I
van
Eigendom van den Drukker.
Stoomdrukkerij EMM. SMKKTS,' W- quot;f
GOEDKEURING took het Bisdom Roermond.
In lucem edi permittitur. Rtircemuncla', 20 Maii 1883. P. J. H. HUSSEL, Can. et Prof. ad hoc delegatus.
De Heillige Maagd Bertilia is in Frankrijk geboren van zeer edele, rijke en god-yruchtige ouders ; van hare kindscheid af toonde zij reeds eene groote genegenheid tot de deugd, en eenen buitengewonen afkeer van de wereld, derzei ver ijdelheid en vermaken. Verslonden in de liefde tot Jesus-Christus haren God en opperste Heer trachtte zij hem gedurig te behagen en verzuchte aanhoudend hem eens te mogen bezitten in den Hemel. Bidden, overwegen, Jesus-Chris-tus gaan bezoeken in Zijn H. Sacrament van liefde, het woord Gods aanhooren, de godsdienstoefening bijwonen, waren hare dagc-lijksche bezigheden. Ook naarmate zij toenam in jaren, groeide zij aan in genade en liefde tot God, want zoohaast onze heilige rernomen had dat de maagdelijke staat aan Jezus-Christus zeer behaagt, en dat de allerheiligste maagd Maria zelve aan God eeuwige zuiverheid had beloofd, nam zij zich voor in het zelfde' te doen: zij deed die belofte van hare teedere schoone jeugd, zij vroeg haren maagdom aan den Heer op te dragen en stelde zich onder de machtige bescher-
ming van de allerzuiverste maagd Maria, ten einde hare belofte te bewaren.
Toen nu de H. Bertilia ouder geworden was, ' werd zij door een zeer edelen rijken, en tevens deugdzamen beer met name Guthlan-dus, ten huwelijk verzocht, zij werd zelfs door hare ouders daar toe aangespoord, doch daar zij wel wist wat zij van jongs af aan haren God beloofd had, te weten, van Hem alleen tot bruidegom te verkiezen, zoo nam zij het besluit haar ouders huis te verlaten en elders in eene wildernis, eenzaam en onbekend, haren God heiliglijk te dienen; maar de zwakheid van haar geslacht, en de groo-te achting en liefde tot hare ouders wederhielden haar. Eindelijk na lang in stilte gezucht en vurig gebeden te hebben, gaat zij, vol betrouwen op God en O. L. Vrouw het huwelijk aan met dien genoemden heer. Op den bruiloftsdag begon de vrome bruid te spreken met haren bruidegom over den maagdelijken staat, zij toonde hem hoe waardig en zalig die staat is, en hoe hij van God eeuwig beloond wordt in het andere leven. Met den bijstand des hemels gelukte zij er in hem door hare welsprekendheid, verdiensten en gebeden daartoe over te halen. Beiden deden aldus belofte van zuiverheid. Zij besteedden hun groote rijkdcm-men in kerken en Godshuizen te ondersteu-
nen en te stichten, armen te fcinizen, naakten te kleeden, zieken te bezoeken cn andere diergelijke stichtende en heilige werken te oefenen, totdat het eindelijk God behaagde door den liohameljjke dood, den godvreezen-den echtgenoot in den hemel op te nemen.
DeH. Bertilianu te gelijkertiid weduwe en maagd zijnde, gebruikte hare rijkdommen om kerken, mannen- en vrouwenkloosters op te richten. Zij behield enkel haar ertgoed, Marceul genaamd, waarop zij eene kerk deed bouwen en er eene cel aanvoegen. In deze eenzame cel leefde zij als eene non een meer engels dan menschelijk leven en bracht hare dagen en nachten door in de beschouwing en het gebed. Zoo is het eindelijk gebeurd dat xij op zekeren nacht, meer dan na gewoonte biddende en wakende, ten laatste geheel vermoeid zich tot de rust begaf, toen zij wakker werd, gevoelde zij hare lichaamskrachten teneenmale bezwijken, doch niettemin volharde haar geest altijd in het gebed, in deze toestand ontvangt zij de laatste. H. Sacramenten onzer Moeder de H. Kerk, en zachtjens verzuchtende tot haren God en zijne barmharcig-heid aanroepende, beveelt en geeft zij hare schoone ziel in de handen des Heeren. Haar lichaam werd zeer plechtig begraven in de kerk van Marceul, alwaar Pulbertus,
bisschop van Kamerijk, later een vrouwen-abtdij deed oprichten.
Terstond na haren dood is zij vermaard geworden door menigvuldige mirakelen. Van oudtijds heeft men haar aangeroepen, evenals hare twee andere gezellinnen Eutropia en Genoveva, en heeft men door hare machtige voorspraak hulp gevonden, en nog dagelijks worden er menschen genezen van zoo menige ziekte en kwalen.als van oogziekten. borstkwalen, maagpijn, hartziekte, kwade koortsen, geelzucht, keelpijn, ner-venziekten, breuken, ziekten der kleine kinderen, ziekten der paarden enz., hetwelk alles blijkt uit de geschriften der genoemde abtdij. Daarenboven is zij ook eene groote patrones tegen bliksem, donder, tempeesten en onstuimige weders.
Doch verliezen wij niet uit het oog, dat dit zoo groot vermogen der heilige Bertilia ons geenszins zal baren, zoo wij niet ophouden van zondigen eii hare deugden en heilig leven, volgens ons krank vermogen, niet trachten na te volgen. Immers de heiligen kunnen ons niet helpen alsjdoor hunne voorspraak bij God. de heiligen moeten bij God verzoeken hetgeen wij van Hem gaarne zouden bekomen en God moet ons dat geven. Maar God zal niet haast iets geven aan een mensch die vrijwillig in staat van dood-
zonde, cene vrijwllige begeerte of genegen-houdt, want zulk een mensrh is vijand van God. Willen wij dan door tusschenkomst van de H. Bertilia, Entropia en Genovc\a, iets van God verkrijgen en leven wij in staat van doodzonde, zoo moeten wij eerst door eene goede biecht en door het waardig nutten van Jezus-Christus, ons daartoe bereiden en aldus bereid zijnde, onzen nood en onze verlangens aan de H. maagden voorstellen, om door hunne machtige voorspraak van God geholpen en genezen to worden, zoo naar ziel als naar lichaam.
EN
De Heilige Eutropia was de zuster van den H. Nicasius, bisschop van Rheims, (in Fr.) zij was eene maagd vau uitstekende heiligheid. Van hare jeugd af werd Eutropia, dooide lessen en de voorbeelden van haren H. broeder, gevormd tot den dienst van God. Ook groeide zij in onschuld op, en hare godsvrucht werd grooter, naar mate zij toenam in jaren ; zij was verstandig, schoon van gestalte, zedig en ingetogen, zij diende God en de heiligen mot veel liefde en trouw, met een groot verlangen om deelgenoot te worden in hun lijden voor Christus, en haren goddelijken Zaligmaker welhaast te mogen bezitten in Zijn rijk. Wanneer omstreeks het jaar 458. Attilla koning der Hunnen, die om zijne barbaarsche wreedheid, de geesel Gods wilde genoemd worden, de steden Trier, Tongeren, Utrecht, Kame-rijk en meer andere ingenomen en verwoest had, trok hij met een ontelbaar wreedaardig-woest leger op Rheims af, om
eveneens deze stad te overweldigen en te verwoesten. Bij bet naderen van den vijand had de H. Nicasius zich uiet aijne zuster Eutropia in de kerk van O.L. V7rouw begeven. waar nog vele anderen vergaderd waren; aldaar wierd de H. man overvallen en met al de aanwezige christenen door de barbaren op de allerwreedste wijze gedood. Eutropia alleen werd om hare schoonheid gespaard ; doch de wijze maagd, het inzicht der barbaren wel kennende en hunne vleierijen meer vreezende, dan hunne barbaar-sche wreedheid, riep kloekmoedig uit; dat zij liever wilde sterven, dan hare zuiverheid of haar geloof te verliezen! dat zij aan Jezus Christus toebehoorde, en aan een ander zich nooit zoude overgeven.
Nauwelijks had Eutropia die geloofsbelijdenis gedaan, of zij werd wreedelijk vermoord, en ontving alzoo, evenals haar heilige broeder en andere geloovigen, de kroon des marteldoods. De H. Eutropia en deH. Nicasius werden begraven op het kerkhof van St-Agricola. Later heeft men hunne heilige overblijfsels vervoerd naar andere kerken van Frankrijk en Belgio, alwaar God niet ophoudt dezelve door een buitengewonen toeloop en door menigvuldige mirakelen vermaard te maken en te verheerlijken.
De H, Eutropia, evenals de H. Bertilliaen
— 10 —
Genoveva, heeft van ondstyds getoond en toont nog dagelijks, dat zij niet te vergeefs aangeroepen wordt, als patonesse tegen alle ziekten en menschelijke kwalen.
Haar marteldood had plaats ten jare 453 den 14 December.
Mochten alle christenen den heldenmoed van de H. Eutropia navolgen en diep in hunne harten prenten die kloekmoedige woorden : „Liever sterven dan de zuiverheid of het geloof te verliezen; ik behoor aan Jezus Christus toe en zkl mij nooit aan een ander geven. ,,Alwie ooit den H. Doop ontvangen heeft, heeft zich aan Jesus-Christus verloofd en behoort daarom den Verlosser toe; Wie iets meer bemint dan mij, zegi: de goddelijke Leermeester zelf, die is mijner niet waardig. Ieder Christen moet alzoo, omdat hij gansch aan Jesus-Christus toebehoort, liever alles in de wereld, vader en moeder, broeder en zuster, ja zelfs het leven verliezen, dan zijnen God en Zaligmaker Jezus-Christus beledigen of iets doen waardoor hij Zijne genade. Zijne vriendschap. Zijn rijk, de vriendschap dei-heiligen, in een woord, waardoor hij alles verliezen zou.
Mochten alle christenen met deze schoone spreuk als met een schild, elke verlokking tot zonde tegengaan. Mochten zij bij elke
opwelling van zondigt.' driften in zich zel-vcn zeggen, en dan ook dikwijls herhalen; „Ik behoor aan Jesus-Christus en ik zal mij nooit aan een ander gevenquot; Doe dit en gij zult wel leven, wel sterven en even als Eutropia den hemel erven.
Do Heilige maagd Genoveva. die door zulke schitterende wonderen beroemd is, werd geboren dicht bij Parijs, te Nanterre ten jare 422. Hare godvreezende ouders legden, door hare zorgvuldige opvoeding, den eerste grond tot hare toekomstige heiligheid. De handarbeid en het gebed waren hare liefste bezigheden, reeds in de teedere jaren der kindsheid. Do onschuld die uit hare oogen blonk, de zedigheid die in haar geheel uiterlijk gedrag heerscLte, boezemde aan een ieder hoogachting en liefde in. Zij was nauwelijks acht jaren oud. toen de H. Germ au us in haar reeds den rijken schat der goddelijke genade, ontdekte, die te lezen was op het gelaat van de jonge bruid van Jesus-Christus. Gelukkig zijx gij, aldus sprak hij lot hare godvruchtige, ouders, dat gij aan zulk een ongel het loven geschonken hebt. Draagt allo mogelijke zorg voor de opvoeding van dit onschuldig kind. God heeft zich het zelve tot een offer uitverkoren. En de jonge Genoveva vermaande hij de ijdelheid der wereld te vermijden en zich geheel toe te wijden aan do deugd, die alleen ons verge-
— 13 —
noegt. en gelukkig maakt. Hy gaf haar een koperen penning, waarop hetteekendes H. Kruises stond, en dit droeg zij, met verachting van alle andere versiersels, onophoudelijk aan hare hals. De jaren van bare kindsheid werden in onschuld, doorgebracht, eii gelijk zij toenam in jaren, evenzoo groeide zij in genade en in liefde tot God. In haar vijftiende jaar legde zij reeds in de handen van den bisschop van Parijs, de belofte van eeuwige zuiverheid af en ontving den maag-delijken sluier om de vermaken en de dwaze ijdelheden der wereld voor altijd te verzaken. Daar zij zeerwel wist dat de zuiverheid, zooals een teerdere roos die pas ontloken is, door den vergiftigden adem der zonden dra verflentst, en bij een gemakkelijk en rustig leven, zoo spoedig haren glans verliest, zoo leefde zij in de grootste strengheid en eenzaamheid. Gersten brood was de spijs, water den drank, en de bloote aarde haar bed. Niet tevreden met de zuivere vreugde welke de deugd verleend, voor zich zeiven te genieten, zoo werd zij door eenen heiligen liefde-ijver ontstoken, om ook anderen de zoete vruchten van een godsdienstig leven te doen smaken. Zij werd alles voor allen, om allen voor Jesus te winnen. Maar hoe zuiverder de deugd zich vertoont, des te minder zal zij den laster kun-
nen ontgaan, zoo moest dan ook Genoveva diens giftige eu smartelijke beton gevoelen. Men jouwde haar niet alleen uit voor eene huiohelaarster, maar zelfs men schaamde zich niet haar de schandelijkste ondeugden te verwijten. Doch . Genoveva, zich gelukkig achtende voor den naam Jesus te lijden en vervolgd te worden, nam deze gelegenheid waar, om de heldhaftige daden van ootmoed en geduld uit te oefenen.
Nadat hare deugd eenigen tijd als in een vuur was beproefd geweest, kwam zij uit die zwarte lasterwolken, even als de zou na een onweder nog luisterrijker te voorschijn. God beschaamde opeens hare lasteraars door verscheidene wonderwerken, die op hare voorbede geschiedden.
Tweemaal was deze H. maagd de redster der stad Parijs. Toen de honger in de»e volkrijke stad op bet gruwzaamste woedde, is deze plaag door het gebed van Genoveva op eene wonderbare wijze verwijderd. Attila, koning der Hunnen, die om zijne barbaarsche wreedheid de geesel Gods wilde genoemd worden en de steden Tongeren, Utrecht Trier Komerijk, Ivheims en meer andere steden in genomen en verwoest en de H. Eutro-pia, zooals tvij in hare levensbeschrijving hebben _gezien, zoo wreedelijk vermoord had, Attila, die met zijn woedend leger, gelijk een
overstroomdo rivier, overal schrik en verdelging aanbracht, ging eindelijk ook Parijs aantasten om op de puinhopen der stad de zegenpraal zijner gruwzaamheid xe vieren. Maar het gebod der H. Genoveva hield hein terug, hij trok langs de muren van Parijs, en werd, gelijk do H. maagd aan de burgers voorzegd had, tegen zijn voordeel ia naar andere streken verdreven.
Nu had Genoveva zoowel doorhaarheiligen levenswandel, als door deze en andore wonderbare voorvallen een buitengewoon aanzien verkregen, zij werd hoog geschat van eenieder, zelfs ook do heidonscho koning Childeric droeg haar achting en eerbied toe. Maar Clovis, christen koning in Frankrijk, had zooveel ontzag voor haar, dat hij haar niets kon weigeren, en op haar verzoek eeno kerk liet bouwen tor eere van do H.H. Petrus en Paulus. Haar naam en de roem van hare heiligheid drong door tot zelfs in do afgelegen streken, zoodat Simon Sylitos zich dikwijls in haar gel)ed heeft aanbevolen. Zij was bezield met ecno teedere godsvrucht tot de H. Maagd Maria alsmede tot den H. Martinus en den H. Dionysius.
Eindelijk wonschte zij ontbonden te worden en met Christus te zijn. God verboorde haar gebed en zij ging in het jaar 512, bet 89 van haren ouderdom tot God, dien zij
zoo hartelijk bemind had op aarde.
Na haren dood is zij, om den bijzonderen glans van hare heiligheid en om hare verscheidene wonderen, waarmede God haar verheerlijkt had, tot patrones der stad Parijs verkozen geworden, welke aan haar. met dankbaarheid de redding uit verscheidene gevaren toeschrijft, onder anderen de merkwaardige bevrijding van die vreeselijke ziekte, die in het jaar 1130, eene ontelbare menigte wegsleepte. Bij het overbrengen van hare relikwieën naar de kerk kregen omtrent vier duizend zieken hunne gezondheid weder. Deze wonderbare gebeurtenis is onderzocht geworden door Paus Inno-centius II, die naar Frankrijk kwam en dezelve waar heoft bevonden, waarop hij ook bevolen heeft dat de gedachtenis daarvan jaarlijks zoude gevierd worden op den 20 November.
Haar graf is naast dat van den koning Clovis. Zoo vond een arme maagd hare rustplaats naast een der grootste konningen en bij het graf van Clovis gaat men onvor-schillig voorbij, daarentegen knielen vorsten en volkeren uit eerbied voor het graf der H. Grenoveva neder, en roepen hare voorbede in. Zoo klein en nietig is alle wereldsche grootheid; zoo groot en onvergankelijk is integendeel de heerlijkheid van hen, die
met Jesus-Chr. over de wereld zegeprülen.
De H. Drie-Gezusters hebben dan, de H. Genoveva evenals de H. Eutropia en Berti-lia, sedert eeuwen, door menigvuldige en buitengewone weldaden begunstigd, al degenen die met godvruchtigheid en betrouwen hunne toevlucht tot dezelve hebben genomen, üok de talrijke menigte men-schen die van alle gewesten jaarlijks naar Swarthroek toestroomen, geven een zekere getuigenis van de overgroote gunsten welke men door de machtige voorspraak onzer heilige maagden kan verkrijgen.
Deze drie maagden, geeërd en vermaard onder den naam van Drie-Gezusters, hebben van oudstijds getoond en toonen nog dagelijks, dat zij niet vergeefs aangeroepen worden, als patronessen tegen alle ziekten en menschflijke kwalen, als nervenziekte, oogziekten, huidziekten, kwade koortsen, maag- en borstziekten, geelzucht (geel-verfj, keelpijn, vallende ziekten, breuken, ziekten der kleine kinderen, enz, enz.
O drie heilige Maagden, bekomt ons bij den drie-eenigen God, de genezing van alle kwalen zoo naar ziel als naar lichaam. Amen.
- 18 -
Feestdag der H. Drie Gezusters
TE S WART BROEK op den 2de Woensdag van de maand Juni.
Bij rescript vim den 4 Juli 1884, is dooi: Zijno Heiigheid Leo XIII, ten eeuwigen dage op den aden WOENSDAG der maand JUNI, ter eere der HH. Maagden EÜTROPIA, GENOVEVA en BEETILIA, verleend een Vollen aflaat, toepasselgk aan de geloovlge zielen en aan alle geloovigen, die na gehieeht en gecommuniceerd te hebben, in do hulpkapel van Swartbroek toegewijd aan den H. Cornielus P. en M., eenigen rijd zullen bidden tot de gewone intentie van Z. H. don Paus.
Op dien dag begint de eerste H. Mis om 6 ure. de plechtige Hoogmis ten 91/; ure.
MR. De vereering der reliquiën van de drie H. H. Maagden, heeft plaats lederen Woensdag na de H. Mis om 8 uur en ieder Zondag na de Vroegmis.
TER EERE DEK
Heer ontferm u onzer.
Christus, ontferm u onzer.
Heer, ontferm u onzer.
Christus, hoor ons.
Christus, verhoor ons.
God hemelsehe Vader, ontferm u onzer.
God Zoon, verlosser der wereld, ontf. u onzer.
God heilige Geest,, ontferm u onzer.
Heiige Drievuldigheid een God, ontf. onzer.
Heilige Maria, bid voor ons.
Heilige moeder Gods,
Heilige maagd dor maagden, ST!
Exempels van liefde,
Verschijnselsvan ootmoedigheid, bid voorons Balsems van godvruchtigheid,
Torens van standvastigheid.
Paleizen van barmhartigheid,
Voorbeelden van alle deuden, Voorsprekeressen der pelgrims.
— 20 -
Troosteressen der ellendigen.
Toevluchten der zieken,
Brandende lampen der mistroostigcn, 5^ Beschermheiligen der zuchtende kinde- ^ ren van Eva, g
Helperessen der bedrukten, °
Vluchtplaatsen der kranken. Heelmeesteressen van kwijnende plagen. S Machtige partonessen voor maag en
borstkwalen,
G-roote patronessen voor hartziekten en
kwade koortsen,
Bijzondere patronessen voor geelzucht
en huidziekten.
Sterke patronessen voor nervenziekten
en keelpijn.
Getrouwe patronessen voor oogziekten
en ziekten der kleine kinderen,
Van alle kwaad, verlost ons heilige drie maagden.
Van een haastige en onvoorziene dood.
Van allen hoogmoed en opgeblazenheid des geestes.
Van alle onmatigheid en onzuiverheid.
Van gramschap en nijd,
Van gierigheid en onrechtvaardigheid,
Van traagheid,
O | |
ïzl: | |
OQ' | |
CD |
lt; |
2 | |
o' |
O co |
B |
O |
8ö OQ |
co |
amp; | |
agt; | |
d |
Van de eeuwige verdoemenis,
Wij, arme zondaars, wij bidden u, verhonr ons,
Dat gij u gewaardigt ous te verkijgen een waarachtig berouw en de vorgitte-nis van onze zouden, wij bidden u, verhoort, ons.
Dat gij allen die u devoot zijn, moget verlossen en bewaren van alle kwalen naar ziel en lichaam, wij bidden u verhoort ons.
Dat ale geloovige zielen de eeuwige rust mogen genieten, wij bidden u verhoort ons.
Zalige dienaressen Gods, wij bidden u,
verhoort ons.
Lam Gods hetwelk wegneemt de zonden
der wereld, spaar ons. Heer.
Lam Gods, hetwelk wegneemt do zonden
der wereld, verhoor ons. Heer. Lam Gods, hetwelk wegneemt de zonden
der wereld ontfermt, u onzer, o Heer. Jesus-Christus. hoor ons.
Jesus-Christus, verhoor ons.
Heer, ontfermt u onzer.
Onze Vader.—Wees Geroet.
Bid voor ons heilige Bert,ilia, Eutro-
pia en Genoveva,
Opdat wij mogen verlost worden van alle kwalen zoo naar ziel als naar lichaam.
GEBED.
Almaehticre God die deze drie heilige maagden hebt begaafd met zulke uitstekende deugden en overvloedige verdiensten gedurende 'haar leven, en na haren dood niet alleen gesteld hebt onder het getal uwer uitverkorenen in den hemel, maar ze ook nog verheerlijkt hebt door alrijke mirakeleuze genezingen op aarde, wij bidden en smeken u, ons te genezen en ons te bewaren van alle geestelijke en lichamelijke kwalen, opdat wij u met blijdschap en erkentenis mogen dienen allo diigen onze levens, door onzen Heer Jezus-Christus. Amen.
LITANIE VAN LOKETTEN
TER EKUE DER
Heer, ontferm u onzer.
Christus, ontferm u onzer.
Heer, ontferm u onzer.
Christus, hoor ons.
Chistus, verhoor ons.
God hemelschen Vader, ontferm u onzer. God Zoon, verlosser der wereld, ontferm u onzer.
God H. Geest, ontferm u onzer. H. Drievuldigheid een God, ontferm a onzer,
Heilige Maria, bid voor ons. 2?
H. Moeder Gods,
Moeder van Christus,
Moeder der goddeliike gratie, g
Allerzuiverste Moeder,
Ongeschondene Moeder,
Onbevlekte Moeder,
Zeer minnelijke Moeder.
Zeer wonderlijke Moeder,
- 24 —
Moeder des Scheppers, Moeder des Zaligmakers. Allervoorzichtigste Maagd. Eerwaardige Maagd, Lofwaardige Maagd.
Machtige Maagd. Goedertierene Maagd. Getrouwe Maagd.
Spiegel der rechtvaardigheid. Stoel der Wijsheid.
Oorzaak onzer blijdschap. Geestelijk vat.
Schoon vat vazi devotie, Geestelijke roos.
Toren van David,
Ivooren Toren,
Gulden huis,
Ark des verbonds.
Deur des Hemels, Morgensterre,
Behoudenis der kranken. Toevlucht der Zondaren, 'Iroosteres der bedrukten, Hulp der Christenen, Koningin der Engelen. Koningin der Patriarchen, Koningin der Proleten, Koningin der Apostelen. Koningin der Martelaren, Koningin der Belijden-.
____ ■_____ ^
— 25 —
Koningin der Maagden,
Ivoningin van alle Heiligen, Bid voor ons.
Koningin van den H. Rozenkrans.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden dei-wereld, spaar ons, heer.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden dei-wereld, verhoor ons Heer.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld. ontferm u onzer. Heer.
Christus, hoor ons,
Christus, verhoor ons.
Heer ontferm u onzer.
Christus, ontferm u onzer.
Heer ontferm u onzer.
Onze Vader, enz.
Ouder uwe bescherming nemen wi] onzen toevlucht, O. H. Moeder Gods, verstoot onze gebeden niet in onzen nood, maar verlos ons altijd van alle gevaren, onze glorierijke Maagd, onze gebenedijde Vrouw onze Middelares en Voorsprekeres. verzoen ons met uwen Zoon, beveel ons aan uwen Zoon, vertoon ons aan uwen Zoon v. Bid voor ons H. Moeder Gods. k. Opdat wij waardig worden der beloften van Christus.
O Hoer! wij bidden u, stort uwe ge- -nade in onze luirlen, opdat wij, die dooide iJoodschap des Engels de Menscli-wordiag van Christus gekend hebben, door zijn lijden lot de glorie der Verrijzenis mogen komen. Door denzelfden Jcsns-C'hristus, onzen Heer. Amen.
Heer, ontferm u onzer.
Christus ontferm n onzer.
Heer, ontferm u onzer.
H. Drievuldigheid een God, ontferm u onzer.
H. Moeder en beschermster van den H.
Antonius, bid voor ons.
H. Praneiscus, vader en onderwijzer van
den H. Antonius,
H. Antonius van Padua, to
OJ
lt;
O O
O 3
JZ3
Ov »x»-«v.uu v cm JJclUJL j
Nieuw licht van Italië. Beschermer en luister van Padua. Apostel van Frankrijk,
Navolger van den H. Franeicus,
Lelie van zuiverheid,
Kostelijke parel van armoede.
Klaar licht van gehoorzaamheid. Spiegel van boetvaardigheid,
Roos van verduldigheid,
Schoone vlam van liefde.
Rein vat van heiligheid.
H Antonius kolom der H. Kerk, Verkondiger der genade.
Uitroeier der zonden,
Versmader der wereld.
Verheffer van Gods glorie. Ootmoedige verberger der wijsheid, Leeraar der waarheid.
Blinkende ster van de seraphijnsche orde.
Ark des verbonds,
Trompet van den Allerhoogsten, Verdediger van het hoogwaardig
Sacrament,
Brandende naar den marteldood, Geesel der ketters.
Schrik der ongeloovigen.
Roede der tirannen,
IJveraar der zielen.
Wonderbare mirakeldoener.
Patroon in verlorene zaken Toevlucht der armen.
Gezondheid der kranken,
Trooster der bedrukten.
— 28 -
Hof der deugden,
Kenner der harten,
Voorzegger van toekomende din-• Tgei1'
'3 Schrik der duivelen,
-2 Navolger der patriarchen en profe- o ■lt;1 ten, i-i
Uitstekende onder de leeraren, Luister der heiligen.
Getrouwe beschermer en voorspreker van die u aanroepen,
Jesus, wees ons genadig, spaar ons Heer, Jesus wees ons genadig, verhoor ons, o. Heer.
Van alle kwaad, verlos ons, o Heer, Van alle zonden, verlos ons, o Heer. Van de macht en listen des duivels. Van pest, oorlog en hongersnood, Van den eeuwige dood.
Door de verdiensten van den H. Anto-nius.
Door zijne brandende liefde,
Door zijnen grooten ijver voor de bekeering de zondaars,
Door zijne vurige begeerte tot den
marteldood.
Door het standvastig onderhouden zijner beloften van gehoorzaamheid, armoe-
de en kuischheid, Verlos ons, o Heer. Door zijnen onvermoeibaren arbeid,
Uoor de zeldzame verscheidenheid en menigte zijner wonderdaden, verlos ons, Heer.
In den dag des oordeels, verlos ons Heer. Wij zondaars, wï, bidden u verhoor ons. Dat gij ons een waarachtig leedwezen
over onze zonden wilt verkriigen,
Dat gij het vuur der goddelijke liefde
in onze harten wilt ontsteken.
Dat gij ons der verdiensten en voorspraak van den H. Antonins deelachtig wilt maken.
Dat gij dit land onder de beschermig
van den H. Antonius wilt stellen ^ en behouden, ^
Dat gij aan degenen die tot den H. pj Antonius hunne toevlucht nemen ^ gezondheid naar ziel en lichaam wilt geven -c
Dat wij door de verdiensten en voor- lt; spraak van den H. Antonius in alle g-deugden mogen voortgaan, §
Dat gij alle dienaars van den H. Antonius in alles met uwen zegen wilt § voorkomen.
Dat gij U gewaardigt ons te verhoeren, Jesus-Christus, Zoon van den levenden God, wij bidden u verhoor ons.
Lam Gods, dat wecrneemf j
Lam Gods, dat weZemt T'' .
wereld, ontferm u o ™er W ZOndeD der
Heer ontferm u onzer.1quot;
ctquot;SJus- ontfenn u onzer ^ristus ontferm n onzer Heer ontferm u onzer '
0«^ Vader, enz.
^.SdefSf^lntnius8'1/ die ™
mirakelen ^onderhS hebt geduriff0 nen, verleen ons ar nLl i -i 10Cn UItscIiij-ffl\e voorspraak en verd ek, door
kerheid moge verkriio-Pn -! met ze-
betrouwen verzoeken' ' D ^ met
wij u, die leeft er. \ daarom bidden
Vader en den H. Geest™* ii met den heid Amen. ' ln a^e eeuwig-
30 —