-ocr page 1-
VERHANDELING
OVER DE HERSTELLING DER
PAARDEN-FOKKERIJEN
IN HET
KONINGRIJK DER NEDERLANDEN.
De aanmoediging is de voedster
\adcr der kunsten.
XjLlvoorens ter zaake te komen, geloof ik hier de
natuur, de eigenschappen en de voordeden te moeten
ontleden van het nuttig dier het welke het onderwerp
dezer verhandeling is, de zeldzaamheid der goede ras-
sen ten toon stellen, de oorzaken daar van ont-
wikkelen , en de zekerste middelen aan de hand ge-
Ven, om dit te verhelpen.
                                        »
Het paard dat door zijne schoonheid, zijne sterkte
en zijnen moed, de medegezel en de vriend van dea
mensch is, moet daar te hoven nog beschouwt worden
als eet» der eerste dienaren van den landbouw en
V*a dea koophandel, een voorwerp zijnde, t«
-ocr page 2-
»
gelijk van nut en van vermaak Is het eene der eerste
grond-rijkdommen van het land alwaar desselfs opvoe*
ding in het bijzonder word gadegeslagen.
In Belgiën, alwaar het zelve in een zeer groot ge-
tal gebezigd word, ontbreekt het zedert zeer langen
tijd : het is algemeen erkend dat in de oorlogen die
sints een eeuw gevoerd zijn men meer dan 35,ooo,ooo
aankopen van vreemde paarden gedaan heeft, eenig-
lijk voor het rémonteren der ruiterij , en dat ojJ het
einde der oorlogen men provintiën gezien heeft, alwaar
de landbouwers op zommige plaatsen verpligt waren,
Wegens de zeldzaamheid der paarden en van het geld,
zich zelven voor den ploeg te spannen. De geldsommen
welken jaarlijks het land uitgaan om uit Denemarken y
Meekelemburg, Holstein en andere gedeelten Van
Duitschland, koets en ruiterij paarden te bekomen, zijn
verbazende. Die, welke gediend hebben tot den aan-»
koop van engelsche jagt en rijdpaarden zijn niet min-
der aanmerkelijk geweest , indien de berekende hoe-
veelheden der fijne en ligte paarden, alsook van de zul-
ken geschikt voor de ruijterij en den arbeid, niet te
vinden zouden zijn dan buiten ons grondgebied , als-
dan zoude er ons niets anders overblijven als zuchten
over de ondankbaarheid onzer luchtstreek : maar indien
de natuur in dit opzight niets aan onze nabuuren
heeft toegestaan het welk zij aan ons zelven niet in
overvloed en mildelijk geschonken heeft, wanneer
wij kunnen mededingen van ons zelven even zulke
sehoone paarden aanteschaffen, en zelfs in dezen loop-
baan verder te gaan dan zij, waarom, in plaats van
bij den vremdeling paardeji aan te koopen, zouden
-ocr page 3-
(3)
wij niet trachten, de zei ven niet alleen te ontbeeren,'
maar die op onze beurt zelfs aan hun te verkopen ?
Het is zeker en algemeen erkend dat de luchlstreek en
het voedsel de algemeene, natuurlijke, en grond-oor-
zaak is van de gedaante en de natuur der dieren ,
met dit onderscheid dat de luchtstreek op hun ca-
rakter werkt, en het voedsel op hunne gedaante. De
luchtstreek der Nederlanden derhalven meer gematigd,
en minder vogtig en nevelachtig zijnde, dan die van
Denemarken, Holland en Engeland , de wijlanden
er even zo gezond , even overvloedig zijnde , is de
zelve veel gunstiger tot het voortbrengen van fijne paar-
den en voor de vermenigvuldiging daar van in 't alge-
meen. Ook is het niet als door verdubbelde oplettend-
heid en zorgen , en door om zo te spreken de natuur
te noodzaken van zig te buigen onder het juk van
eene gestadig volgehoudene en altoos onbuigzame
Werkzaamheid , dat de Engelschen in alle hunne vol-
maaktheid de paarden weten te bewaren de welken
voortgekomen zijn uit een vreemd ras.
Het is dan klaarblijkelijk dat overal waar de plaat-
selijke geschiktheid, het oorspronkelijk merkteeken der
inlandsche paarden; de geldmiddelen en de verkre-
gene kundigheden , de verbetering der zelven met ze-
kerheid veroorloven , zulks een der voorwerpen van
openbare nuttigheid is welke het meest de voortdu-
rende en onafgebrokene oplettendheid der regering
verdient; ook, hebben al de gouvernementen vaa
Europa zich min of meer daar mede bezig gehouden,
en ik heb kunnen opmerken dat zij onderscheidene
voortgingen gemaakt hebben, naar mate van het min
-ocr page 4-
('O
of meer goed sijstëma van verbetering dat zij hadden
aangenomen, en van de standvastigheid waar mede
zij het zelve hadden gevolgd.
In een goed sijstëma van verbetering der paarden y
moet men ten oogmerk hebben de zelve altijd te ver-
Zekeren en meer en meer uit te breijden , en zo al-
gemeen uit te strekken als mogelijk zal zijn. Het gou->
vernement kan niet alles door zich zelven verrichten;
bij gevolge, moet het zich bepalen tot het geven van-
het voorbeeld en het onderwijs y tot het leveren van
oorspronkelijke rassen ter herstelling , en tot het op-<
wekken van de naar-ijver der landbouwers welken zich
aan de opvoeding der paarden kunnen overgeven. Ik<
heb gelooft te kunnen opmerken dat om tot dit laatste
oogmerk te komen, en het geen het moeijelijkst is om
te bereiken , maatregelen van dwang steeds eene weijnig'
gunstige invloed te weeg bragten, terwijl in tegendeel
de vrijheid en de welgeplaatste aanmoedigingen , een
\ee\ zekerde en veel voordeeliger uitwerksel veroor-
zaakten. Het sijstëma welk mij het aanneemlijkste voor?
komt ter verbetering der paarden bestaat dan, voor
ieder gouvernement, i°. in het vinden der voordeed
ligste middelcntot het daar stellen dei voorbeelden wel-
kenhet wil geven; 2°. in het organiseren der zodanigen
welken geschikt zijn ter uitbreiding van het onderwijs,
en de verkregene uijtwerksels te kennen; 3°. in zich
in genoogsame hoeveelheid de beste oorsprongkelijke
rassen ter herstelling aan te schaffen , dat is te zeggen
do meest geschikten tot eene onverwijlde verbetering,
van het inlandsen ras; 4°" in het uitkiezen en in de
pelgepiaatste uitdeling der aanmoedigingen welken
-ocr page 5-
(5)
liet meest geschikt zijn ter opwekking der naar-ijver
van .deze soort van industrie.
Daar te boven , daar de verbetering der dieren
zijne wezentlijken oorsprong aan de wel geordende
gelijksoortigheid verschuldigt is , zo is er niets dat
meerder toebrengt om er den goeden uitslag van te
Verzekeren, dan eene keuze van hengsten de welken
geschikt zijn om gedurig aan het inlandsen ras her-
stellende de eigenschappen mede te deelen. Daar toe
zijn hengsten nodig die van gedaante en maaksel, ge-
noegsaam overeenkomende met dat der merrijpaardeii,
(om geene geboorte van misboude paarden te ver-
oorzaken), de wezentlijke hoedanigheden bezitten wel-
ken de gebreken van het inlandsch ras kunnen ver»
beteren en daar en boven- nog de voordelen vermeer-
deren welken het onderscheiden. De hollandsche koets-
paarden hebben veel overeenkomst met het ras van
Normandie; hebben het ook met de deensche en
meckelenburgsche paarden : de eerste dezer dieren ,
namentlijk die van normandie wel gekozen in de de-
partementen van Calvados of van het Canaal (la
Manche
) zijn de vreemde paarden welkers invoe-
ring men in de eerste linie moet stellen; vervolgens
de gestoffeerde meckelenburgers en de engelsche ge-
stoffeerde paarden. "Wat de zadelpaarden betreft, do
Welken altijd het kleinste gedeelte der kwekerij moe-
ten uitmaken hoofde van de topographische gesteld-
heden van het land, zo zijn het de turksche en en-
gelsche paarden, de welken met den meesten goeden
uitslag in Holland schijnen te kunnen ingevoerd worden.
Eenige arabische paarden zouden zonder twijffel een
-ocr page 6-
(6)
goede uitwerking in de fokkerijen doen ; maar dewijl zij
te verre zijn van de geschikte form voor het inlandsch
ras, zoude het niet dan na verscheijdene voort-telin-
gen zijn dat men het goede op prijs zoude stellen
dat men van hunne te samen koppeling zoude kunnen
verwachten. Het grootste getal van paarden dewelken
gebruikt worden in de fokkerijen en in de depots of
verzamelplaatsen der hengsten moet genomen worden
in het land zelve; en wanneer men de zelve met on-
derscheiding verkiest, zal men zeer goede in Holland
vinden, en vooral in Vriesland en in de landen van
Berg en van Juliers : het zijn boven alles de voeten de
welken men moet trachten te corrigeren; men moet ook
ten oogmerk hebben van wel gespierde leden te vin-
den , en vooral het geene men lijvigheid noemt, in
de paarden de welken men den dienst der hengsten
wil doen verrichten. Door middel der keuze van wei-
gemaakte hengsten, zal het uitmuntend ras der belgi-
sche trek-paarden zig van zelve verbeteren, gelijk ook
door middel van eenige fransche paarden uit de na-
burige departementen van Belgien.
Deze gewigtige operatie, en zo noodzaaldyk in dit
land, zoude voor eerst voorafgaande aankopen van
hengsten vorderen, de welken bijzonderlijk zouden ver-
goed worden door de zuivering der rassen , door de
verbetering der landen wegens de zelven te mesten»
en boven alles door de bewaring der geld-sommen ,
dewelken wij niet meer verpligt zouden zijn bij onze
naburen te doen overgaan, met de welken onvoorziene
omstandigheden en inzonderheid den oorlog alle ge-
meenschap kan afbreken.
-ocr page 7-
(7 )
Alsdan «ouden wij in den boezem van ons eigen
land paarden vinden voor allerlei] gebruik, zonder tot
den vreemdeling, die ons de zelven zeer duur verkoopt
zijne toevlugt te moeten nemen : de buitenspoorige
geld sommen tot het doen dezer aankopen uitgevoerd
bij ons blijvende, zouden zich verspreiden in een on-
eindig getal van handen, zij zouden den landbouwer
in welgesteldheid onderhouden, en hem de middelen
gemakkelijk maken om zig, te kwijten in het voldoen
der lasten van den staat ; want den overvloed van
schoone paarden is eene kostbaare, nationale en grond-
rijkdom aan de welke veel gelegen is voor den land-
bouw , en voor de sterkte van den staat. Deze over-
vloed te doen geboren worden, de rassen te verfraijen
en te volmaken, dit is dienst te bewijzen aan de ge-
heele natie, dit is eene koophandel verzekeren dewelke
medeveel toebrengt tot het voordeel van den akkerbouw;
dit is ons bevrijden ten opzichte onzer naburen van
de zwaarste en nadeligsie schattingen; dit is aan hun
het middel benemen van ten onzen koste de beste
ruiterij te hebben, en niet meer onderworpen te zijn
om hun aftekopen het geene zij ons wel willen overlaten
voor den prijs dien zijn daar opstellen, en nog afte-
hangen van hunne staatkunde en de wisselende om-
standigheden van den oorlog. Er word anders niets
vereischt dan die maatregelen in 't werk te stellen
welken den koophandel kunnen doen bloeijcn, de
ongeschiktheden te vermijden welken de uitgaven
nutteloos maaken , en den goeden uitslag te verzekeren
welken zij moéten voortbrengen.
De beste middelen om te komen tot de zuivering
-5<
-ocr page 8-
(8)
en de verbetering der rassen bestaat in het formeeren
Van paarden-fokkerijen en depots of hengsten-stallen
in Belgiën 5 de fokkerijen, slechts twee in getal voor
het grondgebied, zouden hengsten en merrie-paarden
van de schoonste keuze in zich bevatten, en men
zoude zig toeleggen om in deze établissementen of
stichtingen dieren aan te kweken van de grootste on-
derscheiding ; zij zouden samengesteld zijn uit zestig
hengsten en veertig merrie-paarden. En daar een of
twee dezer hengsten genoegzaam zoude zijn om alle
de merriën te bespringen, zouden de overige in
den sprihgtijd onder de eigenaars moeten verdeeld
en gebruikt worden tot de bespringing der merriën
Van de particulieren en die van hunne geburen,
zodanig dat elk dezer hengsten ten minsten veertig
merriën ieder jaar zoude kunnen dekken. De dépót-
stallen zouden niet dan hengsten in zich bevatten ,
en zouden kunnen geschikt zijn om in ieder zestig te
plaatsen ,• zes dezer stichtingen of établissementen zoude*'
bij provisie genoegsaam zijn. De hengsten daar in on-
derhouden en zorgvuldig opgepast , zouden in den
springtijd onder de eigenaars der merrie-paarden ver-
deeld worden , en zouden, gelijk hier boven gezegt is,
niet alleen dienen om die merriën te dekken, maar
ook nog bij middel van een kleine schatting, kunnen
gebruikt worden ter bespringing der merrie-paarden
der eigenaars van het arrondissement, volgens de aan-
wijzing die daar van zoude gedaan worden door de chefs
dezer établissementen. Tot de samenstelling der paarden-
fokkerijen is een land-goed nodig, voorzien van een
Woon-huis met groote en schoone stallingen. De ge-
-ocr page 9-
(9)
emploijeerden daar toe nodig zijn een directeur, een
inspecteur, een regisseur voor de comptabiliteit of
rekening, en een goede paarden doctor voor de
fokkerijen. De depots moeten slechts ieder eeuen chef,
een boekhouder en een paarden doctor hebben ; voorts,
een palfrenier voor ieder viertal paarden , of voor ieder
agt-tal merrien of veulens die zich in het établissement
bevinden.' De jaarlijksche uitgaven voor het voedsel en
onderhoud van ieder paard, daar onder begrepen de
onkosten der geemploij eerden van alle slag kunnen
begroot worden op 5oo guldens ten hoogsten.
Uit het geene hier opgegeven is volgt dat het ge-
heel der ontworpene établissementen, zonder het tracte-
ment van eenen directeur-generaal en twee inspecteurs-
generaal der fokkerijen de somme van 280,000 guldens
zoude bedragen, en dat men buiten het geene tachentig
merrien zouden voortbrengen als daar toe onderhouden
zijnde, men door het springen van 480 hengsten ieder
jaar 19200 merrien zoude doen bevruchten, zijnde
ten naasten bij het agtste gedeelte van alle de geenen
welken in Holland aanwezig zijn. Wanneer, men der-
halven voorondersteld, dat deze operatie, vervolgt wor-
dende gedurende eenige voort-telingen van paarden,
slechts de waarde van ieder voortbrengsel met vijftig
guldens zoude vermeerderen ( het geen in het minste
niet bij vergroting berekent is), zoude men kunnen
gewaar worden hoe veel de grondrijkdom van het land
zoude aangegroeid zijn , en hoe voordelig de capita-
'?n tot dat einde gebruikt, zouden zijn geweest.
Belasting en Impost.
Er zal eene belastinge gesteld worden op de paarden
-ocr page 10-
( io)
zo wel van die uit de stad, als van het land, ge-
lijk zulks plaats heeft in het hertogdom van Modena
en elders , met dit onderscheid nogtans dat de edel-
lieden het dubbel Van den landbouwer zouden beta-
len. De vermeerdering en de volmaaktheid der paar-
den een algemeen voordeel opleverende, is het gepast
daar het geheele land in te doen deelen; deze be-
lasting zal zijn van twee penningen per franc , vol-
gens eene jaarlijksche repartitie naar gelang van de
rol der imposten : zij zal zeker niet drukkende zijn,
Wanneer men in aanmerking neemt dat de nationale
paarden minder zullen kosten dan die welken van bui-
ten ingekomen zijn, en nogtans, de zelve hoedanighe-
den zullen hebben. Dat men den impost op al de vreemde
paarden vermeerdere , zulks zal de verkoop der na-
tionale paarden in stand houden, en den uitvoer van
het geld beletten. Dezen impost heeft plaats in alle
de staten van het noorden , alwaar de paarden eene der
aanmerkelijkste takken van koophandel met den vreem-
deling uitmaken. Dezen impost zoude niet te zwaar
zijn alwaar het ook dat de zelve over het algemeen
gesteld wierd op honderd franken per hoofd; want
het is onbetwistbaar dat hoe hooger dezelve zal zijn,
hoe meerder den invoer daar door zal verhindert wor-
den , door de vermeerdering der nationale vermenig-
vuldiging van den eene, en de vermindering van de
Waarde der vreemde paarden van den anderen kant,
dewelke noodzakelijk zal gevolgt worden van die der
individus.
Men kan ook nog eene belasting stellen op al de muil-
ezels en ezels, en het zoude zelfs zeer gepast zijn dat de
-ocr page 11-
C »• )
zelve drie, en zelfs het vier dubbel van de belasting
op de paarden zoude uitmaken, ten einde de par-
ticulieren daar door te verpligten van zig bij voor-
keur met de opvoeding dezer laatsten bezig te hou-
den. Er was een tijd waar in de paarden-handel in
Spanjen geheel verlaten was ; en het was alleen door
dit middel in 't werk te stellen dat men dezelve we-
der deed verlevendigen, en door de zodanigen ie
doen betalen de welken een muil-ezel of ezel in plaats
van een paard bereden. De hengst-ezels zullen zig te
gelijk met de hengsten in de depots bevinden , maar
het spring-regt zal gesteld worden op zes franken en
een halve zak haver ; daar te boven zal het aan een
ieder wie hij ook zij verboden zijn hengst-ezels tot
dat einde te houden; op straffe van verbeurd verkla-
ring en van boete.
School van Geneeskunde der paarden.
Eene instelling welke een gelijken tred moet hou-
den met die der paarden-fokkerijen , is die der schoo-
ien van geneeskunde der paarden. Zij zijn nog zeer
beneden het punt van nuttigheid waar toe zij kunnen
gebragt worden ; dewijl aldaar het onderwijs ontbreekt
van een groot getal van hoefsmeden de welken bij ons
op het platte land zo noodzaaklijk zouden zijn, als bij
onze ruiterij. Van den anderen kant heerscht de ver-
ergering overal in het behandelen der ziekten; zij die
het meeste de paarden aanvallen en vernielen, in Vrank-
rijk bekent onderde namen van la morve, Ie farcin,
en het geene men aldaar gemeenlijk noemt Vécart,
zijn tot nog toe zonder hulpmiddelen. Eene zodanige
-ocr page 12-
school wel bestuurd zijnde onder het geleide van een
verlicht directeur en van vier of vijf genoegsaam on-
derwezene professoren, zouden zeer zeker aan dit
dubbel gebrek verbetering toebrengen. Dezelve zoude
een zeker getal van leerlingen kunnen ontfangen die
aldaar zouden gezonden worden uit onderscheidene
gewesten, en aldaar onderwezen op hun eigen kos-
ten of op die van het gouvernement. Deze leerlingen
zouden vervolgens in het land dat hun gezonden had
■wezentlijke en stellige kundigheden te rug brengen ten
opzichte van de beste wijze van behandeling der die-
ren , en van het vernietigen en voorkomen der be-
smettingen , eindelijk ten opzichte van de kunst om wel
de paarden te beslaan, een voorwerp zo gewigtig voor
den dienst waar toe deze dieren geroepen zijn.
Vijftig duizend guldens zouden gemakkelijk toe-
reikende zijn voor het onderhoud van eene school
van dat slag, en in het welk twee honderd leerlin-
gen hun voedsel en het onderwijs zouden kunnen ont-
fangen.
De zekerste middelen welken het gouvernement zou-
de kunnen in het werk stellen ter voorplanting van
het onderwijs , en om onderricht te zijn van de ei-
kanderen opvolgende gemaakte vorderingen zouden te
vinden zijn zo het schijnt , in het samen stellen van
een bewind of oppersten raad voor de paarden-fokke-
rijen , dit bewind zoude bestaan in een directeur-gene-
raal president van den raad , de welke eene corres-
pondentie zoude onderhouden met de hoofden der
établissementen, met de plaatselijke autoriteiten , en
die belast zoude zijn met de geheele groote admi.
-ocr page 13-
( '3)
nistratie, en met de publicatie der instructie» en
advisen welkers verbreiding nodig zoude kunnen zijn;
en twee generaale inspecteurs zeer wel onderwezen
in bet vak der paarden-fokkerijen de welken alle jaa-
ren de établissementen en alle de arrondissementen
zouden visiteren in de welke de verbetering zoude
begonnen zijn. Zij zouden de verkregene uitslagen
onderzoeken , de bestiering der onderscheidene établis-
sementen inspecteeren, en den ijver der eigenaars op-
wekken door woordelijke onderrichtingen welken zij
in hunne ronde zouden verspreiden; deze generaale
inspecteurs zouden ieder jaar stellige aantekeningen
te rug brengen de welke meer en meer den gang
van het bestuur zouden verzekeren. Veronderstellende
bet tractement van den directeur-generaal president
van den raad , op 55oo guldens , en dal van de twee
generaal e-inspecteurs , op 85oo guldens, het welk eene
jaarlijkse uitgave van i45oo guldens zoude veroorzaken.
Het schijnt mij toe dat het gevoeglijk zoude zijn
van aan de paarden-fokkerijen twee onder-inspecteurs
toe te voegen dewelken den rang van capitein zou-
den hebben ; deze onder-inspecteurs zouden tot hulp
van den inspecteur verstrekken, zij zouden gelast zijn
met de details der rapporten enz., zij zouden den
inspecteur vervangen in geval van ziekte of afwezig-
heid, den dienst zoude nimmer lijden, en den gang
van het bewind zou nooit verhinderd worden door
onvoorziene toevallen. Zij zouden cenen stalmeester
onder hunne orders hebben die met rang van adju-
dant-onderofficier de paarden zoude dresseeren, en
de piqueurs commandeeren in escouade geformeerd,
w
-ocr page 14-
C '4)
dezen adjudant-onderofficier zoude de zelven er wan-
deling geleiden, de stallen visiteeren, en de boekjes
der palfreniers controlleeren, hij zou een wakend oog
houden op het roskammen der paarden, op de zin-
delijkheid der tuigen, en op de bewaring en onder-
houding der gereedschappen enz. Zij zoude onder den
militairen stand gerekend worden en deze plaatsen
zouden tot belooning verstrekken aan hun die wel
zouden gedient hebben.
In geval van ziekten zouden de piqueurs en pal-
freniers vervangen worden , door postulerende palfre-
niers , dewelken in de hoop van 't eeniger tijd eene
plaats in het établissement te verkrijgen, verplicht
zouden zijn de paarden te roskammen en den dienst
te verrigten tegens agt stuivers daags; en naar drie
jaaren tijds zouden zij geregtigd zijn van geplaatst te
worden , of het zelve tractement te genieten als de
anderen. Den adjudant-onderofficier zou vijfhonderd gul-
dens in het jaar trekken en de palfreniers vierhonderd
guldens, maar zich op hunne eigene kosten moeten
kleeden.
De voorgestelde middelen ter verbetering, en de
jaarlijksche uitgave de welke hunne invoering zoude ver-
oorzaken optellende, zoude men vinden :
i °., Voor het onderhoud van twee paarden-
fokkerijen en zes hengsten-stallen............ fl. 280,000.
20. School van geneeskunde der paarden.. 5o,ooo.
3°. Directeurs - generaal , twee generale
inspecteurs................................................... i4,5oo.
4°- Aankoop van hengsten....................... 5o,ooo.
5e. Adjudanten-onderofficiers, palfreniers
en bureaux onkosten................................... 10,000,
-ocr page 15-
( «*)
6°. Premien , hard - draverijen , aanmoe-
digingen , enz., enz.................................... 3o,ooo.
Total.......... fl. 434>5oo.
Er zijn verscheidene soorten van aanmoedigingen,
aanwezig, geschikt om de naarijver der eigenaars ter
opvoeding en verbetering der paarden, op te wekken.
De eerste dezer aanmoedigingen zal te vinden zijn in
de jaarlijksche verdeeling van een zeker getal van heng-
sten bij de eigenaars der merrien te plaatsen gedurende
de spring-tijd. De tweede welke de ondervinding be-
wezen heeft zeer krachtig te zijn , is de uitdeeling
der prijzen op vastgestelde dagen en op de kermissen
of groote paarde-markten. De derde is de betaling ee-
ner premie aan de eigenaars de welken een hengst
door het bestuur goed gekeurd, voor den dienst der
merrien van zijn gewest zoude onderhouden. De vierde
moet bestaan in de jaarlijksche verkrijging van eenige
der schoonste mannelijke paarden voortgekomen zijnde
uit de begonnen verbeteringen. De vijfde in jaarlijk-
sche wed-loopen of hard-draverijen op onderscheidene
plaatsen Deze hard-draverijen zouden niet ten voor-
werp hebben de groote snelheid van den galop, maar
die van den draf en van de grootste sterkte der uitrek-
kings-kracht : deeze openbare oeffeningen werken
mede om het belang meer algemeen te maken. De
te geven prijzen kunnen zeer middelmatig zijn, de
wijl de overwinnende paarden in waarde toenemen
naar gelang der hoedanigheden die zij in het worstel-
perk ontwikkelt hebben, en dewijl deze vermeerde-
ring van waarde eene waare premie voor den eige-
naar is.
-ocr page 16-
( «6)
De prijzen zouden in geld zijn , ter waarde van 200
francs, en er zouden jaarlijks vier van de zelven in
ieder provintie uitgedeeld worden, te weten : twee
aan hun die de schoonste veulens zouden aanbieden,
en twee aan die geenen dewelken de twee schoonste
jonge merrij-paarden (poulicfies) van drie a vier jaa-
ren oud, voortgeteeld en opgevoed in de provintie,
zouden ten toon stellen ; men zoude jaarlijks de plaatsen
aanwijzen alwaar men de paarden zouden doen leiden
dewelken men na de prijs wilde doen dingen; de
eigenaars zouden de prijzen ontvangen naar de oor-
dcel velling, en over de paarden naar welgevallen
kunnen beschikken , en zelfs als hengsten verkoopen.
De prijzen maken zodanigen indruk op de landbe-
Vfooners, dat dit middel altoos met een goeden uit-
slag is bekroond geworden in de staaten alwaar de
voortplanting der paarden aanmoediging nodig heeft.
De koning van Beyeren , de keizer van Duitschland,
de koningen van Zweeden, Pruissen , etc. hebben
allen prijzen toegestaan aan de particulieren welken
de beste paarden aangeboden hebben afkomstig uit
de landen hunner heerschappij.
Alle de aanmoedigingen vereenigt tot de verkrijging
van paarden , kunnen uitgewerkt worden door eene
jaarlijksche uitgave van dertig duizend guldens. Wat
de verkrijging der paarden betreft tot vernieuwing der
hengsten van de fokkerijen en depots , men kan deze
uitgave begrooten op 5ooo guldens 's jaars.
Van de Hengsten.
De eenige en wrel onderscheiden soorten van paar-
-ocr page 17-
( »7)
den die wij in Belgiën bezitten bestaan slechts in twee.
De eerste is die geene dewelke bekend is onder de
naam van Brugsche Merrie, waar van geheel het
maaksel schoon is , uitgezonderd het hoofd, en het
Welke uitmuntend is door de vermenging met vreemde
rassen : de Engelsche maken er veel werk van, de
koets-paarden van hun land zijn hunne geboorte aan
dit soort verschuldigt; zij hebben in deze laaste tij-
den veel daar van gekogt en in Engeland ingevoerd.
De tweede is het borinsche paard het welk het ken-
teeken draagt van de armoede der luchtstreek waar
onder het geboren is, het is gehard tot den arbeid,
maar zelf te klein voor de ruiterij. Wanneer men mis-
schien eene groote picardsche merrie door een paard
van dit slag deed bespringen, zoude daar een paard
uit voortkomen het welk het midden zoude houden
tusschen de breton en de normandier ; ik geloof er
zelve de proeve van gezien te hebben.
De paarden van het zuiden zijn onbetwistbaar de
zodanige welken men als hengsten de voorkeur moet
geven 5 de arabische , de persiaansche, de tartaarsche ,
turksche , barbarijsche, spaansche, napolitaansche en
polesinesche paarden, zijn de beste en de meest ge-
schikte voor onze luchtstreek.
Het is een punt van de grootste aangelegenheid
hengsten te hebben van goede edele en zuivere rassen.
Men moet dan in den aankoop daar van zig naar de
spaarzaamheid niet schikken, dewijl men altoos de
hoogste volmaaktheid moet trachten te bereiken. Nim-
mer zal men de zelve te duur betalen als paarden
geschikt tot de voort-teling, tot het vormen van een
-ocr page 18-
( '8)
nieuw ras, en om paarden te kweeken van het eerste
soort. Het oogmerk der fokkkerijen moet minder be-
staan in het verkrijgen van paarden, als ter bekoming
van schoone en goede paarden. De volmaakste oor-
sprongkelijke van beide geslachten zijn van eene
Volstrekte noodzaaklijkheid, en in Europa niet te
vinden. Wij kunnen dezelven nochtans by ons for-
meren 5 maar wij kunnen dit niet doen dan met be-
hulp van de volmaakste hengsten. Het arabisch paard
het eerste paard zijnde van het heel-al, het paard der
natuur, is bijgevolg het eerste dat geschikt is ter be-
reiking van ons oogmerk. De Engelschen, ondanks het
bovenmatig verschil van hunne luchtstreek met die
van Arabien vormde het ontwerp van in hun land,
het ras van dit oord over te planten , er volgde uit
de vereeniging dezer paarden met uitgekozen merriën
van hun eiland , voortbrengsels van de grootste schoon-
heid ; deezen hebben zig vermenigvuldigd zonder ont-
aarting door de naauwkeurige zorg welken zij gedra-
gen hebben van het ras der merriën te volgen, gebo-
ren van arabische paarden , en door de middelen die zij
gebruiken in de samenpaaringen; maar bij gebrek
van het arabisch paard, zijn het de persiaansche,
tartaarsche, barbarijsche en andere paarden van het
zuiden welken men den voorkeur moet geven. Vol-
gen wij het voorbeeld van al de souvereinen van Eu-
ropa , die al de waarde van schoone hengsten ken-
nende, en geen acht gevende op de onkosten om
dezelven te verkrijgen, dikmaals de grootste opofferingen
doen om zig de kostelijkste zaden van de eerste hoe-
danigheid daar van aan te schaffen, en in hunne
"taten in te voeren en te bewaren.
-ocr page 19-
( '9)
De koning van Pruissen deed in het jaar 1788 te
Farijs een arabische hengst koopen voor de somma
van twintig duizend livres. Zelfs heeft men gezien
dat in Engeland gemeene particulieren zich vereenig-
den ter uitrusting van een schip het welk geschikt
Was om een slaaf te ontvangen van den koning van
■Marocco, welke slaaf men omgekogt had om een
paard uit de fokkerijen van dezen vorst op te ligten.
De slaaf en den hengst deeden vijftig uren wegs in
eenen loop, en kwamen in behouden haven. Den
hengst kwam aan de bezitters op tachtig duizend fran-
ken te staan.
De hengsten zullen vereenigt worden in een en
dezelfde bewaarplaats, onder het bestuur van een
inspecteur stalmeester, dewelke voor hun behoud zal
waken, en de toevallen voorkomen dewelkenhun buiten
staat van dienst zouden konnen stellen. In een woord
hun verzorgen en oenenen gelijk het zal behoren.
Het is buiten allen twijflel, dat geoeffend en bere-
den zijnde door iemand van de kunst, buiten de
spring-tijd, zij daar door handelbaarder en meerder
de vrinden van den mensch zullen worden ; hunne
leden in eenen buigzamen staat blijven, hunne be-
wegingen altijd regelmatig, en bijgevolge hunne voort-
brengselen meer volmaakt zijn , het paard aan zijn
afstammelingen de geschiktheid tot verkregene hoe-
danigheden met die van zijne natuurlijke eigenschap-
pen mededeelende. In de spring-tijd zullen zij ver-
deeld worden in de hoofdplaatsen der onderschei-
dene arrondissementen, onder het geleide van hunne
gewoone palfreniers, alwaar zij niet dan het gevraagde
getal merriën zullen bespringen.
-ocr page 20-
(20)
. Dewijl dit plaats heeft voor het vijfde jaar voor dat
men hun den dienst der hengsten doet verrichten,
Want indien men hun een te groot getal van merriën
deed bespringen , zoude men hunnen wasdom ver-
nietigen , hunnen moed en krachten zouden verdwij-
nen ; en op veel na geheel hun wezen niet heb-
bende , zouden er niet dan gebrekkelijke, zwakke
en armoedige voortbrenselen uit ontstaan; het geen
een wezentlijk verlies voor het soort, en eene blijk-
bare verhindering der voortplanting zoude worden;
en alsdan geene vergoeding, geene moogelijkheid,
geene hoop meer om de oorsprongkelijke gebreken te
verminderen.
De merrien die men tot den staat van moeders wil af-
zonderen , moeten zo veel als mooglijk is, overeen-
komstig zijn met den hengst voor de welke men de
zei ven geschikt heeft, en de zelve volmaaktheden be-
zitten die men in hem heeft mogen aantreffen. Het
is van gelijken zeer noodzaaklijk dat zij van een goed
ras, en van eene goede gezondheid zijn ; om goede
voedsters te worden, moet men voor al toezien dat zij
niet aangevallen worden door eenige gebreken in een
van hunne kostelijke organen waar van de werkingen
zo veel invloed hebben op de overeenstemming welke
in de dierglijke oeconomie moet heersenen. De inner-
lijke vereeniging de welke bestaat tusschen de moeder
en het jongske gedurende de wording en zelfs nog
langen tijd na de geboorte , is zo naauw en zo vol-
maakt, dat zij alle de hoedanigheden en eigenschappen
erven van het lichaam waar van zij voortkomen. Het
is dan in de gevestigde fokkerijen, dat men niets moet
-ocr page 21-
l»l)
verzuimen om zig te voorzien van hengsten en merrien
van een edel bloed, van eene volmaakte samenstelling,
en vau tegengestelde luchtstreken , dat de merrien wel
verzorgt, wel opgepast, het voedsel en de rust voor
haar geschikt genietende kostelijke veulens geven; en
het is niet dan in die zelve fokkerijen dat deze zelfde
veulens verzorgt, gevoed en opgehragt gelijk het behoort,
die graad van volmaaktheid zullen bereiken waar voor
cle natuur hen geschikt heeft; bewaard en ontwikkelt
zijnde door de verzorgende hand van den mensch;
het is in de gevestigde fokkerijen, dat de rassen altijd
wel gepaart, en nimmer vermengd met anderen van
mindere zuiverheid, zig in al haare luister zullen
bewaren.
Ik geloof hier te moeten opmerken dat voor de vol-
maaktheid en het welzijn der paarden het te wenschen
zoude zijn dat het gouvernement een stal-manuaal (i)
deet maken ten gebruike der verzorgers van de paar-
den , waar in het onderwijs zoude moeten te vinden
zijn van de bijzondere zorgen die men voor de merrien
moet dragen van het oogenblik haarer bevrugtiging tot
dat, wanneer zij hunne veulens geworpen en ge-
voed hebbende, zij weder in staat zullen zijn van er
anderen voort te brengen; de zorgen de welken de
veulens vereisschen, en de wijze van de zelve te be-
stieren van het oogenblik hunner geboorte tot aan dat
waar in zij tot den dienst van den mensch worden
overgegeven; dit manuaal eindelijk zoude de krach-
(i) Ik heb er een gceindigt bevattende alle de ziekten der paarden
haare behandeling, eu de zorgen -welken men van eenen palfrenier kan
vorderen.
-ocr page 22-
(«)
tigst© geneesmiddelen tegen de meest bekende ziekten
der paarden moeten inhouden; de samenstelling van
dit manuaal of handboek zoude zeer gemaklijk worden
wanneer men het groot getal van oude en hedendaag-
sche werken raadpleegde de welken in het grieksch,
latyn, fransch , italiaanseh, enz., over de paarden-fok-
kerijen geschreven zijn.
Van de Kermissen of Paarde - Markten.
Men zal in iedere provintie kermissen of paarde-
markten vast-stellen en aanwijzen Welke ieder jaar
eens of twee-malen zullen gehouden worden , en waar
op geen andere paarden zullen kunnen aangenomen
worden dan de zulken welken in Belgién geboren en
opgevoed zijn , die de prijs zullen behaalt hebben, of
gemerkt zullen zijn door de regters van den prijs-kamp.
Dit merk op de regtcr bil, zoude niet gegeven worden
dan aan de paarden zonder gebreken, allen roskammer
die zich zoude veroorloven van het zelve naar te ma-
ken , gelijk ook alle andere particulieren zoude stren-
gelijk moeten gestraft worden. Het merk der bekroonde
paarden zoude moeten gesteld zijn op de bil van de
linker zijde om de zelven van de anderen te kunnen
onderscheiden.
Deeze kermissen zouden verscheidene voordeden in
zich vereenigen, die van mede te werken tot de voort-
planting van het soort en de zelve te bespoedigen, die
van zekere middelen ter verkoping op te leveren,
gelijk mede eene bepaalde plaats tot den aankoop; zo-
danig dat zij welken zich paarden zouden willen ver-
schaffen , de zekerheid van schoone paarden te zullen
X
-ocr page 23-
ii](PH,ill.i!lfl.|WMI-'.l»i'1 '......**wmwm~-
(23)
vinden zouden voegen bij die van er te zullen aan-
treffen van een goed soort afkomstig, en vrij van die
gebreken de welken de roskammers zo wel weten te
, verbergen, en die menigmalen ontsnappen aan het
oog van den volmaaksten kenner.
Pit merkteken het soort aanwijzende, zoude men
ten minsten het voordeel hebben van dat geene te
koopen aan het welke men de voorkeur zoude
geven, en men zoude niet blootgesteld zijn van een
paard van een slecht ras voor dat van een zuiver ras
te nemen. De koper het minste gevaar niet loopende ,
zoude zijn geld met vertrouwen besteden , en zoude
de zekerheid en de voldoening met zig dragen van in
zijne aankoping niet bedrogen te zijn geweest. De voe-
der , zeker van den aandagt te vestigen op zijne kwee-
kelingen , zoude dezelven niet alleen naar deze ker-
missen geleiden , maar zoude daar te boven alle zijne
zorgen aanwenden om er te vormen welken waardig
zouden zijn van aldaar aangenomen te worden, en
alle de zodanige verwerpen welkers gebreken aan de
vereischte hoedanigheden daar van zouden uitsluiten ;
op deze wijze zouden alle de gebrekkelijke paarden
langsamerhand verdwijnen, en vervangen worden door
die schoone modellen de welke tot het vermaak, de
bewondering en het nut der kenners te verstrekken.
Wed-loopen of Hard-draveiijen.
De instelling der wed-loopen of hard-draverijen is
de weg die het zekerste lot de volmaaktheid en tot
de instandhouding der rassen kan geleiden. Dit mid-
del is zelfs genoegzaam om de eigenaars op te wekken
_^*v„..
-ocr page 24-
trni hunne morgen op dit punt interigten. En inder-
daad , hoe zouden men kunnen weigeren van geloof
te geven aan de blijkbaarheid welke bewijst dat door
dit middel alleen de paarden van het bloed in Enge-
land , ondersteund en gelijk vereeuwigt wórden, dat
het daar door is dat de soort geheel verandert is, en
dat het gebrekkelijk en verachtelijk soort dat deze
voorafging geheel verdwenen is ? Het slag van paar-
den in America is aldaar verbeterd, sedert dat desselfs
inwooners de wed-loopen in hunne colonien hebben
ingevoerd , en men ziet het zelve daaglijks in vol-
maaktheid toenemen. Virginien, Marijland etc, leve-
ren paarden op de welken in niets moeten zwigten
voore die van Groot Brittaniën.
De wed-loopen zijn voordeelig voor het land alwaar
de zelven zijn ingesteld , gevende aan de zelve altijd
een wezentlijk overwigt op zijne naburen , het zij
Voor den paarden-handel ] het zij voor eene uitmun-
tende ruiterij te hebben. Zij hebben bovendien nog
het voordeel van een zeker middel aan te bieden om
een paard te waarderen, zich van zijn sterkte en
goede organisatie te verzekeren. Een paard kan niet
loopen dan naar mate van zijn sterkte , van zijn rib-
ben en van zijne dij-spieren; zijn snelheid is altijd
evenredig aan de veerkracht dezer deelen ; het kan
de snelheid zijner loop niet volhouden dan door
eene goeden adem, en door eene uitstekende inwen-
dig organisatie. Het paard dan dat de prijs zal Weg-
dragen , zal al de hoedanigheden bezitten dewelkeri
in een hengst vereischt wórden.
Niet beter voorzien zijnde van koets dan van zadel-
W.
-ocr page 25-
(25)
paarden, en beide even noodzaaklijk zijnde, is het
regtmatig van prijzen toe te staan aan hun die de
eerstgenoemde zullen aankweeken, en wagen-loopen
in te stellen waar in men de zelve onpartijdigheid
ïal in acht nemen dan ten opzichte van de wed-
loopen der paarden en waar in men dezelve voor-
delen zal vinden. Alle moeilykheid, allen dwang, alle
yoorkeur zal daar uit verbannen zijn. De prijskamp zal
volstrekt vrij zijn voor ieder een ; de persoonen , ran-
gen en qualiteiten zullen vergeten zijn ; de paarden
van den eenen en van den anderen zullen in het
Worstel-perk kunnen treden , op hunne rechte waarde
geschat worden , en volgens hunne uitstekendheid. De
wagen-loopen zullen plaats hebben van de maand april
tot aan de maand van october inclusif, men zal daar
toe bij voorkeur de feestdagen uitkiezen , wanneer men
het tijdverlies van de inwooners der plaatsen waar
deze wagen-loopen gehouden worden zoude vreezen.
Geene vreemde paarden zouden mogen mededingen;
die van nationale oorsprong en opvoeding zouden
alleen ontvangen worden door middel van het merk-
teken der fokkerij waar uit zij gekomen zijn , en van de
prijs welke zy verkregen hebben als het schoonste
veulen geweest zijnde , of van dat het welk men hun
gegeven heeft om op de kermissen of paarde-markten
ontvangen te worden,
Formeering der Officieren voor de P aarden-fokkerij en.
De militaire formen moeten bij voorkeur in acht
genomen worden voor deze instellingen, dewijl in.
een werksame en omslagtigen dienst een ommidde-
Hjke gehoorzaamheid vereischt word.
-ocr page 26-
( *6)
Rangen en voorrechten van de Officieren der Paarden-
fokkerijen.
De commissaris zal den rang hebben van colonel,
en van generaal major naar zes jaaren dienst. De ge-
neraal-inspccteurs die van lieutenant-colonel van de
ruiterij; naar zes jaaren dienst die van colonel, en
naar tien dienst jaaren de rang van generaal-major.
Gelijk deze officieren hunnen dienst aan den Staat
zullen vervolgen, en de zelve zeer voordeelig dienen,
zal het zeer wel gepast zijn hun in het vervolg hooger
graden te geven dan zij hadden bij het verlaten van
dcfokkerijen. De beweegreden eener prijsbaare eerzucht
zoude zich op deze wijzen voegen bij die van een
belang het welke men niet zoude kunnen misprijzen, in
Waardige onderdaanen om naar plaatzen te streven ,
Welken de belooning door den Souverein toegestaan
vermeerderende , het gewigt van de lasten der pen-
sioenen waar mede den Staat bezwaard is zouden ver-
minderen ten opziehte der officieren aan wien de zelven
gegeven worden. En de welken door deze plaatzen
zouden geholpen zijn.
Uniform.
Het kleed zal van groenlaken zijn, met roode easimir
gevoerd en gelijk voor de jagers gesneden; met roode
opslagen, kleppen en kraag, gilet van de zelfde cou-
leur met twee rijen kleine knoopen , op zijn hongaarsch
getresseerd , groene gegalonneerde pantalon, zilvere
epaulette en dragon, de knoopen zullen van zilver
zijn; vertoonende een ongetoomd paard, met het devies:
pace et lello cequè uti/is, of liever ; semper utilis.
-ocr page 27-
Ik heb deze verhandeling te Parijs gemaakt» al#a*ai*
ik in mijnen arbeid ben geholpen geworden door mijn
vrind den Heere ridder Goubault, chef decabinetvan
Zijne Excellentie den minister van Binnenlandsche
zaken, de welken door zijnen post als chef de division
in het ministerie in betrekking stond met de meest ver-
lichte persoonen in het vak der paarden-fokkerijen ,
hij bood mij aan den geleerden en zedigen Heer
Sylvester, dewelke zich verwaardigt heeft van mij
deelgenoot zijner lange ondervinding te maken , de-
welke mij nog veel onschatbaarder moest voorkomen
dewijl hij het opzigt over de fokkerijen had; onder
zijne bescherming had ik het gemak van in conversatie
te komen met de meest verlichte inspecteurs dier in-
stellingen in Vrankrijk, en in het bijzonder met den
heere ridder de Boiseuil, stalmeester van Zijne Majes-
teit Lodewijk den XVIII. Zij hadden de goedheid
mij alle mooglijke aanwijzingen te geven , lenende mij
alle de geschrevene aantekeningen op de fokkerijen en
op de verbeteringen der paarden in Belgiën. Het is
mij gelukt het rescensement van alle de paarden in
Holland en in Belgiën van den tijd van Buonaparte
te bekomen. De zo zeldzame en gezogte werken van.
den heer Huzard, hebben mij oneindig verlicht. Mijne
verhandeling , ik durf dit zeggen , is de schets van het
geene het beste over dit vak geschreven is geweest,
en het plan daar van is mij aan de hand gedaan door
den heere Sijlvester, die zekerlijk een dier mannen
welke zig daar op het best verslaan en die mij het
meest geholpen heeft. Mogt de openbare bekentenis
die ik daar van doe hem ten hoogsten al mijne dank-
baarheid bewijzen!
-ocr page 28-
( *8 )
• Zijne Majesteit de Souvèrein der Nederlanden,
heeft mij zijne begeerte om een plan van de middelen ter
verbetering van het ras der paarden van Belgiën van mij
te hebben , te kennen gegeven in een gehoor dat hoogst
dezelve zich gewaardigt heeft mij toe te staan. Door
hem aangemoedigt, heb ik deze verhandeling gemaakt.
Ik zoude mij gelukkig achten indien de zelve aan mijn
land nuttig konde zijn , en aan mijn Vorst mijne ge-
hoorzaamheid aan zijne bevelen , en den diepen eer-
bied bewijzen van zijnen getrouwen onderdaan.
F. DE KERCHOVE , graaf van liet heijlig
roomsch Rijk, baron van Exaarde, ridder van
Malüia en gewezen lieutenant-colonel van de
ruijterij.
ck^t S<*2