'^:. ':^:2ef%: DEE HEILIGE MAA.GDEN r' :-^;:

r -Êertilia, Eutropia -1 quot;ffenovsTa, '

tbr» - :;|

IN. J)E NiRUWB, KAPfili ''J'

^k.. . T£ SWARTBRQEK BIJ WEERT .

®:.:^ gt; ^?

gt;a ?^f' iV ^ ' i V .Jl'

\ UXDEll DES NAA.M, VAS--' v yj'

, 7 1MB

^quot;TSsr-- '. ■

v:%-/.. . Tüff: nw... KM

De heilige maagd Bertilia is in Frank-rijk geboren van zeer edele, rijke en godvruchtige ouders; van hare kindschheid af toonde zij reeds eene groote genegenheid tot de deugd, en eenen buitengewonen afkeer van de wereld, derzelver jjdel-

Iheid en vermaken. Verslonden in de liefde tot Jesus-Christus haren God en oppersten Heer, trachtte zij hem gedurig te behagen en verzuchtte aanhoudend hemheid en vermaken. Verslonden in de liefde tot Jesus-Christus haren God en oppersten Heer, trachtte zij hem gedurig te behagen en verzuchtte aanhoudend hem

Ieens te mogen bezitten in den Hemel. Bidden, overwegen, Jesas-Christus gaan bezoeken in zijn heilig Sacrament van liefde, het woord Gods aanhooren, de godsdienstoefeningen bijwonen, waren hare dagelijksche bezigheden. Ook naarmate zij toenam in jaren, groeide zij aan in genade en liefde tot God, want zoo-lt; haast onze heilige vernomen had dat de ' maagdelijke staat aan Jesus-Christus zeer eens te mogen bezitten in den Hemel. Bidden, overwegen, Jesas-Christus gaan bezoeken in zijn heilig Sacrament van liefde, het woord Gods aanhooren, de godsdienstoefeningen bijwonen, waren hare dagelijksche bezigheden. Ook naarmate zij toenam in jaren, groeide zij aan in genade en liefde tot God, want zoo-lt; haast onze heilige vernomen had dat de ' maagdelijke staat aan Jesus-Christus zeer k behaagt, en dat de allerheiligste maagd , Maria zelve aan God eeuwige zuiverheid i had beloofd, nam zij voor van hetzelfde I te doen ; zij deed die kloekmoedige be-V lofte van hare teedere jeugd, zij droeg haren maagdom aan den Heer op en

stelde zich onder de machtige bescherming van de allerzuiverste maagd Maria, ten einde hare belofte ongeschonden te bewaren.

Toen nu de heilige Bertilia ouder geworden was, werd zij door eenen zeer edelen, zeer rijken en tevens zeer deugd-zamen heer, met name Guthlandus, ten huwelijk verzocht, zij werd zelfs door hare ouders daartoe aangespoord en gepraamd ; doch, daar zij wel wist wat zij van jongs af aan haren God beloofd had, te weten, van Hem alleen tot bruidegom te verkiezen, zoo nam zij het besluit haar ouders huis te verlaten en elders in eene wildernis, eenzaam en onbekend, haren God heiliglyk te dienen; maar de zwakheid van haar geslacht, en de groote achting en liefde tot hare ouders, wederhielden haar. Eindelijk, na lang in stilte gezucht en vurig gebeden te hebben, gaat zij, vol betrouwen op God zijne Moeder, het huwelijk aan met dien genoemden godvreezenden heer. Op den bruiloftsdag begon de vrome bruid te spreken met haren bruidegom over den maagdelijken staat; zjj toonde hem hoe waardig en zalig die staat is, en hoe hij van God eeuwiglgk beloond wordt in het «nder leven. Met den bystand des hemels

gelukte 7.\} er in hem door hare welsprekendheid, verdiensten en gebeden daartoe over te halen. Beiden deden aldus belofte van eeuwige zuiverheid, heiligheid en rechtvaardigheid. Zij besteedden hun groote rijkdommen in kerken en godshuizen te ondersteunen en te stichten, in arme menschen te spijzen, naakten te kleeden, zieken te bezoeken en andere diergelijke stichtende en heilige werken te oefenen, tot dat het eindelijk God behaagde door de lichamelijke dood, den god vreezen den echtgenoot in den hemel te aanvaarden.

De H. Bertilia nu tegelijkertijd weduwe en maagd zijnde, gebruikte al hare rijk-^ dommen om verscheidene kerken, mannen- en vrouwenkloosters op te richten. Zij behield enkelijk haar erfgoed Maroeul genaamd, waarop zij eene kerk deed bouwen en er eene cel aanvoegen. In . deze eenzame cel leefde zij als eene non • een meer engelsch dan menschelijk leven en bracht hare dagen en nachten over in de beschouwing en het gebed. Zoo is het eindeljjk gebeurd dat zjj op zekeren nacht, meer dan naar gewoonte biddende en . wakende, ten laatste geheel vermoeid, _f zich tot de rust begaf ; toen zij wakker werd, gevoelde zij hare lichaamskrachten teenemaal bezwjjken, doch niettemin vol-

hardde haar geest altijd in het gebed ; in dezen toestand ontvangt zi] de laatste heilige Sacramenten van onze moeder de heilige Kerk, en zachtjes verzuchtende tot haren God en zijne barmhartigheid aanroepende, beveelt en geeft zij hare schoone ziel in de handen des Heeren. Haar lichaam werd zeer plechtig begraven in de kerk van Maroeul, alwaar Ful-bertus, bisschop van Kamerijk, later een vrouwenabtdij deed oprichten.

Terstond na hare dood is zij vermaard geworden door menigvuldige en klaar-blijkeliike mirakelen. Van oudtijds heeft men haar aangeroepen even als hare twee andere gezellinnen, Eutropia en Genoveva, en heeft men door hunne machtige voorspraak hulp gevonden, en nog dagelijks worden er menschen genezen van zoo menige ziekten en kwalen, als van oogziekten, borstkwalen, maagpijn, haitziekten, kwade koortsen, gt; geelzucht, keelpijn, nervenziekten, breuken, ziekten der kleine kinderen, ziekten der paarden, enz., hetwelk alles blijkt uit de geschriften der voorgenoemde abtdij. Daarenboven is zij ook eene groote patrones tegen bliksem, donder, tempeesten en onstuimige weders.

lia ons geenzins ztil, baten, zoo wij niet ophouden van zondigen en hare deugden en heilig leven, volgens ons krank vermogen, niet trachten na te volgen. Immers du heiligen kunnen ons niet helpen als door hunne voorspraak bij God; de heiligen moeten van (rod verzoeken hetgeen wij van hem gaarne zouden bekomen en God moet ons dat geven. Maar God zal niet haast iets geven aan een mensch die vrijwillig in staat van doodzonde eene vrijwillige begeerte of genegenheid behoudt ; want zulk een mensch is vijand van God. Willen wij dan door de tus-schenkomst van de heilige Bertilia, Eutro-pia en Genoveva, iets van God verkrijgen en leven wij in staat van doodzonde, zoo moeten wij eerst door eene goede biecht en door het waardig nutfen van Jesus-Christus, ons daartoe bereiden en aldus bereST zijnde, onzen nood en onze verlangens aan de heilige maagden voorstellen, om door hunne machtige voorspraak van God geholpen en genezen te worden, zoo naar ziel ais naar lichaam.

üe feestdag der H. Bertilia wordt gevierd te SWARTBROEK in de Kerk, den 2 Woensdag in de maand Juni, de Rehq.uiëu worden vereerd eiken Woensdag na de Mis.

De heilige Eutropia was de zuster van den heiligen Nicasius, bisschop van Rheims, in Franl%ri]k. Zij was eene maagd ran eene uitstekende heiligheid Van hare jeugd af werd Eutropia, door de lessen en de voorbeelden van haren heiligen broeder, gevormd tot den dienst van God. Ook groeide zij in onschuld op, en hare godsvrucht werd grooter, naarmate zij toenam in jaren ; zij was verstandig, schoon van gestalte, zedig en ingetogen, z;j diende God en de heiligen met veel liefde en trouw, met een groot verlangen om deelgenoot te worden in hun lijden voor Christus, en haren goddelijken Zaligmaker welhaast te mogen bezitten in zijn rijk. Wanneer omstreeks het jaar 453, Attila koning der Hunnen, die om zijne barbaarsche wreedheid, de geessel Gods wilde genoemd worden, reeds de steden Trier, Tongeren, Utrecht, Kamerijk en meer andere steden ingenomen en verwoest had, trok hg met een ontelbaar leger op Kheims af om eveneens deze stad te overweldigen en te verwoesten. Bjj het naderen van den vjjand had de H.

Nicasius zich met zijne zuster Eutropia in de kerk van Onze-Lieve-Vrouw begeven, waar nog vele andere kristenen vergaderd waren ; aldaar wierd de heilige man overvallen en met al de aanwezige christenen door de barbaren op de allerwreedste wijze gedood. Eutropia alleen werd om hare schoonheid gespaard ; doch de wijze maagd, het inzicht der barbaren wel kennende en hunne vleierijen meer vreezende, dan hunne barbaarsche wreedheid, riep kloekmoedig uit : «dat «zij liever had te sterven, dan hare zuiverheid of haar geloof te verliezen ! dat «zij aan Jesus-Christus toebehoorde, en «aan een ander zich nooit zoude over-«geven.»

Nauwelijks had Eutropia die geloots-belijdenis gedaan, of zij werd wreedelijk vermoord, en ontving alzoo, evenals haar heilige broeder en de aidere geloovigen, de kroon der marteldood. De H. Eutropia en de H. Nicasius werden begraven op het kerkhof van Sint Agricola. Later heett men hunne heilige overblijfsels vervoerd naar andere kerken van Frankrijk en België, alwaar God niet ophoudt dezelve, door een buitengewonen toeloop en door menigvuldige mirakelen vermaard te maken en te verheerlijken.

De heilige Eutropia, evenals de H Bertilia en Genoveva, heeft van oudtijds getoond en toont nog dagelijks, dat zij niet te vergeefs aangeroepen wordt, als patronessen tegen alle ziekten en men-schelijke kwalen, als hartziekten, maag-en borstkwalen, kwade koortsen, geelzucht (geelverf), oogziektens, nervenziek-ten, huidziekten, keelpijn, ziekten der kleine kinderen, enz.

Hare marteldood had plaats ten jare 453 don 14 December, het is ook op den 2 Woensdag der maand Juni dat haar feest gevierd wordt in de Kerk te Swartbroek.

ue begankenis evenals die der twee andere maagden, is op heilige Drievuldigheidsdag, beginnende reeds Zondags voor heilige Drievuldigheid en eindigende Zondags na heilige Drievuldigheid; gedurende deze veertien dagen blijven de relikwiëen der vermaarde maagden uitgesteld ter vereering der overgroote toe- * loop der menigte menschen, die van alle gewesten er zich jaarlijks naar toe begeven.

Mochten alle christenen den heldenmoed van de H. Eutropia navolgen en diep in kunne harten prenten die kloek' moedige woorden: «Liever sterven dan de zuiverheid of het geloof te verliezen, ik behoor aan Jesus-Christus toe en ik

zal mij nooit aan een ander geven.» Al wie ooit den heiligen Doop ontvangen heelt, heeft zich aan Jesus-Christüs verloofd en behoort daarom aan den heiligen Verlosser toe; omdat hij door dit Sacrament een lid geworden is van dat lichaam welks hoofd Jexus-Christus is, namelijk een lid der katholieke kerk ; bijgevolg mag hij zich aan niets dat aardsch en vergankelijk is hechten dat wil zeggen, hij mag niets op aarde meer beminnen dan zijnen God en Zaligmaker Jesus-Christus. Wie iets meer bemint dan mij, zegt de goddelijke Leermeester zelf, die is mijner niet waardig Ieder christen moet alzoo, omdat hij gansch aan Jesus-Christus toebehoort, liever alles in de wereld, vader en moeder, broeder en zuster, ja zelfs het leven verliezen dan zijnen God en Zaligmaker Jesus-Christus belee-digen, of iets doen waardoor hij zijne genade, zijne vriendschap, zijn rijk, de vriendschap der heiligen, in een woord, waardoor hij alles verliezen zou. Ik behoor aan Jesus-Christus toe en ik zal mij nooit aan een ander geven! Mochten toch de jongmans en de jonge dochters dit antwoord geven aan den schandolij-ken verleider, die hen tot plichtverzuimenis en tot zonde wil overhalen! Mocht

de gierigaard zich deze woorden herhalen, als goud en zilver, geld en goed, zijn hart tot zich trekken en hem van God verwijderen willen ! Mochten alle christenen met deze schoone spreuk als met een schild, elke verlokking tot zonde tegen gaan ! Mochten zi] bij elke opwelling van zandige driften in zich zeiven zeggen, en dan ook dikwijls herhalen : «Ik behoor aan Jesus-Cliristus en ik zal j mij nooit aan een ander geven.» Doe dit en gij zult wel leven, wel sterven en even als Eutropia den hemel erven.

De heilige maagd Genoveva; die door zulke schitterende wonderen beroemd is, werd geboren in de nabijheid van Parijs, te Nanterre ton jare 422. Hare godvreezende ouders legden, door hare zorgvuldige opvoeding, den eerste grond tot hare toekomstige heiligheid. De handarbeid en het gebed waien hare liefste bezigheden, reeds in de teedere jaien der kindschheid. De onschuld die uit hare oogen blonk, de zedigheid die in haar geheel uiterlijk gedrag heerschte boezemde aan eenieder hoogachting en lietde in. Zij was nauwelijks acht jaren oud, toenquot; de H. Germanus, bisschop van Anxerre. iu haar reeds den rijken schat der goddelijke genade ontdekte, die te lezen was op het gelaat van deze jonge bruid van Jesus-Christus. Gelukkig zijt gij, aldus sprak hij tot hare godvruchtige ouders, dat gi| aan zulk een engel het leven geschonken hebt. Draagt alle mogelijke zorg voor de opvoeding van dit onschuldig kind. God heeft zich hetzelve tot een offer uitverkoren. En de jonge Genoveva vermaande

bji de ydelheid der wereld zorgvuldig te 1 vermijden en zich geheel toe te wijden : aan de deugd, die alleen ons vergenoegt i en gelukkig maakt. Hij gaf haar een 1 koperen penning, waarop het teeken des H. Kruis gegraveerd was ; en dit klei- ; nood droeg zij in het vervolg, met verachting van alle andere versiersels on-ophoudeli]k aan haren hi¹ '

en gelijk zij toenam in j groeide zij ook aan in gcimuo en ju liefde tot God. In haar vijftiende jaar legde zij reeds in de handen van den | bisschop van Parijs, de belofte van eeuwige zuiverheid af, on ontving van hem den maagdelijken sluier om dj verma- • ken en de dwaze ijdel heden der wereld 1 voor altijd te verzaken. Daar zij zeer . wel wist dat de zuiverheid zooals een % teedere roos die pas ontloken is, door den vergiftigden adem der zonden ligt verslenst, en bij een gemakkelijk en rustig leven, spoedig haren glans verliest, zoo leefde zij in de grootste strengheid en eenzaamheid. Garstenbrood was hare J spijs, water was haar drank en de Moote T aarde haar bed. Niet te vreden met de zuivere vreugde welke de deugd verleent

voor zich zeiven te genieten, zoo werd zij door eenen heiligen liefde-jjver ontstoken, om ook anderen de zoete vruchten van een godsdienstig leven te doen smaken. Zij werd alles voor allen, om allen voor Jesus te winnen. Maar hoe zuiverder en schitterender de deugd zich vertoont, des te minder zal zij den laster kunnen ontgaan, zoo moest dan ook Genoveva dezes giftige en smartelijke beten gevoelen. Men jouwde haar niet alleen uit voor eene huichelaarster, maar zelfs men schaamde zich niet haar de schandelijkste ondeugden te verwgten. Doch Genoveva, zich gelukkig achtende voor den naam van Jesus te lijden en vervolgd te worden, nam deze gelegenheid waar, om.deheldhaitige daden van ootmoedigheid en geduld uit te oefenen.

Nadat hare deugd eenigen tijd als in een vuur was beproefd geweest, kwam zij uit die zwarte lasterwolken, evenals de zon na een onwdder nog luisterrijker te voorschijn. God beschaamde op eens hare lasteraars door verscheidene wonderwerken, die op hare voorbede geschiedden.

Tweemaal was deze heilige maagd de redster der stad Parys ; toen de honger in deze volrijke stad op 't gruw-

zaamste woedtle, werd deze plaag door 't gebed van Genoveva op eene wonderbare wijze verwijderd. Attila, koning der Hunnen, die om zijne barbaaische wreedheid de geessel Gods wilde genoemd worden en de steden Tongeren, Utrecht, Trier, Kaïnerijk, Rheims en meer andere steden, ingei.oraen en verwoest had, en H. Eutropia zooals wij in hare levensbeschrijving hebben gezien, zoo wreedelijk vermoord had. Attila, die met zijn woedend leger, gelijk eene overstroomende rivier, overal schrik en verdelging aanbracht, ging eindelijk ook Parijs aantasten, om op de puinhopen van deze stad, den zegepraal zijner gruwzaamheid te vieren. Maar het gebed van de El. Genoveva hield hem terug, hij trok henen langs de muren van Parijs, en werd, gelijk deze heilige maagd aan de burgers voorzegd had, tegen zijn eigen voordeel en voornemen naar an- ! dere slreken gedreven.

Nu had Genoveva zoowel door haren heiligen levenswundel als door deze en andere wonderbare voorvallen, een buitengewoon aanzien verkregen ; zij werd hoog geschat van eenieder ; zelfs de nog _;heidensche koning Childeric droeg haar achting en eerbied toe. Maar Clovis de

eerste christene koning in Frankrijk, had zooveel ontzag voor haar, dat hij haar niets kende weigeren, en op haar verzoek eene kerk liet bouwen ter eere van de HH. Petrus en Paulus. Haar naam en de roem van hare heiligheid drong door tot zelfs inde afgelegene streken, zoodat Simon Stylites zich dikwijls in haar gebed aanbevool. Zjj was bezield met eene teedere godsvrucht tot de allerheiligste maagd Maria, alsmede tot den II. Marti-nus en den H. Dionysius.

Eindelijk wenschte zij ontbonden te worden en met Christus te zjjn. God verhoorde haar gebed en zij ging in 't jaar 512, het SO'quot; van haren ouderdom tot God, dien zij zoo hartelijk bemind had op aarde.

Na haren dood is zij, om den bgzon-deren glans van hare heiligheid en om hare verscheidene wonderen waarmede God haar verheerlijkt had, tot patrones der stad Parijs verkozen geworden, welke aan haar, met dankbaarheid de redding uit verscheidene gevaren toeschrijft, onder anderen de merkwaardige bevrijding van die vreeseliike ziekte, die in het jaar 1130, eene onteibare menigte wegsleepte bij het overbrengen van hare relikwieën; naar de hoofdkerk, kregen omtrent vier

duizend zieken hunne gezondheid weder. Deze wonderbare gebeurtenis is onder-zoclit geworden door den Paus Innocen-tius li, die het volgende ,jaar naar Frankrijk kwam en dezelve waar heelt bevonden ; waarop hij ook bevolen heeft dat de gedachtenis daarvan jaarlijks zoude gevierd worden op den 'iONoveuiber.

Haar graf is naast dat van den koning Clovis. Zoo vond eene arme maagd hare rustplaats naast een der grootste koningen, en bij het graf van Clevis gaat men onverschillig voorbij, daarentegen knielen vorsten en volkeren uit eerbied voor 't graf van de H. Genoveva neder, en roepen hare voorbede in. Zoo klein en nietig is alle wereldsche grootheid ! Zoo groot en onvergankelijk is integendeel de heerlijkheid van hen, die met Jesus-Christus over de wereld zegepralen.

De heilige Drie-G» zusters hebben dan de H. Genoveva even als de II. Eutreupia en Bertilia, sedert eeuwen, door menigvuldige en buitengewoone weldaden begunstigd, al degenen die met godvruchtigheid en betrouwen hunnen toevlucht tot dezelve hebben genomen. Ook de talrijke menigte menschen die van alle gewesten jaarlijks naar Swartbroek toe-stroomen geven eene klaarbljjkende ge-

tuigenis van de overgroote gunsten welke mee dotrr de machtige voorspraak onzer heilige maagden kan verkrijgen.

Deze drie maagden, geeerd en vermaard onder den naam van Drie-Gezusfcers, hebben van oudti]ds getoond en toonen nog dagelijks dat zij niet te vergeefs aange roepen worden, als patronessen tegen alle ziekten en menschelijke kwalen, als ner-venziekten, oogziekten, huidziekten, kwade koortsen, maag en borstziekten, geelzucht (geelverf), keelpyn, vallende ziekten, breuken, ziekten der kleine kinderen, enz., enz.

De begankenis dezer drie maagden is op H. Drievuldigheid. Zij begint reeds zondags voor dit hoogfeest, (op Sinxen-dag) en eindigt Zondags na H. Drievuldigheid. Gedurende deze veertien dagen blijven de relikwieën der vermaarde heilige maagden uitgesteld ter vereering

der christenen, alsook op derzelver feest namelijk den 2 Woensdag der maand Juni, en tevens eiken Woensdag van het jaar onder de H. Mis.

0 drie heilige Maagden, bekomt ons bij den drie eenigen God, de genezing van alle kwalen zoo naar ziel als naar lichaam. Amen,

God hemelsche Vader, ontferm u onzer. God Zoon, verlosser der wereld ontferm, u onzer.

Brandende lampan der mistroostigen, Beschermheiligen der zuchtende kinderen van Eva,

Vluchtplaatsen der kranken. Heelmeesters van kwijnende plagen, lt; Machtige patronessen voor maag- en® borstkwalen, o

Getrouwe patronessen voor oogziekten en ziekten der kleine kinderen. Van alle kwaad, verlost ons heilige drie maagden. lt;lt;

Dat gij u gewaardigt ons te verkrijgen een waarachtig berouw en de vergiffenis van onze zonden, wij bidden n, verhoort ons.

Dat gij allen die u devoot zijn moget verlossen en bewaren van alle kwalen naar ziel en lichaam, wij bidden u, verhoort ons.

Dat alle Geloovige zielen de eeuwige rust mogen genieten, wij bidden u, verhoort ons.

id, rie

ost ort

;en . 5if-

get

len

ast er-

gt;n-

er. m-

Almachtige God die deze drie heilige maagden hebt begaafd niet (zulke uitstekende deugden en overvloedige verdiensten gedurende hun leven, en na hunnen dood niet alleen gesteld hebt onder het getal uwer uitverkorenen in den hemel, maar ze ook nog verheerlijkt hebt door talrijke miiakuleuze genezingen op aarde, wij bidden en smeeken u, ons te genezen en ons te bewaren van alle geestelijke en lichamelijke kwalen, opdat wij u met blijdschap en erkentenis mogen dienen alle dagen onzes levens, door onzen Heer Jesus-Christus. Amen.

Bij resciipt van den 4 Juli 1884, is door Zijne Heiligheid Leo XIII, ten eeuwigen dage op den TWEEDEN WOENSDAG der maand JUNI, tereere der fl. Maagden EUTROPIA, GENOVEVA en BERTIL1A, verleend eenen VOLLEN AFLAAT toepasselijk aan de geloovige zielen, aan alle geloovigen die na gebiecht en gecommuniceerd te hebben, in de hulpkapel van S WARTBROEK, ingewijd aan den H. Cornelius P. en M., eenigen tyd zullen bidden tot de gewone intentie van Z, H. den Paus.

Op dien dag begint de eerste H. Mis om 6 uren, de plechtige Hoogmis ten 9| uren.