-ocr page 1-

DE HOEFSMID

JAARGANG

1926

)

rr-'

Redacteur-U'tgever: A. W. HEIDEMA, 's-Gravenhage

a---

m

i^iaUOTHEEK DGR
RWKSUNIiVERSITElT

utrecht

-ocr page 2-

A

m

-ocr page 3-
-ocr page 4-

Oquot;-
wc jf'

S-1

u ^ quot;

m0:

»

-ocr page 5-

DE HOEFSMID.

Geïllustreerd Maandblad voor hoefsmeden en anderen
die in het hoefbeslag belang stellen.

ONDER MEDEWERKING

VAN

onderscheidene deskundigen

GEREDIGEERD EN UITGEGEVEN

DOOR

A. W. HEIDEMA.

XXXIe Jaargang.

bibliotheek der,
rijksuniversiteit
UTRECHT,

's GRAVENHAGE. — A. W. HEIDEMA.

RIJKSUNIVERSITEIT UTRECHT

0851 78£

-ocr page 6- -ocr page 7-

INHOUD.

De titels, voorzien van een f, geven artikelen aan waarin een of meer
afbeeldingen of figuren zijn opgecomen, — artikelen met * zijn bijdragen onder
een afzonderlijk hoofd: de overigen zijn korte mededeeiingen.

De Romeinsche cijfers duiden het nummer der aflevering aan, de gewone
de bladzijden.

Aantallen p. in 8 Duitsche steden X 157.

Aben en Zoon. Hoefsmederij van —
t* VII 103.

Afwijkend besnijden van normale hoe-
ven III 37.

Arbeidsvoorwaarden XII 187.

Asphalt- en houtwegen. Invloed beslag
op — XI 172,
Auto en paard VII 101.

Begrooting van Oorlog 1927 X 157.

Beslag bij verbeend hoefkraakbeen 18.

Beslag Stark-Guther III 45.

Besnijden van normale hoeven. Afwij-
kend — III 37.

Bestrating in Groningen VI 93.

Brussel. Uitslag examen Mr. hoefsmid XI
173. Feestvergadering te — XII188.

Concoursen hippique in 1926 f * X 152.

Concours- en Keuringsbeslag * V 72, VI
88.

Coöperatieve smederijen IV 62.

Cursus in hoefbeslag te Appingedam
VII 109, te Axel f* VIII 117, te
Bedum f* XI 165. te Emmen VII
109, te Griipskerk Vil 109, te Win-
terswijk XI 170, te Zutphen V 77.

Cursussen in hoefbeslag in Drenthe XI
171.

Cursussen in hoefbeslag in Gelderland
■f* I 5, VI 92.

Cursus ter opleiding van onderwij-
zers : toelatingsexamen II 30, regle-
ment III 41.

I^uitsche Vereeniging van belanghebquot;
ben bij paarden XII 188.

Examen onderwijzers in practisch hoef-
beslag : toelatingsexamen II 30, XII
1B7; uitslag t n 31.

Examen Eijksdiploma hoefsmid: lijst
der geslaagden I 11, XII 188: zijn
de eischen te licht ? IV 53, V 78.

Examen voor Mr. hoefsmid te Brussel
XI 173.

Grang v/h. concourspaard f* V 72.
Geschiedenis v/h. ijzer en de ijzer-
industrie * VIII 122.
Geschillen over leveranties van ijzer
* IX 133.

Gladde ijzers * VI 90.

Hackney-show te Doncaster f* V 69.
Hoefbeslag-cursussen in Gelderland * 15.
Hoefbeslag geen bijzaak * IX 135.
Hoefbeslag. Het — in de laatste 15

jaren * II 21.
Hoefbeslag-vragen * IV 53.
Hoefkraakbeen. Beslag bij verbeend —

*nbsp;I 8.

Hoefsmederij Aben amp; Zn. te Zeist f*
VII 103; P. E. Homan te Bedum
*Iim8; H. A. Tonen te Culemborg

*nbsp;XII 184.

Hoefsmidschool te Amersfoort * III 39,

IV 61, XI 166.
Hoefsmidsvak. Misstanden in het —

*nbsp;I 2.

Hoefijzer. Nieuw soort f* 56.

Ingekomen boekwerken: XI 174; XII
190.

Ingezonden stukken : Het werk op bet
examen voor het Eijksdiploma te
Utrecht I 9 ; Werklust bij jonge hoef-
smeden 11 29; Hoefsmeden let op
III 43; Besnijden en beslag bij con-
courspaarden IV 60; Over het ge-
bruik van machinale hoefijzersVlII 124.
Inrichting wedstrijd hoefsmeden IV 62.
Invloed van den hoefsmid VIII 118.
Invloed van lange tooner en verzwaarde
ijzers op den gang van het concours-
paard t*V72.

Jaaroverzicht 1925—'26 * I 1.
Jubileum C. Mark IV 61.

-ocr page 8-

Keurings- en concoursbeslag * V 72;
VI 88.

Korte wenken VII 110; VIII 127, XII
187.

Memoriam. In — M. de Ridder III 37.

Militaire hoefsmeden. Indeeling en stand-
plaatsen * XII.

Militaire hoefsmidschool te Amersfoort.
Herdenking 40-j arig bestaan f * XI166

Misstanden in het hoefsmidsvak I 2.

Mijnwerkersstaking in Engeland* 1X136

Nieuw hoefijzer I 10; f* IV 56.

Oorlogsbegrooting 1927 X 157.

Oude Zwolsche van 1895 (Verzekering
Mij) XI 173.

Oververmoeidheid *IV 57.

Overwerk-vergunningen VII 109.

Paard en auto VII 101.

Paardentypen en concoursen hippique
1926 t* X 152.

Persoverzicht: Hoef zalven; klem hoef en
zijn behandeling; beslagvorm bij af-
gebroken hoornwand V 78; — Be-
smettingsgevaar voor paarden in hoef-
smederijen ; belastingwijziging in
Duitschland voor bedfijf en ambacht;
proeftijd voor het vervaardigen van
hoefijzers en het onderleggen daar-
van V 78; — Trekken en duwen;
de invloed van paardenarbeid op de
kosten van het landbouwbedrijf Vl 93;
— Paardenhouders toonen weinig
kennis van hoefbeslag VII 110; —
Vereeniging ter veredeling van het
ambacht; Hoefijzers uit de vroegere
middeleeuwen IX 141; — Hoefbe-
slag bij het Engelsche leger tijdens
den wereldoorlog ; Zwakke stand vóór
X 158 ; — Afvallen van hoornschoen ;
Amerikaansche staalnij verheid XI174;

Aanwending van kurk bij hoefbeslag;
Beslaan van lastige paarden volgens
Becker; IJzerprijzen XII 189.

Reglement cursus ter opleiding van
onderwijzers in practisch hoefbeslag

*nbsp;III 41,
Reserve-Hoefsmeden * XII 186.
Eijksdiploma (lijst der geslaagden) 111 ;

VII 108; (commissie) IV 140.

Staking der mijnwerkers in Engeland

*nbsp;IX 136.

Standplaatsen der militaire hoefsme-
den * XII 181.
Stuivenberg D. F. Eervolle staat van
dienst V 76; t* VI 85.

Trekken en duwen VI 93.

Verbeend hoefkraakbeen I 8.
Vereeniging van onderwijzers in prak-
tisch hoefbeslag: agenda vergadering
I 10; verslag vergadering II 17. Zie
ook VI 90, XI 171.
Vereeniging t. veredeling v. h. ambacht
IX 140.

Wedstrijd voor hoefsmeden: te Axel
IV 59, V 77 ; f* VII105 ; VIII 126 ;
te Doetinchem VII108 ; f* VIIH20;
te Enschede VI 91; te Steenbergen
IV 61, VI 93, * VIII 119 ; te Tiel
VII 108, VIII 126, t* IX 138; te
Venlo VII 107, VIII 126, f* X 149.
Wegen-vraagstuk I 10, X 172.
Wenken. Korte — VII 110, VIII 127,
XII 187.

IJzers. Invloed van verzwaarde en
lange toonen op den gang v.h. con-
courspaard f* V 72.
i IJzers. Op gladde — * VI 90.
I IJzer-industrie. Geschiedenis der —
I * VIII 122.

„BOUW VAN DEN HOEFquot;

Uitslaande gekleurde platen van den bouw van den hoef met ver-
klarende beschrijving (in boekvorm).

Zeer geschikt voor leerlingen aan cursussen in hoefbeslag.
Prijs, franco per post: f 1.—.

Verkrijgbaar bij de Administratie van „De Hoefsmidquot;, Huygensplein 5,
den Haag.

-ocr page 9-

INHOUD.

1925—1926 — Misstanden in het Hoefsmidsvak. — lloefbeslagcursussen in Uelderland II.
— Over het beslag bij quot;Verbeend hoefkraakbeen. — Ingezonden stnkken. — Korte mede-
deelingen — Advertentiën.

1925—1926.

Als we de 12 afleveringen van „De Hoefsmidquot;, die den jaargang
1925 vormen, in een bandje vereenigd zien, dan denken we onwille-
keurig aan den inhoud, — aan de onderwerpen en gebeurtenissen die
de noodige „stofquot; hebben geleverd.

Een terugblik op 1925 is eenerzijds niet heel bemoedigend, omdat
als gevolg van Duitschland's sterk verhoogd invoer-tarief een zoodanige
waardedaling der paarden is opgetreden dat de fokkerij er van wel
belangrijk zal worden ingekrompen. En aangezien de vooruitzichten in
het hoefsmidsvak in nauw verband staan met den toekomstigen paar-
denstapel vraagt de „fokkerijquot; altijd de aandacht.

Anderzijds geeft 1925 wel reden tot tevredenheid. Er is rustig voort-
gewerkt kunnen worden zonder stagnaties in den aanvoer van ijzer en
koïen, wier prijzen gaandeweg weer vrij stabiel zijn geworden. De vakop-
leiding bewoog zich verder op de ingeslagen goede wegen. Bij leeraren en
leerlingen is veel ambitie waargenomen en dan moet het in de goede
richting gaan. We hopen — ja vertrouwen — dat de artikelen in de
beide laatstverschenen afleveringen van ons vakblad, tegemoet zullen
komen aan de leemten die aan de vakopleiding in de werkplaatsen zijn
opgetreden sedert de meerdere aanwending van fabrieksijzers.

In 1925 zijn 4 wedstrijden in hoefbeslag geteld. Het voornemen bestond,
dat die wedstrijden door het Bestuur der Vereeniging van Onderwijzers
m practisch hoefbeslag zonden worden bevorderd, maar daarvan is ons
IQ 't afgeloopen seizoen niet gebleken. Het zou anders ongetwijfeld nuttig
zijn wanneer er in dezen een leidend lichaam optrad voor het verstrek-
ken van inhchtingen, het stellen van eischen en het regelen ter plaatse.
In 1925 is namelijk ervaren dat één wedstrijd (Delden) wegens gebrek aan

r I Cf:

MAANDBLAD

ADVERTENTIEN
1—10 regels (breedte 6 cM.) f
Iedere regel meer f 0.20. - Tarieven i
contracten op aanvrage verkrijgbaar

-ocr page 10-

belangstelling niet is doorgegaan en dat aan de regeling bij een ander
(Wijchen) alles ontbrak.

Inspectie-reizen langs de hoefsmeden, zooals die in 1924 in Drenthe en
tevoren in Friesland hebben plaats gevonden, zijn in 't afgeloopen jaar
niet voortgezet. Bedoelde controle is in beide genoemde provincies anders
niet tevergeefs geschied, gingen uit van de Paardenstamboeken en waar
deze de zaak schijnbaar laten rusten, rijst de vraag of het aanbeveling
verdient dat op voortzetting dier controle wordt aangedrongen. Zoo ja.
ligt dit aansporen dan ook niet op den weg der Vereeniging van Onder-
wijzers ? Het betreft een gezondmaken van de toepassing van het hoef-
beslag in het algemeen, waartoe het opzoeken en genezen van de zieke
plekken behoort.

1926 zet in met een herdenking van het 10-jarig bestaan der boven-
genoemde Vereeniging van Onderwijzers. Moge in 1926 verder van een
opgewekt vereenigingsleven kunnen worden getuigd, — van een verdere
volmaking van alles wat kan leiden tot een rationeele uitoefening van
het hoefbeslag dat in Nederland, in vergelijking met andere landen,
reeds op een hoog peil is gekomen.

* *

MISSTANDEN IN HET HOEPSMIDSVAK.

Het artikel „De werklust bij de jonge hoefsmedenquot; werkte als een
gevoeligen tik met de zweep, bij het jonge veulen.

Zij hebben, ieder in eigen omgeving — zooals dat nu eenmaal bij
vergelijkingen van vroeger en thans de gewoonte is —, al wel vaker hooren
beweren, dat oudere generaties van smeden
harder moesten werken, ook
werkzamer waren, enz. enz.

Maar nu hun zelf in het openbaar zulk een striemende zweepslag wordt
gegeven, nu schieten zij in eens vooruit.

Het in de Nov.-aflevering afgeschoten projectiel schijnt een voltreffer
geweest te zijn, in het kamp der jonge werkwilligen. Eerlijk gezegd, was
dit ook juist de bedoeling. Wanneer wij het geschut alleen gericht had-
den op het pantserfort der oude hoefsmeden, dan was de uitwerking
nihil geweest. Het grootste percentage zou een aan hen gericht artikel
doodkalm naast zich neer laten zakken. Zij lezen het even en ... .
vergeten het even zoo vlug. Zij willen liever zijn: „oude molenpaardenquot;
De huid van het oude paard is door de vele slagen dik en ongevoelig
geworden. Hun vroegere enthousiasme is allengs verdwenen. In de smidse
van den bestaansstrijd hebben roet en rook hun vroegere idealen over-
dekt. Als gore, zwarte smidsjongen hameren en stoken zij voort. Wij
hadden
Uwe hulp noodig „jonge hoefsmedenquot;, om te bereiken dat die oude
smeden zich zouden herinneren, dat ook zij eens waren
„jonge kerelsquot;.
Wij hadden Uwe hulp noodig, om die oude smeden wakker te schudden.
Daarom „tweede-jaarsleerlingen hoefsmidscursusquot;, moest de jonge smid het
ontgelden.

Heb ik U beleedigd toen ik den uitroep van een collega, onderwijzer-

-ocr page 11-

hoefsmid „Zij willen niet meer werken, die jonge kerelsquot; neerschreef, dan
vraag ik daarvoor verontschuldiging. Houd mij dan echter ten goede
dat het was in Uw eigen belang. Een begin is er, getuige het ingezonden
stuk van hoefsmid Schouten. Wij brengen hier dan ook den heer Schouten
een woord van dank voor zijn hulp

*

„Tweede-jaarsleerlingen hoefsmidscursusquot; stellen in hun ingezonden stuk
verschillende vragen, welke wij zullen trachten te beantwoorden.

't Is misschien voor velen van de oudere hoefsmeden niet erg aangenaam
te moeten hooren, dat bij controle van de smeden-patroons zou blijken
een groot percentage het diploma onwaardig te zijn. Wanneer wij het be-
treffende stuk lezen dan is dat één groote aanklacht van een groep werk-
willigen aan het adres van een deel der smeden-patroons.

Door onderlinge concurrentie, door zelfingenomenheid, door wangunst,
gemakzucht, onverschilligheid en door bekrompen inzicht is het zóóver ge-
komen, dat zij in gebreke gesteld worden door de ,,jonge kerelsquot;.

Is het niet beschamend voor de oudere smeden, dat de vraag gesteld
wordt ,,Moet dan het veulen het paard leidenquot; ?

Van nature zijn zij niet lui, willen zij wel vooruit. De jeugd kan immers
niet stilzitten. Maar, wanneer zij bemerken dat er onverschilligheid bestaat
ten opzichte van hun vooruitgang, van hun streven om het vak grondig te
leeren, of — en dit kan ook het geval zijn — wanneer zij bemerken, dat
het
alléén maar te doen is om winst te halen uit hun arbeidskracht. Kijk,
dan kweekt men zelf stelselmatig een geest van verzet. En dan die
machinale ijzers ! Waarom de winteravonden niet eens een paar uur uitge-
schakeld en gebruikt voor het maken van ijzers ? Dan zou de jonge smid
ook vorderingen kunnen maken. Maar neen, wat kan het ons schelen, zoo
wordt er helaas wel geredeneerd, wat voor een gebrekkigen gang ,,het nog
jonge veulenquot; heeft, die ook eens tot een stoeren oude zal opgroeien.
Zóó
schrijven „tweede-jaars leerlingen hoefsmidscursusquot;.

Gij kunt het daar lezen, welken indruk de onverschilligheid van de
zijde der patroons maakt, op het jonge personeel. Smeden die er zoo
over denken noemen wij
„de domheid in 't kwadraatquot;.

Gelukkig zijn er ook nog andere patroons, die een ruimere opvatting
huldigen. Wij kennen patroons, die hun knechts vrij geven om den hoef-
beslagcursus te volgen, die hun in de gelegenheid stellen de verschillende
modelijzers te maken. Ook
zij gebruiken machinale ijzers, daar deze
goedkooper zijn dan zelfgesmede en omdat in den zomer de tijd ontbreekt
handgesmede ijzers te maken. In den minder drukken tijd worden eenige
bossen machinale ijzers minder besteld en kan het jonge personeel zich
oefenen in het maken van ijzers. Nu meene men niet dat dit beslist een
financiëel nadeel moet zijn voor den patroon.

Immers, wanneer de smid een goed hoefijzer zelf kan maken, dan heeft
hij met het vervormen, richten en passen van de machinale ijzers veel
minder moeite. Dan worden op de drukke dagen in een aanmerkelijk
korteren tijd, — en bovendien beter — een grooter aantal paarden be-
slagen. Wanneer de wil er maar is, dan is er best een werkindeeling te

-ocr page 12-

maken waarbij het financieele verhes nul is en de jonge hoefsmid de

gelegenheid krijgt het vak grondig te leeren.

*

Maar, zal mij wellicht tegengeworpen worden, er zijn toch ook wel
andere oorzaken en invloeden, die den werklust bij de jonge hoef-
smeden doen verminderen.

Bijvoorbeeld: Op het platteland en in de dorpssmederijen, waar de
baas een manusje van alles en nog wat moet zijn, waar ook motoren
en auto's aan de werkplaats komen, daar zal het personeel al heel
spoedig geneigd zijn meer lust te voelen voor het moderne paard dan
in het hoefbeslag van het levende dier. 't Is ook begrijpelijk. Stuur-
wielen en magneten bezitten aantrekkingskracht voor onze jonge men-
schen. Laat hun dan even zien, dat ook däär niet alles goud is wat
er blinkt; laat hun voelen de nadeelen welke ook aan dat vak kleven.
Lukt dat niet, houdt hun dan niet tegen, want dan deugen zij voor
hoefsmid toch niet.

Of wij zullen hooren: Tegenwoordig willen zij „de meneerquot; uithangen,
lange haren, cigaretten, bioscoop.
Vroeger, — in dien goeden ouden tijd
— niets van dat alles! Ja toch! Maar neen, laten wij het niet opsommen
wat er toen
wel was. De oudjes weten het nog wel, kunnen het tenminste
weten.

Neen maar, er zijn nog veel gevaarlijker invloeden! Zeer zeker, en daar
zijn ook wij niet blind voor. Bij een deel van het jonge smidspersoneel
is de geest reeds van huis uit vergiftigd. Vooral merken wij dat op in de
steden en in de fabriekscentra. Op het platteland, waar toch het grootste
gedeelte van de jonge hoefsmeden gerecruteerd wordt uit zoons van
patroons en de landbouwbevolking, is dat lang niet in die mate het geval.
De daar aanwezige gemakzuchtige elementen vloeien voor het meerendeel
af naar de fabrieken, omdat zij daar het beloofde land denken te vinden,
hetgeen in den regel tegenvalt, althans tegenwoordig.

Men denke echter niet, dat een in de kiem vergiftigde geest genezen
wordt door onverschilligheid of lauwheid van den patroon. Het personeel
is voor den patroon, zooals de patroon voor het personeel is; en omge-
keerd. Samenwerking behoort er te zijn tusschen patroon en personeel.
Eerst dan komt er wederzijdsche waardeering, een waardeering die tevens

de verheffing van het vak ten goede komt.

*

„Tweede jaars leerlingen hoefsmidscursusquot; vragen mij —■ met het oog op
de geringe gelegenheid om ijzers te
leeren maken en de weinige mede-
werking van patroonszijde om daaraan tegemoet te komen — of daar
dan geen mouw aan te passen is.

Zeker, daar moet een mouw aan gepast worden! Om echter die mouw
goed passend te maken, is noodig „een zeer bekwame coupeur.quot;

Maar waar vinden wij deze? En wanneer deze gevonden mocht
worden, zal dan een heel leger van halfbakken kleermakers, die goed
gesneden mouw verkeerd in de jas zetten, zoodat deze nog niet past!
Zullen de smedenpatroons zoo dom zijn ?

-ocr page 13-

Neen! Dat mogen wij niet verwachten! Verschillende patroons, ■—
die tot heden niet of weinig dachten aan het
gevaar dat het hoef-
smidsvak bedreigt door den steeds breeder wordenden machinalen hoef-
ijzerstroom — zullen mede willen werken aan den dijk, welke een
doorbraak moet voorkomen. Verliezen wij niet het vertrouwen in de
toekomst dan is reeds veel gewonnen. Het is ons bekend, dat dit
actueele vraagstuk de volle aandacht heeft van de hoogere hoefbeslag-
autoriteiten.

Mijns inziens is de beste oplossing, dat er door de Vereeniging van
Onderwijzers in Practisch Hoefbeslag eene commissie benoemd wordt,
die tot taak heeft — in samenwerking met autoriteiten op hoefbeslag-
gebied en de beide Smedenpatroonsbonden — middelen te beramen om
in dezen toestand verbetering te brengen.nbsp;H. V.

HOEFBESLAGCURSUSSEN IN GELDERLAND.

II

In de vorige aflevering is, na een korte inleiding aangaande den oor-
sprong der cursussen in Gelderland, een en ander medegedeeld omtrent
den oudsten cursus, n.1. dien te Arnhem. In 1924/25 werden tevens
cursussen gehouden te Doetinchem, Borculo en Apeldoorn, alle uitgaande
van de Geldersch-Overijsselsche Maatschappij van Landbouw. Gelegenheid
voor opleiding bestond er dus wel in Gelderland. Maar blijkbaar nog
niet te veel, want dezen winter is in Winterswijk een cursus geopend,
vanwege de Smeden-combinatie te Doetinchem, met 8 leerlingen.

Doetinchem.

In Doetinchem zijn drie 2-jarige cursussen achter den rug. Het resultaat
van deze mag zeer bevredigend heeten, zooals uit de volgende cijfers
blijkt: 1918/20: Ie jaar 8 leerlingen; 2e jaar 7, allen direct te Utrecht
geslaagd ; — 1920/22 ; Ie jaar 9 leerlingen waarvan 2 bij het overgangs-
examen niet slaagden en 1 is weggebleven. De 6 van het Ie leerjaar
werden voor het tweede aangevuld met I die een diploma had van de
G.-O. Mpij.
V. Landbouw. Van deze 7 slaagden direct 6 en na 1 jaar de
zevende voor het Rijksdiploma ; — 1922/24 : Ie jaar 8 leerlingen en 1
reeds vanwege de G.-O.Mpij. v. Landbouw gediplomeerde, die direct in
Utrecht slaagde. De 8 eerstbedoelden gingen alle over naar het 2e leer-
laar en na afloop slaagden 7 van deze 8 te Utrecht en de andere na ^/g jaar.

Van de oprichting (1918) af stonden de cursussen onder leiding van
den heer A. M. Schreurs, dierenarts ter plaatse, terwijl de onderwijzer
J. A. Tangelder te Duiven het practische gedeelte verzorgde.

Voor den vierden cursus meldden zich in November 1924 18 leerlingen
aan en daarvan werd de helft toegelaten. Bij ons bezoek aan den cursus
in Maart 1925 waren er 8 leerlingen present (op ommestaande afbeelding
voorkomend), en 1 was wegens ziekte absent. — De cursus wordt gegeven
inde Ambachtsschool; 's Zaterdagsvoormiddags van 10 — 12 theorie en

-ocr page 14-

dan een langen middag practisch werken, omdat 4 uur daarvoor te kort
wordt gehouden. De op de eerste lessen gemaakte ijzers worden gebezigd
voor het beslaan van doode hoeven, doch deze laatste zijn in Doetinchem
niet zoo gemakkelijk en veelvuldig verkrijgbaar als in de groote steden.
Vandaar dat er al spoedig aan één paard wordt begonnen, later aan 2,
echter nooit meer dan aan 3. Voor dit beslag wordt den eigenaars res-
pectievelijk 1/2 of ^/g van den prijs in rekening gebracht en wanneer anders
niet voldoende paarden kunnen worden verkregen, geschiedt het kosteloos.

Elke leerling betaalt f 10 lesgeld en heeft het leerboek van Prof. Kroon

en Dr. Gallandat Huet aan te schaffen, dat ook in Doetinchem het boek
van wijlen den heer Moubis heeft vervangen.

Bij het overgangsexamen in April 1925 werden 7 leerlingen bevorderd
en is 1 afgewezen.

Borculo.

Borculo heeft nog

De cursus te Borculo heeft nog maar een korte geschiedenis. In
Januari 1924 werd de eerste opgericht onder leiding van den heer G.
van Soest, dierenarts aldaar, met den onderwijzer-hoefsmid B. H. Veld-
huis te Holten voor het geven van het practische onderricht. Er werd
met 8 leerhngen begonnen, waarvan 1 bij het overgangsexamen afviel.
Het 2e leerjaar (1924/25) ving aan met 6, wegens het wegblijven van 1. Alle
6 onderwierpen zich in het voorjaar 1925 aan het examen Poor het

-ocr page 15-

Rijksdiploma te Utrecht, met gunstig resultaat voor 5. Een goed
begin dus!

De cursus wordt gegeven in de smederij verbonden aan het R. K.
Opvoedingsgesticht, voor het doel goed geschikt, al is de indruk in alles
veel eenvoudiger dan van de veelal mooie werkplaatsen in de Ambachts-
scholen en waar steeds over een voldoend aantal vuren kan worden
beschikt. Hier moest een veldsmidse als aanvulling dienen.

In het eerste leerjaar wordt hoofdzakelijk aan levend materiaal ge-
werkt. In het 2e leerjaar worden meest doode hoeven beslagen. Echter
worden in het 2e leerjaar, mede ter verduidelijking van de theorie, af
en toe wel paarden aangevoerd met abnormale hoeven. Voor de in het
eerste leerjaar beslagen paarden wordt de helft van den beslagprijs in
rekening gebracht, — in het 2e leerjaar niets. Dit lijkt oppervlakkig
vreemd, maar wordt verklaarbaar doordat in het 2e alleen afwijkend
beslag wordt ondergelegd en de hiervoor benoodigde paarden minder
gemakkelijk verkrijgbaar zijn.

Borculo — vanouds in paardenkringen bekend om zijn Koninklijke
Stoeterij, waarvan zelfs niet meer de mooie inrij-poort is overgebleven —
viel ons op als te zijn een welvarend helder dorp. Hoe snood werd
hieraan evenwel te kort gedaan door den wervelstorm in den zomer 1925.
Moge Borculo, met de alom verleende hulp, zich weder oprichten ter
verdere geleidelijke uitbreiding! Maar moge ook de hoefbeslagcursus zich
er verder gunstig ontwikkelen.

Apeldoorn.

Na Borculo werd denzelfden dag Apeldoorn bezocht. Hier wordt reeds
15 jaar een cursus in hoefbeslag gehouden : de thans loopende cursus
is de 2e onder de tegenwoordige leeraren, de heeren H. D. Krouwel,
dierenarts (leider), en A. A. Haverkamp, onderwijzer-hoefsmid te Deventer.

De 2e cursus was aangevangen 6 Dec. 1924 met 8 leerlingen. (Bij het
toelatingsexamen was van de 13 gegadigden 1 afgewezen en vier zijn
niet verschenen). — Aan de Ambachtsschool staan 10 vuren, door gas-
motoren gedreven, en even zoovele aambeelden en schroefbanken ter
beschikking en de eerste lessen worden er in hoofdzaak besteed aan het
ijzers maken. Dat is hard noodig, verzekerde de heer Haverkamp ons,
want in Apeldoorn en omgeving worden veel machinale ijzers aan-
gewend, en missen de eandidaten veelal de gewenschte routine in het
maken van ijzers.

Hoewel er met de leerlingen van den eersten cursus wel succes was
bereikt (7 van de 8 verwierven het Rijksdiploma), was men zich bewust
dat er met de eandidaten van dezen cursus weder hard gewerkt moest
worden om eenzelfde resultaat te bereiken.

Als paardenmateriaal heeft men in Apeldoorn zoowel trek- als tuig-
jDaarden, en veel kruisingsproducten van warm- en koudbloed.

Op den cursus werden vroeger veelal stalhouderspaarden beslagen,
doch de heer Krouwel heeft bewerkt dat er thans meer boerenpaarden
komen, omdat daaraan meer te doen valt. Zoo worden er wel aan-

-ocr page 16-

geboden, die 1/2 jaar geen beslagloods hebben gezien. Er komen in het
eerste leerjaar in den regel 2 a 3 paarden aan den cursus die dan rond-
om worden beslagen, tegen vergoeding van 1/3 der geldende tarieven.
Doode hoeven zijn hier ook in overvloed verkrijgbaar.

De Ambachtsschool krijgt voor het gebruik van leslokaal, werkplaats,
kolen enz. een vergoeding van de G.-O. Mpij. v. Landbouw.

lu het leslokaal te Apeldoorn (foto genomen bij gaslicht). Staande de

teeren Krouwel (links) en Haverkamp (rechts).
*

ft *

Voor eiken cursus verstrekt de Gr.-O. Mpij. v. Landbouw een kist met
lesmateriaal (preparaten, platen e.d.) ten behoeve van het theoretisch
onderwijs. Veelal beschikken de leiders zelf ook over een collectie passende
leermiddelen, die een gewaardeerde aanvulling vormen.

OVER HET BESLAG BIJ VERBEEND HOEPKRAAKBEEN.

Ik heb een paard in beslag met verbeend hoefkraakbeen, welk paard
op straatwegen steeds kreupel liep. Eerst is geprobeerd een ijzer met
verbroeden buitentak en leeren rand; dit bracht geen verbetering. Even-
min verschillende soorten zoolbeslag. Ten slotte ben ik overgegaan tot
gewone ijzers met breeden buitentak, aan de verzeneinden ruim gepast
en, van het laatste nagelgat tot aan het takeinde, een stuk autoband
tusschen ijzer en zool. Dit laatste bleek de gevoeligheid op te heffen, —
ook bij een ander paard dat zeer gevoelig was in de strek- en buigpezen.
Beide paarden loopen nu reeds drie maanden rad.

De autoband wordt als volgt aangebracht: Men snijdt een verloopen
band midden op het loopvlak door. Er zijn dan direct twee zolen. De

-ocr page 17-

autoband wordt nu wigvormig bijgesneden, Het dunne gedeelte begint
bij den laatsten nagel en het dikke gedeelte aan het einde van het ijzer,
waardoor een stootkussen wordt gevormd voor de verzengedeelten van den
hoef. In het takeinde van het ijzer maak ik nog een nagelgat, ten einde
hierdoor de zool met een nagel goed aan het ijzer te kunnen bevestigen.

Vorenbedoeld ijzer pas ik heelemaal vast op den draagrand en maak
de verzenen gelijk met den straal, — ook voor het paard met de ge-
voelige pezen.

Utrecht, Varkenmarkt 21.nbsp;W. C. .S e h o u t e n.

INGEZONDEN STUKKEN.

Het werk op het Examen te Utrecht voor het Rijksdiploma.

Het heeft mij wel eens bevreemd dat slechts 50 % der eandidaten
slaagden, doch na in het najaar van '25 een paar dagen deel te hebben
uitgemaakt van de examen-commissie, is die bevreemding verdwenen.

In het algemeen werd te weinig kennis en ervaring in het besnijden
der hoeven getoond. De meesten lieten de hoeven te lang, anderen maakten
ze te kort, waardoor de hoef te zwak werd en soms van een leeren rand
moest worden voorzien. Sommigen maakten de hoeven scheef of werkten
slordig, zoodat de oneffenheden van zool en straal geheel over het hoofd
werden gezien.

1 Wat het ijzers maken betreft, ook dit liet dikwerf te wenschen over:
te vet of te mager geritst of niet vlak gesmeed. Meermalen werd onvol-
doende ritsen geconstateerd, zoodat de koppen der nagels niet pasten,
— toch van zoo groot belang voor het goed vastzitten der ijzers.

Bij de aanwijzing van het voor een bepaalden hoef passend te achten
beslag werden ook grove fouten gemaakt. Zoo werd o.a. bij een paard,
dat zich streek, het ijzer aan den binnentak wel versmald, doch niet
tevens bodemnauw gelegd. Bij een ander waren de takken veel te kort
gelaten, zoodat de hoornwand nog niet eens was bedekt. Ook zag ik een
ijzer waarvan de binnenrand vast op de zool lag.

Waar dergelijke opvallende fouten voorkwamen behoeft het geen betoog,
dat er velen moesten ,,zakkenquot;.

Het doel van het te berde brengen van het vorenstaande is om eener-
zij ds de onderwijzers in practisch hoefbeslag en anderzijds de leerlingen
aan te sporen om te trachten hierin verbetering te bewerken. Dit kan,
dunkt mij, in een 2-jarigen cursus worden bereikt als er voor wordt ge-
waakt dat het getal leerlingen niet te groot is, geen te jeugdige leerlingen
worden toegelaten en de onderwijzers zelf krachtig houwkling en hamer in
de hand nemen tot het geven van goede voorbeelden. Niet alleen dus
de leerlingen op gemaakte fouten wijzen, doch eerst goed voordoen.

Ik wil hiermede niet zeggen, dat men dan grootere kans krijgt op het
slagen van
alle leerlingen, maar het succes zou grooter worden en in 't
oog loopende hinderlijke fouten vermeden. Voor angstige eandidaten blijft
een examen intusschen altijd een struikelblok. Wanneer het examen langer

-ocr page 18-

duurde, dan zouden de goede eigenschappen van dergelijke op het laatst
wel naar voren treden, doch een verlengen van den examen-duur gaat
nu eenmaal uit een kosten-oogpunt niet.

Duiven.nbsp;j. Tangelder.

KORTE MEDEDEELINGEN.

- Vereeniging van Onderwijzers in Practisch Hoefbeslag in Nederland.

Algemeene Vergadering ter gelegenheid van her 10-jarig bestaan
der Vereenigmg op Zaterdag 23 Jan. 1926, des voormiddags te
11 uur, te Utrecht in 't Hotel de l'Europe.

Agenda: 11—12 uur. Vertooning van de film op hoefbeslag-
gebied in de collegezaal van Prof. Kroon, Zoötechnisch Instituut,
Biltstraat 172. — 12 — 1 uur. Gelegenheid voor de lunch. — 1—3 uur'.
Huishoudelijke vergadering in het Hotel de l'Europe. —

1. Opening. 2. Lezing der Notulen. 3. Behandeling van ingekomen
stukken. 4. Verslag afgeloopen boekjaar. 5. Verkiezing van twee be-
stuursleden. 6. Rekening en verantwoording van den Penningmeester.
7. Benoeming van een Rekening-Commissie. 8. Voorstel van het Bestuur:
Middelen te beramen — in overleg met de hoetbeslagautoriteiten en de
beide Smedenpatroonsbonden —, om het leeren maken van zelfge-
smede hoefijzers te bevorderen (Toelichting mondeling.) 9. Bespreking
over de tegemoetkoming in de reiskosten. 10. Rondvraag en sluiting!

3 uur. Aanvang van de herdenking van het 10-jarig bestaan der Ver-
eeniging 1. Opening door den Voorzitter. 2. Rede van Prof. Dr. H. M.
Kroon. „Het Hoefbeslag in de laatste jaren, een terugblik.quot; 3. Eenio-e
mededeelingen over de Militaire Hoefsmidsschool en over militair beslag,
door Dr. R. H. J. Gallandat Huet. 4. Mededeelingen door Dr. G. M.
van der Plank, over : „Ervaringen met het beslag Stark-Gutherquot; 5 uur
DINER.

De Secretaris:nbsp;De Voorzitter:

H. van Waasbergen, Oud-Beierland. M. Ritsema, Appingadam.

— Het wegen-vraagstuk. De ingenieur van Linden van den Heuvel
heeft op het Nederl. Landhuishoudkundig Congres te Deventer in 1925
verklaard: De provincie Overijssel heeft dan ook ook al een verbod van
het gebruik van zware kalkoenen moeten uitvaardigen, met het oog op
de schade aan de .wegen toegebracht.

Een nieuw lioefijzer. In een Engelsch vakblad wordt vermeld, dat
Mr. R. Prosser te Bridgend (Zuid-Wales) een nieuwe vinding heeft aan-
gekondigd, waarbij een stalen plaat als het ware een gewoon hoefijzer
zou omsluiten. Uit de gedane korte mededeehng hebben wij ons nog
geen duidelijk beeld van de vinding kunnen vormen. Er wordt bij aan-
gegeven dat die stalen plaat, die zoodanig zou zijn geconstrueerd, dat
zij tevens het uitglijden tegengaat, na versleten te zijn, door een nieuw
kan worden vervangen, zonder dat het ijzer behoeft te worden vernieuwd.

-ocr page 19-

Zoodra wij in de gelegenheid zijn een behoorlijke beschrijving der
vinding te geven, zal hieraan worden voldaan. Voorloopig zijn onze ver-
wachtingen omtrent het practisch nut der vinding niet hoog gespannen.

— Examen voor het Rijksdiploma als hoefsmid, najaar 1925. Lijst der
geslaagden: 1. K. Bekendam te Zuidwolde (Dr.), 2 W. Bos te 't Zandt,
3. J. Boersma te Zuidwolde (Dr.), 4. M. Dijkhuizen te Niekerk, 5. E. van
Diejen te Bleskensgraaf, 6. P. van Dongen te Hengelo, 7. L. Elzen te
Nieuw Beerta, 8. K. van Weenen te Veen wouden, 9. H. J. de Graaf
te Alphen (N. Br.), 10. F. de Hoop te Noordwolde (Fr.), 11. J.
Nijssen te Kedichem, 12. H. Klompsma te Nieuw Buinen, 13. J. Lalkens
te Roodeschool, 14. J. R. Meyer te Groessen, 15. C. de Ronde te
Oosterland, 16. J. Medendorp te Usquert, 17. J. Messier te Dalfsen,
18. H. Mollema te Oldehove (Gr.), 19. J. van der Molen te Groote-
gast (Gr.'gt;, 20. H. W. J. Tonen te Culemborg, 21. J. Zuidweg te
Heinkenszand, 22. J. Teenstra te Sebaldeburen, 23. J. van Wijk te
Leens, 24. C. A. Wijnands te Duiven.

advertentiën.

HOEFSTAL.

Voordeelig te koop aangeboden een complete hoefstal met rol en
ophangbroek en gedekt met mastiek dak.
Adres: GROOTE GRA.CHT 82, Maastricht.

WIST U, dat ieder Hoef-
smid die met de
„LEVOquot;
HOEFIJZERS
heeft kennis
gemaakt
ZEER TEVREDEN

is over de goede eigenschap-
pen van dit fabrikaat?
Ook onze
Winterijzers

vallen zeer in den smaak.

„LEVOquot;

HOEFIJZERS

•MACHINAAL GESMEED

zijn niet te onderscheiden
van goede handgesmede
ijzers.

HOEFIJZERFABRIEK „LEVO'»

F\ LEM amp; VOSSEN — MAASTRICHT

-ocr page 20-

Firma S. C. N. BAX

Glashaven 9, Rotterdam - Telef. 1355

Specialiteit in Artikelen voor Hoefbeslag.

Machinale hoefijzers Helpman.

Mustad- en Ster-Hoefnagels: meest uitgebreide sorteering
in
meer dan 70 maten en modellen voorradig.

Rubber-Hoefzolen: Uitsluitend van prima kwaliteit
caoutchouc vervaardigd, dus
niet van rubberafval.

a. Open en dichte luchtdrukzolen voor voor- en achterijzers
in 9 resp. 11 maten voorradig.

1). Zolen voor halve ijzers met hoog rubberkussen in 8
maten voorradig.

c. Blokzolen, straalzolen en hielstukken.

Kunsthoorn, kurkkit.

IJsnagels, kalkoenen, stiften, opruimers, hoeftangen, af-
breektangen, renetten, hoefraspen, hoefhamers, houwklingen,
lasch- of weiblad, laschpoeder, metaalzagen enz.

II

Maatsch. kapitaal

r 1.000.000-

DE OUDE ZWOLSCHE VAN 1895'

'S-GRAVENHA6E

- PIETER BOTHSTRAAT 34-38

Jaarl. Premieontvangst
/ 700.000-

belegd en reserve kapitaal / 407.676.88
d. p. linthout, qed. commissarisnbsp;w. wiumink. directeur

ALG. PAARDEN- EN VE E VE R Z E K E RIN 6

PREMIE VANAF / 1.50 PER / 100.—

GROOTSTE IN NEDERLAND

het risico van transport en
verblijf op keuring, landbouw-
tentoonstelling enz. wordt zon-
der premie verhooging gedragen

BRANDVERZEKERING VOOR LANDBOUWBEDRIJVEN

PREMIE VANAF / 1.50 PER MILLE

GEEN INLEG- EN GEEN TAXATIEKOSTEN

IVASTE PREMIËNi

-ocr page 21-

rNt/9 fW9 f\V1

Wanneer gij het beste op gebied van hoef-
beslag wenscht, gebruiict dan

Ze zijn bodemnauw, hebben schuin gestampte
gaten en een juiste verdeeling en plaatsing der
nagelgaten.

HELPMAN-HOEFIJZERS zijn niet noodeloos
zwaar; de verpakking weegt zoo goed als
niets en dus zijn ze per stuk de goedkoopste
aan de markt.

hoefnagels

hoefijzers

HELLER HOEFRASPEN
Alle artikelen voor Hoefbeslag.

B. A. LUYKX

Telefoon 46080

Amsterdam
Hekelveld 16

-ocr page 22-

N. V.

iii lérliÉÉ MiiéUA

,,HIPPOSquot;

DORDRECHT

Onze nieuwste verbeterde hoefijxers

voldoen o.a. aan de volgende practische eischen:

Zuiver rechtsche en linksche modellen,

Breede, vlakke takeinden, waarop de verzenen
geheel dragen,

Volkomen vlakke draagrand en diepe afhelling, ^

Juiste plaats en richting der nagelgaten,nbsp;©

Vorm van rits en stampnagelgaten zoodanig, ^
dat de nagelkop geheel is opgesloten.nbsp;^

Indien bij Uw handelaar niet verkrijgbaar, ^
direct van de fabriek te betrekkennbsp;©

83
88

88
83

©nbsp;-------------- I

838883a3888S83©8883838S838383838SS383a38S88888388i

©

88
83
88
83
88
88
88
83

88
©

88
83
83
88
83

©
©

8S
83

ffi
©

©

83

83
©

©

ffi
83

83
©

83

83
©

83

r.

2°.

3quot;.
4°.
5°.

88
88
88

-ocr page 23-

„OSTAquot; HOEFIJZERS

handhaven hun roem

Zij zijn en blijven:

ONOVERTROFFEN IN KWALITEIT.

BILLIJK IN PRIJS.

IN ÉÉN HITTE PASKLAAR, dus

GOEDKOOPER dan andere fabrikaten,

ONMISBAAR VOOR DEN VAKMAN.

Laat U door den .Handelaar geen andere in de hand stoppen.
Heeft Hij geen „O S T Aquot;-Hoefijzers, bestel dan rechtstreeks,

Hoelijzei- en Assenlabiiel „SI. ElOVquot;, Roosendaal (O

Binnenkort vervaardigen wij ook:
RITS- en STAMPIJZERS met
verdikte takken, en

jinbsp;„nbsp;„ verbreede buitentakken.

WATSON'S NIEUWE HOEFRASP

VAN PRIMA ENGELSCH MATERIAAL

IS DE BESTE EN DAAROM DE GOEDKOOPSTE.

Vraagt deze raspen bij üw Leverancier.

WAAR NIET VERKRIJGBAAR DIRECT VAN ONZE FABRIEK.

Prijs f 11.50 per dozijn blokmodel.
Prijs
f 10.75 per dozijn plat pnntmodel.

ö. WATSON amp; zoors VIJLENFABRIEK,

HILLEGERSBERG BIJ ROTTERDAM.

OP AANVRAGE GRATIS MONSTERS VERKRIJGBAAR.

-ocr page 24-

W. BERNET amp; Co„ AMSTERDAM

berichten, dat zij een GROOTE PARTIJ

HOEFIJZERS

Ie en 2e soort,

^ in VOORRAAD hebben, die zij wenschen OP TE RUIMEN.

LAMBERT
HOEFZOLEN

in de modellen

Lambert open pad
Frog pad

Red Philadelphia pad (rood rubber)

en de bekende
Amerikaansclie

Heller Hoefrasüen

Lambert amp; Company
Leuveiiaven 66 :: Rotterdam

„BOUW VAN DEI\I HOEFquot;

Uitslaande gekleurde platen van den bouw van den hoef met ver-
klarende beschrijving (in boekvorm).

Zeer geschikt voor leerlingen aan cursussen in hoefbeslag.
Prijs, franco per post: f 1.—.

Verkrijgbaar bij de Administratie van „De Hoefsmidquot;, Huygens-
plein 5, den Haag.

-ocr page 25-

ABONNEMENTSPRIJS
voor Nederland per jaar f 3.^
voor 't Buitenland per jaar f
4._

Redacteur-Uitgever: A. W. Heidema te 'sGravenhage, Huygensplein 5

MAANDBLAD

INHOUD.

Verslag der Jaarl, Algemeene vergadering van Rijksonderwijzers in practisch hoefbeslag.—
liet hoefbeslag in de laatste lü jaren, door Prof. Dr H. M. Kroon. — Ingezonden stukken.^
Korte mededeeiingen. — Advertentien

VERSLAG DER JAARLIJKSCHE ALGEMEENE VERGADERING VAN
RIJKSONDERWIJZERS IN PRACTISCH HOEFBESLAG,
gehouden 23 Januari 1926 in het Hotel l Europé te Utrecht.

Deze vergadering, waarin het 10-jarig bestaan mocht worden herdacht,
werd voorafgegaan door eene filmvertooning in het Instituut voor Hoefkunde
der Veeartsenijkundige Faculteit. Bedoelde film was speciaal voor dit doel
uit Duitschland, n. 1. van den Directeur der Hoefsmidschool te Dresden,
betrokken en zoo goed als geheel gewijd aan het hoefbeslag, dat heel aardig
en natuurgetrouw werd weergegeven.

Te 1 uur opende de voorzitter, de heer M. Ritsema, de vergadering,
dankte de aanwezigen (over heel Nederland verspreid woonachtig) voor de
opkomst en wenschte allen een goed jaar 1926 toe.

De notulen der vorige vergadering werden ongewijzigd vastgesteld, terwijl
onder de „ingekomen stukkenquot; bedankjes voor het lidmaatschap waren van
2 leden en bericht van de heeren Sul en Tangelder dat zij verhinderd waren
de vergadering bij te wonen.

Uit het jaarverslag over 1925, uitgebracht door den secretaris, bleek dat
het ledental 68 bedroeg met 2 leden-begunstigers en 1 donateur (de B. S.
P- N.) en dat het Bestuur 3 vergaderingen had gehouden, n. 1. in Juli, October
en December. Het gunstig luidende verslag gaf den heeren van Angeren Jr.,
Rompelman en Schieman aanleiding tot enkele opmerkingen, waarop een
bevredigende toelichting volgde.

De aftredende bestuursleden, de heeren H. Vossers en Huitink (penning-
meester) werden met resp. 30 en 20 van de uitgebrachte 33 stemmen her-
kozen. De heeren van Angeren en Koelman verwierven resp. 5 en 3 stemmen,
terwijl op de heeren Sengers, de Jong, Breukink en Rompelman elk 1 stem
werd uitgebracht en 1 blanco. Als nieuwe leden werden de 4 geslaagden van

-ocr page 26-

den jongsten cursus ingeschreven. — In de reken-commissie voor 1926 werden
benoemd de, heeren Bongaarts, Rompelman en Sengers. — De reken-
commissie over 1925 rapporteerde de kas in orde te hebben bevonden:
ontvangsten f 362,65, uitgaven f 234,08, — batig saldo derhalve f 127,77.
Den penningmeester, den heer Huitink, werd dank betuigd voor het
accurate beheer. De heer van Angeren zag gaarne voortaan geen zaalhuur
meer onder de uitgaven, omdat het meer en meer de gewoonte wordt dat de
zalen gratis voor vergaderingen worden afge.staan.

Het voorstel van het Bestuur „middelen te beramen — in overleg met de
hoefbeslag-autoriteiten en de beide Smedenpatroonsbonden — om het
leeren maken van zelfgesmede hoefijzers te bevorderenquot;, werd door den
voorzitter toegelicht en deze zegt dat het in de bedoeling ligt in een circulaire
uiteen te zetten waarom het wenschelijk is dat reeds vroeg met het maken
van hoefijzers wordt begonnen, en hiervan zooveel exemplaren aan de
cursusleiders te zenden dat ieder cursist er eene kan ontvangen. De heer
Reitsma gaf in overweging bedoelde circulaire te richten aan de Besturen
der Ambachtsscholen, waarop de voorzitter te kennen gaf, dat zulks een
3-tal jaren geleden reeds was geschied maar zonder het gewenschte resultaat.

Bij de uitvoerige verdere discussie, waaraan werd deelgenomen door de
heeren Breukink, Vossers, Schieman, Luijten, Koelman, Ossendorp en
Falkenhagen, deelde de voorzitter mede dat ten zijnent des winters zooveel
mogelijk ijzers worden gemaakt en het is vanzelf sprekend dat als men de
jongens hier vroeg bg krijgt, zij vlot en goed ijzers leeren maken. — Ten
slotte werd het Bestuursvoorstel met een flinke meerderheid aangenomen.

Bij het bepalen van de reisgeld-vergoeding stelde de heer de Jong contri-
butie-verhooging voor en de heer van Meningen wenschte procents-gewijze uit-
betaling, zoodat ieder in de vergoeding kon deelen. Beide voorstellen genoten
onvoldoende ondersteuning en werd den penningmeester opgedragen alle
reiskosten boven de f 7.50 uit te keeren.

Hierna werd de vergadering een bloemstuk aangeboden door het Bestuur
van den B. S. P. N. en kwamen ter vergadering de heeren Prof. Kroon,
Dr.
V. d. Zande (Inspecteur v/h. Landbouwonderwijs), Heidema, Dr. v. d.
Plank, Dr. Gallandat Huet, Plet, de Vries en van Angeren Sr., alsmede de
heeren Roosenschoon en Oudens, resp. voorz. en secr. v/d. B. S. P. N.

Het Bestuur bood Prof. Kroon het eere-voorzitterschap en van Angeren
het eere-lidmaatschap aan, dat door beide werd aanvaard. Prof. Kroon
hoopte met woord en daad de Vereeniging te kunnen bijstaan, waar bleek
dat zulks noodig was en de heer van Angeren uitte zich in denzelfden geest.

Bij de „rondvraagquot; wees de heer Rompelman er op dat, tegen een genomen
besluit in, het is voorgekomen dat een adspirant-onderwijzer mededong op
een wedstrijd, terwijl de heer Koelman opmerkte dat er op cursussen nog
jongens van 18 jaar, alzoo beneden den gestélden minimum-leeftijd, voor-
kwamen. Aan beide sprekers werd de toezegging gedaan dat het Bestuur in
deze waakzaam zal blijven.

Na sluiting van de algemeene vergadering ging de Vereeniging over tot

dc herdenking van haar 10-jarig bestaan,

-ocr page 27-

welke werd ingeleid met een speech van den voorzitter, waaraan het
volgende is ontleend:

Het was in het jaax 1913 dat ik — aldus de heer Hitsema__van mijn

vriend v. Waasbergen een schrijven ontving, waarin hij mij vroeg of het
niet wenschelijk was om een Vereeniging op te richten van Rijksonderwijzers
in practisch hoefbeslag, om hierdoor met elkaar in contact te kunnen blijven,
en tevens te trachten het hoefsmidsvak en de daaraan verbonden belangen
te kunnen bevorderen. Dit plan werd door mij toegejuicht. Aan de toen reeds
Gediplomeerde Onderwijzers is een schrijven gezonden met het beoogde
doel, en tevens een uitnoodiging om op Pinkstermaandag te Utrecht samen
te komen, ten einde de plannen te bespreken voor eene eventueel op te
richten Vereeniging. Een achttal beeren gaven hieraan gevolg. In principe
word tot de oprichting besloten.

Op een volgende vergadering werd een voorloopig bestuur gekozen,
bestaande uit de beeren Rolink als voorzitter, v. Waasbergen, Huitink en
Ritsema. Toen volgde echter de groote oorlog, waardoor ook het voorloopig
bestuur geheel van de wijs is gebracht. De zaak heeft althans een paar jaar
geslapen, totdat de heer Heidema in een artikel in het maandblad „De
Hoefsmidquot; er op wees, dat het nuttig zou zijn als de Onderwijzers zich
A'ereenigden.

Hierop is toen geantwoord dat er reeds 2 jaar een vereeniging bestond,
mot een voorloopig bestuur, doch zonder huishoudelijk reglement en statuten!

Het gevolg van deze opwekking is geweest dat de Onderwijzers (het getal
had zich inmiddels uitgebreid) nog eens weer werden opgeroepen, en wel
op 26 Jan. 1916. 27 Onderwijzers waren toen aanwezig, die alle toetraden
als lid. Besloten werd een huishoudelijk reglement en Statuten te ontwerpen,
en deze op een op Paaschmaandag te houden vergadering te behandelen en
na goedkeuring op de Statuten de Koninklijke goedkeuring aan te vragen.
Geheel overeenkomstig het besluit is geschied. Als Voorzitter werd gekozen
Ritsema, als Secretaris v. Waasbergen en als Penningmeester Huitink,
die tot op heden toe hunne functies hebben vervuld.

Als regel werd aangenomen om steeds onze jaarvergadering te houden
op den laatsten dag van het examen van Onderwijzer in practisch hoef-
beslag.

Laat ik u nu een oogenblik bezig houden met datgene wat de Vereeniging heeft
gedaan in de tien jaren van haar bestaan. (Iets verkort weergegeven. Red).

Het eerste en meest belangrijke wat de Vereeniging heeft gedaan, is
geweest de Regeering te verzoeken het daarheen te willen leiden, dat een
commissie in het leven wordt geroepen, die aan alle hoefsmeden een examen
afneemt tot het verkrijgen van een gelijkwaardig Rijks-Diploma als hoef-
smid. Deze commissie is reeds in 1919 ingesteld, en nog in het zelfde jaar
het eerste examen gehouden. Het valt niet te ontkennen, dat door deze
examencommissie een nieuwe phase is gekomen in de opleiding der hoef-
smeden, en deze zeer zeker zal leiden tot verheffing van dit vak.

Verder heeft de Vereeniging zich tot de Regeering gewend met het verzoek
om
het aantal lessen der hoefbeslagcursussen van 12 te brengen op 16, aange-
zien wij van oordeel waren dat minstens 16 lessen van 4 uren noodig zijn

-ocr page 28-

om behoorlijke hoefsmeden te kunnen vormen. Aan dat verzoek is ook reeds
voldaan.

Om eenige controle op de uitoefen mg van het hoefsmidsvak te verkrijgen
heeft de Vereeniging aan 70 openbare lichamen, die zich geheel of gedeeltelijk
met paardenfokkerij bemoeien, een circulaire gezonden, waarin hun werd
verzocht om meer aandacht aan het hoefbeslag te schenken dan tot dusver
het geval was geweest. Welke uitwerking deze circidaire heeft gehad, is niet
vast te stellen, aangezien we van slechts enkele antwoord hebben ontvangen
dat ze sympathiseerden met ons doel. Een hiervan, met name de Noord-
Brabantsehe Landbouwmaatschappij, verzocht ons iemand aan te wijzen
die voor hunne rekening controle zou uitoefenen op verschillende keuringen.

In 1920 was het aantal onderwijzers van dien aard dat wij oordeelden,
dat de tijd was aangebroken om bij de Regeering aan te kloppen met een
verzoek, om in de toekomst het daarheen te willen leiden, dat voortaan
aan de van Rijkswege gesubsidieerde cursussen in hoefbeslag alleen Onderwijzers
in practisch hoefbeslag
zouden worden toegelaten voor het geven van het
practisch onderricht. Wij zijn, daartoe uitgenoodigd door de Regeering,
naar Den Haag geweest, en hebben een bespreking gehad iiiet den Directeur-
Generaal van den Landbouw en den Inspecteur van het Landbouwonderwijs.
Thans is ook hieraan reeds voldaan.

Tevens werd bij deze gelegenheid het salaris der onderwijzers besproken,
dat toen nog vrij algemeen f 1.25
per lesuur was. Na toelichting onzerz^ds
kregen wij de verzekering dat ook aan deze quaestie de aandacht zou worden
geschonken. Het bedrag is later f 2.50 geworden, en thans is het f 2.25.

Onze pogingen om van Regeeringswege toezicht uit te oefenen op de cursussen
zijn niet geslaagd,
eenerzijds wegens de groote kosten, anderzijds door het
bestaan van het examen voor het Rijksdiploma. Dr. K. H. M. v. d. Zande
was van oordeel dat juist het examen de beste controle was, en dit is ontegen-
zeggelijk waar.

Om het maken van hoefijzers bij de jongere smeden te bevorderen, hadden
we gemeend goed te doen om den Directeuren der Ambachtsscholen te ver-
zoeken om aan hunne leerlingen, die opgeleid worden tot smid, in hun 3e
leerjaar eenige bedrevenheid te willen verschaffen in dat werk. Het bestuur
heeft daarvoor aan alle Ambachtsscholen een circulaire verzonden.

In 1923 kwam in Zeeland onze naam als onderwijzer in gevaar, doordat
de kring Z.-Beveland v/h.Trekpaardstamboek voornemens was een cursus op te
richten in het
?,. g.n. Belgisch hoefbeslag. Mede in verband met het voorgaande
heeft het Bestuur op eene harer jaarvergaderingen den heer de Vries
uitgenoodigd om een voordracht te houden over het beslag van het koud-
bloedpaard. Deze voordracht is voor vele onderwijzers van groot nut geweest.

Nog verdienen vermeld te worden de onderhandelingen, welke gevoerd
zijn met den heer Heidema over het voortbestaan van het maandblad
„De Hoefsmidquot;. Het gevolg van deze onderhandelingen is geweest, dat het
blad is blijven bestaan.

Verder zij herinnerd aan het schenken van medailles aan enkele tentoon-
stellingen voor de
wedstrijden in hoefbeslag. Ook zijn pogingen gedaan, in
vereeniging met het Bestuur van den Bond van Smeden-Patroons in Neder-

-ocr page 29-

land, om verbetering te krijgen in den vorm van den Mustard hoefnagel
c. s. t. e. Jammer dat de fabriek hierop niet is ingegaan

Ook werd aan onze leden door het Bestuur een concept-begrooting van een
hoef beslag-cursus
verstrekt.

Ten slotte wil ik even stilstaan bij de vraag: Heeft onze vereeniging recht
van bestaan? Lit hetgeen ik u mededeelde blijkt mijns inziens voldoende
haar bestaansrecht en tevens dat haar toekomst is verzekerd

KH. Onze vereeniging staat als bemiddelaarster tusschen de bron van
hoefkunde en het beslag, en het groote leger van hoefsmeden. Ik berequot;
n et de
nbsp;Muut voor hoefkunde aan de Veeartsenijkundige Hooi

St'inTi t quot;fl-nbsp;-- het hoofd Ze

^^nbsp;stroomt door de

S tfef T «quot;f-- de meer vertakte slagaderen (de
ge^pl. hoefsmeden), die het ten slotte aan het groote publiek brengen

latennbsp;jaarvergadering onderwerpen van technischen aard

laten behande en door autoriteiten op hoefbeslaggebied en tevens in het

wantquot; vr ïnbsp;het hoefbeslag,

S alnbsp;- -- vereeniging

Ï ßirjnbsp;^^^nbsp;hoefsmidsvak, tot heil van het pLd.

.nbsp;■nbsp;*nbsp;H. van Waasbergen.

Hierop volgde de rede van Prof Dr H M TT ^ 4. -1
mededeelingen van Dr Galland« fW \

mededeelingen door dr . d ïl an k ter' 7nbsp;^

Stark Pn t..quot;nbsp;Ji r-, ^nbsp;„Ervaringen met het beslag

,,Stark-Guther vermoedelijk in een volgende aflevering zullen verschijnenquot;

hp:t hoefbeslag in de laatste vijftien jaren

door Prof. Dr. H. M. K r o o n te Utrecht.
(Voordracht gehouden op de vergadering van de Vereeniging van Onder-
w^Jzers in practisch hoefbeslag te Utrecht op 23 Januari 1926)

vertrrirtrf,quot;quot; ^^-- het Bestuur om op deze feest-
hZoorTtenbsp;het 10-jarig bestaan Uwer vereeniging

o?r fel^ nnbsp;quot;quot;nbsp;^^^ ^ g^l-k te wenschen

op ht feest en de hoop uit te spreken dat deze vereeniging nog lang moge

Sr r fnbsp;^^^nbsp;- het'beLg'van'de o'

leiding der hoefsmeden en van het hoefbeslag in het algemLn

bestor 'quot;^f quot;quot; fnbsp;en breed de hoefkunde en het hoefbeslag

ternJhrr' ' quot;quot;nbsp;l^^^ig vallen, ik wil alleen een

vanlentTT'''nbsp;^^^ ^^ mijn overzicht aan-

nraottor^ de o ^ting van den cursus tot opleiding van onderwijzers in

rr WH t®'nbsp;^^^dere opleiding hebt ontvangen,

en die heden vijftien jaar bestaan heeft.

MlirRel voor Tslo wTT

en te Prnnin^I /Tnbsp;leersmederijen opgericht te Arnhem

en te Groningen, doch in verschillende provmciën, vooral in Gelderland

werden cursussen in hoefbeslag gehouden, waar zoowel theoretisch als

practisch onderwijs werd gegeven. Eerst waren deze cursussen kort zes a tien

-ocr page 30-

theoretische en even zooveel practische lessen; na 1900 werd het aantal
lessen grooter en over twee jaren verdeeld. De smeden bleken zeer met
deze cursussen ingenomen te zijn; de resultaten er mede bereikt waren
bevredigend. Zij stonden steeds onder leiding van een dierenarts, die ook
het theoretisch onderwijs gaf; bet practisch onderwijs werd gegeven door
smeden. Zeker mag ik hiervan noemen: de H.H. van Horsen,
van der Mheen, Kruyt, Hulsingh, S a r i n g, de Jong,
van A n g e r e n, B 1 o k k e r e. a., die opgewassen bleken tegen de
hen opgedragen taak en het practisch onderwijs uitstekend gaven. De
hoefsmeden, die van hen practisch onderwijs hebben genoten, zullen dit
gaarne erkennen.

Geleidelijk werd echter het aantal cursussen zoo groot, dat men moeite
had steeds hoefsmeden te krijgen, die dat onderwijs behoorlijk konden
geven. De ondervinding leerde, dat als do practische onderwijzer niet ten
volle voor zijn taak berekend was. de resultaten van een cursus al heel
gering waren. Er moest dus gezorgd worden dat steeds goed onderlegde
onderwijzers in practisch hoefbeslag beschikbaar waren. De Regeering, die
van den beginne af het belang van de cursussen in hoefbeslag heeft ingezien,
begreep dat hier moest worden ingegrepen. Xa verschillende beraadslagingen
werd besloten een gelegenheid te openen tot opleiding van practische onder-
wijzers, opdat men in de toekomst over goede practische
onderwijs-krachten
zou kunnen beschikken. Begin Februari 1910 werd aan de toenmalige Rijks-
Veeartsenijschool decMrsws
voor o-gt;id er wijzers in. praclisch hoefbeslag geopend,
de leiding en het theoretisch onderwijs werden aan
mij opgedragen, terwijl
met het practisch onderwijs werd belast de heer W. A. H. van Horsen,
toen onderwijzer in practisch hoefbeslag aan genoemde school. In het laatst
van 1909 werd de oproeping voor deelname aan het toelatingsexamen in
de Staatscourant geplaatst en de animo om tot onderwijzer in practisch
hoefbeslag opgeleid te worden was zoo groot, dat zich niet mmder dan
73 smeden aanmeldden, die alle 73 aan het toelatingsexamen deelnamen.
Uit alle provinciën waren deelnemers gekomen. Lang niet alle bleken hun
vak behoorlijk te verstaan; 45 van de 73 deelnemers konden geen voldoende
halen. Wij slaagden er in een zestal, door ons het meest geschikt geachte
leerlingen uit te zoeken, terwijl de heeren van Angeren en Blokker,
die reeds onderwijs aan cursussen hadden gegeven, voor het laatste gedeelte
van den cursus aan het zestal werden toegevoegd. In volgende jaren is
het aantal deelnemers aan het toelatingsexamen steeds meer dan voldoende
geweest, zelfs in de laatste oorlogsjaren toen de treinenloop beperkt was
en de reiskosten zooveel hooger werden.

In den regel waren voor de zes plaatsen meer dan 20 liefhebbers. Eerst
konden alle smeden zich voor het toelatingsexamen opgeven, later alleen
hoefsmeden in het bezit van het rijksdiploma.

Het aantal diploma's, als onderwijzer in practisch hoefbeslag uitgereikt, is
in het geheel 94. Overleden zijn sindsdien de heeren K. Ballast te
Koevorden, W. F. L e s e m a n te Stedum, H. A. Breman te Dalfsen
enC. Roodvoets te Utrecht. Ik verzoek u allen, door even op te staan,
hulde te brengen aan hunne nagedachtenis. Van de overblijvende 90 gediplo-

-ocr page 31-

meerden zijn een tiental niet meer in de practijk van liet hoefbeslag werk-
zaam.

Wat het onderwijzend personeel van den cursus betreft, werd het practisch
onderwijs, zooals ik reeds meedeelde, gegeven door den heer van Horsen,
bijgestaan door de heeren Kees van Offeren en Willem Stuy-
V e n b e r g. In het laatst van 1911 overleed de heer van Horsen, een alge-
meen bekende figuur op het gebied van hoefbeslag en hoefbeslag-onderwijs.
Na een korte waarneming door den heer Scholten van de Militaire
Hoefsmidsschool, werd de heer S. van Angeren tot opvolger van
van Horsen benoemd. Dat hij overtuigend bewezen heeft hier de rechte
man op de rechte plaats te zijn, daarvan zal ieder uwer wel overtuigd zijn.
De opvolger van v. Offeren, die overleed, werd de heer H. Vossers,
ook u allen goed bekend. Nadat de heer Vossers benoemd werd tot leeraar
aan de Ambachtsschool te Utrecht, werd tot zijn opvolger aangewezen de
heer N. B o 1 d e r, die ook nu nog assistentie verleent bij de practische
lessen. De heer Stuyvenberg is dit jaar in verband met de bezuiniging op
wachtgeld gesteld. De administratie van den cursus wordt geheel gevoerd
door den heer J. J. B o t h, die steeds zorgt, dat wat dat betreft ailes als
op rolletjes loopt.

Weinig is in den loop der jaren in den cursus veranderd, wat bewijst dat
de eerste opzet goed geweest is. Ik wees er op, dat de eisch van toelating is
gewijzigd, omdat de laatste jaren het Rijksdiploma geëischt wordt. Verder
zijn het vorig jaar examengelden ingesteld.

Het doel, met den cursus beoogd, is bereikt; in vele provinciën zijn mannen
gevormd, die in staat zijn het practisch onderwijs aan de hoefbeslag-cursussen
te geven. Het verheugt mij, dat echter velen, die zelfs niet veel kans hebben
aan een cursus geplaatst te worden, er toch prijs op stellen den cursus te
volgen en het onderwijzersdiploma te behalen; het is een bewijs, dat door
hen, die een gewonen cursus volgden en het rijksdiploma behaalden, een
voortgezet onderwijs op prijs wordt gesteld. Dat het verkrijgen van een
aantal aldus opgeleide smeden ook waarde heeft op zich zelf, is licht te
begrijpen; een aantal goed onderlegde hoefsmeden, die in verschillende deelen
van ons land de praktijk uitoefenen, moet een bij uitstek gunstigen invloed
hebben op het peil van het hoefbeslag in het algemeen. Ik meen mij niet aan
overdrijving van waardeering schuldig te maken, als ik hier met veel lof
gewaag van de animo, die bij vele hoefsmeden bestaat om hun vak zoo
goed mogelijk uit te oefenen en te verheffen. Daardoor is het mogelijk dat de
cursus voor onderwijzers nog steeds in bloei verkeert.

Ik moet nog wijzen op de commissie van toezicht, die telkens het eind-
examen mede afneemt. De heer Heidema was heden de 15de maal
in functie, de heeren De Vries en P 1 e t en het plaatsvervangend lid,
de heer Frederikse, reeds sedert enkele jaren. Met weemoed gedenken
wij de door overlijden uitgevallen leden, de heeren Dr. Schimmel,
M
O u b i s en van Lent. die allen' veel voor het hoefbeslag hebben
gedaan.nbsp;* * *

Na dit overzicht van den cursus voor opleiding van onderwijzers zij het
mij vergund mijn terugblik te werpen op verschillende zaken voor u van

-ocr page 32-

belang of nauw met den cursus samenhangend. De eerste jaren van den
cursus werd het onderwijs gegeven in de hoefsmederij, toen aan de Biltstraat
gelegen, waar nu een hulppostkantoor is gebouwd. De inrichting was geheel
verouderd, ongeschikt voor het geven van onderwys aan de studenten,
ongeschikt voor het geven van
cursus-onderwys. Gelukkig is hierin ver-
andering gekomen. Voor de oude smederij is een ruim, modern ingericht
en van alle hulpmiddelen voorzien
Instituut voor Hoefkunde in de plaats
gekomen, dat zeker tot de beste in Europa gerekend mag worden. Meer-
malen komen buitenlandsche deskundigen ons gebouw bezichtigen en steeds
vertrekken zij met den wensch dat ook in hun vaderland een dergelijke
inrichting mocht worden gesticht. Dit instituut, begin 1918 geopend, is
dan ook een belangrijke aanwinst geweest; het blijkt nog steeds uitstekend
te voldoen, zoowel voor onderwijs als onderzoek. Onderwijs in hoefkunde en
hoefbeslag wordt er gegeven aan de studenten, aan de leerlingen van den
cursus voor onderwijzers, aan leerlingen van gewone hoefbeslag-cursussen,
die hier vanwege het Utrechtsch Landbouw Genootschap onder leiding van
J)r. G. M.
V. d. Plank worden gehouden, terwijl er de examens ter
verkrijging van het rijksdiploma als hoefsmid plaats hebben.

In de afgeloopen 15 jaren zijn aan onze inrichting verschillende onder-
zoekingen en proefnemingen
verricht. De resultaten werden in den regel
meegedeeld in het „Tijdschrift voor Diergeneeskundequot; en ook in „De Hoef-
smidquot; overgenomen. Zoo verschenen publicaties over: het hoefbeslag voor
asphalt-plaveisel; over het gebruik van kurkkit, over metingen van den
hoorngroei bij verschillend hoefbeslag, over sandalen voor paarden en
runderen in Nederland en N. Oost-Indië; over vergelijkende proeven met
Engelsche veerkrachtige hoefzolen en pneumatische zolen; over het gebruik
van het neutrale hoefijzer van Stadhouder; over het weerstandsvermogen
van papieren hoefijzers; over het gebruik van insteekkalkoenen met veer;
over de geschiedenis van het hoefbeslag in verband met vele in Limburg
gevonden historische hoefijzers; over onderzoekingen betreffende de witte
lijn in den hoef; over het gebruik van twee nieuwe klemhoefijzers; over het
gebruik van leeren randen in plaats van kunsthoorn; over den groei van
primaire en secundaire hoornplaatjes; over de studie van het hoefmechanisme.
Een onderzoek naar de secundaire hoornplaatjes bij de verschillende hoef-
dieren is nog in gang. Proeven werden verder genomen met het hoefijzer
van Stark voor volhoeven, met het Belgisch balkijzer met leeren randen bij
plathoeven enz. enz. Steeds stelt het instituut zich beschikbaar voor onder-
zoekingen en proefnemingen op het gebied van hoefkunde en hoefbeslag.

Gelijktijdig met het nieuwe instituut werd gesticht het Museum voor
Hoefkunde,
waarin alles bijeengebracht wordt wat op hoefbeslaggebied
bekend is. I^en mooie historische verzameling is aangelegd en al het nieuw-
aangegevene wordt er zoo veel mogelijk aan toegevoegd. Toen de catalogus
verscheen, heb ik aan alle onderwijzers een exemplaar doen toekomen met
verzoek zooveel mogelijk te willen meewerken aan het volledig maken en
houden van de verzameling. Het verheugt mij hier te kunnen zeggen dat ik
van vele zijden steun mocht ondervinden.

Het is hier zeker ook de plaats stil te staan bij het ondenvijs aan hoef-

-ocr page 33-

smeden. Over de opleiding der militaire hoefsmeden zal ik niet spreken, daar
Dr. Gallandat Huet daaromtrent nadere mededeeiingen zal doen.

In 1910 werden op vele plaatsen cursussen gehouden en bestond te Tiel
nog de hoefsmidschool der G. O. M. van Landbouw. Over deze laatste school
kan ik kort zijn daar deze reeds einde 1912 werd opgeheven, te niet gaande aan
bloedarmoede.

Met de cursussen ging het beter. In 1910 heb ik in een publicatie „De
opleiding der hoefsmeden in Nederlandquot; een uitvoerig overzicht gegeven
van de ontwikkeling en de inrichting van het hoefbeslagonderwijs in ons
land, terwijl ik in 1916 in een artikel „De opleiding der hoefsmedenquot; uit-
voerig heb aangegeven welke wegen men verder met de opleiding had te
volgen. De cursussen vallen nog steeds zeer in den geest der smeden en met
goede cursussen is veel te bereiken, zijn in alle deelen van het land behoor-
lijke hoefsmeden op te leiden.

Door de instelling van het Rijksdiplo^na als hoefsmid in 1919 werd gezorgd
dat de cursussen op een goede hoogte moeten komen te staan. De heeren
zullen zich herinneren, dat in Juli 1922 op initiatief van Dr. van der Zande
een
bijeenkomst is gehouden van leiders en onderwijzers van cursussen in
hoefbeslag,
waar het onderwijs uitvoerig is besproken; het verhandelde is
toen samengebracht in een werkje ,,Cursussen in hoefbeslagquot;, verschenen bij
de Uitg. Mpij. C. Misset te Doetinchem. Ik ben overtuigd dat door
dergelijke maatregelen het onderwijs op hooger peil gekomen is. Het
aantal hoefsmeden, dat het rijksdiploma heeft behaald, is 876.

Het is u bekend hoe de twee smedenpatroons-bonden in overleg met do
regcering het bekende bord „Hoefsmid met rijksdiplomaquot; hebben ingevoerd
om fraude te voorkomen en de aandacht der paardenhouders op de hoef-
smeden met rijksdiploma te vestigen.

Aan de examens voor het rijksdiploma hebben eerst deelgenomen een
aantal smeden, die reeds een diploma behaald hadden en natuurlijk het
meest de goeden onder de vroeger gediplomeerden. Daardoor was het per-
centage geslaagden in de eerste jaren betrekkelijk hoog. Voor een teruggang
van het aantal geslaagden in den laatsten tijd is verder nog een reden, waarop
ik nader terug kom. Het verheugt mij er op te kunnen wijzen, dat waar de
bezuiniging veel heeft afgebroken wat nuttig en noodig was, aan het hoef-
beslagonderwijs niet is getornd. Het aantal cursussen is nog vrij groot;
de opleiding van onderwijzers in practisch hoefbeslag en het examen voor
het rijksdiploma zijn gelukkig blijven bestaan.

Het onderivijs in hoefbeslag is nvi in Nederland zeer zelfstandig en goed
geregeld.
De opleiding van dierenartsen en onderwijzers geeft goede waar-
borgen dat er voldoende keuze is voor goede leerkrachten. De cursussen zijn
behoorlijk ingericht, zoodat zij vruchten kunnen dragen. De jonge smeden
worden in de gelegenheid gesteld een behoorlijke opleiding te krijgen; het
examen geeft een waarborg dat het diploma alleen uitgereikt wordt aan
smeden met voldoende bekwaamheden, en door toepassing van het nieuwe
reglement wordt het onderwijs op goed peil gehouden. Ik mocht dus wel
zeggen, dat het jammer zou zijn als wegens bezuiniging een of andere schakel
uit deze gesloten keten moest uitvallen.

-ocr page 34-

Laat ik er ten slotte nog even op wijzen, dat vroeger op de cursussen
gebezigd werd het handboek van Majoor Moubis; dit werk was verouderd,
waarom door Dr. Gallandat Huet en mij
een nieuw werk, Hoefkunde en
Hoefbeslag,
werd bewerkt om het verouderde te vervangen.

Ik kan dus in alle opzichten wijzen op een gunstigen gang van zaken, wat
het hoefbeslag-onderwijs betreft. In de laatste 15 jaren is daarin heel wat
veranderd en verbeterd. De groote steun, dien wij daarbij van de Regeering
mochten ondervinden, dient gememoreerd te worden; een woord van dank
aan den Inspecteur van het Landbouwonderwijs is hier zeker op zijn plaats.

Ook wil ik er op wijzen dat Landbouwmaatschappij en en Smedenpatroons-
bonden, die in den regel de organisatie der cursussen op zich nemen, nog op
andere wijze de lust in de studie van het hoefbeslag trachten op te wekken
en levendig te houden. Ik heb hier vooreerst het oog op de
wedstrijden in
hoefbeslag,
die jaarlijks in verschillende plaatsen worden gehouden, verbonden
met landbouwtentoonstellingen, waar ook in den regel
prijzen voor ingezonden
hoefbeslag
worden uitgeloofd. Ik wil nog even in uwe herinnering terug-
roepen de groote wedstrijden verbonden aan de Nat. Landb. Tentoonstelling
in 1913 in den Haag, met de voorwedstrijden in verschillende provinciën,
waaraan niet minder dan 193 hoefsmeden deelnamen.

De wedstrijd voor onderwijzers in practisch hoefbeslag, toen gehouden
heeft m.i. terecht geen navolging gevonden.

Ik zou hier verder kunnen wijzen op de pogingen in Noord-Brabant om
door
controle van het hoefbeslag bij keuringen en op het streven van het
Friesche Paardenstamboek, om door een dergelijke
controle en door adviezen
aan de smeden
invloed ten goede uit te oefenen, wat ook in de provincie
Drenthe werd nagevolgd. De resultaten, daarmede door den heer Plet bereikt,
verdienen wel de aandacht.

Aan de opleiding der hoefsmeden hebben ook in belangrijke mate mee-
gewerkt het tijdschrift
„De Hoefsmidquot; onder redactie van den heer Heidema

en verder de verschillende vakbladen.

* * *

Na nu lang genoeg over de opleiding der hoefsmeden uitgeweid te hebben,
wil ik stilstaan bij een tweede in de laatste 10 jaren uiterst belangrijke aan-
gelegenheid, n.1. de
invloed van den wereldoorlog en zijn gevolgen op het hoef-
beslag.

Laat ik beginnen met een gunstigen invloed. Voor den oorlog waren
de prijzen van het hoefbeslag, ook vooral door deloyale concurrentie, zoo
laag, f 1.40, soms f 1.20, voor het volledige beslag van een paard. Dit maakte
natuurlijk, dat het hoefsmidsbedrijf niet loonend was en vooral dat geen tijd
en zorg besteed werd aan het beslag. Of men al zorgde voor goed opgeleide
smeden, de lage prijzen waren oorzaak, dat men niet de noodige zorg aan het
beslag kon besteden. Door den oorlog stegen plotseling de prijzen van kolen
en ijzer enz. en kon men de hoefbeslagprijzen zeer sterk verhoogen. Na den
oorlog is de prijs weer gedaald, doch is bijna overal gebleven boven het
niveau van 1914, wat natuurlijk de degelijke uitoefening van het hoefbeslag
ten goede kwam. Nu heeft men wel getracht de prijzen te drukken, doordat
paardenhouders in enkele streken
coöperatieve smederijen oprichtten, doch

-ocr page 35-

deze zijn in den regel weer verdwenen. Natuurlijk zijn er echter weer enkele
hoefsmeden die de prijzen veel te laag stellen. Wanneer echter de hoefsmeden,
die goed werk leveren, voet bij stuk houden, zullen ook deze de markt niet
bederven. Het op behoorlijken prijs houden van het hoefbeslag is nood-
zakelijk en zal te gemakkelijker vallen, door een tweede goede gevolg van
den oorlog, de meerdere aansluiting tusschen vakgenooten. Ook de hoef-
smeden hebben geleerd zich meer aan te sluiten. De
smedenpatroonsbonden, de
neutrale en de katholieke, zijn zeker sterk in beteekenis toegenomen en is
ook niet uwe Vereeniging in den oorlog, zij het dan ook niet als gevolg van
den oorlog, geboren ?

Verder is de oorlog aanleiding geweest tot enkele nieuwigheden in het
beslag, waarvan echter niet veel is overgebleven. Zoo meen ik dat het beslag
tegen het inballen van de sneeuw met plaatijzers niet blijvend is en is ook
het Starksche beslag, dat eerst ook bedoeld was als beslag voor gezonde
paarden, als zoodanig niet in toepassing gekomen. Hier heeft de oorlog
ons geleerd de meerdere toepassing van leeren randen, in plaats van de in den
oorlog haast niet te betalen kunsthoorn, vooral bij lage verzenen en plat-
hoeven.

Een belangrijke invloed heeft de oorlog gehad in het gebruik van machinale
ijzers.
Terwijl voor den oorlog het gebruik was tegen te houden en te be-
perken, werd in het laatst van en kort na den oorlog door de verhooging der
smidsloonen en de wettelijke beperking van den arbeidsduur, het gebruik
algemeen. Er was geen tegenhouden meer aan, al moge het gebruik van
zelfvervaardigde ijzers te verkiezen wezen. Ik behoef er hier niet over uit
te weiden, dat ik sedert dien het standpunt heb ingenomen, dat nu het
gebruik algemeen werd, gestreefd moest ^vorden naar het verkrijgen van
goede ijzers. Ik heb mij daarom, gesteund door den heer van Angeren, op
verzoek van een der grootste handelaren bezig gehouden met de verbetering.
Ik meen het in den handel brengen van betere modellen bevorderd te hebben
en er ook indirect oorzaak van te zijn geweest, dat verschillende Nederland-
sche fabrieken, door deze concurrentie daartoe aangespoord, zich meer en
meer zijn gaan inspannen om ook hunne modellen te verbeteren. Daarover
echter niet verder.

Wel moet ik nader stilstaan bij de gevolgen van het algemeen gebruik van
machinale ijzers.
Wat wij vroeger reeds vreesden is geschied; door het alge-
meen gebruik van machinale ijzers leeren de jonge smeden de vervaardiging
der hoefijzers niet naar behooren. Terwijl vroeger de smidsleerling zich
daarin in de smederij bekwaamde, kreeg men op de cursussen jonge smeden,
die al bedrevenheid hadden in het maken van hoefijzers en die men alleen
had bij te brengen hoe een in alle opzichten goed ijzer gemaakt moest worden.
Nu krijgt men jongens, die zich meestal niet geoefend hebben in het hoefijzers
maken.
Het gevolg is, dat zij het niet goed meer leeren. Een smid, die geen
goed hoefijzer maken kan, is ook niet handig in het verzetten, richten en
2)assen van ijzers en zal nog minder de ijzers kunnen vervaardigen voor
speciale doeleinden, die door de fabrieken niet in den handel gebracht zullen
worden. De invoering van de machinale ijzers zal dus leiden tot een achter-
uitgang van het hoefbeslag. Bij de examens voor het rijksdiploma begint meer

-ocr page 36-

en meer te blijken, hoe velen niet voldoende bedreven zijn in de vervaardiging
der ijzers. De slechte resultaten van het laatste examen zijn dan ook bijna
geheel te wijten aan de onbedrevenheid in het ijzers maken. Het is treurig
om te zien, hoe stumperig tal van candidaten daarin zijn.

Zeer zeker zullen we spoedig de vraag hebben te beantwoorden, hoe moet
in dit euvel voorzien worden,
hoe hunnen wij dezen achteruitgang tegenhou-
den
? Gemakkelijk is hierop het antwoord niet te geven en het zal goed zijn,
dat wij in de naaste toekomst deze kwestie eens terdege onder de oogen
zien. Men kan zeggen, laat men voor de toelating van de gewone cursussen
eischen dat de leerlingen om toegelaten te worden, voldoende bedrevenheid
moeten hebben in het maken van ijzers. Dit is theoretisch heel mooi, doch
het practisch gevolg zal zijn, dat men een groot gedeelte der jonge smeden
moet afwijzen, de cursussen niet voldoende leerlingen zullen krijgen en te
niet zullen gaan. Men zal zeggen: „dan moeten de jongens zich maar oefenen!quot;
Doch men moet niet vergeten, dat de bazen de jongens niet in de gelegenheid
stellen zich te oefenen, omdat geen ijzers meer gemaakt worden. Ook zou men
kunnen zeggen: aan de ambachtscholen moet den jongen smeden het ijzers
maken geleerd worden! Kan dit, dan is dat prachtig. Toen verleden zomer te
Hoogeveen leerlingen van de Ambachtschool door hen gemaakte ijzers hebben
ingezonden, heeft de jury dat toegejuicht en hen door toekenning van enkele
l)rijzen zooveel mogelijk aangemoedigd.

Het bezwaar is echter, dat in de enkele jaren op de ambachtscholen den
jongen smeden reeds zooveel geleerd moet worden, ook practisch, dat er
veelal niet veel tijd zal overschieten voor voldoende oefening in het maken
van hoefijzers. Vele leeraren aan ambachtscholen, die geheel buiten het
hoefbeslag staan, zullen er weinig voor voelen en er dikwijls ook zelf niet
bekwaam voor zijn. Misschien ware den onderwijzers in practisch hoefbeslag
op te dragen onderwijs te geven in het maken van hoefijzers.

Verder zal men gemakkelijk zeggen: de leerlingen moeten het leeren op de
cursussen in hoefbeslag. Ook dit is niet zoo eenvoudig. De cursussen leveren
goede resultaten in de betrekkelijk weinige lessen, omdat de leerlingen
bedrevenheid hebben in het maken van hoefijzers, als zij op den cursus
komen. Men heeft dus den leerling, die een slecht ijzer maakt, te leeren het
vervaardigen van een goed ijzer. Dit is heel iets anders dan een jongen, die
er niets van kan, te leeren een goed hoefijzer te maken. In den duur van den
cursus, zooals die nu is, kan dit onmogelijk; er blijft dan geen tijd over voor
het vele dat de jonge hoefsmid verder moet leeren; bouw en verrichtingen van
den hoef, beoordeeling van het beslag, besnijden, passen, richten, onder-
leggen, beslag bij afwijkende standen en gangen bij zieke hoeven enz. Een
veel längeren duur maakt het bezoek aan den smidsknecht moeilijk of
onmogelijk en de kosten van het onderwijs te hoog. Ook dit is niet zoo
gemakkelijk te verwezenlijken.

Ik zeide reeds: wij komen voor een moeilijkheid, die zich aan het ontwikke-
len is en wij zullen spoedig geroepen worden wijzigingen voor te stellen
opdat wij aanpassing krijgen aan den tegenwoordigen toestand. Het zal
goed zijn dat ieder daarover zijn gedachten eens laat gaan.

Ten slotte wil ik nog een omstandigheid aanroeren, die zeker ook van

-ocr page 37-

grooten invloed zal zijn op het hoefbeslag. Het is vooral sedert de beëindiging
van den oorlog duidelijk waar te nemen dat de
mechanische tractie, de motor-
wagens, zoowel personenauto's als lastauto's op vele plaatsen de paarden
verdringen. Het duidelijkst is dit in de groote steden, waar we in de centra
bijna geen paarden meer zien. Zelfs loopen zij daar het snellere autovervoer
in den weg, vernielen met hun scherpe kalkoenen het asphalt- en ander
kostbaar plaveisel, zoodat wel overwogen wordt in de drukste straten het
gebruik van het paard te verbieden. Wat wij eerst zagen in de grootste
steden, trad ook op in de kleinere, de luxe-paarden verdwenen, de meeste
stalhouderijen werden opgeheven en de sleeperijen ingekrompen. De smeden
in de steden hebben minder dan vroeger met het hoefbeslag te doen. Voor het
klein vervoer blijven er echter nog wel paarden, zoodat daar een sterkere
achteruitgang dan tot nu toe wel niet meer te vreezen is.

üp het platteland staan de zaken anders. Vooreerst is hier de vraag: Hoe
zal het met de paardenfokkerij gaan
? Door de mindere vraag naar luxepaarden
zal de fokkerij van tuigpaarden achteruitgaan. Ook vrees ik, dat de teelt
van het zware paard zal moeten worden ingekrompen. Als Duitschland, onze
grootste afnemer, zich zelf bedruipen kan, zal het de invoerrechten verhoo-
gen., waarmee men reeds bezig is, of de grenzen sluiten, zooals het dit een
dertig jaar geleden voor het rund heeft gedaan. Als er geen export van jonge
koudbloeds meer mogelijk is, zijn de voordeelen weg. Men kan zich wel de
illusie scheppen dat Italië en Zweden en zelfs N.-Amerika, al wat wij over
hebben voor hooge prijzen zullen wegkoopen, doch dat zijn vogels in de
lucht, op zoo verren afstand, dat zij wel niet onder schot zullen komen. Zal
dan het heele hoefbeslag te niet gaan ? Zeer zeker niet. Voor den landbouw en
het klein vervoer zal het paard niet gemist kunnen worden.

Ik geloof daarom niet, dat het aantal paarden dat de smid op het platte
land te beslaan krijgt, verminderen zal. Wel zal de fokkerij verminderen,
doch al de jonge paarden die de laatste jaren op anderhalf jarigen leeftijd
over de grenzen gingen, leverden voor de hoefsmeden toch geen voordeel op.
Het komt mij voor, dat de paardenfokkerij in ons land sterk achteruit zal
gaan, maar er toch zooveel bedrijf spaarden noodig zullen zijn, dat het hoef-
beslag ten platten lande een belangrijk onderdeel van het smidsvak zal
blijven.nbsp;* * *

Hiermede heb ik dan enkele punten aangestipt uit de laatste vijftien
jaren. Ik mag niet langer uwe aandacht vragen. Andere sprekers staan reeds
gereed. Ik hoop u aangetoond te hebben dat het hoefbeslag een vak is dat
blijvend de belangstelling verdient. Moge uw aller streven, het hoefbeslag op te
voeren, tot goede resultaten leiden! '

__INGEZONDEN STUKKEN._

1)E WERKLUST BIJ DE JONGE HOEFSMEDEN.

In de November-aflevering kwam een artikel voor over bovenstaand
opschrift, waarin o.m. voorkwam „Zij willen niet meer werken die jonge
kerelsquot;. Deze uitspraak is voor, tweöerlei uitlegging vatbaar.

Ie. De oorzaak van een meerdere of mindere werklust ligt eerstens

-ocr page 38-

bii den inensch zelf en staat in nauw verband mot de mate van tevreden-
heid Rn aan die tevredenheid schijnt in de latere jaren te kort tenzijn
gedaan. Lieden van middelbaren leeftijd kunnen daaromtrent het beste
«etuigen. Mijn ervaring is dat de werklust vroeger beter was dan nu.
Dit is te verklaren uit het feit dat het levensonderhoud vroeger minder
zorg baarde dan thans. Wel zijn de inkomsten heel wat hooger dan 10
geleden maar wat baat zulks als men alles weer moet uitgeven ! Ue
wijziging heeft alleen de zorgen in het dagelijksche leven verergerd. —
Zoo heeft ook de hoefsmidspatroon wel te peinzen waar het heen moet
omdat hij te kampen heeft met:
a. druk van boven-af (belasting zegels
plakken 'ongevallen-verzekering, enz.): - h. druk van beneden: de klanten
vinden alles te duur; voorts de hoogere loonen voor de knechts bij een
verkorten werktijd. In dit laatste worden de knechts door de wetgeving
c^esteund en het verkorten van den werktijd schijnt niet bevorderlijk te
zijn geweest voor de werklust, want hoe minder men moet doen, des te
niinder men blijkbaar ook wil werken. Er zijn er die liever ondersteuning
genieten dan beneden den ,,prijsquot; te arbeiden.

Van dit standpunt bezien moet ook de werklust van de patroons vergaan

'^e De concurrentie. Coöperaties of beunhazen dwingen ook den goed
onderlegden gediplomeerden hoefsmid tot prijsdaling, tot een verlaging van
het hoefsmidsvak tot beneden die van dorpsbarbier e.a. En nu kan men
wel zeggen dat goed werk goed beloond moet worden, maar de ervaring leert
dat de meeste klanten de goedkoopste uitvoerders zoeken. Dit is ergerlijk,
maar tegen den stroom oproeien is altijd moeilijk, en dikwijls moet men
het opgeven.

Het gevolg van een en ander is dat de patroons worden aangewezen
OT) het in dienst nemen van jeugdige krachten, die geen vol salaris be
hoeven, en zich daarmede trachten te redden. Dat men dezen dan geen
model-opleiding in de werkplaats kan geven als anders hoogst gewenscht
is, spruit voort uit vorenstaande overwegingen, omdat men gehouden is ze
zoo productief mogelijk te doen werken.

Het hoefsmidsvak levert tegenwoordig eigenlijk geen bestaan meer
zoo moeten ook wel vele onderwijzers-hoefsmeden naar andere en beter
betaalde werkzaamheden uitzien, om de inkomsten op peil te houden.
Men mooe in den concurrentie-strijd zijn toevlucht nemen tot fabrieks-
ijzers en andere middelen, maar dit kunnen slechts lapmiddelen heeten.

Alle factoren, die van invloed zijn om de lust in het vak te verslappen,
werken natuurlijk door op de jongere garde.

Mijns inziens — maar ik geef mijn idee graag voor beter — zijn voor een
verdere inzinking noodig: a. de examen-eischen voor het Rijksdiplonia
vrij veel verzwaren: —
h. controle uitoefenen op de als Rijkshoefsmid
gediplomeerden: - c. het zelf snieden van hoefijzers bevorderen. —
Voor een en ander is steun van autoriteiten en Regeermg noodig. Moge

deze dan ook gegeven worden!

^nbsp;H. V. U aasbergen.

KORTE MEDEDEELINGEN.

__ Op Vrijdag 29 JaiUiari l.l. werd te Utrecht het toelatingsexamen
gehouden van den Cursus voor opleiding voor Omlerwijzers in practisch
hocïbeslag. 10 hoefsmeden namen aan dit examen deel. Door alle eandidaten
werd voldoende of meer dan voldoende werk geleverd. - Tot den cursus
in 1926 werden toegelaten de heeren: G. B. Blancke Jr. te Oud Schoonebeek
(Dr.), P. Geurs te Heukelom (Z.-H.), J. v. Heuvelen tc Vriescheloo (Gr.),
H. Huysman te Milligcn bij Garderen, Th. G. Veenhuis te Huissen (G.) en
J.
V. d. Weyenberg te Vlijmen. ^nbsp;^^'' « quot;

-ocr page 39-

ADVERTENTIËN.

WIST U, dat ieder Hoef-
smid die met de
„LEVOquot;
HOEFIJZERS
heeft kennis-
gemaakt
ZEER TEVREDEN

is over de goede eigenschap-
pen van dit fabrikaat?
Ook onze
Winterijzers
vallen zeer in den smaak.

LEVOquot;

II

HOEFIJZERS

MACHINAAL GESMEED

zijn niet te onderscheiden
van goede handgesmede
_nbsp;__nbsp;ijzers.

HOEFIJZERFABmEK „LEVOquot;

F\ LEM amp; VOSSEN - MAASTRICHT

-ocr page 40-

OSTAquot; HOEFIJZERS

handhaven hun roem.

Zij zijn eu blijven:
ONOVERTROFFEN IN KWALITEIT.

BILLIJK IN PRIJS.
IN ÉÉN HITTE PASKLAAR, das
GOEDKOOPER dau andere fabrikaten,
ONMISBAAR YOOR DEN TAKMAN.

Laat U door den Handelaar geen andere in de hand stoppen.
Heeft Hij geen „O S T Aquot;-Hoefijzers, bestel dan rechtstreeks,

Hoelijzei- en tenlaliriek „St. flflïquot;, Roosenilaal (II.B.

WATSON'S NIEUWE HOEFRASP

VAN PRIMA ENGELSCH MATERIAAL

IS DE BESTE EN DAAROM DE GOEDKOOPSTE.

Vraagt deze raspen bij Uw Leverancier.

WAAR NIET VERKRIJGBAAR DIRECT VAN ONZE FABRIEK.

Prijs f 11.50 per dozijn blokmodel.
Prijs
f 10.75 per dozijn plat pnntmodel.

G. WATSON amp; ZOON'S^VIJLENFABRIEK,

HILLEGERSBERG BIJ ROTTERDAM.

OP AANVRAGE GRATIS MONSTERS VERKRIJGBAAR.

-ocr page 41-

N?V.

iio lérliÉÉ lel|rtlri

„HIPPOSquot;

DORDRECHT

Onze nieuwste verbeterde hoefijxers

voldoen o.a. aan de volgende practische eischen:

r
20

88

83
88
83
83
83
88
88
83
83

83

88
88
88
83

88
88
88
88

83
83
88

Zuiver rechtsche en linksche modellen,

Breede, vlakke takeinden, waarop de verzenen
geheel dragen,

3°. Volkomen vlakke draagrand en diepe afhelling,

4°. Juiste plaats en richting der nagelgaten,

5°. Vorm van rits en stampnagelgaten zoodanig,
dat de nagelkop geheel is opgesloten.

Indien bij Uw handelaar niet verkrijgbaar,
direct van de fabriek te betrekken

88
83
88
83
83
83
83
83
88
88

88
©

88
©

©

83
88
83
88
88

88
88
88
88
88
83
83

©

88
©

88

88
©

88
88

iXiCCtiXtCrji

©

88
88
88

88
83
83
88

-ocr page 42-

Wanneer gij het beste op gebied van hoef-
beslag wenscht, gebruikt dan

)

J

Ze zijn bodemnauw, hebben schuin gestampte
gaten en een juiste verdeeling en plaatsing der
nagelgaten.

HELPMAN-HOEFIJZERS zijn niet noodeloos
zwaar; de verpakking weegt zoo goed als
niets en dus zijn ze
per stuk de goedkoopste
aan de markt.

HOEFNAGELS

HOEFIJZERS

HELLER HOEFRASPEN
Alle artikelen voor Hoefbeslag.

B. A. LUYKX

Telefoon 46080

Amsterdam
Hekelveld 16

-ocr page 43-

..DE OUDE ZWOLSCHE VAN 1895quot;

'S-GRAVENHAGE

- PIETER BOTHSTRAAT 34-38 -
Maatsch. Kapitaalnbsp;___nbsp;jaarl. Premieontvangst

r 1.000.000-nbsp;ƒ 700.000-

Belecd en reserve Kapitaal / 407.676.88
d. p. linthout, geo. commissarisnbsp;w. wilmink, directeur

ALG. PAARDEN- EN VEEVERZEKERING

PREMIE VANAF / 1.50 PER ƒ100.—

QROOTSTE IN NEDERLAND

het risico van transport en
verblijf op keurinq, landbouw-
tentoonstelling enz. wordt zon-
der premie verhooging gedragen

BRANDVERZEKERING VOOR LANDBOUWBEDRIJVEN

PREMIE VANAF / 1.50 PER MILLE

GEEN INLEG- EN GEEN TAXATIEKOSTEN

IVASTE PREMIËNi

Firma S. C. N. BAX

Glashaven 9, Rotterdam - Telef. 1355

Specialiteit in Artikelen voor Hoefbeslag.

Machinale hoefijzers Helpman.

Mustad- en Ster-Hoefnagels: meest uitgebreide sorteering
in
meer dan 70 maten en modellen voorradig.

Rubber-Hoefzolen: Uitsluitend van prima kwaliteit
caoutchouc vervaardigd, dus
niet van rubberafval.

a.nbsp;Open en dichte luchtdrukzolen voor voor- en achterijzers
in 9 resp. 11 maten voorradig.

b.nbsp;Zolen voor halve ijzers met hoog rubberkussen in 8
maten voorradig.

c.nbsp;Blokzolen, straalzolen en hielstukken.

Kunsthoorn, kurkkit.

IJsnagels, kalkoenen, stiften, opruimers, hoeftangen, af-
breektangen, renetten, hoefraspen, hoefhamers, liouwklingen,
lasch- of weiblad, lasclipoeder, metaalzagen enz.

-ocr page 44-

W. BERNET amp; Co., AMSTERDAM

berichten, dat zij een GROOTE PARTIJ

HOEFIJZERS

Ie en 2e soort,

in VOORRAAD hebben, die zij wenschen OP TE RUIMEN.

LAMBERT
HOEFZOLEN

in de modellen

Lambert open pad
Frog pad

Red Philadelphia pad (rood rubber)

en de bekende
Amerikaansche

r

llil

lllll
lllll
lllll

till
lllll

TftMC^jjiwi/llik.
NEwhk.NJU.S.W.

leller floefrasüen

HANDGESMEDE HOEFIJZERS

in elke hoeveelheid te leveren naar opgegeven MAAT en MODEL tegen
fabrieksprijs. Voordeelig in 't gebruik.

Aanbevelend H. WEIJERMANS, Zieke 19 en 185, Den Haag.

Lambert amp; Company
Leuvehaven 66 :: Rotterdam

-ocr page 45-

IN MEMORIAM M. DE RIDDER.

Trof het ons reeds eerder, dat de laatste jaren zoovele dierenartsen met
helder klinkende namen op het gebied van hoefbeslag door den dood werden
weggerukt, zoo ook nu werden wij opgeschrikt door het overlijdensbericht
van den heer M. de Ridder, 49 jaar oud, in leven dierenarts te Arnhem.

Zelf volbloed paardenliefhebber was hij al spoedig zeer bekend om zijne
werkzaamheid in het belang der paardenfokkerij. Hij was o. a. jurylid van
het Ned. Trekpaardenstamboek en secretaris van het Geldersch Paarden-
stamboek.

Naast zijn drukken werkkring vond hij nog gelegenheid zich te wijden
aan het hoefbeslag-onderwijs. Aan de laatste twee cursussen werd te Arnhem
het theoretisch onderwijs door den heer de Ridder gegeven.

Te Doesburg en nog den vorigen zomer op den wedstrijd in hoefbeslag te
Apeldoorn fungeerde de heer de Ridder als jurylid.

Zijne nagedachtenis blijve onder de hoefsmeden in eere.nbsp;H. V.

AFWIJKEND BESNIJDEN VAN NORMALE HOEVEN.

Het is een vaste gewoonte om tuigpaarden, die ingespannen aan wed-
strijden deelnemen, zoodanig de hoeven te besnijden dat deze lang in den
toon worden gelaten. De practijk heeft geleerd dat deze wijze van besnijden
bevorderlijk is voor het toonen van veel actie. En dit verhoogt de kans op
een prijs. Het is dus verklaarbaar dat een eigenaar van concours-tuigpaarden
den hoefsmid verzoekt, eventueel opdraagt, om den toon lang te laten.

Hoe is nu te verklaren dat deze wijze van besnijden een prikkel oplevert
voor het paard om hooger te gaan ? Hoe langer de toon wordt in verhouding
tot de verzenen des te meer zal de hoefbeenbuiger worden gespannen en
deze verhoogde spanning geeft aanleiding tot een veerkrachtiger opheffen.

MAANDBLAD

-ocr page 46-

Bij liet zware werkpaard wordt er dikwerf op aangedrongen om den toon
kort te houden en van de verzenen zoo weinig mogelijk af te nemen. Dit
heeft ten doel om de zware liehaamslast zooveel mogelijk gelijkmatig over
den hoef te verdoelen en vooral de verzenen te ontlasten en gelijktijdig te
versterken.

Dit stomper maken van den hoef brengt mede een verminderde spanning
van den hoefbeenbuiger, een minder snel opheffen van het been en tevens
een min of meer „slofiendenquot; gang.

Het afwijkend besnijden bij concourstuigpaarden en bij zware trekpaarden,
— afwijkend in tegengestelden zin, heeft derhalve nog wel een practischen
grondslag.nbsp;A. W. H.

HOEFSMEDERIJ VAN P. E. HOMAN TE BEDUM.

Wanneer wij op onze reizen hier en daar eene hoefsmederij uitkiezen
voor een korte beschrijving, dan is het voor de hand liggend dat in den
regel gerenommeerde zaken of op den voorgrond getreden personen de
aandacht trekken. Dit laatste was in 1924 met den heer Homan het
geval vanwege zijn succes op wedstrijden en zijn diplomeering als
onderwijzer-hoefsmid daarna, in het voorjaar van 1925. Voor een bezoek
aan Homan's smederij werd verlof verleend tijdens eene ontmoeting op
den wedstrijd te Apeldoorn, door H. als ambitieus toeschouwer bijge-
woond ; dit bezoek werd in Januari afgelegd.

Homan's standplaats is een zeer goede, want Bedum is een florissant
dorp in de prov. Groningen en de rijke klei-bodem wordt grootendeels
benut voor akkerbouw. H. had bovendien het voorrecht de reeds beklante
zaak van zijn vader te kunnen overnemen. Dit geschiedde in 1914.
Toen had z'n vader juist een volle 40 jaren het bedrijf geleid. Intusschen
is de smederij — zoo goed als uitsluitend hoefsmederij — door den
tegenwoordigen eigenaar geheel gemoderniseerd en aangepast aan den
nieuweren tijd, waarin vooral de aanwending van de electriciteit zoo'n
grooten ommekeer heeft bewerkt. Een mooie weg voor het huis, of
anders een harde ongeveer 12 Meter breede terreinstrook tusschen dien
weg en het Boterdiep, geven een ruime gelegenheid om de gangen der
paarden te beoordeelen.

In de smederij worden in hoofdzaak zelf vervaardigde ijzers gebruikt.
Alleen 's zomers ook fabrieksijzers. Aan de eerste wordt de voorkeur
gegeven, mede uit een kosten-oogpunt. De baas en zijn knecht Joh. v.
Wijk, die bij de laatst gehouden examens in Utrecht het diploma verwierf,
zijn namelijk in staat per uur elk 4 paar ijzers, die bij het wegen
iVs K.G. zwaar bleken, te maken. Een jongere knecht helpt daarbij
beide beurtelings met den voorhamer. Zoo mogelijk worden dagelijks
de twee laatste namiddag-uren aan het ijzers maken besteed. Homan
betuigde wel zijn tevredenheid over de gebezigde Helpman- cn Kr.-
fabrieksijzers, maar oefende toch ook kritiek uit op enkele getoonde
exemplaren, die in model en in plaatsing van de nagelgaten (te vet èf
te mager gestampt) te wenschen overlieten.

Het meest voorkomende hoefgebrek bij de boerenpaarden in Bedum

-ocr page 47-

IS wel de platvoet. Paarden, hiermede behept, worden alle meest op
breede ijzers gezet. Zijn de gevallen erg en wanneer tevens hoefbevangen-
heid is opgetreden (hetgeen nog al eens voorkomt), dan worden balkijzers
ondergelegd. Ingeval deze uiterlijk om de 6 weken vernieuwd worden,
dan levert dit beslag veelal goede resultaten op. Bij den aanvang der
landbouw werkzaamheden wordt vooral bij de jonge paarden veel last
van strijken ondervonden. Vele smeden zijn hierop onvoldoende bedacht
en werken dit euvel door verkeerd besnijden en ondoelmatig beslag in
de hand. Homan tracht hieraan bijtijds tegemoet te komen.

— Ten opzichte van Homan's loopbaan kan hier nog het volgende
worden gememoreerd : Na in Mei 1922 toegelaten te zijn tot den cursus
ter opleiding voor het Rijksdiploma te Appingedam, uitgaande van de
Afd. Appingedam van den B. S. P. N., werd op 8 Nov. 1923 te Utrecht
genoemd diploma verworven. In Januari 1924 behoorde hij — na ge-
maakt proefwerk — van de 19 eandidaten tot de 6 uitverkorenen tot het
volgen van den cursus aan de Veeartsenijkundige Hoogeschool ter op-
leiding voor onderwijzer in practisch hoefbeslag, welke cursus met goed
gevolg werd doorloopen. In dit cursusjaar 1924 nam Homan op 14 en
15 Augustus deel aan den wedstrijd in hoefbeslag te Winterswijk en won
den 2en prijs met 28 punten (de eerste prijswinner verwierf 29). Zijn
ingezonden collectie modelijzers verwierf daar ook een 2en prijs. Op 2
en 3 Sept. te Holten werden twee Ie prijzen behaald, n.1. in den wed-
strijd en met de inmiddels vergroote collectie modelijzers.

In Mei 1925 werd vanwege de Afd. Stedum van den B. S. P. N. te
Bedum een cursus geopend, waarvoor veel gegadigden waren. De 8 leer-
hngen, die volgens de Commissie van Toezicht en den onderwijzer
het beste proefwerk leverden, werden toegelaten. In Mei a.s. wordt na
afgelegd overgangsexamen het tweede gedeelte voortgezet. De heer
H. Venema, dierenarts te Bedum, is leider en tevens leeraar in de theorie
en de heer Homan geeft het practisch onderricht in zijne smederij, die
daarvoor dan tijdelijk met 2 vuren wordt versterkt.nbsp;^ ^

KORTE INHOUD VAN HET MEDEGEDEELDE OMTRENT DE
HOEFSMIDSCHOOL TE AMERSFOORT,

in de vergadering der Vereeniging van Onderwijzers in practisch
hoefbeslag, 23 Jan. '26.

Tot 1842 werd in de behoefte van hoefsmeden voor het leger voorzien
door opleiding van vrijwilligers aan de
Hoef smederij school ie 's-Gravenhage.
In dit jaar werd deze school opgeheven en de aanwezige leerlingen werden
overgeplaatst naar
Breda, waar de opleiding vérder plaats vond aan de
smederij der Koninklijke Militaire Academie aldaar. Er waren toen gemiddeld
10 tot 16 leerlingen, doch dit getal werd uitgebreid tot 20 toen in 1862 de
inrichting verplaatst werd naar
Venlo, alwaar zij administratief vereenigd
werd met de Rijschool. In Venlo bleef de school gevestigd tot 1886 toen
op 1 Nov. van dat jaar de Rij- en Hoefsmidschool naar
Amersfoort v^qvA
overgeplaatst.

-ocr page 48-

De „Eerstaanwezend Paardenartsquot; van deze inrichting is steeds belast
geweest met de leiding en de verantwoordelijkheid voor het onderwijs aan
de Hoefsmidschool, doch in 1922 kwam er een splitsing waarbij Rijschool en
Hoefsmidschool ieder op zichzelf bleven voortbestaan en waarbij de ge-
noemde paardenarts tot Directeur der Hoefsmidschool werd benoemd.

In 1886 werden voor het eerst dienstplichtigen der artillerie toegelaten
tot de opleiding; later werd dit uitgebreid tot dienstplichtigen der Cavalerie
en der Infanterie, doch deze laatste categorie bestaat niet meer, daar het niet
mogelijk is om in den huldigen korten diensttijd der Infanterie een dienst-
plichtige tot hoefsmid op te leiden. De leertijd van deze miliciens bedroeg
in den aanvang 12 maanden; later werd dit teruggebracht op 6 en momenteel
is het 9 maanden. De miliciens der Artillerie worden eerst 3 m. afgericht,
die der Cavalerie 6 m. en komen dan de 9 resteerende maanden van hun
diensttijd in opleiding voor hoefsmid.

Van 1887 af is het ook toegestaan aan burgers om onderwijs te genieten
aan de Hoefsmidschool; waren dit oorspronkelijk slechts enkele die hiervan
profiteerden, later waren het gedurende vele jaren volledige cm-sussen van
6 leerlingen die 2
X 's jaars gehouden werden gedurende 6 maanden. Thans
komen deze leerlingen niet meer, eensdeels omdat de talrijke cursussen,
over het geheele land verspreid, hieraan geen behoefte meer doet gevoelen,
anderdeels omdat het instituut van reserve-hoefsmeden is opgericht. In
begin 1923 is n.1. de gelegenheid opengesteld voor al of niet militieplichtigen
om kosteloos opgeleid te worden tot hoefsmid. Zij verbinden zich daarvoor
gedurende 5 jaren reserveplicht te vervullen en krijgen tijdens hunne op-
leiding tot hoefsmid dezelfde behandehng inzake voeding, kleeding, huis-
vesting, geneeskundige behandeling enz. als de gewone dienstplichtigen.
Zij worden echter niet militair afgericht en komen uitsluitend als leerling
op de Hoefsmidschool. Het behoeft geen betoog, dat deze wijze van dienst-
plichtvervulling voor een hoefsmid als het ware uitgezocht is en het aantal
gegadigden voor deze opleiding bewijst ook wel de appreciatie ervan. Kregen
voorheen alleen de dienstplichtige en burgerleerlingen bij het met succes
verlaten der school een diploma, thans wordt aan alle categorieën van leer-
lingen bij voldoend examen een diploma uitgereikt.

Het aantal beschikbare plaatsen als leerling bedraagt ± 50 en zijn geregeld
alle ingenomen; het aantal hoefsmeden dat aan de burgermaatschappij
wordt afgeleverd, is dan ook van belang. Zoo bedraagt dit getal voor de
eerste 25 jaren, van 1900 af, 800 en alleen in de oorlogsjaren 1915, '16, '17 en
'18 zijn 250 hoefsmeden aan het toen gemobiHseerde leger afgeleverd.

De paardenartsen, welke zich als leider van de Hoefsmidschool groote
verdiensten hebben verworven, zijn de heeren Mo u bis, Frederikse
en L a m é r i s geweest, terwijl onder hen met de practische opleiding
belast waren de heeren Kamerbeek, Larmené en Schol ten,
welke allen zeer bekwame hoefsmeden en goede instructeurs waren. Thans
is de practische leiding in handen van den opperwachtmeester Mark,
hierin bijgestaan door de hulpinstructeurs, de heeren Tetenburg,
B a a r t m a n en M e e u w s e n.

De inrichting der Hoefsmidschool heeft verscheidene malen door ver-

-ocr page 49-

bouwing en door aanbouw verandering en vergrooting ondergaan. Zij bestaat
nu uit een hoofdgebouw, de smederij en de beslagloods en een nevengebouw,
waarin de directeurskamer, het schoollokaal en een monsterkamer zijn
ondergebracht. Be smederij bevat
22 vuren, die langs de wanden zijn aan-
gebracht, terwijl in het midden de werkbanken zijn geplaatst. De geheele
inrichting is eenvoudig en degelijk, zonder luxe. De beslagloods is ruim en
doelmatig en geeft toegang tot de monsterbaan, welke van tegels is opge-
bouwd en waarnaast zich een zandbaan bevindt. Het schoollokaal, waar de
theoretische lessen worden gegeven, is zeer doelmatig en voorzien van alle
denkbare preparaten en hulpmiddelen. De werktijden der leerlingen zijn
van 7V2—12, van 1—41/2 en des Zaterdags vannbsp;uur, terwijl

2 X s weeks gedurende 2V2 uur telkens in de avonduren teekenles wordt
gegeven door een leeraar van de ambachtsschool. Deze teekenlessen bepalen
zich hoofdzakelijk tot onderwerpen het hoefbeslag rakende, doch verge-
vorderde leerlingen worden ook geoefend in het projectie-teekenen. Nog zij
de aandacht gevestigd op de gelegenheid voor het beslag op doode hoeven,
waaraan veel waarde wordt gehecht en waarvoor een groot aantal hoeven
wekelijks wordt beschikbaar gesteld. Het levende materiaal wordt ver-
strekt door de paarden der Veld-Artillerie, van de Rijschool, van het Cavalerie
Paardendepot en van enkele kleine afdeelingen rij- en trekpaarden. Ge-
middeld worden per dag ruim 15 paarden beslagen, oorspronkelijk steeds
onder toezicht; slechts tegen het einde der opleiding zelfstandig door de
leerlingen.

Nog zij vermeld dat het oorspronkelijke aantal van 20 beschikbare plaatsen
voor vrijwilligers, dus voor hen die later als hoefsmid in het leger overgaan,
teruggebracht is tot 5, welk getal zoo noodig aangevuld wordt uit dienst-
plichtige of reserve-hoefsmeden die zich daarvoor aanmelden. Deze vrij-
willigers, welke reeds examen hebben afgelegd, worden steeds beschikbaar
gesteld voor waarnemingen ten behoeve van zieke of tijdelijk buiten werk
zijnde hoefsmeden bij de korpsen.nbsp;G. H.

REGLEMENT VOOR DEN CURSUS TER OPLEIDING VAN
ONDERWIJZERS IN PRACTISCH HOEFBESLAG
TE UTRECHT.

Art. 1. Deze cursus, welke in het gebouw voor hoefkunde van het Zoö-
technisch Instituut der Rijksuniversiteit te Utrecht wordt gehouden, heeft
ten doel de opleiding van leerkrachten voor het geven van practisch onderwijs
in hoefbeslag.

Art. 2. De lessen worden gegeven één dag per week, gedurende één jaar,
en vangen aan op 1 Februari.

Art. 3. Het aantal leerlingen is ten hoogste zes. Bovendien kunnen
twee hoefsmeden, die als onderwijzer in practisch hoefbeslag reeds meer
dan aan één cursus werkzaam zijn geweest, met 1 October tot het einde
van den cursus worden toegelaten en daarna overeenkomstig artikel 4
van dit Reglement aan het eindexamen deelnemen. Indien zich tot dit doel
meer dan twee personen aanmelden, geschiedt de toelating naar anciënniteit.
-A.rt. 4. Om toegelaten te worden moet men den leeftijd van 23 jaar

-ocr page 50-

hebben bereikt en zich vóór 20 Januari met eigenhandig geschreven brief
hebben gericht tot den Hoogleeraar in Zootechniek aan de Rijksuniversiteit
te Utrecht, onder overlegging van een geboorteacte, het Rijksdiploma als
Hoefsmid (bedoeld in het Koninklijk besluit van 28 Februari 1919, No. 85,
laatstelijk gewijzigd bij Koninklijk besluit van 26 Januari 1925, No. 3) en
aanbevelingen uit vroegere werkkringen.

Art. 5. Aan alle adspiranten wordt een examen afgenomen, bestaande
in het vervaardigen van een hoefijzer en het beslaan van een of meer hoeven.
Van hen, die aan de gestelde eischen voldoen, worden de zes meest geschikten
toegelaten.

Art. 6. Er wordt onderwijs gegeven in theoretische en practische
hoefkunde.

Theoretische Hoefkunde: a. Overzicht van lichaamsbouw en
levensverrichtingen van het paard; b. Paardenkennis, vooral wat standen en
gangen betreft; c. Bouw en verrichtingen van den hoef;
d. Beslag van normale
hoeven; e. Beslag bij verschillende standen en gangen;
f. Beslag voor ver-
schillende doeleinden;
g. Beslag van ziekelijke hoeven.

Practische Hoefkunde: a. Vervaardigen van alle soorten van
hoefijzers;
b. Oefeningen in besnijden, passen en beslag op doode hoeven;
c. Beslaan van paarden met normale hoeven;
d. Beslaan van paarden met
verschillende standen en gangen; e. Beslaan van paarden voor verschillende
doeleinden; ƒ. Beslag met zolen, inlegsels en kunsthoorn;
g. Beslaan van
paarden met ziekelijke hoeven.

Art. 7. De cursus staat onder leiding van den in art. 4 genoemden
Hoogleeraar; hij geeft het theoretische onderwijs. — De practische lessen
worden gegeven door den chef-hoefsmid, bijgestaan door den hoefsmid
van het Zoo technisch Instituut, bedoeld in art. 1.

Art. 8. De lessen worden gegeven op de Vrijdagen van elke week:
9—11.30 uur practische oefening in de smederij; 1—2.30 u. theoretische
hoefkunde; 2.30—3 u. beoordeeling van hoeven, standen en gangen bij het
levende paard; 3—6 u. practische oefeningen in de smederij.

Art. 9. De vacantiën aan de Universiteit gelden ook voor den cursus.
Art. 10. Leergeld wordt niet geheven. Reis- en verblijfkosten kunnen
gedeeltelijk worden vergoed.

Art. 11. Aan het einde van den cursus in de maand Januari wordt een
examen afgenomen in theoretische en practische hoefkunde. Aan hen, die
aan de gestelde eischen voldoen, wordt een getuigschrift uitgereikt, ten
bewijze van gebleken bekwaamheid tot het geven van onderwijs in practisch
hoefbeslag aan cursussen tot opleiding van hoefsmeden.

Art. 12. Zij, die aan het examen wenschen deel te nemen, storten te
voren bij den in art. 4 genoemden Hoogleeraar een bedrag van f 10. Ingeval
van afwijzing wordt voor de eerste herhaling van het examen geen betaling
gevorderd.

Eenmaal betaalde examengelden worden niet teruggegeven, tenzij de
betrokkene door overmacht, ter beoordeeling van den Minister, verhinderd
was aan het examen deel te nemen.

De in art. 4 genoemde Hoogleeraar stort de ontvangen examengelden in

-ocr page 51-

's Rijks schatkist en doet daarvan rekening en verantwoording aan den
Minister.

Art. 13. Het examen wordt afgenomen door het onderwijzend personeel
onder toezicht van een Commissie van drie personen, daartoe door den
Minister aan te wijzen. Aan deze Commissie worden vacatiegelden en zoo
noodig vergoedingen voor reis- en verblijfkosten toegekend.

INGEZONDEN STUKKEN.

HOEFSMEDEN, LET OP !

In de 16 Febr. j. 1. te Groningen gehouden vergadering van het Hoofd-
bestuur der Groninger Maatschappij van Landbouw, deelde de heer H.
Westers, namens de commissie voor landbouwwerktuigen, mede, dat de
commissie zich voorstelt te bevorderen, dat een eenvoudig landbouwwerktuig,
dat door vele landbouwers wordt gebruikt, kan worden aangeschaft recht-
streeks van den fabrikant of importeur, om op die wijze geleidelijk te ont-
komen aan de hooge provisie, die de dorpssmeden bij levering van zulke
werktuigen genieten, zonder dat zij daarvoor iets prestoeren. De commissie
ontveinst zich geenszins de moeilijkheden, die een consequente doorvoering
van dat stelsel zal meebrengen, maar wil toch beginnen met een bescheiden
stap in deze richting.

De commissie is diligent verklaard.

*

Om op die wijze te ontkomen aan den greep van ,,den dorpssmidquot; en aan
de hooge provisie die de dorpssmeden bij levering van zulke werktuigen
genieten,
zonder dat zij daarvoor iets presteeren.

Het staat er toch duidelijk: zonder dat zij daarvoor iets prestoeren!

Dus parasieten zijn het, de dorpssmeden. Zij leven ten koste van anderen,
zij leven ten koste van die arme leden der Groninger Maatschappij van
Landbouw.

Teekent dit simpele uittreksel uit het verslag van de Groninger Landbouw-
maatschappij niet
zeer juist de mentaliteit van den Groninger boer. Ja, het
spreekt boekdoelen.

Hoefsmeden, let op!

Wij zullen het zien gebeuren — misschien gebeurt het nu reeds — dat de
knecht van den boer met een paard aan het halster en een bosje machinale
hoefijzers onder den arm, de smidse komt binnenstappen en zegt: ,,Smid!
,,0f je deze ijzers gauw onder de merrie wilt slaan. De schroef- of stiftgaten
,,moeten er bij pas gemaakt worden naar dit model; daar heeft de boer
,,10 pakken van mee gebracht uit de stad.quot;

En de dorpssmid ? Zal hij aan deze vereerende opdracht met bekwamen
spoed voldoen ?

Niet allen, maar er zullen er zijn, die het wel doen. Voor eenige jaren terug
zouden ook
zij gesputterd hebben, maar nu niet meer. Nu gunnen zij, al is
het ook niet van harte, die hooge provisie van machinale ijzers en schroef- of
insteekkalkoenen, aan de leden van de Groninger Landbouw-Maatschappij.
Zij zullen in 't vervolg tevreden zijn met het schamele arbeidsloon, dat de

-ocr page 52-

Groninger boer aan den dorpssmid wil toemeten. Hij heeft het nu geleerd —
de heeren hebben het immers besloten — dat het niet aangaat om die
hooge provisie maar zonder meer in den zak te steken. Hij heeft die machinale
ijzers en die scherpe kalkoenen toch
evenmin zelf gemaakt als de landbouw-
werktuigen; hij wil dus ook niet de verdiensten, zonder er iets voor te pres-
teeren. Hij wil niet meer zijn de parasiet die leeft ten koste van de leden
der Groninger Landbouw-Maatschappij.

Anderen echter, zij die zich hun waarde voor het vak dat zij beoefenen
bewust zijn geworden, zullen zich dat zonder meer niet laten welgevallen.

Groninger dorpssmeden, weest op uw hoede! Vandaag zijn het de land-
bouwwerktuigen, morgen is 't het hoefbeslag, waarop een aanval wordt
voorbereid.

Wanneer het hoofdbestuur van de Groninger Maatschappij van Landbouw
zulke maatregelen laat nemen, wat zult gij daar tegen inbrengen? Zult gij,
die den naam hebt van de beste smeden uit Nederland te zijn, u laten
trappen in den hoek waar de slagen vallen 1 Hoefsmeden, let op!

Wij hopen dat het bovenstaande ook onder de aandacht zal komen van
het Hoofdbestuur der Groninger Landbouw-Maatschappij.

Mochten wij bij de opstelling wat scherp geweest zijn, dan was dat eener-
zij ds om de lauwen en lakschen onder de dorpssmeden wakker te schudden
en anderzijds om te wijzen op eeri misstand dien er bestaat tusschen de
Groninger landbouwers en dorpssmeden. Jarenlang hebben eerstgenoemden
de dorpssmeden door eenzelfden bril bekeken als hun landarbeiders. Het
waren eenvoudig
werkkrachten, die nu eenmaal bij het landbouwbedrijf
behoorden.

Door onderlinge concurrentie en afgunst eir door een zekere vrees voor
den meestal rijken boer bleven zij in hun isolement. Slechts enkelen van de
smeden hadden een goed bestaan; de meesten waren arme tobbers die
niet
voldoende verdienden, in aanmerking genomen het vele en zware werk,
dat zij verrichtten. Langzamerhand — vooral in de oorlogsjaren — is daarin
verbetering gekomen.

Door organisatie en door het Nijverheidsonderwijs zijn de dorpssmeden,
evenals de landbouwers, door
hunne organisaties en het Landbouwonderwijs
op een hoogere sport gekomen. Zij hebben door een langdurige actie zich een
zeker percentage van de winst op de voor hun clientèle benoodigde land-
bouwwerktuigen weten te verzekeren.

Vroeger werd deze provisie genoten door allerlei scharrelaars die het land
overstroomden om landbouwwerktuigen te verkoopen. De smid mocht
alleen voor een karig loon de reparatie aan de vaak minderwaardige machines
verrichten. Dat hierin verandering is gekomen, is mede in het belang van de
landbouwers.

De door de dorpssmeden genoten provisie is geen weggegooid geld.
Mijns inziens zijn maatregelen als de Groninger Maatschappij van Land-
bouw zich voorstelt, niet ernstigoverwogen, en zoo wel, dan pleit dit m i. niet
voor het gezond verstand van de heeren. Hebben zij dan niet opgemerkt,
dat er bij de dorpssmeden een merkbaar streven is naar hoogere vakbekwaam-

-ocr page 53-

heid ? Deze volgen cursussen in hoefbeslag, in autogeen lasschen, in electro-
techniek, in kennis van motoren en machines, kortom, de tegenwoordige
dorpssmeden zijn menschen, die zich vele moeiten en opofferingen getroosten,
om bij eventueele bedrijfsstoornissen en voorkomende reparatie in het
moderne landbouwbedrijf klaar te staan, 't Is waar, mede in hun eigen
belang, maar toch ook in het belang van de leden van de G. M. v. Landbouw
en van den landbouw in het algemeen. Voorstellen als ingediend bij het
hoofdbestuur zijn een slag in 't gezicht van de vooruitstrevende smeden.

Of denken de landbouwers, dat de smeden met pleizier een moeilijke
reparatie zullen verrichten aan een landbouwwerktuig waarvan zij de
provisie mochten nakijken?

*

Gaarne willen wij het hoofdbestuur van de Groninger Landbouw-Maat-
schappij het volgende in overweging geven: Denkt nog eens na over Uw
besluit in de vergadering van 16 Febr. Wij vragen dit als buitenstaander en
niet als belanghebbende.

Stelt de smeden niet gelijk met de landarbeiders. Gunt hun een goed
burgerbestaan in overeenstemming met de mate van technische ontwikke-
ling die zij zich eigen moeten maken, om de landbouwers in hun moderne
landbouwbedrijf met succes te kunnen bijstaan. Bedenkt, dat één dag
bedrijfsstoornis dikwijls veel meer schade beteekent dan de provisie van
den dorpssmid.

Wij erkennen het goed recht van de landbouwers, om te trachten de
bedrijfsonkosten zoo laag mogelijk te doen zijn; laten zij dat echter niet op
een verkeerde wijze doen.

Van het Hoofdbestuur — samengesteld uit ontwikkelde personen —
mogen wij toch niet verwachten, dat zij het technische paard, „den dorps-
smidquot;,
achter hun wagen willen spannen ?

Landbouwers en dorpssmeden hebben gemeenschappelijke belangen!
Moge het bovenstaande er toe bijdragen, dat zij deze gemeenschappelijke
belangen
samen bespreken.

Utrecht.nbsp;H. Vossers.

KORTE MEDEDEELINGEN.

— Abonnementsgeld „De Hoef midquot; 1926. Tot 25 Maart a. s. bestaat
gelegenheid het abonnementsgeld over 1926, zijnde f 3, per postcheque of
postwissel in te zenden (giro-nummer 78780). Na dien datum wordt, mede
ter vereenvoudiging der administratie — over het abonnementsgeld 1926,
verhoogd met 15 ets. incassokosten, per postkwitantie gedisponeerd.

— Beslag Stark-(iuther. Dr. v. d. Plank heeft in de Januari-vergadering
der Vereeniging van onderwijzers in practisch hoefbeslag, een korte bij-
drage gegeven over de ervaringen met het beslag Stark-Guther, doch is
voornemens daarop later uitvoeriger terug te komen. Wij zullen met de
publicatie daarom ook tot later wachten.

-ocr page 54-

persoverzicht.

— De Januari-aflevering van „Der Hw/scÄmieiZquot; bevat een hoofdartikel
van Karei Meid Jr.,
ondervvijzer-hoefsmid a/d. Hoefsmidschool te Karls-
ruhe (Baden). Sehr, is gedurende den grooten oorlog eerst aan het
Westfront geweest, daarna aan het Oostfront en toenl in Russische
krijgsgevangenschap geraakt. Gedurende 6 jaren verbleef hij in Siberië
en verhaalt thans hoe het hem daar vergaan is. Aanvankelijk slecht,
later beter. Toevallig had hij hrt geluk om zijn bekwaamheid als
hoefsmid te toonen, waardoor hij tevens den goeden naam van den
Duitschen ambachtsstand in den vreemde tot steun is geworden.

— Prof. Fischer bespreekt een artikel over hoefzalven, verschenen
in „Schweizer Hufsmiedquot;, geschreven door Dr. Carnat. Van het vet
voor die zalven gebezigd geeft Sehr, de voorkeur aan dat uit de
manekam van het paard, daarna aan varkensvet, lamsvet en hondevet.

Prof. F. vermeldt ook den korten inhoud van een artikel over „De
klemhoef en zijne behandeling;quot; over welk onderwerp de dierenarts
Larieux een proefschrift samenstelde voor het verkrijgen van den graad
als doctor in de diergeneeskunde. L. zegt dat de oorzaak van den
klemhoef zoowel inwendig als uitwendig kan zetelen. De inwendige
oorzaak ligt in een ontsteking van het hoefbeen of van het straal-
been, — tot de uitwendige behoort verschrompeling van het straal-
kussen, tengevolge eener onvoldoende werkzaamheid van het hoef-
mechanisme dat in de eerste plaats dient om den schok bij het neer-
komen op den grond te breken. Het ontstaan van den klemhoef
kan ook ten deele op een erfelijken aanleg berusten.

Om het ontstaan van den klemhoef te vcorkomen, moet men tra hten
het hoefmechanisme en de elasticiteit van den geheelen hoef zooveel
mogelijk te behouden ; de straal moet zooveel mogelijk ongeschonden
blijven en telkens met den bodem in aanraking komen. — Het beslag,
bij den klemhoef te bezigrn, moet gemakkelijk zijn te vervaardigen,
te passen en t3 bevestigen. Als zoodanig wordt aanbevolen een halve-
maanvormig ijzer met een naar buiten afhellende bovenvlakte. De
hoefverpleging dient natuurlijk zeer zorgvuldig te zijn om de elasticiteit
van den hoefhoorn te verkrijgen, resp. te behouden.

—nbsp;In een Amerikaansch Blad wordt medegedeeld dat te New-York
van de 100 vrachtwagens in Juni 1925 73 door paarden werden
getrokken en dat paardentractie goedkooper blijkt te zijn dan
motortractie.

—nbsp;In Duitschland mag alleen een ambachtsman, die in het bezit
is van den meestertitel in zijn vak, een leerling hebben. Kort ge-
leden werd in Saksen iemand voor het gerecht gedaagd, omdat hij
zijn zoon als leerling in de werkplaats hield, terwijl de vader niet
beschikte over den me?st-rtitel. De rechtbank sprak den gedaagde vrij,
omdat zij in dit bijzondere geval niet bewezen achtte dat de zoon

als leerling werkzaam was.

—nbsp;Een Pruisisch dierenarts vraagt waar hij, ten behoeve van een

-ocr page 55-

paard waarvan de hoornwand in sterke mate is afgebroken, een
beslagvorm zonder nagels zou kunnen verkrijgen. Het antwoord
luidt dat die beslagvorm daarbij geen aanbeveling verdient, doch dat
het paard beslagen moet worden met kunstboom, terwijl het ijzer
hooge toon- en zijlippen moet hebben. Het afgrceien van den hoorn
kan worden bevorderd door een prikkelende zalf, in te wrijven fan
den kroonrand.

—nbsp;De Febr.-afl. van „Der Hufschmiedquot; bevat een artikel over onder-
zoekingen aangaande den invloed van het beslag op de belasting van den
hoef. Mogelijk komen we hierop nog terug.

—nbsp;De Maart-afl. van „Der Hufschmiedquot; vermeldt den uitslag der hoef-
smidsexamens voor de provincie Hannover. Hieraan namen deel van de
leersmederij Bremervörde 6, van die te Hannover 21, van die te Lünenburg
en die te Osnabrück 9. Van deze 45 eandidaten slaagden 38. Er onderwierpen
zich ook 7 personen aan het examen, die geen leersmederij hadden bezocht.
Hiervan slaagden 4, terwijl 3 zicli terugtrokken. Na 31 Maart 1927 mogen
geen smeden aan het examen deelnemen zonder vooraf een cursus aan een
leersmederij te hebben gevolgd.

II

maatsch. kapita
/ 1.000.000-

ADVERTENTIËN.

..DE OUDE ZWOLSCHE VAN 1895

'S-GRAVENHAGE

PIETER BOTHSTRAAT 34-38 -

_ Jaarl. Premieontvangst

f 700.000-

belegd en reserve kapitaal / 407.676.88
D. P. LINTHOUT.
ged. commissarisnbsp;w. WILMINK. directeur

ALG. PAARDEN- EN VEEVERZEKERING

PREMIE VANAF/1.50 PER / 100.-
GROOTSTE IN NEDERLAND

het risico van transport en
verblijf op keuring, landbouw-
tentoonstelling enz. wordt zon-
der premie verhooging gedragen

BRANDVERZEKERING VOOR LANDBOUWBEDRIJVEN

PREMIE VANAF / 1.50 PER MILLE

geen inleg- en geen taxatiekosten

IVASTE PREMIËNi

-ocr page 56-

Firma S. C. N. BAX

Glashaven 9, Rotterdam - Telef. 1355

Specialiteit in Artikelen voor Hoefbeslag.

Machinale hoefijzers Helpman.

Mustad- en Ster-Hoefnagels: meest uitgebreide sorteering
in meer dan 70 maten en modellen voorradig.

Rnbber-Hoefzolen: Uitslnitend van prima kwaliteit
caoutchouc vervaardigd, dus niet van rubberafval.

a.nbsp;Open en dichte Inehtdrnkzolen voor voor- en achterijzers
in 9 resp. 11 maten voorradig.

b.nbsp;Zolen voor halve ijzers met hoog rubberkussen in 8
maten voorradig.

c.nbsp;Blokzolen, straalzolen en hielstukken.

Kunsthoorn, kurkkit.

IJsnagels, kalkoenen, stiften, opruimers, hoeftangen, af-
breektangen, renetten, hoefraspen, hoefhamers, houwklingen,
lasch- of weiblad, laschpoeder, metaalzagen enz.

EEN GOED
MACHINAAL HOEFIJZER

moet dezelfde eigenschappen
hebben als uw eigen gesmeed
ijzer.

GEBRUIKT DAAROM:

„LEVOquot;

HOEFIJZERS

MACHINAAL GESMEED

Deze hebben de meeste over-
eenkomst met uw eigen ijzer.

HOEFIJZERFABRIEK „L E V Oquot;

F*. LEM amp; VOSSEN — MAASTRICHT

-ocr page 57-

83
©

88

83
©

83
83

83
©

83

gg Onze nieuwste verbeterde hoefijzers ^

© voldoen o.a. aan de volgende practische eischen: 83
tó gg

© r. Zuiver rechtsche en linksche modellen,nbsp;©

^ 2°, Breede, vlakke takeinden, waarop de verzenen ^

©

tK ——quot;■quot;»■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■■(■■(■■(■■{■■laaiagiinggiï ^

« ©

83 -------------- n.v. ~ ------------------------- m

©

©
©

83

91«

i

„HIPPOS

DORDRECHT

©

83
83

©
©

geheel dragen.

©
©

^ 3°. Volkomen vlakke draagrand en diepe afhelling

rw-inbsp;M nnbsp;...

©
©


©
©
©
©
©

©
©
©
©
©

Juiste plaats en richting der nagelgaten.

©

Vorm van rits en stampnagelgaten zoodanig, ^
dat de nagelkop geheel is opgesloten.nbsp;m

Indien bij Uw handelaar niet verkrijgbaar,
direct van de fabriek te betrekken

■IlSjlillSilSSïllimipgliiyM

©
©

©
©
©
©

itiitiiliitiitiitiitiitiijiiiiitiitiiiiitiitiiLiiiiliiiiiiiitii^

©©©©©©©©©©8388©©©©©©©©©©©©©©

-ocr page 58-

OSTAquot; HOEFIJZERS

handhaven hun roem.

Zij zijn en blijven:
ONOVERTKOFFEN IN KWALITEIT.

BILLIJK IN PRIJS.

IN ÉÉN HITTE PASKLAAR, dus
GOEDKOOPER dan andere fabrikaten,
ONMISBAAR VOOR DEN VAKMAN.

Laat U door den Handelaar geen andere in de hand stoppen.
Heeft Hij geen „O S T Aquot;-Hoefijzers, bestel dan rechtstreeks, ^

Hoelizet- en teÉliriek „St. fLOÏquot;, BooseÉal (0.)

WmON's NIEUWE II0EFR\SP

VAN PRIMA ENGELSCH MATERIAAL

IS DE BESTE EN DAAROM DE GOEDKOOPSTE.

Vraagt deze raspen bij Uw Leverancier.

WAAR NIET VERKRIJGBAAR DIRECT VAN ONZE FABRIEK.

Prijs f 11.50 per dozijn blokmodel.
Prijs
f 10.75 per dozijn plat puntmodel.

0. WATSON amp; ZOON'S VIJLENFABRIEK,

HILLEGERSBERG BIJ ROTTERDAM.

OP AANVRAGE GRATIS MONSTERS VERKRIJGBAAR.

V

-ocr page 59-

Wanneer gij het beste op gebied van hoef-
beslag wenscht, gebruikt dan

m

«

Ze zijn bodemnauw, hebben schuin gestampte
gaten en een juiste verdeeling en plaatsing der
nagelgaten.

HELPJVIAN-HOEFIJZERS zijn niet noodeloos
zwaar; de verpaictcing weegt zoo goed als
niets en dus zijn ze per stuk de goedkoopste
aan de markt.

HOEFIJZERS — HOEFNAGELS^

HELLER HOEFRASPEN
Alle artikelen voor Hoefbeslag.

Amsterdam
Hekelveld 16

B. A. LUYKX

Telefoon 46080

-ocr page 60-

W. BERNET amp; Co., AMSTERDAM

berichten, dat zij een GROOTE PARTIJ

HOEFIJZERS

Ie en 2e soort.

in VOORRAAD hebben, die zij wenschen OP TE RUIMEN.

LAMBERT
HOEFZOLEN

in de modellen

Lambert open pad
Frog pad'

Red Philadelphia pad (rood rubber)

en de bekende
Amerikaansche

Heller floefrasüen

iti

lllltB BMSCO I
«EnnKiijusi^'j

Company
:: Rotterdam

HANDGESMEDE HOEFIJZERS

in elke hoeveelheid te leveren naar opgegeven MAAT en MODEL tegen
J fabrieksprijs. Voordeelig in 't gebruik.

Aanbevelend H. WEiJERMANS, Zieke 19 en 185, Den Haag.

Lambert amp;
Leuvehaven 66

-ocr page 61-

Redacteur-Uitgever: A. W. H e i d e m i

INHOUD.

Ilofcfbeslagvragen. — l-.en nieuw soort hoefijzer. — Oververmoeidheid. — Landbou^i-'
tentoonstelhiig te .Vxel. — Ingezonden stukken. — Korte mededeelingen — Persoverzicht.
— Advertentiën.

HOEFBESLAGVRAGEN.

In dit artikel willen wij een tweetal vragen naar voren brengen:

Iquot;. Zijn de exameneischen voor het Rijksdiploma te licht?

2quot;. Moet aan de leerlingen op den cursus geleerd worden een hoefijzer
te maken zooals de praktijk dit vraagt, of moeten zij ijzers leeren maken
zooals de examencommissie dit verlangt ?

De eerste vraag stellen wij naar aanleiding van een ingezonden stuk in de
Eebr. aflevering van „De Hoefsmidquot;, waarin o.m. het idee geopperd wordt,
dat voor een verdere inzinking van het hoefsmidsvak noodig is: de examen-
eischen voor het Rijksdiploma vrij veel te verzwaren.

De tweede vraag drong zich naar voren op de j.1. gehouden vergadering
van onderwijzers-hoefsmeden.

Wanneer wij deze vragen nader beschouwen, doen wij dit omdat de hoef-
smeden en de cursisten zoo licht verkeerde gevolgtrekkingen daaruit zouden
kunnen maken, welke noch in hun belang, noch in het belang van het hoef-
smidsvak zijn. Zoo zouden, bij de beantwoording van de eerste vraag in
bevestigenden zin, een reeks andere vragen daaruit voortvloeien.

Bij verzwaring van de exameneischen zullen de bezitters van de thans
reeds uitgereikte diploma's zich terecht afvragen: „Is nu mijn, na veel
nioeite en kosten verworven diploma, een brevet van den tweeden rangquot; ?

Is verzwaring van de eischen beslist noodzakelijk, dan mag dat — al is het
voor de nu reeds gediplomeerden minder prettigniet van overwegenden
invloed zijn. Ook zou wel degelijk onder het oog gezien moeten worden, of
het gros van de eandidaten bij de tegenwoordige opleiding wel in staat zou
zijn aan de verzwaarde exameneischen te voldoen. En dan, — wellicht heeft
de geachte schrijver daaraan niet gedacht — zal het niet boven de krachten
van de onderwijzers gaan een
hoogere opleiding te geven ? Reeds nu kost het

(fge, Huygensplein 5

/I I

MAANDBLAD

-ocr page 62-

den onderwijzers veel inspanning om de leerlingen zoo ver te brengen, dat zij
aan de tegenwoordige exameneischen kunnen voldoen.

Wij mogen toch niet aannemen dat het percentage van het aantal geslaag-
den te groot is ?

Mijns inziens is het niet wenschelijk de exameneischen voor het Rijks-
diploma vrij veel te verzwaren. T)e praktijk vraagt er trouwens ook niet om.
Door de smedenpatroons wordt er waarde gehecht aan het Rijksdiploma.
Lezen wij de advertentierubrieken in de vakbladen voor gevraagd personeel
maar eens na: Wij vinden daarin steeds de woorden „Rijksgediplomeerd
hoefsmidquot; of ,,liefst met Rijksdiploma.quot;

Wij mogen dit reeds als een compliment beschouwen aan het instituut

cursussen in hoefbeslag.

Mocht echter de schrijver van het ingezonden stuk in de Febr. aflevering,
of andere lezers van ,,De Hoefsmidquot;, de in den aanhef gestelde vraag met
„jaquot;' blijven beantwoorden, dan zullen wij gaarne vernemen op welke
gronden die meening rust.

* *
*

De tweede vraag is misschien voor velen onbegrijpelijk. Oningewijden
zouden er de gevolgtrekking uit kunnen maken, dat de examencommissie
van de candidaten hoefijzers verlangt, welke niet praktisch zijn, of ten
minste anders dan voor de praktijk worden gewenscht.

Voorop willen wij stellen dat dit niet het geval is. Echter de meening
bestaat en het lijkt mij in het belang van de toekomstige candidaten dat

deze gedachte verdwijnt.

Zeer velen zijii er op het examen gestruikeld, doordat zij andere ijzers of
liever gezegd
mooiere ijzers trachten te maken dan zij thuis gewoon zijn.
Wij willen dit nader toelichten.

Al moge door de machinale ijzers de routine in het ijzers maken veel zijn
verminderd, mag toch van den hoefsmid, welke een tweejarigen cursus in
hoefbeslag achter den rug heeft, verwacht worden, dat hij in drie hitten een
goed normaal hoefijzer kan maken. Zoo niet, laat hij zich dan niet aan het

examen onderwerpen.

Op het examen echter willen de smeden een mooi glad af gesmeed ijzer
voor den dag brengen en dit nu gaat boven de krachten van de meesten
hunner. Om in drie hitten een hoefijzer te maken, hetwelk in alle onder-
deelen goed en bovendien keurig glad is afgesmeed, is slechts voor enkelen
bereikbaar.

Verreweg het grootste deel van de smeden zullen, wanneer zij een glad
gehamerd ijzer willen maken, dit doen ten koste van den vorm, de rits en de
nagelgaten.

Bekijken wij de op het examen gemaakte hoefijzers, dan zijn deze bijna
alle netjes glad gesmeed maar de praktische bruikbaarheid heeft hierdoor
aanmerkelijk geleden. Door het vele slaan zijn de ritsen te nauw geworden.
Het gevolg hiervan is, dat opnieuw moet worden nageritst en de nagelgaten
komen verwrongen in het ijzer te zitten. De oorspronkelijke vorm en richting
van rits en nagelgaten zijn dan verdwenen. Zulke ijzers blijven niet tot het

-ocr page 63-

einde van liet beslag vast liggen en zijn, al zijn zij nog zoo glad, minder-
waardig.

Herhaaldelijk hebben wij gezien, dat voor het maken van één paar ijzers
op het examen twee volle uren noodig waren. Alleen daardoor is m.i. reeds
een onvoldoende cijfer volkomen gewettigd.

Het is niet de examencommissie die andere ijzers verlangt te zien dan de
praktijk vraagt, maar het zijn de eandidaten die op het examen andere
ijzers maken dan voor de praktijk gewenscht is.

Zij maken gelegenheidswerk en dat is foutief.

Een voorbeeld hiervan: Bij een steilen brokkelhoef wordt een ijzer gemaakt
met een flinke diepe afhelling, met het gevolg dat na acht dagen de toch
reeds zwakke wand is weggeperst en de zool in de afhelling komt te staan
Uit een oogpunt van smeedkunst mag die afhelling mooi zijn maar de praktijk
vraagt in dit geval iets anders.

Onderwijzers-hoefsmeden en cursisten mogen wij U zeggen „wat de prak-
tijk vraagtquot; ? De praktijk vraagt om smeden, die zelf hun hersens kunnen en
willen gebruiken en die de handen uit de mouw kunnen steken. De onder-
wijzer, die zijn leermethode daarop baseert, heeft ten slotte voldoening in zijn
werk. De leerlingen welke drijven op de wieken van den onderwijzer, zullen
met het examen naar beneden vallen.

Op den cursus moet geleerd worden de ijzers in den kortst mogelijken tijd
te maken. Alle onnoodige klappen dienen vermeden. Het zit niet in het
vele
slaan, maar elke slag moet op de juiste plaats worden gegeven. Hierop kan
den leerlingen niet genoeg worden gewezen. Niet
veel klappen en veel tijd
op het zelfde ijzer;
dat is een groote fout, daar is het ijzer niet goed mee te
maken.

Een normaal hoefijzer mag niet vaker dan drie keer in het vuur, dan moet
het
„afquot; zijn. Is er op den cursus mot het oog op de subsidie geen materiaal
genoeg te krijgen om dat door te voeren, laten dan de cursisten, zoolang de
verlangde routine niet is verkregen, eiken cursusdag eenige afgeknipte
staafjes meebrengen. De hiervan vervaardigde ijzers kunnen na afloop
worden meegenomen en thuis worden gebruikt.

De patroons zullen dat op prijs stellen en de cursisten zijn er nog meer
mee gebaat. Wij beamen zeer zeker, dat de cursus eigenlijk niet bedoeld is
om jonge smeden de routine in het ijzers maken te leeren, doch op heden moet
er geroeid worden met de riemen die wij hebben.

Wij citeeren hier een zin uit de rede van Prof. Kroon op 23 Jan. j .1. „Het is
treurig om te zien, hoe stumperig tal van eandidaten daarin zijn quot; quot;

Kijk, dat vraagt de praktijk niet! Daarom bedacht, dat óók op den cursus
en de examendagen ,,tijd geld is.quot;

Onderwijzers, eischt van uw leerlingen dat zij in een korteren tijd de ijzers
maken.

,,De praktijk vraagt er omquot;!

H. V.

-ocr page 64-

EEN NIEUW SOORT HOEFIJZER.

In het in 1922 verschenen werk over hoefbeslag ,,The Art of Horse-Shoeingquot;
by William Hunting, fourth edition, revised and edited by A. B. Mattinson
(London: Bailiiere, Tindali and Co) wordt op bladzijde 104 een hoefijzer
beschreven, hetwelk onze volle aandacht verdient. De beschrijving van het
ijzer volgt hier.

The Knocked-up-Toed Shoe. P'en ijzer, hetwelk kort geleden bedacht is
door den Generaal-Majoor Sir L. J. Blenkinsop, vroeger Chef van den Militair
Diergeneeskundigen Dienst, verdient vanwege het groote nut meer gebruikt
te worden. Het voornaamste kenmerk van dit ijzer is de toon, welke met
een hoek van ongeveer dertig graden met den groiul naar boven is geslageii,
vóór de lijn, vlak voor de toonnagelgaten getrokken, loodrecht op de lengteas
van het ijzer.

Het ijzer is geheel vlak, met stampnagelgaten, dun en breed. Het geeft

een ideale beschutting aan den
hoef. Door de breedte wordt
minder slijtage van het ijzer
verkregen. Aan het verzeneinde
wordt het breede ijzer afgekapt
om plaats te maken voor den
straal.

Waar het maken van een
opzet, zooals bij het gewone
voorijzer, een zekere vaardig-
heid vereischt, kan dit ijzer
gemaakt worden door een ieder,
die een vlak ijzer kan smeden.

De verandering aan den toon
wordt gemaakt met een be-
paald soort beitel, bevestigd
aan een steel en een matrijs
bevestigd in het schrootgat
van het aanbeeld.
Het verwarmde ijzer wordt geplaatst in de matrijs, de beitel wordt er op
geplaatst en met den hamer voorzichtig beklopt. Het ijzer blijft door de
matrijs zijn vorm behouden.

Dit ijzer is licht en sterk en slijt weinig af. De lichtheid, mindere dikte,
tezamen met de vorm van toon, vergroot de levensduur van het ijzer en
voorkomt bijzonder het aanstooten. Geen lip wordt getrokken, daar de opge-
wipte toon dit niet noodzakelijk maakt.

Vergeleken met het gewone ijzer, geeft dit ijzer vijftig procent en meer
längeren levensduur. Vele proeven genomen met paarden, beslagen met
een gewoon ijzer en een Blenkinsop-ijzer hebben dit gedemonstreerd.

De achterhoeven worden beslagen met dunne breede ijzers, zonder opge-
wipten toon en met lip.

-ocr page 65-

In het werk „Diseases of the Horse's Footquot; van H. Caulten Reeks (second
edition, Bailliere, Tin-
dall and Co, London)
konit eveneens een
beschrijving van dit
ijzer voor.

Niet alleen wordt
aanstooten tegenge-
gaan, doch door het
breede, dunne ijzer,
waaronder de hoorn-
straal een weinig uit-
steekt, wordt op de
moderne wegen een
vasteren stand ver-
kregen.

(Het bovenstaande
is ons 2 a 3 maand
geleden ter plaatsing
toegezonden door den
redacteur der N. I.
Bladen voor Dierge-
neeskunde en Dieren-

teelt Dr. C. Bubberman, op verzoek van den heer Dr. J. C. W i t j e n s,
militair paardenarts Ie klasse te Tjimahi. Het werd geadresseerd aan
Het Paard, doch is meer passend voor ,,De Hoefsmidquot;.

A. W. H.)

OVERVERMOEIDHEID.

Dit is een van de ziekten, A^ elke de jiaardenartsen uit den aard der zaak
beter kennen dan de burgercollega's, omdat in de burgerpraktijk dit lijden
uiterst zelden voorkomt. Onder de militaire paarden ziet men het meermalen,
vooral bij lange marschen en dan speciaal bij warm weer. Indien men daarbij
bedenkt, dat de paarden, welke in de ])espanningen loopen, elkander vaak
min of meer hinderen, soms onvoldo(!nde getraind zijn en vaak gereden
worden door onvoldoend getrainde ruiters, dan zal men begrijpen, dat over-
vermoeidheid bij de legerpaarden niet zeldzaam is. Het legerpaard blijft
leermateriaal, waaraan tegenwoordig met de algemeene bezuiniging weieens
al te zware en onrechtvaardige eischen worden gesteld. Een dankbaar arbeids-
veld voor den paardenarts om hiertegen te werken en te trachten blijvende
nadeelige gevolgen te voorkomen.

In den nacht van Vrijdag 13 Juli op Zaterdag 14 Juli 1923 zou de Veld-
Artillerie uit Ede, welke vanaf 2 Juli in de Legerplaats bij Oldebroek was
geweest, terugmarcheeren naar haar garnizoen. Het was de laatste dag
van de geweldige hittegolf, welke van 3 tot en met 14 Juli 1923 heeft geduurd
en iedereen zich nog levendig zal hex-uineren. De afstand Oldebroek—Ede

-ocr page 66-

bedraagt ruim 50 K. M. en gaat gedeeltelijk over heide, gedeeltelijk door
bosch.

Om de taak der paarden, het vt'aren zes batterijen elk van ± 60 paarden,
zoo gemakkelijk mogelijk te maken, was er van veterinaire zijde sterk op
aangedrongen hen overdag geen dienst te laten doen en 's avonds eerst om
negen uur af te marcheeren. Aldus geschiedde. Een gedeelte marcheerde over
Epe, Apeldoorn en Hoenderloo, het andere deel koos den weg door het
Soerelsche bosch (zandweg). Vierhouten, Elspeet, Uddel en Harskamp.
De laatste weg is korter, doch zwaarder in het begin, en meer open. De eerste
weg is geheel hard, doch steeds meer beschut en ingesloten door bosschen.

Dit nu bleek fataal, daar de warmte tusschen het houtwas blijven hangen.

De avondtemperatuur bij het vertrek uit de Legerplaats was nog boven
80® F. Deze daalde niet naar beneden en moet stellig in de bosschen veel
hooger zijn geweest. Op de open wegen was een geringe wind aanwezig,
welke de marschvaardigheid van den troep bevorderde.

De batterijen kwamen 's morgens tusschen 8 en 10.30 uur te Ede aan.
Ze waren 's avonds te voren ook op verschillende tijdstippen vertrokken.
Spoedig bleek bij aankomst, dat meerdere paarden er zeer ernstig aan toe
waren. Zij vertoonden heftige koliekverschijnselen, hadden zeer hooge tem-
peraturen en versnelde polsslagen, 's Middags om drie uur stierf er een, ter-
wijl een tweede patiënt 's avonds om elf uur overleed.

Niettegenstaande wij den geheelen nacht gemarcheerd hadden, was van
rusten voor ons geen sprake. Hier moest direct krachtig en afdoende worden
ingegrepen. Steeds werden nieuwe paarden met hooge temperaturen en lichte
koliekverschijnselen gemeld. Op stal stonden vele zeer sterkte zweeten,
lieten hun haver staan en waren onrustig.

's Middags om vijf uur moest de stand van zaken nog als zeer ernstig

worden beschouwd.

Een tiental der ergste patiënten werd naast elkaar op den ziekenstal
geplaatst. Een man met slang en sproeier werd er achter gezet om hen voort-
durend onder water te houden. Het resultaat was verrassend, de paarden
werden rustig en 's avonds om negen uur was de toestand aanmerkelijk
verbeterd.

Tegelijkertijd waren alle paarden op de stallen buiten in de schaduw gezet
en door de manschappen met emmers water nat gegoten, zoodat nieuwe
ernstige gevallen zich niet meer voordeden.
Zondagmorgen was de toestand weer normaal.

Merkwaardig is, dat het groote meerendeel der patiënten afkomstig was
van de batterijen, welke over Apeldoorn gemarcheerd hadden. Ook de beide
gestorven paarden behoorden daartoe. De verklaring daarvan is boven
reeds gegeven.

Als bijzonderheid mag wel vermeld worden de hulpvaardigheid der man-
schappen. Niettegenstaande zij zeer vermoeid waren, hebben zij zich uitge-
sloofd om goed en vlug te helpen.

Er rijst thans de vraag: Op welke wijze had dit kunnen worden voorkomen ?
Het antwoord zou kort kunnen zijn: Door niet te vertrekken uit Oldebroek
met een dergelijke hitte, te meer daar Zondagnacht de temperatuur sterk

-ocr page 67-

was gedaald. Behalve financieele bezwaren zijn er ook nog militaire. Te
Oldebroek wordt volgens een vast programma geschoten en de troepen
volgen er elkaar geregeld op. Voorts had niemand kunnen denken, dat niet-
tegenstaande het langzame marcheeron met daarbij nog een groote rust er
in, dit zou kunnen gebeuren! Verder zij opgemerkt, dat jaarlijks de marsch
naar Oldebroek aan een of meerdere paarden het leven kost, omdat minder-
waardige paarden, behept met b. v. een hartlijden, hetwelk niemand bekend
is, plotseling uitvallen. Een verschijnsel, hetwelk zich in het begin der mobi-
lisatie, door onbekendheid met de gevorderde paarden, nog al eens voordeed.
Men zou den marsch Ede—Legerplaats bij Oldebroek als een betrouw-
baarheidsrit voor de marsch vaardigheid der batterijen kunnen beschouwen.

Het is een bekend feit, dat bij afstandsritten sommige paarden het plot-
seling opgeven en niet meer vooruit willen. De verstandige ruiter zal afstijgen
en zijn paard rust geven. Daarna kan hij soms na eenigen tijd weer kalm
doorrijden, omdat verbetering is ingetreden. Als men maar niet te veel
heeft geëischt!

(Mededeeiingen uit den Garnizoensziekenstal te Ede).

u. Tijdschr. v. DiergeneeskuTide, 1925.

LANDBOUWTENTOONSTELLING TE AXEL, OP 24—25 JUNI 1926.

Afdeeling Hoefbeslag.

Gat. 1. Nationale wedstrijd in hoefbeslag, bestaande in het beslaan van
een of twee hoeven en het maken der ijzers daarvoor. Ie prijs verg. zilveren
medaille, 2e prijs zilv. med., 3e, 4e en oe prijs bronzen med.

Gat. 2. Inzending hoefijzers, bestaande uit minstens 8 stuks, uitslui-
tend dienende voor het
trekpaard, uit de hand gesmeed en alleen de scherpe
kanten afgevijld; hieronder begrepen een paar Belgische balkijzers. Ie prijs
verg. zilv. med., 2e prijs zilv. med. en 3e prijs bronzen med.

Gat. 3. Inzending hoefijzers en leermiddelen door onderwijzers in prak-
tisch hoefbeslag. Ie prijs verg. zilv, med.

Gat. 4. Inzending fabriekmatig vervaardigde hoefijzers, door hoefijzer-
fabrikanten. Ie prijs verg. zilv. med.

Gat. 5. Inzending materialen en gereedschappen voor hoefbeslag. Ie pr.
zilv. med.

Gat. 6. Inzending noodstallen. Ie prijs zilv. med.

Bepalingen: Iedere deelnemer betaalt f 2.50 inleggeld, te voldoen bij
de opgaaf. Aan categorie 1 en 2 kunnen alle hoefsmeden in Nederland woon-
achtig deelnemen, uitgezonderd
onderwijzers in practisch hoefbeslag of adspi-
rant-onderwijzers.
Zoo noodig zal een vóórwedstrijd gehouden worden. —■
Aan categorie 3 kunnen alle onderv/ijzers in praktisch hoefbeslag in Neder-
land woonachtig deelnemen, — aan categorie 5 en 6 alle hoefsmeden in
Nederland woonachtig, — en aan categorie 4 alle Nederlandsche hoefijzer-
fabrikanten.

Opgave voor deelname vóór of op 15 Mei in te zenden aan den heer A. J.
Schieman, Weststraat D 22, Axel.

IJtrevM, April 1926.nbsp;S, y. A n g e r e n.

-ocr page 68-

INGEZONDEN STUKKEN.

BESNIJDEN EN BESLAG BIJ CONCOURSPAARDEN.
Naar aanleiding van het hierover in de Maart-aflevering medegedeelde
besloot ik, ook al in verband met de ervaring gedurende een aantal jaren
opgedaan bij zulk beslag, mijn meening hieromtrent weer te geven. Allicht
zullen in deze meerdere stemmen opgaan*), waar hoefsmid en paard mede
gediend zullen kunnen zijn. De paarden, door mij beslagen — geregeld een
zestal — waren direct uit Engeland ingevoerden en oningereden.

Hoewel het toongedeelte door mij lang was gelaten, bleek het spoedig
dat dit niet de juiste methode was. Door het diepe doortreden konden de
beenen niet zoo spoedig worden overgebracht (2e tempo en 2e periode van
steunen). Het paard moet grootere spierkracht aanwenden om de aange-
brachte standverandering te overwinnen. Spieren en pezen zijn taai, maar
niet veerende van natuur, en zijn aan den wil van het paard onderworpen.

Wij krijgen van natuur geen veerkrachtiger opheffing bij dit besnijden,
doch krachtsverspilling en klappen. Dit laatste zal vooral worden waar-
genomen bij een wat zachten bodem.

De hoeven worden door mij nog lang gelaten, niet alleen in den toon,
maar ook in de verzenen en daarbij steeds naar den grondslag van een
normalen kootstand.

We verkrijgen hierbij een cylindervormigen of meer kokervormigen hoef,
en de beide genoemde fouten worden bij dit besnijden opgeheven.

Niet alle paarden gaan het beste met lang gelaten hoeven. De ondervinding
heeft mij geleerd dat verschillende paarden even goed, ja soms nog beter
gingen op korte dan op lange hoeven. Deze zelfde uiteenloopende ervaring
geldt ook ten opzichte van verzwaarde ijzers, die bijna alle concourspaarden
onder hebben.

Na heel lang oefenen kan pas blijken of ze noodig zijn, en met het meest
juist gebleken gewicht zal het paard moeten worden klaargemaakt. Het
aanbrengen van gewicht-ijzers, even voor den aanvang van den rit, is mijns
inziens niet aan te bevelen.

Duurt de beoordeeling der jury wat lang, dan zal het paard ziender oogen
minder worden, wat de vereischte actie betreft, alleen tengevolge van
ongeoefendheid op dat gewicht. Het juiste besnijden en het juiste gewicht
van het ijzer zijn van zeer veel belang; de hoofdzaak is echter de capaciteit
van den koetsier.

Almelo.nbsp;A. J. Rompelman.

*) Dit onderwerp raakt de praktijk en het is van belang als ook anderen
hun gevoelen mededeelen. Red.

KORTE MEDEDEEIINGEN.

Het Bestuur van de „Vcrcenidn? van Rijks (iediplonieerde Onderwijzers
in practisch hoefbeslagquot; is voornemens in het laatst van April een
bestuurs-
vergadering
te houden. Punten ter behandeling worden ingewacht voor
23 April a. s. bij ondergeteekende, of bij den Secretaris, de heer H. v.
Waasbergen te Oud-Beijerland.nbsp;M. Ritsema, Voorz.

-ocr page 69-

—nbsp;- 31ilitaire Iloeïsmidschool tc Amersfoort. 2 Maart 1. 1. is aan den

opperwachtmeesterhoefsmid-instructeur C. Mark de gouden medaille
uitgereikt voor 36-jarigen trouwen dienst. Deze dag is voor den jubilaris
tot een feestdag geworden; het muziekkorps van het Ie Regt. Huzaren
luisterde de plechtigheid op, waarbij tal van militaire autoriteiten aanwezig
waren en vele woorden van waardeering gesproken werden. Een intiem
feest met leerlingen en genoodigden in de met groen versierde beslagloods
der Hoefsmidschool besloot de plechtigheid.

—nbsp;Machinale ijzers vormen op eenige dit jaar te houden landbouw-
tentoonstellingen in de afdeeling hoefbeslag een nieuwe rubriek.

—nbsp;Steenbergen. Op de landbouwtentoonstelling, te houden van 27—31
Juli a.s., zal ook een ,,afdeeling hoefbeslagquot; voorkomen, waarover het
voorloopige programma het navolgende bevat:

Voor de deelnemers van I is ter beschikking;

Noodstal, vuur, aanbeeld, voorslaghamer, ijzer en spijkers; voor verdere
gereedschappen moet door de deelnemers ieder voor zich worden zorg-
gedragen.

I.nbsp;Wedstrijd in Hoefbeslag, niet opengesteld voor hoefsmeden met diploma,1)
voor onderwijzers in practisch hoefbeslag. Bij voldoende deelname wordt
door alle inschrijvers op 24 Juli deelgenomen aan een voorwedstrijd; het
maken van een ijzer voor een bepaalden hoef. Uit die deelnemers worden er
ten hoogste 10, met het hoogste aantal punten gekozen, om op 31 Juli den
wedstrijd te vervolgen. Op den tweeden dag krijgt ieder opgeroepene bij
een paard een aangewezen hoef te beslaan en daarvoor het ijzer te maken.
Beslag voor
trekpaard.

Inleggeld f2.50. Ie prijs zilveren medaille met diploma; 2e pr. bronzen
medaille met diploma; 3e pr. diploma; 4e pr. diploma.

II.nbsp;Inzending van een collectie leermiddelen. Modelijzers en gereedschappen
voor cursussen in hoefbeslag.

Alleen hoefsmeden met het diploma van onderwijzer in practisch hoef-
beslag mogen aan dezen wedstrijd deelnemen.

Inleggeld f2.50 per M^. benoodigde plaatsruimte.

Ie pr. verg. zilv. med.; 2e pr. zilv. med.; 3e pr. br. med.

III.nbsp;Verzameling Handgesmede Hoefijzers (modelijzers) bestaande uit:

a.nbsp;Beslag voor tuigpaard 2 voor- en 2 achterijzers.

b.nbsp;,,nbsp;,, trekpaard 2 voor- en 2 achterijzers,

c.nbsp;,, ,, strijken en klappen-, een toonstrijkijzer, een gewoon
strijkijzer, een klapstrijkijzer, alle zonder kalkoenen.

d.nbsp;Beslag voor afwijkende hoeven, een balkijzer voor plathoef, een
pantoffelijzer voor klemhoef, een ijzer met verbroeden buitentak voor
verbeend hoefkraakbeen en een ijzer met verdikte takken voor een
hoef met lage verzenen.

1nbsp; Deze komma zal er wel niet moeten staan. De bedoeling zal zijn:
niet opengesteld voor hoefsmeden met diploma voor onderwijzer in practisch
hoefbeslag. R e d.

-ocr page 70-

Inleggeld f2.50 per JP. benoodigde plaatsruimte.

Prijzen voor III als geheel, een zilveren medaille; voor a, b, c, d, afzon-
derlijk ieder een diploma.

IV.nbsp;Collectie fabriekmatig vervaardigde hoefijzers. Inleggeld f2.50 per M^.
plaatsruimte. Prijzen diploma's.

V.nbsp;Gereedschappen en materialen voor hoefbeslag. Inleggeld f2.50 per M^.
plaatsruimte. Prijzen diploma's.

VI.nbsp;Platen, boekwerken, modellen enz. betreffende het hoefbeslag.

(Het programma is zeer belangwekkend, doch de hoefsmeden kunnen
zich in het algemeen geen financieele opofferingen van beteekenis getroosten.
Het zou o.i. ernstige overweging verdienen om in I behoorlijke geldprijzen
uit te loven, en in II en III vrijstelling van inleggeld te verleenen. Bij deel-
name in I zouden ook de inleggelden teruggegeven moeten worden. Dit
zou de deelneming, en hiermede het welslagen van dezen wedstrijd, in hooge
mate ten goede komen. Het tentoonstellingsbestuur moge er aan denken,
dat de wedstrijd van hoefsmeden gewoonlijk in sterke mate de aandacht
der bezoekers trekt. R e d.)

—nbsp;Coöperatieve smederijen. De oprichting hiervan behoort langzamer-
hand geheel tot de geschiedenis. De hooge prijzen voor het hoefbeslag moesten
vaak als motief dienen voor zoo'n coöperatie. De omstandigheden in het
bedrijf hebben het veroorloofd deze prijzen weer wat lager te stellen. Boven-
dien hebben paardenhouders, die beklag deden over die vermeende hooge
prijzen, op de vraag of zij in hun leven wel eens een smid door zijn werk
rijk hadden zien worden, steeds een ontkennend antwoord gegeven. Die
enkele smeden, welke rijk zijn geworden, werden zulks door tevens handel te
drijven of door de oprichting van een fabriek.

—nbsp;- Een wedstrijd voor hoefsmeden vormt voor elke landbouwtentoon-
stelling een belangrijk nummer, dat voor het vak van uitnemend gewicht
kan zijn doch ook voor de bezoekers een punt van groote attractie vormt.
De inrichting op de Engelsche landbouwtentoonstellingen — een land waar
het hoefsmidsvak steeds zeer in eere is gehouden — is ons altijd als goed en
practisch bijgebleven. Het terrein ziet er uit als hieronder weergegeven:

-ocr page 71-

ADVERTENTIËN.

H. H. HOEFSMEDEN.

Tijdens de landbouwtentoonstelling te AXEL (Z.) op 24 en 25
Juni 1926
zullen

NATIONALE WEDSTRIJDEN

gehouden worden in hoefbeslag.

Zij, die genegen zijn daaraan deel te nemen, kunnen inlichtingen en
programma bekomen bij den heer A. J. SCHIEMAN, Weststraat D 22, Axel.

Namens de Tenfcoonst.-Commissie,

JAN DE PÜTTEE,
Secr. afd. Axel der Z. L. M.

................... n ■iiiiüiHiy—wiM

DE OUDE ZWOLSCHE VAN 1895 '

'S-GRAVENHAGE

■ PIETER BOTHSTRAAT 34-38 ■

maatsch. kapitaalnbsp;_______nbsp;jaarl. premieontvangst

/ 1.000.000—nbsp;/' 700.000—

belegd en reserve kapitaal / 407.676.88
d. p. linthout, 6ed. commissarisnbsp;w. wilmink, directeur

ALG. PAARDEN- EN VEEVERZEKERING

PREMIE VANAF / 1.50 PER f 100.—
GROOTSTE IN NEDERLAND

het risico van transport en
verblijf op keuring, landbouw-
tentoonstelling enz. wordt zon-
der premie verhooging gedragen

BRANDVERZEKERING VOOR LANDBOUWBEDRIJVEN

PREMIE VANAF / 1.50 PER MILLE

geen inleg- en geen taxatiekosten

i VASTE PREMIËNi

W. BERNET amp; Co, AMSTERDAM

berichten, dat zij een GROOTE PARTIJ

HOEFIJZERS

Ie en 2e soort,

in VOORRAAD hebben, die zij wenschen OP TE RUIMEN.

Il

-ocr page 72-

Wanneer gij het beste op gebied van hoef-
beslag wenscht, gebruikt dan

Ze zijn bodemnauw, hebben schuin gestampte
gaten en een juiste verdeeling en plaatsing der
nagelgaten.

HELPMAN-HOEFIJZERS zijn niet noodeloos
zwaar; de verpakking weegt zoo goed als
niets en dus zijn ze per stuk de goedkoopste
aan de markt.

HOEFIJZERSnbsp;-nbsp;HOEFNAGELS

HELLER HOEFRASPEN

Alle artikelen voor Hoefbeslag.

B. A. LUYKX

Telefoon 46080

A msterdam
Hekelveld 16

-ocr page 73-

OSTAquot; HOEFIJZERS

handhaven hun roem.

Zij zijn en blijven:
ONOVERTROFFEN IN KWALITEIT.

BILLIJK IN PBIJS.
IN ÉÉN HITTE PASKLAAR, das
GOEDKOOPER dan andere fabrikaten,
ONMISBAAR VOOR DEN VAKMAN.

Laat U door den Handelaar geen andere in de hand stoppen.
Heefc Hij geen „O S T Aquot;-Hoetïjzers, bestel dan rechtstreeks,

zer- eo Ssseofabfiek „St. [10 Yquot;, Roosendaal (O.

WATSON'S NIEUWE HOEFRASP

VAN PRIMA ENGELSCH MATERIAAL

IS DE BESTE EN DAAROM DE GOEDKOOPSTE.

Vraagt deze raspen bij Uw Leverancier.

WAAR NIET VERKRIJGBAAR DIRECT VAN ONZE FABRIEK.

Prijs f 11.50 per dozijn blokmodel.
Prijs
f 10.75 per dozijn plat puntmodel.

ö. WATSON amp; ZOON'S VIJLENFABRIEK,

HILLEGERSBERG BIJ ROTTERDAM.

OP AANVRAGE GRATIS MONSTERS VERKRIJGBAAR.

V

-ocr page 74-

N. V.

9M

ËË ioiiier

„HIPPOS

DORDRECHT

Onze nieuwste verbeterde hoefijzers

voldoen o.a. aan de volgende practische eischen:

1°. Zuiver rechtsche en linksche modellen,

2°. Breede, vlakke takeinden, waarop de verzenen

geheel dragen,
3quot;. Volkomen vlakke draagrand en diepe afhelling,
4°. Juiste plaats en richting der nagelgaten,

5°. Vorm van rits en stampnagelgaten zoodanig,
dat de nagelkop geheel is opgesloten.

Indien bij Uw handelaar niet verkrijgbaar,
direct van de fabriek te betrekken

©
©
©

83

Si
©

SS
©

83
83
SS
83

83
©

83

83
©

©I
83

83
©

83

83
©

83

©

83
Ö

83
©

83

iro 1

83
83
S
83
8S
SS
83
83
83
SS
83
83
SS
83
SS

-ocr page 75-

Firma S. C. N. BAX

Glashaven 9, Rotterdam - Telef. 1355

Specialiteit in Artikelen voor Hoeflieslag.

Machinale hoefijzers Helpman.
Mustad-

en Ster-Hoefnagels : meest uitgebreide sorteering
in meer dan 70 maten en modellen voorradig.

Rubber-Hoefzolen: Uitsluitend van prima kwaliteit
caoutchouc vervaardigd, dus niet van rubberafval.

a. Open en dichte luclitdrukzolen voor voor- en achterijzers
in 9 resp. 11 maten voorradig.

J). Zolen voor halve ijzers met hoog rubberkussen in 8
maten voorradig.

c. Blokzolen, straalzolen en hielstukken.
Kunsthoorn, kurkkit.

IJsnagels, kalkoenen, stiften, opruimers, hoeftangen, af-
breektangen, renetten, hoefraspen, hoefhamers, houwklingen,
lascli- of weiblad, lasclipoeder, metaalzagen enz.

EEN GOED
MACHINAAL HOEFIJZER

moet dezelfde eigenschappen
hebben als uw eigen gesmeed
ijzer.

(lEBRUlKT DAAROM:

„LEVOquot;

HOEFIJZERS

MACHINAAL GESMEED

Deze hebben de meeste over-
eenkomst met uw eigen ijzer.

HOEFIJZERFABRIEK „LEVO''

LEM amp; VOSSEN — MAASTRICHT

-ocr page 76-

Prima Disdie smeediioieD

a f 18.50 per 1000 K G.

Vrijboord Amsterdam
of franco bergpiaats Amsterdam.

J. C. JANSEN amp; ZOON - AMSTEROAM.

TELEFOON 44523.

LIJNBAANSCRACHT I56d.

LAMBERT
HOEFZOLEN

in de modellen

Lambert open pad
Frog pad

Red Philadelphia pad (rood rubber)

en de bekende
Amerikaansche

r

$$$$
Wm

Heller Hoefrasüen

Lambert k Company
Leuvehaven 66nbsp;Rotterdam

-ocr page 77-

De Hackney-sliow te Doncaster. —
op den gang van het concourspaard,
. Advertentiën.

MAANDBLAD

enhage, Huygensplein 5

lange toonen en verzwaarde ijzers,
mededeelingen — Fersoverzicht. —

DE HACKNEY-SHOW TE DONCASTER.

Het i,s weer achter den rug, dit telken jare in de Paaschweek terugkomend,
grootsch hippisch sportfestijn. 5, 6 en 7 April waren dit jaar aangewezen
om de bloem der hackney's in Doncaster verzameld te zien. Kan het er soms
vrij frisch zijn als regen- en hagelbuien over het veld gieren, ditmaal werd
de show begunstigd door prachtig zomerweer, wat natuurlijk niet alleen aan
de stemming van het publiek en de actie der paarden, doch vooral ook aan
de opkomst ten goede kwam. Vooral de beide eerste dagen Avas het er bijzonder
druk; zooals op een welgeslaagden „Hoofddorpquot;-dag vulde het publiek in
dichte rijen tribunes en veld.

Uit Holland was niet veel belangstelling. Schrijver dezes merkte slechts op
de heeren Bultman, Loomans en Bolt, die als vakmenschen haast vanzelf-
sprekend aanwezig zijn, doch anders werd uit Holland geen belangstelling
getoond. Toch jammer, want een dergelijke show verdient het ten volle.

Het publiek was weer zeer enthousiast en leefde met de beoordeeling ten
volle mede, al heeft dit ook zijn schaduwzijde, vooral waar het vaak tracht
het oordeel der jury te beinfluenceeren. Vooral bij de kampioenschappen
komt dat sterk naar voren en worden soms door het daverend lawaai eh
voetgetrappel de tribunes haast afgebroken om kenbaar te maken wie
favoriet geacht wordt. Men kan dan goed merken dat vooral de paarden de
flegmatieke Engelschen warm kunnen maken.

. De inschrijvingen waren groot in aantal en de lijvige catalogus bevatte
bijna 400 nummers, verdeeld in ruim 50 klassen.'Voorwaar een zware taak
voor de verschillende jury's.

Aan terrein en stalling was weer veel zorg besteed en de verzorging der
paarden schitterend. Daar kan men hier nog een voorbeeld aan nemen. Heel
veel werk wordt er van de paarden gemaakt .;manen, beenen en staart worden

-ocr page 78-

met de uiterste zorg behandeld, er mag als 't ware geen haartje verkeerd
zitten. De staart b.v. wordt dagelijks nat gemaakt, gebandageerd en als
't ware door een kapper met veel zorg gekamd. De bespanning echter laat
veel te wenschen over. De tuigen zien er slecht verzorgd uit. Natuurlijk zijn
hierop uitzonderingen. De vooraanstaande concoursmenschen als Mr. Miller,
Maitland, Rushworth en Colman zorgen wel dat ook de tuigage ,,afquot; is.
Wat daarbij opvalt is dat juist die hun tuigen uit Holland betrekken en de
heer Loomans uit Nijmegen, die deze levert, kan met recht trotsch zijn op
dezen export. Het doet ons Hollanders goed, dat juist de kampioenponey en

het kampioentuigpaard
beide Hollandsche tuigen
hadden.

Ook de kleeding der
koetsiers laat veel te wen-
schen over. Bij de Olym-
pia-show is hooge hoed
verplichtend, doch hier
werd van alles gedragen;
men zag ze zelfs met een
doorgezakte fantasiepet
op, wat wel het fijne ca-
chet wegneemt.

Wat het paardenmate-
riaal aangaat, dit was
over 't algemeen vrij
goed, ja er waren ver-
schillende buitengewone
paarden onder. Het is
natuurlijk ondoenlijk alle
nummers te noemen, en
volsta ik dus met een
greep. Het eerste num-
mer was
eenjarige hengst-
veulens,
dat een groot succes werd voor den beroemden hengst Bertrano.
De 3 prijswinners waren alle van dezen hengst gefokt. Het kampioenschap
voor jonge hengsten werd gewonnen door den driejarigen Albin King's Cadet,
V. Adbolton Kingmaker van Mr. Briggs. Ik voor mij prefereerde den 3-
jarigen Mersey Searchlight, V. Buckley Courage; dit paard had meer klasse
en gang.

De zwaarste strijd was die tusschen de oudere hengsten. Het kampioen-
schap daarvan werd ditmaal gewonnen door Buckley Courage van Mr. Rush-
worth. Deze hengst versloeg den ouden kampioen Bertrano van Mr.
Hinriehsen, die 4 jaar achtereen aan den top heeft gestaan. Buckley Courage
bracht de toeschouwers in extase door zijn buitengewonen gang. Wij hier in
Holland zouden echter Bertrano geprefereerd hebben; deze is meer vader-
paard en heeft ook prima gangen.

In de klasse der fokmerries was Slashing Dorothy weer superieur en zij

-ocr page 79-

behaalde dan ook het kampioenschap, al had ze zware concurrentie aan
Flash Clara en Beauty of Carleton, die beiden haar ernstig op zij streefden.
Alle 3 waren het buitengewone paarden.

Bij de ingespannen hengsten won de oude Angram Majesty weer den
eersten prijs. Dit paard met zijn buitengewone gangen is 15 jaar en staat
reeds jaren aan de spits.

In de Nieuwelingen klasse waren enkele goede paarden, doch geen op-
vallende. De kleine maat werd gewonnen door een mooie vos van Mr. Miller,
Knight Companion; deze won met gemak en was ver superieur. In de groote
maat was Cestrian Brillant van Mr. Maitland de winner. Een mooi paard
met veel gang. Deze won ook het Nieuwelingen kampioenschap.

De Nieuwelingenklasse Poney's was zeer goed. Daar waren prima beestjes
bij. De uitblinker was de 4-jarige Dalwhinnie van Mr. Black. Deze won ook
het kampioen-
schap en be-
looft veel voor
de toekomst.
In het num-
mer Poney-
hengsten, aan
de hand voor-
gebracht, won
Bricket Fuse-
lier van Mr.
Gemmel en
Blair deneere-
palm. 't Was
een lust deze
poney te zien,
onberispelijk
in type en ac-
tie. Hij won
dan ook spe-
lend het kam-
pioenschap

aan de hand en in 't tuig. Een dergelijk paard te zien is alleen de reis
naar Doncaster waard. Bij de poney-merries aan de hand waren ook pracht-
exemplaren; vooral de 3- en é-jarige poney's van Mr. Edgar Henriques, n.1.
Dinarth Sunbeam en Olive Melbourne waren extra.

De poney's in het tuig waren verdeeld in 3 klassen. Ze waren zeer goed met
enkele prachtexemplaren. De winnaar Billet Doux van Mr. Miller was ver
superieur. Voor deze poney was al meer dan £ 4000 geboden. Ze is de vol-
maaktheid nabij, mooi, solied en een prachtactie.

In de tuigpaarden-klasse bracht deze sympathieke sportsman ook 3 buiten-
gewone paarden in den ring. Zijn paard Stella Vane, een zeldzaam dier,
behaalde het kampioenschap. Op bijgaande foto kunnen de gangen van dit
mooie beest bewonderd worden.

-ocr page 80-

Dat is nog eens een paardenliefhebber, zeldzaam in de wereld. Geld noch
moeite wordt gespaard om steeds het beste te hebben. Mr. Miller was inder-
tijd ook eigenaar van den bekenden Knight Commander, Charm en Dark
Legend. Zijn pikeur Jack Black, bekend om zijn groote vakkennis, draagt
ook ongetwijfeld tot deze successen bij.

Dark Legend werd reserve-kampioen, na Stella Vane. Het paard werd
prima voorgereden, door Jimmy Black, een waardige broeder van Jack.
Dark Legend is nu in 't bezit van Mr. Belcher.

Verder waren in het kampioenschap nog eenige mooie exemplaren, zooals
de reeds genoemde Cestrian Brillant en Buckley Grand Fashion van
Mr. Miller.

Een zeldzaam paard werd nog voorgebracht door Jimmy Black en wel
Holland Levendula van Mr. Buttle. (Dit paard is indertijd gefokt door Mr. v.
Nievelt). Het werd tweede in de klasse van Stella Vane, ook buitengewoon
mooi.

De Spannen-klasse was niet bijzonder; die hebben we in Holland wel beter
gezien. Een vrij goed span van Mr. Maitland werd eerste. Van de Amateurs-
klasse noem ik nog als uitblinkers Axholme Knight van Mr. Handforth en
Silhouette of Nork van Mr. Colman.

Over 't geheel genomen kan ik constateeren, dat de show geslaagd is.
Financieel zeer goed, terwijl het aangevoerde materiaal ook goed was.
Toch blijken de oude concourspaarden nog niet makkelijk te verbeteren,
vandaar dan ook dat de Nieuwelingenklasse niet meeviel.

Toch raad ik een ieder aan, die wat moois wil zien, om deze show een
volgend jaar te bezoeken.

Zeist, 9 April 1926.nbsp;G. v. d. Haar.

(Overgenomen uit „Het Paardquot;, mede met het oog op de afbeeldingen,
die hooge knieactie en doorzakken in de kogels laten zien, waarover in
het volgend artikel wordt gehandeld. R e d.).

DE INVLOED VAN LANGE TOONEN EN VERZWAARDE IJZERS
OP DEN GANG VAN HET CONCOURSPAARD.

De mooie gang met de hooge knieactie zooals wij die bij concourspaarden
kunnen zien, wekt in hooge mate de bewondering op van eiken paarden-
liefhebber en ambitieuzen smid. Het is dan ook volkomen verklaarbaar
dat er op een of andere wijze, hetzij door afwijkend besnijden of door het
aanbrengen van verzwaarde ijzers, getracht wordt de knieactie op te voeren.

De vragen en mededeelingen over dit onderwerp in de Maart- en April-
afleveringen doen mij besluiten hieraan een artikel te wijden. In Maart
werd gevraagd: Hoe is het nu te verklaren dat deze wijze van besnijden
(het lang laten der toonen) een prikkel oplevert voor het paard om hooger
te gaan.

Naar mijn gedachtengang is niet de verhoogde knieactie een gevolg van
het diepere doortreden
door de lang gelaten toonen, maar is het diepere
doortreden een gevolg van de verhoogde knieactie. Wel staat dit met elkaar

-ocr page 81-

in verband en wordt door het diepere doortreden mede de knieactie verhoogd.

Het diepere doortreden is echter niet een direct, maar een indirect gevolg
van de lang gelaten toonen. Eerst moet de oorzaak voor de verhoogde
knieactie aanwezig zijn, voordat een dieper doortreden kan plaats hebben.

Wij zijn echter ook van meening dat door een langen toon, lang in ver-
houding tot de verzenen, de hoefbeenbuiger
meer zal worden gespannen en
deze verhoogde spanning aanleiding geeft tot een veerkrachtiger opheffen.

Er zijn echter meerdere factoren van invloed, waardoor het resultaat
zoowel negatief als positief kan zijn.

Wij zullen trachten een en ander zoo eenvoudig mogelijk voor te stellen
en hierbij niet uit het oog verliezen, dat er om een
verklaring en niet om een
meening wordt gevraagd. Voor de lezers, niet ingewijd in de beginselen der
natuurkunde, zullen wij een eenvoudig voorbeeld gebruiken, achterstaande
schematische voorstelling toelichten en hopen, dat dit voor velen duistere

onderwerp daarna beter begrepen zal worden dan tot heden het geval was.

* * *

De fiere gang, met de daarbij behoorende hooge knieactie, van het concours-
tuigpaard, wordt veroorzaakt door een samenstel van krachten, die met
elkaar evenwicht maken. De krachten, werkzaam bij den gang, zijn tot een
viertal terug te brengen:

1®. een kracht, werkende in een horizontaal voortgaande richting, met
een snelheid gelijk aan de voortgaande beweging van het paard;

2°. een kracht, waarmede het been tot in zijn hoogsten stand wordt
getild en gebogen door middel van de beenspieren;

3®. een kracht, waarmede het been wordt gestrekt (door middel van de
strekspieren);

4®. de zwaartekracht, welke de drie bovengenoemde krachten naar
beneden trekt.

Fig. 1 stelt voor drie momenten in de beweging van het been: het staande
been diep doorgetreden, het opgeheven been en het gestrekte been, van een
paard met behoorlijke knieactie. Wij zien daar dat de hoef een slingerende
beweging maakt, volgens de gebogen stippellijn.

Deze boog kunnen wij vergelijken met den slinger in fig. 3. De hoef be-
schrijft wel niet een zuiveren cirkelboog, daar de slingerlengte tijdens de
beweging grooter wordt, maar steeds zal de kracht in de baan van den hoef
loodrecht gericht zijn op den
straal van de slingerlengte, die het been in elk
tusschengelegen tijdsdeeltje heeft. Deze kracht zien wij in fig. 1 voorgesteld
door een pijl gaande door het zwaartepunt in den hoef. Zij wordt veroorzaakt
door het samentrekken der strekspieren verbonden aan de strekpees.

Echter — en dit moeten wij goed in het oog houden — niet alleen door de
spierwerking beschrijft de hoef dezen boog door de lucht. Er is nog een kracht
welke daaraan meehelpt, en wel de zwaartekracht. Beschouwen wij, om dit
duidelijk te maken, den in fig. 3 voorgestelden slinger. Deze slinger is draai-
baar in het punt □ en het zwaartepunt ligt in Z, is dus ongeveer gelijk aan
den slinger van een klok.

Brengen wij nu dezen slinger buiten den evenwichtsstand, dan tilt men
het zwaartepunt op en hiervoor moet arbeid verricht worden, gelijk aan het

-ocr page 82-

a
ü.

-ocr page 83-

gewicht van den slinger maal de hoogte, welke het zwaartepunt is gestegen.
De slinger heeft dan
evenveel arbeidsvermogen van plaats gekregen. Laten
wij nu den slinger los, dan trekt de zwaartekracht (G) weer aan het zwaarte-
punt en is de evenwichtstoestand bereikt, dan is het arbeidsvermogen van
plaats verbruikt, doch nu heeft het lichaam juist zijn snelste beweging; het
heeft dan arbeidsvermogen van beweging. Volgens de wet van behoud van
arbeidsvermogen, is het arbeidsvermogen van beweging dan evengroot als
het arbeidsvermogen van plaats, bij het loslaten van den slinger.

Door deze snelheid gaat het zwaartepunt zich verplaatsen tot dezelfde
hoogte, als van waar het werd losgelaten; het gaat dus door den evenwichts-
stand heen.

Het kan ons nu duidelijk zijn dat bij een normale knieactie de zwaarte-
kracht reeds helpt den hoef naar voren te brengen.

Wat gebeurt er nu wanneer wij den hoef langer laten of een verzwaard
ijzer onderleggen? Wij doen dan niets meer of minder dan de beweging
van den hoef, door het invoeren van een nieuwe kracht een grootere snelheid
geven. Het gevolg daarvan is, dat de kracht, waarmede de hoef schuin naar
boven wordt geslingerd, grooter is en tevens meer verticaal gericht (zie
fig. 2, pijl 1). Ook heeft het zwaartepunt in den hoef zich een weinig verplaatst
en wordt de slingerlengte beduidend grooter, doordat het been meer gestrekt
wordt. Ook hierdoor wordt de kracht in schuin bovenwaartsche richting
heel wat vergroot.

Zonder nadere verklaring zouden wij uit het bovenstaande de gevolg-
trekking kunnen maken, dat alle gangen te verhoogen zijn, door lange toonen
of verzwaarde ijzers. En dat is niet mogelijk. Wat toch is het geval ?

Er is een kracht werkzaam in het been (de middelpuntzoekende kracht),
die den hoef bij het omhoog slingeren op zijn plaats moet houden. Bestond
deze kracht
niet, dan zou de hoef, inclusief langen toon en verzwaard ijzer,
zich verwijderen volgens de raaklijn aan den cirkelboog op het moment
van weg vlieden.

Bij het vergrooten van de kracht, waarmede de hoef naar voren wordt
geslingerd, neemt ook de middelpuntvliedende kracht zeer veel in grootte
toe. Dit berust op natuurwetten.

De strekspieren zullen in hoofdzaak de reactiekracht moeten leveren om
daarmede evenwicht te maken.

Lang niet alle paarden zullen daartoe in staat zijn. Alleen krachtige in
goede conditie verkeerende en goed getrainde dieren zullen een nuttig gebruik
van de nieuw ingevoerde kracht kunnen maken. Kan het paard daaraan
voldoen, dan blijft de hoef langer zweveride en anders gaat het net als met
den slinger van een klok: de zwaartekracht trekt er aan en hij gaat weer
terug.

Dat de hoef langer blijft zweven zouden wy kunnen bewijzen door de
onder 1, 3 en 4 genoemde krachten, ieder afzonderlijk voor de fig. 1 en 2
samen te stellen. Het blijkt dan, dat de resultante der krachten van fig. 2,
iets langer en meer schuin gericht is. De hoef komt dus met iets meerder
kracht en een weinig verder naar voren op den bodem neer. Houdt de koetsier
het paard op, dan blijft toch de hoef langer zwevend en komt ook dan, al is

-ocr page 84-

het dichter })ij, met grooter kracht op den grond. Voor dezen grooteren of met
meerder kracht neergekomen pas is echter ook weer een grootere heffing
noodig, —
moet het paard dus sterker doortreden; het evenwicht in de
beweging zou anders verloren geraken.

De buigpezen, speciaal de hoefbeenbuiger, worden dus na den eersten pas
reeds
meer gespannen. Door de opgewekte meerdere spankracht in de buig-
pezen ontstaat daarin weer arbeidsvermogen van beweging en moet daardoor
de knie en ook de hoef (zie fig. 2) hooger opgeheven worden, wat op zijn
beurt weer een verder wegslingeren van den hoef tot gevolg heeft.

Zoo zullen bij het in gang komen, de nieuw ingevoerde kracht en de daar-
door opgewekte reactiekracht, werkzaam bij het strekken, in evenwicht
gebracht worden door de meerdere spankracht in de buigpezen en ontstaat

dus geleidelijk de verhoogde knieactie.

* * *

Een geheel andere kwestie is, of in bepaalde gevallen het lang laten der
toonen, het in zijn geheel lang laten der hoeven (zooals de heer Rompel-
man dit in de April-aflevering aangeeft) of verzwaarde ijzers aanbeveling
verdient.

Het ingezonden stuk van collega Rompelman getuigt over het geheel
genomen van een juist inzicht over besnijden en beslag bij concourspaarden;
het verraadt den ambitieuzen vakman.

Misschien wijzigt dit artikel zijn gedachte over het niet veerende van natuur
zijn der spieren en pezen. Wij 'willen aannemen dat de betreffende zin zijn
oorsprong vindt in een minder gelukkige woordkeuze. Want ook bij het
besnijden zooals R. aangaf, heeft een dieper doortreden plaats en ontstaat
spankracht in de pezen. Deze wijze van besnijden willen wij niet afkeuren;
zal in sommige gevallen te verkiezen zijn
boven het alleen lang laten der
toonen.

Overigens zijn wij het geheel met het betoog van Collega Rompelman
eens. Het ware te wenschen dat meerdere smeden hun practische ervaringen
aan „De Hoefsmidquot; toevertrouwden. Dat komt het vak ten goede.

H. V.

KORTE MEDEDEEIINGEN.

— Een eervolle staat van dienst! De heer D. F. S t u i v e n b e r g,
sedert 36 jaar onafgebroken ,,baasquot; aan de ,,Inrichting voor hoefbeslag te
Groningen, waar meer dan 200 hoefsmeden gedurende 5 ä 6 maanden hunne
opleiding genoten, heeft op 1 Mei j. 1. de hamer voor goed neergelegd.

,,Ik ben,quot; zoo schreef de heer Stuivenberg ons, ,,den 6en Mei verhuisd
naar de kleine Leliestraat 9 (Groningen). Of het rentenieren mij bevallen
zal, dat moet de tijd leeren.quot;

Wij wenschen den zoo kundigen en sympathieken „baas Stuivenbergquot;,
die ook bij vele paardengebruikers in Groningen groote waardeering mocht
verwerven, nog gedurende een reeks van jaren met eega en familie een aan-
gename en welverdiende rust.

-ocr page 85-

—nbsp;Op Zaterdag 24 April j.1. had te Zutphen het overgangsexamen
plaats van den
cursus in Hoefbeslag aldaar.

Naar het tweede leerjaar werden bevorderd de volgende candidaten:
H. Eelderink, Lochem, H. ter Harmsel, Gorssel, A. H. Kremer, Eibergen,
J. Mengerink, Laren en .]. H. H. Wiegerink, Ruurlo,

Niet bevorderd werden twee leerlingen, terwijl een niet aan het examen
heeft deelgenomen.

De Rijks-Veeteeltconsulent voor Gelderland,

W. de Jong.

—nbsp;Nuttig werk. De heer A. G. M ö r z e r B r u y n s, die thans in Canada
woont, heeft over de vooruitzichten van den Nederlandschen landbouwer in
Canada, eenige uitnemende artikelen in verschillende landbouwbladen
gegeven. Zij die over „verhuizen naar een ander landquot; denken, behooren
zich eerst goed met den inhoud dier artikelen op de hoogte te stellen. — De
heer P. H. Burgers, die thans voor een Engelsche maatschappij een
studiereis in Zuid-Afrika maakt, is in het Alg. Ned. Lbl. een serie artikelen
over dit land begonnen, die ook wel de aandacht zullen trekken en als
„nuttig werkquot; mogen worden beschouwd.

—nbsp;.Vxel. Een der meest werkzame afdeelingen van de Zeeuwsche
Landbouwmaatschappij is zeker wel die te Axel, waar dit jaar een landbouw-
tentoonstelling wordt gehouden. Het keurig uitgevoerde geïllustreerde
prograinma is reeds verschenen en maakt een besten indruk. Zij vindt Don-
derdag 24 en Vrijdag 25 Juni plaats. De heer Ph. J. van Dixhoorn trrcedt
op als voorzitter van het hoofd-comité, de heer J. de Putter, Steenbosch,
Axel, als secretaris. Deze zeggen in de „Inleidingquot; o.a. het volgende: „Het
Land van Axel zal dan in den ruims ten zin van het woord den bezoekers

,,toonen, wat ons vruchtbaar land met zijn nijvere bevolking, voortbrengt._

„Het paard dat in het land van Axel wordt gefokt, is niet alleen bekend in
„ons land, doch het heeft een wereldnaam verworven.quot;

De Commissie voor de Afdeeling Hoefbeslag bestaat uit de heeren
L. Boogaert te Axel, voorzitter, H. Kerckhaert te Stoppeldijk en A. J.
Schieman te Axel, secretaris.

De aangiften moeten voor 27 Mei worden gedaan. Inschrijvingsbilletten
zijn verkrijgbaar bij den heer J. de Putter voornoemd.

Het programma luidt in het kort als volgt:

I.nbsp;Wedstrijd in hoefbeslag, bestaande uit het beslaan van een of twee
hoeven en het maken der ijzers daarvoor. Prijzen: medailles.

II.nbsp;Inzending hoefijzers, bestaande uit minstens 8 stuks, uitsluitend
dienende voor het trekpaard, met de hand gesmeed en alleen de scherpe
kanten afgevijld, hieronder begrepen een paar Belgische balkijzers. Prijzen:
medailles,

III.nbsp;Inzending hoefijzers en leermiddelen door onderwijzers in practisch
hoefbeslag, Ie pr, verg, zilv. med.

IV.nbsp;Inzending fabrieksijzers door hoefijzerfabrikanten. Ie pr. verg. zilv.
med.

-ocr page 86-

V.nbsp;Inzending materialen en gereedschai)pen voor hoefbeslag. Ie pr.
zilv. med.

VI.nbsp;Inzending noodstallen. Ie pr. zilv. med.

Elke deelnemer moet f 2.50 inleggeld betalen bij de aangifte.

— Ilijksdiploina hoefsmid. Het voorjaars-exanien 1926 is en wordt
afgenomen: 22, 23, 24 en 25 Maart, 12, 13, 14, 15, 26, 27, 28 en 29
April, 10, 11, 17, 18, 19, 20 en 31 Mei, I, 2 en 3 Juni. — Het
aantal eandidaten bedraagt 133. Tot en met 29 April zijn er 36 ge-
slaagden, hetgeen precies 50 % is van het aantal geëxamineerden,

persoverzicht.

De Mei-aflevering van „Der Hufschmiedquot; bevat een artikel over het
gevaar, dat er voor paarden bestaat om in hoefsmederijen in aanraking te komen
met de smetstof die oorzaak is van de klem (tetanus).
Dit artikel is ontleend
aan een proefschrift, waarop de dierenarts Fritz Siebecker uit Frankenstein
Doctor in de diergeneeskunde is geworden. Uit dat artikel blijkt, dat de
gedane proefnemingen in 53 van de 66 gevallen aanwezigheid van klem-
bacillen hebben aangetoond, n.1. bij 23 van de 28 onderzochte hoeven en bij
30 van de 38 smidsgereedschappen of werktuigen, zooals noodstallen, schoots-
vellen, raspen, beslagbokken enz. Dit neemt niet weg, dat het tot de hooge
uitzonderingen zal behooren, als de oorzaak van een geval van klem werkelijk
in de smederij wordt opgedaan.

De waargenomen gevallen hebben bijna altijd betrekking op paarden,
die een nagel, spijker of ander scherp voorwerp op den weg hebben ingetrapt.

—nbsp;Een tweede artikel handelt over de wijziging in de heffing der belasting
welke Duitschland sedert 1 April j.1. heeft ingevoerd n.l. ivat bedrijf en ambacht
aangaat. De
belastingen in Duitschland zijn hoog en velerlei, zoodat het voor
den middenstand bijna ondoenlijk is om zich staande te houden. Eén der
belastingvormen is de heffing op den omzet. Voor elke gedane leverantie
moest aan den Rijksontvanger 1% van het brutobedrag worden afgedragen.
Dit kan een belangrijk deel van de winst zijn. Het Duitsche ministerie
heeft nu sedert 1 April j.1. deze soort belasting verlaagd n.1. van één procent
op 0.6 %, dus bijna tot op de helft. Dr. B r ö n n e r, die dit artikel schreef,
voegt er aan toe, dat ook de vermogensbelasting, tot op het 3/4 gedeelte
van die in 1925 geheven, is verlaagd, en dat deze verlichtingen volle toe-
juiching verdienen, maar dat een toereikende vermindering eerst dan zal
zijn verkregen, als ook de inkomstenbelastingen belangrijk worden verlaagd.

—nbsp;Een derde artikel bevat een overzicht van een proef in zake het op tijd
vervaardigen van hoefijzers en het onderleggen hiervan.
Een meester-hoefsmid
gebruikte bij de beoordeeling van het paard voor het beslag 5 minuten, —
voor het afhakken van de staaf en het smeden der ijzers 40 min., — het
richten van het ijzer, het aanbrengen van een stoot en kalkoenen ook
40 min. — voor het passen van het ijzer 25 min. en voor het beoordeelen van
het paard na het beslag 5 min., alzoo totaal 115 min. De ofiicieele tijd, die
bij het examen in Dresden werd gesteld, was voor die werkzaamheden
100 minuten.

-ocr page 87-

i)e lioefsmid, welke voor het onderslaan van het ijzer zorgdroeg, had
voor zijne werkzaamheden den volgenden tijd noodig: de beoordeeling van
het paard voor het beslag 5 min:, — voor het afnemen van het oude ijzer
en het besnijden der hoeven 45 min. — voor het onderslaan van het ijzer
40 min. en voor de beoordeeling van het paard na het beslag 5 min., alzoo
totaal 95 min. De tot nu toe hiervoor beschikbare tijd bedroeg slechts
70 min.

Een jonge smid bezigde voor de volgende werkzaamheden den daarbij
aangegeven tijd: voor de beoordeeling van het paard vóór het beslag 5 min.,
— voor het afhakken der staaf en het smeden der ijzers 40 min., — voor
het richten der ijzers, het maken van stoot en kalkoenen 40 min., — voor
het afwerken der ijzers 35 min. en voor de beoordeeling van het paard na
het beslag 5 min., alzoo totaal 125 min., terwijl bij de examens voor deze
werkzaamheden 100 min. beschikbaar zijn.

De commissie controleerde ook de tijden, die de meester, de hoefsmid en
de jonge smid voor dezelfde werkzaamheden noodig hadden, als zij in
plaats van handgesmede ijzers gebruik maakten van fabrieksijzers met
stoot en kalkoenen. De meester 73 min., de hoefsmid 75 en de jonge smid
90 min. De ofïicieele bij de examens beschikbaar gestelde tijden bedroegen
voor alle drie elk 70 min.

De vertegenwoordigers van de landbouwers, die bij deze proefwerk-
zaamheden tegenwoordig waren, verklaarden zeer tevreden te zijn als in
de praktijk zoo vlot en goed werd gewerkt als thans was geschied.

Er zal nu wel worden overwogen om ook bij de examens de beschikbaar
gestelde tijden iets te verruimen.

~nbsp;ADVERTENTIËN.

VERTEGENWOORDIGER

Bekende Hoefijzerfabriek vraagt voor direct
WELBESPRAAKT vertegenwoordiger voor het
bezoeken van Hoefsmeden in het geheele land.

BEZIT DIPLOMA HOEFBESLAG AMERSFOORT OF UTRECHT

strekt tot aanbeveling.

Brieven met opgaaf van leeftijd, verlangd salaris enz. onder n». 2
aan het Bureau van dit Blad.

W. BERNET amp; Co, AMSTERDAM

berichten, dat zij een GROOTE PARTIJ

HOEFIJZERS

Ie en 2e soort,

in VOORRAAD hebben, die zij wenschen OP TE RUIMEN.

-ocr page 88-

DE OUDE ZWOLSCHE VAN 1895'

's-GRAVENHAGE

■ PIETER BOTHSTRAAT 34-38 ■

Maatsch. Kapitaalnbsp;__Jaarl. Premieontvanqst

r 1.000.000-nbsp;/ 700.000-

belegd en reserve kapitaal / 407.676.88
d. p. linthout, ged. commissarisnbsp;w. wilmink, directeur

ALG. PAARDEN- EN VE E V E R Z E K E RI N G

PREMIE VANAF / 1.50 PER f 100.—

GROOTSTE IN NEDERLAND

het risico van transport en
verblijf op keurinq, landbouw-
tentoonstelling enz. wordt zon-
der premie verhooging gedragen

BRANDVERZEKERING VOOR LANDBOUWBEDRIJVEN

PREMIE VANAF / 1.50 PER MILLE

geen inleg- en geen taxatiekosten

IVASTE PREMIËNi

Firma S. C. N. BAX

Glashaven 9, Rotterdam - Telef. 1355

Specialiteit in Artikelen voor Hoefbeslag.
Machinale hoefijzers Helpman,

Mustad- en Ster-Hoefnagels: meest uitgebreide sorteering
in meer dan 70 maten en modellen voorradig.

Rubber-Hoefzolen: Uitsluitend van prima kwaliteit
caoutchouc vervaardigd, dus niet van rubberafval.

a. Open en dichte luchtdrukzolen voor voor- en achterijzers
in 9 resp. 11 maten voorradig.

5. Zolen voor halve ijzers met hoog rubberkussen in 8
maten voorradig.

c. Blokzolen, straalzolen en hielstukken.
Kunsthoorn, kurkkit.

IJsnagels, kalkoenen, stiften, opruimers, hoeftangen, af-
breektangen, renetten, hoefraspen, hoefhamers, houwklingen,

lasch- of weiblad, laschpoeder, metaalzagen enz.
^ -
^

Il

-ocr page 89-

„OSTAquot; HOEFIJZERS

handhaven hun roem

Zij zijn en blijven:
ONOVERTROFFEN IN KREALITEIT.

BILLIJK IN PRIJS.
IN ÉÉN HITTE P
ASKLAAR, das
GOEDKOOPER dan andere fabrikaten,
ONMISBAAR YOOR DEN TAKMAN.

Laat U door den Handelaar geen andere in de hand stoppen.
Heeft Hij geen „O S T Aquot;-Hoefijzers, bestel dan rechtstreeks,

Hoelijzei- en llssenfalirieli „SI. [LOYquot;, Rooseiidaal 10.

WATSON'S NIEUWE HOEFRASP

VAN PRIMA ENGELSCH MATERIAAL

IS DE BESTE EN DAAROM DE GOEDKOOPSTE.

Vraagt deze raspen bij Uw Leverancier.

WAAR NIET VERKRIJGBAAR DIRECT VAN ONZE FABRIEK.

Prijs f 11.50 per dozijn blokmodel.
Prijs
f 10.75 per dozijn plat pnntmodel.

G. WATSON amp; zoors VIJLENFABRIEK,

HILLEGERSBERG BIJ ROTTERDAM.

OP AANVEAGE GRATIS MONSTERS VERKRIJGBAAR.

-ocr page 90-

N. V.

iïi IWiiÉ Miiirtlï

jj

„HIPPOS

DORDRECHT

Onze nieuwste verbeterde hoefijzers

voldoen o.a. aan de volgende practische eischen:

1°. Zuiver rechtsche en linksche modellen,

2°. Breede, vlakke takeinden, waarop de verzenen
geheel dragen,

3°. Volkomen vlakke draagrand en diepe afhelling,

4°. Juiste plaats en richting der nagelgaten,

5°. Vorm van rits en stampnagelgaten zoodanig,
dat de nagelkop geheel is opgesloten.

Indien bij Uw handelaar niet verkrijgbaar,
direct van de fabriek te betrekken

83
SS
ffi

ffi

83

83
©

83
83

83
©

SS
©

83
83
Si

gs
©

-ocr page 91-

Wanneer gij het beste op gebied van hoef-
beslag wenscht, gebruikt dan

M
ili

■II

ili
ils
ili

si:

ili
■Ti
ili

Ze zijn bodemnauw, hebben schuin gestampte
gaten en een juiste verdeeling en plaatsing der
nagelgaten.

HELPMAN-HOEFIJZERS zijn niet noodeloos
zwaar; de verpakking weegt zoo goed als
niets en dus zijn ze per stuk de goedkoopste
aan de markt.

HOEFIJZERS

HOEFNAGELS

HELLER HOEFRASPEN

t

Alle artikelen voor Hoefbeslag.

Amsterdam
Hekelveld 16

B. A. LUYKX

Telefoon 46080

ili
ili

-ocr page 92-

Piims Duiisciie smteimoieii

a f 18.50 per 1000 K G.

Vrijboord Amsterdam
of franco bergplaats Amsterdam.

J. C. JANSEN amp; ZOON - AMSTERDAM.

TELEFOON 44523. ,nbsp;UIJNBAANSCRACHT f56d.

LAMBERT
HOEFZOLEN

in de modellen

Lambert open pad
Frog pad

Red Philadelphia pad (rood rubber)

en de bekende
Amerikaansche

m

'§M

êMii

Heller floefrasnen

Lambert amp; Company
Leuvehaven 66 :: Rotterdam

-ocr page 93-

MAANDBLAD

/

I

15 Juni 1926

31« Jaargang

ABONNEMENTSPRIJSnbsp;- «t.ii.sS'' ADVERTENTIEN

voor Nederland per jaar f 3.-nbsp;(breedte 6 cM.) f 2—,

„ „ , . . ^ ,nbsp;iedereregelmeerfO.20.-Tarieven voor

voor 't Buitenland per jaar f 4.- contracten op aanvrage verkrügbaar

Redacteur-Uitgever: A. W. Heidema te 's Gravenhage, Huygensplein 5

INHOUD.

D. K Stuivenberg. — Concours- en Keurirgsbeslag. — Op gladde ijzers. — Vereeniging
van Rijksonderwijzers in practiscli hoefbeslag. — Hoefbeslag op de Tentoonstelling te
Enschede. — Korte mededeelingen. — Persoverzicht. — Advertentiën.

1L

D. F. STUIVENBERG.

De vorige maand is de ,,baasquot; van de Inrichting voor hoefbeslag te
Groningen als zoodanig afgetreden, na aan één stuk 36 jaar in die betrekldng
werkzaam te zijn geweest. Dit laatste is een merkwaardig feit, te meer daar

-ocr page 94-

in die periode de ontwilikeling van het hoefsmidsvak in Nederland met
reuzenschreden is vooruitgegaan en de heer D. F. Stuivenberg, wiens beeld
hierboven is weergegeven, krachtig tot dien vooruitgang heeft medegewerkt.
Wij waren in de gelegenheid dit van nabij, over een groot gedeelte dezer
periode, te kunnen volgen, reden waarom het ons aangewezen voorkwam
om moeite te doen zoowel het beeld als een korte levensbeschrijving van
dezen bekwamen ,,meesterquot; in ons vakblad op te nemen.

Wij onderschatten de beteekenis van het theoretische onderwijs voor
de aanstaande hoefsmeden niet, maar de hoefsmid-onderwijzer, de man
van de praktijk, is bij die opleiding toch de belangrijkste onderwijskracht.
Aan de „Inrichting voor Hoefbeslag te Groningenquot;, waar thans als regel
geen leerlingen meer worden opgeleid, hebben eenige honderden smeden
hunne bekwaamheid als hoefsmid verkregen en velen hiervan zullen met
instemming en dankbaarheid het portret en eenige bijzonderheden van het
leven van hun vroegeren leermeester zien verschijnen.

Wij danken den heer Stuivenberg voor de toestemming om zijn foto in
„De Hoefsmidquot; te mogen plaatsen, alsmede voor zijn korte levensbeschrij-
ving en meenen goed te doen deze hieronder te laten volgen en de hoop
uit te spreken, dat het hem gegeven moge zijn nog een aantal jaren met zijn
vrouw in goede gezondheid in zijn nieuwe woning in de Leliestraat te Gro-
ningen van de welverdiende rust te genieten. Wij knoopen hieraan nog den
wensch vast, dat het niet alleen vader en moeder Stuivenberg, maar ook hunne
kinderen en kleinkinderen wel moge gaan.

Red.

* * *

,,Wat mijn opleiding aangaat:

2 April 1867 geboren, ben ik in Mei 1879 als smidsjongen voor rekening
van wijlen den heer W. A. H. v. Horsen in de smederij van 's Rijks Vee-
artsenijschool te Utrecht gekomen. Na twee jaar werkzaam te zijn geweest,
volgde mijn aanstelling in Rijksdienst aan deze School. Een paar jaar later
werd wijlen A. v. Duin uit Gouda als knecht in dienst genomen en hebben wij
toen samen ons vak geleerd. Toen v. Duin zijn dienstplicht moest vervullen,
werd ik als eerste knecht aangesteld. Anderhalf jaar later moest ik ook
soldaat worden, en kwam v. Duin in zijn oude plaats terug aan de Vee-
artsenijschool. In de laatste maanden van mijn diensttijd werd de Inrichting
voor Hoefbeslag te Groningen gebouwd en toen die klaar was, werd v. Duin
daar aangesteld als smidsbaas en kwam ik weer in de plaats van v. Duin
terug aan de Veeartsenijschool.

Nadat van Duin 18 maanden in Groningen werkzaam was geweest, ver-
trok hij naar Gouda waar hij voor eigen rekening begon te werken. Toen
ben ik (4 April 1890) als smidsbaas te Groningen aangesteld.

Wat nu mijn ervaring aangaat in Groningen, bij het opleiden van leer-
lingen gedurende 36 jaar — dit was in het begin geen gemakkelijke taak,
daar men de leerlingen dagelijks aan particuliere paarden moest laten
werken, en als er wat aan het beslag mankeerde, dan kreeg de baas het
op zijn kop, want ze moesten den vollen prijs voor het beslag betalen, of de
leerlingen het paard besloegen of de baas zelf.

-ocr page 95-

Maar niettegenstaande dit, is het mij altijd nog al goed gelukt om vrede
met de klanten te bewaren, en op den duur waren zij er dan ook mee tevreden
Daarbij moest ook gezorgd worden dat de smederij eenige verdienste op-
leverde. Maar overal went men aan, en zoo ging het hier ook mee, vooral
toen de toevloed van leerlingen zoo groot werd, dat zij na aangifte minstens
een jaar moesten wachten om geplaatst te worden. Toen kon het werk beter
pregeld worden. Er werd een nieuwe vuurhaard bijgebouwd en konden toen
iedere drie maanden nieuwe leerlingen geplaatst worden. De oudste leer-
lingen, die reeds 2 of 3 maanden als leerling den cursus volgden, moesten

zoo veel mogelijk de paarden beslaan, en de jongere konden dan eerst ijzers
leeren maken en geleidelijk naar het beslaan overgaan.

Wat het hoefijzers maken betreft, hadden de leerlingen vroeger er gauwer
slag van dan tegenwoordig, want toen waren er nog geen fabrieksijzers
bekend en moesten de smeden zelf hun ijzers maken. Zoodoende leerden de
jonge smeden het ook. Er werd bovendien aan de Inrichting geen leerling
aangenomen, die geen hoefijzer kon maken, en dat wisten zij ook heel goed.
Hij die het niet kon, en zich wilde aangeven om geplaatst te worden, oefende
zich voor dien tijd wel zoo veel dat hij er eenigszins slag van had om een
ijzer te maken, want ijzers moesten er heel wat gemaakt worden, daar er
zoo wat 5000 paar per jaar gebruikt werden, en die werden grootendeels

-ocr page 96-

door de leerlingen gemaakt. En al was de werkdag voor den oorlog wat
langer dan tegenwoordig, n. 1. van 's morgens 6 uur tot 's avonds 8 uur,
het werk werd altijd met plezier verricht, maar vooral het paardenbeslaan,
dat mochten zij in den regel allen graag doen. Men moest dan ook trachten
om de paarden zoo goed mogelijk te verdeelen, anders was de een jaloersch
op den anderen als deze een paard meer mocht beslaan.

In de prov. Groningen is altijd veel ambitie geweest bij de smeden om
een cursus in hoefbeslag te volgen. Al waren er ook enkele die het niet veel
„in de rekeningquot; hadden, deze werden als het ware gedwongen door de
boeren, want deze lieten het liefst hunne paarden beslaan bij de smeden
die een diploma hadden. Van zelf drong dit al spoedig door in andere provin-
ciën waardoor er verscheidene smeden uit Drenthe en Friesland een cursus
gevolgd hebben aan de inrichting voor hoefbeslag te Groningen. Vooral in
Drenthe wisten de boeren het goede beslag van hun paarden te waardeeren,
waardoor iederen leerling uit de provincie, die een cursus gevolgd had en met
een „goedquot; diploma in zijn zak terugkwam, een zekere vergoeding kreeg voor
de onkosten, die hij gemaakt had.

Maar de tijd is nu voorbij dat de smeden alleen aangewezen zijn op Groningen
en Amersfoort; er zijn nu zooveel cursussen in de laatste jaren opgericht,
waar de smeden gemakkelijker en veel goedkooper een cursus kunnen volgen,
zoodat het voor de Inrichting voor Hoefbeslag te Groningen niet meer de
moeite loont om zoo'n enkele leerling, die zich nog aanmeldt, op te leiden.

En nu het aantal paarden, die aan de smederij zijn, door het vele gebruik
van auto's, en vooral door de lage prijzen waar de smeden voor werken die
buiten den B. S. P. N. staan, sterk verminderd zijn, zou er mijns inziens
bij iederen leerling, die' opgeleid wordt, geld bij moeten.quot;

CONCOURS- EN KEURINGSBESLAG.

In de Mei-aflevering van „De Hoefsmidquot; hebben wij getracht een ver-
klaring te geven voor de verhoogde knieactie, door lange toonen en ver-
zwaarde ijzers. Het lijkt mij echter niet ondienstig nu óók te behandelen,
wat of in bepaalde gevallen aanbeveling verdient. Wellicht wordt daardoor
aan enkele punten, die nu bij bovengenoemd beslag over het hoofd worden
gezien, meer aandacht geschonken.

Verschillende smeden zijn geen voorstanders van het zoogenaamde
keuringsbeslag. Mijns inziens is er echter niets tegen om het toe te passen.
Het verhoogt de ambitie in het vak. De smeden worden er door gedwongen
om zich een juiste voorstelling eigen te maken van den gang van het paard,
de oorzaken op te sporen voor de gunstige en ongunstige resultaten.

Doet men nooit anders dan een normaal ijzer onder een normalen hoef
leggen, dan wordt het werk van den hoefsmid gelijk aan dat van een schoen-
lapper; het wordt geestdoodend. Er moet leven in de brouwerij blijven. De
smeden die
meer zijn dan „paardenschoenlapperquot; vinden vanzelf ook een
hoogere waardeering.

Het behoeft natuurlijk geen betoog, dat voor het beslag waarmede ver-

-ocr page 97-

betering, of liever opvoering van de actie beoogd wordt, een vasten regel is
aan te geven. Ieder geval moet op zich zelf beschouwd worden.

Wij willen slechts enkele punten aanstippen en zijn deze meer bedoeld als
een
aanwijzing voor de richting waarin de gedachten van de smeden moeten

gaan, om niet al te grove fouten te maken.

*

Nog veel te veel zijn de eigenaren en ook de smeden van meening, dat,
wanneer er maar een paar flinke zware ijzers ondergelegd zijn, de maximum
gang bereikt wordt. Niets is minder waar. Wij gaan zelfs verder en beweren,
dat in verschillende gevallen lichte ijzers of „heelemaal geen ijzersquot; meer op
zijn plaats zouden zijn, om het beoogde doel te bereiken. De smeden, die het
vorige artikel begrepen hebben, zullen zich dat kunnen indenken.

Er zijn eigenaren die ieder jaar, voor het concours of de stamboekkeuring,
hun paard(en) van zware voorijzers doen voorzien. Op zich zelf beschouwd is
hier niets tegen, maar of de zware ijzers
steeds het zelfde succes zullen hebben,
valt te betwijfelen. Immers het paard is niet altijd in de zelfde conditie. De
kracht, waarover het dier kan beschikken om een nuttig gebruik te maken
van de zware ijzers, houdt verband met den leeftijd. Ook kunnen tijdelijke
slapte, ontstaan door voedingsstoornis, vermoeidheid, enz. het gunstige
resultaat geheel te niet doen.

't Is zeer goed mogelijk dat een mislukte proef bij het vierjarige paard,
op zesjarigen leeftijd een succes zal blijken te zijn.

Met een en ander hebben eigenaar en smid rekening te houden.

*

Bespreken wij nu wat of den smid te doen staat, in het geval hem wordt
opgedragen een beslag aan te brengen tot verhooging van de actie.

Begin dan niet — zooals het gewoonlijk gaat — met een paar zware ijzers te
maken en onder te leggen. Gij geeft dan een slag in de lucht. Tien tegen een,
dat gij niets raakt; de trefkans in de ijle lucht is nu eenmaal niet groot. Zie
eerst waartoe het paard in staat is. Laat het dier draven door den man,
die het zal voorbrengen. Voor concoursbeslag doet men dit in het tuig, en
met den koetsier er achter die zal rijden. Is er weinig temperament aanwezig,
span dan de verwachting niet te hoog.

Het spreekt van zelf dat bij de beoordeeling in gang en stand de geringste
afwijking moet opgemerkt worden om daarmee rekening te kunnen houden
bij het te kiezen beslag.

Zie bijvoorbeeld goed toe, of er ook neiging bestaat om aan te slaan tegen
de voorknie. 't Is mij wel overkomen, dat, na het aanbrengen van een paar
zware bodemwijde ijzers, de voorknie werd stukgeslagen. Men zij daar voor-
zichtig mede; dit euvel ontstaat gauwer, dan dat het weer verdwijnt.

Geeft het paard door zijn lichaamsbouw aanleiding tot klappen, dan
late men niet de toonen lang, lang in verhouding tot de verzenen. Men
zal met de lange toonen misschien de knieactie verhoogen, maar het door-
treden wordt er dieper door, de tijd benoodigd voor het over den toon rollen
grooter en werkt men het klappen in de hand.

In dit geval zoekt men succes in korte toonen, al of niet met een toon-
gewichtsijzer. Is echter de achterhand
naar verhouding sterker dan de

-ocr page 98-

voorhand, de beweging in de voorbeenen naar verhouding dus minder
sterk dan in de achterbeenen, dan ontstaat daardoor ook licht klappen en
geve men
geen zware voorijzers, of toongewichtsijzers, doch korte toonen
met goeden opzet en
lichte ijzers. Lichte ijzers, omdat hoogstwaarschijnlijk
de kracht, om van de zware ijzers een nuttig effect te hebben, niet aanwezig is.

Zouden wij moeten adviseeren, wat of het beste is: de hoeven lang laten of
verzwaarde ijzers aanbrengen, wij zouden, zonder het paard te zien, het
antwoord moeten schuldig blijven. Het hangt geheel van de omstandigheden
af waarmede het meest bereikt wordt. In 't algemeen zij opgemerkt, dat bij
paarden met hooge knieactie de meeste kan^ bestaat deze nog hooger te
maken.

Wij willen aan het gezond verstand van den ambitieuzen smid overlaten
hoe hij voor elk geval afzonderlijk te handelen heeft.nbsp;H. V.

OP GLADDE IJZERS
gaan in Frankrijk, wanneer ik althans deze conclusie voor het algemeen
mag trekken uit hetgeen ik te Bordeaux, Marseille en Parijs waarnam, alle
paarden, welke- niet om bizondere redenen (afwijkende stand, hoefgebrek)
van kalkoenen zijn voorzien. Hoogst zelden kreeg ik deze echter te zien.
Practisch genomen gaat alles op gladde ijzers zonder kalkoenen, zonder stoot,
zonder ingelegde zool. Als ze vallen, wat ik nog al eens bijwoonde, is hieraan
het spiegelgladde plaveisel gepaard aan rondgelegd wegdek schuld. Het op-
komen is dan meermalen hoogst bezwaarlijk, ook met de traditioneele deken
onder de voeten gaf het nog gemartel. Merkwaardig wel, hoe rustig ze, een-
maal tegen de vlakte, meestal blijven liggen — denken zeker: daar heb je
het alweer, eerst uitspannen, haast je maar niet, dan probeeren om op te
komen .... oef!

Opeenvolgende graden van gladheid heb ik meenen te mogen constateeren
als volgt: blauwe keien het slimst, dan asphalt, dan hout. Geroutineerde
paarden zien kans met vier beenen te gelijk minstens een meter ver te glijden
en brengen dan in den ouderlingen stand geen verandering doch balanceeren
zichtbaar met het bovenlichaam, hals en hoofd. Ze zouden zeer beslist den
staart ook benutten — de meeste zware sleeperspaarden missen dien echter
ook daar (een troost inmiddels voor hen, die mochten meenen dat ,,le plus
sot des animauxquot; alleen hier gefokt werd!).

Op het moderne wegdek moet elke gummiband méér worden begroet als
een gemarteld paard minder!
nbsp;q

VEREENIGING VAN RIJKSONDERWIJZERS IN
PRACTISCH HOEFBESLAG 1).

In de 24 April gehouden Bestuursvergad,ering waren alle leden, behalve
de heer Falkenhagen, aanwezig. Ook was tegenwoordig de eere-voorzitter

1nbsp; Het verslag van deze vergadering werd de vorige maand even te laat
ontvangen om nog in de Mei-afl. te kunnen worden opgenomen. Red,

-ocr page 99-

Prof. Dr. H. M. Kroon, die het Bestuur steeds met raad en daad ter zijde
staat.

Nadat de voorzitter allen welkom had geheeten, werden de notulen ge-
lezen en ongewijzigd — onder dankzegging voor de juiste redactie — vast-
gesteld.

Besloten werd een circulaire te richten aan de patroons en bedrijfsleiders
van hoefsmederijen en de inhoud van bedoeld rondschrijven opgemaakt.

Verder werd besloten een bespreking te verzoeken met den Inspecteur
v/h. Nijverheids- en idem van het Landbouwonderwijs, om te trachten
het daarheen geleid te krijgen dat op de Ambachtsscholen in het 3e leerjaar
onderwijs wordt gegeven in het maken van hoefijzers.

Voor den te houden wedstrijd in hoefbeslag te Axel werd f 10 uitgetrokken
voor de toekenning van een medaille, onder voorwaarde dat op die medaille
de inscriptie der Vereeniging gegraveerd moet worden. Aan de aspirant
onderwijzers zal worden verzocht om zich te onthouden van deelname aan
wedstrijden in hoefbeslag. Daarentegen zal het Bestuur bij de Vereeni-
gingen of corporaties, die wedstrijden uitschrijven, aandringen om ook
voor personen beneden 18 jaar wedstrijden te organiseeren, alleen in het
maken van hoefijzers en hiervoor pryzen beschikbaar te stellen.

Aan de leiders van cursussen zal worden verzocht om zooveel mogelijk
te willen bevorderen dat de oudste eandidaten tot de cursussen worden
toegelaten.

Hierna sluiting.

H. van Waasbergen, Oud-Beijerland,
Secretaris.

HOEFBESLAG OP DE TENTOONSTELLING TE ENSCHEDE

(25—29 Aug).

Het programma voor de Afdeeling hoefbeslag luidt:

Het doel van de afdeeling Hoefbeslag is:

1.nbsp;door het houden van wedstrijden van hoefsmeden propaganda te
maken voor het groote belang van een goed hoefbeslag en voorts aanmoedi-
ging te geven voor verdere bekwaming in het vak;

2.nbsp;het publiek de groote beteekenis van het hoefsmidsvak te toonen en
aan de vakmenschen te laten zien, alles wat tot hun vak behoort;

3.nbsp;een beeld te geven van wetenschappelijke grondslagen waarop het
hoefbeslag berust.

Bijzondere Bepalingen.

Art. 1. Aan dezen wedstrijd kunnen alle gediplomeerde hoefsmeden
deelnemen, tegen een inleggeld van f 2.50, te voldoen bij de aangifte.

Art. 2. De aanmelding tot deelname moet schriftelijk geschieden vóór
26 Juni 1926 bij den heer J. Eshuis, dierenarts te Enschede, met vermelding
van naam en voornamen, woonplaats, ouderdom en waar zij hunne opleiding
genoten hebben, en onder bijvoeging van het inleggeld.

Art. 3. De wedstrijd zal plaats vinden op 27 Augustus 1926 op een terrein
der tentoonstelling in het Volkspark te Enschede.

-ocr page 100-

Art. 4. Ieder mededinger zal een hoef van een hem door het lot aange-
wezen paard hebben te beslaan, waarvoor een werktijd van 45 minuten
wordt toegestaan.

Art. 5. De beoordeeling geschiedt volgens puntenstelsel naar: a. het
afnemen van het oude ijzer en het besnijden van den hoef;
b. het maken
van een daarvoor bestemd ijzer; c. het passen en onderleggen daarvan;
d. een kort mondeling examen over den bouw en verrichtingen van den voet
en de eischen, waaraan een goed beslag moet voldoen.

Art. 6. Ieder deelnemer is verplicht tot het medebrengen van eigen
gereedschappen, n.1. handhamer, tang, ritsbeitel, stamper, doorslag, rasp,
renet, houwkling enz.

Art. 7. De uitslag wordt onmiddellijk na afloop bekend gemaakt.

Art. 8. Indien het aantal aangiften te groot is, worden door loting de
deelnemers aangewezen. Bij geringere deelname heeft de commissie het
recht het aantal prijzen in te krimpen.

Art. 9. Voor de inzendingen Hoefbeslag in de klassen 2, 3 en 4 is een
inschrijfgeld van f 2.50 per strekkende Meter tafel en wandruimte ver-
schuldigd.

Rubriek A. I. Wedstrijd in hoefbeslag van gediplomeerde hoefsmeden
volgens de bepalingen in de bijzondere voorwaarden vermeld. Prijzen:
40, 30, 20, 15 en f 10, alsmede eervolle vermeldingen.

Rubriek B. 2. De beste en volledigste inzending handgesmede hoefijzers
(niet gevijld), te weten: ijzers voor normaalbeslag, strijkijzers, klapijzers,
balkijzers, stootijzers, renijzers, gummibeslag, knolvoetijzers, verbandijzers,
ijzers voor verbeende hoefkraakbeenderen enz. Prijzen: verguld zilv., zilv. en
bronzen medaille, alsmede eervolle vermeldingen.

3.nbsp;De beste en meest volledige inzending fabriekshoefijzers.

4.nbsp;Gereedschappen ten dienste van het hoefbeslag, in den meest uitge-
breiden zin. Prijzen: diploma's.

N.B. Inzenders in de klassen 2, 3 en 4 moeten hun inschrijfbiljet vóór
26 Juni 1926, vergezeld van het inschrijfgeld, inzenden bij den Algem.
Secr.-Penningm., Bern. H. Vos te Enschede.

KORTE MEDEDEELINGEN._

— Cursussen in Gelderland. Op Zaterdag 1 Mei j.1. heeft het over-
gangsexamen plaats gehad van den cursus in Hoefbeslag te
Tiel. Van het
eerste naar het tweede leerjaar werden bevorderd: H. de Heus te Est bij
Geldermalsen, F. v. Krieken te Wadenoyen, P. v. d. Tol te Tiel, A. Blom te
Dodewaard, J. v. Beek te Maurik en G. Veldkamp te Amerongen.

—• Het overgangsexamen aan den cursus in Arnhem had plaats op Zaterdag
8 Mei. Alle deelnemers werden tot het tweede leerjaar toegelaten. Hun namen
zijn: W. M. Eggen te Babberich, C. H. Frentz te Arnhem, G. J. J. Booltink
te Steenderen, J. W. Poonen te Hees, H. Dimmendal te Zelhem, B. Bulten
te Zelhem, J. Mostert te Lunteren, F. J. Verstege te Babberich, D. Jolink
te Velp (G.), H. A. Evers te Didam, H. Leymers Hzn. te Angeren.

-ocr page 101-

Aan den cursus in Tiel is leider de lieer M. ten Broek, veearts te Tiel en
pract. onderwijzer de heer Oostendorp te Tiel.

De cursus in Arnhem wordt geleid door den heer J. C. M. Gurck, veearts
te Doesburg, terwijl pract. onderwijzer is de heer J. P. H. Huytink te Ruurlo.

—nbsp;Cursussen in hoefbeslag. Het Bestuur der Vereeniging van Rijks-
onderwijzers in practisch hoefbeslag verzoekt beleefd doch dringend aan
de leiders van cursussen om zooveel mogelijk te trachten dat de oudste
leerlingen, die zich aanmelden, tot de te houden cursussen worden toegelaten.

Het Bestuur.

—nbsp;Afdeeling hoefbeslag op de tentoonstelling te Steenbergen, 27—31 Juli.
In de April-aflevering is het programma voor de Afdeeling „hoefbeslagquot;
opgenomen en in een 17 Mei ontvangen schrijven werd ons gemeld dat de
inschrijvingen toen reeds alleszins redenen tot tevredenheid gaven. In verband
met dit laatste zullen de prijzen voor afd. I „Wedstrijd in hoefbeslagquot;
worden gewijzigd als volgt: Ie pr. verg. zilv. med. met diploma, 2e pr. zilv.
med. met dipL, 3e en 4e pr. bronzen med. met diploma's, terwijl verder
— indien de jury zulks wenschelijk acht — nog 3 eervolle vermeldingen,
ieder met bronzen medaille, kunnen worden toegekend.

—nbsp;Axel. Wij herinneren belanghebbenden er aan dat de tentoonstelling
te Axel, waaraan een wedstrijd in hoefbeslag is verbonden, plaats vindt op
24 en 25 Juni a. s. Zooals uit het programma, opgenomen in de vorige afle-
ring, bekend is, zijn ook inzendingen hoefijzers, leermiddelen, enz. gevraagd.

—nbsp;Groningen. Het gemeentebestuur van Groningen, waar voor zeer
veel geld een betere bestrating wordt aangebracht, heeft overleg gepleegd
met de sleepers en smeden over het beslag der paarden. Het is bekend dat
in Rotterdam en Groningen nog veel ijzers met stooten worden gebezigd,
in Rotterdam zeer breede, in Groningen smalle stooten. De sleepers bleken
niet bereid om tot afschaffing der stooten, die aan het asphalt-plaveisel
veel afbreuk doen, over te gaan. Het gemeentebestuur wil blijkbaar de
afschaffing bij verordening ook niet bevelen. Het overleg heeft er toe geleid
om ook in Groningen tot de breede Rotterdamsche stooten over te gaan.

Thans wordt nog overleg gepleegd omtrent het te bezigen winterbeslag,
dat vooral bij opdooi zoo veel schade aan de asphaltbestrating kan toebrengen.

Persoverzicht.

Trekken — duwen. Een dier zou feitelijk alleen iets, wat aan zijn staart
gebonden was, kunnen voorttrekken. In elk ander geval immers duwt het de
vracht. Zoodra van tuig sprake is, zou ik eene uitzondering op den regel
willen maken voor den os, mits het kussen dan achter de horens zij bevestigd.
Zoodra toch dit kussen vóór den kop, c. q. het juk tegen de schoft ligt, is
van trekken geen sprake meer, doch wordt geduwd. Zelfs de harddraver,

-ocr page 102-

die soms in de lichtoogen aan de boomen der sulkey z. g. trekt, duwt toch
feitelijk met zijne ribben tegen het schoftje.

Ons paard, dat meer bepaald eene vracht te verplaatsen krijgt, duwt dus
tegen borsttuig of gareel, welke vast aan de te verplaatsen last zijn bevestigd.

Aanleiding tot deze opmerkingen gaf me, te Bordeaux, een span muil-
dieren, waarvan het me aanstonds opviel, dat ze wel in gareelen liepen,
doch niet tusschen strengen. Van naderbij beschouwd, bemerkte ik, dat
vóór aan den boom, welke vast aan de kar was bevestigd, een raam, zeer
beweeglijk, was verbonden, en gevormd uit twee boomen waartusschen
aan de uiteinden beide gareelen vastzaten. Een en ander dus op de wijze
van een ossenjuk. De dieren drukken nu met hunne schouders tegen de
gareelen en bewogen zoo de kar voorwaarts, terwijl ze, met hoog opgeheven
hoofden ook eenigszins mede tegenhielden (de rem deed hier eigenlijk het
werk) bij het hellen der straat.

Ik zag slechts eenmaal zoo'n bespanning, welke, gezien de lading, van
buiten de stad kwam. Deze ontmoeting had plaats op een zeer druk punt,
waarom ik besloot den voerman niet lastig te vallen met het vragen van
nadere inlichtingen, welke ik hoopte wel te zullen kunnen krijgen bij een
volgende gelegenheid, welke, tot mijn spijt, zich echter niet meer voordeed.

(u. „Het Paardquot;).nbsp;□

—■ De invloed van den paardenarbeid op de kosten van het landbouwbedrijf.
De Groninger Maatschappij van Landbouw heeft aan hare afdeelingen de
volgende vragen ter beantwoording gezonden:

„Op welke wijze en in welke mate oefent de paardenarbeid invloed uit
op de onkosten van het landbouwbedrijf in het ressort onzer Maatschappij ?

Is het wenschelijk en mogelijk, door middel van een doelmatig bouwplan,
door verschuiving der herfstwerkzaamheden, door sterk voeren of op andere
wijze het aantal gebruikspaarden in te krimpen en de onkosten te ver-
minderen ?

Onder welke omstandigheden is aanschaffing van een tractor gemoti-
veerd?quot;

Op deze vraag is van 31 afdeelingen een antwoord ingekomen, welke
antwoorden alle van groote belangstelling voor de toekomst van het paard
op de Groningsche bedrijven getuigen, aldus het Gron. Landbouwblad.

De commissie, die de antwoorden verzameld en bestudeerd heeft, is tot
de volgende conclusies gekomen;

1.nbsp;De onkosten van het landbouwbedrijf worden in hooge mate door
paardenarbeid beïnvloed. In het Groningsch bouwbedrijf met 10 pet. klaver-
bouw zal de invloed van paardenarbeid tot menschenarbeid zich verhouden
als 3 : 8.

2.nbsp;In het onder 1 bedoelde bedrijf is per 12 H. A. één span paarden noodig,
waarvan de onkosten bij 100 dagen bediening f 1050, zonder bediening
f 700 of f 58 1/3 per H. A. bedragen.

3.nbsp;Door het vormen van een bouwplan, dat de oogstwerkzaamheden
over een längeren tijd verdeelt en door de herfstwerkzaamheden (voor
zoover de grond zulks toelaat) tevens over iets längeren tijd te verdeelen,
is het getal paarden in te krimpen.

-ocr page 103-

4.nbsp;Het opvoeren der prestatie per paard door sterkere voeding zal op den
duur geen voordeel afwerpen. De keuze van werktuigen met meer capaciteit
per tijdseenheid biedt in dit opzicht meer vooruitzichten.

5.nbsp;Aanschaffing van een tractor is alleen dan gemotiveerd, als tot af-
schaffing van minstens 2 paarden kan worden overgegaan. De onkosten
van een tractor, die het werk verricht van één span paarden, kunnen, met
inbegrip van bediening gedurende 50 werkdagen, worden geschat op rond
f 1000. Door ieder paard, dat meer afgeschaft kan worden (tot en met 4 in
totaal), wordt de exploitatie-rekening van den tractor gebaat met f 250
(f350 met aftrek van de vermeerdering van brandstofverbruik en onder-
houdskosten).

6.nbsp;Aan het gebruik van een tractor zijn de volgende nevenvoordeelen
verbonden:

a.nbsp;In tijden van drukte beschikt men over een groote krachtreserve,
die bij langdurig en voortdurend gebruik den landbouwer groote mogelijk-
heden biedt;

b.nbsp;Op boerderijen, die niet beschikken over electrischen stroom, kan de
tractor uitstekende diensten bewijzen als stationnaire motor.

7.nbsp;Bezwaren, aan het houden van een traetor verbonden, zijn:

a.nbsp;Op natten grond kan een tractor niet zoo spoedig en in den herfst
kan hij niet zoo lang gebruikt worden als paarden;

b.nbsp;Een vakkundig bestuurder is niet altijd beschikbaar;

c.nbsp;Landbouwers aan provinciale wegen hebben weggeldbelasting te betalen.

8.nbsp;De „Fordsonquot;-tractor is door de allerwege verkrijgbare onderdeelen,
de gemakkelijke bediening en den lagen aanschaffingsprijs tot nu toe de
geschiktste landbouwtractor.

9.nbsp;Het verdient aanbeveling voor het Centraal Bureau uit het Ned.
Landbouwcomité of voor de Coöp. Aankoopcommissiën om tot coöp. aan-
koop van brandstof en olie over te gaan.

10.nbsp;Het houden van cursussen, voor eigenaars, zoowel als voor bestuurder,
IS de weg om aan het in sub 7 b genoemde bezwaar tegemoet te komen.

11.nbsp;Er is groote behoefte aan een combinatie van ploeg- en wagentractor.

12.nbsp;Voor de Gron. Mij. van Landbouw verdient het overweging te zijner
tijd een enquête in te stellen naar de verkregen bedrijfsresultaten.

(u. N. B. C.}.

ADVERTENTIËN.

W. BERNET amp; Co., AMSTERDAM

berichten, dat zij een GROOTE PARTIJ

HOEFIJZERS

Ie en 2e soort,

in VOORRAAD hebben, die zij wenschen OP TE RUIMEN.

-ocr page 104-

83
83
83
SS

iliiliilialaiiiiiiStiitii'

83
83

N. V.

n lÉliilÉ bolMilrtt

HIPPOSquot;

DORDRECHT

Onze nieuwste verbeterde hoefijxers

voldoen o.a. aan de volgende practische eischen:

r. Zuiver rechtsche en linksche modellen,

2°. Breede, vlakke takeinden, waarop de verzenen
geheel dragen,

3°. Volkomen vlakke draagrand en diepe afhelling,

4quot;. Juiste plaats en richting der nagelgaten,

5°. Vorm van rits en stampnagelgaten zoodanig,
dat de nagelkop geheel is opgesloten.

Indien bij Uw handelaar niet verkrijgbaar,
direct van de fabriek te betrekken

©

83

83

SS
83
8S
83

m

83

83
©

88
83

83
©

SS

©

©

83

83
©

SS

gs
m

83
88
83
83

8S

©

88
88
88
83

©

83

83
83

83

88
88
88

88

ggpcr.

-ocr page 105-

Wanneer gij het beste op gebied van hoef-
beslag wenscht, gebruikt dan

Ze zijn bodemnauw, hebben schuin gestampte |j|
gaten en een juiste verdeeling en plaatsing der lp
nagelgaten.
nbsp;ij!

HELPMAN-HOEFIJZERS zijn niet noodeloos Si
zwaar; de verpakking weegt zoo goed als
niets en dus zijn ze per stuk de goedkoopste
aan de markt.

HOEFIJZERS — HOEFNAGELS

HELLER HOEFRASPEN
Alle artikelen voor Hoefbeslag.

Amsterdam
Hekelveld 16

B. A. LUYKX

Telefoon 46080

-ocr page 106-

WATSON'S NIEUWE HOEFRASP

VAN PRIMA ENGELSCH MATERIAAL

IS DE BESTE EN DAAROM DE GOEDKOOPSTE.

Vraagt deze raspen bij Uw Leverancier.

WAAR NIET VERKRIJGBAAR DIRECT VAN ONZE FABRIEK.

Prijs f 11.50 per dozijn blokmodel.
Prijs f 10.75 per dozijn plat puntmodel.

ö. WATSON amp; zoors VIJLENFABRIEK,

HILLEGERSBERG BIJ ROTTERDAM.

OP AANVRAGE GRATIS MONSTERS VERKRIJGBAAR.

-ocr page 107-

„DE OUDE ZWOLSCHE VAN 1895quot;

'S-GRAVENHAGE

- PIETER BOTHSTRAAT 34-38 -
MAATSOH. KAPITAALnbsp;^__JAARL. PREMIEONTVANGST

r I.OOO.OOO-nbsp;f 700.000-

Belegd en Reserve Kapitaal ƒ407.676.88
d. p. linthout, qed. commissarisnbsp;w. wilmink. directeur

ALG. PAARDEN- EN VE E VE R Z EK E RI N G

PREMIE VANAF ƒ1.50 PER ƒ100.—
GROOTSTE IN NEDERLAND

HET RISICO VAN TRANSPORT EN
VERBLIJF OP KEURINQ, LANDBOUW-
TENTOONSTELLING ENZ. WORDT ZON-
DER PREMIE VERHOOGING GEDRAGEN

BRANDVERZEKERING VOOR LANDBOUWBEDRIJVEN

PREMIE VANAF ƒ1.50 PER MILLE

geen inleg- en geen taxatiekosten

[VASTE PREMIËNi

Firma S. C. M. BAX

Glashaven 9. Rotterdam - Telef. 1355

Specialiteit in Artikelen voor Hoefbeslag.
Machinale hoefijzers Helpman.

Mustad- en Ster-Hoefnagels: meest uitgebreide sorteering
in
meer dan 70 maten en modellen voorradig.

Rubber-Hoefzolen: Uitsluitend van. prima kwaliteit
caoutcliouc vervaardigd, dus
niet van rubberafval.

a. Open en dichte luchtdrukzolen voor voor- en achterijzers
in 9 resp. 11 maten voorradig.

h. Zolen voor halve ijzers met hoog rubberkussen in 8
maten voorradig.

c. Blokzolen, straalzolen en hielstukken.
Kunsthoorn, kurkkit.

IJsnagels, kalkoenen, stiften, opruimërs, hoeftangen, af-
breektangen, renetten, hoefraspen, hoefhamers, houwklingen,
lasch- of weiblad, laschpoeder, metaalzagen enz.

-ocr page 108-

LAMBERT
HOEFZOLEN

in de modellen

Lambert open pad
Frog pad

Red Philadelphia pad (rood rubber)

en de bekende
Amerikaansche

Wiii

M
WM

m

Heller Hoefrasüen

Lambert k Company
Leuvehaven 66 :: Rotterdam

Prima Doiw SDieedkoieo

a f 18.50 pep 1000 K G.

Vrijboord Amsterdam
of franco bergplaats Amsterdam.

1. C. JANSEN amp; ZOON - AMSTERDAM.

TELEFOON 44523.nbsp;LIJNBAANSCRACHT I56d.

-ocr page 109-

INHOUD.

Paard en Automobiel. — Hoefsmederij der firma C. W. Aben en Zoon te Zeist — Hoef-
bes ag op de Tentoonstelling te Axel — Landbouwtentoonstelling te Venlo. — Korte mede-
deelmgen. — Persoverzicht. — Advertentiën.

I
ü
UI
CK
h

PAARD EN AUTOMOBIEL.

Wij rijden per fiets op een van onze mooie rustige Hollandsclie land-
wegen. 't Is nog vroeg in den morgen. De zon — dagen-lang achter de wolken
verscholen — heeft het ten slotte gewonnen. Zij giet haar gulden stralen
uit over de met overvloedige regens gedrenkte akkers en doet een wazigen
damp opstijgen. In de verte hollen een paar „anderhalfjarigenquot; achter elkaar
aan, als wilden zij toonen in snelheid niets onder te doen voor den pas nieuw
aangeschaften Ford-wagen, waarmede de bode, van het op een paar uur
afstand gelegen dorp, komt aanrijden.

Nog voor enkele dagen sjokte „de groote magere bruinquot; voor den ouden
rammelenden bestelwagen, eiken dag de goederen brengend van en naar de
stad. 't Was wel niet een rijke broodwinning met den ouden trouwen bruin,
maar toch, de nieuwe Ford kon er op overschieten.

Het uitwijken op den smallen landweg gaat nog voorzichtig. Men kan het
den ex-koetsier aanzien, dat het chauiïeeren méér van hem vergt dan het
rijden met den ouden bruin, die desnoods de reis alléén kon doen. Vol actie
zit hij achter het stuurrad, 't Verschil in tempo is ook zoo groot, 't Zal
echter niet lang duren, alles wordt een gewoonte. Nog eenige dagen en óók
de bode ontkomt niet aan de infectie-ziekte: ,,de snelheidskoorts.quot;

Wij rijden verder en denken onderwijl aan het steeds méér van de wegen
verdwijnende paard. Wij denken aan de verminderde werkzaamheden voor
den hoefsmid, die daarvan het gevolg zullen zijn. Wij rekenen uit hoe groot
de schadepost is voor den dorpssmid, die den ouden bruin van den zooeven
gepasseerden bode in beslag had.

Voor die biljardeerende achterbeenen waren toch minstens om de 14 dagen
een paar nieuwe ijzers noodig. Vóór schatten wij de vernieuwing op 4 weken
en dan nog de schroeven voor zoo'n klant, die eiken wintermorgen — trots ijs

-ocr page 110-

en sneeuw — er maar op uittrekt voor het dagelijkseh brood. Wi] denken
met schrik aan de toekomst van den hoefsmid.

De zon heeft onderwijl alle nevels weggevaagd, als wilde zij mij toeroepen:
,,bekijk de zaak niet zoo zwart, na regen komt zonneschijn.!quot; 't Is waar, er
blijven nog lichtpunten over aan den donkeren horizon.

De fokkerij staat er momenteel niet best voor; fokpaarden brengen echter
niet veel werk aan den winkel. Maar afgezien daarvan, de fokkerij kan wel
weer opleven met, natuurlijk gevolg, betere beslagprijzen. Moeilijker vraag-
stukken dan dit zijn geheel anders opgelost geworden dan oorspronkelijk
werd gedacht. Ook blijkt hier en daar, dat de autotractie aanmerkelijk
duurder is dan paardentractie, vooral op korte afstanden.

Wij willen het paard niet missen, 't Is voor ons een trouwe kameraad.
Aan den laatsten stroohalm klampen wij ons vast. In Nederland leenen de
bodem en de landbouwbedrijven zich minder goed dan elders voor een sterk
doorgevoerde motortractie. Wij zijn het met ons zelf eens: in het Hollandsche
landbouwbedrijf
kan het paard niet gemist worden. Hier blijven de boeren-
paarden.

Plotseling trilt het schrille geluid van een claxon door de lucht. Wij houden
zooveel mogelijk rechts en rakelings schiet het benzine-vehikel voorbij.

Zien wij het goed ? Spelen de heldere zonnestralen ons geen parten ? Ja,
neen! 't Is geen abuis! Het onmisbare boerenpaard staat boven op de vracht-
auto. Het paard wordt vervoerd door den benzine-motor. De eigen snelheid
van den edelen viervoeter is uitgeschakeld. Nog enkele jaren en de paarden
gaan naar de markt, opgesloten in veewagens op gummibanden, evenals nu
de nuchtere kalveren en de knorrende krulstaarten.

Wij zijn een illusie armer geworden.

Op eenigen afstand, tusschen de boomen verscholen, verrijzen de ver-
weerde muren van de oude dorpskerk. Wij hooren den ons zoo welbekenden
klank van den smeedhamer op het aanbeeld. Nog even den hoek om en wij
staan op het erf van den smid. De geur van gebrand hoorn komt ons tege-
moet. Wij vragen den smid, een poosje naar zijn werk te mogen kijken.
Hij ziet den in het hoefbeslag belangstellenden wielrijder een weinig wan-
trouwend aan, niets anders verwachtend, dan dat deze zich straks zal ont-
poppen als reiziger, die hem een of ander artikel zal trachten aan te praten.
„Dat kan!quot; is het korte antwoord. De smid is druk, heeft geen tijd tot praten.

„U wilt er de kunst toch niet afkijken, mijnheer ?quot; vraagt de op een stok
leunende naderbij komende oude baas (smid senior) .

Zou dat gaan alleen met kijken, dan wil ik daar mee beginnen; ik heb
juist een uur tijd beschikbaar.

De oude baas — blij eenige afleiding te hebben — praat maar door. Het
werk van den jongen baas mag gezien worden, 't Is in bekwame handen. Alles
gaat vlot van de hand en ziet er goed uit.

Paard No. 3 gaat den hoefstal in. Het achterbeen wordt opgetrokken en
de smid zoekt de nietenkapper. Een enkele voetbeweging van mij en het
onmisbare stuk gereedschap is onder het bereik van de stevige zwarte smids-
handen. Deze werktuigelijke beweging heeft mij verraden. Beiden kijken

-ocr page 111-

verrast, dat de wielrijder weet, welke bewerking het eerst zal plaats hebben,
zij vermoeden een collega op bezoek te hebben. Wij maken ons nu bekend.
De tongen komen los en wij krijgen van den ouden baas heele verhalen te
hooren van paarden
vroeger door hem beslagen.

Het hart van den oud-vakman gaat open nu hij bemerkt hierover met een
vakgenoot te kunnen spreken. Het gesprek komt ook oj) de gewijzigde toestan-
den in het smidsbedrijf, de machinale ijzers, de vorderingen van de jonge
smeden en ten slotte op de automobiel.

De oude smid is met den laatsten niets ingenomen. De smid is onderwijl
met zijn werk klaar (de knecht werkt het paard verder af) en hij laat mij zijn
goed ingerichte werkplaats zien.

Alles staat bést voor elkaar, ik maak daarover mijn compliment, maar één
toestel mankeert er nog aan, breng ik in 't midden. ,,En wat is dat danquot; ?
vraagt de oude smid, die zich moeilijk kan indenken dat er aan het goed
ingerichte bedrijf van zijn zoon nog wat mankeert. Dat is — niet kwaad
worden oude baas — ,,een benzinepomp.quot; Even kijkt hij beduusd. Maar
wanneer ik hem dan vertel, dat
dan de bode, die den ouden bruin verkocht
en een Ford aanschafte, als klant behouden blijft, dan klaart zijn gezicht op
en hij zegt, ,,dat zullen wij doenquot;L

De taak van den smid wordt moeilijker. De strijd om het bestaan zwaarder.
Laat hij er om denken, dat, wanneer het getij verloopt, de bakens verzet
worden. In de werkplaats van den dorpssmid moet een plaats ingeruimd
voor de automobiel-reparaties en -montage.

Naast de kennis van den bouw en de verrichtingen van den hoef, naast de
werking van het hoefmechanisme, zal de smid hebben te leeren den bouw
en de werking van den explosie-motor.

Naast den hoefstal, de benzinepomp.

Naast het paard, de auto.nbsp;H. V.

HOEFSMEDERIJ DER FIRMA C. W. ABEN EN ZOON TE ZEIST.

Tot de mooist ingerichte en drukke hoefsmederijen in ons land mag de
bovengenoemde worden gerekend. Deze smederij heeft ongeveer 100 jaar
bestaan en is opgericht door den grootvader van de beide tegenwoordige
firmanten, de heeren J. H. en C. W. Aben. En van deze beide is het vooral de
eerste die hoefsmid is, terwijl de laatste de administratie verzorgt en zich
meer bezig houdt met andere smidswerkzaamheden.

De smederij stond eerst op een andere plaats. Toen voor de aanwending van
electrische kracht ombouw noodig werd, is uitgezien naar een nieuw terrein
en is aan de Montaubanstraat de smederij verrezen. Deze is hieronder afge-
beeld. De breedte is 11 M., de diepte 18 M., met een ongeveer 4 M. breede
glazen-overkapping er voor. Hoewel het in de smederij niet aan ruimte, licht
en lucht ontbreekt, is de overkapte ruimte op het voorplein de aangewezen
plaats voor het beslag, dat zoo goed als geheel uit d'e hand geschiedt.

Het hoefbeslag is in Zeist en omgeving belangrijk afgenomen. Er was een
tijd, dat 150 paarden van équipage-houders moesten worden beslagen.
-41s regel gold hiervoor, dat de paarden ééns per maand op een voor ieder

-ocr page 112-

bepaalden dag van nieuw beslag werden voorzien. Van die équipages is
maar een enkele overgebleven. Zelfs bij eobte paardenliefhebbers, als bijv.
Jhr. C. de Pesters, heeft de auto het paard verdrongen, en is met het kwijnend
bestaan van de rensport in ons land (sedert het totalisator-verbod) ook diens
geheele renstal opgedoekt, 't Spreekt vanzelf dat door deze wijziging ook de
luxe-paardenhandel van de ter plaatse wonende Firnia Gebr. v. d. Haar
sterk is ingekrompen. Hadden die vroeger gemiddeld een 200-tal paarden
beschikbaar, thans nog gemiddeld een vijftig. Onder het tegenwoordige
materiaal van dezen handelsstal zijn echter vele concourspaarden en hij is
derhalve nog een beste klant gebleven. Voorts is de liefde voor het paardrijden
niet geweken en zoo telt Zeist bet manege-bedrijf van den heer Fred. Lodder
en de handel in rij- en tuigpaarden van den heer Marsman. Intusschen is het

aantal paarden voor het landwerk , de z.g.n. boerenpaarden, vrijwel station-
nair gebleven, en dat voor andere sleep- en trekdiensten is ook nog al van
beteekenis. Toch is het aantal knechts aan de smederij van de firma Aben
van 10 op 5 teruggegaan en met deze 5 is men in staat alle ijzers zelf te maken.

Uit het vorenstaande volgt, dat de verscheidenheid van paarden groot is
en de heer J. H. Aben, die thans 58 jaar is en van kinds-af de verschillende
beslagvormen heeft bestudeerd, veel ervaring heeft opgedaan inzake af-
wijkend beslag. Groot is dan ook het aantal keeren, dat zijn advies in speciale
moeilijke gevallen is ingewonnen bij kreupelheid of concoursbeslag, zoowel
dichtbij als van verre, en waarbij zeer dikwijls
mooie resultaten zijn bereikt.

— J. H. Aben is als milicien aan de Hoefsmidschool geweest en had het
genoegen in 1893 te Amsterdam den len prijs te behalen (gouden medaille)

-ocr page 113-

in een wedstrijd voor hoefsmeden, waaraan 24 deelnamen, benevens een
extra-prijs voor den kortsten werktijd. Hij heeft meerdere prijzen gewonnen,

ook met collecties zelf vervaardigde ijzers.

* * *

Ten opzichte van het beslag wordt zooveel mogelijk aan vlak beslag de
voorkeur gegeven en worden zoo weinig mogelijk ijzers met kalkoenen aan-
gewend. Veel sluitijzers (balkijzers) worden bij hoefkreupelheid gebezigd.

Over bepaald slechte hoeven behoeft in Zeist en omgeving niet te worden
geklaagd. Bij landbouw-paarden is als vrijwel overal te waken voor te groote
platvoeten, terwijl ingevoerde rijpaarden veelal aan te nauwe hoeven mank
gaan.

De aanwezige voorraad hoefijzers in allerlei maten is groot en de firmanten
denken er, vooral onder de tegenwoordige omstandigheden, niet aan, fabrieks-
ijzers te bezigen. Toch moet in Zeist ook een stevig uurloon worden betaald,
dat voor de eerste knechts (twee er van hebben ook een cursus aan de Hoef-
smidschool meegemaakt) oploopt tot 65 cent. Men hoopt dat bij veranderde
tijden de equipages op de onderscheidene buitenplaatsen weder in eere
mogen komen, omdat velen de meerdere gratie van een chique span paarden
boven den motor erkennen. En waar de paardentractie in de steden weer veld
wint op de auto-tractie, zij het dan ook om andere redenen, namelijk uit een
oogpunt van goedkoopere exploitatie, kan die hoop wel eens niet ijdel blijken.
Het Koninklijk Staldepartement gaat in deze reeds voor. Het is ons namelijk
bekend, dat aan het Hof weer meer equipages worden gebezigd dan vroeger.

HOEFBESLAG OP DE TENTOONSTELLING TE AXEL.

De kring Axel der Zeeuwsche Landbouw Maatschappij was dit jaar aan
de beurt voor het houden van een tentoonstelling. Zeeuwsch Vlaanderen
neemt op het gebied der trekpaardfokkerij in ons land een zeer vooraan-
staande plaats in en bijgevolg lag het voor de hand dat de rubriek paarden een
belangrijk deel van het programma zou vormen. Dat is ook zoo geworden.
De kloeke catalogus bevatte 22 nummers voor paarden, waarvoor totaal
299 inschrijvingen waren en daarvan bleken maar enkele absent. De belang-
stelling was — dank zij het mooie weer — beide dagen (24 en 25 Juni) groot,
en de regeling voortreffelijk. In den namiddag van den tweeden dag werden
O. m. de kampioenen aangewezen en de loten van 4 merriën voorgebracht,
hetgeen altijd een grootschen indruk maakt. Maar er werden dien middag
ook 12 tweespannen merriën voor den boerenwagen voorgereden en dat
nummer pakte vooral. Bij de samenstelling dezer tweespannen bleek bijzonder
op uniformiteit van bouw, kleur en kenteekenen te zijn gelet, 't Was werkelijk
schitterend!

* * *

De rubriek ,,Hoef beslagquot; telde 6 klassen. Was de deelname overigens
beperkt tot den kring Axel, alle nummers in deze rubriek waren nationaal.
Toch bleef de deelname bijna provinciaal. Slechts 1 deelnemer voor den wed-
strijd en eene inzending hoefijzers kwamen uit N.-Brabant. De betrekkelijk
geïsoleerde ligging van Zeeuwsch Vlaanderen en het feit dat er naast de

-ocr page 114-

eer weinig tastbaars te behalen viel, znllen hieraan niet vreemd zijn. Dit
laatste mag evenwel niet voor de Hoef ijzerfabrieken gelden. Zooals uit de
gepubliceerde programma's bekend is, worden thans bijna op alle nog vol-
gende tentoonstellingen inzendingen van fabriekijzers gevraagd. En nu is,
dunkt ons, daarmede ook de tijd gekomen, dat de betreffende fabrikanten
hunne belangen dienen door in te zenden. In Axel had de fabrikant H. Kerk-
haert te Stoppeldijk het rijk alleen. Zijne inzending echter mocht gezien
worden en bevatte een collectie ijzers als van hem in gebruik zijn voor de
paarden bij de Stadsreiniging in Rotterdam en Amsterdam, ijzers met ritsen
voor trek- en tuigpaarden en ijzers met stampgaten voor trekpaarden.
Kerkhaert werd als Ie prijs een verg. zilv. med. toegekend. — In de overige
klassen hebben de heeren Schieman te Axel veel lof geoogst.

Leden van bestuur en jury in de beslagloods op de tentoonstelling te Axel:
1. J. A. Schieman (Ie prijswinner), 3. Dombrecht {onderwijzer in hoefbeslag te
Brussel), 3. A. J. Schieman te Axel, 4 Iz Adriaansen te Goes, 5. S. v. Angeren
te Utrecht, 6. H. Kerkhaert te Stoppeldijk.

Voor de geheele rubriek Hoefbeslag fungeerden als juryleden de heeren
S. van Angeren te Utrecht en Iz. Adriaansen te Goes. Den eersten dag zijn
de inzendingen uit de hand gesmede ijzers gekeurd, bestaande iiit minstens
8 stuks, waaronder een paar Belgische balkijzers, en uitsluitend dienende
voor het trekpaard. Er waren 11 inschrijvingen en daarvan verwierven
J. A. Schieman, D. Luteijn en M. Boerman, alle te Axel, respectievelijk
den len, 2en en 3en prijs, bestaande uit een verg. zilveren, zilveren en bronzen
medaille. De inzending van P. Bieters te Philippine verwierf een eervolle
vermelding. Naar wij vernamen was de jury over de bekroonde inzendingen
zeer tevreden.

In klasse 3 waren hoefijzers en leermiddelen ingezonden door de twee onder-
wijzers-hoefsmeden A. J. Schieman te Axel en J. Roovers te Beek bij Breda.

-ocr page 115-

Twee met zorg afgewerkte collecties, en die aan de1)ezoekers een goed beeld
boden welke modellen zooal toepassing vinden en hoe ver men in de aan-
wending van ijzers voor abnormale gevallen gevorderd is. Schieman ver-
wierf den eersten, Roovers den 2en prijs.

Voor de inzending „materialen en gereedschappen voor hoefbeslagquot;,
alsmede voor de inzending ,,noodstallenquot;, verwierven de Gebr. Schieman,
als eenige inzenders, de beide Ie prijzen.

Veel aandacht trok de „wedstrijd in hoefbeslagquot;, bestaande uit het beslaan
van een of twee hoeven en het maken van ijzers daarvoor. Voor dezen wed-
strijd was een flinke loods opgetrokken op een goed in het oog vallende plaats,
en in deze loods stonden 2 noodstallen van Gebr. Schieman, van het type
als vroeger reeds in dit blad afgebeeld, 2 vuren en 4 aambeelden. De wed-
strijd zou op den 2en dag om 9 uur aanvangen, doch het werd tegen den
middag. Van de 13 ingeschrevenen waren 12 opgekomen en de jury verdeelde
deze in 3 ploegen van 4. Wij vernamen, dat de wedstrijd, mede door de goede
regeling en werkgelegenheid, naar wensch verliep, en dat er over het geheel
genomen goed werk is geleverd. De wedstrijd eindigde evenwel later dan
men aanvankelijk had verwacht, en de uitslag, dien wij niet hebben kunnen
afwachten, is geworden: ]. J. A. Schieman, 2. M. Boerman, 3. D. Luteijn,
alle te Axel, 4. Th. Kindt te Graauw, 5. R. Groosman te IJzendijke. **

LANDBOUWTENTOONSTELLING TE VENLO, op 14—18 September.

Afdeeling Hoefbeslag.

Gat. I. Provinciale wedstrijd in hoefbeslag, bestaande in het beslaan
van een of twee hoeven en het maken der ijzers daarvoor, leprijsf 15 eri verg.
zilv. med.; 2e pr. f 10 en zilv. med.; 3e, 4e en 5e pr. f 7.50 en br. meJ.

Gat. II. Inzending hoefijzers, bestaande uit minstens 8 stuks, uitsluitend
dienende voor het trekpaard, uit de hand gesmeed en alleen de scherpe
kanten afgevijld; hieronder begrepen een paar Belgische balkijzers. lè pr.
verg, zilv. med.; 2e pr. zilv. med. en 3e pr. bronzen med.

Gat. III. Inzending hoefijzers en leermiddelen, door onderwijzers in hoef-
beslag. Ter opluistering.

Gat. IV. Inzending fabriekmatig vervaardigde hoefijzers, door hoefijzer-
fabrikanten. Ie prijs verg. zilv. med., 2e pr. zilv. med., en 3e pr. bronzen med.

Gat. V. Inzending materialen en gereedschappen voor hoefbeslag. Ter
opluistering.

Gat. VI. Inzending noodstallen. Ter opluistering.

Bepalingen: Iedere deelnemer betaalt f 1.50 inleggeld, te voldoen bij de
opgaaf. Aan categorie I en II kunnen alle hoefsmeden in Limburg woonachtig
deelnemen, uitgezonderd onderwijzers in practisch hoefbeslag of adspirant-
onderwijzers.

De wedstrijd zal gehouden worden op 15 en 16 September, aanvang
's morgens 9 uur. Zoo noodig zal een vóórwedstrijd gehouden worden.

Aan categorie III kunnen alle onderwijzers in practisch hoefbeslag in
Liraburg woonachtig, deelnemen. Gategorie IV, V en VI zijn Internationaal.

Opgave voor deelname voor of op 1 Augustus in te zenden aan den secre-
taris van het Tentoonstellingscomité, Landbouwhuis Roermond.

-ocr page 116-

KORTE MEDEDEELINGEN.

— Laii(lb()inv-tentoonst(^lling te Tiel, 9—11 Sept. Het programma
bevat voor de afd. „Werktuigen en lioefbeslagquot; o. m. het volgende:

Wedstrijd in hoefbeslag (van deelneming zijn uitgezonderd hoefsmeden
met diploma voor onderwijzer in practisch hoefbeslag), pr. 40, 25, 10 en f 5.

Collecties leermiddelen en gereedschappen voor cursussen in hoefbeslag
(van onderwijzers in practisch hoefbeslag), pr.: medailles.

Verzameling handgesmede hoefijzers (modelijzers) niet gevijld of zwart
gemaakt (deelneming van onderwijzers in practisch hoefbeslag uitgesloten),
pr. medailles.

Alle aangiften moeten geschieden uiterlijk 31 Juli bij den secretaris J. N.
J. van Mourik te Kerk-Avezaath bij Tiel.

— Wedstrijd in hoefbeslag tc Dootirichcni. Hoewel de inschrijvingen
voor dezen wedstrijd 30 Juni reeds zijn gesloten (wij ontvingen het programma
te laat om er in de Juni-afl. melding van te kunnen maken) zij alsnog het
volgende aan den catalogus ontleend:

A.nbsp;Wedstrijd in hoefbeslag, waaraan alle burgerhoefsmeden kunnen deel-
nemen, met uitzondering van onderwijzers-hoefsmeden en zij, die den cursus
voor onderwijzer-hoefsmid volgen. De wedstrijd wordt gehouden op 4 Au-
gustus des voormiddags om 8 uur en bestaat in het maken van een ijzer
volgens opgegeven model (tijd 20 minuten). Des namiddags om 1 uur moeten
de 12 deelnemers, die de beste ijzers gemaakt hebben, of bij geringer deelname
zij, die daarvoor volgens het oordeel der jury in aanmerking komen, een
voet beslaan (afnemen, maken en onderleggen van het ijzer). Om paard en
voet zal worden geloot. De deelnemers moeten het kleine handgereedschap
voor het maken van het ijzer en het beslaan zelf medebrengen. De commissie
zorgt alleen voor vuren, aambeeld, voorhamer, ijzer en nagels. Ie pr.: verg.
zilv. med.; 2e pr.: gr. zilv. med.; 3e pr.: kl. zilv. med.; 4e pr.: br. med.

B.nbsp;Collecties eigen gesmede model-ijzers. Inzendingen van onderwijzers-
hoefsmeden worden in deze rubriek niet toegelaten. Pr.: verg. zilv., zilv., en
br. med.

C.nbsp;Ter opluistering: Collecties leermiddelen, modelijzers en gereedschappen
voor cursussen in hoefbeslag. Alleen inzendingen van onderwijzers in hoef-
beslag komen voor deze rubriek in aanmerking. Ie pr.: verg. zilv. med.

— Rijksdiploma als hoefsmid. Lijst van geslaagden bij het Voorjaars-
examen ter verkrijging van een Rijksdiploma als hoefsmid, Maart-Juni 1926:
J. G. van der Baan te Epe, J. van Bernebeek te Groesbeek, -J. H. Bult te
Lonneker, K. Dijk te Oldehove, A. Smit te Eppenhuizen, F. H. Hoekstra
te Hemrik, M. J. van der Horst te Boxtel, G. J. Küsters te Meerlo, H. Leyen-
horst te Arnhem, M. Rodenburg te Uitgeest, H. Sypkes te Nieuw Buinen,
J. C. A. van Trier te De Heer, K. Blom te Hellendoorn, H. .1. Bosma te Ouden-
bosch, G. J. Bayens te Oosterhout, M. A. M. Derks te Oudewater, Joh.
Garstman te Giessen (N.-Br.), Franc van Dijk te Volkel, gem. Uden, Chr. L.
Dielo te Dreumel, H. Erkens te Palamig (Schaesberg), G. C. Giebels te Over-

-ocr page 117-

loon (Maashees), W. G. Grievink te Lochem, J. T. Herman te Koewacht,
F. C. Hartogh, P. H. Haerkens, beide te Stoppeldijk, C. G. H. Jansens te Leur
(N.-Br.), H. J. J. Klein Molenkamp te Markelo, J. M. Kramer te Tiel, Jos.
Tenback te Babberich, G. H. Koeslag te Markelo, J. Ligthart te Made,
E. W. Lubbers te Hengelo (G.), D. van Lunteren te Westbroek, Chr. Lam-
merts te Grave, G. J. van Mazijk te Lexmond (met lof), J. J. J. Kiggen te
AVeert, W. Th. Mey te Beek, gem. Ubbergen, J. Moors te Mill, H. J. Sales te
Ulft, J. Stassen te Berg en Terblijt, J. H. Smeysters te Luttenraden, J. A.
Schouten te Hoofddorp, W. A. Thoonen te Hees, H. J. Tasche te Tubbergen,
P. Voorbraak te Etten, Th. Velzeboer te Heilo, C. W. Voorn te Bodegraven,
J. ten Hove, te Markelo, F. van den Baan te Zijpe, L. A. Willemsen te
Zaamslag, E. M. Walput te Zuiddorpe, M. P. M. van Wondergem te Waarde,
P. J. Willemsen te Zaamslag, J. H. Wopereis te Lichtenvoorde, K. Ham-
minga te St. Annen (Gr.), J. Nijsten te Simpelveld, P. A. Oomen te Groesbeek,
J. Pieters te Philippine, P. Pieters te Philippine, J. F. R. Pulles te Vlijmen,
W. P. Ripmeester te Terneuzen, G. P. Rikken te Zeddam, H. Rutten te
Buchten, gem. Born, A. Rozeman te Oud-Schoonebeek, A. Alberts te Olde-
broek, in totaal 65.

—nbsp;Cursus in hoefhesluR (e Appingedam. De 8e cursus in hoefbeslag
vanwege de afdeeling Aijpingedam van den Bond van Smedenpatroons is
geopend met 8 leerlingen, t. w.: G. Brouwer te Woldendorp, H. van Dijken
te Holwierde, J. Heeres te Wirdum, G. Hering te Loppersum, B. Oldenhuis
te Bierum, J. Ruiter te Krewerd, A. Stol te Biezum en A. Stuive te Bierum.

Met de leiding van den cursus is belast de heer H. A. Kroes te Groningen;
de practische lessen worden gegeven door den heer M. Ritsema te Appingedam.

—nbsp;Cursus in hoefbcslaj?, uitgaande van het Drentsche Landbouw-Genoot-
schap te Emmen. In overleg met den heer Directeur van de Ambachtsschool
worden zoowel de theoretische als de praktische lessen aan genoemde school
gegeven. Leider van den cursus is de heer H. J. Vrielink, dierenarts te Emmen,
bijgestaan door den onderwijzer-hoefsmid H. Scholten te Wachtum, die het
praktisch onderwijs geeft. De cursus heeft met 10 leerlingen een aanvang
genomen.

— Cursus hl hoefbeslag te (irijpskerk. Vanwege de Afd. Zuidhorn van
den B. S. P. N. is te Grijpskerk een nieuwe cursus begonnen met
aanvankelijk 9 leerlingen.

- Overwerk-vergunningen. In herinnering worde gebracht dat inzake
het verleenen van dergelijke vergunningen aan plattelandssmeden en -wagen-
makers indertijd een algemeene regeling is getroffen, die nog van kracht
is, n. 1. dat op individueele aanvraag van de betrokkenen, door het districts-
hoofd der Arbeidsinspectie, naar plaatselijke behoefte, kan worden toege-
staan om gedurende de maanden Maart tot en met October of gedurende
een deel van dat tijdvak, door arbeiders van 16 jaar en ouder 10 uren per dag
en 55 uren per week arbeid te doen verrichten.

-ocr page 118-

—^ Korte wenken, ingezonden door de Centrale Werkgevers-Risicobank.

1.nbsp;Verwijder geen tandrad-beschermingen.

2.nbsp;Draag bij het hakken, koken, klinken en slijpen een veiligheidsbril.

3.nbsp;Zorg dat het waterslot van den acetyleen-ontwikkelaar steeds met
water is gevuld.

4.nbsp;Rook nooit bij actyleentoestellen.

5.nbsp;Maak het acetyleentoestel tijdig schoon; dat voorkomt explosie.

6.nbsp;Draag veiligheidskleeding! lioshangende kleeding levert gevaar op.

PERSOVERZICHT.

— De heer S. v. A(ngeren) schreef in het B. S. P. N. van 19 Febr. '26:

De houders van paarden toonen te weinig kennis en hebben te weinig
belangstelling ten opzichte van goed hoefbeslag.

Alle betreurenswaardige misstanden zouden veel minder scherp te voor-
schijn zijn getreden, indien de paardenhouders meer begrip van het hoef-
beslag hadden en meer waarde aan een goede uitvoering hiervan hechtten.

Aan alle zijden is dit treurig verschijnsel voor den opmerkzamen kenner
duidelijk zichtbaar. Alle dagen is er gelegenheid te over om paarden langs
den weg te zien gaan, die langer op hun ijzers loopen dan voor de hoeven
wenschelijk is. Gebreken in het hoefbeslag, zooals veel te zware ijzers, te
hooge stooten en kalkoenen, te ruim en te nauw gelegde ijzers, gebroken of
losse ijzers, lange uitstekende nieten op den hoornwand, vallen dikwijls
reeds den leek in het oog.

Men zou denken dat dergelijke gebreken den paardenhouder nog veel
spoediger in het oog moesten vallen en dat zijn eigen belang voor spoedige
opheffing zorg zou doen dragen, n.1. om vroegtijdig verslijten en kreupelheid
van zijn dier te voorkomen. Het moet hun toch duidelijk zijn, dat die gebreken
vrij zeker één van beide of alle beide genoemde gevolgen na, zich zullen sleepen,
dat een goede uitvoering van het hoefbeslag hun voordeel en slecht beslag
nadeel kan veroorzaken.

Vele paardenhouders zien die gebreken ook wel, doch zij geven zich er in
den regel te weinig rekenschap van. Zoodra het dier kreupel gaat loopen,
of het ijzer geheel verliest, dan eerst merkt de paardenhouder, dat hij te
lang met het geld van den smid in den zak heeft geloopen.

En wanneer één of ander gevolg is ingetreden, wordt dikwerf nog die
smid opgezocht, welke het dichtst in de nabijheid woont en die de laagste
rekeningen schrijft. Het paard wordt beslagen, doch hoe, hierom bekommeren
zich zulke eigenaren weinig of in het geheel niet.

Deze onverschilligheid van de paardenhouders kan niet scherp genoeg
onder het oog worden gebracht. Hierdoor houden zij de ontwikkeling van
het hoefbeslag tegen. Ieder, die een goeden wil heeft, kan voldoende beoor-
déelaar van het hoefbeslag worden. Het is wenschelijk de hoeven op tijd te
laten besnijden en het beslag te vernieuwen.

Hij, die de ijzers zod lang laat liggen tot zij verloren worden, doet zich
zeker de grootste'schade, want onder zulke omstaiidigheden is het geen
enkelen smid mogelijk de hoeven voor afwijkingen te vrijwaren. Is de hoef

-ocr page 119-

eenmaal vervormd, de drachten ingetrokken, de zool gewelfd, de wand los of
gespleten, enz,, zoo zijn deze gebreken eerst na verloop van maanden, bij
groote zorgvuldigheid van een goeden hoefsmid en goede verpleging van den
hoef, weer op te heffen.

Nog minder kan men zich verklaren, dat paardenhouders, ook zelfs
paardenfokkers, dikwerf op gebied van hoefverpleging hun waardevol
materiaal zeer onvoldoende verzorgen of laten verzorgen. Hierdoor worden
menigmaal vrij wat lagere prijzen voor de te verkoopen dieren door zulke
eigenaars ontvangen.

Afwijkingen in standen en hoefvorm, die bij doelmatige en tijdige be-
snijding veelal worden verholpen, kunnen bij nalatigheid gemakkelijk
verergeren en van blij venden aard worden.

Ieder fokker moet in zijn eigen belang op de hoogte zijn van den normalen
hoefvorm, bij welke standen toon, verzenen, buiten- of binnenwand meer
of minder moeten worden besneden. Hij dient de hoeven van de veulens
vaak na te gaan, zoowel 's zomers als 's winters. Wanneer de eigenaar en
de smid tezamen de hoeven van veulens en paarden nagaan, kan zulks niet
anders dan gunstig werken op hun beider ontwikkeling betreffende de kennis
van het hoefbeslag.

De eigenaar moet dien arbeid voldoende betalen en niet op een accoordje
trachten te laten werken om voor het besnijden van de veulenhoeven niets
te vergoeden. De tijd is gelukkig voorbij, dat de smid voor den paarden-
houder voor een zakje rogge of appels zijn paard moest onderhouden; dat
zal op den arbeid van den smid niet gunstig gewerkt hebben.

Wanneer de eigenaars van paarden zich niet interesseeren voor een goed
hoefbeslag, worden de smeden onwillekeurig onverschillig ten opzichte
van de uitoefening.

Vele smeden, die wel een goed beslag kunnen leveren, doen zulks niet,
daar het niet voldoende betaald wordt, en wel slordig werk nog liet minst
slecht. Zij beschouwen zorgvuldig werken voor onnoodig, daar zij weten, dat
de eigenaar zich niet om de uitvoering bekommerd. Zij zouden immers voor
accuraat werk geen erkenning vinden, terwijl ze voor slecht beslag geen
verwijten behoeven te wachten. Alleen wanneer ze werkelijk veel liefhebberij
bezitten in het hoefsmidsvak, zullen zij in vakkennis niet achteruitgaan.
Hebben ze weinig pf geen ambitie, dan gaan zelfs hoefsmeden, die een goede
opleiding hebben genoten, van lieverlede hun vak verwaarloozen.

Moge deze ernstige waarschuwing zoowel voor paardenhouder als smid
niet uit het oog verloren worden, daar het gaat om het paard en tot verheffing
van het hoefsmidsvak in het algemeen.

ADVERTENTIËN.

W. BERNET amp; Co, AMSTERDAM

berichten, dat zij een GROOTE PARTIJ

HOEFIJZERS

Ie en 2e soort,

in VOORRAAD hebben, die zij wenschen OP TE RUIMEN.

-ocr page 120-

WINTERSEIZOEN 1926

— Wij leveren bij tijdige bestelling: —

Winterijzers met Schroefgaten

(Rits- en Stampijzers, alle nummers) met of zonder schroef-
draad. Plaatsing der schroefgaten naar keuze, in den toon,
of in de takken, of op beide plaatsen.
Prijs ZEER billijk.

Vraagt inlichtingen bij Uwen Handelaar.
Levertijd naar keuze, einde September of begin October.
Orders op winteryzers met schroefgaten worden ingewacht
tot 15 Augustus e k. Toor later inkomende orders kan
— geen tijdige levering worden gegarandeerd. —

DENK OM

DE SCHITTERENDE KWALITEIT ONZER HOEFIJZERS

Hoeilzer- eo teolabrïek „St. UOYquot;, Roosendaol III.B

WATSON'S NIEUWE HOEFRASP

VAN PRIMA ENGELSCH MATERIAAL

IS DE BESTE EN DAAROM DE GOEDKOOPSTE.

Vraagt deze raspen bij Uw Leverancier.

WAAR NIET VERKRIJGBAAR DIRECT VAN ONZE FABRIEK.

Prijs f 11.50 per dozijn blokmodel.
Prijs
f 10.75 per dozijn plat puntmodel.

ö. WATSON amp; ZOON'S VIJLENFABRIEK,

HILLEGERSBERG BIJ ROTTERDAM.

OP AANVRAGE GRATIS MONSTERS VERKRIJGBAAR.

-ocr page 121-

„DE OUDE ZWOLSCHE VAN 1895quot;

'S-GRAVENHAGE

- PIETER BOTHSTRAAT 34-38 -

MAATSCH. KAPITAALnbsp;__jAARL. PREMIEONTVANGST

/ 1.000.000- f 700.000—
belegd en reserve kapitaal / 407.676.88
d. p. linthout, ged. commissarisnbsp;w. wilmink, directeur

ALG. PAARDEN- EN VEEVERZEKERING

PREMIE VANAF / 1.50 PER / 100.—
GROOTSTE IN NEDERLAND

HET RISICO VAN TRANSPORT EN
VERBLIJF OP KEURINQ, LANDBOUW-
TENTOONSTELLING ENZ. WORDT ZON-
DER PREMIE VERHOOGING GEDRAGEN

BRANDVERZEKERING VOOR LANDBOUWBEDRIJVEN

PREMIE VANAF / 1.50 PER MILLE

geen inleg- EN geen taxatiekosten

I VASTE PREMIËN^n

Firma S. C. li. BAX

Glashaven 9, Rotterdam - Telef. 1355

Specialiteit in Artikelen voor Hoefbeslag.
Machinale hoefijzers Helpman.

Mustad- en Ster-Hoefnagels: meest uitgebreide sorteering
in
meer dan 70 maten

en modellen voorradig.
Rubber-Hoefzolen: Uitsluitend van prima kwaliteit
caoutchouc vervaardigd, dus
niet van rubberafval.
a. Open en dichte luchtdrukzolen voor voor- en achterijzers

in 9 resp. 11 maten voorradig.

h. Zolen voor halve ijzers met hoog rubberkussen in 8
maten voorradig.

c. Blokzolen, straalzolen en hielstukken.
Kunsthoorn, kurkkit.

IJsnagels, kalkoenen, stiften, opruimers, hoeftangen, af-
breektangen, renetten, hoefraspen, hoefhamers, houwklingen,
lasch- of weiblad, laschpoeder, metaalzagen enz.

-ocr page 122-

i!!l!!l!il!!l!iliilliJeil!Bl!IJeii!!l!il!

Wanneer gij het beste op gebied van hoef-
beslag wenscht, gebruikt dan

H

J

ll

SiS

■Iü

bib

Ze zijn bodemnauw, hebben schuin gestampte
gaten en een juiste verdeeling en plaatsing der
nagelgaten.nbsp;i

HELPMAN-HOEFIJZERS zijn niet noodeloos
zwaar; de verpakking weegt zoo goed als
niets en dus zijn ze
per stuk de goedkoopste
aan de markt.

H

ili

H

HOEFNAGELS

HOEFIJZERS

HELLER HOEFRASPEN
Alle artikelen voor Hoefbeslag.

Amsterdam
Hekelveld 16

B. A. LUYKX

Telefoon 46080

-ocr page 123-

„HIPPOSquot;

DORDRECHT

Onze nieuwste veriteterde hoefijzers

voldoen o.a. aan de volgende practische eischen:

1°. Zuiver rechtsche en linksche modellen,

2°. Breede, vlakke takeinden, waarop de verzenen
geheel dragen,

3°. Volkomen vlakke draagrand en diepe afhelling,

4°. Juiste plaats en richting der nagelgaten,

5°. Vorm van rits en stampnagelgaten zoodanig,
dat de nagelkop geheel is opgesloten.

©
©
©
©
©

83
83

SS
©

83
SS

83
©

©
©
©
©
©
©
©
©
©
©
©
©
©
©
©
©
©
©

Indien bij Uw handelaar niet verkrijgbaar,
direct van de fabriek te'betrekken

©
©
©

iii!f!M!i!EI!Ëi!EII!EII!!l!OËl!ill!i!!^

■ïliiliiliiliiliiTiiliiliiliiliiliitiitiitiilid

-ocr page 124-

LAMBERT
HOEFZOLEN

in de modellen

Lambert open pad
Frog pad

Red Philadelphia pad (rood rubber)

en de bekende
Amerikaansche

iill
iMt

S^UÄMoamp;cä;!

tiSW^Mi;«:

Heller Hoefrasoen

Lambert k Company
Leuvehaven 66 :: Rotterdam

Priiiia Duiiiiciie Siiieeiiiioieii

a f 18.50 per 1000 K G.

Vrijboord Amsterdam
of franco bergplaats Amsterdam.

J. C. JANSEN amp; ZOON - AMSTERDAM.

TELEFOON 44523.nbsp;LIJNBAANSCRACHT I56d.

-ocr page 125-

BIBLIÜTHEEK DEK

RIJKSUNIVERSITEIT

UTRECHT.
MAANDBLAD

ABONNEMENTSPRIJSnbsp;ADVERTENTIËN

voor Nederland per jaar f 3.-nbsp;quot;quot;^Sels (breedte 6 cM.) f 2.—

„ , j . „nbsp;ledereregel meer f 0.20. - Tarieven voor

voor 't Buitenland per jaar f 4.-nbsp;contractin op aanvrage verkrijgbaar

Redacteur-Uitgever: A. W. Heidema te 's Gravenhage, Huygensplein 5

INHOUD.

Cursus in hoefbeslag te A.xel. — De invloed van den hoefsmid. — Wedstrijd in hoefbeslag
te Steenbergen. — Hoefbeslag op de tentoonstelling te Doetinchem. — De geschiedenis van
het ijzer en van de ijzerindustrie. ~ Ingezonden stukken —Korte mededeeiingen. — Advertentien

CURSUS IN HOEFBESLAG TE AXEL.
Onderwijzers en dit voorjaar geslaagde leerlingen van den cursus 1924—1926.

Zittend: 1. Em. Waelput van Zuiddorpe; S. L. Bpogaerts, dierenarts te Axel
(leider), 3. A. J. Schieman te Axel (onderwijzer in de practijk], 4. W. P. Bipmeester
te Hoek. — Staande: 5. F. Hertog te Stoppeldijk. 6. Jos. Pieters te Philippine,
7\ L. Willemsen te Zaamslag, 8. Pr. Pieters te Philippine, 9. P. J. Willemsen te
Zaamslag, 10. J. F. Herman te Koewacht.

-ocr page 126-

DE INVLOED VAN DEN HOEFSMID.

Nu de stamboek- en premiekeuringen weer voor een groot gedeelte achter
den rug zijn, is ons opnieuw opgevallen dat de kalkoenen, die 20 jaar geleden
nog algemeen in ons land voorkwamen en waaraan de paardenhouders, vooral
uit een onjuist inzicht omtrent de duurzaamheid van het ijzer, vasthielden,
thans eigenlijk gezegd op het platteland niet meer voorkomen. Dr. Molhuijzen,
de secretaris van het Koninkl. Nederl. Landbouw-comité, heeft in verband
hiermede terecht betoogd dat het beslag der landbouwpaarden weinig af-
breuk doet aan den weg en dat bij een eventueel in te voeren wegenbelasting
de landbouwpaarden daarvan wel zoo goed als geheel vrijgesteld mochten
worden.

De uitvoering van het beslag der fokpaarden, die ter keuring komen, is
over het geheel genomen bevredigend. Soms zijn de ijzers echter te nauw
gelegd. Slechts een heel enkele keer treft men het tegenovergestelde aan.
In het laatste geval laat ook veelal de vorm van het ijzer te wenschen over.
De takken hebben dan geen voldoende ronding, waardoor het ijzer bij de
verzenen te wijd komt te liggen.

De invloed van den hoefsmid neemt toe, al naarmate zijn kennis van het
vak grooter is en hij meer menschenkennis bezit. De eischen voor het behoud
van een zoodanigen invloed zijn echter ook van lieverlede gestegen, daar
de jonge landbouwers op de landbouwcursussen en landbouwscholen, door
het volgen van cursussen in paardenkennis en het bezoeken van paarden-
keuringen, ook een ruimere ontwikkeling hebben verkregen.

Betrekkelijk weinig hoefsmeden wonen de paardenkeuringen bij. Dit is
jammer, daar ook voor den hoefsmid bij zulke gelegenheden wel wat te leeren
valt en zij onmiddellijk bij de hand zijn als er door de keuringscommissie
aanmerkingen of loftuitingen over het beslaan van een of ander paard worden
uitgesproken. Als de betrokken smid dan bij de hand is, dan kan hij zijn werk
verdedigen of mogelijk de op den smid geworpen schuld op den eigenaar
overbrengen. Het jurylid, dat de opmerkingen maakt, moet dan ook de ge-
grondheid hiervan aantoonen, daar het niet voldoende is om alleen maar te
zeggen dat iets niet goed is. Anderzijds kan de hoefsmid uit de gemaakte
opmerkingen meermalen nut trekken.

Tenslotte is voor den hoefsmid van beteekenis op de keuringen het beslag
der verschillende paarden te vergelijken en zijn clientèle te spreken. Er wordt
bij zoo'n gelegenheid ook wel werk opgedragen. Natuurlijk brengt het bezoek
der keuringen tijdverlies mede, waarvan men van te voren niet zeker weet
of die verloren tijd wel voldoende beloond zal worden. Als regel is dit echter
wel het geval. Er moet evenwel ook een goede samenwerking tusschen jury
en hoefsmid bestaan.

De invloed van een vakman dient in directe verhouding te staan met zijn
vakkennis, menschenkennis, eerlijkheid en welwillendheid. Ieder is in zijn
werk feitelijk de dienaar van zijn opdrachtgever, hij zij minister of bode.
Ieder herinnert zich wel het bekende verhaal van den man, die op het post-
kantoor voor het loket stond en door een postambtenaar op een onvriende-
lijke wijze werd gevraagd: „wat mot jij ?quot; „Ik mot niks,quot; luidde het ant-
woord „maar jij mot mij een postzegel van een halve cent geven.quot; Met andere

-ocr page 127-

woorden: ieder, en dus ook een hoefsmid, heeft te begrijpen dat hij tot op
zekere hoogte de dienstwillige dienaar moet zijn van het publiek, dat zijn
paard bij hem laat beslaan. Doch anderzijds dient het publiek te begrijpen
dat een hoefsmid, die zijn vak verstaat en goed uitoefent, het publiek beleefd
behandelt en zich behoorlijk laat betalen, alle respect verdient. Het publiek
verkrijgt dan voor zijn geld de volle waarde en beide partijen staan volkomen
gehjk. Beide worden geholpen en geen van tweeën behoeft ondergeschikt
te zijn. Dat is de goede verhouding.

Ieder, die zijn oogen de kost geeft en in de Maatschappij rondkijkt, kan
ook ervaren, dat kundige, goed met de paarden en met het publiek omgaande
hoefsmeden, gewoonlijk een goede en eervolle positie hebben en wiens werk
voor de geheele streek, waar ze gevestigd zijn, ten zegen strekt. Dan is de
invloed van den hoefsmid voldoende groot en is hij in den goeden zin van
het woord de raadgever van de paardenhouders.nbsp;Red

WEDSTRIJD IN HOEFBESLAG TE STEENBERGEN.

Hier was weer niets in orde toen de wedstrijd zou aanvangen. Gelukkig
echter waren er behulpzame handen, die in korten tijd nog een bruikbaar
onderkomen fabriceerden, zoodat de wedstrijd toch kon doorgaan (wel een
verschil bij Axel!)

Over de collecties ijzers, welke den eersten dag gekeurd werden, beperk
ik mij tot de vermelding der prijswinners: 1. J. A. Schieman te Axel zilveren
med. met diploma voor A. B. C. D.; 2. D. Luteijn te Axel, die alleen in de
rubrieken B en D had ingezonden, waarvoor hem voor elke rubriek een
diploma werd toegekend; 3. Adr. van Alphen te Wagenberg, die voor rubriek
A een diploma verwierf.

Er waren 2 collecties leermiddelen ingezonden door Onderwijzers in Prac-
tisch Hoefbeslag en wel door de heeren A. J. Schieman te Axel en Jos. Roovers
te Beek bij Breda, die elk een eersten prijs, verguld zilv. med., verwierven.

Voor gereedschappen en materialen voor hoefbeslag verwierf de heer J. a!
Schieman den eersten prijs.

Nog zij vermeld dat door den heer H. Kerckhaert te Stoppeldijk, Zeeuwsch-
Vlaamsche Hoefijzerfabriek, een groote collectie fabriekmatig vervaardigde
hoefijzers waren ingezonden, welke collectie bekroond werd met een eersten
prijs, verg. zilv. med.

Wat den wedstrijd betreft, er werd over 't algemeen tamelijk goed en vlot
gewerkt. Laat begonnen, was deze wedstrijd toch nog betrekkelijk vroeg
afgeloopen. Als gewoonlijk was ook het publiek wel belangstellend. Enkele
vooraanstaande paardenfokkers kwamen eens een praatje maken en werden
daardoor nog beter overtuigd van het nut van dezen vreedzamen strijd.

De uitslag is: 1. J. A. Schieman te Axel, verguld zilv. med.; 2. D. Luteijn
te Axel, verg. zilv. med. aangeboden door den heer H. Kerckhaert te Stop-
peldijk; 3. G. J. Baijen te Oosterhout, zilv. med.; 4. A. C. Stroop te Bosschen-
hoofd, bronzen med.; 5. Js. C. A. van Trier te de Heen, br. med.

Eervol verin.: Adr. van Alphen te Wagenberg, wien een specialen prijs
ten deel viel, uitgeloofd door de firma J. H. v. d. Pol van Hassel, Ijzerhandel

-ocr page 128-

te Oosterhout, voor de eerste eervolle vermelding, n.1. een stel hoef gereed-
schappen.

In westelijk Brabant, waar de trekpaardenfokkerij op hoogen trap staat,
wordt langzamerhand ook wel ingezien de hooge waarde van een goed beslag.

Op den duur zal het misschien aanbeveling verdienen om op de landbouw-
tentoonstellingen den wedstrijd in hoefbeslag provinciaal te houden en bij
voldoende deelname zelfs alleen smeden uit de plaats zelf of allernaaste
omgeving te laten mededingen.

De liefhebberij zal daardoor aangewakkerd worden. Meestal is er niet
voldoende tijd om een klasse-indeeling te maken. Dit zou anders wel de beste
oplossing zijn.

Utrecht.nbsp;S- van Angeren.

HOEFBESLAG OP DE TENTOONSTELIJNG TE DOETINCHEM,

4 Augustus.

Het programma voor de Afdeeling hoefbeslag op deze tentoonstelling
bevatte: A. wedstrijd in hoefbeslag; B. collecties eigen gesmede model-ijzers,
en C. ter opluistering collecties leermiddelen, modelijzers en gereedschappen
voor cursussen in hoefbeslag.

A.nbsp;De wedstrijd. Twaalf inschrijvingen; door dit niet groote aantal was
een voorwedstrijd overbodig. De wedstrijd vond plaats op een ruim omheind
gedeelte van het terrein, waar 4 aambeelden en 4 veldsmidsen ten dienste
stonden. Het weer was gelukkig ideaal, zoodat het ontbreken van een over-
kapping minder werd gevoeld. Den deelnemers, die aan de jury grootendeels
onbekend waren, werd elk een nummer toegekend en daarna om de volgorde
geloot. Er werd in 3 ploegen van 4 gewerkt. De eersten begonnen om half
elf en de geheele wedstrijd verliep verder vlot. Wegens de minder goede
terrein-gelegenheid werden geen gangen der 3 gebezigde paarden beoordeeld.
Wel echter de standen.

Om kwart voor vier was de wedstrijd geëindigd en werd de uitslag met
spanning afgewacht. Deze luidde: verg. zilv. medaille H. J. Marcelis te Wijn-
bergen; groote zilv. med. H. J. J. Klein-Molenkamp te Steenderen; kleine
zilv. med. H. J. Eijkelkamp te Lathem; bronzen med. L. P. Boerman te
Beekbergen.

Werden deze 4 als de besten aangewezen, ook over de prestaties der anderen
was de jury goed tevreden en in punten uitgedrukt liepen de eersten wat uit
en was er slechts één, die wat lager in de noteering stond. Het gros liep in de
totaal-classeering bij optelling der punten, verworven in de drie onderdeelen
van den wedstrijd, weinig uiteen. Dat is een goed teeken. Het besnijden liet
bij velen nog te wenschen.

De beoordeeling berustte bij de heeren: .J. A. van Gurck, dierenarts te
Doesburg, Joh. A. Tangelder te Duiven en J. Th. Huitink te Ruurlo, beide
onderwijzer in practisch hoefbeslag, terwijl de regeling in handen was van
den heer B. Resink te Doetinchem, tezamen met drie der 4 prijswinners
vereenigd op nevenstaande afbeelding.

B.nbsp;Collecties eigen gesmede model-ijzers. Gevraagd werden: vier ijzers voor

-ocr page 129-

een trekpaard, idem voor een tuigpaard, 1 balkijzer, 1 ijzer met stooten en
kalkoenen, 1 ijzer met verbreeden tak, 1 vlak toonstrijkijzer, 1 takstrijkijzer
met kalkoenen, 1 klapijzer en 1 klapstrijkijzer. Er waren 5 inzendingen, waar-
van 1 buiten mededinging. Slechts 1 inzending voldeed aan het vraagpro-
gramma en de jury keurde deze den eersten prijs waard, n.1. die van H. J.
Marcelis te Wijnbergen (verg. zilv. med.). De twee andere prijzen moesten
worden ingehouden en nog niet alleen om gemelde reden, doch de afwerking
— niet goed van rits, vorm of gaten — hield zulks mede tegen.

C. ter opluistering: collecties modelijzers en gereedschappen. Slechts één
inzending en een heele goede, n.1. van den onderwijzer J. A. Boesveld te
Winterswijk. De verzameling bestond uit een 60-tal ijzers voor verschillende

beslagvormen, 10 beslagen hoeven, hoornschoenen, beenderen, doorsnede
ondervoet, enz. De toekenning van een eersten prijs werd de belooning voor
Boesveld's moeite.

* * *

Op het tentoonstellingsterrein waren vele inzendingen machinerieën,
waarvoor de aanwezige hoefsmeden zich ook voldoende interesseerden en
tusschentijds werden bezichtigd, hetgeen een nuttige afwisseling bood, terwijl
na afloop der tentoonstelling, een landspel, waaraan 660 personen medewerk-
ten, deels te paard, een gewaardeerd slot vormde.

Een der juryleden had nog de welwillendheid ons te berichten dat de heer
Resink zich veel moeite hesft getroost om alles voor de werkzaamheden goed
in orde te hebben, waarvoor hem een woord van dank toekomt. — De wed-
strijd verliep heel rustig, zonder overlast te hebben van het publiek, dat
opvallend gering was.

-ocr page 130-

Ieder deelnemer kreeg één hoef te beslaan. Over 't geheel is vrij goed werk
geleverd, 't Viel op dat bijna allen in 't besnijden de meeste tekortkomingen
hadden, hetgeen nadeelig werd bij het passen. Intusschen mag gezegd worden
dat de gemaakte ijzers van alle voldoende waren. Enkele waren zelfs zeer goed.

DE GESCHIEDENIS VAN HET IJZER EN VAN DE
IJZERINDUSTRIE.

Het oertijdperk, de Middeleeuwen, het tijd-
perk van de houtskoolhoogovens, het tijdvak
van de steenkooltechniek.

Een werk, dat de aandacht verdient van ieder, die belangstelhng heeft
voor cultuurgeschiedenis, wordt uitgegeven door de ,,Verlag Stahleisen te
Düsseldorf.quot; Het is de,,Geschichte des Eisensquot; van dr. Otto Johann-
sen. De eerste druk was binnen enkele maanden uitverkocht; in den tweeden
druk zijn enkele verbeteringen aangebracht.

Het boek is verdeeld in vier afdeelingen:

Die Urgeschichte, Das Mittelalter, Das Zeitalter der Holzkohlenhochofens
en Das Zeitalter der Steinkohlentechnik.

De oergeschiedenis gaat de schrijver na door de thans nog levende natuur-
volken in hun metaalbewerking te bestudeeren; bij Afrikaansche volken
vindt men eenvoudige smeltovens voor ijzer, evenzoo bij Turaniërs en Mon-
golen, Burjeten en Kalmukken, en in het bijzonder de Indiërs. Van deze
bestaande volken uitgaande komt de schrijver tot de bespreking van de
cultuur van oude volken: Egyptenaren, Assyriërs, Phoeniciërs, Israëlieten,
Arabieren, Grieken, Etrusken, Romeinen.

De middeleeuwen (van ongeveer den tijd der volksverhuizing tot 1500)
begint de schrijver met Spanje; de Gallische zwaarden worden door Cesar
genoemd; de Germanen kenden het ijzer vermoedelijk reeds eeuwen lang;
de hamer van Thor is uit de sagen bekend; evenals het zwaard van Wieland.

In latere tijden vormden zich de gilden; er werden watermolens gebruikt
om blaasbalgen te bewegen, en kolen ter verhitting. Eenige afbeeldingen
toonen de wijze van erts-uitzoeken, ertswasschen, een stampwerk, de samen-
stelling van een blaasbalg, smidsen en ovens, mechanisch bewogen hamers,
een gebogen ketelplaat, uit éen stuk gedreven, trekbanken voor draad, een
pantserhemd, een naaldenmaker, een spaansche degen, nagelsmeden, anker-
smeden, mortieren en andere.

Het tijdperk van de houtskoolhoogovens heeft in verschillende landen
een verschillend beloop; het einde ligt tusschen 1750 en 1850. De eerste
schriftelijke mededeelingen en boeken ontstonden omstreeks 1400: „Feuer-
werksbücherquot;; voornamelijk waren het wapens, die beschreven worden;
naast het smeden trad ook het gieten van ijzer op, dat bij de Chineezen waar-
schijnlijk reeds vele eeuwen lang bekend was. In het midden der vijftiende
eeuw ontstonden de houtskoolhoogovens, waarvan verschillende afbeeldingen
worden gegeven, en de samenstelling beschreven wordt. In de zestiende eeuw
begon men de ijzerertsen te onderzoeken vóórdat zij in den oven werden
gebracht — een chemisch onderzoek. Het ijzergieten sloot aan bij het brons-

-ocr page 131-

gieten, dat bijv. werd toegepast voor het vervaardigen van standbeelden en
klokken. Hiervan eenige afbeeldingen. Van ijzer werden het eerst kanonnen
en mortieren gegoten, daarna platen voor haarden (eenige versierde platen
zijn afgebeeld) en potten.

Het frischen 1) van smeedijzer ontwikkelde zich vooral in Duitschland;
de bereiding van staal geschiedde meer en meer door frischen.

De blaasbalgen en hamers ondergingen veranderingen, er ontstonden
walswerken en toestellen om ijzer te knippen.

In Lotharingen, Frankrijk, Italië, Skandinavië, Rusland, ontwikkelde
zich de ijzerbereiding. In Amerika was de familie Leonard de meest bekende
onder de ijzerindustriëelen, in Engeland ontstonden uitgebreide ijzerwerken.

De uitvinding van de stoommachine luidde een nieuw tijdperk in; de blaas-
toestellen werden verbeterd, het gietstaal werd uitgevonden, en de vervan-
ging van houtskool in de smeltovens voor ijzer door cokes gaf een belang-
rijke verbetering.

In Engeland ontwikkelde zich de ijzergieterij; het puddelen werd in dat
land het eerst in toepassing gebracht. De ontwikkeling van de stoommachine
en de uitvinding der locomotief waren het begin van den nieuweren machi-
nebouw. De cokesoven werd verbeterd omdat meer cokes noodig waren;
de cokeshoogovens werden evenzeer verbeterd; het verwerken van groote
stukken ijzer gaf aanleiding tot de uitvinding van den stoomhamer (de oor-
spronkelijke schets van Nasmyth is afgebeeld); walswerken ontstonden,
en daarmede profielijzers. De Engelsche techniek sloeg over naar Frankrijk
en Duitschland (Creusot in het eerste land, Malapane en Kreuzburg in het
tweede). Men beproefde in Duitschland gietstaal te maken, doch dit gelukte
slechts aan Friedrich Krupp, die daardoor de grondlegger werd van de beken-
de fabriek.

In België werd van Engeland uit (John Cockerill) de ijzerindustrie gegrond-
vest en ontwikkeld.

In 1855 vervaardigde Henry Bessemer het eerst vloeiijzer (Bessemer-ovens
en -peer); in Duitschland bouwde Siemens den regeneratiefoven, waardoor
zeer hooge temperaturen verkregen konden worden, wat de staalbereiding
ten goede kwam.

De gebroeders Siemens legden zich met kracht toe op de staalbereiding.

Sedert 1766 trad de wetenschap in dienst van de ijzerindustrie. In Freiberg
werden de eerste voordrachten gehouden aan de Bergacademie. In andere
plaatsen en in andere landen werden langzamerhand ook leerstoelen opge-
richt; de vervaardigers van ijzer vereenigden zich; de groote ijzerwerken
stelden scheikundigen aan en richtten laboratoria in; proefnemingen werden
gedaan omtrent de eigenschappen van het fabrikaat.

De steenkolenvoortbrenging nam grootere afmetingen aan; er werden
nieuwe methoden van ontginning bedacht; de cokes-vorming werd verbe-
terd; het verkrijgen van ertsen geschiedde met nieuwe inrichtingen.

De grootere hoogovens vereischten krachtiger blaastoestellen; de hoog-
ovens zelf ondergingen veranderingen,

1nbsp; Het „frisohenquot; is een typisch Duitsch woord. Men bedoelt er mede het
zuiveren van metalen. Red.

-ocr page 132-

Van de slakken werden tegels gemaakt; de in de hoogovens ontwikkelde
gassen werden benut tot het drijven van motoren.

Het gieten van ijzer deed vormmachines ontstaan, zandstraalblaastoe-
stellen (voor het reinigen van gietwerk), en „hartguss.quot;

De methoden van Bessemer, Thomas, Siemens-Martin bereidden den weg
tot het verkrijgen van edelstaalsoorten; Krupp smolt groote staalmassa's;
tegelstaal werd in vormen gegoten.

Het vloeiijzer was oorzaak van de ontwikkeling der stoomhamers, de pro-
fielijzers traden in meer vormen op; de bouw van ijzeren oorlogsschepen gaf
weder terugslag op de industrie; pantserplaten werden vervaardigd; ijzer-
draad werd meer gebruikt.

Mannesmann ontdekte het maken van de naar hem genoemde buizen:
het thermietlasschen werd bedacht.

Als laatste hoofdstuk geeft de schrijver een overzicht van de ontwikkeling
der ijzerindustrie in de verschillende landen van Europa, in Amerika, en in
Azië.nbsp;(u.
N. R. C.).

\NGEZONDEN STUKKEN.

-ocr page 133-

kenmerkten. Deze vaardigheid was toch ontstaan door het veelvuldig ijzers
maken in uwe jonge jaren. Hoe geheel anders is dit nu geworden na de in-
voering der machinale hoefijzers. kSlechts enkele van de jonge smeden hebben
zooveel handvaardigheid, dat met vrucht het onderwijs op een cursus kan
worden gevolgd.

Ook door u zal het in de werkplaats opgemerkt zijn, hoeveel moeite en
tijd het aan de jonge smeden kost om de machinale ijzers den gewenschten
vorm te geven. Maar al te vaak worden dan deze pogingen gestaakt en komen
overigens goede machinale ijzers slecht passend onder den hoef en wordt
daardoor het geleverd werk minderwaardig.

Met het maken van ijzers voor afwijkende gangen en hoefgebreken wordt
nog veel meer getobd. Dit kan immers niet anders, wanneer zij reeds met
het maken van een normaal ijzer zooveel moeite hebben. Verbetering te
brengen in een en ander is mede in uw belang.

Gij kunt hieraan medewerken en zoo de wil er maar is, behoeft het geen
financieel nadeel te zijn. Geef hun de gelegenheid
vlug een ijzer te leeren maken
en binnen zeer korten tijd wordt met het vervormen, richten en passen van
4 machinale ijzers 10 minuten uitgewonnen.

Het aantal paarden X 10 minuten werkloon plus bedrijfsonkosten is voor
vele smeden per jaar een aanzienlijk bedrag. In vele gevallen zal de winst
grooter zijn dan het verlies.

Wij vragen geen afschaffing der machinale ijzers. Wij vragen slechts: stel
de jonge smeden in de gelegenheid ijzers te
leeren maken. Laat ook hen, die
vaardigheid verkrijgen welke u reeds eigen was op hun leeftijd.

Help ons in ons streven, om de opleiding van de jonge smeden zoo goed
mogelijk te doen zijn.

Vertrouwende op Uwe bereidwilligheid, doen wij een beroep op Uwe mede-
werking.

Namens de Vereeniging van Onderwijzers
in Practisch Hoefbeslag:
M. Ritsema, Voorzitter.

De Commissie belast met het afnemen van examen ter verkrijgeng van het
Rijksdiploma als hoefsmid, gaat met dit schrijven accoord.

De Voorzitter,
H. M. Kroon.

Aan het bovenstaande kan ik, als Voorzitter van den „Bond van Smeden-
patroons in Nederland,quot; om meer dan één reden mijn volle adhaesie verleenen,
omdat mij meermalen is gebleken, bij mijn bezoek aan verschillende hoef-
smeden in ons land, dat juist zij, die er prijs op stellen niet voor minderwaar-
dig werk in aanmerking te willen komen, hunne ijzers
zelf fabriceeren en
machinale hoefijzers dikwijls aanleiding hebben gegeven tot onaangenaam-
heden van den cliënt en tot schade van het daarmede beslagen paard.

Nog onlangs bij een bezoek, door mij gebracht aan het Instituut voor
Zoötechniek en Hoefkunde (Veeartsenijschool), tijdens het houden van het
examen voor Rijksgediplomeerd Hoefsmid, viel het mij op, hoevele jonge
smeden niet in staat bleken te zijn zelf een
normaal ijzer behoorlijk te smeden.

-ocr page 134-

en indien men op dezen weg al meer en meer zou doorgaan met het gebruik
maken van machinale ijzers, dan kan het niet anders, of het vak in het alge-
meen zou er ongetwijfeld onder moeten lijden. Het is daarom vooral dat ik
het vorenstaande met nadruk wensch te steunen, en heeft het mijn volle
sympathie, dat op deze wijze door onze Zusterorganisatie: ,,De Vereeniging
van Onderwijzers in practisch Hoefbeslagquot; getracht wordt, het vervaardigen
van hoefijzers door den smid zelve, zooveel mogelijk aan te moedigen en
in de hand te werken.

Voorzitter B. S. P. N.
Utrecht, Juni 1926.nbsp;D. Roosenschoon.

KORTE MEDEDEELINGEN.

—nbsp;Axel. Bij den wedstrijd voor hoefsmeden te Axel, waarvan in de Juli-
aflevering een verslag met photo werd opgenomen, zijn behalve de daarin
vermelde vijf prijswinners ook nog twee eervolle vermeldingen toegekend
n.1. aan de heeren C. Pieters en J. Pieters, beide te Philippine (Z.). Wij ont-
leenden dit aan een verslag over dien wedstrijd, ons welwillend door den heer
S. van Angeren te Utrecht toegezonden doch door toevallige omstandigheden
te laat om opgenomen te worden. De heer v. A. merkte o.m. op:,,Verscheidene
„fokkers toonden veel belangstelling voor de afdeeling hoefbeslag, zoodat
„deze ook hierom veel goeds gedaan kan hebben.quot;

Wij onderschrijven deze opvatting geheel en zijn overtuigd dat goed geor-
ganiseerde wedstrijden voor het verkrijgen van degelijken steun der fokkers
van veel belang moeten worden geacht. Zij vormen echter ook een attractie
voor de landbouwtentoonstellingen,zoodat de besturen gerust goede prijzen
beschikbaar mogen stellen.

—nbsp;Attentie! Onderwijzer-hoefsmeden! Vergeet gij niet eeri aantal circu-
laires „Aan de Patroons en Bedrijfsleiders van Hoefsmederijen in Neder-
landquot; — zie Ingezonden stuk in deze aflevering — aan te vragen bij den
secretaris H. van Waasbergen te Oud-Beierland, en deze circulaires te distri-
bueeren onder uwe leerlingen ?nbsp;H. V.

—nbsp;Hoefbeslag op de tentoonstelling to Tiel. In de vorige aflevering is
bekend gemaakt welke rubrieken de afdeeling hoefbeslag omvat op deze
van 9—
11 Sept. te houden tentoonstelling.

Zij, die deelnemen aan den wedstrijd in hoefbeslag moeten Donderdag
9 Sept. om
12 uur op het terrein zijn voor den vóórwedstrijd. Zij, die daartoe
door het verkregen aantal punten in de termen vallen, moeten den volgenden
dag te 9 uur wederom present zijn.

—nbsp;Wedstrijd in hoefbeslag te Venlo, 15 en 16 September. De Afdeelings-
commissie bestaat uit de heeren P. v. Kempen te Echt, voorzitter, P. Bongaerts
te Maasniel, G. Vogels te Buggenum. Toegevoegd hd v/h. H. B.: M. Tops te
Roermond; adviseerend lid Jacq. Timmermans te Roermond. Door deze commissie
is voorgedragen aan het Hoofdbestuur om als juryleden voor den wedstrijd in Hoef-
beslag te benoemen de heeren: Joh. Plet, dierenarts te Heerenveen, S. van Angeren
te Utrecht en L. Bloemen, dierenarts te Roermond.

-ocr page 135-

—nbsp;Najaarsrijksheiigstenkeuriiigeii 1926. Deze keuringen zijn reeds ge-
houden op 10 Aug. te Texel,
II Aug. te TerscheUing, 12 Aug. te Wieringen

en Schagen en vinden verder plaats op de volgende data:

Hengsten type tuigpaard: 25 Aug. op Ameland, 26 Aug. te Utrecht en
Gorinchem, 29 Sept. te Zwolle, Beemte en Zutfen, 1 Oct. te Eist en Tiel,
7 Oct. te Assen.

Hengsten type trekpaard: 21 Sept. te Dordt en Rotterdam, 22 Sept. te
Middelhar nis, 23 Sept. te B.-o-Zoom, 24 Sept. te 's Bosch en Eindhoven,
28 Sept. te Groningen, 29 Sept. te Zwolle, Beemte en Zutfen, 30 Sept. té
Zevenaar, 1 Oct. te Eist en Tiel, 12 Oct. te Maastricht, 13 Oct. te Roermond,
14 Oct. te Venlo en Haps, 19 Oct. te Hulst, 20 Oct. te Axel, 21 en 22 Oct.
te Oostburg, 27 Oct. te Middelburg en Zierikzee, 28 Oct. te Kattendijke.

—nbsp;Wadden-eilanden. Van de paardenfokkerij op deze eilanden is alleen
die op Texel, TerscheUing en Ameland van eenige beteekenis. Op de overige
drie komt geen dekhengst voor.

Sedert 1901 hebben wij bijna jaarlijks deze eilanden — Ameland tot 1913 —
bij gelegenheid der paardenkeuringen bezocht. Aanvankelijk behoorde
het tot de uitzonderingen als een paard beslagen werd voorgebracht.
Geleidelijk zijn er meer straat- en grintwegen gekomen en nu worden er
reeds heel wat beslagen paarden aangetroffen. Intusschen is het aantal de
laatste jaren weer verminderd door den invoer van Ford-auto's, die op de
langgerekte eilanden op de hoofdwegen veel tijdsbesparing geven.

—nbsp;Korte wenken, ingezonden door de Centrale Werkgevers-Risicohanh.

1.nbsp;Gebruik bij het autogeen-lasschen en snijden een laschbril en bij het
electrisch lasschen een scherm.

2.nbsp;Gebruik geen uitgesleten moersleutels.

3.nbsp;Maak geen machines schoon en smeer ze niet als zij in beweging zijn.

4.nbsp;Draag geen ring aan den vinger bij het werken aan machines.

5.nbsp;Leg geen voorwerpen in doorgangen en paden; een ander struikelt er
misschien over.

6.nbsp;Draag kort geknipt haar als ge werkt aan draai- en boorbanken.

7.nbsp;Draag bij het gieten beenkappen.

ADVERTENTIËN.

W. BERNET amp; Co., AMSTERDAM

berichten, dat zij een GROOTE PARTIJ

HOEF IJ ZERS

Ie en 2e soort,

«

in VOORRAAD hebben, die zij wenschen OP TE RUIMEN.

-ocr page 136-

N. V.

ili UéÈê MirlÉ

}}

„HIPPOS

DORDRECHT

Onze nieuwste verlteterde lioefijxers

voldoen o.a. aan de volgende practische eischen:

r. Zuiver rechtsche en linksche modellen,

2°. Breede, vlakke takeinden, waarop de verzenen
geheel dragen,

3°. Volkomen vlakke draagrand en diepe afhelling,

4quot;. Juiste plaats en richting der nagelgaten,

5°. Vorm van rits en stampnagelgaten zoodanig,
dat de nagelkop geheel is opgesloten.

Indien bij Uw handelaar niet verkrijgbaar,
direct van de fabriek te betrekken

88
©

©

83

8S
©

83

83
83

83
©

83
83

gs

83

83

83
©

83

gs

83

83
©

83

83
©

©
83

83
SS
83

gs
©

83
83

©

83
SS

gs

iiliiliili ^

©

83
©

8S

83
gt;5

-ocr page 137-

WINTERSEIZOEN 1926

— Wij leveren bij tijdige bestelling: —

Winterijzers met Schroefgaten

(Rits- en Stampijzers, alle nummers) met of zonder schroef-
draad. Plaatsing der schroefgaten naar keuze, in den toon,
of in de takken, of op beide plaatsen.
Prys ZEER Mll^b.

Vraagt inlichtingen bij Uwen Handelaar.
Levertijd naar keuze, einde September of begin October.
Orders op winterijzers met schroefgaten worden ingewacht
tot 15 Augustus e k. Yoor later inkomende orders kan
— geen tijdige levering worden gegarandeerd. —

DENK OM

DE SCHITTERENDE KWALITEIT ONZER HOEFIJZERS

Hoelijzer- en Dssenlabriefc „SI. [LOÏquot;, Roosendaal [M.

WATSON'S NIEUWE HOEFRASP

VAN PRIMA ENGELSCH MATERIAAL

IS DE BESTE EN DAAROM DE GOEDKOOPSTE.

Vraagt deze raspen bij Uw Leverancier.

WAAR NIET VERKRIJGBAAR DIRECT VAN ONZE FABRIEK.

Prijs f 11.50 per dozijn blokmodeL
Prijs
f 10.75 per dozijn plat puntmodel.

ö. WATSON amp; zoors VIJLENFABRIEK,

HILLEGERSBERG BIJ ROTTERDAM.

OP AANVRAGE GRATIS MONSTERS VERKRIJGBAAR.

-ocr page 138-

iiiiii^ #iAfiBinbsp;wm^ iiAM iKMn''

'S-GRAVENHAGE

- PIETER BOTHSTRAAT 34-38 •

MAATSCH. KAPITAALnbsp;__JAARL. PREMIEONTVANGST

f 1.000.000-nbsp;/ 700.000-

belegd en reserve kapitaal f 407.676.88
d. p. linthout, geo. commissarisnbsp;w. wilmink, directeur

ALG. PAARDEN- EN VE E VE R Z E K E RIN G

premie vanaf /1.50 per f 100.—

GROOTSTE IN NEDERLAND

HET RISICO VAN TRANSPORT EN
VERBLIJF OP KEURING, LANDBOUW-
TENTOONSTELLING ENZ. WORDT ZON-
DER PREMIEVERHOOGING GEDRAGEN

BRANDVERZEKERING VOOR LANDBOUWBEDRIJVEN

premie vanaf / 1.50 per mille

,DE OUDE ZWOLSCHE VAN 1895

geen inleg- EN geen taxatiekosten

IVASTE PREMIËNi

-ocr page 139-

Wanneer gij het beste op gebied van hoef-
beslag wenscht, gebruikt dan

ili
ili

ili
SS
Si:

ili

wim

Ze zijn bodemnauw, hebben schuin gestampte
gaten en een juiste verdeeling en plaatsing der
nagelgaten.

HELPMAN-HOEFIJZERS zijn niet noodeloos
zwaar; de verpakking weegt zoo goed als
niets en dus zijn ze
per stuk de goedkoopste
aan de markt.

HOEFIJZERS

Amsterdam
Hekelveld 16

HOEFNAGELS

HELLER HOEFRASPEN
Alle artikelen voor Hoefbeslag.

B. A. LUYKX

Telefoon 46080

-ocr page 140-

LAMBERT
HOEFZOLEN

in de modellen

Lambert open pad
Frog pad

Red Philadelphia pad (rood rubber)

en de bekende
Amerikaansche

Heller floefrasüen

Lambert amp; Company
Leuvehaven 66 :: Rotterdam

Prima DoU smetdlioleD

a f 21.— per 1000 K G.

Vrijboord Amsterdam
of franco bergplaats Amsterdam.

J. C. JANSEN amp; ZOON - AMSTERDAM.

TELEFOON 44523.nbsp;LIJNBAANSCRACHT I56d.

-ocr page 141-

n ^

INHOUD,

Het behandelen van geschillen over leveranties van ijzer of andere smidsheiioodigdheden._

Hoefbeslag geen bijzaak. — De staking der mijnwerkers in Engeland. — Hoefbeslag op de
Tentoonstelling te Tiel. — Korte mededeelingen, — Persoverzicht. — Advertentiën.

ft K

tnbsp;^

Wnbsp;X
tt

üjnbsp;O

gt;

z

r)

LU

et
(-
rj

HET BEHANDELEN VAN GESCHILLEN OVER LEVERANTIES
VAN IJZER OF ANDERE SMIDSBENOODIGDHEDEN.

' In den goeden ouden tijd kwamen geschillen over gedane leveringen niet
vaak voor. De smid kocht in den regel bij eenzelfden handelaar ijzer en
kolen, en betaalde deze grondstoffen op jaarrekening. De klanten van den
smid betaalden gewoonlijk eveneens na afloop van een jaar. Het spreekt
vanzelf, dat de handelaar een hoogere winstmarge moest nemen, doordat er
veel geld noodig was voor het geven van crediet en tevens de risico daarbij
grooter was dan bij contante betaling.

Het oude gebruik der jaarrekeningen is langzamerhand buiten gebruik
gesteld en vervangen door een verkoop op drie maanden of door contante
betaling. De smid kan hierdoor goedkooper inkoopen, terwijl de handelaar
minder bedrijfskapitaal noodig heeft en minder risico lijdt.

Deze wijziging in den handel brengt mede, dat bij de levering scherper
moet worden toegekeken. Vroeger toch, toen op jaarrekening werd gekocht,
werden ijzer en kolen voor de betaling verwerkt en kon bij gebleken ondeugde-
lijkheid vóór de betaling bezwaar worden ingediend. Bij contante betaling
moet nauwlettender worden gekeurd of moeten de rechten op deugdelijkheid
schriftelijk goed worden vastgelegd.

De smid koopt tegenwoordig niet alleen grondstoffen zooals vroeger,
maar ook allerlei artikelen, die geheel of ten deele afgewerkt zijn, b.
v'.
landbouwwerktuigen, machinale ijzers enz. Bij deze artikelen komt vooral
de vraag naar voren of het geleverde in overeenstemming is met het model
of het monster, waarop gekocht is. Indien bij de levering hieromtrent verschil
van gevoelen ontstaat, dan komen veelal de poppen aan het dansen. De
leverancier beweert, dat het geleverde aan het monster beantwoordt en de
kooper zegt overtuigd te zijn van het tegendeel. Indien beide partijen van

-ocr page 142-

goeden wille zijn — de leverancier den klant graag wil houden — en de
klant voor dien tijd over den leverancier goed tevreden is geweest, dan
treden de partijen gewoonlijk wel in zoodanig overleg, dat een minnelijke
regeling wordt verkregen. Toch lukt dit niet altijd. En hoe loopt die zaak dan
gewoonlijk af ?

De leverancier stelt zijn zaak in handen van een advocaat en deze eischt
het volle verschuldigde bedrag voor de geleverde waar. De kooper moet
dan als regel ook rechtskundigen bijstand vragen en de beslissing komt ten
slotte in handen van den kantonrechter of van de,rechtbank. Als het bedrag,
waarover het geschil loopt, niet meer bedraagt dan f 200, dan moet de kanton-
rechter uitspraak doen loopt het verschil over een hooger bedrag, dan
komt de zaak voor de rechtbank.

De rechter is als regel evenwel geen kenner van smidsbenoodigdheden en
om nu goede grondslagen voor het doen van een rechtvaardige uitspraak te
verkrijgen worden één of meer deskundigen benoemd, die, na beëedigd te
zijn, den rechter met hunne voorlichting dienen.

Deze wettelijke weg is gewoonlijk lang en kostbaar. Geen wonder, dat
ieder, die wat te verliezen heeft, een reuzenzwaar hoofd heeft in het
beginnen van een proces.

De Nederlandsche taal kent allerlei spreekwoorden, die wijzen op het
gevaar van processen, vooral op het gebied van levende dieren, zooals:
,,Die pleit om een paard, behoudt slechts den staartquot; — „Die pleit om een
koe, die geeft er één toequot;. Het pleiten over geschülen bij levende dieren heeft
immers het extra nadeel, dat zulke dieren tijdens het proces onderhouds-
kosten vorderen, indien de partijen niet onmiddellijk overeenkomen het
betreffende dier voetstoots („zooals het er staatquot;, zegt men ook wel) te
verkoopen en dan verder te pleiten over het verschil in geld tusschen de
afgesproken koopsom en het bij voetstootsche verkooping verkregen bedrag.

De praktijk heeft er naar gestreefd om dergelijke geschillen buiten de
rechtbank om op te lossen. De deskundige, eerlijk en onpartijdig oordeelende,
moet immers ten slotte toch den grondslag leveren voor het doen van een
rechtvaardige uitspraak. De lange, kostbare rechterlijke weg kon worden
uitgeschakeld en is dan ook, op handelsgebied, werkelijk voor een zeer groot
gedeelte ter zijde gesteld. De partijen benoemen één of meer deskundigen
zelf, bij onderling overleg, en verbinden zich vooraf om zich neer te leggen
bij de uitspraak van de te kiezen deskundigen.

Meermalen komt het voor, dat elk der partijen één deskundige aanwijst
en deze twee samen een derde. Korten tijd geleden maakten wij kennis met
een ervaren advocaat uit een groote handelsstad, die verzekerde met een
zoodanige benoeming dikwijls minder goede resultaten te hebben verkregen,
doordat elk dier twee deskundigen zich te veel vertegenwoordiger gevoelt
van de partij, die de benoeming deed. Hierom, betoogde deze ervaren jurist,
is het veel beter, om de benoeming der deskundigen — zoo men meent,
dat één niet voldoende is — alle drie gelijktijdig in gemeenschappelijk
overleg te doen. In dit geval blijven de deskundigen, ook in hun eigen gevoel,
veel meer volslagen onpartijdig.

Het komt ons voor, dat deze opvatting inderdaad de meest juiste is en zij

-ocr page 143-

vond in een kort geleden voorkomend geval, bij de uitvoering, volkomen
bevestiging.nbsp;; ^

Op die wijzejkunnenjgeschillen spoedig met betrekkelijk weinig kosten
en op zakelijk juiste wijze tot eene beslissing komen, die voor elk der partijen
bevrediging kan schenken.

Waar en wanneer dit geschil is voorgekomen doet aan de algemeente
strekking met af en wordt daarom hier ook niet vermeld. Toch komt het
ons nuttig voor deze zaak onder de aandacht van onze lezers te brengen,
daar zij bij voorkomende gevallen navolging verdient.

___Red.

HOEFBESLAG GEEN BIJZAAK.

Onder dit hoofd schreef de heer F. C. Z o n n e v ij 11 e, secretaris van de
Provinciale Regelingscommissie voor de paardenfokkerij in Zeeland, in
het Zeeuwsch Landbouwblad het volgende:

Het hoefbeslag is lange jaren bij onze dorpssmeden veelal beschouwd als
een bijzaak, soms zelfs als een lastige bijzaak. Wanneer men druk aan het
werk is, en er moet een paard beslagen worden, dan mist men direct een
arbeidskracht, die meestal, om zijn baas te helpen, het beslag zoo vlug mogelijk
afmaakt, teneinde dezen weer bij het allicht presseerende werk behulpzaam
te kunnen zijn. Niet zelden heeft men eigenlijk een hekel aan het beslaan, en
het noodwendig gevolg daarvan is, dat aan het beslag niet de noodige zorg
wordt besteed. Doch er is meer.

Deze omstandigheid wordt mede oorzaak, dat het belangrijke vak van
hoefsmid geen voldoende beoefening erlangt niet alleen, maar eigenliik
wordt geminacht. 1

De Z. L. M. heeft reeds lange jaren getracht in dezen toestand verbetering
aan te brengen, door het geven van cursussen in hoefbeslag en het houden
van examens voor hoefsmid. Na het instellen van det Rijksdiploma voor
hoefsmid is deze taak overgenomen door het Rijk.

Hierdoor is veel verbetering aangebracht. Bij vele smeden is langs dezen
weg veel kennis bijgebracht, en veel verbeteringen kunnen geconstateerd
worden. Doch, en hier wringt de schoen, niet op kennis alleen komt het aan
maar vooral op liefde voor het vak, gepaard aan het besteden van voldoende
zorgen, en het voor de fokkers van het zware paard zoo belangrijke
verzorgen
van den hoef. Doch dan mag het beslaan geen bijzaak blijven, maar moet
zoo mogelijk hoofdzaak worden.

Dat zien we bij de heeren Schieman te Axel. Deze dorpssmeden hebben
zich speciaal op het beslaan onzer paarden toegelegd, er zich speciaal voor
ingericht, en er niet een bijzaak, maar een hoofdzaak van gemaakt. Zoo eerst
komt dat vak tot zijn recht, en wordt het succes verzekerd.

1nbsp; Deze uitspraak van den geachten schrijver is, voor zoover ons bekend
positief onjuist. En wij meenen gedurende ruim veertig jaar voldoende met
allerlei standen in de maatschappij in aanraking te zijn geweest om te kunnen
constateeren dat elke hoefsmid, die zulks verdient, wel degelijk gewaardeerd
wordt. Red. „De Hoefsmidquot;.

-ocr page 144-

Hun inspanning wordt ruimschoots beloond. Men rekent er dagelijks op
minstens 15 paarden, en er zijn zeer weinig weken in het jaar, waarin minder
dan 80 paarden beslagen worden. Vóór de keuringen wordt dit getal soms
kolossaal overschreden. Zoo is er gelegenheid elk geval afzonderlijk te beoor-
deelen, en de beste wijze van beslag voor elke afwijking vast te stellen en
consciëntieus door te voeren. Zoo wordt het vak, dat door vele dorpssmeden
dikwijls is verwenscht, een liefhebberij, waarvan de successen dikwijls zeer
interessant zijn, niet alleen voor den vakman maar niet minder voor den
fokker, die er de voordeelen voelbaar van ondervindt.

Waar onder zulke leiding gewerkt wordt, is men in staat het vak goed te
leeren. En dat vinden we bevestigd in de uitslagen der beide groote landbouw-
tentoonstellingen te Axel en te Steenbergen.

Bij de heeren Schieman zijn werkzaam, gedurende ongeveer 5 jaar, twee
knechten, n.1. de heeren M. Boerman en D. Luteijn.

Te Axel verkreeg de heer J. A. Schieman voor de inzending ijzers den len
prijs, zijn knecht, de heer D. Luteijn, een 2en prijs, zijn knecht, de heer
M. Boerman, een 3en prijs.

Op den wedstrijd voor hoefbeslag had de heer Schieman den len prijs,
zijn knecht M. Boerman den 2en prijs en zijn knecht D. Luteijn den 3en prijs.

Te Steenbergen, waar de heer Schieman en de heer D. Luteijn uit-
kwamen, had de baas voor de ingezonden ijzers den len prijs en de heer
Luteijn den 2en prijs. Op den wedstrijd hoefbeslag had de baas den len
prijs en de knecht den 2en prijs.

Zoo zien we werkelijk, dat ook dit vak zijn goede beoefenaars vindt bij die
ambachtslieden, die liefde voor hun vak voelen, tijd en gelegenheid hebben
om voldoende zorg aan hun werk te besteden, en dat ook dit vak onder goede
leiding moet worden aangeleerd. Kennis alleen voert niet tot goed succes,
op de praktijk komt het hier aan, een praktijk, die met zorg moet worden
aangeleerd en met liefde moet worden beoefend.

We hooren, dat de heer D. Luteijn zich met 1 Januari te Oostburg gaat
vestigen, en we kunnen niet anders dan de fokkers uit de omgeving van Oost-
burg gelukwenschen met een zoo goeden hoefsmid, die geleerd heeft dit vak
niet als lastige bijzaak te beschouwen, maar als een hoofdzaak voor zijn
bedrijf, en de fokkers zullen hiervan zeker profiteeren.

DE STAKING DER MIJNWERKERS IN ENGELAND.

Deze staking duurt reeds verscheidene maanden — is in het begin van Mei
één a twee weken gesteund door een algemeene staking en schijnt thans
eenigszins aan het verloopen te zijn. De Engelsche regeering treedt thans
weer als bemiddelaar op en het zou voor den Engelschen handel van groote
beteekenis zijn, als er een bevredigende overeenkomst mocht worden ge-
troffen, tusschen de mijneigenaren en de mijnwerkers.

Naar wij meenen loopt de strijd in hoofdzaak over den duur van den werk-
dag en over het loon. De mijnwerkers willen hooger loon met behoud van een
7-urigen werkdag. De mijneigenaren verlangen óf lager loon bij 7 uur werken

-ocr page 145-

óf verlenging van den werkdag tot 8 uur. De vertegenwoordigers van de
arbeiders betoogen dat zeer goed aan de wenschen van de arbeiders
kan worden voldaan, indien de exploitatie der mijnen op meer economische
wijze geschiedt dan tot nu toe het geval is.

De Engelsche regeering heeft reeds een zeer groot bedrag geofferd ter tege-
moetkoming aan de wenschen der mijnwerkers, doch deze finantieele
hulp sedert een viertal maanden stop gezet, omdat zij de gezonde meening
huldigt — en de durf en de macht bezit om deze meening door te zetten — dat
het niet aangaat om uit den zak der belastingbetalende burgers een bepaalde
groep nijverheidsmannen voortdurend te ondersteunen. De regeering zegt,
dat deze finantiëele quaestie door beide belanghebbende partijen zelf moet
worden geregeld al is zij gaarne bereid hare bemiddeling daarbij te verleenen.

* * *

Donderdag j.1. kwamen in de N. R. Courant de twee volgende berichten
voor:

„De uitvoer van steenkolen over Hamburg heeft in JuU 567,000 ton
bedragen, tegen 144.000 ton in Juni en 534 ton in Mei.

,,De vrachtprijs voor het vervoer van steenkolen van Duisburg—Ruhrort
„naar Rotterdam is door de Kohlentransporte G. m. b. H., die in nauwe
„verbinding staat met het Rijnsch Westfaalsche kolensyndicaat, Woensdag
„8 Sept. op 2 Mark gebracht nadat hij reeds enkele dagen geleden van
„Ml.60 tot Ml.80 per ton was verhoogd. Deze maatregel staat in verband
„met het tekort aan groote Rijnaken.quot;

Uit deze beide berichten blijkt, welke enorme hoeveelheden kolen thans
uit Duitschland worden uitgevoerd, waarvan de oorzaak natuurlijk te zoeken
is in de langdurige staking der Engelsche mijnwerkers.Wij waren in de laatste
weken betrekkelijk veel reizende, langs en over Rijn en Waal en Maas, en
konden zoodoende met eigen oogen het drukke vervoer waarnemen. Het is
verder een bekend feit, dat Rotterdam in de laatste weken door meer schepen
wordt bezocht dan er plaats is te vinden in de reusachtige havens. Betrekke-
lijk veel schepen komen alleen met het doel zich van kolen te voorzien,
welke kolen voor een belangrijk deel uit Duitschland worden aangevoerd!
terwijl ook de Limburgsche mijnen heel wat produceeren.

„De ééne zijn dood is den ander zijn brood.quot; Dit oude spreekwoord,
met zijn kern van waarheid en scherpe kanten, is ook weer bij deze staking
van toepassing. Men begroot de schade, die Engeland door deze staking
lijdt, op duizenden millioenen ponden sterling en ieder pond sterling ver-
tegenwoordigt weer twaalf Hollandsche guldens.

De reusachtige voorraad Duitsche kolen slinkt thans door den grooten
export dagelijks zienderoogen — de Rijnscheepvaart geeft belangrijke in-
komsten en de kolenhandel verdient ongetwijfeld ook in ruime mate.

De Engelsche stakers hebben uit Rusland, uit Amerika en ook van werk-
lieden uit andere landen vrij veel steun ondervonden, maar deze hulpbronnen
beginnen natuurlijk op te drogen, nu de staking zoo lang duurt. Van de zijde
der werknemers had men gaarne willen bereiken het verkrijgen van zeggings-
kracht in de exploitatie der mijnen, terwijl de mijneigenaren zich zoo sterk

-ocr page 146-

mogelijk daartegen verzetten en baas over de regeling van hun eigen bezit
wenschen te blijven.

* * *

Het is bekend, dat de smeekolen voor een belangrijk gedeelte uit Engeland
komen, en het is de vraag of de onderbreking van de Engelsche productie
voor onze smederijen in den komenden winter ook van nadeeligen invloed
zal worden. De scheepsvracht is nog steeds laag en hierdoor het vervoer van
kolen over de geheele wereld beti-ekkelijk weinig kostbaar. Toch is de vrees
gewettigd, dat de smeden zich op een stijging van den kolenprijs hebben
voor te bereiden. Red.

HOEFBESLAG OP DE TENTOONSTELLING TE TIEL.

't Spreekt wel haast vanzelf dat op de tentoonstelling vanwege een af-
deeling der Geldersch-Overijselsche Maatschappij van Landbouw het ,,hoef-
beslagquot; niet op het programma ontbreekt. Immers het Hoofdbestuur van deze
Maatschappij heeft een lange reeks van jaren, door finantieelen en moreelen
steun, op verbetering van het hoefbeslag aangestuurd. Het aantal cursussen,
dat zij over hare beide provinciën heeft doen geven, en nog geeft, is groot.
Hoe deze cursussen worden gegeven en geregeld is den lezers van „De Hoef-
smidquot; wel bekend, zoodat we daarover niet behoeven uit te weiden. Alleen
willen we nog even aanstippen dat de Maatschappij in Tiel een hoefsmid-
school heeft opgericht, die echter onvoldoende levensvatbaarheid toonde en,
na enkele jaren te hebben bestaan, weder is verdwenen. Het vorenstaande
zij echter genoeg om aan te toonen dat èn de hoefsmeden èn de paardenhou-
ders veel dank zijn verschuldigd voor al hetgeen de G.-O. M. v. L. voor hen
heeft gedaan.

^ * *

De tentoonstelling vond plaats op 9, 10 en 11 September. Op den eersten
dag werden o. m. de paardenkeiuringen gehouden, waarvoor groote deelname
was, alsmede de wedstrijd in hoefbeslag. Op 10 Sept. défilé der bekroonde
dieren en op den laatsten dag het concours hippique. De eerste dag zette met
mooi weer in en kon direct een flink, hoewel niet overgroot bezoek worden
geboekt.

Voor den wedstrijd in hoefbeslag was een vierkant terrein afgezet, en niet,
zooals we elders wel hebben medegemaakt, in een verwijderden hoek, doch
op een gedeelte, waar vrijwel alle bezoekers passeerden, en waarvan velen
den wedstrijd hebben gadegeslagen. Er waren tijdig aanwezig 3 paarden,
3 vuren en 3 veldsmidsen en tegen het aanvangsuur (12 uur) verschenen
11 der 12 aangegeven hoefsmeden. Na loting om de volgorde en om den
hoef, had de indeeling in ploegen van 3 plaats, waarna de paarden
werden beoordeeld in stand, stap en draf. Het besnijden en het ijzers maken
nam direct een aanvang. Er werd ijverig en over het geheel genomen ook goed
gewerkt. Daarover waren de bevoegden het eens, en om ruim 4 uur kon de
uitslag reeds bekend worden gemaakt. Deze luidde:

Ie pr. f 40 G. J. van Eek te Wadenoyen, f 25 P. J. v. d. Perk te Zoelen, f 10 j
J. G. van Mazijk te Lexmond, f 5 J. Kramer te Tiel. De tevredenheid der jury, 1

-ocr page 147-

bestaande uit de heeren S. v. Angeren te Utrecht en M. ten Broek te Tiel,
spreekt mede uit het feit dat zij nog twee eervolle vermeldingen toekenden!
n.1. aan J. A. Cornelissen Jr. te Zoelmond en W.van Alphen te Wagenberg.'

De uitslag behoeft den niet-winnaars intusschen niet te ontmoedigen, daar
alle voldoende werk hebben getoond.

Uit deze mededeelingen volgt dat de strijd betrekkelijk „zwaarquot; is geweest
Er rest nu nog een wedstrijd te Venlo op 15 (vóórwedstrijd, zoo noodig) en
16 Sept. en daarmede wordt -- voor zoover ons bekend — het wedstrijd-sei-
zoen 1926 gesloten. De ervaring is opgedaan dat ze een provinciaal karakter
blijven dragen, hetgeen in hoofdzaak zal zijn toe te schrijven aan de kleine
prijzen, al maakten Tiel en Enschede hierop dan ook eenigszins een gunstige
uitzondering. In Venlo zullen het derhalve weer nieuwe candidaten zijn!

Voor no. 4 van het programma „Collectie leermiddelen en gereedschappen
van cursussen in hoefbeslag (voor onderwijzers in practisch hoefbeslag),
was alleen ingezonden door W. H. Oostendorp te Tiel. Oostendorp's vrij
uitgebreide en net afgewerkte collectie modelijzers is reeds meer bekroond
en ontving ook nu een eersten prijs, zijnde een verguld züveren medaille.

No. 5 luidde: „Verzameling handgesmede hoefijzers (modelijzers), niet
gevijld of zwart gemaakt (deelneming van onderwijzers uitgesloten). Vier
inzendingen, waarvan die van J. Kramer te Tiel in grootte en afwerking
uitmuntte, Ie pr. zilveren medaille. Tweede werd de collectie van J. G. van
Mazijk tcLexmond, bronzen medaille. Van de twee overigen werd de inzending

van P. J. V. d. Perk te Zoelen eervol vermeld.

* * *

Met de regeling van de Afd. „hoefbeslagquot; hadden zich belast de heeren
M. ten Broek enW. H. Oostendorp, beide voornoemd, en mede aan hen komt
de eer toe dat die afdeeling behoorlijk tot haar recht is gekomen.

-ocr page 148-

Omtrent het technische gedeelte van den wedstrijd schreef de heer S. van
Angeren ons het volgende:

Iedere deelnemer besloeg een voet, — welke werd door loting uitgemaakt.
Gemiddeld was er aan die voeten heel wat werk,want het bleek hier ook al
precies hetzelfde liedje als overal waar ik dergelijke wedstrijden meemaakte,
het is of de paardeneigenaren wachten op een gelegenheid om het beslag
voor niets of voor een klein beetje gedaan te krijgen!

Voeten die zeker in een half jaar niet bekapt waren! De goede naam, welke
de Betuwe heeft op het gebied der paardenfokkerij, zou doen vermoeden
dat ook aan de paardenverpleging (waaronder goed hoefbeslag gerekend
kan worden) meer zorg besteed werd.nbsp;1 *

KORTE MEDEDEELINGEN.

1nbsp; * *

Ook de inzendingen handgesmede en fabrieksijzers kwamen onvoldoende
tot haar recht. De eerste rubriek telde een enkele inzending van E. Reef te
Delden en in de tweede was de Zeeuwsch-Vlaandersche Hoefijzerfabriek
van H. Kerckhaert te Stoppeldijk alleen vertegenwoordigd, gelukkig goede
en groote inzendingen.nbsp;* *

—nbsp;Vereeniging tot veredeling van het Ambacht. Van wehngelichte
zijde wordt ons medegedeeld dat het voortbestaan dezer vereeniging hoogst-
waarschijnlijk is verzekerd. De laatste twee jaar is geen Rijkssubsidie gegeven,
konden echter de onkosten uit de reservekas worden bestreden. Voor het
volgende jaar zal wellicht weer subsidie verstrekt worden. De deelname is,
niettegenstaande de examens voor een Nijverheids acte, buiten de Vereeniging
om, door een Staatscommissie worden afgenomen, nog vrij groot. Het aantal
candidaten was dit jaar 90.

-ocr page 149-

Mocht echter de regeeringssteun niet terugkomen, dan zullen de particu-
liere bijdragen onvoldoende zijn om het instituut in stand te houden.

Van de Hoefijzer- en Assenfabriek St. E 1 o y der Fa. A. van Osta en
Zonen te Roosendaal is ontvangen een
„Modelboekquot;, bevattende de afbeel-
dingen van onderscheidene soorten ijzers, met opgaven in welke maten die be-
treffende modellen leverbaar zijn, — voorts van kar- en wagenassen, enz.

Het is reeds de 4e uitgave en uit het voorbericht blijkt, dat het doel is
om door het „modelboekquot; den band tusschen cliënten en fabriek te versterken
en de relaties te vergrooten. De afgebeelde modellen zijn met een paar soorten
uitgebreid, welke tot nu toe nog niet machinaal werden vervaardigd, n.1.
rits- en stamphoefijzers met verdikte takken en dito met verbreede buiten-
takken.

PERSOVERZICHT.

-ocr page 150-

ADVERTENTIËN.

CURSUS IN HOEFBESLAG,

Bij genoegzame deelneming zal in den a.s. winter te Breda een
cursus worden gegeven in
HOEFBESLAG als opleiding voor het
examen ter verkrijging van het
Rijksdiploma als Hoefsmid.

Zij, die aan dezen cursus wenschen deel te nemen, moeten zich met
opgave van ouderdom en woonplaats vóór 20 September a.s. wenden
tot het BUREAU DER NOORD-BRABANTSCHE MAATSCHAPPIJ
VAN LANDBOUW, Markt te Zevenbergen.

RIJKSDIPLONA ALS HOEFSMID.

HET NAJAARSEXAMEN 1926 zal gehouden worden in de maanden
October en December. Schriftelijke aanmelding vóór 2 October a.s. aan den
Secretaris der examencommissie Dr. R. H. J, GALLANDAT HUET,
Regentesselaan 14 Amersfoort, onder overlegging van een bewijs dat een
tweejarige hoefbeslagcursus is gevolgd, of vóór 1 Juli 1919 een diploma als
hoefsmid is behaald.

Aan Leiders van cursussen wordt beleefd verzocht opgave te willen doen
van de namen, voornamen en adressen hunner leerlingen, die aan het examen
deelnemen en hunne medewerking te willen verleenen dat vóór den aanvang
der examens de benoodigde stukken bij den secretaris worden ingeleverd.

Het examengeld bedraagt f5.— en moet bij den aanvang van het examen
worden voldaan.

Dr. R. H. J. GALLANDAT HUET,
Regentesselaan 14 te Amersfoort.

W. BERNET amp; Co., AMSTERDAM

berichten, dat zij een GROOTE PARTIJ

HOEFIJZERS

Ie en 2e soort,

in VOORRAAD hebben, die zij wenschen OP TE RUIMEN.

-ocr page 151-

gKSSSSKSSÏ»:S»SSSS:SSSKSS»»»»»SSSS»S

SS

lifi HoelijMalifiei g

Sioieiit = «

««

mm

11.11. SmedeD en iJzerhandelaren!

Het is de eerste maal, dat wij (J langs dezen weg in kennis
brengen met onze fabriek.

Gedurende de tien jaren, dat onze fabriek bestaat, hebben w^ aan
de verbetering van het door ons te leveren hoefijzer gewerkt. In
al deze jaren waren de bestellingen zoo talrijk, dat wij niet de
minste reclame behoefden te maken. Thans werken wij door groote
uitbreiding met een dubbel stel machines.

Wij leveren nu in groote hoeveelheden alle soorten HOEFIJZERS,
zoowel RITS- als STAMPIJZERS, in alle modellen en
maten,
ook met kalkoenen.

Ons fabrikaat is het eenige, dat op wedstryden en tentoonstellingen
met de hoogste onderscheidingen werd bekroond. Wij verwierven
tot nu toe de volgende bekroningen :

Landbouwtentoonstelling Hulst 1920. Eerste prijs, Verduld Zilveren
Medaille.

Prov. Tentoonstelling Middelburg 1921. Een Gouden Medaille,
zijnde de hoogste onderscheiding, met mededeeling van de Jury,
dat dit het fabriekmatig vervaardigde hoefijzer was dat aan hooge
eischen voldeed.

Landbouwtentoonstelling Kruiningen 1925. Eerste prijs Verguld
Zilveren Medaille, uitgeloofd door de Kamer van Koophandel te
Middelburg.

Landbouwtentoonstelling Axel 1926. Eerste prijs Verguld Zilveren
Medaille.

Landbouwtentoonstelling Steenbergen 1926. Eerste prijs Verguld
Zilveren Medaille.

Land- en tuinbouwtentoonstelling Enschedé 1926, Eereprijs.
In volgende Advertentiën zullen wij U laten zien wat onze afnemers
(dus de vakmenschen zelf) van onze ijzers en wijze van handelen zeggen.
Wanneer Ü
hoefijzers noodig hebt, verzuime dan niet bij ons
prijs te vragen of een proeforder te bestellen.

Aanbevelend,

zeeuuisch-lliaamsclie Hoefijzerfabrieli

««
««
««
««
««

««
««
««

mm

SS
SS

mm
mm
mm
mm

SS
SS
SS
SS

mm
mm
mm
mm
mm
mm
mm
mm

SS

SS
««

««
■■

SS
SS

SS

■tf
««

««

SS
««

«tf

n

SS

SS
««

««
««
««

SS

SS

SS

SS

SS

SS

SS
«tf

mm
mm

mm

SS
SS
SS
SS

mm
mm
mm
mm

SS
SS

mm

SS
SS
SS
SS
SS

Firma H. kerchhaert le sioppeiiii.

ssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssssss

-ocr page 152-

Wie iets goeds wenscht voor zijn geld koope

„OSTAquot; HOEFIJZERS

Zij zijn VEEL BETER en IVIET DUURDER dan andere
fabrikaten.

GEEN TIJDVERLIES, door verstampen der nagelgaten en

vervormen der takken.
GEEN GEKNOEI met slecht sluitende nagelkoppen in de
nagelgaten.

GEEN GEPRUL met te schraal ofte recht gestampte nagelgaten,

doch

accuraat, goed en vlug

werkt ge met

„OSTAquot; HOEFIJZERS

Deze zijn: IN EEN HITTE PASKLAAR temaken.
Dat geeft U
VOORDEEL en GEMAK.

WATSON'S NIEUWE HOEFRASP

VAN PRIMA ENGELSCH MATERIAAL

IS DE BESTE EN DAAROM DE GOEDKOOPSTE.

Vraagt deze raspen bij Uw Leverancier.

WAAR NIET VERKRIJGBAAR DIRECT VAN ONZE FABRIEK.

Prijs f 11.50 per dozijn blokmodel.
Prijs
f 10.75 per dozijn plat puntmodel.

G. WATSON amp; zoors VIJLENFABRIEK,

HILLEGERSBERG BIJ ROTTERDAM.

OP AANVRAGE GRATIS MONSTERS VERKRIJGBAAR.

-ocr page 153-

DE OUDE ZWOLSCHE VAN 1895 quot;

'S-GRAVENHAGE

PIETER BOTHSTRAAT 34-38 -

jaarl. Premieontvangst
f 700.000-

Belegd en Reserve kapitaal / 407.676.88
d. p. linthout. ged. commissarisnbsp;w. wilmink. directeur

ALG. PAARDEN- EN VEEVERZEKERING

premie vanaf ƒ1.50 per ƒ100.-
GROOTSTE IN NEDERLAND

het risico van transport en
verblijf op keuring, landbouw-
tentoonstelling enz. wordt zon-
der premieverhooging gedragen

BRANDVERZEKERING VOOR LANDBOUWBEDRIJVEN

premie vanaf ƒ1.50 per mille

geen inleg- en geen taxatiekosten

IVASTE PREMIËNi

Firma S. C. N. BAX

Glashaven 9. Rotterdam - Telef. 1355

Specialiteit in Artikelen voor Hoefbeslag.
Machinale hoefijzers Helpman.

Mustad- en Ster-Hoefnagels: meest uitgebreide sorteering
m
meer dan 70 maten en modellen voorradig.

Rubber-Hoefzolen: Uitsluitend van prima kwaliteit
caoutchouc vervaardigd, dus
niet van rubberafval.

a. Open en dichte luehtdrukzolen voor voor- en achterijzers
in 9 resp. 11 maten voorradig.

h. Zolen voor halve ijzers met hoog rubberkussen in 8
maten voorradig.
c. Blokzolen, straalzolen en hielstukken.
Kunsthoorn, kurkkit.

IJsnagels, kalkoenen, stiften, opruimers, hoeftangen, af-
breektangen, renetten, hoefraspen, hoefhamers, houwklingen,
lasch- of weiblad, laschpoeder, metaalzagen enz.

Il

Maatsch. Kapitaal
f 1.000.000-

-ocr page 154-

gs
©

83
amp;

8S

SS
88

N. V.

ill lérliÉÉe M

9(1

,,HIPPOS

DORDRECHT

m
88
88
88

88
88
88
88
83

83
88

88
88
88

gt;gt;

Direct uit voorraad leverbaar:

Winterijzers model A, wijden stand der toonnagel-
gaten, ook Twentsch model genoemd.

Winterijzers model B, met afgebroken rits en twee
stampgaten.

Zomerijzers met rits of met stampgaten, met of
zonder kalkoenen, in dikten

7/16quot;, 1/2quot;, 9/16quot; en 5/8quot;.

Alle zuiver linksche en rechtsche modellen volgens
den normalen hoef.

Waar niet vertegenwoordigd, direct van de fabriek
te betrekken.

88
88
88
88
83
88
83
88
88
83
88

©

83

gs

88
©

É
83
88
88
83
88
88

83
©

88
S3

-ocr page 155-

Wanneer gij het beste op gebied van hoef-
beslag wenscht, gebruikt dan

ill
m

mih

ili

Ze zijn bodemnauw, hebben schuin gestampte
gaten en een juiste verdeeling en plaatsing der
nagelgaten.

HELPMAN-HOEFIJZERS zijn niet noodeloos
zwaar; de verpakking weegt zoo goed als
niets en dus zijn ze
per stuk de goedkoopste
aan de markt.

SS

HOEFIJZERS - HOEFNAGELS

HELLER HOEFRASPEN
Alle artikelen voor Hoefbeslag.

Amsterdam

Telefoon 46080nbsp;Hekelveld 16

-ocr page 156-

LAMBERT
HOEFZOLEN

in de modellen

Lambert open pad
Frog pad

Red Philadelphia pad (rood rubber)

en de bekende
Amerikaansche

Heller Hoefraspen

Lambert amp; Company
Leuvehaven 66 :: Rotterdam

ilti
lllll

tltl
Mi

„bis» 8110 co

n£wähk.!uu.s.m

PriDia Dyiisdie smeedkoieD

a f 21.- per 1000 K G.

Vrijboord Amsterdam
of franco bergplaats Amsterdam.

J. C. JANSEN amp; ZOON - AMSTERDAM.

TELEFOON 44523.nbsp;LIJNBA ANSCRACHT I56d.

-ocr page 157-

Redacteur-Uitgever: A. W. Heidema te 's Gravenhage, Huygensplein 5

INHOUD.

Wedstrijden in Hoefbeslag te Venlo. — Een en ander over paardentypen en de
Conc. Hippique 1926. — Korte mededeelingen. — Persoverziclit. — Advertentiën.

WEDSTRIJD IN HOEFBESLAG TE VENLO.

Aangekondigd was dat deze wedstrijd — de laatste in dit seizoen — zou
plaatsvinden op 15 en 16 Seirtember. De eerste dag verviel, omdat met een
dozijn aangiften geen voorwedstrijd noodig bleek te zijn. (Naar we ter
plaatse vernamen zou de aangifte grooter zijn geworden indien de kans op
den eersten prijs niet was verkleind door de mededinging van een erkend
zwaren concurrent).

Van de 12 aangegevenen bleven 2 afwezig, doch de catalogus werd nog
met twee aangevuld. Donderdag 16 Sept. zou om 9 uur worden begonnen,
maar dat vlotte niet te best. De paarden waren nog niet aanwezig en het
treuzelde om tot half elf. Do aangewezen plaats was hier weer: achter op het
terrein. In het goed met draad afgezette vierkant was een overdekte en
bevloerde plaats aangebracht, waaronder en waarop de 3 aambeelden en
twee der drie benoodigde paarden stonden en waar het meeste werk dus werd
verricht. Hierbuiten, doch dicht bij de hand, do drie veldsmidsen, — verder
een noodstal, waarin het derde paard geplaatst stond en een overdekt
zitje voor de jury, die overigois tot het einde (kwart na 5) van alles ver-
stoken bleef.

De inrichting van het ,,wedstrijd-parkquot; voldeed aan billijke eischen. Dit
kan trouwens van het geheele tentoonstellingsterrein worden getuigd.
Voor het onderbrengen der te keuren paarden deed een der groote stallen,
gebruikt op de nationale trekpaardtentoonstelling, dienst en voor de
andere inzendingen waren stevige en practische gebouwen opgetrokken,
waardoor die inzendingen uitstekend tot haar recht kwamen. De twee
ruime consumptie-tenten waren van Duitsche herkomst. — Het totaal
maakte een grootschen indruk. — Het heeft den eersten dag niet druk ge-
loopen, op den tweeden dag was er meer belangstelling, al was de straffe wind
hinderlijk, en Donderdag 16 Sept. was het mooi weer en het bezoek zeer

P

I
O
Ui

o:
h-
3

MAANDBLAD

-ocr page 158-

groot. De belangstelling voor den wedstrijd in hoefbeslag was voortdurend
enorm. Van den aanvang tot bijna aan het einde toe, stond er een haag
bezoekers om het vierkant, en af en toe moesten wel eens al te nieuwsgierigen
op hun plaats achter de afzetlijnen worden gewezen. Het zijdelingsche doel
wat met een wedstrijd in het openbaar wordt beoogd, is te Venlo dus bereikt.

Behalve het maken van een ijzer voor een bij loting aangewezen hoef,
die daarmede diende te woitlen beslagen, moest bovendien een model-
voorijzer (ritsijzer met lip) worden vervaardigd en de afwerking hiervan
telde mede voor het totaal op de beoordeelingslijst. Er waren onder die
z. g. n. modelijzers inderdaad best gevormde. Over 't algemeen waren ze
behoorlijk goed afgewerkt, doch merkwaardig was het verschil in den hier-
voor benoodigden tijd (kortste tijd 30 minuten, langste l^i uur). Ook

hier hadden de vlotste werkers gemiddeld het beste ijzer geleverd. Enkelen
hadden de nagelgaten voor de zware ijzers wel iets te ver naar voren geplaatst,
terwijl ook de richting der nagels niet onberispelijk was.

De drie aanwezige paarden hadden alle een vrij goeden hoornwand, waar-
aan evenwel flink wat te besnijden viel. — In Venlo en omgeving wordt
zoowel uit de hand beslagen als in den noodstal. En wie aan het laatste de
voorkeur gaf, kon aan het in den noodstal geplaatste paard ,,werkenquot;.

Eenmaal goed op gang zijnde verliepen de werkzaamheden vrij vlot en
tot behoorlijke tevredenheid van de jury. Het besnijden en het ijzers maken
liet gemiddeld niet te wenschen. Er werden geen groote fouten gemaakt en
do beslagen ontliepen elkaar niet zoo heel veel, waardoor de taak der jury
niet gemakkelijk was. Evenwel werd geconstateerd dat sommige te nauw
en enkele andere wat te ruim hadden gepast. Op een wedstrijd moge men
beide als een fout kunnen aanrekenen, in de practijk verdient ruim leggen
de voorkeur boven een te nauw ijzer. Intusschen maakt het ook al weer
verschil voor welken tak van dienst het paard wordt gebezigd. Bij landwerk

-ocr page 159- -ocr page 160-

op natten kleibodem verdient iets nauw leggen aanbeveling, omdat daardoor
het zuigvlak wordt verkleind en de kans op goed vast blijven zitten der
ijzers vergroot.

De uit.slag van den wedstrijd werd met groote belangstelhng tegemoet
gezien en deze luidde: f 15 en verg. zilv. medaille F. Scheepers te Heel;
f 10 en zilv. med. J. H. Niesten te Epen; f 7.50 en bronzen medaille: Hub.
Snijders te Herten, Fr. Boumans te Montfort en Th. Verbugt te Helden-
Everlo, terwijl eervol werden vermeld: G. Loozer te Ingber-Gulpen, J.
Giesen te Tegelen en Mich. Simons te Roggel.

De eerste prijswinner muntte bepaald uit. Zijn werk was ,,afquot;. De omstan-
digheid dat hij enkele jaren heeft gewerkt in een goed beklante hoefsmederij,
onder goede leiding, en waar niet anders dan eigen gemaakte ijzers worden
gebezigd, is hem ten goede gekomen. Maar ook de andere prijswinnaars en
eervol vermelden voldeden aan de eischen die aan een goed hoefsmid kunnen
en mogen worden gesteld.

De beoordeeling was bij de juryleden Joh. Plet te Heeren veen en S. van
Angeren te Utrecht, die ons welwillend enkele gegevens voor dit verslag
verstrekte, met den heer L. H. J. Bloemen te Roermond als arbiter, in
beproefd goede handen en van misnoegen over den uitslag hebben we dan
ook niet gehoord. — In de regelingscommissie hadden o. ni. zitting de
heeren P. van Kempen te Venlo, voorzitter, P. Bongaerts to Maasniel en
G. Vogels te Buggenum, beide onderwijzer-hoefsmid, die eer van hun orga-
nisatie hebben gehad.

* * *

De Zeeuwsch-Vlaamsche Hoefijzerfabriek te Stoppeldijk, die in Limburg
en gedeelten van aangrenzende provincies vertegenwoordigd wordt door de
Firma Lem en Vossen te Maastricht, had alleen een collectie fabriekmatig
vervaardigde ijzers ingezonden. Evenals op de andere tentoonstellingen bleef
deze afdeeling dus zonder concurrentie. Wij keuren het niet goed, dat voor
dergelijke inzendingen plaatsgeld per vierkante Meter wordt geöiseht,
omdat voor dit artikel uit den aard der zaak weinig handelsrelaties tot
stand zullen komen op eene tentoonstelling, maar wij meenen toch niet te
mogen aannemen, dat zulks de andere hoefijzerfabrieken zal weerhouden
om in te zenden.nbsp;* *

EEN EN ANDER OVER PAARDENTYPEN EN DE
CONCOURSEN HIPPIQUE 1926.

Nu het seizoen van de hippische wedstrijden weer zoo goed als achter den
rug is, komt het ons passend voor in De Hoefsmid eens een kort
overzicht
met afbeeldingen van de uiteenloopende typen deelnemende paarden te
geven. De ontwikkeling van de ambitie voor de concoursen bevordert ook
de belangen van den hoefsmid, die feitelijk ook paardenliefhebber en paar-
denkenner moet zijn om zijn vak met lust en toenemende vakkennis uit
te oefenen.

Door verschillende motor-fabrikanten worden de voordeden van mecha-
nische kracht voortdurend in het licht gesteld en men moet— naar
hunne
meening — langzamerhand de opvatting huldigen dat de paarden hun tijd

-ocr page 161-

hebben gehad en de laatste exemplaren reserveeren voor de museums. Zoo
ver is het echter nog niet en zoo ver zal het weUicht ook nooit komen. De
auto's hebben voor het vervoer over groote afstanden hunne grootere bruik-
baarheid boven paardenkracht bewezen doch voor dat over kleine afstanden
met afwisselend aanzetten en stoppen, verdienen paarden de voorkeur boven
auto's. Uit een korte mededeeling in deze aflevering, overgenomen uit de
„Deutsche Schmiedezeitungquot; blijkt duidelijk dat de paardenkracht in ver-
schdlende groote Duitsche steden de laatste jaren niet is teruggeloopen.

Feiten dienen steeds goed in het oog te worden gehouden. Vorenbedoelde
statistische feiten toonen aan dat in de steden het thans aanwezige aantal
paarden vermoedelijk niet meer zal teruggaan. En voor de landbouwwerk-
zaamheden zullen de tractoren het paard vrij zeker niet verder terugdringen
Als de paarden in het gebruik blijven, blijft ook het hoefsmidsvak in eere,quot;
al zal het hoefbeslag, in verband met de geleidelijke verandering der wegen,'
ook wel wijzigingen verkrijgen.

*

Engeland heeft het zwaarste paard ter wereld (de Shire), het kleinste
(de Shetlandsche poney), het snelste (het Engelsch volbloed), het hoogst
gaande (de Hackney) en bovendien verschillende typen die voor speciale
doeleinden worden gebezigd b.v. hunters voor de hunt (jagen te paard)
poloponeys voor het polospel (een balspel, waarbij de poneys buitengewoon
snel moeten kunnen wenden en keeren om den ruiters gelegenheid te geven
de rollende ballen te kunnen raken) enz.

Nederland fokt van al die uiteenloopende Engelsche rassen, die alle ratio-
neel voor een speciaal doel worden gekweekt, alleen in geringe mate de Hack-
ney, voornamelijk in de omgeving van Westerveld, Eiden bij Arnhem,
waar de heer W. Baron van Voorst tot Voorst de kleine stoetery van wijlen
zijn vader in stand tracht te houden, terwijl ook de heer Joh. Lamers te
Eiden en Baron van Brakell te Heelsum elk nog een hackney-dekhengst in
hun bezit hebben. Shires komen nu en dan in de steden voor, welke paarden
dan in den regel als slachtpaarden uit Engeland zijn ingevoerd doch hier
op de markt meer dan slachtwaarde hebben kunnen opbrengen. Enkele
volbloeds komen onder de rijpaarden, enkele Shetlandsche poneys als ge-
bruikspaarden voor kinderen voor.

Nederland fokt in hoofdzaak zware werkpaarden (geen Shires doch Belgen)
in mindere mate Oldenburgers-Oostfriezen (landbouwtuigpaarden) en in
geringe mate luxetuigpaarden (meerendeels hackneys). De rijpaarden voor
de cavalerie en rijdende artillerie (Arnhem) en die voor particulieren worden
meest uit Ierland ingevoerd, hoewel sommige ook uit Engeland, Duitsch-
land of Erankrijk herkomstig zijn. Nu en dan hoort men landbouwers wei
over hun „rijpaardquot; praten doch hiermede wordt dan in den regel het rijtuig-
paard bedoeld. Dit neemt niet weg dat de tuigpaarden ook wel bereden
kunnen worden, hetgeen in de meer en meer opkomende „landelijke rijver-
eenigingenquot; duidelijk tot uiting komt. Deze toenemende ambitie voor het
paardrijden, zoowel op het platteland als in de steden, is een gelukkig ver-
schijnsel van de blijvende sympathie voor het paard in het algemeen.
De in Nederland bestaande hoofdrichtingen in de paardenfokkerij komen

-ocr page 162-

ons aanbevelenswaardig voor, zoowel passend voor ons land als economisch
staande boven de andere richtingen. Inmiddels moet men ieder, die in ons
land de risico voor het fokken van de hier benoodigde luxetnigpaarden, rij-
paarden en poneys draagt, dankbaar zijn.

-ocr page 163-

Hoe talrijk de concoursen hippique in ons land zijn geworden kan blijken
uit het feit dat in „Het Paardquot; gedurende 1926 niet minder dan 45 verslagen
van dergelijke wedstrijden zijn gegeven. Om een inzicht te laten geven van
de uiteenloopende typen die op onze concoursen het meest naar voren zijn

-ocr page 164-

gekomen, volgen hiernevens afbeeldingen van paarden meerendeels met
eerste prijzen onderscheiden. Wij plaatsten het eerst het landbouwtuigpaard
dat naar onze meening voor de meeste Nederlandsche landbouwbedrijven
de grootste gebruikswaarde heeft in verband met de benoodigde onderhouds-
kosten, — daarna het Trekpaard Belgisch type, dat ook uitnemend zwaar
landbouwwerk kan verrichten en tot voor korten tijd de hoogste markt-
waarde had, — vervolgens een luxetuigpaard en een rijpaard, die beide vooral
op de concoursen uitblinken, en ton slotte een (hard) draver en een poney.

■ «iii

-ocr page 165-

KORTE MEDEDEELINGEN.

-— Oorlogsbcgrooiing voor 1927. Hieraan ontleenen wij het volgende:

Aanscliafflng, voeding en verzorging van paarden en maatregelen in het be-
lang der remonteering.

Artikel 39. Aanschaffing van legerpaarden f 199,800.

Artikel 40. Reis- en verblijfkosten en verdere uitgaven, vallende op de
aanschaffing van legerpaarden f 20,000.

Artikel 41. Kosten, vallende op de voorbereiding van paardenvordering,
waaronder begrepen reis- en verblijfkosten, f 2,000.

Artikel 42. Aanschaffing van fourage en vergoeding van officieren, die
voor hunne dienstpaarden geen fourage in natura genieten; vergoeding
wegens het in voorraad houden van fourage; aanschaffing van strooisel en
huur van weiden; huur van magazijnen en opslagplaatsen van fourage;
reis- en verblijfkosten, kosten van vervoer en verdere kosten, vallende op de
aanschaffing van fourage en het huren van weiden: f 1,307,650.

Artikel 43. Hoefbeslag-en hoevensmeer; stal- en manegebehoeften; benoo-
digdheden voor het merken, meten, voederen, drenken en voor de verdere
verzorging van paarden; aanschaffing en onderhoud van voertuigen voor
den dienst bij het remontedepot; kosten van het onderricht aan de hoefsmid-
school; kosten van het onderricht aan de rijschool: f51,560.

Artikel 44. Kosten ten behoeve van de paardenfokkerij, voor zooverre
het legerbelang daarbij is betrokken:

a.nbsp;primeering van dekkingen, van fokmateriaal en van fokproducten
f 37,000,

b.nbsp;subsidiën aan vereeiiigingen ter bevordering van de paardenfokkerij
en paardensport en aan stamboekorganisaties f 7,000,

c.nbsp;reis- en verblijfkosten en verdere kosten, vallende op de keuring en
registratie van hengsten, merriën en fokproducten f 3,500.

— l)c aantallen paarden in 8 Duitsche steden. Van welwillende zijde
werd ons een Duitsch vakblad toegezonden waarin het volgende merk-
waardige antwoord voorkwam op de vraag, hoe de paardenstand in de
groote steden thans is, in verhouding tot vorige jaren.

datum Berlijn Breslau Konings- Maagden- Halle Han- Essen Dort-

bergen burg a/S. novernbsp;mund

1.12.21nbsp;47547 4508 3596 3510 2234 4069 3917 2656

1.12.22nbsp;40605 3753 3135 2869 2216 3700 3543 3097

1.12.24nbsp;44663 4142 3379 3157 2097 4415 3503 2678

1.12.25nbsp;45934 4093 3577 3344 2189 4557 3683 2742

Uit het bovenstaande blijkt, dat in Berlijn, Koningsbergen, Maagdenburg,

Halle, Hannover, Essen en Dortmund op 1 Dec.*'25 meer paarden in gebruik
waren dan een jaar te voren, en alleen in Breslau iets minder.

PERSOVERZICHT.

— De October-aflevering van „Der Hufschmiedquot; is voor een belangrijk
gedeelte gewijd aan het beslag van runderen, dat voor onze lezers bijna
geheel zonder beteekenis is.

-ocr page 166-

Het eerste artikel handelt evenwel over het hoefbeslag in het Engelsche
leger tijdens den „wereldoorlog.quot;
Hierin wordt vermeld dat ten behoeve van
de opleiding een hoefsmidschool werd gevestigd te Abbeville (Frankrijk),
waar destijds 2534 militaire hoefsmeden werden gevormd. Maar ook aan de
hospitalen voor zieke paarden, waarvan met steun der „Londensche Ver-
eeniging tot bescherming van dierenquot; 70 zijn opgericht, werden tal van hoef-
smeden opgeleid. De verdeeling der hoefsmeden over de verschillende troe-
pengedeelten stond onder het beheer van den directeur van den militair-
diergeneeskundigen dienst.

In het Noorden van Italië, evenals in het zuiden van Perzië, waar ook tijden
lang Engelsche troepen hebben gelegen, pasten de Engelschen zich grooten-
deels aan bij het daar gebruikelijke beslag. In Noord-Italië bezigde men
breede ruim gelegde ijzers met stalen stooten en hooge kalkoenen waarvan
die aan de binnenzijde overlangs en die aan de buitenzijde overdwars was
gesmeed. Om het lastige inballen van sneeuw te voorkomen had men gaarne
leeren zolen willen bezigen, doch het leer was zeer schaarsch en hierom moest
men zich bepalen tot het invetten der zool vlakte.

De Perzen kennen slechts het „koudequot; beslag. De daar voorkomende
paarden bezitten een dikke hoornwand, zoodat de nadeelen van het minder
goed passen der ijzers vrij goed werd verdragen. De gebezigde ijzers waren
breeder en dunner dan de gewone Engelsche.

— F. Schwendimann wees er in de „Zchweizer Hufschmiedquot; op
(11e jaarg., no. 6, blz. 155 -157) dat het „in de knieën staanquot; en „een zwakke
stand vóórquot; twee verschillende standen zijn. Het eerste komt dikwijls voor
bij paarden meer of minder nauw verwant aan het Engelsch volbloed, en
gaat gepaard met voldoend schuine richting der koot, waarover het oordeel
niet ongunstig behoeft te zijn. Over het tweede wel.

___ADVERTENTIEN._

REDACTEUR GEVRAAGD!

De uitgever van „De Hoefsmidquot; heeft dit eenvoudige maandblad
sedert de verschijning in 1896 steeds zelf geredigeerd en meent dat
thans de redactie aan een jongere kracht, die hart heeft voor de
ontwikkeling van het lioefsmidsvak in Nederland, dient te worden
toevertrouwd. Mitsdien volgt hier een oproeping voor redacteur van
het maandblad „De Hoefsmidquot;. Sollicitatiestukken worden inge-
wacht vóór 15 November 1926, adres Huygensplein 5, den Haag.
Conditiën in nader overleg, doch pas
na schriftelijke sollicitatie.
Gegarandeerd minimum-salaris per jaar ƒ400.

W. BERNET amp; Co, AMSTERDAM

berichten, dat zij een GROOTE PARTIJ

HOEFIJZERS

Ie en 2e soort,

in VOORRAAD hebben, die zij wenschen OP TE RUIMEN.

-ocr page 167-

WATSON'S NIEUWE HOEFRASP

VAN PRIMA ENGELSCH MATERIAAL

IS DE BESTE EN DAAROM DE GOEDKOOPSTE.

Vraagt deze raspen bij Uw Leverancier.

WAAR NIET VERKRIJGBAAR DIRECT VAN ONZE FABRIEK.

Prijs f 11.50 per dozijn blokmodel.
Prijs
f 10.75 per dozijn plat puntmodel.

0. WATSON amp; ZOON's VIJLENFABRIEK,

HILLEGERSBERG BIJ ROTTERDAM.

OP AANVRAGE GRATIS MONSTERS VERKRIJGBAAR.

Wie iets goeds wenscht voor zijn geld koope

„OSTAquot; BOEFIJZBRS

Zij zijn VEEL BETEll en NIET DUURDER dan andere
fabrikaten.

GEEN TIJDY^ERLIES, door verstampen der nagelgaten en
vervormen der takken.

GEEN GEKNOEI met slecht sluitende nagelkoppen in de
nagelgaten.

GEEN GEPRUL met te schraal ofte recht gestampte nagelgaten,

doch

accuraat, goed en vlug

werkt ge met

„OSTAquot; HOEFIJZERS

Deze zijn: IN EEN HITTE PASKLAAR temaken
Dat geeft L
VOORDEEL en GEMAK.

-ocr page 168-

Firma S. C. N. BAX

Glashaven 9, Rotterdam - Telef. 1355

Specialiteit in Artikelen voor Hoefbeslag.
Machinale hoefijzers Helpman.

Mustad- en Ster-Hoefnagels: meest uitgebreide sorteering
in
meer dan 70 maten en modellen voorradig.

Rubber-Hoefzolen: Uitsluitend van prima kwaliteit
caoutchouc vervaardigd, dus
niet van rubberafval.

a. Open en dichte luchtdrukzolen voor voor- en achterijzers
in 9 resp. 11 maten voorradig.

h. Zolen voor halve ijzers met hoog rubberkussen in 8
maten voorradig.

c. Blokzolen, straalzolen en hielstukken.
Kunsthoorn, kurkkit.

IJsnagels, kalkoenen, stiften, opruimers, hoeftangen, af-
breektangen, renetten, hoefraspen, hoefhamers, houwklingen,
lasch- of weiblad, laschpoeder, metaalzagen enz.

,DE OUDE ZWOLSCHE VAN 1895

IIH llllll^ #lAflllnbsp;Hl- If AM iKMn

'S-GRAVENHAGE

■ PIETER BOTHSTRAAT 34 38 -

MAATSCH. KAPITAALnbsp;JAARL. PREMIEONTVANQST

/ 1.000.000-nbsp;/ 700.000—

BELEGD EN RESERVE KAPITAAL / 407.676.88
D. P. LINTHOUT, GED. COMMISSARISnbsp;W. WILMINK, DIRECTEUR

ALG. PAARDEN- EN VEEVERZEKERING

premie VANAF / 1.50 per f 100.—
GROOTSTE IN NEDERLAND

HET RISICO VAN TRANSPORT EN
VERBLIJF OP KEURING, LANDBOUW-
TENTOONSTELLING ENZ. WORDT ZON-
DER PREMIEVERHOOSING GEDRAGEN

BRANDVERZEKERING VOOR LANDBOUWBEDRIJVEN

PREMIE VANAF / 1.50 PER MILLE

GEEN INLEG- en GEEN TAXATIEKOSTEN

.VASTE PREMIËN.

-ocr page 169-

Zeeuwsch-Vlaiiiclie Hoefijzerfabrieli - Stoppeldijii

Heeren Smeden en IJzerhandelaren !

Wat Onderwijzers-Hoefsmeden e.a. van onze hoefijzers zeggen.
('De origineele tekst dezer attesten ligt op ons kantoor ter inzage).

Axel, Januari 1926.
Aan de Z.-Vi. Hoefijzerfabriek, Stoppeldijk.

Mijne Heeren!

Vroeger gebruikten wij, hoeveel moeite
en krachtsinspanning dit ook kostte, uit-
sluitend eigengemaakte hoefijzers, om
reden geen enkel fabrieksijzer aan de door
ons gestelde eischen voldeed.
Van de door U gefabriceerde hoefijzers
gebruiken wij nu reeds jaren groote partijen,
een bewijs, dat wij ze boven alle fabriek-
matig vervaardigde hoefijzers prefereeren.
De breede ijzers, die U geregeld voor ons
maakt, zijn voor normaal beslag niet te
verbeteren. Wij constateeren ook, datindie
streken waar uwe hoefijzers regelmatig
worden gebruikt, het hoefbeslag zeer is
verbeterd.

Hoogachtend,

(w.g.) GEBR SCHIEMAN,
Stoomsmederij te Axel.
Hoefsmeden van den tot in het buiten-
land zeer bekenden fokstal van den Heer
Ph. J. van Dixhoorn te Axel.

Goes, Januari 1926.
Aan de Z.- VI. Hoefijzerfabriek, Stoppeldijk.

Mijne Heeren!

Dat ik Uwe hoefijzers geregeld gebruik is
alleen een bewijs, dat ik ze beter vind dan
welk ander fabrikaat ook. Men moet meer
dan gewoon vakman zijn om ze met de
hand zóó te kunnen maken. Dat aan uw
fakrikaat op wedstrijden en Tentoonstellin-
gen steeds de hoogste bekroningen worden
toegekend, is tevens een bewijs dat alle
vooraanstaande vakmenschen er gunstig
over oordeelen.
Intusschen

Hoogachtend,
(w.g.) Iz. ADRIAANSEN,
Onderwijzer-Hoefsmid te Goes.

Aardenbug, Januari 1926.

Aan de Z.- VI. Hoefijzerfabriek, Stoppeldijk.

Mijne Heeren !

Uwe hoefijzers overtreffen alle andere
fabrikaten en zijn voor hoefsmeden, die
veel zware paarden, v.nl. hengsten, be-
slaan een ware uitkomst. Ik behaalde op
meerdere wedstrijden een zilveren medaille
voor beslag, met uwe hoefijzers uitge-
voerd.

De hengsten Cavalier de Grubben en
Fair waren beiden, toen zij het nationaal
kampioenschap behaalden, met door U
gemaakte hoefijzers beslagen.
U kunt van deze verklaring naar ver-
kiezing gebruik maken.
Intusschen

Hoogachtend,

(w.g.) J, REINIERS-DE PUY,
Smederij Aardenburg.

Hoefsmid der vermaarde fokkerij van de
Gebr.
Aernoudts te Sluis.

Oud-Vosmeer, Januari 1926.

Aan de Z.- VI. Hoefijzerfabriek, Stoppeldijk.

Mijne Heeren!

Als onderwijzer-hoefsmid verklaar ik
gaarne dat de door U in den handel ge-
brachte hoefijzers aan een werkelijke
behoefte voldoen. Men kan deze fabriek-
matig vervaardigde hoefijzers zonder be-
zwaar voor alle normaal beslag gebruiken.
Dit kan van geen enkel ander fabrikaat
worden gezegd.
Intusschen

Hoogachtend,
(w.g.) C. J. ROMBOUTS,
Onderwijzer-Hoefsmid te
Oud-Vosmeer.

I

Aanbevelend,

z.-ui. HoefijzerfaDrieh: Firma h. kerchhaert te stoppeldijh.

Vertegenwoordiger voor Limburg, Oostelijk Noord-Brabant en Zuidelijk Gelderland:

FIRMA LEM amp; VOSSEN te MAASTRICHT, St. Maartenslaan 32.

-ocr page 170-

Wanneer gij tiet beste op gebied van hoef-
beslag wenscht, gebruikt dan

!JÜ

■11 aü

Si®
ili

ili

ili

ili

■Jg

■|g

llH

lil

ili

Ui

111

Ze zijn bodemnauw, hebben schuin gestampte
gaten en een juiste verdeeling en plaatsing der
nagelgaten.

HELPMAN-HOEFIJZERS zijn niet noodeloos
zwaar; de verpakking weegt zoo goed als
niets en dus zijn ze
per stuk de goedkoopste
aan de markt.

■11

ili

HOEFIJZERSnbsp;- HOEFNAGELS

HELLER HOEFRASPEN
Alle artikelen voor Hoefbeslag.

Amsterdam
Hekelveld 16

B. A. LUYKX

Telefoon 46080

-ocr page 171-

8S
©

N. V.

Iii lÉliiiè MpÉlriÉ

.HIPPOSquot;

DORDRECHT

Direct uit voorraad leverbaar:

Winterijzers model A, wijden stand der toonnagel-nbsp;É

gaten, ook Twentsch model genoemd.nbsp;88

Winterijzers model B, met afgebroken rits en tweenbsp;®

stampgaten.nbsp;^

Zomerijzers met rits of met stampgaten, met ofnbsp;^

zonder kalkoenen, in diktennbsp;^

7/16quot;, 1/2quot;, 9/16quot; en 5/8quot;.nbsp;É

Alle zuiver linksche en rechtsche modellen volgensnbsp;®

den normalen hoef.nbsp;^

Waar niet vertegenwoordigd, direct van de fabrieknbsp;^

te betrekken.nbsp;^

ê

SS
88

83
©

S3

88
8S
8S
8S
83
8S
83
8S
8S
S
83
83
83
83
83
8S
SS
88
83

©
83

83
88

88
©

83
83
83
83
83
83
88

-ocr page 172-

LAMBERT
HOEFZOLEN

in de modellen

Lambert open pad
Frog pad

Red Philadelphia pad (rood rubber)

en de bekende
Amerikaansclie

Heller Hoefrasnen

lltll,

MMi
llil

Itll
$$$$$

Company
Rotterdam

Lambert

Leuvehaven 66

miiia Duitsciie siiiiieiiiioieii

a f 21.— per 1000 K G

Vrijboord Amsterdam
of franco bergplaats Amsterdam.

J. C. JANSEN amp; ZOON - AMSTEROAM.

TELEFOON 44523.

LIJNBAANSCRACHT I56d.

-ocr page 173-

Redacteur-Uitgever: A. W. Heidema te ' s Gravenhage', Huygensplein 5

INHOUD.

Cursus in hoefbeslag te Bedum. — Herdenking van het 40-jarig bestaan dermilitaire hoefsmid-
school te .Amersfoort. — Cursus in hoefbeslag te Winterswijk. — Korte mededeelingen —
Ingekomen Boekwerken ,— Persoverzicht. — Advertentiën.

I

CURSUS IN HOEFBESLAG TE BEDUM.

De leerlingen: gehurkt van links naar rechts: G. Roek te Warfum, H. Brunius te
Bedum, A. Hartog te Meedhuizen, — staande H. Venema, dierenarts te Bedum {leider),
P. E. Homan te Bedum {onderwijzer in fractisch hoefbeslag), J. Lantinga en A.
Palsma te Stedum {Commissie van Toezicht). — Achterste rij, van l. naar r.: A.
Streunding te Uithuizen, T. Medendorp te Kantens, A. Schreuder te Tinallinge,
J. Beitsma te Sauwerd en F. Zwaagman te Onderdendam.

In de Maart-aflevering van „De Hoefsmidquot; gaven wij een korte beschrij-
ving van de hoefsmederij van P. J. Homan te Bedum, waarbij is aangegeven
dat in Mei 1925 vanwege de Afd. Stedum van den B. S. P. N. een cursus was
geopend waaraan 8 leerhngen hadden deelgenomen. In Mei j.1. is na afgelegd
overgangsexamen het tweede gedeelte aangevangen met alle 8 leerlingen
van het eerste gedeelte.

MAANDBLAD

ADVERTENTIËN
1—10 regels (breedte 6 cM.) f 2.—,
Iedere regel nneer f 0.20. - Tarieven voor
contracten op aanvrage verkrijgbaar

ABONNEMENTSPRIJS
voor Nederland per jaar f 3.—
voor 't Buitenland per jaar f 4.—

-ocr page 174-

Bc heer Homan, m wiens smederij dat practisch onderwijs wordt gegeven,
had de welwillendheid ons een foto van den cursus te verstrekken, die hier-
boven is gereproduceerd. De theorie wordt gegeven in een lokaal van het
Hotel Concordia.

HERDENKING VAN HET 40.JARIG BESTAAN DER MILITAIRE
HOEFSMIDSCHOOL TE AMERSFOORT.

Op 1 November 1.1. was het 40 jaar geleden dat de Hoefsmidschool te
Amersfoort werd gevestigd. Vóór dien tijd bestond deze inrichting te
Venlo, Breda en 's-Gravenhage. Oorspronkelijk administratief verbonden
met de Rijschool, werden in later jaren beide inrichtingen onder een af-
zonderlijken Directeur gesteld. Ter gelegenheid van deze herdenking had
Z. Exc. de Minister van Oorlog goedgevonden een wedstrijd te organiseeren
voor militaire hoefsmeden, welke plaats vond op 27, 28 en 29 October 1.1.

Door den Chef van den Mil. Vet. Dienst werd een commissie van voor-
bereiding, tevens jury voor den wedstrijd benoemd, bestaande uit den
Directeur der Hoefsmidschool, Maj. Dir. Paardenarts Dr. Gallandat Huet,
Dr. Weekenstroo, Kap. P.-arts bij het Remontedepot en Kap. P.-arts Sigling,
leeraar aan de Kon. Mil. Academie te Breda.

De wedstrijd omvatte de volgende onderdeden:

a. Het overkruis beslaan van één vóór- en één achterhoef (met daarvoor
te maken ijzers — winterbeslag —) van een rijkspaard met zooveel mogelijk
normale hoeven.

Door loting zal het paard worden aangewezen.

Aan elk paard werkt slechts één deelnemer tegelijk. Voor dit onderdeel
wordt een maximum tijd toegestaan van twee uur.

De deelnemer meldt aan één der Commissieleden zoodra hij zijn werkzaam-
heden begint en zoodra hij klaar is met het besnijden van een hoef; eveneens
zoodra het daarvoor gemaakte ijzer voltooid is en ten slotte zoodra het ge-
heele beslag gereed is. Indien langer dan twee uur wordt gewerkt, wordt
voor elke 5 miimten of onderdeel daarvan, 5 punten van het totaal aantal
behaalde punten afgetrokken.

De beoordeeling geschiedt volgens onderstaand puntenstelsel:

afnemen van het oude ijzer en besnijden van één hoef, max.

10 punten, voor 2 hoeven X 2 is..........20 punten.

beoordeeling ijzer 10 pt., voor 2 ijzers X 2 is......20 punten.

beoordeeling en bespreking van het beslag als geheel 20 pt.,

voor 2 hoeven X 2 is.............40 punten.

Totaal maximum 80 punten.
b. Het maken van een balkijzer (geen Belgisch balkijzer)
voor een bepaalden hoef, welke tevoren wordt bezichtigd
en waarvan de maat mag worden genomen.

De uiterst beschikbare tijd hiervoor bedraagt V-j^ uur;
voor elke 5 minuten of onderdeel daarvan dat langer gewerkt
wordt, zal 5 punten worden afgetrokken.

Beoordeeling maximum............20 punten.

Totaal te behalen punten bedraagt.........100

-ocr page 175-

Het vijlen aan de ijzers moet zich beperken tot het breken van de randen,
het bijwerken van de lip en het wegnemen van de bramen op de nagelgaten.
— De hoeven worden niet gestopt, vóórdat de beoordeeling heeft plaats
gehad van het geheele beslag.

Overigens wordt gewerkt volgens het Voorschrift Hoefbeslag.

Het opnemen van stand en gangen bij het onderdeel a en het opnemen
van de maten bij onderdeel
b zijn niet inbegrepen in de genoemde tijden van
respectievelijk 2 en H/g uur.

De deelnemers werden dagelijks in twee groepen verdeeld: de eene groep
besloeg een ,,halfquot; paard, terwijl de andere groep een balkijzer maakte voor
een vooraf gezienen plathoef.

Des morgens werd om 9 uur begonnen en des namiddags om half twee,
wanneer de beide groepen de werkzaamheden wisselden.

De wedstrijd had een zeer vlot verloop. Er werd goed gewerkt. Daar door
loting werden aangewezen: le. het paard, 2e. het vuur en 3e. de persoon
die bij het voorslaan zou helpen, waren er hoegenaamd geen klachten of
aanmerkingen omtrent de regeling.

De uitslag van den wedstrijd, waaraan 45 deelnamen, was als volgt:
Zilveren medaille v/d. M.v.0. H. Huysman, wachtmr. hoef-
smid Remontedepotnbsp;82 punten.
A. Spijkstra, wachtmr. hoef-
smid 3 R. V. A. 77 punten.
H. de Groot, opperwmr. hoef-
smid Treinafd. — IA. Brig. 75 punten.

en zilveren beker
Verg. zilv. medaille v/d
Insp. der Artillerie
Verg. zilveren medaille v/d
heer v. Angeren, Chef Instituut
voor Hoefkunde te Utrecht
Gr. bronzen medaille v/d
Insp. der Kon. Mar.
Verg. zilveren medaille v/d
Garn. C. Breda.
Verg. zilveren medaille v/d
I. d. C., C.-Lt. B.
Zilveren medaille v/d Dir.
Hoefsmidschool
Zilveren medaille v/d Ver.
eeniging van Hoefsmeden
Verg. zilveren medaille van
den C.-I R. H.
Zilveren medaille v/d Chef
v/d Vet. Dienst.
Gr. bronzen medaille v/d
Chef Vet. Hosp.-Amersfoort
Zilveren medaille v/d Ver.
eeniging van Mil. Paarden-
artsen.

Er is rekening gehouden
behaalde aantal punten gelijk was.

G.nbsp;Wïelaert, opperwmr. hoef-

4e Div. Kon. Mar.nbsp;74 punten.

H.nbsp;A. Sul, wachtmr. hoefsmid

K. M. A.nbsp;74 punten.

H. Harmsen, opperwmr. hoef-
smid (garnizoenssmid) I R. H. 72 punten.
A. Beuving, korporaal-tit.-
adsp. hoefsmid.nbsp;70 punten.

G. J. Prins, wachtmr. hoef-
smid Treinafd. IIA. Brig.nbsp;69 punten.
E.J. de Groot, wachtmr. hoef-
smid IR. H. (Deventer). 68 punten.
J.
V. d. Hurk, opperwmr. hoef-
smid 8 R. V. A. 68 punten.
M. Oljans, wachtmr. hoefsmid
I R. H. 67 punten.
C. de Ronde, korporaal-tit.-
adsp. hoefsmid. 66 punten.

met de vlotheid van werken indien het

-ocr page 176-

CC

NAMEN DER PRIJSWINNAARS (v. ]. n. r.)
staande: de Groot (Cav.), Huysman, de Groot {Art.\ Sul, Spijkstra, Oljans, de Ronde, Beuving.
zittend: Prins, v. d. Hurk, Harmsen, Wielaert.

-ocr page 177-

Op 1 November had de prijsuitdeeling plaats, waarbij alle prijswinnaars
present waren en verder eenige militaire autoriteiten, het onderwijzend
personeel en de leerlingen der School, en eenige belangstellenden.

De Directeur der School, Dr. R. H. J. Gallandat Huet, hield eerst een toe-
spraak waarin hij memoreerde de veranderingen welke in den loop der jaren
hadden plaats gevonden, zoowel wat de inrichting der gebouwen aangaat
als wat betreft de verschillende categorieën van leerlingen. Hij wees hierbij
vooral op het feit dat deze legerinrichting zulk een groot nut afwerpt, ook
voor de burgermaatschappij, daar zoovele honderden jongelui in den loop
der jaren een goed maatschappelijk bestaan hadden gevonden door de kennis
verkregen tijdens hunne opleiding aan de Hoefsmidschool. Verder werden
degenen herdacht die jaren lang hunne beste krachten hadden gegeven aan
het onderwijs, met name de paardenartsen Moubis, Frederikse en Laméris en
de hoefsmeden-instructeurs Kamerbeek, Larmené en Scholten, terwijl een
woord van hulde werd gesproken tot den huidigen instructeur en hulp-
instructeurs, die met groote toewijding hunne werkzaamheden vervullen.

Daarna werd overgegaan tot de prijsuitdeeling waarbij vooreerst een woord
van dank werd gebracht aan allen die van hunne sympathie voor dezen wed-
strijd hadden doen blijken. De prijswinnaars kwamen een voor een bij den
Directeur, om uit zijne handen den prijs te ontvangen, waarbij zij elk toe-
passelijk werden toegesproken.

De prijs, welke uitgeloofd was door de Vereeniging van Militaire Paarden-
artsen, werd door den voorzitter dier Vereeniging, Kapt. Dr. Weekenstroo,
eigenhandig uitgereikt, met een waardeerend woord van het corps paarden-
artsen tegenover de hoefsmeden in het leger.

Na afloop werd het woord gevoerd door den Ct. van het Ie Rgt. Huzaren,
tevens GarnizoensCt.te Amersfoort, welke woorden van lof en waardeering
tot de hoefsmeden sprak en hunne verdiensten in het leger op hoogen prijs
stelde.

Daarna voerde de heer Mook, voorzitter der Ver. van Mil. Hoefsmeden,
het woord en bedankte voor de gelegenheid welke den hoefsmeden was ge-
boden om aldus het 40-jarig jubileum der H.-school te vieren. Hij eindigde
met een driewerf hoera op den Directeur der inrichting waarmede door alle
aanwezigen werd ingestemd.

Tenslotte bedankte de Directeur de genoemde sprekers en was deze plech-
tigheid hiermede ten einde.

Een intiem feest voor de leerlingen werd hierna gevierd.

Den volgenden dag had een onderlinge wedstrijd plaats voor de leerlingen
zelf, welke bestond in het maken van ijzers, zoowel normale als afwijkende,
al naar de gevorderdheid der leerlingen.

Zij nog vermeld dat de H.-school met groen, slingers en vlaggen versierd
was en geheel een feestelijk aanzien bood.'

-ocr page 178-

CURSUS IN HOEFBESLAG TE WINTERSWIJK.

De cursus te Winterswijk is 24 October 1925 aangevangen met 9 leer-
lingen. Het tweede gedeelte wordt thans met dezelfde 9 leerlingen voort-
gezet (1 dezer 9 komt niet op de onderstaande afbeelding voor).

Ten opzichte van den cursus ontvingen wij welwillend de volgende inlich-
tingen;

De cursus gaat geheel op kosten der leerlingen. De praktische lessen
worden gegeven in de smederij van A. Boesveld en Zonen en de theoretische
in de Rijkslandbouwwinterschool, beide te Winterswijk. De heer Dr. W. P. C.
Bos, dierenarts te Winterswijk, is de leider, J. A. Boesveld de onderwijzer
voor de practijk.

De lessen zijn als volgt ingedeeld: De 2 eerste lessen worden besteed aan
het maken van hoefijzers. In de 3 volgende lessen heeft iedere leerling een
dooden hoef te beslaan en verder hoefijzers te maken. Op de overige lessen
heeft zooveel mogelijk ieder leerling een voet van een paard te beslaan,
alsmede een doode hoef en, als er dan nog tijd over is, weer ijzers maken.

Dit laatste moet thuis ook geregeld worden gedaan en de vervaardigde
ijzers worden 's Zaterdags medegebracht voor beoordeeling.

De verdeeling op den cursus is zoo dat de leerlingen geregeld aan het werk
kunnen blijven, b. v. afwisselend 2 aan de paarden voor het bekappen en
besnijden van de hoeven, 2 voor dezelfde paarden een ijzer maken, 3 be-
snijden doode hoeven en 2 maken daarvoor elk een ijzer. Deze indeeling is
noodig om reden er over niet meer dan 4 vuren valt te beschikken.

Verder is er in de smederij een noodstal aanwezig, waarvan evenwel wemig

-ocr page 179-

gebruik wordt gemaakt, daar het beslag in Winterswijk alleen uit de hand
geschiedt, — voorts een werkbank met 5 klemmen voor het vastzetten der
hoeven. De ruimte in de beslagloods is ruimschoots voldoende voor 4 paarden
en is voorzien van een goede effen houten vloer. De 4 vuren worden electrisch
gedreven en ook de andere machines, als boormachines, slijpsteenen en
draaibank, worden door electro-motoren aangedreven.

In dit 2e leerjaar van den cursus wordt zooveel mogelijk met abnormaal

beslag gewerkt, — hoefzolen, kunsthoorn, enz.

* * *

De smederij, waarin de practische lessen worden gegeven, is een zeer oude
zaak. Ze werd in 1883 door den heer A. Boesveld (de vader van den onder-
wijzer) overgenomen. In 1920 is het een vennootschap geworden onder den
naam van A. Boesveld en Zonen. Vroeger was de smederij met het woonhuis
onder één dak, maar daar de ruimte met het toenemend hoefbeslag te klein
werd, is in het voorjaar van 1922 een nieuwe smederij, groot 16 x 7^/2 M.,
gebouwd achter het woonhuis. De Afdeeling waar de paarden staan is voor-
zien van een glazen overkapping; — het andere deel heeft een zolder voor
bergplaats van ijzer.

In de smederij van Boesveld en Zonen worden uitsluitend handgesmede
hoefijzers verwerkt, aan het maken waarvan iederen dag een paar uur wordt
besteed.

KORTE MEDEDEELINGEN.

—nbsp;Het Bestuur der Vereeniging van Onderwijzers in Practisch Hoefbeslag
brengt den leden in herinnering, dat de onderwerpen met toelichting,
welke zij op de algemeene vergadering behandeld wenschen te zien, in de
eerste helft der maand December aan den Secretaris — H. v. Waasbergen,
Oud-Beijerland — moeten worden toegezonden.

Het voornemen bestaat — om den leden de convocaties voor de algemeene
vergadering vroegtijdig te kunnen toezenden —
vóór 1 Jan. een bestuurs-
vergadering te houden, zoodat door
alle onderwijzers maatregelen kunnen
worden getroffen, om de algemeene vergadering te kunnen bezoeken.

H. V.

Het Bestuur onzer Vereeniging heeft den 26en October een onderhoud
gehad met het Dag. Bestuur van de Vereeniging van Directeuren van het
Nijverheidsonderwijs te Utrecht en den 2en Nov. met den heer de Groot,
Inspecteur van het Nijverheidsonderwijs, en met Dr. van der Zande, In-
specteur van het Landbouwonderwijs, te Den Haag, teneinde ingevoerd
te krijgen dat leerlingen der Ambachtsscholen van het 3e leerjaar onderwijs
ontvangen in het maken van hoefijzers enz. De hierbij door ons Bestuur
verkregen indruk was zeer bevredigend.

H. V. W.

—nbsp;Drenthe. In de op 22 October j.1. gehouden vergadering van het Hoofd-
bestuur van het Drentsch Landbouwgenootschap is in zake de cursussen
in hoefbeslag besloten te trachten dat de Bond van Smedenpatroons aan

-ocr page 180-

elk der beide Commissiën van toezicht een lid zal willen toevoegen. Door
deze samenwerking wordt verondersteld een ruimere deelneming aan de
cursussen te bevorderen.

Stootijzers, ja zelfs gewone ijzers met kalkoenen kunnen aan de moderne
asphalt- en houtwegen belangrijke nadeelen veroorzaken, vooral ten tijde
van heete dagen of bij opdooi. Deze quaestie is ook voor de noordelijke
handelsstad Groningen, waar thans een groot kapitaal aan de verbetering
der vroeger zoo treurige bestrating is ten koste gelegd, van ingrijpende be-
teekenis, te meer daar er hellende straten zijn, er veel vrachtvervoer bestaat
en smalle stooten voor de' sleeperspaarden algemeen in gebruik zijn, onge-
veer de helft smaller dan de in Rotterdam gebezigde.

Een bespreking door B. en W. van Groningen, gehouden met de Vereeni-
ging van voerlieden, heeft niet tot een beiderzijds bevredigende oplossing
geleid. Aan het verslag van de Raadsvergadering, waar dit punt werd be-
handeld, is het volgende ontleend:

Het wegdek van de straten welke van eene asphalt- of houtverharding
zijn voorzien, ondervindt veel nadeel van het gewone wagenverkeer. Dit is
een gevolg van het hier gebruikelijke hoefbeslag, waarvan de ijzers aan den
voorkant een uitsteeksel, een toonstuk hebben. Moeten zware vrachten
worden voortbewogen en door trekdieren een groote krachtsinspanning
worden aangewend, dan wordt de uitgeoefende kracht van de dieren om zich
schrap te zetten, grootendeels overgebracht op deze toonstukken, welke aan
de benedenzijde, waarmede zij op het wegdek rusten, slechts een geringe
oppervlakte hebben. Dit veroorzaakt op de houtbedekkingen krassen en
ver splinter ingen, terwijl in het asphalt, vooral wanneer dit bij warm weder
minder hardheid heeft, scherp afgeteekende indrukken van deze toonstukken
ontstaan, welke groote afbreuk doen aan den eisch van gelijkmatigheid,
waaraan dit plaveisel moet voldoen. Elders, waar ook hout- en asphaltbe-
dekkingen zijn toegepast,doen zich deze bezwaren niet voor, omdat daar een
ander hoefbeslag in zwang is. Pogingen van B. en W., om de voerlieden te
bewegen hier een ander hoefbeslag in te voeren, zijn mislukt.Daarom stellen
B. en W. den raad voor in het Reglement van Politie de navolgende bepaling
op te nemen:

Het is den houders verboden paarden op den openbaren weg te laten
loopen, welke voorzien zijn van hoefijzers, door hunne samenstelling of be-
werking vallende onder beslag waarvan het gebruik bij besluit van B. en W.
schadelijk is verklaard voor het behoud der bestrating.

De heer Reinders ontwikkelde technische bezwaren tegen het voorstel
van B. en W. Hij betoogde dat het hoefbeslag weinig schade zal veroorzaken.
Wil men alle schade voorkomen, dan moet men de paarden gummizolen
laten dragen, de wielen van gummi voorzien en de wagens niet zwaar te laden.

De heer de Jager vond het voorstel uitstekend. Nergens is het hoefbeslag
zoo zwaar als hier. Dat is niet noodig, wat ook blijkt uit het advies van den
gemeente veearts. Het grootste bezwaar is dat de voerlieden te zware vrach-
ten willen vervoeren.

De voorzitter zou het beter gevonden hebben, indien deze verordening

-ocr page 181-

niet noodig ware geweest, maar pogingen om te schikken en te overleggen
hebben niet gebaat. Gebleken is, dat het hoefbeslag hier fnuikend is voor de
asphalt- en houtstraten. Zeker is het niet de bedoeling het scherp stellen in
den winter te weren.

Het voorstel van B. en W. werd hierna aangenomen.

— „De Oude Zwolsche van 1895quot; heeft in haar kort geleden gehouden
jaarvergadering medegedeeld, dat over het afgeloopen Siste boekjaar het
bedrijf van deze verzekeringmaatschappij gesphtst was in 2 groepen en wel:
Landbouwrisico's: n.1. Paarden- en Veeverzekering en Brandverzekering
voor Landbouwbedrijven;

Burgerl. risico's: n.1. Persoonlijke Ongevallen, Automobiel-, Wettelijke
Aansprakelijkheids-, Brand-, Glas-, Inbraakverzekering enz.
Aan totale prerniën werd over 1925 ontvangen:

door de eerste groep een bedrag van . . . f 333.952,45
door de tweede groep een bedrag van . . „ 460.156,53

Totaal f 794.108,98
Aan schade werd over het geheel uitgekeerd f 321.438,06
Terwijl terugontvangen werd uit Herverz. „ 42.069,09
De bedrijfsonkosten en uitbetaalde provisie

bedroegen ..............„ 293.247,44

terwijl voor de invoering van nieuwe afdee-
lingen een bedrag aan onkosten benoodigd

was van ...............„ 45.243,89

Voor premie-reserve loopend risico werd

uitgetrokken een bedrag van....... 135.429,70

Uit deze getallen blijkt voldoende welke beteekenis dergelijke verzekering-
maatschappijen in ons land hebben verkregen, daar naast de „Oude Zwol-
schequot; verscheidene andere bestaan als „Groningenquot;, „Leeuwardenquot; (deze
zijn thans beide in Utrecht gevestigd), „Zwolle (Dr. Tervoert)quot;,
,,'s-Gravenhagequot;, „The Oceanquot;, e.a. van minder grooten omvang.

—nbsp;België. Te Brussel is het examen voor meester-hoefsmid afgenomen,
hetgeen door 31 leerhngen der School te Cnreghem-Brussel werd afgelegd.
Hiervan is de beslissing voor 7 tot later aangehouden, terwijl 24 zijn ge-
slaagd, waaronder 1 uit Zeeuwsch-Vlaanderen, n.1. David Luteyn te Axel
met 791/2 punt. Het aantal behaalde punten liep van 93 tot 76V2 -

—nbsp;De ambitie voor het volgen van het onderwijs aan de Centrale Hoef-
smidschool te Brussel is toenemende. De cursus 1926/27 is Zondag 3 October
geopend. Hiervoor hebben zich 110 leerlingen aangegeven, zoodat het niet
zoo eenvoudig zal zijn deze allen toe te laten.

Eveneens 3 Oct. vond te Brussel een vergadering plaats van de Vereeniging
van Gediplomeerde meester-hoefsmeden in België, waar meer dan 100
leden aanwezig waren.

In deze vergadering heeft de heer A. Bosmans, directeur der hoefsmidschool
te Brussel medegedeeld, dat hij geen enkel beslag meer voor particuliere
rekening zal verrichten. Dit is in Nederland ook heel anders als in

-ocr page 182-

vroegere jaren, toen wijlen de heer van Horsen vrij wat particuher werk had.

— Op 21 en 22 Aug. 1926 had in de werkplaatsen der firma Schoofs te
Luik een wedstrijd voor hoefsmeden plaats, waaraan niet minder dan 38
uit de provincie Luik hebben deelgenomen; 16 deelnemers uit Belgisch
Limburg, 4 uit de prov. Luxemburg en 4 uit de prov. Namen. Ook vond er
een onderlinge wedstrijd plaats van de hoefsmeden der Luiksche kolenmijnen.
En ten slotte een wedstrijd waaraan alle Belgische hoefsmeden mochten
deelnemen.

„Wij zoudenquot; -- zoo schrijft „De Belgische Hoefsmidquot; — „er ook gaarne
„de kweekers gezien hebben, voor dewelke een prijskamp van hoefbeslag
„toch wel het hoogste belang oplevert, maar zij waren helaas in zeer klein
„getal en dat is te betreuren.quot;

„Wanneer men denkt, dat op 65 ingeschrevenen, 61 al de proeven onder-
„staan hebben, moet men wel bekennen, dat wij met een buitengewoon
„tournooi te doen gehad hebben.quot;

INGEKOMEN BOEKWERKEN.

Van de Hoefijzer- en Assenfabriek St. E 1 o y der Fa. A. van Osta en
Zonen te Roosendaal: een
„Modelboekquot;, bevattende de afbeeldingen van onder-
scheidene soorten ijzers, met opgave in welke maten die betreffende modellen
leverbaar zijn. Voorts van kar- en wagenassen, enz.

Het is reeds de 4e uitgave en uit het voorbericht blijkt, dat het doel is
om door het „modelboekquot; den band tusschen cliënten en fabriek te versterken
en de relaties te vergrooten. De afgebeelde modellen zijn met een paar soorten
uitgebreid, welke tot nu toe nog niet machinaal werden vervaardigd, n.1.
rits- en stamphoefijzers met verdikte takken en dito met verbreede buiten-
takken.

PERSOVERZICHT.

De November-aflevering van „Der Hufschmiedquot; bevat o. m. een artikel
over het afvallen van den hoornschoen, waarbij wordt opgemerkt, dat zulks
meestal wordt waargenomen bij paarden die met stoot of kalkoenen beklemd
geraakten in een tramrail of doordat een hoef b.v. door een zware vracht
werd overreden. Ook kan het ontschoenen optreden na hoefverzwermg,
bevangenheid of straalkanker.

Prof. Dr. Fischer, schrijver van dat artikel, nam 2 andere gevallen van
ontschoening waar, namelijk één doordat een paard met langdurige pees-
ontsteking aan den kroonrand met een scherpwerkende zalf was ingesmeerd,
zeer pijnlijk werd, niet meer op den hoef steunde en ten slotte ontschoening
toonde — en een tweede doordat een verzwering van het vetkussen werd
aangezien voor straalkanker en behandeld met een drukverband. In geen
der beide gevallen geschiedde die ondoelmatige behandeling op advies van
een dierenarts.

-ocr page 183-

De Amerikaansche staalnijverheid. Gary, de president van de U. S. Steel
Corp., heeft zich over de mogelijkheid in zake een samengaan van de Euro-
peesche met de Amerikaansche ijzer- en staalproducenten ongeveer als volgt
uitgelaten:

Een verlaging van de Amerikaansche invoerrechten moet niet waar-
schijnlijk geacht worden. Wat de vraag betreft, deze zal voor staal den eersten
tijd wel niet verminderen. De dagelijks binnenkomende bestellingen maken
het mogelijk, dat de staalnijverheid op 80 pet. van haar capaciteit blijft
werken. Zelfs wanneer dit percentage tot 60 zou dalen, kan nog winst worden
gemaakt. Er is de laatste weken veel gesproken over den concurrentiestrijd
tusschen de Amerikaansche en buitenlandsche staalnijverheid. Wanneer er
echter, aldus Gary, sprake zou zijn van eenige overeenkomst, dan zou het
noodig zijn, dat er een wereldconferentie, die alle staalproduceerende landen
omvat, wordt bijeengeroepen, ter bespreking van de thans actueele vraag-
stukken.

ADVERTENTIEN.

W. BERNET amp; Co , AMSTERDAM

berichten, dat zij een GROOTE PARTIJ

OEFIJZERS

le en 2e soort,

in VOORRAAD hebben, die zij wenschen OP TE RUIMEN.

WATSON'S NIEUWE HOEFRASP

VAN PRIJWA ENGELSCH MATERIAAL

IS DE BESTE EN DAAROM DE GOEDKOOPSTE.

Vraagt deze raspen bij Uw Leverancier.

WAAR NIET VERKRIJGBAAR DIRECT VAN ONZE FABRIEK.

Prijs f 11.50 per dozij n blokmodel.
Prijs f 10.75 per dozijn plat puntmodel.

ö. WATSON amp; ZOON'S VIJLENFABRIEK,

HILLEGERSBERG BIJ ROTTERDAM.

OP AANVRAGE GRATIS MONSTERS VERKRIJGBAAR.

-ocr page 184-

Firma S. C. M. BAX

Glashaven 9, Rotterdam - Telef. 1355

Specialiteit in Artikelen voor Hoefbeslag.
Machinale hoefijzers Helpman.

Mustad- en Ster-Hoefnagels: meest uitgebreide sorteering
in
meer dan 70 maten en modellen voorradig.

Rubber-Hoefzolen: Uitsluitend van prima kwaliteit
caoutchouc vervaardigd, dus
niet van rubberafval.

a.nbsp;Open en dichte luchtdrukzolen voor voor- en aehterijzers
in 9 resp. 11 maten voorradig.

b.nbsp;Zolen voor halve ijzers met hoog rubberkussen in 8
maten voorradig.

c.nbsp;Blokzolen, straalzolen en hielstukken.
Kunsthoorn, kurkkit.

IJsnagels, kalkoenen, stiften, opruimers, hoeftangen, af-
breektangen, renetten, hoefraspen, hoefhamers, houwklingen,
lasch- of weiblad, laschpoeder, metaalzagen enz.

Wie iets goeds wenscht voor zijn geld koope

„OSTAquot; HOEFIJZERS

Zij zijn VEEL BETER en NIET DUURDER dan andere
fabrikaten.

GEEN TIJDVERLIES, door verstampen der nagelgaten en
vervormen der takken.

GEEN GEKNOEI met slecht sluitende nagelkoppen in de
nagelgaten.

GEEN GEPRUL met te schraal ofte recht gestampte nagelgaten,

doch

accuraat, goed en vlug

werkt ge met

„OSTAquot; HOEFIJZERS

Deze zijn: IN EEN HITTE PASKLAAR te maken.

Dat geeft U VOORDEEL en GEMAK.

-ocr page 185-

Wanneer gij het beste op gebied van iioef-
beslag wenscht, gebruikt dan

Ze zijn bodemnauw, hebben schuin gestampte
gaten en een juiste verdeeling en plaatsing der
nagelgaten.

HELPMAN-HOEFIJZERS zijn niet noodeloos
zwaar; de verpakking weegt zoo goed als
niets en dus zijn ze
per stuk de goedkoopste
aan de markt.

ST
ili

SJ-
■ la

■1!

ili

BW

s:

JJ

if

ili

■la

■ IB

üi

ilï
■ fi

-I-

Bla

si:

ili

Si®
ili

HM

■IJ

ili ili ili ili ili ili

HOEFIJZERS - • HOEFNAGELS

heller hoefraspen
Alle artikelen voor Hoefbeslag.

Amsterdam
Hekelveld 16

B. A. LUYKX

Telefoon 46080

-ocr page 186-

Zeeuwsdi-Vlaisclie Hoefi zerfabrieli

Heeren Smeden en IJzerhandelaren!

Wat Onderwijzers-Hoefsmeden e.a. van onze hoefijzers zeggen.
(Dt origineele tekst dezer attesten ligt op ons kantoor ter inzage).

Cadzand, Mei 1926
Aan de Z.- VI. Hoefijzerfabriek, Stoppeldijk.

Mijne Heeren!
Hoewel ik pas dit jaar voor eigen reke-
ning een hoefsmederij begonnen ben, zijn
uwe hoefijzers mij uit mijn vorige werk-
kring reeds lang bekend. Ik beschouw
deze als het eenigste fabrikaat, dat aan
de eischen, welke men aan een goed ijzer

als Onderwijzer
deze verklaring

stelt, voldoet. Het is mi
Hoefsmid aangenaam l
te kunnen geven.

Inmiddels verblijf ik,

Hoogachtend,
(w.g.) W. J. ROBIJN,

Onderwüzer-Hoefsmid te
Cadzand.

Schoondijke, Januari 1926.

Aan de Z.- VI. Hoefijzerfabriek, Stoppeldijk.

Mijne Heeren!

Door mij worden reeds meerdere jaren
uitsluitend uwe hoefijzers gebruikt, en
dit tot mijn volle tevredenheid. Dat het
hoefbeslag in mijne smederij steeds toe-
nam is een bewijs, dat met uwe hoef-
ijzers goed werk kan worden geleverd.
Ik wensch dan ook geen andere ijzers
meer te gebruiken.

Met beleefde hoogachting,

(w.g.) G. STEIJAERT,

Hoefsmid der H. Ver. Schoondijke
en meerdere vooraanstaande
fokstallen.

Dinteloord, Januari 1926.

Aan de Z.- VI. Hoefijzerfabriek, Stoppeldijk.

Mijne Heeren!

Ondergeteekende verklaart, dat uwe hoef-
ijzers welke al jaren door hem zijn be-
trokken, de beste zijn, en dat het paard,
wanneer het kon spreken, geen andere
zou willen hebben. Uit de vele door U
verworven bekroningen blijkt ook dat de
deskundigen van dezelfde meening zijn.

Intusschen,

Hoogachtend,
(w.g.) JOH. VAN NIEUWENHUIJSEN,
Hoefsmid te Dinteloord.

Dreischor, Januari 1926.

Aan de Z.- VI. Hoefijzerfabriek, Stoppeldijk.

Mijne Heeren!

Mijn eerste bezoek aan uwe fabriek te
Stoppeldijk op 16 Juli 1919 stemde mij
tot een tevreden afnemer, om reden van
uwe hoefijzers geen overschot blijft.
Zulks getuigt van uwe vakkundige leiding.
Sinds dien tijd heb ik dan ook geen
andere ijzers meer gebruikt

Intusschen

Hoogachtend,
(w.g.) L KEIJL,
Hoefsmid te Dreischor.

Aanbevelend,

Z.-UI. Hoeiiizeriabritk: Firma H. KERCHHAERT te STOPPELDIJH.

Vertegenwoordiger voor Limburg, Oostelijk Noord-Brabant en Zuidelijk Gelderland:
FIRMA LEM amp; VOSSEN te MAASTRICHT, St. Maartenslaan 32.

-ocr page 187-

))

,HIPPOS

DORDRECHT

Direct uit voorraad leverbaar:

Winterijzers model A, wijden stand der toonnagei-
gaten, ook Twentsch model genoemd.

Winterijzers model B, met afgebroken rits en twee
stampgaten.

Zomerijzers met rits of met stampgaten, met of
zonder kalkoenen, in dikten

7/16quot;, 1/2quot;, 9/16quot; en 5/8quot;.

Alle zuiver linksche en rechtsciie modellen volgens
den normalen hoef.

Waar niet vertegenwoordigd, direct van de fabriek
te betrekken.

©

88
©

gs

83

83
amp;

88
88

83
©

83
88
83
83
88
88

83
©

88
83
83
83

83
©

88

MSPMMil!MMËPM!i!!i!E15EI!Ëi!!ll!Ëll!!I!!li!l!!^
iliiliiliiïiiliiïiOOiliiliitiifiin

88

^ 88
888S8888888888©888383B88S8S83a38S8883838888838883É

88

-ocr page 188-

LAMBERT
HOEFZOLEN

in de modellen

Lambert open pad
Frog pad

Red Philadelphia pad (rood rubber)

en de bekende
Amerikaansche

eller Hoefrasüen

Lambert amp; Company
Leuvehaven 66 :: Rotterdam

Prima Dulisciie smeediioieD

a f 21- per 1000 K G

Vrijboord Amsterdam
of franco bergplaats Amsterdam.

J. C. JANSEN amp; ZOON - AMSTERDAM.

TELEFOON 44523.nbsp;LIJNBAANSCRACHT I56d.

-ocr page 189-

INHOUD.

Een en ander over de indeeling en standplaatsen der militaire hoefsmeden. - Smederij yan
H. A Tonen te Culemborg. _ Reserve-hoefsmeden. - Korte mededeeiingen. _ PersovLicV-
Ingekomen boekwerken enz. — Advertentiënnbsp;jrersoverzicnt.

EEN EN ANDER OVER DE INDEELING EN STANDPLAATSEN

DER MILITAIRE HOEPSMEDEN.
Bij de laatste legerinkrimping, waarbij v. d. regimenten Cavalerie er twee

OC h-

I'

O
UJ

3
CO

-nbsp;a - — ^nbsp;v^t* v «/xc'xi.c; ci uvvue

zijn opgeheven, zijn verscheidene hoefsmeden afgevloeid en zijn ook ver-
scheidene standplaatsen voor militaire hoefsmeden verdwenen. Momenteel
schijnt er geen verandering meer in aantocht te zijn wat betreft vermindering
CC van de bereden korpsen en de toestand dus geconsolideerd te zijn. Het
H- leger bevat in vredestijd nu twee regimenten Cavalerie, welke echter genoemd
3 worden naar de vroegere samenstelling, het Ie, 2e, 3e, en 4e half Regiment
Huzaren. Het Ie half R. H. is gelegerd in Amersfoort en vormt tezamen
met het 4e half R. H., dat te Deventer in garnizoen ligt, het Ie Reg Huzaren
Evenzoo vormt het 3e half R. H., dat in den Haag is gelegerd, tezamen met
het 2e half R. H. uit Breda, het 2e R. H. Elk regiment heeft 5 escadrons

van het Ie Regt. liggen er 2 te Amersfoort en 3 in Deventer; van het 26

R. H. liggen er 3 te 's Gravenhage en 2 in Breda.

Bij elk escadron zijn 2 hoefsmeden organiek ingedeeld, welke tezamen
de paarden van het escadron, benevens de hiertoe beboerende officiers-
paarden, op beslag moeten houden. Alleen in de garnizoenen Amersfoort en
■s-Gravenhage zijn bovendien 2 z.
g. garnizoenshoefsmeden, welke uitslui-
tend belast zijn met het beslaan van officierspaarden, welke niet tot een
bereden corps behooren, daar dit aantal paarden voor deze 2 plaatsen te
groot
IS om het onder de bij de escadrons en batterijen ingedeelde hoefsmeden
te verdeelen. In Amersfoort is als zoodanig werkzaam de opp. wtm *) hoef
smid Harmsen van het wapen der Cavalerie, te 's Hage is garnizoenssmid
de opp. wtm. J. A. J. Seljee, eveneens van dit wapen. Bij het Ie escadron te
Amersfoort doen dienst de hoefsmeden korp. R. p. van Dijk en wachtm.

quot;quot;j opp.wtm. = opperwachtmeester.

MAANDBLAD

-ocr page 190-

A. M. K. Foppele, bij het 2e escadron de wtm.-hoefsmeden OIjans en G. T.
van Langen. Het 4e half R., dat vroeger als geheel regiment verdeeld was
over de garnizoenen Deventer en Zutphen, bestaat nu uit drie escadrons,
te Deventer in garnizoen. Bij het 3e esc. zijn ingedeeld de opperwtm. A. i\
W. A. Smalt en de wtm. T. C. Laurijssen, bij het 4e esc. de opperwtm. B.
Weijers en de wtm. E. de Groot en bij het 5e esc. de opperwmt. A. Speijers
en de wtm. F. L. Wels.

Vroeger was in den Haag het 3e Regt. Huzaren gelegerd, de z. g. roode
huzaren d. w. z. dat de uitmonstering der kleeding met roode tressen was,
terwijl de overige regimenten een blauwe uitmonstering hadden. Eén esca-
dron van dit regiment hield steeds garnizoen in Amsterdam en jaarlijks
werd dit escadron bij toerbeurt omgewisseld. Het 3e R. is als 3e half R. blijven
bestaan, bevat 3 escadrons en vormt tezamen met de 2 escadrons te Breda
in garnizoen, welke het 2e half R. genoemd worden, het 2e Regt. Huzaren.
Het escadron te Amsterdam is komen te vervallen en daarvoor is in de plaats
gekomen een corps bereden politietroepen. In 's Gravenhage doen dienst
bij het Ie esc. de opp.wtm. F. L. Wante en P. Huizer, bij het 2e esc. de korp.
Stevens en de korp. Gerritsen en bij het oe esc. de opperwtm. A. v. d. Maas
en de wtm. H. F. Evers. In Breda liggen het 3e en 4e escadron van het 2e
R. H. waarbij zijn ingedeeld resp. de opperw. P. J. Koopman en H. J. Schrauer
en de korp. H. J. Kastermans en de wtm. J. A. Janssen.

Het wapen der Cavalerie omvat verder nog het Remonte Depot, de paar-
den der Kon. Mil. Acadenie en de Rijschool, bij welke laatste inrichting zijn
ondergebracht het Cav. paarden Depot en de school voor verlofsofificieren
der Cav. In het Remonte Depot is werkzaam de wachtm. H. Huisman, bij
de Kon. Mil. Academie de wachtm. J. A. Sul, terwijl de paarden van de Rij-
school allen in beslag zijn bij de Hoefsmidschool.

Aan de Hoefsmidschool zijn, afkomstig van het wapen der Cavalerie, werk-
zaam de adj. Onderofï. Mark en de opperw. Baartman en Meeuwsen.

*

*

Bezien wij nu het wapen der Bereden Artillerie, dan is dit tegenwoordig
ingedeeld in 4 brigades, welke als standplaatsen hebben 's-Gravenhage, Ede
Breda en Amersfoort. Elke brigade bevat 2 regimenten en een treinafdeeling,
terwijl de depots, welke vroeger bij elk regiment bestonden, thans zijn samen-
gesmolten tot één artillerie paarden depot, dat is ondergebracht in de ver-
laten Cavaleriestallen van het vroegere 2e R. H. te Tilburg.

Elk regiment artillerie omvat drie schoolbatterijen en elke batterij heeft
één hoefsmid, terwijl ook een treinafdeeling één hoefsmid heeft; het dépôt
heeft 3 hoefsmeden. Verder behoort nog bij het wapen: het korps Rijdende
Artillerie, in Arnhem in garnizoen, waarbij 2 hoefsmeden zijn ingedeeld ende
school voor verlofsofificieren, welke te Ede is gevestigd en waarbij één hoef-
smid dienst doet.

Tot de Ie Artillerie brigade behooren het 2e Regt. V. A. te 's-Gravenhage
in garnizoen en het 6e R. V. A., te Leiden gelegerd.

Bij het 2e Regt. doen dienst de wachtm. G. H. Nelemans, J. Cazander
en I. J. L. Castricum, bij het 6e Regt. te Leiden zijn geplaatst de wachtm.
C.
V. d. Beek, de opperw. J. Wagemaker en de wtm. W. H. Buksteeg. De

-ocr page 191-

treinafdeeling van deze brigade ligt te ^s-Gravenhage en hierbij is ingedeeld
de^opperw. H. de Groot.

De 2e Art. Brigade omvat het 4e en het 8e R. V. A. welke beide in Ede
in garnizoen liggen, terwijl ook de treinafdeeling aldaar is gelegerd. Er zijn
dus te Ede bij deze 2 regimenten en de Treinafd. zeven hoefsmeden, terwijl
een 8e is ingedeeld bij de school van verlofsofificieren der B. A.; dit is de
opperw. M. v. d. Bent. Bij het 4e R. V. A. zijn ingedeeld de wachtm'. J. Renes,
T. J. L. Keizer en Strömdorfer, terwijl bij het 8e Regt. werkzaam zijn dé
opperw. J. A. v. d. Hurk en J. H. Narings en de wachtm. J. W. C. Ekeris.
Bij de treinafdeeling van de brigade is ingedeeld de wachtm. Prins.

De 3e Art. Brigade omvat het 3e Regt. V. A. dat garnizoen houdt te
Breda en het 7e R. V. A. dat te Bergen op Zoom is gelegerd, terwijl de
treinafdeehng van deze brigade in 's Hertogenbosch is geplaatst.

Te Breda behooren tot het 3e Regt. V. A. de opperw. M. J. Kessel en de
wachtm. L. Lips en A. Spijkstra, terwijl in Bergen op Zoom bij het 7e Rt.
V. A. dienst doen de opperw. H. J. Smit en de wachtm. D. A. Kaffa en H. L.
Ras. In den Bosch, bij de Treinafdeeling van deze brigade, is geplaatst de
opperw. B. H. Gerritsen.

Tenslotte krijgen we de 4e Art. Brigade welke bestaat uit het le Regt.
dat te Utrecht is gelegerd en het 5e Regt. dat in Amersfoort in garnizoen
is, terwijl de Treinafdeeling van deze Brigade te Utrecht ligt.

Van de 3 Batterijen van het 5e Regt. zijn er 2 in beslag bij de Hoefsmid-
school en deze hebben dus geen eigen smid; alleen bij de 3e Bt. is de wachtm.
Versteeg ingedeeld. Als hulpinstructeur aan de H. school, afkomstig van het
wapen der Artillerie, doet dienst de opperw. Tetenburg, welke na den hoef-
smid-instructeur, de oudste van het onderwijzend personeel is. Te Utrecht
zijn bij het le Regt. ingedeeld de opperw. C. O. L. v. d. Pijl, de wachtm. J.
Dekker en id. J. M. Verstreepen, terwijl bij de Treinafdeeling geplaatst is
de opperw. A. Ras.

Noemen wij nu nog het Korps Rijdende Artillerie te Arnhem, dat deel
uitmaakt van de Lichte Brigade, doch waarbij hoefsmeden, tot de Artillerie
behoorende, zijn ingedeeld en het Artillerie Paarden Depot te Tilburg, dan
hebben wij ook het wapen der Art., wat betreft de hoefsmeden, de révue
laten passeeren. Te Arnhem zijn ingedeeld de wachtm. J. Dubbelman en
G. J. Hazekamp, terwijl in Tilburg werkzaam zijn de opperw. C. Agelink
en de wtm. Verstraeten en P. A. Grauman Ross. Ten slotte zij nog vermeld
dat de paarden der bereden politie te Amsterdam beslagen worden door den
opperw. W. G. F. v. d. Lelie.

*=,= *

Nu rest ons nog het wapen der Koninklijke Marechaussee; hierbij zijn mili-
taire hoefsmeden ingedeeld afkomstig zoowel van de Cavalerie als van de
Artillerie. Het wapen der Kon. Mar. bevat een Staf te 's-Gravenhage, een
Depot te Apeldoorn en bestaat verder uit 4 Divisies, welke gevestigd zijn
te 's Hertogenbosch (le Div.), te Maastricht (2e Div.), te Arnhem (3e Div.),
en te Groningen (4e Div.).

Tot de le Divisie behooren de districten Breda, Eindhoven, Vlissingen en
's Hertogenbosch; tot de 2e Nijmegen, Maastricht en Roermond; tot de 3e:

-ocr page 192-

Zutphen, Zwolle, Amsterdam en Arnhem, en tot de 4e Groningen, Assen en
Leeuwarden. Tot elk district behooren weer verschillende brigades en de
bereden brigades worden zoodanig samengevoegd voor het beslag, dat de
hoefsmeden der Divisie een ongeveer gelijke taak hebben.

Tot de Ie Divisie behooren de hoefsmeden opperw. P. A. Verplancke te
Breda en id. P. J. D. Kraak te 's Hertogenbosch.

In de 2e Divisie zijn werkzaam de wtm. H. de Groot te Nijmegen, de opperw.
P. M. de Ley te Maastricht en de wtm. L. J. van Essen te Roermond. De 3e
Divisie omvat de wtm. C. Mook te Watergraafsmeer, de wtm. A. v. Zetten
te Arnhem en de wtm. P. Smit te Zwolle, terwijl bij de 4e Divisie zijn inge^
deeld de opperw. G. Wielart te Groningen, de wtm. L. Wielart te Leeuwarden
en de opperw. J. J. v. Loeff te Assen. Het Depot der Kon. Mar. te Apeldoorn
heeft één hoefsmid, n. 1. de wtm. A. Visee.

Buiten de hierboven opgenoemde hoefsmeden der Cav., der Ber. Art .en
der Kon. Marech., zijn er nog 4 geëxamineerde hoefsmeden, welke den titu-
lairen rang van korporaal hebben en welke steeds belast worden met het
waarnemen voor zieke of om andere redenen afwezige hoefsmeden. Komen
zij van een detacheering terug en is er niet aanstonds een nieuwe vacature
te vervullen, dan blijven zij, in afwachting hiervan, werkzaam aan de H.
School. Deze hoefsmeden vormen de reserve, waaruit bij pensioneering der
actieve hoefsmeden de aanvulling geschiedt. Het zijn. H. Leyenhorst, C. de
Ronde, A. J. Beuving en K. Goos. Het totaal aantal hoefsmeden, dat in het
leger dienst doet, is voor de Cavalerie 32, voor de Artillerie 33 en voor de Kon.
Mar. 12, alzoo gezamenlijk 77.
nbsp;q jj

SMEDERIJ VAN H. A. TONEN TE CULEMBORG.

In het centrum van het oude maar heldere fabrieksstadje Culemborg,
heeft de 27-jarige onderwijzer-hoefsmid Tonen een welvarende smederij^
waarin het
hoefbeslag nog een voorname rol speelt. Voor zoover kan worden
nagegaan dateert de zaak minstens reeds sedert 1856 en ze werd een 20-tal
jaren geleden door den vader van den tegenwoordigen leider overgenomen. —
H. A. Tonen heeft helaas op 18-jarigen leeftijd zijn vader reeds verloren en
was daardoor gedwongen op jeugdigen leeftijd zelfstandig op te treden, al
stond de eerste jaren dan ook een bekwame knecht ter zijde.

Van de onderdeelen van het smidsvak had Tonen bijzondere voorliefde
voor het hoefsmeden. Op 17-jarigen leeftijd bezocht hij den cursus van-
wege de G. O. Mij.
V. Landbouw, destijds in Geldermalsen gehouden onder
leiding van den heer J. de Vries, met den heer S. van Angeren als
practisch onderwijzer, en slaagde. Hij verwierf daarna in 1920 te Utrecht
het Rijksdiploma. Eenmaal zoover zijnde kwam de wensch naar 't bezit
van den onderwijzers-titel. Van de 24 candidaten voor den betreffenden
cursus 1924/25 had Tonen het genoegen tot de 6 uitverkorenen te behooren
en hij legde met goed gevolg het onderwijzersexamen af.

Hoewel in het bezit van een aardige collectie modelijzers, die een deel
uitmaken van den inventaris der smederij, is hij daarmede nog niet op

-ocr page 193-

tentoonstellingen uitgekomen. Evenmin heeft hij aan wedstrijden deelge-
nomen. De lust daartoe ontbrak niet, de tijd wel.

Met Tonen werken thans in de smederij mede diens 22-jarige broeder
H. Tonen, ook reeds bezitter van het Rijksdiploma, — een 23-jarige knecht,
die met het gewone hoefbeslag goed vertrouwd is en een halfwas. — Aan-
gezien er nog veel burger- en fabriekswerk is, kunnen alle ijzers niet worden
aangemaakt. De groote en zware maten worden van de fabriek uit Helpman
betrokken, die goed voldoen, al betuigt Tonen ook zijn tevredenheid over
ijzers van enkele andere fabrieken. In enkele voorkomende gevallen, waarin
extra groote en zware ijzers noodig zijn, worden die weer zelf gemaakt.

In Culemborg en omgeving zijn weinig rijtuigpaarden (verdrongen door
de auto, als overal elders), geen rijpaarden en geen dravers. Toch is het
beslag er zeer afwisselend. Als boerenpaard is het Geldersche met Olden-
burger of Belg gekruist er inheemsch en die hebben in het algemeen
goede voeten. Doch het zijn de handelaren die de variatie brengen met
hunne paarden van diverse herkomst en van allerlei slag, gehaald uit Zeeland,
Noordbrabant, Limburg, enz., en die in Utrecht zullen worden of reeds zijn
gemarkt. Vooral het besnijden eischt bij vele dezer paarden, met somtijds
veel gebreken en dikwijls met afwijkende standen, veel tijd. Het beslaan
van deze handelspaarden, vanwege het fatsoeneeren der voeten, kortom
het opsmukken voor den handel, strookt meermalen niet met de inzichten
van goede hoefsmeden, die op een meer blijvend behoud van goede hoeven
hebben aan te sturen, dan op een tijdelijk goed aanzien, maar deze donkere
zijde van den handel moet men zich noodgedwongen wel eens laten wel-
gevallen. Dergelijke uitwassen zullen alleen dan verdwijnen, wanneer de
handel meer en meer een vertrouwenszaak wordt tusschen den koopman en
zijn afnemer.

Op onze vraag of de paarden der landbouwers in de omgeving een goede
verzorging genieten ten opzichte van het hoefbeslag, was het antwoord:
behalve enkele gunstige uitzonderingen is de verzorging in het algemeen
slordig. Jonge paarden komen te laat bij den smid en oudere paarden te
traag voor een vernieuwing of voor het verleggen van het beslag. Het is te
hopen, dat Tonen's invloed in dit opzicht mettertijd merkbaar moge worden
in dit district.

Om terug te komen op de geheele zaak van den heer Tonen, — deze past
zich zoodra mogelijk bij nieuwe tijdsomstandigheden aan. Naast de aan-
wending van de electrische kracht, is het autogeen lasschen ingevoerd. Ja,
dit laatste wordt op alle daarvoor in aanmerking komende werkstukken
toegepast. Er moeten in Culemborg nog al veel z. g. Belgische balkijzers
worden ondergelegd. Welnu, de balk wordt ook autogenisch tusschen de
takeinden van het ijzer gelascht.

Als gebreken worden dikwijls verbeende hoefkraakbeenderen geconsta-
teerd, waarbij het gebruikelijke ijzer met verbroeden buitentak dient en zoo
noodig een leeren rand wordt aangewend. Zoolbeslag komt weinig voor,
nu de luxepaarden in aantal sterk zijn verminderd. Vroeger wel en in den
duren mobilisatie-tijd maakte Tonen de luchtdrukzolen van oude auto-
banden, hetgeen goed beviel.

-ocr page 194-

Als onderwijzer treedt Tonen nog niet op. Er zouden anders voor een
cursus in Culemborg wel voldoende leerlingen zijn. Tonen's smederij is
behoorlijk ruim genoeg, doch komt voor een cursus vuren te kort en
aangezien Culemborg geen ambachtsschool rijk is, wil hij er naar streven
ze zoo m te richten dat de cursus er zeer goed gehouden kan worden.

RESERVE-HOEFSMEDEN.

Bij Kon. Besl. van 15 Nov. 1926, No. 24, zijn in het sedert gewijzigd en
aangevuld Kon. Besl. van 8 Jan. 1923, No. 32 (L. O. 1923 No. 87), de volgende
veranderingen aangebracht:

1quot;. Art. 5 wordt gelezen: De verbintenis wordt aangegaan voor den
tijd, die verstreken zal zijn op den len October van het jaar, waarin de
belanghebbende 40 jaar wordt.

2quot;. Het tweede lid van art. 6 wordt vervangen door het volgende-
Gedurende dit verblijf in werkelijken dienst geniet de vrijwilliger dezelfde
inkomsten en verdere verstrekkingen als de dienstplichtige, die in opleiding
is tot hoefsmid.

30_. In art. 7 wordt na „bezittenquot; ingelascht: „en- hij ook overigens de
vereischten bezit voor een bevordering tot die betrekkingquot;.

40 Art. 8 wordt gelezen: „De vrijwilliger is in gewone tijden verphcht
om binnen zes jaren na het kalenderjaar, waarin zijne opleiding is voltooid
twee malen in werkelijken dienst te komen, telkens voor ten hoogste twintig
dagen, zulks in de door den Inspecteur der Cavalerie te bepalen tijdvakken quot;

50. In art. 9 wordt de laatste volzin gelezen: „Op dit bewijs wordt
telkenmale bij het einde van een verblijf in werkelijken dienst een aantee-
kening gesteld nopens de bekwaamheid van den houder als hoefsmid quot;

6» Art. 10 wordt gelezen: Gedurende het verblijf in werkelijken dienst
als bedoeld in art. 8, ontvangt de vrijwilliger de aanvangsbezoldiging voor
den hoefsmid, met behoorende tot het verlofspersoneel. Hem wordt de
rang van wachtmeester verleend zoodra hij 2 jaren als res. hoefsmid heeft
gediend, mits hij uit hoofde van geschiktheid en gedrag ook overigens voor
die bevordering in aanmerking komt.quot;

7». In art. 11 wordt het gestelde onder d. gelezen: Wanneer hij bij
opkomst in werkelijken dienst de noodige bekwaamheid en
geschiktheid
voor de betrekking van mil. hoefsmid blijkt verloren te hebben.quot;

Voorts is bepaald, dat de thans loopende verbintenissen als res hoefsmid
ongewijzigd blijven, en dat zij, die thans als zoodanig dienen, hun dienst-
verband te zijner tijd zullen kunnen verlengen op de daarvoor tot dusver
gegolden hebbende voorwaarden.

Vorenstaande wijzigingen traden in werking 1 Nov. 1926.

De Directeur der Hoefsmidschool verklaart zich bereid om hen die een
opleiding tot res. hoefsmid wenschen aan te gaan, nader in te hchten, monde-
ling aan de H.-school tijdens de werkuren en overigens op schriftelijke
verzoeken. (Gefrankeerd).

-ocr page 195-

KORTE MEDEDEELINGEN.

Toelatingsexamen tot den cursus ter opleiding van onderwijzers in practisch
hoefbeslag.
(Zie ook advertentie). De Ned. Staatscourant vermeldt hier-
over ook het volgende:

Zij, die tot dit examen wenschen te worden toegelaten, moeten den leeftijd
van 2,3 jaar hebben bereikt en zich
voor 20 Januari a.s. met eigenhandig
geschreven brief hebben gericht tot Prof. Dr. H. M. Kroon, BUtstraat 172
te Utrecht, onder overlegging van geboorte-acte, het Rijksdiploma als hoef-
smid (bedoeld in het Kon. Besluit van 28 Februari 1919 No. 85) en aanbe-
velingen uit vroegere werkkringen.

^ Eenige verruiming van arbeidsvrijheid is met steun van den B. S. P. N.
verleend op een aanvrage van den heer L. Fr. A. Steding, Kapelstraat 10 te
Utrecht, welk besluit van den hoofdinspecteur van den Arbeid te Utrecht,
4e District, luidt als volgt:

A.nbsp;De gevraagde vrijstelling te verleenen tot en met 30 November 1927,
onder de volgende voorwaarden:

1.nbsp;Dat tusschen aanvang en einde van den dagelijkschen werktijd niet
meer dan 10 ^/g uren zijn gelegen.

2.nbsp;dat op de arbeidslijst is vermeld:

a.nbsp;dat het aantal werkuren per dag niet meer dan 8 V2 en per week niet
meer dan 48 bedraagt,

b.nbsp;dat tusschen begin en einde van den dagelijkschen arbeid ten minste
twee onafgebroken rusttijden worden verleend van tenminste 1 Va en i/j uur.

3.nbsp;Dat deze vrijstelling gedurende den tijd, dat daarvan gebruik wordt
gemaakt, opgehangen is naast de arbeidslijst.

B.nbsp;Verzoeker er aan te herinneren, dat deze vrijstelling ten allen tijde
kan worden ingetrokken.

— Korte wenken, ingezonden door de Centrale Werkgevers-Risicobank.

1.nbsp;Gebruik bij het autogeen-lasschen en snijden een laschbril en bij het
electrisch lasschen een scherm.

2.nbsp;Gebruik geen uitgesleten moersleutels.

3.nbsp;Maak geen machines schoon en smeer ze niet als zij in beweging zijn.

4.nbsp;Draag geen ring aan den vinger bij het werken aan machines.

5.nbsp;Leg geen voorwerpen in doorgangen en paden: een ander struikelt er
misschien over.

6.nbsp;Draag kort geknipt haar als ge werkt aan draai- en boor banken.

7.nbsp;Draag bij het gieten beenkappen.

8.nbsp;Gebruik steeds deugdelijk gereedschap. Half versleten gereedschap
levert bij gebruik gevaar op.

9.nbsp;Kom nooit met olie of vet aan het reduceerventiel van een zuurstof-
flesch. De uitstroomende zuurstof doet dit ontbranden en het reduceerventiel
zal uit elkaar springen.

10.nbsp;Gebruik voor vulling der aanzetketels van gasmotoren nooit zuurstof,
doch stikstof of koolzuur.

11.nbsp;Loop of sta niet onder geheschen lasten.

12.nbsp;Spijker geen lat of plank op den ladderboom wanneer deze kapot is.
Zet
er een nieuwen boom in.

-ocr page 196-

—nbsp;Vergadering van hoefsmeden te Brussel. Op Zondag 28 Nov. '26
is te Brussel een vergadering gehouden, die door ongeveer 100 leden werd
bijgewoond. Deze vergadering was nog weinig zakelijk, maar droeg een
feestelijk karakter. Men stelt zich in de toekomst voor vergaderingen te
houden, waarin 's voormiddags een agenda wordt afgewerkt, om dan 's na-
middags het aangename met het nuttige te verwisselen en bij welken vriend-
schappelijken omgang ook het collegialiteitsgevoel kan worden versterkt.

De vergadering werd geopend door den heer de L u y k, met de voor-
lezing der ingekomen berichten over verhindering. Daarna hield de voor-
zitter, de heer Dombrechtuit Brugge, een korte openingsrede, waarin
met vreugde werd gewaagd over de tegenwoordigheid van smeden uit alle
deelen des lands, en dat de Vereeniging, door den oorlog verstrooid, op nieuwe
grondslagen is ingericht en thans reeds ongeveer 200 leden telt.

De heer Bosman (eerevoorzitter), directeur der Hoefsmidsschool te

Brussel, schetste het werken en streven van den schutspatroon St. Eloy,_

hoe gedurende vele jaren het hoefsmidsvak een minderwaardig aanzien en
bestaan had en zag daarna onder de oogen hoe door eensgezindheid reeds
verbetering is bereikt, en welke wegen zijn te bewandelen om nog betere
resultaten te bereiken. Het inrichten van leergangen in alle provinciën van
België en van de practische middenschool te Brussel, hebben den voorheen
bestaanden toestand geheel ten goede gewijzigd. Bosman wees op het feit
dat men reeds overal tracht een behoorlijken prijs voor het beslag te vragen
en dat de eigenaars beginnen een goed, welverzorgd beslag naar waarde te
schatten. Desniettegenstaande worden er altijd nog hoefsmeden gevonden,
zelfs gediplomeerde hoefsmeden, die de op school ontvangen raadgevingen'
als het ware vergeten en die als prijsbedervers optreden. Spr. meent dat het
nu uit behoort te zijn met zoodanige concurrentie-vrees, daar anders hetgeen
op de wagenmakerij wordt gewonnen, op het hoefbeslag wordt bijgelegd.

J. A. Schieman.

—nbsp;Duitsche Vereeniging van belanghebbenden bij paarden. Dc ..Deutsche
Schmiede-Zeitungquot; van 11 Nov. vermeldt de oprichting van bovenstaande
Vereeniging op 5 Nov. j.1. De voorbereiding was getroffen door den Rijks-
bond voor warmbloedfokkers en dien voor koudbloedfokkers. De oprich-
tings-vergadering was talrijk bezocht door vertegenwoordigers uit alle
deelen van het Duitsche rijk, die tezamen verscheidene honderdduizend
leden achter zich hebben. Behalve vertegenwoordigers der beide genoemde
vereenigingen op het gebied der paardenfokkerij, waren ook de handelaren,
stalhouders en sleepers, dierenartsen, verschillende belanghebbende
ambachten, rij vereenigingen, vereenigingen voor dierenbescherming, de
fouragehandel, de graanbeurzen, het verzekeringswezen, en meer andere,
vertegenwoordigd. Ook het Ministerie van Oorlog en het Pruisische Ministerie
van Landbouw hadden zich laten vertegenwoordigen. Bovendien namen
aan de vergadering deel de Duitsche landbouwraad en de Pruisische Opper-
landbouwkamer.

De vergadering werd geleid door den bekenden Dr. Hoesch, die het doel
der Vereeniging uiteenzette, n.1. om de Staten-Generaal en alle andere invloed-
rijke hchamen op de groote beteekenis van het paard in het algemeen te
wijzen en duidelijk te maken dat de landbouw, industrie, handel en verkeer,
beshst niet zonder het paard kunnen bestaan. Terecht werd er op gewezen
dat nog heden ten dage het grootste deel van alle vrachten door het paard
wordt verplaatst. Met algemeene stemmen werd tot oprichting der Vereeni-
ging besloten en deze op breede grondslagen uit te werken, de pers om steun
te verzoeken en er op aangedrongen dat alle leden zooveel mogelijk in de
vakpers voor de noodige propaganda zullen zorgdragen.

Van hoeveel beteekenis een Vereeniging van belanghebbenden bij de
paarden is, bleek reeds uit de mededeeling van den voorzitter, dat de

-ocr page 197-

Pruisische Regeering het voornemen heeft om de Staatsstoeterijen geleidelijk
in te krimpen en het meerendeel der hiervoor tot nu toe beschikbaar gestelde
middelen te schrappen. De vergadering besloot met algemeene stemmen
een verzoek te richten tot de Pruisische Regeering om de nieuw opgerichte
Vereeniging te willen steunen, niet over te gaan tot inkrimping van de
Staatsstoeterijen, onder opmerking dat het voorhanden zijn van uitnemende
dienstpaarden in het Rijk niet alleen voor den landbouw, de kleine en middel-
groote bedrijven, van groote beteekenis is, maar ook voor verschillende
andere groepen in de maatschappij.

De Pruisische Opperstalmeester Groszkurth werd tot eerste voorzitter
gekozen. Op 15 Nov. zou reeds een tweede bijeenkomst plaats vinden.

Wij hopen de lezers met de handelingen dezer Vereeniging, waartoe o. a.
ook is toegetreden de Duitsche Smedenbond, op de hoogte te houden.

— Examen voor rijkshoefsmid te Utrecht. Bij het examen gehouden 1, 2,
3 en 4 Nov. j.1. zijn geslaagd: T. Zwaagman te Onderdendam, A. Schreuder
te Baflo, C. A. J. van Alphen en A. van Alphen, beide te Wagenberg (N.-Br.),
M. J. de Kok te Wouw, H. Huysman te Nieuw-Milligen, K. van Pelt te
Abbenbroek, A. Bruntink te de Rijp, W. B. Henricks te Steenderen, H. C.
Vos te Enschede, P. H. van Cruyningen te Sluiskil, J. A. van Cruyningen te
Axel, J. Reitsma te Sauwerd, B. Medendorp te Kantens en A. Streunding
te Uithuizen.

— 1927. De inhoud van den eerstvolgenden jaargang zal nog onder de-
zelfde Redactie, als tot nu het geval was, verschijnen, doch de heeren Dr.
R. H. J. Gallandat Huet, Directeur der Militaire Hoefsmidschool te Amers-
foort, Kapitein-paardenarts T. D. Sighng, leeraar aan de Kon. Mil. Academie
te Breda, en Dr. C. Brands, paardenarts Ie klasse b]h. Regt. Veld.-Artillerie
te Ede (Geld.), hebben zich bereid verklaard geregeld maandelijks een deel
van den inhoud te geven, een regeling waaromtrent in de Januari-aflevering
1927 een nadere uiteenzetting zal volgen.nbsp;A. W. Heidema.

PERSOVERZICHT.

—nbsp;In „ Veterinär-Medicinische Berichtequot; wordt een artikel over het beslaan
van lastige paarden gerefereerd, geschreven door den dierenarts Becker in
„Tierärztl. Rundschauquot;, waarbij er op wordt gewezen dat het een half of
heel uur gekluisterd laten liggen, of 1 a 2 keer gekluisterd beslaan der achter-
hoeven de dieren veelal zoo de overmacht van den mensch doen beseffen
dat zij later geen weerspannigheid meer bij het beslaan toonen.

—nbsp;De ijzerprijzen, zoo wordt uit Duitschland bericht, zijn thans terug-
loopende.

—nbsp;De kolendelversstaking in Engeland behoort tot het verleden, doch de
productie zal voorloopig nog wel niet op het oude peil komen, terwijl er heel
wat tekorten zijn aan te vullen. Gelukkig dat de winter dit jaar laat komt,

—nbsp;Volgens het vakblad Iron Age heeft de jwoductie van rvw ijzer in de
Ver. Staten
in October 3,313,623 ton bedragen, tegen 3,136,000 in September
en 3,023,000 in October 1925. De gemiddelde dagelijksche productie bedroeg
in de afgeloopen maand 106,891 ton of 2.5 pet. meer dan in de voorafgaande

-ocr page 198-

maand en 97,528 ton in October 1925. Aan het einde van October waren
218 hoogovens in bedrijf, tegen resp. 216 en 206. De ruwijzermarkt was de
laatste week der maand levendig gestemd bij stijgende prijzen, in verband
met den gang van zaken op de kolenmarkt. De staalfabrieken van Pittsburg
produceerden op 75 pet. van haar capaciteit, tegen 80 pet. in de voorgaande
week en 85 pet. in Augustus en September. De afgenomen vraag naar staal
wordt algemeen als een gevolg van de geringere vraag naar staal van de
zijde der automobiehiijverheid aangemerkt, (u.
N. R. C.).

— De December-aflevering van „Der Hufschmiedquot; bevat het geïllustreerde
artikel van Prof. Dr. H. M. Kroon over de hoefyzers uit de vroegere middel-
eeuwen, overgenomen uit het „Tijdschrift voor Diergeneeskundequot;, van welk
artikel een referaat in „De Hoefsmidquot; van September j.1. is geplaatst. Het
artikel is vertaald door den dierenarts Eugen Basz te Görlitz. Het betreffen
ijzers gevonden in de Limburgsche gemeente Maasniel, op een diepte van 40
ä 50 c. M. (Prof. Kroon heeft ons verlof verleend de afbeeldmgen dier ijzers,
benevens van een metalen kluister, in „De Hoefsmidquot; over te nemen, zoodra
de betreffende cliché's uit Duitschland zijn terugontvangen).

Het tweede artikel is van Prof. Dr. A. Fischer: De aanwending van kurk
bij hoefbeslag. Dit artikel handelt in hoofdzaak over de wijze waarop het
product van de kurkeik wordt verkregen. Deze komt vooral voor in Spanje,
doch wordt ook aangetroffen in Zuid-Frankrijk, Italië, Portugal, Griekenland,'
Algiers en Marokko. De kurkeik bereikt een hoogte van 10 a 20 Meter met
een omvang van 2 tot 5 Meter. De eerst afgescheiden kurklaag heeft een
grauwe kleur, diepe kloven en talrijke scheuren; deze laag leent zich niet
voor technische doeleinden en heet mannelijke of maagdelijke kurk. Pas
na verwijdering van deze laag groeit een tweede kurkplaat, die vrouwelijke
kurk wordt genoemd. Langs kunstmatigen weg heeft de kurkproductie een
meer regelmatig verloop verkregen.

De eerste kurklaag wordt niet weggenomen voor dat deze 3 ä 4 c.M. dik
IS. De kurkeik is dan ongeveer 25 ä 30 jaar. Pas na 9 k 12 jaar kan de volgende
laag worden geoogst. De verder volgende lagen nemen in qualiteit toe.
Het klimaat oefent een grooten invloed op den groei uit. De oogsten hebben
m Spanje en Portugal een tnsschenruimte van 8 ä 9 jaar, in Frankrijk 12 jaar.
Vorst en koude werken nadeelig op de kurkvorming, vochtigheid en warmte
daarentegen bevorderen het elastisch en taai worden der kxirk.

De aanwending in het hoefbeslag heeft vooral betrekking op zolen en ter
vermenging van de hoef kit.

INGEKOMEN BOEKWERKEN.

Van W. Bernet amp; Co, Ijzer- en Staalhandel te Amsterdam: een
nieuw profielboekje, bevattende de soorten en afmetingen van ijzer en staal,
die geregeld in voorraad worden gehouden, alsmede gewichts- en herleidings-
tabellen. Het 84 bladzijden tellend boekje, met afbeeldingen van het hoofd-
kantoor, magazijnen en opslagplaatsen, lijkt ons practisch ingericht en een
nuttige vraagbaak voor handelaren en gebruikers. Het boekje is op aanvrage
gratis verkrijgbaar.

-ocr page 199-

„HIPPOSquot;

DORDRECHT

Direct uit voorraad leverbaar:

Winterijzers model A, wijden stand der toonnagel-

gaten, ook Twentsch model genoemd.
Winterijzers model B, met afgebroken rits en twee
stampgaten.

Zomerijzers met rits of met stampgaten, met of
zonder kalkoenen, in dikten

7/16quot;, 1/2quot;, 9/16quot; en 5/8quot;.
Alle zuiver linksche en rechtsciie modellen volgens
den normalen hoef.

Waar niet vertegenwoordigd, direct van de fabriek
te betrekken.

gs
©

83

©
©
©

83
83

gs

S3
©

83
88
88
88
88
88
83
88
88
88
88
88
83

SS

83
©

83
83

83
©

83
83
83

8S
amp;

-ocr page 200-

Zeeuwsch-Vlaisclie ioefijzerfabrieli - Stoppeldl

Heeren Smeden en IJzerhandelaren!

Wat Onderwijzers-Hoefsmeden e.a. van onze lioefijzers zeggen.
f'De origineele tekst dezer attesten ligt op ons kantoor ter inzage).

Cadzand, Mei 1926
Aan de Z.- VI. Hoefijzerfabriek, Stoppeldijk.
Mijne Heeren!

Hoewel ik pas dit jaar voor eigen reke-
ning een hoefsmederij begonnen ben, zijn
uwe hoefijzers mij uit mijn vorige werk-
kring reeds lang bekend. Ik beschouw
deze als het eenigste fabriicaat, dat aan
de eischen, welke men aan een goed ijzer
stelt, voldoet. Het is mi als Onderwijzer
Hoefsmid aangenaam U deze verltlaring
te kunnen geven.

Inmiddels verblijf ik.

Hoogachtend,
(w.g.) W. J. ROBIJN,

Onderwijzer-Hoefsmid te
Cadzand.

Dinteloord, Januari 1926.

Aan de Z.- VI. Hoefijzerfabriek, Stoppeldijk.

Mijne Heeren!

Ondergeteekende verklaart, dat uwe hoef-
ijzers welke al jaren door hem zijn be-
trokken, de beste zijn, en dat het paard,
wanneer het kon spreken, geen andere
zou willen hebben. Uit de vele door U
verworven bekroningen blijkt ook dat de
deskundigen van dezelfde meening zijn.

Intusschen,

Hoogachtend,
(w.g.) JOH. VAN NIEUWENHUIJSEN,
Hoefsmid te Dinteloord.

Schoondijke, Januari 1926.

Aan de Z.- VI. Hoefijzerfabriek, Stoppeldijk.

Mijne Heeren!

Door mij worden reeds meerdere jaren
uitsluitend uwe hoefijzers gebruikt, en
dit tot mijn volle tevredenheid. Dat het
hoefbeslag in mijne smederij steeds toe-
nam is een bewijs, dat met uwe hoef-
ijzers goed werk kan worden geleverd.
Ik wensch dan ook geen andere ijzers
meer te gebruiken.

Met beleefde hoogachting,

(w.g.) Q. STEIJAERT,

Hoefsmid der H. Ver. Schoondijke
en meerdere vooraanstaande
fokstallen.

Dreischor, Januari 1926.

Aan de Z.- VI. Hoefijzerfabriek, Stoppeldijk.

Mijne Heeren!

Mijn eerste bezoek aan uwe fabriek te
Stoppeldijk op 16 Juli 1919 stemde mij
tot een tevreden afnemer, om reden van
uwe hoefijzers geen overschot blijft.
Zulks getuigt van uwe vakkundige leiding.
Sinds dien tijd heb ik dan ook geen
andere ijzers meer gebruikt.

Intusschen

Hoogachtend,
(w.g.) L KEIJL,
Hoefsmid te Dreischor.

Aanbevelend,

z. ui. Hoeiiizenaiinek: Firina h. kerckhaert te stoppeldijk.

Vertegenwoordiger voor Limburg, Oostelijk Noord-Brabant en Zuidelijk Gelderland:
FIRMA LEM amp; VOSSEN te MAASTRICHT, St. Maartenslaan 32.

-ocr page 201-

Paarden en Runfluee uerzekert men op fle uoordeeiigste uoorwaarden

bij „Groningenquot;, Alg. Onderlinge Maatschappij tot
Verzekering van Paarden en Rundvee

gevestigd: Catharijnesingel 75, UTRECHT. Telef. No. 12138.

Directeur: F. F. LEOPOLD.
Adj. Directeur: B. L LEOPOLD, Dierenarts

Grootste zuiver onderlinge in Nederland

ACTIEVE VERTEQENWOORDIQERS OEVRAAODl

De wnd. Directeur-Greneraal van den Landbouw brengt ter kennis
van belanghebbenden, dat in de maand
Januari aanstaande op nader
te bepalen dag te
Utrecht, gelegenheid zal worden gegeven tot het
aHeggen van het

TOELATINGSEXAMEN

tot den cursus ter opleiding van onderwijzers in praktisch lioefbeslag.

Aanmeldingen moeten vóór 20 Januari zijn binnengekomen bij
Prof. Dr. H. M. KR00i\ te Utrecht, Biltstraat 172.

Voor nadere bijzonderheden zij verwezen naar de Nederlandsche
Staatscourant._

W. BERNET amp; Co, AMSTERDAM

berichten, dat zij een GROOTE PARTIJ

HOEFIJZERS

Ie en 2e soort,

in VOORRAAD hebben, die zij wenschen OP TE RUIIVIEN

WATSON'S NIEUWE HOEFRASP

VAN PRIMA ENGELSCH JVIATERIAAL

IS DE BESTE EN DAAROM DE GOEDKOOPSTE.

Vraagt deze raspen bij Uw Leverancier.

WAAR NIET VERKRIJGBAAR DIRECT VAN ONZE FABRIEK.

Prijs f 11.50 per dozijn blokmodeL
• Prijs
f 10.75 per dozijn plat puntmodel.

ö. WATSON amp; zoors VIJLENFABRIEK,

HILLEGERSBERG BIJ ROTTERDAM.

OP AANVEAGE GRATIS MONSTERS VERKRIJGBAAR.

Opgericht in 1903.
Reserve f 188.316.06'/a

-ocr page 202-

Wanneer gij het beste op gebied van hoef-
beslag wenscht, gebruikt dan

.isr

l!l!!i!Ëi!!i!00!i90!l!!I!!]l!ËIÜI!l!!IiiJe!^

■11

ili

ili

■IS

ET
ili
Ei!
ili

ili
ili

Ze zijn bodemnauw, hebben schuin gestampte
gatén en een juiste verdeeling en plaatsing der
nagelgaten.

HELPMAN-HOEFIJZERS zijn niet noodeloos
zwaar; de verpakking weegt zoo goed als
niets en dus zijn ze
per stuk de goedkoopste
aan de markt.

ili
ili

SIS

HOEFNAGELS

HOEFIJZERS

HELLER HOEFRASPEN
Alle artikelen voor Hoefbeslag.

B. A. LUYKX

Telefoon 46080

Amsterdam
Hekelveld 16

-ocr page 203-

Firma S. C. M. BAX

Glashaven 9. Rotterdam - Telef. 1355

Specialiteit in Artikelen voor Hoefbeslag.
Machinale hoefijzers Helpman.

Mustad- en Ster-Hoefnagels: meest uitgebreide sorteering
in
meer dan 70 maten en modellen voorradig.

Rubber-Hoefzolen: Uitsluitend van prima kwaliteit
caoutckouc vervaardigd, dus
niet van rubberafval.

a. Open en dichte luchtdrukzolen voor voo,r- en achterijzers
in 9 resp. 11 maten voorradig.

h. Zolen voor halve ijzers met hoog rubberkussen in 8
maten voorradig.

c. Rlokzolen, straalzolen en hielstukken.
Kunsthoorn, kurkkit.

IJsnagels, kalkoenen, stiften, opruimers, hoeftangen, af-
breektangen, renetten, hoefraspen, hoefhamers, houwklingen,

lasch- of weiblad, laschpoeder, metaalzagen enz.
^ - ^^

-ocr page 204-

LAMBERT
HOEFZOLEN

in de modellen

Lambert open pad
Frog pad

Red Philadelphia pad (rood rubber)

en de bekende
Amerikaansche

Heller Hoefrasüen

'$m

illl

iti

ii#i
$111
till

liti

t.w^jiiijS.;
mmmaïti»

Lambert amp; Company
Leuvehaven 66 :: Rotterdam

Pria Dniisdie smetiiiioiiin

a f 21.— per 1000 K G.

Vrijboord Amsterdam
of franco bergplaats Amsterdam.

J. C. JANSEN amp; ZOON - AMSTERDAM.

TELEFOON 44523.nbsp;LIJNBAANSCRACHT I56d.

-ocr page 205-

t-AV

ó

- . -

quot;äf'-

V

-ocr page 206-

m

f#1

11

1

m

t.

-ocr page 207-
-ocr page 208-

m