Lë.-'WI
f
O. oct.
geschenk van
mevr. de wed.
d«. q. p. van
tienhoven=
ninck blok.
%..}
w
7.1
(il
'il
«
-ocr page 5- -ocr page 6-■
r
(
A
V' ,
ft''.k/v...., ,: I
-ocr page 7-van
HENDRICK vak ROONHUYSE»^
Ordinaris Heel-raeefter
der Stad
AMSTERDAM.
Betreffende de Gebreekken der
VroHwen.
f
By de Weduwe Van Theunisjacobfz. Boeck-
Verkoopfter op 't Water, in de Loots-
man. Anno 1663»
'lllV'AAI
r Ä v :
Vnbsp;^nbsp;■ . ■
1' ■
r-
Ti.nbsp;i -
-ocr page 9-M Y N HEER
»
Oud Burger-Meeftcj!^^^^
En
Raad der Stad
AMSTERTiA ITT^
Tegenivoordkh
Gecommitteerde Raad
Van de
STATEN van HOLLANDj
#
Werdt
-ocr page 10-Ende
GENEES
Toe-ge-eygent, en Op-geoffert,
Van fijns Ed. Dicnftfchuldige
Onderdaan, Qicnaar
H. van Roonhuyse.
• ',nbsp;Aan-
Aanfpraack tot den befcheyden
Socordis eß , acquicfcere in veterihm.
gunstige leseer,
E heweegh-redenen die ick^gehadt htbhe, om
defe Jiegulen den DrucJ^gemeen te maken, zyn
verfchejden I de heweechelijckfte daar van is
defe, dat al 'tgeen ickjn de f üvige kome aan te
mercken, mj felf niet alleen nm, ende dienfligh tot oef-
feningis, maar ooc^m^n naaßen- ende voor eerfl,fo
fal hetmy tot grootemoeyie, ende andere,gelijck,ick.hoope
totprofyt ßreckeniengeenredenveroorfaaken ,om de an-
deren te vtrfwijgen.Want alle het geen hur in verhandelt
mn, ^ijn eenighe lgt;yfcndere ^anmerckingeni enfoomy
den tydt niet en ombreeckt, ƒdien vey de anderen den Le-
fer mede deelen t niet twijjfelende ofte hj fal mijne moeyte
ten hefien dnyden, als hy het felvtge met geen onvergenoe-
gingh en komt te doorfien; ende hy aldien hieryets mochte
inßaan, dat door duy ßere woorden vanyemant in een ver-
keerdenfmverftaanwierr, verfaeck^ick^datde felve fijn
ledige uren befleet, endoor ftjn Pen my laet toekomeny
op dat ick^ fijne meynmg m defe moch verßaan- Want ny
beleevenfnlck^en heklaegelijken eeuw,datmen nauwelijcks
yets aanmerckens waardig dürfe aan den dach brengen.^ten
z.y het eerfi en voor algenoegfaam bewaart is,en meißer-
ke Bolvperken en Trawanten verfien, dte het gewei: van te-
genfpraakj achierkjap wederfiaan. Want die het minß$
veten, willen veeltijts hei meeße te f eggen hebben.
* 4nbsp;£emin/if
-ocr page 12-Bem-nds Lsfer,vm de reßerende dmmerkjngen (alfa
mj den tijtombreekl) v iltweynigtefeggen-. wj f uilen aU
leenknen op hetgeen hier vmgeoordeelt rnrt^ waar doort^^
mach amgeport werden tot meerder litfl, en defe heel-kon-
ßigc Aanmerki'igen oordeel ikvoor eerfl de aldermotfake~
lijckje tenbsp;ontrem de Heel-konßde meeßemisßa-
gen tn begaait werden, z,ijndeaok^ van alle de wercken der
Gsnees-^nß niet vm de minße, maar eenige der felver
van defwaagt;-fle-gel!jck^alsdan[^xzxs Siekten.fwaare
remïdien verejfchen, a/foo vereyß'chenoocJ^defe fwaars
gebreken ds raeefte m^r^W^iizytidoordewelcke men
geraackji totgrooter kennijfe. Oordeelt dan nyt defe, ofwy
met de Schriften der oude Heelmeeßers ons te vreeden fül-
len hopiden, ende foo fachjens voortgaan, ofte op defe ah
oock^ andere Aanmerckingen, onfeoogen Jlaan, tot hulp
ende troofl der Lijders.
Hiel in dm, kpntghy bemsrcj(tn, dat indien dm noch foo veel
te fegten vati, op foo weyni^ Ainmerckjn^en, wat fouie daar niet
teßhrijvennbsp;foQ een voonrejfdijke K^^fl ^Is de Heetkpnfi
fs, die op't alderhoogß geacht wert vm ongefonde ende gebreckelij-
kfi : miargantfihiPiynig geacht vangefondi en dertelemenfcben;
ja met verfoeyinge ende veracbtinge dickwils tegengefproken tPert.
Ende alfoo mijn voornemen is om den Lefer niet te laßig te :(i)n,
door een lange Voor-reden, foo füllen tvy met al te lang o»fe oogen
ßaM op de ondankbaars, pant tck vreefe dat fy joude mijn voorne-
msngantfh hinierl^ck^ijit, maaritsver fiin op de betracbtinge
van mijn f huidige plicht,eaie de felviie toe-ejgenen diegeene die
met ons verder willen , tat meerder ophnuimng van de Heel kpnfl,
00 dat fy mocht volmaac'.'.ter tOirden, Ontfmgt dan defe tveynige in
dancl^,endegebruycktfe ten b -ßrn van u fe/vtn, als van een ander,
en v'.rwMht met dir fß foo Godt Almicbtich my noch langer tn
(nun belieft te beivaaren , yets meerder. Vaart wel.
Pre capcu leitoris habent fu^ facg libelli.
-ocr page 13-op de
Van den Wei-ervarene en Hand-vaardige
HE'RRIÏi yan ^OOISlHUISB^
Stads Heel-meefter t'A m s t e r d a m.
^ Cafia F ave Lncina, mus jam regnat ^pollo.
Oe deerlijk is Helaas ! het Menfchen leeven lt;
, Hoe eewig-duurend word hy omgedrecven
Op baaren van het ongebaart geval !
----- Noyt fonder lijden is fijn Leeden-ftal,
Dat fich van duyfend rampen voelt beklemmen ,
En 'tftroomend Bloed in d'Ader^vaaten ftreinmen,
So draa een prangend quaad fijn rif belaagt.
Van buyten en van binnen yder draagt
Een iaftig pak van meenigvoude fiekte.
Dc Daageraad van 's Menfchen leeven kriekte
Nochnaawlijx, of defmert kriekt'ook met hem.
Wie Menfchen noemt, noemt met die fel ve ftem
Een Pakhuys vol bedroefd' angftvalligheeden.
Van d'Hoofd-fcheel af doorgaande na beneeden
Tot aan de Voed-fool roe is hy benàrt.
De Borft, de Long, de Buyk, het Hoofd. het Haiï
De Handen en de Beenen, die ons fchraagen .
Door ftillen raad met krankheyd ons belaa^en.
Wyfondigen en boeten te gelijk. °
Die ftralfen fijn oorfpronklijk uyt het rijk
Van Eden , doen Vrouw Eva heeft gcfondigt.
Pie quaalcn fii n dat eerüe Paar verkondigt.
Daar kreeg de Slang voor 't liftige feni jti
Van Menfch-verleydkige doorkruypen pijn.
Daar kreeg de Man, ons' eerfte Vader Ade,
Die (ijn gemoed onachtfaam liet verraade
Van Eva, dieheylloofefonde-Moêr,
Het fijne, doen fijn Hals het drabbig moer
Van onheyl ivi^elgde, dat niet waste mijden.
De Vrow viel mee in neevelachte tijden,
En erfde ftraf, toen God haar Schepper wow gt;
Dat fy met fmert haar Kinders baaren fow.
De Vrowen dan, ook maaxel van Gods handen ,
(Geen Monders, als veel Ichrandere verftanden
En * Ariftotel felf de Vrowen noemt.
Die maar alleen op 't Manne-fchepfel roemc.
En feyt dat Vrowen zV]ngetubäe Mannen
EnMonJtsrs, en, dit zijn haar eygen Vannen ,
Milflagen der nutuur en Ongediert. )
Noch, ftraffer ftraf, als ons gefonden wierd.
Wie fchrikt niet, die indachtig word haar Baar-tijd ?
En hoe fy maandelijk noch haar gevaar lijd ?
En voor en na haar Kinds-verloiring kermt 5
Wieisfofteenig, die fich niet erbermt
Met Vrowen, en beklaagt die fwakke vaaten ?
Wie fou dc Vrowe-fex oyt kunnen haaten ?
Wie voelt met haar geen reedlijk medely ?
Wie of haar troo.'t ontfëggen lou ? voor m
Ik durf een Vrow ver boven alles ftellen.
Men kan naeysde Vrowe-lof nietinellen.
Wat fouden Mannen fonder Vrowen fijn ?
Een Heemel ibnder licht of Sonne-fchijn.
Vond men geen Vrowen, men vond ook geen Mannen.
Hy fy verband, die Vrowen dan durft bannen.
Wat valt een Man een Vrow, fijn Moeder, 'bang?
Een Vrow ons draagt heel neegen Maanden lang
* ^«//of. I. 2. c. 4 ilt;{. 1. 4. c. 3.
ite Gtnerm, .^ mnal.
In'c
rmy
In 't binnenft Ingewand. Een Vrouw met bloede
En melk ons voed uyt toegeneygd gemoede,
Een Vrow ons baakert in het lachte dons.
Een Vrow altijd voorforge draagt voor ons.
Een Vrow om ons tdt flaapeloofe nachten.
Een Vrow fterkt met baar hand onfterkke krachten.
Een Vrow ons koeftert op haar fchoot en ermi
Een Vrow verfuft ons kinderlijk gekerm.
Een Vrow bekleed ons fchaamie naakte Leeden.
Een Vrow ons fpijft, wanneer v.'y honger leeden.
Een Vrow verfchafc ons met haarBorften drank.
Een Vrow bewaakt ons Lichgaam is het krank-
Een Vrow ons ftaamlen leert, oAbbal Vader!
Een Vrow óns brengt by God ten Tempel nader.
Een Vrow ons leert waar mee men Chriftus prijft.
Een Vrow ons met vermaaning onderwijft.
Een Vrow ons helpt met wijsheyd voor te leggen.
Een Vrow ons noyc fal hulp of raadontfeggenr
Soo veel vermag een Vrow, 6 eêle troep I
Maar oeh! hoe veel, eer fy na Echts-beroep
Een Vrow en Moeder word,heeft fy te dulde!
Van die tijd af, dat God haar fchoot vervulde
Met Manne-faai tot kinderlijke Vrucht,
Begint haar fmert en hartelijk gefuchr.
Sy kent haar quaal en haar benaawde vlangen.
Terwijl fy draagt haarKinders, onvoldraageii.
En noch onkundig leeft, of fy haar Vrucht
Sal leeven doen in 's Heemels vrye lucht,
Of niet miffchien die echte min befterven.
En haar bevrachte Buyk doen open kerven,
En fpaaren 't door de Kf)jJerlykJ^e Snee,
En lijden klaaglijk een onkJaaglijk wee:
Gelijk de Moeder heeft metluft geleeden,
Toen Scipio, de eertte wierd gefneeden
Uyt 's moeders Lichgaam, en de naam ontfing
\anCafar. Maniius, doord'Helde-kling
So
-ocr page 16-»O hoog beroemt, en Casfarfelf te R,oomen ï
;ijn door die Snse eerft aan den dag gekoomen.
Die Wet is by Pompiel, de tweede Vorft
Van Roomen fo verfterkt, dat niemand dorft
ien fwangre Vrow met vollen lijf begraaven,
^aar redde» cerftde Vrucht door fcharpe ftaaven.
Van die tijd af is al by ons gehoort
Van Keyferi'^k^ S»ee en die geboort'.
t)ai dcefe Ksyfif^ plach te gefchieden
Oat weetmen; maar, hoe 't onheyl is te vlieden,
Sulx weetmen niet: ons Breyn hier ftille ftaat,
Wijl fich Natuur fo ver naaw oopen laat:
ïn Ichoon fy haar geheym wow open gunne,
ïowaftmaar enkkei voor de Vrowe-kunne,
De Manfchap wierd uyt haare fchool geweert.
; Hoe is de Vrowe-fex dan fo verkeert
Oacdie niet hand-haaft die geheymeniflen ?
in wraakt uyt Eerbaarheyd die op te diflen
; Voor fuik een manlijk oog dat fchaam-rood heeft,
■ En dartel na geen kriele welluft ftreeft?
ïen fwangre Vrow, beftormt van Baarens-pijne,
^et niemand aan baar Leedekant verfchijne
^ Als Vroemoers , die op ondervinding ftaan ,
J Eo reeden van haar kunft niet gaade flaan.
Com nader nu dan vry angft-rijke Vrowen,
En fchaam u niet uw weedom te ontvouwen,
Aan Manfchap, dfe in Ondervinding leeft,
En volle plaats aan kiiylfche reeden geeft,
lar» d'Y-genoot in Gijf brechts Steede-wailen
s fuik een hulp-gier thans te beurt gevallen,
Wien deefc Kunft heel toegevallen fchijnt.
Wanneer een Vrow vol wreevle euvel quijnt,
ïn kan geen fmerten na vernoegen hind'ren *
n teeling van haar langgewenfte Kind'ren ,
Die fluy t haar boelem op; en fie niet om.
Roonhuyse weet na reedcns eygendotn
Met
-ocr page 17-Met Goodes hulp het Moeder-flot t'ontfluyten.
En quot;t luft hem fijn natuure te verbuyten,
En als een Man in 't Vrouwen ampt te treên.
Hy poogt fich heel aan 't Vrow-h uys te bcfteen ,
Gelijk hy lang de Manfchap was ten dienfte.
Hy vond die Kunft niet op het onverfienfte,
Maar eer noch als Roonhuïsen vandeRoonl
Weerkeerde, en de Franfche Lely-kroon
En Teems verliet, en weeder by fijn Vrinden
Aan d' Amftel, die vol-op Stad fich liet vinden,
Heefihydie weetenlchap heel aangevaari.
Waar op hy wierd Heel- f^nflenaar verklaart
En Steedt-Meejler by fijn Amiterdammers.
Is nu een Vrow in baarens-tijd vol jammers
En voor haar Vrucht of haar geen uytkomft £et,
Sijn Stads behulpfaam' hand haar middel bied.
Om beyde faam, of een van Tween te fpaaren,
O (ëegenrijkke Steên ! daar fulkke waaren.
Hy keurt het niet genoeg, die kunft alleen
Te pleegen , en ten beften van 't Gemeen
Die op te jluyten uyt fijn Herflen-kofter.
Maar eer hy viel het fterf-befluyt ten ofter,
(Om teegens God ondankbaar niet te fijn,
En dat die Kunft niet met fijn dood verdwijn,)
So leert hy dat de Broeders van fijn Orden,
En laat die Raad door Druk gemeènfaam wörden.
Verlofte Vrowen ! op! voldoet uw plicht,-.
Dank God en Hem voor uw gefond gewriclii»
Die Mannen en ook Vrowen kan geneefcti.
Wat fal de loon voor fuik een arbeyd weefen ?
Indien het voegt een krans van Daphnes blaan
Hun, die op Mannen Heel-konft fich verftaan,
En met op Vrowen fmert, om 't Hooft te ftrijkken j
So voegt het hem. ah een Apol te prijkken.
Met dubble Kranfen van dat Lauer-loof,
Waar voor de geur van andere verdoof.
, Op! draalt dan niet fijn Eet-naam te verkondige
'Van d'Oofter rot de Wefter-Son met böndige
En eewge tijtels, als dien Wond -artz paft j
Wiens yver door uwdankbre yver waft.
. Men bouw roonhuysen ook ter eer geen HaW/è»
-Met Tichchels overvioert. noch(lechte kluyflen,
' Maar fuik een Tempel als te Delos ftaat :
Hy nevens God uw Heyland minder haat.
, Han^ daar fijn Beeld te pronk voor Vreemdelingen
'En Nafaat: en tot meer verwonderingen
■ Schrijft dankbaar daar, dat yder kan verftaan^
Met goude Letteren dit onder aan ;
'o OONHUYSE door de Snee vati Keyffers
Derßvangre Frowen fmm
met hulp genas.
iRooNHUYSE door Heel-konftige Aanmerk-
king.
Ik /Heel koiifl:,merkè«aanjheelkonftïgB'4Ji
Meditando.
D E
-ocr page 19-D E
Tot den
LESER.
Yh royr volprefe Konft was half ghe-
raackt om 't Leven,
Had Rooden-huyfensLviÇt die niet doen als
herleven,
Met dat £jn fnedigh breyn het befte van .So«-
fetty
Ten^dienft van die l-em diept gulhartigh open
Hier wijft hyhoemen nuoock kondcmaa-
iken,
En redden 'thalf Doot Kint uyt 's Doodts be-
naauwdekaaçlcen,
Al fchijnt het veélen vreemt, hy leertnoch bo-
ven dat
't Geen } eder weeten moeft die fich mijn konft
vermat :
Dat's veelderhande quaal en fiekten van de vrou-
wen j
Hoe datmen s of genceft of beft faï onderhouwen^
Komr wijle Moeders en Heel-meefters komt by
een,
En kroont dit Heylfaam Hooft dat u dit maakt
gemeen.
R, Rogierfe Beerenaart.
Op
-ocr page 20-AANMERKKINGEN
■ fnbsp;vart ■
Ordimris Heel. meß er der Stait
AMSTERDAM.
H onrt Artzen die u ftaagvergaipt aan d'oude wetten ï
E^v-en s'isofhet noyt tling. den nakóbmHingvry .
Naar fijner Hetren-keiir, te Men felfdaat by '
Dat juyft 't al-oude breyn, niet heeft faeftaan te fetteni
Reyckt (bidd'ick ) hier een oor, dat fuyvetisengoet
In'tgheenderedeneyfcht; laar gheen voor oordeel-geldefl t;
Comtvraagde konftenal, laat elck dewaarheyt ffleldenï
'K wedd' uw den alderminftheel anders vo« tè moetj
Vraag al die iri onfe eeuw beftonden te vewchten
Al't gheened'outheyt ftelt, dat Aar-of Slag Aat-btoet gt;
Naar eicks verfcheydenheyt, verfcheyde werking doet,
Recht of'c gefcheyden was, gelijck in 't oogh, en krachten.
Ontwaackt uyt deefen droom, verlaat die fotte Waan ,
Onsisfoovèelvetftant, als haat, van Godt gegeeven,
Neemrdeefe Blad'renaan, Cctwachieiftaatgefchieven,
Hierkanelek, diemaatwili recht na dekonft verfUan.
Van Fsofden zwaar gewondt, Lijf-moeders needet fchieten ,
Yü'i]cU.e Baar-moerslreuck^, eaKeyfelijcktfnee,
Schriklijck, nytwaffinge, heelen, Vfl!iciiri,lcheydenmee,'
En Bhas-fiheur, laat hy elck fijn weetenfchap genteren.
W. de Vogel, Chimrgyn Otdin.
en van'tWees-huys dei Stede Hoorn.'
Van de
H E E L-K O N S T I G S
Der
-ocr page 22-- .f- ■
ïiil-'
î
-ocr page 23-BT
-O
Deeerfte Hiftorifche
Van een wonderlijck Lijf-moe-
ders Scheurzel.
Geschrbven
den feer vermaarden , en
wel-ervaarnen
Heel-meefter Ordinarisder Stadt
Amfterdam , Gafthuys , ende
van't Edele Collegieter
Admiraliteyt.
Waer in veele diergelvjcke gedenck^aardi-
ge gebreecken des Lïjf-moeders, ende
andere wonderlijcke voorvallen
van geluckige Genefingcver-
haelt mrden.
Ervaarn Mak:
Elijckerwijs Hippocrates zeyt, dat,»
de aldergevaerl^c(ßeßeckten,de aider,,
fwaarfle middelen vereyfchen. t ZeI-„
yigefoude men oock kunnen toe-
A enbsp;paflin
paffen de Kejferlifke Kinder-baaringe, de
welcke feer periculeus ende gevaerlijck is,
maernochtansfoo menlofwaerdige Schry-
vers mach geloof geven , veele daer van
Genefen zijn gheworden. Waervan veel
verfcheyde exempelen verhack worden,
van den feer geleerden, Franctfcus Roajfe-
tiisM fijn Boeckde Vfterotomotokia, ende
van andere Autheuren meer; Maer in onfe
tiidt werdt vandefe Operatie, gantswey-
nigh gewach ghemaeckt, om verfcheyde
'^^^nde voor eerft , om de kleyne kennifle
die de Vroevrouwen meeftendeel hebben ,
niet alleen van defe werkinge,raaer ook van
meer anderen : Want by aldien fy wiften ,
hoenootfaakelijck , dat in een welgeftelde
Republike, defe werckinghe , ende uyt-
halin-he des Kints , (de Moeder eerft ge,
ftorven zijnde) vercyft wiert, enoock dat
het by de Recht-gekerde voor een doot-
flach wiert gehouden, wanneer men komt
eenSwangere Vrouw (eerft geftorven zijn-
de) te begraven , voor en aleer men de
Vrucht uyt het lichaem gefneden heeft,
„ luns Conjtilti eum necis damnmt, qui gra-
vidam fepeherit, nonpmsexiraEiofaiu, quod
\ fpes anmantis cum gravida periip vi-
.JeMHY . Lib. 2. de Mmm infmndo, amp;
»fepnlchro amp;dificmdo. Soo dat wanneer het
pbeurt, dat een fwangere Vrouwe nieten
kan komen te verloflen . foo behoorde men
aaer altijt een Heel meefter by oft« on-
trent te hebben, om de Moeder eerftge-
Horven zijnde, de vrucht te Jainnenbe-
nouden , endedefelolFelijcke Operatie in
t werck te ftellen. Oock foo verhaelt Vale-
^ws, Maxtmus Ith i. cap. ultimo, dat een \ekere
yorgias na V afflerven fijns moeders ter wereldt
komende , door ftjn onvermcht fchrejen, den
geenen die.'t lijck^ droegen heeft ful doen ftaem
igt;otgt; dat de Moeder nn aireede overleden , een Soo»
terwereldth-ack, ende defen Gorgias eer nyrqe-
dragen was als gebooren. Siet hier van ' 'h-
mtius Hildams in £jn antwoordt, aan
Igt; \Michael Doringius, Genees-rneefter tot
Breflauw.
De tweede reden is , om dat het een
Auraare, enforgelijckeOperatie is, infon-
derheyt, voor die geené , die in deOnt-
ledinge nietervaren zijn , ende derbalven
met en weeten : Wat de VJ}ero:o^.oiokgt;a:
Dat is de Kejfcrl^cke-Snee , berluvdt.
Want het IS evgentlijck een uythaiinge van
een vrucht uyt de Baarmoeder van een
Iwangere Vrouw, de weicke van 't {c!fs niet
cn kan komen te verlciTen, ende een door-
Inydinge in de zyds van dsn buyck, en
A 3nbsp;' Baar-,
Baarmoeder, doch fonder perikel van de
Moeder ende Vrucht: Ia felf van de on-
vruchtbaarheydt, foo men, het fchry ven
van verrcheyde Autheuren mach gheloof
geven, gelijk als onder anderen V^/'.Prf«-
ius Dirlewang gebeurt is, dewelke een Vrou-
v?e van I^teme, genoemt Mitfgrita, aan de
welcke hy de Keyferlijcke Snee in 't werck
hadde geftelt, ende fy wiert een laar na ha-
re Genefinge wederom Swanger bevonden,
ende haare baarens tijt vol dragen zijnde ,
Icondefe niet verloffen , en de benaude
Vrouwe fette al by wat mogelijck was, doch
alles te vergeefs. De M'.daer by ontbooden
zijnde, bevondt voor de tweede reyfe,
de noot van grooter gevaar,doch de Vrucht
fterck ende kloek ^ maer de krachten van
de Vrouw weynigh, oordeelden hy echter
geraaden het Mes wederom te gebruycken
tot behouderiilTe van Moeder en Kint,
want het oude Lykteycken entfetten fich
eenigfins, ende de Vrouw die anders doots
eygen was, ftont het felve toe: maer haar
Moeder en anderen wilden het niet confen-
teeren, maer liever de Almachtige bevolen
ïaten. Maar by aldien defe Vrouw haar
voorigedoode Vrucht4laarenin de Baar-
moeder gedragen heeft gehadt, ende de fel-
vige met ftucken is uytgefneden geworden,
echter
-ocr page 27-van de Aenmenl^ngen. y
echter geluckigh Genefen. Wat minder re-
den? indien het tweede fïjnde. kloeck en-
de Iterck, in tijdts waer uyt gefneeden,
ioudehet nietbuyten alle twijffel behou-
den zijn geweeft?
Ten derde, foozijn andere van ditge-
Voelen,datdaergenoegh gefchrevenis, en
niet en kan befchreven worden, 't welck
niet te voeren verhaelt is geweeft by ande-
ren , weicke foorten van menfchen men
onderde onervaarenen foude mogen reke-
nen. Want ickbevinde my van eencon-
trary gevoelen: te weten, dat alles, wat
daer gefchreven is van de Heelkonft, niet
te vergelijcken is, by al het geene dat daer
van noch {oude gefchreven kunnen wor-
den; Welck gevoelen ervaarn Man, ick aan
u oordeelftelle, ofte defe 5 redenen, niet
^ fijn de voornaemften, waer door defe
Operatie, foo weynig bekent is. Wat het
bchryven belangt.
Neemt maer voor eerft , tot exempel
het fnyden van een fware Hafe-mondt,daer
het bovenfte Kake-been , met het ver-
heemelte van de Mondt, gefpleeten is, ende
alwaer de fcheydinge van de Lippen, een
groote Vinger-breedt van malkanderen
gaapende zijn; hoe veel verfcbiltfoodani-
gen Operatie , van de onder-rechtinghe
A 4nbsp;en
cnvoorftel, die ons vermaarde Schryvers
hebben nagelaten.
Ten tweeden, van Vrouwen in Barens -
ïiood,omhaer doode Vrucht af te nemen en
te verloffen, bemerk ik dat de voornaemfte
Autheuren die daer van gefchreven heb-
ben,'tfelvige mijns oordeels weynighebben
by der handt gehadt , noch oock het In-
ftrument dat fy den Griffioen veel noemen ,
feer bequaem, foo fy ghetuygen , om een
Kints Hooft uyt te trecken, 'twelckin't
Lichaem der Vrouwen gebleven was, want
defe en diergelijcke Inftrumenten en ko-
men hier gants niet te pas, noch en werden
jn defe gelegentheyt vereyft. En wat een
kleynen, ofgeengebruyck , d^zhctSpe-
cnkm Adatricishcck, in't wech nemen van
alle foorten van Vratten, laöt ick aen U:E.
Ten derde, het affetten der Lijfmoeders,
waervan by veele voortreffelijcke Autheu-
ren, fooheerlijck van gefchreven is; van
't welcke ick wijtluftigh gefchreven hebbe
in een byfondere aanmerckinge , waer uyt
ghy mijne meyninge in defenfult kunnen
verflaen.
Ten vierden, foo verftaen wy noch te-
genwoordig foo door brieven , als patien-
tcnj yets wonderlijckx van een nieuwe on-
van de JanmmT^ngen» 51
dervlndinge in't fnijden van den Steen,
't weick gekhiet in f^anckryk^te Bordeaux ,
van een Steen-Snyder genaemt Raom van
Chaflres, nu woonachtich te Ntfmes : aan
Ionge ende oudePerfoonen.ende dat geheel
op een andere manierais men tot noch toe
gewoon is te doen ; want na dat den Lijder
Van hem,na fijn maniere van doen,is gefon-
dert, ende ondertaft, fonder imants bywe-
fen, (o gaet hy ontrent een halfuur met den
Lyder,overfïjnKamer wandelen en als dan
fet hy hem op den fchoot van fijn Dienaer,
die hem fij n been houd, fonder gebonden te
zijn, endehygebruyckt oock anders geen
inftrumenten , als alleen een kleyn krom
mesken ; maer geen windfelen, noch ban-
den, hy en doet oock geen gewelt met op
den l3uyck te drucken, fpringen , ende op-
heffen , ende wat diergelijckx meer is, om
den Steen daer door op den vinger te kry-
gen, 'tgefchiet oock met minder moeyte
endeperykel , fonder eens in acht tc ne-
men, dentijtvan'tlaer, nochte het tem-
perament van de Lyder, noch fijne keren.
Als dan foo brengt hy hem twee vingeren
in zijn fondament, om daer door den Steen
te bekomen, 'twelck gefchiet zijnde met
kleyne moeyten, brenght hyfe, door fijne
Vingeren, foo verre na de las toe als mo-
A ƒnbsp;gelijck
Eerße Deel
is. Ende een weynigh hooger tna-
;ende alsdan met een kleyn krommesken
de opening,na de ordinäre groote'wel,maar
■wat hooger, ende noefch-gewijfe, begin-
etifcki- nende van de zijde der las, en heupebeen,
ende fo vortgaende tot na de naat, welcke
openinggefchiet meerder (op dieplaets)
na den loop der fpieren ende vefelen, ge-
lijck men bevinden fal, als men daer feer
nouop acht geeft; want eenkleyne ope-
ningh, na de loop der vefelen, kan veel
meer toe geven , ende door het opfcheu-
ren wat verwijdt werden, by aldienfe een
weynigh te kleyn gemaeckt was. Want de
wonde, diein'tSnyden van een Steen ver-
eyft wert, is beter een weynig te kleyn, als
'een weynigh te groot j door welck behulp
middel, hy den Steen met de vinger gemac-
kelijck uythaelt, fonder eenig ander inftru-
ment te ghebruycken, ende na dat hyde
wonde gereynicht heeh , voert en druckt
hy de krop van de blaes weder na fijn plaets
daer hy tc vooren van daen gedruckt was,
door welck middel het leckgaen voorge-
komen wert, verbindende voorts den Ly-
der met een ordinaris verbandt , zijnde
ten lanckfte in 7. a 8. dagen volkomelijck
Genefen. Ick hebbe nochgelefen, (c««»e
lettre, toticham la nouvelle manier e detailier U
Pierre.)
en.
Sterine
»m.
Sibrt.
van de AanmercJ^gen. 11
Pierre.) Waar in getuyght wort, dat deze
Meefter doenmaals, al over de yo. Perloo-
nen foo van zo. 30.40.50. als ook van 60.
laaren oudt, op deze wyze hadde gefnee-
den, met fulck een heyllaame Succes, dat-
ter niet een van alle geftorven ^ ja feer wey-
nigh of geen met de Koortfe bevanghen
zijn gheweeft, veel min dat een van alle
leek foude gebleven zijn. Door defe ende
diergelijcke ondervindinghe wert dan de
konft volmaeckter, waer door Godt Al-
machtigh gelooft,ende geprefen moet zijn,
in alle eeuwigheyt,diein fijn wercken won-
derlijck is, ende noch belieft'tmenfche-
lijke geflachte te begenaadigen met nieuwe
Genees-middelen,
De Hiflorifche ^Atimerckingh die ick
U E. hebbe believe toe te eygenen, is van
een Lijf-moeders Sckurfel, daer de vrucht
uyt gefneden is, de Moedereerftgeftor-
ven zijnde. .Want in'tlaeri6j8.den 24
December,is myde(èwonderlijcke voor-
val bejegent, dien ick by defe tijts gele-
gentheytaanu bekent maake. 's Morgens
ten 8 uuren, ben ick ontboden geworden
inde Laurier-ftraat te komen, tot hulp, en
affiftentie van vier ordinäre Stadts Vroe-
^rouwen , wekkers namen te langh zijn
Verhalen, fiillcnde defelvige derhalven
met
-ocr page 32-fflct ftiHM^ijgett voor-by-gaan, defe waa-
ren onder malkanderen feer twiflende, om
te weetenof de Vrucht van defe Baarende-
Vrouwe, welgekeert was ofte niet, te meer
alfoo fy meer als 4 dagen in arbeyt was ge-
weefl:, met feer groote vlaagen en weën,
feer klagende van fwaare pijne in deflinc-
ker-zyde, omtrent ende oock boven de
navel; fo dat defe Vrouwen haer gevoelens
verfcheyden vvaren, want een van haar
oordeelde dat het kint wel gekeert was,
een ander van haer dat het qualijck gekeert
was, en met de voeten voor quameen
onder haer feyde dat het met de billen
voor-lach, ende dat fy haer vinger in 't fon-
dament des kints gehadt hadde, een ander
oordeelde de handen gevoelt te hebben.
Soo dat het my na lange ondervragen,
niet vreemt en docht, dat fy foo twiftende
vvaaren, ende foo verre van malkanderen
verfcheelden, waar uyt ick konde bemerc-
ken dat het een fwaare en wonderlijcke
voor-val mofl zijn, terwijl ick bemèrckte,
datfe mygeen onder-richtinge terwerelt
enkondevan de Vrucht doen, alfoo fyop
malkanderen vvaaren fcheldende,deneene
denanderen hare fauten verwijtende, foo
dat ick antwoorden, dat dit geen Genees-
middelen en waren, om defe arme Vrou-
we
we te helpen , veel min de haat, die zy
toonde malkanderen toe te draghen, foo
dat ick voor het raatfaemfte vont, de faack
felfs te onderfoecken; om te beter door re-
denen (diezy nieten konden geven) te
bev vyfen, wie van haar alle gelijck of on-
gelijck hadde, endealfooditeenfwaaren
arrebeyt was, fo onderfochtickfeernaer-
ftigh, de gelegentheyt van het Kint, door
het opleggen van mijn handt op de navel
van de buyk, ende gebiedende aen haer
den adem in te houden, vvaer door de
Vrucht benauwt werdende j fichftercker
quamte bewegen alstevooren, ende dc
arme Vrouvve weende van een onlydelij-
ke pijn in de buyckende lenden, dochal-
dermeeft boven de navel, ontrent het on-
der-gedeelte van de Maghe, in die geene
die niet Svvanger zijn j doch ick bevondt
de andere gedeelten van haer lichaem feer
wel, maer niet als ineen Baarende Vrou-
we j Want haer flot van't lichaem , byde
Latynen genaemt: ImertiHm ut eri Osculum ,
was noch feer dicht, ende naeuwgefloo-
ten, met weynigh Syperingh van eenighe
Vochtigheyt, maer daer was door die weg,
noch, Kint noch Kints gelijck te voelen,
ende alfo defe Vrouw meer Kinderen had-
«e gehadt, foo konde fy van die ongewoo-
ns
ne ftercke beweginge van haere Vrucht
niet oordeelen, alfo de pijn boven in den
buyck foo groot was, door de medely-
dentheyt van het Ingewandt; foo poogde
fy het Kint al ter Werelt te brengen, te
meer, door dien fy van de Vroe-vrouwen,
daer feer naerftigh toe aengemaent wiert.
't Welck na dat ick defe faack wel hadde
onderfocht, verbode ick de Vrouw, fulcke
krachten niet in te fpannen, alfo het Kint
(na mijn Oordeel) noch in fijn Membrane
beflooten lach; genaerac : Chorion:
(Hoc eß, exterier foetum invohem tunica ) ende
dat fy ,te weten de Vr6e-vrouwen,geen yan
haer alle, iets van de Vruchts gelegent-
heyt hadden te oordeeIen,veei min die gee-
ne de vvelcke gefeyt hadde, haer vinger
in't Kints fondament gehadt te hebben:
Ende alfooghy alle oordeelt, dat dit poo-
fen, en vlaagen zijn, om van 't Kinde te
baaren, fo oordeele ick ter contrary, dat
door defe vlaagen geen Kint en fal ter we-
relt gebracht werden; maer by aldien
men dele Vrouwe van Kinde foude willen
verloflen, foo foude men hier, (haer de
plaetfe van den Buyck aenwyfende ) een
opening moeten maaken, vvelcke Operatie
foo men voortreffelijcke Schryvers mach
gelooven, veel-maalen gedaenisi Want
van de AanrnmUngen. x y
de Vroxijve vervallen hare krachten feer;
loo dat dit het rechte lichaem was, daer
mende Keyferlijcke Kinderbaringefoude
kunnen in\werck ftellen: Waer op de
Vree-vrouwe antwoorden, van foodani-
ge fchrickelijcke Operarie noyt gehoort te
nebben, t welk my minder als haer, vvon-
Sf,nbsp;Vrouwe my
Wydehjck a«nfach, met eene verfoecken-
Je , dat ick toch ditaen haer foude wil-
len m't werck ftellen, met eene het dexel
Xnquot;^?']! i^ïf ^ af-werpende, prefentce-
wnde het feIvige daer toe om te laten o-
penenj twekk ick metfoetigheyt vvey-
gerde,- feggende : Ghy verftaetimmers,
datdefc Vrouwen fulx noyt gehoort heb-
ben ; boven dat, is'tin onf Landt niet
gebruyckehjck.temeer om foo fwaren
Operatie in 't werck te ftellen , fonder te
vooren confent van de Edele Groot Acht-
baix Heeren Burgemeefteren verkregen te
hebben j Gelijk als de Opcrateurenm 't Steen
fnyden gewoon zijn te doen , ende het
foude my een groote blaem veroirfaecken
by aldien defe forgelijcke Operatie, g e„
Soo verfocht defe arme Vrouwe voorde
'^cWe.fflael op ray, f„ix toch tc wiUen
doen;
-ocr page 36-doen; Want dat anders, fy, ende haer
Kint moften haer leven laten: Met verfee-
keringe vande waerheyt, dat fy by foda-
nige werckingeteP^r^fgeweeft was , ver-
foeckende dat men aen haer oock 't felvige
wilden in 't werck ftellen. Waer op dat
ick haer moet gaf, om eenige vande ver-
maerfte Genees-heeren , tot defe Operatie
te gaen verfoecken, ende oock by haer raat
te plegen, wat my ontrent defe faeck beft
te doen fting. De welcke my na lange o-
verleg,'t felvige afgeraden hebben, om het
Groote gevolgh, te meer alfoo de Vrouw
feer fwack was, foo heb ick wederom ko-
mende, haer alleen een verfachtcnde Cly-
ßer geordineert, ende door redenen te vrer
de geftelt.
SJ. Fol: Blsmalvai m.j.3'
jirtemeßa,
Matricarim ,
TttlegH, an.m.$.
Flor. camomil'n.
Melxlat: ana pugil iij,
Sem: aniß, ßtnicul an S.
Fiat, S. DecoÜio eolatttr£fume
vij. Inquibus Dißohe eleSl:
Tgt;iacalh: Lenitiv. ana 1/'.
Ol mHcagtnum%. j, j3.
Mfcefiatclyßer.
quot;Van de Aanmerc\inge. ly
Ende om haare krachten te vernieuwen ,
als pijn te ftilien, ordineerden ick haer
dit na volgende dranckjen, daer van fy al-
temet een lepel vol van foude innem.en,
uiq: Famculi-, f.«^.
Cinamomi, ^.j.,
Conf. Byacmthorum 5. ij.
Land opiat: gr.j.
Croci^.3.
Aiifce fiat potio.
's Namiddachs ten 2 uuren daer na toe
gaande , bevonde de patiënt noch fwac-
ker, ende als in doots noodt, beval der-
halven aen de Vroe-vrpuwen, dat foo ras,
als fy quamen te vernemen , dat het ver-
ftandt verminderde, ende als fy konde be-
jpeuren dathetftervenwas, datfyhetmy
«rackx fouden laten weeten , terwijl het
Kint, lIch noch feer hart quam te bewe-
gen in fijn's Moeders lichaem , ende by
aldien fy in tijts quamen te fpreecken , dat
daargroote hoope was, om het Kint noch
te behouden, ende door dit middel ons
gemoet te quijten. Geen 4 uuren daar na ,
bequam ick de bootfchap van dat fy lag en
Iturf Ende ick fprack in mijn wech aan
Joodanige Genees-heeren, diemydenaa-
«enwaaren, als den Geleerden Genees-
Bnbsp;Heer
Heer de Vtck» ^ifo, Sylvifts ende D'.Wal-
terus. Doch mijn Heer Francoys de f^ck^en
Tifio, beloofden ons te volgen.
Wy daer gekomen zijnde, bevonden de
Vrouw eerft geruft te zijn, met een fleu-
tel tulTchen haer tanden om de mondt o-
pente houden : Gelijck als ordinaris on-
der het gemeene Volckgedaenwert, ende
meynen hier door het Kint in't leven te
behouden, gelijck als fy mede haer vin-
gers brenghen, in interna uteri osculo , om
het felvige open te houden, haer inbeel-
dende dat het Kint hier door fijn afem
kan komen te halen. Dit gekhiet, door
kleyne kenniffe, die ly van de Sny-konft
hebben; ende alfoo ick door het opleg-
gen van mijn handt op den buyck , geen
beweginge gewaer wiert , fprong ick op
het bedt , op-offerende als dan aan den
Heer d^.Sylviushzt Snj-mesova den buyck
te oopenen .• op die plaets daer ick de mee-
fte beweegingh gevoelt hadde, te weeten
inde (lincker zyde, daer de Vrucht lagh,
van voornemen zijnde, de felvige noch
levendigh te bekomen , 't welck niet en
'bebeurde, alfoo de Vrucht een oogen-
5lick, naer alle apparentie maer was doodt
geweeft; hebbende fijne lippen noch met
wit fchuym befet ende oock feer bellich,
foo
-ocr page 39-van de Aanmm\inge. xp
foo dat men merckelijck konde befpeu-
ren , dat het eetft den geeft hadde shc-
geven.nbsp;^
Wy bevonden dan de Vrucht ia't mid-
den van den Buyck, tulTchen het Gedarm- •
ten, met fijn Na-gheboorte voor een ge-
deelte aen den Darm Cohn, foo vaft Ie- KarteU
heght, dat wy de felvige daer van niet en
konde fcheyden, fonder de fchaar, met
het andere gedeelten was hy noch aen de
Baarmoeder vaft de breeten van een duym.
twekkick oordeelde naer mijngevoeïn
in fijn Moeders hchaero ( buyten de Baar-
rnoeder) twee a dry daghen heeft kunne
leven, ende het was een wondérbaerlijc-
ken voorfichtigheydt vandenatuer, dat
de nagheboorte , alwaerfe voor een se-
deelte, met het uyt-fchieten van de
Vrucht was af-gheruckt , haar datelijck
aen tgedarmte foo nauw hadde kunnen
nechten, en vereenighen; dat fv baare
werckinghe heeft koLen doen
noch voor een ghedeelte aan de Baar-
moeder vaft was. Gelijckalsghy, uyt de-
ft bygaende Figuere klaerlijck kunt af-
meten.
Eer^ Deel
EEEE.
h
r. h
'oramm »len.
De fcheure det
Lijf-moeder.
Vtfica.
De Blafe.
G.
AAAA' Communin »hdcmi-
nis tegttmenta
Degemeenedeck-
felen van den
Buyck.
B B B. Intefim'n.
De Darmen.
C.nbsp;Vtt-mti
De Lyf-moedei.
D.nbsp;Tlteinta.
De Nageboorte.
S.O
Vmhilictts ai fU.
centxm-.ufque p«-
duSus.
De Navel-ader Cg
ftreckende tot
in de Nagebooi-
Ten terjlea, bevonden wy de Vrucht
tuffchen het gedarmten inleggen.
Ten tmedm , de nageboorte voor een
^ gedeelte aan 't gedarmte gehecht.
* -XQViderdeny voor het ander ghedeelten
aan de Baarmoeder noch va(l. _ .
Ten vierden, een groote oopening, ofte
fcheurin de Lijf-moeder.
Ten vijfden, bevonden wy in den buyck
eeni^ii fwart gsklontert bloet.
Waer over wy feer verwondert vvaaren,
hoe defe arme Vrouwe niet alleen aan fulc-
ken ellende gekomen was, maer oock foo
groote pijn heeft kunnen 'lytftaan. Wat
aaneaet de oorfaake van ditquaat, oor-
°nbsp;deele
lil
mn de AenmmJ^nge,
-ocr page 42-deele ick niet een inwendigh, maer een
uycwendighe oorfaack te wefen, vaneen
val, flach, ofceftoot, ofte een igh ander
uy twendigh dinck, waer door de Lijf-moe-
der door kneufinge gequeft isgevvorden,
welck ont-adert bloet, tuffchen haar vlie-
fen is verfpreyt geweeft; (welcke maer twee
zijn, de binnenfte heefc fijn oorfpronck
van haer felfs, de buytenfte vandePens-
fack ) waer door de Lijf-moeder op die
plaets geen vlaaghen van den arbeyt heeft
kunnenuytftaan, veelmin de ftercke, en
benauwde beweginge van de Vrucht, waer
door het Kint met de handt ofte handen
moft als door gheboort zijn, ende alfoo
met het door-breecken van het Water te
gelijck in de holligheyt van den buyck ge-
fchooten, veroorfakende alloo de doodt
van fich felfs, ende van fijn Moeder.
De tweede reden , waerom ick kan ge-
looven , dat het gefchiet is door een uyt-
vvendige oorfaacke; Is, om dat wy in de
holligheydt van den buyck niet en verna-
men , als een fvvatt ont-adert bloet, ende
vvater, met geen etter vermenght , ge-
vende te kennen , dat het niet door eenige
verfvveringe en konde zijn gefchiet. Maer
na mijn gevoelen, dat defe Vrouwe op den
buyck gefchopt, geftooten, oftegeflagen
van de jfenmerchinge. 23
Vvas. Want gemerckt, dat in een Swange-
re Vrouwe door foodanigen gewelt, de
inwendige deelen meer gequeft vverden ,
als de buytenfte j Want de huyt, ende de
andere deckfelen, geftooten endegekneuft
zijnde , kan het ont-aderde bloet beter
Verteert, ende door de fweet-gaten van
de huyt ontlaft worden, als het geen' ont-
adertis, van de vleysachtigc Vefelen der
Lijf-moeder, tuffchen twee vliefen be-
flooten zijnde ; boven dien foo kunnen
oock de deckfelen van den Buyck , door
een floot ingedruckt worden, vvaer door
fy het gewelt eeniger maaten ontgaen, en-
de de Lijf-moeder, zijnde een dicke vveec-
ke fponfiachtige , en feer gefpannen deel,
met Aderen en Slach-aderen feer dicht
door-weven, in Svvangere Vrou^ven;
Het welck door fijn medelydentheyt, het
minfte gevvelt niet en kan uytftaan, maer
door gevvelt een weynigh maer alleen ge-
plettert, met uytftorting van bloet; 't zy
van het eene vat, ofte het ander, ftreckt
fich datehjck tot verftickinge,meerder ver-
flappinge, ende verrottinge , vvaer toe de
Warmte de natuer leer dienftigh is, foo
dat de Baarmoeder het gevvelt, ende het
flooten van de Vrucht in den arbeyt, niet
en heeft kunnin vvederftaen j Ende alfoo
B 4nbsp;met
met de handen de vveeckfte plaetfe door-
boorénde,ende meerder ruymte ofte lucht
gekreghen hebbende, is de Vrucht daar
door-geperft, ende alfoo mijns bedunc-
kens in d® hoUigheydt van de Buyck ge-
raackt; Soa dat hier geen middel en was j
als de Keyferlijcke Stiee, foo om de Vrucht,
als Moeder te behouden. Want dat de Baar-
moeder verftervinge ende verrottinge kan
wederftaen is my niet alleen dickvvils voor
gekomen, maer oock felfs doen ick dien-
den , den feer experten Heelmeefter Rogier
Kogierfz.. Beerenaert , de vvelcke met de
Heer D'. Prancois de Piek, ontboden zijnde ,
op Uylenburch , by de Vrouw van een
Scheeps Timmerman, de vvelcke feer
klaegden van grooce pij n ontrent haer fon-
damqit, meynende dat het aanbeyen vvaa-
ren , verfoeckende derhalven aan mijn
Meefter daer na te willen fien; De weic-
ke bevondt door fijn ftylet, inden Endel-
darm ) yets beenigh, 't welck naerftigh on-
derfoeckende, met na fichte trecken, be-
vende dat het vvaaren twee voeten van
een Kint, ydet voet de grooten van een
halve vinger langh. Om weicke oorfaeck,
hy de Vrouw onder vraagden , of fy oyt
oock Swanger was geweeft, Soo dat fy ant-
vvooi'de niet beter te weten als dat fy Swan-
ger
ger was gt; ende na haare giffingeden tijdt
van 4 Maenden. Waer op mijn Meefter
voorts na de kunft te werck ging, te we-
ten in 't wech-nemen van het geen dat daer
^ veel was , uyt-halende de verrotte
Vrucht by de voeten. Door defe onnatuer-
quot;Kke wech, de vvelcke oock quam te vol-
gnen van vooren tot boven het midden-
Ichot, van achteren waeren daer noch aan
vaft eenige Wervel-beenderen van de rug,
want het refterende gedeelten van het Ij-
chaem foo van de borft als van quot;t hooft, is
met voor gekomen als verdeelt zijnde, en-
de door de natuerlijcke wechenisfy niet
quilt geworden als een ribbeke. Soo heb-
beick dan de Vrucht, voor foo veel alsfe
Volkomen was, met Brandewijn afgewaf-
lèn, om den ftanckwech te nemen.°Ende
alfoo het Winter was, voort te latenbe-
Vnefen, maer des avonts brocht ick het
den feer Geleerden Heer D\Nmlas
Tnlp, out Burgermeefter en Regeerder der
^t^t^mftcrdam, aan den wekken mijn
deft uytgetrocken Vrucht toonden ,
verhaa ende mededeomftandigheden van
defaeck, ende hoefe fich verder hadde
toegedraghen , vvelcke Vrouw, alsdan ,
aoor bequame Genees-middelen , die de
«anck ende de verrottinge tegenftaen, als
B 5nbsp;oock
Eerjle Deel
oock de Lijfmoeder komen te verft ercken,
verbonden zijnde,is de ftanck van dach tot
dachverrainderc,alsoock de Koors,endeis
eyndelijckgeraeckttot haer volkomen ge-
fontheyt. Ick foude wel eenige aanmerc-
kinge meerder van verfwooren Lijf-moe-
ders konnenby brengen, maer ick hebbe
geoordeelt defe alleen de voornaemfte te
■wefen; £nde meteenen ü E. nader toe te
paffen, de ICeyferlijke Kinder-bamnge tot
meerder opbouwinghe, ende volmakinge
vande Heel-konft,
Ervarene Man,
Orn dan te komen tot ons voornemen,
foo hebbe ick by defe gelegentheyt voor-
genomen , om met U E. te verhandelen, de
SeaioC^fana, dat is, van de Keyferlijcke
Xinder-baaringe ,zijnde een fchrickelijcke,
periculeufe fwaare , doch nootfakelijcke
Operatie. De opmerckinge dan genomen
hebbende,by wat gelegentheyt fe doenlijck,
gebruyckelijck, en nootfakelijck is, om een
Vrouwe van't Kinde te verlolfen , zijn
defe navolgende, ende werden volbracht
intweederhande manieren.
Waer van deeerfte is, om een Swange-
're Vrouwe te verloffen , van een leven-
dige
dige Vrucht, de welcke door de werckinge
Van de natuer verhindert zijnde, onmoge-
lijckis te kunnen gefchieden- Maer door
dele werd de Moeder ende het Kint
Inhouden. Openende met een Sny-mes de
zyde van den Buyck, met de Baar-moedec,
otn de Vrucht met fijne vliefen en nage-
I^oorten, daer door levendigh uyt te ha-
len, de Baarmoeder te reynigen, endede
wonden van den Buyck wederom toe te
hechten. Ende voorts te tradeeren ende
te genefen, ghelijck als men de wonden
van de onderften Buyck gewoon is te doen.
Welcke nootfakelijckheyt vereyfk wort, Noot-
als de hoope van verloffinge, by de Vroe- Lt/t'van
moeders wanhoopigh is, ende alle behulp-
middelen in'twerck geftelt zijn gheweefl,
vruchteloos, de Moeder gebracht zijnde
de uyterfte doots benaeuwtheyt, ende
dat men ( by manier van fpreecken) wint,
en ftrqom, tegen heeft, en 'troer, ende
riemen ontbreecken , ende met de neus
aan de lagerwal in'trietleyt • Ende door
pen ander middel en is te helpen; zijnde
het eenighfte om haerbeyde in't leven te
behouden, foo haare krachten niet te veel
ghefpilt , maer noch eenigermaten goet
in vvelcke gelegentheyt ick het fel-
Ve feer noodigh foude achten in't werck
geftelt
-ocr page 48-m
geftelt te worden , tot behoudeniffe van
twee zielen.
't Ge- Want defe SeSlio Safaria werdt vereyft :
als de Moeder ende de Vrucht beyde foo
fwack zijn, dat daer geen van beyde anders
behouden en kan werden, waer van de
Jiiflorien getuygen, dat Scipio uifricanm de
eerfte is geweeft, die uyt fijns Moeders li-
chäam gefneden is geworden. De Moeder
noch niet volkomen gheftorven zijnde,
't felvige wert oock gelooft van Manlms y
ende van anderen meer. Ende Scipio JlfH-
cantis is oock de alder-eerfte geweeft, die
van de Romeynen, met den naam van Gaf ar »
benaemt is geweeft, doch fyen fijn geen
Citfans genaerat, van luim Cefar, Keyfer
van Roomen , maer gelijck als Cafparns
Bauhinm getuycht.
Claris nomen fit foretituSy
é Matris cnßm fuijfe utro.
Dit felvige is evenwel tenbsp;in den
Jaare 1647, den 29. Augufty niet geobfer-
veert geworden : Mogelijck om dat het
Kint niet uyt fijn Moeders buyck was ge-
fneden , want de Vrouw haer Man te hulp
komende, die ter aarden gheftooten en
doodelijck gequetft was, vviert haer den
lï'
van de AanmercJ^ngen, 25»
buyck van de rechter tot de flinckerheup
oj^efcheurt, door de hoorenen van den
raknden Stier, ende in de lucht gewor-
pen - Waer door haar Vrucht met alle fijn
i^oebehooren ter aarden is gevallen, leg-
gende de Moeder ende de Vrucht,beyde le-
Vendich4vademen vaneen. DeMange-
naamt lacob Egh, heeft geleeft na fijn quet-
fuer 3 6 uuren, ende de Vrouwe 41 uuren,
aen het Kint wierdt niet bevonden als dat
fijnbovenfle lipje, hant, gemacht, ende
voetje \vas gefwollen met blaeuwe pleck-
jes, ende is door naerflige voorforginge
tenbefte gekomen, ende in 't leven geble-
ven. Want het vviert den i Septemb. ten
poop gehouden, van den E. Pieter van Be-
Kejiey», Schout van Weffanen , ende ghe-
doopt door D\ Bergim'm de Nieuwe Kerck,
«nde na fijn Vader /^co^ghenaemt,ende
heeft geleeft tot op den 2?. dach van Mey
1'548. ende geflorven zijnde, is 't mede be-
graven in't felvige Graft daer de Vader
ende Moeder begraven lagen.
Tot wekkers gedachtenifTe van defewon-
derhjckegefchiedenifTen deferegulen daer
te lefen ftaen.
Hier rnfl een Man en Vrouw,
Malkaer ter Daodt getrouw
Door Stier gebracht om 't leven ,
't Heeft^ dommtn hoorn geluckt
Dat U Kindt uyt't lijf ger uckj^
Noch is gefönt geileven.
H. BerglusNardenus.
Door ^twoede» van een Stiere
Wiert lacobs eghte Wijf
Een Kraem-vrouwin het Velt,
Een Weeuw, en Xiel-loos Wyf.
Hier van worden by Roujfetm veele en
verfcheyde exempelen verhaelt, loo van
die geenen die hem door loofwaerdigege-
■ tuygen fijn aengedient gheworden , als
die hy (elf heeft fien doen, ende door fijn
raat en daet in 't werck geftelt fij n ge wor'
den. Want hy is van dit gevoelen, dat
men een Vrouwe noch krachten hebbende»
geen tijt moet laten verlooren gaen, otn
haer van'tKinde te verloflen, datande^
molt
-ocr page 51-van de AanmercTiingenl 31,
moft fterven, ende na alle apparentle dej
Moeder dooden. Want by aldienfe geo-
pent wert, de krachten noch niet gheheel
Vervallen zijnde, ende de hoop van ge-
fontheyt wanhoopich ; Soo refteert daeir
iiiet, als hoop te hebben van de doodt
te ontgaen , als de Operatie maar alleen,
door een geoefFende Heel-meefteruytge-
Voert wert.
Om dan verder te gaen, fal ick eens
voorftellen by wat gelegentheyt de tweede
maniere van doen gebruyckelijck is, te
vveetennbsp;'
Als de moeder geftorven ende Vrucht
noch levendigh is, ja al eer de Moeder o-
Verleden is, foo werdt nootfakelijck ver-
fyft , dat een Heel-meefter daer omtrent
ïSj om van ftonden-aen, de Keyferlijcke
Snee in 't werck te ftellen , ende de Moe-
der te openen; Op dat, by aldien hetmo-
ghelijck waer, de Vrucht te behouden,
want de Moeder gheftorven zijnde , en
kan het Kint niet langh leven, om dat het
den geeft ende den adem van de Moeder
heeft- Maer alfoo het fijn eygen-ziel en
leven heeft, foo kanheteenoogenblijck
'^ijts komen te leven, de Moedet geftorven
i^och RoderimsaCafiro, lib. 4. de Morbis
2.
mfiliernm veiftaat, dat men defe Operafie
oock behoort in 't vverck te ftellen , als
de Vrouw niet alleen in doots noot, maar
aireede fterveiide is , als wanneer de le-
vendige geeften, noch niet geheel en lijn
uyt-gebluft, ende om defe reden, als het
leven en bewegen van de Kraem-vrouw op
houdt, foo houdt oock het leven van het
Kint, ende het bewegen van fijn hart op,
dat het van de Moeder door de Navel-ader
hadc ontfangen , vvelcke beweginge ko-
mende op te houden in de Moeder, oock
nootfakelijck moet komen op te houden in
het Kint, ende alfoo het fijnen adem niet
en komt te halen door de mondt, vooren
al eer de ftreng is afgebonden j Noch het
kan in .fijn 's Moeders lichaem geen adem
haaien, terwijl het noch leyt in fijn vlie-
fen, ende Baar-moeder beflooten , waer
uyt men kan af-meten de nootfakelijck-
heyt van defe Operatie, om de Vrucht noch
levendigh uyt fijn 's Moeders lichaem te
haaien; Daar het anders inde Baar moe-
der , als in eenKercker moet verftickt en
verfmoort worden. Veroorfakendeaan de
Vader, ofte een verlies van een heerlijcke
naam, ofte van een gellacht ert waerdig- ■
heyt, ofte van een groote erffeniffe: gelijck
als ick hebbe fien gebeuren, aan een Hn-
gel-
é
-ocr page 53-van de Aanmtttlqvgen. 3 ^
gelfche Graavinne in 's Graven-hagCjdoen
jck voorleden laar ontboden wierdt, om
naar van t Kinde te verloffen, doch daar
re iaat gekomen zijnde, is fygebpent ge-
Worden , waer door ick feer altereerde,
( doen fy my het lichaam foo van de Moe-
Jer , als van het Kint, lieten fïen) omdat 't
100 onnoofel fijn leven had moeten laten:
omvA^lcke en diergelijcke redenen ick te
meerder bewoogen ben geweeft, om met
U E. over defe materie te handelen.
De nootfaakelijckheyt van defe werkin-
ge, geeft oock te kennen de SvaanfcheHi-
fime van Santm , Coninck van Navarre,
Wiens Moeder ter Jacht zijnde, van de
^arracene» wreedelijck omgebracht wiert,
öoor een wonde in de Buyck, waar door
de handt van de Vrucht quamdoorte.
schieten, de welcke bekent zijnde, door
Jen Edel-man genaemt Geverra , heeft hy
«et Kintdoor de wonde ter Wereltgehaalt,
A? ? ^ heymelijck laten op-voeden.
Maar als daar na onder de Princen groote
oneemgheyt omfting, in'tverkiefen van
een Coninck , foo heeft hy de flille opvce-
dinge van dit Kint de Princen bekent ge-
maackt, waar door de oneenigheden zijn
genecht gheworden , ende het gheflachte
van den voorfeyden Edel-man heeft tot
Cnbsp;een
een teken behouden den naam van Dievctl-
af-komft.
Alfoo mijn voornemen niet en is , om
U E. op te höuden, met een verhaal van
alle de oorlaaken, die een fwaaren arbeyt,
ofte een moeyelij^k Kinderbaaring veroor-
iaakén ; Maar alleen uyt te vinden die oor-
feaken , door de welcke de Keyferlijcke Kin-
der-haaringe nootfaakelijck vereyft wert,
ende de bedroefde Vrouwe onmogelijck is
te kunnen ontgaan, als met verlies van
haarfelven, ende van haare Vrucht: ten
fy defe uy terfte, grootfte, ende laatfte,doch
nootlaakelijckef Remedie , by de handt ge-
nomen werdt, door een ervaarene Heel-
meefter.
Ootfaa- De oorfaaken dan, door de vvelcke de
w quot;sJnquot;nbsp;vereyft wertjfijn voor foo veel
de Vrucht belangt:
Als de felvige te vet, endete groot is j
Na gclegentheytvan de Moeder,ende der-
halven onmogelijck is voort-gebracht te
kunnen werden.
Soo daar meer, als een Kint, te gelijck gt;
ter Werelt tracht te komen, ende het eene
doot zijnde, het andere in den wech ver-
hindert.
.By aldien het een Monfter waar; ofte
oock een Kint met twee hoofden, 3 ar-
men;
wegen
het
Kint.
I.
2.
men, en 4 handen, dry beenen, ende4
Voeten; en ander onnatuerlijcke leeden
meer. Gelijck als voorgekomen is den ex-
perten Heelmcefter Steven rennekool, den
ï6Junyi637. ^an Femmetje Jans, Huys-
Vrouwvan Barem JanJX- Kleermaker j wo-
pende tot u4mfterdam\n de Wyde-fteegh,
ïn 't by-weefen van den Heer Scheepen Ni-
kolaus Tulp.
Ofte oock, als de Vrucht doot, en fteen-
achtigh verhardr is geworden , gelijck als
gedenckt lohannes Mboftus H^dum apttd
Senonas Medicus, vaneen Vrucht, dieacht-
en-twintigh Jaar in de Baarmoeder van
een Vrouwe, genaamt Columba Chatry, bè-
flooten heeft gelege,endefteenachtigh was
geworden.
Ofte als de Vrucht ( op het gebeente na)
vergaan, en verteert is, ende aireede, door
een verfweeringh, ontrent den Navel, de
wech toont van uytlofnnge, waar van ver-
icheyde exempelen ghevonden zijn , by
RouJfetMs a\s andere.
Deoorfaaken ten opfichte van de Moe-
aer, als ly met en kan komen te verloffen,
zijnnbsp;*
■ Alsfete eng van lichaam is, om te kun- i.
nen verlort werden. Ende dat tenoplich-
te van de Jaaren, datfe al te jongt, of- d^Mr
der.
te
te al te out bevrucKt is ghewotden.
2. Ofte dat haarlichaam , door eenige Lit -
teycken verhardt, en enger geworden,
ofte geheelijck tTamen gegroeyt is ; Ge-
lijck als ick hier na door exempelen fal be-
toonen, die my in mijn praftijck fijn voor-
gevallen gt; daer wy fullen fpreecken , de
Qaufura Vtm.
5. Als daar harde Gefvvellen komen te
groeyeninden hals der Lijf-moeder, die
de felvige foo komen te benaauwen, dat
de Vrouw daer door niet verloflen en kan,
ende de tijdt vervult zijnde , en kan het
Baaren foo langen verreet niet lyden, tot
dat de felvige gefwellen rijp gheworden
zijn i derhalven onmogelijk om te kunnen
verloft werden.
4. Als daer een uytwaffinge van vlees komt
te groeyen indeScheede van de Vrouw 5
Als my van dit Jaar noch voorgevallen is
buyten de Poort daer men na den Over-
toom gaet. Daer ghy, en Air. Rogier Ro'
gierf{. Beerenaert beyde mede geroepen zijc
geweefl, tot hulpe. Ofte als het Schaamte
been, felf fich onnatuerlijck vergroot er»
quot; uyt-wafl:.
C. ofte als den hals van de Lijf -Tnoeder f
Calleus , oneffen , en hardt ghewordeft
is, ofte door esnigh ingepacktHumeur»
verf
-ocr page 57-veroorfaakende tzn Schirrus, Lupia, ofte
eenigh ander verhardt Gefwel. Doch als
daar verfw.ooren en Kanckeracbtige 'ül-
cer^ïr/e« by zijn, met een dunne, fcherpe,
fwartachtigeende ftinckende Materie , die
Vrouwen, de wekke diergelijcke gcbreec-
ken hebben, en werden noyt Swangerbe-
vonden , foo dat ÏTien daar defe werckinge
niet Van nooden en heeft, gslijck als ick
nochonlanghs bevonden hebbe, aan een
Ed. Juffrouw Maria de Croyx , Aiadamofel
dnS. Fonds, van Parijs hier gekomen zijnde,
om Genefen te werden.
Als daer een Vleefachtigh Gefwel in de
Baarmoeder gegroey t is, 't welck met den
gemeenen n^^mMola Clt;ar«elt;«,genaemt wxrt,
ende aan die zijde met de Baarmoeder ver-
eenigfil is, belettende de uyt-gangh des
Kints.
Maar het gebeurt oock, dat foodanigen
Gefwel aan de Vrucht komt vaft tc groei-
jen, waar van de meefle Autheuren getuy-
gen, dat, als 't foo komt te gefchiedcn , foo
werden defe Kinderen felden voldragen,
om datfe haar het voetfel komen te ontrec-
ken, ende hare ruymcen te benemen , fo
dat dit, onder defe oorfaaken nktenkan
geftek werden.
I^e oorfaaken door de wekke defe fwaare
C 3
were-
-ocr page 58-werckinge vereyft wert, geveft genoegh-
faam de nootfiakelijckheydt te kennen,
maar daar is evenwel noodigh dat daar in
acht genomen vverdt, of mende felvige
fal in 't werck ftellen ineen wanhoopige na-
tuerlijcke geboorte ofte niet. Defaackdan
. wat naader te overleggen, is geoorloft, en in
wat gelegentheyt de Snydinge meeft ver-
eyft wert: Te weten, als de Moeder leeft,
ende de Vrucht, doot is j Ten anderen als
de Vrucht leeft, ende de Moeder geftorven
is, ofte als de Moederen Kint beyde noch
in't leven zijn.
Parandaus cap. 6. lib- 2. de Morbis Mh-
liernmy feyt, dathynietenkangelooven,
als de Moeder geftorven is, dat het Kint
noch foude kunnen in't leven zijnj Jahy
getuycht oock dat het onmogelijck Ts, om
dat foo langh als het Kint in fijn 's Moeders
lichaam is, door geen ander leven als fijn
Moeders, onderhouden wordt j Welck ge-
voelen met het mijne niet over een komt;
Want het Kint heeft fijn eygen leven, en
bewegen . ende oock fijn eygene ziel, hoe-
wel het door fijn's Moedersbloet gevoedt
wert, daarom evenwel fo kan het een kley^
nen tijt (de Moeder geftorven zijnde ) naa
mijn vermoeden komen te leven. Welcke
tneyninge ick ftaande houwemet
Rak
-ocr page 59-van de Aanmmlfngen. 3 9
Ranchinus, foo door de Amhoriteyt yan
de Rechtfgeleerden , als door de ervarent-
heyt; Dat als de Moeder geftorven is, de
werckinge vaar digh, ende haaftigb, moet
gefchieden,en heeft geen wederlegging om
degroote noodtfaakelijckheyts wille yan
nooden. 't Was alleen te wenfchen , dat
daarin ons Vaderlandt, foo los niet over-
heen en wiert geloopen.
Als nu de Vrucht doot, ende de Moeder
noch in't leven is, foo moeten defèvoor-
verhaalde oorfaken van een doode Vrucht,
ofte van eengeftórve Moeder de nootfaa-
kelijckheyt voorderen, het fy oock dat de
Moederendede Vrucht, nochbeydein't
leven zijn.
Maar den Geleerden FitranJsush van de-
fe meyninge, dat men de Keyferl^c^e-Snee
niet en behoort in 't werck te ftellen, als de mêy-
vruchtdoot, endede Moeder noch in Ie-
Ven is, op dat den Heel-meefter niet en
foude fchynen haar den doodt aan gedaan
te hebben; ^aar hy wil, dat deiewerc-
kinge gefchiet, als de Moeder', ende het
Kint, noch beyde in 't leven zijn, ende als
't onmogelijk is,dat hetKint niet cn kan ter
Werelt gebracht werden als door dit mid-
del; So is htt beter een van beyde ieker tc
''euoudenjals datfe beyde jammerlijk moe-
C 4.nbsp;ften
VariK- I
ften vergaan, dus verre de woorden Varatr
dm. Want wat aangaat de verloffinge van
de Vrucht is gans geen fwarigheyt, noch
oock mee eenigh perikel vermengt. Wat
de Moeder belang ht, is wel een groot pe-
riculeiife wonde, die haar aangedaan wert,
door de konft, maer niet noodtfaakeïijck
doodelijckgelijck als wy hier na met veele
exempelen fullen bewyfen : Ick befluyts
derhalven met den voortrefFelijcken Corn:
Celjfts ,ltk z.cap. lo.
Satii4s efl enim s cincepi auxïl'mm e.xperiri,
Waiit't is beter een twijffelachtige remedie
verlocht,
Waer by ick noch voege,
.^tam gravidM defperalMrelinqticrc,
Als de Swangeren miftrooftigh te Veriaten-
Het felvige gebiedt oock Hippocrates in
fijn kortbiondige fpreuciien van fijn eerfte
Boeck. Daerhyfeyt,
.^d fmnmos morbos, fumtmt Admgmmcti'
rmiones ad hibit£ 3 optime valem.
'i'otdeuyterfte fieckten, fijndeuyter-
fte genefingen, beft.
öm dele redenen dan, foo is defe SeBio
Ufaria
'1 ,
CAfana, ( hoewel periculeus) nuttigh en
profytelijck, ende met veele befochte ex-
empelen beweefen , ende geleerdelijck be-
schreven , van. Francifcus Ronjfetus, in de
FrancoifcheTaaie, endeinde Latijnfche
Taaie, uyt de Franfche Taal overghefet
^^otCafparusBauhinus. Maar alfoo den fel-
Vigen Druck feer out is, ende niet wel te
bekomen, fop hebbe ick gedacht, een van
fijn voornaamfte aanmerckinge ü E. toe te
voegen, in die Taaie , daer hy left in is
overgefet , op datfe door het vertaaien fijn
luyficr niet te feer en ioude komen te ver-
liefen : Enisalsvolchtj Zijnde de tweede
^orie die hy felf gefien heeft, doch feer
aanmerckens waerdigh.
CVm qmtridmra extremis amp;irritis conati-
1gt;HS partus,devexata efet Bernhardinayir-
mlda,Stepham Mafftcauk é nangevillo pa~
go '^xor, qui inter ßawpas j pptijfet hum Óquot;pithu- Ejiampes
quot;erasßif^s efl,alt;.quein exiremm conßituta, implo-
rato meoper maritum auxilto cum de Seliione con - fuh-ukn.
Mum audiißet velrecUmante marito, ammo con-
fi'^mato, hanc infe expiririavidecupitt. Idqua.
fubitó poß intelleBum conßlium mmm, ut
bollet .^mbrofit Nigri ad vent urn expeü.ire, qpsera
^'^»quam tn hac re exercitatum , miß'urHm me
^^^^polhcitm, cumobCrav/ßimum Morbum^
C ynbsp;qm
ijm ttm àtiinebar , mihi adeße non ^ßeeret.
Sed Opera lohannis Lucœ juvenis mforis ttß*,
tum , Ht etiam nmc Bttnonii, inparpopago
vicitto habitahati qui dextré incißonem hancfibi
Ucetnovam Annonbsp;dieipßus pafehatis in
mtdtorampr^'entiaperegit, cujuirei aliqui inpri-
mm veroJpfe teßtmonium prohibere poffunt ^ in-
ßßo (^exemplum enim prAcepti loco habeatur )
a dextra abdominis parte, tramverfo digitoin-
framthilicum i amp; ultra quatuor digitos, ad la-
tus ipßm incipiebat, in de reila ad pudenda uf-
qmeprogrediebatur absque tarnen reElorum abdo-
minis mufeulorum Ufione : Tribus enim digitüfw
jmraé a reÜo mufculo dißabat, inferne ver6 Pau-
lo Mistes. Muiculorum ut amp; peritonei fa£la in-
aßotte, abfque tarnen Magna Hdmorrhagia, ute-
rus cmfpicum fe obtulit, quem etiam feparattm
iaädit, faBo fatis magno vulnere, quo fatui vi-
vemi, tut amp; fecmdinay facilisper vulnus pa-
teret exituf. Poßmodum labia vulnerii non Ga-
ßreraphia , fedcommuni vulnerumfutura quin-
que pmBis cmfuit non quidemuterum fedmuf-
cuhsamp;pmtoneum, utiipfometobfervavi, dum
^teffolumreigratia, cum convaluijfem, ipfam
mmfiffem^ Sedamp;poßhac ftpiusinipfa id com-
mode ah fervavi , dum herniam per cur are conarery
quam deinceps femper habu't, vel ob futur ant
mimm reUé adhibit am, vel quod minus diu quat»
parerM, ftt pmferioremaaß^ei, qmdraginta
enimfolum diehus leBo fe continuer at. Sefqm-
anno autem pofi, priori marito defuncte , cnm
petro Chanclax ntipfijfet, qm etiamnum fiiper-
fies ruyftts concepit amp; féliciter natwahmodo
iiam tnixa, qm etiam fecmdas nnpiias ceniraxit
^ nage ville habitat qm loei, plures adhtic ho- dUsm.
f^iernadie, fidedignos hujm reitejieseft repirire.^'quot;'^'-
Defe Operatie van de Keyferlyeke Snee,ge-
tuygen oock twee Heel-meefteren van on-
fe Stadtj dat by haar tijdt gebeurt is, in
Vranckrijck^, v aar van de Vrouwen fijn ge-
luckigh ghenefen geworden. Gelijck als
ghy, uyt defe hare getuygeniffen fult kun-
nen verftaan, alfoo den fin der felver, naa
mijn vermogen in mijn Moeder li jck-taal
hebbe overgefet.
Maistre Anthoine Gloriand.
C Ertifieque l'^n. 16^0. d^üvoirvetf, Iers
quildemcHToitpour Serviteur ches Monfr.la
S-erré Maipe Chyrugijn^jure delà Ftlle de
Calais fon Matftre f m appelle, pour deltvrer la
Femme de Monp. Purot, mais trouvant me
Ulle tumificatfon , entre U partie , amp; Con-
duit de la Matrice, é f^oyam le dit Matftre U
^erfe, que ne fe pouvait fervtr d'tn(îrumems,
y 'ie/a main, ferefolm, pour fauver lenfant
^ M merCi Refaire ïlnctjion C^farienne, ce
f «7
-ocr page 64-{juyfHtfapt, en ta bus VUl e de CaUis , en la pre-
fence de Mmf.dt Gm-.dn Vin , Medtcindela
diete Fdlsgt; on le dit Monf. la Serré a tresbien ren ■
cy, car en faifant /' Operation , la du Femme,
efenfan^amp;^mere, font demmre en vie quelque
temps.
Weicke woorden vertaalt fijnde , luyden
als volcht,
M.Anthony G L O RIA N D ,
G
.a
Etuycht voor de waarheyt geilen te
hebben, dat in 'tjaar 1630 lyn Mee-
fter, daar hy doenmaals de Konft by
oefFende, genaamt la Serré $ zijnde ordi-
naris Heelmeefter van de Stadt Calis, ont-
boden wierdt ,om van'tKinde te verloflen
de Vrouwe van mijn Heer fnrot, oiaar ver-
nemende fuiken grooten fwellinge ontrent
die Partien, ende uytganck van de Baar-
moeder , dat het niet mogelijck en was met
I;;nbsp;de handt , noch door Inftrumenten de
Vrouw te verloflen , nam de refolutie, om
de Moeder ende het Kindt te behouden,
door de Keyferlijcke Snee, 't geen oock in 't
werck wierdt geilek, in 't by-wefen van
mijn Heer de Gom du Pm, Genees-meefter
van de felvige Stade , daar de voorfchre-
ven M .la Serré een geluckige Operatie deed-
Soo
-ocr page 65-van de Aanmerc^îngml 4ƒ
Soo dat de Moeder, ende het Kint beyde
fîjn in 't leven gebleven eenigen tijdt.
^ Daer wert oock noch een exempel ver-
haalt , van M', lean Girault, ghefwooren
en feer vermaart Chyrurgijn , XQFar^s ,in
^jn Annotatien (gemaeckt op de Francoife
Çhyrurgie van lacqHcs Dalechamps, Doélor
m de Medecijn, en ordinaris Voorlefer te
Lyons) in£ijn74.CapitteI, vaneengeluç-
kige Genefing, daar Moeder ende't Kint
beyde door denbsp;5»ec fijn behou-
E May l'An de Grace Mada-
^ me Marie des Auxnaix , Femme dn
S'.JacqueJouan, Maiftre Sellier en la
futile de Londfin en PoiBon , fm hmenfement
dep.reé amp; efchoucheé, d'm fils pour la troi-
fiefme fois, parla SeUton Cafarienne, amp; ce
far Pindnflrie amp; adrejfe du tres expert Maifire
Jacque, Maiftre Chirurgien audit Loudm^
amp; grand Operateur lytothomifle amp; Autres
Operations Chirurgicales , pour cet efaii bien
cognu par tome la France, en ce temps la: qui
plus eft, ^emefm laiffé perfuader , que le dit
'^'■Maiftre I^cciuq â dudepuis defUvréla diSle
^'^nie parladitte Operation Cefarieme jufqm
^ 4- fois, depuis celle donc je fais mention qui
font
I
font tnfemhle 7. fojs dont eile immM , voiU
pom ce fubjeBce quej'en aprine amp; ony. Valt
atquef^ale, par
Voßre aifeU'tonné Confrere amp; Amy
Pierre Guenellon.
IN'tJaer onles Heeren, 1628. den 12.
Mey, wierdt Inf. Maria des Auxnaier,
Huys-vrouw van S'. laques lonan. Sale-
maker in de Stadt Londm in Foutofii geluc-
kigh van een Soon vóór de derde reyfe,
door de Keyferlijcke Snee verloft , door de
naerftigheyt van den feer experten Meefter
Jacque° Chirurgijn en Steen-fnyder, als
mede in dien tijdt Operateur , aangaan-
de foodanighe werckinghe , door gants
Vranckerijck , wel bekent j Ia dat meer is,
ick hebbe my laten feggen , datdevoor-
feyde M. lacque defe Vrouw naderhandt
noch 4 mael, door de Keyferlijcke Snee heeft
verloft. Van defe voorighe 4 dan, maack
ick mentie, zijnde in 't geheel feven-maal,
in welcke laatfte Operatie fy het befturf.
Daaris'tgeene dat ick van defe faack heb-
be vernomen, ende gehoort.
quot;U E, Toe^negene mede-broeder en Friendt
M^ PlETER
Guenello«-
Ver-
van de AanmtrtT^ngm]
. Verhaalt hebbende by watgelegentheytj
Keyferlijcke Snee, doenlijck, gebruycke-
lijck, ende noodtfaakelijckis, ende met
Verfcheyde loofwaardige exempelen Gewe-
ien, ende met eenedeoorfaake van dien,
jjaarftigh overwoghen hebbende, foo is'c
Dehoorhjk dat wy naader met malkandereii
ipreecken, van die gelegentheyt: Tewe-
jen, als de noodtfaakelijckheyt daar is, op
Vvat manier defe werckinge niet alleen,
als dan gefchieden moet, maar in watdec-
Jen van hethchaam, ende oock gaan in-
Jien wat perikelen ende fwaarigheden daar
uyt foude te verwachten ftaen.
Soo is't voor al noodich te verhaalen,
deontleedmge van de behoudende deelen
de« Buycks, als oock van 'de Baar-moe-
aer, en haaf e verdeelinge, zijnde tot ont-
J?ngingh, endebewaaringe, desSaatsvati
Jodi: Almachtigh gefchapen, in 't onder-
r!nbsp;hier van kunnen na-
f Sfnbsp;onderrechtinge vaa
lt;iy»y.kpnfl van noodehebben, Aianns
tfmih ®d« ontledinghe
des menfcheh,eken lichaem 5 ende andic
^«theuren meer.
Doch
-ocr page 68-W
AAAA.C«»^ i
-ocr page 69-A AA A. Commnia integumma abdominisfepmti.
De gemeene afeefcheydcne dekfclen
van den BuycK.
Mmm. Lineaalba.
De witte Linic.
O.
£ B B B. Lima circa tjuam tendines ebliquorum abquot;
domirds mufculorum inciipunt (Spiielio)
femilunaris diHa.nbsp;Wfi gt;
De Linie, genaamt dehalfmaanfche-
wij^, yan Spigclius, waar ontrent
de Peefen vande dwerfcheSpieren
des Buycks haar begitifel nemen.
E E. Mufiulus obliguê afiendem infuofitucum
fibw adfupenora excurrentibus.
De dwersfche opgaande Spier in fijn
plaats, wiens Vefelen na boven op
gaan.
DD.- Spinaotjisilium.
DeRuchvan quot;tDarm-been.
Doch Ick en hebbe niet kunnen nalaten
oiQ den cuneufen onderfoecker een af-
«yckenxng van de behoudende deelen des
Dnbsp;Buyck?.
Buycks tc vcrtoonen tot meerder onder-
wyfinge. Wekke behoudende deelen des
Buycks men in defe Operatie moet komen
temyden.
De gemeene deckfelen dan, dewekke irt
defe Operatie door-fneedcn werden ; zijn,
de opperhuyt, de huyt, 't vet ,hetvkc-
fich vlies, ende de Spieren des Buycks,
het binnenfte , ende laatfte deckfel der
behoudende deelen is de Pens-fack , ofte
hetBuyck-vlies, alfoogenoemt, omdat
het in 't geheel al het ingewandt des onder-
ften Buyck bekleet, ende niet alleen dat,
maar na iret ghevoelen van veele voor-
treffelijcke Ontleeders, alle de deelen des
Buycks, als met cen ghemeen vlies over-
deckt ; Van de. ghehoudene deelen des
Buycks, en vvert van alle niet door-fnee-
den; als alleen dc Baar-moeder, tot bequa-
me uythaUngeder Vrucht, ende der Na-
geboorte.
Dat, de behoudende deelen des Buycks
door-wondt ende gequetft zijnde ,alwaer't
oock dat een ghedeelte van't ghcdarmte
door de wonden, quam uyt te fchieten (dc
felvige ongequetft zijnde) fonder groot pe-
rikel kunnen genelen werden, is kenne-
lijck, ende leert dc dagelijckfe etvarent-
heyt, foofekerj datickonnoodighachte
il
van de Aanmerchjvgm. 51
daar van veel te verhaalen, eyndigende
met de woorden Gakm , Mediocre foramen
^»gu^iorifaluUiuseJfeyHtlibcrémirHdamtir in-
tejtma.
Nochte men behoeft oock niet bevreeft
te weefen, voor een fwaare bloedinge in
t quetfen van defe Spieren. alfoo op die
plaats daar de Sneegefchiet, weynigh ofte
geen groote Aderen nochte flach-aderen
door en loopen : Ofte waar het ont-aderde
bloet fal bly ven, wanthetkan lïchbequa-
mehjck door de openingh van de Baar-
moeder komen te lolTen.
Noch daar en is geen treckinge der Ze- fw.
nuen te vreefen, alfoo de opening gefchiet^quot;'
in t midden van de rechte Spier, ende niet
in hjn begm ,noch in fijn eynde; want in
quot;jn midden en zijn geen kleyne fenuachti-
ge vefelen.
Men behoeft oock niet te fchricken voor
de grootheyt van de wonde die in de Baar-
moeder vereyft wort, om dat terftondt na
de uythaalinge derVrucht( haar natuur ey-
gen is) wedetom in een getrocken te wer-
den . ende de wonde als dan feer lichteliick
kan toe-geheelt werden , daar de natuer-
H)ckewarmte, van de omlegghende dee-
ien oock veel toe doen kan; wantdeuyt-
«ortingc van'tbloetder Baar-moeder, is
D i ~ niet
Eerße Deel
met grooter in dele verl iffingc, als in een
andere natuerlijcke verloffinghe , wantin
gevalle de felyige te groot mochte zijn, fo
kan me:ifetegemoet komen , metbequa-
me fpiiytingen , foo tot fteit pinghe van de^
bloetvliet, als tot reyninge ende genefing
dervoorfeyde wonde , altijt naarllich let-
tende dat daarniet iets achterweeghblijft
tegen natuer.
Dat na het ghenefen van defe wonden ,
door het fnyden van de Pensfack gewoon-
lijckeen Hermayolchz, deweicke niet wel
geneefen en kan worden , nnoet met gedult
gedragen worden , ende door windfels gt;
breede banden als anders onderhouden
werden , alfoo't een kleyn gebreck is ten
opfichtevan foo grooten vverckinge: te
weten dat iy, nochte haar Vrucht, de aan-
ftaande leeckere doot, anders niet en fou-
de kunnen ontgaan hebben. Weicke rede-
nen , ons dan te meer tot defe werckinge
verplichten; terwijl Toen fietdatde quet-
lingevan de blaes, die men genootfaackt
is te doen, in't Snyden van de fteen , bo-
ven het fchaamte-been , veel periculeuler,
moeyelijcker, ende fwaarderis. laat ons
dan eens naarftigh overwegen, waarom de
Keyferlijcke Snee , niet nootfaakelijcker en-
de profytelijcker en foude te achten wefen,.
terwijlfe
-ocr page 73-tcrwijlfe oock lichter om doen is, fiende
op de behoudenilTe van 2 zielen ; Op dat
'^let ineen en der felveruur, de Moeder,
Jf et haare Vrucht ( foo de Opera,k maar ty-
öehick mach in't werck geftelt worden j
•^eyde feer jammerlijck omkomen.
l-^e andere reden is, om dat de Eaar-moe-
aer leer groote verfweeringe ende verrot-
JJnge kan uytftaan; Ia dat (omtiidts ge-
beurt, dat men ontremde Navel, deo-
pemnge heeft moeten maken , in een vrel
penkuleufer pluatfe als daar men de Seüio
gewoon is te doen, w.iar door men
dedoode Vrucht, als de verrotte beende^
ren der felver, heeft ujtgehaalc, de Vrou-
we echter gduckich genefen gheworden
zijnde, gehjck alsgctuycht, en oock ver-
haalt ghefien te hebben, Suphams Mani-
Medicm Burdigalenfis in)ua Hifioriade
partu prodigwfi, qnivifusefl agro BArdimam
^»Xta Rmdigalam , ANNO M.D.XCV
Dat gedaan heeft den feer experten Heell
meelter lacobus Noierus.
Diergelijcke is 6ock gebeurt in mijn ti,t,
doen ick bymijn Meefter de Konftoeffe-..
nende was, gelijck als ick hier voor aan-
gheteyckent hebbe, dat een verrotte
»Tücht door mede werckinge van de na-
door den rechten Darm, isuyt-ge-
troc-
-ocr page 74-trocken gheworden, hier uyt foude men
kunnen afnemen de groote voorfichtig-
heytvan de natuer: die van geen Leer-
meefter onder-recht zijnde, nochtans fom-
tijdts de grootfte Leermeefter is, en weet
verborgene middelen te verfchafFen, om
lIch in de alder-periculeufte ghebreecken
te redden, infonderheyt als zy door naer-
ftigheyt van een geleert Heel-meefter de
handt geboden wert.
Albucafts een uytnemendt Ghenees-en
Hcel-meefter onder de Arabiers verhaalt,
lib, cap. 'j6. een zeldfame ghefchiedeniffe,
dc welcke ick niet en kan verby gaan fon-
der de felve UE mede te deelen. IcJ^heb-
be, fcythy, een f'roHWeghetien , in wiens li-
chaam ien Kindt was, en echter wierdt fj be-
vracht •. Naderhandt is de tweede Vrucht mede
oeßorven-, Sy kreeghdan na een ruyrne tijdt een
^Geßvelinde Navel, 't welcke ßch verhef ende ,
en ejndelijck^ gheopent z,ijnde, begoß etter te ge-
ven ; ben derhalve i haar er Geneftngb ghe»
roepen, en hebbe lange tijdt daar over gegaan,
maar de UlceratiemWe wef fluyten , foo hebbe
ick^daar eenßarcketreck^plaaßer daarover ge-
leyd', en uyt de openingh is een been gekoomen,
en na eentge dagen noch een. Verwondert was ick^,
ivetende dat'er geen been in de Buyck.'^; Maar
alles forghvuldigh en veorßcbtigh overleggende,be'
^nbsp;vondt
vêndt tck^ , dat het Beenderen van een doode
yjHcht mren. Deoorfaacl^derfiecktedan, en
«f rechte votgh tot des felfs Gentfinge my bekent
gemrdfn x.^nde, hebbeick^er veel beenderen uyt
gehaalt, werdende de Vrouw vry be:ergeftelt, en
fj leefde daar na noch een lange tijdt: Maar uyt
de Ofeninge vloeyde noch ah ijdt eenighe etter.
Franctfcus Rofettus verhaalt 5 exetrpclea
van de felvige natuer, de welcke ty^mbro-
ftus Partus heeft aangeteyckent in fijn 24
Boeck van dc Generatie.
Fabritius Htldanus verhaalt de wonderlijc -
ke gefchiedeniffe van een Borgend,fche Vrou-
we , wien in't laar 1609. een verrotte
Vrucht ontrent de Naveluytgefnedenis,
van Afr. lohan Marchandet, Heel-meefter,
tot Salinen.
Alexander BenediÜus, Genees-meefter
iotBern, verhaalt2jboeck, cap. 33.een
diergelijcke ende merck .«^aardige gelchie-
denis, van een Veneetfche Vrouwe, de welc-
ke van eenvol-drage Kindt verloft was,
maar daar bleef noch een ander in de Baar-
moeder leggen, 't welck doodt was; Ende
cyndehjck door de grootte van haare fieck-
te komende te verrotten , is meerendeel
door de natuerlijcke wech uyt ghedreven
geworden; Ten leften 3 openingen in den
Buyck door-gebroocken zijnde , foo is
D 4nbsp;uyt
uyt cenewclckedegrootftewas; üotyders
verwondejrlngh, 'tgehcele Beckeneeldes
dooden Vriichts uytghekomen : Nader-
handtzijnder de andere beenen dagelijcks
uyt gehaalt 5 En fy is alfoo door een won-
derlijcke mede-hulpe van de natuer weder
gefönt geworden.
Anno 1655. den 10 Frehmrio , is my
door een loofvvaardigh , en vertrouwt
Vriendtj een Memorie gefonden, waarin
hy my verfeeckert, dat binnen de Stadt
van Brugge in VUitnderen, ontrent de oude
Beurswoonachtighis, eenvermaardt Ge-
iiees-heer,genaamt Somins, de weicke
dele Optratie, tot 7 maaien toe heeft in 't
werck geftelt aan fijn eygen Vrouw, met
geluckighe uytkomften, want de Vrouw
ende de Kinderen zijn in 't leven gebleven.
^ Uyt welck verhaal van verfcheyde won-
derlijcke gefchiedeniflen vanloofwaardige
Autheuren, als eygéne ondervindinge , ick
afmeten kan de nootfakelijckheyt van de
Keyferlijcke Snee niet alleen , maar datfe
oock do£nlijck is, met het alder-grootfte
voordeel, dat is, om zielen in 't leven te
behouden; ende kan [eer hebt door een
;t,nbsp;cryaren Heel-meefter ( naar alles rijpe-
lijck over wogen hebbende) teweechge-
feracht werden; Te weecen, in fwaare en
P^ri'
-ocr page 77-perlculeufe voorvallen, fccmdum HippO'
cratemy extrema amp; admodumpertCHlofareme-
dia, non mfi extremis Morbisjmt adhtbenda.
Doch .Ambrofms Paramp;HSitm leer bekent
Schryver, als oock Jacqties GuillemeauGjn
VanOpinien, dat men defe forgelijcke O-
peratte niet en behoorden iri 't werck te ftel-
len, gelijck als ghy uyt haare eygene woor-
den kunt aanmercken , om dat het haar tot
tweemaalen toe milluckt is, ende fy ver-
haalen noch, daar toe, kennifle te hebben
Van 3 Vrouwen die mede fouden geftorven
zijn , aan de welcke defe Keyferlijcke Ope-
ratten in 't werck geftelt zijn geweeft, doch
fonder dat de Vrouwen in't leven fijn ge-
bleven, Laat dit nu alfoo geweeft zijnSo
zijn echter de 5 Kinderen behouden ghe-
vvorden , dat gheen k'eyne faack vvas:
Maar hoort haar felfs eens fpreecken.
ylticmstiemrent que telleStSdon Cefarienne Ophit
fe peut, amp; doit praSltquer ( la Femme] eftant
■vil/ante) ennn fafcheux accouch^ent, ce que c^fhi-
je He pms confeiller de faire, pour tavoir experi-
mentépardeux fois, m laprefenceds Monfitur
Paré , amp; vetipraüiqucr a Meffteurs, Viart ,
Brunet, Charbonet, Chrurgiensfortexpers:
^fans avoir rien obmis a la faire dextrement amp;
^ethodiqticrnenf. t om: e fois de civq ftmmss anf-
D 5nbsp;qusllis
quelles telle Operation a ejii fitiBe il »'tu ^
efchappé aucune : je fçay que l'on peut mettre t»
avant, qu* ily cn a qui ont tflé fauveesMail
cela ferait arrive il le faut pluflojl admirer
que pratiquer ou imiter: D'une feule arôndelU
»n ne peut juger le printemps , ny dune feule ex-
perience , Ton ne peut faire une fcienee.
Welckc woorden vertaalt zijnde, al-
dus luyden .-
Eenighe houden't daar voor j dat de
Keyferlijcke Snee in een fwaaren arbeydt be-
hoort in t werck gheftelt tc worden , de
Vrouw noch in leven zijnde, 't welck ick
nieten kan geraden vinden, toe te laten,
om dat ick het tot tweemaalen toe hebbe
lïen pradifeeren , in 't by-vveefen van
Monf. Paree, ende hebbe het felvighe or-
dentelijck flen doen , van Monf. Vtart ,
Brunei, QnAs Cbarbonet, feer experte Heel-
meefteren , fonder in 't minfte yets (de
Konft aangaande)overgeflagente hebben.
Nochtans foo lijn van 5 Vrouwen, aan de
weicke de Keyferlijcken 5«ef in't werck ge-
ftelt is ghevveeft, niet een van alle opge-
komen. Ick weet oock ter contrarie dat-
ter zijn , die daar na gefontzijn gebleven,
maar als dat gebeurt, foo moet men flch
veel
-ocr page 79-van de Ammml^ngen.
Veel meer daar over verwonderen , als't
felvige in'twercik ftellen, vvantaaneen«
Swaluwe en kan men de voor tijdt niet oor-
deelen , nochte van een ondervindinghe
alleen, en kan men gheen wetenfchap
ttiaccken.
De voor bereydfelen dan, die tot defe
Operatie vereyft werden, zijn als volcht:
De Moeder, ende de Vrucht, beyde noch
in leven zijnde, ende by aldien ick tot fo-
danigen werckinge geroepen wierdt, fo
foude ick aldcreerft uyt de oorfaake, de
nootfakelijckheyt van de werckinge , hé-
oogen,offe doenlijck waare,ende of fonder
deft Keyferlijcke Snee, de Vrouwe, noch de
Vrucht de tydelijcke doodt niet ontgaan en
J^onden, ende of fy oock door eenige on-
■^oorfichtige Vroe-moeders, als anders, niet
te veel geleden hadde,ende het lichaam niet
te Veel gequetft waar j want als een Vrouwe
na foodanigen Operatie quame te fterven ,
foo fouden (y het de Meefter wijten, al-
waar t dat oock hare voorige onvoorfich-
tigheyt haarde doot hadde aangedaan. En-
de na dat ick dit alls wijflelijck, foo de
krachten van de Vrouw, als haare fterck-
te naerftigh hadde in acht genomen, ende
oock alles wat tot de werckinge van noo-
den
den was, gereetgemaackt, al eer Jck foo
grooten werck by de handt nam; Te we-
ten , eerft ende voor al verforgende een
verfachtende Clyfter, totontlaftinge van
het gedarmce, als anders, een goede harc-
fterckende dranck voor de V^rouw , een
Roemer met Wijn, alsAzjn-, Oockforch
dragende datfe haar water maackt, tot
ont aftinge van haar Blaas, een goet behen-
digh Scheer-mes , met noch een ander
Sny mefken, wiens punt befchermrwas
met loot, om te fien vvat in de v v-erckin-
ge beft te pas quam, een penne met Boeck-
druckers inót om bequamelij k de Snee af te
teyckenen, ende die plaatfen daar de hech-
ten füllen geleyt werden , doch de afge-
teeckende plaatfe moet eerft opghedroogt
zijn ,435: naalden met drykante punce,
jinbsp;metgewaften roode Karmofijne lijde dra-
den , door-toeken, 3 a4 filvere naalden,
gelijck alsmenin het fnyden van een Ha-
ie mondt ghereet heeft, met fijde draden
verjïen, 3 fachte Spongien tot reyninge,
verfcheyde dobbele comprelfen van facht
Servet doeck, oock een Servet 4dobbel
gevouwen om na het verbandt. om het
lichaam re doen, in maniere van een ftuyt-
handt, 2 breede windfels, yder van 6 vin-
geren breet , daar men het lichaam mede
fal
-ocr page 81-bewinden tot fteropirge van het bloet,
een komme meteen verfterckent endet'fa-
tnen hcelende Genees-middel , daar ick
wonde alder eerft mede (oude reyni-
gen ende afwaflchen, al eer ick de vyond«
quame toe te hechten , eenbequamebloet-
fiempinge vvaar in geen VitriolMm, ofte an-
dere corrodeerende Genees-middelen in
komen , want fy fouden de aanbackinghe
der wonde verhinderen , cen goede won-
den Balfem om daar mede , de wonde te
verbinden. Door welcke middelen ick de
Lyder wederom foude focken te brengen
tot haar voorige gefontheytdefe navolgen-
de Genees-middelen foude ick verkiefen
als volgen: om foo het bloet te ftempen,
als van de vvonde af te vegen ende te rey-
nigen.
Rad: ConfolMajom, afxparilh an^Xß.
Herb. u^grimontA , althéa gt; artemefia , ros
fnarinan. m.j. Flor ryiehloH, lavendnU, ro-
farnm rnbrarum , an. r». Sem: anißßc-
niculi an. 3. ij. Caftorei 9- j. Fiant omnium
decoBio , tn vim rubro , ufque ad tertio partis
confumpiionem.
Volcht het bloet ftempende Poyer.
^ Famivolatilis, E. j. g,. BoUarmeni,
S' agt;. Cjpfy 5. ij. Reßnt,gt; ohbanian. f J-
Sang.
-ocr page 82-Sdng. Draeoms 5-j. Ommafubtilijfimé p^lve-
riJentHT amp; mifceantter.
De wonde Balfem is als volcht.
01: oltvarmf^.^,.
rhtrebinthl.iij. Rad. confolicU md-
joris: terment an.
Herb: trifol. adorati. m.j,
Flor.rofmarim
Centanrei, an. m. jj.
Hyper iel, m.j.3'
CrocfS'j.
Contmduntur ftmttl cnm oleo , vitro inclw
danturamp;calore folisper ^o dies digerantw, po-
Jlea exprimantf*r hejuorem ufuiferva.
Die gecne, de welcke defen wonden-
Balfera niet ghereedt en hebben, foudcn
veyligh mogen gebruycken, het 01. Hype-
net, met het 01. Coopyva an- partes Aqnales.
De manier om defe Operatie in 't werck tc
ftellen, ( na dat ick het alles gereet had-
de gemaackt) foude ick op defe navol-
gende wijfe doen,
Eerft ende vooral, den naam des Alder-
hoogften gefamentlijck aangeroepen heb-
bende , gelijck als Chriftenen in fwaare
voorvaliigheden gehouden, ende gewoon
fijn te doen; Dan foude ick de Vrouw op
haarrugge do?n leggen, voor aan op het
s?'
m
ï
®cdde,oin daar gemackelijkcr by tc kunnen
dornen, ende laaten haar door twee kloec-
Ke Mannen, fachtelijck haare Beenen dicht
een houden, voorts gevende haar een
goet kuflèn onder haar hooft,ora datfe niet,
door al te feer achter- over te leggen, al te
flau foude worden,dan foude ik de llincker
®fce de rechter zyde van den Buyck ver-
piefen,die ick oordeelde degefontfte te we-
fen, altijt wachtende die zyde die met milt,
ofte leverfiekte, fo voor defen, als noch ge-
quelt mocht zijn,doch fo fy in de eene zyde
Van den Buyk een fcheurfel haddej fo raade
Celfus ende Paulusmende ope-
ning op die plaats doen fal,daar het fcheur-
lel is.op dat door de fwaare,ende moeyelijke
geneefinge,van die wonden,den Lyder,aan
geen twee zyden foude gefcheurtblyven.
pit gedaan zijnde,fo foude ik met in£t,na dc
«nkte van denBuyk,de plaatfe Vande Snee
^rteykenen,zijnde een half voet lank, na de
ordinäre groote van die wonden, de welckc
in fodanigc werkinge vereyft wert ende de
dwerfche fchreven, over de rechten getroc-
kene Linie , fijn alleen dienftig, om dat in 't
leggen der hechten geen misllaghen foude
kunnen begaan werden i want de dwerfche
Schreven moeten wederom met malkande-
^en gelijkelijk overeenkomen: Gelijck als
Êhyin dele Fisure kunt aanmerken. A.
A.Vmfi'
gs
Vmbilicus.
Den Navel.
Linea reBaSeHtonis Casaren, longa di-
midii fedis.
De rechte linie van de Keyferlijcke
Snee een halve voet langh.
C C C C. Lineit tranfverfaliter decuffata, fuper li-
neamprimam reElam.
De dwerfe overgetrocken linie, op
den eerften ofte rechte getrockene
linie.
Maar alle defe omftandigheden en vver-
de niet vereyft , de Moeder gheftorven
zijnde, ende als men vermoedt dat het
Kindt noch mocht in 't leven zijn ; foo
verkies ick maar alleen de naafte plaats dien
ick oordeele in het fnyden, de minfte fwaa-
rjgheyt onder-warigh te zijn, om het Kint
met te quetfen, foeckende maar alleen op
het fpoedighfte de Vrucht te behouden,
ende uyt te haaien , met lijn Na-gheboor-
Om voort te gaan , de plaatfe dan ver-
dolen hebbende, tuffchenden Navelen-
het fchaamte been,blyvende 2. a 3. vin-
Enbsp;ger
A.
ger breedt, onder ende bezijde den Na-
vel , ende oock foo wijdt van beneden ,
om de tendineufheyt van de Spier te mij-
den , foude ick na de lenghte de openinge
maken, als oock in de rechte Buyck-fpier;
eerft geheelijck den Buyck met eenScheer-
raestotinhet Vettoedoor-fnydende-, de
wonde foo groot makende als na gelegent-
heyt van de Vrucht, als oock van de Vrou-
we vereyft vviert, daar na met voorfich-
tigheyt verder gaande, ende door-fny-
dende de Spieren van den Buyck , met de
Terilc- Pensfack , waaronder fich datelijck komt
te Yertoonende Baar-mpcder , de welcke
voorlichtelijck als dan, in fijn midden ge-
opent moet vverden, om de ondergelege»
nc levendige Vrucht, als oock die deelen
die tot de voort-teelinge dienftig zijn, niet
te quetfen , de vvelcke aan vveder-zyden
vandeBaar moeder gelegenzijn. Deope-
ninghe volkomen door de vliefen van de
Moeder gedaan zijnde, foo vertoont lïch
als dan de Vrucht met fijn Na-gcboort
ende de ftrenge, de welckebehendighdaar
uyt naiïch moet gehaalt worden , loo de
Vrucht als Na-geboort. Maar by-aldien
ick vernam dat de Vrucht Flaeuw vvas,
foude ick de Na-gheboorte met warmC
Wijn laten befprengen, ende doen het foo
wariB
-ocr page 87-van Ae AanmercJqngen. 6j
Warm op fijn Buyck leggen, totvernieu-
winge van fijne krachten, doch de ontbin-
dinge ofte fcheydinge des Kints, foude ick
foo langhe laten vertoeven tot dat ick de
Moeder hadde verbonden , ( ofte liever
door een Vroe-moeder laten redden, die
de Vrucht ga'ede-floech ) voorts de wonde
Van den Baar-tnoederaf-wafTchende, foo
om het bloede te verhinderen, als de felvi-
ge te reynigen met mijn voorfchreve Lava-
mentKm, foo foude ick ftracks daaraan de
hechten komen tc leggen , nietop die ma-
nierevannbsp;, daar men altijt foo
wel de onder-gelegene Pensfack, als de op-
perhuyt beuitom beurt kome te vatten,
maar ick foude die maniere vari hechten
verkiefen, als ick in het hechten van de
Hafe-monden gewoon ben te doen, en het
felvige foecken te Genzkn,per pnwamimen-
t'onem Chyrur'tA, gelijck als door fodanige
hechtinge, alswond-olyekan gefchieden.
Maar ick foude altijts trachten in de onder-
fte plaets van de wonden , door een turun-
de een opening te houden, foo lange tot
nat de groote perikelen en toevallen verby
Vvaaren: Ende handelende voort op die
quot;lanier met foodanighe Genees-middelen
gelijck als men in andere verfche wonden
quot;SS Buycks gewoon is te doen, ende ver-
E 2 , bin-'
binden de felvige na behooren, tot de vol-
kome Genefin ge toe.
Maar de Baar-moeder, de weicke niet
aan malkanderen gehecht moet zijn, ghe-
lijck als ick hier vooren hebbeghetoont,
foude ick fijne Genefinghe foeckentebe-
ciyiler Vórderen door bequame fpuytingen , de
ZT'quot; vvelcke in't begin de Lochia niet enqua-
Kraams me te Verhinderen, maar watbelanghtde
ri','1!'quot; Pefaria kunnen mijns oordeels hier geen
voordeel doen, want voor eerft, foo kun-
nen fy de Baar-moeder geien Genees-mid-
del foo diep toe brengen als de fpuytingh,
om dat de openingh gefchiet , in hetbo-
venlle ghedeelte der Baar-moeder, foofy
met fijnLywaat, ofte met een dunne Scha-
pen darm bekleet zijn , fo» zijnfè noch
foo veel te flimmer, om eenige hulpe by
te brengen , foofe niet bekleet zijn, fo fmel-
ten fy datelijck, ende verhinderen oock
den uytganck der reyninge, want door de
fpuytinge wert de pijn verfoet, endede
ontfteeckinghe belet , als oock door de
fpuytinge wert de Baarmoeder als geftooft,
ende fe verwarmt ende verfterckt de felvi-
ge , ende oock foo werden daar door de
overtollige ftinckende vuyligheden uytge-
dreven.
De manier van leven foude ick haar or-
Itl
van de Aanmer Clingen,
dineerenvanweecke ende voedtfame fpij-
fen: Te weeten , goede voedtfame Sop-
pen , als Hoender-nat, Schapen-nat ,
vveecke - doore van Eyeren , ende foo
Voort, gelijck als men in groote fweeringen
ende wonden des onderften Buycks ghe-
Woon is te doen, altijdt wel forgh dragen-
de , datfe niet al te hardt-lyvigh is , ofte
anders loude men haar moeten te huipe
komen met een bequame verfachtende Cly-
ßer.
Uyt. defe Verhandelinge waarde vrient,
kunt ghy beoogen, wat droevige exem-
pelen ons dagelij cks te voorenkomen , on-
trent de bevruchte Vrouwen , de welcke
mtn dickmaels niet alleen, maar oock haar
onnofele vruchten, foo jammerlijck flet
verfmooren en vergaan. Gelijck als met
jny getuyght, den vermaarden Heel mee-
fier Gttilhelmus Fabriuus Htldanm, daar hy
verhaalt wat de Konincklijcke wet in heeft,
en feyt; De Konincklijcke Wet verbiedt,,,
een Vrouwe die met een vol lichaam ge-„
itorven is, te begraven voor en al eer haar „
ï Onbsp;^y^^ uytgefneeden werdt. „
De Rechts-geleerden noemen defe Wet,
om haare uytmuntentheyt jiiet alleen de
i^oninckhjcke Wet. Maar oock om dar
men gelooft, datfe van den tweeden Ko-
E 3nbsp;ninck
Tliita;
ninck der Romeynen , Nttma Fotupi/ius»
foude geftelt wefen, voorwaar wiert defe
Wet, toch over al van de Chriftenen onder-
houden , veele Kinderkeas, die door 't af-
fterven van haare Moeders , ellendigh
inde Baar-moeder werden verftickt, fou-
de kunnen behouden werden , ende
veele Ouders gerufter van gemoedt zijn.
Want niet tc vergheefs doet'er den Inftel-
der defes Wets by : die anders ghedaan
fal hebben , fchijnt de hoope des le-
vens met de bevruchte ghedoodt te he.b-
ben.
De Konincklijcke Wet dan, die gebiet
wel dat men alle lichamen van Swangere
Vrouwen, die eerft geftorven zijn, fal ope-
nen , fonder eenigh onderfcheydt; Maar
een Heel-meefter en is aan die Wet foo feer
niet gebonden, ten zy hyde felvighenoo-
digh acht, want daar kunnen fichtbaare ,
ende taftelijcke teeckenen en oorfaacken
zijn, waarom men fulcks foude mogen ver-
Owfaa- bygaan; Ende voor eerft, als menverfe-
kertisdatt Kint doot is, als oock dat daar
ncetde maar een is; Ten 2. als de Vrucht verrot,
nkt'vcr- vergaan is; Ten 3. als daar een fwaa-
,1 cvft cn re vloet voor gegaan is met breeckinge des
- waters, ende dat de Baar-moeder ontlaft
is j behoudends alleen een Vrucht fonder
j;:nbsp;eenige
eenige beweeginge,ofte die feer kleyn is^en
niet Voldragen, Gelijck als ick noch, on-
langhsdoor eenfeeckere Vroe-vrouw ben
ontboden op de Keyfers-graft by een Fran-
ce Vrouw, ora dele Operatie te doen , doch
echter niet en wierdt noodigh gevonden,
Want de Vrouw hadde fodanigen grooten
vloet, van bloet en water, datfe wel een
emmer vol ( foo fy my voor de waarheyt
verhaelde) wasquijtgeworden ; daarge-
komen zijnde , vonde ick haar noch in't
leven, met een kleyne pols, en ieer fiaeuw,
met continuatie van de vloet, maarniet
foofterck, 'twekk geen wonder was. Ick
beyal de Vroe-vrouw haar handt geftadigh
op den Buyck te leggen, en feer naeuw te
letten , of zy oock de minfte beweginghe
vernam, maar daar was voor haar fterven,
noch in 't fcheyden gantfch geen bewee-
gingh , endealsfy geftorven was, bevonde
ick de Vrucht feer kleyn, ende gins en weer
de felvige verleggende, fonder de minfte
beweging-, gaf tot 3ntwoort,dat de Vrucht
doot was, ende oock niet voldragen 5 der-
halven niet raadtfaamvondt, de Operatie'm
't werck te ftellen.
quot;Wdcke bevveegh-redenen , my hebben
aangeport om oorfaacke te moghen vin-
den , van defeHiftorikhe Aanmerckingh
£4nbsp;UE,
lt;7 2, Eerße Deelvan de Aanm. (£c.
U E. geleerde kennifle toe té paffen, aan-
gaande , de Seäio Camp;farett van de welc-
ke ick my ghenoeghfaem mach verfeecke-
ren , dat van ü E. iets byfonders , en-
de aanmerckens vvaardigh van diergelijc-
ke ghebreecken in acht ghenoraen is ghe--
vveeft. Vergeeft my alleen , by aldien
ick de raaate van Schryven te buyteti ge-
gaan hebbe, ende weet dat het de noot-
faakelijckheydt ghevordert heeft , aan-
gaande defe voorverhaalde fwaarigheyt ,
wekkers oordeel, nochtans ick ghene-
ghen ben U E. kenniffe te onderwer-
pen , altijt geneghen zijnde, van U E. er-
varentheyt ondervvefen te vverden , en-
de beter onder-recht zij nde, altijdtghe-
willigh blijf, om een qualijck opghenomen
ghevoelen, af te ftaan. Hier med© eyn-
digende , bevele U E. in de ghenadighe
proteiftiedes Alderhooghften, ende vaart
wel.
Gefchreven in Amßerdam den lo Septem'
her. 1662.
E 4nbsp;De
• '
De tweede Hiftorifche
P'an een
EN
Sijne Extirpatie in een Vrouwe,
Waar in verhaalt wert, deoorfaaken
en Genefinghe der felver.
Aan den wel-geleerden Heer
Der Medecijnen DoSior en Pra5lijljn
t'A M S T E R D A M.
M Y N Heer:
; Lfoo ick van voornemen was, by
1 de naafte gelegentiieyt aen U E.
l te fcbryven, konde ick niet na-
laaten U E. mede te deelen,'t geen
mijns oordeels aanmerckens waafdigh was.
Anno i 6 y S. den 24. December ,
C zijnde de tweede Kers-dach)ben ick ont-
boden geworden, op de Prince-graft, te-
E 5nbsp;gen
gen over de Noorder Kerck, inde Prln-
cenHof-gangh, tot Tomas Garßens, Sol-
daat onder Capiteyn Rufins» om fijn Huys-
vrouw Maria, lacobs te vifiteeren, van haar
ghebreck, daar fy den tijdt van 4 laaren
raede gegaan hadde , te weten met een uyt-
F^äJna. finckinge van de Scheede, 't welk een feker
Vroe-vrouwe voor een uytgefackte Lijf-
moeder tradeerde, ende gehandelt had-
de, den tijdt van twee achter een volgen-
de laaren, (foeckende het felvighe door
'topfettente Genefen, meteenriagh van
Kurck gemaakt, zijnde een vinger breet
dick, ende drie duymen 6reet in de rond-
te , ende in 't midden was een gat, fo groot,
dat men bequaam, daar een vinger konde
door fteecken,welke ringh in gefmolte geel
Wafch gedoopt was
alfo van haar onder
geweeft, ende haar ge-
fet is ge worde door die Vroe-vrouw, ende
louden geworden lan-
ghen tijdt, tot dat fy merckte, ende ver-
nam datfy niet Genefen wiert j doen heeft
ly wederom de Genefinge aangegaan, met
noch een andere Vroe-vrouw, die haar on-
der-ftont de uytgefackte Lijf-moeder door
een Bal van wit Was gemaackt zijnde , in
haar lichaam te brengen, waar door fy de
Lijf-moeder quaam op te fetten, trachten-
de door dit middel de uitfincking te Gene-
fen»
van de AanmmJqngen. 75
feu. die anders gheduerigh quam uyt te
hangen, wel de grootte vaneen pints roe-
joer, ofte van een peer-kanneken, weic-
ke Bal van W as in 't lichaam gebracht zijn-
de gt; cn kan ick foo goet niet achten als dc
^ingh: Want door het gat van de Ringh,
koude fy bequaamlick haare reynigingen
bekomen, 't welck door het opftoppen van
de Bal anders onmogelijck was, te kunnen
gefchieden.
Diergelijcke exempel hebbe ick noch
Van een Vrouwe gehadt op de Heere-graft,
vviens Lijf-moeder loo fy meende oock
Was op gefetdoor'diergelijcke Wafle Bal-
len , 't welck haar feer qualijck bequam,
Want ick Wierde daar ontboden, om haar te
Verloflen, 't welck oockgefchiede, maar
tnet geen kleyne moeyte. Want alfoo dit
ftuck foo groot was, als een gemeene vuyft
Aaneen Mans handt, foo heeft het haare
'^eyninge wederhouden , veroorfaakende
een groote pijne, koors, ftanck ende ver-
rottinge , doch fy is na het verloflen van
dit Wafl'e Kint, door des Heeren genade
geluckigh Genefen geworden.
, Het felvige gebeurde oock in defe voo-
^ighe Vrouwe, want de toevallen veroor-
»aakten mede groote pijn, in de lenden, als
de lieflchen, ende oock in 't lichaam, fo
dat
-ocr page 96-dat defe Vrouwe, op geen van beyde haaf
zyden, en rugge en konde leggen, nochte
fitten als met onverdraagelijcke pijn, den
tijdt van feventhien weecken, tot dat het
lichaam open perften , met fulcken vloet
van materie en ftanck, waar door met eene,
de waffche Bal wiert uyt gedreven , fwart
beflagen zijnde van de ftanck , met dat ge-
deelte , en uytlackinge van de Vagina, dat
fy voor de lijf-moeder hielden, feerge-
kneuft en befchadight zijnde , met eenige
uytgegeten plaatfen vande materie, foo dat
daar twee gekneufde wonden waaren, op
die plaatfe daar die Wafïè Bal geparft hadde
ghelegen, ende die vvierdengheluckigh
door die Vroe-vrouw Genefen.
Eenige tijt daar na, foo heeft een feec-
kere MeefterefTe wederom op nieuws haar
aangenomen te Genefen, door een Ringh
meteen gat van Kurck gemaakt, ende in
gefmolten Was gedoopt zijnde , ghelijck
alsby de eerfte Vroe vrouwen gedaan was
geweeft; Welcke Ringh defe Vrouwe we-
derom gefet zijnde, heeft fy wel 536 Maan-
den ruft gehadt, tot dat eyndelijck doof
deeenc, ofte andere ftercke beweginge,
de Vagina voor een gedeelte foo is komeO
teverfacken, datfe is beginnen te gangri-
neeren ende te verfterven. De Meefte-
refTe
van de AanmercJilngen. 77
^eflè ontbode zijnde, en fiende dat hethier
loo gelegen was, heeft met gewelt de Ring,
daar feer in geklemt zijnde,{oecken na haar
ïe trecken, doch niet gemackelijck kun-
nende gefchieden, heeft fy met haar vinger
( door gewelt de Ring in 't lijf gebroocken)
®ndemetftuckenen broeken daar uyt ge-
naait; doen heeft fy (het lichaam voorts
üytfackende) een pap daarop geleyt, waar
door het felvige, meer en meer is komen
Uyt te facken, als oyt te vooren , ende on-
der aan ontfteecken ende gegangrineert
i^ijnde, heeft fy niet minhajr beft gedaan,
om t'felvige wederom binne te brengen,
door warme doeken, in Brandewijn warm
gemaackt zijnde , ende hier mede gecon-
tinueert den tijtvan 3 dagen, defe Vrouw
dan hulpeloos zijnde , beval de Man
Voor het lefte te gaan, naar het oude Man-
nen-huys , om te haaien van die fterc-
«e pis der oude Mannen , ende met Roo-
Jemareyn op te koocken , om daarmede
het lichaam te ftooven, 't welck fy deden,
maar deSmeerfter en fagh noyt na defe ar-
me Vrouw weder om , ende het uyt-han-
pnde-lit veranderde meer en meer van
coleur, foo dat fy nu genoodtfaackt waa-
quot;n: andere hulpe by der handt te nemen j
hebben eyndelijck goet gevonden te
ont-
-ocr page 98-ontbieden z Vroe-vrouwen, de welke doefl
fy daar gekomen waren,al mede te werck te-
gen , om het lichaam wederom binnen tc
brengen, en daer mede , na dat fy waareO
doende geweeft.den tijt van 3 .uuren,echtcf
niet en vorderde, (oo hebben (y my ontbo'
denrjEn daar gekomen zijnde beyontick de
Vrouwe in fodanigen ftaat, als ick hier bo-
ven hebbe verhaalt, ftelde derhalven vat»
ftonden aan voor dat hier de naafte wegH
was, om defe uytgefackte Lijf-moeder (ge-
meynlijck alfoo geheeten) af te fetten; En-
de alfoo doordat middelde Vrouwe te be-
houden , 't welck ick dien felfden dagh ge-
daan hebbe, de Vrouwe daar toe ordinee-
rende te leggen op een Tafel, om de meefte
bequaamheyt. Ende na dat ick met alle be-
hulp-middelen, welke in diergelijcke extir-
patie van noode foude mooge wefen, gereet
was, foo ben ick in defe manieren tot dc
Operatie gekomen, in't by-wefen van den
Geleerden Genees-heer s^rwÄ/af ThoUnx
ende M. loh van Meeckjen. Alder-eerft
dan het uyt-ghefackte lichaam met be-
quaamheydt na mijn te haaien, om met
meerder gemack achter om het ghebreck
een linne Haar-fnoere bandt te legghen/
ende de felvige ftijf toe te haaien, uyt vree-
fe van eenige bloet-vloeynge die daar op
foud«
-ocr page 99-vandt Aanffim'Hngm.
foude mogen komen tc volgen j 'tvveick
gedaan zijnde, fo is de extirpatie gevolct,
^et weynigh bloet-vliedinge, laafende de
gnewonde plaats in't lichaam op-trecken s.,^
ot de tijdt van de fcheydinge toe, voortsquot;»-
hchaam na de kunft verbindende, ende
«met behoorlijcke Genees-middelen ge-
eymght geworden, die foo de verottinge
ais de ftanck wederftaan können , neemt
tot exempel 't geen hier volght.
5«. Rad. jUtheAi
Fol. Artmef'.
Jibßmh ;
Rmamp;, lawrlan.m.
Flor. Ro/ar. rubrar.
Lavendnl an. i^.
Cequmur S. A. in vim Renano, amp; Colmttr.
Adde,
Vng. deaplo^.j.S.
Md. celtdonia^.j.
M. F. InjeElio.
Waar mede de Vrouwe eyndelijck ghe-
^ckigh IS Genefen geworden, behouden-
je naderhandt eenige tijdt haar behoorlijc-
'^e reynjnge.Ende leefde noch gefont/doen
^Mit Schreef den 28 Augufti, 1662.
kin Heer dat dit een groote uytfinc-
yan ds binn?nfte rimpelige rock der
Schede gheweeft is, kan men door ver-
fcheyde redenen iichtelijck^fmeten.
Voor eerft, omdat de voorfchrevenS
Vroe-vrouwen dit deel, langh cn veel gC'
handelt hadde, ende 't felvige altijtbevon-
den van Coleur en fachtighey t eenpaarigh
te zijn met het andere ghedeelte van heC
lichaam , daj: is des Lijf-moeders hals, en-
de niet van de Lijf-moeder felfs.
Ten andere, de fachte inwickinge, als fy
het felvighe herftelde ; 'twekk de harde
Subflamievan de Baar-moeder geenfins fou-
de toe-laten.
Ten derde,dat het door een enkele Ring»
die de Lijf-moeder lichtelijck uyt foude
perfen in maanden ende daghen, fonder
eenighe hinder opgefchort heeft kunnen
bly ven, behalven meer andere redenen die
ghy in 't vervolgh fult vinden.
De oorfaacken van dele Uytfinckinge'
zijn inwendigh en uytwendigh : De iO'
wendige zijn, de fwaare poofen, ende vlaa-
Oorfaa- gen Van de Moeder, als wanneer in Baa-
)te der rens-noodthet Kint wel gekeert is, end®
Hrr' het hooft van het Kmt grooter is, als naaf
advenant de Moeder, foo komt in fooda-
nigen arbeyt, de Vagina foo geperft, enquot;^
^„g^.gepranghtte worden, dat haare rimpelen
van binnen over malkanderen gere^kt^n^
vm de Aanmerc\ingm. 8 r
de van die plaets daer fyaenbegroeytzijn,
atgeruckt wefden. Want hierin hebbe ick
my grootehjckx verwondert, byna in alle
verJoffingen die my voorgekoomen zijn ,
oat de ntert, ofte defe rimpelen foo
grooten behulp middel waareaen de Moe-
der, om de vrught ter Werelt te brengen
dat meer is, dat daer fulcke kraght van de
Moeder mede gedaen kan werden. Want
delem eennatuerhjcke verloiïingh, wel be-
Zt'n^J ^'-'quot;u quot;quot; glibberigh water,
helpen door haer ingebooren kracht de
vrught voort-fette, en verfchuyven. Als
Dy exempel,
dat^nnbsp;vermoeden,
öat m de Zijde-wormen gefchiet, die in 't
voort.kruypen eerft wel ha^r; voeten
hechten , maer door haere rimpelen , ende
^erdeehnghe voort gefet ende gedreven
^erden , gelijck als d'eenen baar van de
^ee den anderen doet voort komen.
Ten tweeden, ais dat nu gefchiet in een
ongefont lichaam, foo vloeyen enkomen
^ge vochtigheden, ofte eenige andere hu-
meuren van diergelijcke natu^, waer door
cnSenbsp;'nbsp;quot;y^ t« f'^'^ken,
, dat het m foodanigheo groot-
Fnbsp;se
't
»
j»
»gt;
»
»»
»
9gt;
Jgt;
»
5,
»
te het lichaem komt uyt te hangen.
Tenderden, foo kan oock fulcx voort
komen door'een onbedachten greep [van
een Vroemoeder, die in plaetfe van het
Kint, ofte de nageboorte na haer te haelen,
defe Rftga komt te vatten ende na haer te
trecken, veroorfaakende alfoo ds lgt;^agma
opdieplaetsvan fijn ondergelegen deelen
af te wij eken , ende maecken een uyt-
finckinge der felver »zijndeeen feer moeje-
lijckenlaftichgebreck.
Want die redenen, die my gegeven wor-
den , van andere Schrijvers en kan ick
nauwelijckx geloof geven , als daer zijn
een fwaeren geledenen arbeyt, door fterck
geroep, ftercken hoeft , door het recken
enuytflaen van Lijnwaet, door breekinge
en affcheuringe van de banden der Lijf-
moeder , door de kamergangh die men Te-
nefmns noemt, omdat in defe kamerganck
een ftercke dringinge ende perfinge ghe-
fchiet, door vallen en ftooten , oftegroo-
ve flagen op den buyck , door fterck te
Paerdryden, door niefen, door danflen,
door hoogh fpringen met uytgefpreyde
beenen , ende oock dat fulx foude kun-
nen komen te gebeuren door het inhouden
des Afems, ende door het ontfangen van
cenige gro.ote koude : welckc oorfaackei»
alle my niet en kunnen voldoen , als ick
Jette op haare vereeninge die fy met andere
oeelen heeft, om te gelooven, dat door de.
leboven verhaelde oorfaaken de Lijfmoe-
der foude komen uyt te fincken, maar dac
defe ftercke beweegingen feer fchadelijck
2i|n, voor de geene die met dit gebreck
pquelt zijn , dat is gelooflijck, énde het
beftaet in redenen.
Hetaffetten van de Lijfmoeder, daer ver-
fcheyde voortrefFelijcke Autemen van heb-
ben gefchreven, dat veele Vrouwen lang en
voorfpoedigh fonder Lijfmoeder hebben
kunnen leven, foo men de aanmerkinge
magh geloof geven van Tanlus ^gineu,
Foreßus, Zacums ende andere meer. Ia fy
ptuygen gefien te hebben, dat een uyt-
nangende verrotte Lijfmoeder, is afgefne-
den geworden , Het hier van Carpus, Mer-
^wialu^ LaXarus Riverins, lohannis Lanoim,
^«ftus Banhims ende andere.
. Doch die gelieft in te fien F^hx Piaterust
pminm procidentia, lib. i. men procidentia^
'^quot;pjio amp; ablatio. Daar verhaalt hy een
^ouderlijke Hiftorie van een feeker Vrou-
e gt; die de geheele Baarmoeder uythingh,
jnöe doenle geheelijck fwart, verrot, ende
mcKende was geworden, foo is daer by
geroepen een onervaaren Heelmeefter, dc-
F a wclcke
welcke als hy de uychangende Baar-moe-
der met lijn handt quam aan re raaken, foo
bleeffe van ftonden aan, als Lijni, daar aan
vaft hangen, fondereenich ander gcwelt,
van na fich te trecken mserte doen-Ende
als men de faack feer nau foude examine'
ren, foo moet ick bekennen, dat kk niet
en kan gelooven , dat de Lijf moeder oyt
kan komen uyt te facken,geliick als fy mede
verhaelen van Vrouwen, die in 't fcheyden
van haer Kint en na gheboorte, met eenen
de Baarmoerder uytgefackt is; men foude
immers vermoeden dat fodanige Amhewe»)
weynigh Vrouwe lichamen die in Barens-
noot geftorven zijn,geofpent hebbenj want
indien fy oyt op de grootte ofte dickte van
deBaar-moederghelethadden, fy fouden
fulckx niet gefchreven, maar ter contrary
bevonden hebben: Gelijk als my dickmaaU
voorgekomen is, waar van ick U E. een
exempel fal verhaelen, van dat over twee
jaaien gefchiet is, van een Vrouwe die geeO
uur na haare verloffinge van't Kindt, de
Vagtrta foo groot uyt-fchoot als een Kints
hooft, en ick in 't by-wefen van twee Vro«'
vrouwen wederom te recht bracht, wan*-
als dit de Lijf-moeder gheweeft waar, (oo
foude bet foo licht niet wederom in
plaets te brengen geweeft. zijn j
van de Aanmenlpgen. 8 ƒ
Lijf-moeder foude in foo jonge Kraem-
quot;^^i-oüw (noch wel een duym of anderhalf
moeren dick zijn , wantle is ordinaris in
gefonde fwangere Vrouw wel twee
duym dick , naar gelegentheyt van de
Vrught^ want hoe de Vrucht grooteris,
®nde hoe de Vrouw langer gedragen heeft,
hoe de Baar-moeder in dickten van tijt tot
tijt meer toeneemt, en dicker worr, 't welck
feer wonderlijck ende aanmerckens waer-
dich is, waar na dat men wel kan afmeeten,
datfoodanige Partyen foo fchielijk niet en
komen te verkleynen, die door langen tijt
in dickte zijn toegenomen. Het andere
merckteecken dat ick daer van nam by defe
gelegentheyt , was, dat de Baer moeder
omgeffroopt moefte zijn geweeft, al eerfe
uyt iiet Lichaam konde komen teverfac-
fen , dat is hetbinnenfte buyten, foo moft
jckfe dan bloedigh, oneffen, dick, ende
JPoncieus bevonden hebben, maar fe was
ercontrary , effen ende glat; wanthaare
^^ninge hiel by na t' eenemaal op, foo dat Ucku.
daar van feer wel konde oordeelen, en-
alle de geenen die ick oyt ge -
jj^eJijck als wy dan te vooren getoont
«ff« ' ^'»«^««e» LiijAars natner is te flen-
quot; quot;P OHde dingen : ftmis 't eock_ een Plompaars
F 3nbsp;natHCf
nat fier kl^achteloofe, en belacchelijcke niemedtn-
gen geloof te geven, gelijck als hier dage-
lijcks inlwanggaen. Als by exempel, dat
de Vrouwen, ende Dochters, de Moer in
de keel komt, wert by duyfenden voorde
waarheyt gelooft, ja oock, dat de ftreng
van de moer der Vrouwen in den hals vaft
is, ende aldaar oock de Moer-ader gelegen
is. Daar een Vrouwe hier in defe Stadt feer
aardigh mede weet om te gaen, waardoor
veel onnofele Vrouwen jammerlijck be-
drogen worden , ende fy door dat middel
haar wonderlijck weet te verrijcken.
Ja de Moer kan oock (als fy feggen) van
fommige Vrouwe in andere gedeelten van't
Lichaam komen te verplaatfen, waarvan
ick niet en kan nalaten , een foeteenboer-
tigheHiftorie te verhaalen, die onlanghs
gebeurt is van een feeckere Vrouwe, die
gequelt was met een hardigheyt inde flinc-
Hißorie. ker zijde van den Buyck, daar ly al eeni-
ghen tijdt mede befocht was geweeft , de-
welckedoor een fchielijcken hoeft foo aan
het braacken quam te geraacken, waai
door fy haar Moer ten keele quam uyt te
fpouwen, ende op een Tafelgeleyt zijnde,
walTe inde rondte foo groot, als een houtc
Tafel bort, met een mondt daar aan foquot;
- (y feyden, maar de Moer en quam fich nielt;^
tc
-ocr page 107-van de Aanmerc^ngen. 87
te verroeren, als wanneer daar een weyn ich
fuyckerin den mondt geftrooyt wierdt, foo
gaaptenfe , 't welck men eenichfins foude
moeten geloof geven , foo dit waar was ? te
Weten : dat buyten de Baar-moeder foo in
deMaagh, als in ander gedeelten van 't]i-
chaemeen vrucht konde ontfangen , en ge-
formeert werden. Welcke dingen belacche-
Iijckendefotteli)ck zijn, ende in't minfte
geen geloof en verdienen j want dierge-
hjcke exempelen vinden wy noch by ver-
fcheyde Amhejiren : waar van ick niet nala-
ten kan den Lefer een mede te deelen, dat
verhaelt werdt in Ùq iyfnatomia, Reformata,
Thomt. BanholimyVattàtÇs. woorden : lib. i. de
infimo ventre-. Extra uterumfaBam conceptionem
amp; fœtus formatwnenß, exempla mnnulla tefiantur.
i»Ventriculo;»«(on;uxorts cujnfdamfmoris ne-
fandi, conceptum fœtum, et per os exclufum di-
g'ti longitudtnv, jedbenè omnibus mem bris exter-
'»Samp;internis conformatamdefcripfit exliteris Ro-
meleri ad Gothofredum HofmannumSal-
öiuth nee defide Hißoria ipftus dubitat..
Ickbevinde oock noch veele onnoofeïe
Vroe-vrouwen,dieopden negenden dach
ae Kraem-vrouwen na haare verloffinge,
aan haar wel fcherpelijck gebieden, datfe
op haareflincker zijde moetenblijven leg-
den 5 door welck middel fy voorgeven dat
F 4 'nbsp;de
de Moer weder in fijn plaetskomttekee-
ren, om weicke fotte, endebelacchelijcke
bedrijven ick geraden vondt,defe Exempe-
len niet alleen teverhaalen, maardever-
eeninghe die de Baarmoeder heeft roet an-
dere deelen van 't Lichaam, den Lefer voor
te houden: waar door hymet my genoot-
faackt fal zijn, te helpen wederftaan , de
onmogelijckheyt, van dat de Baarmoeder
kan komen uyt te fincken, ende deonno-
felheytvan datfe tot inde keele kan opftij-
gen, veelmin dat de Lijf-moeder afghe-
let föude können worden.
Van de opftijginge der Lijf-moeder te
fchrijven, is ongeraden, alfoo wy verhoo-
pen by andere ghelegentheydt daar van te
fpreecken, want ick ben van ghevoelen,
dat de Lijf-moeder van plaets niet en ver-
andert , noch niet en kan komen tot ae,n de
Maegh, ofte tot aan het middelfchot op te
ftijgen, behalve indiegeenen, diewater-
fuchtigh, ofte een mola ccctnea, hebben, ofte
die grof fwanger gaan, inde weicke de
Maegh door de groote fwellinge allencks-
kens gedruckt wert; door deweicke veel-
tijts walgingh , brakinge, qualijckheden,
ende quijlinge werden veroorfaackt. Want
als de banden , ende aderen van de Lijf-
Moeder foo quamen te verflappen door
overtollighe vochtige humeuren, dat de
lelvighe door de groote verflappinge om-
geftroopt wiert, ende alfoo buyten het Li-
lt;^haam quame te fchieten.
Soo waart oock wel geloofïelijck, dat de-
fe banden foo wel foude kunnen recken in't
ppftijgen, alsfydoen in't nederfchieten,
t welck niet en is te gelooven, maar als de
Lijf-moeder met vuyl bloet, ende verou-
dert faat beladen is , waar uyt vuyle ende
quaataerdige dampen voort komen, die do
ingewanden doea opfwellen , ende alfoo
een opftijginge veroorfaacken, waar door
den Lijder fijn adem niet, ofte qualijck kan
nalen, ende fy fchijnt inde keel te füllen
Ihcken, door het opfwellen van de fpieren
van de Hals. Gemerckt oock dat de Maeg-
den ende Weduwen daar meeft meede g?-
quelt zijn, ende de getrouwde Vrouwen
hiinft. Wy füllen om reedenen hier niet
meer van Ipreecken, want het is de ver-
ständigen genoegh gefeyt, ende befiuyten
met de woorden van den Gheleerde Ghe-
^ees-heer lom van Beverw^ck^ , in fijn 3.'
®oeck, aan 't 6. Cap. van de fieckten des
fiiycks, daar hy feyt 5 dat het oefFenen ach-
de Gordijnen feer dienftig, ende gantfch
ooftelijck is, ende (gelijck ons wijsge-
•quot;»cckt ende verfeeckert werdt ) tot defe
F ynbsp;quaat-
»
gt;gt;
jgt;
„qoaataerdighcydt den rechten Theriakfl-
Want als t al mogelijck was, dat de Lijf-
moeder konde uytfthieten , foo foude hèc
echter een fwaare en periculeufe werckinge
zijn moeten gt; want de Lijf-moeder is door
fijn breede, ende ronde banden aan de
beenderen leer naauw vereenight,foo dat ly
naowelijclis foude können afghetrocken
worden , als met feer groote pijn , ende
daar en boven foo ifle foo vaft tulTchen de
Blaas ende den Eyndel-darm vereenight,
datfe niet wel fonder groot perijckel ende
fchade van den anderen gefcheyden kön-
nen worden,'t welck oock het oude fpreek-
woort medö brenght:
^id nos fuperbimus, qui interßercusamp; uri'
Ham nafcimur.
Wat verlioovaardigen wy ons, die tuf-
fchen pis en dreckgebooren worden.
Debereyt, en Saat-vaten, planten haar
in de Lijf-moeder ende Vrouwelijckheydt,
fo datfe fonder groote pijne, bloetftortingej
eii nau gevoelentheyt van de binnenfte in-
gewanden niet afgenomen können worden»
want ick bevinde in mijn praftijcke foo vee»
als ik er geilen hebbe , dat den eenen meer-
der als den anderen uyt gelackt zijnde,lieh'
telijck wederom werd herftelt, ende ick
foude
-ocr page 111-foude my durven verfeeckeren dat het niet
enisalseenuytfackinge en relaxAtioVaginét-^
Want Vrouwen die met dit gebreck gequelt
Worden, zijn fomwijlen fwanger, gelijck ais
ick verfcheyde mael heb fien gebeuren, dat
quot;ïck oock in't verloflTen van eenige Vroe-
Vrouwen dickwils ben gewaarfchout ghe-
worden,wel voorfichtightoe te fien,om dat
de Lijf moeder uyt hing, weicke woorden
dickwils van defen inhout waaren , te we-
ten : dat fy die Vrouw oock wel foude kun-
nen verlolTen , indien haar de Lijf-moeder
buyten het lichaamniet uyt en hingh. Maar
foude dit niet een wonderlijcke verloflen
Van een Kint moeten zijn, daar dc Lijf-
moeder buyten het Lichaam hingh .? My
zijn oock bekent verfcheyde Vrouwen, dat
als fy voor de tweedemaal fwanger wierden,
dit gebreck in 't fvvaar gaan, aan ha^r eerfl
quam te openbaeren, foo dat defe relaxmio
pyw-e, dickvvils foo groot is, dat men
khrickt dat men het liet , foo dat ick
Weyne fwarigheyt make , om het felvige
door de handt van een Heel-meefter te laa-
ien vvegh nemen , ende hoefe grooter is ,
«oefe langer en fmalder van hals wórt, en-
e devvechneminge te mackelijcker valf,
quot;ae geen fwaare bloet-vlietinge tevree-
en is, gelijck als dan de uytfinckinge
van lt;Je fcheede fomtijtsfoo groot Is, datfe
buyten het Lichaam komt te hangen j foo
gbebeurt het in andere ter contrary datfe
niet vefder en komt uyt te fincken, als tot
aan 't begin van de Vrouvvelijckheyt, doch
ïn anderen foo veer niet, foo dat hier in eei»
cröot onderfcheyt is, foo ten aenfien van
bet Lichaam, als van de nederfinckinge der
Lijf-moeder.
De genefïng dan van dit gebreck, is voor
een Konftenaar foo fvvaar niet, of het be-
hoorde , en kan, door een voorfichtige
handt, fonder merckelijck gevaar voltroc-
ken vverden, ende beflaat voornamelijck
in twee aanvvijfingen, te vveeten: waar
van het eerfte is, om het ingebrochte deel te
bewaaren, ende als dan voor te komen dat
het felvige niet wederom en komt uyt te
fincken. Hoe fvvaar dat bet gebreck is,
wort het fomvvijlen genefen door ftil hou-
den en leggen, infonderheyt in jonge fterc-
ke Vrou V ven, die het gebreck noch uyt het
Lichaam niet en komt te hangen , ende als
het niet langh geduert en heeft,nochte ver-
öudert is, foo genees ickfe door een aftrin-
geerende , ende verfterckent Fomentimi
waar van de befchrijvingeisals volcht.
5«. Rad: confoUd*majori!irnbittinBoruf»
an.S'ij.
Iridis
-ocr page 113-Iridts: ^.j.
Herb. Matrkanay faM£,pHlegij, an. m.j,
Fol: ^ercim. ji.
Glandium 5 ƒ.
Flw. Rofarum rttbrarttm t balaußuc m.
m.
Sem: Cttmini alttminücrudi an.
Contundantter amp; coqnantw in vmo rnbrn étd
lihr. f'jl. colatHra detftr nfni, adminißratofettt, ap-
plieetw emplafirnm.
HetLichaam daer raede behporlijk nacht
cndachopgefchort zijnde, ende over den
gantfchen Buyck,legge ick dan dit volgen-
de empl. op Zeem-leer gefmeert zijnde.
Rad. Inßorta tij. hgm aloës, berktriit
SantaliCitri amhera, cinnam. an.% ij. flor. Qhsquot;
momd. 5. j. thttris maßicis caßorei, gaSm
mofchau an. 3-j. ladani Ubr. /. picis naval refinét
Pwian.%.ij, olmaßichiniCafiarei an. Ubr. J^.
Mifcefiat emplaßrnm fecundum ar tem j uteri
imbecillitati[nccttrrite^jm procidemiamre-
primit, flux/ufque immodcratos fißiu
Daer en tegen in bejaerde Vrouwen, als
net langhgeduertheeft, is het gans onge-
«eellijck , ende dan kanmen het in eenige
* rouwen gemacklijk met een Wafle balie,
gearaayt van Effchen-hout , de grootte
ziinJ^®quot; Eenden Ey, of grooter, gedoopt
quot;''inde,twee a drie ma?ilinheetgefmoltea
5gt;4 Berße\gt;eelvcm de Aanm.(3c.
empl.ad rupttaras fernelH, onderfteunen en-
de op te fetten , in vvelcke Balle moet
zijn een gat geboort, tot ontlaftinge deX
ftonden, in welck men oock een kooperen
draat dvvers door fteecken tal, daarmcn een
bantien aan vaft maaken moet, om dies te
beter de felvige uyt het lichaam wederom
na figh te können trecken, ende gelijck als
ïck te vooren ghefeydt hebbe, datick geen
fwarigheyt foude maecken, om de alder-
grootfte neerfinckinge ende uytfackinghe
van de Vagiadt, (lt;feratione manas}wtgh. te ne-
men, tot hulp cn trooft der lijders, ende
tot verder opbouwinge van de Heel-konft,
in welcke alle mijn Heer ick volgens UE.
geleertheydt cn kennlfie, verwachte U E.
meynihghe indefente verftaan, en vaart
wel.
Gefchreven tn A^ßerdam, den 8. AngH-
ßi, 1662.
De Derde Hiftorifche
Van de
^TERI CL^VSVTtU,
ofte van een toe gefloote
Haare teyckenen, oorfaakeir, ma-
nière van openen, endege-
neefingbe.
Gefchreven aan den wel geoeffmden en ervtrm
Heel-racefter totS^ Anna-landt.
^aard E Broe der.
|ErwijI ick doende was om aan ÜE.
I de hartgrondigeJaar-wenfchingh
Î van een falich en voorfpoedich
nietn,, ^^^^ fenden, vondtick
konftoefïening van de Heel-
ïiiftorTrÏ.quot;®? ή l^entoekomeneen
«lonfche Aanmerking van een toege-
flooteLijf-moeder. Ick omfingh dan E.
feer aangename, die my van U E.gefo'nt-
hey t fo veel verfeeckering gaf, als ick door
des Heeren genade, U E. hier mede van de
onfe geve. In 't begin van 't laar, dencK
ick aen fijn eynde ; ende met eene op de
eerfte kortbondige Spreuk van Hippoeratei.
Vitabrevis, ars longa , occaftoprmpsexperientia
fallax,lHdiciumnbsp;welcke woorden
byte kennen geeft , dat het leven kort is.
maar de konft langh;debequame tijt vlucb-
tigh, de onder-vindinghe gevaarljck; ende
het oordeel zwaar.
Want foo veel kennilTe als ick hier van
inde Heel-konft, foo door ondervindinge
als eervaarentheyt kan bekomen, en geeft
my geen ghenoeghfame onderrechtings
van al het geene ick kom aen te mercken,
door het lefen ende onderfoecken van vee-
le voortreffelijcke ^»fÄewe« die gefchre-
ven hebben van toegefloote Lijf-moederS'
Want fommige hand'lende van de Lijfmo^
der , ende blijven by de algemeyne naaflj
van Lijf-moeder,fonder eenig onderfchey ^
te maaken van des felfs Deelen ,te weetef •
de Scheede, Vrouwelijckheytoffchaamt®j
Eenighe wederom deelen haar af
Deelen na haar gewoonte, namelijk,'
dcttbodem, den mondt, ende
van de Aanmettangen,
. Andere in 2 Deelen,in den grondt, ende
in den Hals. Hier door zijn verfcheyde
misverftanden geweeft, eenige fchrijvende
Van een toegefloote Lijf-moeder, hebben
aaer by verftaan een famen-groeyingh ofte
lamenlyminge der natuer, van de voorfte
deelen der fchaamte, zijnde alleen vierf~
Vleeiige Heuveltjens, die door een vleefi-
;e famen-groeyinge inde eerfte gefchapen-
neytzijntefamen-gebacken, fomtijts wel
gemeynfchap hebbende met de Kittelaar; ^innu:
gelyck te fien in de,6i Aanmerking van
ffl^'^tii Htldanus, in 't derde deel, daar hy
befchrijft de opening van eentoegeftoote
Mt-moeder, gebruyckende de naam van
JLjjt-moeder , daer het alleen een VJiefige
was,van de voorfte Deejfn
der Lijfmoeder,genaemt de Schaamte,vol-
gens fijn eygen woorden , die in 't Latijn
^ous luyden Memh-ana antem ,!U , mdiqnt
yiphtifivecarHncults cmtculartbHsadhcereba,
'2quot;lt;^}uperiori faa parte foramine exigmper quod
excernebat, pr^ditacrat. Dat is, dit
aan de carunmlen of
ieelchigetepeltjens vaft, ende had boven
opening tot uyt-loffinge des Waters,
't feftenbsp;^Jquot; 67 Aanmerckinge, van
Liif ^ , ' ^y ' de Hals d es
J^-moeders na een moeyelijke verloffinge
Gnbsp;famen-
-ocr page 118-famengegroeyt was,'t welck ick verftae uyt
fijn eygen woorden geweeft te zijn de
Va^ma. Scheede, hy verhaaldt dat de mondt der
Lijfmoeder konde door geenderley Konft
geopent werden. Zy bleef danvreedfaam
met haar Man, onbequaam echter tot on-
derlinge verfamelingh. De woorden van
Arifivfdes zijn oock feer duyfter te verftaan
in't vierde Boek dzgenerat.ammal' in't vier-
de Capittel, daer hy aldus fpreeckt: Jat»
Famnii mmttUü os mri compreffnm , concorpo-
ratftmqtie abinemte atate ad tempus ufqueme»'
Rrmrumperfeveravit ,mox wgentihus menfimS)
doloreqHeirfeftame,aliisfpontt (Üsrupittm eft, aliü
Sjfeanm a medtcis, mmHlUinterierttm, cunt
amper vim dtsrnmpereitfr,aut difrumpi non pof'
fet. Weicke woorden overgefet zijnde va»
defen fin zijn. Sommighe Vrouwen is de
Mond van de Lijf-moeder, van de geboot'
te aan, tot den tijt van de Maandt-ftondeO
toe-gedruckt, ende toegegroeyt ghebje-
ven, 'daer na door perfing van de Maandt'
ftonden ende de greotheyt van de pijn,foO
is de feivs in eenige, van een geborften, ^^
anderen door de Heelmeefters van eeng«^
fneden , lommige zijn geftorven , in^^
vvelcke de felvige of door kracht is v?quot;*'
kander gebrooken, of oock geenfins hc«'^
konnen gebroken worden.nbsp;^jg
VaiT!^nbsp;begrijpen de meyninge
f'Mies, re vveeten, ofte hy hier ver-
«aatdevvaaremondtvande Lijf-moeder,
ofte der vrouwehjcicheyt ,dan of hy de Hy-
r»ene Imperferato, ofte van een vleyfachtiae
«niengroeyinffe de^S^hPf.,^,.
%fpreektdaarfeerdubbellïnnighvan,als
habent. Dat alle dieren hebben haer Lijf-
moeders ende Vrouwelijckheden vanbin-
en hebbe ick niet können naelaten UE
Geleerde kenniffe toe te paften hetgeene
my fomwijle door naarftige opmerckinge
beter te
gunnen verftaan, wat mijne meeningen
tyfo^Hnbsp;Lijf-mo^erin'c
^^ehaarquot;nbsp;' wel-
gingennbsp;^oorreg-
genSr^yquot;'nbsp;hoedanigh een yders
'ICJC de gantfche Lijf.moeder af in
jnbsp;4- Deelen, te weet en:
Ten elften; inde bupenfle Deelen;
genaamt de Schaamte , ofte Vrou-
^ inbsp;welijck-
welijckheyt,wiens plaets is tuffchen
het Schaam-been, ende den naat.
Ten tweeden, in de Scheede wiens
■nbsp;begin is,van de deelen der Schaam-
te tot de binnenfte mondt toe , ge-
naamt het Slot van 't Lichaam , by
de Vroe-vrouwen, by andere het
binnenfte mondeken van de Lijt-
moeder.nbsp;, ■„ ..
, Tenderden, Inde Mondt van de Baar-
moeder, fijn begin nemende aan
't eynde der Scheede, zijndede fpa-
tie, tuffchen de Scheede, endede
Baarmoeder,van fommige denhals
A TenvkrXinde Baarmoederfelfgt; zijnde
den acker des menfchelijkê geflagtj.
om dan tot de faack te
WeetgierigheLefer, die defe deelen d ^
uVSoeder wel wat nauvyer foude wU
Ten omleet hebben, het f^er vermaar^
TraBaatje^devirgmtatis notis,grav,^ate amp;
L van den Hooghgeleerden H^vSev^'^'
TinAtts Befchreven, recommanderen.
De eerfle verdeelingh van de VroU'
rvelijckheydt.nbsp;^^
HEt gebreck, ghenaemteen toe|eflo
VrouweUjckheyt belettende Jen t^^jc
p
nit'.r».
ItlHt-
num
tfcHlam
utcr't-
VAg'n*
Vttrm
Wat een
fefloote
Vtouw-
lijlchsyt
van de Aanmercl^ngen. i o r
ganck der Scheede, is een vliesachtige
famenlijminge ende (amengroeyinge van
de 4 vleefige heuvelkens , waer door de
Voorfte dee en der fchaamte geftooten zijn.
Somtijdts gheheel dicht , alte mets oock
pmeynfchap hebbende met da Kittelaer,
belettende als dan de uytloflinge des waters;
in Welcke gelegentheyt ick de Vroe-vrou-
Vvenvvil gewaerfchouth ebben , dc leden
van een ontfangen vrucht, wel te onder-
foecken , ende te bellen , of het felvige
oock wel gefchapen is, 'twelck bequame-
lijk kan gefchieden in 't afwaffchen en rey-
nighen van het Kint; ende by aldien fy yers
^gen de natuur gewaar worden,ofte eenige
Deelen van 'tLichaem toegeflooten vin-
den, foo zijn fy gehouden het felvige in
ftilheyt, de Vader ofte eenvandenaefte
vrienden bekent te maaken, om foo ras alft
mogelijck is , een bequaam Heelmeefter
aaar by te ontbieden die de faak verftaat.
Dit gebreck, wert eenfdeels veroorfaakt oortaa-
door de Natuer, mogelijck foo vjel door
overvloet van {hat , als van voedfel, als
ock door de ineengedronge lichamelijcke
Piaatfinge , die het heeft gehadt in zijn's
hoeders Lichaam.nbsp;^
ful^^'^ teeckenen belangt , kan men Teyilt;c-
♦uiKs gewaar worden, door het gelichte
G 3nbsp;ende
ende bet gevoelen , als mede , foo
wanneer het Kindt niet en heeft ghewa-
tert,als't verfchoont wert, ende hier op
moeten de Kraam-bewaarfters naauw acht
nemen, op dat het Kint in tijdts mach ge-
holpen worden. Hier van zijn my in mijn
dagelyckfche praftycke verfcheyde exem-
chinr- pelen voor-ghekomen, die door 't Hant-
werck zyn genelen ; want hier in en werdt
geen ander middel van ghenefinghe ver-
eyfcht. Het falghenoegh zyn, alleen een
Aanmerckinge te verhaalen , waar in de
maniere van defe genefinge wert aangewe-
fen, deweicke feer licht is aan een handt-
vaardigh Meefter.
I Aanmercking,
Van een toegeßoote Vrourelijckheydt,
ANno 1659. den 27. September, ben ick
op een feekere plaats ontbooden , om
een Kint, nu een Jaar out zijnde, dat fijn
water nietwel en konde maaken, ( als by
wijlen) te vifiteeren , want het en quatn
niet als leckende daar uyt druypen ick
bevond de Vrouwelijckheyt meteentaay
vlies begroeyt,omvattende deKittelaar,eO
alfo verftoppende de natuerlijke watergang
voorts fich vereenigende met dc vier vle®'
-ocr page 123-van de Janmerch^ngem 103
%e beuvelkens,zijnde alleen in't onderfte
Van de Vrouwelijckheyt een kleyne ope-
ning. waar in ick mijn Stylet niet als met
groote moeyte konde brenghen : het water
ftuytede tegen dit vlies aan, ende daarom
foo liep het als dan te ruch , in de Schee-
de 5 foo langh fich daar verhoudende, tot
dat het door die kleyne ondergelege ope-
ningh met der rijdt lt;juam uyt te lecken. De
Ouders van dit gebreck onderrecht zijnde,
dat dit Kint daer mede geboorenwas, en-
de oock niet en waste helpen als door de
Konft, ende dat men het lelvighe foude
jnoeten openen, met een Schaar, ofte krom
Lancet, zijnde geen bequamer middel tot
degenefingh, ende dat fy oock niet alleen
enmoeften mlien het ongemack, dat het
Kint nu in het water maacken hadde, maar
oock bedencken ; als het Kint nugrooter
geworden was, watonghemacken dat dan
öaar uyt te verwachten ftonden : Syter-
quot;ont op de groote nootfaaklickheydt acht
quot;eemende, en bewoogen zijnde,hebbé toe-
pitaan met den aldereerften het Kint te la-
helpen , by defe operatie verfoeckende
en Ge eerden Genees-heer ySrmldmTho-
in wiens by-wefen het Kint gefneden
op de navolgende wijfe. Het wiert
b-^iet op de fchoot van cen ander, die het
G 4nbsp;met
tuet de knyen ghebooghen , om hoogh
van malkanderen hielt, (want het vef
eyfchten van onderen na boven gheopent
te zijn, om te feeckerder de waterloofing
te bevryen, van defe vliefachtighe t'fa-
men-groeyinge ,) ende naar dat het met de
Schaar naar behooren was ghefcheyden,
't gheen teghen den ghemeenen loop der
natuer geflooten was, hebbe ick foo wel de
boven als beneede kant van de Wonden,
verbonden, met dicke platte wiecken
^om dat fy daar niet licht en fouden ko-
men uyt te vallen ) beftreecken zijnde
met een verkoelende en vel-maackende
falve , in wiens plaatfe by anderf Heel-
meefters kan ghebruyckt werden , het
mi: diapompholygos , deficcatmm rubrum^
enile wat dierghelijcke meer zijn. Doch
men moet altijdt forgh draghen , dat-
men in de fcheydinghe de openingh
niet te kleyn en maakt , als men daar
aan is , op dat het daar na geen groo-
ter moeylijckheydt en kome te veroor-
faacken , in 't verloffen , oock wel acht
nemen op de Krop van de Blaas, dat-
men gheen deelen en kome te quetfeo •
Alleenlijck fcheydende 't geen tegen de na-
tuer is i op dat men door quetfinge vai^
andere deslen gheen fwaare toevallen e»
■-- -nbsp;koß'®
van de Aanmercfqn^n. loy
kome te veroorfaacken , ja wel lettende
dat het geene eens gefcheyden is, niet we-
derom en kome eenichfints t' famen te
heelen.
De tweede verdeelinghe van de Lijf-
moeder , is de Scheede, wiens begin is
van de deelen der fchaamte , tot de bin-
nenfte mondt toe , by de Vroe-vrouwen
ghenaamt het flot van't Lichaam, welck
ghedeelte ons dickwils voor komt , dat
gheflooten is , ende met een tay vlies
dicht begroeyt, ja oock wel in 't midden
gheheel tfamen ghegroeyt (na een fwaa-
re verlofhnghe; door een verfweeringhe
yeroorfaakt zijnde, fomtijdts oock wel
quot;i't gheheel niet dicht gheflooten, foo^ó'oo-quot;
quot;at in 't midden een gat ghebleven is,tenHaquot;!s
^ot ontlaftinghe der Maandt-flonden,
ais oock tot ontfanginghe vanZaat,ge-
als wy fullen met een Exempel be-
Vijfen van een Vrouvv die bevrucht is
°J®Jvorden, in haare verloflinghe ghe-
^elt zijnde , door de beenders des
ttial?^^' ^^ groote perfinghe over
aikanderen gefchooven. Wat de eerfte
ö^nootenheydt in dit gedeelte aangaat,
G 5nbsp;ver-
vertrouw ick, dat fommige Ontleeders die
hebben ghenomen voor het Hymen, waar
uyt dat verfcheyde verfchillen zijn ont-
ftaan , tuffchen eenige vermaarde Ontlee.
ders 5 ende onder andere tuffchen Eufla-
thium , ende Coiumhum, eenighe fchrijven
het felvige gefien te hebben, andereniet,
gelijck An^Aas Laurentius, fommige beken-
nen hetfelvigeeenvliefighveltezijn, an-
dere een vleefachtigh, fommige fenuach-
tigh , andere dat het Seefachtigh door-gaat
is, 't welck andere ontkennen , eenighe
ftellen het natuerlijck, doch in't eene Li-
chaam veel dicker, harder , ende tayer als
in 'tandere: andereter contrary,als 't ge-
vonden werdt, houden fy het voor onna-
tueriijck, 'twelck ick medetoeftae , alfoo
icknooyt, f hoewel daar feer nauw opge-
let) hebbe kunnen vinden.
Doch, die met dit gebreck gequelt zijn»
werden wel te recht by de.Latijnfche Au-
theuren geheeten imperforau, ofte velau t
want hier door is denatuerlijcke werckin-
ghevan de Lijf-moeder benomen. Want
het verhindert voor eerft, de ontlaftingh«
der Maandt-ftonden , ten tweeden is'teeO
beletfelvanbekenninghe, ten derden eeO
verhindering Ivan ontfanginge , ende teo
vierden een oorfaak,dat een Vrouwe van ®
Kindt
-ocr page 127-Kindt niet en kan komen te verloflen, ge-
lijck als ick liebbe aangewefen in mijn eer-
fte Aanmerckinge, daar gefproocken wert
van die oorfaacken, die ten opfichte van de
Moeder de Keyferlijcke fnee vereyffchen,
foodatditghebreck foo wel verhindert de
toegangh, als de behoorlijcke ontlaftinge
der Lijf-moeder.
De oorfaacke hier van is tweederley ,
natuurlijck , ofte toevalligh; de natuur-
lijcke oorfaackis: Eerftelick wanneer de li-
chamen daar mede gebooren , ende van
Vooren met een vliefich vel geflooten zijn,
t welck dooreen ervaren M. feer licht kan
geholpen werden. Ten tweedenjwanneer Oorfaj-
door een fwaare enpericuleufe verloflingh
(quot;hoewel dit meefl gefchiet in jonge Vrou-
wen , van haar eerfl:e Kint ) de Vrouwe-
Jyckheyt gefcheurt wert, ofte oock, als wel
quot;et Kint wel gekeert is, maar echter dood,
dan in fulke teere lichaamen geen fwaare
Vlaagen ofte weën komen te volgen, noch-
^^ns evenwel het Kindt eenige dagen in ar-
^ ®yt blijft fliaan, foo werden door die gfoo-
^ ^rfingh, de rimpelen van de Scheede
, gedruckt, ende velloos ge-
1nbsp;ende door de fcharpe tantsvvijli
^anten van de beenderen desBeckeneels,
malkanderen ghefchoven zijnde,
gequeft i
-ocr page 128-- «
gequeft ; waar op als de Vroe-vrouVve
geen acht komt te nemen , alleen lettende
op de kraam fuyveringh , die dickmaals
feer ftinckende envuylis, foo gebeurt het
dat defe partyen komen te ontfteecken, te
yerfterven, ende teverfvveeren, vvelcke
quetfinge door beneficie van de natuer,ge'
fcheyden ende gefuyvert zijnde , als dan
eerft bequaamheyt krijght.om aan malkan-
deren te hjmen , ende t'famen te heelen,
door haar ilibberigh douw, ende vocht-
maakende warmte,die fy met malkanderen
hebben, ende als dan wert defen wech vol-
komelijck geflooten.Hct kan oock veroor-
faackendoorde quetfinge van eenigh In-
ftrument, oock wel door Wratachtige uyt'
wafTmge van vlees gelijck als't komt te ge-
beuren in Lue Vener ea.
Daar komen oock verharde gefwellen
die pafTafie te groeyen, die by fommigh®
Condyloraata geheeten worden, die den uyt-
gangh des Kints komen te verhinderen-
Die geene dan , die in 't midden van del«
geilpotentheyt een kleyne openingh heP'
ben} werden haare Maandt-ftonden ni^^
verhindert , ende fy kunnen oock he'
vrucht, maar niet van haar Kindt yerlo*^
werden, als door de feÜto Crfarea. Hier V^
fchrijft Celfus lib.y. cap. 28. en onder and^ei^^
^eyt Avictnnai qmbns os uteri conclujum eß, aut
»on concipimt, aut in partu?»orimtur,mtfwe\c~
ke woorden hy wil te kennen geven; quando
in eademmembrana eßforamen perpußllitm,per
quod Uterus fernen trahit, fed infam egredi ma
poteß.
De teyckenen, waar door men gewaar
Worden kan, of fy Imperforatin zijn,zijn dee-
fe : Sy komen te klagen van fwaare pijix
in 't onderfte van den Buyck, ende in haar
Lenden, terzijdendaar de breede banden^j^^^j^
Van de Baar moeder haar vereenigen met nen.
het Darm-been; ten andere, hebben eene
l^leecke, enongefondekoleur,endealsdc
Maan nieuw is, zijn fy walchlijck , met
üytfpouwinge van bloedige fluymen, ende
bekomen haare Maandt-ftonden niet j daar
zijnder die dit eerft gewaar worden, als fy
komen te Trouwen, door de onbequaam-
^eydt die fy hebben van onderlinge verfa-
''^eling, door defe teeckenen wort men het
gewaar, doch die het vannooden heb-
gt; konnen wel door een ervaren Heel-
'quot;^efler de faack te weeten komen, ( oock
door een Vroe-vrouw) ende oock hoe
op wat maniere daar inghehandelt
ïnoet werden. De verfcheydentheydt
ais oo^j^ jg gheneelingh hier van gt;
berden in defe drie achter-een-vol-
gend«
gende Aanmercking U E, voorgcftcl^-
Doch wat de voorlegging belanght gt;
defe.
Hoe dit gebreck meerder voor aan isgt;
hoe het mackelijcker ghenefen wordt: iquot;'
Voor- dien 't voor aan, ofte in 't midde t' fame*^
»eggins- gegroeyt is, is't beter te helpen als achte'
aan.
Soo't van de riatuer veroorfaackt is, foquot;
werdt het lichter genefen, als door toeval'
ligheeden.
De I. Aanmercking,
y^an een toegefloote Schesde , veroorfaackf
, door de Natuer.
ANno 1660. ben ick ontbooden by eeO
Vroe-vrouw, by haar hebbende eeO
jonghe Dochter van 20. Jaaren, die met
kennifle van haar Moeder Trouw beloft®
gedaan hadde, aan een Jonghman, dewelc'
ke by maniere van fpreecken te rugh trat^*-»
want hy begeerde haar niet te trouwen;
Moeder van de Dochter genoeghden fe«'
qualijck op de Jonghman , leggende:
ghy mijn Dochter ghefchonden hebt, ^^
foecktghy haar als een oneerlijck Jongh'
man tc verlaten» om dan teweetenof d«
jonr
^ ' «
van de Aanm€n\ingen. s i x
Jongman gelijck hadde ofte niet: begeer-
T ^^quot;^hy vei welt de
Moeder, dat haar Dochter nfet en was foo
fy hoorde, om welcke redenen , foo de
Moeder alsdeDochter,refolveerdenbaar
dJfnbsp;nagedaaneon-
derfoeking. kregen fy tot antwoort, dat-
gheen Vrouw et,
konde worde, ierat erH^ imperfcrat^ ) voor
en al eer fy haar door de handt van een er-
vaaren Hcd-meefler had laten helpen, foo
datfe geraaden oordeelden, den Jonghman
ongemoeyttelaaten, totdat fybequa^
fpreecken. De
gantfche Scheede was volkomelijck van
Wen gheüootenmet een feer taiy e^^
dick vi,,,, . onmogeliick IT^
wech genomen te kunnen werden, als d^
«e Konit. Eenighe daghen daar na ontbo-
^hlymymet den vermaarden Genees-
fvl^^^r^f ^-«r^^rff, ende feyden ons, dat
lar! l , waaren, haar Dochter te
doo?7 °P foodaanige vvijfe, ende
ooïJnbsp;middelen, als wy fouden
fteit ^^ghs oock vviert in't werck ghe-
fyh^l®^ de navolghende vvijle; Alfoo
teftHn ° .S.h vvas, om dit werck uyc
en kloeck en fterck, lbo liet ick
haar In't bedde blijven leggen, met het
hooft om laagh, ende met beyde de knyen
om hoogh, leggende een kuffen ofte twee
onder haar Lenden , om alfoo het onder-
lichaam (om bequamer daar yets onder te
kunnen houden) wat verheeven te krij-
gen. De partyen dan, met de handt van
malkanderen af-houdende, foo bracht ick
bequaamlijck mijn krom Sny-meskèn aen
de boven kant van het vlies, door-fnijden-
de het felvige na beneden toe, te weeten na
denEndel-darm , rechtvatiboven neder-
waarts gaande, op dat ick in't fnijden na
boven toe, geen gevaar en foude loopen»
om de krop van de Blaes te quetfen, welc-
ke openingfoo draa niet gemaackt was, of-
te daar völghde terftondt een quantiteyt
Van een bruyne, peerkhe, en bloedige (ub-
ftantie, wel van xxx. Oneen, die wy oor-
deelden te zijn eenvuykvergaaringevan
haar Maandt-ftonden. Verwondert zij«'
de, hoe die vergaderde vuyligheden daaf
foo langh hadden kunnen verborgen bhj'
ven leggen, fonder ontfteeckinge , pijo»
koorts, of diergelijcke toevallen te vef'
oorfaaken : Ick vermoede dat daar va^
tijdt, tot tijdt; ende foo van Maandt, t®
Maandt allenckskens wat is toegekoniej^^'
Want foodanigen quantiteyt cn koj^gj
van de Aanmerc^ingen. 115
daar niet vergadert wefen in een Maand oft
^Tee. t Was oock verwonderens waardigh,
dat daar foo weynich ftanck 5 ende daar en
boven fy ook foo gefont was. De ontlafting
continueerden noch eenige dagen daar na,
jnaar niet in foo groote quantitevt^vorders
'00 bracht ick in de opening eeivpefaritmi,
gemaackt van een gedroogde Spongie, be-
Vochticht zijnde meto/, mucagmum amp; mafli-^
chini, des anderen daaghs door de Spongie
behoorhjk verwijdt zijnde, brocht ick daar
m een bequaam/7f/^r/«w/van geel Was,be-
Vpchtichtzijnde met wat 01y,ende dan een
dicke comprefTe, met een bandt voor haaU
lichaam, de felvige niet los maackendeals
om tc wateren; ende voorts door bequame
lynngatien de Scheede te fuyvere ende te
feynige, ende daar mede volherdertde toc
Qe volle genefinge toe j welck was 14. da-
gen, ende fy is welvarende; Men foude ook
b ^°danige ghelegentheydt konnen ge-
Pl quot; Qtncavam cannulamexargentovel
Be^rnbsp;'nbsp;Loot
J. ^aackt, maar ick oordeele darmen daar
fier gehouden is, ende een Heel-mee-^
jj ; folcks vertrouwt wert, moet fich
EentK quot;nbsp;r® quot;^quot;S«quot;, na dat de gele-
Hnbsp;Ü^
-ocr page 134-Van een toe-gefloote Scheede, veroorjaack
door een GangrAna.
IN'tJaar i6y9- gheroepenzijnde, van
een ieecker Vroe-vrouw, by een bedro-
gen Vrijfter (wiens naam ick om reden
ver(wijge 3 want liet is den curieufen Lefer
genoegh, tc weeten de manier van de gC'
neling°, daar hy m voorvallende gelegent'
heden fich kan van dienen) dewelckege'
neegen was haar te begeeven rot een HU'
welijck, alfoo haar een goede ghelegent'
heydt was voor ghekoomen, ende eeni-
ge weecken,van de Vroe-vrouw onderhan-
den geweeft zijnde, om van haar genefe^ ;
te werden, doch fonder eenich voordeel j
fy vonden geraaden my daar by te ontbie-
den ; komende verftondt ,derhalvenhoe
dat fy door Stoovingen, Smeeringen,
veelderhande andere Ghenees-middele''
niets hadden gewonnen; dat fy voor deie'J
eens Swanger gheweeft was , om welck^^ j
oorfaack fy haar begeven hadde na Watef^
landt, om aldaar den tijdt van haare V®quot;!^
loffinge te blijven , om uyt de oogen V^^^
de Menfchen te zijn, doen haar tijdt
vult was,kreegh fy,gedurende den tijdt van
y. dagen, een fwaaren arbeyt, in welcke ge-
boortehetKint zijnde wel gekeert. quam
te fterven, ende de Scheede feer gequetft
wiert.'De oorfaacken waar door defe quet- oorfaa.
Ijnge gekbiede, zijn geweeft de gefta^he'quot;'
Perfing ende drttcking van ócEug^n^en,
Fvnïr- vJ-quot;de verlforven
Eyndehjck door de weldaat van de natuur,
foo de fcheydmge van denbsp;, de
Kraam-fuyvermgh bekomen hebbendf
gjn de nagebleven «/«r^r,^« aan een gene-
en veroorzakende een volkome gefloo-
tenheyt.ende fy hadt oock na dfntijdt
Sn ïirnbsp;Maandt-ftin-
den met gehadt. Dereeden is, om dat fv
mperfirata was^ Sy verfocht dan van my g
behulpehjcke handt, op foodanige S
^Zt r Tnbsp;b^hoorliick geor-
»«et e^quot; t' ' bequamelijck
ViLe?. ftvoorfte
vanboven
, niet weder-
te groeyen,
quot; 3nbsp;want
-ocr page 136-want men cUent de Scheede ten aldermin-
fte foo te verwijden , datfe daar na m 't ver-
loflen mach bequaamheyt hebben tot den
uytganck des Kints. Maar wat gefchiede -
fy eenigen tijdt hier na niet langer willende
een pejfarwm gebruycken door de Vroe-
Vrouw , vertrouwende foo wel tegensonle
coede vermaninge in alles wel te zijn, is
Setrouwt, ende den lo. Maandt n^, haar
Trouw-dagh wederom in arbeyt gekomen
van een wel gekeert Kint,doch onmogelijk
om te kimnen verloflen, want de voorighe
fcheydingh die ick gemaackt hadde , heeft
fy te ras laten toe loopen , ende door die
van mijn geordineerde peffaria , niet ge-
noegh verwijdt, en open gehouden: Waaf
door ick geiiootfaackt was defelvige we-
derom in de geboorte te verwijden, voor
en al eer ick haar van't Kinde konde ver-
loflen i maar door haaie Koortfen, Pijn'
ende andere toevalligheden, die fy geleden
hadde door de langhdurigen arbeyt, zif
h.iar haare krachten foo benomen, datfe o
grootheyt van dc fieckten niet en heet
können uyt ftaan, maar eenige dagen daa
na in den Heere geruft, 't Was alleen bs
Kichelijck datfe my niet eerder, m a
beyt zijnde, h.idtontbooden,vvantda»
vvas menlcheiijcker vvijfe bequaamhe^^
b
-ocr page 137-van de Janmerchingen. 117
gheweeft, om haar van een levendighe
Vrucht te verloften,alfoo daar geen krach-
ten noch vlaagen ontbraacken , maar fy
wiert van de omftanders , die de faack on-
bewnft waaren, gehandelt als een Vrouw
die nooyt en hadde gebaart, 't welck my
endede Vroe-vrouw alleen bekent was^ foo
dat ick raatfaam vondt, van ftonden aan de
Vrouwte Verloffen , als weerende de eenige
oorfaack waarom fy van Kindt niet cn kon-
de verloffen. Hier wil ick dan die geencNood;.
gewaarfchouwt hebben, die met diergeliic-
ke accidenten befochtzijn, datfe vooral de wn'é:
fchaamte aan een zijde ftellen, ende dert
Meefter gehoorfamen,als ook fijnraat ach-
ter-Volgen, tot dat fy volkomen genefen
ofte anders gelijck de dagelijckfe er-
^srentheyt leert, is 't onnoodich te begin-^
'^en, aan de andere zijde moet den Heel-
meefter voorfïchtich zijn in diergelijcke
Werckinge te doen, om de felvige voor al '
niet te kleyn te maacken, op datter daar na
geen grooter fwaarigheyt en komt uyt te
volgen,want hoe feer men het felvige komt
^e Verwijen, foo bevinde ick, dat het noch
'«ijdt meer als te veel tTamen treckt, door
«lenheteen pijnlijck Lidt ij, ende gene-
dennbsp;een getrocken te vvor-
H 3nbsp;De
-ocr page 138-Dp III. Aanmercking,
fan een Scheede niet volkßomen geßooten,
veroorfaackt door een qmftnge van
de Vrucht.
IN 'tJaar j8. ben ick verfocht geweeft,
om een Vrouwe van een doode Vrucht
te verloflen, die al 4. etmaal in Baarens-
noot was geweeft, fy was feer brandich, en
met een harde Koors bevangen, maar bet
ontbrack haar aan geen vlagen,noch krach-
ten , w^aar door ick geraaden vondt de ver-
loffingh voor een tijdt wat uyt te ftellen,
ende een Pfdvis ad expellendtnn foetum haar
ïn te geeven. Doch de Vroe-moeder en
verftont tot het uytftel niet, maar verfocht
dat ick de faack nader wilde onderftaan,
uyt weicke onderfoeckinge ick gewaaf
wiert, dat het Kint niet alleen doodt was»
maar oock dat de Vrouw door de fwaar«
poofen en perfingen feer groot gevaar hepgt;
van gequetft te worden, door de overeen
gefchoovene Tafelen des Beckeneels, wan^
fy hadden al reedts de huyt van 't Hoott
des Kints door-boort, ende daar was
arbeyt, maar geen genoeghfaame ontiluV'
ting, om door de natuur te konnen
-ocr page 139-van de Aar.mtrclqvgtn. 119
worden , vondt derhalven raatfaam de
Vrouw te verloflen, gelijck als ick dcede,
met goet fucces: de dasgen na de verlol-
finge haar kernende vifiteercn, gelijck als
ick foodanige Vrouwen ghewnon ben te
doen, bevondt ick haar reedelijck j geen
pijn hebbende in haarwater mnack'en • bo-
ven dien was het met deKraam-füyveringe
oock na tijdts gelegentheydt wel : haar
Voorfchxijvende een goede maniere van
leven , die voedende, ende verkoelende
was; als oock de Bevvaarfter, waar op
haar te letten ffondc, verfoeckende, by al-
dien haar eenige pijn over quam, in tijdts
•velaren vveeten : foo is fy dan eyndelijck
S^nefen ge worden.
Vier Maanden daar na, foo vviert ick
Van haar ontbooden, my klagende datfe
niet en was foo fy hoorde , maargevvor-
^^n,imperforata, 't welck fy door haar Man
gewaar vviert, onderrechtende my , dat
daar in't midden een opening was, alfoo
fy het hadt onderfocht met de fteel van een
Tinne-lepel: die fy mijn toonde de P'a-
was omtrent het midde, door e; n die-
Membran t'famen gerimpelt, en ge-
groeyt, foo nochtans dat daer in't midden
^en gat gebleven was, waar door fy haare
Kraam-iuyveringen, èn Maandt-ftondcn
H 4nbsp;beko-
bekomen hadde ,ick prefenteerde haar tnet
kleyne moeycen te helpen, 't welck fy my
garen wilde toeftaan, foo 't konde gefchie-
den fonder Inijden, 't welck onmogelijck
zijnde ; isfy van my afgebleven, ende veel
gehs met verfcheyde Vroe-vrouwen, als
oock daar na met Quackfalfflers verquifl»
tot dat fy eenigen djdt daar na wederom
hulpe van my verfocht, alfoo fy nu
Swanger was geworden. Zijnde ontrent
halver dracht, doch terwijl ick haar niet
geven konde , als de oude bootfchap gt;
is fy voor de laatfte maal van my afghe-
bleven gt; niet weetende ofte {y uyt de
Stadt is gaan woonen ofte niet, leeft
ofte doodt is , hoe wel daar na verno-
men is ; want ick verfeecker my , dat-
fe niet en heeft konnen verloft worden,
ten zy dat defe plaatfe verwijdt was ,
ofte het moft zijn ghefchiet door de SeBio
Cafarea : Verhoope onder en tufTchen van
haarent wegen , datfe door een andere
fïeckte , haar leven heeft ghe-eyndight gt;
foo ifle van de andere fwarigheyt bevrijd
g^veeft.
Imant mochte hier een vraage voof-
ftellen , waarom dat de voorige VrouV^
haar Scheede volkomen is geflooten g®'
weeft , ende de andere niet ? Dien^^
tot
Vrsglt;
van de AanmercJ^ngen, 121
tot antvvoort, ten eerfte , dat de voo-
righe Vrouw haar onghemack veroor-
faackt vvas , door een Gangrana , in
vvelcke tijdt van fcheydingh de Baar-
iooeder heeft können ontlaft gt; ende ge-
reynight werden ; ende daar na de «/-
cerat'uj (niet door de Vloet verhindert
zijnde ) veel beter ende gemackelijcker
de f famen heelinge bekomen.
De andere quetfinghe , was een fo-
Ifitio comintii , vvaar door de natuur
meerder bequaamheydt heeft ghehadt,
om het datelijck aan een te doen hee-
len , al eer de Kraam-fuyveringh vol-
komen ghedaan was , dewejcke alleen
Verhindert heeft, dat het in 't midden
niet heeft können tquot; famen groeyen ;
pnde de andere Vlcaane» met der tijdt
in de voorighe Vrouw gefuyvert, en-
de door gheen Vloet , noch Maandt-
«onden belec zijnde, hebben daar door
te meer bequaamheyt gehadc , om aan
een te lijmen ende te heelen.
.By de derde verdeeiinghe van de
Hf-moeder verftaan wy de Baar-moe-
der;
Wat een der: fijn begin nemende aan betcynde der
flX'n Scheede , zijnde het fpatie , tuffchen de
Haisis. Scheede,ende de Baar-moeder, van eenige
genaamt den Hals, dewelcke feer naauW
ende dicht fich komt te fluyten, ja foo dat-
men nauwelijcks met een dun Stylet in de
Baar moeder kan komen, door welck ge-
breck de Moeder geflooten blijft,hebbende
weynich gevoelen in 't aanraacken , ver-
oorfaackt zijnde door eenighe koude hu-
meuren , veroudert Zaat , of veroude
Maandt-ftonden, waardoor den Halsfeer
naauw komt toe te fluyten, ende de felvige
gefwollen zijnde , door de ingepackte Hu-
meuren , moet noptfaakelijck eng , ende
nauw werden, hier van getuyght Hippocra'
tesin fijn 54 kort-bondige fpreucke , van
de vijfde fnyding: qmbus os uteri durum efi gt;
iis connivere os uteri necejfe eß. dat is : dewelc-
ke den inwendigen mondt des Lijf moe-
ders hardt is: by de felvige moet fynoot-
faackelijck naeuw , ofte eng worden. Den
tijdt dan van haare Maandt reyninge ge-
komen zijnde, foo wordt de natuer dan
wel hetdunfte bloetquijt, maarhetgrof-
fte niet, waar door dan oock in de Baar-
moeder verhoole winden, vergadert blij-
ven leggen, die groote pijn, foo in den
Buyck, a!s aan weder zijden komende
ver-
-ocr page 143-van de Aanmertlij.ngen. jzj
verwecken j in fommige Vrouwen is defen
Hals foo verhardt, ende tepelachtighuyt-
gewalfen, endegefackt, dat ick foo door
verfachtende als oock verteerende ftoo-
Vingen, ende fraeeringen fomtijts weynich
kan uyt rechten, maar in foodanige gele-
gentheyt de felvige moet verwijden, door
^^ Radix gmiana, medulla fambuci, o^s.
Oock wel door een bereyde ingedrooghde
Spongie, eerft vochtich gemaackt zijnde
in gefmolten wit Was, ende dantuflchen
een Perffe uytgedruckt, ende gedroocht,
om bequamelijck daar van te kumtnpiffa-
ria maacken,na gelegentheyt van de faack.
Waar door den Ha s van de Baar-moeder
kanontflooten ende verwijt worden, om
door dit middel gereynicht te können
Vverden.
Als fe hier door vervvijt is, können fy
m die Opening bequamelijck brengen een
^ftrument van Silver, Yvoor, ofte van
Woorn ghedraayt, fchroef-vvijfe van fat-
soen ^ maar vvat dicker toegaande, het
°pvenfte van een grooteClyfter-pijp gelijk
Zijnde, van binnen hol uytgedraay t, ende
doorgaat, waar van ick veele ende ver-
ll^heyde fatfoenen hebben laten (foo by
defe, abändere gelegentheyt ) ghereedt
oiaacken^ het eengrooter ende dicker als
het
-ocr page 144-het andere, om wanneer als de nootfaake-
lijckheyt vereyfcht, defelve gereet te heb-
ben;Hier door kan de natuer fijn Slijm,ver-
borghe Saat jbedurve Bloedt, ende andere
ftinckende vuyligheden komen te ontla-
ften; voornamentlijck, als de natuer de be-
quaamheyt gewaar wordende , van haar te
kunnen ontlaften, wordt gheholpen door
hoeften,lachen, fniefen, ende drucken; den
Lijder kan (onder het minfte ongemack,
als het voorfchreven Inftrument daar in
gebracht is ; 't felvige by fich dragen , tot
een geduerige ontlaftinge van de Baar-
moeder; 'tis beter dan een van defcbe-
fochte Inftrumenten te gebruycken, waar
mede het kan onderhouden werden , als
de genefinge te bevorderen door 't Mes.
Ick 1^1 niet te min, tot oeiFening van dc
Heel-konft een vrage voorftellen, te wee-
ten : ofmen foodanighe verharde, ende te-
pelachtige gefloote uytfettinge van de hals
der Baar-moeder ( veïoorfaackende foo-
danigeeflendigheeden) nieten foudemo'
gen, door een verborgen Schaar, ofte
krom Mesken verwijden, als het door geen
ftoovingh , fmeeringh , fpuytingh, of dief'
gelijken kan gefchieden, ende dat op d'®
manier als de oude Meefters plachten in
cefchoote Wonden te doen, omeenftu'^l^
önbsp;van
van de Aanmerc\tngen. izj
Van een Broeck, Hemt, Splinter, ofte oock
Wel den Koegel felf door denaauwe ver-
wijde Wonde uyt te haaienofte op de ma-
nier doo r het Speculum Vagina. al s wy in de
voorige Aanmerking hebbenaangewefen?
Ten 2. Ofmen foodanigh Inftrument
daar in gebrocht zijnde, het felvige niet
cn foude mogen openen, om een Vrouwe
van haar ellendighe gebi-eecken tegenee-
fen? want gelijck als ick aangewefen heb-
be, in de eerfte Hiftorifche aanmerking,
dat de Wonde der Baar-moeder, die in de
Keyferlijcke Snee vèreyfcht werdt, niet
doodelijck is, veel minder defe, oock dat-
men ontrent de felvige geen groote bloedt-
Vliedinge, treckinge van Zenuwen , als
Koorts te vreefen hebben ; hoope derhal-
Ven oock geen fwaarigheydt te maacken,
otn den hals der felver te openen, alfleon-
^atuerlijck is verfackt, uytgeweecken, en-
de feer dicht geflooten.
. JVant gelieft wel te letten op het geene
U E. kome voor te ftellen, te weten,
^atickin de verwijdinghe, door de ver-
argen Schaar, ofte oock door een kleyn
rom Mesken , wel toe ftaa door een er-
aaren Meefter ; als wanneer de ver-
quot;J^de , en tepelachtighe uytfteeckin-
Snen in 't gantaften weynigh ghevoelen
/
hebben. Maar als de verherdinge daar is i
met een fcherps naauw gevoelende pijn»
ende daar openbaart fich een dunne vloey-
baare ftinckende matery , met een fwart
bellach , foo is het niet raatfaam de handt
daar aan te leggen, want alsdan is het ge-
breck ongeneeflijck.
Wat de vierde verdeelinge aangaat, daar
wort by verftaan de Baar-moeder felfs gt;
zijnde den Acker des menfchelijken ghe-
flachts j in de welcke komt te groeyen een
Wathicr^a/^ j door dewelcke fy verftopt ende ge-
gefloo- flooten blijft, om van haare natuerlijcka
Baquot;r-nbsp;ontlaft te worden, ende oock ver-
moeder hindert, van niet te kunnen ontfangenj
wó'tdt^.quot; want het is een gefwel tegen natuer. Patfltts
t^giheta hb. 3. cap. 69. ftelt de gtnefïnge
van een Mola nevens andere verharde ge-
fwellen der Lijf-moeder: AriftoteUs ende
Galems feggen dat het een onvolmaackt en
onnut vlees is, tegen de natuur inde Baar-
moeder gegroeyt, 't welck fomtijdts de eer-
fte Maant, fomtijdts de derde, en vierde, al'
temets ook foo lange denLijderfen by blijft»
tot dat fy komt te fterven; de kleyne, alM®
met de Baar-moeder niet zijn aangewaiTeP'
nochte eenige gemeynfchaphebben, wer-
van de JanmerClingen. 127
den deLijderflen daarvan dickwils gemac-
kelijck %tnt{Qn.lacquesGHillemeau,Mt een
waarachtige Mola, die in de Baar-moeder
vaft gegroeyt is, waar in eenich leven, en-
de bewegingh vande LijderlTevernomen
Wort^ ende noch 4. onwaarachtige, inde
Weicke geen beweeginge befpeurt wert.
De waarachtighe Mola Cornea , is een
yleefachtige fubftantie , met Aderen ende Wat een
Vliefen befet, fonder Been ofte Kracke-
been, hebbende een gedaante die ront, en-
de hart is, die haar fomwijlekomtte'be-
weegen, zijnde in der daat een valfche be-
vruchting.
De onwaarachtige zijn ,
Een Waterachtige.
Windachtige.
Velachtige.
Ende een, beftaande uyt verfcheyde
Vochtigheden.
Den E. MQQti\Jicolaes Tulp, in fijnxix.
^apittelvan fijn eerfte Boeck ,fchrijftvan
^^ Mola imaginarta.
Wet meefte gevoelen van de AuéettreH
, • datfe nietenkonnengegenereertwer-
L gt; 3ls door toedoeninge des Mans; ende ootfia.
«nd voort,uyt vuyl menftrueus bloet,''®quot;'
Zaatnbsp;bedorven, als ongefont
Haara
-ocr page 148-Haare teyckenen zijn een ghefwollen
Teeckc ßuyck , met vermagering van't Lichaaingt;
een ghelloote Baar-moeder, een bedurve
appetijc.vvalgingh , braackingh, ophou-
ding van Maandt-ftonden,gelvvoUeBor-
ften, fy hebben veeltijts pijn in haar Len-
den, foo dat defe Vrouwen in 't begin niet
en twijffelen Swanger tewefen j maar
mettér tijdt werden fy anders gewaar,
door haar lang gaan, te weten als fyovcr
haar tijdt komen te dragen, ofte fy wer-
den het oock noch kleyn zijnde, door de
Natuur fomvvijle quijt.
Wat haare genefinge belanght, die daar
invereyfchtwert, is de felvige, die men
in't afdrijven van een doode Vrucht ghe-
woon is tc doea, ofte op die manier als eeo
nagebleven Na-moeder uytghehaalt wert gt;
öfte een achtergebleven Hooft des Kints»
welcke manieren van genefïng genoechbc'
fchreven zijn, by verfcheyde nyfathemtc»'
als Hyeron. Mercmalis, lac. Primeroßuh Rodt'
ricm a Caftro y ende andere meer. Maar al^
hetGefwelmet de Baar-moeder vereenicP^
is, foo zijnfe ongeneeflijck, hoewel daa
verfcheyde van gefchreven hebben , waf
daar wert door de Inftrumenten wel e®
ftuck ofte brock van gehaak , ende uy^Sjg
tyocken , waar op een Bloedt-vlietin^
Gene
linse.
Volcht, met verlies van krachten ; foo
aat die vaft gegroeyt zijn, en werden noy t
Volkomelijck uytghehaalt, ende groeyen
«letter tijdt wederom, blij ven den Lijder
oy , foo lange fy komen te leeven, Dier-
gelijcke Lijder heb ick onderhanden , de-
^elcke fomwijle wel een groot ftuck vlees
daar van quijt wort, maar't komt als we-
derom te groeyen, ende fomwijle fterck té
oioeden, foo dat haare krachten gheheeï
Vergaan, èn fy fal na alle apparentie foö
komen te flijten.
Dit is het gheene ick U E. hebbe
willen toe laten komen tot oefFenin-
gne Van onfe Heel-konft, ende onder-
Jinge yrientfchap - verwachtende hiervan
t oordeel van ü E. gheleerde kennifTet
«lïde heeft U L. iets fonderliiighs over tlt;s
J^hrij ven, dat fal ick by de èetfte celegeht»
%ttegemoetfIcn.
Byvoegfel van twee
Waar van de eerfte is als volcht.
H Fondament van een jongh l^nt: by na
geßooten Twijnde, geltaktgh genefen.
Alfoo de gelegentheydt voor valt cm te
fchrijven , van de geflootenheyt, int
particulier raackende de Vrouwen, foo
en wil ick geenfins hier exempelen by-
brengen van een gefloote Roedejgelijlt;^r
als ick wel foude können doen, want dit
Deel fpreeckt alleen van de gebreecken
der Vrouwen ^ niet temin bemerckick
nootfäakelijck te weelèn daar by te voe-
gen defe twee navolgende Aanmerckin'
gen, van een toegefloote Fondament»
raackende foo wel dit gebreck't VroU-
welijcke , als't Mannelijcke geflacht»
en zijn als volcht.
T N 't Jaar 1646. hebben wy geholpen een
■■■ Kint, dat 4. Maanden out was,hebbend«
by na quot;t Fondament geflooten,zij nde alle®'^
een kleyne opening, waar door de Moedet
de vuyligheden met haare vingeren ged^^
righ moft uyt drucken, ende alfoo
üyt te mekken, tot dat eyndelijck heC
Kint grover fpijfe als Pap en ander voetfel
quam te gebruycken , want de Moeder
Jeeft wel de dunfte vuyligheden uytge-
druckt, maardegrofftedie in 'tgedaxmte
öleven, veroorfaackren eengefwollen en
gefpannen Buyck, koorts, benauwthe-
«en, ende pijn, foo dat daar nauweliicks
iets meer konde uytgedruckt werden : Ia 't
fondament wierdt geheel door de groote
Ipanmng geflooten. Wy namen derLlven
geen uytftel om 't Fondament te openen,
^aar maackten als dan met een Lancet, in't
Ridden een kleyne opening, ende voorts
yetde punt vaneen kharpe Schaar (die in
d^e gelegentheyt nootfaaïjcehjck vereyft
^iert) aan weder zijde na behooren, waar
van ftonden aan vokhden een groote
quantiteyt van befloote vuyligheden, en-
«« den Buyck begon feer tellencken, als
one^nbsp;toevallen te vergaan, de
Fining dan wiert foo van de boven, als da
met dicke platte Wieckenop-
^»itU Anbsp;zijnde met her ung.ds
Ohl d. M ^quot;^rogende en dienftigis.
voor te komen, door
»^aeen ?®nees-middelen , binnen weynich
VoDe ' ^ vijlde een Dochtertje, ten
genefen is geworden. Hier en ge-
I anbsp;bruyck-;
bruyckten wy geenloode Pijpje, alfmcn m
dierselijcke gelegentheden gewoon is te
doen, want't Fondament op die wijfe geo-
pent ziinde , koiide door de opvulhnghe
van de Wiecken genoeghfaam onderhou-
den werd.n.alfoo achter de opening ruym-
te eenoegh was.nbsp;^nbsp;, 1...
Diergelijcke opening is mede geluckig
ohefchiet doovM. Rogier Beerenart hy de
Nyfel-fluys, in 't Boesjet-tteechie , aan een
Kint, wiens Fondament geheel geflooten
was.
De II. Aanmercking,
Een jong Kint met eengefioote Fondament,
wieni opening vruchteloos gedaan is,
ANno 1643. vviert mijn Mr.gheroepen
ontrent de Eenhooren-fluys, by een
Kint, 't welck met een geflooten Fonda-
ment gebooren was, ende nu ala.dagen
met groote pijn, ende benauwtheeden
hadde gheleeft, foo heeftmen nodich ge-
acht , om te fien, hoe ende op wat manie'
ren men alderbeft dit Kint foude konnen
helpen , aan't geen de natuur ontbracK?
want na dat men de plaats hadde uytge%
fen endeonderlbcht, waar alderbequaatquot; _
't Fondament behoorden te zijn, foois r
van de JanmercJ^ngen. i j 3
die plaats met een breet Lancet eenope-
ninggemaackt, van een-vinger breet, en-
de tvvee vingeren diep. Doch fy konden
hoe groote naarftigheyt fy deeden den En-
del-darm niet bereycken , ende moften
hetonnofel Kint hulpeloos laten leggen,
alleen forgh dragende, om deghemaakte
Wonde wederom toe teheelen, ende met
lijtfaamheyt af te wachten, waar in de na-
tuur ontbreeckt, nam nalt;ura dcfickme, de~
ficimt medici. Deni4. dach na de geboorte
Van het Kint, bequamen wy een bootfchap
dat hetKint geftorven vvas, ende dat de
Ouders feer genegen waaren om hetKint
te laten openen , gelijck als gefchiede in
prefentievanZ).. Franc,fcus Delehë Stlvm,
nmcMedicint. fraïiica in ^cademia Lmduno
Batava Profejjor.
Het Kint lijn Buyck geopent zijnde, be-
vonden wy de Ingewanden der felver ge-
ondt, het hadde alleen maar een Nier,
'eggende onder in 't midden van den Bnyk,
®hde den Endel-darm eyndigendelücht ia
Js grondt van de Blaas, foo dat de viiylig -
eeden die volgens de natuer het FonHa-
ment uytghedreven worden , nu onthft
..'berden in de Blaas,ende wan(:.eer dc vuy-
^gneden quamen in quantiteyt te vcrr;:cer-
^i^en, met de opwaflinge van het Kiar, fo(i
l 5nbsp;is.
is de pis nietgenoech geweeft otn de felvige
te weyken, want het moft dteck en pis door
de water-gangh quijt worden, foo dat hier
door de Blaas onfteecken was geworden , de
Koortfe vermeerdert, waar door het Kint
nootfaakelijck moft komen te fterven. Soo
dat, waar ons de natuer verlaat, wy oock de
hulp-middelen moeten ftaacken, ende van
Godt Almachtigh de uytkomfte verwach-
ten. Hier inwilickdan alle Leerlinge van
de Heel-konft gewaarfchouwt hebben, dat-
fe in 't onderfoecken van foodanige gebre-
ken naauw acht nemen en wel letten, ofte
daar oock een vvankhapenheyt is van de
Natuer, ten anderen, of fy oock alles ghe-
daan hebben,'t geendeKonft gebiet,aleer
fy den Lijder hulpeloos verlaten; gelijck als
ghy uyt defe Aanmercking kunt verftaan.
Want hoe groot oock de naarftigheyt, en
vlijt van de Meefter was, foo ifle nochtans
vruchteloos geweeft. Hier mede eyndi'
gende , beveele U L. in de genadige Pro-
tedrie des Alderhoochften.
Wa»r-
fchoL-
Winge.
Vyt Am (i er dam , den lo. lanuarif*''
DC
-ocr page 155-De Vierde Hiftorifche
Van de
Kf'TTVKA VESICM,
Ofte van een gefcheiirde
Haare teyckenen, oorfaacken,
voorfegging ende geneefing.
Gefchreven aan den feer vermaarden
Ordinaris Heel-meefter van 't Gaft-
huys der Stadt Hoorn.
Seer Waarde Neef.
CkfendeUE nevens andere goe-
de Vrienden, tot teycken van een
onderlinge ende danckbaare toe-
opfP . genegenthey t, als oock mede tot
effenmg van de Heel-konft een Aanmer-
J m de vvelcke verhandelt yvert de
i 4nbsp;R»p'
Rmttra VeßcA, dat isvaneengefcheurden,
ofte gheborfte Blaas, als mede van fijne
teeckenen, oorfaacken , voptfegginghe ,
ende genefing.
Welck gebreck my dickwils voorkomt ,
ende alfoo ick door erv-arentheyt bekome i
dat foo veel de gheneefing der felver aan-
gaat, feer periculeus en fwaar is. la waar
van de meefle Vrouwen feer jammerlijck
ongenefen blijven, ende in de Mannen al;
tijdt doodelijck U E. geoefFende kenniffe
toete paffen. Want ick hebbe (hoe groo-
te naarftigheyt aangewendt) geen Amhe^'
ren können befpeuren , noch ghewaaf
worden , die van dit ghebreck gefchre-
ven hebben, waar door ick eenighe ondet-
rechtinge foude hebbe können bekomen 5
de reeden hier van zijn mogelijck geweeft»
dat het by andere weynigh is voor gheval-
len, alsoockdeeerbaarheyt, en fchaani-
te, waar door dir gebreck aldermeeft v^n
Vrouwen wert getradeerr, ende gehandelt»
ende geven alfoo aan de G.enees.heere^
verkeerde onderrechting , rot nadeel va^
haargefoncheyr, veroorfaackendeeen
kundigheyt,niet alleen van haare fieckte^^
maar een ongeneeflijck gebreck aan ba»
felve Ick dan van voornemen zijnde ,
inijn geringe kenniffe hier in, ende
^ijck die ick daar in hebbe aangemerkt en-
de waargenomen U È. mede te deelen, en-
de onfe naarftigheydt aan te wenden tot
grooter oefFtning van ohfc Korift, als oock
tot profijt van ons even naaften, en meer-
der bevordering van onfeZiel en Salighey t.
Om dan tot de faak te komen, is't vooral
Van nooden U E. door defen bekent te ma-
ken, wat ick, byeengefcheiirdeoftege-
borfte Blaas komen te verftaan.
Ruptma Fef,camp; , is een openipg, ofte ber-
ftingvande Water-blaas, zijnde van Godt
Almachtich gefchapcn tot ontfangcr van ï'è'Kb^
de overtollighe vvcyachtighe vochtig-'^-
neden , die van de Nieren door de SVa- ^At/mj.
ter-pefen werden toeghefonden , om al-
daar vergaadertzijnde in pis, tot begce-
ren van den Menfch iiytghelcft tc wer-
den , ten zy het docr dit gebreck verhin-
dert wert.
Sy is dan gelegen in 't midden van den
^ider-buyck, ghenaa^it by de Griecken
^ypogaflrium'-. tt^-bew-èfc^crdubbelingh
jan de Pens-fack, ende léyt al.dn fiinc)-
gen buyck , ofte.j^Iligheyt benoorcn, en- quot;
heeft van voordn, tot eVn. l;orfi- vvee-
j^'iS het Scbaamte-been , van ter zijde de
arm-beenen, ende van achccrca het
quot;eyhch-been.nbsp;o, sj-
I ynbsp;DS
-ocr page 158-De grondt vati de Blaas vereenichtfich
met de Pens-fack, ende met den Hals van
de Baarmoeder, Scheede, als Vrouvve-
lijckheyt,dochin de Mannen met denEyn-
del-daim.nbsp;^ . - .
Sijn vvefen ofte fubftanue is vliefigh,
ende fenuachtigh, tot fterckte, uytfpan-
nigh, alsrimpeligheytdienftich. Eneenl-
deels vleefich tot de bevveeging, als warm-
te , mede oock tot ontfanging, ende uytlol-
finge des waters.
Sy beftaat uyt twee Vliefen, de buyten-
ftc , ofte't ghemeene , is een vaft, ende
fterck vlies, fijn begin nemende van de
Pens-fack.nbsp;„
Het 2. is 't binnenfte en eygene vUes van
de Blaas, feer ghevoelich, en rimpehch,
met alderhande foorten van vefelen door-
vveven, ende vanbinnen als met een ll^
mige korftachtigheyt befet , om voor de
fchergheydt van de pis te meer bevvaart
tè zijn , ende fich tot uytfpan ning te kön-
nen begeven. Ende wert verdeelt van d«
Ontleeders in een invvendich ende uyt'
wendichVlies: het inwendige noemcquot;
fy tbinnenfte ofte 'tgemeene Vlies van
Blaas, ghelijck wy gefeyt hebben : quot;
uyt wendige leyt tulTchen beyde devi
fen:tew?eten,tuflchen het buyte^
w
ofte gemeene Vlies: ende het bmnenfte of-
te eygen Vlies van de Blaas, ende werdt
genoemt { Jecnnda prgpria memérawa) ofte
het tweede eygen vlies, dat het dickfte is,
ende met veele vleelighe vefelen doorwe-
gen, ende doet aldermeeft tot uytloflinge
des Waters; endevvert yznBmholmusgQ-
noemt, mufculMscircularis fphinßer; ofte der
Blaas uytdrijvende fpiere: maar den Heer
Cerardtts Leon. Blafms der Medicijnen Do-
^or, en Profeflbr der Stadt Amfterdam;
hout het voor ^heznMufculm ofte Spier,
maar voor een vleefachtigh Vlies; gelijck
ais men kan nafien in fijn comeman-, in Syn-
fagm^ anatemicnm viri clarijfimi Joannis Veflin-
git anatomiciqmndam patavini. Ten fal hier
met nodich zijn verder te fpreecken van de
ofttleeding, nochte van den Hals der Wa-
tcr-blaas, noch van fijn wefen, noch
jaij fijn Aderen, Slach-aderen, Senuen,
ende gebruyck dat de Blaas heeft; alfoo
ons voornemen niet en is eennbsp;te
Jelchrijven, maar alleen te verhandelen
Jn ruptto, ende voor eerft U E. bekent
acken fijne teyckenen, ende waaraan
het beft foude konnen ofte mogen
worden, foo inde Vrouwen, als in
^«Mannen.
quot; ghebreck wort men gewaar, voor
eerft.
-ocr page 160-eerft, foo door't geficht, als door'tghe-
voel, ende oock als yemant een fwaare
Teyckc-ftoot, flach ofte val op den Buyck heeft
gekregen, ende daar en boven fijn water
niet en kan komen te loffen, nochte oock
geen begeerten en krijght om te wateren*,
ende dat fijn Bnyck komt te fwellen met
pijn , ende fpanning, ende dat door't In-
ftrument, genaamt de Catheter, geen wa-
ter uyt deBlaafeen kan ghetrocken wor-
den. Ende oock als de Vrouwen be-
mercken , dat haar water door de Vagitti^
komt te lecken, ende tegen haar danck
ontloopt. veroorfa.'ikende aan haar VroU'.
wclijckheyt een groote pijn, brandt ende
fmercing, het Water heeft mede een vie-
fe reuck , gelijck als 't heeft by diegeene»
die leek gaan, door 't fnijden van eei^
Steen j op de grondt van't Urinaal, ley*-
meeft altijdt een fteenige ende kalckachtig®
materye , met eenige veefeligheydt vef'
mengt. Ende fy hebben meerder pijn in/
wateren , als na't wateren, gelijck als^'®
geenen doen , die haar Blaas geulcereei^
is , die Tullen aliijdt meerder pijn heb-
ben in't loften van't water. Ter con-
trary, die de fteen hebben, die hebbe^
de grootfte pijn eer fy tot wateren ^^^
daar ecnigquot;
ulceran'
m
(
men , ofte oock wel foo
-ocr page 161-I ^ceratie by is , na dat fy gewatert hebben,
terft hebben fy grooten pijn in glande,
ottidatfy geen water können loofen,en-
ae daar en bóven hebben fy meer pijnj
na het loffen van haar water , dat die
geene die haar Blaas alleen geulcereert
w , niet onder warich en ?ijn. De re-
den is , als de kantige Steen door de
perfinge van 't water, na vooren (te wee- P'
ten na de krop van de Blaas gevoert isjv^nde
wederom allenckskens komt te verfac-
«en, na de grondt van de Blaas , ver-tw^lT.
oo^aackende alfoo pijn na het Water-
oilen. Doch om noch feeckerder te
.aan , en^de te weetén of de Blaas gebor-
rnbsp;voorval-
ende gheleghemheeden onderfocht door
twee Catheters, den een brenge ick in de
ordinäre water-gang van de Blaas. ende
en anderen door de ragim, in de berft
endeï komende alfoo in de Blaas,
endebrenghe beyde de Catheters tot mal-
S 1 quot;nbsp;gheluyt
■tnbsp;kan ghewaar worden Doi
mfn rSpecHlnm ragina kan
'tLirKnbsp;oock bekomen, als men
te vïf ^^ hier mede een weynigh komt
liicknbsp;dat-men het bequaam-
na« dc oogen k^ Gm , ende met
-ocr page 162-de vinger felf, de berft kan gewaar worck»,
gelijck als wy hier na in de geneefing füllen
^^Hier van zijn tweederhande oorfaacken,
foo inwendige, als uytwendige.
De inwendige zijn: eenfteen,^te een
fteenachtigh aangroeyfel van de Blaas in
fijn eyeen vlies beflooten: ten andere de
fterckheydt, ende kloeckheydt vaneen
Vrucht, in een fwaaren arbeyt; ende als
daar een Kint wel gekeert, tracht ter We-
relt te komen; ende oock wanneer de Bl^«
vol pis is, ende foo grooten gewelt, foo
wel ten oplichte van de Moeder, als van t
Kint, niet en kan wederftaan , door fij»
dunnigheyt,enteerheyt.
De uytwendige zi)n:eenfwaare Aag.val,
of ftoot van eenig ander dinck^oock wel het
eebruyckvan veel vochtigheden , in eeU
fwaaren arbey t,ofte van al te ftarcke water-
dryvende Genees-middelen , ofte oocft
door gewelt, dat eenongeoefFendeVroe-
vrouw komt te doen in 't lichten van t
Schaamte-been, foofy voorgeven (ordi-
naris onder de Vroe-vrouwen ghenaefflt
'tYs-been) welcke oorfaackenwy wat na-
der füllen verklaren.nbsp;-
De oorfaacke hiervan zijn verfcheyden,
gelijckalsickgefeythebbe,endewjrdtin^
Oorraa-
ken.
Vtatcii-
van de Aanmerc}}ngen.
dich veroorfaackt. door een fteenachtigh
^ngroeyfelvandeBJaas, veeltijdts inin
eygen cifiu, oktmemlrana befloote, ofte
Oock wel met de vliefen van de Blaas ghe-
®eynfchap hebbende, gelgck als ick dick-
Wils hebbe ondervonden,endegenootfaakt
|en gheweeft, om de velligheydt met een
schaar wech te nemen, alloo defelve met
Veelfteenachtigeftoffe,enaangroeyfeJsbe.
iet was; het kan oock veroorfaackt wor-
den door een fteen, die wel in fijn eygen
Vhes beflooten leyt, maar door hetdruc-
«en ende ge welt van een Vrucht datfe wert
angedaan in een fwaaren arbeyt, vermor-
• weifte
SebreSinnbsp;endediemetdit
df^t.nbsp;' ' reeftalie door
üe fcheur van de Blaas quijt geworden een
fteenachtighe, en kalclaJhfige matSyquot;
Blaa i quot; ^^nbsp;devliefen%an de
doodde
S^oo^e perfing na vooren
ofte door a^e ftarcke
^genomene afdryvende middelen,die foo
Kehrnbsp;^ Watquot; als d.
^ een f™ quot; ' ^^^ «^«n de ßlaas
fwaaren arbeyt niet konnende wijc-
ken j
-ocr page 164-ken, doot defe fteenachtighe ftofFe gb«-
druckt zijnde, eyndelijck wert gequetU
ende doorbreeckt, ende als dan veroor-
faackt de fcharpighcyt yan de pis, tuiichen
de f^aiina ende B aas gelegen; eerft pijn en-
de rauwigheyt, ende daar na een verlwee-
ring,nbsp;door defe Vrouwen feer mjne-
liick, fmertich, ende ten laatfte eekko-
mentegaan. Dat een fteenachtigheyt aan
de krop van de Blaas, fomwijle foo wel
komt te groeyen,als een Steen in de Blaas,
{uilen veel met my wélgetuygen, ;want in t
fnyden van de Steen vvordtmen het dicK-
vvils quot;^ewaar; ja oock vvel, datfe in fil«
eveen'Vlies beflooten leyt, ende lüet de
vliefen van de Blaas groote gemeynfchap
heeft,doch foo het u belieft, kont hier
van na fien: loan. Schenck*: inobfervatiom-
hus Tmdicinaltbm, Libro tertio.
De vépcamnma.
Obfervatio. CCLXlX.
Lapides veftu mnnmcquam ^mvo txe^^
fto, cmaneo involmo conclttdiy quK»quot;
cathetere explorarimimme pojfmt. _
Alsoockinfijn CCLXX. AanmerckmS»
daarhybevvijft.nbsp;^
Calmlos aliqmdo veftc^ ad *
Adhmre,
SM.
HoUerius , de Morbis internis , Cholio-
S^'tph : ad Cap : 49. Ltbr. 1. Merca-
fm CHidam omma cdculi veflu figna ad~
Cathetere probari non potuit. Mortm,
«w magm calcptU inventi fmt , finguli m-
^fwum dmrum femis , Membrana incluß
**'riqHe ßia.nbsp;^
, Ende tyfmbrofius Parans, in 'c fes-en-der-
tighfte Capittel van fijn feventiende Boek,
«y aldien defteen feer vaft aan de Blaas
Vereenight is , ende met eén Membrana gt;
Oedeckt, foo kan hy feer quaüjck met een /
Proef-yfer getaft worden, ende den Mee-
«er fal oock de Blaas fcheinen, als hy den ,,
teen meynt uyt te trecken, waer door een
Gangr^na, een Convulfio , ende de doot „
Pleeght te volgen.nbsp;*
Welcke voorverhaaide exempelen, en/*
^e bewijfen ons genoeghfaam können die-
nen, ende verfeeckeren , dat de fteen.
chtigheyt met de Blaas, niet alleen fom-
J^iJle ghemeynfchap heeft, maer oock iri
^^r eyghen Vliefen beflooten zijn, en-
■ fooH®quot;-®^ Vrouw, in arbeyt zijnde,
Itennbsp;gebreck komt te vgroorfaec-
tcS^'^®'^^® uytwendighe oorfaacken zijn
^gepen, een fwaaren llagh , ftoot ,
een val 3 die van büyten aan-
Knbsp;kómt'j
-ocr page 166-komt-, ende die komt te ghefch^den.
foo wanneer ymandc in langen tijdt niet
en heeft gewatert, foo dat fijn Blaas by na
vol is, ende dat hy dan onverfiens een
fwaärenüachsofftoot op fijn Buyk krijgt,
waar door hem de Blaas komt te berften.
Sulcks kan oock komen te gefchieden doof
het los-fpringen van eenigh dinck, als by
exempel door een dick gefpanne Kabel-
touw, dat fich komt te begeven, ofte als
een Draay-fpil binnen Scheeps-boort, ofte
op 't Landt, alte hart om gedraayt zijnde,
fchieiijckkomtlos te gaan , waar door dat
yemant een fwaaren flach komt te ontfan-
gen tegen fijn Buyck, (quot;door een van de
omgaande ftocken ; op die plaats daar de
Water blaas gelegen is, 't gefchiedt oocK
als wanneer yemant van een hoochte, met
fiin Buyck op ietsharts neer komt te val'
len , waar door fijn Blaas komt te berft?«'
gelijck als wy hier na in een Aanmerckifê
lullen bewijfen.nbsp;,,
Dat het oock in een fwaaren arbeyquot;^
komt te gebeuren , is gelooflijck, vyaP
fommighe Vrouwen zijn feerdorftigh gt; ®
de gulfigh in't drincken , waar door
Blaas van vochtigheydtghefpanneni . ^
Kindt met groote kracht ende gheW^ ^^
(wel gekeert zijnde ) tracht ter Were^
H'
v
fcomen , Veroorfaakende een groote fterck-
dn^Ünbsp;aan de Vrucht, waar
«oor de Blaas groot gevaar iyt om te ber-
iten, ende Moeder van te fterven, ofte dat
W diergelycke gelegentheyt ( de Blaas vol
J'ater zijnde) door eenighe water-dry ven-
^vaar H'' hardt geparft wort.
jaar door de Moeder ende her Kint, bey-
cU rnbsp;^ fy door een
C^Wde Blaas eerft ontlaft wierdt, ende
Jet water afgetapt, gelijck als voor defen de
vroe-vrouwen pleegen te moeten doen;
rennbsp;^^Ifde reden werden de Clyfte-
ontS'^quot;'''quot;.''^ Genees-heeren, tot
% tafh^^^^^^^ Eyndel darm, alfte in
J^t meerder gedeelte van fijn Lichaam uyt
nieten
ftaat r; 'nbsp;bet Kint in gheboorte
»^aaVwe^dT.^'^^-^^'quot;^quot; niernoodish,
^och hier innbsp;' Smeering^en.
S^oote^; n 'S^^^n veele Vroe-vrouwen
^'Jn, al? f'Sen, die, alfle ten eynde raat
S'^eleeen.rnbsp;alle
^ gentheeden fonder uytftel verevft
r eTn':quot;1f --'^ebruyck dï
'«enmisbntyck. Waar door ter con-
T^- -
-ocr page 168-traiVi de moeder ende de vrucht foo grootè
ongemak, ende benaüwtheyt aangedaan
wert, dat alles wat daar by en ontrent is,
(infonderhey t als de vrucht kloek,en fterK
is)fchijnt te fcheuren ende te berften j xn
plaats van voordeel datmen door een
verfachtende Clyfter hadde ghehoopt ts
verkrijgen.
Ende fommige willen niet weltoeltaan, ^
dat een geoeffendeClyfteerfter,(een vrou m
barensnoot zijnde ; een Clyfter fal mogen
fetten. Maer ochlofte fy het dan beter dede.
Want het is my niet langgeleden noch ge'
beurtjdat ik een fekere vrou van een doods
vrucht quam te verloflen, maar ick bevond
de Clyfteer pijp , in het kint fijnborft ftee'
ken na de verloflïng, foo dat defe Clyftel
door de onwetenheyt,ende onverfichtigj
heyt van de wijfe moeder in ipja f^agina, W«
geftelt, door boerende het kint lijn borngt;
in plaatfe vanghefette worden in ds
Eyndel-darm, ende den Genees-heer D
merckte dat de Clyfter gheen werckmg
hadtuytgherecht, ghelijck ak oock^a
was.nbsp;ug/
't Kint dan wel ghekeert alfoo indegquot;
bootte zijnde, wil ick de Vroe-moeö^^
ghebeden , ende gewaerkhouwt hebtgt;«^^
datfe niet alleen wel acht nemen op ^^^
van de AanmercTqngen. 145»
benauwde Vrouw haar drfncken , maer
«ock ophaar lichaam, ende krachten,
nde daar aan geen gewelt en komen te
doen , ontrent t Schaamte-been. Want
jy komen daar door,dekrop van de blaas te
jneufen, ende te quetfen. Hierom gebeurt
Jjft, dat de Vrouwen, na haare verlolling,
dJkwils haar water niet können bewaa-
jn, maar tegen haer danck ontloopt; ende
™fer dit voorvalt, is den lyder onselnc-.
«igh.
tengeborfteBlaas, diedooreeninwen-
dige oorfaack gefchiet in de Vrouwen , is
^eelUltijdt geneeflijck : maar die dooreen
ai,iiagh, ofteftoot veroorfaackt werdt
doodehjk : mfonderheyt in de Mannen.
De quetfingh is periculeufer in fijn
grondt, als in fijnonderftegedeelte,ende
aarie met de fcheede vereenioht wort
Voornamelijck in de Vrouwenquot;) foo ce-
niet.nbsp;^
fo xsll-tquot;^^ quot;quot; inwendigen oorfaak komt;
pcrjjtuieus niet, als dooreenuytvvendig.
ïin^Tnbsp;gefchiet door een verfwee-
ö' min penculederals dooreen berft. .
ß. '^oe fwaar dat de genefing , hier van
J ' mno^ 1---- _ !• 1
£ quot;pficht
C--------O 'nbsp;gt; u
Kan men licht ,if-meren ,
:e van fijn Membr.inoufe fuh-
JEnde wanneer - fe ohcbe.jrt ,
K 3 '' in
in de grondt van de Blaas, foo iffe noot-
faackelijck ongeneeflijck; want hierdoor
óntftaan van ftonden aan feer fcharpe pij-
nen , ontfteecking, koorts, ende een trec-
kinge van Senuen ; want de Blaas, die an-
ders een verhouw plaats is van de pis, laat
de felve nu door den gantfchen Buyck
vloeyen, ende aldaar verhouwen ende ver-
gadert zijnde, doet den felve feer fwellen,
ende door lijn fcherpigheydt de Ingewan-
den verderven, als oock de natuerlijcke
warmte weer-houden ofte verminderen gt;
op die manier als't in de Water-fuchtigeii
{refchiet, ende doet alfoo den Lijder ellen'
digh fterven. Gelijck als ick wel voor de-
fen heb aangemerckt, dat, in 't Jaar onfe^
Heeren , 1645. gefchiet is op de Gelderfche
Kaay, van een Varents-gefel , dewelc^
•savonts befchoncken t'Huys ghekom'^'
zijnde, hem ftracks met fijn volle lijf
ruften begaf. Doch des's nachts uyt een
dommilige ilaap wacker wordende,
loo hy noch Water pot , noch Tobben e^
konde bekomen ) vvil.-'e hy ten Venlt«^
tiyt piflen , ende alfoo 't Venfter op ftquot;®,
tende na fijn meynin^i vvas het de de
fxcm- van de Pack-folder, die hy onweeten ^^
peiv.n ^ ftjet. als dan ^T^ter beginnende j
|rftf lolïeu, konde hy fijn lelve niet wajt^
-ocr page 171-c-r
van de Jidnmercl^ngen. i j i
houden , maar ftorte alfoo pjffende ten
i'aclc-venfter uyt, ende viel van boven
neer, met fijn Eüyck op deLuylFel van 't
«tiys : waar door fijn Blsas, fnoch niet
geheel vart pis ontlaft zijnde ) quam te ber-
den j ende alfoo by geen aenhoudt en had-
, wiert hy in 't Verbandt-huys gebracht,
jeer koörffigh , ende klachtigh zijnde van
leer groote Euyck-pijn, met fweliing en
Ipannmg, fonder eenich begeerten te héb-
hen van te wateren. Den Lijder wiert niet,
loo doof inwendige , als uytwendige Ge-
nees-middelen , nochte door eenige C!y-
«erenvan fijn pijn verlicht, nochte men
en konde door de Catheter hem geen water
HeernZ-nbsp;^^nbsp;den
Heer ontfliep, den 14. dach na dät hy had-
ae gevallen, iet doode Lichaam wiert geo-
door M . Rogier Ronjerffe Bcermaar:, in
^oyweefen van den feer Geleerden en ver-
naarden Geneesheer ö . Sanwel Coßer, en
Jy bevonden den Buyck vol wnter, ende
aL T in li,n grondt gei;eel geborftcn, de
we^ft ®nbsp;waaren meeft gefönt gc-
alELl^r^f door defcharpheytVan de nis
'eenbefchadight, foo dat hymetnroote
^Jh , ende ellenden, £jn leven moft ko-
'n^teeyndigen. '
^aar als de Water-blaas komt te berften ^
K 4 _nbsp;in
in fijn onderfte ghedeelte , ofte na byde»
Hals , foo en is daar om fij n fpierachtighe
fqbftantie gheen twijffel aan , ofte fe kan
gheneefen worden j ofte wanneerfe ghe-
Ichiet ontrent da Sphinder ofSluyt-fpier
Tan de Blaas , ofte boven het fchaam-
te-been ^ waar van een exempel kan
naghefien worden apyJ Nicolaum Tul-
^'piutn ,m Objervatmibm üh. IV. CAp. XXIX.
His verbis , miles plumbea glanda i^im dolwt
quot;impenfé in imo ventre , ob efraBum pa-
^'bis OS , veficam: fttmme dilaceratam , ctt'
'quot;j0S tarnen vtilnpts prater mentem aphorifmi
quot;XVIT. L'^k- VI» ad cicx-riczm cum foret
^'psrd^Bm gt; «O» minxit pro;eren liberitts-
VSed reddidit nihil ominm urmam cum fumma
'U'fficukate.nbsp;, r r u
Defe genefingh, moet dan feer fqrgh'
yuldigh by ds handt genomei; worden ?
door een Heel meelter, wel acht nemen-
de, voor eerft op de krachten en ftercktei?
yan'tlichaam , ende oock wel lettende,
wanneer fy laaft haare (uyveringe gebao^
heeft; ende by aldien fy bloetrijck ofte an-
ders mocht zijn; door mede hulpe van ee
Gene-geleert Genees-Heer) een goedediëte,en^
f-'é' een maniere van leven voorfchrijven;en
als dan het Lichaam behoorlijck ontK
ften , foo door purgeren als ader at
f
van de Janmercl^ngen. ly^
Jïy aldien de faak fulx foude mogen komen
te vereyfchen.
De Operatie gefchiet dan op defe navol-
gende manier, Den lyder wert geleyt op
een tafel,tegens een bequaam licht aan,ende
Wet het boven lichaam gedekt,ende het on-
derfle als dan door banden verfeekerende,
gelijck alsmen gewoon is te doen, aan die
geenen, die van de Steen füllen gefncden
worden. Dit gedaan zijnde; foo is voor al
op het fpoedighfte vannooden , hetlic-
haam door een fpeculum vagina foo te ver-
^yen , als na gelegentheyt vereyft wert.
Ende alsdan de kanten van de door-fvvoo-
refcheede , daarfe met de fcheur vande
blaas vereenight is, rau , ende bloedieh
maaken , ende foo weynigh de blaas
komende te raacken, als 't mogelijck is;
Vvant de vagina is eerft door deverfwee-
^inge; ende daar na, met de kanten van
de gefcheurde blaaS foo vereenight, door
, vveldaat van de Natuer, datfe maar al-
leeneen weynigh ofte na behooren afge-
komen , ende wederom gehecht zijnde-,
;eer vvel kunnen genefen worden. De
vechneminge gefchiet door een welfny-
ent tangsken , ofte door een fchaar,
Jquot;?fnymefken, ofte door foodanigen in-
»trumendt . als den Mp^ft^r K^f!- tor
den
beft ter
handt
handt ftaat. Maar ick bevinde dat daat
niet beter is, als een kleyn Sny-tangsken,
doch het moet foo fcharp zijn, ais 't mo-
gelijck is, op dat het in 't fnijden geen
kneufingh foude mogen veroorfaacken,
ofte ten minfte minder als door eert fchar-
pe Schaar kan komen te ghefchiedenj
waar door men de kante vän de gebor-
ftenheyt eenweynich afneemt, endebloe-
dich , en raauw maackt, de weicke van
ftonden aan wederom moeten aan een ge-
hecht, endete famenghevoecht werden.
Maar niet door fil veren , ende goude
Naaldens, ghelijck als men in de Hafe-
monden ghewoon is te doen, maar door
Hecht-naalden, die ghemaackt zijn van
een ftijve Swaane-fchacht, fubtiel, ende
fcharp , befneden zijnde , deweicke ick
verkiele om haar buychfaambeydt niet al-
leen , maar oock om datle minder quetfin-
ghen komen te veroorfaacken , aan de
omleggende partyen , al eerfe bequaam-
lijck bewoeh ende befchermt zijn , door ge-
wafte róode Carmofijne Stick-zi)de want
als men defe Naalden geboogen heeft, foquot;
komen fy van felf wederom recht te wot'
den. Alsdan fal men de ghefeyde hech-
ten bevochtighen met een heelfaamen
Balfïm , dis ick befchreven hebbe in de
Sefte
'C
Sefte Hiftotifche Aanmerckingh , aan't
tweede Deel. Ende verbinden voorts de
gehechte Wonde, met 2. a 3,groote plat-
te fïumacolen , nat ghemaackt in den
warmen Balfem - Oly , Voorts het Lic-
haam op-vullende met bequame Spon-
gien ,een weynig gevochtight zijnde, met
Oly van foete Amandelen, op datfe door
haar fwellingh wat foude komen te pran-
ghen , ende hier door het verbant, daar
bequamelijck mach op ghehouden wer-
den , want hier en konnen niet ghe-
bruyckt Wörden als Compreflen, met een
behoorlijcke Sluyt-bant om't Lijf, want
ten mach niet als om het 3 . 34 etmaal
verbonden worden. Onderwijle het Li-
chaam voedende met voetfaame ende ver-
droogende fpijfen , ende die pijn-ftülen-
de zijn : als gebraade Vlees, ofte Hoen-
deren,varfche Eyeren,en alderhande Con-
tytueren , gelijck als daar zijn ghecon-
tyte Moerrellen , KerlTen , Aalbelfen ,
öpaa-befchuyt , Amandel-broot, ende
Wat dierghelijcke meer zijn. Den dranck
Qie weynich moet zijn , om haar dorft
te flilTen j fal wefen, een Grieckfe Wijn ,
^ goede , en oude Roode Wijn : Als
«a/w de Loco, ofte witte Marfeilfe Mee-
ende focte Spaanfche KJoofter-appe-
len ende cytroenen, ofte wat fulx, ende
diergelijckx meer foude mogen zijn,doen-
de het Verbandt niet eerder los als gefeyt
is, ten waar om een wichtighe reeden j
vvant de fluytbanden ende de comprelTen
afgenomen zijnde , kan den lyder komen
te wateren; doch voorfichtigh : want den
lyder moet gedurigh in fijn bedde feer ftil
bly ven leggen , op fijn rugh, met het on-
der-lichaam vvat verheeven , ende hier
mede volhardende tot de volkome gene-
fing toe.
Maar die gaene die de Blaas foo fwaar gt;
ende foo diep gefcheurt hebben, dat het
niet mogelijck en is, om daar byte koo-
men , ende te kunnen genefen wor-
den j zijn genootfaeckt het felve te onder-
houden , door fchoone ComprelTen, ge-
maackt van fchoon lijnwaat. vVant ick heb-
be verfcheyde patienten,diemen derauwig-
heyt en fmerte yan haar lichaam mofl voor
komen door fpuytingen, ende verkoelen-
de olye ,ende pijn-flillende falven; maar
daar na , als door de fcherpheyt van de p'S
f de opperhuyt dikwils vermengt fijnde )
verhardt geworden was i hebben fy
het veel gemackelijcker gehadt als te
voeren , foo dat het raadtfaamft vvas,
haer door dnt middel te onderhoudeh'
ick
-ocr page 177-ick hebbe by die gelegentheyt, oock ver-
fcheyde inftrumenten gepradifeert foo van
koper als van filver, die fy met een bandt
om 't lijf dragen, waar door fy gaande, ende
ftaande,haar water komen te ontfangen;
Oiaar ly kunnen daar niet mede gaan fit-
tcn.
Hier mede niet meer, waarde Neef 1
als de vriendelijcke groeteniflè , en zijt
Godt Almachtigh bevoolen. Vaart wel,
amp;C.
Vjt Am^erdamt den lo. lanmry i
1Ö63.
jy Aak-
-ocr page 178-11:;:
I;
i •iï'.
T/i i.
jy AANMERCK INGEN
Van
Betreffende
De Genees en Heel-Konft.
HET TWEEDE DEEL.
De Eerfte Hiftorifche
Gefchreven aa» den feer Geleerden
en vertnaarden
Heelmeefter ordinaris der E. H.M. Heeren
Staaten Generaalicnde van alle de Franfche
Kegimenren die tot dienft van onsVa-
derlant gebruyckt zijn gewordenin
denSpaanfchenOoriogh, Op-
per-heel-meefteri amp;c.
krachtich bewefen wordt de
aite vereeninge yan het harde Herfen-
'«s , niet de Pan des Hoofts, niet al-
leen j
tnaaroock thedendaaehfche gebruyckgt; (
ende misbruyck yan (Te B«®^ »
tende door de kleyne kenniffe die lom
mige Heel-rjieefters hebben van de Ont-
ledinghe des Hootds , ende deelen dçf
felve Waar door ick noodigh geacht
hebbe , defe Aanrnercking , fpreeken-
de alleert van de gheleghentheydt det
Hooft wonden in 't Particulier ^ U b.
op te draghen. Om te meerder reden te
hebben om andere vermaàrde Heel-
Meefteren van onfen tijdt op te wecken, .
tot neerftigheydt , op dat wy, met ge- |
legender tijdt, haare raeymnghe in de-
fen oock mochten verftaen , ende alfoo
hetmisbruyckuytgheroeydt endede
Heel-konft volmaackter werden, lot
Godes Eere , ende trooft des Lijders.
Den In-houdt der felver is dan
volght.
U E. aangename van den ai
; November, Anno i6yö. is my
behandicht geworden, zijnde een
v.^ «nbsp;quot; gefchre.
vtne Brief. Welkers Inhoud was dat ik met
jeeie moeytens, door verfcheyde ontle-
fedlnquot; ' ^^^nbsp;Schapen,
Honden, Varekens, en andere Dieren^
Herrin ?nbsp;dat het hardl
Harfen, vhes in die Beerten altijdt foo vaft, t)«..
van binnen het Hooft bekleet ende om---
WelÄ: r f®' niet fonder gc-
tetrecken,'twelck
«vernbsp;opwatwijfe het hem
Voegennbsp;komtfamen te
dennbsp;' ^He de Naa-
Cevlr^^quot;fvaftis (na r
neeT h quot;nbsp;hedendaeghfche Ge-
^^e mfin''quot; ^quot;?^Heelmeefters^, dan of\
^enbsp;van binnen
niet ?nbsp;^omt te bekleeden ofte
ï'üytenT -fff verfchil, dat vahandere
y^e« twijff-el yoor defen wel is aange!
Tmede Veel
roert geweeft, maar tot noch toe door veel
tegenfpreekens overwonnen , ende noy
tof die% vande Heel-kor,ft ^sbevorde«
geworden-, maar daar en tegen gehouden
is geweeft: by veele Hoogh-geleerde, en-
de voortreflFelijcke Mannen , voor yts,
ïglen niet natiurlijck en was
by exempel : Den vermaarden F^atHS
ZuanJ, getuyght in fijn fevende Aan
mercking van het eerfte Deel , me de^
woorden! Imfo amp; perfrrato cramo, dura ma ^
ter, ubicsi^ecramofirmjfime adh^rere mventa,
datis: De Herfen-pan geopent zynde^
bevonden dat het harde H^fen-v hes , yan
binnen over al met de felvige vereenjh
was. Doch defen grooten «eel-meefte^
hielt het voor onnatuerlijck, metConfta»
S 7 ende op dat ick fiine eygene woo^
de verhaale. Dura mater conneB fniur^
rum opc , r««. f^nßle amp; ereBum teneat Cc
procreet , fpaütm mer
„amraükrumreUqmt, mvacuum quod^»^^^^
fet imer duram matrem atque calvmam ,
ob caufas. fquot;«V/'^^'T^^/
cerebrifjßok ac dtaßoU obßaret. Se^nä^^^^
^en. amp; aneri. , per exiremam
fperU levi aliquo tÜu innbsp;Z, W
mm. Toflremê, ut rupiis in dura matn
-ocr page 183-w
van de Janmerckingen. 1
'HS, fangHis „m inter duraf», Zfiam matrem,
jedmer dur am amp; crAnium efmdaretnr, amp;
perprato cranio fac,lins exiraheretur, hiceßor-
ätnarm natura ordo-.nos comranum , ii m»
^ytaltero obf^avimus. Welcke woorden
vertaak zijnde, aldus luyden. Het harde
«erfen-vhes, wert aan de Herfen-pange-
S ' quot;^tnbsp;Hoofts/Eens-
tenbsp;^^quot;gf de . de Herfenen niet
te verhinderen j andersdeels, orn doorde
Jaaden des Hoofts uytgaande, hetPanne-
fche7rquot;nbsp;De fpatie dietuf-
C vr,nbsp;gelegen is, heeft de na-
PW ? graten, om dat daar eenleege
fen Innbsp;' ^quot;ff'chen hetharde He?-
d ren der Herfenen en foude verhin!
tenftenbsp;^^ein't buy-
loopl^ nnbsp;^ Herfen-vlies
^iet en'rnbsp;zijnde, haar bloet
^^henherr ^ uyt te ftorten, tuf-
VJies, maar
S-vliquot;nbsp;' ende het harde Her-
«eckeneel door-boort zijnde; mocht
L 2nbsp;onr-.
If
4
i(j4
ontlaft werden. Dit is de ghewoonl.jcke
wecii van de Natuer, maar het tegendeel
hebben wy in d'een,en d' ander ondervon-
defe ende andere redenen , hebbe
ick de vrymoedigheydt genomen, otnaan
V E daar over te fchrijven .watin delen
uwe meyningh is , ofte ghy mijn gevoe-
len, van wegen de naauwe vereemng van
het harde Herfen-vlies met de Panne des
Hoofts toe-ftaatofte niet, dan oft mijne
voorftelling vruchteloos foude zijn; doen
uwe aangename van den 23. November ,
mv toegefonden zijnde, ende den Inhoud
daarvan wel verltaan hebbende , bevondt
ick u gevoelen in defen met het mijne feer
naauw overeen te komen , door del
woorden, te weten , dat het harde Het
fen-vlies van alle fijden, de Hetfen-pa^
foo vaft komt te bekleeden , ende aan ^
hangen, dat men defelfde daar folder g^
welt niet en kan komen af te fcheuren
Op defe wijfe = namelijck , gelijck als m ^^
met Lijm , het Pampier kan komen
placken, aan eenich Glas. DoorwelcKe ^
denen, ghy mijn Heer,mijn gevoelen Ko
tebeveftigen. Voor welcke E^r van
digheyt ; die ghy geniet by alle de W e
infonderheyt by die geene, die haar^
de AanmercUngen. 16^
Heel-konft foecken te oefFenen, ick u
ten volle bedancke , verhoopende het
Wvighe met fchuidighe danckbaarheydt
wederom te vergelden. Doch het on-
derlcheyt dat ghy komt by te bren-
ghen , van het harde Herfen-vlies, zijn
aele uwe eygene woorden.
Nempe'. adpropofitam tuam qmßiomm, tt-
trum dura mater imertoreparte cranii, ubkmqHe
locornrn firmiter adh^reat vir clanffime amp; ami-
cijftme ? rejpondeo, cum hac diftMtoKe fciltcet,
1»*od infuperiore, anteriore, pofteriore, cr late-
*pibtispartibus, fecundum tuamtnet opmionem
^'■wwer ad hareat, fed quod circa os cur, e ferme eß
mea ajfertiom potes fidemadhi-
Welcke woorden vertaalt zünde , al-
dus luyden: Waarlijck, tot UE. voo;.e,
Itelde Vrage • te weeten : ofte het harde
«erlen-yhes, van binnen over aide dee-
van tBeckeneel vaft komt te beklee-
met dit onf'r !nbsp;= antwoorde ick
Sn de rnbsp;teweeten; Datbet
C ^«'^Venfte • ende aan de voor-
als l ?nbsp;^^ achterfte Deelen,
^ oock aan alle de zijden desHoofts
oJgensu gevoelen; feer vaftis, maar dat
is, Wigge-been alder-flapft
mooghtghy vrylijck met my gheloo-
L 3nbsp;'t Welck
-ocr page 186-ni
Tweede Deel
'tWelck mijn Heer, indient gebeurt, «
mijn vermoeden, dat als dan het Lichaam
eenige dagen doodt gheweeftis, ende dC
vochtigheyt van de Herfenen, het lelvigc
komen flapper te maacken en af tc wijken.
Want dat is.in dit Lichaam niet bevonden,
hoewel daar naauw op gelet. Maar wel ff-
cmdttm AdrianumSpigelium,
bus ojfis cmeiformis, crajfa cerebn membrana
firmilfmè adnafcituramp; fecmdum Tho. Bar-
thoiinum, dttra m^r, valide baß ejus adha-
ret, ut inde ortam aliqui putavemnt : amp;fecm'
dum Adrianum Laurentium , dura hs,c me-
ninx baCt calvariA adh^et firmiter , nifi qHlt;*
parte (ka eß Glandula Pimitaria, Lib.x. caP.
L. Soo dat ick gunftige Heer, en Vriendt
u ghevoelen met het ghevoelen van dele
voortrefFelijcke Mannen eenigher maten
ftrijdigh vinde, doch wat fal ick daarvan
feggen, anders als dat ick verhoop met ter
tijdt de waarhey t van de faack te bekoffl«quot;^
e-ide befluyte met, lacobo Berringant Carpf
fis lib. de FraSura cranii his verbis, nmc
tem de fignis feparationis dura matris a era
dicamus, fed anteqaamdeiftis fignisnbsp;'
quod nm poffum mirari,-qmd funt altqm ^
ter es amp; non pauci, qui ténent, dur am »»Jî
femper dtftare à cramo. Exceptus commijjf j
rm löcis , inquibtis omnes convemunt , ?
iU fit a/Ugata, fed illi fmt inpnro errore, qm-
les quales etiamfint quiaptirum Fa/ewtirMnda-
ClHtff.
Den 14 Dccêmber 16^6. is my met den
Genees-heer Pattlm JBarbette een gelegent-
neyt voor gekomen van een Jongman, die
gltorven was , hebbende den geheelen
jnals met Krop-fweerenbefet, welck lic-
haan, geopent fijnde is de fcheyl geheelfi^;;
iViop-lvieerigh bevonden, ja oock de Inge-quot;quot;quot; -
wanden van de Borft, 'twekk in dierge-
lijcke Lichamen gemeen is. Wy hebben
oan geJegentheyt bekomen om de Herfen-
pan te mogen afnemen, 't welck ehefchiede
vL f®nbsp;wijfe, in % weefen
van de feer gheoefFende Genees - heeren
met de reftcrende Ghenees - heeren van
onfe Diaconye , ende verfcheyde Heel-
meefters van onfevermaarde Stadt, fijn-
van defe fnack
ghetuygenilTe te geven, ende by te woo- .
Eerftelljck,de huyt van het hooft,crnvs-
js tot op het been doorfnydcrde, ende
Pan ''^^quot;^^.^quot;Jfgenomen hebbende,is de
Sn ^nbsp;vooren tot achte-
) met de Herfenen te gelijck dcor-f«.-,gt,
-ocr page 188-makende eerft met de Saagh , een fachte
fneede door het Voor.hooft-been , tot
dat de tweede Tafel by na doot
was , ende dan het Harde Herfen-
vlies door-fnijdende met de punt van
een fcharp Mes , op dat het door de
Saagh niet afgheftooten ofte gheruckt
en wordt ; want fe is boven alle Vlie-
fen die het ghebeenten decken , de
dickfte , ende tayfte , ende naar het
fegghen van iAdmnm Spigelius , crajfa
metrtbrana crafiorem ac dttriorem habet
(tibßantiam , non tantum fi cum fua conjuge
'conferas, fed de reliqms miverfi corporis mem-
kanis.
De Herfen-pan te ghelijck met de
Herfenen door-ghefaaght zijnde , heb-
be ick het met bequaamheydt^ afghe-
nomen Want het dunne Herfen-vlies
is door veele Fibren ende Hart-ade-
ren aan het harde Herfen-vlies valt»
( om dat de Herfenen te beter hg
beweegingh mochten hebben) t weic^^
men met voorfichtigheydt moet at-n^^^
men. Dit ghedaan zijnde , hebbe i
aan de Omftanders de gbelegenthey^^
ghetoont , doch niet londer jf
ppmerckingh, want by yder een Wi^^^^
van de Aanmn\ingen. 1
het harde Herfen - vlies voor een ghe-
deelte af-ghefcheurt , op dat fy het
met haare Ooghen fien , met haare
Handen taften , ende de Waarheydt
Shetuyghenifle gheven konden. Het
eene ghedeelte van het Vlies af- ghe-
ruckt zijnde , hebben wy het refte-
rende bewaart tot dc komfte van den
vermaarden Ontleeder , ende Ghenees-
neer Franctfcus Syhtus, doch door ver-
hmdermgh te Iaat komende , wierdt
hem van de Omftaanders de ghele-
ghentheydt van de faack verhaalt, hoe
«hde op wat maniere wy het bevon-
aen hadden , dat het harde Herfen-
finnen gheheelijck de Her-
fen.pan vaft was bekleedende , quot;i L
voortrefFelijcke
Ontleeders als Sptge/ius ende Laurcn-
' ghereeckent voor een Vlies dat de
«erfenen omvanght , tarnen inter par-
kontinentes adnumerari poteß , dura
eflnbsp;, ^
^^ feparatione ejus ,mo im-
Jß Ue tß , Lamp;datur , quid ampJius
s quam ^uod agr,s poffit mortem in-
quot;°^htans onder de
«öende deelen des Hoofts mach geftelt
L Snbsp;wor.
-ocr page 190-worden , om dat het harde Harfen-vlies
aan het Beckeneel yaft, en des felfs ar-
fchcuring foude heel gevaarlijck , ja fon-
der des feifs quetfinge onmooghlijcÏc zijn i
en wat fal ick meer feggen, als dat het de
Lijders, de Doodt kan aanbrengen ofte
veroorfaacken = als by exempel , foo de
Boor onnodich geftelt was, ende het har-
de Herfen-vlies natuerlijcker wijfe met de
Pan vereenight waeren, foo was immers
hztdèmjlarmm verwerpelijck , ja noch on-
gebruyckelijcker i als de Boor nodich wa-
re gefielt ; vvant dan konmen bequaam
genoegh de Macery van 't harde Herfen-
vlies uyt loffen , wanneer den Lijder
fijn Neus ende Mondt quame te fluy-
ten. Ende alfoo de beflooten wint van
de Borft naar het Hooft komt te drij-
ven , foo heeft dan het harde Herfen-
bj«- vlies , geen andere eygenfchap , als de
Herfen-pan van «binnen geheelijck vaft
Hari: te bekleeden , ende de beweegingh def
Herfenen , voor de hardigheydt , en-
de onefFenheydt des Beens te befcher-
men, om dat de Herfenen in haare werC'
kingh niet en foude verhindert wer-
den , ofte oock de minde pijne lij^®^
( qm motus fyflole amp; diaßale confiât )
dat vvy.dan bemercken dat het l'f
vies.
van de Aanmerc\ingen. 171
üculare^tcn ander ghebruyck en heeft,
^s de onder-gheleghene kant van de
Herfen-pan door de omfchaavingh temem.
lichten ende te effenen, ende offer on-
der door de Boor eenighe fplinterach-
tighe ongelijckheydt waar veroorfaackt,
maar niet om'tharde Harfen-vlies neer-
waarts aan te driicken , tot bequamer
Vytloffinge van de verfackte matery ,
pelijck als daghelijcks giiefchicdt door
het Decujformm , foo als fy het noe-
men.
t^efe faack dan waarlijck alloo be- '
vonden zijnde , foo ftaater Mijn Heer
öan grootelijcks wel te letten , op de
Door-booringhe van den Herlen-pnn,
offe nootfaackehjck is ofte niet. \Vant
gnemerckt dat een daavering der Her-
lenen de felfde toe-vallen veroorfaackt' '
vilnbsp;' ^'^^eur , ofte breuck
in welcke gelegent-
dPhnbsp;wordt ,
de hedendaaghfche Heel-konft, maar
ö^kwils vruchteloos ghebruyckt.
mn fnbsp;, i»-'» impoffikfe tj} ,
cr^.' ^^^nbsp;' firrmeradhxreat,
vÏeTquot;nbsp;=nbsp;het harde Harfen-
^ daar aan vaft zijnde, foo fouw de
door.
Een
door-booringe des beckeneels heel gevaar-
lijk, ja, fonder quetfinge des vlies, ®n-
mooghlijk om te doen zijn, om datfe aatt
het beckeneel heel vaft is.
Teneerften,'t welk men hier aah kan ge-
waer worden,(oo wanneer ghy in defe gele-
eentheyt voorfichtelijk een boor quaamt te
ftellen,gelijk als ick menigmaal gefien heb-
be , dan volght daar noch gerönne Bloet
nochteEtter, maar veeltijts wel een druppel
goet Bloet j.a6. veroorfaackt zijnde met
hetuycneroienvan het omgeboorde Been,
in weicke gelegentheyt de Pan van het
harde Herfen-vlies afgefcheurt wort, waar
door fwaarder toevallen komen te óntftaan,
ende den Lyder in perijkel van fijnleven
geftelt wort, zijnde een feer bekommerlij-
ke fiack voor een Heel-meefter. Want daar
werden veele gevonden, die alleen haar
oordeel ftellen, aan de ontlaftmg van het
bloet, datfe van onder fien opkomen , ende
dan dientmen de omftanders aan, dat de
Boor nodigh geftelt is: In weicke gelegent-
heyt , als dat voor-valt , foo foude ickie
achten onnodigh geftelt geweeft te zijn;
•want men wil dan als noch in foodanighe
oeleghcntheyt na de oude wijfe met fuy ve-
gende ende afveegende middelen te wercJC
oaan, daarmen ter contrary niet anders^
van de uianmerdringen. i7j
als verwarmende Pijn-ftillende , ende
Vlees-maakende middelen cn behoorden
te gebruycken, naar mijn gevoelen. Doch
ik onderwerpe het mijne gaern een anders,
die my door reden van ervarentheyt kan
onderrechten.
Ten tweeden, foo wort de Boor oock
menighmaal vruchteloos gebruyckt , in
een fpleet ofte fcheur van de Herfen-
pan , naar de gewoonte van de hee-
dendaagfche Heel-meefters .Want het ftaat
grootelijckx te beduchten, öfter niet meer
Lijders onnodigh , als nodigh gheboort
zijn; want daar een Ipleet ofte fcheure in 't
been gevonden werdt , veroorfaackt
door een flagh , ftoot , ofte val , daar
en kan langher een Heel-meefters met
reeden weynigh voordeel doen, ofte daar
moet nootfakelijck fonder eenighe verhin-
dering een Boor geftelt worden: gevende
Voor reeden , om dat het uytgeftorte bloet
der aderen, het harde Herfen-vlies komt te
drucken, 't welck in eenige gelegentheeden
Wel plaats heeft , feemdum Gaknum , hisce
^^bh^ inqm acc,dit^mBioamp; infeflaüo. Maar
daar is wat nootfaackelijcker te oyerwee-
Alfoo in een fpleet ofte fcheur van de
«erfen-pan, het ontaderde bloet meerder
door de wo nde van buyten langs de fcheur
naar binnen komt doo/ te fygen, ende te
lecken , op het harde Herfen-vlies, äls
dat de arterien van binnen, (in thooft
de Herfen vliefen mede gedeelt fijndejf ou-
de komen te berfkn; en waerom en foude
men door bequame ftoovinghen , van ver-
warmende, verteerende ,terugge dry ven-
de ende Pyn-ftillende midde en, als daar
zijn: wortelen, kruyden, blommen , ende
faaden, het bloet dat door de fpleet in ge-
leckten verfackt was, niet kunnen komen
uyt te haaien, ende daar door te verteeren
ghelijck alsmen in groote fchuddinge der
Herfenen, ende buyien des hoofts gewoon
is te doen, daar de toevallen foo fwaar zijn
als van een gebrooken Herfen-pan, gelijck
als met my foude konnen getuygen den
voortrefFelijcke Genees-heer Armldus Hoo-
linx van een gelegentheydt onlangs noch
voor-gekomen van een Schippers Kint, dat
van boven neer in hetruym vanhetfchip
gevallen was) leggende hiervoor de Stadt
zijnde elf a twalif voeten hoogh , daerdc
Boor wel noodig vereyft wiert, na degroo'
te en fwaare toevallen die daar op
volgden,
foo dat van ons de faack by de Ouders
wiert voor-geftelt, als op't hoogh te
fakelijck, 't wekke van de Ouders va^ne^
vandeAanmmklngen, 175.
Kint wiert tegen-gefproocken, van fulkx
noyt te willen gedoogenoftetoetelaaten.
lo dat daar geen Operatie in 't werk geftelt
« geworden, als maarniet bequameftoo-
vingcn, fmeeringenen andere Genees mid-
delen ghecontinueert, ende is eyndelijck
den Lyder doch geluckigh genefen gewor-
den; tot een groote lecringh van mijn fel-
Ve 5 ende tot profijt van een ander.
Merckt wel dat daar fijmtijts fodanighe
Accidenten op volgen, en nochtans wort
den Lyder fonder trepaneren genefen.
Het felve getuyght oock den feer Geleer-
den/^co^»^ BeniHgartHS, Libr. defraB. Cranii
^'fp- aldus, Hy, die in 't Hooftge-
Wont was, hadde een fcheur in 't beckeneel,
by na haars-gewijs doch wat grooteren tot
binnen door-gaande fonder quetfing des
Vhesj en omtrent den 10 dagh , heb ick
pmerckt de toevallen, de affcheuringe te
Kennen gevende ; derhalven heb ick ver-
d^elijck het Been tedoor-booren,
^ de kheur wyder te maken 5 maar hy
«eeh noyt willen toelaten, derhalven door
enui^p vanontlaftende Genees-middelen:
danbsp;vervorderende , foo iifer
^ghlijks doordefpleet een groot gedeel-
tenbsp;^^quot;de Borft naar't Hooft
aryven,foo ifïer, de Wangen dusopbla-
fende,
-ocr page 196-fende , een groote meenight Etters uytquot;
gevloeyt, nochtans heeft hy Koorts,GrU-
iinge, en ongeruftigheden gsftadigh ghe-
hadt.bynatotdenfo daghtoe.
Dat de Patienten van gebroocken als
gefcheurde Herfen pannen können gene-
fen worden, leert de ervarentheyti gelijck
als oock Petrus Foreftm, in fij n xxxij Boeck
verhaalt, door relolverende, en verteeren-
de middelen,genefen de Ly ders foo van een
gebroocken als gefcheurden Pan, tegen de
meyninghe van alle menfchen, daar geen
hoop van opkomen was-
Endenbsp;verhaalt cap. i. de Valnr
ribus capitis traB. 2. dat hy aangemerkt heeft,
dat daarmeer genefen zijn ge worden, door
Genees-middelen, als door Trepane^ni
want ick gebniyck, (feyt hy) geen inftrü-quot;
ment tot wechneminge van 'tbeen. alsiquot;
twee voor-vallen ; d^n eendaar van is, al
het beckeneel foo gebroocken is, dath®
gebroockene onder het gefonde fich vefj-^
(chuylt ofte verberght. Ten tweeden^ ^^
een ftuckje Beens dat van het beckeneel g
fcheyden is , het harde Herfen vlies
te fteecken ofte te quetfen. Ende als he ^^^
fodanige gelegentheyt gebeurden, foo ^ ^^
de wechneminge van het ftuckje Been
\ Sejvigc verhaalt Vidm Vidtm van Fleren-
cm inßjne verldaaringe op het Boeckvari
H'pfocrates , van de wonden des Hoofts gt;
van een feker vermaart Heel-meefter tot
jomen in fijn tijt, genaamt Peruftus, dié
Jt felvighe verhaalt, door lange ondervin-
ainge aangemerkt te hebben,dat daar meer-
ger zijn opgekomen , fonder hulp van dé
coor, door ftrijcken endefmeeren ,als dilt;ï
üc huyt opgefneeden, cn 't Been door-booré
2ijn ge worden.
jtidverte tarnen , qapd interJum fupern^
»'»«r talia accidemia, amp; tarnen fine offisexct-
fanatur ^ger , gelijck den Geleerdeiï
^cobBerrmgarius Carpenfn verhaalt, tó. dé
Jraitura cranü cap xxxv. is vero , qni fuerat
'»Je VHlneratHS capite in cranio , erat frr.Sturé
Jtre capillarisy majst tarnen gt;amp; intro penetrans,
J'^ panicHli Ufme, circa dectmam dicm , vidi
^^tmia feparationem monfirantia, flatimeri^o
jolm os incidert , ^ fiß^am ampUare , fed
i'nbsp;volm permittere , procefft erzé
cur*, caw attrahenttbiis, amp; femper per rimt-
'Xfii notabilis faniei qiimtitas cUni
^ '^P^n. Mt impelleret a petlore ad gap^t
«»'w»notabilis faniti qtian-
HaL —' *nbsp;tarnen hahuit fcbfèi , iS'
fere%tf*nbsp;, fft td ijiHn^U^gintd
Unbsp;ffééê
-ocr page 198-' Welke lt;?tóorèéh-VertaaItziJnaè,lW
fen lè tójne meynihgnret,wantfc wertdiK
^ifi^sMotfakehjkveréyrchtin^otèbrt^
feeh désBeckeneeli,diar den èene punt: V^
liet Been, ofte het ahdére dtAflicfenkortrt
^^difetfért, endete doorwondcnj^aieüs^^
^ót in'de fubftantïé van de Hcrftrièn, ^
w^l daar het eené Been over het ande=
'ré oèfclTooven h; hfaardaa^ foo ptecijs of
te ftaan, is niet van nooden vom^den twee
' ofte denderden dath tot de Trepaan teko-
quot;Aèh V want incn machfe wel thettfteerö««
'VOoBchtigheyt, totip-de^Ö. a f. dacl»
^ioeiiyrftelfen ,ja des V Wiftterswellange^
'iSiêtndtm Avkerinim, qm inqmti üpf^^
quot;■^ut^ ultra Dccèr» 'amp;' dito cum Nicola^»
^Vfio^ ós non fit amvendunf, nifi urgente nep]
'lafe , qugt;a f^pe ^gn. Janan'Ur tofidrj^
-menübus, kl^ne ofifis amo'iont, t^uod
'non cma 'baf fic Janari pop. ■nbsp;_
' Ja Volgénsnbsp;deweicke
^'Men behóórt het 's Somers naar den,
inters naar den i q .quot;.dith riooyt «X. ^
■ ■
iellen.. ■nbsp;^^vn'n®quot;
• irlck (€6hmtmkolaHS, dat wen ^^
^y.^^hetdenoot(a^cklijckhcyt ten-p ^^^
quot;van dt- Aamm^iham,
ftc^cyfcht, dewijldaar4ermaals wS
^^rl^binnendentydtvan icdagea
«toevallen meer en meer quamen te Ier.
^deren , en op te houdenv foo foudekk
s^sssii
iÜHS-SS
variJvr V n^^^tontadert
^^roorfaaSw'nbsp;»«aar^tgeen
'^lt;gt;or he?nbsp;' bedunckfns,
WaatL.^nbsp;-eyndigende op die
het ?f ^«'^^ekens van Aderen Wc
• -Sevoeleft :tan de hedendiaghfche
Ma
Ont.^
-ocr page 200-ontleeders Slach-nderen) ^oo dat kk^«
Heer defe bedenkingen over de Boor Ite
quot; n « oordeel,of niet in fon^^^S^f
heeden,dat is in kleyne breuken desBeckc
neels foo veel als't mogelijck is , de Boot
behoorde verby gegaan te worden, ende
daar in defen tijdt vvat nader op te letten.
Tenanderen.foogebeurthetoockdoot
een davering der Herifenen , die door een
fllclroftevaf gefchiet, datdaar eenvand^
verdeelde riart-aderen van de VUeiequot;
ledigende teghen de Herfen-pan ^
Biet komt uyt te ftorten, ende aldaar bin
nen weynich dagen van fijn geftalten ver
Tdert! maaralsdatgefchiet loowerdtde
Boor nootfaackelijck vereyfcht cn d «
fal men ieerfelden goet Bloet onder de Pa^
vinden, maar ter contrarie een ^uyletna^
tery, ftreckendc meeft altijdt na den g oe
ne 'twelckickdickwils endememchm^
hebbe gemerckt in 't Trepaneeren van ƒ
feer elpcrten Hcê-m.^ii^r Rogier
Bemnaart f afud qnem m^c temporisjr
) foo dat men hier door een
opmerckingnbsp;kannbsp;befcjaflennbsp;aannbsp;allenbsp;H^
meefters, loc gheoeflfende als ongeo^n ^^
de, ,a felf aan alle Stadts i'^f^'l^ai
van alle plaatfen , dat dele
jiaarftigh overwogen wort, om ^^^ti
van de Ammenl^ngen. \ 81
ports wille, die fy tot dienft van het Ge-
rechte, aan haare Heeren fchuldigh zijn
te geven-, want hoe menichmaal valt het
voor in quade endroncke gefelfchappen,
dat ymandt geflagen wordt met een Kan ,
Tang, ofteRoofter, ofte met yets dierge-
liicken handt-baar geweer, op 't Hooft,
door welcke davering de Herfenen (den
Lijder fijn memory en verftandt benomen
ziinde ) foo kunnen ontftelt worden, dat-
fe die felvige toevallen veroorfaacken , di«
na een gebroocken Beckeneel komen te
Volgen , waar op den Heel-meefter dan
nootfaackehjck ftaat to letten , of de Boor
Vèreyfcht werdt ofte niet, al eermen foo
Iwaaren werck by der handt neemt r Mijn
Heer, ick noeme het fwaar . om dat het
anderen licht achten, foo ten aanlTen van
gemoet, als van de werckinge , en
p ijck Hippocrates getuyght. mllum capitis
Mms contemm debet, dat is: men moetgeeJi
Hooft-wonden kleyn achten. ^
1 en derden, foo dan eenvoorfichtigh
«eel-meefter de Trepaan niet ontgaan en
«an,ioo IS mijns oordeels, het hooft-inftru-
ker'^i-nbsp;' geenfïnsmeer gebruic-
•t j 'nbsp;^ier door veel eer
narde Herfen vlies van de Pan af te fcheu.
als door het felvige de materiën te be-
M 3nbsp;te?
Tvkede Diei ? j
ter Cfoö fy voorgeven)^te doen uytkörtK!«il
Want als men wel acht komt te nemefli ;
op de weghfchavinge van de Boori fbofel-
men bevindên,dat de Boor,het Noefchwijs
komt wegh te nemen fonder eenige fpliftte- '
ringeté veroorfaacken, ten waar hef niet
oVeral, eneVen diep omgebbôrt was j^ofte^
als het omgeboorde been ortVerfichtig dóóf
gewelt wertuytgebföocken 5 = 'als dan ^éri
het Hooft-infttümènt LémtjilÀUgçhraykh^
dm de onefFenhéytjdöor' 't^êll Vaft'6 \ïft
riemen veroorfaackt zijndefteôffèftemjDÉ^
tweede nutcigheyt » die ftsltett,- ÖRthelt;
harde Hef fen-vlies nêérwàaéts i^drûéketî^
is, op dat de materie te
finghe fóüd^ bekbmen;-^
woört dient s ?e hàrde HêïféHL^iéslt;,-^
fanbinAende«erfen-ïiah'feér^»ftbfekl^
dende 5 foó is het itómférs buy téttalfetiit^ijP
fel » dat de materyé, veel ttfiïïS^fik-faöi^
gerlt;jnnén 'blófet, nier verder öfte'lagheï®^
kan komen re Verfacken 5
ten . ende vêelhëyt- Vah dë ftjftSry^^^i
van hetoftta^iert: Wöèt-, âoot
ÎS veroorfaackértdëi-Vferrerpendé'dïn
foo foudé dê iftttêrie kohSfffi ' te ^
ten minëen tôt liét'fe^^r-^vf^^
vandeahals, ja
-ocr page 203-JJGiwingh.yan t gherechfe/niet meiTxle
^n Jcruys vvijffe fneed?: mpthetMeS
J^^hebbcn .nbsp;Beep ro«tp|
met gevelt je hït
tp jlTeekefl ^ot^
r vande geyangetiftU i .want de Herr
Herfen-vlies uytgheftort vinden iegge«'
Om dan defe periculen en onheylen ts
ontgaan , prijs ick de voorfeyde mame-
reri van doen. Doch laten wy de Ontlec-
ders j ende de naauwkundighe Onder^
foeckers, om haar findelijckheyts wil ha-
ye verkiefinghe daar van nemen. Onfe
verhandelinge en ftreckt niet als totoef-
feninghe van onfe Heel-konft i verhoo-
pendc dat andere daar oock. wat WQ doen
fullen met der tijdt. ^
Dit is nu waarde Vrient het geene icR.
5 voor een nieuwe Jaars-gifte koonie
toetc fenden, bedanekende U E. vooc
de eere my aangedaan, deweicke ick om
de gheringigheydc van mijns kennitle
niet waardigh ben te ghenieten i hier op
verfoeck ick dan nu hét oordeel van U
Gheleertheydt : u beloovende door des
Heeren ghenaade , dat ick foo ras met efl
fal in 's Graven hage gekomen zijn, ott^
wy fullen voorder met malkanderen
der fpreecken, onder andeten vann»r
aanghename en byfondere voorftellmgn^
( an Hydrargymm per fe txatat
ptyaltfmo nee nc f) Hier mede eyndlg«
^e, bevele U L. in de genadige ^^
teftie des Alderhooghften , met eei ^^
^yenkhendc U E, in dit aanftaande w
D
-ocr page 205-van de AanmmUngen. igy
gheluclc ,en voorfpoet metghefontheydt,
tot fahgheydt van UE. zielen, ende tot
prohjt van q even naaften.
Gefchreven in Amflerdam, op den i8. Dr
cember, ^nno 16^6.
Vaart wel mijn Heer, en neemt
alles ten goede.
Doch alfoo ick door mijn daeelijdc-
fche pradiick , dickwils ende menich-
jnad verhindert ben gheweeft , om met
U t. nader te fpreecken i van het be-
Wijs , dat het Qiiick-lilver in 't quiilen,
door Hjn eygenfchap geen ftanck en ver!
cS/f'^u ^eeft ondertufTchen de
gelegentheyt ITch foo toegedragen, dat ick
opcafie hadde om van defen den Hquot;eï
rnihelmo Pffi te fchrijven , dien ick U E
nevens bekent maack , waar uyt
®cyninge ghenoeghfaam fuit
jonnen verftaan, niet twijfFelende , offe
eia^
-ocr page 206-EGo pûfîeriHs : proùdile cenfeo ,
Hydmrgyrnm nullum pr fe excitarej
mem extftimo.nbsp;1,^90'
Primé, quia miner ale ejl, frigidAAC mn
M-mtur* , fecundum,Fe^el : ««
«tffmi pArtiùus, ( nullum exatans Jyt»P' ^^
vandkAàntmtl$Sgen.
^m»ltor,Utkm-t pottfl anniri m Wtyalfnm
wr» y ak huwme »xcitmoihmt..^ s^m
''^^tWf^f^mmenitàcg^timtsan^^
g^té'^^mgmftr-Meremaiisi^^^
Partesi amp;^dmrgjrtim 'Sé^ta-,
,, cw,
»«^»»^Venis
rfmtm^^o-ooM^^itptmmhHs mruptisimiacens-^''^quot;
O^maiMm odor^ exximti^ Une efi, «md.ßquot;'quot;quot;-
^»s'vasque fxpeUi mqtteitnPi- i^thomni
ßO^i^Hm , ■oé^^mmomam .qitmihiibm)^
mera^ '^« t^nnäefmrem «»«r^»,'. ■nbsp;,
-r
Ut nullum in corpore operationem exerceat iW
amdfiidorem moveat, f4 operatme HJ
dr annumnbsp;excitare fœtorem pote{L t/f
tniis, in qmbm Hydrargyrum per urtnam
expellimr ( ut altqmndo obfervavi) plane apparet-
%,arii , idem PtluU ex Hydrargyro crudo
docent , qm btlem aliorumque hunmum
acrimoniamdomant, compefcunty eosquefenfim,
mlloventricuUmcommodo, expurgant, quod m
iliac^ palfmis curatione wdere eß. Secundum
■ Marian'Sana: L,bro de caß, amp; oßenßone:
qnodfi minerale tllud probê pr^parettir, amp; j»'
bhmatione calcinationejolufone Jsmuhve moäo,
ineffentiamredigatur, excellens evadittheriaca,
Jepho ^uercetanoteße ; idem fmgulan raUone
ineffentiam redaBum, ami eßenmßmde efe qui-
dam contendit; homines qmfi ad luvendes an-
nos revocanà virtuiem , tpfi affignando , dur»
virtu-1 mirabili, m ab omnibus putris venenata
aue, mortem acceleramibus humor ibus, Uber at..
^ Vmus Hydrargyri , per artem prfp^quot;quot;,]
quanta fit, videre hcet apud Palmar: UbroJ
Elephantiaß, quem hts verbis concludit. Omw^
remediorum elephamicorum vires catharttio*^^
vodrum metalhcum fuperat, acrem omnefff,^^^
feriam humorum ommura, qualitatem, ac
limtatem miré obtundens ,
blande alvumfolvens, utpueris amp; mf^'.f»
fff O dari pofu. Confiât ex auro ac Hyärar^jj,^
ftcpermxtis , ac longa maceratione mmutatis^
M vim catharHtcam ajfequamur,
.^bus ex.rammbHs Hydrargyrum,in Ptya^
lt߻o nullum excitare fcetorem fans conjfare
pm. Hifie vale , vir DoBtfimt , me liU
commendamm habe. Datum i^mflelodami e
^gt;*/ko meoj die 1 y. luny, i6y8.
7mus Henricus RoonhuyfltiU
Gefchreeven aan
Den Welgeleerden Genees-heer,
T
De Heer
f^aar in bemfen tpofdt dat het QuicH'-
filper m t quijlen door pJn eygenJ^aP
gheen ftanck veromfaackf.
£f1 eerften , foo en verweekt het
Quickfilver geen ftanck , dewijl't
^^ een Berch-ftofFe is, van een kou-
fer.^,^ VDchtighe natuer , volghens
«iiachtige deçkn des Lichaams, fonder
«eni«
-ocr page 210-eenig^'^toevaUeiT. gt;Élt;rv«5roör£iackeö
verborghen blijven , maar dat tle wee-
rkigénwordeiivcroorÊiiakt^oor. devoich-
ftghedenj(4n't^mjlen^loeyend«g«madct
wjn^ )-doo^wiens fcharpigheyt de Toi^^,
ende d» andere derte»
aan'tfweeifenraackeri. ^ ■ «
Want foo dickmaals»aU de uyterfte Le-
ién lëïquot;Sklf'i^an' Oüiïk-filver gemaackt
zijnde, beftreecken worden: foomenich-
maal wordt pock door de^^weet-gatenhec
Quickfilvef / tot de quot;itiweridigeen eedele
deelen: als d^Maafk».ende de Darmen,
'tHart, Lever, cn andere deelen gevoert,
amp;c dA©r tnedeJbalpeyaft éleyateB^^^^
Bloet behouden, ende aldermeeft door de
Hart-aderen, en Watef^vaten ; daar het
dai^ de i^cpde yunjev»renjdöet^iopcke#
waar door groote ftanck veroorfaakt wort:
gerchi§rhetdat4efe:Wylecnf«nijnigeb^'
meureiTdaarvan daan niet pn kunnen uyj'
geworpen WQ^daO^v^o^-Verporfaacken ly
Flaauwten , Benauwtheeden , Koo^»
Braackin^jBuyckUoop ,ende diergél^c'
ke toevallen, doch quot;gheen dat JoorjO
Bwrtdtwert tïytgeworpen r verwedttdo
fijn rfeharpigheydt fweefingéa , dewelc^
groote ftanck van haar geven. e^^
^nietnbsp;maardeèfé-Viiyre
g^erfhgén y éhdè'J âfKJereo uY^réVen
Mligl^ae^dés Efchaämsiffä^^^
îrtdîeiï't ^ïpkfc.f^veï döär
geióft^ort ,f6o fal aertLiÏ-
Sv quot; • ïfómt t« fiïhieteïi.gêlifck-t
mfortttóïgé Lichamê gebcütt ifèd én heBc
Wnbsp;; als tan dcVüyllghcdeiï Üi
?quot;nbsp;de Ch/mä éf vaâïenv f^
^ ^ftemKèhgcrfiaàckf werden-, dàt hét
ândeh-geéh wefçkingîn 'tyvi^^j^a^y^P
^geen jweet-driiveride^'fe^
^de datItÈtTnr defe werckirig, a1s oock in
dewelcke het .döor:de Water-
'nbsp;als ick meer-
maalshebfiengebeuren-Ogeenftanckdöor
verweckt^j:Uijckt kkir
fvieïdé^ 't felvigebewijfèn ot«ikde
i^nnbsp;^^^^. dewïlcke
-tè-iTnbsp;deïcberpighey t van de ande-
. ^tneiiréffternmen enbedwïngen ,.cndc
. ^^^»«ivigè ^^feSöckskehs fonder eenigHoii-
gLekvandeMaagh
in de aenefinsh der Buyck-wee te iieH '
ßcnf. Maar foo defeBerch-flofte.we be
ieyt, amp;c. tot hoorUjckefoyverhey
gebracht werdt, '/^Ick gefchiedt door
bnndinghe, fcheydmghe, ende op-dam-
Sfdt füyverftedeelen, dan wor
Ken heerlijck teghen-gift. volghef
£oren bereyt zijnde, wordt eeng^lf ^^
kracht, om'den menfch te verftercken,
te herftellen, endeals jongh te maken,net
fens Gouttoegekhreven. Hetfuyvert het
Sa^n doofen byfondere kracht,^
tevtijdt het van alle verdervende en ver
«Iftighe humeuren , die anders des felts
doodt komen teverhaaften.nbsp;.nbsp;, g
Wat kracht dat de gheprepp teerde *
beeft is te fien by FalrMr. Ubri ae BephanM'
fessende : Het gaat de kracht aller Me
aSche Geneesliddelenverre te boven,
defe onfe Buyck-ontlaftende Berch-ftotte
wederflaat wonderlijck de quaataardig
hevt enfcherpigheydtallerHumeuren, eP ,
veiweckt deA ftoel-ganck foo gemackj^
lijck, dat het de Kinderen ende fwang^
Vrouwen veyUch mach ingegeven wo^d^
-ocr page 213-quot;vün de A^nmerckingen.
want het beftaet uyt Gout, en Quick fiU
Ver : alfoo vermengt, en ondereen ghe-
Werckt, datfaeteen purgccrende kracht
krjjght i hier uyt fal génoechfaam blijcken,
Jpo lek ffleen, dat het Quick-filver door
«eh fclveHgeenftar.ck in't quiiienyeroor-
waekt.
II. A AN MERCK I NGEN,
Van de quetßnge des Hoofts.
ANno 1653. in de Maafidt Februarij,
heeft den Heer ProfeiTor CerardHS
Leo». BUfius verfcheyde Lichamen
^et my geopent, in welcke hy vertoonde »
dat t harde Herfen-vlies foo vaft aan ald
Kanten met het Beckeneel vereenicbt was.
^atwyhetvan alle Omftanders daar yoor
gedeelte lieten aftrecken; ende by al-
pien yemant van haar alle in 't affcheuren
'quot;'quot;den , daar het niet
even vaft vereenicht w.1s, dat fy het gelief-
aen te feggen, wantwy zijn veifeeckert,
^net m alle Lichaamen foo gevonden fal
orden j ende daar en behoeft niemandt
j^^ntetwijffelen. De manier, opdevvelc-
vvy defe Hoofden opende, is defe: Na
^cae Huyt afgenomen vvas, op deordi-
Nnbsp;nar^
nare wijfe j foo is'de Pari des Hoofe fofl-
totn, «n over aï door-faaght géworden,
ende daar na door het gefaa^vde Been, d«
datram.4ter,metssn ïncifie-raes doorlneden,
ende ats dan de Pan afnemende , vondc
men dat het daar foo vaft aan was, datin C
F-te afnemen den geheelen Sickeldaat aan bleef,
^•'■quot;quot;^f^ roet het Pm-appeltje, dat yan fommige haar-
'nbsp;klovich/ènd^ feèr qüalijck ds^on^laats
der Ziele genoemc wort. Die noch de waar-
heydt van defe faack willen in twijffel tree-
ken, geliévan het felve om haar geruft-
heyts wiile, op defftvoorverhaaldenianièr
eens te onderfoecken, ende als dan di
werckinge van de Boor wat nader rnfien i
Doch wy füllen eyndigen met i.a j., A^-
merckinghen vaiV fwaare quetfmghe des.
Hoofts , waar van de Lijders zijn^elac-'
kich geneefen glt;iWorden, foQd:et êsr Tre-
Al hoe wel ick aan AM- tue in \
x6i6. defe Hiftorifche AaanTeramp;ingt/ö^
ick nu om de nootfakeliicke
den Druck gemeen maacR«, metende n
sebruvck en misbruyck van de Trepaaquot;/
Sefchreven hebbe, fSoÏKitick,
de den tijdVnoeh meerder
lijjskfe ervärentheyt inmijnamp;ivoelett v
he?dendcr'twelclte l'ange Ibuêc z^P ^
van di Jfamêrcl^ngen. ^
VWhalen , kan dfethalrén niet gëlfeëfvMl-
^jpns vérby gaanSjrtint in tHje^ Vja
öe Maandt Tan iulij , Aririo i^. ïèiitt
niytweegelegenthedeu Voo'i^eA-^IJcn. by
na op een tijdt: te weeten bet eene zijnde
een Kint, van een Koper-flagher, op dc
Nieuwen-dijck, 't welde Van den eeneW-
diepingh tot den anderen was ghevallen,
een Wondem't Hooft aan de flincker-zii-
de ende daar by glieen kleyne conrufTe.
lek bevont het Kint fonder verftant, bra- .
«uige , koorfeatsahders, ende voorts foo
iwaare toevallen . als een gebroocken Bec-
Keneel komt te veroorfaacken. Het andere
Kmt woonendè oplt;le hoeckvan de eerfte
Haarlemmer-fluys in de Kelder . 't welck
mede van alle de trappen van boven neder
gevallen was, tot heneden in de Kelder toe.
daar na ontboden zijnde,bevont
ck foo aan de teykenen, als de fwaare plet-,
de halve Herfen-pan
Ïni n •nbsp;Teerinerckelijcke
n pijnelijke plaats,«iet twijfelende aan een
gefcheurde Pan , ben evenwel niet te min
SewoonHjcJ^e tnenier van gene-c^f^
«nwJent bog houdende)?oort
iSï' door Godes genadeeen ge-
•8« Ecnennge.van bcydc defcLij
ders
N %nbsp;beko-
-ocr page 216-bekomen, voor-ftellende een goede ma-
nier van leven, aan de Ouders, voor dele
Kinderen , ende gebruyckende defe na-
volgende Stooving.
Rad. fmcul: falß parill.
Petrofeimi. an. 3 ij.
Herb. Betonica. m. i. Ü.
AnagalliSi rma.
jirtemeftA an m.
Flor-. MelUot: p. ii).
Lavendtil. p. ij.
Sem: Cttmini 5.«jf.
Fcenicttl.
Baccar Lam an. 5. j.
Contmdantur amp; coqmntftr in viuo rubro.
Fiat S. A Fomentum.
Waar mede het Hooft tweemaelen des
daaRhs geftooft is geworden, ende nade
Stoovingh is d;t navolghende Limmc»'
tptm ghebruyckt.
5:. 0/ Mjrtillor.
Laurini an^. q.
Balfami fulphar 3.
M'fce F. linimenmm.
Ende na dat ('tHaar van'tHooft ƒ
ghefchooren zijnde) het na
vande Aanmml^ngtn, ipy
warm met dit Linimtnium beftreecken
was, ghebruyckten wy daar toe defe na-
Volgende Plaafter.
Cevoti ex cnmin ■
Emp : de Betonte: 5-
Mfce F. EmplaßrHm.
Door welck ghebruyck van Ghenees-
middelen van dach tor dach dc toeval-
len quamen te verminderen , forgh dra-
gende dat defe Kinderen behielden een
weecken Buyck , ende zijn f voorts te .
werck gaande met defe Toorverhaalde
Genees-middelen ) ghenefen gheworden.
Ick foude veele meer andere ende dierge-
lijcke Exempelen können verhaalen, maar
defe füllen genoech zijn, om ons te dienen
tot Voorbeelden , gebruycktfe maar alleen,
jnet geen vooroordeel. Wat belanght de
fefchrijvinge van het Cerotum ex mmino,
hiy naghelaten van den feer ervaaren
W . Jacob van KoonhHjfe , Heel-mecfter
binnen 's Graven-bage, die het felvige in
«jn tijdt gebruyckten in alIePletteringen, cmugt;f„
door hy groote dingen uyt rechtten ,
ontrent fwaare quetfingenjhebbe derhalven
goet gedacht den Lefer defelve mede te
deelen, waarvan den Inhondis. ?.!s volcht.
N 5nbsp;K. ccrji
-ocr page 218-V. eera Flavm, ■nbsp;:
Emplajki Diaehdeittos, afi. Uk' ^'
01 Myrtillorum,
Rofaceum, ana. ^tij.
Launni^ij.Bacedimyrnllmtm S.tjgt;
Semnis cumini fitbtUif^ iritt § vj.
F. S. A. Efttplaftrnm.
s.
III. AAI^MERCKIN G,
A Hno den lÓ. December ont-
bQlt;kP zijnde tot^^^Cw/f» Ucéfz,.Hout'
kwpar, de welcke begeerigh was ghe-
weeft; ora fich mes; Schaacfe rijden wat t9
vermaacken , tot tijdt-kortiqgh v^n «equot;
Winterfche na-middagh. Ende al^ hy be-
figh wastpet rijden, is hem ontmoet voor
windt eenfnedigh Rijder, de welck«eej
Handt-ilee was voort-duwende lïiet een
Kindt daar in , foeckende alfoQ fneHiJcjJ
malkandcren vqof-by te riidatï ? ^ ^
welck de nebbe van fijn Schaats tloec'
onder de-Slee aan ftucken, waardoor»?
niet alleen in fijn vaan, wierdt gbe^^j^g'
piaar oock rnggSelins acjiter over g^^^
van de Jcmrmc^^ngen, 15)9
Worpen; vallende achter met fijn Hooft
op yets onefïèns neder , met een fwaa-
re flagh, d3t hy {taxa a, concufftone cere-
, quam a fraElura cranii ) van flon-
den aan bleef leggen , ifonder eenigh
Verftandt gt; en Jcenniffe , met epn ghe-
diwrige braackingh. Den Patient t'Lys
ghebracht zijnde , bevonde ick hem
noch braackende , met weynich ver-
ftandt , als oock Koortfich, het achter
hooft met een feer pijnüjcke plaats ge-
fwollen ende gheplettert was , foo dat
ick aan defe, ab andere toevallen niet
en quam te twijffelen aan een gefcheur-
dePan ; Hebbe derhalven (revulfioms tra-
tKi X den Patient 8. Oneen Bloet afge-
trocken uyt de Rechtw - arm , ende
VQorts een verfachtende Clyfter doen
Keilen , ende de ghequetfte plaats des
«opfts feer warm met Wolfe lappen
Open ftoven, tweemaal des daachs, met
OK na-befchreven
^ Herb. Betonm m.j,
jifiem,
Abfmih,
Lauri an, m. y.
Fier: Melilot'.
Lavendul an. m,^.
N 4nbsp;Seminis
-ocr page 220-Semnis cttmini : j.
Concifï accontus: coquanmr in vino RH'
t^ro, ad. lib. j. J. coUüthf , det0
pro fomenta.
Na dc ghedaane Stoovingh j met c3it
linimcmttm, den pijnlijcken hals beftrcee-
ken.
§ï. 01 Mjrtilkrum
Rofarmn.
Cafiorii an. 3
Mtfce fiat Ltnimemum,
Des anderen-daaghs hebben wy ver-
focht de bykomfte van den Ghenees-
heer Armldm Ihalmx , dewekk na dat
hy alles feer naauw hadde onderfocnt
de omftandigheederi van de f^ack, en-
de den foberçn ftaat van den Patient^
beval hy op de felvighe wijle voort t-
gaan , hem ordineerende een Purgée-^
rende Syroop met lïjn loedoeningh gt; e
de de volghende dagh het g^^bruy^^
van een bequaam Apofema , als ano
nootwendighe Ghenees-middelen. ^
Den fevenften dach heeft den
beginnen te klaghen van groote P^Jquot;
ïrent de Oorep, loopinghe der Oog ^^^
wet vêflie^ van fijt» Reuck. Den schiften
dach hééft hy fijn Öhehoor Vérloorcn.
Dêö thlendê was hy wat beter, ende de
Köort minder. r)èn elfden klaaghden hy
van oHÜjdelijcke pijn in fijn Keek. Den
twaalfde dach heeft hy eenidh gheronnen
Blöet doöï de Stdel-gangh quijt gewor-
den , Waar ifl de pijne der Ooren ver-
ttilrtdert , ende de Joopinghe der Oo-
ghen opgehouden zijn gheworden, tnet
wederom verkrijgingh van fijn Ghe-
hoor. De volghende daghen foo door
de Stoovinghen als ftrijkinghen , de
iwcllingh ende de pijn des Hoofts van
dach tot dacit verminderende, heeft hy
beginnen te klaghen Van önlijdelijcke
pijn m de Rügge-graat, waar door wy
ghenootfaackt zijn gheweeft mede de-
lelvighe plaats tc laten ftooven ende
beftrijcken j Waar door de pijnen foo
Wel zijn vergaan , als lagher ghefackt,
tot aan het Os coccjgis toe. Daar na,.,
heeft hy de meefte pijn ghevoelt
quot;jn pyen , als onderfte Beenen , doch
If zijn allenckskens vergaan , behou-
dende den Lijder 't verlies van fijn
J^eück , alleen door defe fwaare Val:
ende IS anders geluckigh ghenefen ghe-
Hier
N y
-ocr page 222-Hkr mede fuUea wy 4e HiftariCc^
Aanraerckingh beQayten , dtwkefldf
Godt Almachtigh, die den Mcakh fco
veelderhande en voortrefFeUjck«
nees-middelen heeft verleent tot lp«-
danighe fwaare gebrcecken , «ni« b«m
bidden dat hy defe en ahaew
middelen uyt .gheni4en gheh«fi: te 1«-
ghenen » tbt fijnj Naam» «er ; «liot
onfer falighe^dt.
sye
-ocr page 223-De tweede Hiflorifthe
Van 't Snyden der ^afemonden:
V!aar in verhaalt wort de wercking
fclfs, dat is de maniere van doen, ha-
re Teyckenen, Oorfkken Voor-
feggingh, en Genefingh.
dta verfochten, tn fetr geoéffienden
Beerenaart,
Heel-tp¥efter tot Amfterdam.
E nabqvrihdtfchap verplicht my ,
• en port my aan, om met U B. yets
^ van defe faak aanmerken? waardigh
;®yerhandelen,foototoefFening, alsoOck
m bevordering van de Konft j yyaar van
yyy
-ocr page 224-wy binnen defe vermaarde Koop-ftadt onfè
kennifle dagelijckx te werck ftellen, tot
een groot behulJ^, ende trooft des lijders
niet alleen, maar bocR tot meerder ppbou-
wingh van onfe nc^t voltrocken l^onft gt;
Verhöope door U E. gheleerde ende ge-
oeffendewetenfchap, yets der felver aan-
merckens waardiglv te verftaanJ Want
wat aangaat dit ghebreck, is veele Heel-
weefters wel niet onbekent, maarderech-
te manier van doen, komen fy felden naaf
tc volgen gt; Waar van men daghelijkx veel
droevige exempe'en fiet gebeuren, dat-
men Liever foude wenfchen, dat de Kin-
deren noyt gelheede waren, als dat fyfoo
mis-maackte Litteyckenen daar van , a'
haar leven komen te draghen j, verhoop«
der-halve met de naafte gheleghentheydt
van U E. yets byfonders defe matery aan-
gaande . te gemoet te fien, om welcke reS'
denen ick u U Ë. hebbe gelieve dele Aaf'
mercking toe te paifen
Wat aangaat het fnyden van de ha'
fe-monden, is wel een Konft die alle Hee ^
meefteren betreft, maar'ten is allemaquot;^
doen niet, ende dat om verfcheyde r®^
nen; gelijck als met my getuyght^
aes TagattlmsÄn Geheralt, amp;
Chkurgiccrum inßitu'me, tibi ak qttot ^^
R/ttionidi Chtfwgo dw foiißimftm ) deßde-
rantur.
ExaBo cognitioejuipartisi
2. Berita,ac.ßlers promptkudo^fetifirsnaf'
ta quadam dexitritas exeqmndi ea omaia,
^Mitad afftBus Ciwurgia fuhjeüosattinem.
Want ten eerften ; vvert daar vereyft
geen bevende,maar een yafte hand tot uy t-
voeringe van't werk» welk dooreen fcbaar
gefchieden- moet j Ten tweeden; een af-
furante vrymoedigheydtomeen Kint ,dn-
loofel zijnde, foo harde mgt eenfny-mef-
'^en te quêtfen, ende op foodanighe wijfe,
Vvederom te genefen.Daar is oóck en goet Condj-
gefichty ende een vaardigh oordeel van inquot;
looden, om als wannéér de fnydingh: Meefl«
pnder de-neus; ghedaan is, de Bloet viiet wÓScn.
geen verhihderingh en komt te veroor-
^^cken, tötuyt-voerjngh vande Ope-
ratie,
Ten derde , een goet gelichte moet daar
°yzijn , om in die verbaaftheydt, ende
door 't huylen van het Kint niet verhin-
dert, maar ftrackx ghereet teweefenj
om te vveeten, hoe veel niet alleen yeder
•■^JP- moet komen te miffen : maar welcke
«dermeeft , ende welcke minft moet af-
ghcnoomen zijn : ende daar na dat de
^«•cnt^n (die doot jn^i met dwerfche ehe-
ttotlreni! Linien niet wel könnenafghe^
teyckent worden, hoe wel het eenige Schnj*
vers komen ee- reoommaftderen\) r^ht
ovwr een met matkanderen klt;3«ncn tc aC'
cordi^e«.
AVelcke Operatie wel moet jgefchiedert
fecj* haaftigh : Maar, fatétó »fi fat mó:
ende dèar werdt öm kort te gaan, na mijn
oordeel vereyfckt een Leüw«n-hart, ende
een Jofiroüws-hahdt 5 ofte : SKund. M»
tagault. Ahra qm deinem CWmpoH , nt fk.
Audöx, amp; atutms intrefidmgt;«« rebtutu^
amp; necej'atüs. ^
l» rehis dubm, af periculofts mn admodtt»
pr4ceps,. ;
Gelijck afe ghy met my kant getuy^n»
dolt;» het doen gt; eitde't by zijn van ver-
fcheyde Operatieft, die noyt, Godt fy g«'
looft, ongeluckigh zijn uytgeyallen, ma»*
tot trooft, enblyfchapvan deOuda-s, ^^
oock Van de Vrienden feer gelucldgb «IP
genefen gewofdfen, gelijck als ickineeoi'
ge Aanmerckingen fal verhaalen. .
De bovenftt Lippen gefpleeten zijn^
veroorfaackt eeh klijcke mifmaacktbe^g
fomtijdts ontblotende eenTant, altem
1 il 3 Tanden van't bovenfte Kaacke-bee^^
zijnde feer gevaartijck om aan te ^^
iJé fé !s fomtijdts óbck döbbel gefpleeteü,
behoudende alleeii eêft gedeefte tüflchen
beyden, deWeIcke foofe niet C^ttlemtn is , Teecke-
geêft wech-nêftiingh van nöoden heeft |
,filMr hiet ghcbeurt óóckfömwi)Ie dat het
ftickc gemey'hfchap heeft fflef het boven-
«e KaaGk-beéil , dat het felve ooék met
«et yerhéémèlte-beéh Van deMondt ge-
heelijck in tween gefcheyden is, ende als
dan belet hét 't fuygen van 't Kint, de eene
zijde Van het boVènfte Kaack-beén, meer
als het andere, van vooren met éenlTant
ofte tWee buyten de Lippen uytftèeckcnde^
dat, a!s wanneer daar een ghedeelte
r döor de natuer veroörfaackt zijnde) van
oèbovïiïflEe Lip kómt ta ontbreecken, als
tta» Wett hef by ofts genoemt een HaXemont^
®'tö(feg(jhjcKénis die het heeft metdebo-
je»tte Lip van een Haas, deweicke altijdt momh.
gboven««Lip gefpleeten hebben; maar
j.^n^ftï^ints lip.,«enéncke)e, ofte een
t 'cheydilteh is, foo bcholit het ech-
«f by ons de l^lfde naam fonder eenïch
^^OSerrcheyt, Maar by GaktJHs ert andere,
'ert ïietCm««»geheeten. Wanneer daar
JJtsonibrack, door gebreck van deNa-
aan de Lipfen, Ooren, ofte Neus.
J^cïtalsiibaf een ftuck af ofte uytgeno-
^ door c^n uytwendige oorftack,
end©
-ocr page 228-Tweede J)eel
ende yets ontbreeckt van haar gheheel,
want4 is onnjogelijck te geven't geen de
Natuur oiitbreeckt. Maar een èryaren
Heel-meefter, kanwel t'famen voegen,
't geen dät gefcheyden is, foö wel als hy kan
wech nemen 't gheen dat daar té veel js,,
verbeeterende alfoo een mifniaacktheydt
door de Konft, datmen'tnauwelijck} ka»
komen teilen,
oojßa- De oorfaacken yan een Haferaond, ver^
ken van ootfaackt de Natuut, door fchrick, ofte
fanonr. een ftercke inbeeldingh j zijnde by fommi-
ghe gehouden voor een Goddelijcke vef-
borgenthey t. Want ick weet ,my niet on-
bekent geweeft te zijn, een Swaaft-vegers
Vrouw, woonacbtigh in 's Graven.hagC'
dewekke een Bedelaar , door fijn onbs'
fchaamdeftoutigheyt, mits te tponen he^
verlies van fijn eene Handt, een Aa'lmo®^
-weygerde, daar door fy foo verfchrickt en-
de ontftelt wiert, dat eenige dagen , da^
na komende te verloffen van 't Kindt, e®^
Wan-fchepfel voort bracht j met die^g®^
lijeke verkorting van den Onder-arm, fquot;?'
der Handt. FaMs Hildanns verhaalt»
fijn vijfde Aanmercking van 't derde '
een ander Exempel van èen Wan-fehep '
een Vrouw die alleen door inbeelding^
drie Weecjken van haar verioflinghj^^.^
van de Aanmer Clingen. 209
Soontje voorgebracht heeft, wiens voor-
huyt befneden, ende gelijck als omgekeerc
was J en dat alleen overmits fy met ontroe-
ring , en ftercke nadruck de manier van de
Toodtfche befnijdenis hadde hooren ver-
haalen.
Dat de fchrick ende de ftercke inbeel-
dingh van een fwangere Vrouw de voor-
naamfte oorfaacken zijn eens wan-fchepfcl,
leert wel de dagelijckfche ervarentheydt,
ende daar worden weynigh mifgheboorten
Jet Werelt gebracht, ofte defe oorfaaken
«onnen daar te pafte gebracht worden,
wat de verborgen oorfaack belanght, die
Wy de Goddelijcke noemen , daar moet ons
Verftant ftilftaan; want defe verborgent-
heydtis feergroot. Wantneemtmaar tot
exempel, alfoo daar volgens onfe Belijde-
nis , geen dinck by geval en gefchiet, noch
geen Haar van ons Hooft vallen kan, fon-
Jet den wil onfes Hemelfchen Vader , foo
Jan oock defebloote inbeeldingh oock
Vruchtnbsp;quot;^eere
^ Dient dan tot exempel: by aldien een
rouw op 't alderuytterfte Swanger zijnde,
oiTit fchielijck, ende onverfiens te fchric-
en van een Menfch,dewelckc een van fijn
^edenmift, 'tzy een Handt, Arm. ofte
Qnbsp;BSCH;
Been, ende dat defe Vrouw een dach 8.31®*
daar na van 't Kint komt te verlolTen , dat
diergelijcke gebreck mede brengt ter We-
relt: foude dat niet wonderlijck moeten
zijn, als dit loo vroegh voor de verloffinge
quam te gefchieden , ende waar foude dan
ciat Lidt ( doorfchrickafgenomen zijndej
blijvenfof hoe kan ook na menfchê oordeel
die Extirpatie daar kómen te gefchieden.
Welcke verborgene duyfterheydt te groot
is, om verderdaar inte gaan: ofte als wan'
neer ter contrary, de inbeelding i detoe-
doeningh van eenigh Lidt quam te ver-
oorfaacken , hoe foude daar noch een Artn
ofte Been mogen aangefet worden , ofte
komen te ghefchieden fonder een nieuwe
ontfangingh , welcke dingen onmogelijck
zijn om verder re doorgronden •, maar ick
oordeele dat defe wanfchapenheyt gefchiet'
inde eerfie g^fchapenheyc, ofte door ge'
breek, ofte door overvloet van Zaat, en-
dedat na de ontfangingGodt Almachtig
wonderlijck, ende miraculeuflijkdeSwa^'
gere Vrouw fijne befoecking als voorfey*^'
ende laat door defe vertchricking , als do^^
een aanmaningh defelve ghewaarfchoU
ende indachrighgemaackr worden.
als men let op de eerfte ontfangingh, equot;
1 •■ ,nbsp;11nbsp;_ xf —-Uf O'
den tijdt van een volkomen Vrucht;
-ocr page 231-»efchiet in 42. dagen na het gemeen ge voe-
en. Hippocrates is van ghevoelen dat de
Knechjes in 30. dagen, ende Meysjes in
40. a 42. dagen , volmaackt worden : an-
dere ftellen 4^. daghen voor hetlanghfte,
en 50 voor t alderminfte. Maar Lauremitis
Libro oäavo de formatione fceius , vit a, amp; par-
tit, feyt feer wel, quisprimus fit conformatio-
ns dies , quis item ultimHS , folus qm fœtum
plavamit, novit Creator : foo dat in dien tijt
dan de Vrucht volkomen ofte onvolkomen
moet zijn j is't door gebreck van Zaat, foo
is de Vrucht onvolkomen: ifler overvloet /
van ftofïe geweeft, foo kan daar oock door
defe ontfangingh veroorfaackt worden,
een Vrucht met 3. Armen ende 4. Beenen,
ofte anderfintSigelijck als ick verhaalt heb-
be in de eerfte Hiftorifche Aanmerckingh
van 't eerfte Deel. Om dan, ervaren Man,
ons ooghwit re bereycken, fullen wy hier
niet verder in gaen : maar weder komen
tot ons voorige Gebreck, ende fijne voor-
fegginge U E. beleefdelijck voor ftellen.
Defe werckingh is gevaarlijcker aan ou-
den, alsjongePerfoonen: doch den hant-
vaerdigen en verfochten M'. Pieter Rogier fe
heeft een Perfoon , iS.Jaaren outzijnde,
geluckigh gefneden. Maar de Kinderen
werden gefneden, hoe jonger, hoe beter, voor-
O 2gt;nbsp;ter-
terwijl (y noch fuygent zijn , ten waar fy
fieckoftefwackwaarenj behalven dieniet
fuygen en können , 't welck zijn diegene ,
dewelcke 't bovenftc Kaecke-been met het
verheemelte van de Mondt gefpleten heb-
ben, zy werden des Somers beter als des
Winters genefen , om dat de warmte de
Wonden dienftigh is.
Ende in de Lente, oock beter als in de
Herfft; by aldien den tijdt van't fuygen
foo langh uytftel kan lijden.
Wat haargenefingh belanght, als oock
de manier van doen, fal ick ü E. korte-
lijck voorftellen met noch twee Aanmerc-
kingen van fwaare Hafemonden, die beyde
het opperlte Kaack-been gefpleeten had-
den ; van de anderen, is niet van noode
eenige Aanmerckinge te befchrijven , a'
foo die dickwils voorvallen ; verfeeckert
zijnde, dat den Leler hem genoech fal kön-
nen dienen^ van't geen ick befchrevetï
hebbe, degenefinghaangaande , en isalgt;quot;
volcht.
De manier om defe mifmaacktheydt te
helpen,is:Men moer eerft ende voor al'
letten op den Lijder (ijn gefontheyt, enoi
hywelgevoet, ende van een goede conn-
plexieis; cndsof hy oock eenige liecktej^
yan Scheur-buyck, of anders onderwarifquot;
is?
pcnc-
tiig-
mn de AanfnmJqngm. 213
Isjinfonderheyt fo't een volwafl'enPerfoon
is; oock wel toefiende, ofte het gebreck
geneeflijck is, of niet, al eer men daar de
handt komt aan te leggen, dat is, of het
verlies van de fubftantie der Lippe gehol-
pen kan worden door t' famen-voegingh ,
ende daar dient men van verfeeckert te
zijn, al eermen foo fwaaren werck byder
handt neemt, ende op dat den Heel-mee-
fter te beter fijn ooghmerck mocht bereyc-
ken, en geenkhande in plaatsvan eerbe^
haaien, foo fal hy voorfichtigh zijn, want
fomtijts ishetbovenfteKaack-beenmetde ,
Lip in tween gefcheyden, cn feer wijt van
malkanderen gapende , doch fy vvorden
evenwel op de felvige wijfe genefen , en-
de als het refteerende gedeeke tuffchen
beyde de Lippen hart geworden is , foo (Tquot;»/«'
moet het wech genomen worden, maar
anders niet.
Men fal dan,wanneermen voorgeno-
men heeft een Hafemondi te fnijden aan een
Kint, een plaats verkiefen daar fchoon en
helder Ikht is, fettende den Lijder op de
fchoot van een ander, ftaande een Knecht
achter hem , die het Hooft bequaamlijck
komt te houden, den Lijder fijn handen
wel verforcht zijnde , door de Lueren i
iaar het ineewonden is j ofte doorbande«
^nbsp;O ^^nbsp;daaif
daar fy mede gebonden zijn , voor al 1«
acht nemende dat het Kint in lo. a 12. uu-
ren niet veel en heeft geruft, om dat het na
■ de Operatie tshetsi foude komen te flapen:
vorciers fich yerlorgende van alle nootfa-
kelijckheyt. En voor eerft, van een Roe-
mertje met Wijn, ende een bequame hart-
pendie fterckingh, oft het Kint door de ff^jwor-
ToTd'enquot; ' eenflaauwte over quam , een Bec-
heeft!quot; ken met Laauw-water, ende twee Spon-
lt;Tien, Wiecken, Compreflen ,als Banden,
moeten alles gereet zijn, eer men dit werck
by der handt neemt. Als dan, en voor eerft
een fcharp Incifte-mes, waardoor het Wan-
ge-vlees onder de bovenfte Lip gelegen,
als oock hetV lees onder de Neus,bequaam-
lijk magh gefcheyden worden. Een fcharpc
Schaar, waar door men behendigh moet
de kanten van de afgeweecke Lippen voor
een gedeelte (foo ver als't vannooden fal
zijn) wech nemen. iVfen moet oock ge-
reet hebben een kleyn Sny-tangsken , otn
des noot zijnde, een uytfteeckent gedeelte
van't Kaack-been als't in tween gefpleeten
is, wech te nemen , ende 5. a 6- filveJquot;«
'nbsp;Naalden, die wel en drie kantigh fcharp
gemaackt zijn, aan haare Hoofden verfiel
elck met een roode Carmofyne Dr^^
Inbsp;Stick-zijde j ora foo ras als het met
Naaide door fteecken is, met de Draadt te
mogen gehecht, ende te famen gevoeght
■worden. De Lippen dan moeten firacks
feer ftijf aan een gehecht worden , met drie
Naalden, waar van den eerften gefteecken
moet worden ico dicht onder de Neus als 't
mogelijck is; want door die hecht heeft men
de minfle perijkel van uytkheuren te vree-
fen, door-boorende eerft met de Naait die
Lip , dewelcke de wijtfte gapende is : de
tweede daaraanvolgende in't vleyflighftc
van de gefcheydene Lippen, waar mede de
Knecht die het Hooft in't fnijden heeft ge-^ ..
houden, met fijn Handen de Wangen faK-n^^^^
van achteren na vooren , (te weten na de act'
Nens,te famen drucken) opdat de hechtingl-eclitcn.
te gemackelijcker,niet alleen mach komen
te gefchieden , maar oock, waar door de
hechten , minder perijckel loopen van uyt
te fcheuren. De derde en laefte hecht wert
geleyt in't alderonderfte van de Lippen ,
waar door defe onder foo gelijck moeten
genomen worden als't mogelijck is. 't in-
brengen van de Naaide , moet ten minfte
gefchieden een groote Stroo breet van de
gelcheydene I.ip om voor t uytlcheuren
bevrijt te zijn, ende op diergelijcke bree-
ten, aan de andere zijde uyt komende, en-
de als dan met yder braadt die aan elcke
O 4.nbsp;Naaide
liCl
't
Naaide vaft is, eerft een ftagh of twee om-
leggen, om te fien ofte de hechten al gelijck
geleyc zijn, 'twelck feer haaft moet ghe-
Ichieden , met een fachten Spongie nat ge-
maacktzijnde inlaauwe Wijn, ende leggen
ais dan de hechten feer vaft door de Draat,
over ende weer om de Naaide gaande, op
die manier als de Kleermakers haar Naal-
den met Zy komen te verforgen op haar
Mou , die fy niet gaaren en wilde milTchen;
als dan fal men fo ras de hechten geleyt zijn-
de,de uytfteeckende punte van de Naalden
doorhetSnytankskenfeerdigt afknippen,
op dat fy buyten de zijde niet komen uyt te
fteken;, want anders komen deuytftekende
naalden eenige Ulceratien te veroorfaken,
als dan lalmen de geleyde hechten met een
Balfem-oly warm bevochtigenXoo konnen
de geleyde hechten voor wiecken komen te
verftrecken , leggende noch hier boven op
een platte wieck, nat-gemaackt zijnde in de
Baliem oly,ende de eene zyde van de wang
met een dunne wel-klevende ende wel-be-
ftreecken reep Pleyfters vaft ghemaakt
zijnde, waar mede fachjensde wangna de
Neus ge voert wort, ende dan met een dun-
ne ComprelTe, na de Neus wat uyt-ghefne-
den zijnde,verbonden, ende aan de con-
trary zijde wederom vaft kleevende, vef'
for-
-ocr page 237-forgende oock aan de een zijde van de muts
cen fmal bantje,om op die felfde manier als
met de plaafter gefchiet is,het verbant over
de geleyde hechten te befchermen, en daar
op houden, wel lettende dat den Lijder lijn
adem kan komen te haalen,en lijneNeufga-
ten niet verftopt mogen zijn, gevende ge-
duerig het Kindt met een Veer Syroop van
Fiolen re lecken, ende feer voedfame fpijfe
te eeten, en by aldien het Kint, als ordinaris
wel gefchiet, veel Bloedts in't Lijf heeft ge-
kregen,en gelijck als door defe Operatie ver-
fwacktis, foo fal dc faack een geleert Ge-
nees-heer bevoolen zijn. Des anderen
daaghs wort het verbant niet geroert, ofte
ten waar de banden wat verfchooven waa-
ren. Het tweede etmaal wort de bant ver-
fchoont, verforgende dat daar een Knecht
wederom 't Hooft komt te houden , ende
de Wangen feer ftijf na vooren t'famen-
drukt, als doen het kint gefneden wiert, tot
dat het van Playfters verfchoont, ende van
banden wederom vernieuwt is al te vooren,
los-maakende de Draat van de middelfte
hecht tot op de helft, ende de andere hech-
ten van eenige om-flagen , foo falmen geen
Ujceratie onderwaarigh zijn door de ge-
»eyde hechten, want door het al te ftijf leg-
gen Van de draden, vvorden dieveroor-
O (fnbsp;faackt
faackt daarom moetmen alle dagen eenighe
draden vieren ende los maacken, als oock
de ontbloote eynden van de naalden even
fèaagh afnypen door 't fnytangsken. Het
derde etmaal maghmen de middelfte hecht
■wegh neemen, ende de anderen een flagh
3 .a 4. van de zijde draden wederom vieren
ofte los-maacken , ende het verbandt al
wederom verforgen , als te vooren. Het
vierde etmaal , foo men bemerckt, dat
waar de middelfte hecht heeft gelegen,geen
fchey ding meer is, als oock van onderen
door het gebruyck van de Syroop,foo fal
men de bovenfte hecht onder de neus uyt-
haalen,ende daar wederom feer nau op acht
nemen. Ende by aldien men op 't y etmaal
weynigh bedenking heeft van het Kint zijn
woelen ofte huylen, foo kan men de felvige
oock uyt haaien ofte ten minften watlos
maacken ; want ick laat de hechten noyt
tot het fefte etmaal legghen , ten zj
het feer moeyelijcke Kinderen zijn- D®
hechten dan uyt-genomen zijnde, wert het
voort wederom na de felfde wij fe verbon-
den. Op welcke voor-verhaalde manieren
van doen ick door des Heeren genade vee-
le en verfcheyde hebbe ghenefen in den tijt
van 4. a j. etmaal. Hier wil ick dan aft®
jonge Heel-meefters ghewaarfchouwtheb-
-ocr page 239-ben, datfe defe Wanfchapenheyt eerft wel
examineren ende overleggen, op wat ma-
nier fy het foude komen te helpen , ende of
het oock al mogelijck is om geholpen tc
kunnen werden; op dat fy van eenwan-
fchapen Lip , geen lelijcker ghebreck en
foude komen te veroorfaacken ; want hier
op moet infonderheydt gelet worden, te fchou-
weeten : dat de kanten van de Lippen be-
hoorlijck genoech afgenomen zijn , foo dat
daar niet refteert, ende dat ly ftracks foo
bloedich wederom aan malkanderen ghe-
hecht worden, maar men behoeft daar geen
Bloet uyt te laten loopen, naardeverma-
ningh van Jacques Guïllemeau. die gebiedt.
Capitre. ai. au Livre des Operations de Chi-
rurgie : il faut laiffer couler quelque quantité
du fang. amp;c. Want my dunckt dat daar
meer als te veel Bloets uyt loopt tegen ons
danck. Daar en boven recommandeert hy
noch. Dat by aldien de Lippen niet veel ifa- tgt;o!ingh
men gevoeght können worden, door de alte gtoote^i^^uu'^'
dtftamie, die daar is tußchen beyden, foo fal-
men aan elcke ':(ijde boven de Lip een Half-
»iaanfwijfe openingh maacken ; 't welck oock
onnodigh is; om de mifmaacktheyts wille,
^ant kan men meerder ruymte ; als daar
Van nooden is, bekomen, door het affchey-
den van het ondergelegen Wange-vlees,
aU
-ocr page 240-als Neus , en bovenfte Kaack-been, die-
tnen door fuickeaffcheyding wel een wey-
nich verplaatfe kan, foo dat defe openin-
gen niet dienftigh, maar feer fchadelijck
zijn. 'tGebruyek van t Canonh oock een
bandigh Hcel-meefter in de weegh, ende
daar en kan geen voordeel mede ghedaan
worden. Hier werdt oock niet vereyfcht
een Pincet om de Lip daar mede vaft te
houden, gelijck als befchrijft U..LGirault
Maifire Chirurgien Iure a Paris ; Want hier
door worden de Lippen in't vaft houden
feer gekneuft, ende derhalven niet raat-
faam na te volgen : Mijn manieren van
doen fult ghy noch uyt defe navolgende
Aanmerckingen kunnen verftaan. Dit
fchreef ick aan ü E. waarde Broeder, otn
uoordeel hier in, ende eenigeheylfaame
behulp-middelente mogen danckbaarlijck
ontfangen. Hem den Alderhooghften zy
eyndelijck danck gefeyt, dieonfe geneef-
middelen genadelick wil legenen.
Miï-
bruvck
der In-
fi ru-
jBcntcn
I. AaH-
I. AA NME ECKING,
Van een Hafemondt, in een jongh l^ndt
gelmktgh genefen.
ANno 1661. heeft my wefen befoeken
den Geleerden Heer Abraham Slin-
gerlandt. Genees heer in's Graven-
hage , dewelcke met my raat pleeghden ,
van wegen fijn Kint, meteen feerlelijcke
Hafemondt geboren zijnde ; ofte ick oock
eenige hoop van genefingh hadde; ick vol-
deet hem: de maniere van doen voorftel-
lende, als hem oock aanwijfcnde , hier in
de Stadt verfcheyde dien ick hadde gefne-
den , waar in hy fijn vergenoegen fchepten;
De oorfaack van fijn Kints gebreck was,
dat fijn Huys-vrouw fwanger zijnde, feer
verfchrickt was geworden door 't ge-
fchreetiwvan een aankoment Knecht van
Scheyelingh, die ordinaris in den Haagh ,
langhs de ftraat loopt met Garnaat ; fijn
Huys-vrouw eenige weecken daar nayer-
lofTende, bracht een Kint ter werelt met
diergelijcke mifmaacktheyt; wiens boven-
fte Lip een vinger-breetvan een gapende
was, tot het middelfte fcheytfel van de
Neus, en v.as van fijn ondergelegen dee-
len
Ien t'eenemaal afgefcheyden , de ilincker
zijde dar Neus, en Lip , waaren geheel
mifmaakc over-zijts ingetrocken} het bo-
nuT,r Kaack-been , met het verhemelt-
o^paiati.nbsp;tween gefpleeten, 't welck met lijn
rechten en grootfte Tant, de bovenfte Lip
geheel mif-maackt deed' uyt-puylen , dat
khrickelijck was om aan te fien. Naar dat
ick dan alle behulp-middelen hadt laaten
gereet maacken , gelijck als ick in mijn
tweede Hiftorifche Aanmerckingh hebbe
verhaalt; foo hebben wy eerft ende voor al
den Naam des Alderhooghften aangeroe-
pen , om fijne genadige byftandt. De Ope-
rdZ/fgefchiedenop dek navolgende manier,
in 't by-zijn van den vermaarden Heer
Francojivm der Schagen , ende den feer ge-
leerden Matthms Sladtts , Genees heeren
binnen defe Stadt, als oock M.Rogier Ro-
gierfe , ende M-. Afia Wyma, ende meer an-
dere Heel-meefleren; fettende het Kindt
op de fchoot van een ander, om 't felvige
te houden, ende noch een die het Kint fijn
Hooft hiek, dit gedaan zijnde, foo hebbe
ick van ftonden aan mijn Sny-mesken ( de
fiincker Lip op-lichtende) daar een duym-
breet diep ingebrocht, het Wange-vlees
met eenen na de Neus toe , met een fnee
door-fnijdende, ende alfoo van ftonden aan
van de AanmefcJqngen, 223
de andere zijde oock, foo dat de Neus van
de andere onder geleegen deelen gefchey-
den was, waar door ick ghenoeghfaam
ruyrate bequam. Het uytflekende Kaack-
been met mijn Sny-tancksken fdaar ex-
pres toe gemaackt zijnde) wech genomen ,
druckende met de Wangen de Lippen aan
mallcander, foo veel als 't mogelijck was.la-
tende het door die geene die het Hooft
hielt,fo als verplaatft zijnde , te famen hou-
den ; als dan voortgaande met de Lippen
rouw te maacken,door een ftevige en-fchar-
pe Schaar, inbrengende ftracks door de
bloedige Lippen de bovenfte Naait, foo
dicfi tonder de Neus als 't mogelijk was,en-
I de met de andere twee Naalden de Lippen
gelijck te famen hechtende. Dit ghedaan
zijnde, heb ick 't Bloedt uyt het Kindt fijn
pondt gedaan , ende met wat Wijn uytge-
Poelt, als oock een weynich te drincken
gegeven, ende fijn Adem wat laten halen;
j Vorders de héchten ter deegen aanghefet
ende omgeleyt, met de Zijde draden , die
aan de Naaide vaft waaren , ende met den
aifem-oly bevochtight. daar op leggen-
de een platte Wieck , ende het verbandt foo
om^ quot;««^^f-pl^afters , als fmalfe banden,
rjr^^Neus-gatenniet te belemmeren,ver-
eckcrt j gevende het Kint een Hart-ftcr-
kingh,
-ocr page 244-kingh, ende voedfaame fpljfe te gebruyc-
ken , oock mede een Syroop van Fiolen om
te lecken, om van ondere de Wonde te be-
ftrijcken. Den tweeden dach wierdt aan het
verbandt niet gedaan , maar den derden
dach is de middelde Naait geluckig uytge-
nomen. ende als voore verbonden. Den
vijfden dach is de onderfte Naait, ende
des anderen daags, zijnde het fefte etmaal,
de bovenfte mede uyt genomen , ende js
den thienden dach na de Operatie , vaO
banden en plaafters ontbloot zijnde, in
goeder gefontheyt vertrocken. De Moe-
der haar affcheyts woorden waaren ondet
alle: Ick was hy u als met een Monfter ghe'
komen, ende gaa nu , de Heer fy gelooft, ah
met een welgebaare Kindt na huys. tn vaat
wel.
Van een Hafemondt, in een jongh Kjquot;^^
geluckigh genefen.
ANno 1662. hebbe ick gefneden he-
Kint van Chrißofel Groenwegen,
lefer tot quot;Uytwijck^, in 't Landt ^^^
Altena, wiens wanfchapenheyt in^lles^^j^
voorige Kindt gelijck was, 't welck o^^
^ vande AanfnercUngen. 22^
de reden was, waarom hy by my quam; ter-'
wijl hy verftaan hadde, dat ick bet Kint uyt
den Hage hadde geholpen, ende als hy het
geflen hadde, vertoeiden hy niet om by
my over te komen : 'tKintout zijnde 14.
Weecken , maar ten konde cock nietfijy-
gen. De Operatie gefchieden in't bywefen
Van den Genees-heer TaulmBarhene, ende
Al. Rogier Rogierfe Beercfiaari. Als dan het
alder uytfteeckenfte gedeelte van 'c boven-
fte Kaack-been wech nemende, ende het
ondergelegen U^ang-vlees door t Mes ge-
fcheyden hebbende , om bequaam en rec-
«elijck gemaackt te mogen worden, ende
Jnet een Schaar voort de Lippen raauw ma-
kende, hebbe ick bet met drie lilvere Naal-
den gehecht : mede deuytftekende eynden.
Van de Naaldens af-niipende, door mijn
Sny.tangsken.Wech nefcende de middelfte
^aalt den derden dach, ende op de voori-
ge manier verbonden, als mede op den vijf-
den dach geluckig uy tnemende de twee an-
dere nagebleve Naalden,ende is alfoo door
Jes Heeren genade den vijfden dach ,zijn-
oe de ij ie. weeck des Lijders ouderdom,
^®Ikomen ende geluckigh genefen gewor-
: ende op den thiencfen dach, na de O-
gratie gefont en wel te pas zijnde, naar
^«ys vertrocken.
Pnbsp;AAN-
-ocr page 246-Van een gewonde
En fijne genefingh.
Door wiens toevallen een der naafte Leeden fijn
eantfihe gebeenten komt te mijjen, het Lidt echter
foo welonderjieunt :(ijnde, doormeede werking
van de Natuur, als te vooren.
Gefchreevenaan den wel-verfochten
Heel-meefter tot Tfoerden.
W Aarde Vriendt, Na mijnvertrec!«
van Woerden (doenmaals daar ge-
roepen zijnde . ora feeckere Vrou-
we in Barens-noodt van 't Kinde te ver-
loflen ) foo hebbe ick na veele ende ver-
fcheyde Heel-konftighe verfchillen me
U b. afghehandeh hebbende , gedacht aa
U E te fehl ij ven van yets aanmercken
waardigh , my onlanghs voorghevallenj
waar in de wonderüjcke verborgenthey ^
van de Natuur blijckt, die eenHeel-me
fter in defperate voorvallen, wee^^te^^j^
van de Janmerc}ingen^ ixf
fchafFen onbekende niet alleen: ja verbor-
gene Genees-middelen, te meer , als fy
door huipe van een geoefFentHeel-mee..
«er, de handt wert gebooden om haar fel-
Ve te können redden ; ende alfoo in u pra-
öijck veele raare, aanmerckenswaardighe
Voorvallen zijn ontmoet, foo hier te Lan-
de , als doen ghy de Konft waart oefFenen-
dein Brafil , als Opper heelmeeftervan'c
Gaft-huys, indien tijdt, als. men de fwaare
Oorloogen tegen de Portugeefen was voe-
dende , hebbe ick derhalven als plicht-
Jchuldigh niet können na4aaten U E.
defe weynighe regulen te laaten toe-ko-
inen,
Alfoo ick 1662. den 14. lulij, kreegh
een feeckere Vrouw, genaamt Lyfabeth a-
J'aans, woonende op't Bickers Eylandt,
dewelcke 't Huys feylende, in 't uytwrin-
gen der felver f een Naaide daar in v erbor-
gen zijnde ) in haar handt wrongh, door
^e welcke een Zenuw ofte Peefegequetft
Jierdt, waar op Koorts, groote Pijn, ont-
vSquot;gendefwelling des geheelen Hants
j^ojghde, welcke toe-vallen fy {foo door
^.y/yge kennifle, als aangeradeGenees-
j,^'aaelen van andere onwetenen) focht
Verbeeteren ; Maar alles te vergeefs
Vruchteloos afgeloopen zijnde, fo ben ik
P %nbsp;eyn-
eyndelljck daar by gheroepen ghewor-
den , zijnde den vierden dagh na dat
de toe-val'en waren óntftaan, die fy geUjck
als ick verhaalt hebbe,felfs door haare Ge-
nees-middelen hadde verfocht te genefen,
foo hebbe iele terftont door plaatfelijcke
uyt-wendighe Genees'raidde en de Hant
verbonden,niet alleen,maar oock verordi-
neert een goede diëte ofte maniere van
leven , als in Wonden van Senuachtighe
deelen nootfaackelijk is ende inwendige ,
foo Purgerende als andere middelen: doch
de Aderlating die hier wel plaatfe behoor-
de te nemen, fteldeickuyt, om datfe niet
vollijvigh, maarfchraal , ende mager van
Lichaam was, föo trachte ick voordtsd«
Pijn te ftillen, ende de ontfteekingh , aU
toevloeyingh te beletten, door hetver-
■wyenvande Wonde in de Hant: ende hie*^
door de quaatfte plaats van fijn fcherpetoC'
vloeyende vochtigheyt ( die gemeynlijc^
de wonde derZenuen ende Peefen kotnen
te volgen ) als oock door andere bequaatn^
Genees-middelen uyt'-toght te geven
verdrogen,ende te verbeeteren:want de ^^^
derquaatfte quetfinge, die eenPeefequot;
Zenuw kan over komen jis de minfte ^^
fing , welck is een fimpele FuattHra o
ling , WCICK IS een nmpeienbsp;. ^
ftsek van eenig fcherp Inftrument»o^ g ^
f
van de AanmercUngen. 229
offpelt, ofte vis-graat, ofte yets dicrghe-
lijcks, om lïjn nauwe ghevoelentheyts wil-
le, waar door van ftonden aan fwaare toe-
vallen veroorfaakt wierden^fo heeft lich eg-
ter door de by een vergaderde vochtigheyt,
een fweliing ontrent het middelfte lidt des
laafté vingers, (wiensPees ook gequatftwas^
Vertoont, 't Welck wy hebben getracht te
Verbeeteren , doch vruchteloos , derhal-
ve de natuer door Suppurantia te hulp ko-
mende,ende in tijts geopent zijnde; dit niet
tegen-ftaande, foo waren eenige foo door-
drongen , datfe t'eenemaal quaamen te
rotten, en af te fcheyden , nochtans fon-
der bedervinge des Beens: ende dit middel-
fte kootje is eyndelijk,dewijl 't van de ban-
den ontbloot was genoeghfaam van felfs
üyt gevallen, doch de Vingers na de gene-
fingh een ghenoeghfaamefteevigheyt be-
houdende, tot mijn groote verwondering;
^'ant de Vinger is hnar ganfch nier beletten-
de inbaar werck te doen , hoewel ick van
opinie vvas, dat men de twe.- bcovenfte
Leeden van de Vinger behoorde teexcir-
P^ren-om dat men de toevallen eerder fou-
^ekönnen verbeeteren , endeten anderen
^atfehaarna degeneefin^oock fouden in
ac wegh zijn, maar jck bevinde ter ron-
^ary , datfe haar niet alleen in 't minfte
P 3nbsp;hin-
hinderlijckis, want fe wordt door meede-
hulpe van de andere Vingeren al vry in, de
Hantgetrocken.Tenanderen,foo dient het
haar nu noch tot cieraat; waar in ik een y-
der die de Konft oeff'endc, infonderheydt
Nieuwelingen, hier mede wil waarfchou-
wen, in haar Pradijck forghvuldelij^ck te
letten op de krachtige meedewerckingen
van de Natuur , die wonderlijck is in haar
doen: wiens Dienaaren wy zijn, ende die
wy dagelijcks noch eerft heren kennen.
Want allTe maar door een medewerckingh
van een ervaaren Heel-meefter de handt
gebooden werdt , machfe met recht ghe-
feyt worden te zijn Motborum Mediatrix.
i
i 11
Ontf^anght dan defe weynighe,met foo
goeden hert, als ick U E. 't felvige uyt goe-
de toegenegentheyt hebbe toegefonden«
Ende vaar wel.
Met der haafl ,gefchreeven Hjt Amßerda»gt;'
den XI. O^obery x6 6z.
van de AanmercJ^ngen. . 231
Antwoort op de voorgaande
Verhaalende de Genefwgbvaneenlenge
Uyt wiens Dye-been een wonder groot
ftuck Been van 'i Oj temoris gefepareeri is,
fonder nochtans de langhte te verkor- 0
ten, ofte de Adie in 't gaan
te verhinderen.
Gefchreven aan den feer Experten
HENDRICK van ROONHÜYSE,
Heel-meefter ordinaris der Stadt
Amsterdam.
W Aarde Vriendt: Mijn veelvoudige
befichcden,hoop ick,fullen my eens-
deels by u verontfchuldighen, van
naalaatigheyt;in't Antwoorden op U E. be-
leefde Brief aan my gefchreven; van feer
fwaare Toevallen,gevolghtop het fteecken,
^aa eennaald in een zenuw vande Hand:
p 4nbsp;door
door wekkers toevloeyingen van Humeu-
ren , en fweringhen daar op volgende, de
Banden of Ligamenten in de laatfte vinger
des Hands, (tuifchen het uyterfte en ach-
terfte Kootje , foo quamen te verrotten :
datter demiddelfte Koot onbefchadight J
uytviel: 't welck wc vnigh gebeurt; en dat
vreemt is, dat door de natuur de Senuwen
cn Pefen de voorfte koot ( op fulcken be-
hoorlijcken kortheydt) tegen de achterfte
hebben getrocken, dat fy als vooren haar
Huys-werck doen kan. Wy hebben hier
% in de ftadt oock een Vrouw, wiens middel-
fte kootje in de middelfte Vingher inhaar
Jonckheydt ( tuffchen een deur) foo aan
ftucken isgekiemt: en naar dat al de ftuc-
ken door laiickheydtvantijdtuyt-gekoo-
nisn waaren , is oock de voorfte kQOt(door
het inkrimpen van Senuwen en Pefen ) foO
bequamelijck tegen de achterfte getrocken
en gehee't; dat fy daar mede al vele laareH
haar werck heeft konnendoen: maarceo
faack my onlanghs voorgevallen en ka»
ick niet naar laaten UB. medete deelen ,
die,naar mijn oordeel,r.och wonderlijker
Herisgefchiet,i\nnoi652. indema»quot;
van lulij , dat ick ontboden wierdt «
Huyfe van den Eerfaamen Lamèert
van ZejJl, een Korenkoper^ora
van de Aamwl^ngen, 235
binden fijne Dochter, G^jfeltje Lamberts, out
achtien laarcn : zijnde ahijt geweeft van
een feer gefonde Complexie, gelijck fy ,
Godt danck, nu weder is: By haar koomen-
de, vondt haar op 't bedde leggen, zijnde
^laar lincker Been, van haar heup tot aan
haar voet foo gefwollen, dat haar Dy e foo
dick was als haar middel, en dat foo ghe-
lijck naa proportie : dat men in eenighe
weeken niet fien konde waar het overvloe-
digh Humeur abondeerde, en was foo na-
tuurlijckvancoleur, als het andere Been j
ï^u volgens de order van onfe pracktijck,
foo komt men het fwackfte eerft te hulp, al-
»0 wel, als men het tegennatuurlijke tegen-
ftaat. Haar Been dan zijnde meerder be-
fwaerdt met de Odemateufe ofte waterach-
tighe vochtigheden als met uyterlijke pijn:
joo hebbe ten eerften getracht, het Lic-
haam , foo bequamelijck als ick konde, van
joodanighe vochtigheden te ontlaften; op
floop,dat het Been dan oock ontlaft fou-
ae werden, als ghefchiede : Want het
gbeheele Been wierde oock deur-gaans
Veeldunder , uyt-ghefondert ontrent de
■ quot;iCj en een hant breet daar boven, doch
jheeft buytens Beens 5 ick nu dit fiende,
eiden doen voorfeeker vaft, dat daar de
■ moeft fitten waar uyt al het voor-
in y gaande
gaande van daan gekoomen was: foo tracfa»
te ick ten eerften door de bequaamfte Rc'
folverende Genees-middelen de partyen nyt-
•wendigh te ontlaften : Alfoo de repel-
lerende hier gheen plaats hadden. Hief
door wierdt niet alleenigh de Knie
dunder , maar de Ligamenten en voorts
de beweghende partyen foo bequame-
lijck op-gedrooght cn verftcrckt, dat fy
op de tiende weecfc weder konde gaanjfom-
tijts fonder Stock : foo dat fy groote hoop
hadde van haaft genefen te fullen zijn^maef
van die tijdt af begon ick een kleyn vlack-
je te fien , hem in 't eerft vertoonende ofl-'
trent de grootte van een boon, en van co-
Vmccu leurals denbsp;in't eerfte zijn-
Op de dartiende week brack dit deur, doch
daar quam niet als een waeterachtige mate
ryeuyt: de openingh was 3, vingeren brect
boven het Lit van de knie , aan de buyteO'
fte zijde wat naar beneden , tuflchen det^
twee Hoofdigen fcheen-buygher , en de«^
vierden Been-buygendenfpier: maar ofl»'
trent defe plaats kan ickfe naauwelijx voO
fpieren volkoomelijck rekenen , alfoquot;!
meer naar Senuwen ofte Tendonenlijkei'jJ
het welcke my verhinderde de openmê^
grooter te maacken : oock konde ick in
geenderhande moeyte in't eerfte niet
vm de Aanmrcl^ngen. a^y
pro vet, tot by het gebeente komen j doch
iny wiert haaft de wegh ghewefen, door
hetuyt-komen van een ftuckjenafgefchei-
denBeen, 't welck mydoen de hope (van
Wtte genefen) t'eeneraaal benam, lek
ae Ouders defe fwarigheydt, neffens oock
de vrienden voorftellende, hebbenfe ter-
ftondt daer by ontboden eenige van de ge-
leertfte Genees-heeren,uyt aide vermaar-
fte Steden hier ontrent: met de weicke ick
diverfche rylên raat-gepleeght hebbe, ende
quamen meeft alle, volgens de order van de
meefte, en geleertfte: als oock oudfte fchrij-
Vers, over een: namentlijck datter geen
noop was om 't accident volkomen te gene-
len » ten waare men die foo verre of langh
als noodig was, op fnede,tot op 't Been toe,
om de bedorvene plaatfen met gloeyende
«auterien dan wel te branden, tot opdroo-
ginghe van de bevervende vochtigheydt.
J^ck bekende wel dat dit een feergoedt mid-
del was om't gebeente voor verder in ee-»
Jinge tebevryden,maar alfoo de Dochter
jeer wel gevleyfd, en redelijck vet was, foo
®ude de openingh wel naar giffinghedrie
Vingerbreet diep hebben moeten weefen, al
®ennen 'tBeen quamte raaken;dien-voI-
moeyelijck om te cauteriferen,cn pe-
«ciilcus om te fnijden, men dc opening
yoigh-
-ocr page 256-Tweede Deel
volghdcn. Want dan kondemen de voor-
noemde partyen niet ongequeft verby fnij-
den ; en al fetmen een gloeyende Cmterit
noch foo voorfichtigh, foo daar fulcke be-
weghende deelen als Peefen enSenuwen
omtrent zijn, al werdenfe niet felfs ghe-
raackt , nochtans foo vverden die door
fulck een naa-by komende , en oock on-
natunrlijcke hitte, fooopgedrooghten in-
ghetrocken. datle al veel van haar voor-
gaande raddigheyt verliefen: oock voeg-
de icker by; Als men nu al aan de buytenfte
zijde gedaan hadde vvat men konde, foo
was men niet feecker dat deS chinckel bin-
nens Beens oock niet bedorven was, al
waar het fnijden noch min veyligh vva«
als aan de buyten zijde; overmits de groo-
te Aderen en Hart-aderen. Ick defe voor-
flagh gedaan hebbende,vviertfe feer vriefl^
delijck aangenomen van den Hoogh-gh«^
!nbsp;leerden HeerDiemer-broeck^y
■nbsp;fe/for Medicim , tot Vytrecht oock W
bleeck het.,niet langhe hier naar, ofm?
iinbsp;fach vvel dat defe voor-gaande forge m
inbsp;onnoodigh geweeft was; Want aan ^^
ïnbsp;binnenfte zijde brack oock een gat; W^ ^
uyt terftont ook bedorven gebeente
foo dat wy blyde waaren dat het v»^.^^
gaande voor-nemen op het onfeker?^
-ocr page 257-vm äe AanmmUngen, 2 37
in 't werk geftelt en vvas, en wierde oock
door ordre van den voor-noemde Heer,
geheel naargelaaten j haar voorfchrijvende
een goede man ier van leven: en my voorts
hevelende het uytwendige te beforgen, ge-
lijck ick in alles omtrent een laar dede: in
Welcke tijdt al veele ftuckskens Been uyt
quamen j maar konde haar evenwel in die
lijdt niet genefen, alhoewel ick'er veelder-
hande middelen toe aanwende. De Ouders
en Vrienden feer trachtende haar tot haare
Voorige gefontheydt te helpen, hebben
gerefolveert om andere Doétoren of Chi-
rurgijns te befoecken; Zijn met contente-
ttient van my gefcheyden, op hoope van
ergens ycmandc te vinden die haer Dochter
genefen konde, fonder fnijden ofte bran-
den , en hebben oock meeft alle de Steden,
liet alleen in ons Landt, hier omtrent be-
focht, maar oock eenige plaatfen in Bra-
bant , doch alles vruchteloos: in welcke
tijdt omtrent 9. Jaaren verliepen, en noch
Wel dertigh ftuckskens Been uyt quaamen.
«n alfoo in fulcke faacken , foo wel onwe-
tende als geleerde Luyden raat gaven, foo
hebbenfe : hoewel fy doen mijn Patient
•liet was j my fomtijdts ontboden om mijn
gevoelen te weten, oft de raat haar gege-
ven, oock goedt was, en oock het Acci-
dent
dcnt eens te vlfiteren: en beloofden my al-
tijdt,dat, foo daar nootfaacklijck aan moeft
gefneden oft gebrandt worden, foo foude
het door niemantgedaen vverden als door
my, ghelijck oock in het tiende jaar ge-
fchiede, het welcke ick, om UE. Patiën-
tie niet veel te vergen, foo kort verhaalen
fal als ick kan. Om U E. dan te betooneo
(waarde vrindt) hoe wonderlijck en oock
voordeelich de natuer haar in dit defperate
accident geholpen heeft, fooift datalsicK
in de laatfte z jaaren fomtijts met mijn Pro-
vet oft Tenty fer eens voelden, bevont icK
my ten eerften op 't been te weefen,daat icK
in-t eerfte wel drie Vingeren breet diep ta-
ften eer ick 'tghebeente voelden; In het
laatfte jaar quam het foo dicht naar buyteo,
datter maar de huydt voor was, en fomtijt
gebruyckten ick eenige dingen om de ope^
ning wyderte maken, foo dat ick daar vef'
fcheyde Tangen in bracht, waar mede if*
het Been wel vatten; doch konde het ni
meer beweege dan of het't geheele Been g
weeft hadde, foo vaft fat het geknepen
fchen den van binnengroeyenden Callf^;
debuytenleggende Peefen, en Huyt, di
na buyten drongh, dat fy haar Been iquot; ^
maandê niet hadde können buy gen.io quot;
het alles gefpannen. Sy hier eyndehjcKJ
dtietig in werdendc^om altijt met eenrcchc
üytgeftrekt been te moeten fitten cn flapen,
en dat met groote pijn/o datfe fomtijts heel
öiet gaan konde; foo heeftfe met Raadt vaft
naar Ouders en Vrienden my daar by ont-
boden , en hebben my daar weder Meefter
Van gemaackt, gelijck ick neghen jaaren
te vooren was geweeft: fy felfs was heel cou-
ïagieus belovende geduldig te zijnjcnde al-
les naar te fullen komen, 't geen hier in be-
I «Voorde gedaan te werden.Soo hebbe ick ten
Jerften de opening door opfwellende mid-
delen foo verwydt , dat ick in weynigh
5^agen befcheyt konde voelen hoe hetFrag-
^entlagh: maar niet hoe groot dat het
Jfas, ofte de openingh moeft nootfaacke-
quot;jck grooter gefneden werden,het welck fy
^«er gewilligh toe liet, dewijl ick haar ver-
«kerde, dat het fonder perijckel konde
geichieden. Dit na behooren gedaanzijn-
e, hadde doen geen Tent-ijftr meer van
' ici ' ™aar konde met mijn vingeren ^/^rfr
. ^yot^quot;nbsp;mede begaafd ben,
j eei beter befcheydt voelen. Want daar
een vele andere wel dachten dat het
groote fchilfer foude wefen op quot;t voelen
Jefk^nbsp;: maar wie foude gedacht
f^..®quot;» datter een ront ftuck uyt de heele
•^'^ckcl foude komen, ghelijck ick met
mijn
-ocr page 260-Tmede Deel
miia Vinger bevonde, als ick daar mede in
een ronde holligheydt voelde, daar wel eer
het Murch in geweeft was. Hier bracht ick
den eenen beek van een feer ftercke Koren-
tange in, foo diep als ick konde; den an-
deren daar buyten over en wel yaft gene-
penhebbende, probeerde ickof t omdra-
yen konde , 't welck gefchiede; doen badc
ick haar een kleynen tijdt kloeckmoedigh
te ziin, haar beloovende het ftuck Been
terftont in haar handt te geven , gelijck t
oock datelijck (Godt danck j met wey
nieh bloet-ftortinghe daar uyt quam, lOquot;
groot van dickte, en lenghte als ghy uy^
defe mede gaande Figuer kont fien : die icK
door het meeten van een Paffer heb latej
afmeten ende afteyckenen, na fijn eyghe
grootte,rondte, holligheyten l^ng« ' ^
Soek deuytgegeteneplaat en van tbedur^
ven Been, ^houdende altijdt in bewa^
ringh het ghefcheyde ftuck been voor
Lief-hebbers van de Konft, die het geH®
ven te fien.nbsp;. i ^
Nu, al hoe wel het bloeden nietveei^^
was, nochtans verhinderde het
naar yets anders te voelen, daarom
de ick de heele Wonde ofte holhghey^
vol metPluxel, als't mogelijck
geen ruymte te verlielen,tegen t aam ^^
-ocr page 261-von de Aanmerel^ingert. 341
-ocr page 262-de Verbandt. Des anderdaaghs het Ver-
bandt weder los gemaackt , en alles uytge-
haelt hebbende, voelden weder met mijn
Vingeren, hoe het daar binnen geftelt was:
doen vondt ick noch twee kleyne ftucks-
kens Been die daaghste vooren van t groo-
te ftuck afgebroken waren, het welck men
perteckt konde fie;i, als men die weder aen
haar voorgaande plaats voeghden, en het
was oock het laetfte gebeente datter uytge-
kofhenis. Yemant foude mogen feggen
dit Fra rment of ftuck,datter uytgekomen is,
dat heeft op yder eyndt fulcke punten of
tacken: Ergo,foo moften beyde de andere
eynden van hetDye-been, daar dit ftuck
tuflchen uyt gekoomen is, oock haer pun-
ten en uytfteeckfels hebben: waarom dat
men dan d:e oock niet konde voelen, als'ef
fulcke ruymte was. Maar dat konde hier
niet wefen,want had men doen bey de eyn-
den noch können voelen , foo foudenfc
noch foo wijdt van malkanderen gheweeit
hebben als het Fragment langh was: opcK
liet men in meeft alle de frafturen die in_
Os Femoris gefchieden, dat deDyedaariP
buycht; hoe veel te meer hier, als daernocH
fulcken diftantie tulTchenbeyden waar ge-
weeft , maer die was naer mijn gevoelen a
over eenige jaaren meteen beter fubftaquot;
van de Aanmerc\ingen. 2 4 j
Volgroeyt. Ick heb oock wel 25'. mael om
mijn eygen geruftheyt naar eenigh bloot-
leggende gebeente gevoelt, maar bevonde
het alles binnen foo netbekleer, als oPer
geen been uj tgekoomen was en met lulc-
ken Weer of Cal/usdoor de Natuer {00 per-
feckt in lenghte en dickte beyde eynden
aen malkander gevoeght , dat men met
al het konftighfte fpa eken geen Fraüuer
beter by malkander foude konnen houden,
fchoon men de Patiënt van 't begin aan tot
het eynde toe, van de Cuer geduerigh in't
Bedde gehoudenhadde. Soo mach ick dan
Wel feggen, ó wonderlijck werck van de
Natuer ! Want fy heeft hier foo wel de t'fi-
menvoegingeals de fcheydinghe, gaande
en ftaande uytgewerckt j Want de meefte
tijd geduerende haar A ccident heeftfe wey-
nigh gelegen, ten waareals'er een beentje
los quam , dat haar dan in 'tgaan te veel
prickelde; ja heeft oock gegaan tot op dien
dagh doen ick'er het ftuck Been uythaalen
foude,en quam gaan u) t haar flaap-kamer in
de kamer daar wy waaren ^ om datter beter
Licht was-.maar als ick het ftuk beens uytge-
naalt hadde, bleef fy daarop bequame Kuf^
l^is fitten, en gingh des avonts weder van
quot;aarftoel, naar haar bedde , fonder ee-
^igerhande fpaickendaaromtezijn. Wat
Q 2nbsp;voorts
voorts om haaquot; te genezen van noode was,
(kl ick om kort te maicken voorbygaan j
alleen is overig,haar tegen voordige difpo-r
fitie te verhaalen.die (God lof) weder fo wel
is datle haar Been kan in-haalenen uytfte-
ken: en gaat daar op als op het ander , al
waar't 2. a j. uren aan malkanderen. Want
haar beenen zijn foo gelijck van langte cn
dickte, datfenaut'onderfcheydenzijn.
Voor defe rijdt af-breekendeom datmy
oock tijdt ontbreecktjmaar hoope U E. in
toekomende contentement teghevenmet
noch yets [onderlings, noch onderhanden-
hebbende ; weicke hoope dat de goede
Godt oock een goede uytkomfte geven fal.
En ons alle wat ons falighft is.
Blijve U E. dienft bereyde vriendt:
Hub er tus K o'''
XJyt Woerden den 18 Oftober. i ö 5 i.
blad
-ocr page 265-fpifiêladelljdrérf^yrt. JU
VfeheHri'gb van^t harde Har-
fenvlies (mcopenen der
Hoofden) vertPerpelijck-
^f'tjyftting met Inci, in'tJh^.
der der Hafemondtn en-
notdigh.nbsp;214
D 4armoeder wat daar ly ver^
quot; -----------
116
122
122
122
122
xzi
ftaan werdt.
^'ftootentbeydt.
^quot;noedasbaU.
^eßatenheydt.
^orfaack^n.
toevallen.
j ^erwijdingh.nbsp;12?
^^'quot;'rmoeder treckt ßch famen
quot;far een ontfangen won-
de.nbsp;yj
^oofgomteheghten. 68
Datfe fonder ghevaar van
Vrught. Moeder, en on.
vrughtbaarbejdt gefchie-
den k/m.nbsp;lt;J
Dat Wonden en Contußen
nut breucken en ßheuren
dei Beck,neels,doorMedi-
Mmenten genefen kromten
watden.nbsp;^^^
CAateriferenineen Caiies
tegen^proocken.
Hgden waarom. 20^
Cerotum excumino. J98
Clyfteer voor een Vrougt in
baarens noodt. kJ
Conditiën die in een Meenet
vereyfcht worden, om een
Hifemond tefni/den.zo'j
Dickte der Baarmoeder, i»
een bevruchte vrou»
Dooling van |ac.Güü'lemeau
tn 't fnyden der Hafemon.
den.nbsp;219
Doode Vrucht ontrent de Navel
uytgefneden.nbsp;^^
Van de voornaamfte werckingen hier in begrepen.
A.nbsp;Bclaccbelyli verhaal van't uyt-
I Antnaanit^vtnetn fff^i^en der Lijfmoeder.
I ftr/mgreVrou», Be^fis.datter veel vande Ksy-
l om aa» haar de fil^iH^ fi'ee :(ijn genefen.d.
' Kvfirlficke Snee
in't werck, te ftellen. ilt;;
^•nmerkinjth over 't gebruyci
en mnbruyek, van de
■-quot;^•S^mice^vten.bH uytfeineden.nbsp;^^
82 uytgefteooren.nbsp;^■(J
91 Dwabngh der Vm-vïouwen ^
Mn-
«etDijs,
B X A D T » W
Mrigaitnie de» negenflen
dicbm de verloting. 87
F.
■p» Iguer, va» ds af^eteyk.ende
Jr flaets der t^eyfersfnee.6';
Van de^oudende deelen des
Bujcks.nbsp;49
fondament geflooten in eenjong
Kint.nbsp;1^0
Mamer van openen en fijn
genefing.
Tondament in een jongh Kint
vruchteloos geoopent. 152
G.
GEreetfchap in'tfitijden der
Hafemonden noodig, Z24
Gevoelen van Rouffetus»«'t
vtrkiefeiides tijdts tot de
Keyjèrlycke S»ee, 30.
rlt;Ji!RodricusaCaftro.59
gevoelen der Autheuren, raac-
iende de tijt der fatfiene-
ring van de Vrucht. 211
Gevoelen van Parxus, over de
Keyferlyckg Snee lt;;7
Van Cornel. Celfus, aan
ivelcke :{\jde fe gefchieden
:' moet.
Van't gebruyck-
Gevoelen van Varand^'us,
aangaande 't leven der
Vrucht in t Lichaam, na
de Moeders doodt. 3 9
Gevoelen vaa M'. Luc, raac-
de dc vereening van 't har'
de Herfen-vlies. 164
Gevoelen des fimheurs van 't
y s E R.
vlies Hymen.
H.
HArde Herfen, vlies over al
aandePanvaß. I9?
Ha^emondt, wat het is.
Teeckenen.
Oorfaacken.
Voorfeggingh.nbsp;21*
Manier van fnyen. 214.2^^
Genefing.
Hafemondgefnedenin een 10»$'
man van a8 Iaaren.%^'^
Hafemondt in een Kjnt va» 9'
Maande» gefneden,en l''
luckigh genefen. 22»
Hafeniond in een Kj«t, oUd 14'
Weecken, geluckigh gefquot;''
den en genefen.
Heelmeeßers teghenwoord4'^
heydt motfaechlyquot;^
trent een fwaare vcf
lojfigh.nbsp;. L
Hiflorie van een VrouW d*^
doode Vrucht droeghgt; .
echter beviucht wiett- J
Hos Santius ter l^erelt is L
komen.nbsp;'
I. .
J^fpuy/wz ,omeenverrs!tgt;^i^r
1 Lijfmoeders SchtUe
ren.nbsp;' r^uiC^l
Inflrument, Griffioen «»i«quot;quot;^ s
Infiritment dccuflbiium f'}quot; ,g»
Hafimnäcr. mdtenjHquot;-
B
L
K.
tr
I 1\nbsp;fite voor fommigheght-
fP^itfei,.
•Aan mefegefchirden moet. 16
ÜootfaackltjLkhejdt.nbsp;27
Gebruyck. •nbsp;27
Seven maal aan een Vrotae tn't
Tcverr\ gejhlt.nbsp;j ^
'^'quot;atje waarfe gefchieden moet. 6 s
■manier vin heghitn.nbsp;67
Ij ^tijnfche Hijiotie vm Rau-
i
^quot;vament om demande des ^Buyck
af te wajjen.
^'if-moeders fchemfel.
«I
95
9S
los
los
107
los
j^Jferdeelingh.
■'if-moeders Scheede.
^'flootenheydi.
^'tfaacken.
h '
'ifnoeders Scheede gejlooten doorde
jjo
^quot;•otders fcheede niet volkomen g,-
'quot;Ié doogt;'t quetfen ven een vrugt.
nier om de Hoofden der doode
fy^ te Of enen.nbsp;„8
van-t legden der Hethten in
kaJ^quot; ^'ff^oidt.nbsp;itf
om de Keyferlijcke fnee in
Ma,Zquot;K'^fieUen. ^ 62
'' Van leven in de H'mden du
6$
, l'quot; de ulceratie der hrgli veer
0%nbsp;ein Hifimond. iig
^tnefmgh. N.nbsp;IzS
.Agehoorten aan denEyndeldarm
vajige^roeyt.nbsp;19
Hoodige vpaarfhouveingh ontrent het
fmjden der Hafemonden. 219
Huthaarheyt van 't hard' Herfen-
vlies. O.nbsp;170
Q Otfiken van een tiafemond.zoi
^ Oorfaacken vaneennytfinch^ngt
der Scheede.nbsp;80
Ongehoorfaamheyt des Pattents, ver-
oorfaackt navc een.nbsp;116.
Opinionin lafeöion Ccfaiienne
delaq. Guill. 57
P.
quot;P Eflaria ia Lijfmoeders monden
niet dienjiigh.nbsp;68
Plaafier, tot de gebreecken der Lijf-
moeder.nbsp;95
Tlaajier,tiit fletteringi des haofs.i sj
Q-
aVetfn^e aan't Hooft in jonge kin-
. deren geluckig geneefen. ipy
guttfingh aan 't Hooft in een he]aard
T erf ton geluckig genefen. 199
^letfingh fterfaiaar door een Stier
veroorfaackt. R. 29
J^ ^dni waarom de Moeder geftor-
ven z.ijnde , 't k,i!it niet langh
kan leven. S. - 31
C E(flio Cïfarea.TOoijjj tenofpcht
van de Vrucht.nbsp;24
Noodig ten officht van de moeder. 3 j
Om wat reden de felve ftmtijdtt
moet nagelaten voorden. 70
Separatie van Dyebeen feer groot.Ito
Steenachtigheyt aan de krop van de
quot;^Uas vaft gegroeyt. 144
Stoovir.gh voor een uytgefackte Lijf-
moeder.nbsp;T.
'T^ Egenjlrydigh gevoelen der Au-
theuren , over 't nytfnckm
derV-aar-moeder.nbsp;g^
Tijdt, wanneer 't eerfte verbandt tan-
gefneede Hafeminden gefchieden
moet. 2,-
Tijditfanneer dt Kinderen be^aa^
zijn
ADT-WYSER.
« L A D T .
X,IJrtcm gefntdeuteteordcntiii
V.
^ Erhaulvati een Vrouw , die Jotr
• fckrikicvpafchrffelliaarde.xol
Vta een f «kb» du dun inbeelding een
Kinfcheffel voottbraght, 208
Virhjpn^h eenes Vrttghts door de hoo-
renenvm ten Stier.nbsp;iS
yerfchil der .Autheurtn , rndebmtia-
wWfj tn vtrdeelingh der Lijf-
moe^.
Verjierviitgh en uytfinckingh der
Lijf-meederi Scheede, 73
Haarfimefmgh.nbsp;52
Exihpatie.
feorjlel des Autheufs , in 'teopenen
der 'Baar- moeders hals, 11;
7r(quot;mlijch^ejdagt;athetis. jj
Htitr geikmenhejd,nbsp;100
Teeckmen.nbsp;lol
Ver^motchfaamhep van een Moeder,
nt't Jhijdeaen ghenefenhatrts
Kint'.nbsp;114
Vntcht vmfrfiac\t He doodt aan de
Moeder tnfi^ felf,nbsp;»j
quot;Vrr AarfchoitwirgdetVroevrouwm
m't befichtigen der ontfaage-
ne Vruchten.nbsp;jci
iei^lootenheji. j | |
Veibetciing | |
tMt. |
Kegel. |
4- |
1Sgt;- |
lo. |
«. |
»04. |
a9. |
ao?. |
aj» |
lilt |
lo. |
a«. |
IS. |
as. |
n. |
41. | |
«a. |
Ilt. |
67- |
20. |
W T 5 E R.
Wmy de nanm tan Cf fat fijn o'f'
ffroni\ heeft,nbsp;**
Wthy de Keyferlijcke Snee verfi*^
moet worden.nbsp;S
Wat door dt verborgen torfMck. iquot;
Hafemonien verjituti teort f ®
tTat ontrent des felfs ghenefingh mquot;'
aangemerckt wtrdtn.
Wat voor't vaji maackftt der htci'^
gefchieden moet.
{Tater-blaas gebarjim.
' Hiar plaats.
Wefen , en verittütfk,
Tteckpien.
Oorfaacken.
Voorfeggingh.
gtnefingh.nbsp;- ,
Welckjtgemeenedtxtlen desl»)''^
Wet der Rechtgeleerde ontrent het'
graven der fvcangete Vrmf*'^
Wiemen gelooft dat aldmeerft dJquot;
Keyferlijcke Snee vethp is- *
Wenden in't Steen-fnitJen te ki'J'quot;g
voordeeliger, dan tt zroat. '
mnde der Kaftrlijcks Snee nif
Wonde der Baar-moeder
ten Himid.
Wonden halfemt
nr EnHTv gevondt.
Hmti toevallen.
Staat.
Lib.
poerineam
quot
curium
plan
Csfaria
foretitus
cxpitiir
coopyv®
Chyruiiat
Leejt.
perinauo»
erum'abian.
plafinavif
C«farea
fortitus
cxperiti
copayf
Chirurgi«
JJ«
13«
,4»
14»
r*
lefct gelieven felf tc veibetetcn.