-ocr page 1-
-ocr page 2-
-ocr page 3-
-ocr page 4-
BIBLIOTHEEK UNIVERSITEIT UTRECHT
2912 975 0
-ocr page 5-
amp;u
1!
hävifßlieden,
RAADGgt;
ter vt^T'komi^^M^xiekf^^'onder
^t^oig'mn de
l£it('Jiiig^' weers-
p
en
5
Directeu^ ei '* Rijhs Utxecht.
erßar aa. ^school, #e
Dat eene langdurige natte weersgesieldheid doorgaans algemeene vee - ziekten ten gevolge heeft, daarvan hebben de jaren 1809 en 1816, .vooral treurige voorbeelden opgeleverd. Ook in den laatst voorgaanden zomcr heeft, ofschoon in mindere mate dan in de genoemde jaren, de aanhoudende regen die uitwerking gehad op de dieren , welke hun verblijf in de weiden moesten houden, dat een groot aantal ziek is geworden. In vele provincien ztjn de scliapen door bet on-gans aangedaan geworden , waardoor de kudden , in sommige streken, aanmerkelijke verliezen beb-ben ondergaun, en de runderen en paarden zijn mede niet van de waterzuebt, de botziekte, en andere aaudoeningen der lever bevrijd gebleven. De veelvuldige en zware regens, welke in bet quot;^quot;quot;quot;quot;quot;rtlige jaargetijde, van bet laatste ge-Cnbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp;A
376
-ocr page 6-
(2)
deelte der maand Junij af, ztjn gevallen en steeds voortduren, doen de gegronde vrees ontstaan, dat dezelfde ziekten zieh wederom onder het vee zullen openbaren. Niet alleen werkt de aan-houdende vochtige dampkring verzwakkend op de verrigling van de huidder dieren , welke dag en nacht aan deszelfs invloed zijn blootgesteld, zoodat de uitwaseming gestoord wordt, waaruit verkoudheden en zwaardere catarrhale onge-steldbeden voomloeijen , maar ook verzwakt het waterige, koude, en min voedzame, gras, dat het vee moet nuttigen , de maag en de overige werktuigen der spijsvertering. Hierdoor wordt een slapheids-toestand en verlies van veerkracht der vaste deelen geboren , die eene alechte be-werking der dierlijke vochten veroorzaken. Algemeene ligchaams-zwakheid, waterzucht, en de ontwikkeling van die levende wezens, welke onder den naam van lever-botten (distoma hepaticum), die zieh in de galbuizen ophouden , bekend zijn , vergezellen eindelijk den kwijnen-den Staat, waaraan de dieren spoedig of langzaam , namelijk reeds in den berfst, sterven, of bijal-dien zij nog, gedurende den winter, ziekelijk voortleven , in het eerstvolgende voorjaar over-lijden. Deze nadeelige gevolgen van het aan-houdend natte saizoen doen zieh vroeger en ster-^nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp;ker ondervinden , wanneer de dieren, zoo als
-ocr page 7-
(3)
inzonderheid in läge streken algemeen plaats heeft, genoodzaakt zijn op de drassige weiden in het water te loopen , waarop zij naauweUjks de gelegeuheid hcbben , om zieh neder te kunnen leggen,
Het is inderdaad onmogelijk, om deze nadee-lige uitwerkingen , aan eene aanhoudende natte we^rsgesteldheid verbonden , geheel voor te kernen en weg te nemen. Hoewel men trouwens hier-tegen op zieh zelf vele nuttige en vermögen­de middelen kan aanwenden , zoo bestaan er, wegens de inrigting van het landsbedrijf, de wijze der werkverdeeling, en menigvuldige an­dere omstandigheden, bij den vee-houder zoo vele, hetzij wezenlijke of denkbeeidige, moei-jelijkheden, dat hierdoor de meest gepasle hnlpmiddelen niet in werking kunnen wor­den gebragt, terwijl ook de landlieden niet alle bekend zijn met al hetgeen zij in zoodani-gen toestand tot vermindering hunner schade dienen in het werk te stellen. Om intusschen , zoo veel mogelijk, in dezen de bedoeldc ziek-ten af te weren, en de gezondheid der dieren te bewaren, komt het voornameli)k , ja genoeg-zaam alleen , daarop aan , dat men de gepaste voorzorgen tijdig genoeg aanwende, vermits , wanneer eenmaal de grond tot dezelve gelegd is, of de ziekten in een' gevorderden trap aanwe-
A 2
-ocr page 8-
(4)
zig zijn, hei niet slechts veel moeijelqker en onzekerder wordt , de ongesteldheden, zelfs door de meest gepaste behandeling, te over-winnen, maar ook de geneeswijze kostbaarder wordt. Zulks is dan al mede eene reden, dat de veehouder , hiertegen opziende , Teelal geene geschikte en krachtdadige hulp meer verkiest aan le wenden, maar het kwijnende vee aan zieh zelf overlaat, tot dat het vroeg of later sterft, of, onder toevalhg geluk, in enkele gevallen , door de natuur, hersteld wordt.
Ik heb het niet overtollig geacht, bij de te-genwoordige weersgesteldheid, eenige raadge-vingen, ten dienste der veehouders, mede te deelen, wier opvolging strekken kan, om der-zelver schadelijke uitwerking op de gezondheid van het vee te verminderen, en daardoor de hier boven genoemde ziekten, zoo niet geheel, ten minste gedeeltelijk , te voorkomen.
Voor zoo ver de gesteldheid der landhoeven het veroorlooft, brenge men het grazende vee op de hoogste weilanden, die het minst door den regen verweekt of drassig zijn. Het spreekt van zelf, dat hetzelve van zoodanige weiden moet verwij(?erd worden , welke geheel of voor het grootst gedeelte onder water zijn gebragt.
Men zorge dat het vee, ten minste eenmaal daags , eenig droog voeder erlange , al is het,
-ocr page 9-
( 5)
des noods, slechts goed stroo ; doch veel beter is het eenig goed hooi te geven. en bovenal is het nuttig eenige hoeveelheid koren-voeder er b^ te voegen, hetzij zulks de dieren in | de weiden worde gebragt, of dat men het des nachts in huis hale, tlieraan is voorzeker het Toordeel voor de dieren verbonden, dat dezelve, gedu rende eenige urcn , een droog verblijf genieten, en niet genoodzaakt zijn des nachts legen den kouden, natten , grond te liggen.
Wenschelijk ware het, dat algemeen het voor-beeld gevolgd werd van die verstandige land-lieden, welke in de weiden zoogenaamdeloop-stallen of loodsen hebben opgerigt, waarin het vee zieh, zoo wel bij guur en siecht weer , als bij feile zonneschijn, kan begeven, om zieh tegen derzelver invloed te beveiligen. Devoor-deelen, welke het vee hierdoor voor deszelfs welstand kan ondervinden, zal gemakkelijk de kosten vergoeden, welke deze gebouwen ver-oorzaken.
Men ontzie de moeite niet, om deligchamen der dieren dagelijks te wrijven en te borstelen , ten einde de werkzaamheid der huid op te wekken , en de uitwaseming te onderhouden.
Om de maag en de overige werktuigen der spijsvertering tc versterken , de ophooping van wa-terachtige deelen in het ligehaam te voorkomen,
A 3
-ocr page 10-
( 6)
en de onlwikkding van lever - Lotten en andere worm - soorten tegen te gaan , doen de spece-rijachtige , bittere , en zamentrckkende middelen de beste uitwerking, waarbij men met nut zuur-opslorpende zelfstandigheden en eenige zwavel voegen kan. Deze middelen kunnen op zeer verschillende wijzen woi'den aaogewend. De vol-gende zamenstellingen zullen, tot bet bedoeldc oogmerk, algemeeu met vrucht kunnen worden gebezigd ;
Neempoeder van eisern , of in deszeifs plaats :
laquo;
lt;;
k
lt;(
laquo;
laquo;
laquo;
h
laquo;
lt;(
(i
laquo;
laquo;
laquo;
Drieblad,
PVilgenbast, of in deszelfs plaats : Eihenhast , Kalmus - teortel , Gentiaan - wortel, Jenever - bezien , Oesterechelpen ,
Zwavel,
Teer, van ieder een pond. Deze zelfstandigheden ondcr elkander geraengd zijnde , wordt biervan dagelijks eene zekere hoe-veelheid ingegeven, hetzij over bet kort voeder of met water, of wel als likking, door bet poe-der met meel en water of bonig aan te mengen. Om het teer gemakkebjk met de overige zelf­standigheden te vereenigen, kan men hetzelve
-ocr page 11-
(7)
gevoegelijk vooraf met zoovcel hooizaad vermen­gen , dat da mengsei als brood krnttnelt. De bijvoeging van vier of zes looden gestamptmos-terd - zaad brj bet bovenstaande voorschrift, zal, wanneer men oordeelt, dat de maag eene sterkere prikkeling noodig beeft, bet middel daartoe nog vermögender kunnen maken ; tervvijl voor bet scbaap en rund de toevoeging van een pond gewoon zout inzonderbeid nuttig is, — Die dit voorschrift somwijlen wat te omslagtig mögt vinden, — boewel de bereiding en de mid-delen alle tot de eenvoudige bebooren , — zal zicb aanvankebjk van bet volgende, minder za-mengestelde , kunnen bedienen :
Neem poeder van Genliaan - wortel, laquo;nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp;laquo; Jenever - bezien ,
Ken ken zout, van ieder een pond.
Meng dezelve te zamen.
Van deze raiddelen zal men aan een volwas-sen paard en rund, elken dag, om de twee da-gen, of slechts twee malen 'sweeks, naar mate dat bet ligebaam en de spijsvertering versterking beboeven, twee, drie of vier looden , aan bet scbaap van een balf tot anderbalf lood kunnen geven. Jongere dieren ontvangen naar evenre-digheid iets minder.
Men boude bet er evenwel geenszins voor , dat , door de opvölging dezer raadgeving en de aan-
A. 4
f
-ocr page 12-
(8)
wending der voorgeschrevene middelen , de liulp van den bekwamen Vee - Arts in alle gevallen zou kunnen worden ontbeerd, daar er natnur-lijk vele bijzondere omstandigheden kunnen plaats hebben, die aan de behandeling eene andere wijziging moeten geveu, en alleen door een bepaald onderzoek kunnen worden beoor-deeld.
Het is, bij den tegenwoordigen toestand , van te meer belang , zoo veel mogelijk, te zorgeu , dat bet vee geene voorbeschiktbeid tot het on-gans of lever-ziekte tor stal medebrenge, daar, voor als nog, geenszins het vooruitzigt bestaat, dat de hooibouw gunstig zal uitvallen , maar het zieh veeleer laat aanzien , dat er veel siecht, en door den regen krachteloos geworden, hooi zal worden gewonnen , helwelk voor de slappe die-ren , in den volgenden winter , geen zeer ver-sterkend voedsel zal opleveren.
Vcrder meen ik te moeten aanraden , dat de dieren, inzonderheid de paarden en het rund-vee , in den aaustaanden herfst, vroeger dan ge-woonlijk op de stallen worden gebragt, tenzij eene zeer drooge en schoone weersgesteldheid van den nazomer aan de uitwerking der natheid van het voorafgegane saizoen zoo zeer mögt te ge-moet komen, dat deze maatregel hierdoor min­der noodzakelijk werd gemaakt. Immers, Indien
-ocr page 13-
(9)
al cene opvolgende droogte en gunstige wegvloei-jing van bet gevallen binneuwater welhaast vele landen van derselver drassigheid mogten bevrij-den, zoo blijven de läge weiden le veel vocht bebenden , dan dat dezelve tot die mate van droogbeid zullen terug komen , dat zij niet, in den berfst, bij gewonen regen , weldra meerdan gewoonlijk zullen doorweekt worden , en kracb-teloos voedsel zullen geven.
De ondervinding van bet vorige jaar beeft mij doen zien, dat die paarden en runderen bet meest door leverziektcn , bet ongans ea de wa-lerzucbt zijn aangedaan en gestorven , welke men tot zeer laat in den berfst bad in de weiden gelaten, terwijl bet vee, dat reeds eenigzins verzwakt was, doeb betwelk tijdig binnen 's huis was gebragt, onder eene behoorlijke verzorging van genoegzaam en gezond voedsel , nog veel-tijds bersteld is geworden.
Inzonderbeid zijn onder de eerst bedoelden vele kalfdragende koerjen bezweken. Opmerkelijk is bet mij voorgekomen, dat er, in den afgeloo-pen winter en bet voorjaar meerdere tweeling-dragten onder bet rundvee bebben plaats gebad , dan in andere jaren, Deze runderen konden nog minder bet afkalven doorstaan , maar bleven , reeds eenigeu tijd te voren , uit zwakbeid liggen, en, na den dood, bevond men de bulk alge-meen vol water.
-ocr page 14-
C^3
( 10)
Dat het laffe, siecht gewonnen, liooi , door de bijvoeging van zout, smakelijker en meer ver-teerbaar wordt gemaakt , is algemeen bekend ; doch , hoewel de ondervinding daarvan het voor-deel genoegzaam heeft bewezen, maakt men van dit eenvoudige, en niet zeer kostbare middel , op ver na niet overal gebruik. Ik mean dus de raadge-ving te mögen herhalen, welke meermalen , en nog onlangs in de Arnhemsche Courant van den 9den Julij, jl. , van wege de commissie VAN LA.NDBOUW in GELDKRTiAND is medege-deeld , om, onder ieder duizend Nederlandscbe ponden hooi, bij het opdoen van hetzelve op de zolders of mijten , of in de hooibergen , on-geveer drie Nederlandscbe ponden gewoon keu-kenzout te strooijen , waardoor het siechte hooi niet alleen verbeterd, maar ook voor te Sterke broeijing en brand , aanmerkclijk beveiligd wordt.
-ocr page 15-
-ocr page 16-
'
-ocr page 17-
-ocr page 18-
1
-ocr page 19-
-ocr page 20-