'tl loj S81
«SOKnilEin K\ B.SKFI»»
Eer en Aanbidding toegebracht,
GEBEDENBOE K
V O (» |'.
Jï, it. (üljvtötBUi'n.
Sieov/c vbol vsnasardarda üitpvs, Tiende d r n k.
F. HUINCK, J. Hz.
Hosk, B kkor-en Eliznbethsrraat, D 279, en lifiliienvrpg, I) 500, UTRECHT.
k « .ene Veree-vgu^
P quot;Uquot; -
Aartebi.domüT^on,
Vol gnu in msr Bioiio .i
De hartelijke gebeden en overwegingen die hel Hoogduitsche werkje bevat ^ waarvan ik mijnen Geloofs-genooten eene vrije navolging aanbie-di, sehenen mij, uithoofde van den daarin gebezigden korten en uitdruk-kelijken stijl, die veel aan de overweging overlaat, wel waardig te zijn door Nederlandsch Roomsch Katho-lijken in hunne moedertaal gekend te worden.
Overtollig zoude het zijn iets tot aanprijzing van dit Gebedenboekje
VOORBÜRIGT.
aan te voeren; het zal genoeg zijn, den godvruchtig en Lezer de denkwijze van den steller mede te deelen. — « Geen Christen /' zegt hij in zijn voor-berigt^ «.zal in twijfel trekken, of « het gebed is een der gewigtigste « pligten van onzen Godsdienst. — Die « bidt, zal verhoord worden. — Wan-« neer de mensch geene toereikende « vermogens bezit om uit zich zeiven « te bidden, bezige hij een Gebedenboek^ « als een werktuig om zijne aandacht « op te wekken en te onderhouden. » « Bij het bidden moet de geest den-« ken en het hart gevoelen wat de « mond zegt; daarom moeten de gebeden kort, eenvoudig en met ge-« voel voorgedragen worden. » In hoever de steller, en hij die
VOORBERIGT.
hem, doch somwijlen met enkele afwijkingen gevolgd is, het ware doel hierin genaderd zijn, laten wij aan den godvruchtigen lezer ter beoordeeling; — echter vleijen wij ons met een gun-stig vooruitzigt, dat het werkje voor nadenkende Christenen tot heil en stichting zal kunnen verstrekken.
VOOllBERIGÏ voor dezen nieuwen druk.
De veelvuldige aanvragen vcor .het werkje god vol van W/.arhsio GOBDHEID en liefde , eer en aanbidding toegebragt, vroeger te Rotterdam bij Thompson uitgegeven , en waarvan het elgeudom op mij was
vookberigt.
overgegaan, hebben mij doen besluiten t/aa/van eene nieuwe uitgave in het licht te geven. — Ik heb getracht door de keuze van eene andere Mis-oefening , en door bijvoeging van verschillende Gebeden en Litaniïn, dit boekje, dat zich overigens zoo zeer onderscheidt door deszelfs hartelijke gebeden cn overwegingen, nog doelmatiger te maken; en zoo bied ik het mijnen R. K. landgenooten aan, mij met den vertaler der hoogduitsche uitgave vereenigende in den wensch, dat hetzelve tot heil en stichting moge verstrekken.
Veni.oo, Mei 1870.
^'gang der zon verkondigt mij -luwe heerlijkheid , ea de
Verliefllug tot tiod.
(pw^^llergoederticrenste ! de op-der zon verkondigt mij OaRamp;öuwe heerlijkheid, ea de
schoonheid van dezen morgenstond vermeldt mij uwe goedheid. — Gij waaktet over mij toen ik sliep; ja, uwe zorg strekte zich uil over het geringste uwer schepselen. Tot U, o Schepper aller wezens! tot U verheft zich mijne eerste gedachte. U wil ik prijzen en mijnen hartelijken dank toebrengen. Ik wil uw voorbeeld volgen. Ik wil mijne naasten beminnen , de ellendigen heiligen , en zoo ver het in mijn vermogen is de onderdrukten beschermen. Ik wil
8 MORGEN-OVERDENKINGEN, gehoorzaamheid aan mijne overheden , zachtmoedigheid aan mijne onderhoprigen betoonen, en lief-!e-rijk zijn jegens alle menschen.
Dit^ o Heer, zijn de opregte gevoelens van mijn hart. Ik heb voorgenomen, voortaan naar uwe bevelen te handelen; alles wat waar cn goed is zal mij verheugen , daar Gij waarheid en goedheid zijt.
Heb ik uwe wegen verlaten en aan uwe bevelen mij niet onderworpen , vergeef mij, genaderijke Vader, mijne afdwalingen • geleid mij op de paden dur geregtigheid, en maak mij een voorweip uwer liefde en goedheid.
Gebed.
Almogende God! in dezen morgenstond aanbid ik U met een vernederd hart. Zie met welgevallen op
he-jne
MORGEN-OVF.RDKNKINGEN. 9 de hulde die ik U met opgeheven handen toebreng, daar ik ü voor mijn behoud met hart en ziel danke. Zegen het verlangen dat ik voede, om dezen dag ter uwer eer en ten nutte van mijne medemenschen door te brengen. Goedertierene God ! Gij kent mijne behoeften : geef mij wat ik noodig heb. Verleen mij kracht om het goede te doen en het kwade te vlieden. Schenk mij gematigdheid in voorspoed, troost en geduld in tegenspoed, wijsheid en raad in het toekomende, vlijt in mijn beroep, regtschapenheid in al mijne handelingen, en toon mij uwe goedheid en barmhartigheid wanneer ik mogt afdwalen. Amen.
I O MORGKM-OV RDKNKINGEN.
7'(77? de Goddelijke waarheid en goedheid.
Alles wnt zich in rle natuur ontdekt, roept eenstemmig, dat waarheid en goedheid de steunsels zijn van hemel en van narde.
God is waarheid en goedheid. De liefde en de kennis zijn het goede , de liefde en de uitoefening het ware.
Waarheid en goedheid moeten ver-eenigd zijn* waarheid is een voorwerp van kennis , en goedheid is een voorwerp van den wil * en wat is de kennis zonder den wil.
Gij i o God, zijt waarheid! — Gij alleen zijt de eeuwige waarheid, en buiten U is er geene waarheid. Wanneer ik naar waarheid zoek, moet ik trachten U gelijkvormig te wor-
MORGEN-OVKRDENKI jJ(rKN. 1 1 den. Gij hebt mij met verstand en wil begaafd. Het verstand om U te kennen, den wil om riat te willen hetgene ik ken.
Gij zijt.o God, vol goedheid; ik zie en gevoel de werking van dezelve. Alles wenkt mij om U te annhid-den; nlles verkondigt mij uwe grootheid en goedheid. Mijne ziel, doordrongen van het gevoel uwer goedheid en weldadigheid, buigt zich voor uwen troon.
Licht der waarheid! verlicht mij, ten einde ik een volkomen overeenstemmend begrip voor waarheid houde: dat ik mij overtuige van uw almagtig aanzijn en van de oneindige goedheid, waarmede Gij ons, tot onze heiligmaking, de noodzakelijke middelen geopenbaard hebt.
Laat mij, Almagtige, uwe waar-
12 MORGEN-O VïrDF.NKINGV.N.
heid en goedheid erkennen. Geef mij uwe wijsheid, ten einde mijn verstand en mijn wil meer en meer uw eoddelijk aanzijn gevoelen en ik de rampspoeden dezes levens standvastig verdragen moge.
Versterk mij door den invloed van «wen peest, dat ik de loopbaan des levers bemoedigd moge doorstreven. _ Beschut mij door uwe albe-hoedende goedertierenheid, om het pad dat mij tot het doel mijner bestemming geleidt, rustig te betrgt;-
^Alles wil ik, met een levendig geloof aan uwe Voorzienigheid , van uwe vaderlijke hand ontvangen ; met volkomen vertrouwen onderwerp ik mij aan uwen wil.
Gij zijt mijn Heer en mijn God ,
uw wil geschiede !
M ORGF.N-O Vfc RDENKINGEN. ! 3
Overweging over de goddelijke Liefde en Barmhartigheid.
Bemint God hoven al en uwe naasten gelijk ii zeiven, daarin bestaat hel gebod des Heeren.
Zalig zijn de zachtmoedig en, want zij zullen het aardrijk bezitten, MA.TTH. V. V. 4.
Hij wordt zachtmoedig genoemd, die medelijdend en geduldig jegens zijne natuurgenooten is; die niemand beleedigt, en beleedigd zijnde, gaarne vergeeft; — die met gelatenheid de ellenden des levens draagt, en zich aan den wil des Heeren onderwerpt.
Zij zullen de aarde bezitten; dat is ; zij zullen rustig en vreedzaam leven, en de eeuwige aanschouwing 2
ïef
ij Ti
;er ik id-
ran ües re-be-het here-
dig /an net ik
k1 ,
14 MORGEN* OVjKRDENKINGEN. van God zich waardig maken. — Gij, o He ere, zijt liefde, en liefde was liet doel der schepping en de bestemming der menscl en.
Oneindige Liefde, die zoo liefderijk voor de menschen zijl! ontvlam mij/i hart door het vuur uwer liefde. Leer ons beminnen gelijk Gij bemint 5 breng ons isader om U gelijkvoimig e worden.
Zalig zijn de barmhartig en, want zij zullen barmhartigheid verwerven.
MAT 1H. V, V. 7-
De barmhartigheid is eene deugd, die niet alleen den nood en den elle.n-lestaat des naasten met medelijden aanziet, maar zelf die gevoelt en tracht te lenigen.
In het midden onzer grootste ellenden, onder den last van dit
VOOR J»R BIECHT. en medewerkintr, te.1 einde ik mij van mijne menigvuldige oveitredingen moge beschuldigen.
Aanleiding tot liet gewetens-onderzoek.
Hoe verschillende de gemoedsgesiel-ie?iis der mensrhen ook zijn moge, om ee?ie uitvoerige, aanleiding o' hef zelfonderzoek daar te stelle?? ^ ral het volgende wel tof eene leiddraad kunnen verstrekken.
Teder men?ch die tot het heilig Sakrament der boetvaardigheid wil naderen, behoort het volgende in overweging te nemen.
Moe heb ik mij jegens God ,
62 GKBKDEN
I. Hoe heb ik mij jegens GW gedragen ?
Heb ik mij Hc Goddelijke tegenwoordigheid altijd voor oogen gesteld ?
Onderhield ik Gods geboden ? — Heb ik Hem met vertrouwen en aandacht gebeden, en Hem gedankt voor zijne aan mij betoonde weldaden ? Heb ik zijn voorbeeld gevolgd ?
II. //oe is mijn gedrag omtrent mijne naasten geweest ?
Heb ik haat of wraakzucht tegen hem gevoed ? Heb ik mij verheugd in zijne ongevallen ? Heb ik hem gehaat ? Heb ik ongegronde argwaan gekoesterd ? Heb ik niemand bedrogen, beleedigd , mishandeld of onderdrukt? Heb ik niemand tot zon-
VOOR DK BIFCHT. 63
den verleid of gelegenlieid tot zondigen gegeven? Heb ik ergernis of aan iemand een kwaad voorbeeld gegeven ? Heb ik den noodlijdenden naar mijn vermogen ondersteuning toegebragt? Was ik jegens elk dienstvaardig ?
lil. Hoe was mijn gedrag jegens mij zeiven •
Hoe heb ik mijne beroepsbezigheden waargenomen ? Heb ik gehandeld naar de maat der gaven die God mij verleend heeft ? Hoe was mijn gedrag in voorspoed , en hoe in tegenspoed? Ben ik gematigd, geduldig en der goddelijke beschikking onderworpen geweest ? — Wat waren de onderwerpen mijner gedachten, woorden en werken ? Waren mijne bedoelingen eerlijk en be-
64 GEBEDF.N
tamelijk ? Heb ik niets gedaan , waar- gt; over ik mij behoor te schamen r Heli ik mijne beloften nagekomen ? Hoe heb ik mijne pligten omtrent den Godsdienst betracht ? Heb ik mijn geloof onbeschroomd beleden , en door werken kenbaar gemaakt? Ben ik thans bereid om ware boete te doen ?
ó Mijn God! het is mij leed dat ik door de overtreding van uwe hei- U lige geboden U heleedit;d heb. Tk heb een opregt en hartelijk berouw over mijne zonden; ik neem ernstig voor, mijn levenswandel te verbeteren enU, mijnen gosdert'eren Vader , niet meer te beleedigen. — Handel met mij niet naar uwe ge-
VOOR Di£ BlhCHT. 65
regtigheid, maar naar uwe oneindige barmhartigheid. Amen.
SJoornctne rt.
Daar ik, o God, door uwe genade, deu ellendestaat mijner ziel ken , nader ik, met schaamte en berouw overdekt, tot U, gelijk een trouwloos en ondankbaar kind tot zijnen genaderijken Vader. — Hemelsche Vader! hoe heb ik, broos en zwak sterveling, de vermetelheid kunnen voeden om tegen U op te staan ? Ik heb tegen U, die de alwetende Reg-ter zijt, ongeregtigheid gepleegd. Mijnen besten Vader , mijnen grootsten weldoener, van wien ik alie goed ontvangen heb en alle heil verwachten kan, U , Alleraanbiddens-vvaardigste, die alle liefde waardig /.ijl, heb ik door het vrijwillig over-
treden van uwe heilige bevelen bc-
leedigd !
U, wieu ik zoo dikwijls beloofd heb getrouw te lulleo blijven, heb ik miskend, voor een voorbijgaand genot der wereld. Wat zal er eindelijk van mij worden, van mij ellendig zondaar, indien ik niet tot U wederkeere r
O hoe betreur ik mijne verblindheid ! Hoe grievend drukt mij de last der zonden die ik tegen U begaan heb!
Ik erken, mijn God, mijn Kegler en Vader! dat ik strafschuldig ben. Met opgehevene handen en feu vermorzeld hart, betrouwende op uwe vaderlijke goedheid, bid ik U, vergeef mij mijne ongeregligheden. Vergeef mij al het kwaad dat ik bedreven heb, en het go'ide waarin
VOOR Da BIECHT. 67
ik oalatig geweest ben. — Ik smeek dit, om het dierbaar bloed van Jesus, uwen welbeminden Zoon. Ontferm U over mij. Vergeef mij nogmaals mijne zonden.
Ik zal ernstig alle pogingen aanwenden tot verbetering van mijnen wandel. Ik wil mij zeiven overwinnen , mijne zondige neigingen onderdrukken , zorgvuldig alle gelegenheden tot zondigen ontvlieden en alle behoedmiddeler. dr-negea bezigen. U, o God, die .1.:j ziet, die de innigste geheimen onijnar gedachten kent, U wil ik altoos voor oogen houden, ten allen tijde wil ik mij uwe alomtegenwoordigheid voorstellen. Ondersteun mij, o God, in dit mijn voornemen; dit bid ik U, door de verdiensten van Jesus Christus, uwen Zoon, onzen Heer.
LITANIE VAN
Heer, ontferm U mijner.
Christus, ontferm ü mijner.
Heer, onttevm U mijner Christus, hoor mij.
Christus, verhoor mij.
God, Vader in den hemel, ontferm
U mijner.
Clod Zoon, Verlosser der wereld, frod, heilige Geest, O
Heilige Diievuld gheid, één eeni;.^
O God, die den dood des zon- c-j daars met wilt, maar dat hij g zich bekeere en leve , quot;p'
O God, die niet wilt dat iemand 'r1 verloren ga, maar dat ieder zich lot boetvaardigheid bekeere ,
68
BOETVAAKDIGUfclD. 69
O God, die ons zoo liefderijk tüt boete en bekeering uitnoodigt, ontferm U mijner.
O God, die onze boete en be-keering zoo geduldig v.acht, O God , die ü over onze boete
en bekeering verblijdt,
O God , die door onze boete O
O
ea bekeerini» onze zonden niet
0 Ci
nagaat, 3
O God , die door onze boete en ^
bekeerini! on/.e zonden niet o 0 ti
meer gedenkt,
O God, die ons uwen eenigge- • boren Zoon ten zoenoffer voor onze zonden hebt gegeven. God van barmhartigheid,
God van goedheid,
God van ondeizoek.
God van geduld,
God van langmoedigheid.
7O LITANIE VAN
Dat ik gezondigd heb, berouwt mij
van harte, o God.
Dat ik zoo dikwijls gezondigd heb.
Dat ik zoo moedwillig heb ge-
Dat ik zoo zwaar gezondigd heb, ^ Dat ik zoo voorbedachtelijk heb g
gezondigd,
Dal ik uwe almagt en geregtig- a heid niet gevreesd heb, p*
Dat ik uwe barmhartigheid en ^ liefde veracht heb, ^
Dat ik uwe laogmoedigheid en O uw geduld misbruikt heb, fu Alleen uit liefde tot U, berouwen
mij mijne zonden, o God.
Omdat ik U daardoor vertoornd heb, berouwen mij mijne zonden, o God.
Omdat ik U daardoor mishaagd heb.
ÜOKTVAAKDIGHEilJ. 7 I
berouwen mij mijne londcn , o God.
Omdat ik de wonden en smarlea uws goddelijkcn Zoons daardoor te gclijker tijd vernieuwd heb , berouwen mij mijne zundea , o God.
Omdat ik uwen heiligen Geest daardoor bedroefd heb, berouwen mij mijne zonden, o God.
Omdat ik U, mijn hoogste good, boven alles hoogacht, berouwen mij mijne zonden, o God.
Omdat ik U, als het beminnenswaardigste goed, boven alles lief heb, berouwen mij mijne zondtn, o God.
Ik arme zondaar, ik bid U, verhoor mij.
Dat Gij mij wilt vergeven , ik bid U, verhoor mij.
72 LITANIE VAN
Dat Gij mij wilt verschoonen, Ik bid U, verhoor mij.
Dat ik door uwe genade waardige vrachten van boetvaardigheid toouen moge, den ouden mensch aflegge en den nieuwen mensch moge aandoen , die naar uw beeld in geregtigheid en ware heiligheid geschapen is, ik bid U, verhoor mij.
Dat ik »le goddeloosheid en alle aardsche lusten aflegge, en regt-vaardig en godvreezend in deze vereldlevc , ik bid U, verhoor mij
Dat ik de zonde nimmermeer in mij laic heerschen , ik bid U, verhoor mij.
Dal ik mijn ligchaam beteugele, en door heilige gestrengheid aan mijnen ^eest onderwoipen make, ik bid L , verhoor mij.
KORTV/VARl'KJIIF.IP. 73
Dat ik als zulk een , Je sus Christus toebehoort, mijn vlcesch met al deszelfs zonden en lusten doode en kruisige, ik bid U, verhoor mü.
Dat ik noch de wereld, noch hetgeen er in is, meer liefhebbe, ik bid U, verhoor mi]
Dat ik de menigte imincr zonden door de volkomenheid mijner liefde tot U bedekke . ik bid U, verhoor mij.
Dat ik met vreeze en beven onophoudelijk aan mijn zielenheil ar-beide, ik bid U , verhoor mij.
6 Lam Gods, dat de zonden der wereld wegneemt , verschoon mij, o Heer.
6 Lam Gods , dat de zonden der wereld wegneemt, verhoor mij, o Heer.
6 Lam Gods , dat de zonden der
74 LI TAN IK VAN
wereld wegfneemt, ontferm U mijner, o Hrer.
Christus, hoor mij.
Christus, verhoor mij.
Dankzegging na de lieiligA ( omnmnie.
6 lïeere ! rlaar ik rui met berouw mijne zonden beleden cn mijue schuld bekend heb. vertrouw ik, door de magt die Gij aan uwen dienaar, Hen priester, gegeven hebt, vergiffenis bekomen te hebben.
Ontvang, o God, mijnen innig-s'^n dank, die schoon niet gelijkstaande met de groote weldaden die Gij mij bewezen hebt, echter op-regt, uit den grond van mijn hart voortkomt. Dan hoe kunnen zwakke stervelingen ü naar waarde danken? O, mogt Gij, liefderijke Heiland, hetgeen aan mijn berouw ont-
BOETVAARDIGHEID. 75
breekt, door uwe oneindige verdiensten vervuld doen worden. Sterk mijn geloof en betrouwen; laat mij vruchtbaar zijn in goede werken.
Men kan hier met veel nut de 14 Overwegingen over het lijden en sterven van Jesus lezen, die on-middelijk achter de Gebeden vcor de heilige Communie in dit werkje geplaatst zijn.
n K B E n E N wcfctt- hc ^j. ConuttuniCo
Hel bivpod «l.it Ik u geven zal, is mifn vl^ex^li roor liet lcv»ii «le»' wore lil
Neemt en eet, dit is mijn ligchaam , dat voor 7t zal overgeleverd worden. — Doet d't tot mijne gedachtpnir.
Die mijn Vhesch eet ei mijn Bloed drinkt^ blijft in Mij en Jk in hem, Luc. VI. v. 52.
oor rleze woorcen van IT, die de eeuwige waarheid zijt, is mijno geheele ziel doordrongen. Vol van betrouwen op uwe oneindige verdiensten, kom ik tot U,oJesus! Gij die allen vermoeiden
GEBEDEN TOOK DP. H. COMMUNIE. 77 en afgeraatten de rast en verkwikking der ziel aanbiedt. Heden wil ik tot uwe liefdemaaltijd naderen ; bij U, o Heere , zoek ik, vol van een smartelijk gevoel over mijne menigvuldige overtredingen , genade , hulp en vertroosiing. Tot heil onzer zielen , bij hit aandenken van uwen kruisdood, hebt Gij dit heilig Sa-krament ingesteld; hier vind ik de geheimenis uwtr liefde ; onder de gedaanten van brood en wijn.) uwe godheid en menschheid verborgen , daar Gij mij dit als een voedsel mijner ziel wilt mededeelen.
Ik offer mij geheel aan U op; ik wil, in al mijne betrekkingen, geheel met U yereenigd ?.ijn. Ja ik wil, in alles wat Gij over mij besloten hebt, mij aan uwen heiligen wil onderwerpen. Ik verzaak nogmaals al fi
78 GEBEDEN VOOR DK
de zonden, waarvan ik mij in het H. Sakrament der Biecht gezuiverd heb.
Liefderijke Zaligmaker! verleen mij de genade , om U met etrbied te mogen ontvangen. Blijf bij mij , Heere ! de uwe wil ik zijn.— Dring in mijn hart, en vervul het met vreugde over uwe tegenwoordigheid. Amen.
6 Jesus! Verlosser der menschen ! Gij gewasrdigt U tot mij te komen fn raijoe kranke ziel te genezen. Ik geloof vastelijk dat Gij hier tegenwoordig zijt, onder de gedaanten van brood en wijn, tn ik wil U, met nel en ligchaam , met godheid en menschheid ontvangen. — Dit geloof ik, omdat Gij-zelf het gezegd hebt, en uw goddelijk woord niet bedrie-
H. COMMUMü. 79
gen kan. — Waarlijk , Gij zijt een verbolgen God ; de God mijns heils.
Oefening van Hoop
Gij komt tot mij, Goddelijke Verlosser! Wat mag ik niet van U hopen? Ik nader U met een verzekerd betrouwen, hetgene mij uwe magt en goedheid inboezemt. Ik hoop van U moed en kracht te erlangen om het goede te verrigten, het kwade te wederstaan, en aan de verbetering van de onvolmaaktheden mijner ziel werkzaam te kunnen zijn. Ik vestig mijn betrouwen op U, van wien ik alles kan hopen en verwachten.
Oefening van Liefde.
Ik bemin l.!, mijn Jesus, uit geheel mijn hart, uit geheel mijne ziel, uit al mijne krachten Ik wil uwe
8o GEBEDRN VOOR DE
heilige tafel naderen, om door mijne liefde en mijnen ijver voor uwe eer, mijne vereeniging met U te bewijzen. Laai ook, o Heer, mijn verlangen door de onderhouding u wei-voorschriften , U het sterkste bewijs hiervan geven, en dat dit immer levendiger en werkzamer worde.
Kom dan, o dierbare Heiland, naar wien mijn hart verlangt! Kom dan. Lam Gods! versterk mijne ziel, die U met ijver te gemoet snelt. O Jesus! mijn heil, mijn troost, mijne hoop! kom tot mij, hoe onwaardig ik ook ben om U te ontvangen 5 spreek slechts één woord, en mijne ziel zal gereinigd zijn.
H. COMMUNIE. 8l
Voor het ontvangen vin het allerheiligste Sakrament.
Gij, die liefderijk onder broodsgestalte U verbergt voor ons kortzigtig oo?; Zie dpêmoedig hier inij neêrgebo^en,
Met een hart, dat U behagen moog. Durf ik, zondaar , 't wagen U te naderen,
U, wiens blik het. gansch heelal vervult? Durf ik U, den Hpiligsten ontvangen,
Bij 't besef van al mijn zondenschuld? Maar Gij hebt mij liefderijk genoodigd; „ Kom tot mijquot; zoo spraaktGe, o Jesus!
„ Kom,
„ Dat de volheid mijner heilgpnade
„ U versterkc in 't aard-che heiligdom ! quot; Blijde klonk dat troostwoord rr ij in deooren ,
'k Kader vrij uw' zeeenrijken disch , Waar mij 's Hei lands vleesch en bloed zal spijzen,
Dat me een bron van zielevoedsel is.
Mij vervuld een zaligend verwachlen ; Bange vrees verdwijnt uit mijn gemoed ;
8 a (;erj'.dgt;:n na dk
'k Zie uw armen, Vader, mij geopend,
Daar uw liefde uw gunst, mij kennen doet. Gij, o God, vervult mijn zielsbe^eeren;
Door het geloof word ik met 17 vereend. Nimmer zal ik van uw liefde scheiden, Die mij troost en hulp , en vreuïd verleent.
Heere! welk eenen dank kan ik U voor uwe oneindige genade toebrengen? Hoe arm ben ik; en al wat ik heb, ontving ik van U; zélfs de dankbetuiging die mijne ziel U thans opdraagt, is uw werk* niets dan een vernederd en van uwe weldaden doordrongen hart kan ik U aanbieden en mijn geloof geeft mij de troostelijke verzekering, dat Gij dit hart niet versmaden zult, naardien Gij zoo liefderijk in hetzelve getreden zijt. Gewaar-dig ü, Verlosser der menschen , mijn
H. GOMMUNiK. Sj
hart tot uwen heiligen tempïl in te wijden. Verleen mij kracht tot al het goede, en sterkte te :en de aanvechtingen. Ik bid U, o Heere, verhef en onderhoud uwe heilige Kerk; beschut hare overheden ; verleen alle christelijke Vorsten vrede en een-dragt. Zegen ook mijne vrienden; vergeld aan mijne weldoeners hunne liefderijke gezindheid jegens mij. Laat nimmer in mijn hart eenige haat of onverzoenlijkheid tegen mij-quot;* ne vijanden ontstaan ; breng alle onwetenden tot de kennis der waarheid; ontferm U over alle dwalen-den ; verhoor alle noodlijdenden, en laat de geloovige afgestorvenen uwe barmhartigheid en den eeuwigen vrede genieten. Amen.
84 CKBKDEN NA DE
n Aan uwe liefde 7.?A ik '1 eenig weten, „ Of des Meesters voorbeeld u aeleidt; „ Oie de waarheid mint zal 'k broeder heeten, „ Deelen met hem mijne heerlijkheid.quot; Zoo spreekt God, — o moert dat woord vol
leven
Weerklank vinden in het sterfelijk hart. Liefde ons naar het heiligst doel doen
streven,
Teder lenigen zijns medebroeders smart; F-n die liefde, merkt het op, £;ij allen
Wie de hand van 't Christendom omsluit, Mint den vijand zelfs met welgevallen , Zondert hem van vriend nog magen uit. Zulk een liefde maakt, in 'l aardscheleven
Haar betraehtend , ons Gods evenbeeld. Zulk een liefde kan ons blijdschap geven.
Daar ze ons hier met naamloos heil bedeelt. Als de zon, die licht en koestring tevens
Op deze aard' natuur en schepsel geeft, Ts (iods liefde, 't licht des waren levens. Dat van d'eersten morgen ons omzweeft.
H. COMMUNIS. 85
Bij het heerlijk , rrolijk nchtend-dagen, Vliedt dp. nacht gelijk een schaduw heen:
Zoo verspreidt Gods liefderijk welbehagen, Zegen om ons bij het voorwaarts treên.
Reiken wij, door liefdea^eest oravademd. Dan elkander liefderijk de hand;
Voer' die geest, die niets dan goedheid ademt,
Eenmaal ons in 't ware Vaderland.
U, aan 't kruis toor ons allen gestorven, Die U minnen en als God en lieer,
Wie Uw dood het le?en heeft verworven, Minnen we als verlosten moer en meer.
Verder hmncn hier gebezigd worden : de gebeden op den heiligen Salramenfsdag, en de uitstelling ran het heilig Salra-ment des Altaars ^ die cchfrraau in dit hoekje q avond en worden.
OVKR Hi T
VAN
Eerste Overweging.
yesus bidt in den hof Gefhsemane.
^^esus zelf beproefde in den hof cg'S' van Gethsemane den bangsten doodstrijd : en zouden wij de angstvallige uren onzes levens ontgaan kunnen ? Jesus bidt te midden zijner grootste benaauwdheden. Waarom zeggen wij : mijn hart is te bekneld, ik kan niet bidden,
LIJDBNSOVERWEGFNGRN. 87 daar wij in deze treurige uren het gebed het meest behoeveo. Jesus bad , en er daalde verstel king van den hemel. ITij onderwierp zich aan den wil zijns Vaders. Indien wij bidden en ons aan den wil des hemels overgeven, dan zal versterking ook ons ten deel vallen.
Schoon Jesus zich in dezen treu-rigen zielestrijd bevond , verpat Mij nogtans zijne Leerlingen niet; Hij troostte, vermaande en sterkte hen. — Laten wij in alle ongevallen des levens moed houden , en den pUgt van liefde en geregtigheid niet vergeten ; integendeel , smeeken wij to meer de goedertierenheid en barmhartigheid des Heeren , en Hij zal on* verhooren en versterken.
88 OVERWEGINGEN OVER HET G K B E D.
6 riod ! wanneer wij ons in de bange uren van lijden en tegenspoed bevinden , laten wij ons dan uwer barmhartigheid herinneren; laat ons dan o Jesus, uw driewerf herhaald gebed en onderwerping aan den wil uws Vaders , in den hof vrn Geth-semane, indachtig zijn en gevoelen. Pat wij dan met gelatenheid lijden en bidden , gelijk Gij geleden en gebeden hebt , om door ü in onze angstvalligheden troost Ie mogen erlangen. Amen.
Jesus door de krijgsknechten omgeven^ e.?i door Judas verraden.
Jesus, ons voorbeeld ! leer ons hoe wij ons jegens vijanden eu
LIJDEN VAN CHRISTUS. 89 valsche vrienden moeien gedragen. Hij ging grootmoedig zijn lijden te gemoet. Wien zoekt gij? — vroeg hij hen — waarop hij onmiddelijk antwoordde : Ik ben Jesus van Nazareth.
Volgen wij Jesus na, en laat ons in het lijden , dal wij niet afweren kunnen, geduldig zijn. Dan Jesus zorgde niet voor zijne eigene vrijheid, maar als een liefderijke Meester zorgde hij voor zijne vrienden en leerlingen.
Jesus verdraagt de geveinsde kus van zijnen vonader; Hij ziet hem medelijdende aan 5 ja, bij het volvoeren van zijne misdaad voert Hij hem minzaam toe : Mijn vriend! waartoe zijt gij gekomen r Verraadt gij den Zoon des menschen wet eenen kus.
90 OVERW£GINGEN OVER HKT
Jesus beminde zijnen vei rader. Welk een voorbeeld voor ons, om ook onze vijanden en valsche vrienden lief te hebben! — Een Christen zonder liefde is geen Christen.
G i: E E D.
Heer Jesus! Gij gingt uw lijden ie gemoet • Gij zorgdet meer voor uwe verschrikte Jongeren dan voor U zeiven; ook Gij bernindet uwen verrader ! — O, laat rnij gelaten in het lijden zijn. Leer mij zoo grootmoedig en liefde»ijk mijne vijanden en valsche vrienden behandelen , gelijk Gij hen behandeld hebt.
Derde Overweging.
Jesus gevangen genomen.
Jesus leert ons het kwaad met goed te vergelden ; Hij leert ons de be-
LIJDEN VAN CHRISTUS. 91 schikking van God niet te^en te streven, maar volkomen in den wil des Albestuurders te berusten.
Jcsus, vol zachtmoedigheid en liefde, beval zijnen leerl'ng het zwaard in de schede te tteken, ja heelde de wonden van den gekw' ts-ten krijgsknecht; Hij toonde h m aan , den hoozen mei te weder staan en kwaad met goed te vergelden.
Deze heilzame leer wilde Hij door zijn voorbeeld bevestigen. — Hij verzuimde geene gelegenheid, om zijnen Leerlingen deze gewigtige waarheid door woorden en dad:n in te prenten. Hij gaf zich aan den wil zijns V?ders geheel over, ten einde do vooizegg-ngcn der hiilige Schriften zouden vervuld worden Hierop grondvestte Hij zijn geduld, toen Hij zeide ; dc wil mijns Vaders
92 OVüRWfiGlNGEN OVER HET moet nu aan mij volbragt worden.
Hierop moet de grondslag van ons geduld in lijden en tegenspoed rusten. Ik vervul den zuil mijns Vaders , die in den hemel is. Dat in alles wat mij te beurt valt de zuil mij fis Vaders geschiede !
Jesus liet zich geduldig binden en als een lam wegleiden. Zijne lijdzaamheid en zijn zwijgen, moeten op ons hare indruk maken en ons tot leering verstrekken.
G E 15 E 1).
o Jesus! doe mij meer en meer kennen, dat hier op de wereld niets buiten den wil uws Vaders geschiedt. Laat ik mij uw voorbeeld gestadig voor oogen stellen, en in alles wat de Voorzienigheid mij toevoegt, aan mijn hart vragen : hoe zoude Jesus
LIJL)UN VAN CHRISTUS. 93 gehandeld, hoe zoude hij zich gedragen hebben ?
Vierde Overweging.
yesus in het huis van Caiph.is.
Jesus toont hier, door zijn voorbeeld, wanneer wij op valsche beschuldigingen zwijgen, en wanneer wij spreken moeten. Jesus zwijgt op de hem aangetijgde lasteringen: Hij verdedigt zich niet, omdat Hij besloten had te lijden. Hij die zich verdedigt, tracht het lijden af te weren. Wij moeten dan zwijgen, wanneer wij door het spreken den laster meerder stof zouden geven. Zwijgt, eti wederstaat den hoozen niet. Hij, die niet weet te zwijgen, weet ook niet te lijden.
Dan, Jesus spreekt, wanneer het 7
94 OVERWEGINGEN OVER IIKT de eer zijns Vaders, zijns ambts en de waarheid zijner zending geldt.
Ach, hoe dikwijls spreken wij, daar wij zwijgen, en zwijgen daar wij spreken moeten! Soms vordert de eer van onzen naasten dat wij behooren te zwijgen, veeltijds de liefde, dat wij spreken moeten.
GEBED.
Ileere Jesus! Gij hebt openlijk bekend de Zoon van God te zijn, en om die getuigenis werdt Gij ter dood veroordeeld ; ofschoon Gij wist dat deze opregte bekentenis U het leven zoude kosten. Uit liefde tot uwen Vader en voor de waarheid offerdet Gij uw leven op.
Bemoedig en versterk m j tot verdediging der waarheid. Verleen mij uwe goddelijke genade, om uw hei-
LIJDHN VAN CHRISTUS. 95 lig Evangelie, met woorden en daden, voor de geheele wereld onbeschroomd te belijden, en niet alleen voor U te leven, maar ook voor U te sterven. Amen.
Vijfde Overweging.
Jesus door het volk bespot.
Jesus! door uw voorbeeld leeit Gij ons bespotting, lastering en verguizing, zachtmoedig te dulden, om den wil van onzen Vader te vervullen. — Jesus was het doel der bespotting van de heffe des volks , ea hoe ook mishandeld, zwijgt de Heiland, om den wil zijns Vaders te volbrengen ! — Ook wij moeten zwijgen en verdragen.
96 OVERWEGINGFN OVER HRT G K F. F. 1).
Laat mij, o Heer, door uw lijden en standvastigheid volkomen overtuigd zijn , dat ik uwe heerlijkheid niet genieten kan, wanneer ik U niet gelijkvormig worde in uw lijden. Blijf Gij mijn geleider en voorbeeld in het lijden , opdat ik mij eenmaal met U, in uwe heerlijkheid moge verheugen. Amen.
Zesde Overweging.
jfesus door Petrus driemaal verloochend.
Hier onderwijst ons Jesus, door zijn gedrag omtrent Pebus, medelijdend en zachtmoedig te zijn , je~ gens hen waarop wij ons vertrouwen vestigen, wanneer zij ons ia nood te leur stellen. — Jesus had dien
LIJDEN VAN CHRISTUS. 97 avond hem nog gewaarschuwd en gezegd : — waakt en bidt, opdat gij ia geene bekoringen valt.
Ofschoon Petrus Jesus driemaal verloochend had, deed de zachtmoedige Heiland hem echter geen bestraffend verwijt5 slcchts een oogwenk deed den Leerling aan het woord des Heeren gedenken. Evenzoo liefderijk moeten wij hen behandelen , die bij overijling of zwakheid ons door een hard woord be leedigen j — één goed woord, één vriendelijke aanblik kan dikwijls hel hart van eenen vijand overwinnen. Daaraan zal men de ware volgelingen van Jesus kennen, dat zij hunne vijanden vergeven , en beminnen die hen haten.
Petrus is tevens een leerzaam voorbeeld voor ons. Hij verloochende
9b OVERWEGINGEN OVER HET zijnen goddelijken Meester, voor wien hij betuigd had bereidvaardig te willen sterven. — Hoe moedig trok hij tegen de krijgslieden het zwaard, en thans is hij zwak en bloohartig. — Zoo wordt soms ecne goede zaak met ijver aangevangen, maar onmoedig geëindigd. Petrus verloochende driemaal zijnen Heer 5 de eene verloochening bereidde dtn weg voor de tweede, en de tweede maakte de derde ligter.
De eeiste zonde begaat men sidderende , de tweede met verwarring , en de derde met ongevoeligheid.
G E B E 1).
Heere Jesus! hoewel door uwen Leerling verloochend, bleeft Gij hem echter hartelijk beminnen: Gij betoondet medelijden met zijne zwak-
LIJDEN VAN CHRISTUS. 99 heid. — Verleen ons eer. meêdoo-gend hart jsgetis allen die ons be-leedigeu en mishandelen, zoo dat wij ons meer bedroeven over hunne zonden, dan over de ons aangedane baleedigingen. — Vestig ook, bidden wij U, een wenk op ons, waaneer wij in zonden vallen. Sla dan eenen genaderijken blik op ons, opdat wij onre overtredingen mat Petrus mogen bjweenen.
Onze Verlosser leert ons het stilzwijgen, waaneer wij te doen hebben met menschsn, die de duisternis boven het licht wairdeeren; dan leert Hij ons spreken, wanneer het de erkentenis der waarheid geldt. Jesus werd beschuldigd, als een verstoorder der algemeene rust, die
lOO OVERWEGINGEN OV,.R HET zich tegen des Keizers bevel aan-kantlo; en Hij verdedigt dch niet. Leer hieruit, o mensch, wanneer gij ii onder hen bevindt, die het licht schuwen en de duisternis beminnen, te zwijgen, ten einde door uwe be-scheidene verdediging, den laster geene nieuwe stof tot voortgang te geven; wees dan gelaten en stil; vestig op Hem uw vertrouwen , die de onschuld en waarheid altoos doet zegepraleu.
Pilatus vorderde van Jesus bekentenis der waarheid, toen hij hem vroeg : zijt gij de Koning der Joden? En jesus antwoordde hem vrijmoedig : Ik ben het.
Spreekt, volgelingen van jesus! spreekt, gelijk Hij de waarheid, wanneer men die vau U afvordert; vreest dan den onreglvaardigen niet.
LIJDEiS Van christus. lOl GEBED.
ü Jcsus! Gij zweegt op de valsche beschuldigingen; dan, Gij gaaft voor den regterstocl getuigenis der waarheid. Geef ons de gaven van wijsheid en geduld, opdat wij ons, bij het spreken en zwijgen, als uwe leerlingen, als kinderen van uwen hemelsehen Vader mogen gedragen , en in alle voorvallen dezes levens, voor alle menschen, de eer van uwen naam en ile kracht van uw voorbeeld in ons openbaren.
Jesns voor Herodes.
Door het volk bespot, versmaad eu gehoond, werd jesus van den eencn tot den anderen regter ge
102 OVERWEGINGEN OVl R HKT leid , en Hij antwoordde niet op alle valsche aantijgingen. De lijdende Heiland verdraagt, om den wil zijns Vaders, stilzwijgende al deze verguizingen... zijn vooi beeld leen ons lijden en zwijgen.
ójesus! uw voorbeeld is kracht, uwe leer wijsheid, en uwe genade almagt.
GEBED.
ó Mijn Jesus! ik b d U, verlicht en versterk mij , om in lijden gelaten en stü te zijn, gelijk Gij waart. — Ik smeek U oai mij de kracht van uw voorbeeld, de waarheid uwer l.cr, en de almagt uwer genade meer en meer te doen gevoelen. Amen.
LiJDhN VAN CHRISTUS, 103
Wegende Overweging
Jesus werd door Pilatus achter den moordenaar Barrabas gesteld.
Hier toont ons Jesus het grootste voorbeeld van lijdzaamheid en van zijne grenzclooze liefde jegens ondankbaren.
Zijn eigen volk, dat hij zoo hartelijk beminde, - en met zoo vele weldaden begunstigd had , — hetzelfde volk dat hem , v.einige dagen geledi n, met gejuich binnen deszelfs muren ontving en hem zegende, datzelfde volk roept nu : laat niet Jesus maar Barrabas los! — Met een gevoelvol hart ziet di.- Heiland op het misleide volk en den zwakken reg-ter neder, die voor den schuldeloo-zen Jesus een boosdoener, eenen die
104 OVJiRWEGIKGEN OVER HET als een moordeDaai bij de gehcele stad bekend slond, den voorrang geven. Ook bij deze afschuwelijke ondankbaarheid blijfi Jesus zachtmoedig en geduldig.
Zoude deze voorbeeldelooze liefde , deze hoogsie graad van geduld, ons niet ter navolging aansporen ?
G E » E D.
Zoon Gods! hoe kan ik U als mijnen Heer aanbidden en U niet navolgen! Laat uv/c liefde, aan mij betoond, n et vruchteloos zijn : bemoedig cn versterk mij met uwe genade , om allen hoon, smaad, verachting en vernedering, zoo als het een' Christen b taamt, te verdragen.
LIJDT N VAN CHRFSTUS. 105
Jesus gegeeset i en bespot.
üe lijdende Jesus gedoogt de wreedaardigste geeseling en de smartelijkste bespotting, om onze schulden te voldoen, en zich aar. den wil zijns Vaders te onderwerpen. — Hij drinkt den kelk des lijdens, om den wil zijns Vaders. Hij verdraagt daarom alle smarten, alle versmaadhe-den , alle mishandelingen met stille gelatenheid. — Om d°n wil zijns Vaders, die hem gezonden had, verduurde Hij de zwakheid van den reg-ter, de boosaardigheid der aanklagers , de blindheid des volks , den moedwil der krijgslieden, alles verdraagt Hij met standvastigheid.
Waarlijk, de Zoon Gods heeft ge-
I06 OVERWEGING N OV' R HET leden, wat nimmer eenig mensch op aarde geleden heeft. - De Zoon Gods lijdt, gelijk wij bcliooren te lijden.
GERED.
Uw lijden, o Jesus, leert mij lijden, uwe geduldigheid geeft mij een volmaakt voorbeeld van geduld. — Laat mij, wanneer mij lijden overkomt, door standvastigheid betoo-nen, dat ik in U, o Jesus, geloof en U in mijne handelingen tracht te volgen.
Jesus wordt van Tilatus ter dood veroordeeld.
Geheel uw lijden, o Jesus, is ons een voorbeeld ter navolging. Toen
LIJDEN VAN CHRISTUS. Ï07 Gij U, nis een offer van den nijd der hoogepriesters, als een offer van de onwetendheifl des volks en de zwakheid des regters zaagt blootgesteld, hebt Gij geen enkel woerd tot uwe verdediging gezegd. Het was in uwe magt om U te redden ; dan. Gij zweegt, daar Gij U redden kouwet.
Uw stilzwijgen, uw spreken, uw verdraagzaam lijden, alles doet ons kennen den inhoud van uwe gebeden in Gethsemane : Vader! uw wil en niet mijn wil geschiede.
GERED.
Heerejesus! daar ik, van uwe gevangenis tot uwe veroordeeling, in stille aandacht uw smartelijk lijden, uwe standvastigheid, uwe onbeperkte liefde, uwe gehoorzaamheid en al-
(OS OVKKWKGINGKN OVTOR Hl'T les overtreffende lijdzaamheid overwogen lu-b, bid ik U, neem mij aan onder liet getal uwer leerlingen : doe mij in alle voorvallen van dit leven uw voorbeeld nastreven, en mijne volhaiding in het goede openbaren.
Twaalfde Overweging.
^es?/s ter strafplaats geleid.
Jesus, gehoorzaam zijnde tot den dood. gaat daar met het zware kruis beladen tusschen twee moordenaren, geleid door krijgslieden , en vergezeld door eene groote menigte van het volk. Eenige vrome vrouwen volgen hem weenende; de liefderijke Zaligmaker ziet have tranen en deelt in hare droefheid, met een gevoelig hart, dat meer om haar dan
LIJDEN VAN CHRISTUS. I09 om zijn eigen lijden getroffen is. Hij zegt haar : Dochters van Jeruzalem ! weent niet over mij, maar over u en uwe kinderen.
Zoo geduldig en volhardend in het lijden , gaat de Heiland ter dood ; vol van liefde jegens zijnen Vader, vol van liefde jegens zijn volk.
G F. B Ë D.
Heere Jesus! uwe allesovertrefïen-de lijdzaamheid is het eenige ware voorbeeld voor mij, in alle tegen spoeden dezes levens. — Leer mij uw geduld kennen en uitoefenen. Verhoor mijn gebed, en eeuwig zal ik U daarvoor prijzen.
8
110 OYiLRWbGlKGEN OVt'R HET
Dertiende Overweging.
Jeslts aan het kruis.
Tot auü het kruis wilde Je; us oos leerea de smadelijkste beleedigin-gen te vergeven , onze vijanden te beminneii, alle lijden met onderwerping, uit de handen van onzen hemolschen Vader bereidvaardig te ontvangen.
Jesus hangt daar, uitgestrekt, tusschcn iwee moordenaren, en nog vervolgt hem de wreedaardigste be-: potting; het volk roept hem toe : anderen heeft Hij geholpen, en Hij kan -iichzelven niet helpen ! Zoo Gij Gods Zoon zijt, kom van het kruis! — Ook een der mcdegol; ruist en lasterde ilem : zijt Gij de Christus , red U zeiven en ons.
LIJDEN VAN CHRISTUS. I 2 I
Hoe was zijae beangstigde ziel te moede, toen Hij zeide : Mijn God! mijn God! waarom hebt Gij mij verlate/i !
Hoe groot was zijne liefde, toea Hij tot zijnen Vader bad : Vader ! vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen.
Hoe ondei worpen aan den wil zijus Vaders, toen Hij uiti :cp : Vader ! in uwe handen beveel ik mijnen geest.
Welk eeue gehoorzaamheid tot den dood toe!
Hij sterft, omdai Hij hel gewtld heeft, en roept met eene schelluidende stem : Het is volbragt.
Jesus! Gij sterft, om ons het leven te geven. — L w flood is onze verlossing. — Nu is het volbragt, en wij zijn de uwen !
112 O VER WEGINGEN OVER HET G a B E D.
Jesus, mijn Verlosser! sterk mij door uwe krachtdadige genade , doe mij het lijden dat Gij mij toezendt met christelijk geduld dragen , en ten einde toe in uwen wil volharden. — Ik smeek ü , verlicht mij door uwe alvermogende genade , om uwe goddelijke leer meer en meer te verstaan; geef mij sterkte om uw voorbeeld te volgen.
Verhoor, Heer, om uwe liefde, mijne smeekingen.
Veertiende Overweging.
J-esus beveelt zijne Moeder aan Joannes,
ó Mcnsch! liet lijden en sterven van onzen Verlosser, (wij kunnen het niet genoeg herhalen) blijft ons
LIJDEN VAN CHRISTUS. I I 3 bel allerwaardigst voorbeeld Ier na-volging, en leert or.s, in alle tegenspoeden en rampen des levens , onzen wil aan den goddelijken wil te onderwerpen , en in dier- wil tot liet einde te volharden.
Jesus, na alles volbragt te hebben , na de schuld van het gevallen menschdom uitgewiseht , — het kroost van Adam in vrijheid gesteld te hebben, opende rijne stervende lippen, en als een regtvaardige Zoon zorgt nog zijn dankbaar hart , in die veege o ogenblikken , voor zijne beminde Moeder, die hij met allen nadruk zijnen beminden Leerling aanbeveelt.
Jesus kon nu zijnen geest in de handen zijns Vaders aanbevelen , nadien hij in zijn leven en sterven den wil zijns Vaders volbragt had.
I J 4 LIJ n 'CIJsovjïrw gt;T o INGKN.
Ook dan kunnen wij in vrede st'. rvcD , v/anneer wij met Jesus den wil van onzen Vader die in de hemelen is nakomen.
O , wanneer ook eens ons dagwerk volbragt zal zijn, en ons geweten ons getuigenis geeft, dat wij des Heeren wil gedaan hebben , dan kunnen wij ons hoofd op het doodsbed gerust nederleggen ; dan zal onze dood gern «'ood, maar een zalige overgang zijn tot onzen Vader.
G K B li D.
ó Mijn dierbare Verlosser en Zaligmaker ! s'erk mij met de kracht des geloofs ; — GeleKl en bestuur mijne treden op het pad des levens , ten einde ik na het volvoeren van mijne loopbaan, in de bange ure des verscheidens, mijne ziel tot U
dk zkv'n rokt-l^ai.mf.n. i 15 ran. ; verhrfTen en zeggen : Veder ! in uwe handen beveel ik mijnen geest
Ps a.lm 6. Domine, ne in fvrore, etc.
! straf mij ni^t in uwe 'verbolgenheid, en kastijd mij niet in uwe gramschap
Ontferm U mijner, Heer! want ik ben krank ; genees mij , Heer ! want al mijne beenderen zijn heel ontsteld.
Mijne ziel is zeer verschrikt, en Gij, Heer, hoe lang?
Keer U tot mij. Heer, en verlos mijne ziel : maak mij zalig om uwe barmhartigheid.
HÓ DE ZEVRN
Want er is in den dood niemand die uwer gedachtig is 5 en wie zal in de helle U belijden ?
Ik heb gearbeid in mijne zuch-tinger. 5 ik zal alle nachten mijn bed wasschen ; met mijne tranen zal ik mijne rustplaats begieten.
Mijne oogen zijn van de verbolgenheid verslagen : onder al mijne vijanden ben ik verouderd.
Gaat van mij, allen die u boosheid bedrijft : want de Heer heelt de stem mijns weenens gehoord.
De lieer heeft mijn ootmoedig bidden verhoord : de Heer heeft mijn gebed ontvangen.
Pat al mijne vijanden beschaamd en geweldig ontsteld worden : dat /ij bekeerd worden en zeer haas-tiglijk zich schamen.
Eere zij den Vader, en den Zoon ,
bokt-ps alm rn 117
eo den heiligen Geest : (Telijk het was in den beginne, nu, er. altijd, en in de eeuwigheid. Amen.
Psalm 3 . Beati qitoTiwi, etc.
Zalig zijn zij , wier boosheden vergeven , en welker zonden bedekt zijn.
Zalig is de man , welken de Heer de zonde niet toegerekend heeft , en in wiens geert geen bedrog is.
Omdat ik gezwegen heb , zijn mijne beenderen verouderd , als ik riep den geheelen dag.
Want dag en nncht is uwe hand zwaar op mij : ik ben jmgekeerd in mijne ellendigheid, terwijl ik met doornen doors'oken werd.
Mijne misdaden heb ik U te kennen gegeven, en mijne onregtvaar-digheid heb ik niet verborgen.
ï i 8 ]gt;:' 7. v: N
Ik heb gezegd : ik zal mijne on-regtvaardigheid den lieer belijden ^ en Gij hebt de boosheid mijner zonden vergeven.
Hiervoor zal iedere Heilige tot U bidden ten bekwamen tij le.
Ja zelfs in den overvloed van vele wateren, zullen zij tot hem niet genaken.
Gij zijt mijne toevlugt in de be-naauwdheid die mij omvangen heeft j mijne verheuging, verlos mij van degenen die mij omsingeld hebben.
Ik zal u verstand geven en onder-wijz n in den weg door welken gij gaan zult; ik zal mijne oogen op u vestigen.
Wordt toch niet gelijk een paard of muilezel, die geen verstand hebben.
Met het gebit en met den toom
HO: TPS ATM rN. I »9
bedwingt mei» rlc kinnebakken dergenen, die t-t u niet komen.
Velen zijn de gecselen des zondaars 5 maar hij die op den üeer hoopt, zal barmhartigheid ontvangen.
Verblijdt u in den lieer, en verheugt u, gij reglvaardigen : roemt in Hem , gij allen die opregt van harte zijt.
Eere zij den Vader, enz.
PoALM 37. Domme ne in , etc.
Heer! straf mij niet in uwe verbolgenheid , en kastijd mij niet in uwe gramschap.
Wnnt uwe pijlen zijn in mij * en f^ij hebt op mij uwe handen verzwaard.
Er is geene gezondheid in mijn vlcesch , door het aanschouwen uwer
120 DE ZKVKN
gramschap 5 cr is geen vrede in mijne beenderen , door liet gez'gi mijner zonden.
Want de boosheden zijn boven mijn hoofd gewassen; gelijk eenen zwaien last zijn zij op mij zwaar geworden.
Mijn*: wonden zijn stinkende en vuil geworden , ter oorzake mijner dwaasheid.
Tk ben ellendig geworden , en gekromd tot den einde toe 5 heel den dag ging ik bedroefd.
Want mijne lendenen zijn vervuld met bedi legelijkhcden , en er is geene gezondheid in rnijn vleesch.
Tk ben gepijnigd en bovenmate zeer vernederd; ik briesehte van het zuchten mijns harten.
Heer! voor U is al mijne begeerte, en mijn zuchten is voor U niet verborgen.
BÜKÏ-PSALMEN. 12 1
Mijn hart is zeer ontroerd, mijne kracht heeft mij begeven, en zelfs liet licht mijner oogen is met mij niet.
Mijne vrienden, en mijne naasten zijn tegen mij aangekomen en opgestaan.
Die bij mij waren, stonden van verre, en zij deden geweld die mijne ziele zochten.
Die mijne ziele zochten , hebben ijdelheden gesproken , en hebben den geheelen dag bedrog bedacht.
Maar ik als een doove , hoorde niet : ea als ecne stomme, deed ik mijnen mond niet open.
Ik be i geworden als een mensch dio niet hoort, en die geen wederspraak in zijnen mond heeft.
Want ik heb op U, Heer, gehoopt : Gij zult mij verhooien , lieer, mijn God!
122 DE ZEVEW
Want ik heb g-'zegd : mijne vij-ander. moeten z ch ten geenen tijde over mij verblijden 5 en ais mijne voeten wankelden, hebben zij zieh tegen mij hoogelijk beroemd.
Maar ik ben bereid tot de geese-len , cn mijne smart is alc'jd voor mijn rangezigt.
Want ik zal rn'jne boosheid ver-1 ndigeii , en denkon over mijne zonden.
Maar mijne vijand..-a lev ja , en ..ijn magtig te; en mij ; .:ij zijn ver-mcD:rvuldig l die mij onregtvaard»g haten.
Zij 7 die goed met kwaad vergelden , spreken van mij achterklap 5 want ik volgde het goede
V- rlaat mij niet, Heer , mijn God ! cn ga niet weg van mij.
BUVr-PSAJLMExv'. 123-
Denk op mijne hulp, lieer, God mijner zaligheid !
Eere zij den Vader, enz.
Psalm 50. Miserere mei , etc.
Oniferm U mijuei , o God, naar uwe groote baimhartigheid.
Wasch mij liog meer va 1 mijne ongenjgtighcid . en zuiver mij van mijne zondei:.
Want mijüe boosheid beken ik , en mijne zonden zijn altijd voor mijne oogen.
Tegen U alleen teb ik gezondigd , en kwaad voor Ug -daan, opdat Gij zoudt gciegtvaardigd worden in uwe woorden, en overwinnen ais Gij g.-uo.dee d wordt.
Want ziet, ik ben m boosheid Vvjortgebragt, en in zonden heeft mij mijnj ni.edci ontvangen.
124 Djc,: EEVtfN
Gij hebt de waarheid bemind 5 de onzekere en verborgene dingen uwer wijsheid hebt Gij mij geopenbaard.
Gij zult mij besproeijen met liij-zop, en ik zal gezuiverd worden : Gij zult mij wasschen, en ik zal witter dan sneeuw worden.
Mijn gehoor zult Gij blijdschap eu vreugde geven, en de verouderde beenderen zullen zich verheugen.
Keer uw aangezigt af van mijne zonden, en wisch uit al mijne boosheden.
Schep in mij een zuiver hait , o God! en vernieuw in mijn binnenste eenen opregten geest.
Verwerp mij niet van uw aangezigt, en neem uwen heiligen Geest niet van mij.
Geef mij weder de blijdschap uws
l?ü ET-PSALM EN. 125
heils, en niet den vorstelijken geest versterk mij.
Ik zal de boozen uwe wegen lee-ren , en de goddeloozen zullen tot U bekeerd worden.
Verlost mij van de bloedschulden, 0 God , God mijner zaligheid; en mijne tong zal uwe regtvaardigheid verheffen.
Heer ! Gij zult mijne lippen open doen 5 en mijn mond zal uwen lof veikondigen.
Want hadt Gij offeranden gewild, ik zou ze U gegeven hebben 5 maar de brandofferanden zullen U niet aangenaam zijn.
Een bedrukte geest is Gode een offer * een gebroken en verootmoedigd hart zult Gij, o God, niet versmaden.
Ileere! doe goedertierenlijk aan 9
i 26 dk zeven
Sioii uwen goeden wil : en laat de muren van Jeruzalem gebouwd worden.
Dan zult Gij ontvangen liet offer der regtvaardigheid, offeranden en brandoffers; dan zullen zij kalveren leggen op uwen altaar.
Eere zij den Vader , enz.
Psalm 101. Domine exaudi, etc.
lieer! verhoor mijn gebed, en laat mijn geroep tot U komen.
Keer uw aangezigt van mij niet af*, wanneer ik gekweld worde, neig uwe ooren tot mij.
Op welken dag ik U zal aanroepen, verhoor mij haastiglijk.
Want mijne dagen zijn vergaan als rook , en mijne beenderen zijn als een verdroogd hout verdord.
Ik ben geslagen als hooi, en mi n
BOKT PSALMEN. 127
hart is dor geworden; omdat ik vergeten heb mijn brood te eten.
Van de stem mijns zuchtens is mijn gebeente aan mijn vleesch gekleefd.
Ik ben gelijk geworden aan de pelikaan der woestijnej ik ben geworden als een nachtraaf in het huis.
Ik heb gewaakt, en ben geworden als een musch, alleen wonende op het dak.
Den geheelen dag beschimpten mij mijne vijanden; en die mij prezen, zwoeren tegen mij.
Omdat ik assche als brood at, en mijnen drank met tranen mengde.
Van het aanschouwen uwer gramschap en uwer verbolgenheid : want opheffende hebt Gij mij nederge-stooten.
Mijne dagen zijn als eene scha-
128 DE ZEVEN
duw geweken, en ik ben dor geworden als hooi. 1
Maar Gij, Heer, blijft in eeuwigheid 5 en uwe gedachtenis van geslachte tot geslachte. \ Gij, Heer, opstaande , zult U I over Sion ontfermen 5 want de tijd is gekomen.
Want hare steenen hebben aan uwe dienaars behaagd 5 en over hare aarde zullen zij zich ontfermen.
üe Heidenen zullen uwen naam vreezen. Heer ! en al de koningen van het aardrijk uwe glorie.
Want de Heer heeft Sion opge- f bouwd 5 en Hij zal in zijne heerlijkheid gezien worden.
Hij heeft naar het gebed der oot-moedigen gezien * en Hij heeft hun bidden niet versmaad.
Dat men deze dingen schrijve
L
BOET-PSALMEN. 129
voor een volgend geslacht; en het volk dat geschapen zal worden zal den Heer loven.
Want Hij heeft nedergezien van zijne hooge en heilige plaatse ; de Heer heeft van den hemel op de aarde gezien.
Opdat Hij hooren zoude het zuchten der gevangenen 5 opdat Hij ontbinden zoude de kinderen van de gedooden.
Opdat zij in Si on den naam des Jleeren zouden verkondigen , en zijnen lof in Jeruzalem.
Als de volkeren zamen kwamen, en de koningen , om den Heer te dienen, heeft Hij hen op den weg zijder kracht geantwoord : verkondigt mij de kortheid mijner dagen.
Neem mij toch niet weg in de
i30 de zeven
helft mijner da^en ; van geslachte
tot geslachte zijn uwe jaren.
In den beginne hebt Gij, Heer, de aarde gegrondvest; en de hemelen zijn de werken uwer handen.
Zij zullen vergaan , maar Gij blijft altijd; zij zullen alle gelijk een kleed verouderen.
Gelijk een dekkleed zult Gij ze veranderen, en zij zullen veranderd worden* maar Gij zijt dezelfde, en uwe jaren zullen niet vergaan.
De kinderen uwer dienaars zullen wonen , en hun zaad zal bevestigd worden in eeuwigheid.
Eere zij den Vader, enz.
Psalm 129. De Profnndis clamavi, ad ^ etc.
Uit de diepten heb ik tot U ge-
HOET-rSALMRN. IJl
roepen : Heer ! Heer ! verhoor mijne stem.
Laat uwe ooren luisteren naar de stem mijns smeekens,
Is het dat Gij de boosheden gadeslaat, Heer; Heer', wie za1 het verdragen ?
Want bij U is verzoening; en om uwe wet heb ik U verbeid, Heer.
Mijne ziel heeft in zijn woord verbeid: mijoe ziel heeft op den Heer gehoopt.
Dat Israël van den morgenwake tot den nacht toe op den Heer hope.
Want bij den Heer is barmhartigheid, en bij hem is overvloedige verlossing.
En Hij zal Israël verlossen van alle zijne boosheden.
Eere zij den Vader, en?,.
de zeven
Psalm 142. Domine ex audi, etc.
Heer! verhoor mijn gebed; neig uwe ooren tot mijn klagelijk bidden om uwe waarheid , verhoor mij om uwe regtvaardigheid.
Ga met uwen dienaar niet in het regt; want voor uw aanschijn zal geen levend msnsch geregtvaardigd worden.
Want de vijand heeft mijne ziel vervolgd ; hij heeft in de aarde mijn leven vernederd.
Hij beeft mij gesteld in donkere plaatsen, gelijk de dooden der wereld; mijn geest is in mij beangst geweest : mijn hart is in mij ontsteld geworden.
Ik ben indachtig geweest der oude dagen : ik heb overdacht alle uwe
BOET-PSALMEN. 133
werken 5 in de werken uwer handen oefende ik mijne gepeinzen.
Ik heb mijne handen tot U uit-gestreTct; mijne ziel is voor U als aarde zonder water.
Heer ! verhoor mij haastiglijk ; mijn geest is bezweken.
Keer uw aangezigt van mij niet af5 of ik zal gelijk zijn dengenen die nederdalen in het graf.
Doe mij.uwe barmhartigheid hoo-ren, want ik heb op U gehoopt.
Maak mij kennelijk den weg in welken ik moet wandelen j want tot U heb ik mijne ziel opgeheven.
Verlos mij van dc vijanden. Heer! tot U heb ik mijne toevlugt genomen 5 leer mij uwen wil doen, want Gij zijt mijn God.
Uw goede geest zal mij op den regten weg leiden; om uwen naam,
134 dk zeven boet-psalmfn. Heer, zult Gij mij levend maken in uwe geregtigheid.
Gij zult mijne ziel van het verderf bevrijden, en door uwe barmhartigheid zult Gij mijne vijnnden geheel vernielen.
En Gij zult vernielen allen die mijne ziel verdrukken; want ik ben uw dienaar.
Eere zij den Vader , enz.
Antiph. Wil niet gedenken, Heer, onze verzuimenissen, of die onzer ouders, en neem geene wraak over onze zonden.
Heer , ontferm U onzer.
Christus , ontferm U onzer.
Heer , ontferm ü onzer.
Christus, hoor ons.
Christus, verhoor ons. God, hemclsche Vader, ontf. U onz. God Zoon, Verlosser der wereld,
ontferm U onzer.
God, heilige Geest, ontf. U on^er. Heilige Drievuldigheid, één God, ontferm LT onzer.
Heilige Maria , zonder vlek ontvangen , bid voor ons.
Heilige Moeder Gods, bid voor ons. Heilige Maagd der Maagden, bid voor ons.
136 LITANIE VAN | |
H. Michncl, bid voor ons. | |
IT. Gabriel, | |
H. Rephaël, | |
Alle heilige Engelen en Aarts | |
engelen , | |
Alle heilige Kooren der zalige | |
Geesten, | |
H. Joannes de Dooper , | |
H. Josef, |
W |
Alle heilige Aartsvaders en Pro |
B.' |
feten , |
0 0 |
II. Petrus, | |
H. Paulus, |
0 m |
IT. Andreas 7 | |
11. Jacobus . | |
H. Joannes, | |
II. Thomas, | |
H. Jacobus, | |
II. Phi lippus, | |
11. Bartholomeus , | |
II. Mattheus, |
ALLE HEILIGEN. 1
H. Simon, bid voor ons. H. Thadeus,
H. Matthias,
H. Barnabas,
li. Lucas ,
H. Marcus,
Alle heilige Apostelen en Evangelisten ,
Alle heilige Leerlingen des Ilee-ren ,
Alle heilige Onnoozele kinderen ,
II. Stephanus,
II. Laurentius,
II. Vincentius,
II. Fabianus en Sebastianua,
II. Joannes en Paulus,
II. Cosmas en Damianus ,
II. Geivatius en Protasius,
Alle heilige Martelaars ,
II. Silvester ,
H. Grogorius,
138 UTANIK VAN
II. Ambiosius, bid voor ous. H. Augustinus ,
H. Hieronimus,
H. Martinus,
H. Nicolaus,
Alle heilige Bisschoppen en
Belijders,
Alle heilige Leeraren der Kerk II. Antonius,
H. Benediclus,
II. Bernardus,
H. Dominicus,
H. Franciscus ,
Alle heilige Priesters en Leviten, Alle heilige Monniken en Kluizenaars ,
H. Maria Magdalena , H. Agatha,
H. Lucia,
H. Agnes,
IT. Cecilia,
ALLE HEILIGEN. I $()
H. Cailiaiina, lgt;id voor ons. II. Anastasia, bid voor ons.
Alle heilige Maagden en Weduwen,
bidt voor ons.
Alle Gods lieve Heiligen, bidt voor ons.
Wees genadig, spaar ons, Heer.
Wees genadig, verhoor ons, Heer.
Vaa alle kwaad , verlos ons, lieer.
Van alle zonden.
Van uwe gramschap,
Van eenen haastigen en onvoor- ^
zienen dood, ^
Van de listige lagen des duivels, ^ Van gramschap , haat en allen a
kwaden wil,
Van den geest der onkuii chheid, £ Van bliksem en onweder, 2
Van den eeuwigen dood,
Door het geheim uwer mensch-wording.
14° LITANIE VAN
Door uwe komst in het vleesch, verlos ons, Heer.
Door uwe geboorte,
Door uw doopsel en heilig vasten, Door uw kruis en lijden, lt;3
Door uwen dood en uwe begra-
Door uwe heilige verrijzenis, § Door uwe wondervolle hemel- quot;
Door de komst van den heiligen quot;
Geest, den Vertrooster,
!n den dag des oordeels, Wij zondaars, bidden Ü, verhoor ons.
Dat Gij ons wilt sparen, wij bidden
U, verhoor ons.
Dat Gij ons onze misdaden kwijtscheldt, wij bidd. U, verhoor ons. Dat Gij U gewaardiget ons tot eene waarachtige boetvaardigheid te
ALI.E HEILIGEN. 74!
geleiden, wij bidden U, verhoor ons.
Dat Gij U gewaardiget uwe heilige Kerk te besturen en te beschermen,
Dat Gij U gewaardiget den Room- ^ schen Paus en de geheele Gees- ■=: telijkheid in den heiligen gods-dienst te bewaren, %■
Dat Gij ü gewaardiget de vijan- a den der heilige Kerk te ver-nederen, n
Dat Gij U gewaardiget den chris- g* telijken Koningen en Vorsten S vrede en eendragt to geven, g Dat Gij U gewaardiget aan alle quot; christelijke volkeren vrede en eenheid te verleenen.
Dat Gij U gewaardiget ons in uwen heiligen dienst te versterken en te bewaren ,
10
142 LITANIE VAN
Dat Gij U gewaardiget ouze harten tot hemelsche begeerten op te wekken, wij bidden U, verhoor ons.
Dat Gij U gewaardiget al on^e weidoeners met de eeuwige goederen te vergelden, ^
Dat Gij U gewaardiget onze zie- ^ kn en de zielen onzer broede- £1 ren, vrienden en weldoeners g voor de eeuwige verdoemenis ^ te behoeden ,
Dat Gij U gewaardiget de vrueli-ten der aarde te geven en te ÜT bewaren, ^
Dat Gij U gewaardiget allen ge- § ioovige overledenen de eeuwi-ge rust te geven,
Dat Gij U gewaardiget ons gebed
te verhooren ,
Zoon Gods,
ALLK HR1L1GEN. I43
Lam (iods , dat wegneemt de zonden der wereld, spaar ons , Heer.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, verhoor ons, lieer.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm IJ onzer.
Christus, hoor ons.
Christus , verhoor ons.
Heer, ontferm ü onzer.
Christus, ontferm U onzer.
lieer, ontferm U onzer.
Onze Vader, enz.
PSAI.M LXIX,
ó God ! kom mij te hulpe 5 Heer ! haast U om mij te helpen.
Dat. zij beschaamd en bevreesd worden , die mijne ziel zoeken.
Dat zij terug wijken en zieli seha-men, die mij kwaad willen
144 LITANIK VAN
Dat zij aanstonds met schaamte terug-keeren, die mij zeggen : ha, ha! Dat zij zich in U verheugen en verblijden , allen die ü zoeken , en dat zij die uw heil beminnen altijd zeggen : de Heer zij hoogelijk geprezen.
Doch ik ben behoeftig en arm, help
mij , o God !
Gij zijt mijn Helper en mijn Verlosser, Heer! vertoef niet.
Glorie zij den Vader, lt;?nz.
v. Maak uwe dienaars zalig.
a. Mijn God! die in U hopen, v. Wees ons een sterke toren. a. Tegen onz'en vijand.
V. Dat de vijand geene overhand op
ons k rij ge.
a. En dal de zoon der boosheid zich niet verstoute ons te beschadigen.
ALLE HKIUGEN. 145
v. Heer! doe ons niet naar onze zonden.
A. En vergeld ons niet naar onze
boosheden.
v. Laat ons bidden voor onzen Paus N. A. De Heer spare hem , behoude hem in het leven, geve hem voorspoed op aarde, en levere hem niet over aan den wil zijner vijanden.
v. Laat ons bidden voor onze weldoeners.
A. Heer! gewaardig U , allen die ons goed doen , om uws naams wille , met het eeuwige leven te vergelden, v. Laat ons bidden voor de geloo-
vigen die overleden zijn.
A. Heer ! geef hun de eeuwige rust, en het eeuwige licht verlichte hen. v. Dat zij in vrede rusten. A. Amen,
I4Ö I.ITANIK VAN
v. Voor onze broeders die afwezig zijn.
A. Mijn God! maak zalig uwe dienaars die in U hopen.
v. Zend hun hulp u^t de heilige plaats.
A, En bescherm hen uit Sion. V. Heer! verhoor mijn gebed. A. En mijn geroep kome tot U.
Laat ons bitii'eir
o God, wien het altijd eigen is te sparen en genadig te zijn ; ontvang ons gebed, opdat uwe goe-dertierene barmhartigheid ons, en al uwe dienaars, die door de banden der zonden gebonden zijn, genadig ontbinde.
quot;Wij bidden U, Heer, verhoor onze ootmoedige gebeden, en spaar degenen die hunne zonden belijden ,
A'.t.K HEILIGEN. 147
oprlai wij genadiglijk vergiffenis en vrede van U verwerven.
Toon ons, genadig, o Heer, uwe onuitsprekelijke barmhartigheid , en verlos ons van alle zonden , zoo wel als van de straffen die wij door de-zelven verdiend hebben.
6 God, die door de zonden vertoornd en door de boetvaardigheid veizoend wordt: neem de gebeden uws volks, hetwelk zich voor uwe grootheid nederwerpt, genadig aan , en neem de geesels uwer verbolgenheid weg, die wij door onze misdaden verdienen.
Almagtige eeuwige God ! ontferm U over onzen Paus N., en bestuur hem. door uwe goedertierenheid op den weg des eeuwigen levens , opdat hij, door uwe gunst begeere
I4S LITANfE VAN
hetgcnc U behaagt, en hcUclvc met alle kracht volbrenge.
ó God, van wien de heilige begeerten, de goede voornemens, en alle regtvaardige werken voortkomen : geef aan uwe dienaars dien vrede, dien de wereld niet geven kan; opdat onze harten, genegen zijnde tot het volbrengen uwer geboden, en wij van de vrees der vijanden ontslagen zijnde, door uwe bescherming in rust mogen leven.
Ontvonk , o Heer, onze nieren en ons hart door het vuur van den heiligen Geest, opdat wij U met een zuiver ligchaam dienen, en met een rein hart behagen mogen.
God, Schepper en Verlosser van alle geloovigen! schenk aan al uwe dienaars en dienaressen vergiffenis van alle hunne zonden, opdat zij de
ALLE HKILIGEN. 149
genadige kwijtschelding, daar zij altijd naar verlangd hebben , door onze ootmoedige gebeden mogen verwerven.
Wij bidden U, Heer, voorkom onze werken door den invloed uwer genade, en voltooi dezelve door uwe medewerking, opdat al onze gebeden cn werken altijd met U beginnen , en begonnen zijnde, door U voltooid worden.
Almagtige , eeuwige God , die over levenden en dooden heerscht , en U ontfermt over al degenen die Gij voorweet dat door het geloof en de werken de uwen zullen zijn : wij bidden ü ootmoedig, dat zij, voor welke wij onze gebeden uitstorten , hetzij dat ze nog in leven of reeds overleden zijn , door de voorspraak van uwe Heiligen , en door uwe ge-
150 LIT. VA.N AI.LK TIKILTGRN.
nade, vergiffenis vnn alle hunne zonden verwerven. Door onzen Heer Jesus Christus, uwen Zoon , die met ü leeft en heerscht, in eenheid des heiligen Geestes, God in alle eeuwen der eeuwen. Amen. v. De almagtige en barmhartige
Heer verhoore ons.
A. Amen.
v. Dat de geloovige zielen door Gods
barmhartigheid rusten in vrede. 4. Amen.
LiTAMËN EM G^B^iDTN voor alle dagen der week.
TOT DE
Heer, ontferm U onzer. Christus , ontferm ü onrer. Heer, ontferm U onzer.
Christus , hoor ons.
Christus , verhoor ons. God, hemelsche Vader, ontferm onzer.
15^ LITANIE TOT üü
God Zuou , Verlosser der wereld
onlfeim U onzer.
God , heilige Geest,
Heilige Drievuldigheid, één God, r- Onbegrijpelijke Majesteit, •g Onbeperkte niagt,
'gj Oncinige wijsheid, 2 Grondelooze goedheid, gt; Eeuwige waarheid ,
Die alléén God zijt,
In welke wij leven, bewogen ty) worden en zijn,
'U Wier majesteit de geheele ^ aarde vervult.
Aan welke alleen alle eer en
heerlijkheid toekomt. Die ons in onze ellende troost,
Die alleen groote wonderen doet,
Die zijt, waart en komen zult,
ALLKRH. DRIEVULDIGHEID. I 53 Heilige Drievuldigheid, regtvaardig en vreeselijk in het oordeel, ontferm U onzer.
Heilige Drievuldigheid, heerlijk O
en wonderlijk in uw rijk, Ongeboren Vader , g
Eeniggeboren Zoon,
Heilige Geest, van den Vader o en den Zoon voortkomende , ^ Heilige Drievuldigheid , één God, ^ Wees verzoend, spaar ons, Heer. Wees verzoend, verhoor ons. Heer. Van alle kwaad, verlos ons. Heer. Van het overtreden uwer gebo-
gt; ai
Van het veronachtzamen en mis- 5-
O
Van het verzuimen der heilige d zaken, quot;
Door uwe almagt.
154 LIT A.MS TOT Dli
Door uwe onbegrijpelijke wijsheid ,
verlos ons, lieer.
Door uwe oneindige goedheid, verlos ons, lieer.
Door uwe onuitsprekelijke barmhartigheid, verlos ons, Heer.
Door uwe groote langmoedigheid,
verlos ons, Heer.
Wij zondaars, bidden U, verhoor ons.
Dat wij U, den ééoigen en Drie- lt; vuldigen God, altijd vrijmoe-dig belijden, 'ó*
Dat wij U, één in Drievuldig- g heid, en Drievuldig in éénheid aanbidden, ^
Dat wij U , den onbegrijpelijken ^ God, eerbiedig gelooven, oot- g moedig dienen en boven alles ^ beminnen , S
Dal Gij ons voor vermetelheid ,
ALLÜRH. DRIEVULDIGHEID. 155 hoogmoed en wereldliefde bewezen hebt, wij bidden U ^ verhoor ons.
Dat Gij de dwalenden op den weg des levens wilt terug leiden, wij bidden IJ, verhoor ons.
Dat gij aan alle overledenen de eeuwige rust schenken wilt, wij bidden U, verhoor ons.
Dat ons gebed door U verhoord worde , wij bidden U, verhoor ons
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, spaar ons, Heer.
I^am Gods, dat wegneemt d- zonden der wereld, verhoor ons, Heer.
Lam Gods , dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U onzt r.
Christus, hoor on. .
Christus, verhoor ons.
! Teer , ontferm U onzer.
156 LIT. TOT DK H. DRIRVULDIGH. Christus, ontferm U onzer.
Heer, ontferm Ü onzer.
Onze Vader, enz.
Gebed.
Allerheiligste, aanbiddelijke Drie-ëenheid! In het stof onzer nietigheid nedergeknield, aanbidden wij U met den diepsten ootmoed. Wij danken U, dat Oij ons, door uwe Kerk, het doorluchtig en voor ons eindig verstand , onbegrijpelijke geheim der drievuldigheid en éénheid van uw goddelijk wezen geopenbaard hebt. Wij bidden U, bewaar ons voor de vermetelheid om , met onze gebrekkige rede, den Volmaakten en Oneindigen te willen bereiken. Geef ons een kinderlijk geloof aan al de verborgenheden . welke Gij genadig geopenbaard
1-OFZ. VAN AM BK. FN AUG. 157 hebt 5 doe ons onwankelbaar bij deze belijdenis volharden , opdat wij, in den hemel gt; eeuwig aanschouwen en verheerlijken mogen, Hem, dien wij hier geloofd hebben : één God in drie Personen, de Vader, de Zoon , en de heilige Geest. Amen.
Lofzang der Heiligen Aminos!us en Au^uslinus.
U , o God, loven wij; U, o Heer,
prijzen wij.
U , eenige Vader, ver ert de gansche aarde
U loven alle Engelen, alle hemelen,
all.; magten,
U roepen de Cherubs en Serafs on ophoudelijk toe :
Heilig, h-ilig, heilig is de Heer, de God der Heerscharen !
11
I 58 LOFZANG DER HEILIGEN.
Hemel en ïiarde zijn vol van de heerlijkheid uws naams.
U looft het schitterend koor der Apostelen;
U prijst de lofwaardige schaar der Profeten;
U roemt het luisterrijk koor der Martelaren.
U erkent de heilige Kerk over de geheele aarde :
U, Vader der oneindige heerlijkheid ;
En uwen waren, eenigen, aanbid-denswaardigen Zoon;
Alsmede den heiligen Geest, den Trooster.
Christus, Gij zijt de Koning der heerlijkheid.
Gij zijt de eeuwige Zoon des Vaders.
Gij hebt, toen Gij, om den mensch te verlossen , de menschheid zoudt
AMHROSIUS F.N AUGUSTINUS. I 59 aannemen , den schoot eener Maagd niet beneden U geacht.
Gij hebt den prikkel des doods overwonnen , en den geloovigen het hemelrijk geopend.
Gij zit ter regterhand Gods, in de heerlijkheid des Vaders.
Wij gelooven , dat Gij als regter eens zult wederkeeren.
Daarom b'dden wij U : kom uwen dienaren te hulp, welke Gij met uw dierbaar bloed hebt. verlost.
Laat hen allen in uwe eeuwige heerlijkheid onder uwe Heiligen gesteld worden.
Heer! behoud uw volk, en zegen uw erfdeel.
Heersch over hen, en verhef ze tot in eeuwigheid.
Dagelijks loven wij U,
En prijzen wij uwen naam in eeu-
lÓO UE GKl.OOFSBELIJDENiS
wigheid, en in eeuwiglieiJ dei eeuwigheden.
Wil ons , o Heer , heden van alle
zonden bewaren.
Ontferm U onzer, o Heer, ontferm U onzer.
Laat ons, o Heer, uwe ba mliart.g-heid ontwaren, gelijk wij op U vertrouwd hebben.
Op U, o Heer, heb ik vertrouwd; en in eeuwigheid zal ik niet beschaamd worden.
De fieloofsbelijdeuis van den Ueiligeu Athanasins
Wie zalig worden wil, behoude voor alle andere d ngen het katho-lijke geloof.
Die dit niet geheel en ongeschonden bewaart, zal ongetwijfeld voor eeuwig verloren gaan.
VAN DEN H. ATHAI AS1US. l6l
ITet Katholijk geloof nu is dit : dat wij éénen Cod in r'e Drievuldigheid, en de Drievuldigheid in de Éénheid vereeren.
Noch de personen vermengende, ncch het wezen scheidende.
Want een andere is de persoon des Vaders, een andere is die des Zoors, een andere die des heiligen Geestes.
Maar de Godheid des Vaders en des Zoons, en des heiligen Geestes is één; bunne heerlijkheid is even groot, hunne majesteit even eeuw'g.
Gelijk de Vader is, zoo is de Zoon , ec zoo is ook de heilige Gerst.
Ongeschnp n is de Vader, ongeschapen is de Z^on, rngrschapcn is de heilige Geest.
Onmetelijk is de Vader, onmetelijk is (?e Zoon, onmeteli k is de heilige Gerst.
der ille
;rm 1
t-g-gt; U
been
de 10-
)n-01
102 DE GELOOFSBELIJDENIS
Eeuwig is de Vader, eeuwig is de Zoon, eeuwig is de heilige Geest.
En toch zijn het niet drie eeuwigen , maar slechts één eeuwige.
Evenzoo ook niet drie otigescha-penen, noch drie onmetelijken , maar slechts één ongeschapene, en één onmetelijke.
Evenzoo is almagtig de Vader, en almagtig de Zoon, en almagtig de heilige Geest.
En toch zijn het niet drie almag-tigen, maar slechts één almagtige.
En zoo is de Vader God, en de Zoon is God, en de heilige Geest is God.
En toch zijn er niet drie Goden, maar er is slechts één God.
En zoo is de Vader Heer, en de Zoon is Heer, en de heilige Geest is lieer.
VAN DEN H. ATHANAilUS. 163
En toch zijn er niet drie Heeren, maar er is slechts één Heer.
Want, gelijk wij elke persoon op zichzelve, als God en Heer, door de christelijke waarheid, gedwongen worden te belijden, zoo wordt het ons door den katholijken godsdienst verboden, drie Goden of Heeren te noemen.
De Vader is door niemand gemaakt, geschapen of geteeld.
De Zoon is door den Vader alleen , niet gemaakt of geschapen, maar geteeld.
De heilige Geest is door deu Vader en den Zoon, niet gemaakt, of geschapen , maar van hen uitgegaan.
Zoo doende is er maar één Vader, en zijn er niet drie Vaders; één Zoon, en niet drie Zoons; één hei-
is de
;est.
;uwi-
icha- I
cen , , en
, en ; de
nag-e.
de it is %
en, j
de esl
164 DE GELOOFSBFI.TJDÏ NIS
lige Geest, en niet rh'ie heiige
Geesten.
En in deze DrievuMigheid be.ctaat niets vroegers of laters, niets groo-ters of klein' rs ; maar alTe drie personen zijn even eeuwig lt; n e'kander volkomen gelijk.
Alzoo dat in alles , gelijk boven re ds gezegd is, de Éénheid in de Drievuldigheid, en de Drievuldigheid in de Éénheid te vcrerren is.
Wie dus zaüg worden wil , mort derhalve op rulke wijze over de heilige Drievuldigheid denken.
Ui t is tevens noodzakelijk tot ons eeuwig heil , dat wij onwa- kelba-r aan de mcnschwording onzes ITee-ren Jrsus C' ristus gelooven.
ITet regte geloof is, dat wij ge looven cn belijden, dat onze Heer
VAN Dl N H. ATHAN/.SIUS, 165 Jesus Christus, de Zoon Gods, God en mensch is.
God is hij uit het wez n des Vaders, en ^óór alle tijden geteeld; en men?ch is hij uit het wezen der Moeder , in d r tijd geboren.
Vo'maakt God, volmaakt men?ch, bestaande u't eene redeli ke ziel en een menFchelijk lirchaam.
Den Vader na-r de Godheid gelijk, doch naar de menschheid minder dan de Vader.
En , ofschoon hij God en mensch is, zoo zijn hel toch niet twee Christussen , maar slechts een Chnstus.
Eén enkele, niet door den overgang der Godheid in het vleecch, maar door het opnemen d r menschheid ?n God.
Een enkele, niet door de ver
l66 DE GULOOFSBEL. V. D. H. ATHAN. menging van het wezen, maar door de éénheid van den persoon.
Want, gelijk de redelijke ziel en het vleesch te zamen één mensch uitmaken, zoo is God en mensch één Christus.
Die voor ons behoud heeft geleden, ter helle is afgedaald, en ten derden dage wederom opgestaan is uit de dooden.
Die opgevaren is ten hemel , en aan de regterhand zit vaa God, den almagtigen Vader: van waar hij zal komen oordeelen de levenden en de dooden.
Bij wiens komst alle menschen met hunne ligchamen moeten opstaan en rekenschap geven van hunne daden.
En die wel gedaan hebben, zullen het eeuwig leven , maar die boosheid
LIT. VAN i tN H. GEKST. 167 bedreven, het eeuwig vuur ingaan.
Dit is het katholijk geloof, en wie het niet trouw en vastelijk bewaart, hij kan niet zalig worden.
Eere zij den Vader, en den Zoon, en den heiligen Geestj gelijk het was in den beginne, en nu en altijd, en in de eeuwen der eeuwen. Amen.
F, l T A N I E van den heiligen Geest.
Voor den Maandag.
lieer, ontferm U onzer. Christus, ontferm U onzer. Heer, ontferm U onzer. Christus, hoor ons.
Christus, verhoor ons.
:an. ioor
l en
isch asch
[ele-ten n is
, en den
zal en
hen op-nnc
Hen leid
l68 LIT. N!E VAN DEN
Grd^ hcmelsche Vader, ontferm U
onzer.
God, heil'ge Geest,
ITeilige Drievuldigheid ,éér; God, TIeil'ge Grest, van den Vader cn den Zoon onophoudelijk voortkomende,
Geest der eeuwige waarheid, O
Geest van wijsheid cn mad, ^ ' n
Geest van st rkte cn weten'chap, g Geest der godsvrucht en vrecze ^ des Ileeren, c
Geest der liefde, der Mijd chap S cn dos vredes, ?
Gelt; st van geduld, goedheid en genade,
Gee t van lanr moedigheid rn
goedertierenheid ,
Ge st van geloof cn zedigheid. Geest van onthouding en zuivcr-h id.
H KI LI ij EN GKfSr. l6 J
Geest v.in ootmoed en vooiziglig-heid,
Geest van leven en zaligheid , Geest der aanneming tot kinderen Gods ,
Heiligmaker en bestuurder der
katholijke Kerk ,
God. die de harlen en n'eren O proelt, ^
Uitdoelcr der hcmelsclie gaven, g Onderzoeker der gedachten en ^ bedoelingen des harten ,
o 'O
Veilige toevlugt in benaouwd- g heid, p
Liefelijkheid dergenen die U beginnen te dienen ,
Kracht en k'oekmoed gheid dergenen dit in deugden toenemen ,
Kroon der volmaakten ,
Geluk d,.r Engelen,
I70 LITANIE VAN DEN
Licht der Aartsvaderen , ontferm U onzer.
Ingeving der Profeten, ontf. U onz.
Tong en wetenschap der Apostelen , ontferm U onzer.
Overwinning der Martelaren, ontferm U onzer.
Wijsheid der Belijders, ontferm U onzer.
Zuiverheid der Maagden, ontferm Ü onzer.
Innerlijke zalving van alle Heiligen , ontferm U onzer.
Wees genadig, spaar ons. Heer.
Wees genadig, verhoor ons. Heer.
Van alle kwaad en van alle zónden, verlos ons, Heer.
Van alle verzoeking en bedrog des duivels, verlos ons. Heer.
Van dwaling en ongeloof, verlos ons. Heer.
HEII.IREN GÏESÏ. 171
Van hoogmoeii en eigenliefde, verlos ons, lieer.
Van toorn en kwaadsprekendheid ,
verlos ons , Heer.
Van ligtvaardig oordeel, verlos ons, Heer.
Van liefdeloosheid, verlos ons, Heer. In den dag des oordeels, verlos
ons. Heer.
Wij zondaars, bidden U, verhoor ons. Dat Gij ons de liefde Gods en ^
des naasten wilt inboezemen , ' Dat Gij ons wilt leeren onze vij- g;
anden te beminnen, ^
Dat Gij ons , in alle onze verrig- ü tingen, wilt verlichten en raden, iquot; Dat Gij ons waardig wilt maken , lt; om allerlei tegenspoed, ter 3-uwer liefde, te verdragen, o Dat Gij onze harten wilt ont- 0 vlammen in eene standvastige °
I 7quot;! LITAME VAN lll£N en onverzadiglijke begeerle naar de christelijke volnaakthcid , wij bidden U, verhoor ons.
Dat Gij ons ir den vrede Gods, die de were'd niet geven kan , bevestigen wilt, ^
Dat Gij ons bij de onwankelbare belijden;s der waarheid bewa-ren wilt, §*
Dat Gij de ongeloovigen, de dwa- B lenden en de zondaars ver-lichten en bekeeren wilt, S
Dat Gij de godsvrucht der ge- 3-loovigen vermeerderen wilt, o Dat uwe genade ons nimmer 0 verlate, S
Dat Gij ons de gave der volharding wilt verleenen,
Ojjdat wij onder het getal der uitvcrkoornen mogt.n aangenomen worden ,
HEILIGEN GEEST. I 73
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, spaar ons, lieer. Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld , verhoor ons, Heer.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U onzer. Christus, hoor ons.
Christus, verhoor ons.
Heer, ontferm U onzer.
Christus, ontferm ü onzer.
Heer, ontferm U onzer.
Onze Vader, enz.
Gebed.
Geest van goedheid en genade ! Met schaamte en berouw erken k mijce wederspannigheid tegen uw; goddelijke inspraken , mijne ontrouw aan de goede voornemens, welk» Gij mij verleendet. Hoogmoed, zin 12
174 G KB ED IN TOT DEN
nelijkhcid en eigenliefde bedwelm den mijn hart en maakten het on vatbaar voor uwe genquot;de. Verlaat mij arme zondaar niet. Ceest van barmhartigheid! ontne m mij de trotsche hooggevo» l'gheid cn werelds», hgezindhe id , en veileen m een diep oo'moedig hart, rene op-regte boetvaardigheid, opd. t Gij, d;c den heovaardigen wrder-tnat, maar den nedcigen genade geeft, ook mij met uv. e genade ve:vu len moogt, en ik voo taan gtfrouw aan dez« Ive zijn moge. Amen.
Modvrnelitige aaurooping 'I s lieiligfn Wresfps, tot verwerving zijner zev u gaven
Kom, lici'ige i^eest, en moog een vonk van 't goddelijk l'chl : de Ze
HFILIGEN GEEST. I 75
v ngaaf ors in drn bcez- m dalen. Kom, o Geest der Wijsheid! lerr mijn hart dat ik de onvergankelijke hem-Igoed ren boven de aardse1 e wete te chattm, te bemirnen en te stellen. Toon mij ook dlt; n weg, waar ik ze verwerven en eeuwig bezitten moge.
Orze Vader, enz.
Kom, h iüge Geest, enz.
Kom, o Geest des Vcrstands! ver-Ucht mijn gemoed, « pdat ik alle ge-he:men des hrils versta en bevatte % m eer maal l'et eeuwige liclit moge aanschouwen lt; n tot volledige kennis zoo van U, als van den Vader en den Zoon gerake.
Onze Vruler, erz.
176 GBliKUEN TOT DEN
3'
Kom, heilige Geest, enz.
Kom, o Geest van Ruad! sta mij bij in alle wederwaanUgheden dezes wisselvalligen levens; rigt mijn hart ten goede, doe het een afschuw hebben van het kwaad, en leid mij op het regie pad uwer geboden tot het gewenschte doel des eeuwigen heils.
On?.e Vader, enz.
4-
Kom, heilige Geest, enz.
Kom, o Geest van Sterkte! geaf mijn hart kracht, beschut het tegen alle dwaling, en steun het in alle ws derwaaardigheid; verleen mij steikt.e tegen de verderfelijke aanvallen mijner vijanden , opdat ik nooit ver-
IIKII.KJKN GKKST. 1^7
wonnen of van U, mijn hoogste goed, gescheiden worde.
Onze Vader, enz. enz.
5-
Kom, heilige Geest,
Kom, o Geest der Wetenschap ! onderwijs mij , dat ik het booze, vergankelijke en ijdele der goederen dezer wereld erkenne en verachte , er mij niet anders van bediene, dan alleen te uwer eere en tot mijn heil , en het eeuwige loon ver stelle boven alle schatten dezer aarde.
Onze Vader, enz.
G.
Kom , heilige Geest, enz.
Kom, o Geest der Godzaligheid! beweeg mijn hart tot echte vroomheid en tot heilige liefde van God ,
,7
i7'S geb!-:lgt;kn tot den mijnen lieer, op'lat ik U ia gods vruclit zoeken en in wa e liefde vinden mooe.
Onze Vader , enz.
Kom, h.ilige Geest, en.'.
Kom , o Gees der Vreeze des Heere7i ! dooi dring mij geheel van d epen eerbied voor U, mijn God en mijn Heer, opdat ik U steeds met het oog mijier ziel aanschouwe, en alles zor^vuldi^ vjrmijde wat uwer vlekkelooz.' Majesteit slechts in 't minste zou kannen mishagen
Onze Vader, enz.
Kom , heil ge Geest, vervul do harten uwer geloovlgen.
En ontsteek in ons he' vuur uwer liefde.
Heer ! verhoor mijn g^bed.
HKil,KJ N GKhST. 179
En mijne r )ep t'm dringe tot U door.
Gebed
Wij bidden U, o lieer, stort ge nadig den heiligen Gees in onze harten uit, dojr wiens wijsheid wij zijn geschapen, en dooi wiens voor zleni^heid wij bestuur 1 worden. Do ^r onzen Heer Jesus Chiis'.us Amen.
De g gt;ddelijk • hulp büjve onsteeds bij.
Amen.
Aarroeping das h.iiigen Geestes,
om den verkoelden ijver des gebeds weder aan te vuren, en de genade van echte godsvrucht te verwerven.
Zie met genadige oogen neder , o heilige Gees , op mijn verkoeld ge-noed, ea ontferm U mijner. Gij
l80 GEBEDEN TOT DEN li. GEEST.
hcbl liet bevolen , dat er oji uw al-laar voortdurend vuur zou brauden ; ach ! hoe is die goddelijke vlam in mijn binnenste zoo geheel uitge-bluscht, en alle ijver en hartverkwikkende godsvruchtgloed in mijn gemoed zoo volkomen te niet gegaan. Mijn hart hee't zich enkel in de liefde tot het aardsche uitgeput , mijne zielskracht is geheel verloren geraakt, en mijne verdroogde tong kleeft aan mijn verdord gehemelte. O, hoe zal ik ten dage des geregts voor uw aanschijn kunnen bestaan ! Kom, ach kom met uwe allesver-winnende kracht, o heilige Geect , en geef mij den verloren ijver des gebeds weder terug. Gij alleen kunt het verkilde hart wéér ontvlammen. Ontsteek het dan op nieuw met uw eeuwig vuur, da' nimmer kan
LIT. V. U. ZOETEN NAAMJESUS. l8 I worden gebluscht; cn zoo zal mijn gebed voortaan als een weliiekend wierookoffer opstijgen voor uw goddelijk aangezigt. Amen,
11II1111111 III III11111111111 • IIIIIII111111111 III I III 1111 ■ ■ 11
LITANIE van den zoaton Kaam JESU S.
lieer, ontferm U onzer.
Christus, ontlerm U onzer.
Heer, ontferm ü onzer.
Jesus, hoor ons.
Jesus, verhoor ons God, hemelschc Vader, ontferm U onzer.
God Zoon, Verlosser der wereld, ontferm U onzer.
I 82 LITAMK VAN Igt;KN
Oo 1, heilige Geest, ontferm V onzer.
Heilig Dr'ovuMig'iei l, ééu God, Jesus z «on v .n d-.-n levenden God ,
Jesus, glans d-s Vaders,
Jesus, lu'st.r van het eeuwige lichi ,'
Jesus, k -n ag der glo ie,
Jesus, z gt;r der geregtigheid , O
Jesus, zoon van de Maagd Ma-
Won lerlijke Jesus,
Jesus, vader van he t -ekoms'ij p leven ,
Jesus , verkondiger van Gods
raadsbesluiten,
Allerm-gtigsie J-sus, Al erverduMigsU Jesus ,
Z JR'J fc x NAAM JKSUS. J 8J Allcr^ch gt;oizaa»nsl Jesus , onlferm
U onzer.
[esus , zachtmoedig en ootmoedig van harte ,
Jesu , beminnaar der zuiverheid, Jesus, onze beminnaar,
jesus, God des vrede.-:,
jesus, voorbeeld van a'.le d ug- g-, deu, g
Jesus, ijveraai voor de zielen, ^ [esus , onze God , o
Jesus, onze toevlugt,
Jesus, vader der armen,
Jesus, schat der geloovigea ,
Jesus, goede herder,
|esus, waarachtig licht,
Jesus, eeuwige wijsheid,
Jesus, oneind ge goed .eid,
Jesus, onze weg en ons leven, Jesus, vreugd der Engelen,
184 LITANIK VAN UEN | |
Jesus, koning der Afirlsvaders |
, ont- |
ferm U onzer. | |
Jesus, meester der Apostelen, |
ont- |
ferm U onzer. | |
Jesus, leeraar der Evangelisten , |
ont- |
ferm U onzer. | |
Jesus, sterkte der Martelaren, |
ont- |
ferm U onzer. | |
Jesus, licht der Belijders, ontferm | |
U onzer. | |
Jesus , zuiverheid der Maagden |
ont- |
ferm U onzer. | |
jesus, kroon van alle Heiligen, |
ont- |
ferm U onzer. | |
Wees genadig, spaar ons, Jesus. | |
Wees genadig, verhoor ons , Jesus. | |
Van alle kwaad, verlos ons, Jesus. | |
Van alle zonden, verlos ons,J^sus. | |
Van uwen toorn, verlos ons, Jesus. | |
Van de lagen des duivels, verlos | |
ons, Jesus. |
ZUÜ.TKN NAAM JBiUS. 185 | |
Van den geest der onkuischhei |
1, |
verlos ons, Jesus. | |
Van den eeuwigen dood, | |
Van het verwaarloozen uwer ia- | |
gevingen , | |
Door het geheim uwer heilige | |
menschwordiog, | |
Door uwe geboorte , |
lt; rt |
Door uwe kindschheid, | |
Door uw allergoddelijkst leven, | |
Door uwen arbeid, |
§ 7) |
Door uwen doodstrijd en uw | |
lijden , |
nT V) |
Door uw kruis en uwe verlaten |
ö |
heid , | |
Door uwe smarten, | |
Door uwen dood en uwe be^ra- | |
fenis , | |
Dooi uwe verrijzenis. | |
Door uwe hemelvaart, | |
Door uwe vreugden. |
■!
I
j
f
i
1
\S6 LfTANia VAN DFN
Door uwe glor'e, verlos ons, Jesus.
Lnm Gods, dnt wegneemt ('e z. nden
der W'reld, sp?.ar ons, Jesus. Lam Gods, dat vegnecmt de zonden
d r wereld, verhoor ons, Jcsus. Lam Gods, dat w; gne^mt de zonden
der werlt;ld, ontferm U onzer. Jesus, holt;quot; r ons.
Je^us, verhoor ons.
Lrat ons bidden.
ó Heere Jcsus, die gezc gd he' t : vrargt en zult ontvnngen, zoekt en gij uit vinden, klopt en u 7al geopend worden : stort, wij bidden er U om , uwe üergoddclijks'e liefde in ocs gemoed, op«1at v.ij U teeds , van gan.^cher harte, met wooid en daad beminnen 5 en nooit ophoud; a U te leven.
Geef, o Heer, d.it wij altijd uwen
zorTEN NAAM JESUS. 187
heiligen Naam vrecz^n en beminnen ; ■vant Gij verlaat dengene niet, dirn Tiij bevestigt in uwe 1iefde.
XXXIII Verzuchtingen rn brden tot Josus, ter e re zijner XXXIII levensjr.ren,
Jesus) quot;waarachtig God.
6 Jc^us, w aracl tig God van waarachtig God! wees mij een b schermer en een oord van toev'ugt 5 ach , wil mij redden. Ps. XXX, 3.
ó Je us. Gij evenbeeld f'es Vaders ! vernieuw den geest van mijn re-moed , rpd. t, even als k het beeld van den aajd chcn mensch ? eb omgedragen, 'k ook alzoo hel beeM van den hemelschen men ch vertoo-ne. ï. C«gt;r. XV, 49.
o Jesus , Gij ceuv ige wijsheid !
l88 VhRZUCHriKGHN
roei ia mij alle ijdele wetenschap uit, want ik begeer niets te weten buiten U, mijn Jesus, den Gekruiste. I. Cor. II, 2.
Jesus, waarachtig mensch.
ó Jesus , Gij vleesch geworden Woord, dat onder ons heeft gewoond : o maak mij uwer goddelijke natuur deelachtig. 11. Pelr. 1, 4.
óJesus, Gij Zoon des menschen, die God als Gij zijt, U wel hebt willen vernederen tot het aannemen der gestalte onzer dienstbaarheid : 0, laat de trots nimmer mijn gemoed beheersch-.n. Tob. IV , 4.
ó Jesus, Gij Eerstgeborene onder vele broederen! bereid mij, geljk Gij het beloofd hebt, eene plaats in het rijk uws Vaders , opdat ook ik.
TOT J -SUS. 189
waar Gij mij lievintlen moge.
Joau. XIV, 3.
J-esus, ome Verlosser.
ó Jcsus, mijn Verlosser! ik ben uw eigendom , geheel en onverdeeld: neem mij op, want Gij hebt mij met uw bloed, waarlijk tot duren prijs, gekocht. I. Cor. VI, 20.
ó Jesus, mijn zaligmaker! behoud mij voor eeuw'g; want er is geen andere naam aan eenig sterveling op aarde gegeven, waarin wij zalig worden kunnen. Handel. IV, 12.
6 Jesus, Gij bronwel mijns aan-wezens ! U leeft mijne ziel; want Gij, Christus, zijt mijn leven; in U te sterven is mijn gewin. Phil. I, 21.
Jeyus, onze Heer.
ó Jesus, mijn Heer en mijn God!
13
586 LïTANia VAN DPN
Door uwe glor'e, vcrios ons, Jesus.
LnmGods, dnt wegneemt ('e z- nrlen
der wereld, spr.ar ons, Jesus. Lam Gods, dat vegneemt de zonden
d r wereld, verhoor ons, Jt sus. Lam Gods, dat w gnermt de zonden
der werlt;ld, ontferm U onzer. Jesus, hoer ons.
Jesus, verhoor ons.
Lfat ons bidden.
ó Heere Jesus, die gezc gd hel t : vrargt en gij zult ontvnngen, zoekt en gij uit vinden, klopt en u 7al geopend worden: stort, wij bidden er U om ,uwe ;il!ergoddelijks'e liefde in ons gemoed, opdat v.ij U teeds , van ganscher harte, met wooid en daad beminnen, en nooit ophoud n U te Ir ven.
Geef, o Heer, dat wij altijd uwen
ZOI TEN NAAM JESUS. 187
heiligen Naam vrecz^n en beminnen 5 'vant Gij verlaat dengenc niet, dirn Hij bevestigt in uwe Uefde.
XXXIII Vcrzuchtingrn rn brden tot J^sup, ter e re zijner XXXIII levensjr.ren.
Jesus, waarachtig God.
ó Jcsus, w aracl tig God van waarachtig God! wees mij een b schermer en een oord van toevlugt ; neb , wil mij redden. Ps. XXX, 3.
ó Je us, Gij evenbeeld f1es Vaders ! vernieuw den geest van mijn gemoed, rpd, t, even als k het bee'd van den aard chcn menseh ? eb omgedragen, 'k ook alzoo het bee-d van den hemelschcn men ch vertoo-ne. I. Cur. XV, 49.
6 Jesus, Hij ceuvige wijsheid!
l88 VIiRZUCH rtMGEN
roei in mij alle ijdele wetenschap uit, want ik begeer niets te weten buiten U, mijn Jesus, den Gekruiste. I. Cor. II, 2.
Jesus ^ waarachtig mensch.
6 Jesus, Gij vleesch geworden Woord, dat onder ons heeft gewoond : o maak mij uwer goddelijke natuur deelachtig. 11. Petr. I, 4.
óJesus, Gij Zoon des menschen, die God als Gij zijt, U wel hebt willen vernederen tot het aannemen der gestalte onzer dienstbaarheid : 0, laat de trots nimmer mijn gemoed beheerschen. Tob. !V , 4.
6 Jesus, Gij Eerstgeborene onder vele broederen ! bereid mij, gelijk Gij het beloofd hebt, eene plaats in het rijk uws Vaders , opdat ook ik,
TOT J SUS. 189
waar Gij J'ijt, mij bevinden moge. Joan. XIV, 3.
Jesus, onze Verlosser.
ó Jcsus, mijn Verlosser! ik ben uw eigendom , geheel en onverdeeld 5 neem mij op, want Gij hebt mij mei uw bloed, waarlijk tot duren prijs, gekocht. I. Cor. VI, 20.
ó Jesus, mijn zaligmaker! behoud raij voor eeuvrg: want er is geen andere naam aan eenig sterveling op aarde gegeven, waarin wij zalig worden kunnen. Handel. IV, 12.
o Jesus, Gij bronwel mijns panwezens! U leeft mijne ziel; want Gij , Christus, zijt mijn leven ; in U te sterven is mijn gewin. Phil. 1,21.
Jesus, onze Heer.
ó Tesus, mijn Heer en mijn God!
13
igO VERZUCHTINGEN
neem mij geheel in uw bezit; want ik ben uw dienaar, uw knecht ben ik , en de zoon uwer dienstmaagd. Ps. CXV, 16.
o Jesus, mijn Koning! beveel over mij ; ik belijde, dat uw juk waarlijk zacht en uw last ligt is. Matth. XI, 30-
ó Jesus, mijn schutsheer en behoeder ! onder uwe schaduw neem ik mijne toevlugt; plaats mij aan uwe regterzijde , zoo moge vrij ieder mij bestrijden. Job. XVII, 3.
Jesus, ome Bruidegom.
o J«sus! Gij zijt mij een bruidegom des bloeds; verloof U met mij in barmhartigheid en ontferming voor eeuwig. Osea II, 19.
0 Je«us, mijne liefde! Gij allerschoonste onder de kinderen dei
TOT JESUS. IQI
menschen ! wat bezit ik in den hemel , en wat wil ik op aarde buiten U ? Ps. LXX11, 24.
ó Jesus, mijn troost en mijne vreugde ! leid mij binnen in uwe woonkameren , en ik wil in U juichen en vrolijk zijn. Hoogl. I. 3.
yesus, onze Herder,
6 Jesus , Gij goede Herder, die uw leven voor uwe schapen prijs gegeven hebt : om uws naams wille zult Gij mij hoeden en verplegen. Ps. XXX, 3.
6 Jesus, Gij levend brood dat van den hemel is nedergedaald! Gij alleen zijt het, die mijne begeerte met goederen bevredigt. Ps. CII, 4.
ó Jesus, Gij springader des levens! mijne ziel dorst naar U 5 maak dat
192 VK.RZUCHTINGE.J
ik met vreugde water scheppe uit de bron des heils. Tsaias Xlï, 3.
Jcsns, onze Leeraar.
0 Jesus, Leeraar, ons van God gezonden : leer mij wat goed is, onderwijs mij in tucht en kennis, want ik heb uwe geboden geloofd. Ps. CXVIII, 66.
ó Jesus, mijn leeraar en meester ! voer mij op het pad uwer geboden , want ik heb het gezocht. Ps. CXVIII, 35-
6 Jesus , Gij licht der wereld ! laat uw licht en uwe waarheid uitstralen , en mij geleiden en heenvoeren naar uwen heiligen berg en tot uw heiligdom. Ps. XL1I, 3^
Jesus, onze Middelaar. ó Jesus, onze voorspraak bij den
TOT JKSUS. I93
Vader! wees Gij de verzoening niet slechts voor mijne, maar voor al de zonden der gcheele wereld, I. loan. II, 2.
ó Jesus, mijn middelaar! verzoen mij met uwen Vader 5 want Gij alleen, Christus Jesus, zijt de middelaar tusschen God en de men-schen. 1. Timoth. II, 5.
ó Jesus , mijne toevlugt ! in uwe wonden verberg ik mij; ik wil er in vrede slapen en rusten. Ps. VI, 9.
Jesus, onze Arts.
6 Jesus! Gij arts mijns ligchaams en mijner ziel , die zelf onze smarten ondergaan hebt : ja , door uw bloed zijn wij genezen. Isa'ias LUI, 4.
o Jesus, gij ware Samaritaan! giet olie en wijn in mijne wonden . en genees mijne ziel ^ want ik heb
194 VERZUCHTINGEN
gezondigd voor U. Ps. XL, 4.
ó Jesus, Gij onschuldig lam, dat voor mij ter dood is geleid : zuiver mijn hart; want Gij zijt het, die wegneemt de zonden der wereld. Joan. I, 29.
Jesus, ome Regter.
6 Jesus, Gij regtt-r, die zult verschijnen om te oordeelen de levenden en de dooden : treed toch met uwen dienaar niet in 't geregt. Ps. CXLTI, 2.
ó Jesus, mijne geregtigheid ! antwoord voor mij ; want ik kan niet één op duizend vragen beantwoorden. Job. XI, 3.
ó Jesus, Gij grondoorzaak mijner hope ! plaats mij ter regterzijde ouder uwe schaprn, en ik zal voor het kwaad gerucht niet schroomen. Ps. CXI, 7,
tot jksus. 195
Jesus, onze Ver heerlijker.
0 Jesus, Gij mijn erfschat en mijn deel in het land der levenden : geel mij mijne erfenis weder. Ps. XV, 5.
6 Jesus, Gij mijn overgroot loon ! voer mij in de goederen des Heeren binnen, als welke Gij hebt toebe-leid voor hen die U beminnen. I. Cor. II, 2.
ó Jesus, mijn leven, mijne opstanding en mijn heil, ik begeer ontbonden te worden en met U te zijn; want wat toch heb ik op aarde of in den hemel buiten U? Ps. LXII, 25.
L, 4. 1, dat zuiver 1 die ereld.
ver-
even-1 met . Ps.
ant- ^
niet
oor-
jner ou-roor ïen.
L I T A N 1 E VAN DE HEILIGE ENGELEN.
Voor den Woensdag.
Heer , ontferm U onzer.
Christus , ontferm U onzer.
Heer , ontferm U onzer.
Christus, hoor ons.
Christus, verhoor ons. God, hemelsche Vader, ontferm U onzer.
God Zoon, Verlosser der wereld,
ontferm ü onzer.
God, heilige Geest, ontf. U onzer. Heilige Drievuldigheid, één God,
ontferm U onzer.
Heilige Maria, zonder vlek ontvangen , bid voor ons.
LITANIE VAN DF 11. KNGSLEN. I97 Heilige Moeder Gods, bid voor ons. Heilige Maagd der Maagden, bid
voor ons.
H. Michaël, Prins van het hemel-
sche heer,
Die in den hemel eenen grooten strijd tegen den draak uitgestaan hebt,
Die den draak met zijne afgevallene Engelen uit den hemel gestooten hebt, ^
H. Gabriël, die aan Daniël god- ^ delijke gezigten geopenbaard o hebt, M
i.^ie aan Zacharias de geboorte a cn bediening zijns Zoons, Joannes , voorzegd hebt.
Die van God tot Maria, in Nazareth gezonden zijt, om de meuschwording des Woords aan te kondigen,
198 LITANIE VAN DK
H. Raphael, een der zeven Geesten die voor den Heer staan, bid voor ons.
Die als reisgezel den jongen Tobias op zijnen weg zoo getrouwelijk geleid hebt,
Die van Sara den duivel verdreven hebt.
Die den ouden Tobias het gezigt 5*.
Die om Gods hoogen en ver-
Die Gode gedurig heilig, heilig,
heilig toezingt.
Gij, die de duisternissen van onze harten weert, en dezelve verlicht,
Die de goddelijke dingen den
menschen aankondigt.
Die van God bevel ontvangen
H. ENGFXEN. I 99
hebt, om over de menschen te waken en lien te bewaren , bidt voor ons.
Die altijd ziet het aanschijn des Vaders die in de hemelen is.
Die u verheugt over eenen zondaar die boetvaardigheid doet, Gij, dienstbare Geesten, die af- ts gezonden wordt ten dienste ^ dergenen die de erfenis der g zaligheid zullen bekomen, quot; Die het volk van Sodoma met o
in
blindheid geslagen hebt. Die Loth met de zijnen uit Sodoma, uit het midden der goddeloozen, geleid hebt. Die langs den ladder van Jacob scheent op en af te klimmen, Die, de huizen der Israëlieten voorbijgaande , al de eerstge-
ees-bid
200 LITANIE VAN 1gt;F.
borcnen der Egyptenaren verslagen hebt, bidt voor ons.
Die liet volk van Israël uit Egypte , door de roode zee en de woestijpe, in het beloofde land geleid hebt,
Die aan Mozes Gods wet beschikt hebt, 53 Die Josef gerust gestold en ver-m?.and hebt, om Maria zijne ^ vrouw tot zich te nemen, ® Die den Heidenen de geboorte g van Christus verkondigd hebt, ^ Die, in de gedaante van Gods Zoon U verheugende, geznn gen hebt : Eer zij God in den allerhoogste, en op aarde vrede den menschen van ijoeden wiile ,
Die josef gewaarschuwd hebt , dat hij , met hr:t kind Jesus
H. B.NGELEN. 20I
en zijne Moeder, naar Egypte ronde vlugten, bidt voor ons. Die Christus in de woestijne gediend hebt,
Die Lazarus in den school van
Abraham gedragen hebt, Die Christus versterkt hebt, toen
hij in zijnen doodstrijd was. Die met een sneeuwwit kleed, W nan het graf van Christus zit-tende , zijne verrijzenis aan de ^ vrouwen verkondigd hebt, m Die u den Apostelen vertoond g hebt, toen Christus ten hemel ? opvoer,
Die Christus, als hij ten oordeel komen zal, mei het kruis zult voorgaan,
Die op het einde der eeuwen de uitverkooxnen bijeen vergaderen zult.
202 LITANIE VAN DE
Die de boozen uit het midden der regtvaardigen zult afzonderen, bidt voor ons.
Die den Heer de gebeden van die
hem bidden opdraagt ^
Die de stervenden bijstaat, Die door Gods kracht wonderen
Die over koningrijken en land-
Die de heerlegeis der vijanden °
Die Gods dieoaren meermalen quot; uit kerkers en andere gevaren verlost hebt,
Die de Martelaars in hunne folteringen vertroost hebt,
Alle heilige orden der gelukzalige Geesten,
Van alle gevaren, verlos ons Heet , door uwe heilige Engelen.
H. RIS GEL EN. 203
Van de listen des duivels, verlos ons Heer,door uwe heilige Engelen.
Van alle ketterij en scheuring, verlos ons Heer, door uwe heilige Engelen ,
Van pest, oorlogen hongersnood, verlos ons Heer, door uwe heilige Engelen.
Van eenen haastigen en onverwach-ten dood, verlos ons Heer, door uwe heilige Engelen.
Wij zondaars, wij bidden U, hoor ons.
Door uwe heilige Engelen, wij bidden U, verhoor ons.
Dat Gij ons wilt sparen, wij bidden U, verhoor ons.
Dat Gij ons wilt genadig zijn, wij biddeu U, verhoor ons.
Dat Gij onze zonden wilt vergeven, wij bidden U, verhoor ons.
2 04 LlTANiÊ VAN DK
Dat Gij uwe Kerk wilt besticrea en bewaren, wij bidd. ü, vcrh. ons.
Dat Gij aan alle christen Vorsten vrede (.n eendragt gelieft te ver-leenen , wij bidd. U, verhoor ons.
Dat Gij de vruchten der aarde wilt geven en bewaren, wij bidden U, verhoor ons.
Dat Gij aan alle overledene geloo-vigen de eeuwige rust gelieft te geven, wij bidden U , verh. ons.
1 am Gods, dat wegneemt de zonde;: der wereld, spaar ons, Heer.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, verhoor ons. Heer.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U onzer.
Heer, ontferm L onzer.
Onze Vader, en^.
v. En leid ons niet in bekoring.
A. Maar verlos ons van den kwade.
H. ENGELEN. 205
v. Looft den Heer, gij alle zijne Engelen.
a. Die magtig van krachten zijt , zijn bevel doende, om de stem zijner woorden te hooren. v. Looft den Heer, alle zijne heerscharen.
A. En zijne dienaars, die zijnen wil doen.
v. Hij heeft zijne Engelen geboden. a. Dat zij u bewaren zouden op alle
uwe wegen.
v. De Engel des Heeren zal zich stellen, rondom degenen die hem vreezen.
a. En hij zal ze veilossen.
v. In het aanschouwen der Engelen
zal ik U , mijnen God, lof zingen. a. Ik zal U aanbidden in uwen heiligen tempel, en ik zal uwen naam belijden, Heer.
14
20Ó GÜBHÜEN TOT DE
v. Heer! verhoor mijn gebed. a. En mijn geroep kome lol U.
G F I» K D.
ó God, die mei eenc wonderlijke orde tie dienst der Eogelen en der menschen schikt : verleen genadiglijk , dat ons leven op de p.ardc beschermd worde door degeyen die altoos, om U te dienen, voor 1 staan in den hemel ; door Jesus Christus, onzt^n lieer.
Gebed tot rien H. Engel-bowaarder.
O gij aliergertouwste, mij door God len beschermer gegeven leidsman, mijD helper, mijn gids en mijn steun , die nimmer van mijne iiijde wijkt : welken dank zal ik u betalen voor uwe trouw en liefde en voor de talloos mij bewezen wel-
H. ENGELEN. 207
daden? Wanneerik slaap, dan waakt yij over mij; in mijne treurigheid, beurt gij mij op; in mijne zwakte, versterkt gij mij ; wanneer ik gevaar loope, zoo redt gij mij; van zonde houdt gij mij terug; tot het goede zet gij mij aan; ben ik gevallen, zoo vermaant gij mij tot boete, en verzoent mij weder met God. Lang reeds ware ik ten vorderve gekomen, zoo gij dfin goddclijken toorn niet van mij hadt afgewend. Ik bid U , o wil mij toch nimmer verlaten ; troost mij in 's levens wederwaardigheden ; matig en beteugel mij bij het ganot van den voorspoed; beschut mij in gevaren; ondersteun mij in de be-Itoiing, opdat ik er niet voor be-zwijke. Mijne zuchten en beden , al mijne goede werken breng ik door u voor het aanschijn Gods;o, maak
2O8 GjSBKDKN TOT D£
dat ik in staat van genade uit dit leven scheide en de eeuwige zaligheid verwerve. Amen.
va?i den H. Carolus Borromeus , tot den heiligen Engel-bewaarder , tot v er 7ü erving van eenen zalig en staat.
J. In den naam der allerheiligste Drievuldigheid: des Vaders, en des Zoons, en des heiligen Gecstes. Ik, ' armzalige ellendige zondaar, verklaar voor u , mijnen dierbaren , mij door God toebeschikten Schutsengel, dat ik in het eenig geloof verlang te sterven, hetwelk de heilige, rooinsche en apostolische Kerk aankleeft en belijdt, waarin alle Hoi ligen des Nieuwen Verbonds zijn
H.ENGELEN 209
afgestorveD, en waarbuiten ^eene zaligheid bestaat.
2. Ook verklaar ik, o Engel Gods, dat ik onder uwe heilige hoede en bescherming uit dit leven verlang te scheiden , met dc onwrikbare hoop op de verwerving der goddelijke barmhaT-tigheid, ongeacht de menigte en de hoegrootheid mijner zonden 5 naardien ik vastelijk geloove , dat een enkele druppel van het overkostbaav Blood mijns Heeren Jesus Christus genoegzaam is, om niet slechts mijne, maar al de zonden der geheele wereld uit te wisschen.
3. Evenzeer verklaar ik, o heilige Engel, dat ik uit den grond mijns haTten begeer, aan de verdiensten van Jesus Christus, en aan zijne liefde en ontferming deelachtig te
2 I O GEBEDEN TOT DE
worden , als welke hij zelfs den grootsten en afschuwelijksten zondaar niet ontzegt , wanneer deze slechts een waar berouw ea leedwezen met echte boetvaardigheid vereenigt. O , dat ik toch mijnen God, wien ik boven alles bemin en steeds meer en meer wensch te beminnen, nooit beleedigd hadde ! Ik heb er innig berouw over, en van ganscher harte vergeef ik allen , die mij ooii beleedigden : en , ten einde al mijne schuld uit te delgen , zoo doe ik ze in het liefdevol hart mijns Zaligmakers, Jesus Christus, ter algeheele vernietiging overgaan.
4. Voorts verklaar ik, mijn Schutsengel, God te smeeken, dat zijne oneindige liefde mij onder de scharen van hen moge opnemen, welke hij van eeuwigheid tot uitverkore-
4
H. KNGF.LKN. 2 1 I
nen en erfgenamen der hetnelsche rlorie bestemd heeft ; uit smacht-verlangen naar den hemel , ben ik l.gt;ereid, niet slechts alle lijden deze;', j mmei vollen levens e1aten en moe-«Hcr ie dragen , maar ook alle smirten ties • a„evuurs tot den jongr.ten dag toe onderworpen.door te staan , wanneer ik slechts eenmaal door de oneindige barmhartigheid Gods dc eeuwige zaligheid mag verwerven.
5. Eindelijk verklaar ik ook nog voor 11, mijn trouwe Beschermengel, dat ik u tot uitvoerder van mijnen laalsten wil begeere en instclle. Drieërlei genade bid ik 1;, van God voor mij te verwerven : vooreerst , dat ik dit leven niet eindige , alvorens met al de heilige Sakramen-ten der Kerk naar behooren voorzien te wezen5 — ten tweede, dat
212 GEBEDEN TOT DE
ik van de veelvuldige smartelijke verzuchiingcn , welke Jesus Christus, hangende aan het kruis, ontboezemde ; slechts ééne enkele deelachtig moge worden ; opdat in mijn stervensuur de bittere droefheid van mijn gemoed daardoor gelenigd moge worden, en de allertcederste Moeder des Heeren mij begenadige met een enkelen dier blikken, waar-meê zij, de Vrouw van smarte, onder het kruishout slaande, naar het aanschijn haais beminden Zoons , in zijnen doodstrijd, nog opzag; en mij zoo eene plaats bereid worde onder het getal van hen, die door hare moederlijke voorspraak en bescherming, ten dage des oordeels, de eeuwige zaligheid zullen verwerven 5 — ten derde, eindelijk. bid ik u, dat gij, mijn trouwe Engel-
H. RNGIU.EN. 213
bewaarder, mij vooral in dien oogen-blik zult willen bijstaan , wanneer mijne ziel van het Hgchaam scheiden gaat, en mij verzoenend tot den Regter heen moogt voeren , wiens vaderlijk hart aan het kruis voor de zaligheid der zondaren in zoo vurige liefde blaakte. Laat mijne ziel, o minnelijkste Engel-bewaarder, u op het teederst aanbevolen zijn, en geef gij haar, van de banden des stofs bevrijd, terug in de handen haars Scheppers en Verlossers; teneinde zij Hem, met u en alle Heiligen, in de vreugde des hemels erkennen, volkomen beminnen, en algeheel in eeuwigheid genieten moge. Amen.
lijke itus, boe-leel-mijn beid ligd rste lige aar-OD-hct as , en rde gt;or be-Is, er-)id el-
214 LITANIE VAN HUT
mi 11 iiiiiiinii i ii I linn I in iiiiiiini 111 ii min I • I ii ii I
L T T A N T E
VA'i HKT
Voor den Donderdag.
I teer, ontferm U onzer.
Christus, ontferm U onzer.
Heer, ontferm U onzer.
Christus, hoor ons.
Christus , verhoor ons.
Hemelsche Vader, waarachtig God ,
ontferm U onzer.
(rod Zoon, V( rlosser der wereld,
ontferm U onzer.
Heilige Geest, waarachtig God, ontferm ü onzer.
Heilige Drievuldigheid, één God , ontferm U onzer.
At.LKRH. SAKRAMENT. 21 5 Levend brood , dat uit den hemel
gedaald zijt, ontferm Ü onzer. Eeuwig woord Gods, mensch geworden en onder ons wonende ,
Verborgen God en Zaligmaker, bedekt onder zienlijke gedaanten ,
Tarwe der uitverkorenen, q
Wijn, die maagden voortbrengt, 2-Voedzaam brood en vermaak der ^ koningen, ^
Schild der sterkte tegen alle c
bekoringen.
Geestelijk hulpmiddel voor alle H
zonden en krankheden, Onuitputbare schat van genade. Altijddurende offerande.
Zuivere ^pdragt,
Lam zonder vlekken,
Allerzuiverste maaltijd ,
2l6 litanie van hrt vSpijs der Engelen, ontferm U onzer.
Verborgen hemelsch brood, Gedachtenis van Gods wonderheden ,
Bovennatuurlijk brood,
Heilig slagtoffer,
C3
Geheim des geloofs,
Hoogwaardig en uitmuntend Sa- g krament , ^
Zoenoffer voor levenden en doo- ^ den, *
Wonder van Gods wonderen. Allerheiligste gedachtenis van
het lijden des Heeren,
Geschenk dat alle volheid te
boven gaat,
Voortreffelijk gedenkteeken der goddelijke liefde,
ALLERH. SAKRAMENT. 2 17 Oveivloeijende bron van Gods mild-
milddadigheid, ontferm U onzer. Overheilig en wonderlijk geheim, Krachtige spijs der onsterfelijkheid ,
Aanbiddelijk en levendmakend
Sakrament,
Brood, dat door de almogendheid des woords zijt vleesch geworden,
Allerzoetste maaltijd, waarbij de n. Engelen tegenwoordig zijn en g dienen , ^
Band van liefde .
Opperpriester, die zelf de ofier- rquot;
aode zijt ,
Geestelijke zoetheid , die ia haren eigen oorsprong gesmaakt wordt,
2 18 LlTANiü VAN HKT
Verkwikking der heilige zielen , oul-
ferm U onzer.
Teerspijs dergenen die in den lieer
sterven, ontferm U onzer.
Tand der toekomende zaligheid ,
ontferm U onzer.
Wees genadig, spaar ons, Heer. Wees genadig, verhoor ons. Heer. Van het onwaardig nuttigen uws Ligchaams en Bloeds, verlos ons, Heer.
Van de begeerlijkheid der oogen, Van dc begeerlijkheid des vlee
sches,
Van dc hoovaardij des levens, Van alle ketterij, ongeioovigheid Z* en verblindheid des harten, ^ Van alle oneerbiedigheid en rais- o bruik ten opzigte van dit hei- J Hg Sakrament, ^
Van alle zwakheid cn zonde» , p
ALLERH. SAKRAMifiNT 219 die de vruchten van dit heilig Sakrament verminderen en beletten, verlos ons, Heer.
Van alle gelegenheid tot zonden, Door de groote begeerte die Gij gehad hebt, om dit Paaschlam met uwe Leerlingen te eten.
Door de diepe ootnioedigheid, waai mede Gij de voeten der Leerlingen gewasschen hebt, 2-om htn tot dezen maaltijd te ^ bereiden, 3
C/3
Dooi de onmeetbare liefde , waar- '' mede Gij dit heilig Sakrament hebt ingesteld , m
Door dc onuitsprekelijke goedheid , waarmede Gij on lot het nuttigen van uw heilig ligchaam en bloed opwekt,
Door uw dierbaar bloed, dat Gij on.s op het altaar hebt nagelaten ,
220 LITAN1K VAN HET
Door de vijf wonden, die {lij in uw allerheiligste ligchaam voor ons ontvangen hebt, verlos ons, Heer. Wij zondaren, wij bidden U, verhoor ons.
Dat het U believe, het geloof, de eerbiedigheid, en de begeerte tot dit wonderlijk .Sa- ^ krament in ons te vermeerde- ~ ren en te bewaren , Ei
Dat het U believe , ons door eene g ware belijdenis onzer zonden tot het dikwijls nuttigen dezer J geestelijke spijze te bereiden, 2 Dat het U believe, de hemelsche ^ vruchten van dit Sakrament in ° ons inildelijk uit te storten, § Dat wij door het nuttigen van •' uw heilig ligchaam en bloed mogen blijven in U, en Gij in ons ,
PKS ZALIGMAKERS. 237
men en in een nieuw graf gelegd zijt. ontferm U onzer.
Jesus, Regter der raenschen, die hun de vruchten die zij van uwen dood en lijden getrokken hebben afvragen zult, ontferm U onzer. Wees ons genadig, hoor ons, Heer.
Wees ons genadig , verhoor ons , Heer.
Van alle kwaad tn zonden, verlos
ons , Meer.
Van de eeuwige verdoemenis, lt; Door de (lijnen uws ligchaams jj--
en de droefheid uwer ziel,
Hoor uwen dorst, uwe tranen c
en naaktheid.
Door uw dierbaar bloed , uw £■ kruis en bitteren dood , 5
In den algemeenen dag des oordeels ,
1 uw
ons [eer. ver-
16
220 LITANIE VAN HET
Door de vijf wonden , die (Jij in uw allerheiligste ligchaam voor ons ontvangen hebt, verlos ons, Heer. Wij zondaren, wij bidden U, verhoor ons.
Dat het U believe, het geloof, de eerbiedigheid, en de begeerte tot dit wonderlijk Sa- ^ krament in ons te vermeerde- ~ ren en te bewaren , £
Dat het U believe , ons door eene g ware belijdenis onzer zonden tot het dikwijls nuttigen dezer J geestelijke spijze te liereideu , £ Dal het U believe, de hemelsche §quot; vruchten van dit Sakrament in S ons mildelijk uit te storten, g Dat wij door het nuttigen van quot; uw heilig ligchaam en b'.oed mogen blijven in U, en Gij in ons.
DKS ZALIGMAKERS. 237
men en in een nieuw graf gelegd zijt. ontferm U onzer.
Jesus, Regter der menschen , die hun de vruchten die zij van uwen dood en lijden getrokken hebben afvragen zult, ontferm U onzer. Wees ons genadig, hoor ons , Heer.
Wees ons genadig , verhoor ons , lieer.
Van alle kwaad en zonden, verlos
ons , Meer.
Van de eeuwige verdoemenis, lt; Door de pijnen uws ligchaams i-en de droefheid uwer ziel, quot;• Hoor uwen dorst, uwe irauen S
en naaktheid.
Door uw dierbaar bloed , uw t-
' (T
kruis en bitteren dood , 5
In den algemeenen dag des oordeels ,
IC
238 LITANIE VAN HET LIJDEN Wij zondaars, bidden U, verhoor ons.
Dat Gij onze zonden dooi eene waarachtige boetvaardigheid vergeven wilt,
Dat Gij uwe heilige Kerk beschermen en vermeerderen wilt, 5; Dat Gij ons de navolging uwer _ ootmoedigheid en liefde ver- £ leenen wilt, n
Dat Gij ons van alle kwade ge- _ dachten , aanvechtiogcn des ^ ' duivels, en eenen ongeluk- ^ kigen dood bevrijden wilt, 5-Dat Gij ons aan de wereld en c
ons zeiven leert versterven, Dat wij mogen worden waarach- °
tige minnaars van uw kruis. Dat wij in het goede volharden, en de hemelsche kroon verdienen mogen.
DES ZALIGMAKERS. 239
Dat Gij ü gewaardigt ons te verhoeren, wij bidden U, verhoor ons.
Lam Gods , dat wegneemt de zonden der wereld, spaar ons. Heer. Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld , verhoor ons, Heer.
I.am Gods, dat wegneemt de zonden der wereld , ontferm U onzer. Christus, hoor ons.
Christus, verhoor o s.
Onze Vader, enz.
y. Heer! verhoor mijn gibed, ^r. En mijn geroep kome tot U.
G E B K D.
Heer Jesus ! die van den schooi uws Vaders uit den hemel op de aarde gekomen zijt, en voor de verzoening onzer zonden en boosheden
240 GEBKDRN TOT DEN uw dierbaar bloed vergoten hebt ; wij bidden U oottnoediglijk, dat v/ij in den dag des oordeels onder het getal der gelukzaligen mogen wezen , en uit uwen mond deze woorden hooren : komt, gezegenden mijns Vaders / bezit het koningrijk des hemels , hetwelk tl van het heg in der wereld bereid is.
o God, die den staadaard van het levendmakend kruis met het bloed van uwen eenigen Zoon hebt willen heilig maken : vergun toch , dat degenen, die in de eer van dit kruis zich verblijden, ook door uwe bescherming overal verblijd mogen wezen; door denzelfdetj Heer Jesus Christus , uwen Zoon , die met U leeft en heerscht, in eenigheid met God drn heiligen (Jeest, in de eeuwigheid der eeuwigheden. Amen.
LIJDENDEN VERLOSSER . 24 I
Vijf verznchtiugcu tot de vijf beilige Wonden.
ó, Mogen Christus wonden Eens, als ik word ontbonden, Mijn troost zijn in den dood.
Moog, in den stervensnood, Dat vijftal heilige wonden Mij zuiveren van mijn zonden.
Uw handen , zijde en voeten , Wil ik met eerbied groeten , Nog bij den laatsten snik. In 't scheidensoogenblik Zal 't bloed, dooi U veigotea. Mijne zielekracht vergroeien ; Eu in uw heilige wouden Verdwiinen dan mijn zondeu, /.oodal ik , straks ontbonden , Voor eeuwig mij verblii In 's hemels englentij.
242 GKBEDRN TOT DEN
Toevlugt der ziel tot Jesus den gekruiste en tot zijne vijf heilige Wonden.
Voorbeieidingagebed.
Voor uwe voeten werp ik mij neder, o Gij, mijn Bruidegom des hlocds, allerminnelijkste Jesus, en groet U uit den grond van mijn hart, om U mijne verschuldigde liefde en dankbaarheid te betuigen. Zou ik U niet, o Jesus. uit geheel mijne ziel en uit al mijne krachten beminnen . U, die niet ophoudt mij zonder grens of maat lief te hebben r Niet alleen in uwe handen cn in uwe voeten, maar ook in uw hart hebt Gij mij met bloedige teekenen diep ingedrukt. O, mogten uwe vijf heilige wonden mij ook alzoo in 't
LIJDENDEN VKRLOSSER. 243 harte worden geprent, opdat, even als Gij mij nooit vergat, ik U mede nimmer vergete, maar U boven alles innig onophoudelijk beminne ! O Jesus! met welk een alles verteren-den liefdegloed hebt Gij mij omvangen ! Niet slechts uwe handen en voeten, niet alleen uwe zijde zijn, om mijnentwille , wreedelijk geopend, maar uw hart, uw hemelsch gemoed, is daar, aan dat smaadhout des krui-ses, voor mij, ja voor geheel het menschdom liefderijk ontsloten, om er allen in op te nemen , die aan uw lijden en dood deelachtig verlangen te zijn. En hoe zal ik ü daarvoor wedervergelden ? O , door niets anders, dan dat ik ootmoedig uwe vijf heilige wonden vereere , en daarbij nederigst smeeke, dat Gij, allerminnelijkste Jesus, die de bron
244 GEBEDEN TOT DEN
des levens zijt, mij den toegang tot de wateren der zaligheid niet zult weiger«n , maar dat ik er mij aan moge lesschen , en er voor alle eeuwigheid aan gedrenkt worde. Amen.
i. Tot de heilige wonde van den linkervoet.
Wees gegroet, o gezegende wonde van den linkervoet mijns Hee-ren jesus Christus , welke ik ootmoedig kusse in den geest; en daarbij , o Jesus, bid ik U van ganscher harte, dat Gij, uit aanmerking van deze uwe heilige wonde, mijne voeten uit den valstrik wilt redden , dien mijne vijanden mij gelegd hebben , opdat mijne ziel voor deu doo-delijken val moge worden bewaard. Laat den hoogmoed niet over mij
MJDENDRN VERLOSSER. 245 I heerschen , of mijn voet niet wandelen op kwade paden, maar moge ik met een vermorzeld harte en een ootmoedige geest door U aangenomen worden.
Bij deze uwe heilige wonde leg ik neder en offer ik U al mijn kruis en lijden; laat zulks met uw kruis en lijden in overeenstemming zijn, en worde mij de genade geschonken , om alle wederwaardigheden , alle kommer en smarte , uit liefde tot ü, te overwinnen , en steeds mijn leven in te rigten naar uwen heiligen wil. Amen.
Onze Vader, enz.
2. Tol Je //. Wo/tde van den regtervoet.
Wees gegroet, o gezegende wou Je van den regtervoet mijns Heeren
246 GEBEDEN TOT DKN
Jesus Christus, welke ik ooUnoedig kiisse in den geest; en daarbij , o Jesus, bidde ik Tr van ganscher harte, dat Gij , uit nanmerking van deze uwe heilige wonde, mijne voeten den weg uwer geboden wilt leeren bewandelen , opdat ik , van deugd tot deugd opstijgende, eindelijk, U, jniin Heer en mijn God, van aaogezigt tot aangezigt in Sion aan-schouwe.
Bij deze uwe heilige wonde leg ik neder al mijn geluk en mijne welvaart .welke uwe goddelijke Voorzienigheid mij genadig ten deel heeft beschikt, en ik offer ze U op , geheel en volkomen, opdat mijn geest er zich nift op verhoovaardige , en U , mijn hoogste goed, alzoo ver-gramme. Amen.
Onze Vader. enz.
p
LIJDENDEN VF.RT.OSSKR. 247
3. Tot de H. Wonde van de linkerhand.
Wees gegroet, o gezegende wonde van de linkerhand mijns Heeren Jesus Christus, welke ik ootmoedig kusse in den geest; en daarbij, o Jesus, bidde ik U van ganscher harte, dat Gij, uit aanmerking van deze uwe heilige wonde, over mijne onvolmaaktheid en onbestendigheid U gelieft te ontfermen , mij in alle goede voornemens wilt versterken , en mij uwe heilige liefde zoodanig doen smaken, dat ik naar waarheid zeggen moge; « zijne linkerhand is onder mijn hoofd, en zijne regterhand zal mij ontvangen.quot; ( Hoogl. VIII ,3.)
Bij deze uwe heilige wonde leg ik mijne zonden neder, hetzij ik ze wetende of onbewust gepleegd heb.
\
248 fJEBKDEN TOT DEN Gij, 0 Jesus, wil mij reinigen met uw overkostbaar bloed; dan zullen mijne boosheden mij ter goddelijke vierschaar niet meer aanklagen, of het oordeel der eeuwige verdoeme nis van uwe geregtigheid over mij inroepen. Amen. Onze Vader, enz.
4. Tot de H. Wonde van de regterhand.
Wees gegroet, o gezegende wonde van de regterhand mijns Heeren fesus Christus, welke ik ootmoedig kusse in den geest; en daarbij, o Jesus , bidde ik ü van ganscher harte, dal Gij, uit aanmerking van deze uwe heilige wonde , mij overvloedig-lijk genade en hulp tegeu alle aanvallen mijner zigtbare en onzigtbare vijanden wilt verleenen , en mij ten jongsteu dage aaa uwe regterhand
LIJDENDEN VERLOSSER. 249 plaatsen, waar ik, met uwe uitverkorenen, de vreugdevolle woorden moge hooren : knm, ook gij, gezegende mijns Vaders, en bezit het rijk, dat voor u van den beginne af bereid is.
Bij deze uwe heilige wonde o Jesus, leg ik neder cn offer ik U al mijne goede werken , welke ik met uwe genade ooii verrigt heb; en ik bidde daarbij allerootmoedigst, dat Gij ze, in vereeniging met uwe allerheiligste werken , te zamen uwen hemelschen Vader gelieft up te dragen, en het ontbrekende er door uwe oneindige verdiensten aan moogt toevoegen. Onze Vader, enz.
5. Tot de JJ. Wonde van de zijde.
Wees van harte gegroet, o gezegende wond in de zijde mijns Ilee-
250 GEBEDEN TOT DEN ren Jesus Christus. Wees gegroet, gij bronwel der liefde, gij schatkamer aller genade, gij rustplaats mijner ziel! O, durf ik het wagen, hoogverheerlijkte Jesus , dit heilig altaar, dit binnenste heiligdom te naderen , en, van liefde brandend , daar uw van alle goeds overvloeijend harte vurigst te kussen ? Ach ! ik bid, ik smeek XJ, ontzeg, onthoud mij die zoate vertroosting niet; ach , sluit mij uit deze woning van vrede en troost, uit dit vriendelijk toe-vluglsoord niel buiten! Welaan dan , mijne bekommerde ziele , snel vol vertrouwen ter bruiloftszaal van uwen lieftalligen Bruidegom heen , leg er alle uwe zoigen en bezwaren af, en vergeet er al de wederwaardigheden, die u ter neder drukken; hier toch kunnen al uwe wenscheti
LIJDENDEN VERLOSSER. 25 I en begeerten volkomen worden bevredigd; hier kunt gij verblijven in de zoetste kalmte der rust. Bedenk toch, o Jesus , dat ik door U liefderijk hen geroodi^d . om door uwe heilige zijdewonde lot uw aanbiddelijk hart te naderen; en daarom dan ook bidde ik U, in diepsn ootmoed, cn uit al de krachten van mijnen geest, vergeef het mij , wat ik ooit met hel hart, met den mond, of door mijne werken tegen U heb raisdreven. Reinig mijn gemoed door het heilig bad van uw overkostbaar bloed, en prent uw heilig beeld rnij diep in 't voor ü blakend hart; opdat ik, in heilige liefde ontstoken , voorlaan niets zoeke of begeere buiten U, maar U in alles cn boven alles beminne, grenzeloos cn zonder einde.
252 GEBKDEN TOT DEN ENZ.
Bij deze uwe heilige zijdewonde , o Jesus, leg ik in ootmoed neder al de begeerten en wenschen van mijn hart. O moge dat hart steeds zoo innig met het uwe verbonden zijn , dat niets in staat zal wezen , om ze beiden ooit weer te scheiden, en ik naar waarheid met den Apostel zal kunnen uitroepen : « Wie zou ons aan de liefde van Chrisius onttrekken? Bekommering of angst, honger of gebrek, gevaar, vervolging of het zwaard? Neen, noch dood, noch lequot; ven, het heden noch de toekomst, geen schepsel hoegenaamd zal ons scheiden kunnen van de liefde Gods, die is in Christus onzen Heer. ( Roti, VIII, 35 en volg.) Amen. Onze Vader , enz.
■ ALLERH. SAKRAM.ÏNT. 23 1 1
Dat wij alle boosheH en wereldsche genegenheden verlaten, en altijd in matigheid, regtvaardigheid en godvruchtigheid mogen leven , wij bidden U . verhoor ons.
Dat het U believe, ons in de ure des doods met deze hemelsche teerspijze te versterken en te beschermen, wij bidden U, verhoor ons.
Zoon van God , wij bidd. U, verh. ons.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld , spaar ons , Heer.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, verhoor ons. Meer.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld , ontferm U onzer.
Heer, ontferm U onzer.
Onze Vader, enz.
V. En leid ons niet in bekoring.
A. Maar verlos ons van den kwade. Amen.
15
27 2 GKHP.I1KM TOT .lERUS V. Heer! verhoor mijn gebed. A. En laat mijn geroep tot U komen.
o God, die ons onder dit wonderlijk Sakrament de gedachtenis uws lijdens hebt nagelaten : wij bidden U, geef dat wij de heilige geheimenissen van uw ligchaam en bloed zoo eerbiedig eeren, dat wij de vrucht uwer verlossing gedurig in ons gewaar worden. U, die met den Vader en den heiligen Geest leeft en heerscht, zij eer in alle eeuwigheid. Amen.
Vroom gebed ^ waarvan de H. Ignatius zich veelmaals bediende.
De ziel van Christus heilige mij. Het ligchaam van Christus, verlosse mij.
FN HKT FT. SA.KR A.MF.NT. 2?3 Het hloerl van Christus dr^nke mij. Het water van de quot;ijde van Christus
wassche mij.
Het lijden van Christus sterke mij. ó Liefderijke Jesus, verhoor mij. In u,r'e heilige wonden , verberg mij. Wil nimmermeer scheiden van mij. Tegen den boozen vijand, bescherm mij.
In mijn sterfuur, zoo roep mij. Dan laat mij komen tot U ,
En met uwe Heiligen love ik H ., In alle eeuwigheid. Amen.
Godvrnehtigc uitbreiding van dit Gebed.
De ziel van Christus met alle gaven en genaden des heiligen Geestes verheerlijkt, heilige mij door een levendig Geloof, een vaste Hoop en eene volmaakte Liefde, die noch door aardsche wederwaardigheden,
224 GÏBF.DKN TOT JESUS noch door den dood zelfs Van worden te niet gedaan. O ziele, die tol het wezen van Christus steeds behoort, o wees door genaderijke ver-eeniging toch ook tevens mijner, en heilig mij met hemelsche gedachten en begeerten. Wees de ziel, het leven mijner ziele, want zonder u is alle leven dood.
Het ligchaam van Christus, niet slechts in den bitteren dood, maar ook ter heilvolle spijze mijner ziel, tot artsenij der onsterfelijkheid en tot altijddurende offerande en spijs gegeven , verlosse my. O gij, goddelijk hoofd, met alle schatten der wijsheid Gods vervuld , regeer mij. O gij, tee-dere oogen, die zoo dikwerf tranen om mij hebt vergoten, schouwt mij aan. O gij, tong des Verlossers, waarop het woord des eeuwigen levens
IN HET H. SAKRAMENT. 22$ rust, leer mij. Gij, magtige handen, door wier aanraking kranken genezen, blinden ziende, dooden ten leven opgewekt zijn geworden, neemt alle zwakte en krankte mijns lig-chaams en mijner ziele weg; geneest mij van mijne blindheid, en geeft mij de genade terug. O gij , schoone voeten, die geheel de wereld verlossing bragt, en gij, vaderlijke knieën, waaraan voor gansch het menschdom vergiffenis te verwerven is : o moge ik ze met de boetvaardige Magdalena omvatten en kussen, en de verlossing mijner zonden bij u vinden ! O allerbeminnelijkste boezem, heilige zetel der Godheid, altaar der liefde! o sluit, klem u vast aan mijne borst, en innig aan mijn hart; ontvlam het in uwe liefde, dan zal Christus mijn leven en het sterven mijn gewin zijn.
220 GEBlsDEN TOT JESUS
Het bloed van Christus, enkel te mijner liefde vergoten, drenke mij, ten einde mijne ziel niet dorste naar de bron der vergankelijke lusten en vreugde dezer wereld, maar opdat ik liefde met liefde ver gelde, en eerder mijn bloed vergiete , dan u met ééne enkele zonde te belee-digen.
• Het water der zijde van Christus, uit de open lanswond weggevloten, wassche mij. Meer en meer worde ik er door gereinigd , ja geheel gezuiverd vau mijne zonden, opdat ik zóó iangs uwe heilige zijde den doortogt vinde naar uw heilig hart, en er voor eeuwig rusten moge.
Het lijden van Christus, dat krachtig en moedvol lijden, dat al onzo zonden gedragen heeft, sterke mij in alle wederwaardigheden des le-
in het h. sa kram ent. 227 vcds, en geve mij kracht, om smaad, verachting en hoon voor mijnen Heer jesus Christus kloek en welgemoed te verdragen.
O liefderijke Jesus, bron en oorsprong van alle goed, verhoor mij, ofschoon ik een groot zondaar ben; want uwe onbeperkte goedheid verhoort toch de misdadigen ook.
ht uwe wonden, het toevlugtsoord van ellendige zondaars, o verberg mij daar, opdat ik den vijand niet tot prooi worde, of in de handen valle van den regtvaardigen, zoo dikwerf en zoo zwaar door mij vergramden Regter. Daar toch zal ik veilig wonen en uwe ontferming, o liefderijkste Jesus, prijzen in eeuwigheid.
Ach, dig ge ik 7iim?ner?neer, door het veelvuldige en zware mijner
kei te
'e mij, dorste ce lus- j
maar jelde, j , dan ^elee- |
tstus, oten, | •orde I ïheel 'pdat den kart, 1
ï. I
'ach- jj )nzo jj 7nij
i Ie- | _l
228 GEBEDiiN TOT JEbUS misdaden , van U scheiden. Hierom bid ik U, door uwe allerheiligste wonden, door uw overkostbaar Bloed, door uw allerbitterst lijden en sterven. Want van U gescheiden, zal ik het weldra moeten hooren : God heeft hem verlaten ; vervolgt en grijpt hem, want er is niemand die hem redden kan. En zoo dan smeek ik andermaal tot U, mijn Jesus, o laat mij van U in eeuwigheid niet gescheiden worden.
Bescherm mij legen den boozen vijand, die als een brullende leeuw omzwerft, en zoekt wien hij verslinden zal; dan toch kan mijn vijand zich niet beroemen, mij oveiwcl-digd te hebben.
In mijn sIerfuur, als alle schepselen mij verlaten zullen , wanneer ik sidderend uit de^e onbestendige
IN HET H. SAKRAMENT. 2?.() wereld tot het huis der eeuwigheid binnenga, zoo roep mij, als een uwer verloren schapen, dat zoo dikwerf uwe stem gten gehoor heeft vei-Icend. Ja, roep mij , ofschoon ik den naam niet verdien van tot uwe; kudde te behooren; uwe schaper volgen immers uwe stem. En toch. roep mij , niet om den wille mijner verdiensten, maar naar uwe goedheid 5 immers, wat belang /-oudt Gij hebben bij mijn bloed, wanneer ik in 't verderf wierd nedergestoit?
En laat mij komen tot U, mijn hoogste goed , voor welks bezit ik geschapen ben. Laat mij tot U komen, want Gij alleen zijt mij genoegzaam. Wat toch heb ik in den hemel, en wat toch zoek ik op aarde buiten ü, o God van mijn hart en inij^ deel, o God in eeuwigheid.
23O GEB. TOT JESUS IN HET H. SAKR.
Dat ik, mijn God, mijn Verlosser, viet uwe Heiligen, ofschoon hun gezelschap onwaardig, maar toch door uwe goedheid er bij toegelaten, U love in alle eeuwigheid. Amen. Ach, wanneer zal ik komen, o Jesus, en verschijnen voor uw aangezigt!
Heer! verhoor mijn gebed.
En mijne roepstem dringe tot U docr.
Gebed.
ó God! Gij die voor uwe trouwe dienaren onzigtbare goederen bereid hebt; stort uwe liefde ons in 'thart, opdat wij.U in alles en boven alles liefhebben, en uwer belofteo, die alle begeerte verre te boven gaan , deelachtig worden mogen. Door onzen Meer Jesus Christus, uwen
LIT. VAN HET LIJDEN , LNZ. 23 I Zoon, die met 1' en flen heiiigen Geest leeft en regeert, God in eeuwigheid. Amen.
Voor de?i Vrijdag.
Heer , ontferm U onzer.
Christus, ontferm Ü onzer.
Heer, ontferm U onzer.
Christus, hoor ons.
Christus, verhoor ons. God, hemelsche Vader , ontferm U onzer.
God Zoon, Verlosser der wereld, ontferm U onzer.
232 litanie van het lijden God , heilige Geest, ontf. U onzer. Heilige Drievuldigheid, één God,
ontferm Ü onzer.
Jesus, die nadat Gij den lofzang gezegd hebt, uitgegaan zijt naar den Olijfberg om te bidden,
Jesus, die door de levende ver- C
beelding van uw lijden be- ^
naauwd, begonnen hebt ver- g
baasd en zeer beangst te
worden,
1 o
Jesus, die tot den dood toe be- o
droefd zijnde, den Vader badt 2 Jat hij den kelk zoude wegnemen, nogtans zoo. dat Gij niet wenschtet dal uw wil, maar dien des Vaders geschieden zoude,
Jesus, die ju uwen doodstrijd water en bloed zweetende ,
Jes t
Jes Jes
w
Je Je
Je
J«
DES ZALIGMAKERS. 2
door een' engel versterkt z ontferm U onzer.
esus, die door Judas verkocht
en verraden zijt,
esus, die in den hof der Olijven voor ons, in uw gebed, ter aarde gevallen zijt,
esus , die in uwe benaauwdheid water en bloed gezweet hebt, esus, die van uwe vijanden gevangen en gebonden zijt, esus, die van uwe Leerlingen
verlaten zijt,
esus, die voor den regterstoel van Annas en Cayphas gebragt zijt,
esus, die een' kaakslag op uwe gezegende wang hebt ontvangen ,
esus, die door valsche getuigen beschuldigd zijt.
234 I ITANIK VAN HRT J.JJDl'N Jesus, wiens oogen gehouden r.ijiule, in het aangezigt met vuisten geslagen en hespogen 7-ijt, ontferm U onzer.
Jesus, die door Petrus driemaal
verloochend zijt,
Jesus, die als een misdadiger O gebonden naar Pilatus geleid K, zijt, g
Jesus, die Daar Herodes en van ^ hem als een' dwazen terug- c gezonden zijt, p
Jesus, die naast Barrabas gesteld, %
en ter dood verwezen zijt,
Jesus, die om onze zonden on-menschelijk gegeeseld, door-priemd en doorwond zijt,
Jesus, die met doornen gekroond zijt,
Jesus, die ten spot met purper bekleed zijt,
DKS ZAUGMA K RRS. 235
Jesus, die met een riet op uwe doornen kroon geslagen zijt, ontferm U onzer.
Jesus, die voor het volk gebragt
en ter dood geëischt zijt,
Jesus, die verwezen zijt om den dood des kruises te onder- O gaan, ~
Jesus, die met uw kruis beladen g naar de plaats des geregts ge- ^ bragt zijt,
Jesus, die op den Calvarieberg o van uwe kleederen ontbloot 3 zijt,
Jesus, die aan het kruis verheven en genageld zijt,
Jesus, geheel doorwond voor
onze boosheden ,
Jesus, die uwen Vader voor uwe
vijanden gebeden hebt,
Jesus, die gelasterd en bespot zijt,
236 LITANIE VAN HET LIJDEN Jesus, die den boetenden moordenaar uw rijk beloofd hebt, ontferm U onzer.
Jesus, die Joannes aan uwe Moeder tot eenen zoon gegeven hebt,
Jesus, die uwe verlatenheid beklaagd hebt,
Jesus, die met gal en edik ge- S, laafd zijt, 3
Jesus, die gezegd hebt, dat de voorzeggingen uws lijdens vol-bragt waren,
Jesus, die uwen geest in de han- quot;
den uws Vaders bevolen hebt, Jesus, die uit gehoorzaamheid met nedergebogen hoofde gestorven zijt,
Jesus, wiens gezegende zijde met
eene lans doorstoken is ,
Jesus, die van het kruis geno-
LITANIE VAN DE ALLERH, MAAGD EN MOEDER GODS
Voor den Zaturdag.
Heer, ontferm U onf.er.
Christus, ontferm U onti '.
Heer, ontferm U onter.
Christus, hoor ous.
Christus, verhoor ons. God, hemelsche Vader, om f. I' onKei God Zoon, Verlosser der wereld ,
ontferm U onzêr.
God, heilige Geest, oatf. U onzer. Heilige Drievuldigheid , één God , ontferm U onzer.
17
r
254 Lll'ANlK TOT UE | ||
Heilige Maria, zonder zonde ont |
Zet | |
vangen, bid voor ons. |
Ooi | |
Heilige Moeder Gods , |
Gee | |
Heilige Maagd der maagden, |
Vei | |
Moeder van Christus, |
Eer | |
Moeder der goddelijke genade , |
Uiti | |
AUerreioste moeder , |
Ver | |
AUetzuivcrste moeder , |
To | |
Ongeschondene moeder, |
Tol | |
Onbevlekte moeder, S |
Hu | |
Zeer minnelijke moeder, |
Art | |
Zeer wonderlijke moeder, i |
De | |
Moeder des Scheppers, 0 |
Mo | |
Moeder des Zaligmakers , 5 |
Bet | |
Allervoorzigtigste maagd , |
To | |
Eerwaardige maagd. |
Tr | |
Lofwaardige maagd. |
Hu | |
Magtige maagd , |
Ko | |
Goedci tierene maagd, |
Ko | |
Getrouwe maagd. |
Ko | |
Spiegel der regtvaardigheid, |
Ko | |
AU.tRH. MAAGD MARIA. 255 Zetel der wijsheid, bid voor ons. Oorzaak onzer blijdschap , Geestelijk vat,
Verheven vat,
Eerwaardig vat,
Uitmuntend vat van godsvrucht, Verborgene roos,
Toren van David ,
Tuien van ivoor,
Huis van goud,
Arke des verbonds.
Deur des hemels,
Morgenster ,
Behoudenis der kranken,
Toevlugt der zondaren ,
Troosteres der bedrukten,
Hulp der Christenen ,
Koningin der Engelen ,
Koningin der Patriarchen, Koningin der Profeten ,
Koningin der Apostelen,
3.
a.
____
256 LITANIE TOT DK
Koning'n der Martelaren , bid v. ons. Koningin der Belijders, b
Koningin der Maagden, P-
Koningin van alle Heiligen, S Koningin onbevlekt ontvangen, 1 Koningin van den allerh. Rozen- ° krans, quot;
Lam Gods, dat wegneemt de ion-den der wereld, spaar ons. Heer. Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld , verhoor ons, Heer.
Lam Gods, dat wegneemt de zon den der wereld, ontferm U onzer. Christus, hoor ons.
Christus, verhoor ons.
Onze Vader, enz.
v. En leid ons niet in bekoring. A. Maar verlos ons vac den kwade, v. Heer! verhoor mijn gebed. A. En laat mijn geroep toe U komen.
ALLERH. MAAGD MARIA. 257
o God van oDuiisprekelijkegecade, die U met alleen gewaardigd hebt een mensch, maar ook een Zoon des men-schen te worden , en die eene Vrouw tot uwe Moeder verkoren hebt op de aarde, Haar Gij God tot uwen Vader hadt in den hemel: wij bidden U, vergun ons, dat wij hare nagedachtenis eerbiedig mogen houden, haar alsuwe Moeder eeren, en aan hare uitmuntende waaid gheid in ooimoed onderdanig zijn ; die U van den heiligen üeest ontvangen heeft, die U als maagd gebaard heeft, en aan wien Gij-zelve onderdanig waart: orzen Heer Jesu» Chiistus, die met den Vader en den heiligen Geest leeft en heerscht, als God in alle eeuwigheid. Amen.
Allerheiligste Maagd en Moeder
258 litanik tot dk Gods Maria, die van den hemel?chen Vader t^t de allerhoogste heerlijkheid boven ai zijne Heiligen verheven zijt, zoo dat gij, naast üod , de allermag-tigste zijt in den hemel en op de aarde : wij bidden u , o Moeder, dat gij door de magt die u van God gegeven is , ons wilt behulpzaam zijn , nu en bijzonder in dc ure des doods : wil alsdan onze zwakheid versterken, en alle booze geesten van ons verdrijven , opdat zij ons in geene opzigten krenken of beschadigen. Dit bidden wij u, door Jesus Christus , uwen lieven Zoon, onzen Heer. Amen.
Allerheiligste Maagd tn Moeder Gods Maria, die van uwen goddelij-ken Zoon zonderling begaafd zijt met hemelsche wetenschap, en versierd met eene overvloedige heerlijkheid,
ALLfcRH. MAAGD MARIA. 26j leeft en regeert , van eeuwigheid tot eeuwigheid. Amen.
GEBttD VAN DHN H. BI-RiNAk! US.
Door u werd ons de toenadeiing tot uwen Zoon veneend, o gij gezegende genadevindstcr, die het Leven hebt gebaard en die de Moeder des heils zijt, opdat Hij, die door u ons is toegekomen, ook door u ons opneme. Gij , onbevlekte Maagd, verzoen bij Hem de schuld onzer verdorvenheid, en uwe Gode gevallige deemoed verwerve de vergiffenis onzer ijdelheid en hoovaardij. De volheid uwer liefde bedekke de menigte onzer zonden, en uwe glorievolle viuchtbaarhcid schenke ons de vrnchlbaarheid der verdienste. O gij, ónze middelares, onze meesteres, ooze voorspraak! beveel ons
264 GEBEDEN TOT DE uwen Zoon, verzoen ons met uwen Zoon, en stel ons voor aan uwen Zoon. Verkrijg voor ons, o Gezegende, door de genade die u ten deele viel, door de barmhartigheid die uit u geboren is geworden, dat Hij, wien het behaagde, door uwe be-midd hng, a:in onze aardsche zwakte en onze ellende deel te uemea , door uwe voorbede ons deelachtig gelieve te maken aan zijne eindelooze glorie ea heerlijkheid, die boven al-ie.s is geprezen in eeuwigheid. Am.
ELN ANDER GEBED.
Gedenk, o hooggezegende Maagd en Moeder Gods , dat no.g niemand wie ook, die tot u zijne toevlugt genomen, u aangeroepen, of uwe voorspraak verzocht heeft, door u ooit is veriater. geworden. Door dit
r de )ns met uwen 3or aan uwen s, o Gezegeu-- u ten deele lartigheid die tien , dat Hij , j oor uwe be-dsche zwakte nemen , door elachiig ge-e eindclooze iie boven al-gheid. Am. JED. [eiide Maagd iog niemand ne toevlugt en, of uwe 2ft, door u n. Door dit |
ALLERH. MAAGi' MARIA. 265 levendig vertrouwen bezield, o Maagd der maagden, heilige Maria, Moeder van den Heere Jesus Christus, neem ik mijne toevlugt tot u; ik nader, ik snel tot u, en, arme zondaar als ik ben, sta ik daar zuchtend en sidderend voor uw heilig oog. O gij , Mees-teresse der wereld, gij die het eeuwig Woord ten leven hebt gebaard : o wil mijne bede, mijne toespraak niet versmaden , maar haar genadig aan nemen, en mij, beklagenswaardige, die van uit dit tranendal tot u daar schrei, barmhartig verhooren. Sta mij bij , ik smeek het u, sta mij bij in allen nood, nu en altijd, maar vooral in de ure van mijnen dood, gij teedere, minnelijke, liefdevolle Maagd : gij allerheiligste Moeder Gods Maria. Amen. |
In deu naam des Vaders, enz. Ik geloof in God deu Vader, enz. Eere zij den Vader, enz.
Onze Vader , enz.
Ik groet u, Dochter van God den
Vader, Wees gegroet. enz. Ik groet u. Moeder van God den
Zoon, Wees gegroet, enz.
Ik groet u, Bruid van God den heiligen Geest, Wees gegroet, enz. Eere zy den Vader , enz.
I. DK BOODSCHAP DiiS ENGELS. De namen van Je sus en Maria moeten
DE H. ROZE?»KKANS. 267 zijn gebenedijd, van mi af lot in de eeuwigheid. Onze Vader, enz.
1. De heilige Drievuldigheid heeft to.rgestemd in de mcnschwording van Christus, wees gegroet, enz.
2. Maria is tot moeder van Christus verkoren,
3. De Engel Gabriël bragt Maria de blijde boodschap ,
4. Maria was in de eenzaamheid ^ in haar gebed , ^
5» De Engel zeide : wees ge- ^ groet, vol van genade , de ^
Heer is met u.
' ^
6. Maria was verbaasd als zij « den engel hoorde,
7. De engel zeide : Maiia, wil niet vreezen, want gg zult ontvangen van den heiligen Geest,
8. Maria zeide : zie de dienst-
268 DK H. ROZENKR VNS,
maagd des Heeren , mij geschiede naar uw woord, wees gegroet, cm.
9. Maria is van den heiligen Geest overlommerd geworden, wees gegroet, enz.
10. En het Woord is vleesch geworden, en het heeft onder ons gewoond , wees gegroet, ene.
Eere zij den Vader, enz.
U. HET BEZOEK VAN MARIA AAN HARK NICHT ELISABETH.
De namen van Jesus en Maria moeien zijn gebenedijd^ en?.. Onze Va der, enz.
1. Maria ging uit ootmoedigheid hare nicht Elisabeth bezoeken, wees gegroet, enz.
2. Maria bestierd door den heilige» Geest, wees gegroet, enz.
3. Maria, met alle haaiit opstaande ,
DE H. ROZENKRANS. 269 ging over het gebergte, wees gegroet, enz.
4. Maria werd met veel liefde van hare nicht Elisabeth ontvangen,
5. Joannes is gezuiverd en van blijdschap opgesprongen in zijns moeders ligchaam,
6. Elisabeth zeide : gezegend ^ is de vrucht uws ligchaams, S
7. Maria heeft uitgeroepen : mij- '■s ne ziel maakt groot den Heer, ^
8. Elisabeth zeide : wat geluk S geschiedt mij, dat de Moeder des Heeren tot mij komt ,
9. Het huis van Zacharias is door de komst van Jesus en Maria gezegend,
10. Maria heeft hare nicht drie maanden met veel liefde gediend,
Eere zij den Vader, enz.
18
270 DE H. ROZENKRANS.
III. DE GKBOORTI. VAN CHRISTUS.
De namen van Jcsus en Maria moeten zijn gebenedijd^ enz. Onze Vader , enz.
1. Maria heeft gebaard, ea zij is maagd gebleven , wees gegroet ,
enz.
2. Maria heeft Jesus in eenen stal gebaard en in doeken gewonden ,
3. Maria heeft Jesus met liefde g en verwondering aanschouwd ,
4. Maria heeft Jesus omhelsd en ^2 aan haar hart gedrukt,
5. Maria heeft Jesus met hare heilige borsten gevoed,
ó. Maria heeft Jesus in eene krib gelegd,
7. Jesus lag op hooi i;n stroo, tusFchen os en ezel,
DE H. ROZENKRANS. 271
8. De engelen hebben gezongen : eere zij aan God in den hoogste, en op de aarde vrede aan de menschen van goeden wille, wees gegroet, enz.
9. De herders hebben het Kird komen hsiosVzn, wees gegroet, enz.
10. De drie koningen hebben het Kind komen aanbidden, en hunne giften geofferd, ïueesgegroet, enz.
Eere zij den Vader, enz.
IV. LIE OPDRA.GT VAN' CHRISTUS IN
ÜKN TfiMPft-
De namen van '}est/s en Maria moeten zijn gebenedijd^ ene. Onze Vader, enz.
t. Maria ging om haar heilig Kind te offeren, zuees gegroet, enz.
z. Jesus en Maria onderwierpen zich
272 DE H. ROZENKRANS, aan de wet van Mozes, wees groet, enz,
3. Jesus ging door moeijelijkc wegen naar Jeruzalem,
4. Maria heeft Jesus op hare armen gedragen,
5. Maria vervolgde al biddende haren weg,
6. Maria heeft Jesus in den tempel geofferd,
7. Maria heeft aan de wet voldaan, met de offergift der arme menschen,
8. Anna , de profetesse , loofde God voor de verlossing van Israël,
9. De oude Simeon heeft Jesus omhelsd en op zijne armen genomen,
ro. Simeon zeide ; Heer, laat uwen dienaar eaan in vrede
Igt;E H. ROZENKRANS. 273 naar uw woord, wees gegroet * enz.
Eere 2ij den Vader, enz.
V. DE VINDING VAN TIKT VERLOR RN KIND JKSUS.
De namen van Jesus en Maria mos ten zijn gebenedijd^ enz. Onze Va der, enz.
1. Maria heeft haar lief Kind verloren , ivees gegroet, em.
2. Maria heeft haren schat gemist, ^
3. Maria heeft Hem met veel § droefheid gezocht,
4. Maria heeft fesus langs alle ^2 wegen en straten gaan zoeken ,
5. Maria heeft Jesus na drie da- ^ gen gevonden ,
6. Maria vond Jesus in d^n tem-pel,
7. Jssus twaalf jaren oud, on-
274 DE H- ROZRNKRANS.
derwees de leeraren , wees gegroet, caz.
8. Maria zeide : Zoon, waarom hebt Gij ons bedroefd ?
9. Jesus is rnet hen medegegaan ^ en was hun onderdanig , ^
10. Maria bewaarde al die vroor- ^ den in haar hart, die jesus tot haar sprak ,
Eere zij den Vader, enz.
Laat ons bidden.
O Maria , allergoedertierenste Moeder! verkrijg mijn hart droefheid en mijne oogen tranen van berouw, om te beweenen dal ik Jesus door de zonden 200 dikwijls heb verloren : vergun mij Hem wederom te vinden en altijd te behouden
OR H. ROZRNKRA.NS. 275
I. I E RKNAUWOHRin VAN CHRISTUS IN Gr.THS«'M ANquot;.
De namen van Jesus en Maria moeten zijn gebenedijd^ van 7:21 af lot in de eeuwigheid. Onze Vader, enz.
1. Jesus ginjT naar den hof van Oli-veten, wees gegroet, enz.
2. Jesus viel plat ter aarde neder,
3. Jesus volhardde in het gebed, ^
4. Jesus was bedroefd tot den g dood toe, ^
O»
5. Jesus zweette water eu bloed, ^
G. Jesus stelde zijnen wil in den ^
wil van zijnen hemelschen Va-der, 1?
7- Jesus vermaande zijne Leerlingen om te waken en te bidden ,
276 DE H. ROZENKRANS.
8. Jesus werd van ziiaen Apostel door eenen kus geleverd, wees gegroet, enz.
9. Jesus werd van zija bemind volk-gevangen, wees gegroet, e?iz.
10. Jesus werd vreeselijk gebonden , en gesleurd van den eenen re gier tot den anderen, weesgegr. enz.
Zoo lief heeft God den mensch gehad, dat ifij zijnen eenigen Zoon niet gespaard heeft, maar Hem geleverd heeft ter dood, ja tot den dood des kruises.
II. D.'ï GEESELING VAN CHRISTUS.
De namen quot;jan Jesus en Maria, vioe-fen zijn gebenedijd^ enz. Onze Vader, enz.
1. fesus werd van de Joden aan de Heidenen overgeleverd, wees' gegroet , enz.
DE H. ROZENKRANS. 277 | |
2. Jesus werd bij Pi lal us valschd |
ijk |
beschuldigd , wees gegroet enz | |
3. Jesus werd van zijn volk ach | |
ter Barrabas gesteld, | |
4. Jesus , alhoewel onschuldig | |
verklaard, werd geleverd om | |
gegeescld te worden, | |
5. Jesus kleederen werden uit | |
gerukt. | |
6. Jesus stond daar naakt en | |
bloot, |
6 |
7. Jesus aan eene kolom ge |
«s. |
bonden , | |
8, Jesus werd wre ede lijk gegee- |
5 |
seld, | |
9. Jesus bloed vloeide langs de | |
aarde, | |
10. Jesus gewond om onze zon | |
den , | |
Zoo Hef heeft God, enz. |
278 DK. II. ROZRNKRANS.
III. DE KROONTNG VAN CHRISTUS, /^f namen van Jesus en Maria moeten zijn gebenedijd. enz. Onze Vader, enz.
!. De soldaten hebben lesus eetu dooroen kroon bureid, wees gegroet, enz.
7. Zij hebben de doornen kroon in Jesus hoofd gedrukt, ^
3. Jesus hoofd laags alle kanten g doorwond, er,
4. Jesus hoofd druipende van quot;S het bloed , ^
5 Jesus met eenea purperen
mantel bespot,
b. Zij hebben Jesus een net voor schnpter in de hand gegeven , 7. Zij hebben met het riet op het gekroond hoofd van Jesus geslagen,
DE H. ROZENKF A.NS. 279
8. Zij hebben in Jesus gebenedijd aangezigtgespogea , weesgegr. en^.
9. jesus is met smaadheden overladen, wees gegroet, e?iz.
10. Pilatus heeft Jesus aan het volk vertoond, zeggende : aanzie den mensch, wees gegroet, efiz.
Zoo Hef heeft God, enz.
IV. DE KRUISI'RAGING VAN CHRÏS'IUS.
De name71 van Jesus en Maria inoefen zijn gebenedijd, enz. Onze Vader, enz.
1. Jesus werd veroordeeld om gekruist te worden , wees gegroet, enz.
2. Jesus heeft zijn kruis met liefde omhelsd, wees gegroet, enz.
3. jesus heeft zijn kruis op zijne doorwonde schouderen gedragen, zvees gegroet, enz.
28o h. roz nkrans.
4 jeaus werd iussch n twee moordenaren op^ 1'i d, wees gegroet, en^.
5. Jesus bezweek on-.ier het kruis om onze zonden,
6. Jesus, beiaden met zijn kruis, ontmoette zijne bedroefde Moeder,
7. Jesus werd beweend door de § godvruchtige vrouwen van Je- ^ ruzalem, ^
8. Jesus zeide hun : handelt men ^ zoo met het groene hout, wat ^ zal het dorre geschieden ?
9. Niemand wilde Jesus zijn kruis helpen dragen,
10. Jesus klom voor ons op den berg van Kalvariën ,
Zoo Kef heeft God , enz.
V. Dis- KRUISIGING VAN CHRIS 1 US.
De namen van Jesus en Maria moe-
DE H. ROZENKRANS. 28 1
(en zijn gebenedijd, enz. Onze Vader, enz.
1. Jesus werd wreedelijk op het kruis uitgerekt, wees gegroet, enz.
2. Jesus handen en voeten door-nageld ,
3. Jesus werd aan het kru?s op-gerigt, en zijne wonden vloei-den van het bloed, §
4. Jesus had voor zijne vijanden , ^
5. Jesus beloofde den moorde- ^ naar het paradijs, ^
6. Jesus beval den H. Joannes aan zijne Moeder, «
7 Jesus, dorst hebbende, is met gal en edik gelaafd,
8. Jesus heeft uitgeroepen : mijn God! mijn God! waarom hebt Gij mij verlaten r
9 Jesus zeide : het is volbragt,
10. Jesus heeft zijnen geest ge-
'_S2 DE H. ROZENKRANS.
geven, en zijn hart voor ons laten openen , ivees gegroet, enz. 'too lief heeft God, enz.
Laat uns bidden.
ó Jesus! ik bid U, door ai uwe smarten en bitteren dood, door uwe ioornagelde handen, doorboorde voeten, doorstokene zijde, en al uwe güzegende wonden : ontferm U mijner, en druk uw heilig lijden zoo in mijn hart, dat mij niets anders be-hage dan Gij mijn Jesus, die voor mij gekruist zijt. Amen.
t. OF. VERRiJZ. NIS VAN CHRISTUS,
De namen van jesus cn Maria moeten zijn gebenedijd , van nu a f tot in de eeuwigheid. Ome Vader, enz.
DS H. ROZENKRANS. 283
1. Jesus is den derden dag roemrijk verrezen, wees gegroet, enz.
2. Jesus heeft dood en hel overwonnen ,
3. Jesus heeft do, oudvaders getroost en verlost,
4. Jesus verblijdde zijne heilige Moeder, ^
5. Jesus, als een hovenier, ver- S scheen aan Maria Magdalena , o-,
ö. Jesus vertoonde zich aan ^ Petrus, S
7- De leerlingen van Emaiis zei- ^ den : waren onze harten niet » van liefde brandende als Hij tot ons sprak,
S. Jesus stond in het midden van zijne Leerlingen en wenschte hun allen den vrede,
9- Jesus toonde zijne glorieriike wonden aan den lï. Thomas,
284 DE H. ROZENKRANS.
10. Thomas riep uit : o mijn Hoer en mijn God ! wees gegroet, ent.
Gelot)fd en gedankt zij ten allen tijde het allerheiligste en goddelijk Sakrament.
II. D i HEMELVAART VAN MARIA.
De namen van Jesus en Maria ?noe-ten zijn gebenedijd, enz. Onze Vader, enz.
1. Jesus voer roemrijk ten hemel 7 wees gegroet, enz.
2. Jesus klom op door zijne ^ eigene magt, ^
3. Jesus scheidde van zijne lieve ^ vrienden, ^
4. Jesus beloofde met hun te blij- § ven tot het einde der wereld, ^
5. Jesus beloofde hun den heili- pgt; gen Geest,
6. De Leerlingen hebben Jesus
DE H. ROZENKRANS. 285 aanschouwd , en Hij heeft hen allen gezegend, w.es gegr, enz.
7. Jesus heeft voor ons den hemel geopend,
8. Jesus zit aan de regterhand ^ van zijnen hemelschen Vader, ^
9. Jesus toonde zijoe heilige won- ^ den voor ons aan zijnen he- ^ melschen Vader,
10. Jesus is onze middelaar in ^ den hemel,
Geloofd en gedankt, enz.
III. DE ZENDING VAN DEN H. GEKST.
De namen van Jesus en Maria 7noe-
ten zijn gebenedijd ^ enz. Onze Vader , enz.
1. Jesus heeft den heiligen Geest gezonden, wees gegroet, enz,
2. Jesus heeft den Trooster gezonden, wees gegroet, enz.
19
2S6 pk h. rozenkrans.
3. Jesus heeft het vuur op de wereld gezonden, wees gegroet, enz.
4. De heilige Geest heeft de harten met liefde ontstoken,
5. De heilige Geest heeft de verstanden verlicht, ^
6. De heilige Geest heeft de har- g ten versterkt,
7. De heilige Geest heeft ver- ^ scheidene talen doen spreken, S
8. De heilige Geest heeft zijne gaven uitgedeeld, 8
9. Kom heilige Geest, bezoek de harten van uwe geloovigen,
10. Kom heilige Geest, ontsteek het vuur uwer liefde.
Geloofd en gedankt, enz.
IV. IJE HEMELVAART VAN MARIA.
De namen van Jesus en Maria moe-
Igt;K H. R07RNKRA.NS. 287
ten zijn gebenedijd^ enz. Onze Va-lt;ler, enz.
É
1. Maria is opgenomen ten hemel, wees gegroet. enz.
2. De hemelsche Vader ontving zijne beminde Dochter,
3- Jesus omhelsde zijne lieve Moeder ,
4. De heilige Geest verwelkomde ^ zijne lieve Bruid, 5
5. De Serafijnen groeten Maria, c^,
6. De engelen dienen Maria , ^
7. Heel de hemel is verblijd door S Maria,
8. Maria zit de naaste bij Jesus, 5
9- Maria is onze moeder en middelares in den hemel,
10. Maria is onze voorsprekeresse bij haren lieven Zoon,
Geloofd en gedankt, enz.
288 DR H. ROZENKRANS.
V. DE KROONING VAN MARIA.
De namen van Jesus en Maria moeten zijn gebenedijd, enz. Onze Vader, enz.
1. Maria is met glorie gekroond in den hemel, wees gegroet, enz.
2. Maria gekroond om hare se-rafijnsche liefde ,
3. Maria gekroond om hare engelachtige zuiverheid, 5;
4. Maria gekroond om hare S groote ootmoedigheid, ot,
5. Maria gekroond om hare vol- ^ maakte gehoorzaamheid , ^
6. Maria gekroond om hare groote voorzigtigheid, ?,
7. Maria gekroond om hare groote verduldigheid,
8. Maria gekroond om hare ijverige dankbaarheid,
DE H. ROZENKRANS. 289
9. Maria gekroond om hare volharding in alle deugden, weesgeg. enz.
10. Maria boven alle Enge eu en Heiligen in den hemel gekroond, gelijk de Moeder van God toekomt, wees gegroet^ enz.
Geloofd tn gedankt, enz.
Ik offer u, allerzuiverste Maagd, allerroemwaardigste Moeder Gods Maria, in de vereeniging van al uwe deugden , verdiensten en volmaaktheden , deze geestelijke kroon van gebeden en groetenissen ; gewaardig u dezelve te ontvangen , met al de lofzangen die op de aarde en in deii hemel gedaan worden, en verkrijg mij en al degenen voor welke ik gehouden ben te bidden, van uwen Heven Zoon genade om wel te leven en zaliglijk te sterven. Amen.
ago DJ£ H. ROZENKRANS.
Een Onze PaoW-, tot dankbaarheid dat God ons de genade gedaan heeft van den Rozenkians te lezen. Onze Vader, enz.
Een Wees gegroet, opdat Maria ons verstand opdrage aan den hemel-schen Vader, en wij in eeuwigheid zijne barmhartigheid mogen gedenken. Wees gegroet, enz.
Een Wees gegroet, opdat Maria onze memorie opoffere aan haren Zoon, en wij gedurig zijn leven en bitter lijden indachtig mogen wezen. Wees gegroet, ene.
Een IVees gegroet, opdat Maria onzen wil toeëigene aan den heiligen Geest, en dat Hij gedurig in ons van liefde mag branden. Weesgegr. ent.
Het Geloof zullen wij bidden, opdat ons gebed aan God mag aange-
DE H. ROZENKRANS. 29I naam zijn, dat het mag strekken tot zijne meerdere eer en glorie , tot welstand van de heilige Kerk, tot bekeering der zondaren en afgevallene Christenen , en welstand der gemeenten. Ik geloof in God, enz.
De almogendheid des Vaders beware ons.
De wijsheid des Zoons onderwijze ons.
De liefde des heiligen Geestes ontsteke in ons.
In den naam des Vaders, enz.
Voor iedere Statie bidt men :
v. Wij aanbidden U, n Jesus, en loven U.
292 DE H. KRUISWEG.
A. Omdat Gij door uw heilig kruis de wereld verlost hebt.
Na iedere Statie bidt raeu : v. o Jesus! voor ons aan het kruis
gestorven.
A. Ontferm U onzer.
Jesus wordt ter dood veroordeeld.
6 Jesus! ik bid U, door dit on-regtvaardig oordeel, hetwelk ik door mijne zonden zoo menigmaal heb onderschreven : bevrijd mij van het eeuwige doodvonnis, dat ik zoo dikwijls verdiend heb.
Onze Vader, Wees gegroet.
II. STATIE.
Jesus neemt het kruit op zijne
schouderen.
0 jesus ! ik bid U, door de liefde
DE H. KRUISWEG. 293
waarmede Gij het kruis opnaamt, dat ik door mijne zonden zoo zeer verzwaard heb : doe mij de boosheid der i-.onden kennen, en geef dat ik het kwaad , dat ik bedreven heb , mijn leven lang beweene.
Onze Vader, Wees gegroet.
III. STATIE.
Jesus valt feu eersten male onder zijn kruis.
De zware last mijner zonden deed U , o Jesus, onder uw kruis bezwijken. Ik bewe en en verfoei mijne zonden ^ vergeef mij, o Heer, en versterk mij door uwe genade, opdat ik nooit meer in dezelve hervalle. Ome Vader, Wees gegroet.
' T
DK H. KRUISWEG.
Jesus ontmoet zijne smartvolle Moeder.
6 Allerdroevigste Jesus ! smartvolle Moeder Maria ! tot heden toe ben ik steeds een voorwerp van nieuwe droefheid voor U geweest, dech van nu af zal ik U beminnen. Door uwen bijstand ondersteund, zal ik U dienen, en getrouw tot den dood toe in uwen dienst volharden. Onze Vader, Wees gegroet.
V. S T A T I E.
Simo?i van Cyrene helft Jesus zijn kruis dragen.
Welk geluk voor Simon, U het kruis te helpen dragen , o Jesus ! Hoe gelukkig zoude ik ook zijn , wanneer ik van nu af door geduld
294
DE H. KRUISWEG. 295
en liefde mij beijverde dagelijks,het kruis te dragen, dat Gij mij hebt opgelegd. O Heer! geef mij daartoe uwe genade.
Onze Vader, Wees gegroet.
VI. S T A T I E.
Jesus drukt zijn aanschijn in den doek va?i Veronica.
ó Jesus ! Gij hebt U gewaardigd uw heilig aangezigt in den doek van Veronica te drukken ; ik bid U, druk het aandenken uws heiligen lijdens en stervens onuitwisch-baar in mijne ziel.
Onze Vader, Wees gegroet.
Vli. STATIE.
Jesus valt teti tweede?! ?nale onder het kruis.
ó Jesus! Gij valt ten tweeden
296 VE H. KRUISWEG.
male onder uw kruis, omdat ik zoo dikwijls in mijne zelfde zonden terug val. Help mij, opdat ik alle middelen aanwende, die mij voor hervallen bewaren kunnen.
O//ze Vader, IVees gegroet,
VIII. S T A T I E.
Jesiis troost dz vrouwen van ycrusalem.
o Jcsus! Gij hebt de vrouwen getroost , die uw lijden beweenden : verleen ook mijne ziel den troost uwer barmhartigheid, op welke ik betrouw, en aan welke ik hoop deelachtig ie woiden.
O/zze Vader, Wees gegroet. IX. STATIE.
quot;Jesus valt ten derden male onder het kruis.
o Jesus ! zoo zeer zijt Gij door
DE H. KRUTSWRft. 207
uw Hielen afgemat, cKt Cri t^n derden male onder uw kruis bezwijkt. 0 mogt ik niet meer in mijne oude zonden terugvallen. O Jesus! ja 1 ever sterven, dan nogmaals te zondigen. Onze Vader, Wees gegroet.
X. STATIE.
yesus wordt van zijne kleederen beroofd^ en met azijn e?i gal gelaafd. 6 Jesus! Gij wordt van uwe kleederen beroofd, en met azijn en gal gelaafd; zuiver mijn hart van alle begeerte naar tijdelijke goederen , en geef dat ik verfoeije, alles wat voor de wereld is of tot zonde voert. Onze Vader, Wees gegroet.
XI. STATIE
Jesus wordt aa?i- het kruis genageld. Door de vreeselijke smarten die
31)8 nu H. KRUtKWHG.
Gij leedt, o Jesus, toen men uwe handen en voeten met nagelen wree-delijk doorboorde, bid ik U, geef dat ik mijn vleesch altijd door eene christelijke versterving kruisige.
Onze Vader, Wees gegroet.
XII. STATIE.
Jesus sterft aan het kruis.
ó Jesus, die na den smartvollen doodstrijd van drie uren den geest hebt gegeven : laat mij veeleer sterven , dan in de minste zonde te vallen. Laat mij enkel leven om U te beminnen en te dienen.
Ome Vader, Wees gegroet.
XIII. STATIE.
Maria ontvangt den gestorven Jesus
in hare armen
o Smartvolle Moeder! welk een
DR H. KRUISWRC:. 299
zwaard van droefheid doorboorde uw hart, toen gij uwen Jesus, mishandeld en ontzield , in uwe armen ontvangen hebt. O Maria ! verwerf mij de genade, mijne zonden als de oorzaak van Jesus dood en van uwe smart te beweenen , boetvaardig te leven en heilig in uwe armen te sterven.
Ome Vader, Wees gegroet.
Jesus wordt in het graf gelegd. Alles, o Jesus, wil ik afsterven; voor U alleen zal ik leven. Zoo lang ik op aarde zal leven , zal ik in U en met U leven, om eens eeuwig met U in den hemel te leven, en de vruchten uws lijdens en stervens te genieten.
Onze Vader, Wees gegroet.
GEBEDENquot;
In bijzondere voorvallen des levens.
Op den Geboortedag.
was, o God , uwe goedheid, SiYiJS die mij het aanzijn gaf en mij op de wereld plaatste U dank ik, mijn Schepper! en bid U, mij op den weg mijns levens te geleiden , mij in uwe liefde te sterken, mijne ziel, wanneer kommer en ellende haar drukken zullen, te troosten en op te beuren. O Heer! Gij hebt mij geschapen om U gelijkvormig te worden. — Ik dank U voor
GEB. IN BIJZON. VOORVALLEN. 301 de reeds ontvangene weldaden; en is htt uw welbehagen dat ik langer leve, geef mij dan een bereidwillig hart, om uwen goddelijken wil te volbrengen, en U nimmer te verlaten. — Wanneer ik, met voorweten of onwetende , van den goeden weg mogte afwijken en U verlaten , o vergeef mij dan, Vader der barmhartigheid ! vergeef mij mijne overtredingen , en geleid mij wederom op het veilig pad der deugd.
Gebed in tegenspoed
ó Heer! de rampspoeden en droefheden dreigen mij neder te drukken; echter aanbid ik uwe alwijze beschikking , daar Gij mij het beste toevoegt, en het aandenken , dat Gij mijn algoede cu licfderijiie Vader zijt, mij versterkt. Geduldig en met 20
302 GEBEDEN IN
onderwerping aan uwen goddelijker wil, wil ik de rampspoeden des levens uit uwe hand ontvangen.
TotU, o Vader der barmhartigheid, verheft zich mijn hart; ik bid U om genade en vergiffenis mijner zonden. Heer! Gij zijt regtvaardig, en regt zijn alle uwe oordeeleo ; uwe wegen zijn barmhartigheid, ge-regtigheid en waarheid ; haast U om mij te helpen.
Gebed bij zware otigevsllen.
Mijn Heer en mijn God! in dc benauwdheid mijns harten smeek ik om uwen bijstand, vertrouwende op uwe belofte, daar Gij mij zegt; klopt. en u zal geopend worden. Ik kome tot U, mijn Vader! Gii 'quot;1' mijn smcckcu verhooven. Gij kent mijn hart, Gij weet dat ik bereid-
BJJZONDERE VOORVALLEN. 303 vaardig ben alle lotgevalleo. dezes levens te verduren, daar ik op uwe goedheid mijn vertrouwen stel, en ik weet dat, wanneer het tot mijn heil verstrekt. Gij mij redden zult. Geef mij krachten om deze o«ge-vallen standvastig te verdragen. — Vader! uw wil geschiede. Amen.
Gebed om tijdelijken en eeuwigen zegen.
Wanneer ik al de werken uwer lianden ,die mij omringen, beschouw, en uwe wijze orde in dezelve ontwaar, zoo ontwaakt in mij de ge-dachte, dat dit alles op uwen wenk is voortgekomen , en door uwen magtigen zegen onderhouden wordt.
Uwe goedheid en barmhartigheid roep ik aan. Laat mij, die door U het aanzijn bekomen heb, dien Gij
ilijken i des :d.
lartig-k bid nijner irdig, elen ; 1 ^ ge-ü om :
n dc meek eude :egt: i. Ik
7 lilt
kent reid-
504 GEBEDEN IN
met uw dierbaar bloed gekocht en verlost hebt, ook uwen zegen erlangen. Bestraal mijn hart met het licht uwer waarheid; leer mij U kennen en vereeren , en ontferm U over mij.
Dat alles U love, hulde en eer bewijze, en zich verblijde over uwe goedheid en liefde.
Zegen ons, beste der Vaderen! dat uwen zegen op ons blijve , tot dat wij voor U verschijnen en ons in uwe heerlijkheid mogen verheugen. Amen.
Gebed om Z3B«n over ons beroep.
6 Mijn Schepper, die mij een stoffelijk ligchaam en eenen onstof-felijken geest gegeven hebt! — Het ligcïiaam hecht zich aan de aarde, maar de ziel verheft zich tol U, o
BIJZONDERF, VOORVALLEN. 305 Heer ! Ik ken dus mijne roeping ; — ü gelijkvormig te worden is mijne bestemming. Geleid mij met uwe liefderijke hand op deze wereld, om het goede te verrigten en anderen te dienen. Leer mij alle mijne plig-ten kennen , en bestuur mijnen wil, om dezelve getrouw te vervullen. — Verleen mij uwe wijsheid, en werk in mij wat U welbehagelijk is. Amen.
Gebed in den ongehuwden staal.
o Groote God ! verleen mij do genade om de pligten van mijnen staat te kennen en die getrouw te vervullen; bewaar mijn hart, opdat ik mij door valsche eerzucht niet laat verblinden; maar doe mij zien en beminnen wat waarlijk groot en edel is , en aan uwe goddelijke oogen kan behagen. Laat mij nim
T
3o6 gkbedkn in
mer van het pad der deugd afwijken , en mogt ik afdwalen , kom mij dan te hulp c-n wees mijnen beschermer.
6ehe(i in oen echten staa?.
Mijn God, die de harten der men schen bestuurt! heersch ook in onze harten, opdat er heilige eendragt en liefde in wone. Is liet uwen wil, ons door rampen en tegenspoeden te beproeven , laat ons dan op uwen bijstand betrouwen ; sterk ons, o God ! sterk onze harten, opdat wij , noch degenen die Gij aan onze zorg bevolen hebt, nimmer eenig schepsel beleedigen of in het ongeluk storten. — Verleen ons ware toegevendheid met behoorlijke gestrengheid in het huisbestuur te vereenigen. Vergun ons, door een ijverig gemoed en onderlinge getrouwe lief
-
BIJ/.ONUK.RE VOORVALLEN. 307 de, de dagen van ons leven te veraangenamen. Behoed ons van alle afwijkingen, en vorm onze ziel zoo, dat, wanneer ziekte of ouderdom ons ten deel vallen , wij altoos een lein en liefdekweekend hart mogen behouden. — Leer ons onze kinderen in uwe vreeze opvoeden , en stort uwen zegen over de dagen van ons leven.
Gebed op reis.
God! Gij kent de gedachten mijns harten, zelfs vóór die in mij opkomen. Indien mijn voornemen U wel-hehagelijk is, zegen het dan, bid ik U, met eene goede uitkomst; doe mijne zaken zoo gelukken , dat zij Ü geheiligd en voor mij nuttig zijn ; bewaar mijne ziel en mijn ligchaam; beschut, bij mijne afwezigheid, mijn
3o8 g»beden in
huisgezin voor alle ongelukken; laat mij rustig in mijn voornemen slagen , en mogten mijne bedoeüugen gee-ne gunstige uitwerking bekomen, schenk mij dan geduld en gelatenheid in uwe alwijze beschikking; doe mij dan met eerbied uwe wijsheid vereeren en danken. — Aan U, Heer, beveel ik mij geheel, zoo als het uwen goddelijken wil zal behagen. Amen.
Gebed bij een onwedsr.
Mijn God! afschoon ik het geklater van den donder hoor, en de vurige bliksemstralen zie , is mijn hart niet verontrust, daar ik weet dat Gij liefde en goedheid zijt, en ik, onder uwe bescherming, niets te vreezen heb. — Groot is uwe magt; ook in het midden uwer be-
BIJ/.ONUERE VOORVALLEN. 3O9 straffingen bewijst Gij ons uwe genade ! Ik stel mij in uwe handen, uw wil geschiede ! — Wees mij ge-iadig; laat mij U, bij donder en storm, als mijnen goeden Vader aanbidden ; Gij zijt altijd goedheid en liefde !
Algemeen gebed voor het Christendom
Hemelsche Vader ! Almagtig en eeuwig God! Zie met uwe oogen van barmhartigheid op onzen nood en ellende neder. Ontferm U over alle menschen. Wend van ons af alle, zoo tegenwoordige als aanstaande gevaren en drukkende tijden. — Verlicht en sterk in het goede, alle geestelijke en wereldsche Overheden en Bestuurders, ten einde zij alles wat uwe goddelijke eer en het algemeene heil van het Chris-
3IO GKBEDKN IN
tendom bevorderen kan, mogen vervullen. Geef ons eenheid in het geloof, ware boetvaardigheid, verbe-leringin zeden, en verleen ons uwe goddelijke liefde.
Wij bidden ü ook, goedertieren Vader, voor onze vrie*nden en vijanden , voor gezonden en kranken , voor bedroefden, verdrukten en el-lendigen, voor levendec en afgestorvenen : laat hen, Heer, uwe barmhartigheid gewaar worden. — Wij offeren U, tot verheerlijking van uwen grooten naam, onze gedachten, woorden en werken , ons leven en ons sterven.
Laat ons uwe genade alzoo indachtig worden : dat wij U ia de eeuwige vreugdemogen aanbidden en prijzen.
Verleen ons dit, hemelsche Vader! door Jesus Christus uwen Zoon , on
WJZONDKRK VOORVALLEN. 311 zen Heer, die metU leert en heerscht, in eeuwigheid. Amen.
Gebed voor don Vorst.
o God! zegenen bescherm onzen Vorst, de overheden eigt; bestuurders des rijks; v«;r!icht hen door een straal van uwe goddelijke wijsheid, om over ons wel te regeren. Blijf aan hunne zijde, opdat zij van de wegen der geregtigheid niet mogen afwijken. Laat barmhartigheid en waarheid om den troon waken; dat goedheid en liefde zijne steunsels mogen zijn, — Doe, o God, de regering van onzen Vorst duurzaam , vredelievend en gelukkig zijn. Laat zijne raadslieden altoos inzien en gevoelen , dat zij niet slechts men schelijke, maar Goddelijke regten handhaven; doe de vorst zoo rage-
3'2 GEBEDEN IN
ren, gelijk Gij, Vader, die in den hemel zijt, regeert.
Overwaging over des menscheu sterfslijkheld.
Wie zoude den dood vreezen, die ons in de armen van onzen Vader terug brengt ?
Zoude de sterveling, die zoo lang hij leeft den dood te gemoet ziet, wiens aandenken hem gestadig voor de oogen zweeft, op een oogenblik door denzelven kunnen verrast worden ? — Het komt s',echts aan op de gedaante, in welke hij zich aan ons vertoont ; het is ook niet de manier van sterven die den dood verschrikkelijk maakt, maar de toestand, waarin hij ons E.antreft.
Neem het uitwendig hulsel van den dood weg , en er is geen dood
li
BIJZONDKRE VOORVALLKN. 313 in de schepping; het sterven is slechts eenen zachten ondergang der zon van ons leven; de dood verdrijft alle onze angst, smart en lijden ; hij ontbindt de aardsche kluisters en stelt ons in vrijheid.
Dan, schoon mijn iigchaam in het stof zal slapen, zal ik echter niet ophouden te zijn, maar overgaan tot ecnc betere wereld. Zoude ik dan den dood vreezen, die mij aan de vervolging der menschen en de ongeregdgheden der wereld onttrekt, die mij veilig in den schoot mijns Vaders doet rusten ?
Goedertieren God! ik kom tot U dien ik aanbid; Gij zult voor mij zorgen, daar Gij een liefderijk en barmhartig God zijl.
Als Regter vordert Gij var. mijnen wandel eene gestrenge rekenschap;
3 14 GEBEDEN IN
dan, Gij zijt even zoo barmhartig als regtvaardig; mijn rouwmoedig en vernederd hart zult Gij niet versmaden. Ik beken mijne ongeregtig-heden, vergeef mij die , liefderijke Vader !
Bereidwillig wil ik sterven, wanneer en zoo Gij het wilt; uwe liefde en barmhartigheid zullen bij het naderen van den dood mijne smarten lenigen, en mijne ziel vertroosten.
Vorm thans mijn hart, om dc waarheid te vereeren en hulde aan de deugd te bewijzen.
TotU, on bevatbare eeuwige Liefde ! voor wien het manschelijk vernuft bezwijkt, zucht mijn hart. Geleid mij roeeren meer tot U, o Bron van alle licht! tot dat mijne heilbe-geerige ziel, den kerker des lig-chaams verlatende, tot U mag na-
BIJZONDERE VOORVALLEN. 315 deren, laat dan mijne ziel voor uwen regterstosl genade vinden.
Regter der wereld! sterk de zielen der regtvaardigen, zij die uwen wil, dien Gij hun door Jesus geopenbaard hebt, vereeren. Vereenig hen wier oorsprong Gij zijt, met 17. Zie ook op de tranen der boetvaardige zondaars, die U om genade smfeken.
Oebed in ziekte.
Vader der menschen . goedertie-rene God! zie genadiglijk op uw lijdend schepsel neder, herstel mijne zwakheid.
Gij weet wat mij nuttig en schadelijk is; hergeef mij mijns gezondheid, wanneer het uw welbehagen is en tot nut voor mij en mijne na-luurgonooten verstrekt. Zegen de hulpmiddelen die ik tot mijne her-
3i6 gebedsn in
stelling aanwende , genees mijne
smarten.
Is het echter uw wil dat ik lijde , uw wil geschiede! Gij zijt mijn beste Vader!
!k smeek U, mijn Vader! doe ook deze ziekte tot mijn heil verstrekken ; geef mij krachten en geduld , opdat ik standvastig lijde, en door ongeduld en morren tegen uwe beschikking , U, mijn God, niet ver-gramme.
Doe mij aanhoudend het schuldeloos lijden van uwen geliefden Zoon , mijnen Verlosser, herdenken; dat hij mijn vertrooster zij in mijne benauwdheden.
Ik weet, mijn Vader !Gy zult mij niet meer opleggen dan ik dragen kan.
Indien Gij mij van deze aarde wilt
BIJZONDRRK VOORVALT/EN. 317 afrukken, en deze ziekte mij tot het graf zal leiden , onderwerp ik mij aan uwen goddelijken wil, en be reide mij tot den dood, daar ik vertrouw dat Gij mij ten leven en tot zaligheid zult overbrengen; door de verdiensten vun mijnen Heiland Jesus Christus. Amen.
Dankgebed na gevolgde liersteiïing.
Gij hebt mijn kinderlijk gebed verhoord, goedertierene Vader ! ik dank U voor uwe genade.
Mijne krachten voel ik hersteld , ik adem weder eene gezonde lucht, en ik verheug mij wederom den schoonen hemel en de aarde te mogen aanschouwen.
Ik ken nu volkomen den schat dei-gezondheid, en wil mijne pogingen aanwenden om altoos dit geschenk 21
3l8 (ÏEHEDKN IN RN7,.
uwer goedheid te waardeeicn. — 11; wil mij vlijtiger aan uwen dienst toewijden, de bedroefden en lijdenden vertroosten, de noodlijdenden en behoeftigen bijstaan, en liet gebod der liefde jegens mijne naasten betrachten. — Verleen mij , o God, daartoe uwe krachtdadige genade, om de verdiensten van Jesus Christus onzen Heer. Amen.
öcbcd voor Afgestorveueu
ó God! ontferm U over alle zielen die in uwe liefde r.it deze wereld gescheiden zijn, en niet ten eene male aan uwe goddelijke regtvaar-digheid voldaan hebben. Zij zuchten tot U, en ik offer U voor hen mijne gebeden. Hoor mijn smeeken voor hen die hunne Dntslaging verbeiden ; zij zijn uwe kinderen! —
LIT. V. D. ÜBLOOVIRK ZÏELKN. 319
Gedenk niet aan hunne overtredin gen, maar zie op hen, die het werk uwer handen zijn. Geleid hen tot uw eeuwig schijnend licht, in uwe heilige woning, opdat zij U daar eindeloos met mij mogen aanbidden en loven. Amen.
L I T A N 1 E VOOK UK (jKLOOVIUK ZIEI.KN.
Heer, ontferm U onzer. Christus, ontferm U onzer,
lieer, oatferra U onzer.
Clmstus, hoor ons.
Christus, verhoor ons. God, hemelsche Vader, ontferm U over de geloovige zielen.
320 LITANIE VOOR UK
God Zoon, Verlosser der wereld, ontferm U over de geloovige zielen,
God, heilige Geest, ontferm U over
de geloovige zielen.
Heilige Drievuldigheid, één God, ontferm U over de geloovige zielen.
Heilige Maria, bid voor de geloovige zielen.
Alle heilige Engelen en Aarts- ^ engelen, quot;
Alle heilige Kooren der zalige n.
H. Joannes de dooper,
Alle H. Patriarchen en Profeten, Ü H. Petrus, p
GELOOVIGE ZIELEN. 32 I
H. Paulus, bid voor de geloovige
zielen ,
II. Joannes,
Alle heilige Apostelen en Evangelisten ,
1 CfQ
1 ■lt;
Alle H. Bisschoppen en Bclij- ctq ders, ^
Alle H. Priesters en Leviten, a Alle H. Monniken en Kluizenaars ,
11. Maria Magdalena ,
li. Catharina,
II. Barbara ,
ereld ,
[e zie-
J over
God, je zie-
geloo-
s
s.
322 LITANIE VOOR DE
Alle H. Maagden en Weduwen ,
bidt voor de geloovige zielen. Alle Gods lieve Heiligen, bidt voor
de geloovige zielen,
Wees genadig, spaar ze Heer. Wees genadig, verhoor ons. Heer. Van alle kwaad, verlos haar. Heer. Van uwe gramschap,
Van de strengheid uws oordeels , Van de magt der duivelen , Van den knagenden worm des ^ gewetens, ^
Van de eindeloo^e droefheid, ^
zr
Van de verschrikkelijke duister- S nis, S
Van het schromelijk weenen en klagen,
Door uwe wonderbare mensch-wording.
'.
i
GULOOVluif; ZlkLEN.
Door uwe geboorte , verlos lieer.
Door uweu allerzoetsten naam, Door uw doopsel en vasten, Door uwe diepe verootmoedi-
Door uwe overgroote gehoorzaamheid ,
Door uwe kuischheid,
Door uwe uiterste armoede , Door uwe minnelijke zachtmoedigheid ,
Door uwe oneindige liefde , Door uwe benauwdheden en
kwellingen ,
Door uw bloedig zweet,
Door uwe boeijen en banden, Door uwe wreede geeseling, Door uwe doornen krooning. Door uwe kruisdraging.
Door uwen bitteren dood ,
323 haar ,
uwen ,
lea. t voor
sr.
Heer, Heer.
els,
ngt;
o
w 9»
;r- 5h ogt;
n
)n
324 litanie voor dk
Door uwe allerheiligste wonden, verlos haar, Heer.
Door uw kruis en smartelijk lij- ^ den, g-
Door uwe verrijzenis,
Door uwe wondervolle hemel- p
p
vaart,
Door de komst van den heiligen ^ Geest, den Vertrooster, S
In den dag des oordeels. Wij zondaren, wij bidden ü, verhoor ons.
Die aan Magdalena vergiffenis verleend en den moordenaar verhoord hebt, wij bidden U, verhoor ons.
Die uit genade zaüg maakt, wij bid-
deu U , verhoor ons.
Die dc sleutels van den dood en der helle hebt , wij hidden U , verhoor ons.
GELOOVIGE ZIELüN. 325 Dat Gij de zielen van onze ouders, vrienden en weldoeners uit de schrikbare vlammen verlossen wilt, wij bidden U, verhoor ons.
Dat Gij alle overleden geloovigen van de eeuwige pijnen wilt be- ^ vrijden,
Dat Gij U over de zielen van g; hen, die geen bijzondere voor- ^ bede op df ze wereld hebben ,
Dat Gij hen allen sparen en ^
1 fTgt;
hu 1 kwijtschelding der straffen ^ schenken wilt, o
•-1
Dat Gij hun verlangen wilt ver- 0 vullen, 2
Dal Gij hen inde gemeenschap der
uitverkoornen wilt opnemen , Koning der ontzaggelijke heerlijkheid ,
Zoon Gods,
r | ||
326 LITANIE VOOR DE |
_ GL | |
Lam Gods, dat wegneemt de zonden |
opdat het | |
der wereld, geef hun de rust. |
strckke, c | |
Lam Gods, dat wegneemt de zonden |
in U geloof | |
der wereld, geef hun de rust. |
Heer Jesu | |
Lam Gods, dat wegneemt de zonden |
die met (J | |
der wereld, geef hun de eeuwige |
eeuwigheid | |
rust. |
lleer! g( | |
I |
Christus, hoor ons. |
En het e |
Christus, verhoor ons. |
Dat zij | |
Heer, ontferm U onzer. |
Amen. | |
Christus, ontferm U onzer. |
ZE\ | |
Onze Vader, enz. | ||
Van de poorten der hei. |
voo/' de gei | |
Verlos, 0 Heer, hunne zielen. |
ter lij de | |
Heer! verhoor mijn gebed. |
He | |
En mijne roepstem dringe tot U door. |
1. ójesi | |
Gebed. |
1 standing! | |
i deze wen | ||
Wij bidden U, 0 Heer! beloon de |
ons tot s] | |
zielen uwer dienaren en dienaressen |
ten hebt : | |
voortdurend uwe barmhartigheid, |
looze liel | |
GELOOVlGJu ZlfiLEN. 327 opdat het hun tot eeuwig heil ver-strekke, dat /ij op U gehoopt ea iu ü geloofd hebben. Door onzen Heer Jesus Christus, uwen Zoon, die met LJ leeft en regeert^ God van eeuwigheid tot eeuwigheid. Ameu. iieei! geef hun de eeuwige rust. Eu het eeuwige licht verlichte hen. Dat zij rusten in vrede.
Amen.
voor de geloovige zielen, door kei bitter lijden en sterven va?t onzen
Heer Je sus Christus. i. óJesus, ons leven en onze op-standing! Gij, die scheidende uit deze wereld uw vleesch en bloed ons tot spijze en drank achtergelaten hebt : o, door deze uwe einde-louze liefde bid ik Ü ootmoedig,
328 GBB/iDEN VOOR DE
dat Gij U wilt ontfermen over alle geloovige zielen j vooral over die van.... Geleid ze tot de bronwel des levens, en laat ze weldra aan uwen dischinuw eeuwig rijk verkwikt en verzadigd worden, Luc. XII, 30.
Onze Vader, enz.
2. o Jesus, onze hoede en ons heil! Gij die om onzentwille zóó grooten angst hebt doorgezwoegd , dat U het zweet werd ontperst in bloeddruppels, die de aarde besproeiden : o, door dit uw kostbaar bloed, bid ik U ootmoedig, dat Gij U wilt ontfeimen over alle geloovige zielen , vooral over die van.... Bevrijd ze van allen angst, wisch haar de tranen uit het oog, en geleid ze in den hof uws paradijzes. Openb. Vil, 17.
Onze Vader, enz.
3. ó Jesus , onze Verlosser en
GELOOVIGK ZIWLF.N. 3;'.9
Zaligmaker ! Gij die de kluisters onzer zonden op U genomen hebt : o, door deze uwe wreede hoeijen smeek ik U, dat Gij ü wilt ontfermen over alle geloovige zielen, vooral over die van... Slaak al hare zondebanden, waarmeê de menschelijke zwakheid ze in dit leven hield inge sloten , opdat zij vrolijk mogen uit roepen : Gij hebt mijne boeijen verbroken; ü wil ik loven en uwen heiligen naam prijzen in eeuwigheid. Fs. CXV, 17.
Onze Vader, enz.
4. 6Jef.us,Gij vreugde onzes harten ! Gij, die U hel gelaat, waarin de engelen zich verblijden , hebt laten blinddoeken, bespuwen en met vuisten slaan: o, door deze uwe onbegrijpelijke verduldigheid smeek ik U, dat Gij U wilt ontfermen over
33° GF.R.TDKN VOOR 1gt;K
alle gcloovige zielen , vooral over die van... Laai ze tot de glorie van uw licht mogen nad ren, en vervul ze door uwe aanschouwing met eeuwige vreugde. Ps. XV. II.
Onze Vader, enz.
5. ójesus,kroon van onzen roem! Gij die, om onzen hoog- en overmoed, verduldig met geeselslagen geteisterd en met doornen smaadvol gekroond wildet worden : o, door deze grenslooze verootmoediging smeek ik U, dat Gij U wilt ontfermen over alle geloovipe zielen , vooral over die van... Bewillig er in, dat zij weldra de kroon der eeuwige heerlijkheid verwerven , gelijk Gij ook ons kroonet in ontferming en barmhartigheid. Ps. ClI. 4.
Onze: Vader, enz.
6. 6 Jcsus, onze voorspraak en
GICLOOVIG K 71 r'LKN. 3^1
regter! Gij die door hel onrcgt-vaardigsle vonnis tot d^n biitersten dood veroordeeld vvildet worden , om ons van de straffe der eeuwige verdoemenis te verlossen : o , door deze uwe grondelooze barmhartigheid smeek ik U, dat Gij U wilt onv fermen over alle geloovige zielen, vooral over die van... Laat ze weldra dat troostwoord vernemen : uwe zonde is u vergeven. Is. XL. 2.
Onze Vader, enz.
7. óJesus,ons hoogste en elt;;nige goed! Gij die den last des kruiscs, het gcwigt onzer misdaden op U genomen hebt, en onze zonden in uw ligchaam aan het folterhout wildet dragen ; o, door deze uwe onwaardeerbare weldaad bid ik U ootmoedig, dat Gij U wilt ontfermen over alle geloovige zielen , vooral over
331 klaagkf.de van den die van... Lateo zich weldra de poor ten der eeuwige heerlijkheid voor haar ontsluiten , en mogen zij spoedig de vreugdevolle mare vernemen : komt, gij gezegenden mijns Vaders, bezit het rijk dat u is toebereid van de gronding der wereld. Matth. XXV. 34. Onze Vader , enz.
Klaagrede van den U. Augustiuus.
Vnor uwe oogcn , o Heer, brengen wij onze schuld, en leggen de wonden welke wij bekomen hebben open.
Wanneer wij het begane kwaad overwegen, dan is hetgeen wij lijden minder dan wat wij verdienen.
Zwaarder is de zondenpleging. ligter wat wij hebben te verduren.
Wij ondervinden de straffen dei misdaad, en wij waken niet tegen de hardnekkigheid der zonde.
r
H. AUGUSTINUS. 333
Onder uwe tuchtroede wordt onze nietigheid verbrijzeld, en toch neemt onze boosheid geen keer.
De kranke ziel wordt gekweld , en tchter wil zich onze nek niet buigen.
Het leven kwijnt in droefenis daarheen, en in de werken verbetert het zich niet.
Wanneer Gij toeft, zoo worden wij niet. verbeterd, en wanneer Gij wraak neemt, zoo houden wij het met uit.
Onder de tuchtiging belijden wij, wat wij hebben misdreven , en na de bezoeking vergeten wij onze tranen wederom.
Als Gij uwe hand uitstrekt, zoo doen wij allerlei geloften, en zoodra Gij het zwaard weêr intrekt, komen wij ze niet na.
Wanneer Gij slaat, zoo smeeken 22
334 klaagrede v. p. h. august. wij U, dat Gij ons sparen wilt, er. als Gij U barmhartig betoont, dan tarten wij uwen toorn weder uit.
Zie , Heer, wij verklaren ons schuldig , en weten , dat wij , zoo Gij ons niet vergeeft, uw regtvaar-dig oordeel niet kunnen omgaan.
Verleen, almagtig Vader , wal wij U, schoon zender de minste verdienste, afsmeeken ; wij, die ü aanroepen, zijn door U uit het niet geschapen. Door Jesus Christus on zen Heer. Amen.
Heer ! verhoor mijn gebed.
En mijne roepstem dringe tot V door.
Aanbidding der H. Drieëenheid.
Eer, aanbidding en dank zij God den Vader, die door zijne almagt mij uit niet geschapen heeft. — God den Zoon. die mij door zijn bloed vrijgekocht en door het licht aijner goddelijke leer verlicht heeft. — God den heiligen Geest, die mij in den doop geheiligd heeft en nog altoos door den invioed zijner genade de heiligmaking in mij werkt.
Met den diepsten eerbied, o allerheiligste Drieëenheid,aanbid en dank ik ü, dal Gij mij deze onbevatbare gehtimems geopenbaard hebt.
Ik geloof in ü, en bid U, mijn
33Ö GEBIDüN VAN
geloof te versterken, tot dat ik eenmaal waardig bevonden worde deze verborgenheid klaar te begrijpen. — Verleen mij kracht om de eer en de verheerlijking van uwen aanbidde-lijken naam standvastig, voor de geheelc wereld te belijden. Amen.
Aanbidding der Goddelijke Voorzienigheid.
ó 'quot;sod ! alle gelnk eu ongeluk dal mij te beurt valt, erken ik ecne verordening van U te zijn; ik onder werp mij aan uwen wil, aanbiddende uwe goddelijke Voorzienigheid. Uwe goddelijke almagt beschut mij, UAve wijsheid bestuurt mij, uwe bnrmhar tigheid bewaart mij. — Tot U, o he melsche Vader, neem ik mijne toe-vlugt. flij zorgt voor mij.
o, Stort in mijn hart eene kin
ONDKRSCllKIDKN INHOUD. 337 dcrlijke gezindheid jegens U, opdat ik !n vuorspoed mij niet zeer ver-heffe en op mijne eigene krachten steune, en bij treurige lotgevallen niet ontmoedigd worde en regen uwe beschikking aandtuischt. — Laat mij aanhoudend mijne hoop op U vestigen, ten einde ik uwe goddelijke Voorzienigheid in uwe eeuwige heerlijkheid moge loven cn aanbidden.
Aanbidding van den H. Naam Jesus,
Eer zij de*i naam des Heer en, van nu tot in eeuwigheid.
Mijne ziel, loof den Heer, en alles wat in mij is grijze zijnen naam.
God! verhoor mijn gebed.
Laat mijn geroep tot U komen.
ó Vader ! Gij hebt den verheerlijkten naam .uws Zoons, onzen Heere
338 Gis-BttDKN Van
Jesus Christus, liefelijk ea aange üaam gemaakt; verleen ons daardoor dar allen die de/.cïi heiligen naam vereeren , de verhevenheid uwer waarde gevoelen, en in de toekomst de eeuwige vreugde èn zaligheid -nogen genieten. Amen.
Vereeriug; der H. Maagd Maria.
Allerverhevenste Koningin des hemels en der aarde, die niemand, welke ooit met vertrouwen uwe hulp afgebeden heeft , uwe bescherming onttrokken hebt : iu uwe magtige hoede beveel ik mij. — Ik bid u, o Moeder der grondelooze baim-hartigheid , mijne voorsprekeres bii uwen geliefden Zoon te zijn. Geleid , o minnelijke Moeder, mij re handelingen ; troost mij in alle gevaren dezes leveas; ondersteun mij ten
ONDitRSCHElDtN INHOUD, 339 allen tijde, en bijzonder in óe ure mijns doods. — Tk beruste in de zekere hoop, dal, wanneer gij mij op mijnen weg bestuurt, ik nimmer zal afdwalen. In dit vertrouwen beveel ik mij in uwe moederlijke beschutting, tegen de vijanden mijne: ziel.
Heilige Moeder! hoe zoude ik aan uwen Zoon Jesus Christus kunnen denken, en Hem als mijnen Heiland aanbidden, zonder aan u mijne hulde en hoogachting te betoonenlja, als Moeder van mijnen Verlosser en ook mijne moeder en voorsprekeres vereer ik u.
Gij zijt de gezegendste onder alle de vrouwen ; u heeft God uitverko ren op aarde, om Moeder van zijnen Zoon te i-.ijnj daarom zullen alle geslachten u zalig noemen ; daarom noemen wij u de Koningin der en-
34« GKBBUEN VAN
geien en der iiitverkoorren ; daarom herhaler wij dagelijks met den engel Gabriël: IVecs gegroet, gij vol van genade.
Met zielsverheffing gedenken wij de groote dingen die de Heere aan u gedaan heeft, — de voortreffelijke eigenschappen waarmede Hij u, boven alle stervelingen , begenadigd heeft.
O hoe rein en schuldeloos waren uwe zeden ! Hoe vroom , godvree-zend, weldadig, nederig en geduldig was uw wandel, voor de oogen van uwen Schepper! — Leer mij, aiier-heiligste Maagd en Moeder, niet alleen uwe deugden bewonderen, maar uw voorbeeld navolgen; ik wil mijne pogingen aanwenden om ie denken, te spreken en te handelen, zoo als gij gedacht , gesproken en
ONDKRSC.HEIDEN INHOUD. 34 T gehandeM hebt, cn dan weel ik dat ik uwen Zoon waardig vere^re, en uwe krachtdadige voorbidding zal erlangen.
Heilige Maria, Moeder Gods! bid voor mij, dat ik, uw voorbeeld nastrevende, zalig mag sterven. Amen.
Vercering van dcu H. Josef
Groote Heilige, getrouwe dienaar des Heeren , die v aardig geweest zijt met Jesus cl Maria te leven, ja aan wien God de zorg over hel heilig i;ezin , als voedstervader van zijnen Zoon , en als bruidegom der heilige Maagd cn moeder heeft aanbevolen: gij die naar het getuigenis van den heiligen Geest een regtvaardig mar. zijt: tot u neem ik mijne loevlugt: u beveel ik mijne ziel enligchaam; uw voorbeeld zal een rigtsnoermijner
342 GI'.B KDEN VAN
zeden zijn; gelijk gij zal ik tiachteT; God tc dienen : verwerf mij , door uwe voorbidding, de volharding in het goeüa en eenen zaligen dood. Amen.
Vert ering: van ilen heiligen Engelbewaarder.
Heiligs Engel, aan wien God bevolen heeft mi! in dit tijdelijke en gevaarvol lev:n te geleiden; mij in allen nood bij te staan, in wederwaardigheden te troosten . voor g-varen te bevrijden en dreigend, onheilen af te werer» ; ik bid u mij zoo te geleiden op de loopbaan dezes levens, dot ik , door de goddelijke genade, eenmaal waardig gevonden worde het heilrijk doel mijner bestemming te bereiken; en, tot het einde van mijne beperkte dagreis
ONDERSCHtfJDKN INHOUD. 34; gekomen zijnde, sterk mij dan Ir? het uur mijns verschei'ieos en stel mijne ziel in de hamU.n van mijn' Verlosser en Zaligmaker, die mij u aanbevolen heeft.
Vereeriug van den H. Naain-patroou.
Heiligen N. dir mij bij den hei ligen doop lot beschermer gegeven zijt: ik bid u om miine voorspraak bij God onzen Vader te zijn, ten einde Hij mij de dierbare genade vei-leene , om in geloof, in boetvaardigheid en in alle uwe voortreffelijke deugden , uw heilspoor na tt-volgen ; opdat ik eenmaal, door de goddelijke barmhartigheid , met u ilen eindeloozen lofzang van zijnen troon moge aanheffen, Amen.
(iebod tot deu U. Joauues NepoinucPiius Heilige voorspreker bij God! bid
r,!- BK.11 N VAN
voor mij, dat God al wat mij naar ziel en ligchaam hinderen kan van mij afwere : door de verdiensten van Jesus Christus nnzer. Heer. Amen.
Gebed tot alle Heiligen.
Gii, uitverkorene vrienden van God, die door Hem onze ellenden kent: weest onze zwakke stervelingen gedachtig; smeekt voor ons. die nog op de ontroerde zee des tijdelijken levens omzwerven 5 toor t ons uwen bijstand, door uwe voorbidding voor den troon des Aller hoogsten, opdat wij, door uwe gebeden gesteikt zijnde, met u in de zegevierende gemeente mogen ver-eenigd worden, en gelukkig in de have des heils, waar een voortdurende vrede en ecuwig ongestoorde rust heerscht. mo^en aanlanden.
344
ONDERSCHEIDEN INHOUD. 345
0 God, die dezen nacht door de stralen van het ware licht verheerlijkt hebt : wij bidden ü , ons, die de geheimenis van dit licht gekend hebben, ook de geneugte van vreugde in den hemel te doen genieten.
Verleen ons de genade, dat wij do )r de menschwording van uwen eeni;jfgeboren Zoon , van het juk der dienstbaarheid , waarmede de zonde ons drukt, mogen ontheven worden : door Jesus Christus, onzen Heer. Am.
ó God, die ons lieden door den zegen , welken uw Zoon , onze Heer, over den dood behaald heeft, dc pooi ten des hemels geopend hebt:
346 GKBEDEN VAN
ondersteun door uwe hulp de wen-schen, welke Gij ons door middel uwer voorkomende genade instort. — Zegen met uwe hcmelsche gaven ('e plegtige viering van ons Paasclifeest, opdat uw gelukkig volk volkomen vrijhnid moge erlangen. Amen.
ó Heer! Gij hebt heden dc harten er gedoovigen . door de zending des heiligen Geestes, verlicht en onderwezen. Deel ons ook de ware wijsheid nu d , dat wij , door dezen geest bestraald, naar niets mogen trachten dan wat edel en goed is, tn ons in zijne vertroostingen verheugen.
Keer genadiglijk van ons af, wat ons van uwen dienst wederhouden kan, t-n tinde wij U in de vrijheid des geestes mogen dienen , en in
OND» RSCHKIDKN INHOUD.
Geloof, Hoop cn Liefde steeds volmaakter worden. Am-,j-n.
Ik hen het brood des levens ; — uwe laders hebben in de woestijn het Manna gegeten en zijn gestorven ; dit is het brood dat van den hemel nedergedaald is; die daarvan eet, zal nimmer ster-ten. joann. VT. v. 48 50.
Hoe harteujk, mijd Verlosser, hebt rij uwe Leerlingen er het geheele merschdom bemind! — Niet alleen f»t uwen dood. maar na uwe scheiding van deze wereld, ja tot de voleinding des tijds, hebt Gij ons een nderpand en gedenkmaal in het
(1) Dit gebed kan .trveus gebezigd vroren na de heilige Gomiuunie , en bij het itgesteide heilige Sakrament.
347
348 GtBEDtN VAN
heilige Altaargeheim uwer liefde nagelaten. Hier, in onze tempels, op nnze altaren , wilt Gij nader bij ons zijn, opdat wij uwen dood zouden gedenken, ja, in alle onze nooden tot U onze toevlugt nemen.
O , mogten dit alle Christenen indachtig zijn; met welk eenen eerbied zouden zij dan deze heilige j plaats naderen !
(l) Het verheugt mij dat heden de heilige, roomsch katholijke Kerk, over de geheele wereld verspreid, tot aandenkec en dankbaarheid voor de instelling van dit aanbiddelijk Sa-krameut, eenen algemeenen en pleg-tigen feestdag viert. — O, dat toch alle geloovigen zich verheugen , en
(1) Dit tot aan (*) wordt, behalve op den tieiligeu Sakramentedag, achtergelaten.
ONDERSCHEIDEN INHOUD. 349 Jesus Christus niet alleen eene uitwendige hulde betoonen mogen, maar ook met geheel hun hart, in geest en waarheid, Hem aanbidden en prijzen.
Dat de pracht van de godsdienstoefening ons hart tot verhevene bespiegelingen , tot heilzame onderwijzingen, tot ware stichtingen zedeverbetering opleide ! (*)
Dan, het was U, o Jesus, niet genoeg, in het heilig Sakrament tegenwoordig te zijn, maar Gij wilt tot heil onzer zielen van ons genoten worden. Wanneer gij het vleesch van den Zoon des menschen niet zult eten , en zijn bloed niet zult drinken , zal het leven in u niet zijn. Deze woorden, mijn Heiland, leeren mij, dat gelijk mijn ligchaam niet zonder voedsel bestaan kan , ook mijne ziel, 23
350 GRBilDEN VAN
zonder dit geestelijk brood te nuttigen , sterven zoude — Gij zijt waarlijk liare spijs, die haar onderhoudt, versterkt en doet leven ; en dit goddelijk onderhoud geeft Gij mij, zoo dikwijls ik waardig tot uwe liefdemaaltijd nader.
O , daar werd het aandenken aan uwe liefde, aan uwe wijsheid, aan uwe goedheid , aan uw lijden en aan uw sterven in mij vernieuwd ! Daar , aan uwe tafel, ontving ik sterkte in het geloof aan U; daar werd het hart met eene zalige hoop vervuld en ontvonkt door het vuur uwer liefde ; daar leeft de ziel geheel vereenigd met U, en gevoelt zich bemoedigd en versterkt in het goede.
Dit hebt Gij, Algoede , mij dikwijls doen gevoelen, wanneer ik U met een godvruchtig en wel voorbereid
ONDERSCHEIDEN INHOUD. 351 hart oDtvangen heb. O . dao smaakte ik een hemelsch genoegen; dan ontvlood ik ook de geringste overtredingen , en bevlijtigde mij in de heilzame uitoefening der deugd; ja dan gevoelde ik waarlijk dat .oïijne ziel een nieuw leven genoot.
Maar ook, hoe dikwijls ben ik zun-der troost, zonder gevoel, tot uw heiligdom getreden 1 Vergeef mij , genaderijke God ! vergeef mij, smeek ik U, mijn onwaardig aanzitten aan uwe heilige Maaltijd! O , geef mij de genade, om in het toekomende altoos met een rein geweten en vroom hart voor U te verschijnen ; dring in mijn hart deze ontroerende woorden ; die het vleesch des Heeren onwaardig eet en zijn bloed onwaardig drinkt, eet en drinkt zij?i eigen veroordeeling, niet
354 GitBEDKN VAN KNZ.
ondeyschdc/cncie het ligchaam des Hee-ren.
O, laat mij liever sterven, dan uw ligchaam en bloed onwaardig genieten.
Verleen mij, o mijn Heiland, wanneer mij de dood zal naderen, dat ik deze heilige teerspijs op de reis der eeuwigheid, met volle kennis en ware aandacht moge ontvangen ; ja, gesterkt door dit heilig brood des levens, den langen strijd zegevierende moge volstrijden, zalig in U, o mijn Verlosser, moge ontslapen en, gelijk Gij, mijnen geest in de handen mijns hemelschen Vaders aanbevelen moge. Amen.
o-lt;gggt;-c
Adoro te^ etc.
Ik buig mij aanbiddend voor U neder, verborgen God, die hier de stralen uwer heerlijkheid onder een stoffelijk schijnsel bedekt. Mijne ziel erkent ook in deze duisteiheid, en met diepe vernedering bied ik U mijnen eerbied en mijne hulde aan.
Hetgczigt, hel gevoel en de smaak zijn hier bedrogen, het gehoor alleen verstaal de woorden des gcloofs, die niet bedriegen kunnen. Ik geloof al wat de Zoon Gods gezegd heeft, en niets is zoo waar, als het woord der waarheid zelf.
Aan het kruis was uwe Godheid alleen verborgen ; hier bedekt Gij
354 HYMNEN ItN
Godheid en meDSchheid* echter erken ik het eene en het andere. — U aanbid ik hier, en bid U, hetgene de boetvaardige moordenaar U afgebeden heeft.
Ik zie met Thomas uwe wonden niet, echter erken ik U hier voor mijnen Heer en mijnen God. — Verlevendig meer en meer in mij het geloof; doe mij standvastig op U hopen en niets dan U beminnen.
ó Brood, dat in ons de gedachtenis van uwen dood vernieuwt 5 levenwekkend brood, dat het leven aan den mensch schenkt : geef ons de genade om niet dan voor U te leven, en aanhoudend in U onzen troost en onze vreugde te vinden.
ó Bron van zuiverheid, Heer Jesus, die gekomen zijt om ons zalig te maken : reinig ons door uw bloed.
GEZANGKN. 355
waarvan één druppel genoeg is om allezonden der wereld af te wasscheu.
ó Jesus, die ik thans onder bedek-selen aanschouw ; vervul, bid ik U, mijne vurige begeerten; laat mij U eenmaal onbedekt zien , en mij verblijden in het gezigt uwer heerlijkheid.
HYMNE : Verbum superman.
Het eeuwig Woord, uit den schoot van God op aarde gedaald , en heer-schende aan de regterhand zijns Vaders, volvoert bij het einde van zijn sterfelijk leven zijn heilig werk.
Op het tijdstip dat Hij door zijnen ondankbaren leerling aan zijne vijanden zoude overgeleverd worden , heeft Hij alvorens Zich-zelf, als den oorsprong van het leven, aan zijne Apostelen gegeven.
356 HYMNEN EN
Hij gaf hun zijn ligchaam en bloed, onder de twee gedaanten van brood en wijn, om den geheelen mensch te voeden, en te voorzien in alle zijne behoeften.
Bij zijne geboorte werd Hij onze broeder, en in het laatste avondmaal het voedsel des menschen ; stervende is Hij ons rantsoen, en heerschende in den hemel onze belooning.
Heilrijk Slagtoffer, dat ons de poorten van het eeuwig heiligdom opent! wij zijn alom door magtige vijanden omgeven ; verleen ons de krachten om die te overwinnen , ondersteun ons door uwen bijstand.
Eer en dank zij U, o goede Herder , die ons spijst met uw eigen vleesch !
Ook U worde onze aanbidding toe-gebragt, o Vader en den heiligen
Glt;
he
h£ h( b( d! al
di H U e v. d
v 1
GEZANGEN. 357
Geest, vaD eeuwigheid tot eeuwigheid. Amen.
HYMNE : Sacris so 'cmnis.
Dat eene heilige verrvkking de harten der geloovigen verheffe ! dat het geloof eenea blijden lofzang ont-boezeme ! dat de oude mtnsch wijke! dat alles, hart, slem en geest, ja alle werken vernieuwd worden!
Wij heiligen dezen dag tot aandenken van Jesus Avondmaal, daar Hij aau de zijnen, onder de gedaanten van brood en wijn, zijn ligchaam en bloed gaf, — hetwelk voorbeduid was door de duistere schaduwbeelden der eerste wet.
Na het eten van liet Paaschlam voedde Jesus , het ware verhevene Lam, zijne geliefde kinderen met zijn heilig Ligchaam. Hij gaf zich
gt;d ;h le
e il e e
358 HYMNEN RN
geheel aan elk en aan allen 5 Hij
zelf offerde zich door Zich zeiven.
Aan den zwakken geeft Hij he-melsch voedsel, en wijn die het verdriet des harten verdrijft. — Drinkt allen , zegt Hij, dit bloed • de prijs der zondaren is heilzaam voor den mensch en verschrikkelijk voor den helschen vijand.
Zoo is dat, door de engelen ge-eerbiedigd en door Jesus Christus geheiligd slagtoffer, aan den Priester bevolen om op te offeren , die het goddelijk vleesch en bloed aan zijne medestervelingen geeft, cn doet hetgene Jesus in het laatste Avondmaal gedan.n heeft.
Den mensch wordt het brood der engelen toegedeeld ; hel ware brood, dat de schaduwen verdrijft , en de voleinding der wet is. — O aanbid-
GEZANGEN. 359
delijk wonderwerk ! de slaaf eet zijnen Koning; dien hij aanbidt, is voor hem een voedsel.
Eenige Drieë^nigheid, die de engelen vereeren ! Ook wij , wij dragen U onze zwakke hulde op. Geleid ons door uwe genade tot het eindeloos geluk, in uwe verheerlijkte woning. Amen.
Ave Verum.
Ik aanbid U, o heilig Ligchaam , geboren uit de heilige Maagd Maria.
Het ligchaam dat aan het kruis geleden heeft, en opgeofferd is voor der menschen zaligheid.
Uit wiens zijde, met een speer doorstoken , water en bloed gevloeid is.
Verleen ons de genade, in de ure van onzen dood ü als eene teerspijs te mogen ontvangen.
360 HYMNEN EN
ó Allerbeminnelijkste Jesus ! o Allergoedertierenste Jesus ! 6 Jesus, Zoon van Maria, ontferm U over ons ! Amen.
Lauda Sion SalTatoieiu.
Loof, o Sion , uw behoeder. — Loof uw leidsman en uwen herder. — Loof hem met verin vene lofgczan-gen !
Wend alle uwe pogingen aan! om zijne heerlijkheid te verbreiden ; dan nimmer kunt gij Hem, die boven allen lof verheven is, naar waarde prijzen.
Dat thans het voorwerp uwer hulde zij, het wonderbare brood, dat ons het leven aanbrengt.
Wij weten dat dit hetselfde brood is, hetwelk Jesas, in het laatste avondmaal, aan zijne Leerlingen gegeven heeft.
GEZANGEN. 361
Dat wij het met de allerhoogste hulde vereeren ea aanbidden ! — Vereenigen wij on je lofzangen met eene heilige verrukking van vreugde.
Nu wij de gedachtenis vieren van de instelling dezer goddelijke maaltijd, waarin God zelve ons voedsel is.
Het is deze maaltijd, waarop Jesus, de Koning van een nieuw volk , door het Paschen van het Nieuw Verbond, het oude Paaschfeest doet vervangen.
Deze nieuwe offerande vernietigt alle de ouden ; de waarheid volgt op het afbeeldsel; het licht verdrijft de duisternis.
Hetgene Jesusin het laatste Avondmaal gedaan heeft, heeft Kij ons bevolen te doen te zijner gedachtenis.
Onderwezen door Jesus Christus zelf, zegenen wij het broed en den
362 HYMN F.N F.N
wijn, die het slagtoffer onzer zaligheid vorden.
Het is een leerstelsel der Christenen , dat hel brood in het ligchaam en den wijn in het bloed van Jesus Christus veranderen.
Dit geheim, ofschoon tegen de orde der natuur aandruischende, en onze zinnen en verstand over-strevende, wordt ons door het levende geloof verzekerd.
Onder de schijnselen van brood en wijn , dat geen brood of wijn meer is, doet het geloof ons het wezenlijk ligchaam en bloed van Jesus Christus gewaar worden.
Het bevat het ligchaam van Jesus Christus, dat ons tot spijs verstrekt: — het is zijn bloed, dat ons drenkt 5 niettemin is Jesus Christus geheel onder iedere gedaante.
GEZANGEN. 363
Dat men deze gedaante breke of verdeele, nogtans wordt J':sus Christus niet verdeeld : die Hem ontvangt, ontvangt Hem geheel.
Of Hem duizenden of één ontvangen , — één ontvangt zoo veel als duizend 5 allen voeden zicli , zonder Hem te verminderen.
De goeden en de boozen ontvangen Hem, doch met een groot verschil, daar Hij het leven voor den eenen, en de dood voor den anderen is.
Hij is het leven voor de goeden , de dood voor de kwaden. Welk verschil en uitwerking, daar de Communie schijnbaar dezelfde is !
Zoo men de Hostie breekt (dat uw geloof niet wankele ) , men verbreekt Jesus Ligchaam niet. Hij is geheel onder de deelen, zoo-
364 HYMNKN EN
wei als onder de geheele Hostie.
De gedaante brekende , verbreekt men Jesus ligchaam niet; Hij ondergaat geen lijden of verandering.
Ecce panis Angelorum.
Zie, het Brood der engelen is het voedsel der menschen geworden; — dat men het ware brood der kinderen niet werpe voor de honden !
De opoffering van Izaak , het ge-slagtc Paaschlam, het Manna dat den Joden in de woestijn gegeven werd, zijn zinnebeelden geweest van dit aanbiddelijk Altaargeheim.
Goede Herder! Jesus , waarlijk brood ! ontferm U over ons. Wees ons voedsel en onze steun; geef ons de ware goederen in het land der levenden.
Gij, onperkbare wijsheid en magt!
GIZANGEN. 365
Gij, Heer, die ons met uw eigen vleesch voedt : laat ons in het aanstaande leven aan uwe tafel aanzitten. Vorm ons tot deelgenooten uwer heerlijkheid, en burgers van hemelsch Vaderland. Amen.
HYMNE : Pange lingua.
Zing, mijne tong, zing het geheim van het aanbiddelijk Ligchaam van Jesus Christus , en het dierbaar Bloed, hetwelk de Koning van het Heelal, tot een losprijs der wereld vergoten heeft, na geboren te zijn uit den schoot een»r Maagd, wier gelukkige vruchtbaarheid het verloren heil aan de wereld hergeven heeft.
Van den Allerhoogsten afgezonden , en voor ons uit eene vlekke-looze Maagd geboren, verscheen Hij op de aarde, om het zaad van 24
366 HYMNEN K.N
het goddelijk woord te verspreiden , en besloot zijn levensloop met een wonderwerk zijner liefde waardig.
In zijn laatste Avondmaal, met zijne Leerlingen, die Hij tot den rang zijner broederen verheven had , nadat Hij aan de Faaschwet voldaan had, gaf Hij met eigene handen Zich zelven aan hen tot eene spijs.
Het vleesch geworden Woord verandert , door zijn woord , het brood in zijn goddelijk vleesch, en de wijn in zijn bloed. Ofschoon de zinnen dit wonderwerk niet kunnen bevatten , het geloof alleen is genoeg om dit aan het leerzaam hart te verzekeren.
Aanbidden wij , met diepen eerbied, een zoo hoogwaardig Sakra-ment, daar dit nieuwe geheim de oude plegtigheden vervangt. — Hier
GEZANGEN. 367
moeten de zwakke zinnen door het geloof versterkt worden.
Heerlijkheid, eer en zegen, met magt en dankbaarheid , zij God den Vader toegebragt, en zijnen ccngeboren Zoon, en God den heiligen Geest, die uit hun beiden voortkomt. Amen.
HYMNE : Tc Deum laudamus.
U, o God, loven wij; U, lïeere !
zegenen wij.
U, eeuwige Vader ! eert al de aarde. U loven alle Engelen, Hemelen en
alle Magten.
De Cherubijnen en Serafijnen roepen tot U met onvermoeide stemmen :
Heilig, heilig, heilig, is de Heer,
God der heerkrachten ! De hemelen en de aarde zijn vol
368 HYMNEN EN
van de majesteit uwer glorie!
U looft het heerlijk koor der Apostelen ,
Met het lofwaardig getal der Profeten.
U looft het blinkend heer der Martelaren.
De heilige Kerk, over den geheelen aardbodem, verheerlijkt U,
De Vader van eene onbepaalde heerlijkheid ;
Uwen eerwaardigcn , waarachtigen en eenigen Zoon;
En den heiligen vertroostenden Geest.
Gij, Christus, zijt de Koaing d^r eere.
Gij zijt des Vaders eeuwigen Zoon.
Toen Gij , tot verlossing der mer.-schen, de menschheid zoudt aar-nemen , hebt Gij niet geschroomd voor het ligchaavn der Maagd.
GEZANG/SN. 369
Toen Gij dtn prikkel des doods overwonnen hebt, hebt Gij den geloovigen het rijk der hemelei. geopend.
Gij zit aan de regterhand Gods, in de heerlijkheid des Vaders. Wii gelooven dat Gij zijt de toekomende Regter.
Daarom bidden wij U, hom uwen dienaars te hulp , die Gij door uw dierbaar bloed verlost hebt.
Maak dat wij , benevens uwe licili gen, met de eeuwige gioiie be loond worden.
Heer ! maak uw volk zalig en egen uw erfdeel.
Regeer en verhef het tot in eeuwigheid.
Te allen dagen zegenen wij U.
En loven uwen naam, in de eeuwen
der eeuwigheden.
37° HYMNEN EN
Gewaardig U, [leev, in deze dagen ons van zoi den te bewaren.
Ontferm ü onzer, o Heer! ontferm U onzer.
Laat uwe barmhartigheid over omkomen , gelijk wij op U gehoopt hebben.
Op U, lieer, heb ik gehoopt; ik zal in eeuwigheid niet beschaamd worden.
BA PACEM DOMIME.
Geef ons vrede , o Heer, in de dagen van oas leven, aangezien er geen ander beschermer is, die voor ons strijden kan dan Gij, die onze (:od zijt.
y. Dat de vrede, o Jeruzalem , heer-
sche in uwe streken.
K. En de overvloed in uwe torens. 5 God, die de gever van alle
GEZANGEN. 371
heilige begeerten, van alle regtma-tige voornemeus en goede daden zijt: geef aan uwe dienaars dien vrede, welke de wereld niet geven kan * opdat, wij met allen ijver uwe geboden mogen waarnemen, en, de vrees der vijanden van ons verwijderd zijnde , wij onder uwe bescherming eene heilzame rust mogen genieten gedurende ons leven ; door Jesus Christus, onzen Heer, die met U en den heiligen Geest leeft en heerscht, van eeuwigheid tot eeuwigheden. Amen.
De tooruedag, die dag suelt aan,
Als de aard' iu vlammen op zal tjaau, Gelijk vSybil en David spellen.
Wat angst treft dan niet ieders borst, Wanneer Hij, de Opperhemelvorst, Het vonnis over de aard komt vellen,
372 HYMNKK EN
En 't graf op schel bazuingeluid, quot;Van schrik verbleekt, zijn prooi ontsluit, Om alle stof te zien ontwaken ;
Terwijl natuur, verbaasd en stom,
Dien onafzienbren volkendrom, Des Regters vierschaar ziet genaken. Dan wordt het schuldboek aangebragl, Waarin heel 't menschelijk geslacht Zijn goed en kwaad zal zien geschreven ; En heeft de Regter 't pleit beslist ,
Zoo is daarbij geen feit gemist.
Geheim of openbaar bedreven.
Ach mij, ellendige, als ik ben,
Die hier in 't stof reeds schuld beken : Hoe zal ik 't vonnis daar ontvlugten ? Wie keert dan 't vreeslijk oordeel af Der mij beschoren hellestraf,
Daar zelfs de Heiligen nog duchtenJ Gij, Heer, ontzagbre Majesteit, Die louter uit barmhartigheid.
Den uwen 't rijk des hemels opent: O red ook mij, door uw gena,
Eu kome mij Jesus bloed te sta.
Waarop ik, vol vertrouwen hopend.
GEZANGEN. 373
Alleen mijn uitzigt heb gesteld. Ach, Regter, eer Gij 't oordeel velt, Bedenk dat Ge ook om mij kwaamt sterven, Dat Gij ook mij kocht met uw bloed; Ach, zie mij kermend aan uw voet, Ach , laat mij uwe gunst Liet derven ! Gij hebt mij onvermoeid gezocht,
Aan 't folterhout mij vrijgekocht,
En is dat al voor mij verloren ?
ü Regter, streng, maar liefderijk,
Geef mij van uwe ontferming blijk.
Vóór dat uw toornedag zal gloren. Ik zucht, met schaamte op 't aangezigt, Te pletter liggend onder 't wigt Van tallooze en afgrijsbre zonden; En toch nog blijft de hoop mij bij:
Want heeft de moorder aan uw zij,
Maria zelfs geen heil gevonden ?
Wel is mijn bede uw oor niet waard , Doch Gij, die liefst vergeeft en spaart. Zult mij aan 't vuur der hel niet wijden, Maar eerder aan uw regter zij Een plaats bestemmen ook voor mij, Bij 't bokken en het lamren scheiden.
374 HYMNKN KN
Wanneer Gij 't doemtal van U stoot, En neerploft in der vlammen schoot, 0, zij mijn lot dan met de vromen! Tn het stof gebukt, voor U geknield, quot;Roep ik , het hart met rouw bezield : O, Inat me in 't einde tot U komen! Ja wel, vol jamnier breekt hij nan, De dag als de aard in vlam zal staan, Gelijk Sibil en David spellen :
.Be stond, als 't schepsel in 't gerigt Gedaagd wordt voor Gods aangezigt. Om het eeuwig vonnis te zien vellen. O Regter, vol langmoedigheid,
Verhoor de zondaar die hier schreit. Bewust van 't kwaad door hem bedreven; Ach, geef door 't overkostbaar bloed, Waarmee Gij hebt voor ons geboet, Die op U hopen 't eeuwig leven.
Lied van de glorie des hemels.
— Ac/ perennis viicc fontem. —
Naar de bron van 't eeuwig leven Smacht ik in deez woestenij:
GftZANGEN. 375
Geest en hart, door 't stol omgeven, Himkren naar der engelen rij,
Die in zaalge kooren /.weven, d'Alraagtszetel om en bij.
Ach, geprangd door moeite en zorgen. Blikt de ziele lie mei waart.
Naar het oord, waar de eeuw lire morgen 't Wolkenfloers heeft opgeklaard.
En zij treurt in rouw verborgen,
Om haar ballingschap op aard.
Wanneer, wanner zal ik komen In dat bovenaardsche dal,
In dien lusthof, waar den vromen Eeuwige blijdschap wezen zal,
Waar de zaalgen vreugde droomen,
Onder engel feestgeschal ?
Slechts van paarlen en juweelen Flonkert heel de hemelstad,
Diamanten kapiteelen Zijn in gouden wrong gevat,
Hemel zangakkoorden streelen 't Hart, dat alle leed vergat.
Zonnehitte en winterkoude Zijn daar vreemd in zulk een sfeer,
■
i
376 jiym nit is bn
Bloemen, als uooit oog aauschouwde, Schitiren er tot 's Hoogsteu cer ; Woudreu , die geen breiu ontvouwde, Zijn hier geen verbazing meer.
Eeuwig zoete balsemluchteu Ademen door dien lustwarand,
Talloos tal van zielsgeuengten liloeijen iu 't beloofde land;
Gaarden rijk aan honigvruchteu, Slingreu zich om d'oeverrand.
Kimmer volgt het sterreugloren 't Licht der zonne of 't licht der maan , 't Lam werpt uit zijn glaustrezoren Levensgloed op alle paan ;
Nacht gaat daar in dag verloren, Uur noch tijd heeft daar meer baan. Dóar is alle schuld vergeven.
Daar de lust van 'tvleesch eedood; Slechts één geest, één hemelsch streven Heerscht in eeuwig morgenrood : Zaalgen worden in die dreven Door het lam ten disch genood.
Daar is ouderdom noch lijden ,
Ziekte, leed , gevaar noch pijn.
GEZANGEN. 377
Boosheid, wraak, noch lust tot strijden,
Mogen in die oorden zijn ;
Slechts van de aardsche smet bevrijden
Nadren 's levens heilfontein.
Wereldwijsheid, hoe verheven,
quot;Wijkt voor wat men daar aanschouwt;
Alles wordt in 't hemelsch leven
Aan elkanders hart vertrouwd.
Liefde en eendragt rigt al !t streven ,
Waar de zaalge hoogtijd houdt.
Eeuwig nieuwe harmoniën
Jublen in der Serafskoor,
Teedre Cherubsmelodiën
Gaan met harpgeklank ze voor;
De opgeloste profeciëu
Uuischen 't ruim der heemlen door.
Heil de ziel, die, na dit leven.
Bij den Hemelkoning woont,
En van de aardsche boei ontheven,
Ruste vindt, waar Jesus troont.
Door het eeuwig licht omgeven ,
Met ondoofbren glans gekroond.
Christus, Zone van deu Vader,
Mijn Verlosfler! geef, ach geef,
37s hymnen en gezangen. Dat ik eens uw zetel nader,
En voor eeuwig met U leel', Onuitputbre levensader,
Heilig' doel, waarnaar ik streef.
Docli begeert Gij noch mijn strijden , Sterk mijn ziel dan tot den strijd; Geet' mij krachten ook tot lijden, Onderworpen te allen tijd;
Dan zal ik eenmaal mij verblijden In de onstoorbre zaligheid.
'49
FA' VAN
DK ZONDAGS CHE PSALMKN. v. O God! kom mij te hulpe. R. lieere! haast U om mij te helpen. V. Eere zij den Vader, enz. Va» Septuagesima tot Paschcn, zegt men in plaats van Alleluja : Lof zij U , o Heere, Koning der eeuwige glorie !
Psalm i09.
De lieer heeft tot mijnen Heer gezegd : zit aan mijne regterhand.
Tot dat ik uwe vijanden tot eene bank uwer voelen stelle.
3S0 DE VESPER-PSALMEN.
De TJeer zal uit Sion rten staf uwer magt doen komen : bïerscht in het midden uwer vijanden.
Bij U is het vorstendom, ten dage uwer kracht, in don grooten glans des Iieiligdoms; voor den dageraad heb ik U uit den schoot geteeld.
De Heer heeft gezworen, en het zal Hem niet berouwen ; Gij zijt priester in eeuwigheid, volgens de wijze van Melchisedech.
De Heere is aan uwe regterhand; Hij heeft in den dag zijner gramschap de koningen vernield.
Hij zal regt dotn onder de volken; Hij zal de verwoestingen vermenigvuldigen : Hij zal ze verdelgen, die hoofden zijn van een vreemd land.
Hij zal op den weg uit de beke drinken : daarom zal hij het hoofd opheffen. Eere zij den Vader, enz.
DE VKSPj£R-i\SALMBN. 381
Psalm liO.
Heere! ik zal U loven rael geheel mijn hart : in den raad der regtvaar-digen en in de vergaderingen.
De werken des Heeren zijn groot: zij zijn uitgelezen volgens alle zijne behagens.
Zijn werk is lof en heerlijkheid, en zijne regtvaardigheid duurt in alle eeuwigheid.
Hij heeft een gedenkteeken zijner wonderheden gesteld; Hij, de genadige en barmhartige Heer ; Hij heeft eene spijs gegeven dengenen die Hem vreezen.
Hij zal in eeuwigheid aan zijn verbond gedenken : Hij zal de kracht zijner werken aan zijn volk bekend maken.
Om hun het erfdeel der heidenen 2»
382 DE VBSPEK PSALMEN.
te geven : de werken zijner handen zijn waarheid en geregtigheid.
Alle zijne bevelen zijn getrouw, bevestigd voor altoos en in der eeuwigheid : zij zijn gemaakt in waarheid en regtvaardigheid.
Hij heeft verlossing aan zijn volk gezonden : Hij heeft zijn verbond in eeuwigheid geboden.
Heilig en ontzaggelijk is zijn naam : de vrees des Heeren is het begin sel der wijsheid.
Het verstand is goed aan allen die er naar doen : zijn lof blijft in alle eeuwigheid
Eere zij den Vader , enz.
Psaliu 111.
Gelukkig is de man , die den Hecre vreest: die grootcn lust heeft in zijne geboden.
DE VKS!'JlR-rS AI.MKK. 383
Zijn zaad zal magtig zijn op dc aarde : het geslacht der opregten zal gezegend worden.
In zijn huis zal luister en rijkdom zijn : en zijne regtvaardlgheid duurt in alle eeuwigheid.
Het licht gaat den opregten in de duisternis op : de genadige , barmhartige en regtvaardige.
Voorspoedig is de mensch die barmhartigheid doet en uitleent; die zijne zalcen met oordeel beschikt : want hij zal in eeuwigheid niet wankelen.
De regtvaardige zal in eeuwige gedachtenis zijn : hij zal voor geen kwaad gerucht vreezen.
Z'jn hart is vast betrouwende op den Heer; zijn hart is versterkt: hij zal niet ontroerd worden , tot dat hij nederziet op zijne vijanden.
384 de vespkr-psalmen.
Hij strooit uit, en geeft den armen ; zijne regtvaardigheid duurt in alle eeuwigheid : zijn hoorn zal met luister verheven worden.
De kwaaddoener zal het zien ea zich vertoornen; hij zal op zijne tanden knarsen en weenen : de begeerte der goddeloozen zal vergaan.
Eere zij den Vader , enz.
Looft den Heere, gij zijne dienaren j looft den naam des Heeren.
De naam des Heeren zij gezegend : van nu af tot in der eeuwigheid.
Van den opgang der zon tot den ondergang, is de naam des Heeren lofwaardig.
De Heer is verheven boven alle volkeren : en boven de hemelen is zijne heerlijkheid.
DE VESPER-PSALMEN. 385 | |||
en ar- |
Wie is gelijk den Heere onzen | ||
mrt in |
God, die in het hooge wopnt, en | ||
il met |
op het nederige in den hemel en op de aarde zijne oogen slaat ? | ||
en en |
Die de armen uit het stof op | ||
e tan- |
wekt , en de behoeftigen ait den drek | ||
geer- |
oprigt. | ||
n. |
Om hen te zetten bij de vorsten : bij de vorsten des volks. Die de onvruchtbare doet wonen met een huisgezin : en haar eene | ||
iena- |
blijde moeder van kiuderen maakt* | ||
cn. |
Eere zij den Vader, enz. | ||
end : | |||
d. |
Psalm m. | ||
den |
Als Israël uit Egypte trok , het | ||
eren |
,gt; huis van Jacob, uit een volk van eene vreemde taal; | ||
alle |
Toen werd het Joodsche volk Hem | ||
n is |
toegeheiligd; Israël werd zijne heerschappij. | ||
386 DE VKSPV R-P3ALMEN.
De zee zag het en vlugtte; de Jordaan keerde terug.
De bergen sprongen cp als lammen : en de heuvelen als lammeren der schapen.
Wat was u, o zee , dat gij vlugt-tet 5 en wat was het dat gij , Jordaan , terugkeerdet ?
Dat gij, bergen, opsprongt als rummen ; en gij, heuvelen, als lammeren der schap»n ?
Voor het aanschijn des Heeren daverde de aarde : voor het aanschijn van den God van Jacob.
Die den harden steen veranderde in overvloedige wateren , en de steenrots in waterbronnen.
Niet ons, o Heeie ! niet ons , maar uwen naam zij eer.
Om uwer barmhartigheid en waar-
ÜK VESPrR-PSALMKN. 387 heids wille; opdat de heidenen nooit zeggen : waar is hun God ?
Onze God toch is in den hemel; Hij doet al hef gene wat hem belieft.
De afgoden der volkeren zijn zilver en goud; werken van der menschen handen.
Zij hebben eenen mond, doch spreken niet : zij hebben oogen , maar zien niet.
Zij hebben ooren, maar hooren niet : zij hebben neuzen , maar ruiken niet.
Zij hebben handen, doch tasten niet; zij hebben voeten, maar wandelen niet: zij maken geen geroep met hunne keel.
Dat, die ze maken, hun gelijk worden ; en allen die er op betrouwen.
Het huis van Israël hoopt op den
! j de
ram-eren
lugt-Joi-
als am-
ren hijn
rde en-
lar
ar-
388 DE VESPER-PSALMEN.
Heer ; Hij is hun helper en hun
beschermer.
Het huis van Aaron hoopt op den Heer : Hij is hun helper en hun beschermer.
Degenen, die den Heer vreezen, hopen op den Heer : Hij is hun helper en beschermer.
De Heer is onzer gedachtig geweest, en heeft ons gezegend.
Hij heeft gezegend het huis van Israël : Hij heeft gezegend het huis van Aaron.
Allen die den Heer vreezen heeft Hij gezegend, zoo kleinen als groo-ten.
De Heer zegene u lieden meer en meer : u en uwe kinderen.
We est gezegend van den Heer, die hemel en aarde gemaakt heeft.
De bovenste hemel is voor den
DE VESPER-PSALMSN. 389 Heer; maar de aarde heeft Hij aan de kinderen der menschec gegeven.
De dooden rullen Ü met loven , Heer, noch iemand dergenen die in het graf dalen.
Maar wij die leven, loven den Heer : van nu af tot in der eeuwigheid.
Eere zij den Vader , enz.
I.ufzang van Maiia Lnc. I.
Mijne ziel verheft den Heer.
En mijn geest heeft zieh verheugd in God, mijnen Zaligmaker.
Omdat Hij de nederigheid zijner dienstmaagd heeft aangezien: want ziet, van nu af zullen alle geslachten mij zalig noemen.
Omdat Hij , die magtig is, mij groote dingen gedaan heeft; en zijn naam is heilig.
390 DIÉ VESP£R-PSALMhN.
En zijne barmhartigheid is van geslacht tot geslacht, over hen die Hem vreezen.
Hij heeft magt door zijnen arm gedaan; Hij heeft degenen die hoo-vaardig in de gedachten van hun hart zijn verstrooid.
Hij heeft de magtigen van den stoel afgezet , en de nederigen heeft Hij verheven.
Hij heeft de hongerigen met goederen vervuld, en de rijken heeft Hij ij del weggezonden.
Hij heeft Israël, zijnen dienaar, opgenomen , indachtig zijnde zijner barmhartigheid.
Gelijk Hij tot onze voorvaders gesproken heeft : tot Abraham en zijn nageslacht in eeuwigheid.
Eere zij den Vader, enz.
Overweging over de goddelijke waarheid eu goedheid......10
Overweging over de goddelijke liefde
Cebedeu onder de heilige Misse. .
Voorbereiding tot de heilige Biecht. 59
Aanroeping van den heiligen Geest. 60 Aanleiding tot het onderzoek van het
Litanie van boetvaardigheid ... OS
Dankzeggina: na de heilige Biecht . 7
Voor de heilige Communie , . . 7lt;gt;
Oefening van Verlangen .... 30 Voor het ontvangen van het allerheiligste Sakrament......M
iSTa de heilige Communie . . . . S2
van i die
arm hoo-hun
den leeft
goe-eefi
aar, iner
ge-zijn
390 DK VESPÊR-PSALMEN.
En zijne barmhartigheid is van geslacht tot geslacht, over hen die Hem vreezen.
Ilij heeft magt door zijnen arm gedaan; Hij heeft degenen die hoo-vaardig in de gedachten van hun hart zijn verstrooid.
Hij heeft de magtigen van den stoel afgezet, en de nederigen heeft Hij verheven.
Hij heeft de hongerigen met goederen vervuld, en de rijken heeft Hij ij del weggezonden.
Hij heeft Israël, zijnen dienaar, opgenomen , indachtig zijnde zijner barmhartigheid.
Gelijk Hij tot onze voorvaders gesproken heeft : tot Abraham cn zijn nageslacht in eeuwigheid.
Eere zij den Vader, enz.
Overweging over Je goddelijke waarheid eu goedheid ... . . 10 Overweging over de goddelijke liefde
Gebeden onder de heilige Misse. . 2-i-
Voorbereiding tot de heilige Biecht. 59
Aanroeping van den heiligen Geest. 60 Aanleiding tot het onderzoek van het
Litanie van boetvaardigheid ... OS
Dankzegging: na de heilige Biecht . TA
Voor de heilige Communie ... 7^'
Oefening van Verlangen .... 30 Voor In t ont vangen van het allerheiligste Sakrament......fcl
van die
arm 100-hun
den scft
[oe-ieft
ar, ner
ge-:ijn
BLADWIJZER.
Veertien ovarwepingen over het, lijdei) en sterven van Jrsus Chrietus . .
Litanie van alle Heiligen .... 135
liilaniên en Geboden voor alle dagen der Week.
Litanie tot de allerheiligste Drievuldigheid ....... • •
Lofzang der Heiligen Ambrosius en
De geloofab lijdenis van den heiligen
Litanie van den heiligen Geest . . T.B7 Godvruchti re aanroeping des heiligen Geestes tot verwerving zijner zeven
gaven ,.........
Aanroeping des 11. Geestes, om don verkoelden ijver des g;;beds weder aan te vuren , en de genade van eehte godsvrucht te verwerven. . 170 Litanie van den zoeten naam Jesus . 1S1 XXXIII Verzuchtingen en beden tot Jesus, ter eere zijner drie en dertig levensjaren . ......187
Litanie van de heilige Engelen . . 196 Gebed tol den H. Engelbewaarder . 206
BLADWIJZER.
Ontboezeming vau den H, Carolus Borromeus lot den heiligen En-pel-bewaarder , lof verwerving van oenen zaligen dood. , . . . . 208 Litanie van het allerheiligttte Rakra-
ment....., . . . . 214
Vroom gebed, waarvan de heilige
[gnatius zich v elniaaiH bediende. 222 Godvruchtige uil breid ing van dit
gebed..........223
Litanie van het lijden de» Zaligmakers ..........231
Vijf verzuchtingen lot de vijf heilige
wanden....... . . . 241
Toevlugt der ziel lot Jesus den ge-kruiHte en tot zijne vijf heilige
wonden..........242
Litanie van de allerheiligste Maagd en Moeder Gods Maria . , . , 253
Ëeitige Gebeden tot de allorheiligite Maagd 31 aria.
Gebed van den H. Augunrinui . . 360 Gebed van den H. Bernnrdns. . . 203
BLADWIJZER.
(i eb cd en in bijzondere voorvallen des levens.
Cieljad op den geboortedag. . . . 300
Gebed bij zware ongevallen . . . 303 Gebed om tijdelijken en eeuwig* n
Gebed om zegen over ons beroep . 304 Gebed in den ongehuwden staat. . 305 Gebed in den eehten staat. . . . 306
Algemeen gebed voor liet Christendom ...........309
Overweging over des menschen sterfelijkheid .........312
Dankgebed nu gevolgde herstelling. 317 Gebed voor afgestorven-n , . . . 318 Litanie voor de geloovige zielen , 319
Zeven gebeden voor de geloovige zielen , door het bitter lijden en sterven van onzen Heer .lesus Christus. 327 Klaagrede van den li Augustinus . 332
BL AD WiJZC V.
(icbedcu Tan ondersclicidcu inhoiul.
Aanroeping der beilige Brieenheid. 335 Aanbidding der goddelijke Voorzie-
nighpid..........330
Aanbidding van den li. Kaam Jesns. 337 Vereering der beilige Maagd Maria. 338 Vereering van den H. Jospi' . , . 341 Vereering van den II. Engel bewaarder ...........342
Vereering van den H. Naam-patroou. 34-3 Gebed tot den 11. Joannes Kepomu-
Gebed tot alle Heiligen.....314
Op het Kerstfeest, ...... 345
Op den heiligen Sakramentsdag. . 3i7
Lied van de glorie de-? hemels . . 374 De Vespers van den Zondag t-r. eenige feestdagen.........37ö
Datum Kuremunda' bamp;c 10 Martii 184*0. (Sign.) J. A. PA RE DIS.
Ep. Hir, et Adm.
Aplicus. Limb. -^-