ifV
Ander»
Ecn Schriftuurlijke j cnde gegronde uyt-legglngc van woorden en « zaken, die van een natiiuilik en letterlik gebruyk van fpreken,nbsp;tot een Geeftlikc beduydinge zijn over-gebragr, en voornbsp;Graveerfzcls eude Schilderyen in Gods Tempelftrckkcn.
Het ty^de aelve 'woorden , ofte znken fijn Z TNNE-B E E L D E H van een gerneene toe~pnffi»ge epalie Geeitlike dingen; het ay h''O O R~nbsp;beelden van toe-kpmende gevallen in den faat van Godsnbsp;Kerke} hjfonder des N.Teiiaments i het zy gcheele PARA~nbsp;BOLEN van gebenrlike dingen.
Door
Hidmaar der Cemtent» J. Chrifti tot E N € H U Y S E N.
In ’sG R A V E N H A G E.
I ^ f cv'
-ocr page 8- -ocr page 9-Aan den
Die God en z,ifne Htylige Tvaarheyd van herten lief heeft.
|E vvyfc Salomo die oordeeld na de wijf-heyd der Heyligcn , dat het een eere voor God is 121 nnon het Tvoord te ver~nbsp;bergen Prov. xy : z. De vermaarde Taalnbsp;en God-gelecrdc , de Heer Johanne»nbsp;Coceejus , die verklaard her in zi;n He-breeulch Woorden-boek pag. yöx. loquinbsp;telie , ad necesfitatem fcrutandi, op eennbsp;verborgen vvylc te fprtken , om toton-dcrfocken te noodfakem En in zijn aanteckeningen overdeienbsp;Koninklijke Spreuke geeft hy ons defc aanmerkingen , dat Godnbsp;verheerlijkt word als de menfehe zijn waord onderfoekren na-fpiurd, en als het geene verborgen is, zoo in het Ligt wordnbsp;uyt-gchaald. Gelijk ook de Zone des Vaders die God- genoemd word. Die zig verborgen houd blai. 45. vf. I y. en hetnbsp;Koninkrijke Gods ook niet en komtnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;rnet uyterlijk
gelaat Luc. 17. verszo.
Het woord van den levendigen God, die een I igt is, dat heeft ook in zig een helder ligt en klaarheyd, de-Heylige Geeftnbsp;die in dat Woord fpreekt, die geeft’er getuygenille van. Denbsp;iVet des Heeren is volmaakt, bekeerende de Ziele. De getuy-geniffe des Heeren is gesets, den fegten sepheyd gevende. Denbsp;bevelen des Heeren zgt;iyn regt, verblydende het her te: Het gebod
* ii nbsp;nbsp;nbsp;des
-ocr page 10-eCes Buren is z,uyver^ verligtende de oogen Pfal. 19. verf. 8,9, David zelve die hadde daat van de ondervindinge , 'Yrmt hetnbsp;tVoord des Heer en loas geiveeji een Lampe voor zgt;ijnen voet, en»nbsp;de een Ligt voor fijnen pad Pfal. 119 : loj'. Het gebod dog is'nbsp;een Lampe, ende de Wet (de Iccre die den weg tot het levennbsp;cn de Zaligheyd aan-wijft) die is een ligt Prov. 6:nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;üen
Apoftel Petrus had dan reden om aan de gelovige te fchryven: Wy hebben het Prophettfche Woord dat vafier of z,eer vafi is 5nbsp;ende gy doet ivel, dat gy daar op agt hebt , als op een Ligtnbsp;fchynende in een duyftere plaatfe ^ ( welke ook de duyfterniflènnbsp;onlès herten kan verdryven en doen op-klaren) tot dat de Dagnbsp;aanligte ende de Morgen-Sterre in onjè Herten op»ga % Petr. i.nbsp;vers 19. Zoo dat de Dienaren Gods en de Kruys-gefantennbsp;Chrifti door de epenbaringe van de ivaarheyd (uyt dat Woordnbsp;Gods , welk de iraarheyd is |oh, 17 : 17.) haar zelven aangenaam zoogt en te maken by alle confeientien der menfehen als innbsp;de tegenrseoordigheyd Gods jCor. 4. vf. z.
Maar of zoo in de Heylige Schriften dnydclijk genoeg is voor-gefield de regelmate van ons gelove cn wandel , denbsp;het Formulier een afbeeldfel der kennijfe en tnaarheydnbsp;Rom. z. vers zo. en zoo het voor-beeld der gefonde tvoordennbsp;2 Timot. 1. vf. 13. die ons tot het gelove cn de liefde Gods innbsp;Chrido aanleyden : zoo dat in dat w'oord een giants en Ligt.nbsp;ftraald, waar by Gods Kinderen worden ifi'gdeyd tot de ken-nifle van alle die dingen, die dienen konnen om de menfehennbsp;Gods volmaakt te dellen in ChriÜo jefu.
Egter het heeft de Goddelijke wijsheyd met reden behaagd, dat woord, in zodanigen di|l en onder zulke fpreck-wijfen, doornbsp;de Heylige Mannen , gedreven door fijn Geed , te laten in
Gefchrifte
-ocr page 11-^Aan den Lei^r.
Ocfchriftc ftelkn , die niet aanftonds door-grond worden van die gecne die niet op cn merken , en geen behoorlijke naar-lligheyd aah-wenden om wel te begrypen de verborgen wijf-hcyd die in dezelve vervat is; tot welkers befefïcn geen anderenbsp;^oor en booren, als die, onder de verligtinge van den Geeft,nbsp;na die wijsheyd , in die Goud-myne van het woord des Hec-ren graven, en Joeken als na Goud en Stiver en die najpeuren alsnbsp;de verborgene Schutten , de zulke hebben die belofte , dannbsp;zuid gy de vreefe des Heer en verjiaan, dan zuid ^y de kenntjfenbsp;Gods vinden Prov. x. verlT, 4,5.
De Heerc cyftc dan ook een geduurig, naau\^keurig, aan-dagtig onderfock en overdenking cn betragting van fijne God-deltjke Schriften , die ons konnen Toijs maken tot Zaligheyd 2 Tim. 3:15- door den Propheet Efaias word in fijn Name belaft : Soekt in het Boek des Heeren ende leefi : Niet een vannbsp;de Je en zaVer feylen:, het eene nog het ander zal men miffen:nbsp;iVant mijn Mond zelve heeft het geboden , en fijn Geefi zelvenbsp;zalfe te /amen brengen Efai. 34*
De Chriftus Predikte onder 't jodendom : Onderfoekt de Schriften : trant gy meynd in de zelve het eeuloige leven tenbsp;hebben : en die fijn het die van my getuygen Joh. 5:39.
En Paulns vermaande den CololTcnlen ; Het trsord Chrifii treone rijkelük tn u in alle loifsheyd Coloff. 3. vf. l6.
Zy hebben dan ook lof by en van onfe Heerc gehad , die zig in dit loffelijk werk met yver bevlytigden : Efras word zoonbsp;ter eeren gemeld als een vaardig Schrifi-geleerde in de Wet desnbsp;Heeren. Efc. 7.vf.-6. Apollosalsccn iteifirekendMm^ magtig
* iij nbsp;nbsp;nbsp;zynde
-ocr page 12-suynde in de Schriften A dor. i3. vf nbsp;nbsp;nbsp;Timotheus a!s dir
van jongs af de Heylige Schriften had gelfeten z Tim. 3. vf. i ƒ. Zoo blyven de Beroënfe» beroemd in dc Kerke Gods van wegen haar edel heri en werk, datfe bet teoord ontfingen met allenbsp;toegenegentheydonderfoekende dagelijks de Schriften Ad. 17.nbsp;vers
Zy hebben dan ook ten allen tijden wel verdiend van de Kerke Gods die , daar toe gave en bcquaamheyd van dennbsp;Hcere ontfangeo hebbende, in het onderfoeken en nafpeurcanbsp;van de woorden Gods andere zogten voor te ligten , en haarnbsp;geduurig werk daar van maakten om den weg Gods daar uytnbsp;bejeheydekijker te lecren, om zoo dc tvaarheyd te bondiger innbsp;te fcherpen,. dc dsvdingen te kragtiger te weder-leggcn, endcnbsp;Godfaltgheyd uyt fijne regte gronden , tot overredinge van dcnbsp;Zielen vcele aan te prijfen.
En zedert dat God met de gefegende tijden van de Reformatie het eeiiivig Euangelium heeft laten verkondigen, en uyt dciïlgyptiiè duyfterniffcn van het Paufdom het ligt van de het-(klde waarheyd, te klaarder met een heldere giants heeft doennbsp;uyt-ftraknj cn heeft het de Gereformeerde Kerken, ook onfenbsp;Vader-landfeniet ontbroken aan arbeydfame, wijdberoemdenbsp;Mannen, die haren koftelijken tijd cn onvermoeyden vlijt zeernbsp;gaerne hebben beftect cn aangelcyd in het onderfoeken vannbsp;her woord des levendigen Gods, geeftclijke dingen met gecftc-lijkc t’zamen-voegende, en zoo de Heylige Schriften vergelijkende met den anderen , die dan uyt liefde tot God tot eerenbsp;van fijn Woord, totop-bouw van haarNaaften, zeer gaarnenbsp;medc-deyldcu datfe van God uyt zijn woord hadden geleerd»,nbsp;om zoo veel in haar was » alles te doen tot vervullinge van
de
-ocr page 13-de Goddelijke beloften : Alle ui»e Kinderen zMÜen vm de Heere geleerd z,ijn Efai. ^4 vf. 13. veele z,ullen ’t nafpeurennbsp;en de iretenfchAp die zal vermenigvuldigt Ivor den Dan. iz '4.nbsp;ja, de Kaarde zal vel zijn van de kenniffe des Heer en,nbsp;de Wateren den bodem van de Zee bedekken Efai. 11. vf. 9.
Onder de(c alle die zoo in onfe tijden ten nutte ran Gods Kerke overvloedig in het woord des Levens hebben gearbeyd,nbsp;om dat ook door de Penne en hare geleerde Schriften tennbsp;dienfte van ons Volken hare Land-genoten te ontvouwen;nbsp;en zoo open te leggen dicaanbiddelikc cn veelvuldige T^ijskeydnbsp;Gods daar in verborgen. Zoo is bekend en beroemd de geleerde Schryver van defebladeren AtWttiHenricusGroeneivegen^nbsp;laaft Dienaar van dc Gcmeynte Chrifti tot Enchuyfen , vannbsp;wiens moeyte en arbeyd dc alverflindende dood in defe .jare eennbsp;eyndc maakte.
Wy vinden ons buyten noodfake om ons over des Mans loffelijke, doorwrogte, en welbcarbcydc Schriften tot roemnbsp;der zelve uyt te breyden : Daar die in dc kenniffe van allen ennbsp;met veel aangenaamheyd en vrugt van veelc gelcfen zijn , cnnbsp;zoo nog blyven overvloedige cn klare preuvenvan fijn fchran-der vetftand , en vlugge pen , en van zijn geoeffende zinnennbsp;om na de gelijkformigheyd des geloofs in het regt verftand,nbsp;ook van de fwaarftc en moeyclikfte ftukken van Gods Woord,nbsp;gelukkig en met veel klaarheyd van ftijl cn redenen den iniir-geoeffenden voor te ligten.
En gelijk fijn werkfame geeft noyt kon ruften, zag men hem onvermoeyd en wakker van het cenc werk tot het ander over-öappen : Naar her bcarbeydcu van het Hoog-lied van Salomo,
dc
-ocr page 14-dè Opcnbaringc van Johannes, den Brief aan de Hebreen, de Pialmcn van David , en andere Schriften , die tnet zoo veelnbsp;tocjuychinge fijn ontfangen, wierd fijn E. te rade met byfon-dere vli)t en wakkere naatllighcyd zig te begeven tot een nauwkeuriger vcrhandelinge van de Hieroglyphics anders EmblemstAnbsp;Sacra., om allbo tc openen en fijnen Lezer in te kyden in denbsp;S'chdt-kamer der Zinne-beeUen ^wVoor-beelden, ch mceftc on-eygentlijke Ipreck-wyfen, tiic gevonden worden in de Hcylige-Bocken , en waar onder de al-wijfe God de Schatten van fijnenbsp;Hcmelfche wijsheyd verborgen heeft, ten eyndc aU'bo dc vlijdnbsp;van alle die wijsheyd zoeken mogte worden op-gewekt, oninbsp;die in den Schat van defc woorden na te fpeuren. En dienbsp;te door-gronders., der Koningen heerltkheyd Piov, zy. vf. z. ’tisnbsp;dan ook een werk ten hoogden betamelijk den geenen dienbsp;God-gelcerde willen heten , en ervaren fijn in het woord dernbsp;geregtigheyd ; die niet altoos moeten blyven ftaan óp de cerftcnbsp;beginfelcn van de Leere Chrifli, maar ook tot de volmaakt-heyd moeten tragten voort tc varen, om 2oo wijsheyd te ïpre-ken in de volmaakte.
Zijn Eerw. de Heer Croeneloegen, wift zeer wel, hoe dat al ovcrlange zoo een werk als hy in dit Gefchrift ondernam vamnbsp;veele verftandige Liefhebbers van de Geheimen van de w'oor-den Gods, en die wijsheyd daar in op-gefloten, met veel ernftnbsp;was begeerd . en met verlangen van defc of geene beroemdenbsp;Mannen was te gemoct gefien en afgewagt. De Heer Salomonnbsp;'vanTil, getrouw enyverig Leeraar in de Gemeynte jefuGhriflinbsp;tot Dordregt, en vermaard Profeffor in dc llluftre Scholc aldaar : Schrijft in een aanfprake aan fijne Leerlingen:nbsp;quoque ejfet, «/ qais fyfiema aliquod emblematicum ex prebatisnbsp;author thus conficeret, tn qm typorum DiUionutn Metophori-
carurrf
-ocr page 15-^Arum YAÜo exponerttur : quod ordine alphahetuo nuper tentA^ *verat, 'vir prohata fidei, pietatis amp; erudittonis, qui muit a innbsp;€um finem colleger At gt; fed eheu immAturd mor te mhis ereptus efi.nbsp;Het IVAre ook te ivenfchen, dAt yemand eenige verjAmelinge dernbsp;Ztnne-beelden uyt goet-gekeurde Schryvers op-mAAkte, ivaAr innbsp;de reden van de Voordbeelden en oneygentlijke fpreek-loijfen (tenbsp;weten der geene die in de Hcylige ichrift voor komen) verklaard of uyvgelegd Tvierde , dat onlangs na de erdere van denbsp;Letteren van het A. B. C. Tvas onder-nomen van een Man vAnnbsp;beproefde troutve, Gods Vrugt ende geleerdheyd, die veele dingen tot dien eynde 'uerftmeld had , maar og lacij door een on-iydige dood ons ontrukt is.
De Heer van Til heeft bnyten twijfel hier het ooge op den Hoog-geleerdcn, en Eerwaardige Heernbsp;nbsp;nbsp;nbsp;, (in
fijn leven) Dienaar jefuChrifti tot Franekerj van wien de Heer yohAnnes d’Outrein , des zelfs op-volger in den Predik-dienttnbsp;der Gemeyntc in de zelve Stad Franckcr , en nu waardig ennbsp;gelieft Predikant tor Arnhem, in zijnlnleyding tot het Hooge-lied van Salomo pag. 166. gctuygd heeft \ Die het geluk gehadnbsp;hebben van fjn Eersv. na by te kennen , dragen getuygenis vannbsp;soyn bondig oordeel, doorf ende begrijp van Goddelijkez^aken^ ennbsp;van zijn doorsvrogte geleerdheyd. Waar van ivy ivenfchten datnbsp;het gemeen nog voor-deel konde trekken , door het uyt-gevennbsp;van zjne doorivrogte Schriften , die hy , fchoon onvolmaakt,nbsp;heeft na-gelaten : onder andere van een L EXIC02f HIEROGLYPH ICU M, hoedanig een de geleerde Wereld al langnbsp;heeft nodig gehad ^ en fvaar toe on [en Schryver een j^nderlingnbsp;Talent befat.
alle zijnen voor-gaandcn arbcyd zig met lufl; en yver aatigc-gord , en naar het talent dat hy befat, daar van zijne andere Schriften getuygen, mogte men verv agtinge hebben dat hy ianbsp;zoo wigtigen ÜofFe, als hy hier onder nam , onder den zegennbsp;Gods, het gemeen met een door-wrogt, zeer nodig, en z,a-keltjk Tmerk zoude gediend hebben: wy horen ’t van hem zelvcjnbsp;dat hy het hier op gelet hadde , als hy dus van zijn voornemen heeft gefchrcven pag. zjj, iVant Tfj ieebben gee» enkelnbsp;IVoorden-btek, maxr een z^akelyklverk quot;ïeillen t z^amen-Jlellen.
Maar gelijk de Heer Lydius zal: zoo is ook de Heer Groc-.^ ne'Vtegen door de dood belet geworden dit werk af tc doen ennbsp;te brengen tot zijn volmaaktheyd.
Juyft als hy het zelve onder nam, en daar in met vermaak befig was, om de Hieroglyphica of Geeftelijke Zinne-beelden tenbsp;gaan ‘verfa?nelen en plukken uyt den Thuyn van het Oude ennbsp;^iyeulve Te ft ament, op dat hy dte als Itefelijke Vrugten, -svelke.nbsp;onje Heyland voor fijn Bruyd had bereyd , aan de zelve als eennbsp;Spee(~noot van dien Bruydegom mogte aanbieden , op daiwe ianbsp;defen zijn eygen woorden gebruyken , zoo was aan bet ligtnbsp;gekomen het Boek van Dr. Balthafar Bekker, genaamd de Be»nbsp;toverde Wereld^ dat zoo veel gerugts maakten zoo veel erger-niCTe baarde. Hier wierd onfen Schryver door verfcheydennbsp;vermaand, verfogt, ja als door geiveldenaars gedTvongen voornbsp;een klcyncn tijd dit werk te ftaken, terwijl de tijd en selegent-heyd der zaken hem nootfaakte te Jiryden voor het Ge love datnbsp;een-maal den Heyligen inas overgeleverd judae vf. j. Zoo wierdnbsp;hy op-gewekt om de Codfaltge voetftappen van. verfcheydennbsp;deftige geleerde Luyden , die tegen dat befaamde Boek hetnbsp;harje hadden by-gebragt, na te volgen, en 2A)ncgelykformig-
heyd
-ocr page 17-heyd en een Jlemmigheyd met haa)^ L. te bevefiigen. Zoo fchrect hy dan zijn Pnetimatua ofte Leere vm de Geejlen , ennbsp;\veder-leyde , (den Lezer van dat Bock oordeclc) zoo bondig en grondig dc verkeerde ficllingen van Dr. Bekker , doornbsp;'goede redenen nyt de Natuurkunde en het woord Gods, datnbsp;hy daar in geen andere Schryver om op het zedigfte daar vannbsp;te vonniiïen, behoeft te wijken, en Z)gt;*. Bekker hem nog antwoord ichuldig is.
Door dien arbeyd by die gelegemhcyd hemgebooren, zoo moeft dit ondcr-nomen werk wat ruften, en als hy zig zelvennbsp;naar het voltoyen en af-drukken van zijne Pnemnatka, wedernbsp;tot het vervolgen van de Hieroqlyfhicx Sacra , met wakkerennbsp;ernh op-wekt, en daar in vlytig voort-vaard, zoo komt dcnbsp;fatale uure, die zijn Eerw- den draad zijnes levens af-fnijd, ennbsp;met eenen van dit werk, eer dat hy, door de voor-gemeldcnbsp;beletfclen verhinderd, het zelve na zijn voornemen had kon-nen volmaken.
Dc op-geftelde Titels en zaken , zoo verre als den Auteur die met eygen handen in ’tnet gcfchreven hadde, zijn egter zonbsp;wel uyt-gewrogt en behelfcn zulke gewigtigc en nutte ftoften,nbsp;dat het tc beklagen zoude geweeft zijn in dien dc zelve ver-duyfterd waren, om het ligt niet aan tc fchouwen. Ter wijlen ook de Titels elk een byfonder Hooft-ftuk uyt-maken, ennbsp;•alfoo met de volgende niet t’zamen-hangen, zoo mag men ditnbsp;werk , hoe wel anders door de dood des Auteurs on-vol-maakt, egter als volmaakt aanmerken , in dio ftukken die fijnnbsp;Eerw. in het zelve verhandeld en uyt-werkt.
En of fchoon den Schryver het maar tot in de Letter F. ge-
bragt
JJ
-ocr page 18-bragt beeft, zoo zal men egter in het ondcrfock en naar-lefen van dii werk bevinden, dat om de gelijkheyd en gemeenfehap*nbsp;van de Stoffen, en die betrekkinge die zy hadden op malkan-.nbsp;deren fijn Eerw. onder de afgchandelde Titels hem heeft uyt-gebreyd, ook over de zulke die anders onder de volgende Letters behoorden , cn die dan daar tot bekortinge van het werknbsp;zouden hebben moeten uyt-vallen., gelijk wy daar van zelfsnbsp;door fijn Eerw. pag. xjj. gewaarfchouwd zijn.
Dat den Auteur in het behandelen van verfchcyde getuygc» nillcn der Heylige Schriftuure zig der kortheyd bevlijtigd heeft ^nbsp;daar van gaf hy ons in dit fijn werk ook zelve de reder pag. 57.nbsp;om dat der zelvcr breede deduÖie en uyt-voeringe het werknbsp;is van een Commentator, Uyt-legger, waar voor hy dit wérknbsp;niet wilde uyt-geven, maar eer voor een index, aanwyfer.
Nogtans in die korte uyt-breydingen die hy geeft, en die vergelijkingen die hy van veiTcheyde paflagien van Gods woordnbsp;gemaakt heeft, ziet men die in hare wijsheyd cn kragt als innbsp;haar dag gefield : Daar dan onfe Schryver dit nuttig werk opnbsp;zoo een gemakkclijkc ordre begonnen cn dus verre , als hecnbsp;jegenwoordig is , gebragt heeft , zoo ware wel te wenlchennbsp;dat den yver-Geeft van defe of geene geletterde Mannen wierdnbsp;op-gewekt, om dit, zelve werk , daar het gelaten is, op tenbsp;nemen , tc vervolgen , cn ten nutte van ’t Gemeen te voknbsp;maken.
Dat nu op defen voor-gang , cn het fpoor van onfen Auteur te ligter zoude zijn , dewijle wy niet alleen hebben de Regifters van het Oude cn Mieuwe Tefiamcnt die van den zd-ven meeft tot zijn ligi-fhoer gevolgd zijn , maar ook die zoo
volmaakte Concordantiën van alle de woorden’ des Oiidc cn Nieuwe Teftaments , door de weergalofe naarftighcyd vannbsp;Xgt;#. Abrahamus Trommius, ten nutte van de Ncderlandlè Kerken aan het ligt gebragt.
De Hccrc doe in defe donkere cn droevige dagen verder fijn Aangcfigtc over ons Land en Volk, en de Gereformeerde Kerke ligten, hy neme meer en meer allen aanftoot en crc;erniflenbsp;uyt het midden van de zelve weg» hy geve vorders aan de zelve Herders na zijn herte , om die te weyden met wetenfehapnbsp;cn met vcrftaiid , hy make de Opfiend'ers van de zeivé‘vreedzaam , cn hare dryvers regtvaardigC , ja fijn Volk alle te zanten regtvaardige, de kleinfte tot duyfend , de minrte tot eennbsp;magtig Volk. Hy de Hecre doe het ligt der Mane zijn als hetnbsp;ligt der Sonne, en het Ligt der Sónne make hy zeven-voudignbsp;als het Ligt van zeven dagen, ten dage als de Hecre de Breukenbsp;zijnes Volks zal verbinden, en de wonde daar mede het gefla-gen is, genefen. ünder-tuflehen verfterke deHcere onfeHerten in defe goede hope van zijn getrouwe beloften: De Heerénbsp;en z.*lfijn Volk niet begeven : mg hy en z,d z,ijn Erve nietnbsp;verlaten: iVant het oordeel zgt;al i»eder~keeren tot de geregtig-^nbsp;heydj ende alle opregte van herten z^uUen het zelve ndvolgen^nbsp;vrede ^4/ ever Ifirael :^n, Amen I ja Amen l
der
Welh in dh Boek^ ond^r Zinns-heelden en Voorbeelden ’voor-hmen, en yerkUart Ttgt;orden, me6 aan'fpjfpng der Blad-zyden, quot;^aar de 7;glH Unbsp;vinden ;^ijn.
A Arde. 2\ Aaron. |
pas- |
pas- | |
1 3 |
n Aal Hamon. ^ Babel. |
lt;35 65 | |
Abe}. |
6 |
Bakken. |
7 ^ |
Abraham. |
II |
Balak. |
7* |
Ab-fchalom. |
t8 |
Balfem, of Olyc. |
72 |
Achab. |
11 |
Baniete. |
72 |
Achoti Dal Achor. |
zz |
Baren, ofte Golven. |
75 |
Akker , Akker «bouw , |
Akker - Jie- |
’t Baren eener Vrouwe. |
74 |
den. |
23 |
Bafan. |
75 |
Adam. |
23 |
Bazuync. |
76 |
Adder. |
, 2f |
' Bedde. |
78 |
A..as, Dood Lichaam. Afgrond, Diepte. |
ZÓ |
Beeld. |
79 |
27 |
Beeften. |
80 | |
Aloè. |
28 |
Behemot, |
81 |
Alfzemi |
29 |
Beeke. |
86 |
Altaar. |
30 |
Beker. |
87 |
Apotheker. |
34 |
Benjamin. |
88 |
Avbeyden, Atbeyders» |
35 |
Berg. |
90 |
Arend. |
36 |
BefnydenilR. |
94 |
Atke Noags. |
38 |
Bet-Aven. |
99 |
Arke des Verbonds. |
41 |
Bijle. |
ÏOO |
Antichtift. |
47 |
Bileam. |
lOI |
Afl'ur, Allitien. |
53 |
Bladeren. |
107 Blixem. |
Pas; ï
Anders
Ofto
ARDE. Ete (iScnef. r. §(f. i -1 o. cn 2. ^0 4. en I lt;£1)^011.16.^0 ;o. giab26.$.07. en 38-4/ 5/ 6-14-18. i3fal. 24.^32. en 74. $017.nbsp;p?db. 5.30019* «Ètclef. i.$04. €fai.4o.3amp;012;nbsp;^eceni. 10. ^0 12. Sfitto?. 4.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;24. $f. ^
5i1be 10 tite baflc Cloot/ bic boo? lt;0obei ^(mac= «gen 3©i!ïc gefcïjapen / en oberaidfiö niet bannbsp;tiaar 5dfSi/ coamp; *n'rt ban lt;Êeub3igijepb / maar innbsp;bc öjö ia boo?tgcb?aat; ©m tocltie tijblilibcpbnbsp;enöe fucceffie in plaatfe ban tjet tooo^ Aarde,nbsp;•t b3Go?ö ban meawaató geb?upBt b)o?b.nbsp;^ie i^eb. 1:1/2. ^efe gcootc Moot toao in bennbsp;albec-cecften bjanfctiititieliö ban getlaltc / unt 3Catbenbsp;en ï®atec fsamen becinengb / lioc-tocl fp boo? bc ftragt ban lt;j5obo «6ee|i cn=nbsp;bertiouben / enbe aUcngsfeeno bjta'b toc-berenb ; tot batfc baar na / op bennbsp;ttoeeben bag in be Zee en bet drooge to cnbcrfcijepben geb30?bcn; en in ^0nbsp;b£^n tot gcQote cieriitiöepb io gebeagt.
_(»)• ^'52 Aarde, 300 al!S fp toao onbecfctiepbcn/ en tegen-gefidb tegen bc Zee, en boo2 het dnm genctnen bjo’b/ bebüpb bte 3lanb?n/ in toelbe «©obo
?tl nbsp;nbsp;nbsp;J©002b
-ocr page 24-X nbsp;nbsp;nbsp;HIEROGLYPHICA, ofto
3©ï5o:ti Ge3aapö «nttc ontfanscti too?ïi: in hjclftc (©oljss lïcïbê bjooniroe cnbc ï^i'ciiccöc binb; enöc CÖ^ido (Cclgcn en fpjiipten tocrtim eeplanr. Zknbsp;ïIöatrD.i3.l3£CïS38. aitoaat Mi Acker be gantfcDeWcreid tjs; in op5iflt bannbsp;Ce be5aapin3e bie (6ob onbet ^joben en ï^i^bencn boo? Oct Cuangeliuni / totnbsp;aan besi ï®etelbc epnbe baiibe bebo?bccen / in elft ^nb op iiiin bcfcDepbcnnbsp;tijb / cnbe epröjelid in allen aanben ontrent D^t epnbe bet €eiitoen. ^icnbsp;ïKattö. 13. becö49* €n bci^eiijB t (Cimotf). ^.beeff. 5/ 6. toelftc plaatfc jetcnbsp;biepe aaiimecamp;inoe bjaarbig ic. lt;Ênbe moet niet minbet bctgelefien tootbennbsp;(Êfai. 8.bete 8: gn baelfte Qet Eanb (Territorium) bet ^ctöc; toe tcc tpbnbsp;Oeplaaft in Canaan/ toecb ö^naamb ïjet aanb/ ofte be Aarde ban giefnc omnbsp;fen Immanuel, ^mmet / ban toanneet be Eanbboogben soobanig sjn ober?nbsp;ttipgb/ batfe; ten minflen» get Cbangeïium niet openbaat befirijben / maatnbsp;binnen gaat Éanb-palen lt;©obö ïSerbe boeben en getbetgen / 300 boojben gatenbsp;ïlilften/ bie cetfl een bjoefte ^ee toaten/ alst een Aarde, ban be a©atercn omnbsp;betfegepben. ©ctgelijg met aanbagt 3llpoc.iot2. altoaat Ciobc bebtoingenbenbsp;magt ontrent be =öetgc; immet be (giat ban get gemeene Cg?t|imbom bet^
beelb toetb bp get 2etten van fijn Imker voet op do A a R d e , enbe bie gp ontrent get tooefle ï^epbenbom oefenbe / bp het zetten ban fijn regter voetnbsp;op de Zee. g^en Draak. bie eetjl boo? bc gioobfcge Cbetgeben en USagtmnbsp;bie aist in ben Hemel 3aten tooebc tegen be^eoutoe (bc Gemeyntc) ic boo? bennbsp;g^onbet en 25Iirem lt;0obsS op de Aarde geworpen, afé gp genoobfaaht toietbnbsp;boo? be berbjoeflingc g[ecufaIem.C plaatc te rupmen/ Slpoc. 12: 9-1 ?•
(b) (laat ban be gerufte enbe bcb?cbigbe ^efte / upt todfte be eegee^ niffen 3ijn uptgerocpb / enbe getegtiggepb geljanbgaaft / noemb Cfaiac Capit.nbsp;65: 17* Een nieuwe Aarde, g^efe ftaat bangb aart in get (Ceftamentnbsp;ban Cfeifti bergeeriigingc af; enbe toecb ban bagc tot bage al togbecis bctgt;nbsp;nieubJb / uptfegubbenbe allengcgenc get onbolmaafite (©ube roefen / tot op benbsp;bolgomen beclofjïngc ban get^Scge^cl ban be bienftbaacgcpb bet betbetfferaffe.nbsp;©eegdgg 2 Co’intg. 4.: 17* iSom. 8: 20/ 21. 2 ©etc. 3:11.
(c; ©et Beeft (beeftaa get Eicgaam (Syftema) ban be uptetlggc ©elijbecsS bon getCtpiftettóom; tog bidftcc«t5?oC niet3gn be25?upbCg?ifti/ maat biet*nbsp;ggejftaenfcgen) teielgjöceft eeeft toe! upt be Zee, ofte be infeme gebaantc bannbsp;get tooeftc i^c^enbom opguam / b»ecb in een ttoiedïe geftaite bectoonb / nu ai zijnde op de Aarde, nog googecupt be^dbcopglimmenbci bat icupt gctCgaiftcn^nbsp;bom nu 5gnbe ocb?agt onbec gaat ïSetSlige en jiaetelblifte ©oofben en tSegen*nbsp;ten / ban biaac fp ben l^emd en Cg?iftt (€g?oon gebben beftlommen. ^ienbsp;acpoeai. 13. Cap. Cn in bie 3in 3ag men tajc ben g^?aag 3i}n magt aan getnbsp;jgeeft obecgeben. ^gn be 5eibe 5tn toetben ooft 3öne Cnbetbanen genaamb in-
woonders der Aarde Cap. ï 2.
Ban be bingen bie tot be toeeftm bie op öeSlaüie 50» b^ooien/ 5aJ oppbec 2Lcttec toetben geganbdb.
Aaron
-ocr page 25-Schat-kamcr der Zinne-beddcn cn Voor-bccldcn.
Aaron , nbsp;nbsp;nbsp;A’lt;^hV.
ban tttn jdben terijcbcn 5ïmptcnaar/ oibe 5ön af-tem|fe/ «ibc 5(jti j^joubJc/ cnbe ^omun/ alsS ooft jijn ttoeebcriep becocpinoe; 500 extraordinair in ^jn 3(tmbajTalic upt lt;6000 name bp ben Confng Pharao betrtgtnbsp;tmber Mofa:; toiens Coalman bp hJa0; afóooft ordinair tot be©ciogcn-^?iesnbsp;(lecliltt bebteninge/ bie tipt l)em fiace ©jbte af-i’e6enb»Èp5b.4ft.cn6ör.capit.nbsp;«)ntcent bte ccrfte bpfonbece 3cnbinge t0 aanmecftelift / bot bp ban Voegen bitnbsp;CaalmanfcDap ’tgcen ÖP boo?lt;ï5obIibe autojttept ont^ngen fjab/ om inplaatffenbsp;baniBofesï upt te boeten tocrb genaamb den Mond Tan Mofes, lt;gtDb.4:16.nbsp;cnbe Mofes bem tot cen God 6crb geftdb; bat 10 bte in (J5ob0 plaatfe; al0nbsp;bte boot en ban boegen lt;i5ob aan Aaron joube befienb maben ’t geen gp boot benbsp;eJbema^ gemeenfcljap metlt;t5ob Dab ontogen/ lt;K]cob.4.becf. 15/16. ©et#nbsp;griijft ^um. iz: 6. ©efl boteeb ban obergefet La Eiohim, niet boot be Vooo?*nbsp;ben tot een God, maat van ngt;e£en Gtd. ©ctgell)ft ttt fp?eebhJijfe ©fol. 27:8.nbsp;’ttoelfte ï)Ct atfiicte lit; hy zal u tot cea Mond lijn upiïituamp;lilt aanboijft; lt;ètvnbsp;be in 5ulltcc boegen toecb 00amp; jBofesS w bie bebteninge tot een ©ob bannbsp;©Ijacao te 5ijn gcfWlb/ €rob.7: !? ^tt nu alle0 gefegiebe boo? al eer Aaro»nbsp;tn l)ct ©tieflteefegap nog boast ingcgulbigt. a®aarom be bjpbetpe ban bic lie?nbsp;ben boelfte be ©oiiage jEagten in bc itecge bp iiaofe0 / etHJC bc ^feeeWige bpnbsp;Aaron bctgelpcn; alfoo bat een ©olttijcq gcoft Voegeno jijn 3Cmpt / een Godnbsp;van de Kerke jgn jotibc/ otKc-tup^ tóo^ bon gratigfïnnjggepb. f{lbu0 mo^nbsp;men / om be ceben ban bte benamttige tot een God op fegjoeben te (lellennbsp;cog ecöenncn/ bat beïamp;erWbNen geta®oo?bjjEiobö upt ben jï^b bet ©olitifeennbsp;meden ban «©ob0 Voegen ontogen ; en bat een polttöcq Cgjiflen ïtegent oolinbsp;een lt;6ob ban ben «©?ooten bja0. ^og ban befen name b?eebec op get
tocteb O’nrSx EJohitn.
(©ntcent 5ijn i^oo®ai-©2tcflcritge Voaacbiggepb / oftcojbinarctndeHtngc in bte bfbicntngeist aanrnetbdtamp;/ bat gp best boegen bjcrb geïnroonb met ben uptmiKPnbsp;tenbe ecr-rttd ban een toapertbjager/ als bic op ygn Vroo?-gooft b?ocg De Hey-ligheyd desHecren. S^ie^rob.zS.becSjö. Zccc bupbdib beteftenenbe/ batnbsp;men boo? gem gdepb too?b tot be aanmerltinge ban get tnaaragtige Etciiaantnbsp;cn tegcn-Bccdi ban bicl^liggepb/ boelfte in gem fegabutoagtig bertoonbvnecg;nbsp;enbe bit alleen ts oogmerft ban bit boeeft. 3®p juHen ban reben geben boaac?nbsp;om en in boelfte btngen Aaron is een voorbeeld Chrifti. Ctt ban bC OnbOlftO?nbsp;mentl^pb ban bit boo?-bcelb.
I. Aaron ijS gcboecft een fegabuboagtig boo?-beelb CD?idi iS bupbdtft.
©m bat bc gantflge wet is een febaduwe van toekomende goederen, niet het Beeld leivc der ïaken, ï|cb?. lo.bf.i. €n baarom Dpfbnbcc moeten aHe
ffibcamptc ©eefonen bie be jclbeJBct bebiettijcn onber bec jdbec fegabuboeti en gereftertb; alfoo niet afleen buptenfiaac btend bea®et ntetftan ingeboeebnbsp;ioo?ben / nogte (tatfii gebben/ maar om bat ooft in gaar ©?binaniic/ ^nguLnbsp;bi!^/ en iDwtHi/ eett te»?naam bed ban be a©et bèflaat. «©doft «Pt
z nbsp;nbsp;nbsp;tico
-ocr page 26-4 nbsp;nbsp;nbsp;HIEROGLYPHIC A, ofto
tico OfW het Priefter-Boek tilaac U jieil tSf. nbsp;nbsp;nbsp;felllt bat b£ ï^.
bi'iiï bc0 (Cefïasnentö / mcctmaaJ bte bfi-gdijlimge tujTcOeti Aaron cnbe ClpSfiHSi Itiafictt. ^te incite. 5: 4/5» Gclijk-Aaron: ook Chrifhis. lt;gn bcnnbsp;(Ïijtel ban be Gcheyligde des Hccren aotl Aaron gegebcn/ met aitbcrö b.ltl Op
Chriftus tn lintnenieinfjepb han to:i-ben tcegcpojl; bie cob jcifis be Hey lick liracis gcuavimb tooib/ 54: Usi^.
Jgicc in beflaat ban be obef-een-ftom{te,
(a) nbsp;nbsp;nbsp;fjn be wettige Ordinantie £(» mjleKfugc tot öat ftooginaatbig ^ifefïci:-Slimpt / otn ban oSobo' toegcn’t 5clbe bp’t ©olb te beragtes*. Etc l|ebj. 6; 4.nbsp;inde niemand iieemd hem zclvcn die cere aan , maar die van God getoe-,nbsp;pen word gt; gelijk y^aron ; alfoo ook Chriflus C'Cfe UlflCUmge bJClb bCjC^nbsp;gelb boo2 Oct opentliO tnOtilbtgen / ’t gecne in be Eolbinge ban Aaron en fijnenbsp;Eoonen 10 gefdjieb gt; alei ooO in Od aantcebOen ban Oaace ïjc»ltge itlcebeccunbsp;l^ebit. 8.1-12-30. JBelfte Ealbinge in C0?i0o Oct tegenbeeib op ecu unt^nbsp;naiicnbe toijfe tjs bccbiilb, Eie ^faf. 2; 6. ©ergeiyO i^fal. 45: 8/ 9.
(b) nbsp;nbsp;nbsp;^n ijet Bedienen gn iiptboecen ban aiie uteien cnbe lebcn ban Octnbsp;OccfcOap : f©clOe tfcocc beOenb flaan; i. Oct ©ffaen ban lt;6aben enbenbsp;e^agt-eft'eten boo? be Eonbe; en 500 Oeeft ooft onfen toacen ]^Dogen-^,n-tlec
5ig 5CÏf3S eenmaal op-geufFerd , om vccler zonden weg te nemen ]^eb?. 9 X 28. ®tu 2, ^n be ©oojbtbbinge en intcrceffie booi Oct J^oJO / Dn lt;0ob / tociOnbsp;Siimpt Aiiron ooB bfijtig balfoaot Ocefï Cjcob. 17: ro. ©ergdijfi ötee mebenbsp;ben Poogen-pjtefteriuOcn Eegen / gel^b in ben monb Aarons, om bp lt;6ob/nbsp;tot Oet ©fiiO enbe mt selbe ten goebe upt te fpiceften/ ^gumcr.e. ^ff. 23-27.nbsp;lt;Écn openbaac 3©oo?bcelb ooO ban Aarons bocnfpiaafte booi Oct ©olO üp «öob/nbsp;Oebb gp 55««t. 141 5» t.Ö €D?t(i«Si onfe eenige Voorfprake by den Vader I ^oati. 2.^ff, 1/2. ïiom. 8: 34. en i (Sim. 2:'4.
(c) nbsp;nbsp;nbsp;51gt;t be ftnguherheyd fn afjOiiberfjcpb ban Aarons 3^0£igen-532ic(lkT[ifienbsp;SCmpt: 3©anf al fcOoon baat beelcpdcftcriS aï.ö )on Eoonen'enbe Oare boigecsrnbsp;onbee Oen Piieiïecö toacen 3 nogtans toaö nientanb beneben liem in toaacbig#nbsp;Oepb mebe-^oogen-^2ieflcc / nogte Oab eegt om in 0et i^eplige bcc HepOgeiinbsp;in te gaan / op Oal^-ftcaife ban OP sKeen v alfoo ooft COii^iö ; Eie %b?. 6*nbsp;jOcÈ 20. en 7: 28. en 9 ; 11-24. Aaron toiecb eccfl baacom booj af (tngu:'nbsp;ficriift ge5alft/ enbe ban baat na ftine Eoonen/ na bat al booicuö be ©ifranbenbsp;toaiS geftOieb 3 gelijft ooft COOfii ^^icfteclift 3©olft eccU met een nicubje Ealf-e©ïpe to oe5alfb/ na fijne bolïpajjte «©ffianbe; gnfgclijfto Oab OP ooft een hv'-jonbec uptnemenb toeflcl boben jijne Eoonen/ onbee bjcifte be Urim en Tuin-inim, enbe Goudene Plaatc , met OPfcOltft,be Heyllghcyd des Hebrest
iipanurttebcn itebit, 8. Cap. SElfoo ooft banCOiifto bc eenige j^oogen-I^?ic(tec/ aiö ban Oet Hoot'r baalb beEalbinge nebec to| op (ijnBaart, tot inden zoómnbsp;van. fijne Kieedereii j bat t0 op alle fijne SBeoebeceii / todftc op bciinaoïtiabnbsp;met ben nanie ban Pricöcrs des ticcrcn , enbe ïDienaeen öatesi Ciobo. Eienbsp;©lal. 133. en €fai. 61. i. ©ergelijft bceö 6. ^oe Oiee bp bc geteoutoOepb bannbsp;Oaac b.pbcn in Oace Obieninoe; befe biel aliS otenfiknegt, jjp gi-g Heert.nbsp;èbee fijn epgen 3|up^.
(d) nbsp;nbsp;nbsp;¦©€ Micakoiso booi todOc Ocpb? EalbiPgc 10 bebefOgb 3 onbee
. nbsp;nbsp;nbsp;'nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;¦nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;bJdiie
-ocr page 27-Schat-^amcr der Zinne-beeldcn Voor-bcclden. jf
hJi'Ifte U!gt;tniUlU iirtl Staf Aarons die blocyde en Amandelen droeg. iMcIh txö n alk atócre ftiten böit ©uöiteii / en ïjacc ^ecfooacn afaebjefennbsp;.toifcïtcn ban ïjlt;c ïiooobjaartige 25cbtennige / cnbe bc fijne ten gebenb-taltennbsp;onrccrtt öc ^ramp;e tojeeb Belnaacb / enbe alfoo friii JDcefoon alleen baar toe gcaU'nbsp;tijo’tfccrt i^iini. 17; lo. ï^ct toeïtse bebiipbe / fcat (ffbn'fït iföocgen-pncitcrïibnbsp;SEmpt bcüefttgb toeeb/ bat gclp een botte (iaf/ niet ban bfoepen iipt be firaotnbsp;ban De 3£arbe / aJfoo ooft Ijp lijne jlScnfcDJtïJe nattutre niet nnt be bcagt cunbsp;teeboen ban een .ïBaiftOe / maar boo? bc obecftotnjle besi =^. «èceftep obci* benbsp;jBaget .ïBaria 3dubc Bloi^en. föloepcn/ in fijn 43ct)00?tc/ Iteerc/ ennbsp;cnïcrt ; enbe baar na ais b? nu al 50ubc afijefneben 3Üb «pt bet ianb bcc Ic#nbsp;benben/ boo? finiv©}Jftanbtngc/ enbe uptjitittinge fijiiei i^.lt;Öet|le)$/ bcotboclbenbsp;bp Woepb UI fijne Eebeitiatcn. Cn alfoo beeft‘«©Ob dien droegen Boomnbsp;bloeycnde gemoalit lt;!ê3ênj»i7: 24. lt;!En op fijnbooft dcCroonedocn bloeyennbsp;P;al. X32: 18.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.
alfeei nogtaitó niet tcgettflaanbe btnbmcn meer bingen In be ^erfooji Aiirons, tóaac In bP tegen-gcileib bJotb tegenp Cb?iftu,ö
1. nbsp;nbsp;nbsp;«©elijb In alle s^cbabnbïcn gclocbenb tootb be toace tegenteootblabenbnbsp;ban bet Stebeam ; aifoo oob bier ^enne en geefi ben geenen bic oiibecnbsp;ben mibbel-lijn bem boben Ijrt öooft ijebben gem fcbabitoc meer/ maat bic tjsnbsp;ba-ötoeenen/ boot bet aHcjS om^calenbe ligt / alfoo 00b beibtoijnb bet püflet^nbsp;bom Aarons b!»2 bat ban CbJiliusi. ^te ï^ebt. 7. en 8. en 9« en io. Cap.
2. nbsp;nbsp;nbsp;2?pfonbce pafi bit op bet groot en onepnbjg onbctfcijepb tuffeben barernbsp;Depber inflellinge in bat ^oogen-P’leiletlib Simpt / bet geen aan Clpifto boe?
een onveranderlijke Eed-iwceringe , btC lU CeubJtgljepb (laUb bCCft / maat aan Aaron alleen boo? bet toootb bet 3©et lö bebejitgb. ^ie j^ebj. 7. bcrlb 16/nbsp;17/18/19/20. 3©aac upt 00b bolgb be bcranberliWjepb / enbe be fucceffie ofnbsp;ebergang ban Aarons ^?ie|terfcbap op anbjcn bie bolgbcn / enbe ebersuibsi bcnbsp;gantfebe te niet boeninge ban be 3®et.
3. nbsp;nbsp;nbsp;ti^aarom iffer 00b een onbecgclijbebb onbevfdiepb tuffeben baat bcpbernbsp;PnifletlijfK Simpten. Cbtbli Ptonbt met bc Contnblijbe Ccooiie en ^epter/
^acb. 6 : 13. Hy ral ziuei» en hcerfchen op fijnen 7’hroon , ende hy 7,al Priedcr lijn op fijnen Throon gt; amp;c. ^C©ffranben bie Aaron flagtcbe/ btaOi^
ten maar eenfebabubjagtige/ geen toace en reéic bcc5oenmgemebe/'maac toa^ pen een banbfcb’tft jclfs/ bat tegen baat toao Coücff.2: 14. jiuaar be itjncnbsp;bjengb een toace^abelibe enCeutotge bec30cmtigc meöe. ^tc =^cb. 10: i-i8.nbsp;^e Voorbiddingc en tuflTcbcn-fp^aabe Aarons ,¦ en b?öng niet dp be toaarbtgïnbsp;PPb ban ftin ^^a-foon / nog be bcagt ban lijne beesoeninge; gelijb 'bic bannbsp;CijJtfïust. ^ie ^oan. 17: 19—24.
4* ^it Aaron ectt afgcsonbccb jingultcr ï^cefoon teas onbee (ijne 2amp;?DfbccciV te bebjcfeti: ijisaar ïjp is niet afge3cnbccb boo? ben name ban Soone Gods,nbsp;ban alle Cngelcn en Itïenfcben / en böac in bccljeben in onepnbige «©otbeljif»nbsp;toaarbtgijcpb JJeb?. i: 4—7. ISogte van den Vader verzegeld , óf OOb gehey,-bgd, et) ,fi YVt-reld gezonden, ‘^OaU.6: 17. Cttio: 36.
5* ^t Aaron fijnSCtuPtGetcoubjeUb beef ifpt-gebctrb is toanc/ begegtee
31 3 nbsp;nbsp;nbsp;ma
-ocr page 28-ntrt jtoaliTicpb / ja jtoaare ctgontfR ; Grip fgt;pt uwt fjct ban bim gcutofpitcn aanboot ban öet «0ulö£ti ïfeilf/ tof censn Hfgob boo? gfcael/nbsp;lt;g)dob. 32: I. ijc. €n om bat ö?lt;iE5ob met Ijab geötpïijii booj be oogen ban’tnbsp;30olft/ mtb« ffaaitóe oj) beisotje bie W twesft aanfp?ee!5en: a®aactim öcm 00amp;nbsp;Bet Eanb conaan 3elfa omsegb bJtecb j^im. 20 ; 12. (Cc cegt 5e(0 ban ben
SïpOftel Ï|CÖ?. 7: 28. Want de Wet Iteld tot Hoogen-Prictters Menfcheii die fwaltheyd hebben; maar het woord der Etd-fwcenngc, die na dc Wetnbsp;(öcbolgb ilJ llelb) den Zoone die in dei Eeuwigheyd geheyligd is.
K B. Ik beginne bier vau ^ythl onder de letter hoe-wel hy, na het Hebreenwf Onder de H behoord, dog volgens de 1'ronuntiatie der 70 die van A zondernbsp;aifiratie beginnen en ^i$l lezen. Ais mede de Schrijvers des N.Teft.
Dlt;Ê joncfllc ban bc tbjcc ceefte ^oonen Adam* cnbc Ev®, bjdftcc ocfcBfc^ bctttffcn 3tc lt;0ener.4; 2-8. 1^)* toasS ban bdlJijf een Vee hoeder , gcsnbsp;lijft Cain fijn 25?oebec een Land-bouwer. 25epbc ccclifte Battbteectngen/nbsp;bie ooft ireen bc anbee ban nooben Bctft* ©spöe beben ftgt; plegtigc (©fftaritjcn/
pebee ban Bet fijne: Cain van de Vrugt des Lands : Habcl van de Eer(i-ge-boren fijner Schapen, en haar Vet; nbsp;nbsp;nbsp;gelijft fp bit UPt CCn OantfCÖ (tcijlt;
big Be«e ett geöagten öeben/ alfoo gaf ooft(0cö aan Baac/ toi^enji Baac foonen/ ettlt;0fli5c ^ gcöccl fWjbig getupgenifle^: 3©ant de Hecre zag Abci ennbsp;fijn Offer aan ; maar Cam en fijn Offer en zag hy niet aan : bOCjnjalbcn hynbsp;zeer ontffak , endc fijn aangefigte verviel. 3^ie (Bijt trt Bet Qccte bccbOtgcil/
Bojilc epnbeöft upt in tooo?ben-(lnjb; en ten ïaatflen tn mcojb liineiS 55:ocbecsl eröje 500 becftceeg Abel de Ctoonc ban Bet cetfle iKacteiaacfcöap.
K^hel is een Voorbeeld der ^eener die van Teegen het Geloove, en de Regtvaardigheyd des Gtloofs lijden van Huychelareny Toelkeynbsp;Ceds-dienfi a^een uytltendig , en niet met het Geloove is ver*nbsp;mengd,
arot een Voorbeeld fjS ban nooben/ een ban befc 2. bftigen/ ofte alle bepijtl Ecift, bat een 5aaamp;e ban lt;0ob in (lm ï©oo?b joobanig beefttoeb toom ; affoonbsp;Bat ijp 3e^gebe u / ofte Beööe w gegeben / 3tgt;obanig een saafte tot eennbsp;voorbeeld bie op ccn anbjc toeftomenbe 5iet / cnbc een anb^ saaftc tot een tegenbeeld Beeft: gelijft 1^ op 30banig een bJijfe becfrt^cn-maal omcent fijnenbsp;^^pöeten / t^oitijce Ezechici en Daniel Beeft gcBgi^eC? / bat BP Ba® Bet
bOOJa
-ocr page 29-Schit-kamer der Zinnc-bccidcn en Voor-bceldcn. 7
bDüJbÊelli bcctoorib/ enïK ïjettegcnbedït jiptgclcaïr: ©ofi r^fKirnjiiIic Cïj:^ (ïuss/ in rc praeienti, UI fot tc0enUJoo?titgc Q^aai/ ijjantiecc fp 0ct oetne öoojnbsp;Daar / en in Daar Perbuiit tnta-ö / beroeïefien öd*en tmt öe toeufieefijen (bannbsp;Jonas tpi cFcmpd) ïjte fiaar toacen too?gegaan. ©ecoeüjö ooft flia* 0et boo?s
ftjclb iKW Sara cnbe Hager , lt;0alar. 4: 24. «öfK tett tweeden , bat tlPobjS
©016/ tnïöenöe be reijelmate best^doofp/ en (oenemctibe tn inö^j^b en ften* m(Te/ oeftJaar toenb/ boo? be upthomfte/ bat öct geene in bej^ecfteCÖJïfti gcinbsp;fcljicb / Öeeft een bolftomen cben-ccbigftcpb / met ftet geene fp jtet onbec ftaacnbsp;te gefcijieben ; cnbe tufllfjen ’t getne in oube ftjben isf gefcöicb» Woo fieeftnbsp;Pauius gtoote teben gel)^ / om bc Cormthiers te betmanen baat op agt te ge*nbsp;ben/ bat Bet geene j^t ongeloobig ©oiftgiftad ontrent ben boo^beelbigen Rotz-ftcen B^«i mi^aan/ Baat-ï. alss tot een boo?beeib toast boo?gcftomen i Cot.nbsp;10:6. 2Us! ooft ben selben 28poflel om ben Gaiatiers te beiïtaffen / cm taïnbsp;fp 5elfS bie 5tg toaaröien be 3©et te bctfiaan/ niet en metftten ’t geen bc 3©etnbsp;bat tsf een bcröioembc fp?ccft-toijfe/ fpecfcnbc op Sara, en Ha-gar, toJiDe bectlaan BcBöen ban be (laat bet bienftbaacBcpb in Bet (öube/ enbc
SectoPBepöinBet3S.€e(lmnent. nbsp;nbsp;nbsp;^nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.
öPt befc aanmetftingen bclgb B^ / Bat op Bepbe toyfen Abel ben eecRen 25locb-getupge or^ tot jobanig een booibedb tsi gegeben: (€e toeten ban allenbsp;30banigen bie met CB?t(lb / Ban toegen be ©eftjbeniflTe best toaten ((Heloofss tenbsp;Ujben Beöjen ban Bare ©:tbolget0 / en Broeders bpfonbet. Ctoifiuss beginbnbsp;ban Bern aiö ban ben cetden iBactelaat / en baalb nebec tot op Zacharia dennbsp;Zoonc Berechi», eübe epfcBt ban bet gjoben Banben jel^ Bet bloeb Abels desnbsp;Regtveerdigen. naattB*^^: }s, Jüaatoml 3flö om bat fp jigaan bat boot*nbsp;beelb ban be |Boo?b ban Cam en Abci gepleegb / niet en Bebben gefpiegelb/nbsp;enbe Baat jdben en Baat moo?babi0Bdgt;b baat tn niet Bebben bcfcBontob : iiactnbsp;nobmft bangb B» ban aan ban be iBooib Abels, alfoo get bnpbeiift iö / batnbsp;èctfoonen/ en baben/ bic in ecnigejcöfi Bd albet-cec|le en nabniftftcUftfiebooiinbsp;beelb boot bc bolgenbc gcfïagten (lellen/ bc selbe ooft met Bate lebenbige figu^nbsp;ten bccbeelben. 9llanmec6lift tsï flet ooft / bat Pauius onfen Abel alsi be eerdenbsp;lettoon ban be gcenen bie gctuygcmiTe van God ftabben / bat Baat (iSeloobenbsp;cn lt;!Bffcanbe bcsl ^eloof^ 45obe aangenaam toass/ dtlb igeto. 11:4. lt;dnbat/nbsp;ban Judas ben 2ïpodx'l/ Cain toa'b gedelb aljs cm Igood ban bat gantfcBe ge=nbsp;felfcBap ban bc balfrije pofeten / bie in be laatde bagen jouben opdaan / ennbsp;nu in Timen tnb td begonnen te toctften gube ®si i u ©ergelp ooft i goan. 3.nbsp;bec« 12, 3Ktoaac Bp be Baatecss bet 26?oebecen btód op Cain Baat ©attoon/nbsp;cnbe bc geenen bic (jet bebcl CB#* ban be (iefbe bet 25?oebccen / toegenss bcnbsp;saftc besi éleloofss cn bet getegtigBcpb bettagteben / b?engb tot Baten ©atrocnnbsp;Abel , toclfteC0 werken Regtveerdig waren. ©Oben al toenfCBtCtt top / batnbsp;op bc boo?gemclbc plaatfe ban Judas toetbc aangemeefit/ bat met Cain toetbennbsp;gepaatb «edjanige feoofben ban bc afballige ïeetaatö / bie upttonftMift bennbsp;SdnticBnd Bebben betteb/ 300 bat be balfcBeÉceraatsS en Baat^Scctejelgs bennbsp;Pamc ban bte pre löoö^ett cn ©oo^dben ontfangen: i|p (iclb’ec b?ie / bannbsp;todfte Cain get Ï^o^t ijs/ bttsl 1*» Wee haar, want iy zijn lt;Jcn weg caim
ingegaan,
-ocr page 30-8 nbsp;nbsp;nbsp;HIEROGLYFHICA, ofto
inj'cgaan, en door de vcrieydinge des Zoons BemUms ïijn 7y henen geflortef, en door de tegenfprekinge Car« zijn zy vergaan. ï^Ctlïi jfetWdifiiJat 'Ifpoc. 2.
ölT.ó-if. Biicam trcrt RiSfclKni nbsp;nbsp;nbsp;ijcii nam? aan öc öantfcfiÊ ^ccrc‘boii
b; baïr£!K’$ecraacïf o«f£ öm iwiite bmi Biicamiten, ’t geen in nbsp;nbsp;nbsp;albaac
lunb Nicoiaitcn, b3jnt fji'f cccflc ï^cfóeetD^s/ ï)ct ttücebe Oder. €n batfs bcrlt;gt;i4,en 15. ftiiijncn in bjcftöcpöcn ^emn onberfriiepben te tootben/ iiS omnbsp;2 ban bace eubden uptte bnihbai; namdiïi ïjaac betobitenbeScece balepbenbcnbsp;tot ?ïfi3obcn-bien!l/ toelbc i^ eencöeetHifie Ijoececpc/ gcliifi ^ileam baat boojnbsp;gfcacl berïepbe boot ïjtt foft-aasf ban bc feboone ifesoaöitircbe ©ttoitocn. (€ennbsp;nnbcfcn barfc boot gemanftte bjootben upt giccigOenb 5ig bc bceefdtapppe obeenbsp;bet !^o[ïi annmatigben/ toaac in 5» oob ixgt Biieamiten ofte Nicoiaiten ^jn.nbsp;3©ie en tocct ooft itiet boe albnac be 5clbe aootte en gcbjoefcfcl ban baffeftenbsp;Sf eiTaaciS onbec ben name ban be ©eonboe Jefabei boojftrmen. ©evö 20, lt;gnnbsp;3elfo bic bat niet 5icn ftunnen/ ootbeelcn egtec bat een 5eferc ba(frt)e pefeteffe/nbsp;jeiabc! ^ecc gdijft / baacom bic name/ bn aiiuüe ontfangen fteefr. j^uCainnbsp;ftomt ooft onbec bic range boot bs’ Judas en bat totl ars ftaac pooft. 3©aarnbsp;uw bet regts btaabs tegen-gelldbe bootbeeJb ban ben Regtvaardigen Abel 3ijnnbsp;bolJe lupfJer otwlecnb.
«gnbc/ cm tot pet ttocebe ebee tc gaan / en te 5ien op toat toijfc men jien ban t)oe cenige ^^eefoon / ofte 5aaftc met een anbere bergeleften / niet en beeftnbsp;eenige Olootc gcigftÏKpb / maar pee in be cene bic bootgaat een jinnebcclb ennbsp;bootbedb ban bc bolgenbc moet geftouben töojbcn i 500 30! geeme toe-fraan/ bat niet alle ©erfonen en 3aftcn/ bie in pettoes malftanbercn gelijfi 3ijn/nbsp;baacom in be otbte ber 5innebeeiben ofte bootbeclbcn 3i)n te (lellen : toant an#nbsp;bers 3tinbe pbec lt;0ob3alige in bet lt;0. €e(lamctit; als ooft pbee (©oblocfe signbsp;bebben ais bootbeelben en 5ntncbcelben ban pber 0obfaltge en lt;6obloofe in bttnbsp;3^. («Ecftamcnt; °t geene ongetijmb ts; 500 sullen bJ» ons albus in Hypothciinbsp;blpbenbe in ons boo/beelb ban Abel berftlaren.
‘JJltoaar in eenige i^ooft-familie toerb gegeben bet albec-cerfte ai opmeclie# bft(le cjcempel/ nopb tc boten gdiootb ban eenige beugb ofte cnbeugb/ na 3ignbsp;flcpcnbe een gdp gebolg in nabolgenbe^cbjen; en ban baar baiebcn: altoaacnbsp;bepbe ilerfanen en baben 500 net met ben anbecen in alle bootname aanmeeft#nbsp;lifte saften ober am bomen / bat bet eene ais een Coppe ts ban ï)et anbere ofnbsp;bootgaanbe ptinctpaal / ’t gamp;m bet secc bupbelift uptbtubt; baar en ontfiennbsp;top ons met öd eecfïe ie bouben boot een bootftedbbari bet anbere; en baacomnbsp;OU'flat top ons niet met ben ipoflcl be Gaiatiers te beftliulbigcn ban onbec#nbsp;flanb; ais bie gdefen ftebbenbe/ Ijoc in begattiarcbaie^FamilieSBbtabams bannbsp;ben selben Abraham ttoee^onen toarai getêclb/ be cene upt ben lt;©ienflmaagb/nbsp;be anbere tipt een ©tpe; cnbe boe bic eene na ben ©Icefcbe / en be anbere nanbsp;bc 25eIofte toacen geteclb; en boe be cerfic be ttoeebe berbolgbe; batfe seg'^finbsp;niet bcböcn aangemeefttbat bet geenesp in baar tüb onberbonben in bet bltcftb#nbsp;lift en icttcrlift^jobenbom/ tgecii be bienflöaacbepb beminbc Doben be btpbepb/nbsp;cn tere iBtoeöecs bic in be btpftepb (lonben / baacom berbolgbcii; om toeiftcnbsp;itben 5? ooft met Hagar en teren ^oone siin bupton gclocgpen/ baar Icbcnbtg
Schat-kamer der Zione-beddcn en Voor-beeldai. xy
fn gemelamp;e boo^bcdö toaö occcpjefciuccct / onttcr ren Aiiegorye ofte öie toben Daar Setter ons tot ijoogcc gebagten en toetemenoe ?aftcn opftclit.
(a) nbsp;nbsp;nbsp;èoo (iaat ban ontrent Abel i^icr cctfl aan te merften/ bat bit aJbcraati#nbsp;maftüftH boojba!; ftet geen ftet albcr-cafle bwo/ en ooft noobfafieltft ftet eenienbsp;teas ni be J©erelb ban ecni^rtefaat/ en ooft ban ftet aibergeootfle crctnplatrnbsp;gcbolg bJkiS; boojbtci tn bejparaiöe onfet eerfle boo2-©Hberen/ tn bJelftebcnbsp;^§clj?ift ons maar 4.pxfonen aanteftenb^ onfe certic ©abet Adam en jlioebccnbsp;He va; ncbctts ftare z. Zonen Cain cn Abel, bc eerfle ban alïc ftetjjlSanltft op;bnbsp;ft)j ftaartet bjccelbgeb?agt/ nabc belofte al tn j^t^'abijs gefclpcb: geenattonbsp;honben toe ben j^aftomelingen ten booibeelb boftreftften ban bciigb of onbengb/nbsp;ban 5P S. enbe Ijet tS alfoo booibeelbig cn opmerfteftft ftet gcene tnlferien ftaar/nbsp;ais ’tgeene tnfffftenlfinaei enifak tn^iifajaftamsjrnniifte is gefcOieb. 5!ri befenbsp;toennigc (gft ?al be g^ogtatn baar laten / bic niet bermelb bjojben) bedonbnbsp;toe bc jiaitc bc eerftc bic opb geplant toas ; en bj-.c 5.1I bcnftcit bat ’t geen innbsp;bic alber-eerfte patriaccft.ilc ipamilie 300 notabel iö cefcftteb minber 50ube ber^nbsp;toortcn ben ftaat ban be bolgenbc «Éctibjcn / 5onbcding be ïja'ftc bte ban ftetnbsp;«öpper-ftooft ban alle patriareften JefusChriftus ben tweeden Adam in ftet 4^»nbsp;(Seflamcnt is opgeregt / alS ftrt in bc familie Abrahams titfftftcn tbjccnbsp;5520cbecS ts boo^geballcn.
(b) nbsp;nbsp;nbsp;«ïiïnbc is tod aan te merften / bat ftiec onber be ttocc ^?oeberen be oivnbsp;fteplige cn berbolgec is be lt;Écr|l-gcb02ni / cn obcr3ulfts groot boo2becl/ na ftetnbsp;©iecfcft boben 5ftti ^öjoeber geniet / alfoo ftp be alber-eerllc ban alle ftet |Kan^nbsp;ndihZaab toas/ «tbc alle 5ijite5^aftomdinaen iKm upt bien ftoofbe boo? ftaarnbsp;liooft na^llbam modcit ctftennen : bc eaUeafrföenaant ban ftetgefïtg baiHijnennbsp;©aber 3llbam. tDe cerfl beboegbe om be, obcrleberinge op bc j^altonidingcnnbsp;ober te ftjengeit; gdftft ooft in bejpamilieJEbjaftams ifmaci (uptgcfonberb batnbsp;ftp upt een t©ien(lbacc toaS geüojcn) becl jaren onber toas ban ifak. lt;ön nognbsp;gdijtet gebal ftebt gp In be familie ^fafts / toellten upt iïebcftfta ttoee Zoonennbsp;ban cene biagt gcbo?en toierben Efau en Jacob; ban todfte ooft lt;Êfan be onljcp^*nbsp;lige ftet booj-regt Ijab ban bc ecrfl-gcboojte / cube baaroin een bccbolger toasnbsp;ban 5ftnen !23jocöcc. gnfodfiifts bertoonb 5ig bit in bc 3!obeit todfte be (J5do=nbsp;togen ftarc ©joebers ftebben bcrbolgb/ baftftoubenbe aanbat©.(€c(la.ment ftetnbsp;geene tot bicndöancftepbftaadïe/ cn ’tgenc onber toas ban ftet nicutoc; u»t ftetnbsp;toellte i^ictoc (Ccflament ftare iSajcbecctt be gdobigcgiobcn boo? een nietóe ge^=nbsp;boo?te ftaar oojfpjonö ftabben : 30b tf^t tn bic 5111 be ongdoWge gioben te regtnbsp;ntet ifmaei bc onbUcn/ enbe jn (tdohigeti upt^rai gebojen/ bat iS na beftennbsp;lofte/ met ifak be jongih’ ^jeeba* mogten getwamb totoiten. Zie ©auli cesnbsp;benftabdinge upt befe allegorie, lt;0alat. 4. Cap.
(¦ c) ^og is ftpfjnba aonmerftdift be materie en oojfaftc ban ftet gefcftil tufs frtwi to : ^ar ftonbc in bie ti^ tufTcfien ftaar geen emulatie oftenbsp;5ijn/ upt cenig iniïgt ban tijbliltc goeberen/ boo? todfte üepbe bc oantfdjcnbsp;^iarite open-donb; en Cain als bc Sanb-boutoer ftonbc ftet ftonbert bupfenbflenbsp;bed ber ^facfte niet beplanten ofte lianteeren/ nogtc9tbd al ftet ©cc op bupfenönbsp;Sbctgen ftoeben. 51gt;cfe öepbe iKintecfingcb ftabbdi ooft malftfinberen / als be
J3 nbsp;nbsp;nbsp;regtec-
-ocr page 32-lO
HIEROGLYPHICA, ofto
rcgtec- ê»i litiïfrc-ftanti ten ïjotiodctt bnn nooöoi; miiac öe cpsfb «ijfcito Vgt;3n
ttot|l bCïWaai'Ö ïiBOfCSS/ cni öat God Habel en lijn Offer aan zag, maar Cam en fijn Óffer niet aanzag : «Snbe bc cpofii ccben baat bail geeft ^ulius/ entnbsp;bat öp offeebe een itiectbec effee ban 5ijn 25joebci: / baacom bat ï)p uyt het ge-loove offeebe. ^oo ban/ Cain offerbe jonbec bet toace (©elobe/ en obec3uIïhSnbsp;betoijfe Op egtei* in bat iiptccliO plegen ban ©ffranben fijnen Jöjoebec gefijfinbsp;boasi/ 500 i« Olaav bat Iip toasS een ï|upcOelaaL*/ fcOijn-0epO0^ / enOe toeiO-Oepligc / en bie gemeenb Oeeft bat in bat upteritO plegen ban «©ffeanben jijnenbsp;gccegtigOepb boo2 lt;6ob beflonb t 3©ant Oet iss onmogelifi/ bat pcmanb offecennbsp;jal anbiTö ban tipt een ban befe bepbe gconben t ©fte om bat OP 3ig baat boojnbsp;bc geregtigOepb boo2 Oet ^aab bet ©toutocn te bertoeeben toil toepaffen / ennbsp;bat ié be baab beö toacm geloofé/ in todOe 9Cbcl toerttfaam toaé : lt;©fte omnbsp;bat Op mepnb bat 3!jn ©ffranben be licagt Oebtien om öem bocc Cfob ïtegt^nbsp;baai'big te boen (taan; 500 batfe be (toffe ban 3i)ne gecegtigOepb booj«0ob3ijn:nbsp;lt;Ênbe alfoo ié 2llbel een uptnemenb ©oojbcelb ban alle be geenen bie boo2 Oetnbsp;gcloobe/ onbeebe toaacagtige enbcCieeftlijöe ©ffcanben beé lofé/ lt;6obéïiegt*nbsp;baaebigOcpb / Onpten Oant seJben in ben iBeffiaé 5oefttn : cube Cain ban benbsp;3©ecft-0epligcn bie onbec be gioben tjace epgen gcregttgOcpb tcagten op te ceg^nbsp;ten / en bat booinamelift boo2 Oacc Cffcanben en nptteriift onberfjouben ban benbsp;3®ct; toaac in al bc ttoifi tuffcOen ^efiim / en 5ijn SCpoftden met be gobennbsp;ié ontftaan. €n bit ié ooO be matene ban Oet g^cOil tnffcOen be toacemeeftenbsp;«n ben SïnticOn'fl / toegené 31)11 uptteriijOe bleefcfidijOe «©obé-btend / enbenbsp;iBcnfcOlijfte gnfettingen / bte Oet getoobe bcebeccen : 500 bat ben gantfeOennbsp;lt;©obé-bicnft bp Oaac enftel ©jfranbe / enbe geen gdoobe nog barmOertigOepbnbsp;meec en ié. €nbe bit Uiecb oné bupten tegenfpiafie Oebeftigb / nabicn Judasnbsp;C/tin, en Biieam. cnbc Core, bie iiict bdi ©?iefiec ttoifteben 500 rsamcn-paacb/nbsp;bat Op Oaac ten boo?beelb (Idb ban 3ulOê balfcOc a,cei*aaré / bic be genabenbsp;Clpifti in ontugtigheyd, bat ié blccfcOHjOe bcgecdiOOeben / gctaïtéOepb/ }bagt/nbsp;en aan5ien in bct^celb veranderden, (©obétIeccfcOapppc ban Oaac fcOoubjeitnbsp;aftoieepen ; enbe CDiifti dcs eenigen Heerfehers lt;0p{KcOoofbigamp;epb bettoiftesnbsp;ben. lt;©n 5ec6er be gcootéOepb beé Oecten en beé Icbené / bte nabccOanb innbsp;Cains toi'relb-ge5inb0epb / en in Oet boutoen ban pjagtige ^teben uptmunte/nbsp;fmeulbe toe al in 3i)n Oecte. iKen ftan beeba bp ben 5dben 3fpofid 3ien/ Ooenbsp;{ebaibig Op albaac be ^nticfniftifcOc ^pnagoge befctoijft.
(d) apt befc epgen ceben té ban ben ttoift tnffcOen befe Jöaïcbcré Otttftaan/ todOe oo25aaO toaé bat lt;©ob Oet ©ffec Stbdé aannam / enbe bat ban Cainnbsp;bectoieep / befe nu en ftan niet anbecé 30» getoeeft ban Oet (©eloobc Slbelo/nbsp;ciibe Oet ongdoobe Cainé. «Ênbe befe ié ooft be ceben banbe thafl (alé ge5egbnbsp;ié) tnffcOen be toace enbe baifcOc iteefte banoJeutoen af gebjceft/ en 3alfe Wijsnbsp;igt;ei tot ben epl^ toe. Endc Cain fprak met fijn Broeder Abel, bat ié bcé:»nbsp;be ttoificlijfte rebenen. 3©aacfc0ijndth eecfi onbec fcOün ban onbcccegtii^; ge^nbsp;iiift Oet boen ié ban alle balftOeïeecaacé. €n ban 3oobanige ttoiften en lafte?nbsp;jcingen 5iin «CJuiffiié en 30» Sipofleltn onbec be goben 5at gctoecfl; befe bliefennbsp;Ml Oaat en ngb a,in j npt todft mcPHec niet anbccji can OIttcce beibolgingen/’
en
-ocr page 33-Schat-kamcr der Ziiine-beelden en Voor-bcciden. 11 Ri cprtJriift ntoiMiJcn tonöcn ontflami. Sie pc ban ocö bc odüPepö* ?.. •
topOSf bê Broeder-moord.
(c) «èpnbdtö ban ©CCiS 8. Het gefchiedc als fy tn het Veld waren, dat Caia tegen lijn Broeder Abel opttond , endc floeg hem dood- 5^1 lïiel6Cnbsp;gnttocitp baab ; gdijfi Cain (ebenbig bcctoonb bc ©erfoon ban be goben ennbsp;ben Sfinticpfl / bte tec oogt;faafte ban CiobjS-biend / onbec ben fdiün-öepltgcnnbsp;belanantd fjace ffi^oebecö oecmoodicn / en be fcljapen CÖ?ifli berfcoeticen; al#nbsp;500 bectoonb Ijiet Abel ben albcc-ecrdeniKactdaac/ be menigte ban alle bioeb-gctitpgen bte om be ^elijbeniffc bejs Cielcofei en bec «tScccgtigljepb Jön op-ge#nbsp;offitó; en jugtenbe leggen onbec ben 3fltaac/ roepenbe; Hoe lange o Hcyiigcnbsp;en waaragtigc Heerfcher en oordecld endc wreekt gy oiis bloed niet van dienbsp;op aarde woonca. SIpOCal. 6: 10,
15a befen Patriarch, «1 ï|ooft bec bolgenbe Cccd-iDabecctt ; bJdamp;ccei l^ido# cic onsi jaofejS ontjlanbig befclpöft ban (0ai. iz. tot 25* Cap. becss 7* ettnbsp;in 5ijne geballen en bejegeningen / bomen 5cec beel beelteniften ban uptne#nbsp;menbe beuj^en boo? / om bjelbe i\p boo? Ciobsi gantftlie 3©oo?b aan be fecchenbsp;«öobjs een Patroon ban bengben tóojb bootgefidb: 23pfonbec banbie uptnemen#nbsp;bc / alsi baac tö be vniochemnse fijns zelfs, upt f)ct fcljepbeii ban al toat pe#nbsp;manb aangenaam iss obccbloebig betoefen/ ban bcnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ftM^-vafi,ghtyd
des Geitofs. in ollc bct^ochingcn; la be albci-sbtaacfle; ban bc Hjdfitamhtyd der fiDpe, amp;c. toegen fijn gemeenfamen ommcgai^ met lt;0ob noemb Ijem Jacobus een vriend Gods, ^acob. 2 : 23. ©ecgdijlt Ciencf. iS.Capit '©ognbsp;hjj» jiriicn mojc ttoce geballen bte bpfonbje poo?beclbcn 5ijn ban tocltomcnbeinbsp;bingen/ in öem aanmeefien.
Ecrfte tjï/ bat Oi» / na bat Dem al in jijn ecede eoepinge be belofte toast gebaan f en nabcefjanb meermaal aan ïjem beementob/ ban bat Clob Rem totnbsp;eat groot ©Olft 50UbC maften; en bat 3ig in hem zegenen zouden alle Gcflag-ten des Aardrijkï: gia bat Rp Rcm een i^ft ban bic jegeninge upt fijn Eaabnbsp;fin bc tolRepb bejS tnbiS) soiibe^ben. €n toebecom bat Rp aan jceftcc nafto#nbsp;melingcn upt Rem Rct S^inb (ijnec toembelingfcRappen 30ube geben; en nognbsp;meec / bat lp fijn joube dellen alsi Ret dof der Aarden, Cap. 13: i6,nbsp;Cn ja Ret jelbe (in menigte en RcerliRRcpb) soubc dellen aljS bc Stenen aan dennbsp;Hemel. lt;0cnef. 15: 5. ic. 911 fcRoon Rp nu jcec oub toasi / enbe fijn ^upsi#nbsp;bjoutoe Sarai otitonstfeac/ Rp bc selbe belofte toel omRdfb Reeft too? Ret lt;©cjnbsp;fijobc Cirncf. 15:6. ïlom. 4 t C®sc/ nabcmaal bc 5elbe boo? 300 eennbsp;bon lange ^en toiecb uptgeddb (toant tuffcRen bc tgb ban fijn («3togt/nbsp;wbe be getoojte fRnjS ^njS 3f^t)C Woepben tod 25. jacen) 300 bebing Remnbsp;^.ntcnt^Ii^ jb^Repb / bat Rp op ben caab ban Sarah tot 5ig nam fijnnbsp;^«nfRiJOiiioHagat, upt bJdfte 0p3(toafi getoan/ tuficRmtortamp;ecsi/ enaitot
35 2 nbsp;nbsp;nbsp;nac
-ocr page 34-«ai)otrti.'nï!c oc0oo2tcuﻣ Sarai i4.}nmi inlifccPïicn / alfoo feat onkc miamp;bcn tiiW ójn lK«e 3fi'c gcfircnlit jgnöe / öoo: bc iiptgcfldöe Doopc ban be gcDoone baitnbsp;ccn pootte upt Sara, (©ob / Op 3011 aatiocligt ncbcrballcnbc/ fmccfttc metnbsp;bie bebe: Oii dat Ifmael mogt leven voor u aungcligte, «©etlCf. 17. bcCjS 18,nbsp;lt;£nbc cptibdilt üjcpb licm boe ()p 100. i'accp onb boats/ cn ^ara 90. befc»nbsp;ne bec gelofte gcbooocn / obee tocibccsi fpecit-maaltijb / alfoo 9fi«tiel 3tfl fPot-agbg gcbooca/ boicebbp niet ti/njlioebcr tipt liet iotips'9lboaïj® beifTooten booonbsp;^ta/ en blugtebe in be jlDocrrijiie: toaai* op bop Jiebben befe aanntcriiingcn.
Deje Hifiorie vm Sara en Hagar heeft in zig een AHegoria, dat is een haoger heduydinge , dan die de fchortfe van denbsp;letter mede hrengd: en quot;welke?
^at tes / niet Bp tocbal en Dlootc mcnfcfieliiftc 5ui-fpêelinge; maai' bolgaitf «jEiobes oogmeeft {openBaai: upt be uptBomfte) '3iin befe btngen in bet l^upbnbsp;2£bial)aniei bootgcballen / om giootec cube geboigtigee 3aïien tn bet torftomlnbenbsp;te berbuUen / af te bcclben cn te befebabuboen / bet geaie bte neenen boeïbe benbsp;Ceiiboen jonben ücleben / in boelbc booo be uptbomfte bit caabfcl soiibe tocibennbsp;ontftnoopt/ bupbeftb 30uben 3ien cn onberbinben.
(a) nbsp;nbsp;nbsp;iBclft ban aan bat Abraham npt ttoce ©ooubocn / Sara cnbe Hagar,nbsp;geene boel een Vryc, maac befc een Dienftmaagd, gcDooocn 3iin z ,§oonen/nbsp;be eene b?p afö Hak , be anboc bicnflbaac alö ifmaci ^ bet boelbe bcbrii^i batnbsp;SIbtabamjS aSabomelinncn in ttoce 3oootcn becbeclb 5onbcn toooben / in bienft^nbsp;Bace / cnbe tone / toelbe nogtanei Bepbe souben 3iin epgen natmulijbe ^oonennbsp;SCBoabamb/ gdiib ifmaëi en Ifak.
(b) nbsp;nbsp;nbsp;naccb toiibctb / bat liet jpunbament ban befe bienftbaarticpb baat innbsp;Jegb / gelpb Pauius toonb lt;0alat. 4* bat be cene bte bicnftbaai' toab / na hetnbsp;vieefch, bc anbcTC na de belofte boiccbe geüooicn. 25cpbc in bet ©iccfciilibc-gnamen Ifmaëi en ifak obee-eertV maac op 5!fafi iag be Belofte / bat in hemnbsp;het Zaad zoude werden genaamd } ’t geen 3elfb influpt bat ben iBcffiap Uptnbsp;bem 3onbe boojtftomcn.
(c) nbsp;nbsp;nbsp;(@beefuibes meeb toiibcees aan/ bat befe dienftbaarheyd cnbe ae vryheyd^nbsp;tegen be bicnflBaacbcpb gciidb / niet cn bebaar in tijbliiltc cn aaebfcbe ©002^nbsp;regten/ maat in (©eefllifte enbobcn-©emcIfcl)e©oo:rcgten/ bolgenb be natimrenbsp;ber lt;0ee(if0lte beloften aan bem gebaan / ban bat ^aab in toelbe 3tg 3egencnnbsp;3onben alle geflagten bei* SCaeben: 3©elbe nogtanss alle 50Otoi)b berfpoepb/ geennbsp;bed nog erbe ftonben bcBBen in Canaan / 300 toepnig alss be eene .^tecre aannbsp;ben ï^emd ban baan in plaatfc baac be anberc (iaat.
(d) nbsp;nbsp;nbsp;usecft topbee aan/ bat «Ifs upt Sarai, na bet blcefeb bonben gdjooocnnbsp;tooobcnïbinbecen bec bienfibaariiepb/ cnbat op befe toiife: ^Samdib/ toanncecnbsp;«©ob cen0 baac S^aab booo een tijb 3onbe (idlen in (iaat ban biendbaadjepb/nbsp;batfe bed meec 50uben bectoonen ben (iaat ban Ifmaéi, alss bie ban Ifak , ennbsp;ibaacom ten aaniien ban biXiaat eeebec Hagar ban Sara boo? ISoebec 3onbcn
bebben.
-ocr page 35-Schat-kamer der Zinnc-bcelden cn Voor-becldcn. 13
hcbbca a©niit iwnr iö niet smiccnbcc in bc fiotmelijfee manicre bmt fp^crfïcn/ fan tillen ocb’iipfelift/ ban bat men ortïcr bc jEJoebfc ban centge ^taat/ ber-fttiat be hoofden bie btior tn bie ftaat gefleibljcbben/ jonber agt te geben op Daarnbsp;natiiiainftc affiomfte. 3Bat bat anbcrö bat Hoièas be fjoben een Moedernbsp;tocfclpnft / tegen hjelbe fn ïjabben te tbaften,- lei bic iBocbec ban Sara, of 5ünnbsp;Het bare ©iibfien/ cn be ^pnagogei ï|of. zx 1. €nbe boben al iss naöaililtvnbsp;lift/ bat Ezechiei f{5;ytcHt ban 500 eeniïiaagfcbap/ ’t geen niet npt bc natmire/nbsp;maar booi gem:tnfcl)ap in bc 5clbe (éebioosHenb en baitó ban ongetcgtigOcubnbsp;biftaat/ noemenbe Samaria bet ^Oben grooifle, en Sodoma haar kleyufle Super. lt;Cnbe Hare SffgcöifcHe ©oo?-babcren / bic boo: Hare 3tfgobccpcn (bpfomnbsp;bec ten tijben ban Jeroboam en Rehabeam) cell bjalgc iKibben ban ^ob barennbsp;man / bie tiaac boa? een bepbg ïiinbJeliic-Contract met 513 berbonben babbe/nbsp;noemb l)i» bare Moeder, €5ccb. 16: 45/ 46. ©ergelijb ï|of. z: i, fja / betnbsp;geene alber-aanmerbclifift tb / fip toonb Ipe lUJt ttaee becfeljepbcn ©erbonben/nbsp;berfrbepben J^inb?en getceib toerben / bie nogtanö / ten aanlfen ban bc natuiircnbsp;ban een iclbe afTliomile siin. ©ersi 61. Want ik zal u de zelve (^obom cnnbsp;^amada) geven tot Dogteren , maar niet uyt u Verbond : bat lp nict lipt
bat ©arbonb op ^iiiai gemaaftt / barenöc tot bienfibaarbepb ; maar upt bet Eeuwig Verbond, bcrö 60, ^oc cil 5oiibc gt;6ob ban bc j^aftomelingcn bannbsp;Sara iitct ftiuineii b?engcn onber 300banig een ©ccbonb/ 't geen baar bc bienit#nbsp;bare Hagar gclijb maabte. ifmaëi toap alfoo bjcl bc epgen ^oone ban ^bia^nbsp;ïiam alp ifak; maar Dtt ©ecbonb / eiHje ben ^cgen maalüe bet onbeefebepbtnbsp;Stlfoo ooH bier.
(c) .f®erb aan / bat bit epgen ©erbonb / ’t geene booo cenen bjb Bet Eaab Sfibtabamp bietgaar maabte/ toap het Verbond het geene hy met haar op-geregt hadde, als hy haar met de hand aangreep, om haar uyt Egypten uyt
u Uyje» , mbe aan Baar folenned afbonbigb op ben 55ccg ^inni. J^iiit bc 3©et bJicrb niet jonber be gtootfle fcB?ib cn boeefe afgeftonbigb / cube fp toicc*nbsp;ben genoobfaabt onber flraffc bep boobp ban berre te (laan / cn niet tot (©ob tenbsp;nabereni ©eb?. i2.bcrp 18. «ïnbe na bc ttocebe Iprljalinge ban be ïBet/ bicnbsp;bolgbc op Baren nfbal cn sjfgoberpc met Bet öalf / toierben fp onber een otPnbsp;btacBclib 30b bet biciKlbaatBcpb geb?agr./ 't geen bc ©doobigcn 300 boel / alpnbsp;iKt gcop oer ©ngetoobigen gebtoongen toia-ben te b?agen / 500 bat fp (iet tocl)nbsp;te gdijb met be anbatn als Kinderen Hagars toierben gcljanbelb. Saat onpnbsp;ben 9(ipoilci/ bie top alle gdooben/ Boo?cn fp?eebcn ©alat4t 2z, Want daar
is gelchrcven dat Abraham twee Soonen hadde, de cene uyt dc dienftmaagdy de ander uyt de vryc ; maar de geene die uyt de dienEmaagd was , is nanbsp;den vleefche gebooren, maar die uyt de vryc was,na d.c belofte. Het wel-Ec dingen zijn dienbsp;nbsp;nbsp;nbsp;een andere bcduydinge hebben : Want defe
ïijn de twee Verbonden: het een van den Berg Sina, tot dicnftbaarheyd ba-teude, het welk is Agar. Want dit [namelik] Agar is Sinai , een berg iti , endc bomt over-een met Jerufalem dat nu is , ende dienEbaar isnbsp;met hare Kinderen. Maar Jerufalem dat boven is, dat is vry, welk is on-
Moeder, tkc. ^ bc obec-eenbomjic nn ban ]^agac / ^inat/ go op 5,jn piaatfe.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Cf; ^eoc
-ocr page 36-HIEROGLYPHICA, ofto
(O ^ac-Éti-öoben iss ooft aanmcrWrtt / bat ï)tec boo? bc WecfcBlife gobm ten alben Ctpt(li/ en jijncc ^{poftelen/ öcagtio totetben g'econvinceert j en oohnbsp;met Baat alle bc genen bie onbec ïjet ttteto-ge3aa»be «Êbangclium bec b^epb/nbsp;Bet onftcupb ban be fcBabutoen tcagtat in te (Iccpcn. iBant eerft, f? Ijatbcnnbsp;moeten jten/ bat be engen egefgenamen 3ïteaB® en jj» SJoab / te öonben 3ijnnbsp;niet bic la^t öem natuiiclilt gefp?Dtcn/ maat bie na be ©dofte gebooten baacen.
Sbd iö ban ijacen ïloem / Wy iijn Abrahams Zaad : bic 500 bupbdiït bon oanne / en ^Jifto iö bjebeclegb. (ï^en and ren , fg Babben moeten gebodennbsp;en eeftennen bat Agt; niet geljajibdb en toieebm ban «èsob / boo? Ijet intoecen bannbsp;be 3©ct afó ^fan / maat aio ^ftnad / niet aio b;pe / maac aio bienfibarf;nbsp;enbe bat fwac (laat onbcbcnftdil* bed berfdiilbe ban ben ftaat bie fp onbee benbsp;©atriacdicn genooten in bolïe btpBepb. (€en derden, htóien ban 3ulic in ?tt)?a^nbsp;Baino ^amilje io gefdjieb/ in 5ijn epgen a©i)f/ enbe ^ne / Boe fp ban ijaacnbsp;3dben hunnen laten bunlten/ bat «0ob ooB ntet met Baat han ttotden/ en Baacnbsp;een fcljepb-btief geben. fCen vierden , n^emaal onbet bat ^aab/ ’t 'geennbsp;aan -JlbtaBam baao bdooft/ ooft be ]^cpbenen bie gdoofben in ben jKeffiao bC'nbsp;Boo:ben / cube bie belofte booj be ïSet toaö gefdjieb / ertoe bie ï^enen nietnbsp;met Baar gebtagt toacen aan Sinai, om gelijfte bieiKlbaarijepb onberboo^pen tenbsp;5ijn; toat reben ban baat Itonbe gegeben too?ben / om be i|epbenen een ^obnbsp;bcc bicniibaacBcpb af te bojbecen/ en Baac in eenanbecc (teat te (tellen/ aio bie/nbsp;in bodfte be ^triaccBen ftebben gdeeft: (€c mcec / alfoo (0ob bupbdift / metnbsp;Tcrwerpinge ban Bct eetjle ©atonb op Sinai, belooft ecu nieuw Verbond mCtnbsp;Baac te maften; ^er. 31. Capit. «lïnbc lt;!3ob 5dfei bp «esccBid Capittd 16.nbsp;Samaria cnbC Sodom , alO Önwecctt «1 lt;22cfgdiamcn aartteemb / niet na haarnbsp;Verbond, nwac na een nienb) ©ecbonb/ !twn hodftc Bp 5dfo ^amacia/ enbenbsp;bc afltomclingcn ban Sodom niet upt en (ïtint/ bic Biec of baac bupten bie om^nbsp;ftecringe ribcco om5bJtcbcnbc 3ijn obecgeWeben.
(g) ©00? Bet laatfte en ftunnen top niet sonbee opmedtinge laten boo2-bP gaan be eerft-geboorte banifmaei, 500 bccl ^accn al-cec 3faft gcbo?en toicrb/nbsp;enbe bc'langbuucige bcctoagtinge ban Abraham enbe Sara, cec fp nog bat Eaaönbsp;bcc ©doften becftcegcit. 3©aac boo? bupbdift bcbiipb io; Eetft, bat be bicn(linbsp;baaclKPb onbee bc wet ban ,;êirtai (bie nlO Baac moebee l^agac toao / en fpnbsp;tjacc ;§oonen) mo(i boojgaan be geboomte ban ben boaacen graft ge(lio CB?t#nbsp;(Ine ; enbe bc toPBtPb tot toelfte fp boo? een nicuto jDccbonb geeoepen toieeben.nbsp;©et oubc ©ccboitb mo(l Bet nieutoe boo?gaan. We bienftbaadjepb bc bopBcpb.nbsp;(Cell andren, toecb Bttc boö? bctbedb be lai^uurtge bectoagtinge bec becbnift»nbsp;ten en btcplettecben onbee iat goft / iot bat Bet aangenaam gtibd-gaac bannbsp;bie b?pBepö öooi bc feomiis m geboo?te ban ben toocen gfaft aan ben bag 30U?nbsp;be 3ün ncb?aot.
Jöanljc Baat-oefttttnc^ nu ftijfcBen bc geenen bie na den vicefchc zijn gebo-ïcn, en bic na de belofte zijn geboren, iO al genoeg gC5eob op be (Citd Abel; 3amp;it 3P itaac alleen aangciuecfit / tcctoij (JiB?i(i«0 ben toacen gfah / en 5tonbsp;©olft tn Bern gefpeenb to^en ban bc 5uucc cii to?angc mdft / bic fp upt benbsp;©oofien ban be 3©ct soogen / lt;«be Biet oBec be owotjle tóööftBap enbe maab
riib
-ocr page 37-Scha^kamcr der Zinnc-bcelden en Voor-bcclden.
tyb ban bjenobc toaiö aangcriot / 300 bcmrtmmen 510 be Agarenen be Joden, met ifmaei , ei*c lKi?fieti upt in öaat/ fpbi en fcöimp/ ja moojb tcocn Cb?i'nbsp;fiu.ef en 3ïjn Jtpoflelen.
Ve Op-offeringe Tfaks, door Abraham verbeeld ^ ende voorzegd de Bloedige Offerhande des LMeffia. S^n Opfiandinge , endenbsp;DE VERLOSSINGE STNER KERKE DOOR DEnbsp;ZELVE,
gft menne niet bat patianb ï)iec ban ban ben anbecen fcljcnben be tooo?bett verbeelden ettije voorzeggen, nabcntaal een becbeclbinge ban toekomende dingen,nbsp;is een boci?5eooin0c. ^2 lettcc nu lumb op in bc igtftojie nasien lt;0enef, zz,nbsp;Cap»
gft mepne 00b niet bat pemanb ban be ïïegt3{nnt0cn 5al teoenfpjeeben bic
Seineene toaarijepb / 5^at in alle ©ffcanben/ in todbe ©loeb geplcngb bJietb/ 00? be 3©et/ en onbee be 3©et/ iS een fcOabntoaottg ©oo?bcelb ban be toebosnbsp;tnenbe 551ocbitDgt;tinge €b2i(ti. ïlBnrcom 5clfsi in be V ycr-offren (gdijb befe innbsp;«öobsgfab baactoeepfcljte) bie upt banltebcpb/ 300 boo? beïBet/ aisonbecnbsp;be 3©et toieebeh op-gcoiTecb (5ic Sebit. 3.) toas een^lagtinge en 25locbfl:o?inbsp;öngc / bjelbe noobfabelib tod mofle boojgaan / ea Ijet ©fjec boot ©pee totcebnbsp;aangefleben ; jBaar egta* met eenen bectoonbe / bat bet ©pcc-cffec 3nn bragtnbsp;ïjab in be ©loebige ^agtinge/ toaacom 00b bc geene bnbec be 3©et/ bie offec^nbsp;be 30banig een 25’anb-Djfec ban banlïüaacöepb/ boo? af 3ijn hand op het hooftnbsp;ban bet ©eeft mdfle leggai / enbe ben ©?iebec bet bloeb baar ban (ptengen opnbsp;ben Élta® coitóomme ba‘ö 8. ?ioe D^t ban 5? / alle soobantge «offeebanbettnbsp;teacen ©oo?lRdben ban be toefiomenbe lt;Èemge bolraaabte ©ffeebanbe Cbtibi;nbsp;en ons beel ’t geen top aan be 5dbc boo? be ©(fcanbe bes 2ofS bebflen : ©nfenbsp;©pec-offecen ban lof en banamp;5cgginae bie top otu booge laten opbliegen/ en bmvnbsp;nen ban lt;©obe niet aangenaam 5ijn / ban boo? be oneimbtge toaacbigbcPb Ctpi'nbsp;fli / en om batfc op ^era bie lt;0ulben SEltaac toeeben aangefleben. quot;gn befenbsp;©ffranbe gfaös mofl ban 23loeblto?ttnge boo?gaan / enbe ban bes 3dfs aan(icgt;nbsp;binge boo? bnec. M frtjoon ban befe geen epgcntlilte ^oen-offeanbe/ maac eennbsp;Vyer-offer toas/ gclijlt upt «ffiiobiS beöd bupbelib blijbt bees 2. 3£ls oob uptnbsp;bc todiecepbrdcn tot bie ©ffeanbe in bd Hout, Vyer, enbe Mes, 300 toirrbnbsp;nogtans onbcrgefldb / batfe op Ijet 55loebflo?ten toas gegronb / en in be selbenbsp;bet aarifleben boo? Oct ©pee öaac bragt ftabbe. ©it is een gemeene toaacljcpbnbsp;in alle ©ffcanben. |13aoc in befe ban ^fab munt pets 5onberlings upt bobetinbsp;«Hen. 3©p 5uaen ban 300 bo?t boenlib Jspets/ bolgcnbe bc tooo?bcn beSiCcrtsnbsp;aanteebenen.
b?aai}b
-ocr page 38-,6 nbsp;nbsp;nbsp;HTEROGLYPHÏCA, ofto
öjaagö to fwt ^uinc-tieclamp;. tocct ntct bat (©ob bcit ©abtt üt bon Pcntanb tts bccbcdb/ bie rnub oniS blcefcb/ nog cnfe^a-fbon aangcnonifn beeft,nbsp;ïget cn moet ooft ntcmtuib bKtnb buoften / bat ^obanra een ; tta get ftljinib;nbsp;crubjelift co moojbabig (iiifi aan 3tamp;2abam ban bic bd’Iigc en menfcbltcbeobcnbsp;^ob 30ubc 3ijn neboben t Jöant nt(e ^teïe t.!S be jijoe / b'n t« een ^oiibcramtnbsp;l^ecf. €0 een .ï^enfebe bte bao teegen be jonbe / aan bc boob fijn )Jligt ftcéftnbsp;tc betalen / en ftan lt;j2»ob niet bevalen be tnijfe op tnclhe ft» ftem tet boob boj-bei-b/ teoinantcltft toannecc It» baat booj borftccrliftt / cobe ben nacnfdfje boo?nbsp;bat mtbbcl een ftcctltjCtcr opitanöfttgc ftan bedagttg toojben. i©it bagt 3tbja^
iKlin bat God hem viyt den dooden konde verwekken. nbsp;nbsp;nbsp;ii: i8. «Uit
boat fteeft lt;6ob bog anbeta ontrent (ïjnc JiKactelacen / bte ftp aan be blam^ me en ftet ^taiaatb fteeft opgeoffetb gebaan i '©it bebenftenbe en beftoefbe bannbsp;?tb?af)amniet te toaggelcn booi ttotjjfelinge/ of fR» nictmifTcfticn booj ectt^joofenbsp;lt;!5ccfl tot bit (iuft boiecb aangebjebm: 2(ltoaat (©ob 5ig aan snifte lïïannennbsp;«tsobeigeopenbaatb fteeft/ baar fteeft ft» Ooft oberbloebtge ineefeteftenen ban sftnenbsp;tegenboooibigftcpb gegeben.
fb) (©ob epftftt een OfFrandc, nSugt; Vyer-offer, ’t gcttt iO bit gcbal noobi jaftelih ralfoo ftet ban een iBenfcfte toa0; cnbe men geett soobanig bieefcft eetennbsp;feonbe) gantfcljclift met al böat baat aan hjass mofte bectcetb toojben. ^ie bannbsp;julft een €gt;ffcc i ^0111.7:nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;‘Êubc 't geene te boojcn ttopb en toaes geftoojb/
nogte in cenige ajcittót nabeeftanb / aljS alleen tn be ©eefoon ban fijnen epgenen ^oonc ftonb gcljoo^b té toojben/ een blocbig ©pa-effee van cen Mcnfche. 3|ocnbsp;cn soubc ifak ban geen ©D0?beelb 51 jn ban ben |©effïa0 ; bie olleen bit eenigenbsp;met «Cftjifto gcmeeit fteeft { segge liebee éy/on^er fteeft. aJnbe betotjlecsobnbsp;geen bolmaafttc ©ffranbe / bte sotibee rimpel ofte bleftfte ijs ban een ^onbaarnbsp;ftan ontfangen / om boo? bc selbe tn be ftagttnge be bersoeninge / en in be bei*;nbsp;bzanbinge be boftnaafttljcpb ban bc liefbc te bertoonen in Daar gclbcn/ ban alleennbsp;aio een figimre en met relatie tot een ©oogcn-p?icftcc ban een emepnbige tatar-bigftepb / en bolfiomcn ftepiigftepb ; ^00 blpfit ftet ftlaarlfft bat fticr in fjfatinbsp;(ffftjifïtim bertoonb Ijecft.
(c) lt;©ob cpfcftt een ©ffranbe ban S y n e k epgenen Z o o n e : Uwen Zoone, bte ftp niet allcenlift naaiiirlift lief ftabbe/ maar ooft ftoben be natinirc;nbsp;om bat ft» ecnHinb ber ©dofte en een (ffrföenaam bon ben Eegen toasS: God
cn heeft ook tijn eygenea Zoone niet gefpaart Jfiom. 8: 32. ïgp cpfcl)t SljtlCrt
ernigc» Zoone, toant be aitbcce toojben niet cenö fap ftem gereftenb/ bic ftp tint be ©p-bjijben ntogt gebsotmen ftebben. ©et booe-regt ber ©dofte ftab ftem gc^nbsp;noegfaam ben «eenigen bctltlaarb. 2ie ]^em. 11:17. Cftiftiitsi ^objsnbsp;geboren Zone, ^030.1:18. ©p CpfCftt lijnen Zone die hy lief hadJt. (ffftifsnbsp;(luö tb boo? (©oblifte uptjlp?altc upt ben ©emel berfilaarb ban ben ©abav fijnennbsp;Zoone, fijnen Geliefde, jBattft. 3 : 17. lt;gn op ftem bcrt toarcn Salomo/nbsp;paft cerft ben name Jedidhad , De beminde des Heercn, 2;§am. 12; 25,nbsp;©agdijft ©?ob. 3: 30. ïgp cpfcftt ifak, bie nu af genoeg boo? be boo?igc om^nbsp;ftljdjbingenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;toab gcfignalccrt; maar om be bersoefiftigc te bcrstoareti
jiog baar-eivüoben met funeit epftewn name toecb oenoemb; (©elp onfe ©oo^
Schat-kamcr der Zinnc-beclden cn Voor-beeidcn. 17
0«ii-ptciit'r/ cti niet cen^ri ons (0ffrc al tojcnö ban be^^asfiten met öen name ban Jefus cnbe MeiEas CÖ-ifiiief^faf. 68: 20/ 21. cn Pfaï.45; 8.
( d ) lt;000 bJljjt bent geen 5ec{Ke plaatfc aan : Op een van de Bergen die ik u wijfen zal. .f^aat baac na beeft be nptbomfte gdea'b / batfe toasi bennbsp;25ccg Moria; toant bit toooib isf afïiomjïia ban voorfiea, bet 5cibe bat ^ïbta-l)am 0cö?ui*bt / alö bP bie plaatfc ben name gaf / De Heere zal het voor-fien , en op den Berg des Heeren zal ’t voorlicn worden bctSS 14. Ctt Opnbsp;befen -25ccg beeft ooft Salomo fijnen (Cempd gebonbJb 2 Cbiontc. 3 : i.nbsp;i©og IS aanmeebebft/ bat ben 25er0 Morya, in een nipmet betebenlffe enupt-(Icebbinge Oehenb flaat bp ben «Ditben. a©ant tot ben 5elben belioo?b 00b fijnennbsp;bcubel/ op toeifie Zion be SSiicgt lt;©abtbs to gefltgt/ enbe 500 btotb 00b jelfsnbsp;ben Heuvel Golgotha tót befi’n ssecg betcobben. lt;0cltjb Auguftinus toel aanïnbsp;meebt upt Hieronymo, Sermon. Ue Temp. 7T. lt;ijgt;it ban is, bc epgen plaatfe innbsp;Inclbe / enbe bcO 5dfO gebmtefebap CbniïuO gelcbcn beeft / en gdtiaipctab is*nbsp;ï©ie en 3tet ban bier niet bjcbccom In gifab een ©ootbeelb Cbnfit i ^egn-ntent ©auli lt;0aL 4. upt bc obec-eenbottijic ban be plaatfen / '30! op fön engennbsp;poll toerben aangeboongen.
(e) ©ter op bolgb baat bepber iiptgang upt battr ^«po enbe^ïcgcc-Pfaatfe/ bccbcelbenbe Clpifti uptgang upt gcnifalem / bupten be ïcgec-plaatfc om fijnnbsp;üloebtg ©ifec te bccrigtcn / gfuc. 23: 26. ©ebj. 13: 11/12/13. €nbc bccïnbsp;gelijb bier mebe bc fFiguucc ban be üDiecen / bjclbci* 25ïoeb tn bet ©epltgbomnbsp;gcbtagen / enbe Ijupt en mc|i: bupten bet Segcr toieeben geboerb / oJicob. 29*nbsp;bcïS 14.
Cf) ^CanmerWtft 10 tngclijïse!/ bat stbtabam be lt;T!ongeno ban 3tg bebbenbe afgefonbecb; (0dnb Cfinfuis fijng^ifnpulen/ 3cngcnbe/ Biijft gy-iicden hier;nbsp;ban Ijet gebeb begon / eben aló €b?i|ïu.0 5egb/ 'Tot dat ik zal gebeden hebben, JBattl). 26: 36.
(g) Stcnmcchlib btaobet btagen ban be^njïrumentcn tot be ©ifeanbe noo^ big. 58b?abam btoeg Ijet ©pee enbe 3®esi: jDaar bet Hout leyde op ifak lijnen Zoone. tDupbdift bcrbedbettijc bet btageit Cfttifti ban bet bOUt bCS Cnipïnbsp;cco/bJaac aan bp 50tibcopgco(Teeb too’bcn.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.
( h) ©et binden ban 3!fab/ enbe bet leggen van den zelven op het Hout
iS een Icbeiibigc fcbbbecpc ban bet binben ban ^efu ©anben enbe ©octen aan bet ©out beë Coipcep i tbaac na toe öe i^aoelen bem boo? banben cn boetennbsp;Spngcflagcn.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;'
(i) '©c hteberboublngc ban be uptboennge ban bte fententic boot be lt;0ob^ enbe gfabr bedoffutge/ bebupbe onfe berioffinge/ ja opflanbingc 7 300nbsp;Clptfit/ alë fbnec Eebematm. ^ ©et toaë beë ^tanë boomemen/ Cbnftumnbsp;gebed upt te roepen / enbe ut be boob te bouben ; jDaar lt;0ob beeft bem uptnbsp;ben booben opgetoebt/ gelijb alë bier gjfab/ bie bet bonntffe beë boobë alreebënbsp;tn fpn bette iwb opgcfcb?eben / om 500 te fpjedieit toeber upt ben booben toeebnbsp;op^btebt ©efc. n. Captt.
V J nbsp;nbsp;nbsp;unbsp;nbsp;nbsp;nbsp;00b een ©ootbedb bier tn ban CbJifti ©olb: ^aar tn/
Wbertoft toojb booi een babdijbe onbecfldbngc futunuiie, ban eenen «am
C nbsp;nbsp;nbsp;\\\
-ocr page 40-i8
ill fijne plaatfe/ Want a's Abraham fijne oogen ophief, xoo xag hy een Ram, die met fijn hoornen vaft was tuflehen de verwarde firuyken , welken hynbsp;nam , ende offerde hem tot een Brand-offer , in fijns Zoons Ifakx plaatfc.
bcckoonto^ig/ öat 'Pfait in ïjcfc 5pionnw een ©isojtjcdö b?aaöti öat tlDce-icbto is/ nattielift opnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;en fijn Safie; ijctoijl pet oUci--fertnciifi tö/
bat 5M{f{lt;ï ol-iretit in bepfafmcti mentomaal oefcfjicb/ in toellies^abib be ^ecs foon Pan Peilen Poceb. a^fijö ban^faft Pecloil cube beijouben toteeb booj eennbsp;babelijbe fubftitutie pan bien Klam in fijne plaatfc / aïfoo Pweben ooft alle benbsp;ï^inbjen lt;0obö / bie in gifift acjegenb pjoiben Period boo? COnftub / PJclfenbsp;boo? aüe bic ïtammen / bie na be ^et hJieeben geOifei'b / Pnoten alle tPJijjfcInbsp;toeeb PccPeclb ; €nbe 500 Plijftt ftiec be pjaarijepb Pan fiet oelooPe Pan allenbsp;ïteotjinniaen/ bat Cftuftub niet alleen celcben fteeft om onö een eircmpel na tenbsp;toten / maat in onfe plaatfe / en Pooi opö Pan lt;t0fob tot jonbe gemaaftt ilt;s.nbsp;3^ie lufl fteeft oitotnt bit f«P/ect nog mcec omflkiftbiOPeben ban be tpjeebe ennbsp;minbec tang aan te meeften / bie lefe baae oPee met oo?beel Fcaucifcum Bar-
xnannum.
(I) 3£llcenlift ftan gift niet eimbtgcn / Poo? al-ea* gft op be Verwarring van den Ram met fijne Hoornen in de Struycken aanmetftert 5al.nbsp;I, jSoo PceVoaeb Ponb Cftnflup ben (laat en bc ?aftcn Pan bc geenen bic ftpnbsp;quant te Pcrioffen / bat ftp baac onb niet upt tonbc cebben / ban ten ?n Wenbsp;booeiten/ bidden / en fteggen ban ftem PJtceben om Pcree geP?o?pen / enbe ne-bei-gcPdb/ en booo ftem afgefneben. Refter/ be jaften donben 5ecc PerPjaP ennbsp;befolaat met 3ijn öerfte; iP ftab te drijben ; na ba Babei alrccb^ pjasi Pee-töOud; IPet ben Vorft der Perlen ; en ban nog met ben Prince van Griekenland : 3tjrt ©olft pjtccb onbee bie .ïBonatftpen 5P)aadift gdjeuftt / enbe 300 ge^nbsp;plettecb / bat ftet Pnpten ftoope fefteen / en pble fpecutotie ftem te Pa-Piagten.
toacen nu PeePjatb in be Jtloomfe «©pperiiooföigftepb / enbe pjteeben jpia^ eeltft gebwftt ban be imeebde (€p?annen ; geltjft Herodes en Archeiaus, bienbsp;maat ©affalen ban ’t üoomfcfte iiijft pjacen; bic ^elfis bit Sam na ftet lebennbsp;(lonben ; in befe PeePjacbftepb ®:ccpftponfenbefolatenPoebcl aan/ encebbenbsp;oniü.
jibwM
D^fePJftS Davids tKcbe^oon/ «pt Maacha, jijnbc be'^ogtec ban Tha-lamai, üïomttg ban 45é3uc/ z ^am. 3. nbsp;nbsp;nbsp;3. €en doutmoebig en fiec
.flMidfte / ftooPaaebig en Ptogrtg in 3nft feftoone gcjiafte enbe lang ftap? 2,Sam. 141 z6; €n PoPen bit/ een iDotobenaat:; boo? verraad 5pnö 25?oc:=nbsp;öecö Ammonsnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;131 23. Mpt Pjclftc cebew Öp ooft Pan 5ijn ©abeic
David Pecdooten iö; '3^g boo? Joabs belepb pjebee in gund ftecdcib; bog ftet 'ongciiift Pint5[^iö toao ftet/ 500 een flang in 5nn Poefeiit te Poeben; ^0 Ab-gt;foionnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;/ ritiöRei ocJnft.^ onmagtig/ onbfriepb boa? ftdige toonben op
De
-ocr page 41-Schat-kamcr der Zinne-beeiden cn Voor-beciden.’ f o
be :€ïpoonte fleren/ en Jii) ©abcc ba® ton af te fdmaea/ Mfienbc fucr w tot 5iin ftaabfmcni ben bfiigen bo« Achitophdnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;» i «f nift!
^enifalem; en David ba® met be Wtigt Wbens khai ecn^oÓfnnan Za-dok te mtcnct/en m goonen Abjatar be.s micflccg IcömteSSoon/ en
bc Leviten, dragende de Arke des Heereti; ctl met cenett ftoet iwt / Wfc Be ®afK KMro,., after# «cBwi/ 3«in78.S ,?SS •nbsp;mgiOt ract 81 iftt »*/ ma BtBchtm twrfiit / (raretaKRi / m SSS’.nbsp;toccö f)P nog baac-en-fjoben ban eenen ^obfoofen Simei, met eenen ftS wnbsp;^nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^ «tt la(lertooo?bentjctoo?|)m. Cettoiji Abfaiom te «TemfaS oo
ben ijcploofen caab Achitopheis bejsp-tojjben bte 3^abtb aföaac Sn tob/ in tot openbaar fcöanfit / om tot ©offt te tobeftgen nt m onbeSwt Snbsp;met David , enbe be balance ton fjare ttoijfcfagttge gebagten (of niet niS^^nbsp;gtobtb nog toel bec^oenitb b)a,b in bit gebal ban ttoV?atorte bom 3Snbsp;jgbe nebemaan. (Cettotji eeit gctcouhj bpnb tDabtbs/ Hufai, ni ftftiüinbsp;een ©ccWtftbec sn «©baloopec to Abfaiom gaat onbemtijnen alfc Acbimnh^Pienbsp;Kaabgagen / tocibe baar to Achitophei, eaab geeft om quot;otSS bectoef anlnbsp;ftonbsi 5itobib cn be 5iinert te obecromprfen; 300 raab befe Hufai boac-en teamnbsp;een magtig Eegcc te bec5am.cïen / toclto ton ^Ebfolom geboigb mnbe / ftSnbsp;giKibib onbectoijlett tüb stg m (lectoe Machanaym te begeben, mt 3®nbsp;Achitophei, verhangd ïig zeiven ban fpijt: lt;©nbcctoijfcn ratoti bepbe bcnbsp;gass UI (Sattaito / en bcctoijgb ©abtb / tobee beiepb ton 51)11 bfóebc ©Hnbsp;lt;öbc^cn ben 5cg^ Abfoiom bïngtenbe/ bfijft 3ön ianb tow ; 300 ato to opnbsp;een 3i©ut»l 5at; bcrtoacb tongen in bc btgtc tabbep ton cm ntootc €Pbe / mnbsp;tn bte (laat 500 aïö tom m bcctc mg icefbc / toerb Dn met a. ptilcn ban bcilnbsp;©clb.lt;©becfte Joab boojfteeben. Eic bc getoeie saato f^am. i57en ll.
MERK AAN;
Dawd vertoaad hoe Jefus , nu in (ijn Hemelfch Coninkrijke ievepgd van de Joden en Heydenen . by fonder ook den Antt^nbsp;chnft , nA de Croone Tverd geftam, en in fijn Cemeynte ver^
volgd.
^ (3) 3la«mertoili i0 be cmflanbigöepb be.«f tijbé / toamito; bit ©emiab to toojgcbaücrt tegen «Dabib; 5^melifi/ bJanneccto mi 300 baft in 3nncn®h2Qonnbsp;tobeftigb 5® ofec 8«e ^tammeii gifcaels / bat bc 3clbe niet fttèn i tonnennbsp;toagjgden ; maar toat ontftaat tom tot ontoPi tot 3to epgen Hof, ja timennbsp;epm 2oone. men ben ttoeeben met ben berben ©fa(m cens Conriefteerrlnbsp;»mn 5al bebinben/ bat befe buigen sten op ben maren «itobtb. =ïn ben thjecgt;-^ ©falm tob to niet ton ^bib/ maat ban ben iiBefftaef gefp’often / enbenbsp;^ bertoonb ingeDutoOö tube tobeftigb in 3i)nlt;C:omnfir® enbe mSbnbsp;tot een dütocfte ton be corangtft bet; SJarbe. ginbien to ben seiben ten
C a nbsp;nbsp;nbsp;mam
-ocr page 42-20
HIEROGLYPHICA, ofto
«Dnbtb niet ijaac op en toedJ becbolgb in 3iirt «©emeente / bic 3ijii iierjaam tsl (otelp ïjem op bie toi'jfe ^aulusi becbolgbe ^ctoj. q. Capit.) men mo0tc niif»nbsp;fcljicn 5cggen bat l^autb in ben ttoeeben ipfalni lian ben iBeffiasi / maat innbsp;öefen beeben ^falm Wooteïift ban m epsen ©eefoon (ptaft. lt;Ên met biat ce^nbsp;ben bog { 3©» ontfiennen bc Icttec niet in be eccite opfïag ; be ©illojie toeebnbsp;met bc bingec ban David aangetoefen ; Ais hy vlood, amp;c. becsS i. j©aacnbsp;to;' fiimncn ooft geen paaien 3ettcn / cnbe 5cggen / bat (©obss «©eefi: niet meccnbsp;be-oogb fteeft ban bc {etter; ooft niet/ bat be ©iflotie bolflrefttclift bolbocb bennbsp;tnfjoub ban ben ©falm / en be nabaift ban be reben en fpzeeft-totjfen. 3©atnbsp;ifTec bog gebocgeiiiftec t’3amen-fcftaftclinge al0 befe. ©en iBefiriaes ié geferoonbnbsp;bootgciidb (©fal. 2.) ©at toccb onsi toegegeben ; enbe ben IBeffiass toojb bc?nbsp;(freben; bat t0 ftet bat top toillen.
(b) Abfaiom en 3ijn ©ot 3iin een Icbenbig Zinnebeelb ban bc genaambe tocebfamc ^tab en ^taat/ en ©oofben banSeculblem/ te toeten be joodfehenbsp;Synagoge, bic/ ottbec lwio?toenbfel ban bc ¦vreede. ipet ben itepfee ©panbennbsp;beöiitfielTi® toojben; 3(Hö ooft ban ben Antichrift, bic tegen ClptfUup opftaan/nbsp;enbe ftem 5ijn Ceoonc bettoiden. ^p 3nn ooft Zoonen ban bc uptteclifte J^ec^nbsp;fte; bic ftemooft met StOfalom Chrifli ©:upb ontfeftaften; toaactoe fij boojlidi^nbsp;ge tooo^ben en bonben bc ftecten best ©olftö (Icelen : bie Cöndum uptb?ijbennbsp;unt 3!ccufalem / enbe bc «©eloobigen af-fmiben.
(c; ©cn ginftoiib ban befen beebat ©falm iö ooft ban meeeber nabtuft/ ban batfc boo? be cnMe letter ber ©iflojie in David en Abfaiom , 5oube bol^nbsp;baan 5ijn/ 500 alsi Auguftinus, en tipt ftem Lutherns en anbere Seeraarb todnbsp;ftebben betoeerto ©en 5in iü bip toat laf/ inbien men ïjtt fefle bersi bepaalbnbsp;ftp ben natimrljjften (ïaap enbe ftet toaftfia- to02ben upt bc 3dbe; iDaar inbiennbsp;meii bie in ben boodeben tijb paft op ben (ïaap ban Clpidi boob / enbe 3ijnnbsp;Opfianbinge/ bolgcn.ö ^erem. 31; 26. Hier op ontv?aakte Ik , en ziet mijnnbsp;fiaap is my zoet geweeft; aid mebc op ben (ïaap cnbc opiïanbingc ba üeefte/nbsp;met ï^ofce6.bccd i/2. lt;enbc baar in (Tupt be optoeftftingc ban be 2 «©etupgennbsp;afpoc.'ïi.becö tl, ^00 fteeft be fpteefi-toiifc een bolle ftcagt/ cn 5al top gcoo^nbsp;ter .{©iraftd inffunten ban ben natimrlijfieh ftaap / enbe ftet toaftficr toojbennbsp;Hpt be 3dbe. ^n ©abibd ïtijfte/ baii toieno ©upd nogtand ben ©odog nietnbsp;cn id gebjeften / cn 3nn alle be tanben ber lt;0obloofen 50banig niet berftjooften/nbsp;aid tod bc gcootftenb ban bic coem / todftc ftet 8. ©ad mebe ö?engb.
(d) 3©at ftan lebenbiga balrcniffe 3ön ban CftJifti uptgang upt gjerufa^ {cm/ en bat cba be ©eefic Cedron , ban befen uptgang ©abibd ober bc 5dsnbsp;bc 25ecftc; cn fcïpon bit al gefeftiebe boot be Crooningc Cfttilli / nogtandnbsp;btinfrt ftp nog upt be ©eefte (©falm no.) in 5ijne ftctoocfbc en bcrbolgbenbsp;Hebematcn; Mijnen drinkbeker zuid gy wel drinken» 5epbe ftp/ ÏDattft.20,nbsp;^d 23,
Achab,
-ocr page 43-Schat-kamcr der Zinne-beclden en Voor-beelden.
DCfe toajs ecu ^oonc ixm omri. bc 5ebctibc in öjbjc ban bc Co^ ningcn 3iftacl.«i ofte bcc lo. ^tamineti / iia bc fcOcuringe. 3©ant oIj
bUÖ tcllc ib/ Jeroboam, Nadab, Baefa, Ela, Simri, Omri, Achab,
een «jBobloofc ^oonc ban (©obloofc ©ab.tci / tot tn f^t 5cbenbe oeflagtc toe/ enbee be Conitigcn gifcaclö ; een obergeben «©obiooei en SCfgobifcD JiBcnfcbc;nbsp;ncliib ip oob jijn^ gdljfi een ^ottucc bónb in Je fabel 3ijrt 3iupöb:ontoe; tuel^nbsp;Iiet0 fjubJcIib iiem ooit onbec 3ijne fdjenniffen toccb bectoeten i ïieg. 16^30/31.
Ende Achab dede dat quaad was in de oogen des Heeren , meer dan alle die voor hem geweeft waren. Endc het gelchiede i was ’t een ligte zaakc,nbsp;dat hy wandelde in de zonden Jeroboams, dat hy no^ ten Vreuwe na?» ifabel^nbsp;de Do'gter Eth Baalt dei Conings der Sideniers ,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;bJpJCC Sijtt gefCÖiCbCi
iiiffen I iteg. 17» tn 18. en 19. en 20. en 21. en 22,
t^chab en fijn Vrouquot;^ Jefahel zgt;ijn Voorbeelden vm den afval der chrifienen, hy fonder in een merkltk geval des tijds, in ’^elkenbsp;nu den K^nüchrifi volkomen heerfchiCJ.
fa) stanmerWib isiïjet/ bat be ©penBaringc ^[oanniö be ]^upsib2onbJC ban ^ehab, befe ] e s a b e l , tot een 3^oft en ©ateoneffe (Iclb ban bc geenennbsp;bie ben afbal / Stfijobeepe enbe 25eelbcn-bien(i in be Ueefie mboecen. fet iönbsp;Pbel boo? befe enbe ’t gcene ban baar toccb gctnpgb / tnitfgnbccsi boo? iwee
kinderen , bic nbsp;nbsp;nbsp;toepgb b002 bC dood om te brengen, 2fpDCai. 2: 20.
een t^jfotibjc magt-oefenenbe ©?outoc te bcrflaan/ toelhccö ge3ag en beclepbins ge 500 gtooten ingang in bc öeramp;e 30iibe getiab bebben. bccbeclb ban bcnbsp;Sfntictoidifclje HeeraacjS / bic bat 3rtbe boen ’t neen (b bebe/ 300 bat bet eenenbsp;ep bet anbece niet meec 6an gelöfi Jijn. Achab Beeft becBcelb bic Coitiiigcnnbsp;bec 2tacbc / tocite met iyxx. Ijocceeccn / enbe booj bc genaambe «©eeitJihBcpbnbsp;tot be 5elbe 2Cfiïobcn^iertil toeeben aangeBiift. 2te Ipoealppf. 17.2. en
18.3.
(b) Achab en Jefabel ÏK^ibClI CCn bMlbcnbC bi^CCtC tOt Nabots 3©ni1i
eaacb/ om baac een ïtooi tupn ijan te maften : ^p-Eieben begcecen ooft ben toijngaacb ban föecfte/ om bie te obccBeecfcBcn i ©etc. 5; 2. en 2: i/nbsp;2/ 3. €n om bic niet te beplanten met cebie toijnftoftl«n / maar met oneebicnbsp;looten en geringe moesi-ftenpben.
(«) toenben ben name ban Jeho^^l, gp ben (6ob$'-bicnil pbelih booi; in boen in Bare Conciliën ceben op ceben/ becbfoefttngcn / be3tocecingen/ ana-tliema, be eene op be anbece (i^elenbe / op bat fp onbec fcBijn bon lt;©000-
€ 3 nbsp;nbsp;nbsp;bienft
-ocr page 44-tz nbsp;nbsp;nbsp;HIEROGLYPHIC A, ofto
biciMl bt’ jRinfcTjen ntogtcn bcciIriMien / cn booi tocefc in bcti Linb ftöitbfn. ^00 öcclj giofabel / tic boo? bc5toecciitflen eii'tÊcben / in bai name ban ^e^nbsp;Doha/ bien b:oomcn iüKan Nabot om ftal^ b?acrt.
(d) nbsp;nbsp;nbsp;i|icc boo? tofcben fp meeftcc ban be 3licbamc« en «©ocbcccn ban benbsp;^rioobiaeii/ bic fn aan ?ig titftfen. €n l)oe beeljjlföactelaacojöloeb boo?öaacnbsp;ies npt{jcfio?b ban niemanb uptrp?v1icn.
(e) (Cm tijbcn ban jeroboum began be stfijobetpc in bepbe be Stammen/ Ifraci, en Juda Ob bcn (lonbaatt opendiB berbeben te b)o?ben ; bog ten tijbennbsp;Achabs (iepgerbe fp na bet tob-jpunt toe. 2lifki 006. ..
aBepntge tiib na Gonftantinus, began men be J^lberen teDan en te Bethel
te cegten in «©often en 3©eftcn. ^ie bpfonbec op bet ^aac 606.
(f) nbsp;nbsp;nbsp;(Cen tiiben ban Achaz en Manaffe feonbe fp niet yoogec ftepgercn; gefijb fpnbsp;ooli niet ftonoe becbcc gaan ban in Ijet Concilium banTrcnten. cn aUe baal*nbsp;boo?gelnenbc boctbeccbigbcpb en Reformatie der Kerke, tei 300 gebepuft afe benbsp;bcfteccinge cn betneberinge Achabs. ^p wllen 00b met Achah en Jeiabei eennbsp;btoebig (€:mu‘fpel bectoonen boo? bate ifèinnaacss/ maac b?olib boo? be feet#nbsp;6e/ iJpocal. Capit. 18. cn 19.
Achor: Dal AchoL
W HiS cen t©al gelegen bp Jericho , aan be Jordane, aan be (0?cnftrt of uigang ban bet Eanb Canaan. J|et bebiipb in’t I^cfcccubJss^ / Ver-
woeftinge; anbCCO/ 5OO bCCl alS gruwelijke VerwoeÜinge. l©e cebetl ban bie name ió / om bat albaac Achan ban bet beebannene gcftolen Ijabbc/nbsp;cube baacom be giftaclitcn be ncalage in een uptbal ban bie ban Ai ftabbennbsp;ontfangen. §of«s Capit. 7. «©it nu beeftaat be ^nftuure op cennbsp;figuuclilie bwjfe booj bie plaatfen en Hanbcn / in bjelfe be èeefte ftaac tooon-fiebe ijceft / cnbe bie boo? liaac 5onben tot cen ban 5ijn gebjotben ; immcc alnbsp;toaac «Ciob ftaac / ban bjcgcn ben ban / ofte betbeef in Ecat cnbe 5ebcn scccnbsp;Stoaedifi ftaftijb.
gin beftn 3tn neemb bet oofi l^fcaet op Cap.it 14- albJaac bP jecc buPbCi lib ijcbbenbe ge(p?olicn ban be laatftc cn cpnbdibc bettooeftinge ban gcmfalcmnbsp;3©ei'iS 8-12. boo? bJdfte ntet paac CitftnS feedte in be a9B«Kftpne ban l)ct Icp^nbsp;benbom berftcopb to/ en ban«©ob uptgrioftt/ om hjtjb en 5ijb Ddlt;ÊMan^iumnbsp;te bet:rp?eiftiert (albjaac bp Ijaac 00b Wijngaarden gegeben ijceft/ bat tö plaat*nbsp;fen Dtn te bwonen cn Itecften te ftigten) boo?t!S nebecbaalb tot bit Dai Achor:
Ende (3eob bP? het Dal Achor tot cen deure der hoope amp;c. 3^)D?toaaC
lt;©ob!S Êecbc nu boot be a©ei:clb/ boo? bet ï|cpbcnbom becfpjcpb/ bpfonbet in bet Jtoomftbe «©ppeegebteb/ beeft 5tg met een 3to3cm ®an belaben/ cnbe metnbsp;SCfgcibecpe/ boe-tod ban cen becfcljet^cn natuucc alP bie ban bet Jlenbenbom;nbsp;en met beebetf bpfonbet in 3cben cn toijfen ban leocnstoacdift befmet/ al b?oegnbsp;in bic tiiben bettoomnbe bacen Uift in bet (ietlib oppetKeeb ^giabdii. ^ie cy-
prianus
-ocr page 45-Schat-kamer der Zinne-bccidcn en Voor-bcelden.
prianus', Snm. f. di hpfis. Quia Traditam nobis divinitus difciplinam pai longa corniperat, jaccnlem fidem ; amp; pene dixerim dormientem cenluranbsp;Cceleftis erexit. Om dat een langduurige urede bedorven had de dtfeipline die onsnbsp;¦van God was evergeUverd (bCCfla 6e ItCClt «1 ejXmpcICn bCC ‘HpOfieleil) MO heeftnbsp;de Godlike tugt ons geleove dat neder lag , en ja by na Jliep neder ofgeregt.nbsp;Eufebius öcfcfpyft uptbjuEifieKö / be bccbo?bctitpcbcit (n bc ïjeefte / tewi’nbsp;boo? (©ob geteegb 3ijnbe/ ben (€P?an Diocietianus op beu ftafö ocjonbciinbsp;ftceft; ’t bJdb ooö Platina aangemcrftt öeeft npe ben scJbcti 3Cutcid* / tn jijnnbsp;ujerft aangaanbe fjet ïeben banMarceiiinus. ©u ïsoomfebe %pbenO:fje (Cetri'nbsp;toic / het Dal Achor, baat tn lt;ï5ob Baren 25an 500 3bJaar!iiB Bab ecBafïijb.nbsp;3onbc nogtansi lt;0ob Baac oeben tot een Deure der hope; joHbe lt;^bnbsp;Baar groot tmfien en berBcerliBcn; odijft gefeWeb tp ten tijben Coniiantini M.nbsp;^mio 300. €nbe toannecr infgelpBiS Efaias ^obö ^erBe tn cen tater tnb üc^nbsp;iMift bc Berlielltnge ban be bcrtooeftc^taat enaanben ban be ïJccBei 3003cgbnbsp;B? ifl:ap*65t 10. En het Dal Achors zal zijn tot een Runderen Leger.
311 genoeg ban Achor.
Jerem. 26: 18. Michz 3 : 12. ixy^oo Matth. 13 ; 24. yeagt;fy(^ Matth. 21 : 34.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;1 Corintb. } : P»
H€t bebupb een fïnb ïanbhS / ‘t geen beploegb enbe be3apb too?b / enbe ooft toet met gemeene panten en jDoesf-ftenpben beplant, ^n be figurenbsp;bcbiipb Bet Gods Kerke, Ofte btc Hlanbcn tn toelfie Ijet €uangcltum atónbsp;een Saab toetb gcp?ebtftt enbe gebJ0?pen iBattB* 131 ^4* lt;Sn ben Zayer btenbsp;Bet woord zayd , tc toctctt alt# ^cccaatp / btc ooft Akkct-Lieden genaambnbsp;bjcrben i‘Co?tntB. 3. Sss 9- ï|icc ban baan cen b?tigtbaccn Stftfter cen Sinne-ficrib ban cen ge5cgenbc toeilanb bec ïserfte lt;Êfaf. 61: 3. ^of.zt 20/21/22.nbsp;goet 2: 24. SWtoaa' bepbe letterltftc en «tSeefteltlte 3111 Baar plnatfc Beeft. lt;Ênnbsp;Stmoct 9: I3--I5. Stitoaar ben gejegertsen fïaat bec ï^erftc ban be laatfïc ba^nbsp;gen / en baar onber selfö bc Bccfldlingt ban bc bccbjoeilingat ban Canaan ennbsp;^Mfalent seer n^?uBltft toictben afgcinaalb. iBcn Itan befe plaatfenbsp;«Kt aanbagt nasten.
DC cerUe / Iboft en a©ojteI ban tiet gantfcBc jPnfcBelijftÊ (lagte: i^et laatfle póef-ftuft ban Ciobö attmagttgljepb / 3©bpBcpö/
(0ocbBepb/ enbe ban alle jönf J^bttaafttBeben j ^ gefcBapen eerff op ben feftat
bag/
-ocr page 46-14
HIEROGLYPHICA, ofto
baa 7 tia bat al boaxn^ bc ï^crrib met alle joo^ten ban ^cHcpfekn fii J^inel cn'Hocbê baasi becriecb; en alleen Det oiiibwft aan eentoilefl^ecc enjScdd-tncc-ftee ban bit ccooit J^un^-ljDuben; tot Inelltcn cnubc In* unt ceti filoinp ^atbe lönbsp;Ocnomcit/ cube gelshceb na bc bonne/ btc ben ^tl-baijfen ïtjcee en i^efteppee bc^nbsp;gnaam ooebeelbc om een toerlttung te wn ban be tn'cuooncnbe onficciliifte lt;0eeft/nbsp;enbe bie baat ontfbcb ftonbe mbeublten «i alle ^eOepfden. Ste be ijtfioetenbsp;«öeiier. Cap. i.
©an twee Adams gelnaagb Clobei 3©oo?b. *!5efe 10 be eerde, Chridus be tweede. tJJ^efc uyt de Aarde aardfeh , bC tbJCebe Of laatdenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^ ij!
Heere uyt den Hemel, rCOttllt. rsquot;; 45. sj^cn SEpOlïel Cll fpjecltt ban peilt niet ten opligt ban 5ijn ondciflilie ^iele/ nogte ban pet 25eclb eöobsi in pem/nbsp;nogte ban bie Paat bcc oniletiTfifiIjepb / in todte p» hiagt Pab ; ten toare pnnbsp;bie booi ben a^al pab bcrtoaaloofti/ om 3ijn licpaam te bepenben; maac al^nbsp;leen ban be natnurlljPe poffe / biaac tipt pp toaiei t’3amen-gertdb/ bie in paacnbsp;3dbcn aangcmccPt/ toaceliltmet alle ciement.a, pooft-popeii beranbecinge cn^nbsp;betbjojpeit bjaö ; maat be onbetberpiPljcpb ban bft ICabO tocpel / ping afnbsp;ban 5ijn panbbapigpcpb in be opiegrigpepb; en 3pti bebepinge in be 5elbe, aiBcknbsp;ïjcr peenbe alfoo pp niet en Ponbe (om bat pp niet toilbe) nptpaan/ pp noobfa^nbsp;hdili tot 3ürt ceePe beginfd moP toebcePecren. Stof zijtgy, en gy zuid tot dofnbsp;wederkeeren, (©eii. j: 18/ 19. ïpct 55edb bail belt cei-pen 3tbam b?o^ to?lnbsp;eendClniPu^/ en biagen top alle/ 300 lange alö pp en bc3iinen bat PoPiiPe ennbsp;bcrbccpppc ombjagen/ todP noobig peeft/ om booi be boob / ofte becaiibeciiknbsp;ge/ in plaatfe ban boob afgdcgb te tóoiben. |5a 5pit oppanbinge in onbeebeef^nbsp;lippepb tomb onji Cpiippo boo? afó ben gt; tbj.’cben ?8bam / tot pooft ban allenbsp;be geenen bie met pem in onbccbecpilipcpb 3iillen toeeben opgebJcPt.
3©d iti bit noobig te toeten/ maat nogtano toeciit bit nog ons' oogmtrp niet u)*t/ maat' bit t^ be 3afie: ©oe tocit bog CPnPtt!^ bie bolgm 30«be boo? bennbsp;eeVpen 3ïbam boojgcbcclb enbe bcftpabtttob { #aulHö 5^gb oiiö bit nab’uppelilinbsp;itom,5: 14, Welke (Adam} een Voorbeeld is vau de geene die volgennbsp;zoude.
toaar 3ijit lt;0obgclccrben bie befe Bebenfiinge utepnen te bolboen boo? aantoij^ 3iiigc ban een eiiPlc gelijppcpb/ in beden beden / tuffepen ben eeepen en ttoec^nbsp;ben SSbam ; aSDant gclpp ben eeepen Sïbam niet boo? genecatie / maat boo^nbsp;fepeppinge / poctod npt een boo?gaanbe poffe 5i)n ooifpjoHö pabbe / 300 ooP öênbsp;ttocebe. a©ant toat toa« pet peenc CPiipo 5iin iBenfePepb gaf upt een ïlaagb/nbsp;ban ccn^üacbfcpe poffc; enbe toat toctPfaampepb Pab be 3clbe pope meec/ ba«nbsp;bie Momp 2liarbc / toaac upt Adam i©enrtp getoojben its gt;, ^og bit bolbocbnbsp;niet tot een boojbedb ; alfoo pet niet noobfaPcKP een tcgenbeelb pelb. lt;©m batnbsp;«toiptio noopt gePomen toass/ inbien ben eeepen iBenfepe niet pab gc3onbigb.nbsp;(€en anbcccn 3eggen 3P / toaö ben eeepen 3fbam «©oeb / en op?egt gefepapen;nbsp;alfoo OOP CPiiPuo in fpn Dn3onbige gebooite: iBaae bie op?egtpepb en toaesnbsp;niet onbeebeePiP / gelijPfe iss in CPiipo. -afinbecsS Pab / al toebecom Cp?ipu«nbsp;niet liunncn tomen. CPiipujS pab met 5Cbam bc ifeenfcplijPe natuuce gemeen.nbsp;flSgac ban soube 3tamp;am een boo?öeelö ban alle jUSenfcpen moeten 3ön / om bc
3elb?
-ocr page 47-Schat-kamer der Zinne-bcclden en Voor-bedden.
jclbt crbcn. (000 ö;aot ^Ebarn jijti ©?outoe aïö öoo? 3tjm fiatiïE tot fjrw ; ah m «0OÖ öïn ©aöfc gecfr aati Con'lto 3ijtie (0rttiepnte.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;tuat rdatie of
bctcchtóngc ïKcft “Jttiatti op CtJzKlu^s / boo? bm bat 3 sonöec toctbcigi tuffcöen bomen CtetfluiS nwt en toass in be JDecelb gebomen.
gft gebc baar agt op/ bat §^auluö jsom. 5. boo? be hKOjben t» fit»,ov1lt;St* SCbam die komen 2oult;te,- ben ccrflert 3Cbam in bic (laat (itlb / alsf eet»i^ooftnbsp;ban 3ijne natiniriijfte ^atometingen / upt todbe (laat botgb / battec eenjs eennbsp;ttoeebc“ICbani mode bomen; alfoo bat be tooo?ben die komen zoude, benocit^nbsp;toenbigöeob ban bc bomde ban ben tbjeeben 26bam aanbjingcn. I. (©m batnbsp;atibam 5tS ?etfa / en alie 3üne nabomeiingen in bte (laat öab gedelb / bat tennbsp;3P baat een tbjeeben 3fiöam guam / (0ob fjab gemi(l öet oonmecb ban ftjnenbsp;^cöeppinge ban bat rtbec-boo?tKffetib|le ^efjepfet. 11- a®elb aató-befïitptnbsp;fp 00b ban eeubJigl^pb bab genomen. 111. €n bet 5elbe in be 55cIofte ge^nbsp;openfeïacb (0en. 3; 15^. IV. a®aattim fjp oob na ben bat bc boojt-tedingenbsp;besi jï^nftbelöhen lt;0dïagisj gesegta* öe«ft; en atfoo tiS oob mbam cetft nanbsp;ben bal babelib en effcctivè getootben een ^ft best jKenfcbelijben lt;0edagtsf.nbsp;V. jBaawm (0ob oob nog na ben bai be gcootjle langmoebtgbepb en toetba*nbsp;bigbt»ö gdbnpbt / bit in baat 5Elbnt noobigb tot bebetcingc / enbe bet soebennbsp;ban een mibbel bet becloffinge 2(!cto?. 17. Cap. (0ob bee^ ban All e Men-
fchen kinderen niet te vergeefs gcfchapen, 5^a!. 89 t 48.
lt;05t 5ijrtbe onbecgcftelö / 300 ban men upt bic (laat/ in bjeibe 5i0 ^bam ten 0P5igte ban alle 3ijnc 53abomeIingcn bonb/ bïarelib beflupten / bat bolgensi betnbsp;toodjcetb ban fijnen ba( / tuelfeccsi fmette en fetmib 3tg bet gantfebe iBenfctje-fijftè gc(lag-e babb aangetcoftben tot bccboemcnïiTe / noobtoenbig een ttoeebennbsp;^bam mofte opdaan / bie boot gantfcit dcijbige / bog eben-cebige ootfaften ennbsp;geboigeii boo? getegtigbepb/ betjiBenfcbclib gegagteban be fctjulb/ fmette/nbsp;en (Icatfe / ja alle gebolgen bet siatbcn betoöben / en baat een (Seutoige geteg=nbsp;tigbepb te toeeg brengen sonbe.
1^^ een 3eec benönigcjoottc ban .gangen/ beebJebbenbe boo? baarbjonbe bie fu pemanb befjenbig bjeet toe te öt^en / een bebige pijne enbe gestoei/nbsp;niet sonbet gebaar ban be boob/ inbien bet gift 5tg met bet Woeb beemengbnbsp;beböenbe om ’t bette baat. lt;©e bcagt ban (jaat ^njjn gaat bat ban anbecenbsp;^langen te toben / men ban m baat oob mind ban boeben / alfoo fp boo?nbsp;baat Wepnbepb minft toctb gel^/ enbe op be IKligde toijfc pmanb öcbtuppt.
gie i©eut. jz: 33. giob zo: 16. jjPfaJ. 58: 5/6. pjotozs : 3Z, rgfaf. n: 8. Höattb. 3: 7. 18ctö?» z8; 3. lt;gn baatom ijS fp een sinncöeclb bannbsp;bdige ©etcabftsï / bic pemanb met be «aige Wepen / artte onbet fcbön bannbsp;toienbftöap agtec ^jn tngge boobïib in sön lt;£ece enbe lt;0oeben nsiam guetsm.
H I E R O G L Y P H I C A , ofto
lt;enljê ban jjlöenfcDeit öiê be belijbeniffe btc tDiacljcpb in ben tmnb / enbe ceu oaatfcD btttcce oaite enbe obecbloeb ban booöfjepb m fiaac ftccte Ijoubcn / btenbsp;«tcmanb fjanbclen ftan of tj» toozb ban baat o'eqitetit; epnbclib ban aJbss tontnbsp;bet becberf en be bcöb nanbeenob / bte 5elf0 ban ©enijn tot becftenjs toe 3b3ebnbsp;ten / enbe een pcbec befcfiabigen en oelp 0C3bJcI toe Inengcn: Zoo 3ijrtre oepelbnbsp;ban toegen bacc guabe Confcientte / enbe ben b’anb fiatet Dcgeeditóiebcn. W'-berfcbabeliliï tef bit benijn in guabe HteecaartS; gtlijb toarcn be ^cbJift-gcleer?nbsp;ben en IPbact3een/ |15a:tb‘ 2.3: 33. CfaiajS belooft lt;0ob0 Jaa-fie 3uibe bagcn/nbsp;in todfe bie toaadjepb enbe fieunifle / soobanig een bcagt bon tegengift 50ube öebben tegen be balfcBe en betgifttge btoalmgen/ bat 5elf3S eenjongasnbsp;êe/ ofte fiinb in Ctbifto / getoapenb boo? be bcnnifle ban Ijet fiinbanient becnbsp;i,naacl)epb / ongeftliónben soobanige btoalingen 5oube öanbcien enbe bjeberleg;nbsp;gen; iiwnec baac niet ban befmet b)o?ben. €fai. n: 8, Een Zoog-kind zaïnbsp;zig vermaken over het hol van een Adder En een gefpeeiid kind zal zijnnbsp;hand uytftceken in den kuyl des Bafiliskus. ^^efe ftnin*ffe 30Ube OiieiigiSbeniS.
bjaffcn en boojtgaan / totbatfe beucfcafe tot bic obemiatc becss 9. De aarde
zal vol zijn van de kenniflc des Hceten j gelijk de Wateren (den bodem) der Zee bedekken.
TllcofMI.
Aes , Dood Lichaam. 'raj t|ia
Zgc bc plaatfen lt;e)C0b. 21: 31* Icbit. 5*' 2.. cn n; 4-35. cn 17; 14. en 22: 8. 5©Êiir. 14.’ 21. €5aD. 4-* H- fn 44'-:nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;minig btr^
ftöcucb ofte ban selfss gcfio;bcn aa.ö berbieb bc 3©ct aan tc caben / bed meet te ecten : ten beden / cm bat Ijet booigaanei ban 3ijn Dfoeb niet iö gerentnbsp;nigb/ enbe (jet Wocb-ceten al boo2be a®et beeboben toaö/ ten beden/ cm batnbsp;l)ct bctioonbcen getodbigetDoobbupten begeinoone toiifc/ toaac boo? cen^iecnbsp;bcoj .ïDenfdjcn banben ten gebiupb ban fpijfe boccb geboob.
I^ogtanis / beboiile befe btngcn be Ccnfriaitie niet b.tontfentiigcn / 500 moc^ ten be3db2 een anb;i:e3iii enbebupbinge bebben/ ban bie be lettcc mebeb^engb;nbsp;eifte befe i'O bc gemeenfebap enbe cmincgrtng met be geenen bie boob 3ün innbsp;3onbert en misbaben/ biaarom ooft ftet ©00b ^ao ban cncepne lt;igt;fccen na benbsp;'a©et albec-lKfmetlihfl bjab/ Siebif. 5 J 2* «Ooft alle gcmeenfcDap met doode.
werken , nbsp;nbsp;nbsp;6 : i.
?tnbecss bomb onb Clpilïuö boo? als een Dood Aas, ,ïDiitt9»24. Tot welke de Geloovigcn vergaderd worden als Arenden; tJcnbc ttt gefcOtCb/ toam
neet bp niet ge5ogt cn toojb als Icbcnbig in bc iBiffe / Ciboiien ofte ^^oob-jöasftcns / ofte in be ïBOïfiiine; maat al-teaat ftp boo? be ©?ebiftinge beS' €bangc;i!(ms als n ftnipil/ enbe boo? een gcbidbigeboob omgebjagt/ cn ftamnbsp;genb; mibben nuTcften be j®oo?benaars/ boo?-geb?agen too2b/ als een toaacinbsp;agtig 3jelert-aaS; €nbc in be boob i^in befen/ iS ooi be Wet ban ftet ontepnenbsp;öoobe aas geboob cn te niete gebaan,,
Afgeond^
-ocr page 49-Schat-kamer der Zinne,-beelden cn Voor-beeldeni =2-7
en 77! en 8:
ïuc.»: 31
Detiuȕi boojnaittdtfi befe bofoenbe binacn.
(a) nbsp;nbsp;nbsp;2ïtó bet met een babdftfi taoo?b toeeb gebaegb/ een jafee te onbcrgaaiinbsp;bte fiw na onimnelift/ tmmec 5eec moepeftfe eilbe gebaaritfi ib. ©ergcïijb g^euf.nbsp;30: 7. 5efbe bJ30?b ooft niet aan geene 3ijöe bec 3ec / cm te 3eggen/nbsp;bjje 3al boo? oncf cbecbaim ïDen jin b?uftt pauliijs ooft met befe tooojbtn
lipt nom. 10: 7. Wie tal in den afgrond iiedérdalen ? bOO? hJelfte bechdlffcs
Itnge ban toootbm bic ban ben 5elbcn 5m 3nn / aangcbjcfcn toecb een onboen^ lifte ^afte: (€cn toace bc ^ociie lt;6ob.b seïfiS guame cn bie onbemam / todftnbsp;geftbieb sjnbe / ben j^enfeb bjngtelcosf be tnoepcliftljepb enbe onbocnliftOcnbnbsp;ban bc aSDct CfbUlt / bte boo? 3iin (0ccfi: irt be ftecten bierb ingefeb^eben / be#nbsp;fcbnJbtgb cn booztocnö. jDcrgcJlift ^ob 38: i6.
(b) nbsp;nbsp;nbsp;i^ct bcbiipb ben (laat ban bc nptcific bcnaittorticpb. Zie Pfa(. 421 8,
Den afgrond roept tot den afgrond, amp;c. J^crgcliift ^falm 69 j 3. Ik beu getonken in de grondeloofc Modder , daar men niet in ftaan cn kan. lt;ï?n
500 bJccb be bcnautortjcpb / cn upttecfle bccnebei-tnge CÖJtftt genoemb upt befe
plaatfen / Een nederdalen in de benedenfte deelen der aarde, (Êpj}cf.4j 9, Hupt baar ooft in ï)ct «©taf.
(c) nbsp;nbsp;nbsp;ü^ct bcbiipb ben (taat enbe plaatfe ban bc heifche lt;©ecffen ; bc plaatfenbsp;3tar. 8:31. ben ftaat cn Conötric gubc bciTS 6. 9{pöcal. 9: 2. ^n bic (laatnbsp;3i)n ooft met ftem bc ©ccbocmeltngcn alfttee op 3tai-bcn beejs 3-11. ^00nbsp;ooft tc becflaan Qct binben cn to-epen ban ben 55?aaft in ben afgeenb/ stpee,
(d) nbsp;nbsp;nbsp;berber ben btoebtgen fiaat ban bc uptteefie bnpficcntffc / in bcnbsp;bJdfK 3ig binben bie ïonben cn ©olftercn bic ftet «Êbangclium niet gefooben/nbsp;bic CHjft bat een ice (bjelft toooib T©cutcc. 10 j 7. boo? afgeonb toeeb uptge#nbsp;bmftt) bjcfbcn genaamb 2fipoc. 13: i. 3®clftc/ toannecc fp tot Cftjiftum toet#
ben (nftcerb / 300 brengd God weder uyt Ba7an , ja uyt de diepten der Zee,
Pfaf. 68; 23. tÊttóc ban berft^ 5ig ben afgronb / cn laat 3ig b?oog 5icn. ^ie met OOJamp;d i^abaft. 31 lO* afgrond gaf fijne ftemrae, hy hief fijnenbsp;iijdeti op in dc hoogte, «©ait verfweld dc aarde die ¦waterftroomen, fa bC
aacbc upt ben afijconb ftomb boben JCpor. 12; 16. ©ibe 300 toerben ban ©obs
liinbercn g^cgenb wet bc zegeningen van den Hemel van boven, cn den af-
© z nbsp;nbsp;nbsp;¦nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;gtond
-ocr page 50-HIEROGLYPHIC A, ofto
giond van beneden , lt;©cncf. 49 ; nbsp;nbsp;nbsp;310 ftgt; ban bett =l^cmel in CÖJiffa tofC^
öcn ai'5ca«*igt; / ï'fo? be hcaot beö ^bangelinm^ be ^ce en be Éfgconb r)a« booben moeten obetgcben / becgelgb oofi Neuter. 3 ?: r ?. cn 19.
(e) lt;Êpnbeiiamp; alie bingen/ bte ban een onnafpeurcliibe grtörtjepb / en onbes batclib 50». boo? Ijct betnuft/ enbe bit cen obermate fiebben bie niet ügt te pen^nbsp;Jen i0 / 500 ttn een afgconb ©faf. 36 : 7. Uwe oordcelen zijn een diepennbsp;afgrond, ©ecgcïijft iSem. II. ü diepte des Rijkdoms, amp;C. ^Cllbe lt;£pljcf.3.nbsp;bec0i8. Welke dc breedte, lengte, diepte endc hoogte zy.
Aioè. nbsp;nbsp;nbsp;JflOt?)) *Aogt;).
Zge ban befe ^petetpe ^fal. 4? ; 9. ^lobecb. 7 • 17. Canrtt. 4: 14. tÊFob. 30: 23. $f. TBt geleerbe ï^eec Euxtorf, mepnb bat boo? Oet tooo^nbsp;Ahaioth, ben Zonbel-boom betflaan toeeb ; en baat ïijn plaatfen bie bitnbsp;tooojb 500 in onfc (€aie ob£rb?ennen. ^p febaijben bit 2anbel-ftout een jeccnbsp;aangename reuft / cn bc0 jelfo b?ugt een genefeiibe fa-agt toe. ijUaac br 70.nbsp;€gt;betfettst^ ijebben op ^falm 45. 5et tooojb roSnK obergefet boo? ?etKli fjetnbsp;todhe afïtomb ban 5-«'^s(v vioeyen. 3©aac boo? pb in gebagten ben/ bat petnbsp;niet cn i0 een bout / maac cen buippcnbe bogt bte upt een groene plant A locnbsp;b?uppt/ bp onfc ï§obenief0 enbe 2Cpotbebec0 3ccc toel tetenb enbe gemeen / bienbsp;anbec0 ban toegen bate lebenbige cn gcoepfaitie ftcagt/ bet femper viVum plagtnbsp;genaamb te toojben. ?{inbe«?s 300 en bunnen onfc ^{iporticfci'ö cnHerbarii tocu^nbsp;nig p?0.ötoaacbig0 aanmerben tn ben mift ban jfjet ^anbclcti-ftout / gdpft todnbsp;be ïgeec Buxtorfius mepnb. JBP iöoofenopb Aioê boojgebomen/ bie 3ignbsp;boo? fiaac aangename cenb aanpjijfb: igogtan^ i0 fp beemengb 30nbc met an-b?e ^pecerpen/ een betoaacitec ban ben caib bee 3d[bct/ ban toegen bate obcc-gcoote bittccfitpb/ enbe baarom ib fp bp na onbeiberfifiB; «©nber be ^alfcmennbsp;met toelfte men boobe ^licbamen 5alft/ i0 fp noobigft/ om batfp be 3clbe bannbsp;flUe fianöenbe berrattinge bctoaacb. ©eegdijb goan. 19 t 39. I^iew iffeenbsp;bat 5agtet: 0et Eirijaam 3«pbecb / en bet gijm cn bupligfjepb enbe beebojbennbsp;lt;6a!Je af3et; be fmecten bc0 ingetoanb^ bec5agtfe cn geneeftfe 3 fp gelpt benbsp;b?ugt-b2agenbe cn bacetóic ©joutoen/ $c. jBen ban Diofcorides en Dodo-naeus b?èebec baac ban nasten.
geile befe ^eugben tocefit lt;iEtob0 lt;6ee(l / bic be 3albtnge bcc Hepligen 10/ I ^oan. 2: 20. op een bolmaaftte toiife tn 3öne i|epligen / boo? mibbd bannbsp;5ct bJOO?b. ^0 bc 3©et upttennaten bittec 3 fp 5upbecb nogtans be toonbennbsp;bet ^ide; en ban bomb Det €bangdium en bet:3agtfe en fjedbfe. lt;©aac isnbsp;geen bitter/ geen Ijjben 300 3toaar/ ’t geen fjp niet en matigb en bccbjaadjdifi
ntaabt. Zit ©fal. 138. $0 7. Wanneer Ik wandele midden in de benaut-heyd, maakt gy my levendig , amp;c. i^p betoaarb be j^ectcn/ Confcienttcn cn gfiebamen ban boobe toceben; onfen monb b^ ’éf Qwn verrotte reden «rt ennbsp;gaa/ €pamp;cf. 4t 29.
Aificm.
-ocr page 51-Sciut-kamcr der Zinne-becldcn en Voor-beelden. atj
I M fwuïgt;e get lt;6^icj:fc0c toao?amp; Ost geenr cpgentlift Gaiie Brönpö / om bat öc 70. al-ÖCUC ïjct 3dhe ïlcijicmtofcïie ItlOOJb Lagnana bootnbsp;Choke Ijcbbm Dbccgjjet. Sïnbccs noemen Ijet be »0nefeen epgentltHnbsp;toaar ban bet Eartjnfe Abfinthium, en ons ^iiptfcbe Aiszem. noemennbsp;Det 006 bJd[ 50mtljbei eirrUS-iov oob toel £*tlt;kok Apimhfoa en Apinon , batnbsp;’t neene onb^inbbaac i«s/ namelib hJegens 5nn lutterijepb.
bjeet niet bat fjet ergens in be ^cljtift booj een jinne-beelb ban prtsi lt;j3oebiS toeeb genomen ; en baacom en onbec3oeben top btee niet toat bragt ennbsp;baigb bet in be geneeö-lKinft mag öebben / maar bet baftcelit een 3inneöeelbnbsp;ban ttoee bittere 3aftcn.
(a) ©an een Boos ende ongelooyig hertc, om af te wijken van den le-vendigen God, l|eb?.3 t li* ©ecgdijb iZt 15. Dat niet eenige wortel van bitterheyd opwaards fpruytende beroerte make. lt;Ên filter. 29 : i8. Datnbsp;onder u lieden niet en ty een wortel die gatle en Aiszem drage. mcc^nbsp;he aan/ bat be 70. albaac öet tooojb Lagnana, bp on!§ ‘Ilösem obetset^nbsp;ten/ boo? 7rlt;xjgt;« bitteefjepb: toaac upt Octfcögnb bat Daar fjet epgen toooibnbsp;njpb Lagnana Of niet tod bcheiib 5p getoeefl/ of bat ïjettoepnig aï^i bp belipO'-töcbfces én ï^upbenicciS isf gangbaar getoeeft. lt;lt;Egtec ijS het tooo?b Bitterhcydnbsp;srixft* al te gemeen / en ban 300 toel op Aioè trio Aiszen gepaft tootben.nbsp;©auluei nogtansi bet bp öe 70* binbenbe houb bet: lt;©3g gp boet bat niet aliSnbsp;sen obeefettee / maar als een ^capbi^ft / ben gemeenen 3in uptbmftbenbe.nbsp;gn ben 3elben 5in getupgb Petrus ban Simon den Tovenaar, fteto?. 8; 23.nbsp;föt ÖP toaS in een gantfeh bittere galle , ende t’zamenknoopinge der onge-regtigheyd.
C b) lt;De ffiitteröepb ber ©lagen ftcefet in be 25itter0epb ber ^onben / tot batfe 500 beuefteeht batfe tod ter beeg geftautob 3önbe ter boob ftrebt: ïDctnbsp;Aiszen gebtenftt te too?ben / bebupb te onbccbinben be bitteröcpb ban lt;èottsnbsp;plagen. ©?0b.5: 4. 9!ee« 9t Ift*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;tpijfen met Alszen,
en ik zalfe drenken met Galle-water, ©p todbcplaatfc iö HOgiPaal aanmcp fte / bat be 70, in plaatfe ban «©alle hebben dyccyxat Anangkas, ’t geene besnbsp;biipb nooben/ ongdegentijeben. gbit is niet obct3etten/ maar uptleggen. ^aacnbsp;ftgt; ban 5ien njjtbnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Gaiie, en Lagn^n» Aiszen binben gepaacb / op
bat fp niet ttoee-maal nbsp;nbsp;nbsp;Roich Rofch megten 3etten / 500 maften fp
ban aisïcn *t geen haar bi^ bunftt. ^Clfoo 5etten fp op gcr.23; 15. pet tooozb mpb ?8l03cm ober boo? cHn* Oduneen , ’t geen bebupb barens ween. ©CC^nbsp;lijft .liBattö. 24: 8. €ater men ftan baar upt afUemen / ban Ooebanige fmec^nbsp;ten fp ben 3iii.ö3cn tot een stnneöeelb ftellen.
5D 3 nbsp;nbsp;nbsp;.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Altaar.
-ocr page 52-30
!H I E R O G L Y P H I C A. ofto
Altaar» HlilD
(Jïbuptt feti lt;i5cfïél ofte hgt;tc6tup0 / cOTCïiflt om aan lt;0£ö «llerlcp 5öo?ff«
I ban (©ffcanöcn/ met (©obst-bjenftjge cece op te bjaacn. »©£n ecrften toac/ ujfc’lfte baj» (efen oeboubab te jijb / toerb ban Noah , fcjenbsp;rcö upt boobsi gebaat ban be ^unbbloeb / ben ^ecce tot banftbaarfjcpb cp-ge^nbsp;cffctb Oecfl ban ftet cepne ©ee / enbe 8et cepn (©ebogelte / ‘t geen in benbsp;hjajï obecgeWebcii / 500 ban 3cmmige geoo^ecBj b)o?b / ban pebeu een paar.
€ej:t en öcpaaKi bit getai niet. ^e Heet Burmannus en anbcce/ ntfpnen bat bP ban be 300?tBn ban Ijct repne ®ee iipt pebec fjetjebende gencmen geeft;nbsp;aisi een Os, een Ram, een Bok, upt 5eben£n. ^eii Totteiduyf en een Jongenbsp;Duyf, «pt 3ebenert; en bat bie(©ifcanbe ban ’t3©ee een Manneken t.ei getocciï.nbsp;^e 3eibe Heer Burman itKpnb / bat / oï fcfjoon be H* sten getoagnbsp;maaftt ban get Boutoen ban eenen stitaar booj feie tgb / nogtanjS be Baberennbsp;boot bie tijb Bupten ttogfel tot gare ©ffeanben ^Citaten geb^upbt geBBen / obecnbsp;.lt;6ener.8; 10. jlSen Ban bit gefegif goail (ïegten ; toanneec men aarmcefit;nbsp;bat be Hebbeen get toio?b (bp ono') Altaar piagten tc bcrtoiffelen met get h)oo?bnbsp;Schukhan inSi? ofte tafel, Op BoeHte peber fpijst Ofte b?anB boteb epgebift: getnbsp;gcene Bp onet upt betfWjepbcn anbere iei aangemertt op Bfal. 69 : 23. lt;enbenbsp;in bic timmer btbupbinge soube get een gegte 5aöc 3ön te iccgencn / bat Gainnbsp;cube Habei , eii 300 meenige alö’ec gcoffat gebben / petö gebben gegab opnbsp;üjelBe fp gare gaben tïpiobe banBbaaciiB iiebben opgebjagen/ tettogïe fp ban benbsp;5eïbe ooB nuttigben tnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;niet 50ube baa'cri betoceren / bat pcmanb
3clf£{ bic boos bper geeft aangegcBen ; gelgb gier boo? jgoag ijS gefegieb; alfoo
getupgb hJO|b bat be Hecre Rook den lieflijken reuk van lijne Bran d-o f-peren. (Bntrent be eetfte «©granbe ban Cain en Abc! 5egb Jofèphus (en get berbienö geloof) bat 4Egt;ob ban be (aatge genipgeniö gegeben geeft / boo? bcnbsp;3dbc met bper upt ben aan te geBennbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^ niet bat pemartJ ban
gaar bie aangefleBen geeft, .ülïaac get gs aanmetöUB / bat befen Altaar ban ji5oag een bP3onb?e gegalte geeft gegab ban alle anbcce tafelen/ op bjclfienbsp;45obe baifebaarliB sijnc gaben bjieeben bectoonb boo? bie tgb. ©oo? eetg cmnbsp;bie ceben/ lt;©m bat noopb boo? befe tjjb/ met get minge tooo?b geboag ijs ge^nbsp;maaBt ban l)et iBoojb n^io mbtach , Altaar, enbe get 5d[be noopb te boo?ennbsp;3!)nbe gebonbert / een nientoe xoorte ban toecBtupg tot fjet offeren aanbjgöb.nbsp;(^n z. lt;©m bat bc bwoiben op Eenen Altaar, ben selben onbeefegepbennbsp;ban alle boo?ige (Saglen / in hjeJfte bc Httrt 3önc gaben eecbtebigftg bneebennbsp;bectoonb. a^nt/ bat get boo? IcbeBen n toerb uj^gefaten (get geen anbecsinbsp;toef 3omtijbsi bcpaalcnb isS/ en boa? die, d,fen, $f. tecrb oberge3et) in BccnBtnbsp;ons riet/ maar bebeftigi! ons geboden t sgabemaal nu toctb upjgeb?uBt eenennbsp;cnkien ?Htaac / bie niet begoeft onbeefegepben te bJO?ben böti eenigen anb?en;nbsp;sffoo baar tog geen en toajl öie bie name ban ?C(taar gab; niet anbets/ ban
Of
-ocr page 53-Cf ia? ill onfe iCafe 3E?0«n / ftp cffertie ben i^cerE op Ee n Altaar (een A l* T A A R, ftp uptncmcuöftcpft) jijne efreaufte/ iaeiften Altaar hy bouwde; fcaat'nbsp;iiog^aiijö te ftooien noopft êcti ftip ban een Altaar iaa« öeinaagft. Sft batnbsp;baaroni be ©nfen ftcööen obecgejet (preffa nota) op D i e n Altaar, ai^ cfnbsp;fp ftabbcrt toillen 5egijen bie; hj.ifte ban te booten geen boo?ftceïb en ftabbe.nbsp;quit 5p onsÈ genoeg ban ben eecjlen Altaar; aio tó? alleen bit nog aanmerften/nbsp;bat ftet ftouhoen ban befen fttlaac niet cn boais een epgen-botUigen «tpobo'-bienf}/nbsp;maar / eben bat ; gdijft alö God Bexalcëls Geeft vervulde met wijsheyd cnnbsp;verftand , om ben (Caftemaftcl toe te (lellen ; enbe Salomo tn ftet (Itgtcn bannbsp;ben (Cempel; alfoo ooft ftiec in onfen Noag ; befen 2tltaac ftoutoenbe / bannbsp;ben (treeft tb onbertoefen. |5aberftanb ftcftften be lt;j3eloobtgen ooft bcoo benbsp;ïlüet/ bolgeiibc ftet bocnfteelb ban gUoag/ biftmaal / toegeuss eenige ftpfonberenbsp;boelbaben ban lt;©ob ontfangen : ofte alio fp «^doften beeben/ ben ï^eere Altaren opgccegt. ^ie lt;©enef. izt 7. cn 13: 18. en zz : 9.. en z6 t 2.3. cn:nbsp;33: zo. cn 35: i. qbe cerflc plaatfc bte na be 3Bet-gebnige ban een Jtltaacnbsp;fpiccftt/ en beö 3clfsf reglement boojfcftiiift/ fteftb gp lt;^t:otJ.zo.^ff.z^/zs/z6.nbsp;^P mofl gemaaftt biojben ftupten ftepaünge ban eentge bade piaatfe , ai waarnbsp;maar de Hcere iijns Naams gedagteniff: ftelde, Of bail Aarde, Of bail Steen;nbsp;en zonder Trappen- 3©areltft ecti 3cec ncbiig toejïd en geringe (loife / op batnbsp;ftp ftare simieii ban alle Hfgt^cii-bienfl niogt aftreftften t i©aar toe (Ircftt ftetnbsp;berftob ban cenig fiiind-bJcrft ban ^tcen-ftoulbccis/ of cemge ©eeiben of töia-bccrfeles en Cietagicn baar op te maften ; gelftft bc l^cpbcnen beben. (Dp bcnbsp;doffen upt hoelfte ben SCltaar toterbe gemaaftt; ’t 5p 3Carbc of,§tecn/ fpeculteinbsp;ren 3ommige/ bie paffenbe op CfpiftuiS in 31)11 betnehennge/ bog in 3ijn ftragtnbsp;om 't bjcrft ber berloffinge tipt te boeren/ oiife BotMlecn geboeefl t0.
«©nar na fteeft lt;0ab ben T a b e r n a k e l boen (itgtcn / enbe in be 3elbe
voor eerll boen plailtcn in ftet nbsp;nbsp;nbsp;den Altaar des Brand offers, bail tDCft
ftcrb tocffel 5ic oJrob 27: i. ft» aênbeS 3dfö om3onbmge 5eben bagcii lang/ boo? een bageliftp Morgen- en Avond-offer, alff ooft ban beiS 5eIf3S Salbinge/nbsp;«^.tob.29.Cap. 3tcb«.8; 10.
^og ftcftalbcn befen ailtoac bejs gs^anb-offeesr fteeft dl^ob een Gouden Reukaltaar boen maften €rob. 301 i* bie ftp ploatfle booj ben booitgang bië ftif= fcfteii be Sftffie/ enbe ftet iicpligc biaö / bat iio bic ftet i^eplige baar m be ba-geliftrcftetéffraiibengcfcftieben/ cube het Heyiige der Heyiigen, baar be a r k e
in ftet3tlbecfteplt)(le inmng/ enbe bcnjDooiftang cpênbe/ ftp JaeuftbJcrft op be# fen (0onbcn $tltaar aatiffaft / ben 5elben ïïciift-aïtaar geftonben boierb boo? eennbsp;SCltaar ban ftet ïgeplige ber i^cpltgcn ,• cn tot ftet 3eliK beftooibc; ©m bat benbsp;Oft'rande van Bloed. bie KI ftd j^ejiftge gercfticbe / cii bit aaiiflccften ban ftet.nbsp;Heuftbjerft tot eene (Dffraiibe beftooiben. tDaarom 5egb paulujs in befen 5111nbsp;9; 34. batftCtï^Cplige ber ï|epligen ftab een Gouden Wierook-Vat: J5a#nbsp;berftanb/ bjanneer Salomo 5i)nen €empel Ijab nclior'rtb / ftdbe ftp benbe befcnbsp;3{itaren in be 3dbe piaatfe en o?bje aiff fp ia ten (©aberna iCl Dabb,ii gedaan t
H I E ?v O G L Y F H I C A, ofto
eUesri niJt bU bcrfcfjitlenö toebal / bat; alfoö ben ftopeicn Stïtaar bte tn ftet l^eplige boot ftet aangcjigte besi ïlcecen toass / niet en tenbe baten aile betnbsp;fa;; bgt;.’ baac toe oob een gebcelte ban ben Voorhof öepbgbe en afjonbetbe/
I iSeg. 8: 64.
©nbcc be ïieot?tnnjge lt;©obgeIeecben tei hjenntg bcrfcbil obec be oBeefïeïijbe bebUPbinge ban ben Altaar, 500 beöBrand-otters, alö bes Reuk-ofFers. '0nsnbsp;geloobe fteunb alleen opCbbftuiS/ bietn jig 5elfö alleen beeft (alfoo bP eriltï* tJSnbsp;tn allen) ’t geene / en booj Priefter, en boo? Offrande, e» boo? bat Altaarnbsp;toecb bebupb. ©an be tbjee cectle iS bet bnpten tegtnfp?abe/ alfoo hy ^ig zei'
ven Gode onflrafFelik heeft opgeofferd, ©et)’, 9: 14. en 7 t 2.7. ^n bJelbe b)0O2ben/ en Cbbfius alS Prieitcr, en ooft alö be Offrande boojftomen. 3©atnbsp;bet beebe aangaat; namebft ben Altaar, boeben be Slooinfcb-gejinben eennbsp;b?emb geboelen/ bte bet bout bes «tTcupceS ben citaat noemen / al boo? fp?ee?nbsp;feenbe ban den Altaar des Cruyces. lt;Sn al ftboon men bit met sommigennbsp;eenigsins mogt becsagten ; boo? bien eentge obec-eenftcmfle fcbijinb te sijn tufgt;nbsp;feben ben 3lltaac etibe bet Ciwce/ mitsbien Ijet selbe bout Cb?i(iu»ti geb?agennbsp;Ijceft; gelnft ben SCItaar be «j^rattiïe; enbe bP op bet selbe gettonben ts / metnbsp;ifak, op bet bout ’t geen 9tb?abam op een Altaar bab gelegb / enbe meet an?nbsp;bete uptblngten/ bte sommige biet boo?bjenbcrt; nogtans gelb bit niet. a®antnbsp;boo? eafïj ©et hout op ben 35ltaac gelegb/ soube ban ceebee ftet Ccups bec?nbsp;beclben/ ban ben Altaar ^ te meec alfoo bet bout op todfte alle (©(fcanben totec?nbsp;ben gelegb / en aangefteften / niet tnieeb geftepligb / maac alleen ben Altaarnbsp;ïjcplig is, i^u bet Ccupte is gcensins beplig; ^a/ na be 3Bet/ cncetin/ ge?nbsp;ipb alle baten en inflcumenten na be3©et/ bic 500 een onrepncaas ftabben aan?nbsp;necaalif. ^en Altaar, ’t sp ban ^teen/ of ©out/ met ï^opec obertogen / ennbsp;ban ooft geen ^innebeetb sijn ban een anö?en uptinenbigen / (icffeinamp;cn boutennbsp;Altaar des Cruyces ( soo SP bie noemcn) 500 bjepnig als be ©?teftcc enbe ftetnbsp;,:;§lagt-©ee hunnen sön l^iguuccn en ©oo?beelbcn ban Matenaie ©ffeanben.nbsp;©et tcgenlieclb moet (iöeefilift en©cmels 3nn/ nitt aacbfcb en Hoffelift. gamp;aa-ett-boben bet dragen ban be (©ifcanben / en ftan ooft niet op een aacbfcOe toftfenbsp;toerben uptgelcgb; JBant biat magt ftab bet CcupS/ om (JTljoiftum ben toaennbsp;HQtbbelaac dSobS en bec jlSenfcbcn / en sijne onepnbige toaacbigbcnb ; en omnbsp;be lt;£)ffcanbc ban' 5ipioeboo?faambepb/ enbe cnuptfp?eeftli6e angffen.tec ©ellen tenbsp;b?agen enbe te onb tftcuneni 3ïlleen toas bet Ceupcc een ^nflrument om sijtinbsp;Stoaft 3© :ttfcbelift 3ttcbaam te b?agen ; lt;^n bat en is nog epgentlift/ 500 mennbsp;niet boo?namclth siet op be pbec en liefbc boo? lt;0obs cece en bc saligftepb sijnsnbsp;©olfts ; en spn fietfte roepingen/ smeftingen en tranen bte ftp ben ©aber beeftnbsp;opgeofferb (©eb?. 5: 7.) geen iniïrtiment om Cb^ijtum te b?agen; 3©at boutnbsp;ftotiöc bog sobanig eenmagt om te bcrlolTen/ en sulft eenc liefbe b?agen. 2Sup?nbsp;ten befe bingen en ftonbe sön ©ffranbe ben ©aber niet aangenaam sijn ; ^nnbsp;alle btfe bingen en hjeeben niet geboagen op een bout ; maar (ïcuncit op bennbsp;Siltaac ban sijn onepnbige bjaacbigftepb / (0eeii / enbe magt: a©ant biipten
tbJijfïl fen Altaar is het die de Gaven heyligd , ,ïj©att.2s t I9* %b?, 9? 14. Die door den Eeuwigen Geeft zig Gode onftraöclik heeft op-geofferd. «©at
-ocr page 55-Schat-kamer der Zinne-beélden en Voor-beélden.' 3 ^
fes boa? 3ün on^pnbige toaacbtgSeplj cn lt;0oblij6e magt/ bte fecm b^agö cn on^ bcc(lcuiit. aamp;ccgdfjft €faL 63 ; 1 — 6. jBaadtfe is bic G e e s t en feet bpctnbsp;3önec liefb* feet Uw bes 3ïItaacS; maar feoe btoaalTeftfe 50«be men bit'nocmtttnbsp;feet bpee 3ijneö CctipceS i ï|ooi nogmaal Pauium fp?eêfecn i^cb?. 3: 10. a©pnbsp;feeUben CCtltn Altaar van w'elke geen magt hebben te eeten de geenen die dennbsp;Tabernakel dienen. i|et gecnc fep Uc^bcrS feeUeitigb «pt feet boctrig boojDeeJtr:nbsp;3©am ban bat Ufeefcfe Ujdfecs Woeb in fectl^epllgc ber %pligcn tngcb?agctinbsp;toietó op ben geooten ©ec?cicn-bag / cn toiccb niets met aïïen ban pcmanb bwnbsp;ben (cabcrnaBel btenben gegeten in feet ©epiigbom / maar al toat cm cn aannbsp;be jelUc toas Ujierb bupten met Upee Uctfeanb / |[ebitic. 16: bers^?. ^02nbsp;todfe 5innet)eelb aangehjcfcn too?b/ bat / na feet tnboeren ban Cfefefet 2l5loeb innbsp;fect ^'Pligbom / 500 ben uyterlijken Altaar . en Tabernakel-dienft , alS OOfenbsp;alle ^lagt-offfcn na bic «©(feanbe moeten opfeouben.
lÉaac toat bani oïn feebücn be Cfe^tücnen geenen nbsp;nbsp;nbsp;bog fp feeb^
ben cenen Altaar (^tc apocal. 6: 9.) lt;2fat. 19: 19. cn^ót 7. jBellic is bic ^ i gmmec be Papiften fenmten niet benfeen bat bic feet liout bes Ctuncesnbsp;ts; '©aacom bcc5ieten fp een Sïfgobifcljen Altaar, ban een nieuto maafefei ennbsp;een nicutoc OfFrandc bcc MI s s E. 5500 bolgb ban niet met gdpe ceben/nbsp;bat / na fect inlKengcn ban 0feijti 55locb in feet i6|cPïtgbom / alle upttoenbigcnbsp;38ltaac is afgefefeaft / 300 tod als bic ban fect iSacbfcfec icpligbcm i ^fe be=gt;nbsp;flupte ban/ batSTfejifenS jclfs onfc ïgooge-©2icfïec te gdijfe ben 2lltaac iS/ bannbsp;bjclfec top bc fpijfe lt;t5ee(lelijtt eeten; enbe ntemanb anbccs iS ooft bie lt;0oubcnnbsp;98Itaac bie boo? lt;0obs (Cfe?oon is / op toten top bc ïïcufe-offecen onfec geamp;ebennbsp;aanflefeen. ^ie ^pocal.8; ©at niemanb ban berber bc iicgt3innigen bc-fefeimpe / om bat fp Ctoiftum jdfs ben 2Cltaac normen ; of iaat fp ons eerfinbsp;met gronö ban ceben Icccen / todfec bien «©ouden 2filtaac is bie in fect i^ieutoenbsp;Ceftament boo? »0obs [Clpoon iS gcplaattl.
gn ben Brand-offers silltóac feunnctt gaar «öceiïlifte bebupbingc ooft feebben (a) be doffen upt toelftc bie bedonb / namdift Cedren Hout, jijnbc een badnbsp;bunefaam i|out/ en begiumm tot albecfeanbe bad töcrfe. ©tt ^out toaS Dbecjnbsp;togen met Koopre Platen, tegen be feitte bes bws/ 5152 bat bii ©out ^n ba*nbsp;digfeep becïicecg / enbe ibetoaarb toiecb ban fect iropec. Ctoidus bic eennbsp;^utute ber ^Caeben ts/ npt ben afgefeoutoen tronfe §fat / enbe de vmgt detnbsp;aarden toecb-gcnaamb «Êfai. 4t 2, is gemaafet lijbfaam en beguaam om getnbsp;Stoaac-toigtig toeefe bet ©ctloffinge te b?agcn/ enbe gdfefe ben Biaam-Bofch,nbsp;miöben in ben b?anb niet verteeid te worden, «tefOb. 3:2,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;( b ) ©C f0?mc
en gcdaltc ban bie Altaar toas biceftantig / todlic figunce ban bc meede beba* tinge is/ ais bic eenronb infiupt/ ett ooft uptgefecel regte Bneben-rebigei:iniennbsp;bedaat t ©it is ooft be mate cn cigtfnoec ban fect i^icuto ^etufalcm a^al.nbsp;21: 16. gulles toat tot CfedftoS en tot feet gdoobe in l)em befeoo?b/ bectoonbnbsp;sns een eenboubig/ ctt in alle 3ögt;i feeden gelgfe boo?toerp. Sian be 3elbe toacen
Hoornen op fi)nc vier hoeken met Koper overtogen- 33i^C bOO? ttict flllceil
jfen alles cmbcctocrpenbc m^t berdaan too?b t (Eie ©abaft. 3: 4. Hy hadde tdeornen aan fijne hand', end-e aldaar was fijne üerkte verborgen) JJïaac
C
-ocr page 56-34
HIEROGLYPHICA, ofto
eoftöat öp 5ig öetoilüg tctKSffcc öeeft laten grijpen; geUjfe mim’t(©iTec-bee met öe l^oonien ocljp^ ©olt baar benebeii / bat een ^onöaac fijne fterkte aangrijpende, vreede met hem maakt ^fau Z7. 5®aitieÜÖ Itt jijil jSïOCÏI mct hjelfee
ïjp Defpjengb iö ; 500 bat een boob-ftöulbige bic ïjem aanbat paebon bei-btijgb» (c) ^et gebtupft ban bien AUaar toasi om ^lagt-offcen en allcriep ©ffranbennbsp;te ontfangen enbe te bccteecen. CDtilïuö O^ft 3ig 3eifei / op 3ijncn eeutoigennbsp;a3cefl fieunenbe op-geoffeeb / enbe op öem toceben alle onfc ©ffranben gepep?nbsp;ligb.
ï©at ben Rcuk-aitaar lgt;art eiiftcl «©oub obectogen toa.ö / beeft fijn aanmeet fiingc; laant; gdijlt in ben eerfien 28Itaac bc0 ^?anb-ofiece5 ineee op bc (leclitenbsp;ban op bc bofilifsljcpb en toaacbpe ban bc fioffe toieeb nelet; baac-en-tegen fiiccnbsp;in befen Reufi-altaar / meefi op be toaacbigbepb ban bc onepnbigc ©eebienfiennbsp;giefH/ toeifie iö gccepjcfentem/ toannccc fip boot jijn epgen ©loeb in bet ïlcp#nbsp;üabom jjjnbe in gegaan / bet beecïibfie ïlenbtoecfi ban be gaöen beefnbsp;fiês beeft aangefieben. 5amp;at be Reuk-aitaar beboojbe tot bet ^eplige becJ^epli^nbsp;gen/ bebupb bat unt ben 5^emel 5elfsi bc aangename ccub ban befe lt;l6aben innbsp;«©ob*f l^ligbom en lt;©emepnte op ^arben 30ube beefp^epb too?bkU
ï©2 Draag-boomen van den Altaar , enbe bicfc btagcn / bcbupbCll bC (©CCs ficlifte ©2ieficc.ö enbe Eebiteit / bie ClRifinm al-omme op-beffen cube b?agen/nbsp;onbec giobcn en ï|epbcnen / boo?bonbcnbe bet tooo^b beef lebenef ^bil» 31 16.nbsp;©crgclijft Cfafiöö; n.
'©en Gouden Crantz cottbfom ben 3lltaai* / bebupb be ccoone ban Coninfi^ fijbe jlSajefiept/ ea:e en beccbbbepb/ met todöe be .tUSeffiasf iss gebtoonb ©falvnbsp;8; 6. en ^fetlzn 4^ Gy zet op fijn hooft cen Croone van ’t fijnile Goud.nbsp;Zk lebtvi; 6.
Z^e ban befe itonfi-ficupbenicc^ of Apothekers crob. 30: $ff. 25—
I ^am. 8; 13. 2 Cbionic. i6 : 14. i^ebem. 3 : 8. 3lob 41 t 22-(Êcclef. 10; I, ^n be j^ebtifi 5ijn fp een ^innebeclb ban lt;©eeficlibe Ccupbenterö/ bie boot be 2Cct5cnpen ban ^obes ïgepltgbom / upt be laben bannbsp;be beplige Waberen boo? ben bag gebaalb / pebee na be gelegcntbepb ban jijnnbsp;gualc toeten te beelcn en te genefen. t^e fioffe ban bateïSaipben toafi alleen innbsp;ben ï|Of banbe 25?upb Cb?ifti Cant. 5; l. Ik ben in mijn Hof gekomen, mijnnbsp;Sufter, O Bruyd ! Ik hebbe mijnMyrre geplukt met mijn Specetye, ^aat^
óm tö btt óob besi sJtupbegomo J|of/ 't 5ijn 3ijnc planten en/^pemiten; om bat bP bien l^of tocbceepb en beplant beeft met bic ceble loten Cfai.60. ftcfzi»nbsp;jaan bem ontfangen fp 00b een befiiptc o?bie en ceglement / om bare co^j/ta,nbsp;mixturen fc. mct ccn Ocfcbepben Dofus toe te becepben. '©efe toepaffinge blptnbsp;blaat in bet boo?beelb. 3®apt bs Ealf-Plpe bc.ef lQ»liöbo«ijj; bie ontoebeci
fpjceblifi
-ocr page 57-Schat-kamcr der Zinnc-beclden en Voor-beelden. 3^
fjj’CcWifi öe Zalbinge (jüEntilt / cn jijijö teceti ï^spltgïioms bebnuii (Sic ^an-9; 24.) ntJrt bcrciJti toaaben na öc ftanit öess 3ïpotDïte^ lt;eroïr. 30. ös 25. lt;gn dpitel ^ I. Wijftt bet / bat tat ftet ötTC'Jb^n bcfeu 5albe ban 43öb ilr^nncnnbsp;(bte baac bjccben gcnoemb; afgc3otteb toaccn bal ban tpijdjcpb. ^ocbantgcnbsp;toaren be ?tpö[ldeit/ €bangcli(len ijc. tn beeecite ^ccbe, ^ie 2€opnt*2.
§ff, 13/14* den Reuk (ijner kennifle door ons openbaar maakt in alle plaatl'en: want wy zijn Gode cenen goeden Reuk Chrifti.
JD/V zaI gevondtn worde» onder de» Titel Boom , alwaar de fpecieft of z.oorten van verfebeyden Bootnen opgeteld worde?:.
Zgje €j:cib. nbsp;nbsp;nbsp;18. en zot 9. keuter. 15:19. (|c. ^ofue 14.: 13,
gamp;coj bit gemeene bjootb Arbeyds-iieden, looetben berflaan in een quot;geejï-Üben 5tn / niet aWeen aïle l®ienaac?S CÜtifii / die haar eygen zaligheyd werken in vreefe en beven Pftilip.2: 12. flBaac bprOPbeC bJCCbcn baat b002
berflaan / bie aebepben in hjootb'en Ecere / i (Cintorf).5: 17. lt;©cfe ftebben €0?ifliim niet alleen tot fjaac ^anb-Oeee enbc aanbjpbec / bie baat guptb innbsp;5iincn 3®ijngaatb ïBatrfj. zo: ®(T. if z. jBaac ooft tot Dacen ©tio?gangcc innbsp;öien aebepb. Zie «Sfai. 49 t 4* bebbe gcarbeyd. . . mijn kragt door-gebragt: mijn werkloon is by mijnen God. lt;Ên 53 t Otn den arbeydnbsp;fijner ziele zal hy Zaad zien. lt;Z^aat Jljtt Quade arbeyders pijil. 3 t 2. bicnbsp;met Bileam den loon der ongeregtigheyd liefhebben 2©etr.2; 15. OO6 blÊ
met een blinben pbec aebepben. Zie jDattb. 23: 15. ;©aac 3ijn getroutue arbeyders die niet befenaamd worden, z(CintOtlj.z: 15. Ecu yeder zal loonnbsp;ontfangen na fijn arbeyd, i Co?intff.z18« i^efen atbcpb epfeljt «ibecmoepbanbsp;ïjepb/ ftanbbafiigöepb/ en boRjacöinge. Zie iCo?tntD*i5 t 58. Men moet
fijn hand niet van de ploeg liaan, en agter om zien; toant ïulke zijn onbe-lt;inaam tot het Coninktijke Gods , ïllf. 9 : 6z. Zefeedifl ben Heete des Oogfis iö ban teïjerten bidden, bat öP gettoutoe Arbeyders in 5ijn©ogft tipt-ftoote itïattïj. 9: 38. Zie een illnfliec boo;*eelb/ ?ïpoc.z.$ff. 1/ 2/ 3. ©itnbsp;boojbcelb öeeft beö te meer lupflet/ dff»} lt;f5ob onö 3elfif noemb ben arbeyd fijner handen, gob lot 3. Zie^f. 138: 8. ©ie alleen be Siot^geen toienönbsp;^eft boiftomen iö ©eut. 32: 4* 3®a ?i)n bolmaaöt boojbeelb moeten top onsïnbsp;werft feftiftiten/ 300 bed aisi een ^tfiepfel gegeben tsi te toerfteitf
Arend.
-ocr page 58-36
H I E K O G L Y P H I C A,. ofto
f lt;êt öiJttaamïi ban bc ssatitucfiunbigm / bc Coning onbcc bo ©ogc*
.ten; gclijli ben Leeuw onbec bc biec^boetigc bieren, ^ie Piinium al drovand. johnfton fc. boeb ooft 0011 albccijanbe ^tecen/ 500 ©0^nbsp;celen / alö biec-boctige in bate 5ob?ten onbeebinben be gceetigïjepb ba fCpjaiLnbsp;nen/ tn get itpt-pluhfien enbe op-eeten ban ’t bermogen ba‘cc ©nbeebanen.nbsp;lt;0een ban be ©ogeien isf fjtw geip in fneiftepb ban bingt ^©ergdijb 2^m.nbsp;i:2j. fjoOg jiö, ©job.23:5. €fai.4o{ 31. g[ei%4t i3‘) nog mfebetp^nbsp;ïjepb ban gc3tgt en wuft/ toaar booj tHJjijnaass betce in ben afjlanb ban eenigenbsp;mijlen; 5omjnige jeggen ban eenige bagen cielscn im iebenbige ^iecennbsp;bie Op ban een pfeiOe ooogte af beneben 5iet bjcmclen ; aliS baac 3Ön Conijnen/nbsp;l^afen/ ^onge Éaniinecen en ^toijncn/ obccbaULöp onbecOoebS op ’tfiijf aisinbsp;cen nmiien-ffecn v en feOiet 500 getoiö toe at? een geoefenb 25oog-(M)uttec 5!jnnbsp;bJtt treft; 't geen met cen fiarbe ^Oilb i? gebiapenb en gel)acnafcOtgelijftnbsp;be ^§tijilb-pab / Oeft OP op in be Ooogte / en beeptetteeb Oet tegen be tlotscn.nbsp;S^iet nnbee? ban ben ©ipfant be .jBenfeOen bie gem bJOjben boo?gelMojpen omnbsp;iiooge bjcrpt/ ciibe Dalf bccplettccb booet? met be boeten bertreeb. Jgp 3bj?efOnbsp;cm Ooog biipten alle gesigte boben be a©otbcn / en op be ontoeganOetijhe (leptsnbsp;ten bcc ^neeubj-becgen / maaöt Op 3»jn .©efl: / enbe b?ocpb 3öne jongen tipt/nbsp;bic Op ban op bc bicrften b^aagb / enbe met ^ig boab / m in Oet Wiegen enbenbsp;iageiroeféiib. ï^ct (Itnftenb aa? cieftt On albccliefft t en 3«ppt 5ecr geectig Oetnbsp;Woeb ban 3ijn baftagen Pjope. lt;©og 5ic 5ljn befcOpjbingc bp ï|iob 39: 30-
Is ’t na u bevel , dat den Arend zig om hoog verheft , eir dat.hy fijn Neft in de hoogte maakt- ©ec? 31; Hy woont en vernagt in dc Steenrotic opnbsp;de. fcherpte der Stccnrotie en der vafte plaatfc; Van daar fpeurd hy de fpijfenbsp;op : Sijnc oogen fien van 1 verre af. ©Ct? 32. Ook zuypen fijne jongennbsp;Bloed, en waar verflagenen lijn daar is hy.
©it ©ter i? in bc öepIige^SfOjift een beelboubig^innebedb/ enbe figure: (Cen beelen ten goebett/ ten beelen ten guabeit; top bunnen Oet boojnaamfie innbsp;befc bingen bctceOOen.
(a) i? een iptguiice ban iBonattOen en JBagtfgen tn be aBcrelb / bie oba* Oaccquot;lt;anbertMinen / en ji^abuucen OeecftOen met een defpotike en ^oubc^nbsp;rapite magt; bie jiatiett ctt ©otbecen ptanten eWte berplantett; (®m Ooog pef=nbsp;fén/ en in ben afgeonb nebcctoerpen; en epnbeliO; toetOec toiltc in plaatö ban
be toet i?. !Eie bit €3ec0.i7t 3. ft. attoaac be Coning van Babel, llebUi cöabne3ar/ bergeleben too?b bp 300 eenen Grooten Arend . groot van vleugelen, ende lang.van vlerken; die verfcheyden verwen hadde(bte pjOnOtC mct’
be tostenen en banietcn.ban bede obecOeecfcOtc i^atien) bic een opperden tak van eenen Ceder van Libanon) te toeten ben COntnO 5IeC0onia) af nam i batnbsp;ï? CdWWteliO na !©abcl toïÖ'gt;WC(blt;J / In een Land van Koophandel, en in
eea
-ocr page 59-cen-Stad van Kooplieden, DtUltdiff nbsp;nbsp;nbsp;OOïf van de opperfte teedre loot
jes van die Tak (Ucrfïa ÏKtl Sïbcï bcö CotimftSi ban 3juba) fijne Vorfien, btê ban ïjcm af-önion% lite op boa'b be ^^opliect oofe ben Conino Pharao bannbsp;«Êonpten in / onbec bc 5clbe oefijbeniffc ban eenen anbecen Groeten Arendnbsp;groot van Vleugelen , en overvloedig van Vederen , na hjelbe 3t0 bcil CO-
ning enbc Oct ConinöIöR toetoeite / enbe btfcfjccminoc onbet jijnc bleus celen 30öt / alfoo fp Ijet gioft ban 2?abel moebe toacen. ^00 bat giJ in bitnbsp;Capittcl Deob be fettet cube bupbefijhe toepafTinge ban befe gclijbeniffe. .ïlISennbsp;Ban biet ooB niet na-laten aan te merften / boe be iKomepnen bie be meeiïecnbsp;fpeclben obec bc gantftbc JBccelb / en aögö infïobten / met cegt bet teben bannbsp;bit gccetig biet in baat fcbilb baecben / enbc in baat ïSrijgti-bcp^cn ctn boogenbsp;tot een Jöantete bbetben ; gelijb bc sibillen itcpfctö ’t s lbc teben nabctljanbnbsp;in baat -^tbilb boeten tot op beben toe. lt;»2n ben bubbelen 3[ccnb bctbcelb bepsnbsp;bc be (©oflctfcbc cn 3©eftetfrbe üepfet-tijben. 3®el te tegt mogen fp ban bennbsp;gttenb den Coning nocnteii/ cn Icttetltb / en jinncbeclbig.
f b) lt;een Arend iö ccii Zinncbcclb ban bic ©o?(ien boelbe op bit baat aam jien ttot-s cn boogmoebig 3nn/ al?i of nogrtBoblijbenog menfcbelijte magt batvonbsp;ban bic boogbepö bon nebettoerpen. Eic baat ban gietem. 491 $.016, uw
fchriklikhcyd heeft u bedrogen, de trotsheyd uvves herten, gy die woond in de klooven der Steenrotïen , die u houd op de hoogten der heuvelen : Alnbsp;ïoud gy u neft loo hoog maken als eenen Arend, zooxal ik u van daar ne-derfiooten fpreekt de Hcere- ©etgeljjb ©btlbja 4. $C.
(c) 3amp;an een ftifebe jeubigbepb: ^iet om bat bp boot bet betb^atn 5011^ bc op een nteuto jeugbig b)o?ben; Het geen ban beden bjojb gdocljcnb/ en nptnbsp;i©an. 4.5Ü30 33. niet Wijbt/ om bat albaat niet ban ’t betbebeten/ maat langnbsp;toalTcn beö biJp?si toetb gefiKOOben ; €n 500 bet alfoo biais/ in bem niet 50mnbsp;berüngci 30ubc sijn/ meer ban in anbere©ogelen: ^it tp atmflibcUb ban 30111#nbsp;iiiigen fliióo begtepen / upt miöbctftanb ban be plaatfe JBfal. 103 .? ©ss 5...nbsp;I^at om bat bP een lanm’ ftifebe jeugb beboub/ en cenboogen oiibctbcm bc#nbsp;ixpbt / cn ötagt in be 5elbc beboub. g^e gelijbcniflc iö niet in bet bctyeugbi#nbsp;cen ofte OP nicubj jeugbtg hJOjbeti / tmac m be jeui^tge feiftbepb.
(d ) gn 5bn ftlbcpb enbc verflindende wreetheyd IgOfccS: nbsp;nbsp;nbsp;r. Als een
Arend tegen het huys des Hccren HaÖab. i i 8.- Sy zullen vliegen als een^ Arend, zig fpoedigen om te ceten.
(e) gin 5iill g'reetigheyd'na vuylè en Hinkende Krengen , cn bct 3«PPCtt ban baat cttetio 2Bloeb / bctbcelb bP bc betbiOCbe ilScnfcbcn bie allesi 5onbetnbsp;onbctfcbcpb betginben bat ïiaat bootbomb ; bog boot al be onbepbgen/ en on#nbsp;toebacgebooten / bie 3ig boeben met ben (lanb en bteb banboobe toctben/ bnplenbsp;en bccrottc tebenen ; JDdbet abtm ofte ffcnijnige aanblajs boot tebenen cn om#nbsp;megang (gdijb 00b beei 2CtcnbO libem) 3eet befmettebb iel/ toaatom bd geennbsp;ban baat gcfictcd en beabemb iel grabjt bettot; al300 bederven quade t’zaiiieu*vnbsp;fpreekingen Goede zeden, i COt. 15: 33.. Cn bit tji (Jd OOgmctb bail bc:nbsp;^etgebet/ bie ben 5dben iïoof-bogd/ ncben.ö anbje ban be 300tte ontQtn bet#-Klaatbe aebit. n; 13,. :©euter.i4J 12,
38
,filS3,ic aan b’anöccê jgbè i«s 0? ooft cai ^tiindbsclb Uan seec lJ30?ttc?ïifi« birv oen. ^efc 5i)n toojtiamelift:
1. nbsp;nbsp;nbsp;Gods Trowme en Vaderlijke , en Almagtige •vmre^orge , lUaaC 0002 0J*
lt;0i’mcpntc boebet eti onöcrfleunb / cn teoen alle Daw bpanben tn be ö^ooie op; toccb eti ontliDmen boet/ 300 bat fp ban bte onbcctoinneltfte en onbcftitniindltbenbsp;(teplte af/ met een onbafciieofiften oenibeb/ nebertnaattsi 5ien op pare bnanben.
^te ?^eut. 32. Gelijk een Arend fijn iieft opwekt; over fijn jongenIweefd : fijn vleugelen uytbreyd over haar ; ncemdle en draagfe op fijne vlerken,nbsp;©ccgcipfi lt;£rob. 19 : 4. Gyrlieden hebd gefien hoe ik u op Arends vleugelen gedragen , en tot my gebragt hebbe. ©ecgeijjll befe OiltCbtltoljepb ban betlnbsp;«Jengel beö ©eebonbis bie Jin alle befe plaatfm fp^e^t/ met «Èfat. 63: 9.
2. nbsp;nbsp;nbsp;®e fnelle toevlugt van fijn Volk tot hem , aljS tOt Date C0t5e enbonbsp;(tenlte/ lt;gfat. 40: 31. Die den Heere vetwagten , zullen met vleugelen op-waards vliegen als de Arenden.
3. nbsp;nbsp;nbsp;3|ace graagheyd na Chriftum haar aas der zielen. 25te iISatt0.24128.nbsp;Alwaar het dood aas is» daar zullen de Arenden vergaderd worden lï©aac
frt be gelijftentiTe niet ban uptgeflcebt tooiben tot be ontepntgbepb ban öet aaes/ maat tot ijct lt;0cc(Hib ©ocbfcl bat be (©eloobtgen btnben in COitftujs / aangc;nbsp;meefit al0 boot fiaac gcficitpcigb cn gedoiben al-ljoetoel anbccis toaac tsf / batnbsp;00 in bc gcbaante ban een becfbepcltfi aajs / aan fiet Ccupcc tttfftöen bc iDooj;nbsp;benaaesf 0C5len/ cn booi onsf een bloeft getooiben isf.
4. nbsp;nbsp;nbsp;^e opljeffinge ban fiaacc fietten / na i^emelfcfic bingen / bie ban benbsp;gcacbe beefieben 5iin : 3in bjclfiec betcagtinge fp gebuiictg stoeben. AtiuUa nonnbsp;Capat mufeas : Den Arend vangd geen vliegskens. ï|p bxagt gccttige bingcttnbsp;bie fieneben 5i)rt / Hy zoekt de dingen die boven zijn, Col. 3 t i. Hy jaagdnbsp;na den prijs der Roepinge Gods die van boven is, ^fiil. 3t 14—20,
5. nbsp;nbsp;nbsp;3|aa»; fuel 0e5igt beè gdoofes/ ziende den onzieneliken ï|CÜ2. n t 27.nbsp;lt;en om alle befe btngen ïtomb oofi onbec be biet i©iecen/ sinttcbedbig ban benbsp;^Ctfie (Jljlidi/ bccmelb te tootben cenen vliegenden Arend , vol oogen vannbsp;vooren en van agteren, ïHpocal. 4; 7. ©etgdüfi €5cc9. i: lo, ©an Betnbsp;toclfie nabee onbet ben (Citel Dier, Dieren,
y^rt tboee Arken lefctt ton in bc fjeplige^critift / nameftfi ban befe Arke
Noags, en ban be Arke desVerbonds Ofte bCC Getuygenifle. ©ecfcljep;
ben namen fiebben fp in ’t '(^eb?eeutoei; jiBaac bp be 70. ©bei:3cttccsi/ enbe be % ^ctoijbccsf beö (Cedamentö een cn be 5dbe. 3J9aat iipt blijfitnbsp;bat fp / en in maafifel cenige obet-cenfiomflc fiabben / 3ijnbe bepbe na bc gc;nbsp;dalte ban een ï^iftc / öoe-toel bc 3ecfie ^^oagb na P2opo?tie een bed langtoec;nbsp;piget bierfiante ftgnuce ö^n bic ban jigofe^, Hateva en Ha Aron, toet;
Schat-kamcr der Zinne-beeldcn cn Voor-beelden. J9
get 5dfe tooo?ö Aike uprocbjubf. gjjg fcfmS^ctr’f drilf Wmm lt;0ob ban öcti ïicnicï nebee 530 op ïa fienSn
©^ebtfeer ber €(c^ngf)epb / bie fjaar be (anW WoSypVLn lonbS ^cripoOcpb en ©o?beel ( (^b nogtaniS jjjn ianftmoebigbepb mg imflïÓSffnbsp;be tot izo, jacen toe) 500 öe«fi bP ben biaab ban füin lanbmocht^ir’X/isTr^nbsp;ban Oaa^nöefiealtWiepb afgefneben booj bet b!eembquot;oSel mn be ZuS^nbsp;V oed. ;^g / «abemaak lt;0ob be belofte tn fjet w/bXgSSan b^ een
(3©aac toe noobtg toaö be onbecfjonbtnge en boojt-teclinge ban Smkdfft CiciTagt) 300 beeft bP bat €eutog ©erbonb met 0m «tbe'J n ©iSe*nbsp;becraentob/ cnbe bent/ met 3ijne ï^np.öteonbjc/ enbc bpe ^oonen / ni hSJnbsp;3©ijbcn 5bnec ^oonen/ te jamen agt ©ecfoonen / ban bat gemeen or!nbsp;fpaacbt 3©aar toe bP Ijcrn bmmt een ïangtoccptge bierSenbsp;ben/ bte 3efiecbft meer een ïjifte ban een ^tbip bectoonbe/ befïaanbe iiiw dRo'nbsp;pbee lout; bebbente be mate ban 300. ellen lengte ban 50“ eS bteSef mnbsp;30. be boogte / 5ynbc ban binnen bol jföamcrbcnsf/ bebbenbe aan be Jbbe «Snbsp;beur boo? ben in en iiptgang / ban boben / toel bigt boot ben 3bjarm remn/nbsp;cnbe aan alle sbben ban onbten tot boben toel belgtub en bepebt. 3igt;it kumnbsp;üja!S 3onbec mtt / 3onbec «temen en «oep-banben/ 3onbec ïlöaft^ kS/nbsp;en baacom 3onbcr looft-toitoen/ 3onbec Zcnlen/ 3onbec 2£nto; etKb ac=nbsp;bed bebooten aan omabc / en btnbenbe altoaac ben ©inme Sö bicnbsp;^ac boot roer en alto ftedttc / baar soubc ftuuren. gn bertóft ïm dSnbsp;belaft/ om Eaab m bet Icben te bebouben/ tot 5tg te gclcobS teben Sr hSnbsp;«epne / maar ban bet ©ncepne ttoec / ji^annciicn ettbe S4mnbsp;beeft bP epnbelib sijn ootbeel uptgeboerb / boenbc een a©aSocb Óp be SSnbsp;bomen/ in bet 6ooc* ^aac bep'»0ubetbomsf baniSoag/ in be tbteebe ïinimthynbsp;op ben 17. bag bcc #aanb/ 3önbe na bc bjaarftbbniibfte fCbb-rebetiinrte fictnbsp;3!aar ban bes aasccdbs ^cbcpptnge 1656.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^et
«Sen moet befe Arkc , cnbe be aanmccbdtriffe omftanbiabebeu en ortidUm niet blootdtft aanmerfien / als een mibbd ban bebowbeS Snbsp;5ijnent i^aar als een S:iiincöeelb enbe ©ootbedb ban be boogc beSSnamp;Snbsp;bic ons in Cbtifto enbc 5ijne lt;0emcpntc 5tjn geopenbaacb. is SSnbsp;oogmcift boot een botte toepaffingc te biTrigten. €n bier toe ttoobiab onsnbsp;aa^ootb op berfebepben monteren, (a) €crft tonnnter bet ons npt be Sw.nbsp;febap ban naitten enbc lettcclj bc bebupbingen / bie gemeen liSi Snbsp;No.£., n,6e6t Aji-jMofc . Ooaso*™ ra«s'^SlS“ Wth™nbsp;ben. 3©an be laatfte 2trbc ban immer met gettojjfdb tootben / of S/g cmnbsp;Bootbcelb Cbtiftt getoeeftopeen uptnemenbe toijfcgdijft ftrak 3ai mfShnbsp;^ben upt «om. 31 25. en anbere bebJijfen. jamp;óom 3onbc bin bcfe°b? anbsp;be feme 500 5ecc obcr-ccn bomb / geen gclgb tcgcnöeelb geben. (b) ®e mee?nbsp;^fop bepbe bc ?Erben een «Ibe gebtnpb gemeen gebab bebben/ bat is bc Spnbsp;bentfte ban be geewen bte Daar toeblugt tot be 3eïbe namen, (e) (Ce» bevC
niet
-ocr page 62-40
TI I ïï R O G L Y P H1 C A, ofto
niet Ran gcIoocRcnïi iuozöcn be cjclöRRcisb en cben-rebirtfiepb tufl'cRen be beriaf-jingc ban siJoag en bc 3ijnett / booi mibbd ban be / enbe be betiofftnge bic bc ïjei-Rc ban ben tdcöomcnbcn ®oo?n geniet bete bc toacc 3£cfic bi^ ©ecinbsp;bonbsS; en bat niet alleen booj cene ofte bjejJntge toepaRtngen ban gdijRfbjmig^nbsp;Öepb / inaac booe betfclicpbeii geballen bie ban bc Roogifc aanmecRingc 3ijn.nbsp;(d) oSn tod booenaraeliR/ bctogl bc ,;§eftoft i ©etc. 3: zot zi. ones bun?nbsp;ijelift leccb / bat be lt;©oop ten aanfien ban be beteRenbc saaRc / booj bc .^unb^nbsp;blocb en be icRc ts boojgebeelb : €11 bat ben lt;©oop enbe ^unbbloeb afbeefjnbsp;bingen 3ijn ban gelijR / jaa bc 5dbe bcclolfingc boo?.giefum CÖtiHuitt. j^oo?nbsp;IReni fpJeeRen ; Wanneer de lanRmoedigheyd Gods verwagte , m de dagennbsp;van Noc, als de Atke toebereyd wierd : waar in weynige» dat is agt Zielen behouden wierden- Waar van het tegenbeeld, dat is den Doop ons nunbsp;behoud ; niet die een aflegginge is der vuyligheyd des Lichaams; maar dienbsp;een vrage is cener goeder Confeientie tot God , door de opftandiiige Jefunbsp;Chrifli.
gEommtgctt bit tod Runnenbe 3ten/ maRcn ban ooR Race toepalTitigdi; €ti üiibcc be 5elbc be ittecftc toillcn bat bc Öa'Re boo? bc ‘JÉrRe berbedb 3P : ^cnbsp;©aptdcn Race iföccRc: 3©ant tn bc silcRc toast toe be garttfdie Sterfte bebatetnbsp;tn maac agt ©cefoonen: €nbc (0ob belooft ben ^iinen beriofftngc / bie 3ig innbsp;3jjne l|utte en ®entc bcrOecgcn ten bage beë qnaabë ©fal. 27: 5* iïSaac ^jRnbsp;gebe in üebenöinge/ of niet upt Rct cecRc bol^ / bat be geenen bic *» de sjicfignbsp;toacen be SjaRe bccbedbeii'} dBn of niet be ,^rka beebedb het middel ban bcnbsp;bdioiibcniffe bec UccRe { bitnRt ga. 3©d ban/ gdijft bc 5IcRe iBofiö/nbsp;«iet berbedbe bc Sterfte/ maac ben genaben ®03OOrt / tot toelRc bc j^ccRc Ra^nbsp;ren toeblugt ncemb / alë Rct cenig mibbd Raca bcRoubeniffe / al50o ooR Riccnbsp;tec plaatfe en batedb bc 2£cRc |5oc niet anbecë/ alë befc 2 bingen.
1. nbsp;nbsp;nbsp;^c bdjoubenifTc CRiiRi bie be toacc SEröe ië / upt cenen boop en 5unbinbsp;bloeb ban 3©ateitn / met todftc Rp ië geboopt: (gR blijbe bp bc gdijRenijTcnbsp;en tocpafiïnge ©ctci / en bccgelRRc alle bic plaatfen / tn todRe Ctoiöuë toccönbsp;tngcboccb / obecftccomb boo? een getoribigen aDatecbtocö / cn met cenen boopnbsp;geboopt ©fal. 69; 3. 3l«c. 12: 50. 3]©attR.2o{ 22.) ^ogtanë Rebben bcnbsp;3elbe toatecen toaac onb.t CRdfitië tot tn bc boob toe benaub nebecge3onRcn ië/nbsp;Rem toebecom opadteben boo? 3ijn opdanbinge/ gelijR bc toatecen/ bie beairftcnbsp;ban onbccen enboben optocllenbe upt ben afgeonb/ cn obccftcoomenbe boo? do?tnbsp;rcgencti / bc o^faaRc 3dfë 3nn getocedban bc bccRcffingc bec sicRe. €n bitnbsp;toiccb Rem boo? 3ön ^oop in bc go?bartc beebedb/ jiKattR. 3: 16. JBaar innbsp;ÏJP geboopt 3önbc terftond opklom uyt de Jordane. ||ia bOO? nccmb ©CtCMë
bc (Dpjtonbuxic gefu CRJtdt* €n 500 mecRt ooR ©ouïuë ïSom. Cap. 6. Ret tegenbedb ban ben gboop aan.
2. nbsp;nbsp;nbsp;3©at bc ïRecRe bdangb / be geene bie in bc 2ïcRe 5ijn/ (a) tae bintennbsp;tn ben obeedtoot^enben bloeb ban lt;?0iobëfCoo?rt bie beïDecdb onbec set/ alleennbsp;Race toeblugt cn beRoubenifle; gdijR i^oag en bc sijnen in bc 2lcRe. a®aacomnbsp;30ubc !)p anbccö genaamb too?ben Racen ïiotsdeen / Raac toeblugt / Ijaac Roognbsp;bcctccR/ Raat bcbcRRtnbc di bcfcRermenbc ^cRilb i ©falm zo: z. tnjiyt i.
-ocr page 63-Schat-k^mer der Zinne-bcclden en Voor-bedden.
ll^ii ï)tiac oite febaduwe lijner vleugelen Ijfcbccflïl 27: 8, 31n wiens fchuyl piaatfe fy veriiagten onder de fthaduwe fijner vleugelen Pf. 91:1/2*nbsp;öte DilW ts® Mahoon jipD woonftede tiaii ÜECbiijf ? !twn (jtftoote wtnbsp;Otiraotó/ 90-nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;(b) ©06 3ijii Ijaar alle öace tecb^iibftingrti en 5toartgi
-tjcben ; scifsi tot in tt« boob toeniet anbecsi ban een boop besi g^unbblortisi/ toaat boo? tod t’onber gaat beJBerdb; maar fp DeDonben too?ben: ©n’t genenbsp;tjan baar selfst onbec gaat/ iss enftd tiaar ©uben lücnftöe/ enöe baar Itdjaamnbsp;bcc Zonben cn besi ©oobsi. Zobantg een gebaante bab 3tg be ®tccfte ontrctitnbsp;ben ondergang jerufaiems. lt;£nbe ^ctaiss bctgeljjftt z^^ctc. 3. ooft t)tct iiiebenbsp;ben onberganft ban be ttoedic 3®ecdb door het Vyer; baar onbcctoijlcn/ bier
bOOl/ boo? (laar berepb 51111 nieuwe Hemelen, ende een nieuwe Aarde , in welke geregtigheyd woond. 55e!^ bcfc loatfte gcbaüeii iiocnib fJoaiirtcjS bcnbsp;ïDoopeè eenen Doop des Vyers, .f®att(i.II. 9£lfoo bonb 00(5 Noas , nanbsp;be bctbwcftmge ban be cerfie/ een gantfcfi isicntoe 2tarbe,
Dgit stibcrfioffdtïtiie en albetftepltgffe ïjtipöraab onber al(e be ©aten en ©eonfi-ftulihen toaar nicbe ben (Caöernalid/ en ben eerflcn (Cenipd toagt;^nbsp;ren bercictb / tocrb gcnaainb dc Aike des Verbonds, oob de Arkc dernbsp;Getuygcnifle, (grob.25: 10-16. i^eb?.9: 4. ©m bat bc (€afr’Ien beo ©er*nbsp;bonbö in bc 5dbe toacen opgegoten ; cube oni batfe ^Sfcael een gebunrig ge-tiijigaiige cn bempginge bcrftcetoc ban bat bc-ccbtgbc ©erbonb tngclicn ©obnbsp;cnbc (jaar ; cn om bat 5tg bc J©aiegept enbc (iefbe cn genabc ban ben ©ngdnbsp;bes ©erbonbs ontrent be 5dbc bertcgcnteDogjigbc. 3©aar bp guam batfe nietnbsp;afleen o^binaar booj ben ttoceben ©oo’öang toas afge3onberb / maar bat ©obnbsp;Somtiibs booj een ©oltie cn lüoob/ toaar mebe do Det J^cpligbcm berbulbe benbsp;3dbe tc mccron5igtbaar moafitc. ©ergdiid met be©ube S^tgoben 2fipoc. 14:8.nbsp;cn mpoc. II: 19. 3©anncec fp toiccb opgedeben 10: èg; 34/ 35/nbsp;©?oott en p?agtigc eer-namen toerben boo?gaans in be ^B?ift aan bc 5dbenbsp;gegeben. Tuflehen hare Cherubijnen tocrb ©Ob gC5Cgb te woonen , ofte tenbsp;aitten ©f. 80: 2. Zc» ban inbc A r k e , bie mibben tugcöcn bc Cöcrubincnnbsp;toas; toaar ban tecgoïtó. ©trectdift toetb f? genaanib be wooninge Gods,nbsp;l^m.2:32. en bc eerc Ifracls, i,;^rt.4:2i. ^CArke van Gods kragt,nbsp;2C(jm 6: 41. Gods fierkte endc hcerlikheyd, ©fat. 78: 61. ©en baftCnbsp;plaatfc cn toooningc (becflaa cen (Cempd tc 5oedcn boo? bc 2i!rdc} is een woo-niugc voor den Heere tC 50CBcn ©f. 132: 5. ©ecgdp 2 ^m. 7:nbsp;voetbank fijner voeten, Pfa(« 99J 5« Ciaagl. 2 : i. ©an bcS 3ClfS maad=nbsp;5d 3ic.* ï. bc goffe. (©cn 2. bc gebaante. {©cn 3. bc oniganbtgdeben in/nbsp;aan/ en ontrent bc 3dbf. €cn 4* bes 3c(fS te/egemn^ / todfie bingen topnbsp;bcröafcnbc ood siflfen tostpairen,
^ ©00?
-ocr page 64-4'
H r E R O G L Y P H I C A , ofio
©ooj af top roiMift / bat fjet 50a Maac / bat ntcmanb fict fett teocnfp’celteh / of bc ?Crite en öecft niet alleen tot een ornament of ciccaab cc-bienb in bit ijoftltö ï^upö / nogte ooti oin gjfcacl booj bc 5clbc / en be lt;^^ere^nbsp;Hionten baar onteent/ alö boo? een merit-tcltcn ban bc ï^epbenen / bic ben Da-gon , Ofte een anbecen 2tt^b bienben / te onberfrijepben (ïjet geen Spencerusnbsp;mepnb (6obet oogmerit getoecfl te 3nn / in bet o^bincecen ban alle be Cecemoinbsp;nien bess JDetö) ï^ab Sfrael in 3iJlfec inbeeibingen be letter ban be aiDet boojnbsp;bc 3afte gebietib/ 3p en 5Dnben niet minber Sffgobifcif) getoecfl 3ün ban be iiei»^nbsp;benen. Eie 2fctc«.7*Jamp;ff»4V 43/ 44. ^Itoaar bupbelift getupgb tooeb / batnbsp;gifrael in be 3©ocilijne lettcriilt o-ifcccnbe/ cn ben (Cabecnabel omboecenbe/ toa^nbsp;tdilt benï^cece niet geoffeeb/ fiem nietopaenomen nog omgeboeeb beeft/ maarnbsp;ben (Cabcrnaftcl Molochs, amp;c. ^00 bat ftet bjaacagtig iei/ bat Ijct blecfcljliftnbsp;pobenbom banlt;0ob ta obeegegeben in 300 ecu betbeecben 3in/ bat fp ben (Caïnbsp;oeunaftel cn be 3lriie omboctenbe/ Molochs (Cente Oetibcn omgeboeeb; €n 300nbsp;noemb Habacucq bcii becontcepiiigenbcn (Cempcl / be Tentc chufans, bie hynbsp;zag onder de ydelhcyd der Heydenen, Cap.3; 7. CiClbB Amos fjfcacl OOftnbsp;noemb be lunb^en Chufans, ofte Cufehim bee Mooren, Capit. 9t 7. CnbC'nbsp;300 beranb’en bie Htupben/ bie Ijaac afbeerig toonen ban alle?lillego?pcn/ g?tn?nbsp;nebedben/ 30oo3f3cdben/ ft.- lt;Den gantfrijetioBobsS-bicntl in ecn®edbcti-bicn|l/nbsp;enbe fbjbcn Ijct 2lobetibom in Dace obflinaatbepb.
©m ban befe Eiebcn te obectnpgen/ 500 mcriten top boot Eerst aan / bat dob ÜI» Cfaia.0 Capit. 66: i. ijseg. 8. en dbctó bupbelift gctnp(^/ bat ftnnbsp;niet en tooonb in Cempdö met ftanben gemaaftt/ baac ftp nogtanjS/ cn in bennbsp;fCempel boo? be SCefte / cn in be icfte ge5egb toeeb te tooonen. ©p bat bannbsp;befe bingen niet fïrftbig 5ijn/ 500 moet lt;0obp intooonttige in ben Cempd / ennbsp;in be 3ïifte een deeddijfte ücbiipbitige ftefttien / bie ftp 5dfsi aantoftfb en bnp^nbsp;belift betftlaarij Capif. 57; 15» Ik woonc in de hoogte , en in het HeyligCjnbsp;ende by dien , die eenes vcrbrijfelden en nederigen GeeOes is, amp;c. (Ccil
T w E D E N, ^iec ftomb bp / bat be ^?ofeten bupbdifi bc intoooninge dobss in ben Cempd / en in be ^rftc / ftdfen tot een botoftedb ban 3ijn toeftomenbenbsp;intoooninge in 3ijnen'^oone Cft?t|to / cn in 3ijnc deloobiqen; 300 bat ?fta to'nbsp;toooninge in be Arke een fsi boo? CfiJijïo / enbe 5nn tntooontngc in bennbsp;tCempd/ ooft een boo?-i*egt to boo? 3ijncn nietoai Cempel en tooonfiebc dobjsnbsp;in ben deefi / bc ÏSeefte bep sSieutoen fCeftamento. in Chrifto woont allenbsp;volheyd der Godheyd als in het Lichaam COllOff.2.9. ©at to/ aljS ftSt
tegenöedb ban alle ftftabuto-agtigc intooointtgc. gjn ftem bie onst bleefcft en bloeb to / fteeft het Woord , als iii een Cpgcn Tabernakel ftomcn woonen,
fjoan. i: 14.' 3©aarlift ban/ toel 3onbcritng to be dobftcpb met bc .fBenfcft; ftcpb brcecragb / boo? een intoooninge in be 3dbc / ato in be Arke, boo? tod?nbsp;ftecs mibbd ftp op een guuriijfte toiife in ben ©«ben Cempd tooonbe. ill|etnbsp;intoooiun ban ftet 3©Do?b alö in een l’abemakei, (itcftt 3ig ooft upt ebee allenbsp;ddoobigen/ maat ban be Arke paft ftet alleen op Cft/ifto. 3©el6e Arke, aLnbsp;300 fp in ben tbjceben (Ccmpel niet en toap / 500 ftttft lt;0ob ooft in tn'tt 3dbennbsp;geen 3onbeding nog iipttcriift teftep sitod: tcgentoootbiqqepb bmoonb. jOBaac
to^
-ocr page 65-Schat-kamcr der Zinne-beddeH cn Voor-bcelden. 4'^
ittcl hjnmtecc COJifïu^ be toace Sïcfie bcö ©fcBoitbS 510 tn bc jelb^ liet biitben/ 500 Oecft ö? 513 *•' 5dbe van ooge tot ooge laten 5ten €fat. 52: 8. €nbenbsp;baaconi iss b« Hceriikheyd des eerden Huys niet te becgelijftcn met bie ban ijttnbsp;tweede 31303012: ïo. oênbc bJie fean boa «iet 5tc» / bat bc ocnabmc teoen?.nbsp;toaozbiabepb «löobb in 3ijn ©olft bebiSicutoen (Seitamgrtb iss beebedb boo?5ijnnbsp;inbjooninac in ben (Cabernaftd en^einyd onbee ^t oube©o!b ; ^ic maar 31)11
oogen float op lt;e5ecl). 37: 26. Ende ik ^al mijn Heyligdom in het middeii van hem zetten (bjot onbccb boii mijn (Cftjoon'bcc genaben/ beitecib booj benbsp;9Ccöe bcö ©trbonbb/ todftel^cpftobom olbaac ban ben (€abentaftel onbecrtl)cigt;
ben bïO:b) Ende mijn Tabernakel zal by hem zijn ff. ^CllCl* ^jlt mepnc bat
Ijicc in alleen öet onbeefdtepb tii(Tcftcn ben eeeften en ttoeeben Ceinpcl bfiloat/ bot be cene be ïErfte Ijab / en be attóere niet. (€cn D e r d e n , njic ban ceni'nbsp;get maten in 3i)n 3fnrten brijgen/ bat ; 3onber op5i3t op giefnö en 3ijn Dcpltgcnbsp;föecbe; 43ob 5ulbe p^ogtige en fioog bcrljeben eer-namen aan een meeb bonnbsp;ïl^ficlifn banben getnaabt 50nbe bJillcn geben; en bat bet fjem betamdib 3!)nnbsp;joube een gemaabte öaffe ban 3|out en (0oub te noemen 5j)n Wooningc benbsp;cere Ifraels , de Arke van (ijn kragt , üerkte en heerlikheyd, ff. ^eob
men/ bet boas ban 3i)rte tcgentooojbigbepb i jKaar «00b bcrblaacb bni'bdiïi/ tot een gantfeö gceflcliifie tcgenbJODzbigbepb boo) be 3elbe afbeelb Cfai. 57.nbsp;cn 66, €5cd). 37.$c. €nbc bar/ in beegdpinge ban befe / ÖP fa 3elfö metnbsp;tegenbjootbig biaei in bic bingen; in 5u{amp;cr boegen bat Jcremias gettipgb / batnbsp;toanncec de Arke desVerbonds des Heeren niet meer en zoude in het hertenbsp;opkomen. ... en niet weder zoude gemaakt worden , bOtl eei'll Jcrufalemnbsp;zoude genaamd worden des Heeren Throon : l^amdilt bOil bjcgcn bie teOCCnbsp;Throon der Genaden » btc boo? öoac ciibc be ©eiibenett itt liet opeiiboornbsp;30ube fidlen Cap. 3:16/ 17* lt;0d|)ft öp ooft 513 biipbelilt bciftlaarb bot 5uiln:nbsp;30Ube gefcOieben ban wegen des Heeren Naams wille te Jerufalem geplaafï.nbsp;3©ie cn 5ict niet bat Ijiec gefpedb bjccb op be bic bess ©eeren (Slijoonnbsp;jptgtmclifi toast / cn toaac in 3firt Naam cn gebagteniffe tooonbe op be 3eib3nbsp;toiife i ®cn Vierden, getiipob ©aiili^ bupbdift / bat ooft befe 2£rlicnbsp;toaé een afbedbinge meto, 9.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;9. lt;!?n Cap. io.®b i. een fchaduwc der toe
komende dingen, cnbe ÖP Pofi biipbdp bet inboecen ban bc Sfebe in het ©ePlige beri^epltgen/ opChristi inboccingc in het toaceKeplige ba-i^cpiigctinbsp;ben öemei 3rifs. Cn toat Bc-oogb anbecu ben 68. ©falm ban het cerfié becönbsp;tot het epnbc/ ban giefn Chiifö bcchooginge / en 3i)n ©bectoinningen m ®ri=nbsp;nmphen/ 3elf)s mibben oitiïec 3öne ©partïen/ af te malen boo2 het 2innebcelbnbsp;ban be inbocringe bec SCefte in het tCarbfthc %pliobom i Cn 50ube nog pesnbsp;manb 500 becbiinb 3ijn/ bie niet 30ube famnen 3ien bat befen ©falm ban Cfbi'nbsp;Rust fpjeeht onber be gebaante ban bc acche: g^ie lette baar op bat ©aiilusïnbsp;5d^ Chnfamp;utt met ben epgen name ban het ©cr3oenbeörel noemb /a»?»?slt;er.nbsp;Hom. 3: 2y.
.I* ïct ban / boIgensJ onfe gegeben afbedinge op be materie ofte (loffe tipt tocifK be 2Ccte bejionb / namelih «Pt ©oitt/ geheel ban bnpten en ban binnennbsp;met Cioubcne ©laten obertogen, ^cn fecpltgen «öeefl: paft bh onjs elba-é toe/
f z nbsp;nbsp;nbsp;toanneer-
-ocr page 66-^4 nbsp;nbsp;nbsp;HIEROGLYPHICA. ofto
Uiamictft ïr*' lt;C02if!i:m n^l 3ijti ilWcfjcïtjftc Jjatiiuit Dii een vrugt der Aarde bccgclijöt / öte upt öe ?l!ai‘öe fpiupi; geliih alle ^Dut €fat. 4: 2. lt;0clijft ïip
Doh 3«a acïfsf nttfitiïi het groene hout $uc. 23 : 31. ©crodijh Jfpocaï. 22. IJaov (uni. Het hout (öat t?S bcil 250010) des levens, fil l)? de Braam-bofchnbsp;ó^tOÖ, 3. «Ctl Öi» ben Staf Aarons die geblocyd had ||eb:, 9; 4.nbsp;te5CC0.17 t 24. lt;Êcn blocycnde Boom. giïit loifrb bail b002 ijct (^iJ-agtignbsp;Cci3?eu of ^ttónt loiu bccDecIb. ^jmtocc öot noobigb 011$ om bit to bcnteiianbsp;]^ot Goud, boicctxb be becamp;Iactnge bcö Oepfigen t^cefleis/ bcbiipb tnCBitfïo ïjetnbsp;^ooft bei- ïictite / Ret albccbooittcflififie ’t gcctt tn 5ijH pcfooit ban een €cu?nbsp;biio oetoigte iss/ cn baaoom fijn hooft genaamb bJOfb ban bet fijnfie en digOcnbsp;Goud, Can?tc..5: 11. i^et geen albectoflelihfl gi bicrbaaclt tjs/ cn 5nn geteg-tigïjepb maabt te 5ön ban een ontoaacbecriiften pjpst ?Cpofa!..3. ik rade u datnbsp;gy van iny koopt Goud , amp;c. ^et gecnc jijtt gitnUeccnbe (braaien ban 3»g af-3cnb gclijfi be Eonne: en bent boot ecnCteclnten «èotbel sijnec lenbenen (ftefet/nbsp;bic l)cm moebig en baatbig maalit tot 3i)n bjcilt ^potaf. 1113. ©cnftt pc^nbsp;inanb nog petjS meeo tocpalTettlt / OP bcelc Oct ong mebe. a®ant bie alle toe-pajTtnge berboa-pen / befen en tö bit bed ban lt;6obs ï©cgib geen topfljepb.nbsp;=©et Goud g,if aan beCebtmi 25abeircn Oaac bafïigOepb upttoenbig cn intocn*nbsp;big: 300 ooft bat albabjaatbigOe tn Clnifiö/ aan 5nne iBenfcOcpb.
2, nbsp;nbsp;nbsp;gte bc gebaante ban be 3elb2 Slcftc / €)cob. 25. toelbe een jösfïe of öa(Tenbsp;bettOOnbe/ toaacban fn ooft Oaac naam ftaft: Twee ellen en een halve lang,nbsp;anderhalve elle breed ende hoog, 5ijnbe ObeC3Ulfi0 toebecom CCn langtomjtg
biec-ftant. Zie tobai in be befclpijmiigc ban iSoag^ Sfefte befe gelijftOcpb eii ooft enbeefeOepb. 3^et hoog ban een bat toaat in bloten Oonben toojbenV cn
be Tafelen van de Wet Of bCjS ©ecÜOnbSS/ Ctt be Gouden Kruyke , in welke het Manna was. ^IfOO lÖ tn €00105 Oebfltinge ban alle fchatten dernbsp;wijsheyd ende der kennilTe Collolf. 2 : 3.-. dommige ficeliftcn be toepalfingenbsp;nog al bajber «pt/ enbc toillen bat be gebaante ban een lt;Doob-fiige ofte «©taf/nbsp;Plet ot^jö 3P bef) ban bc 2£tftcr €nbc Kemnitius fpeelb baacom obeis ^joan.nbsp;zö : 12. op be ttoee €ngelen bie ban jBotta toetben ge3iett/ br eene aan Oetnbsp;i)oo^ / enbe bc anbece aan 0«t boeten epitóe ban f)tt COnftt / toelOe benbsp;twee cherubims 3oubcn btftoonen. ottsi hJ0?b tn €Ö?t(tt 25egrabcnt(Tenbsp;ban geen Sifte getoaagb / enbc ooft niet Ooebantg een figuurc 3ijn lt;0?af magnbsp;geOob Oebben. ^at befe SllcOe cenen Verzoen-dekzei mcD Caporet OctiJbe/nbsp;ban loiitcc€gt;oiib/ ’tgcen be 5clbe bebeftte/ becftlaacb onsi|9anlii3ï iSom. 3 .*25.
Welken God voorgcfteld heeft tot een Verzocn-dekzel door het geloove in fijnen Bloede , tot een betooninge van lijpe Regtvaardighcyd. ïi^aoccni
bJtetb ooft Oet ©etsoen-beftfel op ben groeten ©ec3oen-bag met Woeb befpjengb. jJtebihiö: 14.
3, nbsp;nbsp;nbsp;€mte temen tot be omflanbigltebeH ontrent en aanbe5elbe/ cn in bc5elbe
Arke: nbsp;nbsp;nbsp;tÖ ftcnnclift bat be 5ClbC gonb mtbben tulTchen de Cherubijm. h)e[;
ter ©lengten bic geOeel ober Ijaac baaren nPtgefp?epb/ bcbiipbenbcr !^..€ngelcn Qcftabtge baant omrent COOftnm en 3011 ©olft : lt;©oO 30nfe Oia- tn omdanbig^nbsp;SdJcn 3ijner ÖealiftOtPlï / ï't ö«ncn bie CotiOigm en P^mcen met een
^bilioctt
-ocr page 67-Sdiar-kamer der Zinne-treelckn cn Voor-bcclden,
ijrfjten. Duyfcndmaal duyfenden dienen hem, ende tienduyfcnd-maal tien duyfenden ftaan voor iijn aangefigte. nbsp;nbsp;nbsp;7* CiiptM. ©CCffdlJft
C5ecf). I. Cap. cti €fai. 6: i/ 2/ 5/ 4. cn ;Hlpoc. 4. Cap. 3P Oet ®ci*^ 53èn-öcbfd ban boben Dc(cl)aïïub)ïjcti/ ba-blaatb ons / batfe befe bebiemnae bernbsp;oenabe «1 Ot'i'i'bliöepö oinfonoicn iipt COdftuiS ai Jiin ï|ccrUfif)d*ö. 5©at bare
oogen tegen nialbanbCCCil zien na het Verzoen-dekiel, bcbUPb Oaac begeerta
om in be ftecclift^epb Cfi^ifti m fiinec ïjahe in tc zien, i g^ctr. Capittcl i. Cnbe ftaac oebiiunoc biaot cn op paflen op amp;ct bebd Cipifii. a®iibao7 tontnbsp;bclangb be ïtinejen enöe be ^^jaaa-boomen / booi toclbe fp toierb opoebebennbsp;cnbe oeboaU ,• S«t bcbuiib bet ombinocn ^cfu Cbtoli / booi fijn Contnhiijbnbsp;ptefla-bom / onbee be p?ebibinoc becs Cbangcliiinto / boo? bc oantfebe a©e^nbsp;reibi 2 Co?. 2. Cap. Cn bit to be Koetze b{e.3ig ben toncen Salomo maaktsnbsp;uyt het hout Libanons CatttiC. 3:9. «J^e Gouden Crantz , op bC 3dbe bail
ttoee bingen bebtipben. i. COiifti ï^oninblijbe Ccoone bcc l^eerlibljepb toaau mebe öem ?lin vader Croonbe. fCen anbecen ooft bc Croonc waar medenbsp;hem fijn M o ED ER (be ï^cbe bec CieJoobigen bic bon gebaarb cn bccbrcgcnnbsp;fwbbcn bolgcnsi bare fpope) Croonde op den dag fijner Bruyloft en vroolik-heyd fijns herten, CatttiC. 3: n. ^ic bcii aonbanö baar ban cp ben Pnr^
(icc-bag. nbsp;nbsp;nbsp;. .
(Cen 4. bolgcn he Bejegeningen bc(kt 3{i1ie / Ofte bc bingoi bic ontrent bc^ jetoe aannterblih 3ön bootoebaben.
(a) beeft op berfebepben toyfe omge3too?bcn; Cn bat toel eerft tn bc 3©oe(lüne. ©etgclöb J^iuti. i o: 35. 3iltto?.7. ^efe Haat cepiefenteeet bet ©u«nbsp;tjeBolh/ 300 lang bet nog Weef onber bet^ob best JDeto/ baar 31. in beJBoeinbsp;(tijne ban JEraöien opgelegb. lt;©aac na ato jBofest gefioiben toab / iet fp boo?nbsp;llt;)fua ober be Jordane gcboecb / toelhe ïïibiece boo? ^fradö aangc3iote toasnbsp;opgebjoogb / bebbenbc bc lïcbc cnbe be §P2ic(icco' bie bc 3elbe biocgcn be booj#nbsp;togt; 'tot bat ai bet ©olb toast op ben bioogen lt;0?onb obeugetrobben. ^aii*nbsp;neer Jefus onfe toare Éofna / aan bet ©olb be^ jSieutoen (Ceftnmcnto 30«bcnbsp;in-rupmen bc ceffeniffe bec %pbcnen aan ^tbjabam bciooft / cnbe be Coninsnbsp;gen bec i^epzftliacen in be Wugt gaan / is bP als bc 3tcbe beS ©erbonbS boogt;nbsp;3bne ©jicitecs bc bepiige 3ïpa^elcn en eccife Xccraacs getoagen / cn booi Ijetnbsp;toDO^b bec toaarbepb omgetoecb : iKaac baar giiamen toatecen cn cibieemnbsp;boo2/ ober toeifte fp moftett toaaben/ enbc een baflen boet op ben gconb 3ettcn.
HE ERE tie Arke des Verbonds jclbc bccbioogbc bic boo? baar. SDe ^oobï febe jStaat / j§tab ^ecufalem cnbe (Conpel gingen te gronbe / cn cupmbennbsp;too? baar plaatfet ^tfelift toanneec ben Draak 5ag bat bP baar boo? toasnbsp;«sbecgctoDipen/ fputob bP gantfcbeKibiccen tipt tegen iwac/ enbc toapenb allenbsp;bc i^epbenfebe jj^gten / om baar booi bc alberto?ccbfte bccbolgingcn te ber?nbsp;ffinben/ ^pocal. IZ, Capittel. JJDanc be Aarde quam haar te hulpe , CtlbCnbsp;lt;©ob 3ette baar aan bet bade Eanb / baar gebenbe een bade ^tab ter tooo»nbsp;«inge ?ilnno 300. JiBsn 3ic naa be ^jdo?icn Confiantini in bie Ceutoe..nbsp;lt;©aac toas al bet ïaiib mi aan befe 5jjbc bec gioibane baar in-geciipmb/ enbcnbsp;baar een- bwe bec boope tot be bolgcnbe obcctoinningen ban bet ^ntitb?idi^
lEROGLTPHlCA, oTto
©art Ijet bjcïfte op bai ®iteï Jericho 33! bJicctol Qii
4'i5
ffcjjê Jericho gêOpCrtlJ.
Daiibcitt.
g^aai* na ijuatp, f? m Siio gofue 18: i. pïaatfe banc lt;0oti sijtioi me alöcc-ecciï/ na aïJc Oase ©ictójien ï)ab Oocn toooncn gcccm. 7: 12.
20; z6, at ï ^am. r t ^ cn 4: ?. ©an baac toccbfe m Bet Segee sfcacl^ bootHophni crtPinehas pjicflat.ö/ ^OütKrt ban Eli bat l^oogoï-pjttftcc/ tegennbsp;be©BtIifteen geboeeb^ ban todBe^BtBftccn fp genonten/ en tn’t©un_ei ban Ba^nbsp;een 9tfi30b Dagon gefteib toetb/ tegen obci* Dagon. jBelft itfgobtfcB ©êdbnbsp;boo? be 5elbe eeeft ncbcibtel tec 2ïacben / waai; op ben ttoeeben bag gebonbatnbsp;toiccb/ geballen met afgcBoutoen Booft en Banbpalmen; en 500 toietb cpnbcBBnbsp;bc Strhe ban Baar / bie be3clbe boo?«0ob3S plagat toacenmoebe gctoo?bai / baesnbsp;beram t’BnPJS gebocrb met een gefritenft/ en geb?agt tot Bethfemes. €cn 3rnsnbsp;ncbeelb/ ban be gebangeniffen en mtssBanbefingen en 3ijnet: ï^eclte/ bp^nbsp;fonbcc boo? belüfgoben-bienaatsi/ met be nebeclage en befïcuctie ban aïle 2llfgo-bei-pe / boo? be aJtoc«t obectoinnenbe Beagt bee toaarBepb / bte Banc (^plettecbnbsp;aan be boeten CB?f(t* nebertoeept/ en 5£lf^ btotngb gefcBenfien te b?engen/ en*nbsp;be alo obeebjonnenen in be Confeiattie beefe btngen iweb Belijben / bte totnbsp;Itaac fcBaamte / en bebJijsi ban lt;0ob.ö ïïegtbaacbtgBepb (ïcefefen. ©eegeijiftnbsp;©raf.66:nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;en Stpccaf. 3: 9* i^iec ontmoete bie bon Beticmes een b?oebig
onBeplt 3Bant/ B»/ met al te gcooten nicHbijs-gterigBepb enbe Dttbeba0t30am-Bepb in bc?£r{tc in5tcnbe/ toieebeiitot een gcoot getal gegagen. (Cot cenhwar.^ ftButoinge boo? alien bie gjefum ben (CB?oon bei*lt;E»enaben millen oanfeBoutocn/nbsp;batfe suit; met neb?tgl)epb en eerbiebigBepb en bteefe / en niet ceiifidoc^ onbcc-fi.TOii/ at alomet bc bleugdcn Baar aangetigte BebeBBen/ 3{!poc.4. en J|£b?.i2.nbsp;Cap. ©ergdijB tebif. 10: 3. ïogt;it gaf oo?faaB cm be 3Crbe na Kiriath je-arim tc bocrcti i ^aitt. 7: I. '©aac na bc 3elbe SEcBc/ 3tjnbc opgcboecb ban
Baalim Juda , tOt nail Nachotis dorfchvloer 2^3111.6.0,0 6. a®iecb alboac
Ü3a bie be 5clbe toaggdenbe onbebagtdiB onbecfiiitte (toant be jSunbecen (icups Bdben) tec boob gegagen. ©an baac gecaaBtefe toebecom in her buys Obed-Edoms, bie ban tocoen.ö be 3dbc gezegend bJtecb:’t lt;0ecne een 3cgai bdooftnbsp;alien ben geenen/ bie befen Heere dienen met vreefe, endezig voor hem verheugen met bevinge , ende den Zoone kutTcn ©falm 2. ©et geciic ^©abibnbsp;3icnbc/ Beeft bebjogen be 5dbe na be ;;§tab Davids op tc boccen met gcoot ge-»nbsp;jiiPO z^am. 6; 12/ 13. (Cot batfe epnbclifi ten tnbe Salomons in ben (Cem#nbsp;pd cuge becBcijgb. a©dBe bingen alle beebedben allc bte 3uBBeltngen «ibe bK;nbsp;beebJaaebigBeben bte (0obO öecBe Beeft itpt tc gaan in be 3®ecdb/ boo? al-eccnbsp;ïiaac bc ÉoninBcijBeti bee 31l3cbcn 3ttilcn 3iin onbecteo?pcn. Cnbe fp upt bcnbsp;gaat ban een lijbenbe ïSeefie / in bie ban een (Cctumfectcnbc sat sijn gegdb mnbsp;ben (Cempd ban Bet ©cmelfcB ^ecufalem. €n Boc bat mat boo? bcelc bee#nbsp;b?uM«ngcn moet ingaan in’t ConinBcöBe «©obo. l^oe be 5öccBc Biec op 3tac#nbsp;ben geoi bage hjoonplaatfc Beeg; maac Boc be Gordijnen Salomons, zijn alsnbsp;dc Tenten Kedars. ©eegd'ijB met opnbagt Cant. 1:5.
Antichrift*
-ocr page 69-Sehat-kamer der Zinne-beelden cn Voor-bceldén. 47
A|[fjOClttCÏ Poorten der Helle Chrifli Kerke niet kunnen overweldigen; 500 fP nootanö een ecoote (ïajö ijocren tege» öe feccfie: i©at fcengbnbsp;be maraere ban fp^eeften incbe / batfe be ïjecbe 50uben aagten te bbei'ïnbsp;todbigen ; lt;Ênbe bat ben gtuipbd en ^nc inftrumenten ïjaar bjjaafee 50ubertnbsp;5Ciefien te oeffenen / om bat Ijaoc ben bop bermojfelb toajS/ boo? fjet ©?ouh3ennbsp;Zaab pbl.S ; 2» lt;©enef. 3; 5. boeb ben i©upbei ten beelen boo? openbaar geweld en vervolgingen; ten betlen/ cn bat tóeï op be(ïimile topfe boo?nbsp;heymeiijkc Kettcryen gt; enbe ergcmiffe te 5Wen in be ilierfie. 2tet jKat. 10,nbsp;17/18. Gy zuid voor Stadhouders en Koningen geleyd worden om mijnent wille, i4E0?intf). II : 19- Want daar moeten ook ketteryen onder unbsp;zijn
be botcnaanifie / 500 fietterpe enbe ergceniffe m be Jeece / afé openbare ©ccbolgingen cn ®prannpen bic oopb bc lierbe Dccft moeten uptiiaan / bicnbsp;tiaar obergetomen boo? ben Antichrtji.
i^et tooDjb Antichrift; (bot ^oaiirtciS Qcfoupbt I ^onui: 18/ 22. cn Cap.4. cn 2goan.#«7.) betenenb 2. bingen. i. €en bic in bc plaatfe Clpi^nbsp;fti enbe aisi sinen vicaris jig jclben ftdb / a\$ of iip bc Cfpidup 5elf0 toasi.nbsp;®cn 2. *©ic jig fldb tegen Chridum o lt;ivïiKit[4S^amp;’ lion bciicpb cnbc tegengaat. i©ic ttoee bingen tehenb aan 2 (Cpcff. 2 : 4. aiBannecr fip Ijcmnbsp;inboerb / zittende in den Tempel Gods als een God , bat ijS / in bC plaatfcnbsp;Chrilti. ^EnbC aïjS DP ttocmb een drltKilf^ov bie zig tegen field, ^atnbsp;i.ö alst cen bpanb bteagb ; baar noemb ÖP öcni ooft een menfche der zonde;nbsp;een Zoone des verderfs, JÖjS 2,
lt;©cn SJpoftd fp?cc6t ban bede .^ntichrifim, 1 ^oan. 2: SsS i8. lt;Sn tiet iö bad ittecc b« gebjoonte t flicccfTic ban ïïcgeecbecsi in een Cortinfirijfie afó cc»nbsp;frngnlict ^erfooti aan te maften. ^00 ftceten be lt;Ê®gt;ptcnaarsi al baar Conin?nbsp;gen Pharao; cnbc 300 bJccb bctt SSotan met een eenboubigen name Zatanas cnnbsp;een Vyand cn w raak-gierige, pfal. 8. $ff. 2/ 3. gcnaantó/ ol-ljocb)ei baar bclenbsp;Zatans 5ntt. €en Antichrift bètccftcnb bail cen ïlcgeccingc ofte ¦^ecrfcliapppe/nbsp;beftaanbe imt 3^ooncn bie 5ig innbsp;nbsp;nbsp;nbsp;iijactijfte tegen CÖ?i|ï«nt enbe
5Üne i^cerfebapppe fldlen.
^en Antichrist moflc geenfinst be gantftJie (lEfidftdijfte 3lecre loottenen/ en ban pjoffeffie eeni^enben sin: .tilSaar bod onber ben name en befimantd bannbsp;öe Cfbifipe ^eece cn ^Sdijbcniffc bie betidjben: ïBant i. ©p mofl 3ig b2a=nbsp;Ben als cen Vicaris (jTlpifii/ bic si» Plaatfe op JCaröen biaarnèemb/ gdijft topnbsp;nangeb)ij(^n Rebben npt be ftrogt ban bet toootb Antichrift ï©aacom ^aulusnbsp;5egb / bat l)p zoude zitten in den Tempel Gods, bat iS/ in de- KetkcGods,nbsp;die Gods Tempel is , 2(€l)effal. 2; 4. gelijk of hv God zclver was lt;Êcn
blaar betoijs/ bat öp cen atuisentift S^eecewr ir» b; CDdWifte ïterfte sJwbe sin-
(Cen
-ocr page 70-’HIEROGLYTHICA, ofto
Cell 2., nbsp;nbsp;nbsp;ÏIÖÖ tt fieiuiêlt ttat fectt Apofiel dat dc vcrborgcntlievd
der ongcregtigheyd reeds wrogt in fijn tijd, 2®l)CfT«2: 7. Cnfee’ totfi; («ild euntidift 30ui3e geopenbaard worden, bct:0 8. toclfte luct aitosi ton tonnbsp;cen bctoïïte Itcttccpc t tuifcec JEantul ton benbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Hecce en ïïdigte
ftan terflaaii bJOJben; 3©ant een ï^epben ofte opentoac 25£(lrijbrc ban beetjes ftelijbe (0obsi-btenft / en bjcffit niet op een vetborg,» toyfu / 500 bat Ijp eerUnbsp;na een ciipincn tjjb eprtbcltö boo.2 ben adem van Gods mond, of 31)11 lt;0obbc^nbsp;liö ï©oo?b ban nooben tjeeft te niet oebaan te tooeben. (Cen j.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;noemb
bet ooft een nbsp;nbsp;nbsp;^fofiafie, enbe afval 3. 3§et bjclbe ijs een inoebtotfs
lige afteijbtnoc ban be betenbe/ en eenst aangetiome toaatOej^». (€en 4.
anneiEt segb 00b bat de Antichriften uyt de Kerke uytgegaan zijn, i 51oart. *.
4)1819, Eoo en 5ijn fp ban geen openbace ongdoebigen en i^cj^enen ton pro-feffie en bdijbentffe. (€en 5. gin be openbacingc toetb ben Antichriit befcöee^ ben tn beefeOepben btngcn/ pet Lam ofte ben Zone Gods geijjb te 3ön/ ^poc.
: II. liet bJdö ban geen openbace bpanb COtifit ftan gc5egb biojben.
lt;De 3leece bess Antichrists 30Ube epgentiib begaan: I. In lafien op ta leggen ofte te verdigten boven het gezette, ^falm 94: zo. gigt;at tO bobcnnbsp;8et ge3ette JlDootb lt;i5ob8. ïgp 50ube JDetten maliën / regt contrarie be 3©etgt;nbsp;ten clptftt / enbe lt;0obsi-la(tcrIi)to Eteeringen ieeren. lt;©an. n: 36. toeebnbsp;cob 300banig afgemaalb. 11- Hy zoude wonderfijke dingen tegen dennbsp;God der Goden fpreken- ï|p 50Ube bJel geen agt hebben op de Goden fijner Vaderen, bat 18 / ÖP 30ube be )[|cpbenfcl)e stfijobeepe bcrlatcn ) maar fit*nbsp;5DUbe oob op dc begeerte der Wijven geen agt hebben: btt t.O/ verbieden'te
Huweiilken , i jCtmotij. 4:3. III. ^Hoac-eii-boben 500 soiibe bp eenen (00bnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;a’iipo (bat 18 / ber Sterkten ci) Kafiecien, baar get aoomflto
55abd op bertroitob / Ijoe-tod fp alle nog tot pnpnlioopen siilitn geb^agt boo?^ ben) in fijne Standpiaatfe (bat i8/ UI be Ciborie, in be ïtaoïteng enbe S0?oob-ï)llH0'{ien8) oeren met Goud en Silver, met kofielik Geficente en gewenfeh-te dingen , (158 38- 3©ie cii 3iet niet Ooc kbcnb / baar ben 35ioob-geb in benbsp;ïBilTe öefcDjeton too?b. IV. igp 3oubc ooii bie fnoobe Elemngcn boo? bccjnbsp;loolgingcn b002|taan enbe dronken worden van het Bloed der Martelaren, denbsp;Heyligen den krijg aandoen ende die dooden, ^IpOCalppf. 13.^87» en Cap,nbsp;17. (Ö8 6.
^ijn p^actölic enbe toijfe bon boen Beilaat baat in: lt;©at Ijp 3ig een jnseeitec enbe i^cctê ober ïitti» 3fube optoetpeit. let hjelltc booe bic h3oo?bcnnbsp;toerb uptgcb?ullt / Hy verheft zig endc zit in den Tempel Gods als of hynbsp;God was. Ctoe ?Cp0Caf. 13: 4-18. (laat/ dat hy zig doed aanbidden. Ctlnbsp;(88 16. «Dat I|p fijn merk zet op de voorhoofden ban 3i)nc Cnbecbaneit;
toelfie bingen 5öu ^toninblpe jisogt en aangenomen leerfclwpp a(8 ban een a©et-gebec iiptb?iil*en.
I. IP Ijecft heymehk gewrogt. 11, Ip ijg geopenbaard, ftt tC toWfCÖjjn gc^
bomen. ‘ 111. iP i8 -verminderd. 1 v. IP 3Ql epnbeliR -vernietigd toctben.
I. Zoo Beeft BP io bec^SpoflcIen tgben heymtUk ievro^tt in ije bölftBe Apo-
flelefl)
-ocr page 71-Scliat-kamer der Zinne-bceldcn cn Voor-becldcn. 49
fi-eien , tjie iw nbsp;nbsp;nbsp;ïsece ntet be ^cöabutocn en Cecenwittien bees
3Bet0 toilben Uermenoett ciibe im be JBct toebecon» inboemi. ^iet ban bte
«ï5alat.6j li/13. iCOJtntf).ir; 14. nbsp;nbsp;nbsp;Defe overheerfchteu
(ie Gemeynte, zCo^^tUD. n : 20. Colojf. Z : 8. Wilden de eerften zijn, 3 ^Oan. bécsS 9. ÏBcfe Inaren die kleyne Voffehen die den Wijngaard bannbsp;43300 feerbe/ ftaanbe in hare jonge Druyf, verdorven, Cant.2: 15. ^31nbsp;10/ befe Wepnc Antichriflen toatlni boo?loopec0 ban ben Cïiootcn 3l!nticfbitl/nbsp;toelte fp 0cl0b tnnren. cen i. 2ln blcefcfielijfte geüobcn cnbe laden be «Sent'pnte op te (eggen; geïpb ooft ben JCnttcfpid boet / boerenbe toebec in/ bcnbsp;3Bet be0 «Biiben Cedan!ent0. (Cen 2. git föccficKftc ficccfcOappj»e cnbe ite-oecc-5ugt/ blaar boo?fp belt;j3emepnte öaac c|^0baarntaï{eit/ en eeii onb?agelilinbsp;joft op be confeientie (eggcit
3iBaac biat beeft gentaabt bat bien lt;S?ootcn Antichrift niet aaitdonbö openbaar 10 te b3o:fcbi)n gebonten/ ofte hiat heeft hem wederhouden? 2(C0elT*2. 5)0 6. liet tbsttii be ü^epöenfcöe ïtoontfc0c amp;epfer0 ; bidbc rcgecccitóe/ nietnbsp;tbc eit beten bat eenig ©pjienbec ber 3Serbe 3«lben ntagt oeffenbe. a©elbe Bep-benff^eïiegeeringe upt de midden weg genomen zijnde, (bCC07.) bOO? Con-
dantini Magnus, 300 10 fip op cen bcpbge bicg onbcc fabeur ber Cfpidelübe ïteprct0 te bootfclnjit geboinen / en 500 lang al0 nog onbec be COtidènen benbsp;l^oningcn al Daar ^agt aan Ijeitt niet obergegeben öeMien/ maar l)p 5omrtjb0nbsp;in be 5clbe 10 gebtepbelb ban ^iepfeco en Inningen / 10 !)p nog eenig^ino bie?nbsp;berDoubent «Dog epnbelib bianneer ijp be,lBagt ban bet indeidn beefSiffrtjop#nbsp;pat gelieel aan 5ig beeft getrobbai; eidie 3elf0 bc Öoningen baar Ittoon bannbsp;bent al0 te leen ontfangen Ijebbcn / 300 i0 b? tot be lunctde tcot0 opgedeptnbsp;gerb.
fBet löat beheniigheyd hy heeft getorogt, pJecb On,0 .ïHSattlj. 13 t 23, bOO? bCfC
becbloembe tooojben 5ea* 5Ü1'n)b afgemaalb : Wanneet de Menfchcn diepen quam de vyand en zaayde het oukruyd onder de Tarwe , ende ging weg.nbsp;«èeed beeft ben «Êuangdid bertoonb boe ben Zoone des Menfchen dat goedenbsp;zaad ende 1'arwe, boo? be ^jebiöinge be0 «Êuangcli) / 500 booi b^m 3clben/nbsp;nl0 boo? 5öne 2Cpo(teIcn öabbe gezaayd, $0 37, lt;©tt 10 bc eerde Bjebibingenbsp;be0 oEuangelij. «De occafie tin bat be ^upbel 3itn oniicnpb ban Éettcrwcn 3011^nbsp;be japen/ 10 dat de menfchcn diepen. 3Baat booi aan be eene sgoc bccdaaitnbsp;biecb ben (ïanp be0 ^oob0 ber ?6podclm cnbe baar batceb upt bc a©eceib/nbsp;bie occadc gaf aan be guabc 3llcbepbet0 en balfclic S,eeraor0 / om bare btoalin--gen met miitbcr tegendanb te berfp^epben. Stan bc anbet jijbe bm daap dernbsp;zorgeioosheyd cn tcaagö^b / bie 3elf0 be toijfe .ïBaagben joube oberballen.nbsp;^OC 5aapbe bc ^upbel den vyand door vyandige Menfchen , |^etta‘0 Ctt
^biaal-gecdcn 5011 becberdijbc peeringen, pie ciBe op toot bebclite biijfcn/ boo? al te groote toegcbentljepb in 3b)etfcrpcti cnbe ïïetbonfebe uwnieceit bannbsp;fp?eebcn / bie in bc ^bbfteit ban bic groote gjceraar0 gebönben bio?beit / bienbsp;baar na tot cen gconb ban bed bbialingcn 3ijn gdegb / bupten bet oogttterb bernbsp;^b?i}bcr0/ oanb anbje sijbeboo? bcbeecfcb«ggt;pp-5uot en boogmoeb berKooitiJnbsp;fclje ïamp;idtboppcn cn i:ceraar.0/ mitfgabcr.0 b oj bc bbialipgc Arrij, befe onge#
HIEROGLYPHICA, ofto
KOtigDepb geeft octo^ogt/ öeliöcii to» fceeïjec in ïw Hooglied en obccMat. i?. notccboloiï; boe top ben flaap bee ïUerlsc onbec bie tooozben 5n0«gt;l afoemanib/
ik Diep dog mijn herte waakte, CaHtif. 5:2. ^tt Oniintj^ toiccb gc3aapb onbec de befte Tarwe, bat 10/ be uptnenieiiftc 3leecaac0 en 5fonbainent«l)lcnbsp;l^ooft-ftoftgen.
1 I. l©iert Antichrift 10 openbaarUk te bOO^fcgijn OCfiOltien ; boe Bortifacius de 111. Biflehop van Roomen , ben name ban een Sfilgemeen 23iffrt)op geeftnbsp;aangenomen/ cnbe 3ig booi een Éooft ban be gantfege ^edie boen bec-liiacen/ 9lnna 606. ofïe 607. geip anb^
^ijne btoalingcn De(laan Diec in boo?namclili: i. *Dat be iÊtecbe geeft een sigtbaac i^ooft op 2Eacbert / ben Paus van Romen , en bat be onfepilieac-gepb in 5agen bes «tBcIoofS enbe Xeece aan bien ^toel bes paus bepenbeecb/nbsp;500 bat men baa'ban SaanbeGodiprakcn enonfeplbaceuptieggtngenbcc^^cgetf;nbsp;tuuce moet gaaien. öDf ban ben ©ouS alleen / ofte becfteigt en Defet met benbsp;bigte (dTcoupen bet Conciliën en ©abatit. iCen 1,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;boo? Ciob ge-
ccgtbeecbigb tooib booi een inglebcnbe Ciccegtiggepb / en niet epgentlili torma-litcr booj Cgniit gecegtiggepb. «pit Jiin be b?ie booiname btoalingen j lt;pe anbece 3i)n bp-na ontelbaa-; ban get aaneoepen bet lepligcn/ bienft ba- 23eel^nbsp;ben/ ©agebpec/ jeben Sacramenten/ Sttiaten / beebob bes lutocltbs en becnbsp;SPÜfen/ en anbie ban bie natuure. gïiefe en jün niet alle op eenentijb/ maarnbsp;alleiigégens op be bane gcbomcn. (2Een 3. ^at CgJiftuS toaace «©ob cnbenbsp;apeiifcg in be Mifle tegentooo?btg is enbe aangebeben moet to02ben.
g^e menigte bie 3iilge ^aingen aangangen / enbe 5ulg een Hoofd beegies fen/ toelge fp gaat met een blinbe gegooifaamgepb onbettoeepen/ toaben in benbsp;Scg?ift genaamb Babylon, Zodoma, Egiptus, Tyrus, ^pocal. 18: 2. ©lUnbsp;bat/ gelng nlS be .ïBótfcgen ïtinbiai eenmaal/ op bat fp in jabeti bes lt;i5obs-bienfl enbe Hegeeringe niet ban niaiganbecen mogten berftroopb too?ben / (ïiginbsp;ten een (Cgioon bet i|cecfcgapppe/ en een 2^ctel bes Ciebiebs / toaa- ban mif-fegten een hoog gebouw 500 toel een plaatfe bet bp-eengomfte als een gebcnli-tegen toas/ aifoo oog een (€g?oon bec Ciecftpe gecefegapppe in bit ïioomfegenbsp;25abel is opgecegt / baat ban baan men 3®etten geeft aan be Confdentic.nbsp;Cnbe om bat; gelgg lt;J3ob be Talen van de Babyloniers verw'crde, alfOO OOgnbsp;be ïioomfege geecfcliapppe tegen jig 3eiben bctbeelb is / enbe niet gan befïaan.nbsp;i©aac-en-boben / om bat / gelgg Babei toas een gehangen gups boo? ^fcael/nbsp;na be Hicgamen / aifoo oog bit CtecfteUg Babei een elenbige flabanpe is boo?nbsp;be Zielen bet cgiiflcnen. Zodom^ geet get ban toegen be gcmepn(tgap bicnbsp;get geeft met Zodoma, en in be Zonden bie onnatiuitlig 5ijn / en in get Oordeel bat fcg’iglig 3al 5ön. Egyptus geet get / om bat gdijg be Cgpptenatennbsp;be ^taelyten met gtagt en getoelb in Cgppten sonren te giwen/ enbe gaat bcnbsp;nabeenpe onbertoieepen/ aifoo oog Roma getragt geeft beo? albaganbe (€p?aivnbsp;npc ènbe gebjelb be frtjepbinge ban be Cittefo?meerbe ï^cilie te beletten ; begt;'nbsp;galben bat upt becgelggtngc ban be Openbaringe bUibt / bat be plagen bannbsp;Cgppten gcoote gemepnfegap gebben met be Cieciïelgge Plagen bail ben A n-
X 1 CHR I S T.
-ocr page 73-Schat-kamcr der Zinne-beelden cn Voor-beeiden. 51
©0lt torttfc flfliatimb «at Beeft , ^ipotal. 131 ï. $j£t todfe Öifc niet en tc Pci'ftitiiu bnti een ijftactifctjc tjic ïjc Paus van Romen cenaninb lna’b : ttwacnbsp;)Ui ben ftijl ban öe l^'pI^oe ^clpiftuure / bie boo2nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^oranbrijften cnbe
ilcpuWijftcn bcclenbenen berftaat; gdijö bantel ©op. zT $031. ouffapst.?. ^0 3. aanbJijfb; 500 bjab boo2 bit Beeft berfiaan/ be santfefte ïïootnfriielt;0ee?nbsp;ftclpeljccrdiiappnc/ befiaanbe in een menigte baniBenftöen/ bie alsf 300 bedenbsp;ïebetT ban bat Beeft 3i)n/ enbc beftaanbe upt bare ]^oofben/ bie ge5ag enbe ge?nbsp;bieb ober be menigte pebben. Zo» bjctb ooit be Hoere berftaan ifipocal. 17*nbsp;lt;enbe met cegt beet 500 een menigte ban namurlibe cn bietlijfe menfeben / bienbsp;ben «6ceft (Oobef niet bebbett een Beeft, ©it 25eefl ban / ies be gantfe 3ftoDmgt;-frbe %crfcf)appigt;e / geli)ft bie ami j^ebneabnefar ©an. 2. bcctoonb bJOJb / innbsp;bat laatfte en benebenfie bed ban bat grootc Beeft, bat ai bc bier Monarchiennbsp;tn 5ig begreep, iSn befe beerftbapppe bjcrb aangcmetftt / ofte booj 300 bed fpnbsp;feeiiemaai J^epbenfib boa»/ gdijb fp toa» onbet be J^’pbenfdtc ïjcpfer» r cnbenbsp;befe 3tjn be Yzere Schenkelcn ban bat Beeld gt; bet» 33. ©ftC b002 300 bcrfnbsp;f» nuteriib be CbJbldijbe 3teerc enbe 23dijbent(Te fjab aangenomen / cnbe 3ignbsp;etpifto gebepnobdib bab onberbjo?pcn : €nbe ban beftaat bie ïlegccïinge tennbsp;beden iipt een kcrkeiijfee, ten beden uPt een Poiitijke jjtSagt. ^it toeeb af^nbsp;gemaaib amp;002 be boeten bic ten beden ban yzer, ten beden ban modderig leemnbsp;t’3amcn-gc}ïdb enbe bermengb toetent ïjoebamadi gebaante bet iipe bc» An-tichrifts, Of balt bcn Paus van Romen aarbig upttoubt. ©00? bc lo. tccuennbsp;ber ©oeten/ tooiben beguamdih berfiaan bc lo. Coitingen onber betïbjbe bc»nbsp;25eeitef. Ziet berber b« epgenfebappen cube bcftbJijbinge ban bit Beeft in benbsp;©penbaringe gioarait» cnbe onfe ttpfteggntge.
SBcn ban in bebenbinge nemen / of baar nog een toarc amp;a‘be Cfpilii 3onbe Vjn/ mibben in bat Kijbe be» Antichrift? .... Antw. ga bogt toa'arontnbsp;2tpofalppf. 14.I. bet Lam tocrb ingeboerb / nog mibben in batöijbc bc»nbsp;2tnticb?ift» / ftaande op den Berg Zion , met honderd vier-en-veertjg duy-fend, hebbende den Naam lijns Vaders gefchreven aan hare voorhoofden.
III. ©og totjber» 30ube be ï)eerfci)appgt;,»e be» Antichrifts, cnbe fijne btoa-iingen en (€p?annpcn aitoo» be obeeftanb niet bdjben : ilïaat ©ob 50Ube iptit b002 ben adem fijnes monds, bat 1» / be P?cbicatie be» Cuangdij med: ennbsp;meer vemindtren en fmdten boen 2(€lKfT*2t 8. ©e 2. getnpgen/ bat t»/ benbsp;beplige .^cb?iftcn be» ©uben cn Biewtoen («üellament» / 30wben tod ban fiemnbsp;tob? een tijb gedood, batt»/ in öaw feragt bic fp oeffenen op be Coufeiemien,nbsp;bragtdoo» gemaabt enbe ont5enutob too?ben/ enbe al» booben bergeten bJO?bcn/
maar na drie dagen en een haJve , tonden fy wederom (namciib irt bC lÜC? fotmatie) levendig worden en ftaan op hare voeten : bat i»/ be 3ahe Cl)?i(iinbsp;30ube triumpbereh/ cnbe be toaarljepb bc obecöanb bebton/ 5tlpof. n. $»ir.nbsp;CÖ?i(lH»/ bicnftecB afgehouwen van den Berg , 50Ube aanftopten tegen denbsp;Voeten van dat Beeld, ende de telve vermalen; cnbC daar na too cen groo-ten Berg worden, ©anid 2. bccff. 34/ 35* ^oc 3ijn btoalingcn ban €cutoenbsp;tot oFeutoe tegen-gefpaoben cn ontbebt; poe be teoctop?eebec» ban bant gcbol=gt;nbsp;pen en berboi^ 3ijn: epnbcitb / öoe be toiorpepb feenenwaJ boo?-geb?oobertnbsp;.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;lt;0 2nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;enbe
-ocr page 74-HÏEROGLYPtlICA, ofto
tm irt Ue ïtcf3?matic aan ben bag gcftomcn tsJ / toösiö ooft het HoogHcd aan.
IV. nn 5al feenemaal ijjeg-genomen ofte te met gedaan toojben door de kragt vanChridi tocKomfte» zidjeff.ztS. *Egt;at fö junfl niet te5eggen/ cbcnnbsp;Ml bat oogenWifi enbe pum beef tyboï/nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;5al tomen ten lOojbeel ban
ii‘ I
jebenben enbe g^ooben, JKaat baat 3«cc uptncmenbe heeftenen toeftomfte eben bootgaan / jBattlj. Z4.^3S 33. ^n be bekeeringe der Joden:nbsp;het ingaan van de volheyd der Heydcnen, ïiom. ii : Z5. De Predikingenbsp;van het Euangelium aan alle Volkeren , JlSattt)* 24 i 14. ^EbcU gclijft HUnbsp;bet liDcagetvltgt boo?ttonib iM»t toagt bec ^otme / bte aanb?eef!t / enbe allenbsp;bampen baat boot beEbtojtien / 300 5al ooft be ftcagtban bie aanflaanbe toetom^nbsp;fte Cfpifli Dem boen beebtoijnen. 3|et toelto oob jBattO. 13: ©0 39. met btenbsp;bJOOtbèn bjccb aangetoefen/ De tijd des Oogfts, welke is de voleyndmgc dernbsp;Eeuwe cvmMta; toanncec oSesi bafl baad na öef lt;^ttbe/ en bolepnbigbtootb/nbsp;in be faatfie bagen/ zki Chriftus fijn Engelen, bat bs 5.eecaacs / met Ijulpenbsp;3ijncci!.lt;i?ngi[en zenden, ende fy zullen die ergernifiTen en bat Onftcupb vergaderen, ende in den vyerigen oven werpen: bat tS / Obccgeben aanaüe tant'
pen en clïenben/ biet tijbelib / enbe namaaljS ceutotgïtö. ^te 3fpocaI. 17- bet
Oordeel van die groote Hoere-
lt;eben-tocl tnoct baac centg bebfeï of böci?-oojbed 50» / ’t bjelft 500 bed men# feben Mtttb toto/ bte nog onbec bebeecfcöapppe bess Antichnüs totllen bWben'Jnbsp;Hellen befc balfcOe meeb-tebenen ban bc toace jfóetbe/ namdifi i. Gepretendeerde Oudheyd ende Succeffie , bjaac op be Jlepbcnffb'? ïteligie oob hïelnbsp;mogte fiojfen / bte bed (©ubet t^ ban be tote t bebalben bat fp bte balfcblijfsnbsp;boo?geben / betoijle ben boop ban baace btoaltngen ban cetttoe tot eentoc bec^nbsp;meetbeeb isi / ett bp gebolg ban be ©ube ïïoomfcbe amp;eebe niet 3ön een en benbsp;3dbe met be tegentoooibige. ®en z. Aanfien en magt in de Wereld: cegtenbsp;liett-tcebenen ban be Ée^ bejS Antichrifts, ^potal. 18 : 7* 3©an hare Mirakelen 3eogett top/ bat(ê 3ijn tekenen en wonderen der leugenen, z®befftH.nbsp;2:50js 9. i©c toace ïSen-tetonen ban be^*to CbJiltt/ 5Ö«i zuyvere Predikinge des Heyligen Euangelij; baat befeecblpbe (Cttgt CCtt aonOang ban 10;nbsp;enbe af0 eelt gebolg trt be ttoeebe plaatfe / be Heyiigheyd des Levens, goan.nbsp;13. $0 35. Hier aan zullen fy alle kennen dat gy mijn Difcipelen zijt, zoonbsp;gy de Liefde hebt onder malkandersn.
Schat-kamcr der Zinne-bcddcn cn Voor-bcelden.
Affur, nbsp;nbsp;nbsp;Gcnef. 9: lir
D^fe A s s y RI s C H E t.Ö trc nbsp;nbsp;nbsp;Opperhoofdige, fa Een-hoof-
dige Regeeringe , We ill be J^cpUge eiibc jéeccIbfcDe ï|i(lo?icn getoaagb hJtTb: «gn baacom/ iTabeinaai Oaac ©pfiomfie / ©oo?t-gang/ (Cop-ftcP'nbsp;gcc / en 3(lfgan3 en «©nbecgang onbcc pupn bei* ©ubOepb jcec 3ijn bcbolbcn;nbsp;gclijft alle toel-boo23ogte bccilanben in be Stal-onbe gefcljiebenifTen ecbennen; 50anbsp;mcreten top bit to02 ö?t onfe 3^00?»/ bat top onis Danb öier upt ijonben; enöcnbsp;alleen Oet geenc 3cto iö / npt Mofes bc albee-onbfïe enbe onfeplöace 3§i|ï02P-fclpijbec; cn ban enbel bat met Dem obec-cen bomb ncbecfiellcn ; (jetnbsp;geen top best te bepligcc in alle igiefcljicb-fcto'ften boen; om bat niemanb 5clfsinbsp;ban alle anbece 2laI-Dube ï|iflo?p-f(D?ijbec.ö 3ig be ©iibljepb ban Mofes aaivnbsp;matigb / cn antoc beel jonger bie be 3clbe bit boo2-Kgt ban be ©ubBcnb tcag^nbsp;ten tegeben/ bcclegen (laan om (jet minfle fcOijnban betoijs ; nogte ooft ergentsnbsp;een ^cljfijbec ban be ©iibe (®jb / (jem Mofes fjeeft onöerliaan bp ’t (jap? tenbsp;onjpen/ enbe ban ontrontoe te befcljiilbigcto €nbe bic met Juiiinus upt Tro-gus p. toat (jebben toillcn bitsen/ bomb öaar (eugen beel te laat.
«De onscficcljepb ban be (©iibljepb boet 3ig boo? aan ben bojpel op/ baar itV bat be ï^iftotien 3eec bccfcfjtllen in be langbuurigDepb ban befe «Dpper-ljcec#nbsp;fcöapppe ban 3ïffpjien. Diodorus Sic. libr. 2. Bibliot. enbc ttict Ijem eennbsp;3toccm ban «0e3igt-rcD?ijbfc0 / toillen bat (jet 3elbc gebuiirfaam 3P getoeeft benbsp;tifb ban 1360. ^acen. ïDebecom Herodotus lib. i. geeft aan befe lt;©pper*nbsp;(KjOfbigljepb niet meet ban 300» blaren. jBeberom Veiiejus 1070. ^00 fnuibnbsp;gp u bihben bjpben op een blot ban onselterfjepb / in be onmctcijjbe oceaan bannbsp;Se ©ubfjepb. J^n toelft otKjemab ooft met regt b002 een ceben ban beeftrefi^nbsp;ften be becfcDepbentbepb ban bc namen bec (©pperfjoofben cn aKonarcOcn / nanbsp;bc becfcBepbentljepb ban be (Caalen bec ©olöccen : ejibe bc beemengingen bannbsp;©olbecen onbcc ben anbccen. ^ac bptomb/ bat 3eer ban gecebcn-ttoi|l toojsnbsp;ben / toelft ©olft be ©ppecftoofbigftepb toegnam / tn seeftee tpben / in toelftenbsp;gcooteïtegecrinncn malftanb?en in ben ebenaar fjielben. «Doft («men baar internbsp;regna, Of tufftöett-regeewngen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;,
30an ben ootfpfonft ban befeDpperöoofbigc tiegeeciiige Ki seftav bat Mofes «Denef. Capittel 10. baar ban obaleberb / aangaanbc be booft-teritnge ban betnbsp;iBcnfHjeljjfte «èeflagt / boo? bc 3. ^oonen Noap • Sem , Cham , en Japhet,nbsp;eitije bc èanben bic (p elft bpfonbalift / eivbe in ftace iSa3aten betooonb ftebben/nbsp;lt;0enef. 10: 22. Sems Zoonen waren Elam , enbC A s s ur, bcfC iO bC Cei'flenbsp;-Stigter ból bcJfiffP^ifcïjejiBonaccöpe getoee^; toelfte anbecb Bcius bp benbsp;benen beftenb (taat ^ bJdSen name afftomUfg i.b ban bet tooojb Baai ofte Bci,nbsp;bat tö DppccbooiTj in bet ©ebjeeutosi. ggt;cfc Affiir , alfoo bP niet lijben ennbsp;honbe bat Chams |Sa3aat Nimrod, jjjn tcotfe bcecfcbapppe met ficagt en ge^nbsp;toelb bOOJtsette / van de Hooft-ftad cn het beginfel af tijns Rijks Babel , iö
«0 3
-ocr page 76-5‘4
hieroglyph ICA, ofto
van daar uyt-gegaan, «iBctief. lot ii. «SllitC 0ctoöt1ïKl1 I^KbtolÖC 5(}!1 SSOOili Ninus, ÏKCft ten ©Often kun amp;e ïitbicre Tigns, be ^tOb Nineve sTCftiiJt/ eilnbsp;na ben yeïbcn bcnianb. öot bc punnftoopcn ban be ©iibljcnb raapt men op bcnbsp;t)ooft-fti)cbe't0 ban ?8. Coitinsen bic in b,at lt;0ebicb ftcböcn o;ceQcccb.nbsp;booinaanifte ftelbmen/ i. Bcius of Aflur, en btengb Dein tot t)tt St'idr na benbsp;^rfKPPfnöenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;fCen II. Ninus, ban toienNineve, 1908. III- Sc-
iTiiranus bc ï|uiiéb20ub3 ban Ninus, bic öet fïijft inct bebeoö in0enonien Woe-^ ftelili Dccft bcfcljermb ; maar epnbelift bvin Daar Eoon Ninia iet omgebzaot.nbsp;IV. Saradanapaius, koelfte bati bjegeii jijn ongebonben bjclluft/ eerft in ftlcnn-agtingc ga-aabt/ en baar na booe t’5amen-3tocertnge ban Arbaces ©betfte bernbsp;IfBcben 10 omgebeag!:: koaat bctfn bit eerfte©pperOoofbio lt;6cbtcb bet AiTyriers,nbsp;boot bit tu|Tcl(ctt-bal to ge-epnbigb / cnbe tot be Meders, en Bubyionicrs brr.^nbsp;beelb obcrgeb?agt. ^e Meden tegeerben met ©pper-magt i^o. blaren/ on^nbsp;bet kneibe be bermaacbfte Coningen jijn gekneed Arbaces boben gemeib -attinonbsp;3080. ©nbe Aiiyages (3360,; kpcuic ban 3ön i^cef Cyrus^ijnbe obertoon-nen/ ooft ban 5ijn rijft berooft io. ©aar gitam toe koeberom fiet bccbcelbc gc^nbsp;bieb tot be Babyioniers, enbe beAssYRiERs, ban kndfteonber be a s s y-RIK R s be bootnaamfte Coningen in be .êefttift knotben gemeib / ten op^nbsp;3igtc ban fjaar bnanblihe oefening.n/ tegen be Stammen gftaelo Saimanaiïer,nbsp;bie ftet Coninfttijft ^fraelO/ ofte be 10. Stammen fteeft beckooeft / cnbe San-herib, bic ycifo gcrnfalcm fteeft beicgerb/ cnbe bie optogt met ftet beclico bannbsp;18 lt;00 o. ban 5ijn irrnaoboih/ ia met jijn leben fteeft betaaïb / nabemaal yijnnbsp;2 Eoonen ftent in yijn ?iifgobifcft ftebben omgebtagt. ©oot bit gebal ionbsp;ftet gefcftïcb / bat alleen be Babyioniers ftet ©ppeeftoofbtg gebieb 5tg ftebbennbsp;gebeftigb en aangenomen / en inge3kboIgen / en ben naam en be magc / bannbsp;Meders, assyriers, eti allcsi kbat ccnig ge3xig in be ©ofterfefte Hlanbennbsp;fionbe oeffcneii; gelijft ftlaarlift upt be liftone ©antelef Wijftt Capit.2: 37/38.nbsp;©it 5(1 0110 nu genoeg otn eemn berint toe te bjengen tot berftanb kan bc letternbsp;ber lliftofte. $il feftoon 5ommigen ftet gebieb ber A sstr i ers, ban 3iiiinbsp;eerdegronbftag af/ 300 berre toe nntftreftften/ bat ooft aüe bie interregna, oftenbsp;tudreften en ftil-ftanb ban be 3elbe iïcgcccnigc / boot ftet inftomen ban ©pper#nbsp;ftoofben ban anb?e a^atien/ onber anbte namen / bp be selbe 28uteucen koerbennbsp;genomen/ al.o een continuatie ban be 5elbe assyrische Monarchie, bognbsp;aio öibenbe een 3b)ace Cccftipfe; gin kaelftc 3in men ban ooft be Babyionifchenbsp;©pperftoofbtgftepb ooft 50ubc ftitnnen Iftengen tot be Aflyrifehe, en 3eggen/ batnbsp;bc 5clbe alber-eeeft boo? bc Perfifche en Medifche 30 beenietigb. jBen 5ienbsp;ban befe berb^eeftinge ban be magt ber Assyriers onber bed anb?e plaat*nbsp;feit Cfat. 10: 24/ 34, aDergeUjft be ^Miftdien en ^tftcgieit ©aniclp Capit*nbsp;td 2. 3. 4.
ïjet fteeft al lange Op bccfcftcpbcn 500iten ban CJcIcecbe susannen beftenb ge* ftaan/ bat in berfeftepben plaatfen ban be lg.^?ofCten/ onber be letter ban a s-s Y RIE R s moeten beeftaan koo?ben boomome bpanben ban be feerfte Cftpftr,nbsp;«Sic onfe Commentatores. Cnbe 3ih ben te meer genoobfaaftt bit geboden aannbsp;te nemen 3 om bat gft onber öe bpanben ban be ^Serfte ooft na letter seifs
moet
-ocr page 77-Schat-kamer der Zinnc-beelden cn Voor-beciden. ƒƒ
mart ootcUen igt;e jaafeomdingoi ban ttc Oubc a s s y r i e r s, afó tic ^afia^ ncn «rft* öan be (€nrit n/ cn anbcce Ooflecfïöe i^arten : afó ooft alle öe oec-iMi toclftc öe Eanben öcc Wpsicfsi / onïicc bcrfcftcpbcn namen l)C5tttcn cn ftc^nbsp;iicccfclicnnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ftofti' een oroot gcöcrtte ban Ijet oeftteb bet ïSerfte inoC'
jvomen cnbc bcctoocfl: te bJO’ben. €nbe bjaacftft be b:ocbige onbcibinbinge ftteft ond bat obctblocbig toaar gemaaftt; ftoe be ïAceften ui bet ©often / cube booanbsp;een (leoot gcbecite tn ï)ct ïècftcn booe be 5elbe ©panben 3i)n obccftcoomb cnbènbsp;untaecocpb / enbc onber ben gi-ntodijften Scepter iKc (aTueften enbc paratenennbsp;«lOten. Zoo men ban bit boo? af 50ube locftenen / 300 maft men onberfteftennbsp;b,it bet onneeiimb 51? / bat be bepbse ^cbnft 30ube fpeeeftcn feuiiiicn bon benbsp;bertoaebbepb ban bic jlScnfcbcn têGetidlt;J5obö3Sci-ftc bed j^.(5reftamcntd/ en batnbsp;onbrt bic ennen namen bie fp tn bet ©. («leftametit beftben gebab ; enbc onbec^nbsp;rtïllcn bat iiinft be plaoen en becbjnftftingen bie bc ïteefte ban baar te beebjag-ten en nut te^ftaan babbe/ ftcpaaib 5ön bP be gerebiebeniffen ban bet ©nbe (€c^nbsp;ttflment' €nbc/ utóicn be % ^J?ift aan be ©panben ban lt;©obd ©olft 5elf0nbsp;Iniiien ereeft / btc onfteenb 50» ban be ©nbe ©panben ban be 5e{be in boo?igcnbsp;I Sen /cn bat ban biegenbc geöiftfojmioïiepb bie be 3elbe isicitoe bebbennbsp;met bc oiöje/ bed te meer ban/ toanncec/ en beletter/ en be gcïnftbomiigbcpbnbsp;annaioeia') f 3amen-bomgi. iet ecefte td toaar; toant anberd ban toaar bennbsp;name ban Géeftiik Egypten, cn ban Babylon in bc tEpocalppfid toegeftbiebennbsp;aan bet nebieb bed atnticfpiftd t ^00 ban / en id bier in oeb bc minfte onge^nbsp;mrnbiicr^ niet tè fpenren. ga bier npt ban een goebe ftnpt-rebcn gemaafttnbsp;tooiben boo2 ond geboden. #ant / inbien (6obd ©iceft bat gebceltc ban bcnbsp;ïterlic (bp 'ercmpd in bet a®eftcn) ’t toclftc gcbnibt ciUie geplrttrtb tooib boo?nbsp;tvn 5\cWcc bed Éntitbeiftd/ l)oub boo? ifraei m Egypten cn Babei; boe ennbsp;wiibcincn ban be èeötcn in bet ©often gdïjuftt cn oba-bjdbtgb / niet boubennbsp;hftoicKbangenen tn a s s y r i e n , gdpftfe 3ig tegenbjoojbig binbeit in be epgciinbsp;^rtbm bK b^-eer tot a s s u r bebooiben/ onber be |©abommebanen / ber^nbsp;^ooub / uutgeroepb/ of ten minften stoarelift onbcrb?uBr. ï©aac bp bomb batnbsp;hVe eebaren cnbe boo?5igtioe ©obgdccrticn ooft tod ijcftbcn oe3ien / bat bede atnbsp;beefdteuben plaatfcnin be ©jofeten / of ptiogdift y ofte 5cec fte3toaardift bannbsp;otóc A s s u R, cnbe be gebangeniffc ber lo.^tammcn onba be :?dbe ftiitv
Si tortben berftaatt. «00 ond be alber-so^loepcnfte gcipfOnnig. rSb bi baar Kffcbcnbc toeg-bocringc bet 10. ^tanSimi tn be a ss y r i-f c H E e£ ten be itamme guba in bc 25a6iiomfcljc gcbanrjentlTc. mintnbsp;ftdb toai tt Sn/ bf« bc fjeplige ^cTpiftjjet goft bed 3{nac[|2tftd/ ’t Oeen benbsp;amp;Se öe^ bjagen/ becgdpftt b» ben (laat ban guba m 25aDd ; gdnltnbsp;onfflrfmeSStö ; boe en 30! ba« «iet tiet joft bat be ©oftctftfte en eiieb^nbsp;frite iHcn / toe 3ig al btoeg öebben afgeftOcitrb ban be Hiatiinfeften en a©e^nbsp;ftprrrnm / ten beden b002(fclMfmata)fct)eia-ingcn/ ten beden boo2 afballige Ketter JSf ban bet Sc odwbe(BErefes)(gcliift be io.^tanuiicnbcbcn onber ge-roSLm 5X7 3eg gft ; btï goft met met tegt bergdefien too?ben ft? batnbsp;ft s s u R i in bjdftcrd et'gen 3tanb tP grtJddtt toojben inbsp;nbsp;nbsp;nbsp;n n r
A Eèypten en AsevRbebiipbeTl immer cenanber/ te toeten Gccftiik Egypten: °nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;©we
-ocr page 78-«ÈitUe A s s u R, bp aïfaü Cap. 19. a©aniic?c iiS bog anlïcrsf ban tn f)«t Gcc-ftelik Egypten, b« Heere bOOI be {fragt bail 51)11^11 HailIC Jehovah, in eeu Wolke komen gereden , bait booj 5ijti obcctuiigeubc 3©oo?b ctt Cieejl/ toaacnbsp;boa? bare Afgodcrye en 2t5eeiben-bien(i tlt;s befcbaanib/ al banCaiten af/ eivnbsp;fee haar hertc gefmoltcn, i. Cnbc toaiinccc té bO0 UI Cgpptcn 3lilli «11nbsp;tupnicl-seejl ban beebjactinge gebomen / al$i bie ö^cteeben toaib (80 2. Wantnbsp;Ik zal de Egyptenaren tegen de Egyptenaren verwrarren , dat'fy zullen flrij-dencenyeder tegen fijn Broeder, en eenyegelik tegens fijnen naaflen. (©fC-
ncljjft ’t jelbe met C5e£D. 38 J al-toaar met ble jelbe taaie ban be bcc-oeelinge ban Ijit aïnticDiiftenbom onbei* Gog cn Magog biecb geipjooftcn) Stad f?tgb bP) legen Stad , en Coninkrijke tegen Coninkrijkc , z, 3®ic Ctt
toect niet ban alle bte to?ecbe «©oilogen in bet ïtoomfcb Ciebieb / bjaau in bc feifpiiten ban baac 36fgobifcöe Cpbec boofbtgöcpb bet paufen / enbc anbetenbsp;gaitoeliibe ?6fgobecpen / ben eenen Coning tegen ben anbewn beböfP aangebitb/nbsp;tot fcbfililiibe 25loeb(lo^tingen. lace rabdloopljepb en berlcgentbei^i / bpfonbeenbsp;in tbiee bingen: Ceifi om pace ©ppec-bDOfbigbepb baft te ftellen / om toelbenbsp;te bibeftigen fp liebcc geboogb hebben ben onbeegang ban be Coftecfclje ïict:gt;nbsp;ïiin ; cn ban om bace btoalingen te bemantelen / op batfe niet mogten genoob'nbsp;(aabt 3iin te bereoepen / blpbt in alle bare Conciliën; in alle be Machines cnnbsp;Mincês ban baar l^of / om Coningen en Jöojftcn in Ijaac gesag te onbccgragt;nbsp;ben / en be 5clbe 5ig ftoafagtig te maben al befe taabfiagen joubc Ciob ber^nbsp;pbclen/ 5. Ende de Geeft der Egyptenaaren zal uyt geledigd worden. .nbsp;En haren Raad zal Ik verflitiden. j^aarc ftabccnne Oltbcr Ött ^Ob ban bCltnbsp;Curb, ^ie 4. Ende Ik zal de Egyptenaren befluyten in de hand vannbsp;harde Heercn, cn een ftrengc Coning zal over hen heerfchen: ^it gebOCleil
bclaab l be Ïïaben bte onber bare onbecbubliinge jugten. ©p befe teneur beti bolgb bP snbsp;nbsp;nbsp;nbsp;meeft bc5ig in bet bcfcbimpeit ban bare gemelbe pbelc
raabftagcn en gebagten-, tot bat beo? bet 3©oo?b ber aBaarliepb / en bc BetfteU öe Ciobsi-bienft (namelib op Ijct ge5igte ban pet opbaren ban be getupgen in
in bc J©0lbe) 3P al.ö Wijven hebben gebeeft gt; en gevreeft van de beweginge 'van de hand des He eren, i6. Cn tOt bat ClOb bC 5aPen ban 3ijn ^uba/nbsp;bc perftelbe ï^erpe 300 berre p«ft gebOJbcrb / bat Juda den Egyptenaren totnbsp;een fchrik is geweeft ,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;17. Ëtinbc bail csob 3elfsi lipt paar uptgcboccb/
enbe gebiapenb met pef; Dnt5ag ban^?incen cn Coningen/ Hahbeii cn j§tebcn/ cn noobigc mibbelen tot paar Befcpenninge / cn 3eIf!S ten trobs ban bc magtnbsp;ïkicec bpanben. Cn poe Plaat iö pet / bat baar topberö bolgb j en Poe 3alnbsp;men 5ig intoarren/ inbien men pet op pet IctterPP Cgppten paffen toil ^si i8.
Te dien dage zullen’er vijf Steden in Egypten zijn (bat IjS in bat itanb/ ’t geen fp nog boo? paar Egypten toillcn gepouben pePben; en in pet todPe pafnbsp;ren ©parao nog al 5ijn ftabetl bepoub) fptekende de Tale Canaaus, en fwee-rende by den name 'des Heeren der Heyrfcharen. i^OC bcfC ^tcbeil/ bat isf
Sanben/ 5brt!3e afi3e3onbecb tn belpbenlffe ban paar toateltP Juda 5ijn ; maar nog Cgppten toerben genaamb / om batfe 300 te booten toaren/ eiöe ooP nognbsp;Isgn paar boo? be por? boojftrt b$o?gfbienb regt banPolTeffie bitrben geponben/
-ocr page 79-Schat-kanicr der Zinnc-beelden en Voor-beelden.
iö Waar, ©06 ftunncn in «n ocoot Hanti tod bfjf ofte ^taatcn jijn/ bte böfbntoe ©joj-ccgten U002 öaac toP-oebO'^tcn fjcabeii en öati 00amp; in ©oöjs-biettil onöecfcijepöen 5ijn. ©n Docbanige 1,'uiöen ijat jjjn / enbe öoc ï)et ecnenbsp;becftoojö tst / 5«Jlcn to? »» öe (€ttd Epypten , als ooö öet oeene toöttccsnbsp;bol(to ès zo/ 21/ 22.
©Oloö toijtiCCS ’t oeen ooft ons A s s y r i e n raafit §S 23, Ten dien dage zal daar een gebaande weg welen van Egypten in Assyrien , dat dcnbsp;Assyriers in Egypten » ende de Eygptenaars in As s y r i e n komennbsp;zullen, ende de Egyptenaars zullen de Assy r i e rs dienen : Ten dien da*nbsp;ge zal Ifrael de derde wefen met deEgyptenaren, ende met de Assyriers,nbsp;een zegen in het midden van den Lande. Want de Heere der Heyfchareiinbsp;zalfe zegenen i zeggende gezegend zy mijn Volk de Egy'ptenaars , en denbsp;Assyriers het werk mijner handen , ende Ifrael mijn erfdeelnbsp;ficcrlijftc pjofrtic ton nu op befeiV(€itcI niet ftunnen ban (tb tot lib bcrlian-oden ; maar ons tot ben (€itd Egypten refereccen: '®it alleen moe^nbsp;ten to»» in ’t Otos 5C03Cn. i. Ï^et baanen van den weg van Aifyrien innbsp;Egypten, bccffa ban be ©ofierfclje ©olfteccn/ tot in liet 3©efïeifcöe aijft/ cn.=nbsp;bc toe!3er3jjbs ; Dd ?? batfe oeöaanb too?ti boo? ottóretlinge Ccijos-togten tegennbsp;ben anberen ; gelgli ben (cueb in ï|oiigac?en en anbecc ïanben ban €utopanbsp;3ig een toeg gebaanb beeft / en nu tocbecom ben Keyfer in 3ijrt Congueilcn isnbsp;ingcballen; nebens bc Woepeitoe lïaat ban Veneticn , bie beni Hungatien cnbenbsp;Motéa genoegfaain gebben onttoelbigb ; ï|et 3? batfe gebaanb too?b boo? ©er?nbsp;bonben/ ten inui(lcn ban Treves of (Itiflanb / tot bebeplinge ban be Commer-tic. t®og to? gebben gicc een uptbal bic niet 3eee boo?bedig lupb boo? ben Cg?i'
(Icn ^taat / als gp 3egöt Ende de Egyptenaren zvillen dc AiTyriers dienen.
gfinbecs en botten top niet obetfetten als bc tooo?ben in bc «©?onb-taale bupbe-lig luiden/ 3onber eenigc (lop-toOD?bdt ofte bpboegingen. mp toilleii goopen bat befe^iofetie al boo? ons 3P betbnib/ en batlt;6ob befen nog flaanben Cg?isnbsp;(ïen en tCialtfcgen ©o?log / upt boe ballen tot bat bclgenbe cpnbc / bat enbenbsp;niet aïLen Israel ©obs ©olg en Erfdeel (toaat onbet ban oog 5!nöa innbsp;befen Sgegen niet ban uptgelaten tootben) ais oog E g y p t e n in onberfcgepbnbsp;ban gfftaci/ maat oog sdfs As s ur ban ben i^eece mogen toeeben ge3egctt’b/nbsp;in bie mate / bat 3elfS be gecbo?nibe ïSetge (goc sect bat nu oog get «euange?nbsp;liiim böo? be 3elbe is berftoepö tot aan get upttctlie epnbe ban be a©eccib) nietnbsp;minbet ban bc derde ^ bc glepnfte onöec bie lanben mag 50»/ 500 in ’t©o=nbsp;den frts in get a©c(lcn / todge met een bollen ©ogd in be fcgup?e ban ©obsnbsp;JSetge mogen inWoepett. 3^an 3ullen top sten be talige uptlfomfte ban be 50^nbsp;benbe föafupne ^potal. I* t 15. Coninkrijken der Wereld zijn gewor*nbsp;den onfes Heercn j ende lijnes Ghrifti, ende hy zal, als Coning heerfchen totnbsp;in alle eeowigheyd.
iftet is tgb bat top otts gaalien om nog eentge plaatfen ban be 5dbe toepaf-5ingc maat met ben binget aan te tagen / betogl bet selbet b?cebc bebirctic en uptboecinge get toetg is ban een Cemmentator aptlegget / toaat boo? ton bitnbsp;todg niet uptgeben/ maat «c beo? een index guantoöfd* bw? af toaat*
m nbsp;nbsp;nbsp;ftöon*
-ocr page 80-58 H I E R O G L Y P H I C A, ofto
^at pcmanb cnfu Pofitien ftcUinscn/ fctc top fiicK sunm te Octöe toengen/ en ttiefe/ of bectocepe/ öan na rpp obeeieg of examen ban allenbsp;be ontdanbtgljeben bon be aangetogen Prophetic, toaac toe top onsi gelagennbsp;aan iKt 6nbcr5oeamp; en aanöagtig obecleg ban ’t geene bp ^al: Coceejus en a«gt;nbsp;bere boobianie aBob-gelceiten; enbe ooft mp Hbecaac ban ïjaai* allee (jSdeecb^nbsp;l)cpb/ en öcpïoefbe opiegtigbcpb öiee en baat is ncbec-gcficlb. a©ant jebcclilt/nbsp;een ftub en ö^oTt afgefcDcucb ban be t’5anicn-Öang eenee ^^ofette upt be nitbinbsp;ben te nililicn enbe fntabelifi en fcDainpee te becfcljencen ; ofte ooft be popftc-tifcfte en alle fteplige ^cftpften/ in DJb?e te Dtengen ban Mathematifchenbsp;ftuiillige en pebee nienfcft-obectiipgenbe dcmonftratic of betooninge bie alle te#nbsp;genfp’aaft in ben eetden oogenblihuptfliipt/ bat beeminbeeb be cec ban b«lt;©ob#nbsp;gclecebftepb/ bie een toijöftepb i0 bedaanbe in bei-bo?gcntfteben.
B. lt;©m te ftomen tot Hofeas, sal^lft nu laten baren’t geen ban ftem aan# gaanbe Aflur gefp^ften iö Cap. 13. 2ïltoaac ftp bepbe50o be Griekfe ï^ec#nbsp;ften onbee ben name ban Ephraim , alö be Latijnfche onber ben name bannbsp;juda , befcftulbigb / bat fp / tot genejinge ban ftaar intoenbige ttoiden/ enbenbsp;eberbal ftatec bpanben / bc eerde jig ban eenö bieitócn ban be ftulpe bce Cur#nbsp;feen tegenö be inbal berparatenen/ ban eenjs bepbe fjamcnbe magt besf^Banesnbsp;(bie be Coning Jareb genoemb too?b) boo? «©ejanbrtftappen tot ftaar ftulpe ber#nbsp;jogten/ tegen ben oberbal ban bepbe bie erf-bpanben; bie ban ooft bee3ogt 30»*nbsp;be / betbljjb toasS in ftaar onber Crufaden met i^ep^lcgerö bp te fpjingcn ; ennbsp;«Ifs ben bupt te beelen. €nbe ftoe ongeluftfiige iiptftomden boo2 ftaar bepbennbsp;befe optogten ftebben geftab ^014. g^efe bingen beebienen b^eeber uptbocringe.nbsp;^ie eensf toat iRi getupgbCap. 10. i?p onbecfcftepb bupbelift fiet ©ub^fracl/nbsp;ftet geene ftp boojensi Capit.9.‘|iss 17* Oab ge3egb banClob bettooipen te 5ftn/nbsp;enbe btoatenbe beedeopb onbee ftet ïlepbenbom / ban een anbet 3lfrael/ bat ijSnbsp;bc öerfte/ todfte(©ob 3ig tot 3ijnen tojingaacböab geplant enbe ge3upbcrb; innbsp;plaatfe ban ben eerden uptgeeoepben toijngaarb. ©ergelpft Capit. z: 16/ 17^nbsp;iiBaac Op bcftlaagb 3tg / bat ftoe meer ftaar daat bloctdjc enbe tougten biocgnbsp;(namelift in uptterlift aan5ien enbe ge3ag iia be3©eeelb) ftoe meer fp heemenig#nbsp;bulbigben hare Altaren enbc opgeregte Beelden. reben ban bic SCfgobtriJenbsp;toatS/ om bat fp 5epben: Wy cm hebben geenen Coning. ®it i0 onmogeliftnbsp;ban ^[fcael na bc letter te beedaan / nabemaal fp tot bc tijb toe ban toegboc#nbsp;ringe ban ftare ro. Stammen Coningen geftab ftebben. 3©ant ï^fea be ^oonnbsp;ban Cla/ bie in ftet 12. gaar ban Aehai, ober gfrael tot Samaria regeer#nbsp;bc / io met be 10. Stammen eerd gebangelift toeg-geboerb boo? Saimanaflernbsp;Coning ban SlfPiien / en tot bie tijb toe ftabben fp Coningen ; ooft in gubanbsp;toa# geen Coning / maar een tooom Coning geb^efi. 5^11 toerb ftier ban eennbsp;aaolft gfraci gefpjoften/ bie in een bloepenbe daat 3önbe/ nogtanjs toegeno' ftetnbsp;gebjeft ban een Coning ftlagcn. gamp; bedupte / ftet iö ban een gantfeft anbetnbsp;gfead ’t geen ftier toerb ingeboeeb. gfaat on«i gffcael nemen irt be albcrbieeb#nbsp;de bebupbingc / 500 bat guba baar ooft onber 3p begrepen. Cnbe 500 toerbnbsp;ftier ban be üerfie onbet ftaar eerde ssideftoppen en patdareften ingeboerb/nbsp;3jjnbe toei beftedigb in ftaar daat ten aan5ten ban be toerelb / en ia bloepenbe/
maar
-ocr page 81-Schat-kamcr der Zlnnc-beelden en Voor-bcelden.
maar tooiddcntie met ttoee gtiaalen/ tegen toelfee fp een ©ppecöoofti öerï^ertte fiegeeccn, i. IBet öe ceejugt ticc sstflftijoppcn en ^triattöcn/ öie een boo:^nbsp;naam aan5tenliB ©ooft frfjeen te bcccpfcOen / om te sdbe tn Mance te Douben.nbsp;(€en antecen met uecle grote tnRuppente btoaltngen / bte te igooft-feetteess tnnbsp;«ïBoöst Éetfie 3aapt!en / om bte boot een opper-magt te tebtotngen. (SregenjSnbsp;öefeBote!en3P/ 500 fp mepnben 3ig niet toapenen boo? eentge cemebie/ ban öoo?nbsp;lt;©ppec-öooft; toant anberst en fenben fp ten Hecre niet vreefen » nogte bcnbsp;cenigtePU öeis gdoofis niet teöouben. «Ênbe al felwon men mogte teottoenbennbsp;eenige magt bet feepfecen in ïjet bebtoingen ban bie cqjcnbate etgctnilfen; gdpnbsp;Couftantinus M. BIOeBeliB bcbe in f)et Concilium van Niceen, tegeitji Arrius,nbsp;nogtansi jeggen fp/ Wat zoude ons defe Coning doen ? ^p fp?eeten ban eennbsp;sceltcen Coning in tegcnilellinge ban be ectftc bie fp hJilben gebben ; alst bannbsp;een bie fp niet en bJilben. 5lb neem biaat / bat in Ott eerfle lib blootelib/nbsp;jonbet artikel Of boo2-Iebcfien geflelb bjojb een Coning, enbe bat fp 3tg nabeenbsp;uptbjubben alP 300 een ©ooft bie baar God mogt doen vreefen 3^70 : jEaacnbsp;iri bit ttoeebe lib bjcpgecen fp cenen 5eefecen Coning boo? öet tooojb l'^nn ha-meiech. Desen Coning, bat tiS bie fp nu tot nog toè öabbcn ont3ien; batnbsp;tjj be magt en Cteoon teiS CÖJilïcnö ifeepfetsf. (Ce meer / alfoo fp oob in Ju-liano, ga 5elfsi al in be 2ooncn Conilantini M. be btoalingen/ en Oet ©ep^nbsp;benbom 3elfs openbaar gcibifb en gcpattoctneect. ^aar ban baan guam bcnbsp;f3amert-5bjeeringe om een ©oofb ber ï^erfie te terftiefen. Joannes Jejunatornbsp;SSiffcliop ban Conbantinopei, öab 5ig geecne tn bie ©ooft-(lab / uptmimtenbenbsp;terljcben booi ©epfeclijfie ©002-ccgten geplant, ^e jSoomfefte Bielb tem tc^
gn/ enbe Gregorius M. fcf)oIb Ijem boo2 ben 2ïntictei(ï. ©ier ober toierben ele mcnfctelÖBt raabplcgingen geöonben ®st 4. iBaar fiet ooibeel batt bepbenbsp;partpen en 30UÖC niet (ïupmeren. Cn be KoomfcDc met baar Kalveren totnbsp;Bethel, anbccst bp obemaminge Bet Aven , bet bupo ber pbeibepb / enbe betnbsp;3Sabuutig lt;t5?ieb(c0e Samaria. 530 liipfler ban te ceepe 5oute beegaan ; benbsp;ttoeete 30uten 5clf0 tn Abyrien in een geefielijte ^laberiipe / en onbee een on#nbsp;betteaactebb gob na bet Itcbaant toeeben meg-geboerb 6. Ja defe zelfs
zal na Affur gevankelik weg-gevoerd worden : ^00 ijS «©^ictett-lanb bJCbCC'
baren/ bat te/ 300 be Coning ate 3ijn ©ateiareb en 5ön ©olb ban te Clicliett en Statenen oterbeerb. ^eer geeme mogt bit 3ien bcn23iircbop ban Komen/nbsp;bie om 5öii ©PteC'teoföiöÖÊPÖ boen otertoegen/ ben Conpantinopolitaanfennbsp;alss een biipt en gefetenb öe«ft opgeojfcrb/ tot een gefchenk voor, bat te tennbsp;bieitpê / met bli^ftbap van den Coning jareb. Cnbc 3eBer ten (Curb boutenbsp;tem geen gcootcr g^ebenb boen/ batttem te rebben upt be tbiift ober sijnCp-pecljoo^igljepb. ©et teoo?b bcbiipb een tegenpactp in een tbjip / en bier teelnbsp;ban boegen be ComnbPe magt / bat te / Cppec-boofbigtepb in be ©erbe.nbsp;ffiolgen nu bod tneec trepibe bingen / maar bjp mepnen oniS oogmerb boo?nbsp;befe poft te bebten bolbaan. 53e ©eer Coceejus beeft een gantfe ©iftojie obernbsp;bit fubiectuPtgefeteeten/ biebaac aanmerbinge terbienö.
c. ^en selben Hofeas in 3iin n. Capittel / op bat bp be ©eebe ban be laatfte tjjten mogte letenbig ennwwn (©oois Cfoeberterentbepb ontrent baar/
© amp; nbsp;nbsp;nbsp;enbe
-ocr page 82-6o
ÉnbÈ 5ijri ©nïjfriijfee i^upsijoiibinse / bocb ftaac ccbettfiên aan be lïaat ban öaae cnnoofele feinböbepb / tn toeJfte ÖP öaac Dab lief gefjab enbe gcccicpen uyt Egyp-ten , enbe 3elf« 3ijn epaen Zo o n e ijaai* baac in tot een toaaraotig tegcn^nbsp;beeïb/ in een gefijb gcbal gciïelb. USaae ebeg! geftjb alss gfcael jöace 3lfgo;nbsp;beene en gecfïlüfiej^pcitcpe alS ban onbp af fjab geplecgb/ en bpfonbec ten tijbcnbsp;Wnneec öp öaac riep tot geloobc en berfroitocn in 3ijnen Zoone Chrifto (^tcnbsp;j^ofee Cap. 2,) en toannecr bp gaar liefiifi booi pet Cuangelium aanlofite/ ennbsp;bjoeg op de armen, ennbsp;nbsp;nbsp;nbsp;3ijnei' üeföe/ en pet Jok ber bjeentbe ï|cec^
fcijeres verbrak van hare fchouders, aifco bat fp nog aan pare «éubfïen mibec be bbJingianbp ban be 3®et / nog aan eenig teentb ï|eec meer bepoefben cn^nbsp;berhJotpen te 5ön (©ergelpp €fai. 9: 3.) 3fl^o flonb pet oob met ben (laat
ban bel^crPe in iatec tpben. Iftael bJilbc ban OUb^ wederkeeren in Egypten: ;©it gefepieb ooh ban be Cpjiftenen / toanneec fp pet ïiefïip ^ofe Cppftt bec^nbsp;toerpenbe/ een peerfpPe (laat tcagten op te regten / baar in eenen trotfen Pha-lao peerftpt / tti be (©enrepnte een onb?aacpe{tP foP oplegb. ^it boet bcnbsp;ïlootnfcpe Confiftorie, onbet paar lt;©ppec-poDft ben Paus. j^aac; gelpp afstnbsp;lt;5ob belettebe bat fp bit paar boo?nemen niet bolb?agten ; al fcl^on paar perinbsp;ten pitnhecbcn na be vieefchpottcn , Ajuyn , amp;c. ban Egypten, maar paarnbsp;na pare langbnntige rebeïipe aan ben AflVrier obergaf / affoo ooP 3oube ^obnbsp;ben geenen bie onbec beCpJiflenen bit 3elbe booanemen pabben om in een Gec-fteiik Egypten bJêbec tê fteecen / bebhringen boo? ben magt en pet ^oft becnbsp;Barbaren, Turken, fti Saracenen, bie pet grootfle gebeelte ban alfe bie bloep#nbsp;enbe heeften pebben baeg-geboecb/ 5. Hy cn zal in Egypten-iand niet w'e-derkeeren; Maar Aflur zal zijn Koning zijn.
op flelb Pp in pet boigenbe boo?/ jijn genabtg bootnemen / ©m 3ön jÖerPe/ cerfl te bebiaren in pet mibbenban bten grooten aifbal? baar na omfenbsp;lipt alle pare elenbcn upt te ruPPen / en hieber te brengen upt alie be gtanbennbsp;fjorer gebangeniffe/ ei^e toel fapjbnbcr upt Affur 8. Hoe zoude ik u overgeven» O Ephraim? u overlevcren gt; O IUael. Hoe zoude Ik u maken alsnbsp;Adama, u ftellenalsZeboim? mijn herte is in my omgekeerd; al mijn berouw is t’zamen ontfteeken. Ik en zal de hittigheyd mijns toorns niet uyt-vocren: Ik en zal niet wederkeren om Ephraim tc verderven (böatratb bO®.
btnben pier: be geenen bie bc fcpo?t3 ban bc letter Pnautoen / baar bog in bie tijb / toannecr pet berberf ban pet letterliP €pp?aim aanflaanbe bJass {) Want
Ik ben God ende geen Menfche^ de Heylige in het midden van u : Jlgaac
let tod op pet bolgenbe/ in toeIPe pp paar toapenb tegeniS pet tbgt;tter(i« gebaar ban berlcpbingc: J©at jtnHen ban bog alle bie berfltopbe ÖerPen in ©often cnnbsp;3©c(icn boen / bie gebiuPt too?ben onbet pet 3loP ban ben (€ucP enbe 2ilntt^nbsp;cp’ifl i ïDaar 5irilen fp een plaatfc ban berbinf btnben i bullen fp paar tocsnbsp;blugt nemen na bie Groote Stad Babel , Egypten, Sodorna ? I^ecn iïOg/nbsp;bat 30ube 3Öb omsien agtet paar na ^^obom/ toeberPeccen in ©gppten; en Innbsp;55a6el baar ©obs (lemme paar uptgeroepen pabbe. SimmecjS (p en toillen itinbsp;geen Stad Ponten bear ©ob niet isi / in geen plaatfc baar be b?eefc ©0^nbsp;niet iji. Én God en zoude t H o ib Stad « 1 et k o msk, maar pp
-ocr page 83-Schat-kamer der Zinnc-beelden en Voor-beelden. 6i JÖfÖSe Jijlt ttê Hcylige in het midden van haar. IBt'rft bc trgcniïdÜ'ligê aait.
ijet toace Cfjatactcc ban be ïSctlic en ftet (öeoïcitb geniraleni: God
is in het midden van haar- ©ecfleltjft ©fa!. 481 4. Eie OOft 3ïP0Ci*ï. zi: a,
lt;De gesnen baar-en-tegen bie ïiet ^eefl: aanWbben jijn nitbben in ©aöcl, i^iet in ben aibcc-eailen toasi «0ob geOeel upt bie (lab gefcöepben/ afei toanneet noanbsp;(jet fiinbament beö geloofö niet gantfrfjdifr gefrfjonben toaei: 3^11 laas l)p 500nbsp;ijefCfICpben/ bat ftp ftctllpgb niet tnebec te ftecceil; niet te komen in de S r a d.nbsp;§3 in geen ^tab ter toecelb ftotnb (0ob t in geen ï^ccftlijfte ©olitie bic bootnbsp;naant en aut02itept ban .fBeitfcften gefligt is. ©ers 10. becljaaJb ftp be iBon^nbsp;beclijfte mibbelai tot ftaace befteeciitge / onbec be albcr-grootite beroerten bannbsp;^Staten/ i^atien en 3©oiftecen; bjaac mebegfi toenfefte bergdefien be iiptbcm^nbsp;(len ban be fefte Eegei en fefte ssajupne 3(!pocal.6.en9.Capit. Sy luiien dennbsp;Heere agter na wandelen j hy zal brullen als een Leeuw : Dan zullen dcnbsp;kinderen van de Zee af bevende aankomen. ©etS n. Sy zullen bevendenbsp;aankomen, als een vogelken uyt Egypten gt; en als een Duyve nyt den Lande van Assur, ende Ik zalfe doen woonen in hare huyfen fpreekt de
Heere. ï©ic gcbc brfe bctfoftïnge ^ifradS upt 2ion : ©g bat «©ob bie cens cabc/enbe ber50cnbê 5Üb ïabö en 3iin ©oïft.
maakten met den A* s y R i e R. lt;De I^i|l02ictt bcritielbctt OPS / ftoe biftltiaal be i^epfets in ftet (©ofien 500 lange ftaat iiooft-flab ©onfiantinopcl nog eennbsp;^ctei ftores Jftepferrijfts Weef / boff jcet toaggelbe / ftirtpe ftebben gejogt bannbsp;be (Curften; ban ectis tegen be^Sacaccncn/ gebuurenbe bie tijb ais (P nDgbJo?^nbsp;(ielben / ontotlltg 5ig te bupgen onbee ftet (Cnrftfcljc goft 5. ban eens jeffS aïSnbsp;fp tegen maiftanberen obetftoop lagen. Joannes Conftantinopoiitanus, ais ftnnbsp;ban bc ©ulgacen toas ftelegecb / fteeft ban Amurat ftuióe bee5ogt / bic bénbsp;Söulgaren ftet beleg fteeft boen opb?eeamp;cn / etfiie tot een bclooningc be fterfttenbsp;Gallipoli beeftregen fteeft 2EnttO 1360. gge 3clbe Amutath fteeft ooft. Adria-nopoiis bemagtigb / cnbe in be jelbe ben Èctel 3önS lt;EfebiebS geplant. 2ïnnanbsp;1366. fteeft Andronicus öcpfec ban Confïantinopel / cnbe ftet ftlcPne bcel bannbsp;ftet nog obcrgcbleben ©often / met ftiiipc ban Amurat, 3ijn ©aber Joannes,nbsp;cn 5nn 55’oebec Emanuel in bc gebangeniftc getotppen / tbeiftcn ft» baar boojnbsp;(Cttbiipt belooft/ cnbe aan Amurat een Jilagiftcaat in be j§tab Conftantinopelnbsp;fteeft toegeftaan/ om bc (Cucftfc^ie berfeftiften te ftegten 3Enno 1390* €imiuelnbsp;baar na / upt be Refter ontftomen jijitbc / fteeft ban ben 5clben Bajafeth ftetnbsp;feepfettoft berftregen Ifirnio 1392. aan todften Bajafet, befc «Smannel selfs benbsp;^tab Philadelphia fteeft ingerupmb Sïnno 1394. JDeberom aan be anberenbsp;3übe/ ©manuel / als ft? Bajaiet al te magtigtn^abnp? onberbonb/ fteeft bennbsp;Tameriaan tot jtjn ftulpc gccocpeft/ cnbe ftcm eeiugytiis beteugelb 2llnnoi339.nbsp;Joannes alS ftp berfcftepben-maal bjebc ban Bajazet teugteloos begeerb ftab/nbsp;fteeft 3ig geftcerb tot be ftiripe ban 3ön iöjoeber Muftapha ; èoo bat upt befcnbsp;en bicrgcljjfte boojbeelbcn blftfit / tot ftoebanig een bertautobftepb cn engte Con-ftantiflopei gcbiogt toas/ 500 bat fp niet ianger (taan ftonben/ ban/ of boojbe
ïl } nbsp;nbsp;nbsp;gunfte/
-ocr page 84-62-
öunfte öfr iKaDometjancn / ofte two? öarcc onifetlttige ttoce-fualteit* alfe tcfe Oaace bontien 5ijii fiaac Jontoteióost uptgckiaUeit; naöcmaal 6O2t0 baic opnbsp;boo2 Mahomed Conftaiitinopol ijs tngettotnen / en met eenen fiet gefieel oDofla'-fcDe föepfecqjfi beimetiöö/ enöe atfoo ooft geen ^ooft meet m Oet lt;®a?nbsp;(len tö öbecgcBleben / öie öen ïioomfcöen jön boo?5ütinge en ©ppee-ltoofbtgsnbsp;ïjcpb fean öettotfien, en immec nsemanii ban fiaac bcnficn of poogen Itan 5tgnbsp;bat gc5ag aan te fteftfien. ^a self# nt be ^ceiben-ttotfi: ftebben bie ban Con^nbsp;(lantinopel sig ïjet oojbeei ban #auït Engenius de i v. onbettoojpen / en aïfoanbsp;tö gcftïjteb/ geïijb onfen ©?ofeet 5egb / bat Dace Oiyc is in Egypten gevoerd;nbsp;3llHe magt ban Jüegeectnge / alle fetjatten en rijfibommen tipt heeften en ïitoOinbsp;(ïecen goebecen ontftaanbe/ ?ijn bp Daac beriooeen/ en ban be (Cueben bec5bgt;ol^nbsp;nen/ 300 bat fp 5elf!S onbetflanb / en fuDfibten upt be j§cDat-bt(le ban ïiomennbsp;becfcDepben-malen becbcegen Debben : uaaac be ©Ipc bie be Somaniften bec*nbsp;ftregen Deöben/ gaat bit aliesi te bobert 3 ^p (lellen 30»nDjbsi / immec bcbefii;;nbsp;gen be Coningen bec 2lacben. egnbc upt Daac name gefcDieb be ^albinge ennbsp;Ccooninge bec Coningen boo2 be 3{actsi-25i(fcDoppen Dace ©alfalcn / enbe alnbsp;toat DePÏig bjo^b geDonben / 10 alleen boo?taan op be macftt ban befe gcootenbsp;itoop-flab Egyptus te binben. ©eegdijft SCpoc. 18: öiSij. 9(lltoaac DP onbecnbsp;beele Doop-bjacen ban befe gcoote ^tab ooD noetnb/ Wei-rickeude Saive endcnbsp;Olye. Cn lt;Êfar. 57 i 9-
5Sa bat ben 5d[ben p?ofeet capit. 14: i. Dab boo,25egb ben onbeegong ban Samaria (ban boelftc bjooeb op 3ön epgen titel) bat iss ban be ï|ooD:-|lab bannbsp;Det Co(ler|lDe öijöConttantinopei, 'tgectt 3Enno 1453. banMahomed dcll.nbsp;met geutoeliDe fïagtinge/ bloeb-(lo?ttnge is ingenomen; in toelDe fiicie 01* nognbsp;long / nog fötnbeccn lelfst met Daac .ïlBoebecsï aan be 25o?(len 3»jn gefpaacb;nbsp;300 noobigb DP WjbecjS tot beDeccingc alle Det ©olD lt;©obst / oiibec ben nantenbsp;ban fïfcacL .... Cn bat boo?nameltamp; in 2 Icben. Cecfl in een boaac-ogtige en opeegte Delpbeniffe ban 3otiben / toaac in fp alle epgen bcctcoutoen opnbsp;eenige toecDen en babienflen btc3abenbe / boo? een baaacagrtg geloobe be Ce-ccgttgljepb cobs in Clpifto mogte aannemen/ enbe op bien SCltaac offeen harenbsp;kalveren der lippen, gei 2. (Cctt ttoecben baac itt / bat fp alle bectcontoetinbsp;op be magt en Dnlpe ban be25acBacen 30uben bec3afien; baac beneben ooD allenbsp;fiecDepb en (loutljepb op Daac epgen magt entoapenen; en niet minbee alle bp^nbsp;geloobigDepb en cpgcntoillige CobsS-biend / ’t geen te meec / baac boo? toecbnbsp;aangebeongen; om bat fp 3ig bog bonben in (laat ban Weefen , boclDcc oogennbsp;aliecrt op Cob Bonben 3ien/ alsi op ïwcen ©abee/ gjs 4. A s s u r en zal onsnbsp;niet behouden: wy zullen op geen Peerden rijden (jèecgelijB Cfai. 30: 16.)nbsp;en wy zullen niet meer zeggen tot het werk onfer handen gy zijt onfc God:nbsp;Om dat een Weze by u zal ontfermd worden. beloften bie ttU tPpbCCei
balgen/ 5ört beel Decciiftec en uptnemenbec ban bat fp op be tien j§tammen na Dwe Ipcg-boecingc in be WP?ifcöc gebangeniffe Bunnen gepad tooeben ; enbenbsp;3i)n jelfis ten tijtien besi .ïHSeifise geen3ins becbulb/ baant fp en b?uBBen niet uptnbsp;een beigatomngeban eenige boepnigen upt betoecdcopelingen onbec beio.^tam*nbsp;men / bseiftecsi gcois W fll.ei Det aan ben oebec ban / maac m
DoHen
-ocr page 85-Schat-kamcr der Zinne-beelden en Voor-beddcn, 63
boïkit ooöll be.ö lt;Êuangdtmn0 bic cctfl boo2 Set cunbc bcr aïcutocn onbcc bc 5cbntóc ©afuptic tsi tocg-gclcgb. ^icfe maac lecfb / 5a! öïfc ban obcctnpcbnbsp;^aan/ cnbe iKt lt;i5«(iliamp; Affur iiaaft btnbcti.
ïDe biacöï cn o?b?c bec saftcn in bc ^jofcct Mich?, lepb onö in ftct 4. Cap. ©SS 14, tot ben Rcgter Ifraels bc ]^£ccc CijciftusS / cn jtjn fmabcüjbc inibljatvnbsp;bclingc bon bc^lobcn/ bpronbee ban bc ïiomcpnfcöc ©cpsoftneoten/ ban iacifte
ï)p albUjS fp^CCebt t Nu rottet u met Benden gy Dogter der benden , die een belegeringc tegens ons zullen (lellen 1 die zullen den Regter Ifraels met denbsp;roede op het kinnebakken flaan. €nbc Om tC bCC5toaccn bc Ol'UbJCliMlCpb
ban befc fcOcn-fiufibcn/ 300 bcfcB?ijft fip Cap. 5. ©b i. bc nptncmcnbljcpb ban bien Regter Ifraels, al0 bic bJcl na bcn blccfcge upt 25etlef)cm 3oubc boojtbCMnbsp;men/ maac welkers uytgangen van Ouds zijn » van de dagen der Eeuwig-hcyd. ïliei; op beeftonbigb Dp CiObSS bolgcnbc 00?bccl ©SS 2. Daarom zal hy,nbsp;namclib bc ïtegter ^(taclö / Haar, namdilt bc ccbellc ^oben / overgeven,nbsp;namclib tn fjatibcn ban bc ïtomepnen/ cn ban onbccc ©olltcccn / bic Daac bannbsp;^CUibcn af 3ljn gcbolgb; 500 bat Jerufalem van de Heydenen zoude vertreden worden ütut. zi: 24. 5ib 300banig een (ïaat binben bJp bat Eanb ennbsp;©offi op befcii Dupbigen bag toe. ©ergelijb ï|ofee 3. Capit. Cn tot }joe langnbsp;toe 30Ube öaac ballinfcDap bup?en i Totter tijd toe dat fy die Barens noodnbsp;heeft baren zal, bat isi tüt bat C'Ob.b ï^cilie btc jboaitgec gaat om baar te fae^nbsp;fteccen/ eenss baar getoenfcötc bectoagtinge 53! erlangen: Pauius 5cgbïïom. n.
Tot dat de volheyd der Heydenen ingaa, ende als dan zal geheel Ifrael zalig worden, ^it bJUamp;t bC ©?0fCCt UPt: Dan zullen de overige (ijner Broederen wederkceren tot de Kinderen Ifraels. ï§p OnbCCfCiJcpb 3ifracl itt tblCC
500?tcn: I. gin bic i»cl 25?oebcccn CD?i(li 39»'na ben ©(eefcljc / maar ban bem obergegeben in bc banb bcr ï^epbenen ; gclijh bc bcrflobtc goben. ®cnnbsp;anbeten in be gcenen bte uptgoben enl^epbenen geroepen/ uptittaben bet toarcnbsp;gfcael Cïobss. (Cot bat gfrael dobst 30Uben bic 25?oeberen tnebccbecccn / nanbsp;baar langbuucigc flabetiiPc. I^ier op laat bP boIgenCO?i(Ö Coninbiibe cni|ec^nbsp;beclilte ïicgecringc ober 3!jnc ifecebe / boo? ben .Scepter en ^taf best Change^nbsp;liumss / ’t gene baft obee be Bcfjclc bjccelb 30ubc berfpjepb too?ben / selfsi gdntsnbsp;cenbe bc tjjb ban bcr goben bccbacbinge/ ©ss 3. Ende hy zaï (laan, cn wcy-den in de kragt van Jehova, en in de verheventheyd van den Name Jehovanbsp;onfes Gods gt; ende fy zullen woonen •• Want hy zal groot zijn tot aan denbsp;eynden der aarden, / 3ie toat Op allc bcfc bingcn / Jaa mibbcn in befcnbsp;3önc bupsboubingc/ 3ön J^erbe/ ban Assur 30ub« bejegenen/ en ïjoc bp bennbsp;obeemoeb taan A s $ u r 3oubc teugden / alfoo bat bP befc Denaubotbepb bannbsp;dobss ©oöi boo? cenige tuffeben inbomenbe bagen ban Vreede 5oiibe matigen.nbsp;Ende defe zal de vreede zijn: wanneer AflTur in ons Land zal komen, endenbsp;wanneer hy in onfe Palcyfen zal treden ( toaimccc bC ^ratccnfcbe / (CurfU
ftbe/ en anb?e 25arterifcbe J|ep?legerss 5ig in|lo?ten 30uben in betCb?iftenbom;
Zoo zullen wy tegen hem (tellen zeven Herders, ende agt Vor(lcn (epgents Ub GefaUden) der meufehen. 1©00? ï^tbcrö buttllt mp bat tod buiincil bcc^nbsp;fiaan tootben aan3ienlibe^cb(ibeferfoonfn/ ^Siffeboppen en 3larbp-25t|TcDop^
pen
-ocr page 86-€4
HIETvOGLYPHICA, ofto
pa oirtlt;iamïi/ tie ooft ea (taf ontec te teficneii ban toe ï^crtas? ep5!at boci een: €n toaacom niet onta tie ooft ftaac «^pperftooft: ^?fc jftn te ©eefoo#nbsp;i(cn tie boo?natncftft in tefen Sienligcii^o’loo te Ccomnettc ban aUami seWa^nbsp;jen ftebben / en te Coningen tot te 3elbe aangejet: sSogtanjS tit bjaca anteenbsp;ïgecteeo tan te 7. Engelen ban te 7. ^emepnta: lt;0ot fteeft nogtano ooft ftaaenbsp;tiend in tit toerft geb?iu*t* 3^eben0 ftaae toetta ooft genomtt 8. Gcxaifdcnnbsp;der Menfchen, tat to iioQ mcectee ©ojfla / finten / ja Coningen 3elf«i/nbsp;tic fiaac 5albinge en bcbeitinge ban tefe Ëet!S ontfeena. lt;©tc nu te toc-paffinge ban tefe boot5cgainge met te bcmtHinge 50camp;t/ ftoebe niet becïcgai tcnbsp;3ön:nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;3ie maat na te ^i(lo?ten / ban tec €D?t|ïena ©ojloga tegen tefe
^aebaten en bjjeete Aflyriers. ©ec0 5. Die zuilen het Land A s s u a s af-wcyden met het Zweerd , en het Land Nimrods in des zelfs inMngen ; al-700 zal (een) ons redden van AfTur gt; wanneer de zelve in ons Land zal komen , en wanneer hy tn ons Landpale zal treden. «Dat tSt fp ÖCII
«Oojlog tot aan te «©eenfen tec ^erfett en ^ai'acenen te ciiggc t^ijben/ enlt;©ot 3al 300 een ©02(l bectoeftften / tie jfjaat: upt te ftant ban a s s u r 33! etótennbsp;cn uytrukken. 5Daac ban een 3igt;«tecling ©oo?bèelt boae? tc Eege-ftaftige ebee^nbsp;boirtiiinge Hcraciy, bebogten tegen te ©eifianen/ toaac ban boten gefp’oofietinbsp;tsS JCnno 610. «gnte nateeftant te fteeclijltc obcctotnniitgen ban Gothofridus,nbsp;tie ^eeufaiem tngenomen / ente tot een Zetel best «Coninftcpi» liecft gcflelt;nbsp;en 3eec becle tiecgelpe optogteti bcc «Cftaflenen tn tc Slantcn bet* (Cutften ennbsp;^èaracenen: 2C( frtjbon toaac tsi/ tat tefe «i(lc niet isi befientig getoeeft; tm*nbsp;mcc 3ijn taac too? bede Cöiiflenen gecet upt tc Dant tefet barbaten / entenbsp;3Dn 3P getbjongen 30?ge te t?agert boo? fiace epgen lt;©?enfen ; ente toat beftoc?nbsp;ben top te 5aah beef ftoogec op te toen tan tot onfe epgen tijten tie top bele#nbsp;ben; 5^1 top 5ien te gueften upt toe ©eflingen in Hungarien , ente Moreanbsp;bect?cbeu/ eit jong(t nog ten Keyfer om te ©zcctc fmechen. .lt;©ot gehe maaunbsp;een goet ennte tot bccguiftfttngc ban lt;©otss bect?uftte iScefte/ aan tefeti bloetiinbsp;gen «Dodog. gn ftet beebolg ban ftet «Cap. gaat ftp al met graten boo?t aamnbsp;toijfai ftoe «©ot 3P l^erfte 30ute 5êgenen / ente 5upbcren / tot tat ftp ftomtnbsp;tot te cpntelftfte upiroeptnge ter ©panten/ en ooft ter etgecmfTeit. 3©p 3nl(cnnbsp;tefe tingen epnttgen met ftet firagtig argument ban Hieronymus, toclftc tenbsp;letterlijfee uptleggtnge ba*toecpt / en locftent tat tie in ©uten (Cftten berbultnbsp;3ürt in ftet 5lfbae! na ten bleefcftc / ente te Aflyriers ftaare ©panten. zoonbsp;fp?eeftt ftp ober ftet bolgentc 14. ©jS / ente obec3ulft^ ober tit gant(i®e Capit.nbsp;Laat nu ecus het vleefchlik Ifrael hier op defe plaats antwoorden: Of hynbsp;moet zeggen dat defe dingen gefchied zijn, ofte nog toekomende? Zoo hynbsp;zegd datfe getchied zijn» laat hem eens een Hiftorie voorden dag brengen»nbsp;laat hy ons geven dc autoriteyt van Oude Boeken. Laat hy ons keren,nbsp;dat alle Heydcnen , met Ajfur wel eer Iftael zijn onderworpen geweeft.nbsp;Maar indien hy zig met ydle hope voedende , mcynd dat het geen hier gezegd word nog gebeuren zal : Wanneer dan Chriflus dit zal Komen doen,nbsp;wat voor Afgoden f ftp 5itt OP ®)S 9—13.) hy dan uyt Ifrael zal uytroeyen;nbsp;daar fy dog np gcciie en (liend ? Wat Boflehen daar zullen afgehouwco wor-
dfnj
-ocr page 87-Schat-kamcc der ZinQe-bceldcn en Voor-beeiden. 6^
den ; daar fy gcene en heeft: Wat voor Steden uytgeroeyd lullen ¦worden, daar fy alvoorens zijn uytgeroeyd ? Wat voor Waarzeggers weg-genomennbsp;2ullen worden, daar fy’er nu geen en heeft, nog roerrid te hebben ? Nog-tans zit de Bogter Zions al de tijd door verlaten, zondcc Altaar en Priefters,nbsp;en terwijl anderen haar vrugt op-eeten * zoo belooven fy zig met droogcnbsp;kcelcn toekomende dingen die fy niet ca kennen.
8. SijS II. Salomo hadde een Wijngaard te ^aal Hamon. t^at 10 Chrilius öcit bJocctt Salomo , joubc til 06 laat(lc tglKIt 3ijnnbsp;Kerke bccfpjcplï fjrftbcii öoo? it6 3©ecdb tDtib en lijb / onbec ’t ce-tup0 ban bede ©olftcrcn / a^atten en ^teben / bie in gemoebecen/nbsp;5cbcn en manieren/ en taaien ^ ja tn ifóerften-seben / en fo?mc bannbsp;pe0 3elf0 regeeringe becfcittacn jonben; egter beöoubenbe be name en gejlaltenbsp;ban Cöjiftt Wijngaard, ban todfte men pct0 lt;©oeb0 bcrïoagten mogte. Baainbsp;Hamon bebtipb een hooft , bat tö een Ijooft-plaatrc ban bjoclingc en gempfet).nbsp;apt bit oronb-tooojb Hama, Roemen be l^eb’ccn een gcoote jföoop-dab / eennbsp;Kiriath Homya, ban gcbjoci. Rofch Homiot, j(|ooft-plaat0bgar0etooelnbsp;10/ 3p?cib. I: zu
Dgt 10 be aiber-aanmeeftcltfilïe i»i»ft-fiab bc0 éebtcb0 / bie copb in bc a©a‘clb t0 getoecfl; een (toneel toaac op te befrijouiuen jtjn be aiber-aanmecltdibfle booeballcn bie oopb ben staebbobem bettoonb öeeft: 35enbsp;€cf-bpanbinrtc ban 4gob0 !KecUe/ 300 boot / al0 na Ctjiiftt tijben / 500 na tenbsp;letter/ al0 na belt;t3ce(i(ijfte bebnpbinge. jscfaamb iffe bocö öaar eerden j^rigonbsp;ter Nimrod, bC ïtoinb0 Zoonc ban Cham Hpt Chus, lt;0enef. 10.^0 8. Endenbsp;Chus gewan Nimrod gt; defe begon geweldig te zijn op de Aarde ; 3^at 10/
een groot ®pjan bie alle0 onbet 3ijn getodbtge Oeerfdjapppe bceb jugten / tn alle gebieb aan jig trod, öpt een Eoon ban ban een ^obloofen Cham , 10nbsp;baar gronbfïag gdegb/ en ïjaat gcboiihj opgerefen; enbe be berijebenbDepb bannbsp;iKOT naiuiren biefe nabcrljanb gcfligt beeft/ mag te regt een JBonber bc0 JBc#nbsp;Klb0 genaamb tooiben, 35e iöoomfdje iBonarcöie fieeft gelijfee begmfden gcsnbsp;jegb jn ijet bioeb ban Remus, bie bob? jijn as^odia- ïïomnlM0 bermoojö 10.
AiTur,
-ocr page 88-ê6
Afiur, bif Döoomoeö onöuititg / frïKpbe 313 öf / «1 toutobc Nineve. «©efc ttofe bongen ban pb«r na be lifeonaitfiie / toelöe sSaMiS bcctoaitinge moed ia^nbsp;ten aan Afliu bede «Éeutotn lang: tot batfc Oaac ftecebe tot Nebuchadnefarnbsp;Coning ban 25aamp;cl; en 3ijn s^abolgecsi: jDelftcc (©ppet-ljoofbigc ïtcgeccingcnbsp;00b niet lang (lonb/ maac boo? Cyrus beperftaan becinettgb tsi; gelglt Daniël/nbsp;m alle Cfebcnb-fclbiftert onp lecreii. l^aac ödaa.^ I in plaatfe ban bit lt;0«benbsp;gsabel (bjeKiccji pupn / meer ban ptagt enbe ciecaat nu eenp ban be Coningennbsp;wan Perfen, ban ban be Turken be5eten) iö opgedaan een nieuto. (©eedlib 25a-ijel / bjaae ban bed ban toeeben geootbeelb u»t be beginfelen en boegtgang enbenbsp;uptcede ptagt/ en epnbclijlie betbjoedinge ban fiet lt;©ube.
«I5entelbe Nimrod , 5COb Mofes , bOUtobe Bae EL tot een bcginfel fijnes Rijks: lt;©3t tjS tot een ©ooft-dab. Cnbe tot bjat ooginecb leecb Óp onis bec?
bec Cap. n. Ende de gantfche Aarde was van eenerley fprake , en eenet-Jey woorden, aubecp Redenen. 51^ onbecfcdtpbe befe tuiec bingen/ cenerley lippe, [jet toclöe beiiupb ban be 5elbe taaie/ enbe eenerley woorden , ofte redenen 1 bit bebupb een en het lelve te gevoelen, ende te fprecken j ttog niet
becbcelb te 3ijn ten aan5ien ban politic ofte Clob^-biend. Aflur en be 3ijnen inacen toe nog niet in daat om ban befe ^Sabploniecp dcijbig te becdOHIcn: Cnnbsp;bat fjp boben gesegb 10 van defe, bat 10/ Nimrod en bc 3ijnen upt bat Eanbnbsp;te 5ijn uytgcgaan , Capittcl 10. ®0 II. 10 bp boo?-bcc0aal 3e5egb / alfoo bdnbsp;boojnemen enbe fttgten ban 56abcl beboo^b tot bc beebjamngen en be oo?fafecnnbsp;ban 5ijnc dDepbinge. CSelijb ooit bc anbie bingen bie aangaanbe be berbeelingcnbsp;bec Cplanben. onbec be pölbecen bp boomhaal i0 gefptolten. lt;©m nu befe een-fjepb te beamp;ouben/ 5ie toat boojnemen p fmceben $04. Ende fy zeyden, kom.nbsp;laat ons voor ons een Stad bouwen , en eenen Thoren wiens opperde innbsp;den Hemel ïy. jpat ccn ^tab 5P/ ban tbJee3itt0 berdaan hjojbcn. (a) Ma-terialiter, ten aan5ten ban bet upttoenbig getjouto. (€en anbcmi formaiiter,nbsp;cn ban bebupb Dct een ^taat: jsepbc 10 bet alfjiet: be 5in. apant een donijbcnbsp;^tab alleen 50rtbee fjct bojmat ban een t§Mat boo? apetten en peebonben tennbsp;bc cenigljepb niet beöoubeii ^ ban een Thoren, bat 10 aaiBienlib becöebcn Cie^nbsp;boubj/ p?agtlt;g en 0Dg5igtig gedigt tot een bp-eenbomde/ ’t geen fp Pargamusnbsp;noemen / toeeb 00b een ïgooft-dab Pargamus genoemb. 25epbc 10 Oet bietnbsp;toaac., ssiemanb egtee 10 300 degt om te geboden / bat befe 25aafcn 3ig sou#nbsp;ben onbeebjoteen bebben / een Cïebouto te digten / 't geen met 3ün bcupn benbsp;be apolbcn booibooib 30ube bebben ; of bot cenigc iPenfcljdijbc bund ’t 3dbcnbsp;ban bc g^-onbecen cn (Cempeeden 50ube bunnen betoacen. ^p babben ban 00bnbsp;in geen laagte moeten digten / maat op een 25erg / baec baat’ funbament beelnbsp;boogec aoubc sijn gcbiccd / ban bate fpitfe bonbe opdcngecen. ©efe tooojbcnnbsp;bectoonen ban bc uptteede p?agt enbe teotfe ban baac boo?ncmen. Cn bat bietnbsp;bc ^c(j?ift / 3i)n ned in be boogte dtllen a(0 ecnai 3lleenb. Eie op be (Citelnbsp;Arend- Cn bJ3ac toe[ Op dat fy een Name mogten voor haar maken , tennbsp;eynde fy niet over de gantfehe Aarde verftroyd en wierden. Ccn N a m e,
Ittaac ban baan te boo«n Mannen van Name al boo2 be ^unbbloeb bebupb in bet 3P.celbigbe bet boogdt gesag/ €5ecö, i6: 14. Van u ging een tiaam uyt
onder
-ocr page 89-Sch'at-kamcr dec Zinne-beddcn en Voor-beeldéti. quot;'éy
onder de Hcydencn. nbsp;nbsp;nbsp;itl bilttnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;/ ttcinipil ïjet IJOOJ?
to;tp ban 0nt3as enbc bienft. lt;©eitcf* 4 I 2^6* Naam Jebovah aan rocpeu. •JBctCi?. 4J i2. Want daar is ook onder den Hemel geenen anderennbsp;Naam, amp;c. ï©aac tcgctl ttaat het merk-teeken gt; en den Naam des Beefts,
^ccal. 13 J 16/17» btpöe bingen poogbcn bte JilScnfcöcn te boen. €n
jf)0C 50Ubfn top anbfCiS bec)taan bat Nimrod een geweldig Jager was voor het aangezigt van Jehova ? ^inmec Cm bat ÏJp btt Uafllê «1 «èob.Ö-bicnfi/ fcït icS
be obeclcbccinge en toöfe om bie name te belijben totlbe becbinbcn aan jijn ge^ 5ag: 3®ant bat 3oube be gcoDtflc ondinnigbepb Jö» octoeeft / bpfonbcc in btenbsp;lub toanneec bc afgobccpe nog niet bc obectianb bab/ nogte men geen opentbbenbsp;name ban bte bmi jehov»h nocmbe/ een antocnlt;jSgt;ob op te toetpent '^et tegen^nbsp;beel ton:b ban Nimrod tn gcmelbc plaatfe getupgb» ï©P Onan bah boo?t: tennbsp;eyndc fy niet mogtcn verlhoyd worden i bat iP in becftÖepben petten cn gC-=nbsp;welcnsi bnfcOillen ban ben anbecen. toiïben ban geofferd öebben aan Jehovah , getijb Cain tiab gebaan / aJ fcljoon ftp be gcmepnrcJiap met lt;©ob boojnbsp;ï)et gdoobe en be toeeben ba- liefbe bab berfaabt» ^p en tcagten oob niet tênbsp;beletten be beementgbuibiginge beiS SBcnffbcItben «©eflaghS op ben 2ïacbDobem/nbsp;toeibe een jegen toaei / cnbe oob toaiï bet enmogetib / bat alle be ©olbecen mnbsp;500 engen Territoir feoiiben bcfïoten blijben: JiüWtH: bat tnepnben toas genoegnbsp;tot bet fb’meecen ban een ^tiebaam upt alle bie ©olbccen / baar allen fsamennbsp;cenm cenigen iCbtoon te onbettoerpen. lt;J5it oi bwbe oob boo? geen enftlc eenig^nbsp;[)cpb in be politie beftaan/ ten 3p be febmringenin lt;0ob^-bicnft toierben boo??nbsp;gefiomett.
:©og bit ®cotiS botonemen bec ilsenfeben/ toisbaagbe onfe lt;j5ob be Jehova op bet albecboogfte/ toaar om bp ’t 3eibe oob ba-ftconbc/ alss 3ijrtbe een attentaat tegen 300 enbe een guetfingc ban 3ön Majefteyt.- ï§p verwarde dannbsp;hare fprake, zoo dat fy ophielden de Stad te bouwen, endc verftroyd wier-(den over de gantfche Aarde , boarcm noemde men haren name Ba bei..
^at iss te 5«05«i/ bectoeccingc / beemengitige; ban btt (02onb-tootob hhn Baiai. €rt fjtet lipt bcböen bc ïgepbenen gefmebet baar ïïeitfeh-ocbegt tegenisnbsp;Jupiter 3 toelbe aaifen ben cenen 25ccg op ben anbercti souben gcfiapelb Ijeb^nbsp;ben / om gupttet ban ben ®lboon best liemtl^ nebee te tocepen / maar boo?nbsp;3nn ^onber en isltrem ten oföronb 3ön beciïagen. 3©eibe öeufcitngcn tot»nbsp;enter Douöen boot een coob ban bat bper ber toaarbepb; toaar boo? beaoblibcnbsp;i|i(io?te te meer too^i bebedigb; toant altoaar Ijet tooht baar iet bper.
ï^èt ooabeel ^obs isS ban de verwatringe der Talen, enbc bc baac upt Ontdane tto^ en bertoartinge ban bat toerb / 500 bat fp ben «enen ben anberen niet en 9i»?ben; en opöiclben ’t toetb te bontocn. ^st i.et 3eer bebenfedib / ofnbsp;«erft bo^egaan 3P een enfile ttoift toegenst be lt;0pper-f)oofbigljd»b / en bat bitnbsp;mistbetdanb 500 ftaog 5P oorefen / bat fp ban ben anberen sjn getoeben / enbenbsp;3ig toijb en 3t^ ötoc be Uarbe ba-rp?epb hebben : 3©aar upt ban ban 3elfst eennbsp;berfcljepbentocpb en ftepb in 3oiwn en in taaien moet 3ijn gerefen. USen toeetnbsp;hoe i^afi een taaie bie niet or^r een j^atte/ baar be 3oben en btinden bloepennbsp;toerb ortwlDowben / en ban j^ber tot ï^nb obergelcberb / berbafieeb en bet^
3 2 nbsp;nbsp;nbsp;anberb»
-ocr page 90-6S
mttiecö 5 ja 3clfsS Do« bcel tecanamp;mnoe cciiê «ïScuhw öt'Bnicwfss aaiiÊjaiöti. ftccirft öH öccft ooft plaatfc gefiati tit litt gebaf. ®og om öat niet alleen fcenbsp;üccanïioinge ban rebenen m gcmaetKven / maac ooft bad btifonbec be nccbjaie^nbsp;tinge bet lippen en taaien bjetb uptgebpifit / alö een oojfabe ban be beriïtopimnbsp;ge obee ben ganifc0cn3Earbobeitt : Zoo joubcgifi naafl geboelen/ bat piet eentgnbsp;5onberling toonbec-bjcth fcöielili 5P tiiffcDcn Bepben gefeomen. Zie gp berbeenbsp;tta bc öebenMiltfteben ban be geleeibcn l^eet Stciiiiigfleed , bie 3|b en atóecennbsp;bsrWijb bween bat ton petn in onfe (Cale 5aoett obetgefet.
^at bit 55aDel ist ceii ©oo^beelb getoeejl ban ftet Hnricöjifïifclie 55abel / isS ^00 liennelib / bat Oct ban niemanb bie be ^Ijeifmuc boo? lt;iBob.o ïlDoojbnbsp;1)010 / en ftan gelortjenb toceben. Eeesi maac ^poM4J 8. en i6: 19. En-de de Groote Babel is gedagt geworden voor God , amp;c. «Cnbe i8; 2, Synbsp;is gevallen gt; fy is gevallen, de Groote Babylon. lt;!En 4*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;uyt van
haar mijn Volk. Zoo bat ^oaiinesi l)et baac booj boub / bat bP geen nabec toepalTinge op befc of geene Haat/ bie ftp boo? 25abel becHaat/ beljoefb te ma^nbsp;ben; maac bat be geene bie 500 een Itecftlijtie naonaccDie aio W befctoöft cepdnbsp;boo? ï^ce oogen 30uben oanfcDoutoen / toet Daad jien jouben ban toelfe 25abefnbsp;Ijp fpjeeftr. «Èn niemanb ban beTheoiogi isi 500 btoaaiS/ om öiec te b?oomennbsp;ban ecg oub 53abel / ’t geen ban Ccatoen af onbec 5(jn pupn bcbolbcn legb.nbsp;a©aat upt ban met oenen blijftt befe jeec öoogjioobige aanmeefeinge / bie bannbsp;beelen niet toaac genomen toojb. 0^1»» lt;/»« piaatfe» der heyiige ProphetUn, in
Kilke van dt trotx.e , en ondergang van Babel , in zoodanige hoogdravende nytdruk-kingen word gefprooken , zoo ten aanfien van haar hoogmoed , als ten aanfien van haar fchtiklik oordeel j het geen na de letter getuygd word y maar als een fchaduwenbsp;moet aangemerkt worden, ten opfigte van het geen het tegenbeeld vertoond. 3©ant
een (€egcnbeelb tb altoost reèeidcr jaftelijbec en uptb?uliftclöltec ban jpn ©oo?# Bcdb. lt;©döS bp ecempel/ toanneec €fal. i ? : i - 10. Den lalt van Babel:nbsp;Want dc Sterren des Öemels, en fijne Gcfternten , en zullen haar ligt nietnbsp;laten fchijnen •• De Zonne zal verduyfterd worden gt; fy zullen haar ligt nietnbsp;laten ligten, de Sonne zal verduyfterd worden wanneer fy opgaan zal, endenbsp;de Maue zal haat ligt niet laten fchijnen: Want Ik zal over de Wereld denbsp;boosheyd bezoeken , ende over de Godloofen hare ongeregtigheyd (I^Otat
i^p fp?eefet ban »at)el / en Sp b?ubt jig «Pt te beeftaan bc a©ecelb bcc lt;0oblo? fen ofte bec gcenec bic genaamb too?bcn be intooonbecsi bec Uacbc in bc Sfiposnbsp;calPpfi^ / ta sdfsS bc ^upcDdaccn in bc itpttccliöc ï^eefte) Ende Ik zal dennbsp;hoogmoed der flouten doen ophouden, en de hoovaardye der Tyranneu zalnbsp;Ik vernederen. i^Ct ban CCtt gciUCCn 00?becl. Daarom zal Ik den Hemelnbsp;beroeren , en de Aarde z«I beweegd worden van haare plaatfe.— Alfoonbsp;zal Babel zijn, gelijk als God Sodomaen Gomorra omgekeerd heeft. Daarnbsp;en zal geen Woonplaatfe zijn in Eeuwigheyd. Sy zal niet bewoond worden van geflagte tot geflagte.—- Daar zullen leggen de wilde Dieren dernbsp;Woeftijne, amp;c. 3llllc befc bingcn tc toillen joeben in bc inneminge cn bcccaf*nbsp;jinge ban ©abd boo? bc ©cefen enbe jiacbcn is* b?ugtclocisi / nabcmaal fp tennbsp;tijben sdfSi ban iïtfWObec onbdi Daiio nog cen ï^ccclbsi toonbee tsi gctoecH;
geiijb
-ocr page 91-Scliat'kamcr der Zinnc-beddai en Voor-beeiden, 69 Cciijb ü»t Q. Curtius han gluten hjojöcit. torifec 5iif{cn oofe {«laar ia'
amp;atUttCriiClij!lC ttocebe iSfgCl 1 Dat Cod vaaragtig klijft, als hy van Babtl g^m^gd dingen die tn Babel na de letter niet vervuld en üijn ; om dat het woord Babel in Ji'jnnbsp;rttymte moet genomen worden , zoo dat het ook fijn Tegenbeeld infiuyt. lt;!jfl iïCfC ïtCgCl
ijceft ecu algemeen gclKuplt op alle biengelnfee pc^fjerien / bie te gdijft een ©oo?bcelö en (Scgentieelli iniïupten. ©pfonbec Iet ooö op te pjo^tie €faf. 14.nbsp;300 iz, Hoe z\}t gy uyt den Hemd gevallen , O Morgenfterre, Gy Zoonenbsp;des Dageraads. cn pjaarlilibaac en 6an geen ©oo?tieeIij 3ön öat grootet gc^nbsp;lijlsfoptitglicpb Dccft met 3l)tt (Cegenbeelb öan bit, 3©p swïkn baat Pan eenigenbsp;lacpntgc blpfien gePm.
1, nbsp;nbsp;nbsp;^n paat geweldig jagen en drijven , otw alleö ottbet fiaat gcBteb tenbsp;P’cngen ; bat ?ijn ban onbis be poogingen Oawe jstffcöoppen gepjeefl / gelijftnbsp;bit b^eebec ftan gieten pjotben in onfe apöeggingen oPet be ©penbacinge Pannbsp;SioanniiS / altoaac top gahtfepe ïSegiflecss Pan ssiffeOoppen Pan utornen agtecnbsp;malftanbcten gebben geflelb / bic bit Piccö met be gtootfie toifï gebben boojtge^nbsp;jet. SCljs 00b m onfe aptlegginge oPec get ïgooglieb ^omonsf. iliemanbnbsp;moet get peebgeten Momseus in Myfterio iniquitatis giet oPcc te Icfcn.
2. nbsp;nbsp;nbsp;3|n get cynde ende oogmerk van dit drijven, get gectW (in bet baabnbsp;jgnbc Klatl^ en 3©ceeïb3S / allS baat tjs be begecrlikheyd der oogen , en bes-vieefchs, en be grootsheyd des levens, enbe cett onuer3abe{gamp;e gecefegsupt/nbsp;bie niet en gan ban boo? Kijfebommen en aacbftge ^egatten beegtegen pog bc^nbsp;fiouben tooien) beraantelb toietb met befe jpecieufc ofte oogfcKjnenbe Poo?'nbsp;hjcnbfelcn. (a) ©at get onmogeltg toaiS be bageligfcge opgomenbe iöettcrpen/nbsp;ittjfonbec bie toe tn get ©often getoelbig be oPecfwnb Dabben/ te bempen / bannbsp;boo? een ©ï^ct-goofbige / ia ©en-goofbige ïiègeeringc en j§toei Pan ^utoti^nbsp;titept. (b) ©aac-en-boPen/ bat 3iilhs! noobtg toass om Poo?taan altnb te feinbsp;biacen bc eenielepb in get gekiof en be umformiteyt bet ï^ccgen in Setgeiggenbsp;2eben enCetemonien: 3©aat toe bpfonbec noobig toas bat alle be ï^gen Pannbsp;be 5®etelb in gate Leiturgien of Jpó?mulicten Pan ben ©icnft / gcD?upgsnbsp;ten be Koomfege of Eatgnftge (^ale: ©Pen gcigg be^tigtetsi Pan ©abel allenbsp;ttagteben be jelPe i©aafe te begouben: a©atcltlt be ftigtlnge Pan 300banig eennbsp;^toel Pan ©ppec-ge?ag tot ïïomen/ Pan toellte alle ï^ergen afgingen/ isi nietnbsp;anbecs ban ’t geene boo? get boutoen Pan een Stad , en Thoren , wiens op-perfte in den Hemel is, afgebeelb ijS. €n goe gan men €g?iftu!S meet na mnbsp;Ccoone ftaan / en ben üiemel met een ileufen-ttotfe gebiget befto?men / bannbsp;ol.ö men aan 500 een ©ppet-gooft toefcg?öft get booitegt ban onfeplbaatgepb/nbsp;enbe ben 1^. ©leeft teebinb aan 300 een\;gtocl; ia 5elfsi toanneec men 3ig aamnbsp;matigb' toefenttogt becanbetingen te magen in be Eeece / en be gepKge ^acca-menten ban ©giiflo ingeftelb / en be ©lemcpnte ewgoub ben ©?ing-beget innbsp;Öet jSagtmaal; be aitgamelgge tcGentooo?biggcpb ©g?ifti in be iBifte b?öft/nbsp;en gem baat plaatfdig tcgentooo?btg nanfaib; ben p?icfteten get eetlig geb?upgnbsp;bet ©?oubïc ont3egb/ en gebieb 3i0 te ontgoïtbcn ban fpijfen bie©iob g^rtjapennbsp;geeft: ©e ongehoopte ^inbeten bet ©idoobigen ben l^emel toe ftupt / enbe innbsp;^?e ontaiipge poincten ©gtiftum openbaat in get aangesigt tegen fp?eegt.
21 3 nbsp;nbsp;nbsp;3‘ to
-ocr page 92-« I E R O GLYPH I C A ; oftei
In het oprcgten van een Beeld des Beefles, f|et toclBi / tótlt tóijiït
mibccïf / öan mi jistDaac ï^ooft te lïeUcn / itt alle majt en auto:itcpi SigtDaac gcKptefenteect «nöe btwoonïi too?tr. 2iipoc^« 13'r 14. Seggendenbsp;tot de geenen die op de Aarde woonen, dat fy het Beelt een Beeld zoudennbsp;maken , en het Beeld des Beefts een Geeft geven , op dat het Beeld desnbsp;Deeds ook zoude fprcekcn. lt;Êcrt gebm / toat i0 fict aniJtciS öan iöentnbsp;öennbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ban onfipIbaacD^Pb toe te fcD?ööeni ©em te boen fp?eeamp;lt;ni 3Bat
anbccö/ ban bem boo? ïöet-gebav booj een «0obltamp; ©jopamp;cet / la ii5obfp?abö te fiouben. Éebenbtg öeeft bit Nebuchadnefar Coning ban Babei al boojge*nbsp;fpcelb in bet optcgten ban jijn 25eelb ban lt;5oub 60» ellen Doogte / en 6. ellennbsp;Bteebte ; ’t geen Ij? peber bebal aan te bibben / cnbec Deb^cpg ban in ben gloep*nbsp;enben ©ben getoo^pen te toojben ^n. 3: i.
4* 3ft bate wreedheyd en vervolgingen, bjaac boo? fp bed CatbJêtt lang be ïicebe geb?ubt bebben / enbe 5dfes bet 25loeb bec Icpligcn al« 3©ata bec*nbsp;goten / 500 meenige alö baat 25eelb niet tobben aanbibben. gia een gemeenenbsp;boob om be ïieligie pemanb aan te boen/ toa^ baat een toecb totn al te malle
bacmbeetigbejJb. ^n plaatel ban be gloeyende Oven van Nebuchadnefar, gcs
bjupben fp jjtaitói-flaben en bool ©pee / om be ^ticbamm ban lt;0ob3S getcou« toe lt;0ctnpgen boo? langfame pijnen te berteeren. Ul-omme toerb onö in banbsp;Openbaringe Joannes befe Ijace blocb-bojfttgljepb Defcbieben Capittd 6; 9/ lOinbsp;7414. 9:1^nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;I4Jnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;16:5/6. 17: 6/18/24/$c,
5. nbsp;nbsp;nbsp;3!n Oaace vcrdceldheyd en verwarringe der Taaien , bie boojnamclift
ftt bcfe 2, bingen te jien isi. (a) gn be fcbeucingen mffcbcn baac enbe be ©oflecftbe öetben / bie al Ijooge beginfden Ijebben. J|accn ïJoomfcben Nimrod , bonb aanftonbiS eeneii Wuc tot een Kibaal / bie een Nineve tegen Babeinbsp;aaniïigte.. (b) gin. be becfcbillenbbepb en fteijbigbepb ban bate Confiiien,nbsp;ban Ijaac Paufcüjke Decreten, in baac (Imbtgbepb met bc Oudvaders, bie fpnbsp;meeft al-bewc balfcbelib boottoenben en bectoaapb aantceblm ga be bioed-dorftige Oorlogen boo?/ en tegen baop ©ppcc-booi^iigf^pb geboerb/ ban 3©e-telblöbe ©o?|len. i©e blare bupbelöbe en taftelijfte Contradiaien tegenficijbiganbsp;beben/ ban toelbe bare bertoarbe btoaal-poincten totiemelen / aie een boob aasSnbsp;ban be too?men: 3|ier nebens neem maar be Cranofubfiantiotie in baar bebi^nbsp;ge (Irijbigbeben ban 2, of jomtöbiö 3. 25i(Tcboppen te gcijjö om bet ^usSbom.nbsp;I|are .dSmuiatien ett jeloerobeben bie baar betfebepben ©?b?en tegen ben anbjeiinbsp;boeren ft.
6. nbsp;nbsp;nbsp;gn baar ongelukkig eynde cn uytkomfte , bie ORïf boeb jiert bet JtoatOnbsp;OöJbeei «©ob^ gt;t geen baac / ban Ceutoen af jtoarelib gejïagen beeft; en epn^nbsp;öelib eenss met bet ©ube 25abel gebeel 5al uptroepen. 3®aar ban men lefepnbsp;ban bet i7* en i8. Capittel ban bc ©penbaringe goannis^.
/r
Schat-kamec der Zinne-beclden en Voor-bccfdcn.
Zge nbsp;nbsp;nbsp;Ji: 9. i^bfec 71 4/ pobcrö. jo: 14. god i : 6. $c-
25eliupD ooo^gaanö jsaaöfïagcn fmectim/ bte boo? Oct bpcc ban bcgcccltb^ Oeben 3iiii aaiigeblaftn ; cube met raocptc cn acbcpijfaamOepb aijs oeftneebnbsp;hJ3?amp;en 4 lt;ÉH toaac ban men be bolle tjjb bectoagt / tot batfe 25aacen en imgt;nbsp;Ocrflen tn CijPil^b ban be Uptbomfle i^Ofee 7; 4. Sy bedrijven al te lamennbsp;overfpel; Sy zijn gelijli een Bak-Oven die heet gemaakt is van den Bakker,nbsp;die ophoud van wakker te zijn (bat i6 gaat cufien ctt tjS 50?geloosi bicgensi benbsp;Ooebe cn tocl-befcpbe iipttomfte jgnec boo?nemcnei; a(.b of 0» 5epi)e / (aat batnbsp;toerft maac jijn gang gaan 4 bop jgn ban ben uptflag jeebec) na dat hy dennbsp;Deeg heeft gekneed, tot dat het door-gezuyverd zy? lt;gn ©sS 6, Sy voerennbsp;haar herte aan als een Bak-Oven tot haar lagen. Haar-lieder Bakker flaaptnbsp;den gantfehen nagt (ijp tö 30?geloo!S tn be bccbjagtirtge ban een goebc iipt^nbsp;Itomft) fmorgens brand hy als een vlammend vyer. ï|p ftab hOOlen onbee bc
beb?iec|Öclijbe afrij bcrf)O?0en4 en alsi ïjet tjjb tis/ 500 Waö(ï J)P bie boo? betotnb ban b?iften (jebtg aan. ©ec0 7* Sy zijn t’zamen verhit als een Bak-Öven,amp;c.nbsp;Sïltbecsi 0eeft (tBOb oob tn Jljn ftupe^ tot Zion een vyer , ende tot Jerufalemnbsp;een Oven 4 om biecbtupgen te fmeeben tegen 3ijnc bpanben / enbe boobclib ge»nbsp;Ibecc tegen baat te becepben. igfat. 31nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;9. ©ecgelijb Pfal. 7,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;14. g^aar
3011 00b ïïa«fiiflagen en toe-bcrepbtngcn in bei^erbe tegen lt;0obsi en bare J^pam ben.
Baart. Zoekf dit onder de Titel Hayr.
Balak. pVs Numer. zz. yf's z.
E€n bOö?naam©o?|l/ ^oon ban Zippor, enbe een Conïng der Moabitenj bte Bileam ben bidfrijcn p?ofeet om loon Dup?be ^fcael te vervloeken,nbsp;enbe 3tg btenbc ban ©tleamei lifltge caab4 ®m ^fcari boo? ben lïrib bannbsp;SlfÖobecpe enbe bocragttge ï|ub?el0ben met be Moabitinnen te bangen ^um c.nbsp;2.1,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;2. ^ofiie 24gt;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;9/ Io* ^ubte. 11.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;25, ©00? al en bergeet ntet
be uptncmenbe plaatfe J©iclJ. 6.®0 5, 3®aac tn ÖP aan beï^eebe ban be laatfie tyben/ jjet drempel Baiaks des Comngs van Moab, tot ccnlitgc toaarfcljutotn»nbsp;ge boojftclb4 op bat fp bog öoo? geen bleptngen ban beConingen bte Ijaacmagtnbsp;aan get ©eed öebben obet-gegeben / nogte boot Igutoelpben met 30cbantge 3Cf»nbsp;goben-btenaacis mogten bctlepb tootben te bec3aben bc 3i!pbcri)cpb ban betoaac»nbsp;Ijepb. «Doeg soobattige bevlepbtngcn tot Apoitaüe, bat t.ö afbsil ban be tnaar»
-ocr page 94-JX nbsp;nbsp;nbsp;HIEROGLYPHIC A, ofto
/ fWft ijet Hof vau Vrankrijk b«I«rt ÖOOJ bl«pni0m Ö«ti?a0ï. nbsp;nbsp;nbsp;tSK
iiiafcn ban jiilfie Coningcn op/ Hate nalfcftc profeten/ Jefuiten , «nbe anbe« ©’bjen ban balfcljcllcecaacjs/ bie Daac om ioon tcnbfenfte fiaan/ fllt;ïöliBiieamnbsp;«an Baiak brcnfttiaaf toasf.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;tlpiw;^; 14*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ii.
Dgt bêbunb in be ftguuw (a) let aangenaam en toeï-«eftenbe menggt; 3el / cnbe becfcOepbentljepb ban be lt;ï5enaben-giftcn bcjs 1. lt;©eejliS / bienbsp;cevft obec C0?ifb / en ban lem op sp 5Öb upt^o?tet. Sienbsp;Cantic. 1:3. Uwe Olycn of Balzemen zijn goed tot reuke (XW onfe Obet^nbsp;jCttinge op bie plaatfe) Uwen naam is een uytgeftorten Balzem ^faL45 • 8.nbsp;jDaarom heeft u, O God, uw God gezalfd, met vreugden Olye, boven u-vvc mede-genooten, en be uptleggiiige bp tgfaf. II t 2/ 3. 5©it toiecb bC02?nbsp;oebcelb boo? be Zalbinge bess lepligboittsi / cnbe ban lawn cn sön Eoonen.nbsp;^ic op ©faL 133. Ilebit. 8; 10. fc.
(b) let ^alben iei ooft onbcc be bcbJöfcn ban bat pmanb in een Boogtoecci big 2llmpt in-geyegenb bjccb; gelpb Profeten, Pricflercn , cnbe Conmgen ge#nbsp;ftpiebe. 35an Coningen 3ici^am. 10: I. cn24:7. 2^am*i2:7* ©annbsp;Propheten ©fa(. 104 ? .15. i Cgjon. i6: 22. Priefteren Sebtt.8t I2.
24. §0 I.
(d) let t0 ooB een tocrB ban ©aemBertigBepb pentartb te SEalbcn bie bec^ toonbet ijS. Eie Sue. 10:34. lice ban baan bp be ©?op0eet/ IlTer dan geennbsp;Baifem in Gilead, ^oobantge ©alfem iis be Bmlfame Sccce ban be beetrootnbsp;Ibnge bejS 1. CuangeJinittiS Cfai. 61: i. Hy heeft my gezalfd om een blijdenbsp;boodfehap te brengen den zagtmoedigen. . • Om te verbinden den gebro*nbsp;kenen van herten, amp;c.
Baniere. OJ
«¦tjusTov/ Efai, II. fs iz.
Een Bamere tcf ectt ©eib-tcftert/ bienenbe om be troepen elft in Baar o?b?e en geregulca-bc (Croepen te Bouben bp benanbatn: ©oft om be 3e(be mocbnbsp;te geben ; gelijb tjet gcyigte ban be Érenben boben op be25anicren bcniSOinbsp;mepnen aanmoebigbe/ cnbe be 3©apcn-teBenb en «©ebijfen in be 5e(be inbagtignbsp;maften Bet Hooft en 3aafte boo? toelftc men flcijb. «©oft bienen fn om Baarnbsp;(Icpbcnbe/ en bepnfenbe maftftcris te beefterfeen / baar mebc bat fn toonen bannbsp;iKcrc/ bat fp nog (ianb Bouben t g^aar-en-boben / om be berfïropbe (^upen
onb»
-ocr page 95-Scljat-kamcr der ZInne-beelden cn Voor-bccldcn. 73
¦fenSja iiie KanicM t« bccfamclcn / en rpiibeltB om boo? Bet teimpeleti in Iilt;t betDoogen ban be jtibe be btcöKte boo? (CnumpBe te Bennen te geben.
(a) nbsp;nbsp;nbsp;^ct epgen ©db-teBcn cenjs lt;0eefldijBen Bcögssmattsf is ben name ban
fehova CJOb. i7* $3Ïi5. De Metre is mijn Banicre. g^ft Devijs boecb een
Cfctden in jtjn Vcndei; gclpt in ben bleefcBltjfeen föcijg be toapenen ban be Coningen omgcboetb too?bcn. liaattD.24.Cap. toerb bit genaamb het Tekennbsp;mifKtof van den Soon des Menfchen •• i^ct toelfte bJanneet Bet bOO? bC Blace
pabiftlnge beiS ^uangdiumss aoube tueeben om Dooge berBeben / 500 jouben afle ^veflagten coubjc beb?öbcn. ^ie na onfe uptlegginge jlSattB. 24: go.nbsp;®efe Biet ooB be ^saniete ban toegen bi toaacBe^ gettoutoigBepb lt;!5c4isi/nbsp;opgetegt ©fal. 60; 6. Zie befe asaacBepb lt;gfar. 5:91 2^.
(b) nbsp;nbsp;nbsp;5©at hjapenalleen/ en geen anbec; bed min t)et merkteken dcsBeefis,nbsp;enbe beg aelfsS naam (Sipocal. ig.) Boub be «Seloobigen bp een in eenigBeobnbsp;besi gelooft! eh boot ben banb best b?cebesf. ©crgdtjB Sllpof. 14: i. 006 7: g.nbsp;SClhuac ft in B®* Hegioenen ban laooo. oitbcc befe ©antecc toeeben berbeelb.nbsp;5^et is* bah be bja®e ecnigBej^ besf gelooft gecnisjinst / bat JBenfcBen fsamennbsp;jbieecen en rotten oitbec een ssanicce ban menfcBelijBe naam en gesag; gelijBnbsp;onbec ben €ttel Babel ft getoonb.
(c) nbsp;nbsp;nbsp;g^oo? bre ffiantece becjamclb (irB?i(itusf berlfcopdingen bie nog 3ö«nbsp;obecgeblcben/ na jtoare ncbcclagen en becb?ufiBingcn lt;2fai. u : 12. Ende by
2al een Baniere opregten onder de Heydcnen , en zal de verftroyde Ifraefs verzamelen, ende de verftroyde uyt Juda vergaderen van de vier eynden desnbsp;Aardrijks.
(d) nbsp;nbsp;nbsp;gin bat teben obechJtnnen ft enbe (SEtiumfeecen ©fal. 20: 6. Wy zul-kn Juychcu over u hcyl gt; ende de Banieren opfteeken in den Name onfesnbsp;Gods.
Baaren ofte Golven, D'-OïïfD
Hast toöO?b Misbarim Bomb ban brecken , om bat Bd ï©attc’t gmt ftf en jagt-bloencnbe alb toaar Bet cen bade 3©affe ft / boo? tuffcBcn Bomen ban be 3©inb en Eugt nu geftBepben en ban een gefcBeucb bao?b,nbsp;lUet ft cen ^innebeclb ban
(a), epgen gefialtc ban een lt;©obloofc/ hie boo? be onrud ban een giwbe Cottdientie en be dlt;»mb?inbcn gjjncc BegecrtiBBeben toeeb boo?tgdi?eben/ bannbsp;liiemel Boog/ en ban toebec na bcti afgconb. ^ic ^fai. 57. $ff.20/21. De
Godloofen zijn als een voortgedreven Zee , want by en kan niet ruften; maar haar wateren werpen flijk en modder op, amp;c. ©etgclpB gatOb. 11 6,nbsp;3!nbc ig.
(b) «gn baatom ooB / aangeden be toecelb beö liepbenbonft bp een Eee luccb bergdeöen j 500 bop ooB naber op be iSitel Zee sullen jien ; 300 bebupb
» nbsp;nbsp;nbsp;¦ IKC
-ocr page 96-74 HIEROGLYPHIC A, ofto
ïiet bccfjeffftt ban nbsp;nbsp;nbsp;2Saren / be D^imtcn fti bctowingen ban gaiitfcl)^
lcp?braDt*n/ bic 006 ban bate jijiftc geljooab / ïi«t cunfcöen ban be niet
Cngeljjb 3i)n Pf. 46; 4. Laat hare Wateren bruyfehen gt; laatfe beroerd worden. ©eCSS 5. De beekxkens der Riviere zullen verblijden de Stad onfes Gods. ©fal. 75: 8. Die het bruyfehen der Zee ftild, het bruyfehen barernbsp;Golven, het rumoer der Volkeren.
(c) «ÊpnbütJ 00b ban albtcfjanbc jtoaw en boog-gaanbe bit5üEf{inoftt / toaac boo? 9et gsloobe En bt (ïanbbaHigïjEpb Ecngs mcnfclien 5b)atEïib oEflinsEtb tn banbsp;jp’OEfb tooib. EtE ,!iDattï).7t 25. (Cegcrö btfE 2amp;acEn bjcrb gcftElb eeh Gia-fen ofK (iilliaanbE Zee, bat iss Etn gantfcl) bebaatbc oEflalte 6an bt safiEU innbsp;ïic toEtdb. gie 2Cpotal.i5:
Hlt;et toocnb.jsaaitir/ bjerb EpgEiitlife btn ©?diub)EH / fir bE naaflE cn babEïiJftE bEbnpbcniflTE tOE-ocfcO’EbEn / om bat fp bE nonfïEnbsp;oojfaab 5ön bat ’et een JtlSenfcO tet 3©ecelb bomb, ©an be .ïlSanncn toojbnbsp;cngentlih gebjuubt i'bin Hoiid, bot pï te tnaten bat eenige jtoanget toOEbeeiunbsp;be baate. jSÉpbc fcl)?ijft fjet «©ob 5ig 3Elfsi toe / bie be eecitE oozfaaft tó bannbsp;3ijn «lEiobïijfte toeeften / enbe ooft toiensi inbloeb isi be onmibbelijfie oo?faaamp; bannbsp;pebet baab. ^ie Hcfat. 661 9. sDeut. 3Zt ï8. Den rotiieen die n gegenereerd heeft — den God die u gebaard heeft. 5^2 toOOJbErt ©f.2: 7, Hedennbsp;heb Ik u gegenereerd; Eli ftunilEll l)Et bJ00?b “i'bm Hoiid niet lijbcn ; iBaatnbsp;baat binbmeii Oct bJ00?b nV Jeiid, cm upt te bjuftften be onmibbEliiftEDoifafte.nbsp;lt;Defe tjooge becboigentljepb en ban ban onö ban ftiet onbet bc^innebcelben nietnbsp;gcflElb tooiben / bebJilI baat nfetsi be 3elbe gelijft en ilo. 3®p Wijben bp betnbsp;ftoffelijfte.' Én ben 7- Pfalm isi 13» toetben biie tooo?ben gebonben / toelftenbsp;Ijict te palTe fiomen/ bie top boIgethS be 02b?e bet natuute albuö (lellen. Haranbsp;nm bebupb 3toanget te 3ön / onfangen te Debben ban Chabai, toingen enbenbsp;pnrfTen om te 25aaren; en nS' Jaiad , ftet Baarcn 5clf0.
(3) ^iet u»t nemen top eetfl toaat/ bat jaiad Baaren , bebupb te ct-langen bé unthomile ban 3ön öoope / bettoagtinge / booinemen/ enbe emflige begeette. Zwanger 3iin njtn Hara, Ecn boo?toetp bail 5ijne begeette ontfangénnbsp;te ftebUen/ 300 Jacobus CaPtt. i. 5Egb: De begcerükheyd ontfangén hebbende baard zonde, Chabal 73n 5in moeyte te zijn om te baaren , be (lECftOnbsp;poogingen enbe toiften/ om 3ön booinemen magtig te toojben. l|et toelfte bennbsp;©falmid / ftoeeftenbe ban bet lt;6obloofen onbetmoepbe pipieliftftepb / om ftaatnbsp;boofê begeecliftbeben bie fp ontfangén ftebben upt te bKtften/ albus upttouftt
^fal. 7: 15. Ziet hy is in arbeyd van ongeregtigheyd , ende is Zwanger van inoeyte, ende hy zal leugen baarcn. (gil baat-ert-tègen alö ftet ban (©ObS
Itinbecen toetb nptgcfpiooftcn j bebupb 3b)anget te 3ön/ ontfangén te è^bben b«
seieloften
-ocr page 97-Schat-kamcf dcc Zinne-bceldai cn Voof-becldcn. 7^ ¦JÖcIofKii lt;©oij^/ öooj öct grioo'jc in [lait Dcct^tt* ^acoO» i.öözr. Ontfangd
met zagtmocdighcyd het woord dat in u geplant word. lt;gn i ^etr. i: Z3. Die gy wedergeboorcn zijt, uyt het onvergankelijke Zaad, door het levende en Eeuwig blijvende Woord Gods. «De pijHe «tt lllOeWe bStt b«l1 flCÖCpiïnbsp;om öe belofte te betferijljcn/ tgt;C(ïaat in tan arbeyd der liefde , en ta verdraag-faamheyd der hoope. ^te i (Cöeffai. 11 3. ^et 25aacen selfsi tss be beloftenbsp;toeo taaocn.
(b) nbsp;nbsp;nbsp;l^tec upt i.ö felaac/ todlie baat 3P ta onvrugtbare / bte boo? een
tijb niet gebaard en had, en geen baarens nood gehad , ÜJelït: epitóelilt baat* bc in Öaac eenfaamheyd meer Kinderen dan de getrouwde «ïïfat. 54t i. «©ilf.nbsp;Captt. 4, «De getccotobe Hagar igi be Synagoge ofte öct lettctlib ^cöenbom/nbsp;§fcael ria tan blecfctjc. inaccn becle ^iiiba-en / utaac bet ^ienftbaaC'nbsp;l}egt;»b/ ontac be 3Dct. ©e cenfame iö Sara, bat iiS bie ta beloften ontfaiiDeiinbsp;Iiabben / eite toel tn pijne bnacen om te baacen / maat be jelbe niet beitaegciinbsp;ban na bede «ecutocn. tafe jaten cenfaam in be JDccdb ; be gioobfclicnbsp;«©ppec-boogtan benbett baar niet; 3P beocceben bie ooö «iet boo? Hare lïïaii^nbsp;ncn. USaac 0* Heeft Ctailïniw ben Manneiiken Zoone, na beel pijnlijlie bccinbsp;bjagtinge beclicegen Ipocal. 12. enbe nebens Hem be citTenifre bec iepbenen;nbsp;ifeintacen i«»t cen meute j^erbonb/ cnbe ban cên-nicutoe geboomte/ en een nieusnbsp;toen name,quot;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. _
(c) nbsp;nbsp;nbsp;©nepgenblib/ maar jecr fecagtig toerb jelfss ban jpaulo ïiom. Cap*
Het gantfchic Schepfel als in baarens nood te zugten, in verwagtinge van de heerlikheyd der Kinderen Gods. «©UI bat allc be betocgingcu en iiepgingennbsp;ban be-Sdjepfrfen/ in We oetae nttedbe fp bau«!3ob gefielb 3ijn/ baar toejijnnbsp;gcotbiiKcrt en (ircftHen / op b«it fp niet altooss ontar be pbelöêpb mogten 3U{hnbsp;iett.
B a fan fïS een 25crg ofte SSeegagtige Hnnbfïceeamp;e/ ten «©cfïen ban =t |ranb Canaan/ ober be ^oebane / ’t geen ea-d toebeHooebe «©g ben contng bannbsp;25afan. Cen 5eec buigteaare SanblicccHe/ bol jciigbig en bet aDepianfc ^nbsp;ïiirtta 3ccr ©olH en ^teeta-rp/ tae tot 60. toe opgetelb too?ben gof. 13^30.nbsp;i©it Hlanb tö ban ^fcael obecHeerb / teamleer Og Ijaar bpantalijli aantaite/nbsp;35umct, 21.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;33, ï^et taaagb berfcDepben figuucen / na bcrfcHeptanbljcpb
ban paften enbe gclMlfen.
I, ©an getoelbige jBenfeHen / bie boo2 rijlfbommen en toetelbfcHe goeberett en tedliKien oberlabcn 5iin / en wurmen en clenbigen ontatb?ufetan enbe bettrc«:nbsp;ben. éoebanigc be^oobfcöe lt;©berp?ie(iee^ enbe ben loogen ïiaab toareti/ bienbsp;op «CteMlum met bc ï^oonten aangeloopen / etaie Hem en jijn ©olH bettrebennbsp;Hebben, èie ^^falnuz, öamp;sS 13* Sterke Stieren van Ealaa hebben my om-
jld Z nbsp;nbsp;nbsp;2-
-ocr page 98-HIEROGLYPHIC A, ofto
2, EaoöÉti «n toaau in oBcibsi ïtecfte toepte binö / mttc amp;lt;
«en en tjet ©ee toaac ban CtbiflnsS bm ©ppccflcn ietlwc iss / boo^ ijcn öicnft en (laf besi ^uanselfumsi cctoepö too?ijen/ iBirfj. 7 t 14» Gy dan -wcydet anbsp;Volk met uwen (laf, de Kudde uwer ErffcnilTe die alleen woond , in dennbsp;¦woudc , in ’t midden eens vrugtbaren Lands ; Laatfc weyden in Bai'an eanbsp;Gilead, als in de dagen van Ouds.
g, wederbrenginge ban bc liecSen uyt Bafan Pfbl. 68 : 2u 6eÏJU(2lgt;
bat lt;(5ob 3ön©olamp; upt Weftanben toato: in fp te boo?en seec bette Jjoepbe bonb/ maat bie nu onbec bc bcttooeiltnse jucten / eensf jal becjamclcn 4 enbe biebc's^nbsp;ötengen: 3©ant bet «©joitijtooo^c bebupb niet alleen toebecteengen ban flet eennbsp;gtanb in bet anbec/ maat 00b in boo?ige (iaat beclietten. Zie pf. go: 4. fc.nbsp;ï®aat bp ban oob in onberftbepb geboegb bjoab upt bc diepten der Zee toebecgt;nbsp;Brengen ; bat iö upt bette gelegen (jSetoeflen / baat bet toocfle igepbenboni alnbsp;Ban oub!ï beïiecben bab obecllcoomb: ^00 bat be BebeeringeTefchouva, ba»nbsp;goben.en He^enm upt bede lt;(öeb)c(ien biet teo?b Belooft,
Bazuyne,. “IBIW
Dgt ist een bebenb toeebuipg in ben ferijg / en toccb tot beeftgepben ben geb?upbt, (a) ©m boo? een 5ebet gelupb bolgenjS goebbinben ennbsp;inilcllinge bet iKcnfcben te ftetmen te geben ben op / enbe af-togt betnbsp;lgep?lcgeren. (Zie ban be ssafiipncti tot ben aanbal fiubtc. 7:18; en tot benbsp;ginbet-toeï» en-af-togt i d§am.2t 28. ©crgetöö i Co?(ntb. 14; 8.)nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;008
om baat moeb en bappeefjepb booi gaat gelbec gelupb / en berfcBepbenbgep^ ban gcBlanb aan te blafen. i^iet alleen geeft bc inflfcellinge en gocbbiitóen betnbsp;JUbenfcgen / maat selfsS bc natuute petss sonbctlingjs tot opbjeBfiinge aan batnbsp;gelupb. l^et tomb be 5toaamp;to?b ban be iKenfiftelpto (iemme ban be ^^oofbettnbsp;in ben föcijg te tnilpe: 3amp;aac men boo? get (iof/ tooB en bamp/ be (laat entnbsp;nebal ban 50n (Itijbenbe meb-gc5ellen niet en Ban 5ien; baat boet men 3ig aannbsp;gaat goo?en / en betseegetbfe / bat men get ©elb begoub. g^aat get geBetinnbsp;betbettoortben/ getgettemogte b?eeBen/ baat geeft bitgeBlanB cengette. aiaatnbsp;onö go?tliB 5itti hwt giet boo? in bc ^^tguurc beefiaan too?b.
I. ^e Blaate (iemme ban lt;j5obsi 3©oo?b: ^0 ban 3tjn btepgementertï
Sïmojs 3. Zal de Bafuyne in de Stad geblafen worden, $C. ^Og giet ban
onbcci aijs boo? al ban get lt;$uangeöum; hiaat boot Cg?i(Ö (Ctoupen teotben bet5fltnelb; en betdaan ben bJtlle en get goebbinben ban gaaten lt;©bec(icn Mi^nbsp;chael , de Vorft des Hcyrs des Heeren. ^ic JRattg. 24 J 3» Endc hy lalnbsp;fijn Engelen uyt-zenden met een Bazuyne van groot geluyd, ende fy zullennbsp;ïijn uytverkorcnen by een vergaderen, uyt de vier winden, van het een uyt-terfte der Hemelen tot het andere toe. ^ie onfc UPtleggtngcn opnbsp;m mccB aan / bat tot bit epnbe ooB bc jaajupne boo? bc ©jtefierct (jcBlafennbsp;IjMetb / om get ©0I6 tot wn jjoog f ceft te eoepen Pfalm 8i.
Schat-kanier der Zinne-bceldcn en Voor-bcdden.'
1. anöccêtt/ bc aanmocbinsj tot ben lt;5eeftlö6cn firijg / ten ejinbe a((e fegcniianb mogte obertoonnen / enöe tot Cönfti gcöoo^faamöepö geB^agt toot?nbsp;ben. Zte öc uptnemcnöc pfaatfe/ Dp onsi tn ben Keten der Prophetifche God-geicerdhcvd uptg^epb/ ^acfw. 9: 14. SCltoaac be ©?of^et buj^elifi toonb/nbsp;bat / na bat Cönftuij boo^t ört Woeb be$t fCeftamcntjS / be gebangenen ^ionstnbsp;berloft 50uöe Debben / enbe be gebangeniffe c«)en gebaan; en öp ifear oob bennbsp;tweede» Verkondiger (bit Bebupben be (©tonbtooo?ben) 30ube öebben gegeben/nbsp;bat ies ben dSecfl bien anb?cn ^Eeecaac / onbectoijfec en bertrooflcc ^0 12.nbsp;^at baac op be Jlpoftelcn / en €iiangelt(len / en ILcecaatss bet eetde iteiltc/nbsp;be toaare Öinberen^ionst / 3onbcn aanballen / en tod eeeft op Griekenland,nbsp;met öet lt;0ee(l(ib jtoeecb / Booge enbe pijten. ^te J^fal. 45* ICpocal, 6. ri9o 2.nbsp;^efen aanbal joube geftöteben oröjet öet gdes^j / en boo?tgang ban Daac Ijooftnbsp;dc Jehovah , bat 10 fjaat ©Ojft Michael CfPifïU#/ be toace Jehovah. ï|»ctnbsp;Êenteftcn tot ben optogt / enbe amp;et befiipj? ban be gantfcöe o?b|c best 5df:synbsp;joiée 3ijn befe Bafuyue ban een gcoot gelupb. ^e btctotieufe Hptftomfte bannbsp;bte Beiw toecb 15/ 16/ 17. bcrmelb. ^e tooo?ben bic be optogt selfst Be?nbsp;fcö^ben 30n befe: ©etst 13. Ais ik my Jsda zal gefpannen hebben , ende ,nbsp;Ephraim de Booge zal gevuld hebben, ende Ik uwe Kinderen , O Zion zalnbsp;verwekt hebben regens uwcKindren ö Gr i e k enl a n d ; ende u gefteldnbsp;zal hebben als het zweerd eens Heids. ©ei‘S 14. Ende de Heere zal overnbsp;haat-lieden vetfehijnen ; ende fijne pijlen zullen uytvaren als een Blixcm;nbsp;ende de Heere zal met deBazuyne blafen ; ende hy zal voortreden met ftor-men uyt den Zuyden. i^et0 15. De Heere der Heyrfcharen zalfe befchut-ten j ende fy zullen ceten , na dat fy de llinger-ftcencn zullen ondergebragtnbsp;hebben: Sy zullen ook drinken, ende een gedruys maken als van den wijn,
amp;c. I^ct ilS aanttiecitlifi/ bat bc eerde optogt ^auit / en jijnec «tebedatiberö/ tot gel)oo?3aamöepb bet ï^epbenen/ tsi getoeefl tn Griekeoiand ; alfbo öp bannbsp;gjcctifaletn / tot aan liiyricum öet ^uangeliunt in be getoefïcn bet «gpianbennbsp;ban Griekenland öeeft betbiilb. gjtöiKotit.Cap.15.
3, nbsp;nbsp;nbsp;i©e becBonbingc ban lt;0oèiis oojbeelcn aan een ^eröe/ 3laiib / of i^taat/nbsp;bjteb af^maalB boo? een 25afupne. ©crgelftB lt;efaf. 48. $.0 i. Verheft uwenbsp;flemme als een Bafuync, fC. 3lntOlS 3t 6. Zal de Bafuyne in de Stad ge-blaien worden , dat het Volk niet en ziddere. gerent. 6: t. Vlugtet inetnbsp;hoopen gy kinderen Benjamins uyt Jerufalcm, blafct de Bafuync te Thekoa,nbsp;en heft een Vicr-teken op te Cherem, want daar kijkt een quaad uyt van’tnbsp;Noorden , een groote breuke.
4. nbsp;nbsp;nbsp;Cn ban ten laatdcn / bat booj bc ssafUpnett Beteeltenb too?b be tiaade
pieparatie en toebecepbinge/ becgefdfcöapt met be openbare tadripfe en geboe? ögc npttotnde ban Wnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^ais boo?5cgb / aangaanbe be ^taat en
gcballen ban be öecamp;e; 500 bat ^e boo? be zuyvere lippe beet cuange? linmss (Zepöan.;: 9.) fflö öoto booben toast gefpiooöen / nbe niet geöoojb;nbsp;nu gcboelb en getad toe© boo? öe onbetbinbingc en uptBomde. ^it geben on^nbsp;te öetmen be 7. Jamp;asupnen in ÖJ ^Cpocalppfiis ban Éoannep. ^ic Captttel s.
Bcdde^
Ki
-ocr page 100-73
1^ ttn belicnb tertt-tupö tot iBcnfcficn rufif. ïlcamp;Jtfit debiiipttcn booinamditi befu tooojbeti/ 2:12^0 Mifcab ban Schacab , ’t oèen namp;crlcogctinbsp;bcöüpb : (0oft bjcl t’jamcn-Ieggen in «est-gfmernfcöap / z6t 10,nbsp;35iHnfr.5: 13. iupb ooft yix' Jetfouang , op em 0-fP?tPö 25it (eggen/nbsp;ban Jatfang, Pfal. 139: 8. «©ofi rwD Mitha ban ntoj Natha , Jig 5Clfj6Ènbsp;obec een 3bbe bupgen/ paltn 73 J 2, jBen ftan tipt bc bjooibtn (lof tot be ge^nbsp;(ijfienifle binben.
(a) ©002 eec(l/ ï^et bebnpb een geru(le (laat; ofte ban be i^inbecen lt;©ob,0/ bie in alle bate berb^anbbingen en aanbegttngen / in (lilbepb bate Eiele bc3ittcn/nbsp;en baai' boöft bunnen nebecleggen / enbe Ijaac bette in bepiige eberfeggingen totnbsp;ben l|eece opbeffen» ^ic©fal. 3: 6. ik lag neder en fliep (^b biipbc nu bo(snbsp;gena niyn oogtneefi befe feoo2ben 00b op be ïferiie) ik ontwaakte, want denbsp;Heere onderüeunde my. Cll ©fal.4; 5. Zilt beroerd, ends Zoirdigd niet:nbsp;Spreek in u-Heder herte op u Léger, end« zijt ftille, ijc»
(b; 2C(,ö 00b be milteicfe en30?gclofe cu(ie bet dBoblofcn/ bie metjona in bet fCenipecfi (ïapen / en alle ellenben ban (©obsï ï^,.cbc onbeltcntmcrb bcirbapcn/
SCniOSi 6; 1-4, Wee den geruüen tot Zion , en den zeekeren op den Berg Sainaria. ©eisf 3. Gy die den boofen dag verre fteld. — Die daar leggennbsp;op Elpenbeenen Bcd-(leden, en weeldrig zijn op hare Koetfen, amp;c.
(c) ©oft ben (laat ban «©obei ïttnbcten / in baat «©ccftigfie gautobepb en $icfite ban bctlangen na blecfcbiiibe tube en gemalt; al0 fp/ in plaaffe ban innbsp;ben nagt met öjanbcnbe g£ampen ben 252UPbeoom te gemoete te gaan / bltjbennbsp;leggen banb-boutocn en bupmeten. Zi« Cant. 3; i. en 4: 2. ik fliep, maarnbsp;mijn herte waakte: De (iemme mijns Iieflten die klopte was: Doemy opennbsp;mijne Sufter , mijne Vriendinne , mijne Volmaakte.— Ik hebbe mijnen
Rok uyt-getogen ©etgelyb jBattlj. 13' en onfe aptleggtnge obet be tooojben
/\ls de Menfchen fliepen, quam lijn Vyand, amp;c.
(d) gin be Cleloobigen be oefeniiige/ en oefen-plaatfen / en alle toerb-ttipj gen/ ban be intoenbigfteCgt-gemeenicbap met Cb/ibo; enbe baat enbctbeplbcnbsp;liefbe/ toaat in fP een gtutoelib obctfpel agt/ pmanb in baatiiutoeiibo-jaale/nbsp;beel minbet in baat !©?upbei ©eb toe te laten / ban Cb?ibum alleen, ^aittnbsp;bit 3ouöe 3ön Ijet tepn en einbebIcBte ©eb bess ©eupbegomo bcblefebcn Cotit. 3»nbsp;(bei 4. Doe Ik een weynigsken van hem weg-gegaan was gt; vond Ik hem,nbsp;die mijne Ziele liefheeft: Ik hield hem vaft, ende liet hern niet gaangt; totnbsp;dat Ik hem in mijns Moeders huys gebragt had, inde binnenfte kamer vannbsp;de geen® die my gebaard heeft, ^pt bjelbe gcbabige oefeningc ban Eiefbe/nbsp;niet anbeto ban een segen-mfie bjugtUaatbepb baii een bcï^jg ^aab Ciobsi bannbsp;ontdaan CantiC. i t 16. Ziet gy zijt fchoon mijn Liefïte , ja lieflik , ooknbsp;^;ro€nd onfc Bed-ftede. i©it betnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;mb« lulbelib^ ©eb'Hebo
Schat'kamcr der Zinnc-bcelden en Vo or-bedden. 7^
Cii br 25’uwlof£é-itiaaïtijï) / bic Chriiïus, onbec liet ^inacDcclb ban cett Bruy-degom, cube bjcbecoin in fjsminino gct ©20H\ïidib «©cfïaott/ onbee ben toil' ren naaiti ban be Opperfte Wijsheyd, becfi oefb^epb enbe berepb/ en totnbsp;fte gememfebap OP peber toaar .pinnaar nootigb. Eic ^cob, 8. en 9; i.
(Dnt bat be berin*benbe l^oere / bc Dwaasheyd Capit. 7. bJiccb ingeboerb in Oct ©ectoijf^e gefïagt/ neemb ooO gicfns bc toare ïBiiOOepb aan / bc gegagt-nanic ban een patrone/ bic anberö biiptcn bit opsigt ai0 be 25?iipbcgom boo?^nbsp;lïonib.
(e) JDaar upt ban Wijamp;t / batter iss-cen obetfpccltg 25ebbe / bjaat toe be berfepbenbe llcnraarsi; enbe onbet bie be aiber-ücfaantftc Hocre jefabei (bannbsp;bjclltc ^CpccaOz: 20.) bc ftnticlpilïifcOe baïftOe ^jcfeten Oacc bjetcibsf-gejinbenbsp;pinjon0 noobtgen en aanïoOten/ ont af te ballen ban ^cfu.^. gtc eugtoaartsinbsp;7 geene ban ones op ben Citel Achab en fijn Huysvrouwe jefabei aangcmcrOtnbsp;iO. ï©ie toijbec.ö met 5cer Oragtige ^innebedbtge uptb?uOHingcn ban bit ^cegt;-getiO ïgoeren-lcgcc toil lefen/ 5ie op ©?Db. Capit. 7. enbe bcrgcljlte Cfai. 57.nbsp;oatf- 3—12. €n een bpfonbet crempel in be goben / in ö«t boottretTeliltnbsp;Cap. C3et0iel.«f-
D^t toojb 3omtijbö geljeeï in een bebnpbinge genomen / bic ban alle Ei^ cljamclijfie en jlogijOe bingen iss afgeaobben. 3©ant ben penfclje bicnbsp;gefchapen is na Gods Beeld ende gehjkeniffe «iBenef. i t 26/ 27. CU i0
lt;0ob niet gelijö na pets MameliOS nog goffelibs. mp nemen get Oier op boo2 een ftogife 26celb/ ’t geen een figuucc ban pets 3‘btgs ofte gcegeltbs ber^nbsp;grebt. ©an bc 5tfgoben-bieng met be ©eeiben en fpteeOen top oob niet. i©enbsp;©.^cD2tft tö bol jMibcc erempclcn/ en bebeepgingen tegeti befen lt;0?utocl.
(a) Cen 25edb bcctoonö be uptcciijbc fuperficien of trebben ban een pens gite/ ofte eenig anbet bing/ maar öeeft nog (eben/ nogte bctocotnge boo? eeni^nbsp;ge intoenbige oojfaali in 3tg 5elben. €nbe bit ts ban een lebcnbtge befcijjöbm^nbsp;ge ban een aacbS natuutliO penfcljc / bie ban Oet toaacagtig Cieegiift lebennbsp;is ontbloob/ enbe todfecs Oetoegtngen/ als een ^oiologie ban een getoigt enbenbsp;rabecen af-Oangen. ®it toigt 3ön be quot;^arbfcUe en gofinfee bingen/ ban toclftcnbsp;0» geijcelaf-Oangbi en 3ijn uptterlgbe sinnen en pljantafien 3ijn beraberen: ï^pnbsp;is een ©oo?feelb ban be pbelijepb 3elfS. ^ic ©fal. 39: 6/ 7. Immers is eennbsp;yeder Menfchc, hoe valt hy (laat enkel ydelheyd. Immers wandeld derrnbsp;Mcnfchc als in een Beeld. Immers woelen fy ydelik ©fal. 73 t 20. (©een
pengoe is befe gegaltc meer geliiO / ban een jBcelben-bicnaar. ^ie ©fai. i.
JÖS 4. fC. Hare Afgoden lijn Goud en Zilver, een werk van ’s Meiifchen handen : Sy hebben een mond maar en fpreeken niet ; Sy hebben oogeii,nbsp;maar en zien niet: Ooreij hebben fy 1 maar cn hooren niet. Sy hebben een
neufe
-ocr page 102-80
HIEROGLYPHIC A, oficj»
neufe maar en rieken niet. Haar handen hebben fy, maar en taden nïctJ Hare voeten maar en gaan niet: Sy en geven geen gcluyd door hare keelc.nbsp;Dat diefe maken hem gelijk werden, ^c. ©a'{ïCl}jft 42. $0 17. Ctl 44,
10-20.
(h) €cn HöoifcïK Helb 5*5 «ift êc« B ^ ex d , trtc een önbet ilSetifcfte op» hjccpt tot een onfeplbaac Orakel, («^obfpjafec) tndfien Bp jgn geloof onbec»nbsp;to.cpt/ en lïieiiltljaa: io / om jijn toetten en ojtónantien te gelxrojfamcn. ^icnbsp;fcoben in be fCitel Babel. ©ei'SelijB 3lpOCaI. i? :nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Ende het zelve wierd
ook 'tnagt gegeven om liet Beeld des Beefts eenen Geeft tc geven.
fc) lt;!ïen 2§eelb / fjamen-gedelb upt bctfcDepben beelcn / ban een becfcfitftf ïcnbe doffe / bertoonb een toccelbfclie / en ooft toel t’samen-geffelbe (Iaat «ptnbsp;dSeedeliiöe en ïDecelbftöe. '^it dag ban 26eeltien ban een aanjtenlöfte gcoote/nbsp;noemen fp Coioftus. ^oo een gnam Nebuchadnezar (n 3t)tt bjoom boo2 / innbsp;to lde Bet Hooft van Goud betóeelb be 25aBplonifcBe/ be ®o?|l ban ^ilba* benbsp;pcrfifcBe / be llSupft en g^en ban j^opee be ^?teBfclje: lt;®e j§cBenBelen ennbsp;toonen ; be eeeffe upt endel gfec / be tSoomfcBc ^epferitfte onbec Bet i^epben»nbsp;bom; be boeten bermengb upt ®fcc en Jiiaobberig 3lcem / be kwcinengbe Mo-riarchye, Upt cctt 3feecdelijBe en polttijBe iBagt onbec ben 3tnticfi?td / cnbenbsp;sgne lo. Coningen/ bie boo2 lo. (Coonen toeeben becteelb. ^ie ^ntel Ca»nbsp;pittel 2. Cnbe nog een anbec btecgelöh jserfb in be pliantade ban een Boomnbsp;Capit. 4. en ban Dieren Uebb gp Capit. ?• nebeiijs be uptlegginge bet sdbecnbsp;Einnebeelben.
(d) i©aac iel een Beeld ’t geen tegen bc fcrK*utocn gedelb jijttbe / Bet uyt-gedrukte Beeld, en lichaam der zaken'bCCtOOnb COlf. 2. i|eD?, Il i i. ÉiC
©fal. 17: 15. 5l|et toelfte / om bat top Bet ©olB best iS. (Cedamentei genie» ten/ 500 bectoeepen top alle fcljabuto-biend / 5elfö bc a^celbingcn bie toel eernbsp;in ben Cabemaliel en ben ®empel opgeregt toaren / om Bet BinbftBe en rutecnbsp;©old tc onbcctoijfcn. '3^at bit leccen be geenen bic be23eelben niet alleen aan»nbsp;bibben/ maar oe^t 5clfsi biefc aljs iJ5oedcn ber Hleeben in be j^erde bccBeffcn.
Van Beenderen, Zia ojgt; de Titel Menfeho.
115 bê Cijonb-taale iet cnberfcBepb / tuffcBen be tooo?bcn Chai en Bchcm». m Chai bebupb endti een i©iec bat lebenbige Cfecd Beeft; en in bic jin issnbsp;ben IBenfcBe ood een ^icr. ^ie Cicncf.2 ; 7* cn 7 : 22. pfal, 68 ; ii.,nbsp;«iamp;it noemen fp in ’t «©jted^ gte aipocal. 4'6. Bchema nona be»nbsp;bupb een ©ier niet be aantoijfinge op bess jelfis rebcnloob'Bepb i^falm 49: 21,nbsp;P* Menfch die in waarde is en gcca vcrfland en heeft, is gili;k de Beeften
die
-ocr page 103-Schat-kamcr der Zinnc-beelden en Voör-beeldeft, Si
die vergaan, ’t ^eüje tKbllpö OOti “i’ra Begnir (Êïóïi. zzt 5.
StpOf. 13; I. totW bJOOjl) ?’t Sijs , aIjS 006 T™ Schachatx (©(al. 50. $i!5 h. goli i8.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;8.) b^itpii c«n ®tcr trn aaiyien ban be toocfigcpb enbc
bjjceböepb; öe ttoce (aatfte bcöupljtngen 5ön ftter cpgun.
(a) nbsp;nbsp;nbsp;45dtjft in ijtt 0eni;’eii geb^upft een ^eeft beragtclift gcbjupïst toojit/nbsp;cm af, te malen een i^enftlie bte ban berflnnb / en gefcöibtöcpli tn ^eben oiit;nbsp;bloob ésf/ en afó een 23:cji leeft; alfoo och boo2gaan!S tn be bcpüsc
Büüjft upt ooben-gcmcibc plaatfe ülijftr. ©aulnsi ctteect tn bie stn een ©ere'
lipt Epimenides ®itlim 11 iz, De Cretenfen zijn altijd Leugenaars, quade Beeften , (uye buyken : €nbe l)P ftemb toc get oefa?ii!* Dtt ^innebeclb.nbsp;©v'tnt.ö geeft een biipbehjhc uptlegginge öiec bat ^©etr.z: *2, Defe ais on-rcdelijke.Dieren dic de natuure volgen, ende voort gebragt 7/ijn om gevan*nbsp;gen ende gedood te worden, dewijle fy lafteren ’t geen fy niet en verftaan,nbsp;zullen in haare verdorventheyd verdorven worden. «Stt 16. Maar hynbsp;heeft de beflraffinge fijner ongeregtigheyd gehad j want het Jok-dragendenbsp;ftomme (dier) fpreekende mctMcnfchcn ftemme , beeft des Profeten dwaas-heyd verhinderd.
(b) nbsp;nbsp;nbsp;25pfonbcr tsi aanmtchüh / bat gantfcOc .ïlcmarcïiten / fsamm-gcdclb
lipt naniiirPi’ iBenfrijm lt;!Bobsi niet ötbbenbc / tn ftaw ojbte t’5atttcn-Gcboygb / aliS ern Eicöaam upt bede Icben / onber be gebaantc ban heeften boottliDinen. Eie t©anicl Cap. 7.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;3. Cnbe bat tjet ^tcrïtlt jUtcöaam cn
Odlcl ban natunrclijïte jlScnfWjen/ bic jig fjeWten t’3amen'gcbocgb / cm een tipttöcnbtae ïhcrMöbc ©olitie/ na bc gefialte ban befe 3©atlb / onbec tiaarenbsp;i^aofben op te eegten / tn be ^spocalppfiss een Beeft toeeb genaamb. ^it t0nbsp;be 3Ênrtcnjr(ltfc(|c menigte 2Cpoc. 13. Cap. ©oh toerb ben g^unbel / cegeecenbenbsp;tn Ijet Ecbcn-hoofötge ïrjepbenbom; cube (lootenbe Cfobs Uerhe met 3i)ne 10.nbsp;l^ooinen/ bat tó 10. ftoomfehe ï^cpfcciS/ boot een algemeene bccboïginge bannbsp;meer ban 200. giaren / te regt üp Dft monftceufe ÊirtKittB' ^an een Draaknbsp;bccgdchcn. Eie na onfe üptïcggingen ban bit ^innebedö ober ICporalppff^nbsp;Capittcl 12.
D€ epgen öefcBnibingc ban ttoee |l9on(twufc 25eeften be Behemoth cube be Leviathan, bp ^DÖ Capittel40.cn4i. hebben be gcootflc betftanbennbsp;onbcc be Ciobgcleecbcn beimocpb ; ja 3iBP jeifis in lict lefen Ijaccc be?nbsp;benhingen. gh 33! mijn gebagten cottóehh neberleggeiL ^h binbe hier ecnig=nbsp;3inb een letter of 3innebcelb tn ttoee seer fchtthlijhe «Dieren. ilSaar gih moetnbsp;behennen / bat in geen gefehapen onbemuftig jéeefl op Ijct Ijonberfte bed boVnbsp;baan 3ijn of himnen toojben/ bie uinnemmbe befchajbingen ban «©obsi 3©on#nbsp;iifïcn / bJdhe aan b4e 525eeftcn toedten toegefeh^eben gt; w baawm 0o«gt;?
% nbsp;nbsp;nbsp;m?
-ocr page 104-82,
hieroglyphic A, ofto
mu nbsp;nbsp;nbsp;/ öai: öoo^ be jdbe bcrtoonb lino2bcii ttoce oteocootc m fcOjifi-
fiÉlpe iiieaotcit / upt ijc feragt cn scnutoeii ban allc j^tatcn in be 3©ei-db bp een gebjagt. €nbe bat aan iioD in befc 5piguucen/ «©obss toDnberlijfic 3^iiPSigt;-boiibinge onttent bejelbe/ in biete biAitoingcn booj 3ijn boo?3ienigbcpb; ’tgcennbsp;iKiben alle iBcnfcOelpe magt gaat / bupbelib beitoonb bw?b. aJnbe pet Itannbsp;tod 5ijn/ batgelijb aan Nebuchadnefar, en aan Daniel, in bcitib^ocm 31)1»nbsp;boojgeamp;omen in be inbcelbenbe fecagt / baai* Beeid, cn bate Dieren , al300 ocftnbsp;giob bie ban alle baace iteben 500 onbcift'lKPbenrtift fmcebt; boo2 ingcbingcnbsp;lt;i0obss befe ttoee ©ieten in cen Phantafie of bemibbinge ban 5hincn 3i)n boo:^nbsp;gebomen / toelbe ingebinge snSbe bicpe inb?uööingcn in bem gcpjent beeft/nbsp;bat bP bie te ncttec beeft bunnen oberlebeim lt;ï5clijft 00b op bie toijfe / ennbsp;aan ©etco/ en aan ^oannea/ niet alleen lt;J5obfp?aben/ maac 00b gesigten ennbsp;bemibbingen ban 3inrten 5nn booxiebomen»
©m ban egtcc eenig3tn!S petss aan beEettec te geben/ 500 oo?becle gib obei-ï bloebige cebcn te bebben ; cm boo? af baft te ftellcn / bat befc ttoee grieten/nbsp;ben Behemojt enbc Leviathan; be eccftc ecn 3Janb-^icc / be antoe een WS'nbsp;tci-^iec/ bat 3ig in of aan be ^ee ofte oob toel iSibiecen ontamp;oub / te bengt;'nbsp;nen te geben. ©en naam 5clfsi ban Behcmot, geeft een i:anb-©iec/ oftenbsp;groot 25eeft te bennen, gie ©fal.50: 10. De Behemot, Beeflen op duy-fcnd Bergen- ©at bc Leviathan een 3®atec-gebiccte isS/ Blpbt 3^f. 104: 26.nbsp;Aldaar wandelen de Schepen den Leviathan die gy gemaakt hebd , omnbsp;daar in te fpeelen. |Baac btec trt berftbillcn bc ©elcccben; Of booj bet $anb-©iet ben Eiipham , ofte ben Rhenofter 3p te betftaan i ïDebccoin/ of boo?nbsp;bet Zce-gebiecte ben Waivifch , ofte ben Crokodil effjiec befclpeben too?blnbsp;jisen bon geen geloof toepgecen aan be ecbacenbbepb en be getupgen/ bat bennbsp;Rhenoiier, bat tb een©tet ntet ecnï|oo?n inbeniseust/ in gcootbepb 5eec nanbsp;bomb aan ben €lepf)ant. ©at W in tojeeböepb bem te boben gaat / en me^nbsp;nigmaal Bern met 3iin ftbeepe loo?n/ alb met een 3bJeerb ben tiupb opBaalb:nbsp;bat BP best Balben niet Boog te roemen tb in be bcagt in ben nabel spiijs bupit.nbsp;©e Rhenofter ett Beeft bie toeebBepb niet in ben bupb / gelftb ben ©lipBant»nbsp;maar 3ijn ^^cBilb ban boben toerb Bent met gelijbe bafte gefpen aan bepbe 5ij^nbsp;ben ban onbjen tocgeftcengdb. Ip Beeft 300 een fcBub-agtige j§cBiib / batnbsp;niet alleen een pift bmgteloost baar op af-ftupt / maar bat geen |Kuftguet-Bo=»nbsp;gel boar boo? ban bjingen/ of in be 3elhe Begten/ todite nogtansi boo? een epnbsp;ften planB ban 4. bingeten bib / ligtelib boo2bJingb‘in een bequame af-ftano/nbsp;men fp?eebt nog gcootec bingen ban be baftigBepb ban 3ijn gebeente / ban bienbsp;ban een Elephant, ©e Renofter i^ bed bcagtigcc met toapenss aan 5ijn len^nbsp;benen boojpcn alb ben Elephant- igp fjeeft maat een Zweerd dat God hemnbsp;aangehegt heeft, 3jjti eenen 3Seub-Boo?n ®b 14. ©en ©lepBant ttoee ^lag-tanben alb een tijjce-tanbige ©0:^. l|p ib gautoec enbc beb?ebenbec op fteplcnbsp;plaatfen ert Bergen alb be Elephant, bie meeft ©offtBen en blab ©db soebt.nbsp;©at ©lepijant ruft ftaanbe 3 ben Sipenofter icgd ook neder, ©efc en anbecenbsp;©cbenen boen mu meer oberBellen tot Bet geboeldi boo? ben Rheuofter. 3©atnbsp;gangaat bm Leviathao} otioob? Ift mbec eena®albfbm be tooefte see/ ban
eetl
-ocr page 105-Schat-kamei* der Zinne-beelden en Voor-beelden.
ten Ccocibtl in be ïitbtaen te jijn. ^ie^^fal. 104? 26, ïï^oij gft Inat pbee tett 3ön gcboelen:nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;sal toepnig gebeii ofte nemen tot be toepaffinge.
I. zi^an/ om bie toepafTinge gcUifebtg te maften / 500 meme !ïft (gclijft ter^ ïïonb tö Ge5cgb) toaac/ bat èiob 3lilmagtfg gjob totUcnbe obectupgen bon 5tjnnbsp;oncpnbigcen onboojgconbeïiftemagt/ tnft'etcegceccn en befiiecen bansijn^tfjepsnbsp;fefen/ boo? af bfc ^toef-iluftften ban jifne toeefien af te beef toeeft (fjet 3p metnbsp;Iftepftgeeecbicbigffcpb gebagt en geje^) «ub felsen te maften om saften ban bcnbsp;fecagt ban befebieten/ in een jooftoogozabenbe en ©oetifefte (iftf/ in 3uHt eennbsp;ïKiogen mate op te ft^cn; inbien niet toat anbetiS bat beef grootec cnbe upt-nemenbet isi boot bêfe 5tnnebecfben totecb bertoonb» 3^et jcfbe ftonbe g^aniefnbsp;boen benften na ftooget bingen / bjanneet ftati 5ijne 4* bieten bjietben b^ c-toonb «Capit. 7. oEn ^oannos / toanneec öP bfen «©eooten 5©?aaamp; sag. SSe-fier men moft ban Diet uptsien na Det albec(tctft|ïc sïigument upt te binben/nbsp;om 30b upt een Hooft-ftuk van Gods wegen 14.) te obectupgett. ;©cnbsp;ïieec Coceejus, bie ftet getuft en bc tonofjepb ban lt;0ob ontfangen fteeft/ bannbsp;Dier een gtonbiget en saftefpet toepaffinge / afb beete te geben / inaaftt Diernbsp;iiogtans bit^tgument. Indien een Leviathan, bte selfjS een ^tDepfet (iBobbnbsp;tij/ ban bie ongeteiPDepb ijS/ bat jelfiS be alba-ftoutfïeiBenjtDen Dew Pnft'nbsp;ftenaan te boen of te tergen/ Ifoc sal ban ceniBenfcDe boo? 5ijnlt;JBob benïtcg^nbsp;ter cnbe 3©2ecftet beflaanj iBaar pet eerflc iö toaar 300 ban pet gebofg. ^itnbsp;1.0 petst / ten oansien ban bc Setter / maat bit fton boo? cene gelpcnifTe bannbsp;ee» 55ecfl bjcl bofbaan hïojben / en Det 3af tecflonb bfpften upt oe toepaffinge/nbsp;bat lt;0ob!S toegen in z, sttmetecibctt moffen bjetben bertoonb. Saat onb argnnbsp;ment bit sijn : ^nbien lt;©ob 2, snifte ittDamen ban ^taat in toelfte bc magtnbsp;ban be geDcele ï©etdb tö fsattten-gefmolten/ boo? sün magt cube boo?3ienig=nbsp;Depb sobanig ftan betemmen en bebtoingen/ bat Dp alle Date gebagten/ toille/nbsp;raabfï^cn/ en betoegingen (Doe batooeb bie ooft mogenspn) meet te beffup^nbsp;ren tot snn epgen lt;£Bioae/ rn lïbasulftss be toille ban bc nlbecucrtooebffe jBen^nbsp;fcDcn lt;©ob onbcrüjojpcn tjs. a©at gaapt gp ban al^ tegen een oben i 3Batnbsp;loopt gp aan tegen snift een aanlitbipeti ©oojstcnipcpb i gin be ïlberelb iSnbsp;1)20 bMt anbecst te boen / en be bolgcnbc «ffeutoen suilen nog bjp grootcr cnbenbsp;tiHnaflpcurefnftec bingen 25aacen / baar sullen anbte iBonfferst ban ntcubjc givnbsp;mts gesien b)o?ben ; alö bat gp n 500 sect sonb bcrtoonbacn ober mP ongc^nbsp;Doojbe fgupiSDoubinoe ontrent u ©ccfoon en familie. Eic ban nw ecnsi eennbsp;SoPcrling ïpjft-ftuft ban mpne toctften ic.
11. '©e ftertigc ^fpifmnre fp?ee6t in berfeflepben plaatfen ban tbjcc ©tc^ ren/ bJdftc tefe jelbe spn. J^et ceefte op ijet Snnb /, Det anbece in be Ecc.nbsp;JlbP onber^len; 't geene ooft onber ben (Citcl Aarde isS betoefen / bat Lanlt;fnbsp;bebiinb ben ffftfter ber iöerfte/ enbe Det 25eeff upt bc Slarbe opftoinenbe / benbsp;36nticD?iffifcDc iterftelpe ©olitie/ in Daar gcffaltc bie fp nicuto Dab opgeregt/nbsp;m batfè ban bc Zee ban Det i^epenbom toa^ af-gesonbeeb / en üwn sal ooftnbsp;Daajl gejien tooibm todfte befe tbiec ©cellen spn.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^
%Z nbsp;nbsp;nbsp;UI. let
-ocr page 106-S4
111. nbsp;nbsp;nbsp;onfcpïticii'i»; / fcat boo: get b e e s t fciit uiH ïsê Zee tifócr-cerff
iïa® na / toannecc ïjet 3ijii bclfiomen oi'iialte öaö / upt bc Aarde op quam/ beeftaan toccö ö(t ïtijftc beef Jllnttclpijlé/ 500 aliS mt boten isè onbccocflclb cn^nbsp;bc b£toefcn in onfe ^(cutcl bec ^^joptetifefts (öobnrfefibOcpb. ïBanncec bcnbsp;ïtoomfcöc .fiDonaitljie ((©ppfc-boofoiöbepb) ten tijben Conftantini te'cnicttgbnbsp;toicrb/ boo? [)£t Cftndenbom/ 300 toierb be ?Eacbè boben bc :ö3atet:cn fïe5jcii;nbsp;cnbe boe teas bet tijb / bot be ^atan ; gebtoongen jiinbe tet ï|cpbeiibont tenbsp;berlaten/ enbe jijn (iEfpocn te (leden onbee een anbcce gcflalte ban ïtcgecringc/nbsp;niet pIot5elt(t in ben ^fiutnib toieebe nebce-getoojpen; maat op be Aardenbsp;{?8poca(. 12.) gedjft ecu ^ce-^?aait / jig ooft (na 3öne 30Q?te) op bet Htanbnbsp;ftan ontbouben/ enbe albaae op 3iw eopf ioecen. ï^p geeft ban 5nne magt aannbsp;het Beeft; op bat bie inagt ban bccblinbinge en beijeeriibbeben bie bP bab ge^nbsp;oefenb in betigepbenbom/ ooR ban Rem toeba-om onbee een nieiitoe 3oo^tc bannbsp;Rcgcccinne/ inogte toojben geoefenb in bet genaambeCbPlienboni; onbee bjel;nbsp;Re atojb tocl be 3©cfentïijRe SeeRe Clpidi 5ig ontRidb / inaac 500 / bot betnbsp;tneefte lt;0?ob ban bit EicRaant/ beftonb upt '©icehjRe en SEacbfcRe sKenfcRcn.nbsp;Upt befe ontilonb ban bten RoomfcRen Behemoth, ales an HSonjlec-bice enbenbsp;^jaaR / bie 5io 500 toei op Ra Éanb/ aib in be ^ec Ran ontRonben, ©ognbsp;na bie bcifcRcpben gcftaltcn/ Riet Rp (Draak) op bet Eanb een Behemoth, ennbsp;in bc ^ec ban 't toocflc ï^epbenbom een Leviathan, isientanb 3al Riet benRcn/nbsp;bat git befe namen aan ben ^§atOan atö een finguiicr toefcbJijf; banc iR adenbsp;bie fatten baat Rp ï|ooft ban iss aanmeeRc nebenss Rem t’5amcrt-oedcib / ennbsp;in een licRaam gcteoöt. SClfoo cn Runncit 0cm ooR gccir 1.0. ©oofben nogte 7.nbsp;igloojnen toegcfcRjcbcn bJo?ben scpoc, iz, ten aanftctt ban 3bn finguRce/ maatnbsp;ten op5iot ban Ret RtRaam ban bie .ït^enfcRcn / toetRc ban 5ijn lt;6cc(l tocebennbsp;aangcblafen / enbe ban Rem öeReecfcRt. lt;!3p 3ict ban in Ret gcfiel en fomienbsp;ban ïïcgeeringe in Ret genaambe Cbndcnbom/ 300 alss Ret boojRomb t’3amcn-gcfïefb lipt gfec en 3tecm befen Behemot.
5Siemanb en ergere 3io baar aan/ bat top in Ret CRtidenbom in bie daat/ toanneer Ret ten njben beef grooten Condantinij 3eer RIoepbe in booitreffclRRenbsp;Xecraarö/ enbe menigte ban sSelRberjS in’tlt;0oden enbe in Ret a®eden/ biiiinbsp;ben be rnatene toaar upt met be tijb een Beeft iö gebojmb; 3taat Rp maocnbsp;bemcrficn / bat top ï)ct ©ee enbe be ^cRaapitenö CRtidi 0eenr3in.ö en benasnbsp;beelen/ toanneer top met ben ffi?ofeet €faia« seggen/ bat 3P in bc beteeebiginbsp;bc daat ber ïjcrïte v alö bc afmal in Eeere en feccRen-5eben 3cer be oba'Ranbnbsp;nam ; Raar Rebonben RcRDen mibben onber 3iceiitocn / 25eeren en 3©oibcn;nbsp;500 bat met be tyb ben daat ban be upttoenbige ïfeerRe 500 tó berboeben/ batnbsp;fp meer een natiwrRR en ^lerRR toe3cn bertoonbe/ ban be toare gedaite bannbsp;een ©mpb enbe HticRaam CRtidi. èoobanig een (laat ber ï^erRe Rab Efaiasnbsp;al te bOO?en boo^egb Cap. 11:6. Ende de Wolf zal met het Lam verkee-ten, ende de Luypaatd by de Geytenbok nederleggcn. Ende het Kalf, ennbsp;de jonge Leeuw met het meft-Vee te zameri , ende een kleyn jongskennbsp;zalfe drijven, ©crb 7. De Koe en de Beerinne zullen t’zamen weyden jnbsp;hare Jongen zullen l’zamen nederleggcn;, ende de Leeuw zal ftroo eeten»
Schat'k-aincr der Zinnc-beelden cn Voor-bcelden.
i^clijk de oiTc, amp;c. 5!rt bcfé ncft)ftait(Vc tocrb uict bart bjatUt 3:5eftcmttgt;-w ban befc bJilbc bieren srfnjooftcn/ fp Dlijbat bjareltft totib ban aa« / 50a i[cc«bien / alei 25eeren / en €incr«f. ba-ftrijsen 00ft Jongen na barennbsp;3(lact. jDoareftft geen ilammcren / geen «©euteit / $f. iBaac alfccn bjoabnbsp;Ijaac tojcebfiepb boo? bet banbetoi cube ben ommegang mgebonben / 500 bmxnbsp;3clf0 / batfe 5tg Supcljelagtig etr boo: blepeit tot be ïjetbe enbe Hecraato beesnbsp;öoibes toebcegcij. gg bat 50 ban be jcibc gceftelpe fpijfe enbe b?anfi/ metnbsp;be Hamttieren enbe Buröïcren ccten en buurtten / bat 10 aUnec bat be Leeuwnbsp;ftroy eet als cen Ruud. 35tt 10' ban be tijb in toelftC bO Heydenen den uy-terften Voorhof (jehjailbefen/ fa bcttitebeii ‘JCpocaï. iï: ï/ 2. jgiemanb ennbsp;burtfte bet ban btcmb / om bat (60b altijb jjjn j©o[ft en uptbcrftotuneit in bennbsp;ftaat ban 5oobanig een gcoote menigte b^tft; bat baarom bie feccbcigte baat/nbsp;bermengb met be a®a’elblnbe / niet en joubc ba-toonen be geftalte ban eennbsp;Bedt op toelfte be ï|oere 5it / bic bet aileo in lt;©ob.o ï^erfte berberft / en bcnbsp;Coningen bcc 2tarbeii tot bare ^cciwpe aanloftt. €nbe toie tö 500 magrignbsp;getoceft/ bat b» befen Behemot fjeeft bunnen tegenfïaan eitóe bbiingeni baacnbsp;be 5clbe alJcö bcrmaalb/ bccb?öfdb enbe bertreeb met be boeten.
ÏBet toepnig toootben moeten top ban/ om ben t’jamcn-bang ban bc rebe^ nen/ 5eïf!S onber befen€itel peto 5t'0geb ban bit anber ^reil/ ben Leviathan,nbsp;^b ben obercebet oin’t 5ctoe boo? ecu lt;i3?Ci0t Eec-mon(jcr (boo? 500 bccl mcunbsp;be letter mogte fpcailceren) tebouöen. ^ibwicro ben Leviathan ^f, 104:26.nbsp;geeft item bc groote en ruytne Zee tot 5ijn «ÊJcmcut. lt;Baar be Croftobilnbsp;5tg in be cn anberc iiibtercn ontflonb. Cocccjus beeft toebcricgb obernbsp;gjoü 401 zo. be fclnjn-rcbenctt ban ftnjb / bie tegen ben JBalbifcD tocebennbsp;ingeöjagt. lt;Èn 300 D«t baac al op aanquam / 500 bcfiocft mm 3ig }itp|l aannbsp;ben 3©albifcl) niet te Wnben ; baac 3i)n bog metc b?ce|Tübe Eec-bteren Dcmnbsp;/ enbe bet (Irp niet tegen be p?actpe bec toci-fp?cftentftepb / bat mennbsp;Coiieaive oPcc een 3eftcr üBonfïec alle bie ban gclpe 500?tcn sp berfta ; tenbsp;meer alfoo 00b bit tooo?b Leviathan 3elfsi cen piuraie uptgang beeft in bcnbsp;(0?otibtaale. gb beefiaa bier boo? befen Leviathan een atibcc Syftema, t’ja-
mcn-geftelb EtcDaam/ namelik van openbare Heydenen en vervolgers van den na^
tne chriHi. ^cem be Zee boo? bet tooefte ï|epbe«bom (gclpfi opee ben ®itel Aarde iïi getootib/ cnbc nog toperö 3at getoonb too?ben op 3P epgen (€itel)nbsp;ePe ban bunnen niet beguamec ban enbee ben Leviathan berjiaan tooeben aiienbsp;bie ïêcpbenfcbe lt;0becbcben/ jBagten / enbe «tpctoelb-bebbecen / bie te cegt pnbsp;^ce-monpersi too?bcn beegdeben. ^ie een aanmecbelofee plaatfc Piilm 74.
berflT. 13/ 14, Gy hebd door uwe ilerkte de Zee gefpicten. Gy hebd de koppen der Draaken in de Wateren verbrooken. ©CCSS 14. Gy hebd denbsp;koppen des Leviatans verbrooken Gy hebt hem tot fpijfe gegeven dennbsp;Volke in dorre plaatlen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;bcn ^ISpbd bOUÏ'^Ü bOO? befen Leviathant
toocbenbc/ fcbupmcnbe/ en 55?iefcbenbe in be ‘Z(t ban bet tooeiïe üepbenbom/ moeten ban 00b toeten/ bat bP b'ib üiet in 3ijrt finguiari individuo, bpjhnbecnbsp;itwet aangemeebt too?bcn ; toant bier too?bcn ben? (geUjb 00b ben ^?aabnbsp;^uotal. iz,) Koppen tocgefc.b2eben / bat iö in befe plaatfe boo?nam9 t^etoeib^
% 3 nbsp;nbsp;nbsp;OcbbecgJ
-ocr page 108-ï)ctóKc^/ ^fcViolOÉïö bcc ï^aliÈCftntlü 500 CP ïjfit w ïife fjawêtt-gcftcïtje 3111 bccflaat/ 3^0 «1 bcftcijbcn top öat geboelen ntaj €rt öan han cm öe ©u*
ÖÉ nbsp;nbsp;nbsp;/ torgdcjicn met öefe tooojitai / Gy hebd de koppen des Levia-
tans verbroken , bocn 3icn / 006 06 ©uptol bte gCOOte 3^2330 Upt 06 toa6tl6
gg66 ti6«i ^6)1061)00111!$ op ÏI6 28act)e 10 ö6too?p6n3 en be ïtoomfcöe (3i:»2anhtg6 j^cpfecö ('alfjtee 5i)ne koppen) 3ijn Mptgccoepöc ^^oofben ban öcm 5nn nu innbsp;beeb tob bie boo?naame becboJgecö en bpanben ban ben Ctoilten name/ Turken, Saracenen, Perfianen, Tartaren, tn anbece itoenöace bpanben Cfpiilt.
lt;©002 befe boecb bP nu in beloop ban alle «ïEcutoen 5tjn getoelb upt tegen ijet €02i|icnbow / eben al0 ÖP eccfl bebe {Slpotal. 3)^) a{0 ©ppec-booft ban benbsp;Koomfe ïgepbenfllje jtaonaitöpe. €n boe bieefïib beiBagt ban bie Cijamp;en ennbsp;Iloofbcn 5P / onbeebinb bet COiiftcnbom ban «gaitoen af met al te fmccteliftnbsp;geboeïen. ?lll ’t geene top ban tot nog toe ban befe tteee b2eefTeliibe ©iecennbsp;Siobö ge3egb bebben/ ban een pebec aanbagtige en cebatene in be ^tlpift/nbsp;lipt bet 40» en 41. kapittel gob0 / (lub boo? (lub becgelijben met be geftaltenbsp;cube toeballen ban befe tbiee fo2niibabele jiBonawbien; btt gene aan^iartöc benbsp;Behemot banCoceejus 3eec fubtijl i0 uptgetö?ogt ban pbee na siert, «©e Critici ban befe onfe ®iib febben flitb ftn fcöoone (loff? ban een i^ttaat. ©n0nbsp;bedeb en laat on.0 bit niet toe.
1^ een Batecben ban bet (©dbeegte tot in be laagte/ boo? een enge Caiiaaï af-tóietenbe (’t geen bootoaans ban toegen be gedabige beumgt be03©ater0nbsp;tone ©ebecö bebogtigb) enbe aan bepbc toben met ^ebabuto-agtig (0e--boomte ipbebb is boensien: bet geen bp bag een seec aangename bccgntltocln-fie fcljupi-plaatfe berfcljaft boot be barre bitte / enbe tegen ben boift ^ bog te-gens be neberbalenbc bupdernifTe bes nagts bip een naar gesigt bertoonb.. ..nbsp;Merit aan: ten aansien ban bet eerfïe Eibnbsp;(a) ^e ^egen-rijbe inWoeb enbe toeWoeb ban lt;®obS (0enabett-giften/ bienbsp;ben ïgof en panten ban lt;0obs ïierbe bebogtigen enbe biugtbaac maben. Eic
^fal. 123. Hy ïal zijn als een Boom, geplant aan de water Beken , die lijn vrugt geeft op lijnen tijd, en welkers blad niet af en vald P, 46: 5,nbsp;35e Beexkens der Riviere zullen verblijden de Stad onfes Gods, het Hey-ligdom der wooningen des Alderhoogften.
(b) ^e fncHe en alS bliegenbe bloeb eenet 25eefee / toanneer boo? bet fmer« ten ban be ^neeuto / be J^ateren ban (leple 25ergen afblieten / en bet nautonbsp;Canaal be stlbe niet ban becstoelgen / 300 bat al bet geen baar in iS met bennbsp;droom to02b toeg-gerubt upt bet gesigte / en niemanb baar ober toaaben ennbsp;ton ^ bertoonb be onflanbbadigbepi) en troutoloosOepb ban cenen Büenb ban
renen bog, gte fjob 6; 15, Mijn Broeders hebben trouwloollik gehandeld
als
-ocr page 109-S'chat-kamcr der Zinnc-beeldcn en Voor-beelden. S7
als een Becke gt; als de ftortlnge det Eeeke gaan fy door : Die verdonkerd zijn van het Ys, en in welke de Sneeuw haar verbergd ; ten tijden alsfcnbsp;van hitte vervlieten worden fy uytgedelgd , als fy warm worden verdwijnen fy uyt hare plaatfe. De gangen hares wegs wenden zig van ter zijdennbsp;af; zy loopen in het woede ende vergaan-
(c) toccb ooft gefpjoftett ban jtoace ölt;nautotfjei3«i / onbet bc gripe-nifte ban een bzocbtge/ naace / en eenfame ©cefee, Etc ©faim no. Hy zal op den weg uyt de Beeke drinken. lt;DU 10 ^abtb / Cn CfIrilïO bJCbiTbaccttnbsp;in Oct obcctcefthcti ebee be iSecbe Cedron. Eie boben onbec ben iCitri Abfa-lom. ban baan fifaagb Cöjiflusi Wal. 18: 5* ^^ken Belials verfchrik-teii my.
€n ©at ban éen gemeen geb^np in een ï^upis-fjouben / unt hjrific ben ingefefpnftcn 3^?ann toeeb gcnutógb j toetb in be figuuee op berfcüepbennbsp;toijfen genomett:
I- nbsp;nbsp;nbsp;^aac iet een Beker des Heyis ctóc des Lofs; grip men in be ©janft-©ffecen uptftoHc obec be «©(feanben/ onbee öet aaneoepen ban ben ^ame beeinbsp;Jleecm / toriftc baacom 00amp; onbec be Heyiige Vaten beo (Cabeeflabriö cn beonbsp;€emprijS een ban be boo?naam(ie mao ; cnbe ooft op bc loog-jpecflen / alOnbsp;Paftha , Pinxfter, fc. bP be Widleten in ’t gemeen ; en ooft in fk't bpfon^nbsp;bec / ai0 een öpfcÊften ©eftec / ban be ©abeto beo lupfgcjino ben öaacennbsp;bjtecö boojtgebïagt. I^an joobamg een ^P-©efeet / onbeeftftepen ban btenbsp;Cpfluo baac na otbinaac maPte in tpefien ban getSCboPmaal/ fpjeeftc
SEucaOCap.zz.®07. Ais hy een Drink-beker genomen, en gedankt hadde, zeyde hy, neemd defen, en decld hem onder u-lieden. ©alt 5Uiften ©CftCC
beo ïofO fp?eeftt ©abtb/ niet 5onbec figure w no r 13. ik zaï den Beker
der verlosfingen opnemen gt; ende den Name des Heercn aanroepen. Kofte-lik is ’t in de oogen des Heeren tot aan de dood toe voor fijne Gunfl-gc-nooten. w io / ai fcBom fp ban toegen beniSamc Cf)?ifti aio een Drank-
offer in de dood wierden op-geofFcrd; bit tO Öaac ecn ©eftCT bCC ©eclOfTitt*
gen unt Pe bie elenben ban todfte fp te booten f)ab gemrib/ toaac mebc baar geloobe en btprtwebigöepb ber bcipeniffe too?(lribe met be banben beo g^oobo.
©ergelp g^tltp.21 17. Ja, indien Ik ook tot een Drank-oIFer wierde geofferd, over de offrande uwes geloofs, Zoo verblijde ik my, amp;c.
II- nbsp;nbsp;nbsp;g^aac tO eat Beker beO fjepfigen 3®bonbiii^lo / ban Cp'fïa. tot eennbsp;Dibinaat iCeten en Ecgef in öet istaibjc €cftatncnt ingeflrib / om fjaac afsnbsp;too,o bwwmb 0eb?wpamp; te sèbben in 39n ^fte tot bat öp bomb, ©an toei^
boribat^
-ocr page 110-83
iïie ÊÉn nbsp;nbsp;nbsp;enïienbsp;nbsp;nbsp;nbsp;/ leerti ö? jclfis iBattö. i6. Defeu
Drink beker is het Nieuwe Teitainent in mijn Bloed , dat voor u vergoten word tot vergevinge der zonden. %\xt.ZZX 19. Doe dat tot mijner gedag-tenifle ©lt;1UIUSS i COJttltf). 10 ? i;6. De Drink-beker der Dank-zegginge isnbsp;de gemeenfchap des bloeds Chridi. (Jjn CBjj). ii t Z3—19,
II I. €crt Beker bol bati dbcctóoêpctiïic nbsp;nbsp;nbsp;Ze(ïÉnIttiïÈii / Pfal. 23*
(60 5, Gy rigt de Tafel toe voor het aangezigte mijner tegen-partijders» gy maakt mijn Hooft vet met Olye ; mijn Beker is ovcrvloeyende.
(JClijlt 65: 13. Ziet mijne Knegten zullen eetcn , maar gy zuid hongeren: Mijne Knegten zullen drinken, maar gy zuid dorden: Mijne Kneg-ten zullen blijde zijn. — Zullen juychen van goeder herten.
IV. nbsp;nbsp;nbsp;(Êt'ii Beker bail ctluB / bbec beti 0R5C2^eit en booffpaebiö-.'ti boojtinbsp;gang be?s Ijepltgen (guangclinttiis in be 3©ci*elb ^acf). 9: 15. Sy zuilen drinken, en cens gedruys maken van den Wijn , ende fy zullen vervuld worden gelijk het Bekken des Altaars. ©iTgelijb Cant. 2: 4* Hy voerd my innbsp;het Wijnhuys, ende de liefde is fijne Baniere over my.
V. nbsp;nbsp;nbsp;Cm Beker bêc bcnaubjbTjepb enbe ^toaate becbtiiMungcn / ban toeHiCnbsp;«Ipiobsi cccjl b?inl«/ maac be CfoMoofen l)et gconbjap upt5upgen. ^ie
©f. 75* 9. Want in des Heeren hand is een Beker vol van mengelingcamp;c.
©ïi-gelijft bCBK-al g!ccem.25r: 15. ïDcfen 25cf«a* gebjonben/ boeb tnpindcn/ toaggden en ballen ban rabeloosfijepb en bcrlegeiitfjepb; 500 bat al Ijct beeftanbnbsp;iice geenee biefe bdnlien in baai: bJTb beciïonben. ibid. jscljalbcn bat oSobnbsp;èhoi ben (Öeeft bec berti'ooftingcn bte ben 3ijncn (Cempeeb / ?oo beeftfe CÖii'nbsp;fiuyi gebjcmfmi; 500 b^inbenre be aiinen aBaa:D.26; 42. en Cap. 20: 22/23.
VI. nbsp;nbsp;nbsp;cmibdift/ baae iö een Beker beclt;62UbJelcn/ toaac upt bel^oece bannbsp;25abel be Coningen bec Sïacben / en alle ©olltren Ijaaf Coobec-batjn tnfcljcnfit/nbsp;300 batfemet i)n5innigfjepb Debangcn yijrtbe/ algdboben batfe Daac tojjsiwaalit/nbsp;01 al iiptboeren batfe gebieb. ^ie Silpocal. 171 2—'4* fc.
J^cobö Zoon lint ïtacijd / isi ban iBdcbee genaamb Ben-Om (Clenef. ^5:18.) bat iei / Zoon mljna- fliiecte / alfoo fp fn ben acbejtó ben abemnbsp;opgaf. ïBaac sijn ©abce ^acob beeebe met een toepntg becanbecinge bicnbsp;naam in gelted anbecc 3111 om/ noemenbe éem Benjamin, bat ib/ ^oone bannbsp;mijn itiegteelianb. ©an Oem iet 3nn ^tamme ooft Benjamin gaiaamb. '©efc'nbsp;3ijn in bc af-fcl}eurfng bec 10. ^tamtw bp «nbf Bet J^upsi i©abib.«
I.. ïaK
-ocr page 111-Schat-kamcr der Zinne-bcelden en Voór-becldeti^ 89
ï. ftlaimterWiS ijS ^atoBjS boojjcggïtigc aaiiganitóe trfe Benjamin, «©rncfl 49: Z7, Benjamin zal als een Wolf verfcheuren, des morgens zal hy roofnbsp;ceteu ) en des avonds zal hy den Buyt uytdeelcn.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;geeft ÖC IWtgolttfte
tstc alle raaöfel-ö' ontftnoopt fiebjaargepij/ in tiuec (lonben, i. ból Mor-genttond , bjatimci: lipt bte ^tamme be albec-eccfle Contng ober ^fcael ijs berbo?en / te toeten ^ul i 9. Cap.; We toaadiö 5ig bappecbb Woeg/nbsp;mbe becfcgepben obcctoinningcn bcbogt tegen ©panben ban ronbfcmrne,
^te I iSaitl* 14: 47, Doe nam Saul het Coninkrijke Ifraels in» ende ftreed rondfomme tegen alle fijne Vyanden. —¦ En alwaar hy zig wende oefendenbsp;hy ftraft'e. ¦— Ende hy handelde dapperiik ficc. 5^cn Avondftond bOOZ fcte
^tamme; gcfijg oog boot gamfeg ^fcael / tnag men met eegt noemen be tiHTcgen tijb fianCfmlli bergecclggingeaf/ tot op ben onbergang ban be'gioob'nbsp;fege ©olitte. gn We tgb geeft Cgiifiito upt befe ^mme ?tg afge5onbecb eennbsp;ÖPtbcegoojen bat Saulus, baar na Pauius gcnoemb/ een bappec Crggogncgtnbsp;egJifti / bie ben gresjtgen bupt gsmaabt / enbe aan be Ijoeten jgnsi iiBccgccönbsp;geWagt geeft ban alle be Hpogelen / ban al toat gp toon en opbing / en gielbnbsp;gp niet boo2 yig jelgt / maar 5tg jeiben bec5aagcnbe / Weef gp arm / enbenbsp;maabte beelen rijg/ bcplenbe milöcigg 5gn Wipt upt, ^te zCoj. 9 : 14/ 15.nbsp;Cn ben ïïocm in Cgófto ban 5nne gecclijge obcctoinningen 2C02mtg.2; 14.nbsp;ïxom.i?.‘ 17/18/19. aciiS men ban op befe gcedijbe 25eIofte 3i« / 500 bannbsp;men bat oog te cegte boo? jijn boojbeei geilen/ bat gp upt get Zaad iWagams
toaet boeg Benjamin lüom. ii: JU
11. aBijbeese geeft oog .ïnsofes? befe ^taitime/ booj 5ört af-fegepb gescgcrtb/ met een uptnemenben Stegen 5©euter. 33: 12. Ende van Benjamin zeyde hy,nbsp;De beminde des Heeren zal zekerlik by hem vvoonen. JgP belOOft aan WC
:§tamme een bp-toooninge ban ben ^oonc lt;0obsr / be 23eminbe bejs ©abeco; boe meelt onbec ben name ban ben lt;Éngel bcö ©ccbonbsi geopcnbaacb ; 500 ittnbsp;bc irignure-; toant ben (Cempei / ^Citaat / enbe gcgecl ^erufaiem itonben opnbsp;bê gconb ban bie ^tamme / gelgg oog ^ogia aan bc 5elbe ^eWib / bat 10/nbsp;gjccufalem geeft uptgebeetb Capit. x8: 21/ 27/ 28. stiss oog tn be toaacgenb/nbsp;nabcmaal WeBemtnbe bes J^eeren/ lt;j5objS ^oonc/ stg albaar boo? 3ijn ïecre/nbsp;j^onbettoccgen/ lijben/ ^teeben/ en ©pitonbingc geeft geopcnbaacb / cubenbsp;Wbaac albcf-ccrii be gaben sijnsi gepJigen oBiceflb uptge|io?t geeft: Hy zaï hemnbsp;den gantfehen dag overdekken, (gen geijjgcni.b Êtt 3tnnebee{b bail be egecuïnbsp;feijiiei / We met ï^ac ©ïeugelen get (ïïKibHto-agtig ©crjoen begfel obecbegteit.
ö!n 3al tulfchen .fijne Schouderen w'oonen,- bat IjS/ mffcgen Jtjnc palen / WO’ be ^tamme !|uba begrenoben/ 500 bat(©ob alö mffclien gaar bepben tooonbe,nbsp;Hoe nu g:t 3|epligbom aatigetcoggen iet aan Sluba/ We gea-fegenbe ^tamme/nbsp;baar get nogtaifb op jjcnjaminsi bobem lag/ gan men 3tm ©ra(,78, ^jT. 68/nbsp;09,
Berg.
-ocr page 112-E€ii Beo0K/ Bobeti DctBIoBfieHatib bcrfjcbeti cn uptHcfeenbe/ ibelficrö upt^ terfle toppen in joinitiifli'H tod ttoce en meet mijlen Diameters ban beenbsp;blabfie ofte be boet bess 55ec00 boon jito* JDnarom fp oob ftlepne €plan-bennbsp;nbsp;nbsp;nbsp;groot mafien ? lt;!2nbc ongelijb meec ^tbbcces enbe gemeeten upt
maften ban een blaft ©elb ; om batfe ttoee af-ineetingcn geben/ be toeebte en be boogte / bat to niet alleen bolgeno bet meet-fnoec in be blaftte linea, maarnbsp;ooft bolgeno bet biep-loot pcrpendicuium , mcet-baat Jijto. ï©aar in lt;J5obOnbsp;bjonberlplte 3©öObepb befpeurb tootb ; lt;iEn ooft jijn «0oebbepb bie ben iDemnbsp;ftbe een bubble mate uptbeelb*. lïutten in bed plaatfen be gwure ïDinbennbsp;alo een l^epninge/ altoaar fp oan be lautoe 5pbe Zomer maften/ en be a©bmnbsp;gaarben / ©lijf-planten / en antoe ?oo2ten ban lt;i5etoafc0 een fpoebige ©ogfl ennbsp;rijpbepb geben v en aan be ftode jijbe be (©laanen en batbbogtige Zaben bannbsp;etn bnurfiiim aarb mafien. ^p befebabntoen tegen be Zonne en barre bittenbsp;ben geenen bie in be ©alepen tooonen. gnbicn alleo op ben aiatbobem blaftnbsp;toao / boe 50ube be ^neeuto ftunnen bcestoolgcn too?bcn / ban toellte baarenbsp;balfcn en toppen / alo ban een toitte ftraag omrtngb tootben / en bie metiernbsp;tpb langfaam berfmdtenbe ban be jdbe na be blaftte afblietct / en een aangcinbsp;name bebogtinge geeft boo? bet lanb. 3©te 50ube onber be Tropici, la benbsp;Linie bell Evenaar ban bttte filupien buureit/ cn niet bon barre boift berfmaa^nbsp;ten / inbien niet be ^neeuto ban baare fpitfe toppen in be baaleii afblietebe'inbsp;3tangefien fp boo? bare pf5eli)fte boogte be a©olhcn boojboo?en/ cube in be biiitinbsp;ne en fdjerpe Ei!0t be toaaffem ban be roofienbe 2tatbc niet getoaar tootben/nbsp;en be flraalen ban be Zon op baar af-iiupten / en geen boUigbepb binben omnbsp;te bergaberm, Zie na ben 104. Pfalm ipIT. 10/ 11/ 12/ 13. 3|oe bienftignbsp;een boogen 25erg ; gelpft bie ban Canarien , be Sierra Lionne 1 be Leeuwennbsp;en Tafei-Bergj cii attbcre boo?-(i5etietgten/ ben Zee-lieben 5ijrt om Ijaar boo?nbsp;55aaften in Zee tc (IteWten / tocet peber Stierman. i©it allep Ijeeft a5obnbsp;toiiffdift gemaaftt^ €n met geen minbet toijobcpb boctb bP ones in 5ijn3©oo?bnbsp;nog al bed boogee ban be 25ergen op / alss bP ones be jelbe alst jFiguncen bannbsp;lt;3ee(lelDfte btngen boo?fl:db.
lt;een boogen 25erg/ en baatora ooft ban een 5llfgronb ban bieptc/ ban bate fpitfe af/ tot aan be too?td toe bie pepKooö to/ betlitcftt geen Zinneftedb (al^nbsp;foo lt;l3ob bie onepnbig to geen tegenbcelb en beeft bat met be iiptedifte sinneH'nbsp;ban bebatet too?ben; maar een Woote gelpftenifle befe bingen.
I. IN god.
I. ^ijn ondoorgrondelike Wijsheyd , Regtvaardigheyd , Goederticrent-heyd» en Oordeel, ©tcgdijft ^f. 361 6/ 7. O Heere uwe Goedertierent-hèyd is tot in de Hemelen j uwe Waatheyd tot de bovenlle Wolken toer
Uwc
-ocr page 113-Schat-kanier der ZinnC-beelden en Voor-beelden,
Uwe Gcregtigheyd is als de Bergen Gods, uwe Oordeelen zijn een grooten afgrond. Hcere , gy behoud Menfchen en Beeflen. ©ccgclöftnbsp;139. De Kennifle is my te wonderbaar*, Sy Is hoog: Ik kan daar nietnbsp;by. (£i1 iïOltl. 111 3 O diepte des Rijkdoms amp;c.
2. nbsp;nbsp;nbsp;onverandetlike trouwe m ftonïlballtgÖfPtï til fiCt DdObetl «1 boR
Djcngcn ban fótir beloften. ^ie«Sfat. 54: 10. Want bergen fullen wijken, en heuvelen lullen wankelen , maar mijne Goederticrentheyd en fal van unbsp;niet wijken, en het verbond mijnes vredes en fal niet wankelen, fegd denbsp;Heere u Verloffer.
?. lt;©e vafiighcyd van verblijf tot bjooiiblaatfe Éii beftfjcrittinge bie bp tó boot fjjn ©oib/ 'foo uat f)p 10 bare ^teencotje/ tiaac boog bertceb. ^te ©jak
18; 3, eH2o: 2, ttl ©f. 30; 8. Want gy had door uw Goedertierentheyd
mijn Berg (bat t«Ê u fclfsf afsi een bootbjccp niijnss bectcoicbjensi en rufte tn üe^ naiitbtpb) vaft geheld bat fö boo? ni!J beUejligO. ©ergelijb ©fal. 90: 1/ 2.nbsp;Hcere gy zijt ons geweeft een woonplaatfc van geflagce tot geüagte: Al eernbsp;de Bergen geboren w’aren, cn gy de Aarde en de Wereld had voortgebragt:
t©it laatjlc' 3lib siet ban op lt;000 in 5tn 5clfsi/ cn ?ijn €cbjtg raab-bejlnut; toaac in bet jpiinbanicnt iegb ban bet gcloobc en be boope ban fbn i^cebe: €nnbsp;op bit boo?nemen sijn jdfjs be Bergen geboden |c.
, 11. (€cn A A N ZI EN V A N D E K ETR KE (bic Jtlfë m\ 25ecg il^/ ©fill. 68: 17, «J5cn.22:i4. i©anicl2.) bebupb bet
i. nbsp;nbsp;nbsp;Een it.aat die 5P baat boot bccft bccbcegcii/ bie ontietoeecbelicö isi; biernbsp;nl in dSenabc/ enbe namaaiss in ^ceriinijepb. ©ergeiijft leb. 12: 22. Maarnbsp;gy zijt gekomen tot den Berg Zion, en de Stad des Levendigen Gods, totnbsp;het Hemellche Jerufalcm.'— ©ei'ei28» Daarom, alfoo wy een onbeweeg-gclik Coninkrijk ontfangen hebben amp;c. liet tOC bicrib be gelijbcniffc bannbsp;ben (€entpci op ben 25ccg Eion/ en JiBotia. £ie ©fal. 125: 1/ 2. Die op
den Hecre vertrouwen zijn als den Bcig Zion, die niet eii wankcld, maar blijft in Eewigheyd: Rontzom Jerufalcm zijn Bergen, alfo is ook de Heerenbsp;rontzom de geenen die hem vreefen. 3©fbccom uectOCinb jig bcil leniCÏ 011^nbsp;öcr bat ^innebedb. ©f.24: 3. enbe ©f. 15^ I. Heere, wie fal verkee-ren in uwe Tentc, bat iss/ in utot genabif^ tcgcnbjoojbtgbenb/ ^ijiec onbeenbsp;utoc üPtberfeöene / (©eeoepene / cn (öelcbige. Endc wie fai wonen op dennbsp;Berg uwer Heyiigheyd .^ namclift itt ubje €cb)ioe lectlibbcpb/ 30«becmeccnbsp;boo2 beebjubbingen om te jtoceben.
ii. nbsp;nbsp;nbsp;lt;éen Gebergte ijf een Schuyipiaatfe boo? bc btoalcnbc cn bct#
iiolgbe J^cebe/ bie met tDabib ober 25a:g cn toecb na gejaagb. i ^am. .26: 20. ^ie ©fal. II» I* vertrouwe op den Heere ; hoe zegd gy-liedcn tot mijne Ziele = zwerfd henen na u lieder Gebergte, als een Vo^-gelken ? CEnbCnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Mijne Duyve zijnde in de Kloven eener Steen-,
rotze cn in het verborgene eener fteyler Plaatze amp;c.
111- €cn Berg bcbupb be toijbe iiptütepbinge ban Clpilli Jfeonirtlmjbe / tot tian be epnben bcc a^ecelb^ alfoo/ bat geltjb baar tïfplanben 3ijn / bie upt een
p z nbsp;nbsp;nbsp;«ettigeft
-ocr page 114-lt;;l
H I E R O G L Y P H I C A, ofto
ccm'gcn gwioten ?5erg Deftaan/ alfoo ooft oatttfcfteJBfcdö ban bc jclbc 50Uamp;?
bccbulb bJOjben. amp; bantel 2: 35. Maar de Steen die het Beeld geflagen had, wierd tot een grooten Berg, alfoo dat hy de geheele Aarde vervulde.
44/ 45. Daarom hebd gy gefien i dat uytdcn Berg een Steen ; niet in handen ; afgehouwen is , die het Yfcr , Koper, Zilver , en Goud ver-
IV. nbsp;nbsp;nbsp;3^ct cijbcii op bf rpofften ban bo b e r g e m en der Aarden v bcbiipbnbsp;bc obeEtotnntnge ban d^obsi ïjctfte obit alle (ïcijbige ïpöagten. Eic ©fal 68,
Waarom fpringd gy op gy Bergen van Heuvelen ? Dcfen Berg heeft God begeerd? amp;c. ^eutCC. 33; 29. Daarom zullen zig uwe Vyanden unbsp;gcveynfdelik onderwerpen, ende gy zuid op hare hoogten rijden, ©erneluftnbsp;èfat. 58; 14.
V. nbsp;nbsp;nbsp;gn aflc befe bmoen munt upt bt aan3fettftftftenb eit toonftaatftepb ban benbsp;ïteilte COnfit tn be odutfcljc 3©£rdb t Möant in todftc liccfte alle béfe bingennbsp;l^aatfe ftebben / befe isi be toace ï^etfte. COdlïum öe 5dbe befcftjjjbcn
iJjDattO.5: 14. Gy Zijt het ligt der Wereld: een Stad op een Berg kan niet verborgen zijn. JBasi be Soomfdjc öei1« iu bcfc bingeii beftenb gebJeed/nbsp;top ftabben ftaac noopb (aï-Doetoel boo2 €p?annpe gebtoongen) bedaten.nbsp;gaan sten toat een 25erg iö in be betbe bebupbinge,.
IU. TEN AANSIEN VAN ALLE WERELDLIKE M A GT , bie in aan5(en en becftcbenbftepb is geftdb / moeten top bit aattinbsp;meeften / bat bc selbe booj cenen Berg toccb aföemaalb. 25ecgcn 5ijn San-ben/ comnftcgften/ ïtepuölijften/ iBonaccfticn/ enbe afie ^taaten/ hoebanignbsp;lt;cn bomic ban üegcecinge f? mogen Jjebtot ï^Iaadift blijftt bit onbec anb?cn/
^ccem. 51 : 25, De Hecre wil aan u gy (25abd. ^ie JbS 24.) gy verder-venden Berg, fpreekt de Heere , gy die de gantfehe Aarde verderft : Ende Ik zal mijne hand tegen u uytdrekkcn , ende u van de Steenrotzen afwentelen , ende u dellen tot een Berg des Brands, ©ecgdijft ^acftac. 4,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;7,
Wie zijt gy , O Grooten Berg ! voor het aangezigte Serubabels zuid gy worden tot een vlak Veld. «©m aott te hJijfcn / bart nogte be bootigc JEOanbsp;nareftie bet Babyionicrs, nogte bc tcgenbooo?bige bet Perfen en Meden, oitóeunbsp;toeïftc öp ^jopficteeebe / magtig bjami ben c^iboubj ban ben (Cempef tc bet^nbsp;ïjinbecen; maat bat lt;©ob ben cenen 25ecg ofte ïiaonacdiie/ boo? ben anbecen/nbsp;tot een Waft ©elb maften/ cn Boogec tegen 8ct ftooge 50ube boen opdjfen ; ennbsp;boo? al boo? 3ön a®oo?b cn lt;i5cc(i bc ftetten ban bc jlonaitöcn bemcbcccn/nbsp;t»m ben opboubJ ban bit bjccft gunfiig te bebo?bcccn. ï|ct is onnoobtg fticcnbsp;yet bede p^opftcticrt boot bcfc 3©aact)cpb aan tc teeftenen/ bic bog pdtee obecsnbsp;bloebig beftenb is, jlÉiac laat ons cens cen soobanigen (laat aanmetfeen innbsp;bcfc onöcrfcöepbcnböepb.
-i,' ^tC cenBERG, batiS/ Wereldlikc Staat, Chri sto Di enst-baar, cnöc ftebbcnbc ftacc epgen ©beefteben tot 3©oc(ïcc-=l|ccrcn / cn ©o?? flinnen tot ^oog-©?outocn* gin bic magt/ en (laat cen 25ecg niet tegen bennbsp;SSd'g gion. a®te ftan nog tangec ttojfdm/ of boo? ben Gog cn Magog,
enbs
-ocr page 115-Schst-katner der Zinnc-beelden cu Voor-bcddcn. ^5
CttïiC ?ütt ©panörinfecn «©ptogt tegen öe ^erfte / hjccöcn amp;C laatllr cti uptci-ffc Ijetocgingm tegen get ©dfe lt;6oïJS / ban 25abi.1 afgesonbeeb bcr(toin / toeibenbsp;I)p €5ccöiel 39. en 2Cpoc. 16. en 20. Cap. 500 omfianbig haecb ücfcöjeben/ ennbsp;bie ennbigen 5wflert tn ben onbetgang en bec ©panben (Criiinv^ ban bc ïftecBe.nbsp;ïDe plaatfen nn altoaar ben CSog en sUSogog ballen 5onbcn / bjerben befiER-
G E N Ifrr.els genaanib. C5ecg. 39 t 4. Op de Bergen Ifraels iuld gy vallen.
gti ban met be minfte reben niet 3icn / poe men baar boo? pets anberss ban pet Territoir ban be J^eiltc ftan berdaan. Cn al-ljoetoel baar bjecb bp ge?nbsp;boegb 5. Op het open Veld 5uib gp ballen/ isi 5iiltic niet drijbig/ nabcjnbsp;maal tn be ^Spocalnpdö bc bclcgeringe toaar mebe ben SHiuicfpid be Meritenbsp;5oiibc benautoen/ befclj^cben too?bboo? tbj:e upttoubltinocn/ namelift/ fp om^
ringben be Legerplaatse der Heyligen » ettbe ban ooft be geliefde Stad. Igter en baar ïgt;eeft be ÏSeefte bc gebaame ban een ftegee / bggenbenbsp;begraben in pet blaftfte ©elb 3 Clbccji bcctoonb d» 5ig aansienlijftcc / alsi eennbsp;Stad, en 500 bcrtoonbfe ooft eenen Berg. i||et io bupten alle tbajfel/ bat atónbsp;Ciobö ©oift bie Eanbcn bie te booten Bergen genaamb toiceben / toanncec fpnbsp;donben onbec be jiBagt bec ©panbeu bec Kecfte / ortoec pare boeten btcngb;nbsp;5e!f3S ten aaiBien ban pet 3©ecelblijftc; bat fp ban in be 5elbe bcctoonb'be gc^nbsp;baante ban een gcooten 25ecg. Cn toat iss bat anbecs bat be25?upöegom 5i)nc
25?upb roept/ om af te zien van den Libanon , van Amana , van den top Senirs, ende Hermons, van de vsrooningen der Leeuwinnen» en de Bergen der Luypaarden, Caitt. 4: 8. al.Ö ÖP Paac OP biC B e r g e n , bat
tö ïanben en Cietoedcn bie paar cerd ontoeganlilift fepeenen; met be panb Icpb om conbfom te 5tcn obec alle Contnftniftcn bec 3©ecelb/ bic pP nog berber on^nbsp;bec paar boeten joube ddlm. 3tl,ö of pp seppe: gte 500 pebbe g|h u ftegon^nbsp;neii befe Eanben te onbectoeepen/ bebenft eenet utae berber öbecbjinningen / ennbsp;3te poe groot be 3©ecelb iiü / rn poe becle nog al pooger -©ergen 5ig ban berrenbsp;opbocn/ bie u ben Horizon ban ii ge5tgte deupten. ^n Pet 6.300 noeinb fpnbsp;ooft bie ttoomfclje peccfcpapppc baar fp te booten berbolgb toasi / cube paarenbsp;UHSactclacpen pab nptgedkin / ben Myrten ^erg , en Wierook-heuvel -.nbsp;toaar ban be Sterfte paren boet jet op bic Itanbcn bie pet Cuangdiiim onber^nbsp;tootpen tootben/ baar toafept bien jsecg (üp Daniël in pet 2. Captttcl / bannbsp;toelfte tecdonö gefptoften) lang^ 500 meer aan / tot bat ïh» epnbciift be star-be 301 bccbullen. 5^ie een toepnig aanbagttg ben b?aab ban Michse ^ofetienbsp;agtcrbolgb / 30! 3tg paad 3ifn in 3ün 6. Capittel gebjagt tot op bc üerfte bienbsp;ai ban ©abel toad uptgegaan / met toclfte be ï|ccce ttoidcnbe albud fptecfiïnbsp;I. Hoord nu wat de Hecre zegd; Maakt u op, en twift met de Berge»nbsp;ende laat de Heuvelen uwe llemme hooren. ©CCSl 2. Hooret gy Berge» dennbsp;twill des Heeren, mitfgaders gy fterke Fundamenten der Aarden amp;c. 3©p
en ftunnen ban ooft niet ttorjfclen/ of be daat 3elfss ban befe 3©erelb/ moet be j^cefte aan3ienlift maften/ tn 500 berre be 5dbeCptidi5ig ortóertoeept.
B. ^n be tbieebe aatimerftinge ftomb onsi ben Wereidfchen Haat dan voor, In Tegenstellinge ende Vyandschap met Christ i V o t. K, enbe alle laagten l^ubeien bie rsamen-fpannfn om ben
3 nbsp;nbsp;nbsp;5£»ers
-ocr page 116-‘94
¦25cf0^iott tê öobm te (Icpsereti ©fal* 68; 17. ^ooöantg een ?5ecg tóa^f ^8' beis ^ïiBonaecöic / bte böben ban ons genoemb ts/ öie be gantfche Aarde ver-dorf. lt;gti 3bobani8 fiomb ons ben gioobfcgen j§taat boo? 3lipotal. 8. bs 8.
381S een Berg brandende van vyer in de Zee geworpen: ^ÏS OOlt Öft Zeven-bergfehe Babci 3ttKcal. 17^ ©an toelbccs oo?beel jie in ï)e£ b?cebs op bet i8. Captttef. i©i£ oojbeel lt;©obS obee befe ©ergeti (bet geen 3ecc aanmecfieitft is)nbsp;tocrb 300 toel tetj opyigt ban 0et lettetlijfie 25abel / als be ^oobftöc ^taat^nbsp;ais 090 bet SJitticbtilUfclie ïSabel/ bagelcben bp een brandenden tóerg. jBennbsp;beeft genoeg boot onberbinbinge gclcecb / boe fcfpiftMib bet tS te aanfcfiottljoennbsp;ben ö^anb ban yoobanige Jöecgen / toaiinecc baat ^bjabel-agtige en ^alpctc#nbsp;rigc (isifen bie 3ig opgefïoten Ijielben in bate abeeen / booj be onbet-aarbfcbenbsp;bitte aan bet toa'ben en bebjegen/ en b'ac boo? in b?anb 3ijnbe geraattt/ bobennbsp;iiptbo’ften in een pffelijltc blainmc/ b30?(lelenbc met een 3toacc i'oob-bamp enbenbsp;alfcbei boe bie afTcbe ban be toinb op be bleugelen gebiagen/ alffc aar ijet nc^^nbsp;becflojten is/ en nieeH ban aiffe met be bjuppelen cegens 3ig bermengb / bcelnbsp;mijlen toeegs in bet ronbc alle be 3ttibecS betbceft / toaat bp ban oob boo?^^nbsp;gaans 5toai'e aarbbebingen berjelb jijn / boo? toelbe yomnjbs ©lebben / 3|oogt;nbsp;ben/ ja ^teben/ gelijb ^oboma toeeben omgebeecb/ 300 bat/ baac men beSnbsp;nbonbS een toel-gebontobe ^tab sag / men bes morgens een ^©epj en ftaanbenbsp;©oei 3iet. ^ie op 30öbanig een bJijfe / 5al «0ob nog eens bat lt;©?oote Kabelnbsp;mabeti tot een b’anbenbe Ketg; fKlÖb bP tod eet bet lettedib Kabel beeft ge^nbsp;baan ; baac-lieben tot een fpiegerr?' en ooft be ^taat en lt;§tab gjccufalem metnbsp;bacen ©ragtigen f€empcl / toanneec een vyer was aangebeken in fijnenToorn,nbsp;’t geen tot in de onderfte Helle brandc , ende de gronden der Bergen innbsp;vlanime zette 5Egt;entet. 32: 22. ^ie ftpotal. i8t 8. Ende fy zal met vyes:nbsp;verbrand worden j want fterk is dc Heere God die haar oordecld.
V5lln befe (Citel (al-fcbooit beS3elf^ b?eebe npttoecbmge bcboo?b tot be Locij Communes ban be «©obgeleetbbepb) en bebben top niet bunnen na latennbsp;te Banbden bolgens be ho?tbepb ban ons befteb ; om bat inbien ergensnbsp;een Zinnebeeld CU Voorbeeld , Ofte fcbatuto? bail toeöomcnbe goebccen onsnbsp;3al boo?temen / bd to be KefiiijbenijTe.
®e Bcfnijdeniffe ts Ijct eccfte ©ooft-^atcameiit ban lt;©ob ingeflelb boo? zXbraham eii 3ijn ^familie / ©m baar te 5ijn een (©tben en Eegel ban lt;i3obSnbsp;lt;©eiiaben-©erbonb / boo? bie tijb / tot bai bet ^aab geboiticn 30ube 3ön/ innbsp;todlte öe KefPijbeniffe baat toare tegenbeelb binben 30«bf. jlen 31$ baar bannbsp;be Snfïellinge oSenf. 17? 8/ 9/ 10/ n/ 12/ 13/ 14.
ïlet Eeerfle bat bip aanmcrlien in be omftandigheden, ratöit boo? eerft be tijd wanneer die is iiigefteid / befe iS «8 bedoop bail 24, ^ateii / ban bat
Schat-kamer der Zinne-bcelden’en Voor-becideii. 9^1 3ïö:aï)ant upt 3ijn ©oïft en J^abec?' ^«wiS toaö opgetoöcn. Wtodïi blijamp;t um
^cnf. iz. Abraham was 75. jaren oud , wanneer hy uyt toog. ©ergdijh niet «©etlCf. 17. Abraham was 99. Jaren oud , als hem het Vleefch lijnesnbsp;voorhuyds Befneden wierd. (gnbe ftaat IjtCC toel 3311 te llU'rïten/ b3t (000
3l bo?cnë/ eec bit iCefeen ingeUcJb fjab gebaan ttocbecicpe tieloftcn/ toellte
be lï^^cOeift noemb twee Tcftamcntcn lt;0a{» ,i t 8, 1114; Z7. ^ cccfle ett i^ooft-bciofte toae : Ende in u (namclili aijs ©abee bet «©clobtgen / en 3cïfsSnbsp;béö .flSeffie) ende in uwen Zade (bccfta C0?i|lHiS/ bte bupbeliö booi be ïiniênbsp;ban 9ifaamp; bjccb afgclcpb) «uilen alle gellagten des Aardrijx gezegend worden- ète dBencf, iz: 3. en 151 5.^ cni7t 7. denbe be bKpbcübe isptleggitifnbsp;ge ban bc te boeen gebane belof^n Cap. 22: i8. jBaac op Manlus’ 5tet Csaf.nbsp;3 : lö. ^e tweede belofte bja^ befe : U , cn uwen Zade zal ik dit Landnbsp;geven, lt;©«1.12: 7. «1 13: 15. ïct toelli bja0 0ct 3lanb Canaan/ tot eennbsp;onbeepanb ban bte eetflc belofte/ gebucuibe bte lange tufTdien-fcljecbe best tiibss/nbsp;iitlopenbe tnffcben be 5elbe cn Date bccbitUtnge. 2tfa?a0atti tut Dab befe beloftennbsp;booj 3lin Cielobe geratificecct / of aan 5iin 5iibc baftgemaalit en bebefltgb «©en*nbsp;1.5 * (b{t6. ï®aac op onfangb tip nii eeeft fjct tekn bec ssefnybentffe. 3©aarnbsp;ttJt Jpaulusi ïïom. 4. befe 2. btiigcn baft inaalit. r. ®at be 25efntibeni(Te benbsp;cegtbaacbigfj ipb titct te biecg biagt v toant 0p toasS al booj bc ^eftujbentiTe boojnbsp;0et lt;©etobe cegtbaarbtg bcritlaarb. €cn 2. Cni bat bte een tjjb tia be eeeftenbsp;belofte / in bjdöe be cegtbeerbtgljepb en bc ooefafte beb 5df0 b3a.b tipt getiabenbsp;geftiionlien toaöingefioincn/ enbè ooft berbotib tot bteiiftbaacljepb aan bat 2(!ai‘bgt;nbsp;fc!)e panb Canaan / bïftfterö liefbe en boog-agtinge 3cficclili een fcliabubj-bienftnbsp;isf; gdtib jelf^ be !2amp;cfinibcittffe beebonb tot be ftabcinpe beS iöBetjSi / bte hielnbsp;430. 5iami baac na/ boben be belofte iö ingcboinen lt;©al. 3. Cap. lt;Dnar ttptnbsp;teelt? IB» ban bat berber gebolg ; 55at be lt;©eioobtgen / toèlbe bic eerfte beloftenbsp;beei CeitbJigen Ccftamcntö nu tnClPifto reebö berbeegen bebben/ tut niet meernbsp;toojben geregtbaarbtgb onber be bebieninge b?r ©eftiybcniire/ nogte beö jneto;nbsp;ttiaac op be 3clbe toijfc alö stbealiani / boo? bat ÖP befneben toap. i^et beeftnbsp;eenige fpeculatic/ bat be ‘©efniibeniffe aan ^bealjani 10 bebienb / toanneer l)pnbsp;99. giacen oub bjaö / enbe alfoo cec öp trab in be ttoeebe CeubK. ^e rebetlnbsp;fcDijnb te toefen/ om bat lt;©ob riem bte nu al gceegtbaaiöigb toaö / nogtanginbsp;niet totlbe lami obergaan tn een anbere Ceittoe / ban in bit Sacrament beunbsp;beriueutoinge; alö of öp Dem al^ een nteu lt;©eboo?eii aan be bolgenbe ceutoenbsp;tollbe bco’ftellcrt. ooft/ al-eer ftp gfaft nog beeltregen ftab na be belofte:nbsp;lt;©m bat bc bebieninge en ftet gefcitpft ban bit ^cratttent / inoft booegaan benbsp;berbitllinge ban be belofte ban ben toaren gfaft/ bie boben be ftragt ber naturenbsp;30ube getoojcn toojben.
«©e Twesde omftattbtgftepb raakt de tijd gefield tot de Befuijdeniflè van yeder Mannelik Zaad , tiaitielift op beu agtiien dag Sommigen luepnennbsp;bat bc reben to/ om bat/ na be 3©et jjBoftgi geen jiBanneften repn toao/ bootnbsp;ben agtften bag : jiBaar bic bebetiften niet/ bat be 3©et ban Kepniginge eerftnbsp;430. blaren tb tngeftdib na bie tftb. 2llnb?e toilleti bat noob3aftelïft tuffrOen bcnbsp;^ebooite en sjcfmjbeniffe eerft een^abbatij tuifcften’bloepen mofte. jüaar/
c;6 nbsp;nbsp;nbsp;H I E R Ó G L Y P H I C A, oftc^
tin öat ton» niet Icfctt/ bat bc i^abecen booj jBofeï! ^Oöatfj geRbiiben Beböen/ 500 5tcn 1»? niet toat fiieni bie ceben ïiceft. ilSaac bog/ bit iö 5eeftci;; gjiatnbsp;Clniitnsi be mutcue en ootfaafie onfet «0eefldnftc 25efrtübeniffe op ben aotfteitnbsp;bag in be Cicluil bet JBeefte/ boo? 3ön opiïanbinge boihomeliö befneben en be^nbsp;b^pb i0 ban aüe gebolgen bet 5onbe/ bat isf bc g^oob 3elf5t
i^et geene nu bat bjp in be ïaak xeifs aanraceben / caafit (a) ^èPer-ZONEN aan badffte befe ©efnijbenilTe mofte bebienb tooeben. jsemelift aan bie ban .agatmelijften op?b (fexe) ’t geen ?llb?af)ani eecfl in jijn epgen bteefcDnbsp;onbetbonben beeft nu 99. ^aten oub 3nnbe. ^e ©abces? ïjebben bare ©lou#nbsp;toen gefjouben afó ©efnebenen in bc lisannen / in toelbee name fp ooii eefbeeinbsp;ontfingen/ en ban toelöen fp 00b be ipnie ban baaegeffagt aftcobficn. g^aar-'nbsp;om babben fp een toalginge ban eenDogter der «nbefnedenen z^am.i,*2o.nbsp;SSlfoo mod oob bc toaee ©efnijbeniffe gefebieben in Bet lOannebb ^aab / opnbsp;todbe be ©eiofteniiTcn jagen.
(b) ©et ttoebe bat top in bc jaab jcïfs aanmeeben / ie? €eiil bet beel bees 3litl)aanto in todbe be jdbe gefebiebe/ jjjnbe bet 3dbc toaac boo? als? boo2 Ijetnbsp;naade toeibtupg/ te gelpb met bc natuce/ ooft be ^onbe enbe toan-gedalte u»nbsp;be ï©ei-db toecb ingebeagt. lt;0m ons? alfoo boo? eecd aan te toijfen / bat alle
bet gene uyt Vlecfch , cn Bloed , en uyt den wille des ManSi CUbC niet UPt lt;0ob geboojen tooeb / ’t jdbe in ons? moet afgdegb too?ben ^oan, i. i;/nbsp;14. en Capttel 3. @0 5. ®cn anbeen / nabemaal bat gebedte bes? ©leefcbnbsp;toietb aftjefneben tot beboubenilTe ban bet gebed/ namdib bes?jgcencn bicnbsp;fneben tootb ; bet alfoo oob noobig toac?; bat tot beboubeniffe ban bet gant*^nbsp;fdje Hlicbaam bec «öemepntc / een upt baat b003 Baai* allen toietbe aftje^nbsp;fneben €fai. Capittd 43. Hy is afgefneden uyt het Land der Levendigen:nbsp;(©clijft oob alfoo onfe ©ceriibbepb/ cn bolle lt;6dnb5aligbepb aan ot^ niet tocrbnbsp;gcopcnbaacb / ban na be adegginge ban bet Eieöaam bec ^onben enbe besnbsp;;©oobsi. Eieïlom.6. enr.Cap. eniCo?. 14. ®ett beeben; (©dijb benbsp;©efntjbemffe gefebiebe in bet geiingde en becanfile bed / alfoo be toace befnü'nbsp;beniffe aan €b?tdo is? gefebieb als? aan bc ontoaacbigde en becagde ban allenbsp;ïBenfeben ^efat.53. en ©fil.zz. 4£n ’tgeen top oob moeten adeggen is? eennbsp;bernebert Eidwam / ©bïlip. Cap. 3. (Cen bieeben ; gclijb be jdbe gefebiebenbsp;met fmwte enbe WoebdoJtinge; bat alfoo oob bc ©efnijbcniffe Cbddi/ en bannbsp;alle be geenen bie met fjem bet Hitljaam bec jonben booben en adeggen / gc^nbsp;fdjieb met be gcootde fmccte. lt;©og met bie beplfame tougt/ bat fp baac boojnbsp;bc topbepb bnjgen / om boo? «©obs? aangejigte in bepligöepb enbe beeclibBepbnbsp;te beedbijnett.
a©acelib befe SSefnijbenijfe moet petsS gcooto enbe Dpfonbecs? in bebben / na^ bemaal fp 500 uptbjnbbdib ban Pauio genaamb toojb / niet alleen bet Tekennbsp;der Befnijdenifle, ntaac OOft een Zeg el der Regtveerdighey»nbsp;DES GELOOFS Kom. 41 II. lt;©aacom snficn top / bcBalben d geenenbsp;reebs? gejegb tg aantoijfen / bat ben SCpodd cegt beeft om joobamg een toCïnbsp;lijbc uptfpjafte ban be ©efnijbenljTc te geben ; cn bat in be jdbe top meec tenbsp;tonben is?/ ban bie pbele romp/ bie ong Spencerus baar ban oberlaat / bie bc
selbe
-ocr page 119-Schat-kamer der Zhine-bedden en Voosr-becldcil,
3;c{l)2 «iet anbceö aanmecHt / öan cett öïooö (€eBe«/ om öe gioïien ban be -bciKn te onDcrfcftepben/ ja met een onocDooibe bccmctdöcpb bcift ben oojfp^onltnbsp;ban be jSefnijbetiifiTe oinlecnen unt be ^epbencn ; afó of lt;0ob een ISabootfecnbsp;toaö ban be l^epbcnfelje SSp-gdoobigljepb : baat CÖ?iPuer 500 biipbelift 5eob/
bat be Belnijdeiiiffe is uyt de Vaderen ^Oan. 7 : 22. EOUbC bie JBail ban
met b)cl b:ci? be Babecen bctflaan bc ï^cpbenen i ^oo matj Op ban teel met eencn 5e(j3cn / bat be ©efiiijbcmffe 10 tipt ben Babcc ben «Diipbel / bte bennbsp;3{«teuc 10 ban alle cpgentoiiitge«j5ob0bien(l en?llftjobetpe/ tnel^uln^ iarimot.nbsp;4. $01. noemb een Lceringe der Duyvclcn.
»De 25efittjbenin*e tea0 een (Cetten en ^cgcï bcr Rcgteaardigmakinge, bfte ban bc afïegginge ban be quabe Confcientie bet jonben / toelfte 500 langenbsp;fp ben'Zonbaac aanijangb/ Ocm ben toegang totlt;0ob onmogclio/ en ten tjoog-lïen beiffOnhiift maabt / enbe Oem alle cegt ont5egb om lt;!Bob sjnen lt;6ob tenbsp;noemen: ©it 5ijn be epgen teooeben bcc ©eloftc/ bte be ©efnijbemffe onmib=nbsp;bcltfi b3o?gaan: ik zaï u tor eenen God zijn» amp;c. ®it DUjbt tflaac (3) 008nbsp;iipt ^uii engen teoo^en / niet alleen tipt 35om. 4. aangetogen ; maac ooftnbsp;CoIlofT. 2 ; 13/' 14. in tedBe Op be beteftenbe jaaOe bec ©efnijbeniffe (lelb innbsp;het vergeven der mifdaden. JBoac Upt Oct OOft blOCPb / bat fp toasS een (Ce»
Oen en ^cgel ban be aanneminge tot ï^inbecen lt;0ob0 / alfoo «èob julOe fein» fta-en teOenb / enbe booj bit merO becOlaacö / bat OP Uie boo? be jtjntn ÖoHb.
lt;Ê5CC0* 16; 21. Dat gy m y n e K i n dr e n geflagt hebd , amp;c. ^aOC be» neben / to,it bimftt n/ en 10 be 25efnöbcni(fc niet ceii bupbeltft bctoij0 ban batnbsp;een .ïiDenfcij/ bic in bie (laat i0 en blijft/ in teeifte OP oiitfangcn enbe geboojennbsp;10 / niet een Iwarblijfidtft getupgeniffe ban bat OP in bic fraat niet aannemeiiOnbsp;10 bp lt;0ob / maat toalgcliö cn bectea-pclib i i^oc gefcOieb bbg bic JBebec-geboone/ ban boo? ceefi en al uyt Water, g^e henen ban ban lt;6ob0 ï^inbe»nbsp;een moeten gercynigd worden van de quadeConfcientic, en de lichamen ge-waflehen met rcyn water. ^tC ^Oan. i. Crt ?. Cap. ©ecgclptt l^cbl. 9: 14.
cn 10; 22. t©ic op befe totjfe niet befneben 10 / IMt een quabe Confcientuy bte l)cm ban lt;i3ob bocb WIteben / en (lO^ibOen boo2 $jn ïlegtbcei:bi#:pb. €nnbsp;bat 10 l)et eeefte tn tedbe CjecOid bén natuuriijlKn jiBenftlje toe-ftÖ2Üft een
ileenen herte, Cap. 36: 25. Dan zal ik reyn water op u fprengen , ende ^y zuid gcreynigd worden van alle uwe ongcregtigheden. ©eir0 26. En Iknbsp;zal u een nieuw herte geven, ende zal eerr nieuwen Geeft geven in het bin-nenfte van u j en Ik zal het fteenen herte uyt u weg nemen , ende z.al unbsp;een vleefchen herte geven. SClfOO bat be 3©et bUptCrt btfc gCliabe bCC ïïcgt»
baacbigmaOingc/ niet anbcc0 ban becOacben en becficenen Oan : «Dm bat nie» manblt;0obltef Oan O-bbetV bic fjp al0 söncn (iccngen lüegtec bjeesb/ en baar»nbsp;om bOeb. aï0 OP 3*9 öcboelb met jijn lt;0ob upt gcn^c boo? COdflmnnbsp;bebjebi^ / ban Oottó óp b(» oeffeninge ban pcijb en bpanbfcljap tiiffcOeii Oemnbsp;enbe jijnen lt;6ob. a®fc Oan onfthennen/ ’t geen ben 2lpo(lcl 500 bupbelöft Iccrbnbsp;CoHoff. 2. bat baar in be Boop met bc 25efnj)beni!Te een en bc jelbe repnigin»nbsp;nc ban bc ^onftiemtjy be(laanbe boo? ectO tn get vergeven van de mifdaden,nbsp;btbupbi
98 nbsp;nbsp;nbsp;HIEROGLYPH ICA, ofto
B. nbsp;nbsp;nbsp;ooïs booj bie !Serni)iJciiiffe bcc5coclïj be Hcyiigma-
kinge , ni bcrnicutomgc beiS iebcnjs / bie noobfahdift boloö upt bc ncgtUaai** bifjmabt)tQc. JBawom lt;ic3ccljtel bie ooft t’jamen-bocgb !6ai 27. Endc ik zalnbsp;cenen Nieuwen Geelt geven in het binnénlte van uj ende Ik zal maken datnbsp;gy in mijne Inzettingen zuid wandelen, ^ic/ bit lÖ ban OOft cen QcbOlg bOrtnbsp;ïjet bcfnjjbcn ban D«t fteenen ftec». J^rocljjft Écbittc» 26: 41. Zoo dan haarnbsp;onbefneden herte gebogen wotdi ende zy aan de Ürafte hater ongeregtigheydnbsp;cen wel-gevallcn zullen hebben, amp;c.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;|D003 al vDcutCC. 3o.6, Ende de
Hecre uwe God zal u herte befnijden , en het herte uwes Zaads, Om den Hecre uwen God lief te hebben, met u gantfche herte, en met u gantfchenbsp;Ziele ; op dat gy levet. (gil ftoc bOQ llCCft fjCt ©aulllö anbcEÖ facorcpcil
ï^om. 6. ^l_ö öp ban ben ^op Dct iCeoenbeelb bec 23efnöbeni(Te albiio fpiecfit
(pei 4. Wy zijn dan met hem begraven , door den Doop in den Dood j op dat, gelijkerwijs Chriftus opgewekt is tot heerlikheyd Gods des Vaders, wynbsp;«ok alfoo in nieuwigheyd des levens wandelen zouden, ©ccgclijft COliOff. 2,nbsp;In de uyttrekkinge des lichaams der zonden des vleefchs amp;c.
c. usaat feog / aangesien onfe l^epltgmafttngc tn bit Icbcn onbolftonicn io7 300 lang alö top nog ombjagen pet Etrtjaam bcc Eonben en bes ^oobiS / 500nbsp;DOlgb / bat ooft befe aüeggingc besS EicOaamei booz be lt;Doob io cen ïsefnijbe^nbsp;iiifTe; ftet toelfte 500 in ben sDoop / alö in bc ©cfnijbaiifTc / ban ben ‘JEpoftetnbsp;bnpbelift toccb gctnpgb, ^te ïïonv6: 6, Dit wetende , dat onfen oudennbsp;Menfche met hem gekruycigd is, op dat het lichaam der zonden te niet gedaan worde, op dat wy niet; meer de zonde dienen; want die geftorven is,nbsp;die is gcregtveerdigd van de zonde, «gil CollOff- 2t ii. lt;DOO? een befnijbc=nbsp;niftTe io de uyttrekkinge des lichaams der zonden amp;c. 3[©elfte bingen alleennbsp;Op be fteginfeleit onfei* i^epligmaftingc te bw’ben / 3onbci* baar onbec onfe bol^nbsp;ftomen i^epltgmaftinge tn be boob en affegginge beb 3onbtgen gltrfjaamb te besnbsp;fïuptctt; bat loeftenb ftet Cegenöcelb ban be aüöggfnge ban bat gebeclte bebnbsp;blcefcft/ ’tgcen be Voorhuyd genaambtoojb/ in plaatfc ban’tgcfteeleSicftaam.nbsp;ï^et tofftenb ooft bc aflegginge ban Cljtiitt ftieftaam in be lt;©oob/ bie nogtanbnbsp;0aiilub Collolf. 2. 300 bupbefift pafl op Det (Cegcnbeelb ban be jeefnijbeniflTenbsp;COiiHt; ^nbe Ik Hem Besneden, met Hem Beceaven;nbsp;Met Hem Opgewekt.
D. ï^fer «Pt Ban men mt Itgtelifi ftebaten / om toelfte cebetten Cfttiifttb bte geen sonben ijab geftenb / nogtanb ten agtflen bage mofte ftefneben too?^nbsp;ben. aiamehft boot eerft , op bat öet ftlpen mogte bat ftp liet toace ^aabnbsp;9Ö)?a0amb toas ; ebbe ftet (beften aan 5ijn Eicftaam bjoeg / bat 3nne tiBieloOinbsp;Inge ©ootbabecb getoagen fiabben. iBaar ten anderen, om bat ftp baar mcïnbsp;bc mogt betupgen / bat ftp bienfibaar onber bc a©et / en gefiomen toab cm tenbsp;tienen; ï©ant bie befneben too?b/ ib fcftnibig bc gantfefte ai^t te onberftonbennbsp;€^alat.5; 2/ 3. (Cen derden, DIP bat ftp boo? bc Eonbaren / bjelter 5oninbsp;ben Dp b^cg in bic (laat toasi odicmen btc^anlusf noemb de geiiaitc des zondigen
-ocr page 121-Schat-kamer tier Zinne-bedden en Voor*bcdden.
di^'cn vieefchs öoni.S: 3* «ïJnïic oc3iftt gt;sf ntct jonbcn MabenI^eto.€ap.9' ©au toclte fcftnlamp;'l)P ««« en tss öatotbeerbioö/ bon boo? be ©Dob / bie l)cninbsp;een tonce cube 5aftdi)öc 25efntjöetü|Te iö 0cbjee(K ®en vierden , óp bat l)pnbsp;bic liet ban alle ^ctiabubjen / boo? 5ijne 25cfrtjjbcntlTe bc 25ef\ii)bcniffe / enbenbsp;Db£C5ti(ftr bc gantfcöc 3©ct bcc ^ebabutoen / löcllic ccti ^scfncbtitc jig onbet^nbsp;laicrp ntoote booben / beocaben cn te niet boen. ï©aarom lip oob opgeiïaaitnbsp;jpnbe/ niet meer in bat bccDecclilitEicfiaatn/ en bat nicubJc ^cOepfel en fton^nbsp;be befneben toojbai / baant be boeb alle «©bliaatie om be 3©et te onber#nbsp;Ijonbcn te niet / enbe jrifjO mo(i baacom een ©pgebangene bic een ©loeft toasinbsp;bcgcaben loo’ben ; 3©ie 50ubc ban ban pemanb bie upt beit booben opgedaannbsp;toao / ftnnnen enfeben bat ftp totceb ©efneben. ^lac ban iö ban ooft jijtinbsp;töpdanbingc een bupbelifi bonnijTe. €nbe alfoo toepnig aio men be ©efniibeinbsp;liilTe in ftet bctftccrlifit 3licl)aam Clpidi pleoren ftan ; alfoo toepnig ftan mennbsp;ooft ?ijn töecddtftEicftaam/ bat io 3öne lt;0emcpnte bie af bobberen. 3Dtt alleonbsp;iö fjet argument ©ault in bc aangetogen boojtreflifte plaatfen üom.6.enCol.2.nbsp;Eyndeiik , ^t toicrb aan Ctoido ba-3cgdb boe ftp 25efnebcit toicrb ; en 300nbsp;toao p ftem ooft een panb 3jincc «egtbaarbigmafetnge i en niet alleen een bloojnbsp;getupgenio ban ben bloeit, .ï©it io ban ooft be nieuwe BefnijdenifTe des herten l toelftc 3iin ©olft beo j^ieutoen (Cedamaito beloofb toao kenter. 30. enbenbsp;bic fp boo2 een nieutoe aegtbaarbtgmaftingc ontfanjb / toaar in 5P onriïagen
tooto ban ftet handfchrift der geboden in inzettingen beflaandc lt;(C0ll0ff»2, en* be een nicutoen lt;0ecd ontfangb lt;23ecl). 36. ^nar ftet ©ecfaoïti beranbecb io/nbsp;baar moeten ooft bc (beftenen bcranbccen. ©et ©iibe ftetft ban «ptgebienb/ ennbsp;Iftct 10 alleo l^iaito getoojben.
Z^C ban befe plaatfc ^Ofntc 7:2. Ende Jofua zond Mannen uyt Jericho na Ai (be plaatfe ban gifcado ncbcrlage) het welke by Bet-Aven legd,nbsp;aati het Ooften van Bet-El. ©crgclftfi Capit. 8 t 9-12. en t0enef. iz: 8.nbsp;25ct-€l toicrb te booten genaamb Lus, «i^enef.zS: 19. gub.i: 23. gelegennbsp;op een töcbcrgtc gof. 161 i, 3©dft (©ebergte liep tnfTcftcn Juda en Ephraim,nbsp;Capit. 18: 11/ 12. 59td berre ban baar toao B et-A ven, toelft ooft bertnbsp;name gaf aan bc 3©ocdftne / bie baar bp lag Cap. 18: 12* EomtljbO toerönbsp;Bet-Aven bccmcngb met Bet-Ei , niet of ftet een 5dbe plaatfe toao / ge*nbsp;fiift anbero getoonb iO l 31©aar om bat Bct-Ei ban toegen 3ijne 3tfgoberpe/ itinbsp;bolgcnbe tftben / met b n name ban Bet Aven , bat io / in plaatfe ban ftetnbsp;Huys Gods, ftet ©tipo ber gbellicpb genaamb iO: Cielijft ooft in bie 3111 Jcru-faicm tocrb gcnaariib Sodoma Cfai. 1:10. Cn 300 neemb ftet be Cftalbec*nbsp;frftc Cbcrfctter booj Bet-Aven, i!0f.4t 15. en 10; 5-^8. a©dftc 2(lfgoberpcnbsp;K ligter toicrb aangetoeeben aan Juda, cm bat ftet ten tijben bcoConingo Abia,
^ z nbsp;nbsp;nbsp;onbee
-ocr page 122-ioo nbsp;nbsp;nbsp;HIEROGLVPHICA, oftcj
m^tï ^uta BeOoojöc zCOiou. i ?: 19* Bet-Ei toaö ooft ftct nbsp;nbsp;nbsp;bAt
Jeroboam, lücg. I2 ; 29» nbsp;nbsp;nbsp;bOfcU tKt OOll tlcbaiiS Gilgal gcncmciT
(lïö ccn ©oo?b«lb ban ten balftbcn en lietsojbcn ^obö-bienfl onijet ben %mu t'iPifi KI ö«3^K’utoe (Ceftament tn bic tijb/ toannecc be ïücifte toel beïjoub bennbsp;bJöotcn name ban Set 5|iipsi lt;Sgt;obsi Bet-Ei , niaac in bcc baab tö getooebennbsp;een Bet-Aven, ccni^uiiö bec übclïiepb / Eeugenö/ en 2tfgobcci!gt;egclp baac?nbsp;om Up-ï^f. 4 : 15. Bet-Aven Dp Gilgal gcfraacb bgt;02b. Komt dog niet tenbsp;Gilgal, ende gaat niet op na Beth-Aven. 8|Ct IJS ban ïjiec jecf aannUtfeÜÏ!/nbsp;bat / baat Bet-Ei te boo?en Lus, befen Ijceiltftert name ontfing^ ban toegen Ijetnbsp;«©oblib gc5igte en openOacinge bjcllt albaac aan Abraham gcfcötebe/ nabeebanbnbsp;Ecth-Aven genaamb 10 / ban toegen be aïfgoberpe; alfoo ooft bie feeilie innbsp;toelbe bet ligt ban «©obigfee opcnbacinge becfcljcnen toaö / boot be jeete bennbsp;bcplige ^pofieien en eecfïe leetaacö; ttpfonber in beta©e(len; becbailen to totnbsp;^fgobetpe / in bet opjegnm ban een jBenfebeiijften 2etel ban ^{utobtept / betnbsp;aahfoepen bet ï^èpligen / ben 23eelben-bien(i $c. ©a'gecfis ban ben oogfebiinesnbsp;lijbcn name ban aoomfcb Catboiijöe ïieebe / enbe bet pbel booetocnbfei bannbsp;lt;0iHïbcPb / baat men be pbelbepb en leugen een (lanbaait plaatiï-' Eaat onönbsp;ban Dob Bet-Ei onbec befe €itel begrijpen / om be naüup^ftbap bec pbratfen/nbsp;enbe bectoiffelinge bec namen onbec elöanbecen. lt;!5n jie ban baac opgecegtenbsp;Kalf boo? ^ecoboam/ bic baar juiöc ttoec (icibc/ een tot Bet-Ei, ijct anötc totnbsp;Dan, iKcg.li: Z9. ctt 13 ; igt; cn.2ï5cg..2 ; 12. en 17 i 28. en 23 : 4,nbsp;iCteon. i'3t ï9*
Bigbtipb be toecbtupgcn en uptboecbcc0 ban (6ob0 ccgtbaacbtge geamfebap tegen jnn Jöolft; toeïfte; gclübfe met aUe iuftnimenten in baac jdben on-betocetblib 10/ maac boo? een (ïeebe banb opgebeben enbe aangebotvb 3cccnbsp;3toace (lagen geeft / en too?tel en tab af-bapt; alfoo 00b en bunnen benbsp;friiclibc ^epjen jtg 5onbec (0ob nog coecen nogbetoegen; maac alb dSobo iiaamnbsp;bc banb baac opb^ft/ 500 guetfen fp bappeclib/ tot onbeeganb menigmaal bannbsp;gantfebe aSatien. Eoobanig een toa0 ben 2lffp?iec ben lo. stammen, ^ic
^fai. 10: ©0 15. Zal een Bijle ïig beroemen tegen de geene die daar mee houd ? Zal een Zaage pochen tegen de geene diefc trekt ? Als of een ilafnbsp;bewoeg de geene diefe ophetFen, als men een ftok opheft is die geen hout?
;i^t to lcbenloo0 en onbetoeecbtlib. ^oobantge toacen bc jUomcpnen tnfgciijbc bc 5Ibben IBattb. 3 : 10., Ende is ook alteeds de Bijle aan de wortel dernbsp;Boomen gelegd ^ alle Boom die geen goede vrugt voortbrengd werd af-gc-bouwen en in ’t vyer geworpen.
Bileam.
-ocr page 123-ici
Schat-kamcr der Zinne-bedden en Voor-bedden.
Zgic befe nbsp;nbsp;nbsp;22. cti 23. cit 24.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ijc Zoone Beors,
e^n ^20fcct bes Contngö ban |BDaü7 Balac den Zoone ZippotSj 5:!nï
mccsÈ ten mtnften jeet ftooa bp j)tm öcagt. aJDelbiJ ban 5ijn Coning op ontboöen 3ijniie cm gifcad tc blochcn / ban C5ob iioo2 een berfebijninge julbj:nbsp;betboben toieeïr; cube be C»c5nnten beö Coningö met bie Doobrciiap na yacennbsp;ïgecre rugbiaatb^ jonb. lOaac op Baaiac een nog beci aan3icnïnfiec Ciefanb^nbsp;febap met gcoote beloften ban bcceermgcn 3cnb r bog bie tooiben meberom bannbsp;i)cm met een ebelmoebige anttoooibe afgepagen. Jioe-tocl 5ijn bette nogtanjSnbsp;ljunamp;etbc na gciegcnbbepb om ben aangeboben 25upt magtig te toojben / 300nbsp;bat in Oem een bubbel berte toaö/ becbeclb tnffcben be b?eefc ban C5ob.0 onge^nbsp;nabe / ei*c be 3Mgt tot toinp. ’t «0eene filaaclilt bleeft / boo? bien bP 500 bnp-belift bei'fiaan Ijebbenbc bc abfolute lap Ciobö / Gy en zuid my dat Voik metnbsp;vloeken , want het is gezegend ; ^OgtattSi Uptpel op ftOCpe ban CiObO bOOJ^
nemen te beranbemi gunb aan bie lt;0e5ant£n r toonenbe Ipe ongaarne / boe gebtoongen öp 3ig CSobtS toille onöcrbiierp.- Ende nu gt; blijft gy-iicdcn nognbsp;ook delen nagt , op dat Ik vixte wat de Hecre vorder fprccken zal (^0 19.
ï©en l^ettcn-bennec bit toetenbe / geboogb bat bp met baar caa/ ’t geen bnp-ten tbJiifcl 3nn öerte nog mea berbeelb Ijeeft / en op becanbering boen boopen. l^P 3abcib ban 3nn C3clintie / enbc geeft 3tg op be iSepfe. jRaac tectojjl l)pnbsp;bap alle giiaab obcrleg maabt/ hiaat obee lt;0ob bertoomb/ 3üncn Cnacl bemnbsp;tot een Ccgcnpactpc op be toeg pclb; ban tovilie be cplinne becftlnibt iipt bcnbsp;toeg bJijbt/ en ben boet ban Ijarcn bccblinbcn ilcccefilcrab aan ben bianb/ bannbsp;toelbcn bit i©iec 3eec gepagen 3ijnbe / bionberlib ban Ciob fpieehenbe gemaabtnbsp;hiojb/ cnbe liaccn ]^eecc 3bn on3innigbepb in een JKenfcljcPe ®aalê/ en metnbsp;0e3£inbc rebenen bechiijt / alfoo bat bP na eenige tegcn-ccbeit met bit 25ccp ge*nbsp;Ijonbcn obertnpgb hiojb. ï©aac in 7 naap aan Ijet fpzeefien ban bc C3elinnenbsp;be untterpe bertoonbecing hiaarbig iet 5i)n onbecDaapOcpb in bet tegcnfpjcclien/nbsp;baar be blocftPe en bilt;cttOflo iBenftb op bicrgclpbcn boot-bal booj balf böob opnbsp;ben toeg 30ube 3ijn geballen. '©oe entbebte be ï^eece 3ijne oogen / 300 bat bPnbsp;ben engel beö i^ecen 3^0 (laan in ben toeg / eiibe 3i)ir uptgetcobben ^toeerbnbsp;in 3tjn Ijattó; biaarombP 5ig ncbccboog/ cnbe ban bcnCngel fcbecpclib 3ijnbenbsp;bepcaft 3ijn fcöulb bebenb / cnbe peefcntccct tc nigge te beeren ; maar lirijgbnbsp;lap om booit tc tcebfien / met bebing ban niet anbecö ban bet biooeb te fpeee^nbsp;fien ’t geen opob bem in ben monb 30wbe leggen. ïgp ftemb ban tot Baiac,nbsp;bie bem tc gemoete ging ; aan hiien iip bjcberom betnpgb niet anberet bannbsp;Ciobet 3®i3o?b tc bunnen fpeeeben v toonenbe bat bP upt bcbbiang fpeab. lt;Daacnbsp;op hiecb bè bolgenbe C^fpMiabc boo? af booj een ^lagt-Cifec in-ge3cgenb/nbsp;cp 7. Stltaccn / ’t geen bP alö fno?bcnbc ciob booibtaagb. Cen biaö boo? be^nbsp;fen genoeg boo? be ©abecen ; maar gelijfi m bccte togb ban begeerte toao/
15 3
-ocr page 124-104 HIEROGLYFHICA, ofto
300 incwfcc ïii» ooft boo2 bcfe obcttoatglKPÏ! ban oefcftcnficn lt;6oij gctoclbig oftft 3ta te bfiDniboit. op Icoö lt;600 Ijet tooo-’b ban Ecgen in fijnen nionb/nbsp;t!» bic beftioftepb en ftragt ban tocifpjeftoibftcpb / als in cenig anber filofcct/nbsp;Cap. 23: 7/8/ 9/ lo. a©aac op 23alac jeet ontiïccftt; enbc ?5ilcom na eennbsp;anbere plaatfe boccb / en w.-bccom ban een nicuüjc Cffcanbc aanbangb. ?llnbsp;bit ftab 25ilcani moeren af-ffaan / maar ftp gaat mebc / cïi bcctegentooo?bigbnbsp;3ig in bat bcrblocftw ©ioeft-offer. 5^it bccftinbccb Ciob met al hjcbcrom ftetnbsp;bjooeb ban 5egen in jftn monb te leggen/ meer ban bc boo^gaanbe ^ös 18/24.nbsp;Baiac ftcebat bc jaaft ten betbenmaal / en Biieam met’ ijem / bie ftem 5clfsnbsp;Itntciir en nancabee is ban een nieubs JDloefi-ofrcc op 7- 2lltacen met 7. ©ar*nbsp;ren / en 300 bcel -aammen / een aanbang te maften. 3!©aau ftet geluftt Baiacnbsp;nog minbet ban te bo?en/ enbe ben 5egen toafcfttal ftooget en ftoogecCap.24.nbsp;Cn nogmaal sünbe ban 25alac geinterpeiiccrt, gaat bes te fieebee boo?t / ennbsp;cpnbigb niet alleen in een 5cgen boojgiftacl/ maat in een bloefi boo2 bes jelfsnbsp;©panben. Cbcg/ 5ie toat eenfnooben fej»t btfcnjBenftft onberneemb: 3©ant/nbsp;nog al ftunftetenbe na bat loft-aas ban 5ijrt «6tecioOcpb ; en nlfoo ftem «öobsnbsp;ftanb op be monb lag en ftet giiaab fpjchen beeftinbeebe/ 300 toojb ftp becabennbsp;^frad in 500 een jïcift te ft’engen/ batfc ftaat 5clfs een bloeft op ben ftalS ftainbsp;len; ]^p taab ben Coning ftaat boo? bc onftnpfcfte ;©ogteten bet jnaoabiten innbsp;ben ïöocrcn-hjtnftcl te lolden/ en baat fcooi rot orntoeljifte ^fifbobcepci bit lufttnbsp;ftem / ebog Ctóbs bj,eaafte Beeft Bem bc.s boegen met ftet Sboeceb ban Sftaelnbsp;èmgebeagt.
i©cfe i5ijï02ie en ftaat niet op ftaa* jelbm / fttinten geboig ban bietgclijftc erempclen ; bjclfie 3» booooefpcclb ftceft. j^ileam en is niet 5onbct |®a3atcnnbsp;gefto2ben. Clp binbfe in meet ban eene plaatfe aangctclienb. ^ic 2 ©ctr. 2.
iblf. 14/ 15. Hebbende de oogen vol Overfpel, ende die niet ophouden van zondigen j verlokkende de onvaflc zielen , hebbende hare herten geoefendnbsp;in Gierighcyd , kinderen der vcrvloekinge. Die den regten w'cg verlatennbsp;hebbende zijn verdwaald, ende volgen den weg Baalams des Sooiis Bofors,nbsp;die den loon der ongeregtigheyd lief gehad heeft. Maar hy heeft de bellraf-fingc fijner ongeregtigheyd gehad : Want het Jok-dragende ftomme Dier,nbsp;l’prcekende met Menfchen llemme , heeft des Profeten dwaasheyd verhinderd. Cn ^ub® ^S II» Wee haar» want fy zijn den weg Cains ingegaan,nbsp;cn door de verleydingc des loons Baalams zijn zy henen geflort j ende zijnnbsp;door de tegenfpreckinge Core vergaan. 53og bctbct 30-’ 3CP0Ci1l. 2: 14, 3{Ij
bjocic agp be betbe iöccfic in ri«ige/ nomclift Pergamus, obct-caiftomcnbc met bie tijb en ftnat bwniicet ben 5llnticft2ift sijtt Cft^n geplant Bsb / slbus gc^:
feftjeben is §s 14. Maar ik hebbe cenige wcynige dingen regens u; Dat gy aldaar hebd, die de lecringe Baalams houden j die Baiac leerde den Kinderen Ifraels een aanftoot voor te werpen , op datfe zouden Afgoden Offernbsp;ceten , ende hoereeren , amp;c.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^{t 5te upt be bctgelnftingc ban befe plaatfcn
biipbellft / ftoebanige ©cefoonen onüec ben'name ban ©lofctcn / ofte ^eibers cn ÏÏeccaats in be ïjerfte Cftnfti ftonbm te booiftftön te ftemen/ eubc be iuh?nbsp;ftomfte Bctftfe ons ooft boen 3iai,
1. Eulftcn/
-ocr page 125-Sdut-kamcr der Zinne-becldcn cn Voor*bccIdcn. 103
I. nbsp;nbsp;nbsp;bulten /lite PKifi-fTit' boen ban een Dcbltg en (0obJtb 9{nipt/ 50baiita«
#1 5^’otieten / bat isf bie in Ijet (Cdïanient lt;0ob.sS berbojoentijeben iiptfrg^ gen/ l^ecberö/ en Sceraacp/ ja ©abecsi; 300 immer moflen fp 31)11/ bolgmönbsp;bare ©jofeffic; lïJaac bip gcota* bingen onbccbiiitbcn cn bermeeten 3? 3ig; aisnbsp;of befè «eec-amptai cn luimen nog tc gering toacen. Debbcn een lt;©ec(lnbsp;ban onfi’plbace ^jofetie / bic geen anbie lt;6ce(l bcc ^iofeten onbcctooipen 10/nbsp;befe iö berisonben aan baren ^tocl / en biecb untgeDInfen booi ben monb bannbsp;baren Cajapliao/ of toiJbge ©ilcam/ cn 500 gp bc bctbjijfbe Sexe bsefl Jcfabei,nbsp;be ©KBtiöoe bic ijaar 5elben 3cgb een ^lOffctefTe tc 3i)n 2ïpoc. 2120. Zachariasnbsp;ttocmbfe dwafe Herders met tjaat gerccbftbap Cap. n: i5* 3in plaats bannbsp;©abers ^fc (Cugtmccders : ©002 lepbers 3i)nfe bcrïcigt;bers/ Icrenbe leringennbsp;ber ^iipbclen ; enbe in plaatfe batfc een Eegen ober €gt;obS ©oib 5onbcn iipt^nbsp;fpjeben / 300 boenfe in bare Conciliën niet anbers ban Anathemata en Ver-vioekinge «BtOIircmen tegen be belybaS bcc 3©aacbepb. ^it bebben 5» afnbsp;lang met Beicam ban onöe Cetacn af in baar ©erte gebab: lïïaac lt;0ob beeftnbsp;baar met aanHonbö toegeiaten bet gantfebe jpimbamcht ber 3®aacbepb omnbsp;becce te (looten / maar baac-en-tegen bebben 5p in bccfcbcpben Coiitiben benbsp;febabebbe cn (aitcrïiftc btoalmgen bic bet fnnbameiit bc(trebcn beroojbeelbi gc^nbsp;iijb bic ban Pauius Zamofatenus Neftorius Arius eii anbie mccr. Sïifoo ennbsp;beeft Ciob toe baar nog niet toegelatcn de Olye ende Wijn te bcfchadigennbsp;^pocab 6; 6. ' g^at is be 5?iuibamcntelc toaarlieben bic ^epl en Croo|f aannbsp;be gicle tocbjcngen. lt;Oiat nu egter met 2amp;ilcam ben ©locb in baar bettenbsp;berboigen bjasj/ maar Ctoblibcr toiife toierb ingebonben/ bjubt Zacharias uptnbsp;boo? een 3oetc gtiijftcniffc ban öefe Vrouwe ban Zinear in ©abplonicn/ bieibenbsp;een plaat loods op den Mond gelegd wierd ^acf). ? t 7/ 8.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;»©e tOCbcrJcgs
gingc en berooibeltnge ban bic grobc btoaliitgcn gaf aan3ien aan baar ^toel/ bie 3P telbens toiden be booirange tc geben/ en baar boo? met be njb on^pt'nbsp;baarbepb tc pjetenberm. ï|et blijfit ban agteren boo? be uptbomfte/ batfc on^^nbsp;bJiUens en boo2 lt;0oblibe btoang in bie tj)b g.’5cgcnb Ijebben. Zie maat eensnbsp;boe 3p in bare Condlicit ban befe laatftc CcbJcn/ tot Ba fel, Conftans Tren-ten amp;c. gc3cgcnb bebben / grwt (ag toe al in baar bette / maar mojl ceeft innbsp;bc rüpe ojb uptbccflcn.
II. nbsp;nbsp;nbsp;Biieam , bocbjcï cctt ^obcttaoc / nogtons bab be oube obcrlebermge/nbsp;«1 bet gantfebe J^inbament bes (6eloo^ niet gantftb bccgeten/ ’tgeen genoegnbsp;blijftt upt bc ftenniffe bie bP bab ban ben aimc ban Jehovah enbe 3i)n gantfebenbsp;banbei ontrent lt;0ob/ alS ooft ben Coning Baiac. |Bcn moet ooft niet mepnennbsp;bat in anbjê jlatien bupten 'Sfracl in bie tijb / abc 3oitbc teeg acnomen 3i)nnbsp;flilc Catccheiis ban ^oag en 3!i« dFaniiüe. ï^ct tegenbeel 3onbcn ons §obnbsp;enbe 5i)n ©jienben Stccrcn. ïïoomfclje feerftc infgeftjr en beeft noopb Ijarcnbsp;balfcbc Seringen cn (Coberfefje Hengenen 5onbcc ben ^i52onb ban bet .f nnba:^nbsp;ment ber i^arbepb Innincn plaaflercn maar 5P febenbt bare btoalingen aannbsp;bet ©olh lipt een ba'gnlben «DJinft-beher/ bat is bc fcl)0?rfe cn uptertifte tooojsnbsp;ben ban be i®. ^cbJiftnre Sdpocal. 17. Capit.
I l I: l©!?
-ocr page 126-104
HIEROGLYPHIC A. ofto
III, nbsp;nbsp;nbsp;be W J©aacï)êi»b / cn obcc 3u?p ben Ecgcn fp?ccftt/ metnbsp;cen gmtoeb bat onbcctoijlcn (junbeeb na (©teciobepb / en 3©c«lb5S profijt tP£nbsp;3Ö11 2Cmpt cn ©ebieninae / tne en fean met ^tanbbadig jijn om altoob 310nbsp;3elfej geïijfibcijitiig be 3©aac[)cpb te fpiefien / itiaac pp fal bie berficcen nn 3itttnbsp;'begeecltfitjebcn ; gelijft ooft ©tleam gebaaii beeft i alfoo be bjoebige uptftoitiftnbsp;aaii ^ifcael gdleecb beeft. t.ö Itet 3©ecelb ftiinbtg / bat ten tube ban bienbsp;gcote boci?fpoeb bie ben CÖ?i|lcn (ïaat onbec be ïiegci-inge Conftanttm obccinbsp;(Icoonibe/ be isoomfebe/ en anbee ©tfcboppeii in iKijbbom en pagt/ ^obennbsp;en ^aiepfen / Cacoffen en ftoftbamp;e fCafitIjS / be 3©ece}bfcbe Coningen en ©02=:nbsp;ften of obectcoffen / efte ten tninflen ebenaarben *, alfoo bat seebcen l^epbennbsp;Pretextatus eetljS bocrtcnbc 5epbe : Maak my maar Roomfeh Bifehop, endcnbsp;Ik fal aanftonds ecn Chriflen worden, ©oe ftonbe in blC (laat Ijet gcbde toclt;
fen ban be Hecbc anberss met be tijb ban een gctlalte ban een 3®ectlbfcbc liKonatcbic bectoneni baac ban baan bie gebtipeige ttoiHen toegeno' be ©ppci-^nbsp;boofbigljepb/ ttifTcben ben ©iffcljop ban üiomen / enbe ban Conftantinopoien.nbsp;•Ênbe bet gefebil bat eeeft maac gebjeben toierb obec be boo25ittinge/ tnaacnbsp;ebec in be fefle Canon ban bet Niccefche Concilium is bccifte gebaan totnbsp;booibeel ban ben Stoemfeben ©iffebop toierb cpnbdifi tot be termen ban on-feplbaarbepb in bet Eeeren / ban ben tSoonifeben ©iftbop aangcmatigb / bienbsp;baar in te meet gebolg cube ganene toeftemminge berftrerg / cm bat in benbsp;(©Jiere I^erficn be maite ercmplcn ban btoalingcn en nfbal ontftonben / bienbsp;ban ban be ïïoomfcDe i^toci berooibeelb / an be 3etbe be getoaanbe cnfeplbaat-bepb bebelligben.
IV. nbsp;nbsp;nbsp;©et is gcenS3ms Dtiprcn rebeit/ bat ban bccTc lt;0deetbe tupben aan*nbsp;gemerbt to02b be groote bcranberlilibepb ban gebodens enbe marimen in benbsp;©iffeboppen ban tiomcn / in 5ig te ftbibben na bet Ddoop ban tijben en epgcnnbsp;b002beci?n. ©p crempd in be bijfbe Cciitoe / toannecr ben ©iffriiop ban
Couüantinopolen , Joannes Jejunator gt; 510 5eIfS aaniiam bCll (Citd ban eeH Algemeen Bifichop, 5OO beeft Gregorius M. bell ïtOOmfCÖCn ©iffCbOp / bcnt
baat in firagtig toebertepb en 5i)tt beetfcb-5n0t met regt befnocpb; bcrlilar'enbe bat 500 een bie 5ig bien naam aanmatigbe / ben regten,9lnticb2i(l toas. Eesnbsp;ftcriib bet toas toe ter tijb ban bet aanbelang ban ben ïioomfeben ^tod / btennbsp;Nimrod te teiigdett; jKaar toaar toe firefete bet bog anberS/ ban om 500 rasnbsp;be gdegenblKpb oeboo?cn toas / bit booj-regt nan ben ïtoomffbcn «^tod erflifinbsp;baft te maben^ ’tgeen niet (angbaat natod bfeefi/ toanneetBonifaciusdciii.nbsp;©ifftbop ban tSoiticn/ 3ig bie (Citd opentWb aannam ; gebienb ban be giinftenbsp;ban Phocas, bie 31J11 Sepfer Mauritium bab omgebtagt. cn let cens op aUenbsp;bie btoalingen en bp-gdoobtgbeben / todbe banCcutoe totCcutoe in beïïoomsnbsp;ftbeöerfie 3Uningcbroopen/ toaar boot eerft be Ecete bee funbamentede toaar#nbsp;bcPb gebed ber3toabt en bragteioos is gemaabt / ia cpnbdtH 5e(fs gdnftcrb ennbsp;berootbedb IS; gp 3nlb blaarlib 5icn/ bat baar boo? be-oogb is cnbd bet geennbsp;toerdbs iS; te toeten/ om abc magt / aan3ienfibfiepb / tUbbommen en febat#nbsp;ten in bit groot ©abcl « bcc5amelen/ als in een gemeene^op-ftabeniiaarbt/
ban
-ocr page 127-Schat-kamer der Zinne-bcelden cn Voor-bccldcn. 105’
Uöi) ölï« tfic 3®acen lian toclfte te 3£pofaïtpftó ?oo «n Ictcnttge eeeft; €»ip. i?» m 18. lt;en taoc 10 ntemant bic met bc albcrmtnflc '^'cöijn-lïbcti on« cenig atiba' fnblect ban befe binnen tan geben/ ban alfeen be Koom^nbsp;fc0c ïlteelfe in toclfte ontoebei-fpjcbdift alle befe bingen gebonben to02ben; ennbsp;tont ban men tot bc betbnllHige ban eenige booj^egginge meeebee becepfeben/nbsp;ban 3obanig een erperimaw upt be uwtftomfle / ’tgeen in al 3ön Heben met fietnbsp;pjofettfcDc boojbeelb ober een bomb lt; baar ©agebpec / baar ^nbulgentien ofnbsp;36flaten; baav ©ojbiegte / ?ijtt bate gout mijnen, ^aac #?ie!tccamp;om een cnfelcnbsp;ï^eafcamp;apppe ober bet €rfbccl bejs Jgceren. ï^aac gebtoongen ongebutobennbsp;Raat een bobpefing ban eOeeiHibe en ^licbamclibe ï^oereepe / en een 25anönbsp;bec lt;0ngccegtigl)epb / toaac booe 5P jig aan mHbai^^en baR maften en bannbsp;aw Staten in be jl^ccelb af5onbecen om niet berftroopb te toojben ober bcnbsp;watbe. ^aac toe oiubouben 5p bet ©olft ben Drink-beker om te bctnpgennbsp;bat 5P lepïigec jtjn aio COn'lït ©blft / en bat bp baar aiieen io be ©eieflcc^nbsp;Uftc toaaïbtgljcpb. ®aac feloofta-ianben en tnftomftcn / bjp ban ^cljattingennbsp;enbc 25ria(lingcn / Jttaften bat 3p ?Cfeftci: aan Stftftec teeftften / enbe tcrtogl betnbsp;gemeen becacmb too;b / aiieen ïüijb 3ijrt. 3©at bcctoagten top ban nog eennbsp;anbje tijb boo2 be berbuUinge ban be bjooibcn ^tri. Ende zy zuilen doornbsp;Gierigheyd met gemaakte woorden van u een Koopmanfehap maken 2 ^etr.nbsp;2. ^03.
JSannecc 5p met Biieam tn ben eerden geen mtbbcl 5agcn / booj be ftragt ban be obcrtnpgcnbe 3®3aclKPb/ om opentlih ben gronbflag beö 43eloof0 tenbsp;Killeren ett te tocbccfpeeeftcn / 500 bebben 3p bet ©olft boojgetooipen / boo? betnbsp;fnboeren ban bare fCrabtnen en üpgèiobtgbebcn/ bet bermenigbulbigen ban barenbsp;5^’agtige en bercterbe 281taren/ in plaatfe ban bc ccnbouöigc (Cafd beo l|eecen.nbsp;Het bcrctecen ban bare öerften met Jöeelben en poppm ; baar booj sijn benbsp;sninen ban bet ©olft afgelepb ban bc Cenboubigljepb beo Cbangdiumo Cbn-(li: €n baar io bp na niet een bPgclobige enbc WflObifebe Ca*cmonie in betnbsp;Hepbenbem bie ban baar niet toerb na gebootft in be 3aerbe. ^ie ban baarnbsp;JBtO-tooob ceten / toat boen jp anbccO ban Afgoden Offer eeteii en Hoereren. ^it to be cpgcn bonb gctoecfi ban Biieam, toaac boo? ^fiftad 300 jam^nbsp;mcritft beclepb to / enbc in 500 itoacen ©oibecl becbalicn. lt;0abc lt;j5ob / batnbsp;fdle bie bit sabel upt obermpginge en febaamte bcrlaten bebben/ ooft alic bawnbsp;bpgelobigbcben gantfcbclift af3tooeren / enbe alle aanftoot upt het mibben bannbsp;baar toeg rupmben/ enbe met aanbagt lettcben op bie lt;0oblifte bermaninge bicnbsp;«tSob tiaar 500 betoeeebdift boo2b?aagb ïKifb* 6: 5. Mijn Volk gedenkt dognbsp;wat Balak dc Coning van Moab beraadflaagdc, ende wat hem Biieam dennbsp;Zooiie Beors antwoorde ; enbe (toat gcfcbteb iO) van Zittim aan tot Gilgalnbsp;toe, op dat gy de Geregtighedea des Heeren kenner.
V. asijbero en hunnen top tonbec opmerfttnge en bertoonberinge m'et boo? bp laten csaan Biieams tcot3C en magtigc boojccben / in todfte bP 30bantg 5toct({;nbsp;cp be gabe ban pc ©jofetie / alO Offer in bet gantfclje ©olft gfrael baar innbsp;tttematt? jijno gdbft cn bwo / bet 3p Moiis of Aaron, Of pemanb ban bc
© nbsp;nbsp;nbsp;Oadilen,
-ocr page 128-1amp;6
H I E R O G L Y P HI C A, ofto
Oudflcn, fa aljS of W 8£ïP3®ccelh niet en Baö. ï|oo? iKm (p?tl
ï?ert ^Utn. ; 3/ 4. Bi^am de Zone Beors fpreekt, ende de Man die de Oogen geopend zijn fprèekt. De hoorder der redenen Godsfpreekt, dienbsp;des Alniagtigcn geligten ziet gt; die verrukt word, ende dien de Oogen ontdekt worden, ^oonb ctt ficeft pmanö ban be 55?ofeten 500 opgeblafen boo:^nbsp;ïcbcn gebjubitt toasi öaac genoeg te jeggen / Het gefigte Jefai® : Denbsp;¦woorden Jeremia : Tot welken het Woord des Heeren geichiede: Hetnbsp;Woord des Heeren gefchiede uytdrukkeük tot Ezechiel amp;c. ^og tCOtjeCnbsp;fpa'^t öp $0 14, bjamieec öp tot alle bie bingen nog toeboegb; Di edenbsp;•wexenschap des Alderhoogsten weet! ^11500 beC5t10?l{snbsp;te ooö eenet Cajaphas boo? #1 aiiuocitept Set gantfrtfc Collegie jijnct mebenbsp;©Itberüngcn gioan. n: 49/ 50. Gy lieden en verftaat niet, nogte (cn bC-3inb) niet. =^u bie Biet ta* plaatfe ceno jifn bjcrft tobbe niahen/ cm Beiiar-ininus cp be f©oet te boïgen iir 5ijn öctoifb ban be onfcpibaatffepb ban bennbsp;©auö ban ïiomen/ ’tgeen BP fiaaft met bc ctemplen ban Cajaphas, Büeamnbsp;en antoe balftBe ©jofeten / bie frtjoon ontoebcegeboeen en onBepHge .ïDenfcBcn/nbsp;noatanei in Bate «Dificien niet gcbtoaalb Bebben in Jure, in Bet berhlaten bannbsp;Bet lt;6obiiB ïiegt; 300 3unen top Beni ooli in een 5eïbe toinBei binben (laannbsp;5mcbcn baat Biieam cn Cajaphas, eti Zaui iufiig op bit SCanbeeJb beubcti;;nbsp;om met Boogtoabenbe tooojbcn / ató God-fpraken, Oracuien, be gantfrtié
3©ecetb in batoonbetinge te bjengen / en Bate geBootfSKimBepb te onbettoet^ pen,
VI- Cn alfo totfnirg Bunnen top boot bp gaan op Ijet ptagtig/’betquiBig/ «H ®Mitoen ban 3i)ne 7. ?Cltaten / ntet een 7- bubbele oSabe ofte (0{fet bctcnlunbsp;te BftbenBen ben aatt en Conbitie ban alle toecft-lepltgcn / Bet 3P onbet B«tnbsp;gobenbom / ofte panobom. SSItifb toiUen 3P pets* meertiet aan cgt;ob optoa^nbsp;gen aio SP jeifS geepfcBt Beefï t Zoo beel maal tet 3©cBe te baiicn/ 500 beelnbsp;tienben te betalen.; 500 fttengelifi te Zabbathizeren toasi bet üloben matime»nbsp;als befeenb (laat ïnc, 181 11/ 12, jüöaat 3ie Bit ooB cenjï in 5toang gaannbsp;tn Bet ^Bfbom: Zoo beel ftltaten/ 300 beel Écriten/ 300 beel Clooiitts/ 300nbsp;beel Ztel-miffen/ Söebebaatben/ 300 beel Pater Notters, Bet beftaatet alles innbsp;oberbaab, jèiet toonbee bat jf^enfcöen bie Bare CïeregtigBepb ten bootnamennbsp;belc (lellen in Bare toerljcn / cn 3clfs in toccBcn bic ®ob niet geboben Beeft/nbsp;bolgens bie marimc/ Bate toetben tot be Boogte ban 25etgen opdapelen. i©atnbsp;ts altoos 0ctoce(l Ifet tegte ItenteBen ban be balfclfc oSobsbiend/ bie niet gesnbsp;fcBtcb in lt;©tc(i eribe JDaatBcpb / bc eenboubigBepb bes Cbangelinms bootnbsp;Bate (ïonfietenbe JöetelbfcOe lupdet te betboben of boo? Baat itooft te be5toal«nbsp;Ben. Zie 2lpotal. 15. Capit. i©aac bc toate Jtïeligie betgenoegb i.s / batftnbsp;niet en ü^eft ’tgem 3P 3elfS «iet en i0*.
V11. ^ien top op bc bcBtafftnge bie üöileam ban fiet ^oB-b?a0enbe (lom? me ^tet 3ijn Cfeltnnc befegenbe/ men 501 be obeceenb?enoingc oofi 5eec aange?nbsp;«aam btbben. nsiet eenmaal iKBbcn be paapfcljc ^cB?öBecs bc PleBcn tn bc
j^ctBc
-ocr page 129-Schat-kamer der Zinne-beeldcn cft Voor-bcelden. 107
IKcrfic bv öct gioft-teagciibe ©ee berödefe». öfbm löa^c ïiat in gacïie 3tn genomen toe / en mogen toel Ipen / öat be wt-ïgt;?as«nöe ©b«:l)eben boo?nbsp;lt;0obsi ücrlK / ijace bieiitKass ïjebüen om aan bettoufec iieeben ober te boeren/nbsp;Det ïicfiamdöite / enöe ïwre njftbom in ijet j^ieiibj ^crufsiem in te foengen^nbsp;iBaac befe 3ijn bie €3elinnen/ booo toelbè 500 menigmaal Ijate bbonlingen jijnnbsp;toebecgefpjoeften cnbe ebertungb / en be bjccetbfcije toössöepö en ^opöifttfcïjenbsp;bebJiegenpm ban fjace Schoiaftike 25iïeam« is ten toon gefteiö. ^t en toacennbsp;niet bed 3©ecelbfcïie a©jifen bie in be ïSefoamatie bc frfjanbdijbe beboiegeepennbsp;ijan befe öccre fïefabel ten toon geCeib / enbe öaar Wanfetfcl afijebweben öeö?nbsp;ben.
VliI. 5©anneec 55iïeam bcot^egginafn begon/ 5^0 hing Op aan ban een (öffcanbc Sacrificie. BSannecr be soemfebe «Coiifiiicn beegaberb hjteeben/nbsp;^rnct oogmecO om be ïcere bet toaacOcpb te bempen / 5®nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;öaace
Seffien (fittingen) en «eten/ aangebongen ban Oet onWoebtg Wgoben-offec bec jKifTe/ onber een fïatteufe p?agt enbe 3b)icr ban 300 bcel 35aalS pjieHerS.
IX. jlöaac / gep 25i5cam jijn loon öec ongeregtigOepb boo? een cegtma^ rtg oo?bcel lt;0obS berOreeg/ tn plaatfe ban aönf gaö«b öie ftp fteoogbe / en bannbsp;hjelfte / inbien ftp bic nog fteeft genooten ftp niet lange meefler en bjas ; nabc^nbsp;maal ftp biel boo? l)et Etocccb ber ^^inberen ^fcacis. ^ie Hum. 31:8-16.nbsp;^of. 13 : zz. Mlfoa boo25egb Petrus een biergelftO oo?beel befe balfcfte P20-Pfteten en beriepbecs/ ja iïdbïjaar baar in,;§S5oma enlt;0omo?ra gelgO zPetivnbsp;1-15. ennbsp;nbsp;nbsp;nbsp;15^ en be StiiwalpftSCap. 17. en 18.
Bladeren. Z/V c/gt; Boom en zijn Aankleef.
Blixem.
Upt be ^arbe be .üKoeber ban aHe bampen enbe opb)aaS5^tttin0ett btap ben na om ftoge opgetroftften/ onber ai6?en ooft ^ulpfturagtige/ ^alpe^nbsp;tetigc/ en anïcc ©ip-agtige (iojfcn; tociïte icet bed ban Oet eerde Element b^ bpccs in 5ig ftcüben / enbe 3eer ftaad boo? jnelle betoegingen bennbsp;25»nb ftumten ontfanocn. lt;Cnbe fticc «pt ontdaan Biixemen: ?Etfoo be ftcrflig^nbsp;ftenb ban bc ^Blaas-tólfeen bec bigt in een geftjongen 3®olftcn feftidift gebtoon^nbsp;gen bjo?b te barden/ 500 gedftidj baar pets niet ongeftjO ftet gene oi^ be oog^nbsp;3ie«eUbc en taddtfte onbeebinbinge Icccb in be aiacbfcfte Sicl^ticn; toelbc boegnbsp;een 5ndle betoegingc (boot al toannecc 3P boot ftaor in een geb?ongen Barbiggt;=nbsp;ftepb bec beictv niet iHUtneit toegebm) genoobfaabt b)o?ben be beien bes Hpers/
(Q z nbsp;nbsp;nbsp;bie
-ocr page 130-ïo8
H I E H O G L Y P H I C A, ofto
iiiê 3tö met alle Ettöameti/ mfit of meet tei-mcngen/ ban ^ia te gebeitt tiipgen 3Ö11 sclfss bte ïtcöameii bte oiiö «i l)ct gebod be ftoubde boodsomen;nbsp;alö öe ©beefienen / ooft be ïiielen bet* jbaate ^eftepen/ bte bait bare 25loï/nbsp;Of (ïeunfeljs tn ftet 3©atec bjccbcn afgelaten/ daan tir ftooft en jjftamme.nbsp;®onbecen bte meeft al boot be 25Iiremcn becgcfdlcn/ geben lt;©etupgentlTe bannbsp;befc ©acftmge bec ïDolften ; boelfte al feftoon ;n later tot ono geljoot ftomen/nbsp;om bat ftet ge3tgte boot be ifeateric ban Ijct cerfle dement best ©perö eetbecnbsp;bjotb aangebaan/ ’tgeen boo?-b2ingenbec en 3nbtijlec to/ nogtano in bet 3elbenbsp;oacitblift best tybst met ben anbten bcrgefcifebapt gaan; ja tn otbte bcc isaturenbsp;(boebjel in bc 3eibe tpb) 3nft öie Oarflingen / en bebjcgingcn be oo?3afte ban bitnbsp;©emelo 33)9ec. let 3£lbe io' 3bo bootbpngenbe / bat bet boot be 3libcccnnbsp;(Fori) ban bet Ifer/ en bacbbogtigfie Metaal opening binb of maaftt enbebetnbsp;®fec (töé btp toaargenomen hebben in be a©inb-prcrj6t bte be oBlafcn boo? eennbsp;Bafis of (ïennfel jlcefiftcn) iipt een bierftante of btergdijfte gcflalte/ in een Qdnbsp;btaapbe ï gelijft bte ban een ï^abel / becanbecb enbe beefotmb. ga be ütieba^nbsp;men bie be 3toaac(ïe en meeft in een ingebtongen 31)11; alfo 5P be meeftc tegen^nbsp;ftanb bieben ; beptoeben be meefïe ptenben ban besi 3dfei ontaebet (ïanbeliftenbsp;ftcagt. I^ct febtet unt benï|tmel nebeibjaarel met bie 3ndbepb/ bie geen anbeenbsp;©ootbedb in bc lt;©nbccmantgc ï©erdb beeft ; enbe bertoonb eben biergelijftennbsp;gcfialte/ alts een ©pecpijl/ toelfte in ontelbare geerifpte en gebtaapbe ©onftennbsp;opbjaacss bliegb; aftbo be 23brem na beneben : t©aar bet ongelitfi balb/ batnbsp;31Ï befc of gene lofftebe ofte ^oopfebune teejfen / Ijebben top/ en anbten metnbsp;oiifS / tn be afitanb ban geen.flUijlen toegtf tn omtrelt tn eene bootnagt tenbsp;getijft biie toontngen aan 55tanb en ligte ©lamme 3ten fiaan. g^e ©ceilcn ofnbsp;IHenfcben bte baar ban gebagen tootben / lijben 5obanfg een Contufie of plet^nbsp;tecinge toaar boo? bet geqitetfle bêel boot een ©eflagtig Salpeter aanftonbssnbsp;een Gangrcna cf« boiib ©pcr bat enbe ongeneefïift iss. «©een ©00b ilic*nbsp;Saam ban eenig ©ee baar boot getroffen ban lt;t3egeten tootben. 9Cl.ö tn eennbsp;nare en fcb?iblifte êDiipiïerniffe; baar belber en febitterenb aigt bootftraalb/nbsp;ban bc alberftlocftbartigiïc iBenfcbe be l^aptcn te ©erge 5etten ban b?eefe.nbsp;€n nogtanss boeb bat ftb?tftlift ïtgt bc berbtoaalbe ^ebepen tn bc tooetïenbsp;lt;0ceaan ben anbten 3fen / 300 bat ftet alberfebtiftliftfie / bc fcb?ift 3elf!S eenig^nbsp;3insi matigb. ï|ct tooeb meed tegen be trotfle /§pitfcn ban cootnen en ber?nbsp;beben (©eboutoen; niet toelatenbc bat be 2tobtoo?mcn 5i)n ^Sebatftamerennbsp;beflepgeren / en bp 3tg bup^s bomen bonben. locbantg een toonba* ban bcnbsp;^cbepfelen lt;0ob0 bet 5elbe 3P/ toonb ones tn bed plaatfcn lt;f5obö a©ootb / btenbsp;ones nu te paffe bomen iwHen ; toaarom lt;©ob 3ijn mibooi(p.-onbdöftc mogentbe^nbsp;ben (gifl) 26.) bp een 5©onber bfcadiifit. gmmer bat ist bpfonber aanmerftesnbsp;bb / bat bc ^tremen bebben berflceftt boo? uptnemeitbc otttjlanbiglieben bannbsp;45ob!S ©eerltftbepb/ in ttoeeberlep betfebepben ijupssboubingen oBobö/ namdtlinbsp;op ben ©erg Smai, m bc bebeftingc ban bet (©wbe ©erbonb/ Crob. 20. lt;£»nbsp;500 5önfc nti tn bc Ijuptsboubinge ban Bet (Ceflament/ omftanbigbeben bailnbsp;tBii £flo?«iifen lt;!£ffnab¥n-(Cö?Pon Sefii Cö#i / We alP 3öne fndle cCrautoaiv
ten
-ocr page 131-ren gcjtoiiib op 3ini toenfe 3ijn bcbccïcii iiptbocccn. €n ban be Engelen fta» nietsi gtootee bp oelijbcmffc öC3eob bjojben / ban bat lt;0ob gaar maakt tot eennbsp;vlamme des vyers ^f, 104. ©crgclljli rtlt 2llpcc. 4: 5* Ende van denThroonnbsp;gingen uyt Blixemen en Donderflagen, amp;c.
A. , ®cn 25ltrintt een optoebbenb (Ceebat ban be ontoeöanbebböepb bec
^CCtlibbcpb onfe.0 Zaligen en alleen magtigen Hcere, de Coning der Conin-gen en Heere det Heeren , die een ontoeganklik ligt bewoond , en die niemand gezien heeft, ofte zien kan. ;S?enö Btec tOe i {|:im0tÖ.6, ©ff. 15/ 16,
j^ergdeben met 1llpotal.4: 5*
B. nbsp;nbsp;nbsp;Jilaac noöfanjs tn giefu bat bjaaragtige Higt ban %iQt / jict men 3ön
Af'fchijnfci, dTtxvyxffy,» J^eö?, i: 3. ©ecgelpb aCojintO. 3: i8. Ende wy alle met ongedekten aangefigte de Heerlikheyd des Heeren als in een fpiegelnbsp;anntchouwendc , worden na het zelve beeld in gedaante veranderd vannbsp;Heerlikheyd tot Heerlikheyd, amp;c. ©ecgelijb fiet bcrtOOg bannbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^ca*-
llbfjepö / in Jijn vlammend aangefigte , ctt zneeuw witte kleederen, op bCH SDcrg / .fBattf). 17. i/1! 4/ 5- ic-
c. ;©cn jBlifcm iö cen ^innebedb ban öct fcöklib boojfcDittcrcnbt' Ligt
van het Euangelinm, tOt aan be cpubeil bCT Staitcn / tot op 3ljn bco:luotiö« toebomflc tm OOJbCCÏ. ©ergclijb jilSatt0.a4. ^ba/. Want gelijk den Blixemnbsp;uytgaat van het Ooflen , ende fchijnd in het Weften, alfoo Zal ook de toc-komftc des Zoons des Mcnfchcn wefen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;mCt aanbacjt na / befê 3dbê
fccrbbljepb ban bat 5|cmeïfc9c ïtgt bcö €iiaitocïtumö op #fab3o: 3. Uyt ion dc volkomcntheyd der fchoonheyd verfchijnd God blinkende. — Eennbsp;vycr voor fijn aangezigte zal vertecren, amp;c. JJfal. 97* ®Si 4. Zijn Blixemennbsp;vctligten dc Wcreldj het Aardrijk zietfe, en beeft. De Bergen fmelten alsnbsp;wafch Toor het aanzigt des Heeren, voor het aanfehijn des Heeren der gant-fcher z\arde. De Hemelen verkonden fi|n Geregtigheyd » en alle Volkennbsp;fijne eere. ^tc ïjicc blaat te tocpaffingc op ïiet list bèjs (gnangdliuittó; ’t geeltnbsp;ban ben (0enabcn (Cfpoon nptgaat. ©00? ai tte fttec aanbagttg na / be booj^nbsp;fcefltfie piaatfe S2acamp;. 9:13—16. ^ berfcDepben «ptbomften / 500 tot bcr.nbsp;ftoojinge ban bc gioben enbe Confnfie öbo? bet Cuangeltum best becbeec^nbsp;bbten éefu; alsi tot beritgtinge bec confeientien mibben in be 3hwcte bupda^nbsp;niffen ban het atnticïpiüenbom / befcbtöft Dd onö be J^joplject ï^abac. 3 : 4.nbsp;Ende daar was een giants als des Ligts, te toeten bOe be ïlccrliftïjcpb Cfeifttnbsp;de Hemelen bedekte, en bet Aardrijk vol was van fijn lof. — lt;ïcnbe £Kimnbsp;OaanbCi be bolgenbe Periode , toannecc be Zonne en Mane ftil ftondeii , enbcnbsp;aHe ligt en tciSii ban be Metbs en politie begaf... Met het ligt gingen uwenbsp;puien daar heenen, met giants uwe blixemende fpictfe, ii,
tOOJ
D. 3©jjbcr^ merh ^ aan / tweederley werkingen van den Blixem van Gods ligt des onwederftandelijken VVootds^n Gesfts, toailHeec W Ö^m baac
-ocr page 132-no HI ER O G LY PH IC A, ofto
tjooj op befj ttocc mantJten toil bmteljfrcii. Ecrft , f)p fimt iiooj bat Dbmtipacnb ligt bsc 3©aacl)epb in be Confcientie fïaat/ 500 bat lip jijite Winb-Öepb ^etioobfaaftt to te eclictinen, toanmet fieiw bat ligt iw bp toetb gcbiagt/nbsp;mbe 0002 ftcaalm ban alle toaan ban toitoOenb toeeb bccooft. (Cen anderen , toaiinccc 1)» baav boo? toa*b genoobfaalst €fob be lt;Êete te geben/ enbenbsp;jiinc aSfi'cgtigfiepb boo? een ootmoebig enbe bccflagen liectc in Det geloobe tenbsp;omöelfen m aan tc neiticn. a©p 5iil!en maac z, ©oo?bcelbcn ban Ijet een etinbsp;Ijet anbece liieu ncbenlcllen. (a) toaan-toijsffiepb ban bcc ^obai fcfjesnbsp;met-oogen toieeb b002 bet glinfterende aangeligtc van Moles 590 beixe ObfCsnbsp;tupgb / ato fjp ban ben Biixemenden Berg tot baac afqnam/ bat fp genoob^nbsp;5aaamp;t toacen een een Dekfel op haar aangezigt tc leggen; op dat fy niet flerknbsp;jnogten zien op de fuperficic , Ofte het vooivt'crp Uati’t ge3igte van ’t gecnnbsp;te niet gedaan zoude worden, 2C02irttb* ,? t ^elöe gctoOOntC liog tennbsp;bupbigen bage bp Haat in bet Icfen ban sljne ^cl)?iften onbeiboiibeti to02b;nbsp;baat tot een Detupginge» Eis zCotintl). Capit. 3. €ben bet 5clbe gebcurbenbsp;Sauius op 3i)n toeg na Damafcus, toanneec Ijp boo? bit ïgcnieifclj bpec nebee#nbsp;gcfïagen en becölinb jijnbe / genoob5aalit toa^ 5nne litliameliiöe en ^cefteltibenbsp;blinbljcpb en onbennogen bebenbe te etlicnnen. €en ttoeeben (b) toamieci:nbsp;bP boo? toaw ootmoebigbepb en belieeeinge / becligt toieib in 3nn ba'jïanb / en^nbsp;be gcljèpligb in 3iin g^icle/ 500 bat bP in gicfmn üElnibwti gcloofbe/ enbe aljSnbsp;een 3onbecl(ng geljepligo toccbtnpg / ja een ©lieem selto al -oimtie bat ligt beivnbsp;fpiepbe/ 3iCt02. i6: 18. Om hare oogen tc openen , ende haar te bckeereiinbsp;van deduyfterniire tot het ligt i ende van de magt des Satans tot God , amp;c.
E. 25obcrt al ban '3!fi niet beegeten/ be (Mibige tocibingcn/ bic ben 3clbcn 5S(i)cein beeft/ ontrent be lt;@Dbfaligen en be (öobloofcn. tDe lt;0ob|*iïtgcn toci^nbsp;ben baar boo? becligt; bergmbt/ en bcctcooft ; gelijti top sepben bat bc fnbgt;'nbsp;boringe ban ben 25lircm onbci* een 5toacte bnpllccnilfe. / een ligt geeft op bennbsp;toeg. BDaar toe bieno bet geene^lob ban 5tg 3elbtn gcntpgb. God deed zijn
lampe over hem fchijnen , en hy doorwandelde in lijn ligt de dnyfterniflè, lt;irap. 29? 3. enbe ©fal. 138. Wanneer Ik wandele midden in de benauwt-heyd, maakt gy my levendig amp;c. tÊllbe-^Efai. 50 : ïo. Als hy in de duy-fterniffen wandeld , ende geen ligt heeft; dat hy vertrouwe op den Namenbsp;des Heeren , amp;lt;:. ^rt 3^fal. 39 : ii. ^og aan be anbece 5öbe 500 bombnbsp;bier in be toatftc aanincibingc be bcbnpbeniiTe ban ben ©lirem / genomen boo?nbsp;bc albec3toaar|le oo’bcelen bie (©ob ato bpecige pijlen ban 5bnen €b?oon af-3enb / tot bet nutterlle beebeef ban be «©obloofen. 3©ilb gp lettsriiifte ©00?-beclben; 3ie met mn maar btt Hemelfcb bPci* gcballcn op bie ban ^obom ennbsp;^omo?ra/ «©cnef. 19. Cap. ^i%elijbö bet 5elbe bpee beeflinbenbe ben Igooft-jtiati en 5iitt bijftigen; en anbermaal een 5clbe looftnian met gelp gebolg ennbsp;be 5elbe upttomfte z ïteg. 1 : 10. 25egeccb gp ’t 3elbe tn 5Figiiuriijbe toijfcnnbsp;ban fp2eeben/ 3ie Pfal. i8; 15. Hy zond zijn pijlen uyt ende verftroydefe:nbsp;hy vqirmenigvuldigde zijne Blixemen i ende 'hy verfchriktele. jBcbèCOmnbsp;P(ilI*T44; 6. Zend uwe pijlen uyt, en verftroydfc; Vermenigvuldigd uwe
Blixemen
-ocr page 133-Elixem^n cndc verfirojdfe. na OHfe JSrörnamp;ina^ cj; ïjcfeii nbsp;nbsp;nbsp;«Sn
m.tlj bit nog boo? öet laatflc aan. naaitt-ftunbigfir ooabccicn (©obss' ober 5ijne bnanben / jijn / of in be letter / of in be gclpcniffe böo? ï|einelö ©?eu/nbsp;ên 3öliretncn/ tn lt;0ob!S 3®oo^b 6efcfj?eben. ^et ooibcel ban Sodomt en Go-inorra iö Op bie bJij0 bolbjagt. let oo?bccl ober ^emraïcni en ben ^oobfcficnnbsp;^•¦aat / iö bebenb onbec een berg brandende ran vyer in de Zee geworpen,nbsp;Sfpocaf. 8. ^08. €nbc aangaanbe ben 3Cmtcfnt(l / cnbe liet aootnfcö ©abel
3CP0C. i8. Ende hy zal met vyer verbrand worden. lt;ï2l1 hiat bOO? èeil bpec aitbcrö / Olsi ’t geen (©ob uyt den Hemel zal zenden , en haar verllindennbsp;gfpocal. 20. Cap. €n ennbelift op btccgelpe hJijfe 5al ooft be Jicrdb oPer^nbsp;gaan z ^etr. Capit. 3. Mie ban ban nog langer met be ongeloobtge goben/nbsp;en ültnbe ©apiften 3iin cogen (lupten / bat öp niet 30«be 3itn bie «ptnemenbenbsp;filaacitepb en ïunfïer ban obertupgenbe toaarlKPb beo diaiigeluuno / ’t geencnbsp;nil ban be njben bet tïpoftelen af al-onmie booj bc gaatfcöe a©;celb io bocc-gebionnen. ^ie non in bie (laat ban blinbOepb toillcn blijben bolamp;ocben/ ennbsp;be btipdemifTe liebet pebden ban pet gfigt / bic Ijeböen 3ig te ber3eefiecen/ batnbsp;fp booj ben ©lijcem ban «öobo oo?beeIen tot in lt;eeubJigljeigt;b 3ullen gcfiageti^nbsp;tuojben.
DC (0ogen toerben te regt genaamb be Deuren cndc Venileren van de Zielen, en bat om ttoee cebenen. ©002 eerft, om bat boo2 be 3ct#nbsp;be/ alö b002 Cnfiallijnc ©enfterO ofte üamen bc booetoccpm'ontfaivnbsp;gen toojben / en boo? mibbel ban be Nervi Optici «©ogen-senuen / gebjagtnbsp;in bc inbcelbenbc ftragt / en baar in pre Inb^uftfelen 5etten v biaar boo? bannbsp;in be ^ieie aan toclfte 30 bci toonb toozben berfcDepben tneebingen en betoegin^nbsp;gen omftoan/ bet 5p tot begeerte na bat boojtoerp i let 3P tot afbeer ban netnbsp;5elbe; en bit alleo toecb getojogt / boo? be torecdcaal bie Ijet ^igt ban Ijetnbsp;©bjcct in fiet öoge fcfiiet. ,fISen Ban Carthefius m 5p Dioptrica baar obernbsp;na 5ien. Soo fpteebtet ben piebilter ban toanneet 3? boo? ©Hbeebom 3ijn
ber3b)aBt Cap. ?•' Ende die door de Venfteren zien zullen verduyfterd worden. (Cett andren, ©m bat utcn ooB bail Pptenen boo? bie gla3e Den^nbsp;(leco boo’gaanö Ban 5ien bc inncrliBe geflalte ban be ^iele; bpfonbrr baar benbsp;bjiften fietb 3ijn. ©elöB mifnoegen (Coojn/ laat/ iSiib/ ©?eefe/ ïiefbe ennbsp;begeerte ontrent een 3aBe. Chnitus noembfc 1^ gelijBeniffc bie ooft berber totnbsp;liet beeftanb en ©o?becl moet obctgeb?agt boojben dc Keerfe des Lichaams isnbsp;de Ooge ; Indien dan uw Ooge eenvoudig is , zoo zal u geheel Lichaamnbsp;verligt wefen : Maar indien uw Ooge boos is , zal ook geheel u Lichaamnbsp;duyfter wefen. Indien dan het Ligt dat in u is Duyfterniirc is ; hoe grootnbsp;zal dan de DuyRernifle zelver zijn ? ©Crgelljft niet min pob. 4: 25. lt;©6^
htóle ban ini tn be l. ^rijiift be ©03e i.b tjet bcifianb en ©o?bceI ban onber^
fflitpb
-ocr page 134-iï% HIEROGLYPHICA, efto
ffïiepö ttiffcöcn (öoeb énïjc (jSuöaö / fiffoo bcnaatwij ban tea^rt ’tbciö?Uöat» 2initcumciit toaac boo? Dct toa1«; 500 bolgb bat:
A. B LI K D H E Y D is in een dwalend Oordeel , bJClfó OnbCCfClj^b
feenb tufftDen goeb en quaab / tulTcrjen öet aannemehfee of beetoaTJclifee ^ gei Jijfi een 25linbc niet 6an oojbecien ban bc Coicucen z^etc. i: 9* in wcike
defe dingen niet zijpj die is Blind, van verre niet ziende. lt;©ttt bat f)p fjet
gcbolg tuffen fienniffe en p^acttlie bet lt;i5obfaligf)epb geen agt en (laab / en alfo fefienb btngen bie in ftet oog besi lt;0o2öeclst t’5amen moften toeeben geboegb/nbsp;ofte maac confunö 5tet i gelijb be ® linbc aïö eet1t 3baaft gcfigie breeg/nbsp;jKenfclsen alss 25omen 3as toanbeïen. ®^e ^Slinbïjenb 10 allen natuurlibennbsp;iilScnrcljcn epgen; alö toeifeec baflanb boot ©obö lt;0eeft niet becligt is / omnbsp;ïjet cenige toaw mibbel bec ^altgbepb te bennen ^oan.9: 41. lt;!^pljef.4: 18.nbsp;lt;Sn befe Oogen-zaïve ib alleen bp Clpijïuö te boop 3{lpoca{«Cap, lt;Cnbcnbsp;ten 3P be becUgtenbe intoenbige genabe iberbt in l)et fjecte/ enbc be enfilc Setinbsp;tec onb bootbomb/ bat ib 5e(fb be npttoenbige bicnil beb €bangcliumb/ 50bnbsp;bjotb men nog al Slinbec / 300 bat selfb be ©ogen met bibbe Rebellen ofnbsp;bepalen betroeben PJo?ben; gtlpb in Sauius: 2lltt.9.Cap, ©ecgeltjb ^oan.g,
ik ben tot een Oordeel in de Wereld gekomen op dat die zien Blind worden amp;c. ^e 25lieem ban bit Htgt ppntgb en berbltnb be ©ogen ban bfe be ZDiiPiiccniffe liebee pebben ban pet Eigt. ^let geen 3P ban nog boot pet ^cpcinbsp;niecbgt bec nawee/ enbc boot benniffe ban be a®ct 5agcn i bjotb in paae selfssnbsp;ten geooten bele uptgebooft boot pare onbafetKltbc bcagt ban tegenftanb; toaacnbsp;toe ben ^gen toaan en inbeelbinge ban 3©ijfpcpb beagtig mebe toeeben. Eic
toebeeom ^oan. 9, Capit. Om dat gy L. zegd wy zien; iZoo blijft dan in uwe Zonde. ^00 ccn bjocbig ©otbecl btao bc giobcn te boten al gebtepgb.nbsp;l^ie ©fai,6: 9. Zegt tot dit Volk horende hoord, maar en verftaat niet;nbsp;ziende ziet, maar en'bemerkt niet. ©ecgclpb |Bat. 14, '3[0an. 11:40.nbsp;acetoi. 28. Cap. 2 Cot. 3: 14, Cn in bie Ègiptiiche lt;Dnp(teenine taiïen bcnbsp;«©ccjilibe Egiptenaren nog bagelijc na be toanb. ^ic Epccal. 8: 12. Cn innbsp;bc vijfde Phiole acpofal. 16: 10/ ii. öpt bjclbc bergclpbingc gp bupbcltbnbsp;3ien 3nlby hoe groten over eenkomfle de uyterlike plagen van Egipten hebben, met dc Geelllike, die uytgeflort worden over het Antichriftifch Egipten.
B. jBaai; baac-en-Doben / flaat toel aan te m^ten befe ober eenbomfïe tnfren be tegen-natuurlibe enbe Cicclilibe 25linbpepb ; tï^t; gelpbectopö eennbsp;bie 2amp;linb is / peeft een 3mei’telib geboelen ban befe 5ön Clenbigen (iaat/ al#nbsp;300 00b boot al een bie lt;©ee|ilib 25linb isi in pet beeiïanb/ cn aan een beebo?#nbsp;ben 3irt obecgeben. aBant nabemaal baat niet 3oefec Pan bebagt biotben/ bannbsp;pet Ei0t boot bc üinbten bec iBenfepen. (^te Cctlef, n; 7. Vorder hetnbsp;Ligt is zoet gt; ende het is de Oogen goed de Zonne te aanfehouwen) alfoo
en fcw baat oob niet beebtietigee bebagt toojben ban be jslinbpepb / bie ben jjKenfepe ban pet albepaangenaamjïe / bat op be stniicn bja'Pen'Pan berooft,
aiBant
-ocr page 135-Scliat-kamcr der Zinne-btciden en Voor-beelden.
5©attt bit nbsp;nbsp;nbsp;bcc jinncn ftcaijtigtr ban al bc anb« bie onbec
'hi (Zenfus) jijttitii befóiib 5ön; imtwris meer en naber tot bc Reden, en fjet berlianbelifie tn ben jBcnfcOe. Ootterfche Kcyfers agten fict ban metnbsp;cegt een ongenabe bat men fjaac niet aanftonb^ bechjojgb maar ftwarb tot eennbsp;beragtdift en 5nicrfe(ift Jeben / met het verblinden van hare Oogen; tea=K;nbsp;booï Daar berber alie amp;ope tot 3fimpten enbe toebcr bcügen ban 0aar oito
luaarbigpepb ijï afge5ni^Clt Zijn Kindren te zien gt; zijn Kinds-kindten tc zien » het goede Jetufalems te aanfchouwen alle de dagen zijns Levensnbsp;^fah ii8t 4/ 5/ 6» Het goede des Heeren en zijn Heyl te zien in heCnbsp;Land der Levendigen pfal. 27: i?/ 14. De Menfchen te aanfchouwennbsp;met dc inwoonders der Wereld ^rfai. 38; ii. ^3 5ijn ©Crloffer met ^Obnbsp;tc aanfcijoubJcn met mn cngcn ©ogen / en niet censi anb?en ^0019. Cap»nbsp;^ijn be 5oetig[jcben met alleen ban 0ct Eeben eeno iSat^riifeen iBcnfcöe/nbsp;maar tein een Kind des Lichts j bie «pt ï^t gc3igfc ban a©a*clbfr()e btngen/nbsp;altooei opiïcpgctb na i^emdfcfje. ©m alle befe rebenen/ ban ift 3cggm; batnbsp;lt;0obi$ lt;ï?(ec(l onst be 25linbfte^ booeftdb niet alleen aliS een ^onbe / en afbjijsnbsp;binge ban be ©ojfptonbelibc ïiennifTc / bie tot lt;0obei 25celb beöoojb; nogtenbsp;00b afó een gebjeb ban bet ^aligmabcnbc ïigt ber 3Baatbcpb / boo? toelftnbsp;getoeb een .ïBenfcöe blijft üupten Cb?i(i«!S / cn 30nbct bennilTc ban bet cenigenbsp;ntibbcl 5ijner ©crloffinge; maar 00b ban bie bjoefbepb en smette/ bie bcr;gt;nbsp;ftljabbingcn en angffen / bjelbc 500 een bctbiinb bcriïanb / enbe afgeftbeoepbenbsp;Confctcntic aanbocn en ban alle banten omringen. *Dat bcröanb geeft oiis' betnbsp;ïöaaragtige Etgt gefiijs ClpiftirO. ^n tcgenbccl 310 bc denbige (laat bat) bcnbsp;enberen bic buwteil Cödflusf 3[jl). 3iBattIj,8: IZ. Ende de Kinderen des Co-ningrijks zullen buyten geworpen worden in dc buytenfte duyrternilTc; daarnbsp;Zal Weeninge der Oogen ende Knersinge dernbsp;Tan V ES z y n. .f^cn ftai) tót bit oogim-b meer liragtige iiptbjubbitigennbsp;bccsamdcn/ bic bjp bier fpaaten / om bat top b^t tocr-bant (Rhombam) ofnbsp;be ruyt mepnen te bebben op tafel gebjagt.
G. 3Cnbccö ban men ooft tot een toe-gtfte 3ea' beguamdib benben / bat be lieplige pofetien on.s onbet bc apigimre ban DuyUcrniffe toijfen tot bc rade-loosheyd en vcrlcgcndheyd bail alle be iDcnfdjen / bte b002 baar bïecfcbiilt
berniift/ enbe getoaanbe (terble ban baar toccelbsi bertroutoen / cenige mibbc' icn bebenben/ toaar booe fn Jig ban bc btepgenbe gebaacen en onbcplen soebeiinbsp;te ontladen : €n befe bupftcrniffe iö gebed niet ongdijb bie ban een bjonbennbsp;ïDenfclje/ bte allcci boo? berglaasibe oogen 5ict/. en bdemmerb tp ban bd'flC'nbsp;nen; alss pemanb bie fïaapt. 3lcbcnbtg tocrb ones «jBobst oo?bed ober bc fj'o^nbsp;ben boo? 300 een gelijftcnifreafgemaalb/ bp lt;Sfai. 28:1-8. €n51er, 25; 15-18.nbsp;3©en ban bic na-3ien / om bat top oanbagtigc en na-oogenbe menfeben tot bitnbsp;a©crh berepfeben/ aan bjelber epgen betragtinge obb petst moet 3iin aanbebolen.nbsp;©nbertnfftben 3al ben 3[cfer niet bergeten bebben boe bc Hocre Jcfabei , boo?nbsp;baren (Soober-Beeker be ï^tngen ber JCacben berblinb / en bocb tiipmclcn ennbsp;toaoselci); gdüb mesrmaal ton onss is* aangetoefen. ©eSipoc. Ï7* sni8.
^ nbsp;nbsp;nbsp;'nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Bloed.
-ocr page 136-HIEROGLYPHIC A, ofto
H%’t i»»? bcrflaa ^fi / ett bolgcniS Ret bcfttV en muifl t!uöt)c(5iiui(öe feupR/ m bolocitsi amp;lt; Repltgenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ui Ret ccmecn/ Dat Sapp, to,m
i^t cen g^ier eecfi Roo^tgebjagt/ cube ban ooft ftccbcc opgtqueefit toojb.
«0P hjslfte togfc pauht^ 5egb (28cto?. 17.) Dat God Uyt een Bloèd het gantl'tne Menfchelijke geflagt gemaakt heeft. lt;©P bte toijfo tttaaftt benbsp;boo?ttecHngc een band des Bioeds, siutR.2. ^aef I. ^fn iipt bte oozfaaft fecmbnbsp;ban kBpbecss bat geobcc 25loeb / Ret geen upt be giji, b002 be geftjoone en bc^nbsp;hcnbe baten en becjribcc bebjegingcn/ gentaafttbjo^b/ Ret^StcRaam en al bcjsnbsp;5clf0 Sebematcn / boo? grobec/ en ftjnbec abecen boo?bioepb/ en/ beeniengbnbsp;en aangcboetb boo? be oo?fp?onamp;eJöfte lcbettbe«0eeften/ Ret jelbc tot bollenbsp;gcftalte bjengb. ©et t)S onb oogmeeft ntet alRtcc in bee Anatomiften ^cRoo^nbsp;len te boo?bjanbcfcn / baac be letter Moot 50iibe (laan / 5onbcc toepa(Tinge..nbsp;W? 5onbcn Rice 00ft befcn (€itel Rebben Runnen brengen onbec bte ban Offran-dej ntaaiv eiin batfe petjS bpfonbecs* op Raac jclfgs Reeft/ moeten bop Riec tecnbsp;plaatfe pets* jonbcr.ö aamnctftav
I. €u(fcRert Ret natttuclift (ebcn bait penfcRen / en ©nrebcitjfie gieren/ boo? be bctoegtnge ban Ret B t o e d , cn tó geen onberfcRepb. #it t.b Ra'ccnbsp;Repber befcR?tjbtnge lt;©entf. 7 : 22. Al wat een Adem des Geefts des levensnbsp;in lijn neufgaten had — is geftorven. ©ecji 23. Van den Menfche aan totnbsp;het Vee. OEn Cap. 9» fiff. 4/ 5. Hct vleefch met lijn Z i e l e , fijn Bloed,
$f. €n baac upt bltjfit ftet bat jKofes beftRjijbettbe in be plaatfe lt;6cn. 2; 7. alleen Ret 3clbe natuucltft icben ban ben naeitfcRe / Ret met be jelbe booo?bcnnbsp;uptb?uftt / bie Rp ban be anbcee bieren gcb?upftt lt;5cncf. 2 : 7. De Hecre hadnbsp;denMcnlche ingeblafen cen adem des levensin fijnencuigatenj allbo wierdnbsp;den Menfche tot een levendige Ziele. ^00 bat bie Theologanten miffepbnbsp;3ön/ hoelRe befe plaatfe ban bc^cRcppinge ber rebclijfte 2iele bcrflaan. .jfeaaunbsp;alb Rp ben g^cobjlag beb nacnfcRen berbieb / geeft Rp beel Rooger rebett..nbsp;Want God heeft den Menfche na fijn Beeld gemaakt , {pb 9. i^Ct 25eelb
Ctobb Ran ntet Begrepen hJo?bcn jonber be rcbelRRe ^iele: ^l-fcRoon jBofeb (bie epgentliR Ranbclb trtgJ t«»nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ban 3igtt!ate bingen) ban be jribe
geen openbaar geboag maaftt; gelp ooR niet ban be engelen. Eaat onb ban bog Ret ©loA/ ettóe be ^ierltjRc lt;j3ee(icn/ met befe omietfliRe gicle; bat ib^nbsp;;©enRenb 3®cfcn v niet bermengen.
11, ©oïgb obcrsulftb bat/ toanneer Ret Broed; in gcmelbe plaatfe en ciberb toetb genaamb be zieie ban een ®icc / Ret 5P rebelift / Ret tn onrebcliR ; eitnbsp;!(et onserijmb ib be i^enfcRen in bat cbeliie de zieic, (n gemeeneti rang jon^
bix
-ocr page 137-Schat-kamer der Zinne-beclden cn Voor-becldcti. i ly
bit ontofcOepö / met be 25eejlen te paacen ; iKen oenoobfaaftt t£t be uptiic^ «tieiwtjcpö bail bejS Menfciicn Bloed te ontlccnett upt be ebeifjepb ban ben mnbsp;bjooneiften «0eejl/ in bïdbe aUeen(i5obiS25eeIb epgentltb bjoonen ban. ^aac^nbsp;om tiet bccöièten/ niet ban be ontebelöhe/ maat beiS ,tiBcnrcften ©locb/ onbetnbsp;(Irajfe beef g^oob.flf bccDoben ^Dant/ of at fctjoon ben jBenfctic/ na ben batnbsp;gantfclielin €fo6sf ffieelb tjab uptgefctiiib; nootansf blijft bit toaacagtig ten aan^nbsp;5ien ban ben ecefien ooifmong be0 l^cnfcben: God heeft den Mcnfche na fijnnbsp;Beeld gefchapen. dj» «©ob ftaii ooö i« t)cm gt; cn alleen ooft in öem bat bét^nbsp;Bjoamp;cn ©eelb bernientoen; in bJien fjn fjet gebnipb bet ceben ob^elatcn liecft^nbsp;toelb betoijil bat lip nadBobef25eelb isf gefetjapen/ enbe nog eentgc cutoe Iiniennbsp;ban bet 5ètbe in tjem obeeig mn. g^og / om bat ton Wet alleen tot onef oogs
«ictb licbbcn Voorbeelden enbe Zinnebeelden tC bertwnbelcn / 500 3Ullen W wi.ö lipt Dct ceebsf ba(i-gc(ielbe baat toe binöen obccgebocrb.
A. nbsp;nbsp;nbsp;ï^et eetfte tef bat gebob / toelbe Noag, cn 5(jb 3labomdingcn ontfaivnbsp;gen t^ben/ toaac tn baat beeboben bjojb te ecten het vieefch , met fijnnbsp;Ziele, dat is Bloed (bJaac ban 5fe d5enef 9. Captt. in bc toootben nu 500 ge.'nbsp;mclb) t tsf biipten ttoijfel een pofitijf gebob / bet geene niet bolgb upt be toarenbsp;-eecegttgb^b cn Ocpli(®epb/ in tocifie dptobsf jScelb bcflaat: lt;©aacom 300 bcsnbsp;liootb bet tot be Willekeurige gcbobeu loyfAdilst, (gnbc / nabcmaal géén bannbsp;50obamge lt;i5oblijfe goebbinbenef; bpfonbec na bat bc ©dofte (0emf. 5.^015gt;nbsp;maö ingeftomeri 5 5onbct meeftelihe reben ban be Itltojife lt;©ob 3iin gegebtu/nbsp;500 bomb biet in bebenbinge / ban toelbc aaabc bog bit beebob een Zinnebeeld,nbsp;of 00b Voorbeeld mag 3ün i lt;©at isf / mat tiet boo? bic tegenbjoojbige tijbnbsp;boe liet gegében toictb lcct3aam.b; cn fcpabuinagtig tegen be toebomenbe tijbnbsp;bebaatci
B. nbsp;nbsp;nbsp;®en ttoeeben : ïDat aangaat liet ^innebeélb / (ïtcliftenbc bc«oi een lelfe/nbsp;Oefcljibt na be gdcgcnbliepb ban be (dTijb tn toelbe Noag en be 3nBeb 3tg boivnbsp;locn / 300 en ban ib niet bcrtoecpcit ijet geboden ban be dgobgclcecben / todfiCnbsp;albusf baat ban ceïamecen. a^abcmaal be ©ooebcc-moozbec Cain, in be ©ubcnbsp;3©:celb bab gegeben bet albccgrubjeübfte erempd ban Jisenfcben-moojb ennbsp;©locbfïoinnge/ 300 Ijccft lt;0ob in befci^ieutoe JBecdb boot tüJcc a®cttcn/ atönbsp;booj tluee fcöuttingai en Depningen boo35ien tegen alle ©loeb-botftigfid’b enbenbsp;löoeebDepb. cecfle t0 alsf bc ^ailiffabe ofte 3^002ntiegge boo? be 3®al/
Ss 4* Dog het vieefch met fijne Ziele , dat is fijn Bloed en luld gy niet ceten. jgaoc oubcc !ïb pcbcc tn öebenbinge gebe / of alleen l^et ©loebnbsp;n^3onbcrb ban bet ©Iccfcl); ban of 00b bet gccunncn ©loeb in bet beifllbtcnbsp;©leefcb bjcib berftaan. €ot bet eciflc 5onbc gjb obeebdfen / nabemaal betnbsp;fSlocb in bet berflibte niet 500 3ect bc ^ide ban een 5[^iei: / ais bod een Ca-ygt;ut mortuum, oftc ccu gcbcdtc ban bet boobe ©leefcb flcnaamb ban bJccben;nbsp;€n men itan 00b niet tod met ceben affucecccn / iwt lt;6ob be Noachides alnbsp;boo2 bc Bet jisofis met bie lafl 30ube bebben be5toaacb. €n in be Betnbsp;3dfS iKib amp;ft ren ai^ecc ceben bet uptgejlootc ©loeb/ bon bet beeftibte niet te
z nbsp;nbsp;nbsp;eeten.
-ocr page 138-H i E ll O G L Y P H I G A , oftc^
J^ct cetfltc iöasJ een boojbebagte fcöcnntiTe ban be CMfcanben bees ann lt;ï5obquot; gelienligb :nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;iaatjlc ïtonöe bp beel toc-ballen gefcOtebm / bte niet
bgt te bcrninben toareri ; baaac toe ban een gemeene toa|Tcl)ingc na be ji^ct genoegfaam bJtob gebenrb lebttic. 19.15/16. rCe meet/ aangejten ooitnbsp;blijftt/ bat anbcce ©olftcrenv bte öpbjocnbei-si ban Slfcad toaren / tn btt ftnftnbsp;eeing nieetbcc booj-i*egt bseeb gegeben (^^tiuer. 14: 2u) goo bolgb fjici: unt/nbsp;bat Noags 5^aniilte / cec nog be 25efntjben(lt;Te toass tngehomen/ gceti nnnbccnbsp;btpijepb enbeOoo^ben te genieteiiban bte ©^embelingcn tn^ifcael; lUccnlifi batnbsp;giebtt. 19 : 15/ i6. allen ben jobanigen bc Wet van waflehinge toaö opge#nbsp;ïcpb ; ban toeibe geen bebel aan igoag io gegeben nog ooit aan petnaiib bannbsp;be ©abecen boo? be 3©et JiBoflS : g^it boeb tnp bolftomeliit bejïuptcn / batnbsp;alleen Ijct egeten of ©jfniten ban nptgefto^t 55loeb bet Noachs j^upfgeaoteanbsp;beeboben 3p. apt toellte aanmetfttnge ftlaacbet: sal toojben ftet oognicclt bannbsp;ïjet beebob; gelijft fïraï Wtjften ?al. i5u toanneec «J5ob alfo befe ^fêegge tegennbsp;ïte 25loeb-boi|lfeöepb öab geftefb / 300 Öepb öP be ©alen ban be (terfte a©alnbsp;tegen be |BenfcOen-moo?bi Wie desMenfehen Bloed vergiet, diens Bloednbsp;'zal door een Menfche vergoten worden amp;c;
tDefe Morale aonmerttinge / geeft toel petes/ maac en bolboeb niet be reben ban ftet beebob / genomen ban be Ziele bie in bet ©loeb ts : ©m toelltcnbsp;hnoop loes te maften / men niet toeberom een nictoc HSorale xeben «voet be-feenisen / genomen ban be gelijltftepb tn be cbelftcpb ban bc ^iiftftantte bannbsp;fjct 25ï0ib / tot beet ï^enfeften 26loeb obec geb^agt / toclfte bog al bobennbsp;iisi bjcbefkgb:nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ftguiiit / enöe ban ftet (Ccgenliecib ban
be 5dbc binbcH. 3©aat: toe nobtg tsi aan te. merften v Dat God in de
Oifranden der verfoeninge (leid een Ziele voor een Ziele , bat tji / bc
^tele ban een ©ffcc-25ee(l boo? be Etcle ban een ïKenfcfte bte een ^onbaafc iö ; en baacom / betoijlc tn ftet 55Ioeb / op gemetbc toftfe / be Ziele betfnbsp;IBenftften tes; gelijft ooft ban een pbec 5^tct: v öog in een rebeloosi g^iet: benbsp;Ziele enftüft in ftet ©loeb beflaat; maat tn een .fiaenfcfte tes een beel cbclccnbsp;Ziele böben bie g^ieriiftc / namcltfi 5ört on(ler|ïiften «©eeft ; 300 bolgb bannbsp;befe 3BaacBepb. i©at een Zonbaac/ bie aan «©obes ï^egtbaacbigftepb / ennbsp;Tijdiiii., en Eewig Leven bccbeitcb fteeft / boo? ftet ^lagten en lt;©(fwttnbsp;ban ftet 25loeb censi ©eeffts boo? «0ob betupgb / bat ftp ftet 3elbe 25locbnbsp;aan a0ob opbtaagb ttt plaatfe ban 5nnc Ziele / tot een onbeepanb bat ftp bcnbsp;inare en babelifte bec5oentnge 3önec Zonbe bcctoagt in 3obantg een bolmaafttcnbsp;«©ffcanbe / tn bJclBe een l^eplig en Siegtbaacbig jBenfcfte / bte ooft metnbsp;eenen be toaatagtige (60bnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;/ bepbe 3ijn Ziele enbe Steftaam tot een toace
©ec5oentnge 3i)net: Zonben op-offee. Cn alfoo God zelfs zijn gemeyme met aijn eygen Bloed verkryge 2fiCt. 20: 28.
s©it 10 nw bc ceben / toaacom God ; gebueenbe alle bte tijg / tn hJelfte «enig ©loeb bee ©ffranöen ban 25eellen / aan ftem tnteeb opoeb?agen / ftej:nbsp;Samp;loeb/ in toelfte be Ziele ban be «©ffcanbe beftonb / becliobcn fteeft te nutosnbsp;gen/ om baj ftp ’t3elbc boo? 5ig bjilbe bctoaien en af3onbct:en ban ’tgemeenenbsp;flCb?lipft / tot Ven ]i|eplig ; 3©ant dc Ziele van de Offrande is het Bloed;
Öffijb
-ocr page 139-0dj)h fe gjobeti 5dfö to£l ftebben aaitgmierbt. ’t(0ecnclt;!j5ob bupbdifi betupg^ oc/ alö lp tod get ceten ban fjct ©leefd) bet ©ffeanben/ maar gecnfïnö (on-bcc öooft'(to‘tff«) öet 'toinkn ban tpac J^Iucb Deeft toegdaten/ 3teb«. 17; 10.
Die eenig Bloed ïal gegeten hebben — diens Ziele zal ik uyt het midden zijns Volks uytroeyen. lt;Cn jic be rcbcttnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Want de Ziele desVleefchs
is in het Bloed, daarom Ik het u op den Altaar gegeven hebbe, om over uwe Zielen verfoeninge te doen, amp;c. Eöo bat in bcf^ plaatfe be cpgcn rebciinbsp;gegeben toD?b / toaacom lt;0Db bit gebob aan Noach beeft gegeben; gdijft ttiecr*nbsp;ntaal be eene plaatfe be anbere bcrftlaacb. i^oe nn toaac iiö/ bat in f)ct25locbnbsp;ïjet epgentliamp;c ban een Eocn-offcanbc bcflonb/ ban baar ipt Wijben/ om bat innbsp;bc alba'bolmaaliftc offeanbe na beïDet; toelbe be jaadiamp;fc toais/ op bm gcoo^nbsp;ten bcr5oenbag Kippurim (Hebit. 16.) een roodc Veetfe aan ©iob toiab op-geoffeeb/ todbetö Woeb alleen in Ijct ïjepligbom toicrb gebeagen/ en ï|ipt ennbsp;©leefcf) bnnten bettoanb toietben / 5»o bat niets baar ban genntttgb toiecbc.nbsp;©ageiift 13. Cap. ü^aarom ben 5elben 3{po|ld 5egb / dat zonder Bioed-ftortinge geen vergiffenis gefchied , Cflp.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;S2teï)et gtOOtOnbCCfCliepb
in Oet tegcn-üedb i in toelftc be gdobigen nu drinken het Bloed des N. Tefta-iBcnts, voor haar uytgcffort tot vergevingc der zonden, JBattl).26,Cal).
gh en ban Iticr niet bait be öanb afbmjfen be seecbdienlieüfe biage / todhe ontftaat upt be handelingen ball be vergaderinge, (ex adls Coneilij) ban benbsp;Apoftoicn tot Jerufaicm, bp-geftaan bail bare Ouderlingen , aid mebe Icbennbsp;ban be 5dbe beegaberinge; todlie jjanbdingcn ond SCct. if. Cap. omtlanbignbsp;toerben beftfpebett. ïDannccc Pauius cn Barnabas tncbe(ianbecö in een jdbenbsp;bebteninge bed Cbangcliums / onbee bc ïgepbenen / tot Antiochien Daar be#nbsp;bieninge bccbulben (in todfte ;§tab jig bede ac-Cö?iflenbe gioben ontliielbcn)nbsp;guamen tot baar tipt Judsca 5ommtgen ban gemeibe goobfcbe Cbiiftenen; bienbsp;öe ©cfnpbentfTe aid tot be ^aitgbepb noobfabdib aanözongcn. alfoo nu
Scmelbe ïUpoftden baar oberbloebig becigt bobben gebaan / lioebanigc grootc aeriten lt;©ob boo? boren bieitjl onbee be onbefneben CÖ?ifidien upt Ijd ijepben#
bom Öab gebaan/ cnbc haar de Deure desGeloofs geopend hadde , CÓp. id» berd 27. toaac upt noobtoenbig bolgbc/ bat ©ob jijnen Ciecft ober be ©il#nbsp;befnebenen/ 500 tod aid be23efucbenen uptbojtc; cnbc onbccrnubeim ooft bit ge-bolg/ bat be saligbepb aan be ©nbefnebene toierb gegunb; 500 faaacbe bit eennbsp;fioffe ban ttoce-fpalt/ cnbc cpfcfjtc noobtoenbig een gcmcene bergabecingc; u»nbsp;toelbe ban befe saöe toierb geljanbdb / en Deffoten met gemeene toeilemmingenbsp;ban be Apoftelcn» en Ouderlingen, en Broeders (Cap. 15 t 22.} bat meilnbsp;ben Broederen uyt de Heydeneu tOt Antiochien Syrien, en Silycien, cnbe illnbsp;bet gemeen allen ben Jgeptatnen/ geen jok of laft zoude op-ieggen j bd todlienbsp;Petrus abfolupt betftaat ban alle Jok ban be JDet jBoflid / jonbee èenige bc#nbsp;paolingc becd 10. Cnbe liet blitot ooft ftiaadift upt ftet beffupt ofte fententienbsp;bcd ^pnobi/ batfe niet toilben een anbcccn laft op-leggm ban ban noodfakc-like dingen ®d 28. 3®d6c bliigm iiiet en bdjoojen tot be a©et iiHSofid/ al#nbsp;300 be 3cibe cnftle Wiliekeurennbsp;nbsp;nbsp;nbsp;en geen mojale noobfaftdiftfteben op-
ie^ 3Wleen be geöoben bie uptd^aöd i^epiigftcpb enbe emtoigbiwcenbc ©2bi#
p 3 nbsp;nbsp;nbsp;nantic
-ocr page 140-lt;£!n nogtanei toerben befe bofgeitbe btngen ben 25?ocbecen onbee be ]^cpbenen
iJOOt noodfakciik OPOClcgb : Datfe baar onthouden van het geen den Afgoden geofferd is, cn van het Bloed^ cn van het verftibte, endc van Hoererye, 29.
Saat ons cens be lt;0ob-oeIeecbcn bie jecc becfcöillenbe gebag^n bcbbeii ober befe plaatfe/ tot befe ttoec footten biengcn,nbsp;ypt be naamban be eecjle range / enbe bod bet gemeende geboden bcrcegt;nbsp;Jinnige (j^oö-gelcecben sal bit bolgenbe / tipt pemanb bie öd eceft uptnbsp;Groty amiteftentngen beeft op-ge(ldb neber-lïeHen. lt;0p berjS zo, wvnbsp;»Ktayt)fix1cigt;v vSvnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;, van de dingen die door de Afgoden lijn befmet.
3|iec boo? boecb te bennen gegeben / bolgcno be bcagt ban bet lt;j5Jonb-booo?b/ be beftnettinge ban bc fpijfen bte boigeno be a©ct berboben jiin. Êie 3gt;antel. i,nbsp;tbs? 8. iDaieicl) I. $(T. 6/7. onbee todbe fijn bc fpijfe cn b?onb bic ben 2iifi30bcnnbsp;3ijn op-geofTeeb / gdijb 5tg bc Jtpoftclcn nabee bctblaren 29. jppt be ge?nbsp;melbe ontbonbtnge batt pet Afgoden-offer tsi alleen / bolgeno be upt-leggingenbsp;©aiilt/ alleen baar toe ben3|»gt;benen berboben / ofte booj 300 bede Ijct nuttigennbsp;ber 3eiber be gebaante ijnb ban een Openbare öetupgingc ‘ban gcmcenfcfjapmctnbsp;ben ?tfgobert; iCoHiit. 8;io. en 10:20/21. ofte boo2 300 berre Ijct 5dbc innbsp;l)d öjfonber ben 5bjaböen 23?ocbcc mogte aanftoot gebeh / i Co?. 10 :28/29.
Hom. 14. ^iS. 15.
Jöpba'S op bet 20. gt;t9c( T?? nbsp;nbsp;nbsp;Ende van Hoererye. ^rt befcpIaatfC
en bjaten niet becflaan be opentufie gebjoonte ban i^ocrerpen / of 00b bc ober^ fpeden / ober todfte men onber bc (^dobigen niet bonbe ttoiffen of fp berbobennbsp;toacen (bolgens be ïDct) maar boecb becflaan een enftlc ï^occa-pe/ todbe bennbsp;?^cpbenen boo?gaansi becoojlcfc bjas; bog bie ben 3!oben ; enbe ben befcbcp^nbsp;benden «nbee ben l|epbeti«n boo? bcragtdib geDouben toieeb; maar ben CDd^nbsp;(lenen abfolupt berboben b30?b / i Co?. 6:13/14/15/16/ (jc.
JBpbecSi T» ttvikISy rS nbsp;nbsp;nbsp;Ende van het verflikte , ende
van Bloed. ;jgt;aac bau moeten boj» eben ’t5dbc 5cggcn ’tgeen ban bc befmet-tingc door den Afgoden iö gcfcgb ; namdtfi i bat Ijct ctctt ban bc 3dbe ben CÖ?idenen onberfdjillcnbe ië; maar bat Oct aftjouben ban be 5dbe ben 5dben/nbsp;oneen in gebai ban argcrnifTe ië berbobeni ’t geen ben ^podef teert/ tuannecr
lip 3egb bat niets in zig lelvcn onreyn is, fiom. 14.(ÖfT. i4-^o* Cü bat alles den reynen reyn isj (Citum i: 15. Cttbc bat be ciBideneii flffeë mogtctinbsp;nuttigen bat in be Vleefch Halle verkogt wierd i C0?tnt. lo. §ë Z^. Cnnbsp;fiier daat geenfinë tegen Det gebob Cicncf. 9*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;4» Van geen viecfch mei
Bloed te eten.
lt;Daar na toeept ben 2ïutcuc Daniel Brenius 3ig een 5toarigl)enb booj.
3©aarcm
-ocr page 141-Schat-kamer der Zinne-beeldcn cn Voor-bcclden.
3®aarom boo öen lt;Siecil 500 bcci aan be jtoaftljepb bcc gjoben Oceft toiden tóegebeii/ bat ftp bett ^^epbcneii jdfjS ban ftet verdikte te lt;Cten berüobcn ftteft/nbsp;baar ftp nontanö ftet 5elbe aan bc pweterö cn ?5pb3ïgt;onöersi met be ^obennbsp;ïteeft toeoelaten «ï^ut. 14: 21. 3©aar op ftn antbjoo?b. i. (ü)m bat oe be^nbsp;ïiecrbe Cftftftenen / nu onber be ^oben niet meer atö a^ennbelinocn en bp^nbsp;hJDonbccjS/ maat ats 23uröccö ban een jelbe geniene lïaat toierben ocftoiiben.nbsp;(Cen 2. «om bat in gemelbe piaatfc ancen ftet berftifite ben ©jembeiing toiccbnbsp;toegclaten / maar ocenr3inö ftet SPfoeb ttenebenet ftet ©ïecfcft ^ebit. 17: *0/nbsp;11/ 12. 3©ant atSierp iet ooft in ï)ct bctfttfttc bermenginoe mffrticn ©ïecftftnbsp;en 25foeb ; bog tan toerb bat Jöfoeb a(st een gebeelte ban ftet ©leefeft / enbcnbsp;niet afgesonberb genuttigb,
^og boo? geen ban bepben toat be 3bjarioftcpb toeg genomen, ^iet boo? ftet eerde, hjant be bcftcccbe Ctftillenen toaren ©ucgecö ban-een Jerufaicmnbsp;bat niet dienltbaar , maar vry was = «ïllbe ftet ftOllbe bcn gobcn tttct meetnbsp;flcgcten bat 31* ’tbecfliftte atett / ban bat be goben-genooten ftet 3clbe atentnbsp;(Ce meer / atfo ban bc nieuto gefttiftenbe ï^epbenen meer jolt 30ubc opge-legb/ ban bie boot bc ftomftc Cïpiiti giobcn-getiotcn toaren tegen ftet oogmerftnbsp;bec Zpnobi: ’ttoeift be ©tpftepb aanbjong/ cn 25ebe|iigbc. 5^iet ftet twedejnbsp;toant ftet verjiii/e cn Ban ftiet niet anbcriS genomen too?bcn ban in onberfeftep^nbsp;binge ban Bloed, te toeten toejft 25loeb gesien toerb aföcfcftepbcn ban ftetnbsp;©lecfclj. oïn 300 blijft ban be bootgctootocn 3toncigftepb in ftaat geftecl;nbsp;a©aacom ben Cpiftenen ftet berftiftte ttrecr ucrbdben too?b / ban een ^eben-genoot/ ofte ten minften bptooonber bp be goben*
lt;©it iss immer 3ebcc / but ftet affchaffenTjaH be Befiiijdenifle; ftet toelftftct cygen Hooft-(luk toaö / ’t gcetic ftiet in bit 2ïpo(ioiifcft Concilium in gefclnlnbsp;qiiam / ooft in lïoot ftet te ntet boen ban be gantfefte 3©et jBJftss; gclijft ftetnbsp;onbetftouben ban be 3elbe / be vDtenftbaatftepb aan bie gantfefte a®ct inftootnbsp;«6al. 5:3. ^00 bon be BefnijdeniiTe 5ijnbe bertootpen / 300 boigb bat allenbsp;gioft toerb te niet g^aan ; gclijft 500 bu^elift getupgb too?b “Hicftis» ?amp;0 io.
iö ftet ban bcbeitftdift bat be ^cpoftdcn/ tot toegnemtnge ban be argerntf' fe bec ^ïoben / bit gebob bciï JBetef toaac in bc fteen beet jclfst bclionb / bannbsp;ben JlalsS bec Cfefiriflcnbe i^epbenen 30uben ametooipcn ftebben v enbc nogtanënbsp;be anbje Cibtnantien- bair bc 3©ct ban minbee aanfloot; gcipa bic ban ftetnbsp;Verdikte enbe Bloed joubcit ftcftbcn geboben te onbetftouben; cn bat toei onbernbsp;ben (Citel ban noodfakeiike bingen i Cn baac-cn-boben iet ftet tocl oc3cgb/nbsp;maar niet betoefen / bat ftet oogmerft bc^ Zynodi 33 getoeed peto te refolbe^nbsp;ren teu gcballe ban be mifnoegbe goben ; toelfien fp (30a 3? Öe noob btoangnbsp;bec ©efmibeniflre bcrooebcelben) (gclijft 3Pteben / bie noemenbe een Jok) nietnbsp;en ftonben te bicbcn (lellen met ftet toedeben ban eenige bingen ban beel ntinsnbsp;ba' aangeiegentftepb { BDaac toe ban oefe mebc gaanbljepb of Condefcen-dentie ?
3toai'igftepb toerb nog groter; toanneec top aanmerfien;. bat/ inbiett be Zynodus petö tcrt gcballcn ban bc giobcn ftab toillen beftupten sp ban bcnbsp;befiinijentlTe ja inimerj? moft tjebben toegegeben 3 alfoo men aanftonbsi na ftet
ftonbca
-ocr page 142-ixd H 1 E R o G L Y P H I C A. ofto
ficuiïicrt Cottcilp IccU / tiat Pauius om bet* gjobcn hstUe / in b« ^^tfoon Timothe'i baat til we-gaf CaP* ®!T* m toaacom ban baat in nietnbsp;300 Vnd aan bengjobm gcgcbtin (ban toegm be gemeene (ligtinge) ban in benbsp;'5aaftc ban fiet verdikte en 0ct Bioed ? en laaaram baat ooft geen Canon bannbsp;gemaaftti of toaatOm ooft niet ban ftet niet eten »an Varkens Vlcefch ; ftetnbsp;geen 5»lft een fcfntft io boo? ben gobeni ofte ooft ban den Sabbath ? toaat opnbsp;te goben joo seer (laan/ en ontrent toelft 3fêooft-(luft ^auluo be Judaizcrcndenbsp;Cftnftciicn erpjcffelift toebetïegb Cofóff.a.Capinbsp;jjBaat/ boben alieo ftomt liiet in töpe aanmcrftingc', bat/ 500 ^oben/ aio:nbsp;CIpidcnen een grootonberfcftepb maften/ tiifTcften gebobenlt;©obö/ bie tipt Iiarenbsp;cpgen natuuce (bat isS Cgt;obO J^epligljepb en lt;j3eregtigftepb) ban een altoosnbsp;buiitenbe 5cbioftepb jijii; enbe tufftften geboben bie ban Ciobs enftic aBilicftcncnbsp;af-lpangen ^ alfoo bat Ijet ten ftoogdcn ongcboecftelift soiibe 31)11 bat in een sipo^nbsp;(loftftfte bergabecinge / Canons ban bie tboee 500 betfcftepben natuutc 30Mbcnnbsp;bermengb 5Dn / als of 5» tot een 3elbe geflagte beftoojben; gelijft be Hocrcrye,nbsp;enbe Ijet eeten ban ’tbetfliftte/ en ban 351oeb; enbe bat te 5amen/ onbet bennbsp;5clben Citel ban noodfakciike bingen ban toelfte men 5ig mode afftonben.nbsp;gimmetsi iS alle ï^oetetpe ban boat 500?te bic ooft 5p / dtpbtg tegen ftct -7 tv.nbsp;Ciebob. cube betoijle be 5fpcdelcn; bolgenbc bates il^ecdetS ^.Cftndi lede/nbsp;be Polygamie bat tS ccnl^ubJdtft ban ecniBan/ met meet ban ecné©:cubjc/nbsp;ooft boo? i^ocrcrne ftouben. (^ic jiBattft. -s/s. en i Co«nt.7. (gse.)nbsp;enbe bc gióbcn niet anbcrs ban boo? bebtoang ban ©olitifte 3©ctten obcr-fteecbnbsp;3ijnbc/ itaat aan bit bctbob ftielbctt/ baar 5!» anbers be 5a3fte 5elfs otibcrfcftiPnbsp;icnbc agtcben ; 300 en ftonbe ben goben niet alleen booj bit betbob niets metnbsp;alle too’ben gcgttnb / maat een nicubje doffe ban ttoid boot Oaac booegebenbenbsp;b’idjcpb toetben boojgetooiipen. Cn bJie fteeft ons bog gcleetb / bat maat eennbsp;3eto 3002te / en niet alle Hoererye boo2 bit -^poftolifcl) en laceften bcffimtnbsp;iS betboben i »Igt;e 5Cpodelen geb?upfttn immee bet tooojb Hoererye 300 alncgt;nbsp;meen/ bat fjet alle 5onbc ban ©nftupfftepb/ 5eIfS Biocdfchande inffnpt. Ètcnbsp;I connt. 5. 3is i. en 7*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;2—9, Cube toanneet Ijeeff opb een ©epben een
cnftd ïjocrcerbct boo? een eetlift en 5djig Jlöan gefjonben ^ Cn tuas ftet niet Ovidius bic tet 5ahc ban 3öm Minne-fchrift, ’taccn tot bic feftennis geoo?bcdbnbsp;boictb aanlepbing te geben ban Auguftus is berbannen i l^oe 30ube ban bitnbsp;Conciiinm bcn giobctt (loffe ftebbcn gegeben te benften / bat ftate Cfindenennbsp;onbet be ï^epbenen 5ulftS niet boo? 3efict ftidben; bed min batfe ftaat ftet bet^nbsp;bob bxin l^oecerne 3ouben ftebben gcb?agt in bc 3clbe range met be gemelbenbsp;Willekcoten toyf^cc!» ban ftCt verflikte, Ctt bloed; ticlnft alS Of3P bctl 5!o^nbsp;ben toilben boen gelooben/ ^at ftet niet tegen benatunclifte/ maaralleen tegennbsp;te Mofaifehe 3©ctten dceeb/ te liocrccten. I§et iS betgeefs ijiet nptblngt tenbsp;maften y met te 3cggen) lt;©at hJd meet in bc jusofaifcfte 3©etten Morale ennbsp;Poiitive geboben tootben bermengbi «©ctogle ftct fteiiiKlift is/ bat be Canonsnbsp;of tegels/ na toelfte be goobfcfte daat toas gebomib/ Ijaa* tot onbctlioiibingenbsp;l^n bie bepbc geboben ftcrpligte/ en bat btfimaal be willekeurige geboben ftaatnbsp;^inbamcnt ï»bben in bc zedige: jBaat Cft?tdn0 Seeft 3i)n ©olft boo?gefcftjej
beu
-ocr page 143-Schat-karaec der Zinne-beelden én Vooï-beeldcn^ 121
teil ani nbsp;nbsp;nbsp;in Geeft en waarheyd ; öcfc iionö ftct Conciliwn toe tc
hanli-ftancn,
a©ijt»ece ftati met boben omieltie geleecbe pamwn jeec tod aanmetBen/ bat onticc öe toöojöcn Noodfakeiikc dingen ttocebctlcp jafeen Deftcojcn oftenbsp;bic upt fjaac seöige of Morale natiaice 50iianig 3ijii; gdtjft baar jijn alle benbsp;tOien «jficbobctt/tijvgcttomen tjjn gjoobfcbett ^bbatö; ofte bic bp een gcbolg/nbsp;upt Bragt ban bc gemeenc o:toc en lïtgtinge (bat 10 upt bc 3Bct bec Eicfbe)nbsp;iioobfaBriiB jpn. qentic bat Öet berbob ban Hoereryc upt ben eeeflen öoof=nbsp;bc ajtoo0 ; enbe bat ban ï)ft eten ban Afgoden-offer, cnbe verdikte, ennbsp;bloed , upt be ttoeebe cebctt / boo2 een njb Bonbe noöbfafidili jijn, iBaacnbsp;bog op bc laatfte tegfe ban noobfabdibbcpb upt ficagt ban be ï^ct bec lief=nbsp;be / iKcft OOR |^aulu0 Timotheum bcfncbcn (boe-toef in be ^eifoon bannbsp;1 itus bic noobfaftdiBOepb op-btdbe; en bc 3®ct ban be oEbangcUfebe teP^nbsp;bepb be obalianb Didbc / cm bec bcifpieber^ totite (©alat. 2.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;?.) lt;i£n
300 joube men ban {bolgenö bet gdraeicn ban bie iBanncn) bc cefotutie bees Coeicilij aangaanbc bet verflikte en bloed , 00b in be 3dbc range met bcnbsp;jsefnpbenilTe moeten (ïeiïcn 5 300 bat be uptfpzafte ntofl 3ijn Befmjd u , in-dien de Wet der Liefde , en noodlakelikheyd dat vcreyfcht. l®it alleen/nbsp;Of booinamdib bonbc aan ben fjoben genoegen gehen. g^at men 5cgb / benbsp;Befnydeniffe toaö cctt gcbccle bcclocftening ban bet CbHfienbom / 300 5»i boo?nbsp;iioodfakciik totccb opgcbjoitgcn ; ban tb 00b jeggen ban bet verdikte, ennbsp;bloed , bic nogtansi in bit Contilium boo2 noodfakeiik toceben gdjoubeit.nbsp;9Cnttooo?b (H* bfcbfc batfc niet mccc noobfabcltb toaten i al0 bic bcrfjintcntlfcnbsp;ban bc befbe en fligttngc op-ötc4b / en bc Cönftdibc topljcpb toiecb toebeenbsp;gefp20bcn ; 33b 3eg 9ifi / bat be ontboubinge ban be 3dbc ban niet alleatnbsp;niet noodfakeiik mnai’ 3clf0 verboden toaö / en bat tiKn 5ijn btpbepb moficnbsp;getoupben / en berbec: 300 segge '^b ban / bat voor eerft , bat op bcnbsp;3dbc toiifc baa' boo? be Hoereryc baai* 2Cbbocatcn en J^oo2|ïanbec0 bonbcnbsp;binben olfoo bc goben bc Foiygamyc, bie cen 3002tc toag ban ^occecpcnbsp;boo2(loiibcn ; olö niet ficijbm tegen bc 3Det bec ècbeji / bolgenö Ijaac geboe#'nbsp;Icn / cn boacom boo2 bit ueftupt toreeOen aangelepb om te gelooben bat bcnbsp;Igoccerpc onba* bc range ban bic bingen toelbe alleen moften nagelaten too2 -bén toegens be gemeenc (ligtinge iiioct gcficlb too?bcn. (€cn anderen, bat betnbsp;niet betoefen ban toodjen / bat bet berbob ban bd betftibte cnbc bloeb / innbsp;bet Concilium boo2 ccntgc uptbUigt ió bepaalb ; en bat bc Hypotheiis onbaflnbsp;10 / bat bet Concilium ontrent bet gebal ban bet ftigtelibc of onjiigtdibe vnbsp;laccn maar enbd ontrent bet noodiakciike lö bcfig gctoceft; bet todtic;nbsp;toatmecr bet niet tocrb bepaalb tot befe of gcene gcballcn ban liefbe en (Itg^nbsp;tinge; cn met be Hoereryc toecb gepaarb / boo? een Ceutotgc a©et moetnbsp;gebouben tooiben. Cn toat boo2 een bpfonber Concilium / of algemeennbsp;Synodus ban bo0 bcfc abfolutc berWartiigc bc0 2Cpo(tolirclicn Conciiy beraivnbsp;beren I 3©aarcm moeten top onb 00b nu nog niet af-bouben ban bet verdiktenbsp;tn bloed baac nog bebcnobaagiS bed 3toabbe Cbdflencn boot bec 5elbecnbsp;gebjuili teotben geacgecb i Cnbe ten derden bet t.b 5ecc aanmeebdib bat in
3tcto?.
-ocr page 144-2CCt02. Cfrp. 53? Hoererye Ufet ttlCt liubtÈ ffrft / Of l.iatft ItMac trt fCtt bcnnengöc catige met verflikte en bloed tnecb t’?nmen gdiocgij. Eicnbsp;20. toaat upt Wijftt / feat en Hocrcryc en Afgoden-offer . en verflikte,nbsp;en Bloed tot een seibè range beDooien; ofte 5P moeten öan al t'5amen Moraal,nbsp;of Pofitijf 5ijn,
g^aar ijató nog pm te peggen booj ’t gemeen geboeïen / ^amelift bat met
bie toOOjben öe.o Concilp i8. Want het heeft den H. Geeft en ons goed gedagd u-L. geen meerder laft op te leggen , dan defe noodfakelikc dingen
bie ban albaac becmelb toOiJben ; imnicriS petff laftig fïfiijnb op-geïegb te too?ben boo? bie tijb ten gcballe ban be gioben ; maar egtet coh niet meeebeenbsp;alst bat reebjS iö genoemb : bwnt bic segb geen meerberen lafl ’txéo»nbsp;bie (iaat toe eenigen la|l. «©aar otgt; anttoootbegjft boo? eerft bat bannbsp;00(1 Ijct berbob ban Hoccetpe / ’tgeen immer Moraal tis (bolgettsi befe gconb)nbsp;oob moet oitóet be (aften toeeben geceftenb. iBaar ten tweeden geen mecr^nbsp;bet laft toab {ftö lo. berftlaarb boot gantfclj geen Jok ofte belaftinge bienbsp;bolgbe upt een 3©et / bie 3p nogte bê ©abecen niet öabben bonnen b?agcn :nbsp;bie nu op legb een laft / en raakt niet , en fmaakt niet , amp;c. bie legb ceilnbsp;meerberen laft op / ban ben laft / en (jet gioft Ctinfti. Geen meerder bannbsp;tlt;$ te peggen geen anbere boben bc lt;6eboben Cfbifti.
a©i)bccö/ jeggen be lt;t5ob-gcleecben : i^ogtang ooft ben ^dptftcl betbieb ben jVoalilten 252oebcren te argeten toegensi be^pnfe/ i Co?int.7. üfom. 14. Cap.nbsp;sgoo (tan ban befe 3®et op bit gebal 3ien i anttoootbe/ bat biet beftotennbsp;bjotb ban ijet Conrilium nirt in öd gebai ban renig 3toaft sSJoeber bie nognbsp;ten bollen ban sijn btpöepb niet berfebetb en is / maar tegen be geenen dienbsp;God verfogten 10. aan toelöen ban in geen gebal mogt toetben toegegeben.nbsp;lï^aar en boben 300 en mogt men ooit in 30bantg een gebal in be 3a(te bernbsp;jsefnpbeniffe (ais teebs isgefegb) geen 3bjab(te ergeren. €n toat ban/nbsp;moet men 3êg gs toeberom bc iloererpe na laten / om niemanb ban bcnbsp;3bjali(ic !25?oebecs teargereni Pauius geeft'er boel bupbellb anbere ceben ban/nbsp;X ®l)e(fal. 4*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;3 / 4«
lt;0m niet langer ben Ee5ee in bcben(tinge te laten / 300 5al üft ronbdliïi met Dr. Spencerus bcclilaren ban mepninge te 3jjn / g^at alle befe berfeftepinbsp;ben HlrbClienS van Afgoden offer, van verflikte , cn bloed , en Hoererye
r samen tot een selbe gebob / bat is bc bermpbinge ban alle 9lfgoben-bien|i; enbe gemepnfcfiap met be Sffgoben moeten toeeben betroftben / 300 batfe allenbsp;f samen ban een selbc iBotalitept sön ; toaar ban gii een 6o?te openinge uptnbsp;gemelbe scuteuc / bie geftaaft iS met ftet getupgenifte ban betfrtjepben ©ubcnbsp;rn ^ieutoe ifeerlten leeraars/ ja selfs met bc naber becblaringen berï|epligenbsp;^poftelen sal ter neber (lellen.
©00? ilS blaar / 55at alle befmettinge van dc Afgoden d^hryti/^Xf taltenbe bc btngen bie gegeten ofte gebjonben / ofte anberftns geljanbelb toofïnbsp;ben / ontrent bet Afgoden-offranden mbc Tafelen (todbe f samen uptgè^nbsp;b?ubt toojben ïwo? pet tooojb «hKry^f*»!») cen affcöutacithc saafte is boot een
CBiiftetv
-ocr page 145-Scliilfkailicr dev Zinne-bceldcn en Vcor-bcciden. 1x3
(fcDjifTcn / bic boo2 openlwcc bclpbciiiffc jijnsS ajeloofsi jig ban bc 3ilföcibctt' bicnfi afijefcfjcpbcn fjeeft; cnbc obccjiilft^ inct be jcibc be aiba'mmfl# genteen^
fCljap niet en beÖOOjb te (jebben / i C0?int. io,i®(T.2o/2i, het geene de Hey-denen offeren , offeren zy den Duyvelen , en niet Gode ; ende Ik en wil niet dat gy met de Duyvelen gemeenfehap hebd, amp;c.
(Cen 5fggc : ïDat bit iss l)ct 5dbc ’t geene gcoo?bceIb meet toci?^ ben / upt ftcagt ban be Morale, cube ccutoigbuitrenbe 3©et ben ^oben alönbsp;noodfakeiik tocgcfïaan te 5ijrt in bit ^pofioliftbe Ccncilium ; op bat jp 5ignbsp;niet mogten acgeren aan be nieiito üeficeebe CÖ?ilï«nen. s^abemaal baat geennbsp;gtootcr gelegcntljepb ban aanfioot ftonbe booj-bailen / ban bie / toelfte booi^nbsp;tliiani ben Jgepbenen bie lt;0ebi*i(lenb toacen / ban Date ©?oubje / ©abersi /nbsp;3,Docbecsi / c§cboon-©abccö / ®c. om op bate 5?ée|t-bagen / ben 3£fgobeiinbsp;gebJijb / ban ijace ©ffeanben te eten / en aan een jdbe (cafel jig te becsnbsp;beugen / in alle ongetonbentbeben. oEnbe in «ioobaRtg een ge5onben sin /nbsp;(ielb bit HpoflMtfcD bégupt een Hepntnge tegen alle Bacchanalia Feeffen vannbsp;baren af-©ob Bacchus, of» alle maaltijben bie bp gelegentikpb ban een 3tfgt;nbsp;goben offer geOouben bJierben ; op toebie ban be ©?inben ben anberen noobiggt;-ben / enbc meer ban op een getooone toijfe uptgclaten toacen. ^ac en bonbenbsp;ben gioben geen grooter aanftoot boojgetooipen too?ben ban befc ^ alfbo ^ allenbsp;%'pbertfcbc Woocen-bienil / ter 5!gt;oob toe / toeber-ffonben. iDoft men bannbsp;baar n)it be banben toiingen bc i^oob-btoang ban bare ^efnpbcniffe; mennbsp;moft ban ooft aan baar bccftlarcn en beefefteren / bat imi beefaaftte jftne/nbsp;en jftnec jbabecen Sïföoben / en l^npsi-gobcn / en alle gemeenfcljap met benbsp;Selbe.
f^Cen JfrJen, PU Romt ftot oatt op bé joo^ten ban bie bingen toelfte wegens den Afgoden zijn befmet «iKwytjf*»?#- 3©aac in moet toceben getoonb/ bat/nbsp;bet buple toerft bec Hoerery e ban alle ('tgeene bet eerde ijS batnbsp;op bc ©eftoettinge boo? be 3tfgobcn in range böl^ P 20.) tnbe ban bet
Verstikte, Cn ftCt Bloed bC CpgcntlilJC ffOffdt jftn / to tóclftc bC
Stföobecpc bare toetftffumiöcpb ocffnbc. üooj ban bc epgen tobo?ben ban onfen (in bit (iuft gep?c(cn; nwcnr.
(a) Allerhande loorte van Hóererye was een tekén van de Afgo-deryc j nademaal vOn ouds de Afgoden-dienaars , zig onder de oefening-van haar Dïenft zeer overdadig in Hocreryeh en Overlpelen uytfforteden: Want indien wy -wat van na by de ffaat van de Afgodtrye der Ouden aan-fchöuwen , zoo zulleii wy zich , 6« aHè haifc thdellingen daw toe warennbsp;gerigtet op dat zy dc wel-luft mogten aanftekèn ; tCtr eynde de Afgoden-Dienaars alle zoojte van wei-luft vryelik mogten pleegen. Want zelfs harenbsp;Goden waren de Hoofflca van hare vuylc Oiiküysheyd alfoo dat yupitertnbsp;Overfpelch ; de nihme van Vttxus, de dertelheden van Cn^iüo, de openbarenbsp;Hocren-jagt van F/*k» j dè fchenniffen van Tn/tpas, de dronkenfthap vannbsp;Satchus, de menfeheii als door zoo veel prikkelen tot.Hoerery hebben aan-
gehitfi. étt aartW€ti««l! t geene top gebbeft geffegb to be i^ffoiie bon Büeam gt; m ben *elben bolfitöcft bolcpber i met ^ra«l m te loftton m
öc« fcöciibiöfo ‘JEfoobcti-ïticnjl öcc Moabiten oofj met tenen iitoibfietót fn ijc baple baab ban l^oecerpc; en iei bsel ban anbecen aangemeibt/ bat julbenbsp;l^ocrcn bjinbcl? bjaren Cciien, tn toelfte men in biipfiec be bad lufï picc^e/nbsp;alö een aanWeef ban bc Sfifflobetpe. ^aac toe (ïcdtten hare Tempcieu dienbsp;gefloten ende half duyfter waren , op dat niemand onvcrfiens in haar gru-v/elen mogt in-breken ; haar Boflên met digte en fchaduwagtige Boomeninbsp;befet , die haar op den middag zelfs de aldcraangenaamde duyfternifle ver-fthaften. Daarom als TeriulUunns de Afgodery fprekende invoerd , zegd zynbsp;( Lib. de Fudte, Caf. y.) Ik Afgoden-dienft geef dikmaal goede gelcgentheydnbsp;tot Overfpel : Dit weten mijne Boffehen wel , en mijn Bergen gt; en mijne,nbsp;levende Wateren , ja zelfs mijn Tempels in de Steden die wy ons verborgen ; als waar het tot verftooringe van de Tucht, fiatt OOft ntCtnbsp;(mbccö 3icn / ofte Pauius boesb befe bingen 300 te 3amen upt be öooft (Cettnbsp;6. in 3ijn iCotint. 10 ty. En word geen Afgoden-dienaars;nbsp;gelijk zommigen van haar j gelijk gefchreven is ; het Volk fat neder omnbsp;te eten en te drinken , en ftond op om te S p e e l e n. I^ameiib / batnbsp;f)P booj eten en drinken untbtubt ölt; Sïfgobert maaltijbeii obec ftet jlialf gcgt;nbsp;üouben ; enbc booj fpeeicn bc buple bleefcöeliflc hjcl-lu|l; boigensi Ijct gelijftenbsp;cjccmpcl gegeben in Biicams i^iflonc»
(b) j^tonb nu ooli öet tboeebc te Dcboijfcn / SSamelift / bat ftet berhob ban ljct verdikte tc nuttigen niet cn yict op bc gioobfcijc 3©et tegen bet bei-(iibte / maat op bc Heydenfehe gebjoottte ban bet eten ban ’t ©Iccftfi / netnbsp;be'DS bet 2amp;loeb; tec eeten ban be lïföobcïu ïaat oniS ben luteui: g^upt.önbsp;boen fp^eben/ p.451. ^.4.
Niet alleen het eten van het bloed , maar ook van het verdikte wierd eertijds gehouden voor een loole en merk-teken van gemeenfehap met denbsp;Duyvelen i om drie redenen : Ber/l om dat het gemeen gevoelen was,nbsp;dat men op die wijfe van het verdikte etende met dieGeeden gemeenichapnbsp;had ; dewijle men dan het Vlcefch met het Bloed t’zamen at, ende hetnbsp;by haar gelooft wierd dat het bloed de fpijfe van die Geeften was. Tetinbsp;tveeeden , om dat Zelfs het verdikken van een Dier {in de plaatfe van eennbsp;wettige flagtinge) was een lektc wijfe van op-oiFeren ; waar toe het ge-tuygenifle van Strubo geld , die ook verfekerd dat de oude Indianen alleennbsp;aan hare Goden het verflikte offerden. Ten derden^ daar by komt , datnbsp;het bloed het mogt dan uytgeftort zijn» of in de Vaten geftremd , eennbsp;Heyligc zake was ter ecren van dienbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Geeften. l©cfÈ CebCU tjS tK
3flbe met bc iccfjc; «i» nbsp;nbsp;nbsp;^ ’t Ok%li bnn onfen 4l!fel«^tbin 2tutcuc bat öp
toat (Cal-öji» tó.
(c; a®at bet Bloed aangaat; boo? tocbtiom onfen 3Ciueur. Het eten van Bloed wierd in oude Eeuwen gehouden voor een zeker merk-teken van-gemeenfehap met de Geeften — cn moet waargenomen werden , Datnbsp;niet alleen Heydenen , maar ook de Chriftenen hebben geoordeeld, dat denbsp;Duyvelen (bc K^cpbown boubcu Ij^t bJoo?b Ajf*avtf boo2 calift / itt be begt;nbsp;bupbinge ban «©ceften bie irt gefii 3lic0£wwn intoocinen ; be Cb?jfïencn/ bet
ciccmpei
-ocr page 147-Schat-karxier der Zinne-bcelden cn Voor-beelden. riy
Pauli bol0Ét1amp;C / booj Duyvclen) B!óed nuttigen , voor haar aas. 3©aac toe fjp aantreftt be getupgenitTen ban öe ülepbcncn Lucianus en Porphyrias ; en bcc C0?j(lenen onöec bc ©llben Origenes , Tettulüanus , Mi-nutius , Arhenagoras bjelfte bp Hcm biinneii nögcfjen toojben / enbe ban onjSnbsp;niet bJDzbcn getoxtabt / oob ban-bc ^oben ; ató Maimonides.
jllp bitnftt^ ban bat ïjet bP' ben 3(lnteuc toei i0 aangemetftt / '3Egt;at fiet hJ0O2bnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;alsi 006 ban i/^«As5u7«'Alilgémata» Eidoolothuta. 23e'
bipibenbe be bifmcttinge ban toegen bie bingen toelbe ben 2£fgoben ^iin op-gcofferb ; aitjicc in bit beebob befjoojen aib fjet Genus ofte genccaalc «©eiïagtc aangeniecbt te bjojben ; enbe be bolgenbe/ nanieliü/ Hocrerye het vcrftiktc.nbsp;en Bloed ató be berfebepben joojten / onber hjdbe be eeefie Cö’iiïencn / totnbsp;argernilfe bec 5|oben cn bet 5bia{iBe 25JOcberen / jtg befe (hgt;ettè aantojeben.nbsp;^ëtfiS beeft bit ben «tSeleecben Beza beljaagb / bie 5egb / Wat zoude onsnbsp;beletten bet tooojb AAnryx'u»/* Befincttingen fjiec ban nicubosf te fiecfjalen/nbsp;alfbo bat bet in ben jin bebupbe / bt)p mepnen ban 5U{fie bcfmcttiiTgcn bie betnbsp;Afgoden-offer , Hoercrye , Verflikte en Bloed becOOjfaÖcn t ^n biC jilt
bcrjiKi2b allcsi tot een 5elbt 5aamp;e cube oognietb / nameltft btt bltebcn ban alle Sfifgobeepe; om todbee toille albfec alleen fpeciaal bc Hocrerye beeboben bJOib/nbsp;bic anbetei in bare natmite 5clfb Moraiiter jcbiglib betboben k / enbe biernbsp;niet fpeciaal beljoefbe berboben te toojben ; alfoo boepnig. alg be ^oob bag/nbsp;Seugen-taale / ofte eenig anbec gebob. €n toanneec men ban bjel agtnbsp;geeft/ upt toelfie oo2fafie / enbe in boelfic t’?amcn-l)ang een ^onbebeebobennbsp;tooib ; toaac upt bolgcn sal / bat .^pnobale JDetten en befTupten tegen 500^nbsp;banige bingen / 500 alg 5P in befen ssanb toeeben genomen / nu / baac benbsp;gfifgobeepe ban bc tooefle liepben in ben 25an ig gebaati ban beel ceuhjcn af/nbsp;onnobig sön ; enbe alleen obecblijft be 3©et ban be giicfbe cn bienft beg aseni'nbsp;gen toaacagtigen lt;©obg / cn 3nbiS ^oong !3efn CD?ifit be ccpnficpb onfecnbsp;^ecten enbe glicljainen enbe be (iigtinge beg ^aaften.
Bl0Cy2eni «/xtm Bladeren, aldaar op z,ijnplaats is (teipaarfchouifd , breng tot de Titel Boom inbsp;en des z^elfs aanbehooren.
Dgit ig een gdijBcnilTe; genomen ban bc bietbinge ceneg / bic bet i©pcr; ’t 5P (hteulenbe; ’t jpglimmenbc; ’t jp blammenbe bempt enbe t’onbcrsnbsp;b/engb. ]|ct 5» booj bcagt ban bet aibatec / bet ?p boo? bc lugt / cfnbsp;abcm / “t3P boo? bompelinge onber Stacbfdje floffen/ bjaac boo/ bet gefhioo^bnbsp;bJ0?b. 3n be natnuce ig eerft aanmecbltft / bat befe b?ie genoembe doffen
3 nbsp;nbsp;nbsp;Bkmcnta,
-ocr page 148-i z6
HIEROGLYPHICA, ofto
Eiementa, üdjbtöe JBccftitigcti owïent Dct 33W oefkiiaV of Itcbcc boöj n»CiT^ öa- ofte miiiöa- nigefpanneii aBt'cftingen / (trijiKge gcbolgen Ufcoo?fa6cri. J|c£nbsp;Water bïufcOt 0Êt ©wcc upt iti ftet %itgt;si-©pec; fjet fleeftt Ijet aan; ofte imnbsp;ma' geefe Oct grata bcagt in be ^rnits ïjolen / om bat Oet in be Pori (opc^nbsp;inngen ban be 5e(be) 0et al te blugtig ©pa befïoten fjonb/ en alfoo te meerbeenbsp;firagt en toeebinge beraojfaabt. ©en 31lbem of öe ï:ugt blufcöt een ©lam-menbe j^eeefe upt / enbe onfteefit bc selbé glimfttenbe toebetom in ©lamme,nbsp;©e eenpai'ige boojtgingenbc ï©mb (gelijft be ©oiie) legb öaafl een gantfcljenbsp;(Stab in bc ©lamme, ©e bolbetenbe ^toiitt-toinb banfe somtöösi toeg ja^nbsp;gen. ©e 3flatóifc0e doffen bobm öa ©pee; bog 3P öoen bet in bc Ooien bccnbsp;föecgen niet aUcen te fanga betoaa'b bjotben; maac ooft met graotec getoelbnbsp;«ptb02den / 500 bat bet decfiec tootb bobt tegeniftijötge ©eifeningcn ban 31©nbsp;bcagt, gia bet eene ©pee (üp eeempel) ban be gomie (iecb fcljiincnbc / bannbsp;be ©lamitte ban an ï^aacffe bempen. Eoo obeelbinb be grata bebjcgingc benbsp;minb^e. €en «öc^i-gcleecbe 5al met 3©ijfbepb aUe befe en nog mea aanmeetnbsp;bingen/ baac bie te paffe bomen ittinnen niet sonba aaibigbepb en ©jugt toe^nbsp;paffen.
Het Biuflcheii beeft tbiee bebiipbeniffen; een ten lt;i3oebe / en een ten lt;2Suabe.
A. nbsp;nbsp;nbsp;Ten goede Bcbitpb gct; 300 aan bc jijbc osobss / al0 beel iBenfebcnnbsp;be ïïegtbaacbige geamfebap lt;©obS / en beö 3elfs toaömpgcn bie bat ©peenbsp;aanblafen bempen. ^e z ©eg. 22; 17. Mijn grimmigheyd zal aangelle*nbsp;Kcn worden tegen dele Plaatfe , ende zal niet uytgeblufcht bOOtbcn. ©ec^nbsp;gdtjfi lt;Êfai.it 31. en 34: 9/ 10. en 43: 17. en 66: 24. geei’m.4; 4.nbsp;en 7: 20. en 21: 12. lt;è5alj. 20: 47. 2lnioïS5t 6. gin toelfte plaatfennbsp;alle bet liptöluffcben afó bet gcootfle ©oeb gebtepgeeb b30?b aan sijn tegenpat-tijbersf/ bie 5ijn ®ootn bectoebt babben. 3^e bil ijptbluffcljen boo? toace bccgt;-nebainge aan be 5iibe bes jBenfeben gefebieb. £ie bat 2 (0)20^34: 2-.nbsp;(l^et ©pa ban guaab gaat 00b upt bp gebjeb ban (loffe. Eie ©job. 26: 20.
Alffer geen Hout is gaat het Vyer uyt , en alfler geen Ootblafer is word het gekiif geftild.) Cpnbelib btannac God te niet doed aan zijne zijde dcnbsp;hittigheyd zijns Toorns over zijn Volk , dan is dat Vyer gedempt.
©fafm85: 5. ©etgeiijb aJfai.27: 4/5»
B. nbsp;nbsp;nbsp;gin een quade beduydeiiiiTe hJecb DOfi fjOt Uytbluflchen opgenomeiltnbsp;©at t)S in an bebupbeniffe ban eenig gtwabquot;, 3tet ban op bit bolgcnöe.
(a) 45ob 51!lmagtig kallijd zijn Kindten met haar Lampe uyt te bluC.
fchen , bat iö baac tijblib bJelbaren / bedaanbe in bamenigbulbinge ban na^ tiomefingen 3 mflsbdcn om bic a bain t^aan en Mejes toat tot bebedinge ennbsp;aan5iert ban cm ifupfboubcn ban noben iss; in be 3©C(!elö te boen opbouben:nbsp;©it beeft ben ouben ©jomen / bog laffcn ji©an Eli toeC bjoebig-taibetóonbennbsp;i^m.4: 18/ 19. lt;Snbe les bod gebat tein bc Thekoytifebe 3©jijutoenbsp;14. 3©eibe todfenbe Abfaion, alji ran wiebw Wamrnmbe 3tampo
Schat-kamer der Zimie-beelden en Voor«beelden. jiy
fparcil t«n üefien ten öct ï^inJsSDavidsalters.fp?CCRt. Alfoo zullcn ty niijne Koole, die overgebleven is uytbluflen , op dat zy mijnen Man geen namenbsp;nog overblijffel laten op den Aardbodem, ©croclyhnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;• 17,
(b) nbsp;nbsp;nbsp;lt;000 ftraft de Godlofen , UpiWafetliie ÏI002 5te ©Ojfekö mbe «rm#
tal / aUc tere a©eceïïirc{)e ölo?p cn lupftcc ödoj toeifee 3» onbecbtiifeten 3iin jöoift/ cn 3ijn lailctijiu lt;©06 be pbie gïo^p ban alïc toaan ten epo«i
^SeceSÉisDrpb* 'Êfai. 40. $.0 7, Het, Gras verdorret de Bloeme vald af als de Geeft desHeeren daar in blaafd. ’t(0aic öatt aart bc Jnamp;e ten 5iirt
39016 toet öoeb iö; ja een eroot oocb / bog teo? be ©panben een groot gnaab / tot öaac gantfclje nptroeingc. Zie §ob i8: 5/ 6. Ja het ligt dernbsp;Godlofen zal uytgeblufcht werden . en de vonke zijns Vyers en zal nietnbsp;glinfteren — het Ligt zal verduyfteren in zijne Tente . ende zijn Latnpcnbsp;zal over Jiem oytgeblufcht worden. lt;Êbcrt be 3dtoe fp?eute gebjupbt ftpnbsp;^Tapitzi: 17. en storno ©206.132 9. enbezo : zo. en 24 . zo.
©fat. ii8t 12. Alle Hcydenen hadden my omringd — — zy zijn uytgeblufcht als een Doornen Vyer. lt;©5C£D. 32 2 7* lt;ÊPgenb (00b 5tg 5elfei'bie baab toe. Ende als ik u zal uytblutfchcn dcc.
(c) nbsp;nbsp;nbsp;€pnbeltamp; üebupb ftet een guabc en ^onbtge baab / toaac boo? jemanb
tiet ©per ban (0obsi nbsp;nbsp;nbsp;lt;©3bcn in 5ig 3elfei ofte in anbjen bempt
mbe in 5ijn toctbinge tegenflaat. 3Baac tegen top in be figure getïelb binbeit be ijoebe bie lt;0ob btoeg / op bat be glampe bie op ben lt;0oubcnen ï^anbeiaacnbsp;(ïonb / ben gantfcöen i9agt mogt ses^anben / enbe met uptgeblufi-ljt too?bcitnbsp;lt;Êrob. 27.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;21. Ecbit. 24. $0 3. aCtJjon. 13.^ n. Zie te uprteg#
ginge ban bet boojbedt i (Cficff. 5. berff. 19/ 20. Én biufch de geeft niet uyt —enveragt de Prophetic met. a©at toil 006 anbetö liet ^inncDeelbnbsp;28pocal. 4*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;5‘ lt;!Joigt;e 3eben bpertge stampen toaren b?anbenbe boo2 Gods
Thtooni toelbe 3üb öe sebcnGeelten Gods amp;c.
Bok Geyten Bok,
Dgt lt;0ebtcctc/ menigmaal in bc l^eplige ^cïpiftuure genoemb en ons tocl bebenb/ too?b op 3 toijfen onfe gebagten bOD?getoo?pen. Ecrfi boo?nbsp;foo beet tjet in be Itebitifcöc ©(fcanben aliS een Sacrificie on.s boojltomtnbsp;(5ie maar Hebit. 16. $014.) (Cen tweeden foo beet get ona Embicmaticicnbsp;^inneöeelbig boo?6omb/ in een goebe gfïegnabebebupbeniffe. denderdennbsp;Mcchaaiciè foo tdsS gel een toetbtupg to in be (Cimmerhunfl; ofte 006 bennbsp;ïkrijg. ©an be eerfte aanmcrlange fal 3ijn piaato 3ijn in be (Citel «©fftanbm.nbsp;©tin bc ttoêbc fallen top icto 3t0S'?61 met be berbe beffupten.
Een Bok bie ecn fïeiit ^iec to/ onaangenaam in renft/ enbeto^eebfn 3maa6; nog meer bon bcel onbere mannebego onber be bitc-hoctige «Dieren ^nbsp;’t geen 006 niet toel bp be ^etepen aarb. ^002 3611 fmbbigljcnb oibe floot?nbsp;pgiiöÖ^pb/ to w Eitmeb^clb tn«|l W öebnpbingei en aifmen bie boE
gensi
-ocr page 150-1x8
HIEROGLYPHICA, ofto
gêitsf Ocfttv'tiïc gebjuöït bcc ï^oïjge ^cöitftuce fal bêfcamp;Jijljcn/ 500 tecbceltj öp Êc« {)u}gt;cöcï«aceti3cljt'P!iröe* ®en anbccn ooft een ftefmettclift. (C^i öertien eennbsp;(iootig cnïjc ötoïngenö meiifcge/ tie get weefïetrcöap oefenö.
A. nbsp;nbsp;nbsp;cen quadc tin ( a) -ceii huychelaar en geveytiQe , Ottl öatnbsp;5ig oecenc in fjet mitiijen ban ^cöapcn/ dammeren/ en anbee onneofd bce tnnbsp;De ftuODe bccmcngD / toaac Doo? ban c^) ontflaat bat ÖP boot jijn (tetfennbsp;abein eit anbece joojten ban befmettingen (bte be natuiteftunbigen op tellen/nbsp;fchadeiik ijêL «©e becttiaarbe Brunjerinus 5e0b bat bit gebiecte noopb 5onba*nbsp;feoo?tsi tis. Vid. johnfion. ï|ae bcel ftatigcc i)S ban De boo/t teeltnge bannbsp;Öct anbee bee met bit fiit3ig biec. 3f!lfoo bomb ban noobfafteufe ben %rb£*nbsp;tot 0et feOepben ban be ,;§cl)apert ban be Söoftften geb^ngen te ^ben/ baacnbsp;toe (ïeeftften De plaatfen lt;ÏÏ3CClj» 34. ^0 17. Want gy ó mijne Schapen,nbsp;(fpreekt de Heere,) zie ik fal regten tuffen kleynder en kleyn Vee, tuffennbsp;de Rammen, en de Bokken JUSattl). 2^, ^0 32. Hy falfe van denandreunbsp;fchcyden, gelyk de Herder de Schapen van de Boeken fcheyd, amp;c. En denbsp;Boeken tot zijn linkerhand fetten. fc) lt;Êpnbelift ftomb fiP b002 alO cennbsp;ËgnmcDcclb ban cen ftoota* / guetfee en onderdrukker ban bc ^eflapen Eaclj.nbsp;10. bcrfT* X/ 3/ cn 3. Sy zijn (ais Schapen) onderdrukt geworden , ennbsp;daar was geen Herder, tegen de Herders was mijn toorn oticaeken , endenbsp;over de Bokken hebbo ik bcfockinge gedaan t 3!3,lCCbC ®pcanncn Ctt gcbJClb^
ïKbbccs befee lt;Êebjc bic ben cen ben anbeen/ cn t’famcn «éobö bolh fclöabciift 3ijn/ niDgcn bit ©eeft met meet ctgt ban sommige teriiftc ^bcl 3lnPbcn innbsp;Uaac teapcir boeren. ^00 tocrb ong bp i©amel Alexander berbcctb in 3ijnnbsp;bloebigc ©oiogen tegen Darius g^anicl 8. berff. 7 — 21. 9!a bc ï^cöeccrtnbsp;felijpbeii bc gebsaanbc 25ofcli-bupbelcn (ber ï^epbenen lt;;§atpc,ö) toe bc gebaantenbsp;ban öapcigc 23oftftcn ^ie lt;gfai. 34*
B. nbsp;nbsp;nbsp;gin cen goede ofte matige zin. ïDant itieit ftan ooft be goebe ()cbHplt;=nbsp;beniffe niet gefteel uptfïuptcn / boo? (bo bcel alö Dp R1 ?ïcficr ban «©obönbsp;Iteefte tocrb tegen geflelb tegen cenen Luypard , cn biecgeljjft becfcfteuecnbnbsp;bjilb gebierte. Ek (Êfaf. n. ^sS 6. 3tiltoaac bc llaat banbeocbcebtgbcï^eeftc
albuei in bit lit toceb bcfclpebcn / ende den Luypard fal veikeeren met den Gcyten Bok. (Cen jp mifcljieii iemanb 3ijn bebenftinge toilbe nemen / ofnbsp;baac boot niet cen öioob ftuptftclaatig öelijbec mogt hunnen ba'ftaan toojben.nbsp;dilüaar bit ib jeftee / bat bp be luibbe lt;©epten fecc getcoutoelift booigaat cnbcnbsp;bcfcïjecmb / toaac ban bent ben name ftomb ban Dux ipfe Gregjs Gaper, bennbsp;Leydfmau bai) bc ttoupen. ^aoc op 3iet ^ecemiast Cap. 40.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;8. Vlied
weg uyt het midden van Babel , en gaa uyt der Chaldeen Land, ende wefet als de Bokken voor de kudde heenen.
c. jRen ban ooft een ipigtua-c ban bet (lootig 5!gt;tec ontfeentn/ om af te beclben alle ft’ijaei gctoelb enbe alle beo sdfo inlicumcnten om toelbe 3dfsnbsp;be toeeftmpgen bie in ben ^cijg tot mupcb^ccber^ toeeben gebtut’lit bp oncë
, 3amp;oftfteni
-ocr page 151-Schat-kamer der Zinne-bcclden en Voor-beelden. izp
/ afsS ooft Rammen nbsp;nbsp;nbsp;toojlKit in mceft alle ftcamp;enöc taaien
€5CCiJ. 4. ^?j3f 2. Het Storm-rammen tegen haar (^mifakttlj rond font, sn 21. 9.0 22.
Dlt;0 Ictta en ftceft ftjct ceeii becfelaringc ban noobeti; nogte aan te fdamp;C' nen; 500 öe Stoffe upt toelfte bcc lt;©uöen ©oeften fteflotiiien; bte toel eetnbsp;Upt haften vin Boomen ^ baar na OOft lipt Pergamenten, bat jjS j^ftnbsp;bnnfle i;eec plagten tocörcepb te tootben ; bat be getlalte fteeft ban een bfteönbsp;ofte opgefpannen Waafe; gelp ooft/ at boo? fiet o^ötnapt oebjupft ban onafnbsp;Papier, ban ottfe 3amp;ooi-oi*ec.5/ in boorgaanbe «ectocn/ gcmccneltft belt;;§cftjninbsp;beces ban gebenfttoaacbige btngeii / enbc Copp ^tftjijbctiS ban. ttefïifie ©beften/ 50ban!g Pergament plagten te getoupften. ©ecgclftfi be plaatfe in toelftenbsp;Paulus 3yn 3ijjgbulb!ge liocbc boo? 5nne Pergamenten tOOttb 2®imotö. 4.nbsp;90 13. Infonderheyd (3egb ftO) breng mede de Boeken, eil voor al dcnbsp;Pergamenten. 3©dft ocb?ui»ft 3dfö in onfc (Cijbcn plaatss Ijecft in m:e|l allenbsp;ge5cgelbc bitcben ban aanbelang. lt;©oft isS onnoobig be vorme ban be ©oeftennbsp;te onberftljenbcn ; bte be ©ubeti booigaanjS plagtai in een te ïloücn ^ baaacnbsp;ban baan ftet i^ebieeitofcBe bJoo?b megiiia. (Ëie ©f. 40 t 8. In de koIUnbsp;des Boeks is van iny gelchreven) (fcftjjnb af te ftomeii. ©ergelljft €5ecft. 2,nbsp;9010. 35e Satijnen noemen ftet ooft Volumen, bat tö-in een gecolb ©oeft;nbsp;% baarentenen gcbjniiften ooft tod m sommige gdegcntftcbcn nog Rollennbsp;booi al in ftet ©aabftnps ^ maar boo^gaan^ in «jet pjammiïcamp;en ban grootecnbsp;toerften/ boeften ban ingebonben ©appeen. Charts Confunics.
35aar sijn beeftftepben. bcbupbeniffen, / bsclfte cen lt;0ob.ö-gelcabs ontrent bit bioojb Bock sullen boo?-feDmen.
A. 35e eerde i0 na be Setter ; bog egter in «ptttemctitftenb / Ijct befeftje# ben bJOOib «6ob0. Ëie €faj. s4 : ^6. gepaft op Oe gamreftc ©epltge ^clpjftnbsp;öoni.1 : 2. en 2©ct. i ; 20. aitoaar secr bnpbdift ijet inftmment in toeiftcnbsp;ban (0ob ben onbecanberltftcn regel ban on0 lt;©eloobe in be .i§ri)at-ftift bannbsp;Sijn 3öcrfte neberlegb/ toerb bepaalb tot bc Profetie der Schrift902o.nbsp;Dit cerft wetende dat geen Profetie der Schrift is van eygen uytleg-ginge: 3810 Of ijp jcpbe baar mogen on0 booeftomen getoaanbe ©lofetcn/ boo/^nbsp;toenbenbe een atiber tooojb bat nid in ben (Canon bet ]^ltge ^tftjtftcn be?nbsp;batet SP / en nogtan0 ban ftaar boot een regel be0 (©doofo too?b geljouben inbsp;3©p IjcOben ben gantfrljcn regd be0 (©cloofo en bc0 leben0 in de Schrift,nbsp;©aar Sieber ©lofeticn sijn bon epgen b?ifi / en baarom oc^t ban epgenecnbsp;iintleggingcn. 35e onfe / beebatet in de Heyiige SchtiftcB , i0 ban (èob0nbsp;lt;0eeft ben ©epligc iDannen ingegeben; en baarom i,0 ooft bc (©eeft ftanr iipt?nbsp;Segga*; niet cen bpfonberc lt;6ecft / maar de xaivinge der Hcyiigea bte top
© nbsp;nbsp;nbsp;olie
-ocr page 152-130
alle ontfangen rieötten» Zie i gioan. z t zo, ©ci-gdijft gicccm.,? r: 34. sj^cm anbec 2amp;och öejS ï|catn tei [jct toaii ’ttodfie lt;öfat. :z6. Zoekt in het Boeknbsp;des Heeren , endc leeft j geen een van delen xalder feylcii gt; amp;c.
B. ^e tlacebe / cuïse figuuriike befcupiunce ban ’t hsoo^b Boek 5uIIert top-
ban ftet ï)ooo(ïe opïialeu / namelili ocncmcn bsoj ceubJtg en oiibccati' bccltli ïtaaiisi-bcfïusjt / onttcm alle öingen bie bp bcjïoten beeft in bc tijb tenbsp;5ullcn gefcbtebcn ; bpfonbcc jijtie ccbelifte ^cbcpfden / enbe nog albec-fcp-
5':Pbei:|t ben jBettfCbe. 35tt tö Gods bepaalde Raad ende Voor-kennifle i
3lm 2:3. abiiaac l)et aanmcrfilifi iö / bat ben Iiepaalben öaab lt;0obp' tocrb gcftcib boot 3nne boo?-feenntfle; cm bat (60b ntetss alö toebomenbe boot-benb/nbsp;ban tcu oo?fabc ban 3ijn bcjïupt. ©an bit Boek nu fpteeht be ©falmiiï
©fal. 139 :14. Alle defe dingen waren in uw Boek gefchreven , de dagen als ty geformeerd ^ouden worden , doe nog geen van die en was.
©002 al aangaanbe bc oöoblibe boot-bembincecinge tot Ealtgljepb / cnamp;c be aanblebenbe bectoccpinge fïuc. 10 : 20, Verblijd u daar in dat uwe namennbsp;iu de Hemelen zijn gefchreven. lt;Ênbe ©l)tl. 4 t 3. welker namen zijn innbsp;het Boek des Levens, (©ob ?(lp0C, 13:8. Alle die op Aarden woonennbsp;zullen ’tzelve f Beeft) aanbidden , welker namen niet zijn gefchreven innbsp;het Boek des Levens des Lams , dat Geflagt is van de Grondlcggingc desnbsp;Werelds, ©ecgclijft Stpoc. 20 ;i5. Ende zoo yemand niet wierd gevondennbsp;gefchreven in het Bock des Levens, amp;c. ^Itoaac aaiUtlClbltft fö / bat bitnbsp;Boek des Levens bOCCb CnbCCrcbepbCP baU bC Boeken, b002 bC bupbcliftcnbsp;liptfonbCCinge ban ecu ander Boek dat des Levens is. gpt Ujclft OOgcnfCfiptt?nbsp;lift Wijftt / bat baar boot bccilaan tootb bc «©penbacinge ban (0obct eciitoignbsp;ïiaab-bcfiupt / 300 alss bat Boek boot bc upttomfte toccb geopenb/ tot bjclltenbsp;opctiingc aan cenö pbccö Confcientic bc inftcumcittcu 3ijn bc ©ocltcn bccnbsp;©cpliflc ^cö?iftcn ; befe 3ijn bic B o e k e n , bic f)p 3COÖ geopend tc 3ijn.nbsp;«Èpgentlib cn bdDoo?b ban bc Confeientie niet tot befe ©oefien v alö bc toclftcnbsp;epgentlift ijct Oog, cn inftrumcnt is CRI bcfc ©ccfeii tc otibctfclicpbcu. J^icunbsp;tootb gefptoben ban bc ©octen bcö ©ubc cn 3lieutoc (Ccfiamcntsi bic tötccnbsp;getupgen 2llpoc. n. Cap. ban toclfe 3aamp;0 ooit g^anicl (Cap. 7. ®sS 10.)nbsp;Sanbclb- 5^ Confcientic tsS altijb in alle mcnfcljcn / al boo? ben ^nttefttifinbsp;toaö gcopenbaacb / maac boot bic openbaringe cn ftlacc dcmonftratic upt bcnbsp;ïÖcpliöc ^tÖ?«ftcn / 30ubc 3P ceeft Icbcnbig btojben.
c. 5ilan bat Boek ban CiobsS ccuteig ïïaab-bcfïupt / öangb bc babclitic cn albecnautofjctttigfïc bootitcnigfjcpb lt;0ob!S / bic agt geeft op alfe bc ©cefonen;nbsp;Ijacc ©eeten cn i^icccn; paté gangen cn toanbclingen v en alle omitanbig^nbsp;pcbcrt bic 3ig baat ontrent opboen / ten opfigte ban tijblific cn ccubtige loonnbsp;cn bergclbingc. ©an toclfic 3ic jisalcacp. 3 : 16. De Heere merkt’er dognbsp;op , ende daar is een Gedenk-Boek voor zijn Aangefigte gefchreven,nbsp;voor de geenen die den Heetc vreefen.
Xgt;. i©c ïlcpligc nbsp;nbsp;nbsp;ftenb cen Boek des Leveas, pet bJclfic i.ö een
3©ct
-ocr page 153-Schat-kanier der Zinne-beelden en Voor-beelden.
cnöÊ openbaitt bonnifTe / na todfte prmanb een Uitmaat entte 55iirgct ^tonö bJecti geftoutten / en ban be dBcmeente aangcntimen / ban toelfte mennbsp;bolgeniS lt;éobö 3©oo.2b na be (iefbe Dct befte moet oo?bcö[en. ©ecgeïift gef.44‘nbsp;5. en ban i.ö niet toonbec / bat upt dit Boek des Levens pemanbjsnbsp;blame kan uytgedcisd worden, bte afó eenl^npcficlaac bc fioopc bec^epltgeiVnbsp;bic ban Bern Bet Befte geoo?bccib Bebben beb?tegb. ©ergelijfi onbec anberen
©fal. 69 : 29* Laatfe uytgcdclgd worden uyt het Boek des Levens, bat tS becballen ban ben name eti roem ban ^quot;oonen bess Ccninlfftjfesf; En niet aan-gefchreven worden met den Regtvaardigen. '©at 10 UlCt be gettcn btC bCnbsp;toace geregtigBepb lt;t5ob0 in CBftfto aaratetnen / nogte met be bolftanbtgennbsp;tot ben eunbe toe in Bare roem en SBelpbenifTe 3£poc.3.(b(T.4/5. ©aaromnbsp;toecb bupbelifi Bet onberanbedifi 25oeB bc0 aebcn0 iiptgefonbab boo? be bp=nbsp;4iamingc ban des Lams, amp;c. stpoc. 13:8.
E. ©aac b3a0 in Bet ©ube «Ceftament een lt;0ctaI-bocB ban be jsamen ba' ^tammai en J|oofben / ja bpfonbcce ©ecfonai onber be j^inberen gifraetó tnbsp;bit toccb boo2gaan0 gaioamb in Bare (Cale nnbm nso Sepher Toicdoth eennbsp;«éeflngt-regiftec ofte Boek, lt;J5crtef. 5; i. ïlatrtj. i : i. €fi'. z : 6z. toerb Betnbsp;een ^cBtift/ of ï^egiftec genaamb in hjeUie bie Banc ‘©cftaot niet Bonben bc^nbsp;üjijfen ban l)et©2teftei:-3(!mpt bjieeben getoeecb. ©ie nu een Sfcaelijt oeBo:ainbsp;toa0 cnbe onbee be 12, Stammen in Bet ïtegifteu btao opgeftBJcben / genootnbsp;beneben 5ijn «jècfpojtie in Bet Eanb Canaan 5eec heefe uptnemenbe bco?bee{cn;nbsp;ban hjelbe, ^ie ïiom. 3. en 9K Capittel / bic CO?iftu0 alle in een begt;nbsp;batet bjatinac BP Baac noemb Khideren des Coninknjks , jBattB. 8, {p0i2.
Cube toaimecc pemanb 5ig aan gcobe argeeniften Bab fcBiiibig gemaaftt; toieeb BP upt-getoo?pen ; ’t geen in ’ttjBjier «VofTwatj/aygN genaambnbsp;Apofunagogos. Cn al0 bc mïSÖJaab bo(gen0 be a©et onberfoeneliB toao /nbsp;tuiab 51)11 ©erfoon uytgeroeyd Upt 31)11 ©Olfi / en afgefcheyden van allenbsp;Stammen Ifratlls. ©p bcfc faJijfC ÖegnjpC 31(l bilt Moiês ItlOCt becftaatt bJOJïnbsp;ben / al0 BP Segb «Jepob. 32. $0 32. delg my uyt het Boek welke gy ge-fchreven hebd. S2onbec nogtanö cemg boo?-ooïbcel / rot nitóecl ban ’tnebOCsnbsp;iai ban trefïiBc lt;0ob-gdcecben / boo? Bet mijne te booitoenben,
CIS
D€fe hjooiben Bomen na be Setter meeft upt op eetien 3elben 5tn; maac Ipbcn nogtan0 cenig onbcrfcljepb / na be gelegentBepb ban be saaft ennbsp;omftanbi^jeben in boeftie 3? gebjuijBt toojbea jBet Boeyen binb mennbsp;bc gebangenen / ^aB 149:8. Om hare Coningen te binden met Ketenen ,
-ocr page 154-ïja
en hare Agtbare met Yfre Boe yen, Bc-Kablee. nbsp;nbsp;nbsp;thJtófce hJOOili
Ratok Keten toftb ooft tód in bte jclbc 5m ocbjuijfit / nwac Debupb oeft tori een lieten ban rtcraat cn ijeci’liiMjepb. ^Zie i Con.6 : 21, cn ban ftomt öet
Obci* ren niet ftet toiojb pv Gnanak Cant. 4 : 9. .Met een Keten aan u\’i'cn Haifc. ï)ct toooib Band Efour, en jjet oecnc top baai’ ncbeiiö liebbcnnbsp;Otbocob Chebel bnn Debupb niec|ï een f 5aincn-getioïilicn cn bad toeoedrenïnbsp;oriben banb ban oebiapbc (Coutocn (mp bnnftt bat onss biooib Kabel baainbsp;ban tori mogt af ftonien) g|0fue2 : 15. Rachab lictfe met een Zeel nederwaarts J^eée/. ©crgriöft Cannt.7 : 5* Een Coning is gebonden, l)jec ï)riJbnbsp;OP ’t toooib Afour bat tö gebangen en aiö een CKbangsne gebonben. iBceinbsp;anbeie toeicpben gaan top om be fteptDepb boo?-bp.
I- ?ïtt be jpigtiiiröfte bcbiipbemffe toeib Oter booe beriïaan nac Verbond ofte Eed-gefpanfehap bwac booj ttoec ofic nicec partpen 5tg aan ben anberennbsp;bccbtnben onbec booitoaacben.
(a) nbsp;nbsp;nbsp;lt;0ob toengb ben menfrije onbei ben Band 5ijnesS ©eibonbsf. ^tc
C?ef![J.2o r^7. Ik zal u-L. onder de Roede doen door-gaan j Ende ik zal u brengen onber den Band des Verbonds.
(b) nbsp;nbsp;nbsp;cgt;aacom 3ijn be JBetten en ©jbinantien bie be cenbttten bcis ©er^
bonbss bcbelfen Banden. Zie ©fal. 2 t 3. Laat ons hare Banden vcrfchcu-ren , ende hare dikke Touwen van ons werpen.
3|0feeii;4. Ik trokfe met menfehen Zeelcn, met Touwen der Liefde.
(d) ©ofi m ’t tegenberi beibmben be Ciobloofcn jtg tegen lt;0ob cn 3öncn Ciefaifben tnet ben anbeien; griijb 3ig öe 3ioben en Hepbetten bcibonbennbsp;Debben. Sie ^faJ. 2.3* S9 : 6.. Uat gy los maakt de knoopennbsp;der Godloosheyd , dat gy ontdoet de Banden des Joks.
11. ©06 toeeben booi Ra n d e n betiïaan alle benautljeben en eïenben na iSirie en Uicöaani; ï^oebantge toaiS be ^tenfibaacljcpb ban öct ©ube ©olftnbsp;onbec be tugt ban bc ï®et. Ste Cfat, 6i ? I, Om den gevangenen vryheydnbsp;uyt te roepen , en den gebondenen openinge der gevangeniffe. ^oo toa0nbsp;be ?feerite oob gebonben onbec bc tien becbolgingen bie baac boo? be ïioorafffjenbsp;©Cpbenfcöe ©cpfecsi aantcoffen. ®faf. 107 ; 10. Gebonden met verdrukkingenbsp;ende Yfer. Cn iiog 3toaacbec onbec ben ^nticD?ifl. Sic Pfal. 116 ; 3. Dcnbsp;Banden des Doods hadden my omvangen.
111. ©aft iss be Jtiffrantriifté g^oob een SSanb / toaac boo? ftet ^trijaam onbetoeecbüft toccb grijouben / cube in ’t d5?af begoten ; enbe be Sidenbsp;belet too^ in ’t Sribe te toeeben / Sdeto?. 2 : 24* Ontbonden hebbende dcnbsp;fmerten des^ Doods.
• ..
Schat-ksm'ei' dct Zinne-beelden en Voor-beeldcn. rjj
fjflce bolle boPlifPii ^oo? be 5clbe oentet; Isi jp toebccom cene mitbinblnge. Éte ^^Ijtlipp. I : 2-1' Hebbende begeerte om te ontbinden (bat 1^5 ‘t SCnfiCFnbsp;te llgtCH) cnde met Chriao te xijn.
I. T eeti Compicxum, bcbattiiQc ban bet gantfcbe lt;0ec|ïltït 3©apert-tu|gt;ö j. ’t geene ben (jBecfilife’n ïlibbec tegen ben ^atan en 5jjn toecft-tungennbsp;OfFenfivc, bat iö oni baat te guetfen ofte onbee 30» Bi’})oo?faamf)epb tenbsp;öoengeii gebniPbt, ^n be Dcjtenbigbepb ban bie Booge legb bc obectoinntngenbsp;lt;0enef. 49. $.SS 24» Maar xijn booge is in ftyvigheyd gebleven Eatfi. 9*nbsp;IJ, Als ik my Juda fal gcfpannen j ende Ephraim de Booge fal
gevuld hebben, fpjeefit ban btc «Èfecdeïtfie ©otlogö toe-cuftingc bec Kcite 3llpo(loItfcöe ï^ecfte/ met gebolg ban be obectomninge en onbecboetpingenbsp;bec igefbenen/ onbec Ijet (ïfuangeluim 31tf« €0?i(it/onbec bielfte ï^epbenennbsp;bP bpfonbcc be (©?ieamp;cn, uptb^ulit.
II. nbsp;nbsp;nbsp;(öobloofen bcbben ooit bare 2I5ocgcn / om be Veelte (jSobiS te
befcbabtgeit pf. n. 2. Want üe de Godloofen fpannen de Booge fy fchikken hare pylen op de peefe , om in donker te fchieten na denbsp;opregten van herte.
III. (tSobiS plagen en gectgten tegen bc (tSobloofen 3ijrt 3yne jgooge. ^tC:
Pf. 7: 13/ 14. Indien hy xig niet cn bekeerd... hy 'heeft zijn booge geljjannen, ende bereyd» ende heeft doodlijke wapenen voor hem (bennbsp;«©obloofen) bereyd. ©ecgclijli Claagl» 2: 4«nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;3; 9.
IV. nbsp;nbsp;nbsp;Het bebjog in em 25oogc bie 5ig in be Oanb best ^rtnutecö' gUbberignbsp;omficecb/ bebupb bc troutoloofc ©ccbt)nti-b?eute; als ooit pet mtffert ban l)etnbsp;Dogmeeb en toit/ 300 ten aanfien ban be goebe baab in bblftanbigljepb/ aönbsp;ten aanfïen ban Ijct ingebedb gelult. Pf. 78; 57. Zy handelden trouw-loofelik, fy xijn omgekeerd als een bcdrieglike Booge, ©ecgcUft 3!ecem. 9*^
S.ö h 7*
Dgt gconbtoöo# Gnctx bebupb cpgentlift Hout, maac toetói boojgaanei booj een 25oom becflaan ; om bat be ftoffe / en alle bc beelen beo 3elf3Snbsp;Hpt Hout bciïaan / en geen Hout ban ban een 25oom gebonben toojb.nbsp;Sie lt;0ener* *; 11. Hofee 4-; ^ent. zd; 42. Pfalm i: 3*
HIEROGLYPHIC A, ofto
134
©an amp;«i 5«n»n 5ulfen top öanöelen eerft in 0ct eemcen : nbsp;nbsp;nbsp;tfii twedsn
tn’t ftpfoniiit Jkss jfifsf Ijfeieti; öan ten derden ijeö 3^f9’5M)?teniMeaanmtr0iff$ 3ijn bcfcOoutoen,
I. ƒ» èet gemeen ttclïUplJ Cett Boom een gemeene Stxat Cnhe ©Olttie OftS
ilBonarcBie tue sig totjïi eh jijli uptotepö/ enbc groote fcöaïiittoe maaht/ 30a om 3ijn ©nijecbanen ales ©ogelen öesf l^mclsi te befcOutten ; afö cm benbsp;na-bupeen te onbccbniWten €fai. i: i^i 30/ cnz: 13. 3(iifoo bergcfijbtnbsp;CÖhftuji ben 5ioobfc0en ^taat bp een ©pge-boom usattfi. : 19. Enc.nbsp;I?: 8. Ejjn öomnfifijfie bp eeniBoftacb-boom. €5eclitel bp cenen Cedernbsp;Cap. 17: 3.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Cap. 4* Jös* 10. bomb onsf ©abeigs imonaccBre 00ft
30baiifg U00’. g^it tss een Coiieaive bebupbinge/ topft'Mbe aan een gantfclje inemgtc. ©ctgelp 00b ©falm 80; 9. ^le Euf. 23: 31»
Poo? Dace ©erfoncn ; gcli)ft Abimclech 300 bp een doornen Boom toecb afgemaalb giubtc 9: 15. CD?«ltnsi bp een Groen Hout ofte ©oom Euf. 23.nbsp;$0 31. lt;©en Boom des Levens ÉPOCal. 2: 7. CftC 000 Synecdochiccnbsp;bebatenbec toijfe/ t’famcn tnfïuptenbe Dace cnbecbanen 3 gelijD in bie sin bennbsp;Coning ban ©abel oner Daniel 4t 20/ zi / 22.
III. nbsp;nbsp;nbsp;^ïuttma yder menfche teccb bp eenen Boom becgeleDcn/ baacomnbsp;Dcbbcn Dcui sommigen te cegt een omgcöeecbni ©oem gefjeten. 3^e lebenbenbsp;bogt ban een ©oom is beneben onbec bc 2tacbe in ben toojtel; maac bie bannbsp;ben menfcDe in be ï^eefenen Det bobenfte gebeclte ban Det EicDaam. 55enbsp;;§tammc gaat optoaactss upt be too?tcl: Det lertc / en bc Eebcc bie gcootcnbsp;btoeb-baten en anbee intoenbigDeben gaan na beneben. g^aac ban baan toeebnbsp;Det bloeb met be geeften boo? alle be abccen alö foo beele taMtcn beefpjepb.nbsp;Cielö0 een ©oom leeft boo? 3iirt geoepfame bogt/ alfoo ben menfcDe boo? sijnnbsp;SCrtimale bogt/ ofte ^iele; bccfta bc 5^ietli0c/ niet be cebeliDe ^iele. Ce^nbsp;IÖ0 een ©oom (leeft of boo? gebjeD ban sijn ^^ap / ofte boot anbee bannbsp;bupten aanbomenbe ongcbalfen 3 alfoo 000 ben menfcDe. mi ©oom toaagbnbsp;tougt/ 300 000 ben men|tDe/ Pbec na sönen aaet 3iBattDgt; 3- i^^om die
geen goede vrugt voortbrengd, amp;c.
.msaac ten tweden moet men Dfec aan mecDen be beelen en be leben b£öi ben ©oom.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;,
Pben wortel sijtt Ofte bc ©oo?-babecen ban een gegagte: Sïlfoo toeeben bc Cecd-btöjccen geiiaamb be a©o?tel ban be ^oobfcDe ©olitie ïüom. n. 16.
550 10. De Bijle is ook alreeds aan de Wortel der Boomen gelegd. Cm
alle Det gefag bec SfoobfcDe Regenten te niet te boen; bc Takken sijn be onbeebanen/ boo? toclD? be ©oom too?b uptgebtepb in beele ^i^teben en Eanb-
fcDappen.
-ocr page 157-Pf. 8o. §0 10/ II/ 12. Hy fchoot zijn Ranken uyt tot aan de Zee, en zijn Scheuten tot aan de Riviere.
©crifcess inoïntis» aannu’tftcn / bat al fctjcon ©ccfonen bn toclbj ftrt f)oog(te Oc5ao tö b» 3©o?td «1 t^tainme tocebrn bcrgclcbcn ; negtanö b? felbc/ bannbsp;bjegai fjace boooe aanfirnlihbepb oob tod bp b£ Ito'oone/ en ©pperfte (€ab
tocfben bccofidten ; edpfi top 5ten Cjecl). i7* nbsp;nbsp;nbsp;4* Hy plukte den Top
zijner jonge taxkens af, en bragt hem in een land van Coophandel; ^012. Den Koning van Babel is gekomen, ende heeft den Koning Jerufalemsnbsp;genomen, ende gevoerd na Babel. ^a in bat 5dbC Cap. §fT. 22/ 2?/ 24.nbsp;toecb CÖdHusi 5dfiei Dn 500 een Cppccfte (Cab bergdeben. ^n be Wortelnbsp;toojb gefjen op be ooafpconb/ in be Stamme op be magt om te blagen y in benbsp;Cppecbe iCab op be ^oogbej^i en aanfienltbbepb.
gin bet Morale moetmen Sier aanmeeben/ bat (a; boo? ben Bioeyzem ban een ?ooom berfiaan toceben onbec be Cfiddenen en afie of upttoenbige /nbsp;of toace belijberö 50bant3e bmgen bte ïioope en bertoagtinge ban bjugt geben;nbsp;boebanige f0 een-opentiibe belpbenifle ban be toaarliepb/ en bede beugben btenbsp;5P noemen/ ¦virtutes chniitarm Chriftclyke deugden, toelbe fptupten lipt benbsp;limnifTe ban’t jpunbament beiS (©doofss/ bte be ï^epbenen niet en öcMicn:nbsp;3eet: be?re bunnett bier in be ïlupcbeiaren/ bte niet getooddb 5ijn bobberennbsp;©eb. 6. ^ff. 1/ 2/ 3/ 4/ 5/ 6. .iDen 5te ban be bloepfemcn bte iipt eennbsp;góebe a©02td boo?tbomen in tegenbed Cant. 1. ^012. en 7. (^012, (b) lt;Doo?nbsp;Bladeren toccbcn bec|laan $iilbe goebc sebige pligten toaac in 00b sommigenbsp;©epbenen uptgemunt öebben/ alö sebigijepb / boo?figtigbciJb / niigterbcpb/nbsp;inebe-boogenrttepb / opcegtigbepb / üetmipfaambepb / $c. lt;Dte noetnen 3Pnbsp;virtures iEthicae. (Cen boogften tooeg be goobfcDe ©pge-boom maar fulfeénbsp;bladeren ilSatrf). 2i.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;toanttecc befe bingen npt een opregt
Cidoobe fp?uigt;ten / ofte ten minHen itpt een toace bennige en bdtjbentfre bec CD?i(ldibe JDaarijepbV 300 en ballen bie Bladeren niet af ff. i. gja 3ijnnbsp;tot genelinge der Heydcnen 2llP0C. 22.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;2.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;(c) ^00? bOlbOmcn V rugten
beeftaa be toace Cödflelibe beugben/ bie met be bolffanbigöepb/ enEaltgljepb beemengb 5ön / mbc upt öet toace cvdoobc ’t geen baft iKiifti aan ben too?td /nbsp;CD#U«i wégtbomen iPattD. 13 : 23. ©ie ook vrugt draagd cn voort-brengd 3EUC. 8: 15. Dic in volllandigheyd vrugt voortbrengen, ©ecgelpnbsp;©falm I. goan. 15: 2. ©Öil. 1» u* Vervuld met vrugten der gereg-
tigheyd Coloff. i: 10. ^it iiS HU (biniBt onsr) genoeg in öet gemeen aan^ gmiccbt aangaanbe be iFigncbbe bebiipbtnge ban eenen Boom. *^it fullennbsp;top ietsi aan merben aangaanbe be bpfonbere ^eden bejs fdfts ^ bog feecnbsp;I«i?tdifi.
AMMJel-Boom -vp:» fCB 500 iWiWWse ©:U3t / batfe onb^c bÉ
gcfldb/ of fmmcc met bc 5elbe gepaacb too?b: a®ant onbec Jjet bat aan giofepïj toiccb gefonben boo? iijtte goonen «©encf. 43. n.
binb men OP-gCtelt Balfem-Honing , Speceryen, Myrre , Terpentijn-Oly. en Amandelen, g^efe fctjoon en blanb bloepenbc 25oom i« een 5inncbeelb bannbsp;ben gepfen ©ubeebom in be genen btc Bet Pap? niet ib uptgeballen/ maac eennbsp;toitBepb bectoonb bie niet oncierBB ib. ^ie €cdef. 12. : 5. Wanneer dennbsp;Amandei-boom zal bioeyen. ©aac benebénb ib 5P een ^innebeelb ban 500-banige bingen bie lt;!5ob 5ec»: Baaftig en fpoebig / bupten bectoagtinge boo? bennbsp;bag boet Bomen t a£»m bat 5P 5cec b?oeg Woepb / enbc tot becbJonbtcenb toenbsp;in yeec Bojte tpb 5et 50Cbanige geootc geoene ©?ugtcn alb geen anbece ©?ugt-beagenbe 25oom in ben pof. ^ic ^ecem. i : ix. Wat ziet gy jeremia, en-de ik zeyde Ik zie een Amandel-roede, ofte Boom. ©ecb 12. Ende dcnbsp;Heere zeyde tot my Gy hebd wel gefien gt; want ik zal wakker zijn overnbsp;mijn woord , om dat te,doen. 3^aaccm ftomt bit lUOO?b Schaked af bannbsp;Bet bwojb Schakad bat tb öaaften. Plinius 5egb Floret prima omniumnbsp;Amygdala j menfx Januario j Martio vero poma matura. Hy bloeyd al innbsp;Januario (ill 5Cmmige Beete ïanben) en in Maart zijn fijn Vrugten r-jp,nbsp;Lib. 16. Gap. 2f. pp Bccft Doö ecti uptemiatcn ctcrliftin 25Ioepfcm / twtfenbenbsp;be bede ©locmcii in ben Pof. daarom bebedigbe lt;©ob 2taronb ^?ie(leebcm
Onbee bitfCefien bat zijn Staf Amandelen bloeyde en droeg l^iutl. 17:8.
Apfeien-Boom nisn Topouah btateliB een ©’ugt-biagenbe Boom onbee bc albec-ebelfïe 5002tcn ban panten / en ban be aangenaamfle gcflalte / ban benbsp;liefïififte en gefonbfle ©?ugt / 5«c fcDoone 25loepfem / enbe boo? 5ijne fajeebenbsp;groene 25labcccn / ban een BeucBeliBe fcB^uto tegen be Bitte. pier op 3iet
be Bruyd nbsp;nbsp;nbsp;Als een Appelen-boom onder de Bomen des Wonds;
alfoo is mijn Liefte onder dc Zoonen. Ik hebbe groote luft onder zijne fchaduwe , en zijne Vrugt is mijn gehemelte zoet. lt;Ênbe hjcbccom ©,05.nbsp;Onderfleungy-L. my met de Flcfichen» ende verfterkt my met dc Apptlen~nbsp;want Ik krank ben van quot;Liefde.
Bufeh-boom niffNn tb een bjitte Populier. 3[aat onb ftiee bp-boegen Beuken-Boem bic ooB PatcB upt5tofet; nebenb anbece meec toeeben bic geftclb alb 3tiinebeeibcn ban be genen bie CBJiflusi boo? bc ©?ebiftatic beb Cbangeiiiunbnbsp;30iibe boen uptfp?upten lt;Êfai.4i : 19.
Getier-hom fix Erez tb cctt bafic / Bfog bccBebene 25oom ban fcBoonc ge# (ïalte/ bunefaam pout enbe ©Ipagtige flclfe/ bic 5ecc bjcl cieBcnb ib. ^icsnbsp;om gcö^iinbte Salomon Bet selbe tot ben op-Bouto ban ben cecflen (Cempcl/nbsp;1 Cott : 8. a(b ooft ban 3ijrt epgen pupb €ap. 7 : 2. ooft aan Bet Huysnbsp;Libanons. 22p bc^rt ^oom bjccbat bergclcften jpannen bie bafi (laan in Bet
«Oelot^c/
-ocr page 159-Schat-kamer der Zinne-beclden en Voor-beelden. 137
lt;5f(oobe/ enamp;e aifr ©aMsmgeii cn ^tomt-toinfen ban aanbeotitigcn ftunnen baöiiPzen/ la öejef te nwer fjaar in COjifto into3?telen / alss 5igt; jtoaatbccnbsp;^tOjnt-toinbcn ijcbl’cn iipt tc liaan @f, 92 : 13. De Regtvaardigc lainbsp;groeyen als een Palm-boom, Hy fal waffchen als een Ccder-boom op dennbsp;Libanon.
©art c-iW. Cïob. 3o,‘ 2^. ^am 6: zo. canf. 4: 14. fcSijnb naad aan ijc Caneel tc tiomert ; toaacont Ort ooft jotiitnigon Ooitöcitnbsp;bofii ren 300?te ban br fdbr. 35e i^itoeufe tooojöen fismen ooft fea- ober eennbsp;Kanna cnöe Kinnamoni. gie op CaiU. 4: 14. l|et tiS een ban bc ^pCinbsp;cccpen öie ^tnne-beeiben 3iin ban be aangenaanie iSeuft/ bie be 25?upbCft?t!itnbsp;becfpjepb boc.2 ftace tooojtien enbe boerften. ^te Cant. 4: t4‘ Caimus ennbsp;Caueei. ©ergeüjft be 3aafte zCo?int. z: 15/ 16. en ©ftif. 4 : 18.
Dennen-Boomen gsbcn 3omnn3en ©eft enbe i€ecE: be 3©nie (toant baat isï ooft een fioobe) is een ftloefte / befienbtge ftoog optoalfcnbe 25ooni / bcminbnbsp;be ©ergagtige ©laatfcn/ ftoub in JDintec nog 3nn ïoof lt;0?oen. tooibnbsp;ooft ftp Cfot. Cap. 41; 19. €ot een ^tnne-fteeib ban be nicto geplantcnnbsp;boo? ftet Ciiangcftiurt geficlb5P noemen ftem «na Bcrofch.
Doornen Boomen, naN Athad, ftcbupbeii Cnftepltge (jHobfofe en (Jlftibjeberge--boren iDcnfcften/ enbe onbcc bat oetïngte 300bantge 5002ten ban menfcfKn/ bie booj laiieringen/ enbe berbofgirtgcn tooeben tegen lt;6ob cni5ijn |tecfte: CoftaKenbsp;ïDeeebe en Söloeb-floetige Cpiannen / bie ató een Inanbcnbcn 35oo?n-ftofclj aJ'enbsp;bie 3» oberfteerfcften ftunncn becteeren; 50banig loa'si eertijbei Abimeieoh. £icnbsp;^ 3oete ociijftauffc 3Snb. Cap. 9:15. ^oöantge tóerbcn in be eerde plaatfe tenbsp;^Oben ftcfclpcben. gaea^am. 23; 6. De Mannen Belials füllen alte-niaal xijn als Doornen, amp;c. J^rgclijft ooft 3©iclj. 7:4. de befte vaanbsp;hen is een Doorn.
Zyken Bomen. nSs nbsp;nbsp;nbsp;bCnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;bcftctój OUbCr be ÏÖOOmCn bCÖ 3[©0Ub;S/
alftoctoel ber 3i)n bie nog berftebener Stature Ijebben. flen ftan ftem niet Eagcu nog ï^aftften/ ban met 3tijeeten ri^e bloebigcn ‘Irbepb, 3|n bjaagb nanbsp;geen ^tomt-toinb/ ntaac toojtejft beë te bteper in. CebJcn Jang ftan ftnnbsp;bcrbiuircn en groenen, ©n ib ftan ren gitinr-fteelb ; i. ofte ban ftooge trotfenbsp;enbe onbetfetteUfte menfeften/ bie met getoetb en magt getoapenö sijn/ en opnbsp;hjclfte abc tegendanb en a©apcnen aan diiftften b?eeften. Eie C|a*. i: 29.
Ende zy zullen befchaamd zijn van wegen de Eykc die gy begeerd hebd. Cn Cap. z; 13, Ende tegen alle Eyken van Bazan. ©ersS 17. Ende denbsp;hoogheyd des meiifchen fal gebogen worden. JllSaar in eClt gocbc ftCtCftCï
nifTe 3ijn be ïiegtbaarbigen bic afte ip-^n enbe tegendanb met een danbbadig
inerte berbupren Eyken-boomen Cfat. Oi: 3, Op datzy genaamd werden Eyken-boomen der geregtigheyd j een Plantinge des Heeten op dat Hynbsp;verhcerlikt worde.
GranAi,t.boom cntc 5ijrt 55ppelcn/ toaar in be alber-aangenaamdo on ?octdc bogt/ in een 3ecc ©ade ^cftaalc boerb ^ten : 25p befe bJccbai te ÏDaiigennbsp;ban be ^jupb Clipdi becgelcften. ^ic cantic. 6; 7. Uwe Wangen zijnnbsp;als een üranaat-Appel, tuften uweViegteri Cnnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Om te zien of-de
Granaat'
-ocr page 160-138
HIEROGLYPHICA, ofto
Granaat - hoornen uyt-botten, ^tt ‘t nbsp;nbsp;nbsp;C3’3D’“in Karimoniin. ijït
een lebenbig Stutte - beelö / öm itpt te teiifeftcn Ije intoenbige frt)at ban bmigöe/ blijbffOap/ enbe bcctcoofïtnge bejS l^cpligen lt;6ccfisf/ ban toclfe b?nbsp;Jïecten bet ^doobtgen bcubulb 5ijn.
Mytten-Boomen. Dnn Chadas cen ban bc ^Sooiticn batt todbc 3n Soobec-Su;ten moHen mahen. 'Zie baat ban s^ebem, 8: 15. èacöar.i: 8. igeeft obetfulï ooft 3ün l^epïig gctoupft enbe Debupbinge/ bte betee iö onbet bennbsp;gantfeften toefiel ban ftet Loof-hutten-Feeft te gebenhen.
Nooten-Boem enbe ï^of» giit ’t i^cDjeetoS tus Egof. gte Cantte. 6 ; 11. en onfe befcBjnWnge ban be 5dbe / en toepafiinge in onfe tnnieogtnge obecnbsp;befe plaatfe. ©et ies betet üefclnnbtnge toaat booe be ©leefte onbet 't 3innebedbnbsp;ban een ^pecetp-ïiof / ofte ï©ijngaart booet ftcuit / ban onbee bte ban eennbsp;Sloten-booin enbe ©eff; aisS 3i)nbe ben 25oom 3df3S een pante bie menig#nbsp;maal of gejlagen / of ingefneben moet bJ0?ben / 5al ftp pugt beagen ; cttbenbsp;be ©uigt (jeeft meet ommegag upttoenbig ban een toeangegsaft bte geljanbelbnbsp;3j)nbe 3mette geeft; eitóc ban een ftatbe frtjulp ; ban ©2U0t ban binnen,nbsp;tüen befcB?i)binge ban ben (laat bet feerfte / omtingb ban ©upcftelaren; ftoe-bJd niet 33t^ee aangename pt intoenbig / bat ijS op?egten v bog bte bunnbsp;gegapb / en biep te 30eften 3ijn.
Olijf-Boom n'I Saif. ^ie ©abac. ^ t 17. Al-hoc-wel het werk des Olijf-
Booms 7ai liegen : bat t0/ ben 5lftfterman te iciic (lellen in 3ijn fjoope: is? een 5tnncbeelb ban be lt;ê)1?c bre ^allnnge bes ©epligen lt;t5ee(lS/ bie Oiye detnbsp;vreugden, hjaac itiebc ClJPftnS be 5ijnen 3alff. ^ie €fat. 61. $(f. 1/2/ 3/4.nbsp;©P be (ffipiftu.b / 3P (ijne Cfidfiencn b002 be genabige mebebeeltnge ban benbsp;gaben 50113$ oBlcefiS. ^ie bit in een fcljoon 3innebeelb p. 1/2/3.
©an J{fo/egt;i en ftaat nbsp;nbsp;nbsp;^te Cant. 2:1.1k ben een Roofe van Saron
cen Lelie der Daaien. 3©ebetom een 5oet 3inncbeelb ban ben goeben renft CftJifli 2C02int. 12. Cap. na tocifte 3pne 25?iipb ooft in al finoc getoaab tiefttnbsp;Pal. 45r. gdfei Ealbc is 5eet betfagtenbe alle toonben. gn bc ©etfte tsnbsp;è:n atpotljefte ban gsalfemen en ^Iben / betfagtenbe be ^tden-toonben innbsp;¦'t ©ebteeutoS nhsan Chabatzelct.
, gs een ©oom ons niet scec beftenb / btipten ttoijfel ooft ©Ipagtig en ban goeben teuft 5 men toil batfe ooft is een 300?tc ban Cebeten: tipt bcnbsp;3elbe toas ooft ten beden rgamen-gcftelb be 3Ctfte bes ©erbonbs / enbe benbsp;©eplige (Cafel crob. 25. iöff. 10-23. Cfatas (Idbfc ooft onbet be Piantingenbsp;in vveik^ zig God verheerlikt, eii bie ftp ill bc 3©oe(ïijne 3dfs ban ’t ©ep#nbsp;benbom fteeft geplant Cap. 41 : 19. namdift booj ftet Cbangdimm
vyst-Boom is een 5oet ginnebeclb ban be ^etfte; 3P biaagb 30cte/. 3mafteliftc en gefonbe / ia ooft 3eet boebfamc ©pigten. .^eftoon 3loof en ©labeten ;nbsp;igenccd ooft be toonben 300 boot aantteftftinge ban be guabe (lo(fc / als bootnbsp;?betfagtirtge. Zie cfai. 38 : 21. ftet iS aanmerftdift bat ben ©pgeboom 50»'nbsp;bet ©tus^ / en alleen in ©labeten (etigbig bebupb ftupeftdagtige en fcftiin-ljep#nbsp;lige saaenfcften / bte be gebaante ofte een dFotmuliet bet èobfaligftepb lieü#nbsp;ben/ maat be fttagt baat ban bctlocftcnb. Sïlfoo bctgdyftt gefus begoobfdic
©evfte
-ocr page 161-Schat-kamcc der Zinne-beelden en Voor-beelden. ijp
iÖCrfiC Crt (liiar bp bs Jdbc. iBattl). ZI, 19. Ende ziende een Vygeboom aan den Weg , ging na den zelven toe . ende vond aan den zelven niet,nbsp;dan alleen Bladeren , ende zeydc tot hem : uyt u cn worde geen Vrugtnbsp;nicer in eeuwigheyd , ende den Vygeboom verdorde aanftonds.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;©tós
ticwn ban öcfeti ©pgeboom jijn öe uptcclifir fcOönöspItce bacrten ber pijactrecn en ^clnift-gdeftbcn / cn in =t gcoö bcc gjobcit. Befe beeft CÖ?i(iusi in 3önnbsp;tminegang onbec baar ban na-bp befogt cnbc naiito bcoyien ; cn 3icnbc baacnbsp;btuotclooö in alle biace oEiccilübc beuc^en / beefï bP bctblocftt cnbc- cpnsnbsp;belib iiptga-oepb. tcgt;it bjccb opgcbcibccb ban Itufaei Cap. i? ; 6/fc. 2Cl-toaac hp inboccb cen ilSan bic in 3ört a©ijitgaacb ; bat isi bic aan abc ftanrennbsp;ban 310önlt;ïcblicn afö oinbcpningb bias/ bab in bc niibbcn baan eenen ©pgen-©ocm. lt;©ob ftlaagb aan 3©iirtgaarbcnicc (bat is Cftaiïns) bat bP nunbsp;al b?ic ^acen geen ©juat aan bc 3clbc Dab gebonben / cnbc toil bat bP upt^nbsp;gcKicnb to02bc ; a©ant nu begon 5ijn oozbed ontrent baar epp te toojben / cnnbsp;bc ©ijl toas ccebs aan ben 3©o?tel bcc©oomen gclcgb |^ttb»3*€ap. 3©aiunbsp;bP bab bate ontougtbaarbcpb al in bpc fCijbcn gefien. i, 3[n bc tijb bannbsp;ïföofcS cn bcc ïtegtcccn. (Cen z. in bc tpb ban bc Coningen. (Cen 3. in bcnbsp;tijb na- bc ©abpionifc gebangenifie toebcroin onbee bc itcgtccen. iBaac boo?nbsp;tufftbcti fpjabc ban Cb?iftu.s ben lobcnta* / 300 toiccb bP nog dat jaar gcsnbsp;fpaacb / bat toaö bet aangenaam Jaar van het welbehagen des Heeren
Cfai. 61. Cap. §n bat ^aac toiceben nog alle mtbbeicn tot bare bcboiibcmfTc boo? Cöuflus cnbc 3nn 3tpoficlen aangetoenb / j geen genaamb toerb omgraven , cnbc Meft om hem te leggen. gin tocllt gaac / Oltl batfc bC ti)b
barer bcfocfiingc niet tooargenomen babben / 500 beeft b^ baar baar na upt^ •geboutocR.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;'nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;*
muiif» aan bc ©ceben / 3iitt 1^3» toegen bate groepfaamSepb / ai gcbuii^ dgc bogt bic baar ban ben %plige d3et(t b)02b tocgclwagt booj c»obs l©oojbnbsp;cen 5intójcclb ban ben groenen ai ieugbigen aanbiafclj bcc J^erbe Cfai. 44:4.
En zy zullen uytfpruytcn , als Willigen aan dc Beken a'Oip.
Cfai.' 5- btes
Heuvel , amp;c. gctnpgb bP ooftnbsp;haren Wijnftoknbsp;morrha : hare
ivijn/ick jQj Gephen , bebupb fcc 55er(sc lt;©obs/ in todfic goebe / cn quabc pntougrtiarc tocrfiai als goebe cn guabe stoten en ï?anliai toerben gebonben.nbsp;^ie ^fal 80 : 9. Gy hebd cen Wijnflok uyt Egipten overgebragt , amp;c.
/ $C, Mijn beminde heeft een Wijngaard op eenen vetten Hy heeft Hinkende Druyven voortgebragt. ^CUt. 32:32,
ban bc ^abolgcrs bcc ^oobfcbc gcutodai / ben 2ïnmb?ijt
bittere Bezyen.
©ct is nog aanmccftlift / ^at 3Büngaacbai / geflclb 3i)ttbe tcgai bc gcootc Cpfiai cn toilbe ©ocmcn in bet ©ofcb / cnbc ben #ijn Cgt;o0fl: aisnbsp;5iinc (Croffen toctben afgcfticbcn / ons bcctooncn bat 3toace «Do?bcel ’t geene bcnbsp;t^ccefbjmatbcn / cn bc galen bic npt ©abel toaren uptgegaan 30ubc faejc^nbsp;penen. 3©aat ban 3ie onfe gebagten op Sïpot. 14*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;17*^0, Eie bc ceft op
(Citd Druyven.
^ Z nbsp;nbsp;nbsp;Borden
is de WijnHok van Sodom , en uyt dc Velden van Ge-Wijn-druyven zijn vergiftige Wijn-dtuyven ; zy hebben
-ocr page 162-H I E R O G L Y P H I C A, oftcgt;
WH ontefcftewöcn Borften boo? ;oo b«cl 5» jHaJWÊtt ênti« ©^oubiai gc^
«imt 3i)nöe / een bjefentlift beel ban pöcc fiscnfrtiïtft iltctjaam um maften ; ofte boo? 300 beef 5p in be JDeoutoen bie ©aten 3ön innbsp;bJcïfte be jBeift tot boebfei ban be ftfepne J^mbecen hjoeb ftetepb enbe bebatet.nbsp;©an bet eei'de 5te 3tP0C. i 113. Omgord aan de Borften met eenen goudennbsp;Gordel : ^aac boo2 bJccb becftaaii be ftlocftbecrtoöepö 5ief« / en 3i)n baat;nbsp;bigftej’b in ftet uptboecen ban 3i)ne Simpten ; en boo? bet Goud 3ijit otiepninbsp;bige toaarbigbepb aisf Jgoogen-Heicflcc enbe Coning,
©an bet ttoeebc/ 3te na be Settee gioft 3 :12. ^fal.22 :10/ft. be figuufc Cant. i : 13^ en 4 t 5* en 7 ; 3-7/8. en 8 : lo. Mijn Lieffle
is my een butidelke Mytrc dat tuftchen mijn Borften vernagt. 3©ebei'0m uwe twee Borften zijn als twee Welpen , Tweelingen van een Ree.nbsp;3®ebecom uwe Borften zijn te vergelijken by Troffen , zoo zullen uwenbsp;Borften zijn Troffen aan den Wijnftok. 5^ogmaa{ wy hebben een kleyncnbsp;Sufter die nog geen Borften heeft. ©ei*gctöft Cfai. 61 t 16. Gy zuid denbsp;Melk der Hcydenen zuygeii , ende gy zuid de Borften der Contngennbsp;zuygen. Cll Cap. 66:ii. Op dat gy moogd zuygcn ende verfadigt worden van de Borften barer vertrooftingen , amp;c lt;0Oft meöt C3CCb. i(5 ; 7.nbsp;Uwe Borften zijn vaft geworden. Ctl llOgmaal C3CCb*^3 i 3. Defe hoelnbsp;reerden in Egypten ; in haar Jeugd Hoereerdenfc , daar wierden harenbsp;Borften gedrukt , en de Tepelen hares Maagdoms betaft. ©ecs 34. Endenbsp;uwe Borften zuid gy afrukken.
apt totïfte bergcleften 3iinbc mot ben anbteen Woepm befc totpafTmgttt.
I. 3!n bet gemeen öebupben be Borften be magt om een «^taat/ bic gefo:» meert enbe geboden tö / en baar booj al baar Seben beeft / 3^0 »n bet geeft^nbsp;libe / alst tn bet hjccelblifte / togöec^ te boeben / en te teengen tot bicnbsp;(ierfite / toaac booj 3p ban faeflaan / enbe mcerbec toenemen / niet in niebjcnbsp;Seben / maar tn gcootbepb en (ierftte bec nieubj Csebo?en Seben en batnbsp;boo2 300 een boetfel / toelft met bc natuitce ban bie (laat enbe bate eec(le be.nbsp;ginfelcn ober een ftomt t 25?eng ban bier toe bc twee Borften j gt» 3ulbnbsp;Dinben / bat / in befen 3»» be ï^erftlifte / en JBecelblibe magt bet bare toc^nbsp;beengen. i©efe toepaflOinge ftlemb boo2 al / toanncec ooft Contngen 5tg boojnbsp;fielpbentffe Cönflo onbertoerpen. a©aac op Efaias 3iet/ gy zuid de Borftennbsp;der Coningen zuygen. lt;@m batfc bocbfel gcbcn aon bc föciibe booj baarnbsp;cremplare booggang / en ooft aan be ©olitie. ©et ib blaar in befe 'plaatfenbsp;bat Coningen 3 bie auberss na be Setter geen jrtaelb-baten bebben / op geennbsp;anbere toijfe / en tot geen anbec epnbe ©oeften bunnen toerben toegefebeeben.nbsp;Cen (laat (toijbe«i) bie rijbitb bare ©nberbawn ban bpeben / toetben bpnbsp;CjCfbifl vaftc Borften toegefchreveii.
2. a©erbett
-ocr page 163-Schat'kaMcr der Zinnc-beclden en Voor-beelden. i;4r
2. nbsp;nbsp;nbsp;51Dec!3en öooj 250J(lfn ber(i;imi (cn bJd fcoo’ toec 2502fi:en) Igenïtgenbsp;.fiScnfrOcn/ bic in 515 bcbatcn be obccWocb ban be «öenaben en Ecgen-rijbcnbsp;2eecc beö i|epïiaf' JBoojbei onfcsS Ciobö/ in l)et ©nbe en j^icbje Ceflanicntnbsp;bcfïoten ; todhc aieere be ïf^epltge Slïgemenie ï^ectte gjcfu CfiMfti/ en pbecnbsp;toaacagtig Eit ^nn be 5£lbe in 5ig bcbatet: enbe 500 jtemien/ bat/ alénbsp;men met 3ommige ©ube Eeecaaré 5egb/ bat fjet ^n siietoe (Eeflamcntnbsp;boo2 befe Borfteii bjcrbcn herdaan/ men ban noobfabeüb be j^erbe moet in-flupten bie befe ©oeden toetben toegefefjeeben. aBant be Eeerc io ^gentlifinbsp;trè USettt / bie ^etni.0 noemb be Redelike en onvervalfchtc Melk, Godsnbsp;Woord I J^t. 2: 2. ' '©e fóerbe öeeft bc thiee 2502den in toelbe befe ttoce-boemige onbecbjjjfinge en E«cingc to op -gefloten. 3lgt;e Eeere bomb bannbsp;boben af bïoenen/ gelijb be fpijfc en b?anft ban bupten tn bfcepb en be doffenbsp;ban be iBelft to ; be asozden 5ijrt Eebcn en ©aten toaar in be iSetfee bienbsp;iteece ontfangb/ enbe beflooien tot bc ©otmaafttljepb ban be geflalte ban be
Éefu Ctpidi/ bie 3ijn EicSatim io. Ha bc tbjee-boubige bJiife ban Heeren toceben ban ooö be Hecbe ttoee ?5o?den toegepad. ^at be ^ojdennbsp;engcntlilt tot flet Eitamp;aam bec ï^eclie bcUooJcn Icercn ono genoeg al be (Certennbsp;m Cantic. ban ono aangetogen.
3. nbsp;nbsp;nbsp;lt;©efe Borden 3011 ©aten bic alleo boimaadteldt tn 5ig Öebben’t geennbsp;tot bolmaafiinge ban een ïBenfclje lt;©obO/ in ai 5911 $eben en lïffa'len ennbsp;lt;0eedItfie fecagten ban nooben io KCimot. 3: 16. Alle Schrift van Godnbsp;ingegeven, is nuttigh tot Leeringe, tot vveder-legginge, tot verbeteringe,nbsp;en onderwyfingc die in de Regtvaardigheyd is ; op dat den Menfche Godsnbsp;volmaakt zy ; tot alle Goed Werk volmaaktclik toegeruft. ^11 ,1,©eib t’O
een Syftema t’5amen - bocginge en bebatinge ban alle boebfcl t ^ i'o fpijfc/ en 59 io toanft. ©oH ban alie Verquikkinge en ©eatgben doffe.quot; £ie toe-bccom €fai. 66: n. g^efe binfcmcn in be Botften bec Mc. i©aaromnbsp;becgeliibt ooit be sstnnbegom Oaar Borften bp Wijn-troftcn.
4. nbsp;nbsp;nbsp;i©e 2B02dcn ban be ©nipb «Cipidi óiin ©aten en ^jtontepnen toeifte ban
batfe upt Ctoido Daac ©uipbcgom ontfangen beeft bioepen ban rebeliifte en onbecbaifcfite iBcift / en Hontepnen sjjnre ban JBateren bic fp^ingen en blictennbsp;tot in bet Cetoigc Eebcn i ©et. 2. ^3ioan. 4 :14- eu 7 :38. .üKaar benbsp;25o?dtrt ban ©alfcip Eecraaro en ban be beciepbenbc ©oece (beeflaa betnbsp;gantfdje Syftema ofte gedalt^ ban b« Entiebndenbom) bie in baar .!©aagbomnbsp;al to gcfciionbcn/ enbe epnbelib gcnoobfaabt iO upt toaigingc/ bjegeno eennbsp;in eetenbe Vanher hare Borften af te rukken (Csccij. 23 t 3.) lt;©efe 5brtnbsp;2502den bol ban fluaafl-aarbig enbe betgiftig 2oo/ ‘t geen alle bare iötnbrennbsp;Öooi tceringc bocb bergaan/ enbe tn be sBoob en bet deetotge beeberf neber#nbsp;do?t ^poc. 2. : 23.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. , ,
5. nbsp;nbsp;nbsp;(Euffen bc 2amp;02den ban be ©berfpeebge en tuf-balbge ï^erbe leggen barenbsp;25oelen/ ©berfpedba-ov ©alffbe Eeeraaro en ©crlepbcrO/ enbe gebepnfbennbsp;dinbenb 25lanbcf5el. (Sic ©0fce2 ; i.) maar tullen de Borften van denbsp;Bruyd vernagt ba'cn fiefnO CaiU. i : i3*
^ 3 nbsp;nbsp;nbsp;Bofch,
-ocr page 164-I;^ lt;Sit becjameïütö^ ban onDc3n«ai!e/ en unt öe natuur opbwffcnöe ^500-imeti/ öoo^öaans ban aföerfen joojten/ bie booi öaac Ijoogte en btotioljepb ban bc2cc gejien too^öen/ enöe oofi een btgte fetjabubj maben öie mennbsp;ober fute niet jonber fefbib/ Opronber tn be birjftemtjTe ban boo^toanbcleti;nbsp;te meer aanac5fert jig in be jetbe ontbouben (Cpgecsi/ i^arben/ $.ecbjen/nbsp;23ep?en/ a©oiben/ en anbie bjjeebc g^iecen. ^itet: tegen too2b gefltelb Eden,nbsp;Gan, amp;c. (gen «öctitlttbeccbe (Cbupn in (©?bce booj 55ebbeftcnss / ofte ooftnbsp;ÜBlcic onbecfcöepben eiibe beebeeit/ ntet eai 3|epning ombangen enbe fobwacb.nbsp;3t{0 ooö Akkers bie toeï 5ijn g^ceguleett 25cploegb / en 25e5aapb. ^te Cant. 4 •nbsp;^ö0 i6, en 5. $0 I — ®og baar ban b?eebei: onbec ren (CitelThuyn,nbsp;Hof j^an een ©ofcb nu m be 5Ptguure. Eie €fbi. 10. jbff. 16/ 17/ 18.nbsp;EcuVycr fal verteeren de Heerlikheyd zijnes Wouds —• en de overgeblevennbsp;Boomen zijns Wouds lullen weynig in getale zijn ^0 30, De Heere zalnbsp;met geweld af-kappen de Takken die hoog van Stature zijn, ende zal metnbsp;Yzer de verwarde Struyken des Wouds om-houwen. Cn lt;ifat, 29 : 17.nbsp;Is ’t niet nog een weynig dat de Libanon in een Vrugt-baar Veld fal verandert worden, ende het Vrugt-baar Veld een Woud zal gcagt worden.nbsp;©CtgeUjIl cap. 32. ^0 15. cn C3«D. 20. ®0 47. Zegd tot het Zuyder-woud — Jk fal een Vyer in u aanftecken (!kc. l©at 10 tot Judea bat bannbsp;Chaldea fii Mefopotamia ^upljdift gelegen i0. ^ogmaal in ’t3e(bc Cap. 20.nbsp;bec0 34, Daar toe fal Ik u brengen in de Woellijne det Volkeren, endenbsp;aldaar met u Regten van Aangcligte tot Aangeligtc. Ctt 24. bCCff. 25/20.nbsp;Ik fal het boos Gedierte uyt het Land doen ophouden, en zy zullen zekernbsp;woonen in de Woeftijne, en fiapen in de Wouden ^aCÖac. ii — 1/ 2.nbsp;Doe uwe Deuren op ó Libanon, op dat het Vyer uwe Cederen vertecre.nbsp;( Huylet gy Deunen, dcwyle de Cederen gevallen zijn i dcwyle de Heer-liken Verwoed zijn ; huylet gy Eyken Bafans, dewyl het fterke Woudnbsp;is nedergevallen. l^p Öefcfpjjft (cbcnbtg bC bfCtoOfftiligc bail pCt ^ÏPObfcOönbsp;Satib/ be upt-eoenmge baii bate isegenten/ cn aHc0 bat onbec bdac aansie^nbsp;nclifi bjaa / booj be ïïomepnen ; toant tot befe laatfïe befjooib alleen bcnbsp;fiiofetie ZacDacie. ©00? al jal öp ona in aanmeebinge moeten bomen bcnbsp;Plaatfe Cf’ai. 57 * 9* gy Gedierte des Velds komd te eeten, al gynbsp;Gedierte in bet Woud. 5^it 10 ccn W-Wepingc ban alle25ai:banfcbefatten/nbsp;in bet ütoemfebe Clebicb / tot een ïiegtbaacbige (icaffc ober bc Ciobloofe üïc?nbsp;gcitingc bacec iteeblibe jgoofben «n 25ifcboppen. Upt bit al(e0 blijbt befcnbsp;Dbcffeeiigingc.
A. riïcti Bofch oftc Woud bcöitpb itt Oct gcmccn alle ïgooge Sïansieiielibc cn Citcye j^taat in bc 3©eecelb/ bic upt be ^llacbe fp?upt chbe ban bc 3ilacbc
i0i
-ocr page 165-Schat-kamcr der Zinnc-beelden en Voor-bceldcn.
; öpfonijer btc mcc begaamp;t / ficfnoepb / nogfc ftefjottlocti boo^ bc 3[ccre beö €ban0du«ti!S / maac öaac natuucHfic cutofjcpb noo {)«ft ober bebouben /nbsp;bie booj öarc ftftabubK ben iCijupn en J|of gefu Cfin’ft» bekmmccen enbe booinbsp;baar fcop beftljaöigen / en als 3? tn ©lamme flaan bat ©uur ooli tot benbsp;föa-ftc bie btbmaal onber baar fefiabuto fcbuplb oberfenben. ^tel ötet tegennbsp;ben nebecigen ®bupn en Sfibbec 9lefu Cfetfit. jfiiac befc 51311 hooge vannbsp;flatuure. gte bobett lt;ffaf. 10/$c.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;tegen Oarefctjabutoei bteieen fchaduwe
des Doods 10 (©falm ii6.) ett ben ftelfrtjen ©oei conbfom omrtngb i be fcöabubJ ban ben Appel-boom giefliss Cant. 2. Cap.
B. Cen se/c^, boo2 500 beel bp niet en is een toerit ban ©lanttnge maar ban be natuute / toetb bupbdilt tcgen-geftelb / tegen bc Spruyten van Godsnbsp;Plantinge , en het werk zijner Handen , op dat hy verheedikt wordenbsp;Cfat. 6 o : 21. ^it is terftonb met be ©ingee getaabt.
c. g^e toebaKen bic een Eofchafic guetfen en upttoepen 3ijn befe ttoee Dn: 3onbere (bcljatben be tijb / bie alles berteerb) (a) ben ©lirem ban bennbsp;©emel / bic biltmaalS beele mijlen toegs 3^cr groote en toocfte a©ouben aan^nbsp;fïécht enbe berteerb / toanneer een (ïerlten ^tontt-toinb baat üp bomt / ennbsp;bc ©lamme aanjaagb. SWfoo 3ijn dBobS «öojbcclen upt ben i^cmcl t alsnbsp;ban ©efiilentle en anbere rampen / cen ï^rnds buur ’t geen 3ijne en. 3ij«conbsp;iiecte ©nanben in ©lamme 5et. ©a-gdijb 26poc. 20 : 9. :©efgelijltS l]ctnbsp;Ijoutoed om baar af te {tappen sijn bic ©ojlogen toaar boo? fjp paar btftmaalnbsp;met 3©0Jtd en Calt affeapt. ©ergdijti jDaleacl) 4. met .ïilSattlJ. 1. Capittel.nbsp;a®p (ïeroogen op be plaatfe boben aangetogen/ cfat. lo. ©ff. 16/17/ i8/$c.
D. gin cm 5?igUUrllftm 5111 / toCebm bOO? Boffen (M. fubjeai pro adjunao) berftaan alle bc 3£fgoben-bicnft / en boo? i)m uptroepuige be uptroeptnge bannbsp;alle ^f^cn-bienft ; om bat bc l^cpbenen enbe anbere lüföoben-bienaren 500^nbsp;banigc ©offen plagtcn tc bertitefen / tot öet oefenen ban Ijaren 5lfgobcn bien|tnbsp;i©eut. 16 : 21. guljtt.6 : ^8. nacg. 14 ; 2^. en i6 : 33. en zjjtg. ij,nbsp;bei:S6, en 17 : 1°* e»nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;,.‘*5ob beebooö bic (ïrciinciili en
feebalfe tipt te roepen / gdijli ooit ban ©obfalige ©o:(ïen en contngen to gc= icfticb. ©cPbenen Dabben een 3Sinbci1iDe en ©IjantaitgDe inbeeibingc bannbsp;bie naare emfaamDePb ber 55o(Ten / als of bie 5elfs tot be (0obs-bien(l riep/nbsp;enbe Det ftille gepeünS bebojberbe j baar-cn-boben 30Gten 3P gem open Itemelnbsp;nog Eonnen lidjt om be jiBcnfcOen bes tc meer in be bonbecDepb te begoocDe^nbsp;Jen en te berlcpbdi. iBen Dan 3ien ban be ©offcDcn ban be inticDniitfclie;nbsp;balftl) genaaide ?öerfte / be ï^oere ban ©abel Cfai. 57 t 5. Die gy hittig
2iit in de Eyken Boffehen , onder allen groenen Boom , (lagtende de Kinderen aan de Beken. ©CCgelpD Cfai. 17 t 8. Ende hy zal niet aanfehou-wen de Altaaren ^ het werk 2ijner Handen — nogte de Bossche n, nogte de Zonnebeelden.
Bouwen 5
-ocr page 166-S:U
HIEROGLYPHICA, ofto
D€fe bittöai op mallianti^ jöHbo Detïoftamp;cti/ ?ön nialtialibcc Wötsf b^aabs! tegen gefielb ; relative oppofica. ^esÈ fjalben top bic onöcc eene fCttclnbsp;fjtöDcn Debatet. ^ic Recent. i : lo. Bouwen, a f breken.nbsp;Bouwen ttebupb ftguuiltö alö bc gcIijfteinfTc ban een / ofte ^tab oftenbsp;(Cfjoten toecb genomen / te leggen be beginfelcn ban een 3©erclbltoe ofte ooftnbsp;jöecfilifte; ofte ooft J^upifelifte i^egeringe i enbe be jelbe 500 beei mogelifi tenbsp;boltopen.
I- ©an een gemeenen (ïaat te (itgten neemö get ^ecem. i : ro. ik fteiie
u - over Volken en Coninkrijken - nbsp;nbsp;nbsp;om af tenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;breken , ook om tc Bouwen
en te Planten, ©an ecn .üonaccfjte nbsp;nbsp;nbsp;tn ï^erönbsp;nbsp;nbsp;nbsp;en ©olttte te fligtennbsp;nbsp;nbsp;nbsp;bat to’nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ge^
ntengb tipt bte bepbe / enbe jtg met Nimrod getoetöiolto alle ©olfteecn te oiv bectoeepen feecb onsi fee ©oo’beclb ban be ^ttgtecet ban ben 2egt;abplonifcfeilnbsp;(ïElioojcn. ^te «©cncf. n. beef. 1/2/ ;;/4/fc. t0ob baac-en-tegen 25oiitob benbsp;bccballen Muuren van Jerulalem. £te ©faf. 51 t Zo. ’t toclft Ift 3OO 113 be
aiettec beeita ; atö na ben lt;0ce(l; 300 bat gcrufalem ten tijbe bes j©f(Tte 50ube 3tjrt ben €l)|Oon 3iinet J^eeiKftfiepb / enbe be igepbenen 3ig tot be ^oob^nbsp;inie eecfl lt;0elobfge j^eefte 3ouben toeboegen / en bie gantfcïje ^Soctetent baacnbsp;ban baan gcrnfaiem 30ube toerben genaamö / tot in alle Cattoen ^ ban bienbsp;3elbe rijpfepb 3itn ooft be plaatfen bienbsp;nbsp;nbsp;nbsp;bolgcn.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;©faf. 69 :36. ennbsp;nbsp;nbsp;nbsp;102 :nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;17.
Als God zio» verloll zoo Bouwd hy nbsp;nbsp;nbsp;de Steden van Jud^. lt;©enbsp;nbsp;nbsp;nbsp;toebccnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;op-
tegtinge ban giccufalem upt ftaac ©upn en Gruys toas een teften ban bat COftfluS ftaafi in ben ttoceben («Ecmpel 30irt!e bafeftijnen en bat ban be Kinderen van Gods Knegtcn zouden woonen , ende baar Zaad voor zijn Aan-gefigte beveiligd worden, becs 29* Soo bat gu Ijiec al tocbcc feftb eennbsp;(ligtinge ban ïfteefte en ©olitie te samen.
11. (©Ob ©outob ooft Hut s-G e z i n n e n , afji jg^ebOtt ban een ©011110/ ofte ooft toef op fiaac 3elben ftefïaanbe. lt;©enef. i6 : 2. en 30 :3. MiiTchiennbsp;zdl Ik uyt mijne Dienil-maagd gebouwd worden. g5CUt.25 : 9. Alfoo zalnbsp;dien Man gedaan worden , die zijn Broeders Huys niet en bouwd. ^ienbsp;iSntl). 4 1 tt* ^al. 127 t I» Indien de Heere het Huys niet en bouwd , tenbsp;vergeefs Arbeyden des zelfs Bouw-Lieden daar aan- J^aac ban fJP nog OiV,nbsp;bccfcfepb een gemcene (iaat / indieu de Heere de Stad niet «n bewaard tenbsp;.vergeefs waakt de Wagter.
III. «f
-ocr page 167-ï4j;
Schat'kamcf der Zinne4)eeldefi cn Voor-bccldeii.
I II. üSrtöcl tti een (©eefilite en onbermcngbe bcbupbinoe tocrö Set oeno= .«len boo? öe iöcrfte lt;6o£iiS cnïje op ben upietften i^ocfe-ftcen C8?iflusf
te fitgten. Sie H3att{)« i6. op delen Petra zal ik mijn Gemeynte Bouwen y ende de Poorten der Hellen' zullen de zelve niet overweldigen. 35crgeli)8nbsp;©falm ii8 : zz» lt;ï?PÖer* j.loecf. zo/2i/iz.
IV. lt;2ten ban bie b^ecbljepb -ié Oet tegenfteïbe Breeken , Scheuren Afbrceken, Verwoeden. (Een Üceft-jleen bjcrb bfCbJOJpert (^fakiigj eertnbsp;^üiu: hjccb bcrbjoften / ban een ©ecfoon bie t’onbcc gaat / cn na ^iel enbenbsp;fLicOaaitl beebjohen bJ0?b. ^ie ©?Ob. 6 t 15. Hy zal fchieUk verbrokennbsp;¦worden, dat er geen genefen aan zy. ©ecgelöft dSfai* 8:15. 35an CCrtnbsp;gemeene (laat. Etc ^fal. 60 ; 4. Gy hebd het Land gefchuddet , gy hebtnbsp;het gefpieten j genee.d zijne breuken, want ’t wankeld. ^Lbiaac Cen 50etenbsp;geabatte Schuddenj nog meer Splijten, nog meer (gt Det Breeken.
D€ ïgeDjeen gebjunfien bit-bjoojb Sepher, joonipm/ bat alle
baar booi toccb beefiaan ; 300 cen 25oeamp; ’fyit b)dli iö een bec3anieltrtgc ban bede cn becfcöcpben ^cfptften in een boojnaam toeeb. EiedSfat. 34*
bCCüJ i6. Zoek in het Bock des Heeren 130 Sepher, al0 008 Cen 25itef
bie aan pemanb ge3onben tooib. Etc i jseg. ai; s. zy (jefabei) fchrkf Brieven, uyt den Naam des Conings. Ijjctb ooB bepbe genaanit nbjanbsp;Megiüa, bat 10 een tn een ^tfpift i om batfe iipt bcrftijcpben jsollen/nbsp;bic clb ijaac teben enbe getal bectoonben/ na be letteren bc0 A. b. g. 500 cennbsp;250eli t’5amen ftclben Pf. 40:8. I^ebb gp baacom: in de Rolle des Boeks!
tsÈ tn öc igcpttgc 25iabeccn/ lao nbjoa ban een jsoeö enbe be0 3el^ Bcbitpbmge tg op be epgen settel agt gegeben. i^u mmm bop Set in bcnbsp;öetdicninge ban een Brief, ofte ooit ban een jsoile We ban een seoelt ig af-Ot5onbcct enbe 3011 epgen bpfonbren ^inöoub fteeft.
I. g^e (©cb-gdeceben/ bie fict ïSegiilcr (bat tóp meeft boïgen) öebfien f 3amen gefldbi tn 8accn €itcl op get tooo^b Brievi nemen get 5dbe tooo?b
”130 Sepher in We 3in/ «Efat 34:4* Ende alle’t Hcyr der Hemelen zal uyt-teeren ; ende de Hemden zullen toe-gerold worden, gelijk cen Boek , amp;c. ©ecftaa cen 252icb ofte ïBioIle ban een 250cfi. ©eegdtb Époc. 6 : 13/ 14.nbsp;a©aac boo? beefiaan teo?b/ öe albec-opm;cftdtlt(le Convoiutie en beranbectngenbsp;ban ïSccititlte üicgecingcn nebeng be 3©ecclbltlte. Eoo bat in bic laatftc tijbennbsp;bc bojigc Charaders ban bc 3Foime ban bie jucgeetingcn bie 300 lange tn benbsp;^©erdb Dabben ftanb gefiab/ niet meer 30ubcn too?ben ge3ten/ maar lt;6ob0nbsp;3©oo?b soube Wtj^aam 3ön in €etóigöepb. ïgicr aan üangb be gantfïDe
(C nbsp;nbsp;nbsp;öefituöie
-ocr page 168-1^6
HIEROGLYPHICA, ofto
ijcffcuttie bati be biet Opper - hoofidige mcgecriiigen g^antcl z Cap. en rl. 25prettbcc ban be JCnticDjiflicDe ISeeWifec J^eeefclwpppe; en ban bic maotetinbsp;bte topöecö ( al toaai* öet in be !Sccfte) Cö^illi HiniOQcnbOepb tcoen-ficcbcn.
CDacacteesi ban alle bie moften b^cbtoijnen.
11. C^aac tsi een gegeeï atrtne bebiipbinge ban Dct toooib Bnev, alsi baat bdo? oantftöe ^erfonen/ enbe lt;j5cracpntcn toccbcn aanflcmctfit afö Brieven vannbsp;Recommandatie booj 0flce Iccraacïi/ bie Ijaat tn CÖJifto/ oebjonnen öeböcttfnbsp;nameöft alfoo bat ftace bclijbeniffe beö Cifloo^/ enbe eeemplace boo^oang/nbsp;gettipgeiuffe geeft aan be getcoiftoe ?(iitepb öawt ïeecacen aan baar bcfiecb/nbsp;tigt;be bie geeraren met baar bie 3p getoonnen Ijebben mogen pjonben al,ö metnbsp;een Ctoone: 503 menig gelobige al^ baar iio/ 500 menige 55?icf of Eegelnbsp;aan ben ^?ief besS Cuangeliumö. ^ie 2Co?int. 3 : 2. Gy-Lieden zijtnbsp;onfen Brief, gefchreven in, onfe Herten, bekend ende gelezen van allenbsp;menfehen •• als die openbaar geworden zijt, dat gy een Brief Chrifii zijt,nbsp;en door onfen Diend bereyd, die gefchreven is, niet met lukt, maar doornbsp;den Geeft des Levendigen Gods, met in ,Stcenen Tafelen, maar in Vice-fchs Tafelen des Herten.
Brood.
DC bebatenbe maniccit ban fpjcftcn (Synecdochè) braac boo? onbet: Brood niet ailcen alle boebfel/ maar oob be gantfebe lebcn« cnbecDoubnbsp;becliaan inojb/ ib al te bebenb bat top bier baar ban reppen.
JTSaac in be GeefteUjke beduydinge Ict Op befC bUigeit.
Éerft in bet gemeen tó Brood alle bet geene een oozfaab/ ofte ooft in be ttoebe plaatfe een mibbd iö ban on.ei lt;iI5ec(lltft Weien, enbe beftaan. 3©antnbsp;bier i.si aan te meeften/ bat boo? bat 3elbe/ toaac boo? top cerd onsi Cicelieliftnbsp;#efm öntfangen in bc tocbet-gcboo?te/ top ooft boo? bet 3elbe berber beftaan /nbsp;ofte onbetbenbeu too?ben. i©aac komd geen menftb in be toetelb ban booinbsp;fPiisS en boeb3el t baar too?b geen menfclj onderhouden ban boo| bet 3clbegt;nbsp;Jiïer bpt njfen befe bolgenbe aan-merftingen.
A, Go'J be tolbepb after bingen / en ben Coffpionft ban alle lt;i5ocb iiS alleen orto ciccftbfi Eielen Brood enbe boebfel ten Cetoigen ïeben. jiaaar bat ijSnbsp;ï^p boozfleen ^onbaar/ ban alleen in i2ijncn bootte Jefu Chrtfto. Eie bcnbsp;aannierftclifte plaatfe Cfai. 55 ; 2. Waarom weegd Gy-lieden geld uytnbsp;voor ’t geene geen liroeU en is, en uwen arbeyd voor ’t geene niet verfa-digen kan l Hoord aandr^tig na my , ende eet het goede, en laat u Zielenbsp;zig in vettigheyd verluftigen. gbaarom dbiftnei bat toate Manna CUnbsp;i^cmclfcb Brood : 5i0aP. 6 : 58. Ik ben het Brood des Levens... $0 49.nbsp;Uwe Vaders hebben het Mmm gegeten in de Woellyne, ende zijn gc-
ftorvea
-ocr page 169-147
op dat
Schat-lcamcr der Zinne-bcclden en Voor-bedden.
fiorveti fo. Dit is het ‘Brood dat uyt deu Hemel ncder-daald den menfche daar van eete, en niet fterve... $0 51, Ik ben dat Levendenbsp;Brood, dat uyt den Hemel is nedergedaalt : too iemand van dit Brood eet,nbsp;die zal in Eewigheyd Leven. En het Brood dat Ik.u geven zal, is mijnnbsp;Vleefchi ’t geen Ik geven zal voor het Leven der Wereld.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;in
(èitel ban Manna 5al on0 gier ban D?cdïcc bectgt o^cBt‘'öcn.
bjengen/ Jijtl on0 Brood. 25? ercmpcl/ ll^t Woord en be Sacramenten. Ijct Eerjle (het Woord) 10 Öet ^aab ban rntfe vveder-geboorte. Etc ftteïnbsp;gacob I 118. lt;Én ooft on0 aHecliclift Voedfei. Etc 3i!oan. 6 : 63. ©cnbsp;Woorden die Ik tot u fpreke zijn Geeft cnde leven, ©ccgcet fIfCU PtCtnbsp;be untnemcnbc plaatfc gccem. 15 : 16. Ais uw woorden van my gevondennbsp;Zijn .; heb ikfe opgegeten. (€«1 »»«lt;/«; de Heyligc Zegelen bati lt;ï5ob0nbsp;cctiabcn ©cctonb Sön 000 tot Brood. Eie iCOjfnt. io.bCC(T*3/4* Ende zynbsp;hebben alle de zelve Geeftlike fpijfe gegeten , cnde alle den zclven Geeft-liken drank gedronken , amp;c. (gnbc tn bcnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;bc0 ï|CPÏtgc 3tbonb'
niaal0 ftipbcn bc tooo?bcn bupbcitft bic ober ftet Brood 3i)n' iiptgcfpjoftjrt. Nccmd , etetdat is mijn Lichaam. ^CfC fpijfc moct gcbpucig baP 0110
c. ïDaar aangcficn geen Brood (bolgcn0 ftet bctPii0 bart bc lt;0ence0-jï2cc|lec0 / cn bc gcmccne onberbtnbtnge) 0110 boeben ftan / ban boo: 3ijn vlugge Geeften {Sftr.tus ¦voutiies) 300 cn ftatt on0 ooft mct0 ban befc bingcitnbsp;boegen / ban boo? bc firagt ban ben levendig makende Geeft; daaromnbsp;bioib ben i^cpligcn lt;©ce(l / cn brrgeleften / cn met cenen tcgcn-geftclb ; metnbsp;befe Eicftaibdtfte fpijfe en drank, 00111.14 t 17.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;: 9. Soo bat
ban bc Genade cii gabcn bc0 Hcpligen lt;©eerts» lici Icrte boeben en fterften.
D. nbsp;nbsp;nbsp;gift bleet niet biaarom men tn bc vierde Bede ban aïbccbolitiaöftfïcnbsp;'lt;©cbeb onfc0 ï|cccen : Geef ons heden ons dageliks Brood, ntCt Ctl JOUbC 111-
fïuPten bit (©ccdlift 25?oob. Eic baar ban bc cebenen in onfe Catechifmus ober befe 23eb£ bpgeb?aöf*
E. nbsp;nbsp;nbsp;lï^ac bit Brood fcDaartb' cnbc bisur Haat / baar bierb ban ooft tnnbsp;lt;©ob0 ïjcrftc een lt;©ec(itiftc Honger en boifl gelcben / bïKb ïjet inboeren in bcnbsp;leccc cnbc in bc 3cbcn / ban i^abcc / cnbc lt;©erilc / in plaatfe ban (Cerbie/nbsp;cnbc bat nog tc meer / nlfoo bc ©pfienberb bec feerfte lt;©ob0 bJ00?b tc ftoopnbsp;blagen / cube nict0 ban liaar 38mpt beirigtcn / ban om bupl gcbiin. Eicnbsp;aanbagtig na bc plaatfc “JCpor. 6 : 6. Een MaatjeTerwe voor cenen penning,nbsp;endc drie Maatjes Gerfte voor eenen penning, gp btC tijb bJa0 bp'cmaalnbsp;meer Qeriie, ban Ter we tc ftoop ; cn bat boel bepbc cm Eoon ban ftuur^nbsp;öngen cnbc t©ag-loonbcr0. Jlcn berftogt lt;©ob0 3©ooib onber bc 25a(tcn cnnbsp;^fjioctfcn ban iwiifriiiiftc gn5cttingcn. usaar aan{ïonb0 bjtcrb ftet gantfefte
(€ z nbsp;nbsp;nbsp;^nnbament
-ocr page 170-148
H I E R o G L Y P H I C A, ofto
5purtbam.iit bêc toaatfiepti nüt uptcecoepti; cnije Bet toiccb De lt;;§uppoc^ett
DCjS nbsp;nbsp;nbsp;niet toeodaten dc Olye ende Wijn te befchadigen.
F. 5amp;aac Mofes cn Be Profeten 3onbec Ben (©eeftïiftcn 5tn / Bie in bcrbirtB i.ö / toccBen gelcfett (geïijït bp Bk ban Bet 3IoBcnBom.) L)aar ïcikJ'nbsp;God een honger niet na Brood en eea dorll, niet na Water gt; maar na danbsp;woorden des Heeren gt; zoo dat men omzwerft van Zee tot Zee » en vannbsp;Noorden tot Ooften 1 en 6eeb_ boeDfcI en binB. ^tc ^irnciS 8 t n-
Bi'uycJegom j Bruyd , en Bmyloft j
jSls mede ’t voorname , dat hier toe behoord,
BRuydégom iet cen Bie in ^taat iö / ban met 3ün €oaBe te boitopen Be pitgten ban Be ifubjeltftö ÉicfBe ober bjclftc te bojen tuffcBen lem / ennbsp;3ijn 25eminBe bja0 ccftanbclB cnBe ober een oeBeagen ; Bit ieerB ooB b)atnbsp;een Bruyd 3p., ^Dit tsï ailcn beBenB i Bog (et Bier, op Befe lt;öee|Bift? be#nbsp;BupBingen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;,
L BawYDEGOM ban Be löerfiê iet aPeen Ben Zoone Gods de Borge ende Middelaar; Bte / bolpcnsi Bep eeutoigcn onbcfaiiBerliBcn ®aaBnbsp;en 25efiifpt mffcfjcti Ben ©aBec enBe #em 5df0 genomen (cèpB. i, berff. 4-9.7nbsp;lt;een (0emeente / op Be nautofic / en tcBecfie toijfe bccbinB aan 513. gienbsp;OnBeC'bceien Be piaatfen ^oan. 3 :29.! Die de Bmyd heeft is den Bruydegom.nbsp;€n Booj quot;tgant^Be Éoog-jllteB / in tocibc Bic (Citel alleen aan CDJifto gege^nbsp;ben toojB. ji^ei-gep iiaattB. 9 115* €pBef»5 132.
I L gBgt;e Brüyd f0 öet Syftéma lt;0ee^ii6 Skfiaatn ban Be gantfefje Heyiige Algemcene Chriften Kerke gt; door alle Eeuwen , ’t geene Be Correlatie ofnbsp;onBerliöe betrebbinge ban 3elf0 leceB.
ï 11. Pet Contraa Be0 pub)e(ift0 10 Be toeflemminge Be0 lt;0eloof0 op Ben epfcD ban Ben 25?upBegom. ^ie pofce 2 : i9. Ende ik zal u my ondertrouwen ill Geioove.
IV. lt;©ber3itlft0 Be Conditiën aan Be 5ijBe ban Ben 25?upBegom te bolbieiti
gen 3ijn- f a ) Geregtigheyd ende geregte. Cn ( b ) Goederticrentheyd cnBC Barmhertigheyd. pofce 2 : 18. 3^00? Be cecfie ni0(ie f)p 5fg voor haarnbsp;overgegeven. «Spftef. f. l80 13:. tgjiBe alfoo Be»i ®aBee ban Be SSeunBBennbsp;jSjupBfcDat opb?engcn. tDoo? ijet toecBe 5*0 ati» Be 25?upB obergeben.
V. vyeftntlikc vorme balt Bc pubjelticfe gcmeenfcBap beftaat in Befe
tibee
-ocr page 171-tiöCÊ Eeben. Eerft tat i)p met ter een bleefcD iö ; om toelfie reöeti On ooft ïwren Goei, bat i.ö P5loeti-ö2inb toa'b ocnaamb / bte rjaac Eoffer tss «JJfat. 41*
14. ato God , (©a10(Tec) is dcMagtige Ifraëls, en OOft ftaac Broeder 3|cb. 2Cap. Vleefch van haarVIcefch, C11 Been van hare Beenderen Cpf).-
5 Cap. (oetne nog aan be ]^eefte beei ©nben (Ccftamemsi ontbjan.) rCen tweeden bat i^P met öaac een Ciecfi: iö iCO^UIt. 17. Die dennbsp;Heerc aan hangd , die is eenen Geeft met hem.
V i- 3©aac itpt boigb/ bat be iöccfte neen tinee ^snipbecoms ftan Deftben/ nogtê een ttoeebe If^ooft DeftalPen ^efu^/ atfoo bat be gcenen bte paar tragtennbsp;te b’cngen en onbec-5»ecpcn onbec be geftooefaamOepb ban bare a©ettcn (getijhnbsp;ben 3tn«c02i(l) baar aan-3oeftcn tot Cbcr-fpcl / enbe haren siuycr • cen teftennbsp;ban onber-toerpinge onbec baren jDan C0?ift«s^; van haar tukken. Eknbsp;Cant. 5.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;7. ©ecgclijft 3lpoc. 2.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;20.
gn be SOLE M Nd SA TIE VM iftt HaweM Xt//1 ae/e voorname tungcn
aan te merften:
(a) g^e SpeEI.-GEN o o ten ban ben 25?npbcgom en bc25?upb; befe noemb CbJtlïft? Vrinden ban be SDjupbegom gjoan. 3.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;29. ^ie
|!gt;f. 45:15. Dc jonge Dogteren , die agter haar zijn, hare medc-gefdlinnen. «Defe 5ijn de jtjcplige Apoftelen, Euangeliften, Herders en Leeraars, ©ec^nbsp;gclijft 2C02tnt. II : 2. Want Ik ben'yverig over u met een yver Gods.:nbsp;Want Ik hebbe u-lieden toebercyd , cm U aisi CCII ïSepiie Maget cenennbsp;Manne voor tc (lellen gt; nanielik Chrifto.
('b ) De Dienft-knegten ende Diens t-m a a G B E-n , btó tOt bC25lUPÏ0ft
noobtgen en roepen jpn be 5elbe ^peeLgenooten. ©ccgeïöft DJOb. 9 ; 3. 3lKattb. 22 : 3. '3^ere 3ijn ooft tod mögdijr aeben ban be Sorunb en Cbdftinbsp;«0ec|iitft ütebaam ; maar in bit opfigt 5itof« ^pedgenooten en ©oben.
(c) g^ooj bet H u Y s ofte be 55nin(of!S-2ale toerb beeftaan bc ftjeplige ïjcefte. ^tc pjob. 8. üöïi I. i^iet tnquot;t 3dbc opfigt aliS 3P be 23:upb 5clbccnbsp;ijS/ maar 500 aiis 51» öebatet be menigte ber genet'/ bie tot Daac toe-bloepen;nbsp;onbec toelftc ooft l|npcbelaccn fttinnen jtjn / bic geen 25?upIofjci ïileeb aannbsp;bebbenbe/ epnbdijft toerben npt getootpen jDatij. 22. la.
(dj lt;©e ©molofsi Tafel (gic ooft 3^J0b. 9^2.) ïtan thjcc bingen bcbiinben. Ccrjl ben toacen lltaac Cb?ifïuiS. ®en anbeen be bebteningo bestnbsp;3öoó?bsi en ber j§acramcntcn. Zie na i Codnt. 10 : 21.
(e) :©eSpYSEENDRANKiö Cbdftuö / niet boo? 500 beet ï^p 5dfei ben sjninbcgom i0 3 maar boo? 300 bce! Dp 3tg 5df!S in bc licagt en bnigt
gis Éijbcnö aan 5i)n (©doobigen mebe bcclb tot CJeeftdiftc ©?a^bc/ en ïKt toige aieben. ©ergdpft ^onn. 6 : 35. piob. 9 Cap.
^e c o N s U M M A TIE ban bit lutodift in be 23inncrt-fiauiercn ban ben jfeoning beeft baar bcogfle trap in bet ï^cmelfrbe 5^alcp.s : 3ül fcfjowi i»nbsp;tegen-ficHings pan bc ^taat bet feertte bes ©uben (Ceflaments bc 25}upbnbsp;coemb/ baitft ceebs bati ben 25?upbegsm toas gdepb in 3!)n 23irtnen-ftamecennbsp;Cant. iCap. ©oo? bien be C.ojbijne of ©ooj-Oang lui i.s toeg-genomen/
(C 3 nbsp;nbsp;nbsp;enbe
-ocr page 172-1^0
HIEROGLYPHICA, ofto
entte tolfó tepmoebtgOeptt cm m te gaan boe? ben ?5jupbegom ItfusS iiceta5?ttert. ^te ïleb. 9. ett 10. Cap.
Cbupb cngentltft fiet gelunb ban een ^ee/ cfie fnei (ftcomenbc ïtibie^^ «/ ofte ban onb.een op-to;nenbc ^oel. ïE^e ^tguuclnöe bebunbingenbsp;gunt in.
I- '©e- ^temmen ban berten / bic beo? be JBaacficpb / tegen be tn-gefTopen btoaïingen Ijaac lïeUen/ befe jijn aio lt;6obO gnflciim.'nten / bte boo? ben ^tbeennbsp;ban 5nii iiBonb üetoDgen bjc’bcn/ hjaarom ©aniet ^tnii te tocicn ben dScoiienbsp;beo J!BenfCl)en albu.0 bcfcbjgft Cap. 10 ; 6. Ende de iitemme zijner Woorden was als de Stemme eens Geruyph. Hamon bat tO OHO e!gt;g:n (Cttel-
tooo’b/ bebupbenbe bet gecupfcl) bcc ïéateeen ofte beelec ©olbecen.^ ©eegdp
2{!pCC. 14 : 2. Ende Ik hoorde een Stemme uyt den Hemel gt; als een Stemme van veele Wateren, gn bat Captttd toerh cpocntltlt rjetdonb/ Ijoenbsp;bc tegen-fpjabe tegen be jcnttcïtJifiircbe tjto^titngcn al met lt;0eaaben en fCrappennbsp;boe langec boe ftioaibcc is öooe-geb’ongen/ tot epnbclifie ©bcttoinningc. 3©antnbsp;op bte Stemme ban beele a^olftcren/ bie eraigfino Conftipsi ü?a.tï/ bolgbe eennbsp;blaacbec ban een grooten Donder-flag ; baar op nog een bifttncter en licflfiftccnbsp;ban Cyther-fpeeiders; baat op ceii ^^tcuime balt loei btie Cngclctt. Uöcnnbsp;ïtan na ften onfe Jtpocalppfio.
ban beele Platten en ©olbercn onber
30. en 17/ 13. ©e Natiën zullen
n. ï|et g:riipfcrj en be lietnegingen maiïtanbcren ten J^rijg. ^ic Cfat. 5 ;
Ruyffchen. Cn Ujcl Dpfonber alst 5P bctóogen boó? een ïDtnb ban ©afben bc aaerftegicfn teagten te ober-ftroomen/ cube ©ojlogen en gentgten ban lt;0o?logctt
(JiBattI). 24.) bJCpgcn. ^ie ©f. 46 t 4. Laat hare Wateren Bruylfchen. Cn $.0 7. De Heydenen raafden. ©ccgelijft ©f. 65 ; 8. Die het Bruyf-fchen der Zee flild , het Bruyfehen harer Golven, 'c rumoer der Volken.
©an geen anbje 5tn jijn op ©falm 93 : 4. en 96 t u. enbe 98 17. ©jiib' benbc itpt be bcbjcgingcn ber ©ollteren bon toeggi Ijd Cnangebum.
111- Cen Ruyflehenden Kuyi, bnibt upt bc grootfte DenantOeben ban g!cfu0 en sijn geftelb onber be bjoebcnbc tegcn-fp?aben en la|la-en bccnbsp;©oöloofcn/ bie aio upt ben ?ff-gronb op-boerelen 3i«ben en ftooben/ boo2 benbsp;Jicagt beg c^iiIPDiicei ©falm 40 ; 3.
©fbl, 48 ; 9* ?ClO' of boojnbsp;be
1V- ©aar. tef een ^tebm en Bruyflehen ban bet Hcrte Ik Brulle van wegen het G E r tj y s c h m y n s Herten.
-ocr page 173-booben.
Schat-kamer der Zinne-bcelden en Voor-beeiden. te tenautöcten een mtt ban ontecnaanocfiofKiv BetJBioeb tete 5teten eit
15» i'i’t/ Bet ötomnicl bc^
V. 'ü^it jelbe Vnoo?b bjuht op lt;efaf. 6i ingewands upt trtnecljffe öantificrtigöepb*
gr-höÊ-tod bit toooib v ’t geen in 313 3clf!S ban een gentcener bebun-^ bttiM is / alfto bat baat boo? niet alleen bjccb betetenb em ^obliftc cerenbsp;/ miic ooft een biene (ectbiebigOe^b enbc ©nbertocepmoe /nbsp;Wm,r igt;'tSr?/n:a%.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;i6«!-telWnllorara« m t,e
BS S»ift0' nbsp;nbsp;nbsp;17- Ab«h«m boog 2.g neder voor dc Sooner.
«ai2.7 ;Z9. en 33:3- nbsp;nbsp;nbsp;boog zig zeven-maal ter aarden. lt;Ên37.
7 / Q / 10. ni Azx 6. €pob. i8:7‘ iSiHn. 22 ; 31. en i^am. 20. en löeg. i : 16.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;'3b tnabe aan bat mibain lt;0eiief. 18.
5ï nébeeboog boo2 be b?ie iBanncn/ onbec toclfte nogtans een eenige bc Tihova tois / be anb’e gefeBapen engelen. tDm iipt-tocnbigcu bteiifl toasnbsp;b?3eLe Mmac Vlette en ten eeeft intoenbig maakte Bet on-epnbig onbet^nbsp;Fcfieïb ? ’töcen ïp baat na ooft genoeg fclfs wPt-tocrtbtg bectoonbe betS 13-27.
tan / in bc upt-ncmcnbflc teagt en tebupbinge bankt Bet upt een (0objS-ö^nftige €etc: toant bie dpeficn en dSetaatten/ bie in Bate a^anitc oiibcci ^ic lt;©cncf. 22 : 5. en 47 x 31* €rob. 4 :31. m 34,t 8. j©ent. 26; 10.nbsp;Sofuc 5 : 14. ^te 00b bpfonbet m 97 X 7- Buygd u neder voor hemnbsp;alle gy Goden, ©ei’oclebcn niet s : 6. Dat hen alle Engelen Godsnbsp;aan-bidden TPOfKvv^i^cilitxrxv Proskuneefathoofan.
lt;0ns 00a mtk en iö Biet niet (gelijk top incct-ntaal BeM’cn getoaat# ftlSb) gueftien in be'dBob-gdeetbBcpb/ t^en .be pattpen te tefïegten.
Suen ban te btoalingen bet ^otinianen en f apt(lcn een anbee plaatfe geben.
^^SHX^^SfbafRit'to^^^^ i.s een ftgtniclike mani/te ban fpjeken
Maonvmia Signi, pro Signato, toopt boo2 Bet uptcdiBc tdscn ban bc bup^
gingc/ en Bet nebct-ballen met 3ijn aan-gefigte tet aarben (fofue 5 : 14-) npt-bnikt befe bingen:
i. m biepe ootmoebigkepb cube bctilagcntBcpb bc.s l^erten boo? ben ^Ibet-Boonflen lt;0ob. mt ,«c. 6 : 9, Waar mede zal Ik my buygeiinbsp;voor den Hooglkn God ? 0;’.! biT.S 8. ly lieeft u bekend gemaakt,nbsp;°nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ó men-
^ !i
-ocr page 174-152,
ofto
A nicnfche wat Goed is ; naitlCltft »... Ootmoedig te wandelen met uwen God.
SIHcö toat Qiec na ï)et M^cï}/ Doog (tepl en bccljcben isi; alle bcctcoutocn op cngcn ficagten en gcitgttgöepö/ toaac öoo? fep tonnen iets te ftimncn opnbsp;ons ?etoen/ moet biet neöec-gebogen teojbcn. lt;ïÊn is öiec b^fcnOcc aan tenbsp;nieilicn/ bat in bit nebec-bupgen ban oubs beteftenb toieeb een onbeebanigenbsp;toeftemminge toaac booi men^a en^imen ;égb op pcmanbs belofte/' in toelbenbsp;ïtp ons een gcoot oSoeb ban 5ig boeb bectoagten. ^te €fob. 4 : ?!? Het
Volk geloofden ende hoorden, dat de Kcere de Kindren Iftaels bezogt, ende zy neygden hare Hoofden, ende aan-baden : ^OO fpjecben be ^elOgt;
bigen bic Ijaac lt;0eloobe enbe ssdijbenifrc Dscen ironing 3iefus onbettoetpen
©r« 95 • K.om laat ons «an-bidden en neder-buygen ^ laat ons knielen voor den Heere die ons gemaakt heeft. ©Crgelp 39f. 45. Om dat hy uwnbsp;Hecre is, buyg u voor hem neder, ^n baac iS topbiTS QCen CCn« ban allCnbsp;öe ^eelen en Écben ban onfen (©pregten/ aBacen en lt;©ee(lli{ien(©obS-btenft/nbsp;toelftecs epgen ^ubiect en ^it-plaats ts ons ïgecte/ en ben «jHeeft onjeSnbsp;(©etnoebs s ofte 51; tootben booi bit uptalib (Ctben ©eebeelb. ^ic i.
Welken Ik diene in den Geeft mijns gemoeds. ^oan. 4. 0iet bit/ den Vader aan-bidden in Geeft ende Waarheyd. (Êlbei'S ï'jn Hertc te neygennbsp;ofte buygen tot God ii9*.bcCS Neygd mijn H'crte tot u getuynbsp;geniftèn. ©aae fjcbb gn bet toooeb na: Natha ccgcns na toe fjcllcn bccs 56.nbsp;¦(€ee contcacie/ elft bic jijn ïuften enbe eaab sijncs 3©ieefc9s bolgb; nepgb jig/nbsp;en bungö 518/ booz öte m-ooben. ^ie lt;Êfat. 2. ^ff. 7/ 8/ 9. 2tltoaac benbsp;^onben ban bc iScebe toceben beUcaft; enbe onbee bax Éf goben ooft toerbennbsp;op-getclb Zilver, Goud, Schatten, Peerden Ctl Wagenen ; b002 toellte zignbsp;de gemeeiie Man buygd, ende de aan-zienelikc vernedert.
11. ^efc jaaBc noobigb ons tot bic aanmcclungc. ^at den Dien ft, bic ton ben Heere jefum, boo2 lt;0cloobc cii bccfcoutocn bes ïgecten als op benbsp;gpontepne onfec Ealigftcnb ; enbe Ifct «igt;t-tiojtcn ban «©ebeben en ^anb-pcggingcn op-b?agen ; toannecc top baat toe aan-toenben bc iiptcclific tefeenen
ban Ijet op-hetfen van Heylige Handen tot Hem j ban Ijet buygen van de knyen voor Hem ; {)et ballctt op ons aangeligte ; fS bcil Dienft biC topnbsp;alleen ben iBaren Jehova ben (getoigcn en toaaragtigen lt;©ob bunnen op-baagen/ en ooft aan niemanb anbci-s/ bupten be fcfpiblilifie ?tfgobei-pe; €ennbsp;'anbjen : bat befe SDcticn ban «Debotic niet tneei* inbiffecent biijbeh / als 3pnbsp;ontrent bit boo2-toecp gaan en baar in jgn gebeteemineert / maac «pt-bjuftliennbsp;be Boogfte ©obliftc «éecc. ^ie pjiiip* 2. ®(T. 6/ 7 / 8 / 9/ 10. Op datnbsp;Sn den Name Jefu zig buygen alle knyen. fcljOOtt ban nog ObCC blpbcrt
bc Oecflen batt eecbiebigljepb/ ontrent Berfonen ban bet fjoogfic gc3ag/ ^elfs tot Ijct nebcc-ballen op be 9(iacbc (nu toie 5outo jig om Barbon en Ijet $ebennbsp;te belioubcn niet ten biepfte berneberenH JSogtans in haften ban aSobS-bienftnbsp;en 3rjn geen batt alle bte 9ïtticn meer inbifferent: alle nebcc-ballen is baarnbsp;een hcbec-ballcn om aan te bibben. iEobanig een dcece toepgeebe ben tengelnbsp;$ot ttoee maal toe ban iïoannes te ontfangen Hpocal. 19. en 22, cap. i©en
ïiepligcn
-ocr page 175-Schat-kanier der Zinne-beelden cn Voor-beelden.
iBtin toasS öe upmcmcmgePït ban bc pccfoon cn bcr ©pch^ Bkingc300 (^og op-gctroöften/ bat fin l)cm boo? gccnoCngel 300 jecc/ afó boojnbsp;giefii0 5d[f!S bcnbc. viel ban aan rijn voeten (tot 500 bcccc blIpti'H bbsainbsp;imgc/ alfoo OP 006 bat €eamp;at ban €cc aan ccn feoning bcci/ meer aan cennbsp;(Engel/ Oonbc betoofen) OM Hem te Aan-bidden TrjosTcvi/^m duJSnbsp;:©aaE lag öe btoaOngcn/ in fjet «nffen ban Oct «0^^ O002 toeep ; en batnbsp;ntaaOte bat 5dfis tn bit oogmerO het neder-vaiien aan de voeten niet meetnbsp;onberftOinenb cn bleef. a©ijber.si iiierO go aan 4 bat jdfs Ijet Bp-geboegbc,nbsp;toootb TTiomwiTv boo? aanWbben obcc-gefct in 5ig 5elf!Soo6 onbecftOillenbe isf;nbsp;tojnt Oet bebnpb bekuircn aan pemanb/ boo? teelOe men 5lg bupgb/ ootnioe=^nbsp;big 0P-b?agen; batilSin tegenwootdigheyd ban iemanbt xuvetii kliffen 4nbsp;ofte ooO beï|anb aan be,üE5onb (?»¦/©') t^engenbe/ eeebiebig afé op te b?agatnbsp;aan 3iin meeeber. '©c 2Cfgobcn-lgt;icnanciS nogtans en toajS Oet bjengen ban bcnbsp;Éanb aan ben iKonb ontcent Oarc stfgobtfcOe aan-roepingen ban be ^onne / .tiisane/nbsp;Sterren/ fc. lt;i5ecn onbecfcOtllenbe ^aOe/ maar ten mifbaab bp ben ïtegter.nbsp;Zie ^ob iit2.6/ 27. ^00 Ik het Ijgt aangelien hebbe wanneer ’tfcheen,nbsp;ofte de Maane heerlik voort-gaande j ende mijn herte is verlokt gewe'etinbsp;in’t verborgen , dat mijn Hand mijn Mond gekuft heeft, ©ecgelijlt bc
fpteeft-bJöfc «iStnef. 41 : 40. €n lïieg. 19 : iS. JBaar tipt ftlaac blijftt bat boo? f)0t boo2-toecp ontcent toelfec sobanige lt;l^aben gcpleegb tootben;nbsp;ten Mndren Bje intentie beo gemoebsi/ bie of bp Oet jDtirgerlifte bepaalb bJ0?b/nbsp;ofte gantftO lt;ï5obsi-bicn|iig io: een uin-lcgftêc iö ban befe SCctien.. jiaaacnbsp;men moet bob tiUx ten deruen tnaac-ncmen; bat’er jiin Sïftten/ bie 500 toerb^nbsp;3aam en operepé geplcegb hJo?ben; met «pt-b?ubbingen ban 300 unt-nemcribenbsp;30ebotje/ alflec 3cuben hunnen toceben gcpieegb/ en alfrccsoubcn hunnen boozt-'nbsp;Bomen tint fjet iiettc ban pemanb bic bJil upt-b?iibben be oibcc-öocigtle (©obsi.'nbsp;bienffigli^b; bjclfte ^aben en letten/ al0 bie 300 alle mate te twben gaan/nbsp;niet mctt’ inbtJTercnt ontrent bc jêcliepfelen en (60b hunnen geplcegb ofte aan^nbsp;gemecht bJo?bcn ; maat een 3ehet icgiiment 3nn ban een Ifgobtftö gemoeb.nbsp;daarom ; tuanneec Sier Johannes (bie niet gttaabë cn bagt 4 en ©!«nlgt;nbsp;h)aO ban alle ifgobecpe/ cn ftftön bep setfis) op bic ttoec aanmecfelihe tonfennbsp;ben «Engel efece aanbteb 5nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;met boo? hem 3tg neber te bnpgen of aan zijn
Voeten te vallen. ®en nbsp;nbsp;nbsp;met no0 neb?igec tchen / baar bp/ 5ig to?
Bern te beebemoebigen / boe BP nl 5^lfs^ bP be laebe neber lag ; vr^oa-Kw^oKi te aan-bidden; 300 bjccb Bp bjcl t^btg ban be« (Engel 3n0tt:ih getoaar^nbsp;fcBitbJb / en getóefen tot B«t wgte cn cenige boo?-bJecp ban aanbibbinge,nbsp;Aaa-bid God.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;,
111- ï^iec tipt iiS Bet nu ooh ftlaar/ toat baar te oojbedfen jp ban bie wpt* nemenbe ^ece ban Nederbuyginge, toelhe «ï5ob aan be feeche beo ^ieubwnbsp;(®i^amentsi Bab belooft / bat Baar ban be iHepbcncn / ja grooten bec larbatnbsp;jelf» 301ÜJC opgdj?agen bjO?ben. «Efai. 60 ? 14. Ook zuilen , zig buygende,nbsp;tot u komen de Kinderen der gener die u onderdrukt hebben, ©ergelijft'
® nbsp;nbsp;nbsp;€fat^
-ocr page 176-154
HIEROGLYPH ICA, ofto
4Efai. 49 i ^5* iiOg j^oogcc 3Ep0C. j i 9. Endc Ik xal maken datfc ko-'-men , en aanbidden voor uwe Voeten, ende bekennen dat Ik u lief hebbe. 3©am tooj eerft , öje uptnctttfttöe Care gaat toel alU il|eo:Iift9epii te boten/nbsp;feat fee l^epfeenen jtg feaac in jegenen en töclgdufefalig roemen / featfe fee Éicrltenbsp;jijn ingeplant / enöe feooe Haar ^Eiclijfeemffe öeiS (gfeangeltumö 5tg tot fee 3dfeenbsp;wegen ; öaac boefeen / enöe bare Heeriikheyd en Eere in fee selbe inbjcngen»nbsp;Spof. 21, usa® bil en feS niet bie lt;0ofeïifee ccre toaar boot men jijn ^e^nbsp;loofee fee 2iluto?itept ban eenig menfclje joiibe onfeectectpen ; gelijfi be ïSoom^nbsp;ftljen boen»^ (Cen anderen, 300 moet fee ï^erbe aangemerfit tootben r samennbsp;met CtJJiftujS ïiaar ï|ooft; toelfe J|ooft toarelib toebomt bie lt;6obIibe €ece,nbsp;^elijhfe ban ben Coning entfangen / en met öem een 0ebjo?öcn iö 300nbsp;ben 3? ooft met fiem Coningen en ©eieficciei / maar in ötm bjecb fee lt;j5obIifienbsp;Cere bepaalfe^ ©ergelpb Cfai. 49 : 7. Zoo zegd dc Heerc de Verloffernbsp;Ifracls , tot de nederige en veragte Ziele , amp;c. Coningen zullent zien ende op-ftaan ; ook Vorlien • en zy zullen haar voor u buygen, amp;c.
IV. nbsp;nbsp;nbsp;fó 00amp; een nederbuygen ban- fee Ziele / in ötetdifie b?oef Depbnbsp;cnbc rcutoe / toaar boo? fee Ziele beeneberb / bct(ïagen / enbc bertepfelfe ite-
^aL42. berj*. 6/ 7—12, Wat buygd gy u neder Ó mijn Ziele , ende zijt onruttig in my. g^efe totteii fee öuptöclacen ooft na te feootfen. Cfai. 58.nbsp;bSCS 5. Zy laten haar Hooft hangen als een Biefe. jj^ergclpli IJSCQ. 21,nbsp;bersi 27-
V. nbsp;nbsp;nbsp;(Cen laatden toerb booj nederbuygen bcriïaan ben onbetgang ban ge^nbsp;.fteele Staten en Conintepen / bic alsS Ceutoigc 25ergen / 3ig berfiebennbsp;ftabben ; toanneer men bie siet berneberb too?bcn tot fee ïgellc toe. Zie baar
ban ï^abae. J J 6. Hy ftond, ende mat het Land j hy zag toe, en maakte, de Heydenen los , ende de geduurigc Bergen zijn verltroyd geworden, endc de Heuvelen der Eeuwigheyd Hebben ziG Gebogen. J^ergclplt
,.,, II ; 23- tlpor.S : 8» en 16 ; 20.
Voegd hier by ’t woord Buydel.
DCfe tooo?bert hebben top t’samen-geboegb in onfetCaale/ ohi be gemeens ftoap bie 3p met maiftanfeeren hebben in fee lt;0c«ib-talc / toant het be^nbsp;bupfe al ’tgrene t’3amen-gebortalt;n en geftrengelö ijf, cen zak metnbsp;Gelds to^rb boo? feit tooo? nnx uptncfe?ufit. Zie Cgt;cn-4ii 35. Een yder badnbsp;den Bundel zijnes Gelds in zijn zak. p^ob. 7-20. Hy heeft een Bundelnbsp;gelds met zig genomen. (Cen anfectcn toccö’et ooh geb2upfit boo? een Buireinbsp;van Granen oftc cctt Garve, Ofte ban ’tonhrupfe oljS l)et nu ban ’tlt;éi?aan isr
aföe^
-ocr page 177-Schatrkaract der Ziiuie-beelden en Voor-beddea. ly ƒ
afijefcïKPöcn «i t’saiwcn-oeUtÉngclö. SEte ^faï. 129* nbsp;nbsp;nbsp;laatfe zijn ai$
Gras op de Daken — toaac IWïJe bctt Mayer zijn Hand niet vuld $ nog den Garven-bindcr zijn Arm, Kotzer. ©crodijEt IBattïJ. 13 : 30, Vergadertnbsp;cerft het onkruyd , ende bind het in Buffelen è'ifnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;8»nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;23»
Een t’ zamen-knoopinge der ongeregtigheyd.
I. nbsp;nbsp;nbsp;tcile verbinteniffe, *t 31» tm (jofbcii / ftet 3P teti gttaljen / ïirt tiooi
een ontoettdiöe 25aiib ban ongecegtigbepb / boaar boo? men t’ 5amen 5bjeccö tegen dPiab / en gefiijs cftJiftn.ö ; öet 5P boo2 een 26anb ban bjaacöcpb enbenbsp;oecegtigliepb ; boen oniS eennbsp;nbsp;nbsp;nbsp;annnitTamp;en alsi een 25u(Tel.
(a) ^ie be befte ttónipbinge. dSpb- 4 ; 3» U benccrÜigende te behouden de eenigheyd des Geefts 3 door den Band des Vredes avvHlt;rfiij) rijf
^eec (ebcnbéö tocrb tx 5afic sclfsi bccölaarb i Co?irtt. i : lo. Dat gy t'zar
men-gevoegd zijt in een zelve zin , ende een zelve gevoelen.
(bgt; gin be guabe bebunbinge sagen ton fjet .üBattft. i3-Capütel/ al toaac be stgtbace öeifie aia een Akker boo2-bomt/ in tocifie ClptftusêS en 5ijtt ^Êpoftc*nbsp;len boo? Ijet €bangeltum Dabben gesapb Det goed 'Zaad; bat tsl be toacenbsp;lt;0:lobigc'.i. jtKaar be ©panb / bat tsi ben g^upbel sijn onkruyd. gn Detnbsp;eerfte en nonben befe niet toe! otüïecfcDepben bjojben / 300 lange 5? boo? bonbsp;25cIpbem!Te ban D«t ?elbe funbament bcc toaarDtpb eenjs tnacen; en be DupcDe^nbsp;laren / bie tn ïjaac üPccre Cfeiftum bcclocljcnben onber be fcDoon fcBönenbe ennbsp;bicpenbc bwoiicn / seben gaitoelcn berbojgen» g^aac na té bten ‘lïnrftfbiftnbsp;ontbebt en aUenglt;Sbcnö meet en meer gcopenöaarb. aSogtansS / om bat ftetnbsp;até boe nog be Djb bcjs «©ogfteiS niet bjaö en Donbe Det 500 ligt niet; sortbernbsp;•fcDabe / en lofmabtngc ton ben 3©o?tcI ban goeb ; «ptgctoepbnbsp;too?bcn. JDaac bit toerD Dceft €gt;ob begonnen m be ï5cfo?matie en fcDenbingcnbsp;ban be öerDe upt Det InticfbiftifcDc 25abcl r ^ijn boo?ficntoDeub be 3aaDe al-300 beftiecenbe; bat ben Hlntitljjift / in Jijn Conciliën / bie snn bunbeté becnbsp;ongetegtigljcpb / en Dcploofc t’jamen-slöecitigen Jijn / 5ig Dceft in een gebonsnbsp;ben ; be ÉetDe «ptgeftooten enbe afgefcliepbeit bie iit beft ^taat in ^cDoobeitnbsp;ofte totdculiere 3toi«n iss f sanwn-gebonben / om nog al bjijöeté bOO? benbsp;aBan ban beefc beebmbftmgen / fcDeurtngen / en aroemiffen in ben g^oiftO-bloer gefupbetb te bJ0?ben j en ban in bc Schuure te bJo?ben geb?agt.nbsp;hielDe Deetbfee iSttrat 3P bCftD?eben baojb upt Daniël iz. ©etp 43. Dan zuilen de Regtvaardigen blinken gelijk de Zonne, 1 in het Coninitrijke hares
Vaders. BergcÏDö 3{poc.2i. en zznt. Capittel. a^aac-en-tegen be 25u(Teté
ban ’tOnftniPb zuilen in den vuurigen Oven geworpen worden j bat té aan
alle plagen bie Ijet CieeftliD 25aöel beb?epab 3ijD obergegeben bjo^cti, Èk Stpocal. 18K Capittel.
II. nbsp;nbsp;nbsp;üet cpnbe ban soobanig een t’3amen3bjeeringe en berbintenifte té den
Buydel 3 f zamen eentn Buidel te hebben ^ob. I. 14. 3^t té bjerelbftDC
j^t / bcgecrliDD^ti öo: ©ogen en bejs ©leefcDsi / alle be ComtiDrijften bec ^Men en Dare feeeriiDljepb. ®cfe 3ün bc aanlotténgen en lieflwfingen bannbsp;lgt;« ^icftéftiftf» loece.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Capittel.
B 2 nbsp;nbsp;nbsp;lil. ig@aac
-ocr page 178-IV. Crt in bat Bundelken der levendigen D^ft Dgt;* baai Ziele OöR Op-gcffoten en t’5ani«o gebonden i^am. 25 : 29. zu %uc, zi : 18, Niet een Hayr uyt u hooft zal verloren gaan. Cfai. 49, ik hebbe u in mijnnbsp;Hand-palmen gegraveert.
De Grammutici, die alle Letteren, en zelfs haaxkens endc-punten, ten naukeurigfte ziften voeren hier een Letter twilt ; of ook de Letter Cnbsp;in haar oorfprong zy een Boek-(laf, die tot het Duyts A , B , Cj.nbsp;behoord s cude meynen dat men over al een K behoord voor een G tenbsp;gebruyken. Het is bekend , dat in de z,atlt;/wyiA*Tale en in andere die vannbsp;de Zelve haar oorfpronk hebben-, gelijk de italiaanfe , ^ance , Spuanft alnbsp;door een C gebruykt word j en dat de K onder haar niet werd gekendnbsp;in hare Boek-ftaven. In tegendeel en hebben de Grieken geen C , maarnbsp;al door een K. Maar de Hebreen kennen die beyde i want haar n 'Caphnbsp;is onfe C ende haar p Koph is onfe K. Wie benijd ons dan, dat wy onfenbsp;Lettet-kunft ende Bock-flaven in die rijkdom hebben , gelijk de Hebreen,nbsp;ofte Joden 5 zoo dat wy defe hare onderfcheyden Letteren ook door onfenbsp;twee onderfeheydene uytdrukken. Hebben andere die rijkdom niet, wienbsp;benijd ons de onfe Om dc C geheelik uyt te monlleren wederhoudennbsp;ons voornamelik defe redenen wcr t$rft het is dienftig, dat wy in die plaat-zen daar wy het Hebreeuwfeh de klank en uytfprake geven van onfe Tale,nbsp;de C (lellen in plaats van hare Ch»pk, ende dc K in plaatfe.van hare Kepknbsp;quot;Zoo dat dit onderfcheyd ons zelfs aanwijft welke Letter in zoodanig eennbsp;woord by den Hebreen gebruykelik is. Gelijk in CaMgt; Culaeh, CaUb,nbsp;Calnt^ Canaan* Oaphttr, Carmel, Cores, Crethi, en veel mcer andere diergelijke woorden. De Letter n Chet in ’t Hebreeuwfeh en kunnen wy ooknbsp;niet anders dan door Cl» uytdrukken. Ten anderen zoo vaid het zomtijdsnbsp;zeer zwaar in het uytfpreken van zommige woorden een K te- gebruyken innbsp;©nft Spel-kunlt. Gc\i]k Cta Maagd Shaken, ontfkaken voox fchaken : fkrijveanbsp;voor fchr'^vers, infkikken voor infehikken, Skalmtn voor fchalmen-, Skoenen voornbsp;Schoenen, kedel i/oot eedel. kierkliklvooi eierhk, kieraad Voot cieraad. Innbsp;welke woorden dc eerfte Letter een. K te (lellen , bederft de gehecle pro-nuntiatic. Keder-boem VOGI: Ceder-boom, l^ijns voot Ci/hs dat is Schattinge.nbsp;Van; hes Latijn Cenjits, Ik we«t wel dat de Grièken dit'woord uyt het:
Latijn
-ocr page 179-H7
Sehat-kamer der Zinne-beclden en Voor-beelden.'
Latijn nbsp;nbsp;nbsp;met een K uytdrukken in het Nieuwe Tcflainent; maar dat
'is een Barbanfmus; uyt gebrek dat zygeen C en hebben. Ten derden dan iijn wy geduurig verlegen in het uytdrukken van zulke woorden die vannbsp;andere Talen oorfpronkehk , het Burger-regt ende gebruyk in onfe Taknbsp;verkregen hebben ; gelijk als Krifius voor chriftus: Knaturen voor Creaturen,nbsp;Kellehreer voor Cetleiriier. Maar wy zullen hier niet lang op ftaan ; alfoonbsp;ook aan de andere zyde alfoo grooten misbruyk gevonden word , in hetnbsp;ftellen van een C in plaatfe van een K iq het voorlte van een woord ; gelijk in het woord Cnegtert, Cragten, Crijgen, en ontelbare anderen van zom-migen doorgaans gefchied. Ik zal dan alleen onder de C yets bevaren.,nbsp;’tgeen door K niet kan bequamelik worden uytgedrukt.
Canaan nbsp;nbsp;nbsp;Cenaban.
lt;gfc isf nbsp;nbsp;nbsp;öc jSoone ban Cham dBfeiKf. 9 : i8. €nbe/ bol^
gêné bc toijfc ban ben ©uben/ toeeben jdfsS be Eanben/ en jeatten bari Ijaren ©aber en lt;6?onb-bc|lcc benaamb / gelijft unt lt;6en.nbsp;blijbt; tsi egtee bcbenbdtb; eerft taaacoin be Hanben/ bte Dctooonbnbsp;en ingenomen jijn’ban bc i^bomelingen Cbaiub/ niet benaambnbsp;toozben ban Haar eccfle ©abec Cham , maar ban 5önen ^oone Canaan,nbsp;hjciftc egtee maai* be bieebe ijS tn be (0?b^e ban lt;£5enecatic lt;6encf.-lo. 6.nbsp;Ende Chams j§00ncn Jtjn Cus, enbe Mitzraim, eilbe Puth ; Cllbe Canaan.
anttooojbe/ bat bit gefc0ieb om bat be ï^cpitge ï§i(io?ie bpfonbcclift toertt-faam ijS om bit Hanb Canaan, ’t geen sibiaijam tot een (Ceftament gegeben biasS/ enbe ört üanb jijncc ©jeembeltngfrfjappen toasi te befebajben / en baar^nbsp;om beö 5elf0 eerfic ©efittee en ^5?onb-be(iec noemb. Cham toast een gemeeanbsp;©abec ban bccfcticpbcn ^oonen; Eoo toel een ©abec banChus ofte be jBoocnbsp;ten/ ban Mitzraim ofte asgpptcnaccn ban Puth ©abec bec Lybiers gt; alé bannbsp;Canaan. iBaac in 3ijncn j§oone Canaan binb gn be bpfonb?e Jpunbatie bannbsp;be ©egeeringe becCananiten/ baat pet meeft ban te fp?efen bief. ccen andreanbsp;ijS 006 beben^ib ; toaacom ben bloeb/ bie lt;©ob boo? Noach beb?cpgb stjneiinbsp;^oone €0am/ op cebeninge bomb ban Canaan ben^oone Chams, ben^ebenbsp;ban ^oag dSencf. 9.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;2?- Vervloekt zy Canaan i ecn Knegt der Knegten
zy hy zijnen Broederen : toaacom nitt Cham jelfsi ©tcbloebt i Antwoord:
lt;0m ben ©ioeb besi te te becjtoacen ; nabemaal fiicc boo2 toecb upr-gebjubt/ batfe niet ©etfoneel joube Wiiben tuften op Cham ; maat obetgaan tot 5ijne nabomelingen ; beginnenbe ban Canaan af. Eie 500 befoebt lt;©obnbsp;bc mifbaab bet j^tbecen in be -pnbjen tot in öet beebe en bieebe gelib. ©cc^nbsp;gelijft gofue 6 : 26, «Sn lïteg. 16 :34.., tCen derden isi be toaage/nbsp;toaacom Cham bie een gemeen ©abec toajg/ niet gebloebt toiecb in jiinennbsp;^one Chus ofte Mitzraim amp;c. Haat jupft in Canaan ,* 2ïnttooo?b, ©m
© 3 nbsp;nbsp;nbsp;bat
-ocr page 180-•f 'S'ö
H l E R O G L Y P H l C A, ofto
bat bit Eaiib een Bpfonbec toneel toae?/ 500 ban a!(e gtubjcfen alö oofe ban alle pagen lt;j5ob3S tot be cpnbiiamp;c upt-coeptnge toe/ boe nu be mate ban liarenbsp;grubjelen en ongercgttgljepb becbulb toasS. ^ie bit in onsS 25pbctó ïlegiftccnbsp;obecbloebig aangetoefen.
®an be Situatie en geicgentöepb/ gcootbcpb en cmtceb (bie maat matig toaet) ban bc Jtijften/ Canaan ten Coften/ ^upben/ en ^oojben (toant tennbsp;a®e(lcn icgb be Zee) aan-gcenfenbci ban bejs 25et:gtti en ©labten;nbsp;ï©ep?en en Sïibicten/ be 5io?bane en 26eelien ; 00b besi jelfei b^ugtbaarbepbnbsp;en bemiabcbbbepb / öoe beebeelb aan be ttoaalf Stammen suilen u 00b bcnbsp;26pbclfc0e iSegifteu?/ enbe pecfCcte 3lanb-baacten obecblocbig bolbocn. ©annbsp;Ccutoen af en binbmen bet selbe 300 een obetmatig b^ugtbaae en plapfantcnbsp;Etanbfbautoe niet; iS bp Itaiien en Grieken-iand en anb?e üanben innbsp;Dbeibloeb ban leeftogt / en smabelibbepb ban ©?ugten / en soetc gematigb-bepb beb Itugtei niet eenö te becgelijben» fCct semmige ban befe bitigen boetnbsp;beel be ssabatiftbe ongcfcBibtfjcpb lgt;an bie |5aten bie get bebjoemn. ïllp gaannbsp;obec tot be jfignwe.
I- Ceefi in ’t gemeen ca»mn ban lt;i5ob aan aiibjabam geaflïgneect en De# paalb tot 3ütt eeciïe 3©oonplaatfe / baat bp alei bkmbcling beeft berbeerb.nbsp;lt;©encf 12 : 6, cn 500 bebb gp biet tbJce Teftamentcn aan te niEcfeen (toantnbsp;öe ^ebuftuure fpjeebt oèb ban Teftamenten «gpö. 2.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Cn bupbe^
bb ban een Oude enbe Nieuwe «©alat. 4. Cap. l^eb’. 9 : 15. Cn ban een eerfie en bolgcnbe ©eb?. 9.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;11—18,; ||et uptnetticn(ïe ban bie bepbe be^
dotib in be 2?eïofte ban toaacagtige / «jèecfïübe of toekomende en ©cmclfcbc Oocbecen^ toelbe be ©eplige iScb?ift meermaal noemb het TeOament.nbsp;Zie 2^am.7 : i6. en 2^am.23 : 4. ©cüj. 13 : 20. i©aae in ijS aan benbsp;©abecen gefebonben Cb?i|ïifö bet beloof bc Zaab/ aio bet ©ooft bet segening^nbsp;enbe in ^m amp;lc lt;!^e|lUbe en ©emclfclje Ciocbecen; bpfonbet be Erfeniffe vannbsp;de Wereld ; en ban alle Geflagten der Aarden w'elke zig in hem zegenennbsp;zouden tétónef.ii : 3. en 13 116, m is : Squot; ^n 22, ^ff. 17/18, ïiom. 4.nbsp;beco ï3. |©aac ; aangeften (©ob bab begoten eerft na een langbuucige tuf=nbsp;ffbcn-fnj?tbe ban Ceutoen bit Ceftament en beo selfo ©oebecen / booj benbsp;i©oob beo ïKibbelaaco te ratificeren Of baft te maben ; bat io in be toaienbsp;002fabe baSïélift te becbullen (en egtee boo? bet «©eloobe in bie belofte be ©abc^nbsp;een safig te maften) 500 beeft bP nan be selbe onbeetoblen bit ganb tet ecunbsp;onbeepatói gegeben? en baat baat in boo? be^eebanbe ^tbabutoen te oefenennbsp;en boo? letteelifte bingen tot be lt;©eeftlibe te pjepacecen ; niet sonbee tufiebennbsp;inftomenbc bienfibaatbepb enbe ^lofe. ^t nu aanlïbjabam en bei©abeeen bitnbsp;g;anb niet 10 gegebe i in sio 3«lfsf om sig selfo boiHe / tttaat in opfigt bannbsp;©ooget en ©cmelftbe lt;©oebeten ; blpt baat upt bupbclift; ©m bat boo?nbsp;Eerft be uptnemenfte belofte aan be ©abccen/ baat gaf be Crfcnifte ban allenbsp;deftagten beo 2llacb-bobemo 3 bat noemb ©auluo be Erfehiffe des Wereldsnbsp;ï5om. 4, $0 13. ^lac nogtai«i be Ctftniffe ban ’t g^anb Canaan alle ©ol*nbsp;Jteren upt-ftoot/ bcfialben sebete bepaaibe jfia-bomelingen 3tb?aöamo/ beo?
be
-ocr page 181-Schat'kamcr der Zinnc-beelden en Voor-beetden.
fee ïinie ban gifah en ^acob cn fee 12 patctaccöen ïwce ftinfeccen/ upt cen feepaalfec amic. tCfti anderen ; (©m feat fiaac feen toacen ^cgcn al toa^ be^nbsp;looft/ eec ?? nog tbiftcn na toatHanb w tccfiten jcaifeen ©ergdijB. lt;i0ienef. 12..nbsp;ntctl^ctj. 11. Cap. ®en derden; om feat ÖP önae 3dfti geen ©oet-ftap lt;Scfe^nbsp;mtïe ofte epgen 25ef« baar in gaf/ maar Jiaat aio ©?emöeangen in öet selbcnbsp;Ö®ifeclbc. ©ergdijft aictot. 7. met ©eb. n^Cap : upt lt;0encf. 23. $0,4.nbsp;en 47.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;9* ®en vierden ; ©m feat fee (©oefecren ban öct jelbe niet en
Itonfecn boltrócn fee fttagt ban fee belofte r Ik zal u tot een God zijn: ^tt ijS een Ceutotg feupienfe ®:i^tient / en ftuïH in bet ^eben en fee «©pftanfeigenbsp;jKatrt). 22. ®!S 52. igu bet (Ceftament ban Canaan 10 beefebjenen met allenbsp;fee.o 5’dftl betganbdibe «©oefeecen. tcen vijfden ; cm batmen gier ^dfgi emnbsp;Ecciipfe 5tet in fee ©dofte; a®ant eerft pemanfe te ftellen tot een erfgenaamnbsp;ban fee 3©crdfe / en alle Cefïagten feco ^facfe-bobemsi; en feaar na aan eennbsp;ganbje bol ©oir / een felepn ftijOken ban fee a©c«lfe in te riipmen ; niet jonfeernbsp;feicntlbaargepfe aan bat 2tanb alö een ©anii; bat benijpt fee bdofte b002 eenennbsp;(Cijfe 3eer. gia (om bp fee gdijbenilTe te bltjben) 't 3lanfe Canaan to 5dfO innbsp;bic tijb/ toanneer fec©panamp;fcfiap/ en mifefed-mnpr fecoaffegepferdo toao ber-b’Often / een Maane gebjceft / feooi bJelbe (alfoo 5? tuffdjcn fee Êonne / enfeenbsp;fee 3©erelb in guam te (laan) fee 3elbe a©a'dfe ban bet ligt ban fee ^onne betnbsp;geregtigbepfe/ nog niet bonöe befcljenen tooifeen ; abfpeculeer niet Dnftigtdibnbsp;iiogte onlKcmabeüb op 3ïpocal. 12, i. gfeer neem 3ijn boo?3iotig gcbwpbnbsp;boo2 fee toe-paffinge. ^e öerfte tooib berligt ban boben (war hooft. (©ec=nbsp;gdijft gioan. i. 30.0 4..; feoo? fee Zonne ft. ^e Mane ban bdHanfe Canaannbsp;bail bP onöct bare boeten : tetVapien lagen fee ©epfeenen in fee feiepfte fennftecinbsp;nifTe/ onöer fee jlBaane jclfts/ in ben mf-gconb ; boe 50ufeen jn fean fee Eonnenbsp;geften hebben öie fee ©loutoe berligtc/ Canaan öe iBanc öceö die Ecciyp-Icren.
11. (Ooft tó Canaan niet allcctt tett panfe ban fee bdoften geteeeft; maat boo? fee (©dobigen een Eerfteiiing ban fee jdbe bdooffee dBoeöeren ; albaarnbsp;iö Clpiftno gcboicn 4 in bcjo jdfst gfanii-paicn fteeft bP alfeer-eerft gtt Cuan^nbsp;geliimi becftonöigt enfee ’t jclbc feoo? jijn Jiisicamkn iSoem-rugtig gemaaftt/nbsp;albaar tei feie Heere geftomen tot 5ijncn Tempel jnaaleacg. 3 : i. (Coe ijSnbsp;fjcrufalem bwrelift getoojben een ]efchurun (laeut. 3^) bat iss feie ben ©cerenbsp;ne5ien beeft, tïlfeaar isr bp alö bet toate ^oen-offer op-geoifect: upt bennbsp;feoofeen op-geftaan ; in ben ©emd op genomen; en ban baar bteft ÏP 3önnbsp;l^epligc (0ceft uPt-gefloft ; enfee albaar 3ün bdb gebooiben fee Ctrftdingennbsp;ban ^oöen en ïgepfeenen Cfai. 2.3amp;(T. 1/2/ 3/4. ©fiilm87.®flr.2/ ? /4;.nbsp;3©acdift ijS boe jcrufalem geworden des Heeren Throon ^item. 3.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;17..
lt;Ce regt mag ©aulujS ©om. it. fee Sloofeftbe amp;ecamp;e aljï fee Eerikling bei: Igepfeenen aanmeeften.
111- ^at iss fee tefeen/ toaatom fee©afectcn bic fee belofte ontfangen ftafefeen met 3«Jh een teamp;cten en Hertelifte Itieföe feK Etanfe ombdffe beööen / 500 bat
m
-ocr page 182-t6o
H I E R O G L Y P H I C A , ofto
3P öaw g^ooiis? ssemtoen altia.ic öeöö«tt B» (Ceffammtc Bcbolm te betjrs^ Urn ; öaac fiet anöecis ontetfcBiHenb toaö in toat 3tacbc ^ooöc hompen Dcöcilbcn toteeben. gigt;aawm loasi bu booj Mofc ehbe Aaron fn aivnbsp;bfcc bic gebaUen bjaccti in bc ïlBocftiinc/ 500 atoaren ïfeifïybinge / batfc metnbsp;Date ©octcti bat Eanb niet mogten betteben g^eut. 34 : 4/5. #m ooft nognbsp;ai300 bOD? Baat lt;®oob bie lt;©cffeninge ban Baat (0eloobe en bectectinge tenbsp;Bebben/ enbe Bet ï|epl ban lt;0obiï ©olft te sien.
I V. 3©ijbet0 Beeft Bet toOOJb Canaan» Canaaniter, (STale Canaans, een tbjcebeclpc en seifjs tcgcii-geftelb gcbjupB in bc Icplige ^cB?iftmice. ^omtiibs
toecb / be Tale Canaans te fpreeken , cnbC tC zweeren by ben J^ame bcsi Heeren der Heyrfcharcn (^fai. 19.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;18.) gcnontcn bOO? ben gantfcBctt
jnpbecen (j5obö-bienil in lt;0eloobe en^eiijbcniflTe te «©effenen en te ©ecBonbigcn. ^00 te fpjeeften/ niet afó be ^BiBdijnen tot Afdod fpzaBeti/ geJijB boen benbsp;2CnticBJiflifcBc PBiBffeen / toeiftec ^tBooiaftiBe €ale en fbelc i^BifofopBie/nbsp;en g^ecceten Bacet Conciliën boot CiobjS ©olft/ bie be €ale bcö ïiepligcnbsp;Cieedö gcbjunBen gantfcB !25aebaeifcB iis ; maac geltjH .ïiBofesf en be pofetennbsp;Bebben gefptoften ; tectoijl in Canaan alleen bat ÏÏigt toasS ontfteBen / en benbsp;ï^epbenen jaten in bifiBe biipflecniffe. ^omtijbjS; toanneec baat gefien tootbnbsp;op be onBepIigBepb en gcutoelen bec Cananiten , toaarom w upt naac 3lanbnbsp;5Bn beebteben ; en Baac fcBabeüfee bermenainge boo? giftae! / toecb boot eennbsp;Canaamjt beeftaan een onöepbge een ontoebccgcbotene / bie 3ig upterlift tot bcnbsp;j^erftc; Boe toet met Baac gcoote fcBabe en aegeeniffe boegb : toelfte Canaa-niten C5ob cenei in Bet iaatfie bec bagen 3 toanneec 3tg bc geffaltc bec ïiccBcnbsp;gcfiiphect beitoonctt 50ube / ban Baac 5onbe af3onbccen. EacB. 14. ^ff, 20/ 21.
Ten dien dage zal op de Bellen der Paarden liaan re Heyligheyo DES Heeren. . . . alle de Potten in Jerufalem ende Juda, nullen dennbsp;Heere heylig zijn. .... Ende daar zal geen Canaaniter meernbsp;2 Y N IN n E T Hu YSDES Heeren DER Heyrscharen, tennbsp;dien dage. ©CCgcIijB SBattB. J3* ®(T‘ 41^4^/ 43» l^fat. 6o t 2l, g^antCl 12.nbsp;beeff. z! 3*
ten
1^ een toecBtnpg ban ciecaat; met koelbc be Bbofben ban Eieben/ bie men bc Boogde cccc toil aanboen / omblogten tootben 3 ’t 3P ban toegen Baccnbsp;baaben en Bdben-duBften; gelijfe bc obettoinnenbe ©clb-Cbecffen in bennbsp;Bcijg ; en bc iBamp-begtecsi in Bet ï^amp-belb/ en be JiBeedec-loopecsi in bcnbsp;loopbane: ’t3P ban toegen Bace tempten en Boog-toaacbtge bebieningen ; ge^nbsp;fijö bc Coningen op bie toijfe met douben Ccoonen ban g^iamanten ingelctónbsp;toeeben gcBcoonb} toaac boo? jig be feepfecsi met ingeblogtenSauciecen plag?
-ocr page 183-Ktt te bmtem/ om öc altooiS tmucmDc «i jrftoaanöo onbcctodftdtfie ban 0aac Scgecrmgc af te maaien.
I. nbsp;nbsp;nbsp;g^efe op Chrifto onfen eenigen Coning tóegepafi / Bciatpö ectfl amp;enbsp;(a) eeutoigliepti en onbecganSeiibliepb ban 3ön Conmbnjfte / baant nietnbsp;Quaiib isS öet ban scmmtgcn aangemccftt; bat in een ronbe-Bring bic allestnbsp;omgeeft geen begin nog epnbc en iss; toeibc benben in alle anbece liniennbsp;plaats öebben. ï©efe 5cibe 5abe beeft ooft piaati^ / baamieec gp ftera metnbsp;een Ctoonc ban grome en onbecbieiftciifte Stanriecen geteoonb nanmeeftt.
Sie ^fai. ai. ^045. Gy komt hem voor met zegeningen van het goede; op Ziju Hooft zet gy een Croone van fijn Goud : Gy hebd hem hetnbsp;leven gegeven ; lengte van dagen ecuwiglik ende altoos. ©ecgeljjftnbsp;89:30. boo? al Pf. 132: I'S. Op hem zal zijne Croone Bloeyen.
(b) (Cen anbcccn bebupb 5ijne Croone ban Goudeja ban fijn C*ouamp; bê oncimbige boaacbigijcpb ban 30nc acmpten / ban boegen ^^eefoon.nbsp;^fal. 104 : I. Jehova mijn God , gy zijt zeer groot , gy zijt bekleednbsp;met Majefieyt ende Heerlikheyd. JDctgelijft i^eb?. 1:7.
( c) ^ijti bcerbfeen lïaat/ bic bp alp lüliïöïelaar/ boot 3nnCp(fanbingc/ l^cmd-baatt / en 5itten aan töobsi iSegtcrbanb aangenomen
©film 8, Gy hebd hem met eete en heerlikheyd gekroond. ©ecgcUjft %b?.2 :6. ^00 fptceftt be i^epiige lt;0eetl ban Ijem/ na bat bp be twede-maai in bc jBarelb toiccb ingeboeeb. Cc^ btoeg bp iP bè 3©etelb eertnbsp;Doorenen Croone , maat boc bp aljS ccn niettó ^cb^fcl be tbjcebc-maatnbsp;boot 3i)n ©pflanbinge in een nteutoe (laat / tn een nteiibjc a®ccelb / biiecbnbsp;ingeboerö / bJierb öem een Croone van eere en Heerlikheyd Op fict IfêOOftnbsp;gefet.
r d) ©ob toitb öp gebcoonb ban be ;§tbate tnbe bring ban 5ijne ©c' loobigen/ bie j^m conbsi-om omringen. €nbf befe jijn de Croone, waar
mede hem zijne Moeder (bC ïïecfte) Croonde op den dag zijner Bruy-loft ende vroylikheyd zijnes Herten Cant. 3. ii. ©crgelÖft b002 af Cfai. 62. $!S 3.
II. nbsp;nbsp;nbsp;3cne be crme» bie te bojen in bet lt;0nbe (Ccjïament op bc i^oofbennbsp;ban be Coningen 3ijn geiïelö / 3jjn of ban ünbeyiige, ofte ban üfurpa-teurs en iïobccö gebiagen/ ofte 3ijrt Voorbeelden ban bie toaaragtige/nbsp;ceubJige/ bafte / en beflenbtgc/ ontoiarbecrlifte/ en altoosi blocpenbe Croonenbsp;SBefn Cfpidi. Ccn oiiljcplige toab ^ul bc ecrjle onber bc-Coniiigcn bienbsp;be Croone btoeg. Ccn Geroofde toaö bc Croone ban cpb?aim ofte alle bcnbsp;Stammen/ bie 3ig ban Jeroboam afban ’t Jiiipjs Davids babben afgefon#nbsp;beet i bat isi bc tbien stammen i boclber j^ooft-jStab bes gebiebs bias
bamaria Cfat. 28 t i. Wee de hovaardige Croone der dronkenen van Ephraim. 30ctS3. De hovaardige Croonen der dronkenen van Ephraimnbsp;zullen met Voeten vertreden worden. 3©ÜiKrS/ baifc niet groenen nogtc
f nbsp;nbsp;nbsp;faloepen
-ocr page 184-tCz
Woepcn 30uïie/ toiifl ft» aan booi öc (jclpcnijTe ban ccn afvaiiendc Biocme. g^cn^ccptec cn beCcoone 5ijn een Regaal ban bc;§tammejuda («©en. 49.)nbsp;ftebefiigb in get lupë Davids 2^m. 7, en ©fal* 89. tllfoo bat alss bcnbsp;3elbe joitbe toaggeien in be 5Fa»titüen / en op be fjoofben ban onftepiigenbsp;©eifonen/ ban baacWijamp;elth toaö / bat Cbjiftuö bte oBeeflelib cn in koaatinbsp;0epb ?ouöe aaitnemen» ©ecgelöFt ^3ccD»2i ;24* Ende gy 0 onheyiig godloos Vorft Ifraels. (©eegclpb Zedekia) ©ccsi26. Alfo zeyd de Hecre,nbsp;doe die Hoed weg, en heft die Croone af , defe en is de zelve (bat tjSnbsp;be eegte) niet. . . . ©CE0Z7, Ik zal die Croone omgekeerd, omgekeerd,nbsp;omgekeerd , ftellen j ja zy en zal niet zijn, tot dat hy kome die daarnbsp;legt toe heeft (bC ^ÜO) die ikze geven zal. ©Ctgclijfi ^acD. 6:13,
III. nbsp;nbsp;nbsp;Alle cerlike ftofFe van eere , heeilikiieyd en roem tsJ CCn Creone
heyd , die zal uwen Hoofde een aangenaam tocvoegfel geven , en een cierlike Croone zalfe u leveren- lt;ïEn Cap. 12 t 4. Een kloeke Huys-Vrouwe is een Croone hares Heeren. Ctt Cap. 14 t ï8. De kloekzin-nigen zullen zig met wetenfehap Croonen. lt;©0ft 3elf3S bC rijlibotn bicnbsp;0002 bengb beiftcegen isi. ©erjsi24. Der wijfen Croone is haren rijkdom;nbsp;^00 ooh ben ©ubeebom tipt öc jdPc oo?fate.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;16 : 51. De gryfig-
heyd is een cierlike Croone j zy word op den Weg der Gercgtigheyd
gevonden, goo ooft bc gabc bail (©objaligc en bjei bacenbe Éinbecen. ©20b. 17 i 6. De Croone der Ouden zijn de Kinds Kinderen j cn toCinbsp;becjijbsi de Vaderen zijn het cieraad van hare Kinderen, ibid, «©c
IV. nbsp;nbsp;nbsp;Cpnbelift be Triumfe die een Regtvaatdige Perfoon , ofte zaake
30b 31. nbsp;nbsp;nbsp;35/ 36. Og of Ik een hadde die my hoorde : mijn OOgmcift
is bat be ^Imagtige mp antbJ002be / en bat mijn tegen-pactpc een Boek
Ichrijve. Zoo ik het niet op mijn fchouder draage ? Ik zoude het op my binden als een Croone. ^ie ‘JCpOf. @0 ii. en 7 t 9*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;'55at nog
Schat'lcamef der Zinne-bétlden en Voor-beelden. i6]
Dlt;gfe Cufch tsï oftoecft m brni Cham, entie bad u cfrile tiv öct te bier / tie alö Stammen ban Jön «0c(iaate m te ïtnte bjectmnbsp;genoenib ^pencf. ïO.bf.6. De Zoonen Chams lijn Chus, ente Mitz-raim , ettte Put, ente Canaan, ^aat OP gaat W be daalende Knienbsp;too? chns. 3^cc37. lt;!cnte te ^oonen chus 5ijn Seba , ente Haviia, entcnbsp;Saptha, ertoe Raema. ©ojg tp tefcn ooft Nimrod, tie ban boegen jijn gc^nbsp;toeitige bcecfclKipppe afsonteclift gdiagt boojt. l^iec upt ib ons bebent ge^nbsp;bJO’tcn too2 tcegdijbinge ban antcee pïaatfen in te ^epiigc ^cb?ifteiVnbsp;g^at te Mooren , tie tc ^uptcr geboeften ban 3Cfcfca Debooonen entenbsp;jtoart 5ijn/ Cbains i^abomelingen 3ön: 3©ant too? Chus b)0?ten openbarnbsp;CClift stootten beeftaan. ^ie gerent. 13. (bff*i3/-24» Zal ook een Moorman ïijne Huyt veranderen ; ofte een Luypard xijn Vlekken; zoo zuidnbsp;gy-L ook kunnen goed doen , die geleerd zijt quaad te doen. ^efC
3iBoo?en ofte Cufchitcn, eet* 3P nog te stoacte ©ertoe (lattenaangetaan/ 30» bupreh ttofjfbl fioog na Oet Ëupten op-getrobbett / ente {jetben 5tg bannbsp;Mitzraim Egypten aföcfontect; mifTcörtn om te selbe cetenen tie in lietnbsp;fligten ban ©abplon tufTcSen Nimrod entc AflTur 3i)n boo?gcbaHen. ‘ ^ooinbsp;rut beeftaan te mccrteti be aant-(lcefen banLybica ©ccgelüft Recent. 46.nbsp;beeSg* t’kanten ^uptclihe öeeteEanten; Sub zona torrida, ontectc verzengde (Ireke. Canaan taar en-tegen gat 3ig netecgefet in tat 3Cfien;nbsp;toaac ban in ten ®itei cana^n is gefp?often. jiBaac top senten (sonteenbsp;ons bertec ïitee in te bcrtóaren) ten Éeser tot te bcrmaartfïe ceographinbsp;ban toclte in befe róleerte dJeutoc geen geb?efi iS.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;_
g^it nootans en liumien to? niet ongenteebt boo? bP laten gaan. xoni^ inigen Oebben 3ig tngcbeclb / tat ban tc tjit af/ tat Noag sijn ^ooncnbsp;Cham beebioefet batte/ fip ofte sclfs aanfionbs ban Colenc becantect ennbsp;Stoatt getooeten iö; ofte tic tit al bcrtoccpcn gclooben nogtans/ tat ticnbsp;stoacrticpt ih te ©ertoe ben na-bomdingen Cïjams / too? Chus getecitinbsp;baar ban toegen tien blodi nateröant is obergeöomen en aangefet. ^ognbsp;!J{i ftan tat niet gclooben: lt;0m bat/ intien befe, 3toattamp;ept aan ten bïoeh/nbsp;entc niet aan (jet Cömaat ban tc Hngt/ ente ten aart ban bet Sant falnbsp;tocctcn toe gefc{j?eben / men tan bed eectcr sontc moeten seggen / tat allenbsp;tc canaaniten stoort sonten moeten sijn/ (tie nogtans alle blartk sön)nbsp;natemaal ten blodi iS gegaan tooi te linie ban Canaan , en ober pem isnbsp;uptgefpaften ; tc reten taar ban is ban ons in tic ®itd gegeben. ^©aacnbsp;bP bomt / tatter narttdibc retenen genoeg sön om tese stoartljcpb eertnbsp;oo?faab toe te toijfen. jjBen sict/ tat tefè stoartiglKpt / in te ©olberettnbsp;in te 3©erdt aiicno^ns toe-neemt en af-neemt i^t twedeiey oorfaken.
% z nbsp;nbsp;nbsp;I. ©an
-ocr page 186-164
HIEROGLYPH ICA, oftlt;Lgt;
I. JDatt bJk'gcn ijc hitte dct Zonnc toaac booj jp bcitjanït cito UcciCtigSr toojhcn ; m bat toebecom aflenosben^ met be tjjb; laaiit; geiijii l)ct
fpjeeh'toOOJb jepb repente fit pejfimust niemand word aanftondsde atder-
vmoodde ; affoo oofi til btt gebaf. Cham toasi buPteti-affe thJijftf immersf bee ttog Wanb/ toanncei: W Canaan (ban hjclfte Noag tn jijn bioeft fp?echt)nbsp;al (ange getoonnen Ijabbe». 3©at 3b3actbepb fionbe Ijp bog bte aan5ettemnbsp;Chus toaei nog oubcc en be albccoubtlc in ’t iSegtdcc genoemb.nbsp;aanftonbsi ib gcblelten; Doc fionbe bte aangonbb stoact jgn getotuben i 25?==nbsp;Italben bat obec Dcm ben bloeit niet bjab upgefpjoofien. j^aac alfoo Chusnbsp;ib bectcofifteg (toel miffcDien boo? Woeft Arabien, nabeefianb Kedar bannbsp;toegen be sbjaetDepb ban 5ijn bjoefle ^nhjoonbecet genaamb (lt;0encf.2: i?.nbsp;Cant. 1:5.) Crt baac ban baan gcloofftfi booz Mitiraim ofte Cgpptcri)nbsp;(toelficïsi ^bjoonbccö/ enbe aan-geenfenbe Jöolfiecen/ nog fiebenbaagsi eennbsp;5toacte Couleiice Debben) enbe baac ban baan tot in Det biepde bangpbten/nbsp;ofte |l§oo?en-Iartb 3ig Deeft ingeboefemb ; 300 Ban men be reben ban befenbsp;3b3actc ©ecbjc/ bie fiaac allengeftcnsi met gcaben en trappen iss aangc-feomen t gelp be ©ertoe allengoftensi in be mollen Eafiencn inbeingb ;nbsp;3eer toel agterfiaalen. t©og 3egGe pemanb ; inbien 3ttlfib ban be toanbenbenbsp;Ditte ban be Morale Bomb / bat een jSatie 3toatt ib ; toaarom binbmennbsp;ban onber be Middei-iyn oofi blanfie juaenfcDcn i gifi anttooo?be bat onbecnbsp;be Tropici mcec ï)itte tö ban onbec be Hbtbbel Hlfine Linca iEquinofliahs:nbsp;3®ant onbec be eertte fiebb gn nog 12 uuecn l^agt/ 300 toel als 55ag.nbsp;paar onber be ttoeebe beb Eomeeb beel mtnbec 39agf. g^og men boebnbsp;inftantic; bat w atfieii eit aitbere Sanben Manfie ©olfteren gebonben too^nbsp;ben in paatfen/ bte op be 3elbe fioogte leggen / op toelfte be ^toarten innbsp;9{frtca tooonen. 3©p anttooo?ben ecrü bat oofi in^cftica^toacten gebonben
toO?ben. ^p 3eggen (zie Mr. Sanfon*d'AIbeviIle Geographe Du Roy)
bat befe geen ^atuucelifie SCfiatifcite ©olficten 3i)n/ maat tint 3fifrica bber-geftomen. ^og met toat 5cfierDepb en Ban tfi ntet jeggen/ batfe bttilaanbe Douben. iUaac fioben bit alleei ten ttoeeben 500 Ban liter toe ftragttg mebenbsp;toerficn een ttoeebe oo?fafie/ naitteltfi-be 5Satnutc ban fjet Hlanb 5elf)S,/ innbsp;toelfte bie i^atien tooonen ; best 3clfiS b?oogte/ ^ulpfiec-agtige en ©erg-agtige iipt-toaar3emingen ; ^ilrtgDepb geb?cfi ban a©atec enbe ïïcgen:nbsp;beegiftige Slegenen ; Eee ofte Üanb-toitojen / en mcec anba'e oo’faficn.nbsp;3Baacom getupgen onis bupten tegen-fp?aftc 3ijn/ bte ’tonberbonben Debben/nbsp;batter Sanben 3tjn bupten be SlIfrifiaanfcDe getoeflen ; ia becre baar bannbsp;baan / bie niet ban stoarte/ en nogtanb 3eec 3maftelifie igoenberen bo0?t-beengenf 'tlt;©een egtec oofi een 2Jrgument tb ban toelfte 3ig Btimten btenennbsp;be geenen bie fiet met gemelbe 3fiuteuc Itouben. ©et i.ö ones genoeg Detnbsp;afiupjS toebeclepb te Debben ban be geenen bie mepnen bat 311111$ ban toegennbsp;ben bloeft lloagis ober Chus sijnen ^oone en niet eecbec ober Canaan ?oubenbsp;3ijn toe-gefiomen. Cpnbelifi fiomb nog een 3toactgDepb boo?, ©oe Betnbsp;Bomb bat onfe cwopeerjs oofi met stoart tooeben/ Doe lange 30 berfieecen
in
-ocr page 187-tn ötc ïanben bec Negers/ ofte Etoactfii; geJp bic rjaac 'tn Guinea be lt;i3oiib-ftii(l ontftoubcrt fc. ï©p anttoijoeben/ bat booe be lanftRepb ban tijbnbsp;julftb nioft toetben onberbonben / en bat tot bie ecbaccnrtienb beele lt;6c^nbsp;flagten en Sinten ban (jSenecatien nobig bjacen. gmnicc ijoeijet ?p/ tö’fcnbsp;geen ceben tnaarom een jbjart nacnfcb nieec becbloeftt soube «jn alö eennbsp;blanbe / 300 toepnig aljS een 3b3act fóocn ongefonbec en onfttiaHeiibci* af«snbsp;een blanlu ©olt 5ien top toanneec ttoec/ bepbe ban be Cucopeefcbe en toelnbsp;be tóanfefte onbec baar/ in ©od-^tbién binbecen getoinnen/ be 3elbc bin^nbsp;beren een booge (Cincture 5ctten ban be ©ertoe ban bat Sanb. vDog topnbsp;bonten bottebb tot be ^aabc.
I. i©e Gufehim ofte Möoren 5bn ban toegen bare onber5etteIibe ©er* toe/ bie twen booe geen mibbel ban boen beefebieten ; al500fe bien Sanb-aarbt aan-geboeen itf ; alö mebe ban toegen be toalgelibbepb en af-febutoes^nbsp;bbbepb ban baw gefialte/ ban toegen bie ©ertoe een 3tnnebcelb en bannbsp;oit-bgt;cbcr-gcb02cn/ enbe in bielt;0eetlbbe toangeftalte onberbeterlibe menfebettinbsp;bie men 300 toepnig ban beranberen/ aio men bc^npt ban een j©oo2-martnbsp;ban beranberen. «©e ©^gf^t bertoiit ben ongelobigen ^oben bare af-ftomgcnbsp;en geboojte v al feboon bie ono allen gemeen io ban Jamuren v om batfenbsp;nogtano in baar boo2 be genabe niet en io af-getoafien ten aanfien ban benbsp;(tcaffe en be Oeccfcljenbe firagtbie öp Beeft in ben^onbaar/ enbe bergelBbtfenbsp;bp be bitlbjcn ber JKOOCen ; 2CmoO 91 Zijt gy L. my niet als de kindrcnnbsp;der Mooreu ó Kindren Ifraëls fpreekt de Heerc ? En hebbe Ik lïraêlnbsp;niet op-gevoerd uyt Egipten-land, ende de Philiftijnen uyt Caphtor, ende
de Syriers nyt Kir. jfeen moet ooft aan-meefien / bat bie j^atien onber een 3toaar lt;©0Jbeel (0obO/ tot in be taatfle lt;eetoen toe onber ben blocb getoubtnbsp;leggen/ alfo 3ecc traag eenige toepnigc onber baat be Jgeisnigc ^artamentennbsp;ber öctbc ontfangen beöben; enbe CB^Uo 3i)n ingclijft. i^ace Sanbennbsp;3nn 3eec ontoegangeitfi te becepften : Bate Eeben sijn 5tec bccb?emb bannbsp;alle menfebliftbepb ; en in baac 3ietmen een 25e^agtigc a©Ocfl:BePb trtnbsp;manieren ; en etn berraberftbe 3iBoojb-babigcn start. ®c Saraceneii, bienbsp;BatE na aan-gtenfen/ Beböen Baar boo? be (©^utoclcn ban te Seecc bannbsp;Mahomed, nog bjgBcc bfltt ’t CB?i(ic«!Jom bertoeemb/ aio of 3P nognbsp;%pberten toaren.
9[n tegenbecl ooB bes? fitten een stob^lKtlb ban be 252npb?
f 3 nbsp;nbsp;nbsp;em
I ï. Eepben top bat bcrïKttbe cn onbefieerlifie ^onbaarO bp,iSoojen ber^ gelcben toojben. ®oo? bit 3innebeelb toerb Saui af-gemaalt ©f. 7: i. Gufchnbsp;denSone van Jemeni. bwo 5!«miniiO Eonc; en ben gantfcBen inBonb'nbsp;ban bie ©falm/ 300 in be befcBjöbingc ban 3i)n 3onbe«/ aio ban gijn ©la=nbsp;3^ totjfb ono op Bern : IP nn toerb albaac Gufch genaamb/ bat io bcitinbsp;3H300J; toel 5toart toerb BP boo? een bebeftte fp?eefi*toijfe albuo af-gemaalb..
III.
-ocr page 188-Êtt öêltWeHte giefu nbsp;nbsp;nbsp;€an^ i. ©JS 5. Ik ben zwatt , dog lieflik
gy Dogiers van Jerufalem; gelijk de Tenten Kedars (Jtjtt) dc- Gordynen Salomotts. Crt 5CCC 30Ct fj^CUlWCCtl 06 Hicroglyphici OtlteC 06 lt;0Oamp;-gcfó6Ci
tim/ op Set gebal ban |Pofe0; bie jtg tot een 25jgt;-toöf genomen Bebbenbe ^-ippoja een Cuffitifche baac obec ijefrig ban Miriam 3ijn s^un^-bjoutanbsp;toierb bebebcrt t befe af-Doe-toel niet af-bomtltg ban Ckam maac upt Mi-diam (jBïob. 2. jöjS ü» 3®ecb nogtanss een Cuffittfcfjc genaamb ; bannbsp;toegen be na-biuttfcBap ban bie igatien en (gelpt bobcn gcfec^ to) om baenbsp;be Cuiichiten boo? '^gpptcn cnbe 3©oefi: ^cabten/ tot in b« biepfie ^eeiennbsp;Lybie jpn boo3 gebjongett / niet aanflonbsi/ maat* met beiloop iwn öiöen.nbsp;^it toillert 5igt; bat een booibceibCibiflt iet getoeeif / bie ooö ban be^oobfcDenbsp;^nnagoge 3ün Wijf Deftig i?s becbolgb en betteifi ban toegen be 5toattiOvnbsp;JDepb en toangeftaite 3iinct: ï^cDe; om toelbe ceben 5P ooft boo? een tpb eennbsp;Anathema iö gebjecft; gelijft nu be 3oben / ban toegen fce ©lage becnbsp;jiaelaatjSBePb genoobfaaftt 3i)n Jifii af te 30itoen. ïftet tonsi ban ntetbantoes
gen be ttoifi obee be Polygamie, bie toe 300 gemeen toass/ batfe geen fioffe an moepte ofte ttotd fton becfcDajfen; maac ban toegen be becagnngenbsp;ban bie 3alutoe en 3toactagtige ©ectoe. Zp mod ooft nacfeoi in befen alssnbsp;een ©ajdet en 3tnnebeelb ban ftoogec bingen ; al fcOoon 3? bie niet ftonbenbsp;nog Doefbe te penetreren/ Debben aangemeeftt/ enbe bie niet en beebe al^nbsp;onber een nautoe ommegang met 45ob.
IV. lt;0ob Beeft onbcctoijleii bie ilatien niet natttfcBeiift bccdootcn/ nog 3P 3ullen niet tot Bet epnbe toe onbec Bet fteubenbom/ ofte be btoaltngciinbsp;bec i§acacenen en (Cueften Wpben leggen. lt;0nbee be genen bie be «öerdcsnbsp;Bngen 3pn getoeed ban be i^benen bie boo? Bet »Cuanceftum bc i^erftenbsp;3ijn ingelpfb/ toceben 30 ooft gemclb ©1111.87. Zie de lyrlcr, Paleltynernbsp;cnbe de Moor defe is aldaar (in ^tOU) geboren, flfrtbe 3ftt. 2Cap.nbsp;toerben Lybiers, bte Dp Cyreaen leggen op-getclb. Cen 5idudec eicempelnbsp;BieC ban toast ooft ben Moorman, be Kamerling van de Koninginne vannbsp;Candace 3{ct. 8. ijBst 27. ^te boo? fec ©?ébiftinge Philippi befteei'b enbenbsp;gehoopt toieeb. ^1500 nu in befe laatde ttjben be gioben in een ontelbarenbsp;menigte onbec bie ^atien 5ijn bccfibepb / 300 bectoagten top bat toanneecnbsp;be bolftepb bec ïlepbenen eenst 5al ingaan ; ban ooft be 3Clbe ^alig 3ullennbsp;tooibcn. ^efe nu alleen 3ijn be bingen bie biendigd Bwen geagt om totnbsp;iie letter C. te ö?engen.
Schat-kamcE der Zinnc-beeldcn cn Voor-bedden. iCr;
«ÊcfcRtpïiemItfe tewrb bit tooojbop-gtmmtn/ bcaïbfc-cpötntlifefïê ücbupbin0c tsi (iHe bte töb / tn toclfie be Zonne becljebcn issnbsp;tioben onfe Ralbc ,§pamp;eere ofte boben onfe Horizon : ^it bpnbsp;mp ben natimrliften qi tcgen-Qeftclbc jgant Dies naturaiis.-Eoititijbï! fbpbfe 3ig in ttoee gelijbe 5amp;ecien ofte ttuee maalnbsp;12. uten/ geinftfe 5ig in ben «gbenaac ofte iDibbei Einpe Reeft/ enbe jignbsp;aan onsbectoonb ttoee maal besi ^aarsi in be ^ente/ cn in ben ï|a-ft/nbsp;toanncecjc ober be gantfclie Slacb J^ïoot isagt cn '©ag eben lang maaftttnbsp;ontrent tedfie l^erft jommige meimen bat in September be ïDcrelb joubcnbsp;3ön geffljapcn ; maar om jecr laffe rebenen ; toaarom top be selbe nietnbsp;eenss aanfialcn. ^oo Rct 300 toa.0 / 300 toasf Rct ooft toaar bat in bennbsp;jeeginne in alle gleden bati ben 2ïacb-bobem ben ©ag en jsant eben langnbsp;50iibe 3nn gctoccfl; maar bat 3onbc in be Ecnte 300 toel pfaato Rebbennbsp;ató in ben 3©at rap aangaat ^ft Roube boo? ben natuurlijken ©agnbsp;Dies naturaiis, alle be tijb w bJclfte pettiKmb/ toaar Rp ooft tooonbRctHigtnbsp;ber gotwe geniet/ en ben i^agt alle be tijb in toelfte Ret bp otiö bupficr io’.nbsp;lt;Ên bat ftomb met be l^fto?ie ban be ^cReppinge bie be albct-natuwtlibjle
10 ober ccn©enef. I. God noemde het Ligt Dag, en de duyfternifle Nagt; doe was het Avond geweeft, ende morgen geweeft de eerfte Dag. l^t
10 Ret eetffe nbsp;nbsp;nbsp;ban bter-cn-ttonitig iiiiren/ alfoo bat bit 10 een
facbatenbc mamere ban fpjeeften in Ret tooo?b Dag. cnbe 500 Reeft «tsob in 6 Dagen Hemel en Aarde gefchapen. ^00 CCtt ©ag tocrb bfltt Ret
«ebelfïe bat i0 Ret ligt benaamb; enbe ben j^ajjt al0 een ann-Rangfel ban ben ©ag aangèmcrftt. 5in be Eanben baar be ^on na be Tropici langernbsp;Of ftojter bagen maaftt Reeft een Burgeriike ©ag piaatft / te toeten ; nl0nbsp;men ben ©ag enbe 5^agt ban bier-en-ttointig uitren/ in ttoee lt;^galc ©ec^nbsp;Icn fnRb/ Ret 3P ban bc SSonne cerber ofte laater onber. gaat. ^00 3cgbnbsp;CRnftl!0 ^n. quot;ii. (300 9. Zijnder niet I2 uuren in den Dag. JBaaromnbsp;ooft begoben cen©ag onber Raar / na l)ct25iirgerlifte in 4©celcti (plit3en;.nbsp;bie eerde unre begon ten 6 uuren be berbe ten9uuren/ be feftc ten 12uurennbsp;bc negende ten 3 uuren / be ttoaalffte toa0 bp Raat onfe fcfbe uure be0nbsp;3lboi^0 j bwnt top onfe ©agen na be fioomfcRe SeReitinge ban ben
mibbec-
-ocr page 190-i6S
HIEROGLYPHIC
ofto
niiïjïia nagt tdkn. ©^tgclgU iBat®. 20. ^itoaac SEitcptef.^ iöcramp;m aan-gunomcn itt öctt cecflcti Morgen-ftond i. bJ^ogtew öan b?nbsp;onjS ban 6 tot 9 umrea Ijet eccde quart. lt;€«: derdcr uute 3. öw bs’ogteitnbsp;ban 9 tot 12 uitren Het ttoecöe quart. Op de tefte uute / öie bjjogten bnnbsp;trnss ban 12 tot 3 uuten. ®er negenfter uure/ öte tojogten bpones bannbsp;3 uuren tot 6 uuren t inatblien tuffcïien tn bte laaide ^iobc toeröentiecnbsp;ter clföet uure/ bat bp onö ten 5 uuten geroepen ; bte ober ful]i; maacnbsp;een uur arbepben ter elfder uure.
^aat bwet bu ben goben een Ceremoniëlen 5©3g/ begftinenbe met ben 3ïbonb/ «ibe epnbigenbe tn benatbemb baar aan bolgenbe: ©an ben©ep^nbsp;bag Hbonb begon ban Haten ^bbatH/ enbe ennbtgb op ben ^turbagnbsp;31lbonb/ en 500 donb Het met alle Hare ^eeden enbe nteutoe jiBaanen. j|ctnbsp;toclHe baarom gefcötebe/ om booe te beelbcn/ bat be fcïjabubten bic Cerei=nbsp;monten en ©ooj-beelben meden boo;gaan tjet IliOt ban be aBaarliepb enbenbsp;be ©ecbulHnge: maar geHeel anberb Heeft jtg be natuutUHe ^ag / btenbsp;ban Het Eigt beginb/ en ben i^agt tot 31)11 aanHang Heeft; enbe 300 bec^nbsp;flaan top be i^tdo?te bet ^cljeppinge. «aJerd bjab baar duyitemiHe opnbsp;den Af-grond, bog btc crt fjecft niet gemaafit be Mft ban Hetnbsp;ofte 35ag en i^agt/ maar i)Slt;©ogen-bItH{tig getoeeji: g^og Het cent oeUHa^nbsp;pen Etgt/ a(b Het 5tg becHtef tn ’t «ooften boben den Horizon ban benbsp;Hemifpherium of Het Oog-piuit ban bc Halbc ifeloot Ctrftel beo 3Carb-bobemö/ tot bat Het (laat Het 5)jn} na 12 uuren toeberom baalbe in Ijctnbsp;^edm tot be aubere ©ogfcHepbftige/ maalde Het een mag bic itamurltHnbsp;tjs. ©p ben 3^ag nu bi^gb ben Avond en ben i^agt / bit toillen bc tooo^bennbsp;doe was het Avond gevvecft, bat iö/ Het 3£tgt toast onber gegaan ; enbenbsp;het was Morgen ge weeft : bat Het ütgt qnam toeberom op baar Hetnbsp;boo? 24 uuren toab op-geltomen baags' te booicn/ bit toasi de eerfte Dag.nbsp;Elaat onss ban eensi tot onfe jpigtutclifie bebupbinge feomen.
I. Dag en nagt toerben ban boot eerd genomen Symbolice amp; Figurate ZinneDcelbtg en ©ootoeclbig j Ek ban bp tegeiidelltnge. Nagt iisi allenbsp;be tijb tn toelHe be fchaduwen en ©oojbeelben ban toeHomenbe goeberen.nbsp;(©eto. 10. 55b r.) lt;gnbe niet Het uytgedrukte Beeld bec safie selfb plaatsnbsp;Habbe lt;ö:ololT.2.ïiff. 14/13'. ^oonogtans/ bat men tipt bie fcHabutocn opnbsp;een rutoe toijfe be dpiguuren ban Het HtcHaam Honbe afteHenen ; geigltnbsp;pcmanb bie 3ig ban een ïjgt af-Hcerb / 300 bat ïp bc ^onne ban agterennbsp;Heeft en niet cn 3iet 4 immer niet bupbelth bat gtóeelte ban 3ijn HticHaamnbsp;bat ban bc ^onne tb afgetoenb ; maar HH 3iet 3ijnc fcHabutoe / en bienbsp;bectoonb Hem eenigfiiib op een rutoe toiife be gedalte ban 5()n ïicHaam.nbsp;^efterlifi too?ti alle be tijb / cn daat ber iterfte/ in toelftc lt;j5ob 3ijn ^eefienbsp;booi Het crtHel tooojb bec ©elofte / in bupdere raabfelb tngetoifÉclb / oftenbsp;«oö boo? be Cecemomen bcbJBetb lepbe/ genaamb be biipderniffe ^oan.i.nbsp;Het Licht heeft gefchenen in de duyfterniftc maar de duyftetBifté heeft
het
-ocr page 191-Schat-kamcr der Zinnc-beddcn en Voor-beelden. 169
het niet aangenomen. JjBitac nbsp;nbsp;nbsp;is dat waaragtige Ligt, ’t welke
in de Wereld komende een yder Mcnfche verligt. l©tiacühl ÖP OOft be Zonne der gcregtigheyd gcHaamb toO?b iBalcaCl). 4 4 2* Ende het grootnbsp;Ligt lt;ïErat. 9 • Het Ligt der Wereld , ^0811.9 t 4» ^?0fetet1nbsp;Ijabbca 5tö boe oshjft alö JBagterss in ben jsaot / bic op alle bc tCefjcncn bernbsp;(Ctjbini ban ben aanbKficnben ilo^cn-fiönb agt gaten, gte €fai. zr,
bseft* nbsp;nbsp;nbsp;Wagter , wat is’er van den Nagt ? Wagter wat is’er van
den Nagr ? De Wagter 7egd : Den Morgen-ftond is gekomen-, endc het is nog nagt. ^ie OOii ïtOUi. : 12. Den iiagt is voor by gegaan,nbsp;ca den dag is na by gekomen. Cant 2:17. Tot dat die dag aankome ,nbsp;ca de fchaduwen vlieden j amp;c.
II. nbsp;nbsp;nbsp;Hieroglyphice OftC na bC ^cpitgc Schilder cn Graveer-kunft bïctbnbsp;tooï ben baö 'bcrjlaan / aüc tijb ban bjoptihfjcjHj / hjcl-baart / enbe booz^nbsp;fpoèb. €n ben nagt geitotncn boo? albecöanbc b2oefteü^b / elenbe en toubj-
felage. tSfai.Stzo. Zoo zy niet en fpreken na dit woord; ’t zal zijndatfe geen dageraad zullen hebben. lt;!En ©CC.Ö 22. Als hy de Aarde zal aan-fchouwen , daar zal benautheyd en duyfternilTe zijn. JiaattD. 8. -Zy zullen buytei) geworpen worden in de buytenftc duyfterniTc , daar zalnbsp;weeninge der Oogen cn knarfinge der Tanden zijn. lt;Sfgi. 50 i 10. Alsnbsp;hy in de dayfterntffen wandcld, dat hy geen Ligt en zie, amp;c. '3oB29.nbsp;bcceS 3. Doe ik by zijn Ligt de Duyfternifle dootwandelde. lt;Êfat. 59,nbsp;bccsi9. Wy wagten na Ligt , maar zie daar is duyfterniifie. lt;Êett Icben-
bc gcfiiamp;cntiTe boojtoaac; toant baar toe geteupftt men oofe om be b^b 5e{fei eii öe b?oef {jepb ober cenen booben tc tehecibcn jbjatte J^lebercn bannbsp;roiibc/ bupfire en geffoten ©ectcch-plaatfen. 3!n tegcnbeel het Ligt is zoet
den levendigen.
III. nbsp;nbsp;nbsp;Motalitet inectt jebigc tebttpbtnge toecb too? ben^ag en fictnbsp;g.iot betftaan / alle i^epiioteï^J «1 ^teuob ; cn boo? bc bupflecttiffc aHcnbsp;ontePiigOepö «n «jBobloosiOej*. lt;0ce(il«b «1 i®eme?fcö Eigt geeft ben^nbsp;ntffe cn geopenbe oogen bejö becflateus om tc jicn cn tc bennen onfen ^taat/nbsp;cn be ötngen bic onö ban (i5ob gefcDonben 5ön y öct bcpiigb onfe petten cnnbsp;beeft / getob bet %iQt een supbecenbe bt^t. i^ctmOTt on0 toeebfaamnbsp;cn ïebmbig in bet goebe. ï^ct bccb?oplibt cn beeSeugb onfc ö^ïttn. fdllcsnbsp;is in tegenbed met bc (laat ban b« «©ecfilibe bupdemiffe, i^icc fiecefebtnbsp;biepe onbunbe ban (©ob / cn jön bepiigbepb cn gcccgtigbcpb: ©an onfennbsp;«pg n (iaat bcc tecbo?bentbepb ; bon bc mibbden cn bicgen t’on(èr ©cr{of=nbsp;Singe: ©iec b«ffc0«n onbcpligc onlpugtbace toceben bcc bup(lemi(Te / cnnbsp;abc (lanb cnbc bcccotonge i aöe tojiemdenb «©ngebtert ; cti gdpb in benbsp;iöiaben ; bc 3©02m ban een guabc tonftienne / lt;n aHc toaaragtig Eigt
ban bwcfiap ijS Sier tecrc. llom. 13, De nagt is voor by-gegaan, de dag is na by-gekomen , ons afleken de weiken dei doyfleinilTe,
-ocr page 192-170 HIEROGLYPH! CA, ofto
cn aan doen de Wapenen des Ligts : Laat ons in den dag eerlik wan* delen » niet in brafferyen en dronkenlchappen ; niet in flaapkamcren en-de ontugtigheden , amp;c. J^ccgclp (gpg. 5 : 8. Want gy waart eertijds-duyfterniHè, maar nu zijt gy Ligt in den Heere ; wandeld als Kinderennbsp;des Liegs.
IV. Propheticè tóetb ccti Dag Of 5ca' CHiam / Ofte cngcc gciioiticn,, C a) aipmfle Debupbinge tö / toannccc een oantfefte tijb / bic upt beelenbsp;eeiitocn beftaat/ bic aan een 3i)n gefcljaftelb; ocliilf ooit jiju be tocrltcn lt;i5ob,sinbsp;lil be jelbe/ bp een ©ag bcigcielten too?b/ alfoo bat/ gcltjlt een bag Ijecftnbsp;liarcPiTtoben/ Ifeebeii en ^b-bccbecltnge«/ alfoo ooit befen bag beo ïfeccccn*.nbsp;Stlfoo too?b ben gantfclicn tijb ban be .économie (ï^upgi-iioubinge) be@nbsp;l^icubjen (Ceftamentö iDaleacfj 4. genaamb de gioote en vreeflike Dagnbsp;des Heeren. i^oe-bJcl bjebccotii be 5clbe onbecgebeelb too?b in notable ©e^nbsp;rioben / in toelfte bie gcoote en b^eeflik bingen 5tg bpfonbec bectoonen t ^Isinbsp;gecufaleiiro batoocHinge en bare (Cebenen onzent Bet aanb?eltcn ban biennbsp;tojaaft bag Cant. 2 t 17, lt;£en bolgenbc ©eciobe in bien i©ag bejs i^eccennbsp;toanncee «öob 51)11 ï^alte beclofi ban be I|epbenfcBc berbolgingcn/ enbe Baatnbsp;geoot niaaltt in be 3®cftlb / ban toelBc cant. 4 : 6. lt;©cn ©al beet Slnti^nbsp;cl)?i(fc5 en Bate ©ooe-tcltenen Cant. 6 : 10. 3{pof.6. gn ben yefben Zege!
de groote dag lijns l’oorns is gekomen. lt;©Olt bCrt bag bail BCt alge^;
«leene ©ojbeei. ©an bien gcooten T©ag / bat iiï alle be tijb ban CDBftï ©iipjs-öoubtnge in Bet €e{lamcnt fb^eefit Cfatasi Cap. 63. M,i/z/}/4..nbsp;Want den Dag der v/rakc was in mijn Herte , ende het jaar mijnernbsp;¦ycrioften was gekomen. gmniec.ö iö al btc tijb cnbec be i^upss Boubingcnbsp;bCC 45enabeil ben aangenamen tijd , ende den dag der Zaligheyd , bJclBe-tegcn-geftelb biojb tegen be fcBabutocn Cfai. 49 : 8. cn tegen ben Nagt,nbsp;lïotti. ij.Cap. gimniei:^ iss befe gantfcBe tijb ben ^ag ban CBjiüi ^ruy^
loft en vreugde ^iJns Herten. -
(b) ©?p nauwer, egter i’upm bsecb boo? een cDag_ba:flaan duyfind gaat / en nog nauwer hondtfd jaat / en een Balbe bag een eonbc ,nbsp;bat i.Ö 60. ^acen. ’tJDellt blijltt upt $lipOC.n : H.. Ende na drie dagennbsp;ende een halve is een Geeft des Levens uyt God in haar gegaan. 3®e!nbsp;ften Sleutel be0 tijbet/ men binb boben op berei 3. Duyfend twee honderdnbsp;en tzeftig dagen : Cn ®Si2» Twee-en-veertig Maanden. ’tClCCn ’t3elbc
isi met iz6o, pbec^iiBaanb op 30. blaren gereltenb. Zoo bat men Blaadifi 5ict bat drie dagen ende een halve genomen bJO^bCtt in bCfC 3in bat bcnbsp;ccrtle bag beBelft bupfeifti jacen : 5©e ttoee bolgenbe bagen pebee Bonbecbnbsp;jai'Cn; Duyfend twee honderd, eil bC halve dag óo.jacetl 1260. Cnnbsp;epnbeltft / bat op Bet aidcmauwfte een bag boo? een jaac genomen too?bnbsp;Ulijlit upt bc becgciijBinge niet alleen ban befe b?ie ©ajTagicn in een 5elbenbsp;Capittcl / en upt bc ba-gelnhingc ban bc 5afien 3elf0 ; maat bit iS ai Opnbsp;be ©lofetcn een oubo tOb-cefieninge, Zie be wnbe uptleggtnge C3ccBgt; 4t6»
Gy
-ocr page 193-Schat'kamer der Zinne-bccMen cn Voor-beelden. 171
aeftje K occamp;cclctt ban be 70. weeken Daniels Cap. 9. ^ie nabcc onfe 9(lpocalöptifrfje ^leutel; cube in be bccsdijlunoc bet ©jofetien’t
Gy tuld de ongeregtigheyd van ’t Huys Juda dragen veertig dagen : Ik Hebbe uGegeven elKEk Dag voor een Jaar.
geen top
baar ober Daniel hebben.
verjland vm den Titel Daalcn, h^ngd ann den Titel Bergen. Zie beven.
Dan. p
DCfe / wn ban be Zoonen bee i^iacrtjen / ban Jacob not jfjne 55icn|l-maagb Biiha gcteelb lt;0enep3o.5ff.5/6. ijs eOeii toel Ccfgeinbsp;naani / cube ]^ooft ban ten ^tamme ^IfcaeliS getoeeft. fijnennbsp;^oone bJO^ genoemb lt;0enef.46 t z}. m ^^abomcitngen ^um. i viz. innbsp;be apoc. Cap. 7. abtoaac in be thwalf Stammen gfcaelb cn Ijace getclbennbsp;inerb cefpeclb op be bcrjegelben ijeg llamss tipi aöc j^atien ban be J^eritenbsp;bees Btcutoe (Ccftamentö cn tooeb jijn 5Saam niet gebagt / maar in be^nbsp;5clfsi plaatfe be jgtamitie Jtebt / bie anbersf geen Crfbeef ttab onbcc benbsp;Stammen 3ifracl.?i / maar onbec be anbeten beefiropb toa^ oc(leib. UBennbsp;mepnb om be fcfianbeftltljcpb ban ’teerile crei«pei pan 3cr-bai en scfgobecpenbsp;boo: bie ^tamme gegeben giu^if. 18. Cap. ales oob om bat gare piaatfcnbsp;Dan onbec gccobam iei gctoojben een ^ctcl ban be 3Cfgoberpe: befe btngennbsp;ÖetilKn ooii Dace opmcrbmgc.
I. Etc be ïcgen Jacobs opec Deitt cn jijn^tamme upige(p?oDettCien.49. bctfTf. 16/17. fpeclb op 3önen name bic itomt ban Doen jn eu dien i'tnbsp;gerigte houden. Dan zal hy ïijnVolk regten j gelDP bte^tamme ooft eert
3jt-plaatö onbec beltegtecen geftab Mt in Cn 3elfes Deeftsimpfon een Pan 3ön ^aamp;omdingcn / gfcael gecegtet. 3©oba-ei toeeb DP beegeie^
Den bp een Slange die het Paard in de verfenen bijt, dat zijn Ryder agter over vaiie • aanbjpfenbe bat 3nn i^afiomeiingcn 500 5eec boot ftfl aïO metnbsp;openbaar getoelb 30Uben ©oilogen 3 gdöD 3P ontrent be gecu(ie ^tab Laisnbsp;Debben getoonb / ’t geen 3? obecbielen / bcctooeficn / nabecDanb na fiaccnnbsp;name Dan noemben ^lubic. 18. Cnbc Simpfon Dceft al 500 5ecc met ii(l/nbsp;al8 met ftragt tegen be PDiöft^^*’ gcoo’Io^. i^ct ics Dei toerö ban CiobiSnbsp;Sicebe/ om Dare ©oanben een boo?-beel af te 5ien/ biftmaal meet met booi^nbsp;3!0tigDcpb niis be Slange, ban boo? openbaar getoelb tc (©o?Iogcn jBatt. 10.nbsp;Ci?oota bingen J^opDeteerb Mofes boben bten ban Dem / alei ban een
m z nbsp;nbsp;nbsp;Zimi'
17% H I E R. O G L Y P H ï C A, ofto
^mitêbeclb bcc iföci-fe m öaw Hlttitoi’n bappecljcpb ew
3 ; : 22. Dan is een Jonge Leeuw : Hy zal uyt Bafan voortfprin-gcn. ®am op I3ef,’ti ffiofcOagtigcn 23000 plaijton jig bcoJo foile Ecctitooit te ontbouben. lt;©m bcfen ^iceuto ban bte upt bc ^tnmme guba tc oHbct?-^nbsp;fcOcpbcn / ?oo öebben top Dot tegcn-bcclb in bo eccfte 3tpo(lo{ifföc Uccf« bilt;nbsp;onbte bit Éinncboolb ban een Xeeuto boo?t bomt aipoc. 4K Capittdf.
11- ©nbfo-en-tiiflTciien 3iet wen oob tn bio ^tamme; aljö gefegb itf con aanmerftiift a^oojbeolb ban ben 3(if-bal tot Wooöecpc en 25seJbcn-bien|ï/ 30nbsp;tn ’t gcmelbe Capittd giubic. 18. JDanneco 5P be. oefneben en geooten.nbsp;25celben / en be (Cerapbim Micha onttoofben enbe 3ijn SEfgobifcöen é:te^nbsp;Itec tot een pnefiec obec Oaac (lelben. ^00 oc* toanneeo ijacc ^taö Dannbsp;tot een ï|ooft-^tab ban be^dfgobeepe ^ïecoDamo toicrb / toelfte om betnbsp;ïlecte ban ^fcael af te treftamp;en ban ben- lt;0obis-bien|l te Slecufalem ttoecnbsp;üaibecen op?cgte / {jet eene te Dan , fjet anbece tot Beth-Ei i Con. 12.nbsp;beogi ?o,. 5^it alïeé to in beo toaacDcpb berbulb in be opiegtinge ban . betnbsp;StnticfpiflifeÖe Stfgobifcbe ïiiift tot Roma, aï.ei een anbec Dan enbe Betheii,nbsp;ai-toaac men bc llecten ban sSobiS Delft af-tceftt ban bie toacc (Dobë-bieit(»7nbsp;bie oBbb ban Zion en ^ecufalcm beeft boen uptgaan / tot be oeboojfaam-bepb / en onbcitoeopinge onbec een ®0?oon ban af-bai / en 3©et bcc onge^nbsp;regtigbepb : ^aac bat gulbcn fealf op öen (€b?oon gcplaatfl too’b bennbsp;v@ppcr-2Bifr£bop / bie ban lt;!Ê5ecbBl ^inncbeelbig toccb afgemaalb / ‘ato bcnbsp;iffoning ban bet (Decftlift Tyrus bat to be lt;0cefjIifte 3^oop-^tab ban allenbsp;aifgoberpe ; onber be gelijftemffe ban een Gefalfde pverdekkendc Cherubnbsp;(men mecHe aan bat be Cherubim be gebaante ban een Kaif meeft bertooninbsp;ben) Gy waard op Gods Hcyügeii Berg ; gy waudeldet midden onder,nbsp;dc vyerige Steenen , amp;c,
een caate ofte bunne bogt/ bie npt be ilugt op be Itaite nebei-balb. ato een blot Éinnen gLaften. 5^a bat be ^onne booc baar btanbenbe.nbsp;Etmalen alle be boot ban be ?iiacbc na Beneben bab gepeefebt enbe benbsp;3elbc tegen’t upthjaaf3emen met ten fcDiilp en liacbe fto?(l bab berbacb ennbsp;getoapenb ; 500 rati ato be 28arbe ben abem ban baaien ; ontfiuPtfe ennbsp;openb 3p 3!g en toaaf3emb npt baar beilotcn bogt / bie berbunb 5nnbe/ 30anbsp;balb be seibe; ato be Derfinge ban be bonnen-(icalen op-boub ; bp nagt/nbsp;en in ben mojgcn-donb toebeeom nebec op ben ?iacb-öobcm ; eben ato bennbsp;ïiegert (toant toat to anbeito ben ^iito ban een bunne regen) enbe geeftnbsp;oan be 5elbe geen ftlcpne betguiftfiinge / 300 batfe btt in bie ilaat ecp tiibnbsp;lang 3onber regen ban tegen-bouben. gia aan be Slarbe toerb meer toebec-ocöcben ban baacrtoasi toecc-Dowben ; alfoo 3P bcffooteen min jupbere en
tcoublii
Schat-kanifir der Zinnc-beclden en Voor-beclden. nbsp;nbsp;nbsp;17j.
ötiuWe boöt; maar toriicc omfangb een ocbeftiUeeeamp;e en acfupbetóc. j.6 een Zinnebcclö / en ©0O2liec(i).
I. ©an öe legcn-rijke en gantfch overvloedige ; ook verquikkendc Gcnaden-giften des Heyligen Geefts, ïtïc Ober bc Wtht ÖeSÈ ^gieuhJe (quot;Cefias
tnentss in ben lBo?0en-|lonb beef Cbangeltumö / joubcn toecben uptgefiojt
^alnt7Z J 6, Hy lal nederdalen als een Re^tn op het na Gras ; als de Tfruppeltn die dc Aarde bevogtigcn. lt;©00? bjuppelcil Onbccfdfiepbcn ban
ben aegen bectlaa ben ©awto / bie upt omelDace fijne b?iippe!ftertsi beftaat. 3®ant tbat 10 ben g^anto anbers? aljs een bimne regen.
I I. (©ni be 5Clbe ceben tbeeb be verquikkcnde ende vrugtbare Lecre des Heyligen Evangely bergclefien Öp eeiten Dauw l©eut. J2 : 2. Mijne.nbsp;Leere druppe als een Regen mijne reden vloeye als cencn Dmv alsnbsp;een ftof-regen op de Gras fcheutkcns gt; ende als de droppelen op het
Kruyd. ^it t0 geen anberc befclfepbinge ban ban pet €bangeliuni; gelpft berö 4. en 5. blpfit; en geleerbclib ban anbcren boo? onis iö aangetoefen eitnbsp;bctoonb. ©ccgelijb bccfT. 36—4^ som. : 10. lt;en jte bc tegen|iel=nbsp;Itngc tnflrcPcn be ©et / bie met fcfpifiltamp;c ©onbetcn en ©Itrcmcn afgebomnbsp;bicè taiccb / en pet «Êbangeluim ©f, 68.bccjT. 8/ 9/10/11/12.
III. nbsp;nbsp;nbsp;^e uytnemende vermenigvuldinge en nytbreydingc van eennbsp;Geeftiik-2aad , ’t occtt aan ilfajapam bias belooft, ©ie ban be b?upjnbsp;ftenss ban ben ©auto reilen i ^00 toepntg aio pet Zanb aan ben «Debetnbsp;ban be Zee. ©aarom toetben befe ttoee rsamen-geboegb i^am. 17.
bCr(T, 11/12. Dat in der haaft tot u.verfameld werden gantfch Ifraël , van Dan tot Bcrfebagt; als het Zand dat aan de Zee is in menigte —dannbsp;zullen wy hem gantfchlik overvallen i gelijk de D/»«ngt; die op den Aardbodem vaid, amp;c. ©etgelpb nu be ©eefïlipe bebiipbenifie upt ©f.no : 3.nbsp;U Volk zal zeer gewillig zijn , op den dag uwer Hcyr-kragt , in Hey-lige cieragien ; uyt de Baar-moeder des Dageraads zal den Dauw uwernbsp;Jeugd zijn. lt;Df men piet ober 3et meer dan de Baarmoeder desnbsp;Dagen-raads ; ban u y x bc Baar-Moeder j pet ijS geen 5lt;n-|trijb ; iDaacnbsp;lö'bcrfiaa Jieber €iec|lliP boo? be Ba ar-Moeder be toate sioeber-Éetöe / ban toelbe lt;Éfai. 54 t I. Zijt vroylik gy onvrugtbare , die nietnbsp;gebaard en hebd. ®ot op ben ©agen-taab best jSieutoe (iülefiament# toastnbsp;Die befloten getoecfi; niaat nu 25aatb 3p ontougtbarc cu eenfame / meernbsp;föinbeten ban be ^pnagoge / bie bolgenp pet oube ©eröonb toast getroutobnbsp;getoeefl.
IV. nbsp;nbsp;nbsp;©aar boo? toctb ooft berticclb bc joete cnbe jegen-rpfte gemeenffïtapnbsp;net 2B30cberen/ bergabcrb in ben name gefu «Cprifii / enbè aan 5(jnc ©oe?nbsp;ten t’samen n^etfittenbe al.st paren cenigen p?ofeet en ïeeraar/ Pupten
g 3 nbsp;nbsp;nbsp;ttoift
-ocr page 196-174
HIEROGLYPHICA, ofto
thjid om iio booifutitigo / of jBceftccfcgap om a©cttcn aan öo Coiifcientten
bOO? to fCÏ)?pben. baac nan ©fal. 132, Zk hoe goed en Ik-flik is het, dat Broeders ook t’zamen zitten — — het is gelijk den Dauw Hermons.,nbsp;cnde die nedetdaald op de Bergen Zions ¦ wam de Heere gebied al daarnbsp;den Zegen , en het leven tot in der Eeuwigheyd. JlBcn IttOCt oen
öuuctge togcnftellinge mafton tuffcficn öe bo??c m bacee ^taat bati be teerm^ ge en onbcctoijfinge/ on 3Secftiiamp;o ïlegcmnge ban be bebteninge bcc JDet cnnbsp;bcjS (Cbangeliiimei bet oHenabe ^ tuffeOen ben tijb ban ïjonc^ en bojft / eivnbsp;be ban berfabinge / tn bjelbe ïaatfte aUeen onfe Wijbfcöap t.ö becbulb.
V. i©e (©cefllibe (Dpflanbinge ban beden onbec ^lobcn enlepbenen/ bie bcele aJeutoen tn be (0?aben babben gdegen / ?onbee (©cemib Icben/nbsp;bfte aanfeOoubjen ban Oct Ealigmabcnbe ï.td)t bce toaacöfpb to;tb boo?nbsp;befe gdöitcntflre (ebcnbtg afgcmaalb lt;Êfat»o6 ; 19, Uwe Dooden zuilen leven i ja ook mijn dood Lichaam (de mijnen, die als een dood Lichaamnbsp;zijn^ zy zullen op-ftaan : Waak op cnde juygt gy die in het Stof woond:nbsp;Want uwen Dauw zal zijn gt; als den dauw der Moes-kruyden; ende hetnbsp;Land zal de overgebleven uytwerpen. g^te Jten bJtl / bail mcrftcn / batnbsp;fttec geenftnö ban be laatfte / maar ban be ecciie en (©cetflifie «©pflanbingenbsp;gefp^oben too?b : ^t toonen alle bc oinfianfetoftcbcit. lt;2n bc ^letitd geeftnbsp;onsi bet Z7iï«. Captttd bccei 13. ©cegclüb €3CCD. 37 : i* Daniël iz t z,nbsp;3ioatt. 5. bf. zs* 2ipoc.zo,bccg;5/ö.
V I. ©Oft ban den Dauw ; in den dauw (laan , van den dauw bedropen te worden , bébupbcit ccn (Iaat bail ongemab cn bcrbaifibinncn; in ttidbe^Befuei Eijb en 3ijne Hlcbcmaten. ^te onfc bccblaringe op Caiit. y.nbsp;bcrïiz. Doe my open , mijne Suflcr ; mijne Vrindinne , mijne Duyve»nbsp;mijne volmaakte , want mijn Hooft is vervuld met Dauw , en mijnnbsp;Hayr-lokken met nagt’druppelen.
Zöïb ccn lintncmenb ©oo?-beeïb iö David getoceff ban ben JisejTutö/ bat be 5clbe met ben cpgen name ban David W be profeten boo?gt;nbsp;bomb/ 't toelb be Robert 3clfsi niet en ontbennen. xte ^ecem. 30,
9, Maar zy zullen dienen den Heere haren God, ende David haten Koningj die Ik haar verwekken zal. ©5CC0. 34 t 2.3. Ende Ik zal eennbsp;eenigen Herder haar verwekken, ende hy zal haar weyden, nameliknbsp;mijnen Knegt David, die zalfe weyden ende zal haar tot een Herder
lecbccjS
-ocr page 197-Schar-kamcr der Zinnc-beeldcn en Voordbeelden. 175
llcrïiecsi öic be ^flapcn met beijoo^ncn jfietett; ’tgcen ontoebec-fi)?eeftehït op be gioobfcfie ïiegemeit ein fjaac' ^antjebjin/ en balfcrje ïeeraatjS paft.nbsp;25flooft öp jijn lt;;§cl)apeii tipt fjaar gctodb te berloftcn üöö zi / zz. (Etenbsp;boo2 ’t oaptfcDe kapittel en bcrgdöB aanbagttgEad).n; 8. en .tiBalcacf). z.nbsp;®ss iz) cube Haar een eenigen Herder D»vii te bei'tocfiften. ^ngccemtanbsp;iss ooft be omftanbtgftepb beö tijb^i ftlaar genoeg gefignaieert. i§p 30nbe
Daar bien l^ccbec David geilcn/ na bat ftp haar gevangeniire gcwcndeC en haar weder-gebragt zoude hebben in het Land welk hy haare Vaderennbsp;hadde gegeven. 25upten tegcn-fp^afte/ na be SSat^ftontfefte toeber-fteeringe.-oên niet min bupbeiift fp?eeftt Hofeas Cap. 3.550 5* Daar na (te toetennbsp;na batfe vceie Dagen, bat isi €etoen lang jouben gc5eten ftcbften in btenbsp;(feiat bie afteen op befe taatfte njben paft} zouden zy zig bekeeren, endenbsp;zoeken den Hcere haren God, en David- haren Koning j endenbsp;vreefende komen tot den Heere, ende zijne goedheyd , in het laatftcnbsp;der Dagen, ffOO?e Oltbcc attb?e gjobcii fttcr ober David Kinchi. Defg
(quot;zegd hy ) ^ijn de Dagen der Ballingfchaf, waar in xey heden zijn ; Wi hebben nog Koning nog Vorft uyt ifrasl : Want toy zijn in de Magt der fiefdenen, ennbsp;van hare Koningen ende Vorjie» : Daar is geen offer aan Gody nogte inzettingennbsp;fuan Afgoden-dienji: Daar is geen I{tlt, of Mantel 't welk ons toekomende dingennbsp;door de \J Ri JA ofte T U X( M i M zoude voor.::^ e^en : Nogte T E R A P H i mnbsp;efie Afgoden Beelden y die volgens de opinie van die daar in gelcoven toekomendenbsp;dingen voor-zeggen, alfoo zijn wy alle Kindren ifraels in Ballingfchap. »De 3elbe
3!oben ban geiooben/ bat b^en Coning David ftacen iDeftïaiS ib. 3®ant iz^abib toaö at beele Cetitoen te ho?cn öp 3ijne ©abccen Pet3ametb. öptnbsp;toelfte bingen befe ttoee aan-merftmgen botgoï.
(a) ^at ftet toooib David tn be ftcagt geen Appeiiatyf tooojb tö / bat aan beden gemeen 3dube 31JII/ maat een Proprium 't geen aiiêtn cftpftonbsp;ben toacen i©abib toe ftomb / enbe aan i©abtb enbe Cftnftp toe-geftipeben /nbsp;ben eerften atsi wn ^tftabutoe/ ben ttoeeben alö ftet Eicftaam toe-ftomb;nbsp;300 bat befe afss geen ttoee tDabibss / maar in befen 5in eencil ®abibnbsp;Betcftcnen/ bat iö ben toaacagtigen ;©ahtb gccepjefentecct tn 5011 ©002-bedb ; gdijft ftet gfteftaam en be feftabutoe geen ttoee menfeften upt-maben.nbsp;ïDabib/ en ftet tPOOib i©abib peefonelift genomen /1.0 toet gemeen aan bcnbsp;Peefoon ï^abibsi/ enbe CftJiftt/ bic ttoee ©erfoonen 5fttt t l^aac figuur^nbsp;tih/ na be natuiire bec ©D0? bedben genomen/ bocgbfe befe ttoee tot eennbsp;t’3am:n. ïDit iet be natuacc ban alte ©oei-bedben, «i^aac 3ijn in benbsp;ftragt bec betefteniffe geen ttoee paafcö-Eaittmcccn/ bie boo? onsf geftagtnbsp;5ön/ maar een i^aafeft-Satn/ bat tsi Cftjiftns^. lt;!ên 300 tn be ©cfnjjbe'nbsp;«iffe/ tn ftet j§aa-amettt best ïDoopö enbe bciS ïijcpïigcn 2tbonbmaai0.
t b) ^taat taacom aan te merften bat toanneer in be Pfaimen Davids, gantfefte i^fatmen/ met ftet op-fetbift/ een PCaUn Davids 5ijn/ bie ban ftetnbsp;begin tot aan ftet cpnbe ftf^en ban si^bib te ftanbelen ; boo? pemanb bienbsp;ntet aanbagttg befe bingen boo? een geopenbe (0o?bötte tn-stetr »nen merften
5at
HIEROGLYPHIC A, ofto
176
5al feat fecfc Walmen ban tbaefeetlep «©jfeje 5ön. Eerft ; sommiaen fete «Clntlinm cn ^bife f 5attten boegen afö een ^eifoon ; feoo2 feten in feenbsp;tclbc €O3ilt«0 boaj-ftotttfe met jijn fcöafeubje/ ofte een öefcljtriïubjfee/ eennbsp;booi-gebeelfee €Ötl(l».ö ; tm beioz-gcfjcelfee g^abife. jBaac nogtanö fö feenbsp;3^aam €Ö2l(ln0 / feen j^aam ^^bife ban (tn (jaac bragt op-genomen)nbsp;geen Appellative Of gcmeene sgaam/ raaat een bpfonïne/ feboon ^abifenbsp;ooft al èlefalft isf getocefl / en ooft bte i^ame bjoeg / ftp tó ben Meifiasnbsp;niet ’t Eelbe üUjftt ooft in ben Jïame ^lomo cant. i : i. ®en anbjcrtnbsp;5önbec Wtlmen ; gelijft ben 2 cn ben i6 en ben 22 ; ben 69 ben 72nbsp;htbc bed anb?cn; bic; fcDoon met bef op-feb^ift ban een ©falin ^abibsf;nbsp;gefteel op Chrifto paffen. lt;lt;5clöft 5u!amp;ö twn onö obee bc Walmen iss aan-
fetoefen. nbsp;nbsp;nbsp;moeten top itpt bc-de anb^cn/ fto?t0epb!ï Dalben cenigc ©00?-
edfeige obee een ftomffe aan-mcclien.
a©!J cn nemen öiec ^abib niet boo? een ©002-bedb €D?iiït ten aanfien ban 3i)tt afftomffe upt be ^tamme ban giuba/ ofte npt be lt;gerft-©abcccnnbsp;SlbtaDam/ 5!3aft en !ïacoö/ boo^ bc 3dfae ^tamme/ nogte om bat «Èfobnbsp;npt be ©2ugt jijnce Henbenen ben iBeffias beetoeftt öeeft / bte aifbo dennbsp;Zoone Davids toecb geiiaambbit toonb tod 3nn gemepnfcliap met lt;©abibnbsp;cn 3lin ^aab/ na ftet ©leefcft ftom. i. $0 3. jBaac bat maaht ftemnbsp;geen ©ooi bcelb Cftziffi / 3I500 toepnig ais feaac om alle fete in ftet ïiegiffetnbsp;Cft2i(ti otibec 50n ©ooz-onfecess (laan geteftenb 3ijrt ©ooe-Dcdben 30uben 3iin/nbsp;maac beje Typifchc oöcc-ecnftomffc jullett top binben ; in befe wngett.
I. gjn Jijrten Name DaviJ; todfó betefiertb een Beminde, Geliefde t'n David oftc nn 3Bant ftet öomb af ban fee a®ojtd m Dod ’t geennbsp;ban be 5eibe beöupbinge isf. €nbc io ammerftdifi / bat tn ftet tgoogiiebnbsp;^alomonb be 25?upb gebimcig bc jSamc ban Beminde ofte Liethe bannbsp;befen 3dben 3B02td/ ftaren 25?upfeegom toe-boegb en op-b?aagb. gienbsp;Cap. I. ®ff. 12/ 13* m boo?gaanef. ©ecgelp Eacf). 12. m 8. l'ennbsp;dien dage zal de Heere de inwoonders van Jerafalem befchutten ; endenbsp;alle die ten dien dage, onder haar ftruykelen zoude, zal zijn als DaviUnbsp;(bat iiS bc 25cminbc) enbe ’t Huys Davids zal zijn als Goden, als dennbsp;Engel des Heeten boo? ftaac aangefigte. ^ie ooft Cap. 13.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;i. ^n
todfic paatfen en meee anbecen Wpt/ bat ftet tooo?b oavu een 5^0?* mede upt-b?uftftinge ban een ftiJfonbcrc Hicfbc / teebere b002-302ge enbenbsp;agtinge met todftc ciob. 3ijncn Zoone Clpiflum enbe ton lupsf gabe ffaab.
3dbe bjuftt ooft ntet mtn upt bte fingultece jlame en omffhjijbinge met todftc «ïBiob David bertoaarbtgb/ toanneet öp ftem noemb een Mannbsp;na zijn Hcrte i ^m. 13. ($014. 5©at fian mch ban een eenigen Cfeltefsnbsp;ben / bte men boben allen ttptgcfonbect fteeft / om 30» gantftfie flecfc aannbsp;ftem obee te geben mecebec 5eggcn J Een Man na zijn Herte, bat io uptnbsp;ïjet btepfte ban 3ön l^ecte ftemtnb / en ftefinb. 3©te fteeft opb ban be Bcp^nbsp;ftgen 300 een ontfangcp i iBijb gp n« b? toepaff% 5ieit op ftet
tegem
-ocr page 199-Schat-kamer der Zinnc-beddcn cn Voor-beelden. 177
fCgrttbceltj i nbsp;nbsp;nbsp;lt;!Efat.42. Zie mijn Kncgt, die ik ondetfteune
mijnen uyt-verkorcn, in welke mijn Ziele een welbehagen heeft. lt;Èt\öê 30D tornt ÖP too? aisi toö ©atoc^ Voefterllng by hem , die dageliks zijnnbsp;vermakingen was, ’taller tijd voor zijn Aangefigte fpeelende ^?0tol’Ö. 8»nbsp;©eröCijjft ^oan. i ; *8. Den Eemg-geboren Zaone , die in denbsp;fchoot des Vaders is , amp;c. ^0311. 3. $jS 35. Want de Vader heeft dennbsp;Zoonc lief |BatÖ). 3 ; 17. Defe is mijn Zoonc , mijnen Geliefden , innbsp;welke ik een welbehagen hehbc. ©«geip *7* ®Si5. «tt 2 ©et. i.
torsi 17.
II. nbsp;nbsp;nbsp;^ijn 0e{)O!i?te©laatfe toas? Bethlehem namelifisefcqeiitnnbsp;toc-oenaamib Ephrata. ©eitupbetoe ïjet dts Broods; gelöft 3ijn ||j|ïo?tenbsp;bcrtóottb. TDefe 5elto©laatfe Dab lt;!3öb too? een 5ontocliiige too?fieiiicrt)epb inbsp;baar toe ïjet «ipctioö ton Auguftus ton ^epfec o?bineecento ; tocto?en tot benbsp;CcDoo2tc ©laatfe gcefu €Ö?t(H Euf. i, i|c. lt;i5e[i)b aljs boo?fe0b toaiS
jBlcq. 5. $01. Ende gy Bctlehem Ephrata , zijt gy kleyn om tc wefen onder de duylcnden van Juda? Uyt u zal my voort-komen die eenHeer-fcher zal zijn in Ifrael j ende wiens uytgangen zijn van ouds j van denbsp;dagen der Eeuwigheyd. ©trodijb JÏÖattfhi t 6. 30311.7 * 42. En zegdnbsp;de Schrift niet, dat de Chriftus komen zal uyt den Zade Davids, endenbsp;van ’t Vlek Bethlehem , daar David was ? ^p tollllEngbeil bc ©laatfonbsp;gjjner lt;©p-b£iebinae met bc piaatfé jijner lt;i5etoo?tc / mepnenbe bat öp uptnbsp;lt;25alilea toas / na todb EanbfcDap 3P Öem boo?-öaan0 den Galilcer, en nanbsp;ren ,i§tab in ’t 5elbe ben Nazafcer noemton.
III. nbsp;nbsp;nbsp;EiïR fjanrccdtige; team öp toa0 ren Vee-hoedcr, rjoetonbe bcnbsp;ïtubbe 5ijn0 ©abec0 ^fai; tettoijl 3i)ii ö?ic oubde 25?ocbcc0 ben ï^öanbsp;bienben i^Sam. 16 t n. cn 17 :13. i©aac boo? bccbeelbenbe ton ccnigeiinbsp;toami i^ccbcc 3fcad0 ben toacen lt;®abib. (©elijtt bupbelib bc ©?opDeteanbsp;aantonfeh. ^tc 3HBtC0C5r ; 3, Ende hy zal ftaan , ende zal weyden in dcnbsp;kragt des Hecnn , in de hoogheyd des Naams des Hetren zijns Gods, amp;c.
©ergelijft bc tobeti/ gemelbc plaatfc lt;C5ecö. 34 t 23. Den eenigcn Herder mijnen Knegt David. Die zalfe weyden, en hy zal haar Herder zijn.
IV. nbsp;nbsp;nbsp;ï^p cn tonbc bit 3Cmpt ban toegen bc s^ijb jijnce 25?oebeccn nietnbsp;toeebfaam^ UPt-toecen ; maar tob tc b3a3?(iden met bc ttoili en tcgenrp?alicnbsp;jijnce 2s?oebecen ; ban toelto gabe jic i ^m, 17 ; 28. Ais Eiiab zijnnbsp;grootftc Broeder hem tot die Mannen hoorde Ipreken , zoo ontftak denbsp;Toorn Eliabs tegen David , CU 3^PbC ; Waarom zijt gy nu afgekomen ?nbsp;Ende onder wien hebd gy de weynigc Schapen in de Woeftijne gdaten?nbsp;Ik kenne uwe vermetelheyd en uwe boosheyd uws Herten wel ; wantnbsp;gy zijt afgekomen , op dat gy den ftrijd zaget. lt;Èn Jic zijn zagtmoedigenbsp;sntwoorde ber^ 29, Doe zeyde David : Wat hebbe ik u gedaan ? Is
g nbsp;nbsp;nbsp;daar
-ocr page 200-daar geen oorfake ? nbsp;nbsp;nbsp;bcnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;/ Cllbe ïjacc ^CÖIlft gcfCCrtiftl*
en ©üadfcen Clisiftitin ccbuung in jijn 3|a-bei: 3tmpt met ttoifl / (aftec civ fcDelbtooojöen geftoojb / enbe tcaotett babagt te maten ün be .i^cbace boo?nbsp;een baffcft pjofeet en ïeeeaar. jiKcn tem baat ban ncbenb bc anbeccnbsp;^bangeltflen bpfonbec Bet €bangelium Joannis naficn. (€e itgt ban mag;nbsp;l^aulUSt 3eggen ï^eD?. 12, : 3. Want aanmerkt defen , die zoodanig eennbsp;tegenfpreken van Zondaren tegen hem verdragen heeft. Crt hJaCCÜB met'
jagtmocbigficpb ; geiijlt gigt;abib ; beantbJ00?b. ^le s^etc. z t 23. Die ,
als hy gefcholden wierd niet weder fchold, ende als hy leed nietdrcygde,! maar gaf het over aan den genen die regtvaardig ootdeeld.
V. ïi5ecft nan 5üne A m p t e n , en bet jcibec obet-een-fiom(i met chrifia^ toelte toacett jiinConinkiikcnProfetiiche^mpten. 3©ant ban bje*nbsp;gen Bet Prieftcrlike Sïmpt; b)asi Chrifti ©oOjBeelb ; niet David , maocnbsp;Meichizedek •, en bit i.ö Bi^t pet0 niet jonbec aanmerliinge boo? bp te gaan-David mogt gectt ?p?ie(lec 3ijn / alb een ©ootbeelb Chrüii. ïgoe 500 nietnbsp;(jnlb gn seggen) toaö niet Mcichifedek een Coning enbe 33j{lt;(lec te gelijfi Inbsp;anttoootbe ja 3eBertiB: jKaac voor de Wet, in toelBè tijb be Coningt;nbsp;gen ooB ©tieHersi toaitn; ja pbec l^ooft en ©abee bejs ü^upfgcftnjS: 3,li5aafnbsp;be Wet Beeft befe tempten gefcfjtft / aifoo batfc niet t’5amen en gingen/ ofnbsp;gepaaeö baierben. ^nöien David een ©?ieflec toaiS getoeeft / 300 5oiibe Bpnbsp;Bet getoeeftmn / na be ojb?e ban Aaron: gjn bie ftaat Bonbe Bn CBnfiumnbsp;©oojbeelben / 300 biel alö Aaron , en alle be gtebirifeBe ©^ieiieris (icbbennbsp;gebaan t .flaac 500 en Bonbe öp geen Coning 5jjn getoeeft: ilabemaai Betnbsp;fiebittfcBe PBcflerbom be Croone en ,;§ceptcr ban Juda niet toe en guam/nbsp;a!.ö bie niet hjaren ban be ^tamme ban giuba. ©et toasi ban ben coningnbsp;Uzzia tot een fcBnIb en ftcaffe / bat BP 5ig onbeeftonb te ©fferen / fcBoonnbsp;Bp al Coning toasi z CB?on. 26. beeff 18/19/ 20/ 21. ^e Ctoone ban benbsp;HafTamoneen onbec bJclBe Hircanus; ett toasi be Ccooiic nogte ^ceptec bannbsp;^uba ; en ober3ullijS be eegte Croone ban ’t liipsi o^abibö niet. iBaarnbsp;Boe bani Cn Beeft i©abib ooit in Bet pieftee-Kmpt geen ©oo?teelb CBnfttnbsp;gebjeeft i 2llntbjoo2b boo2 » BP tembe in een 31!mpt ban onbeebjeepingenbsp;en bi^DaacBepb ónber be a©et geen ©oo?bcelb 3ön ban beit ConinftliBennbsp;l^oogen-®2teftec CBjiftusi. (€en andnen. tnbien gp 3ijn Coninkhke toaarinbsp;bt^jepb aanmecBt tn 3i0 5elfö ; öopten opfïgt ban be 3©et bec bienftbaac#nbsp;tepb / 300 tsf w be 3elbe ooft be p^iefteclifte op-geftoten enbe ftebatet. Cf»nbsp;bit ia geen geringBepb ofte leegftepb boo? ^abib geen ban 3Bn SEmpten tenbsp;bntfbn^ / upt fteagt ban be 3®et bea ©leefcBliften Cleboba en bec bienft^nbsp;ftaarfjcpb i mtrac een uptnemenbe Boogftepb enbe eere. |©en moet Biet op-meefien / nla op een Confibecatte tnaacbig Bier nebec te (lellen v bjant onfenbsp;(Citeia berepflBep uptgelefen doffen.
B E YD E A MP-
V I. HSècft aan 3iji» uytnïmenbhexd i n. die
Ambten; bfó teti aanjtctt ban 5ijtt P r o p « e x i s c h tllmpt onbêr-Udjjlidtb tsi; fllfoo bat Ijp op-gctooöen too?b aUren teorn alle öe ^?ofeten
3luc. 24, Captttel 44. Mofes, en dc Profeten en de Psalmen.
2fil 10 fcijoon jBJfes be eccfte en ^?oot(ie pofeet oebjeeil / tot getupge-'-iniTebanbeDmoen/ bientóecljanbsouben bjecbai gefpjooten/ tttöe (tonbcn te gefcljieben ; 300 bat be emie en oiibfie baftigljepb bcc ©^ofi^rte lepb in benbsp;Sebetöepb ban be tnaacDepb ban 3ijnc Ifêiftojie / bie boo? iBilliocnen bannbsp;gctnpgeii 10 bebciïigb ; nogtan0 10 toaacagtig / bat Cfinfli lt;0eefi / bie mnbsp;bcm getojogt t)ee|ï / ijem be «©jaftuien aangaanbe Ijet Éïjben Cfeifti en benbsp;bolgenbe ï|eedifil)eben beel nabec en blaacöec beeft geopcnbaacb/ al0 of mennbsp;bie boo? begt;0ogen in een,^tl)ilbecpe 5ag na BetÊeben afgemaalb. Mofesnbsp;fp2eeltt Baabrclen ; Ijp fifïijnb enble li|ïo?ien te fp’ceben. a©el mag öpnbsp;3clf0 albu0 ban 5tg 3elf0 fp?ee6en 2nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;23. ^ff, i / 2 / 3. David den
Soone Ifai teyd, en den Man die hooge is op-gerigt, de Gefalfdc des Gods Jacobs, endc lieflik in Pfalmen Ifraels zeyd. De Geeft des Heerennbsp;heeft door iny gefproken» ende zijn reden is op mijn tonge geweeft.nbsp;De God Ifraels heeft gefeyd , de Rotfleen Ifraels heeft tot my gefproken jnbsp;daar zal zijn een Heerfcher onder dc menfehen, een Regtvaardige, eeanbsp;Hcericher in de VrcefeGodsjamp;c. !©aat opl|p gaat optncn bat (Cciiamcntnbsp;bat l§p cen Eeuvii Tcftament notmb/ ’taeenquot;lt;6ob op bent en 3ijn ^aab/nbsp;teel baft befïDten/ ber3egelb/ cn betoaacb Dab. Saat 0110 Petmm DooK»nbsp;2Cct. 2, $0 29. Gy Mannen Broeders ; ’t i0 mp geoorloofd» om totnbsp;U te fpreeken van den Patriarch David, §0 39.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;alfoonbsp;nbsp;nbsp;nbsp;hy
een Propheet was j cn wift dat God hem met Eede gefwooren had, dat hy uyt de Vrugt zijner Lendenen ; 200 veel het Vlecfch aangaat ; den Meffias zoude verwekken, om hem op zijnen Throon tcnbsp;letten; zoo heeft hy dit voor-ïiende gefproken, amp;c. ^ie baat Propheet en Patriarch gepaarb in ©abib : BCEgcn0 in iiBofc0$nbsp;bie geen ©abec öc0 .ïBcffï® toa0.. ;©e ^^ppeten Dtbbcn beele Sicp?efeivnbsp;tatien ban ben SBEfriaö in Daw ©ecftwmn öfbaan» noopb pcmanb nogtan0nbsp;300banrge nog npt-nemenbe ban tï^abtb. 3aamp;ïfe0 10 een jBibbelaac bc0nbsp;Uitben (Ce|lament0 getoeeft / ’t teelDe een feOepbinge en Woobe; cennbsp;mtbbel-miim be0 af-fcDepbfel0 maaftte tuflïDtnSloben engt;^epbenen. ^ahibnbsp;niet; bie mcec ben ftijl ban ïjet €«angelium oilomme upt-teiiDt ban bannbsp;bc 3B:t. ... ^itt ittcn op 3iin Go n in kl yk e Simpt. ï^p i0 benbsp;eecfïe getoeeft upt be ;§tamme ^uba / bie be ï^one en Jamp;teptee boeebe.nbsp;25n ben 5ijnen 10 bie geblebcn ; cnbc na bc SöabplonifcDc gebangeniftenbsp;to^ in ben ïBcffiab Decftelb ; 300 bat ben (€D?oort be0 iBeffie toareliftnbsp;^abib0 ®D?£ion i0 geb^eft. 'Eie 3[UC. i, ^50 32. Ende God de Heerenbsp;lal hem den Throon zijns Vaders Davids geven» amp;c.
iSo H I E R O G L Y P H I C ofto
ban den Leeuw enbe 5Scp? / tnbe ftet rebben ban ^jfwap upt bep ^elbec jlStiiJl enbe föiautoen (i ^am. 17.) Eijnbe fjet üegüifel ban 3iinenbsp;]|gt;elben-baben; be magt C0?UM tn bet üebboingen ban be iBooibcnarcnnbsp;Herodes, biÈ ItinbcE-moojbcc en Aicheiaus, 3{ifes toe bP nog in be 3i©icgcnbsp;ban 3ijn eeefie J^nbaljenb lag t a©at aiogcn be l^epbencn ƒabuiccren bannbsp;baren Herkuies, bic in be JBiege (eggenbe met 31111 teere ftniipHen benbsp;^bbeejs berpletterbe. 2EI30C1 ruble bP ?i)n« Eamnieïen upt be ÉlaubJcnnbsp;ban be3e aBieeben; en b?agt 5ijn ;§tbaapb!:niS in een bette 3©epbe» naaacnbsp;fjem' (ionb nog een ï|ooft-natalie boo? be ïlanb / met ben ^^elfcbennbsp;Goliath, «©.ibib betbeelb bcm bicr in i;ebenbtg. treeb bent te
gentOeb in ben Name des Heeren der Heyrfcharen den God van dc vSiag-Ordrcii liracis; te toctep op bit berttoupjen ijS Cb#«S ben^atbatrnbsp;te gentoete getreben ; en boo? bie Gebeden en zmekingen, met fterkonbsp;roepingen en tranen tot den gcenen die hem uyt den Dood konde ver-loflén»is hy verhoord nyt de vreefe ï^eb. 5. Cap*^ %'t 3®apen-tUpg iHnbsp;befen brijg/ ’» geen bP 5ig berboojS toaiS geen ^taal / geen ©oege/nbsp;ghiaarb / nogte ^iet5e ; ooft berbiiccp bP be 3©apen rufiinge Sauls.nbsp;iBaai’in 5011 Herders gewaad, 0111116131)11 Herders Taffe tOC-getreben /nbsp;hebbende ïijn Staf in 7.ijn Hand , ftOOjS Ijp 3ig bijf glabbc Steenen uyt denbsp;Beeke, bic ft? in 5tin flinger fiafi v aüe^stn^ bcfpotteiift boor ben piji'nbsp;liftijn ; bie liem in tcotfe fcbolïr en bloeftte bp 5i)ne d^oben. iBaat ebennbsp;boo? bie becagte mibbelcn in bet ©leefeblifi (©oge (Criunifescbe bP* llfoo'nbsp;gefusi ben eentgen berber onfee hielen/ ben gettoutoeii J^erbet/ bic 3i)iinbsp;Steben b002 5j)ne ^Scljapen flelb/ en beeft ben 3ijnen 5elfsi niet toegelateiinbsp;totaal of ^toaarb in befen S^riig te geteupften; maar 5i)ii ©jopbetiftbnbsp;3©oo?b enbe getroubse ©elijbeniffe; en 5ijne teece i^ebe en ^oige boo?nbsp;3ijnc berfïroopbe ^cljaapen i en boo? al 5ijn bperige dBebeben 3tjn bemnbsp;«enen Jgcrbeces ^taf getoeed; om op te (lÉunon/ en te ïloeben/ enbe bennbsp;3©olf/ 3leeub) enbe 25ecr te beeb?ijben.. i©c Slinger en gladde Steennbsp;{toant upt be biif nam f)P maar eenen ecnigeit) bjaes 31111 menfebliftenbsp;natuute; enbe bet (ioffelifte bat bP te toagen en op te 3ettcn bab tot in benbsp;3amp;oob: 2(lnbeti0i ooft betbeelb boo? bet fteenen Mes tt» be befnöbeniffc;nbsp;gelijft bP ooft ban 3acob ben Steen ifracis fdSenef. 49.) toerb genaamb;
en den Steen die de Bouw-lieden verworpen hebben ^falm ii8. ^^CfCIl ^teen fïitigecbe bP m toierpfe upt v namdift zijne Ziele uytrftortende innbsp;de Dood €fai. 53 t iz. ^ijn^^tfctpulen liet bP in bc (Saffe; befc fpaar^nbsp;be ïyp tot toeftomenbe aanbegttngen/ al« bie ooft te flrpben 30uben bebbeti nanbsp;befen. €nbe alfoo borft bP bófen derft getoapenben ^oliatb gcbelb ; endenbsp;door xijn dood te nicte gedaan, die het geweld des doods had, dat is dennbsp;Duyvel ^eb?. 2. Cap. . Hy trof hem in de Kop gt; zoo dat de Steen daarnbsp;in zonk. Cnbc alfOO 3ten top biet toateltft/ bat het Zaad der Vrouwennbsp;het Serpent den Kop vermorzeld heeft CieP. ? i 15. ^ie baat in befe
jödben-baaben «n ober-een-bomde tufdfien ®gt;abib en be CD?ifiufSi
ban
-ocr page 203-Sehat-4canier der Zinne-beelden cn Voor-beciden. iSi
ban totllie sCiJpiicatic ofte accommobatte toi) öaii 3uïfen af-(iaaii; ofte neer otisi pemanb bcti^ft bat ^abtb fttee in geen Jamp;oojbeelb COftftt tö ge?nbsp;toeeft/ toaar toe nogtanö onö be Ccjctcn .ïiBattD-r2.öfii9- becgeleftcti metnbsp;(gfai. 49,3^ 24» tb ïüeb?. 2. en alle be nette omftanbtgfteben bet jaften bun?nbsp;bclift Icpben ; ofte ïjn mofl onfe toepafftngc ban laf ftepb cbcctupgen ; oftenbsp;onsi een beter gebiu 35at nu Cfbftlusi befen lt;ï5oItat met ?i)n epgen ^toaacönbsp;geboob fteeft tes geKeften; om bat btt Stalen Etoaacb bat öj» boo2 be go?nbsp;6en en ©tlatusï gefcupftt beeft om ftem te booben / ftem tot Triumfe , ennbsp;otïS tot ftepl geftcefit beeft. a®ant tcctoijt bem ben ^atan be Becfcncnnbsp;beemozfelbe beeft bp in be selbe ftonb en baab bem ben ï^p bermo?fcib.
VIII. 35a befe gegeben p?eube / bet looft-ftufi ban alle jijn J^elbeit-baben / bJ02b bn ban Saui ben Coning ten ï^oobe geroepen / boo? jonber? linge beftuutingë CïobjS i alis bic bem al-bojensf tot Coning bab gefalft boosnbsp;be éanb en bienft ban ^mud ; maabt bc albecbertcoubJtftc ©’snbftbapnbsp;met SSoonc Jonathan; bie bem noobig te paffe guam / om be ge?nbsp;buuritje lagen ^aufó / bie bem upt i^b tegen jpn berbienbe Cilode ont-ftoben na bct^lebert ftonb/ te ontgaan. €nbe/ nabemaal bP op be feboon?nbsp;bcub ban Michai, be iongftc^cigta-lt;^ul!S in liefbe ontfteeften toaö; ^aulnbsp;3uiRö merftenbc/ jocbtfe bem bnp? genoeg/ bat iö b002 be ©00b betaaltnbsp;te jctteti. ^p bebingb ban bem een 262upb-fcbat ban bonb:ct ©00? bupbennbsp;ber ©biliftecn ; met fcljallie toeleg om bem boo2 be ï^anb ber jelber tcnbsp;bellen i .;§am. 18. fis 25. a©clbe treft toef eer bie |Ban irt ?ijn 5toab?nbsp;bepb aan Unas na gcfpeelb beeft, ©abib ftaat öc ftoop toe/ cn 5etfe bemnbsp;ipet ttoee [jonbertbetaalb/ enbec6njgbal5003«n3toninftiijfte25?u)gt;b. Chniiusnbsp;ben bwcen ^abib/ ftonb jijn ï^cebe 5iin ©jiipb/ bes ïbonuigs g^ogtecnbsp;nog al becl bieebee/ biefc niet alleen met 3©aag-balfen enbe peciftel besnbsp;g^obs/ maar ooft met be lt;©oob 3clfs mofte betalen/ ia bc '©oob besnbsp;Crupees i bic om be jelbe jpn epgen ©002-bang beeft laten JSefnijben;nbsp;ja ben ©002 I^ng ban 3Ü11 ©leeftb in bc :©oob beeft uot^getogen ; en metnbsp;cenen «©etciumpbeert Ijeeft ober meer ban ttoee ftonbert jisiötoencn bannbsp;©eeftclibe piiliftijnen ban bem berftagen. ^abtb en jpn nBonnen bonge?nbsp;renbe en ont5ag bcToon-btooden niet te eeten/ feboon na be 3®et nicjttanbnbsp;ban be ^icftcren bie te eeten geoo2Ïooft toaS i ^im. 22. ©cn toarennbsp;©abib Cb2iflus ; beeft insgelftbs met Jtib ®oo?-beelb geleccb ; toanneecnbsp;lip 3tine ©ifeipeicrt j^ngcrenbc ban bem toierben toe gelaten l6p2entcplubbcnnbsp;en te eeten/ en bat boel op een ^übatö; bat be pigten ban be a©et bernbsp;3ticfbe gaan/ boben bc 3©et ber Ceremoniën ; en beeft al500 ooft boo2-gcfpecib be gantfcDc af-fcöaffingc ban be a©ct bie ©lecirlieiibe bingennbsp;gebieb. ©ergelpb H^tt. 12. fc. David bp Achis ber ©bibfteennbsp;Öoning 3jjnbe onber be ©ngeloobigen; toeet nogtans 3iin ©panben tenbsp;befebabigen / enbc ©obs ©olft te rebben 1 ^am. 27. ?lil300 ooft bjeetnbsp;0?iftusi boo? 5ön ï^erbe/ ftöooft Bp 3io bebinb mibben onber be inti?
ïSx H I E R O G L Y P H I A C , oftó
rt)2i|tifcöc PDtliflêen/ öepmclft tc toccfien tot B«t (luptcn bmi ijc booa-jcutnoe ban Bate btoalingen; toant BP Baat aan-3ienöe boo? mcbe-jjucgccjS cti SSonb-genooten/ Bobben Baat bcel ötnacti geboogb tc boen en te letten ; toaat booj met’et tgb beele ban Bate btoaltngen jijn onbefst/nbsp;en epnbelift upt-getoepb. 28Ue be flEttumpBen ^abtbjs öebogten tegen 5ijnnbsp;j^panbcn; gcitjft be Jebufitcn f Pkiifteen; tot tlïiee maal op een (2 ^am.nbsp;bceë 5.) ^e Moabiten, Syriers. Ammoniten, en meet anbctett/ bec«nbsp;beelben be (CtuimpBcn CBtBM en jtjnet ï^ecfte obet bc fêepbenen/ boo? Betnbsp;45ee(Hift a©apen-tupg bess €uangeliumef; baat ban Banbelb b?eeb-fp?aBeitamp;nbsp;ben iS^falm : jBen Ban onfe berftlatinge albaat na sten.
1X. gin tbiee bpfonbete geballen en tegen tbiec bpfonbece/ cnbe bat hgt;el lllupffeliBe en ifamtltate J|ooft-©panben Beeft ®abib te fttjjben geOab;nbsp;namdtlt tegen Sauisnn Schoon-Vader, enbe baar na toe BP nit allt;t5eBtoonbnbsp;toasf tegen Abfaiom stjnen Zoone. €n tn bepbe geballen b)o?ben CBnftnénbsp;en 3i)n ï^ccBe/ en Bate ©panben Hebenbig afgemaalb. €et i©abtb nognbsp;hJa0 (öcltcoonb ; al feDoon Ijp al te bo?en bwss lt;©e|alft; bjtetb ^aul metnbsp;ittjbtgljepb tegenss Bern ontltefien toegenes be ^toonc; al fcljoon Bp bte nietnbsp;en tragte aan te baatben bp Bet Heben ban ^ani: ©m bie oojfaftc 3ogtnbsp;;§aul Bern 500 bibmaal tc ©ooben 4 «löe taagöe Bent na ober 25ctgen ennbsp;ïDalen tn jtèoeftBnen cnbe 3©tlbetntffcit t©tt selbe toaei be gronb ban allenbsp;bte ttotflen nifcljeti €HMii0 en be goben : J|tet obetlcpbcn 3P geb«»?tgnbsp;lagen/ en sogten gem tc ^ooben ; maat toenntg betfronben 3p bc naniutenbsp;ban 3ijrt ï^oninBrijBe; toaat ban 3P/ na Baat blecfcBltltberilanb/ blcefcBltfte
gebagtCll Babben : Zoo zy hem ÏOO lieten beworden, zy lullen aüc in hem gelooven , ende de Romeynen lullen weg nemen beyde hare Stad ,nbsp;en haar Volk goan it. ^Obanige Sauls j CuTchim 3©’CCbC enbe 3iïS002b-
babtge .ftsooten Beeft €B?iftoö Baat onbetbonben; aelijft i®abtb ^lul cttebonb. ^te ©falm 7. Amos mag ban befc af-stendifte en Bateliftcnbsp;^atte te regt albusf af-fcBtlbecen met een stoacte ifeoole Cap. 9. ^0 7.
Zyf gy L. my niet als de Kinderen der Mooren , 6 Kinderen Ifraels, fpreekt deHecre ? 25epbc bcgobcn/ cnbc ben 9ïntitBd|l/ tn Baac©panbïnbsp;Bfte en 3lt(ltge 3Cttentaten tegen CBJMlnm enbe sijne feetlte/ fwnncn Baatnbsp;fptegclcn in befen flaten ©attoon ^aiil. '©ocB op be eecflc Bebbc gB boo?nbsp;al mijn ©oge/ alsoo bie net’et jJeptefentcett in be ©?b?c ban (€ijb ennbsp;SgaBen CBdjii ©panben boo? stjne lacoontnge en opentliBc inBulbinge tot benbsp;fetoone: Cgtet ooB bietgclijBe ©paitiien mofi sijne ÏJecBe in bede €etoetinbsp;tmbetbinbett. jijne Btooninge nu in be25ebeiligtnge in sonfeoninBcijBenbsp;guamen ©abib eetll tod gemelbe ©penbarc ©panben DeftooBen ; gelijltnbsp;Siobanige toaten be ©ngeloobigc goben enbe ïgepbenen / toelfic Baar b?ienbsp;Bonbert garen lang bccbolgb Ijebben ; maat toanncct 3P befe stoatigBepbnbsp;toa0 tc boben geliomcn/ ertjc tod getiifl cnberseBetbmepnbetesitten/ ja opnbsp;ben (€lboon te sp getiegen onbet Conftantinus de Groots, boe guam ben
Sehat-katncr der Zinnc-beeJden en Voor-becldcn. .i8j
Stnticlmtl/ bfeti öcbcpnföcn cn beurtcapttti Abfaiom, cn llaï KltiglJft ^nrtctt bêö ©oftö iicagt tein leiigmis en ba-ffpöiiigen; nam 5ig ö®nbsp;tegt en ttotft-jaficn aan in jahen ban Iccce enbe 5«iiencnöc trob alfoönbsp;tte 5^cctcn af ban be toace Coning ^abib ; en tegen bc genen bie 3ig tegennbsp;bcm (lelbai toapenbe i)p jig met 25ii3cmen ban Anathemata, becbloeftinsnbsp;gen/ fcbenbe boot pbccö oogen Ctbifti 23ebbé. lt;iSuaiM openbaar in ’t ©elönbsp;tegen beBccfte/ bie upt 3gn55loeb-^tatf gecufalem/ anbecis öet fïoom-fcDe 25abcl beeb?cben t)ab j. gelgb öp nn nog oóeb in befe bagcn.
D3Cac 5ijrt beele ï|elpeentofcfte toooabcn / befjaiben bie top gepelb Beb^ ben / bie bn one« boo? Dekken too?ben Hptgebjuftt / bie een pbec opnbsp;Pbcc plaatfc in be Banb Bomen 3«lkn bicfc na 3iet ; ï©p Bebben alleennbsp;be aanmccBliBHe gcilclb. tDe Setter en bebupbinge ban ’t tooo.jb i@ ge»nbsp;meen f tbp Bomen Bo^teliB totjbe f iguure.
I. ^n ««» goedt» a»» beblipb Bet (a) een Overvloedige em VOLLE Mate ban Zegeningen ; een Rtkdom ban CSobüS gaben;nbsp;een Uytbreydinge pan een ^taat en Sanb v gelijB ato ben eennbsp;obcrrcBabutocnbcn 23oom bte een groot gcbcelte Sanbef en SfBberb bcbcBt
8o: II, De Bergen ïijn met zijne fchaduwe bedekt geweeft noo étc. Pfaim 84.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;7, Ook lal haar den Regen gantfeh n'jkelik overdekken.
^aae ftetóJ gp ’ttooojb ntsy Gnata...... • Ch) Zeer gemeen ijS beet
5elfci gèbJupB in ben 3in ban B e s c n n t x e k , Hoeden, betoaren; gelijB ató een ^cBiib pemanb beBt / gelijB Btt Citbogdte Banr naaBte ion»nbsp;gen / een ïBIeeb een JHacnfcB beftt ^falm 139 : 13, Gy hebd my in mijnsnbsp;Moeders Buyk bedekt. lt;Ên |3falm 140 : 8, Gy hebd mijn Hooft bedektnbsp;ten dage der Wapeninge. ^te Cfat. 49 : 2. Onder de fchaduwe zijnernbsp;Hand heeft hy my bedekt. Cn Cap. 39 t 6. Zy zullen haar zelven nietnbsp;kunnen dekken, bat befcBetmctt. 25ebeBBen onber ©lengden to 3eer ge»nbsp;meen. Zie €3ecBid I6:8. Ik breyde mijn Vleugel ovef u uyt, en dekte
uwe naaktheyd...... (c) Hct bebupb OOB V tCll Oanficn baii COb bcil
Stegttoiarbige/ nogtaito ©armBartigc ïiegter/ Zonden en ongeregtig» Beben Vergeven pifal. 32. §(f. 1/2. Welkers overtredinge vergeven,nbsp;wdikers zonde bedekt is:nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;gclijBcniffe iö gcnomcrt ban peto toalcBeliB'S
Bot geen met een obergetootpen Ölreb toat bcbeBt cnbe upt Bet geftgfe toeg-genomen ; gelgB iSoagö Zoonen 3ün naahtBepb met Baar ttocen met een laleeb bebeBten. ©et toooib “gt;33 Caphar Kipper, bjuBt naber upt be toijfe,nbsp;ban bit bebeBBen / uameliB boo? berfoeninge ban «tBotto Cicregtigfjopb ennbsp;ïtegtbaarbioe gtamfcBap Cirob- ^9 133. Crob. 29 ; ?• Daarom-zaï daar
door
-ocr page 206-ïS4
door de ongcregtigheyd Jacobs verfoend worden fecufar. batt ÖCfctt DOJfplonfi bïoepö af yet ÖeBïitÖe bJOOJÏI Caporet, deklel der Verfoeningc
msa nbsp;nbsp;nbsp;lt;!EiC0b. 25 } 17. ftom. 5 : 2^. 3®aac inebe öc tafelen / Dte
in öe Hcbe bjacen febefet bjiceben / cube toaac ontcent be l^oogen-^^icftcc cp ben geooten bag Kippurim , alis ijp in get ©epitge bet É^pKge in-gingnbsp;beefoemnge bebe. 't lt;(5een 00amp; booj bepeftte beft(M ban bc 3{cfie berbeelbnbsp;toierb eiEïenef. 6,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;14* • • ? • * ?nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;(d) ?iet bebupb ooft een beftfel ban
N E D E RIG H E Y D ctt eetlttebtgfjepb boo? be Sïlbccöoogfte |I5a)e|ïepflt;iDiobsf. ©ecgefljft lt;gfat. 6. met 2tpoC. 4. Met twee Vleugelen bedekten ty haatnbsp;i\ange(igten.......nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;(e) tgett teften ban eecoace fefjaantte enbe O n-
berwerpinge ban bcÉetïse be35pjpb bnbec 5Sefum ftacen ©jupbe^
oom CantiC. 4. nbsp;nbsp;nbsp;7. De Wiigters namen mijnen Siuyer van my. ^ic
«6enef. 24 : 65...... . lt;©oft toccb baat boo? uptgebjuftt een stil
2WYGENDE V E R T R O U W D H E Y D JPJOb. 11 M3. DiC gCtrOUW is
van Geeft, bedekt de 2aak.e. (Jfn Cap. 17 J 9. Die de ovejtredinge toedekt , zoekt Liefde.
11. 3irt eert qunde» «/«,. beöootb öi^t onbec be cange ban Zonden , em be fchande , cil zmerte cn plagen-
(a) g^aac tö een Dekfei des Herten, Begaanöe tn ecu ïïegtbaatbtg en J^cpitg oojbed lt;ö5obss / tanac boo? ftp ftet i|ccte ban een moebtailitgen gon»nbsp;baat nog mccc bei-ftoftc cn bccftacb / alfoo bat ftp / atö be gcenen bie eennbsp;op ijaac 2{angefrgtcn ftefiben/ niet en 5ict 'tgenc tot sijn ©?ebe btenb.
utt nbsp;nbsp;nbsp;lt;2BO^i2£C{ CIClClQl* 5 t 64* Geeft haar een Dekfel des Herten
uwen Vloek zy over haar. ©ccgelijft belt 3in JBf. 69. (ffat. 6. JiBattlj. 13. 31oan. lu Sïeto?. 28. Capittel. Cube bte epgen fpjecft-toijfe bp^aulnmnbsp;2C0nnt. 3 t 1.3. Ende wy en doen niet gelijk Moles , die een dekfel opnbsp;zijn Aangefigt icyde , op dat de Kinderen Ifraels niet fterk en zoudennbsp;zien op het eynde des geenen dat te nicte gedaan word. Maar hare zinnen zijn verhard geworden : Want tot op den dag van heden , blijftnbsp;fcet zelve dekfel in het lezen des Ouden Teftaments , zonder ontdekt tenbsp;worden — wanneer Mofes gelefen word )cgd een dekfel op haar Harte,nbsp;^tt l'aaftt bc ^ObClt Cfat. 29.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;lo. Hy heeft hare Oogen bedekt asy
Gnatzam....... (iJDoft bte vervoerd zyn door de
verleydikge des a n t I c h r I s t s , tooien ban ftem gebeftt ‘citbc bctWtnb. jj Gag bebupb bp beit IjcOtcen ecii / toaac boo? eennbsp;ï^^upss of pfitiS biecgelftftb bebeftj too?b : ü^aac ban baan / bp isaam-fpec^nbsp;ftnge/ ftomtCog, bat ib bte bebeftt (namclift ben 3Eno£ft?tfl) enbe Magog,nbsp;bat ib bte ban ftem Ijaar bbtafen j^etbec bteeben obeebeftt enbe m bJinbftePbnbsp;geftouben 28poc.20 ; 8,...... tc) acne fttagt ban bhtalntge en bet^
Icpbittge / baar boo? be jinitm tociben beboeben^ ’tjp boo? toaan cttbcctrou^ toot beb ©ïeefrfjb 3 boo? ftet ^Spmne-toebben ban epgen geregttgftepb / ge^nbsp;toeben lipt onfe epgen tngetoaitben; ’t Ep boo? bertroutocn op pble ftnipe
ban
Schat-kamer der Zinné'beelden en Voor-bedden. iSjr
ban SBenfcljen ; comngen / ©o?|tcn / nbsp;nbsp;nbsp;; «Confeijccatten «nlje bcc^
öoHtien met bc ©panben iMti be öctfic; ’t 3i)tt ai f jamen beamp;feijS en booj^ tocnbfelö bic niet Ddpen ïtunnen / «naar beftftaimn / cnbe toaat bene benbsp;fenanbelifte naafttftepb bjcrb Denen gefien ; joobanigc 3ijn 006 aiie 2{lfgob:cpenbsp;en baifen-genaambe lt;®obei-bien(i. ©oD alie Dobaarbpe en roem op beemo#nbsp;gen / en ben blee|c0iiften arm. ^ie ©fai. 7^. oaarom omringdfê de
hovaardye als een Kleed , ende het geweld bedektfe als een gewaad lt;gfai. t 7* Hy zal op defen Berg verflinden het bewindfel des Aange-zigts daar mede alle Volken bewonden zijn en het dekfel daar mede allenbsp;Natiën bedekt lijn. i|p bccfiaat pet bebfei bc0 2inticDJi(ï0/ afë 006 ban allenbsp;laetteepen / fcDeucingcn en balfcöe 45obsi bien(len / toanneec in be iaatiïe ba^nbsp;gen lt;0obsi Limnanx!» Regtvaardigheden 3uilcn openbaar 3ijn geb3o?batnbsp;3{poK I?. ïüct bleefcljitb bertroubjen op ben toeeeibliben arm en be magtnbsp;beo 3CntiC{|2i(l!Ï btufit CfaiaO upt Cap. 30:1. Wee haar Kinderen dienbsp;afvallen , fpreekt de Heere ? Die eenen caadHag maken gt; maar niet uycnbsp;my» ende om zig met een bedekkinge te bedekken, maat niet uyt mijnnbsp;Geeft : Om zonde tot zonde te doen. ^ic be 3©ecli-Depligen afijemaolbnbsp;Cfat. 59 t 6. Zy weven Spinne-webben hare webben en deugen niet totnbsp;Klederen , zy zullen haar zelven niet kunnen dekken met hare Werken. Haar werken zijn werken der ongeregtigheyd , en eennbsp;maakfel des wrevels is in hare Handen, ^ie tOt bC ©OUtife JBagt illnbsp;benautpepb pare toebhtgt ncmcit / zeggen Bergen vald op ons , en Heuvelen bedekt ons SCpotaf. Cap. ....... (d) Hypoctiten CU
met de bedekte lieden ga ik niet ojn....... (e) fcpaamte bC^
beht pet 9taiigefigtc ®f. 69: 8. ^00 fp?eefit Clpimt.« bic alle bnfe fcpaiibc bjoeg ; Want om uwent wille draag Ik Imaadheyd ; fchande heeft mij»nbsp;Aangefigt bedekt, gamp;aaroiu befetcp 310 cmpbb bc oiieerbarc ©joutocn.nbsp;Sic Cietief. 38 114. ©20b. i. Waarom zoude Ik zijn als een die haar bedekt. .g^ele ^luper afgeruPt 3öobe bjecb pettianb otitbebt cnbe beftpaamb.nbsp;Sic Jg0feC2.berff.2-*9' ^.nde Ik zal hare dwaasheyd ontdekken voor denbsp;cogen barer Boelen. ©ergcIijP CSCCQ. 16 : 37,
1^ een ^toffe unt Oct gemalen Cijaan r3amen gebneeb tot een ï^iomp; om in ben ©beii of in be^anne tot een eetbare ^ifc gebafiften te too?^nbsp;ben. gomtpbei toerb petboo? deft / 3omtpb.« beo? een ]fe(omp ^ecgnbsp;we boo? oubpcPb 3imr tb gctooiben / en beguaam ib om pet ^ceg alb eennbsp;^ponte op te boen stoellen gepebclb ; sompjbsi toerb pet onge3uurb ge#
tS6
HIÏROGLYPHICA. offo
getErt. USEtt UJEEt ïic Wit bess ^aafcö-3lam.9' / t»i toslfie' men gEcii jnuebe Samp;jOEdJcn mogte eKtt,
I- 5^11 [)et gemcett bJEcb boo? eeh'klomp Deeg en ’t getii biW ban tot ftnjfe rö DegHaam gemaaftt/ bEcbedö een ^icfiaaiii Syftema ban ccbelihenbsp;menftöen / bte boo2 janhen en ©cdnntcnitTen / tot een Utrttaaiti enöcnbsp;^cictept 3nn t’ jamen gebloepb en f jamen aan een Dangcn. €n ban 300nbsp;inecftcn ton baat in aan be ^toffe. z, 3igt;e ©ojme. 5. ï^et gcDeuptt... ?nbsp;(a) ^ Materie of Stotfe fö een gebMö ban be scaebe/ 't tb (Certoe ofnbsp;centg anbec «©taan. gin bte eeefte matefte meeftt öet Ctoifïub aan/ albnbsp;lip be ï^mbeeen beb öomnlfröltb noeinb int goebe ^aab t en Ter wenbsp;ja be bede Tetwe, ^te JlBattlj. 13. Cap. .....nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;(b) ^e Vorme
is de Band en bcceeatgtnge ban batiBeel/ of geflootenCSjaan/ bertoonenbc be eenigheyd des Geeds, door den Band des Vredes CpL’* 4» ^UUljSnbsp;becblaacb bit albltb iCOJtnt. lo : 17. Wartt een Brood is het, zoo zijnnbsp;w'jt veele een lichaam, dewyle wy alle eens Broods deelagtig zijn. SBtt'nbsp;gelijb I Co^int, 12. Wy zijn alle, door eenen Geeft, in een Lichaamnbsp;gedoopt^ 'g^eiBaffa ib ban 0et gantfcIjel^tcDaaniCimrtt/ 3ijnec;tnteente^nbsp;(c) jget gebruyk tb tot boebfel en fpijfe / toelfeecb touflt tb be natnucsnbsp;übe firagt en be Hebenbe Cieeften te faetoaccn en te bcritieecbei-en / en bennbsp;3©afborn pbee iictjaain tn 30gt;te mate te geben. s©aac toe bjengen alfe ennbsp;een pbec cieloobtge 0et Saw bp elft tn 3ijn tnate Cnftef. 4 : 16. Cn 3P btenbsp;25joob 3elfb 3ijn/ öebften een tntoenbigenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;inbloeb in malfeanbcten
om malftanbeeeit te boeben ©fttlcm. ijtlb 20. ja Broeder, iaat my uw er hier in genieten j verquikt mijn Ingewanden in den Heere. gn ecitennbsp;fijnen ^B^eeg 3ijn be femelen enbe al toat niet boebfaam ib upt-getojogt ennbsp;uPt geftupbelt. ^00 moet be l^ecfte onbeefeftepben tuffcticn bingen bic 3toaBnbsp;en min ptoftjtelijft 3ijn en 5tg aan ftet balie öoitbcn pijil r. Beproevennbsp;ooft ïaitbeecen en 'p’nfen be bingen/ bie be uytnemenfte zijn. i||et Zoutnbsp;ban boo23igt(g0epb enbe Ocfcljepbenjjcpb tnoet befen «©eefjem ban berberfnbsp;betoacen. ^ie JjlSattft. 4. ^0 13. Gy zijt het Zout der Aarden i indiennbsp;nu het Zout onfmakelik word, waar mede zal men dan zouten. Cnnbsp;;ll3aCf. 9 : 49/ 50. Een yder Offrande zal met Zout gezouten worden,nbsp;(©ecgcljjft ^ebift 2.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;13. ) Heb Zout in u zelven , en Vrede ondet
nialkaodeteu.
M. lt;©« toeefifaamftepb/ bie ftet «©eeg berepfeftt om boo2-ftneeb te too?-gt; ben/ en be tjjb becepfcljt met bcctoagtinge/ tot bat ftet benr-tojogt 3P/nbsp;enbe boo?-3up2b/ om ban in ben Cben bie aangeftoften en booj fteet 'tjsnbsp;oefeftoben enbe booj-baftfien te too?ben / becbeeib aacbig be toerftfaamftepbnbsp;bcc Cioblofen om ftace raab-ftagen en boojnemcnsi/ boo? alle toegen ennbsp;mibbeten te brengen tot be ciipftepb ban be upt-boeringc/ toaac toe ftaatnbsp;ban be ftitte ftmu bcgeeciiftfteben/ bie fiaat beitooften gaonbe maften batfe
tn
-ocr page 209-Schat-kamer der Zinne-lacelden en Voor-beeldenl 187
in fwar niet lup nog traag jrht. Zy lijn gelijk een Bak-oven di^ heeceemaakt is van den Bakker, diegt;( tc VoetCtt ban cecll) ophoud wakke*^nbsp;te zijn (Dat «.Ö C«f)nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;(bftc ba»1 be tijb af bat) hy zijn Deeg door
kneed heefd, tOt bat liet doorgefuyrd zy.
3i9at beiangb ï)et onberfeOepb / en be tegen-ftellirtge; ooft toeï be t’famm-fclitftftinge^ ban een £uo? beeg/ enbe ongc5up?b ®eeg/ ban «6eftebelblt; én d^ngeftcebclbe 25J00bert/ jal gefpjoften tooien op ben ®tteï Zuyr-dceg,nbsp;cit ooft Paicha. ©ecgelgft öp boo?{^l be pJaatfe i «tTo^trtt. y» 6/7/8.nbsp;En weet gy niet dat een weynig Zuyr-dcegs het generic Deeg 2uyrnbsp;maakt ? Zuyvcr dan uyt den ouden Zuyr-decg j op dat gy een nieuwnbsp;Deeir ziiii meued • gelijk gy ongezuyrd zijt. Want ook ons Pafcha isnbsp;vóóf ons SSag.; Lielï Chlinus : Zoo l« ons dsn Fecll honden,nbsp;Ta in dL ouden ZojodeelTen, i nog in den Zuïndeeflim van qnaad-heyd eaU der Boosheyd, maar in de Ongezuyrdc Brooden der opregtig-
mcbïonrfnten''^goeben 5gt;n toctb fict genomen boo? be booibtingenbe rte.ïrt en bjcrfttnoe befi «tJuangeltttmst a^attft. 13. Cap. tn be gelijftaitffenbsp;ban een Dtottoe bie een ftlomp 2up?-beco nam/ enbe bte m drie Matennbsp;Meel mengde, tot dat het geheel gczuyrd wierde. Cf men rtU Ottbecnbsp;be bnc .ïEaten bccflaa Joden, Griekra, ert Barbaren, ofnbsp;ban be drie Zoonen Noags ; Of Europa, lt;Mia, Africa, bC geujhmifb.nbsp;«jnbc genomen ban bte Cceten ban be 3©erelb/ bte toe aiteen otftmb ennbsp;^naamb toierben/ om be öantftöe 3©erelb, upt te b^ufiftert ; bat bcrfeBübnbsp;onjs bjcjn'ig.
MCn moet Bier / tot een goeb 5punbamcnt ban onfe ^iguure/ b002 af petö 3eer aannwWihö toaat-nemcn 4 't geen afb Bet niet aaninbsp;bagtig tiS begrepen/ ’t gcBeeïe oogmeeft 3oube rntgen.
Deel ijiet mct een gebdte ban eentg geBd i toont baar Bet gefteel oiicyndig is, daar kan geen deelinge vallen. Sfinbcrig plogtmen (gêJpft
top cpnbige menfcB^n/ fntcent Bet epnbigc toceftenbe) een epnbtg bepaalb geheel te (Idlctt ; ol toaat top na ptopojtie bcelen: Gcograohicè amp;nbsp;Arithmeticè. 2llfoo m toecb Bifc Deel niet genomctt. jBaac booj eennbsp;ban a«e anbete btngen af-gejonberb lt;®oeb/ bat pemanb toettelift epgert ijs/nbsp;en Bem inbifputabcl toeftomb na alle öegten / en bat Bp beptten enbenbsp;betjouben ftan ; 300 bat iB» 3eg0e bat is 't mijne, ^tel bat tbwe gemeen^nbsp;fcöap Bebben (als David, en Salomo nu Cfefecoonb) Diocletmnus, ennbsp;Maximilianus ^ ccu 3e(be Söepfct-rp hjeift onberbeeib is^ Cift ftan
Ma 2 nbsp;nbsp;nbsp;3egcen
-ocr page 210-iS3
HIEROGLYPHIC A , ofto
«¦’MM öae santffDc ïiijö miiii; bat tö m ftoitw m tocj rcotjs-teQenj
Wcnbe Diocietiatius ?i)n tod torfctjepben/ lunac on«J ittijft to smtccn.
ttoeebm ; bit oneptibigc- toecb een Deei oetiaatnb ten aanfKn ban bs ^ubii’ctcn / bie ftet op ecu cpnbioc topfe/ wet lt;0Jaben cn fCiappen ©atcitnbsp;beebetr; tn tcgcnftcbWnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;öcc Oobloofcn/ bat cpnbtg cn
tiibclib tb / cn ntet i^oyivit ban ecnc natuucc. cjccmpel; Eaat cen ^otitnn aan «ÉbcMunbcn aanbicben be blinbe beufe ban beftooten lt;©oofen/nbsp;met (ffioub/ ^tibec/'hooper/ ja ^anb cn ï^ep-fiecneti t mz be toiitftenbsp;bccftieftn Ijebbcn cen ®ee(/ en Sa c '©eel ^ waac ntet ban Oct ecpcet:nbsp;3Baitt Oct fiaare its t^oyivis ban een anbece natnuee en (©eflagte/ ewbcnbsp;get boeb nieto in pjö,b.
I ©aac ijS een Deei bee ïBreotbaaebigen / bat niet en ban ocfpiitfl ben/ maat batfe onbee Ijaac gemeen Ijebbcn ’t geen ©abib uptb^uftt mnbsp;ben Jgame beb .fPeflie ©faim i6, $$ 5. De Hcerc is her Deei mijnernbsp;Erve ende mijnes Bekers; hy onderhoud mijn Lot. Ctt Jpfalm ii9;57«-De Hecte is mijn Deel, amp;c. ^falW 73* Y'jt nogtaris cie Rotlleennbsp;van mijn Hctte en mijn Deel in Eeuwigheyd ^Jerew. lo ; i6. Jacobsnbsp;Deel en is niet gelyk defe : Want hy is de Formeerder van alles.
II. s©cb£com to ©obb ©oiP ooft jtjn ©eel/ bat tb €efeni(Te eijbc epgcn bcfttttngenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;,• aan get toelfte memanb eenig togtgeeft/
al0 8p aiiecn/ 500 batfe gaiitfcij onbabcelb tb* ^te ©cut. 32; Want des
Heeren Deel is zijn Volk; Jacob is hetZnoer zijner ErfcniflègicttW. rö. $0 16, Ende Ifrael is het Snoer zijner Erve Heeic der Heyrlcharen isnbsp;zijnen Naam.
Ill isoö wee»;; alle be lt;0eeftlifte en jsoben lewelftlje lt;0cnaben'rgftc ^cneninaw/ alb ooft be inftomde ban be ©olftecen en lenbenen/ bte Ealtgnbsp;tootben/ ^ tiet ©eel ban (0ob0 J^inbei-en; beet üöftee ban be lt;Érfetn|Tenbsp;ban ftet Hanb Canaan. ‘Zit Cfai. 61 : 7. Voor uwe dobbie fchaamtsnbsp;en fchandc zullen zy juychen over haar Deel alCt. » ; 2r. Gy ennbsp;hebd geen Deel nog Lot in dit woord. Oftl COlOff. 1112, Die ons be-lt;!uaain gemaakt heeft, om Deel te hebben in de Erve der Heyligcnnbsp;in het Ligt. ©ccgelpfi Cpf. 4* Opgevaren zijnde in de Hoogte heeftnbsp;hy gaven gegeven*
IV. Cen gantfet) anbec D e e t, ban een anbe»; natwice toeeb ben Godloofen tOC-Sewetsn. Zit Cfai. 17.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;14. Ten tijde des Avonds,
zie zoo is’er verfchrikinge ; eer. het Morgen is zoo is: hy daar niet meer ; Dit iJ bet Deel der geener die ons berooven, ende het Lot dernbsp;aeener, dis onS plunderen. Cn^falW.»!. : ö, Hy zal op den Godlofeii
Regenen,
-ocr page 211-Schat-kamer der Ziune-beeiden en.yoor-bedden. 189
Regenen, Strikken» Vyer» en Zwevel, ende een geweldigeStorm*wind zal het Deel hares Bekers zijn. €n ftoniClI Öait iJp bOOJ Ijaac Deel,
Olie öie unttoenbtoe bdojfpocïi / en Ue genietinoe ïjcr ^onben/ bie lt;0ob Daac geeft in jijiten (€00211 / op bat 3P ïjaac ©ojbeel baat booj joiiben bcc5toai-en/nbsp;eitbe Daar met be oncebelthe i©iccert in bie ^cDepfelen beebeeben; 3tgnbsp;nteften 30iibcn ales tot ben g^ag bec ^lagtinge. ^00 3cgb gefiiss in benbsp;Parabel ban ben -Czijbcn ïKan l.uc» 16, Cap. K:nd gy hebd u Deelnbsp;gehad in dit Leven.
V. nbsp;nbsp;nbsp;l©e ï|epligenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^^an een verdcelinge des Herten i^ofee lo,'
2. Eerlf, toanncec Ret j^ecte niettiegt en tes boojCicb/ maar tuffcRcn
lt;0ob/ enbe be ïPecclb iss bccbeelb/ Ötnamp;t ober bepben 3i}öen r ïiieg. i8: 2. toaar tegen gcftclb toecb een op?eat/ en toaaragtts^erte 30^1624:14/15.nbsp;Een Herte, dat vereenigd is tot de Vreefe van Ciods iNaam Pfalltl 86.nbsp;siDe becbeclDc menftOcn toerben gc3egb te fp^éeften met een Herte, en eennbsp;Herte. ^ie pfalltt i2 : i / 2. $t. Dat is «iubbclhcrtig en ongeftadignbsp;ziin in wegen 3acob i. (Cell anderen ,• bjtinneec be menfrfjen in be t’samén-3b)cecingtn/ bie SP tegen lt;6ob en 3i)nïaerlie fmceben onbec ben anberen bec^nbsp;beeib toOJben ; gdijlt ales 500 be ©outoccts ban ben Babylonilchen Thorennbsp;in rebenen en in jpjalten oiiber cllianberen berbcelt toteeben ; en Raar toeritnbsp;ober 5ulftss ber(iroopb. Cnbe gelijlt Csob bp C3ed)iel getiipgb / bat Ijp be Gognbsp;en Magog be (0:oot(ie ©panben 3iiner ]feeilten onbec ben anberen 30tÈienbsp;bccbeelen / enbe öet ^toaarb ban. ben eenen tegen ben anberen fieUeninbsp;C3ecö. 38. ^0 21.
VI. nbsp;nbsp;nbsp;i©e becbeeltnge ban ïtoniiiRriiBen jBOttarcRien en .;§taatcn toerbnbsp;Riet b002 ooR te Rennen gegeben ; gelijR i» be gcli)RenifTc ban een .pïantelnbsp;bie gefcljeucb toiecb enbe in ttoee lt;©ceïcn bccbeclt/ be fcReucingc ban benbsp;^Stammen 3frael.ö in ttoee ®eelcn toiierb aangetoefen. 5llfo toiecb Ret
ïïpe ban 25aüel ba-bcelb (Menc Mene Tekel Hypharfin) ObbCC be Perfen cnbe Meden 5©aniei 5* 90 25. Ste OOR ban bicrgcipRe bcrbcelingenbsp;Stpoc. 16. §0 19.
BCbupb in ’t gemeen een ©egt/ Hiagt/ en Degname gclegentRepb/ om npt een gemeeneplaatfc in een Dpfonbere in te toeben. 311 be jpiguurenbsp;iet toel op beft b^n,
3C a 3 nbsp;nbsp;nbsp;3üt»
-ocr page 212-SleDcc öte 0? 5aö/ lang^ toelfte betgngelen optoaactsi en netsectoaaitsifeiomï men ban ben ©emcl/ t.ö be toeg/ fanjpi bjeifie moi leinelUiaattsi/ onbecnbsp;gelepbe ban be l|cplige €ngelen/ bte onet ban be 2Cacbe bcmen op-treblicn/nbsp;op-blimb, lt;iEn be g^euce / bte onsi befen a©eg openb tjs €{)?i(lusi; btónbsp;Pramen en be Deure, en ben Weg en alicsf, £ic 3!oan. 10 : 9.nbsp;Ik ben de Deure. Indien yemand door my in-gaat, die zal behoudennbsp;¦worden, ende hy zal in-gaan» ende uyt-gaan , ende Weyde vinden.nbsp;3©ebeeoni ^oan. 14 : 6. Ik ben de Weg , de Waarheyd ende hetnbsp;Leven ; niemand komd tot den Vader dan door my. ePnbe ©f. 118,nbsp;Defe is de Poorte, door welke het Regtvaardige Volk zal ingaan. dJttnbsp;4Jfai. 26. 2, Doe de Poorten open, dat het Regtvaardigc Volk ingaa,nbsp;het welk de getrouwigheden bewaard.
II. nbsp;nbsp;nbsp;bJ0?b btfet/ onbe belemmerd 5 m ooft tofl t’enemaal
gefloten op bcfe toijfeiu
( a ) gp bJ02b belemmerd , toattitcec tjoo? be 3©ct bcc ^ctjabnbjctt / tii(TcIjcit öet i^epltgc/ en ©et»itge bec Igeplfgen «n ©002-f)ang cn (Êicabijnenbsp;toeib tMffcOm in geljangen/ boo? tbclhe be lt;6elobigeii cn ©cctoagtccs? bannbsp;^ ftomde bc!ï jKcflïs bciDinbccb Ibicitcn om na bn toe te tceben tot bennbsp;Cfieoon bcc lt;0cnabcn. ©an bJdfee 5afte jie ©anUun ^cb. 9 : 8. Waar
mede de Heylige Geeft dit betuygde, dat den Weg des Heyligdoms nog niet openbaar gemaakt en was, zoo lange den eerften Tabernakel-fland hadde. ©et*gd})b I|cb2. lo. 19/ zo! 21/ 22,
(b) Ep bjoib bdcmmcrb cn ooft tod gefteel gc(ïotcn boo? be mecfïen (na bat mi be toaacftcpb best Cuangcliumö/ en be Ëecre ban beCöJtftcUfte
©?Pftepb alsi toasi bcucgcbjooften) wanneer door de Antichriftifche dwalingen be EteCK bCC ïSaacftepb / en CitofteWfie bjpmocbigftepb/ tocbeccm op nteiitost toecb belcmmccb en toanneec boo? beeie ftOabclifte btoalingennbsp;be «JBcccgtigftepb dSobiS in CO?t(lo toecb betooJftt/ bettoift cn bcflcebcn/nbsp;300 bat beden baac boo2 5io aegeren / cnbe 3ig met een iloofi cn ï©ampnbsp;ban gbde îcingcn enbc a®ecdbf£l)e ©ertooningen laten toeedioubcn bannbsp;ben ingang tot ftet 3©ace ï^epltge bec icpligen. gi^aac ban dr6?ifiUjS bnp#nbsp;bdife ,§p?ceftt lïUf. 13 124, Strijd om in te gaan door de enge Poorte:nbsp;Want veele (zeg ik u zullen zoeken in te gaan ende zullen niet kunnen:nbsp;Namelik, na dat de Heere des Huys de Deure zal gefloten hebben inbsp;ende gy zuid-beginnen buyten te ftaan cn aan de Deure te kloppenynbsp;zeggende Heere Heere doe ons open, ende Hy zal antwoorden ende totnbsp;«zeggen ; ik en kenne u niet van waar gy zijt SipoC. ij, 8. Endenbsp;niemand konde in den Tempel iugaan , tot dat de zeven Plagen der
Schat-kamcr der Zinne-rbcekkn en Voor-becldea ipj
leven Engelen vol-eyndigd waren, nbsp;nbsp;nbsp;gcTtl tiaac lil bc 3agtflC Öebups
binge niet minbJr ftan bebiivben/ ban bat i. 3cer toepnige ftonben ingaan. (ïten ttoecbcn ; bat bie toepnige bie al ingingen/ en bp na afö.gcen ^aimnbsp;hebben / nag nkt en Dabben bat geflgte ban bic hlaarhepb en snpberljepbnbsp;bic be öecöe CODfti tegen het laatfte bcc '©agen/ nJb ben auntichn'll 30ubcnbsp;3ijn untgeroepb/ Imö belooft. a©;lhe ooft onbec be 3ebcnbc 25a3upne aannbsp;iKiac 30ubc bccrtonb tooeben; na bat be biliften iïooft 3öuöc sgn berbtoenen.nbsp;jlben becgcüjhe hier be Parabel ban be togfe en bbJaate JlB^bcn iBatth*nbsp;25. Cap. lit.
III. nbsp;nbsp;nbsp;lt;Daac in befe bolgenbe bcbupbinge nog een Cgt;eui‘e bie geopenb/
ofte gefloten han bjccbcn. , nbsp;nbsp;nbsp;,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. „ ^nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;r»
fa) l©e Deure des Herten, ban toclhe lt;£ant. 3 • ^ Stemhie mijns Liefden die klopte was. fgt;oe my open mijne Suder, mijne V'rin-dinne^ mijne Duyvc, mijne volmaakte . . . (^Si 4. Mijn Liefde ticknbsp;aijne Hand van her gat der i:gt;cure, «Stc. Jlpocal. 3 t Zo, Zie ik ftaa aannbsp;de Deure cnde Kloppc i indien yemand mijne Stemme hoord , ende mynbsp;de Deure open docd, ik zaJ tot hem komen» en Avondmaal met hemnbsp;houden, en hy met my.
(b) nbsp;nbsp;nbsp;©.lac tb een D E u R E ban eeit baettelthc lendinge cn beroc-pinge in be feechc tot ben g^ienfl ber jfeerfte / toaar booo be toare i^eu^nbsp;bcciS en s.eccaacss boo? Ch?»ftuë be 3®ate ^citce en p50?te ingaan (^oan.nbsp;10. Cop.) 3^te ban dbeVsi in-hlinib of in-gcaaft i.b een Dief en Moordenaar.
(c) nbsp;nbsp;nbsp;i©aac tes een D E u K E, bie be ^batten en ©olftcccn openen / toan^nbsp;neer 5P/ en haar Coningen en ©02|lcn/ be ^encen en (i3?enfen ban haarnbsp;Slanben/ en ^teben open 3etten/ om be Keccaarsi bcö tenangcitiimsi baacnbsp;in te laatett/ 300 bat be iöeclw CtpilH top bS ban ©ecbolgingen / ja ban benbsp;l^epbenen ^-eceb enbe g^icnb b»?b. Stlb befen lt;i§taat 3tg 0(öer-iiptncmen|ïnbsp;ttêrtoonij/ ban bjcrb be Jaerfie albitis tint ben ifetmd op SCarbert geziennbsp;nebetbalen 38P0C. 2I' : 25. Ende hare Poorten zullen met gefloten worden des Daags ; want daar en zal geen Nagt zjn.
IV. nbsp;nbsp;nbsp;i©a® fö ooft een deure enbe ^oo?te des-Afgrondsbat ilSnbsp;het ïSegtbaatbig'C»02beel csobei/ boo? toelfte befloten 3i)n ben ^upbel/nbsp;ènbc bc ©n3alige Jföóifchen 3 ban toelfie lt;©euce ^efn^ bcö ^(entel
Stpoeal. i.Cap. Ende ik hebbe de Sleutel der Hellen en des Doods.
3©elhe aio h» bie openb/ 300 bJO?ben be i^elfthe lEJagten lo0 gelaten om alle fchabelihe 300?ten ban btoalingeti/ betlepbingen enbe ©alfclje Sceraarb/
^painamp;hanen unt ben biiplen en ^ftiicntialen lt;©amp op Sfiarben te perfPtepben. gie jcjpoc. 9 :1/2./ 3. '©it ^ ooft gefchieb in bie iCijbnbsp;toanne.t bett 38mich?i(l met alle getoelb/ lift en baleitiiige / booj 3önenbsp;Conalien en t’samcncottingen be j©aarDepb/ cn Ciob^i jföcrhe bie upt 3ön
lelfche
-ocr page 214-19^
hieroglyph ÏCA, Öfto
^efftrte ïl^agt ontbloöên toaö octtast ¥eft te otempcfett asa bat ben ^jtaii aï ^wbfent ^acen toaö geBonben getoeert / tnbe ïp niet nteci- opensnbsp;baac ben jsame CDP'fti «gt; Det l^epbenbom fiab ftuwneti betbolgcn ?£poc»nbsp;20. capittel.
' (©t bit tooö?b DeDooitn in bc figuuto bcrfcDepben bingen ; befe sijn toel bc boojnaararte.
I. GodsOkdoorsoekelikecïI ©nmcteïlfó W y s n E Y D bic uptitlunb in 5ön €eutoigc ïlaab bifïuptcn / enbc alie jijnc toccöcn.
SStC ^OÖ. II : 7/ 8. Zuid gy de onder-ioekingen Gods vinden? Zuid gy tot de volmaaktheyd den Almagtigen vinden ? Zy is hooger dan dcnbsp;Hemelen » wat kund gy doen ? Dieper dan de Helle , wat kund gynbsp;weten ? lt;ïJl1 i2 t 2.1, Hy openbaart de diepten uyt de duyftcrnifre, ennbsp;des Doods fchaduwe brengd hy voort in ’t Ligt Pfalitt ^6 t 7. Uwenbsp;Oordeclen 7,iin een Grooten Afgrond Oinn Tehom.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;92 : 6.
6 Heere hoe groot ïijn uwe Werken ! Zeer diep zijn uwe Gedagtcn. ©ccgclijfi ïüoni. n ; 33. ó Diepte des Rijkdoms, beyde der Wijsheydnbsp;ende Kenniflc Gods ! Hoe on-door-foekclik zijn zijn Oordeelcn , endenbsp;hoe on-na-fpeurlik zijne Wegen ! Cpf|. 3 t 18. Op dat gy ten vollennbsp;meugd begrypen , met alle de Hcyligen, welke de breedte en lengte*nbsp;en diepte, en hoogte zy. ^ic ï©ailicJ z t 22.
'11. ï|ct JSutoC Beeld bail befc W Y s H E y D in bc M E N s c H E N. ^ic 18 r 4. De woorden van de Mond eens Mans zijn diepenbsp;Wateren j ende de Sprink-adcr der Wijsheyd is een uyt-ftortende Beckcnbsp;^n 20 : y. Den Raad in het Herte eens Mans is (ais) diepe Wateren^nbsp;maar een Man van Verftaud zal die uyt-haalen.
MI. €eit z 'a A K E bic mcnfcfjliïict toijfe ;cnbocn{ife #/ cn E o ven
ALLE Geschapen Kragten gaat^ ttiaac bail (JBiOb CfltiX
toccb te taecg gebjagt tö een Di ep x e ^ petiS lipt bc biepte en 3tfgconb
ban be ^ce op-baaïen. ^ie psfalm 69 : 23. De hecte heeft gezeyd Ik zal weder-brengen uyt Bafan ; Ik zal weder-brengen uyt dc dieptenbsp;der Zee. toil upt-bjuhhcn be beejamdinge ban (löobjs ©olfi iipt allenbsp;tooeftc ftanben en ©oiiiewn/ rntönpt rjet giobcnbom/ ècpbenbom/ cnnbsp;IJnticljziftenboib) w toeibe jp ba’jiwopb toaef. ©ergelob öom. lo ; 6 / 7.
Schat^kamcf der Zlnne-beelden en Voor-bcclden. 193
Wie lal in den Afgrond neder-daakn ? ’t zelve is Chtiftum uyt dea Dooden op-brengen, amp;c.
IV. nbsp;nbsp;nbsp;3^cHelsche Angsten en bênantïicïicn jijii rm biepte/ tn
iMelfte nbsp;nbsp;nbsp;^ Siirt ©elft nebtt jtnftcn i öoö op bccfcftcpöm totjfat.
^ijll fCU ÓkptC CU 3(lfÓC0nb. ^te Pfailtl 69 : 3. ben gefonken in de grondeloofe Modder» daar in men niet Haan en kan. Ik ben gekomennbsp;in de diepte der wateren } en de Vloed overftroo'md my. ©ecgeljlftyi,nbsp;555 20. Gy» die my vecle benautheden en quaden hebd doen zien,nbsp;2uld my weder Levendig maken, ende gy zuid my weder ophaaien dytnbsp;lt;3e Afgronden der Aarden. gtC cugtuaarcl ©fafttt 42, Den Afgrondnbsp;Roept tot den Afgrond, amp;c. ©crgclijft Pfalm 130 : i / 2. Uyt dennbsp;diepten Roep ik tot u 6 Heere. ^ft toCCÖ bft bccgclcftfu Dp een diepenbsp;Beker der benautheden lt;Ê3eCft. 22: 32. Gy zuid den Beker uwer Sufternbsp;.('Sodoma) drinken, die diep ende wijd is.
V. nbsp;nbsp;nbsp;511 toat UYT DE Gedagtenisse bjctti toc0-gcruftt toccbnbsp;ccfegb in be Diepte ban be ^ce getoojpen te too?ben üSicD. 7 : 19* Hy
zal zig onfer weder ontfermen : Hy zal onfe ongeregtigheden dempen; Ja gy zuid alle hare zonden in de diepte der Zee werpen.
VI. nbsp;nbsp;nbsp;gt)e Gevey'nsdheyd ^pdiclarpc/ be balfcDeiiitieelbtugenbsp;ban ongcftraftöcpb ; bc caabfïactngcn be0 ©leefcObsS / Ijct om-5tcn tianbsp;ble^tftelihe mibbclcn j boen beu jroenfcije btepe berfteeften ban «30ob,si 5Ëaivnbsp;gefjgte lt;Cfat. 29 t 14. Wee haar die zig diepe verKeken willen voornbsp;den Heere, haren Raad verbergende, m welker werken in duyfterniflenbsp;gefchieden; en zy zeggen , wie ziet ons , en wie kend ons. gfcnbsp;^fat. 31 j I. Crt ©eegdijft 6, Bekeerd, u tot hem, van welken denbsp;Kinderen Ifracls diep af-geweken zijn. (ijn 300 iPCCb atlC ObCC-HtatC ttt
Sonben cn ?tfbai boojgaauö öp een biepte bangonben en5l!fbal nptgcbjuftr» .^•iC HOfdC 919. Zy hebben zig zeer diep verdorven.
VIL g^ooj biepe lt;6i’ggtcn toerb be Ruïne baneensusenfcrie/ na Eiete cn 3[itljaait1 becHaan Piob. 22 : 14, De Mond der vreemdenbsp;Vrouwe is een diepe Gragt j op wien de Heere vergramd is, die zalnbsp;daar in vallen, ©ccgcïifft 23 : 27. €n 3k Op ©falm 92.
556
IB bÈti (Cttd Beeft BcötKrt iM? fiet hjoüjïj Dier onïtccfcöL'pöeii ban tooojöctt Beeft Behema ’t fleert be DotOesJïi eii ortbccrtufrtflbepiï tn batnbsp;«Setiecte iipt-bnifit; crtbe ban Sis n, ’t fléeti öc tooefïe totlöljepb upt-iinibt/ $r. ^n bet tooozö Dier to02ö aHeert upt-flebnibt/ öct lebeti ennbsp;betoegert boo^ ce Animale Ctf ZiclÜke cS5ee|lCrt ; en bail be Articulate, batnbsp;isi beel Seebige t’ 5amen-boeginge boo2 toelfic 5P / ató boo? girtflcuincrttetinbsp;(Organa; 3©edtert. €rtbe 500 tö bit bjoojü geniccn aan .jiBeitfcben 500nbsp;toel alsi aan 25ee(ïcn. €rt uptflefonbccb alleen be teöeïibe Eieie/ 300 Ijeeftnbsp;ben mertfelje alleci met bc anbece tDiecen Qcmecrt. tDaac om iö Det batnbsp;be ï^eplige lt;©ee(l 3clfö be i^eplfge €ngelen boo? af3e(biel Cap. i. 25Pnbsp;^etm becgelijtft en ^itine-beelbig fjace toecbert bertooiib. ^ie bei-0 5. Endenbsp;uyt het midden van hen vier Dieren j ende dit was hare Gedaante, zynbsp;hadden de gelykeniffe van Menfchen- ©CCflelijlt bOO? al 2EpOCal. 4 Cap.nbsp;lt;Daac-en-tegert toanncee bp ben 2finttrfrti(t en 5ijn gcftaltc bectoonb/ 50anbsp;boebfe öem boo? bomen onbec ben^^ame ban een Beeft, öatuptbeZee/ cubenbsp;ooh upt be ?llacbc op-bomb. B-n^iov Behema ?{!pocal. 13. Cap. gbecnbsp;bjebec-geboren/ en We Ecbenbig gemaaftt too?b boo? Cfjnflr tot allenbsp;lt;z^2bertteltlie jSetoegtngert tis een Dier Gods ©falm 68.: u. Uwc Dier-kens woonden daar in.
HCt bjoojb Duyr Reeft ttoebecRanbe bebiipbinge- ®cn Ceriïen hiecb Rct genomen boo? ’t gcene niet ban om beel «©rib te betomen iet/nbsp;en toaac ban obee sulbss geWcR i,e?. rcen thKeben boo? ’t gcenenbsp;pemanb 5eec i^oog ^^cRat en bjaacbeecb; bit noemen top Duyrbaar.nbsp;bingen gaan boo2gaan.ö t’samen, üct b30?b obergetoagt en «©eeftclijlinbsp;gepaft.
I. ©p bc H o o G - A G TIN G E, btc fcrt Cleloobifle Eïele Reeft boo? Sijnen Eenigen God, bjeltotes gclpto niet meet te lirijgcnN^ innbsp;i^mcl cn op 3tacben ; alö ooft boo? sijnen 2S?Hpbegom ^efus / in bJïcn-«8ob Om ©abet iö/ enl§p in ben ©aber. Eie aanbagtigpfaim 89. Wie
is in den Hemd by den Heere te Schatten ? Wie is den Hecre gelijk •nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;onder
-ocr page 217-Schat-kamer def Zlnne-beelden cn Voor-bcelden. 19^
onder de Kinderen der Sterken ? God is Grootelijks Gedugt in den Raad zijner Heyligen, fic-nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;22 : 25 Ja de Almagtige zal u overvloedig Goud zijn en u kragtig Zilver zijnnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;8. Ctip. Ja al gave
yernand al het Goed van zijn Huys voor die Liefde, men zouw’ hem t’enemaal veragtennbsp;nbsp;nbsp;nbsp;3:8. Ja gewiffclik Ik agte ook alle dingen
fchade te zijn , om de uytncmenibeyd van de Kenniffc mijnes Heeten Jcfu Chrifti : Om wiens wille Ik ook alle dingen fchade getekendnbsp;hebbe , cn agte drek te zijn , op dat Ik Chriftum mogte gewinnen.
ï^oc ocootc ©302 beden / fjoe blinftenbe en Slinhertbe penningen jcio gang-ttaoï en btecbdac in be ©anfi ban be 3©,ve;b twb op-tjcfet cm bien lt;eenijen ^jefuss / toiemi i^aam be €cnuge iö boo2 to4te m n ftan ^altgnbsp;hooiben / liab ö» te booten in een geoot getal en iSegifta* cn-gcijaalb. ©etnbsp;SSIcitb 3efu / aiei beö ^oortö t^obo/ tnet bidbe Jjp bc JBace lt;©ob 3ijitenbsp;«0cmcnntc öeeft gebogt (36ct. 20O gijs ijcm onbjaacbeerliö feupebaac.
^ie I pet. I i 18. Wetende dat gy niet door vergankelike dingen. Zilver ofte Goud ¦gt; zijt verloft van uwe Ydde wandelinge , die u vannbsp;de Vaderen is overgeleverd i maar door het Duyrbaar Bloed Chrifti,nbsp;als des orillrafliken en onbCvlekten Lams. Hy koopt van hem dat Goud ,nbsp;beproeft komende uyt het Vyer op dat hy Rijk worde ^CPOC. 3. Cap.
in uwe plaatlè gegeven , ea Volkeren, in plaatfe van uwe
11. ï©2bccom ; ChRI s Tl Ke RK K en be j^tljapen $i)neï 3©enïie/ bie (ip bn «eftamente ban 5ün ©abet berfuregen amp;?cft; bic ïlb boo? ;i)nnbsp;2Modj geftogt beeft enöe 5ijn epgen ©efittinge 5nii ®itum 2 : 14. ^ienbsp;©P b002 3iin «©ecfl getebenb enbe ©eesegdb beeft; zyn hem Kostliknbsp;endeDuyrbaar: |^ict bjoiibcc IjP ipcct bjat 5P Oem baden. Haarnbsp;Bloed is dan Duyrbaar in zijne Oogen Pfalm 72 ; 14. ^ie «èfai. 43.nbsp;Jlei 4. Van doe af dar gy Koftlik zijt geweeli in mijne Oogen , 'zijt gynbsp;verheerükt geweeft, ende Ik hebbe u Lief gehad : Daarom^ hebbe iknbsp;Menfchcnnbsp;Ziele.
III. nbsp;nbsp;nbsp;i©ie K o s T E LIK E P E E R E L bBtt ccii gcoote jpaaebpe; benbsp;3©aare Hervormde ^crbe €02id« 3!^fu/ bjclbe b.-n iguangelifcben Coop-man öab gcbonöen enbe op-gebaan toas fjem 300 öupjbaac / bat Jip ije^
ncn ging / en Verkogt al dat hy hadde , en kogt dien Peetel |©atdj.
IV. nbsp;nbsp;nbsp;43dijb net getoeb ; bbfotóec ban r^'aan een gwte bunetc bccoo?-faabt in een Eanb (men ban baat ban 5ien Ijet gcoot geöteb cn J|ongec!§-noob in Cgtptcn en be om-leggsnbe ïanb-dfeeben) alfoo baac geteeb bannbsp;ptofeten 5gn cn «©penbaringen / b)3?blt;©DbS3©3o?b bnpebaat i .^am. 3; i.nbsp;Het Woord des Heeren was duyrbaar in die dagen , daar en was geennbsp;openbaar gefigte. lt;!jeii nannurliliti Sinm-bceib bebb gp baac ban Slipoc. 6.
©ba nbsp;nbsp;nbsp;toec.5
-ocr page 218-jcj6 H I E R O G L Y P H 1 C A , oftc^
bfCjS 6. Een Maatje Tarwe om een Penning, ende drie Maatjes Gerft» om een Penning ; ende de Olie ende den Wijn en bcfchadigd niconbsp;©ccgdyïinbsp;nbsp;nbsp;nbsp;8 : n/ 12» Zie de Dagen komen Spreekt dequot; Hecrcv
dat Ik een Honger in het Land za] zenden; niet een Honger na Brood ^ nog een Dorfi na Water, maar om te hooreu dcWoord.cn des Heeren,nbsp;ende zy zullen Zwerven van Zee tot Zee , en van het Noorden tot hetnbsp;Ooflen j zy zullen om-loopen om het Woord des Heeren te zoeken ,•nbsp;maar zy zullen het niet vindennbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Ten dien Dage zullen de
Schoone Jonk-vrouwen en Jongclingeu vun Dorft verfmagten.
WcCrïim irt öe gdijfenifTe onMomcti bo® Zoften cnöe pufooncn; cntie altoosf in «n qnaöc Debupdinge; .toant ?? söii ccii b?iigt bnn dennbsp;©ioeft/ dtelt;ï5od obee Oet3l,icdJijli/ «n den ©nl Öeeft upt-cefpjolietvnbsp;lt;0cnef. jr 18. gb joude niet geenie deeben jeggen/ datfe b.in de^cljep=nbsp;pingc af gantfcl) niet en toacen: Ep DeDben ooft rjaac gcb’upfi in denbsp;lt;i5enec0-{ton|i p die niet alleen Remedieert. dat iet Zieftten becd’ijftj ’tgeennbsp;toe niet noodig toass/ maat 00b Preferveert, boed en bcbjaaiiï/ en 3©asnbsp;pend tegen gnade tocballen. €11 a( töajS geen ban bepden ban noodennbsp;gcbJecfï/ 500 Jönöei: nog tod ondee die joott die een Cicdifie jsioem ijeb^nbsp;ben j en jomnitgen die getoapend 5ijn met ^oo^nen ooft «cc tocl cicitendenbsp;gtó aldccijkinde joo^en ban ïioofen. ©eb de gedo0?nde 25efpen-25ooniennbsp;iiebben aangenaame ©?ngten ; niaac Ijet d^gcnicnt jit op de becmenlginbsp;biiidinge ban iDoojnen en «Diflelcn tot belemmccingc ban den 3ïftfoc-t!outo/nbsp;en niet enfid tot ecectitie / en op Ijaac npt-fdjieten tec plaatfe daarj^ betnbsp;goede ^aad beeftifeben iBattto ^e ^tange toaei 00b tod boot dennbsp;©al / alle ©enijn toa0 boo? den ©al: daac en jijn geen nicutoe joottennbsp;ban j^tltcpfden boo?t-oebjagt: de bacietept ban alleis iö een Ciecaatnbsp;den ©al fjeeft alleen difesde ingebeagt. ï©og tet jp Diet mede genoeg. a©Pnbsp;bomen tot de gclijbenijifc.
ï. Eullen top die nemen m Abftraöo boo? jaben die jlecbcn/ guctjen/ ondec-deubben / ende op aldecbandc toijfc febadelib jijn 0002 ©odes ©olb.nbsp;g^aat 0110 daac ban Cb?i(iu0 jelfo boocen jlSattb. 13 : 22. Ende die innbsp;de Doornen Befayd is defe is de geene die het Woord Hoord, ende denbsp;zorgvuldigheyd defer Wereld, ende verleydinge des Rijkdoms verfliktnbsp;het Woord , en het werd onvrugtbaar daac Jiet gu toelbe die ü^ojuettnbsp;5ün. Zodanige jijnfe tn baac jelben/ om datfe doo? de litte dees gemoedisnbsp;een op-toellinglt; «n jiebinge maben/ die den |©enfc!je ten öoogftcn ontflelö/
Sdiat-kamct der Zinne-beelden en Voor-bceldcn. 197
til Ijcnt ccn pynlifi 6^3^^ becoojfaaftt^faltn?? tzi. Ais mijn Herte ep-gefwollen was , ende ik in mijne Nieten geprikkeld wierde. Cctl
ö£fcD:Dbiiiflc ban öc Saffie ban sSöigt; rn ^taloufïjr- ^00 een ^©00211 iö ooli
bc znoode begeerte om te fchraapen en Rijk te worden i ®iniOt. 6 : 9. Die Rijk willen worden vallen in vcele verzoekingen) en in den Strik,nbsp;en in veel dwafe en fchadelike begeerlikheden die den menfche doennbsp;verlinken ia haar eygeii verderf, ende hebben haat lelveii met veelenbsp;ïmerten door-fleken. ^OObatltge Doorne» ooft on-matigheyd in Spijsnbsp;en Drank ^20b. 23 t 32. Den Wijn die tig in het glas rood vertoond*nbsp;en regt og gaat ; hoe bijt ty daar na als een Slange , en (leekt als eennbsp;Adder. Eoïtaiiic 06b a»c Staat-zugt mnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;«3‘©PPcr-DccrfcljappiJf,.
^ie ör 5aate CtiD^r 5 ^ ^3*
II «ïnbtctt bjw be ^aalt nemen in Concreto , en op fDeefonen ?mt ? soo bJcrben on« in be I^Itge ^rinifturc onöec g^ooïiien af-gcmaalb /nbsp;fttjobc jiEenfeben / bre aio unt ben ©loeft en (€[:oo?n (©obO 3ijb cebore».nbsp;Ijtnbecen bec ©erbafcnilTe nocmbfe ben ^pofïel Judas ^bboren oeb^oebi’eionbsp;goanneo ben lt;©ooper. ^te Ijare lebenbtge Defcbiijbtngc z^mnel 23.nbsp;®(T. 6 / 7. Maar de Mannen Belials zullen zijn als Doornen die wegnbsp;geworpen worden gt; om datmenfe met de Hand niet vatten kan i Maarnbsp;men verziet zig met Yfcr, en het Hout eener Spiesze, ende zy zullennbsp;gantfehelik met Vyer verbrand worden ter zelver plaatze. ©0(1 btt OP
be^oben/ enbesieftaat tojgebljebcn laperingen m bccboloingcn ban CljPfins^ cn jijn fecrlte / cnbe paar sbjaac lt;£D02bed. ^oobamge jijn bie Doornennbsp;ende Diilelen btc in bm bcrtoocflcn iDijngaarb ban ’t gioobfcOc atanb jjjnnbsp;op-gegaan tgfah 516. lt;Èn al500 ^pjeebt lt;©ob als? ccn bic 3ig bcr3oenciiftnbsp;OtU^eib boo? ccn boctbaoebig EOltor lt;Êfar. 27 : 4. Grimmigheyd en isnbsp;by my niet; wat Doom ofte Diftel zal zig my ftellen m den Oorlog,nbsp;dat Ik tegen hem zoude aan-vallen en hem gelijk zoude verbranden?nbsp;Of hy moft mijn Sterkte aan-grypen; Vrede zoude hy met my maken Jnbsp;Vrede zal hy mcr my maken. ©an SObantgc 3i©atmctt 25eliajS tn bcnbsp;laotfrc «ïr»agcn fpjeebt ooö iBicp, Cap. 7 t 4- De befte van haar is alsnbsp;een Doorn , de opregtfte is als een Door Hegge, gcec aacbig (ö bc
Qdiiamp;cni(Tc ban ben g^oojnen SBoom bic bc jöucgetci ban ,§icöcm 3ig «ot !tomna op-bjierpen / met bc iBoo?b ban t’scbentig ^oonen dSibcopsi;nbsp;maat ipct bic mcgtbaacbigc 3©2a6e lt;0ob0/ batfc ban öcip oBictpcannifccct
cnbc ^miinccct toiceben. Daar gaa een Vyer uyt den Doornen-bofch, ende verteere de Cederen des Libanons ^ubic 9 : 15.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^ gcbcpnfbcn
ftvbc öcefte 3iin ooft tecl^oojncn/ maac 300 lang 3P ftdelifi 3ig bci-mcngcn met bc ©»omcn 3c«ï bcctooncn 3? bicee bc gebaante ban Zizania ft^mcliftnbsp;onftcupb jisattp. 13. Cap. dl'nbci: alle befe Doornen nu / toafeftt Cfpilïtnbsp;Öcefte op als een Lelie Cant. 2 Jamp;s 2. Gelijk een Lelie onder denbsp;Doornen, aifoo is mijne Vriendinne onder de Dogteren.
55 b 3 nbsp;nbsp;nbsp;Dogter
-ocr page 220-Dogter. r\2
Dlt;efeii nbsp;nbsp;nbsp;groeten aait oaittfcftênbsp;nbsp;nbsp;nbsp;mït« 45attc«i^
fcijappen öait HSctifcljett / tn cenen ^taat / en aI0 m een ^ tel aam t’jamen eeWoepö. ^tc bit i^utnec. zi : 32. Endc Mofezondinbsp;om Jaefer te veifpieden, ende zy namen ue onderhoorige PlaatTcn (baai?
flaat Dogteren ) in. ^ie ooft Cap. 32 142. 3amp;aac ban baan -30a btbmaal be Dogter Zions pfalm 9 ; 15. Cfat. 62 : n, isaiiïten btenbsp;lipt erne gramme upt fpjuptch too?bcn D o g t e r s ban be 5elbe ö-’itaamö
Cienef. 49 : 22. Jofep is een VrugtbaarTak . . nbsp;nbsp;nbsp;. elk een der Takken
( baat flaat Dogteren ) loopt over eenen Muur. ^00 OOfi be Dogter cn Dogters der Phiiiiiyncn, amp;c. |Bctt joube fiunnen titagcn / bjaaccnt nietnbsp;ïiebee bet lïSanlifte lt;6efïaflte cebtuiifit bjetb om iSatien / ^ti:ben / staten/fc. apt te teuftften ban bet ©Joubjelifte. amtooojbe cm bat ecitnbsp;iDanlib ©peb tSep^efcntcect bït ^ooft/ rnbe bc ^tatbaarbepb bcröcoetringcnbsp;in eenen flaat/ enbe een ©Joiitoe.fiföoebcc bc ©zugtbtwbepb (Cfai. 54 m.)nbsp;Cnbe b)at be lt;©ogtccö aangaat; gcïijb be lt;D.ogtcciS ban ^oboma /nbsp;marta / en gienifalfm alö Sufteis tnaten gepaarb €5ccb. i6. Cap. gnnbsp;bc 3c!bc beeft 00b be eetfle rebeii piaatic; boant net 2Baccn ban cen©?outoenbsp;iö be «aatfle oo.’fabe cn ’t naafle raibbei ban bet boo?t-3etten ban ’t C*cfïagt.nbsp;^aac bp bomb bat ,in een ©jontoe m?ecbet ^toffe ban Einne-bcelbennbsp;oegeben bjeeben / bie op een flaat paffen : Eulbs bebben oob be l^oètcnnbsp;onbec be ^epbenen in bet ri^cbtibecen cn berbedben ban beiigben en onbewgsnbsp;ben toel toaat-genomen/ bte 5p bootgaane? onber ©celtenifTen ban ©?:«b3ertnbsp;bcctoonen. jDcn jte tot een bpfonbiC ©oo?-bcelb na be lepUge ^cbtlbcrpenbsp;C5ecb. 16. Cap. €11 bpfonbec pafl bit oa be «0cmcpntc / bie be SSaipbnbsp;enbe bet 3©öf beë Hamei i0. SUnbero bjeeben / in toelbec^ geboo’faambepb benbsp;^tenben besi ïlijbei bebben gejbjoecen/ boo? Mannen ccljouben Cfat. 54.nbsp;g^e binbecen bec eenfarae 3ijn mcec ban bie be Man beeft. to»at «0 bie benbsp;Synagoge tot ï^oofbett beeft. Hofeas bic nocmbfc Baalim ban bc W-bailigcnbsp;gioobftbc ifóecbe. Zie 5ött 2i't Capittel. J^an bat tcanbibbelibnbsp;ofte be onboojgconbeiifee berbo^gentbepb / bat lt;0ob be ©abec i0 Cnnfluönbsp;ben Rruydegom ettbc ,i©an ban be Éiccbe; cn aijoo lt;iBob onö aanneembnbsp;in COtiflo tot sjjne lt;©ogtcren / te fp?eeben beeft een Ciob-geleecbe obcivnbsp;bloebige ^toffe. ©ccgclp Pfaim 44. ^aff. 11/ 12 / 13/ 14.
g^e betigben cn onbengben/ afó tlDflracte Zafien/ boomen boojgaanö in be iieOeeentofe fraaie mecfl boot in bet ©loutoclib Cieflagte; bit beeftfonbsp;oob gemeen met öe Hatönfcbe cn lt;0Jiebre / cn bic ban be selbe af-baalen.
-ocr page 221-Schat-katner der Zinnc-beeldcn en Voor-beeldcn. 195» Hsec virtus, haec Juftitia; h$c Sobrietas j ^nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^
niVs npns nosr €rt joo boo?t f haatom alicss laat ecsetijS u^Jt 30a cat Sdbftcattum tootö t’3ameii ecftcib / 301 öat öet öaac upt; ’t3P bêugö/ ofnbsp;onïtaiob » frtupt; ctiöc een g’oote obec-mifiotttft met Oet i3elbé ftceft toecönbsp;baat ban in F^mmino ent D o G T E R genaamb. Etc be plaatfe 5^^ob. 30*'nbsp;: 15. De Bloed-tuyger heeft twee Dogters geeft geeft, amp;c.
Ia be iCttd Dag , enbc tegcn-gcilclbei^igt / ies ceebö öicu ban pet0 ne^egb. «j^onbccficpb fcf epgentljfe geen ^cljsbfel ofte Eaaöe / moac eennbsp;ontfientenib ofte ontbeeeinge ban pet.b/ nameltft ban ligt. Ais yemand
in de duyfternifie wandelt, dat hy geen Ligt en ziet. «Êbcn gclijft tClt
licOaaitt/ bat talTcOcn be Eon/ of ijcecg/ en tuffefjen be mmb in (iaat/ boot iict beletten ban bat ligt be a^anb befclnjnb een fcltabnbje maaftt /nbsp;bie tnbec baab nietsi en ts / ban gebjelt ban ligt / gcptopotticncert na bcnbsp;5?igutire ban bat Ittljaam/ als of men 3cpbe 300 beel ligt ontbeeent baacnbsp;aan be JDanb.
DuyflernifTe Of Donkerheyd , biC Ut bC 3aaft bC 3elbe 5ijn tOitb tOt ttoCÊ
bingen betcofiben / a. ^ct quuad öec 'Zuime en c^cJjuib / ten undertn B. i^et quoad der ftrafFe. 3©ant nccgeibs bJcrb bit tooo?b ten goebenbsp;Betfoftfteti,
vcrduyfterd in het Verftand, vervremd van het Leven Gods door de onwetenheyd die in hem is , door de verhardinge des Herten CPB*
4. Cap. ga 300 3tec is BP beebupdeeb/ bat Bp 5clfS biipftccmfTe genaamb toccb CpB. f.Cap. Want eertijds waart gy duyfterniffe. 3|et onbcctoerp
ban befe bupftceniffe iS ban booe earft Bet lèecflanb. lUe be Bcnniffe ban goeb en guaab/ bie nog in een ©ncBnilen ennatuuritB iBcnfcBe iS ebec-geWeben / iS nog maar biipfiernBTc, Cn baar ober en bcBocft een Pelagiaannbsp;of halve'Pelagiaan 3tg 3fec niet te bcrbjonbeceii. 3©am toie ban bcnbsp;lUenrcBcn/ ia engelen 3elfS Ban upt bc cnBle natuncliftc ceben / Bupten benbsp;Ciobiibc épenbaringe upt-binben Bet mibbcl bjaac boo? C»cb een Eonbaarnbsp;toil Ealig maften ; BeBoubenS 3bne tüegtbaarbigBepb en ifcpliglicpb. ^nbsp;is maar een gebompelbe ïSecr3e een upt-gebluile (€00|t5e of ten mtn(ien 300nbsp;met bamp en rooft fidemmeeb / batmen baat boo? geen onberfcBepben CBa*nbsp;raetcrs en ftan sien. Aiieen in u Ligt wen wy het Ligt jbfalm 36. ï©e
3elbe
-ocr page 222-2.00 HIEROGLYPHICS, ofto
jclbe nbsp;nbsp;nbsp;0eD?UPBt €e?f(lUlS ïjüattö. 6, $0 22, Pe Keerfze des
Lichaams is de Ooge ; indien dan u Ooge eenvoudig is , zoo zal u geheel Lichaam verligt wefen^ Maar indien u Ooge boos is, zoo zal ook u geheele Lichaam duyftcr weien. Indien dan dat Ligt dat in u is duy-Ilctniffe is s hoe groot zal dan de duyfternis zelver wefen ! bCCflaat
boo? be Ooge al tocbccom fiet besi Sligts*/ Oet©cc(laitb eti©o?bert
in binocit ijs maac mi ft«i:5e / niet Sïtoi
toaacom W «n v e r 11 g t e Ooge becepfcDt i ©ecgelp €pD* 11 id» cn 3: 9. l^et Lichaam bebupb Qet gantfefle Syftema t’ janien-gcftel bannbsp;ecn mcnfclje; al(c 50b ficagten of jpaculteptcu / enbe upt-toecftingen. Eie
^acoO. 3. nbsp;nbsp;nbsp;6gt; Welke het geheele Lichaam bcsttiet. lt;£n ?ebec/ ill be
oiicebeitfte tPiei-eti jelfsi jjeeft Det Eigt bte toeeftinge; bat bet boo? ïücftacrie ban bet boottoap afftiiptenbc / be l^tgnticen ban btt 5Clbe tnp?ent boo? betnbsp;«JTanaal ban be ^0ogcn jenutocn in be becfTcnen of inbeelbenbc fitagt/ ainbsp;baar na toeeben ban boo? inibbcl ban be bietlifte (0ec(len abe be jenutoennbsp;getcoMicn cn bebjogen tot bctfrfiepbcne hJcrWngen. ^00 to oob in onbnbsp;€gt;o?becl be birettie of bet beftiipj ban aHe onfe toerbtngen. lt;Sfcn eenvoudignbsp;oDge 5iet/ bat i0 ontfingb be .igtraalen ban enbde JDaarbepb/ enbe cn ?tetnbsp;geen tVoce berfebd^ben ja fitijbige btngen botn een en fiet jeJbe aain ^ie
baar be jaaft nbsp;nbsp;nbsp;40. -Sst $. WelgelukfaUg is den Man die denHecrc
tor zijn vertrou'iven field , eiide die niet Om-ziet na dc Hovaardigen
en die tot leugens af-wijken. ^te30banio ceii ccnboiibigc ©ogc af-gcitaalb
^?0b. 4. ib.b 25. Laat uwc Oogen regt uyt-zien , ende uwe Oogen-ledcn zig regt voor haar henen houden. Weegd den gang uwes Vocts, ende laat alle uwc Paden wei geveftigd zijn. Wyk niet ter regter oftenbsp;ter flinket-hand : Wend uwen Voet af van het quade.
11- bp bet jtoaïuie fcftcmcr-ïigt ban natiuirbbe bennijfc / ’t gecitc lt;i5ob nog m ben natimrbftcn JiKcnfcbe Öteft obcr-gelaten / nog tomb eennbsp;boben natuuebbe ©penbaringe / 300 bat top bc ^cplige |^tfto?ie ba'fiaaitnbsp;enbe dSab.ö toibe bennen ; en nogtaiis lt;©o?beelcn/ bat bet oiis bcji iö tenbsp;toanbclcn na bet goeb-bnnben ban onfc ïgerten/ ai bc begeerte onfecöogeiunbsp;«11 al300 bat Eigt bat in oius 10 bitprtemtlTc t0 0 i^oe 5eet moet ban bicnbsp;bupftemibfe ber3toaarb / cn aliS berbibt toenben l 3©ant baar be toorarbepbnbsp;500 Dbertnpgcnbe en Eonnni bla.u- ffliijnb ; toat 5ön baar niet batfetjenbsp;reben-babelingcrt cn obctlcggtngai ai bonbai nobig op-ge30ot/ boo? be bec-bacbinge besiï^erten. Indien dan dat Ligt dat in u is, duyfternifie isj hoenbsp;groot zal dan de doytlernilTe zelfs wefen ! ött alO mal 3ig bOO? balfcbe
trtbceïbingen beb?iegenbe op liiiirbelarpe / ai cpgcntoiïHgen biarfi fteunb cn bctttonbJb / cube 3iübc bingen bcrbteiï boo? bc aBaarbepb / m boo? bc 5elbcnbsp;tegen bc J©aattjcpb / met afle .^opljifierpen / itden en bonben / boo? eennbsp;baiffbe Methode om iiiüg tot btoaiinge te öjengen ; ’t geen bet been toaönbsp;ban be ^oben / en mt ban ijet paufbom / 300 toare bet bccl beter/ bat
ïiemeL
V
-ocr page 223-'Schat-karacir der Zinne-beeldcn cn Voor-bcelden. xot
£oud gy geen Zonde hebben j maar nu icgd gy w.y zien dan in uwe Zonde,
Zoo blijft
l^emdfcöê ïtgt altf een 55lijcem noopb oesten te öcöOett. befen paft ’t neen Cönft^ 9oan. 9 ; 41. Indien gy Blind waard , ïoo en
quot;, nbsp;nbsp;nbsp;__________ ____1 nbsp;nbsp;nbsp;_______. 'T
III- 3Cl toaac tfêt Donker en Dnyflcr fj}/ baat reoeccb alle ftanft enbe bccrottttKic/ ^le itiuföcpb en becoubmttge; alle ongesonöe en befmetteltfetnbsp;bampen ; een lo^tenjelenbe 3002te ban öatelil» (©nocbiectcni gelijft ïiatten/nbsp;cn oncepnc ©o?fcljcn ; geipb nien b«t oröictbtnb in be gebangeri Sfeotten etinbsp;onbec-aarbftfje i^lett. ^e -fttalen ban öet Stgt 51JB lebenbtg-raalienbcnbsp;en 5nnbccenbc/ ®c. Sfilfoo 000 rcgeecen in 0et i^cete/ cn unten 5ig bo»nbsp;cebenen cn tocrlien/ ban een bnnfteriing/ alle jnoobc en fcpanbelifte alle fttn^nbsp;Benbe en toalgefifte begeecIiftSeben cjibe upttoerfangcrt bet 5elber. ^©aacomnbsp;ben -icpoftd befe ttoee bingen r5anicn boegb verduyfterd in het Verhandnbsp;--- welke ongevoelig geworden zijnde haar zelven hebben overgegeven tot ontugtigheyd ; om alle onreynigheyd gieriglik te bedrijven.
^ic ban bet bjaacagtige Éigt te cegt isi gcljepligb in 5ön €gt;o?beel / ban niet becbaöllcn tot bic obergabc ban 3ig selfS.
IV. «ngelwb toaiS bc naatc bupliecnilTc / een ban bc stoacc pagett bie(0ob obet lt;Êgiptcn 3Dnb. Sie baac ban €)cob. 10.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;21. Doe zeyde
de Heere tot Mofe : Strek uwe Hand uyt na den Hemel , ende daar zal duyfternilTc komen over Egipten-land dat men de duyfteriiilïc tallennbsp;zal SsS 22. i\ls Mofe zijne Hand uyt-ftrekte na den Hemel, wiert’ctnbsp;dikke duydernilTe in gantfeh Egypten-land drie Dagen ^0 Z3. Zy ennbsp;zagen den anderen niet, daar en Hond ook niemand op van zijnplaatfe,nbsp;in drie Dagen, ^e biipftecmjTc cü Ban epgenüiB niet getaft bJo?bcn/ maacnbsp;be ncbelen enbe bifebc bampen/ bic be bnpftccnifte maten / sijn btBmaalnbsp;taftelift en booz Oaarc Boitbe bogt gebodig. ^n befe donkerheyd toaiS eennbsp;3©oo?-beclb ban bic biftte bupftenitiTe / bic ober !)et (©eefiliB Egiptus Ijctnbsp;öljte bestSBnncftnftsf temen 50Hbc. ^ic ban bc 5dbe in bc biiTbe^afupncnbsp;Cap. 8 : li. Endc de vierde Engel heeft gcbazuynd , ende het derdenbsp;Deel der Zonne wierd geflagen , endc het derde Deel der Sonne , ennbsp;het derde Deel det Mane; en het derde Deel der Sterren — — op datnbsp;het derde Deel van den Dag niet en zoude ligten , ende van den Nagtnbsp;infgelijx. i©aac Op bolgb een ttoebe bupftetnifTe onbee bc bijfbe 35a5te’ncnbsp;Cap. 9. $0 t. $C. Ende Ik zag een grootc Sterre van deïi Hemel gevallen op de Aarde, ende haat wierd gegeven den Sleutel van den Putnbsp;des Afgtonds : Ende zy heeft den Put des Afgronds ge-opend , endenbsp;daar is Rook opgegaan uyt den Put, als den Rook eens grooten Ovens;nbsp;«nde de Zonne, cn de Lugt is verduifterd geworden van den Rook des
Puts. 25jcng ubjc gdïagten ober bc ceefte bupftecnifTe op bc «Ceutoeit ban Oen aace 600, gtt 500 booits? bc bolgenbc, j^pfonbet öeöten bc Stomas
C c nbsp;nbsp;nbsp;niften
-ocr page 224-20^ H I E R O G L Y P H I C A, ofto
niften jts obec fee «üattoe bait 900» tot 100 o. cii «ctitoc boïgcnbe 5Cfr beblaaöb/ alss obcc cenYzreEeuwc, tDaac boo? a.'lcsi ttiE««/ «H^ci-biifienbsp;öegccringe / en jebcn 500 ytt bcbojben toass / battct boaö een gemeenc
^(Ipotiafie en 38f-bal vrugtbaar in het quaad ; gantfch onvrugtbaar in het goede, goo fpjecftt f)et Fafciculus Temporum; ctl bcbcfiigb Dct 5elbc Ba-ronius, fa get oantfcge paufbom. ^tangoanbc bc tweede bm^fltEinffe batr;nbsp;bC bljfbe 25afU).gt;ne / bjcng utoe gebagten tot het Concilium van Trenten,nbsp;cube be gebolgen bcö 5eïfei bjcbcc ban onö obcc be ?lipor. aangetclicnb.-derde buptlcmifTe opciib onsi ben sejlcn ^egel 3ïpor. 6.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;12. Ende
ïiet daar wierd een groote Aard-bevinge , cn de Zonne wierd twart alamp; een hayren iak , en de Mane wierd als Bloed j ende de Sterren dctnbsp;Hemels vielen op de Aarde , gelijk een Vygcboom zijne onrijpe Vijgennbsp;afworpt, ótc. ^efe btngcn b?iiliften al iiieec get berbal ban ben stnncgnftnbsp;lipt/ na be ïïcfojmaite; mttgigabec'S be 5cec 5bjai‘c lt;002logcn en J^locb-baben/ bte ter bier oo?fahe 3gn geiltgtct f be geopenbaarbc / en bp alle bienbsp;lt;?ogcn gcbben oin te 5tcn ten googiten grubjclihe ^gtaat ban ben ^gtocl ennbsp;Htecce bcjo ?inttflpigsS: Egn berbJOcbgctgt;b en totaalijiigt tegen be itciltc:nbsp;€n onbcc allen befen be 3b3arc ïtaiïnbinge ban «6öbsi i^erfie / boo? bennbsp;©p-togt ban Gog en Magog, ©an toelfte 3ie tffap. 9.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;14 — 21, €n
300 gebb gp ban gier be b?te baagfc buptïaniffc Pan asguptcn ...
B. ï^tct Mpt fiitnb gp ban jclfo’ ons? ttócebe %ü 3icn bolgen nanieltö fa) altoaar get gt;iondi£ guaab t0/ baar 10 ooit get giuiab bec jirajfe. »enbenbsp;300 gan denkerheyd ctt dnyflermjfe, niet anbci‘0 öebupben ban3toaccb2oefgepb/nbsp;flenbe cn fmcctc. g^e biipflecniffe ter in 3tg 3clf0 / naar / becbjeamp;t inelan^nbsp;egolie en 3bJaarmodJtggepb ; berooft ban gefclfcgap / aanfp?alic enbe gele^nbsp;gentgepb/ om ban pemanb bertrootl te toodoen/ nabemaal pber een be bnp*nbsp;jlerniffe bltcbet. i^oe (tan get ban anberö 3ijn/ of 500 een bnpftecltng moetnbsp;ontbeecen alle berltgttnge en ba-trooglnge / berre 3nn ban alle gepl / ennbsp;baarom In ben gronb ban toangoope neber getoo?pen en leggen in tgetoigcnbsp;3merten. g^it toa^ be goopeloofc ^taat ber gioben jlattg. 8. De Kinderen des Koninkrijks zullen buyten geworpen worden in de buytenftenbsp;duyftcrnifle j daar zal weeninge der Oogen zijn i ende knerzinge dernbsp;Tanden Duyflermffe ctt benaumtheyd toecbcil bOOjgaatt^ bcrtolffclt.
lt;lEfat. 9. nbsp;nbsp;nbsp;22. Als hy de Aarde aanfehouwen zal , 2ie daar zal be-
naauwtheyd, ende duyüernifTe zijn, hy zal verltuyfterd zijn door angft^ ende voort-gedreven door beiiaauwtheyd.
(b) lt;0ob.ö ï^erlie bomen oob memgmaal ober 3b}ace donkerheyd, brnno enbe benaaubjtgeben / inbjcnbtg/ enbe upttoenbig : ^00 batfe gaat in etnnbsp;Dal der Ichaduwe des Doods ^f^m 23. dl batfe wandelt in duylier-tiiffen, zoo datfc geen Ligt en ziet (gfai. 50. jiBaar baar booj cn köart'nbsp;beitfe nogtan0 niet bnpten alle g[tgt ban lt;j5ob0 beriierbenbe en beriroeftenbenbsp;genabe. g^atom laat'JJfaiasS bolgen : Dat 'hy vertrouwe op den Name
des
Schat-kamer der Zinne-bcciden en Voordbeelden.’ 103
‘des Heercn , en fteune op zijnen God. door-wandeldc by zijn Ligt de duyfterniffe, wanneer hy zijn Lampe dede ligten over zijn Hooftnbsp;Cop. Z9 : 3*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;500 tsf öe ïteefe aEiobïi / mtóljeii in fjej ^nfifDniïm^
bom ; ï)oc naar en taiteliït ooft bie bniJiïcniijTe toasr; niet t’encmaal ban tjet ^alio-maBenije ligt ban lienniflTe en becttooiiinge bes éepïigen «èeeftsnbsp;ontbloot getoeefk jjBaac be (Cert jegb boo? een beebe gcbeelte 2100c. 8,nbsp;becs 12.
(c) ©an be donkerheyd bec fcijabubjen en Ceremoniën / eer bat nog ïigt bes Cuangeltums booe-b?ab/ is ban ons mecc-maalnbsp;gefpjohen/ cnbe nog jongfi op ben Titel Dag enbc Nagt, toaacom ton bennbsp;toeet-gierigen ilejd: baar benen tojjfen ; enbe fpoepen ons om boojt te'oaa»nbsp;tot aanmcrbin.ge en berWaringe ban ben €itd.
ben Cttel ban Biixemcn ftonben top niet gebeel ban Donderen jtoijgcn tot» juUen ons op bet gefepbe beroepen. =|tcr in befe Citeï moet egreenbsp;nog pets aangemerftt toojben. oomer is een öetoeginge met een gefnpb /nbsp;’t geen Ciob / bupten baimffe en mcbe-toerbingc ban bc onber-manige ^tbep-feien/ 3cifs tocebt; al fefison bte 00b baar natuudtbe oojfaften beeft (geiijftnbsp;top toe aantoefen) bic 00b ban bent af-öanacnbc jijn. i^et is pets aonberjnbsp;bugs/ bat Ciob booogaans bm «©onbec 515 jeifs 500 onmibbeïib toc-fcfi.’ijft.
Sie ^ob Z8. ?ÖS 26. Als hy een weg maakte voor het wcer-ligt‘dcr Donderen. Cn 57» ®S 5* Geid Donderd met zijn Stemme zeer wonderlik.nbsp;Ctl 38. (bff. 24/ 2^, Wie decld eenen weg viyt voor het Wecr-ligt dernbsp;Dundcren. Cll 39 t 4. Hebd gy een Arm gelijk God, en kund gy metnbsp;de Stemme Donderen ? iK OlttftÖ?pbin02 Periphraüs ban belt l^OllbtTnbsp;giermt, lo J 13. Ais Hy zijne Stemme geeft , zoo is’er een gedruysnbsp;van Wateren in den Hemel, ©ergclp 51 : 16. ©icrom geb^n onllnbsp;lt;Ober-iettcrS / niet anberen / ais 5? iefeb öe tooooben de Stemme Gods.nbsp;(Eie Éod 2 ; ir.) boot bc geibc Stem.me be ^onberen bctilami. nptnbsp;bcrgeipiiinge ban boben-gemeibe ©laatfcn 37 115* en 39 t 4* fA
«©oijS Donder bcbupb bC kragtige Stemme zijnes Euangeliums, OOft gijnce dreygementen CU boo?-5eggirtgen bait 3tjitc (©o?bcd[cn/ bte afS eeunbsp;^onberbaa boot bc ’öoten cn tot in be j^ccten ban be Jilenfcben boot-beingen/ nebens be babeWte u)gt;t-wtingc ban bc geibe. ©m bcftottöcpbnbsp;guiten totJ befe tbiec bingen f bic pbee ban ban ottbcrfcfiepben; fgamen-boegen. ;(5£cn anbete bebupbittge ftabben be i©onbet-fïagen bie döob lietnbsp;Stoten boot cn ontrent gittte JBct-sebit^e Cxob. 20. t©cut. 5. Cap. ^ienbsp;tob baar ban een lebeiöc befetopbutge j^aim ï8. 3®aar «1be boot-
€ t 2 nbsp;nbsp;nbsp;titingenbe
-ocr page 226-204 HfEROGLYPHICA, oftc^r
ïaaöt bnn get «Êiiancdtuiti öêö Itonütoe' giegs / enbe im ectra 3öiienbsp;nbsp;nbsp;nbsp;oöec öe tegen (tcniöa'iS/ bp^onbecen en25taemen bergdijfst
bet# 8 — 14, Doe daverde eiide beefde de Aarde, ende de gronden der Bergen beroerden lig » en daverden , om dat hy oiuftoken was —nbsp;ende de Heere Donderde in den Hemel , en de Aldcrhoogüe gaf zijnenbsp;Stemme ; Hagel cu Vyerige Kooien. «*11nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;29 : 3. De Stemme
des Hceren is op de Wateren ; dc God der Eeren Dondert j de Kceie is op de grootc Wateren. Ek 113 te «ptlegginge bic to» Debbcn Oö befctinbsp;Pfalru. «©nfen ©ccamp;ftdibteti Slcfusi Oeeft booi be .iStenimc .ijjiiö ©epitgeanbsp;^iiatigeltumss al500 op ben «Dceaan ban tiet J^epbenbont (©ebonbeet en besinbsp;jcifsi fi^atecen beeoerb. ©ci-gclijb pfaini 68. beeff.- 34/ 35. egfatiïö beeftnbsp;bit jelbe ©ognicrb Cap. 30 t l^p pofcteect ban be ïteagt bet pje?nbsp;bibinge beg Cuangduinw in be ïiefojmatte / tot bempinge ban alle tegen-fp^iabe; toelfie J)?ebiltinge booj 5toace (Doibeelcn tegen be ®na«ben (èobjSnbsp;cn jijnec ï^ctSe (niet 5onbcc ^toace ïtaftöbingc ban bie Jsci-fie jelfö (alstnbsp;mccc gesegb tg) 30lfiie bebefligb tooiben. Ende de Hccre zal zijne Heer-like Stemme doen hooren) ende de neder-latinge zijns Arms doen zien,nbsp;met grimmigheyd van Toorn gt; ende een Vlamme des vcrtecrcndennbsp;quot;Vyers-, Stralen, ende eenen vloed, ende Hagel-ftcencn- 3Danneec fjetnbsp;CiiangelHtm ofte be^tewnnen ban be genen / bie tegen-tianb bieben aan bcnbsp;i^eecfrfjenbe btoalingcn / nieec ban niet een gcuieenc ficagt boo?-b^ingb/nbsp;300 tóerb baat gepoo^b een Stemme eenes grooten DoBder-flags.nbsp;sepot. 14 : 2.
3©an befe igt;o n d sRrs e a c e n fp^eeët oob be Ciecft Cfpifii al boots gaans? in öe 3elbe ©penbatingeja 3P 3ijn cmilanbigBebcn / bic sijnennbsp;Fhroon pet pooglte ©ntfag aan-b^engen ^poc. 4 : 5- Ende van dennbsp;Throon gingen uyt Blixemen cn Dondcr-flagcH , en Stemmen, endenbsp;2even vyerige Lampen , brandende voor den Throon , welke zijn dc
zeven Geeften Gods. g^t ts? een gcmcenc befc0?tjbinge ban ’t geene plaatiS pceft in be gantfepe Pnp^-Donbinge cn Segeectnge ban onfen lening giefusi/nbsp;obec 3ijn fecifte en ober alles? baat tn i^cmel en op ^aeben is? t Siltöbnbsp;yijnbec teanbenbe dampen bon 3pn a©oo?b en Cuangclium / bie noopönbsp;ioetben upt-geblufcpt en allpb boo?C?ob (laan; altpb sönbet: geceebDonder*
flagen, die door-driiigen door de verdeelinge der Ziele, en des Geclls, en der t’zamenvoegingen, en des mergs; ts? pet niet tOt 23efteeringe in alleit
ten minden pet is? tot obemipginge. «©og 3omtybs? is?’et een Stii-zwijgen in benïgemel/ 300 batmen cepppalfb na be ©onbecfïagcn ban meecbccbcagtnbsp;ban opeiibacinge bes boaacpepb tot monb-doppinge ban bc tegen-(p?aPen;nbsp;en batmen bcclangb na be Biixcmen ban pet fepitterenbe ^tgt bec boo?-btingenbe JDaacpepb ; enbe lt;©ob '©ag en ^agt 2öib bat pp ^ti aegt#nbsp;baacbtg ©ojbeel uptgiete ober bc moöitotllige en onbcbceriiPe ©panben bannbsp;be 3©aarpepb/ en becbjupbeis? ban 3ön ©olb en Ccf-bcel. ^te ©fai. 144,nbsp;Ö(T* 5/ 6, Neygd uwe Heineka cn daal acdfir : Raak de Bcrgca
aan.
Schat-kamcr der Zinnc-beelden en Voor-bedden.
«n,- datfc Rooken aitofsf alö boo2 3ijti ©onamp;cce ©f. i8; 8 -14*) Blixemd BUietn, en verftrooydfe: Zend uwe Pylen uyt, cn verfchriktfe.nbsp;minnecc ben ?^c»’li5enlt;5ce(l ?tpof. 10:3. bcfclpfiten ccntgeaanmerftclih*nbsp;Solbeden lt;0000/ bte^ouöen tuffeOen fn Woepd bc geboïgett Ban bc fcfbe cnnbsp;ban be ybetifte OSaflipne; bat i«ï/ tuffeben be tijb toajinccc bc icpjlcgccennbsp;ban be Gog en Magog jonben op-ftomen tegen bc IKcrhe; ban toelfte jaafienbsp;terftottb tó gcfbJMiljeit / en tuffeben be jebenfte ©afwpnc; 500 laat ïip tevennbsp;Donderflagen boo? Qf gaan : 0ob b)cet of top nier in befe onfe ^igeti innbsp;bec 5clbcr ?ficbenb cn jsaccnö-noob sü»* ^P toil niet bat be jdbe 5oubcnnbsp;op-^rfpeben too?bcn : ’t 0een 0110 te meet bodi repWjaifen na bec jdbeenbsp;nPtftomite / bie aile^ openbacen 5al* ^e oondcr-flagen onbee be jebenbenbsp;‘iRafumic nullen buPten alle ttoijfd onss be jaabe blaac beo? be onberbinbiiigenbsp;^ccn‘ die 3Cpof.' 10. lt;irap. «fn ©eegdijb Cap. n. $.0 19. IBen feannbsp;benften aai? bc bingen Die in Cngclanb 5ijn bO!)?geballen / bte 3Pbanignbsp;^ (Coned bcctoonb Debben / fioebantg noopb te bo?en in be 3©ecelb iiSnbsp;ftclwo’b nogte 0e3ien ; enbc aan be Dingen bie opö ^eberianb/ ’t sebect ijetnbsp;qaacV^* wb onfe Centoe sijn ober-gebomen : Cn Boebanig een becanbe^nbsp;tinne en omfieecinge tcgcntooo?big bai ^taat ban be ï^onintejjben bannbsp;Groot Brittannicn lijbeii. I^cn # 5^1 onss fiaafl toi)^ maBen toelbe befenbsp;leven Dondcr-flagen 3ijn. 0ob bitbecgc 0111^ ill be 5dbe onbee bcnbsp;öutoejunce ©lengden/ en (felle on.ö in een Boog ©ectvdi.
Dgt Naarc flt Verfchriklik toOO?b / (’t gCCtt OOB ItOOPb tH «ett goebC bêtebeniife ban genomen too?ben / ten 3P ban afleen in ClBido lïefu/nbsp;bie alle ïtoeb/ 0allc/ cn aifscm/ boo? jijn ^oob/ in Éoning/ allenbsp;beegift tot een tegen-gift bccanbccb Beeft) inecb getounbt in be MettediBenbsp;bebupbinge boo? een beftoicne ban Bet geftd ban pbec biedib SEidjaam batnbsp;ffeben ontfbngcn Beeft: ^ bomb toe Bp geb?eR ban 3tebenbigc0ce)ien/nbsp;bie op biWertwBanbc b#en btmnen gebooft en uptgeblnfcBt too?ben / oftenbsp;00b ban be toecbtupgeit/ toaar bt»? bie lebenbeitBieefien Baat Bwgt oefenen/nbsp;todbe ató 35» boo? ©nbeebom ofte getoelbigc oo?faben Bomen te flöten oftenbsp;berB?oben en ontloopt te too?ben als een 3|utte / 300 Beecb bat ÉtcBaamnbsp;todjcc tot Stof. lt;©p geen anbete tonfe fteeben be .üïSenftBen als be once-bdibc grieten. I^ac cebdibe ^tde Beeft in bit gebal/ niets/ oftennbsp;minften seec toepnig te seggeit. 3^og bit is meermaal aangemcebt.
men
I- aan / bat ais OP 5f0B./ bat een rebelib ^Bepfd/ (als een H^ewfcBe) fteeft/ Bier in bie J*t£giitt:bbe maniere ban fp?eben plaatsheeft bie
C c 3
-ocr page 228-men syntcdoche nocmU ; öat jjs bevatinge, hjaac 000? ï}(t geene epgentlift caaftt öet ïteïtaam; ’e geenc aifem cennbsp;nbsp;nbsp;nbsp;isf toaac ijoot tie
rcDclifte en onftecfeliöe ^ieJe toeeftt; aan öen gantfeöen ilenfcDe toetb toc-flcfrtiieben. ï©aa«:om 006 ben^oob bessnsenfcljen eensiaap toeeb genaamb ^Ob 3 t 13, Want nu zoude -Ik neder leggen en ftille zijn : Ik zoudenbsp;61-A AP EN , dan zouw daar rude voor my welen. i©te fïJ2Ct'amp;-tOÜ(cnbsp;geb^upht Daniël Cap. 12 : 2. ^n bede ban bc gcenen/ die in het Stofnbsp;der Aarden flapen , zullen ontwaken. (ffbJl|ïu.b tttfgdijft.Ö bCCbeeib benbsp;Daed ijoOi Jlttpert ^0311. II i lu Lazarus onfe Vriend flaapt, maarlkgaanbsp;benen om hem uyt den flaap op te wekken, ©cegelgfl JjOattÖ* 9 ? 24,nbsp;Het Dogterken flaapt.
11. lt;0m bat be lt;©öob 500 piTdift enbe affctiutoclifi ib’ booj allcb bat ^Icbcn ontfangen Decft / bat bie ntemanb (alö 30banig aangcmccht) metnbsp;3ijn totlle obec een bomb ; maac gebtoongen / en met be gcootfte tegen-tóoefieltugc/ joobjcibcn be aIba--5bJaac|le plagen/ bie petitanb ftumicn ober-
bomen boo? Dood uptgcbjuht Cvob. 10. ibb 17, Biddet allecn vyeriglik den Hcere uwen God , dat hy flegs dele Dood van my weg neme,
bci'fiaat be plage bee ^pjtnbOanen ; bic befiommerben bem meet: ban bon ^oobliften d^taat sijnct ^tcie / bie beeljacb toaö. lt;snbe 2 Con, 4.nbsp;m 38. OBannecr be ^ooneti bec Profeten een gcregt ban iPoesi-lscupbcnnbsp;eeteiibc/ in ï)et 5cibe fmaafiten be totlbe Coioquimen (bic in 3ig 3elfb geennbsp;jpenijn ggn / maar 5cer bitter; enbe in be .fieebieijne toerben gcbitipitt totnbsp;gcncefingc,j ^00 riepen 5P/ de Dood is in dc Pot.
in. g^e (©cefilifte .;§taat ban be gcenen / bic ban dpob be jrontenne bob ilcbenb 3ijn afgefcöcpben tocrb be uood genaamb / en 3p baar bannbsp;Dood en. ^oö tuccb l)ct gciiomcn al tn l)ct eafte bjepgement lt;0encf.2; 17.nbsp;Ten dage als gy daar van cetet zuid gy den Dood llervcn. JJiei' bOOj
fcoeeb ooft toel be Siftomdifte tDoob bsaHaan / maar / nabemaaf ftp een i©oob bebiepgb/ bie ober ftaac Iiomen soitbc ban bien lt;Dag af/' olei 5P bannbsp;bie Deugt aten / 500 moet boo: al be «©ceiïclifte ^oob ber(laan tooiben/nbsp;bie ooft ober ftaar gefteerfeftt fteeft booz bc bcrfcftjiftftmgen ftacoc Ccnfcienricnbsp;300 raö alb 3? bien eubcl ftabben begaan. lt;£ïnbe om bodftc reben 3oubennbsp;mp ftet 300 niet nemen / baar cn^ ftet gantfefte gcftjupft ber ï^cplige j§tftjiftnbsp;baat ftenen lepbet i Eoo 5egb Salomo ban een (©ceftlili SjDcrcedJcr / batnbsp;be Paden (ftan bc 5ïnticft|i(üfc0c Hoere) ftdlcn na be ^oob ; en ^ie
Cap, 7* 5Ö(T. 26/ 27, Want zy heeft vc€le gewonden ncder-geveld , ende alle hare gedooden zijn magtig veele. Cltbe ban bc Ópffanbigcnbsp;'lipt bc sDOOb bec ^onben fptceftt «ÈfiliaiS Cap. 26. Uwe Dooden zuilennbsp;Leven ; ja ook dit mijn Dood Lichaam : Ontwaakt gy die in het ftofnbsp;der Aarden nederiegd. Dccgclp l^ofceö. u Citbc iccs met aanbagt
ftet gantfefte '^arnftoftffDe Cap. C3ecft. 37. 3p bic jin senbe Clniftucf
goan.
-ocr page 229-Schat-kamcr der Ziiine-bceldcn cn Voor-beelden. 107
3oai1. 5. Cap. De uure is nu wanneer de Dooden zuilen hooren dc «Stemme desSoons des Menfchen, en diefe gehoord zullen hebben zullen
Leven. Cn bat t.ts be 5in ban be fp’eeb-ïoijfe «er aarbig bn ïiem gcb^eiinfif. Laat de Dooden hare Doode begraven iDattlJ. 8 : 22. Pauluö gctuPÖÖnbsp;bnt alle ontoebte ceto«n Jijn Dood in Zonden enbc mifdadenCpl), 2;i.$f.nbsp;^nsobamgeensin segb^aulnei bat beï©ebiii»cn/ bic {jace toelluficn volgen
Levende zijn gedurven i (Ctttl. 5 t 6, ï^oetoel ift mennt bat bit OOft tft
een jagtec 31» genomen sijtibe fian üebupben / batfe 3ijn be i^erftlihc Debiet ninge geftueben; batmen niet bcel bicnil meer ban öaar fjeeft te berbjagren.nbsp;gimmcr ban öet groei ban be Cïenwente ban Sardis getiu’gb ^cftiö datfenbsp;den name hadden datfe leefden , en datfe D,od toarcu ’^POC. a.bctlT. 1/2.nbsp;(©einfi On ooft Cap. 2. Dab geb?epgb bat Dp be Kinderen ban be HinttcDndt;--fcfte Éocre Éefabel door de Dood zoude ombrengen ; ’t gccn b002 al
bÓ02 tefc 33000 moet herdaan too?bcn. €n Cap. 20. fpjceht Dp ooft ban Dooden, bic niet levendig bJterbcn (door de eerde Opdandinge) bOO? bat.nbsp;be looo Jaren ge-eyndigd waren.
IV. 33e geenen bie / na batfe be ftcnniiTe ber ïDaarDepb Dabben bcr= firegen en be 5clbe beieben/ enbe 3obanige toerften Dabben gebaan/ uptnbsp;bjclfte men na ben ?latt ber ^(iefbe moft ooJbeelcn / batfe toare toeber-geborene toaren / enbe nogtano toebetom ban be beftenbe 3®aaeDepb / innbsp;îtx ofte Seben af-ballen/ befe 5cobnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;öat^ be rtocebe-maal 50»
berdo?bcn. Ete (met bergclöftinge ban 2^et. 2.) ^uba.S betjS 12. Boo-men in de Herft, onvrugtbaar. twee-maal gedorven en ürit-worteld. ©an befe fpteeftt be Sdpoc. Cap. 20. ZalIg en Heylig is hy die Deelnbsp;heeft aan de eerde Opdandtge ; over die en heeft de tweede Dood geennbsp;Magt. Hoe nu op die, tweede Dood volgd de Eeuwige, daar harennbsp;Worm niet derft nog haar Vyer, niet word uyt-geblud tOOnb 011.0CDP'liuSinbsp;S©aif. Cap. 9 : 44»
D^t is Dot toa-fi tónt ren «erman / bic 5Db ^aab met 5bMre birgcns tit»t'bci?fcDt/ alS DP Dct .3dbc m be ijiipfftens ofte sHaimcn/nbsp;bjoac'in Dct op-gedoten iS baar boo? fcDepbct en af-gefonberb op ben;nbsp;3bo?fcD bloct bp een bergabeeb. ‘t lt;©ccn baar na nog gebjanb / ofte metnbsp;^cDuppen tn be toinb toerb op-gebjojpen op bat Det ligte ftaf mogt ber^nbsp;(Inpbm / enbe be (Carbje op 5tg 5elfsi af-gesonberb ftljiben; en ban baar-en-boben nog 3{ftct tn be Eecbe. ‘Dftber öüc beftn^rbepb is be lt;©o?ftDtngcnbsp;be 3b)aar(le. 33aar cn ftan boo? befe saafte in ’t gemeen niet begitamer
Ucrftaatt to5?Öett dan de alder-wcrkfaamfie befigheyd , itJaaC b002 fiüt
0CC11C itten tot em gotö gebjupft toil bom (tocftfem / afftficpb / ban i)et ennutte cn ottojcfijtclifte / met toelbc inbiett ijet t’5amm bicef beffaan/ getnbsp;onmogeliit tot occn rjeiwupB 5fii0e birnnm getoagt toecben: ,^^on al batnbsp;toecamp; aan öet jaab btagt m gebwlb boeb ; nogtanjs öet betbecft Oct sclbenbsp;0ccnf3in0; maac tocpb Oct tot ecn gocb gcbjupft.
A. nbsp;nbsp;nbsp;Doifdh-vloer tcf pec be uyterlike tigtbarc Kerke , fri tocf^nbsp;dof / m ftaf/ cn doppclen cröc «©jaan cn albcrOanbc ^aab t’5amcn bcc*nbsp;mcngb 3i)n ; bat ia lt;©p?cgten m ^upcljctaccn .onbcc ben anbcccn befiaan.nbsp;goo beeftaat Oct gioanncsi be 2öoct-p?cbibtc lUattO. 3 :12, Wiens wan
in zijne Hand is, ende zal zijnen Dorfch-vloer door-zuyveren; ende zijne Terwe in zijne Schuyre t’zamen brengen , ende hetkaf met onuytblufleliknbsp;Vyer verbranden. (©epO OOft bc Schuyre bC gcjupbccbc ^CftC biOT bc
Hupcgflaccn af-gejonberb. ©ccgchjfiiBattO. 13. wefT. 41/421/ 43.
B. nbsp;nbsp;nbsp;Dorfehinge gcnoiticn boo2 pt gaab’t gem gebo?fcOt too?b / fcfnbsp;pt goebe gaab cpgcntltfs; toant men g^ojfcOt geen af-ge5onbertic (loppclcnnbsp;op 3tg 5elp. 3©OT ban lt;£filia,Ci Cap. 21 : 10. O mijne Dorfehinge,nbsp;en dc 1’arwe mijner Dorfchvloers ; ’t geene Ik gehoord hebbe van dennbsp;Hc.eie der Heyricharen, den God Ifraels, dat hebbe Ik u aangefeyd.
C. nbsp;nbsp;nbsp;ï^et eynde bait P Dorfehinge p be flf-ronbCCttigf. gte ficOalbCtl getnbsp;gefegbe Cfat. 27 : 12. Ende het zal ten dkn Dage gefehieden , dat denbsp;Hecre Dorfehen za) van den Stroom der Riviere af j rot aan de Rivierenbsp;van Egipten ; dog gy lieden zuid opgclezcn worden by een ,é Gy Kin,nbsp;deren Ifraels. gp bcoogb ccn ftppbmge ban bc öcebe upt bc gcmcenftSapnbsp;ban be btoafenbe en acgccliftc. iss »©obsi cpnbc tm opjtgt ban be ï^eebe.nbsp;jtDaac ten opjtgt ban bc (©obloofcn / be-oogbfe ecu upt-tocepinge tot ccn
(Cotaal tOccbCCf Cfat. 25 : 10. Want de Hand des Heeren zal op defen Berg ruilen ; maar Moab zal onder hen Verdorfeht worden ; gelyk hetnbsp;Stroo voor den Wind, gic tocbcc Jl^attp 3 ; 12. 3!3tt toasi pct CpttbCnbsp;toannccc Oct Sttoy gelp met bet lt;©Jaan toieeb gcbojfcfit / baac na 3önbcnbsp;af-gcfcljcpbcn bcflaat bcö sdP ^otfclpnge in ccn hcctccbtngc met be ©octennbsp;tot bcccotttnge/ ofte onnut bccagtclil» gepupft/ ofte tot Pt (loofeen ban bennbsp;®bm/ ic. ï^oe toij(Telift cnbe met Ooc gcootc bootfigttgOcpb onfc 3tfeamp;cc-man gefuci in bit groot toccb ban pt ^o?fc8cn beftg P / 300 bat p» bcc^nbsp;toiffcu bc pbcit öcc Jgenaautotpbcn cnbc pfoePngc/ met be“tijbcnnbsp;bec PfPcKngc; cnbc ftoc bit sijn g^oppn tot een oogmerö peft (gclijönbsp;ooft 5iPnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Pt boo?Pcl ban 3ön ï^aP/ ieecb ons Pn p?opöca
Cfotas cap. 28.
^efe g^oifcpnge gefeftieb op 2 maniaen. i. ^00? «©obs 3©oojb / pt geenbepagt peft om te beeb^efen/ en om baac boo? onbccfcftcf^) te maften
tuffepp
-ocr page 231-Schat-kamcr der Zinne-beddcn en Voor-bcddcn. 109
tUflfcÖCJI gocbcn en qiwöen gerent. 3. ®!ï 29. Is mijn Woord niet alfoo als een Vyer ciidc Hamer i die de Steen-rotfcn te morfel flaat. Zp Öt'nbsp;ftfneö oofi öoo? 3ijne (©ojöeelen. Zie i^ofee 3.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;14. €niïc ©crgeljjft
S(pOC. 14. $lS 15* Slaa de Zikkel aan, want den Oegft is rijp geworden ; Kom aan, daald heden af, want de Perfle is vol, en de Pcrfch-kuypcn loopcn over: Want haar L. booshcyd is groot ^0 14, Menigten mecnigten ! In het Dal des Dorfch-wagens. ©IC ben bjflaö ban feenbsp;gpjofetten Joëis bolob / toecb gcboecb tot bic jcïbc ®ijb-o?b?c ban toclöc feenbsp;üpocaiypfis j^anöcib 3 crt tot bit sdbc ©o^feed.
lt;0m bat (61^10 fecrfic mefee bjcrftt in bit toeeft/ cnbc bit bcagtig gnfitiu^ ment ban lt;5000 tooo?b 0cö?upftt tot onbecbjccpinge ban fee 3©ecclb / oftenbsp;tot obectupginne ofte tot ©cbcccinge (teant sp iiS bent een ï^ceeb fijnernbsp;iBa/cftept in bat ^tnjb 2acl%nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;©ergdp Cap. 9. öss 13.)
^aacom batfe 00b met Ciobsi lt;0o?beelen boo? bare Cscbebcn mebe toeeften / 300 bat «tSob geen 3onberiingc groote tocefien boeb bupten be 5elbe, (Zienbsp;9£poc. 8.; 5feit iss bc ceben batfe oofe ingeboecb toojb in be baab ban
Dorfchen. (^iC Cfai. 41. nbsp;nbsp;nbsp;!ƒ. Ziet Ik hebbe u tot een fcherpe
nieuwe Dorlch-flede gefield die fcherpe pinnen heeft ; gy 2uid I^rgen Dorfchen ende vermalen , ende heuvelen zult gy ftellen als kaf. Gynbsp;zuldlë wannen , en de Wind zalfe weg nemen amp;c. ©ccgelp Hofee lo.nbsp;JftSi 10. Dcwijle Ephraim een Veerfe is , gewennet geerne te Vorfchen^nbsp;500 ben ib obec be fcgoonbepb ban haren Halfe over-gegaan. Ik Zalnbsp;Ephtaim bcreydetij Juda zal Ploegen, Jacob zal voor haar Eggen. ©CCs
gclgb 00b jBicD. 4* nbsp;nbsp;nbsp;*3* aJloaac fee ïteebe ban fee fetfïe
oen aibllSi tocefe OercCöH: Nu zijnwcl veele Heydenen tegen u vcrfameldj die daar zeggen , Laatfe ontheyligd worden ^ Maar fy en en weten dcnbsp;gedagten des Heeren niet, ende veifiaan zijn raadflag niet , dat hyfe vergaderd heeft als Garven tot den Dorfchvloer. Maak u op , doifcht uwenbsp;Dogter Zions, want Ik zal uwen Hoorn Yfer maken, cn uwe klauwennbsp;Koper, ende gy zuid veelc Volken verpletteren, ende Ik Zal Haar-liedennbsp;gewin den Hetre verbannen , en haar vermogen den Hecre der gantichcfnbsp;Aarde.
jgatien m©oIfietert/bw malbanbeten b^eefïib plagen/ bjeramp;en gefegb ben anberen te ^^ozftöetl Ifimoss i: 3. Om drie overtredingen van Damafcus,nbsp;ja om viere en zal ik dat niet af-wenden ; Om datfe Gilead met Yfcrenbsp;Dorfch-wagens hebben gedorfcht, amp;c. ^jc fee ICttCt 2^am. i2 : 31,nbsp;Het Volk, dat daar in was voerde hy uyt, ende leydc het onder Zagen,nbsp;cn Yzcre Dorfeh-wagcns, cn onder Bylen, en lietic door den Ticheloven doorgaan.
ZlO
HIEROGLYPHIC A, ofrcL»
D(Cn Dorst «tt tegw natnutïfö oetoeft ban benoobfaaamp;cüftcUcöc/ bte be mhjcnbi je paetijcn tot öaac becijmftttittae noobtg ftcbben; metnbsp;ïjet albcc-3mecttlif^e (pboeïcn. aagiant/ betoöfe fiet 25l0£b beflaat uptnbsp;bogten ban ontelöace öoebantgljeben ? ettóe tnba* be jcibe 3eec noobi^ is/nbsp;een matige en getempecbe Lympha boottgïjcpb/ bie toatecagtig tsi; inbiennbsp;ban be 3cïbc boo? be ï|itte ban bc ^al-agtige en bpectge gcbceltcn bejsnbsp;Söioebö toojb op-geleht of upt toajcmb / gdp tn Det 3toeeren ; ofte bootnbsp;een onmatige en onnatuuriifte jtebinge (Fermentatio,) baat ban is' af-gefonbcct / en ftet 25loeb gefjeel aisi een ©lamme obee laat / ?oo (laat (jetnbsp;gantfefte intoenbiqe ban bcjïlScnrtöe alö in55?atrtt. ^e bogt bie nog oberignbsp;(o balb op beJlebec alet op een gioepenbe (leen / bie na (jet f jiffen en febup^nbsp;men be felbe gantfefj op-Ielit. êet (lette flaat enbe (Hopt / 300 bat beönbsp;fdfiS 3'toace ^(upo-bencen ertïc Ijolle itbccen en SEctecien (laan en btciincn;nbsp;en alfoo ben etenbigen gantjs aamegtig toojb. lt;©e Ibecl bccb?oogb / bpnbsp;gefcelt ban Saliva bogrig (pcebfcl/ bc (^Eemge ftlecft aan bet getjmtdte: gamp;enbsp;iBaag en gijl icpbingcn fclpeeutocn batfe niet meet bunnen geben ban 5p innbsp;(jebben. j^iet bjonbet bat Ötet upt ontflaat 300 een onJijbeltbc pijne aio benbsp;erbaeentOepb ban a((e ftjben (eecb. ^ie een betoeeglilt ©oojbeelb (©enef.zi.nbsp;bec0 15. $c. €n in Samfon gubic 15. beeff. 18/19» Ciaagl. 4 : 4.nbsp;ïlöet baat boo2 een ^eebe begeecte moeten ban niet be i©ieccn/ 't 5P iBen^nbsp;f^en of 25ee(len bwnben gepnitlielb en geb?eben na laafeni(Te / taant batnbsp;3ijnfe ban lt;i0ob en bc natnuce gdcect/ in bojd na bc 3©atecen te loopen/nbsp;R( 5oube 3ul{i.ef niet bet gcooplc gebaat ban ()aar 3ïeben 5iin/ en 5p boo?nbsp;een j|ep?-tcgec baat booj Denen fïaan; bant bog geen giotö öan Ba®nbsp;b^eebee 39n ban bie ï©oob.
A. I. Dor S T in een goeden zin bebUPb bC i«*endi^fie , hevig fit ende Jlerkfie begeerte vun een Geloevige Ziele n» God en na 3iin gemeenfeOap in
Ctaido/ en na be becttooftinge be0 (gepligcn lt;6ee(tef / en na 3ijn a®ooob en ^epüge ^aceamniten ; en na 3ijn ^epligen en Da® 3£epb.o-.lupbcn opnbsp;ft®ben/ in toelDe (rile 3i)nm luft io. gioojgaans! binb gp Det^ ingebiupft
Pfill» 42t j. Gelijk een Hert fchreeuved na de Watcr-llroomen 1i;in filet
toooib fchreeuved, Dêbupb cett Decftl) geluwb ban een botte en bojflige beeïe/ 300 een gelupt taelb ban onbeten upt Det^ngetaanbtoecbopgeDBaibj Aifoo
Dotll oiiju Ziele na u ó God : Mijn Ziele Dorft na den Levenden God: Wanneer zal ik op-gaan ende voo;¦ a Aangeligte verfchynen ? JBebCKinVnbsp;§pfalm 63 i 2» o God gy zijt mijn God : U zoek ik in de Dageraad
mijn.
-ocr page 233-Schat-kamcr der Zinne-beciden cn Voor-bcdden. 2.11
mijn Ziele dorftet na u: Mijn Vlecfch verlangd na u, in een Land dorr’ «ij mat , zonder Waternbsp;nbsp;nbsp;nbsp;143 : 6. Mijn Ziel is als een Dorftig
Land voor u Zela ^fsU 55. )t»alT* 1/2/3. Ó alle gy Dorftigen komd tot de Wateren ; en gy die geen Geld en hebd , komd koopt, ja eetnbsp;en drinkt voor niet en zonder Geld beyde Wijn en Melk. 3^CC0ClÖamp;nbsp;3|0an. 7.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;37. Op den Dag des grooten Feeds ftond Jefus en riep
zeggende ; zoo yemand Dord die kome tot my en drinke. ©fcgdijfe SJpJC. 20. Indien yemand Dorft die komC) en dnnke uyt de Fontcynenbsp;van het Water des Levens voor niet.
bpmgitïi ooft öc i^epltgcn Uoiffen na malftanamp;er^ cnïieriniöc gemecit^ feftap tKliftt öe ® Upr^ailt.2y. Onderdeund gy L.my met de Flcfchen,nbsp;en verderkt my met de Appelen, want Ik beu krank van Liefde. Paulusnbsp;tn;ttfC(K bc55J0etiec Philemon 5ön Ingewanden verquikke in den Heere.nbsp;©êegdijft torfjcc 42. cn 63. gBgt;oe baar öp 84.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;2/ 3 — 7,
aiIc 3oobaniac fp?ccftt Cftupusi Zahg iBattö. 5 : 6,
II. nbsp;nbsp;nbsp;«©dac teaö een iCijb ban l^ongec cn oord too? bcjfóccftc ber sccnccnbsp;bic/ oitócc ftet onbjaagftft 5ioft besi 5©ctsi jugteben en tot stocetenss/ janbsp;Woebtg jtoeeteti^ toe ïï^oiftijten en t02(len/ inibbenin be ittte ban berb^iift#nbsp;ftingen / en tJSaUingftOappen; onber een menigte ban Hlf-baHigcn cubenbsp;igupeftdacen / bic in b^fc barce 3©oc(itjne ftoac al« Zoomen cn lt;©iftelenfi:a^nbsp;ben/ befe ^o:(ien na bc jgcpl-s?on enjpontepnegefu^/ enbe na be tub beunbsp;bcc3aöuiG». 3®anncer nu bic tijb ban be berjabtgbc ï^eefte (bjant ftet tooo?bnbsp;Ravah Dcbupb niet btoiiftene / maac gebjcnftte tot beejabinge toe) toasinbsp;geftomen/ bie belooft toas aan be üeefte/ ban nog be oordige onbecnbsp;beïBet/ bP bc 3elbe bJtllen toe-doen; toaiS ftct^loft beu bienfifiaarftepb be^nbsp;aöetsi / niet be ©jpDepb b^ teuangeliiims « bemtengen / en r samen tenbsp;boegen bat «öob Ijab nefeftepben; ftet geen be Judaizeetende CÖ^iflencn/nbsp;en ©alfcöe «Cïwftden beben/ enbe todft guaab bie öct tnboetijen/ genaamb
bJCCben een Wortel, die Gallc en Alzem draagt ban bCtt SCpOfïel fecD. I2, becö 15. apt 29* beeff. 18/ 19/20. jBacdift lag tn bienbsp;(®nb onbec be 3©et be Jaeefte Olss gevangen in een kuyl daar in geennbsp;Water cn was, upt tOdfte 3P eccft door het Bloed des Nieuwen Vetbondsnbsp;ofte Teftaments zijn becloft cn uytgelaten £acl|. 9 ? i 3^0d[ijamp; «Êfai. 61,nbsp;Om den gevangenen Vryheyd uyt te roepen , en den gebondenen ope-ninge uyt de gevangeniffe. gie ^fal, 44: 3, Want Ik zal water gietennbsp;op den dorftigen, en ftroomen cm het drooge. Ik zal mpnen Geeft gieten
tjp u Zaad, amp;c. SSoo j^pz^ftt CÖ?t(lujS baat ban alst een ®?ugt ban 3ön ^jöen; sjjn fiaap tn öct «n ©pftanbinge/ ^erem. 31225. Wantnbsp;Ik hebbe de ver mocyde Ziele dronken gemaakt s ende Ik hebbe allenbsp;treurige Ziele vervuld.
III. nbsp;nbsp;nbsp;€gt«u/ ita»: «00/ 5^^ m bit aangeniiam btjf
^ b 2 nbsp;nbsp;nbsp;(CeftSf
-ocr page 234-%ÏZ H I E R o G L Y P H I C A, ofro
®c|fónKmjS; laafi'mffe ban ben ban «jpsobjs ©o!ft een jtoaat; ©o.’beel ban een Ï|elfc0en tdo?(1 obcc öetgiobenbom en ooft fjetSlinttcftnftcn#^nbsp;bom cebaHen/ ban toelfee Amos fpjceftt Cap. 8 : n. Zie de Dagennbsp;komen fpreekt de Heere, dat Ik een Honger m ’t Land 2al zenden, eennbsp;Honger niet na Brood, en ccnDorfi niet na Water, maar om te hooteti'nbsp;de woorden des Heercn ; ende ly zullen zwerrcn van Zee tot Zee ,nbsp;en van het Noorden tot het Ooilen ; zy zullen omloopen om het Woord-des Heeten te zoeken ; maar en zullen het niet vinden.
IV, i©aac if nbsp;nbsp;nbsp;bte bc CftzW boo? be Jdalfcftc Hcjr?
cn (€:p?annpÊ ban bm 2!nmteifl in liet jSoomffft %nM j m ban be J^epbc-ncn. cn ®aicbaccn/ en ban bc iBafjomcbanen / cn ban bjcgcn be laltcctngcn cn fcftabdöfie ï^ettcrtjcn/ 3«ntma ban tocgcn alüe 500|tcn ban ©ccbalgmgcn/-Ccubjcn lang upt te (laan ftab / in bc bcctoagtingc ban bc belofte ban bcnbsp;cuïnc 25abclsi ben ingang cn bolftcpb bet ^^cpbenen/ en ^aligftcpb^IfcacIjS;nbsp;tegen todfie ftaar bc pjofrten bdoofaen bolliomcn bcr3abiginge. i©aat: öpsietnbsp;bc plaatfe 5(!pOC. ?•nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;/ 17. Ende zy zullen niet meer Hongeren,
Bogte zy en zullen niet meer Dorften , nogte dc Zonne cn zal op haar niet meer vallen ofte eenigc Hitte r want het Lam dat in ’t midden desnbsp;Throons is zalfcweyden, en zal haar een Lcydfman zijn tot de Levendenbsp;Fonteyne der Wateren •• Ende God zal alle tranen van hare Oogen af-
waifchen. lt;0een 3lntirfj?i(l / geen ©alfcli ^jofcet ïjet ©oofï ban bc gc^ naambc y bog bcrbalfcbtc M 'ck. Ccn ^onne in ben jgamc / maar eennbsp;bctteccenbc en barnenbe glocb ber Confeiemie inbec baab/ cn jal ftaac mcccnbsp;fiunncn gwetfen t 3©aac in top 3icn in befe onfe bctiaautobc t©agcn ftocnbsp;bcrcc top af 3iitt ban 300 gtooten i^epl / cn toat onci nog met bagdiftfenbsp;tocnfcljingcn cn cenitige pogingen tc öibben fiaat -®ag cnbc i^agt/ op . batnbsp;ton 300 gtooten ^aligftcpb mogen erlangen, gjft fteb niet bunnen na ïatettnbsp;aan tc meeften/ batter onbcrfcftciHï «i tuffeften bc paatfe Cfat. 49 r 10.nbsp;Cn befronfc 3ïpoc. 7 : ï6. CfaiaiS albaat toillcnbc befcöjöbcn ben ^taatnbsp;ban bc ber^binge ber öctftc bef i^icutocn Cciïamcntis in ’t gemeen/nbsp;anbet ’t gdcpbc ban baren J|cmdfföcn Hetbcr ^cfujs C0?iftuci/ bic segbnbsp;onbepaalb; Zy zuilen niet Hongeren nogte Doröcn, namdift nctgcnö aatnbsp;gcbjcft öebben ban aliesi bat tot Bet l;eben en bc CiobfaligBepb ; en ia totnbsp;Bet b2p cn toanft getoupö ban bic ©?PBepb bef Caangeliumf / toaar innbsp;Cö?ifluf Baar Bab gcüdb / nobig toaö (in todft laaide gebal egter bcnbsp;jfeecftc besi Cuben (Cefiamentsi B^bbe gcBongcrb en gebotil) befe ^taat ifnbsp;gemeen aan allen «©dobigen bef iSicutoen (€eflamentf: iBaar be Apoca-vypfis iiipd/ na batfe alle bc bootgaanbe rampen Bab op-od)aalb / onbernbsp;todftc in Bei SCnticBtidenbom be jfeftc soubc tc 5»0ien Bcbbcn/ bocrb jtoacnbsp;alBitc alf (CriumpBant cn ^cgcpjalenbc in op Bd (€oncel; cnbc 3cgb : Zy
en,zullen niet meer, ^3e3gc niet meer Hongeren nog Dorften.
^00 «9) gecaeï toyfe alf be Booj-j^aberf ecrtöbf / nogte ooft w bie h®fe.
alf.
-ocr page 235-Schat'kamer der Zinne-beeldcQ en Voordbeelden.
üv m bede ^cubj^n lang in 23abd öabötn gcfiongctt «i g«b02|i. €n iö aanmcrftlift^ bat aljei dEfaiaö ban otlöhfn beï^rfteCöJÜii in betfe iaatft*nbsp;©cciobe bcö ^ieutotnnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;(toatmecc alle fCp^annpni batt be ©pen*
3i^ccbolo«f!S bte a®aarljcpb jouben cjsbempt 30») beftfenft; bat ibP ai booj b« b»o?bcn nietmee», niet meer, baat ta laat blotpcn*nbsp;^ic bic in cene gecontoceccbe of f satttöt gcbjcbcn wben. ^te ®iS 13. $f»
Zie mijne Knegten Taallen eeten , maar gy luld Kongereiv: Mijflc Knegten zullen drinken dog gy zuld^ Dorden s Ziet mijne Knegten zullennbsp;blijde zijn ; dog gy L. zuid befebaamd zijn — (gSi 1-9. Ende Ik zalnbsp;my verheugen over Jcrufalem. ende Vreylik zijn over mijn Volk, endenbsp;in haar zal niet meer gehoord worden de Stemme der Weeningenbsp;nogte des gefchreeuws Van daar zal n i e t m e e R wefen een Jonp-linl van Dagen, ©ccgcüjft ? IA' En ïy nullen geen Oorlognbsp;MEER Leerin. öicc Diti ftcbUcn oiifc©bctfcttccsi ooö (bcfctt jin brooocnbc)nbsp;tuffd)*n tOKC amp;aab0ten0 meer ende de voorige dingen zullennbsp;/nie't mgt;eergt; gedagt worden, ^a^jbitö mommanbcemi top bmnbsp;d5ob-teU8^igcn Ecscc/ ’t gceiie top ober Ijct 7*quot; Cap. ban beOpenbaringenbsp;bebben iiPtactotoöt met aanbagt cn opmetbinge te obcctoegen. Cnbc 5ijnnbsp;èotftbanlöbfaamöepbcn bertoagtingc met befe ijoopc te labcn/ op bat’ecnbsp;ccn0- een goede Boodc feome / alö uyt verren Lande , blC QCpl koudnbsp;Water zy op een dorftige Ziele |^20b. ZJ. ®SiZ5*-
B. II. iiicrb aan ijct toocnb in een quaden zin, bat baar iiS een Dotih hl bc èmtodJccgtbMKcn natuuriiUe .fiBenfcikn ; en onbee bic toclnbsp;bpfonbec be tcaenilanbcc^ «1 3la|lccaarsi ban qpobsf jBaarfjcï* cn ban 3ö«nbsp;öerhe / ban toclfec ton 00b nog een toepmg moeten seggen. «Cfatasi be^
mtoift bie Cap. 65. Ziet mime Knegten zulletr eeten, maar gy L. zuid Hongeren : Mijne Knegten zullen drinken , dog gy L. zuid dorQen.
3Me (Cert beeft 5ün lt;©og-tott op een (ïnguïicc gebai/ toaac m ©ob be öeaeette bet ©panben 5^1 re lette fïrifen ;; en btecgeltjfictt gdijftemlTe (tebb gpnbsp;Mh Can. 29 : 8. ifeaat men btnb een getticenc bcfclptjbtnge ban bennbsp;b^ aüe/ bie nog niet in (laat 3ön ban bc 3©ace ®etii dFontepne tenbsp;oTbonben/ bp ben setoen ®20feet Cap. 55. 0 Gy Dcringe! 6 Gynbsp;Hongerige ' Waarom weegd gy L. u Geld uyt voor t geen geen Broodnbsp;en is , cn uwen Arbeyd. voor ’t goene niet verzadigen kan. ©ecgelgönbsp;^creilti 2 : 13. My den Sprink-ader des Levenden Waters hebben zynbsp;verlaten • 'om* haar zelven Bakken uyt te houwen, gebiokenc Bakkennbsp;die geeu Water in cn hebben. ïKcn moct bCfC bingcil CCll toCpmg nabCCnbsp;iKcW^ccn
(a) ^ cmö citWoofen onbetiïeib e«i abfoiuyt gebrek en om^ bcccinjc ban ïiet ©oogfle en «©ppeefte lt;6oeb/ en bc inibbcicn/ bic tot 3ijncnbsp;genietingc ftcrftamp;cm Zp en OebOen ben ©?on niet bie Bet 3©atet in Beeft.nbsp;KP en kennen ook niet den geenen , die met haar fpreekt in 3ijn to00;to
1,14 'B I £ R 'O G L-Y P H I C A, ofto
( al fc^on-^ tWpfenlMlladl- gctocpm toojöcn. 6 Alle sy dordige amp;c. Anders hy zonde jtoar' Levendig Water geven :nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Sainaritaanlche ©jOUtoC
IWpï^e-bat3©at?t bons te^inöcn in Sichar in dc Fontcyne Jacobs •• lt;Êll
Hifoo Jfeonöe jiJ ban ben ?tebcpb fpacen cm 500 tem ftcitcn te gaan; cm Hpf te Jclte te putterts- tnbteri giefus fiaat bat op fiaac gemalft fenbe getetinbsp;m aan Ijaac J^ipS' öjenöêtt:nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;en Btiacljelifee inbcelbingen. Zie te
l^iftotie 3[ean. f.'lt;rap» A110 die van dien Rotiieen bes ïïepis / bte fPltngenbe JB^Cten UpKeteït verte af zijn , die moeten vergaan 73.nbsp;?amp;ff. i6/ 27. g^t abfolupt geöjeft is noopt in oEfebs öinbecen : lt;t5eenenbsp;g^oïftcn bnpten (j0ob en jp 0émepnfc0ap bijfe '©ojften in lt;ï5ob / en nanbsp;oöob/ en tot lt;0ob/ en 3igt;i nabec gemcpnfcDap ; geene 3nn onbernuftigecnbsp;I \ ftet ftare/ ban te oncebelife ^eitett / en bennen bat lt;Êlemcnt niet / innbsp;to;lbe alleen be teagt is cm ten groeft te (effrijen ; befe 3«jn gcleect bannbsp;lt;5ob boo? 3pen (öeefl i tatfe bnnnen 3eggcn: My aangaande het is mynbsp;Goed na fay den Heerè te Zijrt. i^aac Ziele Dorll na God , na dennbsp;Levendigen God : g^ó^ft ïS in fiaaf ban geert bloot gebjeft / maat eennbsp;lt;EbeIe ptiltbinge ban te Éiefte en be i^oope cm 3{g geljecl in bet bupinbe/nbsp;8!lcS5inS toelluftige boo?toerp te baten. lt;6elnh be €crfl-gebo?en iöinbec#nbsp;tens/ bic aan te iBam gebtagt/ als 3P te Onaah ban be «gbele ©ogt nietnbsp;geptoeft Ijebben / twac tiooft guMjtg fcbubijcn enbe een nf-tecc tootttn bannbsp;’t o^n 5» niet en bennen; maac pebtenbe bat obec 30cte nat eenS geptoeft/nbsp;bp na geiïabig ban be2amp;02fïcn begeeren af te Ijanatn/ 300 bat gaat 35o?fi:benbsp;Baufe en ptifttel ts ban baat tód luU.
(b) jlogtans tet^otloofengevoelen haren dorst. 3©ant ©ooj eerö , 300 Bnaagt baac te Confttentte tnct cenen J^clfcljcn lt;0loctnbsp;tag ente nagt/ 300 tas als baat maac boten toenftb (’tgeen altijt gebeurt)nbsp;ïia JBeceltftbe begeerliWieben niet en gelultt; maar fp taac bloot Üaati ennbsp;bcclaten ban te ,;§cbepfclert. ^Enters/ bet gebaat meniomaal/ bat fp 3tgnbsp;300 tionten 3uppen aan te toelluiïen ; tatfe bate Confeienrten alS met eennbsp;25?ant-pfcc toe-fcöjoepen: ijDaac tog/ immer tit en tem niet lang; immernbsp;nütt altóós tup?en. lt;ïJn tefe pat raaabt baren tojft nog 500 beel mifera^nbsp;belter / gdöb tic ban te caigeboelige (iemme g^jonterarts ; bJdfie al tes tenbsp;meet / blt;K-toei fp ban g^iontenfebap pö-ftom 3p / na te löan ente betnbsp;^§tbenb-glas grijpen / ente tet bloet tegens motgen tot eenen gebaarlöbennbsp;3Soo?ts Pïepareeten. lt;£n tan ts men alreets aanbanbelib / en gebolgeltbnbsp;eenbjtg in tic flaat/ in te todbe tenitijftcniBan gepwigt too? te ïlelfcöenbsp;blammc/ maar bic niet ftortbe erlangen/ Hue. i6.$Si4. Ende hy nep ennbsp;ïcyde; Vader dbrahatn ontfermd u mijner, ende zend Lazarumi dat hynbsp;het uytterlle fijns vingers in ’t water doopc, ende verkoele mijne tonge:nbsp;Want Ik lijde fmerte in defc vlamme. Zoobanig ectt 3hJarè plagc UCt#
bjdtficrt öob aHe flttetfliticufc en ^fgbbffcbe mdigten en lt;6ots bicnflen; bic om ben .fiertfcbc te bjcben té pllen / en beat in een tool^aap ban onge#nbsp;tJoenööepb te snflTtn / tebagt 3ijn. i^dijb pemant in tefe ta^ Hitmaat
3iinbe/
-ocr page 237-Schat-kamer der Zinne-bc.^ldeiV.cn.'Vooj' bedden,
/ rm modJtotflüje of rcuhdoofr boobflnfl begaan Oebbcnbe / jig eecfl toiipnibe met een ^ariKirt-ö:icf Uan iwoger tjanb; maar naöetïjanö tonnneccnbsp;!)em igt;e Confeientiet lange na benJBijn; begon te ottruften; met licagt bannbsp;een ©ub i[ceraar öefcr lt;öejnijente gefijft paebón upt ben J|emel begeerbe/nbsp;cpfcljcnbe (tnipten funbamem en goebe Ijcpgconb) bot ben gjebibant Ijem benbsp;3onben totlbe bccgeben. ï|et toclfte; atfoo bte jpan toci toift bat fjp exnbsp;officio niet beemogt te boen/ en ter gate fpeafi v jbo Oino ?io bie Clenbigenbsp;Beboegen tot ben ^apfcljen ïJeieficc 3 bjelte Ijeni l’a öc ^onben beiajcbennbsp;Jjeeft. 3©n en ocöbeclen niemanj/ maar gebcii «jBob alle ocgbccl ober. lt;©!{nbsp;ttf gete'c / bat tegt;ti gebolgb ^jn tot ben bag btib boobsi b)e be alba-feljjibHftsnbsp;(Ie tomienten. ^:fe bingen gijn ben loon uan be gcenen bie lt;6ob balateivnbsp;en bet 25ee(l aanbibben. Eie cens boe be balfcb-genaambe Eonne ban benbsp;OeeftlibtePb / ben lEenfcbcn bic baar naabte ^èlaben gö» / en in be beetenbsp;mibbag actepben/ ^aagb/ aipOCal. 16:8/9. Ende de vierde Engel gootnbsp;fijne Phiole uyt op de Sonne , ende haar is magt. g^fven de Menfchennbsp;te verhitten door hetvycr, ende deMenlchen wierden verhittet met groo-te hitte gt; en lafierdeii den name Gods die magt heeft over; dele plagen];nbsp;ende fy en bekeerden haar niet, oin hem heerlikheyd te geven, jffea®:
memib niet bat befc ^onne en balfclj-gcnaambe Higten 3 ofte befen (Cteoon beb 25ec(l^; bte anb^en plagen / gelfïi niet inhienbig b?anben boo? een gloebnbsp;ban een obectnpgbc Confetentie / en be intoenbige tegccdibbebca i ^itbbiet:nbsp;alfoo geer ató bett ^upbd en be geenen bie bP ncrlcpb b«ft / t’gamen bei’^nbsp;boemb gijn tot bet bcifcDc bpcr jBattö» 25. gieJCpocah 16; 10, Ende denbsp;vijfde Engel goot fijne Phiole uyt op den Throon. dcs Beefts , ende .lijnnbsp;Rijke is verduyfierd geworden, ende fy kauwden hare tonge van pijfie 3nbsp;ende fy lafierden den God des Hemels van wegen hare gefweeren. J^eCinbsp;gelnb bog onfé piemel bec popljetien op be Apocaiypfis.
®en tweeden, (ijcn «onbJebergfboojcp en lt;0oblooö .ïBenfcöe dor/i m alk gulte binnen/ boo2 gijn Onverzadelike BECEEULiniHEbkN,nbsp;bie/ in pTaatfe ban pem te laben/ een otdcflrcöelöte bo?ft ban tegccrlibb'bennbsp;in bem ontdeben : «©elijb alle (Icrfie/ bitgige/ en b^anbenbe 3©atecen / alle
giute/ bjjabte/ en gupze bogtigljeben / bie epgenfetjap pebben/ batfe aio eelt lamme pet 2Blocb en be Eebec aanteengen/ 500 bat be0 bjinftenss en gbjei^nbsp;geno geen epnbe en €ben alfoo (laat pet 00b met be bö3(l ban ecneitnbsp;ïèeceibling: 4et gp na ïlntetom/ bet 3P .na ,;Staat enl^jagt in be g©ecelb/nbsp;Of grootöli'Pb ter a®ccdb3 pet gp na obeebaab in cn lt;©?anb/ toaai*nbsp;00 boigb iéellirtl enbc'^'nbupsitePlii 3IHc befc bingen en bunnen fiem noopbnbsp;beegabioKn: g^iit nabcmanl be ^ide tot pet onepnbige gedbapen i^i v 300nbsp;en I'S baar geen tii(l ban iit pet onepnbige. ^je Dupten bat mibbel-pnnt af*nbsp;btoaalb / moet oltooei b’aabcn enbe omgbiccben. g^ic ben J^tebttei* te cegtnbsp;beeftaat en uptlegt/ en be perfoonen/ bte baar in fptccbenbc bteeben ingc^nbsp;boecb hanonbccrcbcpben/ gal enbeebinben bat bit gijn boo?name oegmerbnbsp;Mitt leefe boot-al met aanbagt ben 73* ^alm.
Draak.
-ocr page 238-xi6
H 1 E R O G L Y P H I C A, ofto
Dgt iö C6n HSonpcctisf / of ^cficmto toon^efig/ nm* ïtcbcc af fcBons
tocHft lt;i52ïiime ofte gebw* (t^nöecfoeftecjS bet i^tiiuce Piinius, ett oiTfe laatfte ^cljjöbeirsi ban bc toonbjen bcc ^atnee/ bcftrpöben’ccnbsp;onsf ban becrcl)cpben gcitaltc. dommige bitegen niet / jomnngc 3ön gcinbsp;Weiigeib; en gdjjft be^Strnpffen ftelpen Ijaac fncüen loop boo? öacebleugeJen.nbsp;gin a»len iss be Ifóop meec ban tn aiibece g^iccen 5eec gcoot i be (©ogennbsp;25loeb-becbJfg ; be (Canben gebJdbig (leeft en ba(l gch}o?telb / en refteepnbsp;alö ^taale en ,lgt;Bctaale pnnen. tünggc/ tn bie 5tg te Hanb ontftou-'nbsp;oen/ afó met een fcftnbftigclfeopecen^cftflb feftent-b??: «©eïSlanbJen (biantnbsp;bte te lanb jftn btec-boetig) 500 fcljccp alö eJf5Bn6; gn bie toeiftc ©emjnnbsp;fjeboen to ftet ©enijn 5eet: 5^oobl(ft. ^ie eeno ijacc becftftnftlifte bj^bftepbnbsp;af-gemaalb in be ^eefoon ban Nebuchadnezar geeem. 51 * ^4* Nebu-
chadnezar de Coning van Babel heeft my op-gej^cren , hy heeft my verpletterd (te toeten met be i^ooten cnbc ïftlautocn) — Hy heeft my ver-llonden als een Draak; hy heeft zijn Balg gevuld met mijne Ickkcrnyen.
5amp;aac sijnbec bie ijaac in be Zee / baar 5önber bte (jaac te Sanb ontlioiiï ben / baar 3ijnber bie «(iipljit» Amphibia jijn / bte ftaac ftalf tn ftet jba^nbsp;ter enbe be iBoralTen / somtübO ooft op ftet 3lanb fiunnen ontftouben ;nbsp;t geen egter niet lang en bxipjb. ^e ©eplige ^ftjtft fttlb baacom ttocsnbsp;beriep Draaken ; Land , en Zee g^^anem ïjBen 3te na ’t geene top bannbsp;ben Behemoth be 3[anb-lt;©2aaamp;c / en ban ben Leviathan be Zce-i©^ftcnbsp;itebften op ben ®itel Behemoth. ®e ^f. 74 t 13. Gy hebd door uwenbsp;llcrkte de Zee gefpleten» de Koppen der Draken in dc Wateren hebd gynbsp;verbroken • - . Gy hebd de Koppen des Leviathans verplettert. lt;©efê
btngen 3ten op een Zee monfler. 3©ebecom op een $anb tnonjler / 5tet be
3£cttet Pf. 44 i zo. Hoewel gy ons verpletterd hebd in een Woonftede der Draken, ©crgeljjft 2llpoc. i2. lt;Cap. ©an ben Crocodii to Itenneltft/nbsp;bat ftp 510 / iiieeft in be beftenbc ïiibtcrc be Mi gencetb / 300 te 3©atet/nbsp;alo in be ©ieo-agtige jKoraffen en 5omtübo ooft boo?een tijb te ïanb;nbsp;maar niet ligt ban toannecr ftem be begeerte tot eenig 2Cao aan-loftt; ftetnbsp;geen ftp ban ftet ifanb af / in allee pl met 5i0 '»atee tiiftt. ^nbsp;geflalte ban bit i©ter io ftter te Eanbe 5elfo niet onfaeftenb ; men ftan btenbsp;in beele ©laatfen baar Accademien 3nn in bic Jüacitept jöameren op-gefetnbsp;bc5tgtigcn. Itaen ïtan be ^ibterc ben i^ijl met Slepn ©aar-tupg naantolifionbsp;3onbcr gebaar bebaaicn. 3amp;og ftet to ftjö om «ei^ ftojtelift ftet tegen-bcctbnbsp;beat befe jpigunte te befeftontoen,
'Schat-kamer der Zinnc-beeldcn en Voordbeelden.
ï. 25iuJten alle tbJtjfel Oebamp;en top fjiec / m öe eerfie bcöupötoöe / boo? iieii Draak te Uecflaa» ben Bnptol ftet ©ooft en ben ©abec ban alle artOev«nbsp;«©jaahen / Serpenten en lubberen / bte oopb upt ben (iinbcnbcn bamp bannbsp;ben ^oel bait be ©el(e en ‘JCfgconb jijn gebooten. ^fe bupbelift Sipoc. 20.
Cube hy gf^^p den Draak, de Oude Slange, welke is den Duyvel ende Satanas gt; ende Band hem duyfend d^ren. Draak ten aaitftert balt 30*^
jSoiiftreufc en berboarlifte gcftalte / en ban 3ört 3l«iob(ïamp; ©ergif / om be ètelen te berberben / ban toegen be tooefie uptgeflcebtOepb ban 3nn vnbsp;ban toegcit 5tjn gcoote bcagt / en 3nn bectooebe to?eeblKPb / bic niemanbinbsp;fian obectoinnen / ban in be firagt bes? geenen bte liem ben ©op bccmotfelt»nbsp;fteeft. €en Siangc ban toegen 3ijnc Itlitgljvpb in 3t0 wtbee bc fltupben/
Ofie Singulier.
11. .ïBaar baar-en-bdben toerb bp ooft aangcmecfit f 5aftten-getTelb eb alei een Éns Agregatum beila.inbe npt beefe Seben bie tot 5i)n i^niïreuanbsp;S:icf)aam öeöooteit. lt;Op €pl)ef. 6. Oeböen top bit aangrmerfit / aitoaarnbsp;ft.» 5011 ^amc ontfangb ban toegen be Capttale ©panben ban be Ctoiften-©ccltc / be goobfcDe ©oofben enbe ©cgenten 5 cnbe be Koontfclje ©ef-benfetje .ïDonarcfiie en bro ^clfjs btoingclanbeth Wy hebben den Smjd
tegen de Overheden ende Magten , ende Geweldhebbers der duyllerniflc deftr Eeuwe, ende het Geehlike der boosheyd in het boVen Hemclfche.
Zk in ons :Crattaat be toeeber npt-leggtnge ban bic paat|b. lt;ïcn boben al lïtpof. 12. 5amp;IT. 3/4. ^aar toerb f)em bcctoonb ben ^atan alsinbsp;^roote i{oode Draak. Groot bail tocgeit 5ijne 5cct uptgedtefite ©ectfcljapppenbsp;«1 bet aocmfcDc ©ijfte. Rood ban toegen 3öne 25loeb-bo?)ïigi)epb. ©eb-benbe Hoo/jt», bat iö boo?name gtoote ïanben tie be i'toemfeyenbsp;ïiTÜonaccDic onbertoojpen toarm/ en thhn Hoornen , bat ijS tljieti ©loeb-boeitige ©epfetd / bie boo? tliicn ailoemeeiie©ccbolgingcn(0ob.ö©crfic Ijebbennbsp;bcctooed i OlbC op 3nb^ ©OOfben ^e'^en J^omnkh/ke Hoeden , faat ijs 3llUie
lt;02oote ïiijfien/ bic pbet op Öaar 5elf!S ben i§ceptce 5onbc bunnen boeren/
of te bojeii babben geboeeb t du met de Steert het derde Deel xan de Sterren
bat iogoobfcöeïtegentcn van den Hemel barer ïïegecringc trob en ter 3tacbcn toicep. 5lli beritaa brf Sanhedrin, gie nu censi 5ijrt bertooebbepb tegennbsp;gcfiib en 3(jn ©erbe. ^oannesi 3tct toiiberö be vrouwe, bat i.ö be ©erbe /nbsp;bie oob be Moeder ^Tbplli genaamb toerb Cant. 3. n. zwanger en in
Sarens nood 'ban btCtt Mdnneliken Zoone btC de Heidenen Hoeden :ij!ude met een
Yzeren Staf-, bat io «1 ccn ponelpbc ©oopc en bertoagtinge om te berbeijgen Cb?iflum be ©oope ban alle be ©oo?-©aberen ; en na batfe ben» cpnbeiib
bab lt;il5eÖaarb Ï öoe ben Draak ftond vo»r de Vrouwe om dat Kind te xerjlmden 5
nameitb bi»? Herodes en be lagen bee gioben j maar boe bat wurd
^ e nbsp;nbsp;nbsp;jp‘i-
-ocr page 240-vteg gerukt t»t God . ende tijnen Thraon. «jgeJjjh nbsp;nbsp;nbsp;lil jijll 0{5 bilTClI
5^citi«l to'ö-ocriiftt / «n baat w Befetcti ijS tct ïïtgtcc-ijaib to H^ajcftcM
III. W? fjeöDtrt (gtlp tft noginaal aamtictft) toaitiiccc W rimibclljcn op be (Citel Behcmot, enöe ban tocgen bc gemecnfcliab bec iKatcric / bennbsp;Leviathan niet be ^clbe t’jattien boegbcn ; albaac onbcrffljcpben ttoebcclcpnbsp;^^laafien. Eoo bic Ijaac op l)et s;nnb geneccen befe bebcten onbet bennbsp;Behernot; alss bie ftaat in be ^ee en O'oote 3©atecen geneeten ; oelijbnbsp;be JBalbifcfj / of loo anbceen mennen ben Crocodii lt;©oo? be eerde bcivnbsp;(iaan in? bet iSoomrcOe^pocafpptirclje5egt;ee|l/ booi be ttoeebc be.fiBagten ennbsp;ïlijben ban i^epbenen / en paratenen en ®utt5en ; biclbcr Clement iö bcnbsp;bjoede Eee ban Ijet l^tpbenbom» «©tt albaat ter plaatfe bieebcc ban onjsnbsp;Sjnbe betoefen en gebebuceert iiomb ones fitet bid ter sneöe. ^oo bjoib bannbsp;Bharao bp Csefïiiel Cap. : }. bcrgeïclien bp een ^ce-^aaft. Spreektnbsp;ende zegd . xoo xegd de Hcere Heere Zie Ik wil aan u ó Pharaonbsp;Coning van Egipten dien grooten Zee-Draak, die in het midden xijncrnbsp;Rivieren Jegd ; die daar zegd mijne Riviere is mijne , en Ik heb dienbsp;voor my gemaakt. ï^ct btopeii ban 50banige ^ee-^?aabcn op fjet bjoogc/nbsp;en in deWoeftijne, bte jtg in bc^cc en be iSibictcn/ aI0 ijaat cpgen desnbsp;ment/ met Oet bccflinben ban Vis pUigten te onbetljouben / bebunb albaatnbsp;ïiet bencemen ban Oate jiisagt om te befcfiabigen. ©tcgelijft Pfalm 74*
Gy hebd door uwe fterkte de Zee gefpleten : gy hebd de Koppen der Draken in de Wateren verbroken : Gy hebd de Koppen des Leviathansnbsp;verplettert^ gy hebd hem tot fpijfe gegeven den Volke in dorre Plaatfen.
jBijn gebagten boeten mp biet optoaatsi tot bergclijbinge ban be boben-bet^ melbc Paatfe SJlpor. Cap. JlDant 5cbec bc fcerlte in befe laatfe *i^agcnnbsp;ban bcctoociiingc beeft een tnagtig 3©apcn tnpg tegen liace boopclooöttepbnbsp;en mcebelooöftcpb / in befe ïgiliont* aSamelib/ inbien ^ob 500 fcliielilt ennbsp;bnpten alle iiKenfclielibe gebagten enbe beebjagtinge / julb een ongeljoo?bcitnbsp;ombecringe beat ^taaten cnbc Eaben in be JBetelb beeft bnnnrn te toeegnbsp;bjcngen/ toaac booi aisi in een Cogenblib be getoelbine ïSoomfeb fóenbenfcljcnbsp;ïEDnarebie/ onto bjeltojS bneebe ©etbolgtngcn be cipiilenen nu '500 langenbsp;tot in be berbeccubje toe babben gcftigt; iei nptgeeoepb en bccniettgb / enbenbsp;ben isamc Cb^ifW in a©e(lcn en Coffen allomme 10 bcrfpicpb / met upt-roepinge ban ben i^pbenftfKm ^^beo en ï^upbcl-bien|l; i^e ïjaaft 30i!benbsp;Ijp oos boo? «cn onbetipaoïe ombeeribge, be ^aabeo bóii jöii b(a:ba*te
40cce^
-ocr page 241-Schat-karwct der Zinne-beelden en VoDr-beélden. 119
©cccfomicccamp;e Kecöe / en öen (laat ban get oantfege beefefjenebe CD-ilï«ti= bom fuinnen rebben ¦? 2Cl te boojbacig bcltoagbe 3(3 Conftantijn in ceonbsp;^ffnlbccpe aan be toanb/ befcOoutocnbe cen^^aaft met cenïanQJe^oWil^nbsp;boogt;boo?ö' / en 3«D in 3ön bïoebenbe 3©onben trmtoentdcnbé onber Ijet pfeliönbsp;fcDiinmen en ©per fpubjen ; i|n bagt toepnig bat ’cc ^agen («men 30ubennbsp;in bJdöe öetï|eptigbomlt;©obiS nog lange onbet 300 een b^oebigebcebKK^ngenbsp;3oube leggen/ Ijoebantgc Ijiec in befen ©falm b)D?ben befcg^beiu Eaat bannbsp;«titf omme5ien bie getoclöigenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;inbeÈes/ Turken, Barbaren,
Perfen, Mooren, amp;c. lt;Ênbe bie op Ijet gtanb ben Stftfeec en J^ijngaacb Cftntli 500 btoebig bcctoocden / bie allcb in ©pet en ©lamme 3ettcri en metnbsp;T©oo2b gefcl)2cp beebuHen/ toclB baad Ijaac epnbe 50! 30». ©ccgeïp ooit benbsp;plaatfe ©falm 44. Ultoaat bc ^eebe albnet baat Magten upt-(ïci?t 20.
Hoewel BV ons verpletterd hebd in een plaatfe der Draken, en ons inet een Doods-fchaduwe bedekt hebd- ©ïtlaitgsi K bOteil bOllb 5p 3ig OnbCt
be brcbolgmgen ban be ?^epbenen / alö Jonas ingedcht ban ben a©albifcl)/ in liet ©erte ban bc ^cc; lu» bïo?bfe toeba-om becbolgb ban bet lüpoca'nbsp;InpttftOe ©eed in be a©oedjin® / «ni'c ban ben bj?ecben ^ceptee bec ©atgt;nbsp;öaccrt en ©ttomannen/ bie booe ben ©locb ban bare Eee en ïiibieren baarnbsp;ébec-(ftoomen / en bic beugtöare ICbbersi en Woepenbe «jSemcenteniS bet?nbsp;bJDcdcn / en tot een (laanbc ©ocl delltb- 3©dbct bepben (©OibccI in betnbsp;•ïaatde bet t©agen (baant baat toe boctb ons be ©jofetie €fat. 27 ; i,)nbsp;^n©?opiiect bedbjjjft/ aljs bp t’5amen boegb/ maat ooft onberfebepb dennbsp;Draait, bte ftP nabêt befclpüft bOO? een Zee-Draak, cnbe ben Leviathannbsp;rtoemb / bctjlaa be jBagt bet ï^epbenen ftnptcn be öcefte / cttbc ooft bc langnbsp;wentelende , kromme flomine Slange, een lt;©ter bat 310 op ftet ftanbnbsp;neneecb: ©f inbien gn bc toooJbcn Leviatan bJilb wmen booj be 5eibenbsp;flange/ 300 benft op baar eerde af-{‘.om(le/ toant bat ©eed ^ cerd «pt benbsp;^cc ban l)et S|0.»beiibom op-gefeomen 5£poca( 13, €ribe bc ï^a-e 5tt nog
aan vcele Wateren ^poc. 17 j 15. De Wateren die gy gciien hebd daar de Hoere zit, zijn Volkeren ende Scharen, en Natiën, en Tongen.
i©aar ban onberfebepb bP ^ nbsp;nbsp;nbsp;m de Zee is, namrftft bc jfeagt
ber ©aebaren. Ten dien Dage ïal Jehova met zijn hard, groot en fterk Zweerd bezoeken den Leviathan , de lang wentelende Slange, ja dennbsp;Leviathan., de kromme flomme Slange : Ende hy zal de Draak die in denbsp;Zee is Dooden ^poc. 20:10. Ende de Duyve! die haar verleyde wierdnbsp;geworpen in den Poel des Vyers en Sulphers , alwaar het Beeft endenbsp;Valfclre Profeet is , amp;£•
H 1 E B. O G L Y P H I G A, ofto
Blt;!?biiPl5 aïl« af-gang loaa jïDmrcöcir en 2i5ccitcti / boo ban bc ecrilc tori» metfl booj / ban «s' Jatza af-gaan / uptgaan ; baatom nomten liet-bc Latijnen excrementa, bat tö'tgcen bfc' natuuc af-sonbcct alë onnutnbsp;fn ffDabelsb. pauïu.0 Pütlipp« Slot alle ®Icefc{jttte booibccltn eKvfSu^a-Skubaia bat lö ’t gccii ten i^onb upttoerp a/3«s».w tocepent/ en eennbsp;ïgonb» 28nbcc.0 Biet l)ct in ’t gemeennbsp;nbsp;nbsp;nbsp;xon-^^, amp;c.
L gö een sinne-beelb ban alle bingen/ bic be Eicle ’t 5p cnmMeiik, afö Qiiabe gebagten en oberieggingen bie iipt Bet Hcftc boojt-ftonten / cnbc bennbsp;IllenfcBe berontrepnigen jBattli. 15 ; 19.. Want uyt het Hette komennbsp;voort boofe bedenkingen, Dood-flagen , Overfpelen , Hoereryen , Dic-veryen, j valfche getuygcnifien, lafteren. Defe dingen zijn het die dcnbsp;Menfche verontreynigen i i|et,3P oob door middel pan Bet ^icBaam eil be,nbsp;ispraljBe 3innen be ^ielc bccomreiniiocti, stlfoo bccloht cie Ooge hetnbsp;Herte. ^ic 3Eob 31 M - z6,. tget 5P ooft boo? gefelfcBap/ toant quadenbsp;tezamen-fprekingen bederven goede Zeden i C02.13., ïDitnoemb|BanluSfnbsp;boofe verrotte cebeiicn. €pB. 4 t ^9* '©tt bcbupb alïe bie Ctfemomaicnbsp;onrepnigBeben ; . gdijb Bri aan-eoeren ban een boob SilasS / 5ig te bemoewen*nbsp;met Bri Hltjö ofte eenen ï©ooben / Bet hebei ban 510 ban sobanigc bingennbsp;af te toaffen; be stoabBepb ecncc ©?outoe; be oncepmgBepb in 500 een.nbsp;ïilecb aan te taliën, ©an be ontepnigBepö een.ö USenfcOen bie in Bet lilegecnbsp;af-lcgb met een fcBup met aacbe te bebeltBen. 5^it allesi betbeelb be ((Égt;cc|tesnbsp;Ifllie oncepnigljepb. ^,ie f)?cib. 30 t 12.. EenGeflagte, dat reyn in zijnenbsp;üogen is, ende van zijnen drek niet is gewaffehen. ©etgclijll lt;Êfai. 4:4..nbsp;Als de Heere zal af-gewaflehen hebben den drek van de Dogteren Zions,nbsp;ende Bloed-fchulden Jerufalems zal verdreven hebben uyt het middennbsp;der zelver,, door den Geeft des Oordeels , en door den Geeft der uyt-brandinge. lt;©e geiiieenfcBap 5dfsi aan ben SCItaat/ en be ï^eplige Cafclnbsp;bet (Coon-bjooben/ enbe aan be j^epligc JiBaaltijben/ enbe be Communie/nbsp;met een balfcB en gebepnfb.ï^ctte/ isi een gtMtocliBc bKli-maaltub ; toantnbsp;befe iBcnfcBeii malién alS Harpyen, bat allco (finbt ban Baten oirii. gie
baat ban Cfai. 28 t 8, Want hare Tafelen zijn vol drek ende uyt-fpuwfels , zoo dat’er geen plaatfcTchoon en is. lt;Bet ï|epbenen buplen
(6éS30., ïl^CUt.29; 17. 2iSeg. 17:12. cn2i.©ff. II 21,, Seldenus dc ©ys Syrorum en anbete Critici iceten onei / bat ben bienfi aan Ijatcn Baainbsp;Zebub, lt;0ob der Vliegen (’f geen mct briaubcting bail eeiie iettct Baai
Schat-kaaicc der Zinnc-bcelden en Voor-beeHen.
Zebul OfBcel Zebul, itat fó ÈCtt Drek (000 fupb) OttOffrfjaamamp;Cflft tttCt b«6-
en JBenftöen af-ganö gepïccaïi toicrö/ iik 519 fctwnöcöft ontWootenk öem. tóe (^canöe bctocfni; gep 5P foft jessen öat sufts aan ticnWgoïiPriapusnbsp;(KfctiÉcöê; crt 30a fcWinb öm 5^n?bd öooj tefe ;ijn ^tetm;0 jijii rngennbsp;fcljanïis onbÉfcöaambdtb ontbloot te gtötJcn ; maar bit iss Det ïicgtbaacbionbsp;©DJbecl 10000 ober bellange / dat by öof tot zijn fpijfe moet hebbennbsp;(gfai. 65. Capittel.
II. ^n ben drek yemand indompelen bebUpb aOtt te boen be
unteefie frtjanbe / en bccagttnge; 5ijn gebeinifbl)e?b en I^upcljelacpe ont^ befeten / enbe öcm opentiib ten toon (lellen; (lof / afllDe / en anbece buplnUTennbsp;OP 3iin epgen fêooft toa-pen lO 5yn ^Pfleb rcfjnnbe ni fcOaainte / pmtifti»nbsp;bjoefljepb en 5bJaae Ijerten Iceb te betiipgcn. Zie 3ioamp; 9:30. (ït, Indiennbsp;ik inyquot; walTchc met Znee waater ; ende mijne Handen met luyvcrcnbsp;Zeepe : Dan zult gy my in de Gragt induykelen, ende mijne Kleedcrennbsp;ïullen van my gruwelen Cloagl* 3 t 2.9. Hy fteeke zijnen Mond innbsp;het dof, ende zegge mifebien is’ér verwagtinge.
Diinken , Drenken, te Drinken geven, dh of den Titel. Dorft, daar van het tegen-gejlelde'Lakten ende Verzadigennbsp;is gehandeld : Gelijk daar ook den Titel Dronken,nbsp;Dronkenfehap , Jijn befiheyd heeft.
Dog indien aan defe laatjle nogysts ontbrak^ zoo zullen'
Dy korte aanmerkingen op de Z/Clve geven.
D€ Dronkenfehap gt(ïdb trgdi ^ugtcrljenb/ ftan boo? 30» tégcHgdlel-br bmgb alber-bed bcfclpcbrn bjojbm. iCot bic beugb ban ^ngtee^ Bepb b^ boojgaanjs bc i^.^lj?iftnut fict Waaken. ^te nont. 13.nbsp;^0 II. Ende dit C^egge ik temmeer) dewijle wy de gelegcndhèyd desnbsp;tijds weten, dat het de uyre is, dat wy uyt den flaap O k t w a k e h. . .
13. Laar ons als in den Dag eerlik w'andelen , niet in Brafleryen ¦ cn dro^enfehappen. i CÖtIf. S i 6. Laat ons waken en nogterennbsp;ïijn. I 4 ? 7, Het eynde aller dingen is na by, tijt dannbsp;nugteren ende waakt in den Gebeden «EnbC 5 t 8. Zijt nugteren ende
C 6 3 nbsp;nbsp;nbsp;waakt.
-ocr page 244-2,12, 'HIER O G L Y P H I C A , ofto
¦waakt, ^cfc iïctt^ctt (fcife op Saac Citel mostm JmjïIkii öcftD?^) tict« toomii een jlgenfeDe tne ontrent lt;i5oamp; en lt;0ob!tfie tróssn / enue ohtrent jpnbsp;^tnat en toeftanö boo? lt;600/ b?p en onbelentmccb c.amp;en öpclö en bcffnpt:;nbsp;bjn ban ^afTien en otioctcgdbe b?iften/ lebtg ban aiéecelöjlöe begeetbftftcöennbsp;bic (triiben tegen te Etele: ©ie ober jijn gemceb Ijecrfiót; enöe niijb ennbsp;biieb alle bdemmccingcn/ in be ©efemngc ban een onergcrïifte Confrtentte :nbsp;©ie oob 5ijin gtictjaam ücbbJingb / er.be een Mes zet aan zijn Keek, alönbsp;l)p onberbtnb bat ijp een gujfig Henfcöe tsf / ofte tot bte 0)nbe beeiobtnbsp;b)32b. €n baar upt fiiijftt öet ban bp tegen-^iïinge toatDroukenfehap 3^,nbsp;3Ift 5ai altcjS tot befe wee bingen betrebtten.
ï- €en (C«pmei-lt;0ec|i ban een betSecös betfianb en ©enbed/ toast in 500 een jBenftöe tjs ober-gegeben / bic nergens? agt op geeft / bpfonber opnbsp;Wagen ban flet alber5toaa-(lc getotgte. lt;©rtbet bat €gt;o^eeI lagen be gioben
lt;É:fnf* 28 t 7* Ende ook dwalen defe van den wijn , ende ly dooien van den fterken Igt;rank ; De Priefters en de Profeet dwalen van dcunbsp;Sterken Drank ; zy dwalen in ’t gefigte , en waggelen in ’t gerigte.
2t!le raabcloofTicpb in öct befetfen ban ’t gcene ten goebe bienb toetb biet
b002 bcrbeelb ^Ob IZ, ^ff, 24/25. Hy neemd hetHerte van de Hoofden des Volks der Aarden weg gt; en doedfe dwalen in het woeftc daar geennbsp;¦weg is. Zy tallen in de Duyftcrniffe, daar geen Ligt is ; en hy doedknbsp;dwalen a\s een Dronkaard. g]je ocftjftcmffeii bao etii biecfcpbcii ©jonParbnbsp;ban ben bte ^atomo gcbjupbt iö gantfeb aarbig tot bit oogmerb obernbsp;te brengen ^2ob. 23. ©ff 29, -¦ 35. ©ergefp Pf. 107 2 27, ©crgclijbnbsp;bobcil al be plaatfe -^ïpof. 17 t 2. ?tltoaae be ©etoobcccnbe beclepbingennbsp;ban be 3Cnticl)?i(iifcfjs%trf albuis toerben befrlpeebin / met toclfie beConin-pn der Aarde gehoereerd hebben , eil bie bC Sïarbe betoOOlien ( bat tSS
bic bet 25eefi/ bat op be5Cacbe iiS/ aan-bibben) 5ijn bjenbea getoo^ben bail ben toijn batcr ïlocrcrpc*
i I. ©ob toerben oBlobsi jbEirc pagen en ©öjbecleit bergelcïicn bp een ©janb bie bc bragt öctft om onginnig te matei/ ja te ©oobcn3crcm.25.
$Si 15. Neemd defen Drink-beker des VVijns der Grimmigheyd van mijne Hand en geeft dien te drinken allen den Volke tot welken Ik unbsp;zende. Datfe drinken , en beven , en dul worden , van wegen hetnbsp;Zweerd dat tk onder haar zal zenden — ^Si 27. Gy zuid dan tot hennbsp;zeggen ; zoo zegd de Hecre der Heyrfcharen, de God Ifracls; Drinkctnbsp;ende word Dronken ende fpuwet , en vald neder» dat gy niet weder opnbsp;en ftaat, varr wegen het Zweerd, dat Ik onder u zal zenden. ©002 5OO
berre in be ©ionbenfebap een oribefupfbe b20plilibepb is?/ bienbfe ró een booibcelb ban bc onmartge toetUiffen/ bic te tefiarfiJ crtlt;©02öcelbecftragtciVnbsp;ctt top2 50a tel be 5elbc pijniibe (iratiliflebcn mebe b2eiigb/ is? 5P een^inne-:öei(^baii«0obs? 3toace Pagen.
Droom.’’
i%y
Schat-kamcr der Zinnc-beeldtn ctï Voor-bcclden.
DRoom i0 cm gebsgtt fti be öa!f-(ïapenöe/ JPet cm fïccfic imaginatie, ïjte bccitijbci geljenoönbsp;nbsp;nbsp;nbsp;onbcc öm ccmeetim .man ber
»0ob-gdeecbm ntei: iweccbcc bcBmb / ban t)ct onbcctcDepb tiiffctjcn btC' fcftepbcn 5iKi?£m ban orotme», m tod befe: ^lac 5Ön yi»tuuriyh oroomm,nbsp;bie ojbinaat na veel bezigheden komen ((Êccicf. 5: 2.) cn in bcti nagt rc^nbsp;P’crcnteccen aan onö be bingen ni tocibe onfen beei-beufienben (0ci{i bn bagnbsp;heeft ne^bJDcgb en gcarbepb. 3^tct bjsnbcr / bat onfc (lecBe ge.iagten jullinbsp;een btenen tn-bniB setten in be imaginative (mbedbenbe bragt) bjant julBcnbsp;Ocfc-itcb ban tóegen bie batib ban f3amcn-bocginge ban onfe Eteic en onsinbsp;3Ltd}aani / en be hjcrbingc ban bc eene cp be anbcce: lt;©at is? gdp eennbsp;cerfie Pnneipium, batmen niet bfaacba' ban booj jtg 3dfiS / bat tb boo^ on^nbsp;beebinbinge Ban Detoijfen. 3©n oenken tod altijb in ben flaap ; nabentaalnbsp;denken tö Ijet toefcnflijfie ban een rebclib ^cDepfel; maar niet altijb 3ettennbsp;onfe gebagten 300 biepe boetftappen in be paiTcnen/ bat top een rijb baar nanbsp;5oubcn toeten bp geljatgeniffe / toat top gebagt Ijebüen : €n baar ban 3önnbsp;bede oojfaBcn bcftalben bc banüititije be5ig0cpb. (a) 3£i.s be 5toarc ofte ge^nbsp;ringc aanodcgenrtietHi ban ïjef boottoerp toaac ban bJjJ 35?oo»nen. (b) ^cnbsp;lt;ï5ceflliftf)cpb ofte ïtcPamdiWjcpb torn ’t 3dbc. lt;6mtige bingen baar onsinbsp;toennig aan gelegen iei / bjiiBBen geen bofte boetftappen in oiiö / 300 3eccnbsp;a(ö toel aan todfte ’t getotgt ban onb todbacen ijangb. ©an «©eefldijltenbsp;bingen bic 5itpbec inteiieftuaai 5ijn/ bjoomen top minil; al^ ban (Jijftéien,nbsp;ban be Meet-konll , ban bc Logica , Mctaphylica , Ethica , $f. om batnbsp;bie bingm minft gemeenfcliap licfaöcn met Ijetnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;/ en 5iipb2e afge^
tcoWteit^tubien 5ijn; ©anEidiamdijfte bingm bjoomen top 3£ec beet: i©m bat top in onfen t©2oom niccc ^tedtb son ban (©ccfhib : ^e liefde , ofnbsp;haat/ontrent eenigcbooitoerpdi; be hope m verwagtinge, be afkeer, b«tnbsp;het toebomeiib guatb/ of be vicetê fr. 50113ecc iterfte paflïcn / cnbe settennbsp;biep-getoutite boetftappen in onfe inbecibinaen. 2?p bage atsi tos» toaften cn=nbsp;bc al0 toP fteefter reben bimnen gets’upfien / 300 Ban be 5eibc 3ig beter tegennbsp;bie uptfbooïige toiften toapenen ; om bat Ijct oiganum, inftniment ban benbsp;reben beter tó gefcljiamp;t / en top iwt minbet bdemmeringe benbem lt;egtctnbsp;bjp tiouben in ena 3eet fterbe inbjubfdm ban 300baitige bjoomen. ^lé bcnbsp;toeebinge ban hd organum of be inbeetbenbe bragt fterbet iet in 3nne 3O02te/nbsp;ban be reben ; cnt’wnben bJP meceber enfe ^joomen ; nts* be reben ftcrti rnbsp;10 albeeminft. a©)j moeten onö baarom niet inbeelben / bat bc oiiKbelpenbsp;^i ren nut en 30ubcn g^^oomm : aneen aiö gp upt be bcfcOnjbinge bannbsp;«©toornen pit denken uptlaat j 330 iö be ©pantafpe ben reebdoofe bietennbsp;500 gemeen at.0 be iKenfiè?*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;geftagen 5!)Pö« ftaapt met fcptili
en.
-ocr page 246-Éii rceftfiitigi ban j^itutocn. jBaac (segtgt; gp nog) fpt ftan fnrKf3unb?£ bciiftcnö toefen / op ittë ïitljamrttoö calp to be uibcclbenïte bragt; jobanignbsp;toetten/ en in ’t jelbc 300 eeji inbiuft jetten bie baac na geftcusb toecb'ïnbsp;2l!ntto002b/ f)oe ban een,ïBenflDe bte benbt of bte tod/ juib ecninb2Ufi5ettettnbsp;en ?oo b)agtioen getob oefenen obec lanben ©oeten en anbcce Hibemafen;nbsp;45eiijb ton bagebfiö in onfe ^tcfjanjelibe ?(it«en 3ten / bte ban be cebennbsp;toerben gcbetccmineat / en |joe ban een pentee of ï^jubbec 3obonto eennbsp;(Cbacabtec of ^cgcl tn ’t totasi 3etten ; fa een paat-3njJbec ®n jptgiuireiinbsp;in-gcaben in ’t itoopet / 500 bi» niet en benbt / en 300 öP be bragt bannbsp;gintaginatte niet optocht. iBaac top todfen oito met Jangec in enbclenbsp;liatiuic-ïsunbe tn-iaten ; iBaae bet lutl onb bojtciib cenb een bcmicngbenbsp;.guefite af te fjanbelen : lt;©cn lt;0?ooten Cartheiius in 5ijn BegtnfeUn der vhi-lofophiei totdenbe Öetoöfen / Dat God ons ontrent Lichamelike dingen geennbsp;nood-dwang van dwalen oplcgd » zoo dat onfe zinnen door haar zelfsnbsp;.niet kunnen bedriegen den geenen die niet cn wil bedrogen zijn , maat 310nbsp;wapend met aandagt; baat nogtatto (toccpt OP 3ig 5C5fè tegen) menigmaalnbsp;onfe Droomen ons voorkomen als Hiflorien , cnbe top genoegfOtint 30llbt't1
totllcn 3toeeccn bat top tjet geen top gebioomb fjebben / geOoojb en gc5ten ¦Oebben ; .j^ijn anttooo?b/ om befe Cegentoeipinge te ont5enutocn/ to^ Dat
wy aandagtig opmerkende , en nugter zijnde , zullen ondervinden een veel meer''klaatheyd en onderfchcydendheyd in onfe gedagten, die wy wakende oefenen . dan die wy llapendc lijden bat» Ollfe bcbtoeïmbfjCPb.
iBaac bit bolboeb mp niet: iüant voor ead, 300 toil mp ^ob 00b tiiet (ïapcnbe bctoicgen ; en lïapenbc bcnbgb 300 toei ban toabenbe; en fïapcnbenbsp;rebenbabef gb lotf cnbe biffolupt t immeito boo?gaan,d ; en bat 10 mn oebnbsp;onbetmijbelib/ en^ib Oeb geen magt om bic btoalingc tegen te (ïaan. i^tccnbsp;uto 3ie 3!b babclift bat tbijn gtteOaam / niet en tjeeft be bolmaabtljepb bannbsp;bat gcflei / toelbe in een on3onbig ^cöepfel bat Goed tn Regt to gemaabt/nbsp;becepfcOt too^b. a©ant gb ban aanloopcn in mijn tegen be eegefönbsp;ban cegt en öncegt / in Quaertione Juris, booj ongcgconbe bcfluptcn te ma^nbsp;ben/ tegen be Principia ban beugb en onbeugb. fjb ban btoalen / cn batnbsp;onbetmijbelib in Quaeliione Fadiato mp ^etfoonen of baben booibcmtn/nbsp;bie nogtaito gcenfiito obee een bomen met mijne betöcclblngc ban be 3clbc.nbsp;^b ntcpne bat fjet ©ci?beel biet aan be 3toaftfte / cn be inbeelbingcn aan benbsp;ftccitfie bant 3ijn. lt;cn nogtansi Decfl bit in ben g^eoom plaato in be albct-toiitie/ aibcc-gemattgflc lupben. JBat nu belangb Öet ttoeebe gebal; lt;gt;ƒ ee»
Menfche zig zoude abfoluyt j klaar en onderfcheyden kunnen verzekeren of hem yets in den Droom zy voor-gekomen , dan wakende : gi)aai' OPnbsp;te anttoOOJbcn dat onfe wakende gedagten hebben een andere klaarheydnbsp;en onderfcheydentheyd , CU gaat lllct baff / Of top m0(lcn bc dÖOblifienbsp;grgt;3000men locömeit. lt;gn Oct to mp menigmaal (gcljjb 00b anbccen bannbsp;boat 3iiben mp ber3ebecb Oebben) gebeiirb bat gib uptgebonben Oeb in bennbsp;g^c’o«m blaat® onbrtfcfKpben bingen/ bie^b toabber 3önbe booz jBebitatien
Schat-kamer der Zlnnc-beelden en Voor-beciden.
ban bccfcftepïjcii nbsp;nbsp;nbsp;en öaö hunnen uöMitnïnu «j?n fcaat-eii-ltiijen
Ijeö 51h ^^agen lang niet tcgcnftaanïte toijTcitng ban tegcu-ccfcencn met öc gcenen öic m? tegen-fpjahen / gi^lcben in ©pintc bat befe of geene ^.rfoonnbsp;ban tnp ontmoet toa?/ cnbe bat to» ober cen gaahe teacm afgefp?oofien;nbsp;baat nogtano ntetb aan toab: ‘fn ’t geloof ber getupgen taats (iccher Opnbsp;mp/ ban mijn Ciara amp; difiinda perceptio. 3©at 5uhen tap ban 5cggeninbsp;l^ecft «©ob ra? / of anbere lupben Oetaogen i ‘üh jal rap Diet: op nabéc
UptkU
©DO? eerft f)tt jg gctn ecrfrC Principium, bat in Rebus F a c t i Daden, ^ahi.n ban boen ofte laten bcfiaatgt; gn bat Principium hangh niet bebto^nbsp;gen tao’ben / bat be cxtenüi) uytgejircktkeyd ban een anbctc nattipje t.o bannbsp;be dciikingc cog.tMio ; ^10 ih baat op raanc tail letten t 't 3P ban bat tamp;nbsp;tothhec ben / 't 5p ban bat th t©^oöm. nuaac onnrent rajjn lamp;aben ennbsp;taechiitgen / raihi gebagtn ontcent bic uptocftrchtijepb / besi toijffnbsp;modus ban toecinitgc operationis, beef 3e(ftf betaegingeit; be toebaflen tnnbsp;bc 5e{beban tijb en plaatfe/ bets 5e[fss irx*lt;rtf of Relatie tot anbere Eaheitnbsp;cn ©erfonen/ bit ?ijn Res Faai bte niet tot be beginfden b hoojen. ïïïaarnbsp;jal een Scepticus myfeiaar bail 3^83lt;^b/ lt;ï3ob raogt 0110 300 (©e^nneert hebbennbsp;bati ton albeiii: bagten of i©::oraben bat ton een ^ticOaam Ijabben/ ennbsp;noata'10 Ijet toas boo? on0 ï^ntfeö 3[cben lang een pbele «©eoom i gsnbsp;3Cn-'taoo2be: g^at (a) alfOO0 en onbcrraybdth een gtele ts boen benhennbsp;batfe tnet jobanig eenEirhaam i0 t’33raen geboegb/ en bat balfchelih/ cn 10nbsp;geen to ch ban pet on-epnbtg bolraaahte 3©cfen 3 maar toe te laten batnbsp;ontrmt be raanicce ban taecamp;mge ontrent bit aicOaara gaap / of toaaftennbsp;plaat0 heeft/ en be gebagten bcrfchepbentlih ban (jet itichaam toerben aan=nbsp;gebaan (icijb niet tegen (0cö0 3©ij0öcpb cn (tSoebfjepb. 35a ih ttaüfel of iftnbsp;niet 30ubc lauinentoegebcnbatecn,ïBenfch'©p?:gtgcfchapen/ eninbie^taatnbsp;blijbenbc/ niet 3oubc fjcO’^icn hunnen ttoijfclcn ami een Res Faöi; köm batnbsp;hem alle btiigen tn bte ^'aat maat 3(0 Contingent raogelih tooj-horaen;nbsp;n!)gtan0 (irijo het tegen be bolmaahthepb 500 een tï^jtomtoahenbe niet tenbsp;hunnen onbcrfchepben; om bat op 5obamg een Res Faai 1 bie niet aid gebehclihnbsp;Contingens, maat al0 gefcljieb 30ube taxben bag gefionbm / joiibc hunnennbsp;toeeben gefnnbeect Adio luns, een^ahe banïïegt cnpapbop. '(b) mpnbsp;bec0 anttootöb / bat liet tegen (jgob0 bolmaahte goebfjepb jlttjb / bcnbsp;Eiele en bc gebagte aan te boen/ ofte te boen lijben ban 5bo een Éirtjaam /nbsp;en 5tithc 5tnnen bie hent altooo Mnogen : ^00 bat hp 3oube raepnen batnbsp;10 mijn j:ichaam / enbe (jet cn toa0 300 niet; cn het taad 3ijn iïDeoom /nbsp;bat # in 300 een Itichaam toad geboegb gctoeeir, (c) €n baar boojnbsp;toecb gcinfniigeert, ja beoiietigb alle Sfittie ban beugb, of onbeugb bte upt-munt in alle onfe ^©abeii. 5^aac tap nogtand een ingeftljapen idea ban be
( Adiones virtutis externte) 3ClbC 35aben hcbbcn / «1 ntCt ban 0110 3elbcn/
maat ban (0ob. nbsp;nbsp;nbsp;(d) i^tibemaal gp ban een idea, begrip fK’bb ban een
«ptgejftehtyepb (’t geen 3Ulhe iupben niet hunnen lotÖenvit / «nbe gp u
^ f nbsp;nbsp;nbsp;bittb
-ocr page 248-Intib bart be 5dbe aangebaati / en ubje ccbcigtcii na be 3elbe gemodificeefe, b)at butibt u ban i ^ss bat Htcbaani u ïjct naafte ofte niet i kimmee fjetnbsp;eerde iss Cbiben^edB toaac; bjcl ban geloof bat bet u j;icbaam tö. ^nbecsi/nbsp;ban toelft 5eet:/ ban hJdfte tóonben too?b gn geboeltgd: aangebaan/ ban cen^nbsp;anbccis/ of bau be utoe^ 3^ie u ban meed aan boen/ nroeten bc ubje 3ijn/nbsp;gp 55?oomb ban ofte gp toaaftt.
©oo?t.a tó beftenb bet onberfebepb in Moraiibus tnlfcben guabe/ oiigeoo?^ loföe en 5onbige ©zoomen ; en tufiTcljen goebe en «éob'^ ugtige g^'^oomen.nbsp;(€ot bet eerde allegeren 3P ^ebit. 15. Jöff* 16/ 17/ 18. (Cot l)et tbjeebe
16. nbsp;nbsp;nbsp;7, Ik zal den Heere Loven die my raad gegeven heeft ;
S-!
zelfs by Nagt onderwijfen my mijne nieren- lt;èn toatelib dBobb.’Ugtige gebagten en ©efeningen bp 35age beroojfaften lt;t5obb3ugtige ©jcornen in bennbsp;ISagt; en bie 3ig boo3 3t)ne rude eeebiebig aan «©ob bcbeclb / en fjenrnbsp;3meebt om bc bpdanb 3ijne!S l^epligenlt;©eed/ beiFo?meccbcc ban onfei^ectu»nbsp;tnbe jgieren/ binb 5ig bjonberlib tegen befe guabe inballen getoapenb.
j^aaac ’t geene ona albermeed ter 5aabe bienb / 5ijn bc #?opöctifcite en boo3-3eggmbc Dmomen. j^oebanige bjaren bie ban 2il3?abam/ ontrent toelftcnbsp;aanmcrltlib maren bie omdanbigljcbcm (45enei; 15*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;12.) Ende het
gelchiede , als de Zonne vt'as onder-gegaan , zoo viel een diepen flaap op Abraham , ende ziet een fchrik en groote duyfterniffi: vieJ op hem,
Stlle f 5amen gebJtffc teltenen toan be lt;©obIiftc tegentooo?bigljepb / enbe in-gebinge; bie bc 5innen betruftte enbe af-riep ban alle (©^binaire 5puntticn; iHit bit i^cmelftl) €gt;?aBel te ontfangen. 55en itiDoub ban ben 3elben Bannbsp;men na-5iefl. ^ebamge toast ben lt;©?oom Jacobs ban 5gnen sabber / bicnbsp;ban be 2Êacbe tot ben Piemel repfete / boo? toelltc be €ngclen op en nebernbsp;Blommen (©enef. 28. Cap. ^e lt;©30omcn ban Jofeph lt;©enef. 37. ^0 6.nbsp;Cn ban Phatao 3el^ lt;©enef. 41. ©an ben jiBan bie onber bc bertooningenbsp;ban een lt;©ecood lt;©ccden-25?oob ter nebec d^nbe be (Centen bet iBcbia^nbsp;raten/ Gideon berderfite in 3ijn bertroutocn op be Cbectoinninge giubtc. 7.nbsp;$0 13. ©an gSeöucabne3ar / booi 3^aniel upt-gelegb ®an z. Capittel/nbsp;en ban lt;©anicl 3elf0. Oie toüfe ban ©pcnbacingc toast in bic tijb gemeen,
!^ie ^um. 12. Indien onder u een Propheet is, Jk de Heere zal my door een gefigte aan hem bekend maken, door een Droom zal Ik tot hemnbsp;fpreken. Oe lt;©ob-gclceeben maden aan befe berfcljepbe toijfen op toclBenbsp;be ï^eere 3ig plagtc in bic tpben te Cpcnbacen. (a) 9lan bie toaBenbcnbsp;toaten boo? een ©penbare ©ertoontnge ban 3iine tegentooo?bigf)^b / in eennbsp;55eeUenilTe alst ban ten .jlenfcOe/ fpjceBcnbe booz een bupbeliBc ^hmmenbsp;gn reb n; ooft 3imtijbst eetenbe en bzinBtnbe met Baar. 2.ie ©enef.nbsp;x8. Cap. Cn op bie toiifc becfcBenen ooB biBmaal engelen ; gclijB bie 2,nbsp;onber be b?ic flSannen engelen toaren / en be berbe be fïdjoba ben engelnbsp;beet ©erbonbs ^elfet / bie bp ?fitoatiam bleef/ ban Ijem boo2 3obanig erfienbnbsp;en giian gebeeben toierb. ©crgslgB ?f:Ct. 10 :3.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;(b; ^00? een bu.-bes
BlK ^t,ivimc/ bog CPj-ijtbaari OfBjB ÖP 3lt;0 £ii300 aan^gamud openbaatbe
I ^amgt;
-ocr page 249-Schat-kainer der Zinnc-beciden en Voör-beeiden. 2x7
3. Clip. Cc) beriuïihtngen ban 3inncn / ’t geen 00amp; (gclijft onrccnt 2flü?afwm) tn ben ^joom {«in gcfcljiciicn / maar boojoacKlönbsp;aan toaftcnbctl l^iun. 24 : 4, De Hoorder der Redenen Gods Spreektnbsp;(bit gefcijteD öoaj een lt;;^tcmme) die des Aimagtigen Gexigten ziet (öaacnbsp;fiebb gn^cfigten) die verrukt word. ^ie baat be bcmiMünge ban sinnen..nbsp;I^ocbanige 00b ^etri Oberbtd 2lld. 10, ; 10. Ende hy quam in een vertrek kinge van zinnen, i^ct iucifs bit öfbupb / bat aüe be jhincii bie upt*
to.'nbig3ijn/0tcn ban fiaarcsöitocpingcn toaac nemen/ eii ontrent natui'iiifie bingen gantrclj ftil (laan / maat bat be inïnenbige 3tnncn alleen / (bat tö benbsp;hibeelbenbc bragt) ban «60b berepb lao2b alsi een bjaffe fCafd / tn todbenbsp;fp 3ijnc ^Soblibe (©penöatinge inpeentetr lt;gn op bte bJöfe en bonbei^ulnönbsp;inbien alle 3nne 3innen Oebben fill gedaan/ niet toeten of Ijet geene aan Öcmnbsp;gefdjieb toaö in / of öiioten bet ïtcDaam 5 namclifi bat l)P in ben ba-bennbsp;jgcmel toao/ op getiifit/ al3oo 3ünEicl)aam 5ig banganrftbPaffiveiijbcnbe/nbsp;tnbe niet .\6iive babeliö 30iibc geBab Bobben* £ie zConnt. 12. Capittel.nbsp;(d) i^ict nebenei Bomen nu beOroomen toaar ban gefpoofien isS. (e; lt;©fnbsp;|)ia' nu bp geboegb moet toojben een ©penbaringe tn toelïie lt;©ob alleatnbsp;Furè Inteiieduahter 3upbi‘t op Bet berdanb /. en op een ©eedliBe iBtjfenbsp;'30ube toctften/ Ball ^B nautoüBiS ttoüft'Bn/ te toeten/ inbien men Bet 305nbsp;berdaat/ bat be unterliBe 5innen / en ooB be ^^Bantafie/ in bte ©penbaringenbsp;geen meerber toetBinge en Bcbben geBab / ban 30 in cno Bobben in Meta-piryiicis cnBle ©eediiBe en abdtacte bingen gt; in Matheii be JBiiS-Bund;nbsp;Arithmetic.-i be (Cel-Bond/en fciccgelijfie t ©n men 30uto benBen mogennbsp;of niet op bie laatde totjfe be ftjepitge 23odten 5ijn ingegeben en t’3amcn-gcftclb. ^it 5P een ©liject ban onfe befrOoutotnge.
bölö nog een stoarigBepb ; Boe bie iBannen be ©jopBettfcBe ^200^ men Bebben Bunnen onb tfcBepben ban gemeene «©toornen i giB anttooojbe/nbsp;bat alle be©'aenbaringen«j3tib.0 mebe brengen teBenen ban Baar ©iobliBBepb,nbsp;25pfonbec ooB in 3HiBe g^’oomen. 2èp erempcl eer ft be omflanbioBcbcn,
*©e ^?0fcct of ^200mec/ iö nugter , ntatig/ onbelemmerd met eenige Wereidfchc bezigheden, toclfie bolöepb baiigcbagten Bern be^toffe toteennbsp;ppmecBdiB;^:aom 50«ben Bunnen giben. ©ftc öp balb fcBtelifi(mct2{b:a==nbsp;Bam) in ben (Taan/toet groote bcrfcBtiBBingc bupdenitffe en bcbtoeltubgijcpb /nbsp;eben geitili/ bie Ijd Opmm gegeten Bebben/ gefcBteb. 5^en ^’oom Bombnbsp;/Bent on poig ober inben2Cbonb-donb/ eer men 5ig tot end plagt tebegeben;nbsp;gdijB alljier if. (©en and ren, ben ^joom io 300 ojbentliB/ 5ooi’3amen-Bangcitbe tn alle Bait feben 5 3onbcr drjjbtgBepb / 5onbec eentge BinbtrliBenbsp;gebagten; en tod 3omtöbsii gelijB in befen ban Pharao Bomen ttoeeg^too?nbsp;men tn een / bie onöet ttpee beetooaingen Bet 5eibige 3egcen en op een upt=nbsp;Bomen; gelijB ban be 3eben bette en magereï^oepen; bette en magere2f!apsnbsp;?en / enbe l)èt berteetai ban ben een ben anb2cn; en toat best meer Ban aatt^nbsp;g eogen tootben / bit tocBt ben 5^20omer op / bceb fjsto ongerud gijb/ on benBennbsp;W.it bog be ieece bie alleg in aitbn toerBt / Bern bpfonbee boo? bit net m
o?benaiB
-ocr page 250-2ïS H I E RO G L Y P H I C A, ofto
6?feentliïi becöog Beeft toïHen lelt itó maften, ^^tergcfüftcn ^zetcm toa?s ooft öte ban Nebuchadnezar bantel z. 3©ant ntcmanö fian tn beu^wioinnbsp;3ig 500 eai25eeli) imagineeren, 300 in®?b?e f 5anjcn-gc(lclö/bcSct!enuptnbsp;be biet i^oofï iKetaHcn / elft na öe ©?b2e bixJBaaïöiötjciJb ^utcebcecenbe •nbsp;^ooöantg een gebal baac ontrent ban een^stcen ban een 25ccg af-geBoutocnnbsp;bte al bat gefid becmo?fclbe / en Bet gaipss tn be bier 3Binben ban bennbsp;l^emel berfpjepbe. aPepn niet bat Nebucadnefar bten «l^joom imt benbsp;memojte 3oube 5i)tt ontgaan ? Snifte tingen 3ettcn te btepc boet-fiappeir innbsp;onfe tnbeeibtngen / bit uepnfbe Jjp alleen om bc (Cobenaacei te ticpxicben;nbsp;obecleggenbe bat be gene bie Bern booj (©penbaringe ban (éob ben éoioomnbsp;bccmaten upt te leggen/ boo? gnlpe ban bielt;©ob ben 5elbcn ooft boel tonbennbsp;te hennen geben. (€en derden, 300. een ®joom i0 ban 3ao«j5tfcltften^tc^lt;nbsp;en inBonb / batfe ben ilSenfcBe als tn ben i^emef bemifttgdijft bie bannbsp;gacob ; bjaftfeet b30?benbe a'ftenbc bit: Wierd bevteeft, enbe 3epbe/nbsp;de Heere is gewiffelik in dcfe Plaatfè, en Ik en heb het niet geweten,
bat is mijn 3tnnen 3ijii becrtiht gebjeefl; baarom noembe BP bic paatfe
8eth-El het Huvs Gods , en de Pootte des Hemels. lt;©efe ^obltl^cpb
Weeft ooft biipbelth (a) tn be peefoonen bic Bern bertoonb toteeben. ïjet inacen Engelen) ja be jehova 3eifS/ bat is CB?i(inS. Ende ziet de ffetrenbsp;Hond op de zelve, jfatt be «©ObllftBt'Pb ban be uytfprakc : Ik ben de Heerenbsp;de God uwes Vaders Abrahams, ende de God Ifaks : dit Land daar gynbsp;op flapen legd zal Ik u geven. amp;c. (b; ^Itl be 3afti'n bte Bcih bCTtCO'ÜÏnbsp;toterben/ toelfte Bern m-b?agtcn boo? een Leder van de z\arde tot aaa dennbsp;Hemel uytgellrekt , en Jehova daar op , nevens zijne Heylige Engelen.nbsp;Voor eerft be tegctthjootbtge Bulpe enbe ftpilanb dEiobs cn 3jjtier èepligenbsp;Cngden / bte Bent upt ben l^cmel in alle 3ünc aanfiaanbe nooben'Bulpenbsp;30uben aan-bieben en toe-bjengen : (€en anderen, faoben al 3agcn op btenbsp;gemcenfcBap bie een ^onbaac met be lt;©ob beS ïlcmels in CBu(lo Baft bienbsp;op befc Ecbec (laat / enbe 3ijn Engelen Ccmmaiibeect om Blt;nt bclgens bicnbsp;Xeber tn ben kernel op te boeren/ ja bte 5elfS ooft bic Xebec is; als,ï|Bibsnbsp;bclaac; bie Bet mijbftreftftclifi mibbd-fcljct / tiiffcBen siaebe en l^emcl boo?nbsp;«jn 25ioeb en ^ntrebe in Bet ï|epligbcm 30iibc bereentgen : beg baar nanbsp;Bier ban b?eebei'. ^it 3P maa; alleen een erempel ban be seftece Godhk-ïieyd befer ©penbartngc tn ben «©?oom. oEn «©obs lt;Êcce en i^epltgBepbinbsp;(tan noopb toelaten/ bat bcn^upbel 3ooöanige cebenett (pjceften/ en gc3igtett
iK«tK)nen-30ube.
Sfêaac bit 30» uHe Theoiogifcfte, Ofte ooft bjcl bermengbe Stoffen: IBaac Boe ftomen befe bingen tn een Hicrogiyphicum i^epftge ^cBilbcrpenbsp;te paffe i €n toat fteteftenen 3P meer ban be Eaahcn na be tetter scibee {nbsp;^ntbJ00?b befe bingen 3011 tn Baar nattwee 5ptguiirlift / om batfe meeft allenbsp;«iet in Bd beeftanb ailan/ maar ooft in be tnfteelbinge.Bare 5F^tgiiji?ennbsp;3£tten / en jn-b?«ftften: 3iis men ban maar ban (p?cefit berftaatnbsp;men een Hkiogiyphicuxn j 300 ooh bati be anbece b?ie^i;aen bmt «open^
Iwringen,.
-ocr page 251-Schat-kanier der Zinnc-bcelden cn Voor-bcelden.
bacuigeti. ;©aac-«i Boben 300 biinticn bcfe bingen (ïteftamp;Étt boo2 cettc gcmccne ^{«itd ban alle ^^tpuccn / gelöamp;cmffen enbe booHcggntgcn ötc ^oö opnbsp;eenige ban befe totjfen tjccft in-gcgcbm jijn ^L’piigc #?oft’ten ; om tc bomnbsp;Mcn / f)oe 8p tn ünce jinnen/ cnbec be ^petten ban ÈicïKimclific bmgennbsp;ftceft gebJMgt; fjoe öaacaangcbaan ; en ban toaar Öet bomb bat oniS 300nbsp;beelenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;/ 5tnncüeclbtg bcctoonb hjccben. ©m bat lt;tI5ob onst
nog boo? een Spiegel boeb 3ien / en met öanbcïb na be toiifc bec Éjcnfcbew*
^aat onö ban egtec ftojtdtb boen 3tcn / bat een Droom, 5iinbc een toijfc ban 5|eeccn en lt;@pcnbariitge bie lt;«5ob in 't ©ube ®e(lament gebjupbte /nbsp;bare lt;J5ee«tdtbe obecteenginge beeft tot ben ^taat ban bie onbafenfiugcnbsp;toelbe ^ob gcb?iipbt in bet i^teabjo («ejlament; alfoo bat nn «tBobet ©oib
OP een bofonbece tnpfe Profeteert, Gezigten ziet, en Droomerj Drootrid ;
m obec 3tilbes/ bat bie bo?ige topfe ban «©penbacingc/ maat af-gefcbabuVob beeft bet untnemenber en beerliftec ©!»2-cegt ban bet ^teutoc É-cftameiU/nbsp;boo2 bc upt-ftottingc ban be lt;©abcn be0 ï^eniigen lt;0ce(iei bec 25riofte; alfoflnbsp;bat bet geene in bie ttib ©.tbeeiliftt bjaes / niet en is? te bccgeiijftai bp befcnbsp;onfe lintnemcnbeliecdtbbcpb. 3lft 3egge ban bat alle bc cftmoibinaice 3^20=nbsp;ft tien öte 3ijn boot-gegaan boo2 be homtle beetjBeffia:/ niet alleen 3!jnonbècinbsp;panben en 5cba-c gcmpgeniiTen ban be bingen bie gefebt ben 50ube/ maacnbsp;ooft bat bic ertcaotbinacc bjjife ban (Openbannge Droomen te Droomcn ennbsp;’t geen baar mebe na-bupjig ib cn f3amen-gcboegb / iö een booebeclbisaenbsp;onbeebjpdinge/ bic eai ftioacbce Htgt ban ©penbatinge tegen Ijet toefeomenbenbsp;belooft.
I. nbsp;nbsp;nbsp;gmmet moetmcti ban öe ^?oomen/ bie be 3^esgt;iige ^jopbeten ge?
b20omb Ijeböen ba(i bouben ’t geene ï^anlntS 5egïi ban ijet gantfclje tooo?ö; bcftlccb met alle be fcljabutoen b;sii©etsl; ’t geene CfJiiflusi boo? gegaan/nbsp;bat bet in ftab een fchaduwe ban toeftomenbe bitigen (Coloff*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;10,)
cube bat bet Lichaam is chriQus. 2tiic öafc ^eoomcn toacen ban febabubjaebtig; en 5dftt be ^zoomen ban tgbïiftè gcballen bic bnocnbsp;©olft in Canaan 30uben ommocten 3ön tot bie geoote galigljepb booj-becepbingen..
II. nbsp;nbsp;nbsp;i^ccm booj fll bjaac/ bat tod/ met be bertoseffinge fccnfalcmsi/
e«be bc ®oob bcc ^Cpofiden / opgeljoubcn bebb n be ejctcaodJinate ©pciL batingen / boo? lt;©20omen en «©efigten t b^tee ban be reben bupbelift toccbnbsp;gegeben ï^cb. 2. Cnp.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;met bat toooib bec Groote Zaïigheyd
’t geene eeefi van den Zoone God Jefus, de Heere is begonnen Gepredikt te worden, ettbe nobcc aan be ^Semepnte is Beveiligd cn ¦©cc3egelb / dootnbsp;de geeuen die zulks van hem gehoord hebben mcbC gcto^Ogt ftceft / ennbsp;mede gctuygd door tekenen, ende wonderen, en menigerleye kragten gt;nbsp;en bedeclingen des Heyligcu Gcells na zijnen wille j' alö DP (3eg 3ib)
f f 3 nbsp;nbsp;nbsp;SttlH
-ocr page 252-;230 'H l E ROG L Y P H I C A, ófto
5iüfi ecu beljeiltnge batt be aBaacöepb besS ^uangcliiuttei beeft bafl-oeftdb/ Uan ocen oiecc ntetoe of anbcce cjctcaojbtnace (©penbactnoeii fpecebt / niaacnbsp;in bie toelbc gefcbteb 3ën Icgb een bolfioinen ida^cgdinge baiï bie 3©aacïnbsp;beiJb ; 500 bat aan befcn' 5ê?tcf geen ntetoe Zegelen ban nooben jijn aan tenbsp;jaffen; te toeten na bat be geenen bte bet tooojb ban Cüniïnb geöoojbnbsp;babben 5onben betfetjepben Jöb (Otüjb Joannes jjc ïaatde ban bie geljoubennbsp;tooib) maai' bat nu al bat gcene gebaan toast/ bat tot obectupginge bannbsp;be iBaacliepb en sebccOepb ban be €nangelifclje ©iftoae/ öonbe tocebennbsp;gebaan. oïn bat’ee niet obetig toaö / ban aan onfe jijbe op 200 grootennbsp;Zaïigheyd agt te geven. ‘35ie uu ban toijbcrfii ban |Bic.’bnlen toil cammesnbsp;len/ bie toone onst een ban befe bepbe bingen / ofte bat ftp jelfs^ Cfbiflumnbsp;fpeeftenbe Ijceft geftoo?b ; ofte bat ftp g-3icn en gefpeoftai fteeft be gcenennbsp;bie ftet ban bem geftoojb enbe gesien Debbcn ; toant aan te ©jebtftingc bannbsp;be 5oban;gcn alleen toecb ftici' bit Zegel ban teftenen/ toonbccen/ en meni^nbsp;g:c!cp fti'aatcn bad geftegt. 3Bast baat mceeba' en filaarbec2Pebcdinge bannbsp;noobejt getoeed ; be il|etoecn ftabben nog eenig booi-toenbfel bunnen ftebbennbsp;booj l)etlt;0nge!oobc/ met 30bantge te epfcöcn/ maac nu ist een pcbccaüenpt-
blugt af-gefneben t Hoe zuilen wy ontvlieden, lt;Scc.
Tegenvv. jKaac/ 5onbe lt;0obst 3ïrm bcifioit Mto/ bat ftp nu nai beeftanb niet mcec aan eenige bpfonbje ibsrrfonen / eenig 3onbecling gc^nbsp;bal «15nne tta-fte / 50ube bisnnen ©pènbacen. Antwoord i. tjpp onbec-fcftepb toel eenig 5onbei;ling gebnl / ban bic gcoote en gi tneene Zaligljepbnbsp;bie beebonbigb is boo? ben Ifeere cn be 3ijncn aan allen ©oïften ; g^it ennbsp;ftan nog en mag booj geen nieutoe sobanige jiicaftylen bebedigb tootben/nbsp;om bat 3iilbs bci'5toaftben 5oube ftet Credit ban be bongc lt;©pcnbacingeinbsp;cube bat be menfciicn 5Cbanige3®icabnlen aan een 3ebi:cen (Cliioon of^toel/nbsp;of aan be tSepaejenteei-enbc licibe 5ouben to^llen bad maften ^ anbecs in^nbsp;,bien pebee iSacticuliec 3ig bec 3etb,'i: SDube beeoemen/ 30itbe alles in bct:gt;nbsp;bMi'cinge caften: lt;©it 50ube 3eftrc een ^ndafinent ban een guaab gebolgnbsp;in bc ÊecRe 5ijrt. €11 toat üeftoeft ooft be paapfefte Jfóeifte sobanige bec^nbsp;3iecbe jiKicaciilen / baat 3P booa een ipunbammt dtlb/ batfe onfcplDaec bannbsp;ben l^epligen lt;ï5eed toojb gelcpb. CtbiduS en 5ön ?6podelen ftabbenfe bannbsp;nooben; om batfe ban bc pofeteii als een Cftacattec ban ftace 3enbingcnbsp;toai'cn boMfegb/ 300 toel als Ijare ï^iebiftinge; en ooft om batfe een geftednbsp;nieuboe A:.£onompe op?egtcn ; JBaar nu 3ijn 3ulfte bingen boo?fegb ban benbsp;Koomfefte i^erfte; en toat bcojbeel beo? ftaar meet ban boo? allen die innbsp;Chriitum geiooven jBacc. 16. tSjn toapclift be iBicatulen toacen meet:nbsp;een 25ebedinge ban be nieutoe 3enbinge en een Crcdit^25:icf boo? bienbsp;fonen / ban boo? be 3©aai'ljcpb bes «KiiangeliumS. 3©aacom lt;irO:iduS ennbsp;be “Jlpodden geen Mirakuien ftebben gebaan / cm te betoftfen bat’eu eennbsp;lt;i5ob toaS / batmen bie lt;6eedlifi mod öienen / cn bat ftet toefen ban bicnbsp;biend niet inbeagt een onbccfcftcpb ban ®nb en piaatfte t Cfttiftus fteeftnbsp;ïboopb mairaftcl gebaan cm cenig ïiooft-piuu Jban sijiw Seecc Credit«
gtben.
-ocr page 253-gdJcn. Pauius ban jijn tekenen cnbc tooiibcren fpjetenbe 2Co?in?, n. Noemdfe ’t Merk-teken van zijn Apoüel-Anipt aCOJint i2.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;12,
€ni3e met eene Controverfie tu|Tcf)en l)em enbc be l^alfctjc ^podelen Ijeeft Bp boot een Mirakel 25ebeflisb of baat boot be 25nlanec bejs gefcDtlss obcc-ocliaató. toass ooh ftet epnbe ban bc Mirakuien Moiïs, en Aaron tenbsp;betoöfen aan ^aeao/ bat öaac (0ob oe3onben ïjab. a©at aangaat nu Detnbsp;aiiba-e JBoinct/ Ijet «t 5eec gebaacUb }io baat in biep in te laten. Mïp ennbsp;peggen nog bepalen be jflmagtigljepb ban lt;6ob.o 9llim niet; maat Ijiec isinbsp;ijet gebal toat onio lt;0ob pceft gelieft baat bon in 5ün 3©oo2b te lt;©penbacen.nbsp;^eeft pemanb joobanig een bpfonbec b300jb ; W mogte bat boot 3ig jclfS!nbsp;in tjct Dpfonber Ijonben / of Oeeft öp eemge bpjOiibcrc Saft ban «èob aannbsp;bepaalbe itanben ofte^teben/ ï)P gebe onttoijfi-lbare bebJjjfai ban bie ©pen-bacinge en be lt;0oblib!)ewb 3Önec 3enbinge. ^get bnnlit mp baac-en-bobennbsp;bat 50banige öpcnbacingen 3eec obectollig 3wbcn 3nn / baat oBob obet^nbsp;btoebig en omftanbig genoeg 3ia betblaatö igt;ecft aangaanbe be gcballen bjenbsp;3ijn öetbc tot in be laatiïe g^gen tce 50uben bejegenen/ bpfonbet iti benbsp;Apocaiypfis. gcbct baü 5^3 toepaffen. lt;6n bie 300 beet ©penbatingenbsp;ofte / ofte ge3igte ban €iob niet omfmgen beeft / bat öp bie toe-pafftnge nnt bat too02b bet Openbaringe ban maben v boe 3ouben tonnbsp;gclooben bat öem lt;6ob 50ube bertoaarbtgen boo? een nicutoe ©penbaringe inbsp;«tBob beeft getungb SCpoc. i. ^at bp liinen Dienft-knegten, booj fïoannestnbsp;bie bet ban ben^nijel oittfing te bennen gaf be dingen die haafl geichicdcnnbsp;moften; entje fpjeebtfe Zalig die leczen en hooren en bewaren de woorden defer Prophetic. gamp;tc nu etetpieert bat / beijalben befe ©penbatinge/nbsp;in to.'Ibc alle bodge 3ijn ingcfloten / en met tocibe bc üepli^e ^tö# issnbsp;bec5cgelb / nog anbecc biifonbetbet moeten in agttnge genomen toojben/ bienbsp;mojl 5ijne eSreeptie tegen ben genecalen ïieiTul betojjfen; ^^aatorn geebcnbsp;toepnig agt op 3nlbe (öpenbadngen; en öonb. fe boot gbde ^joomen /nbsp;of 5oofc baat 5ijn boo? een tooo?b aan een ©atcicubec en niet aan bcnbsp;gemeene föccbe.
3©tib gp nu eenst sten bc upmemeiitbcpb ban bc profetie onbet be üBebte^ ninge bet genaben in bet i^icutoe (€eftomiait boben bie ba» bet ©ube / 300nbsp;bolgb be boetftappen ban fjocl in ^jn 20e Capittel; hetgeleben met 3titt.
2. Cap. Cn tobenlu u eerft in Ijct gemeen op befe 3Baarljcpb. i. lt;©at be emaotbinaitbcpb en eerde ingebinge ban een P?opbetie ofte 5^jOom/nbsp;om in be éipJlige ©oeb-baffe te leggen tot een gctttpgeniffe ban be bingennbsp;bie toeftomenbe 3irt/ in Ijaat 3elben niet uptnem:nber 3Ön/ ban beCjbinatenbsp;l^anbdinge bie lt;0obö 3^ethc beeft ban bat 5!ndri:ment; ja bat bc j^etbe.nbsp;bie be 3elbe ^anbcit / enbe bc ®öb beleeft in toelbe 3P be Pjofctien upt bcnbsp;iiptbemde ban openen en toepazen/ uptnemenbet boo/beel geniet ban bie benbsp;5elbe cetd immebiatelib beöben ontfangen, ^e i^eplige §02ofeicrt/ gelijltnbsp;«©aniel/ fc. beöben meeten ecö nncn batfe bccie ban bie (©penbatiiigmnbsp;biefc ontfingen niet en verbonden {^ttiel 12. ^,0 8.). ^p, bcbócn Hlail ;
H I B R O G L Y P H I C A, ofto
ocficcgfti be ?elbc« bfcjcodcn tot bat be (Cijb bee berbuUinge giifmi en bat bceien 30Wben na-fp^wcen / bat be Wetenfehap zoude vermenigvuldigd worden , bat be veritandigen (Of aanbagrtflen) zouden vetftaafïnbsp;ëO»aini112. fiflquot;. 8 / 9. Ete eenc? tegen ^ntelb met beejtaan ; bte nogtanbnbsp;be ^5?ofetje immediateiik otifangcn ftabbe / toerb gcftelb boo? be iaaftenbsp;(Ctjbcn't ©oot-reat ban tc bcctlagn / jn met hitmaiigbnlbingc ban benbsp;fteiiniffe. ©e gmmebiatc ptofetie öceft jig ban alb een eerfte ;§cljeppi!^e ^nbsp;Öet bagclite aeteuglt tn l^anbeicn ban be 5elbe als een onberfjoiibinge, gnnbsp;be eerfte ^tlfeppinge en nog nict be bolmaafetbepb / bte boo? ©cfeiiingenbsp;en onberuinbtngc cn boldanbigttenb in ben .liBenrclie bagelifto itonbe aan^nbsp;loaiTen en ï^ebefftgb bjotben. ^^ancom 5ijn onfe lt;0ogen en »0o?en ^aligecnbsp;ala bie ban be ^?oplietcn en Aegtbaacbigen lOattJ). Cap. ^tet tegen^nbsp;(laanbe 51J nejien/ geftootb/ gebtoomb tjetben/ en Ijaae 5ib»en 3ön betenfttnbsp;getoeefi. È00 een uptnemenb ?S?opl)cet to cett Clxlften ; baacom «0 Btetnbsp;bit i©?btnaac gefcfienlt ban ben Üepitgen 45ee(l aan alle 5ijne Clefalfben/ de
Prophetic i Cc?tnt. 13. nbsp;nbsp;nbsp;8. Propheteren volgens de Analogie gelijk-
vonnigheyd des Geloofs ïlCtn. 12. Cap. TMt Profetceren JjS be uyt-ncmenrte gave. Hen jte Ijct gantfcfje 14. Cap. Ikin i Co(int. 14.
5[tgt;e jg-'Ofette ^Qélb iltpb alblto t Na die Dagen zal ik van mijn Geeft «yt-ftonen over alle Vketch , ende vrwe Zoonen en Dogteren zullennbsp;rropheteere», ende uwe Jongelingen zullen gex.tgten *,;gt;», eiide uwcOudcn
I'H
zullen Droomen Dreowen ; Ja ook op mijiic Kiicgten CO Dicnft-maagden zal ik van mijn Ciceft iiyt g eten , en zy zullen Propheteren. 3©ei‘fleiliamp;nbsp;5l!ft.2.€ay. lïPP^' Ijtcr ban bC(ö?bw?t:e^?ofctte niet tint / booj tociftenbsp;bc Sïpolïelen :nCuapgelifïen/ bte benl^cerc 3elfb grfien enbe geijoozbfjabbciunbsp;cn 5Ctnnngi;n bte liet immebiatclift baa Ijaac ontfangen pabben op bte bjjjfenbsp;ïiefebcn gcptofcteect: Haar boben al to:cb Btec becftlaacb be ©tbinaircnbsp;l^uublioiibttTge Csobb (’t geen onfe Cseleerbe atnlcggecb op bc bant 00b toelnbsp;tóaacgcnomcn bebben; onbee be bebientnge l’gb %pligm Citattgclp. Sïannbsp;bic bebben beel alle be Dienft-knegten cn i©U'nfl-niaagben giffu CB?i|ii/nbsp;cn alle bte ben ^cpltgen lt;0eeft ontfangen ftebben. ^gnc iö toel een lt;©ccflnbsp;5onbet benntffe bec iCale / maar geen «tSeefl 3onbct p?ofetic. ^tc Vuebernbsp;\ Cottrtt. 14. Cap. 3ti'le Clptlienen ftrfibni onrfbngm bc lt;S)lpc ban cbiifttnbsp;©jopöetifelj 3!impt; maar nergeniS lefen bjp bat Cll?i(iiib tn bnmbc (Calennbsp;gefptöobcn beeft, ©p bet Crtraojbtnatce ©zofetcccen ban bet eerfte 3Ltt bpnbsp;joëi genaft tooien/ om bat bte biel 5onbei‘liiig op be ^oonen cn «©ogterennbsp;banbeeerfiegoobfcbeÖerbebe2l!po(ielenpa(l. Haartn bet ttoeebeJiit (frebtnbsp;Joë! bit 300 toijb upt/ alb Ijct ,§ltbiett: Gy mifi. Knegten, mijn Dienft-maagden j bat t0 alle bte itt? ^cfum boo? baren Icecc erbennen. ^tcnbsp;toijberb be toijfen ban bet ©zbtnatr famp;?opbctcren. (a) Gezigten zien.nbsp;5©ie 5tet nit leerliber lt;6e3igtert/ bic §efum geboeen/ Iccccnbe bc toetrigjnbsp;beiJb ban 3n« senbinge boo? Htrabulcn ©ebefbigenbe/ 3lijbenbe/ cp-gefïaannbsp;it»t ben ©»öen/ ten J^etpcl op-genomen/ en ben Raat ban br J^a-be bej*
Igtewbwi
-ocr page 255-Schat-kamer der Zinnc-beeidcn en Voor-beelclcn. xji
^KubJen ®e(laments5 öocö fiem op oercöt siet/ als* ooft fjet gantfrfir ^ooö-!ot öêjtOojcn oUct öe feccamp;e/ alp tie m« öc P?aplje«ii ban bene boo? «n 3®ace-l5öftec 'Ên bat nog tod in be frijetnccinoe. ^oo joffcn beÈtcn^
beep bOO? be tomlïe Ctptfli ^dp. 11. z.y hebben de Beloften niet verktegen, maar hebben die van verre gezien ende gegroet. 3©ic ^^OOtltb upttie'-
tttertCicr/ bie ectft be ^^tcomen ©toemb/ bic ÖP niet bupbdib bccflaat/ of tóe bc 3?ioomcn bcfjanbdt/ berftaat/ t^enb cn «pt-lcDb J 3Egt;tc toajs baannbsp;in uptnemenbee/ of Pharao bic i©?ootobc/ of jofeph bic ben i©?ooni upt^nbsp;Icpbe i (©fNebuchadneiar, biC '©tOOtobC / Ofte '^nid/ bic 3ön ^^oomnbsp;updepbe i
gft fjcböc mp in bc(i ^afte mm ban ^etooonlilf ober anbere (€itdp tjetocpb : jBaac bat 3dbe 3al mijn toedt in bcc baab bed to?tcc boen npt-balien. a©ant baar boo? jnllcn ban adfP op bc ^tetter G. upt-bal(cn bennbsp;®*’:d -iSieSigten : «©p bc Slettcc L. bc Leder Jacobs: ®e SdtCC O.nbsp;Openbaringen ; lt;©p bC ïCttCT P- Prophetic Ctl Propheten. ©Jt tït OnjSnbsp;iboog-bicnili'ï om bat/ toanneec gafien bic in bcï^cpliac^ïpiftoccsobantgnbsp;met malftanbccen toeeben bcceeniflb / of jomipbiS tegen-gcftclb/ batfc eennbsp;bolbomen Relation betceftbinoe Debben op maiftanberen i gdijb Ligt, Duy-öcrnitTè, Dag, Nagt; ©ftc oolt onp boo?fiomen bic alp ^ectennbsp;(500Jtcn} bdjooföi onbee een (Genus) boojrkïam lt;ï5dïagt; gdijli onbernbsp;PaoPHETiF. bdlOOJCn Gefigten. Droomen, amp;c. lt;Cn bat Onp in bC
better B-Oct^joonicn cerfl boo?bomb/ top ban bie Pjamen met malbanbC' ren berljanbdcn om bc ocmccnfcfjap ber kaalte. J^ct gebeueb ooö/ bat topnbsp;j^iflodcn bdJben toaar in men be ^erfoonen niet af-gcfonöerb ban becDan*nbsp;beien 3onbcr ben b?aab ber luidope te bjeeben ; gdijb Cain enbe Habei,nbsp;Behemot, cn Leviathan, amp;c 3CIP top ban befe tóngen p ?amcn boegen/nbsp;cn in cenen ®itci becfjanbelen / 300 üeto^ten top ones toeeb ; en bat nietnbsp;allleen/ maar ton geben een ongcfffjeiirben Sob/ 5onber naab ban beben afnbsp;gebed getocbcit.' a©ant top tjebben geen enbel ï©00?ben-lwcby maar eennbsp;Sabdib toerfi toülcn t’3®tten (IdUu
Dlt;ere id een ban be albec-ebdde a^iiigten cn drupten bie be bolScpb aller goebfjcpb gefebapert beeft, gcmmtgcn i om bie in bet baar-toater te 3ijin/ bie gefebi'^ben en gctógt hebben/ bat €ba bedepb idnbsp;getoeefi booj cenig ©oft; en tod bpfonber een ftljoonen Sippd ; bebbennbsp;gebteten bat be ottafic tot bie ongeregeibe in(t getoeeft id een i^tgelejen
^34
HIEROGLYPHICA, ofto
€r03S ^jupben. gmmcc tooojti sr Gnetz i^out ofte b«w toöjb tod ijen a®i)n ftoft öte «n ^i-upt-bDom tsi / öari aiJe (liioft-totmsn toc-öefcO?eben. gamp;te tofe ^aafe bepalen ïKbbdi bc?amp;« otoot onödijb/ en jtjnnbsp;eben 5ea* bdacDdib Oace onöcrliiiae bnftcn. fSrjct toufit ai«en iiwt feenbsp;Vrugt eencs Booms, ofte i|out9/ in fec ^eb?cciito|ê (Caalf, JB? Ijcbbejinbsp;feaac ban petö gefpjooben onfe,»: feen Titel Boom en fee ¦ ^necien öcc 3db;r.nbsp;^ befónöe aanaenaimtöepïi feefee Bjugt toerfe soctelib becüedfe in fee
©aeabel 5[nfetc. 9 : 13. Zal ik mijnen toeten Moll verlaten , die Goden de Menfchen vrolik maakt, amp;c. ^etSl iö ÏJtCC nog niet toel OngeiPCïbt
boo? bp te ofinn : €Ö.2tlln.ö bei-gclpfit 5lg 5loan. 15 : 2. bp een W y n-
S TOK , enöe jegfe alle Ranke die in my geen Vrugt draagd die neemd hy weg ! Paulus bei'oclijbt toefeetotti feit lt;éee(ïlift geDeptit ban fee innigenbsp;gemeenfeOap ba- ï^ei-fte met SefRö en in g fnsi feooj fee gdijfteniffe ban eennbsp;in-entingc. ^ie «om. 6. en nat Cap. ^aac nogtaitö geen «anfte plagtnbsp;in-ge-ent te toojfeen in een JBijnftöft/ gdijb tod ontcent Clijf-boomcn ennbsp;anfeerc panten gefdjteö/ op todfte men een ente boegfe. anttooo?ö 10/nbsp;om feat een «anbe ban een CufecnJBijngaacfe/ in plaatfe ban entinge toafenbsp;in fee 3facfee in gdepfe / enfec feoo? fee fiagt ban fee JBoitd ban ben ©nfeennbsp;3©ijngaai-t gvoepfe cnfeeTjob ®?ngt fetaagfe ; maac met bat onfeeefdicnb/ batnbsp;feaae Dp seifei getoojteib jjjnfee ban ben ouben af gefeOepben ^mot toaagfe /nbsp;baac-en-tegen bc «èelobtgcn nimmecmcec op baac jelben afgefdienfeen bannbsp;CD?!ftu« eenige ®?ugt bunnen tnagen. ^it bcrftlaarfe C0#i^ Sioaii. 15.nbsp;berS 5. Want zonder my en kund gy niet doen.
^eem bkt maac feit ïtD2teltö toaac.
( a} ëBjlipben Jljn of goefee of guafee feötgcn die den Wijnllok van Gods uyterlike geroepene Kerke voortbrengd. 5ib 3^0 beuytcrlike Kerke: 3Bantnbsp;tot feie beljoo?fe alleen fee gdijbeniPfe ban Druvven , en 500 toecö bet geno^nbsp;men en in Abftraao , boo? goefee of guafee lt;©afeen en j^artjeUiigen/ en innbsp;Concreto , bOO? pcfonen. ^ie feit bepbe ©eut. 32 ; 33. Want harennbsp;Wijnftok is uyt de Wijnftok van Sodom ^at tó Ijace balfrfj genaamfeenbsp;en beebafieefee j^eebe Beeft ^ofeoma tot Bnnc jBoefeec; toaacom 3P oolinbsp;^OfeOma genaamfe too^fe fïpoc. n :8. Hare Wijn-druyven z'jn vcigiitigenbsp;Wijri'druyven ; zy hebben bittere Bezien. lt;Bat igi alle fete 5tg Boubcn iUnbsp;Bate gemcenfcBap en Bnnc boo? ijaac iBoefecc cebennen. ®aac op fpjeefet
Bp 00b in Bet afge30nbccfee / haren Wijn is vycrig Draakcn venijn , ende een wreed Adderen vergift. JBaCClift alle fcltigcn feie in IW? 5002ten feenbsp;Cöelfie enfee boo2tre|fdiB(fe 31)11 gdijft i^.Hinben; 3ijn / toanneet' 3p oitt-aaefenbsp;en bdrbaftecfe 3ijn fee alfeec-toalgelibfte. èco beefiaan top ocb ti.pce in eennbsp;af-getrobben en oob in een t’5?men-gf|ïe!feen 3in Cant. 2 :13. en i?.nbsp;^00? ljgt;-i tooo?fe gamp;?itpben/ in «n Cfede betebcnüTe/ alle gaben en®?ugtennbsp;fee.ö Hepügen Ciecft / fp?uptenfee upt feen Cfeelen 3©ijn (lob CBiiftusf* I^enbsp;Wijl.(lokken geven rtuk met hare jonge DruytKens. Staa op mijnenbsp;Vrindinnc, mijne fchoone, ende komd . . . vangd gy L. ons de Vof-
fchen.
-ocr page 257-Schat-kamcr der Zinne-bcelden en Voor-beclden.
fchcn , de kleyne Vofichen die de Wijngaarden bederven ; want onfc
Wijngaarden hebben jonge Druyfkens. ©ecg£lljïtCam.7ti2‘ a®«ÖCC0m
in wn ai-getrukken zin bccfioat Ijct '3100 ban ti£©2Uöt ban ïicü^anïitlirtfjcn en ban öe bertoaattn0e ecnsf i^ttpcDelaacjS op sijn 2Sait(c0e infiomjlen
Cap* *5gt; nbsp;nbsp;nbsp;Druyvcn af-rukken , als eens
Wijnfloks. ^ie cob Wafrtt 76. ^0 13. Die den Geeft der Vorften als I)ruyven af fnijd. J©eÖec0in in ftct t’iamen-geftclde Cfaf, f, Hy heeftnbsp;verwagi dat hy goede Dtuyven, dat isPerlbncn en Vrugten zoude vóórtbrengen, maar hy heeft (tinkende Druyven voort-gebragt. (©ObCfai. 65.nbsp;^0 8. Wanneer men in een Bos Druyvcn vind , men zegt verdctftfcnbsp;iiiet, alfoo zal Ik het om mijner Kncgten wille doen, amp;c.
fb) ^ef« Druyven af ft snijbcn ban bc aDyngaatben/ cn ft trebcn alsS bie «jn rijp gcbJOJben / bcbupb in bet bsifonbec be jbjace ItoftilbinGe cnnbsp;lt;0o^bil oEicdJst bat uptgeboert 50«be bJ0?ben tegen be herben bic 25abelnbsp;b''cfatrn ftabben/ enbc 310 ban öe €bcle en gc^upbtrbc lt;0obj5ö)ten|l Beroc^nbsp;itienbe / egter in ftOcnrtngen / of bbjalingcn tn be Lecre, Werken cnnbsp;éinbcl / be tnatc b^c Zonben becfaiilben / 300 bat Bet boo? lt;j5ob öjb bJa.«ênbsp;Dic ft 3iiöBcti £11 ft tr££b£n. 2ie bit Süpcc. 14. lt;bff. 18 / 19/ 20,
Duyfler. op de Titel Donker. Ook Dag en Nagt.
Cn 5PPbft 3©ijn/ bic niet bcgiiaam tjs gebjonben te tootbent Coh baar toe niet Betepb nog geB?iipftt bjotb. ^aac 3nnnbsp;5:^?ttrbcn / bie upt be giiaabaarbigljepö ban be natuure soöanïgnbsp;to'arig en f 3snien'tccbf{enbe sp batfc niet Bunnen geniutigönbsp;bjojben/ 3cnmnge bic onrijp tnaeten af-g:pIuBt h)o?ben. aptnbsp;bie ontfiaat een 300?tt’ ban Cbib biefe verjuys noemen t 3^aar 3tjn (lestenbsp;en Bebotbm JDiinen bJiac ban 3? Ben g^tooonen Cbift maBen ; immeejs 5Pnbsp;ontftaat nrea-no npt ban upt Bot geene of ban natuucen tojang to/ ofte uptnbsp;Bet beebeef o«tftaan io. 35aar to ooft een Cbtft bic upt anbere bogtigBcbennbsp;Bet 3» 2Biec ofquot; anbere ^tjfen Berepb b)o?b. 'm JDijn-CbiB toao ipettaalnbsp;öm J^asireero beeBOben l^um. ö. ©ff. 3 / 4* Van wp en liteiken Drank
0 9 2 nbsp;nbsp;nbsp;zal
-ocr page 258-tal hf Biet drinken , nogtc eenige vogtigheyd van Druyven ïal hy Hrtt
drinken.
I nbsp;nbsp;nbsp;asiiar tó cftt ïBOïflïe «1 jêbifje reten/ toaarem tm Nazircers afle^
teat ban ben !©i3n?bh ««an» bcrboöcrt toagi; tot ite te ®03(jnai m Sooate ®2i«»ben W te b?inamp;.n ofte te numgen. èornmige l wn ïne
• Ornte ontgaan alle occalien tot wellufica ,• Daarom wa* bv den ]od*en een forcck-vsootd •• Zijt gy een Natteer , zoo genaaktnbsp;ïetft de Vruet des Wijnftoks niet ^£t itftonb bat bH lt;©o0mccamp; ontrentnbsp;S «Êbifi geen plaats en ïjeeft; toant bic w lalu m magec/ enbe teerbnbsp;u5/cn tempcrb eer te tocKuilen/ ban batfc bic tetteefefecn 301^ : fltecnbsp;St ^ genOtW toO?ben m ccn Heyninge Septum tot Jrt toebetlioub^^i
StS Stntett; om bat sect ligt boa? bebjog aan ben name ban Sifr^n Wten tooïben ; bpfontet afó b»e aan te tcfeaalite ftar.t ïjSinbsp;tt imtc cinamp;e te Coleur tjoub ban ben ^«n. mtnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;/ bf »n
SS ban noob cnte toanneec te gamp;.tetie b rerfeUte een Oi’fcnb re Sto / V af-OoHben ban 3©ön aile 3oo?jc ban migtccöi^ en jotecpcnbnbsp;IvSheT «icK^. t 2, Ufm top bat tegen te aaufiaante 23 lnbsp;rinoe ban ^tSm R«hab sön oantfcöc «-gef n bcrb ob «nbsp;'f 1^11 tp oob na-ouamen. ïgct ttan 00b t ncotogice op CijnftuS
tol nbsp;nbsp;nbsp;“ quot;f''-»®'™quot;'**-
II nbsp;nbsp;nbsp;©et Moraal tontetsi in ben Ed,k 0 em ^jnttc-Bedb ban aüeO! tootnbsp;in-affliamaam i« en ben iiaeni'clje tjatb en 3up? boo? tomb, ^^ie!^?ob. lo.
Geluk Edik den Tanden, en Rook den Oogen is, zoo is eco Seuye’den gcenen die hem uyt-7.cnd. et Z5. $1* Ao* Liedckcnsnbsp;^ned bv een treurig Hcrte , is gelijk die eea Klctd af-Iegd ten Dagenbsp;der Koude, ende als Edik op Salpeter. g^Ot bmt baart 0«^ ftJ?teb bJCO^bnbsp;Zout ca 'Zuyr krenkt dc natuys,
T11 ®en Edik met Gal Ie gemengd, bte 3Ï* €föifi«m OnttCrtt ge* dTciiPK fleert te bJinbm gegeben toaai ban be Cuangcbftcn gempgeanbsp;toS te Sötettc gwbibsi ©faïm 69. ^asi aa, isebupb te obama^nbsp;toSbepb/nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;toaar mebe top onfen l^cpianb boo? onfé^oubm
SS S tebbS T m Wh in liet bP ontec te 3up?amp;ePb ban te 3io(^i(cBe
SwK nbsp;nbsp;nbsp;5- ^«UKvbtelbig
Schat-kamcjr der Zinne-bedden en Voor-bcelden.
Esau, öieooR Edom lt;,«öftMantó/ bat t0 de Roode, ton tofactr ofte by allufic op 0tt tocfeoopen ban 5ön CeiH-OCöoojte boo: cenenbsp;^c0t)otcl Roode Moes lt;t5en£f. 25, ^0 ; o. a®ae* ben €p0en :2oonenbsp;3l5aal^ een 252oebec Jacobs ban een jelbeg^iagt met öem/ uptRebekkanbsp;6e ï|upjS-bjoubgt;e gsae*?. .fföaa' ban oantjrtj (icpbige 0eilaltc citbe 2{actnbsp;met gacoö. ©p een bjonbenibe toyfe bettionbcn befe Jtinbcccn bte (Icpbigsnbsp;fi'Pb al bD02 be gcBoozte in ’sJ,Jll)cbecjS 3t»ci)aam / toaar in befe tenen beftnbsp;anbecen gebüujig (iootenbe/ bc jBoebec gcoate benaubitijepb en pijne becoo?^nbsp;faabtert, 500 bat sP fber bit 5dbfame gcbal ontfteltj 5ijhbe jepbe: rioe zoo!nbsp;Waarom ben Ik dus; ende ging om den Hecre raad te vragen» bte 0aaCnbsp;oob baac ban blaar berigt geeft Endc de Hcetc aeyde tot haar tweanbsp;Volkeren ii)n in uwen Buyk. endc twee Natiën mlkn uyt u Ingewandnbsp;haar van een fcheyden , ende het een Volk tal llerkei zijn dan hetnbsp;ander \’olk , cn de meerder zal de minder dienen. ©(OebailrO IjCt 513nbsp;oob (Injbig cPb?agcn Oetff in ben 3fitDcpb ban Ijacc gcb:o2te. Ende de
eerde quam uyt Rolch , hy was geheel als een Havren kleed : Daarom noemden zy zijnen name Efau. gjat t0 rijOCbJ-i mitt fjtb’ir-bcilb j CCrtnbsp;maakrci ban ’t bJ31Jb nz-rr Gnafahnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;jjan ö.lt 50 Itljnnbctl IJP ba*J
bjjnbtctngc tc 5cg3«n/ wat maakfci IS dit: (©fteoelijb anbzeti toaicn/ bat 00 aliS een bolmiaabt of bDltoalTen JlUcnfcO cnpg tc boo’fcfjijn quam. Endc
daar na quam zijn Broeder uyt wiens Hand Elaus verzenen hield-. Daarom noemde men zijne name yae^igt; ^at bie br llielert grijpt ban 't bjoojb Gnakah «tbe Gnekeb, bat is bet^crtc Ofte tjicl: 25etbJiftenbe Ijcmnbsp;alfoo be «ÊaH-gebooite; bie ftp baac na €iau af-bogte i gelftb 0*^ ooftnbsp;ftet gebolg beef jclfd ben Zegen booj ioosftepü 5ftiist iDoeOmt ban ©abecnbsp;grab 03cft bccficegv’51. lt;en te «gtnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;dSobjs ftcRta / om bat 0p ver-
agte de Eerft-geboorte- ©ecgcipb ^eö. Cap* 12, jgaac ftcijbige Hart tocrb bJijÖetei bcfc02ebcn : Ais nu defe Jongens groot wierden , wierdnbsp;£ƒ*« ecii Man , verftandig op de Jagt ; een Veldman : Maat Jacobnbsp;wierd een Opregt Man , woonende in Tenten aüeCT jie OP tj^onef.
^5* Cap. ©ccTujh Cïb. 27» ^ie hjijbens jjjn (©ngoblibe =^utoelibcn in ipijt 3iincc «i^becd Cfenef. 26 : 35. ga 3ijn ïlSoojbabig opfet om zijnnbsp;Broeder gacob te Dnoden C^P* ^7 t 41. bingcn 3ijn ©ooj-bcdbeftnbsp;cn ten beeien 00b iStnne-bcclben ban befe boc|namc bingen.
I- ©an be bme en ^oubetaine iBagt «0obsi in 0ct berbiefen/ en aan-nemen ban bife en gcene jgatien tot 3ün ©dib / Us‘t een Ccuiwigc Eiefbe;
lt;^0 3 nbsp;nbsp;nbsp;(ft
-ocr page 260-138 HIEROGLYPHIC A. ofto
en anbêCïti te tetoecpcn cn te laten toanöelai in öace toegen. ©m bit ben gicbcn toijö te tnaljcn geD^zupbt itaulujs bit ©yempel Jloin. 9* u.
Want als de Kinderen nog niet geboren en waren , nogte yets goeds, ofte quaads gedaan hadden ; op dat het voornemen Gods dat na denbsp;vethielinge is vall-geblevc; 2oc wierd tot haar gexegd , «te meerder zal denbsp;minder dienen. (Ên öat be ii?tliom(ic bit bel0cm1)epb öeeft bctiipgönbsp;JÉaleacfli Cap. i. 2. Jacob heb ik lief gehad , en Elauw heb ïknbsp;gehaat , en hebbe zijn Bergen gezet tot verwoeftingc. ^00 bat ttOg
ceJi)lif)?pb nog ongcftjltCjepb ber geboomte; fa nog wbec / nog latcc geboomte / nog ©cfnijbenifll’ neg ©D0^ijui»t C»ob feunnen betoegen / cm / of in 3ijnnbsp;Cenboig Kaab befinpt (baat in yp cn Daar ftaat Ijcm bog beo^ftemen / omnbsp;ban Dcm röcUo’mb te rosjben na yijn tocl-bcliagen ; fa alb een enftel niet)nbsp;ofte in 5iju b.fbeiifje Soepinge ben eenen tobtn ben anberen te (leU:n. in?nbsp;beesf toacÈ l)i c een gcootc gdp;'enb. (€to?e natunrlifte en koettelilfenbsp;^zcebicci/ npt een ©¦'.ber en jiBoebec; ftepbe lt;0ob3aSig/ ®toee-lin;en/ btenbsp;onöcr een inerte neiegen Ijabb n / toerben ban cobsS genabc en intoenbigenbsp;jSoepinge 3 0 oitgelijft bebeelt. jBen ban ceft bit niet alleen 3eggen al.et eertnbsp;gemcenc 3©aari)ev'b / bie in alle geballen plaatst fieeft in be «©obiibenbsp;pinge; meac men ftan bit aan-merfien ol.ö een (peticle ©?ofettc ^inne-beelb cn ©ooj-beclb ban bc bertoeeptnge bec gioticn / OI0 eegte CfanVtcn;nbsp;geitjb teifïonb fee ceben ban bef; benamtngc 3al bjojben boof-^ejpeiö / toaacnbsp;in 3 ’ bibmaalis onb:r ben |5nme ban Cfaiitb boojfeemen. Cn ban be acn-neminge ban liet toar,’ Ea;ib giaccös/ onber bc lt;i5eIocbtge goben bc eeefle»nbsp;Imgcn ban be ^«.clte/ cn onber be E^epbenen. 3©ant niet de Kinderen desnbsp;Vletichs, maat de Kinderen dér bcloVte worden voor het Zaad gerekend
ïïorn. 9. (bst 8. Cielijti bat coti tó J^ebefligb boo2 ben ^cgen bic ^acob boben CfaubJ ontfbngen lieeft. ©c a©o?(tclingc ^iacobs! ober bie Cerft-geüDCbte en ^egen / lö hiel algemeen aan Ijet ^aab bet ©toiitocn enbc bernbsp;^uangc; maar 3p beeft 3i3 ooft tod 3onber!tng op-gebaan tnpTcfien ^in^nbsp;beren ban eene jpoebee be goobfcfte Jferfte/ te toeten be ©leefcftlifte fjobennbsp;enoe tuffrOen ClPifiiiö ^ bc 2tlpc|ielcn en gamp;ifcipden gicfii Clpifti; en benbsp;gantftöe Cerfl-geloobige j^cefte. Eie ban befe ttopt Cant. i. ik bennbsp;zwart, dog lieflik Gy Dogters van Jeiulalem .... De Zonne heeft mynbsp;beflhenen; de Kinderen mijner Moeder waren tegen my onilteken.
11. Efau tsf eenEinne-ftedb en ©002 Eteclb. fa) ban 3obpnigebalfcTidift-geraambe©2:ebet;d/C»cmeenten en^oaetcpten ban be upttoenbigesö.cftcn/ fa btni 300 een balttbdift-genaeanbe CatDoltque iöerfte/ bic ban toegen ectiignbsp;©002-cegt ban gcpjetmbeerbe^ubiiepb eiiC rfl-geboomte 5i3bengcgcnenl)etnbsp;©oo?-regt bobm alle anbece ^erfien tocepgetten. (öf ©an be 5dbenbsp;31Denfcf)cn bte (leeft 3ijn en trots op bar flerftte / en bie 3tg beo? be roffebenbsp;iiupt ban be ^erdbftbe jjBtgt Formidabel maften/ enbc met enftd getoelbnbsp;•llegceret». Van den Hayrigen Schedel ocs geenen die in zijn Ihhuidcn
vvaudeld
-ocr page 261-139
Schat-kamcr der Zinne^beelden en Voor-bedden.
wandcid pfafni 68. ï^ebtge en b?ifti!3c ^agersf/ geïijtt Nimrod, en ïtiec ECau boajftomcn. (c) ©an öe jelbc öje ïjet ïSegt ban be bweenbsp;gebooate (öet bjclfte 10 tjet sebig en opregt Ciccaat 'Saccb.ö. (^te (©encf.nbsp;Cap. 25. en 27.) ^e intocnbtge liipilcc in beugb in neb^igbepb cn sagt^nbsp;inaebig’)epb) toaac in be 3^;rfte tctól eet blaat enbe ïletelih iipnmmte tennbsp;tijben ban be baie eetfle Ccu'ajen oubee be pbenfcDc beVbolgingen / boe 3pnbsp;nog Jilïaagb tóab / betboopen boo? een fcamp;otel ,!iBoe0 ban §bel JBetcibsSnbsp;oan5ien / en bat paft op alle bic p^gt cn pjaal bic jig in bc iioomfcpenbsp;Éa-bc betteonen; gantb ftnjbig tegen ben ^taat ban be eetftc ï^etbe:nbsp;IBaac bog baat jal öaat onheyiig en 3©ecclb0 oe5inbe iBenfcfien befcnbsp;genietinge bet ^onben/ boo? een tgb/ anbetö meet baten ban een fcbootclnbsp;Roode Moes ? EP ^n oob al lange upt ©abetb en jisoebet^ ï|up0 geloo*nbsp;pen enbe ont-etbet ; gcinb Cfan ; tecbJiji jp seif^ be ï^eebe upt Ijaacnbsp;25abel bebben uptgefebopt / 3» 3ön 5P bupten getooepen m be tuptenftcnbsp;bu.’fta*nifft/ en een OBoon-ftebe ja aBoeftöne der Duyvelen 2Cpocal. 18.nbsp;fijt 1/ 2/ 3. (d) ^aatom tb ’t 3ebect bie tijb alle baat toeleg/ omnbsp;mee £iau be ï^inbeten ban ben bjaten 3acob/ be 3©ace Cgt;;tefo?niectbcnbsp;^erbe te Oooben ; bJ W ban 5P 300 bede ontelbare ^cbotibJ-(Concelennbsp;hebben op-gecegt/ enbe Ctagebien gefpeelb/ toaat boo? 3P Ijet buioeb bannbsp;lt;©ob0 tr^ienaten al0 ïBi‘ec Ijctibcn upt-gefto?t / in ben beginne ban bcnbsp;ïtcfo?matie; enbe na batfe al ban Oaat gefcljepben bws/ Ijeöbcn 5P nietnbsp;anDec.0 gettagt met bpetiae 2floeb boeftige Ciemoeberen/ ban be 3clbe geheelnbsp;cn al upt tc tocpcii. ©Mnfetijft / en baat in bc ïgiooft-^tab be0 ïltjli.0nbsp;be Coninftljjfic Zetel Harys, jpn obet-fttoomb ban ïlibieten ban Ijetnbsp;5öloeb ban (0ob^l g^iend-hnegten/ enbe gcljeei ïöuptffano i0 baacom bcc^nbsp;tooeftet.
111. jlSecB aan batEfau en Edom, in be ^'lofetiftlic ^cljiiften in bed ©laatfen boot bc©leefcljliftcg[oben5Cif0 genomen bJO?bcn. s.co toetbCljeifttnbsp;upt-bocringe upt ^ccufblem aibu0 bp Cfaiab bc|ci)?cben. Wic is dde dienbsp;van Edom komd ? Mwt befprenkcide kleedcren van Bozra ? Cbom i0 bC
goobftlje ^taat/ 2503ra iö seenfa^ett» m 3df0 l^ooft-^rab/ adgussosra toab bet Cbumitcn. ^ teben 10 / om bat 3P niet alleen epgen lt;!aieb?oe‘=nbsp;bet0 bjaten / maat 00(1 cm bat een ban be boo?gaanöe teltenen en omftan^nbsp;bigljeben ban be homfte Cl) ifti moft 5nn bat Edom wierd een Ertiikenbsp;Beiittingc ^um. 24 .. . bj.iöe ooii geftljteb i0/ bjonneec 3p 25onb-genootfdjap/ ja becieni jinge met be 3|oöcn Ijeböen gemaaht/ en bie bepbenbsp;tn cen .n ftaat 3ijn t’5am':n'gebbcpb / baat toe genoobiaafet boo? bc bappetcnbsp;g^aben b'c Hairamoneeo : Cn bat niet alleen ten aatgien ban be politie /nbsp;maat colt ten opftgt ban Oet Cfcloobe/ be Cicb^ bi nft enbe fjet^actamentnbsp;bet ©eftiüt ent'Tc / ge.n be Cbumiten Ijebben aangmomen. ^00 bat tnnbsp;bie 5)1» bja«iift d ^'obfehe Cbom toaö / ofte Cbom in be upt-5ettinije ban sjjn sanb-palen / cn bat Jerufakm 1000 be llooft-
^tab
-ocr page 262-HIEROGLYPHïCA, ofto
;êtati biJn öê Edumiten, btc tw jotibcï onbafcftepb onto beSloto gomciigti 5jjnb« / tot ïK 3tlbc en beö seifs «öoöss-bjenfl toeWocpto: Cube tobennbsp;aUcoi / 500 tó Herodes bte ten tijöctt AuguiVi öen ^ccptec boecöe srifst eennbsp;Eduinyt oetóeefi btin af-ftomfte / en een gioben-genoot. ^at iet «pt eennbsp;i^cpbenfclj ®olfi een gioto ^iet toonbec öan bat 2li,ciifaleiti 006 Rozra
Snaamb tocrb ; om bat ftrielbe ban «sfbumitcn/ ^nOoojHngcn ban Bozra e befe ïjace ^ooft-^tab/ mef^rntfalcm bettoiffelb tjabbcn. ^ie totftiecisnbsp;be i^ifïonen ban bc ^oobfrtje en iJomepnfrtie lt;©o?logen in Fiavio Jofcphonbsp;lecfbV 5al aanmccSen / fpje fcönbftft enbe jEïoo?b-babig be bcrtooeftetibenbsp;©ieugelen ban be «gbumitiffamp;e feulb-bcnben in ben f€empei / gebnucenbenbsp;be ©elcgccinge fjeWtcn gebjoebct / enbe biat aförijfelilie iKoo^ben boo? öaacnbsp;5clfb in ben tCempel sijn aangecigt. 3®eï te rcgt mag bit CDJiftug / upt
«Daniël/ nocinai ben Gruwel dtr verwoeftinge, (taande in de plaatfedaaf het niet en behoord, bat ist in ben (CempeC lt;Ên ben ?nnen toaacfcftou#nbsp;toen op bat fcD^ihlib Boo^teben 5i0 met be blugt te ont treilen bit nabenbenbsp;gebaat,
«De popbetie «Êfaiast Cap. 34. ist tot bit oogmerft jeet aanmetfie* Wi; alfob bat onfe ^ebeebnptfcöe lt;0clcccben toel Ijetfen betilaan / batnbsp;Ijct Edom ban 'ttoelne op bet 5^“ toetb gefp^eben niet en moet bertlaartnbsp;' toojben na be tlettec / maat bat liet beeft op cett ^ownclibe toijfe eennbsp;ücbannge ban oHc be ïgepbenen/ öie ©panöen 5iin ban «Dobb töeibe. gpnbsp;fidien bit Edom in ijaac Etcgtfiec onbee be ^HgUiice. €n in baat boetenbsp;inljciib bOO? bet CaP« 3^0m ^ verftooringe van de Vyanden der Kerkenbsp;Gods, onder den Name van Edom. ^ietoöbec bate «ptleggingcn.nbsp;aangaanbc gib boom nato / en seooe bo^telifi en eenbenbig / bat biet booinbsp;Cbotn jupll bet goobftlje ©olb berftaan toetb/ en lïnalpfetc of ©nt-lebenbsp;bet Cap. in biet 3[eben bie be to)o?naam|le ©00? eerft cett (letfte ennbsp;ï)oog-o«tanbe betupginge tot aanbagt en cetOieoigbepb in bet aanljooien bannbsp;bet itcaf bjepgement lt;0obiS: IP toept ban be gebcelc 3©etelb tot getupgennbsp;éb I. Naderd gy Hcydenen om te horen ; en gy Volkeren luyfterdnbsp;toe. De Aarde hoore, en alle hare volheyd, de Wereld, cn alles watnbsp;daar uyt voort-komd. «Dietgelijben betttpginge bebb gp Pf. 50. ^Itooatnbsp;in be gantftbe latbc toetb getoepen en bempgb cm te 3ien en te aanftljou^nbsp;toen be ttoiil «öiobss tegen bet gobeubom 550 i. De God der Goden, denbsp;Heere (irreekt , ende roept de Aarde van den Op-gang der Zonne, totnbsp;haren neder gang. OOft 5^eut. 32, $(T. i / 2/ a. #C. «00b CfaiOSSnbsp;Cap. 1.5amp;IT. ï / 2. ^cltccHb bet ©ozbcci ’t geen oopb ober Edom ist «pt-geboetb na be Xettet eet bet met ben goobfrijen ;§taat toaes beemen^ / ennbsp;aan be 3elbe 3i)nenpame b«in Edom gaf/ en i^i noopb 500 toonbaar getoee^nbsp;boo? be ganffrtje JDerelb om baat op sobanig een beogen betupginge te bom;
aan be gantfebe Aarde en alle hare volheyd , de Wereld ende alles wat daar uyt voort komd j bat ib alle bolgcnbe ©cfïagten tot bet cpnbe besünbsp;ïSccelösf. €ciuwcdcn 30a gaat ö? boo?t 2/ 3/ 4. Cnbe befebü^
ÖC
-ocr page 263-Sehat-kamer der Zinne-beeldcn en Voor-beeldeti. 2.41
fee ©pcnöarftiöe bait lt;0obiS Coojti ban ben ober aHe «©obJOOjSfeepb cnbc ongcregttgfKi’b bcc jBcnfcljen (0om. i. Cap.) Wam de vcrboi-gentheyd des Heercfi is over alle Hevdenen , OllbCt htdfte bail Edomnbsp;feebatenbee btiife befeboib. ^oa ban befe jal af-30«bcclifi gcijanbelt tootbennbsp;aasi 5. lie. töefe becüolgcnijcpb $cu!be ttecbeclcp boo?nanie 00 beden u»t-toeriten. 1. Cgt;2 «pe-coepiinge ban ftaee ^taaten / en bec 3e»bet Everiienbsp;lombccnnge boo? ben al bcrtoocHenbcn ©odog : Hy heeitie verbannen 5nbsp;hy heeftlè tot Sla^tinge over gegeven, amp;c. (CCit tweden,be becncbccinge
ban alle öaac lupitec en ptaal / 500 in baar ïBerelblibe / maac boo? al nt fjaac gccoofbc föCCftUbe J^eetfcDapppC 4. En ai het Heyr der Hemelennbsp;zal uyt-teeren, en de Hemelen zullen in-gcrold worden gelijk een Boek,nbsp;ende al haar Heyr zal af-vallen , gelijk een blad van den Wijnllok af.-vald , en gelyk ( ani ©pgej af-vald van den Vygeboom. i^OÊ paft bit
op ’t lettcctib €bont. ïaat onb geen artbece tocpafttnge maften / bte be «i5ecft bec ptofdten onb 5elfb geeft. Haggai bupb bit op fee beranbccinge/nbsp;bctoeglnge/ toaac op gcbolgb ib fee epnbdtfte omfteecinge ban bengoobfdjet»
^taat Cap. 2. Nog eenmaal, en Ik zal niet alleen de Aarde bewegen maar ook den Hemel. Cttbe 5ig nabec becftlaccnbe paft Op bit op ben bcc^nbsp;utentobertjStaat becjfóecfte/ in be ï^eecIifftiePb bess tbjebeni^upfeb ofCempdnbsp;btefe ban Cftetfto 50«be ontfangen / en ban toegen be ïloepinge ber j|ep^nbsp;benen, ©a-gdiift leb. 12 j 27. ®e 5dbe ^^tOtifiunrlifte uptbjuftfiingettnbsp;hjccben ooft getonpftt 3Cpoc. 6. onbec ben jefben Zegel ban bc omfteecingenbsp;Pan bal (Cfttoon beef ^ïnticlptftis en ja ban alle .ijEagt'en ^upecioiitept/ bicnbsp;3ig tegen Cfpiftnsi berfteft. ïlen Oan ons’ op bte plaatfc na-5ièrt. Cnbenbsp;toenfeOe 3Ift bat toef aangemeftt bjoebc tn onfen ©topOcct bc omftanbigOepbnbsp;fees tijbs bepaalb tot bCfelt;©0?bedei1®iS8. Want het zal zijn den Dag dernbsp;¦wrake des Heeren , een Jaar der vergeldinge , om Zions twill-zake.nbsp;ïDdft beegdeften met Cfat. 61, ®s 2, Om uyt te roepen het Jaar vannbsp;’t welbehagen des Heeren, en den Dag der wrake onfes Gods, om allenbsp;treurigen te trooften. Cn Cap. 63. üamp;s 4* 3liitoaac biC ban Edom COnbsp;Bozra ftomb fp?Ceftt t Want den Dag der wrake was in mijn Herte , ennbsp;’t Jaar miiner verlollcn was gekomen , ftct ;00 filnac alS bCil g^ag bljjftt
bat bit Coibed 50ube nptgcboecb tooeben om bes Ciiangdtums totfte / en tot berloffnige ban be ïteefte; en bat ban Cf)#u.b bie mt allenbsp;Cotbed llMS Obccgegeben / en bie be Wijn-perfe van Gods Toorn tredetnbsp;IHlpbf. ^9. ^S 15.
(Cen derden, baac op gaat Op fpectaaïbcc ban bit lt;@o?bed obec be gobeit en ^erufatem finbden 5 ’t geen Oiec tod Oet albec boo?naamfie oogmecfinbsp;toas ; en frgnaleect Ijct 5eibe 300 ftlaac als of Oet tttet be Zonnen ftcalcti
gcfCÖJeben toaS. Want mijnZwaart is dronken geworden in den Hemel.
^n todften icmdtoat Oet bjonften ban in ben ^taat ban bie öaac ftOa^ bntoagtigc ^gamenten lemden / todfte fiaac ftanten tegen 3ön boben icsnbsp;jndS Coninftcöfte. iBen bergdijfte Cgt;eut. 32:25, zie het zal ten Oordeeic
1 0 nbsp;nbsp;nbsp;neder»
-ocr page 264-24^ HIEROGLYPH ICA, ofto
ijederdakn op Zdom , cn op hct Volk, welk Ik verbannen hebbe.
Op be tecloftcn btó ï^ccccn / niet op get toare ^ifrael’t nbsp;nbsp;nbsp;‘ss in
ben «6ec(l ftcfneben / be cp^egte gjoben / tnaau op be vcrbanncne onbec Ijaac ; bat Zondig Volk CÊfai. i, Dat Zondig Coninkrijk ^tniO.é 9.-6/8. Het Zwecrd des Hccreh is vol van Bloed , het is vet geworden van het tmeer der nieren van de Rammen , want de Hccrc heeft eennbsp;Slagt-offer te Uoz.ra , een gtoote Slagfmgc in den Lande der Edomiten.
i3iiatu?i ijab ceeft toe! ilct ffiloeb bee ^aliieecei onbix be ©ffeanben bec^ nien^ ^ maac nu joube lt;t5ob bit jcifiS boen in ben (Ccmpel / toannecr benbsp;firpbige paetpen Joden cii Edumiten be3llItaceninet25locb5onlien befpatten;nbsp;ecn bectopt ban be J|bel()epb ban jjare 3©leefft)djftc jaSSeefHibeaffeeDanbe/nbsp;bic jclfp be doffe en otnfalic gaben aan 500 gcooten 23locb'(lo?tinge. lt;©aat:nbsp;op gaat öp in Oet berboJg 500 lebetibig l[)efc6?nbcn be gcljede btitoocfiingcnbsp;ban 2iecu(alem / cn ftet gantfeöe ^joobftDe i;a«b; ojdicc tjet veranderennbsp;van de Beeken in Peck, haar Hof in Zwevel, haar Land in brandendenbsp;Peck, ’t geen ’s Nags nog Daags niet uytgebluft zoude worden j Ctt liaacnbsp;ïKefdmMièe toilbei-niffe tot in Eeuwen der Ècuweu , laaac in ijaac Eanbnbsp;nog ten pupbigen ^agc onbec ben blocJt legb / bat bet g;cö ^ibiibcc nietnbsp;een ^tneed 500 Icbatbig 50ubc bunnen af-ma!at.. ï^ct vierde lit ban Ijctnbsp;Cap..ip een Zcgei tot ssebefttuge ban befe tooacljepb;. om bat bit ©ojbednbsp;ia ’t 3Bo£ft beis ©ca-en bjoö opgefdpeben / cn tegen baar Jag bJt een geniptnbsp;geniffê tot ai tjet laatfie bec lt;©aoen toe |ff‘ 16 / 17. Zoekt in het Boeknbsp;des Heeten, ende leeit j niet een van defen zalder feylen. het eenc nognbsp;het andere zalder milTen j want mijn Mond zelve heeft het Geboden,nbsp;ende zijn Geeft zalfe te zamen brengen. SBatdiH bie Itiaac bc JÖoeftennbsp;IBofïs in-3iet/ bic bc cerffe ^{jspbec i^/ en be cerffe baffigljcpb geeft aannbsp;be toaatJjepb ban bc i^ifto2tc / en »0obIiftlKpb ban bc ©penisiringc/ ennbsp;Ban fjiet niet mip Isopen. sBcn jie na be pjofetic 25tleam:ü ^nm. 24:24,
Ende de Schepen van Chittim; zullen Afllir plagen, zy zullen ook hebben Plagen , ende hy zal ook ten verderve zijn. «©C ^Jjcncn ban Chittim
3ijn be ïiomepnen / bic ten aanfien ban Iiaae obec Ecc ïagen. Pompejus ijceft öaac al 3©etten gi^db / cn öd öoomfrtje gjob op bc ^Ijoubecennbsp;gdegb / tot batiê epnbdifi boo? Tims Vcfpaiianus gdjcd 3ön iiptgccocpbnbsp;ofte ebee ben Sïacbbobem beeffeoopb. iBofep Ijab l^ac bit aiotalboo?-3cgb ïebit. 26. gin todbe men be gcaaben / cn tcanpen ban bat 5dbe/nbsp;300 men aanbagtig iet bnpbdib 5al 5ien. ©ergdijfi met bet 3dbc ^cut.nbsp;28. €ap. ©oben al mtmt iipt liet 32. dlap. tot tödfec bP toeberepbingcnbsp;maabt/ met befe oraffanbigljeben beeff- ^^8/ 29./ ^o. Vergadert tot mynbsp;alle de Oudften uwer Stammen ende de Ampt-liedcn, dat Ik voor harenbsp;Ooien defe woorden fprekc , ende tegen hen den Hemel en de Aardenbsp;tot getuygeii neme. Want Ik weet dat gy ’t na mijn Dood zekerliknbsp;zuid verderven .... dan zal u dit quaad in het laatfte der Dagen ontboeten , amp;c.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Quaab ÖP crwftanbtg / al mvt gtaben en tcappen
befclpöff
-ocr page 265-Schat-kamcr der Zinne-bceldcn cn Voor-bcèldcn. 243
f)cfcl«öft 19/ 3©.iac toe top bait ben 3lc?a* ^enben. (0nbec tnffcïjcn 5101 top bat bcfe bcbcfitnge een ffot ban ïjct kapittel obertupgeiib®nbsp;ïö om te betoijfcn / bat nog Ijct letteriilt tiïbmn / nog 00b onbepaalb allenbsp;J^cpbentn in gros ; maar be gioobfctje ^taat ttet onbcttoicp sjn baitnbsp;bit Capittel t 3®ant in bc J|epUge ssotben bie öffaiasi toaren botp-gegaan/nbsp;m bonbmcn nccgcnei 300 een frij?ifelift «©otbccl aangaatibe Cfitnö nabomamp;^nbsp;lingen tot een (tip toe gefetoebm ; gelijft alO tiier i maar in tegenbee! ^tetnbsp;Waar enbe bupbelib ban be goobfcfte ftrtitie. i©aacom moetmen Ipcc boo?nbsp;fieiien «i5ulben Regel in Ijet npt-Ieggen bec pjüfeticn aaivmecftcn. ^tnbsp;toannecc in eenige pofecie / ottber ben naam ban eenig Hepbenst ©olft bet
30 Egyptus , ‘t 3P Tyrus, ’t JP Babel, ’t^p AlFur, Ofte Edom , 5irt{$e
öingen öoojb getiipgcn/ bie öace berbiülingc in bie uptnemenbe *©?aab niet binben in bie t^enbenen / in eenige l^ifto’ie/ maar bie be 5elbe boltomeüfenbsp;fiebben tn een anbee onbectocip ; ’t toelbe Stnafoge en obec-een-bomde beeftnbsp;met 3oobamge s^cpbenfcDe ©oihecen •; enbe bolboeb alle be btagt bec upt-bjubhingen / enbe be omftanbigbeben en f jatwen-bang ban bie ©jofl'tieinbsp;bat toP ban bjpmocbeïib 500 een boo?-toecp of onbec toeep berbiefen. ï©aarnbsp;sn boojgaano be ^^epligcnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;onjs boo?gaan. «Cn «Ctoblusi jelfei bie
bc ©ecfoon/ toelbe ifêalcacbi Eiias noemb / in 3 oaunes den Doopcr mct be Sngec aantebenb.
H€t toootb Nisbang, Bp ben^ebtcen/ Zweeren, joube 3i)rt naaite toDJtd tod bimn.n bebben ban bet tooo?b ra» Schebang t©at to tenbsp;5eogi’u zeven-maai. j©am Itct ocenc men Ceblib bccblawö/ batsegb/nbsp;en netupf^ men aio 5cbergt;-maal / om een epnbe te maben ban alle tegen-fP’abc. 3l®cn toeet bat een €cb tg een bpfbnö’c aaneoepinge lt;5obo / op batnbsp;b« / bie be beitnec bani^acten en meren io/ ban be toaacbopb ban onfe bec-blainnge getttpgentffe gebe; bet 5P bat top ban boo?lcbene ofte tegentooo?bigenbsp;binnen netnpgen ; ’t 3P ono jdfo boo: toebomenbe boot beloften batinben:nbsp;a©clte bccMacingen / alfoo 3» in ^aben ban boog getoigte een ^cgel bcc?nbsp;epftben ; enbe ton SISenreben bic ttoabbeben bebben / 00b 3toab «I0eloofnbsp;t'inben/ om ten bietje ban ong 3eïben te getupgen/ upt 300 een getoaanbcnbsp;9l!utojitept / bie top mepnen bat ong be JUaenfcben fcljiilbig 3ön; 300 ont^nbsp;Iccncn tón een 2cgel ban «IBob in ben Igemel / bie niet liegen en ban. gjienbsp;baar ban j^eb. 6. Cap. ïBaac «pt ttoce toaa-beben bolgen. i. gamp;at topnbsp;niet moeten' 5toeccen bn engelen ofte iKenfcben / of eenig ^tbepfel; nietnbsp;alleen om bat bie onfe %Tten niet bainm; ’t geen boo?nameliö paft opnbsp;Ceben ban Ocloftcn. nBaac 00b/ om bat scifg in 3abcn ban getiipgentfVen
55 b 2 nbsp;nbsp;nbsp;ofie
-ocr page 266-2.'44-
H I E R O G L Y P H I e A , ofto
ofrc in jüfecn iJan f^tcn g«n lt;gnoeI 5clfiS upr öcn ï^cmd / een ^mï Ban; 5l)ii ban öe ï©aainKi'ti: ®m bat be (jcene bic onss een Eeflct en Jtffutantifenbsp;Ban 3jj!i ban De ïBaartjepD / iir^et 3ijn God die niet liegen kan, cube bat'nbsp;50banig een Aflüranne moet bcbbcn een Godlike Autoriteyt uyt zig zelven.nbsp;;©aarom fean een Engel toei bp lt;j5ob 5tocet'en / maac een jlSenfcije noopD:nbsp;b» aèngeien 5b)cecen : 261 toaac Ijet ban mogelift / bat een Engel uyt dennbsp;Hemel een ander Euangelium Predikte^ buytcn’t geene is Gepredikt jnbsp;hy zy vetvioekt45aïat i :8. ^e.3toabl}£i’b ban bte €cben toonb Cij2i|liisSnbsp;aDattO. 3:. öbt be nietigljepb ban bie btngen bp bsjüie 3iüBef blejiBfiiicljcnnbsp;5b)eeiTi. 3©ant ijS fiet ben Hemel ? ï|p i^ maat (0ob0,(€i)joon i nietnbsp;lt;0ob 5Clfei; 513’ Ijet be Aarde, J)P i3 Itiaac een Voet-bank van Godsnbsp;Voeten : 53 ftct Jerusalem , jp i3 maac de Stad des Groetennbsp;Conings. 5!S Det Cn3 Hooft : 3©p kunnen niet een haayr wit ofnbsp;zwart maken.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ban ntet by God , en de Jehova 0C3toOei'en btC
be ^ebeppee ban bit aUe3 i3 ; en bem bie oEece aüecn gegeben i ®eti tJjoeeben 300 bolgb baat nnt / bat top niet itgtbaacbig moeten 3totet:cn (petnbsp;geen 5a£obu3 €ap. 5* bootnamelilt be-oogb:) 3©ant 5obanig een t^epligenbsp;bec ©epiige moet niet bilimaal3 ingetceben 3ijn / ntgte gemeen gemaaftt:nbsp;dingen bie gr meen toojben boo? ’t gebjupB 3yn becagteiift. (©nfe 5toaftl)Epbnbsp;i3 300 groot bat top / 300 top 0113 op een 3aobe en al liaac emftanbigbeben.nbsp;niet biftmaal bebagt üebben/ top itgteltb ccgcn3 in bonben feplen : €n on3nbsp;jclbtn nog boogee te be5toacen i3 bot gebaar lief te bebben. ^lac boo?nbsp;berbinben top oob anberen/ torlbet Inerte top niet bennen/ 0113 ooft te guetfennbsp;al3 5P itaar gegt.bcn ttoutoe toepmg fianbbaliig onberbouben / en berbinbennbsp;0113 ooft 0113 5elb;n aan baat Credyt te i^a5aeb:ren of toagen. daarom;
op bie toijfe Zweerd ganfcheiik niet...... 3©at nu een be5toeecingc
13/ bat'baat öcftcnb ; nameiift toanneec pemanb een anber een lt;Êeb af- boiberb 3 gelp 2itoabam in bc saafte ban bet opfpenren ban eennbsp;©joutoc booj 3ijn ^oon «^cnef. 24 t 23; 3©aae in aan te merften i3/ batnbsp;bp bie fae5toeeeb 300 toet eenlt;Êeb boeb/ nl3 bie op be bestoecringe anitooojb;nbsp;Soo om bat p ben gSame (J3cb3 iipttoutiftclift noemb/ op een ongetoooncnbsp;toijb/ 01 om bat bP ben anber een 26uteuc en ©ojfaaft i3 bat pEtoeerb/nbsp;al3 om bat p ooft enber ©erbonb ban bten €eb pat / bat bP in 3iinnbsp;lt;gebcUfte amtooo?öe 5al bcruiïen. ’t d^eene be ïïcgter3 in bet af-boibetennbsp;ban 300 becle cnbe menigbtitbige €cben toet beljooien in agtinge te nemen,nbsp;«©aar i3 ooft aamtterftiift / bat be gcene / bie in lt;i5ob3 Uame al3 een lt;j5einbsp;jante fp?eefitat3 bP Amen jegb tot be 25cbejtinge ban 3üiie ^eerc;nbsp;be 3elbe eenen lt;Êcb boeb; gelp ooft 3ctf3 Menno Simons üeftenb batnbsp;Cbb|Ult;3 toet Amen Amen te betUpgen een dubbelden Eed doed. ©oltnbsp;bat bie geenc / bie op een {}e3toecringe Amen jcnttooojb t ©oft eenennbsp;€cb boeb. JïSen ftan baar ban biecber onfe Catcchifmus na-3icn ; met benbsp;öetoijfen.
g^e OnergentJikc toaniere ban fp?eeften / onber 5?tomiren ^inne-bcelben
enbe
-ocr page 267-Ml
Schat-kamcr dcr Zinnc-bedden en Voor-beeiden. 245
Éntgt;e gdijtoiiffcn Beeft Biet toe( geen Booge pfóatfc. 3amp;og té niei: gattifcBcitfi u?tge|ïotcti.
(a) gn Bet gcnaBen ©crbonlj Bet toeïfte epeegt met ben USen» fcBe / onbec Be-ofteit ban Bet lt;Éeiitotge 3£cben in CBBfto/ bestoeecb ^obnbsp;ben HScnfcBe om jijn gantfcBe Stele aan Bern obei- te geben / ni jijnnbsp;a^ecOonb obec te gaan/ cnbe ban gantfeBcc $|eften aan te ncntcti sijn aatt^nbsp;btebtiigc bw? een ©ptegt lt;0eloof tn CBeifïo ^leiïh «Pit ié oSobé bupuiaucnbsp;enbc €iJfcB aan 5ijne 3ijbe. tpic Bee^ be fttagt ban een €eb / om batfe ténbsp;een €nftB (6obé / beé SHntcuré ban 300 een ©ctbonb / bat booe Bet 25loebnbsp;ban 300 een Hoog htaacbig aHtbbelaoc té ber3;gcib / enbc jiiific btccOatenbsp;Beloften Be ft: ^tc btiig n booegeftdb 3tjitöe/ fninnen tn effede juet mtnbefnbsp;alé booi een tte3hjeeringc aangenomen bao^ben / en be toeftemmhtge op benbsp;5cibC bOO? een Ecdhke anttoooebe aCojint. I. Alle de Belatten Godsnbsp;zijn in Chrilto Ja en Amen. Ete bc- ^OlemUttePten ban bat ©CCBoilbnbsp;ïpcut. 29.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;10/ II / i^/ I?* €n 27.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;15.
{b) 35e gantfcBe Profeiiie en JSdijbeniffe ban beit ten ^obé bienfti te H'tbt'-teben en te ©efeiien/ en 3tg baat boo? ban be btoalcnbm te onöcc=nbsp;fcBepben Bomb oné onbet eetten Eed te Zweereh iwo?/ bat té eenctpenbaat.nbsp;(CeBcn / ©antcre en Eebtepe te beagen ban 3ün CBBftenöom. Ste bit üpnbsp;etempel «Jofat. 19 :16. Ten dien Dage zuilendcr vyf Steden in Egypren-land zijn, Iprekende de Tale Canaans, enZweerende by den Name desnbsp;Hecren der Heyrfcharen. ©etgclijft dfsL 65. betff, 15/ 16, Maat zijnnbsp;Knegten zat hy met een anderen Name noemen- Zoo dat wie zig.nbsp;Zegenen zal zig zal Zegenen in den Godnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;; endc wie Zwecren zal
op Aarden, zal Zweeren by den God Amen : ^00 pemailb balt 30banig cen ©elijbentlTe/ in tijben ban ©ctbolgtnge/ toannect Bp cm bc 5eibc aiicnbsp;Bet 3öne t fa 31)11 Ecben 5Clfé 30iibe moeten op-3etten baft en geftanb Bonb /nbsp;die heeft gezwooren tot zijn fchade , bat i.Ö tOt 51)11 tijbUB tlCbeel ; maatnbsp;nogtané een maatagtig ©utget Stoné eti 3-31 baatom niet veranderennbsp;53falm 15. 3i*i 300 ccti 3in neme aifitet op flet Eed Z weeren , ectftnbsp;om bat bit té be 5toaac|tc en geïnigtiaffe sin ban be Bragt ban ttoiibJc tnnbsp;Bet Eed Zweeren tn houden, bobcn bte tn centg ©inrgeritB gebal te paffenbsp;Bomb : €cn anbecen/ oni bat in ecn ©urgti'BB gebal ban gemcene ttoutoenbsp;ten toaaragtig ©onb-genoot lt;®obé en ©itrgec Sioné bcfcBicbcn / bit geennbsp;Hepben of ontoebetgebojen met Bnn Ban gemeen Bebbcn.
f c) tpaac ié ooB cen Eed-gefpan ban be ©panben bet 3©aacBepb tegen be (jBemepnte cfcijti onbee een balfcBliB ^meecen üp ben il5amt lt;8050/nbsp;tn ött bootbocttbfbl ban Bat^ïïfgtbaatöigegafte. SESclfte gantfirB givtveUH/nbsp;en 5e«c te bjtefen té boo? bt ifterftt; toanncec B? 5cnnöbé toelaat batnbsp;teruJiji 3» minfi op Bnac Botbt ié in Bet toaBen / be ©panben Bont' uptnbsp;Bare HinBec-lagcn tn Embufeadsn fcBidiB cberbal!en. lt;©efc noemb be
,ï^£VligÈ nbsp;nbsp;nbsp;knoopen der Godloosheyd , bc Band des Joks toaöC fcöiK
tioee nbsp;nbsp;nbsp;fpnnntn in een guaöe Eafie «Èfat. 58 ; 6. J^et bjoojb tn
befen ^anö 101 Kom gaa met ons. laat ons loeren op Bloed ; laat ons ons vcrllcken tegen den onfchuldigen zonder üorlake. Laat ons haarnbsp;Levendig vcrflinden als het Graf — alle koltlik goed zullen wy vinden jnbsp;wy zullen.onfe Huyfen met roof vullen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ecli ©002-
ftiïlb 1)011 be,2{ntt£ijJi;iifcHe^0£K bon oaatef/enfian Naboth ben oen niet tecsDoob bjenocn/ bon onbee 30bantoc balfclje ®e-cbigbe oebWt/nbsp;en boei met bet bootoaonbe iswM'oepcn ban een Vaiten-oag , en febenbinoenbsp;bon ben j^ame ban be «©oblifte jflSajeliept. Naboth heeft God en bennbsp;Coning gelalkrd i lïeo. 2i,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;12 / 13. Chrillus 10 lliet bCCOOtbcelt bon
cp bc Eezweeringe ban Cajaphas |©attlK 26» Ete bon bit becbioefit Ceb-oefpan ©folm 2. iteto?. 2, ^obamg een r samen stoeewnee tegennbsp;Paulum binbmcn 28ct0?. 23 : 12* Ende als het Dag was geworden,nbsp;maakten zommigc van de Joden een t’zamen-rottinge, en vervloektennbsp;haar zelven, zeggende gt; dat zy nog eeten nog drinken zouden , tot datnbsp;zy Paulum zonden gedood hebben , ende zy waren meer dan veertignbsp;die dcfenEed gedaan hadden- jDarcltli ban btccgeljjfte t’samcn-stocmttgtnnbsp;10 be (©cccfbjmeci-bê fecthc fcïpiftMih btiloobt ban bie tijb af / batfc signbsp;opentlift (jabbe bcrftlaacb tec^n bennbsp;nbsp;nbsp;nbsp;lt;!En toaac boo? snben top
anbcfö alle befe bare Conciliën / ’t 3p ban Conftans, cfte Bafel, ofte ban Tremen ftoitbcn/ bail boo2 Jefabeis iBepn-fcbige ^ïttcntaten todcggingcnnbsp;tegen ben onnoofelen. Ep Odböt'rt ben Specieuièn ftljijn enbe bectoontngenbsp;bon boo2-bccepbrc{cn bec lt;6cbeben enbe ©a(ien-i©agai: Ep depen bonnbsp;met IcfoOer ©ofïen-^agcn upt t EP Beffoten geen ceiten Canon , jonbecnbsp;Anathema Ofte bccbloeftiiige tegen ben onfclndLa't, i^ace op-gccaaptenbsp;getungen en getupgeiuffen tegen bc d3erefb’m?t;‘ben toocen balfcDe becinbsp;biaptngcn bon bax gebodens en feljjiften: ^e toaxbc ilElootb Begaannbsp;in be èelcecbe dSobsaltge en ^aom-rugtige ©obec bat ouoote Sist Joannesnbsp;Hus (bic be ©lamme bc0 ©pcr0 ban bercottinge betoaact l)«ft; en toelftctönbsp;aflcfie, boo2 be tomb geboeeb iö in alle gbeclm ban Cmopa) befe 3HQC02Önbsp;bc0 ©pec0/ gaat te boben bie ban ^efabel in f)ct „^teeiiigen ban Naboth.nbsp;lt;©:g toaCCllfi jegb 0110 fp2'eeh-toO02ö ; Daar komen geen Jongen die dcnbsp;Ouden verbeteren. Ep Jijii oofi^öngen boti beCbcifpiIige^iioece^efaBel/nbsp;en toillen ’t Jwac niet getoonnen geben. Blt;^hemen en be Paitz en be lt;©cre^nbsp;fotmcccbe J^aben in Duyfland , en Vrankryk, ijeBBen be bittete ©lugtennbsp;ban Uaac J^elfclje beebinteniffe (die zy Sacram ligam noemden’) todnbsp;gefmaobt: €n 0110 Nederland gebeng^ baar oob nu nog toel aan. lt;éobnbsp;ibetoorc 0110 nog ten önpbigen boge bootlöare Confpicatien/ bie / in bien 5?nbsp;niet ombebt getoeeji toocen in bec tijij / be iSupne bon onfen gantfebennbsp;iStoat souöen nptgeto?ogt beBBcn ; ?n nog bebben top geen ceben cm sotge#nbsp;lco0 te sijn.
Exnhoorhcn
-ocr page 269-Schat-kaaier der Zinnc-beelden cn Voor-beeidcn. 2 ^7
Eenhoorncn.
W^t titt booï cm 3» / cn tö on^is noo?gt;?ï DefKitb octootbcn ; cttó beden Jjefaben ’t oniïe«:5lt;jOt; maar bJt bccfcOil sö edjanoen aan cennbsp;fpijhtT. Entten 319 30öani9 een ^ia* beebeejö ’toeen in gctwaïuc/nbsp;cen ficren cn miebtocnigcni^ ofte^'ccb swöe geltjb 3911/ met cenen i)oo?nnbsp;op ftet J^3£i? f)0DfïJ nifiitjm in benben bc (ïaapen beo ïgoofbb/ toclfte ï^ooznnbsp;lana cnbe fpKö soube 5nn / bat fcljijnb aan mp en becien cen bjonbcrlibenbsp;Ofteoiogia ofte ontlcbinge ban bet gebeente te maften. 3|ct ©oot-ftooffnbsp;ftan 5ulamp;a niet beogen/ cn be lanirttepb cn fpit3e fcl)ccpï)cpb ban ben ]^032nnbsp;5Wb) Oem/ cp 300 een geooten gebjdb-oeffenjnge/alQ bit «©ter bjerb toe-gcjfljjcben/ 01$ een i?tict beiltnarfTen. i^et (cliijnb ban toel nae^i ar:fen Rhe-iiofter te 3ört (anbetiï Monoceros; ’tgeen 't5ejbe ies; ban bjdfte iu? pefts in.nbsp;ben(€itel ton Behemot en Leviathan hebben af gelegd.
I. ^n fiet gemeen i0 befen Rhenofter cen ^innc-öcclb ban gcoote/ ïUaagttge / l^oog-becbebcn Jl^ecfancn. ftjet bm^b Rcmim lupftab 5fef nanbsp;fjet bjoojb Roum c=in 't geen cjjgcntiift beb«;ib boog te 3i)n. ïamp;UT opnbsp;ftOijnb ^abib te 5i£n/ afó Dp fTbcftcnbc inn bie IjaacigoegJKPb mt^sbiupfttennbsp;(innbsp;nbsp;nbsp;nbsp;3^9bte) 3“^ ibt ben Ontmnige’n , en weed niet onzinnig,-
cn tot denGodlüofen, en verhoogd den Hoorn niet. ©falm 75:5. tyil Tanmou keren.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ftCbb OP ftCt bJOOtb Roum. jpaat b002 at 3iC
^falm 92 : n. nbsp;nbsp;nbsp;Sïltoaar befc ttoee tooojbcn toceben r3amen geboegb.
Va-tarem karni. En gy zuid mijn Hoorn verhoogen , gelijk eenes Eenhoorns, truxu Cirheeim. fcftjjllb bail bat bit ^ttljb-DaaC
^ta' een ï^oenn 5al ftebben bic ban be aabwtei opbwaco na boben (lepgecb/ om een tegcn-pa«Dbig ^iec ban onberen benpöupft op te fcojabben: gulöenbsp;©oomen groepen npt bciSeuss in ben Rhenoiters, 300 ai0 5» ones bcfcijjebennbsp;toojben. jiBcn leefe ban bit £innc-beelb ^ob 391^.ai den Eenhoornnbsp;u willen dienen? Zal hy veruagten aan uw’ Riibbc ? Zuid, gy den:nbsp;Eenhoorn met zijn Touyv aan de Voeten binden ? — Zuid gy op hemnbsp;betrouwen om dat zijne kragt groot is, amp;c. ?t‘l bJCbeCOm 5eilbenbsp;ben grejec tot ben Behemoth en baar 3ai ÖP 3ien get bermogen ban ’t 3cibenbsp;35iet ’t geen ^ naad €gt;o?beete bat ben Rhenofter ist. 3^ergeiijf!|^um.2?.
22. God heeft hom uyt Egypten uytgevoeid zijne kragten zijn als eens Eenhoorns 35enf. 33*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;i7* bJerb ban ^ofcpl) ge5cgb :
ben Zegen met bjelfte i^fetS ban be Stammen ^fcaetet af-fegepb nam t Zijue Hoornen zijn alï eens i,tHhntnt^ met de zelve zal hy de Volken
t’zameno
-ocr page 270-,,48 H I E R O G L Y P H I C A , ofto
t’7,amen ftootcn , tot aan het cynde des Lands , amp;c. nbsp;nbsp;nbsp;totjinjijg
CjiW. 34* nbsp;nbsp;nbsp;7^
eCfi
I '• gcrtcralc aijUtie iJOOJ af oejiClh/ 500 ïjwft Dct toOC?tl Eenhoorn Dcïhïïïamp;i'.tctcn.
{a; gia een goeden 7.in Deteftenö ijct bc onbcctonniclijftc ftraot/ i* ©an Zü-fuS Clj2!Ttu,ö/ bis ‘3!ri’a«l unt Cijupten-ianb Oeeft uingcboab «i tocllta'.9inbsp;kragten 7i]n als eenes Eenhoorens. 3©aiU 500 ftan men ï)et 5eec bcqua-
inelift paO'en op Cfjajluia seJfss j^iun. 23, nbsp;nbsp;nbsp;22. ttoeben/ maac bc
laragt CiJHftt peeft ooft in Jljn ©Oift gCeD?Cgt. Zy vermogen alles , door Chriftum die haar kragt geeft ©i)tltp- 4. Ciip. 55upten ttOijfil iBCCb Öet
D0I1 in befen 3in opgenemen in aüe 30banige plaatfcn ale’ ©faim 92.
Gy zuid mijn Hoorn verhoogen , gelijk eens Eenhorens. Ik ben met verfche Olye overgoten.
fb) ^n eenen quaden zin ijtjerb 0et gcbjupfit €fai. 34. nbsp;nbsp;nbsp;7, ©oo’
getoeibcnaaCiS cn be (Cpjannen. Ende de Eenhoomen zuilen met haar af-gaan , ende de Varren met de Stieren ; ende haar Land zal door*nbsp;dronken zijn van het Bloed, amp;Cvnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;mgtoaactlS Op Dct gccne top Pan
Öct (©o^bcel ban be SioobfcDe / onöcp ben (€itel ban Edom öebben ge5egb. ©002 mn t ©00? pet af-gaan ban be Eenhoomen itiet be Varren,nbsp;en Stieren tot bé gcmecne ^siagtinge/ bie in be ^loobfcöe en Komcpnfrtjenbsp;©ofloge t3S aangecigtet / ban üb Ocgnamdiftil be ïioomfcfje ©cbelfjcbbcrjsnbsp;boo2 Eenhoomen, tocgcnp be©ppct'ijcuifbigei^egcecinge biefeStepjefenteerben.nbsp;lt;©efe 5ijn ooft al beelen in bit ©i)?logö-bpee emgebomen en gegaan reenbsp;^(agtingc: €n boo? bc y»rren en sneren i)ct ^loobfcfie ©olb en öacc ^an-.{epbeegi tot bit ©loeb-bab betftaan.
(c) 'in bc ©20plietifcöe befebtijbinge (©falm 22.) ban bc ©panben / bic €f)2ifl:um tet ^oob Hebben gcb?agt binben top befc, i. g^en ueum tnnbsp;bet eenboubig getal/ verioit my van des Leeuwen muyi • mcn fian begna^nbsp;melift ben g^upbcl beeftaan, 3ïlfoo Tiberius ben éoomfcöcn Kepjtonbsp;ban ben ï^anbcl ontcent COJiflusi niet gctocten ijceft; enbc 300 men 5cgbnbsp;naberbanb bc 3clbe gcimp?obcect / en in be ©ecfoon ban Piiatus 5oubenbsp;getojoften fj-'bben. enbc nabcmaal Het tooo?b Leeuw tn Het enftcl getal/nbsp;bupbeliH met ben bingee fcDijnb te togfen op bien Eemw bic bricfchende
,rontzom ons gaat zoekende wie hy zoude mogen vetflinden i ©etCt 5. Cap. (Cen ttoeeben be Varren Het^IcobfcHe ©olH/ Hate Stieren, ijarcnbsp;Regenten bic upt bctt Jaam ban be gioobfclje iSegenten en booj aanbjpbingcnbsp;5eïf£i ban be ^elfclje Leeuv} Haten iBonb tegen Ijent alss een b^ieftHcnbenbsp;Htecuto opgefpa?i:ct Htbötn. fCen betben be Hónden, bat ijS be ftoomfcHcnbsp;Ï^tijgö-Hnegten / bie Dp be 3Ioben Honden (gclijfi ooH alle ï^epbenen bannbsp;Cipifto 3elfï^ IBattlj. 15.) genaamb toetben. Cn ban ten bietben benbsp;Hoornen bCt Ceill^Oincn ©falltl 22.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;22. Verhoord my van tuffehen
dc tloornen der Eenhoomen j bOO? toelHC Iticn bC J^OOft-bicnatcn ban bC
ïïoenttftHc
-ocr page 271-Schar-kanier der Zinne-beelden en Voor-beelden. ^49
öcömfcljc ©ppêr'mo0cm{)jiJtt te rcgt becftaan Ban ; geP ©ilaotó/ en öe Öooft-Beöcn tree 5Koiw?ncn.
«gcc üB Bit (luB epnöige / fiotntJ mp in öe Danö / Be gebagte/ tocHtc dommige gcleecöe Critici , ïjie Dan bc Mtct Burmamms 5ijn gcbolgt! / bannbsp;ben Eenhoorn geboden. ]^00? Bunnan 3df!S fpJcBett Obct 23, Dognbsp;dewijl het billik als Fabuleus verdagt is ’t geen van den Eenhooren zoonbsp;by de Oude als Nieuwe Schryvers gefeyd word ; welk Beeft van niemand ooyd is gefien ; ende daar de-zelve Hoornen des Eenhoornsnbsp;Walvifch - tanden zijn. Gelijk’er zodanige alhier tot Uytrccht innbsp;de Marien Kerk vertoond worden : Daar ook dit Beeft van weJkcnbsp;bier gefproken word, twee Hoornen worden toegefchreven '©rut, 33,nbsp;@0 17. ©f, 22 : 22, Zoo word door dit Beeft bcquameliker verrtaaanbsp;zekere zoorte van twee Hoornigc Geyten in ArabUn , in het zand.zignbsp;onthoudende , heel wit, vet, ende hoog, reykende tot aan de hoogtenbsp;der Harten , ende uytftekendc boven alle andere Geyten ; en die by-zonderlik haar Hooft endeOoren zeer op-fteken om hoogewaar vanzynbsp;ook den Name van Reêm gekregen hebben.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^B geeüe ttt tiebcil-
Bftigr. (Cert eccftm tat nergens bit 25eefl; nog op Pf. 22 • 22. nog op ©eutcr. 33. ttoee loo?nen toeeben tocgcfcö?eben. 3©at be eerfte plautfenbsp;aangaat #f. 22 : 22. ©aar (iaat toei bupbeBB Kame ’np ’t geen eennbsp;beciijcpb febupb/ bie ooB öet getal ban ttoee te boben gaat. ^n be Forma
duali Beeft Bet Keranajm nn'np ©aitiel 8:6, Cum affixo vjip Keranajou
zijne twee Hoornen ©antei 8:7. lt;gn tn bcele aiibccc ^(aatfcn. 3®aac tipt fiüjBt/ bat befe plaatfe Bet tcgenbeel betoijfl; Verioft my van tuiTchennbsp;de Hoornen ( niet de twee Hoornen) der een Hoornen. ^nbCCS Bab fjPnbsp;moeten jeggen O’nn a’Jipo ’ly'Bhn Hofchieni Mekamaym Remim.nbsp;©at B» nu in ’t getal ban bcele €enöooinen fpteBenbe Baar ooB beeijgooeamnbsp;toefcUHjft i al ftimn p^er booj jijn ^ooft maar eene ï^oom Beeft/ \amp; nietnbsp;toonbêc; cube aubecs en Bonbc Bp ooB niet fp?eBen. 9©at aangaat be
plaatfe ©ent, 3? : 17* l’J^p asi 'Jip Zijn twee Hoornen zijn (als) Hoornen eens Eenhoorns, ©aar tooeben ^ofepB tocl ttoee ©OO^lten tOC*nbsp;gefcBïeben/ maar niet ben Ccnöooten ^ fa toel bunbeiiB toecb Bier ban bennbsp;«ÊenBootn gefptoBen Collective, ais of Ijp sepbc ban een pebec een l^oojn;nbsp;’t geen al booj ’öp ons geDtupBeBB iS / 3b0 bat’er geen Bragttger ^aatfenbsp;ban befe 3ijn Ban om Bet geboden ban bie gdeeebe pannen banBeliB aannbsp;een Bant ie jetten ; en top geen onbere nobtg BeBöcn om te Betoören batnbsp;bit 25ceiii maar cenen i^oo?n en Beeft. €nbe Boe setten Bet bc^ be jebenngnbsp;©beejetterS ober op ©eut. 33:17*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Hoornen, geen
ttoee J^oMticn. €n Bet tooojb Monokeroos 5eob bupbeliB ; gelijB top in Ollfe (€ale Een Hoornig ©ieC* . SOO OOB Op 22: 2i. (Öp OttS bci^ 22. )nbsp;Cn allorarac getcupfen 3P bit tooojb: ijfnberS/ Bibfen bit fBeeft neennbsp;eenen enBelcn i^ooèn Babbe; toaac toe ban befe benaminge, gn be befcBjp=nbsp;Iwnije ban be3(ica6ifröe©epten toaagb bie ;|gt;ecc tod ban bcc 5dbec becBebén
S i nbsp;nbsp;nbsp;gcfiatte/
-ocr page 272-HIEROGLYPHIC A, ofto
Cfftalte/ cn anlictt omflanbtgDctjen; maac ntet ban bcc 3dbcc ]^oo?nen/ todftcc bcfrtidjbtnge giec niecfl joube tc pa(Te bon«n. befe cebencrtnbsp;Den^b gantfcb obJcfjdfet^ie wt bet geboden / bat bitg^tcc ig cen Rhenoikjtnbsp;’t o«n in bet baab / en in ö^t tooo?b/ en ben ^ame selfss een Eeuhoomnbsp;jcgb»
1. quot;F^ ^t tooo2b bebatet in be feragt befe ttoee bingen. lt;gen optbutfis JL/ lunge ban liefbe en boog agtinge/ bie men beeft ontrent een ^ecfoottnbsp;of Zabe bie men maar een eenige beeft Cant. 6 t 9. Een eenigcnbsp;is mijne Duyvc, mijne volmaakte, de eenige hares Moeders , zy is denbsp;7,uyvere der geener die haar gebaart heeft 3!trem. 6 : 26.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;6 Dogter
mijnes Volks gotdet eenen xak aan, en wenteld u in de affehen, maakt u Rouwe ceties eenigen ( Soons) een leet bitter misbaar , amp;c. Cll
flifoo bJo?b 5ifab Citnef. 22 : 2. Cen E e n ; g e n gmaamb/ cnbe alfog liabcc omfebjtbon/ uwen Zoonc, die gy lief hebd.
II. 25cfcb2nft bet ben tooebigen cn efenbigen ^taat ban cen/ bic bait lt;5ob 3iinbc 0c3ogt met 3bjaiigbcbcn/ ban bcniBcnfcbc beriaten too?b. Éanbsp;3dfsf ban cen Eidc/ bic ban Ijct ïiebaam bcclatcn toojb in bc g^oob. ginnbsp;todbc laatftc bebupbinge bet genomen bjoib Pf. 22. Redder mijne zieie
van hetZweerd: mijne eenfame van ’t geweld des Grafs: ^^at tstbolgcnsi ^falm 16. Gy 2uld mijne Ziele in de Helle niet verlaten, ^jjn ^iClC
bJOiS nu ccnfiKim cnban bet itiebaam gefcljepben/ en toast met bc gebagten bejig ontrent be beboubeniflre ban ’t Eicbaam/ al.ö of 5P 00b cenig3insi in 1nbsp;Cizaf toasi getoeeft. Sijnbe ban in ben feboot bejS ©abero/ beeft 3? bemnbsp;bic 3aaftó aanbebolcn bic bP aan bc ©erfoon b«t iKctfix ©f. 16. cti elberssnbsp;beeft tocge3cgb; bit alleen / bat iss befe bereeniginge ban ^ide en ïtebaaninbsp;boo? be ©pdanoinge ontb?afi nog aan bc ©erfoon besi jilefb®. i©cfc popenbsp;mepnbe ben Leeuw , en 3ijnc Eenhootnige lEct-gefdlen nog ba|l tn 3|jnnbsp;Uiiaiipl te bouben ; ’t geen baar isS migultt. iBen Itan 00b seggen batnbsp;Ctoiftub ; bp boojljaai bit aan liet Crupee gebeben beeft, ^mmec toatnbsp;plaatfe tsi ’er censamer ban ’t C»?af,
I I ï- ©an pemanb/ bic in elenbe ban alle iBcnfi^en beriaten iet / enbc «en perfoon en 3abe bic niet meer gebagt too?b / 3ieb men batfc ts!
3ob 3 : 7* ïelve Nagt zy eenfaam , dat geen vrolyk gezang daar
in cn kome. Cn ©fal. 25:16. tocrbcn cen3aambcpb enbc elenbe t’3amcn“ geboegb, Zij,t my genadig i want Ik ben eenzaam ende clendig pf. 35.
W
-ocr page 273-Schat-karaef der Zinnc-beelden cn Voor-beeldcn. 2^1
böCiS 17. Brengd mijn Ziele weder van hare verwoeftingen, mijn een-lame van de Jonge Leeuwen. Ee n s a a m ijS OOfi bic jonbéc ^tlteCClI
3(t/ '£ öe ocootftc jmaaMjepb albe bccagtinoc bp bclt;©uben toasspftóg.
l)aö 7. Een God die den eenzamen voerd in een Huysgefin. (JJObsS
©ollt booj (Cpjannpen m ©crbolgingcit gisnoobfaaJit in 3©c«fiijnen / Ja in ^pciouteii te blieben om 5tg te bccbecgen/ bic waakt cn zitaiseencenzamonbsp;Muffche op het Dak loziS, ^c bcflfuctic Iwi bc gcbjdbigc iDagtcttnbsp;JjCjg 3©crelblS maaiu öatc bafie Steden eenzaam gt; en haar Woon-ftedennbsp;verftoütcu ende verlaten Cfai. 27 : 10,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;OlUllWCt 00b btbltiaai
(0ObCi JiJCrbe Claagl. 111» Hoe zit de vafte Stad zoo eenzaam, die vol Volks was ? Zy is een Weduwe geworden.
IV. tö een igepitgc en lt;©obbnigrtgc Erimitagie of eenjaamöepb/ bjaac boo? men in tijben ban goog-gaanbc jtoacigljeben/ bie öet^anb en benbsp;ï^e bniftben / 310 af-jonbccb ban bc j^ücnfcljen ; geUjft 500 löiaDamnbsp;öeeb / toanncet bp ^fab joubc offeeen «iBcncf. 22. lt;^nbe giacob alleennbsp;gelaten toiccb/ toaunccc DP met ben lt;gngel ïDozftelbc lt;6ertcf. 32. döss 24*nbsp;lèn Elias vlugte in de Spelonke i COtt. 19:9. lt;Ên CD^ifiwS 3ijne lt;©ifciinbsp;Dillen in bet |of/ 3ullenbe25ibben ban 3ts af-fcbepbe,f^.^attb.26. 31110.23»nbsp;^ie 3ecem. 15 ; 7. Ik hebbe in den Raad der belpotters niet gefeten,nbsp;nog van vreugde opgefprongen : Van uwe Hand heb ik alleen gefeten:nbsp;Want gy hebd my met gramichap vervuld. ©crgCtijbCldagl. 28. Hynbsp;ïitte eenzaam, cn zwijge Üille ; om dat hy het hem opgelegt heeft. J^caginbsp;tig bW2b befe 5n3be becBcelb d2fai. 26 :20. Gaa henen mijn Volk, gaa innbsp;uwe binnen Kameren j en lluyt uwe Deuren na u toe: Verberg u»nbsp;als in een kleynen Oogenblik ; tot dat de gramfehap over gaa.
D^it Isi bic iö»t ttoee Bcttiö öctfotitobe bet ecefte iDanitb ^aab tó, Bant al feboon na be natiiuce een jjBan upt 30^ 25P-toijf eccbcc eennbsp;^oonc ban geboten bJ0?ben / ban i^t 3i)gt;i 3©cttigc ©joutoc; gelijbnbsp;upt Hagar, nib?abam eenen ifmaei toiceb gebojen / boot ifak bic bP uPtnbsp;^a getoan in ben boogen «©ubeebom ; nogtaiis bnb ^fab bet cegt bei?
lt;ÏCCll-gebOO?te/ en ben Zoone van die Dienftmaagd en mogte niet Erveni met den Zoone der vrye (©cncf; 2i Mo. Befc lt;!Scc|l-getjo?enen toccbennbsp;met bie omfclbpingc genoemb ai wat de Baar-moeder opend. cjn benbsp;teben iss allen bèb^: ^ie Sue. 1:23. gpt oEjcob. 13:2. Sebit. 8:16»nbsp;Bane boot bc ötnbecen ban een getoefen jgoece in baac Jiliaagbom tipt:nbsp;gcjloten toojben; iitóen 3Mlft.ö bebenb ftonb» ^omtijbss öebupb oïeejl-
3112 nbsp;nbsp;nbsp;gebojen
-ocr page 274-HIEROGLYPHICA, ofto
OCbOKrt iJê CCCde onder vcele Broederen, nbsp;nbsp;nbsp;49 ; 3. SomtÜDié
C06 itijcl te ceefte en laat(le / öat is te cenia-getiojcn. Zk jBat®. i ; 25, Ende hy (te fcóeten^ÜOfepÖ) en bekende haar niet, tot dat ly defen harennbsp;Eerft-gebooren Zoone gebaard hadde ; ende hiete lijn Name Jefus.nbsp;pjonhcit ooft met bie (Citcl / öatfe 5Ön het bcginzel van de Kragt dernbsp;Ouders lt;i5enef. 49 : 3.
^e lt;ïELt(l-gebo2encn toaucrt bcit i^eecc Heyiig en £yf-ge3onbcct / bolgen^ te 3©et «ÊlCOte 13 : 2. Hcyligd my aile Eerft-geboren, wat eenige Baarmoeder opend , onder de Kinderen Ifrads van Menfchen en vanBeeflen,nbsp;dat is mijne, ©ecgelijb Cap. 34 t 19» AI wat de Baar-moeder opencJnbsp;IS mijne ; ja alle n Vee dat Manlik zal geboren worden , openendenbsp;de Baar-moeder is mijne van het groote en kleyne Vee zo. Allenbsp;de Eerft-geborenen uwer Zoonen zuid gy loflen. 5amp;C j^tpIigtePb EU flf-
jotiteritige tec lt;!Sec(ï-gcteo?nen onbet ïysi ièet tjfftonb tem in / batfe «6obe ten ©(fee hjfecten epgebeagen :nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;t^cpligtepb tec «t^ErH-gcteJcn iconen/
baifc als Heecacen in Ijet ïups tem ftarc ©iiteten toatett; ja tet|3’ie|ïec-2{inpt teteenen / 300 iange tot bat öSob Ijaac ban ben 3Êltm en i|cpagcit 35ienft af-fct)epte biegens ben -jsan en (©^ntoel ban fjet 2tfgobtff() (0iilbcn-ïialf; en in te plaatje ban baar be Leviren aannam/ egtet baar boo?nbsp;mofien boo2 een 3efieren i^enning geloft bjojbat. jBaac in esoube mennbsp;5eggett/ boe 5» bat ^tipt bccloecn öabten) mogte bog ban bare l^cpligljepbnbsp;heeber bcbfaen bejiaairi nntbjoojb tn bie ^olemneele berftlaringe na benbsp;a©et/ bat bc ï|ecre een bpfonber cpgenboin aan te {jabbe en fticlb fefioonnbsp;m in ben baren bat iüegt berteiojpen gabbent 3^et geene 3p boot bie loffingenbsp;tettipgben. €en anberen {«onben 3P tot be pjibate en ^npjïitelt;©efeningen/nbsp;ja 3elfS ooft tot bc ^ublijbe ©ooj-leefïnge en uptlegginge ber 3Bet in benbsp;,;§pnagogeti enbe (tempel geteupbt toojben; gelnb bitCöjiOo en be 2tpo|ïeleiinbsp;IS gefetjieb en te epgen Jfimpt bo:bccbc / fenoon 3p al niet en toaren uptnbsp;be ^tamme ban ïebi. €en berben / als be lt;©nbets boo? een geloftenbsp;lt;0obe een 6inb bote-bjoegen tot een Nazi teer of af-ge30iiberbe/ 3P nameneert.nbsp;€et(l-oetoo?nc. 'Eit bit in Hauna be .poebet ^^amncls i i§am. i, gnnbsp;Simfoii ^ute 13. $c. SCnberS ben Cenigen ofte ben ©ubjién bes ^ups^nbsp;gefins. 3Belte nu bc 3Betten ban Ijet i^iceerfcfiap 5ön/ tem gccnï^apï tenbsp;^Ijeren / geen 3©|jn of pets bat ban ben JBijnilob bomb te bnnlien isnbsp;onlanas getoaagb/ en Oeteb op 3ün epgen (€itel.
paar bit moet noobfabelift cenige bebupbinge Ijeöbcn/ bat befe €eE(i-gebo?encn 300banig een bP3onb?e af-3onbecing en l^cpli^cpb toerb toegefcliK-ben / en bc 5elbe 300 fpcciaal aan (t5obc toierten opgeteagen. ‘^mnier gantfeBelib Ma» ©ant befe alle becbeelten.
I. Jefum Cbriftum , toelfie op een toonberlifte bJijfe öepte be «gerff-gebojen en be lt;Êet%gcbo?en ts ; en bat na bepbe be natuuren» ®a de Oodlike: St^aUt ÖP BS bc Eerft-gebotene van alle Creaturen COlOff. 1:13
-ocr page 275-Schat-kamer der Zinne-bccldcn en Voor-beelden.
J^ict of 0» mcïie onto be CceafiiLtit OcDoojbe / toant bie btoalinee 3{liï*
ijs in ïjct cbcn UOOigaanbC 3llt af-gcfnebcn/ welke is het Beeld des on7,ien-likcn Gods, 't gcêit ban geen sêcöepfd gycQt H£gt;g gebagt ban too’ben; baant bat bnibt een 25celb unt ban be natuure en niet ban be Cngcnsnbsp;fcljappcn. tiofi Det bolgcnbe / cn bpfonber bec.0 17* Ende hy is voornbsp;alle dingen » en alle dingen bellaan te -iarnen door hem. Cn'bavïL'-cn-
boben 300 bJ0?bcn öiec befc tbjee bingen WaaiHb onbeifcpepbcn bie Ijein ban a(fe Creaturen af frfjepben. i|p iö bc eerfte booj geboomtenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^p jjjn
Det / batfe 3ün geb»?bcn / boo? Scheppinge Kllftt. jEen ban albu.ö begua* jiteliö Drt t’3amen-gcfielbc toooib CeefigeboKn ailet Creaturen/ in een^nbsp;boubige S,eben bctbcelcn / bannen 3cgge lilaKUf ncca-ya rJla©^ Dienbsp;geboren is voor alle Creaturen. Cenigfinsf iö fpcf ban onberfcpepbcn benbsp;fpjeebbJljfC 2£pOCal.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Ik nK^mlt;/ De Eerft-geboren uyt den
Dooden : i©at iö be Ecrlt geborene, die uyt den Dooden bCCiOtDt iO;
namelift upt Oer ïïegt ban een Cerjl-oeb.o?en y enbe 30ban!0e Eiiipiis toecb meermaal geb?upbt. ^arom id Dp 00b na be 5elbc «©oblibe natuure be'
Etntg-gebsren. ^iê I nbsp;nbsp;nbsp;I. De Eenig-geboren Zoonc gt; die in de Ichoot
des Vaders is. Jöant nieUianb td Op bie Ébijfe gcb0?en : zijn uyt-gangen lijn van Ouds gt; van de Dagen der Eeuwigheyd jDiCl). 5. Cap. Cn 300
Deeft Dp / na bic natup^e toarelifi ja nog meer ban Drt ©00,2-beelb bec Ceeft-gebOOJte berbulb / om bat DP Sdfd een Eenig-geboren ^oone id.nbsp;3^3 be m'enschelyke natuure id be 5aa{t 00b blaar; toant DP idnbsp;ert f 3ameit/ be Eerfl-geborcn, CU be Eenig-geboren ; a®attt iSDaria. toadnbsp;cen JBaget bie noopb iBan gebenb cn Dab / boe 3p Dem jBaarbe 3 enbenbsp;bleef ooft sobanig; gelijfi genoeg faetoiDfcUb id boo? rebeiibc 3tupben; fcDoonnbsp;’t geen ?irtiftel bed Cieloofd id. dimmer bat ftaat baft bat Dp »d be Ecrfi-geboren Eoottc. Cii al gaf pemaiib ober ('t geen maar een fpeculatic id)nbsp;bat Cniftud 25?oebecd Dab gcDab upt .ïlarta; nogtand 300 souben/ bie Detnbsp;2i5?ocbecrc0ap maar na bc 3©et bec naniure geljab Debben / upt sonbignbsp;jaab ; maar Dp id ontfangen ban ben iiepiigen Cieeft / sonber Det 3aaamp;nbsp;bed bP Dgnend bed jBand ; en 300 Dabben 3p gccu meer gemcenfeliap bernbsp;natuure met Dem ban bie gemeenc 2amp;?oeöerfc|)ap/ bie alle jDcnfcDen metnbsp;malftanbiTcn Debben ; om batfe Det epgene / bat id be generatie/ bie 3nitdnbsp;gelDft boentoengb niet met Dem 30«öen gemeen geDab Debben. a©ecpt gpnbsp;tegen bat Ctniftud id Det toace Eaab ^abibd / en nogtand op bie topfenbsp;Jiiet id gegencceerb/ gdpft ®abib gcttereecbei gft amUJOo:be bat Det gemenbsp;piaatd Deeft in be Defcendente ^inic/ na toelfte CD?iftud upt bc ©aberennbsp;Id / bJaceftfe ©iccfcD ban Daar ©IcefcD upt Det ©leefcD en 23loeb ban cennbsp;i®aget; geen piaatd Dccft in be Collaterale, toaar boo? ^ufterd cn 25?oesnbsp;berd malftanbercn beftaan upt bc genccarte ban iDan en ©?oub3e / bolgendnbsp;be 3©et ber natuure/ en boo? al bat dSufterd cn 25?oebecd geen een ©leeftDnbsp;ban malftattoeren ^ / gelpft boel £oonen en ^gtecd ban ©aber cn
3 i 5 nbsp;nbsp;nbsp;iDoebec^
-ocr page 276-HSorfJcr. ^00 öat aWcHt-öanJcn Cft:itïud 300 tod be «Êcinö-geto’e» iif aijS bc lt;Êectl-o«ö02cn. ^aawnt ijceft Ijem 006 ben Jöabet geheyiigd , ennbsp;in de Wereld geionden ^oan» lo. Cap, lt;Êt1öe is de Heyligen Geeftnbsp;over hem gekomen iBattp* i, Cap. ge6cc bit gcoot geljepm toasi toelnbsp;toiWbtg boo? be 3©et bec E e r s t-g e b o o r x e te befcljabutocn.
II. 3©ecb boo? befe Cecfl-gcDooJte/ en ^^epïtginge besi selfsi; (gclüft ooft booj ftet ©p-efferen en I^epltgen ban be ceefte ©jugten ban ben ^fiftftet/nbsp;en ban ben (Ccog / en alle CecHelingen tn ’t gemeen) beebedb de Eerft-gelovige Kerke van het Nieuwe Teftament ; CftJÏlIUS alsi ftaac ï^OOft/
cnbe 3p alö sjne 3lebematen; beftaanbe albec-eerfl upt gioben en ©?ofêlpten gioben-genootcn. 3®elfte men bait be (©pftanbtng COniït af/ hiaat bp#nbsp;fonbec na be uptflojtinge sijns ï^epltgen lt;0eeftsi op Set I|oog-f ec(l ban bennbsp;Pinxlïec öeeft geften aliï een raeiiwei^anbe Daar selbeCiobe^öp-offerenbc/nbsp;bte Ijem aangenaam iis getoeefi boo? ben %pltgeit CieejliScm. g^aat*nbsp;om mofien ooft op ftet Pinxfter-Fceft^ genaamb öet Feeft der Wecken, bcnbsp;Eerftelingen dcs Tarwen-Oogfts Op-geofFert worden CtOb. 3^t2.z. ^aatnbsp;op fpeelb 5eet: 50et ben Pfalmid ©f. no. U Volk zal zeer gewillig zijn,nbsp;op den Dag uwer Heyrkragt , in Heyiige Ciragien ; uyt de Baar-Moeder des Dageraads zal den dauw uwer Jeugd zijn. ^aac na/ toamnbsp;neet top epgentlift op jijn plaatfe ban befeipeeften sullen öanbelen/ salalbaacnbsp;ntecc ban befe ^toffe te beibe gebjagt toojben.
iir. Cnbei' be «iBlemepnteniJ/ bie ecgenef in een Eanb ofte ^tab booi ftet Cuangcltum sijn geplant/ toceben bic©ei-fonen bcEerfteiingen genaamb/nbsp;bte cetd be anbcmi sjjn ten exempd boo?-gcgaan in ’t aannemen ban benbsp;3iccrc beef ïl^ltgen Cuangdp. ^00 eenen 232oebec bectoaacbigbe panluönbsp;met namen tipt te bauftften in ftet ïiegiiïa' bec geena* bie fip toilbe bat benbsp;ïiomepnen ban sünent toegen souben groeten ïiom. 16:5, Groet Epene-
tum mijnen Beminden , die de Eerfteling is van Achayen in Chrifto.
3©acelift ftaac homb bie Cecc toe / nabcmaal sp bc eafte in ftet fpitfe ban ben ^êtojm sön getoeefi/ boo? todfie be ©0D?ten ba ïldlen/ en ftet Caflrcïnbsp;bec 3tlfgobecpe ingenomen en obameeflab sijn.
IV. aDöbecsS ijs baac ooft een Morale ïieben / om toeffie Ciob sig be (eecflgeDo?en gcftepligb Oeeft. (a) Cm baac boo? aan te togfen/ batnbsp;ftem een Cffec aangenaam ip bat volkomen , cnbe in siine 3002te ftet bol*nbsp;inaafttde en Ctccltftfle ©?efent iö / en baacom bat öp bc ©?ugten ban benbsp;cccfle jpBaagbom af-gepluftt / alss be aangcnaamfle toil ontfangen. 'Ccnbsp;Cccfl'gmtoenm sijn al bedtgbp be ftloefefle en flaftflc / aibe het beginfeinbsp;ban be ftcagt bec Cubaen; en 300 bat nog niet toiecb onbabonben ; egteenbsp;ifTc een Cietliker en Honorabcier 0ifte bic be Cobliftc 3[©ajedept albec-bctamdiftfl iji. lt;©ob- toil bat niemanb tcc eaen bit ©at eeefi ge-opehö
too?be/
-ocr page 277-Schat-kamer der Zinne-beelden cn Voot-bccldcn.
Vocijbe / bail booi bem : nbsp;nbsp;nbsp;fïcue ban be eerfle liefbe moet aan ben l^eecc
teceben op-(jeb?agen. l^an «0ob moeten top ben eetflcn «tBtortj-fïag begüv ncn te leggen ban bet ©p-boutoen ban otyJ ïiiMpsf/ toelöen 25outo baar aan-bang neeinb ban be eerfte Zoon. a Frincipium, van fupittr moemennbsp;beginnen 3epbcn be ï|epbencn / en bpfonbec munt tipt bc «énlbe ^ptenlienbsp;Ifbcratis :nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;xat* t'o 7eA(i5^ jrdulm rSy n^ay^cHuy amp;S vsts/ rsy
ö'êfli'. Het begin en eynde van alle uwe Daden maak dat het God iy.
a©at iö ben Eanb-ïgeec of ^?irtce aangenamer / ban bat jijn ^up’ber ofte bebajf Ijem in een Eampet bec-eere met bc albcc-ecc(le ©?ugt ban 5itnnbsp;liaaagben 25oomtie0 / en niento geplante frnpt. ZiiJlsss boebmen ban wetnbsp;alleen onbet be Ceremoniale 3®et na ben Hfetter / maar na be a©ct becnbsp;3liefbe lt;0ob0 cn ïSeberentie ontrent be (©oblifte jBajeftept / bic gaf genoegnbsp;te fiennen aan Cain en i^abel / bat alsf 3P toat aan ben ï^eete 30ubc op-btagen / 3P bat 3o«bcn boen ban öare eerde ©mgten / ofte Cerd-gcboteitnbsp;onbec Oet ©ee cienef. 4. Cap. ^§alomo fpteefet tot geen anber oogmerö
©20b. 3 : 9, Ver-eerd den Heere van u Goed, en van de Eerllelingen aller uwer Inkomllen, 200 ïullen uwe Schuyren met overvloed vervuldnbsp;worden 1 ende uwe Perfch-Kuypen van Moft overloopen. ^00 mcWge
alss’ec ooft onbet be iBenfdien in ïiaac feugbige en Woepenbe garen 3tg lt;0p-offeren aan ben jjfeolog en be feriegele begeerlifilieben bec gonftljepb op-bolgen; onbec bebing batfe baar na in baren Cuberbom lt;0obe een aan?nbsp;cciiaam ©ffec sullen sön; bic sullen met Date manbe en (areupele / ennbsp;Win^ gaben ban ben 26ltaac becteo?pen too?bcn. ^00? ban bie getroutoenbsp;Op-toelibinge Ccclef. 12 t i. Ende gedenk (6 Jongeling) aan uwennbsp;Schepper. in de Dagen uwes Jeugds eer de quade Dagen komen, en dcnbsp;Jarea van welke gy zuid zeggen Ik hebbe geen lull aan de zelve.
Dgt ?oubc nu toel alljier op Set (Cappt moemi bomen ; maar oiii ttoec cebenen sullen top bit brengen onbec ben (Citel Feeflen, Jaar-hkfe Hoog-Fcciieu. ©002 eetft/ om bat ban be eeefie ©moten moetnbsp;geöanbdb too?bèn / ofte in Bet generaal gemeen / ofte in Bet byfonder.nbsp;^p?ecftt OP baar in Btt generaal ban / 300 sijn baar ontrent meeft bc selbenbsp;toaamemmgen/ bte ton in be iCitcl ban Ccrfl-gebojencn 300 terjtont aan^nbsp;gemeebt Beoben. gttóen gp bait bc selbc fpteebt in Bet bpfonbec/ 30anbsp;suilcnfe als een aanamp;ang oan be ^oog-feefien op be (Citei Feeii moetennbsp;jberBanbeib too?ben,
Egyptenï
-ocr page 278-HIEROGLYPHICA, ofto
Egypten.
D^Itïanïi t?S faiwitó bplISofc^ cntK in bc gantfcïje^Mtgê^fDJifirti/ ja oofe bp be lepbenen seif^s. gigt;e ©abet ban bit ©oJb en .Jïaant-gebcc aan befe Hanb-(ttete totecb ooit Miraraim genaamb. lt;6en. lo.nbsp;becö 6. toecb af-ftomfte en lt;0e(ïaat öefcïjacbcn upt ctiam, obccnbsp;baelfte ben ©locÈ toajs gegaan en uptgefpjoften ban Noag lt;0cnef. 9. cap.nbsp;©an tnelften ©loeft bc Egiptenaren be 5eec bittece ©jitgtcn/ jclfjs innbsp;baat j^a-ftomelingen gepjoeft öeOöen / en tot befen liupbigen q^ag toenbsp;onbeebinben.
3©p 3iin genoobfaaftt ontrent Egypten een toepnig ojbentelift te fiaobelen / en ’t geen aanmecftliftfl: isi in be JLettet tot toepaffinge (baar een ^inne-fteelb ban geootet 5aftcn iet/) toaar te nemen, gft sal ban ftomlift befenbsp;bingen na be Eetter boo?-(lellen / bie in €gppten sijn toaar te nemen.nbsp;3!©aat be Eeser 3P btbagt / bat gift in pber Eit boo? Eit/ be Eetter/ etinbsp;toepaflinge f 3amert 5al boegen/ op bat be Eetter mp geenHidorySchryvernbsp;mafte, ’tgs mn genoeg aan te metften in een ïiegtflec be Éooft-lebennbsp;feccteiift üp ben anbecen toaac upt ban be toepaflinge ïganben en ©oetennbsp;3al Ijcbben.
Ecrft ftare af-komfte en ©oo^©aberctt.
(Cen tweden öare natuurlike geicgentheyd ofte Situatie na be Eailb-meterpe / ftare Grootc Riviere ben Niji ; cnbe be tougtftaarftenb ofte ontougtbaarftepb bie upt bc ©loeb ofte af-gang ban ijacc 3©ateccn ontftaat;nbsp;mitogaberis be gematigtheyd of ongematigtheyd ban bCjS 5Clf!!S Eugt ; etinbsp;ber 3elbec ooefaften.
(Cen derden bc 300?te bail Monarchale jSegecrirtge / bic ftier plaatfe fteeft.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;-
®en vierden ftacc ccutoigc fcftonb-bleft begaan boo? be verdrukkinge ban het Volk Gods Ifracl.
(Cen vyfden ftare Plagen om die oorfake.
(Cen zefden ftaat ^ab ban uptftooten en boojt-b:®ben ban gfraêl upt fljgpptcn.
(Cen zev'ende ftaac bccbolgingc bangfraël/ na batfe al becttoftften toareit «Pt bc Eanb-palcn ban €gppten / enbe Baar (tfpiftlifteo onbergang in benbsp;^tftelf-Zee.
3©P 3iilien ftier eerft toeberom bie metamp;Jbe bolgen / toelfte ton onba' ben €iteI€bom getoiipftt ftebben. 5^at topeerflbetoöfen/ batbcj|eplige^?iftnbsp;Egypten gelnupftt iEnigmatkc, afei ccn ^innc-Beelb en ©oo?-beelb ban wnnbsp;biecgelijft ïftjfte / toelfte in bc (Cijb beet s^ieutoen (€e(ïament^ 30ube op-(laan / en bat befe ttoee ©pper-magten be alber-netite obec-een-fiemminge
fteböeti
-ocr page 279-Schat-kamer der Zinne-beeldcn en Voor-bceldcn, nbsp;nbsp;nbsp;2,5quot; 7
BdJöm met malftanticc; bat laatfte ïtt julfón toi»/ bolgertss pber 3tit ton onö na be Eettcc in löjb^e gcdelb/ laatil iiptboeccn.
^at lt;0ob5È lt;©eefl Egypten öoub alö een gclijft ©ooj-bedb ban f)ct ïSijfts bes ?{nticö?i(lS/ jeobf^ met eben 300 beek toooabcn ?{bocaf. n : 8, Undc
hare Doode Lichamen (5Uiïen leggen) op de Straate der groote Stad, dicGEESTELIK genaamd WORD, SoDOMENDeEgyT’-T E N i daar ook onfe Heere gekruyft is : ^aitlCÜft binnen ben «Cirbeï
ton tjet öoomfcfie gebieb / en boo? sRocimrcfie ^olbaten; toant Dï* 500 t»£i in ’t Stoomfcöe iSijö geftruptigb is / alS of 0p te Komen 3eifs toasnbsp;getcuptigb. ^oc sullen top bc toootben/ welke Geestlik genaamd WERD Egypten ber(iaan { iKepnb jiemanb bat ^loanncsnbsp;be eecfle 5üuteui* is ban befe ^aam-gebinge; bjaiit als men een safte toilnbsp;nabec bctifccecen boo? een omfclbijbit^e (Pcriphraiis) 500 sal men geen soba^nbsp;ttige gebnipben/ bte te boten onlkftcnb toaS/ maar bte beltenb iS : «6elijamp;nbsp;ais men segb den Roomfehen Orateur, Ofte Mceiler der Roomlche wel-fprekendheyd, en men berfïaat Cicero: lt;©fte als men segb ben Apofteinbsp;der Heydencn, cnbe men becfiaat Paulus, 300 (bteebtmen ban ©erfonen/nbsp;bte in befe namen en uptnementljcben te boten bebenb sgn getoeeft» SlinbecSnbsp;toat ligt soube gioanncs boo? befe omfebtijbinge geben ; inbien ijp baarnbsp;ban be ecrjlc ^tempel öab gemaaftt: €n men mogt ban eens ban bup^nbsp;fenben vaaben toat ftp baar boo? bedtonb. ipefe bitsen süp 50o fttoac/nbsp;batfe ftaac sdben betoitfetn ^p word segb ftp 300 genaamd •, niet mennbsp;5onbe/ of men 3al bic 300 noemen: lt;©aac-cn-Üoben / toat iS bit Geest-11 K noemett { ^an bolgcns be boetfiappcn ton ben i^epligen lt;i5eefl: bernbsp;©tofetien pets met 500 een i^ame noemen i ^et is aanmeeftlift/ bat toaiL
neer Joannes in den Geeft werd gevoerd in dc Wocüijnc , om tc siert het groot Oordeel van de Hoerc , bat irt be liefcft?j)bingc ban ’t selbcnbsp;boo2oaans gebjiipfet tootbeti be saaften en fijjeefe-toftfen / bie Dp be i^epiigenbsp;®?opftctcn al bo?ens 3ün gctoupftt; gelftb ftp ooft boeb boo? befe gantfetonbsp;«©pentortnge. l§p toftn? ons ban na be i^eplige p?opftctcn / bic onSnbsp;SObanig een gcutoeliften ^taat / te bo?cn onber ben ^ame ban Egyptennbsp;boen boot-ftomen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^
(a) €en pebee sal mp moeten toe-geben / bat boo? btt gantfefte Ca^ pittd ftet eenboubigc ^iibi’ect en onbertoerp iS een en ftet selbe Egyptus .•nbsp;500 bat ban ftet eccfic bers af ftet selbe Egyptus befeftteben too?b / toelftcnbsp;bers 18. tot aan ftet epnbc toerb üefcft?eben. g^tt en fteeft noopb pemanbnbsp;getotaaftf. .... (b) iKen sal mp ooft moeten toe-geben / bat sobantgcnbsp;aannierftlifte/ omftanbigc groote haften/ als fticr ban bit Cgppten tocrbeitnbsp;octnpgb / ift geen ftoeft sün oefeftieb / maar bc gantfefte Sscrdb tot rennbsp;-®tftoato-€oned ftdiDen. €11 betoftl ooft bit Captttel / eii befe ©?opftetienbsp;ton (öobs JDolft 300 tod in be ïijeplige 25odi-ftifte toerb ftctoaacb / en totnbsp;een gemeen gebtupft is gefeftiftt / alS cenig anber ?3?opftctifc0 gesigte / batnbsp;ftet ban oc^t be ^igt toas ton lt;0obs ©olft op befe bingen agt te geben/
^ ft nbsp;nbsp;nbsp;bie
-ocr page 280-HIEROGLYPHIC A, ofto
iiic u onöafofamp;cn ; fti bctoijlc östic in 5ijn jca* feiei'tow iSriofmi/ itpft-iKiifen itvi öe upiftomflé entte beituffinge ban be ?cibc. .ïBaac (to:l nan ban) laat nin eensi cenia ‘^obe / fclj-jon [)p al be ©ubljepb cube oUeilcbeinbsp;rimjen 3ijnei- ©oo?-©abci‘en tot cetupgc loept; baeifte nogtanö in safecnnbsp;ban i^epten en gefclitebenifTen sect bee! gelb ; aanbJiifcrt bat befe bingen innbsp;’1 ietteclift €gppten 3ijn becbulb. lt;0fte laat pcnianb upt alle be lt;02icfifenbsp;?Êuteucén bie booj of na be SSabplonifclje ©betbociinge gefclpebcn mogennbsp;bebben/ ofte ecnige ban laatec «eeutnen/ bie beiv^taat cnbe mitmoetingennbsp;ban €apptctt biipbelib bcfrtpijben/ en eenen ilip aautoijfcn ban btetgcUjftenbsp;btttgen toelltc Oiec €|inaö aangaanbe bit €gpptcn boo2-3egb : 5amp;p c)cemsnbsp;pci befe ï|0!gt;ft-5alsen bersl i8. Ten dien Dage zullcn'der vijf Steden innbsp;Egypeen zijn, fprekendc deTaleCanaans ; en zweerende den Hcerc dernbsp;Heyrfcharen. ï^et ecriie ’t geert Ijicc bjecb nebcL-geftelb / bc pjofeffienbsp;en (Defeninge ban ben bjaeen en 5«pbercn lt;iEtobb-bien(ï. ©it ib een 5aaönbsp;bupten bifi^pt. twede ’t geen ftiee toerb nebee-gejielb iö / bat bietnbsp;bijf i^tebcrt toeeben genoemb / bie ban bat ïigt bec Eaitg-mafienbe 3Baac?nbsp;liepb bob^nangelipmö 50tibert toeeben befcDenen; daar 7.uiien vijf Steden innbsp;Egvpten zijn : 3?it itioet Ofte boo? Clbiltn.ö / ofte eben na 5öne bomdenbsp;gefenieb 5tjn / ofte tegen bc laatde ^agen bectoagt tooiben. ^oo boo?nbsp;Clpidi bomde; lt;9f ban in be tulfcljcn-fclpebe ban «Èfaiaiï / tot op bènbsp;©abplonifcfie oebanoeniffe. JiBaac tn boe cen gegten j^taat 3ig «ïcgpptennbsp;boe gebonben beeft in politie/ ales oDbefljceeb ban be ©alinlonietS; en tennbsp;aanfien ban ben lt;0obb-biend / 3p 3ijnbe en Wijbenbe be albec-grntoelibdcnbsp;2iifgobcn bienaacss; leeren ones be i^eplige ^^clpiften en (0obiibe ©idojien.nbsp;Eoubc 500 ecu Confitoable bci-anbednge gefebieb 5i)n tnffcDen be 23abP^nbsp;lonifclje toebcebeeringe enbe Clbidnö i let tss alfoo onmogelib. 3Baiitnbsp;onbee be biec ^necelTeutó ban be Grootc Alexander, bie 5ig bet ïïijb innbsp;bieren (iabbert berbcelb/ 500 toas «tcgpptcn toegeballeiiPtoiomasusPhiiopatornbsp;bie be Robert ban teegen Daac (6ob0 btend 3fc»: SidiS berbolgb beeft:nbsp;3©aac ban men bet berbe ©oeb ber Machabecn ftan na-fe3cn ; 300 bat innbsp;bie tijb €gppten niet alleen bleef 3ittcn in be alba-bupdecde fcbabiitoen beesnbsp;^oobjS onbcc ben -Jfifgobifcben lt;©npbcl-bicnd / maar 00b een iipttoepdetnbsp;ban be eenige toarc ^joobfebe «^t^-biend* 5^aar guam bjcl eai bjcpnignbsp;gibbering ban Sïigt naberbanb / onber Ptoiomaeus Phiiadciphus, poo? 300nbsp;berre alb bt* cen Boek-zugtig meet ban geleerb iPan 3nnbe / bet ^oobfrljcnbsp;^anbebcin bct5oot / batfe bein eenige tobfe USannen bJiiben 5enben bie benbsp;leb^cenfcbc 25pbel in be lt;02iebfe (€ate mogten gettonbJelib obct-3etten;nbsp;’t geen 00b boo? baar 71 ib gelubbig boltoagt; maar bit toab maar / totnbsp;ten Ciccaat ban 5ijn p?agtige Bibliotheek ^ feboon bit toetb in geen boebnbsp;en Weef boo? be (©oblibe boo?3iem0bepW ^mmet bjie ban toonen batnbsp;^ggpptcn in bie tijb eenige be minde beranberinge ban ïïeligie beeft onber#nbsp;bonbett ^oube bet ban niet miflTcbien toel gefebieb 5ijn/ tcntijbenCbdUiinbsp;l^een / toaiit We toass niet ge5onbett / ban om te bergaberen be beèlo?ert
^ebapen
-ocr page 281-Schat-kamer der Zinne-beclden en Voor-bceldcn. ¦
^cfiapcn ban ’ti^upss üfcaeïiS. 5t!ti,i!itg een sscftccrinoe peftfiieb/ ttooj ben '©ienfi bec Apoiieicn , boo’ todfte juibe bijf ^teben 30nb£n innbsp;lt;2gppten 5|jn Jocifeccb gebJOjbm •} intlpooab/ Jjet iamp; ban mecfiiift/ dat innbsp;aile de Apoftolifchc Reyfen zeer zcldfaam van Egypten, ofte van eenigenbsp;Stad in die Land-ftrekc werd gefproken. bc 2ECt. 3ïpo(lel Ctip. 2.nbsp;toceben ooft Egiptenaren gêrtoemb/ bie ontcent bit giw jiBicoljel f samen-gehioepb bjacen Egyptus , en de deelen Libix, bJdb Öp Cyrenen Icgd:-©lipten ttoiifel toacen befe Joden-genooten ; be ®evt onbecfcijcpb be toe-l)002bei*Ö in Joden en Joden-genooten. lt;gn Dupteit tbJiJfel fjebbcri bte lUP^nbsp;ben ooit al in Egypten becfp?epb ’tgeene 5p geljWJb en gefien Dcbbcn. ©annbsp;Aiexandricn be looft-^tab ban iJïgppten lejen top ^ct. 6 ... 9. lt;©03nbsp;in be 5e!be toaö begioobfcOe^pnagogejlQeefteiTcbe/ cnbe (tooftte bieimootbnbsp;tegen Stephanus. 2©e gicibe Apollos magcig in de Schriften, toa0 Cennbsp;Alexandtiner stct. 18. TO fip gttant op be teufi ban öet lt;euartgeltuin /nbsp;’tgeen albaat onbecb?ufit totecb/ totEphefen, cube totefb al baaebiipbeUftecnbsp;onbectoefen : Pauius toiecb in een Aicxandrincr ^ctiip geboerb nakomen/nbsp;om booj benöepfei: teCompaceten : ji©aac Bet braès een iéepbenfcB ©oot«-lüïillt / en l|epbenfc[)e ^olbaten bie Bet gejag obei: Bet ^cBip en be gebamnbsp;genen boerben. 3tl0 8P toebecom ban Mücten na JSomcn af-fcBeepte in eennbsp;^cJjip ban Aiexandrien (3t£t. 28 : ii.) boetbe Bet jclbe Ijet l^epbenfcBenbsp;fCcBen ban Caftor enbe Pollux. j©at Bebb gi» bootte ban eenige’ ^^tab innbsp;Cgnpten jonbeclingö in be Iganbelingen ^ ©nfe banieittobe en bateteebenbsp;Slanb-metecsi en ïSaa«-bcfcB:übec.ö bjeepen bupten be SCpoftoltfclje ilanbe^nbsp;lingen en tUcpfen Bet gantfcB Egypten, uptgesonbeeb bat ftlenn (inlieihennbsp;3[anb / bat tegen be jl9tbbel-(anbfcBe gee icgb / biaac onbec jn niet eennbsp;^tab en begrijpen / lie in be Handelingen getoaagb too:b ban Aiexandrien.nbsp;3©te 5al onsi ban befe bijf ^teben in Cgpptdi op-tellen i TOc-en-boben;nbsp;Jjet iamp; bcel meer te 3cggm daar zuilen vijf Steden zijn iii Egypten, die denbsp;Tale Canaans fprckcii, bail tc 3eggen ót bijf j^tebett 5al peto gefp?oBennbsp;bgt;D2den ban ben isamc ctniflt; miffcBicn in een i^unégefin ofte j^pnagoge.nbsp;lt;©it laatftc Ban men toet 5cggeit ban eenige toepnige/ ja ban een eenigenbsp;apamtlte in een jStab : Jiisaac toat sonbcclingp Beeft ban «egppten boojnbsp;een ©ooj-regt boben 300 Becl anbere ^^teben/ bat jupft Bier lt;Sgpptengillu(iecnbsp;i^ecclift gemaaftt too?b boot 5ulfte bijf ^§tebcn i ©f mepnen top bat innbsp;anbere jSteben boben bte bijf in Egypten niet Bier en baar 30banige ^^pna^nbsp;gogen / en (irö#en 20p-een-bom(ien 3tjn getoeejr / aliS alleen in befe bgf.nbsp;€nbe alfmen be 3aaB tod aanmeeftt; Steden toojben Biet rttet genomennbsp;bOO? ^PJi-ge3tnnen/ maar boo? ^taamt Landen Coninkrijken en Magten,nbsp;bie een ^oBtiiic Jlegcertnge Bebben t toelftc 500 lange alsf bie töobiS ÉerBe 'nbsp;niet en toieben / maar bcrbolgen / Ban men niet 3e0Sen btWe böf Stedennbsp;zijn die dc Taaie Canaans fpreken. ^oattncS fCB?ijft niet aan be 3ebcnnbsp;^teben / maar seben .©emepnten tn Hfiën ^pocal. €ap. i. ©n of negnbsp;pemanb tegenrfp^eBen toilbe / bso methe aan be bolgenbe derde lofitu.
Mti z nbsp;nbsp;nbsp;iliec
-ocr page 282-aép nbsp;nbsp;nbsp;H I E R O G L Y P H I C A, ofto
ÏJiCC to.tö be eciie biïll be bijf ,;§tcbcn 0CUlt;1tlltlb lt;«» stad der verfloortngé
D-inn 17 Giiir hachcrcs. ï^ct gccii tinmcc bunbi^ïh flantDijfb / bat btcc lian ^obatüge ^tebcn toerb gefpeoheit/ bie bODe èoelogen cnBcctoocfiingcn/nbsp;tocoeiijS Dare %ijfo?itiitept niet anbeccu in ^oPPten fionbcn toccben ber^nbsp;(looeb / enbe bat onbcc bie bijf dêteben in «ggnptcn een 50banige jijn 30ube.
bib u / toaat en bjanneec is pets biccgelijtts gefcljicb in ’t Eettcrlift «ÊCB’Ptcn; alle fcljijn ban toepaiTinge ontbjeeltt öicc ben Hptleggccs.
vierde Politie iS befe $S 19. Ten dien Dage tal den Heere een Altaar hebben in ’t midden van £gyptcn-Land , en een op-geregt Teken aannbsp;hare Land pale voor den Heere. 55it blCCb tcgcn-geftclb tcgcn be 28fgO^
bifefje ^ïltaacen ban be «iègptenacen en alle ©epbenen/ als oob booj al tegen be birifclie en gcubjdibe ^iltaaren bes fUntitDiiifts/ op toellie be itóis-papainbsp;bate löffcanben plegen op te ©ffeen. ï©aac is nu bog 5ulbS oopb in ’tnbsp;letteclib ac®»pten becbulb i ^oe biet bp/ bat gp bccblaren moet boat op-geregt Teken boo2 beii ï^eete oopb in ©gieten is gefielb gebjeeft ^nbsp;vijfde (lellinge is/ toat bciHaat gp baat boo?/en toamieec is bit oopb innbsp;Egypten becbulb gcbgt;o?bcn / bat oÉiob ben ©gpptenacen/ na bat l)p baatnbsp;?.waar geflagen had , heeft genefeii, met baat ecnHeylatid en Mecfter toenbsp;te tenden diefc, verlolf heeft ? «gU lUie bie bog mag 3Ött. l^CCft bail benbsp;^eplige cgclpift beS ©uben (Cefiaments met bc ltfto?ie bet Sfipoftelcn/ ennbsp;alle bare JSiicben; fiebben ban alle Jitecftliftc ï?ifio?p-f£0iübecs ; Eufebius,nbsp;Nicephorus, Socrates, Zozomenus, eit anbm'rt t’3amen gcflemb/ omallcnbsp;bie buigen 300 biep booj ons te becbecgen * Haat ift moet fitcc een pa-ftnbsp;ftellen / en niet a'ns aautalten be bolgcnbe 9ïcgumettten en #ofitiben bannbsp;bit Cappittcl/ om bie Hannen niet ai te beel te obcelaften. Haat bietnbsp;gaan af tot be toate toepaffinge ban befe bingen / tot Det cegte onbec*nbsp;toeep.
Egypten tupmet genomen is Det gantfcDe iSoomfcDe gebieb/ ’t toelft 5ig eecfl bebonb onbec ben btoang ban Igepbenlofe ©ppec-Doofben of iicpfecs 3nbsp;toe Det nog 3at in be biWie g^iipfiicniffe ban ben 3CfgobifcDen en lt;©upbel-bietifl; als boojnameliD / boe Det 5®ee(l ban bie getoelbige lüegeecinge eerftnbsp;upt bie ^ee ban ’t igepbenbom / en baar na upt be 3ïacbc / bat is af-oe3onbccb ban Det ï|epbenbom op-guam/ ofte boe be «JTDiiftencn be ©ppcc-^cecfcDapppe Dabben bccDccgen / enbe be gantfcDe Daat ban be ï^cefie boo?nbsp;be ï^eecfcDappp-boecenbc SBifcDoppen cm ©eeflliDe gefialte Dab aangebaan.nbsp;i©aatom Dan ooft met toaacDepb Joannes ^ïpocal. n. «jTapittei 5eggen batnbsp;giefus binnen bie ^tab Egyptus gcDcupft iS ; IJet is bog be 5elbe bieebenbsp;©ppcc-Doofbigljepb bp g^aniel Cap. 2. beftfticben f onbec Doèantge om^nbsp;toenteiingen ban HeceibfcDe of ^ecfiüftc becanbecingc men bie ooD aan-meefte. Cn toaacom 50uben be pjopljeten Roma minbec Egyptus bannbsp;Babei ert batt Sodoina mogen noemen. Igicc upt en lainb gp ooD niet upt-(ïupten be ^DattfcDe ïnerlfcu bic met be iioomfcDen toegens Det ©ppcc-gcjag .tigifteben. 5^efe toacen bleugelen bau eenen sclwn icenb. Con-
flaiuya
-ocr page 283-ftantyn gaïtfe bcubcn bcfccntgb / maar bc ï^ocmfcBe Oet ©?){)rc-S£5a3 foe^^ öcftami: gp 30» öan t’ssnir» €öpptcnaarss/ maat 3»» bcrbedft tegen bennbsp;anbatn / ben jKan tegen 5»»‘» 23?ocber. ïaat ban eensf maat 6o?teli{jnbsp;on.ö een btaab gegeben tooibcn ban btt 19. lt;Cap. €fatast.
Va) ©etöi. Oebb gn be deitruöie van het Hcydendom e» beil lt;0peiV baten 2lfgoben-bmi(l ni be jESoomfclj ^epbenfcDe i,13onarcDie, dc Afgodennbsp;van Egypten lullen beweegd worden van zijn Aangezigte, encic hetnbsp;Hertc der Egyptenaars zal finelten in ’t midden van haar.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;hJünbct /
nabemaal eetft boo? bc pebibarfc bes ï^epltgen tÊuangcIjumsi ben 3tfgob fn bc bootnaamfle t§tebcn en getoeiicn / 3elfiS binnen ïiomen ban 3ijn (ianb-plaat5e tóierb nebet getooepen/ toaat toe niet toepnig öielpen bc jjlatelatncnnbsp;en be (iibfaamftenb be't ï^cpligen ; tot bat etHibelib een 3toare 50gt;onbet|Tag
Conftantiin de Groote Ijaat b002t bJiccp voor de Mollen en Vlcdcr-inuvfcn, «cgb Hieronymus, eiibc bea©crclb 5i3 (Ipebjcl mcefl lupcljelagtig) Cimiio onbetbnetp. ^efe ib be eerfïe ©etiobuö ban bit^eeafeCgnpten/nbsp;in bjcifie bet 3üne dSoben betanbett beeft / met een anbeten lt;0obsi-bien(tnbsp;boe toel bupcödagtig/ en baat toe ban baat aangetigt / cm nabetbanb/nbsp;onber ben bebmantd ban bc 3elbc / alle 2fifgobccpen in te boeten nut eennbsp;leetfcbenbcn (Cljjoon enbe jiaagt ^poc. 13. Capittel.
(b) nbsp;nbsp;nbsp;^e twede jsettobuei / ofte gebal tn befe iiegeectnge / bat alsinbsp;3P nn een nieutoe #o?me liab gefecegen; 3P «ben gcKifi be (IfgtetjS bannbsp;©abel met malbanbeten obcc-boop 3iin gecaabt. 5!b toenfebe bat mp opnbsp;bet tbjebe ibss mag be b?pamp;epb gegeben bjo?ben / cm in plaatfe ban
(bet geen te bennen 5oube geben / bat baat in bet boojgaanbc boo? een reben betblaatb boo?b) obec te 3etten. £»«/« ik zai de Egyptenaren tegennbsp;dc Egyptenaren verwerren, datfc zullen Strijden , een yeder tegen zijnnbsp;Broeder, en een ycgelik tegen zijnen Naaften , Stad tegen Stad, ennbsp;Coniükrijk tegen Coninkrijk, amp;c. ï|i(i0?ten Icetcn 011^ / bat 3OO taiSnbsp;ben bojtgen Siftjoben-bienft toaiS uptgejaagb/ in bit löoomfcbe gebieb gtootenbsp;tbJiflen en becocctcn 5tjn ontdaan/ 500 onbee politibc ®[2inceii; namelilfnbsp;be Zoonen Condantini, alö oob onbec bc Bifchoppen bic gcnoegfaam elftnbsp;in baat ^eben pinten bjacen. ©oö üpfonbet onber bc Eerfi-Bifchoppcn,nbsp;en toel bie ban Conftantinopel , en Romen obct bet J^eftetftbap in bcnbsp;Üetbe.
(c) nbsp;nbsp;nbsp;gn be derde j§taat bectoonb bp btt btoaaiS en bul bdcpb ban benbsp;©ppet-boofben in Hetb tn plitie/ toclbet toeleg toaiS/ om een temebic tenbsp;binben tegen febeutingen / Itcttetpen en ttotfien in beïtetbe; een Beeldnbsp;des Beeftes ccii (0ppec-25i(Tcbop ban ïiomen te dellen/ met «iBioblifeejBagtnbsp;te 3©apencn; ê©cn ©eelben-bicnfl aljs een lEecb-teben bon be 3©atcnbsp;ifóerbc/ nebeno anbete ©p-gelobigbeben in te boeten, ^te ban flemen ennbsp;bc «6clcbtfc jöctften (Iteben om 3«cft/ toic be befie bonbe ©p tegten: ®icnbsp;ban Nicecn Bebeflic^en be 5clbe in een Concilium 2tnno 788. op be albct-aanftootelibde m süfgobtfcDt toöff* eins te 0cof; m ©ifcDoppett
Ü ft 3 nbsp;nbsp;nbsp;ban
-ocr page 284-HI ERO G LY PH 1C A, oftcj
ban Itóttiai tit«re ooft bicnbcn tomtn toat boojtcajfitfi: cn martgcL* in be toijfe ban btcnfi/ enbe 3nebcn be lt;jB3tcf?cn baarc-in af: ^efe -^declbe-ttotfinbsp;rjccft bed 25locb-fl02ten en stoace becboïginoen bcccojfaafu t Zoo is dennbsp;Geeft der Kgyptenarcn uytgeledigd, amp;c. Haar Raad verflondcn.
f d) gn be vierde bcjeginge 4» toccb ones befclj?eben (©ob^'öOJbeel/ bat lt;!5ob 0aac tjeeft laten oberfioinen boo2 be Saraceneu enbc Turken jnbsp;bjeffte ^araccnen iipt tCraöien en ^Hfdften obec-gefctteept bcrfcbejJben ïïöftennbsp;Öcttbcrt opgccegt in öd 3©e|ïcti / en nog niet lang geldicn uin Granada innbsp;.^panjen ^ijn becbjeben ; bedeeDanbe JöacDanfcOe en toocfte natiën ; totnbsp;op Carolus M. o'-ttcent ittno 800. ban 3ilnno 400» af öeOöen gtaliennbsp;boo? Daac inballen en ïtobecpen betbjocfr/ en selfs^ Baac ConinWifien ^etdnbsp;albaae op-gecegt / loo belloot God de Egyptenaren in de Handen vannbsp;harde Heereii. ^cBalben bat liog een rtreng Coning over haar Heerfcbtenbsp;bie Abaddon , eit Apollyon genaaitib bJ0?b in be Époc* 9:11. 3©elftenbsp;^nbloeb bec 25ai'DacifcBe ©olftecenEinne-Beelbig bp eenen gebJdbigennioebnbsp;ban be a©atecen bcc ^ee en bet Kibiecen toecb afijentaaib $(T. 5/ 6 /7.nbsp;Slltoaai* ooft boo? Bet Schelf ende Riet ’t geen verwelken zoude gcfpeelbnbsp;luerb op be ^cftclf-^ee / enbe ben nnl / tuffcBen bJdfte Depbe aaDateceiinbsp;€gppfusi bepaalb toiecb: €11 300 5it be loece ooft aan beelc aSEwtecennbsp;3l!poc. 17. Cap.
(c) 3iDaac npt in bc vierde opuiecftinge niet anberes en ftonbe ontfïaan / ban. (I-) Cen gcoote ïïoutoe bec Biffchoppen, Ecrft-Bifchoppen ennbsp;bmi haar Opper-hooft g.Ö 8, Ende de Viflers zullen treuren , cn allenbsp;die den Angel in de Stroomen werpen zullen Rouwe maken , amp;c.
C 2.) lies ooft een gcoote Confufie en fcBaamte bet geence / bie be Confeien^ tien in Bace sletten tcagten te becbjaecen boo? ^opOiiiccpen / cn balfcBliftnbsp;gcsuanibe 3BecclbiS bJp^Bcpb / ban boelfte Bate ^cBolaftifte f^BftofopBienbsp;bJ’iCinelb $0 9. De werkers in het fijn Vlalch zullen befchaamd worden , amp;c. t©it gefeftiebe boo? be naaftte ©2ebiftirtge ban Bet Cuangeliumnbsp;toaac boo? Baat flcop / enbe bie5cn ban pet feoo?n 5ijn g^cBift / enbc Bdnbsp;Jïunbament bet IBaatBepb iet 25ebe(iigb eten tijben ban be 3©albcnfc/nbsp;ban Wicieph. Joan. Hus, enbe baac na boo? EutBee} alb ooft boo? lt;©ob^nbsp;(©o?bee(en; in Bet bccpbclen ban Bacege5ntecbe.^e(fepnen/ wibee Ccufaben /nbsp;2Cflatcn en albeclep boo?bjenb3cl ban csobbbienftigBepb ; in bjelfte(ti)e?logennbsp;311 bc Eigt-gelobige Coningen Bace 23a(lacb Èoonen BeDben op be ^lagt-banft get)?aot/ met beel Bonbecb-ïtnpfenb jDenfcBen met Baar. ®ebec Con^nbsp;cilium ban Baar gcBoubcn toaö een ||ct ban 3ijn ©lab. ïBaar Boe Betnbsp;eene Concilium Bet anbere ontoettig bccftlaacb cn tegen Oêfp?öftcn Beeft/nbsp;tipfonbec bjcgcns bebpaub ban ïiomen ^HmogentBepb / fian ones upt bic bannbsp;Conftans, Bafei, eii Trenten oberWocbig Blijfien. l^oe pacc iScttcrt ; nanbsp;bc tconbJloofc ,ïilB5o?b/ in bc ©ccfoon ban Joan Hus geplecgb; 5|)n fcBJiftlöB’nbsp;bccfcBcucb boo? bc ssoBemen / bie Baar toel clf-maal obertoonnen Bebben;nbsp;'t geen bie ban-Bafei 300 pecfcfitc/ batfe baar in moftenmtt be CgpptiftBe^
(Cobe?
-ocr page 285-Schat.kamer der Zinnc-beelden en Voor-bcéldcn. x6y
iCobcnaarÖ rctellltCil «ÖOÏI.Ö ©moer Occulnim Dei judicium Vid. Aöa, Conc: Bafii. Cv) 5clfö üooj 500 bciïc Orcft (jBob.si ©O’tcd haarnbsp;bcclil^ltó / öat oe ftaaken bau flaar l^cttcn (tóant bit 51)11 al0 be Fundamenten bec i^etten) boo? maottge ï|anb sijn iiiitöctcolilK» / en aan (liiU
geÖaftt 10. En zy zullen mei hare Fundamenten vcrbryfeld worden;
b:cilaabe5clbe|^etten/ mctf)are®befia{ien biefe baM)ouben. ^ie be©o?' logen ban be ©ktocienfe atoaitiusi tegen ben J^cpiec; en ban Ftedericusnbsp;Saxo mit be gebangeniffe boo? iDancittusf bcrioit na 5igt;n bebogten©tctcicie.
gin be vijfde aaniitedamp;inge bomb on.s' booi be befpottinge ban twederiey, wijlen en Raads-Iuyden onder haar , Cacbiltalen/ Cec(l-!25ifcl)Oppen / iJC.
«Ên bnfonbec be 5noobe ©ebee bcc gefutten; laat bit maar ones tot een trcntacl 31)11; ^^e tot i’renten t’ 5amcn-oc{tomen ; 3nb niet anbccsi bannbsp;aan ftet fpinnen ban fi)n amp;\m/ cnbc bet beepben ban i^ctten i^agt en^Dagnbsp;bj.’cftiaam getoeed : .ïDaat 5ic o«ber boebanig een mooft; onbee eeneitnbsp;tharao; batcn ?, baccii aifgob bn bJien 5P ^toeeten 1 bien looft-bccboigcc ban bc ï^erfie ben Paus, ban toienö boenb bat gantfebe bcitnuc!nbsp;beö Conciln af-bing. iDaar dSob beeft baar in gcbïa5en / en bien iïaabnbsp;beibot: JDant bit beeft bede gfanben en ^teben en ©olhecen bacb 23e^nbsp;bedigb in ’t af-5biecrcn ban baar gecoofbe iDagt en balfcbe feccingen/ ciinbsp;met bet Ewaarb te begten boo? bc bepbepb ban Confrientie en (jBobo-bienit
Ö0 II. Gcwiflielik de Vorften van Zoan zijn dwafen. Zoaii toaei bC
ConinWilte ^ctel/ en onbe jjefibentte ©laatei ban beConingen banCgpgten. (©ecgelp onfc scnnotatien) gelöb ïüomen isi ban Pharao den fms. Dennbsp;Raad der wijlen, en Raad-gevers van Pharao is onvernuftig geworden ; Hoe zoudet gy L. dan zeggen tot Pharao , bat 10 beni‘dl)ben in
bic bcrbiaanbe gebagten / bent fulfisS ingeben / ik ben een Zoone der Wijfen , een Zoone der Oude Coningen. S^iet mebe beeft men in batnbsp;Concilium ben ©au_ö gcflattcecb / en in 3i)n ^tocl enbe 3i)n bertoaanbe on-af-gcb3olienlt;;Succc(fiel)cbe(iigbe/ bjclbe befpottinge bcio?tgaat®IT*i2/ i3/i4.nbsp;Cfdiib bp ooB bcfcbiiift bare magtcloosibcpb en beeesragtigbepb na bie tj)b /nbsp;om in ’t openbare bclb ; neen maac liebee boo? balfcbe liften aan te ranben,nbsp;lt;0elijft in be i^pfifeOe bcctooebc |©oo?b tö geplcegb. cn in be «©oalogennbsp;tnifcben jSpanien enbe bet ©creenigb sSebeclanb.
.waaac ten fefden 3iet gp ’tgeen onsi oogmerb nu fpoebig 3al boo?t-5ettett; onberfrficpb en tegen-fteiönge gemaabt tuffeben EGypTEN,cn bet Landnbsp;VA N JuD A 17* Ea bet Land van Juda zal den Egyptenaren totnbsp;cen fchrik zijn : ©Crftaa bC Cuaiigclifcbe jföeclten boo? Juda; zoo wie hetnbsp;verpletterd» zal zig zelven bevteefd vinden van wegen den fchrik vannbsp;Jehovah.
.(Cen zevenften mccb oatt nog een naber omftanbigbepb bciS (Ciibsi en een
Uiebte opipecblibe saafte ösi I8. Ten dien Dage zullen daar vijf Steden in Egypten zijn (bat t0 Slauben enj§taten) fprekende de TaaieCanaans,nbsp;cn Zweeteude den Heere der Heyrfcharen. dommige becbcelcu bcU
lt;0erefoj=gt;
-ocr page 286-104
(©mfojiwcciieti ^taat in bcfe (Cijb op bie toyfe: '©atfe baxic onbcc
ccfttnien. lt;ÊêC|l:/ Groot Brittanien. ®cn tVOCCbeil iKt Vereenigd Nederland. (€en bccbftl Denemarken ctt Noorwegen. (Cell Ptecbett Zweden. ®eii böfben Duytfland , en baac onbet Bohemen en beefeftepben ï^cuc-©o:)ïeubommen / en ooft ftet «ÈuangcItfcB Zwitferiand. lt;D^e alle öebbeitnbsp;Dct Paiifbom opentlift af gejtoeeen.
liaac julb gp mp tegen-toerpen / öoc fennnen befe bijf $anb-fcBapP£n Ctt Staten/ na Bate ©oiwfte/ en ^ecfiliBe ftBepbingc ban €gppten/ nognbsp;geccftenb toojben te oeBojcn / tot bit 500 (iepbtg €gppten / cnbe ban Betnbsp;3elbe 300 beele üeben te 3ijnl ©p befe boojname Bebenfttnge 3al31b fio?tcltftnbsp;antbJoojben sonber met 3ommtge (jgeleecben op B^t ^ïtgument ban gelijBcnbsp;Situatie te 5im.
I. '©e i^ainen ban 3lanb-fcBappen/ bie Baat ban lt;©ub^ 5ijn gegeben ijunnen Wijbcn / na be becanberingc ban Bate ^taaten. ©abel aan bennbsp;Euphrates blijft ©abel / ett baecö baacom geen ^lemnteien genaanib/ omnbsp;bat SUleeanbec ’t obec-Beecb Beeft. 3Cfl'p?tcn blijft ^tffpnen / fcljoon ’t baitnbsp;ben fCum obec-Beeeb is?; 300 oob bp onö be ^teben Conjiantinopel/nbsp;Aiexandrien, ft. €gppten Boub Biet iiog 3ön oiibcn ^ame. ®en 2. laatnbsp;ono een etempel tot befe epge 5aaft bienenbe npt be Settee ontlenen. 3ffcaclnbsp;tooonbe af-ge5onbecb in Gozen , bat onbec tggppten-lanb beBoo?be; bjelbnbsp;Sanb dEïob ban be ©lagen ban «Srgppten Dcfajöbc. ©e jfóecBc ban ooftnbsp;toet af-gcjonbcibe (laat en (jBobsi-bienfi Bebben om-ringb mibben onbec benbsp;Sanben bic ben jïoomfcBen PBarao onba'bjojpen 3ijn; en ban toojb benbsp;IKPligc ^tab en be Segcc-plaatfc bcc |}epligen om ringb ban ben(©og'enbenbsp;IDagog. j.iDoB Ban tod pemanb©2incc ban©?angien 3ijn/ in ©?anbcijli.nbsp;4. öDoB Ban pemanb in een gcoot Sanb topc ^teben bebingen ofte bcc»nbsp;Bïijgcn ; gelijB be Henfe Steden bic ottbeu ©nptpanb en bes? feepfecssnbsp;©totcctie (taan / enbe nogtanss «t5erefojmeecb 3ön. ©e Coning fclfs?' bannbsp;Denemarken Beeft bie tocl ge30gt/ als? Bp bOOJ deLigiften toiCCb bcjtOOBt;nbsp;en als? Bp met be l|ambucgccs? in ttoift en ©o;log (tonb toegens? bc ^tecinbsp;fcBapppe ban dc Eive. ©e c»a*efo?meecben in ©iiptiïanb moeten Córn^nbsp;pacccen boot be jfóepfetliBe Kcgt-banB / op 3ijn Advocatoria. 3CIle befenbsp;Sanben toeeben ban toel ten aanfien ban ’t bootname bat bc ïtoomfcBcnnbsp;befitten onbec Cgppten/ als? in 't mibben ban Ijaac bctcoBBen ; maac egtecnbsp;ten aanfien ban bc c?ob.s?-bicn(l boot Juda onbecfcBepben. ©at is? ban bitnbsp;guba ’t geene te boten toas? in Cgppten ; en nog na bc fcBepbinge om-ciiigb tootb ban Cgpptcn.
(Cen agrten toccb Ijiec nog een aanmecBIiB gebal ncbec-geiielb. Eene
(ban bie bijben) zal genaamd worden een Stad der verftooringe: ’t^Bcene toaceliB is? bccbulb in bie fcljtiBliBe bectoodiingen ban bc Sanben bannbsp;toellte be CSerefotmeecbe (©obo-bienft eeeft Baren aanbana genomen Beeft;nbsp;nameiiB becfcljepben ïiccBcn en «ïBcmeentenö in ©ttptjïanb ; Doben al Betnbsp;COP'nlinjB ban Boiiemen en be Paltz, en bie ban Hungarien en Tranfyl-
vanien
-ocr page 287-Schat-kametr der Zinnc-bcelden en Voor-beclden.
tss itjacclils ant 3toai;c Caftiibinge booj lt;0cb.ö iCcil negenjetr igO' 19, Ten dien Dage zal de Heere een Altaarnbsp;hebben m het midden van Egypten-land , en een op-geregt Teken aannbsp;de Land-pale voor den Heere.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;tÖ/ aHJCUIC fal UtCU opctltiUi CU tep#
maebnift niinccrcti he Sïfgohtfrtie 2ïitiiai-cn hec ^aapfeOe jDifie / cnhc tot Cfpiftiin* ben centgen cn toacen 2fi(tain: toegaan / enho haaf ban tot een lietnbsp;©cpltge ^aamiaal bolgcntf CftJifrt iatlelltngc opentiift aancigteti: i©aacnbsp;3al Cli.’iftuo 3ijn Dolft een (Cafel aan-tigten tn tcgcntooojhigljeph ban öaeenbsp;©panhen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. . ,
t€?n tienden, bjanneec 5P ban hen©panh tdfeeniS op nteutoöcfloofttjijnhe met gctnelh ban JDapaiennbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Zy zouden tot den Heere roepen van
wegen de verdrukkers gt; en hy zoude haar een Heyland ende Meefter zenden , diefe verlolle . . •
^002 iöeplanh en iBccflec beiltaa Coiieflive ©atconen enhe ©oojfian^ heets / bjeihc (0oh jijne ïüceöe 30uhe bectoefthen in fjace uptetile beeiegent^nbsp;ïieph. Ifcehanige men binh üt hen Coning ban gtoehen Guftavus Adolphusnbsp;Ètl 30mntige ©0?(len in Duytfland. Cn in he Noorder Conlngen vannbsp;Zweden CU Denemarken ; jacobus den Coning van Brittannien , en hCnbsp;Princen van Orangien. hcfe ftulpe.hc^ 5C(magtigen 3ijn tdftcnti/ nanbsp;happece fïagcn he bjetificn toehccom bceöonhen ^ enhe Ói-’bben baat in selfssnbsp;he ©panöen ban he ïöaacöeph lt;0oh,ö ï|anb ecftenb ; geiijft alg in henbsp;CeubJtge ©jeöe tuiTcfjen ,§paiiKit en ^eherianh getroffen / baarOIöltciöft iff:nbsp;tn hie tijh ftebben 3eifö he ijomanifien / niet ininhec ban öet ^tpeeph-bolitnbsp;telt Cijhe Jone tbaniicer he ^tojm toasS bchaaeh/ den Heere gediend metnbsp;Slagt-offer en Spys-offer, ende een gelofte der» Heere belooft en betaald-©leuahcit ©neren gefiooht/ ï)et Tc Dcum Laudamus gc30rtgen/ enhe Daarnbsp;bcloofhe ©:che geOouhen $0 21. 5Ci feftoon f)icv mehe he Caftijhingennbsp;«0ohei ctt he ©ijtoicn 3tjtiet gramfeOap noij niet uptgelehigh toaren/ ’t geennbsp;ïjet boigenhc 22. $0 aantoijfh ; cn toaar ban top hc h^oebige onherbinsnbsp;hinge nog getoaat tooehen.
€en elfden. Zie nog een anhccc omfiaiihigljeph hcjs tphsi/ We jupft niet Benepen moet tot he aihcriaatfle ©criohnb ban he gemelhe 5a{icti / maarnbsp;rumtec uptgefircamp;t/ alö W nien 3ephe/ tectoi)! he 5aften alhujS in Cgpptennbsp;5lÖïen (laan/ zoo zalder een gebaande weg zijn van Egypten in AlTyrien,nbsp;dat de Affyriers in Egypten gt; ende de Egyptenaars in Affytien zulfètinbsp;komen. a©e!{t hit Aflur 3» fjebben top getoonh en lictoefen op 3ön epgennbsp;(CtteL j^amelift he ^CfiatifcBc ©oiltecen / hie nebensi anhere ïanhen ooftnbsp;Aflyrien ojther ftate ï^cccfrttapppe öeöben gebjagt/ de Otthomannen cn j^acnbsp;onha'ftooztge ©oifteren. ^efe £tb»»»‘ie mg jg ftiec niet 300 fcer een toegnbsp;ban Coramereie / maar een toeg tot hen Cotlog hoo? magtige igepjlcgecesnbsp;Bcccph / hie fjaac Hcgcr-piaatfen af-fleften / en in ftare hoo?-togt aileg toatnbsp;in he b»g ijs af-ftappen enheiiegten; Wt toonh öet toigenhe tooojhDienen»
%l nbsp;nbsp;nbsp;bat
-ocr page 288-öat t!Sïtojö0-fïabeti crt gcbangen 5011/ ofte ten minflcn een oefröenB fcengen, 5500J 500 een toeg 3ijn bc €ö?iftenen in Oet ï^cplige 3lanb ?ïnho 1095. ft.nbsp;getcoftlien/ Ijcböcn een Cening tot ^jetufalem geflelb; obccgcfcljccpt obee benbsp;HaiblanbfcOc ^ee eenige boojnatne ^teben en (lecftten in €gpptcn ingcnctónbsp;nien; moac 5ijn toebetoin upt bepbe bic Congueften met groote ^gebedngennbsp;uptgebteben. i^abecöanb öceft ben (Cueb gebccl J^imgacien bemagtigb;nbsp;Weenen ^degetb / bog genoobfaafit ’t jelbe te berlatcn boo? een fcljabitfienbsp;©eftilentie / bie 3gn Eegec becteeebe. ^Ecatgft öeeft ÖP nog in onfe ^gennbsp;oie ]feoofl-a§tab uan ©ofteiirpb JSelegecb en ten uptecilen getnagt; ijs boo?nbsp;ben Coning bmi ©olen bappec geftegen en gcnoobfaaJtt op te beeften/ berla*nbsp;tenbe mn Xegei-plaatfe / befcDantfingen en alie bc stitelecpe. g^e JSepfet*nbsp;^Ijen fiaat ©itto?icn bccbolgenbe öeeft ben (Cuclt toebei-om lt;Jïgt;ngariennbsp;tjanbig gemaafet. lt;t5ob toeet get epnbe ban befen lt;©02(og j en knie bat bennbsp;anbeten 3al bienen. gimmec alss be |9?opl)eet 5t0b bat de Egyptenare»nbsp;Aflur dienen zullen ; 500 toijfb gp aan bat 3ulftsi mtitiee meeft boo?gaanönbsp;gebuucertje beloop beö tijbö en befe boo?-beri)aaibe geballen/ tnaar 30ubrnbsp;3ijn : i|gt;et l^evlibe janb ban PodoUa ’t geen gp be Croon ban polen' ont*nbsp;toelbigb f»!eft boo? get bemagtigen ban beo 5elfst bp na onbJinbace a©c(iingenbsp;CaminiecPodolski gOUb gp ttog tn befittilige. Clelijg oog Cyprus, Candianbsp;en meer anbere getoeflcn. 3PP bcctoonberen ons onbertoplen bat onfenbsp;gdceebe (©bec-3cttets be toOOJben Vehavedour Mitzraim amp; Atlchour , todw
iooo2ben5önöe‘toanbe altiec-lilaacftc€onftcu€rie3Pgebben ober-gefet; ende de
Egyptenaren zullen met de AlTyriers fden Hcere) dienen. 3©ant bOOJ •erjl get iS garb gier get lelïcïu'it E t lt;/lt;» Afiyriers ober te 3etten boo?nbsp;meet bat is met. (Cen attóeren get tooodJ Hecre (iaat niet in bc «©?onb-€ale. ®og grci: upt 5iet»»icn goc beci get 3£lfS in bc ©beifêttingc gelbennbsp;fian bat pematb 3!g eetr 5egece Hypothefis bad fielb j gcljjg befe ban benbsp;Jöegeecinge bet tótteclige Cgpptcnaren tot Cggfium*
;©e elfde aanmeegiide cmflartjtggepb befegajgt ons öepjopf)ectop3SS24*
Ten dien Dage zal Ifraël de derde welen met de Egyptenaren ende de AlTyriers j een Zegen in het midden van het Land.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;toccb gcftCtl
^ be gw» uptb?epbinge ertjc bloepenbe ^taat bet gerfielbe öecge; bp^ ^tber in get Cleeiltige cen Zegen midden in het Land, tC bieten bCCnbsp;Cgpptmaren / naberganb ooft 3^ in get ïanb bec 3l!ggaecS* ^en 51»nbsp;ban befe jijn / bat (bolgens be p?offetic Ezechreis) upt bte levendige
Wateren welke uyt den Dorpel des Tempels , (gl bjelfe (Ccmpcl Juda tn iftaéi, bc 3«Pbcce i^ecbo?mbe tteege/ €g#o bienben) zouden vlietennbsp;be doode Zee ban be balfct^/ btoalenbe en (icljciM:-5icglt; Cgniiencn ; jia ooftnbsp;5cl(iï bc BSagomebanen en ^^epbenen / Icbetóiig 30»bc toceben gcmaaftLnbsp;5fte ZMP?-be«g bec Jïcfoimatte 3al niet laten te toecgen tot bat be gegeelenbsp;IRaflg ban b?ie maten ifêeeis gatitftgelig 3P boo?-5tg*2b, ®an gaac 3alnbsp;Ctóbs Zegen obet bc gantdge ^bc uptgcbtA.’b toojbetn Cttóertoijletinbsp;souben tn C^e^gt)0«t:bm tn bie bertoac^tge em bteben-beei iegt;t-maget»
bai%
-ocr page 289-Schai-kamcr, der Zinne-bccldcn en Voor-bedden.
Ban lie Ittagt öec Egyptenaren DfK nbsp;nbsp;nbsp;CttöC öec Aflyriers , ofte
C^i^terfdje ^ciltierctt/ bot t$ ber iBaDomebonen. ’tlt;0een ï}6t e«ite bot top nog te bertoagten Ijebbtn.
(Cen twaalfden ^ booc Op bolgb ben in gang ban be bolfiepb bet benen en bc effecten ban be faatfte jöiwne iCpocaf. n. J®anneet olie bienbsp;b?ie ©otberen beebedb in ©?b?c ban Politie cnGods-dienft, bie ben anb?ettnbsp;gebnpjig met (öojlog Dabben beftooDt; nn t’ 5am£n ais SÖioebeciS joubennbsp;leben ; en CDbfluni bóf? Daat eenig Igoofb ecDennen i5* Want de
Hecre der Hcyrl'charen talie Zegenen } zeggende j getegend zy mijn Volk de E^ypteaaari ; cn de AJfiritrs het werk mijner Handen, en ifruti
mijn Erf-deel.....©ccbjagt g«« aantiftentiigen / bed mtnbcc npt-
Icgaingen ban mwbec ^iofetien bic op be ^dbe topfe Danbdcn ban bit lt;0ee(HiD «ggpptetf; op bat bit toecD niet tn öd cpnbdoofe uptgeftcebtnbsp;niafl ^iin.
,3©p bomen bait tot be! Analogie en toepaffinge.
giiiien Det Debje5en Dan bJCCben : Dat alle de trekken of linien die in het Aangefigt en de geftalte van het Oude Egïptek. ons af-gefchilderd voor komen in be ï^eplige i^i(lo?ien; ooft bcfgdöDsJ te 5icnnbsp;jijn in Det 0ocimfcD« €gppten i alfoo bat geen €p / Det anbet cp meetnbsp;Dan gel^ jijn / ban Det «Dube Egypten , en be Roomfche Kerke; toienbsp;jal ban nu iangec tbóijfdm Dunnen / ofte ben ï^iepligen Joannes in jiinnbsp;©penüaringe Deóft Roma met Det gcootfte regt genaamb Egyptut ? ghnbsp;beef bjpmocbtg 5CS3C0 / bat bie cegef bp mp 500 bed gdb / bat iD boo?nbsp;mijn jdben ; 3onoee pmtanö toet te ftdien ; npt 500 een Analogie oftenbsp;teitjk-redenheyd; 5aitbec ccitige crpecffe bepalinge ban cenig l^d*Iig lt;§dt?öbetnbsp;bejS ^icittoen ^ettnmentiS; ^m»be Dunnen baft Douöen; bat in be «©fjcaibenbsp;9fb2ai)am0 ban 5ijii Soone gfaaD 10 £dt boozbedb CDJifti gebjccft ; en 500nbsp;boottp nt bed onbete gcbalUu
A. g^e afbotttftê ban bc Egyptenaren toterb in be i^epligc Oeftagt-ccDcninge gctcoDDcn upt Cham ; bolgenjs lt;ï5cnef. 6.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;10. Eude
Chams Zoonen zijn, Cus, endc Mitzraim : nbsp;nbsp;nbsp;500 toaö Mitzraim ban
todDe €gpptcn ben jclben name fjceft ontfangen (om bat bc uanben na be eeefte bebjoonbccst cn ftigtecö Daar name ontfingen) een Babcc bannbsp;Nimrod : ?00 bat beft Nimrod tooS bC Zconö SOtttK bon Cain. 3[BdDenbsp;m be pognigcn ban beftn Nimrod sjn getoceft ; te toeten een getodbigenbsp;jKonacdjic op te cigten ; todDecö igooft-,j^ab best gebidib 25aDef Deböennbsp;top in ben €itel Babci omftanbtg bcctoonb. Cip teDi^ niaac Diet mebenbsp;te becgdijDcn be poogingtb ban be öoomfcDe 23ifcDoPpen (toatdiD DedJ0?ennbsp;( Nimrods) om ?ig een iSieuto Babci op te regten ; beenter^ npt eennbsp;JsecDWk' cnbe toerdbftDe ,*liionacd[)te. jBat gdb fm ban / bat 5P 3i0nbsp;Dunnen roemen unt Japhet gefpjoten te^ipi/ toanncec alDiec in bit gebaJnbsp;be (ipefli^t-fdknwgc atet op Ö«t Morale cube jebijft/ en niet op ,fiet natup?«
S I 2 nbsp;nbsp;nbsp;lil»;
-ocr page 290-a68
HIEROGLYPHIC
ofto
üfte: M nbsp;nbsp;nbsp;ïaimicrt jdfss te gioten laectcn oetiaamt Inwoondei
yan Sodoma, en een Volk van Gomorra ^ïfat. r. Cap. nbsp;nbsp;nbsp;ÖcnebcitiS
ti^ tit aannwrfilife ; tat te Cgpptenaitn altoois 5ecr fiartnetfag gc(iretc« ftebtcn met antere i^atteti (tpfontec te Scytiers, tan toeift ttfpuPt Juftinusnbsp;5eec b?eet öantelt}nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;vudheyd: «gn tnclt tog antccö pet ®5ooft-
riut tan Oet gefrljil tuffcBtn on.s en te üwinfcDen ; coö tufltften Ijaac/ en te Cf?icfife Ijecten^
B. gn te gelegendöent en ^tmatte tan tat $ant / bolgensi te Geometrie , nemen top toaat/ tat ijet/ ten ewnfien ban ’t ¦giootftte Sant jccc lang ente fccet to nptgcfïcclit; alfoo tat / taac te gantfcfjc lengte tan öetnbsp;Söotfcte Sant; taat bet nptgcftccltt to tan öet ^ooJten na Ijet hupten;nbsp;laat Ijet jpn ban 't getetgte Zeir, tot ten Libanon ,op nog geen t’ jefttgnbsp;iBijlen aart loopt; en in te tocette / m jomnnge paatfen / op niet palfnbsp;300 teel; (in toclfte enge fpatte 5to tie ttoaalf 'Stammen / ato 500 teelnbsp;Ptobinnen betten bntbcuten.) g^aac tó bet tat Cgppten meet tan ttoeenbsp;Ijontctt .ipjiest lengte Ijceft; ente biet en taac bontect In te bjeette.nbsp;©aaien tan toeibe toeette maften te itoote ‘Zee ten ©ofiai / 'en ten jgplnbsp;ten 3Bc(ien 3®. tnITcben toelfte btt mittcn in legt. ^n bet 3elte beeftnbsp;5iftaei getooont ato t?emteling biet bontett hiaten. lt;©c öetfte lt;0Dt0 tbnbsp;niet mintet ttcmtclinc getoeeft cn geboeb (maat met tcanen 25?oot in titnbsp;sÊGPPten) toerttoaalf bonbect en 3e(ïig hiaten Sïpocal. n. Capittel. Celtnbsp;Hooft-ftuk van des Werelds wonderen to tie altec-grooifte ïïitici’e tienbsp;in te 3©ci-eit beftent to ^ ten Nyi , tie tan 5bne g^eucen af taai- b» aannbsp;te pitlantfcbe ^ee toeit ingefpoelt / ontcent te kreten Alexandria,nbsp;Roiétta , cn Damiata, tot aan tc siSeec te Saire 3ig iiptftocftt/ alfoo tatfcnbsp;tan tnt een-cn-tcrtiglicn Citaat af/ slootoeltftec toeette / ^iiptelift looptnbsp;inte tOOJ-fnijt te Tropicus Cancri, taai na (Itefttfe ^ npt tot te middellijn , tl^e ooft too?-fni)t / cn taac tan taan ten hupten bout 3p baainbsp;ConciS tot 'aan té Meer dc Zaire taoïfe itt-tloept; 5omnuge 3e0gcn toot-bloept / ente 500 tat toaac isi moeltfe aan bet JilBaan-gebccgtc cpntlgen.nbsp;g^efe Zaire nu toect gcficlt op ten tientoi Cieaat / be3imten tc Linie,nbsp;500 tat bare lengte uptmaaftt tecitlg Cbatcn ofte t’seffig naölen. g^efcnbsp;^pl alleen bebontigt bet gantfebe Santfebap/ aangefien 3eec tocpnlg ccgennbsp;tn tie Sant-ftcefte balt/ 300 bomt al tc tjugtbaarbcpt of ontoiigtbaacsnbsp;fiept/ tan te ©loet teö ^pto/ tie gcmatigt moet 3ijn/ 300 tatfc niet tcnbsp;boog cn stoelt / nogte te leeg 300 tatfe te Santen niet soiitc bunnen otci-fiiocmcn ; tic tan baai blanb moeten liaan / sullen sp tougtbaai sijn; ennbsp;selfcf toosten sP tan baai gemefi / too? tic toabbigc ©ilt tic bef toatecnbsp;met fig llcept / lan®s ten Cetec ban tic Ciiootc Kiticce. gBgt;ic onnee-mdibe (§tioomen Santtoaaio npt lioet igi bet allommc .fKoecaffig en leegnbsp;Sant; tol Spiesen ente Kiet; toaac in 3ig tccle blatecen ato ©apiccnbsp;oP'boen. iBen ban tenften boe gcooten otectloct tan Vis sjg biec ontbout
tan
-ocr page 291-Schat'kamer. der Zinne-beclden en Voor-beelden. 2,69
ban alöccijanöi jocctc/ toaacom öte Hiupbcn jig oofi bed met ©ifTffjcn ont= Jionbeii jBaac cen ^^pectabd ban be 3©ecdb iö bat groot .ïl^nfter bennbsp;Crocodii, bjcfc al bccjiinb bie ijp bdiomcn fen/ ja nog jlSdiflljen nognbsp;2amp;cdrcn (paarb.
magt ban be Uijfen befiaat boomamelift in ïlibimu ïDaaeont birtbmen be magt ban fet Jinnclnifitfdje Jtijb 00ft boo? Jllluflic / bp befenbsp;ttoee ïlibieren bergclebcn; bett Euphrates ten op ligt bat Ijetnbsp;bom Babylon gaiaamb bjotb f5gt;e banc ban be betoijrcn m onfe ©peivnbsp;badngc.) 23p ben N^i (Ijoetod bicn i^ame in benbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nict
gebonben to5?b / nogre bp be «?Dubc (©oderfeOe i^atien io beftenb gctoectl) Ijtjotb be magt ban Set 5élbc tiimcS?iftcnbom bcrgdeScn / boo? 50btimgenbsp;Slaacc omfclnijbtngcn ban todfe top teeftonb crempeien Sebben gegegen uptnbsp;lt;èfai. 19. (ffap. tnffcSeii Zee en bie ïïibiece lag ©gppten. De Hoere litnbsp;00k aan vceie Wateren ?epocal. 17. Cap. be 5elbe Ktbtece toctbennbsp;bccle sletten gelpannen ban be ©tflcljecjS. ^efe loofe ©ifltSecp fptepbennbsp;loofe Ijettcn upt om Zielen te bangeii en te bedlnbben. -ZDe mobberigenbsp;iBocraffdien ban bie iSibiere bie gebupjig (Sjlt en mobbec op tocept / tedennbsp;oiuelbace menigten ban Vordchen. ’t lt;0cne tod be oo?faaS mag yjn / batnbsp;onfe Oyevaars 5ig bcjS 3©interö bertoaars om bat boebfd begeben / allt;i oobnbsp;om bat in be Bintcc ban bat CUmaat em matige en getemperbe gugtnbsp;geniet; gdyft Sier bep Zomerss.) ^en ^taat ban Set 2lintid)?i|lenbomnbsp;itf alef een mobbngc en bettrpagtigeilibiere/ nergenp ^iipbei* nog filaac/ beelnbsp;min alp Ciilta!; gdpb btc jütbiecc toap / todbe gioannip 3Cpocal. 22.nbsp;toerb bectoonb. Zp licbbcn nietp in pet ^cpltge 3©oo?b (©obp ongetromnbsp;blcect en onberbalfcljt gelaten. I^ave ^BeeftuiitiepiJ / bpfonbec be ©ttoe bernbsp;jefuiten 5tjl1 bie onreyne Vorfehen, bail toelSe be tïpocalpplïp albupfp’cdttnbsp;Cap. 16. èlT. I? / I4‘nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Draaks , en
uyt den Mond des Beefts, en uyt den Mond des Valfchen Profeets drie onreyne Geeden , den Vorfehen gelijk : Want het zijn Geeften dernbsp;Duyvclcn , ende docn Tekenen ; welke nytgaan tot de Coningen dernbsp;Aarden, en der geheele Wereld , amp;c. i©anc eit toaflcn gccn €*bde 2500#
men en planten aan ben ©eber bep ?dfp ; gdijb aan bepbe be 5ijbcn ban ben ©cber berïiibifre/ bie Seti^ieutogecufalcm bebogtigb/ ben Boom desnbsp;Levens toafclK/ b?agenbe sijne ©?tigt tot fppfe/ en 30» blabccen tot gene^nbsp;finge bee èepbeneri ffipocal. 22. iBaac niet ban ®ie3en / ïüict / ennbsp;#app?en getoafeS ; bat lierflupft ten fpd ban be toiiib/ cn too?telcoP iiMjftnbsp;op Set toatec. ©ergelijfi j^falm i. Alfoo is dc Godlofc niet , maar alsnbsp;een Wad ’t geen van de Wind verdreven word. Hate Leerc heeft geennbsp;wortel nog fundament •• Hare vrtigt is van Sodoma. ZtC '©eut. ?2. Qfrt
Daten |3ijl ontOonb 5ig ben 0oomfcSen Ctocobil/ ben paup/ en 5ön aliep bergirtbenbe ©eeftliSSepb: CleP 500 Pjarao/ alp ban onp ip aangetoefennbsp;jclfp in een Zinne-bedb een Ctocebil genaamb too?b ; cn iP bat 2{po£a=nbsp;JöPtifeS bat uyt dc Zee op-guam wpoc. 13, Cap. ©efe ip bat wiidc
S. 1 3 nbsp;nbsp;nbsp;gedierte
-ocr page 292-ayo «1EB.O GLYPHIC A, ofto
gedierte des 'Riets nbsp;nbsp;nbsp;68, SlntoOOrttKCg bail €0PPtélt Jgll 5eït
ljectio?0 en bei:5sn(j0 / boo? be bianbenbe öüte bat be ^ornie besS ^gonien* bie tjaac ban onlöbeUamp; ftcebt; taaaconi 5P 5a|uto/ en mager / cnaf-5tenelifenbsp;ban gebaante 3ijn / meed Urme en uptgeöongecbe jlSenfcOen / tot «oofnbsp;5eec genegen; beccabec^ en oait5 niet te öctcoubjen ; iSlaben ban bennbsp;^frp?tet ben (a:ucti. ^obanig (leeftt bie balfcöltb'gettóambe Eonne/ bennbsp;©aus enbe jtjn «©cedlthOepb ben iBcnfctim / en 5ulft een t^anb ont»nbsp;^eftt ÖP in be confeientten / baife lt;0cib.« ^ame en bjoojb tadecen
2Spof. 16. $si 9.
C. g^e Regceringc, die in Egypten plaats heeft ban lt;0ub0 / en beefe Ceutocn fteed danb gelionben tó 3eee oeluft-bo?intg bte ban be «omaniden.nbsp;a©ant bejTe b?ie toacen bare boo?name, i. i^aren Pharao bte atjfoluptnbsp;Souverain «ègcecbc; joo toe! aljs een ban be iKonaceben bee (©odeifcbenbsp;^anben ; 300 bat 3öne lt;©tóieöïanen 3ön ^aben toaten ; ja bem alsi eennbsp;i0ob bicnen/ enbe bp bem 3bgt;oeeent 211lie bte Contngen bebteiben bie ^amenbsp;ban Pharao. gobantg een 2fibfo(ute Ifêoiiawbtc/ afiicpectt ooft bentsoom*nbsp;feben Pharao ; gelp in bet Contiliitm ban (Crenten / at ban (©ub.b afnbsp;geWeften ; 300 bat alle paii0-ge3tnben 3ön ^laben 3nrt / enbe baacc Con*nbsp;fetentten 3dfb bem onbeebteepen ; 3ön lafttge ^nfetongen in be barre btttenbsp;ban be ^011 op be ^ebottóeren bjagen/ in gcooteparguetten ban Conciliën /nbsp;pauffebbe gereten / ^nlfen / gnbnlgcntien en fïfïaten. goo gccot ijSnbsp;bie onfcerbjectnnge batfe bp t)em 3toea‘cn: ^ic tegen bdil «©oitogb / boebnbsp;Ciob ben Co?{og aan : ï|p isS ben sigtbareii ©ob/ en ben ©icerop bannbsp;Cbitdnsf i Up ban (bolgensi Beiiarmini, en meer anbeix gcboelcnss) nietnbsp;ttoalcn, ^e ttoeebc fiegefringe bet Cgpptenacen toa^ een gantfcljnbsp;baiterne cn iDiendbarc/ ten op-figt ban baac ^If-gob Pharao. cgt;efe bedonbnbsp;in %pptenacen ban albctlep 3oo?te; gelp in alle ^Staten. 3dan 30banigennbsp;ijeeft’et 00b ben aoomdben iMt.0 beefe, Cacbinalen/ Cccd-Bi(Tcboppen/nbsp;fSideboppen / 5EiJte« / bebaiben beel ©?b?en ban bnar geftljccren boop bienbsp;d^cm nllc ben Ceb ban, onb?th3etpinge stoeeren. ^a 3ulbs ntocien 3eldtnbsp;iijoen be Comngen cube fgt;?incett. 5amp;e beebe 3oo?te ban 3f©aat'bd)benbe/nbsp;biaren be ,;§tei‘ie-bi)ftersf en Tovenaars van Egypten, bie POO? Pharaonbsp;(tonbert ; enbe bem kgupcbelben jtiet bare tjeibjeecingen ; bie self? baldbenbsp;ïèiraculen en bjonbeten beben cm 3ün 3innen tc berbiinben ; en baat bannbsp;baan 3Önber onbér alle fatten geen gtHtoeliber nogte onmenfcljelibec W-.goöen-bienaacsi gebonben ban bc Cgpptcnacen. 38lfoo i^ 00b ijet regtenbsp;Cbaractet ban bet ^nticfpsdmbom te bomen en te ,to*ften Wgensi be wer-
Icinge des Satans in alle kragt, cn tekctK'n, cn wonderen der leugenen. 2tCbe(T* amp;?’ 9. ©ergelp 3ipoCOt. 13,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;13. £nde het (Beetl)
doed groote lekcncn, alloo dat het Vyer uyt den Hemeldoed af komen op dc Aarde, voorde Menfchen. ^ic bietgeli}6 bail |ijne (Cobenoaretnbsp;bie owepne ^edet) bet i^npbeteii Ipocpl, x6,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;13. Lndc n doen
TekcncHj
-ocr page 293-Schat-kamer der Zinnc-bcelden cn Voor-beeldcn. ïji
Tekenen, amp;c. itiogt ticnöcn op fict errfic Xit: aaSaar ban baait ftomb öoö ben aa» 500atiig em iKagt cn ©ppcrijoofiimOenöi SJmln:nbsp;€crft om Pat l)P ban befe (Cobcnaacö onöafclpaaoti toojö / ötc in aHenbsp;ï^oben in (ïuppen cn nefielen / cn bc Coningen bcc 5Cacbcn öem bicnflbaccnbsp;matten / bjaac toe 3» een rCobeiagtigen lt;6eefi fjebbtn. ®en onbecen boo?nbsp;bic ^’actiifte toaac boo? Pharao nog meer jijn (©ppec-fioofbigfiepb flijfbe*nbsp;toifl quot;boo2 !ïofcpt} / bat’er jeben bette 3aren (tonben te bomen/ cttnbsp;gebolgb bwibcn ban 3cbcn magere garen x ber^ameibe ban al tjetnbsp;^wan in jijite^bupjen/ en 300 toierb bp gaioegfaam in be magere garennbsp;alleen befitter ban ’t Hanb/ tóanmec 3ön 3©olb upt-riep : Zie daar wy zijnnbsp;uwe Knegten ; geev ons maar alleen Brood. (2^p ötC toijfr 0Ceft OOK
be üoomfcfte Öerfte acUcitJ ban be (Cpben ban febaarfbepb ban pet 25?oob ban lt;i5ob0 i^oojb / ban bselbe al in ben berben sEegel ?jpof. 6.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;5/6,
een aanbang gemaaftt tootb. ïBanncec be ©etterpen/ bpfonber be %iaan^ ftbc getoelbjg iir lt;0?ieftcn-lanb licerfttwen; toanneer bc^ifcljoppen 30?oeloosinbsp;(fiepen; (flö be bbjaiingcn en bp-gelobmfjdben ; bc tbjifl ober be ©pper-ftoofbigbepb/ bpfbnbet tuftenen be nocmmic en cottftannnopctfeftcSamp;iftDop*nbsp;pen be fecefte beeoeeben / 500 beeft bP be ^utojitept cn Jïittentijtiöepb bannbsp;lt;0ob!S 3©002b / bejS 3elbS onftplbarc iiptlcgginge/ bc lt;©cfifie ban be ber»nbsp;fcbillen / bc Provocatien , of AppeUen bcr gcencr bie ban bc baren beron^nbsp;gdtjbt mepiiben tc 5ijn / aan 3ig gettobben: €n toe btt bent nog nietnbsp;locgclaten toaci de Oiye en Wijn tc befetKibigen ? bat tb tiet jpunbamentnbsp;ban bet lt;J5eloof / cn alle ben troofl bcc Cbji(icncn tc beeberben cn w tenbsp;ceepm/ nog alle (Cactoc cn lt;t5ccfHib bocbfci te toepgeren / 300 beeft bP bienbsp;fKt j^tb lt;0obë alb upt een toeeg-febafe toe-geijjogen / cn o^obb, s^ooeb tcnbsp;boop gebjagen / 300 bat men Ijet bup? genoeg op-lioopen moft i gclijb bPnbsp;boen moet bic tiet upt bc ï^anben ban ©alfcljc en gebepnfbe cn ^taat-3iigrigc©iffö3ppcnmc!et bcbclen/ cn baar,JiBecfterfcbap tw)et erbennen^ baarnbsp;peagt cn ^Static moet onbeefjouben ; cn bic ban nog toel ttoec maatjenb
lt;t5afte / t^cn cene maatc Tarwe itrtigb boo? 5ijlt Penning j ^jllbC CCtï 3toaÖbcc bocbfcl. «©nbectuffeben gaben be oebiip?»g ol^bomcnbe blöaüngcnnbsp;iottaffen om Conciben r3anKrt tc roepen ^ aan ben ©aub om baat in tenbsp;©jaftberen / cn aifbo 3ön 2fiittbe?itcpt tc 25ebc(ifgen ,* tc meet alfto boo?-matto 3CCC €no?mc btoalingcn mecc boo? 3i?n ?liMto?itept ban boo? ^tJon«nbsp;totftn upt bc‘i^b?if3»n op bc Conventie toierben tpcberlci^ ? gaf batnbsp;ben .ïBcnftöeit grootc lt;fgt;ftafïc om 3önf onftplbaarbepb tc gelobcn / cn bötnbsp;€01^ Hpt 3önc ^5^Htre tc boopen. ^aar toe gnara bjc ^oogri-ftbuurc/nbsp;braar bw? tSe ^ootn-ftbnitrc Het Dominium Eccleliafticum, f}ttnbsp;•t geen ben ©aB« ncbensi Horna , in gtabm befit / ’t geen bp boo? al tt
g-ooten tocgcbencbcpb cn bp-gelDbtgtjcpb bcc Coningen cn 3^?ftcn / fjeeft lectcn aan/ cn onber 3ig tc trcbïtsn^ 500 bat bP nn be lt;i5?D0tftc HSonacei^nbsp;1.0 ban gantftft gtalien. gb iaat ftaan alle bfe Abdyen met baac bettenbsp;3 « Ciooilerjs bcr jBontben ft. gamp;ic bo^? to^bepb^ban ftijat#
tingai
-ocr page 294-ttngcn cn ödaftttigcii nan / Stfifscc aan ^iiftcr a'cftïtcn/ op bat 50 alleen in Ijet ^anb-Defittci-ö ePee Dlijbcn; onbertmjlen toozb bail benbsp;3Ccme «©cnieeiuc baal enöe berconb ; cn Ijace ^laben. oïnöe «ipt befenbsp;lt;0ouö-nnjnen Daalb ben l^aub 300 cngclooiihe ^oannen lt;i3eibei / alö Ij»nbsp;bic 1113ijn aanaeDttftc a?oiloacn fegen ben iCiuIi / of biel bc pioeefiantennbsp;toil aebiuuten ; 30b öat be (SToiUiigcn 513 baat regen / cooi paccaroi eunbsp;fcljecpe UcfoUittcn licübcn genoobfaaftt gcbonbai re jiDapenen / op bat 3?nbsp;niet tob? Ijace «Oogea Oaac lanb 3aö«i uptoeput,
D. 5Soo»b en 5al bic oeutoel ban Cyppten toceben nntgcbjifcfjt / trt toelbe Fharao , ouoec boo?-oeben bar Ijn b?ccibe bar bc Éinbecen ^faelrsnbsp;eenef re magrig cn ral rp 5oiiben too^iben / cabe fjem boo? ©o?ioge aan-canben ; niet alleen onbeu een onbjaacljelibe ^labcnipe boen 3ugten Ijecft;nbsp;maat ooli 3elfsi bat 25(oeb b)?eebe |Boo?b-Dcbel toeft laten uptgaan 3 batnbsp;men boo? mibbel ban be ©?oeb-.b?outotn ban Cgppten al Daar ï^iicgtcnsS
in dc geboorte 30Hbe ba'fillitort ; Of ill be Riviere wcrperi. J^et CpgeO
oogmcrlr ban bat getob (300 ilt mepne) toa^ niet om öaar '^Sioob ’te flaaii; bjant Ijn Ijab bede 3iillte ^glaben ban nooben ; cn 3p tonben €gnptc«nbsp;niet Qnbcc0 ban ilijltbom aanbjengen ; en toaarom 5Dube Ijn ijaac anbetsnbsp;tot upt-teeltfeen 300 lange becDinbcct/ en ban nog na ge/aagb ijebbeiW iBaacnbsp;ïJP 5ootfe tot een J2gt;cilb met 3ijn «tcgpptcnacen te maben / en ban Ijaacnbsp;lt;i3obsÈ-bicn|l te boen af-llaaii. a©ant een nebee Höan ; mcpnbe Ijp; 3ciibcnbsp;^ig fcDtoomen een gjfraelttinne te tconbien / bie 5ijn iil5aiiiiamp; gaab 5agnbsp;geöjoepen in be ïïibiece t en baawm lictoe met eeii eopptifdje ttontoennbsp;en onbee jjace blecfien fcfjiiplen ; cn 300 ooit jouben boen be gfcaclitifcljcnbsp;!l©!jben met be €gpptifcto’ .ïlSanncn ; en toat be ^§iabcn bdangb/ bicnbsp;ftoiiben 3P genoeg binben / met te 5eggen (geloli ben lt;0?ooten (ïurlt bocb)nbsp;alle be lt;èce(l-gctojenen upt 5obantgcn 3ün Jinjne. €ben aïfoo fjebben 5ignbsp;bc poogingen ban bc aoomfclic ï^ecto altooti baat ödten getiedit V om benbsp;ücefte lt;0obst boo2 btoang en gclodb/ een ©ollt met toac te maften/ cubenbsp;een 3dbe Confeffie / al Ibaec bie ban maat gebepnfb enbc tomcljdagtig /nbsp;aan te b?tngen. i^et toast genoeg batfe 5ig maac goebe ïïoomfcto Catöosnbsp;liften noemben / 55iecljten cn naiflc Ijooiben ; ftoc eentonbtgec ijoe ftottec /nbsp;toe liebec batfe Ijaae ban toaren. let fpcet ftaac batfe in ftaatc Hanb-palen moHen 3ten 3obanig een af-ge5onbecben ©olft in lt;0obs(-bicn|l ennbsp;aictten. betigten öaac met lt;©p?oei-igtoPb en mttptecpe: ^p aagtennbsp;ban ftaae unt liefbc boo? be beljoiibenifle ban Ijaai* linbeten biefe anbecjSnbsp;^Dotoen en becplettecben tegen be gladde Steen-rotzen ((gfai. 57.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;5.)
te boen tcoutoen aan be Hoere jefabei, cn met ija® ïStnbccen bec loe^ ceepe te getoinneii. igoopt fteeft Pharao gaitodiftec 11002b ontcent benbsp;€et1l-0eto?cn linbeeftensf bec §fcaëlitcn begaan ban 3P onaent be ëinbecennbsp;bcc Hugenoten, en bpfonbcc in #rembnt/ bic 5P «Pt bejsnoebeciSïidjaamnbsp;«ptftieöen / di lebenbe aan be toanb becplettecben. i^oopb Daö üfcaèl 300
-ocr page 295-Schat-kamer der Zinne-beciden en Voor-beelden. 173
«iarbeii birnfUjaarticpti onöec Pharao , oljS 5P tn öit €o!^ten upt-fle-(laati onto öen noomitljon Pharao.
E. lt;000 en beeft 00b befe gnitodtbe baaö / en ongcBooziie 1B002amp; niet ongedrafit gelaten ; mtm* Baat 3tcc fctetbBcItB gcplaagb ntet tien agree eennbsp;bdgenöe plagen. a®cifte r3amen een sect gcootc obet-cen-Bom|le BeBbennbsp;met bic banCgppten/ totiftc top ooft BojteBB agtec malltanöecen 5uHcn latennbsp;bolncn. 3©ant na bat lt;0ob ben ^ienfl JiBoftiS en 3ïaconsi boo? HSicaculetinbsp;Bab bcbefltgb/ en ©Bacao beefogt Baac tc laten tcefifeen/ en Bp Juitj^ Barb?nbsp;nefiftig en beragteliB toepgeebe / 500 Beeft BP Baat alfoo geplaagb.
^ eerde plagc toasS (Cap. 7.) Dat dc Wateren, de Riviere, en harcr Stroomen , cn Poelen verandert wierden in Bloed , ïoo dat het nietnbsp;drinkbaar was voor de Mcntchcn , ende de Viflehen in dc Waterennbsp;flierven. waar door een grootc dank over het gantfche Land op-ging en
verfpreyd wierd. rgcn Icbcnbig booiBedli; tocllicciS Icbcnbtg tegenbeelb top ooB onbec bcselbc btrWoembe fb«cB-tonfen Bcfabcn onbec be beebe ©Biofcnbsp;SfpoC. 1654. Ende de derde Engel goot zijn Phiolc uyt op de Rivierennbsp;cn Fonreynen der Wateren , cn dc Wateren wierden Bloed. Ende iknbsp;hoorde den Engel der Wateren zeggen j gy zijt Regtvaardig Heere datnbsp;gy dit hebd geoordeeld. Devvijle zy het Bloed der Heyligen ende Profeten vergoten hebben» zoo hebd gy haar ook Bloed te drinken gegeven ;nbsp;want fy zijn het waardig. i£t IjiCC al tC laUQ tC tÖOllcn ÏH l)ÓC ftfiJtBsnbsp;Bfte ©otlogen en ssiocb-ftojonoen lt;3ob Bet itooiPfcBe ïïijb jBeeft ittgetoifeBelb,nbsp;3©at ^tcoomen en ittbieven ban Baat ©locb boo» bc «©ttBomannen jijn unt=nbsp;gcfltot/ en boo? belt;i§aracencn gtplcngbi en nabatfe metpBacao bitj^tnbec-nioojben en bic ^lagtingc tec oojfafie ban be taeligic Beuben geplcegb / Boenbsp;w ïanb tegen Hanb/ en ConiuBcüB tegen ConinbnjB 3i)n op-geftaan/ enbenbsp;Bet Etoaacb niet iö beefabigb ban 23iceö te b?inBcn. i©c Husfiten Bebbennbsp;ooit gem bicpne gagringe onbee ijaac gebaan/ en Baat biftipaal obcctoonncn,nbsp;©ecgelijB Wpoc. 2. al-toaar Bp öc Jgoecc gefabcl b?epgb hare Kinderen doornbsp;de Dood om te brengen.
®e twede ©lage beftonb in Vorfchen (Cnp,8.) met welke haar gantfche Land wierd geplaagd, ©an befo lt;0eeficn bec oncepne ©o?fcBeti Bebi ben top aanftonbsf obec 16 ï i^.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^
gBe derde ©lage toasi befe: fCacon ffaat met 5ijncn ^taf Bet ^tof bec ?tavbe / upt toclB ^tof ooB ïnpfcn al0 jStof in menigte ontlïaan/ tot eennbsp;berngte crtö'e moenelilic qucllinge boo? bc jKenfcBen enbeSSeefleii. ï©aac isSnbsp;bog geen afyiencBBcc ongcbiectc beltcnb / en bat in ben 25«cgccliBcn omme?nbsp;gang be iDcnfcBen beragtento maiifit enbe Baar gemcenfcBap boet feButoen.nbsp;©et b’cngb ooB ben jKenftBe een groote guellingc aan / ia bifttoilss 3ieBtc inbsp;en jlSenfrtjcn en ^ccfhn too?ben’ec.magec ban. m toepaffingc ban bc ge*nbsp;lijBenilTc tg toel te maBcn: i©e tijb alö be Hoere Jefabci boo? blanbetfdnbsp;plagt (tBwn en aanfienlih te 30» «b öc 3©ece!b / en l«» Bot6*Bocien de
Üö m nbsp;nbsp;nbsp;Coningcu
2.74 H I E R O G L Y P H I C A, ofto
Coningcn der Aarde tectectó ttU OiCC fK1C« fiCUCKll / Cl1bc mcrt JtCt ït.iae
liol Eupfctt met toette 5? Defét to ?oö öigt ato i@tof; nu 5? op ïjaac tepl «n fcljanöelift 3[egct: ftranti legt): ^to men Oeginti te 5eggcn {gelgn ecctijOsf
Hieronymus ftfteef) doe ik in Babylonicn was en een By-woonder by de Purpere Hoere, amp;c. ï^oê jcuftten t)aac nict bc STiipfen Pan tecfmabcinbsp;Ufte tooo?ben eti fetoiften bte be geenen bie tjaac naafirtjepb en (töanbe begonnen te sten / atomme Peifptepben; enbe ijoc b?oePig toajs ’tljaaiv ban Ijarcnbsp;Sjoelen gehaatet, en naakt gemaakt te toCRbcn. ittag ooti toet iPbcnnbsp;bat men onbec befe 3lup(^n tn een CoUaterale/ maat niet ftopbigc 3in/ooft
betéeftte de ^rme vun Ltons. Pauperes Lugduiienfes ; be Husfiten Gcuien. en Bedelaars ban ben becoopben / en bp ben ^paanftlien ïiaab becagtenrnbsp;3Scberianbfcöen -3Ébe(/ ato men baac maat bp bente ; bat befe Eupfen 2ijnnbsp;Gods Vinger, ’t geêtt be iöoomfcDe(Cobenaac.o 3dfsitoel al te gi'boeltgijcb-ben moeten ectennen.
5^e vierde ptage 3enbet een vermenginge van aldcrhande ongedierte op de Knegten Pharaonis , en zijn Volk gt; én zijne Hnyfen. ©ail be|ê toO?^nbsp;ben be Kinderen Ifracls adcen afgefonderd , in f)et Land Gofcii ; op datnbsp;Pharao zoude weten gt; dat hv de Jehovah is die in het midden desLandsi
bat tei in ’t mibben ban 3i)n fecefte tö; ofte in bet mibben ban ^ijnc lt;©e^ mepnte / 3clf!S boe 5p nog toats in Cgppten. ^Cltoots beeft lt;0ob bc 3ijnertnbsp;gefjab bte ÖP benöe; en liet aam op ben ©ecg ^ton 3jjne 144000. ^poc.nbsp;J4. Cap. Cn bet toace ten-teben toaac upt ben tSoomfeben Pharao 301^1nbsp;getoeten beeft (tnbien bP 5iö bWte niet beefjafb ïKïböO toelbe bie toaceii’/nbsp;toast bit i namelift bat be Walden fen en anbere tegenfpjetecèt ban 3jjn gesnbsp;3ag / en sjn asfijobeepen / ban geen eene bon alle die vermengde en toue^nbsp;melcnbe ongebieitcn ban itetteepen befmet en toacen / bie ato (iepbig tegennbsp;belfcticufen beölt;©efODfsi/ in cegtfïnnige Conciliën te bo?en berootbeelb toacen.nbsp;3©elb getupgenilfe selfsf onbec beelc anba'cn Ramerius een bcntiaacb ^ap,snbsp;^tbiPbeeban fjaac beeft moeten geben; bie ban onö obec beApocai. toaatiinbsp;getebenb, paac tcc Contcacie 3bn 3p papillen fcbulbig aan 5C«banig eennbsp;becmengfnge ban ongebiecte; alfró 3P beef bebben èian meed affe oubc ïtet^nbsp;teepen bie fang 3nn becoo?beetb boo? ben KoomfcBcn ^Stoel setbec} ^ijftnbsp;3ufb.ö in gebeele (Ccactaten ban anbecen iis bectoiwb.
vijfde pfage bettefl be zware Peftilentie over Menfchcn en Vee der Egyptenaren Cap. 9 :3. 3®ecila be Cieeflfibe en ttoeebetpoob. pccgdlijbnbsp;biec mebe ben vierden ^egef 2ÏP0C. 6 : 8. Ende ik zag, en ziet een vaalnbsp;Paard, en die daar op zat j zijnen naam was de Dood ; ende de Hellenbsp;volgde hem na , ende haar wierd magt gegeven om te dooden het vierde deel der Aarden , met Zweerd , ende met Honger , ende met de
dood (beeda bepcflilentie) bie bp uptnementtepb de dood genaambtoojb: 5©ant anbeep toat 3oube tet te 3eggen 3ön met de dood te dooden, en boenbsp;mije befe öoc^i onbecftljepbett toojben ban het Zweerd, nt Honger; toeiöenbsp;WOj-gaan » Jrtbe ton be wilde Gedierten der Aarde gt; g®p 5^1^^ nocmert
-be
-ocr page 297-Schat-kamef der Zinne-beelden en Voor-beelden. nbsp;nbsp;nbsp;z7ƒ
bÊ Pefte, Bp uptnementöêph de fterfte , 300 bat btt én Sicfiawdiö / na bc Eettcr / ifn ooB lt;0cc(lt!!ft moet op oenomen too?amp;cn.
fefde^laoe/ Onber öet telltn ban een hand vol Atrche uyt dén Oven ijS ban Mofes gctlrooyd na den Hemel j bOO? bC ©Ogen Pharaos j uytnbsp;¦welke AlPche zweeren met blaaren , aan Menfchen en Vee ontftaan,
6omt begnantclib obec een met bte Pb»oIe ban lt;0oösi geamfeftap / toelbé
bc ceefte tjS tn be 0?b?e ban be Apocalypfis. Ende de eerfte (Engel) goot ïijne Phiole uyt op de Aarde j ende daar wierd een quaad ende boosnbsp;gezvveer aan de Menfchen 1 die het merk-teken des Beells hadden, endenbsp;7ijn Beeld aan-baden. ’©It oe5bjcec / bebupb 30banis een 5bJeece/ bicnbsp;niet aanftonbö bet ©el en berbeelt; maar booi 5Ö« 9waab aacbtge bpei-igenbsp;ontfteftinge niet tocl Ban tot 3©atci-ic ofte digeftic toceben gebtagt; fioeba^nbsp;nige be guaab-aacbig(le jpn. SWfoo ontftaan t)iet oofi aan befc iBcnfcljen /nbsp;in bit ©eeftüB ©gppten 5bJeeren : ©efe sboceren 3ön Ijet ^nticl)2iftenbcm /nbsp;eer bat nog Baar gantftBe ïitftaam becbeclb toasi ^ obec-geBomen ; toelïtenbsp;boMnamclifi 5i0 Bebben geopenbaatt. (a) gn bare ttoiften en onberlingenbsp;Bcacgucelen ban toocnben-ftcijb/ ban toelBe be booiname oo?faBc tsi nebjeeft/nbsp;bat 5P 5ig niet oefïnben in be gefondc woorden «öobö / maar aftijb bennbsp;53aft Bnaubjcnbe ban be pbïe ^ftiiofppöie na be oberiebecinge berHQenftöcivnbsp;tn buöfenben gncrcKen 3ijn geraalit onber malftanbeccn ^ niet obec bJ00?bainbsp;bic (6obP (öeeft leecb ; bic 5p niet en beeftonben ; maac bie apt be oubcnbsp;ï^epbenfrfic ©ptiofopljen / bpfonbet' eenen Ariiloteies toacen onticenb. ©ecgelöBnbsp;I iCimot. ó.böfl; 3/4/5* 'Ênbc 3k enfe uptïcggingen obec?tpof; 16 'i 2,
©C zevenfte ©lagc bJCligb mebc/ een zwaren Hagel ; met Donder en Blixem , of Vyer in het midden des Hagels vervangen ; ’t bJClfi na bC
3£acbc fclioot; enbe ben l^agcl regenbe obec ©gppten-Slanb ®ff. 23 / 24. i©ct regen baar bp 3? / 34* ’t toclft 3c(b|’aam toap ; om bat Bet utnbsp;©gnptcn niet / of 5clbfaam cegenb / ofte 3|ageib. l|oebanig een fcBpBliBcnbsp;enitte julfei aan bc 2Soomtn / enbe (0?aaneh 7 en be iKoe!i-bcujgt;ibcn Beeftnbsp;beroozfaabt bKcb beeba* aangebjefen. ©an jobanig een Hagel fpjeebt ooBnbsp;be 2tpOCa{. Cap. 16. 5b(f. 17/ 18/ 19/ 20/ 21. Ende een'grootennbsp;Hagel , elk als een talent Pond zwaar . viel neder uyt den Hemel opnbsp;de Menfchen ; en de Menfchen lallcrdcn God van wegen de Plage
des Hagels. ©it iP bjcl ccn boojnaam ©otbeel bep IntifBJtftenbomö / maac nogtanö B^t ?b«Be ooft bie i^teben treffen bie onbec bc bpf biaccnnbsp;in Cgppten/ fpjdbenbc be Taaie Canaans, en onbec bJclfte eene ^opbe 3ipinbsp;een Stad der verftooringe. 3©,ittt / 300 Bet bjaoc tP / bat in befe 3ebe«nbsp;©^liolcn bc Plagen Gods zouden werden vol-eyndigd , 300 bOigb / batnbsp;ooh in bic laat^' bc öcifte 4^00 Baar ©ottie 30Hbe binbert. ^eificcprnbsp;©o^eel ooft al in bc jcfbc ©Bibie tea0 beftljjebcn.
©e agtlle ©lage bglonb'in Sprink-hanen die het Aangefigte des Lands bedekten. ©ècgSpB BieC ItlCbe de Sprink-hanen, die uyt den Put des ^f-gtonds en des :(eifs Jtsci af.^umen %p0Ca(* gs ©aH todftCC bCCbeCftifeett
311*5 m a nbsp;nbsp;nbsp;aact
-ocr page 298-476 HIEROGLYPHIC A, ofte-»
:©e negenik Page l3o«b in eeti 5ece fcIpiBliftc duyfiemp , ban toeibec gclijfte men Bp na geen Imaginair 2Seelb ban maben Cap. lo. ®é 22.nbsp;Als Mofc lijne Hand uytftrcktc na den Hemel , wierd ’er een dikkenbsp;duybernifTe in gantfeh Egypten-Lani , drie Dagen : Zy en zagen dennbsp;een den anderen niet ; daar ftond ook niemand op in drie Dagen vannbsp;zijne plaatfe ; Maar by alle Kinderen Ifraels vi’as Ligt in haare woo-ningen. i©efc öupftecniffc betBcelb be Ciecjllibe bupftcniific en Blinbbepbnbsp;beé ©eeftanbé / met todte bc i^ccten en binnen ban be «©eeftjibe Cgpptc^nbsp;racen lijn gefïagen/ banbjclbe jic ben inDoub ban be bieebe ®a3upne;
3CpOCa!. 8. ^é 12, Ende de vierde Engel heeft Gebazuynd , eude het derde Deel der Zonne wierd geflagen ; en het derden Deel der Manc,nbsp;en het derde Deel der Sterren.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;bllpflccnilTe ItCt nog ObCC ttot'C
beebm Eigté / maac baac guam cm bolgcnbc op / bic bet gantftbe SllntitbPftifcbe toefen boopdooé flelbe cnbe geen üigt mcec obec liet: ?Ufoonbsp;ban bie Cijb af bat bet Contibum ban fCccnten be ^unbamaiteele Icercnbsp;bec 3©aacbepb becoojbeeU I)ab ; enbe 5elfé beeboemb; alle boope ban bec=nbsp;Ecniginge tuffeben brac en bc ï^ccte té af-gefneben. gBgt;efe ié becBcclbnbsp;Sfpocal. 9. ®é 2. fC.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;bie Rook , welke op-ging uyt den Put des
Afgronds , aïiS bcni een grooten ©ben / b002 bJdbe de Zonne , ende de
Lugt is vcrduynerd geworden- «0cen sSaligmabcnb Hfigt ban tcood toaé tin mecc obecig ben gcenen / bie ïjaac met 50batugc iDapcncn tegen bcnbsp;3Baacbepb beefetten; gefijb alé bie jgpainb-ljanen toelbe tipt bie üïooftnbsp;boott giiamen / getoapenb toacen: ïDant bit ié een Bcfclpijbingc bannbsp;Cpenbace J^panben CSobé en ban bet ^aïigmahcnb Htgt bec 3©aacbcpb /nbsp;bie obectupgb 3önbc bacc i^ecten becbacben met ^fccc 25o2(t-b)apenen;nbsp;bic i^dftljc bloebcn cn laflcccn tegen bc toaacbcpb iipt-ü?aFtctt ft.
1©C tiende crt iaatftC paagc toaé bc ^^Ob ban alle hare Eerft-gebore-nen, bic op cencn.^agt ban bcnCngcl toiceben gcfTagcn; en 300 toieeb baac i^cgtbaacbig becgolben bc ïWttbec-moojb aan be ^feiicgtftcné bec Éfraelitcnnbsp;begaan, gib mepne bat men booj bc Ciccftliftc ï^inbcccn ban be ï^oece/nbsp;«1 Bpfonbec boo2 baw Cecil-geBozenen ban becflaan ; be Coningen cnnbsp;golften / bie befe l^occe tipt een Cnbeplig ©ecBonb Ceeflbbec toyfe 3ijnnbsp;geBojcn/ tipt bie©oo?-lt;©ubecé/ toelbe met baac gebocceecb beBBen. oSdijbnbsp;alé tot een bpfonbec boojDcdb Caroius M.-ignus 3inno 800. in bet naautodcnbsp;©ecBonb ; alé een ©ecBonb bcé ï^oatoebbé met bic l^oece getceben ié /nbsp;cnbe bc 3elbe 5ieb 3ijnbe tn ^taliën cn obec al bec5toabt tipt baac SJebbenbsp;gebolpcn ; be ïlegeecingc ban be Coningen ban gitalien iiptgecocnb / enbcnbsp;6c ©acBacen tipt alle Ctoiflm Eanben ban Cucopa becbfcbcn / cn betnbsp;ballenbc 3©c|ltcftbeïfecpfpc-cnb met bragt onbccftbtaaöb beeft; maac Maaénbsp;alle 3ijnc jHuppcc cn l^ccciibbepb/ fa 3bnConfcientic befe i^occe beeft onbee^nbsp;k!bp?pen : bolgcnbc Coningen in j^^nbepb/ bootten tipt bit lioutodib/
Schat-kamcr der Zinne-becldcn en Voor-beelden, 177
(tfioon 3P 5omtyamp;.sf ooft mc( baar jEJocïifc ccttoifi rn ceficbeti ödöfen / rn nDo tod öocn ; ecttt Ijct 3|jn cn lifijbcn gooncn ban be jjceS: lt;éd|}amp;nbsp;l)P 310 aan Ijaac ^ClWjbfObe ooft zijn geliefde Zoonen noettlb i en 3Pnbsp;bem fjacen Heyiigen Vader; 3itific Eoonctt / ctt €etfl-gcbci2enert / 3ijunbsp;alle bic coningcn / bie poeljen op be onbcrfciicpb baji bare onbectoerpinaenbsp;onber bc ^^itfen cn ben ïloomfcficn lt;0ob£i-bien|t. ^efe ï©oob bie ppnbsp;3?baniocn bJCpgb/ ftan ten beden (©eefriift betfiaan toojben boo? een abfoliuenbsp;bcrljatbingc / cn obergebinge aan be jiBagt ban be bnpilccniflc: waatnbsp;öp ooft ten bedett gcfien toozb gjpocaï. 3. cap. ik zaï baarc Kinderennbsp;door de Dood ombrengen j Itwac OOft tcn bedcil bJ02b baat b002 bccflaan
ben onbeegang ban ftare j^cefonen / in ©odogen ; boo? Pc(lilcntt«i / ja tod booj bc ü^nben ban Daar ©nbeebanen op een ^eftanb-toned om-getomen. 3a ooft toanneec- hare Staaten omgeftcccb tooaben ; ban bcnbsp;(Clpoon geffftopt; een anbccc lïegccringc ten aanfien bait bc iteeft cnffiolittenbsp;aan-ncinen. ga al toacen cn bicben pare ^ctfonen in toefen alg 3p eennbsp;anba-e lt;©obci bienft allt;S be SoomfcDe aan-neiticn/ 300 3nn 30 tcii aainfiennbsp;ban bic ^§taat 5^oob booj bc ï^ocre / cnbe boben bit cn ftan baar geennbsp;fpijt meet obeeftomen ban batte bie €cr(l-gct)o?cnen bedteft/ bic troetd itinr-beren. 3©at iü Ijct baar cen 3tiicrtc getoeeft te jien in een Aard-beevingenbsp;gedood (bat ici ten aanfien ban Ijaar gcmo^tificcert en beur gebaan) zevennbsp;duyfend Namen van Mcnfchen. |Ben lee3e baat obcc oiifc iiptlcggingnbsp;ober icpocaL n. ÖP 13. öJn *0ob toeet toat’er nog een groótenbsp;ber jSlagtinge booï ftanben tp ; eer be ïarijg ban ben *©og en iBagognbsp;tegen dBobP ©olft boo? cen ©pee iipt ben ï^ctnd 3al geepnbicto toojben/nbsp;cnbe lt;©obP öeebe cen ge3cgenbe (iaat 3al 5ten.
F. Het uyt ftooten, uyt-dryven, cn weg-jagen ban bc Itinbcrcit gfradP upt lt;gg»jpten-3tanb / berbedb 5ccr Icbcnbig ben btoang ber bittere ©erboFnbsp;gingen/ toaar boo2 bert?Cnticfpi(llt;0obp ©olft genoobfaaftt beeft 3ijn«©eefiliftnbsp;oSgnptcn te bcciaten; 300 bat bc (©crefbjmcccbcn ftimnen 3cggcn batfenbsp;meer upt-gcb2cbcn / ban upt-gegaan 3ön ; en baar toarenber nog al bedenbsp;bic 3ammdben om upt te gaan / gclijfi ftet aot cn bc sijnen in liaar upt-nang uw ^boma gcbcurbe / bic moflcn be €ngclen bp bc ?rrm battennbsp;cn unMenben fa uptdootcn. mt Dab plaatp in bc ï^inberen gfraelp bienbsp;elft om öct ^jnc te paftfien 300 bed toerft en bebenftcnp babben / bat benbsp;iègpptenaarp baar mollen boo?t-b?ijben. usaar onber alle bie bingen todbenbsp;bc (©crcföjmeerben brt upt-gaan genoobfaaftt beliftm tc berbaaften / ip bat
Abominable Concilium tot Trenten , in Ijct todftc bc 3aafte ban berccnii gingc tcnemaal boopefoop tp g^b ; cn bc leugertp cn btoalingen boo?nbsp;Canons bcp lt;0doofP 30^ Omt® / «« bc toaarbcpb met i^dfebe berbloe»nbsp;bingen iP gdafterb. ’©at b^d ©erefoaneerben 25ebc(iit^ / en benbsp;Itamme en binftenbc om upt te gaan ; bebben beerbdift gerefolbeert / cnbenbsp;3ig tegen 3obani0 cm «jptiilofen 3S«r6r öc-cïipofcert boo? opentlifte bclgbcntfrcnbsp;«w a®aarötpö.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^
3^ w 3 nbsp;nbsp;nbsp;G. pöarao
-ocr page 300-1-8 H I E R O G L Y P H I C A, ofto
G. pwtao 5«iitic uptf^ojjyt^n gt’twMjcn/ en onfinnig ljan45?ajttgt;-fclötjp / öat öein ?«lft een toiïö onrtoopen toaef; gelaöen öaat-en-öoben met ïjabe en Dupt ban bc «Ègpptenaeen; set gaac ban agtee na/ met een fcintb^nbsp;lift/ maatig/ en bectooeb ïSrijgö-Dep?, lt;0ot! filteft boo2 Daar be ^ïjelf-^ce / enoe boeb baat tooeigsi-boetsf böo? gaan-, quot;t toeib be Capptenaten oeiftnbsp;toillenbe berfticben / sijn met paacben en 3©agencn / en jBcnfcben al t’ja^nbsp;men omgehomen ; toanneet be 3©atecen bie alö een iBuuc flonben / totnbsp;malbanbecen öceeben enbe öaac allen obetfftjlpten. ^fe safte ief 500 coemgt;nbsp;rugtig / bat selfes be Jgepbenen boojfe te Bebtoelmen met bennenginge bannbsp;Reugenen obectupgb moeten (taan ban bc tonacbepb bec lt;6obltfte l||t(lo?te.nbsp;Juftinus be beftenbe Ï|t(l02ie fcïbpbec jegb baat bit ban ; lt;©at be Éinbeceiinbsp;gfcacliï bjegens öatejBelaateifjepb betagteltft sijnbe Dp bc afgpptenacen/ ge:nbsp;noegfaam ban be jelbe sijn uptgebjeben / enbe bectroftbai sijnbe ban ben»nbsp;met een gcoot ïgepz jijn agta*-bolcb; toelb Hegec in bet becÖGlgen ban eennbsp;gcoot (Cempeefl ië betntelb : (Tempeftate pcrijt) jjBaac b)at boo? eennbsp;Cempeefl beeft on^jnsofcss befrtpeben: «©ittss be bootnametoaacbepb: ^ienbsp;bebben be bltnbe ï|epbenen / upt baat tegen bc gjoben en baat «6obS-bien(ïnbsp;betfbjegcn ; bet te* egtec toaac / bat biet onbee een ?bjarc ^tozm-ïöinbnbsp;gebjjogt beeft / afó op bc a©inb/ bie upt bet ©often blafcnbc be a©ateiennbsp;bab ban ;§tcanb aföebjebcn / en bte inbam ban be ^ec bjoog gemaabt/nbsp;bat men baai- obee ftoitbe gaan; een contcarie ï©inb iö gebolgb / bjclbe metnbsp;een sbjace^tojm bie op-gc5b)ollen!©atecen beeft boen toebecbceren tot baacnbsp;plaatfe. ^l toebetom een sinnebeclbig leertoon Coneel ban ’tgeene benposnbsp;caüpfiö getuiigb. lt;©at namelih/ benaiinticb2iftnube3^ci-ftelt;0oböunt2Babelnbsp;Sijnbe gefebepben ; bittiglib beeft berbolob / en hchj bccbolgb ; en ©obnbsp;bjcet boe lang: 5©ant bp ban niet sonbei* befpccate fpijt 500 een afgefonbectnbsp;©olft in JSolitie en iterbe toaac boo: ?iiti magt bibbblsi iti gebalancectt; ianbsp;00b somibbia stoacelib gebcenbt; in be toerelb laten ctoetWpben/ enbatsulbenbsp;sullen Icbav bic snn iSt^js-lafiecingen opentlib ten toon liellen/ en be feban?nbsp;bclibe naabtbepb ban bie piicpje l^occe ontbebbcn. ^efe berbolginge ennbsp;laatfte fucie ban ben ftnttclpift bjetb onö befclpebcn ^poc. 16,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;12-16.
enbe mpoc. zo. $(T 7/8. 3©p toijfen boitbcpbsi balben ben S/esec tot bc upts leggingc ban onfe ^Epocalppfi.o,
Elephant. Zk op Behemoth.
Dlt;Ê ]fêift02ie ban Eiia ben Thisbiter een sect Wï^iOfeet in 3frael/ ia scec obtcbloebtg en toecbelib bcfclpebcn i Steg. ban Ijet i7.igt;e. cap.nbsp;^ tot bet 2if«. mclup^ / met een tufttben-boegingc alieen ban bet zoi^t. lt;cap.nbsp;^n ban boebet too?b be selbe geeppbigb (na tnffcben berijaaltianttog eentge
Schat-kamer der Zinne-beelden en Voor-beelden.
aanmccMihc jBicarulen/ (aj ban öet af-tt«rtgcn ban Set vuur des Hemels ober ben I^OOftman / en Jijn ÏÏOt / (b) en Set verdeelen der Jordane) innbsp;jijn Hernei-vaart. ^ie zUc^. i. CU 2. Cap. ®cfc ©?ofeet tsS ban lt;©cibnbsp;öcfonben oitóec be «tBobloofe ïiegemnge ban ben Coning Achabj enbejefabcinbsp;2iinWijf, toanneec be (©obss-bienji gamfcSelib berballcn en in bie ilaattoasï:nbsp;berbtubt en bctbolgb / bat Elia incpnbe bat hy alleen was overgeblevennbsp;I ïteg. 19 114* C»een Cebjc 5ag ben ^taat bcc ^erSe meer gebefbjmcertnbsp;toanfctiapen en becbotben. ^n bie tijb twb Ciobb obec-geWebcn JMÖ 30anbsp;een gbecaac en ©ooj-gangcc; en be booblitie teanfiSoi’ö ïgt;an gfcael / 500^nbsp;een «©eneeb-meeftcc / en be Cttcige J©5nbe een C02?ofibc ban nooben.nbsp;i©ie jjl^an in al 3ijn boen iö niet anberb ban een gebiaicig toonber, ï||pnbsp;tbiecb niet 300 jecc faebjogen boo? be natuntlibc iieagten ban Set 2öIoeb / ennbsp;be lebenbe göeejïett ^ maat aliS een Cherub booj ïieniclfcSe J^eitgelen enbenbsp;ïïaberen ; gelöft onb C3ecS- i. Cap. 30bantge lt;©ieten fefcS?Öft t ennbsp;toap niet artjccss ban een bgt;anbenbe f atiSel ban Set femels imt aongejies
Sen : Hy yverde zeer voor den Heere der Heyrfcharen i Steg. 19 ; 14. En den yver van Gods Huys had hem verteerd Pfal. 69. Ciecil D.JOfeernbsp;ban allen/ na ben biend ban jKofeö i0 500 berocttib in iBicaculcn ai.si SPinbsp;5elfb jEofeö Seeft nicinanb uyt den Dooden opgewekt als hy i Steg. 17.
bec^2o. .fBaar men San alle befe öingen in be iiftojie 3clfei nafien,
I. tDefen Eiias i.ö getoeefl een boo?-beelb ban ttoee ^llufice^efonagtent 55e eene be albccgrootde 55tenaae onber alle die van Vrouwen geboren zijn Jnbsp;be anbecc be Jgeeee ban ïiet l^upss Chriftus.
(a) 3©an Joannes fpeccftt IBaleacS. Cap. 4. Sff. 5 /6, Ziet ik zende U-L. den Profeet Eliam , eer dat die groote , en die vreeflike Dag desnbsp;Heeren komen zal. Ende hy zal het Hette der Vaderen tot_ de Kinderen weder brengen ; ende het Herte der Kinderen tot hare Vaders ; opnbsp;dat Ik niet en kome, en de Aarde met den Ban fla. Cbbe bJiO bcfcCltasSnbsp;tsf / Sab fjp al Cfip. 3 i I. genoeg getoonb. Zie ik zende mijn Engel,nbsp;die voor mijn Aangcfigte den weg bcrcyden zal. 55,it bit Joannes belt
550opei: i0 getoccfl getupgen / en be engel bc %mcïftse Cefantc aai zac-harias be©?ie(iei:/ toelSCCb©20nbJe toasi Elizabeth ^UC. 1:13. En vreeft niet Zacharia gt; want u Gebed is verhoord , ende u Wijf Eliiabeth zalnbsp;« cenenZoone Baren, ende gy zuid zijnen Name noemen Joannes -15,,nbsp;Want hy zal groot zijn voor den Heere; Wijn nog fterken drank zal hynbsp;niet drinken, en hy zal met den H. lt;3ceft vervuld worden van zijn Moeders Lichaam 1^016, En hy zal veele Kinderen Ifraels bekeeren tot dennbsp;Heere haren God ; ende liy zal voor hem henen gaan in den Geelt, eranbsp;de kragt van ; om te bekeeren de Herten der Vaderen tot de Kinderen , ende de ongehoorfamen tot de voorEgtigheyd der Regtvaardigemnbsp;om de Heere te bereyden ecu toc-geruft Volk. 55002 S^t weder-brengerinbsp;van de Herten der Vaderen tot de Kinderen b«t^ 3S be ©abCtliSe ^iefsnbsp;*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;be
-ocr page 302-ïSo
öe Ucc ^atriaccOcn tot ïjaac / todficciS gcDecïc 5020e toasi öat 5P «» amp;aac 5» ccttö een ^aab mootat becöcpoeii cn «pt ben ïgcmd 5jen / toclfte rcotbaacsnbsp;ötg ontrent be ^ecfoon be0 |iae(Tt£e oeftnb töaö; en toelöe (tcfbe nu ontrentnbsp;Oaar 310 mode inöouben; in tocine 50 300 een bjanfcfiapen en berbaflerbennbsp;©old 3notti / te boen tocber-fteercn tot baar ^ alö 3P baat 50uben 5ien be-3neben na ftct J^erte in ben lt;!0iec|i in C0?ido giefu / enbc toarelift tot 0obnbsp;Befteerb. BerocUjb be Profopopoïa inboeringe ban be^crfonen ber^triarCinbsp;Öeit/ alet iebcnbe tegenbjootbig / en bat in bicrgciijft'gebal aiss Ijter boo?-
Bontt ntet ^2fai. 29. nbsp;nbsp;nbsp;22. Jacob en zal niet meer befchaamd worden,
nog zijn Aangeögte zal niet meer bleek worden. Want als hy zijne Kinderen zal zien ; het werk mijner handen in ’t midden van haar ; zullen zy mijnen Name Heyligen. g^at iiS 30banigc 5nIIen 3p ftaat 3ien. 55cnbsp;befteeringe van dc Kinderen tot de Vaderen gefcftieb ban tiaar / ató 3P bannbsp;bare btoaai-toegcn en baifctic gcbagten ban ben jiacfTiatf/ 3iin «tESercotigfjepbnbsp;toaar boo2 tnen een ©nberbaan ban tjetti to02b / cn bc natuurc ban 3i)nnbsp;Coninftrlifte/ af-daan/ enbe toeber-fièeren tot be hjeg ban batr booi-35abcsnbsp;ren Abraham i Ifak, Jacob, David, bic ootmocbig boo? ben ©cctc babbeltnbsp;gcbjanbelb; enbe niet baar epgen gercgtigtiepb/ maar lt;!5obei «é'eregtigDcpbnbsp;fiebben bereerb / en oni-field- 55an beehrpgen 3p oüb 500 een ®erte/ aisinbsp;ïiarc boo2-J5aber.b fiebben gebocb in baar Söocfetn. CbJidusi 5elf«i bebcdigönbsp;befe bjaarbepb : iiiEJattb. n. ai-toaac öp / ban öc uptnemcntüepb ban 3titinbsp;l^ecfoon banbeicnbe al-bu$ Ijftn fignaïeert berb 7. Wat zijt gy uyt-gcgaannbsp;in de Woeftijne te aanfchouwcn ? (tH bCt) een Riet dat van den Windnbsp;gints en weder beweegd word : lt;j5el|jft bp tegen-delJinge boarcn alle bcnbsp;ïeeraarb / 3©et cn ^tbJift-gelecrben bie op ben ^gtoel jiDofië 3atcn: Ofte
zijt gy uyt-gcgaan om te zien een Menfche met zagte Klederen bekleed? — — Die zijn in der Coningcn Huyfen. 55e 3ili tjS/ gp tjtbb fRib ttOgnbsp;tot be o?b?c ban ubjc gemeenc Jtceraarö te brengen ; bic 31)11 bp fjem tnaacnbsp;een Riet, /kc. gp bebb geen 5ii(benZeeraar; be iibjen toojben betocgenboojnbsp;aWerbanbc hJinö ban Sccringc. «©p cn bunt bcm 00b niet bsengcn tot bènbsp;ajb?c ban een Staatss pcrfoon of een t|obding ban bctï^upsf Herodis. Eicnbsp;3i)n jfeleeb maar aan / gelijbt brt niet toet na Purper ofte na Fiueei ?nbsp;moet ban 5C30m/ (0P 3jit upt-gegaan om een Profeet te zien; boo? 3Ulbennbsp;boub gp utoe 3©et-gelcerben niet; nog bcbben 3P utoc «©ogen cn Einnennbsp;300 niet bcrbiinb / bat gp 500 boogen inbeetbingc ban baar 50ubct bcbben/nbsp;gp toeet bat’er een Profeet ben ,#e(Tiaö moet boo?-gaan ; enbe bat Eiiasnbsp;eeiftmoet komen, en allesopregten: Eijt OP ban Uptgcgaan 0nt'een®?0ïnbsp;feet te 5icni 55an 3egge ib u gp bebb bat aanioanneis/ cn nog veel meernbsp;dan een Profeet, ^it bcbcdigb bP boo2 bc plaatfc jlSaleacb. 3 : i. bailnbsp;oiiiS aandöbbö aangetogen. bp bem noemt Meer ban eennbsp;toonb bP öat met 5iin bomde be p^opbetie bab op-gd^onben; en bat mrnbsp;goannesi bet upt-gebzubte ®cdb ber 5abai boo2 oogen 3icnbe / niet meecnbsp;peebonbigbe bc toebomenbe bomde Cb?i|li/ na toed» alle ©?odten miaegt^'
baarbigcsi
-ocr page 303-Schat-kamer der Zinne-beelden en Voor-beeldeh. z8i
ftaarïiigeti fiaiïamp;en cerepft-öalfi / mm be tegenimo^ge / 500 bat itt bat beel toaar in alle be fjnflrumcntcu of 25oefieii bec i||.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;bc fiorafte
CfjJtftt öabbeti boo’fcob / be pofetie op-tjielb. €n bctoijle ^oanne0 nu fcien bas 5ag / ÖP ntcccbec Inab bati olie be pofeten. a®aac tipt bie 5e=nbsp;liere toaarpepb in Hypothefi ontrent be ©erfoon ban ^loannejS ben ^oopecnbsp;bOT Öetn geiesb bJOJb ®3Ï n. Voor-waar zegge ik u , onder de geenennbsp;die van Vrouwen geboren rijn , is niemand op-geftaan meerder dan Joannes den Dooper. g^it 3iet niet op intenbige ïlfpIisOepb / boaar tn sjwnbsp;©ootgangec Eiia ooft jcet fteeft «ptgemunt (af-toaSc pet al feftoon toaar /nbsp;ban ^nnejS ben cooper) maar op be l^upsiftonbinse be^ 3^. (Ceftamentet/nbsp;bie ooft liet Coninkri-jke Gods, en der Hemelen bjccb öenaamb/ '3[oanneginbsp;i.Cap.berfta ben^taat bebS^.Ccftamentsi: ^ieraattb boo? Sent hJaöba^nbsp;tn scooter ban aHe bie van Vrouwen geboren waren i Ofte nabec aan Setnbsp;5dbe. lüïaac de minfte in dat Coninkrijk der Hemelen was meerder dan
iiy: 5^at is be ftragten uptnemenbe boo^bec^cn ban ^efu ^oob / cn ©p? ftanbinse / enbe bccftceriiftinse / en jenbinse 3öns ©eefts en fteeft Joannes in 5})n tpb nog niet onbecisjnben / ittaac bic jouben onbeebinben fticcnbsp;op ’HJarbetl be alderminften in her Coninkrijke der Hemelen. q^Oe ©obS
Contnftrnfte boo? l^eecïiftïKPb en bc upt-ftoitinse bes 1. lt;ü5ee|ïs bol^ ftontelift toas olt;^elb in een nieubJen ^taat / in toelfte ^obeit en ^gepbenennbsp;rnet een semeen ïtest toesinsen tot ben ®Sioon bec senaben; boo? Setnbsp;ft)obeinbeecmoclt;©ffcanbe^. ©ÖJifti/ enbe boo? be aanlcpbinsc 3iinSlt;0ee(tS.
©ecS 12. Ende van de dagen Joannis des Doopers tot nu toe doed hec Coninkrijk der Hemelen geweld. —¦nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Ende alle de Profeten en de Wet
hebben tot Joannem geprofetcert. ^it iS ecil bupMlfte iipt-Icssinse ban ’t scene top SetiDen gefegb. ^iobPPeS ben ^oopee bebc getoclb / en toasnbsp;met alle ingefpannen ftcagten befig / cup ben toeg tot bit Coninftnjft te be^nbsp;cenben ; boo? Sem als boot een Ponder-Zoon beebgt;0ct Conmlicijft bec !|Cinbsp;meien getoclb ? en boo? psebiftinge ban 25oete en SScfteecinge» 3^u SP ntnbsp;bit ebfe (iuft ban befe bebieninge befig toas / 300 Siclb bc ^Kifttie (Itl; ennbsp;bat toas bc Croone ban gioannis bebieninge. apt alle befe bingen maaftlnbsp;SP een beffunt / bat ftp iS die Ehas, die komen zoude, i^et geen bp ir^s 14.)nbsp;biipten alle fbjmc ban bccftlaringc ofte ceb / ofte 30töjec Amen aan Saae ep=:nbsp;gcii geloof en mtbeefoeft ftelb/ indien gy het geloven wild. 3|p en beSoefinbsp;be ooft niet Soogee te fp?eftcn/ ban boot mpbere aantoiiftnge/ defe is’t, dienbsp;shas, die komen zoude: a®ant gcloofDell 3p bc ©tofctcn ; 3P tooftcn bannbsp;©fttiflllS Dier in gelooben / ^OO gy het wild aannemen, '©it tS / 50D gp maarnbsp;aaitbagt tot be ^clptften toebtengb / enbe gelooft ’tgeene «60b boo? 3önnbsp;j9?ofcten bootfegb liecft- Eelw bat ftonb men boen : 3©ant als .ïïtosnbsp;Icaclji een €ngci ©cfante belooft Cap. 3: i. ^egb SP ban jtipfl een licSa?nbsp;mclift engel i 3®02ben be pieftecs geen Cngclcn / bp j^aleach 2. ge^nbsp;naamb i 30ic ofte toat lt;5efantert plagt lt;0ob eeebee te 5enamp;en om beranbe=nbsp;ringe te maften in teecc en 3?bcn / Cngelen bie onlicDam^ift 5ön / ofte
M n
-ocr page 304-»S2r
HIEROGLYPHIC A, oftc^
HSciiflfjcn ; jiBtUcatl). öab IlcKi octfi lt;ffap. 4. «cii Profeet 0£no£Hiii / todfe le Clptflitö 50ube boo^-toopcn. a!nti£ öa.ic bcttcben iwac juJft cetiftlaccnbsp;Piopöètie bot)?-oeOflan ; (’t 0£cii top nu IjK’t niet ftunncn PDo?-6p-0aan
^Jfat.4o.) Ci.T6atnC0ijeHeerIikhcyd dcs Hceren zoude geopenbaard worden, en alle Vleefch de Zaligheyd Gods zien zoude , niOfl oaai' bOO,? 03311 *en ftemme des roepende in de Woeüijnc , bereyd den weg des Hee-ren, amp;c. ï©at ftatt mettbaac ijoo? anberö bccüaan ban cen©?ofccti Mat-thcus bepaalb bit ooft in be flecfOOn ban Joannes, cap. 3 : 3. Want dcfenbsp;is ’t van welken gefprokcn is door den Profeet Efaiam , zeggende : Denbsp;Stemme des roependen in de Woeflijnc gt; bereyd den weg des Hceren inbsp;maakt zijne paden regt.
lt;©at nu be Joden bungen op bciupgen name ban Eiias* baat in btoaifcb-tojjben / «n tegen ïiet gemeen gebuipfi ban ^cödjberö ; ’t geen seff^ in be toanbeiinge om-gadt onbec be ongeïeecben 1 alis men be eccjte epgen ttagt;nbsp;men ontfeenb ban bonge pcefijnen / enbe aan be boigenbe bie fjaac jeec ge#nbsp;iijft 3nn gcefr: «öeiijft aio men jegb: hy is eenen Judas tegen een bctcabec,nbsp;enjenjehu, bat i.d bjpbeiv oiifcn jofeph, bat i.ö onfen op^egten^Iongefing:nbsp;3^p ijS eenen Demollcnes of eenen Cicero , bat id groot ©tateuc. Jefabelnbsp;bab bit ooft toe! gefeeeb; ftfjoon een Sydonifciie Heydinne, toanncei' 3p upt
be ©enftee Icggenbe Jchu toe dep t Ift wei Ó Zlmri zijns Hceten Dood-flager , noeiticnbc ljem z/gt;ri. b« jchu fliette; ombat befen Z‘mri 5(30 Co# tong Eia bab öoob-gefïagcn i ïieg. i6. beif, 9/10. gra be l|. ©-lOfeten ge#nbsp;btupften jobanig een (€aale: lt;0eli)(i Hofcas ben Mcsiiam Diet David harennbsp;Conmg Cap.} l ft. iBeei' cremplen fparen top.
%t id aanmeiMït/ bat Joannes den Dooper bc^ofitic cnj^ccfee ^frael.d 500 beebojben gefteïb bonb / aid cecfl Cliad spn ©ooj-Ioopce/ Det toelbe innbsp;alle 3öne 25oet pebiftatien Dlaac bltjftt. *©e befte / ofte be Hlectaaed bednbsp;©olfld bonb DP Slangen en Adderen Gebroedfels J^Kattlj. 3. Cap. JDaac#
cm Dp bofi aan allen beBekeeringepebiBte; enbe Daar allen Deeft gehoopt met ben ^oop bec 25elteennge tot beegebinge bec 3onbert. ^ijn J^tebi#nbsp;binge / niet tn ^ecufaleni / en ben (Ccmpel ofte be ^pnagogai / maat innbsp;be Woebijne liomt 3eet: toel obec een met be tebend toijfe ban Eiias, bignbsp;blugte in be a[©oe(iöne enbe 3ig ontDielb in een fpclunfte; enbe be utabendnbsp;jpjjfe/ bic Eiias nuttigbe/ met 3ijn ^^pn'nft-Danen en 3©iiben Ironing.
{b J Eiias id getoecfl een ©oot beelb CDiifli 3elbec / 't geen Dcm te upttiemenbec eere geeft: ï©ant bit blpbt Dlaarlifi / niet alleen npt be 3on#nbsp;bei'linge gbec toaar ban befe J^negt en ©cot-loopet Eiias enbe sijn jtSeefternbsp;CD?iftwd 3ijn ontflehen getoeefl ontrent Ctobd lupd / enbe in ’t Derflellennbsp;ban ben Ciobd-bienfl 3 maar Dier ban td een obertoinnenb getnpgeniffe bienbsp;gelgDljepb met Bet veertig Daagie Vallen Eliae enbe CDDDi. ©ergelijltnbsp;i iScg. 19. ®d 8. met jBatrt;. 4. ^d 2. CleiiiD DP ooD id getoeefl eennbsp;trefliB 33gt;00?-beelb CD?ifii in 3Ön op varen ten Hemel. 3^p in een Vyerigenbsp;Wagen met Peerden j om bat 59rt lïofliD Eitöaam gpfcDte een greote
ber^
-ocr page 305-Schat-kamer der Zinne-beelden en Voor-beelden,
becaiöcrinoc alss ©pre; ï^p Cf)«(ïuö mrt een Woike: Jön liBDcpïj l)ati gren ©ogsiencaficr (Cdumf bwgrn ban noobm,
I [. Eiias ö cen boojöecïb ban We lt;i5aamp;bjugttge Hberaar^/ en eeriïe ïicfojntatciicö tn öc J^erfte COnflt! bic ban be ?Cnnc!)?ifct)c ïgocce Jefabeinbsp;jtjn bccbolgb ; cn We biebccom be 25aal,ö ©jieflec^ / boo? öct Etoectbnbsp;bees lt;0ccft)S ftebben nebec-gcamp;oiibjen. 5^e cebeti ban be toepaffinge isi Maannbsp;unt bc gclijWicpb en Dbcc-eenf5cm|ie ban alle bc Eeben bcc gclijftcnilTeinbsp;cn upt bü b-cgelijbinge bcc ï^pligc lt;;§cö?ifi, ^e ecefte (leütnge tg öiaac;nbsp;om bat be èeebe in be ©agen ban be ïgcecfcOcnbe jiBagt bes StmtcönftSnbsp;neiiift is ben bcrbailen ^taat ber öeefte onbec be S'oben. oên om batnbsp;lt;gli3: roem beitaat tn bet gbcccn tegen bit bcrbal en ’t 5eibe te öeciïeHen;nbsp;cn om bat p» met gelöamp;e gjefabe! te boen öeübcn / ais ^Uas ; en om batnbsp;«i ban nelijhen be oojfaab jijn ban ben onbeegang bcc Baais Prieftetsnbsp;Miiift €fia. 5©aac-m-boben ooft upt be l^teplige ^Ijzifture / toelftc benbsp;gdnticOnliifcbe ï^eefte ecpteffelift noemb / ban de Vrouwe Jefabei, bannbsp;de Hoere ja Overfpceiüer fCpocal. 2. (ÖS 22. Cn be bcrgelijftingc toonb/nbsp;bat bit is be jelbe Purpiu roode SEpoCalPptiftIje Hoere van Babel, metnbsp;tocifte be Coningen bcc 9fiacben (gelijft Achab met jefabei gt; gehoereerdnbsp;hebben. Ctt Ws nctttanb tocilaart moer/ bat CliaS in 5iin beectig baagfenbsp;ballen is een boo’bcelb Cfttidi; toat faefjocft men 300 een anbec te obee^nbsp;reben ban bat ftp ooft be iteefte Cfftifli fteeft gecepiefentceeb / bie ftetnbsp;Eicftaam CftatfH iS / in Wergelijfte jaaften Wc ftaac Analogie enbe gclijft-bo?migl)epb ftcböcn met ben anbcccn / m alle bocename üeben. cn toatnbsp;3al men «ggen / bat anbecs boïgcns Cgt;obs ftetoften / ftet lot ftan jijn bccnbsp;hielen ban alle bie ftanbbaflige 23ioeb-getnpgen giefu / bic 3ig ntet ont*nbsp;5ien ftebUen ftaac litftamcn aan be blamme bes ©pees obec te geben ;nbsp;ban batd ais met Vyerigc Wagen en Peerden. na den Hemel zilt;n opgevoerd ?
WP 5cggert Clpen-fe-m in een f 5amen-ge|lelb tooo?b/ ban toeïfi ftet caftc Eit Bipen ecmge gcijjftftepb fteeft met liet iatijnTcfte Ebur.nbsp;i©e ^^ebteen noemen ftet met be epgen ^^ame ban be cerfle ^toffenbsp;toaac ttPt ftet öeflaat Tand, toont ftet is niet anbecs ban een Éanb bannbsp;een Elephant j gciijft Wftenb ^it fteeft ooft ?ijn dfigimce in be l^epltgcnbsp;^rftJift: Cm bar ftet iö een doffe bie jccc bad tn een gefloten en 300nbsp;WiHcfaam iö bat men naaiitoiiftS beegaan baac aan fpcurb. Coft omnbsp;batfe 300 snpbcc glindeccnbe toit iiO. ©aacem bebupb ftet
IS n 2 nbsp;nbsp;nbsp;(a) gse
zS4
(a) nbsp;nbsp;nbsp;yaHtgftcpïj m onbctocegliBDcpii ban onfeCcutojgcCafKrnaftdöinbsp;banc bobctt / toaac in be 25?»Pö nu al booz bc aanlepbinge beiS ï|epligainbsp;^cc|l0 Qcbjagt Jss inCb^o/ botu toclben Geeft 5» toegang tot fiem öfbbcnnbsp;in ben ]|emel; alë tot ben toaten genaben (CliJoon ; bie Beftenbig ijS: €nnbsp;3upbec in ^epltgljepb / en gltnftcrenbe tn ï|eeclifi8epb ; to^icom ?p eennbsp;gcóoten witten Throon genaOlllb bJOjb 3ÏPOC. 20. ^te ban bit Elpen-beennbsp;Pfai. 4? : 9. Alle uwe Klederen 7.ijn Myrre , ende Aloë ende Caffie,nbsp;uyt de Elpen-beenen Paleyfen, van waar zy u verblyden-
(b) nbsp;nbsp;nbsp;©oft bectoonb fiet be gedalte ban ben 5S?upbcgoni Sefuö Cant. 5:.
14. ZijnBuyk is als blinkend Elpen-been j overtogen met Zapphyren. ^e ^peniiS iö alfoo cijp / inbien men te 5anteit amp; Continens amp; Con-tentum, boo? ben ^upl» becflaat ooft Bet ^jngetoanb in be jelbe Beftoten/nbsp;in fupeiiori amp; inferiori ventre, en Cltl bat onbec allc El^ltn beiS ©niptnbsp;begomsi niet gefpjoBen hja0 ban be Borften, 500 BeB iB baat boo? aanleptnbsp;öinge' te benden / bat onbec be ©upB ooft Prscordia, bat om Bet i^ert istnbsp;beedaan b30?b. ^n bie toerft-tupgen iiS Bet Eeben en be ©aten tot Betnbsp;ontfangen / toeBccepbcn enbe becfpnpben ban Bet ©foeb en Cfeeden. ^nnbsp;ons iss bit Seben bccbccteiift enbe beitottinge meed onbectootpen ?. gin bcnbsp;3elbe tó be Eit-plaatö ban be g^ieclifte BegeeiliftBebctt en.toelluden/ bannbsp;be gulsigBepb en obeubaab : Jlftaac / inbien gp Ctpidi ïeben en be oojfbaftnbsp;bess 3elfjS aan metftt i bat tis onbeeganfteuft / onbccbccflifi ïtom. 6. Opnbsp;dat, gelijk als Chriftus opgewekt is tot Hectlikheyd des Vaders, wynbsp;ook alfoo in een nieuw Leven mogen wandelen . . , , wetende datnbsp;Chriftus opgewekt zijnde niet meer en fterft ; want ’t geen hy geftor-ven is, dat is hy der Zonde ecii-maal geftorveii, cn datJhy'Leeft, Leeftnbsp;hy Gode. giw glicBaam iiS niet meec een natunrlife of lt;©iecUB / maacnbsp;een (©eedlift EicBoam. ©tipten ttoijfei isf ban ooft alleis bjat in Bent 10nbsp;cn Bern ILeben boeb / l^eplig en 3upbec bol ban liefbe ©fat. 40. Uwenbsp;Wet is in het binnenfte mijns Ingewands. Cn 10 Ijp een BtOt) bejSnbsp;levendigen Waters, die uyt zijnen Buyk vloeyt. ^Clle befe bittgen gebettnbsp;ooft ban 5ig eenen ?iipbec tóitten en Blinftcnben glantss / alsi BP 5ig in 3^nbsp;©eecliftBe^ bectoonb. ©ecgelijfi Stpocaf. i. 5amp;!S it.
(c) nbsp;nbsp;nbsp;©oB be gedalte ban be ïSeefte sijne ©ttipb Cant. 7. ©^4. Uwennbsp;Hals is als een Elpen-beenen Thoren. ï|et Hooft op be ©?Upb (300nbsp;fpjeeftt Bp aaiimecftlift ntef':enboubig uw’Hooft maac ul^ooft b6 ven u/nbsp;bat 10 CB?idu.0/ Baat blanfte uptgedccltte Clpen-beenen J|al0 bie depl daatnbsp;0l0 een Thoren , ctt bie bat i|ooft btaagb/ Bebupb Bace ©lotie cn aoemnbsp;»n CBudo/ biefe allomme b?aagb 2Co?int. 2. $0 14. Cn©Bil. 2. Sa 16.nbsp;^p dc^fet baten ©aia iipt / met Bet upteede bedongen na be ©penBacingenbsp;ban be ïèe?diftöcpb ban lt;0ob0 jfóinbecen j5om, 8.
-ocr page 307-1^ een ïKatc ban bjooge 3®aïen; gdijb Bath ban natte 3©aren €j:ob. t6,
36. atebit. 19. 9ss 36. g^i'ut. 2.1, (50 14,
I. ©m bat lt;j5ob in oen«ib« piaatfcir b)el (tciftteltft beeboben bab/ in ben 25i«:gei1tftcn èanbcl be 5dbc tèbecbaïfcöcn/ 300 bjecb bit obeeoebjagtnbsp;tot een föetftlib geb?upft / in toelfte / «tEtóbs a©oo?b 10 be maate bie betnbsp;3^2n inboub/ alö be Epha; en ooft be Bath, bie be cebelifte onbcebalfcötenbsp;a®e(bi0. ^ct lt;0jaan 3ijn 5oo©erronen/ alö^aben en toerftenusattO. i?.
kinderen des Coninkrijks 3ön be goede Terwe. ^Ct ï©OOib ^Ob0
anbec0/ 1.0 en fjet Gontinens be maate/ ofBat’tgeeninsigbcbJacebciïunt; en be modus quantitatis; bwac boo? be mate ban ben inboub bepaaibnbsp;toeeb. lt;Ên bet Contentum ’t geert baar in 10 jiBattö. 13. j^ergeiöfinbsp;l^acc. 4. M 14. Den Zayer is die het Woord Zaayd. ^aac i0 benbsp;(«ertoe bet Woord; lt;grt bpiBattbeum jjjn bd beï^nberen bc0 Contnfirijb0.nbsp;^iet toonber / toant bet 2:aab bat oc3aanb toojb / enbe ’t geen baar uptnbsp;boojt fiojnb 5ijn ban eenc natuure. ïget ©ogmerb ban be gelyteniffe moetnbsp;ban een ban befe boo^namc bingen aan toöfen. ^aat 3i)n geballen innbsp;todhe lt;l5ob0 3©oo?b epgentlib ató be. mate en regel boo? bomb ban per#nbsp;fonen; ban moet men bie gdnheniffe aanbnngen. «jeebid toonb 0110/ boenbsp;ïtegtbaarbig enbe op?egt bet 5^erftlift ^ümpt in bet p?ebificn ban ’t3©oo?b/nbsp;na be iSegd-mate be0 lt;0eloof0 / en bd Üdblib lt;©o?beeI / 3ouben teer#nbsp;ben geoefenb in ben ï^i^ftdben en ge5HPberbcn ^taat ber ïjerbe / mnbsp;be iaatfic ^agen / toannecr bet baf ban be («ertoe 50iibe af-gefrbepbennbsp;5i)n: Soo 3upbcr 3oube men iban öanbelcn in ben i^ieutocn («empci
4tap. 45. (Ö(T. 10/ II. Een regte Wage, een regt Epha, en een regten Bath ïuld 'gy L. hebben. Een Epha ende een Bath nullen van eenderleynbsp;mate zijn , dat een Bath het tiende deel van een Homer houde ; ooknbsp;een Epha het tiende deel van een Homer ; de mate daar van zal zijnnbsp;na den Homer, ©crgdijb liaicb. 6. ®0 10. Zijnder nog in een yedetsnbsp;Godloofen Huys Schatten der Godloosheyd ? Ende een fchaarts Ephanbsp;dat te verfoeyen is. ^2 ^cb?tftute bctgdijbt bibittaal; bpfoiibcr ooftnbsp;Cb?tftH0 f^ic iPattb* 7*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ïïSürc. 4. ©0 24. Sue. 6. ^ 38.)
bet ©o?bed ban onberfcbtpb bp btt upt-meten met een mate t Met wat
maate gy meetet zal u weder toegemeten worden. ï|p befïcaft be Jlpjpocrpfie cn bet onregtntatig / onfcbeiftuiitïib (Doebed ber Pbarifeen cnnbsp;^Scbnft-gdcerbcn / bic bet bgtfte ban bc apet boog febatteben; cn betnbsp;3toaarft« na-Ucten: g^ic Bet jfóctblibc lt;©o?bcd toftottoutob t.0 te toegen
^ n 3 nbsp;nbsp;nbsp;en
-ocr page 308-i85 nbsp;nbsp;nbsp;H I E R o G L Y P H I C a, ofto
m toe te meten / inWen ïjp suite? balfctelift en ïjcöjiecfieitfi öoeö / bten saJ ooö 3ijn ©ozöeel toegemeten taoeben na ben Éiegt-jnocc bcc gecegtigïjepb.nbsp;XBit ban Ciuiftum öoo.ebcn en be magt om upt te meten ban 0em ont^nbsp;fingen / mogten toel toe-3ten batfe geen balfcBe toace / baf boo? ïSoojnnbsp;toe-maten/ nogte geen onbefetepben uptmettngc beben ; qebenbe tjet Söeoobnbsp;ben bonben ; ofte inijoubenbe een boomaam beel bes? Cbitfiliben (©eloefs?/nbsp;enbe toeg-nemenbe booi een gtoote po?tte ben tcoo(l bec Èieien. ©ecgelölinbsp;toebccom 28bocal. 6^ ®(f. 5/6,
11. ©an bet obec-aatbtg ^tnnc-öceib Csecte y. SjS 6. g^aar guam ceeft een Epha voort (na bat ÖP eben te boeen ban ben gcfjeelen onbergangnbsp;ban ben ^oobfcDcn ^taat en fCempcl nameitb ben tbjeben €empd ^s? 4.nbsp;bab gefpeoben tn bet eeefte ^tnne beelb 500 beitoonb bP een ntcuto ge3tgte:nbsp;%tt betceft ban tn lt;0jbje ben ^taat ban be uptcritbe 3tgri)ace 3^erbe; ennbsp;toll toanneec 3p ban bc eeciic opregttgbepb toas? afgetoeten enbe ben ifbalnbsp;tn be seibe tn-b2ong ; gcipb tet boi^nbe leerb.) g^ooj befe Epha becflaanbsp;gft met cegt in ben eec(ien / be bofbepb en obecbloeb ban alle bingen /nbsp;bie SCbbecsi en Eanbeepen bunnen uptlcbeim ïget toas? ban biet een Cijönbsp;ban ©jebe/ men 3at onber süncn Wijn-ftok enbe Vygen-Boom ; ®»aocnbsp;boo? toierb be ï^iipcbelacp / en befbe tot be 3®ci-cib tn bcelen ontbebt; als?nbsp;men geestig in-btcl tn be Wooben (Cempclen / en tn bare febatten gtabbelbe:nbsp;'Stisi bc ©epbenen uptgeflooten / en be CbJifïenen op bet feufTen en bennbsp;^toei bet €eren toierben gcfieib ; als? be Cteifien üceben en ClooftecsVnbsp;en be ©ifeboppen bemjbt toiecbeit 2£i be 3©ecetb fioeg 3ön ©cgen op
500banig een ^taat bet jl^ecte. De Ooge is over haar L, in de gantlche Aarde. I^aac lt;©ogen toaten bol ban ücgcccltftbcpb enbe «©bcrfpel met bcnbsp;©ocre. ©etgelijfi i^Ioait. 2.550 16. 2^ctr. z. ®s? 14. Epha tod-önbsp;biin bier genomen in een 3tn ban obetbloeb.
©eCS? 7. Ende ziet een plaate Loods wierd op-geheven , en daar ¦was een Vrouwe, zittende in het midden der Epha. 3©elte bcfe Vrouwenbsp;5P becftlaacb bP bOtba'iS btlpbellft : Dcfe is de Godloosheyd ®s? 8. g^at
ts? bie bc toace «jBeregtigbepb ban gjefits? en 3ijn Contnteijlt niet tennen ja lailercn en becbolgen ; en ben gantfeben oBobs? bienfl flellen in bet onbec#nbsp;bouben ban bare bp-gclobige bienft. ^nmma bet is? be lt;Becftiite ï|oevcnbsp;bic Salomo (©?ob. 7. Cap.) tegen ftclb tegen be ©pperfle a©nfbepb.nbsp;Cn bie be ^poealppfis? noemb Cap. 2. be Cbetfpeiige ©zontoe ^efabei /nbsp;ban toelte top op be (€itci Achab bebOcn gebtinbeit. oie Purpur-roodenbsp;Babylonifchc Hoeré Cap. 17, ^efe toOZb gcfet in ’t midden van denbsp;Epha. ©an’t todfte ttoec Debiipbingen 3ijti (») ^at baar aïic ober#nbsp;baab ban btc 3©citlbfrbc bingen tocb(cnp,lt;ben / -geipfi of 3p selfï? in ten matenbsp;mibben onbec ’t lt;jB?aan 5ar. (b) g^at 5P baat alle ©ojbccl en tipt-beclinge ban alle bsfc «jBcefffite cn iicbameöfte bingen aan matigbe. itetnbsp;op-heffen -ban cctt plaate Eoobjs i.ë ectt-béginfiS -en wterepbitfge tot êtt
•• nbsp;nbsp;nbsp;(©o?beel
-ocr page 309-Scliat-kamer der Zinne-beelden cn Voor-beelden. z87 ban bcöbjang boo? be 3©erdblifec jDagt baii ’t toelfte nu gefpjoften
taoib. Endc hy wierp het Looden gewigte op den Mond der zelver. ï^iipten tbJijfel toaö ftet fp:eïtcn / enbe ’t bonmffeti / en oSmgten te lt;0effesnbsp;ttcn öet toecft ban befe ©joubje / immec batfe 3gt;g aan-matigbe; bognbsp;(©OblOOfïtfi Oefenbe. Haren Name is de G o d l o o s h e y d. fBaai' Hlnbsp;bie ,f!Bagt ib 3P boo? een ®ijb bedjinbes bebtoongen. ^n eenö boo? benbsp;Blagt ban ben ©tfcbop ban Conilanrinopdcn/ ban eensf boo? be al^cpfeccn:nbsp;iïSaac boo? al boo? ben ^n-bal ban be Barbaren en Saraceuen. lt;©aac,nbsp;op liOUien tb?ee Wijven , met de Wind in haar Vieugelen als ccnsnbsp;Oycvaars , en zy voerden de Epha tuflchen de Aaarde en den Hemel,nbsp;©ecftaa be Ëccicfiaftique, en JlücrelbHbe Höagten / jtg in beccc töctoefiennbsp;uptitreMicnbe: '©cfe bccljeffen bie 2tnt(clj?i(itfcf)e ©?oubJe in ben Cpbanbsp;tufltDen Éemel en Sïarbe; maamp;enbe ban bicn iBenfelje een öalf «©ob/nbsp;enbe bcm becDeffcnbc boben alle Coningen bcr ^acben t ooft be jelbenbsp;jBibbelaceffe tnffcljcn oBob en be a©enfcljen ftellenbe. Zacharias b?aaabnbsp;ben «Jngel b?aac toe bog bit gefcftiebei ÜP antbJoo?b/ om haar een Huysnbsp;te Bouwen in den Lande Sinear : Dat zy daar geveftigd , endc gelleldnbsp;¦worde op hare Grond-veftinge- 5^aac biaji tt bo:en ato een jpiuibantcntnbsp;ban befe 5lntitft?i|ltftDe ïtcgecclnge geftelb / ia baar op al gcooubjb eennbsp;gcfgobifcft i^upö/ maar ö«t begon sc^cte toaggelen, iBaar boutoen bebupbnbsp;liiec bader te bebedigen / ’t geen nu 50ube biaggclen / ooft een i^upö tenbsp;ftcrdellcrt/ ooft te berciecen ; upt te, setten; niet ^ucceffeurts en a^aftonie^nbsp;Itngen te boo?di;n. gic z^am. 7. ösS n. ©fal. 113. öö 9. €n 300nbsp;10 fap erempel be ruineufe JSoomfcfte ïSeefte boo? Caroius Magnus onber^nbsp;deunt en uptgefa?epb ; be Plaat Loods ban ftaar jDonb toeg-genomen.nbsp;^ plaatfe baar 3P bie op paar ^tanbaact 50uben deiten bia^ ftet gfanbnbsp;Zinear, ecn i®eel ban Babyionien. ^le nu aan ïSonia/ ben igetei beönbsp;lt;©cbieb0 benftt/ bie salfe baar sten in Det (©eeftlift Babei op öaare danb-plaatfe.
Z^e ban 3ijnc af-ftomde lt;©en. 41. 5.0 50* nbsp;nbsp;nbsp;Jofeph wierden
twee Zooneu geboren — die Atiiath de Dogter van Potiphera, Overlie van On hem Baarde , ende Jofeph noemde den Name der EcrB-geborenen Manaffi — cn den Naam des tweden Ephraim ; Want hynbsp;zeyde God heeft my doen waflen in het Land mijner verdrukkingc.
«©ife guamen bepbc boo? eene daaft/ in ben riante 5lodPiï 6are0 ©aber0; baaront b?P JKanafTe l£5en boo? een halve StammeManaffe. ©it Ephraimnbsp;öab aaPSdPliftr Éó?tie/ fP nw öare af-gefonberbe i^teben tot in
be
-ocr page 310-HIEROGLYPHICA, ofto
to granö-pflkn ban .msanaffe. ^ofiie i6 : ? - 9* isörib» bat 3ijn ©aba* giacob 3ön JJegtfcDanb op tot i^ooft ban {jfm lag / öaacnbsp;ïjti nogtanst be ^ongfle toajS ; en ?ijn EintoDanb op ’t Hooft ban iBanaffenbsp;bie be ©ub(le toaö» ®an bit jclbe aèptoann boats be Hooft-^tab Samarianbsp;1 ïleg. 16.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;24. '©aoc iSegcevbcn be Coningen gifcaelss na be toocbige
fctouctnge bah be tien stammen ban o m r i af. !©e coning ^fcaelsi
Die kogt den Berg Samaria van Zemer , voor twee Talenten Zilvers, en Bouwde den Berg ^ en noemde de Naam van de Stad die hy Bouwde,
samana i iSeg. i6 : i?. ^^efc toaef ban ooft be Hooft-^tab best ©alfcften lt;0obö bienfl / in plaatö ban be Calbecen tot Dan en Bethel, g^aaromnbsp;wllen top genoobfaaftt 5ön fttte in eene 5eibe (€M te fpjeften ban Ephraimnbsp;en Samaria. €gtec ftccft lt;©ob in bat wntcefte beebal ohbee alle be ^tam=nbsp;men Ifcaclsi be jpnen geljab/ toelftecb ftnpen 3ig boo2 25aal niet gebogennbsp;fiabben: ^aac «iSainaria baac-cn-tcgcn met be tijb geljeel tooefi / ennbsp;Éepbcnfcft toieeb. Het ijS toijbec aanmecftlift / bat Ephraim om befenbsp;cebenen bifttoilö ftomb boo2 al be anbeee stammen / en tegen ^uba toetbnbsp;gcftelb. ^ie bat boojgaantS in Hofea.
31110 men toel agt geeft in ftet tc3en ban be ©jofetten / men 3al öebinben bat boo? bit Ephraim, Samaria, cnbe luda, in 3eec beele©laatfen beïfaeeibnbsp;bio?b een biecgelijlie fctjeiR-inge bet Ctoilïen Heeften / bie ban toegen benbsp;occafien en oojfaften / cnbe be toijfc ban ©anbcl / enbc ©panbfcftap in benbsp;3eltoc geoefenb / en be beiMftftinge ban ben lt;Biob0-bicn(l / een teef nrootenbsp;geliiftbonnigftepb Heeft, gift (petulece op 4* beeff. 15/16/17/18/19.nbsp;baat GP be Hamen ban Juda, ifraei, Ephraim in bie tcgen fïellinge binb.nbsp;Éoo bat «Eplpaim in be eeeffe opfigte be 3fntictoifïireto Herfte; en bannbsp;ooft bie bc 5eibe tocballen / iniïupt; en gnba bc ceoHinnigen bettoonb;nbsp;liHaai: gft toil nabec ftomen.
I. lt;ÉÉl1l beftaat befe Analogie in bC Staat des Coninkrijks. JHant gcliifi '6ob0 ©olft boe becbeelt toieeben onbet twee Contnfttöften ; baatnbsp;31) te bo?ert een toaccn / beljoojenbe alle tot ftet HuPb ^abib0 / en tennbsp;aanfien ban be (i5ob0-bien|l tot Jcrufaicm , en ben Tempel ^ btencnbenbsp;baat in ben a©aten 45ob. ©p toelfte ^taat Juda Weef / al feftoon 3elf0nbsp;onbec Rehabeam 3eee beele Wgobcepen en beberf in be 3iipbere lt;iB'Ob0-bieitilnbsp;toietben ingeboerb ; alfoo ooft (iaat tot ftiet t «©gat 10 een betbeeltftepbnbsp;tuifeften ttoee Coninftnjhen-, Chrifti to0 toaccn Davids, en be0 Antichrifts.nbsp;dommige ftonben Ctoi(lu0 alleen boo? ben cenigen Coning ; anbcce (iellennbsp;3ig een sigtbaac Hooft, ^e 3©ace en ïtegt3inntge Heeften 3ijn geplantnbsp;ban be Hepltge 3Cpo|ielen; enbe ftcüben ftacen Ciob0-bien(i en toegangnbsp;tot ftet Hemelftfte gecufalem / en 3nn ölfoo bc lt;©ub(le en ooifpjonfteiifte;nbsp;maat befe bie nabeeftanb 3ön ingeftomen / ftebben 3ig met Jerobam c«/-verefj tot Dan sn lietel gcfielb ; enbc alle Hef^i ban be jHenfcfjcn af-gctcoKicn ban bat toatc gecufalem : (Cen anderen befe obec-een-ftomfie
binb
-ocr page 311-Schat-kamei' der Zinnc-beclden cn Voor-beelden. zSg binömcn / ten aanficn ban ben lt;©objS-iJicnfl toclfeets? boo?nnmc beeï in bte
tljb t)ct Offeren was ; 3©tSnt gt'ÜjÖ Jeroboam ÖUPtt'n ^ecufalcm (©ffeCÖei
affoo ooft befe/ öie CftJiftum in alle plaatfen in be JlBifTc onftloebig ©ffecen. ^aac bic igcenen bic tóacc 25o?gecsi jijn ban l)ct nicubjc 3[ccufalem / God
Dag en Nagt voor zijnen genaden Throon dienen in zijnen Tempel;
liem ©p-offetenbe geen ^ocn-offecftaitóc/ maat toeftemminge best (©etoofsS/ asclijbcniffc 3tof en g^anftfcggingc. ®cn derden, 5ie bc gclijftftepb in bcnbsp;picftcccn : 3©ant baat be p?ieilets na bc lt;0?bonnantie ban Aaron mollennbsp;3ijn bic aan ^ctufalcm cn ben (Ccmpel betftonben toaten; maat Jeroboamnbsp;ttlboctbe Baals Priefters, biC OOft OP Öaat bjjjfc pjofctctcn / en öaren Baainbsp;fict .liBisi b?oöb aanbibben. i€en vierden , gdjjft be tnenigte bet geenct innbsp;bic 'nib hjclftc af-bielen obctgelijftclift gtootet iss ban bre genet bie gsgt;abibönbsp;Ifóupö / cn bc bjate lt;©obiS-bicn(l aanfileefben ; alfoo bat be P?ofcct €lianbsp;mcmibc bat W in öt becbolginge ban Jefabci alleen toajS obet-gebleben; al^nbsp;500 to fttet ftet getal ban bc 28f-balligen bed gtootet ban ban bie ftaat aannbsp;bc «euangeftfefte toaatfiepb ftebben baft-geftouben. (Cen vijfden , selfjï bicnbsp;af-bielen beftielben booj 5ig ben 5Same ban iftaei, en 5et»ben bat 50 ftet metnbsp;bc cetde ©abecen ftielben/ bie op ftaren ®ecg ftabben aangebebent gi»at ftetnbsp;Coninftnjft ^abibö/ cnbc ftet bepalen ban ben lt;j5ob.ss-bien(l aan letufalcm/nbsp;bjaö een inboctinge ban een nientoe Stecre, lt;De sdbe iss ooft be pjacnjftcnbsp;ban ftet j^ufbom / bie ijaat fbetie alleen Catholijk ; ja ban ftacen 25ergnbsp;Samaria Rooms Cathoiijk noemcii; cn altoojS ftaat gebjaatibc ©ubljcpb b?|fónbsp;ben tot boo2-oo?bcel ban bc bwacfteiab. (Cert laatften , alfoo bittet alé bcnbsp;ftaat tnircftcn bc ^amatitanen cn goben toaci / (500 batfc 5elfö niet logeernbsp;ren hjilben pemanb toteiisi aangefigt na gictufalcm fionb) alfoo Ja nog faeeJnbsp;bcctooebet iö bie ban be Koomfeften tegen be d5etcfb?meecben / bie alommcnbsp;op dtaffe bes? g^oobsi ftebben beeboben / eenig (©etefojmeetb ©jcbiftant tenbsp;logeeten, «©efe onfc Analogie tst generaal / bettejfenbe allen bie ban bcnbsp;cerile acpodoltfcftc jupbctftepb tot ben SCfgoben-bienil 3011 afgebjeften / enbcnbsp;ftet ©n'maatfcftap tn-boeren ; 't 3P ben ïioomfcfteti cf ben Conftaminopcl-ichen 25ifftlPP* r§cftoon egtee albetgcboccftcUftft cn bietftantft op bennbsp;ïioomfcften ftaat paft. , iBaat ons ftomen nog centgc nabee geUjftbojmigfte;^nbsp;ben boo?/ toaat in be .bepalingc ban be (bbjetten nautoet gaat.
II. apt be tunmftepb ban befe eerfte becgelijftinge/ toaat onbec ooft alle btoalcnben ftunnen bebatet too?ben / bic ban anbeten tet ooïfafte ban ben »0obs-bienft tooiben onbetfeftepben / enbc ooft ftatc bpfonbetc Coninfitpen ennbsp;^taaten bettoonen in be toetdb/ 300 falftftt ftet bat
A. Juda , en Ephraim 30mtÖbS bCttOOncn / be eenc be Roomfehe (5001 lang ais bie nog baft ftidb aan be lecte ban ’tipunbament bes lt;i5doo^) be
anbetC bc Griese ï^eeften / ofte ben ^taat ban het Oud , en het Nieuw Romen, gdftftfe ConftamiBopoien noemben. ^[aat ftet feftoon 3ön / öat
lt;© s nbsp;nbsp;nbsp;ooft
-ocr page 312-oo{j’t5dbcRoma, cti bts inctï)«t 5db« gcniccnftï^p ïjcbkn lïoo? Ephraim iö fcêiiacimö cn tcoat Juda ocftdö / bolöt«0 oofe oronbcn odcgb in öct «cftenbsp;5^oofMïiifi. JKcii iwoeü ted tijUss öe btbupiringc bes onbct-toccpeii flaale»nbsp;uöt int o««? ban be 5dbe oefet^i to02b. 2{itc bte bingen Dltjben baar toaac^nbsp;agdg bie top ban ftct 3£ntictoi(ïifcl)e Roma {jebben gcfcgb. JJogtansS cm tegen-ffdlinge ban be (0dc)ce ï^ccfiline ï^eafcbapppe bte tot ConitaHtinopoiis toasnbsp;gcplaatft; bic Otrfl Iwac Metropolitaan en eerfte Bilfchop fjabbe) 5OO bKCbnbsp;bc aoomfcöe te tegt bp juda beegdcbeït. i. ©an toegcn be fcöeucingenbsp;tuflïöen bepbe bie Ctoifi^ öecben: ^n todfte Conftantinopoiis (Nieur»nbsp;Komn genaatnb) al.» een floote en öptfpniptfd ban bet ©ube (toaac cmfenbsp;ooft be ttocebe piaatfe onbec be biet i|oofï saüTciKipPcn bcftleeb) afgcfcDeucbnbsp;iö bai be aatipifcOe ï^eiftet ftftoon toaac isS bat bc ©ppcc-fteecfdjappp-3ngt ban ben Sioomfcijcn 25ifrcöop baac toe een groote aanlepbing beeft ge*nbsp;gebcn; gdp ooft tod Salomo aan Jeroboam gcbaan babbe. Cn aifoonbsp;ten aanfien ban benï^ecftlifien^^taat en Igeccfebapppe / bie Juda en bdHuysnbsp;Davids beiJatcn; een ertftd afgefcbeiicbc (Caft toaren/ 300 3önfe/ een sinne^nbsp;Bcdb ban bet Nieuw Romen con^mtinopoiis. Ctt bctaatont en 50ube iftnbsp;botgcno ’tgetupgeniffe ban alle J^ecftlifte ifeiftonen niet 3eggen/ bat in oBdc-fecn Kanb bet eecfte openöaai* eiceinpcl ban bien quot;JCf-bal / bie upt be lt;©ppci*-boofbigbepb ontftonb / gegeben is i _3inimec Joannes jejunator jsiffcbopnbsp;ban Conftantinopoiis, ftccft alöcc eetft opcntüli ben ^gaine ban een Algemeen Biffchop óix»f4'(X8 Univerfaiis Epifcopi gepsetenbcect en aangenosnbsp;men. ®cgen todften ooft Gregorius M jstlfcfiop ban ïtomen/ 5nn ©ennenbsp;geftbei'Pt beefï / enbe betup^ / dat hy die ^ig dien Name van een algemeen BifTchop aanmatigd , ook met cenen zegd , dat’er niemand anders dan hy zelfs Biflehop en is. lï^ac 300 3ebig en toaS Bonifacius denbsp;derde niet / bte SEiino 600. a 606. in be ecejie Pofleflie ban bie 5Samenbsp;tenb. f€cn 2. lt;©m bat; al feboon toaac isf / bat in bie bjb be Koomfebenbsp;Itei-fte bad begon te ont-aacben bi»? fnpetliitien of bp-gelobtge (©objS'biend;nbsp;floft boo? al in i^eecfcbappp'3Mgt/ nogtans bc 3dbe in geen openbaar Conti?nbsp;bum booe eenitge Canones een eenigen acetiftd bes «©doofs beeft gefebonben;nbsp;ja bccleH«refesïiettecpert en laftecingenbecoojbeelt: lt;Daac be lafterlifte 3^?nbsp;terpen ban Arius en ban anbete nog oubet Settees; gdijft Pauius Samofa-thenus, amp;c. mcefl bet gantfdje ©jieften lanb ; sonberling Conftantinopoiisnbsp;befhtet beeft. .IBen ban ban be 'fcbeiicenbe btoalcnbe / en ladeclihe Conciliën, die in Grieken-land zijn gehouden, beiÖi(lO?ien naftcn. IClfOO; al-
fjoe-tod ooft bc ïfloomfcbeïSecfic jccc befmet toas en WiPbifcb/ 500 als tod bie in ’teeefte 5iit beftlpebcn bebben; 300 iffenogtans tecdonb tot bie boogdenbsp;(COP niet geftomei) ; nemo repentè fit pelïimus : Niemand word fchieliknbsp;de alderargfte ï|ét (fonb 300 OOft ten ftjbcn batt Rehabeam Itict Juda,
toant 3P becbielen oob bad tot ben fllfgoben-biend en bet boutoen ban boog? ten om te ©jfcen. gitc i jicg. 14. beef. 22/ 23/24. iBaac nogtans en bab?nbsp;ben m ben ©objJ-biend en bes ifêeeten mitaawn nog niet beeb^often.
Schat-kamer der Zinne-beelderi en Voor-beeldcn. 191
fliclben öaac nog aan g^cufakm en ben €empel; al feftoon 006 te gelijfi op öe Hoogte» ©jfei-ïjcn / ’t geen ooft onbec be befte 5Cio?tc bannbsp;Coningen ban Juda ies gefcOteb. i^og {ftelben 5p baft bat be Zaïighcydnbsp;uyt de Joden was (Cen becben/ geJpfie geballcn/ ten opftgtc ban öaacnbsp;^taat 5jjn ïjaac bepben obecgeftotnen: 55c tien Stammen ^ bat Ephraimnbsp;5pn gecaabt onbec be SBagt bec Aflyriers ofte bec(©oftecfi:bei5atten: 3®aacnbsp;ftiebe top toel te cegt bunnen becgeitjben ; Ja booe een en’t 5cJbc fteftennbsp;bic cpgen selbe Jlaticn / ban eene af-fionift / ban be 5elbe ï:anben al0 benbsp;©ube AfTyriers af-bottiftig; bc Mahomedanen ctt ^aracettcn / bte ecnönbsp;emibelib in laatec lt;é«iboen iwac ïgooft ^tab Conftantinopei, en ’t gantftijcnbsp;ÓoftecfcDe èepfecnjö fjebben beenietigb. 55e ïSootnfcöe feerfte baac-en-tegen iö gccaabt onbec bc .iBagt ban Babei, bat isr Set 26nticS?iftenbomtnbsp;’t geetic i^anb-taftclifi npt be Apocaiypfis, en be ecbacentöepb betoefennbsp;toojb / enbc ooft al ban fommige ©ubc ïeecaacsi geb?e^ 1^/ gelijk uytnbsp;Te'rtuiJiano in Apoiog. bipt; enbc ban fowratgcn aljs gestm migetmlUinbsp;gdp on# boben gemelbe getupgeni# Hieronimi aantoöft*
Laat ons hier 't geene de £. h. Caceejus gedagt heeft eens gemeca inaken. Op fiofie Gap. y : 9- Efhraim ztü tot verwoeftinge xotfi» , tennbsp;Dsge dtr Straffe; Onder de Stammen Jfraels heb Ik bekend gemaakt ‘t geen* gwit is.
Het Oordeel word tot Ephraim uytgcftrekt door dwarffe bedxeyginge: Nu hebben wy verfcheyden-maal gefegd r dat door Efhraim by ons ver-üaan word Grieken-land , ende .de Hooft-Stad aldaar gelegen, Scc.
Nu wijder op het lO. vers. De Vorftea va» Juda geworden gelijk die de Land-pale verrukken. Ik x,al mijnt vtrbolgentheyd, als flater over hen gieten,
Zegd hy.
In defe verdeclinge werd vertoond , dc nieuwe Straf-waardige daad, van dat gedeelte der Kerke, *t welke tot nog auyverder dan de anderettnbsp;was gebleven , tot op dc nieuwe saractenfche Monarchie , welke hetnbsp;Hooft ophicf boven veel Barbarifche Natiën .... En Ilrael verteerde ....nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^ Varfitn van Jseda ^j» als die de Lastd-pale verrukken . . .
’t Selve beduyd de Zonde van hovaardye, gierigheyd, ongèregtigheyd ^ cn bedrog , in eens anders bezittingete onderkruypeB. Van dien Aartnbsp;is het zig aan .te matigen een Magt, die ons niet toe en komd : Ooknbsp;de Merk-tekenen van Gods Koninkrijk , en des Satans te vetbaftereünbsp;lt; te weten onder een te mengen) het .gene die doen j welke de Schriften»nbsp;door een vallichc uytteggingc bederven g ofte ook door baar (eyg*n)nbsp;gebod en infettinge.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Jn de vor/len van dit Juda is
openbaar genoeg ; na dat zy hadden doorbroken de Palen van hare Collegen het Ouderlingfchap ; dat zy oók getragt hébben door Heer*nbsp;fchappy-zugt, zig Heeien te maken over alle Bifchoppen, ja zelfs Conin-gen 1 en zelfs Chritlen Princen ; ende ten eynde zy veranderen inogtefinbsp;het Geeftlik Gomnkrijk Chtifti , in een Wereldfche Heerfëhappy van ce»
(O 0 Z
-ocr page 314-:(eker Menfche. By occafie van de rampen endc naderende ondergang eii ruine van ’t Oorterfche Gebied gt; ende van den In-val der Barbaren irrnbsp;het Weden, met het weg nemen van den Keyferliken Name in Italien;nbsp;alleen het exarehxtus , de Uytlandfchc Rcgeetinge overblyvende ( namehknbsp;te Rdvenu») zoo hebben de Latynfche Bil'choppen hare zoomen zeernbsp;•wijd uytgeftrekt: T* re^» noemd hy haar dan vorften] om dat de Bifchop-pen in die tijd zig aan-namen, ’t regt van Regceringe ; ’t welk nogtans-Chriftus haar verboden had Matth. 20 : 25 ... . Alfoo waren zy nanbsp;gelijk geworden dePrincen van de voorgaande Eeuwe, ofte derlfracliteanbsp;onder het Oude Tcftatncnt Matth. 23 : 4.
En na andere tulTchen reden, van ons om de kortheyd voor by gegaan, zegdhy;
Ik kan defe plaatfe niet voor by gaan » of ik moet vragen : indien yemand meynd , dat defe Frophetie behoord tot de tiert Stammen, en ook tot denbsp;^tamme f ud^y voor de Babylonifche gevangentjfe.; wanneer dan dog dat gefchiednbsp;xj j dat de Vorlleil JadX hare Land-palen , als geweldenaars hebben uyt-gefirektt En waarom hy liever xegd de Vordcn dan de Coningen. Ofte wan»nbsp;neer Ephraim gevolgd hebbe het gebod van de Princen van Juda. en van haar
in ’/ Gerigte is gequeld ? vers 10 • II..... Maar dit is wel onder de
Chrifienen gefchied. De Latijnen hebbende de Grieken jammerlik in hare Concilie» gefchonden. En na het Ccncilium van Chalcedon onder Martianus ijfer vannbsp;wegen des xelfs Canon aangaande de gelykheyd van den Conftantinopelfcheilnbsp;en Roomfehen Bifehop , geen Vrede gewee/l ... Tot da» eyndlik i» 't Fleren»nbsp;tijnfe Concilium op etniger wjfe de eenigheyd tujfchen de Grieken ende Latijnennbsp;witrd getroffen. Namelik blyvcnde de Latijnichc de Opper Wet-gever.nbsp;Die zig verwondert over onfe uytlegginge, mag fig veel eer over Hieronymus verwonderen die aldus fpreekt. De Vtrjlen van Juda ve.rfetten denbsp;Talen , die hare Vaders gefield hebben • als xy de waarheyd in leugen veranderen jnbsp;en yets anders Prediken, dan zy va» de Apofiolen ontfangen hebben.
Wederom fpeculerende op Hofee Gap. lo : 5. van wegen de J(^alv»ren van Bet-Aven ( of anders Selk-El) laatfe fchrikke» die na-gebuurd zija aannbsp;Samaria.
Hy field Samaria voor de Hooft-Stad van Tphraim, te kennen gevende den Zetel van ’t Oofierfche Gebied , nieuw Roma .... Hy belaftnbsp;(zelfs) de na-buuren van Samaria te vreefen. En dat wegen de Kalveren tot Bet-Aven. De twifi van de Roomfche , en ConfiantinopelRhcnbsp;Bifchoppen over het Meefterfchap, werd onder dit Zinnc-beeld voor-gefield, als of de Priefters van Beth-El (quot;de Roomfche) wilden gefieldnbsp;zijn voor de Samaritaanfehe , van wegen hare Oudheyd des Priefter-doms j cn daar-en-tegen die van Samaria zig dit voor-regt aan namen»nbsp;van wegen de waardigheyd van hare Stad. Want die van Beth-Elnbsp;waren eerder dan de Priefiers van Samaria, En van Jeroboam is eerdernbsp;4ot Btj,h.j^ het Heyligdom gefield, als samaria gefiigt wierd. Alfoo isnbsp;•.i.'nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;dCB
-ocr page 315-Schat-kamer der Zinnc-bcelden en Voor-beelden. ^9J.
deuRooWj/cèeisBifchop eerder dan die van Conjiamhopel .... Het onderwerp van dit Oordeel zijn hier de Calvtren rssth-zls : Dat is den Kcyfer ende Roomfche Paus in ’t Wellen. Het Roomfche gebied (welk hetnbsp;Heydenfihe is gefuccedeert) werd hier {siijtidc CechriHend) verdeeld in lieth.nbsp;Zl, eii Samsiria .... Het is geen wonder dat dc Paus hier vergelekennbsp;•word by het Kalf van Beth-El, die by Ezechiel 28 : ilt;j- genaamd werdnbsp;(in de befchrijvingc van het Geefllik Egypten.) Cy waard een Gefalfde over~nbsp;dekkende Cherub j ers Ik had u gespeet » jy vaart op Gods Heyligen Berg ; Cynbsp;wandelde in ’t midden der vyerige fleenen, ( Een Cherubnum had de getijkeniffi -vannbsp;een Calf.) Tot dus verre genoeg tot opening van dc raeyainge van dienbsp;Geleerde Uyciegger; die wy het Oordeel liever van een yder onderwerpen, dan het onfe neder Hellen.
B. €01 faatflcii; 500 öïöftt f)ct/ bat / na bc Kefbmiatic; toaniicrr nu öé upt 25aamp;êl 10 unt flcgaan : €nlje todocrom öe «Ibe (n ttoee buMJcn/nbsp;a}0 irt ftacenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;tó Itrröalt (geaift gcfcOirlï tó tot gcoote b'oenmH
ban ben lt;j5crefo:inc£cbcn (laat; bcrftoaWiinae ban be licagten ban benbe be povtPcn / rwbe temgbe ban be 3D?anbeii) boo; öet oefcDil tvffcljen bic bannbsp;be -Jtuofpurgfe €onfe(Tic / enbc be anbece «©erefotaieeibe ï^ccïien; toanneecnbsp;bc €afel ban be gctnccnfcfiap beb 3lirf)aatn0 en beb 25(oeb0 Clntflt; toa=nbsp;rclifi een ®afel ban 25?oebert{be ^ie^c en gemeenftöap / tb berbeceb tn eennbsp;(3rafd ban ttortl/ bcctoamnoe / enbc hneebe «Oojlogen. ^oobatöber^nbsp;Woebtg (tan betoefén too?öcti bat onbee be ïwcifeben ^sbanigen/ bte©iilarettnbsp;geagt toierben / bctnpgb ïicfiben batfe Hcbee tot be ïtöoitifcben ban tenbsp;5onten bJillen öeccen ; cnbe gift met inbn0 ï^ewen een booj-naamnbsp;©OOI0 «^bel-nian l)eb gebootb seggen: Mahm ego Tutca cire, quam Cai-
Vinilla. /t wilde liever een Tstrk dan een Calvini/l zij». ê^Cfe ^UPbcn bail
jeggen bnptelift / batfe bc tHoomfcrien nabec jijn £rf0 be onfen. ©ofaen0 ban ott^ cerfte genecaalbec onberftciltnge / 500 t0 bit ooö een geboïg ban benbsp;5elte / bat jobamgen tc cegt «epfcatm genaamb toenben/ toette tn bte dol*'nbsp;tpfcftap nabec aan te «ootnfeten ödfen ban aan bare ecefte aetcoutoc ennbsp;Hanbbadtge mebe 25?oebccen: t©tc ooft nog b^jtoen btc btoalinge te0 3#ntt^nbsp;C02i(l0!: Hiet is de Chriftus ofte daar. 5^te ccn gcbectte ban 6et nitföjunftnbsp;bec ©eelben tn te ©lecbe / iipt ftet ©aufbom Oebben ober-gebouben / *éc.nbsp;5©e anbete baac-cn-tegen bte be 3upbertepb bcc ïeece tn aHe0 bcDonben/ tnnbsp;btc flaat a(0 3P toa0 toe top upt «sabd iipt-gtngen ftoant btc / enbe meccnbsp;anberc geftbinen jijn naber-ttanb op gefiomen) gelp at tooeg upt te ïccccnbsp;ban te slDalbenfen / ban 3©tclep|f|; Joann. Hus ; en upt be Confdïïen bannbsp;be fpcance/ en Genceffe, en ^toitfecfclte/ en ^cberlanb^ Confeffien bfiiftt;nbsp;befe laatde ban bomen tn befen met J u d a ober een. «tSabe «t5ob bat topnbsp;baad 5agm / bat be ©?ofétte €fate (btc top blaar öetoefen bebben ober benbsp;^ealp^tf te 3ien op be (aat|lU0t'«« ^ Ccflamento) in Daar feragtnbsp;berbulb toterb Cap. n t n» aijd Ephraims zal wijken lt; cn de te«
® b 3 nbsp;nbsp;nbsp;'nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;gen-
^94 HÏEROGLYPHICA, ofto
gen-partydCts van Juda iullen uyt getoeyd worden ; Ephraim ïaX Juda niet bcnyden ¦, ende Juda zal Ephraim niet benyden. ©fCSi i2. Maarnbsp;7y zullen de Philillijnen op de Schouder vliegen tegen ’t Weden , amp;c.nbsp;3©a’0clt)ft i|ofce4. teclT. 15/nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;*7/18/19. oEn Cap* 6.pccff. 10/11»
^cn öuf^epiiai amp;att tod jtcti / bat tft 8mt / «n mu Ipa: fian gcgt; Mocg boen met alleen élare en onbecfcDepben Hypothefes te onbecftdlcn / ennbsp;bat 5!ft pbec mn oo2bed toP late ontcent be öefcDepbetolc en öegnaamfie tocinbsp;palTinge. ^mmecsS 300 bed jal ift te toeeg gebjagt hebben / bat jfi booinbsp;oe geenen bie Hieronymus , Coccejus of 5ön Analyticus Gulichius toilleil
lc?cn / niet in ’ttooede btoalen jullcn/ maat fiteu een b?aab binbcn bie Daac lepben jal.
i©it moet gift eben-tod bo?telib aanmitben / om be bettoonbecingc ban beden ontrent SHlbe öingen te matigen / enbe be fpottetnpe be mortj tenbsp;floppen.
I. nbsp;nbsp;nbsp;naoeten be geenen/ bie fpotten/ of min beetoonberen toillen/ aanmeetnbsp;ben / bat in Hofea genoegfaam onboeniili is; ten minften noopb ban 3[oob»nbsp;febe of C0?ifien apt-leggec is bolbjagt / 't geen bie picfeet fc02ijft / na benbsp;Settee upt te leggen; en bat bie bit gepoogb hebben/ niet alleen bloot (laannbsp;ban betoöS / maar jig tn-totbfiden in bede onbeefoendifte Contrabittien.nbsp;^00 pcinanb/ motten be ^oben be Settee bceftaan : JiBaae bie beefdjillcnnbsp;500 bed ban ben anbecen/ ban ban onSt Cn Ijet isjammee bat nogtans benbsp;onfe 5ig 500 bed met haat behelpen, g^it heeft boojgaans Coceejus bee#nbsp;bjoten. ^oube lt;0ob ban 500 bupfïee ban bic bingen ban be jelbe töb heb*nbsp;ben gefp^often / bat men sig niet ban behelpen md eenigc ^ctotfeuwclihcnbsp;geP lupbenbc liftopeï
II. nbsp;nbsp;nbsp;Cn toaaeom sonbe men benfien / bat Hofeas niet hab ftmnien Pïosnbsp;feteren ban ben ^taat bee ïfteehe tot aan het epnbe bes Berclbs t ^aacnbsp;het immecs blijhi bat hP ’t gebaan heeft C^* 3. bf. ?. Daar na (te toetennbsp;na veelc Dagen , bOt tS Cetoen) zullen zig de Kinderen Ifracls bekeerennbsp;tot den Heere haren God ; eh tot David haren Coning 1 en zy zullennbsp;vreefende komen tot den He ere en zijn goedheyd , in het laatfte der
dagen. ®tt nu 500 3linbe/ toaaeom is het niet ten hsogflen getmchelih/ in het beebolg bossgaans te fp?efien ban ben ^Staat beeClpidenen in be heetenbsp;bagen bie 5P onbdteccb gonben gitten / en ban be aegeenifl^n bic hace behee»;nbsp;tinge jouben toebce honöen {
III. nbsp;nbsp;nbsp;€n bit gefchieb ooft alfoo iipttoecftlih ban onfen ^lofiat; bic ^an*nbsp;RonbS al in het bolgenbe 4*''* Capittd gcnaaal fp?edtt tot bie inwoondersnbsp;des Lands, met todhe lRgt; ttoiR ; gortbcc het bleefïhlih 3ftod en ^iba tenbsp;noemen ; anbees als hp fwb gehartïdt Cap* i'en^.en ?. Cnbc al ’t geennbsp;S» bettipgb «gen het Hanb; bat is be öcêhe beeigeeoepenen / is in alle JE«»=
ben
-ocr page 317-Schat-kamet dec Zinne-beelden en Voor-beelden.
appltcabcl op öet tocfcti ban bc (CÖjiUcnen / en gaat 311f bal «t Qcbefi)?^ mecebe gcftalte. ®!ct faicicaius Temporum bp ïSoomfctjen 5e{fö ccfdpcs,nbsp;bcncnöeB?uijf«lifi/ öcti^b ban bc toanfcDapcn gdïalte ban gacjeï^eefe/ met
bc epgen bJOOjben ban Hofeas, ut PopuUis ita amp; facerdos, gelijk het Volk alfoo was ook de Priefter Cap. 4 t 9. ^at men ban noQ beebee tn getnbsp;becbOÏ0 lj05?b bC Jlamen ban Ifrael , Ephraim, Samaria, Juda fpctlen/nbsp;geeft bet mitUle booM5o?beeI niet tegen ones geboelen. 3©ant bet tó ban onesnbsp;bebjefen bat be tegen-beeiben beftlceb too?ben met ben j^ame ban bate boojgt;nbsp;üeelben : cn baat be omfianbigbeben onei niet btoingen ban be ïettec af tenbsp;bJijben ; baac bolgen top bie na be ©oet-flappen ban be goobfcbe Cano=nbsp;nibe^iflotien/ en btenen ono jelfei toel ban bare ©ubbeben. ^ieCocccjusnbsp;(^3 betfebepben pJaatfen. ^ie Cap» 1/2/5-7/ 8/9.
Wlf Ijebben al beel ban befe ^toffe gebanbelb in ben Titel Deci, om bat in best 5clf0 bccMacinge te iKiiTe guamen bingen bie bkr toe oobnbsp;(IceWien; baacom toenfeben b^ bat ben Sesec befe ttoee (Citelei bei*^nbsp;geUjhe. Het geene biet jonba-tin^ obec bet epgen tooo?b Erven te mtebennbsp;jtaat/ juUen top gaan oppecen.
'©aac 5ön bcefc toocnben in bc Hetoeeuto(2 (Cale/ bte bet cegt toaac boo? pemanb petst epgen beeft cnbe bejït / te hennen geben. Het tooo?b Nachainbsp;•jnj öebupb in ’t gemeen petst epgenst te befieten. ^te ssum. 24.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;17.
p?ob. 5 :25. gofue 15. élT* 32/ 33* 9!oö 7 13* gn befe gemelbe plaats 3en toecb get al boo? ban be ©nfen ober-gefet boo? ’t tooo?b Erven’t toelhnbsp;een «hece-5O0?te tó ban üefittingc. Cn om bat be €cfem(Te tst toel be badenbsp;en ebelfte beftttinge c bpfonbee om bat get 3[anb Canaan get ©olh ^ifcacl tipnbsp;(Ccliamcntc gefegonhen toajS; toaac op beefegepben ban be aangetogen plaat»nbsp;jen 3icn) 300 gebben beden bit al boo? obccgefet Erven. jjHaac bog / batnbsp;'bet een gemeenbee bebupbeniffe geeft / blgfet npt onfe ©becfcttecst jcifiö/ opnbsp;a:cbitic.25 : 43. ffil-toaac bit genomen too?b boo? een befittinge, bie boo?nbsp;hoopen en betalen ban een ^(abe tó becbccgen. Gy zuidfe ook hoopennbsp;v.'in de Kinderen der Bywoopderen , die by u als vremdelingen verkee-ïen uyt hen , en uyt hare Geflagten , amp;c. en zy zullen u tot een befittinge zijn. Cn beest 46. Ende gy zuid u tot befitters over haar ftellen ,nbsp;voor uwe Kinderen na u » op datlè de befittinge Erven j gy zuldfe innbsp;eeuwigheyd doen dienen- 3©aac tn oatimecblib isi bat bc ttoee tooo?bcnnbsp;¦Befittten, cH Vletten, Nachal cii Jarafch, onbccfcgepben too?ben / 300 bat bcnbsp;EtfeniflTe uptb?ugt cctt bpfottbcce toijfc ban 25cfittinge. g^e 70. gebben boo?»nbsp;gaanjl boo? get toooiö Nachainbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Kleetoüomejn j maat 3P beiwèn
oob
-ocr page 318-ten be onfen Maanden der ydelheyd zijn my ter Erve geworden. ^070. jettenobCC/ My zijn Gegeven Maanden der ydelhcyd. I^OgtaniS 10 ftetnbsp;jeftec/ bat ftet meefl op eenjöeftttinge boo? HrfeniiTe gepaft tticeb. amp; eennbsp;inerftlift ejeempel nScg.zi : 3» De Befittinge (bat iö be (èrftniftej mijnernbsp;Vaderen. |©aac ftet öKiojb Jarafch neemballe buftbriftnmgljepb toeg. ^tenbsp;lt;0enef.2i * lo» Drijft defe Dienft-maagd en haren Zoone uyt •• Wantnbsp;den Zoon detèr Dienft-maagd, en zal met mijnen Zoone, met Ifak nietnbsp;Erven tyn” öptbjuftfteftft ftebupb ftet fttec een ©cftttinge na tet obet^nbsp;Icbett; ?oo bat na bte tftb ntemanb anbccö be pofteffie ftan bifputceen* ©annbsp;ftet toöojb Cheiek een Deel, iji in be Titel geftanbêlb. i^et tooo?b ^*7:0nbsp;tsegullai beduyd een Befittinge , die yemand eygen is , en waar van hynbsp;befegcidhevd heeft; gclijft een l^up0-fteec bte 5jjn ©efegelbe baftigfteben ennbsp;ftoftitfte iBeuftelen fteeft / bie ftp baat toe geteftenb en becfegclb fteeft / opnbsp;barfe ban ftem niet becb?eemben mogten. ^te lt;gfob. 19:5. Tn^iécid^.nbsp;©eegclftft Citiimz : 14. Tbjoojb nbxj Geuiia ban ftet tooo?b Goei. Étenbsp;Hleblt. 251 ; 25» pum. 35quot;. bf. 9. ftebupb ftet naafte Goed , ja den Boedelnbsp;300 alö bie van zijn Biocd-vtind i0 nageiatcn/ te loffen: èic een aanmeeft?nbsp;fift bOOjbeeïb ©ut. 3.beE(T. 12/ 13. im'Keifi^alvia-S-xi Undenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Re-
demtor , Vindex. ’t 3©00?Ö fifox Achufza , bcöUpö cell Befittinge die men yaft houdet. ^te ©f. 2 t 8. ftet bJ00?b ms Pada bailbjaac pna Pidjoon,nbsp;ftcbllpb yets by regt van koopinge te beiitten ; ja met magt en regt aan-llaan. ^te 69 ; 19, Nadert tot mijne Ziele, en bevrijdfe : Ver-loft my om mijner Vyanden wille. ©etgelftft 3100 33:24. Verloft hemnbsp;dat hy in den Put der verdervinge niet nederdaale ; ik hebbe verfoeningenbsp;gevonden. ’tJBoojb mpD Pekiidda, tebupb pct0 a[0 cen©anb ftebben innbsp;tmttoe bebjatinge PraL3i. 6. in uwe Hand beveel Ik mijnen Geeftnbsp;Hut. 23:46. ’t^eibe toootb ftebtgp zfCiibOt.!: 12. jra^ttB^KVtV. j^etnbsp;bJOOtb rnp Kana, bcbupb pet0 op wat wijfe het zy befitten :nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;gclftft
bc (DubÉC0 be ïSinbeten befitten / ofte eygen hebben, ^ie lt;0enef. 4. §01, Ik hebbe een Man den Hcere verkregen ^20b. 8 : 22. De Heere befatnbsp;my (be ©ppeefte btftfftepb) het beginfcl zijns wegs. 38nbci'0 bebtipb ftetnbsp;boel boo?gaan0 ftoopen. ’t 3Doo?b nmx Achufza, bcbupb in bc ftcagt pet0nbsp;befitten bat men met ^toeecb en ©oogc getoonnen fteeft: J©ant — ins bcsnbsp;bupb met ftcagt geppen ©fal.73 : 23^ Ik zal dan fteeds by u zijn, w'antnbsp;gy hebd mijn Regterhand gevat, ^ie ©fal,2. ®08. Ik zal u geven dcnbsp;eynden der Aarden tot uwe befittinge. ^ie be0 5elf0 gebjupft böD? vangen , grijpen , vaft-maaken «©cnef.zz : 13. «Écclcf. 9* $0I2.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;bOP
natuure
-ocr page 319-Schat-kamcr der Zinne-bcelden en Voor-beeldcn. 197
•natuute toe-ïiomt; oclijft alö öe ï^intifc«n ban bc ©iiïtccis cn be naafie 25(oeb-b2inbeti ban majh^ecen Ccbcn ab inteftato te befïtten / na bc boobnbsp;ban be eecftc tieftttCC ; ofte by uytcrde wille, bie Teftamcnt bJOJb ge^
naamb nbsp;nbsp;nbsp;bjdftc tofHe na be lt;©oob bes fCeliateucs onberbietieliö tS/
aan te baaeben. ^2 ileteeen nocmcnt Jerefcha. pecft aan Dct tooojb i?’Tn doen Erven, tcn Erve geven (inHiphil) 50O 5d bbec bet eeifleittÉnbsp;op ^llb. II : 24. Zoudet gy-Liedcn niet be-erven den geenen die uwenbsp;God Camos u deed erven j iSSaar in Det tbjeebe 3lit bebupb Bet upt benbsp;OErfeniffe bcrbjpben.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;, . „nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;,, ,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;,, ^ ^
ïDaat is een bjoozb nna Berit, ’t toeïfie jomtijbS een Verbond bebwpb; tnaae ooö jomtijbö een (Ceflamcnt; in tocifte bcagt fict genomen toojb
2s§am. 23 : 5. Hy heeft my een Eeuwig Teftament gemaakt Ofte gefteid. f70.) AiaS-sV tBHo, ©ecgelp Kerem. 31, berff. 31 / 30,nbsp;lt;gn imtners 300 beeft bet €b?i(lus genomen jBattb. 26. Defen Drink-Beker is het Nieuwe Teliament , in mijnen Bloede. (JEn EUf, 22 : 29,nbsp;Ik verordineer u L. het Coninkrijke , gelijk het my van mijn Vader isnbsp;verordineert. l©aac bomb bet tOOOjbnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;, bp (Ceflamentc bcco?i
bineeren. (gnbe paulus ïgeb?. 9, berff. i?/ 16/17. ai waar een
Teftamcnt is, daar is ’t noodig dat de Dood desTeftament-makers tuffehea komc. ^ic HcB?. 13 ; 20, 45alat. 3» l^erlf. 15/ 16/ 17/ 18.
I. ^aar iS tw» God mi €eub)tge / onbecanbecitbe / ten boogfien boli magtige / en ooft btphjiftige bifpofttte ofte boojfrtjtftftinge; om 3nn onbe*nbsp;'toeecbclifte en altoos biuirenbe 45oebcccn c en ooft tod een onbeepanb ban benbsp;3elbe; ’t geen untgebtenb beeft / ais be ïfatificatic boo? be t©oob besnbsp;(€efiamenbS-maliccS bomb) te fcljenben aan 3ijnen Eenig-geboren Zoone,nbsp;en aan zeker van hem daar tpe in zijn Zoone verordineert y en bepaaldnbsp;Zaad j welkers namen hy daar toe heeft op-gelchreven. ï©elfi iCefla-ment ten aanfïen ban 450b niet en is Conditioneel, ofte opgefebott aannbsp;tenige boojtoaacbe; bie aan be b?p2 toHle-ftenc ban bet j^ebepfei 50«benbsp;(bfpenS/ en op-gefebott blijben bangen : 3111 feboon toaar is/ bat «tsob ooft;nbsp;ten aaiifien ban ben jlBenfcbe Conbitien epfebt; 5^a bic ban te üo^ett bccoj^nbsp;binecct beeft (lt;ÊpD* 2.. ös 19.) €n op bie Conbitien een Verbond maafttnbsp;met ben .ïBenfebe, öog bie bP 5elf0 in bem tuil bjetften / en bem baarnbsp;toe boen mebe öerften. ^00 bat ooft bet Geioove en allebengben/ bebootennbsp;tot bat Ctf-göeb / alS Eerfteiingen ( Bom. 8.) ^^efe alle bloepen upt bonbsp;genade 43obS; en die is ons gegeven voor de tijden der Eeuwen Cpb. 2,
2#etc. I. $s 3. iCoiint. i. $s 4* nCbeff. 5» nbsp;nbsp;nbsp;f3* 3bn ooft
onberanberlife/ en onberouwclikBom. lu De genaden giften enróepingc Gods zijn onberouwelik.
11. tDen Zoone
2.93
HIEROGLYPHIC
oft o
allciS toe toat ijeiS ©abetsi tsi; cii ^oo fiecft ben ©abcc ntet anbecsi ftottnes bifponewn ban 3ijn lt;Csoebeccn ban in ben ^oonc: ^ic ban oott jeifss tennbsp;bifponcren (oelijfi 300 Salomo al bifponcccbe obec’t jSegt ban ptcben cubenbsp;i©oob/ tin f)ct g[cbcn ban 3»jn ©abcc i ïtcg. i. beeff. 51/ 52/53.) «©atnbsp;tö bie onsi ten aan-nemen in be gemeenfetep ban be ©o’tte 3ijn3S OJcfbeelsf.
Ste 3lUC. 22 : 29. Ik vcrordmccre u (by Teftamcnte) het Coniukrijk. 3©aac ten tebett. lt;Sn alfoo bJcebcn lun 00ft aijnc Uytverkoren genaamb
fBattf). 24.....iMaac nogtanb 300 bjas / iijgt;t bcagt ban «©obss otv
feccufttece Segtbaacbtgljcpb cn ^cpligliepb ecn 3toa«:e Conbitte of boo?# toaarbe/ aan be 5ijbc ban Bern te boltecngen ; aid Middelaar , en Borge-3©£Uie boo2b3aarbe «Êfaiais iiptb?iiBt Capitrel 53, Ais hy lijn Zieic 7ainbsp;gelleld hebben tot een Schuld-oiFer voor vcelcn , dan zal hy Zaad zien.
3©aac ten ö2cbfc. ^te op ben 40. pfalm. ©etgclcBen met lefo. 10:5. (tenbe 300 3tet gp n« toat boo? ecn gcb?uPö en teagtOettoooabGoci, LoiTernbsp;en naafle 5Sloeb-bectoant Beeft. ï©ant BP mod onfen jgaaden / enbe bannbsp;ons^ J^ieefcB en 55loeb G^eb?. 2.) toefen ; iTrtkvmloi^ cube onfen befolatennbsp;bocbel rebben / en onfe ftOulben op fig nemen : 3llö mebe teebanig eennbsp;gcb?upfi Biet^ Bet tooo2b Pad a Beeft: a©ant Bp mod onef bobi ïiegt bannbsp;lioopinge tjebben/ te toeten niet met lt;0oub ofte Wilber / maar met 3Bnnbsp;dierbaar Bloed 3(lCt. 20. s ©etc. 2. Cap. 3[®at ficagt OOd Bct toOO’bnbsp;Seguiia, bat 16 cpgeii Defftttiige fiecft btc met Ban berb?ccmb tooaben : cnnbsp;baar i6 gecn biergelfifi stegt ban Boopinge in be aBorcib/ afö’t geen fp?iintnbsp;upt een Boop bie boo? ©loeb )a boo? be lt;©oob 3elfei is gefcBteb. ©oh cn isnbsp;Bier Set tooo?b Achuta geenfins ober te 3icn. Éiant 300 een bMigt;?-geBogtcnbsp;mogt Bp bp be sSegter-Banb grijpen / en 3eggen gy zijt mijne, ©p 500nbsp;een Ijeeft be ^itan nog a©et geen i©agt; ja be 3©ct ontsegb ïlegtbaar#nbsp;biglifi Bern ben cpfcB ; lt;n ïïegtbaarbigb ben ©eloobigen in 3Bncti i^amc.nbsp;Cn 300 toerb ban bie derfi getoapenben met regt gedooten upt be geroofbenbsp;befittinge iKattB. 12. Cn Boe toerfefaam Set tooojb Piccudda Pand Biernbsp;iS; Stffoo 3P Bern ban 3ijn ©abet betroutob / en te betoaren 3ön gegeben:nbsp;^ie 3ioan. 17: 12. Cn BP bat ©anb niet 5al (aten rukken uyt zijnnbsp;Handen ^lioan. lo. Cap. 2(Cim. I. Cap. Cn 300 Biinb gp ©o?bec{cn;nbsp;of Bet em onnobige bteerpe is/ bat top be Bragt ban 300 nab?uBltBe tooo?#nbsp;ben Bebben na gefpeurb ; op bat top toeten mogten. (a) i^ee top aaunbsp;bie Crbe 3im gekomen, (b) j^oc bad top baar in too?ben betoaatbsnbsp;toant tot ecn ban befc bepben toerb pber ban be seibe gcb?agt.
Ill- ||£tó wy zijn de ErfeniiTe Gods cnbC CB?ifB; m tocbcrom/ BOb ooB God ende Chriitus onfe Crffeniffc toeber3ijbs tocrbcn genaamb; Beb#nbsp;ben top in ben (Citel Deei al aangetoefen; enbe a C. baar toe/ al bobctinbsp;genoobigb. Zoo bat top bit Bitr nf-3mjben. Sfideenreboceren ©fal.i6;5.
Cn 119 ? 57, Cn 73. ggr. 25/ 26. gierem. ioti6. ^aar God ons Deel btttrb gentemb, Cn tosoerom/ baar wy Gods Dee) genaamb too?#
Schat-kamer der Zinnc-bedden cii Voor-beelden.' 299
ben. Etc lt;©cttt:. izt 9’ Recent. 10. nbsp;nbsp;nbsp;16. in fiet tbjceïje 3£tt. lt;©«gt;
telbare a»öa-c oaan tojgt; Uoo? bp.....
IV. nbsp;nbsp;nbsp;^at alle Gecdelike en Hemelfche Zegeningen (toaac WC OOftnbsp;tydeiikc ftoo’cn / boo} 300 betTc 5P ons geljcpiiöti w boo? öc onepnOtgenbsp;Ucfbe lt;!3ti:S tn CD^ifló / en mcöe toetöen. wt onfc EaltgBcpö) ons 3D£eInbsp;en €cf£nt(Te 5ön / is ooS aangetoefen in bc (€itcl Deel , op iSiimec 3.nbsp;g^it is bc Erfenifle der gener die den Name van jehova vreefen jPf. 6i.
bers 6.
V. nbsp;nbsp;nbsp;©pfonbec is in bc i^cpligc ,§t02iftutc bcnttaacb de Erfenifle der
Heydenen: nbsp;nbsp;nbsp;ts bic Uolg’cns bc belofte lt;i5obs aan^ttpafjam berfrtjepben-
tnaal gebaan en peebaaib / aan CÖ?i(lo en aan bc öcebe beS laicutocn Ceftaments toccb geftöonbcn ; toannccc niet alleen goben (’t geen geringnbsp;IS €faü 49.) iBaar ooft alle (©efïagten 5ig in SCbjaöani/ cn 3ijn Eaabnbsp;CÖ?ftib 30liben Zegenen. Zie Cfal. 53. Daarom zal ik hem een Deelnbsp;geven onder Magtigen» amp;c. Pfal. ï6. De Snoeren zijn my in lieflikenbsp;Piaatfen gevallen , ook is my een fchoon Erfdeel geworden ^fal. 2.nbsp;Eyfch van my gt; en Ik zal u geven de Heydenen tot u Erfdeel, amp;c.
$s 6. Hy heeft de kragt zijner werken zijn Volk bekend gemaakt, hen gevende de Erfenifle der Heydenen. lt;Êrt bC l)£Crftft£ plaatfC gerent. 3.nbsp;êÖS 9. ^auluS bJUftt bit unt bOO? de Erfenifle des Werelds ]iioni.4;i3.
èlbcrS hebben top oba bit (ïuft ons toeeber uptgetoepb.
Vm Efau. Zk op Edom.
Ezel, Muyl-Ezel, quot;lIDH
Dgit i©icc iS allen 5ccc toel befenb / toegens bes jdfS gedalte/ tjact/ cnbc ben geooten bienft en gcb?upft; en in be l^eplige ^cftiiftennbsp;toecb ftet 3cec obccblocbig gebagt. 3n bie Sflftben tn toelfic seec beefnbsp;25ccgen cn jubelen ; glabbe itlippen en Rot5£n / boo? 5ecc enge toegennbsp;ontoeganftelift hjeeben gebonben/ 300 bat men opbeelcp[aatfcnmet3nnttoccnnbsp;niet en ftan ttebenS elftanber maccftecen / 3oube ijet oeb?upamp; bec ^aacbennbsp;onmogdift 5ijn ; nabctnaal bec sdbet: ©octen boo2 ^oef-p5ees beflagcn genbsp;(iabig 3ouben glibberen / enbc met baren ïiuptec ban bc Hfeliftc (lepltcn bannbsp;boben nebec fè?ten ; gclijft met P3inge biftmaal ban bc Kepfenbe 3ticbcn;nbsp;jjaac tot toaarftljoutoinge gesien toecb. jBaar alfoo ben lt;!c5elen bc ftlantocnnbsp;ic^a- ban ben anberen 3tin / af-ftanbig cn langer Mptgcftceftt 3 Besten 5P
P p 2 nbsp;nbsp;nbsp;bie
-ocr page 322-500
HIEROGLYPHICA, oftcgt;
tie bad aan beï^lippcn ; ofïijb te©0öclen/ en 5ijn taacom in biepaatd» sfÉC notie en tiendig- «©ob 30» 5P beel tequaitiec tegen te Kaden en ber?nbsp;moeptbept ban lange ïïepfen ; beel Kad-b?agentec t sSiet 300 nauto negnbsp;feteu te be50Jgcn : i^ict 500 totdig nog öongerig alö een paatt: ^tljconnbsp;5P obee matig giiftig 3ön / als* öaac te gelegcntbept obecbloctig boetecnbsp;éeedbaft. 3[©at de Muyien belangt/ tie upt btemenginge ban paaeten ennbsp;«J3clen bedaan en boo?t-geteelt tootten/ ban tefe iss bermaact in teïlepiigenbsp;^miften eenen Ana, nabomeling ban «Êfaii / tic eerd de zelve gevondennbsp;heeft in de Woeftijnc lt;t5enef. 36 ; 24. dommige mepnen (en toel tenbsp;meeden) tat bP be altec-eecdo uptbintec 3P gebiecd ban een €30! met eennbsp;éaact-llSccrpe ofte 3®bfbe aan te boeten / op tat upt tie beemenginge eennbsp;tccte lt;©icc tat tó een Muyi-Ezei mogte ontdaan; ’tgeen bem gclubt i0».^nbsp;^00 ^b tbnjfei of bit te mepninge jBofio 3P» 3©ant bet ist bennelib tatnbsp;ten fïait ban tefe «©ieten 3eec obec een bomt: €n taarom gebeurt betnbsp;ölfoo gemabbelib tatfe in btt bJilte met ten antecen paacen/ alö 3nib.önbsp;gefdiiet in te 3©oedbne ontrent ecnKembJinne ente een ®pgei7 upt toelbccnbsp;bermenginge een terte ^ier Leopardus of Luypard ontdaat^ ]^et ban tannbsp;3j)rt tat bnfe in teï©oedijne 30tanig cerd gebonten beeft/ en upt tie ontee*nbsp;bintinge te 5elbe tot een gemeen geb?upb beeft gemaabt. (€c meer / alfoonbsp;bennelib iiS tat tat'©iet ccn3eec groot gcbjupb beeft ; jt geen mete teelt metnbsp;te derbte ban te gentenen en gcootbept ban te bcenteren ban een ©eert/nbsp;ente te tape Kad-b?agentbept ban een €3eb ^et isf bJd toasr in te 3Betnbsp;|jcbini9:i9. berboten i07 twcederlcy Beeften van Aart met den andrennbsp;te laten te doen hebben : |Baar bet 10 biet gcloof-bjaartig bat tefênbsp;bier onter begrepen 3ön. 3©anf; bcfialben tat te natuure en Kiaitnbsp;te 5elbe paart / 500 tatfe niet ten bollen bunnen gefegb hrojten bannbsp;berfebenten of anteren 2ïart te m/ en tat te groote gctiendtgbcpt ticnbsp;ten iKenfeb baar too? ontfangt bem taar toe notigt; 300 toaren 3p alnbsp;€cb)en te bo?ett in een algemeen geb?upb geb?agt / en ober al berfp?ept:nbsp;«Êrt te ^oten bielten/ en getb«Pbten tie 300 toel tot baar tiend al0 antercnbsp;Bolberen.
I. 5E0 tit ©iet een 2tnnc-bec{t ban JiBenfcben tie derb / arbeptfaam en onbermoent ban Kicbaam/ maat ban loomer geed f ente ban rutoe ennbsp;onbefnoepte ^en en ommegang 3bnt lt;©te al0 tot ^labernpe gebo?en 3ijn;nbsp;onbeguaam tot te Ketteren en ^tutten ter ©bilofoj^ie tie men met batsnbsp;tigbept en flaaffe tugt moet regeren/ intien men eenige tiend ban te 3elbcnbsp;aal genieten, ^eberlift gp befpeurt in tefen een groot onterfebepb tufftbennbsp;te eene en te antere fatten en ©olbcren. dommige bebben een aangebotennbsp;t?ift tot b?öÖ«Pb/ en 3ön ban een blugget lt;ï5eed en (Ctcler gemoet. ©ienbsp;fjaar 3al ïfïege«« / moet baar ten minden een febatubje ban ©?öbept obernbsp;laten. Knterc 30» ban een grof ©loet;; tapePogten / toffe lt;0ecden/ ticnbsp;neen boo?tccl en binten in ©?pbept / en tie gp ongcipfi jout toen 300 gpfe
Schat-kanier der Zinne-bedden en Voor-beelden, 3ei
8aac cpg«ti goeb-ijmamp;n» m Mlc-bcuc obregaaftja bte fjam; 5r{Uen cm een (lub 25?ooC!S tot ^labcn 5ouï!en betboopen / met bc ï^egteu ban
©bacao : Wy lija uw’ Kncgten , gecv ons maar Brood. ^aat ban own bomb bet / bat be Turken, Tartaren, Perfianen, Mafkoviters ofnbsp;Ruffen , en bc Indianen, amp;c. 500 ^laaffcöen en Stfoobifcben-bienfi aannbsp;fjace Coningen op-b?agen / en toanneec öP Öacen late epfebt bie geamp;iUtgnbsp;aanWeben / 00b en bonben bt^ten bit bebtoang bie Brutale maenfeben nietnbsp;getegeerb bjotben, 3®öb gp eenjs een ©atcoon ban 3ulbe Ezcis 5ien/ gpnbsp;3Ulb Oem binben in be ^oone Hagars des Dienttmaagds Abrahams dénbsp;Egyptifchc, genaambifmaei, een (ïaaffeamp;e^oone ban een fïaaffelienBoebce:nbsp;feboon toaac bs bat in bie becagte Conbitic baac lt;©ob-b2ugt uptfiab
45encf, 16 : 12. Hy aai een Woud-Ezei van een Mcnfch zijn : Zijn Hand zal tegen allen zijn ; en de Hand van allen zal tegens hem zijn.
Paulus binö in befe lt|lo?ie een «©ceftlibe bebupbinge/ en een booibeclb ban ben naaffcbcrt 'Klact en bicndöaacbepb bec ^en onbec be aBet/ en bannbsp;baar Sllarbflb ^erufalem .* Ce meer iepb ben tot bie Allegorie ben i^amenbsp;ban Hagar, bie 00b gegeben toajS aan ^inat in ^Dcabien / ban maat benbsp;bienilbaatbcpb Began : Eoo bat ones aiic be ^Joben biet aiö Woud-Ezeisnbsp;bootfiomen : 3ban bjoegen 3P ’t gob bet Egyptenaren , enYzcrcn Jok ennbsp;Oven ! ^an bec Canaaniten onbCC be Kegtecen f ban bsret Godlofernbsp;Coningen i ban ban Affyrien*, ban ban Babylonien; ban ban Antiochusnbsp;enbe Ptolomaeus ; ban ban de Romeynen ; nu ban alle Natiën op dennbsp;Aardbodem; cn nctgenis binbmen een Hanb baat bie Woud-Ezeis ïtegecinbsp;ten ; en boe men baat meet (laat / boe meet cn boe tapet jn baar tegennbsp;becbuucen: €n 5bP btoalcn jp allommc tn be a©oefiijne ban be gantfibenbsp;Sïacbbobem ; OP ontelbaac in Ijtt Woelt Arabien , inEgypten;nbsp;in het barre Africa, aldaar te Feite Marocquo, fa iagantlch Moren land.nbsp;Cn mat nu be ifmaeiiten na den Letter aangaat; op bcfeii bupbigennbsp;lt;©ag Bebinb men in baat bemaatbepb befe boo?3egginöe t ïBant be Sa'ra-
cenen , Of Hagarenen , bic 5ig trt Egypten cn Woelt Arabien, Ctt latinei
bc ünfl ban 25fltca bebinben/ 3ön bietiitbaat onbee be Miatifcte Boiberen/ enbaceiCciBUtacifTert; namelin van de Pone der Otthomannen, met mciftenbsp;JU in ïlcbgie / bat ist be laftedibc ^ecte ban Mahomed obec een bomen;nbsp;aifoo bat be Sultans batt Cgppten baar ben (Col moeten aan5ien upt farenbsp;Ëanb-palen Bp Crecutie ^laarlibiS te botberen. Cn bat hare Hand tegennbsp;allen , en de Hand van allen tegen haar zijn zoude ; i0 al balt bCCle
3ijn beejaagb en mebec na be ï^iflen “ P 3nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;‘wn
öranada , een CKbeeltC ban spaujen
Ccumen bemaatbepb/ in stile bic m?eebc ©otiogen ; en bareJ^tijgsi-tooten/ maat boo: jp in Europa tngcftojt / bet Roomfebe lt;0ebieb bcbBen gebaannbsp;ftbiibbcn en beben ; Spanjen en een groot geijeelte ban Vrankryk baatnbsp;gébieb bebben onbetmo^pen; enbe manneec zig de Hand van allen denbsp;Chriitenen mebecom op hief, allomme betflagen / beefttoopb en betbjebennbsp;3ijn ; 500 bat in bc boojgaanbe €eumc bate ongelubftige obetWijfCelen upt
-ocr page 324-301
H I E R O G L Y F H I C A , ofto
ban Ufïica tn jsaHmöfcöaï) bcctcofttien; ^aac 5» Öaac fcöaöê met roof op öe CD?iilenctt genoeg toeijec in üaien.
IL gisS bit 3Diet een ^innefieelb banusenftSen ban een tragen aart, en toel I)ligt;fon*iec Üt het werk des Hceren , ’t gecnc in 3ljnen Akker , bat ijSnbsp;ïiei-fte te b trigten ftaat; aïss ooh ban bomöepb en botfiepb in Ijet geeflliltcnbsp;te beeftaan / htaac toe 3p met beele (ïagen enöe plagen naiilitoi Êwinen boer-ben boottgebteben ©^20b.l6 : 3, Een Toom is voor den Ezel, ende eencnbsp;Roede voor den Rugge der zotten. ©etgelijft ^OÖn : iz. Den Meii-fche is als het Veulen eens Woud-Ezels geboren. «£nbe ^falm 31 : 9.nbsp;Weeft niet als een Paard • gelijk een Muyl-Ezel die geen verftand ennbsp;heeft; welkers Muyl men breydeld met een Toom ende Gebit, op datnbsp;het tot u niet en geuakc.
111. €cn 3innc bctlb ban bc geenen bic bc i^ctfic upttoenbig bcgulpig 3i)n in Ijai'c lt;0£c(iljftc ?tWicc-tioubj/ gci|jft bcTyriers Salomo öcliulpig toagt;nbsp;cen in bet aanboecen ban USatccialen / tot aan-botito ban 3ün (Ccmpel cnnbsp;jfibanonei: lt;Ènbe be (tEiibeoniten in fjet ^out iiahbcn en 3©atet: b;a-gett. Jgicc ban fpteeltt CfaiasS lt;j5cc|iliftec toöfc / ©jofctccenbc ban bennbsp;gcooten aantoaftl) cn Ijeccltfiljcpb ban be genen bte upt Ijet SCnttcfiMftenbomnbsp;ontbomen 50ubcn jijn ; cnbe npt lien bte upt liane ontfiomcn 3«llcn 5ijn/ 3al
ib 5enbcn tot be ijepbenen--Ende zy zullen alle uwe Broeders, uyt
alle de Heydenen , den Hcere ten Spijs-Offèr brengen op Paarden , en op Wagenen , ende op Ros-Baaren, ende op M u ï l e n , ende op Snellenbsp;Loopets , na mijnen H Berg toe , na Jerufalem. 5[ben 3tn ijS / batnbsp;(j5ob öaac bcliulpfaam in bat toceft 3iin 50ubc / booz bc mngt / ïïöftöom-men / cn gcbienjttgliepb bec J|cpbcnen / cn fiarat itoop-lianbd in €gt;oficnnbsp;cn B^eftetu OcIiJft Hietam cn 31)11 önegtci) Salomo bcliulpig biaccn. ©cc-ncliib €fai. 31 : 20, Welgelukfahg zijt gy die aan alle Wateren zaayd :nbsp;Gy die den Voet des Ofles ende des Ezels derwaarts zend. 3^t tlS
I. ^n alle ïï;anbcn cn lt;0cb)c(lcn/ in toclfecc beden bc ©cure op-(laat booj Ijct öruangdiiim. 2. ©oö met todlsecö Eapen bc J©atccen ban ben geoepinbsp;3amen Kcgcn bcö d5ec|l mebe toecltt. ï©dltc blietenbe ban onbee bennbsp;gboipcl bess (Cempcl0 bc g^oobe Zee genefen. 3©at bdangb Ijct poegenbenbsp;©ee / bc OiFcn ; cn Ijct lali-toagenbe bc Ezels, ton men tot ttoee bingennbsp;toe-pa(Ten / bic ben 3l)ien(l bes ©iiangelp noobig 3jjn. ©et acbcubcn innbsp;a©oojb en 3Leecc / cn ban Ijct b’agen ban bc lafien bcc stoaliften.
IV. In fenfu Compofito, bebupb fict rijden op een Ezel, Ofte lt;!E3dinrtC; in tegenddunge ban ftet cribcn op ©aacbcn (biaac ban ©fat. 30.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;16.)
©cn gcftalte ban ncbectglicpb cn 3agtmoebtgljepb / geftdb tegen alle fiecliepb cn tcot3c; ©Seen (ïrlibbacc / maac cen (lille en 5agtmocbige ©iccfi bic fioft^nbsp;i)ö is booi i0ob. ^00 bias ban cpiifto gepiofetcett gacliac. 9; 9. Verheugd
-ocr page 325-Schat-kamer der Zinne-bcelden cn Voor-bedden. joj
hcugd u ïccr gy DogterZions. — Zie u Coning zal tot u komen, Regt-vaardig ende een Heyland , Arm, cn rijdende op cen Ezel , en op een Veulen , een jong der Ezelinnc. ^Oöanig töCCÖ {jp 006 bCCtOOnb in ÖÈ
l^iftoiie ïlSatrtj. zi. Capittd. (gn 500 isi Ijo ban bc «©ceftliftc ©culcnsi/ yijne ïfpoflden cn ^enaaiiS bess CuaitgdiumjS getooceb / in alle plaatfen/nbsp;bic ooö geen 306 cn ftonben nog toiïbcn bjagen / ban Bern alleen.
Z.einK*U
€n aangeftoften Toortze fjaitten-geblogten iipt lt;§toffett bie beo jSeanb ligt ontfangen/ Ijeeft bccfcljepben geOjupö/ enbe baac cmnbsp;00b becfcijepben bebuiJbemflen en oberb^engingen.
—I. jgioo? 300 beel jp in ben ssagt be bupflecniffe becb?pben / 3nn ;p een ?tnnf-l3eelb ban Ligt bec «©obiifte toaacöepb en bectrooHtngcnbsp;(©fai.4Z. cn 43 J 3* 90b 29 : 3- lt;Êfti. 10. ) gn bie 5W toeeb Im geno^nbsp;men lt;gfat. 62 : i. Om Zions wille zal Ik met fwygcn ... tot dat harenbsp;Geregtigheyd voort^kome als cen giants j en haar heyl als een Fakkel die
brand wV 7lt;»y.7t»s Koiu^nvtUt. jsjcebec SIC öc bctcficiufle üi bcfeii 5in op
Lampc.
11. ©ooj 300 benre alei Bet bfenb in ben lt;©o?log boo? cen bjerö-tupg on» iginanbcltbc ïanben en ^teben cn 2t66ec0 in 5B?anb te (teben / bebnpb Detnbsp;Lmtcn bet A lt;i5m. ^te be 5111 €fat. 7:4- 3Cl-bjaac Re-zin eti Pekach tóerben genaarat Steenen der Rookende vuur brandeu, Oftenbsp;Brand-houten. lt;0njS cpgen bjoojb öcbt gatlj. ï2 j 6. til-boaac be bap?nbsp;pew feriiofbaben bee jiBacDabcen / in Bet becbjcecen ban Bate B?pljepb cnnbsp;©abcrliftcj©etten/ tegen be^panben toeeben befclj?eben: Ten dien dage zalnbsp;Ik de Leyds-luyden van Juda ftellen als ecn vyengen heert onder hetnbsp;Hout J en als een vyerige Fakkel onder de Schooven , ende zy zullennbsp;ter Regter en Slinker zyde alle Heydenen rondfom verteeren : l^ameliBnbsp;.Edomiten , Ammoniten, amp;c. j^CtgcP 30Ö 41*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;cn mtiiel 10.
III. 352 plaatfe lt;0emf. i^.bccfT. 9-17. todfirijan een brandende Fakkel natouliftelift toab gcftantKlt Raft Ue (jScIcabcn joctc Bebcnfatigen gc-oeben. «JBob O^bteb llteaöani ; We cen teben bafogt tot bafcfeatOcpb baitnbsp;5ijn «©eloof in (tSobsi beloften een bJtc-jarige ©eerfe te nemen enbe anlt;jBepsnbsp;ten ïtam ; enbe Iaat fiem bie in fiubfeen beelen; tot een (€eften ban be bet-beeltnge 5nnec ^aftomelingen in betfcöe^ben aanben; niet 5onbec fla0ti«^nbsp;nc en jtoace bccWuItfiingcn. €en anbccen bat öp bic beelen niet geheel laatnbsp;fieeftropen/ maac tegen ben anbccen obec-leggen^ bebupbe bat jjjn^aabnictnbsp;geheel 50Hbc bcrloten gaan/ maac nog eenjf bp een becfamelttoccben; boo?tönbsp;bat Op ooft een Tortei-Duyve en Jonge Duyve baat bp boegbc; bcbupbenbsp;be onftftulb en onnofelftepb 3ijn)S ©olfts^; bog bat bic onbecbeelb bleben / bc^nbsp;bupbe bat lt;©ob bie genen bie onbec fiaac ftet opeegte ©olft toacen / altijb innbsp;een Eicftaam bJiibe beftonben / jelfsf in bie becftcopinge. ^at ftet bJilbnbsp;Gedierte op ftct ^aé guam/ ’t geen 2tbjaftam bjeg ioeg/ bebupbe ben aan^^nbsp;bal ber €gpptenaren op^fcael om ftet 3elbe te becteeceii; ftet toeg-tagen bannbsp;bie ©ogclei en ftet ïDilb / bebupb be becloffinge boo? be J^anb iBofïei ennbsp;acaconö met 3toatc (ïraf-oefeninge obec be lt;egpptenaren. i©c biepc flaapnbsp;en bupflecniffe bie op Stbeaftam biel / bebupbe be laatfïc en 5b)aac(ie bet*nbsp;fouftftinge bie 3ijn ^aab in €gppten 5oube Ipben. ®en Rookende Ovennbsp;gaf te bennen be benautotftepb en beebjuftftinae gfcaclsi in bc lt;©icn(i-baac?nbsp;ftenb ban be lt;£gnptenaccn / aW in een Yfren Oven lt;©eut. 4. i!öei-2o, lt;©enbsp;Fakkel tu(frt)en bc fïuftften boo?-gaanbe/ bebupbe aan be eene 3nbe ftetnbsp;%\Qt ban lt;©ob)S lt;0enabe en toaacftepb / ten goebc ban “^fcael 3 becbtPben»nbsp;be bie naace ïiooft en lt;©upfieniiffe 3 aan b’anbere 3tjbe‘be totaafee engt;becnbsp;ban (0obsi lt;0eccgtigftepb boot 51)11 €ere en 3(jn ©olft 3 becteecenbe 5line ©p^nbsp;anben be €gpptenacen. gin Cfttifio 3 bie ooft gifeael bp uptnementftepbnbsp;ftan genaamb tootben / enbe ftet toace ^aab tö ban fïfataliam na be 55e#nbsp;loftc ftan men bit ooft 3lt;en bebjaacftepb. JBant toat bectoonb 3i)n2ïacbrtftcnbsp;enbe ^teenen (toffe in be (iaat 3i)nec becnebecingeanbec^/ al9E500 eenen Rookenden Oven ; enbc bc (iuftftcrt geftagt ©leefcft ban een btic-jarige ©eeefenbsp;anbecei alss 3iin ©ffeanbe aan ’t Ccupce / boo? toeifee ftp iö geboob in ftetnbsp;©leefcft { lt;Ên 3iin ^upben ongefeftonben onnofelftenb toëeb ooft boo? befc on?nbsp;gefeftonben lt;©upben afgemaalb. *©e bperige ^aftftel t0 3i)nen eeuwigennbsp;Geeft , enbe ben pbec ban lt;©ob!S I^upjs / boo? toelfte befe sön (öffeanbe isSnbsp;becteecb / enbe lt;©obe aangenaam iji getoeeft t toacelift ijS bien «eetoigennbsp;lt;0ec(l ooft 3ün 3ïltaac getoeed.
IV. ^en Fakkel bie in eeft gebooft en upt-geblufcftt iö / bebupb een liaaii ban ^taat en SCmpt / bie in becagtinge gecaaftt / enbe toelfien alleesnbsp;in be 3©ecelb tegen loopt / feftoen ftp in bec baab in «©obss ©ogen alö eertnbsp;ïïegtbaacbige ïigtet. ^ie gob 12. bec(T. 4/ 5. Dc Regtvaardige en opreg-te is een fpot : Hy is een veragte Fakkel , na de aieyninge des genennbsp;die geruft is , amp;c.
Feeft,
-ocr page 327-Schat-kamcr der Zinne-beddcti en Voor-bcdden. jo}’ Feeft, en des zelfs Zoorten. .3nnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;lof?,'.
Het lt;C52oniï-tooo?b tteöujiti wn öiJfonlicrc töö bmt bjruobc/ ocfjfpjtgi! m flföcfönöett ter ecmi «©obö / «n töt oebagtcnifTe ban «nige bnfonöcrcnbsp;toclbaöcn aan oBobs ©olft bcbjcfm. 3©ant öc* bomt af ban unnbsp;Chagag, bat iö bjopitft 5ün; ntct alleen tnbJenbig in bet liccte / maat ooftnbsp;iiptbjfnbig / met jtg te bermaften in alle tDerft-tungoi / én boo? alle miö,'nbsp;beien to02 toelfte be b^eiigöe plagt op-getoeftt te toojöen; BJet sPïnufijft ennbsp;Enacen-fpcl; bet 3P JlKadtijben boben bc gemcene toe-(iel; (jet 5gt;j m ftetnbsp;bajiffcn met cepen en Cficrei?en; epnbelift op alle mameceii op toelfte eennbsp;©olft / ’t samen berfamcib op een bag een,« S|«iog-ftjbss jtg plagte in bieug?nbsp;be onbec malfianbeccn upt te laten / om te öetupgen bat jp een sonberiinaenbsp;en baar allen gemeenc todbaab ban lt;!0ob ontfangen ijabben. ^le oErob.nbsp;beest 14, Waft 42 t 4* Buxtorf en anberen maften aan / bat be toeugbenbsp;ban bic fceit-boubenbe menigte 300 ongemeen toaö/ bat jelfy bet mifö?upftnbsp;bec Vleclch-vreeters, cn Wijn-zuypcrs (i.;§am. 30 ; 16.) ta bet Droïu-kaarts (©f. 107 : 27.) boo2 bit SJSgeii tooo2b toecb iipt-gcb2Uftt» ^ft boegnbsp;baac Bp bec 2£fgobcn-bicnaac!$ ^eejien bie onba* bit tooojb boo?-ftomen / in
toelfte 5P nederfaten om te eten en te drinken gt; en op-ftonden om te fpee-icn etoir 32. berff. lt;/ 6, ©ergdp 1 eomt. 10 : 7. nbsp;nbsp;nbsp;;©o0 berre sp bet
ban ono’ te benften / bat «©obst gcbcpligb en gcloobtg JBolft (onbee toelfte 5amp;abib baac ©oo?-gangec te regt ntag toeeben geroemb; jig tn 300baniGcnbsp;Tijbcn ban toeugbe in obec-baab 30ube bebben upt-gclaten; al frboon bp hup.
pelde en darille ; Ijet was voor het Aangcfigte des Heercn ; met cett
btepc betouftbepb ban 3nnc ftlepnljepb enbe een oomwebige ncbcctgbenb 2 ^am. 6. jöö 14/ f r. ^ft sai eensf cenige bingen feojtclih aanmerften / bienbsp;tot alle Jk'efl-bagen 5onbec onbccfcBcpb bepoojen / en ban be soonen ban benbsp;3dbe nabec onberfoeben.
A. Tot een Fecft-dag Ofte Fceft-tijd toccb becepftTit een openbare beften? be en af-geftonbigbe 25p-ecn-ftom|le / toaacom bet Jfeejl genaamb toiecb eennbsp;bag Mogned bie afgeftonbigb / gcpubiiceect enbe aangefegb (jS / boo?nbsp;een c^Jcnbaac (Ceften / ’t oe«t allen feenOaac fo ; gelijft be Waftftaten enbenbsp;afgcTtonbigbe (D2binanrien en meuren ban een puWtjegue iBagiflcaat.
Ittbit.23t4. i|iofeC9:5« Wat 'iUj gy-L. dan doen op een Gefitten dag, op den dag des Feeds des Heeren. JBaacom SelfSl / al fCbOOn Dl be 3®et
bcpaalb toaren bc bagen ban be lloog-i^eeiien; nogtansi be sdbe met be (trompetten en 25afupnen toierben upt-geblafen; op batpbec 5ig. tot bc 5dbenbsp;mogte bcccpbcn. ^ie Walm 81 t 4* ^€ot bien epnbe toerb ooft Jerufaiem
be ]|ooft-j$tab / ïn toelfte befe f eefien toierben gebterb/ genaamb ben Berg
g nbsp;nbsp;nbsp;der
-ocr page 328-HIEROGLYPHICA, ofto
3o6
der aangefeyde t’zamen-komfle, cn aMjOJCHJi/ bctl Tabernakel, fccTcnte der t’zamen-komftc.
B. nbsp;nbsp;nbsp;iipt Wijfit / öat öan ooi; op joljanigc Fecft-dagen ccn puce öienbsp;niet bdet toicrb / boo: bJtnsenbe 3toati0Oepb en noobföfólifincpb / geöoubcnnbsp;tnais te feomen tec pfóatfe bie bc ï^eitc jig ftab afgefonbeib tot 9ct öoubettnbsp;ban befe Feeften. (Ên toel lIptbHlftfidifi be a©et bclatl/ Dat alle Mannennbsp;drie maal des Jaars verfchynen mollen voor het Aaiigefigte des Heeren
€t:ob. zj, 17. ;©aacom toecb oofè be ban jobantge 3?ee(ien bp be 70. genaatftj ben '©ag bet Algemeene vetfamelinge op l^ofce 9.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;5»
r*nyi^itD's Panegureoos. ©ecgclljö 5ïinO)S 3:: 21. (tHelijft ooft bc gemeens becgabecinge gifraclsi/ flaanbe ontcent ben Berg Sinai genaanib toecb 2[ct.7»nbsp;berjS^S. inKXma een bp een geeoepen ©ecgetóertnge: €nbe be AL-gemeencnbsp;a^ecgabecinge bec llgemeene COnillifec ïteihe tn !|eniel en op Jïacben /nbsp;upt '3ioben en i^epbenen genaantb toojb Trxfr.yv^tg i^b. 12:23. %'t blijlttnbsp;bat befe ttoee ®ccten onbecfelicpbcn / tuffeben een ©ecgabecinge nut maacnbsp;een ©olb ; ftoebantge be gifcaeliten toacen (bic nogtanet Aiie t’samen gua^nbsp;men) en tiijTcIjen een Algemeene becgabecinge / tot todfie alle j^atien/nbsp;sonbec onbccftöepb / t’ lamcivblocpcn ; en bat Fauius bi^bdtb toil onbccïnbsp;ficpcPbcn be gerneene ©ccgabccingc bcc 5!fcaditen bie aan ben Berg Sinainbsp;ftonben / ban be At geineenc ©ccgabecinge bec genec toelftec karnen trtnbsp;ben ügeniel spn op-gcfc!f)?eben. JCctiftel bejS lt;0doof?S nocmbfe be Aige-nieenc mBthiKnv CÖ?l|l{iftc iiccïtc ïxJcAtjwp. ’t (0een 0ct scipc 1.0 mct
ftavï^yv^tg.
C. nbsp;nbsp;nbsp;(Cot be Feeften bcöootbe bc Ruile ban acbepb : JDaac ban baan fjetnbsp;feomt (bat befeenb Ib) bat alle 5pee(l-bagen / en niet alleen ben laatflen bagnbsp;bec toeefie Sabbatten genaamb toteeben / enbe tn bc 3dbe alle btenft toecamp;nbsp;beeboben. ^ie 3lcbtt.23 :36. g^eut. i6:8. iStet om bic ceben toaacomnbsp;in ben 7»*quot;* bag aUe toecB boo? be a©et 10 beeboben / te bjeten tec gebag^nbsp;tentiTe ban lt;iSob0 ïiufte op bten bag ; maac op bat 3P öaac en alle be öa==nbsp;ten mogten topöepb geben om bic bagen in bjeugbc boo: te toengen; en tenbsp;gebenfien aan «©obsS ©erfoiTingen/ sonbee bdemmeringe ban «enige g^tend-baacöepb/ of doffe ban bjoefDepb. g^tt beebob ban eenig toecb toorb todnbsp;tien-maal öecDaalb op aebit.23. en Jum.28, tot toie titaal.
D. nbsp;nbsp;nbsp;mt be Feeften be0oo?be booplibbepb en blijbfcbap.* ^it «0 aandonb0nbsp;ban on0 aangtmccftt in bc^aam-gebit^c ban pet tooojb jn Feeft. ai©aac»nbsp;jom bet ^cd-öouben bp bc ©jofeten toecb tegen-geddb tegm alle coutoe eit
toOêfÖePb 3fmO08 : 10, Ende ik zal alle uwe Feeften in rouwe gt; endp «we Liederen in wee-klage veranderen , amp;c.
E. nbsp;nbsp;nbsp;©p be Fceft-dag en toiecbm oob ©ffcanbcrii Dpfonbet; ban s:of op-
geoffeebif
-ocr page 329-Schat'kamcr der Zinne-bceldcn en Voor-beelden. 307
osefferb: €ntie ban be jdbe aten niet alleen be^jteftecö in bet ^^epltgbom/ maar ooft bedBfintlvte/ bie in bej^ooi-lioben/ tn6pfonbcccèaitter0baactoenbsp;in een groot getal gcKbitieett/ ofte na 67 be 5etbe toacen gelegen. 3©aae opnbsp;gelecrben mejmen bat geflen btti;b gioeli.®0i6. al-toaat bieijseeft-öoubenbe
((3a^ hlaagcn : Is niet de fpijfe voor onfe oogen afgefneden , blijd-fchap en verheuginge van den Huyfe onfes Gods. 3Daac ban baan Philo de Jode Lib. de Plant. Noè , bH0 fp?eebt: Wanneer zy hare geloftennbsp;hadden gedaan (ofte Gebeden geftort) en door hare Offranden God verzoend , zoo keerden zy verheugd en verblijd vrederom , tot een openhartiger leven, zomtijds niet eens ’t Huys -wedet-keerende, maar in dennbsp;Tempel , daar zy het Heylige hadden verrigtet verblyvende gt; ten eyndenbsp;zy aan de Offrande gedagtig zijnde , ende de Heyligheyd van de plaatfenbsp;cerende , warelik een Heylige maaltijd mogten houden-
top nog naba* tot bc Feeften tn fjet öpfonbft liomtn / sullen onts eerit btcnett / boo2 af / befe aanmecamp;ingen.
I. i^ct tooojb Feed fean tupmec ofte enger genomen toojben: 3!n een cupmet bcbiinbingc bunnen allcigoog-tiibcn/ bie plcgttg toietben gebierbbannbsp;Bet ©olfi 3ftaels/ feeden toerben genaamb ; alfoo bat baar onber 00b be-trobben tooiben be Nieuwe Manen ^falm 81 : 4. Blaafd de Bafuyne innbsp;dc Nieuwe Mane i ter beflemder tijd; op onfen Feed-dag. «Êtt/ bup»nbsp;ten alle ttonfel sijn 00b be Soöen op bet 7^^^ en boo? al tn bet 5od«/nbsp;tocib toaö bet groot gubcl-3iaat/ scer betblijb getoeeft enbe bebben be sdbenbsp;5fcefllib booj-getoagt. l^et geene bc sabe seifg mebe toagt; nabemaal opnbsp;bet 7»*. 5!aat / bpfonbet be 2Crmcn en beboefttgen / cii bie baar leben innbsp;flaaffebe arbepb itiofien b002-b?cttgen op bet aanb baren mem fcBcpten;nbsp;enbe bet geene ban selfö toiefeb; bupten ïioop-banbel en biftractie; iniliipönbsp;met bieugbc Confumeerben. €n op bet 5Iaar alle ^labcn in b?p^nbsp;bcPb / en alle bie bare 3tbfier0 op toeibe SP saten / onbet baar ïgf bet^nbsp;hogt toaten om fcijuiti / tot bare bojige 25efittinge en €rf-gtonb toebet-fteerben. ^ie l.ebtt.24 : n. ^aac tocrb ooit bupbelib getoaagb ban een
Feed der verfoeningc Eebit. 16:29. en 23 :26. i^um. 29:7. tgnbe bet Feed ber Trompetten , Of Bafuyncn 3Eebif.23 : 23. giiim. 29 : r. Hetnbsp;Feed der Trompetten toa0 ill be 7*gt;'* .ïKaanb / óp ben ecrflcn bag becnbsp;ïBaanb. Belbe Nieuwe Mane berfcljilbe ban be getooonlibe s^icutocnbsp;ïBanen ; soo / om bat bet toaö een dag des gekianks j baar in be anbecenbsp;ntciitoe JBanen 500 lange / nog 300 bibmaalö niet toiccb getrompet; alönbsp;00b / om bat op bien bag mcerbet «©ffranben geofferb toterben ban op aninbsp;bete nieutoe siBanen. Zte en bergeljjb ^um. 28. ©ff. i i-i 5. met bit 29»*^.nbsp;berö 1-6. ^u op ben tienden bag befer iKaanb guam bet Feed der ver-foeninge 3tcbit.i6. bei% 29'? i/ «« t 27. 5gum.29 : 7. t©at top
00b niet bunnen onsemerbt booi-bp-gaan/ iö; bat selfö bemenfcbelibeCïobs bjugtige in-(lellingen ban een gemcenen bag een feefl-bag bunnen maben;nbsp;legenö toeibe sig niemanb sonbet Ijalllcrrigbepb ban beefetten ; al.ö sP toet*
q 2 nbsp;nbsp;nbsp;ben
308
H I E R o G L Y P H I C A, ofto
bm gebicrb tot c^^iaöttmfte ban ccniac jonberlincc toclb.iöenlt;0ob3S aan ;ijtt 350Iamp; tt to«g gcteagt. ^(foo bet Mordochai een (iceng gcbob nPt-gaah/nbsp;bat ben beccttenbcn bec iUaanb Adar, (bi; tjcm Purim genaanib ban toegcnnbsp;be bcriofftngc ban lt;6ob«i ©oift upt be ï^»anb ban Haman, bte bet ÏLot obetnbsp;baat getootpen Dab/ om Ijaac upt te cocpen) garebftö plcgteltD 50ubc toetgt;nbsp;ben gebtccb. Etc lt;ÉfiOec €ap. 9*
l^iec Domb nip tn bebenfunge / bat men ban ©ubef in be ïJterfte getooon 10 ben g^ag ban öct plcgtig gebaipfi bcc (Ccompcttèn / en bc «tpffcanbei»nbsp;op ben iHen bet 7^^ jBaanb/ als' ooft ben lt;Dag bcc ©ccjoemnge/ FecOennbsp;te noemen, ©an Det eccfle ?oiibe ilt toepnig ^bjarigljcpb maften ; om batnbsp;in be aangetogen plaatfe ©falm 81. be Nieuwe Manc een Feest toccbnbsp;genaamb/ en bpfonbec befe epgen 3eibe ^^enbje |I5ane. .ïïSaac Det feftiinbnbsp;toepnig oba-ecn-ftomiïe met een f ccD te Debben / ’t gcene ban ben tienbennbsp;5!Egt;ag / ben ^ag bet bafoentnge tucib gc5cgb Eebit. 23 : 27. Dog op
den tienden der zelver zcvcnflc Maand ral de Verfocn-dag zijn —* dan 7uld gy u Zielen verootmoedigen — -• ende op den zclven Dag zult gynbsp;geen wetk doen -- «- alle Ziele welke op die zelve Dag niet zal verootmoedigd zijn gevveell gt; uytgerocyd worden uyt hare Volkeren.nbsp;— Ook alle Ziele die op den zclven Dag eenig werk zal gedaan hebben» de zelve zal Ik uyt het midden hares Volks verderven.nbsp;get batob ftan jclfss aangaanbe be tufte ban ben y*quot;” g^ag niet gegebennbsp;bjoibcn / en ooft befe btepe betootmoebiginge fcliijnb gantfcDelift met geennbsp;5pecft ban b?opftfiDcpb (’t geen epgentlift tot cen fcefï öcDoojb; obet een tenbsp;Domen.
5ift moet ronbdift 5cggcn ; bat 3ift oo^beeJe / bat Det 3eec onepgentlift iiS gefpjoften/ alö men befen '55ag Kippurim bec©ct3oemnge eenj^eeft noemb;nbsp;.fBaat be ceben bic 3P DeWgt;en geDab mepne ^ft te 3iin ; cm bat 3P aftcnbsp;l^oogc en pfcgteliftc lt;z^gen / bic geen epgentlifie Sabbatten des zevendennbsp;Daags en toaren / Feeit-dagen Debben genaamb; in een albec-curmftcnbsp;bebnpbingc. ji©aat Det Dceft 3tg anbec0 ontcent bc Nieuwe Manc, bicnbsp;3cif3S in bc Jlepligc ^clpift cen jpeeft genaamb toieeb/ ban ontcent bennbsp;Verzocn-dagbic gcctt ^ceft genaamb toeeb.
Paulus onbecfcDepb Coioff. 2. Cap. tllffcDen Fecft-dagen cn Nieuwe Manen ctt Sabbatten. $aat ons ijem Doo?en fpteften 16. Dat u dannbsp;niemand en Oordeele , in ipyle ofte drank . ofte in liet ftuk des Fecft-daags ofte der Nieuwe Maane gt; ofte der Sabbatten, amp;c.
^en ^Cpoftcl neemb Diet ben Fccft-dag in bc albcc-engftc bebupbingc/ 300 bat bc Nieuwen Manen seiftf baat ban onbcrfcDepbcn toojben ; bicnbsp;anbet^ ooft (g^jft bchjcfen ijs) Feeften genaamb toictben. Cnbc beeftaatnbsp;baat onbee bc b?ic boo?namc ïgoog-5pccftcn ban todftc hjp terftonb 3uflcnnbsp;fpteften; namellfi I. het Paafch-Feeft. fCcn ttoeben hctFeeft Van Pinxfteren.nbsp;lt;Ccn beeben bet Feeft der Lover-hutten. 3©cI6c OOD mct bcn UPtb’Uftftftertnbsp;^amc ban Feeften in bc a©ct boojftomen. cnbcc Det b)002b“ Sabbatten
' Decft
-ocr page 331-Schat-kamcr der Zinne-beelden cn Voor-beelden. 309
f)«ft ïjp ocenfinö gcïiagt / nog ftumicn öenfeti aan amp;e Sabbaten ban brt sebcnbe ^aac / nootr aan ftet groot Jubel-Jaar. 3©atitboat Ijet lt;03ootnbsp;Jubci-Jaar aangaat; ’t 5dbe rjuant ntet te bcrballcn in fict 49^6 guaar /nbsp;bat tst in bet cpnbe ban be sebenjte Sabbat ban 3eben blaren; maar in betnbsp;bliftigftc 3aar ; cnöe in {gt;'t levende Jaarige Sabbat des Lands, CU iMicibnbsp;Dob op ben 5ebcnben ^ag bantfEioboCujle bie peberaDeebe gebierb toierb/nbsp;geen cebeninge gemaabt; aisi ofte bie aanb-ruffe ban ben sebenben tiptagnbsp;30ube moeten boeeben afgereftenb ; maar ban be (Cijb af/ tn boelbe baatnbsp;be ^eecc Sufte tn bat Éanb 30ube bebben bebeftigb ; en bat boel biipbelibnbsp;op ben Grooten Verzoen-dag, bcn tieiibe ban bc 3ebcnbe|Baanb =l[ebit25.nbsp;^Ijoon 006 liet 5elbe ban ben cerften vDag ber .fSaanb ban af-gerefenbnbsp;böotben. €nbe om een bieröante en taftdibe reben te gebtupben. ï^oenbsp;ÏKinbc pauluö btcefe licbben baar boo? / bat bog niemanb 30banige Cfbifte^nbsp;ncn bie op 5öngoobfcb leefben/ 30Hbe onberbanig 5ijn in bare 3©ct-gcbingenbsp;cn Cenfure/ bic 3P ober anbere CÖ?iftcnen tipt be i^epbenen giiamen tenbsp;©efenen / in op-3igt ban bc Sabbatten des Lands: ^aac bet 3cba' is;nbsp;bat ban be (Cijb ber bectooeftinge giecufalems af / enbe be toeberbeccingcnbsp;ban bc gjoben uPt be 3Clbe (ja at tange te bojen) boo? bc bccftcopinge bannbsp;be Stammen gfcacis cn bie ban giuba in alte «6etocften ban bc ï©a-db/nbsp;30banige Èanb-bjetten moften op-tjouben; enbe bc gioben in bie (Cijb maat:
fundi potreflbres) als tc tccn baat 3§bbcrs onbee bc lt;6?icltcn cn Somepnen be5atcn. a©at iBagt babben 3P toe / om bet 3cbcnbe of betnbsp;bijftigfte jubei-jaar tc bieren i 3ïrme ^taben/ gelijb 3p alle toaren. «Datnbsp;©auluS ’t toooeb Sabbatten in bet becl-boubig getal gebnipbt/ isal boo?nbsp;na ben ftöl bes lt;Duben (Ceftaments gefpjoben ; bic altijb ben ^bOatb besnbsp;3ebcnben ïDaags boo? bet meerbee g^tal Sabbatten uptb?ufit / om batfe betnbsp;'Dooft ban alle ^batten cn feeft-bagen is; gelijb be %b?cen om bcnbsp;gi-ootbcpb ban pets npt te bjnbben bet becibulbig getal gebeupben ; alfoonbsp;ban ons mccc-maal in Evhcmoth , is aangcmccbt j baoc benebeu/ omnbsp;barfe pebee aDccbc tocbecom guamen. ^tc €|COb. 31. ®S 13. Gy zuidnbsp;evenwel mijne Sabbatten onderhouden, amp;c. —¦ Hy zal iny ccii ’l’ckennbsp;Zijn, tiiflchcn myj en de Kinderen Ifraels, amp;c. . . . J|p en beeft ban/nbsp;niet byfonderiik (odjjb anbcrS onfe gclcerbe Annotatores (p’cben/) gcytennbsp;op ben ^bbatlj bes 3ebenben «Daags; maar enbel en alleen 3(jn ©og baarnbsp;op grfjab ; cn bat tc meer / alfoo befe Stanb atften beel meer onbee bcnbsp;3?eeft-bagcn ban Sabbatten bcDoo?en / enbe bc Sanb-ruftc ban iKt 3ebcnbenbsp;gaar niet 300 3ccc ben fiDcnftbe/ als bet 3lanb caabte; Ja baar toeub ntetnbsp;ecas ban een tufte ben jjBcnfcben aan bebolcn ger^t / nog tn be ruftc beSnbsp;^lanbs ban bet 3ebenbc/ nogte ban bet bgftigfte gaar; maar uptb?ul5belilinbsp;toccb bet 5cbenbc gaar een ruUe des Lands genaamb ïebit. 25. 9)s 2,nbsp;Wanneer gy zuid gekomen zijn in t Land dat Ik u geve , dan zal hetnbsp;Lmd-ruflen een Sabbath den Heere. OSn toat bet Jubel-Jaar aangaat/
baar in boajs meer aansienlift lt;en openbatóge b?opiiUe toerbfaambepb / ban
ft 3 nbsp;nbsp;nbsp;een
-ocr page 332-310
«en op-goubinoe en af totinge ban tocefi. ^oo bae ^[6 toel «ttogte Kjben bat onfc «©elcccbe aptleggcrss alöiec ban Sabbatten bet jeben en bet negenen beetttg ^acen {jabben ge3toegen bi^ ïjet betgenoegb mp bat 3P Haatnbsp;In öet bolgenbe 300 ïiïegt-3innig en bonbtg / aangaanbe ben ^abbatb bestnbsp;jebenben g^aag'^ betWaten i toaat ban op sijnc ploatfe 3al bjetben ge^nbsp;Danbelt.
Cemcene overhrengtnge van alle Feeflen, tet een Heytig gebruyk, byfonder des Nietten Fejiaments.
I. lt;©e gantfcHe ®öb bc« i^teubjen Ceflanientö / ban ben ^g af oojfpjonbelib/ na bat C0#ues ones toate paafclj-Stam booe onb uSiïöefïagtnbsp;(toelb Pafcha bet cetfie ^oog-;fee(i toasi) bJcrb met tegt een 5pee(i-©agnbsp;genaamb ; bpfonbet na bat nu bie betftcegen becloffinge aan gioben ennbsp;i^epbenen aïlomme toab af-geftonbtgb; en boo2 ben Pinxfter-oag bebcfltgb;nbsp;enbc nog a( meet cn nabet geopenbaarb; hoanneet (sect* 15.J Bet J*eeftnbsp;bet Hobec-luttcn / bat iö bet CÖJtftelibe ©JöBcpb / om af-gefonbett bannbsp;gietufalem eii be «ïoobfcBe ^ijnagogc te hjoonen/ bat tö aan geen gioobfcBenbsp;«©obss-btenfi: bci-bonbcn te 3ün öoo? Bet Conctltum bet Stpoftelen al0 metnbsp;een ©afupnc ailomme tss af-geBonbtgt/ ’t geen 3elBS boo? ^etufalemö Söal-itngfcBap tss öebcfttgb. ^en geenen bie met be goben geen ïettet-ftnegtennbsp;5ijn/ tóijfit Bet biipbefiB/ bat in ben 93:* pfafm aijS met een 26afupnc tóiecbnbsp;af-geftonbigb aan allen (©elobigen een gtoot Jubilee ofte J*eejï-g^g CljJillonbsp;ICC €ercn te bieten / bie ben Rotfteen onfees Heyis en onfe Coning 10.nbsp;njjij ub Kom laat ons vroylik juychen 5amp;.Ö i. cn ^0 2. nj)’m Laat onsnbsp;hem juychen. 3©oo2ben bie epgentBB op een 5?ee(ï-t©ag pafien, lt;!2nbenbsp;^uluö icetb onei biipbeliö genoeg Igcb?. 4. Cap. ftoebanig eenen anderennbsp;Sabbath en d?ee|l-©ag alljiet 5^abib aan B«t 33016 CB?i(ii/ in Bet jSientoenbsp;(Ceftament belooftnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Tot dat Ik in mijnen Toorn gezworen hebbe ,
zoo zy in mijne rufie zullen ingaan. SCIle Pfalitien bie ban Bet ConinftcjjBe beö jBciTiüc fp’eften/ gebJupBen om be blijbfcBap en uptgelaten bieugbe bannbsp;lt;0obö ©olB npt te bJuBBen/ geen anbete (Cale en toöojben/ ban bie op eennbsp;i^cfl-g^ag paffen, Ete onbet feet beele ^fal. 22, ^0 26. Van u is mijnnbsp;lof in een groote Gemeynte ai bnp Kahal rab *Vnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;®e 70, Bebben
ïi? nbsp;nbsp;nbsp;gciijft 3obanigen op be jpeefl-t^agcn bp een guamen;
toe toel u« 3oben alleen / maat nu ooft upt %pbencn. ©etgelijft Pf. 40. JÖJi 10. oe op Pfal, 45. (^0 16. Zy zullen geleyd worden met allenbsp;blydfchap en verheuginge ^ zy zullen in-gaan in des Conings Paleys.nbsp;J3(bl. 68.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ó God , zy hebben uwe gangen gezien in het Hey-
ligdom, de gangen mijnes Gods, mijnes Coiiings : De Zangers gingen voor j de Speel-lieden agter j in het midden der Trommelende Maagden.
-ocr page 333-Scliat-kamcr der Zidne-beelden cn Voor-bcelden. 311
d:n. Eie tojjöecjS 9h fn 96. en 97. en 98. en 99. cn 100. cn 148* c*i 149. en 150, l|et cmufcte ^oo!ï-ücb ^lomons 10 joïramo ccji ïtebnbsp;op Cljpili 25?uptof2f';^ccfl. gimmi’t ban 5cftcrc (€öö ^icutocn fCafta^nbsp;Iticnt0 fpjccbt lt;Êfaia0 Cap. 30.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;29. Daar zal een Lof zang by u L.
zijn in de Nagt, gelijk wanneer het Feeft Gcheyligd word , eiide blyd-Ichap des Herten , gelijk eenes die met Pijpen wandelt ; om te komen tot den Berg des Heeren, tot den Rotïlcen Ifraels. (CCE(lOnïl Jltllcn tc^nbsp;Jien op Cfai. 61. $flr. 1/2/3. ^ie nu op 66.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;23. Ende het zal
gefchieden , dat van de eene Nieume Mane tot de andere , cn van den cenen sMath tot den anderen , alle vleefch zal komen om aan te biddennbsp;voor mijn Aangefigtc , zeyt de Heere. toeten / toauncCT jjp 5OUÖCnbsp;BCfCÖapcn JjebL’Cn een Nieuwen Hemel , ert een Nieuwe Aarde, ^itnbsp;jdbe lo bp ^acOariaci het Feeft der Loover-Hutten Cap. 14. t 18. 3^annbsp;’t toelhc aanftonbö petö moet gefpjoften too?bcn. (Ce ïcgt becuiaaiiii bannbsp;ben 2tpis(lcl oniS CDPflencn i Copw. 5 : 8. Zoo laat ons dan Fceftnbsp;houden ; niet in den Ouden Zuyr-deeg, amp;c.
11. Den Feefl-Dag des Nieuwen Teftaments fei ««« klaar m opentUk bekend gemaakt en af-gekondigd , Ctt b002 allC OmftatlbiOficbCrt fiCllDaar ; OfsS
onbee be goben be ^teutoe .üBaanen/ ^peeft-bacjett en .Sabbatten/ etibc öet scbcnbe cnbe tjet biifttoftê ^ubd-^acen beftenb toacm ; en baav'-en-bobcnnbsp;boo? een 23arupnc ban fterbee gdupb af-oebcnbtgb ban cenigen 3?ee(l-bao.nbsp;^00 batfc ïlofeaö Cap. 9. bsf 5. te cegt mag noemen een gezetten Dag %nbsp;deft Dag des FceOs des Hcercn tn tegen-ftcllinge ban alle bc lt;©ube ^^ec|t-bagen bcc gjoben/ toeUte Amos booj-jegb bat ciob/ (na bat ïjp be zonnenbsp;op den middag zoud doen hebben ondergaan) in Rouwe zoude veranderen»nbsp;cn hare Liederen in Klaag-liedeten» amp;c. ’t Cie'cn ïjaat' ClbifïUiï met 500nbsp;ödbecen (iemme alis een 2amp;aflipne jlat®. 24. üuc. 21. en 23. ïiccft bóo?-5fgb ; cn Petrus op ben dpec(i-bag upt Joel fiaac öeeft af geftonbigb, ü^itnbsp;aangenaam Jaar des welbehagens des Heeren, en den Dag van Godsnbsp;Wrake ObCC 30^^ 3®panben beeft CbnfhIiS ben zagtmoedigen verkondigt.nbsp;SDaCCltbte cegt yiXlJabeUfaar tn toelfte verbonden zijn de gebrokenen vannbsp;Herten , den gevangenen vtyheyd uytgeroepen, en los-latinge upt be ge?
bangcnifTe €fat. 61. beeff. 1/ 2/3/4. ^00 bat 8p op bet openen ban ïKt 23cie{t in bc ^pnagoge / befc (Cect binbenbe / 30ttbcc cenigc betoimpe?nbsp;Öngc 5ePbE : Heden is defe Schrift in uwe Ooren vervuld Suf. 4 t 21.nbsp;jiDen en befioefbe boe niet mcec 3i)n looft te toeften in ïiaabfelcn upt tenbsp;leggen / toelfi bog na ben becballen Septet ban giiiba be töb 50ubc 3örtnbsp;ban bc öoinfic bes! ilefTi* 49. SSogte toelfte be 5ebenttg toeftennbsp;5©anic(!S / en boe lange petiobc bie bebatebe; nogte toelfte be ^?opl)eetnbsp;Eiias bic cerfi ftomen ntofie. IP toeeö bie peefoon biipbeltft in goannciSnbsp;aan. amp;an Ciob toel ftlaacbec boo? 5002 JÜane aan bet gesigtlkctonettnbsp;toanneec 3? nteubJ i^/ op toelfte P 5P (bie selfsi i» be ^tecce ftunbe
oneebaren
-ocr page 334-on-ei-batcn 50») Ötiw ntcutoc .usaaiibctt-ipccil m\ aanbang nam / als* li» in be ^ecfcon CfWfti / jijn fjeOooite boo2 een ^teite af-fionbtobe; ^ijnnbsp;aiecce / 3nn jBicacnlen / 5ü« ^Iijiien ; be Wijhen ban jijn '©Pllanbittge;nbsp;bc uptjto?tinge 5ijnsfJ^epltgenlt;i5eefi!Si be 25eamp;;e«nge bcc^epbenen; 3nn batnbsp;geen lt;6abltamp;e getnpgeiufTcn (ï^ebj. 2.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;4/5.) gjjn bit geen (€tom-'
petten op ijet ^oog-i?ee(ï. 35ie niet bJiö-ftunbig nog ^tetce-hunbig toaö m be tefteninge ban be ^jopbetifclje Cebenen bet cijben / bie beDoefbcnbsp;maar 3ijn ©ogen open te boen / en bp fionbc befc jSieutne jBane bupbelibnbsp;3ien ; en baacom boe 3onbe anbecö 300 gcooten ^cliacc cnbe menigte bannbsp;iBenfeben tipt gefièel 31'bea en lt;i5alilea / ja fjoe be 3Böfen upt ©often totnbsp;pem 5ijn geblOepb ; ja tot Joannes en 3ijn Doop , 5elfSt be Pharizceu?nbsp;daarom Pauluss te tegt b?aagb Bom. 10. Hoe dan, en hebben zy ’tnbsp;niet gehoord?
III. ©p ben Feeft-Dag des Nieuwen Teftaments » blOepb tOe cetl oantfcöe Trav^yv^is en algcmeene becgabecinge upt ^oben enbe J^epbenen/nbsp;bie baat toeboegen tot bc genen bie in bet öoben ^emeifebe ^ion Begcecennbsp;en (Crinmpberen / nabemaal ben ©oo^^§of 3ijnbe gcfcljcucb / baac nu nietnbsp;meet té m be boeg bat baat 50ube bunnen bccljmbccen ban met bolle b?!)^nbsp;moebigljepb toe te teeben tot ben (Cfpoon bet genaben (men?. 4. en 9. ennbsp;10. Cap.) Cube boat beSchcydmuur belangb/ bie eecttjb.O^oben en l^cpsnbsp;benen ban ben anbecen nf-30ubetbe (tonac ban clbecet op 5i)n plaatfe) bienbsp;ig nu boo? be af bonbtnge ban een algemeene Cbbftelibe ©zijbcpb en ©?oe^nbsp;betfcljap en JSonb-genoobfcbap/ in €b?i(io geboobet/ en 300 3ijtife getoepen
tot bit Jpeeft bc geene die verre en na by waren, ^ie Cpïj. 2. COlOff. 2. Cap. 2{!(-boc-biel toacelib cnbe ©ceftclift nog on-cepnc nog on-befnebenenbsp;upt alle geroepenen ban bit Feeft-Brood gegeten Ijccft. 3ilt 3al ban befenbsp;3iilgemcenc ©crnaberinac bec l^epligen cn I^cecliften / tot Ijaac ï|ooft ennbsp;Coning ^ru0 niet tcaaglifi uptfcDJijlwn be Cïob-geleecbe reben bcsi ^tlj2igt;nbsp;becö aan ben Hebreen Cap. 12. ^aar Op / na bat 0p be hjaaragttgenbsp;Clecftlilte cn ï^emelfcOe^epligmafiinge/ bie een Eerft-geboren ^oone ©obsSnbsp;^fcacl na be belofte betamelift en toefentlift iö/ Jjab aangeb?ongen; en baarnbsp;toe geftet-oogb op be 3b3ace ftraffe bic ben ©n-DoPligen Efauw ober Dotnbsp;bectoetpen ban 5ijn cerft-gcboo?te bolgbe; ben gioben of Hebreen bec-maanb bic toacc Cccft-gcboojte cn be ©002-ccgtcn bie OnJH'* al0 be Ceeft-gcloobtgc ©eincpnte upt bc 5elbe toebloepben bog niet ftlepn te agten ; metnbsp;cen Argument genomen ban een tegen-ftcllinge tufTcljen be bicnftbaacOepbnbsp;be0 ©uben / en bc bjijOopb ban Oet ©olfi bebBienbJen Ceftamentsi; O^tnbsp;©nb ©eebonb op ^inat/ en Oet Bieutoe option gemaabt. %'t3llacbrcOcnbsp;en ^cmelfclje ferufalem / Oet betoeecölifi en on-beboeetOiiO Coninbcöft ff»nbsp;5be tooojben ban lupben albus $0 18. Want gy en zijt niet gekomennbsp;tot den taflelijken Berg , ende het brandende Vyer, en donkerheyd, cnnbsp;duyfternifle , cn onweder — Ende tot het geklank der Bazuyne , cn dc
ftemme
-ocr page 335-Schat-kamcf der Zinne-bedden en Voor-becfden.
ftemme der woorden ; welke diefe hoorden baden, dat dat woord niet meer tot haar zoude, gedaan (gelproken) worden •—nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;22, Maar
gy zijt gekomen tet den Berg Zion, cn de Stad des Levendigen Godsj fot het Hcmelfche Jerufalem, en de veele duyfenden der Engelen (85123,nbsp;Tot de ^Igemeeae Vergadiringt Heivtiyo^u cndc dc Gtmeente Exxhttr't» dernbsp;Eerft-geboren die in den Hemel zijn op-geichreven ; ende tot, God dennbsp;Regter over allen , ende de Geeften der volmaakte Regtvaardigen ;nbsp;ende tot den Middelaar des Nieuwen Teftaments Jefum ; ende tot hetnbsp;Bloed der belprenginge , dat beter dingen Ipreekt j dan Abel.
imt K (eggen ijS nu oniS oogitierft niet / mair öJt aHeen ftojteHft toaac te nemén tot ones tegentooo?btge oogmeeft: 59anie[tlt. ^efen ^lt;ig / toan*nbsp;neer öc ïslntieren gfcaelö op ^(nai / in een stigemeene ©eegabetinge öenbsp;a®et ontfïngcn / toa^o bait ben ttoeebenpaafbag af te cefeewen ben 50. jijnbcnbsp;tben ben lt;©ag besi ©inriïcr-jpeed / ofte f)et i^ooft ban a!(e be ^inrllcc-5pcc(len bic nabeebanb 3laariiBsi ter gebagtentffe ban bic 3©ct-oebinge toicc^nbsp;ben gebiccb : 3©ant ’stanberen i©aagb' ban itóftöa (bat tóben ttoe^ennbsp;®ag beö f eeftö) mollen 5P 5cben ^fabatten tellen / bat is 49. 5^agen;nbsp;en ban guam op ben ^ag baar aan ben 5ofi«n. ijet ©inicrtec-i^cfi booj tenbsp;ballen. €ben op bien jelbcn i©ng iS befc ï©ct bec bienilftaacöepb gegebennbsp;op ^inat: .ïBaac op befen 5elbm ©ag tg booj söbbs öeiltecinge een gefieelnbsp;onbec ©inxficc-feeil aeljoitben totS^wl^^lt»^ benïsccg ber t’5amen [tomflc:nbsp;3©aac in niet ben ©ecg Sinat / maar ^ton toaS ben ©ecg bec bp-een-,nbsp;homenbe (©emennte. 3©ane in bc lt;©cmepnte niet enftel upt be 3ioobfcl)e /nbsp;maac ttpt albeebanbe jsatien en ©oibecen ban beefebepben ®alcn beflonb:nbsp;Baat in geen fcipiWibe gitonbeegagen / nog ©itjcemen / nogte \^tojm-blagcn / nog 2Cacb-bebtngcn / maac onbec be gebaante cn geiijkemirc 'van
een fterken Wind, eitbe Vycrige verdeelde Tongen, belt ï^cpligcn i0eefl
beefebeen. €n op bit (€cöen toiccb al Det ©oUt tot bit gesette ï|oog-f eeft f 5amcn gebtagt / met een toebloeb ban een gcoote menigte. Soo bat bitnbsp;5pcc(l toel te eegte boo? een ïiicttiels Ceften ts aange5egb en af-geftonbigb,nbsp;©et tooojb ’t geen baac toiccb gefp,?ohcn toas geen a©et bie tot be bienftinbsp;baartiepb 'baacbc / maac tot be toPiKpb / cnbc bic naautoge toc-gang totnbsp;lt;0ob boot be toelepbinge ban ben lt;6ee|l ^efu Cfpilti. ’©en lt;j5ecft/ niet
een Geeft der dienftbaarheyd tot vreefe, maar der aanneminge tot Kim.
deren «om. 8. ©cti toc bloeb ban alle lopbenen tot Eton cn ^ecufalem/ geen toc-gang tot een ©laatfe ban bienftbaacbepb; maac tot een Metropolisnbsp;©ooft-^tab/ in betoeibe ais ban bc®aipe ban jjetCapitool of aaaböupsSnbsp;be ©’iJlJCPb is beefionbigb ; ^umma tot bet Hemelfohe jerufalem eunbsp;Zion. ©tec mebe Icpbe nu tec nebee be Cecemoniale bebupbinge ban;nbsp;boo? eeeft bet Pafcha-Fceft ; teelberS S^iebaam toas ons Paafch-Lam datnbsp;voor ons geftagt is Chriftus i Co,Jint. 5* ©an Pinxfter-Fecft : Sflfbu
btec een nieuto ©ecbonb gemaabt/ en een nieutoc ï©et toiab af-gefionbigb. lt;Ên baad souöc bet Teeft der Tabernakelen , met becbtoijntnge ban ben
ü c nbsp;nbsp;nbsp;aacbfc0en
-ocr page 336-^14
HIEROGLYPHICA, ofttgt;
aacöfclie» frtjaöutoagtioeti tempel en ^taat ^enifakm ocWerti toojben m al(e plaatfcn j, ’töfcn al bjoegc Dcoinfelen öceft ©an liielftc fuctejTennbsp;nabecljanö /
iKen fean öiec merna-laten tocöerom te octietifecn aan amp;e(i5ec(iltfe beiiup*^ bmge ban öö Huwe.lix-Feeft ban CDaflué ben Coning / enöe jijnenbsp;«©emepnte silnecontnamp;libcsönipb/ ’fgeen gcbiecö bK»?!j in befebagen besiH*nbsp;(Cefiamentö 7 toaac in 3P t’ 5aiwn bc l^anben ban Ceoutoe fiebbai in eennbsp;gejlagen; om een CSecftlifiai ^aab te bectoeftfien/ en te getoinnen bieï^in^nbsp;beten bie aan 31lb?al)am uyt Gcllagten des Aard-bodems toacett belooft..nbsp;pn bien baat eenig Fceft isi ’t geen bolöej^i ban bjopliftijepb en blijbftljapnbsp;uctfcöaft / öet iei Bet Fceft ban be Bruyioft Cfttifli met 3öne lt;6emepnte..
bit Feeft iö epgen aan Bet Celiament. pn Bet Cube toccb cgt;obs ©olB / enbe CB?iftt 2amp;?upb aliï ©ngetcoutob / en onbjugtbaac aangeniecfit
Cfai. 45. Zijtvroylik gy onvrugtbare die niet gebaard hebd, amp;c. iBaat bc pOObfCÖe ^pnagoge ais getrouwd : Want de Kinderen der eenfamenbsp;zullen meer zijn dan de Kinderen der getrouwde (Ofte bie eciien lÜïart*nbsp;Beeft) fpreekt de Hcere. %)e be ^piiagoge gctcctitobJ jgamelift al.ö eennbsp;By-Wijr. ]^oe be ©atciacfBale ïseefee bie op CBJBinm Doopten zondernbsp;Man ? ^amefifi ais een verftooten en verlaten Huys-vrouwe : jJSaac DOCnbsp;altoos ban i ^een maat boo? cen kieynen oogenbiik bes töös ; enbe in,nbsp;een kicynen Toorn , cn geprengDcpb ban lianbel toaac in lt;0ob Baat benbsp;5^ien(ibaacDepb onbcchJo?pcn Beeft, ^ie baat nu in Bet tegenbed / Betnbsp;feeft ban be ©zuploft bes ^amS Camic. 1:4, De Coning heeft my ge-bragt in zijn Binncn-kameren. CU toebetOttl Cap.3.bf. ii. Ga uyt , gynbsp;Dogters Zions , ende aanfehouw den Coning Salomo gt; met de Kroonenbsp;waar mede hem zijn Moeder Gekroond heeft op den dag zijner Bruyioft,nbsp;ciide op den dag der Vreugde zijnes Herten. 313at bunut U bailv Wanneer
men Zoo openBaat ttoobigb en tet 352upIoft bes Earns toept met een ftemme-G A UYT Gy Dogteren, amp;c. Of ban niet ten opetiDaat ï|oo0-feeft bjctb afgeftonbigb i Cnbe alles bettigt toetb boo2 26oben cn Clefanten ’t geenenbsp;«oobig is tot aanBfubinge ban 300 een feeft-bag : Cnbe (’t geene Biet onsnbsp;epgenoogmetB iS)OFDANNiETONnER den Name van da
Dogteren vanjerufaletf» ,DE zelve GAnTSCHE gemeene vers Ar MELINGE DER GENER DIEINDKnHemEL EN OP A ARDEN ZYN. WERDEN GEROEPEN TOT DIT BRUYLOFSJ
Feest : a©ant 3P bog alle tot bit üetufalem 50n gefeemen en alle Zalig zijn , die geroepen zijn tot het Avondmaal van de Bruyioft desnbsp;Lams 2tpof. 19* Cap. Cnbc ^le be ©jofeten getupgen bat be ||epbencnnbsp;tot ben glantfch en het Ligt ban bit ifêemtlS perufalem zouden op gaan.nbsp;Zie Cfal. 60; Cnbe alfbo uptmaBen cenenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^eplige / Hgemepnt
CBftftliBe ©trBe. Cietupge is mp be ïgeetc CD?tft«S 3clfS / bic in een gdpfteniflre bettoonb / Boe bat / na bc betfmabinge bet poben ban 3ijnnbsp;^?upiDft/ een getwem twbit^e aan j^teuplieti en ©liröjen / op be (ftmeene
Wegen,
-ocr page 337-Schat-'kaiiier der Zinnc-beeldcn en Voor-beeïden, 31 ƒ
•Wegen lt;n Heggen 50uamp;e oefdjieïien t lt;©bfr todi» ocfjjftcniflfc top CRöcntlib gdjanbèlt Bctówn / op jijaattl). zz, ba-geloben met i:nc. i4.bf.ï6*nbsp;bit ©elb tjs te citijm ; enöe be coeptnge bec Igepbcneti ban een alge*nbsp;mecnc ftunbftliap. ®og Ijet iö nu be tijb / bat top ban öet ^e(ï-öoubennbsp;ofte ban be tooenamc Jpecftcn tn Oet bpfonbec fp?efien i en toel eeeft ban benbsp;toiê bcftenbe giaacltbfe J^ooft-^ecften: ©nbce toelBe be eerfte range geeftnbsp;ÏKt
De 3©et en gin(lcn«ige ban bit Pafcha, fjs aan^Ifcael boo? beng^ien^ bnn Mofes in «ögijpten g^cben; enbe bebupb een Door-gang oftenbsp;Mebec Voor-by-gang, i^tct; geltjft smttmtncn getotlb Ijebben / bennbsp;boo2-gang boo? be iSoobe ^ee; toant bte eeift baar na-geboigb ; maocnbsp;ben voor-by-gang van den flaandcn Engel, bte alle be Cerft-gebojcnen tnnbsp;lt;jgppten boobenbe/ be ï|upfen ban be^fraeliten boo?-bp-gtng. g^te maanb/nbsp;tn toeifie 5Iftae( becnroft upt Cgpptcn/ ftclb lt;6ob het Hooit der Maanden,nbsp;namelih tn tjet J^erblibe / cn Ijet op-tellen bec f ccfl-bagcn.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^p toecb ge*
naaittb Abib , enbe tn öet COalbcefcD Nifan , en fiomt ten beelcn met onfe Maart , ten bcclen met tyffnt ober een. Op den lobtn. defer Maand,nbsp;moften zy een Lam nemen uyt de Kudde ende in bewaringe houden tOt
op ben bec 5elbec .ïlBaanb : Zuinst mofle tn pber Jannes gercötcbent ofte i tn bten ’t selbe te stoaö toasi; met be na-bunten om 500 bcel Stelennbsp;te Oebben afó’cc een ïïam öonben op eten. i^et moti 5|jn een boiftomcnnbsp;5jam / een jBanneïten ; cn bat niet onbec ales een-tartg ban be ^töapcnnbsp;tiebee; tfte aitberss een «tEïepten-boröcn; bit tjS ’tgecit ilog niet gefpeenb toaef.nbsp;^et mofte geflagt mo^ben ban be gantftljc dSemcente gifcaeles. g^e %tp!S-©abresi / ofte be lt;Êft(l-gebo?eBcn tTagtcn ijct pbec boo? 3ün loipes geftit tnnbsp;«Cgppteit. löabei'Öattil totceb Bet niet in alle plaaifen geflagt ; maar innbsp;die de Heerchadde v.crkoren, namcöö bat(Ccmpel tegcmlblcm ^eut.i6,
beeff. 4 / 6. ofte eer ben €empel geboutob toass / in bat (faüecnaltet. ©an ftet ©loeb beiS 3clben raoTtat 5» in SöeöteniS namui / enbe (icüften ’t aannbsp;bepbe be 4iib ©often/ en bcti boben ^apcl ban Baar ï^upfat/ met een bun*nbsp;bclBen ban 3^pe.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;5Wbe een rfeben 5^ aan Bdre ^upfent
op bat ben ftaat^en Baac:iicben mogt booi-bp-gaait €rob. iz. bcrIT. 2Z/ t?. ’nnaii V’cpalachti. Ende ik zal vpor-byrgaan u-L. Huyfen j
baar Beb^ gn bc otpen bi^Wacit®e ban Bet tooo^ Paicha of Pejach. 3©?* beces / 5P moften ’tcftt» in ben 5dben ^agt; beft toaö in ’t begin ban bennbsp;b? 3©et ber ftBaïnttocn begew met ben ^nb bcnbsp;itbe b^cn.' ï©ct oivaefHucbc ©tooben / atbe bittere Eaufoi ofte ïtoupbeit.nbsp;lt;DoB ntet rautc of Baif gaat / ttoft ooB gettooBt / maar geto^n,
^ t z nbsp;nbsp;nbsp;Soben
-ocr page 338-i6
H 1 E R O G L Y P H I C A, oftc^
gioöm plasten ïticc toe een ftouren ^pit / ofte tod ttoec Omiten pitmen te getaunfeen / met toelfte 3P get Earn btoeefrf) cfte fctipeeltno boo:- naoelbcn /nbsp;ban üet onbec Hijf öooe öe lt;§c|ioubeess pcnctt / en bjieben ’t aifoo in cenennbsp;(©Pen. (Sn gelijlt ooR 5ommi8en upt Raie lOub ljeben aangemedtt Rebben;nbsp;alö 3P Ret ïam Oct ©cl af-ftcooptten/ 3jgt; Ret jciPe Ringen aan een pilaac /nbsp;met pfte ^agclei bepbe Poo?!le ©ooten beio? naoclb. ©ozbecö en moot Pannbsp;’t jclpe nietö oPecblpPen tot in ben moegen / maat Ret moiïe met Piiuc bes*nbsp;toanb toojben / om baat boo? te Pciltoeben bc ontRePitginge best 5elf^ totnbsp;een gemeen gebJUpft. ©Otbecjs en mogt oofi geen Been nan’t zelve gebrokennbsp;werden. (Coe upt €0PPfcn oPecttcRRen souben/ aten 3» Ret uict op-ge^nbsp;fcRo’te ïenbenen/ en met^cRoenen aan be©oetm (namdtft ïtcpö-fcRccncn)nbsp;en met d§taPen in Race Ranben/ met Raaft. ©et Ran ban tod 3ijn/ bat 5t»nbsp;Ret (laanbc gegeten Rebben : 3©elRe omfianbigtjepb nabei Ranb / 3dfsi battnbsp;CR?t|lo en 3ön ^ifctpnlen niet ijS onbec-Ronben ; bie Ret neberfittenbe Reb^nbsp;Ren gegeten ; gelRR ooR be bcfp?engtnge besi ©loebjs aan be (©o?pelen/ bennbsp;^taf tn be Ranb ; be^diocnen aan be boeten/ ic. alleen boo? bie tijbnbsp;.toaten abö 5P npt lt;zfgpptcn trobltcn. (foe 3P ooit nog geen (Cabemaltd nognbsp;Stltaac Rabben en Ronbc Ret 25loeb niet befpjengb too?ben ban bc ©?ie|ia\önbsp;aan ben SWtaac. 22ie zCRton. 30 : 16. en : n. ©an bien bag nu afnbsp;toannecc Ret ©afd» 30Ube gegaot cn oeoeten mojben / moRen 30 alle stip?-beeg unt Race ©upfen rupmeii ^ cube aifoo 5eben bagen lang onge5im2bcnbsp;55?oobch eten. t©tt Pafcha-Fceft mofren 3p alle gjncen plegtig bpcreri 'opnbsp;ten 3elbcn 14^'”. bet .fisaanb Abib; ©p bat bie ReerüRe gebagteniffe battnbsp;300 een toonberbate bcrloflïnge nopö npt be ©etten mogte imt-getoifcRt toojsnbsp;ben / tot bat eenji Ret toate^afdja gcjlagt 30Übe tooabcit. jiKeecbcc omRan^nbsp;bigReben gaan top boo|-bp / enbe toijfen ben tot bc l^plige ©labecennbsp;(grob. 12. Cap. en HleRiR 25- en ^eut. 16/ lt;$u apt todlie top bit Rebbennbsp;afgefcRjcbcn.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. . „ ^ ^ ^
g^e queftie obec bc pjecpfe tijb «1 toclRe be 3loben/ ten tijben CRjifïi Ret
ftafcRa Rebben geRotöten/ enbe of 3P5foben enCflJilRisi Ret 3dbe op ben3dii en ^nberbag in ben Stbonb gegeten Rebben ? ban of be Éoben Ret ©jnanbsp;bags ’jSabonbsS/ bat een bag baat na gegeten Rebben. €n toie ban bennbsp;bd)O02liRen bag Reeft toettdiR toaac-genotnen of niet / Reeft bede Roog-geleecbc iKanncn 3eec geoefenb / en Raat «0ec|ï bp-na upt-geput. gilt boo?nbsp;Ret mijne Rebbe een becmaRdiltc acbi^b genomen om Raat fcRecmiufdittgcnnbsp;te aanfcRoutoen / en to£bec-3öb3S upt be 5dbe mijn ptofijt gebaan ; t©ognbsp;300 niet bat tR gececb ben om een cprtïdibc bepalinge ban mijn oo?bcd anbc?nbsp;ren boo? te Rellen ; git laat jtet toepben in be cupmtc ban 5ijnc gebaoten*nbsp;..... ^00 bon ; om tec 3abe te Romen, g^it ijs onttogfdbaac / batnbsp;CR?i(in!S op ben 3tbonb bic bolgbc op ben bag bic top Donderdag noemennbsp;Ret ©aafcR-^eeR geRouben Reeft / tn ben i^agt / bolgenjs be . g^tnbsp;Rp baat op beö Vrydags aan Ret Ccupce genagdb to ; enbe aan Ret 3dbcnbsp;t-oo? ben itenb gtfto?ben en ooR begtaben. ^at Rp ben bolgenben ^tta-bag
baat
-ocr page 339-^17
biTiU* aan öccft öcfeöi-'tt *» nbsp;nbsp;nbsp;^at Wen öag toasf öcn o^Wnaicen öaj
ban ben toefteliften gioobfcDcn ^aDüatft. ^at W baar op b^Kieu in ben H'iojgen ftoitb ban ben eecften bag ber inecbe io op-geftaan. ïBaac 30a on^nbsp;ttoiifelüaac en pet niet/ bat be Sloben eccfi bc.b 3iigt;»bagö ’jsabonbb (batnbsp;tb beb ^ttirbaagb/ tia bc ï^edtclilte tebeningc) 50uben öebben ©afcDa gc^nbsp;lioubeu.
^ogtano’ flrijbcn bier boo2 fcftijnOace cebcnen. (a) «©m bat öet niet toaacfcfiiinltfi ib / bat bc gjobcn 3ig op ben epgen bag besi ^afcOa-Jseefinbsp;30nbcn bemoepb ftebbcn met CftJiftub te bangen en te fpanncn ; te meer /nbsp;aifoo 3p ban tc bojen 3tg niet een opfct babben getoapenb oin Chriftum nietnbsp;op het Fceft te vangen , op dat’er geen oproer ontfta onder het Volk.nbsp;SCnberen anttooojbcn baar op / bat bit booaiemen te leur betfiooben is boojnbsp;be lt;6obiific boojfienigbepb / en bat jupil Clpiilitö op ben epgen bag besnbsp;PaaftO-iPecfis mode gehangen/ bo:oo;bcelt enbc gefïagtet bjojben. (b) ^pnbsp;3cggen / bat pet evident 5eiiec is / bat / na bet getnpgenijTe ban Joannes.nbsp;De Joden niet gingen in ’tRcgt-huys /op ben ©JPbag nainelib) op dat zynbsp;niet verontreynigd zouden worden , maar het Pafcha eten. 2CtS Of 3p
bet nog niet bobben gegeten bes abonbs boo? ©jpbag/ niet CbP'do en 3nne ©ifcipulcn^ ainbetctt antbJ002ben baar op; bat aan l)tt eten ban bet pafrbanbsp;op ben i4ö£n. berbonben toas een gebuucige feeft-maaltijb ban 3eben bagen/nbsp;in bielfte 31» onge(iiigt;?bc Söjooben aten/ enbe bat befe jpeefi-boubinge met regtnbsp;bet ©afeba toccb genaamb bjaac in 3P 3ig beebtnoben. (€e meec baarom /nbsp;bat Lucas af bus fp?ce{it Cap. 22. 3amp;S I. Endc het Feeft der ongefuyrdenbsp;Brooden genaamd Pafcha was na by. ^fiï-toaac bet gantfcpe 5Fec|l bec ongefuyrde Brooden, ptt Pafcha genaamb tnerb. JDijbecs 3cggen bc betoeer;nbsp;öers ban btt laotde geboelcn ; bat ben bag inbjclbe gicfus is gemipeigb/
genaamb toccb de voorbereydinge des Sabbats » welke dag groot was
gioan. 19:31. Soo en is bic ban geen anbece getoeed ban ben bag boo:-gaanbe en ben ^abbatb / en met eenen ben ^aafeb bag/ bie op befe bjb te samen in een guamen / en baacom toecb bie ,§abbatb-bag een Groote
^t^tb genaamb..... 5©cs ©?pbaas abonbs ban mepnen 50 bat befe
boo2-becepbinge moet gcbjccfl sijn. Stnbece toebecom anthjoojben/ bat pbee ban bic seben bagen bab siin {^fonbecé booi-öecepbingen zroj^ata-adC/aV. (guscnbsp;bat biacelib bieni^bbatlj Groot toecb genaamb / niet baacom bat bp bennbsp;ecefien ©aafeb-bag boaS; »paac om bat bP toil aantoijfen / bat op bic bagnbsp;bet feed bec ongcfiipibeSSiooben met ben toeebdiefen^batb te gelijb in eennbsp;bloeiden: (Cot nabee beedanb ban be saab. ^ie ^ebit.23, bf. 6. tndc
op den vijftienden der zclver Maand is het Feeft der ongefuyrde Brooden..... Zeven dagen lang ïuld gy ongezuyrde Brooden eten. g^at
IS / ban bes anbecen baags / na bat 3P bet ©afeba gebonben babben sönbc ben 15!»quot;. tot op ben 21^'quot;. bec sclbec jiBaanb. Cm ban goebe cebening tcnbsp;maben. i©en ©onbeebag toas ben eceden ©aafeb-bag / in toelbccs abonbnbsp;ajinbe ben i4lt;i*n,cb3idtdi op bc wgte bib met spniCifctpiaen bctJ^ftbc»
H c 3 nbsp;nbsp;nbsp;gepoiL
-ocr page 340-getjouben nbsp;nbsp;nbsp;ooft be gioben (bofgenjg bit geboelen.) ©eit ®?pbag ö
getocefl ben 15. {3ie toebec op Hebit. 23. en 6.) lt;!Bn alfoo Iben eecftcn ban be 7. bagcn ban ftet feed bee ongefiip^be ©jooben. gbe boo?bceepbin0e opnbsp;ben toasi tot ben ^abbattj bees bolgenben baags / bie be toeefteftefenbsp;jis, bog isi. lt;®at men tegen-toeept/ bat get ongeeijmb 3P / bat 5P op bitnbsp;cpgcn eeii / in ben 3eiben abonb alsi get ^afega gegeten toieeb / 5ig 50ubennbsp;bemoepb gebben met bit bangen en fpatmen / cn aiie be misfganbclingcnnbsp;Cg?ifli; enbe tuat rijb 5P ban bog sbuben get 3^aafcga bunnen gegeten geb^nbsp;ben j ^it geeft toaceïift bp mp al groote bebcnfttnge. jctSaac anttooo?bmcnnbsp;CgPdnsi geeft ooft 5iib bJö Otgab tot in ben iaaten nagt toe met jgn ®ifci=nbsp;puien. 5500 toacelift befen gtooten toc-flel en upt tuflinge bee gioben soubenbsp;ten minden get pafcga-ljoubcn 5eec confupoi en ono?bentlift gebben boen toe^^nbsp;gaan. ïöegensi be ontgepliginge ban get jpeed binbe ift minbec jtoaciggepb/nbsp;alfoo ;p in bit fegen-duft / alfoo 3? bit boo? cen ï^icplig bJctft gegcuben geb*nbsp;ben; en gaac 3elbcn boo? cepn in al bien ganbel; fegoon 3P niet in getKegt-Igupei 3ijn in gegaan. jBaac bit geeft meecbec getoigte aan be 5aa6 ; lt;©atnbsp;op ben eerden bag / na bat get pafega gegouben toas? / een geplige f 3a#nbsp;men-coepinge bja^ Mikra Kodefch ¦, in toelhc 3p geen toerlt met alle mog^nbsp;ten boen / onbec beboepginge ban be boob / ’t todb tmmer ntet geeft bun?nbsp;nen gcfcldcben onbee al bit bjerb / ’t geen be Ccupctngc mebe ftccptc. ^ognbsp;3egb men / bit gebben be ïSiggo-itnegten gebaan / en be ^oben aangc*nbsp;«iien.
¦ nbsp;nbsp;nbsp;a®iibec!S gebben be geenen bie geboefeii bat Cg?id«sf/ en be^lobeii ’tselbenbsp;op ecnen ©jb gegouben gebben befe Jtrgiimentcn.
(€enito. (0ni bat in be€uaiigelifcgeJ|id02icrt get alöboD?ecnalgcmecne hunbiggepb gcdilb bJ0?b bat get op befe ®iib ^ega toa^ / en bepalennbsp;card upt be cuangeliden 6. g^agen boo? ’t ^ifcfia / op todlier eerde gpnbsp;tot 2amp;ctganicn giiam/ en ban jBaria gefalfb baierb gioail. izu. .fisattg.nbsp;Cap. 26. Twee Dagen boo? !)et ^ofcga bail toilfee (Cgbaf be ^obennbsp;tegen gem ben 25loeb-taab gefpannen tobben ; mepneribe gem niet op getnbsp;^eed te bangen / 't geen bog aubeto' upt bid. ,3^et toa^ ban ben «©ifti«
^len / ertOe alien beftenb. G.y weet dat hét na twee Dagen Palcha is.
I^oe baiden 3» bat / inbien get ooft alte be ^ben niet en baiden ; te meer nabemaal get fpecd bec tCrompctten op be ilieubae 3®ane boo? lad bannbsp;ben i^oogen ïïaaö aan altcn gab te fecunen gegebai/ op toelftc ^jb 3p getnbsp;paftga donben te goi^m; mbe i^:t aanb^ ban be jpecd-bagen tiietnbsp;«n donb ^ ©jjbaK ^eifoncn/ maar aan be ftoogdf 0^-'
¦ nbsp;nbsp;nbsp;(Cen 2^w. Cm bat get (igtoarbierfiepb is ben §‘w6n te ftefegufiaigen /nbsp;bat 3P bit ^gt;t iM op ben region Cgb sotiben gebierb gctóien / baat 3Pnbsp;in get onbeegouben ban bc iBoibice / 300 p?ecgS ietten op 'Slagen/nbsp;jBaanben cn farm ; ja idfs op gingen ban bcel mipijer gelcpigte totnbsp;^upcrfgtie 3elfs toe; bcei meer banöe (€tjb tot get o«bö:to^n ban getnbsp;groote fêccg-fecit bet Pafcha. Cube bat men gaar te iad legb / batd
baarem
-ocr page 341-Schat-k,imef der Zinne-beelden en Voor-bcerd^. ^19
itaacom öê ®ijtgt; cen ïaatei: ^ouïsen gmomm öeöbcn / op barfe gmi ti»fc ocoote ;]^c(lcn agta inaïöaiibcmt mogten / maar öer jelbenbsp;pifrtja in ben ^^abbartj mogten boen in-b(oepen / f« te becgcef^S gejegb/nbsp;en noojHï betoefen ; be fïoCKii beronttoaacbigeH bit gcboelen met cegt; €nnbsp;!jet öceft Oecn ftljijn ban HöaaifKPb / bat 3? bic in öct #ee(i-f)oubeiinbsp;f)et boornmtie g^el bejS ^5ctöet-btcn(i (lelben / en baar boben maten beetnbsp;toetjes ban maabten f bte bonb / om be ^ee(ien te berminberen / 5$iibennbsp;bebagt Debbem
(€en jöf». twt 3^eut. 16. nbsp;nbsp;nbsp;6. toet ejEpMfetiS totrb getaft fjet'
^afctia te (ïagten / niet in alte ^iaatfen / maar in bc pibliftc Paatfe oesJ (0Ob0 - bicnflS t Gy zuid het Pafcha niet Aagten mogen , in eenigenbsp;uwer Poorten die de Heere uwe God geeft. Maar aan de plaatfe dienbsp;de Heere uwe God retkiefen zal , om daar zijnen Name te doen woo-nen , aldaar zuid gy het Pafcha Aagten, aan den Avond, als de Zonne
onder gaar. ]^oe bonbe (5egoen 3!») ban Cö?i(lu.ö bit Eammebcn boo2 3ia en 5ijgt;ie ^^ifciputen geflagt gcBcegcii ftebben/ anbers ban upt ben ©ooj-ltofnbsp;beo Cempefö / Ö002 ben 53fcnfï ber #gt;ieAerjS enbc Sebiten / bie bet 25toebnbsp;beef imflcn fpjengm booj ben Stftaar. €nbe boe bonb bn bat geffagtnbsp;feriijgen / inbien öp bie acbepb op een aubece (Ciib be 3etbe baiJbe gebeegbinbsp;.ïSabemaat be gioben baar in geen5in«i 50uöen bebben betoilïtgb.
dommige bie ban ’t 3dbe gcboelen 5iiii / becfcljillen nogtan^ albier in befen beclc/ enbc betjelpcn baar met bit ICcgument niet / maar anttooojbcnnbsp;bier op / bat boo? bet Pafcha te Aagten , niet berftaan to02b bet Paafch-L A M flagtcn ; orfljb 00b ^oan. i8. ®sS z8. boo? tjet Pafcha eeten nietnbsp;bcrUaan too?b (geliiö 3P mepnen) bet paafeb-Lam eeten / maar be ffan?nbsp;ttnge ban be (©f^anöen/ 500 ban ilnnbceen/ aio j^ebapen / bjclbe in betnbsp;Paaitb'-^eetl 3eben lt;©agen lang tot ^anb-offeren gefïagt toierben. i^oe^nbsp;tanige ©fferbanben/ ofte een bed ban öe 5elbe/ bie 300 op ben paafeb-bagnbsp;3eibcc/ ncbciisi bet Ham/ afs op be ontere 3eben i©agcn gegeten toierben/nbsp;be goobftbe .ïPeeilets Chagiga nj'jn piagtcn te noemen / bat ip ^^eeft-4iHfetcn. I^et toclft ooft baar upt bebcnftcftft fcbönb / om bat bersï 7.nbsp;;©eiib 16, ban bet Kooken ban bet pafclja toecb gcrpjoftcji ^ ’t geennbsp;anbetö niet geboobt maat geb?aben toictbe; 300 bat bit op te mete gaanbenbsp;éiferbanben fcbtjnb te 3ien. (€en 3P men ban bet ïföooRen rupmer netmnbsp;boo3 in ben ©ben gaat 55?aaben; gelijb be ilatijnen bet ssabten upt^nbsp;b/ubften boo? Coquere, ï^ooften. ^i^ar ban baan Panis bis Coöus, Biicuyt.nbsp;llu/ gelijb'abc anbere lt;0ffranben / alfoo toaren 00b be(i paa^rtj-©fferennbsp;beebonben aan gicrnfalem enbe ^ (Cempel, ^et febgnb oob fap na on^nbsp;mogelib te begapen/ boe 300 bede bupfenben / ja bp na ontelbare paafrb-Slammeten op eenen tob/ in bet üepligbom/ boo? ben g^ienfl bet p?ie|letönbsp;tn ilebiten bonben gejï^ toojben ten bienjte ban 300 becle ijonbecb bupftn;nbsp;ben pjcmbelingen; beplben bc 25urgerert ban ^entfalem. mpnbsp;foirtbt/ bat men ooft in m begnamen ain be a®et 3beuMó, bie fieï (jagteo
ban
-ocr page 342-310
HIEROGLYPH I CA, oftó
ban Öüt i^nafcficn bcpaalb tot bs plaatfc btc bo ï|eoco joubc bocfeicfon ba« bctcefelton tot ï)«t Paafrtj-ïïam jclfo. 2tIfoo/ bat meti onbccfcbepbe benbsp;Pubiijke flastinge, bw in bcn (Ccitipcl gcftljicbe / tell blende ban benbsp;(leciS/ en ïebiteii / en anbecc bte Ijet iSegt bebonten Diftben tot be Jüamec-fiensi bie ben ©oo2-f)of oitictngelben ; teelbec menigte 5eec gcoot toaö bannbsp;be ^jibate/ bat ist bee genet bie op Ijet jpeed tot ^ctufaiem t’^amen gedo^nbsp;men; ijst jelbe binnen ^erufalem / ja ;elf0 in be naade ©o?pen enbenbsp;gedugten dagteben. ^ic ^èolemncele dngtinge ban/ aan todftc be pjibatenbsp;berbonben toaren / en mode nict op Dan, of Bethel, efte Samaria; maatnbsp;tot geeufalem ais be J|ooft-^tab best gebtebst gefebieben. Zoo soube bannbsp;bit derde 3tcgiiment frlnjnen te ontballen. iKaac egtee boo: 500 beelnbsp;Wemmen / bat Ijet ongeeijmb fcljijnb / bat in bie publijde paatfci/ tnelficnbsp;be I^cece tot bet ©afeba bab öptberbo?en 50iibc 5ijn gctoleteect getoeed /nbsp;bat bit pibate pifcba / be ^iiblijfte mnto^itept 50iibe Ijebbcn boojgegaainnbsp;«jn bat nicmaiiD ban be ^oben bit boen Cblidi en sijnet SCpodelcn 30ubenbsp;gcealangeect bebben,
(€en 4ö«n, «©m bat CbJt’dniS jelfjS leecb be geenen bte op ben ^toel jlliofio 3aten te geboojfamen in aiieiS't geen 3p bebaien ^ bet gecnc booma-mclib en epgentitft jiet op be Ceremoniale 3©etten gelijb bet oetbolg toonbnbsp;jiEattb. 22.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;1/2/ 3. Cn baacom en beljoefbe niemanb in bet
©2tbaat Cnctcusi te onbrtsoeben / of bp bet ?5aafcben op bcn tegten ®ijö ijtelb / cube of be jïteiitoe iKane niet toel eetbec mogte gefien / bannbsp;befe of geene J^jibate jperfonen / op boogten / en in piaatfen altoaat benbsp;3lngt filaarbct toaö ; aJö miffebien in en om ^cmfolem bp bonbe 5onbecnbsp;Sonbe af-bwgtcn ; ja mod geboojfamen bet af-gebonbigb 55ebei ban benbsp;geenen bie befe sojge tocbetcoutob toaet/ anbeto toaö’ec een gebiutcigc Con^nbsp;fufie en Anarchie. Cbjiduo' beeft baat in ban geenfinss gefonbigt/ nogtenbsp;5ijne 5©ifcipiilcn tegen be gemeene (©:b?e.
•Sfinbece boebecom 3ijn ban geboden / bat tod ben ©?bbag / op toclfie;» mennen bat bet^afrija ban be ^oben lö gebouben/ toao ben epgen ©aafeb-bag / maat bat CbndnsS b? Anticipatie en boo?baaI / in bit gebal bannbsp;noobbetgebonben beeft ^aaffiS te bojen/ bolgenst 3ijn2jlbfoUtteIgeeefcbapppc.nbsp;^ant ip een Heere van den Sabbath en ooft ban alle ^eeden is. ;©£fcnbsp;geben bob teben ban baat geboden, (Ce toeten om bat bet (ïagteii ban betnbsp;©afeba toas een boojbcelb ban bet (ïagten bmi b«t toatc ©afdja; Cnnbsp;gebolgelib 300 mode baat in befe aanmetltdibe omdanbigbepb bes (CijbSnbsp;00b becbulb toojben. ssu / inbini bet ©afeba op ben ^nbetbag ^bonönbsp;bMS gebonden / op 3tjn epgen Cjjb ban Ctoido/ met3ijn «l^ifcipulen /nbsp;500 3onbe bet toatc ©afeba CbjiduS3elfS bes bolgenben ©jöbaags/ nietnbsp;op bcn epgenen (Cijb 3ijn geflagt getoeed. i©eii eegten ®ijb ban ban betnbsp;j^feba moet ben epgen 3clben ©dibag 3ön getoecfl / op todden bet toatenbsp;©aafclj-Ham IS geflagtet. (Ce meet/ alfoo oob in anbecc omdanbtgbebennbsp;bes (CijbS / 30igt;anig een nette obet-een-bomde ban bet tegenbedb / en bet
boo?bedb
-ocr page 343-Schat-kamcr der Zinnc-bccldcn cti Voot-beeldcn. jij
boözbeciti ban lt;i3ciö jön hwacscnoincn; odijft m bc riifte Cfbilti in M «6iaf/ op öm 5cbenbcn ^aö ban eob.ö cuftc/ cn ban bcii goobfliimnbsp;;;Sabbatb blaar Wtjbt; alö ooit in ben ;®aQ jijncc (©pftanbingc op bmnbsp;enden «©ag ber aSDccbe / in toelftc «0obsf eeefie nieiito; ^^ebeppinge baarnbsp;annbang genomen 53it bterb ban anbcccn nogtattö ortgectimb se-ftouben ; alsi of men om bc goben ban ontoctteltfibcpb bjptc fpjeben/nbsp;CÖJidum en 3i)tt 3Cpojlelcn aan bc 3elbe baft maabte cn befcbulbigbc/nbsp;aïDaarcm ban ten laatften anberen, om jtg unt befen g^ool-Dof te rebben/nbsp;cn bc bepbe ©actpen te beteemgen ; ban gcboelcn 5ijn (onber toelften ooftnbsp;Hl J. Coccej'us) bat ben (Cijb ban 0et paafeb-feeft op ttoeebecbanbenbsp;ntanteren ban gcceftcnb tóipbcn. Cerft ofte ban be cpgen natnuciibc (Cijb/nbsp;in tofllte na bc Jüegel ber ^tetcc-bunbe bare Conjunctie moft gecebenbnbsp;tBo?beti; al fcljoon men bie 4gt;««f Phafis, ofte bet ge3igte ban bc jelbenognbsp;niet bab binmen bjaac nemen ; bet teeffte boo? bpjig en bamptg totócc/nbsp;ofte ongelcgentljepb bec plaatfe ftonbe toeballen .* (Cen anbecen ban ben Cijbnbsp;ban bwe ecefte Apparitie af t ©p toelftc 3p ban 30taie tbaargenosnbsp;men 3 opmdift bofgens aaft ban ben ï^oogen «aab bjieebe af-gebonbigb,nbsp;Cn bat baacom Bommige bebctc 5lnpben toel ttoec-maal betfiafcba gegetennbsp;bebben ; cerft op ben natunrlificn (Cijb in bate ^upfen / ten anbeten ooftnbsp;Ojbccö-ijalbcn op bc iCijb ban be af-bonbingc ban ben i^oogen sCiaab/ metnbsp;bc gantfriieciemepntegiftaclsf. Cn bolgcns? befe biftinctic 300 joubcgcfujS/nbsp;«t ooft bc spoben een g^ag na Oem op be regte (Cijb bepbe betpaaftb-Samnbsp;gegeten bebben / cn geen ban bepben ban ono?bcntliftbcpb te befcgiilbigetlnbsp;3ijn: Cn CbnftusS ooft op ben aBctteitftcn lt;©ag ban ©afeba spn geftagtcf.nbsp;gh mepne bat bie toöfc ïKannen bit geboelcn meeft bebben aangenomen/nbsp;niet alleen upt beclcgentbepb / otn jig upt alle befe gueftien te onttoiftbeicn/nbsp;maar cm bar ?p 5ccc b?ingen op öe ober-een-bomfte ban be beftiptc omftan^nbsp;btgbepb bejSiCnbis/ bie in bet teace©aafcb*5lam cnbe öeCcccmonie bebootsnbsp;ben ober een te ftomen ; tot bJdfte obcc-cenltomftc mp bunbt genoeg te 5iptnbsp;bat Cbtiftuer op bit jpeeft io geftagtet; alfoo bet ©afeba ciipmcc genomennbsp;bctiFecft bec(0ngrf)eöeIbc25?ooDen infïnpt. jiBaac/ bebalben bat ; biaacomnbsp;«ubc tnen bc ©oobinge cn ftagtingegefu/ aanbanfteitft niet hunnen bmbennbsp;fn bc ?toare fttiö / aanbegtinge cnbe becbtbsclinge ban be gicie CbJifti/nbsp;bie ï)p M ben jclbcn i^agt alss bet ©afeba gegeten toieeb bee'ft tiptg ftaan*nbsp;300 bat egtee obec-cenbomftc ptccösi genoeg isO bepaalb ten aanfien bannbsp;be (Cijtu (Cot 300 bette bebbe gift bet mpne gebaan om ben boect-giecigettnbsp;mebe te beeictt be gebodmö ban beefebepben gclcerbe USannen omrent befenbsp;guêftic; ben Ee3ec ban nu ött Sbne boen in bet bechieten ban *1 geen bem
bet befte bunbt. nbsp;nbsp;nbsp;- - ,
jMöetö biflaiitcert men biet of in bet ©afeba epgcntbft cenOFFKANDE plaatö beeft i 2Clfoo Ijet een Sacrament toass / bet geen 3P mepnen nietnbsp;f 3amert te bunnen beftaan met een ©Iftanbe. (Cc meer alfoo bc ©apiftennbsp;lüec upt tragten te bebben/ bat in bate jiaiffe/ abt bet tcgenbecib ban (jet
^ f nbsp;nbsp;nbsp;©aftba
-ocr page 344-©afrtja/ te odlifs cm ^iirmniciit/ cube ©ffmnbc icf; ’t occti be enfm baw |)ct 3lt»onbmaal ontamp;cnnm, uioct Ijicc \3m cceft tot opemnge ban bennbsp;3in biT toqoiben OfFrande £11 Sacrament pctCf b002 Of SCggcil / Dp bOt (Alenbsp;bubbcl5mni£rtKpb/ cn ttoifi in toDoibcn nibgtc bjcg-ocnomcn too?bm.
j^ct tooo2b Sacrament fion nicit ncmctt of in be mpmiïc bebupbinge boo? f)ct gccnc tooac boo2 centge «©ccftlütc bcitoigentlicpbnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;toeeb of-
gemaaib ; en 300 toacm alle be ©ffianben / ja alle be Ceremoniën ban be ^Ct/ bie ©aulujs fehaduwen llOCmb ban toekomende dingen, waar vannbsp;Chrittus het Lichaam is ColOlf. z, ^ff. 14/ 15» €n Upt blC CUpmte bCCnbsp;bebupbinge ban’t tooojbnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Myfterium, tocet men bat be Jbaptften
bebben gepup^b Oaac seben Sacramenten; al fcBoon 3P egter 00b 3eifö Dare feecftlibc Ceremoniën ; gelijli ban Det Criipö / be JBaffen ï^eerffen fc.nbsp;toel 5omtjjbei Sna-amenten noemen ^ geliih in cm ©nb lauippel berfje 3pnbsp;albujs 3lngcrt.
Nee tfl novum Sacramentlitïi Nee reeenter efi invcfttumnbsp;Cruets htec Religio Cp^e.
lt;DC Gods-dienfl: ontrent het Crnyce en is geen nieuw Sacraments
gn bie ritpmte bonben ban alle bie bingen in’t ©ube (Cefïammt in toelbc 0et geioobe 3ijn crercitte bonb Sacramenten bjccbm gmaamb. iUaac/ 500nbsp;bet bjoojb Snrrammt in be naiitotic bebiipbinge ncemb boo? Tekenen
én Zegelen die in zig de gehcele Subflantie van het Genaden -Verbond beheifen , m nict fpcciaol ccnigc Eeebm of 006 oitMlanbigljeben ban betnbsp;5elbe: ^aar-cn-bobm toclber cpgen booiname ©ogmeeft iö te bec5egelen benbsp;belofte; buptm bet toeeftm banCoom enbe bectoiit ban be©penbace?ïf-balnbsp;^ftaelsi; cn baarom bie 00b niet eh 3ön cm booenaam beel ban bm Eebisnbsp;ttfcbm Ciobss-btenft : ^te ober firifeci al boo2 be i©ct 3011 gegeben / 't 3Pnbsp;oan be ©aberm ; ales be ©efnijbeniffe; ’t 3p boo2 USofesS eec bP be J©etnbsp;ontfangen bab; gelijft bet ©aafcb-5lam; alfoo cm 3aabe/ na bet boo2namenbsp;moet bmaamb too?b£n / m na bet geenc in ^t toelfte 5p ban anbereh bec^nbsp;fcbtlb. S^oo iiellm ban be Ciob-geleccbe met regt befe ttoee Sacramentennbsp;bCjS ©uben (CeftammtjS be BefnydenilTe enbe bet Paafeh-Feeft.
a®at nu Offrande aangaat / bit bJ002b / en be aanSlcbenbe omilanbigi beben 5ullcn op 590 epgm (Citcl baar berblaringe binben. iBaar bit moetnbsp;egter bier bjccbm aangemerbt. (a) ’t^js 5e6er bat Ijet cm gebeei anberenbsp;bebnpbinge en getoiipB beeft gebab boot be a®et / m ottóer be 3©et. ©ootnbsp;be 3©et m binbe 3[b niet/ bat bet be Debupbinge m firagt geb^ beeft bahnbsp;cenige ^onben tc eipiceren , m alsS toaac bet te bersoenen bie ban befe ofnbsp;geme / bp gelegmtbepb ban cmigc af-topingc 30ubm 3ijn gefebieb / boo?nbsp;toelbe em 2»ele 3»0 aan Ciob ofte ben i^aaflen fcljuibig joube gemaabt
bebbeu
-ocr page 345-ïtcbbt'tt ; maar aKCCtt fjet ^{acö Pr;efigureerde j^Ct 25foeit i)e0 lt;Ccutot0ett Ccftamcntö cntjc fjati ntet een engenrtihe Confeffie bec gonben/ maar lup-poneerdc bc jclbe; eiibc Dcffenbe engentitft öct «0eloobe m be töetoittenbenbsp;becioeninge. »*A«r(xav be(ïaattrtöctHiaftenbanbie©2eebe/ cube aannrmingenbsp;baii bie becaoeninge metlt;0ob tnCÖnftoonei ©ci-5CienbeBsicl Hom. 25:.nbsp;3Êgt;an 30banig een natutire toacen ooft be lt;Jigt;ffcanben boo? be 3Bct: g!5itnbsp;aeribenteel guam booj be J©et tot be belofte toe / bat inb^agt een jBaatt-tnicf bet Zonbcit Colöff. 2. ö.ö 14, g^aacom sjtife geen epgentltfte ,;§acca^nbsp;inenten.
•Ober 3ulftö; al-goe-tocl ftet pjafcljett een OfFrandc genaamb toerb. (2ie turner 9* ©ö 7 ¦“ *3' aibjaac be geene bte öet ©afclja op njnnbsp;gefetten töb niet 50ube öebben bp getooonb becftlaacb tooeb een becagter bannbsp;be Offranden des Hceren) 3«i moet nogtanö ötec hjèl gelct too?ben opnbsp;jjet Jgebjeeuhjfc0c bJoo?b Korban, bat {pet tn be lt;t5?onb-(€ale boojftombnbsp;pip Bet toelfiC niet en bebupbnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Hilaftcrion, ofte nstsn Qiataa
Offeanbe boo? bc Sonbc / maar een Gave cnbe opctiBactige toebjenginge batt Sof aan Oob. lt;Oclöft bit jonberimg alfttee plaatft ftabbe. ]^et istnbsp;toaat/ in BetPafcha toietbSSloeb geflo^tet/ enbc tnopptcnbe'Oojpeieninetnbsp;Bet jelhe befpjmgb/ op bat ben fïaanben Ongel Baar mogte boo? bp gaan/nbsp;’tgeenbebunbe be bec5oentnge boo? {jctffilocb^erii; oofitoierbBetjeibcsioebnbsp;booj ben 3Cltaar gcfp?cngb; i^ar bit Beeft plaatst in alleOfframm bie iintnbsp;gefiagt Vee bcflonbcn/ toclftecalla- ®foeb ge(lo?t mofle tootben/ eer eenigenbsp;Olfranbe ban Sof of battfi5eggntgc / ofte gelofte fionbe tóerben gepleegb.nbsp;jDaar men moet Ijicc 5tcb ntetopBetgemecneinpebetlt;t3ffranbe/ maat op Betnbsp;cogene onbcrftljepb Proprium amp; diiiercnna , cnbe bie 5al lectctt bat Betnbsp;liteer een Sacrament/ alsS een Offranbe; en onber be «tiiffranbcn nog meernbsp;een Korban bail ceii nsan Chataa gctbeeil ist. (Ce m:et / alfoo Ijet 5efti;cnbsp;io / bat in be cerfte infiellingc ban Bet 3elbe / Bet boo? een BnPfliB ^cta*nbsp;ment geftouben/ en ban pebee ïgooft beo igupjsgcftnst io geflagtet.
jTfiaar boat Bcbben Biec bog nu bc papillen mebe geboonnen Ijoe men Bet ooft neemb i ï©ant voor cerft , ijoe bolgb liet argument i ^nbien in ftetnbsp;©aafcB-^eeft niet alleen een ^trament maar ooft een «©ffranbe iet gebjcefï/nbsp;300 moet ooft Bet 2libonbmaal 3cfu/ niet alleen een Sacrament/ maar ooftnbsp;een •©ffranbe 3011. 3®artt; alfoo Bet ©afefta hjaö een figniirc ban CB?i(ltnbsp;?libonbmaal ? 300 moet ooft in ’t5clbc/ 300 biel alU in Ijet ^fefta een «Ofsnbsp;ranbe 3ijn. ^it argument ftcet ife om/ cnbe 3eggci ^nbien in Bet Pafcljanbsp;iö gcbjeefl een booibcclbenbe «©ffranbe ban CBiiftujö onst boarc ©afcBa/ 300nbsp;ban bit boare faftlja eenet gefiagt cn op-geofforb iel / 300 Bouben allenbsp;cramenten op be gebaante ban eenig^ocn-offer te b?agcn; alfoo boepnig alsSnbsp;na bc een-maal befp?ciigbe poften ber ^ifcaeliten met Bet Samst !©loeb/ ennbsp;Bet boo2-bP-gaan be0€ngelo/ be 5clbe nog eennieuboe befpiengingebcrepfcB'nbsp;ten; ofte BetPafcBa een nieuboe fïagtingc. iDaarom ban batChnftus doornbsp;eene OiFrande in Eewigheyd volmaakt heeft die gehcyhgd worden l^cb?,
314 HIEROGLYPHIC A, oftc^
30. (Jap. naaoc anbcccn; öc nbsp;nbsp;nbsp;bk in Ijct ?ïtoonïi-niaaI lt;6o5k
aanscnaam 10 liati gccu anbcce obccbl)?ljctt / ai0 be nbsp;nbsp;nbsp;Eud\ariftVe
©ffi'anbe bc0 Sofa'/ in tntlftc hJi» onfen Coning gicfiim roemen cn brcftccrs liften; cn baar tó seen ecnc baab beo Cidoofö toaar boo: nictCfijiitnb t’djnbsp;ftenb met Eof aan sijnen ©abet to02b gerepjefciuccrt op eetiCiofiliftc toife.nbsp;iBaar baar ban clbccö onbcc ben Cftel ban Sacramenten.
lEiaac/ Eaat ons nu eens ftomen tot 0110 booinaame oogmerft/ enbe jieri of in bit pafclja 10 cen figiiitre ban toeftomenbe bingen / alfoo ton nu'crbecnbsp;cen Hierogiyphicum , ban ecii i^iftOdfcD I ofte (CDeoiogifcij 3®crft belooftnbsp;Bcbbcn..
gmmec0be ï|cnltge Ciccfl gemneb 0110 bunbclift; bat liter in befe inffels linge ban liet ©afclja b?n een ftoogcr bebupbinge toao op gegoten. JBantnbsp;5Cgb ©aulll0 ^Cb. II : 2,8. Dat Mofes door hetGcloove het Paafeh-Lamnbsp;heeft uytgeregt , ende dc befprenginge des Bloeds. ^002 ftoebailig ecttnbsp;Cifloobe bog i i^iet / gelijft onb be Socinianen en ftare iSabolgcrb totllennbsp;toijb maften / 'tgeen bolgb upt ftet natnurlift begrip banlt;6ob0 ïDcfen/ enbenbsp;be epgenfcljappen ban 5nn mebe-boegentftepb cn gocbftcnb bie algemeen 10 (bpnbsp;Daar) ontrent alle aiKcnfcIjcn ïiinberen. iBaar upt ftet Celoobe in be sse-loftc ben ©abereiT gebaap cn boo? een Ceb bersegeib; en bebepigb op Cftti-gum. 3®ant ftp ftangb bitGeioove onaffcftcpbelift aan be Belofte baft, ^ienbsp;bit upt ftet bopge cn ftet boigenbe ontoebccrp?cficlift befet en baft gemaaftt.nbsp;jgerb i6. fp:eefit ftp ban 500 een lt;©e(00be/ door welke hy de verfmaad-heyd Chrilii meerder Rijkdom geagf heeft, dan de Schatten van Egypten.nbsp;©cr027* ban 500 CenCidfOObe/ waar doorhyiag den onfienclikcn. ^aacnbsp;op ftomt ftp tot Jftn oefeninge beb esdoofb in ftet aanrigten van’t Paafeh-Lam. ©ecb 28. ^a bat ftp befe baftc Euplcn onbetoceefldifi ftab gcftdb.nbsp;Ctftie toilb gp ftet generale (lot ban alle befe bingen. ^te betb 39. Deftnbsp;alle, hebbende door her Gcloovc getuygeniflTe gehad, en hebben de Belofte niet verkregen, ©bet tódfte 5in ftp jig ai ftab berhiaarb. ©erb 23.nbsp;Defe allc zijn in het Geloove geftorven, ende de Belofte niet verktegennbsp;hebbende, hebben dc zelve van verre geiien ende gelooft, ende omhelft;nbsp;ende hebben beleden, dat zy Gallen en Vretndelingen waren op Aarden;nbsp;9610ben SJpoftd ooft bc (ïagtingccnbefprengiogedesEioeds aan ftarc poften/nbsp;op bat ben ftaanben Cngel ftaar joubc booz bp-gaan/ 300 upt-touftftdift aansnbsp;teftcnb/ al0 cen argument ban ftet toacc «6doobe ban |Bofe0 in bc^selofte;nbsp;500 geeft ftp bttPbdift te bennen bat iBofeb niet gebagt en fteeft / bat ftetnbsp;32gt;loeb bet ©oftften/ ofte bet ^tieren/ ofte ban bit Earn be ^onben ftonbenbsp;toeg-nemen; ftet toelfte een Cieloof joubc 5ijn bat |3awlu0 ftrpbig ftcio/nbsp;gen afle natuurlifte fiunbigftepb ban lt;6ob0 bolmaafttfiepb / enbe ftet toefennbsp;toan jijn geregtigftepb. ïHaac bat ftp jag op be toc-fiomenbe bloebige ©f=nbsp;franbè ban ftetEamlt;jBlob0/ bat be^onbenbe03©erdb0toeg-ncerab.nbsp;sn-boben noemb ftp ftet toacc ^ftfta 5df0 ^efum Cftjtftnm i co?int. 5; 7.nbsp;OnsPafeba dat voor onsGeUagt is, Chrillus. ’t niet lionbe gefe^
l;w)?ben
-ocr page 347-Schat-kamer der Ztnne-beclden en Voor-beelden. 3 ij*
tobben ban ban mi cnofiuljfee Sacrament / in tocife öet €e6cti ont^Db ben nanie ban öc jsctchcnbc ^akc. Eie gioan. i t 29» bc ïeben bannbsp;obiT-een-fti'tnmingc bte geboiiöen éw beccpftlK ïninnen too^ben / tuffel ftetnbsp;beften cn be 25eteteibc 3afie (ïeinnicn liter ober «n ; ntitfgaberiS alle om^nbsp;fianöialiebm; ’toten jobantneen tetojjö banonfc toepafftnoetei/ batnieinanbnbsp;oher-tupnenbec lOnbe Intnncti Oebenbai. £ie cenö ftoneltb befe btngcii.
fa)'CD’ilinö 16 Ijet Lam. mt iö nn Öehiefen ^oan. i. en »Cccint. fb) Cli2imi616 een Manlik lam/ 300 ban toegen siin i^atuucc/ aliS bicnbsp;be tbJcebcAdam toaö; alö ban toegenjöne (ieififc en Bcagt omte bfrioiren.nbsp;f c) (fnniftiiö bet tóa« baebfel on|^ Etclcn/ toerb bo?bec6 booj bet jangènbsp;oereuKfenteert / in to-elbe fnb be natinire in btc ij^tercn bectoonb al toat|ê tnnbsp;bKlte ten aanfieii ban be fcDoonbenb beu geftaUe San repcefcntcccn ; ennbsp;bit St be ScSSePb en manh ban bcrepfcljt toenbem (d; r©e voiko-mLthevd ban ooft een epfef) 3Ö« ban be fclpone en toel oep?opo?ttoncecbe/nbsp;RCfonbe en onbeeminbte geftalte. Cfto(iU6 iSS het onbevlekte en onftraflikcnbsp;Lam Gods. ^ie i ©et. I; 19. (e) €en Lam toab giefu6/ ten aanften ban
aiine zaetmoedigheyd-en lijdfaamheyd €fai. 53-(667* g«em.ii. ®6 19.
^attli. ii t 29. (i) Cenlara afgefonberb ban beï^iibbc/ bat t6 ban bc Sbige 3©enfcben/ cn ban upt Ijet mibben 3tjner 25?oebecen ©eiiLiS; 15*nbsp;Sz ? 14 cn 7 : 26. (g) ©Kc bagen te btot«t/ bat 16 ban ben tten=nbsp;^n tot on amp; beectienben in bctoacingc gcitelb. Kfoo 006 eenigc bagennbsp;boot «iit boob i6 €toifi«6 al6 afgefonberb in bet openbaar ban ben giobcnnbsp;niet meer gefien : «©jï ben 3elben tienben bag guam ^efu6 boo? Det laatflenbsp;in ben (Cempel gioan. 12 *,12. (h) lt;©c gagttnge ban liet lam/ enbe bcnbsp;hiitfe en omfianiJigbeben ; 500 oofi bc tijb toanneer / bomen gantfclilift obernbsp;cen met be flaatinoelefu€Ü2ifti onfeö^aaftö-lamö; gelijft öet binben bannbsp;^iclbe met 3nne 25amp;en 3 be afftroopinge ban be l^upt met 3ijne naabte
onfkiecdingeTbe Bloedftortinge ban ’t 5db£ mct 5P Bloedllortinge: ^et
Sangen^cn vaft-nagelen ban’t 3elbe met MJttC Cruyemge. ï|p |itecf UI be zelve uure al6 fjct lam oefïagt toieebe/ ten 9^». uiire/ ofte üp on6 tennbsp;V iifrti na bemibbag. ’©aar bp bomen nog meer omjfanbigljebcn ober een.
bat neliift Ijet lam niet half gaar molt toeberepb en^geten toojbeii; StoiSS ooft niet ten fialben Ipben / en ban ban ftet Crupee molt af.nbsp;oenormn toSberT Gebraden mofie 0? tooiben/ en gaar g«en; m mnbsp;Êan ïïle toat m^sappioöepb al6 een Pot-fcherf iipt-geteerb ©falm 22. ©et.nbsp;S / 30o boo?r8uteU lt;©ob6 regtbaatbigen (€oo?n tegen be 5onben/nbsp;Bf6 b002 ben Pber ban lt;©Ob6 i^UP6 ^fal. 69 .? 10. Geen Been moü ooknbsp;San Chdfl? amp;ken worded ^oJ. 19. W. .3i-33j ^ tofte plaa^nbsp;bet aanmetftUh tó/ batgoannc6 bc epgen toooiben ban Bet ©002-beelb; paftnbsp;M flet SegS-bcelb; om aan te toijfen bat ftet niet genom en toao boo? benbsp;©amp;n te Kei liaan (lec-oogen op bat aagten ban Bet upterlifte ©aaö-ïam na be met; nogte te beiiften booj bit (Ceften ^n Bare boo^gaanbenbsp;BcKt upfetm i wdfK wt llte W vm tesl Ww IW* OWJ
-ocr page 348-HIEROGLYPHICA, ofto
fiibe jicn op fjace boïftomcn PcrtofTtnac booj bctt iBc(Tiaö alö tóc*fiomaiïtCi 5onli«c toelfte biej^et cn al bie upteclthc cmcittcii maat mi boobc cnlt;0t'e(lïnbsp;loofe 3[ettn: toaim ©aac-en-boben bat ïjet niet gcnoes en iö alfeeii in lietnbsp;gross te 5^00011 bat CÖtiftnö boo? pet ïam iö af-gebedb / ittaac bat lt;0obnbsp;onss ooft ftecft af-gcbcelb be tojifc en oindanbigfteben ban bccfcftepben notablenbsp;bingcn bie in ftet 5Pig«urlifte en bjaatagtigcaianiobet-cen fiomeii; Ijettoelficnbsp;sommige Eettec-ftnegteni gdijft Spencerus enbe sijn soojto geliiftcn boo2 eennbsp;onnutte ereccitie ftouben-, maat ton boo? een upt baaien ban be ïüecn bècl^.nbsp;^Cft^iften. (i) «®c Poften moften beftreken to02ben metsöloeb beSUamöinbsp;en ben atltaac befpeengb ; op bat ben flaanben ösngel mogt booi-bn-gaan.nbsp;^it bebupbe be befptenginge beo 25locbO Cftiifti i Pet. i ; ^it 2g»locbnbsp;10 ftet meeft-teften alo aan be Poften ban be gantfeOe ï^eefte CftJifti; en batnbsp;onberfcftei.^ ftaae ban be JBcrelb ofte ban ftet geeftlift €gpptuo ; en baacnbsp;boo2 toeeben onfe ï^ecten befptengb en gerepnfgb ban be giiabc Conftientie.nbsp;('Zie ï^eb. 9.) ^aac boo: too?ben top berioft ban ben toeftcmenöen (€oo2nnbsp;lt;i5obO/ ofte ben ftaanben lt;!2ngel. 3^it mofte gefeftieben boo? een jSunbclftènnbsp;gebonben aan een ^êtcel ban een ftcupb ofte b2op Hyfope geiuiamb ; gclijfinbsp;ooft in be 3Pct bc ^elaatfcOen gerepnigb toieeben glebit. 14 t 4. ©ergclijftnbsp;Pfal. 5119* dommige ftec-oogen fttee op be stoaftftepb ban Cmtfti mcnfciisnbsp;lifte natuure bie ooft een Spruyte en Vrugt der Aarde mao lt;Ê(ai. 4 : 2. lt;Egt;atnbsp;iö jeftee / bat in ijet tcgcn-beclb befe toacc bcfp?enginge met Hyibpe gebonsnbsp;ben too?b. Zie ^^eb. 9. beeff. 13-19. (k; |5a be ftagtinge en toebecenbiitsnbsp;ge mofte ooft ban ftetglnm gegeten tootben/ alfoo DofeCÖ?iftuö isi getowbennbsp;een fpijfe bec Eielen/ na süne ftagtinge/ boo? ^ioben en l'jenbcnen/ en 300nbsp;moft öp 5Ött PlccfcD geben tot fpijfe boo: be jpecelb. ' ^ie gjoan. 6,nbsp;bccIT. 25-53-55 / $(¦? ï^et moft met bittre zaufen bjerben gegeten : Zoonbsp;om be toace becbtijfelbljcpb en «©oblihe b?ocff)epb beo ï§a*ten upt te b?uftftninbsp;bie een «©doobig befteerb jonbaac gebodb onbei' bat eten Ctoifti boo: Ijct gesnbsp;loobe. ^ie ^aeftat. 12 :10. 5C10 om te ftennen te geben be gcmecnfcDapnbsp;bet (©dobigen met tjet Igben en be bab?uftftingen Clpifti. Zp aten metnbsp;op gefchorte Lendenen: jpelfie bcn lt;©o?bcl 5ijn toaathiebc top onfe jenbesnbsp;ncn beo beeftanbo / bat io ceno gecefolbeeeben oo?beelo moeten op-fcf)o?ten.
^ie lt;ÊpDef.6 : 14. 3lnce 12 135. en i pet. i. : 13. Met een Staf in de Hand : ^teiiiienbe op ben ^taf ban ftacen i^ccbcc ^efuO en op 5ijn onbecsnbsp;fteuncnbe ÓBeitabC P(al,23. met Schoenen aan de Voeten: JPclfte ono 3ljnnbsp;be bereydheyd des Euangeliums des Vredes «fpftef. 6. CflPtttd. Met haalt.nbsp;ï©p moeten niet 5timmden upt ftet geeftlift €gppten / ip^t 25abel / en uPtnbsp;^obom / en upt be 5Pccdb upt te gaan. ©agelp «©cnef. 9:15. gfuc. 17,nbsp;becOj^. 3113attft.24. $0 16. ^e ongefuyrde Brooden met todfte 3P ftetnbsp;aten ICtjb Pauluo 5dfO Upt OP be opregtigheyd, en waarheyd ; enèft:iftuÓnbsp;ftdb baat tegen bcn^up:-beeg derPharifeen geveynftheyd. pauluo iiifgesnbsp;lijftO baflaat boo: ben Èup:beeg ttoee bingen: i. ^eii ouden Zuyrdeeg:nbsp;©at io be Soobfclie Caawnien. 2. €nbe ban fp?eeftt ftp nog onbeeftftep»
bctitlift
-ocr page 349-Schat-kamer der Zinnc-bceldcn en Voor-beeldcn. 3x7
brrtïlill ban ben Zuyrdeefcm van quaadheyd en boosheyd. ©CCOdijft I «iTOJtnt. 6. berff. 7/8. (1) 3P zeven dagen lang ongcfupJÖê 23200bcnnbsp;moflen eten / iis een omftanbigljepb op toclfte jomintge lt;6ob-geleccben aï-busi
l'pentfcccn. Dc zeven dagen der ongefuyrde Broeden , fchynen te flaan op-de zeven Tijden van de Kerke des N. Teftaments, die ons doorgaans in de Openbaringe vertoond worden. Op den eeftien Dag van die zevennbsp;Dagen was’er een uytroepinge derHeyligheyd» in welke men geen werknbsp;doen mogte : welke af-bceldc , dat , zoo ras als het ware Lam Godsnbsp;zoude vertoond worden j daar ook dadelik een uytroepinge en verkon-dinge zijn zoude van dat het een Heyligen tijd was: Dat men nu zig be-keeren , en den Euangelio gehoorfaam zijn moftc j om dat nu het Co-ninktijk der Hemelen was na by gekomen JBÜCC. i: 15. Het zelve wasnbsp;ook op den zevenden dag. Want in de voleyndinge der Eeuwen , zalnbsp;het Euangelium des Koninkrijks in de gebeclc Wereld gepredikt wordennbsp;Op dat deMenfchcn zouden leeren'af-ftaan van haarnbsp;cygen Raad-flagingen, ende op dat zy den Hccre een Sabbat ende Ruftcnbsp;houden zouden, tot dat hy kome, ende haar tot zig nemen zoude. Ende zoo gcfchied ook op den eerücn èn laatften tijd defer zeven dagen al-der-meeft de Bckeeringe der Joden, en der Heydenen, amp;c. JBen ftannbsp;bjpbcrö F. Burmannus ijiec owc iM-ïcfcii Op €]C0b. 12. pag. 361. cn 62.
jal Bier ooft niet onbienftig 3ijn ooft petiS te fpjeften ban bc lt;0iTranbe bcrEerfteiingen, hjdfte Op ftet Jpaafcfh^Fceft mode gcofferb tootben/ om batnbsp;3ulftsï tot befe materie DeBoorb. ^n Ècbtt. 23. bjerb onsr bit omdanbignbsp;bertoonb bccö 10/ n/ (ic. moden dSobe cetbiebig op-btagen be Eer delingen van de Gerftcn Oogft, bJclfte 452aanen in bieïanben; alfoo 51» beelnbsp;nabci: ban be onfe na ^npben leggen ; al in bc iBaact begonben rjjp tenbsp;bjotben. Ta) ©P be tijb toanncec bcfelt;D(Tcanbe mod gefcBiebcn. Des
anderen daags na den Sabbath van het Paafch-Feeft bCCO 10/ ii. 5amp;cn
jgabbatB ban Bet ^fcB-iPeed toajS ben op toclfte boo?-nemeIbe ligc t’3amcn-ftömdc en rufie toasi: t©en lóamp;m. tmn iö benbag oen^abbatBnbsp;ban Bet *ecfl immebiatelift bolgenbe. ginbien bc goben op ©JPbag Betnbsp;©afcBa in ben abonb gegeten Bebben / 500 Bebben 3p op .iSatucbao befennbsp;ncooten jgabbatB be.b ©aafcB-f eed geBonben / iiipd op ben bag op toeifienbsp;CBaduiS in Bet©?af mi Jönbe ban na Bare refteningeben enbe 300nbsp;lo befe lt;i5arbe ban geoffeeb op ben 16 ben. bag bec Jllaanb/ bat ié beo^on^nbsp;bagé/ ofte op ben eerden bag bec toeefte. USaac/ om bat; gdjjft top ge^nbsp;3ien Bebben ober ben bag ban Bet Bouben ban bit ©afcBacfijidi becfcBil ié;nbsp;300 3ijn bccfcBepben «töcleecben ban geboden/ bat boo? ben^abbatB bebj^a^nbsp;fcBa herdaan bjotb ben ^abbatB ban ben o?binaren bjeftdirfen 7'’'quot;. bag /nbsp;todfte altooé in een ban bc seben J^aafcB-bagen ofte bec ongeBcbdbe25200bennbsp;mod in-ballen : i^ct 3? ban in bjat bag Bet ©afcBa guam boo? te ballen.nbsp;€n ban / bolgcné bit geboden / 30b is* al eben 500 5cftec ben bag ban Betnbsp;oP'Offcen ban befe (0arbe ober-etn-ftomenbe met ben bag ban CBniti ©P^
dan#
-ocr page 350-318
HIEROGLYPHIC A, ofto
«8P bjagtCIt ban/ sp befen bag tot bClt Priefter ceu Garve van dc Eerltelingen des Oogfls, vvelkc hy voor het Aatigefigtc desHceren bc-weegde., ^aat bÉtt^tn.Ö tolÊtb becepb een Brand-offer van een volkomennbsp;Lam; met zijn Spijs- en Drank-offer: fga bOltecngUige ban toelftC mCUtOe
©ffeanbe 5P be nicutoe «0?ancn mogten eten/ en niet caber, ©c goobfröe Obeclebecinge legb / bat 31’ Gomer ofte Garve Gcrftc (Corner nu istnbsp;een 5eftecc jl^ate) (lebbenbe berfamelb tipt bej^ahnen cetooftet tjeBben;nbsp;baar na o«baftben / en bat be ^?ic(lec be selbe €ec|leangen bebwog na benbsp;bier liochen beet 3©ecelb!S.
3©i* btnben fjiec in een lt;0ecfilib befcBepb ’tgeen onjS be bJöetfjepb *6obsf in befe iDubc 4lgt;2bintintie filaarlift boeb 5ien enbe becbjonbeccn.
(a) ©efe betoeginoe ban be €ecflefingenbcsi lt;0jaanö befen 5amp;ag/ tie inimebiateiift ben ^bbatfj bolgbc; bebupb onst be Opftandinge ChriiHnbsp;ten beeben »Dage / m bat l}p alsi ijet toace paafclj-Sam op-geoifert toast.
onfe €ec|leiing bie al0 t)et (©taan in be iDarbe ber(io?ben toatf / isf op befen 55ag toebaom beeclib op-gefrijoten. 5befe gelijbeniffe gebtupbt Ijpnbsp;jeifst ^oan. 12 ; 24. ©crgeiijft KCojint. 15:20. (b) g^aat ban baannbsp;bic uptnemenbe bteugbe 5tjncr 3llpo|leIcn/ en aller lt;©elobigen best ^ieutoennbsp;(Ceitamento / bié af-gebeelb toieeb / boot Brand-(jffer 1 Spys-offer, cnnbsp;Drank-Offer. lt;0002 toclfte btcugbc be (©elobigen gaar setben getoillig cnnbsp;bolbaacbig aI0 em ©nee ©(fee/ Spijst en g|»2anft-©ffer (©liilipp. 2 : 17.nbsp;2 (CttMotg. 4:0.) boo? ben ^arae (Clpifïi ©p-offrren. (c) lt;gnbe gepnbsp;bie (©arbe na alfe 5^celen beb 3{acb-bobemo betoogen; immer ten minftennbsp;om booge gegeben / 3toebenbe / met eerbiebiggeob ben %ere toierbe op-gebtagen ; alfoo t.o (ffgtillusS afst op-ge(taan sobanig boo? be gantfcgeaBerelbnbsp;berfionbigb. (d) lt;©ofi to na befe ©ffeanbe ban get ecrflc ©?aan / aliennbsp;©elobigen ©tijgcpb gegeben/ om met een nieutojiïcgt enjiBagt aHc^Stgepsnbsp;fden ©obsi te gebtupben / enbe met be 5©trcipulen befe nteutoe 2Cp?en tenbsp;pluHlicn Sue. 6 : i.
D^t Jeeft / get ttoeebe in (©?b2e onber be b2tc ;^oo0-^ee(ien bie ga= celibs gebierb toierben/ toerb ©cut. 16.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;10. genaamb het Feeft
der Wceken : JDant best anbcrcn (©aagst na ben e§abbatft ban ben piafeg-bag/ moe(lmen 3Cben bolle a®cebcn tellen / toclfte 49, lt;©agen uptnbsp;maaftten: a®aac op ban / gamp;aagsf na bie 491*'* (bJelfte ten tgbe (Cgtiftinbsp;ben oibinaren 3©eftciiftfcn ^abbaig toast) get pnr(ler-#ee(l op ben 5ott‘n.nbsp;i©ag guam / 5gnbc ben eerden ^ag bee 3©eegc; gdgg 006 ben ?0agnbsp;bolgeniK op ben ,$abbatg ban pafega/ bust ben eerden ^ag ber 3pE^eede;
-ocr page 351-Schat-kamcr der Zinnc-bcelden en Voor-bcelden.
ï©» beljamp;cn te boten ört opboeien öec (©oij-oeteecöen ontcent öe töö ban ïjct ©afcija ocnoeg oócrtoocen* »»t ntoet befe tellinge tootben gemaaftt.nbsp;I^oc Ijet 3? / öe iCert flelb bail boot een «ötbonnantte / bat seben 3©cfiennbsp;tiiofteti gctclb btotbcn ban ben ®ag af/ bie boJgbc naait aan ben ^bfaart)nbsp;bes ^aafcfKn ; alfoo bat bie ©ag ootf In bc telUnge bcc lt;©agen toiccb in^nbsp;fldïotcn / en bat ban op ben bpfngfic pet pnxflec-J*e£|l guam. daaromnbsp;toccb öct 3elb« in be ttscicjefe (€alc geiiaantb mvWe'i Pemeekortee ^ct. 2.
ï. ©at ib te jeggen ben iroR*n. nbsp;nbsp;nbsp;bupjbe maat cenen
©ag lang bat tó bcti 3oR«'. ©ag.
i^ct lt;0ffec op bit ^xft ttiab een nieuw Spys-Offer, nantcltu ban twee Beweeg-Brooden: Van twee tienden Meel-bloemen, gedeeflemd ; zijndenbsp;gebakken; als Eerftelingen den Hecre i en daar nevens zeven een-jarigcnbsp;Lammeren ; een Varre, ende twee Rammen ten Brand-Offer, nevensnbsp;haar Spijs-Ofïer, ende Drank-Offer: Nevens een Geyten-Bok tcii Zondoffer , ende twee een-jarige Lammeren ten Dank-Offer : Welke denbsp;Priefter, met het Broöd der Eerftelingen ten Beweeg-Offer met de tweenbsp;Lammeren beweegde. Ook was op die Dag een Hcylige uytroepingc;nbsp;een rufte van alk dienft-werk. ©tt toarCtt balt (f^canbctt balt battamp;baat^nbsp;ftepb bic 3P lt;èobe op-btocgeii; bat nu garen Oegft boiepnbigb toao bootnbsp;bat laat; cn gebeben bat gn gaat f cefonen enbe sync gaben bJilbe Ecgenen,nbsp;a®ant sft beoonnett gaten cct(lenlt;0og|i ban btoeg tijpelt;62anen met bc Garvenbsp;D? netnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;300 baad alb bc^ibltd in getlt;02aan gepagen bJierb;
cnbc 3P begoten gaten iaatgen lt;Oogft op get i^intfiet-ipeeft / met befc 25c.' ü)ecg'25?ooben.
]^iet 3ün bootnamc bingen btc gate bebenbinge toaatbig sijn. suUat maat feijtclig petji baar Uan aan tdtenen.
L 3©at bciangb ben €öb ban get ^inrfler-^ecfl / bc selbc (tomb ober «n met bc Cyb ban be uptfiottingc bes %n{igen lt;0eedS/ na bat €g?ilin.bnbsp;ban 3ync ©pganbinge af/ 3iinbe ben cetgen ©ag bet JBeefie sig beettignbsp;©agei» lang boot gebtige bcbjijfe aan sijnc ©ifnpiiien Sebenbig bettcaMibnbsp;gabbe / en na be' 5elbe iiemeltoaatS tons op-gebaten; geeft gp baat allesnbsp;in get toatc ©cnli^om in cenigc b)dgt;niöe bolgcnbc ©agen albus bcgeib/nbsp;bat op befen sclbcn byftiggen ©ag op get pntjlct-^eeg 3yncnl^.lt;l3ceg opnbsp;3gne 2lipogclcnen ©ifcipulcn iS ncbet-gcbaalb 5{ct, 2. Cap.
II. ffiict is aanmetltelift / bat op befen jelben byftiggen ©ag na get 33afcga bc 3©ct is gegeben op Smai, cnbc boot lt;0obs ©ingec in ^teenennbsp;(Cafelen is in-gcfcgtcbcn; maat bog niet 3onbec ©onbccen/ 25li)eemctt/nbsp;SCatb-bebingen/ cnbc gegcengoDtbirtantien/ toclftc bclfracliten af-gepning^nbsp;ben ertbe bicetben ban be toe gang tot Ciob ; tïlfoo is tn tegcn-beel opnbsp;befen ©ag / bc 3©ct ban legoba / bc Coning lefus in-gegg?ebcn in bcnbsp;liérten «n Conjirtcmictt bcc ddoobigen / bes ©oli^ beS ^««toen ®cga=
t€ t nbsp;nbsp;nbsp;ments»
-ocr page 352-330
HIEROGLYPHICA, ofto
iiicntsf; bolgcnö be Mofte ^cctm 31 : 31. Ete 2 Co?. 3 : 3. %B?. 8» 10/ II. ®0e Ijï bc Wet uyt Zion uytgegaan , en des Hceren Woordnbsp;uyt jcrufaiem. Cfar. 2? i. ic. |^tet itict ^otibtteit cnbc 25li]ccmcn/nbsp;inanc boo? ftet Ceteit ban cenen Echo ban cenen ftcefen boojt-gebeebennbsp;a©tnb ; onbei* bc gebaante ban ©penge congen / toelfte gcfiplüd op eennbsp;peba ban Oaat.$aten. 3ll{lc t’ jonien icbcnbige iiptteufelitnocn ban benbsp;fltngcn bejS ]^cpltgen «©eeftjS booe ftet ^nilcument ban 5ijtt ïleplig Cuangcinbsp;Itum / toaac boo? öp alö be 3©inb blaad al toaac op btl ^oan. 3. cap.nbsp;Cnbe 3ig fpJitd m 5nn bjcrfnngen / bebeclenbe bcrfcOcpbcnOenb ban gaben;nbsp;cn onbec bc 3elbe ooft ban b?eembc fCongcn en berfeOepben caJen/ in tndfienbsp;3P pebee ^atie enbe ©olfi aanfpjaficn. Cnbe fiaar ontftafi met eenlcmclesnbsp;©pee cn Koole van zijnen Altaar, ©crgclijft Cfilt. 6. ^öff. 6/7. ^aaenbsp;ooft obee 3UlftO bc ceeftCjlBet-gcbingc jïccbtc tot dienftbaarhcyd ende vreefe ,nbsp;300 tuiettl in befe gegeten ben Geeft der aanneminge tot Kinderen ; CttbCnbsp;bc (©cloobigen niet af-ge3onberb/ niaae genoobigb tot ben toe-gang tot bennbsp;(Cfboon bec genaben/ enbe on C»obe na bp te ftomen ; tot in 3jjn ïlcmdsfnbsp;ïicpftgboni ; cn tot bc 3{rfte 3ijncs ©citonbsi in 5ijn (Ccmpel; ïDant bitnbsp;Weeti / om bat ftp ftn giiam bjocnen booj 3yncn ©cpligcn lt;©ccd in/ et»nbsp;onbec 3i)nlt;0cftcpligamp;c€ctdcftngcn/ in toeïfte ftp sobantge uptnemenöe gabettnbsp;bj’ogt; 300 bat boo? ftaac cene ©jebiftatte nog btie bupfcnb Stelen op bicnbsp;tDag toietben getoonnen.
III. nbsp;nbsp;nbsp;(0p befen gpag toac? cen ^^epftge t’5iimcn-rocpirtge boo? bc 2Sa^nbsp;fapnen/bic ban bc PftcÜecö ocblafcn toiceben / pebee ftiinbbaac 'gemaaftt.nbsp;©iee roept ooft alfoo ben i^tcpligcn Cicefl 5clfsï 39n ©olft te samen boo? bejenbsp;flemmc ban een boojt-gebjebcn 3©inb tot bit nu i^teutoe jpeeft. 3©ant ais
die ftcinmc gefehied was quam de menigte te zamen 2tct. 2.
IV. nbsp;nbsp;nbsp;j©at bc Cifcanben op befen ©intdcc-bag aangaan / baar in i^nbsp;aanmcrftlift / batfe boten maten sect obcrbloebig toaren. 3©ant na bat ftnnbsp;ccrfl ftet ©inrder-CfTcr sclfo in ftet bpfonber ftab bcfcftjcten / 300 gaat ftpnbsp;bolgcnsi een gantfeft itcgifter ban ©jfranben ban berfeftepben soojten/ gcljjftnbsp;terdonb i0 aangetoefen upt bc (Cert: seben Lammeren, een Varre, ttoecnbsp;Rammen , CCtt Geyten-Bok gt; tlöCC jonge Lammeren. 3^e SOOCtcn bannbsp;Cffranbcn toaren rirand-Offeren, Spys-OfFeren, Drank-Ofteren , Zond-Oft'eren, Dank-Offeren, Beweeg-Oftèren. lt;©m bOOJ CCCfl in ’t gcmCCn
aan te toijfen bat in ’t i^ieutoe (Ccfïamcnt na CO?i(li Jlöben cn in-gang in ftet toarc i^epligbom / bc bjugten ban bc selbe in sijnc üepligc ï^trltc bobennbsp;maten obcrbloebig souben 3ijn tot ïgeerliftftepb dobst bc;S ©aberct. Sicnbsp;Cfai. 53* «itw* ©fal. 22 : 27. tot ftet epnbc toe ban ben ©falm / cnnbsp;boo?gaansf Sftn bc ©falmcn cnbc 25ocften ber p?opftetcn fticr ban teill. «©pnbsp;leed niet ban ftet Sftben cipidi / of terdonb toerben bic ^eerftamp;c ©itigtcnnbsp;ftcrwclb. %n bc cetfie aanmetfttngc/ boigcnsi bc ojbece bcc nawucc/ ftomï*
booj
-ocr page 353-Schaf-kamcr der Zinne-beelden en Voor-beelden. 331
'bODJ eqn Zond Offer; ’t bjclft nii?t 01 bat ^tJominaWe lt;©ffÉC ban be fBtITe / in toelfie geen 25locb toccb gc|lo?tct / maat be toaacagtigc ^oen-©iTcanbc '3!efu Cibifti / bie een geloobtge ^idc 3tg tep^efentcect; bie boo?nbsp;l)et (Cuangeiium gebiiuctg toecb baoï-geftelb en opcntlift ten toonc geboerb ':nbsp;i0c!ljft ben 2ïpOfld 5Cgb ï5om. 3 t 25. Welken God voor-gefteld heeftnbsp;lot een verxocnitige door het geloove in zijn Bloed , tot een betooningenbsp;van zijne regtvaardigheyd. 3®ant baat volle vergevinge der Zonden is,nbsp;daar is geen Slagt-OtFer meer voor de Zonde J|eb?. 10 ; 14 — ig,nbsp;©ooitsS 5Ü(t be Brand-Offeren bec Cfpiftenen baar ^becigc en ©pectge ge^nbsp;bebeii/ baar gber ban «©obss bie boat b^teeebi ja «Ifss tjaac iitïjaïnbsp;men bic 3p booj bten pbec boo? be ©lamnïc bcö ©pens niet nebben gefpaacb.nbsp;laace Spys-OfFcren, bct bart belt toaceit 3£traac / at ban be iljcpfigcnbsp;(Cafel / in bjclöe 3P amp;00? fjet «öeloobc lt;gcten en «©jinnen Cfniilt ©IceftD ennbsp;USioeb. Éace Drank-OfFeren , bie 5p Ober be goen-lt;©ffranbe Cljiifti unt^nbsp;(ïojten; öacen Sof/ ia 5dfiS Ö« uptftoiten ban gaar epgen !B{ocb en Sebennbsp;tot betneedininge en bebeflinge ban be 3©aacftepb. gte ^{jii. 2:17. éa'cnbsp;Dauk-OfFeren Ctt Verhef-OfFeren BC-OOgen eben t’ielbe / bat iJOO? SOf/
ïFoeni en / banBsegginge / geloften boen en be jelbc te betalen boo?=. fjam» toerb «ptgeb^ubt»
V. ©ooj al iet aan te ttterBen fiet epgentliB Pinsfler-Otfer, Bcfïaanbc upt te dEenieiingcu ban ben bollen ©ogfr. 3Bant öet bw^ een Nieuw Spys.nbsp;Offer , van twee Beweeg-Brooden , uyt twee tienden Meel-BIoemen,nbsp;gedeelFemd , gebakken , als Ectffelingen den Heere. j^et ^pnsi-(0jfce t$'
Tcoel toacelili beï|ccccCD?i(ïitS^ jelfiS be toace fpijfe onfergtclen; bog epgent^ lüfl be«0elOObtgcn 5elfb. Want een Brood is het. zoo zijn wy veelc eennbsp;Lichaam. 3De jiBafTa bcc (©eloobigen ban f samen met ben ï|eece Cfjjiflonbsp;bien 3» bedagtig sijn gebJteben/ 3ijn befe ï5?ooben. €n bJaatom^jodben/nbsp;en toet 2. en geen een 26200b i Brood ban boegen becsclbec t’samen-binbingenbsp;en bcceeniginge in een Siföaam / boo? be «eenigliepb best lt;0ee(isi / en bennbsp;(Banb beo ©lebeiS lt;CpD* 4 ? iïa iCoj. 12. cap. Twee ;©2oob0i/nbsp;Om be .ïiKalTa ban bepbe gcloobtgen bc ^oben en J^epbenen npt te b/iiRftai/nbsp;bie unt een ^eeg t’ samen gebneeb sp. ©efe sijn een Nieuw Spys-offer,nbsp;en Èerffelingcn den Heere. ^00 Ctbifïnb bc Eerfteling der gener dienbsp;ontflapen zijn i€o:* iS”» COlOff. 1118. 2Ep3C. 1:5. De Eerft-gebornenbsp;ayt den Dooden. ©oB sün i^.€ieloobigen best ijlieubJen (Ceflamcntsi sijncnbsp;Èerffelingcn SPOC. i4 • 4* ^it ©fat* iio, U Volk zal zeer gewillignbsp;7ijn , op den Dag uwer Heyrkragt in Heylige Cieragien ; uyt de Baarmoeder des Dageraads zal u den dauw uwer Jeugd zijn. lt;
vr. naaac/ toaaromtoieeb bog bit 25?oob gebafifien npt een ilaflli bie gesipb bjaöi baat in ’t tegenbeel be ©aafrtj-jöjooben opeswp^b mofïettnbsp;gijn i dommige gelcabd Hennen niepnen bat bit gefcDieb / om aan tenbsp;^nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;€tznbsp;nbsp;nbsp;nbsp;bJijfen
-ocr page 354-33=
HIEROGLYPHICA, ofto
iöoijfcrt / ïiat 500 iance be lt;6elool)tge»i nog iti ben ©Icefcöc ^tcbe»/ in Jwcï eenige obcïWijffcien ban ben ©uben ^lUJ’-bceg / en bccbo?beiuDepb óberinbsp;blPbcn; bjant be ^iip2-beeg een ^nine-beelb bainöubljenb enbeCojciiptienbsp;of beebetf. iBaac Ijst t!S eenigfiinsï bebcnbeltö/ of tod bca®et gcbec in befenbsp;in-(leUinge be öeifie ten aanjien ban eenige onbolmaafttijepb / cnbe nietnbsp;iiebee ten aanjien ban Date uptnenicntöepb öeeft toillcn befïtoöben ; cnbcnbsp;men joube inifTcliien bboz 0et (aat(le eenige öegnainc toebaffijige binbennbsp;feunnen. ©etgdgft eenss iKattf)» 13. Cap. Het Coninkrijk der Hemelennbsp;js gelijk een Zuyr-deeg , welke een Vrouwe nam , en verbergde die ionbsp;drie Maten Meel-Bloemen, tot dat het geheel gezuyrd was. 3®aac bOO?
be itt'agt ban bet JBoojb best Cuangcliumsf in pet booj-bjingen tot in olie esetoeften bet ^aiben ; onbee aUc bc jgafioinelingen ban Sem, Cham, cnnbsp;Japhet 5eet begnamelib toetb berflaan. ^iafl bit nu biet eenö op bit tegen-toootbige (Oogmerft cn getegentliepb ban be «ptfiojtinge ban be gaben besnbsp;ïjepltaen oBeefiS op befen ^intfiet-bag. Cenen Eupt-beeg btingb nietnbsp;aanfronbs boo? be gefiede .jiDafla / maat in pet cctfle geeftfe baat bragtnbsp;cn geut aan een ftiepn gebeeite ban be jelbe baacfc naajl niebe beemengbnbsp;cn beceentgb io ; cn ban be jelbe ©eden ban bc iBaffa bie ftcagt en genenbsp;cn finaab tocbetoin aan be anbetc / tot batfe epnbelift gebed boo?-tcobbcnnbsp;tn gcjiip’b iö. Ccill beeft bet Cuangdium boo? bc tocibtiige beo l^cpligcnnbsp;^eeftö bc ïBaffa bet ^tpodelcn ¦©ifnpulen (ten 5? gp bie oob 5dfOnbsp;luebe onbee ben ‘Zupj-bccg Debatcn toiïöj junj geniaafit. g^oot be Jdbenbsp;iO 3n uptgetojegt cn bootgebtongen tot be ©ebeennge ban b3tc biinfentnbsp;gidcii op ben jelbcii ibni(ief-c»ag. tDaat ban baan beefïfe toijbeconbsp;baat tot beel bupfenben gdoobige ^oben bctfpjepb : JDaöc na ooft onbècnbsp;bc Jgcpbeiien in alle Cictoeben ban bc 2{aibc. j^et io ban niet onge-boecblift ben ^upj-becg in befen sin / bie met be untftombc obet eennbsp;ftomb / op te neniejt. ï|et io toaae bat een ^upc-bccg bootgaano isnbsp;een ginne-Dedb ban Ijct ©iibe enbe ftet becbccf; maat bet gebcueb menig-Hiaal. bat een jcibc ginne-bedb ttocc lanb-baten beeft; eentengoebe/nbsp;een ten guabe ? gdijft men bat in be Duyve en bc Siange. en meet anbeuenbsp;boojbeelben 3ten ftan ^ 3dfo in bie ban een Lam , i)et todftc ten bedennbsp;een ^iguute io ban onnofdljepb i ten bede ban ontoetenbepb en af btoalingc».
^ie Cfai. 53. Ais een Lam was hy ilemmeloos--wy dwaalden
alle als Schapen, amp;c. lt;©aac io ooft toatdift in bcn beeg ftoffdift genomen petobat goeb iO/ enban’tbctbetf betoaten ftan; gdp bèt gont;nbsp;goeïi io beo 5dfO öoojbdngenbc ftcagt / aio ooft 3nPberenbe be ettecenbenbsp;toonöen ; bedieeftenbe bs i§et3enen / cn öerfidlenbe be lt;i5ee|ïcn bie becsnbsp;fiaautob 3öii 1 maftenbe be laffe fpöfe aangenaam cn fmafteltb.
V11 oaben ban ben f|epligen (©eeff bie op ben ©intflec-ba® tón uptgdlOJt boaten tod ettcaojbinaat cn iiairaculeiio boo? bie (Ciib / enbenbsp;pbbdi be seli^tite ban een eetfte ^^eppinge / bog nabecljanb sijnfe booj
mibbdoi
-ocr page 355-Sclut-kamer der Zinne-bcelden cn Voor-beddeK, 3 3 ^
mibbdsn boozt-gefet / «tbc bit öceft jig afe een oebiuidge onbergoubinge. ^00 bat Det t.ö bat bc 3ellie blpben in be ï^erhe tot aan öet epnbe bannbsp;bc a©ccdb. 3©aai* op 3iöel en 5^etai.ö ftlaacltl} (laan; bic befe ©ootregtennbsp;öcsf iSieutoen (Ceftaments toefcbnjben aan atten bic ben %pl(gen (0ce(i ont»nbsp;fanqcn Dabben. lt;Cn CDPftw^ belooft Dn |Ba«. t6. Capittcl bat ben genennbsp;die in hem geloovcn j 50nbCC onbetfcDcpb ; defe tekenen zouden volgen , amp;c.
Dgit J^eefi / stinbe Det beebe in ©ibje onbec bc bpc ^laadifife ïloog-jseeden guam op ben bag bee jKaanb Tirii, 3ynbe be Wftc ISiaanb in Bet SSurgedilte giaac bec ^oben. bat nn be ©tugtennbsp;bCfS ©eibsï toacen in-gefameib; ïjet biiucbe 5eben bagen (ang; «©ifccbcnnbsp;in 'fjelbe Vyer-Ofl’ren. Eic 3lebit. 23. ^nm. 29.. beeff. 13-39. ban bennbsp;i5t'«n. tot ben 2itien. bec jlaanb. ^eei selfiS eerftc bag began / en bcnbsp;agtfïe ennbigbe meteen leplige t’5amen-ro£pinoe/ in toelDegcen bienft-toccD en mogte gebaan tootben. ^it ^ceft nu onbcc-Bielben jn alfoo/ batfe
namen Takken van fcbqon Geboomte, Palm-Takken, ende Meyen van digt geboomte , met Beek-willigen ; ende zy waren voor het Aangefigtnbsp;des Heeren zeven dagen vroylik. ^le bjcebei* dSeDcin. 8. ©ail befc
iCaDDen niaahten 3P Eoof-Dutten en panteben bic onbec ben blaubien ïje-mei; en nabecDanb in Det ïanb Canaan bcrcieuben 3? baar mebe be griften Oarer ^^upfen enbc pieelen / ofte ^pecl-Bupflten.ö / en Bare 30002-l^oben/ enbc bc ©ooj-Boben ban Bet ©upsi Clobss ^cBem. 8.^.01.7. ^oo bat be cijbc cn aanfietiliftflic Hupbdt in bie Dequame tijb beü ^laarq / mee(lnbsp;bupten bc i§têben in Bare ,;^eel-Bupfen op (^t Sanb berheerben ; en becïnbsp;SSUcgerei en gcmccnc Eupben bcfgclüftsf m Bare ï^utico / bic 5» 5ig tennbsp;platten ilanbe toiflcn op te (laan ; gelijB S^raamen. ^00 top bc gobennbsp;geloobcn / 500 moften alle man pber mojgen e«t jsuffci ban befe fCabficnnbsp;ronbfom ben qcitaar tongen / boo? bat BP fPiife mogte mutigen. JBelftcnnbsp;23ofcB of jsuflTel 50 oofi toel / boo? een benaminge ban Bet iCeBen met bcnbsp;name ban bc Jöeteamp;cttbc sabe Hofanna noemben.* ^et ftBynö bat be liiïopenbsp;3©attB. 21.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;9. goait 12. bf. 13. onss tot befe getooontc toöft. Ciibe op
ben bag ban bit ^eefi/ gttt3«t 3P toel 3eben maal ronbom bmmtaac/ tot een gebagtenisi ban bc obectoinrange ban gcricBo; toaarom ban bte bagnbsp;ooB genaamb toierb den Paim-dag. ©y bit ^cefl Dabben 5p pber bagnbsp;Me pfeanben «i gefangen upt bc Palmen ban ben 113.. tot 118. ingeiïc?nbsp;ten / in toelBc 30 Baben om betgebinge bec 3onbcn «ibe om ben 3cgen be#nbsp;ggarsi» Öet Éepl bc# plB.ö w öcn nscffia#^ ^og toat meerbfc
i€ t 3 nbsp;nbsp;nbsp;i s
-ocr page 356-334 H I E R O G L Y P H I C A, ofto
bp gjootfcJjÉ (Ccaïjiticn ban gate Cmniontcti tó tot ones öffioiitüH/ Ran men bi» be Critici ortijecfocRcn, giö oefene mp in be fi02tï)fpb.
¦' loo(j-#eeft Ijabbe befc boojname lt;6cc(l{tRe bebupbingen / ban,toclfie sommige sagen. i. ©p ben boo?-gaanben. (Cen 11. «©p ben tegenlPOOj^nbsp;öigen. (Cen 11 !¦ Klnbefc op ben tocRomenben fCijb.
I. 5Dat belangb Set ceiHe baat ban fpjeefit lt;©ob selfsS EelJit. 23, $1845.
Dat hare Geüagten daar door weten zouden gt; dat God haar in Loof-Hutten hadde doen woonen , doe hyfe uyt Egypten voerde, nbsp;nbsp;nbsp;Reeft
een tupme Debupbingc. 3®ant boo? cecfl bJietb Raac baat boo2 seifis bets inentob be gcbagtentfTe ban Ijet omstoeeben RavecDabetenlctoaRam/ ^faR/nbsp;en gfaeoD / toclRe iipt Raac (©effagte/ DoIR/ en Dabets üupsi geeoepen/nbsp;en Date baftigbeben bedaten Rebbenbe / in Hiitten RcDRen in-getoocnb ; aïnbsp;ftRoon 3P öc 25elofte ban Canaan al ontfangen Rabbèn. g^it tcRenbpaiiluönbsp;aio sonbeiling aanmecRliR aan ]^e0?. n. ibo 9. Door het Geioove heeftnbsp;(^b?aDam) in Tabemaklen cn Hutten gewoond , met Ifak endc Jacob,nbsp;die mede Erfgenamen waren der zelver Belofte. (Cen ailbei’en toasi ttog
een nicito epempel baat ban gegeben in be JDoeiïijne in Oaac epgene Derfo^ «en totgebanteniffebooj RaceüaRomelingen; toanttoat toap Raac becReecennbsp;in be JDoeflnne 40. gjaèen lang / anbccsi ban een tn-to^oninge in l^iutcnjnbsp;Daac ceefte ïegcc-plaatfc na batfe upt Ramefes toaeen bcïteoRfitn / boasinbsp;iihmccsS Succoth, bat i.tf i^utten Cfob, 12,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;37,
11. itei- tipt Wijftt ban bupbeRR bit Moraal; namcRR batfe op Race ge» ringe af-ftomfte / cn Rct omstoerben ban Race ©abecen ; cn Raac een-bon-bige bJijfe ban leben / bccce ban alle Ambitie ^eecfcRappp-sugt; bjecelbsnbsp;fcRc ^taat en ©jagt ; tocl jouben gebentten en agt geben; om be ©oet^nbsp;(Jappen ban Race neb?igRcnb / ootmoebtgRepb cn cpjegtigRepb na te bolgcn,nbsp;©002 al op Raac gcloobe cn beitcontoen cp(6obi om toelRecsi bJilte 5P alles?nbsp;bedaten Rabben ; bien 5p obec ai na-toanbelben toectoaactsi Rp Raac Rcenennbsp;Icpbe; in toien 5p becgenoegb toacen. ^atfe in Raac senben Oefpieaclennbsp;Ret booj-beclb ban Uiare banRbaacRepb aan lt;0obs bjcl-babcn 3 gclijfe Raacnbsp;^acob boo2-gaat. Hecre ik Ren te gccing allee utocc teJbabigRcbcn cn be?nbsp;5CC utee Ccoutoe.. .. a©ant 3|R Ren met mijnen ^taf obec befcg!o2bancnbsp;gegaan / enbe nu Ren 31R tot ttoec ïgep2en gctoo?ben Cicncf. 52. n,nbsp;;©atfe ban eeno / toanneec 3P in Canaan be aanficnliRe ©cftingen / ftecRenbsp;3^looten en üaficelen / becmaRcliRe plufi-ïloben Racec ©panben soiibcn Re?nbsp;magtigb ReRRcn ; te nigge jotiben sten op ben gêcingen / en nogtanb bec?nbsp;geno-'gben (iaat Racec ©abecen i en al Raac omstoeeben / enbe «0obo ©en?nbsp;lig gelep ontemt Raac. laac mo(l ooR boo? Ret tegen-toootbige bo02 al befenbsp;lt;©ee(iiifte %m Riec boo? in gebagte toceben geR^agt / toclRe ban be albec?nbsp;i)Oog(ie opmecRinge ie?.
a©anneec3Ptn Öet lanb Canaan jonben 3ön in-gefi^agt / enbe aMaar
niet
-ocr page 357-Schat-kamer der Ztnne-bcciden en Voor-bcclden.
met alleen tn baiïc ^teben ?ouöfii toocnen/ maar öar lt;6oiï fjaar ooft önfon^ bfrüfi een ^taö en piaatfe ban politic en lt;6ob_ö btcn(i / enbe een baft llnassnbsp;öesi (©obö-öienftö jonöc Dcbbcn geftict / bacibjaaro alle öe t^tanmun 50itinbsp;ben op-gaan; ja bjannect* fin al-baat be Stoelen beef «öerigtest nn Dab ge*nbsp;ftelb ¦/ be Stoelen beis 3|ups! ^abibö ; bat ban bog op alle befe bingennbsp;niet en 30Üben boutocn een bafte enbe beifeftcrbc Ijoope in Dace inDfclbingcivnbsp;op batfc 3ig geen ïsafteelen tn be Sugt tnogten boubten. ^agen 5P Ijetnbsp;luftige tn jegen-njbe Canaan aan blocpcnbe ban iBelD enbe ïüoning / batfenbsp;ft3clbe niet Doogec alsS eenpanb ban(0ecftiiDelt;jSoebemt bc0 eeiitotgen Cefta^nbsp;incntö mogcen beminnen ^ en baarom 3ig in ’t jdbe niet te biep tn-b)ojtelennbsp;met Daar Éceten. «©ob Ijabbe Dare paberen niet minbec lief gcDab bannbsp;Daar: pogtansi Dab DP Daar geen boet-ftap aanb^ in ’tjeibe gegeben: ©fnbsp;©iob Daar ban eenb todjcrom in bic 3cibc ftaat miibe ftellen ; bat 3P besfnbsp;niet te min ©ob 3Óubcn aan Dlcben ; gcHjfi Dace ©abeicn / bie Det Eotnbsp;Dacec Cebe en ftaac beel in CeutoiglKPb toaö. ^agen 3P baac 3ulfi eennbsp;bebeftigbe politie en Stoelen beö ©engtes gcftelb / ja 5elfes be Coninftlifienbsp;Croone en ^ccptcc ©abibss en „^alomones blinhen enbe 3toapen ; bat 3P benbsp;Oiifefterljepb en ongcftabigDcpb ban alle toecelbfcDe bingen altoos 30uben obcc=nbsp;pemifcn, ^agen 3P 3ig in be fcDoone fteefte ^tab ^crufaiem bebeftigb cmnbsp;be^nenftDïtftec toijft toe'l beifcDcrb ; bat 3P Dagtcn bat ©ob be saalic toelnbsp;Daaft Donbe becDeecen / 500 batfe in jutten toebccom 50uben tooonen / alssnbsp;Dace ©abecen / en gdöDfe ^aaliftes beben op bit dpeeft. ^agen 5P batnbsp;u’agttg en DoftliD Hupss bejs (CcmpcisS geftigtet; bat 30 niet mogten in Daacnbsp;Hccte benDcn: Zie hoedanigeSteenen en hoedanige Gebouwen! Ende dennbsp;T’empel des Heercn , den Tempel des Hceren, dcc. giHaac 3tg boegen
met Ijct ilecte en bwnbelen tot bien (€empel in ben Hemel toelfieces jpunba^ menten Centoig 3011 / en bic niet bcctoocft Dan tooiben. ©it te boen ennbsp;bit te bctcagten toaö toepntgen onbec Daac gegeben / boo? een bpfonbece bergt;-Dgtingc ban ben Hemel / maac 3p Dingen meeft alle met be Htctcb aan befenbsp;becganDeliDe bingen ; en ftaafben 5tg af tn bie upt-hjcnbige ftDabutoagtigenbsp;©obfis btenft t %'» moften om 500 een ©obet-bienji Debben gebagt bie mennbsp;bofe in (labecnaDlen oefenen Dan.
III. (Cen beeben tegen Det toeftomenbc toiecb Dooc baac öoo? gep^ftgu^ itcct bic tiib en ftaat bess isieutoen (Ceftamentes in toelDc Det polD CDnft» /nbsp;in tet asicutoe (Ceftament/ en obec 3ulfi0 ooD bie onbec Daac bc toace fein?nbsp;öccen bcc 25elofte 30uben 5Ö« 5 «« fiet ejïippel Dacec boo?-Pabecen be pa^nbsp;triaccDen / niet meec 30Uben gebonben en beebonben 3ij»i aan Det ftDabuto^nbsp;agtig ianb 'Canaan » ijogtc aan eenig panb en fcDabubJban toc-Dcmcitbenbsp;nocbecen / nogte aan gecnfaleiP / nogte aan ben (Cempel / nog ©ffcc-«ligten ; alfoo nu alle befe bingen in CDPfto Dace becbullinge Dabbennbsp;berfjcegen ; al« Daac epgen EicDaamv ipaac bat bc ï^eefie ©obö obecnbsp;^e gantfcDe jpècelb 50Mbe tóojben bfcfpjepb / m aap Ofcn bafte ^tab_nog
^etet
-ocr page 358-536 HIEROGLYPHICA, ofto
SSetd lt;0eWcÖ!Ef infcc ba‘DoiHjen / mant ortijh afö tn cn i€a6ergt; nafiden ^uöe tooonen cn om?teccbcn ; cn orfijft l)ct pnjcfltT apcc(l gcbolgönbsp;totccïr ban Oct 5Fcc(l bcc aoobci-^l^iitten / tn bicUsc ?n ;tQ oy liet Eanönbsp;tn genten benaben ; bat alfoo ooft ftet piwflec-f eed ’t geen op be bee-ficcdifeingc Cynftt bolgbc öct föatfic 50ubc %\\ / in bieifie 5P genoobfaafttnbsp;jouben bJ02bcn op ifeed-bagen sig na gerufalcm te begeben / maac batnbsp;ban aanflonbsr joubc bolgen bit «tEfedtltfi jpccii bee Eobec-ï^ntteiu «J5obnbsp;Dab baat toe ooft al btoeg be boocbcccpbfdb begonnen te maften / alsf lipnbsp;in be 2öabnloniftDc oberboeemgej geen 3Ci‘fie bcö ©eebonbö onbec baat innbsp;ben (Ccnipd obec liet ^lecem, 3. übiS 16, (iJnbe nog Urim of Tummimnbsp;Dn bc picfletcn. 3Sog Ccoon nog ^ceptee bp ftet Iptpsi g^abibö. lt;ennbsp;ifa be Webcefteermge upt 25abd be ^epbenen en '3!fwcl onbec een beemengbnbsp;totceben / sijnbe be Stammen gifeaclcf togb cn 5iib obec ben ffacbbobeninbsp;becfpjcpb ; 300 bat bupfenben / ia HStllioencn niet eciijS en bagten na ^ecu^nbsp;faleiri bjcbec te fieecen / ofte €cfem(Te in Canaan te pjetcnbceccn ; ’t geennbsp;in bic (ïaat onmogclift boasi 3 öe pfTeffie al lange becloojen jijnbe ennbsp;bergceten. (Cot bat 3P 3elf)0 onbec liet gioft ban be jJomennen bogen/nbsp;en in ftaac cpgen Eanb als in een b?emb glanb bjoonben ; tot bat baacnbsp;boo? be uptilottingc bes liepligen (0ec(lS op ben pincficc-bag bit #eellnbsp;bec lEoobec-jutten toccb beftenb gemaaftt. «lèn nabeeftianb bzeebee bootnbsp;een 3ïpo(loliftli Concilium tot giecufalem bebefligb 5tctoj. i5.Capittd.nbsp;hjaac be i^epbcncn b’p uneeben becfilaacb ban alle 3[oft en btentïbaacDepb.nbsp;ooft toas bit ban CD#b fifaaï boojjcgb ^loan. 4.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;21/23. De
uure komd , wanneer kY Lieden nog op defen Berg , nog te Jerufa-Icm , den Vader zuid aanbidden , amp;c. Cll iDattp. Captttd 24. caab bP ftaac aan te vlieden uyt Judea , na de Bergen ^00 bat bOOC benbsp;bécbJOdlmge ban gjecidalem / bic nog tot befen ftupbigen giiag buitcb/nbsp;bolgens bc popftetie ]^ofec 3. Capittd. Cn obec fulfts ftet bJcg nemennbsp;ban (€cmpd / 5tltacen / en piitie be ï^cefte ban 3elfs is genoobfaaftt 3ignbsp;obec ben ifiacbbobcm te beefptepben / cube onbec be ï|epbenen ftet ^ecd becnbsp;Soobec-ï|ntten te ftouben/ toaac toe ftaac ooft ben aspoflel ftcagtig noobigbnbsp;Igeb?. II. ®oo? ftet ejcempel bec ©oo?-©abecen / bie in (Cabecnaftulennbsp;bJOOhben. ©001 al l^eb?. 13. Zoo laat ons dan met hem uytgaannbsp;buyten de Leger-plaatfe zijne fmaadheyd dragende: Want wy cn hebbennbsp;hier geen blyvendc Stad , maar zoeken de toekomende. i0cft iS bit
lange te boien ban be i^plioe popfteten booj-3eob: 3®ant 300 bJo?b bc JÖJUpb Cft?i(ti ingeboecb Cant. i. ^S 5. Ik beu zwart , dog liefliknbsp;gy Dogters van Jerufalem, gelijk de Tenten Kedars, alfoo de Gordynen
Salomons: nbsp;nbsp;nbsp;is/ gfe ben genoobfaalit boo? be becbolgingen bic gp mp
aanboeb / met bc öebaceen of be gnbjoonbccs ban 3©oeft ?icabicn / bie liace (Centen ban piaat5 wt plaat5 beeboeeben; om te 3bjecben obec bennbsp;^aebbobem cn tn be Woeflijne te vlugten Zacharias itocmb bCfcnnbsp;^taat bec ^ in todfte Ciobs J^oift in get (aatde bec ^agen alls
Schat-kamcf der Zinnc-bceldcn en Voor-beeWen. 3-37
45cc(Hihc ï^cccfcïwpppe en ï^ictactiamp;K bie ons aan menige ^tabt ijan iBens fcljcltne 3li«t02«cpt bccbinli / ont ons Söucoees ban öe jelbe te benoemen;nbsp;Bcbbenbe af-gc^tooecen / allomme cAjec bc gnntfcOe ?6atbe ()et «gnangcHum/nbsp;joube berfpjepben toet mïtb?ubfidtft ijet fCabcmabnlen ipecfl Cap. 14. ^016,nbsp;Hnde het 7,al gelchiedcn dat alle de overgebleven van alle de Heydeneti,nbsp;die tegen Jerufalem zullen gekomen zijn , van Jaar tot Jaar zullen opnbsp;trekken lt; om aan te bidden den Coning de Heere der Heytfcharen,nbsp;ende om te Vycren het Fceft der Lo o v e r-H u t t ë n. Zie OOfenbsp;$ff. i8/ 19. Zie ooft ïBaleatft. i. ®S H. Maar van den op-gangnbsp;der Zonne tot aan haren nedcr-gaug , zal mijn Name groot zijn ondernbsp;de Heydenen ; ende aan alle plaatlè zal mijn Name reuk-werk toe-gebragt worden gt; ende een tcyn Spijs-Offer: Want mijnen Name zalnbsp;groot zijn onder de Heydenen zegd de Heere der Hcyrfcharen.
©att gcftccl anbere gebagten eit p^aftüftc 3Ört Ijio: oatwrtt getoecd/ be jBifcftoppcn ban öomm encondantinopolen/ bic 3ig ^ttiactlicn noemben/nbsp;ita bc i^ooft-,:$tebcn ban ftaw Hierarchic jKccflccfcnap in bc iöccfte; cnbcnbsp;Hjacc ®’0?oonen bes CicbicbS öebben baft geplant; gclijfi bc naonaccljcnnbsp;fcan befe a©ecclb ; boo? todftcr jBagt 3? m ocftfcftt / cnbc op teciftcnbsp;5P büfe Cntocttigc l^cafcöapppc geboutob ticbben. ©aac-en-tegen bienbsp;j^at tegen fptaften / 3i)n genoobfaaftt getoeeft te blugteo in bc JSDocftöncninbsp;cen5aam en fiuptcn gc3tgee dit ommegang batn ^enftl^n te 3lcbcn; maacnbsp;ftebten Cfobc alfoo toaceftft ftet apeeft bcc (Cabeniafielen gebierb. ©efcnbsp;bie 3tg balftftclift ©atnacefjen ftetiben laten noemen ftebben niet minbecnbsp;gebaan ban be Cctp-©abeccn na te bolgen/ bie in l^utten getooottti Bebbeiiinbsp;en ban be Ceefte 3CpoftolifcBe ^eefte / bic in bc a©oeftöiic is geblugt.nbsp;Zie 2Jpotai. 12. €ap. aBaac in be 3©acc CicKfoimcccbe jöecfte eennbsp;gcooten öoem en Cctc tegen Baat becagtingen ertjc iaftec beöaalb; alsnbsp;oie bit 3clbc ’t geen 5? in Baat nebjtgen ^Staat befebimpen enbe becagten/nbsp;bat 5p 3ig geen satirgas ban ecmgc ^ceftlifte ^ooft-^tab ; gdpft Betnbsp;ïloomfc^ 25alKl iS/ en toillen noemen ; booj Ijaac Boogfte Ciioiic fcBati;nbsp;om bat 3P 3ön bc bjare ©uigcts ban geeufakm bic het Feed der Taber-Hdkclcn VvcrcH»
3©iibcrs b^s bit feeft een onbeepanb ban be l^emcifcBc i^eeclifiljepb/ en Bet Ceutoig buucenbe #ecft ber ï|cmd[ingen. Cö?iftuS noemb baacomnbsp;ben ftemcl 3elfS bc Centoigc i^aDcrnaftitien E«c. 16. bccs 9* 2ïn^nbsp;becs plagt tod ben iicmd een bafte 3Boon ftebe genaatnb te to02ben/ innbsp;tegen ftdmigc ban onfcn^arbfcBeniCabcmaftd. Zie zCoiint y : 1/ 2/nbsp;Cnbc bc piaatftrt apocal. 7. ififlr. 9nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;17. toojb Biet toe ( tod lt;®ogcn-
ftiiitndift) maat niet cpgentlift aangettoftften ; nog ooft ^Spocal. 21. en zzi gelift top albaat Bcbb«i aangcto.lc!h ^uius ftelb ooft tegen ben anbccennbsp;He 'Tabernakelen bet J^abSTCn ; Ctt bC Stad die Fondamenten heeft igeb?.nbsp;li. (J^pittd.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. ,
®c €aftfttn / be ïKcpm/ l^almcn en anbece groente tn fet gemeen btc
lö ö nbsp;nbsp;nbsp;op
-ocr page 360-33^
op ïiit toifrbêti tot (Centen gebiofjten / betninben ïie fcilTcfte clt;t groenr geugö / en Wijbfeftap Pan (J30bsi ïSeefte obee ben aanüjafcp ban ïjet €uan#nbsp;Oriünn / en obee ben asgt;oc(l ban tiet booigaanbe pneftet-feeH ; in bjeltenbsp;men 5ag be €er(ielingert ban ^obtn en Wewbenen Ctbifto gctoonnmi / ennbsp;baat op ben ©egfi ban bupfenben ban Etelen onbet gioben en lenbenen (nbsp;toaac obee be CotunWibe 25?iipb baten 3B?upbegom toe/uptöt Cant. i.
{ÖSt i6. Ziet gy lijt fchoone mijn iieffte ; ja lieflik ; ook groend onfe
Bed-ftede. ^bcc Jg^lige 10 gelijö sobantg een jsooin / ban bJelfic befe Caftften af-ocijoutoen bjaten. 3©p jSefjem. 8. 90 16. toetben genoemö
Takken van Olijf-Boomen en andere Olyagtige Boomen ; (OOft bp 3lebit. 23. 90 40* foboon geboomte.) ïCKiO? bJClfte be 3l0ben Citroenennbsp;bei'daan ; gcijjb ooft boo? be digte Boomen be ,ïl5in?ten isoomen : ©aitnbsp;Palmen Boonien , «t bati Beek-willigen, j gelijft |BOfe0 bic OCft betcpfcfttnbsp;ïebit. 23. 90 40. iloetoei iSeöemta0 bic niet «ptbiuftt / maat onbeenbsp;be bJOO’ben andere digte Boomen fcftijnb bcbatct te fjCbÖCn. ^00 bat^nbsp;ooft in0gelijfi0 bc tooo^ben Schoone Boomen bjEl boo2 öet geiïagtc batrnbsp;befe biet 50ci?tcn ban 25oomen bie gebonben tooiben upt bc betgelijftingcnbsp;ban jRofe0 en 3acöemia0/ fuinnen betftaan too?bengt; {a) Oiijf^Boomennbsp;en Olyagtige Boomen , betbeelbenbc be ^alhingc be0 ï^A'pItgcn lt;i5eeü0 /nbsp;ban b3eiïiec0 ©Ipe befe Panten bet getcottaOepb b?oopcn #fal. 52. 90 10*
Maar Bc zal zijn als een groenen Olijf-Boom in ’t Huys Gods , Ik vertrouw op Gods goedertierentheyd, Eeuwig ende altoos- fb) Door
Paim-Boom'en bccfiaat fjp H^euftficn ban een'flanbbaftig etr onbetfcfpoïftcrt gemoeb in fjct blagen ban ben ia(l bet bebteningc / cnbc ban alle betbiuft*nbsp;Bingen / en ban een ftiffcBe groene gieugb in be beugb en Éepligijcpb.
SEie Palm 92. De Regtvaardige zal groeyen als een Palm-Boom: Hy zal waflehen als een Ceder-Boom op den Libanon, ©ofi (beb^le
be ©alm-tafiften een Ceften ban ©bettoinmnge toacen. ^ie 2£pocal. 7, 9ff. 9-17.) berftaat fjp bie iDbectotnrtingen bet ïlcpitgen ober bennbsp;Slaaft (aipocal. 12.) Cnbe Bet 25ee(l aipocal. 7. $c.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;(c) Beek,
willigen baat boo? bjetb ben toceïbjigen bjafbom eene0 jiegtbaacbigcn bie geplant 10 aan be supbete 3pitcc-becftcn (©f. i.) betfiaan. £ic Cfai.44i
90 4, Ende zy zullen uytlpruyten tuflehen in het Gras, als de Wilgen aan de Water-Beeken. (d) Myrten-Boomen betÖCelbert Bate ingrflotennbsp;bigtBepb bjaar boo? 5b al0 een ©ett en ^iele t’5amen al0 in een gebiongcnnbsp;be gemepnfeBap bet i^epligcn onberljouben: 3fl0 ooB Baat aangename ceuftnbsp;pebec0 Jgette betguiftftenbe / in Hccre cnbc mebe beplfaamBepb.
3amp;e ^oben 5eggen bat 5p tipt een irt5cttfnge ban Sacbarias enbe Haggai obet genomen Bebben be getooonte ban op ben agfïen ï©ag ban bit #eeftnbsp;een gtooten obetbïoeb ban Watec/ iipt be :#ontepne ^iloé / (bie aan bennbsp;©oet ban ben 25ecg ^ion toab) te bjengen in ben Cempel; toclfi benbsp;Pie(iec0 f 5ani-n met 5®i)tt betmengb uptgooten obet ben ^ailtaat; 5inlt;‘nbsp;genbe tectoölen Ö(t ©OlB upt Cfai. 12. 90 3- Gy mld met vreugde
water
Schat-kamer der Ztane-beelden en Voor-bcelden. 339
¦water fcheppcn uyt de Fonteync des Hcyls. ^t1 bit ttOembctt ^ de vreugde van ’t Huys der Scheppinge. 3t©Clamp; Ctlt plafltfc totljJ ttl fjCt
©ooj-ljof bec ©jouVoen / altoanc bit ocfcfjicbe. €n Ciet feaii 3öti; gdtjft 3omrnig«n lt;0o?becl«i; bat CljJiftu.ö op bien geooten ^ag besi jpeefbs tjttnbsp;©oift met bat to tft De3ig 5ienbc bp bic ooccafic be toootben uptgetoepennbsp;fjccft bic top Öeübcn ^ioail ?• Üb.ö 37* Ende op den laatftcn Dag , zijndenbsp;^en grooten Dag des Feells , ftond Jcfus ende riep gt; zeggende , zoonbsp;yemand dorft die komc tot my , en drjnke ; Die in my gelooft , gelijknbsp;¦de Schrift zegd j Stroomen des Levendigea Waters zullen uyt zijnnbsp;Buyk vloeycu.
D€fe rtilïe toacf cpcrcrttiiS cm eufie bess Sanbss / in toeïfe/ na bat ï)ct Hanb 5c«s ^acen agtee cm boigmbe toaö beacbcpb m bepjoegbnbsp;bc3apb en bemapb toasi gctoccü / Oct 5c{bc op öct 3cbcnbc giaac icbignbsp;fóg j mbc alfoo gdp alö ruftc cn 313 bccguiötc. ^tc €rob. 3 3. lift» lo/ix.
Zes Jaren iuld gy u Land bezayen , ende zijn InkomÜe vcrfamcien, maar in het zevende zuid gy het ruilen , en ftille laten leggen , op datnbsp;de Armen uwes Volks mogen Ecten : Het overige nu zullen de Beeftennbsp;op het Veld Eeten : Doe zoo ook aan uwen Wijngaard , ende Olijf-Boom. »©tt 3iaai: tocrb baarom ooft xixn Sabbath ha Aretz denbsp;tufte des Lands gcttaamb Ecbif. 25.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;6. todftc (€itcl top getoupbt
Ijcbbcn. ©cut. 2. tocrb bet öciiaatnö nm'V mm Schemitta La jhova cctt bzijiatutgc ben l^cctci toaacom / 5a( tmftonb biijftcn. ©efenbsp;ïu|ïc ban toass ttocbcrlcp.
I. ©at geePé 3lftftcc« / Of JDiingaacbcn bejanb ofte fiefnoepb / ofte bc Sibomftc ban be 3cibc mogte bci^amclb too?bcn. 3Dant not bicnbsp;^njcn toelfic onber Ijct jjDapen ban ’t booiïcbcn ^aor mogtm jebaffen 53»nbsp;in'bc 2£aubc cn cp-ffüotcn/ (gt;onbc biftmaai in bic ©mgtbacc Eanbcrt toefnbsp;een ccbcliftc ©ogfl baften t iBaar al teat 500 ban 3clfjS toiesi toaiS bootnbsp;beri kernen / of cen gemcene fpiifc boö? alim / 5cffiS boo? t)d ©cc; mnbsp;öc ficcee bc0 3fihftcr.si inagtc f)ct tod getoupba! boo? cm gememe fpöfc/nbsp;nebensi anbcccn! maar niet m düogiïcn ofte tn j^eftuuren bcc5amdcn ;nbsp;om bat ftet niet en toiefei) öoo? iKcnfcffen 'JCröcpb/ maar boot »0obstnbsp;gegen/ todhe bc genen bic berepb toaren te gdpo’famen aan bit 3nn bebcl.nbsp;lt;ecn aanmecftdtfte belofte boeb / bat 0» fjaac iu het fefde Jaar zoude in-komften geven voor drie Jaren , zoo dat zy van dc Inkomften vannbsp;het fefde Jaat konden Ecten tot op. het negende Jaar-toe ^Cbit. 25.
ï|) b 2 nbsp;nbsp;nbsp;bCrIT» 20/21.-
-ocr page 362-3.ü HlEROGlYPHiCA, ofro
ïvcflT. 3.0 / 3j, ^aas bati öct nbsp;nbsp;nbsp;fpjeeB^bJOO^i): Niemand vcrlicil
Goor den Dienft Gods.
11. l^et thJceUe gamp;cci teJtr öit fccü ; (toaacom gift fict ecii fv'cll noeme) ftêftonii baac nr bat cart fcfjulbcn cn teceben tngcmaanb ban cens«=nbsp;gen gftadijt / maat touïbm b:» gelaten. 3©aaroiii ï)et een Jaar dernbsp;Vryiatinge genaamb bjtccb ï©cut. *5-nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;a. Soitmugs toüfcn bat
^elfiS in bit gaat aile gftaditiftlje lincgtcn totceben top gelaten bic fe.ö •gaten tc bojcn gebienb ftabben ; Vaaac toe 3» b» teengen ^eut. ly.
®ft'. 9 — 12* VVanneet uwen Broeder , een Hebteer oft Hebreinne aan u verkogt zal zijn , zoo zal hy u fes Jaren dienen , maat in hetnbsp;zevenfte jaar zuid gy hem vry van u laten gaan- 3^it Bcbupb epgciltllftnbsp;’t bJOOJb Schemitta- 3Bant gclijft 't bJOOjb Sabbath til bcfc 5in bebupbcnbsp;bc cuilc ban ten «©ag na fes fïcöenbs i©agenalfob bebupb Ssheminbsp;Schemitta ban Schamat bc tufic ban ’t 3cbcnbe gaat lang / na feö booj*nbsp;gaanbc gaten, bit feftiint ooft alle 5ebcn gaten sonbet onbccfcftepb tenbsp;ftunnen gepad toojben ’t geen g^tiit. (iaat.
g^e jifeo^ale rebenen ban bit igebob bic fiicc plagten geacben tc toojben/ 3ljn 300 toigtig niet. lt;0elijft (a) fjet fiebtoingen bet lt;6tccige fclnoftftcnnbsp;cn frtnnpetö. (b) Söeteie iö nog befe reben genomen ban bc bacmftersnbsp;tiglicpb ontcent ben 2£cmen / en met fcftulb Be5toaacben. (c) ©p batnbsp;3igt; lt;6ob met bes tc tupmcc Iganbcn een gebed gaat bienen mogten.nbsp;(d) lïisen boegb biet Op bat t)mt baat boot tngebagten gebtagt toiccbnbsp;ben lt;0diifi5aft'gert lt;;§taat boo? ben ©al / in- toelftc men ban 5elfS getoalfennbsp;©engten geleed 30iibe ftebOcn. gbog bit ftomb in nip niet / alfoo 3Cbamnbsp;teas op-gelepb ftet beOoutoen. ban bc ^aebe. {c) a®ietbert 3P baat geleccbnbsp;5ig te becepben tot öe tgö öatet gsafiingfcftap / in bodfic ött ïanb bannbsp;baat beclaten 30Ube Sijn / en een welgevallen hebben in zijne Sabbattennbsp;gfebir. z6. $s 43* ’©og bit 50Hbe öaac ecebet: ben ©toeft ©ecsegelbnbsp;beOben.
^ogtanS en- ftoube tb niet ongcboegelift te 5eogen / bat ben lt;t3obfahgcn onbee öaac beefegdb toietb / bat en bat Itanb / en 5p in fjet 5dbe / tc«nbsp;tpen besïlSefftsE soitoe op-Oouben beboubib te toojben alS een panbban tocgt;nbsp;feomenbae goebecen / enbe bat 3? ban ooft ban be btcndbaacliepb tn ftet selbcnbsp;onbec br fdjabutaen bes a©etS 3onbcn end^n; ia 5elfs bat fjet boot benbsp;btoomen cn gcloobtgen beel Octet 30ube 3ijn upt bit Stanb ban öacen acbcpbnbsp;geeoepen tc tootben onbee be I^epbencn/ en öet 5elbe te laten af-bjcpbcn bannbsp;be ongeloobigett bie toatelift ftet Wild Gedierte 50n ; nlS in öet 3elbc bicnbsp;gndenmenten bet biendbaacöèpb aan tc ftlebcn. ga tft geloobc bat bit bcnbsp;boo?na«tie rebenen ban bit gebob is. g^it men toiibccs ban 3ecc geleecbcnbsp;ïlSannen bit 3tot bupben op ben ofetoigen ^bbat tn ben J^cmeT / bcftalbcnnbsp;bat ftet al te generaal is 1 500 bat Ijet op alle Sabbatten 3oubc mogen gesnbsp;Pd toojben i 3öb Bd boepnig toepaffdift o|i be cu|le bes Ktanbs Ca^
Sch«-kamcr der Zinnc-beeldcn en Voor-beelden. 341
nafmö / betoijlc lt;j5oïi bi* JldJit. 26. onö tot een oefjeel anöecc toepaf? fingc lepb/ ötc in bc (aatfïc öagen 50ube becbulb too?bcn/ en npttociftc (ïoatnbsp;ban onbebonbe toceftbepb baat Htflüb nog cenes fiaat gerflefb tt bjo^ben.nbsp;beeft öet al *600. ja meet jaeen oefabbatt3ectt. gn ben ïgemel nu en beeftnbsp;befe toe-paffinge geen pïaatfe. ^ ^jben jeggen ics duyfeud faar lai dcnbsp;Wereld fiaan, en het 2evcn duyfendfte zal een Sabbath des Heeren zijnjnbsp;endc eenen Rabbi Elias 6000 jaar zal de Wereld ftaan ; 2000, ^aacnbsp;onbet be 3[©et (lip beeftaat bc goobfclje bjceelb) 2000. jaac rniïc (li» bet*nbsp;ftaat baten tcgentooo?btgen (iaat ban ^TbPlb työ af) 2000. jaat onbét bennbsp;ïj^lbasi / bic 50 nu nog bettoagten. gimmee 300 fern men berflaan batnbsp;bn be 6000. jaren bibibeett ; ató bP be 3©erelb boot be gioobfclje 33oiincnbsp;néemb. lt;Ên ban bomen be anbeten bte 6000. jaten ban be ^ebeppingenbsp;bet ïBetelb / cnbe üoben bte be bomfie ban ben lEefftaef r3atnen obec een*,nbsp;öict beiieben moet men cpnbdtb aanma'ften- / bat genjb lt;©ob bet jaat booznbsp;befe üufte be0 Sanbjs met een zegen van dne jaren ,, alfiio oob eet bP befênbsp;iKufle aan betïanb gaf ban3ön gi^lpofegnhjoonbetsi/ bP ten tijben CfpiiHnbsp;en 3önet Süpoflelen bet eerfie met toten maten njbc lt;@oo(i ban 3egemnoeanbsp;boot bet iiPt-fïotten best %pltge «©ecfliS beeft gebtoonb/ onbet be bebientngenbsp;bcis «Êuangeüumsi. €n epnbclib / bat oob tn bre tijb / be 3©ct bie eennbsp;feanb-fcljJift enbe .Scbulb-epfcbet iö gebJeeft tsi gefebeutb: €nbe niet meetnbsp;be énegten lt;t5obsi beeft bunnen moanen / nogte eenige ^[^ienöbaatbepb bannbsp;toegen bc 3onbc op-leggcte
Dlt;§t tóa^ een gjaat ’t geen gttam na bat bojenef 3ebcn-maal 3eben §aren / bat isf negen en bcettig teaten getelb ;¦ 3ijnbe bet bijftigflenbsp;toelb giaac een 5ecc gcoot #cc(i maabte. (Caal-bunbigen sijnnbsp;«iet alle in een geboelen aangaanbe bc af-bomde pan 't toootb *721' jubbi.nbsp;®aac 3ijnbec bie Jubel boot een öam uptleggen / enbe alë men een beba^nbsp;tenbe fpjccb-bjijfe gebjupbt / 5O«b0 Set sijn een Rams-hoom ^ om batnbsp;bit -peeft piegtclib too? bet Cdupb ban jaam.ö-boo?nen toiecb af-gelionbigb.nbsp;i©cn Cbalbeefcbcn Paraphrart betblaatt oob be bjootten gofiic 6. $si 5.nbsp;5©oo? ben Rams-hoom : 2Cnbece hjeberom betblarcn ’t boot wedcr-bren-cingc of toebrenginge bap Vom Hobvi, em bat bit bijftigfle Saac eennbsp;pebet bJebccb?agt 3nne eCtfeniffe / en be ©?itgt 5iinsi ttanbs / en pebetnbsp;in 3ijn ©tijbepb becdelbe. SCnbecen ban een uptdtebbinge en toijb ennbsp;3nbfe tecötepbinge ban bet gcltipb bet (Ccompetten ban giecufalem af / totnbsp;tóet bet gantfclie Manb, ?|nb?en ban Jubai, ben ©inbet ban «©tgelen en
osnacen-fpei. ' scnbjen ban «en bpfonbec geiunb / 't geen too in öet afbon?
©b j nbsp;nbsp;nbsp;bigen
AltDöetok'l üjp öe örootfte blijt eti 5o?oc / ?oo b«I on«f boêtilrfi toius/ tot teiDoebinoc ban aüc jBifiicHtnscn en ïcttec-fautcn/ in bit 3©crtinbsp;fjebben aangetocnb ; 300 öebben noetans / bat scite aanbagtig na«nbsp;lefenbe / bebonben / bat’cc (gcljjfi boo2-gaanö onbectnpbelifi iö/ en cennbsp;gebicft/ bat alle boeten gemeen öebben ) eentgc jön ingcffcipen; bie of bannbsp;oujei in ’t obecfïen bec p?oeben niet 5ön aangemeebt / of ban ben 5amp;?ubliccnbsp;niet toel bccbctccb: a©aac ban befe / aö be boojnaamfte en meóil jin-öin-becenbe / be goct-ounflige,Ele3ec ,53! oditben te Noteren , en op bolgenbcnbsp;top(e te becbeteccn. 3Clsf.
136. 17. ibidem, i.nbsp;152. 2S.nbsp;13:9. 29. 186. 22. 192. 13 197 232, 30- S7gt; 10. zo. *3^ 255. 260. 29.nbsp;285. 19nbsp;295* 2. Pag. lin. wotd gelefen. Mofie. Achah. ©oo?tgang. ï||eb2.3;io. Dofus. pfeifee. Kemnitius. bemanb. Epyptcn. ©nbergang en bcc bpanben (€l•^nm^nbsp;pfjebanbeï^ceffe.nbsp;io5. 22/23. bergiiiflig en bou^nbsp;toen. Mcnfae. fefe. ©ecfïeUmg. atnn Bellas. 3[oobfcftebe l^ecbe Stpoflelen.nbsp;jnpbze. «ricgele. bepbenfoofe.nbsp;ilegtbaarbig, falciculus. |
lees. Molc. Achab. ©ootbang. i^cb?. 13: ranbsp;Do(is.nbsp;pfelibe. Chemnitius.’ bcnaainb. Egypten. ©nbeegang bec bpanben/en Cettim-Pbebanbeöcrbe. enbcrgiiiftigboubjctt. Mcnfe. np» befe. ©ecfteling. fTT/^u^tjo-iy. Oinn Belials. gioobfrtie ïicrbe be SUpoftden. 3«P2e. bciclige. beploofc. ïïegtbaacbig. faiciculus. |
t’E N C H U Y S E N, ©cbjucbt bp Tan Direkfz. Kuyper, 25oecb-b?ucfiec en ©occb-berboopccnbsp;in be pacbtDiipn-flcaet/ in be ©ebeoonbe ©^iirttecp / 1693.