-ocr page 1-

—..... - —

-p-f

^';

280

-V-', l lt;-

-ocr page 2-
-ocr page 3-
-ocr page 4-
-ocr page 5-

/ rP 2 (PO

gt;} i

/ *1- i

DE ALÏAARKELK VAN JACOBA VAN BEIERKN EN DE MAHKT MET HET STADHUIS TE GOUDA.

door

J. J. Bcrte.,man. '■

Bibliotheek i

WNlEnROEDERS

1 • :

L --------J

Deze allaarkelk. door Jacoba vjin Heieren aan de Voetboog-schutters van den St. .Toris-Doelen te Goiu'a geschonken lol altaarsieraad voor hel H. Sacraments-altaar, dat hun in de St. Janskerk was afgestaan, is een der fraaiste en meest he-langryke antiquiteiten, die in Nederland nog aanwezig zijn, zoowel om de historische waarde als om de meesterlijke technische uitvoering.

Hij is van massief zilver, verguld en geëmailleerd.

Wat zijn stijl betreft, herinnert hij ons aan de laat Go-thische; aan den overgang van de veertiende tot. de vijftiende eeuw, waarin reeds de kiemen doorschemeren van een nieuw kunstleven.

Het voetstuk is een octogoon, aan de bovenzijde versierd met, acht geëmailleerde tafereelen uil de lijdensgeschiedenis v 'n Christus, en aan de hoeken bekroond door finalen in ilquot;ii vorm van schilddragende engelen, om den anderen afgewisseld met het wapen van Gouda en het gekwartilleerde wapen van Holland en Beieren.

Het middenstuk (de knop) is zeer fraai bewerkt met ro-Setten, cn kleine geëmailleerde knoppen, waarvan bovenal de aandacht trekt de bewonderenswaardig fijne bewerking der miniatuur-guirlandes, die de boven- en onderzijde van den knop omkransen.

Het bovenstuk (de coupa) is geheel rond en vlak bewerkt, maar aan de onderzijde ingeval in een prachtig uitgevoerde

-ocr page 6-

!gt;l A I/JA AP. K I I.K VAN IA'quot;O HA VAN Rf.I KR KN.

krans van tleurons, (He weder een krans insluiten van geciseleerde medaillons mof de borstbeelden van eenige apostelen.

De overgangsleden van den knop naar de coupa en liet voetstuk zijn in de gotliisclie stijl a jour gewerkte achthoekige pijlers, waarvan het onderste gedeelte zoo bewerkt is, dat hij de aansluiting van hel voetstuk de hoeken gesteund worden door acht keurig hewerkte gegoten beeldjes, waarschijnlijk voorstellende eenige profeten uil he) Oude Tes-I anient.

Het geheel mnnt uil door schoonen vorm en elegante be-vverking en kan als een meesterstuk van smaak en tegelijk van technische bekwaamheid beschouwd worden uit den tijd der Bourgondische goudsmidskunst.

Ken dergelijke altaarkelk, maar minder schoon van vorm, bestaat nog in de kerk te Tortosa in Spanje en heeft toebehoord aan den tegenpaus Benedictus XIII, denzelfden die hel huwelijk van vrouwe Jacoba met Hertog Jan van Brabant scheidde.

\ an de lotgevallen van dezen kelk is weinig mei zekerheid te zeggen. Even rampspoedig als zijn schenkster vinden wij hem nu eens in deze, dan weder in gene handen, lot dat hij ten laatste spoorloos verdween.

Daarover ligt zulk een geheimzinnige sluier, dat zelfs de leden van den schuttersraad, die toch zoo vele belangrijke antiquiteiten, van den St. .loiis-Doelen alkomstig, in eigendom hadden, in 1872 bij hel openen der tentoonsteliing van Goud-sche oudheden, niets van zijn bestaan wisten.

Een jaar latei' echter was hel aan de heeren Ds. J. N. Scheltema lt;'n Dr. C. A. TebbenhofT voorbehouden, bij het rangschikken van het Archief, hem in een der gildekisten, tusschen papieren en boeken te vinden.

Wel mogen wij den onbekende dankbaar zijn, die het kostbaar stuk aldaar verborgen had, en het zoodoende aan de roofzuchtige klauwen van oproermakers en egoïsten had onttrokken om het te bewaren, voor een tijd van hoog ere ontwikkeling, voor een tijd, waarin de genius dei-beschaving zijne vleugelen snel uitbreidt, en tegelijk heiligdommen van voorgaande eeuwen beschermt.

lt;2

-ocr page 7-

li F. MARKT MKT HF.T STAPH PIS TF GOlTiA.

Daardoor alleen was liet mogelijk dat dit Palladiuin dei stad Gouda in haar Museum, kan pnjken.

II.

In de eerste periode van wording en ontwikkeling had ons voorgeslacht nog te worstelen om zijn bestaan en daartoe een eenwenlangen strijd te voeren, zoowel tegen de dreigende natuurmachten als tegen de aanvallen der woeste horden uit hel Oosten en Noorden, zoodal het lang duurde eer de niorgenschemering der beschaving aan den duisteren horizon doorbrak.

We! ontwaakte in de riddertijden een edeler geest, een streven naar hooger, een verlangen naar meer licht, maar de teedere plant, der beschaving kon niet welig opwassen tus-schen hel rookend puin der haardsteden, verbroken altaren en vernielde akkers. Zij behoefde een zachteren grond dan dien, waarop de zware burcht wallen en massieve torens van het feudalisrnus waren opgetrokken.

Wel had men zich van lieverlede onder de beschermende vleugelen van Landgraven en Heeren neergezet en uitgebreid, enkele privilegiën en vrijheden weten te winnen, wel had men zich onder de leiding der geestelijke broeders veredeld, maar het waren juist de bescherming en de afhankelijkheid van die twee groote machten Adel en Geestelijkheid, die de vrije ontwikkeling der landzaten belemmerden.

Zoo verrezen in de Middeleeuwsche steden aan de eene zijde de sombere trotsche kasteden als symbool van de ridderlijke macht, aan de andere zijde de reusachtige hoofdkerken en de torenspitsen van kloosters en kapellen ais symbool van de Geestelijke macht terwijl duarlusschen de nederige woningen der burgers in al hare nietigheid wegzonken. Langzamerhand echter ontwikkelden zich handel, nijverheid en welvaart; het lijfeigenschap verdween, de burger werd een man van aanzien; men sloot onderlinge verbonden mul, andere steden ; men leende en verpandde zelfs aan den Landheer en hewees hem soms gewichtige diensten, waarvoor men

-ocr page 8-

DK MARKT MET II FT STADHUIP TE GOUDA.

mpof voorrechten, meer vrijheden erlangde. Het bewustzijn van eigen kracht, van eigenwaarde was ontwaakt en naast die twee groote, de wereld beheerschende machten, ontstond een derde, weldra even krachtig, even fier. De huigerstand werd geboren.

Men maakte wetten en verordeningen en de achtbaarste der burgers werden gekozen om de onderlinge belangen te beraadslagen, daartoe behoetde men een afzonderlijk huis, en het Raadlmis verrees als symbool van de derde macht. Eerst klein en onaanzienlijk, later bij toenemenden bloei, grooter en prachtiger, en dat centrum, waarom zich liet bugerlijk leven bewoog, werd meestal in het midden van de stad op de marktplaats opgetrokken. Zoo ook te Gouda.

In het jaar 1395 hadden de Gouwenaars, door hun toenemenden bloei gedrongen, behoefte aan een nieuw raadhuis en kochten daartoe van den Graaf Guy van Blois het marktveld, om er, behalve dat ook nog een halle, vleesch- en wand-huis op Ie trekken. Die koop werd door hertog Aelbrecht in 1398 bevestigd, maar door den hardnekkigen strijd tegen de Hoekschen en den /waren stadsbrand, kon er eerst in 1449 een begin aan gemaakt worden en wel dooor de bouwmees-ters Hendrik Aelbrechtsz., Louis Gerbrandsz. en Klaas Huigensz. Bij de voltooiing bleek het te kosten zesduizend tweehonderd drie en veertig gulden, drie stuivers en twaalf penningen. Tot 1603 was het dooi water omringd en met een valbrug afgesloten; na dien tijd zijn er de steenen balie en trappen aangebracht, tot het in 1690 inwendig geheel veranderd werd en tegelijk de lijfstrafplaats, die zich aan de achterzijde bevindt, vroeger door spitsbogen gedragen, mede in de renaissance stijl werd veranderd. Het inwendige geeft ons niet veel belangrijks te aanschouwen; een paar marmeren basreliefsen een tapijt uit een der voormalige Goudsche tapijtfabrieken, maken het beste uit, dat er nog uit dien lijd is overgebleven. Belangrijker is het drieribbig gewelf, dat bijna onder de geheele lengte van het huis doorloopt, en ook nog de aan den link(jizijmuur uitstekende strafplaats voor scheldende vrouwen, eene kleine tribune, rustende op een schraagsteen, waarop zij met een zwaren steen om den lials te pronk moesten staan.

4

-ocr page 9-

DK MARKT Mï.T HF.T STAT)HT'1P TK r.onPA.

Onder zijn hoopoploopend dak verbergt hef een schat, die van Me geschiedenis van Gouda een belangrijke en rijke bron van nasporingen oplevert, nanielijk hel arciiiet, onlangs door de heeren Dquot;. .1. N. Schelteina en IX A. Tehbenhofl' gerangschikt.

De plaatsing van het stadhuis is zeer gunstig; op het midden der markt, welke den vorm van een sector heelt, ligt hel tusschen do twee strafen, met het front naar het centrum, zoodat dit, in do laat Gothisehe stijl opgetrokken, met klokkentoren en hoektorens voorziene l'ronl, een schilderachtig effect maakt.

De waag, een ander monumeut van bloei en welvaart der burgerij, bevindt zich op eene kleine opene i'uiinte daarachter, en werd door Pieter Post, volgens zijn tweede plan, in 10(58 in de Renaissance stijl gebouwd en met zinnebeeldige basreliefs van Carrariscii marmer versierd, dii- editer achter de verfkwast zorgvuldig voor het nageslacht bewaard blijven.

Verder op tie markt bevindt zich het gebouw Arti ie Legi, in 1407 tot eene stadsschool ingericht, waar onder andere geleerde mannen, ook Erasmus zijn onderwijs ontving. Later werd het voorste gedeelte tot hoterhuis, het achterste tot goud- en zilversmids gildekamer gebruikt, tot het in 1853 afgebroken en daarvoor in de plaats een geheel nieuw gebouw opgetrokken werd, waarin het kantongerecht, de schuttersraad en de stedelijke teekeuschool geplaatst werden. Toen deze school in 1864 zich in de veelomvattende armen van de burgeravondschool oploste, werd zij twee jaar later door de muziekschool vervangen. In 1874 werd er het stedelijk museum van oudheden in opgericht, waar onder andere merkwaardige .itnkken, ook de altaarkelk van .1 acoha van Beieren en de houten buste van Erasmus worden bewaard. Aan tie andere zijde der markt bevindt zich nog een ander merkwaardig huis, gedeeltelijk nog in de Gothisehe stijl, hel Herthuis, volgens overlevering het voormalig jachthuis van de heeren van Tergouw, waarin nog de kolossale geweiden tot aandenken bewaard worden.

De markt is zeker de belangrijkste plaats; op gewone marktdagen reeds druk bezocht, neemt de handel in kaas

5

-ocr page 10-

rgt;K MARKT MKT IIKT ST.MMII'IS T!•quot; (;OTT)A,

ei' meer en iiieer toe en houdt men daarom nog afzonderlijke dagen, maar de woeligste en meest iiiidnichtigste zijn de osjes- of malloot dagen, die in November 011 December plaats vinden. Behalve op marktdagen is ook de markt hel punt van bijeenkomst, de meest geliefde plek dor Gouwenaars; daar worden de parados on feestelijke optochten gehouden, daar geelt hot muziekkorps der schutterij zijne uilvoeringen, daar spelen do kinderen, daar worden bij schoon weder de geregelde avondwandelingen gehouden, en daar plaatsen zich in het laatst van Juli van heinde en verre, de tenten van kramers, accrobaten en tooneolspelers rondom liei stadhuis, dat met zijne stemmige gothischo torens hoven al die vreugde, boven al dat gejoel uitsteekt. En daar prijkt het nu gedurende vier eeuwen als de harlader, waarin hot leven der burgerij zijn oorsprong, zijne uiting heeft. En in dat tijdsverloop was hel als getuige van elke aandoening, van olke boroo-ring, van elke ramp, dio don burger trof; menigmaal schudde zijne grondveste door de beroering des staats, en waren zijne zalen getuigen óf van do vreugde óf van de angst der burgervaderen.

Zoo wapperde voor het eerst, op don 11 Juni 157'_', de oranjevaan uit zijne toren, om het sein te geven tot den gewaagden strijd, voor leven en vrijheid, togen don machtig-slen monarch van Europa, terwijl do plechtige bevestiging daarvan, in zijn raadzaal plaats greep, door den eed van getrouwheid, die hot sladsbostuur. tfoor don jonker Adriaan \ an Swieten, atïegde. Zoo verliepen weder twee eeuwen, waarin beroering, rust en welvaart elkander beurlelings afwisselden, totdat de lakkei der tweodi achl de gemoederen onl-vlamde en een strijd tusschon patriotten en prinsgezinden in het leven riep, welke voor Gouda de noodlottigste gevolgen had, want in 1787 toog eene bende pi insgezinden uit 's Graven hage de siad in en plunderde ei gedurende 17 en'18 Sopt. niet minder dan 51A huizen.

De doodsche rust. die daarop volgde werd afgebroken door de dienaren der Fransche l'raefectuur, die hun zetel op hel stadhuis vestigden, en van daaruit tie laatste vonken van dien vrijhoidlievendcn geesl trachtten uit te dooven.

6

-ocr page 11-

I)F. MARKT MKT 1IF.T siADinris TK C.OUliA.

In 1813 klonk fle inaiv1 der vrijheid den verdrukten burger dan ook als een liemelsche muziek in de ooren; de oude veten waren reeds lang opgelost in liet gemeenscliappelijiv lijden, en ile oranjevlag, die nu ten Iweedemale uit den toren van hel Raadhuis wapperde, werd mei meer geestdrift, met meer gejuich, ja! zelfs onder het storten van tranen ontvangen. Men opende de poorten voor de Kozakken, en die voorrijders der Europeesche vrijheid, legerden zich op de marktplaats rondom de vreugdevuren der burgers.

Kn nu slaat ge daar nog, o Raadhuis! de stormen dei eeuwen trotseerende en heft uwe torens fier en hoog boven al hel leven en bedrijf, dat er om u heen woelt. Wanneer ik ii ook mocht aanschouwen, hel zij dat het vroolijk zonlicht uw statigen gevel versierde, of dal de maan hare teedere stralen weemoedig over uwe spitsen deed glijden, of dal gij in hel nachtelijk uur, als een fautastisch gewrocht van burgerdeugd en burgerkracht voor mijn geest opieest, immer waart gij mij lief als hel symbool van bloei, welvaart en vooruitgang mijner medeburgers, immer waart gij mij lief als de monumentale uiting van onzen vrijheidlievenden volksgeest, die uit zijn instellingen en wetten eene kracht ontleent, machtiger dan die van het zwaard, machtiger dan die van het geloot.

7

-ocr page 12-
-ocr page 13-

__

-ocr page 14-