-

■

L

IjUjgljinïnt

VAN DE

OSBEEIMSE BRIRBWAARBOEfl-MAATSCHAPPU:

„DE VEREENIGDE GEMEENTENquot;

OPGERICHT

in het jaar 1876 te Katwijk a d Rijn.

THANS GEVESTIGD TE

-AJVISTEItOAlVi:.

BESTUUR.

Commissarisen:

U. W. HAENTJEXS DEKKER, Burgemeester en Secretaris van Oudewater, lid der Provinciale Staten van Znid-Hulland.

President.

Jlr. H. H. VAN CAPPELLE, Advocaat, Secretaris van de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Arnhem, tevens Rechtskundig Adviseur der Maatschappij.

Secretaris.

Jlu-. F. F. E. DB BEAüFOUT, lid der firma Rutgers en de Beaufort te Amsterdam.

C. J. SI. DIJKMANS, Directeur der lloUandsche Ifyjxi-theek-Bank en der Nederlandsche Verzekering-Bank, te Amsterdam.

Mï. L. AV. EBBINGE, Burgemeester van lluogeveen.

T. A. O. DE UIDDEIl, Burgemeester van Katvjijk.

Mr. C. II. VAN TIENHOVEN, Directeur van de Maatschappij voor Gemeente-Crediet te Amsterdam.

Directeuren:

T. VAN DER ZEE.

J. G. C. SGHLENCKER.

REGLEMENT

van de onderlinge

BRANDWAARBORG-MAATSCHAPPIJ;

„DE VEREENIGDE GEMEENTEN.quot;

Opgericht in Let jaar 1870 te Katwijk a/d Kiju thans gevestigd te Amsterdam.

Artikel 1.

Do Maatschappij heeft ton dool de onderlingo verzekering van gebouwen en goederen, toebehoorendo aan gemeenten, burgerlijke armbesturen, kerkelijke corporation en zoodanige andere zedelijke lichamen als door directeuren, onder goedkeuring van Commissarissen, zullen worden aangewezen, tegen het gevaar van brand en wat daarmede in art. 0 wordt gelijkgesteld.

Art. 2.

De Maatschappij is gevestigd te Amsterdam. Haar zetel kan, op voorstel van Directeuren, met goedvinden vaii Commissarissen, naar elders worden overgebracht.

4

Art. 3.

Zij wordt bestuurd door twee Directeuren, onder toezicht van zeven Commissarissen.

Vacaturen in het Collegie van Commissarissen worden door de overigen of, hij gebreke van dezen, door Directeuren aangevuld.

Bij speciale overeenkomst tusschen Directeuren, onder goedkeuring van Commissarissen op te maken, wordt de wijze bepaald waarop voor het vervolg in vacaturen in de Directie zal worden voorzien.

Atit. 4.

Directeuren hebben de bevoegdheid om in overleg met Commissarissen een fonds bijeen te brengen ter tegemoetkoming in de kosten van vestiging en van de exploitatie in de eerste jaren. De aandeelhouders iu zoodanig fonds zullen evenwel alleen aanspraak kunnen maken op zeker aandeel in de administratiekosten bij art. 11 bedoeld.

Aut. 5.

Zoolang de verwaarborgde som minder dan twee millioen gulden bedraagt, worden alle risico's geheel, door herverzekering bij andere Maatschappijen, gedekt.

Zoodra de verwaarborgde som boven gezegd bedrag is gestegen, bepalen Commissarissen, de Directeuren

gehoord, hot maximum, boven hetwelk het risico door herverzekering moet worden gedekt.

Wijziging in dit maximum geschiedt op dezelfde wijs.

Art. 6.

Op deze Maatschappij zijn vau toepassing do bepalingen, voorkomende in het Wetboek van Koophandel, in de artikelen 250, 251, 253, 283. 284, 288, 289, 290, 291, 292, 293, 294. 295, en 296.

Ontploffing van gas wordt geacht met name in de bepaling van art. 292 van het Wetboek van Koophandel te zijn begrepen.

Art. 7.

De deelneming loopt van jaar tot jaar, en voor zoo ver betreft het eerste jaar tot den 31 December des nachts te 12 uren, van het jaar, volgende op dat waarin do toetreding heeft plaats gehad. Wanneer de deelneming niet minstens drie maanden voor den 31 December schriftelijk aan de Directie is opgezegd, wordt zij telkens voor één jaar gecontinueerd. De Directie is bevoegd voor zoodanige gebouwen en goederen, waarvan zij de verzekering niet langer in het belang dei-Maatschappij acht, de deelneming te doen ophouden, drie maanden nadat daarvan aan den deelnemer schriftelijk is kennis gfgeven.

Cl

De risico der Maatschappij houdt op negentig dagen na de kennisgeving, des nachts ten 12 vire.

Het boekjaar loopt van 1 Januari tot en met 31 December.

Aut. 8.

Om deelnemer te worden is noodig eene aanvraag in te zenden aan de Directie, volgens een door haar, onder goedkeuring van Commissarissen, vastgesteld model.

De Directie is verplicht binnea 24 uren na ontvangst dezer stukken daarvan kennis te geven aan den afzender met bericht of de aanvrage wordt aangenomen, geweigerd of in deliberatie gehouden. Wanneer de aanvrage wordt aangenomen, begint do risico te loopen des middags t^on 12 ure van den dag dezer kennisgeving.

quot;Wordt de aanvrage in déliberatie gehouden, zal hot définitievo besluit binnen 14 dagen moeten volgen.

Wensclit de aanvrager dat besluit niet af te wachten, dan geeft hij binnen twee dagen na ontvangst van het door hem verkregen bericht, hiervan kennis aan de Directie.

Binnen 8 dagen na de kennisgeving der aanneming zal den aanvrager één bewijs van aandeel te zijnen behoeve en één ander ter teekening worden toegezonden.

Van deze bewijzen van aandeel wordt een model door Directeuren onder goedkeuring van Commissarissen vastgesteld.

Art. 9.

Elk deelnemer verbindt zicb om, in evenredigheid van zijn inleg tot den gebeolen inleg, bij te dragen in het verlies der Maatschappij, gedurende den tijd van zijn lidmaatschap, dat voor deze berekening wordt geacht te beginnen met het kwartaal zijner toetreding en voort te loopen tot het einde van het kwartaal zijner uittreding.

Art. 10.

Do gezamenlijke deelnemers brengen, bij wijze van voorschot, onder den naam van inleggeld, een kas bijeen, volgens tarieven vast te stellen door Directeuren onder goedkeuring van Commissarissen.

Dit geld wordt door Directeuren geadministreerd, en ter verkrijging van interessen, in schuldbekentenissen op het Rijk of op andere soliede wijze uitgezet, zoo dat nimmer meer dan vijfhonderd gulden onder hen renteloos mag blijven liggen. De brandschade wordt uit de interessen dezer Kas betaald, en wanneer deze niet toereikende zijn, uit het kapitaal bestreden. Bij het einde van het jaar wordt

8

de gevallen brandschade eu de uitgaven bij art. 15 omschreven na aftrek der baten, alles kwartaalsge-wijze berekend, over allo deelnemers, omgeslagen overeenkomstig art. 9.

Deze omsla? geschiedt door Directeuren onder goedkeuring van Commissarissen.

Abt. 11.

Directeuren zullen, onder de benaming van administratiekosten, onverminderd de rechten daarop toe te kennen krachtens art. 4, voor het houden der boeken, schrijfloonen en het voeren der noodige correspondentie, briefporten, advertentiekosten, druk-loonen en andere verschotten, jaarlijks gezamenlijk genieten dertig cents per mille van elke ingeschreven som. Zij ontvangen verder tot goedmaking der kosten van inschrijving voor elk uitgereikt bewijs van aandeel ƒ1.— in eens af, zegelkosten daaronder begrepen.

Art. 12.

De deelnemers voldoen bij ontvangst .van het bewijs van aandeel bet inleggeld, de kosten van inschrijving en de administratiekosten over het eerste jaar, welke gelden binnen 14 dagen na de toezending, franco aan het kantoor der Maatschappij moeten worden overgemaakt.

9

Niemand zal in geval van brand aanspraak op schadevergoeding hebben, tenzij de acte geteekcnd en inleg en onkosten zijn betaald.

Verder zal in het begin van elk jaar aan de deelhebbers worden opgegeven bet bedrag van de door hen verschuldigde administratie-kosten en omslag, welk bedrag daarop door hen vóór 15 Maart franco ten kantore der Maatschappij moet zijn overgemaakt, onder bijvoeging van 21 cents, wanneer een gezegelde kwitantie mocht worden verlangd.

Bij gebreke van overmaking vóór gezegden datum is do deelhebber vervallen van zijn lidmaatschap, zonder dat eene gerechtelijke sommatie of inverzuimstelling daartoe noodig is, en zal mitsdien het enkel verloop van den bepaalden termijn voldoende zijn, den debiteur in gebreke te stellen; bovendien verliest hij zijn inleg ten behoeve der Maatschappij, en blijft voor gemelden omslag en administratie-kosten aansprakelijk.

Aiit. 13.

De administratie-kosten zijn verschuldigd over het ^ geheele boekjaar, te rekenen van het begin van bet kwartaal van toetreding en tot aan het einde van het kwartaal van uittreding.

Administratie- en inschrijvingskosteu kunnen nimmer teruggevorderd worden.

10

Art. 14.

Bij het geheel of gedeeltelijk ophouden van deelneming wordt de inleg aan den deelhebber gerestitueerd, behoudens het geval van verbeurte in dit Reglement uitdrukkelijk genoemd, en na aftrek van hetgeen door hem, uit welke oorzaak ook, nog aan de Maatschappij verschuldigd mocht zijn.

Art. 1 5.

In de uitgaaf der rekening zullen geene kosten worden geleden, dan:

1°. de provisiën bij het in- en verkoopen van effecten;

2°. de aankoop van boeken, die ten allen tijde het eigendom der Maatschappij blijven ;

3°. reis- en verblijfkosten van Commissarissen, die overigens hunne functie kosteloos vervullen;

4°. de premien van herverzekering aan andere Maatschappijen betaald, na aftrek der daarvan genoten provisiën.

5°. de kosten gevallen op de regeling van brandschaden voor zooveel die niet op de her verzekeraars kunnen worden verhaald.

Wijders, gelijk de winst van een rijzenden koers ten voordeele, zoo zal ook het verlies van een dalenden koers der Effecten ten nadeele van de Maat-

11

schappij zelve loopen, zonder dat Directeuren of Commissarissen die winst hebben of dat verlies lelden zullen.

Aht. 16.

De regeling van brandschade geschiedt met inachtneming der volgende regelen.

a. Van allo ongevallen zal binnen vier dagen, door den betrokken deelnemer aan de Directie schriftelijk moeten worden kennis gegeven.

Waar het roerende goederen geldt, is de deelnemer gehouden binnen 14 dagen na het ongeval aan do Directie te doen toekomen een door hem onderteekenden speclfieken staat, bevattende eene omschrijving zoo nauwkeurig mogelijk van alle vernielde of beschadigde voorwerpen en do waarde van elk dezer op het oogenblik aan den brand voorafgaande.

Deze verklaring kan worden opgemaakt naar de getuigenis van mede-onderteekenende declaranten.

b. Onroerende goederen worden altijd geacht ver-waarborgd te zijn geweest voor den blooten opstand, van den beganen grond gerekend.

c. Wanneer een gebouw door storm of andere oorzaak, instort of omvergeworpen wordt, en tenge-

volge daarvan, dadolijk na dat ongeval verbrandt, wordt slechts 50 pCt. uitgekeerd van hetgeen de deelnemer zou verkregen hebben, indien de brand niet door dat ongeval ware vooraf gegaan.

d. De waarde van de verzekerde goederen op het oogenblik vóór en na het ongeval wordt geschat door tvvee deskundigen, een door den deelnemer en een dooide Directie te benoemen. Kunnen deze deskandigen het niet eens worden, dan wordt hun een derde toegevoegd, te benoemen door den Kantonrechter, onder wiens ressort het ongeval heeft plaats gehad. De aldus aangewezen deskundigen bepalen de gezegde waarden, desnoods bij meerderheid van stemmen.

Akt. 17.

Allo schadevergoedingen zullen worden voldaan, binnen drie maanden, nadat do schadeloosstelling zal zijn vastgesteld.

Akt. 18.

Bij geheele vernieling van een perceel houdt voordat perceel en van goederen, voor die goederen de verzekering terstond op.

Bij een ten deele beschadigd gebouw, en wegens ten deele beschadigde goederen, blijft de verzekering, bij dadelijk herstel der schade, in haar geheel, doch

13

heeft geen herstel plaats, slechts ten deele voortduren volgens de verminderde waarde.

Bij geheele slooping van een verzekerd pand houdt de verzekering van dit perceel terstond op.

Bij gedeeltelijke slooping of verwoesting door storm of andere oorzaken van een verzekerd pand, blijft de verzekering bij dadelijk herstel der schade in haar geheel, doch heeft geen herstel plaats, slechts ten deele voortduren, volgens de verminderde waarde.

Aut. 19.

Bij slooping, geheel of gedeeltelijk te niet gaan van een verzekerd pand, alsmede bij elke verandering ten opzichte der verzekerde goederen, waardoor het risico vermeerdert, is do deelnemer verplicht daarvan binnen 8 dagen aan de Directie kennis te geven.

Bij gebreke hiervan verbeurt hij zijne verzekering en zijne inlage, onverminderd zijne gehoudenheid tot betaling van omslag en administratiekosten, een en ander voor zoo verre zulks betrekking heeft op die goederen, ten opzichte waarvan aan de verplichtingen in dit art. opgelegd, door hem niet wordt voldaan.

De Directie onderzoekt na die kennisgeving of, en zoo ja, tot welk bedrag de verzekering kan blijven voortduren en geeft van hare beslissing ten spoedigste aan den deelnemer kennis.

14

Art. 20.

Indien in deze Maatschappij verwaarborgde gebouwen of goederen, zonder voorkennis der Directie, ook elders en alzoo dubbel verzekerd mochten zijn, vervalt alle aanspraak op vergoeding.

Aut. 21.

De fondsen in art, 10, 2e lid bedoeld, worden bewaard op de wijze door Directeuren en Commissarissen te samen te overleggen. Voor de contante penningen renteloos bij de Directie in kas wordt persoonlijke of zakelijke zekerheid gesteld, van welke zekerheidsstelliug hot bewijs door den President-Commissaris wordt bewaard.

Art. 22.

Directeuren zijn verplicht elke drie maanden aan Commissarissen een balans en een verslag van den staat der Maatschappij over te leggen; terwijl elk der Commissarissen ten allen tijde vrijheid heeft, inzage van do boeken en bescheiden te nemen.

De ordonnantiën tot aankoop van effecten of andere plaatsing van in kas zijnde gelden, zullen door den President-Commissaris gegeven moeten worden. Even-

15

eens zal de toestemming vau dezen worden vereischt, indien Directeuren, om welke redenen ook, den verkoop van een of meer der effecten mochten noodig oordeelen.

Voorts moeten Directeuren elk jaar aan Commissarissen, in do maand April, rekening doen over hot afgeloopen jaar, en tevens daarbij overleggen een algemeen verslag van den staat der Maatschappij en van al hetgeen in dien tijd in haar belang is verricht. Bij het afleggen en opnemen van deze rekening, welke aan elk der deelnemers kosteloos en tijdig moet worden toegezonden, kan elke deelhebber tegenwoordig zijn.

Art. 23.

Voor zoo verre in dit reglement niet anders is bepaald, zullen alle geschillen tusschen deelhebbers en Directie door Commissarissen als scheidslieden, oordeelende naar billijkheid, worden beslist.

Art. 24.

Zoo dikwijls de Directie zulks noodig acht zal eene herziening van de waarde van het verzekerde plaats hebben en de verzekering naar de dan bevonden waarde worden geregeld. Bij verandering van waarde wordt daarvan op de acte aanteekening gedaan.

By ontbinding dezer Maatschappij wordt het be-

16

loop der kas ouder de gezamenlijke deelhebbers, elk naar evenredigheid zijner inlagen, verdeeld.

art. 25.

Op voordracht van Directeuren of Commissarissen zal dit Reglement door Commissarissen en Directeuren kunnen worden gewijzigd. Het gewijzigd Eeglement wordt door de Directie ten Protocolle van een notaris gedeponeerd.

Het treedt dadelijk in werking. Ten opzichte van hen, die op den voet van dit Reglement hebben deelgenomen, zal het gewijzigde Reglement eerst van kracht zijn op den 1 Januari volgende op den 31 December waarop zij, met in achtneming van het bepaalde in art. 7, nadat hun het gewijzigd Eeglement zal zijn toegezonden, do Maatschappij hadden kunnen verlaten.

Door de wederzijdsche onderteekening van de acte van deelneming worden alle bepalingen van het Reglement aangenomen, als waren ze daarin van woord tot woord ingelascht.

Art. 26.

Waar bij de artt. 7, 8, 16 en 19 van kennisgeving of schriftelijke opzegging, of overmaking van gelden gesproken wordt, zal zulks steeds moeten

17

gepchii'den por aangoteekenden brief; zullende het bewijs van die aanteekcning tot bewijs van den datum van afzending strekken.

Aldus vastgesteld den Squot;¹'quot;quot; Maart 1880.

1

ONDERLINGE BRANDWAARBORG- MAATSCHAPPIJ;

„DE VEREENIGDE GEMEENTEN.quot;

OPGERICHT

in het jaar 1876 te Katwijk aan den Rijn, thans gevestigd te Amsterdam.

AMSTERDAM, Datum Posiinfrk.

Onder aanbieding van het Reglement onzer Maatschappij en het daarbij behoorend tarief van inleggeld, veroorloven wij ons uwe aandacht te vestigen op de voordeelen welke onze Instelling aanbiedt boven de gewone Maatschappijen, die tegen brand verzekeren.

Het is van algenieene bekendheid dat een zeer aanzienlijk deel der plaats hebbende branden ontstaat onder omstandigheden, die het vermoeden wettigen, dat zij zijn veroorzaakt door boos opzet van de zijde tier verzekerden.

Evenzeer is het bekend dat schier geen misdrijf inoeielijker is te bewijzen dan dat van brandstichting. Slechts zelden gebeurt het dan ook dat de brandsticht or zijn misdrijf boet door verlies viin aanspraak op de assurantie-penningen.

Het is dus duidelijk, dat de gewone Assurantie-Maatschappij vehquot; schaden heeft te betalen, dieniet

ten haren laste zouden komen, ware kwade trouw bij hare verzekerden niet denkbaar, en betoog vereischt het niet dat zij, met dit feit rekening houdende, belangrijk hoogere premie heft, dan zij zou behoeven, indien de goede trouw van hare deelnemers boven verdenking verheven ware.

Hij onze Maatschappij, die ingevolge art. 1 van haar reglement, alleen opneemt Gebouwen en Goederen, toebehoorende aan Gemeenten, burgerlijke Armbesturen, Kerkelijke Corporatiën en zoodanige andeie zedelijke lichamen als door Directeuren onder goedkeuring van Commissarissen zullen worden aangewezen, hebben deelnemers de zekerheid, dat zij niet hebben bij te dragen iian schaden op de bovenaangeduide wijze ontstaan.

Een tweede voordeel, waarop we mogen wijzen, is dat onze Instelling, alleen met Besturen van corporatiën handelend, de tusschenkomst van Agenten niet behoeft, waardoor zij de te heffen administratie-kosten, bij andere Onderlinge Maatschappijen bedragende 50 et. per Mille, heeft kunnen bepalen op 30 et. per /1000.

Eindelijk zij nog herinnerd, dat de risico's bij onze Maatschappij, uit den aard der zaak, zeer verspreid liggen, en eene groote brand, zooals die welke- indertijd Enschedé verwoestte, haar veel minder dan

andere Maatschappijen kan schaden.

Ons vhdjende, dat wij uwe Gemeente of Corporatie spoedig onder onze deelnemers mogen tellen,

verklaren wij ons gaarne bereid tot het verstrekken van alle door u gewenschte inlichtingen.

Hoognehtend teekent,

KANTOOR: Keizersgracht bij de Wolvenstraat 329.

Na 1quot; Mei Heerengracht bij den Amstel 59G.

7 AU

van den

INLEG PER MILLE

der

jO N D E PyL INGE p R A N D W A A O RG-yVlAATSCHAPPIJ

Ie 0frnnig(lc OlDiucentfnquot;.

Opgericht in 1876 te Katwijk a/d Rijn, thans gevestigd te Amsterdam.