|
||
|
||
..I
m
|
||
|
||
(.
|
||
|
||
|
||
m
|
||
|
||
v
|
||
|
||
|
||
raquo;'..#9632;•
|
||
|
||
BIBUOTHEEK UNIVERSITEIT UTRECHT
|
||
|
||
2912 991 7
|
||
|
||
|
||||
|
||||
Present-Exemplaar.
|
||||
|
||||
DOCCÜIKEElff
|
|
|||
|
MIDD
TER GENEZIKG VAN
EN TER DOODING VANHET
|
|||
|
||||
BIJ
|
||||
|
||||
EN
ALLE AWBEKK S O OR T EMV AW VEE,
%onder Rattenkruid t Kwik of eenig ander mineraal Vergift.
Op last van Z. M. den Koning scheikundig onderzocht en goedgekeurd.
|
||||
|
||||
C
402
|
||||
|
||||
|
|||||
Te bekomcn In onderstaandc Depftts,
|
Ä-
|
|
|||
dcKrulk
|
|||||
|
|||||
Aduard, J. G. Harkema. Ameland, J. R. Posthumus. Alkmaar, G. Luijmers. Arnhem, G. J. Stultenberg, Amersfoort, C. de Kok. Apeldoorn, Bruno Tideman, Jr. Appingadam, J Wolbers. Almelo, A. Dunnewold. Breda, C. A liebes. Bolsward, S. S. Oosterbaan. Berg, op Zoom, P. J. Verlinden Bergum, T. G. van der Meulen. Broek in Walerl., C. Dirksland, M. van der Dragten, E. J. van del Delft, J. A. Straman Stadhouder amp; Delft%ijl, J. Huisman Dordrecht, W. Sillevis Enkhuizen, W. N. van der Veer. Franeker, D. H. Zijlstra. Gorredijk, S. G. Zwart. Groningen, J. H. Euilenberg, Gorinchem, L. H. van 't Sant. froe*, C. Pilaar. Grijpskerk, H. Gorter. Barlingen, H. F. de Boer.
„nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp;G. Leemkoel.
Hoorn (N. Holl.), W. Nijssen. Boom (Groningen), H. Lithmaat Hilversum, R. J. J. van Alphen Haarlem, D. Veen amp; Co. Heerenveen, P. G. Ponne. Joure, Jan R. de Jong. Kollum, E. Mossink. Leeuwarden, R. J. Meijer.
„nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp;B. H. de Jong.
Loppersum, M. van der Veen. Leijden, W. F. Steijgewalts. Lemmer, W. Visser.
|
Landrum (Terschelling) J. B.
de Grand. Munnekezijlen, H. K. Bok. Medemblik, G. Oortgijzen. Martenshoek, R. Bröerken. Meppel, Brocardus amp; Slhreman. Middelburg, C. F. Dirks. Nieuwolda, B. M. Kooiman. Oosterwolde, J. Prakken. Opeinde, T E. Schultz. Oud-Beijerland, A. J. Rank. Pieterburen, S.J. Kamminga.
Blaquo;rf, P. Makkes. B. G. Koops.
:. de Wit.
P. Jorritsma.
onnikoog, H. Zeilinga.
?, A. Feenstra. si tta rd (Limburg) Colen Pakbier. Schiedam, C. Mak. Sas van Gent, J. Thomson. Texel, C. Veeger, Twijzel, B. Kuipers. Tiel, M. L. Post. Uskwerd, J. N. Dusseldorp. Vithuizen, J. S. Nieveen. Utrecht, G. Duffer Blom. Veendam, H. G. Sinnige. Workum, Joh. W. Meijer. Wieringen, W. J. Driessen. Warffum, A. P. de Boer. Westerlee, J. Kleve. Woerden, Wed. B. G. v. d. Berg. Zwolle, A. A. van der Kolk. Zulphen , B. Nijman, Jr. Zalt-Bommel, P. G. v. Anrooij./ Zwammerdam, P. Staal. Zaandam, Abr. Dorpema. Zevenbergen, W. H. Montens.
|
||||
|
|||||
|
|||||
|
|||||
|
|||
|
|||
|
|||
VERVOLG
|
|||
|
|||
DER
|
|||
|
|||
verzahelim; van Attesten.
|
|||
|
|||
Waarde Ueer !
Het kost mij weinig mocite om een aantal attesten van de deugdelijkhoid mvcr Doccumensis te krijgen, doch waartoe zooveel? Hierbij aanvankelijk een viertal, uit vcrsciieidcne oorden van ons Eiland; later zend ik u wclligt meerdere.
|
|||
|
|||
Dirksland, 6 December 1856.
|
UEds. D\v. Dienaar, (get.) M. VAN der Vliet Az.
|
||
|
|||
Mynheer van der Vliet!
Sedert twee jaar mve Doccumensis van den Heer Jobritsma gebruikt hebbende, zoo kan ik het geruste-lijk lederen Vechoudcr aanbevelen als een probatum middel om Paarden en Runderen van luizen te zuive-ren en ook de laatsten van schürft te genezen, zonder nitvallen van haar of andere ongemakken, welke door het wasschen veroorzaakt zouden kunnen worden, te bespeurun.
Goedereede, 30 Nov. 1856.nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp;(get.) A. Breen.
ATTEST.
De ondergeteekende, Landbouwer en Vcchouder te Goedereede, verklaart bij dezen, dat het middel ter dooding der luizen, benevens voor schürft, uitgevonden door den Hr. Jo: kitsma te Dockum, en vcrkrijgbaar gesteld bij den Hr. M. van der Vmet te Dirksland, bij hem is aangewend op onderscheidene Runderen, zoo voor schürft als luizen; in beide gevallen overtrefl
|
|||
|
|||
|
|||
het verreweg alle mij bekende middelen, zoodat ik iederen Veehouder, wiensvee met dien last wordt ge-kweld, ten stärkste daartoe dit middel aanbeveel.
Goedereede, Nov. 1856.nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; (get.) D. Zaaijer Dz.
Reeds twee achtereenvolgende winters heb ik op mijne stalling, met het beste gevolg, gebruik gemaakt van de Doccumensis, als middel tegen de luizen bij het Vee, en durf alzoo gerust eiken Veehouder dit middel aanbevelen, daar het een zeker en goedkoop middel is; ik heb de Doccumensis volgens het voor-schrift, hetwelk er is bijgevoegd, gebruikt, en gekocht bij den Heer M. van der Vuet te Dirksland.
Goedereede, 1 Dec. 1856.nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; (get.) G. Kievit Mz.
De ondergeteekende, Landbouwer, Secretaris van de Afdeeling Over-Flakkee en Goedereede der Holland-sche Maatschappij van Landbouw, wonende te Nieuwe Tonge, verklaart bij deze, dat het door hem bij een zijner Paarden en tweemaal bij zijn Hoornvee, tegen de luizen aangewende middel van den Heer Jorritsma te Dokkum, en door hem ondergeteekende aangekocht in het d^pöt van den Heer M. van der Vliet, Az. te Dirksland, bekend onder den naam van Doccumensis, zoodanig goed gevolg heeft gehad, dat het onge-dierte na de eerste — en op plaatsen waar het vocht niet voldocnde was ingebragt — met de tweede was-sching geheel werd vernietigd; welk getuigenis de ondergeteekende mede heeft vernomen van onderscheidene andere aanzienlijke Landbouvvers, van welke sommigen het ook tegen de schürft bij hun vee hadden gebezigd. Weshalve hij de gedachte Doccumensis ten volle tot het voorschreven einde kan aaubevelen.
Nieuwe Tonge, 1 December 1856.
(get) Houtaar.
De ondergeteekende verklaart door dezen dat hij door de wassching met het middel van den Heer A.
|
|
||
i
|
|||
|
|||
|
|||
'#9632; 1
|
5
JüKkirsMv le Ü'ochum, de schürft bij zijne Scbapen lieeft genezen, zonder daar verder eenige last van ge-tiad te tiebben.
Anjum (in Oostdongeradeel),
December 1836.nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; (get.) F.A. Sonnema.
Het Doecumensis vau A. Jorritsma te Dokkum, verdient alle aanbeveling, aangezien het den onderge-teekende bij ondervinding is gebleken een der beste raiddelen te zijn, ter spoedige genezing der schürft en ook ter vernietiging van alle ongedierten bij onze Paar-den en Runderen bekend.
OnwaarJ c. a., den 5 December 1856.
(get.) L. van Es, Jr,
Landbouwer en Veehouder te Onwaard,
Eiland Over-Flakkee, Prov. Z.-Holland,
Voorzitter der Commissie van Landbouw.
De ondergeteekende, sedert 50 jaren Handelaar in wol en schapenvellen, verklaart door dezen, dat het hem is gebleken dat door de wassching met Ratten-kruidwater, ter genezing der schürft en ter verdrij-ving van ongedierte bij schapen. de wol hard en droog wordt en zieh van de bloten afscheidt, en de laatste daardoor beschadigd worden; dat daarentegen de wol, afkomslig van Schapen, gewasschen met het middel van den Heer A. Jorritsma te Dockum, (genaamd Doecumensis) zacht en deugdªm blijft en de bieten onbeschadigd, zoodat hij laatstgenoemd middel ten dien einde bijzonder aanbeveelt.
Dockum, den 17 December 1856.
(get.) R. von der Herberg.
Voor eenige jaren was men in het armhuis te Wierum (Friesland) zoodanig met wandgedierte geplaagd, dat het geheele huis van binnen is uitgesloopt en vernieuwd. Dit ongedierte zieh daar nu weder in legiö bevindende, kreeg ik in de maand Junij 1.1. een hezoek van een der Heeren Armvoogden, welke mij
|
||
.,
|
|||
|
|||
r
|
|||
|
|||
|
||
6
deswege om Raad vroeg. Na vier kruiken vocht ge-zonden te hebben, waarmede eene proef konde geno-men worden, deed men de proef in hat klein; deze goedgeslaagd zijnde, onlbood men op den 19 Junij nog lien kruiken. Later, daar niets meer van verne-mende, schreef ik in dato 19 December om te mögen vernemen hoe de uilslag geweest was, en untving daarop bet voigende antwoord:
JVierum, den 23 December 1856.
Mijnheer !
Deze is dienende ten antwoord op UEds. schrijven van 19 dezer. De Armvoogden van Wierum, als: Jan Klaases Hagel, Mr. Timmerman, Lukas Harmens v d. Ploeg, Mr. Schoenmaker en Remmeren Ulriks de Jong, Dijks-Opzigter der Conlributie Zeedijken van Westdongeradeel, Boekhouder bij het Armbestuur, verklaren bij dezen, flat bet medicament van UEd , hetweik wtj met wassching en smeren hebben gebruikt, van een heilzamen aard is geweest. Ja, daar wij proeven hebben gedann om van dat ongedierte (wand-luizen] te vangen en met het vocht haar nat te maken, dadelijk in elkander zijn gekrompen en dood.nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp;i
Wij hebben nog al moeite aangewend om dezelvenbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp;i
weder in het leven te krijgen, doch het was vruchte-loos, en wij moelen verklären, dat wij sedert die be-werking geen ongedierte meer hebben vernomen, zelfs in de siaansteden, toen het nog warm in den zomer was, volstrekt geen de rainste sporen daarvan ontdekt hebben.
Aan den Heernbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; UEds. Dr. en Vriend,
A. Jorritsma,nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp;(get.) R. U. deJoxg,
te Dockum.nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; Boekhouder.
In een werkje over de schürft der Schapen, over-gedrukt uit de Landbouwkundige Almanak voor het jaar 1857, schrijft de Heer F. C. Hekmeijer op pag. 15 het voigende:
In den laatsten tijd is door onzen landgenoot A. Jorritsma te Dockum, een middel tegen de schürft en
|
||
|
||
|
|||
-
|
bet ongedierte bekend gemaakt, door hem Doccumensis genaamd, en dat voor 50 Ct. de kan, (thans 60 Gt.) met iubegrip van kruik, vracht en manden, wordt afgeleverd. Wordt het ter vcrdrijving van ongedierte aangewend, dan kan bet met drie deelen warm water worden ver-mengd Hoewel de zamenslellende deelen van deze wassching tegen de schürft geheim worden gehouden door den uitvinder, weten wij dat het echter geen voor de gezondheid van het vee of voor den mensch schadelijk bestanddeel of vergift bevat, en het is daar-om, en omdat wij hier en daar van de gunstige uit-werking van dit middel tegen de schürft der schapen hebben hooren gewagen, dat wij het ten zeerste ten gebruike aanraden. Zoodanige voor de gezondheid beide van mensch en dier onschadelijke middelen moe-ten worden aangeprezen, vooral wanneer ze daaren-boven in prijs en deugdzaamheid met andere, die soms bij een onvoorzigtig gebruik nadeclig kunnen werken, zooals met het spinnat bet geval is, kunnen wedijveren.
Do ondergeteekende, Mr. A. S. Talma, Veehouder in Oostdongeradeel, wonende te Dockum, verklaart bij dezen voigaarne en in volle ruimte, ten verzoeke van zijn Stadgenoot den Heer A. Jorr;tsma, dat het zoogenaamde Doccumensis, door hem ultgevondeD en bekend gemaakt als middel ter genezing van de schürft en ter doudi7ig van het ongedierte bij Schapen, Runderen enz., sinds jaren en steeds zonder eenige faling ter dooding van ongedierte bij het Vee door hem is gebruikt, en dat hem bij ondervinding daarbij is gebleken, dat de dadelijke genezing en zuivering, ten eenenmale van zorgvuidige natmaking afhangt. Dat dit middel na eenige bckendheid bij ieder Veehouder zeer verre de voorkeur alszoodanig zal verdienen boven de vroeger ten zelfden einde aangewende middelen, als kwikzalf, rattenkruid enz., als gunstigere en meer voor-deelige gevolgen boven deze achterlatende.
Dat ook dit middel bij een minder tierend Rund als huidzuiverings-middel naar vereisch aangewend, niet zelden deszelfs betere tier en groei gedurende den
|
||
.
|
|||
|
|||
.
|
|||
|
|||
|
|||
8
sttiltijd in bet oog loopend en zeer spoetlig bevordeflijk is, eu ook tegen het voorjaar bij de eerste ontwikke-Ung der grasspruiten, als huidzulverings niiddel bij de schapen herhaald, ten duidelijksten ook alsdan derzel-ver betere tier en glans verhoogt.
Doakum,nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp;(get.) A. S. Talma,
den 16 Februarij 1857.nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp; nbsp;Veehouder.
Het Parochiaal Kathollek Armbestuur le Dockum, vcrklaart bij dezen, dat zij, in kennis gekomen zijnde dat er zieh in zekere bedstede op den zolder eener woning, bun in eigendom behoorende, Weeg- of Wand-luizen werden ontdekt, eene Commissie heeft benoemd, ten einde met den Heer A. Jokritsma alle moeite aan te wenden om dit lastige ongedierte te dooden met een door ZEd. uitgevonden middel
Dat deze Comraissie in onze Vergadering van den 13 Mei 1857, bet navolgende rapport beeft uitgebragt:
Dat zij zicb op Zaturdag den 9 Mei 11., volgens ge-maakte afspraak, ten twee nur des nademiddags beeft begeven ter plaatse voormeld, en bevonden dat de timmerman G. H. Vollmer reeds bezig was de groeven der planken af te kappen, welke vol Wandluizen za-ten en dit afkapsel op een aldaar staand vuur ver-brandde. Dat daarop order is gegeven door den Heer A. Jorritsma om uiets meer af te kappen, raaar bem alle de reeds uitgenomene planken een voor e6n te geven. De groeven dezer planken waren alien met Wandluizen, zoo kleine als groote, bezet, zoodanig zelfs dat men op enkele plaatsen geen bout meer konde zien; deze voegen zijn door ZEd. zelve met eenen kwast gedoopt in een door hem vervaardigd middel, eenmaul goed bestroken en tot hooge verwondering van alle de aan-wezenden waren de Wandluizen allen dood, zelfs zoodanig dat ze op de plaats zelve onbeweeg'lijk bleven liggen of aan de kwast bleven bangen
Nadat alle deze planken bestroken waren, beeft de timmerman het overige gedeelte der bedstede, alsmede de daarbij staande en de' daaraan grenzende schuttin-genraquo; plank voor plank weggenomen en zijn deze plan-
|
•
|
||
|
|||
|
|||
|
ken door den Heer Jorritsma op gelijke wijze en met hetzelfde goed gevolg gezuiverd; ZEd. werd slechts bijgestaan door een timmermans-jongen, welke de plan-ken vasthield, en in tegenwoordigheid van Hendrik Flüitman en deszelfs Huisvrouw.
Daarna is last gegeven om de uaden der zolder. de spanten waar de beide bedsteden gezeten hadden en al het in de nabijheid zieh bevindende houtwerk met datzelfde middei te bestrijken, om zeker te zijn dat al het ongedierte gedood was.
In aanmerking nemende, dat men hierdoor op eene zeer spoedige en onkostbare wijze konde verzekerd zijn van het ongedierte (wandluizen) bevrijd te worden, zoo heeft bovengemeld Armbestuur vermeend, hiervan een bewijs af te geven aan den Heer A. Jorritsma, opdat een ieder welke met dusdanig ongedierte ge-plaagd is, door het door ZEd. vervaardigd wordende middei (Doccumensis genaamd) kan geholpen worden.
Dockum, den 20 Mei 1857.
Het Parochiaal Katholiek Armbestuur,
(get.) J. G. H. Becker, Foorzitler. „ C. Wüst, Onder-Voorzitter. „ A. Hcbers, ? Arm-„ L. de Boer, \ meesters.
De ondergeteekende verklaart volgaarne dat boven-staand berigt geheel naar waarheid is en bovendien, dat hij op Maandag den 11 Mei de groeven der plan-ken nog eens heeft nagezien en alle de wandluizen er nog dood inzaten.
G. H. Vollmer.
De ondergeteekenden verklaren bij dezen dat boven-staanile naar waarheid en in onze tegenwoordigheid is geschied.
H. Flditman.
|
||
|
|||
|
|||
10
|
|||
|
|||
NB, De Veehouders zij aanbevolea om bij de wassching der schürft, bijzonder bij Schapen, niet alleen te leiten op die plaatsen waar zieh eene korst bevindt, maar meer bijzonder ook, of er zieh op den huid der dieren blaartjes bevinden.
De schurftmijt, van buiten aangebragt zijnde, legt hare eijcren, waaruil de jongen voorlkomen, onder den bovenhuid; hierdoor ontstaan witte blaartjes, welke later geel en vervolgens groenaehtig geel en' eindelijk tot etne korst overgaan.
Het is dus een vereisehte dat men deze blaartjes opene en daar het vocht in brenge, om zeker te zijn dat er zieh later geene schürft meer openbaart.
|
|
||
|
|||
De door schürft aangedane huid wordt, na vooraf de korst losgemaakt te hebben, met dit vocht inge-wreven.
Ter verdrijving van Ticken (Srhaapsluizen) verdünne men dit middel met even zoo veel warn water, en bevoehtigo men de huid even als met ratteiikruidwater.
Ter dooding van Luizen bij Rundvee, Paarden en Huisdicren, neme men I wee cleelen warm water en kkw deel van dit vocht en wrijve hetzelve met een baren boender goed in.
Ter verdrijving van TVeeg- of JVamfluizen bestrijke men, zonder bijmenging van eenig ander vocht, met een kwast de naden en hot hout.
De KRUIKEN zijn gemerkt met den naam van den vervaardiger
A. JORRITSMA, te DOCKUM.
|
|
||
|
|||
|
|||
|
|||
|
||
BIJ DEN UITVINDEB DEZES WOBDT TEVENS VERVAARDIGDi
ZÜIVERINGS-MIDDEL voor Boomen, Heestcrs, Knol-en
Zaadgewassen, a 50 Centen de Kruik.
OOGENSNUIF, ter oplossing bij Oogziekten en verstopping in 'thoofd, alsmede de opregte ZINKINGSNTJIF, k 20 Ct. het pakje.
Het gunstig bekende middel voor Zieke Varkens, tevens dienende ter bevordering der eetlust bij Vette Varkens.
Zuiver bereid BOTER KLEURSEL, hetwelk niet kluit, maar
zelfs met de feiste koude op de hand gewreven wordende,
dadelijk smelt j zoo eck zurver KAASKLEÜRSEL,
tevens geschikt voor beschuitbakkers.
Roode en Witte WRlJFWAS in fleschjes, voor alle soorten van Meubelen en om Pleetwerk te polijsten.
GEZUIVERDE GENEESKRACHTIGE LEVERTRAAN. VLEKKEN-WATER.
BEROOR-POEDER tegen het Wandgedierte, waardoor zelfs de Meubelen gezuiverd worden.
EAÜ DE JAVELLE (Bleekwater.)
EAU DE TOILETTE} zeker middel om de vlooijen te ver-driJTen, zijnde een aangenaam Reukwater.
Welriekende POMMADE, ter wering en verdrijving van alle onzuiverheid op het hoofd.
YLIEGEN-GIFT in fleschjes.
Papier ter wering van Meelwormen en Mijt in de kaas.
INSERT WEREND MIDDEL voor Wollen- en andere Stoffen, als Tapijten, Kleeden enz.
|
||
|
||
|
||
|
||
|
|||||
VOOHBKHOEOMIDOCL.
TEGEN DE LONGZIEKTE,
|
|
||||
B1J
|
|||||
laquo;gQ)(i6)%Silaquo;
|
|||||
|
|||||
Ais VOORBEHOEDMID0EL geve men om de 2* dagen, 's moi^ens in het nüchteren, eenJtesckje'Poe-der, en wachte dan eenigen tijd met eten of drinken te geven.
Des middags et . avonds geve men telkens de helft van het potje Poe^er, aangemengd met water of zoete melk.
Mögt de ziekte in de stal reeds uitgebroken zijn, dan geve men aan het schijnbaar gezonde Vee om de 10 dagen eene gift als boven.
Zoo er reeds een begin der Ziekte plaats heeft, geve men de aangetaste beesten drie dagen na elkaii-der telkens een fleschje en een potje Poeder, op de wijze als boven is voorgeschreven, en den Sen en 14en dag daarna nog 66nmaal van ieder Poeder op gelijke wijze.
De jonge beesten naar rato van den ouderdom, de helft of een vierde. — De Prijs van ieder Fleschje of
|
|||||
|
|||||
|
er.
|
|
|||
Potje is slechts 30quot; Cents.'
|
|||||
|
|||||
GEDRTJKT BIJ DE WED. B. SCHAAFSMA, DOKKUM.
|
|||||
|
|||||
|
|||||
|
|||||
|
||
mi
is:.
|
||
|
||
|
||
|
||
|
||