; — Joann. YI. 54, 55.

Word dus door Christus met God vereenigd , en gij verkrijgt het eeuwige leven; blijf in deze vereeniging, en gij hebt het eeuwige leven in u.

3. Hoe moet ik Christus ontvangen? Hoe ge-wigtig is deze vraag! Zelfs de Apostel Paulus vermaant de christenen van Corinthe: „ Wie onwaardig dit Brood eet of den Kelk des Heeren drinkt, die zal schuldig zijn aan het ligchaam eu aan het bloed des Heeren. Dat de mensch dan zich zeiven beproeve, en aldus van dit Brood ete en uit dezen Kelk drinke. Want wie er onwaardig van eet en drinkt, die eet en drinkt zich

-ocr page 50-

48

zeiven het oordeel en den dood , niet onderscheidende liet ligchaam des Heeren. Daarom zijn er onder u zoo velen zwak en ziek, en velen die sterven.quot; 1 Cor. XI. 27—30.

Alzoo beproef u te voren wel; overweeg goed, met welk eene godsvrucht, met welk een verlangen , met welk levendig geloof, met welke hoop , met welke heilige liefde, met welk innig berouw, met welken diepen ootmoed gij uwen Heer en God, uwen Verlosser en Zaligmaker ontvangen moet. Stel u regt voor, met welke godsvrucht, ootmoed eu aanbidding de Apostelen de eerste maal het ligchaam en bloed des Heeren uit zijne hand ontvangen hebben. O, indien gij regt erkennen kondet, wat het zeggen wil, Christus zelvcn te mogen ontvangen, hoe grootelijks zoudet gij u verheugen, hoe diep zoudet gij u voor Hem buigen !

EERSTE GROET AAN JESUS CHKISTÜS IN HET H. SACRAMENT DES ALTAARS.

OEFENINGEN DER GODDELIJKE BEUGDEN EN OODYKUCn-TIGE VERZUCHTINGEN, WELKE ZOO WEL ALS MEN IN DE KEEK KOMT, ALS OOK OP ELKEN ANDEREN TIJD NUTTIG TE GEBRUIKEN ZIJN.

G E L o or.

^iijn God in het heilige Sacrament! Ik geloof aan ü, ik geloof alles, wat e«n christen ver-

-ocr page 51-

49

pügt is te gelooven, omdat Gij, die de eeuwige, onbedriegelijke Waarheid zijt, dit gezegd en geopenbaard liebt. Bijzonder echter en zonder allen twijfel geloof ik aan uwe wezenlijke tegenwoordigheid bij ons menschen onder deze geconsacreerde gedaanten des Broods.

HOOP.

Op U, 6 mijn God, hoop ik! Zeer zeker hoop ik van 17, voor zoo veel het namelijk van U afhangt, de eeuwige gelukzaligheid, wijl Gij mij daartoe geschapen eu met uw bloed verlost hebt, en omdat Gij in uwe beloften een oneindige getrouwe en almagtige God zijt. En daar gij U reeds op aarde geheel aan mij overgeeft, wat moet ik dus in het toekomende niet van U hopen ?

LIEFDE.

Mijn God in het heilige Sacrament! Ik bemin U boven alles als het hoogste goed.

En hoe zoude ik God niet beminnen, die mij zoo grenzeloos bemint, dat Hij mij zelfs voedt met zijn eigen vleesch en bloed?

AANBIDDING.

Ik aanbid U, o mijn God, die hier verscholen zijt onder de gedaante des broods ! Ik erken U voor mijnen Heer, aan wien ik mij in den diep-sten ootmoed onderwerpe.

3

-ocr page 52-

50

lof.

Ik loof, eer en verheerlijk Ü, ó mijn God iu het heilige Sacrament, uit geheel mijn hart, met alle Heiligen in den hemel en met alle menschen op aarde,

dankzegging.

Ik zeg U dank, ö mijn God in het heilige Sacrament T voor de overvloedige genaden, welke Gij in dit allerheiligste geheim zonder ophouden over ons uitstort.

ootmoed.

üp het diepste verootmoedig ik mij voor U, o mijn God in het heilige Sacrament ^ Wat is echter mijn ootmoed bij den uwen in mt grootc

geheim ?

berouw.

Miin God in het allerheiligste Sacrament des Altaars, van ganscher harte betreur ik al mijne

zonden, voornamelijk echter die, waarmede ik U ioo dikwijls in hetzelve onteerd en oelcedigd heb.

vreugde.

Mijn God, ik verheug mij van harte over dc eer en heerlijkheid, die Gij zoo wel uit l' zeiven bezit, als ook die U van al uwe schepselen wordt aan-o-edaan, vooral in dit hoogheilige Sacrament.

-ocr page 53-

51

i j

droefheid.

ii! Mijn Heer en mijn God, hoe zeer smarten mij

net alle beleedigingen en oneerbiedigheden welke Ü in len dit hoogwaardige Sacrament door ondankbare men-schen worden aangedaan !

ijver.

Sa-

qjj O mijn God in het heilige Sacrament, dat

vei, toch alle menschen U kennen en U den schuldigen eerbied en liefde betooner mogten!

verlangen.

Mijn Godin het heilige Sacrament, wat is mijn verlangen op aarde? Gij alleen zijt het! slechts naar U verzucht ik. Ik verlang Ü door de genade in den tijd, en door de heerlijkheid in do eeuwigheid te bezitten.

opoffering.

Mijn God in het heilige Sacrament! Gelijk Gij ü steeds voor mij aan uwen hemelschen Vader opoffert, even zoo offer ook ik mij geheel aan U op.

eer overgeving in den goddelijken wil.

zit,

\an- Mijn God in het heilige Sacrament! Ik zie U

geheel van den wil van anderen afhangen, daar Gij

3*

-ocr page 54-

52

i op liet woord dos priesters onder dc gedaanten van brood en wijn bedekt, en U door hunne handen naar hun goedvinden, nu hier en dan daar laat dragen. En ik zoude mijnen wil doen willen. Neen, ik verzaak denzelven ten eenen maal en o-eef mij geheel en al in den uwen over. INiet mijn, maar uw wil geschiede, hier in den tijd en in eeuwigheid. Amen.

f,OF VAN HET ALLERHEILIGSTE SACRAMENT.

Geloofd en aangebeden zij ten allen tijde Met allerheiligste en goddelijke Sacrament !

-ocr page 55-

53

en Hilar COMMtlJ^IE-OKFEilkl^GK^

n?

en —oo^^oo—

iet

en iHeheamp;cn ouder He heilige ]7Iis 9 op it en dag tvaarop men de heilige Com' mttnie ontvangt,

VOOR DE HEILI-3E COMMUNIE.

Gelijk ceos de leerlingen bij het laatste Avondmaal mei den Heer aan tafel zaten, zoo wilt ook gij nu tot zijne heilige tafel naderen en eten zijn vleesch en drinken zijn bloed ten eeuwigen leven ; zie wel toe, of ook gij tot diegenen behoort, van welke de Heiland toenmaals zeggen konde; „Gij zijt rein.quot; Hebt gij door eene opregtc biecht uwe ziel gezuiverd en door een levendig geloof, oene vaste hoop, eene innige liefde, door verlangen en eerbied, uw hart tot eene waardige woning van uwen Heiland en uwen eenigen Regter bereid? — Wel zult sij reeds te voren er dikwijls aan gedacht hebben , dat hef besluit onveranderlijk bij u vast staat, om van nn af niet meer do wereld, maar slechts Hem alleen te willen toehehooren met woe gedachten , woorden eyi werken. — Zie, deze belofte hebt gij, of althans in uwen naam uw peet, bij den heiligen doop afgelegd. Hebt gij dezelve gehouden ? Ach , uw geweten zal u helaas ! het tegendeel zeggen. Vernieuw daarom na het morgengebed nl-

VOORBERETDING TOT DE HEILIGE MIS, DE DOOPBELOFTEN.

Bïarmhartige en eeuwige God , Gij hebt mij

-ocr page 56-

54

door liet heilige Sacrament der Bieclit wederom als uw kind in genade aangenomen; zie, daarom kom ik heden in uwen heiligen tempel, in uwe woning, om te eten van het brood dat Gij uwen kinderen van den hemel gegeven hebt, het vleesch en bloed van uwen eenig geborenen Zoon, onzen Heer en Heiland Jesus Christus. O Heer, slechts uwe liefde en ontferming alleen kan mij daartoe waardig maken, want ik heb immers het verbond verbroken, dat ik in den heiligen doop met U gesloten heb, en U door de zonde zoo zeer beleedigd. Gij hebt mij vergeven, en wilt mij tot het genot van het hemelsche brood waardig achten. Daarom vernieuw ik, heilige Drievuldigheid, nu voor uw aanschijn dat heilige verbond , hetwelk ik op dien dag met U gesloten heb, waarop ik door den heiligen Doop een kind Gods geworden beu. Ik dank U , God hemelsche Vader, dat Gij mij uit onverdiende genade tot uw kind hebt aangenomen; ik dank U, God Heilige Geest, dat Gij in den heiligen Doop mijne ziel geheiligd en tot uwe woning bestemd hebt. O, ware ik dit verbond steeds getrouw nagekomen ; doch ach, ik ben U door zoo vele zonden en misstappen maar al te dikwijls ontrouw geworden. Ontferm ü , ó Vader, over uw zwak kind en vergeef mij mijne zonden; want ik heb ondervonden, dat de zonde des menscheu verderf is; slechts bij U mijn God , in uwen dienst, is ware vreugde en ware vrede. Daarom verzaak ik heden nogmaals plegtig den duivel, de

-ocr page 57-

wereld en al hunne pracht en al hunne werken. ik verzaak alle hoovaardij, alle ijdelheid en alle onzuiverheid der ziel; ik beloof daarentegen hier voor uw altaar, in tegenwoordigheid van alle Engelen en Heiligen, en voor alle hier vergaderde geloovigen , dat ik U slechts dienen en uwe heilige geboden in alles gehoorzamen wil; ik wil ook gehecht blijven aan Jesus Christus, zijn heilig evangelie en de heilige onfeilbare Kerk ; Hem wil ik getrouw blijven in alle aanvechtingen, in mijn leven en in mijn sterven.

Allerzaligste Maagd, Moeder Gods Maria, aan U draag ik deze vernieuwing mijner doopbeloften op; verwerf mij van uwen goddelijken Zoon de genade, om dezelve alt:jd te honden.

Heilige Engel-Bewaarder, aan wien mijn zielc-heil is toevertrouwd , neem mij in uwe bescherming en bewaar mij voor degenen, die mij het geloof of de onschuld mogten willen ontroovcn.

Heilige Patronen, wier namen mij bij den doop gegeven zijn, opdat ik steeds aan het voorbeeld uwer deugden zoude gedenken , verwerft mij van God de genade , om uwe voetstappen na te volgen , opdat ik Hem eens eeuwig met u moge loven en verheerlijken.

Deze tegenwoordige vernieuwing mijner doopbeloften bekrachtig en bevestig ik door het heilige teeken des kruises , waarmede ik bij den doop geteekend ben. f In den naam des Vaders , -j- m des Zoons, f en des Heiligen Geestes. Amen,

-ocr page 58-

56

BIJ HET BEGIN DER HEILIGE MIS.

Jesus, mijn goddelijke Heiland, in gevolge uwer liefderijke uitnoodiging verschijn ik heden in uwen tempel, om U, het brood des levens eu het voedsel mijner ziel te ontvangen. O, ware toch mijn hart getooid met de reinheid uwer uitverkorenen, met die reinheid, welke de Serafijnen in de heiligste liefde doet ontvlammen ! Ach, mijn geliefde Heiland, ik ben niet waardig U in mijn hart op te nemen, want Gij, de Heiligste, kiest slechts zuivere en vrome harten tot uwe woonplaats; Gij, Heer des Hemels en der aarde, kunt slechts eene plaats vinden, waar de heiligste liefde, de zoetste godsvrucht, de reinste deugd U eenen tempel bereid hebben. En ik — ó mijn Heer en mijn God, ik zondaar, ik onwaardig, zwak mensch, wil tot uwe tafel naderen? Ach, ontferm-ü mijner 1

Doch, waarom zoude ik treurig zijn, waarom mij bedroeven ? Ik wil op den Heer vertrouwen , op Hem, wiens oneindige liefde mij roept en uitnoodigt! Hem wil ik sraeeken, dat Hij eenen straal van zijn licht afzende , die mijn hart verlichten en reinigen, en liet tot eene waardige woning van zijnen Zoon bereiden moge.

Liefste Jesus, uw goddelijk licht geleide mij tot uwen heiligen berg, tot den troon uwer genade, opdat ik zie en smake, hoe liefderijk Gij zijt, Gij, het licht en leven mijner ziel.

-ocr page 59-

57

Doch wanneer ik de tallooze zonden mijns levens gedenke, ach! Iioe bedrukt wordt dan mijn hart, en tranen vloeijen over mijne wangen. Dikwijls en zwaar beleedigde ik U, die mij uit het niet te voorschijn riept, mij verlostet toen ik verloren was, mij met weldaden naar ziel en ligchaam overladet, voortgingt mij te beminnen toen ik zondigde, en mij uwe genade niet ont-frokt, toen ik mij in het verderf stortte. O, hoe groot en zwaar is niet mijne schuld! Doch zie, 6 goede God, ik betreur dezelve voor U in de bitterheid mijner ziel, en smeek U om vergiffenis. Ik gevoel mijne verkeerdheid ; doch ik waag het nu, voor uw aanschijn en bij het gastmaal uwer uitverkorenen te verschijnen, om het brood der Engelen te ontvangen.

Heiligste Moeder Maria , gij reine tempel des Woords , hetwelk uit liefde tot ons het vleesch heeft aangenomen; heilige Yoorlooper Joannes, gij engel en stem der woestijn; heilige Apostelen en Leerlingen des Heeren, die met liefderijke harten den Koning der Heerlijkheid ontvingt, en Hem nu in gelukzalige aanschouwing geniet, ö smeekt voor mij bij God om barmhartigheid , dat liij mij mijne zonden kwijtschelde en mijne ziel volkomen zuivere , opdat ik in heilige vreugde en met vertrouwen naderen kunne,-om het Sacrament des levens tot mijne eeuwige zaligheid te ont-vanaren.

-ocr page 60-

58

BIJ HET KYKIE ELE1S0N.

Ontferm U mijner, ó liefderijkste Heiland! Zie ik ben arm en behoeftig; verrijk mij daarom met de hemelsehe spijs, die uwe barmhartigheid den armen bereid heeft. Ontferm ü mijner, u Jesus.

Als gij nog tijd over hebt, zoo bid: Oefening van Ootmoed en Oefetiiny van Berouw, in de tweede Commu-nieocfening , bladz. 95 , 96.

BIJ HET GLORIA. IN EXCELSIS.

Eer zij God in den hoogen, en vrede den menschen op aarde, die van goeden wil zijn. Wanneer, o Heere, komt dan die vrede dien de Engelen verkondigd hebben en Gij in de wereld gebragt hebt, eindelijk ook in mijn hart ! In mijn hart is nog veel onrust en strijd dei-zorgen en hartstogten, nog zoo veel liefde en verkleefdheid aan het aardsehe; nog zoo vele bekoringen bestormen mijne ziel en laten mij naauwelijks een oogenblik rust vinden. Goddelijke Vredevorst, Gij wilt heden uwen intrek in mijn hart nemen; ó breng mij den vrede, uwen vrede, dien de wereld mij niet geven, doch ook niet ontnemen kan; dien vrede, welken Gij ons door strijd en lijden, door uwen dood en overwinning verworven hebt, en waaraan allen deel zullen nemen, welke Gij uit hun geloof en hunne goede werken als de uwen

-ocr page 61-

erkent; allen, welke met een zuiver hari eii eenen kinderlijken vromen zin naderen tot uw heilig Sacrament.

Als gij nog tijd over hebt, zoo bid: Oefening can Verlangen, in de tweede Communieoefening, blad. 97.

GEBED DER KERK.

O God die ons in dit wonderbaar Sacrament do gedachtenis van uw lijden hebt nagelaten; wij bidden U, geef, dat wij de heilige geheimen van uw ligohaam en bloec^ zoo eerbiedig eeren, dat wij de vruchten uwer verlossing gedurig in ons gewaar worden. Die met den Vader en den Heiligen Geest leeft en heerscht, God in alle eeuwigheid. Amen.

EPISTEL VAN DEN IIEILICEN PAÜLUS AAN DE COllINTHlëES. 1. XI: 33—39.

Broeders, wat ik van don Heer ontvangen heb , dat heb ik u overgeleverd. In den nacht, toen de Heer Jesus verraden werd , nam Hij het brood; en gedankt hebbende, brak Hij hetzelve, en zeide: „Neemt en eet, dit is mijn ligchaam , dat voor u zal geleverd worden; doet dit tot mijne gedachtenis !quot; Desgelijks nam Hij ook na het avondmaal den kelk en zeide: „ Deze kelk is het nieuw verbond in mijn bloed ! Doet dit, zoo dikwijls gij hem drinken zult, tot mijne ge-

-ocr page 62-

60

dachtenis! quot; — zoo dikwijls gij alzoo dit brood zult eten en dezen kelk zult drinken , zult gij den dood des Heeren verkondigen, tot dat Hij komen zal. Derhalve wie onwaardig dit brood eten ot' den kelk des Heeren onwaardig drinken zal, die zal schuldig zijn aan het ligchaam en bloed des Heeren. De mensch beproeve dus zich zeiven, en ete dan van dit brood en drinke van dezen kelk. Want, wie er onwaardig van eet en drinkt, die eet en drinkt zijn eigen oordeel , wijl hij niet onderscheidt het ligchaam des Heeren.

BIJ DEN EPISTEL EN HET EVANGELIE.

Minnelijkste Heiland ! met een getroffen hart dauk ik Ü, dat Gij mij voor zoo vele duizenden tot het licht van uw heilig Evangelie geroepen hebt, en mij door uw goddelijk Sacrament kracht verleent, om den weg te kunnen bewandelen, die naar het rijk der hemelen voert. O mogt toch heden uwe liefde in mij zoo krachtig worden , dat ik uwe geboden, die Gij mij tot mijn heil gegeven hebt, tot aan het einde mijns levens met alle trouw vervulle en onophoudelijk naar U, mijne eenige gelukzaligheid strove. Amen.

EVANGELIE VAN DEN HEILIGEN JOAKNES.

VI: 56—59.

In dien tijd zeide de Heer Jesus tot zijne

-ocr page 63-

61

leerlingen: „ Mijn vleeseh is waarlijk spijs en mijn bloed is waarlijk drank. Die mijn vleescli eet en mijn bloed drinkt, die blijft in mij en ik in hem. Gelijk de levende Vader mij gezonden heeft, en ik door den Vader leef, zoo zal ook « degene die mij eet, door mij leven. Dit is het i brood, dat van den hemel gedaald is; niet gelijk het manna, dat uwe vaderen gegeten hebben en gestorven zijn. Die dit brood eet, zal leven in eeuwigheid.quot;

BIJ HET CllEDO.

(Geloof.)

O Heer, Jesns Christus, die uw vleescli en bloed tot spijs en drank gegeven hebt, en om ons aan dc vruchten uwer verlossing ten volle deelachtig le maken, ons dat geheim in uwe almagt hebt nagelaten, terwijl Gij zeidet: Doet dit tot mijne gedachtenis; hoe wonderbaar openbaart zich hier uwe almagt, wijsheid en goedheid; wij bidden U door deze liefde en genade, dat wij dit groote geheim met een levendig geloof, en met behoorlijke eerbiedigheid en godsvrucht ontvangen mogen. Door het heilige geloof ben ik verzekerd, dat Gij in cïlt heilige Sacrament waarachtig en wezenlijk tegenwoordig zijt; geen aardsch brood, maar Gij zelf, mijn goddelijke Verlosser, zijt hier tegenwoordig. Dit geloof ik met zekerheid, schoon mijne ligchamelijke oogen het niet zien; in oot-

-ocr page 64-

63

moed onderwerp ik mijn verstand en mijne d

zintuigen, en lioud mij aan het woord, dat Gij z

gesproken hebt: „Zalig zijn degenen, die niet o

gezien en toch geloofd hebben,quot; en roep aanbid- n

dend uit; „Mijn Heer en mijn God, Gij alleen u

hebt woorden des eeuwigen levens.quot; Alles, wat a

uw mond gesproken heeft, geloof ik met een blij- z

moedig hart en belijd dit geloof met de geheele | heilige Kerk, zeggende : Ik geloof in God, den

almagtigen Vader, enz. ;

Als gij nog tijd over hebt, zoo bid: Oefening dus Geloofs, iu de tweede Communieoefening, bladz. 93.

UIJ BE OFFERANDE.

(Liefde.) 1]

li

Uit oneindige liefde hebt Gij, mijn beste li

Heiland, U geheel voor mij opgeofferd, alles, t

spijs en drank, alle aardsehe vermaken wildet cl

Gij ontberen; Gij leedt zoo vele smarten en d

sterft met uitgestrekte armen op het altaar des e

kruises. Zie, brood en wijn wordt op het altaar c

bereid, opdat Gij ook heden het offer voor ]

mij worden kunt; ook heden onttrekt Gij U uit r

liefde tot mijne arme ziel aan den luister ' r

uwer Godheid, opdat gij mij alles worden ï li

kunnet. Hoe kan ik U eehter ontvangen, o mijn e

Jesus, indien ik niet uit de reinste we- (

derliefde U ook alles geve, wat ik ben en be- 1

zit? Zoo offer ik U dan heden al mijne ge- ' z

-ocr page 65-

63

dachten, woorden en werken op; Gij, ó Jesus, zult van nu af mijne eerste gedachte zijn bij het opstaan, en mijne laatste bij het slapen gaan; nergens wil ik liever van spreken, dan van U en uwe liefde, die Gij mij heden wederom betoont; al mijn doen en laten zal slechts U gewijd zijn, zoo dat van nu af slechts Gij alleen in mij leeft. Amen.

Als gij nog iijd over hebt, zoo bul de Litanie van de liefde Gods, bladz. 22.

BIJ DE PEAEFATIB EN BIJ DEN CANON.

(IIcop.)

Rijs op, mijn hart! verlaat de aarde en verhef u ten hemel. Zie, daar aanbidden de Engelen met den diepsten eerbied, daar zinken de hemelsche Magten voor de oneindige Majesteit Gods op hunne aangezigten neder; daar zijn de reine zielen der heilige menschen in diepe aanschouwing der eeuwige liefde verzonken, en onuitsprekelijk zalig in het genieten der onthulde Godheid, zingen zij onophoudelijk lofzangen van dankbaarheid. O, dat ook ik met hen instemmen en uit den vollen gloed mijns harten uitroepen konde; „Heilig, heilig, heilig zijt Gij , God der Heerscharen; hemel en aarde zijn vol van uwe eeuwige heerlijkheid. Gezegend zij Hij, die komt in den naam des Heereu , Hosanna in den hooge !quot; Doch Heere , zwak en uwer onwaardig is deze lof nog in

-ocr page 66-

6-1.

mijnen mond; want ik wandel nog op aarde, en de weg tot den hemel, tot mijne zalige voleinding is nog zoo verre; zoo vele onvolmaaktheden drukken mij nog ter neder , zoo vele gevaren omringen mij; de wereld is zoo boos en ik ben zoo zwak; en indien ik ook heden uwen lof zinge, Gij weet, hoe nabij de bekoring is, die zich weder vijandig tusschen mij en mijne biddende ziele dringt. — Doch Heere, Gij hebt immers versterkend brood voor de zwakke pelgrims op aarde, ja Gij zelf zijt dit brood der ziele; wie daarvan eet, heeft op aarde reeds het eeuwige leven in zich. Zulk een brood hebt Gij beloofd mij te zullen, geven; lieer, geef mij altijd van dit brood opdat ik niet wankele en van uw pad niet afwijke, opdat ik op dezen pelgrimstogt niet be-zwijke en neêrzinke, maar daar zeker komen moge, waar ik U met uwe uitverkorenen in eeuwigheid loven en prijzen kan. Ik hoop vastelijk , o mijn Heiland, dat Gij mij dit zult toestaan. O mijn Jesus , verlevendig en vermeerder mijne hoop.

Bid hier, zoo gij tijd over hebt, de Litanie van de Hoop, bladz. 19.

BIJ DE CONSECRATIE.

BIJ DE OPHEFFING DER HEILIGE HOSTIE,

Mijn Heiland, mijn God en mijn Koning, ik geloof dat Gij hier tegenwoordig zijt. Diep in liet slof gebogen, aanbid ik ü, 6 verborgene Jesus Christus. Heer, Gij Schepper alkr dingen,

-ocr page 67-

65

6 hoe vernedert Gij U in de geringe gedaante des broods!

Geloofd en aangebeden zij ten allen tijde Het allerheiligste en goddelijke Sacrament!

BIJ DE OPHEFFING VAN HET HEILIGE BLOED.

ü dierbare Heiland, drie uren liingt Gij smartelijk aan het kruis; overvloedig vloeide het hier verborgene bloed uit uwe heilige wonden. O dierbaar bloed , wasch mij rein van al mijne zonden , en laat ons allen in U het losgeld onzer zielen vinden.

Eeuwige Vader, ik offer u het dierbare bloed van Jesus Christus op, tot vergoeding voor mijne zonden en voor de behoeften der heilige Kerk.

NA DE CONSECRATIE.

' ' '

(Verlangen.)

Weldra zal de zalige stond nu daar zijn, waarin mij de genade zal te beurt vallen, dat ik i U, ó liefste Jesus, eindelijk vinde ; dat ik U bezitten en miju geheele hart voor Ü uitstorten kan; dat ik met U spreken mag , gelijk een vriend met zijnen vriend. O mijn Heer en mijn God, konde ik mij zeiven toch zoo geheel vergeten en één } met ü zijn ! Gij zijt de uitverkorene mijns har-

-ocr page 68-

66

ten; bij U te zijn alle dagen mijns levens, is hemelsehe wellust; Gij zijt mijn vredevorst, want in U vind ik alleen waren vrede, ware rust, en buiten U slechts smart en kwelling. Hoe liefelijk, o Heer, is uw geest; Gij zijt onze God, en allen die in U gelooven, zoo onuitsprekelijk nabij. Om ons hart dagelijks te verkwikken en te verblijden, geeft Gij TJ aan ons tot een dagelijkscli genot, tot eenen dagelijkschen maaltijd der liefde. O grenzenlooze liefde, die zieh geheel ten beste der menschen heeft opgeofferd. Wat zal ik den Heer voor deze genade, voor deze liefde kunnen wedergeven ? Er is geen geschenk dat ik Hem geven, geen, dat Hem welgevallige!1 zijn kan, dan een berouwhebbend en ootmoedig hart; dit wil ik Hem geven, geheel en voor altijd, opdat het volmaakt een met Hem worde. Dan zal Hij tot mij zeggen : Ik ben gaarne bij u, moogt gij ook gaarne bij Mij zijn ? En ik zal antwoorden : Lieve Heer, blijf bij mij, ik wil zoo gaarne bij ü zijn; want het is mijn eenigst verlangen , dat mijn hart één met U worde en één met U blijve in eeuwigheid. Amen.

Als er nog tijil is, zoo verrigt het gebed: Liefde en verlangen naar den Heiland, in de tweede Commimie-oefemng, bladz. 92.

BIJ HET AGNUS DEI.

(Ootmoed.)

O mijn Jesus , ik weet, dat Gij eon ootmoedig

-ocr page 69-

67

en vermorzeld hart niet verwerpt; ik erken mijne zonden en misdaden , waarmede ik ü zoo dikwijls en zoo zeer beleedigd heb. Weemoedigheid daarover vervult geheel mijn hart; niet omdat ik daardoor uwe belooningen die Gij mij beloofdet verloren, en uwe straffen waarmede Gij mij dreig-det verdiend heb, maar cmdat ik U, mijnen besten Vader, mijnen beminnenswaardigsten Weldoener beleedigd heb. — Konde ik toch met mijn bloed mijne gepleegde zonden afwassehen, ik zoude het gaarne geven ! Doch reinig Gij mij , 6 mijn Verlosser, die uw bloed voor mij vergoten , en den dood voor mij geleden hebt; genees de wonden mijner ziel, opdat ik rein en U welgevallig, U in mijne ziel ontvangen kan. O Gij Lam Gods , dat de zonden der wereld wegneemt; ontferm U mijner!

BIJ DE COMMUNIE DEK PRIESTERS.

Goddelijk hart van Jesus, gij woonstede dei-reinste liefde, trek mijn hart met eene gelijke liefde tot ü, ó mijn hoogste goed; laat het, zoo als gij geweest zijt,«een altaar zijn, dat onverteerbaar brand door den vurigsten gloed der liefde.

Zie, o Jesus , mijn smachtend verlangen; zie mijn oog vol heete tranen, die mij slechts door uwe liefde ontvloeijen. Laat mij U, ó Jesus, beminnen , laat ik mij steeds meer en meer in de liefde oefenen, die voortkomt uit uw goddelijk hart.

-ocr page 70-

68

Weg, ó wereld, ik heb het beloofd ; de banden die mij zoo lang aan u boeiden zijn verbroken ; weg, ó wereld , ik zeg het vrijmoedig, uwe liefde is slechts leugen en uwe vreugde slechts bedrog ; Jesus , Jesus alleen is getrouw.

O, hoe brand ik van verlangen, om U, ö mijn Jesus te ontvangen ! Neem mij op in uw hart; met dit goddelijke hart wensch ik mij te vereenigen: en inU, ó mijn Jesus verzonken te blijven zal mijn troost en mijn leven zijn.

BIJ HET EINDE DER HEILIGE MIS.

Zegen, ó meusch geworden Woord des eeuwigen Vaders, dit hart dat U ontvangen zal; verlicht mij , ó Licht der wereld, opdat ik de grootte uwer majesteit en mijne diepe nietigheid erkenne. O God der heerlijkheid, sidderend, doch ook met een levendig geloof aan uwe oneindige goedheid, nader ik tot uwe heilige tafel ; niet tegenstaande mijne gebreken en overtredingen komt Gij tot mij, want Gij, liefderijke Heiland, verstoot den zondaar niet, indien hij met een opregt berouw tot U terug keert. O Heer, ik hoop wel dat ik door het heilige Sacrament der Biecht voor U van zonden gezuiverd ben; echter, wat is de zwakke zondige mensch voor U, de Allerheiligste ! Aan den voet mvs altaars vernieuw ik nogmaals het berouw over mijns zouden , en den diepen afschuw van mijne ondank-baarheid en ongehoorzaamheid, Keinig mij meer en meer ; schep in mij een zuiver hart.

-ocr page 71-

69

Zegen mijne goede voornemens, dat zij toch dezen keer, van dit uur af, volbragt mogen worden; laat eindelijk uwe genade al het kwade in mij , en de neiging tot hetzelve overwinnen , opdat ik van nu af de zonde afgestorven zijnde, slechts in geregtigheid leve.

Nu dan, o goddelijke Verlosser, met het verlangen om: Een te zijn met U; om zoo heilig en seluüdeloos, zoo ootmoedig en zachtmoedig , zoo onvermoeid in het weldoen te zijn gelijk Gij; met dit vurige verlangen nader ik tot uwen heiligen disch, dien Gij mij bereid hebt. Laat mijne gezindheid de uwe steeds gelijkvormige!*, en mijne vereeniging met U steeds volmaakter worden. Amen.

DKIE LIEFDEZUCHTEN TOT JESUS ,

VOOK DE II. COMMUNIE.

1. O Jesus! ontsteek mijn hart, hetwelk ik U ten offer breng , met het vuur uwer liefde , en blusch alle vlammen van aardsche liefde in hetzelve uit, opdat buiten U , niets in de wereld mij behage. In uwe liefde wil ik leven en sterven.

2. Uw roep, ó Jesus ie: „Komt allen tot mij die belast en beladen zijt, en Ik zal u verkwikken.quot; Met uitgestrekte armen verwacht Gij mij aan het kruis. Zie, 6 Jesus! ik kom. Neem mij op , bid ik U, en eeuwig wil ik door uwe liefde omarmd met U vereenigd blijven.

3. Het is mij geboden, niet ledig voor U te verschijnen. Doch wat zal ik u geven, ó mijn Jesus ? Neem de geschenken uwer goedheid en

-ocr page 72-

70

de krachten mijner ziel aan, die ik ü ten uwen dienste toewijde; neem mijn verstand, mijn geheugen en mijnen wil aan. Aan U alleen wil ik denken ; niets wil ik weten , buiten U , niets wil ik beminnen , buiten U, en in niets geschiede mijn wil, maar alleen de uwe. Ik kom , wijl Gij mij gebiedt te komen , wijl ik zonder U niet gelukkig zijn kan. Zoo neem mij dan op , ó Jesus, eu vervul aan mij , hetgeen Gij belooft hebt. Jesus, ik geloof in U ; Jesus , ik hoop op U; Jesus ik bemin U, nu en tot in alle eeuwigheid. Amen.

GEBED BIJ HET HEENGAAN TOT DE H. COMMUNIE.

Staat mij bij , o allerheiligste Maagd met den heiligen Josef. Mijn heilige Engel-bewaarder, en gij mijne geliefde beschermheiligen N. N. staat mij ter zijde, en bereid mij den weg tot de tafel des Heergn.

O Heer, ik ben niet waardig dat Gij onder mijn dak, in mijne ziel komt; doch spreek slechts een woord, en mijne ziel zal gezond worden.

Na deze gebeden nader tot dc heilige tafel met al den eerbied, zedigheid en ootmoedigheid, welke deze eerwaardige handeling en hooge genade vereiseht. Nader met vertrouwen, want het is uw Heiland zelf, die u uituoodigt om Hem te ontvangen; hoop alles van Hem. — Terwijl gij den Heiland ontvangt, zoo denk er levendig aau, dat de Heiligste en Hoogste, uw Schepper en Verlosser zijn intrek bij u neemt, en spreek in uw hart met den priester :

Het ligchaam onzes Heeren Jesus Christus beware mijne ziel ten eeuwige leven. Amen.

-ocr page 73-

71

Cw K O K U K X na de IBeilige Communie,.

—croooJ»quot;-

ONDERRIGT.

Het is niet noodig, dit onderrigt iederen keer te lezen. Het komt er meer op aan, dat men overwege, wat er in ligt opgesloten.

Nadat gij, christelijke ziel, Jesus ontvangen hebt, en Hij met zijne godheid en menschheid zich gewaar-digd heeft plaats te nemen in de arme herberg uws harten , zoo vereer uwen hoogen gast ook naar uw beste vermogen; want naar waarde zijt gij het niet in staat. Hoe .echter? Het onderwerp uwer godsvrucht moge het volgende zijn : 1) Geloof dat Jesus in u zelveu tegenwoordig is; val neder en bid Hem aan. 2) Bank Hem voor zijne liefde, die Hem heden tot u gevoerd heeft. 3) Betreur nogmaals uwe zonden. 4) Beloof Hem nu standvastige trouw in zijnen dienst, dat is, standvastige verbetering des levens. 5) Bid Hem om genade, en draag Hem uwen kommer en uwe ellende, uwe rampen en tegenspoeden voor; vergeet niet, om ecne bijzondere genade te bidden, en voornamelijk om die, welke u het noodzakelijkste is; vergeet niet voor uwe naasten, als ook voor de zielen in het vagevuur te bidden. i3idt gij met vertrouwen — zoo zult gij alles verkrijgen. Bedenk welk onuitsprekelijk geluk het is, diengene te bezitten, welken hemel en aarde niet kannen bevatten, den oorsprong aller genaden, Jesus Christus, uwen Verlosser en hoogsten Heer aller dingen. Begeef u naar eene plaats, waar gij stil in u zelve gekeerd, en vrij van alle verstrooijing, u met dezen hemelschen bruidegom onderhouden kunt, en zeg: „Nu heb ik gevonden dien mijne ziel bemint: ik zal Hem

-ocr page 74-

72

vasthouden en Hem niet laten gaan. Mijn geliefde is de mijne en ik hen de zijne,quot; of gelijk de aartsvader Jakob; „ Ik zal U niet laten gaan, tenzij Gij mij gezegend hebt,quot; of gelijk Paulus: „Ik leef, doch niet meer ik, maar Jesus leeft in mij. Wie of wat zal mij van de liefde van Christus kunnen seheiden ?quot; Overweeg wel, dat deze oogenblikken kostbaar zijn, en dat men God dezelve allen schenken en wijden moet. Stort uw hart uit in heilige gevoelens en begeertens, oefen u in liefde en vertrouwen; zweer der zonde eeuwigen haat, en offer u geheel aan God op. Hebt gij eenigen tijd om U in stilte met Jesus te onderhouden, zoo kunt gij ter aanwakkering uwer godsvrucht de volgende gebeden verrigten.

GEBED VAN DEN H. IGNATIUS.

5Biel van Christus heilig mij.

Ligchaam van Christus maak mij zalig.

Bloed van Christus drenk mij.

Water uit de zijde van Christus wasch mij.

Lijden van Christus versterk mij.

O goede Jesus verhoor mij.

Verberg mij in uwe heilige wonden.

Laat niet toe dat ik van U gescheiden worde. Bescherm mij tegen den boozen vijand.

Hoep mij in het uur van mijnen dood.

En gebied dat ik tot U kome;

Opdat ik U met al Uwe Heiligen love in alle eeuwigheid. Amen.

Jesus, voor U leef ik; Jesus, voor U sterf ik; Jesus, ik ben de uwe in het Wen en in den dood. O mijn Jesus, ik geloof in U, ik hoop op ü, ik bemin U van ganscher harte.

-ocr page 75-

73

AANBIDDING NA DE H. COMMUNIE.

O mijn Jesus , van waar komt het, dat Gij , mijn groote God, U gewaardigd tot mij te komen ! Met den diepsten eerbied aanbid ik U als mijnen Heer en mijnen God ; eeuwigen dank zeg ik ü, en offer U mijne ziel en mijn ligchaam. ja alles wat ik heb tot uwen heiligen dienst op. Blijf nu bij mij met uwe genade, en versterk mij door de kracht vau dit heilige Sacrament nu en in het uur van mijnen dood. O mogten toch alle volkeren der aarde U erkennen, en mogten alle ketters, die U in dit aanbiddenswaardig geheim lasteren , en alle slechte christenen , die dit heilig liefdemaal zoo dikwijls onteeren, door het onwaardig te ontvangen, zich tot ü bekeeren , en U de schuldige eere geven. Ja, aanbidding, lof en roem zij U, koning der eeuwige heerlijkheid ! Daarom roep ik in het stof vernederd, vol eerbied met de hemelsche geesten uit: Heilig, heilig, heilig is de Heer, God Sabaoth I Hemel en aarde zijn vol van zijne heerlijkheid! Hosanna in den hooge! Gezegend zij Hij, die komt in den naam des Heeren! Hosanna ia den hooge! Geloofd en gezegend zij het allerheiligste Sacrament des Altaars , nu en altijd sn in alle eeuwigheid ! Amen.

DANKZEGGING.

i,oo hebt gij nu gevonden, dien uwe zie' bemint. Houd wat gij hebt, dat niemand u de kroon outroove,

4

-ocr page 76-

n 4

é 4

updat van nu af niet meer gij, maar Jesus Christus in u leve. — Groote dingen heeft de Heer aan u gedaan. dat Hij uw hart tot zijne woning verkoos; zeg Hem dank door het volgende

GEBED.

Ik heb U in mijn hart, u Jesus, mijn Heiland en Verlosser, U mijueu God, mijnen troost, mijne rust en mijn al. 'Wees duizendmaal gegroet, eeuwig, hoogste goed mijner ziel; wees gegroet Gij heil der wereld , Gij oorsprong aller liefde en ontferming, Gij mijn toevlugt, mijn Heer en mijn God. Ik bemin U als mijn hoogste goed, ik omhels U als mijn Heiland en Zaligmaker. Welk eene groote genade is het voor mij, dat Gij, mijn Heer en mijn God, de Koning des hemels en der aarde, Ü gewaardigt, tot mij, uw zondig schepsel, te komen. Van waar komt mij deze genade, o mijn Jesus? Slechts alleen van uwe oneindige goedheid en barmhartigheid! — Welken dank ben ik ü daarvoor schuldig! Geenc grootere weldaad had Gij mij ooit op de wereld kunnen bewijzen. Eindeloozen dank zeg ik [J, u mijn Jesus ; en wat ik niet kan, namelijk U daarvoor waardig prijzen, dat zullen in plaats van mij uwe Heiligen doen, benevens alle schepselen des hemels en der aarde.

Heilige Maria, Moeder van dengene, dien ik thans in mijn hart heb opgenomen; zeg nr'nen Jesus dank voor de groote genade die H;j mij bewezen heeft, dank Hem met mij quot;an nu af tot

-ocr page 77-

75

in eeuwigheid. Gij Heiligen Gods, zegt mijnen God eeuwigen dank voor de grenzelooze liefde, die Hij mij, zijn ellendig schepsel, thans bewezen heeft. Alles, wat geschapen is, love mijnen Jesus in eeuwigheid; Hij , de Almagti-ge en Barmhartige heeft groots dingen aan mij iredaan.

BLIJDSCHAP OVEE HET BEZIT VAN JESÜS , EN VERLANGEN OM HEM TE BEHOUDEN.

Waarlijk, groote dingen heeft God aan U gedaan! Engelen mogen zijn aanschijn slechts aanschcuwen, en bij u — heeft Hij zijnen ktrek genomen! — Welk offer der liefde wilt gij Hem daarvoor brengen ? O, vrees Hem te verliezen! Spreek daarom tot Hem met gevoelens van liefde en blijdschap het volgende

GEBED ,

OM JESÜS STEEDS TE BEMINNEN.

Jesus, van nu af leef ik voor U alleen. Gij zijt de Koning mijns harten, en Gij zult het zijn en blijven. Heersch over mij volgens uw goddelijk welbehagen; ik wensch niets te zoeken, dan U; — niets te willen, daa U; — niets te beminnen, dan ü; — niets wenschelijks heb ik op aarde, geene zaligheid heb ik in den hemel, buiten Ü, o mijn Jesus, mijn heil en mijn erfdeel in eeuwigheid.

-ocr page 78-

76

BESLUIT ,

OM JESUS NA TE VOLGEN',

Overweeg, hoe groot de liefde van Jesus tot zijnen heraelschen Vader en tot de menschen is; overweeg zijne rainaehting der aardsche vermaken, zijne zachtmoedigheid, zijnen ootmoed, zijn geduld en alle overige eigenschappen, die Hij getoond heeft, om u tot voorbeeld te dienen. Opdat echter Christus uw erfdeel worde, zoo moet gij zijn eigendom blijven. Doch gij weet, hoe vele vijanden u om het bezit van dit erfdeel belagen. Bid God om kracht, om zijn eigendom te kunnen blijven en spreek in deze meening tot Hem de volgende

OPOFFERING EN OVEKGEVING.

O Jesus, offer der liefde, Gij hebt U in dit aanbiddenswaardig Sacrament geheel aan mij overgegeven. Zie, ook ik wil mij thans geheel aan L toewijden. Ik offer U mijn ligchaam op, dat Gij thans door uwe tegenwoordigheid heiligt; ik offer U mijn hart op , om ü te beminnen en de zonde te haten; mijn verstand, om uwe volmaaktheden steeds beter te leeren kennen; mijn geheugen, om mij aan uwe liefde te herinneren; mijne oogen, om de wonderen uwer werken te beschouwen ; mijne ooren, om slechts van U en uwe ontfermingen te hooren; mijnen mond, om slechts uwen lof te verkondigen: mijne handen, om U welbehagelijke werken te verrigten; mijne voeten, om de wegen uwer geboden te bewandelen. Ik geef mij geheel aan U over, doe met mij, wat U behaagt. Ik wil voortaan slechts

-ocr page 79-

rr

leven, om U te beminnen, te aanbidden en te verheerlijken. Ik beken het, mijn Verlosser , dat deze offergift uwer zeer onwaardig is; want ik ben slechts een onnutte knecht. Doch zoo ik U weinig geve, zoo geef ik U nogthans alles, wat ik in staat ben te geven. Gij zult dus mijn offer niet versmaden , en ook eene onvolmaakte gift, om de zuiverheid der bedoeling en des goeden wils , welgevallig aannemen. Jesus Christus, laat den duren prijs van uw heilig bloed aan mij niet verloren zijn. O Jesus, verstoot die ziel niet, welke Gij U gewaardigd hebt binnen te gaan. Gekruiste Jesus, verhoor mij !

VERZOEK OM DEN ZEGEN BIJ AL ONZE WERKEN,

Wij allen hebben in dit moeijelijk aardsehe leven, waarin wij met zoo vele moeijelijkheden beladen, aan üoo veel gevaarlijken strijd, aan zoo vele drukkende rampen onderworpen zijn: in onze bekommeringen, kwellingen en tegenspoeden troost en bijstand noodig. Tot wien zouden wij ons anders wenden als tot Jesus Christus, om vertroost, versterkt en bewaard te blijven. Uw Heiland, uw vriend, uw grootste weldoener is bij ü; doe Hem alle bekommeringen uws harten kennen, en bid om zijnen zegen door het volgende

GEBED.

Kegen mij, 6 Jesus, in mijn leven met de genade van alles te erkennen, te zoeken en te volbrengen, wat U welbehagelijk is; versterk mij in welvaart en tegenspoed, opdat ik mij in

-ocr page 80-

78

gene niet verheffe, en in deze niet bezwijke, laat niets mij verblijden, dan hetgeen mij nader tot ü brengt, en niets mij bedroeven, dan hetgeen mij van ü verwijdert: geef ook, dat ik niemand trachte te behagen en niemand vreeze te mishagen, dan slechts U alleen. Schenk mij 6 mijn God, een hart, dat U opregt en ernstig bemint; een hart, dat de gepleegde zonden smartelijk beteurt; een hart, dat door niets ter wereld zich meer van U laat scheiden, noch in het leven noch in den dood.

Zegen mij, 6 mijn Jesus , ook in het sterven. Bewaar mij voor eenen haastigen, ongelukzaligen dood; bescherm mij tegen alle aanvechtingen van den duivel, en laat mij niet sterven , zonder het waardig ontvangen van dat heilige Sacrament, hetwelk Gij voor mij en alle zondaren tot hulp en troost in uwe ware Kerk hebt ingesteld. Versterk mij door deszelfs kracht in de smarten des ligchaams. Verlaat mij niet in mijn laatste uur, en bewaar mij voor alle vermetelheid en voor alle kleinmoedigheid. Geleid mij, c Heer, en bestuur mij, opdat ik in uwe genade leve, in uwe genade sterve, en U eens met uwe Heiligen in den hemel eeuwig loven en prijzen moge.

Uw goddelijke zegen kome ook over allen die mij dierbaar zijn, over mijne ouders, bloedverwanten, huisgenooten , weldoeners, vrienden en bekenden, ook over mijne vijanden, bijzonder N. N. — Gij kent hunnen kommer, hunnen nood en hunne behoeften. Ook bid ik U voor diegenen, welke ik niet

-ocr page 81-

79

kenne, doch die uwe hulp bijzonder noodig hebben , zoo wel levenden als overledenen; kom allen te hulp en wees heE genadig. Uw goddelijke , weldadige zegen kome over ons allen, en blijve bij ons van nu af tot in eeuwigheid. Amen.

GEBED TOT MARIA ,

OU ZICH AAN DEN DIENST DEZER ALLERHEILIGSTE MAAGD TOE TE WIJDEN.

« Maria, reinste Maagd, magtige Koningin des Hemels en der aarde, en zeer beminde Moeder van mijnen God en Heiland; zie hier voor uwe voeten een arm kind, dat onder uwe moederlijke bescherming verlangt opgenomen te worden. Heden heb ik het geluk gehad, Jesus Christus, uwen aanbiddenswaardigen Zoon in hot heilige Sacrament des Altaars te ontvangen; heden heb ik mij geheel met Hem vereenigd, en mij op nieuw aan zijnen heiligen dienst toegewijd en opgeofferd. Hij wil mij nu weder als zijn kind aanzien en mij zijne liefde gevoelen laten. Mijn geluk ware volmaakt, indien ook gij, ó zeer geliefde Moeder mijns Verlossers, mij onder liet getal uwer pleegkinderen opnemen en van uwe vermogende bescherming verzekeren wildet. Gij vermoogt alles bij uwen goddelijken Zoon, Hn wil en kan u niets weigeren, en wat wij uit hoofde van onze onwaardigheid niet verdienen te verkrijgen, dat kunt gij ons verwerven, indien gij u gewaardigt, onze voorspraak bij Hem te zijn.

-ocr page 82-

80

Vergun mij dus, o minnelijke Moeder van mijnen Jesus, dat ik u ook mijne moeder noeme, xnij aan uwen dienst toewijde, en naast God al mijn vertrouwen op u stelle. Het is immers nog nooit gehoord, dat er een uwer pleegkinderen verloren is gegaan. Ik neem dan mijnen toevlugt tot u, o magtige beschermster en voorsprekeres, en iu al mijne geestelijke en ligehamelijke rampen en gevaren wil ik mij tot u wenden , in de vertroostende hoop, verhoord en gered te zullen worden.

Ik geef derhalve heden en alle dagen mijns levens, en voornamelijk in het uur van mijnen dood, mijn ligchaam en mijne ziel, alles wat ik ben en wat ik bezit, aan u over. Op u stel ik mijne hoop en mijnen troost, u beveel ik mijn leven en mijnen dood aan, opdat al mijne gedachten, woorden en werken , tot meerdere eer en verheerlijking van mijnen God mogen strekken.

Ik neem mij ook vastelijk voor, om de vereering van u naar mijn vermogen te verbreiden , uwe eer steeds moedig te verdedigen, en niets toe te laten, wat dezelve zoude kunnen bena-deelen. Inzonderheid wil ik mij echter beijveren , om u door hel beoefenen van die deugden te vereeren, welke zoo helder in u uitblinken: uwe diepe ootmoedigheid, uwe onvergelijkelijke zuiverheid, uwe zachtmoedigheid en lijdzaamheid, uwe onderwerping aan den goddelijken wil. En indien ik mijn leven zoo naar het uwe inrigte, dan ben ik zoo wel van uwe moederlijke bescherming als van mijne eeuwige zaligheid verzekerd.

-ocr page 83-

81

O Maria, minnelijke Moeder, versmaad mijne dringende bede niet, wees mijne middelares en voorsprekeres bij uwen goddelijken Zoon, mijnen strengen Eegter, opdat ik voor Hem bestaan moge, een genadig oordeel verwerve, en waardig bevonden worden , om Hem in alle eeuwigheid met u en alle zalige geesten te loven en te verheerlijken. Amen.

GODVRUCHTIGE GEVOELEXS NA DE H. COMMUNIE.

■•SU ben ik rijk aan schatten!

De vrede is nu mijn deel,

Geluk en zaalge vreugde

Vervullen mij geheel.

De hemel schonk de reinste lust! Welzalig 't hart dat daarin rust!

Meer dan ik durfde hopen Heeft Jesus toegestaan;

Hij gaf zich mij tot spijze:

Wat eer deed Hij mij aan!

Ontvang, 6 Heer, voor zulk een schat Mijn harte dat U thans bevat.

-ocr page 84-

82

3k Wil nooit den Heer verlaten ,

Die liefdrijk tot mij kwam;

Maar trouw wil ik bem zweeren ,

Mijn Bruidgom, 't goddelijk Lam ! Ik wijd' Hem eeuwge liefde toe,

Niet anders ben ik wel te moe.

Wil Jesus bij mij blijven !

Versterk mij in den strijd, lu droefheid en in vreugde

Van mijnen levenstijd.

'k Bid dat Gij, Heer, mij niet verlaat, Wanneer mijn laatste ure slaat.

-ocr page 85-

SS

fiiodvruclitige VerzoeUeu nu de H. Comiicunie.

VERZOEK OM VEKGIFFEXI3 DER FEILEN DIE MEN BIJ DE H. COMMUNIE BEGAAN HEEFT.

5ip uwe uitnoodiging, ó goedertiereuste Jesus , beu ik tot he; groots gastmaal gekomen, niet alsof ik deze 3er geloofde te verdienen , maar, wijl ik mij op uwe oneindige goedheid en barmhartigheid verliet. Ik onwaardige hel) uw ligeliaam en uw bloed genoten, want Gij hebt gezegd: „ Indien gij het vleeseh van den Zoon des menschen niet zult eten, zoo zult gij het leven in u uiet lieaben.quot; Minnelijkste Jesus ! ik bid U, gedenk mijne zonden niet, waarmede ik bijna geheel mijn leven bevlekt heb; zie ook uiet op de achteloosheden, die ik bij deze iieilige communie begaan heb. Ach! hoe weinig moeite heb ik mij gegeven, om mijn geweten te zuiveren! Hoe koel was het berouw over zoo vele en zulke afschuwelijke zonden, die ik bedreven heb ! Hoe ongevoelig was mijn hart, toen ik tot dit Sacrament der liefde naderde! Hoe weinig tijd heb ik tot de voorbereiding en schuldige dankzegging besteed! Indien Gij de zonden en achteloosheden gedenkt, Heer ! Heer, wie zal bestaan? Ik beken dat ik verkeerd ge-

-ocr page 86-

84

gedaan heb; Gij echter, hoop ik, zult mij mijne zonden vergeven. Groot is het vertrouwen eens zondaars, wien de liefde des Heilands bekend is. Vergeef, 6 Jesus, vergeef mij alle feilen, die ik bij het naderen tot uwen heiligen diseh begaan heb, en maak dezelve weder goed door uwe barmhartigheid en uwe oneindige verdiensten. Daarom bid ik U van harte. Amen.

II.

VERZOEK , OM NOOIT WEDER DOOB EENE DOODZONDE VAN JESUS GESCHEIDEN TE WOEDEN.

O mogt ik toch in het toekomende door zulk een' vasten band met U, ó Jesus! vereenigd blijven, dat ik in eeuwigheid niet weder van U gescheiden werd ! Maar ach! er woont in mij, namelijk in mijn vleesch , niets goeds; wel maak ik besluiten, om het goede te doen; doch ik vind de kracht niet in mij, om hei te volbrengen ; want ik doe niet het goede, dat ik wil: maar ik doe liet kwade, hetwelk ik niet wil. Daarom wend ik mij tot U, ó Jesus, die mijn onvermogen ziet, en uit wien al mijne kracht is. Geleid Gij, ó leidsman mijner ziel, mij voor uwe oogen op uw pad, geleid mij volgens uwe regtvaardige geboden. Zonder U vermag ik niets; doch alles kan ik door U, die mij versterkt. Help mij dus, opdat ik meer dan alle overige zonden , waartoe de boosheid en zwakheir1

-ocr page 87-

85

mijner bedorvene natuur maar al te zeer geneigd is, voornamelijk deze . . . vermijde; dat ik echter onder de overige deugden , naar welke te streven ik hslaas zoo traag ben, bijzonder naar die .... traclite. Eeik mij, ó Jesus, uwe behulpzame hand, en ik zal uwe magt prijzen. Maak mijne vereeniging met U zoo naauw en duurzaam , dat ik uitroepen kan : „ Wie zal mij scheiden van de liefde van Christus?quot;

m.

VEEZOEK, DAT ONZE VRIENDEN AAN DE VRUCHTEN VAN DIT SACRAMENT DEEL MOGEN HEBBEN.

O Jesus! aan U hebben wij den krachtigsten voorspreker bij God den Vader; Gij zijt het Zoenoffer voor onze zouden ; ja , niet alleen voor de onzen, maar ook voor de zonden der ge-heele wereld; Gij hebt ook uw vleesch voor het leven der wereld gegeven, en Gij wilt, dat alle menschen zalig worden. Geef, bid ik U, dat allen nu en bijzonder in het uur van hunnen dood aan de vruchten van dit allerheiligst Sacrament deelachtig worden, voornamelijk mijne ouders en weldoeners, N . . mijne vrienden en vijanden , N . . . Breng hen met mij tot het eeuwige leven, boezem onze harten de genade in, om onze zonden opregt te betreuren en te verzoenen, de deugden te beminnen en ons dezelve te verwerven, opdat wij eens in het huis uws Vaders, in de eeuwige heerlijkheid verdienen te

-ocr page 88-

S6

komen. Zalig zijn degenen, die in uw huis wonen , ö Heer! zij zullen U loven van eeuwigheid tot eeuwigheid.

GEBED ,

OM VOOR EEN KEUISBEELD ÏE BIDDEN.

5Bie, o mijn goede en zoete Jesus! in uwe allerheiligste tegenwoordigheid werp ik mij op mijne knieën neder, en bid en bezweer U met al de vurigheid mijner ziel, dat Gij mijn hart wilt doordringen met levendige gevoelens van geloof, hoop en liefde , en met een waar berouw over mijne zonden; en schenk mij eenen onwrik-baren vasten wil, om mijn leven te verbeteren, terwijl ik zeer getroffen en in do droefheid mijner ziel uwe heilige vijf wonden besehouwe en daarbij behartige, wat de heilige profeet David van U, ó mijn Jesus, voorzegd heeft: „ Zij hebheti mijne handen en voeten doorboord; zij bebben al mijne beenderen geteld, Ps. XXI: 17, IS.

Als de tijd het toelaat ware liet goed, te bidden het volgende of dergelijk.

ALGEMEEN GEBED OM EENEN VOLLEN AFLAAT TE VERDIENEN.

Om eenen door de Kerk verleendea aflaat te verdieneu moet men in staat van genade zijn, en na gebiecht en

-ocr page 89-

87

gecommuniceerd te hebben, moet men volgens bet voorschrift der beilige Kerk voor het welzijn der Christenheid bidden, namelijk om verheffing der katholieke Kerk, om uitroeijing der ketterijen, om vrede en eensgezindheid onder de christelijke vorsten, op de volgende of dergelijke wijze.

O Jesus, die in deze wereld gekomen zijt, opdat wij het leven bezitten en het overvloedig bezitten zouden; ik geloof, dat gij met dit inzigt aan uwe heilige Kerk de sleutelen van het rijk der hemelen hebt toevertrouwd, met de belofte , dat alles, wat zij op aarde binden of ontbinden zoude, ook in den hemel gebonden of ontbonden zoude worden. Daarom geloof ik, dat Gij, ö Jesus, aan uwe heilige Kerk de magt gegeven hebt, om aflaat te verleenen, en dat gebruik van den aflaat heilzaam is. Mogt ik tot het getal van die boetvaardige en verzoende zondaren behooren waarop Gij met welgevallen nederziet, en die Gij met de volheid uwer genade beloont! Ik hoop het, 6 mijn Verlosser, en met dit vertrouwen verschijn ik voor U, om de laatste voorwaarde te vervullen die de Kerk ons voorgeschreven heeft, namelijk, om U zoo wel hare groote belangen, als die der geheele christenheid voor te stellen.

1.

OM VERHEFFING DEK H. KATHOLIEKE KEKK.

O God, opperste Herder en Vader der geloovi-gen, die door uwen Heiligen Geest het geheele

-ocr page 90-

88

licrchaam der Kerk bestuurt en heiligt, en door Jesus Christus de heerlijkheid van uwen Maam aan alle volkeren hebt bekend gemaakt; Bewaar het werk uwer ontferming, opdat uwe heilige Kerk in al het goede toeneme, zich uitbreide over de geheele aarde, en in de belijdenis van uwen heiligen Naam standvastig volharde.

Dat Gij uwe heilige Kerk wilt beschermen en bewaren. — AVij bidden U. verhoor ons!

Tweemaal Onze Vader: ^ ees gegroet; Ler zij den Vader , enz.

II.

OM EENDE,A.GT DEK CHRISTELIJKE VORSTEN'.

O God ! die den vrede geeft en de eensgezindheid bemint; geef alle christelijke vorsten, uwe dienaren, volmaakte eendragt; verwijder alle oorlogen en twisten , opdat uwe geloovigen l in volmaakte vrijheid des geloofs mogen dienen.

Dat Gij de christelijke koningen en vorsten vrede en ware eendragt wilt verkenen. Wij bidden U, verhoor ons! „

Tweemaal Onze Vader; Wees gegroet, Lei

zij den Vader, enz.

III.

OM triTKOEIJING DER KETTERIJEN.

Almagtige, eeuwige God ! die allen zalig ma-

-ocr page 91-

89

ken, en niet wilt, dat er een verloren ga; zie genadig neder op de zielen, die de arglistigheid van den boozen vijand bedrogen heeft! — Geef dat uwe christenen alle verdeeldheid eindigen, alle dwalingen afleggen en tot de eenheid uwer waarheid terug keeren, door Jesus Christus, onzen Heer. Amen,

Dat Gij de vijanden der heilige Kerk wilt vernederen. — Wij bidden TJ, verhoor ons!

Tweemaal Onze Yader: Wees gegroet: Eer zij den Vader, enz.

IV.

VOOR ZIJNE HEILIGHEID DEN PAUS.

Opperste en eeuwige Herder, Jesus Christus, ik beveel U onzen heiligen Vader aan, den Paus N . . . uwen plaatsbekieeder op aarde ! Verhoor zijne gebeden en wenschen, die uwe eer en het welzijn der Kerk beoogen. Geleid en verlicht, versterk , verdedig en ondersteun hem, opdat hij de heilige Kerk altijd waardig moge besturen. Amen.

Dat Gij den paus en al de geestelijkheid m uwen heiligen godsdienst wilt bewaren. — Wij bidden U, verhoor ons!

Eenmaal Onze Vader: Wees gegroet: Eer zij den Vader: Ik geloof in God, enz.

GEBED.

'O God der ontferming! Gij hebt aan uwe

-ocr page 92-

90

heilige Kerk de magt verleend, om te binden eu te ontbinden. Dankbaar maak ik gebruik van de genaden, die zij mij aanbiedt. Laat mij nooit vergeten, dat slechts ware boetvaardige zondaren, welke hun hart door boetvaardigheid gereinigd hebben, de kracht van den aflaat en de kwijtschelding der tijdelijke straffen, die wij hier of hiernamaals moeten voldoen, deelachtig worden. Vergoed, wat wij bij de strenge boetplegingen der eerste christenen te kort komen, door uwe liefde en door de oneindige verdiensten van Jesus Christus, in welke alle christenen genade en verlossing hebben , en waardoor wij van uwe ontferming de zaligheid des hemels verwachten. Amen.

GEBED,

OM DEX AFLAAT VOOE EENEN OVERLEDENE OP TE OFFEREN.

Jesus, mijn God en Heiland! ik smeek uwe oneindige barmhartigheid, dat gij den aflaat dien ik door mijne heilige communie verdiend heb, de ziel van N . . . ter harer verlossing wilt laten strekken. Mogt deze ziel echter de voorbede niet meer noodig hebben, zoo schenk dezelve aan die ziel, welke het naast aan de verlossing is , opdat zij U , 6 goede God , in den hemel ook in mijnen naam beminne, love en aanbidde, en inzonderheid voor mij bidde, opdat ik door eenen gelukzaligen dood in haar gezelschap in den hemel

-ocr page 93-

91

moge opgenomen worden, om U te beminnen , te loven en te aanbidden in alle eeuwigheid. Amen.

Bid zevenmaal het Onze Vader, en Wees gegroet, en even zoo dikwijls: Tleer, geef hun de eeuwige rust, benevens: Ik geloof in God, enz.

DB STEM VAN DEN H. ENGELBKWAAUDEB BIJ HET VERLATEN DEE KEKK.

Uwe godsvrucht en stille overdenking, mijn mij door God toevertrouwd pleegkind, moet geen einde nemen, zoodra gij de Kerk verlaat. De pligten van uwen staat roepen u naar huis, daarom moet gij echter den tempel uws harten niet verlaten ; want hoe ondankbaar zoudt gij jegens uwen God zijn, die in hetzelve woont, indien gij Hem alleen liet, en u zoo geheel in de uitwendige dingen verlustigdet, dat gij niet meer aan Hem dacht! Indien gij ver te gaan hebt, zoo bid den heiligen rozenkrans of andere korte schietgebeden; zoek u geen aangenaam gezelschap; maar tracht, zoo veel mogelijk is, alleen te gaan. Kunt gij dit niet, zoo zoek uw gesprek op godsdienstige onderwerpen te brengen; want verschrikkelijk ware het voor u, indien gij uwen zoo wel als mijnen God, die zich zoo vol ontferming met u vereenigd heeft, door liefdelooze of onzuivere gesprekken terstond uit uw hart verdreoft, wat bij zoo veleu geschiedt, eer nog de communiedag ten einde is. Breng, na de godsdienstoefening in de kerk, dezen geheiligdeu dag door met hot lezen van godsdienstige boeken , houd den kruisweg, of bid dien te huis. Bezoek en verkwik, zoo gij kunt, eenen zieke. Bespaar, onthoud u zeiven iets, opdat gij op den communiedag den armen iets meer dan anders geven kunt: daardoor zult gij u voor den hemel kostbare schatten verwerven.

-ocr page 94-

92

TWJEEME Cominunie-oerening'.

ALS MEN DE HEILIGE MIS TE VOREN' NIET BIJWONEN KAN.

LIEFDE EN VERLANGEN NAAR DEN HEILAND.

(Hoor den zaligen Thomas van Kempen).

Met de grootste godsvrucht en vurigste üefde, met al het verlangen en den gloeijendsten ijver mijns harten wensch ik ü, o Heer, te ontvangen , gelijk vele Heiligen cn godvruchtige zielen in de Heilige Communie naar U verlangden , die door de groote heiligheid huns levens en de vurigheid hunner godsvrucht U het meest behaagd hebben. — O mijn God, eeuwige Liefde, mijn lioogste Goed, eindelooze gelukzaligheid, ik wensch U met het allervurigste verlangen en met den diepsten eerbied te ontvangen, die ooit eenige Heilige gehad heeft, of heeft kunnen gevoelen. — En ofschoon ik ook onwaardig ben, al die gevoelens van godsvrucht te bezitten, zoo offer ik U nogthans al de begeerten mijns harten op, alsof ik al die brandende begeerten der Heiligen alleen hadde. — Ja, wat ooit eene godvruchtige ziel bedenken of verlangen kan om Ü in dit heilig Sacrament te eeren en te verheffen, dit alles offer ik U op met de hoogste vereering en

-ocr page 95-

93

met de innigste liefde. Niets wenseh ik voor mij te behouden, maar mij zeiven en alles wat ik bezit, offer ik U gewillig en zeer gaarne op. — O Heer, mijn God, mijn Schepper en mijn Verlosser! ik verlang U heden met zulk eene godsvrucht, eerbiedigheid en hoogachting, met zulk eene erkentenis, waardigheid en liefde, met zulk een geloof, hoop en zuiverheid te ontvangen , gelijk uwe allerheiligste Moeder, de luisterrijke Maagd Maria , U ontving en naar ü verlangde, toen zij den engel, die haar het geheim uwer menschwording verkondigde, ootmoedig en godvruchtig antwoordde: Zie de dienstmaagd des Heeren , mij geschiedde naar uw woord.quot;

GEBEDEN VOOR EX NA DE II. COMMUNIE.

(Voor den II. Alphonsus van LiguoriJ'.

I. OEFENING VAN GELOOF.

Welaan dan, mijne ziel, haast u om Jesus te ontvangen ; bereid uw hart ernstig voor door het geloof. Zeg Hem : Ach, mijn Heiland en mijn Verlosser, zoo zult Gij dan binnen weinige oogenblikken tot mij komen. O Gij verborgene en door het meerendeel der mensehen miskende God, ik geloof in U, ik belijd Ü, ik aanbid U in het allerheiligste Sacrament ais mijnen Heer en Keiland. Gaarne zoude ik mijn leven willen verliezen om deze waarheid te bevestigen. Gij

-ocr page 96-

92

TWEEUK

Communie-oefening:.

ALS HEN DE HEILIGE MIS TE VOREN* NIET BIJWONEN KAN.

LIEFDE EN VERLANGEN NAAR DEN HEILAND.

(Door den zaligen Thomas van Kempen).

Met do grootste godsvrucht cn vurigste liefde, met al het verlangen cn den gloeijendsten ijver mijns harten wensch ik U, 6 Heer, te ontvangen , gelijk vele Heiligen cn godvruchtige zielen in de Heilige Communie naar U verlangden , die door de groote heiligheid huns levens en de vurigheid hunner godsvrucht U het meest behaagd hebben. — O mijn God, eeuwige Liefde, mijn hoogste Goed, eindclooze gelukzaligheid, ik wensch Ü met het allervurigste verlangen en met den diepsten eerbied te ontvangen, die ooit eenige Heilige gehad heeft, of heeft kunnen gevoelen. — En ofschoon ik ook onwaardig ben,, al die gevoelens van godsvrucht te bezitten, zoo offer ik U nogthans al de begeerten mijns harten op, alsof ik al die brandende begeerten der Heiligen alleen hadde. — Ja, wat ooit eene godvruchtige zie! bedenken of verlangen kan om Ü in dit heilig Sacrament te eeren en te verheffen, dit. alles offer ik U op met de hoogste vereering en

-ocr page 97-

93

met de innigste liefde. Niets wensch ik voor mij te behouden, maar mij zeiven en alles wat ik bezit, offer ik U gewillig en zeer gaarne op. — O Heer, mijn God, mijn Schepper en mijn Verlosser! ik verlang U heden met zulk eene godsvrucht, eerbiedigheid en hoogachting, met zulk eene erkentenis, waardigheid en liefde, met zulk een geloof, hoop en zuiverheid te ontvangen , gelijk uwe allerheiligste Moeder, de luisterrijke Maagd Maria, U ontving en naar ü verlangde, toen zij den engel , die haar het geheim uwer menschwcrding verkondigde, ootmoedig en godvruchtig antwoordde: ., Zie de dienstmaagd des Heeren , mij geschiedde naar uw woord.quot;

GEBEDEN VOOR EN NA DE II. COMMUNIE.

(hoor de7! H, Alphonsus van Liyuori)'.

I. OEFENING VAN GELOOF.

Welaan dan, mijne ziel, haast u om Jesus te ontvangen ; bereid uw hart ernstig voor door het geloof. Zeg Hem: Ach, miju Heiland en mijn Verlosser, zoo zult Gij dan binnen weinige, oogenblikken tot mij komen. O Gij verborgene en door hot meerendeel der menschen miskende God, ik geloof in U, ik belijd U, ik aanbid U in het allerheiligste Sacrament als mijnen Heer en Heiland. Gaarne zoude ik mijn leven willen verliezen om deze waarheid te bevestigen. Gij

-ocr page 98-

94

komt tot raij, om mij met uwe genaden te verrijken en om Ü geheel met mij te vereenigen, O hoe groot moet mijn vertrouwen op uwe zoo liefderijke komst zijn !

II. OEFENING VAN HOOP.

Vergroot uw hart, myne ziel; uw Jesus kan u met alle goederen vervullen; en wijl Hij u zoo onbegrijpelijk vurig bemint, zoo hoop dan groote genaden van dezen uwen Heer, die door liefde aangedreven, ja geheel in liefde veranderd, tot CJ komt. Ja, mijn liefste Jesus, mijne Hoop, ik stel al mijn vertrouwen op uwe goedheid; ik hoop, dat daar Gij U heden aan mij schenkt , Gij de liefelijke vlam uwer heilige liefde in mijn arm hart ontsteken, en mij een opregt verlangen, om slechts enkel uw welbehagen te zoeken, geven zult, opdat ik van nu af in het vervolg niets anders moge willen en begeeren, dan slechts datgene , wat U behaagt.

III. OEFENING VAN LIEFDE.

Ach, Gij eenige en ware liefhebber mijner ziel, mijn God en mijn heil, wat kondet Gij nog tneer doen om van mij bemind te worden ? — Het was U niet genoeg, ö Gebieder mijner ziel, om voor mij te sterven; Gij hebt dit Sacrament willen instellen , om Ü geheel aan mij te geven, om uw hart met het hart van een zoo ellendig, ondankbaar mensch, als ik ben, te kunnen ver-

-ocr page 99-

95

eenigen en na-a uw tc verbinden. O eiudelooze liefde, ó onbegrijpelijke liefde, ó onmetelijk»; liefde! Mijn God wil zich geheel aan mij schenken, wil zich geheel aan mij tot spijze geven !

Mijne ziel, gelooft gij dit ? En zoo gij het gelooft, wat doet gij dan, wat zegt gij er van? Ach, mijn God, mijn minnelijkste God ! 6 oneindig beminnenswaardig, zelfstandig Wezen ! Gij eenig voorwerp, dat waardig is, om door den hemel en de aarde met liefde gehuldigd te worden ! Ik bemin U, uit geheel mijn hart, ik bemin U boven alles; o konde ik toch bewerken, dat de harten aller menschen U zoo beminden, gelijk Gij verdient bemind te worden. Ik bemin Ü, o beminnenswaardigste God; ik vereenig mijn ellendig hart met dat der heilige Serafijnen, met het van liefde blakende hart der allerzaligste Maagd Maria, en met alle harten der uitverkorenen in den hemel en op aarde. Nu bemin ik U dus, o oneindige Goedheid, met al de liefde , waarmede alle Heiligen en Maria, de Koning van alle Heiligen, U beminnen. Ik bemin U alleen daarom, wijl Gij waardig zijt, boven alles bemind te worden.

IV. OEFENING VAN OOTMOED.

Mijne ziel, gij gaat nu heen, om u met het allerheiligste vleesch van Jesus te spijzen; zijt gij zulks echter ook waardig? O mijn God, wie ben ik, en wie zijt Gij ? Mijn God, ik

-ocr page 100-

96

erken uwe allerhoogste majesteit en tevens mijne groote nietigheid.

Gaarne zoude ik mij uit eerbied van ü verwijderd houden; doch waarheen zal ik gaan j indien ik mij van U verwijder? Tot wien zal ik mijne toevlugt nemen ? Wat zal er van mij worden ? Neen, mijn Heer en mijn God, nooit wil ik van U wijken. Zeer verootmoedigd en rood van schaamte wegens mijne zonden, kom ik dezen morgen tot U. Bij dit alles ben ik echter vervuld met een vast betrouwen op uwe goedheid en onbegrensde liefde, die Gij U verwaardigt mij toe te dragen.

V. OEFENING VAN BEROUW.

as God mijner ziel, hoe doet het mij leed, dat ik U tot dus verre niet bemind heb, ja veeleer, in plaats van U te beminnen, mijne lusten en verkeerde neigingen bevredigd en uwe oneindige goedheid zoo dikwijls bedroefd en be-leedigd heb. Ik haat en verfoei meer dan alles alle beleedigingen, zoo wel de grooten als de geringen , die ik Ü heb aangedaan, • omdat Gij er door zijt beleedigd geworden, die de oneindige Goedheid zelve zijt. Ik hoop wel is waar, ó mijn God, dat Gij mj mijne misdaden reeds vergeven hebt; mogt dit echter nog niet geschied zijn, dan bid ik U met een vermorzeld en verootmoedigd hart , dat Gij mij de genade uwer vaderlijke vergiffenis wilt doen geworden, eer ik U nog ontvange; wasch eerst

-ocr page 101-

97

met uw bloed mijne ziel af, waarin Gij weldra wilt binnengaan om er in te wonen.

VI. OEFENING VAN VERLANGEN.

5l5oo verhef dan uwe begeerten, mijne ziel: die gelukkigste stond uws levens is genaderd, waarin uw Jesus wil komen, om in uw hart te worden opgenomen. Zie, de Koning des hemels, zie, uw God en Verlosser komt werkelijk reeds tot u! Sta bereid, om Hem met liefde op te nemen; roep Hem en verzucht naar Hem met een hevig verlangen; zeg Hem: kom, ó mijn Jesus, kom in mijne ziel; want zij verlangt naar U ! Eer gij Ü echter aan mij schenkt, wil ik U mijn ellendig hart als een geschenk en een offer geven; zie, ik geef het U inderdaad over. Neem deze wel is waar geringe, doch nogthans mijne allerbeste gave, van mij ann; kom en toef niet, om er bezit van te nemen.

VII. GEBED TOT DE ALLERHEILIGSTE MAAGD MARIA.

O allerheiligste Maagd en mijne Moeder Maria , zie, ik nader reeds tot het altaar, om uwen allerliefsten Zoon te ontvangen. Ach, konde ik uwe zuiverheid en liefde bezitten, waarmede gij Hem in dit Sacrament ontvangen hebt. O Moe-

5

-ocr page 102-

96

erken uwe allerhoogste majesteit en tevens mijne groote nietigheid.

Gaarne zoude ik mij uit eerbied van ü verwijderd houden; doch waarheen zal ik gaan, indien ik mij van U verwijder? Tot wien zal ik mijne toevlugt nemen? Wat zal er van mij worden? Neen, mijn Heer en mijn God, nooit wil ik van U wijken. Zeer verootmoedigd en rood van schaamte wegens mijne zonden, kom ik dezen morgen tot U. Bij dit alles ben ik echter vervuld met een vast betrouwen op uwe goedheid en onbegrensde liefde, die Gij U verwaardigt mij toe te dragen.

V. OEFENING VAN BEROUW.

Jï God mijner ziel, hoe doet het mij leed, dat ik U tot dus verre niet bemind heb, ja veeleer, in plaats van U te beminnen, mijne lusten en verkeerde neigingen bevredigd en uwe oneindige goedheid zoo dikwijls bedroefd en be-leedigd heb. Ik haat eu verfoei meer dan alles alle beleedigingen, zoo wel de grooten als de geringen , die ik U heb aangedaan , ■ omdat Gij er door zijt beleedigd geworden, die de oneindige Goedheid zelve zijt. Ik hoop wel is waar, ö mijn God, dat Gij mij mijne misdaden reeds vergeven hebt; megt dit echter nog niet geschied zijn, dan bid ik U met een vermorzeld en verootmoedigd hart , dat Gij mij de genade uwer vaderlijke vergiffenis wilt doen geworden, eer ik U nog ontvange; wasch eerst

-ocr page 103-

97

met uw bloed mijne ziel af, waarin Gij weldra wilt binnengaan om er in te wonen.

VI. OEFEMS'G VAK VERLANGEN.

5Boo verhef dan uwe begeerten, mijne ziel: die gelukkigste stond uws levens is genaderd, waarin uw Jesus wil komen, om in uw hart te worden opgenomen. Zie, de Koning des hemels, zie, uw God en Verlosser komt werkelijk reeds tot u! Sta bereid, om Hem met liefde op te nemen; roep Hem en verzucht naar Hem met een hevig verlangen; zeg Hem: kom, ó mijn Jesus, kom in mijne ziel; want zij verlangt naar U ! Eer gij Ü echter aan mij schenkt, wil ik U mijn ellendig hart als een geschenk en een offer geven; zie, ik geef het U inderdaad over. Neem deze wel is waar geringe, doch nogthans mijne allerbeste gave, van mij aan; kom en toef niet, om er bezit van te nemen.

VII. GEBED TOT DE ALLERHEILIGSTE MAAGD MARIA.

O allerheiligste Maagd en mijne Moeder Maria, zie, ik nader reeds tot het altaar, om uwen allerliefsten Zoon te ontvangen. Ach, konde ik uwe zuiverheid en liefde bezitten, waarmede gij Hem in dit Sacrament ontvangen hebt. O Moe-

5

-ocr page 104-

«

98

iler der barmhartigheid, reik mij dezen morgen kra

uwen Zoon Jesus zoo toe, gelijk gij Hem eeus ged

den herders en den Wijzen uit het oosten toegereikt hebt. Uit uwe allerreinste handen begeer en verlang ik Hem heden te ontvangen. Zeg Hem ,

dat ik een uwer dienaren ben; dan ben ik verzekerd , dat Hij mij met veel liefderijker oogen aan- -zien, en mij veel inniger bij zijne komst met zieli val] vereenigen zal. jj^

Als de priester de heilige Hostie toont, 7.eg dan met hem de volgende woorden driemaal:

Heer, ik ben niet waardig, dat Gij onder mijn

dak komt, maar spreek slechts een woord , en gen

mijne ziel zal gezond worden. dat

mij

DANKZEGGING NA DE HEILIGE COMMUNIE. ^

die

I. OEFENING VAN GELOOF. zen

! üoi

O grenzelooze goedheid, ó onbeperkte barm- wa; hartigheid, ó oneindige liefde ! Een God komt ,

om zich m'jt mij te vereenigen, om mij geheel tot de zijne te maken. Mijne ziel, gij die thans zoo naauw met Jesus verbonden en een met Hem geworden zijt, wat zult gij doen? zul, gij Hem niets U , zeggen ? zult gij u niet met uwen God ondorhou- wat den? Bedenk, dat ontelbare engelen u omringen, en en hunnen God , die nu in uw hart woont, aan- gee bidden. Bid gij dus ook dezen uwsn Heer in mv geh binnenste aan, keer in u zelve, verzamel alle elk(

-ocr page 105-

krachten van uwen geest , verdrijf alle vreemde gedachten uit uw hart.

II. OEFENING VAN BEGROETING.

Mijn Jesus, mijn Beminde, mijn oneindig goed, mijn alles 1 geloofd en gezegend zij van mij en van al uwe schepselen uwe komst in het armzalige hutje mijner ziel!

III. OEFENING VAN DANKBAARHEID.

Mijn Heer en mijn God ! ik dank ü voor de genade , die Gij mij dezen morgen bewezen hebt, dat Gij ü verwaardigdet tot mij te komen en in mijn hart te gaan wonen.

Ik wensch U eene dankbaarheid te betuigen, die de grootheid uwer genade , die Gij mij bewezen hebt, waardig is en er mede overeenkomt. Doch hoe kan ik ellendig mensch U ooit naar waarde danken ?

IV. OEFENING VAN OPOFFERING.

Mijn goddelijke Heiland, ik offer heden aan U op en geef ü alles over wat ik ben en alles wat ik bezit; mijne verlangens, mijne inwendige en uitwendige zinnen, mijne gedachten, mijne begeerten , mijne vermaken, mijne neigingen , mijne geheele vrijheid , de ledematen mijns ligchaams en eiken druppel van mijn bloed. Kortom, alles ,

5 *

-ocr page 106-

98

iler der barmhartigheid, reik mij dezen morgen uwen Zoon Jesus zoo toe, gelijk gij Hem eens den herders en den Wijzen uit het oosten toegereikt hebt. Uit uwe allerreinste handen begeer en verlang ik Hem heden te ontvangen. Zeg Hem , dat ik een uwer dienaren ben; dan ben ik verzekerd , dat Hij mij met veel liefderijker oogen aanzien , en mij veel inniger bij zijne komst met zich vereenigen zal.

Als de priester de heilige Hostie toout, xeg dan met hem de volgende woorden driemaal:

Meer, ik ben niet waardig, dat Gij onder mijn dak komt, maar spreek slechts een woord , en mijne ziel zal gezond worden.

DANKZEGGING NA DE HEILIGE COMMUNIE.

I. OEFENING VAN GELOOF.

grenzelooze goedheid, ó onbeperkte barmhartigheid , ó oneindige liefde ! Een God komt , om zich itót mij te vereenigen, om mij geheel tot de zijne te maken. Mijne ziel, gij die thans zoo naauw met Jesus verbonden en eer met Hem geworden zijt, wat zult gij doen? zult gij Hem niets zeggen ? zult gij u niet met uwen God onderhouden ? Bedenk, dat ontelbare engelen u omringen, en hunnen God , die nu in uw hart woont, aanbidden. Bid gij dus ook dezen uwen Heer in uw binnenste aan, keer in u zelve, verzamel alle

-ocr page 107-

99

krachten van uwen geest, verdrijf alle vreemnr gedachten uit uw hart.

11. OEFENING VAN BEGROETING.

Mijn Jesus, mijn Beminde, mijn oneindig goed, mijn alles! geloofd en gezegend zij van mij en van al uwe schepselen uwe komst in het armzalige hutje mijner ziel!

III. OEFENING VAN DANKBAARHEID.

Mijn Heer en mijn God ! ik dank U voor de genade , die Gij mij dezen morgen bewezen hebt, dat Gij U verwaardigdet tot mij te komen en in mijn hart te gaan wonen.

Ik wensch U eene dankbaarheid te betuigen , die de grootheid uwer genade, die Gij mij bewezen hebt, waardig is en er mede overeenkomt. Doch hoe kan ik ellendig mensch U ooit naar waarde danken ?

IV. OEFENING VAN OPOFFERING.

Mijn goddelijke Heiland, ik offer heden aan Ü op en geef U alles over wat ik ben en alles wat ik bezit; mijne verlangens , mijne inwendige en uitwendige zinnen, mijne gedachten, mijne begeerten , mijne vermaken , mijne neigingen , mijne geheele vrijheid , de ledematen mijns ligchaams en eiken druppel van mijn bloed. Kortom, alles ,

5 *

-ocr page 108-

100

f

ziel en ligchaam leg ik als een offer voor uwe c

allerheiligste voeten neder. t

Kom , o verteerend vuur, 6 goddelijk liefde !

en verteer alles in mij , wat het mijne is en uwe

allerreinste oogen mishaagt, opdat ik van nu af s

aan U geheellijk toebehoore, en enkel daarom v

leve , om niet slechts alleen uwe geboden en uwe ' «

raadgevingen, maar ook alle begeerten van uw (

goddelijk hart en uw heilig verlangen op te volgen A

en te vervullen. Amen. 'L

f h

V. OEFENING VAN VERZOEK. (1

Mijne ziel! de tegenwoordige oogenblikken zijn de kostbaarsten uws levens. Laat er geen van voorbijgaan , zonder het nuttig besteed te hebben. Geene genade is er in de onover'ienbare schatten der rijkdommen Gods te vinden , of gij kunt dezelve verkrijgen. Zie, hoe minzaam de eeuwige Vader op u nederblikt, terwijl Hij zijnen geliefden 'Zoon dn TJ ziet, het allerbehagelijkste voorwerp zijner almagtige vaderliefde.

quot; Jesus zelf spreekt tot u: wat verlangt gij , dat Ik u bewijzen zal ? Ik ben gekomen, om ii van mijne rijkdommen mede te deelen , en uwe behoeften te bevredigen. Begeer van Mij met vertrouwen; gij zult alles zeker verkrijgen , wat gij verlangt.

Houd een weinig stil en verzoek van Jesjs eene bijzondere genade, voornamelijk echter die, dat gij uwe hoofdneiging moogt overwinnen. Vergeet niet, om voor de bekeering

-ocr page 109-

101

der zondaren en voor de verlossing der geloovige zielen in het vagevuur te bidden.

Eeuwige Vader! Jesus Cliristus, uw eenig geboren Zoon , heeft ons zelf met deze woorden verzekerd: „Voorwaar, voorwaar Ik zeg u, zoo gij den Vader in mijnen naam om iets zult bidden , zoo zal Hij het u geven.quot; (Joan. XVI.) Verhoor mijn gebed uit liefde jegens dezen uwen Zoon , dieu ik thans in mijn hart draag , en verleen mij en allen, voor welke ik heden tot u bid, datgene, wat ik van II begeer.

Jesus en Maria, gij liefelijkste voorwerpen mijner liefde; uit liefde tot U wil ik leven, uit liefde tot ü wil ik lijden, en uit liefde tot U wil ik sterven. O dat ik U toch geheel toebehooren en geen deel meer aan mij zelven hebben mogt!

Geloofd en gezegend zij ten allen tijde het allerheiligste Sacrament dos Altaars, en gezegend zij de heilige en onbevlekte ontvangenis der allerheiligste Maagd Maria !

LIEFDEZUCHTEN NA DE HEILIGE COMMUNIE.

Zoo zijt gij , Jesus , nu bij mij

Gun dat ik U omarme,

Blijf, o geliefde , blijf nu hier,

Wijk nooit meer van mij arme.

-ocr page 110-

102

Voor U , ö zoete bruidegom !

Wil ik van nu at leven ;

U Jesus , 't ware Lam van God! Wil ik mij overgeven.

O Jesus , ach , wat wierd van mij

Zoo Gij mij gingt verlaten?

Geen vreugde heb ik zonder U, Wat zou mij alles baten ?

O maak mijn hart tot uwen troou

O Jesus, mijn beminde;

Eu dat ik met U , Zoon van God! Voor eeuwig mij verbinde.

Zie nu zijt Gij mijn eigendom ,

Aeh, wees en blijf het immer; Versmaad uw trouwe bruid toch niet. Verlaat haar nooit en nimmer.

Mijn hart zij ganseh uw eigendom,

Slechts XJ zal het behagen;

Doch ook uw harte zij het mijn, En niets wil ik meer vragen.

Met U, 6 Jesus, welk geluk!

Reeds hier in ramp en smarte ; Uw' liefde en uw' genade stilt 't Verlangen van mijn harte.

Doch zonder U, wat smart 5;ou 'tzijn

Moest ik mij van U scheic'.en, 'k Wou dan zelfs in den hemel niet, Hij bragt mij niets dan lijicu.

Ja, slechts de hoop die beurt mij op

Dat ik eens zal aanschouwen U , die thans in mijn hart ve.-huld Aanziet mijn vast vertrouwen.

-ocr page 111-

103

En tot dien tijd wil ik mijn hart

ü rein en vroom bewaren,

En mijne liefde zal in leed Of vreugde niet bedaren.

En door uw vleeseh en bloed gesterkt

Wil ik met vreugde sterven ;

Laat dan, ó Jesus, hoogste Goed!

Laat mij den hemel erven.

Ora den Aflaat te verdienen verrigt het aebed, bladz. 86—öl.

-ocr page 112-

104

DERDE Communie-oefening.

Op rte ITeestdag-en van de allerlieillgste Tl TIarïsi-

—ooolt;3X^ —

VOOR DE HEILIGE COMMUNIE.

Liefde en varlanyen naar den Heiland, bladz. 92.

Tot U verzucht ik op uwen huidigen luisterrijken feestdag , ó heilige Moeder Gods , Moeder van mijnen Heer Jesus Christus , dien mijne ziel nu godvruchtig verlangt te ontvangen, — en Moeder aller christenen, die in dit tranendal tot U zuchten ! Sta mij bij , 6 goedertierene voorspre-keres dier zielen , die Jesus beminnen en van een vurig verlangen naar de heilige vereeniging met Hem blaken ! O goedertierene en milddadige Maagd, open uwe bloemrijke handen, versier met uwe zeldzame deugden mijn ledig hart en bereid hetzelve tot een bed van leliën, waarin de geliefde en eenig geborene Zoon uws harten, eene liefelijke en aangename rust vinde!

O uitverkorene dochter des eeuwigen \ aders, die Dengene, dien de hemelen der hemelen niet

-ocr page 113-

bevatten, in uwen zuiveren schoot gedragen hebt; welk een hoogst verheven voorbeeld zijt gij voor alle zielen die dezen Zoon des Allerhoogsten in de heilige Communie ontvangen ! Voor Hem , uwen God en Heer alleen, hebt gij alle minuten uws levens gesleten ; eene bestendige en zulk eene bovennatuurlijke voorbereiding was uwe in alle deugden uitmuntende en maagdelijke levenswandel geweest, dar, gij reeds vol van de genade des Heiligen Geestes waart, toen gij Hem ontvangen hebt. En even zoo is geheel uw verder leven, toen gij Hem ontvangen hadt, in hoogst loffelijke dankzegging en steeds toenemende heiligheid voorbij gegaan. — En zie , 6 goddelijke Moeder van mijnen Heer, naamvelijks ben ik in staat, om mij eeneu zoo korten tijd tot zijne heilige ontvangst voor te bereiden; en zoodra ik Hem, den allerhoogsten Heer des hemels en der aarde ontvangen heb, verval ik reeds weder in ijdele verstrooijingen dezer wereld. Ach, in zuchten en klagen moet ik zoo vele verloopene jaren mijns levens betreuren ; en wegens de teugeloozc ligtzinnigheid mijns harten — voor den nog overigen tijd mijns levens sidderen.

Ach voorwaar, ik ben ellendig, en arm en naakt aan alle deugden I In het bewustzijn mijner geheele onwaardigheid val ik aan uwe heilige voeten neder, 6 wonderbare Maagd, om u in ootmoed aan te roepen , dat gij mij heden als eene liefderijke moeder bijstaan, mijne onvolmaaktheden uit de volheid uwer genaden vergoeden, en mij leeren wilt, hoe ik Jesus ontvangen moet , Dien

-ocr page 114-

106

gij, het eerst van allen, van den Heiligen Geest untvangeu en tot onze onuitsprekelijke blijdschap, voor onze zaligheid en voor onze verlossing gebaard hebt; het zelfde ligehaam mijns Heeren zal ik heden ontvangen; Hem zal ik dragen en in mijne ziele baren.

O Moeder der barmhartigheid, toon u heden als eene moeder; versier mijn hart met uwe zuiverheid, met uw onwankelbaar geloof', met uwen stillen ootmoed, met uwe standvastigheid in het werken en lijden, met uwe serafijnsehe godvruchtigheid en liefde, opdat ik uwen god-delijkeu Zoon waardig in mijne ziel moge opnemen , voor wiens eer uw moederlijk hart zoo zeer ontgloeid is, en tot wien wij door u toegang hebben , u deur des Hemels , toevlugt der zondaren , en Koningin aller uitverkorenen!

En Gij , ó mijn goddelijke Heiland ! neig uw oor naar de woorden uwer zeer beminde Moeder, en verleen mij door hare genadige voorspraak , wat ik wegens mijne onwaardigheid niet verkrijgen kan , opdat ik U met een vurig verlangen en met alle godsvrucht en liefde ontvangen, en tot aan het einde mijns levens steeds in een getrouw hart dragen moge. Amen.

Oefening van Geloof, Hoop , liefd:; en Berouw. bladz. 93—96,

Brie liefdezuchten tot Jesus. bladz. 69.

-ocr page 115-

107

NA DE HEILIGE COJ13IUNIE.

I. Oefening van Geloof, bladz. 98.

II. OefeniiKj van Begroeting, bladz. 99. [II. Oefening van Dankbaarheid, blad. 99. IV. Oefening van Opoffering en Verzoek, bladz.

99—100.

GEBED TOT JESU3 EN MARIA,

O Jesus , Zoon der zeer gezegende Maagd , ik aanbid U in allen ootmoed en met alle vurigheid mijns harten. Ontferm U mijner, ö mijn Verlosser , ter liefde uwer roemwaardige maagdelijke Moeder, door welke Gij U verwaardigd hebt, onze broeder te worden! Ik offer alle godsvrucht, alle getrouwheid en aanbidding van haar van liefde vlammend hart, al hare getrouwe voorbeden voor ons zondaren, alle martelingen barer ziel , welke het zwaard der droefheid doordrongen heeft, en alle blijdschap der hemelsche heerlijkheid , waarin zij U nu eeuwig bemint, aanbidt en verheerlijkt , aan U op.

O Maria , onze middelares , zie, mij ontbreekt bij dit heilige bruiloftsmaal ten eenen maal de wijn der godsvrucht, die do heilige zielen zoo zalig verrukt en bedwelmt 1 O, spreek één woord , en Jesus zal u verhoeren ; want nog nooit en nimmer heeft Hij u , zijne zeer beminde Moeder, een verzoek geweigerd 1 Gezegende Maagd, die liet beste deel verkoz,en hebt, dat u nooit zal ontnomen worden ; aie, ook ik verkies hetzelve ;

-ocr page 116-

108

doch al, al te zeer moet ik vreezeu, dat het mij wegens mijue groote laauwheid ontnomen eu aan diegenen gegeven worde, die overvloeijen van goede werken! Daarom smeek ik tot uw hait, dat zoo rijk is aan ontferming ; Verwerf mij de genade der godsvrueht en standvastige volharding tot aan het einde mijns levens !

O Jesus, met Maria wil ik aan uwe voeten zitten en de zoete woorden des heils uit uwen mond vernemen; want Gij alleen, o levend oord des Vaders, hebt woorden des eeuwigen levens. O, doordring mijn hart met uwe vurige woorden, opdat zij daar herleven en in heilige werken der liefde veranderen 1 Vervul mijn hart met eene stille liefde, die elk uwer heilige inboezemingen in alle opregtheid verneemt, en met eenen heiligen ijver voor uwe goddelijke eer opvolgt , opdat ik met de vurige godsvrucht van Maria de werkzame zorgvuldigheid van Martha veree-nige; en , om hoe vele dingen mij ook bekommerende , het eene noodzakelijke altoos voor oogen hebbe, hetwelk uwe wonderbare Moeder bij dat bruiloftsmaal tot uwe dienaren gesproken heelt en ook mij heden toeroept; „ Boet alles, wal Hij u zeggen zal!quot; Want zalig is de schoot die U gedragen heeft; zalig zijn de borsten, die Gij gezogen hebt; doch niet minder gelukkig zijn zij , die het woord Gods hooren en hetzelve volbrengen.

O mijn Heiland, schenk mij door uwe allerheiligste vereenigiug met mij , uw onwaardigst schepsel, eu door de krachtdadige voorbede mij-

-ocr page 117-

109

uer hemelsche Koningin, uwer maagdt;lijke Moe-der , deze dubbele zaligheid , dat ik volgens de woorden des Apostels , U, mijnen God , bestendig in mijn ligchaam drage, en uw heilig woord vervulle, opdat ik na dit leven de vreugdevolle woorden vememe ; „Welaan, gij getrouwe knecht, gaat binnen in de vreugde uws Heeren!quot; en daar met Maria en het geheele hemelsche hof U eeuwig berninne en zegene ! Amen.

G'eied tot de 11. Moeder Gods. bladz. 79.

Gebed van den II. Ignatius, bladz. 72.

Verrigt, ora den aflaat te verdienen, de gebeden op bladz. 80—91.

Ue Vrome vereerders der allerheiligste Maagd Maria zullen zeker gaarne haar ter eere den H. Rozenkrans bidden (bladz. 15. om door hare voorbede waardig de heilige Communie te ontvangen: en als godvruchtige oefenins op den namiddag, een van de Rozenkransen, bladz. 1:33—134 tot dankzegging, en om .lesus altijd getrouw te blijven.

-ocr page 118-

110

VIERDE

Communie-oefening.

4*1» den Peestilag van eenen Heilige.

Deze communie-oefening kan vooral dan dienen, wanneer het feest van den Beschermheilige eener kerk gevierd wordt, of wanneer men ter eere van den Heilige wiens naam men draagt, de heilige Communie ontvangt, zoo als inzonderheid op diens naamdag vele godvruchtige christenen gewoon zijn te doen.

VOOR DE H. COMMUNIE.

I. Dc Doopbeloften, bladz. 53.

II. Liefde en verlangen van den Heiland, bladz. 92. III. Geloofd Hoop, Liefdeen Berouw, bladz. 93-96.

Heilige N . . ., hoe onuitsprekelijk groot is de vreugde der godvruchtige ziel , die plaats neernt aan dien heiligen maaltijd, waar Jesus zelf, uw en haar eenige geliefde , haar opgedischt wordt! Hoe zoet zoude mij elke traan zijn, die ik in Jesus tegenwoordigheid uit de vurigheid mijns harten konde weenen, zoo als Magdalena zijne voeten met tranen bevochtigd heeft! _ Waar wordt echter deze vurigheid, dit heilig weenen aangetroffen ? Ach, gloeijen moet mijn hart in tegenwoordigheid van Hem en zijner heilige Engelen, en vreugdetranen moest ik vergieten; want ik heb Hem in het heilige Sacrament waarachtig tegenwoordig, alhoewel bedekt onder de gedaante des broods. Onze oogen zouden het niet verdragen kunnen, indien Hij zich ;n zijne goddelijke heerlijkheid vertoonde; daarom houdt

-ocr page 119-

Ill

Hij zich om ouze zwakhaid in het heilige Sacrament verborgen. Hier heb ik waarachtig eu hier aanbid ik Diengene, Dien de Engelen met U in den hemel aanbidden; gij wel is waar terwijl gij Hem werkelijk aanschouwt, doch ik slechts in het geloof. Nogthans wil ik tevreden zijn met het licht des geloofs, en in lietzelve wandelen, tot dat ook voor mij de dag der volmaakte helderheid aanbreekt, en de duisternis verdwijnt. O, wanneer zal dit geschieden ? Wanneer, zalige bewoner des hemels. Heilige N. , . , zal ik met u Diengene van aanschijn tot aanschijn genieten, Dien ik thans bedekt onder de gedaante van brood aanbidde ? Heilige N .. . , gij kunt mij door uwe vermogende voorbede deze genade, waarnaar ik zoo vurig verlang, verkrijgen. Wees mijne voorspraak, gij groote vriend (vriendin) van God! Bid, dat de tegenwoordigheid van Jesus mij geheel en al ontvlamme, en mij volkomen in Hem veran-dere, opdat ik door middel van de genade dei-innerlijke vereeniging, door liet vuur zijner liefde versmolten, slechts één geest met Hem zij!

Heer, wat uwe Heiligen, die zich bij U in den hemel verheugen, geloofden, dat geloof ook ik; wat zij hoopten, dat hoop ook ik; en waar zij gekomen zijn, daar wensch ik door middel van uwe genade ook te komen. Ik geloof, dat ik in het allerheiligste Sacrament des Altaars uw vleesch waarlijk etc, en uw bloed waarlijk drinke. Ik hoop, dat ik niet onverzadigd van U zal weggaan, maar dat Gij barmhartig jegens

-ocr page 120-

mij zijn zult, zoo als Gij het eertijds jegeus uwe Heiligen waart. En wat is mijn verlangen buiten Ü, mijn Jesus, Gij God mijns harten?

Gelijk de Heilige , wiens (wier) feestdag heden gevierd wordt, in de blijdschap des Heiligen Gcestes bij uwe tegenwoordigheid opsprong, als hij .(zij) in de heilige communie hart aan hart met U was, door even zulk een verheven en heilig verlangen wenschte ook ik ontvlamd te zijn, en op het innigste met U vereenigd te worden. O, dat ik zoo diep geroerd ware, als die vrome zielen, die van een brandend verlangen naar dit heilig Sacrament en van gloeijende liefde des harten, dikwerf hunue tranen niet konden weerhouden ! Ach! hoe schaam ik mij en hoe verslagen ben ik , indien ik bedenke, met welk eene vurige godsvrucht eu begeerte sommige vrome harten tot uw heilig Sacrament naderen , terwijl ik koel en droog, zonder ware godsvrucht en vurigheid des harten blijve! O Jesus, oneindige Goedheid , ontferm U mijner!

En gij Koningin aller Heiligen , zoetste Moeder Maria, verwerf mij, dat ik Jesus Christus, uwen Zoon, met die godsvrucht en liefde ont-vange, waarmede Hem de Heilige N. .., in het heilige Sacrament ontvangen heeft, gedurende zijnen (haren) wandel op aarde! Maak, dat mijn hart door zijne liefde ontvlamd worde, door welke ook het hart van dezen Heilige jegens Jesus ontgloeid was!

Drie liefdezuchten tot Jesus, bladz. 69.

-ocr page 121-

us

KA DE U. COMMUNIE.

1. Aanhiddiny. bladz. 73. II. Dankzegging, bladz. 73. III. Opoffering, bladz. 76,

GEBED TOT JESUS EN DE HEILIGEN.

Heer, wie ben ik, stof eu asch , dat Gij mij zoodanig voor U verheerlijkt, eu mij onder diegenen plaatst, over welke Gij uwe ontfermingen laat komen, daar Gij mij met uwe kinderen van uwen koninklijken disch het voedsel des levens aanbiedt, mij, die niet waardig ben, gelijk de houdjes van de broodkruimelen te eten, die van uwe tafel vallen.

Heere Jesus, welken lof, of welken dank, of welke aanbidding zal mijne ziel, uw verachtelijk schepsel, dat Gij met zoo vele genaden bekroont, U voor deze overmaat uwer goedheid toebrengen'? — Oneindige dank zij U, Heer Jesus! eeuwige dank, Schepper en Verlosser der menschen! dut Gij, om aan de gehcelc wereld uwe liefde te openbaren, een heerlijk gastmaal bereid hebt, waarbij Gij ons uw allerheiligst vleesch en bloed tot spijs en drank geeft, ons daardoor vermaakt, en met alle geneugten des hemels vervult !

Koniug der Engelen en Koning aller Heiligen, die Gij in U verheugt en door U zalig maakt! wees geroemd en geprezen in alle uwe Heiligen!

-ocr page 122-

114

Alle koren uwer engelen en geliefde uitverkorenen dei

moeten voor U nedervallen, en U , den levenden gei:

God, ten eeuwigen tijde aanbidden! Inzonder- nas

heid moet U met den geheelen hemel zoo aan- lijk

bidden uwe heilige N . . ., die voor uw aanschijn mo staat, U bemint, prijst, bezit, en dien Gij alles

in alles zijt! Ik echter ó Heer! lig hier voor Bes

U in het stof, en huldig U, loof en verheerlijk gev

U, in hartelijke blijdschap, dat Gij voor ü en Hei

alle Heiligen de eeuwige glorie, vreugde en ver- mij

heerlijking uit U zeiven zijt. Ik dank U voor Hei alles, wat Gij voor het heil van mij en alle men- lt;

schen, bijzonder echter voor de zaligheid en glorie hee

van dezen Heilige gedaan hebt. gij

O Jesus, kroon en luister uwer uitverkorenen ! uit

aan U geloof ik, op U hoop ik, op U stel ik mo

al mijn vertrouwen; naar U verlang ik , U omhels dat

en bemin ik, aan ü geef ik mij over en schenk ont

ik mij — met die zelfde teedere liefde, waarmede ver

uwe Heilige N . . . zich met ziel en iigchaam en dac

alles, wat hij (zij) bezat, tot het grootste welbe- gel

hagen van uw allerheiligst hart, als een eeuwig ont

offer aan Ü opgeofferd heeft. u

Heer! het ontbreekt mij aan kracht en ver- voc

stand, om ü, zoo als ik het schuldig ben, te ne

aanbidden, U te begroeten, op U te hopen , mij

U te beminnen, te prijzen en mij aan U te len

schenken; doch zie, ik heb in den persoon van bei

dezen Heilige eenen borg, den man uwer genade kle

(de maagd uwer glorie) , dien (die) Gij ó Heer! gej

in uw heilig rijk en in uw groot rijk verheerlijkt doe

hebt ! Dezen (deze) zend ik dus tot U af, als het

-ocr page 123-

1

IJ 5

en den (de) beminde uws harten , als den (de) aan-

en gename voor uwe oogen. opdat hij (zij) iu den

;r- naam van mijn zeer geringen persoon de betame-

,11- lijke lof en dankzegging bij uwe hoogste Majesteit

jn moge voldoen.

es Welaan, Heilige N . . . ! bekleed mijne plaats !

or Begeef U voor het aanschijn van het mensch

Ijk gevvordene Woord, van Jesus Christus, en loof

5n Hem en dank Hem voor mij, zoo als ook ik voor

;r- mij van ganscher harte en uit al mijne krachten

or Hem danke!

n- O sieraad des hemels en deelgenoot zijner

•ie heerlijkheid, van harte wensch ik u geluk , dat gij gewaardigd zijt geworden in zulk eene mate

i! uit de bron der hemelsche gaven en genaden te

ik mogen putten. Ten innigste verheug ik mij ,

ils dat gij het rampzalige lot der kinderen van Adam

ik ontkomen, en voor eeuwig van uwe zaligheid

le verzekerd zijt. Dankbaar kus ik de zeer wel-

m dadige hand Gods, die zich uit den hemel aan-

e- geboden, en u aan den algemeenen ondergang

ig ontrukt heeft. Daarvoor bid ik echter, dat gij u mijner ook bijzonder aantrekken, en zoo wel

r- voor de Majesteit van uwen God als voor zij-

te ne heiligste Moeder, mij bij mijn leven en bij

, mijnen dood als uw geliefd pleegkind voorstel-

te len wilt. God heeft u voor zoo vele duizenden

n bemind, met het gewaad der heerlijkheid be-

le kleed, en u de kroon der vreugde op het hoofd

■! geplaatst. Maak, dat ook ik op uwe voorbede

:t door God in genade aangezien, en aan uwe

s heerlijkheid deelachtig worde! Maak dat ik naar

-ocr page 124-

116

uw voorbeeld heldhaftig strijde, in den strijd volharde tot aan het einde, en zoo met geweld den hemel verovere; — dat ik in de beproevingen dezes levens getrouw blijve, en nimmer ophoude, God , mijnen Heer, uit geheel mijn hart te beminnen ; — dat ik om zijnentwil, die u en mij meer dan zich zeiven bemind heeft, vermits Hij voor ons gestorven is, alle moeijelijkheden overwinne , en die kroon des levens behale, wier eeuwige glans en eeuwige zaligheid alles en alles waard is ! Maak dat ik uw voorbeeld en dat van zoo vele Heiligen steeds voor oogen hebbe, om mijnen geest tot het navolgen van diegenen, die ik vereer, op te wekken, en eens den dood der regt-vaardigen te sterven !

Heer! Gij zijt mijn helper en verlosser; van U verwacht ik deze genaden door de verdiensten en voorspraak uwer Heiligen.

Indieu gij, christelijke ziel, langer tijd hebt, zoo bid uos het volgende ;

I. Oefening van Geloof, bladz. 9S.

II. Oefening van Begroeting. bladz. 9!).

III. Oefening van Verzoek, bladz. 100

IV. Liefdezuchten, bladz. 101.

V. Godvruchtige Verzoeken, bladz. 83—85. VI. Gebed tot Maria , om zich aan den dienst dezer heiligste Maagd toe te wijden, bladz. 79.

Om Jeu aflaat te verdienen , verrigt het Gebed , bladz, 86-91.

-ocr page 125-

11?

Indieu de tijd het toelaat, zco lees bij het avondgebed met oplettendheid:

I. Middelen ter bevordering van het geestelijke

leven, bladz. 135.

II. Over de vruchten der II. Communie, bladz, 130.

III. Over de veelmalige Communie, bladz. 151.

IV. Vermaning tot het veelmalig ontvangen der II. Communie, bladz. 154.

-ocr page 126-

118

GODVJIUCHTJGE OEFENINGEN we'k

Jesu

op tien XttittiildnI/ van rai(j(

Communiedagen. ]luiS(

den

—«s»»— in (1

ürn

ONDEKEIGT OVER IJl ll

HET BEZOEKEN VAN HET ALLERHEILIGSTE wen!

SACRAMENT HES ALTAARS. (Ie C

gods

Op de dagen, als men de heilige communie nieef ontvangen heeft, behoort men ook des namiddags uwe de kerk te bezoeken, en Jesus aldaar in het hei- bid lige Sacrament des Altaars nogmaals zijne dankbaar- des heid en zijnen eerbied te betuigen. Bid Jesus aan aan, offer Hem nogmaals uw hart op ; vernieuw lofsp

uwe gemaakte goede voornemens en de beloften , die gij bij de Biecht en de heilige Communie gedaan hebt, en bid Hem om hulp. In 't algemeen is het dikwerf bezoeken van het allerheiligste Sacrament des Altaars niet genoeg aan te bevelen. De heilige Liguori zegt hierover: „Houd voor zeker, dat de tijd, welken gij tot het bezoeken van het allerheiligste Sacrament des Altaars besteden zult, die. tijd is, welke u in het leven en in den dood het groot

ste voordeel, en in alle eeuwigheid onuitspre-kelijken troost aanbrengen zal.quot; O christelijke ziel, volbreng dikwijls vol vertrouwen uw ver- zuive schuldigd en ootmoedig bezoek bij uwen Heer mijne nn Heiland, Jesus Christus, in de kerk. O godv;

-ocr page 127-

119

welk eene zaligheid, een enkel oogenblik bij Jesus te hebben doorgebragt. Kunt gij des namiddags de godsdienstoefening wegens dringende huiselijke bezigheden niet bezoeken, en den geliefden Heiland in het heilige Sacrament des Altaars ih de kerk niet aanbidden, zoo neem u voor, om te huis eene godvruchtige oefening tot Jesus in het allerheiligste Sacrament te verrigten, en wend u in den geest naar uwe parochiekerk, en de dierbare Heiland zal van verre uwe liefde en godsvrucht tot Hem rijkelijk beloonen; cornmu-iie niceer zeer dikwijls geestelijker wijze te huis bij ïs uwe bezigheden , en overal waar gij zijn moogt; ;i- bid Jesus zeer dikwijls in het heilige Sacrament ir- des Altaars aan , offer u zeiven en uwen arbeid us aan Hem op, en groet Hem zeer dikwijls met de iw lofspraak:

)f-

Geloofd en aangebeden zij ten allen tijde het £n allerheiligste en goddelijke Sacrament.

:et

g(r -

;r-

en ih envegingen en Orefteden op

la- Communietiagen.

s,

)t- VOORBEREIDEND GEBED.

•e-

ke goddelijke Geest, verlicht mijn verstand,

ïr- zuiver mijn hart, open mijnen mond en doe

er mijnen ijver ontvlammen, opdat ik mijn gebed

O godvruchtig en oplettend verrigte. Verboor mijn

-ocr page 128-

120

smeeken, hemelsche Vader! Ik bid ü in den van

naam van uwen Zoon, in den naam van Jesus! heb

Amen. bro

Heer , doe mijne lippen open, gen

En mijn mond zal uwen lof verkondigen. ver'

O God ! kom mij te hulp. 'k

Heer , haast U om mij te helpen. )OV

Eer zij den Vader en den Zoon en den Heili- heic

gen Geest, gelijk het was in den beginne, nu en gen

altijd en in eeuwigheid. Amen. Alleluja. voo

alle

alJe

kloc

OVERWEGINGEN. dat

ten!

DE WERELD VERACHTEN EN GOD DIENEN

IS ZOET. ,

bew

(Door den zaligen Thomas van Kempen). eeil(

0P

!Vu zal ik spreken , Heer, en met zwijgen. ten

In de ooren van mijnen God , van mijnen Ko- ik

ning , die in den hoogen woont, zal ik zeggen ; maa

O , Heer! hoe groot is de menigvuldigheid uwer dien

zoetigheid, die Gij weggelegd hebt voor degenen en i

die U vreezen ! — Maar wat zijt Gij voor hen , schf

die U beminnen ? wat voor hen, die u van gan- Hjks

scher harte dienen ? Waarlijk, onuitsprekelijk weii

is het genoegen uwer aansehouwing, hetwelk dei-

gij verleent aan hun , die U beminnen ! Daar- te 1

in vooral hebt gij mij het zoete uwer liefde men

getoond, dat Gij mij het aanzijn gegeven hebt, te z

toen ik nog niet was, en mij , toen ik verre al (

-ocr page 129-

121

I

leu van U afdwaalde, tot uwen dienst terug sebragt is! hebt, en mij bevolen hebt, U te beminnen, ü bron der eeuwige liefde! wat zal ik van U zeggen ! — Hoe zoude ik U kunnen vergeten, die ü verwaardigd hebt mijner te gedenken, zelfs toen ik bedorven en verloren was ? — Gij hebt,

)Oven alle hoop, uwen dienstknecht barmhartig-iili- heid bewezen, en hem, boven alle verdienste, eu genade en vriendschap betoond. — Wat zal ik U voor die genade wedergeven ? Want het is aan alle menschen niet gegeven, om met verzaking van alles , der wereld vaarwel te zeggen, en het kloosterleven te omhelzen. Is het dan iets groots,

dat ik U diene, wien alle schepselen dienen moeten? — Dat ik U diene, mag mij niet groot toeschijnen ; maar dit schijnt mij veeleer groot en bewonderenswaardig, dat Gij U verwaardigt, zulk eenen arme en onwaardige tot uwen dienstknecht op te nemen, en onder uwe geliefde dienstknech-eu. ten te plaatsen. Zie, al wat ik heb en waarmede vo- ik IJ dien, is het uwe. In waarheid, hoe vol-ïh '• maakt en getrouw ik U ook dienen moge, Gij ver dient mij omgekeerd meer dan ik Ü. Want hemel en aarde, welke Gij tot des menschen dienst ge-in, schapen hebt, zijn altijd gereed en doen dage-an- lijks, wat Gij hun hebt opgelegd. En dit is nog lijk weinig: zelfs de Engelen hebt Gij tot den dienst sik der menschen bestemd. Maar, wat dit alles nog 'sr- te boven gaat, Gij hebt U zelfs verwaardigd, den fde rnensch te dienen, en beloofd, U zeiven aan hem te zullen geven. Wat zal ik U wedergeven voor Te al die ontelbare gunsten en weldaden? Ach! dat

0

-ocr page 130-

122

f

ik (J dienen mogt al de dagen mijns levens ! Ve, Ach! dat ik slechts éénen dag ü waardig dienen konde! Want Gij zijt waarlijk allerlei dienst,

allerlei eer en eeuwigen lof waardig. Want Gij zijt waarlijk mijn Heer, en ik uw arme dienstknecht; ik ben schuldig, U uit al mijne krachten te dienen en mag nimmer in uwen lof verflaau-wen; dit wil ik ook, dit verlang ik, en wat mij mogt ontbreken; verwaardig Gij dat aan te vullen; (

want het is eene groote eer en een groote roem U te dienen, en alles om U te versmaden !

Groote genade zullen zij bekomen, die zich ge- u

willig aan uwen heiligen dienst onderwerpen. Zij, dit i die uit liefde tot U alle vleeschelijke genoegens zoek hebben verzaakt, zullen den aangenamen troost blijv des Heiligen Geeates vinden. Zij zullen eene groote weet vrijheid des harten genieten, die om uwen naam sche: den engen weg bewandelen, en alle wereldsche Doel zorgen ter zijde stellen. zond

O aangename en genoegelijke dienst van God , vroe; waardoor de mensch waarlijk vrij en heilig wordt! Verl O zalige staat der geestelijke dienstbaarheid, die dat den mensch gelijk maakt aan de Engelen , beha- uur gelijk aan God, geducht voor de duivelen, en bij dit t alle geloovigen achtenswaardig! — O beminnens- om en altoos wenschenswaardige dienst, waardoor het laten hoogste goed verdiend en eene vreugde verkregen groo wordt, welke zonder einde zal duren! bid

O mijn Heer en mijn God! geef, dat ik voor halei U alleen leve en al het overige verachte. O G

ü a minr

É

-ocr page 131-

123

Verbond der stel met Je sus Christus. om voor, altijd een godvruchtig leven te leiden»

(Door den heiligen Alphcnsns van Ziguori.)

I.

GEBED EENER GODVRUCHTIGE ZIEL, OM MET JESUS VEKEENIGD ÏE BLIJVEN.

O mijn Jesus, dit alleen zoek ik bij ü eu dit alleen wil ik steeds in de heilige communie zoeken; dat wij waarlijk met elkander vereenigd blijven en nooit weder scheiden mogen. Ik weet, 6 mijn Jesus , dat Gij ü nooit van mij scheidt, indien ik mij niet eerst van U scheide. Doch juist dit vrees ik, dat ik mij door de zonde weder van U zal scheiden , zoo als ik het vroeger, helaas ! gedaan heb. O mijn geliefde quot;Verlosser, laat zulks niet toe; laat niet toe dat ik mij van U scheide. Ach, tot aan het uur van mijnen dood toe ben ik in gevaar, om dit te doen , en daarom bid ik U , dat Gij mij, om de verdiensten van uwen dood, liever wilt laten sterven , dan dat ik U op nieuw zulk eene groote beleediging toevoege. Ik herhaal het en bid U om de genade, het altijd te kunnen herhalen: Laat niet toe, dat ik mij van U scheide. O God mijner ziele, zie, ik bemin U, ik wil U altijd beminnen, ik wil slechts CJ alleen beminnen. Voor het aanschijn des hemels en der

6 *

-ocr page 132-

124

aarde betuig ik liet, dat ik slechts Ü beminneu wil, en anders niets. O moeder der barmhartigheid, allerzaligste Maagd Maria, bid derhalve voor mij en verwerf mij de genade, dat ik mij nooit weder van Jesus scheide, dat ik nooit iets anders beminne, dan Jesus alleen.

Bid drie Onze Vaders en drie Wees Gegroeien cti vocy er na den naam van Jesus bij:

Die ons door de heilige Communie voor eeuwig met zich gelieve te vereenigen.

II.

GEBED OM JESUS STEEDS MEER TE BEMINNEN.

ïï mijn aanbiddenswaardigste Jesus , nadat Gij zoo veel voor ons gedaan hebt, kunt Gij ons thans geen grooter bewijs uwer liefde meer geven! — Want zie, Gij hebt uw leven voor ons aan het kruis willen geven. Ja , Gij hebt zelfs in het allerheiligste Sacrament des Altaars bij ons willen blijven, opdat wij ons met uw heilig vleesch mogten voeden, en Gij wenscht zoo vurig, dat wij U ontvangen. O gij verkleefdheid aan het aardsche , wijk uit mijn hart; want gij alleen belet mij, om mijnen Jesus te beminnen, zoo als Hij mij bemint. Waar zoude ik wel zulk een groot liefdeblijk vinden, ó mijn Heiland, gelijk dat, hetwelk Gij mij gegeven hebt? Uit liefde tot mij hebt Gij uw leven ten offer willen brengen; uit liefde tot

-ocr page 133-

1-25

3U mij hebt Gij zulk eenen bitteren en schandelij-

g- ken flood ondergaan; uit liefde tot mij hebt

w ' Gij ü als het ware vernietigd, daar Gij in het lij allerheiligste Sacrament des Altaars eene spijs

ts : hebt willen worden , om U geheel en al aan mij te kunnen schenken Ach, mijn God, laat niet toe, dat ik, nadat Gij mij zoo vele bevvij-^ zen uwer goedheid gegeven hebt, nogthans on

dankbaar jegens U blijve. Ik dank U, dat Gij jcr mij nog tijd geeft, om de beleedigingen , die ik

ü aangedaan heb, te beweenen en om ü de nog overige dagen mijns levens te beminnen. Het is mij leed, u hoogste Goed, dat ik vroeger uwe liefde zoo zeer veracht heb : ik bemin U, o oneindige Liefde, die eene oneindige wederliefde waardig zijt. Help mij, 6 mijn Jesus, at opdat ik alle genegenheden, waarvan Gij het

lij voorwerp niet zijt, uit mijn hart verdrijve, op-

er dat ik van heden af aan niets verlange, niets

or zoeke en niets beminne, dan U alleen. O mijn bt geliefde Heiland , geef, dat ik U altijd vinde,

rs geef, dat ik U altijd beminne. Ontneem mij

\v geheel mijnen wil, opdat ik nooit weder iets

lit anders wil, dan hetgeen U behaagt. O mijn

!i'- God, mijn God, wien zoude ik wel beminnen

t; willen, indien ik U niet beminde, die immers

te alle goederen in U bevat. Ja, slechts U wil ik

u- beminnen en anders niets. O Maria, mijne Moe-

i , der , ontvang mijn hart en vervul het met eene

lij zuivere liefde tot .Tesus Christus.

Bid drie Onze Vaders ea drié Wees Geyroelen en voeg ot er na den naam van Jesus bij:

-ocr page 134-

136

Die ons door de heilige Communie steeds eene grootere liefde gelieve te schenken.

III.

GEBED OM STANDVASTIG IN DE GENADE GODS TE LEVEN.

Xie, 6 mijn God, hoe ellendig ik ben; doch waarom beklaag ik mij over mijne zwakheid, dat ik zoo dikwijls in de zonde hervallen ben. Ach, zoude ik wel de aanvechtingen der hel hebben kunnen weerstaan, naardien ik mij van U verwijderde, die al mijne kracht zijt. Al hadde ik mij meermalen tot de heilige Communie begeven, dan zouden mijne vijanden mij zeker niet zoo dikwijls overwonnen hebben; in 't vervolg wil ik niet meer zoo handelen: Op U, 6 Heer, hel ik gehoopt, ik zal in eeuwigheid niet te schande worden. Neen, neen, ik wil geen vertrouwen meer stellen in mijne goede voornemens 1 Gij alleen, ó mijn Jesus, zult mijne hoop zijn. Gij moet mij de kracht vevleenen, om niet weder in de zonde te bewilligen. Ik ben wel is waar zwak, doch Gij moet mij in de heilige Communie de noodige kracht mededeelen, om de bekoringen te kunnen vvederstaan. Alles is mij mogelijk door dengene, die mij versterkt. Vergeef' mij , ó mijn •Tesus, alle beleedigingen, die ik U heb aangedaan, en die mij van ganscher harte terouwen; ik neem mij voor, liever te sterven, dan IJ ooit weder te beleedigen, en ik hoop, dat Gij mij om

-ocr page 135-

127

uw bitter lijden zult bijstaan, om tot aan het uur van mijnen dood in uwe genade te volharden. Cp U, 6 Heer, heb ik gehoopt, ilc zal niet te stltande worden. Hetzelfde roep ik ook U, mijne lieve Moeder Maria, met den heiligen Bonaventura toe: Op U ó mijne Koningin, heb ik gehoopt, it zal niet te schande worden.

Bid drie Onze Vaders en drie Wees Gegroeteu en voe^ er na den naam van Jesus bij:

Die ons door de heilige Communie de volharding in het goede tot aan ons einde gelieve te verleunen.

IV.

GEBED OM VERGIFFENIS VOOR ALLE VERSTEOOI-

•JINGEN BIJ HET BIDDEN , EN OJI DE GENADE EENER GOEDE VOORBEREIDING ÏOT DE EEKSTVOLGENDE HEILIGE COMMUNIE.

«9 God der liefde, Gij wenscht zoo vurig, ons uwe genaden mede te deelen, en wij zijn er zoo weinig op bedacht, U om dezelve te bidden ! O welk een berouw zal het ons in het uur van onzen dood veroorzaken, indien wij aan deze onze nalatigheid denken, die ons zoo schadelijk geweest is. O mijn God, vergeet het verledene; zie ik wil mij in 't vervolg met uwe hulp beter tot de heilige Communie voorbereiden en er zorg voor dragen, om mijne aardsche neigingen uit mijn hart

-ocr page 136-

128

te verbannen, wijl zij mij beletten orn al die genaden te ontvangen, welke Gij mij wenseht mede te deelen. Doch ook na de heilige Communie wil ik, zoo goed als ik kan, er op bedacht zijn, on den noodigen bijstand van U te erlangen, ten einde in de liefde tot U vorderingen te maker. Schenk mij de genade, om mijne goede voornemens ten uitvoer te brengen. Ach ;• mijn Jesus, hoe weinig heb ik er vroeger aan gedacht, om U te beminnen ! Doch, de tijd , dien uwe barmhsr-tigheid mij nog overig laat, zal voor mij een tijd zijn, om mij voor te bereiden tot den dood, en om door mijne liefde de beleedigingen weder goed te maken, die ik U heb aangedaan. Zie, ii wil dezen tijd er mede doorbrengen, om mijne zonden te beweenen en U te beminnen. Ik bemii: U, ö •lesus, mijne liefde; ik bemin U, mijn eenigste Goed; ontferm U mijner en verlaat mij niet! Verzuim ook gij niet, Maria mijne hoop.' om mij door uwe voorspraak bij te staan.

Bid drie Onze Vaders en drie IFees Gegneien ea voeg er na den naam van Jesus bij:

Die steeds een hartgrondig verlangen naar dit brood des hemels in ons gelieve op te wekken, en ons de genade gelieve te schenken, om altijd regt waardig te communiceren.

-ocr page 137-

129

GEBED TOT JESUS CHRISTUS, VOOR ALLE JIEX-SCHEN, OP COMMUNIE DAGEN.

Bleere Jesus Christus! Zoon van den levenden God! die U* gewaardigd hebt, mijn onwaardig hart in te gaan, en mijne zieke ziel met de goederen uwer genade gezond te maken; u beveel ik heden en altijd mijne ziel, mijn ligchaani en raijne zintuigen, en al mijne zwakke beginselen in dc deugd aan, opdat Gij ze dag en nacht, alle uren en oogenblikken mocgt bewaren. Verhoor mij, o mijn goddelijke Verlosser en Heiland! Bewaar mij voor elke zonde. vooral voor de doodzonde, voor alle heimelijke lagen en bekoringen des satans, der zigtbare en onzigtbare vijanden, door liet gebed der patriarchen, door de verdiensten der profeten, door de voorbede der apostelen, door de standvastigheid der martelaren, door het geloof der belijders, door de zuiverheid dei-maagden, waaraan Gij van het begin der wereld af uw welbehagen hadt

Verdrijf uit mij den trotschen zin , eu vermeerder in mij de vermorzeling des harten. Verdelg mijnen hoogmoed en maak mij waarlijk ootmoedig. Beweeg mij tot weeuen en vermurw mijn hard, versteend gemoed.

Verhoor mij, mijn Heer en mijn God! verhoor mij. Gij licht mijner oogen! Indien Gij uwen blik van mij keert, dan sterf ik; ziet Gij mij weder

aan, dan leef ik van nieuw op! Wilt gij bij mij

*

-ocr page 138-

130

óp geregtigheid zien, ach, dan verschijn ik voor U als een levenloos lijk; ziet Gij echter met uwe barmhartigheid op mij , dan wekt Gij mij, die reeds de lucht der verrotting van mij geef, uit het graf op.

Verwijder verre van mij, wat ü aan mij mishaagt, en boezem mij den geest der wijsheid en liefde, der ootmoedigheid en kuischheid in, opdat geene mijner beden, wat ik U ook verzoeken moge, ü mishagelijk zij. Ontneem mij, wat mij schadelijk is, en geef mij, wat tot mijn best strekt. Verleen mij, 6 Heer! eene artsenij, waardoor de wonden , die de zonde mij geslagen heeft, genezen kunnen worden. Geef mij , ó Heer! uwe vreeze, vermorzeling des harten, ootmoedigheid van geest en een zuiver geweten. Verleen mij, o Heer, dat ik altijd in de broederlijke liefde tot den naaste volharden moge, mijne zondigheid nooit vergete, en naar het doen en laten van mijnen medemensch niet onderzoeke, en niet oor-deele noch veroordeele, opdat ik — arme zondaar — ook niet door U onbarmhartig geoordeeld en veroordeeld worde.

O Gij liefderijke Heiland aller heilbegeerige ge-loovigen! Spaar mijne ziel, wees toegevend ten aanzien van mijne zonden. Zie mij aan , want ik ben zwak ; verpleeg mij , want ik ben ziek ; genees mij, want ik ben krachteloos, en verkwik mij, want ik ben dood. Heer geef mij een hart dat U vreest; een gemoed, dat U bemint; een verstand, dat U erkent; ooren, die U hooren, en oogen die U zien. Ontferm U mijner, 6 mijn

-ocr page 139-

131

God, ontferm U mijner! Zie op mij neder van den heiligen troon uwer majesteit, en verlicht dc duisternis mijns harten met eenen straal van uw licht. Geef mij, ó Heer, de ware wijsheid, opdat ik altijd datgene moge erkennen en kiezen, wat voor uw heilig oog regtvaar-dig is; dat ik uwe leer in het hart, uw voorbeeld voor oogen hebbe, en mijnen zin en wandel daarnaar inrigte.

Heilige en onbevlekte Maagd Maria, Moeder Gods eu Moeder van onzen Heer Jesus Christus! bid voor mij bij diegenen , wiens tempel gij zijt geworden; heilige Michaël! heilige Gabriel! hei-liïe Eafael 1 alle heilige koren der engelen en aartsengelen, der patriarchen en profeten, der apostelen en evangelisten, der martelaren en belijders, der maagden en aller Heiligen, — ik geloof dat ik ü door Diengene mag bidden , die TJ uitverkoren heeft, en in wiens aanschouwing gij u thans verheugt: Bidt, 6 bidt voor mij arme zondaar, opdat ik uit alle bekoringen eti van den eeuwigen dood moge gered worden. Schenk mij, ö mijn goddelijke Zaligmaker I volgens uwe goedheid en genadige barmhartigheid het eeuwige leven.

Schenk — ó eeuwige Hoogepriester en onzigt-baar Hoofd uwer heilige gemeente! eensgezindheid onder de priesters! rust en vrede aan de koningen en vorsten, die de geregtigheid handhaven. — Ik bid U, ö Heer, voor de geheele heilige katholieke Kerk j en voor alle leden derzelve: vooi-geestelijken en leeken, voor alle bestuurders der

-ocr page 140-

132

christeuhbid, voor allen, die aan ü gelooven, en — toegerust met uwen Heiligen Geest, — voor de uitbreiding van uw rijk arbeiden, opdat zij standvastig in hunne goede werken volharden.

lieer, eeuwige Koning ! verleen aan de maagden de kuischheid, hun die zich aan ü verloofd hebben de onthouding, den gehuwden eenen heiligen wandel, der weduwen en weezen onderhoud , den armen verzorging, den boetvaar-digen vergiffenis, den bedroefden vertroosting, den reizenden eene gelukkige terugkomst, den zeevarenden de bereiking der haven des behouds, den overledene geloovigen de eeuwige rust. Verleen, o Gij minnaar der onschuld en geregtigheid , aan de godvruchtigen , dat zij bestendig in de godsvrucht volharden, den wankelraoedigen, dat zij in U versterking zoeken , den boosdoeners en zonda-1 ren , zoo ais ik armzalige ben, dat zij zich zonder uitstel beteren willen.

O allerzoetste, barmhartige Heer Jesus Christus! Zoon van den levenden God, Verlosser der wereld; ik belijde voor U en voor alle Heiligen, dat ik een armzalige zondaar ben ; docii Gij Al-goede, die U over een ieder ontfermt, laat mij van uwe barmhartigheid niet uitgesloten zijn. Indien uwe oneindige genade mijn leven nog verlengt, ó versterk dan in mij het godvruchtige besluit, dat ik voort wil gaan om mijn leven te verbeteren. Wek mijn gemoed op, dat' het U zoeke, slechts naar U verlange, TJ steeds' boven alles beminne, U vreeze en uwen wil volbrengt.

-ocr page 141-

133

Inzonderheid bid ik U echter, ó Heer, heilige God, die iu alle eeuwigheid geloofd en verheerlijkt zult zijn, voor diegenen, die mij in hun gebed gedachtig zijn, of zich in mijn onwaardig gebed hebben aanbevolen; die mij de eeue of andere liefdedienst, of zorgvuldigheid voor mijne ziel bewezen hebben; insgelijks voor diegenen, die mij door de banden des bleeds of der vriendschap dierbaar zijn, zij mogen nog leven, of reeds onder de overledenen zijn, dat Gij hen volgens uwe barmhartigheid van het verderf bewaren en zalig maken wilt. Schenk alle nog levende christenen uwen bijstand , en alle overlede-i nen vergiffenis hunner zonden, en do eeuwige rust. Amen.

Bid drie Onze Vaders en drie Wees gerjroelen en voeij er na den naam van Jesus bij:

Die alle menschen gelieve te geven, wat vooii hunne tijdelijke en eeuwige welvaart dienstig is.

Als gij nog tijd over hebt, dan bid de Litanie van het) Geloof, de JIoop en de Liefde. Bladz. 16—24.

VI.

GEHEIMEN VAN DEN ROZENKRANS, NA DE HEILIGE COMMUNIE.

EERSTE ROZENKRANS.

i. Jems; Die ons door dit heilig Sacrament kracht tot eiken strijd gelieve te geven.

-ocr page 142-

3. Jesus: Die als bruidegom der zielen, onze zielen in eene volmaakte liefde met zich gelieve te vereenigen.

3. Jesus; Die ons door dit Sacrament de heilige

standvastigheid gelieve te schenken. 4'. Jesm: Die ons op ons sterfbed als heilige teerspijs gelieve te bezoeken.

5. Jesus: Die ons door dit heilige Sacrament,

eens in de heerlijkheid zijner uitverkorenen gelieve te brengen.

TWEEDE ROZENKKAXS.

i. Jesus: Dien gij, ó heilige Maagd, en alic schepselen in den hemel en op aarde voor zijne liefde en vernedering wen-schen te loven en te danken.

3. Jesus: Die nu de mijne is, en ik de zijne.

6, Jesus: Die ons, die belasten beladen zijn, ge

lieve te verkwikken en te versterken.

4. Jesus; Die elke ongeregelde liefde tot do schep

selen in ons gelieve uit te roeijen.

5. Jesus: Die onze vrienden en weldoeners en

alle menschen zijne genade gelieve te schenken.

Jjuimerkiug. Deze beide Rozenkransen na lt;le heilige Communie kan men op de beide dagen, die op de heilige Communie volgen, bidden, of ook wel des namiddags in de kerk of te huis, bij het bezoeken van het heilige Sacrament, enz. Die ver van da kerk wonen, kunnen dezelve onderweg bidden, als ook des avonds bij het avondgebed. Een ieder neme daartoe oenen tijd

-ocr page 143-

135

naar goedvinden, waarop hij die godvruchtige oefening het vredigste verrigten kan. En wie zoo veel tijd niet heeft, om eenen geheelen Rozenkrans te bidden, die bidde op eenen gelegenen tijd een Onze Vader en tien Wees gegroeten en na den naam Jesns ieder maal eene der tien spreuken van deze Rozenkransen na elkander.

--ana--

middelen ter bevordering van het geestelijke leven.

Geliefde christen, lees deze middelen op commuuiedagen, of ook anders op zondagén langzaam en met aandacht over. Houd bij ieder punt een weinig stil, en denk er over na, — en wat het gewigtigste is — pas hot op n toe en rigt uw leven er naar in. Gij zult ondervinden, dat het u voor uw zieleheil nuttig is; gij zult dan hier in het leven gelukkig en tevreden zijn, en u hiernamaals bij uwen Heiland eeuwig verheugen.

1. Zich in eene bestendige afhankelijkheid van den Geest Gods bewaren, en Hem nooit bedroeven. Oplettend zijn, om te erkennen wat Hij van ons verlangt; Hem dikwijls om raad vragen, en indien wij niet weten, welke partij wij kiezen moeten, Hem met vernieuwden ijver bidden, om het licht onzes harten tc zijn. — 2. Den eigenen wil verzaken, zelfs wanneer men hem volgt; dat wil zeggen: niets uit eigenen smaak, uit eigene neiging, maar uit het grondbeginsel des geloofs doen , alles voor God alleen ! God alleen! — 3. Met vreugde, dankbaarheid en liefde de kleine onaangenaamheden verdragen,

-ocr page 144-

136

die ons ieder oogenblik overkomen. Dit is eene bestendige oefening der versterving, waaruit wij veel nut kunnen trekken. — 4. Wanneer de ziel droog is, en treurigheid haar ter neder buigt, in den geest tot Jesus bij den Olijfberg gaan, daar nevens Hem nederknielen, met Hem bidden en den kelk aannemen , die ons wordt aangeboden: „Vader, niet mijn, maar uw wil geschiede.quot; — 5. Ons verootmoedigen wegens onze gebreken, doeh ons er niet over verwonderen of ontstellen. De onrust verzwakt de ziel, en heeft deze arme niet al hare kracht noodig, om tegen de vijanden te strijden , die zij in zich draagt, en die onophoudelijk haar innerlijk wezen aanvechten ? üe ziel leeft van liefde en vertrouwen, en de blijmoedigheid is voor haar eene onuitputtelijke bron der heiliging. — 6. Goed op onze hoede zijn , dat wij de vrijheid des geestes niet verliezen, die liefelijke vrijheid, dit Itemehche en onuitsprekelijke vrede der kinderen Gods, zonder welke men niets volbrengt, wat waarlijk goed is. Om die te bewaren moet men zich vast aan God sluiten , en in zijne tegenwoordigheid wandelen met een hart, waarin de vrede heerscht. — 7. Getrouw zijn, zelfs in de geringste zaken, doch zonder dwang en zonder angstvalligheid. Vreezen wij niet in onze bezigheden, zelfs niet in onze gebeden gestoord te worden; opgeruimd en tevreden van geest moeten wij ze altijd quot;erlaten, en weder tot dezelve terug keeren. Zijn wij in de dienst der Voorzienigheid, wat behoeven wij dan meer! — 8. Ons in onze bezigheden niet

-ocr page 145-

137

overhaasten; niet willen, dat zij zoo schielijk voortgaan als onze gedachten; de tegenheden gelaten bestrijden; zonder moedeloos of driftig te worden. Gelukt ons iets , dan prijzen wij God; gelukt het ons niet, dan prijzen wij Hem ook. „God wil het zoo!quot; dit woord zegt alles. — 9. In de betrekkingen met den naaste, zicli zoo veel mogelijk wachten, om anderen door een al te streng uiterlijk voorkomen af te schrikken; vriendelijk en zachtzinnig met hen spreken, hunne zwakheid versehoonen. — 10. Dikwijls aan God denken, terwijl wij ons met de menschen onderhouden, ons ingetogen houden , om in stilte te bidden, doch zonder dwang, zonder vermoeijende inspanning, met eene groote eenvoudigheid der liefde. — 11. Naar God luisteren in het inwendige gebed; het oor des harten voor Hem openen , om zijn heilig woord te ontvangen ; zich voeden met dit liefelijke manna, er niets van verliezen, en hetzelve met dankbaarheid genieten. — 12. Onze behoeften en ' onzen nood aan onzen Vader, die in de hemel is, met een ootmoedig vertrouwen klagen. In het gebed ons niet met geweld inspannen, om ons tot verhevene beschouwingen te verheffen ; als God ons roept, ons trekt, den trek ^ der genade volgen, met de eenvoudigheid eens kinds, dat zich bij de hand laat leiden. — 13. Tevreden zijn bij den wandel in het geloof. Niet alles vooruit zien, niet alles voorkomen willen ; doen wat men kan en wat men moet , wanneer men geene menschelijke ondersteuning

-ocr page 146-

138

vindt, zich bedaard in de armen des Verlossers nederleggen. — 14. Nooit iets uit ijdelheid beginnen of opgeven, want de ijdelheid komt slechts, om de verdienste van het weinige goede, dat wij raogten doen, te rooven: God is altijd dengene nabij, die voor zijne eer arbeiden. Hij strijdt met ons, indien wij voor Hem strijden; zoo lang als ons oogmerk opregt is, hebben wij niets te vreezen. — 15. Op onze hoede zijn tegen den geest des ongeloofs, en legen de valsehe grondbeginselen, welke in deze booze dagen vele christenen medeslepen; tegen de eigenliefde en onverschilligheid, welke tot verachting of verwaarloozing der gewone oefeningen en gebruiken verleiden, die door de goedkeuring der Kerk en door het voorbeeld van Gods dienaren geheiligd zijn. Wie zich daaraan schuldig maakt, bedroefd den Heiligen Geest, die zijne genade slechts aan de kleinen en ootmoedigen schenkt, en het kan voor zijne zaligheid treurige gevolgen hebben. — 16. Ons .dikwijls herinneren, dat wij christenen aijn, dat wil zeggen : kinderen Gods en erfgenamen van zijn rijk. — Ja, bewonderen moeten wij het verhevene van onzen staat, ons er dagelijks mede bezig houden en ons met de Engelen er over verwonderen, dat ellendigen zoo als wij — ledematen van Jesus Christus geworden zijn , vrijgekocht met zijn heilig bloed , gevoed met zijn heilig vleesch ; dat wij in al onze werken deel nemen aan zijne oneindige verdiensten , dat wij door Hem aan de bescherming van Maria,

-ocr page 147-

139

zijne heilige Moeder en der Engelen overgegeven en aan de leiding zijner onfeilbare Kerk toevertrouwd zijn geworden ; dat wij dienstvolgens met eene overgroote liefde op aarde geroepen zijn, om eens eeuwig met Hem in den Hemel te heer-schen in onuitsprekelijke vereeniging met zijnen Vader, en als het ware aan zijne goddelijke natuur deel te nemen. — 17. Eindelijk dikwijls, ja zonder ophouden met vertrouwen en liefderijken ootmoed onze toevlugt nemen tot het heilige hart van Jesus, den oorsprong aller genaden , het toonbeeld aller deugden, als ook tot het onbevlekte hart van Maria, het levendige afbeeldsel van het hart van Jesus, dewijl door haar ons de hemelsche zegeningen in de eerste plaats toestroomen.

Goddelijk hart van Jesus, ontferm U onzer! Onbevlekt hart van Maria, bid voor ons !

Avondgebeil op Heilige Commiiniedagen.

ONDERRIGT.

Blijf des avonds niet ia gebreke, om den Heiland in uw gcbedeu op nieuw voor de heilige Communie en de daarmede verkregene genaden te danken. Bid Hem tevens , dat Hij u de kracht moge verleeneu, om den volgenden dag zoo wel als alle dagen uws levens goed te besteden, en de godvruchtige voornemens ten uitvoer te brengen, welke gij op dezen dag gemaakt hebt. Om

-ocr page 148-

140

«laar in gvooteren voortgang te maken , zoo verniemv alle dagen tot aan uwe volgende Communie lt;le gemaakte voornemens en geef des avonds bij het onderzoek des gewetens wel acht, of gij in dit of dat punt uw woord niet gehouden hebt, opdat gij u verbeteren en den volgenden dag zorgvuldiger over nw binnenste waken kunt.

GEBED.

Alle lof en dank, die ik U, 6 Jesus! mijnen Heer en mijnen God ! heden aan de heilige Tafel heb toegebragt, wensciite ik in dit avonduur met een geroerd hart te vernieuwen. Doch enkel woorden zijn de ware dankbaarheid niet. Uwen wil vervullen , U gehoorzamen, alle wederspannigheid der eigenliefde uit te roeijen , dat is U in waarheid danken. En mij daarop toe te leggen, dat beloof ik U op nieuw. Laat raij in uwe liefde volharden ; steeds zweve mij uwe heilige gehoorzaamheid voor oogen! De diepe indruk, dien uw geheimzinnige offerdood op mij gemaakt heeft, blijve onuitwischbaar in mijn gemoed aanwezig. Bewaar uwe woning in mijne ziel , waarin de zonde geene plaats meer vinden zal. Openbaar uw heilig leven in mijne gezindheid en handelingen; laat mij de vreugde genieten, van te kunnen zeggen: Ik leef niet meer — maar Jesus leeft in raij !quot; Leer mij werken en lijden naar uw voorbeeld; Gij hebt U immers hsden op het innigste met mij vereenigd. Deze vereeniging is voor mij het onderpand der eeuwige zaligheid. Wel mij! ik zal eens eeuwig bij U in den hemel zijn , waar licht en duisternis niet meer af-

-ocr page 149-

141

wisselen, waar Gij zelf eeuwig de zou zijt, die uiet meer ondergaat. Doch ook dan nog zal niets zoo zeer aan U bewonderd en aangebeden worden, dan uw dood voor het heil der tnen-schen — dan uwe liefde tot aan den dood des kruises.

Zoo wil ik dan nu in ü, o mijn Jesus , rusten, Laat uw geest in mij waken, als mijn lig-chaam slaapt. Weg, ó wereld, wijkt van mij gij ijdele gedachten, wijkt van mij gij aardsche zorgen ! Ik wil in God rusten. Liefderijkste Heiland , zoo geef dan, dat ik U alleen beminne, slechts voor U leve en voor U sterve ; dat ik voor mij zeiven niets , voor U echter alles zij. Geloofd en gezegend zij ten allen tijde het allerheiligste Sacrament des Altaars ! Geloofd en geprezen zij ten allen tijde Gods barmhartigheid jegens mij! Amen.

GELOOF, HOOP EN IIEFUE.

GELOOF.

Ik heb Ü, mijn Goddelijke Verlosser, heden uit de hand van uwen priester ontvangen. Mijn vurigst verlangen is nu vervuld, en de band dei-liefde tussehen ü en mij naauwer toegehaald; het is nu mijn pligt om steeds vast te blijven staan in het geloof. Doch Heer, ik ben zwak; verlaat mij dus niet, ó mijn Jesus, en aanhoor genadiglijk mijn smeeken. Laat het licht des gelcofs steeds

-ocr page 150-

142

in mij branden, laat het nimmer uitgaan, maar vermeerder mijn geloof. Dat men mij alles ont-roove, slechts dit mijn goddelijk geloof niet. Door het geloof zal ik alle listen en lagen des duivels en elke zonde overwinnen, dewijl Gij, ó Jesus,

zelf in mij zijt.

HOOP.

Ik hoop, o mijn Jesus, dat Gij mij versterken en uwen bijstand schenken zult, wanneer bekoringen mij bedreigen, gedurende mijn leven en in het uur van mijnen dood. Op U kan ik zeer zeker en vastelijk vertrouwen, en op U wil ik mijne hoop vestigen, wijl gij mij niet verlaten zult. AI mijne hoop en mijn vertrouwen, beruste dus in L , in U het brood des hemels , dat ik voortaan dikwijls ontvangen wil, tot vertroosting in mijnen nood en ellende. Ik verlaat mij nu geheel en al op uwe goedheid en trouw. Neem mijn harte aan , ó Jesus, dat ik u thans voor ecuwig toewijde.

LIEFDE.

Ü mijn Heiland, welk eene liefde hebt Gij mij heden betoond! Ik gevoel mij vervoerd van dankbaarheid en mijn hart is geheel en al ver-teederd. Op eene wonderbare wijze gaaft Gij mij heden uw heilig vleesch tot spijze en uw dierbaar bloed tot drank 1 Gij zijt tot mij gekomen en i hebt U met mij vereenigd als de vriend mijner

-ocr page 151-

143

ziele , en het is uw wil en verlangen om mij voor eeuwig gelukkig te maken. Voor deze uwe liefde wil ik nu door de vurigste wederliefde aan U gehecht blijven tot aan het einde van mijn leven , en U in dit heilig Sacrament dikwijls met eene teedere, liefde ontvangen.

GEBED TOT DE HEILIGE MOEDEE GODS.

Ik loof en vereer u, u allerheiligste Maagd, en zeg u den innigsten dank voer al het goede, dat ik dezen dag op uwe voorbede ontvangen heb. Even als dezen morgen, zoo beveel ik mij ook nu in den avond u aan. Bewaar mij, als uw kind , in uwe moederlijke bescherming, vooral bij mijn laatste einde. Amen.

GEBED TOT DEN II, JOSEF.

Heilige Josef, voedstervader van Jesus en bruidegom der zuiverste Maagd Maria; ik verkies u heden en altijd tot mijnen bijzonderen patroon in het uur van mijnen dood, en bid u, dat gij mij door uwe veelvermogende voorbede een gelukzalig sterfuur wilt laten verkrijgen, Amen.

GEBED TOT DEN II. ENGELBEWAAKDER.

Ik dank u, mijn heilige Engel-bewaarder, voor uwe leiding en alle goede ingevingen, waaraan gij

-ocr page 152-

144

het mij ook heden niet hebt laten ontbreken. Vergeef mij, dat ik dezelve niet altijd opgevolgd en mij dikwijls als doof jegens u getoond heb. Waak ook dezen keer over mij! Bescherm mij tegen de lagen van den boozen vijand! Loof God voor mij, terwijl ik slaap. Zoodra ik echter morgen weder ontwaak, vermaan en help mij dan, om mijn hart tot God te verheffen, en dat ik mijn bed op den bestemden tijd zonder dralen verlate. Amen.

GEBED TOT ALLE HEILIGEN IN' DEK HEMEL.

Gij Heiligen, die in den hemel woont, bidt voor mij, opdat mij eens het geluk ten deel valle, van met u in het rijk der eeuwige heerlijkheid te zijn. Amen.

Verleen, 6 Heer, den regtvaardigen volharding, den zondaren eene ware bekeering, en der lijdende zielen in het vagevuur de eeuwige rust. Ons ze-gene de allerheiligste Drievuldigheid, God de Vader , de Zoon en de Heilige Geest. Amen.

LITANIE TOT HET ALLERHEILIGSTE SACRAMENT.

Heer, ontferm U onzer!

Christus, ontferm U onzer!

Heer , ontferm U onzer !

Christus , hoor ons !

Christus , verhoor ons !

-ocr page 153-

145

God hemelsche Vader,

God Zoon, Verlosser der wereld.

God Heilige Geest ,

Heilige Drievuldigheid , één God,

Levend brood, dat uit den hemel gedaald zijt,

Eeuwig Woord Gods, mensch geworden en

onder ons wonende,

Verborgen God en Zaligmaker, bedekt onder

zienlijke gedaanten ,

Tarwe der uitverkorenen,

Wijn, die maagden voortbrengt.

Voedzaam brood en ve:;maak der koningen,

Sterk schild tegen alle bekoringen, 2

Geestelijk hulpmiddel voor alle zonden en ^ krankheden, 5

Onuitputbare schat van genade, c;

Altijddurende offerande, o

Zuivere opdragt, 5

Lam zonder vlekken, ü

Allerzuiverste maaltijd,

Verborgen hemelseh brood.

Gedachtenis van Gods wonderheden, Bovennatuurlijk brood,

Heilig slagtoffer.

Kelk des Heils,

Geheim des geloofs.

Hoogwaardig en uitmuntend Sacrament, Allerheiligste offerande,

Zoenoffer voor levenden en dooden.

Wonder van Gods wonderen,

Allerheiligste gedachtenis van het lijden des Heeren ,

7

-ocr page 154-

146

Geschenk , dat alle volheid te boven gaat, Voortreffelijk gedenkteeken der goddelijke

liefde,

Overvloeijende bron van Gods milddadigheid, Overheilig en wonderlijk geheim,

Krachtige spijs der onsterfelijkheid , Aanbiddelijk en levendmakend Sacrament, Brood, dat door de almogendheid des

Woords zijt vleesch geworden,

Onbloedige offerande,

Allerzoetste maaltijd, daar de Engelen bij

tegenwoordig zijn en dienen,

Teeken van genade ,

Baud van liefde,

Opperpriester, die zelf de offerande zijt, Geestelijke zoetheid, die in haren eigen

oorsprong gesmaakt wordt,

Verkwikking der heilige zielen,

Teerspijs dergenen, die in den Heere sterven, Pand der toekomende zaligheid,

Wees genadig; spaar ons, Heere!

Wees genadig; verhoor ons, Heere!

Van het onwaardig nuttigen uws ligchaams , en bloeds, verlos ons Heere!

Van de begeerlijkheid des vleesches,

Van de begeerlijkheid der ooger.,

Van de hoovaardij des levens ,

Van alle ketterij, ongeloovigheid en verblindheid des harten.

Van alle oneerbiedigheid en misbruik ten

opzigte van dit heilig Sacrament,

Van alle zwakheden en zonden, die de

-ocr page 155-

149

den Vader en den Heiligen Geest leeft en heerscht in alle eeuwigheid. Amen.

Bid ten slotte drie Onze Vaders en drie Wees geyroete.i en voeg er na den naam van Jesus bij:

1. Die ons de zaligheid van dezen dag nooit

gelieve te laten vergeten.

3. Die ons op ons sterfbed met dit brood dei-

Engelen gelieve te verkwikken. 3. Die ons tot het eeuwige gastraaal in den hemel gelieve te brengen.

-ocr page 156-

146

Geschenk , dat alle volheid te boven gaat, Voortreffelijk gedenkteeken der goddelijke liefde,

Overvloeijende bron van Gods milddadigheid, Overheilig en wonderlijk geheim,

Krachtige spijs der onsterfelijkheid , Aanbiddelijk en levendmakend Sacrament, Brood, dat door de almogendheid des

Woords zijt vleesch geworden.

Onbloedige offerande,

Allerzoetste maaltijd, daar de Engelen bij

tegenwoordig zijn en dienen,

ïeeken van genade ,

Band van liefde,

Opperpriester, die zelf de offerande zijt, Geestelijke zoetheid, die in haren eigen

oorsprong gesmaakt wordt,

Verkwikking der heilige zielen.

Teerspijs dergenen, die in den Heere sterven. Pand der toekomende zaligheid,

Wees genadig; spaar ons, Heere!

Wees genadig; verhoor ons, Heere!

Van het onwaardig nuttigen uws ligchaams , en bloeds, verlos ons Heere!

Van de begeerlijkheid des vleesches,

Van de begeerlijkheid der oogen,

Van de hoovaardij des levens ,

Van alle ketterij, ongeloovigheid en verblindheid des harten.

Van alle oneerbiedigheid en misbruik ten

opzigte van dit heilig Sacrament,

Van alle zwakheden en zonden, die de

-ocr page 157-

149

den Vader en den Heiligen Geest leeft en heerscht in alle eeuwigheid. Amen.

Bid ten slotte drie Onze Vaders en drie Wees gegroete,t en voeg er na den naam van Jesns bij:

1. Die ons de zaligheid van dezen dag nooit

gelieve te laten vergeten.

3. Die ons op ons sterfbed met dit brood dei-

Engelen gelieve te verkwikken, 3. Die ons tot het eeuwige gastraaal in den hemel gelieve te brengen.

---

-ocr page 158-

150

DE VEELMALIGE COIVIMUNIE,

een hoofdzaheHjle middel tot de christelijke volmaaktheid.

I.

OVER DE VRUCHTEN DER H. COMMUNIE.

I»e vruchten, welke de heilige Communie in diengene voortbrengt, welke met behoorlijke voorbereiding en godsvrucht, dus zoo veel mogelijk waardig, het allerheiligste ligchaam des Heeren ontvangt, zijn zoo heerlijk en heilzaam, dat men dezelve niet genoeg prijzen kan. Zes van dezelve zijn bijzonder vermeldenswaardig:

De eerste; De heilige Communie vereenigt ons met Christus, wat Hij zelf duidelijk te verstaan gaf, toen Hij sprak: „ Wie mijn vleesch eet, en mijn bloed drinkt, die blijft in mij en Ik in Hem.quot; (Joan. VI. 57).

De tweede: Zij bewaart en vermeerdert in ons de heiligmakende genade, dat is, zij bewaart ons in de vriendschap en als kind van God, en maakt, dat wij God steeds welbehagelijker worden, en gedurig meer toenemen in alle deugden en goede werken. Want de Heiland zegt: „Wie mij eet, die zal leven om mijnentwil.quot; (Joan. VI. 58); en: „Wie in mij blijft

-ocr page 159-

151

|1

en ik in hem, die brengt vele vruchten voort.quot; (Joan. XV. 5.)

De derde: Zij vermindert in ons de booze lust en begeerlijkheid.

De vierde : Zij schenkt ons meer licht, moed en kracht, om het goede te doen en het kwade te laten.

De vijfde: Zij wischt de dagelijksche zonden uit, en bewaart voor de doodzonden.

De zesde: Zij brengt ons tot de heerlijke verrijzenis en tot de eeuwige zaligheid, naardien de Heiland zegt: „ Wie mijn vleesch eet en mijn bloed drinkt, die heeft het eeuwige leven, en ik zal hem opwekken ten jongsten dage.quot; (Joan. VI, 55.)

II.

OVER DE VEELMALIGE COMMUNIE.

Wie christelijk en vroom wil leven, die moet ook dikwijls, zeer dikwijls tot de tafel van zijnen goddelijken Heer komen, en deszelfs goddelijke spijze genieten, om zijne ziel door dit homelscli brood te voeden en te versterken. Waar wil en zal uwe ziel, mijn geliefde christen, haar voedsel en hare versterking anders gaan halen en ontvangen, dan in dezen oorsprong van alle leven? — Wie godvruchtig, deugdzaam en volmaakt wil worden, die moet de bron des levens, der heilige geestdrift en der sterkte, in en dooide heilige Communie zoeken, en dit des te vaker. hoe meer hij de zwakheid zijner ziel kent, en

-ocr page 160-

15-2

hoe grooter de gevaren zijn, waardoor hij met den ondergang bedreigd wordt. — Komt tot mij, allen die belast en beladen zijt, en ik zal u verkwikken.

Zoudt gij, mijn waarde christen, deze uitnoo-diging van uwen Verlosser en Heiligmaker niet gaarne en blijmoedig volgen ? — Welk eene ondankbaarheid zoude het zijn , deze minzame uit-noodiging af te wijzen! — Zal de christen mogeu hopen eens van zijnen goddelijken Ecgcer de uit-uoodiging tot den hemel te hooren, die op aarde zijne uitnoodiging versmaad heeft ?

Aan dezen wensch en het bevel van Jesus Christus voldeden zijne heilige Apostelen en leerlingen getrouw en stiptelijk, zoo als de heilige geschiedenis der Apostelen het bewijst. — Dezen wensch en dit bevel van Jesus Christus werd ook door alle tijden heen steeds door zijne goddelijke bruid, onze heilige Moeder de katholijke Kerk opgevolgd; het was, is en blijft, van de eerste tijden af, ook haar wensch en wil, haar vermanen en smeeken, dat hare kinderen, de geloovige christenen dikwijls , zeer dikwijls de heilige Communie mogten ontvangen.

In de eerste tijden der Kerk was de dagelijk-sche Communie gebruikelijk. „ Alle geloovigen volhardden eensgezind in het breken des broods en in het gebed.quot; — De menigte der geloovigen waren een hart en eene ziel. (Eand. II. 43.)

Dewijl het getal der christenen echter dagelijks vermeerderde en dezelve te zeer in tijdelijke bezigheden gewikkeld werden , om zich dagelijks

-ocr page 161-

153

behoorlijk te kunnen voorbereiden, en ook laau-vver werden, zoo werd de dngelijksche Communie steeds zeldzamer, en de zon- en feestdaagsche meer gebruikelijk. —

Eindelijk na de vervolgingen verkoelde de ijver der christenen, en de laauwheid nam steeds meer de overhand. En zoo zag de Kerk zich genoodzaakt, om de geloovigen ten minste drie racial 's jaars , tot de heilige Communie te verpligten, namelijk op Pa,chen, P'uiksteren en het feest van de Geboorte des Ileeren. In latere tijden werd eindelijk ook dit gebod tot eenmaal 's jaars, tot Paschen beperkt.

Maar dit bewijst geenszins, dat het meermalen communiceren niet zeer prijzenswaardig is; het dient slechts ten bewijze, dat de ijver, welke in den beginne in de Kerk bloeide, mst den tijd afgenomen en verkoeld is. ,

Eenmaal in het jaar is dus een gebod der Kerk, en de Kerk ziet het gaarne, noodigt ons dringend uit en spoort er ons toe aan , om dikwijls aan dezeu disch der genade te komen. Wie slechts eenmaal in het jaar volgens liet strengste gebod der Kerk aan dc tafel des Heeren verschijnt , die behoort zeker tot de laauwe christenen, en zoo ook niet veel minder diegene, die slechts twee of drie keereu in het jaar heengaat. De heilige Franciskus van Sales wenscht, dat de christen alle veertien dagen de heilige Communie mogt ontvangen; diegenen echter , die zeer ernstig naar de christelijke volmaaktheid streven (en zulks moesten wij toch allen) en een groot verlangen

-ocr page 162-

134

naar tie heilige Communie gevoelen, raad deze Heilige, om alle acht dagen tot de heilige Communie te gaan. De heilige Alphonsus van Liguori heeft verscheidene verhandelingeu geschreven, waarin hij met het getuigenis der heilige Vaders en Kerkvergaderingen bewijst, dat de achtdaagsche Communie nog niet tot de veelmalige Communie gerekend worden kan. Het ware te wensohen dat alle christenen ten minste alle acht dagen tol de heilige Communie gingen. Indien gij liet gaarne zoo dikwerf doen wilt, als het voor mv zieleheil het beste is, dan ontvang de iieiiige Communie zoo dikwijls, als uw biechtvader het u veroorlooft. Zoo heeft het ook onze Kerk bepaald, leder, die het spoor niet bijster wil worden, moet tie gehoorzaamheid beoefenen, moet zich ten eenen raaal aan den biechtvader onderwerpen.

III.

VERMANING TOT HET VEELMALIGE ONTVANGENquot; DER HEILIGE COMMUNIE.

Laten wij ons niet van den weg brengen, niet storen , niet weêrlioudcn door iiot gepraat en de bespotting, door de verachting en vervolging der wereld — wij weten immers, dat de wereld en Christus niet met e.kander overeenstemmen, dat de wereld Christus en zijn goddelijk licht haat en vliedt.

Met de wereld — met de groote menigte mogen wij het immers iu geenerlei opzigf houden,

-ocr page 163-

maar bij de weinigen, bij het kleine getal du ware christenen moeten wij ons aansluiten ui hen volgen; op Jen breedeii weg) die ten ver-derve leidt, mogen wij nimmer gaan, maar op den s ra allen, engen weg moeten wij wandelen — naar den hemel!

— Wij zien toch dagelijks, helaas! maar al te duidelijk met onze eigene oogen , hoe liet u met den levenswandel van zulke wereldsgezinde raenschen uitziet, die zoo zelden tot de tafel des Heeren komen, en zijn goddelijk brood versmaden, zijne artsenij ontvlugten !

Zeer zeker bestaat eene gewigtige, diepe en opmerkenswaardige oorzaak van de steeds meer toenemende zedeloosheid, bedorvenheid en boosheid van onzen tegenwoordige!! tijd — in het steeds zeldzamer, laauwer en onwaardiger ontvangen vau de heilige Sacramenten der Biecht en des Altaars.

O mogt toch slechts het dikwijls ontvaugeu dezer heilige Sacramenten weder meer algemeen en meer gebruikelijk worden, zeker, het zou er weldra beter in de christenheid uitzien. God geve het! 't kan weder zoo worden. — Dan zoude weldra geloof, naastenliefde, rcgtvaardig-heid, eerlijkheid, onderlinge hulp en vertrouwen — ware deugd, waar christendom in 't algemeen , weder voor den dag komen; en daarmede ook ware inwendige en uitwendige vrede, vergenoegdheid en welvaart toenemen, en Gods zegen zigtbaarder en tastbaarder worden! — Juist in de lijden, als het met de godsdienst

-ocr page 164-

156

fin de zeden der christenen het slechtste gesteld me

was, heeft de christelijke Kerk altoos het ijverigste zaa

en nadrukkelijkste op het vlijtig ontvangen der Coi

heilige Communie aangedrongen. en

Vermits wij ook het vurige verlangen van onzen zvvi

lieven Jesus en den innigen wensch en wil van aiji

onze geliefde moeder, de heilige Kerk, zoo gel

duidelijk kennen, wat zou ons dan terug hou- W

den, om aan dit verlangen en dezen wensch te dit

beantwoorden en zeer dikwijls tot de heilige de

Communie te gaan ? Niets — indien onze eigene zo'

traagheid het niet doet. — Voor lasteringen de

zijn wij gedekt door den bijval der geheele on- vo

feilbare Kerk. he

Wacht n echter, christelijke zie! , voor u ra(

zelve, opdat gij in dezen u zelve niet bedriegt; Di

opdat gij door uwe veelmalige Communie den , lie

Heer niet meer oneer, dan eer aandoet. Menige or bedroevende ondervinding bewijst helaas 1 dat

veelmalige Communie en zonde (b. v. eigenzinnig- de

heid , ongehoorzaamheid , zelfbehagen , enz.) ge- w-

paard kunnen gaan. — Beproef n dus, volgens w:

de ernstige waarschuwing van den Apostel w (1 Cor. XI. 38—39) eerst zelve, opdat gij de veelmalige Communie onder hare vijanden niet

nog meer aan afkeuring blootstelt, en n aan ec

den dood van Jesus — en aan het oordeel vt schuldig maakt. Herinner u toch, ik bezweer

het u, dat bij het woord Communie altoos het ei

woord waardig, dat is, christelijk, godvruchtig, v;

is gevoegd geworden. De Communie zonder g

christelijke godsvrucht kan noch eens, noch e

-ocr page 165-

157

Did meermalen Gode aangenaam en den mensch beil-

ite zaam zijn! — Het dikwijls ontvangen der heilige

Ier Communie, en daarbij een laauwe , onverschillige

en ligtzinnige levenswandel, zoude eene groote, eu zwaar te verantwoordene ergernis voor de wereld

nn aljn. — De levenswandel moet met het veelmalig

30 gebruik dezer heiligste spijze overeenstemmen. —

u- Welk een aanstoot en welk eene ergernis zoude

te dit ook voor de wereld zijn, indien de levenswan-

del met de veelmalige heilige Communie niet ie zoude overeenstemmen! Welk een nadeel voor

üi de goede zaak in liet algemeen, welk een beletsel

i- vooral voor de bevordering en verbreiding van

het vlijtig ontvangen van het allerheiligste Sacra-u ment! — Welk eene verantwoording daarvoor ! —

; De wereld oordeelt altoos en terstond streng,

n , liefdeloos en algemeen, oppervlakkig en zonder

e onderscheid.

t Laten wij ons niet van het naarstig ontvangen

der heilige Communie afschrikken door de tegenwerpingen en uitvlugten, die velen maken, en 3 waarmede velen hunne nalatigheid en traagheid

1 willen verontschuldigen , namelijk :

1. Ik hen het niet icaardhj, onzm Keer zoo dikwijls te ontvanyen; ik durf niet, het kon eene oni-ecriny van Jesus, mijnen God, en eene onüieiliging van liet allerheiligste Sacrament zijn!

Geloof mij, mijne ziel, indien gij niet waardig en voorbereid zijt, om uwen Heer dikwijls te ontvangen, dan zult gij het nog minder zijn, indien gij Hem zelden ontvangt. — Hoe veel moeijelijker en slechter zal dan de voorbereiding zijnl Hoe

-ocr page 166-

15b

zal diegene voorbereid zijn tot het ontvangen, die eens of eeuige malen in liet jaar tot de tafel des lleeren gaat, wien dus zeer weinig aan deze heilige spijs gelegen is, zoo als hij door zijn nalatig en zeldziiiim ontvangen duidelijk genoeg te kennen geeft.

3. Ik lieb f/eenen tijd, om mij behoorlijk tot de heilige Communie voor te bereiden!

Deze verontschuldiging en uitvlugt geldt voor God niet! — Men moet den tijd nemen — het zieleheil is en blijft de hoofdzaak, is de eerste en noodzakelijkste bezigheid. — Om te sterven en om voor het oordeel Gods te verschijnen moet men ook den tijd nemen! — Met eenen ernstigen , vasten wil, met eenen waren ijver voor zijne zaligheid, met de genade Gods, laat zich veel moge-lijk, ja zelfs gemakkelijk maken, wat den iwereld-ling onmogelijk schijnt. -- De eerste christenen hadden ook hunne beroepsbezigheden, en zij vonden daarom toch tijd, om zelfs dagelijks tot de heilige Communie te gaan. — God zegent dezen korten tijd, dien wij aan Hem en aan onze arme ziel schenken, rijkelijk, en vergoed denzeiven duizendvoudig. — De Heilige Geest verschaft raad, middelen en uitwegen.

Gij hebt geenen tijd ? •— Indien gij iederen keer, als gij communiceerdet, eenen gulden kreegt, zoudt gij dan niet vaker komen? Misschien kwaamt gij dan alle zondagen, ja zelfs nog vaker; de guldén is u dus liever, dan uw Heiland!

Ö. Ihe zoo dikwijls gaan biechten en communiceren, zijn niet altijd de besten, zeggen vooral die-

-ocr page 167-

159

liu yenen, welke zeiven laauw en nalatiy zijn in hei

es f onivanaen der heilige Sacramenten , om hunne eigent ei- laauwheid te regimardigen.

,ig Dat niet allen, die dikwerf cominunicereu, ook

ii- de beste en godvruclitigste christenen zijn, dat kan

soms wel wezen; ook onder de leerlingen van ie Jesus bevond zich een Judas; doch zijn diegenen

beter, die men zelden aan de tafel des Heeren r ziet? Zouden althans niet allen naar de opge

noemde uitwerkingen van het veelmalige waardige o-ebruik des heiligen Avondmaals de besten kunnen zijn? hebben zij daartoe niet alle middelen aan de hand? — Zijn zij het niet, dan ligt de schuld enkel aan hen zeiven, doch niet aan de veelmalige Biecht en Communie.

4, Ik wil geen zonderlinge zijn!

Dat wil zoo veel zeggen als — ik wil geen waar christen zijn ! — Want ik heb vroeger reeds gezegd, dat slechts verreweg het kleinere getal, het quot;etal der ware christenen is; dat wij het diensvolgens met het grootere getal niet mogen houden. — Geheel alleen zult gij toch de zonderlinge niet zijn , althans eenige zulke zonderlingen zult gij toch overal en altijd aan de tafel des Heeren vinden en aantreffen. — De Heer Jesus, die voor de wereld de eerste zonderlinge was, heeft toch altoos en overal eenigen, die het met Hem houden en zijn woord en voorbeeld volgen. De Heiligen waren louter zulke zonderlingen.

O mogt slechts het getal van zulke christelijke zonderlingen in dezen ongeloovigen en bedorvenen, dreigenden en gevaarlijken tijd spoedig zeer ver-

-ocr page 168-

160

meerderd worden! 't Is hoogst noodzakelijk, om de nakende straffe Gods af te wenden, en nog tc redden , wat te redden is.

Met retjt klaagt een eerwaardig Kerkleeraar op

de volgende wijze:

Ach, hoe veel te meer kan men in onze treurige dagen die klagt uitbrengen!

^Sedert het roemwaardige Sacrament des Altaars verlaten werd, dat alleen de oorsprong van een godzalig leven is , en de dwalenden uit de duisternissen naar het licht voert, namen alle zonden en misdaden de overhand. Met regt worden wij van God verlaten, bedrukt en met allerlei soort van rampen bezocht, vermits wij Hem den lug toekeeren, die in ons midden woont. aar is nu die ijver, waar die goede en heilige werken, waaraan die tijden zoo vruchtbaar waren, toen alle christenen de heilige Communie dagelijks ontvingen ? — O onverschilligheid van onzen tijd! De godsvrucht gaat thans door voor huichelarij , en cfe goddeloosheid neemt steeds meer de overhand ; en worden er hier en daar nog enkele godvruchtige zielen gevonden, die het brood des fevens dikwerf ontvangen, dan zijn zij het mikpunt van den spot en den laster der slechte menschen.

Ook de booze vijand wil ona van het ontvangen van het heilige Sacrament dos Altaars afhouden , wijl hij zeer wel weet, hoe heilzaam deze goddelijke spijze is, en dat de christen, is hij van dit hemelsch voedsel beroofd , steeds zwakker woidt in het goede, zich aan zijne driften en de zonde

-ocr page 169-

161

overgeeft, eu zoo ongemerkt zijnea dood eu ondergang nadert. —

O mijne ctiristelijlce ziel, begin slechts , of indien gij begonnen zijt, zoo ga voort, om naarstig en dikwijls te communiceren; gij zult zelve in korten tijd hel groote, onbeschrijfelijke nut er van ondervinden; smaak en geniet slechts zeer dikwijls dat goddelijke hemelsbrood, en gij zult zien, hoe zoet en heilzaam liet is ; ja, zelve moet gij het ondervinden; beschrijven en verklaren laat zich de noodzakelijkheid en het nut, de kracht en de werking van dit allerheiligste Sacrament zoo niet. —

Mtooggepveseu zij -Iesus Christus

in de instelling van het heilige

AVONDMAAL.

Alles tot meerdere eere Gods,

en tot het heil dek zielen!

-ocr page 170-

1 M H O V U.

Bladz

Onderrigting hoe eeue godvruchtige ziel zich op den voorafgaauden avond tot de H. Communie vooi'-

bereiden kan........................5

Liefderijke woorden van Jesus, tot voorbereiding van het ontvangen der H. Sacramenten der Biecht en

des Altaars..........................7

Gebeden op den vooravond van den H. Com.ju-

niedag............................y

Plegtige eereboete aan Jesus Christus..........'J

Gebeden tot de H. Engelen............11

Verzuchtingen..........................13

Geheimen van den Rozenkrans, als voorbereiding tot

de H. Communie........................15

Litanie van het Geloof....................16

Litanie van de Hoop......................19

Litanie van de Liefde....................23

Biecht-oefeningen.......... . 24

Heilzame lessen en vermaningen tot boetvaardigheid. 24

Gebeden voor de Biecht..................2C

Aanroeping van den H. Geest..............29

Gebed tot de H. Moeder Gods..............29.

Gebed om waar berouw....................30.

Geloof, Hoop, Liefde en Berouw, voor de Biecht . 31.

Slotgebed voor de Biecht....................36.

Gebeden na de Biecht....................3fe,

Morgen-oefeningen op den H. Communiedag 43.

Morgengebed op den heiligen Communiedag . . . 43.

.Morgengebed tot do H. Maagd Maria . ^ . 44.

Gebed tot de H. Engelen..................45.

T)c stem van den H. Engel-Bewaarder op den weg

naar de kerk.............46.

1 )rie vragen, die men voor het ontvangen der H. Communie ernstig ter harte nemen en welker waarachtige beantwoording men grondig overwegen

moet..............................46.

Eerste groet aan Jesus Christus in het H. Sacrament

des Altaars, als men in de kerk komt .... 48.

-ocr page 171-

bladz.

Communie-Oefeningen..........53.

Gebeden onder de heilige Mis, op den dag waarop

men de H. Communie ontvangt......o8-

Drie liefdezuchten tot Jesus, voor de H. Communie. 69.

Gebed bij het heengaan tot de H. Communie . • 70.

Gebeden na de H. Communie.......71.

Onderrigt...............71.

Gebed van den H. Ignatius........72,

Aanbidding r..............73.

Dankzegging.............73.

Blijdschap o.cr het bezit van Jesus, en verlangen

om Hem te behouden .........75.

Besluit om Jesus na te volgen. Opoifering en overgev. 76.

Verzoek om deu zegen bij al onze werken .... 77.

Gebed tot Maria, om zich aan den dienst dezer allerheiligste Maagd toe te wijden .....79.

Godvruchtige gevoelens na de H. Communie ... 81.

Godvruchtige verzoeken na de h. Communie . . 83.

Verzoek om vergiffenis der feilen die men bij de

H. Communie begaan heeft........83.

Verzoek, om nooit weder door eene doodzonde van Jesus gescheiden tc worden........84.

Verzoek, dat onze vrienden aau de vruchten van dit Sacrament deel mogen hebben......85.

Gebed om voor een kruisbeeld te bidden .... 86.

Algemeen gebed om eenen vollen atlaat te verdienen. 86.

Gebed om den allaat voor eenen Overledene op te

offeren...............90.

De stem van den H. Engel-Bewaarder bij het verlaten der Kerk...........•

Tweede Communie-oefening. Als men de H. Mis te voren niet bijwonen kan.......93.

Liefde en verlangen naar den Heiland.....92.

Gebeden voor de H. Communie.......93.

Dankzegging na de H. Communie......98.

Liefdezuchten na de II. Communie......101.

Derde Communie-oefening. Op de Feestdagen

van de allerheiligste Maagd Maria . . . 104.

Gebeden voor de H. Communie.......104.

-ocr page 172-

_

3.

-ocr page 173-
-ocr page 174-
-ocr page 175-

V \

1

'

^ ..

/

.

i.

.

I _

I

I

I

r

.

/

.

. - . 1 - s- ' ;- f

a I

- _

L

quot;A

Ml

_

-ocr page 176-