-ocr page 1-

HUGO BOURNE.

Hoe veel nut kan een eenig mensch niet doen, wanneer hij opregte godsvrucht en warenbsp;liefde berit! Wij vinden er een nieuw bewijsnbsp;van in het volgende verhaal, hetwelk alle geloof verdiend, door de bron waaruit het onsnbsp;toekomt.

Toen ik in het jaar 1828 in het kleine stadje • * * * aankwam , hoorde ik veel sprekennbsp;van een’ zeer armen, maar uitmuntend god-vruchtigen man, en ik haastte mij, hem te gaannbsp;zien en kennis met hem te maken. Ik bevondnbsp;dat zijne behoefte niet vergroot was, en datnbsp;zijne godsvrucht nog alles overtrof, wat mennbsp;er mij van gezegd had. Deze nederige dienaarnbsp;van Christus, reeds zeer in jaren gevorderd,nbsp;was door eene beroerte aangetast; maar zijnenbsp;*iel bleef kalm en vrolijk, te midden van dezenbsp;groote beproevingen. Ilij verhaalde mij de voornaamste bijzonderheden van zijne bekeering.

1

D- ^

-ocr page 2-

2 -

Hugo Bourne dagteekende zijne eerste godsdienstige indrukken, van eene ziekte, welke hem voor de poorten des grafs gebragt had,nbsp;toen hij tusschen de 15 en 16 jaren oud was;nbsp;maar zijn hart werd eerst veel later waarachtignbsp;bekeerd. Hij had op dien tijd geen gelegenheidnbsp;om het Evangelie getrouw te hooren verkondigen; hij zag de meeste van zijne vrienden steunen op hunne eigene geregtigheid, en hij verdwaalde langen tijd met hen op de wegen vannbsp;het Phariseïsmus. De Schrift was voor hem eennbsp;gesloten boek- Evenwel hield hij niet op dezelvenbsp;met een biddende geest te lezen, en de angstnbsp;zijner ziel was bij tussohenpozen zoo groot, datnbsp;hij geheele nachten doorbragt in de overdenkingnbsp;van de Heilige Schrift. Wanneer hem plaatsennbsp;voorkwamen, welke hij niet kon begrijpen, hadnbsp;hij do gewoonte om zich op zijne knieën tenbsp;werpen, en de uitlegging daarvan aan den Heernbsp;te vragen.

Eindelijk, zonder andere gids als zijnen Bijbel en na vele jaren kwam hij er toe, om de wegnbsp;van zaligheid die in Jezus Christus is te leerennbsp;kennen, en zijne hoop bleef onverwrikt op dennbsp;Zaligmaker gevestigd. De Heilige Geest had hemnbsp;onderwezen door middel van het geschrevennbsp;Woord, om, de goddeloosheid en de wereldschenbsp;begeerlijkheden verzakende, matiglijk en regt-vaardiglijk en godzaliglijk te leven, in deze te-

-ocr page 3-

3

genwoordige wereld. Sedert dit oogenblik werd 7,ijn huis een huis des gebeds, en zijn geheelnbsp;gedrag toonde dat hij niet slechts een christennbsp;in naam, maar in der daad was.

Zijne buren namen de gewoonte aan, hem te doen halen om de kranken te vertroosten, ennbsp;Hugo Bourne kwijtte zich van dezen pligt, Godnbsp;daarvoor lovende. Alle uren des daags en desnbsp;nachts beantwoordde hij met ijver aan de verzoeken welke hem gedaan werden, en men kannbsp;zeggen dat hij gedurende eenige jaren met denbsp;bedroefden en stervenden leefde. Ziehier tweenbsp;of drie voorbeelden van de wijze waarop hijnbsp;hun van den Zaligmaker sprak.

Eene vrouw verzocht hem eens haar echtgenoot te komen zien, een man van zeventig jaren. Hugo Bourne hem op zijn uiterste vindende,nbsp;vroeg hem, of hij hoopte om na zijnen doodnbsp;in eene betere wereld over te gaan; maar dezenbsp;ongelukkige antwoordde hem, dat hij noch aannbsp;den hemel, noch aan de hel, noch aan God,nbsp;noch aan het voortdurend bestaan der zielnbsp;geloofde. • En sedert wanneer, riep Bourne,nbsp;hebt gij deze treurige gevoelens aangenomen?”nbsp;• Sedert veertig jaren,” hernam de grijsaard.nbsp;Hij was in eene fabriekstad werkzaam geweest,nbsp;en het onderhoud met zijne mede-arbeiders hadnbsp;hem deze gevoelens van ongodsdienstigheid in-geboezemd. » Maar waren dan uwe oude vrien-

1 *

-ocr page 4-

den, hernam Bourne, niet voor het grootste gedeelte vloekers, dronkaards, menschen die hetnbsp;niet bekommerde om hunnen meester of hunnennbsp;naasten schade toe te brengen ? De grijsaardnbsp;moest dit toestemmen. » Wel nu, vervolgde denbsp;godvruehtige bezoeker, hoe hebt gij eerder kunnen geloof slaan aan het getuigenis van dezenbsp;menschen, dan aan dat van de heiligste mannen,nbsp;zoo als Mozes j Jesaia, Daniël, Joannes, Petrus,nbsp;Paulus, en zoo vele anderen?”

Bespeurende dat deze opmerking de zieke weinig trof, vroeg hij hem; » Zoudt gij deze be-dorvene medgezellen meer gelooven dan uzel-ven?” • Neen zekerlijk.” » Zeg mij dan of gij niet in uw binnenste iets gevoeld hebt, datnbsp;zij, die God verloochenen, kwaad doen ? ” • Hetnbsp;is waar.” » Wel nu! dat verwijt, waardoornbsp;ontstond het ? Van uw geweten, van uwe ziel.nbsp;Gijzelve hebt u meer dan eens tegen de ongodsdienstigheid van uwe valsche vrienden verklaard.” De grijsaard antwoordde niets, ennbsp;Hugo Bourne deed een gebed.

Benige dagen later, liet de zieke hem roepen. » 0! riep deze, hem binnen ziende komen, zounbsp;God zich over mij ontfermen? Dien Zaligmakernbsp;waar gij m^ van gesproken hebt, zou Hij medelijden met mij hebben? Ik heb Hem verloochend , ik heb Hem gelasterd, ik heb Hem alsnbsp;met voeten getrapt, zou Hij dan toch medelij-

-ocr page 5-

— 5 —

den roet mij hebben?” » Ja, antwoordde deze boodschapper van goede tijding, want alzoo liefnbsp;heeft God de loereld gehad, dat Hij zijn eenignbsp;geboren zoon gegeven heeft, opdat een iegelijknbsp;die in Hem gelooft niet verderve, maar hetnbsp;eeuwige leven hebbe.” Hij verklaarde hem denbsp;hoofdwaarheden van het Evangelie, en de grijsaard leefde nog lang genoeg, om genoegzamenbsp;blijken te geven van de wezenlijke vei-anderingnbsp;van zijn hart.

Op een’ andoren tijd zag Hugo Bourne een oud soldaat in zijn huis komen, die zijn gezigtnbsp;gedurende zijne veldtogten verloren, en zoodanignbsp;een af keer van het leven had, dat hij door zelfmoord had beproefd een einde aan hetzelve tenbsp;maken. Men begreep dat de godsdienst alleennbsp;de verschrikkelijke angst van dezen invalidenbsp;zou kunnen verminderen, en men bragt hemnbsp;bij den godvruchtigen dienaar van Jezus Christus. Bourne ondervroeg hem met veel zachtmoedigheid , betoonde medelijden met zijnenbsp;smarten, en bad met hem. Zij hadden verscheidene zamenkomsten, en de oude soldaatnbsp;naderde langzamerhand tot zijnen Zaligmaker.nbsp;Hij is tegenwoordig tot bewondering van allennbsp;die hem kennen, en de Heer heeft hem ondernbsp;ons gelaten, tot een getuigenis van den geze-genden arbeid van Hugo Bourne. Niet doornbsp;kracht, noch door geweld, maar door mijnen

-ocr page 6-

Geest zal het geschieden, zegt de Heer der Heirscharen.

De bezoeken van dezen christen bij de zieken, de godsdienstige bijeenkomsten die bij hem gehouden werden, zijn ijver, zijne werkzaamheden, welke eene godsdienstige opwekking voort-bragten, wekten, zoo als doorgaans geschiedt,nbsp;do verbittering der wereld op, en sommige lieden zeiden tegen Bourne, dat hij door zulkenbsp;heimelijke bijeenkomsten te houden, zich blootstelde om gevangen gezet te worden of eenenbsp;zware boete te betalen. » Wat de boete betreft,” antwoordde hij, » iedereen weet wel,nbsp;dat ik ze niet kan betalen. En wat de gevangenis aanbelangt, als ik moet, zal ik met gelatenheid mijn lot verdragen, liever als bijeenkomsten na te laten, die voor vele zielen gezegend zijn. ” Men verontrustte hem in hetnbsp;vervolg niet meer, en hij ging gerust voortnbsp;met zijne christelijke vergaderingen.

Zijne liefde deed niet onder voor zijne godsvrucht ; hij deelde zijn brood met de armen, en gaf niet alleen het vergankelijke voedsel,nbsp;maar hij maakte aan den armsten bedelaar bekend, hoe men het voedsel dat niet vergaat kannbsp;verkrijgen.

Hij wist altijd een gepast woord te zeggen om de zaak van het Evangelie te verdedigen.nbsp;Eens dat hij zich met eenige menschen onder-

-ocr page 7-

hield die weinig onderwezen waren, en hij zicli op den Bijhel beriep, zeide een van zijne hoorders : gt; Waarom beroept gij u op den Bijbel ?nbsp;Dat is niets als bedrog. Hoe kunt gij zeggeunbsp;dat de zaken die er in verhaald worden waarnbsp;zijn, daar gij ze noch met uwe oogen gezien,nbsp;noch met uwe ooren gehoord hebt ? ”nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;» Zijt gij

in Amerika geweest. Mijnheer?” antwoordde hem met bedaardheid Hugo Bourne. » Neen,”nbsp;zeide de ongeloovige. » En gij gelooft dat Amerika bestaat ! Dat is eene onwaarheid; daar isnbsp;geen Amerika.” De man ging heen zonder eennbsp;woord daar tegen te zeggen.

Men heeft dikwijls herhaald, dat de welsprekendste prediking een deugdzaam en heilig leven is. Niets is meer waar, en indien het noodignbsp;ware, zou men er nieuwe bewijzen voor kunnen vinden in het leven van Hugo Bourne. Eennbsp;van zijne buren, onder anderen, had zulk eenenbsp;verschrikkelijke vijandschap tegen hem opgevat,nbsp;dat hij dikwijls verklaarde, dat hij liever naarnbsp;de hel wilde gaan, dan zich door dezen man tonbsp;laten bekeeren, De Heer deed hen elkanderennbsp;ontmoeten op denzelfden winkel, en de ongeloovige werd zoodanig getroffen, door de gesprekken en daden van zijn’ christelijken med-gezel, dat hij zich ernstig begon toe te leggennbsp;op de hemelsche dingen, onder het afleggen vannbsp;dit getuigenis, dat het voortreffelijk gedrag van

-ocr page 8-

prediking, waartoe alle de leer

Bourne hem meer goed gedaan had, dan alle de leerredenen die hij gehoord had. Ziehier

lingen van Christus bevoegd zijn, en als een

van hen het nalaat, moet hij vreezen dat de Zaligmaker eenmaal tot hem zal zeggen : Ik hebnbsp;u nooit gekend.

De grootste vreugde van Hugo Bourne was, tot op het eind van zijn leven, om in den Bijbelnbsp;te lezen. Des nachts wanneer hij niet kon slapen, dat hem dikwijls gebeurde, had hij denbsp;gewoonte om op te staan, en zijne geheele zielnbsp;voor den Heer uit te storten. Hij bad vooralnbsp;om verlost te worden van de verzoekingen, dienbsp;hem voornamelijk vervolgde in die uren vannbsp;slapeloosheid. Hij bad ook gedurende dat langenbsp;waken voor zijne broeders, zijne vrienden, zijnenbsp;buren en voor alle menschen.

Ik haast mij om tot de bijzonderheden van zijne laatste ziekte te komen. Gedurende ach-tien maanden was hij buiten staat om te werken , en hoewel hij in zijnen ouderdom geenenbsp;middelen van bestaan had, het vertrouwen opnbsp;God begaf hem nimmer.

Hij ontving zeer dikwijls de voldoening van zijne behoeften door zulke bewonderenswaardigenbsp;wegen, dat hij en zijne vrienden te zamennbsp;moesten uitroepen, dat is de vinger Gods! Hetnbsp;verdient verhaald t« worden, dat de overvloe-

É

-ocr page 9-

WÊmm

digste bijstand hem verleend wei-d door aime weduwen en door eenige jonge lieden. Maarnbsp;ook dan zelfs wanneer hij de meeste behoeftennbsp;had, verliet hem zijne gewone tevredenheidnbsp;niet, Eens vroeg hem een vriend, of hij hetnbsp;noodige had ; hij glimlachte en zeide ; » 0 ! iknbsp;heh heden reeds drie maaltijden gehouden : denbsp;eerste bij het wakker worden, de andere nanbsp;opgestaan te zijn, en een derde wat later, moet

ik dan niet hlijde en dankbaar zijn?” Maar


hij sprak van zijn geestelijk voedsel, en hoewel het des morgens elf ure was, was er reden om te vreezen, dat hij dien dag nog niets gegeten had.

Vele menschen kwamen hem bezoeken in zijne laatste oogenblikken. Hij had voor allen woorden vol van stichting; hij waarschuwde de onverschilligen, hij rigtte de nedergeslagene harten op door dierbare beloften van het Evangelie,nbsp;hij bezwoer de eigengeregtigen om niet meernbsp;op hunne eigene werken te steunen, hij noo-digde de jonge lieden zich tot Hem te wenden,nbsp;welke gezegd heeft: Laat de kinderkens totnbsp;my komen, en verhindert ze niet. » Gij hebtnbsp;awen vrede met God gemaakt,” zeide iemand tot hem. » Zeg liever, antwoordde hij,nbsp;dat het Jezus Christus is, die ze voor mijnbsp;gemaakt heeft.

Zijn Nieuw Testament verliet hem niet meer.

-ocr page 10-

A 2^.%i3rG

lO

en daar zijne groote zwakheid hem niet meer toeliet zelve te lezen, bad hij zijne vriendennbsp;hem te vervangen in deze vrome oefening.nbsp;Eenige oogenblikken voor zijnen dood, nam hijnbsp;het Nieuw Testament, en het geopend hebbendenbsp;riep hij : » Ik verw.acht de eeuwige zaligheid,nbsp;en ziehier wat mij regt geeft op mijne erfenis!”nbsp;Hij wenschte op zijne knieën te kunnen sterven.nbsp;Hij liet zich van zijn bed nemen, toen hij zijnnbsp;einde voelde naderen, en op het oogenblik datnbsp;hij nederknielde, werd zijne ziel gelijk die vannbsp;Lazarus, in den schoot van God en van zijnennbsp;Zaligmaker gedragen.

Hij sliep in, de slaap des regtvaardigen, den 27 Mei 1829.