XJe genade des Heeren Jezus Christus, en de liefde Gods, en de gemeenschap des Heiligennbsp;Geestes zij met u allen !
Paulus. (a Cor. XIII: i3.)
-ocr page 3-Er zijn drie vragen, aan welker beantwoording den mensch ten hoogste gelegen is;
I. Hoe denkt God aan mij 7
II. Wat zal er van mq, schuldigen zondaar,nbsp;worden ?
III. Hoe worde ik wqzer en beter?
De drie groote Christen-feesten, te weten: Kersmis, Paschen en Pinkster, geven op dezenbsp;allergewigtigste vragen, het meest voldoende antwoord; terwijl zq tevens de leer van Yader, Zoonnbsp;en Heiligen Geest veilig voor ons bewaren.
I. Hoe denkt God aan mq ? Moet ik Voor Hent vreezen; of mag ik op Hem hopen ?
Op deze eerste vraag antwoordt ons het kersfeest, het feest van de liefde des Yaders : ,, God,
-ocr page 4-de hooge God, denkt met oneindige ontferming aan ons. Want ,, alzoo lief heeft God denbsp;wereld gehad,” (dus ook. mij, alzoo ik eennbsp;wereldbewoner ben,) ,, dat Hij zijnen eenigge-borenen Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk ,nbsp;die in Hem gelooft, niet verderve , maar het eeuwige leven hebbe. ” ” (Joh. III: i6.)
Doch, het zij zoo. God denke in ontfermende liefde aan mg. Wat baat mg deze verzekering ?nbsp;Ik ben en blijf toch zondaar. Mijne overtredingen zgn ontelbaar, en mgne schuld vóór Godnbsp;wordt dagelgks grooter.
II. Wat zal er dan van mij worden I Waar blijve ik met al mgne zonde en schuld ?
Deze tweede vraag beantwoordt het PAASCll-peest, het feest van de genade des Zoons. Het is ten naauwste vereenigd met het feest van Goeden vrijdag , den gedenkdag van het stervennbsp;en van de begrafenis des Verlossers. Het Paasch-feest wijst ons daarop terug en leidt ons naar Golgotha. Het doet ons dóór op den gekruisigdennbsp;zien en doet, het door alle eeuwen henen geldende woord;, ons hooren : ,, het is volhragt! ”nbsp;(Joh. XIX: 3o,) Het brengt ons naar het graf;nbsp;maar aan den derden ¦ dag, bij het ledige graf.
-ocr page 5-Wg vinden daar het voldoende en onwederlegbare bewqs van het welgevallen des Vaders in hetnbsp;werk van zijnen Zoon» ï}Aé.c wordt ons j met denbsp;stem der Almagt, toegeroepen : ,, Hg werd overgeleverd om onze zonden, en opgewekt om onzenbsp;regtvaardigmaking ! (Rom. IV : 26.) Heil onzer dan ! Het Lam Gods, dat de zonde der wereld wegdroeg, deed de zonde te niet, nam schuldnbsp;en verdoemenis weg, verloste ons van den vloeknbsp;der wet, en gaf ons op nieuw het regt ten eeuwigen leven 1 (Joh# Ii 29* Rom. VIII1 r—3,nbsp;Gal. III: i3.)
Groote dankstofie voorwaar! Wg mogen nu getroost en gerust zgn wegens het vcrledene ; ge-moedigd en gesterkt onder het tegenwoordige; en kunnen met een vrolgk uitzigt, in zalige hope , de toekomst tegengaan.
Maar welk gebruik maken wi) van deze Goddelijke waarheid ? Gelooven wq wel aan de liefde des Vaders? Nemen wq de genade des Zoonsnbsp;voor onszelven waarl'qk aan ? Stellen wi) den reg-ten prijs op de daaraan verbondene onschatbarenbsp;voorregten ? Zqn wq waarlqk dankbare, innignbsp;dankbare raenschen ? Kunnen wg het wezen ?nbsp;Wie zal dit met ja! beantwoorden?
maar verderft ons ook geheel; zoodat wij ganseh onrein en magteloos, ten kwade geneigd en vannbsp;het ware goede afkeerig zgn. De zonde maaktnbsp;ons blind en gevoelloos tevens. Zij is de eigenlijke pest onzer menschelijke natuur. Van daarnbsp;dat wij, jaren achtereen, de onbegrensde liefdenbsp;des Vaders en des Zoons hooren verkondigen ennbsp;aanprijzen, zonder daarbij iets te gevoelen. Vannbsp;daar , dat wg koel en onverschillig blgven voortleven , en dat niets in ons binnenste zich beweegt voor God en Jezus Christus.
III. Hoe en door wat middel worden wg dan wijzer en beter ?
Deze derde vraag wordt beantwoord op het piNKSTeufeest , het feest van de gemeenschapnbsp;des Heiligen Geestes. Hebben wij ons, kort tenbsp;voren, op den heMeivaaktsbag- , verheugd innbsp;de verhooging van onzen Heer en Zaligmaker; nunbsp;vieren wg de bigde gedachtenis van de zoo merkwaardige , milde uitstorting des H. Geestes, waarvan Hg de belofte ontvangen had van den Vader,nbsp;(Hand. II: 33.) en welke onder hoorbare ennbsp;zigtbarë teekenen plaats had. Het is deze gebeurtenis, die ons ten onderpand verstrekt, dat denbsp;belofte des Geestes ook ons aangaat; dat Hg ook
-ocr page 7-ODS gegeven is van den Vader. (Joh. XV: 26.) Deze Geest, de getrouwe plaaisvervauger van onzen Heer, maakt dooden levend, maakt onreinennbsp;rein, verlicht onze duistere harten, geeft onsnbsp;dwazen de ware wgsheid, neemt het steeuen hartnbsp;uit ons weg en geeft ons een vleeschen hart,nbsp;verleent kracht aan zwakken, moed aan moede-loozen, vertroost de treurigen, doet ons metnbsp;opene oogen en gevoelige harten de liefde vannbsp;God in Jezus Christus inzien, leert ons die metnbsp;een ootmoedig geloof aannemen, vormt ons totnbsp;dankbare en gelukkige raenschen, ja verheft ennbsp;veredelt geheel onze natuur.
ó Hoogst aangenaam en belangwekkend licht, waarin wg gt; van dit standpunt, onze Christenfeesten beschouwen! Zg voorzien in de gewig-tigste belangen der menschheid! Zg wgzen hetnbsp;naauwe verband aan tusschen de liefde des. Vaders, de genade des Zoons en de gemeenschapnbsp;des Heiligen Geestes; en zg bewaren ons eenenbsp;voor ons onontbeerigke leere , de leer der aanbiddelijke Goddelgke Drieëenheid 1
Laten zg voor ons dan ook steeds bigde en vrolgke Feesten zgn!
-ocr page 8-1. lievensgeschiedenis van Peter Isohbeck , tweede druk,
naar het Hoogduilsch , nbsp;nbsp;nbsp;i5 Ct»
Ss De Welbestede Stuiver, of de Bijbels der arme Negers ,
tweede druk; naar het Engelsck. nbsp;nbsp;nbsp;ionbsp;nbsp;nbsp;nbsp;)gt;
3. nbsp;nbsp;nbsp;De Wever uit Welsh, tweede druk; naar het Engelsch. 07^nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;)gt;
4. nbsp;nbsp;nbsp;De kleine bewoner van het Auvergnésche gebergte ; naar
het Engelsch* nbsp;nbsp;nbsp;10nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;»
5. nbsp;nbsp;nbsp;Arme Sara; of de Indiaansche Vrouw, tweede druk,
naar het Engelsch. nbsp;nbsp;nbsp;^nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;07^ u
6. nbsp;nbsp;nbsp;De JongeHuLbewoonster, derde druk; naar het Engelsch. t34 »
7. nbsp;nbsp;nbsp;Buitengewone Opwekking onder de kinderen in Elber-
feld, tweede druk. nbsp;nbsp;nbsp;o5nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;u
8. nbsp;nbsp;nbsp;De lersche Boer, naar het Engelsch.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;10nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;)gt;
g. Elizabeth Cunningham ; eeno ware Geschiedenis, tweede
druk. nbsp;nbsp;nbsp;aonbsp;nbsp;nbsp;nbsp;n
11, nbsp;nbsp;nbsp;Uitbreiding van de Parabel der vijf wijze en vijf dwaze
Maagden. nbsp;nbsp;nbsp;10nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;u
13. Hel leven vaii Kolonel Jacob Gardiner. nbsp;nbsp;nbsp;17Inbsp;nbsp;nbsp;nbsp;))
13. nbsp;nbsp;nbsp;De Stroopers Dochter.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;10nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;»
i5
i5
07
10
i5
14. nbsp;nbsp;nbsp;Do Bode met goede tijding.nbsp;i5* Jansje Allan.
16. nbsp;nbsp;nbsp;Zonderlinge tuaschenkomst der Voorzienigheid.
17. nbsp;nbsp;nbsp;Levenaberigt van Amelia Gale,nbsp;lö. Sara Hill, de leerling van de Zondagschool.
13. De Geschiedenis van Mary Smith.
SO. Do Dorps-Predikant.
St. De Waarheid en uitwerkselen van het Evangelie.
ia| ))
SS. Kracht des Geloofa , bij treffende beiiroeving. s3. Herman do Houthakker.
i5
34. De laatste uren van John Cowper. s3. Het einde van den tijd.nbsp;s6. Wal God bewaart, is wel bewaard.
97, Wie *ljt gij ? Wat hebt gij te doen ? Wal behoort gij te worden?
t8* Wedrhaan van het Kasteel. nbsp;nbsp;nbsp;.
sg. Eben-Haezer , in Datakko. nbsp;nbsp;nbsp;10 :
3o« Eoeiiga berigten yan Indiaansche Bekeerlingen. nbsp;nbsp;nbsp;10