-ocr page 1- -ocr page 2-

Octavo n*. 144.

¦Vi


Ï1


;1-

-ocr page 3- -ocr page 4-

I-:-


\'

-ocr page 5- -ocr page 6- -ocr page 7-

REIS-BOEK

DOOR

I T A L I E N.

vervattende eene naauwkeurige bdfchryving zoo van het land zelve j deszelfs zeden ennbsp;gebruiken, regeerings-wj^ze, handel, huis-houdelyk wezen, oudheden, enz.alsby-zonder van den tegenwoordigen ftaat

DER

WEÈTENSCHAPPEN,

Vüornamentïyk

DER

SCHOONE KONSTEN,

Uit de nicuwfle Keis-Befchryvingen en eigene aanmerkingeii fzamengefield

DOOR

D. J. VOLKMAN.

ten dienfle der Hollanderen uit het Hoogduitfch vertaald.

derde deel.

Te UTRECHT,

% J. VAN SCHOONHOVEN, amp; Cojnpi MDCCX^XIV.

i -\ Ar,.

-ocr page 8- -ocr page 9-

INHOUD

DES

derden deels.

Bladz,quot;

Inleiding tot de hefchryving van Romen. l Volkrykheid en grootte van Komen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;3

Lyfi der Pauzen federt 1417* nbsp;nbsp;nbsp;10

Pauzen die Komen het meefi verfraaid heb'quot; hen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;'nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;14

Menigte van opfchriften, nbsp;nbsp;nbsp;13

Standbeelden, nbsp;nbsp;nbsp;17

Ciceroni. nbsp;nbsp;nbsp;i S

/ianvoyzing der voornaamfte boeken en printen aangaande Romen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;21

Befchryving der ftad Komert. nbsp;nbsp;nbsp;09

Be Pieterskerk. nbsp;nbsp;nbsp;31

Hifiorie der Pieterskerk. nbsp;nbsp;nbsp;31

Befchryvingen dier kerk. nbsp;nbsp;nbsp;33

Ligging der Pieterskerk enhaarebouvomeejiers. 34 Be Plaats , de colonnade, en de gallery voor denbsp;Pieterskerk.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;‘nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;4°

* 3

-ocr page 10-

INHOUD.

J)e obelisk op de Plaats, nbsp;nbsp;nbsp;^Bladz,^ 41

P)e trap der Kerk, nbsp;nbsp;nbsp;44

Het binnenfle der kerk. nbsp;nbsp;nbsp;49

Groette der kerk. nbsp;nbsp;nbsp;50

Het hoofdaltaar em,. nbsp;nbsp;nbsp;53

Het dak^ en de ^oote kóepei, nbsp;nbsp;nbsp;75

De Grotten, nbsp;nbsp;nbsp;80

Het Vatikaan, nbsp;nbsp;nbsp;83

Schilderyespiaal van Raphael, nbsp;nbsp;nbsp;¦ 96

Standbeelden op. ’t Belvedere, nbsp;nbsp;nbsp;in

Hatikaanfche bibliotheek, nbsp;nbsp;nbsp;J21

Poorten en bruggen van Komen ^ de Tiber en waterleidingen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;128

Eerfte wyk van Komen, Rione . .nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;de’ Monti.

prajaanfche zuil, S. Maria di foreto. Forum Nerves Hronis. S. Francefca Komana.nbsp;Triomfboog van Titus.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;134

Eolifeo. Meta fudans. Boog van Konfiantyn. Villa Mattel. S. Stefano rotondo. Villa Ca-

143

Giovanni di Laterano, Villa Giufiiniani. S, Croce, tS. Eorenzo fuor della Mura. S. Bi-gt;nbsp;hiana. Boog van Galiienus, Tuinen van Ma-venas,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;152

-ocr page 11-

I N H o u d:

S. Maria maggiore. S. Prasfede. S. Pudenzia%^ na. Theater van Flora. iS, Pietro in vincoli.nbsp;Baden van Titus, Sette Sak, S. Domenico snbsp;Sifto.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Bladz. 173

iS. Catarina di Siena, Villa Pamfili. S. Sik veftro in Monte Cataallo, Palazzo Rospigliofi.nbsp;Paleis der Confulta, S. Andrea de’ Gefiiiti,nbsp;S. Carlo alle quattre fontane. Circus Florce,nbsp;Palazzo Albani, Villa Negroni,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;184

'S. Maria degli Angeli, Fontein di Termine. S, Agnefe fuor di Porta pia, S. Cofianza. 1^9nbsp;Tweede wyk van Romen, Rione El Trevi.nbsp;Fontein di Trevi, S. Giovanni di Maroniti. S,nbsp;Coticezione de Capucini, Villa Ludovifi. Tuknbsp;nen van Sallujlius,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;2IQ

'Madonna della Vit tor ia, S. Sufan?ia. Palazzo Barberini,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;q2I

Het Quirinaal op 't Paleis op Monte Cavalh^

233

Palazzo Colonna. Kerk der Apofielen. palazza Bracciano, S. Romualdo.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;241

Het Corfo. Franfche fchilderakademie '. Palazza Pamfili al Corfo. Palazzo Verofpi. S. Ma-^nbsp;ria in Via lata.. S. Marcello.

Derde wyk van Romen. Rione di,Colonna.

* 3 nbsp;nbsp;nbsp;Ports

-ocr page 12-

ï N H o ü r?;

'porta Pinciana, Tuinen van Luciillus, La Prok paganda. Palazzo Bernini. S. Andrea dellanbsp;Pratte. S. Silveflro in Capite. S. Marianbsp;Maddalena al Corfo.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Bladz. 258

Paleizen Verospi en Conti, S. Maria in Trivia, Piazza Colonna. Antonynfcbe zuil. Palazzonbsp;Chigi. Curia Innocenziana. Monte Citorio,nbsp;en het piedeflal.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;aöa

piazza di Pietra, met de Dogana. Seminaria Romano. Piazza Capranica met het theater.nbsp;Piazza della Rotonda en het Pantheon. S. Ma--ria Maddalena ckP.MiniftridegH Infer mi.

Vierde IVyk van Romen. Rione di Campo Marzo.

Campus Martius. Obeliscus horarius. Gonzen zionc in Campo Marzo. S. Lorenzo in Lucina,nbsp;s. Carlo al Corfo, Maufoleum Augufti. 279nbsp;palazzo Rufpoli. Piazza dl Spagna. S. Trini^nbsp;ta dd Monti. Villa Medicis. S. Atanafio dinbsp;Greet. Gefu e Maria al Corfo. Teatro AH-herti.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;285

porta del Popoh en de obelisk. Madonna del Po-polo. piazza del Popoh. S. Maria dd Miracoli. S. Maria di Monte Santo. 6'. Giacomo degd,nbsp;Incurabili. «S. Rocco,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;299

-ocr page 13-

VII

INHOUD;

S. Girolamo degli Schiavoni. Porto di Ripetta', Palazzo Borghefe. Collegio Glementino. BL 306nbsp;Fyfde wyk van Romen, Rione di Ponte. 315nbsp;Banco di 5. Spirito. S. Giovanni Èattifta di,nbsp;Fiorentini. Paleizen Gabrieli,^ Sacchetti^ ennbsp;Fancellotti. S. Maria della Pace. S. Marianbsp;dell’ Anima,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;315

S. Nicolo de Loreneft. Paleis Altems. S, ApoPlinare. Collegio Germanico. S. Agofiino. Li^nbsp;breria Angelica.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;323

Zesde wyk van Romen. Rione di Parione. Campo di Fiore. Theater en Raadhuis van Pom-tnbsp;pejus. Palazzo Pio. S. Lorenzo in Damafo. Lanbsp;Cancellaria. Chiefa nuova. Pasquino. 327nbsp;Piazza Navona. S. Agnefe. Paleizen Pamfilinbsp;£nSantobuono. S.Pantaleo. Paleis MaJJimi. 2,'^^nbsp;Zevende wyk van Romen. RiONE

DELLA ReGOLA. nbsp;nbsp;nbsp;344

5. Carlo a Catinari. Palazzo S. Croce. S. TrP nita di Pellegrini, Fonteinen by Ponte Sifio.nbsp;Palazzo Falconie}^. Carceri nuove. 344nbsp;Maria di Monferrato. S. Girolamo della Carita.nbsp;Palazzo Farnefe, De gallery. Toro Famenbsp;^e. Paleizen Picchini en Spada. Monte dinbsp;piëta,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;349

digtik

-ocr page 14-

vni

I N H o U IX

Agtjie Vj'^k van Romen, Rione El

S. Eustachio. nbsp;nbsp;nbsp;3pro

S. Euflachio. Paleizen Lante en Giufliniam. S. Luigi dê Francese. Governo nuovo of Palazzo-Madama.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;2,? o

S. Giacomo dd Spagnuoli. La Sapienza. S. An-gt; drea della Falie. Teatro Argentina, Teatronbsp;Valle.

I-

-ocr page 15-

Bladz. t

xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx

Reisboek

DOOR

I T A L I E N.

inleiding tot de besciiryving

VAN

R o IM E N.

e redeiiSar Ariftides, wiens geheugenis nog hé-D ^ den ten dage door zyn (landbeeld in de Va-|| tikaanfche Bibliotheek bewaard wordt, heeft der ftad Romen buitenfpoorige; loftuitingennbsp;gegeeven. Hy noemt zé niet alleen een algemeene ftadnbsp;voor de geheele wereld, waar zig gantfche volken hebbennbsp;nedergezet, maar beweert ook, dat zy zo groot was,-dat, waar men ook ftoud, men altyd in’t middelpunt was.nbsp;Ovidius zegt,

Qtntibm efl alih tellus data limine certa.

Romance fpatiuth tji Urbis amp; Orbis idem.

Ciaudianus geeft ons even zo hoogdraavende denkbeelden

Qua nihil in terris compledtitur altius tether

Armorum legumque parem, qua fundit in emoes Imperium^ primiqUe dedil cunabula juris.

III. Deel. nbsp;nbsp;nbsp;Anbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Ifai

-ocr page 16-

« REISBOEK

Inleiding van Romen.

ffifc efl exiguis qua fitiihus orta, tetendit In geminoi axes, parvaque a fede profeHa,

Difperfie cum fole manus. -——

De grootheid des Roorafchen Ryks gaf den digteren gelegenheid tot zo biiitenfpoorige gedagten. De toeneemen-de raagt en het krygsgeluk der Romeinen deed in de oude tyden gelooven, dat Romen onder de befcherming eenernbsp;byzondere Godheid ftond, die men openlyk vereerde, ennbsp;ter wellrer eere men tempels en aJtaaren ftigtte. Vreemdenbsp;volken volgden dit voorbeeld naar. Deeze Gedbeid hadnbsp;reeds byzondere tempels in Afien, toen Karthago nog innbsp;haar grootften bloei was. Wy leezen by Tacitus Annal.nbsp;1. 4. fe {Smirnai) primos teniplum ttrbh flatuife BI. 'Por-cio Confule, magnis quidem jam pepnliRomani rebus, non-dum tarnen ad fummum elatis, flante adbuc Punica urbe,nbsp;0? validis per Afiatn regibus. Dit was in ’t jaar 559. nanbsp;het bouwen der Stad, en gevolglyk vyftig jaar voor ’t verwoeden van Karthago. Dertig jaarcn laater deeden anderenbsp;Afiatifche volken het zelve ten bewyze luinuer agting voornbsp;het Gemeenebeft. Alahandenfei templum inbis Roma fenbsp;fecijfe conitnemoraverunt, ludosque auniverfaries ei Divanbsp;inflituife. Livius 1. 43. ad ann. 582. Deeze Godheidnbsp;werd daar zelfs even flatig vereerd als Venus.

__ _ CoU(ur nam fanguine G? ipfa

More Dea , nonienque loei ceu numen habetnr, Atque Urbis Fenerisqtie pari fe culmine tolluntnbsp;Templa, fimul geminis adolentur thura Deabus,

Prudentius. 1, V,

Deeze en andere hoogdraavende berigten van de heerlyk-keid van Romen hebben veroorzaakt, dat zig veele ge-

leer-

-ocr page 17-

Door ITALIË N.

leerden en oudheidminnaars van de grootte der oude Inleiding. Romen zo buiten de maat gaande denkbeelden gemaakt®^» R»-hebbcn, fchoon zy hadtlen moeten bedenken, dat de be-*^^^’nbsp;figten derJDudcn in dit ftuk even zo buitenfpoorig zyn,nbsp;als wanneer Ainmianus Marcellimis van het amphitheaternbsp;van Keizer Vefpafiaan verzekert, dat men deszelfs hoogtenbsp;naauwlyks met het oog bereiken kon , daar zy niet bovennbsp;de zeventig of tagtig eiien ging. Het zou ons te ver vervoeren alle de dwaalingen, welken de geleerden, door dienbsp;vooroordeel misleid , begaan hebben, optehaalen , vvynbsp;zullen alleenlylt eenige aanmerkingen over de volltrykheidnbsp;van ’t oude Romen inaaken.

Ifaak Voffius, die veel over de uitgeftrektheid van Ko-Folkrjk-men heeft gefehreeven, will daar vermoedelyk zeer weinig van, vvyl hy in allen ernft beweert, dat Romen alleennbsp;voor Syllaas tyden half zo veel inwoonders gehad heeft,nbsp;als geheel Europa in dien tyd; dat het twintigmaal grootetnbsp;gevveeft is dan Parys en Londen t’zamen in zynen tydnbsp;waren; dat het paleis van Nero eene grootere iiicgeftrekt-heid heeft gehad dan de grootfle der hedendaagfehe (leden,nbsp;en dierge’yke ongeryrade dingen meer, die even zo vernbsp;van de waarheid afzyn, ais eenColoiïbs van honderd voetnbsp;van de gemcene grootte der menfehen. Nog onverftandi-ger gaat een zekere Rolefmkius te werk, die geen zwaa-ligheid maakt, Romen in zyn belle tyden zevenentwintignbsp;millioeneii'inwoonders te geeven. Voor den tyd vanSyllanbsp;had Romen' nog den zelven omtrek, welken de laatfte Ko-Hingen der (lad gegeeven hadden, toen baar gebied zignbsp;nog* niet boven de vyf uuren in de rondte uitftrekte. Alleen de zeven heuvelen , en een deel van den Janicitiusnbsp;•an geene zyde den Tiber behoorden tot de flad, en iu-‘1‘en omtrek (londen een meenigte tempels, renbaanen,

^®den, en andere openbaarc gebouwen, die eene groote

A a nbsp;nbsp;nbsp;ruimte

-ocr page 18-

Inleiding van Romen.

ruimte befloegen. Is het niet belacchelyk flaantle te honden, dat in die uitgeftrektheid vier millioenen borgers en agt millioenen flaaveii zonden gewoond hebben ? Zeker,nbsp;fommige geleerden hebben zo verbaazende vooroordeelennbsp;voor Romen opgevat, dat zy meenden, die (lad nietnbsp;groot genoeg te kunnen maaken: zy neemen alle de Room»nbsp;fche borgers in ’t algemeen, waarvan de fchryvers gevvaa-gen, ook in andere fteden woonende, t’zamen, en willen , dat die binnen de muuren der ftad Romen gewoondnbsp;hebben.

Grootte van Romen.

Plinius (*) ftelt den omtrek van Romen in Vefpafiaans tyd op 13200 fchreeden. Sedert dien tyd is het onmoo-gelyk, dat onder de gruuwzaame regeeringen van veelenbsp;Keizers de omtrek van Romen zo fchrikkelyk uitgezet zynbsp;geworden, dat die omtrent lüo, jaareniaater50000.fchreeden, gelyk Vopiscus in Aureliana beweert, bedraagennbsp;hebbe, gezweegen dat men heden eenige fpooren of oudenbsp;overblyffeis van zulk eene vergroting zon moeten vinden.nbsp;Dat Heliogabalus, volgens Lampridius, in Romen 10000.nbsp;pond fpinnenwebben verzameld heeft, is meer een bewysnbsp;van morsfigheid, en dat ’et veel beelknflallen en verlatennbsp;gebouwen geweeft zyn, dan van de volkrykheid der ftad.nbsp;Lipfius behoort ook onder die onverftandige vergrootersnbsp;van Romen, en verandert deswegens, om aan zyn oogmerk te voldoen, verfcheiden plaatfen uit de Ouden. liynbsp;betrekt den gantfcheii oord tot Oflia toetotdeftad, fchooiinbsp;geen oude febryver dus rekent; het welk even zo goednbsp;is, ais of men Verfailles voor een ftuk van Parys houdennbsp;wilde. Ten tyde van den ouden Plinius eindigde de Had,nbsp;gelyk nog heden, naar het ooflen tegens' den Agger Tar-ijiiinn, aan de andere zyde tegens het graf van Ceflius,

wyl

(•} Kift. Nac. i. c. y.

-ocr page 19-

DOOR ITALIË N, nbsp;nbsp;nbsp;s

wyl de dooden buiten de (lad moeften begraven worden.

De Motjs Vaticanus was toen onbewoond, en tegen Ponte van Ro-^Jolk lag een onbebouwde vlakte, waar Keizer Conftanti-”*®”quot; rlt;Us zyn heir in dagorder ffelde.

Men begroot den omtrek der ftad hedendaags op omtrent dertien Italiaanfche mylen, en kan ze in drie of vier uurennbsp;rondgaan, daar men ten minften zes of zeven uuren noo-dig heeft tot het omwandelen van Parys. Nu weet mennbsp;uit de hiftorien, dat de muuren van Romen grooten deelsnbsp;nog de ouden zyn, of ten minften aan de meefte oordennbsp;op de zelve plaats ftaan. Daar ligt, ’t is waar, hedendaags een ruime plaats onbebouwd binnen de muuren, ofnbsp;wordt tot wynbergen, tuinen, en velden gebruikt, gelyknbsp;de grondiekeningen uitwyzen, om van de ontefbaare menigte klooftets, kerken, kapellen, gafthuizen, en dierge-Jyken, niet te fpreeken: maar, al wierd alles nog zo be-bouw'd, zou ’er egter op verre na geen ruimte genoegnbsp;weezen, om zo veele miliioenen inwoonders te bevatten.

Die, tervvyl hy zig te Romen ophoudt, kennis maakt te krygen van de ftad en de oude ruinen , zal geheel andere begrippen van de menigte der voorm'aalige inwoondersnbsp;opvatten. De ryke borgers van Romen hadden, ’t isnbsp;waar, een groot getal flaaven, maar die waaren op derzel-ver landgoederen verdeeld, waar zy allerlei huis- en akkerwerk doen moeften. Als de geleerden fpreeken van mij-iioenen van flaaven in Romen, is het befluit even zovalfch»nbsp;als wanneermen hedendaags de op het land verdeeldehofhoo*nbsp;rigen van den ryken adel in veele landen, dieziggemeenlyknbsp;in de lioofdftad ophoudt, ook tot de inwoonders derzelvenbsp;rekenen wilde. Op de landgoederen waren huizen, waarnbsp;de flaaven des nagts werden opgefloten. Aan de noord-*nbsp;zyde van Frafcati zigt men nog in de ruinen van de Villanbsp;f»rcia, welke aan Cato toebehoorde, eenige ovetblyffels van

As

-ocr page 20-

6 REIS- BOEK

inleiding van Ilo-tnen.

de uitgeftrekte gebouwen , waar die ftrenge Cenfor zyn heir van flaaveii, dat fommigen op 6000. begrooten, be-waaren deid. Tn de ftad hield elke voornaame Romeinnbsp;flegts zo veelc flaaven als hy van nooden had, welker aantaal zeker niet gering was, dcwyl ieder onder zyne flaavennbsp;allerlei ambagtslieden had, welken alles, wat men dagelyksnbsp;noodig had, motften vervaardigen. Men zag geene anderenbsp;winkels dan van boekverkoopers, goudfmeden en flagters.

De huizen waren in de oude tydeii maar eêiie verdieping hoog, gclyk in ’t ooflen. Naderhand bouwde men zo hoog, dat de opzigters over de gebouwen daar by-zondere verordeningen omtrent maaken moeflen. Keizernbsp;Auguflus bepaalde de hoogte op zeventig, dog Trajanusnbsp;bragt die maar op zeftig voet. De verdiepingen werdennbsp;van hout gemaakt, ’t welk oorzaak was, dat ’er zo dik-Wyls en met zo veel gevaars brand ontflond.

Hoewel nu in de vyfde en Zesde eeuw na de bouwing 'der flad da huizen laag, en de oratrek der ftads muurennbsp;tiiet zeer groot waren, geeven nogthans eenige geleerdennbsp;het getal der inwoonders als omnaatig groot op. Dit wasnbsp;het tydftip van de grootc welvaart des Gemeenenbefls,nbsp;toen goede zeden hoog geagt werden, en de Romeinen denbsp;grootfte voorbeelden van deugd en dapperheid gaven. Na denbsp;verwoeflingvanNumantia enKarthago, wanneer de pragt ennbsp;weelde uit Afieu inkroopen, nam de volkrykheid oogfchynlyknbsp;af.

- nbsp;nbsp;nbsp;- Savior arms

Luxtn ia incubiiii, viamp;iimque ukifcittir orbem.

Het aanzien van Romen bleef nog wel eenige tyd hecr-lyk, en de flad fcheen ongemeen bevolkt te zyn; dog dit wierd meet door de menigte van vreemdelingen, die zignbsp;jJaar ter venigting bunuer bezigheden moeiten ophouden i

dan

-ocr page 21-

DOOR IT ALIEN.

dan door’t toeneemcn der bevolking veroorzaakt. Uit de if,ieiding lyden der Romnrche Keizereii kan men zien, hoe fpoedigt'/arn R»-^6 gefiagten uitdierven. De minden lieten kinderen na.'”®''*

Het oude Romen bleef dan genoegzaam op die zelve vvy-Ze in ftand als het hedendaagfche, naamelyk door den toevloed van vreemden.

Eene andere oorzaak van de groote ieevendigheid, en den fchyn van eene fterke volkrykheid in de ftad, was denbsp;menigte van menfchen, die in de nabuurfchap van Romennbsp;woonden, dog niet eigenlyk ondet de inwoouders der ftadnbsp;konden gerekend worden.

Wie derhalven de zaak verftandiglyk en zonder vooroordeel overweegt, zal bevinden, dat de omtrek van ’t oude en nieuwe Romen, het getal der tempels en dat dernbsp;hedendaagfche kerken, de menigte der inwoonders ondernbsp;de Keizers en die der tegenwoordigen, malkander zeernbsp;naby komen, vooral als men bedenkt, dat Keizer Aureüa-nus de tegenwoordige muuren omtrent het jaar 270. nanbsp;Chriftus geboorte grootendeels heeft doen bouwen.

De zeeden waren in de iaatlle tyden des Gemeenenbefts en onder de Keizers zo fchrikkelyk bedorven, dat het dennbsp;hedendaagfchen Romeinen fchandeiyk zyn zoude, indiennbsp;men eene vergelyking van de oude zeeden met de hedendaagfchen inaaken wilde. Egter fchynen ’er eenige alge-meene trekken in ’t karakter der oude en der hedendaag-fchc Romeinen te zyn die overeenkomen, waartoe de verbeelding van hun eigen grootheid, de geneigdheid totnbsp;fchouwfpelen, ledig gaan, en de daaruit voortfpruitendenbsp;afkeer van alles wat (leges den fchyn van beweging heeft,nbsp;behooren. De Romeinfche Prinfen kennen, gelyk de oude Patricii, de jagt in ’t geheel niet, welke by den adelnbsp;Van andere landen een der hoofdvennaaken uitmaakt. Zynbsp;Zien ze aan als eene laage bezigheid, die maar voordccls-

A 4 nbsp;nbsp;nbsp;hal-

-ocr page 22-

Inleiding kalven moet waargenomen wortlen. Om die reden wordt van Rg- ook nergens zo weinig werks van bet regt der jagt gemaaktnbsp;men, jij in den Kerkelyken flaat.

van RO’ men.

Getal der Om egter eenigermaate een vergelyking van ’t getal der iBOTooKrfersvoormaalige met dat der tegenwoordige inwoonders vaunbsp;Romen te mnaken, zullen wy eerfl: eeuige plaatfen uit denbsp;Ouden aanvoeren. Alvoorens is aautemerken, dat als Li-viiis en andere febryvers van bet tellen der horgers fpree-ken, daaronder niet blootelyk die verftaan worden, welken werkelyk toen ter tyd binnen Romen waren, maar alle die geenen, welken in de nabuurfchap van Romen ennbsp;de craftveeks liggende lieden woonden, en met het bor-gerregt befchonken waren. Onder Servius Tullius beliepnbsp;het getal dei Roomfche borgers op 80000. (*) Onder dennbsp;Burgermeefler Quinélius op 124214.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Onder den

Didator Quintus Fabius Maximus was hun getal tot 224000, aangewasfen,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;waaronder ’er zig egter veelen uit de

wingewellen bevonden. Voor de borgerlyke oorlogen beliep het hoogde getal der Roomfche borgers op 450000. (-f) dog het wierd door dezclven op 150000. gebragt. (§} Hetnbsp;is onmoogelyk , dat in zo korten tyd, als van Julius C»-far tot op Claudius, het getal der borgers tot by de zevennbsp;milloenen zou aangegroeid zyn, gelyk Tacitus (§§} wil.nbsp;Het moet dan een misHag in de handfchriften zyn, of Tacitus

¦ n Liv. I. 42. nbsp;nbsp;nbsp;(quot;) Hiv. III. 3.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;(•*•) Liv. X.\1X.37-

(t) Flor. Ep. Liv. 1. 9*.

(§ ) Zo veel werden 'er volgens Florus Ep. Liv. 1. 50. onder Julius Cxfar geteld, met wten Plumrchus cn Appianus overecnftcmnien. Want als Suetonius cn Dio berigten, dat Catfat aan 510000. mcn-f^lien kootn deed uitdeden, zyn daaronder niet alleen burgers, maatnbsp;allerlei arme en geringe lieden te vetftaan.

I §§ J Annal, XI, ij,

-ocr page 23-

DOOR IT ALIEN.

citns verftaat daaronder inisfchien alle de Roojnrche on-derdaanen in’t gemeen. Want v.-aren ’er zeven millioenen Ka-alleen in de ftad Romen gewcell, zo behoefde Suetonius als iets buitengemeens optegeeven, dat ineenen herfftnbsp;30000, menfchen aan de peft gc.lorven vt^aren. üit denbsp;doodenlyfien welken Süfzmilch, m zyns Goddelyke fcbik-hing in de geboortem en bet fterven van V wenfchelyke ge-flagt, zo zorgvuldig verzameld beeft, blykt, dat in grooienbsp;volkryke Heden jaarlyks een van de dertig menfchen fterftinbsp;gevolglyk moeten in een vierde deel jaars over de 56000,nbsp;menfchen, dat is byna eens zo veel, fterven, als ’er toennbsp;door de peft werden weggerukt.

Uit dit alles blykt, dat Romen in haarenbloei eenezeer Volkryke ftad geweeft is, dog geenfins een zo ongehoordenbsp;’i’enigte menfchen bevat heeft, als zig eenige geleerdennbsp;verbeeld hebben. Ondertusfchen blyft het een uitgemaak'nbsp;te waarheid, dat het ongelyk meer bevolkt was, dan he-daags. Uit de nieuwfte doodenlyften en de tellingen dernbsp;inwoonders, welken de Pauzen in deeze eeuw hebbennbsp;laatcn doen, volgt, dat tegenwoordig tusfehen de löoooonbsp;en lyoooo menfchen in Romen woonen.

De beroemde Petrarca behoort onder de geenen die het nieuwe Romen met veragtelyke oogen aapzien. Wynbsp;willen onze aanmerkingen over de bevolking dier ftad metnbsp;zyne fchoone vaarzen befluiten, ’er alleen byvoegende datnbsp;hy, als digter, in zyne vergely king ten nadeele van’t nieuwe Romen te ver gaat.

Qui fu quelln di imperia antica fede, Temuta in pace, e triomfante in guerre. ,nbsp;Ful per eb' altro ebe il loco or non fi veie.nbsp;Quella che Rome Ju giece, iatttra.

A5

(•) la Netone c. 35.

-ocr page 24-

lo

REÏS-BOEK

inleiding

van Ro- nbsp;nbsp;nbsp;Qttefle, cut iherha copre e caica il piede,

Fur moU al del vicine, £? hor fon terra,

Roma, che ’/ mondo vinfc, al tempo cede,

Cbe i piani inalza, e ch' è faltezza at terra,

Roma in Roma non é. Fulcano e Marte La grandezza di Roma a Roma han tolta.nbsp;Struggendo Vopre e di Natura e di Artenbsp;Folio fojfopra il mondo è^n poke è volta,

E fra qneffe rovine a terra fpnrte In fe fteffa cadea morta e fepolta.

Tot verfchooning van Petrarca kan men egter zeggen, dat Romen federc 400, jaaren oneindig fraayer gewordennbsp;is. Hy zou het heden ten dage naauwlyks kennen, ennbsp;veelligt in verfcheiden (lukken met eenen zekeren Digter,nbsp;die ter eere van het hedendaagfche Romen de vier volgende vaarzen gemaakt heeft, zeggen,

Q.iti miferanda videt veteris vefligia Roma,

Hic poterit merito dicere, Roma fuit,

/ijl qui celfa nova fpeSlat palatia Roma,

Hic poterit merito dicere, Roma viget.

Lyjl der Dcwyl wy dikwyls van de Pauzen, die veel ter verbete-Pauzen yê-ring en verfiering der Pad Romen , federt het herPei der dert 300. konpen, hebben toegebragt, zullen moeten fpreeken, ennbsp;jaaren.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;daarom dikwyls weeten wil, uit welk een huis deeze

en geene Paus afkomPig is, hebben wy, ten dienPe des leezers, noodig geagt, de volgende lyP hier te plaatfen.nbsp;Sedert de tydeu van Paulus II. tot op Benediclus XIV. isnbsp;lt;lcnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;van Romen geheel veranderd. Een menigte

ker-

-ocr page 25-

II

DOOR IT A LIEN.

fcerkeii en paleizen zyn ’er aangebouwd, nieuw'e plaatfen aangelegd, openlyke gedenktekens opgerigt, ibnteineiigcnbsp;maakt, en een oneindig getal van aller koilbaarfte ilanJbeel-den en oudheden uit de puinhoopen te voorfchyn gebragt.nbsp;De konflen kwamen in dien tusfchentyd in den grootftennbsp;bloei, en de Pauzen gebruikten ze tot verfraaying van Romen. Gevolglyk is het voor de biftorie der konden nood-zaaklyk, den tyd, waarop elke Paus dénRoomfchen doe!nbsp;tjekleed heeft, te weeten. De grootrte en magtigfie fa-milien te Romen moeten haar aanzien en haaren rylt*nbsp;dom den Pauzen, die uit haar geregeerd hebben, danken, en uit dien hoofde is het ook aangenaam voor eennbsp;vreemdeling te Romen zig onthoudende, te weeten, welke Pauzen uit elke familie federt de laatlle 300. jaaten ge-koren zyn.

L r s T D R R PAUZEN

S li D E It T

DE KERKVERGADERING VAN KONSTANS tot dtn tegejiwoordigen tyh

Martinus V. Otto Colonna. Uit het oude beroemde huis van Colonna te Romen, verkooren den ii.Nov. 1417.nbsp;overleden den 20. Febr. 1431.

EugEnius IV. Gabriel Condolmieri, een Venetiaan. 4. Maart 1431. —- 23. Feb. 1447.

Nicolaus V. Thomas van Sarzana, uit het Toskaan-

fche. 6. Maart 1447. - 24. Maart 1455.

CalixtusIU. Alpbonfus Borgia, een Spanjaard. 8. April

1455.-6. Ang. 1458.

Pius 11,

-ocr page 26-

12

[nkiding nbsp;nbsp;nbsp;Sjlviui Piccolomini, van Siena. 27. Aug.

van Ro- 1458. - 14- Aug. 1464.

tnen. nbsp;nbsp;nbsp;Paulus II. Petrus Barbo, eert Venetiaan. 31. Aug.

1464. - 29. Juli I47I*

Sixtus IV. Francifcus della Rovere , een Genuees.

9. Aug. 147I' - 13* Aug. 1484.

Innocentius VIII. Joannes Baptifta Cibc, een Genuees. 29. Aug. 1484. -— 25. Juli 1492.

Alexander VI. Rodrigo Borgia, een Spanjaard. II.

Aug. 1492. - i3. Aug. 1503.

Pius III. Francifcus Piccolomini, van Siena. 23. Sept. *503. - J8- Oél. 1503.

Julius II. Della Rovere. i.Nov. 1303. - 12. Feb.

1513-

Leo X. Julianus de Medicis, ii. Maart 1513.- i.

Dec. 1521.

Adrianus VI., AdriaanFlariszmi, van Utrecht. 9. Jan. 1522. - 24. Sept. 1523.

Clemens VII. Julius de Medicis. 19. Nov. 1523.-

25. Sept. 1534-

Paulus III. Alexander Fatnefe. 13. Oét. 1534. -

lo. Nov. 1549.

Julius III. Del Monte. 8 Febr. 1550. - 23. Maart

1555-

Marcellus, II. Cervintfs, regeerde maar 21. dagen. Paulus IV. Joannes Petrus Caraffa, een Napolitaan.

23. Mai 1555. - 18. Aug. 15.59*

Pius IV. Joannes Angelus de Medicis. 29. Dec. 1559* - 9. Dec. 1505.

Pius V. Michael Ghisleri, een Milanees. 7 Jan. 15Ö5. - 1. Mai 1572.

Gregorius XIII. Hugo Buoncompagni, van Bologne, 13. Mai 1572.-7. Apr. 1585,

Sixtus V,

ii

-ocr page 27-

Door ITALIË N.

SixTüs V. Fdix Peretti. 24. Apr, 1585. - ^7¦ nbsp;nbsp;nbsp;Inleiding

1590. nbsp;nbsp;nbsp;f)an Rt~

Urbanus VII. Cajfagna, regeerde maar 13, dagen.

Gregorius XIV. Nicolaus Sfindrate. 5. Dec, i5po.—^

15. Oft. i5Pï*

Innocentius IX. Joannes Antonim FachittelH, regeerde maar twee maanden.

Clemens VIII. HippolitusAldrobrandini, een Venetiaan.

2p. Jan. 1592. - 3. Maart idos.

Leo XI- Alexander Oftavianus de Medicis^ regeerde maar 27. dagen.

Paulüs V. Camilhis Borghefe, 16. Mai 1605. -

ïi. Jan. 1621.

Gregorius XV. Alexander Ludovifi, 9, Feb. 1621.

--- 8. Juli 1Ó23.

Urbanus VIII. Majfeo Barberini, 6 Aug. 1^23. -

sp. Juli 1644,

Innocentius X. Joannes Baptijia Pamfili. i5.'Sept.

1Ó44--7. Jan. 1655.

Alexander VII. FabiusChigi. 7. Aug. 1055- - 22.

Mai 1667.

Clemens IX, Julius RofpigUofi, 20, Juni 16Ö7. nbsp;nbsp;nbsp;-

9 Dec. 1669.

Clemens X. Aemillus Altieri. 29. Apr. 1(170. —-—.

22 Juli 1676.

Innocentius XI, Benediltm Qdefcakbi. 21. Sept. 1616.

¦- 12. Aug. i68p.

Alexander VIII. Petrus Ottoboni. 6 Ocl. itfSp. —-I. Feb. löpi.

Innocentius XII. Antonius Pignatelii, 12. Juli i6pi. la. Juli 1700.

Clemens XI. Joannes Francifcus Albani, 23,Noy, 1700,

' ^ ip. Maart sj2i.

iNNO-i

-ocr page 28-

REIS.BOEK

IrtUiSitfg Innocentius XIII. MichaelJngclui Conti. 7. Mai 1721. vatt Ra- . —— 7. Maart 1724.

taen, . ClejienS XII. Laurentius Corfini. 12. Jujii 1730.-

6 Febr. 1740.

Benedictus XIV. Profper Lamherlini. 17- Aug. 174CX.

--. 15. April 1758;

Clemens XIII. Carolus Rezzonico. 6. Juli 175S. —— 2. Febr. i^ép-

Clemens XIV. Laurentius Francifetts Canganclli. 1769.

Pauzen nbsp;nbsp;nbsp;Paulus II. liet zig het eerft de verfraaying van Ro-

die Rra^ftmen ter harte gaan. Op zyn bevel wierd de kerk en ’t V meefl paleis van St Marco gebouwd, de ftraat del Corfo aange-‘‘bebben^ legd, en het op dezelve nu gewoone paardenrennen op denbsp;laatfte dagen des carnevals ingevoerd. Platina, de bekendenbsp;hilioriefchryver der Pauzen, fchynt hot leeven van dee-zea Paus, dat zeer merkwaardig is, wel te hebben be*nbsp;befchreeven. Julius II, bezat groote eigenfehappen,nbsp;fchoon hy meer een krygsmans dan een prieflcrs hart had.nbsp;De Franfcbe fchryvers fpreeken wel niet met lof van hem,nbsp;wyl hy der party van Frankryk in de oorlogen in Italiennbsp;altyd tegen tvas; dog men moet hem het regt doen van tenbsp;bekennen, dat hy ’t ftaatkundig zaraenflel van Italien grondig kende. Hy zag dat Italien niet anders in ruft en gelukkig zyn konde, ten zy men Franfchen, Diiitfchers ennbsp;Spanjaards, die hy, naar ’t voorbeeld der oude Romeinen,nbsp;barbaaren noemde, geheel ten lande uit joeg. Hy fteldenbsp;zig het meed tegen de party der Franfchen, vv^I hy dienbsp;voor de magtigften en gevaarlykften hield. Zyn inzigteiinbsp;waren inderdaad goed, en bedoelden alleen het gemeenénbsp;jvelzyn.

Het is bekend hoe veel de wecteufehappen en vrye

kon.

-ocr page 29-

ts

doorITALIEN.

konden aan Leo X. te denken hebben. Sixtus V. Inleiding ichoon opeen andere vvys, even veel verdiende. Zynen^quot;?» ü«-verdandigen indcllingen, en zyner dandvadigheid, isnbsp;, en de gantfche Kerkelyke daat, al hun rud, zeker-lieid en borgstlyke inrigting fchuldig. Het willekeurig gezag van ’t monnikendom, waaraan hy gewoon was, gafnbsp;hem zulke gronden van regeeringsvorm en borgerlyke inrigting in, welken toen hoogd noodig waren. Jammernbsp;was het maar, dat dees voortreffelyke Paus te korten tydnbsp;regeerde, om zyne groote inzigten uittevoeren, en hetnbsp;begonnen werk op een goeden voet te vedigen. Hy drem-de de wanorders, zogt.de bandieten uitteroeyen, en onderdrukte de ondeugden, die ten hoogden top gedegennbsp;waren. Deeze eigenfchappen ecns kloeken en regtfchape-nca vorden zullen hem even zo zeer het aandenken dernbsp;nakomelingfchap bewaaren, als de koepel der Pieterskerknbsp;en de uit de ruinen voor den dag gehaalde obelisken, metnbsp;de welken hy de dad, wier zeeden hy verbeterd had, verderen deed.

PaulV. Urbaan Vin. Alexander VII. Clemens XII. hebben hunne kragten vereenigd, om de laaide hand aan’t ver-fraayen van Romen te leggen. Hun opvolgers hebben alleen op die wyze voorttevaaren. Aan verfcheideneu van die laaiden heeft de vleyery, waarmede men te Romennbsp;even zo verkwidend is als op andere plaatfen, en de mode van opfchrifcen over allerlei wisjewasjes te maaken,nbsp;onverdiende gedenktekenen en loftuitingen gegeeven, zonbsp;dat men moeite heeft de vvaaro bevorderaars der fieraadennbsp;van ’t nieuwe Romen, van hun, die ’er weinig of W^^Belaccbe-toe hebben bygebragt, te onderlcheiden.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;l-jke ge-

Deeze zugt tot opfchriften, welken te Romen ontelbaar ^Vn, en w'aardoor de geringde kleinigheden in “^rraernbsp;eru vereeuwigd worden, zal den oudheidminnaaren detmaken,

vol'

-ocr page 30-

S . B o

Inleiding volgende eeuwen vry wat moeite baaren. Wat verbaazert-¦van Rd de verzamelingen zullen zy niet uit de tyden van ’t nieuwe Romen der geleerde wereld mededeelen kunnen ! Hetnbsp;gebeele Capitolium is ’er vol van. De Confervatori, dienbsp;zig zelven niet minder dan de oude Trihuni plebis agten,nbsp;doen alle zes maanden hun naamen in marmer uitho iwen,nbsp;om te gelyk de gedagtenis van hun groote daaden den nakomeling overtelaaten. Wanneer zyne Pauslyke Heiligheid een paar fteenen in ’c een of ander gebouw verleggen, of het met eenig fnywerk opfchikken laat; wanneetnbsp;eene Eminentie bevel geeft in de kerk, waarvan zy dennbsp;titel voert, de fchilderyen in frefco hier en daar een weinig optepoetfen; in een woord, wat ieder Prior in zynnbsp;kloofter, wat ieder Priefter in zyn kerk , onderneemr,nbsp;wordt, met hoogdraavende woorden, door een opfchriftnbsp;vereeuwigd. Men doe hierby, alle de opfchriften van by-zondere perfoonen by allerlei gewigtige voorvallen, denbsp;menigvuldige graffehriften, welken den vootbygaandennbsp;wandelaar beveelen ftil te (laan, zonder te weeten waaromjnbsp;zo kan men zig eenigermaate een begrip van de ongehoorde menigte van oplchrifcen maaken, die in Romen te vinden zyn. lnden:adfpreeken,alswarehet,alledemuuren. Denbsp;borgerlyke reglementen zonder jaartal zullen den toekomenden Gruteruflen en Muratories het meefte hoofdbreekensnbsp;kollen: zy zullen niet weeten, onder welken Paus zynenbsp;quot;EKKWemie Monfignor Pre/idente delle Strode of della Graf-o» bevolen heeft, de (Iraaten van vuilnis te zuiveren, ennbsp;de olie tot deezen of geenen prys te verkoopen.

Deeze gewoonte heerfcht niet alleen in Romen, maar ook daar buiten. Op de landhuizen, de groote wegen,nbsp;by de grenspaalen, op de bruggen, in alle de Heden vannbsp;het Pauslyk gebied, vindt men overal, waar men ’t oognbsp;flaat, opfchriften. In dit Huk gaan de hedendaagfchea

nog

-ocr page 31-

17

DOOR ITALIË N.

nog verder dan de ouden. Dog als men de zaak nbsp;nbsp;nbsp;Inleiding

dig onderzogt, zou men vinden, dat het grooter getal dervo» Ka-oude Romeinfche opfchriften, welker uitlegging den ge-'quot;'”-leerden dikwyls zo veel werks maakt, even zo weinig als de nieuwen verdient bewaard te worden. Wy hebbennbsp;Van de opfchriften niet dan fpaarzaam gewaagd, en gezogtnbsp;uit dezelven eene goede keus te doen, wyl de minfte lee-zers daar groote liefhebbers van zyn.

Dit gedeelte van ons werk is het uitvoerigfle en gewig-tigde. Daar de fraaye konden ter verfiering der kerken, en andere openbaare en byzondere gebouwen , zo yeelnbsp;toebrengen, en Romen nog hedendaags tot de merkwaar-digde dad van Europa maaken, hebben wy hier eenigzinanbsp;omdandiger moeten zyn. Egter hebben wy alles in lang»nbsp;na niet aangeroerd: ’t is genoeg uit een zo groote menigtenbsp;maar het bede te kiezen.

Het getal der dandbeelden is zo groot, dat eenigen het op öoooo. fchatten. In ’t oude Romen was het vermoe-delyk nog aaiizienlyker, en maakte als een tweede volknbsp;uit.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Dat gebruik kwam uit Griekenland naar Romen,

dewyl de Romeinen hunne verwaandheid op die wys verzadigen konden. Veele bemiddelde amptelooze borgers deeden zig dandbeelden oprigten, houdende het hardenbsp;marmer voor ’t zekerde middel om hunne naamen otiderf-lyk te maaken. Maar wat de oorzak dier menigte yannbsp;dandbeelden anders ook zy, men zou byna kunnen bewee1nbsp;ren, dat de oudheden, die altyd een fieraad van Romennbsp;geweed zyn , nog hedendaags der dadt meer voordeel»nbsp;aanbrengen als een groot deel van haar borgers, wyl zynbsp;6en menigte vreemdelingen daar heen trekken, die deeze

meefter-

1

R«ms tmtam Ugimns fwjfe Jlatuarnm cefUm, »t 1lttT nbsp;nbsp;nbsp;;«gt;»

lafidtui dicertittr,

II- Deel. nbsp;nbsp;nbsp;fi

-ocr page 32-

18

InUiding öëéSerftukken nergens anders dan hier kunnen te zien kry-van Ra- gen. Het zelve kan men ook van de fchilderyen zeggen^ men. 'J-Iet is zeker te beklaageu', dat deeze heerlyke werken vannbsp;genie, die nog van meer gewigt als de' ftandbeelden zyn,nbsp;niet even die duurzaamheid hebben, en zo veel door dennbsp;tyd lyden. Dog de-kond geeft in onzen tyd in het mo^nbsp;zaiek werk een_ voortreffelyk middel aan de hand ter be^nbsp;waaring dier meefterftukken, welken daardoor op ’t vol-thaaktfte gekopieerd, en van eeuwige duurzaamheid gemaakt

worden.

De Cicero- Veele ryke reizigers, voorat Engetfchen, neemen by ni.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;hun aankomfl te Romen een zogenaamden Cicerone of An-

ti^iuario aan, om Zig al het merkwaardige te doen aanwy-* Zen.-r Is dat nóodig of niet? zou men kunnen vraagen^nbsp;Wy zuilen ’er onze gedagte óver zeggen. De meeftennbsp;deezer Antiquarii zyn abten, welken dit voor een koft-winriing hóuden. Zonder veel kennis of fmaak te bezitten, hebben zy zo wat van buiten geleerd, en vertellennbsp;omtrent het geën in Nardlni (laat, doopen de ftandbeeldennbsp;naar believen, en geèveh den fchilderftukken zeer dikwilsnbsp;valfche naamen. Eenigen , die vlytiger geweeft zyn ,nbsp;weetëil’er'meer van, en geeven beter oiiderrigtiug. Dënbsp;meefte Hukken zyn by hun zonder onderfcheid cefe fiu~nbsp;penden dog zy kiuHièn den liefhebber zelden het waarënbsp;(thóöne aantoonen 5' of veel tót formeering zyns fmaaksnbsp;tóebréngen. Men;'moet hun voor een Curfus, of voor dfenbsp;eer van door hun alle de wyken van Romen rond gevoerd te worden , van 20. tot 40. en meer dukaaten be-taaleh, naar dat' daar fwee, drie of meer maanden toC'nbsp;genomen worden.- Veelen eifchen daarenboven de vry»nbsp;tafel, en altyd in een rytuig rond te ryden. Anderen brengen de reizigers, die ’er op gefteld zyn, voor geld en goede

-ocr page 33-

b o » R ITALIË N*

de woorden, meer by de leevendige Nymfen, dan by ^s inleiJiiig oude ftandbeelden in kennis. (*}nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;f'*'” Ro^

Eenen vreemdeling, die zig maar kort binnen Romen®®*** Ophoudt, met een oppervlakkige kennis te vreede is, eanbsp;Zelf de zaakefl nazoeken kan nog wil, raaden wy een Aiianbsp;tiquario te neemen, als hy de koCien niet ontziet. Dognbsp;by de keus moet men voQrzigtig zyn, en den beften kiezen. Maar wie zig zelf eenige moeite geeven wil, dien isnbsp;zulk een geleider meer hinderlyk. Hy moet maar kennisnbsp;van dé ligging der ftad uit een góede grondtekening maa-ken te krygen, en den eenen oord na den anderen bezoe»nbsp;ken, gelyk onze befchryving die aan de hand geeft. AISnbsp;hy van te vooren zorgvuldig leeft het geen ’er over ge-fchreeven Is, zal hem weinig onbemerkt ontfnappen. Wilnbsp;men nog naauwkeuriger zyn, zo leze men Venuti, en andere van ons aangewezen fchryvers. Wy veronderftellen ,nbsp;dat men een gertoegzaame kennis van de Mythologie medebrengt, om de ftandbeelden te kennen, Winkel-mans Hiftor{e der konfl zou zekerlyk het befte boek zyn»nbsp;al! reizigers zig met meer boeken l.elaaden konden. Dienbsp;de hoofden der Keizers nog uit gemma nog uit muntennbsp;heeft leeren kennen, kan eenige maaien in ’t Capitolium,nbsp;waar hy een reeks van alle hunne borftbeelden vindt, gaan,nbsp;en ’er kennis mede maaken. Op deeze wys kunnen wynbsp;uit eigen ondervinding verzekeren, dat men Romen zonder leidsman naauwkeurig kan leeren kennen, en dat mennbsp;de zaaken veel dieper in ’t geheugen prenten zal, dan doornbsp;een Antiquario. Voor de fchilderyen raaden wy, dat men

keti-

(•) Vooi diergclyke gevaatlyke kennisfen waaifchouwt een nieuwe Rollandffhe Digtct zynen jonden naar Romen reizenden viiend.

ÏB vttcTxm fiatuai, Venererru^tte t marrtrre nbsp;nbsp;nbsp;,

A ihinus egriilA ma cJflart nbsp;nbsp;nbsp;'

B A

-ocr page 34-

REIS-BOE K

Inleiding k'ennis een bekwaam fcbilder zoeke te krygen, ea van Rq. met hem in de voornaamfte galieryen te gaan. Op dienbsp;vvys zal men in twee dagen meer keren dan in twee maanden van een Antiquario. Blyft ’er hier of daar ten opzlg-te der oudheden eenige twyiFel, zo zal men ligtelyk aannbsp;den eenen of anderen des kundigen geleerden kennis hebben, wien men om opheldering verzoeken kan.

20

men.

•'¦I

De vraag, hoe veel tyds men noodig hebbe, om de merkwaardigheden van Romen te bezien, kan even zonbsp;weinig bepaaldelyk worden beantwoord als de voorgaande.nbsp;Veele reizigers zyn in zes weeken, en fomtyds eerdernbsp;klaar, maar loopen de ftad flegts door, en zien veel dingen in ’t geheel niet, of ten minften zo fchielyk, dat hunnbsp;hoofd met onrype denkbeelden vervuld wordt. Als zynbsp;heen gaan weeten zy zo veel als toen zy kwamen. Dienbsp;Romen met nut bezoeken, zelf naleezea, gelyk wy gezegd hebben, en de merkwaardigfte kerken en paleizen,nbsp;gelyk noodwendig vereifcht wordt, meer dan eens beziennbsp;wil, kan onmoogelyk in minder dan drie maanden gedaannbsp;hebben. Heeft by tyd om een halfjaar tebefteeden, zo zalnbsp;hy ’er des te meer nuts van hebben, en te gelyk het vermaak genieten, die merkwaardige ftad in verfcheiden jaar-getyden te leeren kennen, welken hem, in aanzien der na-buurfchap van Romen zo wel als der leevenswyze, zeernbsp;verfcheiden tafereelen zullen opieveren.

Tot flot deezer Inleiding, willen wy teronderrigtingvan liefhebbers der kond, en reizigers , die verlangen zig vannbsp;boeken en printen raakende de merkwaardigfte zaaken vannbsp;Romen te voorzien, de befte werken aanwyzen. Romennbsp;verdient dit vooral. De menigte der printen is zeer groot;nbsp;dog’er is zo veel middelraaacigs onder, dat het noodignbsp;is, een korte lyft der befte ftukken te geeven, op dat mennbsp;aig niet door onkunde of misleiding met flegte ftukken be-

laade»

-ocr page 35-

et

öooR ITALIË N.

latde. Wy fpreeken hier maar van het geen Romen in Inleiding algemeen betreft; het geen byzondere plaatfen raakt Ro~nbsp;wordt by de belchryving derzelven gemeld.

Aanwyzing der voornaamste boeken en

PRINTEN AANGAANDE ROMEN. nbsp;nbsp;nbsp;,

Toen men in de vyftiende eeuw begon de konften en weetenfchappen te waardeeren, waren de geleerden ooknbsp;fpoedig bedagt op het onderzoeken en verklaaren der oudenbsp;gedenkftukken. Fulvio, Boiflardo, Biondo, Marliano,

Ligorio, deeden zig hierin op: de laatftezogt inzonderheid nbsp;nbsp;nbsp;«

veele dwaalende meeningen , waarin men toen omtrent veele oudheden was, te verbeteren. Alexander Donatinbsp;gaf een aanzienlyk een geleerd werk over oud en nieuwnbsp;Romen in ’t Latyn uit, waarin veel onderwerpen grondignbsp;behandeld worden.

Nardini Roma anticeikmxa na des Schryvers dood, 'mNardini, ’t jaar 1666. in quarto, uit. De fchryver gaat volgens denbsp;¦wyken van Romen te werk, zoekt elk monument zyn regie oude plaats aantewyzen, en het zekere van ’t onzekerenbsp;te onderfcheiden. Dit werk blyft nog in waarde, fchoonnbsp;verfcheiden dingen federt nader zyn opgehelderd geworden. Het is bruikbaar, en ’t befte dat men te Romen bynbsp;’t onderzoeken der oudheden nazien konne. (*}

De Abt Ridolfino Venuti, voormaals Prefident der owimfremith heden te Romen, heeft zig in deeze eeuw door zyne be-fchryving van Romen by de geleerde wereld lofwaardignbsp;gemaakt. Hy had alvoorens een berigt van oud en nieuwnbsp;Romen in twee deelen uitgegeven. Dog alzo hemditniet

vol-

(•) Grzïius heeft het, in ’t Latyn vertaald, volgens Ut nieuwe Bft-van 1704 in zyo Thefamus nbsp;nbsp;nbsp;initljfd.

B 3

-ocr page 36-

i S - B o EK

JnMSing van Ro.

men.

voldoende fdieen, ftélde hy een vollediger befchryvingdet fiad op, die egter na zyn overlyden, en in verfchillendenbsp;jaaren, eerft te voorfchyn kwam. Het eerfle deel bad tennbsp;titel, Accuiata e fuccintaDefcrizione topografica delle An-tkhita di Rotna dell Abbate R. FemiH, 1763. in quarto,nbsp;twee deelen , die gevoeglyk t’zameii kanrren gebondennbsp;tvorden. De plaatfen der ouden zyn vlytig daarin aangehaald, en maaken het boek van gebruik, gelyk ook denbsp;menigvuldige printverbeeldingen, welken de voornaamflenbsp;•overblyffelen in’t kleine voordellen. (1) Her andere deelnbsp;bevat 548. bladzyden in quarto, en voert den titel: Accurata Defcrizione Topografica e Ijlorica di Rotna moderna,nbsp;opera pofluma dell Abbate R, Fenuti ip66. Hierin vindtnbsp;men de paleizen, kerken, en andere merkwaardigheden,nbsp;volgens derzelver tegenwoordi gen toefland befchreeven.nbsp;De 54. plaaten, die by deeze befchryving behooren, zynnbsp;meert van de bekwaaine hand van Piranefi, en dellen denbsp;voomaamfte gezigten van de plaatfen en kerken in Romennbsp;voor.

Den vreemdelingen pleegt men by hun aankomd gemeen lyk twee boeken aantebeveelen, het eene genaamd, Rotnanbsp;ontica e moderna, opa nuova defcrizione di tutti gP cdi-jici antichi e tnoderni, tanto fagri quanto profani, in drie

dee-

1

Een aadcr gewigtig en Icoftbaat werk over de oudheden vaa de nabuuiichap van Romen zyn wy den zelvcn Venuti fchuldig.nbsp;Het kwam ecift in ’t jaat 1769, te Romen in folio uit, onder dennbsp;titel; Veteris Latli ^niiquitatnm aroplljfma Cettetiio, i» qua, pr etternbsp;fxe haSerms vuigata frat, urbes, vilt1, ternpla , balnea , pontes , pifei-na, fepnkra , ftatnut aut faltem rttdera tér fragment a defcn'lmntur, ^nbsp;flus tjiiam CXL, tahb. aen. exbibentnr, dmbus voluoiinibns, quorum pri-mo coHtintntHT mouwmenta vett'-Jia Viburtinu, Tnfitlo óquot; Settna ^ altertnbsp;vera Lauretiiina, OJihnpa, Veliterna, Corana, Nerbana, Albuna, Ari-ejtiia, Lavmiana, 6- Aniintina,

-ocr page 37-

15 o OR I T A LI E Ni

deelen in oftavo, met printen, welkeii een dukaat koften. inleiding In de nieuwlle uitgaaf van 1765. zyn veele fouten van At van Ro-voorige van 1750. verbeterd, dog 00k veelen overgeble-^^®'nbsp;ven,’t welk by werken van dien aart niet anders zyn kan.

den titel (laan een menigte van de befte fchryvers, uitwel-j^en deeze berigten genomen zyn. Het heeft het gebrek der meeften, naamlyk dat alle fchilderyen in de kerken aange-weezen, en de hiftorien van de kerken zelven dikwyls tenbsp;wydloopig zyn. Egter.blyven de twee eerfte deelen eennbsp;bruikbaar werk. Het derde betreft de oude gebruiken vannbsp;Romen, en bevat zo wel de Fajli confulares als de Keizersnbsp;en Pauzen.

Het andere heet,. La Defcrizione delle pitture e fculture diRoma, di Filippo Titi. 1763. Buiten deezen zyn’ernbsp;nog eenige befchtyvingen van Romen, die van minder ge-Wigts zyn, als:

II Mer curio err ante delle gtandezze di Roma, tantoan~ tiche che moderne, di Pietro Rojfini 1750. in 12. Dit werknbsp;is te kort en Onvoldoende.

Trattat» delle cofe piu memorahili di Roma da O. P. Pi-naroli. 1725. 3. vol. in 12. Ten dieiifte der geenen, die niets dan Franfch kennen, heeft men ’er een overzettingnbsp;bygevoegd.

Roma antica diftinta per Regiötti. 1741. 2 deelen in 8.

Daar zyn nog meer befchryvingen van Romen, by voor-beeld eene Franfche, onder den titel, Rome moderne, in 7 deelen, welken wy voorbygaan.

Wy vleyen ons, dat onze berigten van meer gebruik zullen wezen dan alle de opgenoemde werken, wyl zy het befte en merkwaardigfte behelzen, en buiten dat oordeel-Itundige aanmerkingen over de werken der konft opgeeven,nbsp;in fommigen geheel ontbreeken, in anderen alleen uitnbsp;l°üter loftuitingen beftaan. Door zulke oordeelkundige- .

B 4 nbsp;nbsp;nbsp;aan-

-ocr page 38-

S4

Inleiding van Konten.

aanmerkingen wordt de liefhebber gewend tot oordee-len en na denken over het geen hem voorkomt, in plaats dat hy anders by een oppervlakkige befchouwing hetnbsp;fchoonfte niet bemerkt, of in de war gebragt wordt.

Het eerde waarop een reiziger geduurende zyn verblyf te Romen moet bedagt wezen, is het verkrygen van eenenbsp;goede landkaart van den omtrek dier ftad, en een grondte'nbsp;kening van de ftad zelve.

Zodanig eene kaart is de zogenaamde Topografie geome-trica dell agro Komano, da Giov. Batt. Cingolani, op 6. vellen. II Patrimonia di S. Pietro, en II Lazio, elk vannbsp;twee bladen, met de oude naamen’er by, zyn zeer bruikbaar. Benedietus XIV. heeft van den geheelen Ketkely-ken ftaat een voortrelFelyke kaart op drie vellen laaten manken , die ten titel voert, Nuova Carta geografiea di tuttênbsp;lo ftato del Papa, delineata del Padre C. Maire, nellanbsp;guale tutti i luogbi fono delerminati ctn ojfervazioni trig»-nomeiriche e aftronomiebe, del P. Boscovich. (•)

Jan Baptift Nolli heeft een meefterftuk, in opzigt der eifing en der naauwkeurigheid, geleverd, in een fchoonenbsp;grondtekening van Romen. Zy beftaat uit 17. vellen,nbsp;nevens een verkleinde kaart op een vel van ’t nieuwe, ennbsp;een andere van ’t oude Romen, om het groote plan desnbsp;te beter te kunnen nazien. Wien het groote bellek te korthaar

(•) Vaders Le Maire en Boscovich hebben van deeze kaart veiHag gedaan in een fchoon werk, de l!tterar!a expedhione per Pontificiamnbsp;Mlienem, *d dimetiendas dnes Meridiaui gradus, Roma; r75j, in 4.nbsp;Een grondig werk, zo wel voor de geografie van geheel Italien alsnbsp;van den Kerkelykcn ftaat in ’t byzonder, is de jlnalyfe geigraphiqnenbsp;de rItalië, door dcn bekwaainen Ftanfchen aardrykskundigen D'An-villc, nevens een kaart waarin de kaften en de ligging des ganfehen lands,nbsp;nevens die der fieden in k byzonder, zorgvuldig verbeterd zyn, Par.nbsp;1744'in

-ocr page 39-

*5

öooR ITALIË N.

baar is kan zig met de twee laatfteii alleen behelpen. Men Inltidin^ heeft twee plans van Falda, het eene van 12. vellen, env«« /{#•nbsp;het andere van 2. vellen, in de voorige eeuw gemaakt,*”^quot;*nbsp;insgelyks een perfpeftief plan van Antonio Tempefta, opnbsp;13. vellen, en veele anderen meer: dog zy zyn te oud,nbsp;en bygevolg gebrekig , fchoon zy zo veel niet als het plannbsp;van Nolli kollen.

De gezigten, of Vedute di Roma, van Piranefi zyn uitmuntend. Zy verbeelden de fchoonfte kerken, paleizen, fonteinen, en oude gedenkllukken, De geheele verzameling bcllaat ongeveer uit 70. bladen. Zy zyn wel niet fyn,nbsp;dog op een zeer meellerlyke en Iloute manier gegraveerd ,nbsp;en met fraai bywerk vercierd. De prys is zeer redelyk,nbsp;en men kan alle de overigen ontbeeren. Barbault, eennbsp;Ftanfchman, heeft in ’t jaar 1763. een werk in twee folionbsp;deelen uitgegeven , genaamd, Les plus beaux monutnens denbsp;Rome ancienne amp; moderne, en 189. planches, avec leurnbsp;defcriptkn bijiorique- Dog het evenaart het werk van Piranefi op verre na niet. Bonaventara Overbeke Stampsnbsp;degli avanzi delV antica Roma, met top. plaateii, Londen 1739. in groot folio 3. deelen, zyn meer wegens denbsp;zeldzaamheid dan de kond voor een liefhebber merkwaardig. De fchoonfte verzameling van gezigten van ruinennbsp;en oude monumenten, niet alleen te Romen, maar doofnbsp;geheel Italien, zal ongetwyffeld worden, die thans opnbsp;kollen eeniger Engelfchen op 't grootlle folioformaat uitkomt. Zy zyn van Clerifleau getekend, van Zucehi metnbsp;figuuren vercierd, en van Cunego te Romen gefneeden.

Beter gezigten kan de konft niet wel aanwyzen. Zy verwonen of nog niet in koper gebragte monumenten, of Rellen wel bekenden, dog uit een ander gezigtspunt getekend, voor. In ’t jaar 1767. waren ’er 12. bladen van klaar.

Tot de oude gezigten van Romen beboeren die vaö B 5nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Pe^

-ocr page 40-

fnfeiding van Ro-

naen.

Perelle jn klein formaat, it Fedute delleFabriche, Piazze, ê Strade de Giov. Giac. Rojji 1655. en Teatro de Palazzi innbsp;profpettiva di Roma moderna, defignato ed intagliato danbsp;/lief. Speecht , con direzione di Domen. RoJJi 1699. fol,nbsp;Peeze gezigten maaken 142 bladen uit.

Della magnificenza di Roma antica e moderna da Gius.

Fafi, con unafpiegazione iflorica delG.Biancbini. -

1754. in 10. liggingen.

Le veftigie e rarita di Roma antica da Franc. Ficora-«;¦ , in klein folio , met veel figuuren van oude monumenten.

De ruinen der oude tempels, graflieden, en wat van de oude bouwkunft tot heden toe is overgebleven, heeft denbsp;reeds genoemde Piranefi, in een koftbaar werk, ondernbsp;Le Antichitd di Roma,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Het be-

Haat uit vier deelen in groot folio; en de plaaten zyn in zyn kragtige manier , gelyk de boven gewaagde gezig-ten, uitgewerkt. De Romana magnitudinh monumenta,nbsp;welken Bartoli op 138. vellen langwerpig folio gefneedennbsp;heeft, behelzen niet alleen waarlyk beftaande gebouwen,nbsp;maar ook veele tempels, renbaanen, theaters en diergely-ken , welken de konftenaar uit zyn hoofd heeft uitgevonden en afgemaaid.

Van de nieuwe Roomfche openbaare en byzoiiderc gebouwen heeft men verfcheiden geheele werken , als:

1. nbsp;nbsp;nbsp;Infignium Roma templorum profpeBuc, exteriore% inta-

riorefque. 72. bladen.

2. nbsp;nbsp;nbsp;Difegni di varii Altari e Capelle de piu celehri ArchU

tetti. 50. bladen.

3. nbsp;nbsp;nbsp;Palazzi di Roma de piu celehri Architetii difegnati da

Ferrerie, libro I. 44 bladen, libro II. 6i bladen.

II mova Teatro delk Fftbriche di Roma, intagliate da

C.

-ocr page 41-

door ITALIË N.

C. B. Falda, Uhro /. 35 bladen, kbra 11. 17 bladen,

lihro III. 38 bladen, libto IF. 52 bladen, libro F.van Ko- '

30 bladen.

5' Fontane di Roma nelk piazze publiche, intagl. da G. B. Falda, libro /. 33 bladen. Hec tweede deelnbsp;verbeeldt de fonteinen te Frafcati op 18 bladen; hetnbsp;derde die der paleizen en tuinen, 28 bladen; hetnbsp;vierde die van Tivoli, 29 bladen.

¦6. Giardini di Roma da G. B. Falda , calls loro pidntSt akate e vedute. 21 bladen. (*)

Een byzonder, dog bruikbaar werk voor de beminnaars der bouwkunft, is het volgende: Studio d'Architetluranbsp;civile fopra gli ornamenti di ports e finéftre tratti da alcu-«e fabricbe di Roma con Ie mifurè amp;c. da Domenico RoJJt,

1702. Het tweede deel verbeeldt de graflieden,kapellen, en andere gedeeltens van kerken, gelyk ook het derde,

’t welk eerftin 1721. is uitgekomen.

Van de belle oude en hedendaagfche flandbeelden vaa Romen heeft men een voortreffe'yke verzameling in printen onder den titel, Raccolta di flatue anticbe e tuoderno,nbsp;intagliata in acqua forte e abnlino, coUe fpoJlAoni del Ca-val. P. A. Maf ei publicata l'anno 1704. 165 bladen. Watnbsp;verders van oudheden, munten, flandbeelden, gebouwen,nbsp;en de voornaamfte fchilderyen, alleen, of in verzamelingen , is in print gebragt, zal in ’t vervolg op zyn plaats ge-dagt worden. Wy merken alleen nog aan, dat de jongenbsp;Frey de afdrukken der fchoone bladen, die zyn beroemde

vader,

(•) Sandrart heeft de hier opgegeeven werken, Uitgenomen No. 4.

®teft laaten nafnyden, en op zyn kotten uitgegevea, aU No, 1. a, tn 6, geheel, van No. y. maat een deel. De -Uefhebbets kunaeiinbsp;allen, nevens 'Bedort Admlranda Roman. Antiqmt in het X, z.

^ r. deel van de doot den fchryver verzorgde nieuwe uitgaaf vaa de wetken van Sandiart, vinden.

-ocr page 42-

sS

laleiding van Ro-men^

vader, naar de befte fchilderyen van Romen gefneeden heeft, verkoopt. Men vindt ook by hem veele ftukkennbsp;van Audenard, een leerling van den ouden Frey, gedaannbsp;naar de werken van Karei Maratti. Een menigte vannbsp;landkaarten, geheele printenboeken, en enkelde plaatennbsp;naar de fchilderftukken der grootfte meefters in en buitennbsp;Romen, boeken over de oudheden, enz. welken gedeel-telyk van Rofli afkomftig, gedeeltelyk naderhand gemaaktnbsp;zyn , vinden de liefhebbers in de Cakografia papak ^nbsp;waarvan een breede lyft gedrukt is, onder den titel, In-dice delle Stampe cbe fi trovano nella Cakografia papak.nbsp;Dog men moet op zyn hoeden in ’t koopen weezen,nbsp;wyl veele plaaten geheel afgefleten, of anders flegt gefield zyn. Veelen zyn opgehaald, of van nieuwe meeftersnbsp;zeer raiddelmaatig op nieuws gefneeden.

By Chracas worden jaarlyks NoHzie ptr Tanno gedrukt, welken lyften der ovelredenen, van de hooge kollegies,nbsp;profelToren, en veele eenen vreemdeling aangenaame dingen om te weeten behelzen, en te gelyk de ftaatsalma-aak van Romen zyn.

BESCHRYVING DER STAD ROMEN.

Het denkbeeld, dat men zig op de plaats bevindt, waar voorheen de grootfte mannen en helden van Romen gewoond hebben, maakt op alle reizigers, die denken en gevoelen, eenen zonderlingen indruk. Men be-fchouwt de overbiyffelen der gebouwen, welken de over-heerfchers der wereld hebben opgerigt, met een foort vannbsp;eerbied, en erinnert zig by de vervallen brokken de plaatsnbsp;waar voormaals menige heldendaad bedreven is. Onder dienbsp;gedagte zwerft men herora, gelyk de nieuwsgierige Tro-panen by Virgilius;

-ocr page 43-

DÓÓR I T A L I E N. ajr

Rotrun, 1

——i - Juvat ire, amp; Boric a cajlra,

J^ofsrtosque videre locos, littufque relidum.

Bic Dolopum manus, bic favm tendebat Achilles,

^16 gewoon is de fchoone fchriften der Ouden niet vermaak te leezen , ondervindt dit genoegen tien dubbeld, als hy met Horatius, Virgilius, of Juvenalis in de hand, langsnbsp;die rivieren of op die velden wandelen gaat, waar zy voor-maals gezongen hebben, en waar de fchoone natuur hunnbsp;zo veel vertukkelyke denkbeelden heeft ingeblazen. Li-vius, Tacitus, en Cicero, leeft men met veel meer begrip,nbsp;als men de oorden betreedt waar zy fchreeven. Veelenbsp;plaatfen uit de Ouden worden klaarder, en van anderennbsp;ziet men nog meer hoe fchoon zy zyn,.wanneer men zenbsp;naar de omftandigbeden in den oord zelven onderzoekt.

Het genoegen, ten opzigte van het gedenken aan de oude Romeinen, is egter niet het eenige, ’t welk men te Romen geniet. Het wordt daardoor oneindiglyk vermeerderd, dat een liefhebber der konden, en een man vannbsp;fmaak, hier de merkwaaidigde ftad van de geheele wereldnbsp;voor zig ziet. De Pieterskerk heeft haars gelyke niet. Denbsp;pragt der overige kerken, de paleizen verfierd met denbsp;fchatten der oude en nieuwe konft, de befte modellen dernbsp;bouwkunde, maaken het verblyf te Romen nuttig en aangenaam.

De oorfprong der ftad Romen, de gefchiedenis van haa« ren fpoedigen wasdom tot op de tyden van haare verbaa-Zende magt, welke eindelyk den ondergang van ’t Ryknbsp;veroorzaakte, is te bekend, dan dat wy’er ons by zoudennbsp;ophouden. Zy onderging, fints de rykszetelnaar Konftan-titiopolen verplaaift was, veele verwoeftingen, die eennbsp;^•'hecfteibaar verlies aan de konften toebragten. Die vaa

At-

-ocr page 44-

RE I S - BOEK

KomeiK Attilla in ’t jaar 545. was de verfchrikkelykfte. Sedert dien tyd konden zy zig niet weder herftellen, en zoude zignbsp;veelligt, indien de zetel der Pauzen te Avignon geblevennbsp;was, ook nooit weder uit de middelmaatigheid en de armoede hebben opgebeurd. Dog toen de Pauzen hun ver-blyf befteiidig te Romen bleeven houden, en de invloednbsp;van ’t Roomfche höf in die tyden op alle de koningrykennbsp;der Chrtrten wereld veele inenfcheri naar'Romen trok, begon de ftad als van nieuws weder te leeven. Verfcheidennbsp;Pauzen beyverden zig om ftryd tot het verftaayen hunnernbsp;vèrblyf^Taats,’ waartoe de in die tyden weder herllelde kon.,nbsp;fien veel -toèbragien. Van tyd tot tyd bragt men geheeienbsp;fchatten uit de puiuhoopên voorden dag, welken, nevensnbsp;de werken der nieuwe koiiftenaaren, Romen voor de twee-;nbsp;de réis tot de eerfte ftad yan Europa maakten. In dat op-.nbsp;zigE kan mén nog-met Propertius zeggen t

Omnia Romana cedmt miracula terras,

Natura bic pofuil quidquid ubique fuit, r'.v

He veer- Het liedendaagfche Romen wordt in veertien wykeU j of tien vr^^^f^Rieni verdeeld. Voor den tyd van- Sixtus V. telde mennbsp;4ei fla ,g|. juaaf dertien: hy deed ’er de veertiende by, om juiftnbsp;even- zo véél wyken te hebben, als ’er ten tyde van Au-güftus wareil'.-''Onder de regeering van Benediftus XIV.nbsp;wierd de uitgeftrektheid van elke wyk ftiptelyk bepaald.nbsp;Onze befc'bryvih'g is naar de wyken ingerigt. Misfchieanbsp;zou men een order kiezen kunneri meer gefchikt voornbsp;vreerodelingény dOg, zo wel Venuiiesbefchryving van Romen, ais de vérklaaring van het gtoote plan van Nolli,nbsp;Welken men vérmoedelyk te Romen zynde raadpleegen zal*nbsp;zyn naat de wyken Ingerigt, en, behalvendat, heeftdeezenbsp;•tder nog andere, voordeelen, die ons bewogen hebben, ze

te

-ocr page 45-

DOOR ITAL IE N.

te volgen, De naamen der wyken zyn, Rione i. deMon- nbsp;nbsp;nbsp;,

ti, z. di Trevi, 3. di Colonna ^ di Campo Marzo, 5». ¦ di Ponte, 6. di Perione, 7.delfaRegola, %.di SdntEufta-p, ^giia Pigna, 10. di Campitelli, il. di Sant An-ê^h, jj, Ripa, .i%. di Traflevere, 14, di-Borgo.

De Pieterskerk, en het daarby gelegen Vatikaanfch Pa-leis, zyn gehieenlyk de eerfte ftukken, welken de nieuws-gierigheid eens reizigers gaande maaken. vWy wyken dan van onze ofder af, en beginnen met de befchryving daarvan, eer wy de overige merkwaardigheden naar denbsp;der wyken befchouwen, .

HISTORIE DER PIETERSKERK.

De Pieterskerk is dé fchoonfle en grootfte kerk der, wereld. Zy is .het Hieefterlluk van geheel Italian^ dat alleen de reis waardig is,, wyl men nergens een gebouw aantreffen zal, waarin zulk een pragt met den edelften fmaak gepaard is. Men zou ze veelligt met meerder regt een wonderwerk noemen kunnen, dan veelea die in de hiftoriennbsp;als. zodanigen worden opgegeeveii; ten minften is het zeker, dat nog: de tempel te Efezen, nog die van den Olym-pifchen,, of van den,Kapito]yBfchen Jupiter, zo pragtiggefnbsp;Weeft zyn. Alle konftgn hebben om ftryd t’zamen gefpan-nen om ze heerlyk te maaken. Waar; men ’t oog heennbsp;wendé! ziet men nieefterftukken van fchilderkonft, beeld-houwery , bouwkunde .,' mozaifch werk.i, ftukadoorfel*nbsp;bronswerk, en verguldfel. De befte meefters in allerlei kon-ften hebben om ftryd getragt malkander voorby te ftreeven.

Op de Pieterskerk kan men de, vaarzen, die Ariofto op ten verdigten tempel coepaft, zonder buiten de matit te

£»an, overbrengen. nbsp;nbsp;nbsp;,

Sie-

-ocr page 46-

})! Pieter $-

lurk te Ro- nbsp;nbsp;nbsp;Stede un tenipio gt; il piu hello e meglio adorno

«Sf». nbsp;nbsp;nbsp;Che vegga U fol gt; fft1 g,u»nto gira inlorna.

Een kleine vernedering voor de Italiaanen, die denken alleen de konften te bezitten» is, dat hier ook buitenlanders bewonderd worden. Men ziet de ftandbeelden van Francois Qiiesnoi of li Fiamingo, van Le Gros, en Slodz,nbsp;nevens die van Algardi en Bernini, en vindt de fcbilde-lyeii van Ponsfin en Vivien fchoon, al hangen zy naaft dienbsp;van Guercino en Donienichino. Om deeze konftftukkennbsp;wel te onderhouden wordt groote zorg gedragen. De op-zienders houden ’t alles rein en zuiver, (•) en geevennbsp;daardoor deezer kerke een verrukkelyk aanzien. Dit allesnbsp;t’zamen genomen wekt by elk die binnen trédt een foortnbsp;van heiligen eerbied. De met fmaak gebruikte kleine.Iie-'nbsp;raaden verliezen zig door de grootte van ’t gebouw, ennbsp;wekken eene ftille bewondering. Het ooïg vindt te gelyknbsp;eenige ruft by de menigte der konftftukken, en wordt nognbsp;door overbodige fraaiheden in verwarring gebragt, nognbsp;door nutteloozè verguldfelen verblind. En hierin beftaatnbsp;de verborgen kragt van bekooring, waardoor dit gebouwnbsp;by allen, die het eens gezien hebben, een verlangen opwekt om het weder te bezoeken, en hun het eenftem-mig getuigenis afperft , dat men het op nieuws beziende niet denkt de Pieterskerk weder te befchouwen, de-wyl men telkens nieuwe fchoonheden ontdekt.

I

De

1

Veele raenfchen zyn geöadig bezig alles fchoon te maaken. Dit maakt dat men nergens onreinheden bemerkt, en alles ’eruitzietnbsp;ais of Uet nieuw was. Langs de muuren en naat de gewelven wot«nbsp;den de menfckcn in machines ópgetrokken,

-ocr page 47-

DOOR ITALIË N.

De voortrefFelykheid van dit gebouw is oorzaak dat

’er verfcheiden befchryvingen van heeft. De wydioopigfte^er/^.

voert ten titel, II tempio Vaticano e fua origine, da Carlo r,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;’nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;. Gedrukte

^^ntana, Archiletto del Papa Innocenzio XII. 1694. hefchry

foi. met plaaten, Latyn en Iialiaanfch , byna 5®° bladzy- vingen. den dik. In dit boek w'ordt alleen van de bouwkunft dee-zer kerk gefproken, en dezelve met die van het Pantheonnbsp;en den Dom te Florencen vergeleken. Fontana wilde innbsp;een ander werk het binnenfte en de konftftukken befchry-ven, dog bragt het niet ten einde. De Jefuiet Filip Bo-nanni nam dien arbeid op zig, en gaf een vi'ydloopige be-fchryving, nevens de praalgraaven in plaat gebragt, en eennbsp;geleerde hiftorie van den oorfprong en ’t toeneemen deezernbsp;kerke uit, onder den titel, TempliP'aticaniHifioria,Romlt;gnbsp;Ï700, (?) Van de altaaren en reliquien heeft men eennbsp;afzonderlyk berigt, genaamd Altarium Gf Reliquiarum Ba-filica Vaticano: defcriptio bijlorica 1744. De onderaard-fche gewelven heeft Torrigio onder den titel, Le fagrenbsp;Grttte Vaticane, befchreeven. Eindelyk heeft men eennbsp;werk over de geheele kerk van R. Sindone en A. Marti-netti, dat tot een klein begrip van devoorigen dienen kan,nbsp;getiteld, della Bafilica di S. Fietro in Vatican» libri duo,nbsp;in Roina 1750. 2 deelen in 8. Het nieuwile werk is datnbsp;van Petrus Chattard, Nuova defcrizione della Bajtlica £?nbsp;del Palazzo Vaticano 1762. in oft. met plaaten. Van eennbsp;zo merkwaardig gebouw zyn ’er verfcheiden plans, gezig-ten, profils, gelyk men ligt begtypen kan, welken tennbsp;decle afzonderlyk gedrukt zyn. Van de laatften zyn ’einbsp;veel in de Pauslyke Calcograpa te vinden. Zeer naauwkeu-

rige 1

1

In ’i jaai 17Z?. kwamen in Frankijk i? vellen met tekenin'

Sen genaamd Dejfdos dc tont es les ^ ordes ele St, Pierre d Rsjoe V' Joch. 4e Taradi. Zy Waren ectct al in 1659. getekend,

^11 Deei.. nbsp;nbsp;nbsp;“ C

-ocr page 48-

34

P/V/m-f'g® afraeetingen in alle deelen heeft de Franfche Architekt herk, Dmnont voor eenige jaaren te Parys in een vervolg van bladen uitg'ig^ev'en. Van de werktuigen, die by het bouwennbsp;jjer Pieterskerk gebruikt 2yn geworden, handelt het werknbsp;van den beroemden Zabaglia, van wien in ’t vervolg meernbsp;zal gefproken worden, ouder den titel van Contignationcsnbsp;^ Pontes, metplaaten, te Romen 1743. in fol. iiitgegee-veu. Het gevaar ’t welk van de fcheur in de koepel metnbsp;den tyd te wagien is heeft den beroemden wiskundigen ,nbsp;den Marquis Poleni, gelegenheid gegeven, zyne Memorienbsp;ijloriche della grand Cuppola di S. Pietro 1748. in fol. metnbsp;met plaaten uit te geeven, waarvan wy breeder in ’t vervolg handelen zullen.

De berigten aangaande de volgende kerken zullen zo breedvoerig niet zyn , dog de Pieterskerk verdient watnbsp;naauwkeuriger gekend te worden. Het is goed ter formee-ring des fmaaks deeze kerk met vlyt te bezoeken , allesnbsp;oplettend te befchouwen, en ’er een fludie van maaken;nbsp;ten dien einde is liet ook noodig, dat een vreemdeling bynbsp;ons van alles een kort begrip vinde, om niet te behoevennbsp;de aangehaalde wydloopige w'erken raad te pleegen, tennbsp;zy hy over ’t een of ander ftuk byzonderlyk onderrigt wilnbsp;zyn.

Ligging nbsp;nbsp;nbsp;De Pieterskerk ligt aan ’t noord wedclyke eind van Romen,

der kerk, of in de zogenaamde Leonifche Ilad, giudszydo den Tiber, aan den Vatikaanfclien berg. In oud Romen vond mennbsp;hier de tuinen van Nero en de Fia triumphalis.

Conftantinus de groote deed op deeze plaats, toen hy den Chridclyken godsdienft had aangenomen, een aanzien-lyke kerk, van over de 300 voeten langte, bouwen. Innbsp;’t begin der zelliende eeuw zag men ’er nog de overblyffelsnbsp;van. Het zuiderdeei ftond gedeeltelyk op de inuuren vannbsp;de renbaan van Caligula en Nero. In ’t jaar 1447. wanneer

deeze

-ocr page 49-

35

DOOK. ITALIË N.

deeze kerk begon bouwvallig te worden, nam Paus Niko- Phteru laas V. het belluit, eene nieuwe te bouwen. Hy raadpleeg-de den Architekt J. B. Alberti over het door Rofellini op-Segeven ontwerp, dog overleed toen de inuuren pas tweenbsp;^'oet hoog waren. Zyn opvolgers zetteden den bouwnbsp;ttaaglyk voort, tot dat Julius II. de Pauslyken zetel, metnbsp;eenen geeft tot groote onderneemingen gefehikt, befteeg.

Deeze wilde zig door een groot werk vereeuwigen, en hield den bouw der Pieterskerk voor een daartoe gefehikt middel. Hy belloot het ontwerp van Lazaro Bramante te volgen. (•} Men ziet het nog in ’t werk' vannbsp;Bonanni. De kerk moeft veel grooter worden dan de oude, om een deel van ’tnabuurige kerkhof, dat als een heilige plaats befchouwd werd, daar mede in te lluiten. Verders moeft zy de gedaante van een Latynfch kruis, (1)nbsp;met drie fchepen, en aan eiken hoek der voorzyde eennbsp;toren, dog in ’t midden een groote koepel roet drie colonnades boven malkander, hebben. Men verwyt Bramante,nbsp;van door allerlei liften den Paus tot het goedkeuren van zynnbsp;ontwerp gebragt te hebben : ten minften ging Jiy by tom-verhaalen van de oude kerk met zo een drift te werk, datnbsp;veel oude mozaïeken en marmeren monumenten, wier verlies

des jiitj Lii%!ir n'tr de ‘Btxssherifi gevoegd.

c


7.

1

(2’) Men noemt een Latynfch kruis dat ongclvke armen heeft, om 't van het Grkkiche te ondetfeheiden, welks aimen gelyk zyn.nbsp;Over den aanleg der Pieterskerk, zo wel als over de gedaante dernbsp;oude en nieuwe kerken, verdient de fthoone verhandeling van Lenbsp;Rüi gelezen te worden. Zy heeft ten titel, Wflohe dc la dijyojttionnbsp;formes dijférentes les Chrésiens ont donnécs d /ears timples»nbsp;'‘y is ais cen aanhar.gfel by de overzetting van dc AVe«at «mmet-

2

Bramintc was de grootfte bouwmeeftet van zyn tyd, en tegc-lyk cen goed digter. Hy wetd in 1445. te Caltcl Duracte geboren.

-ocr page 50-

36

R E I S-B OE K

Micliaë! Angdo naderhand beklaagde, gebroken wer-ierk. den. Egter bleeven de oude tribunen , (1) de zogenaamde Confcjjlone di S. Pietro, en de vloer der oude kerke, welke federt vecle jaaren als een heiligdom was aangezien,nbsp;flaan.

Julius II. lag in ’t jaar 1500. den grond tot het nieuwe gebouw, en zettede het werk zo yverig voort, dat viernbsp;zeer zwaarè pilaars onder de koepel tot aan de kroon ge1nbsp;reed waren, en in vier groote boogen, waarop de koepelnbsp;ruft, konden gefteld worden. Naderhand heeft men dee-zen fpoed berifpt, en daaraan de zwakheid der pilaaren,nbsp;en het verzakken der boogen toegefclireeven. Bramantenbsp;ving ook aan de nieuwe tribune te bouwen, en bekleeddenbsp;de muuren van buiten met gehouwen fteenen, Peperinonbsp;genoemd. Door het overlyden des Pauzen in ’t jaar 1513.nbsp;en van Bramante in ’t volgende jaar, geraakte herwerknbsp;een weinig aan ’t verllappen. Dog Leo X. doeg ’er denbsp;hand met nieuwen yver weder aan. Giuliano van Sannbsp;Gallo vverd van Floreiicen ontboden, en hem, beneffensnbsp;Giocondo van Verona, een Dominikaan, en den beroemden fchilder Raphael, de voortzetting van den bouw aanbevolen. Zy hielden den grondflag der pilaaren voor dennbsp;laft van zulk een gewelf te zwak, en verfterkten dien deornbsp;zwaare muuren en vafle boogen. San Gallo ftierf in ’t jaarnbsp;1517. Raphael in 1520. en Pater Giocondo verliet Romen. Balthafar Peruzzi werd toen bouwmeeller, die Bra-mantes ontwerp, wyl de uitvoering daarvan te veel tydsnbsp;en koften vorderde, anders inrigttede, en in een Griekfchnbsp;kruis, met behouding van Bramantes koepel, veranderde.

De dood van Leo X. de onluften, en piondering van

Ro-

1

Ttlbunc is ia Italicn de [)laats agter in dc kerk , waar ge» meciilj'k het boLfdakaac ftaat.

-ocr page 51-

37

Dooa ITALIEN.

Romen onder Clemens Vil. veroorzaakten een flüftand in De Pieten-het bouwen, en Peruzzi kon onder dien Paus niet raeerAwA'. dan de van Bramante begonnen tribune ten einde brengen,nbsp;ïaulus 111, greep het werk met grooter yver aan, nam Antoni van San Gallo, den broeders zoon van Giuliano, totnbsp;'^ouwmeefter. Deeze veranderde het plan op nieuws, vervaardigde een model daartoe, dat alleen 4000. daaldersnbsp;koftte, en vervolgde het bouwen tot in ’t jaar 1546. wanneer hy overleed.

Toen verfcheen de grooce bouwmecfter Michael Angelo ^üchaël Biionarotta, diende eer bewaard was, een ontwerp te Angelo,nbsp;ven, dat geen verdere verandering noodig bad. Hy vondnbsp;in het voorige te veel pilaaren en zuilen, welken deels tenbsp;koftbaar waren, deels tegens de edele eenvouwdigheid.

Welke zulk een gebouw vorderde, aanliepen, deels der kerke haar noodig ligt benamen. Hy maakte dan binnennbsp;den tyd van veertien dagen een plan, waarin het Gtiek-fche kruis behouden, en de groote tribune, zo wél als denbsp;beide zytribunen, welken de twee armen van ’t kruis maa-ken , meer verwyderd werden. In plaats der dubbelde pi-lafters boven elkander, gaf hy der kerke door een enkeldenbsp;ly van pilafters een veelgrootfcher aanzien, en lag in elke-tribune drie nifl'en voor even zo veel altaaren aan. Hynbsp;zogt te gelyk de veelvuldige hoeken in het ontwerp zynsnbsp;Voorgangers te verbergen , en bragt het door een eenvouw-digcr fchikking zo ver, dat alles veel beter in ’t oog viel,nbsp;en niets verborgen bleef, maar met een opflag overzieiinbsp;Worden kon. Dc kaepel zettede hy niet op zuilen, gelyknbsp;Bramante en San Gallo, maar op een ftevigen muur, dienbsp;bekwaam was dien ontzaglyken lad te draagen. Het geheelenbsp;gebouw gafhy een voorzyde indenfmaak van’t Pantheon.

Paus keurde het geheele ontwerp van Michael Angelo goed, en benoemde hem tot bouwmeefter, met een onbe-' C 3nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;paaide

-ocr page 52-

REISBOEK

magt om alles naar zyn goeddunken te beftieren. kerk. De arcbitekt misbruikte deeze magt niet. Hy deed denbsp;inuureii van buiten met ftukke» van fcboon travertino be-kleeden, zettede den bouw onder vyf pauzen voort, eunbsp;liet voor zynen dood, in ’t jaar 1504. een model van houtnbsp;vervaardigen, op dat zyn opvolgers geen verandering innbsp;'t bedek raaaken mogteii,

Pius V. benoemde Baroccio da Vignola en Pietro Ligo-rio, welken Michael Angelo reeds gebruikt had, om den-zelven optevolgen, dog met lad van niets aan’t plan diens grooten konftenaars te veranderen. Ligorio, die eene kleine verandering had willen maaken, verloor kort daaropnbsp;zyn ampt. Dus bleef Vignola alleen, dog kon niet veelnbsp;tot ftand brengen, wyl de Paus van wegen den oorlog metnbsp;de Turken tot te zwaare uitgaaven gedwongen werd.

Na den dood van Vignola, in ’t jaar 1573. droeg Gregorius XIII. de plaats van bouwmeeller aan Giacomo della Porta op, en deed door hem de fchoone Gregoriaanfchenbsp;^ kapel, nevens de daartoe behoorende koepel bouwen.nbsp;Zyn opvolger Sixtus V. had den roem, door della Porta,nbsp;die verbaazende koepel, de grootfte in de geheele wereld,nbsp;binnen twee en twintig maanden, te voltooyen. De zelvenbsp;Paus deed in 1586. den grooten obelisk voor de Pieterskerk oprigten.

Clemens VIII. deed de kerk van binnen met raozaifch werk bekleeden, het gewelf met verguld ftukadoorfel ver*nbsp;fleren, de vloer verhoogen , en met marmer bedekken.nbsp;Eindelyk werd de tribune der oude kerke, die tot nog toenbsp;was blyven Haan, in ’t jaar 1592- afgebroken. Deze Pausnbsp;bouwde de Klementyiifche kapel tegens over de Grego-liaanfche. Della Porta had ’er ’t opzigt over tot in ’t jaarnbsp;1604.

Paulus V. heeft geen gering aandeel in dit heerlyke gebouw

-ocr page 53-

39

DOOR ITALIË N.

bouw gehad. Dewyl men ’er byiia een eeuw aan had gear- Dg Piefers-beid, wenfchte hy, dat ten minften het muurwerk tot (imikerk. kwanie voordat de honderd jaaren vol waren. Wat’er nog vannbsp;oude kerk van Konllantyn over was werd omvergehaald,nbsp;en het gebouw ooflwaards langer gemaakt, om nog eenigenbsp;heilige graffteden of grotten daar binnen te bevangen. Tennbsp;dien einde maakte Carlo Maratti een nog grooter plan dannbsp;dat van Michael Angelo. De oude muuren werden in gevolge, van de plaats af waar de kapellen van het koor ennbsp;t heilige fakramenc Haan , afgebroken , een grondHag vannbsp;veertig voet diep gegraven, en de eerde fteen tot deezennbsp;nieuwen aanleg in ’t jaar 1607. en van de voorzydc innbsp;1608. gelegd. Deeze zwaare bouw werd zo yverig voort-gezet, dat in 1614. alles klaar was. Alleen ontbrakennbsp;nog de twee torens op de hoeken der voorzyde. Daartoenbsp;lag men in 1618. den grondflag, dat met zwaare kollen ternbsp;diepte van zeventig voet inoeft gefchieden. PaulusV. hadnbsp;het genoegen voor zyn einde, in ’tjaar 1621. het rainir-wetk der beide torens in gereedheid te zien.

Toen Bernini naderhand , onder Urbaan VIII. de fpits op de muuren van den ecnen toren zetten wilde, gaf denbsp;grond toe. Eenigen tyd daarna ontdekte men fcheuren innbsp;de muuren. Of nu fchoon Beriiini, met andere bekwaamenbsp;bouwmeefters, beweerde, dat dit geen kwaad kon, wildenbsp;het egtei Innocentius X. niet waagen, en liever den torennbsp;weder doen afbreeken.

Uit de langheid van tyd en de menigte van pauzen dat men bezig is geweeft met bouwen, kan men van de grootte en koftbaarheid des werks oordeelen. Volgens Fonta-naas rekening beliepen de kollen reeds ten zynen tyde opnbsp;47000000. fcudi5 of 64000000. daalders, zonderden to-ren te rekenen, die Paus Urbaan VIII. 100000. fcudi vannbsp;bouwen, en Innocentius X. 12000. van afbreeken gekortnbsp;C 4nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;heeft.

-ocr page 54-

40

heeft. Welke fommen zyn niet aan de veelvuldige model kerk. len, veranderingen, verbeteringen naFentanaastyd, en monbsp;zaieken verfpild, en wat koft het gebouw nog niet jaarlyksnbsp;Clemens VIII. heeft een byzondere kongregatie van karnbsp;dinaalen en prelaaten ingefteld, die ’topzigtoverdenbouw,nbsp;’t onderhoud der kerk, en de daartoe gefchikte maakingennbsp;hebben moeiten.

VAN DE PLAATS, DE COLONNADE, EN DE GALLERY VOOR DE PIETERSKERK.

Voor de eigenlyke Plaats der Pieterskerk is een ruim plein, dat verdiende met betere gebouwen omgeeveu te worden. Hetwastewenfchen, dat, om de kerk des te pragti-ger te maaken , volgens het oude ontwerp, van debrngSt.nbsp;Angelo tot aan de plaats der kerke, een lynregte, metnbsp;fclioone huizen bebouwde ftraat getrokken werd’, zo datnbsp;by ’t inkomen van de Ilraat men dit majefluens gebouw tennbsp;eerden in ’t oog kon krygen, en het geduurig daarin behield , tot dat men ’er bykmm,

De zo genoemde Plaats van St. Pieter bedaat uit twee deelen, het voorde is een eirond, het andere een langwerpig vierkant. Het eironde heeft tegen de kerk overnbsp;een grooie opening, welke ten ingang op de Plaats dient.nbsp;Het andere is met een pragtige colonnade, welkehaarsge-lyke niet heeft, omgeeven. Van het eironde gedeelte dernbsp;Plaatsheeft de groote middellyn, zonder de colonnade,nbsp;606. en met de colonnade 712. voet, en de kleine middellyn, als men naamelyk veronderdelt, dat de colonnade toeloopt, 550. voet, De daaraan paaiende vierkantenbsp;Plaats is zpó. yoet lang en 353. breed. De geheele lengte des eironds tot aan de agterfte ronding der kerkinunren,nbsp;bïdraagt löpo. voet. Benediftus XIII. deed de Plaats in

’tjaar

-ocr page 55-

41

DOOR IT ALIEN,

’t jaar 1725. plaveyen , ’c welk alleen 88000. De Pieters-koftce. nbsp;nbsp;nbsp;herk.

Op het midden der Plaats verheft zig de pragtigeEgipti-fche obelisk, die uit een enkeld fluk Oofterfch graniet be-ftaat, 74. voet hoog is, en, volgens Fontana, byna een millioen Roomfche ponden weegt. Zyn geheele hoogte,nbsp;nevens het voetftuk, en het metaalen kruis boven op, bedraagt 124. voet.

Sixtus de V. deed dit verfchrikkelyke gevaarte door den^^^^ oprig-beroemden Domenico Fontana (*) oprigten, die al Z'^nting. kond in de werktuigkunde daarby te hulp roepen moed.

Egter verhaalt men, dat hy zig zo zeer op zyn rekeningen verliet, en niet op het uitrekken der touwen dagt, dat hetnbsp;mislukt, en de obelisk niet vlak op zyn voet gekomen zounbsp;zyn, had niet iemant uit de aanfciiouvvers geraaden, de touwen nat te maaken, waardoor die korter geworden, en denbsp;obelisk in zyn tegte (telling gekomen zouden zyn, De werktuigen waren zeereenvouwdig, en beftonden uit 41. katrollen, waaraan Soo. menfehen en 160. paarden arbeidden.

Het teken werd elke reis met een klok gegeven, en don 10. feptember 1586. kwam de obelisk, onder ’t losbrandennbsp;van ’t gefchut, en ’t luiden van alle de klokken, totnbsp;ftatid, waartoe 52. hoofdbeweegingen gevorderd werden.

De obelisk lag voor dien tyd in de aarde begraaven, agt dagen had men werk om hem uit zyn ligging optehelFen, en

vier

(*) Fon-ana heeft daarover een byzonder werk uitgegeven, waarin alle de werktuigen belchreeven zyn, Della Tranfperiaziotte dcllObelifc»

Vatlcaao dat Cavaltere D. Foniaua-, Arckïtctto di Sijlo V. Rora^ 1550. in fol, met p'aateti. Wyl het bock zeldzaam geworden was, is hetnbsp;in dat van Zabaglia over de werktuigen , 'c welk wy boven ondernbsp;de boeken van de Pieterskerk hebben opgegeven, ais een aanhangfè],

Êvdrukt. In ’t boek de Otelifds van Mcrcati vindt men ’et ook een ^hvoetig berigt van.

C 5

-ocr page 56-

42

JlEIS-BOEK

De Pieters nbsp;nbsp;nbsp;maanden om hem, 300. fchreeden ver, tot aan ’t voet-

kerk. link voor hem gefchikt, te brengen. Hetgehecle werk kwam binnen ’t jaar in order, en koftte den Paus, naar Fontanaasnbsp;rekening, hyna 38000. fcudi, behalveii het metaal van hetnbsp;kruis, en de vier leeuwen, welken de PauslykeKamer tolnbsp;een gefchenk gaf,. De marmeren balurtrade om denzelven,nbsp;en de andere iieraaden, heeft Innocentius XIII. in 1713.nbsp;daarby laaten maaken. Het fondament is zeer breed en diep.nbsp;Het bellaat uit louter kleine keizel- en bakfteenen, die metnbsp;een harden kalk verbonden zyn. Op het voetftuk liggennbsp;de gedagte vier.leeuwen van brons, op de welken de obelisk zonder eenige andere vaftigheid dan zyn eigen zwaartenbsp;ruft. Het raewaïei) kruis op de fpits des obelisks, in hetwelknbsp;wat van hethout van Chriftus kruis bewaard word, is 7. voetnbsp;hoog.

Voorheen was deeze obelisk aan Keizer Auguftus en Tiberius gewyd, waarom men nog op de eene zyde boven aan de fpits leeft:

Divo Cafari D. Julii F. Auguflo

Tiberio Cafari D. Aiigufii F. Augufto facrum.

Paus Si-Ktus V. liet daaronder zetten:

SanHifjimie Cruci Sixtus F. Poiit, Max.

} nbsp;nbsp;nbsp;conjecravit.

E priori fede avulfum Et Caf, Aug. ac Tib.nbsp;y. L, ablatumnbsp;MDLXXXFI. (1)

Wy


1

Op deeze vetfeheiden toewyiiigen ziet het dlftUhm; jiegyptus Soli^ Huis me Kama dicavHnbsp;fact4 ttt pie Sixte CrucL

-ocr page 57-

43

DOOR ITALIË N.

Wy gaan de opfchriften op de vier zyden van nbsp;nbsp;nbsp;voet- 7)^ puten-

ftult voorby. nbsp;nbsp;nbsp;Iterk.

Fonteinen,


Op elke zyde des obelisks ziet men een pragtige fon- ^ ï6in, die dag en nagt Ipringen, en, onder een aangenaam geruifch, een groote menigte watersuitgeeven, waardoor de Plaats van St. Pieter des zomers zeer vetfrifchtnbsp;Wordt. De fieraaden van de zelven zyn door Bernini opgegeven. Van den zelven bouwmeefter is ook het plannbsp;der colonnade, welke de Plaats omgeeft. Alexander VII.nbsp;lag in ’t jaar iö6i. den grondflag ’er van, en onder elevens XI. bragt Bernini ze tot flaiid.

Deeze heerlyke Colonnade maakt een pragtigen over- Be Colon-dekten gang, 5Ö voet breed, die aan beide zyden Plaats tot aan de kerk loopt. Aan den ingang, die metnbsp;drie treeden opgaat, is op eiken kant een paareenvouwdi-ge gevels gebragt, welken op vier zuilen van dorifche order ruften. Deeze» vier zuilen maaken ook drie gangen,nbsp;welker raiddelfte de breedfte is. Zy ftaan in de geheele langtenbsp;der colonnade viervonwdig, en zyn in getal 320. Zyzynnbsp;van travercino a 40 voet hoog, cn van onderen zo dik, dat

t\ve(^quot;mans ze naauwlyks omvademen kunnen. Hec dak dee-zer colonnade is plat, en met een Jjaluftrade omgeeven, waarop 88 ftaudbeelden, ieder, met het voctftuk i6 voetnbsp;hoog, ftaan. Zy verbeelden martelaars, ftigters van Orders,nbsp;cn heiligen, en zyn naar Berninies tekeningen vervaardigd.

De zuilen nevens de ftandbeelden geeven deezer gallerye een hoogte van 65, voet.

Ten einde der colonnade, waar de vierkante plaats een 3anvang neemt, zyn twee lange gangen met gekoppeldenbsp;Pilaaren, welken tot in ’t ponaal of de gallery der kerkenbsp;^-®lf loopen. De deuren zyn met mozaifch werk verfierJ.

Clemens XI. heeft debaluftrade op deeze galleryen insgelyks 48 ftandbeelden, van de hoogte der boven gedagten, laaien bezetten,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Pater

-ocr page 58-

44

De Pieten- P®ter Bonanni rekent de kollen deezer colonnade met de kerk. galleryen op 850000 Scudl. Men zou het pragtige voorkomen der Pieterskerk op geen voortrelTelykcr wyze kunnen vergrooten, dan door deeze Plaats, die eiken vreemdeling, die ’er voor’teerü komt, verbaallheid en verwondering inboezemt.

Het einde deezer Plaats neemt de geheele breedte van de voorzyde der kérk in. Men klimt naar dezelve van drie zydennbsp;langs een breeden trap. De voorzyde heeft groote koriiuhi-fche zuilen, met een attiek of kleine zuilenorder, waarover de koepel op eenigen aflland heen kykt. Alexander Vlf,nbsp;deed dien kollbaaren marmeren trap maaken. De treedennbsp;worden limina Apoflolorum genaamd , en zyn meeft uit eennbsp;piramide, welke men voor de tombe van Scipio uitgaf, ennbsp;die by ’t vergrooten der kerk moell weggenomen worden,nbsp;gehouwen. Beneden aan den trap (laan de beelden vannbsp;Petrus en Paulus. Boven op den zelven is een bordes,nbsp;of groote ruftplaats, ip4 voet breed, en pp. lang, waardenbsp;pauzen en gekroonde hoofden, als zy in ceremonie de kerknbsp;bezoeken, ontvangen worden. Terwyl men den trap opklimt ziet men de grootfche voorzyde der kerk, 366 voetnbsp;breed, voor zig. De grootte maakt dat de deelen derzel-ver in ’t eerft lang zo groot niet fchynen als men ze werk-lyk bevindt, wanneer men nader toetreedt. Dan wordtnbsp;men eerft de Terbaazende hoogte der zuilen gewaar, wel-¦ ke met hetvoetftuk en’thoofdgeflel 86 voet beloopt. Hetnbsp;hoofdgeftel bedraagt 18. de attiek of tweede order 32. denbsp;baluftrade 5. de flandbeelden ló voet; gevolglyk heeft donbsp;geheele voorzyde een hoogte van 157 voet. Deeze hoogtenbsp;fchynt in evenredigheid van een breedte van 36Ö. wat klein;nbsp;dog Maderni wilde de onderlle ronding der koepel, die zignbsp;pragtig daar over heen verheeft, niet voor het oog verbergen , wyl zy der geheele kerke een edel aanzien geeft.

De

-ocr page 59-

45

DOOR ITALIË N.

De voorzyde is met vyf groote openingen en fclioone De Pietert-niflen voorzien. In ’t midden ziet men Chriftns den ApoftelA’^r^,

Petrus den fleutel overgeevende, in basreliëf. Over het onderfle portaal gaat een tweede gallery met balkons ennbsp;niflen, dan komt de attiek of tweede order nevens de ba-luflrade, waarop de beelden van Chrirtus en de ApoftC'nbsp;len Haan.

Men berifpt op het portaal der kerk van Maderni, dat het van wegen de veelvuldige rifalieten niet eeiivouwdig genoeg is; de menigte der verdeelingen beneemen het groot-fche van ’t geheel, en geeven een mager aanzien. Denbsp;middelfle gallery of de tribune, waarvan de Paus den zegen uitdeelt, is te veel verborgen. De kolommen behoorden niet in niflTen te Haan, het hoofdgeftel is te zwak, ennbsp;fpringt niet genoeg uit. Het valt niet genoeg in ’t oog,nbsp;wyl de kranslyft te hoog is, niet genoeg uitfpringt, en onder zig een menigte kleine deelen heeft, die men van verrenbsp;niet onderfcheiden kan. De atticfche order is te hoog, ennbsp;heeft te kleine karnis: de daarboven flaande baluflrade is,nbsp;naar evenredigheid van de geheele hoogte der voorzyde ^nbsp;te laag. De daarop geplaatfte flandbeelden hebben ietsnbsp;plomps. Het breede rifaliet met zuilen heeft een tweedenbsp;rifaliet, waarop de gevel ruft. Het zou veel eenvouwdi-ger en edeler geweeft zyn, als de gevel over het geheelenbsp;breede rifaliet der zes fclioone kolommen, die twaalf palmen in de middellyii houden, gelopen had, waardoor mennbsp;de menigvuldige kleine en magere verdeelingen van het portaal had kunnen vermyden, en een grooten, met de koepelnbsp;beter geëvenredigden gevel, verkrygen. De niflTen aan denbsp;Voorzyde worden wegens de goede evenredigheid, doornbsp;Michael Angelo opgegeven, geroemd. In ’t algemeen zynnbsp;*n de geheele buitenfte architektuur der kerk te veel rifa-lieten gebragt, waaruit een mengelmoes van eeiivouwdig-

held

-ocr page 60-

46

Dff PieUrs-^^^^ konft ontflaat, ’t welk hetgrootfche aanzien van b'ït

ier^, geheel benadeelt. De voet, welke rondom gaat, en waarop de korinthifche pilafters (laan, doet een voortreflelyke uitwerking, en heeft een goede evenredigheid. De ven-llerlyHen in de attiek zyn te klein, en vallen niet wel innbsp;’t oog.

Bc Koepel. Schoon de groote koepel agterwaards (laat, brengt zy egter veel tot fieraad van de voorzyde toe. Zy heeft eerftnbsp;een hoekigen, dan een ronden voet, met een llerke kar-nis, de welke van boven zo veel uitfpringt, dat men opnbsp;de ronding, of gelyk het de Franfche architekten noemen,nbsp;op den trommel, met een koets met zes paarden ryden kan.nbsp;Op deezen tweeden voet verheft zig de trommel met eennbsp;korinthifche zuilenorder, daarop (laat een attiek, welke denbsp;eigenlyke koepel draagt. Op de koepel rud de lantaarn,nbsp;waarop men een piramide, die met een grooten kogel, ennbsp;een daarop geplaatft kruis, verfierd is, gedeld heeft. Ditnbsp;geheele deel der Pieterskerk is een meederfluk voor denbsp;evenredigheden. De breedte is tot de hoogte wel geëven-redigd, dog zy zou nog beter uitwerking gedaan hebben,nbsp;als men het hoofdgedel boven de gekoppelde zuilen geennbsp;rifaliet gegeven had. De attiek daarboven is van een goede evenredigheid, en met fmaak verfierd. De,kromme linie der koepel kon van geen edeler gedaante zyn. De drienbsp;ryen openingen rondom de koepel doen een goede uitwerking , alleen fchynt de middelde ry wat te groot. De lantaarn rud onmiddelyk op de koepel zonder piededal, ennbsp;is met gekoppelde ionifche zuilen, en een kleine atttiek,nbsp;verfierd. De piramide op dezelve is van een goede gedaante, en de kogel fchynt niet te groot, fchoon by zevennbsp;voet in de middellyn heeft.

Aan beide zyden der groote koepel daat een kleine. Zy zyn agtlioekig, en met korinthifche zuilen en piladers verfierd.

-ocr page 61-

DOOR ITALIË N.

fierd. De gedaante is fraai, en naar de grootte welgeëven-^^p^j^^^j, redigd. Vignola heeft ’er ’t bedek van gemaakt.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;kerk.

Men komt in ’t groote portaal der kerk doorvyfdeutcn,Por-van de welken drie vierhoekig met ionifche zuilen, twee met arcades zyn. Het portaal is breed, en van eennbsp;ichoone evenredigheid, misfchien wat te lang. Aan des-zeifs beide hoeken ftooten de ’ twee galleryen aan, waardoor men van de groote colonnade der Plaats komt. Hetnbsp;portaal is 219 voet, en met beide groote openingcn aannbsp;elk eind 447 voet lang, 39 voet breed, en 98 hoog.

Aan ’t gewelf ziet men ryke fieraaden in basreliëf en verguld ftukadoorfel. Daar zyn twee fonteinen in, die dienen om alle vuiligheid wegtevoeren. Aan beide de bultende einden des portaals daan de beelden van Kondantyn en van Karei de grooten, welken de kerk zo veel te danken heeft. Zy w'orden te paard zittende verbeeld. Kareinbsp;de groote is van Cornaccini gemaakt, dog niet wel uitgevallen. Het beeld van Kondantyn door Bernini verdientnbsp;niet meer lofs. Daar is wel veel handeling in, dog alles isnbsp;bnitenfpoorig. De Keizer wordt verbeeld als toen hemnbsp;het kruis, gelyk men vertelt, verfcheen, ’t welk, regensnbsp;het beeld over, op een arcade zig vertoont, met het op-fchrift, Ambulabunt gentes in lumine tuo , Gf reges innbsp;fpkndore. Ry dit dandbeeld is een trap, die naar de hovende gallery of tribune leidt, en te gelyk in ’t Vatikaan-iche Paleis. Bernini is ’er de uitvinder van, en heeft ’ernbsp;de ionifche order by gebruikt.

De vloer van ’t groote portaal is marmer van verfcheiden hleuren. Clemens X, deed ze door Bernini raaaken. Denbsp;twintig zuilen aan de hoofdiiigangen verderen het portaalnbsp;Ook zeer van binnen. Men ziet hier de dandbeeidennbsp;van verfcheiden pauzen door Bonvicino. Boven demid-lt;^21110 deur vindt men de beroemde Mozaïek van Giotto,

ge-

-ocr page 62-

2)gjp/^^^^.^.geraeenlyk la Navicella of la Nave del Giotto gmnmi, kerk. om ckt zy Petrus verbeeldt, geduurende den ftorm op denbsp;zee wandelende. (*) Benediftus IX. liet ze vervaardigen,nbsp;Paulus V. lierftellen, en Alexander VII. hier plaatlen. Zonbsp;wel van wegen de konfl: als den ouderdom is het een fclioonnbsp;Huk.

Van deeze gallery gaan vyf deuren, naamelyk even zo veel als de oude Bafilica had, in de kerk. Een Ideindere,nbsp;behalven deeze vyf, is altyd toegemetfeld. Zy heet denbsp;Heilige deur, wyl zy federt de zeftiende eeuw alleen allenbsp;vyfentwiiitig jaaren eens, by den aanvang van ’t jubeljaar,nbsp;geopend, en ten einde van ’c zelve weer toegemetfeldnbsp;wordt. De pelgrims zyn dan gewoon de brokken kalk en fteennbsp;als heiligdommen opteraapen. Aan den muur van deezenbsp;deur is een kruis van verguld brons, en de poften der deuren zyn van violet marmer, welke kleur van marmer daarom Marmo di Porta fanta heet.

Drie van deeze vyf deuren hebben fchoone marmeren zuilen. De flagdeuren der middelfte zyn van brons, ondernbsp;Eugenius IV. door Antonio Filareto van Florencen, en Simon, Donatelloos broeder, gemaakt; zy verbeelden hecnbsp;leeven van den genoemden Paus. Geduurende het jubel,nbsp;jaar komen ’et ook bronzen flagdeuren in de heilige deur.nbsp;Tusfchen de groote deuren ftaan drie lange opfchriften,nbsp;waaronder het middelfte uit vaarzen, door Karei den groeten ter eere van Paus Hadriaan gemaakt, beftaat. Bovennbsp;de middelfte deur, tegen over het fcheepje van Giotto,nbsp;heeft Bernini in een basreliëf Chriftus afgebeeld, daar hynbsp;tot zyn Apoftelen zegt, -weidt mjne fchaapen.

De

(») Hierop zinfpeelde ïnnocentius IX. toen hy deeze ftoute vaarzen aan Keizer Frederik II. zond.

Niterls mcajfttr» navtm fnbmergers Petn,

Flttditat, ajl nbsp;nbsp;nbsp;mirgitur HU rotit.

-ocr page 63-

45;

»ooR ITALIË N.

De gallery boven dit portaal is met zuilen, pilaflers, en])ePhtérU balkons verfierd. Het middelfte balkon is de Loggia^msxkerhnbsp;de nieuwverkoren pauzen ten aanzien van het volk gekroond worden. Van hetzelve deelt ook de Paus op wittennbsp;donderdag den waren geloovigen den zegen uit, en ver-'^loeki de keilers, na’t uiiblaazen en wegwerpen van wafch-kaarflen , en ’t leezen der bulle in coena Domini. (*)

Deze gallery wordi lot een conclave gebruikt; dog men metfelt dan de venders en openingen naar de Pieters-plaats toe , om alle genieenrchap met de ftad voorteko-men.

. HET binnenste DER PIETERSKERK.

Wy treeden nu in de kerk zelve binnen, om daar dö grootheid, de pragt, en den edelen fmaak, als de dtie Hukken welken haar tot het volmaaktfte gebouw der wereldnbsp;maaken, te bewonderen. Als al eenige kleinigheden mog-ten kunnen berifpt worden , zo verliezen zy zig in de groo-te fchoonheden van ’t geheel. Deeze kleine misflagen be-flaan, of in een gebrek aan fmaak in de bouwkunfl: zelve,nbsp;of in de zamenvoegingen, of in de fieraaden. De laatileanbsp;bemerkt men naauwlyks uit hoofde van de grootte des ge-bouws, en, om van ’t eerde te oordeelen, worden be-kwaame architekcen vereifcht, en die moeten, om zeker tenbsp;gaan, eerft nog wel hun oordeel grondig onderzoeken,nbsp;een bewys dat die misllagen weinig in ’t oog loopen,nbsp;en van anderen in ’t geheel niet ontdekt worden.

Zonderling is het by ’t intreeden in de kerk, dat men °vcr haare fchoonheid en grootte niet verbaasd wordt;

zelfs

( I In het iaat ilïo. gt;* deeze merkwaardige bulle niet geleezea geworden.

RI. Dêel. nbsp;nbsp;nbsp;d

-ocr page 64-

so

De PieUrs-^^^^^ denkt men niet datzy van binnen 575 voetlang, en tot kerk. het gewelf toe 442. hoog is. (*) De groote deelen deezesnbsp;ontzaglyken gebouws hebben een zo natuurlyke evenredigheid, dat niets te lang, te breed, nog te hoog fcbynt.nbsp;Men merkt de reusagtige grootte der byzondere deelen nietnbsp;eer, als wanneer men ze eik op zig zelf, en buiten ’t verband met het geheel, befchouwt; dan hlykt het eerft, datnbsp;verfcheiden kapellen zo groot zyn als veele middelmaatigenbsp;kerken. By ’t inkomen in de kerk fchynen de marmerennbsp;kinderen, die de wywatervaten honden, de gewoonenbsp;grootte van vyfjaarige kinderen te hebben, dog van nabynbsp;ziet men, met verwondering, dat zy 6 voet lang zyn. Denbsp;juidheid der evenredigheden maakt ook , dat de grootenbsp;deelen, in ’t geheel befchouwd, van gewoone grootte, ennbsp;niet buitengemeen fchynen. Sommigen zien het als eennbsp;gebrek aan, dat deeze kerk geen verbaasdheid vervvekr.nbsp;Dog een foort van eensklapfche verwondering verwekkennbsp;ook veele gothifche kerken. Wy ilaan verheid over denbsp;hoogte deezer kerken, om dat de gangen fmal, de zuilennbsp;zeer dun zyn, en van boven met enge gewelven geflotennbsp;worden. Om die zelve redenen fiaan wy ook verheid overnbsp;haare langte. Diergelyke , aandoeningen verwekt de Pieterskerk by geenen vreemdeling; dog daarin beflaat ook haarnbsp;volmaaktheid.

j , De grooifte en beroemdfte kerk, ten aanzien der bonw-de Pieterskerk, zonder twyjfel, die van St, Paul te London. (**} Zy heeft in haar aanleg veel

over-

(*) De afinectingen hier gebruikt zyn volgens den Paryfehen voet. Het zelve heeft plaats umtrent de colonnade cn de plaats van St.nbsp;Pictet.

(•») Zy wierd gebouwd tusfehea de jaaren 1675. tot 172j. Men fchat de koftcu op andcihalf laillioenen ponden ftctlings.

-ocr page 65-

51

DOOR ITALIË N.

overeenkomft met dé Pieterskerk te Romen; dog haar breekt die edele en natiuirlyke fmaak, fclioon zy altyd een hrhnbsp;voortrelFelyk gebouw blyft. Ondertusfchen is zy in 'allesnbsp;van kleindet evenredigheden. De langte bedraagt maarnbsp;4^9 Paryfche voeten, de breedte 233. en de hoogte 319*

De Pieterskerk daarentegen is met de muuren en het voorportaal 666 voeten lang. Van binnen is de langte,nbsp;gelyk wy reeds boven zeiden, 575 voet. Het middeldenbsp;fchip is 84. en de geheele kerk met de muuren 284 voetennbsp;breed. De kruisgang is van binnen 410 voeten lang, ennbsp;70. breed. Van de Cathedra Petri tot aan het kruis rekentnbsp;men 170 voet, en van den grond tot aan de fluitiug van ’tnbsp;gewelf, dog zonder de koepel, 142.

In ’t algemeen zyn de deelen onderling in éene voortreffe- Jfmeeiin-lyke betrekking. Het middenlichaam, de buik, of zo alsgeuderPli' ’t de bouwkundigen noemen, hst/chip, is welnbsp;digd, de fchoone groote koepel ftemt met het geheel overeen; daaragter ligt het koor, ’t welk zig naar beide denbsp;voorgaande deelen volmaakt wel fchikt. Van agteren looptnbsp;het rond , zo wel als de beide einden des kruisgangs,nbsp;waarvan elke arm zo lang en breed is alsTiet koor. Ternbsp;zyde der hoofdkoepel zyn ’er kleinderen, die met degroo-le wel overeenkomen, dog op haar zelven befchouwd tenbsp;hoog zyn. Het groote fchip heeft op zyde een paar gangen met kleine koepels, welken veel tot het pragtige aanzien der kerk bybrengen, dog anders wegens de eirondenbsp;figuur en de groote hoogte niet wel in ’t oog vallen. Ooknbsp;herifpt men ’er aan, dat de, van Maderno ’er bygevoegdenbsp;zydvleugels, te donker zyn, wyl zy geen eigen ligthe’oben,

De geheele kerk is met groote koruuhifche pilafters ver ¦ fierd, welker voetftukken op de vloer der kerk (laan ; opnbsp;hoofdgeftellen ruft het gewelf. Het kapiteel deezetnbsp;P'l^flers is niet fchoon, dog hun hoofdgeftel is wel ge-D 2nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;even-

-ocr page 66-

De nbsp;nbsp;nbsp;e'^enredigd; rae” liad maar de holle lyftenin de kornis niet

^er/i, moeten weglaaten, en de druitels der korniiTenzo breed als de kroonlyften maaken. Het gewelf is in groote vakken,nbsp;roet verguld ftukadoorfel verfierd, afgedeeld. De met reus-agtige flandbeelden bezette niffèn in de vier hoofdpilaaren,nbsp;die de koepel draageu, zyn wel geëvenredigd; daarentegen fchynen de.galleryen daarboven te hoog, en als of zynbsp;van boven neder komen wilden, De ronding van dennbsp;trommel is met kotinthifche pilafters omgeeven, en hetnbsp;daaronder liggende hoofdgeftel is van goede evenredigheid.nbsp;De koepel, die op de reeds gedagte ronding ruft, heeftnbsp;een uitmuntende gedaante, dog de fieraaden komen vannbsp;wegen de veeie kleine verdeelingen in ’t geheel niet welnbsp;uit.

Het fcliip heeft op elke zyde vier groote boogen, welken naar vier kapellen leiden. De groote pilaars ciisfchen deeze boogen zyn aan de binnenzyden , of onder de boogen, met twee ryen niflen voorzien; in de onderften zietnbsp;men flandbeelden van deugden in flukadoorfel. Inno-centius X. heeft ze door goede meefters doen maaken. Denbsp;dekflukken, waarop zy ftaan, ftceken verder uit dan denbsp;pilafters, liet welk niet wel ftaat.

De binnenzyde, waarin de kerkdeuren zyn, en welke tegen het hoofdaltaar over is, bevalt, wegens de veeienbsp;openingen en deuren, byna het minft van de geheele kerk,nbsp;enzouzig beter tot een woonhuis dan voor een zo pragtignbsp;gebouw fchikken. Aan veeie pilaars van de arcades zietnbsp;men kleine kinderen van marmer, houdende medaillons metnbsp;de beeldteniflen van fommige pauzen, tiaraas, fleutels, ennbsp;andere dingen, tot de Rooinfche kerk betrekkelyk. Zynbsp;zyn van een der leerlingen van Bernini, volgens zyn manier , dat is de kinderen vleefchig, gemaakt. ’T zou beternbsp;flaan, als de tusfehenruimteus der pilaaren eenvouwdig ge-

ble-

-ocr page 67-

53

nooR ITALIË N.

bleven waren. Het geen men ’t meed aan defieraaden der/)^ j. kerk berifpt. zyn de hier en daar in de tiisfchenruimtensto'/f.nbsp;gebragte bekieedingen van marmer van verfcheiden kleuren,nbsp;waarin over ’t algemeen geen goede fmaak heerfcht.

I^e vloer der kerk is van ingelegd marmer, en in verfcheiden vakken afgedeeld. Delia Porta deed onder Clemens VIII. het werk beginnen, en Dernini bragt het onder Innocent X. tot ftand,

De reeds gewaagde vvywatervaten by ’t inkomen in fchip der kerke zyn aartig uitgedagt. Vyfjaarige kinderen frï/t?;;.nbsp;van wit raaamer, dog die van naby 6 voeten lang zyn,nbsp;draagen de vaten, zynde een paar fchelpen van antiek geelnbsp;marmer. De agtergrond verbeeldt een tapyt van blaauwnbsp;marmer. Zy zyn eenigzins buitenfpoorig gearbeid , en vannbsp;verfcheiden nieuwe meefters in’t jaar 1725. tot ftand ge-bragt.

By den ingang liggen ter wederzyde een paar fteenen: op dien aan de regterhand zyn , volgens het opfchrift,nbsp;veele martelaars onthoofd, en op den ander’ heeft Pausnbsp;Sylvefter de reliqiiien van Petrus en Paulus, uisfchen denbsp;beide naar hen genoemde hoofdkerken te Romen, verdeeld. In de laatfte nis ter regter hand ftaateenoud (land-beeld van Petrus in brons, 't welk men veel wonderw-er-kcn toefchryfc. Eer wy de kapellen befchouwen, wenden wy ons naar ’t hoofdaltaar, ’c welk midden onder denbsp;koepel op zig zelf Haat, en door zyn heerlyke venooningnbsp;de oogen by ’t inkomen op zig trekt.

Men noemt gemeenlyk het graf onder het hoofdaltaar Waarin de overblyffelen der Apoftelen bewaard wordennbsp;daarna ook in een ruimen zin het hoofdaltaar zelf, Lanbsp;^'’«/èjTtone di 5. Lutro, De heilige Anacletus, tweedenbsp;opvolger van Petrus, bewaarde de beenderen deezes Apo-ftels in een onderaardfche kamer, w’aar de eerlle Chtifte-

D 3 nbsp;nbsp;nbsp;nea

-ocr page 68-

54

REIS-BOEK

Be Pieters '^’^'^ hun godsdiend verrigteden. Onder Paus Sylveder en kerk. keizer Konftantyn wierd het graf pragtiger opgebouwd, ennbsp;daarover heen een kapelle, la Confejjhtie genaamd, opge-rigc, waar de geloovigen hunne gebeden kwamen doen,nbsp;cn middels een gat in den grond het graf met doeken ennbsp;anderfins konden aanraaken, waarvan zy zonderlinge uitwerkingen verwagtten. Op deeze ondcraardfchc kapelnbsp;ftond het hoofdaltaar, dat Gregorius van Tours reeds bé-fchryft. By den aanleg van het tegenwoordige altaar is denbsp;ligging van het oude, zo wel mooglyk, behouden. Mennbsp;ziet nog onder het altaar een nis met bronzen traliën ennbsp;een vierkante opening, nevens het beeld des Heilands, datnbsp;Innoccntius III. omtrent het jaar 1200. maaken deed.nbsp;Deeze opening heette voorheen Bilicus of Umbilicus Con~nbsp;fejjmis. De nieuw gewyde Pallia der aardsbisfehoppennbsp;worden ’er nog opgelegd , ’t welk men houd even zo kragtignbsp;te zyn, als of zy zo van ’t lichaam des Apoftels gekomennbsp;waren. (?) Benediclus XIV. heeft dit voorregt der Pieterskerk door eene buiie in ’t jaar 1748. bekragtigd, canbsp;bevolen, dat de Pallia allen des avonds voor St.Pietersdag,nbsp;na de vefper, gew'yd zouden worden. Bernini gebruiktenbsp;by de grondlegging der groote zuilen voor dit altaar denbsp;grootfle zorgvuldigheid, om de graven van Petrus en Pau-lus, wier gebeente hier ruil, niet te ftooren.

Men gaat naar de Confeffione langs een dubbelden marmeren trap voor het altaar liggende. Op de leuning daarvan branden dag en nagt honderd zilveren lampen. De kapelnbsp;zelve is van binnen met koftbaar marmer bekleed. .Voornbsp;de zelve, of in de eigenlyke Confeffione, liaan vier zuilennbsp;van alabailer, die zeer hoog gefchat worden. De bronzennbsp;llandbeelden der beide apollelen zyn van Bonvicino. Denbsp;fieraaden der kapel heelt Maderni uitgevonden.

Het

(*) AsÜSe Pallium Ae (erftre Sanili Fftri,.

-ocr page 69-

door ITALIË N.

Het verhemelte des hoofdaltaars is het grootrte werk Be Pieten-brons dat men heeft. Het belfaat uit vier dikke gewonde-ne zuilen j die op marmeren voetft ukken rurten. Een è.ss:-Verhemelt o de deel der zuilen is gellreept, de twee anderen met loof-^«^ Hoofd-werk en kindertjes verfierd. De vinding der piedetlalsnbsp;kapiceelen is fraai, en het hoofdgellel heeft eene goedenbsp;evenredigheid, De engelen, die op de zuilen liaan, fchik-ken zig wel naar den eigenlyken hemel van ’t verhemelce»nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;\

die van een andere gedaante en evenredigheid is. Het altaar ligt tiisfchen de twee voetftukken der voorfle zuilen.

Urbaan VIII. uit den huize Barberini, deed dit altaar onder’t opzigt van Bernini, en naar zyn tekening, aanleggen, waarom men hier en daar aan den hemel byen ziet, die uitnbsp;het wapen van Barberini genomen zyn. Op Sr. Pieterfeednbsp;in. 1633. werd de ftellaadie weggenomen, en bet altaarnbsp;voor de eerlle maal aan de oogen der Romeinen vertoond.

Van den grond der kerke tot aan het bovenfle fpits van ’t kruis bedraagt de gantfche hoogte 122. voet. Het voet-fluk houdt II, de fchaft^48 , het hoofdgellei ii, de hemel 39, en het kruis 12, voet. Tot het geheele werk zyn,nbsp;naar Bonauies opgaaf, 129003 ponden brons gebruikt geworden. De kollen beliepen 120000 daalders, zonder hetnbsp;koper , ’t welk uit het portaal van ’t Pantheon genomennbsp;is. O

De Paus alleen mag op dit altaar de mis leezen. Alshy

de

(•) De Paus liét daarenboven nog So. Hukken gelchuts daarvan gieten, waardoor hy by de liefhebbers llegren dank behaald heeft.

Pfulcri

Men leeft onder *£ ponaal van 't Pantheon, niet zonder verdriet, het ''olgende opfchrift. Uriantis VIII. Pont. M.tx. vetnjins x.nci Ucmimtnbsp;re/iyR/öj, In VAtitnnns celiunnas ^ hellica torment a ccnjlavrt y ut decorntnbsp;'uutilU ir iffi propt fnmx ignota, fitrent in Vaticant templo Jpojloll:

in Hadrima arce inftrurtsenta ptthlUx ficurkatis.,.


ernamenta,


Mcxxxa. Pomif. IX.

-ocr page 70-

56

REISBOEK

De Pieters-Ae gfoote mis doet flaan ’er gouden kandelaars op ’t altaar, ier/i. Qp ^vitten donderdag wordt een met lampen verligt kruisnbsp;’er opgerteld. Van dit altaar overziet men de lengte vannbsp;den kruisgang, die 410 voet bedraagt. Een opfchrift ag-ter het altaar van Simon en Juda zegt, dat de Dom te Milaan , een der grootfte kerken in Italien, niet zo lang isnbsp;als deeze kruisgang.

Koepel. Boven dit altaar ftaat de koepel, het merkvvaardigfte deel des gebouws, en het meefterftuk van alle koepels. Bramante nam wel in ’t jaar 1506. voor, deeze tot de groot-fle koepel in de wereld te maaken, Hy lag de ontzaglykenbsp;pilaars, die ze draagen, aan, en floot de vier boogen, waardoor ze onder malkander verbonden worden. Michael Angelo zette naderhand ’er den trommel of den ronden cilinder op, die van deeze boogen tot aan ’t begin van ’t gewelf der koepel gaar.

Fontana, na den geheelen bouw befchreeven te hebben, doet ’er by, (*) dat deeze koepel alle ouden en nieuwennbsp;overtreft; dat Michael Angelo fayna een meer dan inen-fchelyk verftand daaraan getoond, en dat de konft nietsnbsp;voorgebragt heeft, 'i welk met deeze koepel vergeleekennbsp;worden konne.

In den binnenften omgang des trommels liaan zellien groote pilafters om een rondom loopend piedefial. Denbsp;koepel is, van de vloer aan gerekend, 340 voethoog, en denbsp;middellyn heeft 132 voet van binnen. Het gewelf zelf isnbsp;tot aan de lantaarn ió8 voethoog. Clemens VIII. heeft hetnbsp;met mozaïeken doen verfieren. Boven in zietmen God dennbsp;Vader, naar de tekening des Ridders d’Arpino, en ondernbsp;zyn zes ryen engelen, apoftelen en heiligen. Aan de viernbsp;hoeken, waar de hoofdpilaars zig met de boogen vereeni-

gen,

(*) Pag, 318, van zyn befchryving der Pieterskeik.

-ocr page 71-

57

DOOR ITALIË N.

gen, zyn de vier Euangeliden met hunne eigenfehappen, j)ePieten^ volgens Csefar Nebbia, en anderen, in mozaïfch werk.te'^.nbsp;Bonanni noemt alle de raeefters die aan de mozaïeken deeper koepel, welke in 1603. tot (land kwam, gearbeid heb-Ondertusfehen is niet te lochenen, dat de mozaïekennbsp;2an de gewelven, wegens den gians der gepolyde lleenen,nbsp;nooit een goed ligt bekomen, en by gevoig nooit de ver-eifchte werking doen.

In de vier groote pilaars, welken de koepel draagen, zyn tegen het hoofdaltaar vier niflen, in elke welker tz'o.bedden innbsp;reusagtig ftandbeeld van marmer (laat. Het eerft is de hei- pilaars.nbsp;lige Veronica van Francifcus Moco. Het werk is niet wel St. Fero~nbsp;gedaagd, de drapery en de zweetdoek zien ’er uit, als of^**^*

’er een (lerken wind onder blies. Als Bernini, die Moco niet gunftig was, hem dit, by ’t opregten der (tandbeelden innbsp;de Pieterskerk, verweet, antwoordde Moco, dat hy nietnbsp;ontkende, dat de zweetdoek fcheen te verwaayen, en geennbsp;Wonder, daarboven door de koepel zo veel winds in kwam.

Om dit fcherpe antwoord te begrypen, moet men weeten, dat deeze fchoone koepel een fcheur boven in gekreegennbsp;heeft, en dat men Berniai befehiildigde, de fondamentennbsp;der groote pilaaren door ’t aanleggen eens onderaardfehennbsp;altaars verzwakt te hebben, fchoon Bramante en Michaelnbsp;Angelo hem wel voor de gevolgen gewaarfchuwd hadden,nbsp;toen men de pilaars wilde aanraaken.

Het tweede beeld is van de heilige Helena met het kruis Hek' van Chridus en de nagelen, door Andreas Borgio. Het««.nbsp;is wel gekleed, en in den fmaak der Ouden.

Longi'

Het derde, misfehien een van de flegtften van allen die^y^^

®evnini ooit gemaakt heeft, verbeeldt den heiligen Longi-ws. ttns. De tekening is vol onnaauwkeurigheden, en de mantel zonbsp;quot;fonderlyk gedrapeerd, dat men naauwlyks begrypen kon-(’C, hoe de konftenaar op zulk een inval gekomen is.

D 5 nbsp;nbsp;nbsp;Het

-ocr page 72-

58

r)ePieter’~ nbsp;nbsp;nbsp;beeld, verbeeldende den heiligen Andreas,

kerk. . is het fchoonfle in de geheele kerk. Fiamingo, of Frans St. An- Quesnoy, heeft het in een meefteragcige manier uitgevoerd.nbsp;dreas. Bernini, die gcenen kiinftenaar, en gevolglyk ook deezennbsp;niet, gunftig was, had van Fiamingo, die veel kindertjesnbsp;vervaardigde, gezegd, dat hy voor de Pieterskerk ooknbsp;niets als een groot kind maaken zon. Dit trof Fiamingo,nbsp;hy fpande zyn geheele genie aan, en leverde een meeftcr-ftuk , ’t welk Beriiinies werk verre overtrof.

De gedagte vier Itandbeelden zinfpeelen op de vier voor-naainfte reliquien der kerk, welken van de over dezelven geplaatfte galieryen, (*) op zekere dagen van ’t jaar dennbsp;volke getoond worden, iiaamlyk, den heiligen zweetdoek,nbsp;de fpeer, waarmede de krygsknegt, of de naderhand heilige Longinus, de zyde vanChriftus doorftak, eenftukvannbsp;het kruis, en het hoofd van Andreas.

In veele groote niffen der kerk, vooral in ’t middelde fchip, zyn marmeren ftandbeelden van verfcheiden order-ftigters, uit verfchillende oorden, alhier gefchonken. Zynbsp;zyn van meeders deezer eeuw, en tendeelevanFranfchen,nbsp;als de heilige Dominicus van Le Gros, en de heilige Brunonbsp;van Michael Angelo Slodtz, die in 1764. te Parys overleden is. Na de koepel, het lichaam der kerke, en hetnbsp;hoofdaltaar befchouwd te hebben, wenden wy ons nu naarnbsp;de zydkapellen.

Kapelledei nbsp;nbsp;nbsp;regterhand van dien ingang door de

c/hoofddqure heeft haar naara van een oud krucifix, ’t welk ^ellalHcta. (int het begin der veertiende eeuw hier vereerd is geworden,

(•} Op decze galieryen mogen maat kardinaalen of domheeren van St. Pieter komen. Willen vreemdelingen van groot aanzien deezenbsp;eer genieten, zo maakt de Paus hen eetft tot C.»n5»tVi' henorarit Sp,nbsp;Petri, gclyk in ’t jaar i/QO. aan den Groothertog Cosmus UI ge.nbsp;ichiedde.

-ocr page 73-

59

DOOR ITALIË N.

den, dog nu in de naafte k^e! is geplaatft. Sedert 1745». 'Pieten-heeft men uit de kapel van ’t koor een voortreffelyke Ma-kerk. donna della Piëta hier gebragt, van de welke deeze kapélnbsp;nu haar naam heeft. Dit ftuk is een van de eerfte proevennbsp;van ’t groote genie van Michael Angelo, want hy maaktenbsp;het toen hy nog maar 25 jaar oud was. De droefdheid isnbsp;in Maria voortreffelyk uitgedrukt, dog de drapery is zonbsp;wel niet geflaagd. De mozaïeken in de kapel, en bovennbsp;de daarvan daan niet verre verwyderde heilige deur, is vannbsp;Cibo Ferri’s vinding. De freskofchilderyen zyn van Lan-franco. Men ziet daaronder eenige engelen, het kruis vannbsp;Chriftus in triomf draagende , ’t welk foramigen voor eennbsp;fchoon ftuk houden, dog dat inderdaad onder de minftennbsp;van deezen meefter behoort.

Ter regter hand deezer kapellc ligt een kleindere, waarin thans het boven gemelde kruis ftaat. Bernini heeft ’er hernbsp;bouwkundig plan van gegeven. De mozaïeke verbeeldtnbsp;den heiligen Nicolaus de Bari. Het ftukadoorfel is nieuw.

De zoldering der koepel in den gang voor de kapel is volgens Ciro Ferri in mozaïek gebragt. De oude doopvont der Pieterskerk wordt in deeze kapelbewaard. Pro-bus Anicius heeft ’er voorheen onder begraven gelegen, ennbsp;zy is met basreliëfs verfierd, welken de Prelaat Batelli zeernbsp;geleerd heeft uitgelegd.

Tusfehen deeze en de andere kapel ziet men het gedenkteken van Innocent XIII. uit het huis van Conti, die in 1721. overleed. Het heeft geen fieraaden, ’t welk des tenbsp;zonderlinger is, om dat hy uit een aanzienlyk huis, of,nbsp;gelyk men te Romen zegt, uit een Cafa papak was, ennbsp;deeze familie gewoon was, den pauzen van haar gellagtnbsp;Pfsgtige tombes opterigten.

den pilaar daarover is het graf van Koningin Chrlfti- Graf van gt; op koften van den Paus opgerigt. Het basreliëf ver- Koningin

heeldt,

-ocr page 74-

6o

REIS-BOEK

j)g Pielgfi-hseldi, hoe zy in 1655. het Liitherfch geloof afzwoer, ea kerk. is, zo wel als haar beeldtenis, van een Franfchman, Jeannbsp;Teudon genaamd, vervaardigd. Daaronder leeft men;

Chriliina Suecortm Regina Qb orthodoxam religionem abdicato regnonbsp;abjurata barefi

Pie fufceptam ac delePla Roma fede eximie cultam

Monitmentum ab Innocentio XII. inchoatum Clenmn XI. abfolvi curavit.

MD CCII.

V

Kapel des tweede kapel is den heiligen Sebaftiaan gewyd. Op heiligen het altaar ziet men den marteldood van dien heilig, eennbsp;beroemd ftuk van Domenichino, en een der beften in denbsp;'nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;geheele kerk.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Het is voortrefFelyk in mozaïTch werk

gebragt, en het origineel in 1736. naar de Karthuizers ver-plaatft. De tekeningen van de andere mozaïeken op de muuren en in de koepel zyn van Pietro di Cortona. Denbsp;zelve meefter is ook de vinder van de mozaïeken in denbsp;koepel van den gang voor de kapel.

Graf van Tnsfchen deeze en de derde kapel zyn nog twee graffte-Jnnoccnt den te zien. De eèrfte is van Innocent XII. die in ’t jaar 170(5. overleed. De kardinaal Petra deed hem in 1745.nbsp;deeze tombe door Filip Valle maaken. De Paus wordt zittend verbeeld, hebbende de geregtigheid en liefde aanzyne

zyden. nbsp;nbsp;nbsp;_

Daar

(•) Koningin Chriftina overleed in 1689. rgt;at niet alledeRomei-nea van deeze nieuwbekcerde vorftin gunftig geoordeeld hebben, be-wyft het oordeel van Pasquin, die opcnlyk van haar zcide, regm , Chrijiiana fcnza , e Donna fcnx.a Dsrgogna.

(*•) Ftey heeft het raesftsoyk in koper gebragr.

-ocr page 75-

dl

DOOR ITALIË N.

Daar tegen over is bet graf van de Graavin Mathilae, die De Pieters-groote befchutsvrouw van den Pauslyken lioel. Urbaan Vill. kerk. meende baar gebeente een byzondere eer tebcwyzen,nbsp;hy ’t uit het kloofter van St. Benediflus by Mantua, ówMatbilde.nbsp;bet'federt 1115. gelegen had, naar de Pieterskerk brengen,nbsp;en haar tot dankbaarheid een pragtig gedenkteken Pellennbsp;deed. Bernini heeft het in een edelen en eenvoiiwdigennbsp;finaak geordonneerd, en het ftandbeeld van Maihilde zelfnbsp;gemaakt. Het ftaat in een nis, en heeft de fleutels in denbsp;hand, en de tiara in den arm, om aantewyzcn dat zy eennbsp;Put der kerk geweeP is. Daarover is de tombe in antieken fmaak, en met fraaye Peraaden. De beide kleine engelen ter zyde verdienen goedkeuring. Zy zyn, zo welnbsp;als de kleine kinderen, van leerlingen van Bernini, Hetnbsp;basreliëf van Stefano Speranza aan de tombe is middelmaats» en verbeeldt, hoe Keizer Hendrik IV. te CanoPa,nbsp;welke plaats Mathilde toebehoorde, voor Paus Gregoriusnbsp;VH. op de knien ligt, en om ontheffing van de banblixc-men bidt.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;gt;

De derde kapel is het heilige Sakrament gewyd. DeKapel del mozaïeken in de zelve zyn naar de tekeningen vannbsp;di Cortona door Abba'tini gelukkig uitgevoerd ; zy heb-^‘^'nbsp;ben allen betrekking op het avondmaal. De fchoone tabernakel met twee engelen van brons is van Bernini getekend. De fchildery van de heilige Drieëenheld op ’t altaar is ook van Pieter van Cortona, en heeft een kragtignbsp;koloriet. Ter Pinkerhad der kapel ligt het altaar van dennbsp;heiligen Mauritius en zyne gezellen, de martelaars van hetnbsp;Thebaanfche Legioen, welken in ’t jaar 28Ö. den doodnbsp;ondergingen. Het fchilderPuk op het zelve is volgensnbsp;fotnmigen van den Ridder Bernini, volgens anderen vannbsp;Carlo Pellegrini. Op het altaar Paan een paar zullen van

Griekfcb

-ocr page 76-

De Pieterskerk.

Graf van Gregoriusnbsp;XIU.

Capella

Cregoria-

tta.

62,

Griekfch marmer. In de oude Pieterskerk werden dé keizers by het altaar van'Mauritius gewyd j en daarna opnbsp;het altaar van St. Pieter gekroond. By het altaar in deezenbsp;kapel is de tombe van Sixtus IV. van brons met basreliëfs.nbsp;Julius II. liet het in ’t jaar 1493. nog Kardinaal zynde, doornbsp;Antonio Pollajolo vervaardigen. De beenderen van Julius II. werden in ’t jaar 1635. ook herwaards gebragt.nbsp;Met deeze kapel houdt het ftuk, dat Paul V. aan hetGriek-fche kruis zetten deed, waardoor hy de kerk zeer vergrootte , op. Het traliewerk voor deeze kapel van bronsnbsp;en yzer is zeer fchoon. Urbaan VIII. heeft het naar denbsp;tekeningen van Borromini doen maaken. De koepel innbsp;den gang voor de kapel is volgens de tekeningen van Pieter van Cortona in mozaïek gebragt.

Voor dat men in de Gregoriaanfehe kapel komt ziet men aan den pilaar ter flinker hand het Zeer eenvouwdige grafnbsp;van Gregorius XIV. en ter regter het pragtige van Gregorius XIII. die in 1585. overleed, door Camilio Rufeoni1nbsp;De zark is te klein, en verdwynt byna geheei door denbsp;grootte van het ftandbeeld des Pauzen. Aan de zydennbsp;ftaan de Godsdienft en de Sterkte, de eene houdt de werken van den Paus, de andere ligt het kleed op waarmedenbsp;de zark bedekt is. De aanleg van het geheel is goed, hetnbsp;vleefch der figuuren natuurlyk, de kleederen vallen wel,nbsp;dog zyn wat zwaar. Het beeld van den Paus is het befienbsp;van de drie. Het basreliëf verbeeldt de verbetering dernbsp;jaarrekening door Gregorius XIII. gemaakt.

De daarop volgende Gregoriaanfehe kapel was een van

de

1

Men noem: zc Coliimne vitinU. gelyk die aan de hovende nis-fen boven de vierftandbceldcn aan de pilaaren der grootc koepel. Zy ilondcn voor het hoofdaltaar der oude Pieterskerk, cn zyu van Kon«nbsp;{lantyn den greoren uit Griekenland gebragf.

-ocr page 77-

DOOR ITALIË N.

de eerden die onder de regeering van Gregorius XIII. tot Be Pielen-ftand kwamen. Aan het einde van den gang, als men van^ert, de drie voorige kapellen afkomt, ziet men, aan den groot- ¦nbsp;ftsn pilaar der koepel, een mozaïek vanCtilfofarl, ’twelknbsp;i'i t jaar 1733. naar het beroemde fchilderftuk van Dome-nichino van de gemeenfchap des heiligen Hieronymus tenbsp;Girolamo della Carita, vervaardigd werd. Ket mozaïek aannbsp;de koepel ftelt alleen arabefques en loofwerk voor: in denbsp;bovende vier hoeken zyn de vier kerkleeraars, St. Gregorius Magnus en St. Hieronymus voor de Latynfche, nevens St. Bafilius en St. ^Gregorius Nazianzenus , wiensnbsp;lichaam hier begraven ligt, voor de Griekfche kerk. Hetnbsp;door Jakob della Porta nitgedagte altaar der kapel is zeernbsp;ryk aan amethyflen en andere koftbaare geft?entens.

Eer men in de ronding van den kruisgang tegens ’moorden komt, ligt ter flinker hand aan den grooien koepel-pilaar het altaar van den h. Bafilius. Het mozaïek heeft Ghezzi, naar een ftuk vaii Subleyras, gemaakt. Het verbeeldt keizer Valens, die den h. Bafilius de mis ziet lee-zen , en daardoor zo aangedaan wordt, dat hy in onmagtnbsp;vr.lt.

Nu komen wy in de ronding van den noordlyken \invis-Kruisganlt;r gang, die drie altaaren heeft. Op het middelde is \iQitegen 'tnbsp;mozaïek van Crillofari, naar een fluk van den Franfchen«igt;örlt;/««.nbsp;fchilder Valentin. Het heeft een frifch koloriet, en behoort onder de befte mozaiëken der kerk. Het oorlprong-lyke hangt in ’t paleis van Monte Cavallo, en verbeeldtnbsp;den marteldood des h. Proceflus en Martinianus, wier over-biyffels onder ’t altaar ruften. Zy waren de officieren dernbsp;foldaaten, die Petrus in ’t gevangenhuis bewaarden, ennbsp;door hem gedoopt werden.

het altaar ter regter hand ziet men den h. Wences-Hertog van Boheraen, door Carofelli, een raiddel-

maa-

-ocr page 78-

64

2)^/gt;/^/^^;.maatig ftukj op welks flinkerhand zig de marteldood vatl kerk, den li. Erafmus van Pousfin vertoont, een ichoon werk*nbsp;Beiden heeft Criftofari in mozaïek gebragt. Het verguldenbsp;ftukadoorfel aan ’t gewelf is in 1750. naar Vanvitelli’s te*nbsp;kcningen gemaakt, maar de fchildering naar tapyten vannbsp;Raphael, die in ’t Vatikaan bewaard worden.

Als men van hier in den gang tusfchen de andere groote koepelpilaars gaat, ziet men ter (linkerhand het altaar lanbsp;Navicella, ’t welk naar de fchildery van Lanfranco, waarin Petrus by ftorm op de zee wandelende verbeeld wordt,nbsp;20 wordt geheten. Het is een der eerde dukken die Cri-fiofari in 1725. in mozaïek bragt.

Boven het daarop volgende altaar ter regterhand ziet men den h. Miehaê'1, een raiddelinaatig mozaïek naarnbsp;Giufeppe d’Arpino, ’t welk reeds omtrent het jaar 1630.nbsp;vervaardigd werd, toen UrbanusVIlI, het belluit nam, allenbsp;de fcliilderyen in mozaïek te doen brengen. Dat ontwerpnbsp;bleef egter deeken, en wierd eerd in deeze eeuw wedernbsp;by de hand gevat. De koepel is naar de tekeningen vannbsp;Michael Angelo gemaakt, en delt verfcheiden engelen metnbsp;medaillons voor.

Het volgende altaar heeft een der fraaide mo'zaïekeii in de geheele kerk van Cridofari, waarvan het origineelnbsp;onder de drie bede dukken van Romen gerekend wordt.nbsp;Het is de beroemde Petronilla van Guercino. Het duknbsp;zelf hangt in ’t Pauslyke Paleis van Monte Cavallo.

Eer men in de middelde ronding van ’t kruis agter het hoofdaltaar komt, ftaat ter regter hand het reusagtige dand-beeld van den h. Dominicus van Le Gros, met den hondnbsp;en de brandende fakkel, als het wapen der Inquifuie. Innbsp;’t gewaad zyn te veel en te dyve vouwen. Aan ’cnbsp;hoofd ontbreekt uitdrukking, dog de handen zyn des tenbsp;fchoonder.

Do

-ocr page 79-

DOOR. ITALIË N.

De tombe van Clemens X. is van des Ridders Roffi svc^- Bi PUtery Het ftandbceld des Pauzen is vanFerrata, deftand-^*»quot;^nbsp;vaftigheid van Mazzoli, het Geloof van Morelli. Hetnbsp;basreliëf op den zark, door Rati, verbeeldt de openingnbsp;''rail het jubeljaar 1675- Tegen deeze tombe over ziet mennbsp;in een altaarlluk, hoe Petrus Tabitha van den dood opwekt.

Het is van een nog leevend Roomfeh fchilder, Piacido Conftanzi, in mozaïek gebragLnbsp;De tribune of de agterfte ronding is naar het plannbsp;van Michael Angelo verfietd, dog het ftukadoorfel is mennbsp;verfchuidigd aan Vanvitelli, Aan het gewelf zyn driefchil-deryen: Petrus die de fleutelen ontvangt, naar een tekening van Raphael, de kruiffiging van Chriftus, volgensnbsp;Guido, en het onthoofden van Paulus, naar een basreüefnbsp;van Algardi. De tribune heeft twee trappen van porfier,nbsp;welken uit de oude Pieterskerk hier gebragt zyn. Aan hetnbsp;eind flaat tegens den kerkmuur het pragtige gedenktekennbsp;van den Stoel van Petrus.

Deeze Stoel, of de Catedra di S. Pietro, (laat in èznCateara di anderen ftoel van verguld brons. De vier kerkleeraarsnbsp;Ambrofius , Auguftinus , Athanafius, en Chryfoftomiis,nbsp;welken een evenredigheid van 10 voeten hebben, en opnbsp;marmeren piedeftals liaan, houden den ftoel valt. Covennbsp;den troon is de Pauslyke kroon, en nog hooger een glorianbsp;van engelen, welken dit heiligdom als vereeren. De glorie wordt van de agterfte venders verligt, waarby de Heilige Geeft in de geftalte eener duive eene goede uitwerkingnbsp;doet. Deeze groote machine vult de agterfte ronding voor-ireflfelyk, en geeft haar een edel fieraad. De uitvindingnbsp;H nieuw en gelukkig, dog de uitvoering zo volkomennbsp;niet.

Hannibal Caracci had dikwyls gezegd, dat een zo heer-gebouw als de Pieterskerk verdiende, dat haar agter-111. Deel, nbsp;nbsp;nbsp;Knbsp;nbsp;nbsp;nbsp;muur

-ocr page 80-

66

2)^jD/^/^yj.inunr met een pragtig ftuk werd aangevuld. Bemint leide kerk, Jeswegens de konft daaraan te kofte, wyl Alexander VII.

eener zo aanzienlyke reliquie gaarn een byzondere eer be-wyzen wilde. Het werk kwam in drie jaaren tot ftand, en kortte omtrent 150000 daalders. Volgens Fontana zynnbsp;’er 152000 ponden brons aan gegaan. De vier kerkleeraarsnbsp;alleen weegen 80000 pond. De doel, die hier zo heilignbsp;bewaard wordt, is de zelve waarop de eerfte pauzen bynbsp;hun kroning gedragen werden, waarop zy in de eerde kerknbsp;gezeten hebben, en van den welken zig Petrus bediendnbsp;hebben zou. (*)

Graf van Aan beide zyden deezes ftoels ziet men een pragtige /’lt;a«/as///.tombe. Ter flinker hand is die van Paulus III. uit dennbsp;huize Farnerte. De Kardinaal Alexander Farnele liet ze hemnbsp;door Jakob della Porta, onder opzigt van Michael Angelo,nbsp;oprigten. Zy wordt voor een der fchoonfte tombes in Romen gehouden. Men kan dit in ’t algemeen met opzigtnbsp;tot de zamenftelling toeftaan. Dog het flandbeeid des Pauzen is niet gelukkig gedaagd, en de beide liggende beelden, de Wysheid en de Godsdienrt, hebben veel fouten in de omtrekken. De laatfle is als een jonge fchoonenbsp;vrouw afgebeeld. Voorheen was zy geheel naakt, volgensnbsp;den fmaak der Ouden, dog is, op pauslylc bevel, metnbsp;een kleed van brons bedekt, om dat ’er een Spanjaard opnbsp;was verliefd geworden, die vermoedelyk meer door denbsp;ontblootte bekoorlykheden aangedaan wasgeweert, danhynbsp;de miflagen der tekening onderzogt had. Hy had zig innbsp;de kerk laaten oplluiten, en had voor, onordentelyk met

haar

(*) Die lijft heeft, km de geleerde en wydloopigc verhandeling van Franc. Maria Thihii 4c Idtntitate Cathedranbsp;nbsp;nbsp;nbsp;, daarover nalee-

zcn. Deez-u ttoel ter eere woidt jaatljks den l8. Januari een groot feeft in decze kerk gevierd.

-ocr page 81-

67

door ITALIË N.

haar. omtegaan. (*) Het beeld is van Della PoTta, verbeeldt, volgens fommigen, een natiuirlyke dogter vanAerA.nbsp;Paulus III. Clelia Fainefe genaamd , die hy nog Kardinaalnbsp;zynde geteeld heeft. Onder aan ziet men de zes lelien uitnbsp;liet wapen van Farnefe.

Op de andere zyde van den ftoel is het graf van Urbaan Gra/vlt;wi VllI. De nis, waarin het ftaat, is, zo wei als die der yoo-Urbaannbsp;rige monumenten, met marmer uit den Zonnetempelnbsp;Hadriaan bekleed. De Paus droeg nog by zyn leeven aannbsp;Bernini op, dit grafteken voor hem te vervaardigen^; dognbsp;het kwam eerft twee jaaren na zyn dood tot (land. Hecnbsp;bronzen (landbeeld wordt onder alle de ftatues van pauzen in deeze kerk voor de fcboonfte gehouden. De beidenbsp;beelden van de Liefde en de Geregtigheid hebben veel bevalligs. Zy gelyken volkomen de vrouwelyke beelden vaanbsp;Rubens, en het vleefch is zeer natuurlyk; inzonderheid isnbsp;het hoofd en de rug van de Liefde fchoon, en de gezwollen boezem misfchien voor de plaats te aantrekkelyk. Dacnbsp;der Geregtigheid is zo wel niet gellaagd, de kleedeteiinbsp;vallen niet wel. De Dood heeft een boek in de hand, eanbsp;fchryft daar den naam van den Paus in. De drie byeti uitnbsp;hetPausIyke wapen, waarvan ’er een op den zark zit, eanbsp;twee aan ’t piedeftal van ’tPauslyke beeld kruipen, wil men,nbsp;dat te geiyk de fcheuring van het Barberynfche wapen doornbsp;den dood des Pauzen aanwyzen, en op de rampen zynsnbsp;gedagts zinfpeelen. De inval zou goedkeuring kunnen verdienen, indien de Paus de laatfte van zyn huis geweeft was. Ber-hini heeft met de Barberynfche byen te veel gefpeeld, het welknbsp;®entegens het hoofdaltaar, doorUrbaan VIII. insgelyks aangelegd, met regt inbrengt.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^Ig

(•) Een dicrgelyk geval verhaalt Plinius van ieir.ant, die op dc Venus van ptaxiteles verliefde, waarvan men dc bcwyiCn aan hetnbsp;¦«'ld vond.

£ 3

-ocr page 82-

68

RE IS-BOEK

De Pietenkerk,

' Als men de gedenktekens der Pauzen in de Pieterskerk aanztet, zo fchyiit het als of geen konftenaar heeft durvennbsp;onderneemen, eencn Paus ftaande te venoonen, daar dognbsp;de zittende beelden iets ftyfs hebben, en te klein fchynen.nbsp;Een ftaande beeld heeft altyd een veel edeler voorkomen,nbsp;en een natuurlyker houding. Michael Angelo zag dit in,nbsp;en verbeeldde Julius 11. te Bologne ftaande.

Graf van

Alexander

Fill,

Wy wenden ons nu naar den kruisgang regens’moorden. Het eerde verbeeldt Petrus een lammen aan de deur desnbsp;tempels gcneezende. Daar tegenover daat de tombe vannbsp;Alexander den Vllf. door Angelo Rofli. Het beeld desnbsp;Pauzen is van brons, en heeft eenige gelykenis naar datnbsp;van Urbaan Vlll. van Bernini; daarentegen zyn die vannbsp;de Wysheid en de Godsdiend van marmer. De tombenbsp;Js in ’r algemeen wat plomp, en voor de nis waarin zynbsp;ftaa: wat groot. Het onderde basreliëf is zo wel in denbsp;ordonnantie der beelden als in de kleederen fchoon , ennbsp;veel beter dan het beeld van den Paus gedaagd. Het fchetdnbsp;een plegtige kanonizatie, die de Paus in’tjaar 1690. deed.nbsp;In een der hoeken heeft de kondenaar zig zelven, met eennbsp;vat dat hy draagt, afgebeeld.

Basreliëf van Algar

di.

Op het volgende altaar daat het beroemde basreliëf van -Algardi. Het is het fchoonde in de geheele kerk. Hetnbsp;model ziet men by de geedelyken der Cbiefa nuova, Denbsp;konrtenaar arbeidde ’er vier jaaren aan, en kreeg ’er vannbsp;Innocent K. 10000. daalders voor. Het verbeeldt den h.nbsp;Leo als Palts, waar hy Attila verbiedt naar Romen tenbsp;gaan, en hem op Petrus en Pauluswyd, die in de lugcnbsp;verfchynen. De andere beelden Haan byna geheel vry.nbsp;De fcliikking is voortreftelyk; zy ir met vuur en overlegnbsp;gemaakt. In de uitvoering 1 linken een groote mgnier cnnbsp;goede tekening, in het hoofd uitdrukiting, en in de kleederen een naiuuüyke val uit, die te geij'k de vloeyeode

om-

-ocr page 83-

door ITALIË N.

©intrekken van het naakte doorfchynen laat. In de zatnen-x)^

Helling heerfcht een wanorder, dog het oog vindt overaUw^. ruft. De uitdrukking in ’tgezigt van Attila is verfdiriklyk,nbsp;cti niet edel genoeg. De agtergrond des geheelen werks,

’t Welk voor ’t overige in een zeer goed ligt Haat, is niet genoegzaam uitgedrukt. Onder dit altaar rullen met alleen de beenderen van S. Leone U Grande , maar ooknbsp;die van Leo II. III. en IV* welken gekanonizeerd geworden zyn.

Het volgende altaar is van goeden fmaak, en van Jakob della Portas vinding. Daar is een wonderdaadig Mariabeeld op.

De mozaïeken van de gewulven boven deeze beide al-taaren zyn van Andreas Sacchi, Lanfranco, en Romanelli ontworpen.

Eer men in den zuidlyken arm van den kruisgang komt, -oan treft men ter regter hand, boven de kleine deur van ^.Alexandernbsp;Martha, de tombe van Alexander Vil. aan. Als mennaar^'^'^'nbsp;verdiende zou oordeelen, had deeze Paus bezwaarlyk eennbsp;Zo fchoon gedenkteken verdiend. De onpartydige hillorie-fchryvers der pausgezinden zelveri houden hem voor eennbsp;flegten paus. Bernini heeft hier zyn zinrylt genie getoond,nbsp;en het met een jeugdig vuur uitgevoerd, alfchoon bynbsp;reeds jaaren had. De beelden zyn in den dyl van Ruben*,nbsp;en byna zo vleefchig. De drie foorten van marmer, dienbsp;men ’er toe gebruikt heeft, doen een uitmuntende uitwerking, en maaken dit monument te gelyk tot een fraai fchil-derduk. De kerkdeur, welke voorheen daar dond, heeftnbsp;de kondenaar gelukkig weeten te gebruiken, zo dat zy alsnbsp;de deur des grafs fchynt te zyn. Boven dezelve hangt eennbsp;groot dekfel van geel marmer of Siciliaanfche jafpis, denbsp;Dood kruipt half daaronder uit, en ligt met de eene handnbsp;dekfel op, op dat een ieder door de deur konne in-gaan. jviet de andere houdt hy een uurglas omhoog, om

E 3 nbsp;nbsp;nbsp;tó

-ocr page 84-

jro

SePieiers-^^ toonen, dat de uur gekomen is. De Paus wordt knie-Iterk. lend verbeeld , en heeft de Geregtigheid en Wysheid aan zyn zyden. Verder op zyn de beelden der Waarheid,nbsp;en der Liefde, roet een flaapend kind aan haar boezem, Denbsp;borft is te dik, en mismaakt het geheele beeld.

Het beeld der Waarheid, die gemeenlyk heel naakt verbeeld wordt, heeft Bernini een zo ligt gewaad van geel marmer gegeven, dat het ligtelyk welluftige gedagten kon-de opwekken. Innocent Xf. liet deswegens een anderenbsp;drapery van brons inaaken , welke wit aangeflreeken is.nbsp;Kenners zien dit geheele werk als een fchets aan, die metnbsp;een vuurig genie ontworpen was, en by de uitvoering vannbsp;verfcheiden gebreken had moeten gezuiverd worden. Denbsp;kleederen zyn buitenfpoorig en onnatuurlyk. Men zounbsp;zeggen, dat zy op de beelden geplakt wareu, en op de miu-fle beweging ’er afvallen zouden.

De febildery, tegens over deeze tombe aan den grooten koepelpilaar, verbeeldt Simon den Toveraar. De meefternbsp;daarvan is Vanni van Siena.

Kruisgang In den kruisgang tegen ’t zuiden ziet men veele biegt-tegen 't ftoelen, en het opfchtift wyfl: aarr in welk een taal daar de tuiden. biegt gehoord wordt, als Duiifch, Spaanfch,Illyrifch enz.

De architektuurfieraaden zyn van Michael Angelo’s vinding, en Vanvitelli heeft eerfl: voor weinig jaaren de tekeningen tot hetftukadoorfel geleverd. De mozaïeken aan ’t gewelf zyn naar de tekeningen van Mancini, en als eennbsp;navolging van de Vatikaanfche tapyten van Raphael aan-tezien.

De drie altaaren in deezen kruisgang hebban goede fchil-deryen. Op den middelden. Waaronder de beenderen der Apoftelen Simon en Judas ruften, heeft Ciampelli hen voor-gefteld, als in Perfien predikende, in ’t midden van llan-{en, door de toveraars om hen heen verzameld. Het altaar

-ocr page 85-

DOOR ITALIË N.

taar van den h. Bisfchop Martialis en van de h. Valeria ligt ter regterhand. De fcliildery van Spadarino vertoont/^£r^.nbsp;de wonderbaare gefcbiedenis der h. Valeria, die haar afgehouwen hoofd den Bisfchop, de mis doende, brengt.

Op her altaar ten flinkerhand is een fchoone fcliildery van Paffignani. Wanneer men van den kruisgang in de Kle-mentynfche kapel gaan wil, vertoont zig op het altaar aannbsp;den vierden en laatften grooten koepelpilaar de kruisfigingnbsp;van Petrus door Subleyras.

Wy naderen nu w^ederom het fchip der kerke, en tree-j)^ Capella. den in de kapelle, welke Clement VIII. den h. Gregorius C/fwen/r.nbsp;den Grooten gewyd heeft, welker hoofdfchildery van An-”^-dreas Sacchi den h.Gregorius verbeeldt, eenen ongeloovi-gen een kelkdoek vertoonende, die rood is van het bloednbsp;gekomen uit een gebroken hoftie. De fchikking is fchoon,nbsp;en het koloriet bevallig. Men houdt dit voor een dernbsp;befte ftukken van deezcn meefter. Het altaar aan den vierden pilaar van de groote koepel, liggende ter flinkerhandnbsp;als men uit den kruisgang in deeze kapel gaat, wordt denbsp;leugenaltaar genoemd, of della Bugia, naar de fcliilderynbsp;van Chriftoffel Roncalli, verbeeldende Ananias en Sapfira,nbsp;voor Petrus en Andreas dood nedervallende, om dat zynbsp;gelogen hadden. In 1726. heeft Adami dit ftuk in mozaïek gebragt. De koepel deezer kapel is van Michaelnbsp;Angelo ontworpen, en met arabesques en loofwerk ver-fierd. In den hoek ziet men de vier kerkleeraars. Denbsp;mozaïeken aan de venders zyn van Roncalli’s vinding/

De volgende drie kapellen behooren tot het ftuk dat Vaulus V. by de kerk gevoegd heeft. Iii den gang, eerifo Xhnbsp;roen in de koorkapelle komt, is de tombe van LeoXI. uitnbsp;den huize Medicis, die maar 27 dagen regeerde. Hetnbsp;''verk is meeft van Algardi. De zark heeft een flegte vorm,nbsp;dog een fchoon basreliëf, verbeeldende de afzweering vannbsp;£ 4

-ocr page 86-

REI S - B O E K

BeFieiers-^^'^ hervormden godsdienft door Hendrik IV. en zyn vcn

kerk.

eeniging met de Roomfclie kerk. Dit gefchiedde ten tyde dat Leo KI. Nuncius in Fraiikryk was. Het beeld des Pauzen is te kort, en ziet ’er niet edel uiti die van de Sterktenbsp;en de Overvloed zyn van Fcrrata en Peroni, twee leerlingen van Algardi. Het ontbreekt hun niet aan bevalligheid,nbsp;dog de kleederen van de Overvloed hebben ongeregeldenbsp;plooyen.

Graf van Innocent

XL

Daar tegen over ziet men de tombe van Innocent XT. door een Franfch beeldhouwer . Steven Monot, vervaardigd. De zark en het piedeflal zyn niet goed. Tweenbsp;leeuwen draagen het. De llandbeeiden hebben veel uitdrukking, en zyn wel gekleed. Het basreliëf vertoont hetnbsp;ontzet van Weenen, welks verioffing van de Turken mennbsp;den gebeden des Pauzen toefchreef. Het gemeen houdtnbsp;deezen Paus voor een halven heilig, en kuil zyn graf zeer

godvrugtig.

Capella del Gora.

Iti de koorkapelle, welke ook de Sixtynfche heet, ver-rigt het Domkapittel van S. Pieter den dienft. De mozaïeken aan de koepel zyn een zinfpeeling op de muziek, welke in de kapel wordt gegeven. Sixtus IV. wydde in ’t jaar 1479. de kapel der onbevlekte ontvangenifle der h.nbsp;Maagd, en deed drie ryen koorgetloeltens voor het kapittel aanleggen. Urbaan VIII, deed die met basreliëf? ver-fieren, en door een traliewerk van verguld brons affluiten.nbsp;Het altaarftuk verbeeldt de ontvangenis van Maria, en denbsp;Ji. Francifcus en Antonins van Padiia, als de twee hoofd-verdedigers van de onbevlektheid dier ontvangenis. Hetnbsp;is volgens Pietro Bianchi in mozaïek gebragc. Het ka-pittel beftaat uit'den Kardinaal Aardsprieller, 30 domhee-ren, 36 vikarilTen, 26 Cbkrici Bencfiziaii, behalven ver-fcheiden kapellaanen, en andere tot dienft des koors ge-Vprderde perfoonen. Clemens XI. uit den huize Albani,

ligt

-ocr page 87-

BOOR ITALIË N.

ligt onder deeze kapel begraaven. Men heeft hem maar pjc'tgfs^ een gewelfden kelder gemaakt, wyl hy geen monumentnbsp;hebben wilde.

In den gang naar de volgende kapel is ter (linkerhand de tombe van Innocent VIII. geheel uit brons, do(/r Antonionbsp;Pollaiolo. De konftenaar is op den zonderlingen inval gekomen van den Paus tweemaal, naamlyk dood en leevend,nbsp;te verbeelden. Het beeld van den leevenden Paus heeftnbsp;een fpeer in de hand, om dat de Turkfche Keizer Bajazetnbsp;gezegd wordt, hem de lans te hebben gefchonken, waarmedenbsp;Chriftus doorftoken is.

In de volgende kapel is het fchoone altaarfink van Maria’s voovftelling in mozaïek gebragt. Het origineel is op lei gefchilderd , en hangt in ’t Karthuizer klooller. Denbsp;fchilder was Francifcus Romanelli. De mozaïeken en fchil-deryen in de kapel, en den gang voor dezelve, zyn mee-rendeels naar tekeningen van Karei Maratti gemaakt, enal-legorien ter eere van Maria.

Eer men in de laatfle kapel komt, is in den gang ter regter hand de fchoone tombe van Maria Clementina So-biesky, gemaalin des Pretendents, of des zogenaamdennbsp;Konings Jakob te zien. Zy overleed in 1735. en de kerknbsp;heeft haar dit gedenkteken, ’t welk 25000. daalders gekoftnbsp;heeft, doen (lellen. Barigioni heeft ’er de tekening vannbsp;gemaakt. Het is van porfier, gevat in verguld brons, hebbende een dekfel van alabafter. Een paar marmeren kin-dertjes draagen de koninglyke eertekens. De Liefde ennbsp;een andere Genius houden het borftbeeld der Koningin, innbsp;mozaïek, vall. Agter het graf verheft zig een piramide, dienbsp;het geheel een edel aanzien geeft. Het graf des Pretendents, in 1767. overleden, zal tegen over dat zyner ge-malinne tegen den pilaar komen.

laatfte kapel in deezen gang, of de eerfte ter flinker-

E 5 nbsp;nbsp;nbsp;band,**

-ocr page 88-

74

als «eii in de kerk komt, is de doopkapel. Alle “kerk, de mozaïeken aan de koepel doelen daarop, en zyn naarnbsp;de tekeningen van Karei Maratti Procaccini, en van anderen , uitgevoerd. De pragtige porfieren doopvonte heeftnbsp;eertyds tot een dekfel voor het graf van Keizer Otto II.nbsp;gediend. In i6io. werd het lichaam in een ander graf ge.nbsp;legd, en beneden in de Pieterskerk gebragt. Deeze vontenbsp;is met een foort van piramide' uit verguld brons gedekt,nbsp;en met vier bronzen engelen verfierd, waarvan twee eennbsp;opfchrift, en twee een basreliëf, de Drieëenheid verbeeldende, vallhouden. De meeller, die dit (luk gegotennbsp;heeft, heet Giardini. liet hoofdftuk op ’t altaar van Kareinbsp;Maratti verbeeldt den doop van Chriftus in den Jordaan.nbsp;Criftofari heeft het voortreifelyk in mozaïek gebragt.

In de eerde eeuwen doopte men alleen in S. Pieter en S. Jan van Latraan. De priefter van S. Pieter heeft nognbsp;het regt van kinderen uit al de kerfpels van Romen temogen doopen. Veele Romeinen (lellen ’er iets in, dat hunnbsp;kinderen in een zo vermaarde kerk gedoopt worden,nbsp;DeSahi- De Cakrifty der Pieterskerk was eertyds een byzonderenbsp;kerk, der h. Maria van de koorts gewyd. Zy had diennbsp;naam van een Mariabeeld gekregen, waartoe men zignbsp;plegt te wenden om van de koorts geneezen te worden,nbsp;het welk nu Haat op de plaats, waar zig de domheeren klee-den om de mis te doen. In de middellle kapel werden denbsp;reliquien uit de oude Pieterskerk bewaard, tot dat zy innbsp;de nieuwe konden gebragt worden. Boven het inkomennbsp;zyn drie fchilderyen van Giotto, in de gedaante eener piramide, welken voorheen een enkeld (luk op het hoofdaltaar der oude kerk uitmaakten. De middelde verbeeldtnbsp;Chridus zittende op den troon , en den Kardinaal Stefa-neschi, die het heeft laaten maaken , voor hem kuie-¦nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;quot; lende.

• ' nbsp;nbsp;nbsp;Daar

-ocr page 89-

door ITALIË N. 75

Daar hangen verfcheiden goede fchilderyen in de fakri- jyg fty. waaronder het zonderlingde zonder pinceel gemaaktnbsp;•s. Men leeft ’er onder, Per Ugo da Carpi intaiatore fat-

fenza peKello. Vermoedelyk heeft de ineefter de top-pen zyner vingeren daartoe gebruikt. Het verbeeldt de h. Veronica, den zweetdoek vertoonende. Boven de arcade,nbsp;door welke men in de Pieterskerk gaat, hangt de grootenbsp;Heten, die Karei V. uit Tunis den h. Petrus ten gefchenkcnbsp;gezonden heeft, gelyk ook die van de haven van Smyrna , welke de Kardinaal Caraffa onder Sixtus IV. op denbsp;Turken tot buit gemaakt heeft.

Deeze fakrifty is agthoekig, en door een byzonderen gang met de Pieterskerk verbonden. De ingang is nietnbsp;verre van de Gregoriaanfche kapel. Die het boek vannbsp;Pontana, waarvan wy, onder den titel U tempio Vaticano ,nbsp;gefproken hebben, koopen wil, moet zig in de fakriftynbsp;aanmelden. In de kleerkamer alhier worden veelerlei koft-baare tapytcn en diergelyken bewaard. By zekere pleg-iigheden wordt de kerk met tapyten van rood damaft metnbsp;gouden galons behangen, waartoe omtrent 30000. ellennbsp;vereifcht worden. De grootfte ceremonie is ontwylFel-baar als de paus nieuwe heiligen maakt. Volgens eennbsp;bulle van Benedidus XIV. van ’t jaar 1741. moet dat al-tyd in deeze kerk gefchieden.

VAN HET DAK , EN DE STRUKTUUR DER GROOTE KOEPEL.

De buitenfte ftruktuur der koepel verdient wel eenige opmerking, na de inwendige der kerk befchouwd te hebben, ï^en wenteltrap van 141 treedenbrengt'naarhetdak der kerk,nbsp;20 plat en gemaklyk zyn, dat beladen ezels ’er opgaan,nbsp;M de bouwftoffen naar boven draagen kunnen. Het platte

dak

-ocr page 90-

7lt;5

REISBOEK

DePitters-^^^^ is met bakfteenen, op hun kant flaande, belegd. Het ierk, gewelf der kerk is met een laag op pilaars ruftend dak gedekt. Deeze pilaars ftaan op het gewelf. In den dikkennbsp;jnuur, die rondom de kerk gaat, zyn twee ryën gangennbsp;boven malkander, dienende om gemeenfchap te maakennbsp;tusfchen de verfcheiden vertrekken en trappen. De mnu-ren zyn zo fterk, dat dit der vafligheid van het gebouwnbsp;geen nadeel toebrengt.

Vier deuren voeren door den dikken muur van het voet-ftuk des trommels in het binnenfte der koepel, en wel op haar grooffte kornis. Hier ziet men van naby de mozaïeken van het voetftuk der koepel, en in een ongewoonenbsp;grootte, fchoon zy beneden in de kerk maar klein fchynen.nbsp;Zy beftaan uit kleine fteenen van allerlei kleuren, die nietnbsp;zo juift aan malkander gevoegd zyn als beneden in de kerk.nbsp;Ook zyn zy niet gepolyft.

Van het voetftuk klimt men langs een wenteltrap van 190 treeden op het hoofdgeftel der zuilenorder, welke omnbsp;den trommel der koepel gaat. Een andere trap van 48 treeden tusfchen de uit- en inwendige ronding der koepel, leidtnbsp;tot aan de eerfte ry venders, van waar men 58 treedennbsp;hooger, welken op den rug der inwendige koepel ruften,nbsp;tot aan de lantaarn komt.

Als men op de beide voetftukken in de koepel, die zo breed zyn dat men geen gevaar te vreezen heeft, rondnbsp;gaar, ondervindt men een warme mgt van de uitwaafte-jningen der menfehen beneden in de kerk, die zeer kleinnbsp;fchynen te zyn. In tegendeel befpeurt men boven innbsp;de lantaarn een koelen wind, welke van den togt dernbsp;verdunde liigt, die hier een uitgang zoekt, voortkomt.

Hetvoetgeftel der lantaarn is 22 treeden hoog, en van daar tot op het gewelf der lantaarn zyn 56 treeden. Naar dennbsp;kogel boven op de lantaarn gaat m^n langs een ladder van

3*

-ocr page 91-

77

POOR ITALIË N.

34 fporten. De kogel houdt 8 voet in de middellyn; hetDePUtert’ daarop Ihande kruis is 13 voet hoog. De geheele lood kerk.nbsp;regte hoogte bedraagt van den grond der kerke af 408nbsp;voet.

De koepel der Pieterskerk is het fchoonfte en vermaard- Struktuur meefterftuk der bouwkunde, dat menfchen handen ooiider koepel,nbsp;tot (land gebragt hebben, en, naar de gevolgen, die ’er innbsp;onze eeuw uit zyn voortgekomen, te oordeelen, een tenbsp;vermetele onderneeming. Een gebouw van zulk een ongehoorde zwaarte op een ander, dat reeds door zyn eigennbsp;zwaarte zo aanmerkelyk was, te zetten, was iets, daarvoornbsp;Bramante nog geen architekt had durven aan denken. Bynbsp;’t inkomen in het Pantheon (laat men verbaasd over dennbsp;omtrek van ’t gewelf, dat op een veel laager muur ruft.

Men zou het voorheen voor onmooglyk gehouden hebben , een nog grooter gewelf op een veel hooger muur te zetten.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;verbaasd op het dak der kerk als

oen kleine ftad aantetre(Fen. ’Er zyn een menigte van werkpiaatfenlt; voor ambagtsliedeii , kamers, wooningen,nbsp;zuilen, kleine koepels, torens, alles dooreen, zo dat mennbsp;byna verdwaalen zou. Fontana heeft den bouw der koepel naait wkeurigbefchreven. Bianchini heeft iu ’t jaar 1744.

’er een werk van, onder den naara eens meifelaars, d'un Capomaflro Muratore, en Marcbefe Poleni, Memorie ifio-ricbe della gran Cuppola in ’t jaar 1749. met plaaten uitgegeven. Het laatile is een werk waarin veel aartige berig-ten van de zwaarte derzelve, en de (lerkte des gewelfs,nbsp;te vinden zyn, welken by gelegenheid van de fcheur in denbsp;koepel zyn byeenverzameld.

De

k

1*) De middellyn der buitenftc koepei der Pieterskerk houdt 2S4 V®«, dïat die van’t Paatheou met den muur 'er maai 174. bedraagt.

-ocr page 92-

78

De Pieten- trommel der koepel beftaat uit een Herken muur, di« keïk, van binnen door 16 pilafters, en van buiten door even zonbsp;veel fchoorpilaaren verfterkt wordt. De buitenfte randnbsp;der koepel wordt van gekoppelde zuilen gedraagen. Bovennbsp;de fchoorpilaaren begint een attiek, waarop men langs viernbsp;wenteltrappen, die binnen de pilaareu geplaatft zyn, komt.nbsp;Boven de attiek beginnen de pilafters zig een weinig tenbsp;krommen, verbeelden als de ribben van het gewelf, ennbsp;gaan tot aan de eerfte ry der dakvenfters, ’t welk omtrentnbsp;een derde van de hoogte des gewelfs uitmaakt. Tot daarnbsp;toe komt men langs twee trappen in den muur.

Op deeze hoogte verandert de ftruktuur der koepel, het uitwendige gewelf is verhevener, en het inwendige meernbsp;gedrukt. Tusfchen beiden gaat daar, waar zig de muurnbsp;by de eerfte ry der dakvenfters verdeelt, een gemakkelykenbsp;gang rondom de koepel. Ieder gewelf heeft zeftien ribben , tusfchen de welken de drie ryen dakvenfters liggen.

De ftruktuur der lantaarn heeft veel overeenkomft met de koepel. Eerft komt een voetftuk, dan fchoorpilaaren,nbsp;een trommel, een attiek, weder een koepel, en daaropnbsp;ftaat de piramide die het kruis draagt, ’t welk nevens dennbsp;kogel 21 voet hoog is.

Michael Angelo heeft den muur met de fchoorpilaaren de befte gedaante gegeven, welke vereifcht werd om denbsp;ontzaggelyke zwaarte van zulk een gewelf te draagen. (*')nbsp;Het gewelf ruft op een attiek, en deeze ftaat op een Herken trommel, die op een nog veel fterker voetftuk gezetnbsp;is. Den trommel heeft hy nog door 16 fchoorpilaaren,nbsp;ieder van twee zuilen, vcrfterkt. Men behoeft zig niet te

ver-

(•) Men zie de bepaaling van de befte gedaante der vetwulven, cn de fthootbalken van Aepinus in de Ichtiften der Betlynlche Aka-demie voor 'c jaar 17$

-ocr page 93-

7f

DOOR I T A L I E N.

verwonderen, wanneer men in de kopels van gothifche ge- Dt PiettMr, bouwen, die naar evenredigheid een grooter laft draagen^#^^*nbsp;dan deeze, groote fcheuren van boven tot onderen ontdekt ; dit komt dat haar fchoorpilaaren, en een genoegzaamnbsp;fterke voet ontbreeken. Inzonderheid vindt men de grootje fcheuren aan zulke gewelven omtrent het derde deelnbsp;der geheele hoogte des boogs, vvyl de drukking daar hetnbsp;fterkft is.

De koepel kwam door Jakob della Porta, onder Paus Sixtus V, binnen 22 maanden, tot llaand. Agthonderd men-fchen hadden ’er aan gewerkt. Aan de lantaarn, den kogel , en het kruis, werden 7 maanden belleed.

Om de deelen der koepel des te valler te verbinden, leide men ’er reeds toen twee fterke yzeren ringen om; dennbsp;een in den muur zelven, waar de beide rondingen nog nietnbsp;verdeeld zyn. De andere ligt binnen in, omtrent op ee*nbsp;derde van de hoogte der koepel.

Men befpeurde reeds in ’t jaar 1680. eenige fcheuren ia de koepel, gelyk Polen! verhaalt, dog zy wierden niet ge-agt, tot dat men onder Benecliélns XIV. niet alleen in denbsp;koepel, maar ook in den trommel en de fchoorhalken, ’ernbsp;meerder vond, wyl de fchoorbalken met de koepel nietnbsp;genoeg verbonden waren. De grootfte bouwmeefters ennbsp;wiskundigen, onder anderen de zo aangehaalde Marchefenbsp;Poleni, werden ’er over geraadpleegd, en zy Hemden daarin overeen, dat de trommel en de koepel door meer yzeren ringen verfterkt moeften worden. Men leide dan in ’tnbsp;jaar 1744. van den voet der fchoorbalken af tot boven aannbsp;de koepel, waac de lantaarn begint, vyf zeer fterke ringen.

’t jaar 1747- werd men gewaar, dat de ring, die onder Sixtus V. binnen in de koepel gelegd was, was gefpron-Men herftelde hem, en leide ’er nog een buitennbsp;«ndet de eerfte ry dakvenfters. Tot deeze zes ringen is

over

-ocr page 94-

quot;Be nbsp;nbsp;nbsp;de looooo pond yzer gegaan. De tyd zal leerea

terks ' of deeze pragtige koepel door deeze maatregels voor ver^ dere fchade bewaard zal blyven, en of de nakomeling-fchap dit gedenkteken der konft nog eenige eeuwen be^nbsp;wonderen zal.

VAN DE GROTTEN , OF DE ONDERAARDSCHE VERWÜLVEN DER PIETERSKERKE.

Onder de grotten wordt de ruimte tusfdien deft grond der oude Bafilica van S, Pieter, en den nieuwen, diennbsp;Clemens VIII. zeer aanmerkelyk verhoogd heeft, verdaan. Men zag den ouden grond als heilig aan, die innbsp;Konftantyns tydeu met het bloed van zo veel martelaarsnbsp;befprengd was, en waar zo veele pauzen en heiligen begraven waren, des men hem niet gaam orawroeten wilde,nbsp;Clemens VIII. deed deeze verwulven met marmer verderen, en Paul V. veel monumenten en graven derwaardsnbsp;ovetbrengen, waarom zy niet alleen in een godsdienftignbsp;opzigt, maar ook voor het gefchiedkundige, merkwaardignbsp;zyn. Men betreedt deeze plaats met een foort van eerbied, als men bedenkt, hoe veele grooten der aarde en beroemde mannen bier bun ruflplaats gevonden hebben; mennbsp;wandelt onder deeze gedenktekens met de zelve nieuwsgierigheid en opmerkzaamheid als in de beroemde Well-minfter Abdy te Londen. Torrigio heeft een bel'chryvingnbsp;van de Sagre Grotie Vatkane gegeven. Wy zullen ’ernbsp;kortelyk het merkwaardigfle van gewaagen.

Wy hebben aangemerkt, dat onder de vier groote lla-tues van de hoofdpilaaren der koepel vier trappen zyn, welken naar even zo veel met mozaïeken verfierde altaarennbsp;leiden. De trap by ’t beeld der h. Veronica gaat tot in denbsp;grotten. Aan den ingang ter regter hand vertoont zig

Chri-

-ocr page 95-

Br

Door IT ALIEN.

Chriflus op een altaar, zyn kruis draagénde; een ichdti'üDePUterU mozaïek volgens Sacchi. In den gang die om de Confeffie^er/I.

Van Petrus loopt ziet men verfcheiden gothifche basreliëfs.

Van hier gaat men naar de reeds befchreven Confeffie. De Jïiozaïeken in de overige kapellen zyn ook volgens Andreasnbsp;Sacchi.

De grond der grotten is onder Clemens VIll. herfteld, dog zonder dat men hem geheel heeft opgebroken. Eerftnbsp;komt men by het beeld des b. Jacobus, aan veifcbeidennbsp;opfchriften, en daarna aan oude mozaïeken, aan ftandbeeldennbsp;van Benediftus XII. en van Petrus den zegen uitdeelende»nbsp;nevens veel andere Hukken, die uit de voorige kerk herwaardsnbsp;gcbragt zyn, en ter gedagtenifle bewaard worden. Verdeïnbsp;ziet men, het altaar eener wonderdaadige ilAzn^nbsp;rienti; een basreliëf, verbeeldende Petrus en Paulus, op bevel van Nero omgebragt wordende; twee engelen in mozaïeknbsp;van Giotto; de beelden der vier euangeliften, en der viernbsp;kerkleeraars, en anderen meer.

Daarop gaat men in de oude grotten, welken met de Voorige kerk de zelve vloer hebben. Zy beftaan in drienbsp;fchepen, waarin de volgende dingen het merkwaardigftnbsp;zyn. Het graf van den Kardinaal Nardini, van Charlottenbsp;de Lufignan, Koningin van Cyprus en Jerufalem ; eennbsp;fragment van de fchenking der Graavinne Mathilde; denbsp;grafzark van Alexander VL; een meenigte opfchriften,nbsp;daaronder het graffchrift van Amalario Graaf van Montfort,nbsp;die groote daaden tegen de Saraceenen verrigt heeft, en tenbsp;Otranto, op de terugreis uit het Heilig Land, in 1241. gekorven is; een basreliëf van den zark van Gregorius V.

Van Keizer Otto II. die te Romen overleed.

In den middelllen gang is niet veel merkwaardigs. Inden derden ziet men een graf van Oollerfchen granietfteen,nbsp;waarin Paus Adriaan IV. ligt. De twee marmeren gravaii

Ji. Deel. nbsp;nbsp;nbsp;Fnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Vail

-ocr page 96-

keis-boek

üePieiers-'^^^ Pius II. en Pius III. welker gebeentensnaar S. Andrea kerk. della Valle gebragt zyn. De monumenten der Kardinaalennbsp;Prancifcus en AugulHis Piccolomini, den eerften een neefnbsp;van Pius 11, en den ander van Pius III. Het marmeren grafnbsp;van Bouifacius VIII. van Petrus Raimundus Zacolla, eennbsp;Spanjaard, van Alphonfus de Vignacourt, Grootmeeflernbsp;van Malta j van den Kardinaal Benediflus Gaëtani, vannbsp;Nicolaus III, van twee Kardinaalen Orfini, en anderen. Denbsp;Koningin Chrillina van Zweden had bevolen hier begravennbsp;te worden; haar gedenkteken hebben wy boven in kerknbsp;aangewezen. De lichaainen des Pretendents en zyner Ge-maalin, wier monument wy boven reeds befchouwd hebben. Het graf van den Kardinaal della Porta den jongen.

Als men in de nieuwe grotten weder terug keert, ziet men, een basreliëf, vetbeeidende God den Vader, dat vannbsp;het graf van Paus Paulus II. overleden in ’t jaar 1471. her-komftig is; een ander basreliëf met Maria, Petrus en Paulus , een Paus en een Kardinaal; twee beelden van Petrusnbsp;en Paulus; twee basreliëfs, Eva met de flang in ’t paradys,nbsp;en defchepping van Eva, ook van het graf van Paulus II.;nbsp;een groot basreliëf met het laatfte oordeel; een met denbsp;opflanding vanChriflus, van ’tgraf van CalixtusIII.; ver-fcheiden ftandbeelden, en drie groote basreliëfs van dennbsp;tabernakel van Paus Sixtus IV.; een graf van Parifch marmer van Junius Baffus, Praefeflus Rom®, overleden in 359.

In de kapel onder het hoofdaltaar, den Apoflelen Petrus en Paulus gewyd , ziet men een altaar van koft-baare fteenen en verguld brons. De Apoftelen zyn daarop in de gellalte, waarin zy Keizer Kouftantyn zoudennbsp;verfcheenen zyn, in zilver verbeeld.

-ocr page 97-

83

£gt;ooa IT ALIEN.

Het Fati-

“ESCHRYVING van HET VATIKAANSCHE kaanfcbt PALEIS.

Het by de Pieterskerk ftaande Vatikaanfche Paleis is de eigenlyke zetel der Pauzen dog het ftaat wegens de on.nbsp;gezonde lugt federt langen tyd ledig, en wordt alleen ge-durende het Conclave bewoond. Het is een verbaazendnbsp;groot gebouw, breed 1080. een diep 720 voet. Men teltnbsp;’er over iiooo. kamers en vertrekken. Bonanni (*) teltnbsp;’er 13000. uit, dog hy rekent’er kelders en kluizen onder,nbsp;Cf deeze rekening niet te groot is, is moeilyk te onderzoo-hen, vooral dewyl het heerlyke model van dit Paleis,nbsp;het welk veele duizenden daalders gekoft heeft, om datnbsp;het te veel befchadigd is, niet meer vertoond wordt.

Sommigen willen dat Konftantyn de groote den Paus het paleis, van Nero hier ter plaatfe gebouwd, gefchonkennbsp;hebbe. De Pauzen onthielden zig in de vroeglle tyden bynbsp;het Lateraan; egter is het zeer waarfchyniyk, dat zy federtnbsp;veele eeuwen ook een wooning op den Vatikaanfchen bergnbsp;gehad hebben, dog dat het eerft het Paleis van Nero ge-weeft zy,is bezwaarlyk te bewyzen. Karei de Groote werdnbsp;leeds in ’t Vatikaan door den Paus geherbergd. Eugeniusnbsp;III. deed het Paleis nieuw opbouwen, en federt heeft by-na elke Paus ’er iets aan veranderd en het vergroot. Wynbsp;willen ons met de hiftorie van dit gebouw niet breedvoerig ophouden, maar alleen aantekenen, dat de grootflanbsp;houwmeellers, als Bramante, Raphael, San Gallo, Ligo-Fontana, Madernl, Bernini, en anderen meer, ea-

kel-

Ia de boven aangehaalde Templt VatUani HlJiorU, waat ook de en fchafen te vinden zyn, Men heeft ’er een by.nbsp;Sondete befchryving van in oftavo. ¦

P#

-ocr page 98-

R E I S - B O EK

IJét f'aii. kelde flukken ’er aan gebouwd hebben. Verfcheidenea haanfcbe daarvan zullen by debefchryving zelve opgegeven worden.nbsp;Pakh, pe ongelykheid der deelen beneemt het gebouw over’t geheel beichouwd zyne grootfte fchoonheid. Daar is geen za-menhang, geen fchoone iiirigting, zelfs niet eens eenprag-tige ingang in te vinden; egter behoort het, deels van wegen de ftukken van Raphael en de beroemde oudheden,nbsp;deels wegens de bibliotheek, onder de grootfte merkwaardigheden van Romen.

Door den ingang van de Zwitferwagt komt men op de zogenaamde Plaats delk Loggie. (*j Zy is vierhoekig, zeernbsp;ruim, en heeft drie ryen arcades boven malkander. De vierdenbsp;gallery beftaat uit een gang van zuilen. Ongeagt de hoogtenbsp;en den grooten omtrek van ’t gebouw, geeft het deeze ar-chitektuur dog geen fchoon aanzien. De onderfte ry vannbsp;arcades heeft geen fieraaden, de tweede heeft dorifche pi-lafters met een ionifch hoofdgeftel, de derde ionifche pi-lafters, de vierde roomfche zuilen met een vryftaande kornis, waarop niets ruft. Deeze arcades fluiten de plaatsnbsp;maar van drie zyden in. De vierde tegens de Plaats vannbsp;St. Pieter is met laage borgerhuizen bezet, om uit de bovenvertrekken des Paleis het fchoone uitzigt van Romen tenbsp;behouden. Wy zullen het binnenlle, volgens de order,nbsp;die Taja in zyn befchryving houdt, doorgaan, en alleennbsp;het merkwaardigfte aanroeren.

Scala Re- Als men den pragtigen van Bernini aangelegden trap. Scala Regia genoemd, (**) opklimt, komt men eerft in

de

(») Dc Italiaanen noemen Log£i‘i gallery op de eetftc, tweede cf derde verdieping. die ten minften aan een zyde open, of metnbsp;arcades voorzien is, waardoor mea ftifchc lugc of een vty uitzigt bekomt.

(•*) De ingang is by het ftandbeeld van Konftantyn te paard, var» liet welk by de befchryving der Pieterskerk melding is gemaaku

-ocr page 99-

oOoR ITALIË N.

¦deKoiiinglyke Zaal,dieover’t algemeen in een groeten fmaak,Het Fait-dog in fotnmige deelen, als aan hec gewulf, en aan Askaanfehe lyften der fchilderyen, altezorgvuldig verfierd is. Paul

deeze zaal door San Gallo doen aanleggen, waarom Zy ook PaoUna genoemd wordt. De eerde verfieringennbsp;®2akte Pierin del Vaga^ daarna arbeidden Daniel vanVol-lerre, Salviati, Ligorio , Zucchero , en Vafari , ondernbsp;veel oneenigheden, ’er aan, en dit is oorzaak geweed, datnbsp;’er geen goede ordonnantie in het geheel is. Onder denbsp;fchilderyen daat haar inhoud te leezen. Die boven de zesnbsp;deuren daan, vertoonen de volgende voorwerpen:

!• De gift van Karei den Groot en aan den Roomfclien Stoel, door Taddeo Zucchero. De manier is groot, dognbsp;de ordonnantie onregelmaatig, de tekening zwaar, het koloriet en de houding zwak.

2. Gregorius IX. Keizer Frederik II. in ’t jaar 1227. iii den ban doende. Een fober duk van Vafari.

3' Pipyn, der Kerke de dad Ravenna overgeevende, na dat hy den Koning van Lombardyen Aidulphus, dien mennbsp;als een gevangenen ziet, overwonnen had; van Siccioiau-te da Sermoneta. De zamendelling is degt, en het koloriet zwak; dog in de tekening heerfght de groote Room-fche fmaak.

4. nbsp;nbsp;nbsp;Petrus van Arragon, dat koningryk Paus Innocent III.nbsp;onderwerpende. De meeder is Livio Agredi. Het heeftnbsp;liet goede en ’t gebrekige des voorigen. De tekening isnbsp;ftont. De foldaaten hebben fchoone armen.

5. nbsp;nbsp;nbsp;Otto I. der Kerke de verloren landen weder inruimen-'^2 5 na het overwinnen van Berengarius. Een flegt duknbsp;van Marcus van Siena.

ehini.


6. nbsp;nbsp;nbsp;Gregorius II- doende de overgift van Aripertonbsp;door Luitprand bektagtigen. Een flegt ftuk van Samma«

-ocr page 100-

ts

REIS.BOEK

Vati- Behalven deeze zes (lukken boven de deuren, zya ’et kaanfche nog drie grooten op de wanden gefchilderd.

Paleis, I, Keizer Frederik de Rofie, de abfolutie ontvangende van Alexander III. De Keizer ligt op de knien, en denbsp;Paus zet hem den regter voet op de fchonder. (?) Ce-chino Salviati heeft het begonnen, en Jofef Porta, zynnbsp;leerling, voltrokken. Daar de Ichilder zoo veel ruimtenbsp;had, behoorde hy de groepen beter verdeeld, en de hoofden en beelden op den voorgrond niet zo op een gepaktnbsp;te hebben.

2. nbsp;nbsp;nbsp;De vloot der Venetiaanen, Spanjaards, en des Pau.nbsp;zen, op de rede van Meffino, door Vafari. De perfpek-tief van de vloot is goed, dog het oogpunt te hoog genomen. De beelden van Spanjen, Venetien, en den Ker-kelyken Staat, verdienen geen goedkeuring.

3. nbsp;nbsp;nbsp;De (lag by Lepanto op de hoogte van Corinthus,

tusfehen den Chriftenen en Turken, in ’t jaar 1571. Vafari gaat voor den meefter daarvan, dog weinig tot zyn eer. Over 't geheel heerfcht zulk een wanorder, en denbsp;beelden zyn zo klein, dat niets zig wel vertoont. Denbsp;reusagtige groep van de triumfeerende Godsdienft is eennbsp;wonderlyk by werk, zo wel als Petras en Paulus in de lugt, dienbsp;den Duivel op de vlugtjaagen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;4. De 1

1

Men leeft daaronder: Alexander III. Friderhi I. Imp. ham ir impetam fugtem, abdidit fe Veneiiis, cognitum a- a fenatx homrif.eenbsp;fttfeepUtm Ottone Imp, flio navali pralio viiio a Venetts, captaqne,nbsp;Fridertens pace fada fnpplex adorat fidem ér obedieutiam poUkitxs. Itanbsp;Pontifici fra dignltas Venctire Reip. beneficie reflUuta II77. Toen Ur»nbsp;baan VIII. op de Venetiaanen verftoord was, deed hy, volgens Nani, een Yenetiaanfch hiftoriefthryver, dit den Venetiaanen zo roem-lyk opichrift uitdoen, dog Innocent X. die met hun lieden eenswas,nbsp;deed het weder hetftellen. Het zou beter wezen, dat diergelyhe ,nbsp;voor de hoogheid des Duitlchcn Keizers zo vernederende gedenk-Kukken, vcidcigd werden.

-ocr page 101-

Ïgt;OOR I T A L I E N.

4. De terugreis van Gregorius XIII. van Avignon naar ¦Romen in gezelfchap van de h. Catharina van Siena, vakaanfchtnbsp;bet jaar 1377. Vafari is zig zelven in dit ituk te boven^^^^'^nbsp;gegaan. De zamenllelling verdient goedkeuring. Devrouw-lyke beelden der deugden, die den Paus draagen, zyn zeernbsp;Gehoon, en in ’t algemeen zyn alle de beelden in eennbsp;groote manier getekend. De begeerte van het volk omnbsp;den pauslyken zegen te ontvangen is meefterlyk uitgedrukt.

Boven de deur,-die in de Paulynfche Kapel gaat, ziet men een fchildery in drie Hukken afgedeeld, waarvan het eenenbsp;verbeeldt, hoe Gregorius VII. te Canofla in 1077. den bannbsp;tegen Keizer Hendrik IV. opheft.

Verder ziet men in deeze zaal den moord des braaven Admiraals De Coligni, de Paryfche bruiloft, en Karei IX.nbsp;in het parlement. Drie flegte Hukken door leerlingen vannbsp;Vafari. Voorheen las men ’eronder, Stragei Hugomtto^nbsp;rum, en Rex Colignii mortem probat. Men heeft zignbsp;vermoedlyk over de opfchriften by deeze affchuwlyke ver-rigtiiigen gefchaamd, en ze uitgedaan. De Hukken zelvennbsp;verdienden verdelgd te worden, om een der menfchheidnbsp;zo onwaardige daad, zo veel mooglyk, in vergetelheid tenbsp;brengen. C*) üic deeze zaal leidt een deur in de Sixtyn»nbsp;fche Kapel.

Paus

(•) Gregorius XIII. was ontmenfcht genoeg, om zig op ’t ontvangen der tyding van dit bloedbad te verblyden, en zyn onzinnigen J’vcr zo ver te diyven, dat hy een Huk, ’t welk alle Franlchen ennbsp;tedelyke Roomlchgezindeu met afgryzcn moeten aanzien, door eennbsp;**quot;tntftuk zogt te vereeuwigen. Op de eene zyde Haat zyn beeldcenis,nbsp;«n op het omgekeerde de moordengel, met het kruis in de eene, ennbsp;bebloed zwaaid in de andete hand. Het otulchtifc luidt;

A-tget. li/Z,

F_4

-ocr page 102-

R E I S - B o E 1£

De Fati‘ kMnfcbenbsp;Paleis,

Sixtynfche

fiapel.

Paus Sixtus IV, deed door Baccio Pintelli de Sixtynfche Kapel aanleggen. Micliaël Angelo befdiilderde het ge wulf,nbsp;zonder eenige hulp, in twintig maanden. De figuur derzel-ve beftaat in een langwerpige vierhoekige zaal, welkernbsp;vloer met marmer ingelegd is. De muiiren zyn roet koft-baare tapyten, volgens de tekeningen van Raphael gefchil-derd, behangen. Boven dezelven ziet men aan beide denbsp;lange zyden twaalf Bybelfche liiftorien van Perugino ennbsp;andere meeflers van 'dien tyd, die niet veel opmerking verdienen. Boven de deur is de Opftanding door Ghirlan.nbsp;daio, en de flryd van den Engel Michael met den Duivelnbsp;door Dalecio ; twee middelmaatige, dog wel getekendenbsp;flukken.

Het laatfle oordeel vannbsp;Micbaëlnbsp;Angelo,

In deeze kapel houden de kardinaalen geduurende het conclave het ScruUmim, of de verzameling der ftemraen jnbsp;dog het geen ze nog beroemder maakt, is het laatlle oor»nbsp;deel van Michael Angelo, ’t welk den geheeien agtermuurnbsp;beflaat. Dit ftuk, waarvan alle boeken over de kunlt volnbsp;zyn, is op natten kalk gedaan. In de middelde groepnbsp;ziet men Chriftus, ter regter hand de uitverkorenen, ennbsp;ter flinker hand de verdoemden. Boven aan houden denbsp;engelen de werktuigen des lydens vad, en aan beide zyden ziet men groepen van heiligen. Beneden zyn engelen,nbsp;die op bazuinen blaazen, ter regter hand vaaren de uitver»nbsp;korenen ten hemel, en ter flinker de verdoemden ter helle. (*)nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;On-

(•) Men verhaak daarvan deeze anecdote, dat Michael Angelo het hoefd van den Pauslyken Ccremoniemeeftet Cefena, die van dit ftuknbsp;dit Ichctp oordeel geveld had, dar het beter voor een bordeel dannbsp;voor deeze plaats gefchikt was, uit wraak, onder de verdoemden gefchil-derd heeft, Cefena bad den Paus den fchilder te bevelen, dat hoofd uit-tedoen, dog de Paus antwoordde hem, dat hy de zielen wel uit hetnbsp;vagavuus veiloflen kon , dog niet nit de hel. Men wyft dit hoofdnbsp;«og.

-ocr page 103-

69

'door I T a L I E N.

Onder aan op het ftuk ziet men Charon, die hier zeer//^/ Vati-' Jjwalyk te pas komt, de zielen overzettende. Schoon Michaelnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.

Angelo eenige jaaren over dit ftuk arbeidede, dikwyls^‘*'^‘^'“ nbsp;nbsp;nbsp;?

veel Veranderde, en zo yverzugtig op zyn werk was, dat ’er niemant by toeliet, is ’er dog veel aan te berifpen.nbsp;geheele fchikking is niet goed. De groepen hebbennbsp;geen verbindtenis t’zaraen, en fchynen op den blauwen ag-tergrond op haar zelven neergeplakt te zyn. De fchilderynbsp;beftaac uit een menigte beelden, die de meefter voortref-lyk getekend heeft, om zyn kennis in de ontleedkunde tenbsp;loonen, zonder zig om de uitwerking vaii het geheel, ennbsp;de welvoeglykheid, die ten eenenmaale door de naakte ennbsp;^1 te natuurlyk gefchilderde beelden gekwetft wordt, tenbsp;hekommeren. (’*') Men ziet overal dezelve liefde bynanbsp;voor de ontleedkunde, en eenerlei beelden, die maar innbsp;verfchillende houdingen gezet zyn. De manier in denbsp;tekening is ftout, trots, en byna fchriklyk. Geen verandering in de uitdrukking, engelen, menfehen, duivelen,nbsp;zyn even eens getekend. Doorgaans ontbreekt de werkingnbsp;van het geheel en het koloriet. Men kan het gevoeglykftnbsp;met een fchoone tekening, zonder verband der deelen, opnbsp;een donker blauwen grond vergelyken.

Deeze gebreken beletten niet dat dit ftuk een der merk-waardigfte freskofchilderyen, en het aanzienlykfte ftuk van Michael Angelo blyft, dien men hier als een middelraaatignbsp;fchilder, dog als een ftout en groot tekenaar leert kennen.

Men

(•) De Pauzen hebben in laatet tyden over veel ftukken, die tc ®rgetlyk waren, door broddelaars kleedcren doen fchilderen, en hetnbsp;Seheel daar door bedorven. Beter ware het geweeft, gelyk aan an-“^^te muuren, ’et tapyten over heen te hangen, waardoor de eerbaat-heid niet gekwetft, en deeze heetlyke ftukken, ter bewonderingenbsp;konftenaars en liefhebbers, onbelchadigd gebleven waren. Aannbsp;*“'kcn had men zc ïoijdet bedenken kunnen vettoonen^

-ocr page 104-

90

E EI S - B O E K

Het Fati- ontdekt dit nog meer aan de vermetele en onnatuur-Jiaanfcbe lyke beelden in de friezen, die het verwulf draagen. Meq fnkU. flaat verbaasd over de kragtige uitdrukking in dezelven,nbsp;en over de gewaagde verkortingen. Vcrfcheiden konfte-naars honden ze voor de fchoonften, die ooit de konft heeftnbsp;voortgebragt.

Het laatfte oordeel heeft de goedkeuring, die ’t wegdraagt, ten deele aan deonregelmaatige ordonnantie, die’er in heerfcht, en welke het voorwerp veroorloofde , tennbsp;deele zekeren blauwen en rooden tinten der lugt, die nietnbsp;kwalyk by de verwarring der elementen paffen, te danken.nbsp;In het geheele zamenllel ontdekt men een woede verwarring onder de beelden, die verbaasd maakt, dog niet bevalt. Dit egter kwam met het karakter van zulk een ftuknbsp;overeen. (*)

Het gewelf verdient van een kender byna nog meer opmerking. Tot wederzyde zyn agttien fchilderyell, allen van Michael Angelo. De verfieringen zyn mager en hard,nbsp;het koloriet van het geheele gewelf doet geen uitwerking,nbsp;en valt in ’t bruinrood ; dog deze gebreken worden doornbsp;de groote manier der tekening vergoed. De akademifchenbsp;beelden, de Sibyllen en Profeeten zyn voortreffelyk ennbsp;meederlyk uitgevoerd, fchooii aan de drapery veel te bc-rifpen valt. In de fchilderyen in de vakken van ’t gewelfnbsp;ziet men eenige reizen God den Vader, en inzonderheidnbsp;by de fchepping van den eerften baayerd, met zulk eennbsp;waardigheid verbeeld, dat men zig niets edelers kan voor-Hellen. In het ftuk verwonende den va! en de ftraf onzernbsp;eerde ouders, zyn deeze voortreffelyk geflaagd, endemienennbsp;van Eva zyn bevallig, het welk deezen meefter anders zelden gelukte. Alleen had hy geen dubbelden handel in ’t ftuknbsp;ïttoetenbrengen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Een

(*) Behalvca eenige kleine printen, heeft men van die vermaarde

ftuk

-ocr page 105-

öoos. ITALIË N. T9t

Een andere deur voert uit de Koninglyke Zaal indePau-lynfche Kapel, welke Paulus III. door San Gallo heeft doen aanleggen. Het ftukadoorfel en fchildervverk aannbsp;gewelf, gelyk alle de fieraaden der kapelle, zyn van geennbsp;goeden fmaak, De porfieren zuilen van’t altaar heeft rsennbsp;M een tempel van Romulus gevonden. De ftandbeeidennbsp;in de hoeken zyn van Profpero Brefciano. In deeze kapel treft men weer twee «eer groote fchilJerftukken vannbsp;Michael Angelo aan, naamelyk de bekeering van Paulus ennbsp;de kruisfiging van Petrus. Zy zien’er uit als of ze met roetnbsp;gofchilderd waren, en zyn ontwylfelbaar onder zyn flegtftenbsp;Hukken te rekenen. De overige fchilderyen behoorennbsp;onder de middelmaatigen, en verdienen niet aangehaald tenbsp;Worden.

In de fakrifly by de Sixtynfche Kapel ziet men \e.€\.BeSakrl^ kollbaarheden, als de zeven fakramenten op goudnbsp;geborduurd, veele met paarlen en juwelen rykelyk bezettenbsp;miskleederen en mutfen; een groot juweelen kruis, ’twelknbsp;de paus by zekere plegtigheden draagt; een groote gouden kelk, waarin by ’t fcrutinium de ftemraen verzameldnbsp;worden, veel andere kelken en gouden vaten, en menigtenbsp;reliquien, als het hoofd van den h. Laurentius, de fpoasnbsp;van Chriftus enz.

In de zogenaamde Kleerkamer worden ryke ttpyten, naar Raphaels tekeningen gewerkt, bewaard. De vertrekken nady de Sala Ducale worden tot het conclave getrokken by’tverkiezen van een paus, gelyk ook de Loggia.

ftak twee groote werken, elk op elf vellen, getiteld, II GindUio kw-dïpifito nell^ Capella di Slfio JV, nel Vaticano, Van beiden zyn de tegenwoordige afdrukken in de Cakegrafia fapale liegt. Het eenenbsp;heeft Nikolaas Beatticetto, dog het befte Giorgio Mantuano gefnee-Van den laatften heeft men ook de Piofeecen cn de Sibylleanbsp;Tan het gewelf der kapelle, op 6 vellen.

-ocr page 106-

flet Fiati-

kaanfche

Paleis.

Sala Du-cale.

Loges van Raphael.

Raphael.

gie, die Jan van Udine en anderen met loofwerk aan 't welf befchilderd hebben.

quot;Ds Sala Ducale, waar de Paus op witten donderdag bet voetwasfchen verrigt, beflaat uit twee ftnkken. De opening des fclieidmuurs heeft Bernini door een groot voor-liangfel van gips, ’t welk eenige engelen ophouden, ver-fierd. Het gewelf is met ligte en aartige grotefques,nbsp;en de fries rondom met allerlei gezigten voorzien.

Wy gaan de zaal van Leo X. voorby, die Jan van Udine verfierd heeft, gelyk ook de kleine kapel van Paul V. waarin Vafari het altaarftuk gefchilderd heeft, en komennbsp;in de onderfte gallery, of ry van de Loggie FatUane,nbsp;waarin niets optemerken is. Van daar loopt een gemak-kelyke trap, met zo laage treeden, dat een ezel hout ennbsp;anderfins ’er langs naar boven draagen kan, naar de tweedenbsp;ry, welken men de Loges van Raphael, en de printennbsp;daarvan gemaakt, RaphaelsBybel, pleegt te noemen. Hetnbsp;gewelf deezer gallery is in vakken verdeeld, die door Raphael, of zyn leerlingen, dog naar zyn tekeningen, metnbsp;hiftorien uit het oude en nieuwe teftament befchilderdnbsp;zyn. (1)

De zes eerfte ftukken, naamlyk de fchepping van Adam, Adam landbouwende, C2) Jakob met zyne kudde by den

put,

1

Men heeft verfchciden aanhangfels van deeze fchilderflukken,

als JJiorie del vecchio Ér nuovo Tejlamento nelle Lorrie Vaticme. inta-£liate in acqua forte, da Oraxia quot;Borgiani, op 53. bladen in quarto. Wy gewaagen niet ran de anderen, en wyzcn alleen de bellen aannbsp;Van allen: Le Loggie Falicme col Profeta Efaïa, ér il depojito di Ra-faelle inventato da Sarlo Maratti, intagliate da Pietro aiqnila e Cefarenbsp;fantstti. 55 bladen in folio.

2

Adam heeft eenyzcten Ipade in de hand, waarover zig Salvar Rofa, in zyn hekeldigt ovet de lèhilderkonft, dus rjitlaat;

R

-ocr page 107-

93

DOOR ITALIË N.

put, de ladder Jakobs, Mofes met de tafelen der wet, en j.j^( Paii-liet heilig avondmaal, zyn geheel van Raphael; de ove- kaanfcbt rigen zyn, gelyk gezegd is, naar zyn tekeningen gemaakt,-P^^^***nbsp;en door hem verbeterd. Zy komen ’t naad: aan zyn middelde manier. In de ordonnantie en de dellingen dernbsp;beelden erkent men de hand des meeders, maar de uitvoering en het koloriet zyn middelmaatig, en beklappennbsp;het ongeoeffende penfeel zyner leerlingen. Sommigen zynnbsp;beter, en naar gedagien door de bekwaamden zyner leerlingen gemaakt. Inzonderheid zyn de hoofden doorgaansnbsp;niet fraai.

Wy willen eenige aamerkingen over de bede dnkkerr maaken. God de Vader, den baayerd in order brengende,nbsp;is geheel van Raphael, en met een poëtifchen geed ge-fchilderd. De uitdrukking in het hoofdbeeld is vol deftigheids en bevalligheids. Toen Michael Angelo ze zag, ' -riep hy uit, Raphael heeft myn God den Vader in denbsp;Sixtynfche Kapel gezien. Hy had het niet mis, want Raphael had , ongeagt het verbod van Michael Angelo, middel gevonden, ’er heimelyk in te komen, en het fluk tenbsp;bezien. Ook is ’er eenige overeenkonid tusfchen de tweenbsp;beelden dier groote meeders. De andere drie flukken van denbsp;fchepping zyn vati Julius Romanus, en komen op verre annbsp;Biet by ’t voortgaande.

Jan Francifcus Penni heeft drie ftukken gefchilderd.

Loth, met zyn dogters uit Sodom gaande. De uitdrukking in het beeld van Loth is voortreffelyk; hy houdt zyn dogters by de hand op, dat ze niet oinzien, en fchynt haarnbsp;Btoed imefpreeken. Abraham en Abimelech, die malkander

£ cOmc comfatir, fcufar potiamo

Vn Rafaell ptttor rara e efatio, di fgrrB una BLappa in man

-ocr page 108-

94,

Hei Fait- gefchcnken geeven. In belden is het karakter zeer kaanfche edel, Jakob met Rachel en Lea by den put. De groepnbsp;Paleis, (jgr zufters is wel uitgevallen. Men ziet in haar houding ongeruflheid, en verlangen om te weeten, wie dee»nbsp;vreemdeling zy,

tnamis.

Pierin

Julius Ro- De drie volgende (lukken beeft Julius Rotnanus vervaardigd, Jofef zynen broederen zyn droom uitleggende, De groep der drie broeders is uitmuntend, en de opmerkzaamheid der overigen raeederlyk uitgedrukt. In het Huk,nbsp;waar Jofef van zyne broederen verkofc wordt, zyn de by-zondere handelingen in ieder beeld wel gekarakterizeerd.nbsp;In het derde, waar Jofef aan Farao den droom verklaart,nbsp;maakt de onruft van Farao, en het vertrouwen waarmedenbsp;Jofef fpreekt, een fchoone tegenftelling.nbsp;jgl Van Pierin del Vaga treft nien tien Hukken aan. De redding van Mofes. De zeven vrouwenhoofden zyn fchoon,nbsp;en toonen een medelydende nieuwsgierigheid aan, Denbsp;dogter van Farao moeH een weinig meer onderfcheidenzyiinbsp;vaii de overigen. Mofes de tafelen der wet ontvangende,nbsp;liet beeld van Mofes is uitmuntend, en het overgeevennbsp;der tafelen door God den Vader vol deftigheids. In hetnbsp;derde, daar Mozes de tafelen aan Hukken breekt, zynnbsp;fchikking en uitvoering fchoon. Het denkbeeld by dennbsp;doortogt des Jordaans is poëtifch. -De rivier ontflelt op ’tnbsp;gezigc der arke, en trekt haar water terug. De uitdrukking in Jofua, met vertrouwen biddende, is gelukkig ge-troifen. Het zesde is val van Jericho’s muuren. Het zevende is Jofua, met deeene hand den loop der zonne, ennbsp;met de andere dien der maane fluitende. Een fchoon ba-taUlefluk. De drie laatflen verbeelden, de verdeeling desnbsp;beloofden lands onder de Hammen, David Goliath den kopnbsp;afhouwende, en zyn zegenpreal wegens de verovering vannbsp;Syrien. Onder alle de antieke fchilderyen zal men bezwaar-Jykeenfchoondetttiumf vinden,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Pel*


-ocr page 109-

Sgt;5

DOOR I T A L I-E N.

Pellegrino van Modena heeft in decze gallery drie fluk. Het Fati-ken volgens Raphaels vinding gefchilderd. Zadok Salomon tot kotiing zalvende. Salomon met de Koningin van Sa-ba. liet ftuk is fraai, dog het beeld der Koninginne niet edelnbsp;genoeg. In het eerde regt van Salomon is de groep dernbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^

ligters fchoon, dog aan Salomon ontbreekt majedeit.

In de laaide arcade der gallery zyn twee dukken geheel van Rapteël. Het eerde is de doop van Chridus, wiensnbsp;beeld onverbeterlyk is. Die der overigen, welken zig ooknbsp;willen doen doopen, zyn niet minder fchoon, inzonderheid de man die zyn hembd wil uittrekken. Het anderenbsp;Verbeeldt het heilig avondmaal, en doet wegens het frifchenbsp;leevendige koloriet een goede uitwerking, De zamen-fpraak dec Apodelen onder malkander is wel uitgedrukt,nbsp;dog de figuur van Chridus niet edel genoeg.

Dceze gallery bedaat uit dertien boogen, die, in den fmaak der antieke baden, met lugtige en aartige grotefquesnbsp;zyn verfierd. Het dukadoorfel is niet kondig genoeg metnbsp;het fchildevwerk vermengd. De meefien van de geduka-doorde basreliëfs verbeelden ten deele al te vrye voorwer-werpen. Zy zyn antiek, en met genie gemaakt. Mennbsp;heeft ze deels uit de Villa Hadriana, deels uit de badennbsp;Van Caracalla, en andere oude gebouwen genomen. (?}

'Vaar antieke dukadoorfels ontbreeken, heeft men de plaats biet nieuw werk van dat foort aangevuld.

Aan de boogen van den anderen arm deezer gallery hebben Rafaëllino da Reggio, Maffei, Giovanni da Modena,

'^Uavio Mafcherini, cn anderen, hidorien uit het nieuwe leftament gefchilderd. De grotefques zyn van Marcus van

1*) Van deeze vetfierCden allen t’ zanten heeft men het volgende werk: Sdierxd dinbsp;nbsp;nbsp;nbsp;di rilUva di JJulce nenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;delle

1'^tUanc dlfcmati t intapUt! da Plilm Santi'Barttli, ly bla« tien in foUo.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;’

-ocr page 110-

96

JJet Vati- nbsp;nbsp;nbsp;In den derden arm van den gang ziet men insgö'

faleis.

kaanfche lyks hiftorien uit het nieuwe teftament, van goede mee-fters, ais Nogari, Cari, en anderen. De grocefqnes zyil van Ailegrini en Tedefchi gefchilderd. Ten einde van dee-Zen gang liggen de vier beroemde Stanze di Rafaello, welken door de fchoone fchiiderflukken van deezen grootertnbsp;meeller bekend genoeg zyn. Daar is zo veel van ge-fproken en gefchreven , dat zy geen nauwkeurige be-fchryving behoeven.

DE ZAAL MET SCHILDRRYEN VAN RAPHAEL IN T VATIKAAN.

Van de geheele ry kamerén, waaronder ’er vier vol zyn van fchilderyen van Raphael, is ’er geene gemeubileerd»nbsp;Men ziet niets dan de muuren, welken van boven tot onderen, en aan de zoldering, van Raphael eii zyn leerlingen befchilderd zyn. De fchilderyen zouden de fcKoon-ften der wereld zyn, als ze niet, door eene onvergeeflykenbsp;zorgeloosheid, van ’t vogt en andere toevallen zo veel geleden hadden. Dog niets heeft ze meer befchadigd dan denbsp;inlegering der foldaaten van den Connetable de Bourbon,nbsp;die, na de verovering van Romen in ’t jaar 1528. hiefnbsp;huis hielden, en by gebrek van fchoorfteenen midden in denbsp;kamer flookten. Het fchoone koloriet werd deels doornbsp;den rook bedorven, deels door de vogtigheid, welke denbsp;warmte uit de muuren dreef. Inzonderheid werd de zaalnbsp;waar men de fchool van Athenen vindt zeer befchadigd.

Wie maar eenigfins een liefhebber der kond is, eilt, by zyn aankomd te Romen, naar deeze vertrekken. De Piles merkt reeds aan, dat men op ’t eerde oogenblik dacnbsp;gemeenlyk niet ondervindt, het geen men verwagt had.nbsp;Maar» voor eerd, d» vertrekken, zelven zyn gothifch»

irevt*

-ocr page 111-

9?

È0 6R ITALIË N.

*;nrfg, niet ligt, en geheel niet fraai; de gewulven \oo-j^et f'ati-pen fraaal toe, de ventlers zyn klein, hebben flegte kaanfcbe men, donkere en vüile glazen. Het al te inenigvuldige-P‘*^^“‘nbsp;fchilderwerk brengt een zekere eenvormigheid voort» Denbsp;groote ftukkenzyn rondom van kleinderen omringd, de don~

^^ere hoeken, de ruimte rondom de venders, en alle de Plaatfeu die ledig behoorden te zyn, ^yn befchüderd, ennbsp;^it maakt dat het oóg nergens rud vindt. Eindelyk, hetnbsp;koloriet is bedorven, gevolglyk ontbreekt ’er dat aan, tnbsp;geen gemeenlyk op ’t eerde bezien eener fchildery dennbsp;grootden indruk maakt. Als men dan veel van Raphaelsnbsp;kond verwagtende hier inkomt, is het natuurlyk, datmeunbsp;rgt;P dat oogenblik begint te denken j dat hy geen zo grootnbsp;tneedet is. Dog befchouwt men de ftukken naauvvkeuri-ger, en weet men de toevallen, waardoor zy buiten zynnbsp;fchuld zo veel verloren hebben, zo vindt men reden ge*nbsp;noeg om Raphael te bewonderen, en voor een der vol-maaktde fchilders te houden. (*)

De eerde zaal, die oaamlyk van de Zwkferwagt, is met verfeheiden deugden verfierd, die door haar eigenlchappennbsp;kenbaar zyn, als het Geloof, de Hoop, de Godsdienft, enz.

Zy zyn van verfeheiden meellers, als van Paris Nogari,

Tempefla, Jakob Stella, en anderen. In de andere zaal *ya de twaalf Apoftelcn. Zy waren van Raphaels leerlingen gemaakt, dog door den tyd zo bedorven, dat de Rid-•^er d’Arpino en andere meefters ze hebben moeten over-fchildcren,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;vüii

De zaal van Konftantyn den Grooten, de derde in

rs.

ten.

(*} Een nsauwkeurjge belchryving van de fchildetyfn, die meet in^' quot;n loflchrifi dan een oordeelkundig werk gelykt, heeft Bellori

dr//e imagiui dipiate da RafailU nrlte camert V’atUanc in een klein foliodeel iiitgeecvcn.

Dceu nbsp;nbsp;nbsp;G

-ocr page 112-

93

Het Hati- nbsp;nbsp;nbsp;hiftorieftukken betreft, geheel van Raphael

Paleis.

kaanfcbe getekend, en na zyn dood van zyn leerlingen gekleurd. De fmaak in de fieraaaden is niei zonderling. De lambris zynnbsp;van Polydoor Caravagio, met eenerlei kleur, in een goede manier gedaan, en de kariatieden in den fmaak der Ou*nbsp;den. De geheele ordonnantie en verfiering des gewulfs isnbsp;niet gelukkig gevonden, en moet tot geen model dienen.nbsp;Het eerde ftuk by de deur vertoont Konftantyn, voor dennbsp;flag met Maxemius een redenvoering tot zyn heir houdende. Het kruis wordt in de lugt van de engelen gehouden ;nbsp;de fchilder heeft het oogenblik getroffen dat de Keizernbsp;zegt, in })0c ftgno vinces. Zyn beeld is niet edel. Denbsp;kleine dwerg van Paus Julius II. die een helm opzet, isnbsp;een belacchelyk en kwaalyk te pas gebragt byvoegfel opnbsp;den voorgrond. De zamenileliing is goed naar de antiekenbsp;gewoonte, dog doet geen uitwerking. Het koloriet en denbsp;omtrekken zyn hard, anders is alles in een groote maniernbsp;getekend.

Slag van

Konjlan-

tjn.

De flag van Konflantyn tegen Maxentius by Ponte Mol-le is, onder de groote wydloopige zamenftellen, een ftuk van den eerften rang, zo niet het vootnaamfle. Men magnbsp;op de netheid der tekening, op de byna ontelbaare menigte van menfehen, op de kragtige beelden, en de veranderingen der Hellingen, op het vuurige genie in dennbsp;aanleg en de uitvoering, of op het geheele werk zien, zonbsp;verdient deeze veldflag niet alleen boven de hiftorie vannbsp;Pfychc, en den Incendio del Borgo van Raphael zelf»nbsp;maar ook boven de bruiloft te Kana van Paul Veronefe, denbsp;Barberynfche Zaal van Pieter Cortona, en de gallery vannbsp;Hannibal Caracci, den voorrang. Raphael heeft dit ftuknbsp;geheel getekend, en Julius Romanus, geholpen van Pie'nbsp;tia dol Vaga, Raphael dal Colle, en Polydoor Caravagit»

gw

-ocr page 113-

D Ö o ïi I t A L I E N.

gcréliiïdcrd. jjg ordonnantie is voortrefTelyk, flagveldfcbynt¦van'zeer rvj'den omtrek te'zyn. WcxTaboïé-kaanfcbtnbsp;fTguur vair avel in ’t oog. Eenige groepen doen zignbsp;zonder bemerken , en zyn van iticeftcrlyke uitdrukking,nbsp;onder anderen een foldaat, die zyn zoon, welke een vaandelnbsp;draagt, en gefneuveld'is, u i! opbeuren. De uitdrukking in hetnbsp;l^Id van Maxentius, die van ’t paard in ’t water gevallennbsp;verdiént' niet minder bewondering. LeBruh en anderenbsp;ï’ataiUerchüders hebben dat ftuk vlytig beihideerd, en innbsp;hiin Werken gezogt te pas te brengen. De hoofdver-dienüe deezer fchüdery blyfe aityd de tekening. Het ko-^*^ri2t is niet beter dan in de voorgaande, en veelligt ooknbsp;’^ooit fchoonder geweeft. De houding ontbreekt allent-halven; dog dit kan men dit link nog het eerft vergeeven,nbsp;ivyl het voorval in ’t open veld gebeurt, waar het ligtnbsp;overal zig verfpreidt, en gevolglyk zo fterke fchaduwennbsp;niet kunnen komen. Raphael wilde de geheele zaal metnbsp;olieverw fchilderen, en had bereids ’er een begin van, aannbsp;de Geregtigheid, gemaakt, dog Julius Romanus gaf hetnbsp;fenilderen op natten kalk den voorrang, maar heeft het beeldnbsp;der Geregtigheid, ultagting voor zyn meefter, laaien üaan.'

Het derde ftuk deezer zaal is het zwakfte van allen, en van Fattore, volgens Raphael, gedaan. Het verbeeldt Pausnbsp;Sylvefter Kpnftantyn den grooten doopendc. De laatftenbsp;'knielt met een been, en is byna naakt. Het gefchiedt innbsp;doopkapel, die de Keizer naderhand heeft doen bou-en welke, volgens de gedagte van foramige oudheid-^cnders, nog dezelve zou geweeft zyn die by’t Lateraan ftaat.

Het

(*) quot;^attaglU dl Ccnjlantlm, in-jtw^ldnc dl RafacU'y lohrha d! Giulia ii;pg„ata ir inl^amp;lluta in ac^sa forte da Pietro jtquilai opnbsp;*recnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;bladen. Goede oordeelvellingea over deeze en de vol

gende rchiidjfj,.^ vindt men ook in RUImtd, Traité de la Feiiiture,

Tom. ni. p. 3

Ga

-ocr page 114-

loo

tiet Pati-

kaanfche

Paleis.

Zaal van Heliodoor,

REISBOEK

Het vierde ftuk vertoont de vermaarde gift van Konflan-tyn aan den Paus. De zamenvoeging en fchikking der groepen is goed, dog de beide hoofdbeelden hebben geennbsp;edele houding. Men ontdekt in ’t ftuk vier gemeene by-werken, die egter een goede werking doen.

De vierde kamer, (•} welke naar een fchildery ge-meenlyk de Zaal van Heliodorus genaamd wordt, het ft fchilderftukken boven de venfters, kariatieden aan de lam-btis, welken met de overige verfieringen, die uit lugtigenbsp;en aartig getekende grotefques beftaan, zig niet voordee-lig vertonnen. Het gewulf is op de zelve wys, on bovennbsp;dat nog met kleine basreliëfs in antieken fmaak (*•) ver-fierd. Het ftuk van Helidoor, die door de engelen uitnbsp;den Tempel gejaagd wordt, welken hy berooven wilde, isnbsp;in alle opzigten fehoon, als men het Julius II. flikvlooyen-de bywerk uitzondert. De fchilder moeft den fmaakeloo-zen inval des Pauzen volgen, fehoon hy tegen de eenheidnbsp;van tyd en plaats aanloopt, en de Paus in hedendaagfchenbsp;kleedingvoorftellen, als wordendeinden Tempel gedraagennbsp;tervvyl het wonderwerk met Heliodoor voorvalt. Deezenbsp;pocchende allegorie zou willen te kennen geeven, dat danbsp;Paus zyn vyanden even zo uit den Kerkelyken Staat ver -

dree-

(•) Of volgens anderen de fweede, als men naamlyk met de Zaal Tan Konftantyn begint, vvaat cigenlyk het cetfte weik van Raphaelnbsp;aantetrciien is.

(•’) In ’t algemeen was men toen zeer gefteld op grotefques en arabelques, waarmede het ganlche Vaiikaan vervuld is. Zo fraai alsnbsp;dit foort van veiliering is als zy niaatlg en met een fdirandere keusnbsp;gebruikt wordt, kan zy ligt misbruikt worden.' Vitrin/Sus l. 7. c. y.nbsp;klaagt ’er reeds ten zyneu tyde over, Hy zegt, dat het toen opgeko*nbsp;rnen en in de mode geraakt is, en voegt ’er niet zonder reden by.nbsp;dat daardoor de zuivere en goede fmaak bedorven, en de navolgingnbsp;det eenvouwdigc cn edde namut venvaailoosd geworden is.


-ocr page 115-

lot

DOOR ITALIË N.

dreven heeft, als de engelen Heiiodoor uit den Tempel.

De uitdrukking in Heliodorus is voortrefFelyk; hy ich'jwtkaanfche eer te vliegen dan te gaan. Een ander fcbilder zounbsp;zo ligt niet gewaagd hebben, den tempel ledig te verbeelden, alleen heeft Raphael den Hoogenpriefter biddende opnbsp;den agtergrond gebragt.

Het ftuk van ’t mirakel by de mis te Bolfena vertoont prieder, die aan de wezenlyke tegenwoordigheid vmvandeMis,nbsp;*^hriftus by ’t avondmaal twylFelt, dog by ’t heiligen dernbsp;^odie gewaar wordt, dat de kelkdoek ’er bloedig van ge*

''vorden is. Het duk is voortreffelyk, en des te moeilyker ordonneeren, om dat het half boven het vender is ge-biagt. Egter heeft zig de meeder daar zeer gelukkig uitnbsp;weeten te redden. Julius II. is hier wederom, hoewelnbsp;hy ’er een zeer nutteloos perfoon is, ingebtagt, als denbsp;mis aanhoorende. Hy fchynt in’t geheel niet verbaasd,nbsp;dewyl het opperhoofd der Kerke ook niet wel aan de tegenwoordigheid van Chridus twyffelen kon. Uit de gebaarden der overigen , als ook uit die der Paiislyke Zwit-fers, leeft men de verwondering, dog by de laatften zietnbsp;men, overeenkomftig hun temperament, een koelder bloed.

De karakters in de hoofden des prieders en der kardinaa-len zyn raeellerlyk, en zo fchoon als de beden van Titiaan.

Raphael heeft zig hier als een groot kolorid vertoond;

^yn koloriet is kragtig, en natuurlyk. De kleederen en hun verfcheiden doffen zyn naar waarheid uitgedrukt, ennbsp;de tekening is zulk een meeder iii dit gedeelte derkonltnbsp;¦'vaardig.

Het derde duk vertoont Attila, wien Petrus en Paulus SchiMerj lt;^2 lugt verfchynen, om tegen hem tedryden. De groe-w» Attgt;nbsp;psn in dit duk zyn, gelyk het geheel, zeer wel geordon-neerd. pa^j 5^nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^ zynde het portrait van den toen lee-

VendenLeo x. komt,op ^en muilezel zittende, aanryden»

G 3 nbsp;nbsp;nbsp;dog

-ocr page 116-

R E I S - B O E *K

liet Vitti- Attila ziet minder op hem dan op dé Apoftefeu, wier kaanfcbe verfchyning vanmeerbciang was. Het beeld van Attila ver-falcih heft zig niet genoeg. De perfoon, die voor den Paus opnbsp;een wit paard rydt, vertoont Perugino, Raphaels leermeefter.nbsp;Deeze figuur, zo wel als di’e van den Paus en de kardinaa-len, is l’choon, dog die der beide Apoftelen in verre na zonbsp;goed niet. De houding van ’t ftuk heeft Raphael hier nietnbsp;wel in agt genomen.

Petrin in In het ftuk van Petrus, als het vierde in deeze zaal, is dcgevavge- inn dubbelde handeling voorgctteld. Op de eene zydenbsp;ziet men den fiaapenden Apoflel onder de fiaapende wag-ters, door den engel gewekt wordende, en op de andere,nbsp;hoe hy hem uit de gevangenis leidt. Veelen fchatten ditnbsp;ftuk wegens het ligt zeer hoog. Bellori kan het niet genoeg roemen. De Abt Richard houdt het voor een vannbsp;de bede (lukken der wereld.

ven.

Zaal della Wy komen op de vyfde zaal, della Segnatura genoemd, welke in opzigt der fchilderyen de voornaamfte is. Zybe-vat twee merkwaardige Hukken. Wie kent de fchool vannbsp;van Athcnen, ten minden by naame, niet? Zy heeft wel veelnbsp;geleden, dog blyft in aanzien der uitvinding, ordonnantie,nbsp;perfpeftief, en fchoone koppen, een raeederduk, waaruitnbsp;de konftenaars veel leeren kunnen. (*quot;) Men ontdekt 'eCnbsp;nog iets in van Raphaels eerde drooge manier, dog hetnbsp;denkbeeld en de uitvoering zyn een waar mcefterduk. In

eiken

Men heeft ’er vciftheiden printen van. Filippo Tomalini heeft ’er een op twee vellen gemaakt. Van den zelven lieeft men ocknbsp;d* volgende printen, Dif/uta fopra il S. Sagrament», 2 Vflien; l'nbsp;ParnaJJ'o cm Apollo, en lucmdio di quot;Borgo, elk een vel. Het geheeienbsp;werk van alle de fchilderyen van Raphael wordt beneden aan ’tnbsp;van dit artikel opgegeven, Enkelde bladen naar deeze Ichiliieiftukkennbsp;keeft de vermaarde Marco Antonio gefneden.


-ocr page 117-

103?

door, ITALIË N.

fclken filofaof ziet men zyii eigen karakter; zyn miene ftelling drukt zyn fyflema uit. Dit was het eerfte model ,kaanfchsnbsp;hoe men een groot ftuk op een edele en konflmaatigenbsp;fchikken en uitvoeren zal. Tot dien tyd toe hadden allenbsp;de Hukken van een anmerkelyke grootte nog een fiyf ennbsp;mager aanzien.

Het toneel des fluks is op een plaats van eenvouwdige, dog majeflueufe bouwkonfl, in ’t midden ziet men opnbsp;ettelyke trappen Plato en ArifloteleSj die met eenige ge»nbsp;leerden over de wysbegeerte fpreeken. Socrates telt op denbsp;vingers, en fpreekt met een fchoon gewapend jongeling,nbsp;naamlyk Alcibiade.'; Pythagoras fchryft op een tafeltje, datnbsp;een jongeling vaft houdt. Een ander in ’t wit gekleednbsp;jongeling is de ^Hertog van Urbino, en nabeftaande vannbsp;Julius II. Diogenes, met een boek in de hand, ligt op eeni-gen afttand op de tweede treede. Ouder het beeld van Archimedes, die een zeshoek befchryfc, heeft Raphael dennbsp;arehitekt Bramante afgebeeld. De knielende jongeling, dienbsp;dit beeld zynen vriend wyft, is Ferdinand II. Hertognbsp;van Mantua. De eene filofoof met een gouden mantel ennbsp;een kloot in de hand , is Koning Zoroafler; hy heeft tweenbsp;perfoonen by zig, waarvan de een, met een zwarte muts,nbsp;en een zagtaartig voorkomen, Raphael zelf, en de andernbsp;2yn meefter Perugino is.

De ordonnantie van ’t geheele ftuk is voortreffelyk, en filet veel overleg gemaakt. Het was altyd moeilyk zo veelnbsp;Portraiten ’er iutebrengen, zonder dat’er de uitdrukking ennbsp;R'noonheid der karakters by leeden. Het koloriet is zagtnbsp;*11 aangenaam, de beelden hebben veel gratie; zy zyn al-Icrnaa^wkeurigft getekend, en op een edele manier gedrapeerd. De bywerken zyn met het hoofdwerk verbonden, ennbsp;mnaken het ftuk daardoor van des te meer gewigt. (*)

Bo-

(*) Vaamp;ti j(, (jj jde afdceling van zjn I. deel, een woes

G 4

-ocr page 118-

i04

fféf Vati-

kactnfche

fikis.

Boven het venfter tegen ’t zuiden zyn in een fchüdery de Wysheid, de Maatigheid, en de Sterkte, als drienbsp;deugden tot gezellinnen der Geregtigheid gefchikt, afge-beeld. De beelden Haan te veel op eene linie, en te vernbsp;van malkander, en dat maakt dat’er geen regte zamenhangnbsp;in ’t ftuk is. De Sterkte heeft een fchoon hoofd, dog geennbsp;goede drapery: ook is de voorde voet niet wel gedeld.nbsp;Het ftuk beflaat den geheelen wand niet. De overigenbsp;plaats heeft Raphael met een paar ftukken van middelmaa-tige grootte gevuld. Het eene verbeeldt Keizer Juftiniaan,nbsp;aan Tribonianus de Pandekten overgeevende, en het andere, Gregorius IX. onder de gedaante van Julius II., dienbsp;eenen advokaat de Decretalia ter hand ftelt. Deezen zynnbsp;de zwakften van alle de ftukken van Raphael in ’t Va-tikaan.

Tegen over de Atheenfche fchool is een ander vermaard ftuk, naamlyk de Difputa dei Dottori, of de twift dernbsp;Kerkleeraars over het avondmaal. De uitdrukking in ditnbsp;ftuk doet verfteld ftaan, dog men erkent ’er ook te gelyknbsp;de drooge manier in van Perugino’s leerling. Men kan nietsnbsp;natuiiriykers zien dan den h. Auguftinus, een jongelingnbsp;iets voorzeggende om optefchryven. De zamenftelling vannbsp;het onderfte deel des fluks is fraai, fchoon de beeldennbsp;wat te veel op eene linie ftaan. Dog het bovenfte is nietnbsp;zo wel gelukt. De glorie heeft wat van den gothifebennbsp;fmaak. De hoofden van de h. Gregorius, Am’orofius, Au-

gufti-derlyke vctklaaring van dit beroemde ftuk, naamlyk Raphaelz.ou daarin de voornaamfte leeiaats der zeedenkunde en natuurkunde volgens hun lyftemata hebben willen fchetfen. Iii gevolge van Valari’snbsp;Hieening heeft ThomasCn in de plaat van George Mantuanus Platonbsp;eu Ariftoteles een ftraal om ’t hoofd gegeven, en ’er den Apofteinbsp;Petrus van gemaakt, die met de Stoicynen en Epikureers ziniwift.

-ocr page 119-

ro^

BOOR. ITALIË N,

gudlnus, Hieronymus, Dominicus, en Bonaventura Het Fath voortreffelyk; de vier eerften als kerkvaders zitten aan httkaanfchenbsp;altaar, dg anderen Haan ’er omheen, De handelingnbsp;beurt op eene plaats waar men begonnen heeft eene kerknbsp;tö bouwen.

De ParnafTus is het vierde fchoone ftuk in deeze zaal, He Zang-gelyk het andere, boven ’t venfter geplaacft. Men ziet ’er^erg. de beroemd ften uit de ouden en de Italiaanfche digters in.

Raphael heeft zig zelven aan Virgüius en Homerus zyden gefchilderd. Homerus is zeer kenbaar. Virgilius wyftnbsp;Apollo aan Dante. (*} Horatiiis bewondert Pindarus.

De Apol met de viool is niet fchoon, gezwegen dat dat inftrument zig niet voor hem fchikt.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;De in ’t wit

gekleede Zanggodin is naar antieken fmaak gedrapeerd, en de drie naar agteren toeftaande Mufen hebben iets zeernbsp;aainreklyks. Het hoofd van Sappho op den voorgrondnbsp;wordt hoog gefchat.

Beneden deeze fchildery zyn twee anderen, in de manier der antieke basreliëfs zo fchoon gefchilderd, dat het

oog

(*) Raphael heeft zeker op de vaarzen van Danic gczialpccld, daar fay van Virgilius zegt:

2quot;» fei Jelo olm, da eni ie tolfi XjO belle Jille, che m*a fatte envre,

(••) Wright wil, in zyne reizen, Raphael in opzigt van de koftumn verdedigen, en beroept zig op een antieken Apol met een viool, opnbsp;de Villa Negroni, Hy will niet dat liernini deezen Apol den arn»

«erft Ito jaar geleden nieuw aangezet had. Hy zou ook een fteen hy Maffei, Tom, 4. p, 55. hebben kunnen aanhaaien, waarop Orpheus met een viool afgebeeld wordt. Zie Winkelmans voorrede»

Vati zyn Hiftotic der K.onft. De Ouden kepden de gedaante van onze ''‘Ooien niet. Vermoedelyk heeft Raphael deezen misflag tegen deko»nbsp;ftnum zj]f ingezien, want op de beroemde print van Macco Anto»

quot;'o, die volgens een tekening door Raphael zelven verbeterd geiho-*** ia, is viool in een liet veranderd.

G 5

-ocr page 120-

Io5

Jlet Vati haanfchenbsp;Pgkis.

oog bedroegen wordt. Zy verbeelden het vinden der Si« bellynfche boeken in ’t graf van Numa, en het verbran*nbsp;den van dezelven. Onder de groote fchilderyen zyn tiennbsp;flukken, als basreliëfs van verguld brons, door Polydoornbsp;Caravagio gefchilderd, waaronder de belegering van Syra-kuzen j en’t vermoorden van Archimedes, inzonderheid lofnbsp;verdienen.

Aan de zoldering zyn vier ronde en vier hoekige ftuk-ken; de eerden verbeelden, onder vrouwelyke beelden, da Godgeleerdheid, de Wysbegeerte, de Regtsgeleerdheid,nbsp;en de Digtkonft; de vier laatften, Adam en Eva , de Star-renkunde, Apollo en Marfyas, en het Regt van Salomon.nbsp;De zoldering is niet wel verdeeld 5 de verfierfelen aan denbsp;zelve zyn aartig, en in den fmaak der voorgaande vertrekken.

Vierde en In de vierde en laatfte zaal van Raphael, of in de zes-

laatfle zaal^Q yan deeze ry van zaaien, is de zoldering van Perugino


van Ra-}baël.

gefchilderd, waaraan Raphael uit agtiiig voor zyn meerter niets heeft willen veranderen. Men ziet hier een (luk, ver-toonende de overwinning van Paus Leo IV. over de Sara-ceenen by Oftia. Het is in een groote manier gefchilderd,nbsp;dog men fchryft de fchildering gemeenlyk aan een leerlingnbsp;van Raphael toe.

Het andere ftuk verbeeldt de krooning van Karei dén Grooten door Paus Leo IV. De zamenftelling is niet iii-terelTant, maar wat onregelmaatig. De geliarnafte fol-daat op den voorgrond is het fcliooiille beeld van ’t ge-heele ftuk.

Incendio Het derde, Incendio del Borgo genaamd, is zeer ver-del ^fl/'go.maard. Het vertoont Leo IV. door zyn zegen den brand in den Burgt van den Heiligen Geeft blusfchende. Hetnbsp;heeft veel geleden, en is door ’t herftellen nog meer bedorven. De fchikking is volgens de natuur. In den cenen

hoak

-ocr page 121-

(rojr

5D o o R ITALIAN.

boek ziet men een dogter hsaren vaderwegdrasgendc; een ijgtVatf-fchoone groep. De man die zig van den muur aflaat, \ikaanfchS' nieefterlyk getekend. De vrouw met den pot op ’t hoofd

een uitmuntend beeld.- Beneden de tribune van den Paus ziet men eenige beelden die hem om hulp bidden,

Waarin een fchoone uitdrukking heerfcht. nbsp;nbsp;nbsp;Het kolo

riet valt in ’t roode.

Het gierde en laatfte ftiik verbeeldt Paus Leo IV. om zyne onfchuld tegens zekere befchuldigingen te verdedigen, op ’t Euangelie zvveerende. De zamenvoeging isnbsp;meefterlyk, en de groepen van bisfehoppen zyn wel geordonneerd; aan fommigen bewondert men de uitdrukkingnbsp;aan de koppen, en den natuurlyken val der kleederen.

Het koloriet verdient veel goedkeurig, al is het niet zo fyn als in ’t Mirakel der mis te Bolfena.

Do

(*) Men verhaalt van dit Huk een aartige anecdote , welke het geen Wy boven meldden, naamlyk dat deeze Hukken van Raphael op ’£nbsp;eeifte gezigt niet zo zeer inneemen, beveftigt. ToenCignani te Romen gekomen was, vroeg hem Karei Maratti, een groot bewonderaarnbsp;van Raphael, of hy de vermaarde Ichildctycu in'cVaiikaaa gezien had.

Cignaui zei ja, en deed ’er niet een houding van onverlchiiligheid by, fom belle cofe. Maratti liet niet merken dat hem dit aamwoord fpect,nbsp;dog verzegt Cignani een zekeren kop in den brand van den burgt afre-.nbsp;tekenen , wyl hy daar zelf toen geen lyd toe had. Cignani ging heen,nbsp;en beproefde het cenige reizen, dog was telkens met zyn kopyen zonbsp;kwalyk voldaan, dat hy ze aan Hukken fcheurcie, en zig by Marattinbsp;daarmede ontfchuldigdc, dat Raphael een onnavolglyk meefler is.

Wy voegen ’^r by, dat men heden ten dage , tot de beter bewaa-ring dcezer fchatten der konH, zeer Ipaarzaam is, met vryheid te gce-ven , om ze met kleuren te kopieeren. Enkelde koppen aftetekenetj quot;'ordt eerder toegeHaan. De laatH gekleurde kopyen zyn veelligtdie,

Welken in *c jaar 1740* voor den Koning van Frankryk gemaakt zyn,

«aar dc welken de tapyten van Gobelin zyn vervaardigd.

^ (*•) Een liefhebber, die deeze fchoone Hakken van Raphael in -tu vvetk by malkander hebben wil, moet maaken het fiaayeen g«-

ttomy.

-ocr page 122-

10?

ff et Fati-

haanfcbe

Paleis.

De kenners geeven van deeze meeflerftukken, de een dir, de ander dat, den voorrang. Eenigen pryzen in dat vannbsp;de mis, en den twift der kerkleeraars over het avondmaal,nbsp;de fyne uitdrukking, en de veranderingen in de kop^nbsp;pen. Zy geeven hun den voorrang boven allen. Anderen in tegendeel vinden ’er te veel eenvormigheid in. Denbsp;ineeften moeten toellaan, dat zy in een edele manier zynnbsp;uitgevoerd, en dat de Mis het fynUe en behaaglyklle koloriet heeft. InAttila bewondert men de fchoone uitdrukking, daar hem de Apoftelen dreigen, dog nog meer hetnbsp;gebruik dat Raphael van het ligt en fchaduw, by Petrusnbsp;door den Engel verloft, heeft weeten te maakcn. De verbinding en afneeming van het ligt, het onverbeterlyke beeldnbsp;des Engels, die geheel ligt en als doorfchynend is, hetnbsp;zwarte van de yzeren traliën der gevangenis, ’t welk dennbsp;binnenften helderen glans verheft, en een ongelooflyke uitwerking doe:, dit alles zou dit fluk tot een der fchoon-ften van de tyereld inaaken, was Raphaël'niet genoodzaaktnbsp;geweeft, zignaarde figuur van’tvenfler, en de flegte plaatsnbsp;te fchikken. Dog des te grooter is de konft, daar hetnbsp;boven een vender gefchilderd is, en, ongeagt het onder

door

trouwlyk gcfheedcn werk van Francefco Aquila tc krygen. Het be-ftaat uit 21 groot? bladen in folio, en voert ten titel, Pitutre nelU Camere del Palazzo Vathano di Rafaelle Urbïno^ De fchilderyen aaanbsp;de zolder, op de behangfels, en de lieraad?n, welken ook van dee-zen grooten meeftcr getekend zyn, vindt men in de volgende werken.

Fregï d*IJforie fagre in Arazzi et PUtme delle Camete Vaticane^ dtfegnatl da P. S. 'Bartolt; op 15 bladen.

La Vita di Leoue Paf a X* fregi degli Arazzi ^ degU Atti^ degli Apofioli in Vaticano, dlfegnata da P. S, quot;BartoU, IJ bladen.

Scherzi di Pntti con fejioni e diverfi animali ntgli Araxzi piccoli. deli^ Camere Vatïcaetef intagü^ti da G* 'Baonafone, 5 bidden»nbsp;peczen zyn allen in de Calcegrafia P^ale tc vinden^

-ocr page 123-

D o ö R ï T A L I É Nj 109

door in de kamer komend ligt, zulk eene uitwerking maakt.

Nog anderen konnen het vuur en de uitvoering van Amkaanfchs Heliodoor niet genoeg pryzen. Hoe ligt is het beeldnbsp;den ruiter getekend! Hoe vlug zyn de engelen! zy fchy-nen maar over de aarde te zweeven, zonder zig te verroeren. Was het overige van dit ftnk ia zyn foort zo volmaakt, zo zou dit het befte van allen wezen. In deftnbsp;Brand van den Burgt is alles in onruft, alles handeling. Eennbsp;ftorra maakt het nog leevendiger en ontzaglyker. Hier isnbsp;de tekening niet genoeg te bewonderen. Kan mennbsp;fchoonder beelden zien als de vrouw met den pot, en dennbsp;naakten ouden man, die zig door ’t venfter redt? Kortom,nbsp;men vindt in deeze vertrekken louter meefterftukken. Hetnbsp;laatfte ftuk dat men beziet fchynt altyd het befte, en alsnbsp;men dan by de anderen komt, geeft men die weer dennbsp;voorrang.

In de zevende kamer, of de Zaal van ’t Konfiftorie, treft treft men nog twee fchilderyen van Raphael aan, de kroo-Hing van Karei den Grooten, en S. Leo, de Saraceenen opnbsp;de vliigt jaagende. Men ziet hier ook perlpeéliefflukkennbsp;van Balthazec Peruzzi, wien het opgedragen was deeze rynbsp;kameren te befchilderen, dog die het werk atin Raphaelnbsp;overliet, toen men zyne bekwaamheid leerde kennen.

In de kameren van Graavin Mathilde ziet men een menigte van frefcoftukken door Romanelli, die veel goeds hebben, dog welker befchryving te wydioopig zou zyn.

Als de Paus zig tegenwoordig in het Vatikaan ophoudt, bewoont hy dat deel, welk het Nieuwe Paleis genoemdnbsp;'vordt. De geheime kapel aldaar heeft een goed altaarbladnbsp;'^an Romanelli. De daartegen aankomende Klementynfchenbsp;Zaal heeft Clemens VIII. met marmer doen verfieren. Iktmentina,nbsp;fchilderftukken van Cherubim Alberti, Paul Bril, en ande-zyu niet veel byzonders.

De

-ocr page 124-

110-

De derde verdieping der Loges is aan de miuiren mer gefehilderde landkaanen van Antoni Varefe, en fchilderyerinbsp;van Kikolaas delle Pomerancie voorzien.

In de kamer van Paus S. Pins V. heeft de kapel een begraafnis van Chriftus door Pieter van Cortona. In eennbsp;andere kleine kapel is een koepel door Ziiccheroclle nietnbsp;zonderling is, dog de wanden zy« onder de befte (lukkennbsp;van Valari te tellen. Aan de zoldering van de Zaal dosnbsp;Konfiftories heeft Guido Reni drie fchoone Hukken, denbsp;zending des Ileiligen Geefts, de verheerlyking en de hemelvaart van Chriftus, gefchilderd. Hier is een gallerynbsp;van 360 fchreeden lang. De fchilderyen van Paris Nogari,nbsp;Mafcherini, en veel andere meellcrsj beftaan in allerlei hi-florien, grotefques enz. Op de munren heeft een Domi*nbsp;nikaan, met veel vlyt, groote en naauwkeurige landkaartennbsp;van den Kerkclyken Staat getekend. Schoon deeze gallerynbsp;jiiift niet volgens den bellen fmaak verfierd is, valt het geheel dog, wel in ’t oog. ¦

Het Vr.ti‘

Itaanfche

Paleis,

iii

. Ten einde deezer groote gallery komt tneii in een klein-dere, waarin agttien karfons van verfcheiden ineellers, en eenige antieke borftbeelden bewaard .worden. Daarop komtnbsp;de derde, die- met vyfentvvintig fchoone kartons van Do-menichino verfierd is.

De kamers van InnocentVIII. zyn niet ver van ’t Belvedere. Men zict_’er veel goede fchilderyen van Julius Ro-iiaanus en Andregs Mantegna. Toen de laatfte aan dit weric bezig was, en de betaaling niet rigtig volgde, fchilderdenbsp;hy de Spaarzaamheid, en hing’er een kleed over. Kortnbsp;daarop bezogt hem de Paus, en vroeg wat die bedektenbsp;fchildery wilde zegge. Mantegna zeide het hem, dog ddnbsp;Paus gaf hem ten antwoord, dat hy ’er ’t Geduld naaitnbsp;fchildere.n inp^ll*

-ocr page 125-

ïix

door ITALIEN.

Het Fatl-

kaanfche

Paleis.

DE STANDBEELDEN OP ’T BELVEDERE.

Hst Belvedere hangt vermiddels een terras of een gallery met het Vatikaan t’ zamen, en is als een wyltplaats voor ^2 pauzen, als zy zig in ’t Vatikaan onthouden. Hetnbsp;Wordt zo genoemd van wegen het fchöone uitzigt, dognbsp;heet ook, om dat het zeer voor de winden bloot ftaat,nbsp;Torre de Venti, In de groots zaal toont men het modelnbsp;der Pieterskerk van San Gallo, dat egter niet van zo groo-ten fmaak is als dat van Bramante, het model van de koepel van Michael Angelo, met de veranderingen van Dellanbsp;Porta en Fontana, dat van de Colonnade der S. Pieters-plaats en van’tVatikaanfche Paleis. Verders een fakrilly volgens het aanleg van Fiiip Juvara, en een houten model vannbsp;den S. Pietersftoel in de Pieterskerk.

Op de plaats waar de antieken ftaan komt men langs een gallery van 500. fchreeden lang. Ten halven w'ege is denbsp;yzeren deur, die naar de Vatikaanfche bibliotheek gaat,nbsp;met het opfchrift, Sixti V. Bibliotheca Faticana. Aan ’tnbsp;eind ligt een fchoon beeld van de ftervende Cleopatra.nbsp;Winkelman, in het, sde deel zyner Hiftorie . der Konjlnbsp;bl. 386. gelooft, dat het een flaapende Venus ofnymf is,nbsp;wyl hy de gewaande flang aan den arm, waarom men hetnbsp;beeld tot nog toe voor Cleopatra gehouden heeft, voornbsp;een armband aanziet, ’t welk wy daar laaten. Het is al-tyd een fchoon beeld. Een lang opfchrift van Balthafarnbsp;Caftiglione, in vaarzen van zes voeten, bevat de hidorienbsp;deezer beroemde Koningin. (*) De fontein onder ’t voet-'ftuk, waarop het beeld ligt, komt ’er niet al te wel by te

pas.

,^C*i Aan «t eind daarvan ftiat een fchoon Italiaanfch fonnet van ‘-trnaidiao Ujldi.

-ocr page 126-

112 R E 1 S - B O E K

HetFatt- pas. De digter egter heeft ’er een oorzaak voor in haa^ knanfcbe traanön gezogt* Na eeOige pluimilrykeryen aan Leonbsp;fakis. 2egt het beeJd tot hem:

Parva nbsp;nbsp;nbsp;Lachrjmas, Pater optime, redde.

Redde, oro, petum, Pet ut tnibi muneris inPar, Improba quando aliud nil jam fortuna reliquit.

^dde quod afflieth, noPra jucunda voluptas Sunt lachryma, dulcefque incitant marmore fomnot.

De Plaats der ftatuen, il GorlUe del Belvedere, is votfr de konft de merkwaardigfte plaats in Romen, ja, men magnbsp;seggen, in de geheele wereld, want hier worden denbsp;fchoonfte en volmaaktfte flatuen j welken ons van de on-navolgbaare konfl: der Grieken overgebleven zyn, bewaar-dinbsp;Ieder kent de beelden van Laocoon, Apollo, Antinous,nbsp;il Torfo, ten minden by naara. Zy worden voor de gtoot-fte modellen der konft gehouden, en zyn hier te zaraen tenbsp;vinden. De plaats is met agt niffen omgeeven, waarinnbsp;even zo veel beelden ftaan, twee daarvan zyn open, denbsp;overigen gefloten. Wy wenden ons ter regter hand, waarnbsp;Zio- voor eerll vertoont;

ilerctsïes quot;piercules, Hylas in de armen houdende. Men meentin Commodttt. gt;c gemeen dat Keizer Commodus onder dit beeld wordtnbsp;voorgefteld. De gilling is egter zeer onzeker, wyl de Ro-meinfche Raad allen den beeldteniflen van Commodus denbsp;koppen heeft doen afflaan. De figuur is fchoon getekend,nbsp;dog de ftelling.en de geheele houding niet edel.

In de tweede open nis ftaat een niet te wel geflaagde Watergodheid, welker water geftadig in het daarondernbsp;ftaande vat loopt, waartoe men een antiek graf genomennbsp;beeft.

. nbsp;nbsp;nbsp;Heil

J,

'¦gt;1 ,


-ocr page 127-

D oi o ii I T A L I Ë N. lt|

liet beeld van Antinous behoort onder da befteri vatl //gy Vatï^ deeze Plaats_ Men ziet hier den fchoonen lieveling vannbsp;Iladriaan, van wien men met Aufonius ïleggen kan, F*ileUi.

Duni dubUdt Mtura mar cm facerctne puellam;

Faêlus es , o pülcher, poene puelU', ptier,

De Keizer deed hem na zyn dood vergóöden, hem tetris pels en eén menigte van ftandbcekien oprigten. Men heeftnbsp;dieer ftatnert van hem, dog deeze is de fchoonfte. Volgens Nardini werd zy onder iJeó X, by S. 'Martino denbsp;Monti, in de (ireek Adrianello geheten, gevonden. Denbsp;IJondenaars zien dit beeld als een model van een volkomen evenredigheid en de volniaaktfte natuur aan. Winkelman houdt het niet voor Antinous, maar voor eenen Meleager, of anderen jongen held. Zyn woorden bevatterinbsp;’er de fchoonfte befchryving van. „ Deeze datue vVordt 'nbsp;onder die der eerde klafle gefield ^ gelyk zy Ook verdient,nbsp;meer uit hoofde van de fchoonheid der enkclde doelen, alsnbsp;van de volmaaktheid des geheels, want de voeten ennbsp;beenett, neveirs het o'nderlyf, zyn veel minder in voriiinbsp;en werk als het overige des beelds. De kop is zonder te-genfpraak een der fchoonfte jonge koppen uit de Oudheid.

Het is een beeld van de bevalligheden eener lieftallige jeugd, en van de fchoonheid hi bloeyetide jaaren, metnbsp;inneemende onfchitld en zagte aantrekkelykheid,vergezeld,nbsp;bonder ergens eenige drift te doen blyken, welke de over-eehftemming der doelen , ertde jeugdige kalmte der ziele,

'i'elke zig hier uitdrukt, ftooten konne. In deeze ruft, ett in ’t genot van zig zelf, met verzamelde én van dllenbsp;niterlyke voorwerpen teruggeroepen zinnen, is de gan-(land van dit edel beeld gefield. Het oog, gelylcnbsp;van de Godin der Liefde, dog zonder begeerte, maa-ill. Deel.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;H

-ocr page 128-

Bet Vati~

kaanfcbe

PaleiSi

taocoon.

ÏI4 R E I S - B O E K

tiglyk gewelfd, fpreekt met inneemende onfchuld; de volle mond , in eenen kleinen omcrek , vetwek: be-geertens , zonder dat hy ze fchyne te gevoelen; denbsp;met lieflyke volheid gevoede wangen befchryven, metnbsp;de gewelfde ronding der zagt verhevene kin, den volko*nbsp;menen en edelen omtrek van ’t hoofd deezes edelen jon-gelings. Op het voorhoofd egter vertoont zig meer dannbsp;de jongeling; het kondigt eenen held aan, door de verhevenenbsp;grootfchheid, met welke het aanwaft, gelyk het voorhoofdnbsp;van Hercules. De bord: is zeer verheven, en de zyden ennbsp;heupen zyn wonderbaar fchoon. Dog de beenen hebbennbsp;die fcboone vorm niet, welke zulk een lichaam vordert;nbsp;de voeten zyn grof bewerkt, en de navel isnaauvvlyks aangewezen. By dit alles is de ftyl onderfcheiden van den flylnbsp;van Hadriaans tyden. ” (*}

In de vierde nis, welke open is, flaat weder een mid-delmaatige riviergod, met een ouden grafzark, in plaats van een watervat, gelyk in de andere nis.

Het vyfde beeld is een baadende Venus. Zy is geheel naakt, dog niet zeer fchoon. De konllenaar heeft zenbsp;fiaande afgebecld ; haar hembd en een vat ziet men tetnbsp;zyde.

Het zesde verbeeldt een zegenpraalende Venus. Zy ziet Cupido aan, die by baar ftaat. Onder leeft men: Fenerinbsp;felici facrum Salluftia Helpidus DD.

Nu komen wy tot den vermaarden Laocoon, welken het noodlot ter, bewonderinge van de geheele wereld ge-Ipaard heeft.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Hy is van drie Griekfche meefters,

Age-

(*) Hiftotie der Konft bl, 409. v»n 't Hoogdultlch,

(?*) De groep werd onder Julius It. niet ver van de oveiblyffcls der baden van Titus gevonden. Men Ichattede ze zo hoog, dat dennbsp;vinder, Felix dcFredis, een giaflchtift gemaakt wérd, waarin wordtnbsp;gezegd:nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Qb npirtum tlivirmm Lmwnth, !» Vtthiim cernit,

feri

-ocr page 129-

it3

Boor IT AL f E N.

Agefander, Athenodorus, en Polidotus gemaakt. Pliniüs ffgt p'atC^ zegt, dat hy uit een ftuk beftaan heeft ^ vermoedlyk vm kaanfcbcnbsp;de zaïnenvoeging dertvvee ftukken, waaruit hy beftaat, toen-^^*^***nbsp;tyd niet zigtbaar. Michael Angelo moert de groep her-ftellen, en heeft ook den eenen arm gemaakt. Hy ondernam ’er een kopy van te manken ^ dog liet het rteeken.

Men ziet ’er hier insgelyks het begin van. De armen van beide de zoonen heeft Cornaccini herfteld. De meefter-lyke befchryving van Winkelman Zal de plaats van alle andere vervullen. (_*)

„ Laocoon fchetft de natuur in de zwaarfte fmert, gewaakt naar het beeld eens mans , die tegen zyn lydsn de hem bewurte fterkte zyns geerts zoekt te verzamelen; ennbsp;terwyl de fmert zyn fpieren doet Zwellen, en de zenuwennbsp;fpant, komt de met fterkte gewapende geeft op het afgematte voorhoofd te voorfchyn; de borft verheft zig doofnbsp;den beklemden adem, en door het terug houden van hetnbsp;tiitbreeken van ’t gevoel, om de fmert in zig te verzamelen en te befluiten. Het bange zugten, ’t welk hy bedwingt, en de adem dien hy inhoudt, putten het onder-lyf uit, en maaken de zyden hol, ’t welk als over denbsp;beweeging der ingewanden oordeelen laat. Zyn eigennbsp;lyden egter fchynt hem minder te benaauwen, dan de fmertnbsp;zyner kinderen, die hun gezigt op hunnen vader wenden,

en

refpif^n$ Jimnlacrim ^ ïmmortalftatem mcruït A, 15^9» Dc Ichoone belchtyviug in ‘t tweede boek der Aciieis van Virgiliui ianbsp;fakend genoeg. Vcelen hebben daaruit, en uit het berigt van Plinius,

V'illen opmaaken, dat deere niet het van ouds reeds beroemde oti.

8't'ecl is. Dog het is het zonder tegenlpiaak. Hoven dc deur, die naar dn heeld leidt, ftaat, in plaats van een oplchrifi, dc plaats vannbsp;t. xxxri. Hifi. nat. t. j. Michaël Aogdo noemde het P*r*

arts.

l ) Als boy nbsp;nbsp;nbsp;Yjj, de Franfche vertaaling p. i»»,

H a


-ocr page 130-

ii6 R E I S - B O E K

Paleis.

tiet Fati- en om hulp fchreyen; want het vaderlyke hart openbaarf kaanfcbe zig in de weemoedige oogen, en het medelyden fchyntnbsp;in een droevigen nevel ’er in te dryven. Zyn gezigt isnbsp;klaagend, dog niet fchreeuwend, zyne .oogen wenden zichnbsp;naar hooger hulp. De mond is vol weemoeds, en de ingevallen onderlip is ’er zwaar van ; in dC opwaards ge-‘nbsp;trokken bovenlip is de droefheid met pyn vermengd, welke met een aandoening van misnoegen, als over een onverdiend en on waardig lyden, tot den neus opftygt ^ dien doetnbsp;zwellen, en in de verwyde en opgetrokken neusgaten zignbsp;openbaart. Onder het voorhoofd i^ de ftryd cusfchen fmercnbsp;en wederftand.als in een punt vereenigd,raet eene groote wys-heid afgebeeld: want terwyl de pyn de wenkbraauwen omnbsp;hoog dryft, drukt de wederlland aan de fmert het bovenftanbsp;vleefch nederwaards , en tegens het bovenfte ooglid aan *nbsp;zo dat het door het overhangende vleefch byna geheel bedektnbsp;wordt. De natuur, die door den konftenaar niet fchoonder ge^nbsp;maakt worden kon, heeft hy meer ontwikkeld, meer ingefpan-iien, en kragtiger, gezogt te verwónen: daar waar de zitplaatsnbsp;is van de zwaarfte fmert, vertoont zig ook de grootfte fchoon-heid. De flinker zyde, waar de Hang met woedende bee-ten'haar vergift uitgiet, is het, welke, door de gevoeligheid het naait aan ’t hart, het heftigil fchynt te lyden, en dit deel des licbaams kan een wonder der konftnbsp;genaamd worden. Zyne heeften willen zig opligten oinnbsp;zyn lyden te ontloopen; geen deel is in ruft, ja, elkenbsp;beitelgroeve werkt mede om de trekkingen van eene ver-firamde huid aanteduiden. ”

De laatfte nis eindelyk bevat een beeld, niet minder beroemd dan de voorgaanden. Het is do Vatikaanfche Apollo, een Huk van hemelfche fchoonheid. De konftenaar wilde deezen God voorftelien, vertoornd op deii Draaknbsp;Python ^ en te gelyk hem yeragtende, als zynde voor een

God

-ocr page 131-

door I T a L I E N. 117

Cod ligt te overwinnen. (*) Hy wilde den fchoonften^^/ Vati-der Goden fchetfen, en plagtfle den toom alleen in Amkaanfche pens, Waar, volgens de oude digters, zyn zitplaats is,nbsp;de veragting op de lippen: deeze heeft hy uitgedrukt doornbsp;het optrekken van de onderlip, waardoor zig de kin ver-^left; en beide de aandoeningen verwonen zig in de opgezwollen neusgaten. Dit heerlyke meellerlluk werd te Anrnbsp;thim, thans Nettuno, toen Julius II. nog kardinaal was,nbsp;PPgegraven, en is vennoedelyk, nevens den Borghefifchennbsp;Schermer, door Nero uit den Delfifchen tempel naar An-dtini, zyu beminde geboorteplaats, gebragtj Winkelmannbsp;taakt over dit beeld byna in verrukking. Zyne befchry-^hig is te fchoon, dan dat een liefhebber ze te Romennbsp;ttiet met vermaak tegen het oorfpronglyke vergelykennbsp;zou. (?*)

5, Het ftandbeeld van Apollo is het hoogde ideaal der kond onder alle de werken der oudheid, welken haarer vernieling ontgaan zyn. De kondenaar heeft dit duk enkelijnbsp;op het ideaal gebouwd, en heeft maar even zo veel vannbsp;de dof daartoe gebruikt, als noodzaaklyk was, om zyn oogmerk te volvoeren, en zigtbaar te maaken. Deeze Apollonbsp;overtreft alle andere beeldteniflen van dien God, zo ver,nbsp;als de Apollq van Homerus dien, welken de volgende digters fchilderen. Boven demenfchheid verheven iszyngedalte,

*^nzyn dand getuigt van de grootheid die hem vervult, Een t^eiuvige lente, gelyk in de zalige Elifeefche velden, bO'nbsp;kleedt de aanlokkelyke manhaftheid eens voltooiden wafch-doms met eene bevallige jeugd, en fpeelt met zagte tederheidnbsp;pp het trots gebouw zyner leden. Gaa met den geedinhei;

IJk van onÜchaamlyke fchoonheden, en crag: de Schepper

eener

I*) Winkelm. bl. 16S. van gt;t Hoogduitfch, p- *87, van ’tFtanfch.

('•) Bt.

II 3


-ocr page 132-

Ïi8 R E I S - B O E K

haanfcbe

Paleis.

eener hemelfche natuur te worden, om den geeft met fchoon-heden, die zig boven de natuur verheffen, te vervullen} want hier is niets flerflyks, niets wat de menfchlyke behoeftigheid vordert. Geen aderen of peezen verhittennbsp;en roeren dit lichaam, maar een hemelfche geelt, die zignbsp;als een zagte llroom heeft uitgegoten, vervult als den ge-heelen omtrek deezes beelds. Hy had den Draak Python ,nbsp;tegens welken hy voor ’t eerfl zyn boog gebruikte, vervolgd , en zyn magtige tred had hem ingehaald en geveld.nbsp;Van de hoogte zyner genoegzaamheid flrekt zig zyn verheven oog, als in ’t oneindige, vet boven zyne overwinning vooruit. Veragting zit op zyne lippen, 'en hetnbsp;misnoegen, dat hy bedwingt, zwelt in zyn neusgaten,nbsp;en klimt aan het trotfe voorhoofd op. Dog de vrede, dienbsp;in eene zalige kalmte pp het zelve zweeft, blyft ongefloord,nbsp;en zyn oog is vol zoetheids, gelyk onder de zanggodinnen , die zig uitftrekken om hem te omhelzen, in geen dernbsp;beelden, die ons van den Vader der Goden overig zyn, ennbsp;diedekonfl vereert, nadert deze aan de grootfeheid , in denbsp;welke hy zig aan’t vertlaud van den godlyken digter openbaarde , zoo verre ais hier in het gezigt des Zoons, en denbsp;byzondere fchoonheden van de overige Goden loopen hier,nbsp;gelyk by Pandora, vereenigd te zamen. Een voorhoofd,nbsp;als dat van Jupiter, zwanger van de Godin derWysheid, ennbsp;wenkbraauwpn, die door hun wenken hunnen wil verklaaren:nbsp;«ogen, ais die van de Koningin der Godinnen, metgrootfeh-heid gewelfd, en een mond, waaraan men dien erkent, dienbsp;den geliefden Branchus den weltufl inboezemde. Zyn malfchenbsp;hairlokken fpeelen, gelyk de tedere en buigzaame flingersnbsp;van edele wynranken, als door een zagte koelte bewogen,nbsp;om het godlyke hoofd : het fchynt gezalfd met de olienbsp;der Goden, en van de Bevalligheden met lieftallige pragtnbsp;pp zynen fchedel gebonden. ”

Mid'

-ocr page 133-

IIP

door ITALIË N.

Midden op de plaats ontdekt men twee reusagtige beel- Pad-den, denNyl en den Tiber, welken op den QuirinaalfchenA’fïiJH/cös berg zyn opgcgraveii. By den Tiber ziet men eennbsp;met haar biggen, de flad Lavinia met de foldaaten van Ae-neas, die hunne fchepen op den oever trekken. De Nylnbsp;is met het zeepaard, den vogel Ibis, een krokodillenjagt,nbsp;en andere dingen, die op Egipten zinfpeelen, voorzien. Innbsp;een hoek van de plaats ziet men nog een beeld van dennbsp;i'^yl, met een Sphynx van bafalt. Onder een houten ver-dekfel ftaat een groot porfieren vat, hebbende 41, voecnbsp;in den omtrek. De twaalf groote marmeren maskes zynnbsp;üsgt, volgens fommigen zyn zy voorheen in ’t Pantheonnbsp;Vaft gemetfeld geweeft. Verders zyn ’er verfcheidennbsp;Griekfche basreliëfs aantetreffen. Het wapen van Paus Innocent van geëmailleerd fayence is merkwaardig, van wegen het werk, afkomllig van Lucca della Robbia, dianbsp;daarin zeer vermaard was. Op de groote urne van Keizernbsp;Septimius Severus ziet men beelden, die eenige over-eenkomft met die op den triomfboog deezes Keizersnbsp;hebben.

Op deeze Plaats ftaat de beroemde antieke romp van Hercu» ƒ/ Torfo^ les,dogafgenoten, die genoeg bekend is onder den naam vannbsp;11 Torfo. „ Ten uiterften verminkt,” zegt Winkelman,(•)

9, en zonder kop, armen en beenen, vertoont zig dog dit beeld aan de zodanigen, die de geheimen der konft bekwaam zyn intezien, met den glans van zyne voormaali-êe fchoonheid. Apollonius, de zoon van Neftor vannbsp;Athenen, heeft een verheven ideaal van een boven de natuur verheven lichaam, en van een wezen van vollen man-tislyken wafchdom, tot den trap van godlyke genoegzaamheid verheven, in deezen Hercules afgebeeld , die hier

voqr-

i l') Als bov, bl. 568. van 't Hoogduitfch, p.i47- van h«t Franfeh,

H 4


-ocr page 134-

tzar. R E I S . B O E K

flet Fatf-

Jcaanjcbe

Paleis,

voorkomt als de onfterflyklieid en een plaats onder de Goden erlangd hebbende. —r- De konltenaars moeten in de omtrekken van dit lichaam de altyd duurendenbsp;verfmelting der eene vorm in de andere, en de zweevendenbsp;trekken , die, op de wys van golven ryzen en daalen, ennbsp;in malkander verllonden worden, bewonderen. De beenderen fchynen met een vette huid overtrokken, de fpierennbsp;zyn niet te overvloedig aangebragt, en een zo gefchikte maatnbsp;van vleefchigbeid vindt men in geen ander beeld ; ja,nbsp;men zoude kunnen zeggen, dat deeze Hercules nader komtnbsp;aaneen hoogeren tyd der konft, dan de Apollo zelfs, ”nbsp;Michael Angelo hield het Torfo voor het grootfte méefter-ftuk der Oudheid, en bedudeerde het geduurif. Anderenbsp;konftenaars hebben hem even zo hoog gefchat. Het beeld isnbsp;met een yzoren hek omgeeven, op dat men het ongehinderd , en zonder het te befchadigen, konne befchouweh.

Fatikaan-fche Tui-9ten„

Van hier gaat men in de tuinen van het Vatikaan, van de welken de een de geheime , of de tuin van ’t Belvedere , de ander de groote tuin, genoemd wordt. Het parterre is met galleryen omgeeven, die Bramante heeft aangelegd. Men ziet hieraan den opgang van den trap naar’tnbsp;parterre de paauwen en den pynappel, die volgens ’t ge-meett gevoelen, voorheen op het graf van Keizer Hadriaannbsp;llonden. (_*) De appel is van brons, elf voethoog, eanbsp;met de naamen van beide de kondenaars voorzien. Vannbsp;hier komt men op een terras, waar men malkander doornbsp;verborgen fonteinen nat kan doen raaaken, en her gezigtnbsp;over de geheele dad heeft. Van diergelyke fonteinen zynnbsp;’er nog een menigte in deezen tuin, volgens den algemee-uen fmaak der voorige eeuw in Italien, Men komt niet

ligt

(•) Nardini beweert, dat zy op het graf van Keizer Honorius gedaan hebben,, andcfcn zeggen op dat der Scipioos. nbsp;nbsp;nbsp;lt;.


-ocr page 135-

toooR. ITALIË N. lai

»

ligt in een tuin van aanzien, die ’er niét ryklyk van voor- Het Fatl’ zien is. Een kleine waterval valt van een rots in een wa-^'’’quot;/èM


Paleii-

tctkom, waarop als een (chip van brons vaart, uit welks maften en kanonnen over de vyfhonderd kleine waterftraalt-jes voor den dag komen, en het geraas van kleine ftukjesnbsp;Wainlyk wel nadoen.

De groote tuin is wel volgens geen regelmaatig plan aangelegd, dog egter met fchoone laanen, bofchjes,nbsp;cn fonteinen voorzien, dien hem tot een zeer ver-öiaaklyk verblyf inaaken. Inzonderheid is de fontein vannbsp;^en grooten Adelaar, wegens de verfrifchende lugt, dienbsp;'ïit de middelfte opening voortkomt, ongemeen aangenaam.

Op een hoogte in den tuin ligt il Cafino di Vio qy.arto, Julius 11. deed dat kleine gebouw door PirrhusEigovio naarnbsp;een antiek bouwen , ’t welk aan den oever van ’c Gabyn-fehe meer gedaan heeft. Pius IV. herftelde het, ennbsp;maakte het fraayer. De gallery voor het zelve, of de plaatsnbsp;die de Ouden Lararium heetten, is van een goede archi-tcktuur. Zy heeft drie ingangen met vier dorifche zuilennbsp;van graniet, en daaronder ftaat een fchoon oud beeld vannbsp;Cybele. In de onderfte gewelfde vertrekken zyn de arabesques van flegtea fmaak. De eene zaal, waar men dennbsp;ftaf van Mofes, in een Hang veranderd, van Federico Ba-roccio ziet, is door de beide Zuccheroos befchilderd,

DE VATIKAANSCIiE BIBLIOTHEEK.

De Vatikaanfche Bibliotheek is in haaren eerden oorsprong zeer oud. Paus Hilarius verzamelde reeds in de vyfde eeuw eenige handfchriften, die om ’t jaar 1450.

Nikolaas V. merkelyk vermeerderd werden, hebben-hy geleerden buitess lands doen reiden, om handfchrif, H 5nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;tcc

-ocr page 136-

12»

fakh.

Het Voti- ten optekoopen. Calixtus III. bekwam ’er niet minder kaanfebe uit de Keizerlyke Bibliotheek na de verovering van Kon-ftancinopole. Sixtus V. -plaatfte ze waar zy nu (Iaat, ennbsp;lei den ingang aan van de lange gallery, van de welke wynbsp;gefproken hebben. Deeze Paus vermeerderde ze niet alleen, maar bedemde ook aanzienlyke inkomften tot hetnbsp;aankoopen van nieuwe boeken, en tot onderhoud der bi-bliothecarii. Onder Gregoor XV. wierd zy met de tlei-delbergfche Bibliotheek, en naderhand met die des Hertogen van ürbino, der Koninginne Chriftina, des Kardinaalsnbsp;Quirini, en in 1747. met het aanzieniyk legaat van dennbsp;Blarquis Capponi vermeerderd. Sedert twintig jaaren zynnbsp;Htt de nalatenfchap des Kardinaals Gualtieri veel Etrurifchenbsp;vaazen, en van den Kardinaal Carpegna een verzamelingnbsp;van antieken aangekoft.

In de voorkamer zitten de opzigters en affchryvers, Scrittori , van de welken ’er zeven voor verfcheidennbsp;taaien gehouden worden. Behalven de landfehappen vannbsp;Paul Bril ziet men hier de beeldteniüen derKardinaalenBi.nbsp;biiothecarii, als Cafanatta, Norris, Quirini, Palïïoneienz.nbsp;Thans is het de Kardinaal Alexander Albani. De hoofdzaal is 196 voet lang, en 48. breed. Het gewelf ruft opnbsp;zeven pilafters. De boeken vallen niet in ’t oog, wyl zynbsp;allen in kaften, wier deuren, door Viviani en anderen, be-fchlldcrd zyn, ftaan. Men zoekt hier dan te vergeefs hetnbsp;treffend gezigt van een ontelbaare menigte boeken, gelyknbsp;in de Keizerlyke Bibliotheek en in die des Konings vannbsp;Frankryk, fchoon de Vatikaanfehe voor de handfchriftennbsp;van geen minder aanzien is. Het gewelf is met middel-maatige arabesquen en gezigten van oud Romen verfierd,nbsp;Ter flinkerhand ziet men de vermaarde oude ftatue vannbsp;St. Hypolittis, Bisfehop van Porto, op wiens bisfehop-Jyken ftoel de van hem ontworpen almanak te zien

-ocr page 137-

123

door ITALIË

ïs. (’•') Zy werd op ’t kerkhof van S. Lorenzo, aan den iJet yatiX weg naar Tivoli, gevonden. Daar tegen over (iaat het an kaanfcbenbsp;tieke beeld van den Griekfchen Redenaar Arifiides. Dedaa-'^^^^*^*nbsp;van Sixtus V. zyn hier ook gefchilderd, onder ande-ren ziet men Fontana, hem het plan deezer boekzaal over-geevende. Een van twee lange in marmer gehouwen opschriften wyft de fchikkingen van dien Paus in opzigt dernbsp;Bibliotheek aan, het andere behelli regelen voor die gee-hen welken ze bezoeken, en die daartegen handelt wordenbsp;in den kerkban gedaan.

Ter regter hand boven de boeken zyn de voornaamfte kerkvergaderingen afgebeeld. De Latynfche opfchriftennbsp;Wyzen onder elke aan, wat daar is beflooten geworden.

Zo leep men b. v. onder de Trentfehe, Lutberani ö? alH haeretici dammantur. Cleri populique dtfeipUna adprijïi-'fios mores rcftituitur. Daar tegen over zyn de voornaam-Ile bibliotheeken der oudheid voorgefteld. Vooreerft ziernbsp;men Mofes, den Levieten het wetboek overgeevende,nbsp;om het in de arke te leggen; dan volgt de boekery vannbsp;Efra, die den Pentateuchus verzamelde ; dan die van dennbsp;dwingland Pififtratus te Athenen, die van Koning Ptole-mxus Philadelphus te Alexandrien, vaij Keizer AuguÜus opnbsp;den Palatynfchen berg, enz.

Aan de pilaars in ’t midden der gallery zyn de eerfte uitvinders van taaien en letters, ten minften zulken die mennbsp;'er voorhoudt, afgebeeld, Adam maakt een begin, diennbsp;men opgeeft als den uitvinder derHebreeuwfche letteren;nbsp;de zoonen van Seth, om dat zy, als men verhaalt, denbsp;'veetenfehappen op twee zuilen gefchreven hebben; Abraham,

f*) Of de Cyclus Pafekalis tegens de Quartidecimaners. Bianahini heeft quot;et een vethaniieliag over gelchteeven, de Cmmc fufebalinbsp;llylolla fduytyris.

-ocr page 138-

124

^et Van-lufanfche Valeis.

ham, de uitvinder van ’t Syriefcli en Chaldeeuwfch; Cadmus en Cecrops als die van ’t Griekfch. Na veele Hei-denfche uitvinders komen eenige heiligen , als Joannes Chryfoftomus, in opzigt van het Illyriefch, en Chriftus, al?nbsp;de alpha en de omega, maakt het befluit.

Muf'eum

Cbriflia-

mmn

In het verlengde deel der zaale (iaat een voortrelFelyke zuil van doorzigtig Ooftcifcli alabafler, over de 9 voetnbsp;hoog, die in 1702. voor de Porta Maggiore afin de Vianbsp;Appia is gevonden. Daar tegen over (iaat een witte marmeren zark, met een doodkleed van asbeft , of onver-brandbaar lynwaad. De Ouden bedienden zig daar (bra-tyds van,, en,het is in dif graf gevonden. Aau’t einde dernbsp;zaal zyp lange galieryen ter wederzyde met veele boeken-kaifen. Ter regtcrhand zyn de bovengemelde Etrurifchenbsp;vaazen, en het zogenaamde Mufeum Cbriftianusii, be-ftaande uit allerlei Chrilielyke oudheden, die Benedidlus XiV.nbsp;uit den boedel van den Kardinaal Carpegna gekoft, en Clemens XIII. vermeerderd heeft. Verder vertoont men eennbsp;verzameling van munten, welken de RaadsheerBuonarottinbsp;heeft uitgelegd; een verzameling van zegels van oude oorkonden , die voor deezen Ficoroni bezeten heeft; en ein-delyk de verzameling van Pauslyke munten, welken doornbsp;Xavetius Scilla van Mellina belchreveu zyn. De opvolging van 326. gouden en zilveren medaillons, van Auguftusnbsp;af tot op Valens toe, is voortrefFelyk. (*) Zy zyn volgensnbsp;een tydkundige order in houten tafels gelegd, en in danbsp;naar hun grootte ingefneden gaten zodanig met twee punten valigemaakt, dat men ze, zonder ze uitteneemen, om-draayen en bezien kan.

In

(•)'Men heeft daar een pragtige befchryving van in twee deden in folio; Uedailiml d’oro, d’argento, e di metallo, 1'“ del MafeodelCar-dlpale Aleffandro Albani, ora ejtflemi nella quot;Biblhlecii VAtkana, esll{nbsp;fjfervaximi dell'Abbate Aid. Venuii,

-ocr page 139-

125

B o o ïl I T A L I E N.

In de verzameling det Chidheden ziet men een klein bas- Het relief, een vtiet breed. Dé Heen beeft drieerlei laagen,| ickaanfebenbsp;bovenfte en onderde is van wit, én de middelde van geel^**^^^'nbsp;marmer. Het verbeeldt een triomf van Bacchns, en isnbsp;voortrefielyk uitgevoerd, Ih de gallery ter flinkerhand zytinbsp;de óverige daaden van Sixtus V. éfgemaald. Hier (laandénbsp;boeken van Koningin Chrlftina, en de Heidelbergfchc Bi-bliotbcek. Een vvydloopig opfclirift leert hoe de laatdenbsp;hier gekomen is. De Vatikaanfehe Bibliotheek wötatnbsp;^hans op omtrent 30000’ba'ffden gefehat, en iri gedruktenbsp;boeken'van veel aitdeile verzamelüigenö'vertroifétT: dogtotlnbsp;Opzigte ..van de waarde en de menigte der liandfcbrifcen,nbsp;die 40000. beloopt-n, blyf: zy frel de vooriiaamlïe Varinbsp;allen. -nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;‘

- Het: is van wegen'de ménigte niet mooglyk tets naautv-keurigs ’er Van te' zeggen'y de lyft der O'ofterfcficn', die/Affemanni heeft uitgegeven, alleen uit vier foliaiiteiinbsp;bedaar. tVy zullen maar eenige zeldzaamheden aaritekeïicn,nbsp;die men gemeenlyk den vreemdelingen toont. De Griek-fche óverzeuing der Zeventigen, naar de welken de gedrukte uugaaven gemaakt'zynj Eén Hebreenwfche Bybelnbsp;van den Hertog van ürbino, voor den welken de'Vene-tiaanfebe Jooden het zelve gewigt in goud geboden hebben. De Handelingen der Apodelen met gouden letteren,nbsp;gefebenk der Koninginne'van .Cyprus-, Gharlotta. lietnbsp;ï-Hangelium van Joannes en Lucas, van de elfde eeuw,nbsp;elpenbeen gebonden. Een Misfale vnet miniatuui-en vannbsp;Jülius Clovius, een leerling van Julius Romanus. Eennbsp;breviarium met fchoone gefcUilderde, beelden van Corvi-

. . nbsp;nbsp;nbsp;:¦nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nüs

lt;*) In ïlk boek ftaat het Beyetfcliï wapen met de woorden,

'SiLlhtheca quam Hrldttbsrg» capta fpalium ftiit ér órcgtrin XF. tra-thtxm mijis itaxirniliami «trixsqjic quot;S/kvarU Dux ó- EleSor. A. ISJJ-

-ocr page 140-

1J2,6

Vati- Koning van Hongaryeo. Een IMartelaarsboek van 'i kaanfcbe zelve foort. De Annaki van Baronius, door hem zelvetinbsp;Paleis^ gefchreven. Eenige dcelen, tot de kerklyke hiflorie be-hoorende, van Onuphrius Panvinius. Handfchriften van dertnbsp;h. Thomas, en Karei Borromams, van Thomas Aquinas«nbsp;den Kardinaal Sirlet, Pirrhus Ligorius, en anderen. Eennbsp;handfchrift van Plinius Natuurlyke hiflorie, met miniatuii-ïen, en afbeeldingen der daarin befchreven dieren. Eertnbsp;voortreffelyke Virgilius van de vyfde eeuw, met grootsnbsp;kapitaale letteren, afbeeldingen van Trojaanen en Latynen,nbsp;en andere miniatuuren. (*) Een Terentius van den zel-ven tyd, en nog een met de afbeelding der oude maskes vannbsp;de toneelfpeelders, waarvan men ook een pragtige uitgaafnbsp;heeft, te Urbino in ’tjaar 1735. gedrukt. Een uitmuntende Taflb en Dante, met fchoone.miniatuuren. Het werknbsp;over de zeven Sakramenten van Hendrik VIII. Koning vannbsp;Engeland, ’t welk hy Leo X. toegezonden, en met eigertnbsp;hand deeze vaarzen ’er bygefchreeven heeft;

7

Anghruni Rex Iknricus, Leo Decime, mittit Hoe opas, ö? fidei tefiem öf amicitilt;s.

Henricus.

Men vertoont hier ook verfcheiden eigenhandige minnebrieven van dien Koning aan Anna Bollen. C»*) EenBy-

boJ,

(•) Hy is yaa Bartoli fchoon in plaat gebtagt, en op tai. blader* in folio uitgegeven. De titel is:nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;yir^iliaMi Codicls frag'

menta ^ piéluriX ex ^Bibliotheca f^aticatiij cum notis variantibus tk prZ-fationc Johannis 'Bottari, 1/41,

(*•) Addifon heeft ’er «en van, die in de uitdrukkingen niet al k eetbaar is, op ’t einde van zyn bcrijjtea wegens Romen , gemee**nbsp;gemaakt.

-ocr page 141-

127

DOOR ITALIË

bel, waaraan op ’t einde eenige bedroefde Irniippelvaatzen Patl» zyii bygevoegd, wordt voor Luthers eigen handfchrift mi-kaanfcbenbsp;gegeven, fchoon menzig, door andere hier te vinden waarenbsp;handfchriften van hem, zeer ligt van het tegendeel overtui-zou kunnen. Verder vertoont men verfcheiden opnbsp;Egiptifche boomfchorsfen gefchreeven boeken. Aan eerftenbsp;drukken en zeldzaame uitgaaven van oude Latynfohe fchry-''^rs ontbreekt het niet, waartoe een fchoone Natuurlykenbsp;^liltorie van Plinius van ’t jaar 1472. en meer anderen be-booren. Aan ’t eind der zaal ziet men een antiek mar-*^eren gedenkteken, verbeeldende Cybele’s aankomft tenbsp;tornen met een fchip, dat van eene Veftale door mid-van een dun touw naar den oever getrokken wordt*nbsp;toet het opfchrift:

Matri Deum G? navi Salviae Salviae voto fufceptonbsp;Claudia Syndicbe.

D. D.

Ter regter hand paalt aan de zaal de Pauslyke archievenkamer, waarin de oude bullen, giften, en andere Rukken van aanbelang, bewaard worden, want de nieii-'ve archievenkamer is op S, Angelo. In deeze zaal zietnbsp;toen ook de verfchillende giften aan den Röomfchen (loeinbsp;Sedaan, van Konflantyn den Grooten af, gefchilderd.

De opzienders der Bibliotheek mogen, zonder zig te bezondigen, alle verboden boeken kezen. Het oppernbsp;®P^'gt is altyd by eenen Kardinaal, met een roaandelykenbsp;''^edde van honderd fcudi. De eerfte Bibliothecariusnbsp;beeft 600. en de andere 450 fcudi in ’£nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;gt; behalven

'''¦y brood en wyn.

Onder de Bibligtbeek ilaac iri een even zo lange gallery T,jg.

het buiu

-ocr page 142-

128

R É I S - B O E^E

kaanfche

1‘aleis.

flet Vati- Pauslyke tuighuis, (1') waarin voor 18000. man gC' weer bewaard, en we! onderhouden wordt. Dog ’t is denbsp;moeite niet waard het te bezien. Behalven de toertifüngnbsp;van Karei van Bourbon, die in ’t jaar 1527. fneuvelde,nbsp;wordt’er niets merkwaardigs vertoond. Van de lange galiery,nbsp;langs welke de Pauzen uit het Vatikaan naar den Engelenburg komen kunnen, fpreekeil wy by de befchryving vannbsp;de iaatfte wyk van Romen.

VAN DE POORTEN EN BRUGGEN DER STAD ROMEN, DEN TIBER, EN DE WATERLEIDINGEN,

Poörlcn,

Bruggen,

enz.

De tegen ’t noorden gelegen Porta-del Popolo, welke alle de reizigers by hun aankomfl: te Romen doorkomen,nbsp;heettenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Flamir.ia, van de heirbaan van Flaminitis^

die hier haar begin nam. Verder tegen ’t ooften is de Pofta Pinciana, en daarop de Porta Salara, omtrent opnbsp;de plaats daar oudtyds de Porta Collina Hond. De Portanbsp;Pia heette voorheen Nomentana, om dat de weg van daarnbsp;naar Nomentum, thans Lamentana, loopt. De Poort vannbsp;S. Lorenzo fchynt de Porta Tiburtina te Zyn geweed,nbsp;waardoor men naar Tivoli ging. VXi Porta dl S. Marianbsp;Moggiore, of Santa Croce, droeg voormaals den naam vaflnbsp;Porta Naevia.

Tegen ’t zuiden ligt de Porta di S. Giovanni, en dan de Porta Latina, welke voorheen eene der voomaamftennbsp;was, wyl de Fia Latina fterk gebruikt werd. Slegts offl'nbsp;trent 500 fchreeden verder komt men aan de Parta Capendi

of

1

Urbaan VTII. heeft het doen aanleggen, waarop het oplcbr'/' beneden de Bibliotheek boven den ingang fpeelt, Sahjecit mm»nbsp;tiris,

-ocr page 143-

ïgt; ööa I T A L I E N.

o^Jppia, lieden S. Sehafliano. Deeze poort was de Poorten, maardtte onder de ouden, gel^k de Via Appia de fchoonfte Bruggen',nbsp;quot;eg was. De naam Capena kwam van Cammia af, wyK^^®'nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;/

een door Numa den Zanggodinnen geheiligd woud lag.

Was voorheen mee triouiFboogen verfierd, en heette ook ^oria ttiumpbalh. De naad aan den Tiber gelegen Portanbsp;S. Paolo heette eertyds Trigcmina, van de drie Horatii,nbsp;die hierointrenc de fiad uitgingen, gelyk ook Porta IVa-^alh. Volgens eenige fchryvers lag aan geene zyd^rnbsp;den Tiber de Porta Portuetifis, welke naar Porto leidt, e|inbsp;quot;u Porta Portefe heet. ‘ Aan de weftzyde lag eindeiyk denbsp;laatlle poort Perta Aurelia, die nu den naam van S.nbsp;Ptiucrazio voert. De ter vvederzydc de Pieterskerk liggende poorten Porta de' Cavalleggieri, Porta Angelica,nbsp;cn Porta Caftcllo, rvaren ’er oudtyds niet. '

Van elke poort begonnen een of meer hoofdwegeii, welken optenoeraen te wydloopig wezen zou. De fchoon-fte, breedfte, en die ’t langs in wezen gebleeven is, was,nbsp;gelylt uy zeiden, de P'ia Appia.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Zy werd bereids

318. jaar voor ChiilFus geboorte, van den CenforAppius,

• aangelegd, cn van Romen tot Capua geleid, aan welke ftad de Romeinen toen ter tyd wetten en eenfladvoogd gaven:nbsp;ten laatften verlengde men ze tot Brindifi. De korten totnbsp;Capua toe, ’t welk over de 1000 fladien maakte, warennbsp;zo groot, (**) dat zy de gemeene kas geheel uitput-teden. Men moert heuvelen gelyk inaaken, en vallyennbsp;aanvullen, en de weg werd met groote vyfkaniige fleenennbsp;geplaveid, die op eenen grond van vierkante gehouwen rtee-nen, eenige voeten diep gemetfeid, lagen. Van twaalf totnbsp;twaalf fchreeden waren groote tteenen, waarop men kou

S?at\

-ocr page 144-

130

fiortm, nbsp;nbsp;nbsp;zitten, en alle duizend fchreeden een mylpaal. (?}

Bruggen, In de Pomptynfche inoeraflen ziet men nog een ftiik van

tnz.

eenige mylen in een regte lyn ^ dat wel onderhouden is. By Torre tre ponii ftaat de spCle mylpaal. De weg is daarnbsp;met de voetbanken 36 voet breed. Zy ligt ter langte vahnbsp;300 voeten zeer hoog, zo dat men het geheele maakfelnbsp;duidelyk zien kan. In ’t midden zyn twee byna vervallennbsp;boogen, onder welken voorheen de Ninfa heen liep, ennbsp;niet ver van daar is de derde boog, waardoor de Teppianbsp;vloeide. Tusfchen de 4ille en42fte myl is een boog vannbsp;elf voet voor de Acqua Puzza, by de syfte myl il Pontenbsp;maggiore 1 31 voet breed, voor de kleine rivier üffente, ennbsp;eindlyk digt daarby l'Arco dritto, waardoor de Amafenonbsp;liep, die in de Uffente valt. (??)

De Tiber, ^e Tiber is geen groote rivier, die een loop van aan-inerklyke lengte heeft. Zy wordt eerft te Perugia, omtrent 12 mylen ver, vaarbaar. Eene myl boven Romen is zy 385 voet, en beneden de Engelenbrug aldaar maarnbsp;296 voet breed. De oude digters noemen den Tiber dennbsp;Geelen, en zyn water heeft nog die troebele kleur. Ditnbsp;maakt het ongezond te drinken, dog als het bezinkt, wordenbsp;het helder en drinkbaar. Deeze rivier had voorheen goeden vifeh, inzonderheid werd de Lupus, nu Spigola, en denbsp;fleur geagt. Romen heeft van ouds reeds veel uitteftaannbsp;gehad van de overflroomingen des Tibers. De oude Tar-quinius zogt hem reeds een beteren oever te geeven, ennbsp;deed de moeralTeii tusfchen ’t Capitolium en den Palatyn-

fchen

(•) Men zie hierover Cantier, Traite de la tenflrrMhn des chemins, tant de eeux des Romalas jne des modenes dans tantes fortes de lienx.

(•*) Van de ovcrblyfféls en het maakfel van deezen beroemden weg handelt het geleerde werk van Franccfco Maria fraillU, Dellanbsp;aia Apfla rlccnofcluta e defaritta da Roma a quot;Brlndlji libri 4. lx Nd’nbsp;^eli 17sS- in folio,

-ocr page 145-

i) o o R I t A L I E N. ïSt

fchen berg droog maakeil. (?) Aiiguftus deed het bed poorten, «Jer rivier uitbaggeren,’t welk door de menigvuldige vuillg- Brug^en^nbsp;heden en het puin hoog was geworden, Trajaanen Aure!iaTiii^f'®gt;*nbsp;deeden het zelve , en lieten den oever met zwaare muu-ren bekleeden. Men ziet nog by de brug de quatro Capinbsp;overblyffels van zulken muur, die van Aiiguftus, én an-tieren , die van Aurelianns tyden , fchynen te zyn.

l)e fcheepvaart op den Tiber boven Romen is van ouds ^cr met veel zwaarigheden vergezeld geweell. De Oudennbsp;Zeggen, dat men maar met kleine vaartuigen, en dat 'nognbsp;by fterken regen, naar Romen vaaren kon. Hedendaagsnbsp;gaan by hoog water vlotten van Perugia tot Romen, do^nbsp;geen fchepen. Tien mylen van Perugia zyn drie watervallen over een rotllgen grond. Van Poule niiovó tot aailnbsp;Fauce di Orte, ’t welk, door de kromtens der rivier, eennbsp;lengte van 6o ItaHaanfche mylen maakt, beeft de riviernbsp;een val van 580 Roorafche palm! of voeten, daar ’ernbsp;120 genoeg waren tot de fcheepvaart. Om dan den droomnbsp;Vaarbaar te maaken, behoorde Inen hem over een gelykennbsp;grond te doen loopen, en Huizen aanteleggcn. Pafcoli ennbsp;Cornelius Meyer hebben gedagt, dat dit ligt te doen was,nbsp;en de mooglykheid in fchrift aangetoond. Daarentegennbsp;hebben Eottari en Doftor Manfredi den geheelen oord opgenomen, en de zaak voor ondoenlyk géhoiiden. En ge«

^vld, men bragt het werk tot dand, zo zouden de koden bet vermogen des Roomfehen Stoels, en het nut, dat ’ernbsp;de handel van trekken zou, te boven gaan.

Hiertegen heeft de Tibet omdreeks Romen tot aan zy-®*^n uitloop, ’t welk een afdand van 40. Italiaanfche my-

kx

( ) Ovidius daarom , Faft. /. g.

¦ K.^ic ubi fiUtiC fira funt ud£ tenners ^aludfS, fojfdt madtbat a^p-Js^

-ocr page 146-

REIS-BOEK

m.

Poorten, bedraagt, te weinig vals. (1 2) Als men nu daarby Bruggen, doet, dat gelyk de veelvuldige ruinen den grond der ftadnbsp;verhoogd hebben, ook voor zeker een menigte van gebouwen in ’t water geftort zyn, waardoor de ftroom vertraagd , en in zyn loop gehinderd is geworden, moetnbsp;men zig niet verwonderen over de veelvuldige en fchade-lyke overdroomingen, waaraan Romen onderworpen is.nbsp;Dit doet niet alleen zeer groote fchade ten opzigte dernbsp;veldvrugten en gewaden, maar ook voornaamlyk uit hoofde van de moeraflen, welken na ’t wegloopen van ’t water overblyven, en de lugt met ongezonde en flinkendenbsp;dampen vervullen. By de befchryving van de vyfde Wyknbsp;zal een gedenkteken der fchriklyke overflrooraing van ’tnbsp;jaar 1598. voorkomen.

truggen.

Voorraaals lagen ’er agt bruggen over den Tiber, dog hedendaags telt men ’er maar vier. De oudfte van allen ,nbsp;en tegelyk de eerde, als men van beneden af begint, is denbsp;Pons Sublidus, welke reeds van Koning Ancus Marciusnbsp;aangelegd is. De ftroom heeft deeze brug zeer dikwyls,

en

1

De gchcele val bedraagt maar 20 palmi, ’t welk op een leng-te van looo. halve roede» maar een halven voet maakt, daar de Seine , en veel andere rivieren, op den zelven afftaiivl, een g'mcelcnnbsp;voet vals hebben. Wie daarevee aaiiigc cn nuttige aanmerkingen wilnbsp;leezen, kan teregt komen in DccriTiimi delle cagtoni e dé1 rïmedii dd-Ie imudationi del léeverei in folio. Dit werk behoort tot dc Plantsnbsp;del corfo del Tevere e fue adiacetixe-dalh sbocco della Neta fim al ma1nbsp;re, e ^rofilo di UlvelUxione del medefimo difegnato Panno Ï744.nbsp;jindrea CfJefo e ’Bernardo Camhartnt, Ingcgnerl i op 6 bladen.

2

Eenigen hebben daarom , cn vcelligt niet zonder grond, vet' moed, dat men, als 1t mooglyk was, door den Tiber, zo ver dienbsp;door Romen loopt, afteleiden, mislchien een menigte van dc koft'nbsp;baarde datuen en oudheden vinden zou, welken deels by de plunderingen door dc Romeinen daarin gefmeeten, deels door on'1nbsp;fioiten der gebouwe;i ’er in gevallen zyn.

-ocr page 147-

Ï3S

door ITALIË N.

en onder anderen ten tyde van Keizer Otto weggerukc, poorten,

V.7I men ze altyd van hout weder opbouwde. Na den 5/v/gge», dood van dien Keizer in ’t jaar 780. maakte men ze van«”**

(leen, die egter o6k het geweld van ’t water niet wedervond. Men ziet ’er nog eenige over ’t water uicfteekende Irokkenby Ripa grande van. Van Ponte molle hebben Wynbsp;leeds op ’t einde van ’t voorige deel gehandeld. De ove-f'gen als Ponte rotto, Ponte quattro capi, di S. Bartolomeo,

i|

Siflo, en di St. Angelo, worden by de wykenwaarin zy Vggen befchreven. Vermits deeze vier bruggen niet genoegnbsp;2yn tot eene fpoedige gemeenfchap en ’t gemak der burge-heeft men hier en daar fchuiten om overtezetten, ennbsp;l^etaalt daarvoor een halven Bajocco of twee penningen.

ii

Alzo het water van den Tiber gedeeltelyk niet gtzon^ ff^aterki^ is, en gedeeltelyk ook niet genoeg door de ftad kon ver- ^nbsp;deeld worden, zogten de Romeinen, die een verbaazendenbsp;menigte waters van doen hadden, door middel van waterleidingen , welker overblyffels nog een voorwerp van verwondering zyn, beter water in de flad te brengen. Fron-tinus, wden Nero het opzigt daarover had opgedragen,nbsp;heeft ’er een byzonder werk over gefchreven. Van de oude waterleidingen zyn ’er nog maar drie over, naamlyknbsp;Acqua felice of Vergine, Acqua di Trevi, en Acqua Pao'nbsp;üna, die de geheele ftad, en een menigte van fonteinen,nbsp;genoegzaam van water voorzien. .Pünius fpreekt van ze-'’6n, en Frontinus van negen waterleidingen. Viólornbsp;blaakt gewag van wel twintig, dog naar alle gedagten zynnbsp;daaronder de armen, die van de hoofdleidingen warennbsp;afgeleid, te verftaan.

Appius, de Cenfor, lag, behalven den weg die Aqua Ap-kent genaamd wordt, ook de eerfte waterleiding aan. 7.'jPgt;a. kwam van Prenefte 11 mylen ver, ging tusfchen de bergennbsp;Coelius en Aventinus door, en hield in de uabuurfchap

t 3 nbsp;nbsp;nbsp;van

-ocr page 148-

ï34 R E I S - B ' o E K

Poorten, Santa Maria Egiziaca op. Voor het. befte water va« Bruggen, aften werd de .Aqua RJai tia gehouden. Het werd, 33 my-enz. .... jgj,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;bergen der Peligni, en Saninietitfch volk.

AquaMar- afgeleid. Agrippa bragt onder Augnftus de pragtige water-leiding, Aqua juHa genaamd, naar Romen, en de zelve Keizer die van Aqua Alftetina of Augujia. Hoe weinignbsp;ook de regeering van Claudius den Romeinen voordeelig

¦ nbsp;nbsp;nbsp;was, heeft hy egter na het Aqua Martin het befte waternbsp;in Romen, gebragt. Het heette Aqua Claudia., De hedem

dia. daagfche'waterleidingen, en de overblyffels der ouden, zullen op- hunne plaatfen voorkomen. (¦?)

Na deeze voorafgaande aanmerkingen over de fiad, gaan wy nu over tot de befchryving der veertien wyken,nbsp;en ipaaien het geen ’t Roomfche Hof, de innerlyke ge-‘fteldheid, de burgerlyke regeering, den handel, en dier-•gelyken aangaat, voor het laatft.

EERSTE WYK DER STAD ROMEN,

Rione de' Month

i. fVyk, De eetfte Wyk heet Rione de' Monti, of de wyk dot de' A/ö«r«'. bergen, vvyl zy den Quirinaalfchen , Viminaalfchen , eflnbsp;EfquilynRhen berg, bevat. Zy begint aan ’t eind-van danbsp;ftraat il Corfo genaamd, en begrypt alles¦ w'at tiisfchen denbsp;poorten di S. Lorenzo en Giovanni di Laterano ligt.nbsp;Columna De Trajaanfche Zuil is onbetvviftbaar de fchoonfte defnbsp;'irajana, -^vereld, en een der befte overblyffels van Romen. Zy isnbsp;onder alle de verwoeftingep, nevens de Antonynfche, onver-

¦ nbsp;nbsp;nbsp;(•) Meerder vindt men in Micrto Ceffio, Corfo ddle acque antichinbsp;portate déi toittane contrade fmti e dentro Roma fopra (4 acqnedottt , ^

dsUt Madtrne.amp;c. in Roma 1756. z. deden in qnarto.

-ocr page 149-

135

BOOR IT AL I E N.

Veroield gebleven, De (lad Romen rigtte ze voor Trajaan

op, na zyn groote overwinning over de Daciers. Het op de' Monti^

fchrift op het piedeftal luidt:

Senatus Popultnque Roinanus Imp. Cafari Divi Nervae F. Nervaenbsp;Trajano Aug. Germ.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Dact co. Pontif.

^laximo Trib. Pot. XFII. Imp. VI. Cof. f^l. P. P,

Ad declarandum quant.e altitudinh Mons hem tanti - --- egeflus.

lenigen van de letters des laatflen regels zyn onleesbaar, ’'¦’etmoedlyk moet het zyn tantis operibui. Anderen leeman in plaats van operibui, ruderibui, of ex coUihui.

. De gclieelc zuil heeft tot aan ’t voetgeftel van het ftand-beeld vanden Apoftel Petrus, de hoogte van iiSvoet, (*) de fchaft, nevens het zuilgeftel en ’t kapiteel 92. hetnbsp;piedeftal der zuil 17 voet. De benedenfte middellyn dernbsp;fchaft houdt ii, voet 2-^ duim, de bovenfte 10. voet.

De bouworder deezer zuil is een nieefterftuk, Zy be-ftaac uit vier en dertig groote brokken van marmer, waarvan ’er drie en twintig aan de fchaft gaan. Op de zuil beeft Sixtus V. het bronzen ftandbeejd van Petrus, 23 voetnbsp;hoog, ftaande op een piedeftal van 8 voet, doen zetten.

Het model daartoe is van Thomas Porta gemaakt. Men hlirat ’er op langs 184. treeden, die binnen in ’t marmernbsp;''itgehouwen zyn. De trap wordt door drie en veertignbsp;''Snftertjes, insgelyks in ’t marmer uitgehouwen, verligt*

Van de bovenfte vlakte der zuil, die met een leuning

om-

1*) Dc zuiij of het zogenaamde nbsp;nbsp;nbsp;te Londen, opgerigtwe-

den brand van ’t iaat 1666, is veel hooget, naamlyk 190 voet,

^ heeft nbsp;nbsp;nbsp;middellyn.

I 4

-ocr page 150-

REISBOEK

f. nbsp;nbsp;nbsp;oiTigeeven is, heeft men een fehoon gézigt over de ge*

éH nbsp;nbsp;nbsp;ftad. Als men de zuil van naby befchouvvt, is zy

van een fchoone evenredigheid. De voet fchync grooter en breeder, de fchafc wordt naar boven toe fmaller, ennbsp;geeft aan ’t geheel een kegclagiigc gedaante. Het kapiteelnbsp;fcliynt zeer groot; om ’t welk te vcrkrygen de architektnbsp;het voetgeftel laag, en de fcliaft des te hooger gemaaktnbsp;heeft.

Van buiten op de fcbaft der zuile is de krygstogt van Trajaan tegens de Daciers uitgebouwen. De basreliëfs zynnbsp;van goeden fmaak, en vermoedelyk van eene hand. Zynbsp;gaan in drie en twintig flakvorrcige kringen langs de fchaftnbsp;van onderen tot boven toe, en dat zo, dat de benedendenbsp;beelden klcinder zyn dan de bovenden, dog egter in denbsp;verte van de zelve grootte fchynen te zyn. In dit (luk isnbsp;de doorzigtkunde eenigermaate in agt genomen. Daaren^nbsp;tegen is de houding verzuimd. De beelden op den vóórgrond zyn even groot en (Icrk uitgedrukt als de agterflen.nbsp;Dit maakt dat zy op de zelve plaats met malkander fchynen te (laan, en dat de laaiden niet terug wyken. Eennbsp;bcwys van de geringe kennis die de Ouden van de' doorzigtkunde hadden. Men telt ’er omtrent de 2500. halvenbsp;en beele beelden van menfehen op. I.odewyk XIV. heeftnbsp;de geheele zuil in gips laaten namaaken, en zo wel in denbsp;fchilderakademie teParys, als te Romen, doen (lellen. (*)nbsp;De tekening is doorgaans juid, de uitdrukking iii de kop-pen goed, en de Helling der beelden zeer uatuurlyk. In-

zon-

lt;•) Wy gaan de oude werfcen van Ciacconi en Fabrcttj over dec* %c zuil vootby, en wyzen alleen het bede van wegen de gravecringnbsp;aan, Cohnna Tratana^ (on tttita Clftarla della gtterra Daeica ^ fodpite*nbsp;nella Tnedejtna colontta , dlfépiata e accrefiluta dl vjedaglie mtagliata 4*^nbsp;P. Santt'Barttili, cet effefixhnc dt CUicum cempendtata futtonbsp;da G. P, 'Bcllort. I»8. blaatten.

-ocr page 151-

nr

dook. ITALIË N.

Konderhcid wordt een kop van Jnpiter op het midden der ƒ. zuil hoog gefchat. De rol in ’t zuilgoftel is voortreflyk^// Motitf^nbsp;gearbeid. Het piedeflal wordt uit hooide des daarop ge-houwenen adelaars, en van andere fieraaden, voor hetnbsp;fchoonlle gehouden. Rondom, op eenigen afftand , is eennbsp;muur gezet, waarop men naar beneden klimmen kan, omnbsp;het werk meer van naby te befchoiuven. Doeze diepte,nbsp;die van 8 voet is, wyft de verandering van den grond vannbsp;Romen aan, welke door de verwlt;.gt;eftingen zo veel hoogernbsp;is geworden. De fchilden, harnaffen, helmen, en watnbsp;Verders op den piededal gehouwen is, heeft de mecllernbsp;vlak gehouden, om de overeenkoraflen van het geheel d.aarnbsp;niet door te doen lyden.

Buiten een’ge gaten, die men by alle de oude overblyf' fels aantreft, is deeze zuil zeer wel bewaard gebleeven.

De barbaarfche volken hebben, vermoedlyk, die gaten gemaakt, om ’er de koperen bonten uittehaalen. De Romeinen gebruikten, gelyk bekend is, zo weinig kaiks als mooglyk was, aan hunne openbaare gebouwen. Men paftenbsp;groote vierkante flukken van marnier ne: op malkander, zonbsp;dat ze door hun eigen zwaarte vaft lagen, de kleine open-blyvende voegen werden met reinen kalk, vermengd n:gt;etnbsp;tot ftof gedoken marmer, toegeftreken. Om egier nognbsp;meer vadigheid te wege te brengen, werd in den onderdennbsp;deen een gat gehouwen, gelyk ook in den bovenden, ennbsp;daarin een koperen bout vad gegoten, welks vooruit ftee-kende fpits iuift in bet gat van ’c onderftb duk pafte. Opnbsp;die wys vereenigde men de groote vierkante deenen tennbsp;slier fterkden. Om ’er nu die bofiten uittehaalen, hebbennbsp;de barbaaren met groote moeite gaten van buiten in denbsp;deenen gehouwen, en ze dan uitgebroken. Aan veele ou-d« gebouwen, inzonderheid hst Colifeo, ziet men ’ereennbsp;menigte van. Alleen is het onbegryplyk, hoe zy ombou-

15 nbsp;nbsp;nbsp;tea

-ocr page 152-

ï3S

T.-M^yk, te'! van zo weinig waardy zo veel tyds en mpeita bcbbea. itfnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;willen befteeden, en zelfs-ftelladien opgerigt, om de bo-,

venfle bomen te kunnen uithaaien.

De Markt .van Trajaan, Forum Trajani, waarop deeze zuil Hond, was eertyds om haar pragt vermaard, De Ouden kunnen ’er niet genoeg van fpreeken. M.en zag ’er .denbsp;heerlykfle en grootfte gebouwen, korniiTcn van. verguldnbsp;brons, flatuen , qerboogen, eene Bafllica, wadr de Bur-gcmcefters gehoor gaven, e9n tempel van Trajaan, waarnbsp;de Ulpifche Bibliotheek, was, en een lange zaal verfierdnbsp;met rtandbeelden van geleerde mannen. Tegenwoordignbsp;is de plaats waar de zuil ihiat klein en onregelmatig, egter.nbsp;ftaan ’er twee fraaye kerken op.- De belle is,

S. Maria Sqnta Maria di Lorftto, in ’t jaar 1507. door Anton da di Lorftio.'iizw Galio begonnen. De architektuur is mannelyk. Mcgnbsp;de agthoekige gedaante .en de koepel hebben de arcades,nbsp;de vier niffen, .waarin de altaaren ilaau, en eenkorinthilchenbsp;pilaar, een goede evenredigh-eid. ’T hoafdaltaar is ooknbsp;van een fchoone evenredigheid , en rykelyk verfierd.. Ono-rio Lunghi heeft ’er ’t plan van gemaakt, dog Juiins Fi-nelli de h-Oecilia, en Maderno du t’.vee-engelen, vervaar?nbsp;di-gd. De fchildarfiukkep op de zydea zyu van den Ridder Cefari. In de nis boven de deur flaat het vermaardenbsp;Ijeeld van Sufanna, met een palmtak in de hand, en eennbsp;kroon aan haarvoeton. De vinding is.gp.gd, het beeld welnbsp;gedrapeerd,.jn antieken fmaak,en heeft veel bevalligheids;nbsp;in een woord,.-het is een der befte Hukken van Fiamingo.

De koepel deezer kerk is, gelyk die der Pieterskerk, dubbeld.,Bramante Lazari is ’er de uitvinder van, en San-fovino heeft ze verbeterd. De ,fraaye lantaarn is van denbsp;vinding van Del Duca, een leerling.van Michael Angelo,nbsp;Deeze dubbelde koepels zyn het befte middel om van bui-,nbsp;ten en van binnen een fehoone fi^iur te krygen. Men

be-

-ocr page 153-

*39

boor ITALIË N,

befchoinve maar de eenvouwdige koepels van S. Andrea /. della Valle, S. Agiiefe , en S. Carlo alCorfo. Zy hebbenMonti,nbsp;van buiten eene fchoone figuur, dog loopen van binnennbsp;fipits toe. De koepels van ’c Pantheon en Gicfu fchy-rgt;2n van buiten als ingedrukt, vermits men alleen op de inwendige gedaante gezien heeft, Fontana heeft gezogt,nbsp;aan de koepel van ’t Kleinentynfche Kollegic dat te verhelpen; (*j) dog raadt egter dubbeld te bouwen, gelyknbsp;aan de Pieterskerk, en eenige anderen te Romen gefchiednbsp;is.

Aan deeze kerk paalt het Paleis hnperiali, voorheen Pnleh lm-BonelU, waar een der fchoonüe boekeryen van Romen \s,penali. Over welke Pater Pozzi het opzigt heeft.

De andere op de Trajaanfche Plaats liggende kleine ron-p^ome di de kerk, del Nome di Maria, is in ’t jaar 1738. dooreennbsp;Franfch architekt, Derizet genaamd, gebouwd. Debouw-kontl heeft niets byzonders. Alle jaar wordt hier een omgang tot geheugenis van het ontzet van VVeenen in ’t jaarnbsp;1683. gehouden, by welke gelegenheid eenige arme meisjes, elke veertig daalders, tot een huwlyks goed krygen.

De kerk Spirita Santo hoort den ChanoinelTes van émSpiritd h. Augullinus toe. Zy valt bevallig in ’t oog, federt Santo.nbsp;in ’t jaar 1743- van binnen geheel met marmer bekleed is.

Jlet Ichilderwerk om ’t altaar van Maria is van Balthafar Croce, en dat van de kapel des krucifix heeft een rykcanbsp;tabernakel van koftbaare fteenen.

De Plaats van Nerva, Forum Nerva, lag, gelyk die van/öm» Trajaan, aan den voet des Quirinaalfchen bergs. Domi ¦A'érvrff,nbsp;liaan noemde ze Forum Palladium, wyl hy zig onder denbsp;hefcherming van Minerva had begeven. Tusfehen Tor de'

Conti

Hy wyft in zyn werk del Temfu VatUam p. hoe men as «kenen mocte.


-ocr page 154-

140 R E I S . B 0 E K

I. PFjk. Conti en Pantani ziet men nog eenige overblyffels van 4e MutiH.dQQze Plaats, te weeten een paar geftreepte korinthifchenbsp;zuilen, welken vermoedelyk van den tempel van Minerva, door Nerva gebouwd, zyn liaan gebleeven. Middennbsp;in de attiek ziet men een Minerva, leevens grootte, innbsp;basreliëf, door Bartoli, zo wel als de andere verhevennbsp;verlierfelen der fries , gefneden. Dit fragment valt welnbsp;in ’t oog; alleen zyn de fieraaden te veel opgehoopt. Keizer Trajaan en Alexander Severus verfraaiden deeze Plaatsnbsp;zeer. De laatfle deed hier Vetronius Turinus een merkwaardige ftraf ondergaan. Dees had geld genomen vannbsp;zulken die iets by den Keizer te verzoeken hadden, hennbsp;met ydeie hoop gevleid, en veel onwaarheden verzonnen;nbsp;hy werd hierover aan een paal opgehangen, en nat hout onder hem gelegd, en in brand gedoken zynde, moed hy vannbsp;den rook dikken, en de beul moed uitroepen, Die rooknbsp;verkoopt wordt met rook gedraft. (*)

Het hier daande klooder der Dominikaaner Nonnen, la NunziatelJa, is van ongemeen groote vierkante deenennbsp;gebouwd, waarom eenigen denken, dat hier hetnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;,

of de gemeene fchatkaraer gedaan hebbe.

Digt by ’c Forum Nervar lag de Plaats van Nero. Daarvan daan nog drie gekanneleerde zuilen , en twee korinthifche piladers, die, vermocdlyk van eene zyde des hier gedaan hebbenden tempels zyn overgebleven; daar tegennbsp;over ziet men een deel van den muur van ’t fchip en denbsp;plaats binnen in deezen tempel. Uitwendig bedaat hy uitnbsp;grof bewerkte, maar van binnen uit glad gemaakt#deenen.nbsp;Men heeft geen overblyffel in Romen, dat in een zoonbsp;grooten fmaak, zo wel in ’t geheel, als in deenkeldedee-len, ontworpen is. De kapiteelen zyn zo vol niet, en de

bla-

J*) Fuma pmitnr fumnm vtudidit*

-ocr page 155-

141

DOOR ITALIË N.

bladeren zien ’er 'uit als of zy naar het loeven afgedrukt ƒ_ waren. Van de Plaats van Nerva kwam men in den ficus de Monti.nbsp;Ciprius, en van hief, regts af, in den Ficus Sccleratus,nbsp;waarvan hierna.

Torre dc Conti by de Plaats dcÏÏe Carette is een oude bakfteenen loren. Eenigen willen dat hy door Trajaan,nbsp;voor de foldaaten, die op de Trajaanfche Plaats de wagtnbsp;hadden, gebouwd is. Dog Nardini verzekert, dat Innocent III. uit den huize van Conti, hem, nevens de Torrenbsp;dclk milizie op den Quirinaalfchen berg, gebouwd heeft.

Hier omtrent was het Tigillum fororiuns, of een dwars over de llraat gelegde balk, onder welken de overgebleven Ho-ratius moed doorgaan, om dat by zyn zufter vermoordnbsp;had. Men zag dien balk nog in Tiberius tyd.

Dc kerk S. Pantaleo ftaat op de plaats waar voorheen de Tempel, der Aarde Hond.

Van hier gaan wy over het Canipo Faccino, welks hz-S.Fran~ fchryving in de tiende VVyk voorkomt, naar het Colifeonbsp;alleen onder weg dit nog opmerkende. De kerk van deh.^**^'nbsp;Francifca, den Olivetaaneren behoorende, ligt aan ’tCam-po Vaccino, tiisfchen het Colifeo en den tempel der Vrede. Paulus V. heeft de voorzyde met bet poortaal door*

Karei Lombardi doen bouwen. De fmaak is goed. De gevel heeft een wel geëvenredigde hoogte, dog de krullen, die aanwedcrzydeafloopen, zyn naar evenredigheid dernbsp;order, al te plomp. Het praalgraf der h. Francifca is vannbsp;Warmer, en met verguld brons verfierd. Bernini is ’erdenbsp;‘ uitvinder van. Cy het hoofdaltaar ligt Gregorius XI. be-graaven, die in’t jaar 1377.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;van Avignon voor |a!-

*yd naar Romen overbragt. Zyn graf is met vier alaba-öeren zuilen verfierd,

In het kloofter, tot deeze kerk behoorende, ziet men oveiblyffeis yan twee vierkante zaaien, die voor tem-

pel;

-ocr page 156-

142

ƒ IF'^k nbsp;nbsp;nbsp;gehouden worden. Eike

ds' ifiörJ/. heeft een nis ter wederzyde, welker rondingen aan malkander komen. De ingang des eenen tempels !ag tegen den Tempel der Vrede over. Anderen houden den Tempel der Vrede voor eene badzaal, en deeze kleine zaaiennbsp;voor nevenzaalen van de groote. Dit alles zyn onzekerenbsp;gillingen.

/ifco di Tiio,

De Triomfboog van Titüs is èeri gedenkteken dien voor^^ treffelyken Keizer, op bevel van Trajaan , opgerigt. (*)nbsp;Ily bellaar uit eenen enkelden boog met twee gekarine-leerderomeinfche zuilen, boven welker hoofdgellel men,nbsp;aan de zyde van ’t Colifao, leed;

Senatus

P'opulusque Romanui Divo Tito Dhi Vefpafiani F.

Vefpafiano Auguflo.

Op de andere zyde was voovheen een wydloopiger op-fchrift, dog dat niet meer te zien is. De boog heeft in ’t geheel veel geleden. De vier beelden der Faam buiten opnbsp;den boog zyn lugtig getekend, dog die aan de fries watnbsp;lomp, zo dat zy een ficgte uitwerking tot verlieriug doen.nbsp;De twee basreliëfs binnen in den boog hooren onder denbsp;fchoonften die uit de Oudheid overgebleven zyn. De ordonnantie is eenvouwdig, en de beelden fchynen wel getekend. Het eene verbeeldt den triomf van Titus, ennbsp;op het andere wordt de buit uit den Tempel te Jerufalem,

als

(•) De Roomfche tdomfboogen vindt men in het volgende werks Veter es arctts Atignfiarttin triitmshïs i^tpgnes , ex reliejuitsouee Rometnbsp;fn^srjunt, refiitati, » Hellorh illttjlrati, Bartoli heeft le op yz. biaenbsp;«Jeu gefneden,

-ocr page 157-

door ITALIË N.

als de gouden kandelaar met zeven armen, de toonbrooden, ƒ, een paar,jube',bazuinen, (*) enz. gedragen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;de' Monti,

Het amphitheatervanVefpafjaan,’:weikde Italiaanen, om ColifeO, zyn rensagrige grootte, U Co/ifeo noemen, geeft, elk die ’tnbsp;aanziet, groote denkbeelden van de bouwkunfl der Romei-Oen. Titus Vefpafianus belleeddc hier ontzaglyke fommeiinbsp;aan, en gebruikte ’er 12000. gevangen Jooden toe. Martiaal zegt met reden,

Omnii Ctefaree cedat lalor Amphitheatro,

Umim pree cunBh fama loqiiatur opus.

Eenige fchryvers fpreeken van 5000. anderen van welpooo dieren, welken Titus by de inwying vegten liet.

De figuur des Amphitheaters is eirond. De groote mid* dellyn houdt van binnen 581. de kleine 481. de buitenfienbsp;omtrek 1616. voet. Het is van travertynfteenen gebouwd.

Op de binnen^ plaats, of de Arena, liggen veel over-blyffeis van de gewelven, waarop de trappen rufteden.

Loven op de trappen loopt een muur in ’t rond, voorzien

met

De Jocdlcae cudheden kunnen daardoot opgehcldcrd worden,

‘t welk Relaiid aanleiding gegeven heeft, een verhandeling, de fpsliis f'rnpli HUraffllymUanl ïn arcit Titl B-oma co»fpicHif, re fthryven. Mennbsp;^¦egt.dat de jooden te Romen zorgvuldig vermyden onder dezennbsp;hoog door te gaan , en altyd een omweg ncemen.

(••) lielialven hetgeen men van dit gebouw by MafFei over de amphi-'heatets vinlt, heeft men een fdioon werk, dat alle de afmeetingen ’tnaauwkeutigft bevat, onder den titel, L' ^nfiteatro FUvw defcrit-e delineate dat Cavaüere Carlo Fontana. Het is in ’t jaat 17Z5. innbsp;Haag, met plaateD, in groot folio iiitgckomen. Verders behoort liie;''

» / tre ordlni Doruo » lojtico, e Corinth, fre(i dalle fahrlche pin ce» dell* antïca Karna. Opera dt ^etfilco. Rorna 1/44nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Hct

Colifco, her Pantheon, eu dc Pieterskerk zyn *cr ia bcichtcvcn, cm iBct nifilkaudet vergeleken,

-ocr page 158-

144 nbsp;nbsp;nbsp;P*. E I S - B O E K

/. nbsp;nbsp;nbsp;niet vendors. Agter dcezen rnuur ffaat een nog veel hor»'

4e' nbsp;nbsp;nbsp;die het gelieele gebouw omgeed. De iaatde is van

buiten met vier zuilenorders boven malkantler verfierd. De dorifchc is half onder ’t puin begraven, daarop volgt denbsp;ionifche, en twee korinihilchen boven malkander. De drienbsp;onderden bedaan uit zuilen, en de bovenfte uit piladers.

Tusfehen de zuilen der drie onderfte ryen, die half in den muur daan, ziet men ragtig arcades, die tot ingang van eennbsp;verdubbelden gang, welke rondom het ganfche gebouwnbsp;loopt, dienen. De hovende piladers daan niet ver buitennbsp;den muur uit; tusfehen hun zyn openingan. De evenredigheid der zuilenorders onder malkander is niet gelukkig getroffen, de bovenden fchyuen te klein tegens de onderden.nbsp;Dat gebrek hebben de arcades ook. De zuilen daan ooknbsp;te ver van malkander, en fchynen daardoor te zwak voornbsp;’t hoofdgedel, dat zy draagen moeten. De hovende order is grooter dan de benedende, en heeft ’er geen evenredigheid mede. Zy ziet ’er uit, als of zy naderhand ’ernbsp;op gezet was, om het gebouw de behoorlyke hoogte tenbsp;geeven.

De gaten die van buiten aan den muur zyn, hebben, naar meening van eenige geleerden, gediend om de veelvuldige winkels, die hier werden opgedagen, vad te maa-ken. Dog zy bedenken niet, dat men zulke gaten, niet alleen op eene hoogte, waar dit oogmerk geen plaats konnbsp;hebben, maar ook by veele andere oude ruinen aantrefonbsp;Wy hebben boven reeds een gilling aan de hand gege'nbsp;ven, die gelooflyker fchynt, naamlyk, dat de barbaarfchönbsp;volken die gaten gemaakt hebben, om de koperen bouten»nbsp;wmarmede de deenen aan malkander vadgemaaktW'aareD,’nfnbsp;uitteiieemen. Veelen maaken het getal der aaiifchouvvers»nbsp;die in dit gebouw plaats vinden konden, al te groot, e”nbsp;^jreeken van zedig, ja tagtig duizend inenfehen, daar het

tol'

-ocr page 159-

DOOR. ITALIË N* i4j

Volgens de naauwkeurigfteafmeetingen klaar is, dat’er naauw- /. W'^k, lyk vier en dertig duizend in konden.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;4£ MontU

Men kan niet zonder leedweezen ziert, hoe dit heerlyke gebouw, deels door barbaaren, deels door het onverftandnbsp;en de gierigheid der pauzen, geleden heeft. Het eerftnbsp;^ïd het van de barbaarfche volken te lyden, toen Attilanbsp;Romen verwoeftte. Toen reeds nam men ’er fteenen afnbsp;Om elders mede te bouwen. Paulus II. liet ’er een deelnbsp;Van ’t Paleis van S. Marcus mede opbouwen; de Kardl-ïïaal Riario gebruikte de fteenen tot het Paleis della Cart-^^llaria, en Paulus III. tot het Paleis Farnefe. Men geeftnbsp;vvel voor, dat men alleen die fteenen genomen heeft dienbsp;dreigden aftevallen, dog het is kwalyk te gelooven, datnbsp;de eene helft zig zo wel gehouden hebben, en de andere zonbsp;bouwvallig geweeft zyn zou. Hoe gefchonden het Coli-feo ’erook uitziet, zoftaat men nog verbaasd over deszelfinbsp;grootfch aanzien, vooral wanneer men het van de noordzydenbsp;befchouwt, waar het geheel gebleeven is. Zelfs de ruinennbsp;leveren fchooiie fchilderagtige gezigten op,

In laater, tyden heeft men in ’t Amphitheater een kleine kerk gebouwd, aan Madonna della piëta gewyd. Een heremiet heeft ’er ’t opzigt over. Benediftus XIV. heeft innbsp;de ronding der Arena veertien elendige kapellen of altaaveanbsp;doen zetten, waar men in de goede week de Pta Crucis,nbsp;of zekete omgangen houdt. Aan de kerkdeur hangt de lyftnbsp;der martelaars, die hier den dieren voorgeworpen zyn,

'vaaronder zig ook de bouwmeefter van het Amphitheater, de h. Gaudentius, bevindt. De aarde van ’t Colifeo wordt,

^'t hoofde van het menigvuldig geplengde martelbloed, voor beilig gehouden.

Op de Plaats voor ’t Colifeo, tegen over de Ha facra, Meta fit-een fontein , welke naar haar gedaante, die een meet dan$. paal in de renbaan geleek, Meta fudans genoemd werd.nbsp;ni. Deec.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Knbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Men

-ocr page 160-

'145

ƒ. nbsp;nbsp;nbsp;overblyffel van uit bakfieeiien*

di' Motiti Titus verfraaide ze, om de Plaats des te fierlyker te maa-ken. Zo wel de fchermers en worllelaars, als de toenzien* ders, kwamen van de fchouwplaats aan dié fortein hundorftnbsp;lesfchen. Tusfehen het Colifeo en de kerk van den H-Joaaines van Lateraan lag de Subiirra, een zeer bewoondnbsp;kwartier der llad. Daar hielden zig niet alleen veel hoeren op, maar daar was ook een groote markt, waar mennbsp;'veel gefiolen goed te koop bragt. De oudheidkennersnbsp;2yn over de waare ligging der Suburra niet eens. Vooraan werd zy van een andere rtraat,Tabernola, doorfneden,nbsp;waar, volgens Martiaal, roeden om de flaaven te g'eeffe-len verkoft werden.

S. Clemen- In de Dominikaaner kerk van S. Clemente, ontdekt

te.

men de drie deelen, waaruit voorheen de kerken befton-den (*) zeer duidelyk. De Iialiaanen noemen ze Naf' tece, Ambone, en Santuario. De kerk heeft treflyke zuilen van graniet, porfier, en ander oud marmer. In denbsp;kapel van ’t Lyden zyn oude fchildcryen van Mafaccio,nbsp;verbeeldende de hiflorle der h. Cathariria. Het graf vannbsp;den Kardinaal Roverella belPiat uit een antieken zark vannbsp;wit marmer, waarop Faunen en andere lleidenfche dingennbsp;verbeeld zyn. Men vindt in veel Italiaanfche kerken dier-gelyke figuuren, die niet wel voegen in een geheiligde plaats,nbsp;De Triumfboog van Keizer Konflantyn den Grooten isnbsp;Triumf-nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;gebleven, dog de voet der zuil is by’t aanhoogen van

tyn.

boog van den grond van Romen tot de helft onder t puin geraakt. De Konftan- boog heeft een grooten en twee kleine doorgangen, die met

agt korin'thilche zuilen bezet zyn. Het is aanmerkelyk, dat dekaneleeringen van binnen verfierd zyn, quot;t welk men zeldéönbsp;by oude overblyfiels aantreft. Op de zuilen flaan agt fta-

tueo

(*) Zie Kictover de reeds üangehaalde vethandciing rah Lc R°‘gt; «rct de gedaante der eciite kcikea.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;'

-ocr page 161-

DOOR ITALIË N.

tuen van Daders. (•) Op de 2yden zyn geen zuilen, j fFyk, Blaar groote basreliëfs in de attieken, en een paar medaillons, de' Mentt,nbsp;Onder de roiddelfte arcade ziet men twee groote basreliëfs,nbsp;en boven de kleine doorgangen zyn wederzyds medaillons.

Alle deeze basreliëfs verbeelden daadeu van Trajaan, en 2yn vennoedelyk van zyn monument genomen. Men ont»

^2kt hier duidelyk het ondafcheid van ftyl; het goede is Traajaans tyd, en het flegte van Konliantyns, toen

kond reeds zeer in verval was. (?*]) Het ftrekt altyd ^ien tyd tot fchande, dat men hier oude ftukken heen brengennbsp;om dit gedenkteken naar w'aarde te verfieren. Denbsp;^onwkonft was toen nog niet zo ver vervallen. Het ge-*ieel heeft een fchoone evenredigheidde groote arcadenbsp;Schikt zig naar de kleine. De zuilen zyn nog te groot,

®og te klein; zymaaken de ordonnantie edel, en deeze ver^

^rygt nog grooter fieraad door de daarop geplaatfte ftatuen.

De basreliëfs, medaillons, en andere fieraaden zyn met ^erfland gebruikt, en, fchoon zeer menigvuldig, geevennbsp;egter het oog de noodige ruft, zonder het te verwarren. De boog valt heerlyk in ’t oog, ’t zy men hem vannbsp;verre of van naby befchouwt.

De basreliëfs beloopen een getal van twintig. In de at-tiek telt men ’er tien vierkanten, agt ronden (laan boven twee kleine doorgangen, en twee grooten boven den

mid-

(*) Volgens berigt van Paulns Jovins deed Laurentius Mcdich hun koppen afneemen en naar Flotencen brengen. Ten mrnften zyndenbsp;*'amp;enwoordigen modern.

i'*) De basreliëfs van deezen en andere boogen heeft Bartoli in *en byzonder werk op 83. vellen gefneden, en Bellori heeft ze op-Sebclderd. De titel is 1 -^dmlranda Romayiorurnnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ac vi*

opere elaboTata- Prccrone heeft ook den Biumfboog van Konftantyn met alle de basreliëfs afzondeiiyk in plaatnbsp;Üehtagt.

K a

-ocr page 162-

i4S

I. ^yki, roiddelften. De agt (latuen hebben, gelylc gezegd » /it'nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nieuwe koppen, en de eene daarvan is geheel nieuw. D®

drapery is fchoon. De basreliëfs zyn wel bearbeid , dog de ilyl is niet meer zo zuiver als aan den boog van Titus*nbsp;Men geeft den twee grooten, boven den middelden boog*nbsp;den voorrang. Het eene verbeeldt een gevegt van Trajaartnbsp;met de Daders. Trajaan voert met groote fchreeden zynnbsp;benden tegens den vyand aan, die deels geveld wordt,nbsp;deels hem om genade fmeekt. Het andere, onderden boog*nbsp;vertoont de Overwinning, Trajaan op ’t flagveld krooneri'nbsp;de. Zy komt niet uit den hemel, maar ftaat naad deonbsp;Keizer, en verheeft zig op de toonen om hem de kroonnbsp;optezetten. Het denkbeeld is fraai ; de konftenaar vet*nbsp;beeldt zynen held als grooter dan de Godheid die hem kroont.nbsp;De basreliëfs doen ook een goede uitwerking, door dat zjnbsp;niet zo zeer verheven zyn, als de meefle antieke ftukkehnbsp;van dien aart.

Maria del- Santa Maria in Dominica of della Navicella wordt Z® //liVizwe/-genoemd naar een antiek marmeren fclieepje , tien voetnbsp;lang, welk op een piedeftal, met het opfchrift, Paf^nbsp;Leone X. voor de kerk rtaat. Aan ’t voorfte deel ziet meOnbsp;een zwynskop, kwalyk gewerkt. Men wil dat het als eeitnbsp;gelofte over een ontfnapt gevaar op zee opgerigtnbsp;Leo X. deed de kerk volgens Raphaels bellek bouwen*nbsp;en de friezen door Julius Romanus en Pierin del Vaga b®'nbsp;fchilderen. In de kerk ftaan vyftien koübaare zuilen v»”nbsp;zwartgroen graniet, en twee van porfier. Dit kwartiernbsp;zo eenzaam, dat men de kerk byna altyd gefloten vindt.nbsp;Villa Mat- Villa Mattel hoorde eertyds onder de fchoonflen va”nbsp;tei.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Romen. De Hertog Ciriacus Mattei heeft 'er groote fot”'

men aan verfpild, en 6000. daalders tot onderhoud ’er va® gemaakt; egter wordt zy zeer flegt onderhouden, fchoo®nbsp;zy om de oude ftandheelden wel verdiend bezien te

de®'

-ocr page 163-

149

door ITALIË N.

den. De ligging is niet alleen gezond, maar ook aange-naam, zynde op den berg Coelius. Op de eene zyde one- de' Monfi, dekt men overblyffels van de oude fladsmuuren van Romen. Op de laan, welke op het huis aanloopt, liaan eennbsp;®^nigte kleine zatken, die haar wel een wat treurignbsp;dog egter edel aanzien geeven. De een heeft de gedaante van een met tegels gedekten tempel, op den anderen ziet men een zwyn, aan welk een Genius een flambouw voor de oogen houdt. Veelligt ruften ’er de ge-beentens eens Epikuriften. Tegen over de eene zydenbsp;''an het huis Haat, op een met boomen beplant grasperk,

«en oude flegte tombe, welke een even zo fchilderagtig Sezigt maakt als een obelisk, die uit twee Hukken van eennbsp;paar verfchillende oude obelisken zamengefteld is. Digtnbsp;daarby ligt een andere ronde plaats met een reusagiigen kopnbsp;van Alexander, of liever vanAugiiftus, die op een nieuwnbsp;buil gezet is, fchoonê oogen, en in ’t algemeen goedenbsp;evenredigheden heeft. Wy gaan de fonteinen van Atlas,

Van Hercules met de Lerneifche flang, en meer anderen voorby, en wyzen nog maar eene aartige in een bofchjenbsp;geplaatfle fontein, van Bernini’s vinding , aaii. Zy verbeeldt drie oefters op de ftaarten van dolfynen. Een adelaar opent ze, en ’er loopt water uit. De veelerlei graven,nbsp;ftatuen, baden, vaazen, opfchriften, die men op de laaien vindt, de grotten, marmeren zuilen, waarvan ’èr al-i«en zeven en twintig zyn, geeven deezen tuin een zekernbsp;^aatig aanzien, dat door de wilde natuur, die hier alsnbsp;beerfcht, en ’t liegt onderhoud der plaats, nog verraeer-wordt. Men vindt hier geen regelmaatig plan, dognbsp;verfchillende hoogtens en terraffen raaaken des te groo-'«f verfcheidenheid. Men heeft hier een fchoon tiitzigtnbsp;over de nabuurfchap van Romen, de Had zelve, en denbsp;btden van Caracalla, de waterleidingen, den Palatynfchen

K 3 nbsp;nbsp;nbsp;Hand-

-ocr page 164-

R E I !S - DOE K

li fFyk nbsp;nbsp;nbsp;en gt;?. Stefam rotendo. De oude monumenten ,

life’ ifefow^/fftandbeelden, en fonteinen, zyn allen zeer, wel geordonneerd, zo dat men altyd nieuwe.gezigten en fdülderagtige partyen ziet.

Het huis heeft byna geen ander huisraad dan flandbeel-den, waarvan wy de belten zullen aanhaaien. In de zaal ziet men een half gekleede Amazone; de omtrekken,vannbsp;het beeld zyn fchoon, en door het gewaad wel aangewezen. De handeling is wel uitgedrukt. Het zelve kannbsp;men ook van het kleine Itpndbeeld van Hadrlaan te paardnbsp;zittende zeggen. Een klein bronzen paard, ’t welk denbsp;huid is afgetrokken, zo dat men alle de fpieren ziet, welrnbsp;ken de meefter voortrefièlyk wilt uittedrukken. Apollonbsp;en Marfyas, een fchoone moderne groep van Olivieri. Innbsp;de andere kamer, een aartig basreliëf in Etrurifchen ftyinbsp;van twee vrouwen, waarvan de eene een hond aan dennbsp;voet heeft. Een voórtreflyke tafel van groen porfier. Eennbsp;Venus , uit het bad komende: het lyf is antiek, en heeftnbsp;zeer fchoone omtrekken. Plotina, gemaalin van Hadfiaan,nbsp;jnet een -fchoonen kop. Het ftandbeeld der Vriendlbhapnbsp;van gemelden Olivieri. Zy is als een mooye naakte vrouwnbsp;verbeeld, die, om de opregtheid aanteduiden, eene handnbsp;tegen de opene borft houdt. De meelier heeft de groeven zo zagt weeten te niaaken als mooglyk was. Mennbsp;leeft ’er onder,

Firgtnius Frjinus Ciriaco Mattbaejo Amicitia Momm.

Statuere illuftrius me ipfa Amicitia non potuil.

MD CF.

In de derde kamer ftaat een fohoone groep van Brutus en Porcia, in leevensgroatte ten halven lyve. De trekkennbsp;deezer Romeinfche Dame wyzen meer edelen hoogmoed,

da#

-ocr page 165-

» o o R I T A La E n;

^»n een zagt karakter aan. In de'vierde kamer, eeti kleine

Ceres met een fchoone drapery, door de welke de om- de Mtnk

trekken doorfchynen. De kop is bevallig , en de bande*

Mog natiiurlyk. Een fcboone kop van Cicero^ waaraan,

Ken den neus herfteld heeft. Een groote vags van Oo* fierfch alabafter, en twee zuilen van verde antico. Hetnbsp;^eld van Lucijis Veras uit een zeldzaam marmer. In denbsp;''yfde kamer, v^eek otide borftbeelden. Edn Andromeda,

®n de kop van een Coloflus. In de zesde kamereen öude adelaar van marmer. Vooral is hier het beeld van

Livia, ofFaullina, of volgens anderen van de Eerbaarheidj,

Voor het fraaiHe' ftuk der ViUa te houden. Met de flmker-«/ kand houdt zy haar kleed, en de regter ligt-zy om hoog,nbsp;om den Huyer te houden. De drapery is goed, alleennbsp;Wordt zy naar evenredigheid der boveiifte breedte van onderen te wyd. In het hoofd heerfcbt befcheidenheid, be-kootlykheid, raajeflreit, en in ’t gemeen een treflyk karakter., Aan den buitenmuur van ’t Imis (laat een fcboonenbsp;Julius Cajfar in Burgemeefterlyke klaeding.

S. Stefano rotonde. De oudheidkenners bevveeren dat S. StefariQ •hier een tempel van Faunus gedaan heeft. Uit de ^^\amp;rotondo,nbsp;bouwwyze, en de kwaade verbinding der'zuilen van ver-lèbillende order en grootte, fchynt te voJgen, dat het gebouw van Konllantyns tyd is, In ’t jaiar 468.. werd betnbsp;•oc een kerk gemaakt, De gedaante is rand4 ¦ en zeflignbsp;Zuilen draageii het mkldelftedeel. Vier en vyfiig zyn ’ervannbsp;Van graniet, en zes van Parifch marmer. Van binnen ziet mehnbsp;*bhilderftukken van Tempefla en Pomeraudo^ verbeeldendenbsp;martelaars der tien eerde vervolgingen. Gregorius heeftnbsp;öeeze kerk met hot CoHegioQermaniconbsp;nbsp;nbsp;nbsp;vereenigd.

He Villa Cafali, tegen over deeze kerk, heeft merk-waardige ftandbeelden, welken ten deele daar in den grond gevonden zyn, De voornaamflen daaronder zyö de Eer-

K 4 nbsp;nbsp;nbsp;baar*

-ocr page 166-

15*

I. Wik, '^aarhèid i Bacchus, een jaager die wildbraad draagt, een Antoninus met klimop gekroond, dien men voor een Bacchus heeft aangezien. Een vrouwlyke ftatue, die voornbsp;de drapeering met de Farnefifche Flora wordt gelyk gefield , dog een modernen kop heeft. Hét borflbeeld vannbsp;Julia Mtefa, de grootmoeder van Heliogabalus, onder denbsp;gedaante der Eerbaarheid. Men ziet nog om het hoofdnbsp;de gaten der ftraalen, waarmede zy als Godin omgeevennbsp;is geweeft. Een eindpaal uit een renbaan is in den muurnbsp;ingemetfeld. Een Mercutius met een nieuwen kop, ennbsp;een Antinous.

Bmijlerio nbsp;nbsp;nbsp;Plaats van den h. Joannes

Laterano,

di S. G/örvan Lateraan is vermoedelyk van het huis van Lateranus vanni di afkomdig , die een der voornaamfte zamengezworenennbsp;tegen Nero is geweeft, en met groote ftandvaftigheidnbsp;ftierf. (’*') Nero verklaarde zyn goederen verbeurd, ennbsp;het huis behoorde den Keizeren tot op de tyden van Kon-ftantyn den Grooten. Men heeft hier de bronzen tafel,nbsp;waarop de Raad aan Vefpafiaan de Keizerlyke magt opdraagt, gevonden. Konftantyn fchonk het huis aan den h.nbsp;Paus Sylvefter, en bouwde ’er de kerk van St. Jan by, denbsp;welke Bafilica Conftantini genoemd werd. Het paleis werdnbsp;ten tyde van Attila, en naderhand onder Gregorius VII.nbsp;verwoed. Het Battifterio is een zeer oude kerk, eigenlylcnbsp;S. Giovanni in fonte geheten. Veelen meenen dat zynbsp;een (luk is van ’t Keizerlyke Paleis, en misfchien wel eeonbsp;bad} dog Anaftaflus zegt in ’t Leeven van den h. Sylvefternbsp;uitdruklyk, dat Konftantyn dit Battifterio gebouwd heeft,nbsp;en zyn befchryving komt met de gedaante van ’t zelve juiftnbsp;pvereen. Gevolglyk is het valfch het geen men pleegtnbsp;voortegeeven, dat de Keizer daarin gedoopt 15. Het is eg'

lOf

(•) Tacit. Ann. 1. 1

-ocr page 167-

153

door' it alien.

Mr als een der oudfte gedenkftukken van den Chriftelyken /, Godsdienft merkwaardig. De agt porfieren zuilen in Ae Morithnbsp;kerk zyn de fchoonften van geheel Romen. Zy hebbennbsp;6. voet in den omirek, en draagen de koepel. De kapi^nbsp;teelen zyn van verfchillende orders, vermoedelyk zo alsnbsp;men ze gevonden heeft.

De doopvont is van porfier, en met verguld brons ver-fierd. De beelden van Sylvefter en Konftantyn (laan ’et op. Men gaat langs drie trappen naar de voute af, opnbsp;een ronde met marmer belegde plaats. Aan de koepel heeftnbsp;Andreas Sacchi in agt ftukken van fchoone ordonnantie hetnbsp;leeven van Maria gefchilderd. De overige fchilderyen itinbsp;de kerk zyn de volgenden : Het kruis dat aan Konftantynnbsp;verfchynt, van Geminiani. De veldflag en triomf vannbsp;dien Keizer, door Camaffei. Het befte is de vernietigingnbsp;van den afgodsdienft, door Karei Maratti. Op de zydennbsp;deezer kerk zyn twee kapellen, eene Joannes den Euan-gelift, en de andere den Dooper gewyd. De laatfte heeftnbsp;op het altaar een ftatiie van Donatello, dog de eerfte eenenbsp;van brons, volgens della Porta. In de kerk ziet men eennbsp;heerlyk zwart praalgraf.

rano.

De kerk van den h. Joannes van Lateraan is in rang de s. Giovan-eerfte kerk van Romen, en van de Roomfche wereld. Zy Late-wordt daarom in een opfchrift in de kerk genoemd,

Sacrofanlta Lateranen/is Ecclefia, omnium urbis O’ or bis ecclefiaruni mater S’ caput.

Konftantyn fchonk zyn paleis op deeze plaats ftaande nevens de kerk aan Paus Sylvefter, en federt dien tyd onthielden zighier de pauzen, tot dat Gregorus XI. by ’t ver-plaatfen van den zetel van Avignon naar Romen, zyn iri-wek in ’t Vatikaan nam. De volgende pauzen hebben deeze kerk fterk doen verbeteren.

K 5 nbsp;nbsp;nbsp;De


-ocr page 168-

154

T. nbsp;nbsp;nbsp;fchobne vooreyde deed Clemeos XII. door Aleiïan*

Galilei optrelfken. Zy is met een ry groote zuilea veifierd, dog.heeft te veel openingen, vermits de venliersnbsp;boven de deuren ftaan. De kjeine zuilen tusfcheanbsp;de groote hebben geen Ichoone evenredigheid, en te laagt;nbsp;ge voetftukken. Het hoofdgellel van de groote zuilennbsp;heeft een goede hoogte, en fteekt wel uit, in tegendeelnbsp;is de leuning daarboven veel te hoog, de pilaars zyn vannbsp;kwaaden fmaak, en de vier piedeflals van de beelden boven den gevel een lelyke herbaaling van die pilaars, Denbsp;beelden zyn voor de pilaars en piedeftallen veel te groot,nbsp;en in ’t algemeen lomp en liegt gewerkt. Met deeze kleine gebreken blyft dog het ponaal van San Giovanni eennbsp;der fchoonllen in Romen, Men Haat op ’t eerfte gezigtnbsp;verfteld over hei majeftueus aanzien. De loge, waaruit danbsp;Paus het volk den zegen geeft, ruft op vier zuilen vannbsp;rood oofterfch graniet.

Het portaal der kerk is fchoon, en met roomfche pilafters verfierd, die met wit marmer bekleed zyn, en van dennbsp;geelen: marmeren agtermuur wel affteeken. De vyf kerlt-deuren hebben een goede evenredigheid. De heilige deur,nbsp;die maar in ’t jubeljaar geopend wordt, is van giallo an-tico. Indien dit portaal van boven met een halven cirkelnbsp;gewelfd was, zou bet veel fraaycr zig veizoonen. Het andere portaal deezer kerk, dat tegen over den obelisk is,nbsp;heeft twee galleryen, elk v.in vyf arcades boven malkander. De faenedenfte zuilen zyn dorifch en dcbovenfteka-•rinthifch.

voet hoog.

De kcik is van binnen zeer ruim, en beeft op elke zy-de van hei fcl.ip twee gangen. Men. telt ’et in 335. zuilen, waaronder eenigeii ongemeen fchoon zyn. De twee, welken het orgel draig^'’» ^yn van giallo antico, 274nbsp;De twee van graniet, waarop de groote boog

ruft»

-ocr page 169-

V 0 0 Tf; A L I E N; 155

raft, hebben een boogie van 35. voe-v Epj-ronifai,beefs /*

bet fcbip met gekaneleerde roomrcbe pilaftera, die van d^n lt;amp;’ Mumi,

grond der kerk tot aan ’t gewelf gaan, verfierd. Hy beeft

*’§ in ’t algemeen zo goed , als mooglyk» gezogi te

behelpen, wyl. hy zig naar den yonn deraalytC regelea

Woert. Een gewelfd zou beter gedaan hebben, dan da

vakken waarin nu de zoldering verdeeld/ is, fciv^on zy aar-

tig genoeg uitgevonden zyn. De twaalf Biflen met da

Vierentwintig zuilen van yerde andco, wa.Widt?.twaalf

tïiarraexen apoljelen, ftaan, zyn niet fraai, fchoon zy bet

het geheeie fieraad een ryk aaiizien byzetten. Deeze beel»

den zyn laamlyk goed , en van de befte meeflers van. deeza

cn de voorgaande eeuw, als flttoni, Rufeoni, RefJros,

h'loniiot, Rofli, en anderen. Volgens. Venuti zyn de li.

Andreas, de b. Joannes, en de b. Matthias de beften, Bp-ven ieder apoftel is een basreliëf, en daar boyen een profeet gefebilderd. Dp apoftelen zyn met hnnne niffen op la. vellen in de pauslyke CalcpgraGa yetbeeld.

Het altaar des h. Sakraments is van Olivieri’s, vinding.

Het Ichilderwerk daarboven is vaij D’Arpino, wiens graf hier niet ver van af is. Hy overleed in’t jaar 1640. Aannbsp;zyn ftandbeeld op zyn graf heeft de meefler. bein 4e ordernbsp;van den Heiligen Geeft gegeven, die hem niet toekwam:nbsp;dog vau Kpning Hendfik IV. had hy die van S. Michielnbsp;gekregen. Om ’t gedagte altaar ftaan vier zuilen van vet;-de antico, en vier van.brons, die p. voet in den ontvangnbsp;hebben, en niet ver van hier gevonden zyn. Het bronzennbsp;Verhemelte des altaars ruft op vier antieke bronzen zuilen^nbsp;die. men wil uit den tempel van Jupiter Capitolinus te zyn.

Sommigen beweeren , dat zy uit den Tempel van Jerufalem ^yn; anderen geeven haar nog een anderen oorfprong. Ditnbsp;^yn bloote gillingen, De beelden van Melchizedek, Aaron, Mofes, enEIias, zyn van nieuwe meefters, en middel-

-ocr page 170-

ts6 REIS - B O E K

J. Pf'yk, delmaatig. De vier kerkleeraars op natten kalk heeft Ce* i»' Menti.iix Nebbio gefchild-'rd. De nabuurige kapel dient dennbsp;Domheeren tot een koor. De koorftoelen zyn zeer fchoon.nbsp;De Connetable Fiüp Colonna deed ze maaken, en ooknbsp;zynér gemaalinne, Lucrezia Tomaceili, een fchoon praalgraf van zwart marmer, door Laurenziani, oprigten. Innbsp;de fakrifty daarby vertoont men planken van de arke desnbsp;verbonds, en van de tafel waarop Cbriftus het laatftenbsp;avondmaal zou gehouden hebben.

Van hier ter (linkerhand komt men aan het altaar der Domheeren, waar een gefchilderd beeld van den Heilandnbsp;te zien is, dat zig by alle de verwoeftingen onbefchadigdnbsp;zou bewaard hebben. In de volgende kapel by ’t orgelnbsp;zyn de geboorte van Chrirtus en andere fchilderyen, vannbsp;PJikolaas van Pefaro. De engelen, die het wapen van Clemens VIII. onder het orgel houden, zyn van Valfaldo. Keizer Konftantyn, afgezondenen aan den h. Sylvefter op dennbsp;berg S. Orefte zendende, is van Pieter Nogari gefchilderd.

Als men aan den kant van het Lateraanfche Paleis naar beneden gaat, ziet men in de eerfté kapel den Eiiangeliftnbsp;Joannes en andere beelden van Lazaro Baldi, en daartegennbsp;over den h. Auguflinus van Bourguignon. (•) De naaftenbsp;kapel, van de familie van Maflimi, is, van Della Porta,nbsp;volgens dorifche order gebouwd. Tegen over ligt de kapel der Santori. De architekt Onorio Lunghi heeft ze volgens ionifche order gebouwd, en StevenMaderno meteennbsp;krucifix verfierd.

Het praalgraf van den Kardinaal Ranuccio Famefe is van

Vigno'

(*) Deeze Ichildeiy i* merkwaardig, om dat men zelden iets art-dets dan batailles van hem ziet. Hy ftieif in l*7d, te Romen, es iiectte eigenlyk Jakob Couttois.

-ocr page 171-

157

DOOR ITALIË N.

Vignola’s ordonnantie. Dat van de h. Helena, Konftan- ƒ. tyns moeder, beftaat uit een groote porfieren vaas, waar di Mmtiénbsp;op basreliëfs gehouwen zyn. De Pauzen Alexander III.nbsp;en Martyn V. hebben bronzen zarken. Meer dan twintignbsp;pauzen en een menigte kardinaalen liggen in deeze kerknbsp;begraaven. Bonifacius VIII. is van Giotto gefchilderd,nbsp;de aflaaten van ’t jubeljaar 1300. afleezende. De bekendenbsp;fchryvers Laurentius Valla en Garemberti liggen ook innbsp;deeze kerk.

De laatfte en pragtigfte kapel in de geheele kerk heeft Kapel van Clemens XII. uit den huize Corfini doen aanleggen. Zy Clementnbsp;IS volgens de korinthifche order van Alefiandro Galileinbsp;houwd. De architektuur valt wat mager uit. Het altaar-ftuk, de h. Andreas Corfini, is een heerlyke mozaïek.

Volgens Guido Reni. De fchoone zuilen met kapiteelen en voetgeftellen van verguld brons, waarvan ’er twee vannbsp;verde antico, en vier van porfier zyn, geeven der kapellenbsp;een groot fieraad. De tombe van Clemens XII. beftaat uitnbsp;een koftbaare porfieren urne, die lang onder ’t portaal vannbsp;’t Pancheon gedaan heeft, en wordt gehouden de beenderen van Agrippa te bevatten. Zy is fchoon van vorm, ennbsp;met eenvouwdigen, dog wel gehouwen fieraaden voorzien.

Men ontdekt hier nog andere praalgraven van kardinaalen uit dat huis; onder anderen een waarop Filip della Vallenbsp;de Maatigheid, een fchoon beeld, water uit een vat innbsp;een ander gietende, verbeeld heeft. Men zal bezwaarlyknbsp;een fchoondere kapel te Romen vinden: alle foorten vannbsp;pragt zyn hier by malkander. Zy is met basreliëfs ver-fierd, met alabafter ingelegd, met marmer geplaveid, ennbsp;Wet traliën en een ingang van verguld brons verfierd. Ooknbsp;is de onderaardfche kapel zeer fierlyk gebouwd.

Ten einde van deezen gang ftaat de tombe van den Kardinaal Cafanata door Le Gros. De Kardinaal ligt op

de-


-ocr page 172-

158 R E I S . B O E K

I. iFyk, ‘¦Is'zelve met gevouwen handen. Agterwaards heffen drie ife' Monfi.Ginii een groot kleed om hoog. De vinding en uitvoeringnbsp;zyn fchoon. Om het op zig fiaande hoofdaltaar kan mennbsp;rondom gaan, en agter de tribune vindt men wedereenigenbsp;tombes, als die van Filipucci, Baraccianr, en van dennbsp;grooten fchilder Andreas Sacchi. Q*) Een knielend beeldnbsp;van marmer, die een mannelyk gezigt en rimpelen, dognbsp;geen baard heeft, wordt door eenigen voor Pauzin Joanna, en van anderen voor Paus Nikolaas IV. opgegeven.nbsp;ffaefd- Op het hoofdaltaar mag niemam dan de paus, of wiennbsp;allaar. i,y ’er uitdruklyk verlof tot geeft, en dan nog maar eens,nbsp;¦' de mis doen. Het is waarfchynlyk zo heilig, om dat ’ernbsp;een ander altaar, waarop Petrus de mis zou gedaan hebben, en de hoofden der Apoftelen Petrus enPaulus,eentandnbsp;van den eerften, een ftuk garftenbrood, waarmede de vyfnbsp;duizend mannen gefpyzigd werden, de doek met welkennbsp;Chriftus zynen leerlingen de voeten heeft gedroogd, eennbsp;fchouder van den gebradenen h. Laurentius, hairen van Ma-ria, en andere reliquien in opgellooten zyn. (??) De vloernbsp;der kerk is fchoon van marmer en porfier ingelegd. Ko-ning Hendrik IV. van Frankryk heeft zig zeer mild omtrent deeze kerk betoond, waarom hem het Kapitel innbsp;1658. een ftandbeeld te paard van brons, in de gallery vannbsp;Sixtus V. heeft doen oprigten.

De omgang of de gallery tegen het binnenhof des kloo-

fters

(•) hl ’t gtaffchtift ftaat, Piéfurte ac vit* tineas ahfihit, d.ZlJnn. letat. 61,

(••) Men heeft een breedvoerige befchryving van deeze kerk, die in I657. met plaaten te Romen gedrukt,is, De in 1675 overledene en hier bcgravene Kardinaal Ccfat Rofponi heeft van haar hifto-tiefthe oudheden een bock gcfthreven. Een ander wydloopig werknbsp;hebben Ctefcembcni en Baldefthi in 1725. in quarto uitgegeeven ,nbsp;onder den titel Statu delta Chiefa Lateranenfi.

-ocr page 173-

159

door ITALIË N.

fters is met allerlei kleine marmeren zuilen vérfierd. Wy j gaan de Griekfche, Hebreeuvvfche, en Latynfche opfchrif MontUnbsp;ten, en andere dingen, als de zuil waarop de haan bynbsp;Petrus verlochening gekraaid zou hebben, wyl zy vannbsp;Weinig gewigt zyn, voorby, dog moeten iets van de beidenbsp;Selhe flercorarite, waarvan zo veel gefchreeven is,ZQg-Sellx Jier-gen. Dat de nieuwe pauzen, federt het geval metPaiizinfer'«rlt;gt;.nbsp;Joanna voorgevallen is, daarop gaan zitten, en op eennbsp;onbetaamlyke wyze hunne fex onderzoeken laaten, is on-getwylfeld een fabel, zo wel als de geheele vertelling vannbsp;de Pauzin. De ftoelen zyn van rood marmer, en hebbennbsp;vermoedelyk den ouden Romeinen in de baden gediend.

Of zy als llilletjes, dan ora zig met reukwerk te beroo-ken, dan wederom tot iets anders gebruikt zyn geworden, is niet te bepaalen. Eenige Pausgezinde fchryvers Haannbsp;toe, dat de pauzen by de bezitneeming van ’t Lateraannbsp;voorheen daarop moellen gaan zitten. Mabillon zegt,nbsp;dat het uit nederigheid gefchied is, om de woorden uitnbsp;het I, Boek van S.amuel Iloofdft. 2. vs. 8. zig te kunnennbsp;tóepail’en, welken ook by de ceremonie gezongen werden ;

SufcUat de pulvere egenum, amp; de fiercore erigit pauperem, tit fedeat cutn principihus, folium gloriis teneat, ennbsp;daaruit zou de naam j'ella flercoraria gefprooten zyn.

Zulk een ftoel wordt ook ia de Benediktyner abdy van Monte Caffino getoond.

Men ziet in deeze gallery den grootften porfieren zark, die uit de oudheid is overgebleven. Het is die van de b.

He-

(•) Zy zyti ten minften in de baden vanCaracalIa gevonden. Mis* vetbaak ’et veel laffe dingen van, eo maakt de opening in denbsp;*skcning veel te groot. Integendeel is zy zo klein, dat het niet welnbsp;hilktjes fchynen geweeft te kunnen zyn. Van Pauzin Joanna kannbsp;•öCB nazien wat wy in ’c I. Deel bladz. 305. gezegd hebben,

(**) idafenm ItalUmt Tem. I. p. 57.

-ocr page 174-

I do

RElSBOEtt

1. fVyk, Helena, die drie mylen van de ftad aan de Via Labican*, ie'nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nevens haar praalgraf, gevonden werd. Het beeldwerk

denzelven beftaat uit eenen leeuw met drie kinderen, fe-ftonncn, en een gevegt van ruiters. Het werk is flegt. jDeeze zark is grooter dan die in de kerk derh.Conftantia.

Het Domkapittel van ’t Lateraan is een der voornaam-ïïen van Romen, en de kerk is de bisfchoplyke kerk vail den Paus, alsBisfchop van Romen. Daar zyn in dezelvenbsp;elf, zo algemeene als byzondere, kerkvergaderingen gehouden. De merkwaardigfte is die van 1215. wyl daaropnbsp;de kerkelyke tugt en andere, nog hedendaagfch gebruik-iyke verordeningen, vaftgefteld werden.

Het oude Lateraanfche Paleis, Palriarehium Latera-fierfe, lag aan de zuidzyde der kerke. Het was ten tydfi van Gregorius XI. byna geheel vervallen, weshalven dienbsp;Paus, by zyn terugkomrt van Avignon, het Vatikaan zignbsp;ter woonplaats verkoor. Sixtus V. deed aan de anderenbsp;zyde, door Dorainicus Fontana, een ander bouwen. Mennbsp;vindt ’er goede fchilderftukken in. Innocent XII. veranderde het in een Confervatorio of Ofpizio Apoflolko,nbsp;een weeshuis voor meisjes, en maakte ’er een inkomllenbsp;van 30000. fcudi aan. Omtrent 300. meisjes zyn ’er in,nbsp;die zyde fpinnen, dog zy hebben ’t niet te wel. Elkenbsp;bekomt daags drie broodjes, Pagnotte genaamd, en drienbsp;oneen vleefch. Het vyfde deel’tgeen zy in de week winnen , dat omtrent 5 Hollandfche duivers bedraagt, is vootnbsp;haar. Dit weeshuis is, gelyk veel anderen, een bewys,nbsp;dat de armen in de pragtigfte gebouwen dikwyls zeer flegtnbsp;onderhouden worden. Op deeze plaats flaat ook een grootnbsp;lazarushuis, di S. Salvatore geheeten, waarin omtrentnbsp;200. zieken gehuisvefl worden.

De obelisk voor de kerk, welke het gezigtpunt maakt, als men van de van Santa Maria Maggiore komt, flond

voor-


-ocr page 175-

«bclisk,


cn VQ£gt 'cr alle de opfchrifteu by.- Men vindt dc wcikiui'*

DÓÓR ÏTALIÈN. i6i

Vöoraaals te Theben in Egipten. Kondantyn, de zoon ƒ,

Van Konftantyn den Grooten, deed hem van AIexandrien,lt;/e’ Momi, Waar hy lang omver gevallen gelegen had, naar Romennbsp;brengen, en in de groote renbaan ftellen. Hy is de hoog-fte van allen die nog opgetigt zyn, van roodagtigen gra-en met hieroglyphen voorzien. (*) Zyn hoogte vannbsp;aarde bedraagt met het kruis 140. voet, waarvan 7nbsp;''oet voor het kruis afgetrokken moeten worden. Hy wasnbsp;b' drie Hukken gebroken, en lag 15 voet diep in de aat-de, dog Paus Sixms V. wien Romen zo veel wegens haa-luider te danken heeft, deed hem opligten, en in *tnbsp;1588. door Fontana voor het nieuwgebouwde Lateraan-bche- paleis oprigten. Het gefchiedde onder ’t losbrandelinbsp;Van ’t gefchut en andere vreugdeblyken , gelyk by de op-rigcing van den obelisk der Plaats van St. Pieter. De laat-fte heeft eene fchoondere gedaartre, dog die van Lnté-•¦aan Haat by eene pragtige fontein, die de geheeienabuur-fchap rykelyk vail water voorziet. Volgens rekening vannbsp;I^ater Kircher weegt hy over 1300000 Roomfehe ponden.

De Roomfehe obelisken behooren onder de wondef-baarfle dingen, welken een reiziger in Italien aantreft.

Schoon al de Egiptifche piramiden een hoogte van 520. en een breedte van 680. voet hebben, kan dog zulk eehnbsp;Sebouw met den tyd worden opgemetfeld; dog de obelisken fchynen bovenmcnfchelyke bekwaamheden en geduldnbsp;Bevorderd te hebben. De groeven, waaruit men in Oppernbsp;Egipten deeze ontzaglyke Hukken haalde, zynomtrentzesnbsp;zeven graaden van den mond des Nyls af. Men vindtnbsp;graniet, porfier, bafalt, en zwart marmer van eed

bit-

(*) Wy hebben het werk van Fontdna aangeweezen by de befchry-det St. Pietersplaats. in het zelve Uaadelt hy ook van deezea

ook in Leopolds Theatrnm mathiNarnm Tab, ja.

Hl. PltEL, nbsp;nbsp;nbsp;L

-ocr page 176-

162

I. Wyk, ongemeene hardheid. By Memphis waren ook groeven» ^e' MonU',vee\ digterby den mond der rivier. De marmeradereu lig'nbsp;gen daar niet in bedden, dog de geheele berg is een mat'nbsp;meren rots. Daar werkte men een ftuk van de begeerd®nbsp;grootte en lengte horizontaal uit. Dog men kan zig tfi'nbsp;genwoordig alzo weinig een begrip maaken, hoedeOudeHnbsp;een zo verfchriklyke zwaarte van de rotfen hebben weete®nbsp;los te krygen, als hoe zy die van de eene plaats naar d®nbsp;andere, en zelfs over zee, gebragt hebben.

Aan den kant der Lateraanfche Plaats ligt nog een ad' dere obelisk, die voor heen in den tuin van Salluflius Hond»nbsp;en op de Fi//a Ludovifi gevonden is. De Prinfes Ludo'nbsp;vifi Buoncompagni fchonk hem aan Clemens XU. die herdnbsp;herwaards brengen deed. Dog de dood overviel den PauSnbsp;in 1740. voor de oprigting. De gedaante is goed, zonbsp;veel men ’er van oordeelen kan. Hy heeft bieroglyphen»nbsp;gelyk de andere.

Scala San- De Scala Santa is een vierkant gebouw by’t Lateraan,

to.

met een kapel, ’t welk zeer aartig in ’t oog valt, en mc® een dorifche en ionifche order verfierd is. De trigliefe*’nbsp;zyn niet wel verdeeld, en te wydloopig, dewyl in d®nbsp;breedte der zuil ’er altyd maar eene is. De vyf arcade^nbsp;heeft de bouwmceller te hoog, en de bovenfte venlters t®nbsp;laag gemaakt. Fontana moefl dit gebouw voor Sixtusnbsp;.optrekken, om daarin den trap van 28. marmeren treedemnbsp;die Chriftus in ’t huis van Pontius Pilatus opgeklomniei'nbsp;was, te brengen. Godsdienllige menfehen kruipen deez®**nbsp;trap op de knien op. Men heeft de treeden met planket’nbsp;belegd, om dat zy anders wel haaft uitgefleten zouden zy®'nbsp;Op beide zyden des hoofdtraps heeft men kleinderen g®'nbsp;maakt, om weer aftegaan, of voor zulken die geen lu^nbsp;tot knielen hebben.

In de kapel boveh zyn veele heilige dingen, onder aquot;'

de-

-ocr page 177-

DOOR ITALIË N.

^ren een portrait van den Heiland, door Lukas begon- / ^yk, Den, en van de engelen ten einde gebragt, ’t welk vanMoniipnbsp;de Roomfchgezinde fchryvers £1*m ajctigoTtoinrct, dat nietnbsp;Van menfchenhanden gemaakt is, genoemd, en voor zeernbsp;gelykend gehouden wordt. Onder de veele hier bewaardnbsp;'vordende reliquien, waarvan de lytl op een tafel teleezennbsp;gt; zyn de navel en een ftuk van de voorhuid van Chris-eenige van de engelen gemaakte miskleederen, en denbsp;•boeken, waarmede de engel den h. Laurehtius het zweetnbsp;afveegde toen hy gebraden werd, byzonderlyk merkwaar-De kapel heet Sanda Sanamp;orum, en ’t altaar, daarnbsp;*^2 reliquien bewaard worden, is zo heilig, dat ’er zelfs denbsp;^aiis de mis niet op doen mag.

By de Scala Santa (laat de kapel met het vermaarde Tri-^Unium van St. Leo III, of het mozaïek, waarmede die Baus het Refeftorium in zyn Paleis van ’t Lateraan verfie-ren deed. Clemens XII. deed het herwaards brengen, ennbsp;Benediclus XIV. verbeteren. Nikolaas Alemanni heeft ’efnbsp;cene in 1756. op nieuws herdrukte verhandeling over ge-fchreven.

Digt by de Scala Santa lag het huis waar Keizer Marcus Aurelius geboren en opgevoed werd, en waar men zynnbsp;heerlyke (latue te paard van brons, die voor ’t Kapitoolnbsp;(laat, gevonden heeft. Hier omtrent was ook het kleinenbsp;Campus Martius, waar men ter eere van Mars paardenrennen liet, toen het groote door den Tiber overllroomdnbsp;'Vas. (?)

{*) Altera gramtneo f^eQahtt eqmrta Campa»

^nem Tlheris.curvis in latus urget ^i tarnen ejeéla fi forte tenebUnr rtndanbsp;exilpUt fulverHlenttts eqtios»

Ovid. z.

L *

-ocr page 178-

1-64

I. ffyk, ' Deligsende ten noorden van’tLatera!''’» ^e' ^/««//.verdient van wegen de antieken gezien te wórden. Opnbsp;Filla Giu- groote laan Üaat een Jupiter en een Eskulaap; ter regtefnbsp;fiianiam. j,an jnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;groote vaas, die zeer hoog gofchat, en daarom in

‘ nbsp;nbsp;nbsp;de Calcografia in plaat gebragt is. Zy' verbeeldt een baC'

chusfeeft, den dronken Silenns, en een offer van Bacchus* Een herder, aan wiens voet een wynvat (laat. Eenbeeli^nbsp;van Jupiter op een fontein. Verfcheiden bullen meer dartnbsp;leevensgrootte, onder anderen Plato, en Julia Pia^ de ge'nbsp;anaalin van Severus. Voor hét huis (laan een menigte va(gt;nbsp;van lykbuflen, basreliëfs, en (latues, waaronder een Aureliu*nbsp;Ctefar. In huis ziet men eene Minerva, een MercuriuSnbsp;als planeet, twee fchoone vaazen, de eene de offerhandenbsp;van Tphigenia, de andere een bacchusfeéd verbeeldende.

Agter S. Matteo tégen ’t noorden van ’t Lateraan zyn eenige overblyffels van een bafilica, gebouwd van Keizeïnbsp;AuguUus , te zien. De plaats heet nog Galluzzo, ’t weÜ^nbsp;fotnmigen van Cajus en Lucius, ’s Keizers neeven, aflei'nbsp;(Jen. Omtrent soo. fclireeden daarvan ligt de poort van S»nbsp;Giovanni, eertyds Porta Codimontana, (*) welke naafnbsp;Frafcati, Albano, CaÜelgandoifo, en op den grooten wegnbsp;haar Napels voert.

Santa Cro' De kerk Santa Croce in Giertifahmnie heeft haaren naaifl ce,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;deels van de Hukken van ChriUus kruis', deels van de aat'

de des bergs Calvaria, die Helena van Jerufalem hier ineen onderaardfehe kapel plaatfen deed. (**} Konllantyn de

Grooté

(•} Venuti denkt, dat zy aok ^Jinnr'ta geheten heeft, welken naan* jN'ardini liever aan een tocgemctfeld jpoQrtje, niet vet hiervan daaflnbsp;geeven wil,

(*•} In deeze kapel worden maar op eenen dag in ’t jaar vroiiwf* tocgclatcn. Men ziet hier de I'choor.c marnocreu ftatiic van den Ka*'nbsp;dinaal liefoeeï. Onder de leliquien der keik wordt een zilverlicSnbsp;vertoond, waarvoor Judas Chriftus zou vtitaaden hebben. Op

•: nbsp;nbsp;nbsp;'nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;ecn‘

-ocr page 179-

t6£

DOOR IT ALIEN.

Groote bouwde reeds bier omftreeks eene kerk op de plaats ƒ,

Van’t oude Sejforiunt, waarvan het eigenlyke gebruik te- Mtfifi’, genwoordig niet bekend is. Ten dien einde deed hy eennbsp;tempel van Venus omver haaien, waarvan de Ciftenfrenfernbsp;Monniken nog een ftuk muurs in den kiooftertuin toonen.nbsp;kerk werd in 1144. nieuw gebouwd, en BenediftuSnbsp;die den kardinaalstitel van deeze kerk voerde, deed,

^oor Gregorini, een nieuwe voorzyde, en een portaal ¦^^arvoor aanleggen, ’t welk ’er, uit hoofde van de me-^'gte der verfierfelen, byna tlieatraalfchuitziet. Het is jammer, en byna barbaarfch, dat men de pragtige antiekenbsp;granieten zuilen, die in de kerk zyn, en ’er ’t grootftenbsp;beraad van uitmaakten, door pilallers en ftukadoorfel verborgen heeft.

Onder het hoofdaltaar (laat een zark van bafalt, met de beenderen van den h. Anaftafius. Het fchilderwerk daarboven is van Pinturicchio. De kerk is van een nieuwnbsp;^ohilder uit Sicilien, naamlyk Corrado, befchilderd. Dognbsp;*^2 zamenfteiiing is geheel onregelmaatig, en de houdingnbsp;Sebrekkelyk, fchoon in fommige koppen en beelden eennbsp;goede uitdrukking heevfcht. De kleeding is hard, en hetnbsp;Valt alles in ’t groenagtige. Op ’c koor ziet men Mofesnbsp;''an den zelven meefter, het water uit den (leenrots llaan-^0, en de koperen (lang op natten kalk. Deeze (lukkennbsp;onder zyn befte werken te rekenen, en komen eenig-na aan de manier van Pieter van Cortona.

Ih het kloofter zelfs geeft men de geesfeling en kruisff-gitig Van Chriftus voor '(lukken van Rubens eerde manier » toen hy nog te Romen ftudeerde. Men ziet ’er in

eeti

hoofd met draaien; en de roos, zo wel als het 'Voord POAloii op het revers, wyzen uit, dat het een Rhodifchenbsp;•*aBt is, tücigclykcn nien ’er by Bcger en Golziu* na^ct vindt.

-ocr page 180-

i66

REIS.BOEK

ƒ. ^yk, een vafte kragtige hand, dog een hard koloriet. De mon* ie' Momi.niken hebben een talryke bibliotheek, waarin eene voofnbsp;weinig jaaren hier opgegraven Auubis van bafalt, 3 voetnbsp;hoog, en een van Mancini gelukkiglyk gekopieerde heili'nbsp;ge familie van Raphael, te zien zyn. Verfcheiden op*nbsp;fchriften flaan in de muuren van ’t kloofter gemetfeld»nbsp;waaronder deeze,

ANIAL INGRATIUS HOMINE NULLUM EST,

yfmphi-

fbeairum

Caflrenfe.

Villa Al-tiet’i.

waarmede zig de geleerde Montfaucun (?) lang hethoofJ gebroken, en in ’t begin gelezen heeft, Annia Liberiafnbsp;tot dat hy eindelyk zyn misflag zelf ontdekte, en bevond gt;nbsp;dat het op een zeer natuurlyke wyze verklaard kan worden»nbsp;Animal ingratius homine nullum efi. Een bewys, dat da.nbsp;oudheidskenners dikwyls by geringe dingen zwaarighedeonbsp;vermoeden, en ze daardoor geheel verkeerd uitleggen»nbsp;welke een oude Romein zonder moeite verdaan zon hebben-Ter zyde van dseze kerk ligt een amphitheater van ga'nbsp;bakken fteenen, datbyna 250. voet in de middellyn heeft-Eenigen hebben het voor dat van Statilim Taurus gehouden, dog dat was van marmer, en lag in 'i Campus MartiuUnbsp;De meening van hun, die hier 'lAmpbitbeatrum Caflrenflnbsp;zoeken, waarin de foldaaten, om zig te oeffenen, tegen?nbsp;wilde heeften vegten moeften, is veel waarfchynlyker. D®nbsp;overblyffels liggen tusfchen de ftadsmuuren, en bedaan ui'nbsp;arcades en korinthifche zuilen, all(?s vanbakfteen, en ft egt®nbsp;architektuur.

Van de kerk Santa Croce tot aan Santa Maria Maggiot® loopt de Strada Felice, dus genaamd naar Sixtus V. ti’®nbsp;nog monnik zynde broeder Felix heette, 2700. fchreedn®

jaug

(*) Diar. ItaL ed. Pat. 1701. p.. in-

id

-ocr page 181-

16/

DOÖR I T A L I E N;

lang, lynregt, en van hier tot Sanfa Trinita di Monte zyn PTyk, tveer 2400, fchreeden in een regte lyn. Als men vmds' Montifnbsp;Santa Croce deeze ftraat afgaat, ligt ter (linkerhand denbsp;Villa Altieri, merkwaardig om veele ftandbeelden, buften,nbsp;oude fchilderftukken. De meeften zyn uit het praal-graaf van de familie van Nafonia, ’t welk onder Clemens X.

Ontdekt werd, herwaards gekomen. Sommigen zyn ommuurd. Men ziet hier ook overblyffels van een oud bad,

'vaarop men een pavilioen gebouwd heeft.

Eenige honderd fchreeden noordwaards van de VonzTempelvan ^laggiore ligt een rond of liever vierhoekig muurwerk,nbsp;fiemeenlyk de Tempel van de Minerva Medica genoemd, ^

^og ’t welk van anderen voor een tempel van Eskulaap of de Qafilica van Cajus en Lucius gehouden wordt. Uit denbsp;gedaante, de verfierfelen, en de venders, zou men egternbsp;ook kunnen opmaaken, dat het een bad geweeftis, vooral oin dat ’er een foort van waterleiding by is. In deezenbsp;Vigna (laan nog twee overblyffels van oude graven. Hetnbsp;een is het Columbarium van de Familia Aruntia. lietnbsp;beftaat uit twee kamers, waarvan het eene met kleine kap-gevels boven de niffen, waarin de urnes (laan, voorziennbsp;is, dog het andere op eene zyde bemuurde dorifche ko*nbsp;lommen heeft. Aan 't gewulf zyn aartige arabesques metnbsp;hret kleine beelden en (lukadoorfel. Het andere Columbarium bedaat maar uit eene kamer, die rondom nilTeiinbsp;'''Oor urnes en opfchriften heeft. De fchilderyen aan ’t gewelf zyn uitgegaan.

De Porta Maggiore heette voormaals Navia gt; en moet

Maggiore.

(') Dc ColtcmhariA bekwamen dien naam om dat zy bcgraafplaat(èn 'vaten voQt veel peifbonen, wier aslchc rondom in urnes in nilïennbsp;3an de muuten^ gelyk de neften inde duivenhokken, bewaard werd.nbsp;'Verfcheidenen zyn gt;« ontdekt geworden.

h 4r

-ocr page 182-

ieamp;

L nbsp;nbsp;nbsp;niet denbsp;nbsp;nbsp;nbsp;endie tegenwoordig toegemet*

Motiti.kXA- zyn , niet verward worden. Uit een opfchrifc blykt, dat Keizer Claudius deeze poort, toen hy de waterleidingnbsp;aanlag, gebouwd heeft. Hier hield de waterleiding op,nbsp;en die van Nero begon ’er. Sixtus V. gebruikte die omnbsp;het Acqua felice naar de fontein de Termini te leiden.nbsp;Twee en een halve myl van hier op den weg naarPrenefle,nbsp;gaat de weg onder een arcade der waterleiding door, eitnbsp;het opfchrift zegt, dat Sixtus V. de oude boogen wedernbsp;herdeld heeft. De Keizers Vefpafiaan en Titus verbeterdennbsp;de Porta Maggiore. Zy beflaat uit twee doorgangen. Aannbsp;de muuren ziet men de overblyffels van drie niflen metnbsp;zuilen in boerfchen fmaak. Boven liaan deopfchriften dernbsp;drie Keizers, die de poort gebouwd hebben. ’T is jammer, dat het geheel zig niet wel vertoont van wegen denbsp;aangelapte gebouwen. Van verre geeft het een aartig aanzien , dog van naby is de architektuur niet fraai.

Campus nbsp;nbsp;nbsp;Campus Equilimis was een plaats, looo voet lang,

Equilinus. en 300. breed, liggende buiten de ftad tusfchen de Porta Maggiore en S. Lorenzo. Hier wierden de llaaven innbsp;kuilen, puticuU^ begrav'cn, en ookfomtyds de misdaadi-gers geregt.

Wy neeinen by deeze gelegenheid eene kerk buiten de fiad Ilaande mede, om dat zy tot de ftad gerekend wordt,nbsp;daar anders de ftreek om Romen eerft na de ftad wordtnbsp;befchreven. Buiten de ftadsmuuren ontdekt men eenigenbsp;overblyffels van Heliogabalus’ renbaan, waarin de Egip-tifche Obelisk ftond , welke op de plaats in ’cBarberynfclienbsp;Paleis ligt.

S Lorenzo nbsp;nbsp;nbsp;Mura werd van Konftantyn den

fiiori delle Grooten gebouwd. De kerk is, gelyk alle bafilieken, roet mura. een portaal of een gallery voorzien, waaraan men veelenbsp;fchilderyen uit de middeleeuwen ziet. Onder anderen, hoe

PauJ

-ocr page 183-

door ITALIË N. 105^

^aus Honorius den Graave van Auxerre, Pieter van Cour- ƒ. Wkkl; tenai, ijgj avondmaal toereikt. Hy werd in deeze kerk d£nbsp;a)s gemaal van Jolama, zuller van Baudewj’n, tot Keizernbsp;¦van het Ooften gekroond. De Paus wilde in langen tydnbsp;lt;^aar niet aan, uit vreeze dat de Ooftetfche Keizers zignbsp;daardoor eenig regt op Romen mogten aanmaatigen, dognbsp;Het zig eindelyk in ’t jaar laid, bcweegen, om het ineensnbsp;kerk buiten de ftad te doen. De h. Laurentius ligt in eennbsp;onderaardfche kapel, La Confeffione di S. Loremo genaamd.

Welker trap met zuilen van verde antico verüerd is. Ook bewaart men iets van zyn vet, toen liy gebraden werd.

In ’t portaal voor de kerk Haan zes fchoone gedingerde zuilen; 17 voet hoog, waaronder twee van Parifch marmer zyn. De twee en twintig zuilen in bet fcbip zyn vannbsp;graniet, en zouden uit een tempel van Mars .genomen zyn.

Tien zyn byzonder fchoon, een paar van roomfche, en een paar gckanneleerde van korintbirche order. Men ziet hiernbsp;een groot antiek praalgraf, waarop een wynleezing is uit-gebouwen. Een marmeren ftoel heeft den bisfchop in denbsp;eerde verzamelingen der Chridenen ten zetel gediend. Ternbsp;regter band van ’t boofdaltaar is het fchoone raonuraeut vannbsp;]oief Rondinini, en, ter flinker het graf van Mevrouw Mal-leviüer, die haaren zoon, Barclai, d.oor zyae Argenis ennbsp;andere fchrifcen bekend, naar Romen gevolgd is. (*)nbsp;l’er regter hand aan den ingang flaat een antieke urne, metnbsp;Ichoone basreliëfs van wit marmer, waarin een kardinaalnbsp;begraven ligt.

Uit de kerk gaat men naar beneden in de Catacomben.

By de kerk is het kerkhof van de h. Cyriaca, waarvan Antoni Bofio, in zyn onderaardfch Romen , een wydloopige hefc’nryving gegeven heeft. S. Lorenzo hoort ouder de

zeven

(*) Hy zelf njgjf jq j5u. en ligt te S. Ouofiio begraven.

L 5

-ocr page 184-

ï;» R E I S - B O E K

I. fTyk, zeven hoofdkerken, en onder de vyf patriarchaale kerken;

Mmti. dog geen kardinaal voert ’er den titel van.

De Porta S. Lorenzo, eertyds Efquilina of Tihurtina, is de aller ooflelykfle, en leidt naar Tivoli. Voorheen begon hier de Fia CoUatina. Het onderfte deel, dat meednbsp;vervallen is, heeft Auguftus gebouwd, en Titus verraoe-delyk het bovenfte, van wien ook de opfchriften zyn. Denbsp;architektmir is van geen goeden fmaak. Tnsfchen deezenbsp;poorten de Porta pia fpringt de fladstnuur een weinig uit,nbsp;en men denkt dat daar het Fivarmm gelegen heeft, waarnbsp;de wilde heeften voor de fchouwfpelen bewaard werden. Innbsp;de nabuurfchap was ook het Caflrum Pratorium.

S.Bibiana. Wy keeren nu door de poort van S. Laurens in de ftad te rug, waar zig het eerfte de kerk der h. Bibiana opdoet.nbsp;Zy werd reeds in devyfde eeuw van eeneDame, Olympianbsp;genoemd, gebouwd, dog in’t jaar 1625. van Urbaan VIII.nbsp;volgens Bernini’s beftck, verfraaid. Onder het hoofdaltaar is het graf van Bibiana's zufter en moeder, uit Oo-fterfch alabafter. Het marmeren beeld deezer heilige is eennbsp;der fchoonfte ftukken van Bernini. Zy leunt op eene zuil,nbsp;en heeft een fchotel in de hand. Het karakter in ’t gozigtnbsp;is meefterlyk, en de kleederen vallen wel. De gordel doetnbsp;een trefiyke werking. De laurier aan haar voeten is zonbsp;lugtig en natuurlyk gemaakt, dat men ’er over verfteldnbsp;moet ftaan. Veeleu houden dit beeld voor Bernini’s mee-fterftuk. Het heeft byna geen gebreken, dan eene w'acnbsp;ftyve houding, en de eene knie fteekt te ver vooruit. Aaanbsp;de kerkdeur ftaat een roode marmeren zuil, waaraan zynbsp;dood zou gegeesfeld zyn. Twee andere zuilen, ter (linkerhand des altaars, zyn van heerlyk marmer.

In het fchip ziet men zes fchilderyen op natten kalk, verbeeldende de hiftorie van deeze heilige. De drie eer-ften ter regterhand zyn van Ciampelli gefchüderd en hard,

daar-

-ocr page 185-

17Ï

DOOR. ITALIË N.

daarentegen is die ter flinkerhand van Pieter van Cortona j, des te fchooner, inzonderheid die waar men de heiligenbsp;dwingen wnl, den góden te offeren. (*) Zy hebben doornbsp;den tyd geleden. Verder in deeze kerk ziet men een groo'nbsp;te vaas van Oofterfch alabafter, met een luipaarden kop,nbsp;dat boven de 17 voet in den omtrek, en een hoogte vannbsp;33 duim heeft.

S. Eufebio hoort onder de oudde kerken van Romen. EufihiB^ Zy ftaat op de puinhoopen van ’t paleis en de baden vannbsp;Gordianus, waarvan men nog blyken vindt in het tot denbsp;kerk behoorende Celeftyner kloofter. De Kardinaal Henri*nbsp;quez, die ’er den titel van voerde, deed zein’tjaanpso.nbsp;nieuw opbouwen. Onder de ionifche zuilen van ’t fchipnbsp;is ’er eene waarop men in de krullen der kapiteelen eennbsp;kikvorfch en een haagedis ziet. Winkelman meent, (?*)nbsp;dat die zuilen uit den Porticus OSlavii zyn, waarvan Scau-rus en Batrachus de architekten geweeft zyn. Wyl zy ’ernbsp;hunne naamen niet inbrengen konden, hebben zy de dieren,nbsp;die in ’t Griekfch, zo als zy,heetten, als een gedenktekennbsp;van hun naam, ’er in gezet.

By S. Eufebio, tegen over de kerk van S. Giuüano,r/e/Jw lag de eerde waterkom van ’t Aqua Mania, waarvan men van Ma-nog twee gemetfelde boogen ziet. Voor deezen flonden”^*

’er de Trofeen van Marius op, die nu op ’tKapitool zyn.

Zy werden opgerigt ter gelegenheid Van Marius’ overwinningen over Jugurtha en de Cimbriers. Eenigen hebben Ze Domitiaan, die zig veel eertekeneii heeft doen dellen, toeeigend. Dog het is waarfchynlyker, dat zy Mariusnbsp;toebehoord hebben, wyl de Raad alle de flandbeelden en

gedenk-

(*) Zy zyn allen drie wel in plaat gebragt in dc Cakeirifia te vinden.

i**j Aanmcikingen over de bouwkonft d« Ouden. BI. zj.


11


-ocr page 186-

172

I. W-ük, gedenktekens van Domitianus heeft doen aan (lukken (laan, i«' Mtnti.im. einde de gedagtenis deezes dwinglands uitceroeyen.nbsp;Baog van De boog van Gallienus is een aanzienlyk gebouw vannbsp;CsUienus. travertynfteen, dog van een flegce architektuur. Het mid-delfte gedeelte alleen (laat ’er nog van, en op elke zydenbsp;'een korinthifche pilaar. Een zekere Marcus Aurelius rigt-te hem reeds op, den Keizer ter eere. (*)

Tuinen van tuinen van Augudus’ gunlleling lag op den Esqui-Mecenas. lynfchen berg, en (Irekten zig, gelyk Donati vermoedt, van de kerk van S. Martino de Mcnti tot S. Antonionbsp;tegen ’t zuiden van Santa Maria Maggiore. Ey s. Martino (lond de beroemde toren, van welken Nero den brandnbsp;der(lad Romen aanzag, en ondertusfchen zyn gedigt overnbsp;den brand der ftad zong. Van deezan toren zegt Ho-»nbsp;ratius aan Mtecenas:

Fajiidiofam dejere copiam, S?

Mokm propinquam nubibus arduh.

Omitte mirari heatee Fumum ö? opes ftrepitumque Rema.

Maecenas bragt het eerfl de wanne baden te Romen in ge* bruik, en lei ze by deeze tuinen aan. Virgilius en Propertius woonden ook in deeze buurt,

In

(•) Het opfchrift zegt

Calliem climentiff. Priaclp!, ctytts iaviSa virlns, fila pittatc ftipr-réta ept ^ nbsp;nbsp;nbsp;Af; Attrellus Victor dedUaiiJJl^

mus Kumiid MAjcJintique eorum.

{••) Anderen zoeken den toren in den min van het Paleis van Co» lonna op Monte Cavailo, anderen by ’t Karthuizer kloofter. Dognbsp;hun meeiiing is niet waailchynlyk, dewyl de tuia van Mscegasnbsp;daar niet lag.

(f J Lib, III. Ode aj.

-ocr page 187-

*73

5) o G R I T A L I E N.

In de kerk van Antonie Abbot e is een fclioon oud /, mozaïek, welk Ciampini naairvvkeurig befdireven heeft.Monti,nbsp;Voor dezelver heeft Clemens VIII. een zuil van graniet5'. Antonienbsp;gedagtenilfe van Koning Hendrik IV. en zyn overgang/^^^lt;ï^^*

^ot den Roomfchen godsdienfli doen flellen. By de kerk is een hofpicaal voor zulken die fchade by den brand geleden hebben, en aan ’t zogenaamde S. Antoniusvuur kranknbsp;Zyn.

Santa Maria Maggiore is een der fchoontle (kerken vaiid'. Maria Romen, en draagt den bynaain van Maggiore, wylnbsp;alle de overige Mariakerken, waarvan ’er een groot aantalnbsp;te Romen geteld wordt, in grootte en pragtovertreft.

Zy is 122 fchreeden lang en 49 breed. Zy is geplaveid 'met veelerlei foorten van marmer, die allerlei figuuren ver^nbsp;beelden. De kerk praalt met vier heerlyke Zuilen. Opnbsp;deeze plaats flond voormaal* de Tempel van Juno Lucina.

De mozaïeken verbeelden het leevetr van Maria, en zyn wan de vyfde eeuw, toen de kerk door Sixtus III. nieuwnbsp;herbouwd werd, waarom zy ook eertyds Bafilica Sixtinanbsp;heette. Ciampini heeft insgelyks de mozaïeken uitgelegd,

De voorzyde der kerk heeft Benediflus XIV, door den Ridder Fuga geheel nieuw doen bouwen. (*•) Dearchi-tektuur is de fchoonfte niet. De benedenlle zuilen zynio-nifch, en de bovenden korinthifch. De benedende ope-ningen voor de deuren zyn plat van boven, en formeerennbsp;drie rifalieten, met even zo veel gevels; debovenlle ope-ningen, vooral de middelden, fchynen naar evenredigheidnbsp;der benedenften te hoog; het portaal heeft over ’t geheelnbsp;te veel openingen, die het naar een kooi doen gelyken.

De

(*gt; Paul de Angclis heeft de hiftorie en merkwaardigheden deezec keik; iu een deel in folio, inetplaareu, te Romen, löz!, uitgegeven.

C*1 De zelve Paus liet óck liet koot met inaimci bcklcedei),, cir de gewïlven met nieuw ftukadootlèl vciCcicn,

-ocr page 188-

174

REISBOEK

I. JVjkt De gebouwen, flaande ter wederzyde van ’t portaal, heb' 4t ih'e»//,[)en even zo weinig van een edele bouwktmll, daarentegen heeft het portaal een goede evenredigheid, dog tenbsp;veel rifaüeten. Men ziet hier de gedagte mozaïeken dernbsp;voorzyde , en het üandbeeld van Filip IV. van brons.nbsp;ï)e vier basreliëfs boven de deuren zyn van moderne mee-fters gemaakt.

De uitwendige bouwkunfl: aan de agterUe ronding van ïlainaldi wordt zeer hoog geagt. Zy beftaat uit een foortnbsp;van een rond portaal met pilafters, welken aan ’t geheelnbsp;een edel aanzien geeven. De attiek fchynt te hoog voornbsp;de pilafters. De deuren zyn goed in zig zelven, dog denbsp;veiifters daar boven te groot. De architekt heeft het ge-heele gebouw met een colonnade orageeven, die wel innbsp;de oogen valt. Daar boven fteeken twee agthoekige koepels uit, die wel geen zuilen, dog een wel geëvenredigdnbsp;iioofdgeftel hebben, aan de venfters zyn de kappen te grofnbsp;en te lomp, dog zy hinderen niet, dat de koepels over ’tnbsp;geheel een fchooue werking doen.

Inwendig heeft de kerk een majeftueus aanzien; inzonderheid ftaan de ionifche zuilen van wit marmer wel. Zy is behoorlyk verligt. Een gewelfd fchip zou ontwyffel-baar fraayer ftaan, als alle de tegenwoordige verguldfelsnbsp;aan de zoldering. De koriuthifche pilafters hebben eennbsp;goede evenredigheid tot de onderfte order, dog hun ver-fierfels zyn wat mager. De aanzienlyke arcades met granieten zuilen, voor de beide groote zydkapellen,breekendenbsp;ry der zuilen en het hoofdgeftel, op een aangenaame wys.nbsp;De venfters hadden moeten laager geplaatft, en de fchilde-ryen weggelaaten worden. De zyden zyn naar evenredig'nbsp;heid van ’t fchip te breed, en in geen goeden fmaak vet-fierd.

Benediftus XIV. heeft door den Ridder Fuga, het

pr»S'

-ocr page 189-

275

door ITALIË N.

pragtige op zig ftaande hoofdaltaar, waarop alleen del’ans de mis mag doen, doen aanleggeii. Hec ligt onder een is’ Mgnti,nbsp;van vier groote engelen gehouden wordende kroon, en denbsp;engelen fiaan op vier porfieren zuilen. Dit verhemelte is

groot voor de plaats, dog anders zeer ryk. Het altaar beftaat uit een fchoone oude porfieren urne, die voorheennbsp;by den ingang der kerk ingeinetfeld was. De euangeliften.nbsp;en kerkleeraars zyn van Nogari, en de mozaïeken aan denbsp;tribune van Turrita.

Ter regter hand ligt de beroemde kapel van Paus Six- CapelU tusV. Fontana heeft ze volgens een fchoon plan gebouwd,nbsp;dog de kapel is te groot geworden, en de korinthifche pilaars zyn te veel verfierd. De beide tombes der kapel zytinbsp;wel koftbaar, en met fchoone zuilen voorzien, dog ten aanziennbsp;der konft niet de beften. Op die van Pius V. is deezenbsp;Paus liggende in brons verbeeld. Op die van Sixtus V.

Haat zyn ftandbeeld van Valfaldo. Van de basreliëfs heeft de zelve konftenaar de krooning van den Paus, en Nikolaas Flamingo de Liefde en Geregtigheid verbeeld. Op hetnbsp;altaar worden veel reliquien vertoond.

Daar tegen over ligt de Borghefifche kapel, 20 groot„ als de voorige. Zy behoort onder de fchoonften vannbsp;heel Romen, en heeft haar eigen fakrifty, waar het aannbsp;koftbaarheden niet ontbreekt. De kapel zelve is allent-halven met marmer bekleed, en heeft fchoone fchilderyennbsp;van Guido; dog men ziet ’er, by al de pragt, de gebrekennbsp;der voorige, zy is naamlyk te veel verfierd, en de graftekensnbsp;2yn niet fchoon. De fchilderftukken aan de vier pilaarsnbsp;der koepel zyn van den Cavalier d’Arpino, De vier hoe-Jren aan de venfters en ’t gewelf heeft Guido vervaardigd;

2y zyn dien meefter waardig, van goede vinding en kolo-Aan ’t altaar ftaan vier groote zuilen van Oofterfcb jaipis. Vier bconzea engelen houden een Marienhceld, waar

van

-ocr page 190-

1/6

S. E I S . B O E K

I. Wjk, hef gemeen gelooft, dat Lukas het gefchilderd heefÉlt; de' Mo'nti. De twee tombes ftaan tusfchen groene marmeren zuileri.

Paulus V. de üigier deezer kapel, is op de zyne knieleil-;de verbeeld, De basreliëfs zyn van Maderno, en de vief op de zydsti ftaande ftatuen zyn van verfcheiden goedenbsp;meefters. Tegen over ziet men het graf van Clemens VIII.nbsp;waarop de Paus den zegen uitdeelt, van Silla, een Mila-; nees, gemaakt, ' Aan deeze zyde onfbreekeh ook geen fla-tues. Op ’t altaar ziet men een basreliëf van Paus Libe-¦ rius, gelyk hy de grondtekening deezer kerk, volgenseennbsp;gezigt dat hy gehad had, in fneeuw aftekent, Deeze kapel zou Pius V. meer dan een iflillioen fcudi gekort heb-,ben. Men kan ligt denken, dat deeze tfotfe Paus, die hetnbsp;niet kvvalyk nam, als hem de vleyers een Ondergod noemden, liiets gefpaard hebbe, om zig een pragtige ruft-,nbsp;.plaats te maaken.

De kapelle der Sforzi is van Michael Angelo’s vinding, en van Nebbia gefchilderd, De Hemelvaart is van Sermo-netta. Daarop volgt de kapel van Maria, en van de familienbsp;van Cefi, welke zeer wel in ’c oog valt. De daar zyndenbsp;„ .tombes der kardinaalen zyn van Willeml della Porta. Daarbuiten is het fcKoone monument des Vryheeren van Fur*nbsp;ftenberg, Bisfehop van Munrter en Paderborn, van groen,nbsp;rood, en geel marmer. liet altaar van’t heilige fakramentnbsp;heeft een fehoon tabernakel van brons , door vier enge-deii gedraage^.

Aan den ingang ter (linkerhand ftaat het monument des Kardinaals Toledo van Corduba. Boven de deur des torent, waarin de klokken’hangen, ziet men het monumentnbsp;van Ciemens Merlini; en boven de opwekking van Lazarus, door Hieronymus Muziano, het grafteken van diennbsp;konftenaar, in ’t jaar 1660. overleden. By den ingangnbsp;voor de fakrifty ziet men een gedenkftnk van Antoni Nu-

grata,

-ocr page 191-

177

Door it a lien.

grata, een gezafit des Konings van Kongo, overleden in JVyk, i62p. ’t welk merkwaardig is wegens zyn zeldzaamheid.MaUfi,nbsp;Bernini heeft zyn bordbeeld nit zwart, en zyn kleederennbsp;uic bont marmer gemaakt. Van dien zelven meefter is ooknbsp;hemelvaart van Maria, van manner, in de fahritly.nbsp;architektiiur is van Ponzio, en de fchildery van Pasrnbsp;fignani.

De obelisk voor het agterfte deel der kerke S. Maria Olelhh Maggiore is 43, voet hoog, en ftaac op een voettluk vannbsp;22. voeten. Keizer Claudius liet hem uit Egipten brengen, en voor het praalgraf van Auguftus, waar reeds eennbsp;diergelyke ftond, oprigten. Ily viel by de verwoedingennbsp;Van Romen om, en lag eenige eeuwen op de ftvaat Ripet-ta, tot dat Sixtus V. hem door Fontana op de tegenwoorrnbsp;dige plaats deed dellen. De ontbreekcnde fpits is doornbsp;fieraaden van brons vervuld, welken het kruis, aan hétnbsp;welk de obelisk geheiligd is, draagén. Deéze obelisk . •nbsp;heeft geen. hierogjyphen, gelyk die op de plaats van S.

Pieter, nog ook zo fchoone evenredigheden als die.

De zuil van wit marmer voor den hoofdiogang der kerk is uit den Tempel der Vrede, door Paulus V. ;herwaardsnbsp;.gebragt, en met een flandbeeld van Maria veifierd. Denbsp;evenredigheid des voets tot de zuil fchynt niet de bede;

Over ’t geheel is zy te final en te hoog, en ziet ’er in de open lugt zeer fober uit. De kanneleerfels en andere fie-''*aden der korintbifche order fchikken zig wel voor eennbsp;^uil in een gebouw, dog niet voor een op zig zelf ftaandnbsp;Sedenkteken, gelyk dit diik is.

De kerk der h. Praxedis, behoofende aan de order van prafe-. ^allombrofa, werd van Paus Pins I. op de plaats daar de «e.nbsp;lgt;aden vanNovatusgeweedwaaren,indc draat Lateritia,gs-bouwd, Tn de kerk is een pm, waarin deeze heilige de lichaa.nbsp;haeu der martelaars, ten haaren ty de omgebragr, werpen deed ;

HL Df.el, nbsp;nbsp;nbsp;Mnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;het

-ocr page 192-

178

/. fV'jk, het getal zou 2000. beloopen. De h. Karei Borromeus» ie' Monti,titulair Kardinaal deezer kerk, befchonk het hoofdal'nbsp;taar, dat het lichaam dec h. Praxedis dekt, met vier prag*nbsp;tige zuilen van porfier. In de kapel della Colonna ftaartnbsp;twee koftbaare zuilen van Oofterfch alabafter. Zy wordtnbsp;dus gehecten naar eene drie voet hooge witbruine colonnade van jafpis, waaraan Chridus zou gegeefleld zyn. Eennbsp;zekere Kardinaal Colonna heeft ze in ’t jaar 1223. uit hetnbsp;Heilige Land gebragr. Julius Romanus heeft hier degeeiTe-ling zeer fraai, gefchilderd. Het gewelf van de kapel vannbsp;de Olgiati is van den Ridder d’Arpino, en het altaarftuknbsp;van Frederik Zucchero. Men vertoont hier ook een kolt*nbsp;baar tafelblad van Oofterfchen graniet, met witte en zwarte flippen, waarvan de h. Praxedis zig in plaats vannbsp;een bed bediend zou hebben, om baar lichaam te kafty-den.

S Pruden- Pf^denziana behoort den Bernhardynen , en ligt siana, in de Strada Urbana, voorheen Ficus Patrkius genaamd.

Hier woonde de h. Prudens, een Romeinfch Raadsheer, ten wiens huize Petrus, by zyne aankomft te Romen,nbsp;zyn intrek nam. Hy hield zig een geruimen tyd by hemnbsp;op, en maakte zo wel den vader als de beide zoonen èn dog'nbsp;ters, de h. Praxedis en Prudentiana, tot Chriftenen. Pius I«nbsp;veranderde het huis in een kerk, welke ook , zo andersnbsp;deeze vertelling gegrond is, als de oudfte Chridelyke kerknbsp;te Romen aangezien moet worden.

De Kardinaal Gaetani, die ’er den titel van voerde, deeJ ze door Frans van Volterra in ’t jaar 1598. weder vernleu'nbsp;wen, en lei ’er voor zig en zyn familie eene der heerlyk'nbsp;fte kapellen van geheel Romen aan. Voor de zelve ftaartnbsp;vier voortreflyke zuilen van giallo antico, uit de badertnbsp;van Diocletianus, en aan het altaar twee van lumachellatnbsp;of marmo pidocchiofo, die onder de zeldzaamfteii van

meö

-ocr page 193-

175»

oooR ll'ALIEN.

aien geteld worden. Het basreliëf op het zelve verbeelde ff'yk, de aanbidding der drie Koningen; de meefter is Olivieri, de' Monti,nbsp;Ook zyn de andere ftatues van goede meefters. De vloernbsp;IS wel ingelegd, en de mozaïeken aan het gewelf volgensnbsp;tekening van Frederik Zucchero. De koepel der kerk heeftnbsp;Pomeranci gefchilderd. ’T altaar van den h. Petrus, waaróp hy zelf de mis zou gelezen hebben, is met ftatues vannbsp;della Porta verfierd. Onder een van de boogen der kerknbsp;is een put, waarin 3000. martelaars liggen; het fchilder-ftuk van ’t daarby ftaande altaar is van Ciampelli. De beide gellitigerde zuilen voor de kerkdeur zouden uit de baden van Agrippina zyn.

By S. Lorenzo infante lag het Theater van Flora, ’t 'ff^^^fbeatef met den Circus Flora, die op de Piazza Grimana te loz-van Florainbsp;hen is, niet verwifTeld moet worden. Op dit theater werden de fpelen van Flora, Floralia genaamd, op de drienbsp;laatfte dagen van april en de eerften van mai gehouden.

De kerk van S. Pietro in vincoli heeft den naam van ^ Pietri de hier bewaard wordende keten, waarmede de Apoftel in vincoli.nbsp;Petrus geboeid geweeft zou zyn. De Kardinaal Galli heeftnbsp;de kerk doen herftellen , en zyn praalgraf voor het altaarnbsp;van ’t h. fakrament doen aanleggen. Men ziet ’er twintignbsp;groote dorifche zuilen van Parifch marmer, die voet in.

om

(*) Ovidius Faft. 1. 4. v, 94^. zegtj

Mille venit variis Florttm Dea titxa coronis:

Siena jmi morem liberioris hahet,

Ligtc vrouwlieden danften cn fpecUlcn *ec naakt. Valerius Ma*-

*itnus verhaalt in *t 10. hoofdft. van a. boek, dat Cato

daarom uit den Ichouwburg ging. In den Ciicus van Flora cemge vrouwHcdcn een lüort vaji kamp ract tainitic dieren

houden,

M a


-ocr page 194-

i8o

BlichaëS

¦iingelo.

I. Wyk, ovTitrek hebben- In de kapel- ten einde der regtet zyde de' MontLivti men den h. Joannes van Guercino’s eerde manier.nbsp;Mofes van Voornaamlyk verdient deeze kerk wegens het praalgrafnbsp;van Paus Julius II. van Michael Angelo, ’t welk een der-vennaardden van Romen is, bezogt te worden. Indiennbsp;het volgens het plan des kondenaars en de oogmerken desnbsp;Pauzen, die een goeden fmaak en liefde tot pragt bezat,nbsp;tot dand gekomen was, zou het het pragtigde in de wereld geworden zyn. De menigvuldige datuen, die daartoe gevorderd werden, zyn ten deele in het geheel nietnbsp;begonnen, ten deele onvolkomen gebleven. \Vy hebbennbsp;’er eenigen in de befchryving van Florencen aangehaald.nbsp;Het tegenwoordige monument i*') is, als men het beeldnbsp;van Mofes uitzondert, nog van een fchoon fnywerk nognbsp;fchoone architektuur, dog deeze reusagtige datue, dienbsp;boven het graf van den Paus geplaatd is, wordt voor hetnbsp;grootde meederduk van Michael Angelo gehouden. Moles zit, en legt de regter hand op de wettafelen, en denbsp;flinker cp het lyf. Dedelling, handeling, en’t geheelê beeldnbsp;is van een edele eenvouwdigheid; de uitdrukking in ’t hoofdnbsp;voortreflyk en te gelyk verheven, en de tekening is zeernbsp;naauwkeurig. De baard is al te groot, en gaat tot benedennbsp;den navel, ’t welk hem naar eeneu watergod doet gely-ken. De meefter heeft den patriarch geheel gekleed,

en

(*) Het is ledig. Wyl het niet gereed was, bragf men het lichaam des Pauzen in de S. Pieterskerk, waar het nog ligt.

(*•; De goede Vader Labat, die zig op zyn Italiaanfche reis niet zeer om de konflen bekommerde, wil uitdeczen baard opmaaken, datnbsp;de oude Jooden een baard gedraagcu hebben. De geleerden zyn lietnbsp;daaromtrent nog niet cens. Hy meent, dat zulk een meefter nietnbsp;zonder goede redenen Mofes zonder baard moet afgebeeld hebben.nbsp;Vermoedelyk zou liy uit Teniers Hukken bewyzen, dat de Duivelnbsp;paardenvoeten heeft.


-ocr page 195-

i8i

door ITALIË N.

en maar de armen en het eeiie been naakt gelaten, dog hier ontdekt men ook de grootfte konft in ’t naakte. Hetlt;/e’ Montunbsp;op lt;^2 knie teruggeflagen kleed is byna met te veel ftudienbsp;gelegd, en heeft te veel plooyen; des ongeagt blyfc hetnbsp;tgt;eeld altyd een der grootfte gedenkftukken derbeeldhouw-konft. In de andere niflen van deeze tombe tlaan vier fta-tues van Raphael Montelupo, een leerling van Michaelnbsp;Angelo. De beide ftandbeelden, het eene van de be^nbsp;fchouwende, en het andere van de beoeffenende Godgeleerdheid , hebben veel uitdrukking en bevalligheid.

In de eerde kapel ter regter hand treft men den h. Au-güftyn van Guercino aan. Hy heeft ook het portrait van den Kardinaal Margotti boven dit graf, verders in de volgende kapel de verlosflng des Apoftels Petrus door eenennbsp;engel, en eindelyk in eene kapel digt by den hoofdingang de h. Margaretha gefchilderd. Op een muur ziet mennbsp;een oude fchildery van Pollaiolo, een Florentyner, ennbsp;daarby het graf, met het bordbeeld, van deezeii meeder.

Hier ligt ook Julius Clovius, van wiens Hukken iii ininiatuur Wy by de Vatikaanfche , en andere bibliotheeken, gewaagdnbsp;hebben, begraaven. By den ingang vertonnen zig denbsp;tombes van de Kardinaalen Agucchi en Margotti, vannbsp;wiens beeldtenis zo even gefproken is. Le Gros heeft hetnbsp;uionnraent des Kardinaals Cinthius Aldobrandinl vervaardigd, welks zark van een foort bruin agaat met wittenbsp;llreepen is, Leonino oriëntale genaamd. De tombe vannbsp;den Kardinaal Vechiarelli is niet minder fchoon, en begaat uit zwart en wit brocatello , en de zark uit koolzwartnbsp;’harmer. In het graffchrift des Kardinaals daat openhartig,

^^ligione fui tennis, terrena fequendo amp;c. In de kapel des h. Sebailiaans is een mozaïek van de zevende eeuw,

Zynde een gelofte wegens de ped. Het klooder is van Sangallo’s, en de fontein op de plaats met basre-

M 3 nbsp;nbsp;nbsp;liefs

-ocr page 196-

/. nbsp;nbsp;nbsp;zuilen van graniet van Michael Angelo’s

lt;fe’ Aif»»^«.ordonnantie.

De flraat, welke van S. Pietro naar ’t Campo Vaccina gaat, wordt voor den ouden Vicm Sceleratus gehouden«nbsp;waar de vrouw van Tarquinius Superbus over’t lykvanhaa-ren vader heen reed. Nardini zoekt die plaats by de fonteinnbsp;naaft Madonna de Monti.

Badin van By het kloofter van S. Pietro in Vincoli, en den daar-Titus, toe behoorenden tuin liggen de overblyffels van de baden van Titus. C*) hlier werd de beroemde Laocoon opge-graven, waarvan Plinius (*’!') zegt, dathy in’tpaleisdee-zes Keizers gedaan heeft. Titus was in een gering huis innbsp;deeze nabuurfchap geboren, en behield ’er zulk een liefdenbsp;voor, dat hy daar zelfs zyn paleis en de baden aanleide.nbsp;In de Figne of wyngaarden hier omdreeks daat nog veelnbsp;oud muurwerk van ronde en veelkantige zaaien en grootenbsp;niflen. Van de laatften zyn de gewelven in vakken afgedeeld , waaraan men nog eenige kleuren befpeurt. In denbsp;gewelven onder den grond bemerkt men flegte grotesquesnbsp;en dukadoorfels. Het gewelf waarin de Laocoon lag wasnbsp;geheel befchilderd, dog tegenwoordig is alles uitgegaan,nbsp;behalven eenige beelden, welken de gefchiedenis vannbsp;Coriolanus, zig door zyne moeder laatende verbidden,nbsp;vertoonen. De ordonnantie van dit kleine fchilderduk is,nbsp;zo veel men ’er van oordeelen kan, aartig.

Sette Sakgt;

De onder den naam van Sette Sale bekende ruinen waren groote waterkommen , die aan de baden van Titus, of misfehien vroeger aan de tuinen van Nero, water verfchaf-

tenlt;

(•) Van ’t Colifeo opftwaaids. Suetonius zegt in ’t leeven va» Titus: j^mphitbeatro dedicato, thnmifque juxta celeriter exfirttéSis, ^nbsp;welk bewyft 'dat deeze ovciblyffcls dc zeiven zyn vvaarvooi zy gehouden wotden.

(•*) Hift. Nat. 1. 36. c, S,

ii

-ocr page 197-

183

DOOR IT ALIEN.

Kn. Zy beftaan uit zeven lange, fmalle zaaien, of ge-welven, die byna vervallen zyn, dog door deuren ge- rfe’ Month meenfchap mec malkander hebben. Haare langte is onge-lyk, dog niet boven de 37. voet; de hoogte bedragt 12, ennbsp;breedte 18. voet. De bouwkunfl: komt met die vannbsp;aile oude gebouwen overeen. By deeze Sette Sale zynnbsp;nog eenige gewelven met fchilderyen voorzien, waar mennbsp;egter niet gemaklyk kan by komen. (?)

Niet ver van deeze baden zyn nog eenige overblyffelSj,^^.^^^^ van den tuin van Nero te vinden, welken aan zyn zo gejvèro.nbsp;naamd gouden huis paalden. Om deeze tuinen groot ennbsp;Pragtig te maaken, verdreef hy de eigenaars, gelyk eennbsp;dwingland, uit hun huizen. Daarom zegt Martialis,

Hic ubi miramur velocia munera thermaSf Abflulerat miferis teSta fuperhus ager.

Het paleis en de tuinen van Nero namen de geheeie ruimte tusfchen den Palatynfchen en Esquilynfchen berg, in denbsp;nabuurfchap van ’t Collifeo, in, en de galleryen gingennbsp;van den ecnen berg tot den anderen. De gebouwen hielden

(?) Men vindt ze ten deele in het fchoone werk, Kecutil de pein-iurei antitpues , hnitées fidéUment pour les cealeurs, peur les dejjelns d’après lis dejjiins coloriés fails par P. S. quot;Bartoli d Paris 1757. infol.

Volgens La Lande zyn ’et van dit werk maar dertig exemplaaten afgezet geworden. Wy zyn het den Graave Caylus en den Heete Mariene verfchuldigd. Het bevat veel fchilderyen, die in ’t jaar leSS. in de Cafa di Tlto by de Sette Sale, in de Villa Cerjini haken denbsp;poort van S. Panciazio, in den tuin van S. Gregorio di monte Celio,

«n in de ftraat van Stefano Rotondo gevonden werden. Verders de afbeelding van een oude fchildery in het paleis Barberini, en het mo-aaïtk te Paleftrina. De Graaf Caylus vond de origineele tekeningennbsp;•ot dit werk by toeval in de handen van een kind, welks moedernbsp;''at' een karaetdienaar des Heeten de Louvois gekieegcn had.

M 4


-ocr page 198-

ï84 R E I S . B o E K

ƒ. rv-^k, nbsp;nbsp;nbsp;gt;quot;nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;gt; dog de tuinen liepen tot

«amp;’ Monti, aan die van Miscenas toe.

De kerk S. Domenico e Sifio, belioorende aan de Domi-kaaner nonnen, werd van Vincenzo della Greca, onder Urbaan VIII. gebouwd. De fchoone voorzyde fchynt bynbsp;gebrek vait ’t rifaliet te plat: de bovenfte roomfche pi-laüers zyn naar evenredigheid der onderfte korintbifche order te laag: de architekt had alleen aan de bovenden hetnbsp;voetgeftel moeten weglaaten. De voor de kerk liggendenbsp;dubbelde trap is wel fchoon in zig zelven, dog zou beternbsp;paffen aan den ingang van een tuin, dan hier. De eerdenbsp;kapel ter regter hand is van Bernini’s ordonnantie, ennbsp;Raggi heeft de beelden van Ghridus en Magdalena gemaakt. De beide bloedroode zuilen komen voortreflyk uit.nbsp;In de derde zyn de drie Mariaas, welken eenen monniknbsp;het beeld brengen van den h. Dominicus, door Mola. Dognbsp;van wegen den gouden cirkel om haare hoofden ziet ’ernbsp;bet (luk regt gothifch uit, en doet een degte werking. Innbsp;de eerde kapel ter dinkerhand heeft Romanelli Maria ge-fchilderd , een roozenk.rans aan eene nonne overgeevende.nbsp;De Maria heeft veel van de manier van Pieter van Cortona. Het ligt is in het duk te veel verdeeld.

S.Catari- By S. Domenico e Sillo ligt, eer men naar het Quiri-tiadiSiena.\m\ gaat, de kleine, maar fraaye kerk der h. Catarina di S.Domeni-nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;welke den Dominikaanen toekomt. Zy heeft een

^ goede evenredigheid, en is geheel met marmer bekleed. Allcmhalven ziet men verguldfel en dukadoorfel. Sorianbsp;heeft ze volgens de korinthtfchc order gebouwd. Jammernbsp;is het, dat de verfiering des hoofdaltaars eenen konftenaarnbsp;van gothifchen fraaak, Cadt genaamd, een Maltees, in handetinbsp;is gevallen. Op 't eerde altaar ter regterhand is de avond-maalhouding der h. Magdalena van Benediflus Lutto, eennbsp;fchoon duk voor ’t koloriet; dog de heilige is eenigfins

mis-

-ocr page 199-

185

DOOR ITALIË N.

Riistekend. Binnen de inunren van dit Icloofter ligt op ee- /. TPjk, nigen afdand een toren, Totre delle milizie genaamd, die,fife Wlontiinbsp;gelyk reeds gemeld is, van eenen Paus uit den huize vannbsp;Conti, gebouwd is, fchoon eenige oudheidkenners voor-geeven, dat Trajaan dien ten diende zyner lyfwagt gedigtnbsp;l'eeft. Men noemt deeze kerk ook d'. Catarina in Magna-''‘apoli, een woord ontdaan uit Balnea Pauli.

De overblyffels van de baden van Paulus Aemilius liggen niet ver van de kerk ten noorden, tusfehen huizen ingeflo- 1‘auius,nbsp;ten. Zy bellaan uit eenen half met puin gevulden en zeernbsp;t'ervallenen gang, in een halven cirkel, van ticchels. Die gangnbsp;^eefc niflen en dorifche pilallers. De verfieringen zyn welnbsp;geordonneerd, dog kvvalyk uitgevoerd. Nardini en Do-bati houden deeze ruinen voor twyffelagtig, dog liet blyktnbsp;bit den verminkten naam, dat de baden hier gelegen hebben. Juvenalis gewaagt van hun in zyn 7. hekelfchrift:

Ut forte rogatus,

Dunt petit aut tbermas aut Pauli balnea, dicat, Nutricem Anchife.

Villa Pamfili. Deeze fchoone tuin hoorde ten tyde van Uilla Pair Leo X. den Kardinaal Ede. Sedert heeft hy verfcheiden^A’.nbsp;bezitters gehad, en is voor weinig jaaren met de geheelenbsp;Erfenis van de Pamfilifche familie aan ’t Genueefche huis vannbsp;Loria gekomen. Het gebouw is van binnen en buiten metnbsp;^atues en basreliëfs vetfierd. Aan de voorzyde ziet mennbsp;bet gevegt van Dares en Entellus uit Virgilius. (’*') Ondernbsp;*^ebefl:ebeeIdhouwerftukken worden een paar VenufTen, eennbsp;paar faters, een kop van Socrates, een geitje, en een koe,

ge-

(*) Matco Antonio heeft het volgens Raphaels tekening in kopiet lebiagt.

BI 5

-ocr page 200-

i8ö

T. Wyh nbsp;nbsp;nbsp;fchildertluk uit de baden van Titosgt;

4^ Monti, waarvan men een kopy van Pousfin in ’t Paleis Pamfili til Corfo ziet. De portraiten vanBartolus en Baldus door Raphael; een bacchusfeeft, een Judith, en eene Maria metnbsp;den h. Hieronymus en Laurentius van Titiaan ; de kroo-ning van Maria, Cupido, en Pfyche van Hannibal Carac-ci; de Koningin Joanna van Leonardo da Vinci; eenigenbsp;portraiten van Corrcgio en Julius Romanus. Deeze Villanbsp;Pamfili moet niet verward worden met de andere, die buiten de ftad ligt, en veel fchooner is.

S.Silveflro S. Silveftio heeft een fchoon kioofter, ’t welk het No-C ” vitiaat der Theatynen is, een aangenaamen tuin, en een heerlyke bibliotheek. De kerk zelve is fraai, en ryk ianbsp;fchilderyen. De flinker kapel des kruisgangs heeft een goede eenvouwdige architektuur van Onorio Lunghi, alleennbsp;is zy wat boog. De vier eironde fchilderftukken op depi-laaren der koepel worden zeer hoog gefchat. Domeni-chino heeft daarin David voor de arke dansfende, Judithnbsp;met Holöfernes kop, Efther voor Ahasuerus, en Salomonnbsp;met de Koningin van Scheba voorgefteld. (*) Aan denbsp;pilaaren van de kapel der Bandini ftaan in de niflen denbsp;Euangeiifl: Joannes, en Maria Magdalena. Dit zyn welnbsp;niet van de befte ftukken van Algardi, dog zy hebben nog-1,hans veel uitdrukking, vooral is het gewaad van Marianbsp;Magdalena wel getroffen. De andere kapel ter regter handnbsp;van den ingang heeft een fchoon ftuk van Jakob Palma.nbsp;In de kapel van de h. Magdalena hebben Polydoor Caravaggio en de Cavalier d’Arpino hun bekwaamheid getoond.nbsp;By de hoofddeur ftaat het graf van den door zyn brieven»nbsp;die men gemeenlyk als modellen van den italiaanfeheo

brief'

(*) Frey heeft ze f aai in ’t koper gebragt; zy zyn onder de* liaam van Tmdl del Vimtnhhim bekend.

-ocr page 201-

187

DOOR ITALIË N.

tviefftyl aatipryfl:, bekenden Kardinaal Bentivoglio, en /. Wjk, niet ver van daar dat van den regtsgeleerden Profper Fa de Monti,nbsp;rinacius.

Het Paleis van Rofpigliofi behoorde voorheen aan de nbsp;nbsp;nbsp;„

familie Börghefe, en daarna aan de Bentivoglioos en Manci-^®-'^*^ ’ ' ^ies. De Kardinaal Scipio Borghefe bouwde het op denbsp;puinhopen van' de baden van Konflantyn. Het ligt in denbsp;Uabuurfchap van het Pauslyke Paleis, en is wegens zynnbsp;fchooiie fchilderyen vermaard, De h. Anna, den kleinennbsp;Joannes by ’t kind Jefus brengende, van Pousfin, eennbsp;fchoon ftuk voor de tekening en fchikking, dog het kolo-’’¦et is te fteenkleurig. S. Laurentius, die de kerkvatennbsp;ten belle van de armen verkoopt, van Lukas' Giordanonbsp;Met een mergagtig frifch penfeel gefchilderd. De h. Cecilia van Domenichino. Het karakter der heilige is fchoon,nbsp;en de lokaal kleuren zyn wel gefchikt , dog denbsp;houding van bet iluk is verzuimd. Een fchoone fchetsnbsp;Van Pieter van Cortona, waarvan het origineel in de Sa-pienza hangt. S.PhilippusNeri en Clemens IX. Rofpigtiolinbsp;van Karei Maratti. Een groot ftuk van Caftiglione, verbeeldende eene kudde vees met de herders. Het vee isnbsp;fchoon gefchilderd, alleen is ’t jammer, dat het zo zwartnbsp;geworden is. Twee antieke fchilderyen, die men te ge-lyk met den muur herwaards gebragt heeft. De eene verbeeldt eene vrouw met een oifervat, en de andere eennbsp;Man llaande, met een fpies in de hand, De tekening isnbsp;Mager, en de manier droog. Een fchone fchets van Pie-^sr van Cortona vol van uitdrukking. Zy verbeeldt Godnbsp;Vader, die Maria kroont, nevens Jefus en veele engelen.

Het menfchlyke leeven, een heerlyke allegorie van Pons-fin. De God des tyds fpeelt op de lier, en de jaargety-^^”^^***”* den dansfen in ’t rond, geeven malkander rugwaards de

hand

¦ U'

¦ii-

-ocr page 202-

i8i

/. TF-si-, nbsp;nbsp;nbsp;hebben de aangezigten buitenwaatds gekeerd*

/e’ Mo»ti. Hy zit op de aarde, en leunt mee den rug tegens een pie* deftal; by hem ftaat een mingodtje met een uurglas, daartegen over een tenue van Janus, ’t welk zig zeer welnbsp;naar de omftandigheid fchikt, en die met bloemen bekranftnbsp;is; by hem eeii ander mingodtje, dat zeepblaazen maakt.nbsp;Boven ziet men Phoebus, die zyn loopbaan wil aanvan-gen. Voor hem uit gaat Aurora, bloemen ftrooyende, ennbsp;de uuren volgen, De zamenltelling van dit Huk is tref*nbsp;!yk en vol van denkbeelden. De groep der jaartyden kannbsp;niet beter zyn, de tekening is zuiver, en de kleeding innbsp;antieken fraaak. De omtrekken zyn vloeyend. Het koloriet van ’t vleefch valt een weinig in ’t roode; ook hadnbsp;de fchilder den ouderdom der beelden wat beter kunnennbsp;onderfcheiden. De Lente is een perfoon van dertig jaaren,nbsp;en moeft ’er een van agttien wezen. De fchouder van dennbsp;Winter is ontbloot, en moefi liever bekleed zyn.

De twaalf Apollelen van Rubens. Het kind Jefiis van engelen omringd, die de werktuigen van ’t lyden houden ,nbsp;door Albani, Adam en Eva in ’t paradys door Donieni-chino, In de gallery van ’t Paleis (laat een groote rondenbsp;fchaal van verde antico op een porfieren voet, welke denbsp;eenige van dat foort te Romen is. Een ovaal (luk in mozaïek. Een zeldzaame ftatiie van Domitiaan , wyl de Raadnbsp;al de gedenktekens van dien Keizer heeft doen aan Hukken (laan. Veertien kleine antieke fdiilderyen in frefco,nbsp;die uit de baden van Konftantyn gekomen zyn, verbeelden een bacchusfeefi, eenen Apollo, landfehappen, endier-gelyken, dog hebben veel geleden.

De Aurora in den tuin is het vermaardfte van alle de Hukken van van Cuido.-,^ Paleis. Aan ’t eind van den zelven ligt een foort vannbsp;gallery met twee tenten, en aan de zoldering van de zaalnbsp;deezer gallery heeft zig Guido, door zyn heeriyke Aurora,

op

-ocr page 203-

189

DOOR ITALIER

op natten kalk, vereeuwigd. De Zon op eenen wagen, fFyk, niet vier naaftmalkander gefpannen paarden, begint haaren ^e' Msnti,nbsp;loop, en de uuren dansfen rondom den wagen. Vooruitnbsp;vliegt een Minnegod met den fakkel, en Aurora flrooitnbsp;bloemen. Dit werk is geheel in antieken fmaak, de teke-iiing eenvouwdig lt;, fchoon, en in een groote manier, denbsp;'uitdrukking in de koppen is edel, en vol van aanvalligheid. Daar heerfcht verfcheidenheid in de karakters. Denbsp;hleederen vallen lugtig en natuurlyk; men ontdekt ’er dennbsp;den fchoonen ftyl der Ouden in. Het koloriet is goed;nbsp;de Aurora zelve zou wat dunner, jonger, en naakter kunnen ^yn. De kleur der op den agtergrond gebragte zeenbsp;is zeer veranderd, en de. meefter had in ’t algemeen beternbsp;gedaan, ze geheel weg te laaien, en alleen’er de lugt in tenbsp;brengen. Jammer is het, dat dit heerlyke meefterftuk opnbsp;fommige plaatfen befchadigd is geworden, en het is tanbsp;vreezen, dat men het met den tyd eenen broddelaar innbsp;de hand zal geeven, die het door zya verbeteringen geheelnbsp;¦bederft.

In de zelve zaal heeft Tempefla twee friezen befchilderd, die voor de tekening lof verdienen , dog Zwak van koloriet, en van weinig uitwerking zyn. In eene der naaflaan-zynde kamers heeft Pousfin een kind in Rubens fmaak ge-fchilderd. In de baden van Konftantyn, waarop dit Pa-ieis gebouwd is, vond men de groote paarden, die nnnbsp;Voor ’t Pauslyke Paleis op Monte Cavallo (laan, zo welnbsp;®is de ftandbeelden van Konftamyn en zyne twee zoonen,nbsp;die in ’t Kapitool gebragt zyn.

Het Paleis der Confulta is een pragtig, en der ruim-gebouwen van de ftad. Het is tot bet Geregtshof der Confulttt.

Con-

{*) fasijuaiini lieeft deeze Aurora in koper gebragt, dog Fiey heeft A-t esn betere gUW van gegeven.

-ocr page 204-

ifó

REIS-BOEl?

ƒ. PFyk, Confiilta be'ftefnd; de fekretaris der Cönfulta en der bre-i)f««//.yes, woont ’er in, en onder is het corps de gardd der Pauslyhe kuralïïers, Corazze. Clemens XII. deed ditnbsp;gebouw door den Ridder Fuga optrekken. De plaats isnbsp;een Zeer onregelmaatig vierkant; dog de arcbitekt heèfc’etnbsp;zig zo wel van weeten te bedienen als moogfyk was, ennbsp;het geheel een grootfche voorzyde gegeven.

S. Andrea Prins Camilliis Pamfili, neef van Innocent X. deed de der JeJuie- kerk van S. Andries, by de welke de Jefuieten hun Novi-tiaat hebben, door Bernini bouwen. Het portaal iSnbsp;van korinthifche öfder, dog wat te hoog. De kleine ronde portiek met ionifche zuilen is niet gelukkig te pas ge-bragt. De gebroken kappen, om tusfohen in een wapennbsp;of iets diergelyks intebrengen, zyn altyd een llegte archi-tektuur. De deur heeft een goede evenredigheid, dognbsp;het raam te veel deelen.

Van

(•) Deezsn poft heeft de geleerde Kardinaal P.iflionci lang b«' kleed. Hy had op Zyia reizen een koftbaare en talrykc bibliotheeknbsp;Verzameld, die eene der veripaardften- in p.omcn was, en veele jaa'nbsp;ren in het Paleis der Coniblia geftaan heeft, dog na zynen doodnbsp;aan ’t Auguilynerklöofter gekomen is. Hy vergrootte ze geftadig»nbsp;dog bezat niet een enkeld JefuicUch boek. Vermits hy hunne ge'nbsp;Vaarlyke gtondbeginfelen niet dulden kon. ISenedidlus XIV. die hei®nbsp;zeet gunftig was, en.d'kwyls met hem boettte, deed onder ander*nbsp;oieiiw gekefte-boeken, die.de kamerdienaar gemeenlyk den Kardinaal op zyn tafel leggen moèft om te döórl'eezen, ook heimlyk dei*nbsp;berugten Bufletibaum, waarover toen zo veel te doen was, ftoppe®'nbsp;De Kardinaal wierd daar zo knorrig over, dat hy aan 't vehft*^nbsp;liep, en het boek op Monte Cavalio wierp. De Paus, die 'er teg**'nbsp;over aan 'c venfter ftond, had zyn vermaak in de klugt, en gaf d*quot;nbsp;Kardinaal zynen zegen, waarvoor die in zyn moeilykheid naauwly*‘*nbsp;bedanken kon. Meerder aartige anecdotes raakende den Kardio®^*nbsp;Paflfionei vindt men by Grosley.

(»») Volgens het zelve beginfel deugt de gebroken kap aan’(hoof*'

altaa'

-ocr page 205-

191

boor ITALIË N.

Van binnen is de kerk met de koepel volgens een eirond ƒ, plan gebouwd, wel verdeeld, en mee een foort van za- Aë Monti,nbsp;mengeftelde order verfierd. Zy heeft vyf kapellen, waarvan de middelde den ingang bevat, tegén over het hoofd-sltaar; vier deuren brengen naar even zo veel boven ge-Plaatrte tribunes. De fieraaden der kerk in ’t algemeen zynnbsp;Godbaar. Zy heeft pilafters van wit marmer , welken opnbsp;den met rood marmer bekleeden muur zeer wel uitkomen.nbsp;tgt;e vakken der koepel zyn met verguld dukadoorfel innbsp;goeden fmaak verfierd. In de eerde kapel ter regterhandnbsp;^yn drie (lukken van Baccicio van goede ordonnantie. Hetnbsp;koloriet valt, naar zyn manier, niet alleen in ’t geele,nbsp;maar zelfs in ’t graauwe. De vrouw, die de h. Xaveriusnbsp;doopt, is zeer bekoorlyk. De drie andere (lukken in dsnbsp;andere kapel zyn van Hiacynthus Brandi; waaronder Chri-dus, onder den lad van ’t kruis bezwykende, zeer zwarenbsp;en (lyf is. Den h. Andreas op ’t hoofdaltaar van Bour-gnignon ontbreekt het aan een goede zamenftelling. Denbsp;groepen zyn niet wel zaraenverbonden, en de engel, dienbsp;aan 't oor van den heilig op de viool fpeelt, is- een flegtenbsp;inval. In de andere kapel ter flinker hand ziet men tweenbsp;heerlyke zuilen van breccia di Spagna, en Karei Marattinbsp;heeft op het altaar den h. Stanislaus, het kind Jefus aanbiddende, verbeeld. Het karakter van Maria is aantreklyk, ennbsp;het geheele (luk van een aangenaame manier; dog denbsp;tekening moet men niet al te fcherp onderzoeken. Denbsp;'^loer der kerk is geheel van marmer van allerlei kleuren,nbsp;daarin het wapen van de familie van Spinoia, welkenbsp;daaronder begraven ligt, ingelegd.

Ig

altaar niet, cn dc ten hemel vaatende Andties is (iaat kwalyk byge-••tagt.

-ocr page 206-

192

REIS-BOEK

I. Wyk, In’t kloofter moet men niet vergeeten agt te geevetl ofl de' Monti, celle van den h. Stanislaus Coska, tlians in een kap^Inbsp;Kapelnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;veranderd; liet beeld van den (lervenden heilig, op zyo

Coska, nbsp;nbsp;nbsp;jjgj liggende, is een meellerftuk van Le Gros. Men ziet

een jongeling van agttien jaaren, met het hoofd op eert kuflen , in de eene hand een krukifix, en in de andere eennbsp;marienbeeld. Het hoofd, de handen en voeten zyn vannbsp;wit, de kleederen van zwart, het bed en kuflen van geelnbsp;marmer. Het beeld is van een fchoone vinding, en welnbsp;getekend. In ’t hoofd heerfeht een goed karakter, denbsp;handen en voeten zyn volgens de natuur. De meefternbsp;heeft de verfchillende foorten van marmer wel gekozen.nbsp;Het geheele ftuk doet zulk een werking, dat men op ’cnbsp;eerfte gezigt van dit als flervende beeld verbaasd wordt,nbsp;en een foorc van fchrik ondervindt.

De vier Op den kruisweg, waar de lange ftraat, die van Monte Fonteinen, Cavallo naar Porta Pia, en eene andere, even zo lang, dienbsp;van S. Trinita di Monte tot aan S. Maria Maggiore gaat,nbsp;malkander doorfnyden, zyjn vier fpringbronnen gebragt,nbsp;waarom de plaats ook den naam van vier fonteinen heefunbsp;Drie van deeze bronnen zyn flegt, en alleen die van dennbsp;Prins Barberini volgens een goed bellek gemaakt. Zynbsp;heeft dorifche pilaflers, en het daar over liggende beeldnbsp;is gelukkig te pas gebragt, dog deugt in zig zelve nietnbsp;veel.

Hieromtrent lag eertyds de Tempel van Quirinus, een der eerden en oudflen van Romen, dien Lucius Papirius,nbsp;als Burgemeeder, digtte, en ’er den eerden zonnewyzetnbsp;aan plaatde. Twee honderd jaar geleden waaren ’er nognbsp;groote brokken van overig 5 dog een zekere Raadsheer,nbsp;Ottone, nam ’er de marmerdeenen van weg, om ’er denbsp;trappen der kerk Ara coeli van te laaten bouwen. Tegenwoordig is ’er niets meer van te zien. Hier Hond verder*

bei

-ocr page 207-

door. ITALIË N.

fcet eerfté, van KoningNuraa geftigtCj Kapitool, ’twelk, /. Wik,^ eetyk men meent, daar gelegen heeft, waar nu de tuinenMontunbsp;des Pauzen en der Jefuieten op Mohte Cavallo liggen.

Daatby was de Pil^ Tiburtina, zo genaamd, of om dat Ze van Tiburtynfchen fteen gebouwd was, of om dat denbsp;'hoveniers van Tivoli daar moeskruiden te koop veilden.

Van de Plaats der vier fonteinen noordwaards, en wel te-Sen over de Plaats GriiUana of Barberina , lag de Cir- Circus '^Us van Flora, (•) waarin ter eefe dier Godin fpelennbsp;Sehouden werden, by de welken het ten deele niet zeernbsp;®®dyk toeging. Boven hebben wy reeds van het Theaternbsp;®n die fpelen gewag gemaakt.

ï'e kleine kerk S. Carlo alk qiiaitro fontane is, Zo wel S. Carlo *'5 de koepel, eirond, en een bewys van de bviitetifpoo-*nbsp;^'ge invallen van Borromini, die zo veel tot bederfnbsp;den zuiveren fmaak in de bouwkonft heeft toegebragt. Opnbsp;^«t hoofdaltaar ziet men een fchoon fchilderlluk, en boven dénbsp;*^eur eene Verkondiging,door den naderhand inFrankrykZonbsp;^®tOemd geworden fchilder Mignavd, die om zyn langver-^lyf te Romen den bynaam van ienbsp;nbsp;nbsp;nbsp;gekregen heeft.

Iti eene Zeer kleine kapel, die zig wel voor de kleine kerk fehikt, hangt een verruklyk üuk van Romanelli. Het verbeeldt Maria het Kind houdende, ’c welk een engel eennbsp;bruis en eene doornenkroon overreikt.

Het Paleis Albani by de vier fonteinen behoorde aan-'^nglyk aan de familie Mattel, èn is naderhand, uitdievanüö»*,

, aan ’t huis van Albani gekomen. De Kardinaal ^*®Zander Albani, een der oudfte een geleerdfte leden

van

I MartUlis had liiet in de nahuutlchap zyn huis. Hy befthryft kwartier in twee tegels:

; nbsp;nbsp;nbsp;Tibnrthis proximffs accola i

vUet nbsp;nbsp;nbsp;tHjiha Tkfa J4V^*

Ui. Deei,. nbsp;nbsp;nbsp;w

-ocr page 208-

*94

/ Pf^yk, nbsp;nbsp;nbsp;heilige kollegie der Kardinaalen, bewoont het than**

4e' Manti. Hy is onbetwiftbaar van allen de grootfte liefhebber van an* tieken, en verzamelt alle de merkwaardige overblyffels de*nbsp;oudheid, die tegenwoordig opgegraven worden. Dit dee^nbsp;ook den gtootften van alle de hedendaagfche kenners de*nbsp;oudheden, den door zynen ongelukkigcn dood der konünbsp;en den weetenfchappen te vroeg ontrukten Winkelman, (*)nbsp;in den perfoon deezes Kardinaals een zo magtigen be'nbsp;fchennheer vinden. De plaats en de trap iri ’t Paleis zy®nbsp;met opfchrifcen en basreliëfs verfierd. De voetftukken aa»nbsp;de deuren zyn van de koflbaarfte antieke marmers. Me**nbsp;ziet beneden de flatues een groep van Thefeus en den bü'nbsp;notaurus, een paiitherdier van violet marmer, een bronzÊ'*nbsp;Apollo, en een Diana van Efefen meer dan leevensgroottf*nbsp;De bordbeelden van Ptolemajus Auletes, en eenige Kei'nbsp;zers, een Faunus van brons, Bacchus, Pan, iemaiitopd®nbsp;Suit leerendefpeelen, een Apollo, meer dan leevensgrootte*nbsp;ïenige oude mozaïeken. Dog dat is alles niets in ve*'

g2'

’ (•) Hy werd te Tricfte den g. Juni lySt. van een booswigt, r'* Italiaan, vermoord, dien hy eenige penningen wilde vettoonen.nbsp;geleerde heeft met zo veel fmaaks' over de oudheden gclchrcvea'nbsp;hy entftak als een nieuw ligt in dié ftudie. Zyn oog drongnbsp;in de geheimen der konft, en was door onophoudelyk de ocdh£‘i®’*nbsp;te befchouwen geoeffend geworden. Door-en dootleezen indeOu‘1^’'nbsp;begaf hy zig tot de befchouwing der overblyffels, en was daar door innbsp;• de gedenkftukken door de Ouden, en de Ouden weder door dcnbsp;denkftukken optchelderen. Een genie, gelyk het zyne, wordt ve^hnbsp;ligt in geen honderd jaaren weer gebooren. Wie de werkennbsp;Ouden met volkomen nut befchouwen, en zyn fmaak former'**nbsp;wil, kan niet beter doen dan Winkcimans Hiftorie der Konft te Fquot;nbsp;men zelve te leezen, en de ftatuen daarna te onderzoeken.nbsp;aanmerkingen over de Bouwkonft der Ouden, zyn Munnmtntinbsp;tl filegatt, zullen de reizigers aan kundigheden helpen, die zy **nbsp;aedete boeken vergeefs zoeken zouden.

-ocr page 209-

195

DOOR ItALIEN.

gelykirig met de heerlyke verzameling van antieken, wel- ƒ. TFji, ken de Kardinaal op zyne nieuw gebouwde Villa heeftö'e’ Monti.nbsp;byeengebragc, die wy in ’c vervolg befchryven zullen.

¦m

Het ontbreekt in dit Paleis ook niet aan goede fchilde-^ycn. Paulus van Piacenza heeft een gallery, en Niko. iaas degli Abecci verfcheiden zolderingen befchilderd. Ee-ke verlooving van de h, Caiharina dóór Pieter van Corto-ba, eirond, en van een verrukkelyk penfeel. ' Twee ftu-dien van Andreas Saccht, behoorende tot zyn vermaardnbsp;ftuk van den h. Romüaldus. Maria ftaandc, en het kindnbsp;]efus Joannes omarmende, in Raphaels eerde manier. ldnbsp;t hoofd van Maria heerfcht een fchoon karakter. Judithnbsp;ftet het hoofd van Holofernes, en haar meid, van Cara-''aggio. De uitdrukking Is niet edel. Eene Maria metnbsp;het Kind aan de bord, valt Karei Maratti. Zy heeft eennbsp;edel en zagt karakter; en in ’t algemeen is ’er in het duknbsp;een mergagtig penfeel. . De h. Januaries, die zyh eenènbsp;hand door een geedelyken kullen iaat, van Solimene. Jakob met den ladder, van Feti, een (luk van fclioori koloriet. De Kardinaal bezit eene uitgelezene, vooral anti-quariefche bibliotheek, van 25000. banden, en ook eennbsp;fchoone verzameling van öoifptonglyke tekeningen van denbsp;vermaardde raeefters.

De kleine Fil!a of Giardino Strozzi, liggende tegen p'illaStro»^ ^tlla Negroni over, heeft fchoone laanen, en een goeden zi.nbsp;Voorraad van oude en nieuwe ftatues enbuden, waaron-een paar beelden van Venus, tWee fchermers, en ver-^^heiden datues van Pieter Bernini, den vader des beroem-Ridders Lorenzo Bernini, te vinden zyn.

De Filla Negroni, eertyds Montalto Peretti, ligt aanp^y^^2V5» znidzyde der groote Plaats di Termine. Sixtus V. lei g/o»»*nbsp;ze aan als Kardinaal, en verfraaide ze zeer toenhy dennbsp;Pauslykcn zetel beklommeh had. Zy heeft meet dan tweenbsp;N fl

-ocr page 210-

196 R É I S - B O E 1C

I. fFyk, Italiaanfche mylen in den omtrek, en twee huizen, wao^'* ie' Monti.\ixi Fontana het eene gebouwd heeft. Ter wederzydedetnbsp;deur, die naar S. Maria Maggiore gaat, zyn friezen mecnbsp;Faunen verfierd, die uit eenen tempel van Bacchus ge*nbsp;nomen zouden zyn.

In ’t voorhuis ftaat het borftbeeld des Kardinaals Mou-taiti door Algardi, ’t welk natuurlyk, en in een goeden flyl gewerkt is. Een groot beeld van een vrouw met eennbsp;diadema, die wel gedrapeerd, dog in opzigt der aange-maakte handen kwaalyk uitgevallen is. Op de eerde verdieping flaat Sixtus V. van Torrigiani in brons. Op dennbsp;trap (laat een basreliëf van een kleine vrouwelyke fta-tucy voor een tempel, met een bloemkrans. Zy heeftnbsp;aen verrukkelyk karakter, en een aartig kapfel. Drienbsp;landfchappen van Pouslia zyn heerlyk ontworpen, dog zeefnbsp;befchadigd.

In het kleine gebouw, Cajtno, ziet men in de voorzaal twee zittende burgemeederlyke datues, die men voor Marius en Marcellus houdt. Zy fchynen byna te leeven, z»nbsp;gelukkig is de meeder in de uitdrukking geflaagd. Denbsp;ftatue ter regter hand is de fchoonde, en de op den dodnbsp;liggende arm geheel vernieuwd. Zy zitten op Selhe curit'nbsp;les, en het opfchrift, ’t welk egter zonder twyffel ver-valfcht is, geeft Apollonius voor den meefler op. In eertnbsp;der vertrekken daat een foort van piededal, welks eenenbsp;kant Trimalcio, die met eenige komedianten by zyn gadennbsp;komt, verbeeldt, en de andere eenen man op een doknbsp;leunende, en eene vrouw, bezig met een jong hertje vartnbsp;zyn moeder wegteneemen. Het laatde basreliëf is byzort'nbsp;der fchoon in aanzien der dellingen. De datuen van Aquot;'nbsp;gudus en Cinciiinatus; eene fcboone Flora.

De aanleg des tuins heeft zyne fchoonheden , die voot' naamlyk uit de heerlyke laanen, en de verfcheiden gezigtspnO'

te*

-ocr page 211-

tgt; o o R I T A L I E N. Ipf

CEti ontftaan. Agtcr het kleine Cafino is een plaats met ƒ. heggen befloten, die ook waterwerken heeft; in ’tmiddenMontt^nbsp;leidt een opwaards gaande laan naar eenen heuvel, waar-een alleen flaand beeld te vinden is, dat met de rond-fiaande bloemen een fchoon gezigt maakt. In een ei- '

^onde kom flaat een Neptunus van Bernini. Op een andere plaats ziet men Apollo, dien Bernini, toen hy hem herftelde, een viool in de hand gegeven heeft. (•}

In het grootfte fluk van den tuin, of de zogenaamde i'^igna, liggen de overblyffels van den aanzienlyken waterbak, gefchikt voor de baden van Diocletianus, die zonbsp;ftraks zullen voorkomen. Men ziet duidelyk, dat hy uitnbsp;®en langwerpig gewelf, en niet uit veele kleinen, gelyknbsp;baden van Titus, beftaan heeft. De oude waterleiding,

^ie’erhet water in bragt, gaat nu onder de aarde door tot aan de groote fontein di Termine. Op de muuren van dennbsp;^’aterbak leeft men eenige opfchriften. In de Vigna toontnbsp;ïhen ook nog overblyffels van den dam van Tarquinius,

^ie tot in den tuin van het Novitiaat der Jefuieten loopen. ï)aar vindt men ook nog ipooren van het voormaalige Ca-ftrum Prtetorinm.

De baden van Diokletiaan waren van een verbaazenden Baden van 'itntrek: zy befloegen den geheelen grond van’t Karthuizernbsp;kloofter, van dat der Bernhardynen, van de Pauslyke^^^^**nbsp;boornmagazynpn , van de groote fontein, en alle de nabuu-huizen. Het gebouw had eene breedte van io6p. ennbsp;*cne diepte van 761. voet. De Bernhardyner kerk, dienbsp;ronde gedaante heeft, was de plaats daar het waternbsp;^3rtn gemaakt werd, of een Calidarium. De ingang naarnbsp;^ Karthuizerkloofter was de voorheen vermaarde Pinaca-

thectf,

.(*) Hiervan hebben wy reeds boven by den Zangberg van Rajhai^

*** ‘t Yatikaan gewag gemaakt.

N 3

-ocr page 212-

ïpB R E I S - B O E K

f. W‘:jk,- ibeca. Men zag in dit pragtige gebonw veele galleryeö* Monti, eene bibliotheek, allerlei fpelen, akademien, wandelingen,nbsp;en diergelykeii. (*) Volgens Olytnpiodoors berigt, konden’er over de 3000. inenfchen tegelyk in baaden, zondefnbsp;-malkander te zien. De Keizer bouwde ’er zeven jaareonbsp;aan, en gebruikte ’er 40000. Chriften flaaven toe. Denbsp;heerlyke zuilen by de Karthuizers, en veele andere hiefnbsp;opgegraven koftbaarheden, welken door Romen verfpreidnbsp;zyn, bewyzen de voormaalige pragt deezer baden, en denbsp;ontzaglyke foinmeu die ’er aan te kofle gelegd zyn. Hetnbsp;onderfcheid tusfchen de Diokletiaanfche baden en die vaonbsp;Caracalla of de Antonynfchen aan den voet des Aventyn-fchen berg, beilaat voornaamlyk daarin, dat het hoofdge-bouw der eerflen tegen ’t noorden twee pavillioenen en eennbsp;agtergebouw heeft, en dat men daar ronde en halfrondenbsp;muuren ziet, in plaats dat de Antonynfchen andere ennbsp;meerder verdeelingen rondom de plaats van binnen hebben. De zaaien waaren van rondom mot zuilen bezet,nbsp;en werden van boven verligt. De fmaak der fieraaden,nbsp;die men nog hier en daar pntdekt, is flegt, en valt i®nbsp;’t gothifehe.

(?) Men vindt ’er eene bcfchryving van in Msrcmialh Ars gymnH' Jltia, en fchoone grondtekeningcn in Marie Jcfeph Peyre, Oeuvri‘nbsp;AArchiteBnre, te Parys in fol. 1765. uitgekomen. Een ander, zetlt;nbsp;zeldzaam, en meeftetlyk in kopet gebragt werk, over decze badeB'nbsp;heeft de vermaarde Kardinaal Antonie Perenot de Grauvelle doe®nbsp;vervaardigen. Sebaftiaan Oya, een Spaanfche atchitekt in de N®'nbsp;derlandcn, rooeft alles afmeeten en aftekenen, en Hieronymus 0°®^nbsp;(de grondteningen op 0.6 bladen in fol. zeer zuiver Ihyden. Zykquot;'*‘nbsp;men in 1588. met een bcfchryving op z. vellen uit. Pit fchoo®®nbsp;Werk is byna niet bekend te Romen , nog in ’t Karthuizerkle®^-ichoon het op de daaiin afgetekende tuinen gebouwd is.

-ocr page 213-

Ï300R ITALIË N.

Be kerk van Santa Maria degli Angeli of alk Terme ƒ_ Diockziane is een der fchoonllen en merkvvaardigften van de Montii-Romen. Michael Angelo heeft zig van al het muurwerk s. Marianbsp;der baden zo wel weeten te bedienen, dat hy eenpragtige'^'?^/* An-^erk uit de hoofdzaal der baden gemaakt heeft. Grego-^^^**nbsp;rius Xin. deed de tegenwoordige vloer leggen, Sixtus V.nbsp;de plaats voor de kerk vergrooten, en den voorgevel op-trekken, en de Kardinaal Bichi, die ’er den titel van voerde , de geheele kerk, volgens den nieuwen fmaak, herftel-len en verQeren. De vermaarde architekt Vanvitelli hadnbsp;’er ’t opzigt over.

De kerk heeft een aanzienlyk portaal; men komt eertl op een foort van ronde voorplaats, en dan in een langag-tige vierkante zaal, die het fchip der kerk verbeeldt. Denbsp;ingang daar naar toe is van de lange zyde, of in den ee-nen kruisgang, en in den anderen tegen over de agterftenbsp;ronding van het koor. De kruisgang is van den hoofd-ingang af 308. voet lang, dog het eigenlyke fchip veelnbsp;ianger. De kleine ronde voorplaats, of de Rotonda, waarnbsp;Dien eerft over komt, heeft een fchooneevenredigheid, ennbsp;een fraaye verdeeling aan het gewelf. ¦ De vier niiïennbsp;fchikken zig wel tot de vier graflieden, die, het jammernbsp;is, dat niet beter uitgevallen zyn. Hier liggen de Kardi-naalen Cofenza, en Francifcus Alciati, en de twee vermaarde fchilders Salvator Rofa en Karei Maratti begraven. (?) Men ziet de borftbeelden der beide konftenaars

in

(*) Het oplchlift is; f. Maratlt Filler , non freent “ Lanrttan»

Pejno Camerani natas - ut faam in Virginem pietatem ah ipfo natali

kto cam vita haujiam, ac innumeris exprejfam tabulis. tpaa ghricfam es ‘°£nsmentttm cempararnnt, mortalis quoqae fartina depejita cmfirmarel, lanbsp;tempte eidem Angehram Regina facro Mmamentam fibi vivens pcfultnbsp;*704. yju luidt dus : S. Rofam, NeapelUannm, PI3tgt;-

N4 nbsp;nbsp;nbsp;r«a

-ocr page 214-

too

I TVyk, nbsp;nbsp;nbsp;met ionifche pilaars. Het muurwerk der Rotonda

Monti-is oud, dog de fieraaden zyn nieuw, gelyk ook de lantaarn bovun het midden des gewelfs. De ingang van dee-ze plaats in de kerk beftaat uit een vierkante opening, welke van boven op kraagfteenen vaneenflegte gedaante ruft, die geen aanzien in ’t geheel van ftevigheid hebben.

De kerk zelve maakte, gelyk gezegd is, voorraaals het middelde deel der baden uit. Het blyft altyd een misdag,nbsp;dat de ingang van de breede zyde des fchips is; het aangebouwde ageerde koor, zo wel als de voorde Rotonda,nbsp;zyn nog door de evenredigheid, nog door de deraaden,nbsp;naar behooren met het fchip verbonden, en fchynen aangelapt. Ligt had trien deeze gebreken kunnen verhelpen,nbsp;als men ’er by ’t maaken van deeze plaats tot eene kerknbsp;aan gedagt, en den ingang aan de fmalle zyde van hetnbsp;fchip, ’t ?y dan tegen ’tooften of het wetten, gebragt had.nbsp;Des pngeagt zyn de andere evenredigheden der deelen zonbsp;fchoon, en vallen zo wel in ’t oog, dat men op ’t eerdenbsp;gezigt over de edele architektuur en het grootfeh aanzieanbsp;der kerk verdomd Haat. De langwerpige zaal, die dennbsp;kruisgang maakt,is met agt ontzaglyke zuilen van graniet,nbsp;die uit de oude baden geheel zyn overgebleven, verfierd.nbsp;Vier zyn van roomfehe, en vier van korinthifclie order.nbsp;Elke is met kapiteel en voetgeftel 42. voet hoog, en zonbsp;dik, dat drie mannen ze naauwlyks omarmen kunnen, dognbsp;voor eene kerk, die 89. yget tot aan’t gewelf heeft, niet tenbsp;hoog. Het fchip is te breed voor zyn hoogte, en dat beneemt niet alleen den zuilen iets van haar pragtig voorkomen, maar het gewelf fchynt ’er ook laager door, dan ’t is,

Het

rum fm temporis nuUi fttmidnm, Poèiarum amnism temporiim priudpltiit parem, Au^ufins FU. hU mxrens compefuit, ScKaicnario minor oi’üt

1671.


-ocr page 215-

door ITALIË N.

Het hoofdgeftel der zuilen heeft te veel fieraaden, fchoon ƒ. zy wel gewerkt zyn. Het muurwerk der vier wanden, zoafe’ Mentisnbsp;wel als de zuilen, zyn nog uit de oudheid.

Men kan Vanvitelli niet wel vergeeven ,dat hy by’ther-^*ellen der kerk het plan bedorven , en de twee kapellen , wel ken op elke zyde van de middelde zyn , toegemet-feld heeft. De kapellen in het midden hebben iedernbsp;Vier roomfclie zuilen van gebakken fteen, die egterals graniet aangeftreken, zo hoog als de ouden, en van Vanvi-telli’s ordonnantie zyn. De groote kapel by de deur is.

Volgens Maracti’s tekening, door Cipriani, onder Innocent XII. gebouwd. Het eerde fchilderduk in het fchip Van den ingang ter regter hand verbeeldt dekruisfiging vannbsp;Petrus door Nikolaas Ricciolini, eenen nieuwen meeder,nbsp;liet onderde deel is goed, dog de glorie flegt; in ’t algemeen ontbreekt het kragtige koloriet. Ter zyde hangt eennbsp;fcboone kopy van Tremoliere, naar het van Vanni in denbsp;Pieterskerk op lei gefchilderde duk van Simon den Toveraar, dat geheel onzigtbaar wordt. Tegen de kruisfigingnbsp;Van Petrus over heeft Mnziano den li. Hieronymus en andere heiligen gefchilderd. De koppen zyn fchoon, voor-’t overige ontbreekt het (luk aan koloriet en werking.

Het eerde duk in ’t koor ter regter hand is de voordel-ling van Maria in den Tempel door Roraanelli. De ordon-®antie verdient meer lofs dan de tekening. Het koloriet is kragtig, fchoon het van de natuur afwykt. Daarop volgtnbsp;marteldood van den h. Sebadiaan door Domenichino,

Van een heerlyke tekening en koloriet; dog de zamendel-is wat onregelmaatig. (•) Het beeld van den heilig

is

(*) Du fiuk en de twee volgenicn zyn de otigineelen van licf vermaarde altaarblad der Pieterskerk, de w?lken, nevens anderen, na inntezakkgcbragttezyn, opPauslyk bevel hier geftcldgcwordeo zyn,

N 5

-ocr page 216-

IQX

REISBOEK

7. W’^k, Schoon, en in ’t hoofd lieerfcht een uitmuntende uiW 4e' J/ö»//.drukking. De glorie is over ’t geheel niet lugtig en vlugnbsp;genoeg. De doop van Chriftus, door Maratti, is een fo*nbsp;ber (luk. De (Iraf van Ananias en Safira door Roijcalli,nbsp;o,p lei, is befchadigd. De tekening verklapt eene watnbsp;zwaare hand, dog anders is ’er een groote manier in. Bynbsp;den ingang in het fchip ziet men een zwak Huk met weinbsp;gedrapeerde beelden van Pieter Bianchi, verbeeldendenbsp;Maria met den h. Chryfoftomiis, Antonius van Padua, ennbsp;Francifcus. Daar tegen over is de h. Bafiiius, eenen gee-ftelyken de kelk toereikende, door Subleyras. Daarnbsp;heerfchc een aangenaarae harmonie in ’t ftuk; de groep vannbsp;den h. Bafiiius, welker beelden in ’c wdt gekleed zyn, isnbsp;zeer fchoon. Wy hebben van dit Iluk reeds onder de mozaïeken der Pieterskerk gewaagd. Het ftuk van ’t hoofdaltaar komt van de hand van Graziani, een Bolonees.

Middag

lyn'

Wy gaan de andere fchilderyen voorby, om nog iets van de vermaarde middaglyn in deeze kerk te zeggen, die denbsp;fchoonfte van geheel Italien is. Toen Clemens XI. in ’cnbsp;jaar 1701. een verbetering van den Cyclus Pafchalis in dennbsp;Gregoriaanfchen Almanak wilde maaken, deed hy Franciscusnbsp;Bianchini en Maraldi aan een gnomon arbeiden, dat dienennbsp;jnoeft om de middaglyn waaneneemen. (?) Bianchininbsp;verkoos deeze kerk daartoe, om dat hy het gebouw voornbsp;byzonder ftevig hield. Dit bleek by de aardbeeving vannbsp;’c jaar 1703. toen veele kerken te Romen fcheuren bekwamen

(•) Dit gnomon heeft Bianchini in zyn verhandeling, de Nummt én Gmmcne Ckmentha befchreven, gevoegd by de verhandelingen dlnbsp;(^leadario én Cycli Ctfaris, ac de FafchaU Camne S Hifpolyti, Rimdnbsp;jyoj. in fol. Gedagte penning vertoont op de eene zyde het beeldnbsp;van Clemens XI. Op de omgekeerde ziet men de Kanhuizerkerknbsp;van binnen, nevens de middaglyn, en de daarop vallende zonneenbsp;^zal.

-ocr page 217-

2ÖS

oqor italien.

Bien, dog deeze middaglyn niet het minde leed. De lyn ƒ. werd op koper, dat in antieke marmeren plaaten ingelegdMonti^nbsp;is gt; getrokken. Op de kanten heeft men de tekens vannbsp;den dierenriem, en andere noodige afdeelingen getekend.

Boven in de kerk zyn twee gaten, het eene, of het zui-delyke gnomon is öej voet hoog, en de middellyn van ’t gat is zo groot ais Tooi van de hoogte. Dit dient voornbsp;de zon en de maan. Het andere, of het noordlyke, isnbsp;75. voet hoog. Daardoor valt het fchynfel der poolftarrenbsp;op de middaglyn. (?*) De vermaarde Bofcovich heeftnbsp;deeze middaglyn, weinig jaaren geleden, op nieuws onder-2ogt, en ’er eenige verbeteringen aan gemaakt.

De kerk S. Bernarda alle Terms Diockziane is een be- 5“, BerrMi^ wys van de uitgefirektheid deezer baden, wyl zy maareenVe.nbsp;van de zeven ronde gebouwen of torens nitmaakt. Hetnbsp;daarby (taande Bernhardynen kloofter is door eene Graavinnbsp;van Santa Fiora aangelegd, die ook in’t jaar 1598. dennbsp;toren tot een kerk maaken deed. De kerk is aartig, ennbsp;de fieraaden zyn van goede vinding. Dog de vakken aannbsp;het gewelf moeiten, gelyk by ’t Pantheon, niet geheetnbsp;vaar boven gaan, wyl zy boven aan de opening, waar-(ioor eertyds het ligt inviel, te klein worden. De lantaarnnbsp;op deeze opening doet geen goede werking. In de kerknbsp;ftaan agt groote beelden van gips, door Camillo Mariani ennbsp;Moro. Het hoofdaltaar heeft vier feboone zuilen van ver-de antico. Ter flinker zyde daarvan is het graf van Vadernbsp;Jean de la Barrière, dié dc Bernhardyner ordre hervormdnbsp;heeft, en ftigter is der in Frankryk zogenaamde

In

{•) Door middel daarvan vond Bianchini de breedte van Romen te Zyn 41, gr. J4. min. Z7. fek.

(**) Hoe Bianchini op een nieuwe wys de poolshoogte waargenomen heeft, befthryft Da Lande in zyn Reis Tom. 3, p. jg volg,

-ocr page 218-

¦204

ƒ. iV'f'k, lt;3en klooftertuin ftaac nog veel oud muurwerk van d® dcnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;baden.

Termine,

Fontana di De Fontana di Termine, of, naar het daar (laande beeld, de Fontein van Mofes, is een van de drie groote en be-wonderingwaardige fpringbronnen der fladRomen, en eennbsp;van de voornaamfte werken van Sixtus V, Deeze waterleiding ligt het hoogfb van allen, die de Romeinen in denbsp;Had gebragt hebben. Men ziet nog de overblyffels buitennbsp;de Porta S. Giovanni op den weg naar Frafcati, waardoor dit water, onder den naam naam van ^qua Claudia,nbsp;als het gczoiidfte na het Aqua Martia, 46. mylen vernbsp;naar Romen kwam. Caligula begon de waterleiding, ennbsp;eindigde bet werk. Zy komt by de Parta Maggiore in denbsp;Had, en gaat een eind wegs langs de (ladsmuuren mettoe-gemetfelde boogen, om de Had intelïuiten, voort. Daarnbsp;begon de waterleiding van Nero , en ging tot by S. Giovanni e Paolo, waar zy zig verdeelde. Sixtus V. ver-koor het water van eenen heuvel digt by Frafcati, en lelde nog verfcheiden andere bronnen mede naar de ftad. Tenbsp;Pantano heeft Urbaan VIH. een grooren waterbak aangelegd, waar zig weder een menigte van ’t fchoonfle waternbsp;verzamelt, ’t welk door een in marmer gehouwen pyp,nbsp;Fiflola urbana genoemd , in de hoofdleiding, Condotttnbsp;piaé'firo, loopt. De waterleiding, die alle deeze veree-nigde bronnen naar Romen brengt, is op de meefte plaat-fen 2. voet breed, en 6,. hoog. Hier en daar liggen danbsp;buizen 70. voet onder de aarde, dog fomtyds boven opnbsp;het gebouw der waterleiding. Sixtus V. kon de oude waterleidingen, waarvan men de overblyffels aan A^FiaPra-neftina ziet, byna geheel niet gebruiken, wyl de zynennbsp;een geheel andere ftreek neemen, en alleen digt by Romennbsp;hier en daar op de ouden ftoot^n, Den verbaazenden voor-raad van daardoor in de Had gebragt water deed de Paus

ondec


-ocr page 219-

205

»00R ITALIË N.

ooder de bewoonders van ’t Kapitool, het Quirinaal, en /. den berg Pincio verdeelen, en een deel ’er van in delt;^«’ Monti,nbsp;pragtige fontein, tvaarvan \vy hier handelen, leiden. Dee-ze heerlyke onderneeming koftte hem raear dan een mil-lioen fciidi.

1.'

! (

- ¦ n

Fontana heefcdeFontein diTerminevantravertyntleen gebouwd, dog met ionifchexuilen, ftatues, marmer en graniet Verfierd. (*') Zy heeft drie nilfen. In de middelde daat eennbsp;reusagtige Mofes, (laande een ftroora van water uit eennbsp;rots. Het beeld is in den ftyl van Michael Angelo. Fletnbsp;karakter heeft veel majefteits, dog fchynt naar evenredigheid te kort en wat lomp te zyn. De twee nilfen op zydenbsp;hebben elke een basreliëf, het eene van S. Baptid dellanbsp;Pona, verbeeldende Aaron, die de Ifraëlieten aan een ri- ¦nbsp;vier voert, om hunne kudden te drenken. Het andere isnbsp;van Vacca, en vertoont Gideon, die zyn heir uit de aannbsp;de beek drinkende Ifraëlieten kieft. Geen van beiden verdient veel lofs, wat de kond aangaat. Het in groote menigte uit deeze fontein voortkomende water valt in pragtige marmeren fchelpen, op welker randen vier leeuwen, tweenbsp;van wit, en twee van zwart marmer zitten, die ooknbsp;water uit den mond fpuiten. De twee zwart bafalteanbsp;zyn fchoon bewerkt, en na die van ’t Kapitool de fchoon-ften der ftad.

tleeze fontein was deeerfte van zulk een grootte te Romen; men kan haar, in aanzien der pragtige bouwkond en der menigte waters, maar de Fontana di Tre-ji en die bynbsp;S. Pietro in Montorio tot mededingders geeven. Sixtus V.

'vilde het water Acqua Felice genoemd hebben, om dat hem zyn als Kardinaal gevoerde naam Felice Perctti altyd

lief

(*) Trrtnme is een vetbaflerd word, afgeleid van TVrme, om dat de omein aan de DloUetiaanfchc baden paalt.

-ocr page 220-

So6

it' il/o3//lt;fes

1. JPyki nbsp;nbsp;nbsp;Men leeft boven het ftandbeeld van

Sixtus K Pont. Max. Picenus Aqvam cx agro Columna via Praneftinénbsp;Siniflrorfmn multarum coiledionenbsp;Vennrtim duamp;u ftnuofo a receptacuknbsp;MUI. XX. a Capita XXII. addaxit,nbsp;Felicemqtte de nomine ante pontif.nbsp;Dixii. Coepit Pont. An. I. abfoluit IIÏ,nbsp;MDLXXXFIII.

Pauslyke

Koornma-

gax^nen.

By het Karthuizerkloofter en deeze fontein liggen de Paiislyke kooinmagazynen. Zy zyn binnen de muuren dernbsp;haden aangelegd. Gregorius XIII. begon ze te bouwen.nbsp;Paulus V. en Urbaan VIII. vergrootten het gebouw, erinbsp;Clemens XI. deed ’er nog een aanzienlyk ftiik door Fontana byvoegen.

Campus nbsp;nbsp;nbsp;Campus fceleratus, of de plaats waar de Veftaalfche

/^^^^^‘*^*^^.'priefterinnen leevende begraven werden, als zy zig tot on-kuifchheid hadden laaten verleiden, lag by de Pprta Collina, digt by de tegenwoordige Porta Salara, en wel binnen de muuren ter regeer hand , als men naar büiten de ftad ging. De Veftales waren heilig, en wyl men nognbsp;haar bloed vergieten, nog ze op eenige andere wysaanraa-ken moge, zo werd deeze ftraf voor haar uitgevonden.

Pia. Porta Pia, veniioedelyk de oude PortaNonientdnd of Fiminaïis, ligt ten einde der lange ftraar, die wy tot nognbsp;toe van Monte Cavallo af doorwandeld hebben. Zy heette voor deezen ook Porta di S. Agnefe, naar de oudenbsp;kerk, die zo aanftonds voorkomen zal. Michael Angelonbsp;heeft het ontwerp voor deeze poort van binnen gemaakt»nbsp;dog de architektuur is egter van binnen nog van bnite»

fchoou.

-ocr page 221-

door I T a L I E Nf. tof

fchoon. De deelen hangen met het geheel niet te zamen; ƒ. fchoon ’er de poort over ’t algemeen zeer fievig uitziet.(/e’ Monti,nbsp;Op de zyde zyn twee van den zelven meerter ontworpennbsp;venfiers, die niet tot de poort behooren, en door fommi-'

SS architekten' hoog gefchat worden.

S. Jgr.efe fuor cU Porta Pia, ter onderfeheiding^^ AgnèfSi der pragtige kérke van dien naam op de Piazza Navona,nbsp;is een zeer oude kerk, en bereids van Konftantyn dennbsp;Grooten, ten verzoeke van zyn zufter de h. Coflanza, ge»nbsp;bouwd. Paus Hoiiorius I. deed de kerk met mozaïekennbsp;verfieren, en PiusV. eén tabernakel met vier treflyke porfieren zuilen, nevens een met kofibaare fteenen verfierdnbsp;hoofdaltaar, oprigten, onder het welk het lichaam der h.

Agnéfe ligt. De kerk (leunt op koftbaare antieke gekan-heleerde zuilen van marmer. Het (landbeeld der heilige is van fclroon Oofterfch alabafter, dat ’er byna als agaat uit-Ziet. De kop, de handen en ^e voeten zyn van brons.

Men gaat in de kerk langs een trap van twee en dertig marmeren treeden af , ’t welk doet zien , hoe veel de grond federt het bouwen derzelver verhoogd is.

Aan de muuren van den trap zyir oude opfcliriften en bas-reliefs, die uit de Catacomben, digt by deeze kerk,- genomen zyn. By deeze kerk worden de lammeren opgevoed, van welker wol de gewyde Pallia gemaakt worden.

Zulk een Pallium bedaar uit niets anders dan een fmallert ftroók van wollen dof. De twee lammeren worden metveelnbsp;Ceremoniën op het feed wan de h'. Agnes den-lo. Jan. ge-Wyd, en de Pallia eenen nagtby de Ikhaamen der Apode-ien Petrus en Paulus in de Pieterskerk gelegd, waarom zynbsp;Pallia de corpore Petri fumta genoemd worden. De Pausnbsp;(chenkt ze aan de Aardsbïsfchoppen , en hit -zonderlinge gunft ook aan eenigen der daartoe bevoorregteBisfchopnbsp;pen: dog zy moeten die eer zo duuf betaalen, dat da

nies-

-ocr page 222-

ÊoS

I. iryi, nbsp;nbsp;nbsp;vermoedelyk liever het geld zouden houden.

rfe’ nbsp;nbsp;nbsp;Dea Aardbisfcliop van Strasburg kod het Pallium elke reis

100000, guldens,

S. Conftan- Niet ver van deeze kerk ligt een kleindere, der h, Co-ftanza gewyd. Aan ’t gewelf ziet men vogels, vvyndrui-ven, en kindertjes, die ze uitdrukken, in mozaïek, en in de kerk een heerlyk praalgraf uit een ftuk porders, waaropnbsp;ook kindertjes en wynranken gehouwen zyn, uit het welknbsp;fommigen opraaaken, dat hier voormaals een tempel vannbsp;Bacchus gedaan heeft. Dog Nardini en anderen beweeren,nbsp;dat dicrgelyke mozaïeken in meer oude kerken gevondennbsp;worden, en dat Kondantyn dit gebouw als een navolgingnbsp;van.’t Battillerio van’t Latcraan heeft doen bouwen, om’ernbsp;de twee Conftantiaas, zyne zufter en dogter, in te laatennbsp;doopen. Naderhand werden de beide heilige Gondantiaasnbsp;lierwaards gebragt. De gemelde porfieren zark is even zonbsp;groot als die van de h, Helena, waarvan by S. Jan van La-teraan melding is gemaakt. De laatfte is gevonden in eennbsp;ronde tombe by de Fia Labicana, buiten de Porta Mag-giore. Nu fchryftAmmianusMarcellinus, datjuliaan de afvallige zyne gemaalin en zyne zuller in de voorftad der Portanbsp;Pia heeft doen begraven. Waarfchyniyk heeft dit gebouwnbsp;liaar tot een gedenkteken gediend, en is eerft iii ’t jaarnbsp;J25Ó. als Alexander IV. de lyken der heiligen onder hetnbsp;altaar plaatfen deed , in een kerk veranderd.

Deeze tempel of kerk is cirkelrond. Het gewelf ruft op vier en twintig granieten zuilen, waarvan altyj twee t’ zanten gekoppeld zyn. Zy ftaan zo ver van den rondennbsp;muur af, dat ’er een breede gang rondom blyft, waardoornbsp;men gaan konne. De nlifen in den ronden muur zyn zonbsp;aangelegd, dat zy by ’c inkomen der kerk allen juift tus-fchen elke opening der zuilen fchynen te komen, dog zonbsp;dia men in d« kerk is, vallen ze in ’i geheel niet op dit

tUS’

-ocr page 223-

door' I T a L I E N.

tujfchenwydtens. Van buiten is het gebouw zonder eenig ƒ. TFyi, fierand en (legt gebouwd, dog van binnen heeft het ten de Monti.nbsp;opxigte der hoogte en wydte een goede evenredigheid,nbsp;hoewel de zuilen tegen het gewelf wat klein fchynen. Hetnbsp;iti de nis tegen over den ingang Kaande porfieren graf isnbsp;7» voet lang, is even zo hoog. Het heefc geen deelen,nbsp;het dekftuk is met koppen en bloemkransfen verfierd.

’c algemeen heerfcht ’er een groote fraaak in, en hec ^lyft in aanzien der grootte en vorm het fchoonfie uit denbsp;Oudheid, fchoon de fieraaden nog wel gewevkc, nog metnbsp;i'ernufuit tgevoerd zyn.

Eene myl van hier ligt de Pontc Salaro, oudtyds/’ö«s Ponte Sa-Momenlanui genaamd, welke over den Teverone,of voor laro.

*yds den Anio , ligt. Deeze brug is beroemd door de Overwinning van Manlius Torquatus. Op eenigen afitandnbsp;Van dezelve is de Mon% Sater, die als een amphitheater Sa.-kan de rivier maakt, naar welken berg zig omtrent 493.«r.nbsp;laar voor Chriftus het volk van Romen begaf, en nietnbsp;border terug naarde ftad keerde, dan toen de Tribuni ple-his, tot groot leedwezen des Raads, waren aangefteld.

Aan geene zyde Ponte Salaro by Serpentara was het Sa-iurbanum Phaontis, welke Phaon een vrygelatene van ïk’ero was. Hier verloor die dwingland zyn leeven. Innbsp;^e nabuurfchap zyn nog overblyffels van Agrippa’s water-*®iding , en van gebouwen van de tyden des bekendennbsp;^eldoverftens Narfes. Eenigen zoeken hier, fchoon (legtsnbsp;losfe gisfingen (leunende, hst Nymphaim des Keizersnbsp;^'exander Severus. Dit was een aangcna;;me plaats, metnbsp;Bebouwen en fonteinen verfierd, waar bruiloften -en an-'^ete feftynen gehouden wierden.

DE

ni. Deel.

-ocr page 224-

GTo REIS-BOEK


DE TWEEDE WYK DER STAD ROMEN, RIONE Dl TREVL

11. TF-jk, De tweede Wyk van Romen ligt ten noorden van


di Tr


'¦evi.


Fontein quot;jan Trevi.


eerde, en wordt naar de Fontein van Trevi genoemd. begint daar de Corfo eindigt by de ilraat Riprefa de' Baf'nbsp;lari, loopt naar de Colonna Trajana, van daar naar Mondnbsp;Magnanopoli, door de Strada Papak naar de vier Fontei'nbsp;Men, verders naar Porta Pia en Salara, en van daar te rt'^nbsp;over de Plaats Barberini, by ’t Collegia Nazaren», voorbynbsp;Jrco di Carbogtiano, tot aan de Plaats Sciarra op ’tCorlb'

Het Acqiia Vergine geeft aan de Fontein di Trevi had water, ’t welk, van agt inylen van de Stad af, tusfcheiinbsp;Ti volt en Paleflrina derwaards geleid wordt. Agrippa llt;i‘nbsp;de waterleiding aan. Het water werd Jqua Firginis g®'nbsp;noemd, of van wegens deszelfs reinheid, of om dat eeUnbsp;meisje den foldaaten den oorfprong ’er van had aangevvS'nbsp;zen. Het komt by Mliiro torto, niet ver van Porta dt^nbsp;popolo in de Stad, en loopt tot onder den voet der kerUnbsp;Trinita di Monte. Hier verdeelt het zig in tweeën, hdnbsp;eene gedeelte gaat naar de Fontana di Trevi, en ’t andet®nbsp;door de Strada Condotti. Voorheen voorzag deeze wat^fnbsp;leiding den gantfehen oord van ’t Campus Martins iii^^nbsp;water, en ging tot in de nabutirfchap van ’t Seminaf'dnbsp;Romano, waar een groot waterhuis was. Daarvannbsp;men-, by de grondvefling der kerke van St. Ignaziö'nbsp;nog overblyffels, zuilen, en met marmer bekleedc w»'’'nbsp;den. (*)

P'

(•) Agrippa bragt dit gebonw als Acdeiis tot ftand. Hoe zeer zig de ftad Komen, uit hoofde van ’t gemak en de fieraad dienbsp;haat heeft toegebragt, verpligt gemaakt heeft, bijkt uit Piinius,


l. V


6-


-ocr page 225-

air

uooR ITALIË N.

De Fontana di Trevi heeft den naam van de drie wegen /ƒ_ j ^ of openingen, waardoor het water uitloopt. De waterlef (/r TVeu/.nbsp;dingen waren door de verwoedingen der Barbaaren geheelnbsp;onbruikbaar geworden, tot dat Sixtus IV. en Pius IV, zenbsp;ten nutte der Stad weder herftelden. Dog toen kwam hetnbsp;tt'ater maar uit drie eenvouwdige openingen, gelyk eennbsp;^sekjo op het veld. Clemens XII. nam het beflui: deezernbsp;I'onteine een pragtig aanzien te geeven, en deed, doornbsp;Nikolaas Salvi, het tegenwoordige fchoone gebouw, in ’cnbsp;jaar 1735., daartoe bouwen, Benedittus XIV. verbeterdenbsp;het,en onder Clemens XIII. kwam het in 1763. volkomennbsp;tn order. Het geheel bedaar uit drie deelen, en nid ppnbsp;®en fondament dat op rotfen daat. Van tusfehen deezenbsp;totfen, die door de natuur onregelmaatig op malkandernbsp;gefmeeten fchynen, komt het water in groote menigte metnbsp;veel geruifch te voorfchyn, en valt in de groote kom, dienbsp;met zwaare deenen en een leuning omvat is, en de geheelsnbsp;plaats byna beflaat. Het water verfrifcht de Ingt, en maaktnbsp;de plaats om de kom in den zomer lot een zeer aangenaa-ffie wandeling voor éS menfehen uit dat kwartier.

Het gebouw bedaat, gelyk gezegd is , ttic drie deeleii, waarvan het middelde vooruitfpringt,en de gedaante heefcnbsp;van een triomfboog met vier groore korinthifche zuilen.

De beide vleugels zyn maar met püaders van dezelve order 'voorzien, De middelde arcade heeft eene met vier kleinenbsp;'onifche zuilen verfierde nis , waarin IVeptuniis in eennbsp;hthelp daat , die van twee zeepaarden getrokken , eanbsp;^kn Tritons begeleid wordt. Pietro BraccL heeft dit beeldmerk volgens het model van Main! in marmer uitgevoerd.

De

'• c. IJ. zegt, dat hy in een jaar icj. fonteinen, 700, watet-

• nbsp;nbsp;nbsp;kommen, 130. waterhuizen aangelegd, en 30e. raatmeten of biou'

• nbsp;nbsp;nbsp;^en üaDtibcclden opgerigt heeft.

O »

-ocr page 226-

312

R E I S - B O E IC

ƒ/. nbsp;nbsp;nbsp;twee beeiden in, de zyJnisfen verbeelden de Gezont^'

di Trevi. hejti en de Vrugtbnarheid, en zyn van Filippo Valle; t^' gen elk over is een groot basreliëf. Op de vier hoofdzid*nbsp;len liaan vier beelden van nieuwe meeflers, die den ovef'nbsp;vloed der bloemen , de vrugtbaarheid der velden,nbsp;rylïdom des herffts, en de fchoonheid der weiden, vet'nbsp;beelden moeten. Boven de colonnade wordt het PausIykiJnbsp;wapen door twee Faamen gehouden.

De aanleg van ’t geheel en de bouwkonfl: verdient ge' prezen te worden. De rotfen zyn natuurlyk aangelegd»nbsp;en de fche'p heeft een aartige Helling, fchoon het onna'nbsp;tuurlyk is, dat Keptuun over de rotfen heen vaart.nbsp;kouftetraar had dat ligt verhelpen, en, in plaats van de nis»nbsp;Neptunus kunnen voorftellen, als komende op een dryvendenbsp;inosfel uit zyn grot of paleis.. Anderen kenners berispennbsp;’er aan, dat men zig te veel van ’t geen tot de natuUgt;'nbsp;eener fontein behoort verwyderd, cn op een w'ilden ruwennbsp;rots een zeer fierlyk korinihifch gebouw gezet heeft. D®nbsp;rots hadt het hoofdwerk moeten zyn, en maar een kleinnbsp;gebouw hebben, gelyk de kleine tempel te Tivoli op eennbsp;hoogen rots Haat; bier integendeel veiiielt zig de rots tC'nbsp;gen de grootte van ’t gebouw. Het middeltiuk des ge'nbsp;bouws fchynt final, wyl de vleugels vlak, en zonder rif*'nbsp;Jiets gebouwd zyn. De fieraaden aan de venfiers van deezenbsp;vleugels vallen wat in ’t lompe. Wat, eindelyk, de beeliJ'nbsp;houwery aan de (iatues betreft, men zoekt’er den edelennbsp;ftyl der ouden vergeefs; en het is altyd jammer , datnbsp;fchoonheid dor beelden aan de pragt van ’t gebouw nie^nbsp;evenaart.

By ’t Collegio Navareno op de plrats in een huis zie^ men een hoofdgefiel uit de aarde kyken, welks opfchrif''nbsp;zegt,dat Keizer Claudius deoze waterleidingherfteldlieeH'nbsp;Aan de twee einden komen twee kapiteelcn van dorifth*

ordef

-ocr page 227-

'213

door. ITALIË N.

order voor, tusfchen de welken men vermoedelyk onder ƒ/, een arcade doorging, die nu geheel ingeflort is. DsdiTrevi,nbsp;architektuur van dit overblyffel is edel.

'fquot;l

By de Plaats der Fontein di Trevi legt de met een prag- S. Fincen-tige voorzyde voorziene Kerk di S. P'incenzo ed Anaflafio ,^o ed Anasgt;-die de by de Fcanfchen zo bekende Kardinaal Mazarin, door ï^anin Lunghi, heeft doen bouwen, om dat hy den Kar-dinaalstietel van deeze kerk voerde. De voorzyde is vannbsp;een byzonderen finaak, met koiinthifche en dorifche zuilennbsp;boven malkander. In de kerk is voor de kond niets by-zonders te zien. Uit het opfchrift boven een huis nietnbsp;''^er van hier blykt, dat Sixtus V. daar in ’t jaar 1586. denbsp;®etfte lakenfabriek aangelegd heeft.

Het Paleis Cavalieri is van de architektuur van Borro- Pakh Ca-mini. In plaats van een trap gaat een fchuinfche vlakte van onder tot boven van het geboiiiv. Dit voorbeeld zynnbsp;«enige bouwmeeflers gevolgd, gelyk men in ’t Paleis Barberini en anderen ziet.

Benige oudheidkeoders beweeren , dat de tegenwoordi-ge Fiila Medicis op de tuinen van Lucnllus Haat, Dog LucuUus, het is waarfchynlyker, dat zy agter do Fontein di Trevi ennbsp;£. Jofeph en Andrea delle Pratte gelegen hebben. Ondernbsp;deeze tuinen begon de waterleiding van ’t Aqua Virginis,

^velke Agrippa ten dienlle zyner baden en tuinen deed ^anleggen.

T. Giovanni of het kleine Kollegie der Maronieten. j Ciavan-^aronieten voeren den naam van hunnen fligter, öm h. ni de'Ma-^bt Joannes Marone. Hier worden vyftien jonge Maro-'''’quot;'^*. ®'eten in ’t Roomfch Geloof onderwezen, oin het nader-^3nd op en omllteeks den berg Libanon voortteplantcn.

roeren deeze kerk alleen daarom aan, om dat men '^sat op zekere lyden de mis volgens Syrifche gebruikennbsp;zien kezen.

O 3 nbsp;nbsp;nbsp;Ce

-ocr page 228-

*14 R E I S - B O E K

11 nbsp;nbsp;nbsp;Concezione behoort den Kapycyners, 6®

di Trevi. heeft wel een liegt uiteriyk voorkomen , dog des te fraayet S. Conce fchilderyen. De Kardinaal Francisciis Barberini, een broe-iione, der van Paus Urbaan VIII. diepen Kapucyn geweeft is»nbsp;heeft deeze kerk gefligt. Onder het hoofdaltaar, dat metnbsp;kollbaar marmer, en een fchoon tabernakel van fyne flee-nen praalt, rullen de beenderen van den h. Jullinus, di®nbsp;een filofoof en martelaar geweell is, en in de fchildery vaitnbsp;’t altaar heeft Lanfranco de Ontvangenis van Maria vel'nbsp;beeld. Het is jammer, dat de kerk geen beter ligt heeft gt;nbsp;zo dat de fchilderyen, vooral by duitler weder, niet welnbsp;in ’t oog vallen. In de eerlle kapel ter regterhand is d®nbsp;vermaarde AarJsengel Michaè'1 van Guido Reni. f1) AU'nbsp;dries Sacchi heeft den h. Antonius eenen dooden opwekkende, en Muziano den h, Franciscus in de andere kapelnbsp;gefchilderd. De h. Franciscus met eenen engel, die aaönbsp;den wand hangt, is van Domenichino, en door hem detnbsp;kerke gefchonken. Op ’t koor ziet men den h. Franciscusnbsp;van Caravaggio, een paar kleine linkjes van Maria en Jo-fef van ïitiaan, en ’t hoofd van den h. Mattheus doofnbsp;Guido.

Aan de andere zyde des hoofdaltaars komt men eerll aaO het van Camillo Rufeoni (2} gemaakte praalgraf van PrinSnbsp;Alexander, een zoon des Konings van Polen, Jan Sobies'nbsp;ky, die in ’t jaar 1714. te Romen overleed. Daarop zietnbsp;'nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;men in de eerlle kapel Maria met het kind en den h. Bo'

naventura van Andries Sacchi, in de andere de geboort1 van Chridus door Lanfranco, en in de laatde den h. Pait'nbsp;lus door Pieter van Cortona. Boven de kerkdeur hang^nbsp;het karton van Giotto , dat tot model diende voor d®

vet'

1

Frcy heeft het raecfteilyk in koper gebragt.

2

J2) Ruscotii ligt hier ock in de kapel van S. Antoni begtavef1

-ocr page 229-

DOOR I T A L I E N.

vermaarde mozaïek der Navicella in ’t voorportaal der Pie-terskerk. Midden in de kerk ziet men het graf van gemel frevi, ’ den Kardinaal Barberini, die zig zelven dit korte graffchtiftnbsp;gemaakt heeft.

Hic jacet pulvis, cinis, nihil 1624..

De Filla Ludoviji of Buoncompagni, die thans den Prinfe Van Piombino toebehoort, ligt tiisfchen de Porta Pinciana^o^;;^,nbsp;en Salara, en loopt langs de ftadsminiren. De Kardinaalnbsp;Lodewyk Ludovifi deed het huis volgens het bellek vannbsp;Ilomenichino bouwen, en maakte ze tot cene derfchponftenbsp;Vüle van Romen. Het huis is van buiten met basreliëfsnbsp;En ftatues verfierd, en in de kamers zyn nog veel fchoon-der (lukken, waarvan wy maar de merkvvaardigflen zuilennbsp;aanhaaien.

In de tweede zaal van ’c hoofdgebouw ziet men den ruftenden Mars. Hy zit,zet den flinker voet op een helm,nbsp;houdt in de eeiie hand zyn zwaard , en met de anderenbsp;de flinker knie. By den regeer voet ftaat een minnegodtje.nbsp;Bernini heeft den kop van den laatften, en «an Mars dennbsp;neus en den regter voet vernieuwd. De ftelling deezesnbsp;beelds is treflyk, en het karakter wel uitgedrukt, dog hetnbsp;wykt af van de zuivere tekening, die men anders in denbsp;antieken met verwondering befchouwt. De armen zyn nietnbsp;Wel met de fchouders verbonden. De kop is fchoon ennbsp;^an een nrannelyk karakter, de minnegod integendeel isnbsp;flegt. Een vrouwlyk beeld, dat zig baadt, uit de Floren»nbsp;tynfche fcbool. Zy zet den voet op een klein altaar, ennbsp;‘droogt zig den boezem af. De vinding is aartig, dog denbsp;^yl ftyf, en de handen vooral zyn middelmaatig uitgevallen. In de derde kamer ziet men een vrouw, meer dannbsp;leevensgrootte, wel gekleed; het hoofd, de armen, denbsp;O 4nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;handen,

-ocr page 230-

aiö

11. Wyk ,lianden, en het lyf zyn nieuw, en flegt herfteld. Bovea ii Trevi. (Jjt beeld is een fchoon basreliëf van rood Egiptifch marmer, verbeeldende een Bacchuskop in ’t profiel, wien*nbsp;oogen en mond doorboord zyn , waaruit men gid, dat hetnbsp;tot het geeven van godfpraaken is gebruikt.

Groep van In de vierde kamer Haat de vermaarde groep van Papi-fapirius. nbsp;nbsp;nbsp;welke eenigen voor Fauftina met den Gladiator hou

den. Men meent hier Papirius verbeeld te zien, zyner moeder de geheimen van den Raad ontdekkende. Men leeftnbsp;’er den naam op van den Grieklchen konilenaar Menelaus,nbsp;een zoon van Stephanas. Men bemerkt in het aangezigtnbsp;der moeder nieuwsgierigheid, ongeduld en opmerkzaamheid , en in dat van den jongeling een argiittige houding , als verheugde hy zig , dat hy zyne moeder bedroog. Hy wordt verbeeld op dat oogenblik toen hynbsp;aan zyn moeder zegt, dat ’er bedoten was, dat in ’t toekomende elke vrouw twee mannen hebben zou. Beidenbsp;beelden liaan regt op, en hebben zeer natuurlykeftellin-

gen

(•) Zo oord^U ook Dus Bos inde Rejlexïons fnr ta Pf/'»f*r«Tom# I. p.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;hebben den gewoonen naam deezer groep behou

den. cm dat hy in alle boeken en planten voorkomt. De Icherpzin-nige Winkelman heefe een inval, die niet minder waaifchynlykheids heefc. \Vy iaaten het den licfhcbbeten over, het origineel met beidenbsp;de meeningen te vergciykcn, en (e oordeclcn. Zie biet Wir.kelmansnbsp;woorden, uit de Voorreden van zyne Hiftorie der Kontt.bl. 12. vannbsp;het Hoog Duitlch. Even zo ongegrond is de van allen zonder ge-noegzaamc opmeikzaamheid aangenomen benaaming van Papitiutnbsp;en zyn moeder. Du Bos vindt in aangezigt van den jongennbsp;knaap een atglift'gen lach, waarvan inderdaad geen Ipoor is. Deezenbsp;groep verbeeldt veel meet Pbsdraen Hippo'ytus;hct beeld des laatftennbsp;toont in zyn aangezigt omlleltenis, van wege de liefdeverklaatingnbsp;zyner moeder. De {lukken der Gtiekiche meefters, gelyk Menelausnbsp;de maakcr van dit ftuk is, Waren uit hun eigen fabel, en helden?nbsp;biftptie genomeD.

-ocr page 231-

ai7

ïJooR ITALIË N.

gen en draperyen. De karakters in de koppen zyn fchoon, ƒ/. en de hairen wel uitgevoerd. In beiden bemerkt men etndi Trevi.nbsp;goede tekening. Dog fommigen vinden in Papirins geennbsp;jeugdige trekken genoeg. De arm van Papirins, en dienbsp;der moeder, waarmede zy hem vafthondc, zyn nieuw, ennbsp;niet gelukkig gellaagd.

Een andere,niet min vermaarde groep,is die van v^tmP^eius en en Arria. (*) P^tus houdt zyne door de wonde vallendenbsp;huisvrouw met eene hand, en ftoot zig met de anderenbsp;den dolk in de bord. De zamen Helling verdient goedkeuring. Ptetus is in een houding die de aanfpanning dernbsp;Ipieren wel vertoont. In Arria ziet men een leeven-loos lichaam. Het karakter in de tekening is manlyk,nbsp;de uitdrukking fchoon en natuurlyk. In Ptstus mocH zynbsp;wat edeler, het lyf niet zo kort, en de knie niet zo diknbsp;wezen. De vier armen zyn zeer wel nieuw aangemaakt.

Pluto, Poferpina fchaakende, een van Bernini gemaakte groep, met gedwongen flellingeu. Pluto heeft nog eennbsp;edel karakter, nog een rigtige Helling, en aan Proferpinanbsp;zyn dezelve gebreken.

In een klein gebouw, liggende omtrent in ’t midden des De Aurom tuins, heeft Guercino aan de zoldering zyne vermaarde^'’” Gaer-Aurora op natten kalk gefchilderd. Zy flrooit bloemen, en“”‘''

wordt

{•) Partus was in een zamenzwecring tegen Keizer Clandius ingewikkeld geweeft. Ten einde 's Keizers wraak te omgaan toonde hem Ariia, zyn huisvrouw , hoe hy fterven moeft. Zy üUt zignbsp;Zelve den dolk ecrft in de borft, en gaf daarop dien haaren man,nbsp;leggende, Vaettii het duet ^eeti zeer. De gefchiedenis is uit Martialisnbsp;en den jongen Püti'us hekend. Anderen mcenen, dat de groep Ful-vius, een vertrouweling van Auguftus, voorftelr, die zig, uit oot-laake van een door zyne vrouw ontdekt geheim, met den zelvennbsp;dolk, met den welken zy zig het eerft bad omgebragt, doorfteekt,

O 5

-ocr page 232-

Êi8

II. IFyi nbsp;nbsp;nbsp;ifabelkleurige paarden getrokken. Twe®

jfï Trevi. kleine mingodtjes houden een krans en een korf. Voor uit gaan geperfonifieerde ftarren en de daauw. De oudsnbsp;Titon, wiens mantel een mingodtje opneemt, volgt. Zonbsp;men al met Cochin (*) dit Huk niet voor een der bellenbsp;freskoos houden wil, is het ten minden zeker, dat hetnbsp;een meelterftuk is,en der boven by het Paleis Rospigliofinbsp;gemelde Aurora van Guido niet wykt. Het koloriet isnbsp;leevendig,en de zamenllellinggrootfch uitgevonden. Titonnbsp;is geen mooi oud man, gelyk de minnaar van Aurora behoorde te zyn, maar ziet ’er uit als een bedelaar. Ooknbsp;is de Aurora zelve niet bevallig genoeg.

Aan de eene zyde is de aanbreekende dag, onder de gedaante van een gevleugeld menfch verbeeld, die in denbsp;eene hand een fakkel, en in de andere bloemen heeft. Hynbsp;is wel getekend en gekleurd, inzonderheid zyn de vleugels wel uitgevallen, die volmaakt naar vederen gelyken.nbsp;Tegen over is de Nagt, als een vrouw verbeeld, welkenbsp;onder ’t leezen is in flaap gevallen. Nevens haar ziet mennbsp;twee Animerende kinderen, een vliegende vledermuis, ennbsp;een uil in een hol. Het geheele ftuk is fchoon, maar innbsp;een laagen fmaak uitgedrukt. liet ligt eener lampe op hetnbsp;eene kind vallende is natuurlyk, dog by de vrouw zietnbsp;het ’er uit als het gemeene dagligt. Op de eerde verdieping heeft dezelve Guercino eene Faam, op de trompetnbsp;blaazende, en een olyftak in de hand draagende, voorge-fleld. Het beeld is treflyk, en verdient boven de Auroranbsp;gedeld te worden. Het is los getekend, en de kleeding isnbsp;wel gefchikt naar het vliegen. Boven den ingang vannbsp;dit gebouw fiaat een bull met dit eenigfms duiftere distichon :

Illius

{•) Tom, 2. p, jjp. waar hy van Plailancc handelt.

-ocr page 233-

219

11. bTyk , di' Trevf.

DOOR ITALIË N.

Illiui egregios miratur Gracia campos, nobis minor eft, fed bene cultus ager.

Onder de andere treflyke antieke llatues en merkwaardigheden rekent men eene zittenderaadsheerlyke datue, (*) een Apol, een Aesculapius, het hoofd van Claudius innbsp;brons, een hurt van Pyrrhus, vier treflyke porfieren zuilen, Mars met Cupido, een fchermer, (?*) een basreliëfnbsp;met Olympias, moeder van Alexander den Grooten; Sextusnbsp;Marius ^ Heraclitus en Democritus; een fchoon ftandbeeldnbsp;van Marcus Aurelius, een ftandbeeld van porfier met eennbsp;bronzen kop, een paar Apollen, een Antoninus enz.

De tuin van Ludoyifi heeft meer dan een Italiaanfche myl in den otntrek, en wordt voor eenen der fchoonftennbsp;van Romen gehouden, De beroemde aanlegger van zonbsp;veele Franfche tuinen, Le Nótre, heeft in de voorgaandenbsp;eeuw ’er het plan van gemaakt. Men treft ’er een doolhof, verfcheiden kommen, fonteinen , groote laanen , ennbsp;een menigte antieke ftatuen aan. De gezigten en kruis'nbsp;laanen zyn aangenaam en verfcheiden , zonder dat ’ernbsp;een regelmaatig bellek in heerfcht. Ten einde der eenenbsp;laan llaat een oud graf, tusfehen vier groote cypresfen ennbsp;vier dorifche zuilen; daaragter ligt de half vervallen ftads-muur. Onder den graffteen ftaat een middelmaatige fater,

die

(•) Op een flip van het kleed fiaat de naam des konftenaars, 2.cno, den zoon van Altis, van Aphrodifimn , het welk Winkelmannbsp;het ceift ontdekt heeft. Hift. der Konft bl. 400. H D De naainennbsp;det konftenaais moet men dikwyls op de klecdcron zoeken, wyl hetnbsp;de gewoonte was ze daar op te zetten.

De vermaalde ftetvende Schermer, vvien de oude reisbelchry vers gedenken, is lang veikoft. en thans een der vootiiaamftc fiernbsp;laaden van de Pauslyke vetzameling ia ’t Kapitool.


-ocr page 234-

II. If'yk, nbsp;nbsp;nbsp;Miehaé’1 Angelo gehouden wordt*

éi Trevi. Dit alles t’zamen genomen maakt een poëiifch en fchiideCquot; agtig aanzien.

By den ingang der Villa flaac een reusagtige kop van Juno,die,in aanzien van de edele uitdrukking derbevallig-heid en des goeden (maaks,eeii der befte kopp-n oer Oudheid is. Onder de oveiige ftaedbeelden des ruins zyn eennbsp;paar gevangen barbaarfdie koningen , een facet mei eennbsp;faam, TSevo. Leda, een facer, die op een urne leunt,nbsp;enz. aanmerkingwaardig. Voorbeen was hier ook de 28.nbsp;voeten hooge obelisk, welken Clemens XII. op de Piaacsnbsp;by ’t Lateraan brengen liet, en die nog onopgerigt is bly-ven liggen, gelyk wy by die kerk hebben aangetekend.nbsp;Tuinen van De Plaats of’t Forum van Salluftius lag omtrent de kerknbsp;Sallufiius. Maria della Fittoria. Zyn huis ftond hier , waaraan de oudtyds zo beroemde tuinen paalden, die hy vannbsp;’t geld aanlag ’c welk hy als Prtefeélus in Afrika gewonnen had. Deeze tuinen lagen toen ter tyd buiten de ftad,nbsp;ten deele boven de kerk della Vittoria en S. Sufanna,nbsp;ten deele by de Porta Salara tot aan den Circus van Flora.nbsp;Men fleldeze onder de vermaaklykheden der ftad, en denbsp;Keizers gingen ’er dikwyls wandelen. Aurelius gevielennbsp;zy zo zeer, dat hy ’er een lange gallery liet maaken omnbsp;’er te paard te ryden, waarvan men nog de blyken beneden de kerk della Vittoria aantreft. Vermoedelyk werdnbsp;dit oord by ’t uitleggen der ftadsmuuren in de ftad getrokken. Deezen te gelyk met de tuinen van Lucullus gavennbsp;den heuvel den naam van Collis Horlularum, nu Monltnbsp;Pincio genaamd, naar zekeren Raadsheer Pincim, die hiernbsp;eertyds woonde.

Wy keeren van de Villa Ludovifi naar de KartHuizers terug, om het in de voorige wyk nog niet befchreven ftuknbsp;van de ftraat, die van de vier fonteinen naar de Porta Pia

gaat

-ocr page 235-

221

door ITALIË N.

gaat, te befchouwcn. Dit, thans zo woeft en onbewoond jj gedeelte der ftad, was eertyds (lerk bevolkt. Men vindt^t 2Veot.nbsp;’er wel geen fpoor meer van, dog als men diep graaft ontmoet men overal oudheden. De Meer La Lande beeftnbsp;eenen Prelaat gekend, die op een hem toebehoorend ftuknbsp;fronds voor de Porta Salara weeklyks eenige aibeiJers onderhield , die elk een fcudo wonnen. De kotten werdennbsp;Van de opgegraven ticchels en-andere fteenen goed gemaakt. Da munten, ftatues, opfcbriften, en andere merkwaardigheden had hy voor niets.

. La Viitoria , of Madonna ddla Fittoria, een kleinei'. Maria dog fchoone Karmelieter kerk, wierd in 16115. gebouwd.'/^/'''»

.Zy wordt zo geheten naar een Marienb.eeld, op het Strakonits inBohemengevonden,’t weikaanhetKeizerlykenbsp;heir de overwinning op den Wittenberg by Praag, in ’tjaarnbsp;1621., zou aangebragt hebben. Om die reden heeft het, .nbsp;Öoftenrykfche huis zigby veele gelegenheden, onder anderen ook by zyne overwinningen op de Turken behaald, deezernbsp;, i^Iaria zeer milddaadig betoond. Men ziet de gedagtenis hiernbsp;Van ten deele op de muuren der kerke. Hier worden tweenbsp;groote feefldagen gehouden, een wegens het ontzet dernbsp;ftad Wenen in ’t jaar 1683. en de andere wegens den zegen op de Turken by Lepanto in ’t jaar 1571. behaald.

De kerk is van Macierno , en de voorzyde van Jan Baptiit Soria. Toen de gronddag van ’t portaal gelegdnbsp;Zou worden, vond men den fchoonen Hermafrodiet vannbsp;de Villa Borghefe. De toenmalige Kardinaal Scipio koftnbsp;hem, daarvoor op zig neemendehetbetaalen van alle de kosten van ’t bouwen der voorzyde. Het binnende der kerknbsp;is van Bernini. Zy beftaat uit een foort van korinthifchenbsp;Order. Waar men het oog heen wende, ziet men nietsnbsp;dan vcrguldfel en marmer. Dog de fieraaden zyn te veelnbsp;op malkanderen geftapeld en buitenfpoorig. Onder de

veeler-

-ocr page 236-

222

II. ^ijveelerlei foorten van marmer is het Siciliaanfche alabaftef di Trevi. byzonder fchoon.

In de andere kapel ter regterhand is de h. Fran-ciscus , het kind Jefus uit de handen van Maria ont? vangende, van het penfeel van Doraenichino. De Marianbsp;heeft niets edels , het kind ziet ’ér grynig uit, dog denbsp;Pranciscus is fchoon. In de andere Hukken van deezennbsp;meeftet vindt men ook betere gloriën. In de negendenbsp;kapel ter flinkerhand is de Drieëenheid afgebeeld doornbsp;Guercino, een weinig interesfant (luk; de engelen zyn tenbsp;veel in de fyrametrie gefield, en het beeld van Chridus isnbsp;ftyf, fchoon ’er anders veel goeds in is. Een klein, kvva-lyk geplaatft (tuk van Guido, verbeeldt Chrillus, aan ’tnbsp;kruis met Maria en Joannes.

Beeld der deeze kerk is een vermaard beeld van de h. Therefia, h.Therefia.Azi van veelen voor een meefterfluk van de kon 11 en Bernini'wordt aangezien. De oordeeleh zyn verfchillend.nbsp;Winkelman, 'de fyne kenner van ’t fchoone, ‘verwerp: hétnbsp;geheei en al, uit hoofde'dér uitdrukking. De'Abt Richardnbsp;geraakt over deeze in verrukking flaande heilige zelf bynanbsp;in verrukking, en ziet de zoetde werking der reine god-delyke liefde, en veel andere dingen in haar aangezigt.nbsp;Hy neemt het zeer kwalyk,dat Grosley ze eene ConvulpO'nbsp;naire (*) noemt. Beiden gaan te verre ; zo egter eeilnbsp;vavi (hui gelyk heeft, is het Grosley, fchoon hy andersnbsp;juiil niet te keurig over de konfl oordeelt. Bernini heeftnbsp;de verrukkingen der liefde Gods willen voorftellen, dognbsp;' een perfoon afgebeeld geheel dronken van zinlykenwelluft.

Een

(•) Grosley voegt ’er by, eene Convulfionaire van de agttiends eeuw , en doelt op de onzinnige bedryven der ConvulüonaireS»nbsp;welken voor cenigs jaaien te Parys zo veel beweeging gemaalnbsp;hebben.

-ocr page 237-

'223

nooR ITALIË N.

Een engel, gelykende naar een kleinen Cupido, houdt in //, de eene hand een pyl, en fchynt al glimlacchende met de di Trevi^nbsp;andere haaren boezem te willen ontblooten. Hy heeft denbsp;miene van een prypoftigen petit maJtre, en zy gelykt eenenbsp;¦vuuriglyk verliefde juffer. Als men haar in de gedagte denbsp;hleederen ontneemt, zo is het eene Mesfalina, Onder-tiisfchen zyn de hoofden der beide beelden met grooienbsp;vlyc bewerkt, en draagen blyken van geen gemeen meester te komen. De kleederen der heilige hebben te veelnbsp;plooyen, die ook wel vallen.

In de derde kapelle ter flinkerhand heeft Guercino de biddende h. Lucrezia en Gcrtrttdis afgebeeld. In de eerdenbsp;is de uitdrukking gemeen, dog by de laatfle de aandagtnbsp;onder ’c leezen wel getroffen. Het fluk heeft in ’t alge*nbsp;meen een kvagtig koloriet, dog de agtergrond is wat tenbsp;hard.

Eenige fchreeden van deeze kerk ligt eene andere, den S. Sufan-Bernhardynen behoorende , naamlyk d”. Sufanna. Hier'''''** Woonde eertyds de h. Gabinins, vader van de h. Sufanna.

Zyn broeder,de h. Paus Gajus,veranderde het huis, reeds in ’t jaar 290., in eene kerk. De Kardinaal Ruftici, deednbsp;in ’t jaar 1600. de fchoone voorzyde, die voor de archi-tektuur onder de betleii van Romen behoort, door Ma-derno, van travertynfteen opbouwen, het gewelf met ver-guldfel , en de wanden met fchilderyen van Baldasfaronbsp;Croce opberen. Het portaal heeft beneden korinthifcfaenbsp;en boven roomfche zuilen, en eindigt in een grooten fpit-fen gevel. De beide t’zamenloopende zyden van den ge-'Vel zyn met een leuning voorzien, k welk zeer kwalyknbsp;ftaac. De benedentle order is wel verdeeld; aan de bo-Ventte had het uictlek, dat het hoofdgettel breekt, moetennbsp;wegblyven. De hoofddeur is te groot,en heeft teveelver-deelingen. Het veafter boven dezelve fpringt met de lyft te

veel

-ocr page 238-

224

REISBOEK

n. nbsp;nbsp;nbsp;vooruit , daar de hovende order alleen uit vlakk®

sA' Trevi. piladers bedaat. In de kerk is, buiten vier groote beel' den van bafalt, en de koordoelen , welken voor de bes1 2nbsp;ten van Romen gehouden worden, niet veel byzondersnbsp;in aanzien der kond te vinden.

Tin zza De Piazza Barberini ? anders ook Grimana genaamd, Barberini.^^Qxtii tegen het ï’aleis Barberini aan, en is, vvyl zy watnbsp;afgelegen is, met degte huizen bezet. Haar grootde fie-raad komt van twee fraaye fonteinen. In ’t midden daatnbsp;die van Triton, volgens Bernini’s ordonnantie. Vier dol-fynen draagen een fchelp met eenen Triton, die water uitnbsp;zynen hoorn giet. Dog ’er komt te veel waters uit, omnbsp;aan ’t oogmerk van Bernini te beantwoorden. De anderenbsp;fontein is ook van deezen meeder. Zy daat in een hoeknbsp;tegen het Paleis Barberini, en verbeeldt een fchelp, opnbsp;welker rand drie byen zitten, (1) die water uitgeeven.nbsp;De vin.ding is eenvouwdig, dog het geheel doet goedenbsp;werking.

Patch nbsp;nbsp;nbsp;Pauslyke Paleis is dat van 'Barberini, of van den

Boi'berini.Vnns van Paledrina, een der grootden, en verdient, uit hoofde van zyne merkwaardigheden, eene der eerde plaat-fen. (1?) Het bedaat nevens den tuin een ruimte vannbsp;eenige honderd fchreeden in ’t vierkant. Het heeft federtnbsp;den tyd van Urbaan VIII. die uit deezen huize was, dezelve gedaante als het tegenwoordig heeft behouden, welke het aan Bernini fchuldig is. De hoofddeur komt uitnbsp;op de van Sixtus V. aangelegde Strada Felice. By den

ingang

1

De familie van Barberini voert drie byen in haar wapen.

2

Eenigen beweeten, dat het .(ooo. vertrekken bevat. In 1 jaat 1641. is reeds een befchryving met plaaten in folio te Romennbsp;uiigekomen, die met winderige loftuitingen is opgevuld. De titelnbsp;is, Aeits quot;Eaibtrin» a Camitt Hierttrtmt Tetio dtpripn.

-ocr page 239-

DOOR ITALIË N.

ingang ziet men een obelisk met bieroglyphifche figuuren, II. 0^yk, die voorheen by ’t Amphitheatrum Caftienfe, niet ver vvcadiTrevi,

S. Croce ftond. Ily werd in de ruinen gevonden, en her-'Vaards gebragt, dog ligt nog ter aarde op de plaats in ’t i’aleis. Voorwaards beilaat het Paleis uit twee vleugelen ,nbsp;een middelgebouw met drie ryen arcades boven inal-^^nder, die met dorifche en ionifche zuilen, en met ko*

^'nthifehe pilafters voorzien zyn. De archiiektuur wil niet ''eel zeggen. In de hoeken der arcades zyn kleine driehoekjes met byen verfierd; deeze en diergelyke OerSadennbsp;beklappen een verkeerden fmaak. Het befte in opzigt dernbsp;bouwkonft is het gezigt door een ry van allengskens en-ëer wordende boogen, welken in den tuin met een fonteinnbsp;een ftandbeeld van Apollo eindigen; De architekt hadnbsp;de moeite kunnen fpaaren van de boogen, om het per-fpektief te krygen, al enger te maaken, de agterften zoudennbsp;yg, volgens de gezigtkunde, dog altyd enger vertoonen.

Ilier doet zyn inval een kwaade uitwerking. De hoofdtrappen zyn wel geordonneerd. (•)

De vermaarde zaal van Pieter van Cortona op natten 2iaat litth kalk behoort, zo wel wegens de uitvoering als de \m. Pieter vannbsp;ding, onder de grootfte frescofchllderyen. (**) Zynbsp;Vierf den meefter den naam van den eerften fchilder zynsnbsp;tyds te zyn. Men ziet hier den triomf des lloems, ondernbsp;eigenfchappen van ’t Barberynfche Huis, en de heldhaftige

(*) Zulken, die deli ftaat dcezcr familie wel willen weeten, hou* ftaande, dat in deeze eeuw veele koftbaatheden uit dit Paleisnbsp;geld gemaakt zyn, cn dat op veele plaatfcii een goede kopy innbsp;, van het in ’t geheim veikofte origineel hangt. Ook fchynt hetnbsp;II' k algemeen, dat de fchildetyen niet Zorgvuldig genoeg ondethou*

'n Worden,

. (’*) Cornelius Bloemart heeft ze zeer fraai op 9 bladen in folio r» plaat gebtagt.

ÜI. Deel. nbsp;nbsp;nbsp;P

-ocr page 240-

B26

II Tf'^k haftige deugden van Urbaan VIII, allegoriefdi verbeel^^' di Trevi, De Roem is met vier deugden en allegoriefche beeldt”nbsp;omgeeven, daaromheen ziet men fchoone verfierfels.nbsp;geedelyke Magt fluit den tempel der vrede, verjaagd d®nbsp;Eumenides, en beveelt de Cyclopes wapenen ter befch^f'nbsp;ming van den Kerkelyken Staat te fmeeden. Dit alles zilt;''nbsp;fpeclt op de regeering van Urbaan VIII. die omtrent h^'nbsp;jaar 1630. den zetel bekleedde, De zoldering is alsnbsp;vyf vakken verdeeld, ’t welk even zo veel hoofdfchüd^'nbsp;ryen maakt. Het middelde is zeer groot en lang. IP*nbsp;Barberynfche wapen wordt door de deugden in tege”'nbsp;woordigheid der Voorzienigheid, des Tyds, der Schild'nbsp;godinnen, en der Eeuwigheid, die met darren gekrooH*®nbsp;is, in den hemel gebragt. Met eerde fluk ter zyde ve^'nbsp;beeldt Minerva, den donder op de Titans doende valle®'nbsp;In het andere daan de Godsdieiid en het Geloof in ’t mid'nbsp;den, de Welluft op de eene, een Silenus op de audet®nbsp;zyde, In het derde doodr Hercules de Harpyen; de G^'nbsp;regtigheid en Overvloed zweeven in de wolken, en bene'nbsp;den ziet men de tedere liefde. In het vierde vertoontnbsp;*an den eenen kant de werkplaats van Vulkaan, aan dequot;nbsp;anderen de Vrede, die den tempel des Oorlogs wil toefli'*'nbsp;ten , Mars ligt geboeid , en de Faam verkondigt den vred^'nbsp;De twee vrouwen in ’t midden verbeelden de Kerk en dquot;nbsp;Wysheid. Pieter van Cortona heeft in deeze uitvoquot;'nbsp;rige zamcnflelling zyn ieevendig en digterlyk vernuft gquot;”nbsp;toond. Daar hecrfcht over ’t geheel iets treflyks, en ‘nbsp;koloriet is Ieevendig en kragtig. De tekening fchynt n'quot;'nbsp;altyd wel in agt genomen te zyn, beter nogthans als’*’nbsp;eenig ander van de Hukken van deezen meeder, De iquot;'”nbsp;drukking in de koppen is edel, natuurlyk, en in fomtoi^^nbsp;vrouwlyke beelden zeer bekoorlyk. De Hukadoorfieraadquot;quot;nbsp;fchikken zig wel voor het fchilderwerk.

Iii

-ocr page 241-

G2?

nooil ITALIË N.

In deeze zaal hangt een fchoone kopy van het voor- ƒƒ. ^4* haamlle ftuk uit Romen , naamlyk de verheerlyking van di Trevt.nbsp;ïlaphaël. Rg meePer was Carlo Neapolitano. Zy isnbsp;Zwart, dog anders getrouw, en wel uitgevoerd. Mennbsp;Vertelt, dat ’er de Koning van Frankryk veel gelds voornbsp;geboden heeft; dog dit wordt gemeenlyk onder ’t gemeennbsp;Verhaald,als men een zaak hoog verheffen wil.

De daarop volgende kamer praalt met twee vermaarde borftbeelden van Marius en Sylla, een fchoonen kop vannbsp;Jupiter, en drie van de grootPe fchilderffukken van Romen. Twee zyn ’er van Romanelli, Ariadne en Bacchiisjnbsp;en een godenfeell; het derde is een kopy gemaakt doornbsp;Carlo Neapolitano , van den flag van Konftantyn tegcrtnbsp;Maxentius door Julius Romanus in ’t Vatikaan. Een fiaa-pende Sater van een nieuwer hand, en twee Pukken vannbsp;Guercino.

In het eerffe vertrek ter regterhand zyri twee borftbeelden van giallo antico, een zeer hoog gefchatte kop van Alexander den Grooten, en een andere van Koning Aiitiinbsp;gonus. In het tweede, de kop van Iladriaan en van Sep-timius Severus in brons, en ’t portrait van Urbaan VIU.nbsp;door Andreas Sacchi. In bet derde een jaagende Diana,nbsp;ivelker lyf van Oofterfch agaat is. Een klein ftandbeeldnbsp;van de Efefifche Diana, en een Marienbeeld van Ticiaan.

In ’t vertrek aan den tuinkant zyn de volgende dingen te zien. De h. Sebaftiaan van Lanfranco, Loth met zynnbsp;dogters van Andries Sacchi, een offerande van Pieter vannbsp;Cortona, twee Apoftelen van Karei Maratti, eeiie Marianbsp;Van Pieter Perugino. In de volgende kamer een fchoonnbsp;ftuk van Sacchi, verbeeldende Noach in den wyngaard,

Een kop van Julins Ctefer, in zogenaamd nbsp;nbsp;nbsp;Égizzta-

gt; Scipio Africanus in giallo antico. Een porfieren borft-beeld van Urbaan Vlil. met een bronzen hoofd j volgens P 2nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Ber-

-ocr page 242-

aaS

II. Ifyk, Bernini’s tekening, eene Ilero^ias van Titiaan. In ’t diTrevi, fle vertrek vertoont zig een fchoone fontein van brons»nbsp;verfierd met eene'Venus en dolfynen. Verders, de antiekenbsp;borftbeelden van Nero , Septimiiis Severus , Caligula »nbsp;Alexander Severus, enz. en gene jaageres. In een vaonbsp;deeze vertrekken heeft Audi les Sacchi aan de zolderingnbsp;verfcheideu op den aardkloot triomfeerende deugden afge-beeld. De zamenllelling is zeer middeltnaatig, het koloriet zwak, en het geheel doet geen werking, fchoon meOnbsp;egter in fommige hoofden een goede uitdrukking aantreft-Een klein flaapend kind van Guido, op natten kalk, is gt;nbsp;wegens zyn fchoonheid, met den muur, hier gebragt.

Beneden gelyk vloers, of in 't Apartamento terrene, zyn negen vertrekken, allen met merkwaardige ftandbeel-den en fchilderyen voorzien, waarvan wy alleen het voor-naamfle zullen aanhaaien , dewyl men ’er anders eeniganbsp;vellen mede zou kunnen vullen. Een fontein met vier fchoonenbsp;ionifchc granieten zuilen, die aatrig in ’t oog valt. Ra-Rapbaëls phaëls Meeftcres, eene fchoone brunette, taamlyk naakt.nbsp;Mecjieris. Qp armband, die zy naar ’t gebruik der Ouden aannbsp;heeft, heeft Raphael zyn naain gezet. Het ftnk is in eennbsp;drooge manier gemaakt, dog wordt van kenners hooggö'nbsp;fchat. Een fchoon gekleurde Carita van Guido. Eennbsp;heilige familie van Parmegiano in een aangenaame manier,nbsp;en met een mergagtig penfeel gefchilderd ,'dog niet weljge-lekend. Maria met het kind van Leonard Da Vinei. Dfnbsp;Maria fchyut het portrait van een jong meisje te zyn, Dsnbsp;fchaduwen zyn te zwart, en ’t geheele beeld is droog efnbsp;ftyf. Twee wynranken met de trosfen, voortredyk naainbsp;de natuur, uit de Nederlandfche fehool. liet onthoofde^nbsp;van Joannes door Valentyn. De, tekening is nog fchoon»nbsp;nog de zamenllelling edel, dog de manier kragtig, Eeiinbsp;fchoon gezigt van ’t kalleel St. Angelo, met de brug, van

Laurinii

-ocr page 243-

229

door ITALIË N.

Laurini, zeertreflyk, en naar de natuur. Een uitmuntend ƒ/_ ttuk verbeeldende den h. Andreas Corfini van Guido. De^iï Tnvi.nbsp;zatnenftelling is eenvouwdig cn edel, heeft veel van Raphaels fniaak, en 't koloriet is met een malfch penfeelnbsp;gemaakt. Wy hebben dit ftuk, in mozaick gebragt, bynbsp;kapelle Corfini in de kerk St. Jan by ’t Lateraal), reedsnbsp;gemeld. Het borflbecld van den Kardinaal Barberini doornbsp;Bernini. Het is in de manier van Van Dyksfchiidering gehouwen. De huid is zo naiuurlyk als zy in (leen gebragt kannbsp;Worden. Een Bisfehop met een kelk, ten halven lyve,nbsp;een uitmuntend ftuk van Guido. Ceres en een Mufa, eennbsp;klein antiek basreliëf. Het antieke daaraan is fchoon, denbsp;keelden hebben eene goede evenredigheid, en natuurlyknbsp;Vallende kleederen, dog de koppen zyn nieuw.

De dood van Germauicus, een vermaard fluk van Pows- DeGerma-fin. Men ziet ’er in een treflyke ordonnantie, cn aennicusvan fchoone uitdrukking in alle de beelden. De meefter heeft,nbsp;sis ware het, de zielen gefchilderd. De tekening is zeernbsp;iisauwkeurig, en ’t koloriet onberispelyk; ’c is maar jammer dat het zo veel geleden heeft. Een borfibeeld vannbsp;Hadriaan , meer dan leevensgrootte , met een kop vannbsp;brons, alles antiek, en zeer fchoon. Een zieke fater,nbsp;op den rug liggende, van Bernini. In dit beeld is veelnbsp;uitdrukking. Een borfibeeld van een jonge vrouw, uitnbsp;de familie van Barberini, door denzelven, ’t welk mennbsp;®®n meefterftuk wegens de fynheid van ’t werk noemennbsp;''an. Men moet de koufl in de kanten, de parelfnoer, innbsp;' borduurfel, en een daarop zittende vlieg, die men bynanbsp;willen w'egjaagen , bewonderen. Een konftenaar ,

'viens gantfche konft in zo een naauwkeun'ge uitvoering '^^ftond-, zou niet veel lofs verdienen, dog die een in zignbsp;fchoon ftuk door zulke hywerken nog in££r kan ver»

*raayen, is des te grootcr agting waardig.

P 3 nbsp;nbsp;nbsp;Hagar

-ocr page 244-

230

II. PTyi, Hagar in de woeftyn met den Engel, die haar beveelt diTrevi’ verder te gaan , een fchoon en fyn gekleurd ftuk vannbsp;Mola. Inzonderheid is het hoofd van Hagar uitmuntend-Maria, ziende het kind Jefus flaapei), door Guido zeefnbsp;naauwkeurig' gedaan. Een ftuk van een rond antiek altaar»nbsp;welks basreliëf drie bacchantes verbeeldt, hebbende fchoO'nbsp;110 omtrekken. Eene Juno byna n. voet hoog; de armennbsp;ontbreeken, dog de kop is fraai, en de kleederen zyi'nbsp;meefterlyk geplooid. Een oude mozaïek , gevonden innbsp;den Tempel der Fortiina te Prenefte. Het verbeeldt denbsp;fchaaking van Europa, en beftaat uit zeer kleine keizel'nbsp;fleenen. Jakob en Laban, die zig verzoenen, en by ’tnbsp;altaar een eeuwige vriendfchap zweeren, een weluitgO'nbsp;voerd ftuk van Pieter van Cortona. Het koloriet is lief'nbsp;lyk, en de uitdrukking in de vrouvvlyke beelden zeer bS'nbsp;vallig.

Op den hoofdtrap ftaat een groote marmeren leeuw lt; zeer verheven uitgewerkt. Het werk is uitmuntend. Tweenbsp;pooten zyn ’er aangemaakt.

Een eironde, met vier nisfen voorziene zaal, vertoont in eene der nisfen een fchoone antieke, zynde een nakendnbsp;jongeling, die den mantel afgeworpen heeft, in de een®nbsp;hand een ftok, en in de andere een fchaal houdt. Ditnbsp;beeld heeft fchoone evenredigheden, en zeer zagte onl‘nbsp;trekken.

Eenflaa-fende Faun,

Het beroemdfte fluk onder alle de antieken vanditPaleb is de flaapende Faiinus, van een Griekfchen meefter. M®”nbsp;bewondert ’er in de fchoone natuur, de deelen zyn in e®®nbsp;gelukkige tegenoverftelling van malkanderen, en zeer eve®'nbsp;redig. De flaap is natuurlyk uitgedrukt. Het vleefch ®®nbsp;cn ’t vel zyn een trefiyke navolging der natuur. De een®nbsp;arm, en beide de beenen, zyn door Bernini vernieuwd'nbsp;Adonis , door het zwyn gewond, is een fchoon nienquot;^

wef^

-ocr page 245-

231

door ITALIË N.

iverk van Gios. Mazzuoli Senefe, die ’er vier jaar aan //; gewerkt heeft. Op een klein driekantig altaar ziet raenlt;/t Trevi,nbsp;drie aartige ftaande beeldtjes, de Godin der Gezondheid,nbsp;een Ifis m^t lotusbloemen, en Mars. Op een diergelyknbsp;zyn Jupiter, Juno, en een jongeling, eenen ram ten offernbsp;leidende. Twee antieke freskottukken, eerdelyk Romen,nbsp;lioudende op haar hand den Genius dier ftad. Dit beeldnbsp;is hier in den grond gevonden. Het karakter is edel ennbsp;bevallig, de kleederen vallen wel, dog een leevendig koloriet ontbreekt ’er aan. Het andere (luk verbeeldt eenenbsp;Venus, die men by Monte Grano voor de Porta di S. Lorenzo gevonden heeft. Alles is oud, behalven de kop,nbsp;dien Karei Maratci,zo wel als de drie kindertjes en hetby-Werk, opgefchilderd heeft. Een fchoon klein basreliëf vannbsp;drie bacchantes , die offeren willen. Een driekantig altaar , waarop drie beelden in basreliëf uitgehouwen zyn,nbsp;naamlyk een Silenus met een korf op het hoofd, eenenbsp;bacchante met een mes, en een vrouw met een mand volnbsp;vrugten en een fakkel.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;_

De Magdalena van Guido, is een van de vermaarde De Afirg-ftukken van Romen. Het karakter is treflyk, het gt-dalena van waad eenvouwdig, en valt wel, het koloriet is zeer zagt,^“*^'nbsp;dog helt wat naar ’t graauwe. Een doode Chriftus vannbsp;Hannibal Caracci, en een andere van Barocci. Een Mariabeeld van Karei Maratti. Het marmeren beeld van Cola,

of

(*) Hoewel niet zo zielroerend en edel, als een andere niet minder fchoone en vermaarde Magdalena van Le Brun, naamlyk die hy de Karmelieter nonnen te Parys is, en die Edelink zeer fraai innbsp;koper gebtagt heeft. Eene , misfehien niet algemeen bekende ,

*occdote is, dat Le Brun onder deeze Heilige de toenmaals zo beroemde Mevrouw La Yaliére, eene meefteres van Lodcwyk XIY.,, beeft afgebeeld.

P

-ocr page 246-

R.EIS-BOEK

II. nbsp;nbsp;nbsp;Gabrini de Rienzo,die omtrent het jaar i344quot;

diTrcvi. onder Clemens VI. Tribunus van’t Roomfche volk was, en na veele gepleegde godloosheden en flegte (lukken ,nbsp;waartoe] eerzugt en huichelary de dryfvederen waren, eennbsp;elendig einde had. (*} Het (landbeeld van Septimius Se-verus, meer dan leevensgrootte, in brons. Een marmeren Narcisfus wordt onder de vertnaardfle (lukken van Romen gerekend. De borftbeelden van de Graavin Mathilde»nbsp;en van eenige perfooncn uit het Barberynfche Huis. Eennbsp;kopy op natten kalk van den bekenden Cyclops van Hannibal Caracci, in de gallery van Farnefe. Een kind opnbsp;natten kalk van Guido. Een beeld van Urbaan VIH. vannbsp;klei, of terra cotta, ’t welk een blind man van Volterranbsp;in een en twintig jaar op het gevoel alleen gemaakt heeft.nbsp;Ten minQen leed men ’er onder,

Giovanni Gambafto cieco fece.

Men zegt dat het zeer wel gelykt. Het portrait van Raphael, ’t welk voor zyn eigen werk wordt opgegeven.nbsp;Een Madonna, van den zelven. Een portrait van dennbsp;Kardinaal Antonio Barberini, door Andries Sacchi. Ver-fcheiden andere portraiten van Titiaan en Paduanino.

tbeek.

De talryke, en uit meer dan 60000. banden, en veele De Bihlio- zeldzaame handfchriften , beflaande Bibliotheek, die denbsp;Kardinaal Francesco Barberini verzameld heeft, beflaat ennbsp;groote zaal, en eenige kamers. Onder de handfchriftennbsp;zyn ’er zeer veelen, die Leo Allatius met groote zorgvuldigheid verzameld heeft. (?*_) De verzameling van diep

en

(*) Het keven dcczes berugtcii dwinglands heeft Vader Cerccau in ’c jaar 17?4. uitgegeven.

(•*) De Catalogus deczet Bibliotheek is in 16S1. in twee folianten zeer pragtig gedrukt.


-ocr page 247-

DOOR


ALIEN.


233


en verheven gefHeden fteenen, van kleine bronzen afgods- ƒ/, TV'^k^ beeldtjes, en oude munten, is niet minder korthaar en ryk.t/r Trevi,nbsp;Onder de laatften is ’er een gouden medaille van Gallie-nus, met Mars op de andere zyde, twee oneen zwaar.

Een oude Roomfche weegichaai, een bronzen nagql uit ^en Portieus van Agrippina; een helm van brons met dennbsp;«aam des foldaats. Eene koftbaareurne vanOorterfdi agaat.

Waarin de afch van Alexander Severus zou bewaard zyn, ten minften ’s Keizers vergooding (laat ’er op. De kon-ftenaar heeft den (teen zo weeten te bewerken, datnbsp;de grond donker en de beelden helder zyn ; dog anderen houden de urne voor een zamenftelling. Een vannbsp;de trappen van ’t Paleis is een wenteltrap , die langzaam fchuinfch oploopt , en geen treeden heeft , evennbsp;gelyk die van den welken wy ’t Paleis Cavallieri gefpro-ken hebben.

Aan den eenen kant van ’t Paleis, is over de graft een brug gebouwd, welker boogen in ’t midden op twee ko-rinthifche zuilen van graniet ruften. Het Huk der brugnbsp;vlak by ’t Paleis is met voordagt vol fcheuren, en zonbsp;gemaakt, als of het ftond intertorten. Veelen befchouwennbsp;het als een meerterftuk van Bernini, dog inderdaad is hetnbsp;een mislukte inval van dien grooten meefter.

De Plaats voor het Quirinaal, of het tegenwoordige pj^ats van Pauslyke Paleis del monte Cavallo, heeft een fchoone lig Monte Ca-5 goede uitzigten, en ruime vertrekken ; dog de ge-daante is zeer onregelmaatig, en de een weinig ter zydenbsp;ftaande fontein van geen goede ordonnantie. Agter denbsp;2elve deed Sixtus V. vlak tegen over de Strada pia eennbsp;Paar, in de baden van Konftantyn gevonden, reusagtigenbsp;groepen (lellen, die zig pragtig op doen. Zy verbeelden elknbsp;een wild paard, het welk een jongeling tragt te bedwin-E 5nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;gen.

-ocr page 248-

234

REISBOEK

IT nbsp;nbsp;nbsp;C*)nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Phidia, op de a“'

ii Trevi. dere Opus Praxitelis. Zy than op groote piedeüallen, wier opfchrii’cen deeze konllenaars als de waare maakersnbsp;opgeeven, en melden, dat hier Alexander met zynen Bucephalus verbeeld wordt. Dog, zo men al toelhat datnbsp;die opfchriften oud zyn, is het altyd belacchelyk te be,nbsp;weeren , dat de gezegde kouftenaars Alexander hebbeonbsp;willen afbeelden, daar Phidias, de groote meefter vannbsp;den Olympifchen Jupiter, 15a,, en Praxiteles, een evennbsp;zo vermaard konftenaar, ten minden 50. jaar voor Alexander geleefd hebben. Het is veel waarfchyniyker met Winkelman te Hellen, dat hier Caftor en Pollux verbeeld worden. Wat hier ook van zy, beide Hukken zyn fchoon,nbsp;en zeker van een goed oud meeHer, fchoon al Praxitelesnbsp;en Phidias ’er geen hand aan mogten gehad hebben. Reedsnbsp;in oude tyden zetteden andere meeHers de naamen deezernbsp;groote konflenaars op hunne Hukken, deels om dien daardoor te meerder waarde te geeven, deels om de koopersnbsp;’er door te lokken.

'Sommige kenners gelooven, dat de jongelingen niet van denzelvcn tyd met de paarden zyn. Ongeagt hun reusag-tige geHalte, ziet men ’er niets bnitenfpoorigs aan, maarnbsp;veeleer vloeyende omtrekken. Zy kunnen voor een iedernbsp;die aan diergelyke reusagtige beelden arbeiden wil tennbsp;modelle dienen, wyl de nieuweren gemeenlyk hun Hatuennbsp;buitel} de maat dryven, verkeerdlyk denkende, daardoor

eene

(•) Konllantyn had ze van Alcxandricn doen komen. Deeze paaiden hebben dcczer plaats den naam van Montc Cavatlo gegeven.

(**) Ut qmd*rn artipces nojho facixnt fesxUo

opL’rihus majus tnvewunt navo Si m^irmori adfcnpftrmit Praxitelem fua

argenie, Phacdt. Piol. V. Fab.


-ocr page 249-

235

DOOR ITALIË N.

eene te grooter werking te doen. De paarden zyn zo ƒ/ fchoon niet, en, naar evenredigheid der jongelingen Tlrw.nbsp;houdt men ze voor te klein. De tekening is niet juill,nbsp;en.de beweeging is onnatuurlyk, waardoor het zeer waar-fchynlyk wordt, dat zy van een andere hand komen dannbsp;de jongelingen, zo dat men denken moet, dat zy van eennbsp;meefter zyn die wel fchoone beelden wlft te maaken ,nbsp;maar in de paarden niet wel flaagen kon.

Om de Plaats del monte Cavallo vryer en aanzienlyker te maaken, deed Urbaan VIII. de overblyffels van eennbsp;ouden tempel der Zonne, of van de Godin der Gezondheid , wegneemen , welke overblyffels niet ver van denbsp;paarden af lagen. Des ongeagt blyft zy klein en onregel-maatig, en de op de zyden gebouwde huizen beneemennbsp;voor langen tyd de hoop, dat 'er iets regelmaatigs vannbsp;worden zal. Dewyl zy ter zyde van ’t Pauslyke Paleisnbsp;ligt, neemt men gemeenlyk de zypoort daarop uitkomendenbsp;voor den hoofdingang, die egter op de Strada pia gezogtnbsp;moet worden.

Het Pauslyke Paleis del monte Cavallo wordt ook heiOnirinaal. Quirinaal genaamd , omdat het op den Quirtnaalfchenbergnbsp;ftaat. De hooge ligging en zuivere lugt heeft veroorzaakt , dat de Pauzen hier hun geduurig verblyf genomennbsp;hebben, en 't Vatikaan,dat laag ligt en vogtig is, niet meernbsp;bewooiien. Behalven dat, de vertrekken zyn hier ruimernbsp;en gemakkelyker ,en met aangenaame tuinen voorzien. Hetnbsp;Vatikaan ligt in een afgelegen hoek, meert bewoond vannbsp;’t flegtfte gemeen, en ’t Quirinaal ftaat in ’t beft bevolktenbsp;deel der Stad, ’t welk zo wel voor den Paus zelven, alsnbsp;®lle die geenen die iets ten hove te doen hebben, gemak-Itelyker is; dat ook een goede reden was om dit verblyfnbsp;boven ’t andere te ftellen.

Paulus m. deed in ’t jaar 1540. het eerft een wooning;

voor

-ocr page 250-

2^6

R E I S - B o E IC

II. /^/l',voor zig op den Quirinaairdien berg, doörFiaminio PoH' liTrevi. zio bouwen, Gregorius XIil, vergrootte het, Sixtus V*nbsp;Clemens VIII, en Paulus V. voegden ’er nog nieuwe vertrekken by , gebruikende daartoe Fontana en Maderiio.nbsp;Urbaan VIII. maakte dat deeze gebouwen op hun zelvennbsp;ftondcn, en trok een muur rondom den tuin. Alexandernbsp;VII. begon het langwerpige gebouw , gefchikt voor ’cnbsp;Pauslyke huis, ’t welk aan de Strada pialigt, en omtrentnbsp;500. fchreeden lang is. Innocent XII1. deed Bernini hetnbsp;w^erk voortzetten , en onder CleijjensXII. bragt het de Ridder Fuga ten einde.

De ingang is met twee groote ionifche kolommen van marmer verfierd, waarop de tribune lleunt, van de welkenbsp;de Paus het volk den zegen uitdeelt. Bernini was de ar-chitekt van het voorportaal. Men ziet ’er de llandbeeldeiinbsp;van Petrus en Paulus, en boven dat van Maria, Doornbsp;deezen ingang komt men op een plaats, 323. voet lang,nbsp;en 164. breed, met een colonnade omgeeven. Deeze isnbsp;zo breed, dat de koetfen ’er onder ryden, op dat mennbsp;’er gemaklyk uit konne komen. De gedaante deezer plaatsnbsp;is fchoon, en de arcades geeven haar een grootfch aanzien,nbsp;De verfiering is ccnvouwdig en van goeden fmaak, dognbsp;zonder pragc. De agterzyde heeft een ionifche order. Denbsp;toren met den uurwyzer ftaat kwalyk,en doet deeze plaatsnbsp;naar een klooller gelyken.

Een pragiige hoofdtrap, met ongemeen breede tfeeden, brengt op de eerde verdieping, waar ter fiinkerzyde denbsp;Pauslyke vertrekken, en aan de regterhand de Sala Pao-Jina of Regia ligt. De vloer is met koftbaar marmer ingelegd , en op de wanden ziet men eeiiige hidorien uit hetnbsp;Oude Tedament. De, muuren aandezydederkapeicn tegennbsp;over heeft Lanfranco, en de twee anderen Carlo Vene-ziano befchilderd. Verders, vindt men hier Chridus, den

Apos-


-ocr page 251-

23?

door ITALIË N.

Apoftelen de voeten wasfehende, een basreliëf van.Lan- //. dini, een Florentyn, en eenige bartons van Karei Maratti,t/lt; Trevi,nbsp;die tot niodeilen van mozaïeken in de Pieterskerk gediendnbsp;hebben. De- vertrekken zyu met rood fliiweei behangen, dognbsp;de houten ftoeien of banken geeven een armzalig aanzien,nbsp;i't-'hoon zy met het Pausiyke wapen pronken.

De Paiislyke Kapel is groot, en de zolderingen volgens Pamlyke Algardi met gelhikadoorde vakken in een flegten fmaak Kapel.nbsp;veriierd.De vloer isfierlyk van marmer ingelegd. De Kardinaa-len hebben hier hnnnc koorftoelen, waarin zy zitten alsnbsp;de Paus kapel houdt. In dat geval zyn dcintiuren met donkerrood damail, met gouden galonnen, behangenj op ’tnbsp;altaar, dat verders niet de geringde fieraaden heeft, ftaannbsp;zes kandelaars, en nog eenige kaarsfenzyn tegen de traliën,nbsp;die het koor van ’t overige der kapel affebeiden.

De groote gallery is onder Alexander VII. gefchilderd.

Giro Ferri , Bourguignon , Salvator Rofa, en anderen, hebben het gedaan. Dog’er is een zeer fclioon flnk onder. De Geboorte van Maria, die den eenen agtermuurnbsp;der gallery bedaat, is een van de beften. Schoon het ftuknbsp;geen buitengemeene werking doet, is dog de zamenilellingnbsp;goed, en eenige koppen hebben die fchoone uitdrukking,nbsp;welke de hand van Maratti beklapt.

Zie hier de voornaamfte Hukken, die in de vertrekken van ’t Paleis verdeeld zyn. Maria met het Kind, eennbsp;korftbeeld meer dan Icevensgvootte van Karei Maratti. lietnbsp;'tiozaïek van dit Huk Haat buiten aan den toren van ’t uur-'verk van ’t Paleis, De hoofden zyn fchoon, en het kolo-*'iet aangenaam. Een Maria van Guido , hebbende hetnbsp;Slapende kind in een laken. Aan de Maria zyn het hoofdnbsp;de handen onverbeterlyk, en de Ilaap kan niet natuur-lyker uitgedrukt worden. Vier flnkkcn van Andreas Sac-chinaainiyk dg h. Melen*, moeder van KonHantyn, die

eenen

-ocr page 252-

asS

ÏT. nbsp;nbsp;nbsp;dooden opwekt;de marteldood van den h.Andreas j

di Trevi. de onthoofding van een heilig, en Chtiftus, zyn kruis draagende.

cino.

De geboorte van Maria door Pieter van Cortona verdient voor de zamenftelling goed gekeurd te worden. De uitdrukking in de hoofden der vrouwen die het nieuwgeboren kind houden, is verruklyk, haar kapfel en gewaadnbsp;toonen den beden fmaak aan, De marteldood van den h.nbsp;Erasmus door Pousfin, die des h. Procesfus en Martinianus door Valentyn; van beiden zyn de mozaïeken grootenbsp;altaarftukken in de Pieterskerk. Het derde ftuk, dat daarnbsp;Petronella ook io mozaïek gebragt is, is de vermaarde h. Petronellanbsp;vanGuer- van Guercino. (1) Cochin, de groote bewonderaar vannbsp;deezen meefter, zegt in zyn Italiaanfche reis, onder ’t artikel van Piacenza, na dat hy veel tot zyn lof gezegdnbsp;had: „ Wat een wonder van een ftiik Is niet dat van denbsp;h. Petronella, en wat kan men ’er mede vergelyken ? ” Hetnbsp;hoort zekerlyk onder de Ichoonlïe Hukken van Guercino.nbsp;Dat is niet te lochenen. Egter berispen eenige kennersnbsp;’er aan , dat ’er in een zekeren zin de eenheid in ontbreekt»nbsp;beneden wordt het lichaam van Petronella uit het graf gehaald, en boven knielt zy voor Chriflus in een glorie»nbsp;daardoor wordt de oplettendheid des aanfchouwers verdeeld , en de werking van het geheel gebroken. Het lig^nbsp;is ook te veel verdeeld, en de fchaduwen zyn te flaantV-Het beeld van Chriftus is niet deftig, en de glorie gelyktnbsp;niet genoeg naar de lugt. De beide beeiden van de heilige, en van den jongeling met den fakkel, zyn uitinu”'nbsp;tend gedaagd. Hoe langer men het fluk beziet, des t®

meet

1

Wy hebben in de bcfchtyving van de Pieterskerk reeds gears'^’ dat eenigen het onder de befte ftukken van Romen rekenen. Frrfnbsp;heeft het trefiyk in plaat gebragt.

-ocr page 253-

BOOR ITALIË N.

meer byzondere fchoonheden ontdekken zig, waardoor de ƒ/. kleine gebreken, die men ’er aan zou kunnen berispen TV'm'.nbsp;verdonkerd worden.

In de vertrekken, die onder de regeering van Clemens XIII. zyn aangelegd, vindt men verfcheiden zolderingennbsp;door den Ridder d'Arpino befchilderd. Ook hangen ’ernbsp;öenige (lukken met olieverw , als een paar uit de kerk S.

Maria Maggiore van Zucchero, ChrilUis met de doornen kroon van Albani, Joannes de Dooper van Raphael. Ditnbsp;Huk was voor deezen in ’t kollegie der Maronieten, en ’tnbsp;Is het zelve als dat in ’t Palais Royal te Parys en verfcheiden anderen.

Aan den tuinkant ligt een byzondere kapel, hebbende de gedaante van een Griekfch kruis, welke Guido geheelnbsp;op natten kalk befchilderd heeft. De vier profeeten aan ’£nbsp;gewelf hebben llegte koppen, maar goede kleederen. Innbsp;de geboorte van Maria, tegen over ’taltaar, zyn de koppen tenbsp;jong, en te eenvormig. Aan de zoldering boven ’t koornbsp;heeft de meefter God den Vader, met eenerlei kleur, geelnbsp;op geel, in een glorie, gefchilderd, het welk zeer kwalyknbsp;Haat. In de verkondiging met olieverw op het altaar ontbreekt een fclioone zamênHelüng. De zaal , waar hetnbsp;openlyke Konfifiorie gehouden wordt , befluit eindelyk dennbsp;omvang van dit ruime Paleis. Aan ’t gewelf ziet men eennbsp;fchoon perfpektieflluk van AuguHyn Tasfi, en verfcheiden deugden van Horazio Gentüefchi. Aan de muiirennbsp;hangen de kartons van Andries Sacchi, Pieter van Corto-ua, en Giro Ferri, welken aan de kleine koepels der Pieterskerk in mozaïek gebragt zyn.

In den tuin van ’t Quirinaal vertoont zig weinig pragt. fly bedaar uit kanen, parterres, en moesvak-’r Paleis.nbsp;k«n, die meer naar een borgertuin gelyken. In de laannbsp;san de regterband van den ingang door de kleine deur

daat.

-ocr page 254-

S40

//. nbsp;nbsp;nbsp;in de nis eener fontein, een Apollo, op zyn liet

di Trevi. leunende. Ily is antiek, en van fchoone evenredigheden» dog het hoofd heeft het regte karakter van die Godheidnbsp;niet. Boven een andere fontein van dezelve laan (laat eennbsp;antieke Juno Lucina, met een goede drapery. Benedennbsp;in den tuin zyn verfclieiden verborgen fprongen om denbsp;menfchen nat te maaken, zo wei als grotten met verllee-ningen, en waterwerken, by voorbeeld een waterorgel,nbsp;en werktuigen die ’t geluid van trompetten en ’t geknapnbsp;van vuurpylen nabootfen, enz.

In het bovenfte deel des tuins ziet men een witte marmeren tafel van een fchoone figuur, met veele verfierlen. Het opfchrift is, Diis Manibiis Lucia C. F. Telejinafacrum.nbsp;Op een andere plaats is een fontein in een rotfen grot,nbsp;waarop laurierboomen groeyen; agter in de grot flaat eennbsp;nymf, die als de bewoonfter is der grotte. Een met zwaarenbsp;boomen omgeevene plaats voor dezelve maakt de grotnbsp;nog meer eerbieds waard en als heiliger, en het geheelnbsp;doet een fchiideragtige uitwerking. Benediclus XIV. heeftnbsp;in den tuin een klein huis, waar hy kolfy plegt te drinken , doen aanleggen. Het is met marmeren bullen, por-cellein, ftukadoorfel, grotesques, en fchilderyen verfierd,nbsp;en beflaac uit twee kabinetten met een voorhuis. In datnbsp;ter regterhand zyn vyf fchilderyen van Pompeo Battoni,nbsp;den bellen der nog leevende meellers te Romen, en eennbsp;paar landfchappen van Placido Collanzi , die ook nognbsp;leeft. In ’t andere zyn twee groote gezigten, ’t een vannbsp;de S. Maria Maggiore, en het ander van Monte Cavallo,nbsp;waarin veel harmonie en een goed koloriet heerfcht, fchoonnbsp;’t niet naar de natuur is. De beelden die ’er in zyn geC'nbsp;ven het gis het leeven. De meeller van beiden is de bekende Jan Paul Pannini.

Onder de fonteinen van den tuin is ’er een groote van

porfief-

-ocr page 255-

ii4*

door, ITALIË N.

porfier. Men vindt hier, waar de heiligheid als woont, ƒ/. geen al te naakte beelden. Hier is zulk een voorzigtig- di Trevi.nbsp;heid zekerlyk te pryzen; dog dat Clemens Xlll. veelenbsp;(latues uit de koftbaare verzameling van ’t Kapitool, dienbsp;^Pgedoten liaan, en waar flegts liefhebbers en konllenaarsnbsp;hykotnen, deedt bekleeden, heet de behoedzaamheid tenbsp;^erre te dryven, en valt in ’t belaccbelyke.

Tegen over ’t Paleis ligt de Pauslyke wagtplaats, en As Clivus Sit-Hallen, welken een aanzienlyk gebouw uitmaaken. De^“^*** ftraat die by ’t Paleis naar beneden van Monte Cavallonbsp;Baat, is de oude Clivus Salutis, welke Paulus V, meernbsp;S'ooyend heeft doen maaken. Op de regterzyde liaan denbsp;gebouwen, waar de Kardinaal Pro-Auditor, en anderenbsp;'’oornaame perfoonen van ’t Pauslyke hof woonen, en denbsp;^ataria, ter flinkerhand de wooning welke Urbaan VIII.

Voor zig deed bouwen. Niet ver van daar Haat de kerk 'S'. Croce de' Lucchefl, welke anders, naar de voorheen hiernbsp;gewezen varkenmarkt, Fei-um Suarium, den bynaam innbsp;^orcilibus voerde. Hier begon de Porticus van Konftantynnbsp;den Crooten, uit den welken een pragtige trap naar zynenbsp;op den Quirinaalfchen berg liggende baden leide. Zynnbsp;Paleis lag agter de kerk de^li Apojloli, digt by den Porticus.

De familie van den Connetable Colonna, welke als Aspakis Ct-^i^rlle en aanzienlyklle van Romen wordt gehouden, hs-lonra.

een fchoon Paleis, dat ryk is in zeldzaamheden. Het hgt aan den voet des Quirinaalfchen bergs, en ftrekt zignbsp;**it tot boven op den zelven,by de Pauslyke Hallen. Pausnbsp;hlartyn V. die een Colonna was, heeft den grond ’er toenbsp;, en naderhand is het van de prinfen en kardinaalennbsp;dat huis vergroot geworden. De ligging op de Plaatsnbsp;Apollelcn is zeer voordeelig, eii de plaats binnen hetnbsp;ï^aleis de ruimfte van allen in Romen,nbsp;lil. Df-eunbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Q ,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;lO

-ocr page 256-

¦5242

RE I S - B O E K

it. ityk, In de beneden vertrekken ziet men zeven fchoone di Trevit bukken op den muur, door Tempefia gefchilderd.

ftandbeeld van den beroemden Marco Antonio Colonn**» die, onder Julius 11. Ravenna tegens de Franfchcn verd^'nbsp;digde, naderhand Keizer Karei quot;VjCn Francois I. in Fran'^'nbsp;ryk diende, en in 1522. in ’t beleg van Milaan fneuveld^'nbsp;Zeven fchoone landfchappen van Pousfin op natten kall^'nbsp;Twee fraaye koppen, een van Mafinisfa met een bein'»nbsp;en de andere van een jongeling : zy fchynen van eequot;nbsp;Griekfclie hand te zyn. In een andere kamer Haatnbsp;kleine gewondene zuil, rondom dewelke een triomf ve'quot;nbsp;beeld is ,met een Pallas boven op. Het werk fchyntlleg'’nbsp;dog de zuil verdient opmerking om haar zeldzaam roo*^nbsp;Egipiifch marmer. Sommigen meenen dat het de Colnn»^^nbsp;bellica uit den Tempel van Bellona is, by de welke d£nbsp;Roomfehe Burgemeeflers den oorlog tegen de vyandequot;nbsp;verklaarden , en tot een teken daarvan een werpfpt^*nbsp;fmeeten. Een groote fchildery met bouwkonftige ruinequot;nbsp;van I.uchefini, den leermeefter van Jan Paulus Pannini.

f.


Een vermaard basreliëf van Homerus vergooding, door Bartoli gegraveerd, en door Bellori met verklaariquot;'nbsp;gen opgehelderd is. Eenige beelden zyn fchoon met op'nbsp;zigt tot de flelling cn de uitdrukking, dog de zaïnend®^’nbsp;ling valt zeer in ’t middelmaatige. In dit vertrek zyn tioSnbsp;meer basreliëfs en antieken. Apollo en Daphne, van Poquot;®'nbsp;lins eerde manier. De tekening van den Apol is fchooquot;nbsp;dog Daphne gelykt meer oenen jongeling dan eene nygt;quot;'nbsp;Vier koppen, drie vrouwelyken en een mannelyke»nbsp;den Heiligen Geeft aanbidden, in een glorie van klquot;'”®nbsp;engeltjes, geel op geel. Deeze wonderlyke inval koiquot;^nbsp;van Tltiaan, dog de koppen zyn voortreflyk. In een hf'nbsp;zonder vertrek hangen zes en zeftig landfchappen vannbsp;zopte, waarvan de vier grooten de fchoonften zyn.

P*

-ocr page 257-

BOOR I T A L I E N.

De hoofdtrap is ook met merkwaardige ftatues voorzien, ƒƒ waaronder een barbaarfch Koiiing , een borflbeeld van^r TrevL 'nbsp;Alexander, en een Madufakop in porfier. Daarop komtnbsp;men in de groote zaal, welker zoldering van Lanfraneonbsp;befchilderd isgt; en waar aan de wanden de beroemde per*nbsp;foonen uit het huis van Colonna hangen. Het huisraadnbsp;Van de volgende kamers is zeer pragtig. Van de fchilde-ryen die daar hangen, tekenen wy aan, een h, Margaretanbsp;Van Guido, met een draak agter haar. De Helling is een*nbsp;vouwdig, en de kop een van de fchoonften deezes meesters. Herodias met het hoofd van Joannes, van Titiaan»

De verfchyning der engelen aan de herders, van Berghem.

Het vee is fchoon, gelyk gemeenlyk by dien konftenaar* fiog de glorie deugt niet. David van Guido, treflyk gekleurd , dog de tekening en uitdrukking zyn zo wel nietnbsp;gedaagd. Een heilige familie van Andrea del Sarto, heeftnbsp;veel van Raphaels manier. Cephalus en Procris van Titiaan. Het koloriet is fchoon, en het verfchil van houding tusfchen de twee hoofdbeeldcn maakt een goede uit*

Werking. De adelaar die Ganimedes rooft, een agthoe-kig ftuk van Titiaan, met waterverw. De zamenftelling en tekening zyn goed, dog het koloriet valt te veel in ’tnbsp;donkere. Aan de zoldering der eene kamer heeft Benedetto Lutti een Kardinaal afgebeeid, die van de Kerk, welkenbsp;tnet veele deugden omgeeven is, de fleutels, een zinbeeldnbsp;Van regeering, ontvangt. De ordonnantie verdient goedkeuring , dog het koloriet is niet natnurlyk.

Het merkwaardigile van dit Paleis is de pragtige gal-Hry, die weinig haars gelyken heeft. Aan beide de ein-g^/Zery, zyn zaaien, die van de gallery door middel van tweenbsp;treflyije zuilen van. giallo antico afgefcheiden zyn. Deezenbsp;gallery is 209. voet lang, en 35. voet breed. Zy is metnbsp;jtorlnthifche piiaHers, ook van giallo antico verfierd, ttis-Q anbsp;nbsp;nbsp;nbsp;fcliefl

-ocr page 258-

«44 R E I S - B O E K

ƒ/. nbsp;nbsp;nbsp;*^2 welken de venfters en trofeen van verguld fliJ'

di Trevi. kadoorfel zyn. Het gewelf is een boeg, die een weinig gedrukt is , en ruft op een kornis. Het geheel doet eenenbsp;goede werking, fchoon ’er in de fieraaden geen byzondersnbsp;fmaak is. Zy werd begonnen naar ’t ontwerp van Antonionbsp;del Grande, en door Fortana voltooid.

In de eerfte zaal hangen tien fchoone landfchappen van Kaspet Pousfin. De dood van Regulus, door Salvatornbsp;Rofa, behoort onder de vermaarde ftukken van Romen.nbsp;De meefter heeft het oogenblik waargenomen, dat Regulusnbsp;in de ton met fpykers heilagen geftoken wordt. Het koloriet is ongemeen kragtig, en de groepen zyn voortreflyknbsp;geordonneerd. Een ander van deezen meefter is een heer-lyk zeeftuk. De wederfchyn van de rotfen in ’t water isnbsp;zeer natuurlyk uitgedrukt, en de figuuren op den agter-grond zyn met veel vuurs gefchilderd. Een derde ftuknbsp;van hem is een in ’t veld biddende heremiet. De wolkennbsp;agter den berg doen een treflyke werking. Een grootland-Ichap van Claude Lorrain, waarop men een meer, metnbsp;hooge boomen,op den voorgrond ziet. Het ftuk is fchoon,nbsp;maar de archirektuur daarop konde beter zyn.

Aan ’t gewelf is de zeetlag by Lepanto , waar gemeld® Marco Amonio Colonna ’t bevel voerde, afgebeeld. Aannbsp;de muuren hangen heerlyke finkken. Een hemelvaart Wnbsp;Rubens eerfte manier. Het koloriet is frifch en aangenaam-Een h. Franciscus vol uitdrukking van Guido, en eenvlug^^nbsp;naar Egipten, die veel geleden heeft, van denzelven. Ee®nbsp;rookgezelfchap van Rubens. Men ziet ’er zonderlinge ka'nbsp;rakiers in. De prediking van Joannes in de woeftyn, vannbsp;Salvator Rofa, kragtig, maar te rood. Onder de toehoot'nbsp;ders is een boer als Polichinel gekleed. David met Go-liaths kop, voor hem gaan de dogteren Ifraëls met fpeel'nbsp;tuigen, van Guercino. Het karakter in David is uitmuU'

tend.

-ocr page 259-

245

DOOR ITALIË N.

tend, dog hetkoftuum ontbreekt in dit ftuk. Maria, ne- //.

•vens verfcheiden heiligen, en Margareta, die ’t kind Jefus di Trevi, kusfen wil, van Parniegianino,een bekoorlyk link, dog vannbsp;onnaauwkeurige tekening. Een Venus van Paulus Vero-nefe. Zo fchoon als ’t koloriet is, zo weinig deugt denbsp;zamenftelling- Herodias het hoofd van Joannes ineenfcho-tel leggende, dien een flaaf vailhoudt, van GuitJo. Hetnbsp;koloriet is zwak en graauw, dog de hoofden zyn zeernbsp;fchoon. Het offer van Julius Ctefer door Karei Maratti. (*)

Een bull waarop men een antieken kop van Jupiter met een aangeinaakten neus gezet heeft. In dit hoofd heerfchcnbsp;een edel karakter.

In de tweede zaal, aan ’t ander eind der gallery, hangt een jagt en een veldflag van Bourguignon. Een man dienbsp;uit een glas drinkt, van Titiaan. De Helling is zeernatuur-lyk, en het ftuk des te merkwaardiger, omdat men zeldennbsp;zulke invallen van dien meefter ziet. Een boer die booten eet, van Tintoret. Een ftandbeeld van Flora. Verdersnbsp;Ziet men hier een paar ftudioli van ivoor en ebbenhout,nbsp;met fchoone basreliëfs , een paar fchoone zuilen van verdenbsp;antico, en twee anderen van giallo antico, verfcheidennbsp;tafels van alabafter, en andere koftbaare marmers, veelnbsp;verheven gefneden fteenen, en andere zeldzaamheden.

De verzameling van fchilderyen en antieken van ’t Pa-Colonna is wel niet zo talryk als die van verfcheiden Ouderen, dog het gaatze allen te boven in koftbaar huis.

•¦^ad en fmaak. Men treft veel behangen kamers aan, die *''ders in Italien niet zeer gemeen zyn, dog geene metnbsp;®uotenbooroen hout ingelegde vloeren, welken voor de warme

(*) Dit Huij jQ gj Herodias van Guido heeft Ftey hecrlyk i flaat 6'htagt.

Q 3

-ocr page 260-

246 R E I S - B O E K

ll. Wyk,'^^ landen niet zeer gefchikt zyn. De bibliotheek van’t Trcvi- Paleis komt met het overige overeen. Zy is talryk, ennbsp;fchoon gefchikt.

Uit de gallery gaat men regt toe in den tuin, die me'' terrasfen is aangelegd, en een heerlyk aatizLen geeft. Innbsp;’c hovende deel, dat tegen de Plaats van Monte Cavallonbsp;komt, liggen nog eenige overhlyffels van de KondantyH'nbsp;fche baden, onder anderen een groot duk van een kotin1nbsp;thifche fries en architraaf, gelyk ook een groot duk mat'nbsp;iners, 12. voeten lang en breed, en ii. vött dik, ’t welknbsp;vermoedlyk tot een voetgedel voor een groot gebouw zalnbsp;gediend hebben. De deelen cn fieraaden daarvan zyn innbsp;een edelen en fierlykcn fmaak. Uit deeze overblyffel1nbsp;kan men van de grootte en de pragt van ’t gebouw oor-deelen. (1) In den tuin daan onder anderen ook ,de beeknbsp;den van Cybele, en een Romein hebbende de Bnlla oinnbsp;den hals, en nog een beeld van Marco Antonio Colonnanbsp;te paard, in brons.

Pakk In ’t Paleis Muti op de Plaats der Apodelen is nieis merkwaardigs te zien. Het heeft den zogenoemden Ko-ning Jacobus, die voor weinig jaaren gedorven is, en 'iTnbsp;nen zoon Eduard, lang tot wooning gediend.

S. S.Jpos-

ft/f.

De kerk der Apodelen , die tegen ’t Paleis Colonna aad'

komt, werd reeds ten tyde van Kouftantyn gedigc , ‘h voert daarom den titel van Bajllica. Onder Clemens Xllt;nbsp;werd zy, in ’t jaar 1702, van Fontana nieuw opgebouwd.nbsp;Het middelde fchip is epo. voet lang, en 55. broed-

pe

1

De oudheidkenners zyn oneens, waartoe dit gediend hebhe» Eenigen noemen het FrmtispUlo dl AVorre, anderen gelooven dat he'nbsp;van Aiiteliaans Tempel van de Dea Salmis is. Nardini meent, ''Jfnbsp;den Tempel die aieiles Salusis heette, cn onder Claudius geil'ê'nbsp;Weri

-ocr page 261-

24?

DOOR I T A L I E N.

De binnenfte evenredigheden zyn wel in agt genomen, ƒ/. Schoone korinthifche pilafters draagen het gewelf, waar- di Tvivi,nbsp;aan Baciecio den triomf der Fransciskaaner order zeer mid-delmaatig gefchilderd heeft. De arcades voor den ingangnbsp;der kapellen zyn groot, en wel geëvenredigd met de pi-laaren waarop zy rullen.

In eene kapel ter regterhand heeft Corrado de hemelvaart van Maria in een fraaye manier verbeeld, dog by naauwkeurig onderzoek in de tekening zeer gemift. Marianbsp;verheft zig over de ten gronde geworpene Hang. In dennbsp;kruisgang op de zelve zyde ziet men den h. Antonins vannbsp;Padua, het kind Jefus aanbiddende, van Benedetto Lutti.

Aan de zoldering der fakrifty heeft Ricci een hemelvaart van Chriftus voorgefteld, die wel in ’t oog valt, dog hetnbsp;hoofdbeeld is niet deftig genoeg. In de kapel van ’tnbsp;Krucifix (laan agt gewondene zuilen van wdt alabafter, dienbsp;uit de oude van Konftantyn gebouwde kerk herkomen.

De Kardinaal Besfarion, die, door ’t verzorgen der Kon-(lantinopolitaanfche handfchriften en zyne eigen geleerdheid , als een der voornaamlle herllellers der weetenfchap-pen is aantezien, ligt in deeze kerk begraven. Aan een pilaar ziet men een fchoone urne van verde antico, waarinnbsp;het hart en de ingewanden van de gemaalin des Preten-dents, Maria Clementina Sobiesky, (?_) liggen. Daaronder Haat,

Hic Ckmentiiilt;s remanent pracordia, nam Cor,

Ceeleflis fecit, ne fuperesfet, amor.

De Kapel van Odefchalchi is zeer ryk aan antieken en andere

I*) Wy hebben haar pragtige tombe in de Pieterskerk befchie-

ten.

Q 4

-ocr page 262-

fl48 REIS-BOEK

tl. Wyk '^oftbaare marmers. Dat zulk een oude kerk geen g«' di Trevi. brek aan reliquien hebben kan, is ligt optemaaken.

De bi'oederfchap der h. Apoftelen , by deeze kerk gt; reeds onder Clemens VIII gelligt, is, onder e,en grootenbsp;menigte, die den flaat meer tot laft dan tot nut flrekken,nbsp;eene der gewigtigften, en voordeeligften. Zy onderhoudtnbsp;eenige artfen voor ’t bezorgen van arme kranken, en deeltnbsp;voor niet geneesmiddelen uit; zy voedt nooddruftige lieden , die zig fchaamen te bedelen, en huwelykt veel armenbsp;meisjes uit. Dit laatfte gefchiedt in veel Italiaanfche Heden, en is een des te loflyker zaak, omdat de vuurigenbsp;gefteldheid van de lugtilreek en de armoede des land*nbsp;anders menigvuldige ongebondenheden zouden vóórtbrengen. Dog het gaat met deeze uithuvvelykingen als by allenbsp;andere milddaadige ftigtingen ; zy worden dikwyls zeernbsp;kwalyk belleed: een meisje, dat het ’t minll verdient, bekomt van drie, vier, en meer Iligtingen, een uitzet, omdat zy vrienden heeft, en wordt te rykelyk verzorgd, innbsp;plaats dat meer eerlyke meisjes ’er haar fortuin door maa-ken zouden.

Pakh Tegen de kerk der ApoHelen over ligt het Paleis Brac-Bracciano- ciano, voorheen Odescalchi genoemd. De inwendige ar-chitektuur is van Carlo Maderno, de voorzyde van Bernini. nbsp;nbsp;nbsp;De pilafters zyn wel geevenredigd , dog de

kornis heeft te veel verdeelingen. De venllers zyn te veel verfierd, en de andere fieraaden vullen de voorzydenbsp;zodanig , dat het oog nergens ruft vindt, De binnenplaatsnbsp;heeft arcades en dorifthe zuilen, die ’er lomp uitzien; denbsp;daarboven geplaatfte ionifqhe pilafters vallen in’tGothifche.

in

(*) Dit Paleis heeft eenigen tyd der familie van Chigi toegeko. men, Paus Alexander VII.; uitdien huize, deed de vooizydc dcotnbsp;getnini bouwen.

-ocr page 263-

DOOR ITALIË N.

In de beneden vertrekken flaan vierentagtig fchoone mar- j[, meren zuilen, verfcheiden buften van Keizers, waaronderTrevi.nbsp;inzonderheid Julius Csfar en Auguftus optemerken zyn.

Verders een zeldzaam ftandbeeld van Cleopatra, een fchoone Venus, Alexander, Pyrrhus, Antinous, twee zuilen Van alabafter, en een paar van verde antico. Een oudenbsp;grafileen van pietra Egiziaca dient tot een fontein. Opnbsp;den trap ftaat een fchoon borftbeeld van Antoninus Pius,nbsp;een wel gewerkte vrouwlyke ftatue, Apollo, Ceres, enz,nbsp;en in de eerfte zaal een zeldzaam beeld van Caligula. Denbsp;fchoonfte antieke ftandbeelden uit dit Paleis zyn naar Spanjen geraakt, In de kamers hangen veel fchilderyen, welken voor otigineelen uitgegeven worden , b. v. een paarnbsp;Veneres, en de Overfpeelfter van Titiaan, de gevallen vannbsp;Cyrus in vyf ftukken van Rubens, verfcheiden fchilderyen van Corregio, van Van Dyk, Paul Veronefe, en anderen. Dog de meefte zyn kopyën, die men hier gehouden heeft, nadat de Hertog Regent van Orleans de beftenbsp;Origineelen door koop voor zig verkregen had.

Het voornaamfte in dit Paleis, vooral voor liefhebbers van munten, is de verzameling van oude penningen, dienbsp;van Koningin Chriftina afkomftig zyn. Ook zyn ’ernbsp;veele diep en verheven gefneden edelgefteentens ondernbsp;Onder de camées ziet men Alexander met zyne moedernbsp;Olympias op een Oofterfchen agaat, die 6. duim hoog,

en

{') maaken thans het grootfte fieraad van ’t Koninglyke Paleis Parys uit. Men kan daarover naflaan den byzonderlyk gedruktennbsp;zelden voorkomenden Catalogue des tableaux dit Palais Royal, ennbsp;^^''genvilUf Voyage pittoresque de Paris,

(**) Men kan daarover het pragtigc werk nazien, dac uit twee banden in folio beftaat, en ten titel heeft, Mufeurt^OdescAlchttm, Jivenbsp;Thefanrns antiquarnm gemmarum a P. S. quot;Bartolo incifarum, ^ notUnbsp;ilhjiratarum a Petro CalleoHi amp; Henrico Srw/ff»

Q5

-ocr page 264-

IL IFjk, nbsp;nbsp;nbsp;4‘ breed is. Men vind: behalven een borftbeeld van

ii Trevi. Bernini nog veele gedenkftukken van Koningin Chriftin^ in dit Paleis.

S. Rmu-*ldo.

De kleine kerk van .S’. Romualdo nbsp;nbsp;nbsp;huis van eenig®

alda van Saccbi.

monniken van de Kamaldolenfer order, die volgens hun in-Helling in een eenzaam oord leeven moeten, (*) en zig-maar te Romen ophouden om de zaaken hunner order te bezorgen, liggen in de (Iraat die van de Plaats der Apoffe-S.Romu- len naar ’t Corfo gaat. De kerk is vermaard om een kleinenbsp;fchildery van Andrea Sacchi, een der fchoonften van Romen, verbeeldende den h. Romualdus. Ditiiuk, en denbsp;dood der h. Anna, zyn de meefterllukken eens konfte-naars, die zyn meefter Albant in de-tekening ver overtrof»nbsp;en zynen beelden met een edele eenvouwdigheid een trei-lyke uitdrukking wilt te geeven. Men ziet in dit (luk dennbsp;h. Romualdus zynen Kamaldolenferen in de woellyn predikende. Het hoofd des hgiligs is zeer wel uicgevallen, ennbsp;de aandagt der toehoorders onnavolglyk wel uitgedrukt.nbsp;In ’t geheele (luk heerfcht eene harmonie, diergelyke mennbsp;zelden vindt, en die des te konftigeris, hoe bezwaariy-ker het was by de zes in ’t wit gekleedc monniken, waarnbsp;geen verfcheidenheid van kleuren plaats heeft, een behoor-lyke werking en afneeming van kleuren te brengen.

Hy heeft dit gebrek door een op verfcheiden wyzen ge-

bro-

(•) Romualdus ftigtte de Kamaldolenfer order, en zyn leerlinggt; de h. Gualbert, die van Valorabroia, omtrent het jaar 1040. P-laatfte is egter in den grond geen andere order, en voert alieea die#nbsp;naaiii naar de plaats waat het* kloofler ligt. De Kamaldolcnfers vet'nbsp;dcelen zig in twee klasfen; cctiigcn zyn werkelyke monnikkcti, gt'nbsp;lyk die te Romen, en anderen noemen zig heremieten, omdat b»®nbsp;klooilers altyd op eenzaame plaatfcn liggen.

{*•) Dit ftuk Ireefi Frey ook raeeftetlyk in koper gebragt, vvaariu hy dit alles konftigljk heeft weeten usttedrukken.

-ocr page 265-

fi5i

o o I T A L I E N.

broken toon der kleuren, en door de verdeeling van het /f. l'gr weeten te verhelpen, zo dat men zig aan ’t zagte ko-di Trevi.nbsp;loriet en de zoete ruft, die in ’t geheele heerfcht, niet zatnbsp;2ieu kan. De agtergrond zou aangenaainer, en Je grooténbsp;boom minder hard, zyn kunnen., De van verre naar dennbsp;berg Kalvaria wandelende monniken doen geen goedenbsp;Werking.

Van deeze kerk komen vvy op den Cor/o, om ’er het // Corfi. zuidelyke deel, dat tot deeze wyk behoort, van te be-fchouwen. Deze lange ftraat doorfnydt het geheele bewoonde deel der ftad in de iangte. Zy begint by de Portanbsp;del Popolo, en loopt, meeft lynregt, tot aan ’t Vene-tiaanfche Paleis voort. In de Carnaval laat men hier paarden rennen, wanneet ’er een groote toeloop is van gemaskeerde menfchen, en anderen, en anders dient deeze plaatsnbsp;tot een wandeling voor koetfen en voetgangers. Tot dit eindenbsp;behoorde de ftraat eenige ellen breeder te zyn. Een grootnbsp;deel van de eerfte familien woont hier, en haar aanzien-lyke paleizen geeven een pragtig aanzien. Zy is de beftenbsp;ftraat van Romen, en zou een van der fchoonften der wereldnbsp;zyn als zy lynregt en breeder was. Van de Pona dernbsp;Popolo tot aan den obelisk zyn 146. fchreeden, van dennbsp;obelisk en de fontein, waar de paarden beginnen te loo-pen, tot aan de twee kerken, of het eigenlyke begin vannbsp;den Corfo, 124. fchreeden, en van daar tot het eind teltnbsp;men 2450. fchreeden. Deeze ftraat ligt op de oudenbsp;lala, die van ’t Kapitool tot op de thans zo genaamdenbsp;Piazza fciarra ging. Spooren daarvan zyn ’er nog in’t

Paleis

(*) By de Plaats Sciatra begon itVU FlaminU, die als een groote heirbaan tot aan Rimini liep en van den Burgemeeftet Cajus Fla-mraius , na zyn behaalde oveiwinniag op de Ligutiers, omtrentnbsp;ï-ao- jaaren voor Chtiftus , aangelegd wietd. Zyn amptgenoot,nbsp;Aemiltua, verlengde ze van Rimini tot Piacenza, waai zy VUnbsp;wHia heette.


-ocr page 266-

R E I S-B O E K

ƒƒ. ^Paleis So Marco. Op deeze flraat waren voormaals veel* (ö Tervi. gedenktekens en triomfboogen , inzonderheid ftond dienbsp;welke voor Domitiaan na zyn terugkomft uit Duitfchlandnbsp;werd opgerigt by het tegenwoordige M^cel déquot; Corvi.nbsp;de nabuurfchap der Plaats van S. Marco was de Campuinbsp;Agrippina en de Vicui Sigillarius, waar de goudfmeeders»nbsp;fleengraveerders, juweliers, hun winkels hadden, en waarnbsp;de Roomfche Dames, in de tyden toen de weelde de over-hand genomen had, plegten te gaan wandelen. (*)nbsp;Franfchenbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Paleis della Academia di Francia, of de Franfche

fchildera- fchilderakademie , behoorde eertyds aan de familie van kademie. Mancini, en daarna aan den Hertog van Nevers, die hetnbsp;aan Lodewyk XIV. verkoft. De Ridder Rinaldi was ’etnbsp;architekt van. Van de benedenvertrekken zyn die ter reg-terhand gefchikt om naar naakte voorwerpen en modellen te tekenen, ter flinkerband woont de opzigter. Innbsp;deeze vertrekken (laan de basreliëfs vandeColonna Trajananbsp;en andere modellen. De eerde verdieping , LAppartement du Rot genaamd, is met afdrukken in gips van denbsp;fchoonfte antieken van Romen en Florenzen vervuld; b.nbsp;V. den Laocoon,Torfo, Apollo,en Antinous van ’t Belvedere, de Venus, den Slypor, den Worftelaar, en den Fau-nus van Florenzen, enz. Dog de meeften (laan in eennbsp;valfch ligt. De tegenwoordige opzigter der Akademie, denbsp;Heer Natoire, woont op de tweede verdieping, die uitnbsp;meer dan twintig kamers beflaat. De leerlingen zyn ge-huisveft onder het dak, waarzy van hette en koude veelnbsp;lyden moeten, en laage kamertjes hebben. De voorzydenbsp;is wel zeer aanzienlyk; dog alzo zy in den Italiaanfchen,nbsp;en de fieraaden in den Franfchen fmaak zyn, is ’er geen

over-

(•) Suetonius in Nero zegt van Sporus : nbsp;nbsp;nbsp;ornamtidt

cxinltum, Ueikaqnc mdam, é- ctrcif eonvintns mercatus/jtst GretiHt 4f tnox Rsrnt tUa SigilltrU cemisalHt ijl.

-ocr page 267-

253

DOOR ITALIË N.

overeenftemming in het geheel. Men kan de architektuur ƒƒ. Wyki quot;og fchoon, nog lelyk noemen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;di Trevü

Deeze akademie iseen gedenkftuk van de pragt en de groove onderneemingen van Lodewyk XIV, Dog men heeft een 2eer ongefchikte plaats tot dit oogmerk gekozen. De leerlingen behoorden gemaklyke en wel verligte kamers te hebben , daar zy zig van wegen de naauwheid der üraat metnbsp;een vaifch ligt moeten behelpen, behalven dat de ftraatnbsp;veel te leevendig voor fludeerende menfchen is. Zy woo-nen digt op malkander onder het dak, cn de geheele eerftenbsp;Verdieping blyft, alleen voor de pragt, ongebruikt. Zynbsp;'iienc tot niets anders dan om de daar geplaatfte antieke af-^rukfels te bewaaren. De Akademie werd in ’t jaar 1666.nbsp;geftigc, en bellaat uit een Diretleur en twaalf PenOonnat-tes, die uit de bekwaamde leerlingen der Paryfche fchil-derakademie gekozen worden. Het onderhoud kort dennbsp;Koning omtrent 35000, livres. Men kan ze onder denbsp;loemwaardigde indellingen van Lodewyk XIV. rekenen,

Wyl de fchilder-beeldhouwers en bouwkonft daardoor on-betwidbaar tot op den cegenwoordigen trap van volmaaktheid in Frankryk gekomen zyn.

De tegenwoordige Direideur, de Heer Natoire, heeft 2ig meed door galanteriedukjes te Parys, en door tweenbsp;hidoriedukken te S. Luigi te Romen, bekendgemaakt,nbsp;dog is geen groot kondenaar, vooral omdat hy zyn penceel , federt hy ’t opzigt over deeze akademie gehad heeft,nbsp;heeft verzuimd. De leerlingen vinden hier alles wat hunnbsp;hoodig is tot het formeeren van hun fmaak. Zy tekenennbsp;*lle avonden naar naakte voorwerpen, ’t welk ook Italiaa-en andere konrtenaars bywoouen mogen. De Directeur 1

1

Men zie hierover de aanige verhaadcUng des Gtaaven Algs-totu , nbsp;nbsp;nbsp;l’jfcadcma FrencU in Klim»-

-ocr page 268-

ö54

RE I S - B O E K

ff. nbsp;nbsp;nbsp;moet den Penfionnaires alle mooglyke gemakken tel’

Palazzo

Pamfili.

di,Trevi- vordering in de konlt verfchafFeni Als zy in afgelegen kerken of paleizen Volgens origineelen arbeiden, wordtnbsp;hun einen'daar; gebragt,

‘ Het PaJfeis Pamfili is een der fchoonfte gebouwen van den Gorfo. De zyde naar de Corfo is van Valvafori’sjnbsp;en die naar ’t Collegio Romano van Borromini’s architek-tuur. De derde zyde komt uit op de Piazza di Venezia,nbsp;en is van Paulus Amali gebouwd. Men kan daaruit dennbsp;verbaazenden onitrek des gebouws opmaaken, dat bynanbsp;een gebeele ftraat zou bellaan als het in de lengte gebouwdnbsp;was. De tegenwoordige bezitter, de Prins Doria vannbsp;Genua, heeft, als erfgenaam van de geheele Pamfilifchenbsp;nalaateufchap, met het zelve een grooten fchat van kort'nbsp;baare Tchilderyén bekomen (1) Wy zullen de voornaam'nbsp;ften aantekenen.

Een groot landfchapftuk van Kaspar Pousfin, waarop men een weg, en op den agtcrgrond de zee ziet. Denbsp;boomen en de iandsbouwe zyn treflyk. Een ander vannbsp;den zelven verbeeldt de vlugt naar Egipten. Een pantnbsp;fchoone landfchappen van Claude Lorrain: op ’t eene zietnbsp;men een paleis op zyde, en op ’t andere een watervalnbsp;met een molen. Het koloriet en de lugtperfpektief zyönbsp;ineefierlyk, dog de beelden deugen niets. Een afneemingnbsp;van ’t kruis door Salviati, ’t welk veel gelykt naar hetnbsp;¦vermaarde (luk van Daniel van Volterra. Het karakter dernbsp;vrouwen, die de van zig zelve vallende Maria vafthoo-den, is groot, dog doet o zer ’t geheel geen zonderling®nbsp;werking. Vier fchoone landfchappen van Hannibal Caracci1nbsp;Op het eeae ziet men de Hemelvaart van Maria, op

andere


1

Het andere Paleis Pamfili,’t gt;vclk aan de Piazza Navonalig'1 Sn beneden voor zaJ komen, moet met dit niet verwisfeld worden1

-ocr page 269-

255

D o o ft, I T A L I È N.

andere Chriftus die ten grave gedragen wordt, op het derde, waarin de-aanleg het fchoonft is, een vlugt naar^ö rrev/’»nbsp;Rgipcen , en op ’t vierde de aanbidding derKoningen. Eennbsp;zittende Magdalena van Caravagio. Zy is aa^rtig , dognbsp;niet edel. De ftelling is wel gekozen. Het koloriet valt,nbsp;tegen des meeders gewoonte, taamlyk helder. Het portrait van Innocent X. dooreen Spaanfch nieeder, Diegonbsp;de Sylva, voortreflyk gefchiiderd; dog de kicederen moeten wat van verre -bezien worden. Een Magdalena vannbsp;Feti, in gepeins op ’t gezigt van een doodshoofd. Denbsp;•werking is kragtig,en het peufeel inergagtig. Een reizendenbsp;heilige familie van Parmegiano. Een vronw in ’t zwartnbsp;gekleed, met een kraag om, van Van Dyk. Zy is welnbsp;zeer lelyk, dog ongemeen natiuirlyk, en'naar waarheidnbsp;gefchiiderd. Vier iandfchappen van Swaneveld, (*) waaronder dat met den boer, die drie koeyen over een brugnbsp;dryft, het fchoonfte is. Nog een van hem, met de vlugtnbsp;naat Egipten. Maria met het kind aan de bord, door Rubens te Romen gefchiiderd. Een kopy van de bekendenbsp;Aldobrandynfche bruilofc van Pousfin , welke men wilnbsp;dat dien meefter bewoogen hebbe, den antieken ftyl in zynnbsp;fchilderyen, vooral by de drooge en om ’t lyf fluitendenbsp;kleederen, ter navolging aan te neemen.

Het vermaarde Bacchusfeeft van Titiaan vertoont Bac- Bacchui-chus van den «ragen klimmende, om Ariadne over ’t \amp;c-feeft van

lies Titiaan.

{*) Swaneveld bragt byna zyn geheele lecvcn te Romen door, en leeide by Claude Lorrain, met wien hy veel ftiikken t’zamcn fchil*nbsp;derde. Hy beminde de eenzaamheid, en ging geduurig alleen in ’cnbsp;’^Id rondom Romen wandelen, ten einde naar de natuur te tekenen.

noemde hem daar den Kluizenaar, ofwel, naat zyn doop. naani, Italiaanfchen Herman. Hy heeft meer dan honderd plaa.nbsp;ten zeer geegjg gcé'tft. Zyn Hukken zyn buiten Romen zeer aeld-zaara en dum^ pjy overleed daar in 1590.

-ocr page 270-

256 R E I S - B O E K

II Wy di Trevi.

lies van Thefeus te trooften. Het koloriet is treflyk, de groep van Faunen en Bacchanten, die den Wyngodnbsp;volgen, zeer fchoon; dogzyn Helling is kwalyk getroffen.nbsp;Het Huk heeft veel geleden. Een hooggefchatte fchetsnbsp;van Corregio, maar half afgedaan. Een boeren bruilofnbsp;van Teniers. Een Maria by het kind biddende, bekoor-lyk door Guido gefchilderd. Een fchoone kop in krayoOnbsp;van Hannibal Caracci. Het Paradys van Brenghel, ongemeen frifch en natuurlyk gewerkt, dog het valt, gelyk alnbsp;zyn ftukken, wat in’t groene. Een coneert, waarin hetnbsp;kleine zingende meisje voortreflyk uitgedrukt is ; Pan,nbsp;die Apol op de fluit leert fpeelen, waarin een heerlykenbsp;uitdrukking is; eene Pfyche, en de weenende Petrus, allen vier van Hannibal Caracci. Den h. Hieronymus zietnbsp;men hier zeer dikwyls door verfcheiden meefters gefchilderd. In de kapel verbeeldt het altaarftuk, van Hannibalnbsp;Caracci , Maria, hebbende het lyk van Chriftus op haatnbsp;fchoot. Het zelve ftuk treft men ook in de Koninglykenbsp;verzameling te Capo di Monte by Napels aan , en ’ernbsp;word getwift, welk het origineel is.

Oftenfa

rium.

In dit Paleis wordt ook het kofibaare Oftenforium van de St. Agnefekerk bewaard. De familie heeft die by haarnbsp;ander Paleis in Piazza Navona doen bouwen, en de Prinsnbsp;Camillo heeft dit Oftenforium daaraan ten gefchenke gegeven. De konftenaar, die dit ftuk gemaakt heeft, was Fran-ciscus Juvara van Mesfina. Het is zo ryklyk met juweelennbsp;bezet, dat het den Prinfe ten minften 130000. anderennbsp;zeggen 150000. fcudi, gekoft heeft.

Paleis Fe- Naaft het Paleis Pamfili is het Paleis Verospi, ’t welk rospi. meer dan tweehonderd buften en ftatues, en veel goed®nbsp;fchilderyen bevat. Boven op den trap ftaat een kleine Si'nbsp;lenus, die geheel hairig is. Men ziet hier treflyke vaazennbsp;van groen en rood porfier, dog van moderne meefters-

Hel

-ocr page 271-

DOöR iTALtËNé 25?

andere, ook op den Corfo flaaude Paleis Verospi, ’t ƒ/_

X'alk veel meer merkwaardigheden heeft,zal in de volgen-Trevi. de ivyi; voorkomen.

¦S', Maria in via lata is een der oudlle kerken, waar S. Maria ^‘quot;¦n ook een Kardinaal den titel voert. Volgens het ge-®'”

®eciic zeggen, hebben Petrus en Paulus reeds deeze kerk der Moeder Gods gewyd, waarom men ook onder de kerknbsp;de plaats toont, waarzy met de Enangeliftcn Lnkas e»

Joannes zouden gewoond hebben. De fchoone voorzyde is van Pieter van Cortona;het voorportaal ruft opkorinthi-ihhe zuilen, die egter te veel met pilafters vermeilgd zyn.

^iet voeigeftel der tweede order is te hoog, en de arcade, die de kornis breekt, doet een flegte werking. De archi-tekuinr der kerk zelve is van CoOmo van Bergamo. HeCnbsp;fchip is met fchoone antieke zuilen van een marmer, dafinbsp;Marmo cipolUno genoemd wordt, verfierd, welken, tennbsp;huMeloozon overvloede, met Siciliaanfeh jaspis zyn inge-i’sgd. De fchilderyen aan de gewelveü zyn van Camesfeinbsp;on Brandi. Het hoofdaltaar praait met koftbaar marmer.

In de eerfte kapel ter regterhand ziet men een fchoonen h. Andries, die zyn kruis küft, vKfl Brandi, in de maniernbsp;van Guercino. Voor deeze ketk ftond voorheen de boognbsp;¦van Gordianus, dien Innocent VIII., wyl hy op ’t Corfonbsp;^eer hinderlyk was, ia ’t jaar 1485. deed afbreeken.

¦S’. Marcello ligt byna tegen over de voorgaande kerk, behoort onder de oudften van Romen, Hier woondenbsp;^oormaals de h. Lucina, en in den ftal van ’t zelve huisnbsp;’''ord de h. Paus Marcellus van den dwingland Maxentiu*

Ksdood. De pragtige voorzyde tegen ’t Corfo is van den Ridder Fontana, De kapel van ’t wonderdaadige Krncifixnbsp;'s zeer ryk aan fchoon marmer. Het ontbreekt der kerkenbsp;tiiet aan goede fchilderyen van Daniel Van Volterra, Fre-^erik Zucchero, en anderen. Ter regterhand in de kerknbsp;ili. Deel.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Rnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;*i5ï

-ocr page 272-

25^

//. nbsp;nbsp;nbsp;rocn het graf van den Kardinaal Cennino door Rosfi*

éi Trevi. Algardi heeft ook verfcheiden gedenktekens zyner bc* kwaamheid nagelaten.

DE DERDE WYK DER STAD ROMEN , RIONE Dl COLONNA.

De derde Wyk der Stad wordt Ritne éi Cobnna, naaf de Antonynfche zuil, genaamd, die op eene der fchoond^nbsp;Plaatfen van Romen flaat. Zy neemt haar begin by denbsp;Porta Pittciana, ftrekt zig uit tot de Propaganda, voorbynbsp;«y. Lorenzo in Luctna, naar de Plaats van S. Ignatius ofnbsp;het Colkgie Romano, en van daar te rug naar den boog vannbsp;Carbognano tot aan de Plaats Barberini en de Villa LudO'nbsp;vifi die reeds befchreven zyn.

Porta De Porta Pinciana, welke vermoedelyk naar eene Room-finciana. fche familie genoemd werd , ligt aan het noordooflelyk einde der Stad, en is, naar alle waarfchynlykheid,de oudenbsp;Porta CoUstina , fchoon Nardini die aan den zuidkantnbsp;zoekt.

Tuinen van Digt by S. Jofeph en S. Andrea delle Fratte, of wat Luculius. verder aan de eigenlyke afhelling van den heuvel, lage'’nbsp;de tuinen van Luculius, die zo fchoon waren, dat niei’nbsp;zelfs onder de welluftige Keizers, gelykPlutarchusfchryft»nbsp;geen aangenaamer en pragtiger plaats in Romen kende*nbsp;Wanneer Luculius Tigianes en een deel vanAfien,omtrent'nbsp;70. jaar voor Chriftus geboorte, overwonnen, en daarb/nbsp;ontzagiyke fchatten by eengezameld had, onttrok hy z'i?nbsp;aan de gemeene bezigheden, om zig den weetenfehappe'’nbsp;en der ruft te wyen. Hy zogt het gezelfchap der geefti^®®nbsp;en geleerdfte lieden, met welken hy den tyd, ten ded®nbsp;in zyn uitgeleezen bibliotheek, ten deele in deezen heef*nbsp;Ijken tuin dootbragt, Mesfaiina , gemaalia van Kei^e®

Cl*^*

-ocr page 273-

DOOR I TALIËN. as9

Claudius verkoor deeze plaats voor het pleegen haarer on-geregeldheden, en ontzettede den regten bezitter VaIerius/lt;»oH^ Afiaticus daar van. De Keizer deed haar hier ombrengennbsp;om een einde aan haar ontugtig leeven te maaken.

Toen men in ’t jaar 1616. den grondflag van een huis in de nabuurfchap van St. Jofeph leggen wilde, vond mennbsp;een (luk van een marmeren kornis, die op twee zuilennbsp;Hond, met het opfchrlft OBaviai. Vermoedelyk was hetnbsp;een overblyffel van een gallery, die Oftavia Mesfalina’»nbsp;dogter in deezen tuin heeft aangelegd, toen zy dien nanbsp;den dood van Britannicus erfde; of wel veelligt van eennbsp;graf van Oftavia, nadat zy, volgens laft van Nero, op hetnbsp;Eiland Pandataria vermoord, en haar lyk naar Romen ge-bragt was. Nero kwam daardoor in ’c bezit van deezennbsp;tuin, in ’t welk de Keizers vervolgens bleeven.

De kerk S. Giufeppe ligt niet ver van de Plaats Barbe- S. Ciafep-rini, en behoort aan de Karmelieter Nonnen, eene van?^ a Cap» de welken , Maria Eufrafia genaamd , de geboorte van^®

Chriftus dan de flinker zyde der kerk gefchilderd heeft.

Behalven dat, treft men hier nog een paar fchoone ftuk-ken aan, naamlyk op het hoofdaltaat Maria en een Engel, die Jofef uit den flaap opwekt, van Andries Sacchi, ennbsp;de h. Therefia van Lanfranco.

La Propaganda f een groot, van Gregorius XV. In 'tLa Propta. jaar 1622. gefligt, kollegie, ter uitbreiding van ’t Chris-ten geloof, Bemini bouwde het onder Urbaan VllI. waar.nbsp;om het ook Collegia Urhano de propaganda fide genaamdnbsp;Vrordt. Borromini bouwde de kerk op laft van Alexandernbsp;VlI. Men neemt hier jongens van allerlei volken, voor-t'aamlyk uit Griekenland , Afien, Abisfinien, en anderenbsp;landen, aan, en onderrigt ze, op dat zy naderhand hetnbsp;¦Roomfche Geloof mogen prediken. Het Kollegie heeftnbsp;een lalryke bibliotheek en een drukkery, waar meu inzon-R. %nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;der-i

-ocr page 274-

a6o

ƒ//j'^.^^derheid allerlei vreemde letters heeft. Dit maakt dat’ef Riane di op de zelve veele geleerde werken, die over de taaien haii'nbsp;Colonna. delen, gedrukt worden,

Raids Ber- Het Paleis Bernini verdient niet blootlyk als dewoonitiS van een eertyds zo beroemd konftenaar, maar ook wegensnbsp;de daarin zynde werken derkonn:, eenige agting. Mennbsp;ziet hier een zonderbaar fchilderftuk van Van Dyk,’t welknbsp;Koning Jacobus van Engeland driemaal , naamlyk vannbsp;vooren in profiel, en half van ter zyde afbeeldt, AH®nbsp;drie de hoofden zyn den meefter waardig. Twee fchilder*nbsp;ftukken van Bourguignon, een veldllag, en de overvaartnbsp;aan een veer in een aangenaam oord, In een der onderfienbsp;vertrekken Haat het beeld van de Waarheid, meer dan lee-vensgrootte, De kop is bevallig, en het vleefch zagt ge*nbsp;werkt, fdioon de tekening niet volkomen juill is. Danbsp;ty:l zon deeze Waarheid ontdekken, dog Bernini ftierfnbsp;eer hy dien tyd beginnen kon, In de zelve kamer is oolcnbsp;de fchets der fontein van de Piazza Navona; waarin egtecnbsp;de ftatues der rivieren een andere Helling hebben, als dienbsp;welke Bernini naderhand gekozen heefr.

S Andrea nbsp;nbsp;nbsp;^ndries heeft den bynaam ddk Pratte,

dellePraU van de flruwellen, bekomen, die hier eertyds wiesfen, en te,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;misrehien nog uit de oude Salluflifche tuinen afkomdig

waren, De architektuur is van Guerra , dog de koepel eB de toren zyn van de zonderlinge vinding van Borromini.nbsp;De kapellen van ’t Krucifix en den h, Franciscus di Paolonbsp;zyn, van wegen de treflyke marmers en bronzen verfieriii-gen, merkwaardig. In delaailie, van Fuga’s architektuur»nbsp;zyn een paar engelen., met de werktuigen van ’t lyden,nbsp;door Bernini in marmer gehouwen. By den hoofdingangnbsp;ziet men het graf des Kardinaals Calcagnini van Piecronbsp;Braci, en des Hertogs van Avello van Queirolo. Oj)detnbsp;^deren is ook dat van den Prins Laurens van Marokko

merk-

-ocr page 275-

door I T 4 l I E N.

merkwaardig , die voor zynen Vader gevlugt zynde iii Spanjen Roomfch geworden, en in i739- te Romen gQ.Rionc cHnbsp;ftorven is.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Colonne,

Digt by deeze kerk hebben de Vaders der order del Ris-catto, of der vrykooping van Chriften flaaven, een hospitaal , S. Maria in S, Giovanni in Campo Marzo genoemd , tvyl zig het Campus Martins eertyds tot hiertoe uitftrekte.

Het Odeum, of Stadium van Keizer Domitiaan, lag in deeze nabuurfchap', en misfchien daar waar nu de volgende kerk ftaat.

S,. Silvejlro'in Capite, eene fchoone kerk, met eeii'^-SilveJIrc ruim kloofter van de Nonnen der S. Claraorder. De by- Capite,nbsp;naam in capite komt af van het hier bewaarde hoofd vannbsp;Joannes den Dooper. (*) Een ander heiligdom deezernbsp;kerk is het portrait des Heilands, ’t welk hy, volgensnbsp;Eufebius berigt, op lynwaad afgedrukt, en den Koningnbsp;van Edesfa, Abgarus gefchonken zou hebben. VVyl mennbsp;de reliquie zelve zelden te zien krygt, moet men zig metnbsp;de kopy behelpen, die ter (linkerhand van’t altaar, nevens het hoofd van Joannes in marmer gehouwen, en metnbsp;een langdraadig opfchrift voorzien is. Volgens deeze kopy

had de Heiland een droefgee(liggezigt,en,zowelalsjoan. nes, een gekloofden baard, en knevels aan de bodenlip.

De voorzyde der kerk is van Bominicus Rosfi. Van bin-uen is de kerk ryk aan verguldfels en ftukadoorfels: ook ontbrceken ’er nog goede fchilderyen van Hiacynth Brandinbsp;en anderen, nog ftatues en beeldhouw'werk van Rusconi,

Bramignoli, en andere meefters. Aan ’t hoofdaltaar (laan iWee treflyke zuilen van Ooilerfch alabafter. De fakristynbsp;^'ordt voor eene der rykften van Romen gehouden,

In

(*) De Stad Amiens in Frankryk beweert het insgclyks te bezit» ten, gelyk Du Cangi? ia gsl“tde yeihandcling bewezen hecft.^

R 3

-ocr page 276-

iftÖ»

va al Cor-fo.

in.fP'yk t In de kerk van S. Maria Maddakna al Corfo verbeelde Rione di het hoofdaltaarftiik de boetvaardige Magdalena , en i*nbsp;Celontia. jgj jjgfjg ftukken van Guercino. Het kloofter datnbsp;deeze kerk ftaat is voor ontugtige vrouwlieden ge*nbsp;fchikt, die zig bekeeren, en hier haar leven doorbreugennbsp;willen. Volgens een wet van Clemens VIII. is het klooster erfgenaam van alle ligtvaardige vrouwlieden die zondernbsp;teflament fterven, en voor een vyfde deel van de zulkennbsp;die een teflament gemaakt hebben.

Paleis Pe-rtspi.

Tegen over deeze kerk ligt een tweede Paleis Ferospit ’t welk het onder de voorgaande Wyk befchrevene in merkwaardigheden , en voornaamlyk in antieke flatues, vernbsp;overtreft. De bouwmeefter was Honorio Lunghi. Op d®nbsp;plaats flaat een Antoninus Pius, een Marcus Aurelius, eel*nbsp;Hadrianus, eene jaagende Diana, een Apollo als jongeling , en veele basreliëfs. Boven de fontein ziet men Jupiter, houdende den donder in de regter, en een fcepternbsp;in de (linkerhand. Daarin heerfcht een grootfeh karakter»nbsp;fchoon het beeld niet zo wel getekend is als anderen. Aannbsp;elke zyde ftaat een ftandbeeld, van welken de Minervanbsp;«eer fchoon is, de armen en de kop uitgenomen, die vannbsp;nieuwer hand zyn. Men pryft het wel vallend kleed ei*nbsp;¦het fchild aan dit beeld.

De befchilderde gallery van Albani is des te merkwaardiger, omdat zig de meefler zelden aan groote werken gewaagd heeft. De voorwerpen zyn in verfcheiden fchilde-ïyen gebragt, en wel gefchikt. De fchilder heeft de pla-jjeeten en tyden van den dag onder allegoriefche figuurel* getragt aftebeelden. Aan ’t eene einde der gallery zi^'nbsp;men de Dageraad, die bloemen ftrooit, en voor haar nlt;rnbsp;Cupido, met zyn fakkel de eerfte ligtftraalen uitbreidende*nbsp;ï)e Dageraad is (choon,en de kop inzonderheidbekoorlyk*nbsp;yi !l«t tweede fluk fehudc een kleiüe Mingod den dasovir

ovef

-ocr page 277-

oooR ITALIË N.

«ver de aarde uit. Het middelfte verbeeldt de zon mid- ///. nbsp;nbsp;nbsp;^

den in haaren loop. Zy wordt onder het beeld van Apollo Rione di vertoond, die de vier Jaargetyden, Flora, Ceres, Bacchusnbsp;en Vulkaan regeert. Het koloriet is aangenaam. De beelden der vrouwen hebben veel behoorlyks, dog den man-nelyken ontbreekt uitdrukking. Daarop volgt de Avond ,nbsp;onder de gedaante van een Cupido, die zyn pylen overalnbsp;op de aarde, door de zonneftraalen vermoeid, vallen laar.

Op het laatfte ftuk verfchynt de Nagt, met heulbloemen bekranft, begeleid door een uil. Zy flaapt al ftaande, metnbsp;twee kinderen op de armen. Haar miene is bekoorlyk,nbsp;dog de gedagte des fchilders niet gelukkig uitgedrukt. Hetnbsp;fchynt zeer onnatuurlyk in die ftelling te flaapen, zondernbsp;de kinderen te laaten vallen. Ook fchikt zig de flaap nietnbsp;wel om den Avond aftebeelden, daar de Mingod zyn pylen op de aarde vallen laat.

De Planeeten zyn door de Godheden, naar de welken zy genoemd worden, aangeduid. De omtrekken van Mer-curius zyn zagt, dog het hoofd ontbreekt uitdrukking.

Venus heeft in de eene hand een pyl, en in de andere den boog, dien Cupido haar ontneemen wil. Het beeldnbsp;der Godin is fchoon, alleen moefl zy de oogen op Cupidonbsp;draayen. De Maan verbeeldt Diana in een gevallig ennbsp;los gefchilderd beeld. Mars, Jupiter en Satumus misfennbsp;een deftig en te gelyk manlyk aanzien. In alle deeze ftuk-ken is een aangenaame zaraenfteiling, goede tekening, ennbsp;een inneemend koloriet.

Onder de flandbeelden waarmede de gallery vetfierd is nbsp;nbsp;nbsp;gt;

tekenen wy eenen Ganimedes aan, wiens hoofd de mees

ter

(*) Deeze galleiy ” «P t?. bladen van Ftezza in plaat gebragt, onder den titel,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;nel Falloxxo Veros^l éi^inte da Ffantescf

^IhanU

R4

-ocr page 278-

REISBOEK

ColonrM,

al te oud voorgemeld beeft;anders ontbreekthewgeebö' quot;Rione di fehoonhcid. Men ziet in dit Paleis nog een zeer raarsnbsp;buft van Macrinus, een Apollo en Jupiter van Griekfchenbsp;hand, en den kop vap Scipio Afiicanus, Het ftandbeeidnbsp;det Godin Ktenia is bet eenige van dien aart te Romen.nbsp;Zy ziet ’er by na uit als een Vallaalfche maagd, die hetnbsp;heilige vuur houdt. Ecu leeuw van pietra Egiziaca, ennbsp;een Sileen van antiek rood marmer. Een menigte anderenbsp;J)uften en vaazen gaan wy voorby. (*)

In dit Paleis is een, zo genaamde, harmonifche zaal, waaraan de konftenaar Todini byna veertig jaaren gearbeidnbsp;heeft. Hierover werd voorheen veel ophefs gemaakt. Denbsp;kond: bellaat in een klawier, op het welk als men Ijieeldenbsp;zig te gelyk verfcheiden anderen in de hoeken van de zaalnbsp;deeden hporen, ’c welk veroorzaakt werd door de zaraen-voegingen die ’er in de munren tusfehen de verfchillendenbsp;fpeeltuigen waren. Het (luk is niet meer in wezen. Denbsp;klawieren waren deswegens nog merkwaardig, dat zy vannbsp;Pousfin befchilderd waren.

Pakh

r,onti.

Op de klejne Piazza di Ceri ligt het Paleis Conti, ’t welk eertyds den Hertogen van Ceri, uit den huize Orfini,nbsp;toebehoorde, dog tegenwoordig dopr de Hertogen van Polinbsp;en Gaadagnolo, ais eifgenaamen van het huis Conti, bewoond wordt. De oude Martin Dunghi heeft het gebouwd.

Men

(*) Voorheen was hier een groote urne van porfier, over de j. voet hoog, even zo vvyd, en in den Egiptiiehen flyl gewerkt. 'Aynbsp;kwam door den Heer Bouret aan den Graafdc Caylus, die ze in’t/denbsp;deel zyner Oudheden p. ZJ4. bclchrevcn heeft. Hy deed ze iuzynennbsp;fuin zetten, en vertoonde ze den liefhebberen van oudheden, dognbsp;eigeulyk was zy gelchikt om op zyn grafftedc gelleld tc worden.nbsp;Na 2yn dood in i/d/. werd zy wciklyk in de kerk S. Germainnbsp;pAuxettois gebtagt, en hem, volgens zyne fchikking. als een g^nbsp;^eekteken, het eeuige van dieu aatt tc Parys, op zyn graf getlcld.

-ocr page 279-

255*

ooOR IT ALIË N.

Men ziet ’er verfcheiden fchilderyen van Rnbetis, Hanni- jjf bal Caracci, Guido . Pieter van Cortona, Maraui, en//jCa/*»»'»»nbsp;andere meeftens.

S. Maria in Trivia dé' Crociferi, vvordt in Trivia genaamd, omdat zy digt by de. fontein di Trevi ligt, De order der Crociferi is tot pppasfing der kranken gefcliikt;

2y draagen een kruis op hun^gewaad,. De keric is vol, gens de architektnur vat] Jakob del Duca gebouwd , ennbsp;heeft, buiten een hoog gefchatten Chriftiis aan ’t kruisnbsp;.van Palma, niets byzonders. Beiilarius^ftigtteze in ’tnbsp;jaar .527. om zyn misdryf weder goed te inaaken, dat hy ,nbsp;naamlyk , ten gevallen der Keizerinne Theodora , dennbsp;Ji. Paus Severus had afgezet.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.

De Plaats Colonna , die omtrent 120. fchreeden in ’t Pia:e^ vierkant heeft, bekomt haar naam en pragtig aanzien vannbsp;de in ’t midden flaande zuil van Antonyn. De grootsnbsp;fontein deezer Plaats is van Jakob della Porta.

Pe Antonynfche_ zuil is van den grond xot aan den bo, Colomim venften, omgang 117. Paryfche voeten. liet ftandbeeld’^”-^^'”**nbsp;yan den Apoftel Paulus is 13. voet hoog] en liaat op eennbsp;piededal'van (J. voet. Men- klimt op de zuil langs een vnbsp;daarin geplaatlfen wenteltrap, die i8p.'treedon heeft, ennbsp;door zeftien kleine venders verligt wordt. De middelfynnbsp;der fchagt is 14-1, voet. Met kapiteel-is dorifch, fchoonnbsp;^2 evenredigheden der zuifnaar de korinthifehe order zynnbsp;¦ingerigt. Het geheel doet geen fchoone werking. Denbsp;Zuil, die uit agt en twintig (lukken beftaat, fchynt bynanbsp;'bikker van boven dan van onder, en voor het hooge pic-'^2(lal te kort. De basreliëfs loopen, gelyk aan de Tra-Daiifche zuil, in fpiraallynen van onder- tot boven, dognbsp;moeten voor die zuil tvyken, zo wel in de zamenfteliingnbsp;uls in de uitvoèring en de karakters der koppen.

Sixtus

Men heeft öaajvan het .volgende weik; -do/oTOB dl M/irtr.

R 5' nbsp;nbsp;nbsp;**'

-ocr page 280-

èSö R E I S - B O E K

tïïTf^yk, Sixtus V. deed deeze befchadigde zuil in’t jaar Cffhnna.doot Fontana weder herftellen, en wyde ze den Apoftelnbsp;Paulus, wiens flandbeeld in brons ’er nu boven op ftaat*nbsp;Uit de opfcbriften, die op den teerling ftaan, blykt, datnbsp;men zig verbeeldde, fchoon ten onregte, dat dit gedenk-ftuk Keizer Antoninus Plus was opgerigt, daar ’t veel eernbsp;uit de basreliëfs, die den Markomanfchen oorlog verbeelden , zeker is, dat zy voor zyn opvolger Marcus Aurelius , die ook fomtyds Divus Antoninus of Marcus Antoninus genoemd werd, gefchikt was. De eigenlyke Anto*nbsp;nynfche zuil, welke in 't jaar 1704. op Manre CUori» ge-vonden werd, en van de welke wy zo aanftouds zullennbsp;bandelen, neemt hieromtrent allen twyfFel weg.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;'

Paleis nbsp;nbsp;nbsp;Paleis Cèfge' is zeer ruim; de eene zyde bedaar de

noordelyke lengte van de Piazza Colonna, en de anderé ligt tegens ’t Corfo. Jakob della Porta en Maderno hebben het begonnen, en Felice della Greca voltooid. Denbsp;bouwkonll is egter zéér eenvouwdig, en heeft niets ongemeens. Voor deezen was dit Paleis, uit hoofde detnbsp;talrj'ke verzameling van antieke ftatuen, (*) beroemd,nbsp;waarvan egter hier niet veel meer te vinden is. Wy teke*nbsp;nen de volgende fchilderftukken aan.

Een uitvoerige fchets van Karei Maratti, vertoonende de aanbidding der herders, welks origineel wy in de gallery van ’t Quirinaal befchouwd hebben. Een velddag vail

Sal-

'jturelio, eve e fcdfila rHifioria delia gHirr a e vittoria Marctmannicft SatugliatMH acq»» forte da P, S, ‘Sartoli e fplegata de G. P. 'Scllgt;rgt;^nbsp;78. bladen.

(*) Auguftas ir. Koning van Pélen kofi de befte ftukken den jaare 171S. voor 4S000. fcudi, en zy maaken tegcnwoordiê*nbsp;nevens de gallery, een det grootfte fieraaden ten opzigte der kon®»nbsp;van Dresden uit. Zy zyn in ’t koper gebragt te vinden in een prago»nbsp;werk in folio, genaamd Les marbres de Dresden dog, buiten hS

|«eu rio Fieiilu is, niït wel gewksad,

-ocr page 281-

DOOR I T A L I E N,

Salvator Rofa, waarin de paarden fchoon getekend zyn, //ƒ, het koloriet valt in ’t roode, en doet geen groote nitwer- dinbsp;king. Van den zelven meefler een fchoon landfchap metnbsp;een Mercurius, die Argus in flaap maakt. Een paar mecs-terlyke zeeftukken van Claude Lorrain, het eene de fcliaa-king van Europa verbeeldende. Twee fchetfen in dennbsp;fmaak der antieke basreliëfs van Pousfin; zy verbeeldennbsp;bacchusfeeften, en zyn met een ongemeen vuur ontworpen. Een groot landfchap van Claude Lorrain, vertoo-nende een zamenfpraak. De ligging is fchoon, en denbsp;gronden zyn meeflerlyk. Een Magdalena van graauw koloriet , en een Lucretia van Guido. Het hoofd en de houding der laatlle zyn bevallig, dog het koloriet zo fletfch,nbsp;dat het vleefch byna dezelve kleur met de kleederen heeft.nbsp;Een allegorie van Rubens, naamlyk de vereeniging desnbsp;Overvloeds met de rivier den Tiger. Het koloriet is mees-terlyk, dog de omtrekken der beelden zyn buitenfpoorig.nbsp;Een fater, van den zelven, die een mand met vrugte*nbsp;draagt, nevens eene bacchante, op een bevallige maniernbsp;gefchilderd. De fchets van ’t beroemde (luk van S. Ro-mualdus van Andries Sacchi. Een fchoon landfchap metnbsp;herders, die hun vee dryven, van Caftiglione, wat violetnbsp;van kleur, anders kan het landfchap en vee niet fchoondernbsp;zyn. Chiiftus aan den pilaar gebonden, door Guercino.nbsp;¦Twee kleine landfchappen van Salvator Rofa. Op hetnbsp;eene ziet met den hemel tusfchen rotfeii door, en op hetnbsp;andere een berg, waarvan een boom afvalt. Mars, dienbsp;in tegenwoordigheid van Venus,Cupido met roeden (laat;nbsp;een wondeibaare inval vaa Caravagio; de beelden zyn nietnbsp;edel. Aretino door Titiaan,

Van beekihouwftukken ziet men hier het borftbeeld vaa Alexander VII. en anderen uit dat huis , door Bernini.nbsp;Twee kusfens vaa toetfteen, door den zelven zo namuriyfc

gemaakt j

-ocr page 282-

i268

ƒƒ/. nbsp;nbsp;nbsp;l’St fchynt als of men ze plat drukken zo*

di Qolomia. kunnen. Op het eene ligt een doodshoofd, en op

andere een flaapend kind. Verders ziet men vier fcher* mers, en vier jongelingen allerlei lichaamsoeffeningen doende; eene Ceres, een Sileuus, tien ftandbeelden van ver-fchillende Goden ; een borftbeeld van Caligula op eennbsp;porfieren tafel; een paar fchoone zuilen van giallo antico,nbsp;en een paar anderen van Ooflerfch alabafter. De biblio*nbsp;theek van ’t Paleis is talryk, en met eenige zeldzaamsnbsp;handfchrifteu voorzien.

De kleine heuvel Monte Citorio lag by ’t Campus Mar-tins, en zulken die een ampt verzogten- hielden zig hier zo lang op , als het volk bezig was de verkiezing te doen.nbsp;De Centuriae wierden, de eene na de andere, herwaardsnbsp;ontboden, of geciteerd, en daarvan daim is waarfchynlyknbsp;de naam Qitorio afkomftig.

Curia In. Op Monte Citprio deed Innocent X. de Curia Innocen-nocenzia- ziana of de juflidekanfelary door Bernini bouwen. Dog na zyn dood bleef het werk fteeken, en kwam eerft doornbsp;Fontana onder Innocent XII. die ’er meer dan 300000.nbsp;fcudi aan verfpilde , tot ftand. Het behoort onder denbsp;fchoonllc gebouwen der Stad. (*) De verfcheiden regt'nbsp;banken, die voorheen door de ftad verfpreid waren , zynnbsp;hier nu by malkander. Op de groote balkon boven denbsp;hoofddeur Wordt de lotery, of de Lotto di Cenova, altjtinbsp;in ’t openbaar getrokken. Beneden zyn de komtoiren van

den

{•) Het gebouw heeft drie groote ingangen en Jiy. venfters. De Gcrcgtighid woont misfthien nergens zo pragtig. In eene der bene^nbsp;denzaalen leeft men deeze ichoone woorden : Mireris hosprsnbsp;•m tam mainrfice hahhantem , fdas qmd fflendldiores hahet adfS,nbsp;animttm Prlaciflt, Van de legibanken fpteeken wy aan k einde va*nbsp;de befchryving van Roin?n,

-ocr page 283-

POOR I T A L I E N.

den Auditore della Camera, dec kopiften, eii het archief.

In de groote zaal der eerde verdieping, waar het beeldCfl/öw»!»* ' van Innocent XII. ftaat, zyn de regtbankcn den Prelaaten,nbsp;of Chierici di Camefa, • Verder zyn hier ook de gehoor-zaaien van den Auditore della Camera, en den Auditorenbsp;della Segnatura. Op de andere verdieping woont de Auditeur en de fcbatineefter der Apoftolifche Kamer.

De Plaats van Monte Citorio is groot en ruim, dewyi Clemens XII. veel oude huizen heeft doen afbreeken. Opnbsp;’t midden derzelve deed Cenediftus XIV. het piedeftalnbsp;voor de eigenlyke Antonynfclie zuil door den Riddernbsp;Fuga ftellen, dog de oprigting der zuil bleef fleeken.

Dit piedellal van wit marmer is 11. voet hoog en 12. breed. Drie zydcu hebben basreliëfs, en op de vierdenbsp;leert men,

Diva Anionina Aug. Pla.

Anionimis Aug.

Ei Ferus Augufius /HU.

De zyde tegen over Monte Citorio is de fraairte, zy ver* beeldt de vergooding van Antonyn en Faurtina. Een Genius draagt beu op de vleugelen, en heeft een kloot metnbsp;een Hang in de hand. Aan de voeten van dan Genius zietnbsp;ni^n een allegoriefch beeld met een obelisk, het zinbeeldnbsp;der onfterflykheid. Tegen over zit de ftad Romen meenbsp;cen fchild, waarop de wolvin met Romulus en Remusnbsp;•llaat. De ftyl van dit werk is fchoon, en de Genius wel,nbsp;fchoon wat ftyf, getekend. Het beeld van Romen over-^’¦sft alle de overigen. De twee andere, basreliëfs vertoo-tien ’s Keizers uitvaart. (*)

Op

C*) PUdeJïfiii^ * hêsji Ttltfyt e /jcrnci»»e nbsp;nbsp;nbsp;^ntonh»

X'A

-ocr page 284-

r^amp;

piedcflal ftond de Aiitonynfche zuil van glad gfï' Trevi, niet, die agter de Curia Innocenziana op den grond ondetnbsp;een dak ligt. Zy is reeds mer yzeren ftaaven omgeeven«nbsp;en gereed om opgerigt te worden. Dog Benediftus XlV.nbsp;was zo yverig niet in ’c herftellen van oude gedenkfluk'nbsp;ken als Sixtus V. De zuil beftaat uit een enkeld ftuk, isnbsp;45. voet lang, en heeft beneden in den omtrek 20. voet.nbsp;Uit het opfchrift kan men opmaaken dat zy na’s Keizersnbsp;dood, is opgerigt; dog de penningen wyzen uit, dat hetnbsp;vyftien of twintig jaar vroeger gefchied is, en wel in denbsp;nabuurfchap van Monte Citorio,waar men ze in 1^704.ontdekte (*) Zy werd in ’t jaar 1705. uit den grond gehaaid,nbsp;en door middel van een werktuig met verfcheiden rollen,nbsp;Strascino genaamd, op haar tegenwoordige plaats gebragt.nbsp;De daartoe opgerigte ftellaadie was 80. voet hoog, en vaiinbsp;Fontana uitgevonden. (*?) De plaats waar de tempel vannbsp;deezen Keizer en zyn Forum gelegen hebben, kan mennbsp;niet uitvinden, dog het is waarfchynlyk dat de zuil op hecnbsp;Forum gedaan zal hebben.

In de nabuurfchap lag ook de gallery of Porticus def Argonauten, door Agrippa vierendertig jaaren voor Christus geboorte, aangelegd. Dit gedeelte der ftad was zeefnbsp;ieevendig. Als Martialis de ledigloopers wil befchryven»

die

?(gt; (AVétU dalk mint del Camfe Marxa, IntaglUte ia acqaaftrte d* Franc, aiquila 5. bladen.

(•) Men kan daarover nazien, Johannh Vlgmli, de Columna Wf* ratorh Antonlni Fti DUfertathaccsdant anttquA inftriptimes quanbsp;auScrem exflant. Ro»b. 1705. in 4.

(••) Atnoud van Wefterhout heeft van dit werktuig , of, gel}^ het de Italiaancn noemen , Cajielhy te Antwerpen een fchoone, ***nbsp;aeldzaanj vooikomende, plaat gegeven. Wefterhout Werkte lang **nbsp;Italien , en Iverkrceg den tijsl van Plaatfnydst des Etfpiinfcnnbsp;slinand van ToskgBeH.

-ocr page 285-

door ITALIË N.

die hfin tyd in de gallary van Quirinus, die by St. Andries Ul.ff'jk, der Jefuieten lag, doorbragten, zegt hy, dat die even zodiCok»in«^nbsp;opgepropt was als de galleryen van Pompejus, van Europa, en van de Argonauten. (?)

Van Monce Citorio zuidwaards ligt de Piazza di Pie- Piazza £ ira, zo genaamd naar de menigvuldige hier liggendenbsp;nen van oude gebouwen. Op de zelve Haan nog elf grootenbsp;Zuilen, die de voorzyde van de Dogana di terra, of hetnbsp;Tolhuis der inkomende waaren, uitmaaken. Innocent XII. Begane,nbsp;bonwde het in ’t jaar 1695. en beftemde de ihkorallen voornbsp;het Hospitaal der Invalides. Alle vreemdelingen moetennbsp;by hun aankomfl; hier komen , en hun koffers laaten doorzoeken. Dog men is niet geflreng, en vergenoegt zig,nbsp;na ’t ontvangen van een drinkpenning, het kolFer maar tenbsp;openen.

De elf zuilen maakten vermoedelyk een portaal voor een tempel uit, ten minften ziet men dat de kornis der agtnbsp;eerften, die naar *t Seminarie Romano toe liggen, een gewelf gedragen heeft. De oudheidkenners zyn het oneensnbsp;over haar beftemming. Eenigen meenen dat zy tot den Portinbsp;cus der Argonauten, anderen dat zy tot eenen tempel vannbsp;Mars, en weer anderen tot dien van Antoninus gediendnbsp;hebben. Zy zyn allen gekanneleerd, de architraaf en friesnbsp;i$ antiek, dog de kornis nieuw. Agter de zuilen is een

muur

TUim ptte fêrticmm

^Mrbam non habtt otiojiorem tompeiHS vel Agenoris pueïlanbsp;fTgl primê dominns Icvis Csrinê*

Ce nbsp;nbsp;nbsp;Etirtps, dat is Agenors dogter , lag ia ’t Campus Mar*

•ius, onder aan Monte Citoiio, legcns ’t weften. ao alt ook de Septa julU . een*nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;tan Agtippa ia ’c Camfos Mvüns aangelegde

-ocr page 286-

ft Q/lofina.

^muur van wit marnier, die ’t portaal van ’t fchip aficheid-*

. tie, De zuilen hebben Omtrent 5. voet in riiiddeilyn, en Hceiiieti maar van buiten af, offl, volgens den regel vannbsp;Vitruvius, het gebouw de'S te meer vuiligheid te geeven.nbsp;Dé beeidhouwersfieraaden zyn iri een goéden fiyl. Aannbsp;den muur des fchips bemerkt men dé beginfels van eennbsp;met vakken verfierd geweif, ’t welk als iets byzonders aan-tezien is, wyl de meefle oude tempels geen gewelven hadden.

''SéntinArio

liomaiio.

Het Seminario Romano behoort aan de Jefuieten. Omtrent honderd edellieden uit de eerlle huizen , die voor ’t overige op de Jefuieten fchoolen van ’t Collegia Roman»nbsp;gaan j worden hier op de betaamlyklle wys opgevoed, ennbsp;niet alleen in de taaien en fchooiie weetenfchdppen, maarnbsp;ook in alle llchaamsoelfeningen, paardryden, fchernien,nbsp;cn dansfen onderwezen. Zy hebben een aartig theater#nbsp;waar ze fomtyds komedien onder malkander fpeeien, Denbsp;opvoeding blyft égter in zekere punten altyd Jefuietfch #nbsp;waarom ook federt eenige jaaren, dat men de Jefuietennbsp;wat nader heeft leeren kennen, veele familien zwaarigheidnbsp;maaken, hun kinderen hier te zenden, De order, verhovaardigt zig ’er niet weinig op , dat uit dit ferainariumnbsp;reeds vier Pauzen en meer dan veertig Kardinaaien zynnbsp;voortgekomen.

'Piazze

X!a^ranka,

De Pidzza Capranica heeft haar naain van ’t eerlle kol-legie van Romen, ’t welk de Kardinaal Capranica in ’t jaar 1458. geUigc heeft. Hier flaat een der Roomfclienbsp;Theaters , ook Capranica genoemd. Een kleine llraacnbsp;van hier zuidwaardsloopende heet Fkolo della fpada d'Of'nbsp;lando. (**)nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;- Ds

( *) Men begrypt ligt, dat hierin , gclyk in alles wat den Jefijie-ten aangaat , na ’t vernietigen dier order, groote verandering geien-' liicn is. Tgt;s Veftaa'er*

(*•) Waarom z.y naar Jict vermaarde zwaard van Rolandi,

Ariofto in den 23. Zang vs. 28. onder den naam Durindarié Iclvyfc, genoemd is, weet men niet.

-ocr page 287-

373

DOOR ITALIË N.

De fontein op de kleine Plaats over de Rotonda heeft Ul.Wylii Clemens XI. met een Egiptifchen obelisk doen verfieren.^/*

% (laat op een teerling, aan welks hoeken men dolfynen Piazze del-gebragt heeft. nbsp;nbsp;nbsp;la Rotonda,

De Rotonda, of S. Maria ad Martyres , is het oude La Roton-Pantheon, het fchoonlle overblyffels van de oude Room-•che heerlykheid, en de eenige tempel die geheel over is Sebleeven. Aan de architraaf des voorgevels leeft men,

M. Agrippa L. F. Cos. tertium fecit,

Agrippa wyde deezen tempel aan Jupiter Ultor en alle de overige Goden, waarvan daan hy den naam van Pan~nbsp;theon gekregen heeft. Zo hy ouder dan Agrippa is, gelyknbsp;Sommigen meenen, heeft die ten minften het pragtigevoorportaal ’er van aangelegd. Men wil uit de verfcheiden-lgt;eid der architektuur van ’t portaal en van den tempel be-*^uiten, dat die niet ter zelver tyd gebouwd zyn. Hy wasnbsp;^ol van de fchoonlle (landbeelden, waarvan Conllantiusnbsp;de beften naar Konftantinopelen zenden deed. Bonifaciusnbsp;IV. wyde deezen heidenfchen Tempel aan Maria en allenbsp;de Martelaars. Baronins verhaalt, dat hy ten dien eindenbsp;^an de kerkhoven agtentwlntig wagens vol reliquien in denbsp;^ttk brengen,en onder 't hoofdaltaar plaatfen deed. Euge-®‘us IV. deed de koepel, die door een nardbeeving gele-^¦1 had, weder herftellen; en AlexanderVII.de Plaats,nbsp;door de verwoeftingen der flad eenige treeden hoogernbsp;quot;'as geworden, tot op de hoogte van den grond des por-afneemen, en de fchoone marmeren zuilen aan denbsp;^'taaren polyften. Clemens XI. trok een yzeren tralie rond.

t ''oorportaal. Onder andere verbeteringen deed Be*

quot;adiélus Xlv. ook het gewelf witten, waardoor egter het 6abouw veel van zyn oud eerwaardig aanzien verloor.nbsp;lU. Deel.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Snbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Het

-ocr page 288-

Ö74

reis-boek

lU.tF'jk, Het portaal is pragtig en grootfcH, De gevel ruft o? ii Coleftna.zsx korinthifche zuilen. De insane: beantwoordt aaf *¦

' nbsp;nbsp;nbsp;O Onbsp;nbsp;nbsp;nbsp;J i

gebouw, en heeft veelen nieuwen architekten toteenfflufl^ gediend. De koepel doet een fchoone werking, dognbsp;torens, die Bernini ’er aangeiapt heeft, doen nadeel aa®nbsp;’t geheel. Veel architekten hebben zig ’er toelaaten breU'nbsp;gen, om twee gevels boven malkander te plaatfen,nbsp;dat ’er aan de Rotonda twee zyn. Dog dit komt daarva**nbsp;daan, dat men ’t portaal’er naderhand aangebouwd,nbsp;om niet al te hooge zuilen noodig te hebben, het laagstnbsp;gemaakt heeft.. Hier doet dit geen nadeel, dewyi de bO'nbsp;venfte gevel agterwaards ligt, en van beneden niet kan gS'nbsp;zien worden. De tusfehenruimtens der zuilen in ’t portaalnbsp;vertoonen zig daardoor te fchoonder dat de zuilen dig^nbsp;by malkanderen ftaan. De zuilen zelven zyn byna tien fflO'nbsp;dellen te hoog ; de gevel fchynt wat te zwaar voo^nbsp;dezelven. De voet is niet zo fclioon als ’t kapiteel eunbsp;kornis, welke wel geëvenredigde uitftekken heeft.

Het portaal heeft eene fchoone evenredigheid. Dat 20 laag fchynt komt daarvan daan, dat de treedon,nbsp;men voorheen moeft opgaan, nog onder ’t puin begrav^’’nbsp;liggen. Het beftaat uit zeftien trellyke zuilen van OoS'nbsp;terfch graniet, die 15. voet in de rondte hebben. lUnbsp;twee groote nisfen ftonden voorheen de beelden van A'*'nbsp;guftus en Agrippa. Dat de groote porfieren zark, die voofnbsp;deezen hier te zien was, in de kapel Corfini geraakt i*’nbsp;hebben wy by S. Giovanni di Laterano reeds aangewez^^'nbsp;De groote deur om in de kerk te komen is, naar event®nbsp;digheid van de afflanden der zuilen, niet te groot.

Veelen houden de bronzen deuren niet voor de oud^’'* en mcenen dat de regten zo hoog hebben moeten zyunbsp;de opening van den ingang. Dog wy vinden op oude tU®nbsp;nuinenteu en iu de Herkulaanfche fchilderyen tralies

de

-ocr page 289-

DOOR ITALIË N.

da tempeldeuren, gelyk hier, die dienden om ligt te gee- lU.Pf^yk^ ven. (*) Het koper waarmede het portaal gedekt 'nzs , di Colonna,nbsp;gebruikte Urbaan VIII. , gelyk een opfchrift alhier uit«nbsp;wyft, (*?) tot het hoofdaltaar der Pieterskerk.

De Rotonda is van binnen 72. fchreeden of 337. Parys-• fche voeten breed, en even zo hoog. Wyl de tempel aan alle de Goden gevvyd was, bootlle men de gedaante desnbsp;hemels na, en gaf het gewelf die van een halven kogel,nbsp;die van boven een opening van 27. voet in de mid-deilyn heeft. Door deeze opening alleen krygt de kerknbsp;een zeer voordeelig ligt. (t) De vloer, is ten deele metnbsp;porfier belegd, en naar het midden toe een weinig fchuinfchnbsp;alloopend, hebbende daar een opening waardoor het vannbsp;boven invallende regenwater wegloopt. De tempel heeftnbsp;korinthifche zuilen, die wel geëvenredigd, dog een wei»nbsp;nig laag zyn. Maar de hovende piladers hebben ’er geennbsp;verbindtenis mede. De agt altaaren, die in denbinnen-flen omtrek zyn, pronken ieder met twee kodbaare zuilen ; vier zyn van porfier, vier van giallo antico, en agtnbsp;van graniet. Plaar evenredigheden verdienen geen berisping; alleen fpringt de kornis der groote korinthifche ordernbsp;te ver vooruit. De agt groote nisfen, die in de oude ty-den het eenige fieraad uitmaakten, gaven den tempel een

veel

(*) Winkelman beweert in zyn Aanmerkingen over de Bouwkonft bl, 39. dat het de oude deuren zyn. La Lande zegt Tom 3. p. 644.

Zonder aamewyzen waar hy ’t van daan haalt, dat Koning Genie» tik by de verovering der Itaci de oude deuren weggenomen heeft,nbsp;dat zy op zee verongelukt zyn, en dat men in haar plaats de tegen»

'voordigen van brons gefield heeft.

(’•) Zie boven bl. 55-

(t) Men zegt daarom, dat de Roomfehe meisjes die verloofd zyn zig, om dat het ligt hier zo zuiver is, in deeze kerk gaatn het eerftnbsp;aan haat vryers veitoooen. Zie Winkelman, ais bov. b], 41,

S a

-ocr page 290-

grootfcher aanzien, voor dat nog de van Keizer H»-di Cctloma- driaan in elke nis aangebragte, fchoon in haar zelven koft* baare zuilen van giallo antico, ’er bykwamen. De vakkennbsp;aan ’c gewelf waren voormaals met verguld brons overtrokken. Voor ’t overige treft men in de kerk, behalven dsnbsp;graftekens van eenige vermaarde fchilders, niet veel merkwaardigs aan. (*)

Graf'uan Yoot Raphael en Hannibal Caracci heeft Karei Maratti» Raphael, jigfije voor de kond, gedenktekens doen Hellen, dienbsp;egter zo fchoon niet zyn als zulke meefters het verdienden.nbsp;Het borftbeeld van Raphael heeft Naldini, en het graf-fchrift La Cafa gemaakt; waaronder men het fchoone distichon van den Kardinaal Bembo leeft;

Ille hic e]l Raphael, timuit quo foipite vinei Rertm magna Parem, Ê? moriente mori. (**|)

Aan de andere zyde ftaat het monument van Hannibal

Ca-

(•J Wy moeten egtet een paar ftatuen aanwyzen, welken Winkelman, over het gevoel des Ichoonen bl. 12, onder de befte moderne werken rekent. Bernini, zegt by, was dit gevoel door de natuur mnbsp;de bceldhouwery ontzegd, dog Lorenzetto meer dan andere meeftersnbsp;van laatct tyden *er mede begaafd. Hy was een leerling van Raphael, en zyn Jonas in de kapel Chigi, te S. Maria del popolo, isnbsp;bekend, maar cene Madonna in ’t Pantheon, eens zo groot dan de natuur, die hy na Raphaels dood gemaakt heeft , wordt niet bemerkt. Een ander beeldhouwer van verdrenfte is Lorenzo Ottone,nbsp;een leerling van Hercules Fetrata, van wren de h. Anna in dezelvenbsp;kerk is, zo dat twee der befte nieuwe ftatuen op dezelve plaatsnbsp;ftaan.

{••) De Italiaanfche overzetting van Bellori is een model van g®* lakkigc ovetzettiugen:

§?»?/?; è quel Rafiiclt gt; cui vive vlnta Esftr Urnca Natnra, e merto ePintif.

-ocr page 291-

27?

door ITALIË N.

Caracci, met een buft, ook van Naldini^ onder wiens in.fFyk graffchrift dit diftichon is uitgehouwen.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Colonna,

^rte mea vixit Natura, ê? vivit in arts Mens, decus amp; nomen, cetera mortis erant.

Op het graf van Taddeo Zucchero heeft hem zyn jonger broeder Frederik afgebeeld. Flaminiiis Vacca heeft zynnbsp;eigen hoofd by zyn graf in marmer met deeze befcheidennbsp;woorden gehouwen,

Flamminio Vacc®

Sculftori Romano Qjti in operibus qua fecitnbsp;Nusquam fibi fatisfecit.

Verders liggen hier nog begraven Pierin del Vaga, Giovanni da Udine, de herfteller der grotesquefchildery, Domenico Guidi , de Ridder Lanfranco , Gibbefius, een Engelfch digter, met een borftbeeld van Naldini, Barro-nius een vermaard architekt; en Arcangelo Carelli, eennbsp;der grootfte vioolmeefters, die ooit in halien geleefd hebben. De ftandbeelden en basreliëfs in de kapel Corbi-nelli zyn van Andries Contucci, en worden hoog gefchar.nbsp;Het ftandbeeld van Maria werd volgens den laatften wilnbsp;Van Raphael door Lorenzetto vervaardigd. In de kapelnbsp;des h. Jofefs (laat een flandbeeld van Vincent de Rosfinbsp;Van Fiefole, een leerling van Bandinelli. De fchilderyennbsp;°P de zyde, en God de Vader, zyn van Frauciscus Coz-il Calabrefe genaamd. De voorftelling in den Tempelnbsp;Van Gemignani.

Men gaat langs een trap, aartig in de gedaante vas S 3nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;een

-ocr page 292-

ay 8

in nbsp;nbsp;nbsp;driehoek aangelegd, tot aan de koepel, en van daar

Si QolonnaM de koepel zelve, zonder dat ’er een leuning aan de trappen is. De gebeele hoogte bedraagt ipo. treeden. Hernbsp;gebouw is van gebakken (leen, In ’c muurwerk zyn opnbsp;veele plaatfen openingen gelaten om ligt te ontvangen.

Toen in ’t jaar 1756. de kerk boven aan ’t gewelf gS' wit werd, had men een (leiiadie naar de gédaante van ’rnbsp;gewelf met trappen, en dat wel zo ligt, gemaakt, dat inegt;rnbsp;het door middel van een paar katrollen rondom de koO'nbsp;pel voereSi, en overal by haar komen kon, zondernbsp;aan te raaken, De Italiaanen hebben in dit (luk in ’t algemeen iets byzonders; zy weeteu de ftelladies zeer een-vouwdig, ligt, en beweegbaar te maaken, waarvan mennbsp;in Zabaglia’s werk over de werktuigen de fchoonfte voorbeelden vindt. Men heeft by de hooge en groote koepelsnbsp;der Pieterskerk fteigeringen, die maar op de kornis ruften,nbsp;en met het grootfte gemak van de eene plaats naar de andere gebragt worden, zonder dat men, gelyk in anderenbsp;ianden, noodig hebbe, een fteigering van beneden tot boven aan de kerk opterigten. De behangers weeten de ladders zo wel aan malkander te voegen, dat zy zonder veelnbsp;moeite tapyten van een verbaazende zwaarte, die van beneden tot aan de kornis deezer kerk gaan, met groote behendigheid ophangen en vaftmaaken kunnen. Agter denbsp;Rotonda ziet men eenige geringe overbJyffels van de muu-ren van de baden van Agrippa.

lem-

S. Maria S. Maria Maddalena de' P. P. Miniflri de gPInfirtni t Mndda- de'Crodferi, van de welken wy reeds gefproken hebben , is naar de architektuur van Jan Antonie de Rosfinbsp;bouwd. De geheele uitvinding verdient den naam vS’*nbsp;een wonderbaaren grilligen inval. Schilderyen en beel^'nbsp;bouwery zya tot verkwilling toe iti deeze kerk gebragt-

-ocr page 293-

27P

door ITALIË N.

De kapel Torri behoort onder de pragtigften van Romen,

Het daarin te vinden fchilderftiik van den h. Nikolaas de di Colonna, Bari komt van de hand van Baciccio. De kapel Farsetti,nbsp;met het praalgraf van den Prelaat van dien naam, is nietnbsp;minder fchoon. Den daarin zynden h, Laurent Giufliniani,nbsp;eerften Patriarch van Venetien, heeft Luca Giordano ge-fchilderd. De met marmer beklecde kapelle des h. Ca-millus is van Sebafliaan Conca en twee van zyn leerlingennbsp;gefchilderd, dog het altaarllnk is van Collanzi. De pligtnbsp;van de order deezer kerk is niet alleen de kranken opte-pasfen, maar ook de menfchen op hun doodbed, en zelfsnbsp;in pefttyden bytellaan.

DE VIERDE WYK DER STAD ROMEN Rfotie di Campo Marzo,

De vierde Wyk der Had heeft den naam Campo Marzo nog van het oudtyds hier gelegene Campus Martius overgehouden. Zy heeft een grooten oratrek, en beflaat hetnbsp;geheele noordelyke gedeelte der ftad , naamlyk van denbsp;Porta Pinciana en de Piazza di Spagna voor by S. Lorenzo in Lucina tot aan Porto di Ripetta,

Het oude Campus Martius was oorfpronglyk een veld Campus dat den Tarquynen toekwam, en na dat zy verjaagd waren Martius.nbsp;Mars geheiligd, en tot allerleie krygsoeffeningen, wed-loopen, en de vergadering des volks gebruikt werd. Strabonbsp;geeft ’er een volftandige befchryving van. Dit veld flrektenbsp;zig van ’t Pantheon tot aan het graf van Auguftus by Ripetta en de brug S. Angelo uit, ’t welk byna een langtenbsp;van 800. fchreeden van ’t noorden naar ’t zuiden uitmaakt.

Het begreep de Piazza Navona, en alles wat van daar nootdwaards tot aan den Tiber lag. De breedte ftrektenbsp;zig van ’t ooften, of van de yia Flaminia, weflwaardsnbsp;S 4nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;tot


-ocr page 294-

IF. TFjk,^°^ lt;^2 Fta fella, die naar den Fom iriumphalis gingr ii Campo en nu Strada Giulia heet.

Marzo. £)e Obelisk, die de uuren aanwees, Obelhcm folarh of Obelisk, horarim die eeu der voornaamfte fieraaden van ditvel^nbsp;was, ligt nu naaft zyn piedeftal aan (lukken, en ongeagtnbsp;op een plaats agter .S'. Lorenzo in Lucina. Pliniiis zegt, ( )nbsp;da: men hem ook gebruik: heeft tot een in de vloer

brons

(•) Men ncemdc dit veld dikwyls blootlyk het Campus,

Tot jam £biere dUs, cum me nec cur a theatri,

Nec tcttget campt, nec mea Mufa juvat» Property II. i5.

Het was met tempels, als het Pantheon, met galleryen, als den Ponicus Europjc, en andere openbaarc gebouwen omringd, De plaatsnbsp;gefchikt voor wcdloopen, en andere lichaamsoefFeoingcn, was metnbsp;gras ïjcwaifen. Ovidius zege Faft. VI.

Tttnc ego me memini Indes in gramme carnet jisftoerei ^ diciy tuhrice Tibriy tuos^

En Horatus 1. III. Od. V,

fl,amvis non aliui fieiiere equnm fdens .Aeque conf^idtur gramine Martio.

(f) Hid. Nat, 1. 35, c. 10. Men vindt hem op drie bladen in dc Pauslyke Calcografia. Een uitvoerig narigt *er van vindt men in ‘'tnbsp;werk geftelci; Dell* öheltsco di Cefarc j4ugn(io fcavato delle Rovtne delnbsp;Camjo Marzo) Commentari» di Angelo Maria Tiandini yCon alcune letterenbsp;e disfertazioni dl Uemini illtijiri^ in Roma iy$0. in fol. in *t Latyt*nbsp;cn 'c Icaliaanfch. Die merkwaardige brieven zyn van den Marquésnbsp;Maffei eti Polanj, Boscovicli, Stuard, Marinoni, en anderen. Stuardnbsp;Iieefc ook in *c jaarnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Romen eenen brief, de Ohelisco Cafarie

Attgujii ad Carolnm Wentvoorth Comitem de Walton in fol. met plaateO byaonderlyk laaten drukken, en door deezen Obelisk de grootte vaOnbsp;^en ouden Roomfehen voet naauwkenrig getragt tc bcpaalcn.

-ocr page 295-

üSr

BOOR ITALIË N.

brons ingelegde middaglyn, om de lengte der dagen voor verfcheii’en jaargetyden tebepaalen, Hy had veel eeuwen on-der het puin van ’t Campus Martins begraven gelegen ,Marzo,nbsp;toen hy in ’t begin der zeüiende eeuw ontdekt werd. Sixtus V. liet ’er de zigtbaare ftukken van, reeds in ’t jaarnbsp;1594. door Fontana, en Alexander VII. in’t jaar 1666.nbsp;door Vader Kircher onderzoeken. Vermoedelyk vond mennbsp;telkens, dat de obelisk in te veel ftukken gebroken was,nbsp;en dat eenigeii daarvan tot onder de muuren der oude gebouwen gingen. Dog toen de puin in ’t jaar 1748. weggenomen werd , deed Benediftus XIV. die ontzaglykenbsp;ftukken door de bekwaamheid des grooten werktuigkundigen Zabaglia , uit de puin ophaaien, en op de tegenwoordige plaats by malkander leggen. Het piedeftal ftondnbsp;nog op het oude fondement. Ter gedagtenis werd op hetnbsp;nieuwe g ebouw der Auguftynen, waaronder hy gelegennbsp;bad, het volgende opfchrift gezet, ’c welk kortelyk zynnbsp;oud gebruik en zyne hiftorie bevat.

BenediUtis Xiy. P. M. Obeliscum hieroglyphicis notis eleganter infculptwn, Aegypto in poteftattm Pop, Ram. redanbsp;{la, ab Imp. Caf. Augujio Romam adveSlum, ex ftrato la-pide reguUsque ex aere incifis ad deprehendendas foils umbras, dierum ac noUium magnitudinem, in Campo Martionbsp;ereüum, ae Solt dicatum, temporis £? barbarorum injurianbsp;confraamp;um , jacentemque terra , ac adificiis obrutum,nbsp;nagna impenfa ae artificio eruit, puhlicoque rei literarianbsp;hono, propinquum in locum transtulit,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;, ne antiqua fe-

dis Obelisci memoria vetujlate exolesceret, monumentum ponijusfit. A. 1748.

De Obelisk bellaat nu uit zes ftukken en het piedeftal, waarop men leeft:

Cafar JOivi JuL F. Auguftus Pontifex Maximus. Imp.

S 5 nbsp;nbsp;nbsp;XII.

-ocr page 296-

aü2.

IF. Wyk nbsp;nbsp;nbsp;Potefiatem Pof-

di Campo nbsp;nbsp;nbsp;^edalla SoH donum dedil.

Marzo. Op de eene zyde zyn de hieroglyphen byna gantfch uit' gegaan, ‘dog op de andere onderlcheidt men verfcheidennbsp;beelden van menfcben, dieren, en fphynxen, die in eennbsp;goeden ftyl gewerkt zyn. Deeze obelisk is de zvvaarftenbsp;onder allen, en zou gevolglyk des te moeilyker opterigtennbsp;zyn; veelligt is het ook nietmooglyk de (lukken weder-aan malkander te zetten. Hy heeft eene wel geevente-digde langte, die 67. voet bedraagt.

De kerk S. Concezione di Campo Marzo is volgens het plan van Jan Antonie Rosfi gebouwd. Het hoofdaUaarnbsp;heeft fchoone perfpektiefflukken, van den bekenden Vadernbsp;Pozzo. Buiten die vindt men hier nog goede fchilderyen.nbsp;Op de plaats in het daarbyflaande klooller van Benedik*nbsp;tyner nonnen zyn fchoone zuilen van graniet, giallo an-lico, en cipollino.

S. Lorenzo L°'^nzo in Lucina is een deroudde, vermaardfle? inLucina. en grootde kerspelkerken van Romen, van de welke alcydnbsp;de eerfle Kardinaal Prieller den titel voert. Volgens eeni-gen wordt zy naar eenen Tempel van Juno Lucina nognbsp;Lucina genoemd, op welks puinhoopen zy door den h.nbsp;Paus Sixcus JU. gebouïvd zou zyn, volgens anderen naarnbsp;Lucina de nigt van Keizer Gallienus. Het hoofdaltaar iïnbsp;ryk in marmer, en met twee fchoone zuilen van zwartnbsp;marmer voorzien. De gekruide Chriltus van Guido opnbsp;het zelve behoort onder de vermaarde fchilderyen van Romen. De tekening en ’t koloriet zyn vlytig gedaan ,nbsp;alleen valt het koloriet wat in ‘t grauwe. De h. Laurensnbsp;in de eerde kapel ter regterhand is van Tomafo Salini, denbsp;h. Antonius in de andere van den Ridder Masfimi. Hetnbsp;fchoone graf van den Kardinaal Davia, ’t welk Benedlftu*

xiv.

-ocr page 297-

2S5

DOOR, ITALIË N.

XIV. hem als een Bolonees heeft doen oprigten, is van

Fuga, en het borftbeeld van Auguftyn Corfmo. De di C.ampa*

kondiging in de volgende kapel is een kopy van Geminiani

naar Guido Reni. In een kapel op de andere zyde is een

Maria me: het Kind, en Jofef van Aiesfandro Turehi of

Veronefe. Igt;e vermaarde Nikolaas Pousfin, üe zyn lee-

ven meert te Romen heeft doorgebragt, en van de Ita-

liaanen, als een genaturalizeerd konftenaar, tot de Room-

fche fchool gerekend wordt, ligt in deeze kerk begraven.

Hy ftierf in 1665. en Bellori heeft hem het volgende fchoo-ne graffchtift gemaakt:

Paree pih lacrymis, vivis Pusjtnus in urna, yivere qui dederat, neicius ipfe mort,

Hic tarnen ipfe filet; fi vis au dire loquenteni,

Mirum eft, in tabulis vivit amp; eloquitur. nbsp;nbsp;nbsp;^

liet aan de kerk ftootende Paleis van den Hertog Fiauo Ottoboni, was eertyds de woonplaats des Kardinaals dienbsp;den ticel van deeze kerk voerde. Een zekere Engelfchenbsp;Kardinaal zou het in ’t jaar 1300. op de puinhoopen vannbsp;een gebouw, dat het Paleis van Domitianus heette, hebben opgerigt.

S. Carlo al Corfo is een groote en fchoone kerk, die S. Carh ook S, Ambrozio e Carlo de'Lombardi heet. Zy behoort^^ Corfo.nbsp;den Milaneezen, die ze met de hulp van eenige Milanees-fche Kardinaalen gebonwd hebben. De voorzyde is vannbsp;Honorius Lunghi, en de koepel van Pieter van Cortona.

De korinthifche zuilen zyn te groot voor het portaal, en de gevel, die over het geheele portaal gaat, en teveelnbsp;refaiieten heeft, welken door alle de deelen van de kornisnbsp;en ’t geheele ftuk heengaan, geeft een plomp en flyf aan-Zien, Ook is de fiualle voorzyde met tc veel deuren en

ven-


-ocr page 298-

i2Ö4 R E I S - B O E E

jVenfters doorfneden, ’t welk tegen de deftigheid van eCO di Campo kerk llrydt. Van binnen is zy volgens korinthifche ordernbsp;S/Jarx.»’ gebouwd, dog de vakken boven de arcade doen

groote werking. De vakken aan de gewelven van ’t fchip zyn te veel bewerkt, dog de boorden van de fchildery aan’tnbsp;zelve zyn wel geëvenredigd. De gefchilderde gewei vendernbsp;zydgangen geeven der kerke een fchoon aanzien , dognbsp;doen de wanden en pilaars kaal fchynen.

In de derde kapel ziet men een goed fchilderduk van Mola, verbeeldende den h. Barnabas, die ’t Euangelienbsp;predikt. Op het hoofdaltaar heeft Karei Maratti Maria af*nbsp;geheeld, die den b. Karei aan Chriftus aanbiedt. De beelden van den heiligen en Maria zyn fchoon, dog dat vannbsp;Chriftus is niet ftout genoeg gefchilderd. De fchilderyennbsp;aan het fchip, aan de tribune van ’t hoofdaltaar; en denbsp;koepel, komen van de hand van Hiacynthus Brandi. Denbsp;ftatues van gips, die als een navolging van den Dom tenbsp;Milaan op den omgang der zydgangen, en om de leuningnbsp;der tribune ftaan, zyn van Gramignoli en Cavallini.nbsp;Maufoka Het graf van Auguftus ligt agter S. Carlo al Corfo bynbsp;tAugufio. Ripetta. Het beftaat uit een ouden toren, den Marquisnbsp;Gabrieli toebehoorende. Men ziet niets meer van de zuilennbsp;en het marmer, waar het voorheen mede pronkte. Binnennbsp;in ligt een tuin, en rondom den muUr loopt een terras. In

de onderaardfche vertrekken werden vermoedelyk de urnes van de familie van Auguftus bewaard. (*) Men bemerkt

nog

(•) Agrippa , Drusus, en meer anderen, vonden hier hunne be.' gtaafplaatfen, welken Pedo Albinovanus ie CenfoUtime ai Liviatanbsp;bjbiengt, en eindelyk aldus befluit:

yech

Cla»iite, jam Para, nimium referata fepxlcra, Claxitte, fint j«Pe jam iomm ijia facet.

-ocr page 299-

DOOR ITALIË N,’

nog eenige cirkels van ’t muurwerk die een het zelve ffiid-delpunt hebben, en aantonnen dat die binnen malkander liepen, en het geheel een piramidaal aanzien gegeven heb-'^'®^***nbsp;ben. Boven op de fpits ftond het reusagtige beeld desnbsp;Keizers. Indien de reusagtige kop van de Villa Mattei,nbsp;dien men voor een Alexanders kop iiitgeeft, dog dien vee-len voor een hoofd van Auguftus houden, hier was opgegraven, in plaats dat men hem ver hiervan daan op dennbsp;Aventynfchen berg ontdekt heeft, zou het waarfchynlyknbsp;wezen, dat hy tot het reusagtige beeld van Auguftus behoord heeft. Dit Maufoleum was veel grooter dan datnbsp;van Hadfianus, uit het welk het kafteel van S. Angelonbsp;ontftaan is. Eenigen vermoeden dat Virgilius, in de bekende fchooue vaarzen, die hy op den dood van den jongen Marcellus, als een yleyery voor Auguftus zufter Oéla-via, in de Aeneis brengt, op dit praalgraf doelt. (?•)

Het Paleis Ruspoli heeft de beroemde Bartolomeo Am- Paleis manati voor de familie van Rucelloi gebouwd. Daarnanbsp;kwam het aan ’t huis Gaëtani, onder welken naam mennbsp;het in oude reisbefchryvingen ontmoet. Ook zou het innbsp;dit huis gebleven zyn, indien de bezitter het niet, in ’cnbsp;begin deezer eeuw, met alle de konftftukken en het huisraad , aan den Prins Ruspoli, op eenen avond, met hetnbsp;fpel verloren had. Het gebouw ftaat van drie zyden vry.

De hoofdingang is van Strada Condotti, de andere van ’t Corfo, en de tuinkant ligt tegen S. Lorenzo.

Geen paleis in Romen heeft een zo fchoonen trap. Alle de treeden, waarvan ’er honderd en twintig zyn, beftaan

uit

Veelligt werden de vrygeUtenen'van Auguftus in den tuin, die aan •'«t graf paalde, begraven, ten minften heeft men daar digt by hetnbsp;volgende graffchrift gevonden, 't welk deeze gisfing waatfchynlyknbsp;maakt. D, uipi„ Martialt Aninfli liherto a marmonhas,

C**} quot; nbsp;nbsp;nbsp;—nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;— Vel Tiherine, videhis

Fmera, enm inmiil»’» P*l‘datgt;er.e recemem, Lib. VI. I7J,

-ocr page 300-

S86

W. nbsp;nbsp;nbsp;enkeld (luk Parifch marmer, 9, voet in de langte,

ii Campo en 2. in de breedte groot, en ’t welk 40, dukaaten gekort Maf ze.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;heeft. Zy zyn gemakkelyk, wel verligt, en hebben, met

de vier bordesfen, een zo edel aanzien, dat men weinig diergelyken vindt. Deeze trap wordt daarom onder denbsp;bezienswaardigften van Romen gehouden. Onder de gallery op de plaats ftaat een reusagtig beeld van Alexandernbsp;den Grooten. By en op den trap vindt men een Burger-meefter, Hadrianus, Bacchus, Apollo, Mercurius, Jole»nbsp;met den leeuwenhuid van Hercules bekleed, en een moffl’nbsp;aangezigt in de hand, Aesculapius, en een paar faunennbsp;van een Griekfch meerter.

In de kamers zyn verlcheiden fchoone landfchaprtukken, eenige piedeftallen van giallo antico, de bullen def twaalfnbsp;eerde Keizers van een modern meefter. Een Silenus,nbsp;Hadriaan, en Antoninus Pius. Deeze drie ftukken hebben dat byzondere, dat zy alleen vanboven uitgewerktgt;nbsp;en van onderen met een marmeren voet voorzien zyn, dienbsp;waarfchynlyk gemaakt is.omineengatofin’tontbreekendenbsp;onderftuk der ftatue te zetten. In een ander vertrek ftaatnbsp;een groot konfoor, twee groote zilveren vaazen, een fpie-gel met zilveren lyften, en een groote tafel met basreliëf*nbsp;en geloofwerkte voeten, insgelyks van zilver. Alle deezenbsp;Hukken zyn meer waard om het metaal dan om ’t werk.nbsp;Op een groot antiek basreliëf van marmer ziet men op deonbsp;voorgrond een jongeling met een kort manteltje, die lanbsp;(Je eene hand een fpies houdt, en de andere aan een zittende geheel gekleede vrouw overreikt. In beide deez®nbsp;beelden , waarvan de handen zeer liegt vernieuwd zyh»nbsp;heerfcht een groote ftyl. De uitdrukking, zo wel in ti®nbsp;Loofden als het vallen der kleederen, is meefterlyk.

Tusfchen ’t Corfo en de kerk Trinita de' Monti, of^® Via Flaminia en Monte Pincio, lagen in oude tyden veel®

ge-

-ocr page 301-

DOOR. ITALIË N.

gebouwen, inzonderheid van Domitiaan, welker eigenlyke JK ligging men heden niet bepaalen kan. By S, Lorenzo inlt;^^' Campanbsp;Lucina ftond b. v. zyn triomfboog, van den welken innbsp;voorige eeuw nog overblyffels, onder den naam van Are»nbsp;di Portogallo, voorhanden waren, die Alexander VIL,nbsp;om ’t Corfo te verbeteren, heeft doen afbreeken. Denbsp;baden van deezen Keizer lagen op de Plaats van 6'. Sil-veflro. Van zyn Naumachia zag men nog voor tweehon-derd jaar, ten tyde van Fulvius en Martianus, eenig muurwerk , onder aan den voet van den heuvel van Trinitanbsp;MoniL Verder is hier het Odeum van dien Keizer, of denbsp;plaats waar de muzikanten zig lieten hooren, en ondernbsp;malkander naar den prys dongen,gelyk ook zyn Stadium^nbsp;waar allerlei lichaamsoefTeningen gehouden werden , tenbsp;zoeken. Het oude Acqua Vergine verdeelde zig omtrentnbsp;de Piazza di Spagna; een arm ging naar de Fontana dinbsp;Trevi, en de andere door de Strada Condotti, welke daarvan den naam gekregen heeft, en veelligt gedagte Naumachia het water verfchafte.

PorHcin Gerdiani lag ook in ’t Campus Martins,aan den voet des bergs. Hy beftond in ’t midden uit een ba-filica, 455. voet breed, en ter wederzyde waren tweenbsp;galleryen, pio. voet lang, ’er aangebouwd. Op de zydennbsp;deezer galleryen zag men laurieren en andere booraen, ennbsp;in ’t midden lag een geplaveide, met zuilen en een leuningnbsp;ingefloten gang. Dog ten tyde van den hilloriefchryvernbsp;Capitolinus, die omtrent het einde der derde eeuw leefde,nbsp;was deeze Plaats reeds in tuinen en borgerhuizen veranderd. Hieromfireeks ftonden ook de Trofeen van Marius,nbsp;die Sylla omverwerpen, dog Julius Ca;far weder oprigteanbsp;deed. Dit ^yas verinoedelyk tusfehen de Via Flaminia eanbsp;de Collh Hortulerum fOp die plaats daar weniijlaatertyden

een

-ocr page 302-

s88

H Campo Marzo.

,een breedvoerig opfchrifc, dat alle de daaden van MariuS verhaalt, opgegraven heeft.

Op de Strada Condotti die naar Piazza di Spagna loopt, en op de Piazza zelve, huisveften byna alle de vreemdelingen die te Romen komen. Hier zyn een menigte huizen , waar men kamers by de week of de maand kan huu-ren, voor allerlei prys. Op deeze ftraat woont ook denbsp;Gezant van Malta, in een huis dat de geleerde Antoniusnbsp;Bofius daartoe by maaking gefchikt heeft.

Piazza di Spagna.

De Plaats van Spanjen voert dien naam naar het huis van den Spaanfchen Gezant, die hier een foort van regts-gebied oeirent,en zyn eigen wagt en geregtsdienaarsheeft,nbsp;zo dat die van den Paus hier niemant vatten mogen. Innbsp;’t midden ligt de van Bernini onder Urbaan VIII. aangelegde fontein, Barcaccia genaamd, naar de gedaante vannbsp;een fchnit. Zy beftaat uit een enkeld ftuk van porfier.nbsp;Bernini zou op dien inval gekomen zou by gelegenheid,nbsp;dat hier by een overftrooming der Stad een fchuit aan Hukken geltoten was. (1) Het denkbeeld is aartig; alleennbsp;had de konftenaar, in plaats van de verhevene fchaalen ofnbsp;gueridons in het fchip, het water uit het fchip zelf moeten doen voortkomen, en regt op doen fpringen, zo datnbsp;de ftraal den maft van ’t fchip verbeeldde. Het water datnbsp;van beide de zyden van ’t fchip afloopt doet een aartigenbsp;werking.

J)e Trap.

De pragtige Trap, die van de Plaats naar de kerk S. Trinita de Monti opgaat, geeft der Plaatfe een edel aanzien. Hy is van travertynfteen, en heeft 175. treeden,nbsp;die zig nu in twee armen verdeelen, en dan weder by malkander


1

Anderen zeggen, dat Urbaan VIII. de gedaante van een fch'P gekozen heeft, ter gedagtenisfe van ’t veroveren der haven van U»nbsp;Rochelle op de Hervormden in ’t jaar 1628.

-ocr page 303-

door ITALIË R 289

kander komen.. Innocent XlII. deed hem, door trancis-

cus de Sanftis, aanleggen. Misfchieii had ’er de architekt(^^ Camp»

een fchoondere gedaante aan kunnen geeven : hy

egter in zyn tegenwoordigen toeftand de pragtigfte van ge*-

heel Romen, en heeft naauwlyks ergens zyns gelyken.

De kerk van S. Trimta de' Monti is van Koning Karei S. Trtnita Vlll. geftigt, waarom de hier woonagtige Franciskaanent^e’ Mondtnbsp;allen geboren Franfchen zyn. Zy Haan onder befchermingnbsp;van Frankryk, en de Generaal der order mag, als hy geennbsp;Franfchman is,niet boven de vier dagen in het kloofterbly-ven. Een Kardinaal Diaken voert altyd den titel naardeezenbsp;kerk. Zy heeft een voorzyde met twee torens, die haar.

Vooral daar zy zo hoog (laat, een goed aanzien geeven.

Het hoofdaltaar is van de architektuur van Jan Champag* ne , die, zo wel de h. Drieè'nheid, als het ftandbeeld vannbsp;S. Louis, en van Francisco de Paola, in gips gemaaktnbsp;heeft. De fchilderyen in de eerde kapel ter regterhandnbsp;Zyn van Jan Baptid Naldini, die in de andere van Fabricionbsp;Chiari. De Hemelvaart van Maria, de voorftelling in dennbsp;Tempel, de Verkondiging, de Geboorte van Chridus, zynnbsp;door Daniel Volterra getekend, en door zyn leerlingnbsp;Rosfetti gefchilderd. De gelchiedenis van Maria aan ’tnbsp;gewelf heeft ten deele Marco di Siena, ten deele Pellegrino di Bologna gedaan. In de kapel der Masfimi op denbsp;zndere zyde ziet men de hidorie van Maria Magdalena,nbsp;door Julius Romanus, de opwekking van Lazarus, en hetnbsp;had van Bethesda, door Pierin del Vaga.

In de volgende kapel is de Afoeeming van ’t kruis op Vefimtif» Datten kalk van Ricciarelli, gemeenlyk Daniel van Volterra Schilde^nbsp;genoemd, ’t welk onder de drie voornaamde fcbilderduk-^^^”'nbsp;ken van Romen gerekend wordt, niet voorbytegaan. Denbsp;zamendeliing is fchoon, dog zou misfchieii nog beter zyn,nbsp;indien de hovende groepen meer verbindtenis hadden. Ianbsp;Hl. Deel.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Tnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;«I«

-ocr page 304-

29°

IK IFyk,'^^ uitdrukking, vooral by de benedende groepen der drie di Campo Mariaas, die de van zig vallende Moeder Gods te hulpnbsp;MariiO. komen, blinkt een groote kond uit. De eene houdt

ria vad, de andere heft de handen vol van verwondering om hoog, en de derde houdt een doek voor de oogen er*nbsp;weent. De houding van het duk fchynt niet de bede,nbsp;het lokaal koloriet wat eenvormig, hoewel ’er nietnbsp;over te oordeelen is,vermits de kleuren veel verloren hebben. Sommigen vinden het beeld van Chridus te vet,nbsp;fchoon het ftyfgeworden vleefch van het lyk-zeer welnbsp;uitgedrukt ’T is niet genoeg te zeggen, dat de uitdrukking in ’t algemeen voortreflyk is, men zal by naauwer onderzoek bemerken dat zy by trappen toeneemt. De mannen die Chridus van ’t kruis afneeraen zyn aangedaan, dognbsp;niet .zo derk als de drie Mariaas. Dit onderfcheid is ua-tuurlyk. De vrouwen geeven zig akyd meerder aan denbsp;droefheid over, en de onmagt van Maria brengt de overigen in een nieuwe ontdeltenis. Daar zyn ’er, die bewee-ren dat Michael Angelo de tekening ’er toe gemaakt heeft,nbsp;in de hoop dat Ricciarelli hier een volmaakt duk leverennbsp;zou, om het tegen dat van Raphael, over wiens grootennbsp;roem hy yverzugtig was, te kunnen dellen. De diikkeunbsp;ter wederzyde deezer kapelle zyn ook van deezen meeder,nbsp;dog komen op verre en na niet by dit. Het eene verbeeldtnbsp;de verheffing van het kruis, en het andere een mirakel,nbsp;wordende eendoode,by het weder gevonden kruis gebrag^^nbsp;zynde, weder leevend,’t welk gemeeiilyk als een bewys»nbsp;dat dat kruis het waare was, wordt aangehaald.

De kapel der Verkondiging is door Cefare Piemonteiquot;^ gefchilderd. In de kapelle Borghefe’ ziet men Chridu*nbsp;aan ’t kruis in olieverw, en de andere verborgenhedeu vafnbsp;’c lyden op natten kalk van Cefare Nebbia. Aan het graftekfi**nbsp;Vin Pierini zyn de twee kinderen in basreliëf van LorenzettO-

Ifi

-ocr page 305-

i)00R itALIÉN.

In den omgang van ’c kloofter heeft de Ridder d’Arpino //r nbsp;nbsp;nbsp;^

de heiligverklaaring van S. Franciscus gefchilderd, waar-;// Camp» door deeze fchilder hét eerft in naam kwam. De Riddernbsp;Roncalli heeft, op de deur waardoor men iii de kerknbsp;komt, S. Francesco di Paolo, die eeneri zieken gezondnbsp;maakt, afgebeeld. De overige daadert van deözen heilignbsp;zyn van verfcheiden meefters, Nogari, Semenza, Marcusnbsp;van Faenza, enz. Avanzino Nuzzi heeft de portraiteanbsp;van alle de Koningen van Frankryk gefchilderd. In eennbsp;gang boven deezen omgang ziet mén een landfchap, ’cnbsp;welk uit een zeker gezigtspunt befchouwd twee grooténbsp;beelden voorftelt. Dit ftuk is van een broeder der order,

Jean Franfois Niceron. (*} Het kloofter heeft eenefchoone ligging en voortreflyke bibliotheek. Men ziet van hiérnbsp;over geheel Romen.

Niet ver van deeze kerk in de Strada Gregoriana ligt Palazz» het Paleis, dat voorniaals den broederen Zuccheri toebé- degli Zuc’-hoorde, en welks zonderlinge voorzyde ook van hunnef^'^^^*quot;nbsp;architektuur is. Beiden, zo wel Taddeus als Frederik,nbsp;hebben in het zelve het geheugen huns naams door veelenbsp;fchilderftukken bewaard. De Koningin van Polen, Cafi-mira, heeft ’er ook eenige jaaren in gewoond.

De yaia Medich is in aanzien der antieke ftatnes een fnid der merkwaardigften van Romen, (*?_) en heeft met den diciu

tuin

{*) Dezelve heeft zig ook door zyn Thatmatiirgurn Optlcum bekend gemaakt. In de voorige eeui# leefde hier een bewaam wiskuudi'nbsp;ge. Pater Magnan, van den welken men een konftigen zonnervyzetnbsp;in cenen gang van ’t kloofter vindt. Sedert eenige jaaren zyn denbsp;twee groote wiskundigen Vader Jacquier, en Vader LeSueut, dienbsp;»'g. door hunne diepzinnige uitlegging over Newtons werken ennbsp;andere boeken, in de geleerde wereld eeneu naam verworven hebben , een regr fieraad voor hun kiooftcr.

(**) In 't jaar 1770, vctkieeg de Groot Hertog van Toskanen TdR

T S nbsp;nbsp;nbsp;dsij

-ocr page 306-

S^2,

7/^. nbsp;nbsp;nbsp;tïe wynbergen meer dan twee Italiaanfche myle'’

di Campo in den omtrek. Zy ligt naby de kerk S. Trinita de’ Monti, Marzo. gf, i)gef|-nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;eeuen kant het uitzigt over Romen, e*'

van den anderen over de ftadsmuuren heen in ’t veld. zekere Kardinaal Pucci de Monte Pulciano deed ze, in ^nbsp;midden der zefliende eeuw, door den architekt Hannibalnbsp;Lippi aarileggen. Ket meetl heeft zy haare fcliooiiht^i*^nbsp;deh Kardinaal Ferdinand II. de Medicis te danken. ^7nbsp;begon zeer te vervallen, toen de laatft overleden Keiz^quot;^nbsp;door zynen Minifter alhier, den Baroji Santodile, ze we'nbsp;der herflellen deed. Dees heeft niet alleen veel verbeterd gt;nbsp;maar ook den tuin tot een openbaare wandeling gemaakt,nbsp;die ’s zomers avonds om zyn gezonde en frisfche lugt veelnbsp;bezogt wordt.

Het gebouw heeft van buiten aan den kant der flad niets byzonders. By ’t inkomen van de voorplaats vertoonennbsp;zig agt antieke pilafters, die met loofwerk verfierd zyn*nbsp;In den openen portiek aan de zyde van den tuin (laan zeSnbsp;groote flandbeelden, die Priellercsfen, Sabynfche vrou'nbsp;wen, en diergelyken verbeelden. Zy zyn wel geëvenre*nbsp;digd, en bier wel te pas gebragt. Boven de deur, die innbsp;de vertrekken brengt, ziet men een fchoon reusagtig bord'nbsp;beeld van den Kapitolynfehen Jupiter, met,een aangelap'

ten neus, en een fchoone vierkante vaas.

In

den Paus verlof om alle de antieken uit deeze Villa naar Florenceo te zenden. Met ectiigen is hiervan reeds een begin gemaakt. Dewy^nbsp;jnen cgier niet weet wat hier bJyven zal, befchryven wy het allesnbsp;als het tot het jaat 1770 geweeft is. Al zyn de ftukken niet iner'nbsp;liier, zal het den liefhebberen altyd aangenaam zyn, omdat van d*nbsp;Niobe, en andere vootinaalige tchatten der Vilia Medicis, innbsp;veel boeken gefptoken w'otdt.

(*) Aan de poort vertoont men nog het teken van een kanonkogel gt; dien de moedige Koningin Chtiftiua van ’t kaftscl S, Angelo badnbsp;gefciioten.

-ocr page 307-

293

DOOR ITALIË N.

In de gallery der antieken flaan veel merkwaardige ftuk- jjr. JVyk ken, verfcheiden pragtige zuilen, waaronder een paar van di Camponbsp;verde aniico, en een paar van alaballer. Pan, Apollo on-derrigtende, is eene wel zamengeftelde groep , dog die nietnbsp;gelukkig is iiitgevoerd. Een klein vierkant altaar, metnbsp;basreliëfs, die bacchanten verbeelden, en wegens de liit-drukking en de ftclling verdienen aangemerkt te worden.

Bacchus, die een geitenvel met vrugten vafthoudt, dog te lang van gefialte is. Marfyas hebbende eene hand in dennbsp;boom vaft. De neus, armen, en beenen zyn nieuw; dognbsp;het beeld is fchoon getekend, en ’t hoofd vol uitdrukking. In ’t algemeen is van ’t hoofd tot aan de knie, dienbsp;te grof en kwalyk getekend is, niets te berispen. Eennbsp;treflyk beeld van een van Niobe’s zoonen. Hy leuntnbsp;met eene hand op den (leen waarop zyn kleed hangt, ennbsp;ziet in de lugr. Het is een jongeling, hei lichaam in eennbsp;groote manier gewerkt, en in ’t hoofd heerfcht veel uitdrukking.

Een van de vermaardfte Hukken deezer gallery is de be- Schoons roemde vaas van Parifch marmer, aan welke men uit alle^'**’nbsp;de antieken alleen die uit de Villa Borghefe tot mededing-fter geeven kan. De handvatten zyn onder aan, en doennbsp;een goede werking. De ganifche vorm der vaas is treflyk.

Het basreliëf op de zelve verbeeldt het offer van Iphige-hia, die in eene fchoone ftelling voor het altaar zit. Aan de twee foldaaten op haar zyden is het naakte in een groote manier getekend. Aan de beelden van Aganiemnonnbsp;heeft men veel moeten vernieuwen: egter vertoont ’er zignbsp;®og veel uitdrukking in.

Een Apollo, hebbende een zwaan aan zyn voeten. De Uitvoering is niet de belle, dog de ftelling is goed. Denbsp;evenredigheden fcbynen tusfchen die van een jongeling ennbsp;eene jonge dogter in te zyn. Een vrouw, op een zee-T 3nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;paard ,

-ocr page 308-

REISBOEK

IF.fFjkzittende, wel gekapt, en van de heupen tot aan de di Campo voeten gekleed. Haar aangezigt is niet bekoorlyk. Eennbsp;Marzo^ Apollo, vier voet hoog, met een arm op ’t hoofd, metnbsp;den anderen op een boom leunende, waaraan de koketnbsp;hangt. De omtrekken van het beeld zyn zagt en vloeyend»nbsp;de evenredigheid is goed, dog zy valt byna in ’t vrouW'nbsp;Jyke. Een Mercurius uit brons van Willem della Porta.nbsp;Een kop biaaft hem ouder de voeten, om aantetoonen datnbsp;hy van den wind door de liigt gevoerd wordt. Het beeldnbsp;is los, cn heelt goede omtrekken; egter is ’er hier fiquot;nbsp;daar wat flyfs en buitenfpoorigs aan.

In de benedenkamers aan den tuinkant heeft Sebaftiaaii del Piombo twee zolderingen vervaardigd, elke van zevennbsp;byzondere fchilderyen. Zy verbeelden verfcheiden Godheden , aan de welken zo wel de tekening als de uitdrukking aan de koppen te pryzen is. Dog het vleefch isnbsp;rood, en ’t koloriet te hard. Ook ziet men hier den zee-llag van Lepanto door Tempefla, twee hiftorieftukken vannbsp;Easfano, eenige fchoone marmeren tafels, enz.

De verfieringen van ’t gebouw aan den tuinkant zyti van Hannibal Lippi, volgens tekening van Michael Angelo*nbsp;Dog zy zyn niet regelmaatig; hier en daar zyn alleen antieke basreliëfs en flatues ingemetfeld. De open portiel^nbsp;in ’t midden vertoont zig wel, en het geheel heeft in ’tnbsp;glgemeen een zeer fchilderagtig aanzien. Tusfehen de zuilen ftaan twee leeuwen, van welken de oude flegt, dognbsp;de moderne van Flaminius Vacca veel beter geflaagd islt;nbsp;Vier ftatues van gevangen Koningen, daaronder twee va»nbsp;porfier. Onder de ingemetfelde basreliëfs ziet mennbsp;.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;offer van een ftict j welken twee mannen naar ’t altaar bren

gen, met een fchoonen tempel op den agtergrond. Hercules , die een leeuw ter neder werpt, enz. En ouder dc ftatues nog cens vier Parthifche Koningeli, enz.

Tet

-ocr page 309-

DOOR ITALIË

Ter zyde de gallery ftaat een groot ftaudbeeld éener Da-me, die zeer befchadigd is,dog een fcboon gewaad heeft,(s?/ Campa ¦ Een bronzen Faun, Bacchus varthoudende; het origineel^^'^''^®*nbsp;hiervan is in de Villa Borghefe, desgelyken een Mars vannbsp;brons , die wel van Jan Bologne , dog te Hort en tenbsp;lomp is.

Voor het huis in den tuin flaan twee groote fchaalen van Oollerfch graniet, waarvan de eene 22. en de anderenbsp;18. voet in de middellyn heeft. Zy zyn uit de baden vannbsp;Titus afkomftig, en gelyk aan die welken op de Plaatsnbsp;Farnefe tot fonteinen dienen. In een tent daar digt bynbsp;ligt een gebroken porfieren fchaal van fchoone gedaante,nbsp;die ook tot een fontein zou kunnen gebruiltt worden. Hetnbsp;llandbeeld van Jupiter met een piedeftal, dat voorheen eennbsp;altaar geweeft is. De basreliëfs daaraan zyn fchoon; hetnbsp;befte van die verbeeldt een offer van Auguftus. Op eennbsp;plaats waar graszooden liggen (laat een kleine obelisknbsp;met hieroglyphifche beelden. In een Loggia, of opennbsp;kabinetje, uit het welk men een aangenaam gezigt heeft,nbsp;ligt de zogenaamde Cleopatra, die Winkelman voor eennbsp;nymf houdt. Het hoofd, dat fommigen voor byzondernbsp;fchoon uitgeeven, is, volgens hem, modem. Over ’t geheel is zy niet zo goed als die by ’t Vatikaan, welkenbsp;daarom eenigen voor ’t oorfpronglyke houden.

Het merkwaardigfte deezer Villa is de groep vanNiobe, Groep vaa welke, onder een op vier pilaaren ruftepd dak, op eenNiobe.nbsp;verhevenen gemetfelden voet, die omtrent 8. ellen in denbsp;middellyn heeft, ftaat. Men ziet hier Niobe met haarnbsp;twaalf kinderen, nevens een fteigerend paard, welks buik,nbsp;om grooter vaftigheids wille, op een fteen ruft. De kinderen zyn in verfchillende houdingen, van vrees en fchrik ,nbsp;die zeer natuurlyk zyn. De houding van Niobe iii inzotiquot;

T 4 nbsp;nbsp;nbsp;der-

-ocr page 310-

*96

ƒ^^^^de^heid edel. Haar jongde dogter zoekt zig in ’s moeders Campo Ichoot te verbergen, die haar kleed ophoudt, om ’t kindnbsp;Mar^Q. voor de pylen van Apollo te bedekken. Nevens den oudennbsp;man zyn ’er in ’t geheel vyfiien beelden, waaronder eennbsp;der zoonen van Parifch marmer. Aan de handen hebbennbsp;zy meerendeels geleden. Deeze (lukken waren vannbsp;Ouds zo beroemd, dat ’er veele kopyen van gemaakt zyn»nbsp;gelyk men in de bovengewaagde gallery deezer Villa eennbsp;zoon en een dogter, en in ’t Kapitool een dogter ziet,nbsp;die antiek , en van goede meeflers gemaakt zyn. Wylnbsp;Niobe de grootde vrouwlyke fchoonheid uit de Oudheid,nbsp;en in een hoogen Hyl is, zo willen wy, in plaats van danbsp;gedagten van anderen ,hier plaatfen het geen de befte kenner van oude ftatues daarvan zegt, op dat de liefhebbers,nbsp;die ’t genoegen fmaaken dit meefterftuk te befchouwen,nbsp;zyn grondig oordeel daarmede vergelyken mogen.

„ De Niobe (f) en haar dogters zyn als ongetwyffelde werkftukken des hoogen ftyls te befchouwen. De eigen-fchappen die dit aanduiden zyn: het als ongefchapen begrip der fchoonheid, voornaamlyk de hoogdraavende een-vouwdigheid, zo wel in de vorm der hoofden, als in denbsp;gantfche tekening, in de kleeding, en in de bewerking.nbsp;peeze fchoonheid is als een niet door behulp de zinnennbsp;ontvangen denkbeeld, dat in een verheven verftand, en

eene

(*) Plinius zegt IVtfi Nat. (. c. y. dat men niet will of Scopaï dan Praxeteles de Niobe met haar kinderen in den tempel van Apollonbsp;Sofianus te Romen gemaakt had, Winkelman oordeelt, dat de ftylnbsp;meer met de tyden van Scopas dan met die van Praxiteles overeenkomt. Deeze ftukken werden, nevens den Schermer in de Tribunenbsp;te Florencen, allen voor de Porra S. Giovanni opgegraven, en zydnbsp;Onbetwiftbaar die zelven waarvan Plinius fpreekt,

(«*} H!^. der Krfnji. tl. ZJ.5.

-ocr page 311-

29?

DOOR ITALIË N.

eene gelukkige verbeelding, wanneer zy zig in debefchou- fFyk, wing tot digt aan ’t goddelyke kunnen verhelTen, geteeld di Campsnbsp;Werd, in een zo groote eenheid van vorm en ointrekken,nbsp;dat het niet met moeite geformeerd, maar als door eennbsp;enkelde gedagte verwekt , en als met den adem fchyncnbsp;geblazen te zyn. Gelyk de vaardige hand des groetennbsp;Raphaels, welke aan zyn verftand als een fnel werktuignbsp;gehoorzaamde, met een enkelden trek den fchoonden onttrek des hoofds van eene heilige maagd ontwerpen, en onverbeterd , rigtig ter uitvoering bertemd , daar Hellen zoude.

De dogters van Niobe zyn een afbeeldfel der doodvrees, en in 'deeze onbefchryflyke angft met een overwonnen en verflyfd gevoel voorgefteld,wanneer de tegenwoordige dood aan de ziel alle vermogen tot denken beneemt ; en van zulk een ontzielde angfr geeft de fabel een afbeelding door de verandering van Niobe in een rots. Omnbsp;die reden bragt Aefchylus in zyn treurfpel Niobe ftilzwy-gend op ’t toneel. Zulk een toeftand , waar gevoel ennbsp;Overleg ophouden, en die der onverfchilligheid gelyk is,nbsp;verandert geen trek in de geflalte of het aangezigt , errnbsp;de groote konftenaar kon hier de grootfte fchoonheid afbeelden , gelyk hy ze afgebeeld heeft , want Niobe ennbsp;haar dogters zyn en blyven de hoogde ideaalenderfchoon-heid. In den hoogden (**) en fchoonden ftyl werdennbsp;de plooyen van ’t gewaad meer boogsgewyze gekromd,nbsp;en , dewyl men de verfcheidenheid zogt, werden denbsp;plooyen gebroken , dog gelyk als takken , die uit eennbsp;dam uitkomen , en zy hebben allen een zagte buiging.

In groote fchilderdukken tragt men de plooyen in ver-eenigde boopen te houden , in welke groote manier de-

mantel

(*1 Aid. bi. ,70.

(*?) Aid. bi. J05.

T5

-ocr page 312-

293

R E I vS . B o E K

Marzfi-

^ mantel van Niobe , het fchoonfte drapeerfel uit de ge-di Campo heele Oudheid , een model zyn kan. Aan de kleeding van demoeder heeft een modern konltenaar, in zyne aanmerkingen over de. beeldhouwery, (*} niet gedagt, als bynbsp;voorgeeft, dat in de kleederen van Niobe een eentoonig'nbsp;heid heerfcht, en dat de plooyen zonder verbindtenis innbsp;de verdeeling zyn.”

Niet verte van de Niobe is een oude zark van gewoo-nen vorm , vt'elks basreliëfs eenige mans, die vrouwen fchaaken, niet veel uitdrukking voorftelt. Onder de verminkte dandbeelden, die in een hoek (laan, is ’er een vannbsp;gevlakt groen porfier, desgelyks men nergens te Romennbsp;vindt. De tuin heeft een aangenaaine ligging, veele fchil-deragtige gezigten, en breede laanen. De haagen wordennbsp;laag, gelyk een borftweering, gehouden, waaruit dit dub-beld voordeel ontfiaat, dat de (landbeelden grooter fchy-nen, en de koele avondlugt den tuin te beter verfrisfchen gt;nbsp;en de wandeling aangenaamer maaken kan.

¦^tanajio de Greet,

Wy begeeven ons nu van deeze aangenaame hoogte» vermiddels den boven gedagten trap, over de Piazza d*nbsp;Spagna in de Strada del Babbuino, welke naar Porta delnbsp;Popolo loopt. Deeze ftraat wordt del Babbuino genaamdnbsp;naar het flandbeeld van een Silenus, die boven een fonteinnbsp;aan ’t Paleis des Prinfen van Piorabino ftaat. By de kerknbsp;van S. Athanafius heeft Gregorius XIII. een kollegie voornbsp;de Grieken, onder het opzigt der Jefuieten, geftigt, ennbsp;het naar den vermaarden leeraar der Griekfche kerk, dennbsp;b, Athanafius, genoemd. Op den dag van S. Athanafia^nbsp;wordt hier door een Griekfchen aardsbisfehop met alle denbsp;gebruiken dier kerk de mis gedaan. Het gebouw is vannbsp;Jakob della Porta, en de voorzyde van Martin Lunghi-De Ridder d’Arpiuo heeft daar zyn naam vereeuwigd doof

een

I (*J falconet, Rejlcxicns fnr la pKlftmc. p. 5f‘


-ocr page 313-

^99

DOOR ITALIË N.

een hemelvaart van Maria en een Chriftiis aan ’t kruis. Een paar andere ftukken zyn van Franciscus Tibaldi. In het dtCam^onbsp;Kollegie wordt de bibliotheek van den geleerden Leo Al-latius, die bier werd opgevoed, bewaard.

De Kerk Gefu e Maria al Corfo is met een goede voor-zyde door den Ridder Rainaldi gebouwd. Dog de pilasters moeften meer vooruitfpringen, eii hun piedeftals niet op een zo hoogen voet gezet zyn. De dorifche order dernbsp;kerk fchikt zig niet wel by de overige ryke verfierfels. Opnbsp;bet boofdaltaar heeft Hiacynth Brandi Chriftus , Marianbsp;kroonende, die in de hemelfcbe beerlykheid aanlandt, verbeeld. Het koloriet valt in ’t graauwe, en bet ligt is tenbsp;veel verdeeld. Hy heeft ook het gewelf befchilderd. Denbsp;tombes van de familie Bolognetti in deeze kerk zynaartig :nbsp;die van den Domheer del Corno heeft Dominicus Guidinbsp;vervaardigd. De drie Hukken in de fakrifty, naamlyk denbsp;Hemelvaart van Maria, de Apoftelen die hemelvaart aanziende , en de h. Drieënheid Maria afwagtende , heeftnbsp;Lanftanco , dog niet in een zo goede manier als zyn andere zolderftukken, gqfchilderd. Het pinfeel is hard.

Het Teatro AlibertiXtgt in een klein ftraatje tegen nbsp;nbsp;nbsp;Alu

de kerk S. Athanafms. Men noemt het ook het Theater fee//;, der Dames. Het is een der grootllen van Romen , ennbsp;fchikt zig het beft voor operaas en groote dekoraties. Alsnbsp;wy van de fchouwfpelen fpreeken, zullen wy hier meer vannbsp;zeggen.

De Porta del Pspolo, welke by de Ouden Porta Flami- Porta del fiia heette, heeft haar naam , gelyk fommigen willen , van Popolo.nbsp;de nabuurige kerk Maria del Popolo, of van de menigvuldige voormaals hier ftaande populierboomen. Alle vreemdelingen , die uit andere landen te Romen aankofnen , moeten door deeze poort, en krygen door den obelisk, ennbsp;twee fchoone kerken, aan de ingangen van drie aanzien-

lyke

-ocr page 314-

500

Marzo.

'ylse ftraaten , terflond een groot denkbeeld van Romen. di Campo ' Flaminius lei deeze poort te gelyk met de ftraatnbsp;aan. Pius IV. deedze door Vignola vernieuwen, en denbsp;buitenzyde verfieren. Zy heeft vier dorifche zuilen vannbsp;marmer, met haare belioorlyke piededals en kornisfeii.nbsp;Op de laatften is een attiek, die het Pauslyke wapen ennbsp;een paar groote horens van overvloed draagt. Tusfchennbsp;de dorifche zuilen (laan de (legt gewerkte ftatues vannbsp;Petrus en Paulus door Monchi, een leerling van Michaelnbsp;Angelo. De zyde naar de Stad deed Alexander VII., bynbsp;de komft van Koningin Chriftina, door Bernini bouwen.nbsp;Op elke zyde der poort (laan een paar gekoppelde dori-fche pilallers, en boven een attiek, nevens ’t Pauslykenbsp;wapen, gelyk op de buitenzyde. De evenredigheden ennbsp;verbindtenisfen zyn in dit gebouw gebrekkelyk. Het wapen en de l'ellons fchikken zig in ’t geheel niet naar denbsp;benedenfte architektuur.

i)beHsk.

Midden op de Plaats voor de poort (laat een pragtige Egiptilche Obelisk, die haar een edel aanzien geeft. Hynbsp;is io8. Roorafche palmen, het kruis i/i, dog het piede-Hal met de bafis waarop hy (laat 37, palmen hoog,’t welknbsp;alles te zamen een hoogte van 1Ó2. palmen, of 8(. Parys-fche voeten, maakt. Hy is met hierogiyphen verflerd. Au-guftus deed hem van (leliopolis naar Romen brengen , ennbsp;in den Circus Maximus oprigten. Hiervan kreeg hy zynnbsp;naam, gelyk uit een opfchrift op het piedeftal blykt. Ooknbsp;dit kodbaare gedenkduk is Romen aan Sixtus V. fchuldig.nbsp;die het, in ’t jaar 1589., door Fontana deed oprigten, nanbsp;dat het, nevens den Lateraanfchen obelisk, uit de puln-hoopen van gedagte renbaan getogen was. (•)

Nie£

(•) Fontana maakte te gelyk Itet plan van de voor den obelitk liggende aartige fontein , by de welke de plcgtige wqdloopen In dc Carnaval beginnen.

-ocr page 315-

^01

DOOR. ITALIË N.

Niet ver van de Porta del Popolo lag het graf van ff'yn Domitiaan, ’t welk naar toskaanfche order gebouwd, mdi Camponbsp;met marnier ryklyk verfierd was. Nero werd hier, volgensnbsp;Suetonius, van zyn twee voedfters en zyne raeelleresbegra- Graf vannbsp;ven. Het monument heeft veele eeuwen gedaan, en de ¦®*®*^*‘nbsp;duivels hielden, in de gedaante van zwarte kraayen, op'*'*”’nbsp;een nootenboom daar digt omtrent, by de afch van Neronbsp;vlytig de wagt, tot dat Pafchalis II. ze, in ’t jaar iioo.nbsp;na een vallen van drie dagen, veele omgangen en gebeden, verbande, den boom orahouvven, verbranden, ennbsp;de afch , nevens die van Nero, in den Tiber fmyten deed.

Ter gedagtenisfe deezer duivelbanSery werd hier een altaar opgerigt, over ’t welke in de volgende eeuw, op kosten van ’t volk van Romen, de kerk Madonna delnbsp;Popolo gebouwd is.

Paus Julius n. deed deeze kerk met goede fchilde- Madonna. ryen voorzien, en Alexander VII. door Bernini metnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;del popolo.

doorfel verfieren. De andere kapel ter rcgterhand heeft Fontana naar de roomfche order gebouwd. Zy heeft tenbsp;veel zuilen, dog een fchoone marmeren vloer, en is in ’tnbsp;geheel ryk aan marmer. Boven het altaar aan den wandnbsp;heeft Maratti met olieverw de ontvangenis van Maria, ennbsp;daaronder een zamenfpraak gefchilderd, vi'aar de h. Joan,nbsp;nes Haat, de h. Gregorius in een armdoel zit, en zig vannbsp;den Heiligen Geeft, in de geftalte eener duive, iets in ’tnbsp;Oor luifteren laat. Een wonderlyke inval! De koepel isnbsp;door Lodewyk Gazzi, in de manier van Pieter van Cortona, dog met geen juifte tekening, befchilderd. Indenbsp;derde kapel zyn de fchilderyen van Pinturicchio. Dewylnbsp;Zyn werken onder de oudften hooren, zien zy ’er gothifchnbsp;uit. Hier en daar vindt men verguldlels op de muuren.

Men ziet ’er egter eenige aartige koppen onder. In den regter kruisgang vertoont zig een Mariabezoek door Giovanni

-ocr page 316-

302

REIS - BOEK

ipr ^j^vanni Maria Morandi, dat veel bevalligs heeft. De borft-Campo beelden van beide de Kardinaalen Cibo heeft Cavallini, M«fzo^ de ftatues aan de beide graflieden op ’t koor Andries San-fovino vervaardigd. De llandbeelden in ’t middellle fchipnbsp;zyn volgens de tekeningen van Bernini door Naldini ennbsp;Rosfi gehouwen. In de kapel ten einde der zydgangerinbsp;ziet men de bekeering van Paulus, en de kruisfiging vannbsp;Petrus door Caravagio. Het koloriet in beiden is zeernbsp;leevendig, dog de zamcnftelling buitenfpoorig zonderling.

In de eerfle kapel ter flinkerhand heeft Hannibal Catacci een Mariaheinelvaart, en Michael Angelo da Caravagio denbsp;ftukken ter zyde, welken (legt opgefchilderd zyn, gemaakt.

Kapelle

Chigi.

De kapelle Chigi, of der Madonna di Loretto, behoort onder de aartigllen van Romen. De architekt was Balt-hafar van Perugia. Zy is, zo wel over ’t geheel, als innbsp;haar deelen befchouwd, van fchoone evenredigheden. Ge-kanneleerde korinthifche pilaareii, van wit marmer, in welnbsp;geëvenredigde grootte, gaan tot aan de koepel, die, zonbsp;wel als haar vakken, van onberispelyke llruktuur is. Denbsp;piramides in de zydarkades zyn eenvouwdig, en geeven,nbsp;gelyk het hier de beftemming medebrengt, een akelig aanzien*nbsp;Augullyn Chigi van Siena, en Sigismund Chigi, liggen ’ernbsp;onder begraven. Eenige architekten berispen ’er aan, datnbsp;het oogmerk van piramides is van alle zyden gezien te worden, en dat zy deswegen vry, en nooit binnen in eeUnbsp;gebouwd Baan moeten. De mozaïeken aan de koepel zy**nbsp;wel naar Raphaels tekening, dog zeer (legt uitgevoerd*nbsp;De agt fchilderyen van de hiflorie van Adam en Eva in ddnbsp;attiek zyn , zo wel als de vier jaargetyden aan de koepel'nbsp;pilaaren, naar Raphaels tekeningen, door Fra Sebaftiandnbsp;del Piombo begonnen, en door Franciscus Salviati vol'nbsp;tooid. Zy zyn voor een kerk te naakt en ongevoegly*^ ’nbsp;dog in eene groote manier uitgevoerd. De geboorte vat*

Marl*

-ocr page 317-

303

DOOR ITALIË N.

IVTaria op het altaar heeft Piomho ook gefchilderd. Het ftuk is graauw en ftyf. Voor ’t altaar is een bronzen basre-^,- Camp» *nbsp;lief in antieken finaak, waarop Cluidus met de Sa.min-Marzo.nbsp;taanfche vrouw , en de vermeerdering der brooden verbeeld zyn.

In de nisfen van deeze kapel Haan vier beelden van wit marmer. Jonas en Elias van Lorenzetto (•) volgensnbsp;Raphaels tekening. Jonas is de bolle van beiden, en zitnbsp;op een walvifch, met den eeiien voet op zyn geopendetinbsp;bek. Het beeld gelykt veel naar dat van Antinous in ’tnbsp;Belvedere. Eenigen meenen, fchoon zonder grond, datnbsp;Raphael het gemaakt heeft. Deeze groote fchilder heeftnbsp;nooit zig (lerk op ’t beeldhouwen toegelegd, en de Jonasnbsp;is te kondig, dan dat hy van een ongeoeffende hand komennbsp;zoude. De beiden beneden ftandbeelden, zo wel als denbsp;graflieden , hebben Bernini tot maaker. Het eene verbeeldt den Profeet Habakuk, die van een engel uit denbsp;leeuwenkuil gehaald wordt. De profeet is fchoon, maarnbsp;de engel kwalyk getekend. Het andere is Daniel in denbsp;leeuwenkuil, ’c welk veel uitdrukking heeft. De profeetnbsp;roept met opgeheven handen den godlyken byftand aan.

In beiden is het vleefch fchoon uitgewerkt, de gewaaden zyn ligt, dog de plooyen te veel verward. Het graffchriftnbsp;op iemant, die van den beet eener kat in deeze kerk gekorven is, is zonderling;

Hospes, difce novum mortis genus, improha felis^

Cum trahitur, digitum mordet, amp; intereo.

Op de Piazza del Popolo Haan twee fchoone kerken,

welker

(•) Wy hebben boven, by ‘t Pantheon, Winkelmans oordeel ovet Lorenzetto aangehaald, waarvan deczen Jonat gefprokcn wordt.

-ocr page 318-

304

ir. JVyk ,'’Velket architektuur van buiten volmaakt eenerlei is. Zjf Catnpa maaken den ingang van ’c Coifo zeer pragtig, en voor de1nbsp;Matza. 2elven ftaan de paarden eer de wedloop in de carnaval be1nbsp;gint. (?) Men ziet tusfclien beide de kerken langs hetnbsp;Corfo lynregt af, en op elke zyde der Plaats ligt insge1nbsp;lyks eene lynregt getrokken flraat, ’t welk een treflyk ge-zigt maakt. De eene is de tot hier toe befchrevene Stradanbsp;del Babbuino, en de andere de Strada di Ripetta, welkenbsp;naar de haven van dien naam leidt. Op de boeken dienbsp;deeze firaaten met het Corfo maaken ftaan de twee kerken.nbsp;De daarby gehoorige kloollers zyn voor weinig jaarennbsp;nieuw opgebouwd , en geeven een regelmaatig fieraad aannbsp;’t begin van ’t Corfo. De Kardinaal Gallaldi heeft beidenbsp;kerken, zynde hy lang Pauslyke fchatraeefter geweeft, ennbsp;daar door zeer ryk geworden, doen bouwen. Wy zullennbsp;ze nu naauwkeuriger befchryven.

Maria de -^‘1^1'1 Miracoü werd onder Alexander VII. van Miracoli, Ridder Rainaldi begonnen. De Kardinaal Gallaldinbsp;deed ze naderhand, volgens Rainaldfs plan, door Fontana en Bernini verfieren, en haar zo wel van binnen alsnbsp;van buiten de tegenwoordige fchoone gedaante geeven. Denbsp;voorzyde pronkt met agt traveflynlleenen beelden, van Mo-relli en andere ineellers, agter de welken zig de koepel verheft. De koepel, zo wel als die ’er tegen over Haat,nbsp;heeft een flegte gedaante. Dog het portaal van Fontananbsp;is des te fchoonder. Vier zuilen, waarop een gevel ruft»nbsp;maaken een portiek, door den welken men aan de welnbsp;geëvenredigde deur komt, en twee andere, meer agtet-waards ftaande zuilen, maaken op beide zyden den ingangnbsp;door de zyddeuren.

pa

1

Paulus 11, heeft dccze wedloopen om het jaat 1465. ia6^' field.

-ocr page 319-

305

DOOR ITALIË N.

De bouwkond binnen in dé kerk verdient lof; de klo-fiinhifche order heeft een wel geëvenredigde grootte, dogdï Campe de arcade op ’t koor is te eng. De koepel is cirkelforraig.

Het beeldhouwwerk op het hoofdaltaar heeft Antonie Raggi, en de tombe van den Kardinaal Gaftaldi en zyn broeder,nbsp;met hun bordbeeldeu van brons, de Ridder Lucenti ge«nbsp;inaakt.

De buitenlfe architektuur der kerk Maria diMontcfanto Maria di is volmaakt dezelve met die der voorgaande; dog de bin MonteSan^nbsp;tiende is niet zo goed, vallende de korinthifche ordernbsp;tiaar evenredigheid der eironde koepel, te laag, en fchy-iiende de voet waarop de koepel rud van een ongemeenenbsp;hoogte. In de kapel des Krucifix’, óf de eerde ter reg-terhand, heeft Salvator Rofa het gewelf en twee fchilde-lyen, die men egter niet wel zien kan, vervaardigt, naaro^nbsp;lyk die van Habakuk, die van een engel uit den leeuwenkuil gevoerd wordt, en die van Daniel, die in den leeuwenkuil (laat geworpen te worden. De laaide fchynt denbsp;hede te zyn, In de derde kapel hangt een fahoone heiligenbsp;familie van Karei Maratti, waarvan het koloriet aangenaamnbsp;«n harraoniefch is, en de uitdrukking in de hoofden zeernbsp;¦fee! verfcheidenheid heeft. Daarentegen valt het duk van dennbsp;bleeder in de kapel Montioni, de derde ter (linkerhand,

'''3t koel uit. liet verbeeldt S. Franciscus en Rochus,

^f^tia aanbiddende. Deeze kapel pronkt met kodbaar '''armer, en een paar zuilen van verde antico. In denbsp;*®hridy hangt een Maria met het Kind van Baciccio. Danbsp;klatia is vol behoorlykheids.fchoon het duk wat in ’troo-

Valt.

¦S’- Giacomo de gPIncurabili is een groot hospitaal, in S. Giaco-^clks omtrefc aan de Strada di Ripetta de kerk Maria^^

Mla Poria dd Paradifo , ligt, voorheen Augujla *aamd, naar het nabuurige graf van Auguftus. De groota

fll. Deeu nbsp;nbsp;nbsp;Vnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;daar-

-ocr page 320-

REIS-BOEK

JF. Wy!^, daartoe behoorende kerk ftaat aan ’t Corfo, en pronkt di CaMpo een heerlyke voorzyde van Karei Maderno. Beide orders ?nbsp;itarzQ,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;jg dorifche, als de hovende roomfohe, hebbe'^

'goede evenredigheden. De deur is wat te groot,en fpring^ voor een voorzyde met pilafters te veel voorwaard.', dsnbsp;zyddeuren daarentegen vallen zeer klein uit. Van binneönbsp;ontbreeken ’er geen fieraaden. In de andere kapel ter regt^f'nbsp;hand ziet men een groot basreliëf, verbeeldende S. Fra^'

ciscus op de wolken, een Marienbeeld, ter geneezingvan ds

onder hem zynde kranken, aanbiddende. Daar is veel goed* in; het beeld van den heilig is fchoon; dog’er heerfcWnbsp;een zeker gewoel in, dat het oog nergens rud geeft.

'kind op den voorgrond fchynt daar alleen gelegd te zy'^ om een opening te vullen. In het hospitaal daan honderdnbsp;en dertig bedden, in twee gangen, daarvan de een voor denbsp;mans, de ander voor de vrouwen is. Op ’t feed van deönbsp;h. Jacobus huwelykt de broederfchap van dien naam een*'nbsp;ge arme meisjes in deeze kerk uit.

ly. Rpcca. De kerk .S'. /ïöccoligt, nevens een klein hospitaal, ns” de Strada Ripetta, en heeft goede fchilderyen van Ca!*'nbsp;brefe, Balthafar Peruzzi, en Baciccio. Van den laatde**nbsp;vindt men hier in de tweede kapel ter regter hand de !*•nbsp;Antonius en Rochus, die Maria, ten behoeven van e®**nbsp;met de peft befmetten zieken, aanroepen. Het kolorietnbsp;goed, dog de tekening ontbreekt uitdrukking. Hiacy**'^nbsp;Brandi heeft ook in dezelveChridus, die den h. Rochus zJi'nbsp;ne hand te kusfen geeft, afgebeeld. Het duk valt in’t gra*'-’*nbsp;we, en is ook niet in alles naar de grootdejuidheidgeteke***^'nbsp;S. Cirofa- Girolamo degli Scbiavoni behoort den Illyriersnbsp;jno degli Sklavoniers. Sixtus V. deed de kerk, toen hy nognbsp;Scbiavoni. gj, befchermer van de zelve was, door den

Martin Lunghi en Fontana heroouwen. De voorzyde be

beneden ionifche en boven gekanneleerde korintbifeb® P

ladcf^

-ocr page 321-

gbr

doorITALI E 'N.

laiters. Zy vertoont zig wel, dog het venfter in de tweede TFjk, order is te groot. In de andere kapel zyh de MariaSs hydi Camp»nbsp;het graf van Chriftus van Jofef del Baftaro, die voornbsp;kond: te vroeg geflorven is. Men ziet in ’t (luk de bly-kén dat hy een groot meeder zou geworden zyn. De h.nbsp;Hieronymus, nevens den engel met de trompet, in de derdenbsp;kapel , is ook van hem, en heeft veel van Guercino’snbsp;manier.

Porto di Ripetta is de plaats aan den Tiber waar defche- Porto dt pen, die allerlei voorraad van eetwaarén, olie, en A\tt-Ripetta,nbsp;gelyken, uit Sabina en Umbrien naar Romen voeren , aankomen. Clemens XI. deed hier een fchoonen trap metnbsp;breede treeden, opfchriften en fonteinen, aanleggen, ’tnbsp;welk zamengenomen deeze zo genaamde haven een aartignbsp;aanzien geeft. Niet ver van daar is de van Clemensnbsp;Xlf. aangelegde timmerplaats, insgelyks aan den Tiber.

Het Palazzo Borghefe ligt een weinig zuidwaards van PakU Porto di Ripetta, en is ten opzigte der fchilderyen hQiBorghefe.nbsp;voornaam e van Romen. Martin Lunghi bouwde in ’tnbsp;jaar 1590. de voorzyde voor den Kardinaal Dezza. Deezanbsp;voorzyde is 185. voet breed. Flaminius Ponzio bouwdenbsp;de zyde naar Ripetta. Naderhand is nog een groot gebouwnbsp;voor de bedienden, en andere tot het huis behoorende lieden , door Antonie Batifti gebouwd. De ruime ömtrek geeftnbsp;aan dit Paleis, gelyk als aan de anderen te Romen, eeiinbsp;edel aanzien; dog de architektuur valt, wegens de grootsnbsp;eenvouwdigheid, mager uit. ('*) De met een keten om-geevene kleine Plaats voor den hoofdingang vergroot dit aan-2ien, en kondigt de woonplaats eens vorften aan. De bradende plaats is, tegen de gewoonte der Romeinen, zeer

ruim.

de


(*) Naar den bultenden orattek, of naar de grondtekening, heeft lt;it paleis Wit wa de gsdaaats eens kliwiets. Mea tekent het voot

-ocr page 322-

RE I S - B O E K

If'’. ff'yk jfu'™. Men geef: den grootften gebouwen gemeenlyk manf di Campo enge plaatfen, om ze voor de zon te befchutten. RondoiWnbsp;Marso. jieeze plaats gaan twee gangen met arcades boven malkander, welken meer dan op honderd zuilen van dorifche et*nbsp;ionifche order ruften. Boven deeze gangen is nog eennbsp;attifche order. Men ziet op de plaats verfcheiden antie*nbsp;ken, als een Julia, een Fauftina, een Amazone, enz.

Beneden heeft dit Paleis elf vertrekken, vervuld met omtrent zeventienhonderd origineele fchilderftukken. Geennbsp;ander Paleis te Romen kan met dit ten aanzien der menigt®nbsp;en waarde der ftukken vergeleken worden, In deeze verzameling vindt men byna iets van eiken Italiaanfchen meester van naam. Wy hebben reeds in de Inleiding van hetnbsp;eerfte Deel aangemerkt, dat zy als een hiftorie der fchil-derkonft van de verfcheiden Italiaanfche fchoolen, en datnbsp;wel naar haaren aanvangen voortgang, bevat. Het zoUnbsp;voor de liefhebbers niet alleen aangenaam, maar ook nuttig zyn, als men de ftukken volgens de fchoolen, en zonbsp;veel als mooglyk is, in een tydkundige order fchikte. 'Vatnbsp;een heerlyk werk zou het worden, indien de bezitter denbsp;fchoonften naar zulke een fyftematifche order in plaat deednbsp;brengen, vooral daar van de geheele menigte ’er misfchieonbsp;geen twaalf door middel der graveerkonft zyn bekend g2'nbsp;worden ! By ’t inkomen in deeze elf kamers geeft denbsp;opzigter den vreemdeling een gefchreven lyft van alle de

ftuk'

de bouwkonft onder de vlet merkwaardige paleizen van RoJUt®» volden deeze oude Yaaizen:

ll Cembalo Tior^hefe,

II Dado di Farnefe gt;

It Portone di Carboniani E la fcala di Gattantfnbsp;Sono Ie ^nattre maravl^lie Rtmant»

-ocr page 323-

50^

DOOR I T A L I Ë N.

Ifukken, welken men zien, en ’er naar believen zig mede ijr, Wsk bezig houden kan. By het teruggeeven der lyft geeft men di Camp»nbsp;een drinkpenning van drie of vier Paoli. Het ware te Marz(),nbsp;wenfehen dat in de andere paleizen dit pryslyke gebruiknbsp;werd nagevolgd, in plaats dat men gemeenlyk van den op-zigter begeleid» en met zyn gezwets gekweld wordt. Hetnbsp;is dit volkje maar te doen om fchielyk gedaan te hebben;nbsp;des overhaallen zy de menfchen, noemen een Raphael,nbsp;een Rubens, of wgt naara hun ’t eerft infchiet, en maa-ken dat de liefhebber in dwaaling, en de kenner in verwarring gebragt en verdrietig wordt. By alle deeze voor-deelen der Borghefifche gallery is het jammer , dat ’ernbsp;voor de (tukken niet genoeg zorg gedragen wordt. Zynbsp;hangen in kamers die nooit dan voor kykers geopend worden, en, dewyl zy gelykvloers liggen, zeer vogtig zyn.

Dit bemerkt men, vooral in ’t voorjaar,aan den muffenreuk zeer duidelyk. Hoe fchadelyk dit voor een zo koflbaarenbsp;verzameling is, kan men ligt begrypen. Haar bederf wordtnbsp;’er maar des te meer door verbaart. Wy zullen de fchoonftenbsp;(tukken aanwyzen , zonder ons aan een zekere order tenbsp;binden.

Diana met haar nymfen op de jagt, van Doraenichina, een der fchoonlte (lukken van Romen. (*) Zy fchieten Dome-hiet pylen naar vogels in de vlugt, en Diana geeft eener nkbina.nbsp;hymfe, die een vogel neergefchoten heeft, den prys over.nbsp;hte beelden van eene nymf, welke gefchoten heeft, ennbsp;'^an de eene die ziet of zy wel gemikt heeft, zyn treflyk.

Êen andere, die zig gereed maakt om te gaan baaden, is 26er bekoorlyk , en nog een andere, die uit het water komt,

^cefc een fchoon Jioofd. Het (luk heeft veele hyzondere

fchoon.

(*) Uit de ejcndigc pUat van Veinurini, die ia de Panslyke Cab •ogtafia vetkcft woidt, zounbsp;nbsp;nbsp;nbsp;“i't opmaakcn.

Vs'

-ocr page 324-

gio R E Iquot; S - B O E : K

fchoonheden, en een goed koloriet; egter doet het in d^Cawpo ’®*Semeen geen groote uitwerking, ’t welk ten deele daat-Marzo, van daan komt, dat de beelden niet regt in groepen g«'nbsp;bragt en ’t zamenverbonden zyn. De hoofden der nyni'nbsp;fên zyn wat eenvormig. Diana, als het hoofdbeeld, vef'nbsp;heft zig niet genoeg, en is het minfl: fchoon.

De Aanbidding der herders van Jakob Basfano. De kleuren zyn ongemeen fterk opgedragen, en de houding van Maria is niet edel. Een h. Cecilia in Raphaels eerfte m®'nbsp;nier. De Kardinaal Borgia en Machiavel, op een link vaünbsp;den zelven meefter. De chriftelyke liefde, een bekoorlyknbsp;beeld van Giiercino. De vier elementen vanAlbani, iigt;nbsp;een drooge manier, waaróm veelen ze voor origineel houden. Dé zogenoemde Schoolmeefter, of een oud maunbsp;met een boek in een armftoe) zittende, een vermaard ftuknbsp;van Titiaan, waaraan men de uitdrukking, het koloriet,nbsp;en de tekening bewonderen moet. Van denzelven een (luknbsp;met twee vrouwen, waarvan de eene, die gekleed is, opnbsp;een badkuip leunt, en de naakte aan ’r eind daarvan zit»nbsp;terwyl een Cupido voelt of het waKr warm genoegnbsp;Het koloriet is fchoon. In ’t algemeen is deeze verzam®^nbsp;ling zeer ryk in (lukken van Titiaan. (;*)

De h. Magdalena tweemaal in ’t klein van Hannibal ‘nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Caraeci. Beiden zyn in een groote manier getekend. D®

eene, welke in de woeflerny verbeeld wordt, ziet ’er wat nianlyk uit; in de andere, die op den kant van ’t (luknbsp;brag: is, en een engel by zig heeft, bemerkt men

ft-hooö

(•} Id de fljapkamet, die de zesde in de ty de vertrekken is, gen verftheiden beelden van Venus en eene Plyche van hem. Det**nbsp;kamer bevat een verzameling van welluftige ftukken. Daartoenbsp;hooien, eene Leda van Leonard da Vinei, Adam cn Eva van J®'’nbsp;BïUino, eene fchoone bacchante van Laviuia Eomana, eenenbsp;fio Pikni dta ouden, enz,

-ocr page 325-

1) o o R ,. I T A L I E N,

fclioon karakter. Een doode Chriftus met twee weenende jy. engelen, een piquant ftuk van Guercino. De h. CeciliaCamp»nbsp;van Domenicbino. In haar trekken heerfcht veel bekoo ¦^‘*^***nbsp;ring, dog de handen zyn droog. De Bevalligheden, Cupidonbsp;blindende, van Titiaan, In de Bevalligheden heerfcht eennbsp;fchoon karakter, en het koloriet verdient inzonderheid lof.

De verzoeking van den h. Antonins door Hannibal Caracci.

De duivel wil hem met zyn klaauwen verfcheuren, en een leeuw hem opvreeten. In ’t hoofd des heiligs is eengrootanbsp;uitdrukking. De zamenflelling en tekening zyn goed, eanbsp;de engelen in de glorie ongemeen bevallig aangebragt. Eennbsp;fchoon vrouwen hoofd met blonde hairen van Titiaan.

In eene gallery, die met veel verguldfels en fieraaden van flegten fmaak voorzien is, ziet men agt fpiegels, welker fcheuren Giro Ferri met kindertjes, bloemen, en andere fieraaden , ko.nlliglyk befchilderd heeft. Dit flaat zeernbsp;aartig, en komt naby de manier van Pieter van Cortona.

Zeftien antieke koppen, van Keizers en Burgemeellers, uit porfier, Haan op bullen van alabaflro Cotognino. Hetnbsp;ontbreekt in de kamers niet aan kodbaate marmeren tafels ,nbsp;waaronder die welke in de boekzaal ftaat uit cotognino is.

De overige meubelen zyn zeer flegt. In een paar kamers zyn marmeren fonteinen gebragt, die ze des zomers zeernbsp;aangenaam verfrisfehen.

Een andere kamer is van wegen eenigen in lyften gezette tekeningen merkwaardig. Van Julius Romanus ziet men een paar legers op iparfch, een triomf, een llaapen-den jaager, dien eenige nymfen in ’t water willen fmyten,nbsp;een zwynenjagc, een menigte volks uit het amphitheater ko'nbsp;mende. De doode Adonis in de hapden der Bevallighedennbsp;Cupido beklaagt hem, Venus weent, en eenige mingodo-jes doorbooren het zwyn met pylen. Raphaels tekeningnbsp;^ 4nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;van

-ocr page 326-

SI3

den flag van Konflantyn, die Julius Romanus iii't ii Campo Vatikaan gefchilderd heeft. De drie daaronder geplaatflenbsp;Hlamo. basreliëfs zyn naar dezelve tekening gemaakt, en van Raphael getekend. Vcrfcheiden mozaïeke ftukken, als hetnbsp;portrait van Paul V, en een paar vogels, die op een eikeanbsp;tak zitten, en zeer natuurlyk gedaan zyn.

Maria met het Kind en den h. Joannes van Andrea del Sarto. Het hoofd van Maria is ongemeen fchoon, hetnbsp;koloriet valt in ’t violette, en de omtrekken der beeldennbsp;zyn niet zagt genoeg. Eeu fchoone tekening van Raphael,nbsp;veibeeldende Chrillus begraafnis , die zeer uitvoerig is,nbsp;fchoon ’er weinig werks in fchynt te zyn. Een begraafnisnbsp;van denzelveiijin zyn eerfte manier,op hout. Betekeningnbsp;is droog, dog juifl:, en in de hoofden is veel uitdrukking.nbsp;De verlooving der h. Catharina zeer bekoorlyk en los vannbsp;Parmegianiiio gefchilderd. Het hoofd der heilige heeftnbsp;veel bevalligheid. Op den vootgrond aan den kant ziet mennbsp;een zeer groot hoofd van Jolef, ’t welk met het overigenbsp;geen evenredigheid heeft.

In ’t jaar 1763. ontdekte men in de Borghefifche Filla Honie Dragone te Frascati aan drie marmeren tafels eenenbsp;zonderlinge eigenfehap, weswegen men ze hierin ’t Paleisnbsp;bragt. Zy zyn uit een antieke kornis genomen , die mennbsp;door gezaagd heeft, orn ’er een kamer mede te bevloeren.nbsp;Het zonderlinge is, dat zy week zyn, zig buigen, en weder regt drukken laaten. Haar lengte bedraagt 3. voet ennbsp;de dikte omtrent i. duim. Als men ze met de einden ergens oplegt en ’t middelde hol laat, zo zakt dat omtrencnbsp;I. duim in. De Abbé Sauvages, die ze bet eerfte onder-zogt heeft, denkt, dat het marmer door de lengte desnbsp;tyds, en de werking der lugt, de lymagtige drooge deeltjes , wolken de buigzaamheid der andere deelen plceget*

-ocr page 327-

S13

DOOR ITALIË N.

te beletten, verloren heeft. Hy bevond te gelyk dat deeze ji' tafels geen veerkragt, gelyk daal, (*) hebben, maar ü\-di Carnetnbsp;leen buigzaam zyn, want zy krygen gebogen zyndenbsp;zelven haar voorige gedaante niet weder,dog moeten doornbsp;een uiterlyke kragt daar wederom in gebragt worden. On-dertusfchen blyft dit verfchynfel aityd zonderling,wylmennbsp;by geen ander marmer iets diergeiyks befpeurt. Het moetnbsp;een byzonder foort van marmer uit een groef zyn, dicr-gelyke men niet meer heeft, of ’er moeten ongewoonenbsp;oorzaaken geweeft zyn, welken het deeze eigenfehap gegeven hebben.

In het binnende van ’t Paleis ligt een kleine tuin met veel bedriegfonteintjes. Uit drie nisfen komen kleine watervallen af, die van degten fmaak zyn. Men vindt niets

t

groens in deezen tuin, maar hy bedaat uit vierkante bedden met bloemen bezet, en met deenen ingevat. Op ze-kere afdanden daan citroenboomen in aarden pottren. Het beeldwerk is hier degt, uitgenomen een klein basreliëf,nbsp;door Bartod in plaat gebragt. Het verbeeldt drie deden,nbsp;onder zo veel vrouwelyke beelden', met een dadskroonnbsp;op ’t hoofd, waarvan de eene een offcrkelk heeft. De zamea-ftelling is eenvouwdig, en de drapery navolgens waardig.

Alleen fchynen de beelden wat te kort te zyn.

Op de eerde verdieping, welke de Heeren bewoonen,

Zyn de wintervertrekken met goede fchilderyen van Pous. fm, Tempeda, Pieter van Cortona, cn anderen, verflerd.

In de grootde kamer heeft Giacomo Piazza, een Kapu. cyn, aan de fries de gefchiedenis der Koningin van Sche-ha, cn den roof der Sabynfche vrouwen gefchilderd. Ooknbsp;ontbreekt het niet aan kodbaare behangfels naar de model-

lea

? (^) Geljic Veauti in zyne bcffhyving van Romen llaande houdt, zonder het bchooilyk ondeisogi te hebben.

Vs


-ocr page 328-

IF. nbsp;nbsp;nbsp;grootfte meefters gewerkt, en aan voortreflyke zo-'

iamp;‘ Campo genaamde y?a«//e//, waaronder een van ebbenhout met edele Marzo. fleenen bezet, en met bybelfche hiftorien op gouden- plaa-ten verfierd, dat op 20000. dukaaten gefcliat wordt.

Op de bovenlle verdieping, waar ook de talryke biblior. tbeek des overledenen Kardinaals Scipio Borghefe ftaat, is,nbsp;een ry van kamers naar den nieuwften fmaak en zeer koft*nbsp;baar ingcrigt. De zolderllukken heeft Corradi, een Napo*nbsp;litaan, meert gefchilderd. In de zaal ,ziet men agt grootenbsp;landfcbappen van den bekenden, en nog in Frankryk lee-:nbsp;venden fchildcr, Vernet, waarvan ’er vier de tyden vannbsp;den dag voorrtellei). De behangfels en vloeren zyn fghppn.nbsp;De tafelfs ,deur- en rchoorfteenlyrtenbeftaanuithetfcho.on?nbsp;lie antieke marmer. Men zal weinig kamers te Romen vannbsp;20 modernen fmaak vinden, waarom zy ook, oraze tegennbsp;de vogtige liigt, die ’s winters te Romen heerfcht, te be^nbsp;fclicrmen , in dat jaargetyde altyd warm geftookt worden. De hoofdtrap van ’t Paleis is een wenteltrap, etjnbsp;veel ouder dan het tegenwoordige gebouw zelf. Zy is vannbsp;Bramante’s architektuur.

Collegia nbsp;nbsp;nbsp;Paleis ligt het Collegia Clementina

dementi- de Piazza Nicofia, en behoort aan de order der SoinafchL Ito.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Hieronymus Emiliani ftigtede deez-e order in ’t jaar J53.0*

met inzigt om ze voornaamlyk voor de opvoeding van weezen te doen zorgen. De naara is afkomftig vqn betnbsp;vlek Somasco , tusfeben Milaan en Bergamo , waar denbsp;ftigter het eerde gebouw daartoe aanlei. Clemens VIIl*nbsp;naar wien het Kollegie genaamd wordt , deed het huisnbsp;voor de adelyke jeugd te Romen bouwen, en het is, nevens dat der Jefuieten ,het geen waar de meerte voornaam?nbsp;families hunne zoonen ter opvoeding naar toe zenden-Jakob della Porta was’erdebouwmeeftervan. Binnen is ee»

aanig theater, waarop de jonge heeren koraedien fpeelen*

in

-ocr page 329-

315

t) o O R ITALIË K.

In ’t jaar 1764. heeft men hier twee treflyke lykbusfen van 'bafalt, die.eitopd, en 6. voet lang zyn, gebragt. Mennbsp;heeft in geheel Romen niets van dit foort van bafalt, ’cnbsp;welk in ’c groene vah» en met aderen van chalcedon vermengd is. Zy ^yn aart de Via Appla, niet ver van de baden van Caracalla en 4a kerk S. Cefareo, gevonden.

... nbsp;nbsp;nbsp;. VYFDE WYK DER STAD ROMEN.

Rione di Ponte.

De vyfde Wyk der'Stad wordt zo genaamd van de brug der Engelen, Ponte S.'Angelo, welke voor Sixtus V. daar-4/ Ponti,nbsp;toe behoorde. Zy begint by de Plaats voor die brug, ennbsp;-loopt langs den Tiber naar de lange fchoone Strada Julianbsp;tot aan Piazza Navona.

Rondom de brug der Engelen was voortyds het fchoon-fle der Stad; thans woonen daar weinig voornaame lieden.

Op de Plaats voor dezelve worden federt 1488, de mis-daadigers geregt, in plaats dat het oudtyds op den Tarpe-jifchen rots, op de plaats Monte eaprino geheten , ge-fchiedde. Voorheen Hond hier omtrent een ftuk van een ouden boog der Keizers Gratianus, Valentinianus,en Theo-dofius, ’twelk in de voorgaande eeuw is afgebroken.

Palazzo Cicciaporci, anders Alberini, in de Strada dd PalazzB Bancbi, is van Julius Roraanus architektuur, en wordtnbsp;voor de bouwkonft als een der tnerkwaardigHen gehouden.

Tegen over Haat Palazzo Nicolini, van de architektuur des beroemden Florentyner Jakob Sanfovino. Op de plaats innbsp;’t zelve ziet men een groep van Mars en Venus, af kom-flig van de hand van Mofchino , een zoon van Simonnbsp;Mosca. Vafari maakt ’er veel ophefs van.

Het gebouw van Banco di S. Spirito behoort tot het Banco éi hospitaal des II. Geells, en is van Bramante gebouwd. *5'.

Voor

-ocr page 330-

$i6

REISBOEK

f'’. ^Voorheen was hier de munt, die nuty Belvedere is» Ih fff Plt;mte. deeze bank liggen veele ryke lieden hnn geld ,¦ zynde hetnbsp;hospitaal voor het zélve verbonden. !:

In den hoek der nabnurige Plaats, tegen over de kerk S. Giovanni de Fiorentini, toont het volgende opfchriftnbsp;een merkwaardige en fchriklyke overftrooming aan, en tenbsp;gelyk de hoogte waartoe het water gedegen was. Zynbsp;viel voor op kermisnagt van ’t jaar 1508. onder Clemens

Vin.

m

Hic unda inckmens^ dum fub Clemente fitperbit, Pacis Rcx oritur, Tibridis ira peril.

De Paus kwam even van ’t bezit neeraen van Ferrara terug , en had den 20. December zyn intreède gedaan. Het had van S. Jan af byna onophoudelyk geregend, en denbsp;Tiber veroorzaakte veele kleine overftroomingen; dog detinbsp;23. ving by aan zo fchielyk te fleigen, dat den 24. vef-fcheiden huizen in de Stad invielen, en wegfpoelden. Dennbsp;35. ’s morgens vroeg was het water’t hoogll, en de ge-heele omtrek van de Rotonda, de Minerva, en de Piazzanbsp;Navona lag onder water, lly kwam tot aan den trap dernbsp;Pieterskerk; de Ponte S, Angelo en Ponte S. Maria dree-ven weg. Den 27, kwam het water weder binnen zynnbsp;boorden. (*) Het droomde omdreeks Ponte S, Angelönbsp;20 derk,dat men de van den vloed overvalleninwoondersnbsp;bezwaarlyk met fchuiten redden kon. Die het digd aannbsp;de brug en in de barakken van ’t badion van Gregorius

Xllf.

{*) Het it nog io de jaaten 1530. eo 1557. nog in de volgende tydeo zo hoog gezwollen geweeft, waarvan men Ky Pasquino ca innbsp;vetfeheiden ftraaten opfchriften vindt, Truttatt ietl imndazione delnbsp;Tevirt de GUc. CafitiUme. 1599,

-ocr page 331-

DOOR ITALIË N.

XIII. woonden vlugtten op de daken, en kroopen van ^ het eene op het andere, tot dat zy langs afgelaten ladders di Ponte.nbsp;op de brug konden komen.

De kerk van S. Jan den Dooper, den Florentynen toe- s. Giovan-behoorende, ligt in de Strada Julia, niet ver van ’t ge- ni Batijla melde opfchrift. Benige Florentynen fligtten hier in ’t jaar Piore»nbsp;1448. een gezelfchap tot bezorging der armen, nevens^*”**nbsp;een hospitaal, en Leo X., een Florentyn, maakte ’er eennbsp;kerspelkerk van, voor zyne te Romen woonende landslieden. Den 2. Auguftus vieren de Ridders van S, Steven,nbsp;van de welken wy by Pifa gefproken hebben, hunnen heilig ter eere, een groot feeft in deeze kerk. Clemens XII.nbsp;deed haar door Alesfandro Galilei een nieuwe voorzydenbsp;geeven, die met marmeren basreliëfs verfierd is. Zy heeftnbsp;twee korinthifche orders boven malkander. Dog de archi-tekt had beter gedaan van onderen deionifchen teplaatfen,nbsp;en de zuilen niet half in te raetfelen. Het piedeflal dernbsp;hovende zuilen doet een flegte werking, vooral dewyl ’ernbsp;de onderden geen hebben, De kornis des gevels fchyntnbsp;naar reden der zuilen die hem draagen te zwaar. De voorzyde is met ftandbeelden van Florentynfche heiligen ver-Fierdjdog ’er zyn nog eenige nisfen leeg, om met den tydnbsp;gevuld te worden.

Het hoofdaltaar, welks basreliëf den doop van Christus verbeeldt,en door Antonie Raggi gemaakt is, heeft tot architekt Borromini gehad. Ter wcdcrzyde bemerkt mennbsp;eene fchoone tombe van de familie van Falconieri, die hetnbsp;altaar gelligt heeft. Op het altaarduk in den regter kruisgang heeft Salvator Rofa de h. Cosmus en Damianus opnbsp;den branddapeJ verbeeld: de engelen, om hoog verfchy-nende, jaagen de beulen en foldaaten een grooten fchriknbsp;aan. Het koloriet is frifch; de zamendelling en de uitdrukking geeven een bewys van ’t vuurige gouie des meedecs.

Een

-ocr page 332-

SiS R E I S - B o E iC

zonderlinge inval zyn de beenen van een gevallen di-Pinte, man, wiens lichaam niet in het ftuk is; zy liggen daar alsnbsp;ot zy afgehakt waren. De tombe by de deur van dennbsp;Prelaat Abgardi Corfini heeft Algardi , en dat van deilnbsp;Prelaat Accajoli, Hercules Ferrata gemaakt. Magdalenanbsp;door den engel naar den hemel gedragen , in den krwisgangnbsp;ter flinkerhand, heeft Baccio Campi, de leermeefter vannbsp;Pieter van Cortona , gefchilderd. De andere altaarftukkennbsp;zyn meelt van Civoli, Santi Tito, en andere Florentynen.

Aan den cerlten pilaar van ’t fchip ziet men een wel geordonneerd grafteken van den Marquis Capponi, doornbsp;den Franfchen beeldhouwer Michael Angelo Slodtz. Eennbsp;vrouwlyk beeld leunt opdenzark, en heeft een boek,nbsp;aan haar voeten ligt een lam, insgelyks op een boek,nbsp;waardoor de konltenaar de zagtmoedigheid des overledenen en zyne liefde tot de weetenfchappen heeft willennbsp;witdrukken. Twee Genies draagen zyn portrait in een medaillon. Het bouwkundige is aan dit gedenkteken, evennbsp;zo zeer als de fchrandere keus van verfcheiden kleurennbsp;van marmer, te pryzen. Behalven dit, zyn ’er de tombes der Marquifinne Riccardi , en eenige anderen tenbsp;zien.

Deeze kerk flaat aan den ingang der Strada Julia, eene der langde en befte ftraaten van Romen, welke Julius II.nbsp;op de oude Fia reSa heeft doen aanleggen.

Palazzo Hst Paleis Saccbetti is in aanzien der architektuur en Saccbetti.' fchildering merkwaardig. De bekende architekt Antonie vannbsp;San Gallo heeft het voor zig gebouwd en bewoond. Naderhand heeft het de Kardinaal Pucci door Nanni Bigionbsp;doen voltooyen en verderen. In de eene voorkamer heeftnbsp;Cecchino Salviati verfcheiden hiftorien uit het oude Teft*'nbsp;ment, en in de gallery eenige hidorien van David, opnbsp;natten kalk gefchilderd. Deeze dukken zyn, en voor de

teke-

-ocr page 333-

'?i9

DOOR ITALIË N.

tekening en het koloriet, met groote bekvraaraheid nitge-voerd. Raphael Borghini en andere fchryvers pryzcnzeFonte, ongemeen. De Marquis Luccatelli heeft in dit Paleis eenenbsp;verzameling van antieken, en voornaamlyk van fchilderyennbsp;aangelegd, die Benedifttis XIV. gekoft, en in’t Kapitoolnbsp;heeft doen plaatfen. Uit de zaal van dit Paleis heeft mennbsp;een goed uitzigt over den Tiber, ’t welk te Romen iets

jteldzaams is.

Het Paleis Gabrieli is ten aanzien zyner grootte en hooge Gahrieh, ligging merkwaardig. Het kwam voorheen den Hertognbsp;Orfini toe, die de daarby liggende kerk S. Simone e Ciudanbsp;di monte Giordano heeft doen bouwen. Deeze bynaatnnbsp;komt van den Hertog Giordano Orfini af, dien de geheelenbsp;omliggende ftreek toebehoorde. In ’t Paleis is een fontein , die zeer veel water geeft, dat herw’aards van Brac-ciano geleid wordt. Het is met eenige goede ftandbeel-den, als een Diane, een Sileen, een buil van Scipio Afri-canus, enz. en niet minder met goede fchilderyen verfierd.

De tegenwoordige bezitter is een groot liefhebber van de natuur- en wiskunde,en heeft daarom een fchoonen voorraad van inftrumenten, en een uitgelezen bibliotheek verzameld. De verzameling is de eenige in haar foort, wylnbsp;de voornaame Romeinen zig om deeze nuttige weeten-fchappen weinig pleegen te bekommeren.

Het Paleis Lancelotti, ’t welk de Architekt Pranciscus van Volterra begonnen, en Karei Maderno ten einde ge-bragt heeft, ligt in de ftraat zfe’Cnmarr of der roozenkrans-maakers, en moet, uit hoofde der menigvuldige ftandbeel-den, van de liefhebbers der oudheid niet voorby gegaannbsp;worden. De voornaamften daar onder zyn de grootllenbsp;Diana van Efefen die te Romen is, en een treflyk beeldnbsp;van de Eerbaarheid, van Parifch marmer,’t welk een melk-agtigen fchyn gelyk alabatler heeft. Het gewaad is zo

zagt.

-ocr page 334-

S20

y. nbsp;nbsp;nbsp;^ygt;’a den vinger der eene hand daaronJei

4i Pontt, ontdekt. Het hoofd is nieuw, en fchikt zig in aanzien van ’t marmer en het werk wel voor het beeld. De kons-tenaar heeft het een laurierkroon opgezet, en fchynt’ernbsp;niet om gedagt te hebben, dat het hoofd voor een beeldnbsp;der Eerbaarheid gefchikt was.

Als men uit de (iraat de’ Coronari naar de Plaats Navona gaan wil, komt men eerft aan de Piazza della Pace, digtnbsp;by de welke het huis Rolandi ligt, waar eertyds een beroemd kabinet van penningen, allerlei oudheden en zeldzaamheden, plegt te zyn. Deeze fehoone verzameling isnbsp;meert verrtrooid; alleen wordt ’er een gering gedeelte vannbsp;in een zeker huis op de Piazza Farnefe bewaard.nbsp;f.a Pace,nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;La Pace, of Maria della Pace is gebouwd ter voldoe

ning eener gelofte die Sixtus IV. ter verkryging van den vreede gedaan had, toen, in ’t jaar 1480. Italien doornbsp;de Turken met een inval gedreigd werd. Alexander VII.nbsp;deed de kerk by eene diergelyke gelegenheid herbouwen , toen men naamlyk den vreede onder de Chriflennbsp;vorden zeer verlangde. De voormaalige reguliere Dom»nbsp;hecren van ’t Lateraati zyn in ’t bezit deezer kerk gekomen. De groote fchilder, Pieter van Cortona, heeft aannbsp;dezelve zyn bekwaamheid als bouwmeeller getoond. Denbsp;voorzyde beftaat uit twee orders boven malkander. Danbsp;' benedenfte is dorifch , en maakt een uitfpringenden por»nbsp;tlek in de gedaante van een halven cirkel, ’t welk de kerknbsp;een ouden tempel doet gelyken. De hovende order isnbsp;roomfeh ¦, dog het geheel wil al te kondig zyn. Vermoe-delyk wilde de meeder niet zo zeer een Puk van zuiverenbsp;bouwkunde als een fchilderagtig gezigt leveren, en datnbsp;oogmerk heeft hy, vooral by zonnefchyn , gelukkig bereikt.nbsp;De terug getrokken zyden met de medaillons van Pausnbsp;Sixtus IV. en Alexander VII. doen, met betrekking tot

bet

-ocr page 335-

gzi

DOOK ITALIË N.

het hoofdportaal , een gelukkige uitwerking, en geeven

’er veel aanziens aan. nbsp;nbsp;nbsp;di Ponte,

De kerk beftaat van binnen uit een fcliip, dat wat klein is, met een agtkantige koepel van een goede gedaante. Hetnbsp;hoofdaltaar is met vier zuilen van verde antico, met fland-beelden, en verfcheiden foorten van marmer verfierd. Opnbsp;het zelve ftaat een van de door den Éuangelift Lukas ge-fchilderde Mariabeelden. Boven de eerfte kapel heeft Raphael eenige Sibyllen gefchilderd , die veel geleden hebben. De tekening is juift, dog de zamenftelling zwak,

’t welk waarfchynlyk aan de ongefchiktheid van de plaats moet geweten worden. De tweede kapel is, volgens Michael Angelo’s tekeningen, met arabesques verfierd, dienbsp;hoog gefchat worden , dog niet eenvouwdig genoeg zyn.

Onder de koepel ziet men drie fchilderyen. De eerfte verbeeldt het bezoek van Maria, door Karei Maratti. Het is koel gefchilderd, dog wel geordonneerd. De andere is denbsp;geboorte van Maria door den Ridder Vanni, in de maniernbsp;Van Pieter van Cortona. De derde is de dood van Maria,nbsp;door Maria Morandi. De ordonnantie is wat verward,nbsp;en ’t ftuk valt in ’t roode. Aan het gewelf boven ’t koornbsp;heeft Albani, met een zwak koloriet, de Hemelvaart vannbsp;Maria afgebeeld. Zyne (lukken aan de pilaaren onder denbsp;koepel zyn beter gedaagd. De plaats van ’i klooder totnbsp;deeze kerk behoorende is van Bramante.

De kerk Maria dcll Anima is van de architektuur des Martel ouden San Gallo, en heeft den bynaain van een hierlt;i^?// AnUnbsp;gevonden Mariabeeld, gekregen, voor het welk een paar”***’

za-

(•) De goede atchitekmnr der voorzydc heeft zo reel byval gevonden , dat zy in de kerk op 't Strand te Londen is nagevolgd, ’t welk daat ook omttent het voorportaal der Roronda in de Mattensketknbsp;gekhied is.

III. Deel. nbsp;nbsp;nbsp;X

-ocr page 336-

32a

V.W^k, Hi Ponte.

zalige zielen geknield liggen. Een kopy ’er van ziet me'’ in basreliëf boven de kerkdeur. In de eerlle kapel deszy'nbsp;gangs ter regterhand is een h. Benno,inet het wonderwerknbsp;van den vifch, door Carlo Veneziano afgebeeld. Opnbsp;hoofdakaar heeft Julius Romanus de krooning van Marianbsp;door de engelen gefchilderd. De h. Jofef , Jakob,nbsp;nog een, roepen ze aan. Uit hoofde van de zwarihe'iinbsp;des fluks kan men óver de houding van ’t zelve niet welnbsp;oordeelen ; dog men ziet dat de Maria fchoon, en de uit’nbsp;drukking in de hoofden der engelen gelukkig is.

Vermits met deeze kerk het zogenaamd Hospitium der Duitfehers verbonden is, ontbreekt het hier niet aan graf'nbsp;tekens van Duitfehers en Nederlanders. Aan den derdennbsp;pilaar van ’t fchip ter flinkerhand is dat te vinden vannbsp;Ferdinand Vander, waaraan de twee kindertjes, die eennbsp;kleed houden, van Frans Quesnoy, niet fchoonder zonden kunnen zyn; dat van Ariano van Alkmaar heeft dennbsp;zelven meefter gehad. Het gedenkteken des Kardinaalsnbsp;Andries van Ooflenryk is yan EgidioFiamingo, gelyk ooknbsp;dat van den Hertog van Kleef. Dat van den geleerdennbsp;Kardinaal Slufius heeft Hercules Ferrata gemaakt. De ver*nbsp;maarde Bibliothecarius van ’t Vatikaan, Lucas Ilolflenius,nbsp;ligt hier ook begraven. De vooriiaamkc tombe is die vaUnbsp;Hadriaan VI. van Utrecht, aan de welke Michael Angelönbsp;Senefe zyne konfl getoond heeft. (?)

DU

(•) Het lange graffcluift op hem gemaakt luidt zeer roemrugnS’ fchoon hem Pallavicini, en andere Pauslyke Schryvers, wel voor eehnbsp;eerlyk man, maar niet voor een grooten Paus houden, Ondcrti’S'nbsp;fchen is het valfch, als Pater Labbe Tom, I. de Script. Ectl.pnbsp;beweert, dat men op den za.k der kcik dcll’Anima, deeze van dtUnbsp;Paus zelven uitgedagte woorden leeft.

IJadrianus VI, hïc fuis eji, ^ui nihil ^ht inftlicins in

Hf

dnait nbsp;nbsp;nbsp;cjmd irnperaret.


-ocr page 337-

DOOR ITALIË N.

De kerk van S. Niccoh de Lorenefi voerde voorheen den bynaam in Agone, om de nabyheid van den Circus di Ponte,nbsp;Agonalis, van welks brokken zy in ’t jaar 1636. door Ka S.Niccolonbsp;rel Fontana gebouwd is. De aanleg is gelukkig; van bin Lort-nen heeft zy eene ionifche order. Men kan piets rykers**^-^'nbsp;zien dan deeze kleine kerk. Waar zig het oog maar wendtnbsp;ziet men niets dan wanden met koftbaare marmers overtogen , verguldfels, en verfieringen , waarvan de laatftennbsp;al te menigvuldig zj'U. De gewelven van ’t fchip, dernbsp;kruisgangen, en des koors zyn van den reeds dikwyls ge-melden nieuwen fchilder Corrado, dien men den Iialiaan-fchcn Boucher noemen kan, wyl hy, gelyk die, zynennbsp;beelden een zekere behoorlykheid weet te geeven , denbsp;heldere partyen te veel verfpreidt, en te veel lak gebruikt.

Dog hy heeft meer verfcheidenheid in zyn koppen en houdingen dan Boucher.

De Plaats Torre Sanguina heeft haar naam naar een ouden toren van roode bakfteenen , welken men nognbsp;ziet.

Het Pa-leis der Pvoomfche, dog oudtyds Duitfche fami- paleis Al-lie van Alfemps, is van Martin Lunghi den ouden. Op temps, de plaats van ’c zelve Haan goede beelden, als een Hercules , een Flora, een fchoone fchermer; op den trap een

Es-

Hy bezat geen wcctenfchappen, en was het tegendeel van zyn Voorgangers Julius II, cn Leo X, die bcicherniers dec konften wa-ren, en de Ichilder- beeldhouw* cn bouwkonft hooglyk beminden, ^

Hadriaan haairc die veel eer. De bekende digtec Saunazatio maakte

volgende regels op hem.

Clasfe vlrisque potens y domiuqut OrienU fxperhus,

quot;BarbATUiLatias Dux quatU arma dumos 5 In Vaticano nof^et latei^ hunc tarnen, alto,

^ hr ijle, vides coeh, proh dolor! amp; pateris.

X 2

-ocr page 338-

324

F.JVyk, Eskülaap, Merkuuur, en Bacchus; in degallery een Apol» di Ptnte. een Merkuur, eene Ceres, een Faun, en een fcherffier»nbsp;in een kamer een treflyk grafteken van Griekfch marniernbsp;met basreliëfs, fcboone zuilen van giallo antico, porfier»nbsp;enz. In de kapel liggen de beenderen van den h. Pausnbsp;Anicetus in een fcboone antieke urne. Zyn leeven is aaunbsp;de zoldering door Leoni gefchilderd.

dl ApoU Unare,

De kerk van S. ApoU'mare hoort aan het daaraan ver-

knogte QoUegio Cermanico, en ftaat op de Plaats van

’t

Paleis des Kardinaals de Luna , die by de groote kerk' fcbeuring in ’t jaar 1394. tegenpaus van Benedieiusnbsp;XIII. was. Het Kollegie behoort den Jefuieten, en daarnbsp;worden omtrent honderd jonge Duitfcliers en Hongaarennbsp;opgevoed. De kerk is federt eenige jaaren door den Ridder Fuga herbouwd, en ’t voorportaal voor de zelve , waarop de doopvont is, met marmer ryklyk verfierd.nbsp;Het altaar fcbikt zig hier niet wel, dewyl op een plaatsnbsp;waar een geduurige beweeging van doorgangcrs is de aan-dagt te veel verftrooid w'ordt. De kerk heeft van binnennbsp;korinthifchc pilafters, en over ’t geheel een goeden aanleg. De evenredigheden zyn juifl:, dog vallen wat magernbsp;uit. De kapellen zyn meefi met moderne fchildetyen vannbsp;Placido Collanzi en andere meefters verfierd, en zeer ryknbsp;in marmer, gelyk alles wat den Jefuieten toekomt. Ir.'nbsp;zondetheid vertoont zig het hoofdaltaar wel. In de derdenbsp;kapel ter regter hand ftaat een fchoon ftandbeeld van dennbsp;h. Franciscns Xaverius door Le Gros. De ftelling en tekening daaraan is wel uitgevallen, dog de kleederen hebben te veel kleine plooijen.

S.

¦HO,

De kerk van d'. Agoflino is de voornaamfte van de monniken der Auguftyner order te Romen, en, regensnbsp;einde der vyftiende eeuw, meeft van fteenen uit het Co-li^eo gebouwd. De vorm derzelve valt in den gothifcheo

ffflaak?

-ocr page 339-

325

DOOR ITALIË N.

fmaali, fchoon zy zeer verfierd is. Het met een koftbaa- J/, ren tabernakel voorziene hoofdaltaar is van Bernini, en delt;^/ Pante.nbsp;engel daarboven van Algardi. Het Mariabeeld wordt hetnbsp;W'einig konflige penfeel van den h. Lukas toegefchreven.

Benige Grieken , wil men , hebben ’t na de verovering van Konlhntinopolen herwaards gebragt. Een verlies isnbsp;het voor de kond dat hier de fchilderyeu , die nieefl: vannbsp;groote meefters zyn, zo veel geleden hebben, zo dat mennbsp;’er niet veel meer van ziet. Wy willen egtcr de voor-naamften aanwyzen , omdat zy in de hiftorie der kondnbsp;vermaard zyn.

Aan den derden pilaar ter'(linkerhand is de Efaïas van Raphael. De konftboeken pryzen inzonderheid de knienbsp;’er van. In de kapel des kruisgangs ter regter hand zynnbsp;drie (lukken van Guercino , naamlyk op het altaar de h.nbsp;Franciscus, Hieronymus, en Joannes, en op beide zydennbsp;de h. Jacobus , en de door den h. Franciscus ter aardenbsp;geworpen Kettery. Boven de deur der andere kapelle, innbsp;den flinker kruisgang, ziet men den h. Thomas van Villanbsp;nuova , die aalmoezen uitdeelt, van Romanelli, in denbsp;manier van Pieter van Cortona, zyn tneefter. Van binnen is de gantfche kapel van Lanfranco. De zolderingnbsp;(lelt de Hemelvaart van Maria voor, het altaarfluk denbsp;krooning van Maria , die door S. Auguftinus en Willemnbsp;aangeroepen wordt. Aan de eeue zyde ziet men den h.nbsp;Auguflinus,peinzende over de verborgenheid der Drieëen-heid , en nevens hem het kind dat water in een komnbsp;fchept, en zegt, dat het ligter ware daar mede de zeenbsp;leeg te'fcheppen, dan die verborgenheid te doorgrouden.

In de eerde kapel by den ingang ter flinker hand heeft Michaël Angelo de Caravagio de Aanbidding der herdersnbsp;afgebeeld. De kapel Pamfili is zeer kodbaar. Men zietnbsp;’er den h. Thomas van Villa nuova, die eene fchoone be-

X 3 nbsp;nbsp;nbsp;de-

-ocr page 340-

326

V. JV'jk, delaares, welke een kind aan de borll heeft, eén almoes 4i Ponte. geeft, door Hercules Ferrata in marmer gehouwen.

In deeze kerk zyn verfcheiden gedenküiikken, die men niet moet voorbygaan. Het fchoone monument van dennbsp;Kardinaal Lorenzo Imperial! heeft Domenico Guidi gemaakt. Een witte adelaar heft in de vlugt het dekfel vannbsp;’t graf op. Deeze zinfpeeling op de vergoeding der Ouden is des te gelukkiger, omdat de familie van Imperialinbsp;een adelaar in haar wapen heeft. Op de eene zyde ftsatnbsp;het ftandbeeld van den Tyd, op de andere dat van dennbsp;Dood. Boven de deur die naar ’t kloofter gaat is hetnbsp;monument van een anderen Kardinaal Imperiali. Onu-phiius Parivinius, die zo veel aan de oudheden verdiendnbsp;heeft , ligt hier ook begraven. Boven het graf van denbsp;Vrouw des 'Ridders Calabrefe hangt haar portrait , doornbsp;haaren man gefchilderd.

Op het monument van den vermaarden Kardinaal Hendrik Norris is zyn borftbeeld, door Franciscus Maratti. Hy was een Augullyner van Verona geboortig, en ftierfinnbsp;’t jaar 1704. Men heeft een menigte van geleerde fchrif-ten van hem, inzonderheid heeft hy zig door zyne hillorienbsp;der Pelagiaanen bekend gemaakt,

Bihli6t'’ca Het Kloofler naall deeze kerk is zeer ruim, en door /Ingelka. den tegenwoordigen Generaal der order Vasquez, ondernbsp;opzigt van Vanvitelli nieuw opgetrokken. De zelve heeftnbsp;ook een fchoone nieuwe fakrirty by de kerk aangelegd.nbsp;De bibliotheek van ’t kloofter ftaat vyf dagen in de weeknbsp;voor een ieder open. Zy is van een zekeren Angelo Roc-ca van Camerino geftigt, waarom zy Angelica heet, e»nbsp;hoort, nadat zy op verfcheiden wyzen is vermeerderd geworden, onder de vooinaamften van Romen. Men heeftnbsp;hier de handlchiiften van den zo even gemelden Kardinaalnbsp;I^orris, Een aanzienlyke n aanas heeft zy door ’t verkry

gen

-ocr page 341-

32?

DOOR ITALIË N.

gen der verzameling van den geleerden Lucas liolfteniiis ontvangen , en door de lieerlyke bibliotheek van den Kardinaal Pasfionei is zy verdubbeld geworden.

ZESDE VVYK DER STAD ROMEN.

Rione di Parione,

De zesde wyk van Romen, Rione di Parione, begrypt yj ^ den omtrek van Piazza Navona, en gaat van daar langs Strada di Pcrione,nbsp;Papak naar Campo di Fiore tot aan ¦ S, Andrea dellanbsp;Valle, 't welk een deel van ’t oude Campus Manius ennbsp;der renbaan van Flaminius uitmaakt. De naam Parionenbsp;wil men dat van Apparitores, dus werden voormaals denbsp;Sbirri genaamd , afkomftig is. Men denkt dat zy in deezenbsp;ftreek plegten te woonen.

De plaats van Campo di Ftore ,m{ men, heeft aan Flora, of zekere hoer, Terralia , toegekomen, welke ze aan 'iFiore.nbsp;Roomfche volk by uiterflen wil gemaakt heeft, en naderhand als eene Godin geëerd is. Hier wordt tegenwoordignbsp;de koorn- en paardenmarkt gehouden. Voorheen werdennbsp;op deeze plaats de ketters, en andere veroordeelden doornbsp;de Inquifitie, ter dood gebragt. Dog federt men in ditnbsp;opzigt redelyker , en der godlyke en natuurlyke wetnbsp;overeenkomliiger denkt, ziet men bier zelden zulke wreedheden meer.

Theater van Pom-pcjui.

Aan het Campo di Fiore, waar nu het Paleis Otfini of

Pio (laat, lag voormaals het Theater van Pompejus , ’t welk het eerfte regte en bellendige theater in Romen was, 1

1

Wy hebben boven by ’t Paleis der Confulta , waar de Kardinaal woonde , ’er van gerpioken. Ket kloofter heeft zynen erf-genaamcn jcco. fcudi, een maacige lömme in vergelyking van haarenbsp;waarde, daarvoor betaald.

X4

-ocr page 342-

328

VI.TVyk,m volgens Plinius (?) 80000. menfchen bevatten kon.

Parieiie.'Yen dage dat Ctefar vermoord werd hielden de zamenge-zworenen hier een groot getal fchermers in gereedheid. Men ziet ’er in den ftal van ’t genoemde Paleis nog eenigenbsp;gewelven van, en de nabuiirige buizen zyn in een halvennbsp;cirkel gebouwd, welks niiddellyn de ftraat uitmaakt dienbsp;van Campo di Fiore naar S. Andrea della Valle loopt;nbsp;gevolglyk was op deeze zyde niet alleen het toneel, maarnbsp;ook de gallery, waarin zig het volk als’t begon te regenen borg, en waar de fpeelders zig inde koorgezangennbsp;en dansfen oeflenden. (f) Voor het theater lag het Raadhuis van Pompejus, waar de Raad op den dag toen Csfarnbsp;vermoord werd vergaderde.

Palazzo

PiO.

Het gemelde Paleis Pio werd in de vyftiende eeuw gebouwd, en kwam na ’t uitllerven van het huis van Orfini aan de prinfen Pii di Carpi, die een fraaijen ingang tegennbsp;’c noorden hebben aangelegd. Daar (laan eenige antiekennbsp;in, dog de fchoone fchilderyen, die hier eertyds waren,nbsp;heeft Benediflus XIV. voor de pragtige verzameling van ’tnbsp;Kapitool gekoft.

S Lorenzo nbsp;nbsp;nbsp;Barnafo, die de h. Paus

Ttiajo.

in Da- Damafus reeds op ’t einde der vierde eeuw zou gefligt hebben, voert de Kardinaal Vice Canctlliere altyd den titel. Zy is met goede fchilderyen en ryke kapellen voorzien. Op het door Bernini aangelegde hoofdaltaar heeftnbsp;Frederik Zucchero het (luk gefchilderd. De beroemdenbsp;digter Hannibal Caro ligt in deeze kerk begraven, en zynnbsp;bordbeeld is van Dofio. Aan den zelveii pilaar ziet men

ook (•) wji: Nat. i. 56. f. if.

(t) Deeze gisfing wordt verfterkt door een plan van ’t Kapitool gemaakt ten tyde van Septimius 5cveius, waar men nietflegta ccOnbsp;ïtyk van het Theater, maar ook de gallery ter zyde ziet.


-ocr page 343-

329

DOOR ITALIË N.

ook het gedenkteken van Valtrini door Bernini. De kapel

van de ontvangenis van Maria is van Pieter van Conom ¦,diParione.

ook heeft hy het gewelf gefchilderd.

Palazzo della Cancellaria is een ruim gebouw, waarin Cancel-altyd de Kardinaal FUe Cancelliere woonr. De Kardinaal4s’r/Vsi. Rafaël Riario deed het volgens het plan van Bramante,nbsp;of, gelyk anderen willen , van San Gallo, bouwen, ennbsp;de fteenen daartoe werden uit het Colifeo, en van een ouden boog van Gordiaan , genomen. De voorzyde aannbsp;Cainpo di fiore is geheel van marmer, en van Fontana’snbsp;architektuur. Zy heeft zo veel van Vignola’s fmaakj datnbsp;men hem voor den bouwmeefter houden zou. De inwen*nbsp;dige vierkante plaats heeft twee galleryen met arkades boven malkander , die -op zuilen van graniet rullen. Denbsp;pragtige hoofdtrap leidt naar twee ryen groote kamers,nbsp;die van Salviati, Vafari, en andere meellers befchilderdnbsp;zyn. In de groote zaal vergaderen de voornaamfle bedienden der kanfelary, inzonderheid de twaalf Prelaaten,nbsp;die de Pauslyke bullen moeten overzien en afvaardigen.

Zy is met de kartons van Francefchini, die in de koepel van St. Pieter in mozaïek gebragt zyn, verfierd. Daaronder heeft jNafini van Siena de gebouwen, die Clemensnbsp;XI. te Romen heeft doen bouwen of verbeteren, in ge-zigten voorgelleld. Aan de poorten van dit Paleis worden de Pauslyke Bullen , ordonnanties , en de bekend-maakingen , wanneer openlyk konfidorie zal gehouden worden, aangeplakt.

Ter zyde van dit Paleis is de Straia degli Orefici , waar al de goudfmeden woonen. Deeze ftraat geeftnbsp;eenen vreemdeling een groot denkbeeld van den ryk-dora der Stad Romen. Zy is zeer leevendig in vergely-king van ’t Corfo en den oord daar de adel woont. Denbsp;goudfmeden hebben veele voorregten , en hunnen Ca-X 5nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;mer-

-ocr page 344-

330

' lingo ftaat.

merlingo , die onmiddelbaar onder den Kardinaal Camer-

ii Parione.

De Chiefa nuova of Maria in Vallicella voert dien laat-flcn naam om dat zy in een laagte ligt. Men noemt ze egter meer Chiefa nuova , federt dat zy door de zorgnbsp;van Filippo Neri in ’t jaar 1575. nieuw en pragtig is opgebouwd. De voorzyde is van Martin Lunghi. By gelegenheid des jubeljaars van 1700. hebben de vaders van ’tnbsp;Oratorio hun kerk met ftukadoorfels en verguldfels doennbsp;verfieren. Aan de voorzyde zyn twee orders, een korin-thifche en een roomfche, boven malkander. De bcnedenftenbsp;half ingemetfelde kolommen hadden behoord of geheel vrynbsp;te (laan of pllaflers te zyn. Hetpiedellal der bovenfte ordernbsp;is veel te hoog, en het rifaliet in den gevel doet een kwaa-de werking. Anders zyn de evenredigheden fchoon; inzonderheid agt men de kapiteelen hoog.

Van binnen is de architektuur, dieniet kwaad is, van Borromini. Het fchip is eng, en de koepel wat klein,nbsp;in ’t algemeen wil de architektuur al te kondig zyn, ennbsp;de zoldering is al te veel verfierd. Aan ’t middelde gewelf heeft Pieter van Cortona Maria gefchilderd, op voorbidding van Filippo Neri, de oude kerk bewaarende vannbsp;in te Horten, een wonderwerk dat men op rekening vannbsp;dien heilig zet. De uitvinding is flegt. Maria houdt denbsp;kerk op, terwyl het volk de vlugt neemt. De heilige ennbsp;het volk daan buiten de kerk te bidden waar geen gevaarnbsp;is, en Maria houdt ze van binnen op, daar geen menfchnbsp;is, De architektuur in ’t duk is zeer doorzigtkundig, dognbsp;Maria wat lomp, en de glorie niet lugtig genoeg. Vannbsp;den zelven meeder is de wat onregelmaatig geordonneerdenbsp;hemelvaart van Maria aan de tribune, zo wel als de koepel, waar men Chridus ziet, die God den Vader de werktuigen des lydens, door de engelen gedragen, vertoont.

Dit

-ocr page 345-

331

DOOR ITALIË N.

Dit ftuk heeft veel byzoiidere fchoonheden , dog men ppjjf moet op de juLftheid der tekening, alzo weinig als in zyn di Parione,nbsp;andere ftukken, zien.

f;

In de andere kapel ter regterhand hangt de begraafnis van Chriftus door Michael Angelo da Caravagio. Mennbsp;ziet ’er dat hem eigen wilde vnur niet in, en de hardenbsp;overgangen van ligt en fchaduw. De Hemelvaart in denbsp;derde kapel is van Muziano. De kapel Spada onder ’t orgel is van Fontana’s architektuur, Zy pronkt metkoftbaarnbsp;marmer, en tien treflyke zuilen van breccia, dat in ’t gee-le valt. De h. Carolus Borromceus en Ignatius, die Maria aanbidden, zyn van Karei Maratti met een zeer lugtignbsp;penfeel gefchilderd. Het aangezigt van Maria is te rond,nbsp;dog bet beeld van den h. Karei meellerlyk. Het Huknbsp;ter regterhand in de zelve kapel , verbeeldende dennbsp;h. Karei, die kranken geneed , is van Bonatti , ennbsp;de h. Karei aalmoezen uitdeelende aan de andere zyde vannbsp;Scaramuccia.

Het majedueuze hoofdaltaar heeft veertien treflyke zuilen van porta fanta, (•_) welker voet, kapiteel, nevens den tabernakel en den engel uit verguld brons beftaan. Denbsp;tekening van het gantfche werk komt van Ciro Ferri, Denbsp;drie fehilderycn by dit altaar zyn van Rubens eerde manier, toen hy nog niet wift welk eene hy kiezen zou. Denbsp;middelde verbeeldt Maria in een glorie, de andere ter zyde den h. Gregorius, en de derde eene gekroonde heiligenbsp;ttisfchen drie andere heiligen.

In de kapel ter flinkerhand, waar het lyk des h. Filips Neri ligt, zyn geen foorten van marmer en agaat gefpaard.

Het

(*1 Dit marmer wordt zo genaamd naar de heilige deur dct Pie-tetsketk, waarvan de laainen uit dit foort tan rnatmet gemaakt zyn.

-ocr page 346-

332

REI S - B O E K

altaarftuk van Guido vertoont den heilig in den gebe-diPariene. Aq tot Maria. In de naafle kapel ziet men de voorftelling van Maria in den Tempel van Frederik Baroccio. Hetnbsp;beeld van Maria heeft veel bevalligs, en het geheele beeldnbsp;veel fchoons, fchoon de tekening eeiiigfins gebrekig, ennbsp;de drapery zwaar is. Van het (luk diens zelven meeflersnbsp;in de vierde kapel op deeze zyde geldt het zelve oordeel.nbsp;Het verbeeldt het bezoek van Maria by Elizabeth.

De fakrifly is ook van Pieter van Cortona op natten kalk gefchilderd. Men ziet ’er in een grooten engelnbsp;met een kruis, en kleine cherubim, die de andere werktuigen van het lyden draagen. De zoldering is van eennbsp;verruklyk koloriet, en het karakter van den engel treflyk.nbsp;iFet kruis doet voor de perfpektief een zonderbaare werking. De marmeren groep van den h. Filip Neri, nevensnbsp;een engel die een boek houdt, is een zeer middelmaatignbsp;(luk van Algardi, fchoon ’er Venuti veel mede op heeft.nbsp;In een kapel in’t klooller, waar de» armfloel van deezennbsp;heilig bewaard wordt, hangt een treflyk fluk van Giierci-no, waarin het hoofd van den heilig meefterlyk gefchilderd is. In een ander vertrek, waar zyn huisraad in be-waaring is, heeft Pieter van Cortona de zoldering met eennbsp;frifch koloriet befchilderd.

„ nbsp;nbsp;nbsp;. Aan de kerk komt het Oratorio deezer Vaders, ’t welk

Oratorio nbsp;nbsp;nbsp;, . . r •nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;.

van Bor- een bewys oplevert van t buitenfpong genie van Borro-

romini. mini. Aan de voorzyde heeft hy een nieuwe order aan-

gebragt, waar de kromme en regte lynen op een wonder-

lyke wys t’zaraenverbonden zyn. Sommigen hebben dit

als iets vernuftigs aangezien; dog inderdaad loopt de ge-

hcele uitvinding aan tegen de eenvouwdigheid der fchoone

bouwkonll , en is een gevaarlyk model voor jonge mee-

ftevs. Op het hoofdaltaar heeft Vanni, Maria, aan Filip

Neri en Cecilia verfchynende, gefchilderd. Het Kloofter

-ocr page 347-

S33

OOR ITALIË N.

is ook van Borromini. Een fraaije colonnade draagt een yi, Tyyji dubbelde gallery, welke bet gebouw een nieuw, dog eA(t\diParione.nbsp;aanzien geeft. De Vaders deezer order bezitten een heer-lyke bibliotheek met veele handfchrifien.

De Pasquino is een zo bekend flandbeeld, dat Pasquina. het niet voorby kunnen gaan. Het ftond voormaals opnbsp;een kleine Plaats, omtrent 50. fchreeden van de Piazzanbsp;Navona, aan ’t begin van de Strada de' librari, waar bynanbsp;al de boekverkoopers van Romen woonen. Deeze Plaatsnbsp;heeft haaren naam van eenRoomfche familie, of van eennbsp;grappigen fchoenraaaker , na wiens dood het beeld diennbsp;naam behouden heeft, en federt heeft men ’er allerlei fa-tires op aangeplakt. Marforio, een ander beeld digt bynbsp;’tKapitool, deed de vraagen, en Pasquino antwoordde.

Men heeft een verzameling van fatirifche antwoorden van Pasquin,endiergelyke invallen worden , zo wel in Italien alsnbsp;Yxmkx'ji, Pasquinades genaamd. De meefle fcherpe'antwoorden geeft Pasquin geduurende het Conclave. Dannbsp;vermaakt hy zig dikwyls op een grove wys ten kofte dernbsp;Kardinaalen, fchoon de mode daar van allengskens meernbsp;en meer afneemt. Voorheen maakte men geen zwaarig-heid, op die wys den Pauzen zelfs te verdaan te geeven,nbsp;wat het volk niet beviel. By voorbeeld toen Clemens XI.nbsp;uit den huize Albaui, groote foramen naar zyn geboorte-ftad Urbino zond, vroeg Marforio wat Pasquin deed, ennbsp;die antwoordde, GuandoRoma, ebe non vada a Utbino,

’t welk zyn Heiligheid het beft van allen begreep.

Om-

(•) Het is eigenlyk maar een verminkt, dog Ichoongewerkt ftand-beeld , dat me» gemeenlyk , maar zonder grond, voor een foldaat van Alexander den Grooten uitgeeft. Het weid onder ’t Paleis OriiDinbsp;of Pio gevonden. Belachlyk is het met Bernini te bewecten, da: hetnbsp;de fchoonfte ftatue uit de Oudheid is.

-ocr page 348-

334

Vl. Wyk, Omtrent ander halven mans lengte boven dit beeld, vef-diPartone. loom zig een gedenltteken met een opfchrift, dat het water des Tibers by de fchriklyke overflrooming des jaars 1530. zeer hoog geftaan heeft. Het opfchrift gewaagt vannbsp;de toenmaalige droevige tyden, en zinfpeelt op de plon-deting der ftad, welke drie jaaren te vooren was voorgevallen. De Keizerlyke troepen veroverden Romen, ondernbsp;aanvoering des Connetables de Bourbon, die ’er by fneu-velde, en hielden ’er byna twee maanden lang huis, op ’tnbsp;gru'A'zaamfte met plonderen te werk gaande. De Pausnbsp;bleef 7.CS maanden lang op S. Angelo ingelloten , en moeftnbsp;alles inwiltigen , om maar van den Keizer zyne vryheidnbsp;weder te erlangen.

Piazza

Navona.

De Piazza Navona is eene der grootften in de ftad, en zou een der pragtigfte plaatfen van de wereld zyn, indiennbsp;zy met zulke gehouwen als het Paleis Pamfill en de kerknbsp;S. Agnefe omgeeven was, daar thans op de eene zydenbsp;’er veel flegte gebouwen onder loopen. Hier wordt desnbsp;woensdags en op andere dagen der week een groote marktnbsp;gehouden, waar veel voddenkraamen, oud yzerwerk, ennbsp;Jooden, deezcr fclioone plaats een armzalig aanzien gee-ven. Zy is 80. fchreeden breed , en byna 400. lang.nbsp;De langwerpige, en aan den eenen kant afgeronde gedaante , heeft zy van den ouden Circus agonalis , die hiernbsp;lag (1), en van Keizer Alexander Severus gebouwd was.nbsp;Gregorius XIII. deed de plaats vergrooten, haar een goede gedaante geeven, en ’er twee fonteinen aanleggen. De

mid-


1

De Agonaalfche Ipelen werden hier ter cere van Janus gehou-den. Eenigen meenen dat Navona een verbafterde uitlpraak is vaO *t Griekfche xA^one. Ten tyde van Ovidius, wil men, was deezenbsp;plaats beflocen, en werd toe het rennen van paarden gebruikt.nbsp;houdt ze voor de pUais die hy EptirU noemt.

-ocr page 349-

535

DOOR ITALIË N.

middelde en pragtigfte is egter uit de milddaadigheid van fl, Innocent X. afkomftig.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;diPariene.

De fontein voor het Paleis Pamfili beftaat uit twee,groo-te kommen boven malkander. Op den kant der hovende zyn groote koppen of maskes, Mafcaroni genaamd , vannbsp;Michael Angelo, die water uitgeeven, gelyk ook vierTi-tons van Flaminio Vacca en andere meeders , die doornbsp;twee hoorns water uitwerpen, De beelden zyn niet fchoon,nbsp;dog het denkbeeld is natuurlyk. In ’t midden ftaat eennbsp;ronde Triton van Bernini, die eenen dolfyn by den ftaarcnbsp;houdt , welke het water in de gedaante van een waaijernbsp;uitfpuit, dog kwalyk getekend is.

De op de noordzyde der Plaats door Gregorius Xlir. aangelegde tweede fontein geeft een menigte waters, efinbsp;is wel van marmer , dog voor ’t overige eenvouwdig,nbsp;zonder beeldwerk. Het water komt uit het midden doornbsp;een fteen te voorfchyn, en valt in de groote kom. Opnbsp;deeze plaats ligt nog een fchoone fchelp , die by S. Lorenzo in Damafo, waar de Porticus van Pompejns eindigde, is opgegraven.

De heerlyke fontein , die in ’t middelpunt der Plaats ligt, Bemints is onbetwiftbaar eene der fchoonfte uitvindingen van 'Bsx-fonteinnbsp;nini. Men ziet de vier grooifte rivieren uit de vier wenbsp;relddeelen, den Donauw met een riem in de hand, dennbsp;Ganges als een Moor, den Nyl, met een bedekten kop, wegens de onzekerheid zyns oorfprongs , en La Plata, zittendenbsp;op een fluk van een zwaarenrots, die een obelisk draagt. (*)

Men

(*) De riviergod tegen over de kerk van S, Agnefe heeft de hou-ding van een menfeh die voor iets verbaasd ftaat of bevreesd is . en men zegt dat Bernini daarmede op de zonderlinge architek-tuut der kerk gezinfpeeld heeft , als ware de god verfteld over dennbsp;grilligen inval van Borromini.

-ocr page 350-

336

REIS.BOEK

FI. nbsp;nbsp;nbsp;kan van de vier zyden door den rots heen zien, van

diParione.dm welken vier ftroomen afvlieten , die egierwat te weinig waters geeven. De opening verbeeldt een hol, waaruit eennbsp;van Lazarus Morelli vervaardigd paard en een leeuw, alsnbsp;de eigenfchappen van Europa en Afrika, te voorfcbyn komen , oin te drinken. Boven den ingang van ’t hol zietnbsp;men ter wederzyde het Pamfilifche wapen van Innocent X.nbsp;en op den 24, voet hoogen rots een groot piedetlal, waarop de obi-lisk ruft. Het geheele werk heeft een fchoonenbsp;evenredigheid, en is zeer kondig geordonneerd, om dennbsp;obelisk te meer te verhoogen. Het bedraagt omtrent denbsp;hoogte van 105. voet. In ’t beeldwerk ontdekt zig eennbsp;grootere manier, en rigtiger tekening, als gemeenlyk dienbsp;zyn welken Bernini gebruikt. De palmtak is wel geordonneerd , en karakterizeert de eene rivier. De ftyl in denbsp;rivieren toont iets manlyks en groots, en komt by het antieke. De meefters waren Claudio Framefe , Baratta,nbsp;Fancelli, en Antonio Raggi. De ftatues beftaan uit marmer , de rots uit travertynfteen , en de obelisk met hetnbsp;piedeftal uit rood graniet. Hy werd in ’t jaar ilt;55i»nbsp;opgerigt. De vier wydloopige opfchriften op de zyden des piedeftals ftrekken ter eere van Paus Innocent X.

De met Egiptifcbe hieroglyphen verfierde obelisk heeft een hoogte- van 50. voet , en ftond voorheen innbsp;den Circus van Caracalla, die hem uit Egipten deed komen , en hier oprigten. Van de overblyffels deezer renbaan by St. Sebaftiaan , in de plaats die la Gioftra genoemd wordt, fpreeken wy in ’t vervolg. Deeze obelisknbsp;heeft Vader Kircher aanleiding gegeven tot het fchry-ven van een geleerd , dog met veele ongegronde gis*nbsp;fingen opgevuld werk , ’t welk 560. bladzyden in folio

be-

-ocr page 351-

S3?

door ITALIË N.

feeÖaat. (*) Zyne verklaaringen fchynen ten deele ver- pj^ . nuftig genoeg, dog oT zy to waar zyih, is niet te beflis- di P'arion^,nbsp;fen , dewyl zyn geheele zamenftel op gisiingeh fteunt. Wynbsp;willen ten bewyze een voorbeeld bybrengeri. Op dénbsp;ooUzyde ziet men, naar de fpitï toe aan, een kogel metnbsp;twee vleugels en twee flangen. Dit is volgens Vader Kir-cher een zinbeeld der Godheid. De kogel duidt aan datnbsp;God een onmeetlyk en eeuwig wezen is j de flangen zin-fpeelen op zyn wysbeid, en dat alles van hem is voortgekomen, en de vleugels, dat hy alomtegenwoordig ènnbsp;een geeft is. Alle die gedagten zyn met grooie geleerdheid bewezen, en daaruit wil hy eindelyk opmaaken, datnbsp;deeze hieroglyphen te zamen genomen niets anders aan-wyzen, dan dat de wereld, met alles wat ’er in is, doornbsp;het hoogfte wezen, ’t welk de Egiptenaars Hemfta noemden , voortgebragt is;

De groote menigte waters, ’t welk de drie fonteinen de Piazza Navona leveren , geeft gelegenheid tot eener/«g dernbsp;^onderlinge gewoonte; die men buiten Romen bezwaarlyknbsp;vinden zal, dog egter zeer vermaaklyk is. Alle zondagennbsp;in Auguftus worden des namiddags de afleidingen der fonteinen toegeflopt, zo dat de Plaats, die rondom wat hoo-ger geplaveid is, onder water geraakt. Binnen twee uurennbsp;flaat het in ’t midden, waar ’t het diepfte is, een el hoog,nbsp;cn dan ryden de voornaamfte lieden met hun koetfennbsp;rondom. De beweeging der paarden en koetfen in ’t water geeft in de bette dier maand een aangenaame verfris-

fching,

{*} Athan, Kifchcri Ohellfius Pamphjltus, i. e, InUrpretatio hniutqHt •ntentata Ohelifci hhregtyphid, in qua poft varia (^£«ypt!ac* , Chaldaica,nbsp;ütbraica , Gracanic* antiyiiitatis, dcarina^uc, ja-» facra, j«4 ƒ r»/»-

monumcnta , nbsp;nbsp;nbsp;tandem Thetltgia\ hieroglyph!tit invtlHta fyrri’

iolis, detelia, e tembrit in Inctm afferitnr. Rom. JfijC,'

UI. Deel. nbsp;nbsp;nbsp;Y

-ocr page 352-

338

VI nbsp;nbsp;nbsp;alleen aan die in de koetfen zitten, iriaar ook

di Parione. aan de menigte van toekykers, waarmede alle de venders vervuld zyn. Voorheen bragt men een deel van den nagtnbsp;op de Plaats door, fpysde in de naad gelegen herbergen,nbsp;en maakte muziek, dog Clemens XIII. heeft dit verboden. By ’t aanbreeken des nagts wordt het waternbsp;weder weggelaten. De koetfen ryden in ryen op en neer,nbsp;en gaan omtrent tot aan de voorasfen in ’t water. De menigte derzelven maakt egter dat het niet zonder wanordernbsp;afloopt. Vermits de Plaats geplaveid, en het fonteinwater zeer zuiver is, droogt het in weinig uuren weder op,nbsp;zonder een kwaaden reuk te veroorzaaken. (?)nbsp;s. Agnefey De groote en pragtige kerk van St. Agntfe geeft dernbsp;Piazza Navona een heerlyk fieraad. Voorheen was zy eennbsp;kerfpelkerk; dog federt dat zy door ’t huis van Pain-fili herbouwd is, behoort zy aan het zelve , en denbsp;Prins Dotia , als erfgenaam van dat huis , is ’er federtnbsp;eenige jaaren patroon van. Men verhaalt dat Simphronius,nbsp;Stadhouder van Romen, een vervolger der Chriftenen, denbsp;li. Agnes in de gewelven van den Circus agonalis, waarnbsp;zig de ontugtige vrouwen pleegen optehouden, brengennbsp;deed, om ze den geilen wellufl der foldaaten ten prooijenbsp;te geevetii dog dat, wanneer zyn eigen zoon zelf die euveldaad wilde bedryven, de hairen der heilige zo fchrik-lyk waren aangewasfen, dat zy ’er geheel mede bedekt,nbsp;en hy daardoor in zyn voorgenomen Huk belet geworden

was.

-ocr page 353-

iidüR. ITALIË N.

ipas. Hy viel döod ter aarde; dog de heilige bragt hem door haar gebed weder tot het leeven.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;diParünel

De kerk S. Agnefe ligt tusfchen twee paleizen van ge-lyke bouworder, welken der Plaats een fchóon aanzien geeven; Innocent X. bouwde ze , en ftelde een getalnbsp;priefters ’er töè , die Cappellani Innozenziani genoemdnbsp;Worden. De voorzyde is van Borromini, en fchoon mennbsp;’er in berifpt, gelyk boven by den obelisk voor de zelvenbsp;gefchied is, dat ’er te veel konft aan is te kolt gelegd, isnbsp;’ér ook veel goeds in, en zy behoort onder de aartigfteiinbsp;van Romen. De kloktorëns zyu in vergelykirig der koepelnbsp;te hoog. Het binnènfte is volgens ’t ontwerp van den Ridder Rainaldi gebouwd, de koepel uitgenomen. Het isnbsp;een Griekfch kruis, waarvan de eene arm tot een inkomen , en de drie anderen tot drie kapellen dienen. Viernbsp;kleinder kapellen zyn ’er in de nisfen der groote raasfievenbsp;pilaars, die de koepel draagen, en itiet zeer middelmaati-ge basreliëfs op de altaaren verfierd. Deeze pilaaren fchy-hen te zwaar; dog de koepel zelve heeft goede evenredigheden. Waar men maar ziet ontdekt men de fchoonftenbsp;foorteo vati marmer, en de zoldering pronkt met verguldnbsp;flukadoorfel. Het hoófdaltaar is met bont alabafter overtrokken , eii heeft een paar fchoone zuilen van verde an-lico. De ftandbeelden van Maria , Jofef, Joannes, eiinbsp;Joachim , zyn van Domenico Guido. Giro Ferri heeftnbsp;begonnen de koepel te befchilderen, en zyn leerling Cor-bellini heeft het voltooid. De allegoriefche fchildery aattnbsp;den pilaar daaronder is van Baciccio. De manier is frifch,nbsp;dog de tekening en de houding zyn gebrekig. Boven dennbsp;ingang ziet men van binnen het pragtige gedenkteken vaanbsp;Innocent X.

Langs een trap komt men beneden onder’t gewelf, waat de h. Agnes zou gefchonden worden. Het basreliëf opnbsp;Y snbsp;nbsp;nbsp;nbsp;het

-ocr page 354-

34°

Fl.Pfyk altaar alhier is van Algardi, en verbeeldt het gevai-JiPartotie.DQ ftelling en miene der heilige is goed, dog het overal met hairen bewasfene lichaam ziet ’er affchuwelyk uit1nbsp;Over ’t geheel verdient het niet onder de befte ftukkennbsp;van dien meerter gerekend te worden. Van het pragtigönbsp;Oftenforio deezer kerke hebben wy boven gefproken. (1)nbsp;Palazzo Het Palazzó Pamfili, ’t welk federt èenige jaaren deanbsp;Pamfilti pfinte Doria toekomt, hééft Innocent X, in’t jaar 16501nbsp;door Hieronymus Rainaldi, doen bouweh, (t) en daat1nbsp;door der Piazza l^avona hCt gróotfte fieraad gegeven. Hetnbsp;voornaamfte ih het zelve is de fchoone gallery, die Pietetnbsp;van Cortona op natten kalk gefchilderd heeft. Men geeftnbsp;de fchuld, dat de meefter hier zo wel niet geflaagd is alsnbsp;ih de Barberynfche zaal , aan zekeren Prelaat, die ’er ’tnbsp;opzigt óver had, en den fchilder te veel verhaaftte, ei1nbsp;gemelyk ihaakté. De gallery is in vyf groote ftukken verdeeld , waarvan ’er twee eirond, en drie vierkant zyn1nbsp;Aan beide einden zyn weer twee vierkante ftukken, zonbsp;dat men iii alles zeven fchilderyen telt. Over 1t algemeennbsp;moet men deezer gallery den lof geeven, dat zy bevallignbsp;uitgevoerd, wel geordonneerd, en gekleurd is. De tekening is wel niet geheel zonder gebrek , dog egter naar-ftig gemaakt , inzonderheid heeft de meefter de ftuka-doorfels op natten kalk gelukkig weeten nacedoen. (2)

Het

1

By 't PamfilKche Paleis al Cotfo.

2

(•f-) En dat wel ten behoeven zynei zwagerin en byzit, de beriigt1 Donna Olympia , wiet Ichaudelyk leeren de Abt Gualdi belèhieït1’nbsp;heeft.

Met» heeft ’er het volgende werk over: Za Galltria dlfmtj Roma nel Palazze del Prenctpe Pamjïlt, een rtpartimentl dl thïarenbsp;* favole dl Enen , dlfegnati e integllate in ae^Hee forti dn Cttrli onbsp;Opira di xn, fogii impertali ftr traverft.

-ocr page 355-

S4I

DOOR ITALIË N.

Het eerfte ftuk is van een eironde gedaante , en ver- fq beeldt Juno op een regenboog, w;aar zy ^olns vtxzoéamp;xdiFariotK.^nbsp;den winden te beveelen , de vloot van iEneas te ver-ftrooijen. De meefler heeft het zo wel uitgevoerd als hetnbsp;voorwerp en de plaats het toelieten. Het andere vertoontnbsp;het quos ego , of Ncptuun die de baaren bedaaren doet.

Hier heeft zig Pieter van Cortona geheel aan zyn digterlyk vuur overgegeeven. Neptuun is majeftueus, de hem begeleidende Tritons en Nereides zyn fchoon, en wel gegroepeerd. In het derde ftuk landt iEneas op de Italiaanfchenbsp;kuft; de Nytnfen, die met den Tiber als aankykers vetrnbsp;toond worden, maaken een aartig by werk. In het vierde,nbsp;of andere eironde ftuk, verzoekt Venus Vulkaan wapenennbsp;voor jEneas te fmeeden. In het vyfde doet .$neas, metnbsp;een olyftak in de hand, den Koning Evander voorflagennbsp;van vreede. De ordonnantie is fchoon, de beweegingetinbsp;in yEneas en Afcanius zyn natuurlyk, dog in Evander watnbsp;lomp. Indien de fchilder den Koning wat grooter gevolgnbsp;had gegeven, zoude het geheel een edeler aanzien gehadnbsp;hebben. In het zesde ziet men het gevegt van Turnus ennbsp;/Eneas, in aanzien van beide de heiren. De Koning ennbsp;zyn dogter ftaan op de muuren toetekyken. Het laatftenbsp;ftuk eindelyk verbeeldt de vergooding van /Eneas. Hynbsp;komt op een wolk aan, en Venus gaat vooruit, om hemnbsp;Jupiter aantebieden. .®neas , ais het hoofdbeeld, is tenbsp;veel verborgen, en niet edel genoeg veorgefteld. Cybelenbsp;en Ceres zitten op haaren wagen, en de leeuwen, zo welnbsp;als de flangen daarvoor, zyn zeer wel uitgevoerd. Ineennbsp;boog boven het venfter ziet men .ffineas met zyn vloot opnbsp;zee, en in een ander, hoe hy door de Sibylle ter hellenbsp;gevoerd wordt.

Aan de wanden deezer gallery hangen veële ftukken, waaronder egter, buiten een paar van Trevifani, niet veelnbsp;Y 3nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;goedi

-ocr page 356-

84®

R E I S - B O E K.

yf ffTyj^jgOQis is. Het eene vertoont een dooden Cliriflus, ySB ^ Parione. de engelen aangebeden. De verkorting van het beeld vütlnbsp;Chriftus is zeer kondig, en het koloriet treflyk. Het by*nbsp;¦werk van den eenen engel, die den anderen een appel, alsnbsp;de oorzaak van Chriftus dood, wyft, is aartig. In eenenbsp;kamer heeft Pousfin in de friezen fchoone landfchappeu oRnbsp;natten kalk gefchilderd. In twee anderen zyn zy van Ro'nbsp;manelli Op ,het eerde ziet men een Bacchusfeeft, meenbsp;een flaapend kind op den voorgrond, ’t welk een Sileeünbsp;wyn in den mond giet. Het koloriet is nog ongemeennbsp;frifch. Het ander beheld vier Hukken, het vinden van Romulus en Reraus aan den oever des Tibers, den roof detnbsp;Sabynfche -zrouwen, Numa Pompilius, die het fchild ontvangt , en Coriolanus , die zig door de gebeden zynernbsp;moeder beweegen laat. De bibliotheek van dit Paleis isnbsp;aanzienlyk , en ten openbaaren gebruike gefchikt. Dognbsp;zy wordt niet veel bezogt. Aan de andere zyde der kerknbsp;van S.Agnefe Haat een gebouw, volkomen aan dit Paleis ge-lyk , waarin Innocent X. een kollegie ter ondertVyzingnbsp;van jonge lieden aangelegd heeft, mits zy op de lande-ryen van ’t huis Pamfili geboren zyn, en naderhand deilnbsp;diend in de kerk S. Agnefe verrigten willen.nbsp;ffflazzo Palazzo Santobuono, ’t welk voor aan Piazza Navona,nbsp;Santohuo- en ter zyde aan de Plaats van Pasquin ligt, was voorheennbsp;van de familie Orfiui, en wordt nu door die van Carac-cioli bewoond. Het heeft eenen fchoonen voorraad vannbsp;antieken en fchilderyen. Onder de datues ziet men voor-naamlyk eene Venus, die uit het bed komt, een fchet-mer, en een tyger. Onder de fchilderyen, een Magdalena ten halven lyve, van Hannibal Caracci, eene van Por-denone, het Avondmaal van Tintoret, de Ladping vannbsp;Frederik Zucchero, waarin de fchilder het vermaarde duknbsp;yan Apelles, waarvan de Ouden fpraken, heeft gezogt na-

je*


-ocr page 357-

343

BOOR ITALIË N.

tevolgen ; Andromeda met Cupido van Polydoor Cara- y[,prj1c^ vagio. De bezitters van ’t Paleis hebben ook een fchoone di Parione,nbsp;verzameling van verheven en holgefneden oude fleenen,nbsp;waaronder inzonderheid Leda met den zwaan, en Trajaannbsp;te paard, met een barbaar onder zig, verdienen bemerktnbsp;te worden,

De kerk S. Pantaleone behoort den Vaderen delle fcuoks. Pante-pie. Een kleine ftraat Cuccagna genaamd, wyl men 'tileone, allerlei foorten van winkels vindt, leidt van de Piazza Na-vona daarnaar toe. Deeze Vaders zyn in de wereld gekomen uit een kongregatie, door den gekanonizeerden Jofefnbsp;Calafanzio, onder Paulus V. geftigt, tot onderwyzing dernbsp;i@ugd. Zy voldoen aan dit oogmerk, hebben groote fchoo-len, en worden van de Jefuieten met nydige oogen aangezien, die al te gaarn het onderwys der jeugd alleen tot zignbsp;wilden trekken, ten einde haar hunne gevaarlyke beginfelsnbsp;inteboezemen. Deeze order heeft zeer bekwaame mannennbsp;voortgebragt, van de welken wy maar den nog leevendennbsp;geleerden natuurkundigen. Pater Beccaria, en Paternbsp;Carcani, een groot ftarrekundigen te Napels, aanhaaien.

Gregorius XV. ruimde hun in ’t jaar idai. de kerk Panto-leone in. Het groot altaarftuk is van den bekenden Jefuiet Andrea del Pozzo, of, volgens anderen, van zyn leerling Antonio Colli.

Het naby gedagte kerk liggende Paleis MaJJhni is vooren met een op zuilen ruftenden portiek voorzien, die Majpmi,nbsp;van een treflyke architektuur is. De bouwmeefter Balthafarnbsp;Peruzzi heeft zig de plaats zo goed als ’t mooglyk was tennbsp;nutte gemaakt. Het Paleis heeft drie plaatfen van binnen, dienbsp;met fonteinen, basreliëfs en ftandbeelden verfierd zyn. Ia

da

{*) zie boven I. Deel bl, a/s.


-ocr page 358-

S44

fl. ff^yk, vertrekken ziet men yerfclieiden buften van Keizer*« ii Pariom- vier fchoone mozaïeken, waaronder een menfch dat vannbsp;een krokodil gegeten wordt, verfcheiden fchilderyen uitnbsp;de baden van Titus, die de Kardinaal Maffimi herwaardsnbsp;heeft doen brengen, drie Etrurifche vaazen met beelden,nbsp;en een vaas met basreliëfs.

In de tot het Paleis behoorende gebouwen zyn door Koenraad Sweynheim, en Arnoud Pannarz in ’t jaar 1455.,nbsp;of volgens anderen 1467. de eerde boeken te Romen gedrukt, naamlyknbsp;nbsp;nbsp;nbsp;lt;/e dvitate Dei, en de Blieven

van den h. HUronymus,

DE ZEVENDE \VYK DER STAD ROMEN,

J

Rione della Regola.

De zevende Wyk van Romen gaat langs den Tiber va« het nieuwe Gevangenhuis tot aan het Joodenkwartier, ennbsp;in de breedte van de fivjer tot aan ^ Carlo a' Catinari,nbsp;en Andrea, della Valle. Zy heepte eertyds Arenula, naarnbsp;het menigvuldige zand, ’t welk de Tiber hier op den oever fmyt; daaruit pntftpud eetft Argolj, en ten laatftennbsp;Regola.

S. Carlo d De kerk s. Carlo Catinari wordt zo genoemd naar patinari. zelpere houten vaten, die in ’t Latyn Catini heeten, ennbsp;voorheen hieromtrent gemaakt werden. Zywetd, naeeanbsp;zwaaren brand, in ’t jam 1612, zeer fchoon weder opgebouwd. Het portaal, dat van Soria is, heeft een manly-ke arebitektaur, hoewpl het de pilaflers een plat aanziennbsp;geeven. De kprnisfen der deuren en nisfen zyn te zwaar,nbsp;«n de hovende piladers wat te laag. De zydeuren zyn innbsp;vergelyking van den hoofdingang zeer klein. Het hoofd-gsdel der onderde pilafters is voor de korinthifche order

te

-ocr page 359-

S4^

te zw*ar, en het middelfte bovenvenfter voor de anderen /.y/; ffyk, fc groot.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;M/a Re

in aanzien der inwendige architektuur van Rofato fati werd deeze kerk onder de beften van Romen geteld.

Pe korinthifche order en de koepel hebben fchoone evenredigheden , hoewel de pilaars onder de koepel wat zwak uitvallen, daarentegen zyn de roomfche pilafters in dezelve des te beter geëvenredigd. De gewelven in de kerknbsp;zyn met fmaak verfierd, fchoon ’er eenige wanorder, dienbsp;van ’t veranderen der gedaante in de vakken voortkomt,nbsp;in heerlcht. In de eerfte kapel ter regterhand ziet mennbsp;eene zeer zwart geworden Verkondiging vanLanfranco,ZQnbsp;dat tnen ’er niet 'veel meer van onderfcheiden kan.

Het hoofdaltaar is met vier heerlyke zuilen van porfier, eo een fchilderftuk van Pieter van Cortona, verbeeldendenbsp;een omgang van den h. Karei by een peft te Milaan, ver-(ierd. De heilige gaat met een krucifix in de hand, ennbsp;onder een verhemelte. De beelden die dat draagen vullennbsp;het grootfte deel van het ftuk, en dit maakt dat men geennbsp;menfchen genoeg van den omgang ziet. De vrouw metnbsp;het kind op den voorgrond, en eenige koppen, zyn fchoonnbsp;gekarakterizeerd. Voor ’t overige heeft de meefter zignbsp;van het ligt niet wel weeten te bedienen, en de kindertjes in de glorie te groot gemaakt. Dit hoofdaltaar is vannbsp;Martin Lunghi’s architektuur; en de fchildery boven hetnbsp;zelve van Lanfranco. Daar agter ziet men een ftuk innbsp;fresco van Guido , verbeeldende den h. Karei ten hal-ven lyve.

Het merkwaardigfte ftuk in deeze kerk is het vermaarde ftuk van Andries Sacchi, verbeeldende den dood der h.

Anna, ’t welk, nevens het reeds befchrevene van S. Ro-piualdus voor het befte van dien meefter gehouden wordt.

De h. Anna ligt te bed, en Maria houdt haar het kind Je-V 5 nbsp;nbsp;nbsp;i'us

-ocr page 360-

345 RE IS.BOEK

Puvoor, ’t welk zy met de hand wil Hefkoozen. B© della Rjs- h. Joachim zit vol droefheids aan ’t bed. Het kolorietnbsp;gola, is i[j jit (iuij 2eer harmoniefch; dog Maria ontbreektnbsp;een edele iniene. De h. Anna is voor haar Jaaren watnbsp;te jong , daartegen is de uitdrukking in den h. Joachimnbsp;treflyk. (?)

Boven aan de pilaaren onder de koepel heeft Domeni-chino de vier hoofddeugden, de Voorzigtigheid, de Sterkte, de Maatigheid, en de Geregtigheid, op natten kalk gefchilderd. Zy zyn fchoon getekend, en in een edelenbsp;manier gedrapeerd. Het koloriet is zo fchoon niet als datnbsp;van veele flukken van dien zelven meefter. De vrouw dienbsp;melk uit haar borft drukt is beneden de Geregtigheid zeernbsp;kwalyk te pas gebragt. Zy behoort nog tot de allegorie,nbsp;nog tot de zamenllelling, en fchynt ’er alleen in te komennbsp;om een ledige plaats te vullen.

Paleis S. Palazzo S. Croce ligt op de Plaats Branchi. Op de Croce. plaats daar binnen zyn verfcheiden oude basreliëfs en fta-tues, en in de kamers insgelyks goede flatues en fchil-deryen.

S. Trinita hospitaal by de kerk S. Trir.ita de' Pellegrini wor-de Pelle- den de pelgrims van allerlei natiën opgenomen, en drie irtat. dagen lang onderhouden. De architektuur der kerk isnbsp;van Franciscus de Santls. Aan de voorzyde ziet men denbsp;flandbeelden der vier Euangcliften. Op het hoofdaltaarnbsp;heeft Guido de Drieëenheid op een zo zonderlinge wysnbsp;afgebeeld, dat men zig verwonderen moet, hoe een mee-fler, die in geen van zyne werken een buitenfpoorige

ver-

(•) Frey heeft van dit ftnk een mecfterlyke plaat geleverd. De aelve mceftet- heeft ook het beeld des h. Kareis op het hoofjaltaat,nbsp;cn de vlet deugden van Domenichino aan de pilaaren der koepel opnbsp;vici bladen gegraveerd.

-ocr page 361-

34?

©OOR ITALIË N.

verbeeldingskragt vertoont, ’er op gevallen is. Boven aan ziet men God den Vader, die de armen uitbreidt, mamp;xdiRe^e-hoofden van cherubim, die rysgewyze gefchikt zyn,nbsp;geeven. Vlak onder den baard van God den Vader is denbsp;Heilige Geeft, die op het hoofd van Chriftus neer fchyntnbsp;te daalen. Chriftus hangt vlak daaronder aan ’t kruis, datnbsp;op een kogel ruft, cn van de zyden door een paar engelen zeer fierlyk vaftgehouden wordt. Een paar grooteen*nbsp;gelen in de wolken bidden het kruis zeer eerbiedig aan.

Als men het aanftootlyke van dezen inval aan een kant zet, heeft het ftuk groote fchoonheden. De engelen zynnbsp;bekoorlyk, het hoofd van God den Vader heeft een edelenbsp;uitdrukking, het beeld van Chriftus is fchoon getekend.

Het benedenfte deel van ’t ftuk valt in ’t graauwe, zo dat het is als of het koloriet van tweederlei handen was. Ianbsp;de lantaarn der koepel heeft Guido God deii Vader nognbsp;eens in een voortreflyk karakter afgebeeld.

In het gebouw dat by deeze kerk ftaat heeft de broeder-fchap van ’t hospitaal een Oratorio, waarin alle zaterdagen voor de Jooden, welker kwartier of Ghetto in de na-buurfchap ligt, gepredikt wordt, en zy moeten onder zekere ftraffen ’er altyd honderd mans en vyftig wyven uk hun naar toe zenden.

Als men de Strada Julia afgaat vertoont zig aan ’t einde Fontein derzelve de fontein van Ponte Sift o, welke Paulus y.vanPonienbsp;door Jan Fontana heeft doen aanleggen , en het water'^*^®'nbsp;Acqua Paola van den Janiculus naar beneden, en ondernbsp;de brug door leiden. Deeze fontein beftaat uiteen arcadenbsp;met twee ionifche zuilen, een attiek met een opfchrift ennbsp;een gevel, vvaarin het Pauslyke wapen gebragt is. In denbsp;nisfe der arcade is boven een groote opening, waaruit hetnbsp;water in groote menigte in een op de hoogte van het dek-fluk geplaatfte fchaal, en van daar in de kom beneden

valt.

-ocr page 362-

348

REISBOEK

la.

waterval zou nog edeler aanzien hebben , in* ii Jlego- dien het water zonder over een uitftek te rollen,.van denbsp;bovenfte opening, die de gantfche bovenfte breedte de*nbsp;boogs had moeten inneemen , met groater geruifch wasnbsp;neergevallen.

Palazzo

Wy gaan nu het overige deel der Strada Giulialangs faleonieri. welker noordelykfte gedeelte reeds onder de vyfde Wylcnbsp;befchreven is, en komen het eerft aan het Paleis Fakonie-ri, ’t welk reeds zeer oud is, dog door Borromini vernieuwd is geworden. Hec vertoont zig met een grootnbsp;terras tegen den Tiber als men over de naalle brug gaat,nbsp;en heeft in dit fiuk een groot voordeel boven de anderenbsp;Roomfche paleizen. Liefhebbers der fchilderkonft vindennbsp;bier uitgelezene (lukken. Een heilige familie nevens dennbsp;h. Franciscus behoort onder de fchoonlle fchilderyen dienbsp;van Rubens in Romen overig zyn. De zamendelling isnbsp;gelukkig, en het vleefch voortreflyk gekleurd. Het hoofdnbsp;van Maria is meer aangenaam dan edel. Een fcher-mutfeling, en een overtogt van foldaaten over een riviernbsp;van Bourguignon , ongemeen natuurlyk en vlytig gedaan. Een heilige familie van Pousfin. In het kind Je-fus, dat den kleinen Joannes aan de kin vat, is de uitdrukking zeer naif , de Helling van Maria edel en onopge-fmukt. De tekening, zo zuiver als die der Ouden, hetnbsp;penfeel mergagtig , en het koloriet lieflyk. Een heiligenbsp;familie met het kind Jefus, rydende op een fchaap, vannbsp;Raphaels eerfte manier. Een eirond (luk van Guido, ver»nbsp;beeldende Maria met het kind aan de borft. Haar karakter heeft veel zagts, dog ’t koloriet valt in ’t graauwe. Denbsp;Mildaadigheid van Guido , de weenende Petrus vannbsp;Pomenichino, en een Diana in ’t bad van Karei Maratti,nbsp;verdienen ook opgemerkt te worden.

Career*

iiuove.

Het nieuwe Gevangenhuis, Career* move, maakt ee»

groot

-ocr page 363-

349

öooB. ITALIË Ni

groot gebouw uit in de Strada Giulia, ’t welk Innocent VlI.JVjk, X. gebouwd, en tot dat oogmerk bekwaam gemaakt heeft, RegO'nbsp;In geene Stad wordt zo zeer voor de gevangenen gezorgd.^***

Daar zyn verfcheiden broederfchappen , die tot hunne bezorging en byftand, als ’er een ziek van wordt, geftigtnbsp;zyn. Als de Paus gevaarlyk krank wordt, brengt men allenbsp;de gevangenen van hier naar S. Angelo, op dat het volk,nbsp;in een tyd dat het gemeenlyk onruflig toegaat, hen nietnbsp;in vryheid ttagte te (lellen.

De kerk van Maria di Monferrato heeft niets ratrk-Maria dk waardigs dan haar goede architektuur , die van Anto-'^®”/^''*nbsp;nio Sangailo is. Daarby (iaat een hospitaal voor de Span»^'*^®*nbsp;jaards, Monferrato genaamd, naar een plaats in Katalo-nien , waar een vermaard Mariabeeld vereerd wordt.

S. Girolamo della Carita behoort aan eene broeder-fcliap, die voor de arnien zorg draagt, en den naam van^ Girtla dien heilig voert. Domenico Cadelli heeft de kerk,nbsp;lo Rainaldi het hoofdaltaar ontworpen. Het pronkt metCariia,nbsp;heerlyke marmers en verguld brons. Dog wat het hetnbsp;meert merkwaardig maakt, is het vermaarde Avondmaal desnbsp;h. Hieronymus vail Domenichino, welk (luk de kendersnbsp;onder de vier voortreffelykften van Romen tellen.

Dees heilig had zo veel eerbieds voor het h. Sakrament, dat hy het altyd gelyk de gemeene leeken ontving , eonbsp;nooit de ftoutheid had de mis te doen. Hy is hier knielend verbeeld, en wordt van twee menfchen vartgehon-den. De priefter nadert hem met de hortie in de hand,nbsp;een andere op zyde heeft de kelk, en een die knielt een

boek.

{ •) Het mozaïek daarvan is in de Pieterskerk aangewezen. Frdy heeft het doot zyn meefterlykc graveerkonft bekend gemaakt.

Men heeft ’« nog eca oude , dog niet zo goede piaat van , doot Fatjat.

-ocr page 364-

35Ö

REiS-BOËK

gola.

Pousfin fchattede dit ftuk oneindig hoog, en Ari-ietlaRe- dries Sacchi ftelde het zelfs boven de Verheerlyking van Raphael, ’t welk anders voor het belle (luk der wereldnbsp;gehouden wordt. Het blyft altyd het ineederftuk diensnbsp;grooten fchilders; ondertusfchen is het eenigfms aanftoot-lyk, dat zig de dervende heilig, in een opene plaats bynbsp;een tuin^ byna geheel naakt, bevindt; men ziet wel derinbsp;grond waarop hy knielt, dog niet regt duidelyk. Het isnbsp;jammer dat de donkere partyen in dit treflyke duk zig zonbsp;fterk beginnen te vértoonen ; anders kan de houding ’ernbsp;van niet fchoonder zyn. De lokaalkleuren zyn met eennbsp;zeer frifch penfeel opgebragt, en de vier kleiile engelen innbsp;de glorie trcflyk uitgevoerd.

Het ontbreekt deezer kerke ook niet aan andere merkwaardige konddukken. De eerde kapel ter regterhand, die aan de familie van Spada behoort, heeft een liggendnbsp;beeld, en andere goede beeldwerken van Hercules Ferra-ta ; de architekt was Borromini. Het aartige graftekennbsp;des Graaven van Montanti is van Pieter van Cortona.nbsp;In de fchoone kapel van den h. Filip Neri op de anderenbsp;zyde heeft Camillo Rufconi al het beeldwerk gemaakt,nbsp;uitgenomen het beeld des heiligs, dat van Le Gros her-komci

Palazio

Farnefe.

Het Paleis Farnefé is voor de liefhebbers éen der merk-waardigden van Romen, en wordt ook ten aanzien der architekttiur voor het fchoonde gehouden. Hét ligt op denbsp;naar het zelve genoemde Plaats; dog is niet, gelyk fora-migen meeneU , volgens de architektuur van Bramante,nbsp;maar door Sangallo begonnen gebouwd te worden. Mi-chaé'1 Angelo heeft het werk tot aan de kornis vöortgezet,nbsp;den trap, de verfierfels der plaats van binnen, en de in,nbsp;ïigting der kamers opgegeven, tot aan de tegen de Stradsnbsp;Giulia gelegen gallery, die een bewys geeft van den edelen

-ocr page 365-

door ITALIË R

len fmaak van Jakob della Porta. Het Paleis is met alle de overige goederen van’t Farnefefche huis aan den Ko-della Re-tiing van Napels gekomen, en wordt van zyn Minifternbsp;den Kardinaal Urfini, bewoond. Hoe fchoon ook dit gebouw is, verwenfchen het egter de vereerders der Oudheid, en fchiinpen deswegen op Paus Paulus UI. uit dennbsp;huize van Farnefe , die , of uit onnozelheid , of uitnbsp;een kwalyk gepafte gierigheid j de gehouwen fteenen ennbsp;het marmer van ’t Colifeo en ’t Theater van Marcellus deednbsp;wegneemen , en tot dit gebouw gebruiken. Hy ftoordenbsp;’er zig niet aan, dat die heerlyke gedenkftukken der Oudheid gefchonden werden, om zyner familie, die voor ’cnbsp;overige van deezen Paus niet veel eers had, een pragtigenbsp;woonplaats te bezorgen.

Op de groote Plaats voor ’t Paleis heeft gedagte Paus twee fonteinen met twee pragtige eironde fchaalen vannbsp;graniet doen aanleggen. Zy zyn in de baden van Titusnbsp;gevonden , met groote uitgehouwen ringen verfierd, ennbsp;voor de plaats, waarvoor zy gefchikt zyn, groot genoeg.

Zy ftaan boven een nog grooter kom, en werpen het water uit een lelie agt ellen boog.

Het Paleis maakt een gelykzydig vierkant uit, dat op elke zyde drie ryen venfters heeft. Het ziet ’er byna al tenbsp;masfief uit, en gelykt meer naar een openbaar gebouw,nbsp;dan een byzonder huis. De hoofdverdieping verheft zig nietnbsp;boven de twee anderen; de beneden getraliede venfters zyn tenbsp;lomp, en de venfters in ’t gemeen te klein voor het gebouw,

De koriiisfen, die van buiten de fcheidingen maaken der verdiepingen , hebben een manlyk aanzien; de bovenftenbsp;hoofdkomis is van een fchoone evenredigheid, en zwaarnbsp;genoeg voor het gebouw. De hoofdingang is te klein,nbsp;ea het balkon daar boven niet aanzienlyk. Door de hoofddeur

-ocr page 366-

f nbsp;nbsp;nbsp;deur komc men in een voorportaal van dorifclie granieten

idla Re- zuilen, die op teerlingen ftaan. Dit portaal moed groö-* gota.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;2yn naar evenredigheid van ’t gebouw. De plaats in

't Paleis is vierkant, en fchynt, van wegen de hoogte dei gcbouws, niet alleen te klein, maar ook treurig en donker. Rondom gaan arcades met dorifche zuilen beneden,nbsp;en met ionifehen daarboven. De derde order bedaat uitnbsp;korinthifche piladers, tusfchen de welken» in plaats vannbsp;arcades, venders zyn.

tuks.

Famefe- Onder de arcades is deeze plaats met merkwaardige fcbe Her- ftandbeelden verfierd, waaronder ten eerden de vermaarde!

Hercules van Farnefe, die nit de Griekfche konftdukken nog onzen tyd bereikt heeft, in ’t oog valt. Het oüder-fchrift zegt, dat hy van Glycon, een Athenienfer, gemaakt is. Het beeld is onverbeterlyk. Men kent geennbsp;fchoönder model van een derke manlyke natuur, dat tenbsp;gelyk zo fierlyke en juide omtrekken hebbe. Ontelbaarenbsp;reizen is het beeld gekopieerd en in plaat gebragt , ennbsp;men vindt die plaaten in al de werken die over de evenredigheden en dandbeelden handelen , als in Audran,nbsp;Sandrart, Roffi , hit DiBknnaire Encyclopédique, m m-deren. Deeze Hercules heeft de lengte van 7. hoofden,nbsp;3. neuslengtens, en 7. deelen, als men onderdelt dat hynbsp;regt op ftaat, want hy leunt een weinig over zyde op zynnbsp;knods, en heeft de eene hand op den rug. Men vondnbsp;dit fchoone beeld zonder beeuen, en Willem della Portanbsp;beeft ’er zo gelukkig nieuwen aangemaakt, dat naderhandnbsp;Michael Angelo, toen de regte béenen gevonden werden,nbsp;oordeelde dat men de nieuwen ’er aan laaten moeit. Denbsp;beenen worden in de Villa Borghefe bewaard. (•) Hec

pie-

(•) Veelcn vcrhaalen dat de beenen eenige mylcn daarvandaan, f*

bet

-ocr page 367-

3^3

öooR ITALIË N.

piedeftal heeft de regte hoogte, om het beeld met de be- ^7/ hoorlyke evenredigheid in ’t oog te doen vallen , ’t welk della Rt-dient om de beeldhouwers te doen denken om hunne beef .¦nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;„

den den regten fland te geeven.

Tegen over ftaat een andere Hercules van de zelve grootte met de huid van den Nemeïfchen leeuw en den (lier van Marathon, Eenigen houden hem voor antiek. Hyfchyntnbsp;het egter niet, maar naar de befchryvingen der Ouden gemaakt te zyn. Ten minden heeft hem de kondenaar voornbsp;de delling zeer naauwkeurig naar de anderen gekopieerd.

Daarby daat een groot grafteken, waarin de afch van Cte-cilia Metella, een dogtervan Metellus Creticus geweett is.

Het is uit haar graf te Capo di Bove op de Via Appia her-waards gebragt.

Florê'

Het beeld van Flora is , ten opzigte der drapeesing, niet minder vermaard als de Hercules, met wien zy ooknbsp;de zelve hoogte heeft. Zy heeft in de eene hand eeönbsp;bloemenkrans , met de andere ligt zy haar kleed wat op.

Het hoofd, de armen en voeten zyn wel van Delia Porta, dog niet gelukkig aangemaakt. Wat ’er oud aan is verdient volmaakten lof. De evenredigheden zynnbsp;fchoon. Het kleed heeft fehoDne losfe plooijen , ennbsp;laat de omtrekken van het naakte voortreflyk doorfehynen.

Veelen houden dit voor een van de beelden waar mede Titus de voorplaats van zyn Paleis bezetten deed, dienbsp;• meert van de hand waren van Polykleet van Sicyon, tennbsp;minften is het, zo wel als dat van Hercules, in de badennbsp;van Titus gevonden.

Een verminkte jongeling, die met koornairen bekranft

ïs*

het hoofd in een pat, eene myl ver, gevonden zyn, ’twelk eenvet-tellingjc is. Aodeien houden den kop voor te yein , dog Winkelman fpreekt dit tegen.

III. De£I., nbsp;nbsp;nbsp;Z

-ocr page 368-

354 -REIS-BOEK

Vn.lVyk,'^, en een foort van korf op het hoofd draagt. Het beeM itUa Re- is van Griekfchen ftyl, het lyf fchoon, en de uitdrukkingnbsp;iala. jjj jjg fpieren treflyk. Den fcherraer, die een dood kindnbsp;op de fchouder draagt, houden eenigen voor het (land-beeld van Keizer Commodiis, anderen voor den vermaarden fchermer Spicillus Mirmillo, die, na ’t behaalen vannbsp;veel overwinningen, openlyk by de fpeien gekroond werd.nbsp;Nog een fchermer , die met een voet op zynen helmnbsp;treedt, en nog eene Flora, met een krans gekroond.

Als men den trap wil opgaan vertoonen zig een paar teusagtige liggende beelden, die den Oceaan en de Mid-dellandfche Zee verbeelden, en tusfehen beiden een kleinenbsp;Iphion, dien een dolfyn den ftaart om ’t lyf (laat; verdersnbsp;de builen van Jupiter,Caftor en Pollux. Op het eerde bordes in een eirond ziet men het hoofd van een man metnbsp;bloemen gekroohd, waarin een groot karakter heerfcht.nbsp;Ter zyde van een deur, op het andere bordes , (laannbsp;een paar in goeden dyl gewerkte beelden van Parchers,

By ’t inkomen op de eerde verdieping liaan tegen over den trap een paar Daciefche flaaven, die in den zelvennbsp;ftyl als op de Trajaanfche zuil gewerkt fchynen. Polydoornbsp;Caravagio fchatte ze zeer hoog, en kwam dikwyis hier omnbsp;ze te befludeeren. Boven de deur daat een bordbeeld vannbsp;Pyrrhus. De groep van den Hertog van Parma, Alexander Farnefe , die zig vlak by den ingang der zaal vertoont , is van Kaspar Celio getekend , en door Simoönbsp;Mafchino gemaakt. De overwinning bekroont den hejd.nbsp;Het beeld van Vlaanderen knielt voor hem, en de riviernbsp;de Schelde is geboeid, om zyn heldendaaden in de Ns'nbsp;derlanden aanteduiden. In de zelve zaai daan vier fchecnbsp;mers , een Apoilo , een Nit.be , en agttien bullen vaonbsp;brons. De llandbeelden der Liefde en des OvervloedStnbsp;die Willem della Porta voor het grafteken van Paulus

Jtt

-ocr page 369-

iJöoü ITALIË N.

jii de Pieterskerk vervaardigd had, dog Michael Angelo

niet goed genoeg vond. Hy deed derhalven een paar an- della Re-

deren y welken men daar nu ziet, maaken.

In de voorkamer heeft Saiviati veel hiftorien gefchil-derd ; de regterzyde hebben de beide broeders Zuccheri en de flinker Vafari gefchilderd. (1) In de volgende kamers zyn verfcheiden friezen van Daniël van Völterra.

De zevende kamer bevat elf oude bullen vau Julius Ctefar j Augullus, Vefpafiailus, Titus, Domltianus, Trajanus,

Commodus, Tribonianus, Caracalla. Paul III. Ziet men hier tweemaal in buil, eens van Willem della Portit, ennbsp;eens van Michael Angelo. Twee kleine ftatues te paardnbsp;verbeelden, gslyk men meeflt, Gidippe en Odoardo, eiinbsp;Clorinda en Tancrede, uit het verlolle Jerufaleffl van Taffo.

Vier honden van marmer, fchoongewerkt. Een flaapendé Cupido, een Meleager of Adonis van brons. Twee kinderen van brons, waarvan het een voor Hercules gehouden wordt, dien Juno door twee (langen wil doen doodnbsp;drukken. Een paar koflbaare tafels van verde antico ennbsp;porta fartta , nevens een fchoon piedeftal van marmer,nbsp;door Michael Angelo gemaakt.

De gallery, het raeellerflük van Hannibal Caracci, Ucallerj 62. voet lang, en ip. breed. Zy behoort ondeivanCsraé-de voomaamlle konllwerken , die Romen kan opgee-^gt;‘nbsp;ven. Men kan ze ter zyde van de groote ftukkeh vannbsp;Raphael (lellen , die nog zo fchoon gekleurd , nog zonbsp;wel onderhouden zyn , nog zo aangenaame voorwerpen

ver-

1

Deeze (lukken verbeelden de daaden van gemelden Hertog Alexander , en van Paus Paulus UI. de zamenkomft van Kareinbsp;en Fraufois I. te Nizza, de zaraenfptaak van Luther met den Kat-dinaal Cajetano, enz.

Z a

-ocr page 370-

35Ö

verbeelden. (•) Dit iHaakc dat men hier akyd fchilderS 4eUa Re- vindt, die ’er naar tekenen , en ze beftudeeren, ’T isnbsp;^ola. loflyk dat hun hier alle vryheid toe gegeven wordt. C»-racci bragt byna agt jaaren met dit werk door, en verloornbsp;’er zyn gezondheid by, waarby nog bet verdriet kwam,nbsp;dat de Paus den over dit werk nydigen Arpino meer ge-hoors gaf, en Caracci naauwlyks aan brood liet komen.nbsp;Men verhaalt dat Caracci uit verdriet Romen verliet, ennbsp;zodra hy te Piperno gekomen was, ten deele om zig opnbsp;den Paus en Arpino te wreeken , ten deele om zynennbsp;waard, by gebrek aan geld, met een fchildery te betaa-len, op een oude plank een fatirifch Huk ging fchilderen,nbsp;naamlyk een pragtig opgefchikten, en overal methetPaus-lyke wapen behangenen ezel , met een dryver , dienbsp;Arpino volmaakt geleek ; waardoor de waard veel klanten kreeg , en Caracci’s vyanden belachlyk werden gemaakt.

De gallery is rondom met korinthifche piladers verfierd. In de nisfen tusfchen dezelven liaan verfcheiden antieken,nbsp;en in de rondtens daar boven oude bullen. Het gewelf isnbsp;in zeven groote fchilderyen, vier van middelmaatige grootte, en verfcheiden kleinderen verdeeld. Zy zyn allen innbsp;, architektuurfieraaden ,die gefshilderd zyn, dog naar lluka-doorfel gelyken,gevat. Deeze verfieringen worden hier en daar

van

(*) De konftenaat heeft vooiwetpen uit de fabelen genomen, en de beelden meed zeer naakt voorgeftcld. Men moet ze van dennbsp;kant der konft bclchouwen , en niet volgens een geftrengc zeeden*nbsp;kunde, gelyk de door zyn zecdenkundigc fchetlcn bekende Bniye-re, die ze noemt, Ui falttéi desnbsp;nbsp;nbsp;nbsp;la Venm, te Ganymede, ér

les autres nndttés du Carrache , falies pour les princes de Piglife , éf y«ï fe dlfcnt les fueeejjeure des jifUres* Xe Palais Parntfe ers ^nbsp;freuve.

-ocr page 371-

S5r

DOOR ITALIË N.

yati thermes gedragen,ondgr de welken akademifche figuu* ren gefchilderd zyn.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;4Ma Re-

Hannibal Caracci heeft deeze gaiufche gallery op natten^'’^'** kalk gefchilderd, allenthalven den fiyl der antieke basreliëfs nagevolgd, en zyn fterkte in een juifte tekening getoond. (*) Het middellle ftuk verbeeldt den triomf vannbsp;Bacchus en Ariadne j Bacchus rydt op een vergulden ennbsp;met tygers befpannen’ wagen,en Ariadne op een zilveren,nbsp;door witte bokken getrokken. Zy zyn vergezeld van Bacchanten , Faunen , en Saters. De ordonnantie in ’t algemeen , en vooral in de groep van Silenus, is fchoon. A-riadne heeft meer majefteits dan bevalligheids, en Bacchusnbsp;veel van den antieken fmagk. Het karakter der vrolykheidnbsp;heerfcht in het gantfche ftuk. Van de twee zydftukkennbsp;verbeeldt het eene Pan, die de wqI zyner fchaapen aannbsp;Diana offert, het andere, dat beter is, Mercurius, die Paris den appel brengt. Mercurius, vliegt lugtig, het gantfche beeld is vlugtig, dog manlyk getekend. Paris heeftnbsp;ook wel een fchoon lichaam, dpg de meefter heeft het

on-

(•) Men kan ligt denken dat de plaatfnyders deeze heerlyhe gallery cok onder handen genomen hebben. Wy gaan loslè bladen voorby,nbsp;en wyzcn alleen werken van belang aan. Carlo Cefio heeft de ge-heele gallery op vetfeheiden bladen in plaat gebragt , waarvan denbsp;oude afdrukken fchoon zyn. Men heeft ze met breedvoerige mytho-logteiche verklaaringcn vol van onnutre geleerdheid, onder den rite!nbsp;e/Edinm Fttrutfiantm tahulf 1753. te Romen uitgegeven. Het anderenbsp;werk voert ten titel, Galleria iel F alamen efel Duca di Parma In Rcmanbsp;cnlle famle, e fcompartimenti dt chiaro fenr», e nrnamenti d'anhitetturanbsp;«flatue, cel rltratto e defejtie dl Ameih. Caracci, invenzlone dl Carlenbsp;Marattl , iijegnata e integlUta in acqua ferte de P. Aquila , cellanbsp;ifcriaclom in vtrfi di G- P. 'Selleri , 15. bladen. De fchilderyen in 'tnbsp;vertrek heeft de zelve Aquila op 13. bladen uitgegeven onder den ti*nbsp;tel, Canurine iel Palazzo del Duca di Parma. amp;c,

z 3

-ocr page 372-

3S8

RE I S-BOE K

f7/^jj,onderfcheid tusfchen de natuur van een god en efi» Jel/a Re- menfch in agt genomen.

fo!a. nbsp;nbsp;nbsp;y3„ jg

twee groote ftukken onder de ronding van ’t gewelf vertoont het eene een Triton, die met Galathee opnbsp;de zee rydt. Triton houdt haar, op een zeer ongevoegly-ke wys, op een zeegedrogt zittende , vaft, en Cupidonbsp;fchiet op haar een pyl af. Dit ftuk bewyft, dat Caraccinbsp;niet gelukkig was in ’t geeven van veel bekoorlykheidsnbsp;aan vrouwen en kinderen. Het ftuk dat de weergade we-^en moet van de Galathea vertoom het opneemen van Ge-'nbsp;phalus door Aurora. Beiden zien zy ’er te oud uit, ennbsp;Cephalus weert zig op geen goede wys tegen de liefkooze-ryen van Aurora. Daartegen is het beeld van den flaapen-den Morpheus, op den voorgrond, treflyk. Boven deezenbsp;twee ftukken zyn twee kleinen, naamlyk Apollo die Hia-cynthus rooft, en de adelaar die Ganymedes ontvoert.

Aan de beide uiterftens van ’t gewelf ziet men nog twee groote ftukken. Op het eene fpeelt Polyphemus Galatheanbsp;jets voor , en op het andere werpt hy een grooten rots opnbsp;den met Galathee vliegenden Acis. De laatfte Polyphemusnbsp;heeft een fterk manlyk karakter. Het eerfte ftuk daartegennbsp;is over ’t geheel niet fchoon.

Van de bovengedagte vier fchilderyen van middelmaatige grootte ftelt het eene Juno voor, die met den gordel vannbsp;Venus by ’t bed van Jupiter komt. De ordonnantie i?nbsp;goed, en niet tegen de betaamlykheid; de beide hoofdbeelden zyn wel gedrapeerd. Plet andere is Diana, Endy-mion liefkoozende. Haar beeld heeft veel edels, dog dfnbsp;miene een weinig van een oude knorrige matrone. Endy-mion ontbreekt uitdrukking. Plet derde is Hercules in denbsp;kleederen van lole, die haar iets voorfpeelt, terwyl zy,nbsp;de leeuwenhuid omhebbeiide,op zyn knods leunt,en toehoort. Men ontdekt in beide beelden, dat de fchilder de

an-

-ocr page 373-

35$

DOOR ITALIË N.

antieken beftudeerd heeft. Het hoofd van lole heeft iets eenvormigs met anderen in deeze gallery. Het vierde della Re-laatfte vertoont Anchifes, die Venus den fchoen uitdoet.^*’'^'®*nbsp;Venus ontbreekt bekoorlykheid.

Tusfchen deeze vier flukken heeft de fchilder vier zittende Saters van een zeer kragtige uitdrukking gefchilderd.

Het zelve kan men zeggen van de hier en daar aan ’t gewelf aangebragte akademien. De op ftukadoorfel gemaakte Cariatides zyn zeer gelukkig nagevolgd, en maakenmet de akademien een fchoone tegenftelling.

Boven de deuren aan beide de eindens der gallery zyn weer twee groote flukken. In het eene ziet men Andromeda door Perfens verloft. Haar kop is fchoon, dog denbsp;droefheid van haare in de verte ftaande ouderen is nietnbsp;wel uitgedrukt. Op het andere verandert Perfeus Phineusnbsp;cn zyn gezellen in fteenen. De uitdrukking in de beelden , welken de oogen toe houden, om ’t hoofd van Me-dufa niet te zien, heeft Caracci gelukkig getroffen. Onder deeze fchilderyen zyn eenige akademien met eenerleinbsp;kleur op groen gefchilderd. De tot hiertoe aangewezennbsp;flukken zyn zonder uitzondering van de hand des groeten Caracci’s.

Boven de hoofddeur heeft Domenichino volgens een karton van Caracci een meisje dat een eenhoorn ftreelt ('*_)nbsp;gefchilderd. Caracci en Domenichino hebben hier ver-fcheiden flukken gemeenfchaplyk vervaardigd, en wel denbsp;eerfle meert de tekening, de andere het fchilderwerk. Zynbsp;verbeelden de volgende voorwerpen. Jupiter die Europanbsp;vervolgt, Euridice die weder naar de hel keert, Boreasnbsp;die Orythia fchaakt, Apollo die Marfyas vilt, Cupido

eenea

(*) Een Eenhoorn is het devies van ‘t Farnefefch geflagt,

Z4

-ocr page 374-

Sóo R E I S ¦ B O E K

Paun aan een boom bindende , Salmads die dcB Re- Hermaphrodiet overvalt. Syrinx in een riet veranderende,nbsp;Leander in den Heliefpont verdrinkende, enz. De Prelaat Aguccbi gaf Caracci de voorwerpen op, en Lodewyknbsp;Caracci nevens Lanfranco hielpen in de uitvoering. Denbsp;volgende ftukken zyn van Hannibal Caracci alleen. Arionnbsp;zittende op een dolfyn , Prometheus een flandbeeld betnbsp;leeven geevende. Hercules Prometheus op den Caucafusnbsp;losmaakende , en den draak der Hesperieden doodende,nbsp;de val van Phaëton, Caiufto in ’t bad, haat verandering-in een beer, PhtEbus de lier van Merkuur ontvangende,nbsp;vier beelden van deugden.

De nisfcn der gallery zyn, gelyk gezegd is, met antieken verfierd, waaronder een Merkuur, een Faun, Gany-medes, Hercules, enz. Boven de pilaaren (laan verfchei-den koppen , waaronder inzonderheid een Homeer , de fchoonfte van Romen, verdient opgemerkt te worden. (?)nbsp;Het werk is voortreflyk, en vertoont een ouden gerimpel-den kop, die geen onedel aanzien heeft. De bull eenernbsp;Vertaalfche maagd fchynt een portrait, en daarom niet zonbsp;fchoon gedaagd te zyn als wanneer de meefter zig ideaalenbsp;trekken koos. De fluyer, die 't onderfte gedeelte van ’tnbsp;aangezigt bedekt, is aartig geplooid.

In een byzondere kamer zyn-nog fchoone fchilderyen • van Hannibal Caracci aantetreffen, als Hercules tusfchennbsp;de deugd en de ondeugd, Anope en Anflmone, die haarnbsp;ouderen uit dén brand redden, Ulysfes die de laagen van Circonbsp;ft) de Sirenen ontgaat, Perfeus die ’t hoofd van Medufa bekomt,

(•) PUnius l, 5j. e. z. zegt wel , dat men geen rcgt beeldtcnis vari Homerus had j egter zyn 'er veel koppen , zo wel in marmernbsp;als op gefnedcij (tetnen , die men voor koppen van Homerus git-geeft.

-ocr page 375-

Ifomt, enz. De ftukken zyn door gefchtlderde fieraaden, yflWyk, die veel naar ftukadoorfel gelyken, van malkander afgezon-Ri- 'nbsp;derd. In een kamer daaraan (laat een toetfteenen beeld^*’^^*nbsp;van de Veftaalfche maagd Tuccia, die ten bewyze haarernbsp;onfchuld water uit den Tiber naar den tempel in een door-gedagen zeef draagt; insgelyks een porfieren flandbeeld,

’t welk voorheen een hoofd, handen en voeten van brons had , en , gelyk men meent, het zegenpraalend Romennbsp;verbeeldde. Een andere kamer wordt naar de daarin (taande groote tafel, die n. voet lang, en met koftbaare Oo-fterfche fteenen ingelegd is, genoemd. De marmeren voeten worden Michael Angelo toegefchreven.

Aan de Venus met fchoone billen , CaRtpygis , of de Griekfche herderin, zyn het hoofd, het eene been, dtiHpygis.nbsp;eene arm geheel, en de andere maar half nieuw aange-maakt. De omtrekken zyn zagt, en de beweging is aar-tig, de handen hebben veel fchoons, dog de beenen ennbsp;armen fchynen wat te kort, en de lendenen ftyf. Tweenbsp;beelden van de zittende Venus , gelyk zy uit het badnbsp;komt, zyn niet zo wel gedaagd; by de eene, die geennbsp;Cupido by zig heeft, doen de plooijen in ’t lyf en de fly-ve voeten een kwaade uitwerking. Een fchoone antiekenbsp;Mercurius van brons met zagte, juift getekende omtrekken, en fchoone handen en voeten. Hy (laat, en heeftnbsp;in de eene hand den (laf van vrede, en in de andere eennbsp;buidel. Een maimeren vaas van een ongemeen aartige gedaante, met een basreliëf vanEtrurifch werk, verbeeldende een pried^r met een Frigiefche muts, die in de eenenbsp;hand een offervat, en in de andere een thyrfus heeft. Hynbsp;fchynt twee vrouwen ten offer te willen leiden. De zogenaamde kamer der Heremieten heeft Lanfranco gefchil-derd, dog de fieraaden zyn van Salviati en Zucchero.

In de reeds gedagte kamers flaan nog vfel andere antie-

Z 5 nbsp;nbsp;nbsp;ke«,

-ocr page 376-

56*

y waaronder de beften zyn, een Cupido, Mercuriuj, detta Re- Juno, Venus, een Faun, die Bacchus by den hals grypt,nbsp;fpla. Ganymedes, die op een grooten adelaar leunt, Apollonbsp;met een fpeeltuig, een Harmafrodiet van bafalt, een herder die zig een doorn uit den voet trekt, van brons. Zeftiennbsp;oude koppen, meeft van oude lilofoofen, Socrates, Diogenes, Pofidonius, Zeno, Bias, Lyfias, Seneca, Homerus, Euripides, Virgilius, Ovidius, Marcus Aurelius, denbsp;Veftaalfche maagd Domitia, nog zes koppen, van Keizers, eiinbsp;Roomfch vrouwen, die in nisfen liaan. Mithridates metnbsp;een aangemaakten neus. Het karakter in dit beeld isnbsp;grootfch , waarom Pousfin het in verfcheiden van zyanbsp;fchilderyen gebragt heeft. Een hoofd van Caracalla, vol uitdrukking en wel onderhouden. Het is het fchoonfte datnbsp;men van hem kent, en heeft niets aangelapts dan het fpitsnbsp;van den neus. Deraofthenes roet een aangemaakten neu»nbsp;en fchoonen kop , welks trekken voor den beeldhouwernbsp;zeer voordeelig zyn.

In een benedenkamer zie: men een piinius van marmer, verfcheiden bullen van burgemeefters en basreliëfs. Eeanbsp;Atlas, die den hemelkloot draagt, is daarom merkwaardig , om dat het het oudfte ftuk uit de Oudheid is, waarop men geftarntens ziet.

Tore Far- nbsp;nbsp;nbsp;®p tweede plaats naar den beroemden Torê

nefe. Farnefe , of Farnefefchen Hier gaan wil , vertoonen zig eerft onder de gallery twee groote ftatues van Philippusnbsp;den Jongen, en de Fortuna redux, verder een reusagtigenbsp;kop van Vefpafianus en Antoninus Pius, twee oude graftekens met basreliëfs, enz.

De Toto Farnefe is een van de sCrmaardlle Hukken uit

de

Bianchini heeft le doen ia koper brengen, en 'er een geleerde uitlegglDg by gedaan.

-ocr page 377-

de Oudheid. Men ftaat verfteld op het eerfte gezigt dee-zer groepe, welke uit zes beelden, meer dan leevensgroot-rfe/Za Ke-te, en verfcheidene kleinderen is zamengelleld, die voor-g®^^* maals nevens den rots waarop zy liaan uit een Huk marnier beftaan zou hebben. Plinius gewaagt ’er van /, 35.nbsp;c. 5. De konftenaars waren Apollonius en Taurifcus vannbsp;Rhodus, waar het liuk ook gemaakt en van daar te Romen in de baden van Caracalla gebragt is. Men vond hetnbsp;daar in de ruinen ten tyde van Paulus III. Het vertoontnbsp;Zethus en Arophion, die hun fiiefraoeder Dirce met denbsp;hairen aan een wilden Hier binden, om hmi regte moedernbsp;Antiope over het ongelyk te wreeken, dat zy van haarnbsp;voorigen raa.i Lycus, Koning van Tbeben, op aanhitfingnbsp;van Dirce, lyden moell, De beide broeders houden dennbsp;(Het te rug. Onder aan ziet men een kleinen Bacchus,nbsp;een hond, een korf, en een fluit met verfcheiden pypen.

Heel beneden is een hinde die drinkt, een hert dat aaneen boom knaagt, een fchilpad en een flang onder een boom,nbsp;een leeuw die een flier verfcheurt, een vlugtende hond,nbsp;enz. Beneden uit den bafl des booms, die den flier ophoudt, komt een groote flang te voorfchyn. ’Er is overnbsp;dit ftuk zeer veel gefchreven, en meelt zeer verkeerd geoordeeld, wyl de meeflen het aangelapte vooroud hebbennbsp;aangezien. Winkelman is onbetwiftbaar de befle regter:nbsp;zie hier zyn woorden. (?)

„ Men kan denken, dat de zogenaamde Farnefefche os dat zelve werk zy, naamlyk waarvan Plinius ten opzigtenbsp;van Apollonius en Taurifcus gewaagt, en het fchynt nietnbsp;geloofbaar, dat men een zo ongemeen groot werk tweemaal gemaakt hebbe. Dog zy die het ver beneden het begrip dat een werk van een goeden tyd geeven zoo, en

voor

(•) CefchUhte Air S. JJJ.

-ocr page 378-

zo genaamd Roraeinfch werk houden, zyn, ge* éella Re- lyk alle anderen die van dit fluk gefchreven hebben, blindnbsp;gola. geweefl, want het geen het fchoonde zyn zoude is nieuw,nbsp;hoe men ook fchryven moge dat het zonder ’t minde gei-brek in de baden van Caracalla gevonden is, en niet andersnbsp;verpligt is geweed te doen dan de brokken weer aan malkander te lappen. De hovende helft van de Dirce (?) totnbsp;op de fchenkels is nieuw i aan den Zethus en Amphion isnbsp;niets oud dan de romp, en een enkeld been aan een vannbsp;de twee beelden; den kop daarvan fchynt men naar eennbsp;hoofd van Caracalla gemaakt te hebben; de beeldhouwernbsp;die dit gedaan heeft was Battida Bianchi, een Milanees.nbsp;Antiope die daat, en de zittende jongeling, die volmaaktnbsp;heel gebleven zyn, hadden het onderfcheid moeten doennbsp;zien. Men zal ophouden zig te verwonderen dat het touwnbsp;heel gebleven is, (f) daar de kop van den os, waaraan hetnbsp;vadgebonden vvas, nieuw is. Aldrovandi belchryfcnbsp;dit duk , voor dat het herdeld was, en toen hield mei»nbsp;het voor eenen Hercules, die den dier van Marathon ternbsp;nedervelt. „

Deeze groote groep daat onder een byzonder verdek op de plaats, waar nog verfcheiden andere antieken bewaard

wor-

(•) Het moet deihalven niemand vreemd voorkomen, als Wright cn La Lande zeggen, dat Dirces hoofd in 't geheel het rcgte karakter niet heeft, dat zy ’et meet vrolyk dan vcrfchtikt uitziet, en alsnbsp;een Bacchante gekleed is.

( ) De Abt Richard ptyft dit touw zeer, en leidt het van den enden tyd af, Hy ziet in de Ditce juift het tegendeel van La Lande» nagmlyk de grootfte ontfteltcnis. In ’t algemeen is zyo geheelcoordeel o'iit deeze groep zeer ontigtig , gelyk veele anderen, die hynbsp;over ftandbeciden velt. La Lande, of liever Gougenot, wiens haad»nbsp;ichrifc hy gebruikt heeft, oottdeelt veel juidet,

(*) Stalxt dl Rtma,

-ocr page 379-

365

DOOR ITALIË N.

worden, by voorbeeld Auguftus te paard, een buil van Antinous en Basfianus, eenige afgodsbeelden, en (lukken della Re-van verminkte (latues, die allen in de baden van Caracalla,^®^'*'nbsp;gelyk Aldrovandi berigc, gevonden zyn.

Een basreliëf van een grooten Hyl is dat van Trimalcion, die in de eetkamer komt,waar hem twee zyner vrienden,nbsp;die op een bed liggen, verwagten. Een Faun houdt hemnbsp;vaft, en een andere ontkleedt hem. Agter ftaat een hoopnbsp;komedianten.

Palazzo Pitbini ligt niet ver van Palazzo Farnefe, is van de architektuur van Alexander Specchi. Men vindt Piebinhnbsp;’er verfcheiden (landbeelden, waaronder de dikwyls gekopieerde en gegraveerde Meleager van Parifch marmer hetnbsp;voornaamfte is. Aan de eene zyde ligt de kop van ’tnbsp;Kaledonifche zwyn , ’t welk hy velde, en aan Atalantanbsp;fchonk, aan de andere zit een hond die faern aanziet. Overnbsp;de plaats waar dit meefterftuk der Griekfche konft gevonden werd, zyn de fchryvers niet eens. De hand ter zydenbsp;van het zwyn was gebroken; Michael Angelo wilde eennbsp;andere van ’t zelve marmer maaken, en brak ten dien einde een (luk agter uit het blok, waar men nog het gat ziet.

Dog naauwlyks had hy ze ’er aangezet, of hy nam ze ’er weder af, wyl zy niet naar zyn zin was uitgevallen. Hetnbsp;tipje van den neus is ook aangelapt. Het beeld heeft eennbsp;goeden ftaud, en veel gelykenis met den Antinous in ’cnbsp;Belvedere. Het is voortreflyk van ’t hoofd af tot aan denbsp;knie, dog de beenen zyn wat (lyf, en de kuiten nietnbsp;fchoon. In het hoofd van ’t zwyn ziet men een naauw-keuiige navolging der natuur. Het kleed van Meleager

raakt

{*) In ’t jïU O'o koft de Paus dit ftandbeeid, ’t welk dit Paleis meer dan een eeuw tot fieraad had verftrekt, roor 6pDO. fcndi, omnbsp;het in de vctaamcling vau ’t Kayitool te plaatfcn.


-ocr page 380-

S«)6 nbsp;nbsp;nbsp;R' E I S . B O E It

gola.

raakt aan den zwynskop , ’t welk de konftenaar gedaan iellA Re- heeft om de ftatue des te vader te doen ftaan. Dit is wel

niet fraai, dog veelligt oorzaak dat het Huk geheel gebleven is. Verders ziet men hier een grooten marmeren wolf, eene Venus, in de Helling van die van Medicls, dog langnbsp;zo fchoon niet, een ftatue zonder kop, waaraan de drapery zeer hoog gefdhat wordt.

Palazzo

Spada.

Palazzo Spada ligt insgelyks niet ver van ’t Farnefefche Paleis, en is met dat te gelyk gebouwd, dog naderhandnbsp;door Borromini verfierd. De voorzyde en ’t voorportaalnbsp;hebben veel ftatuen en basreliëfs van ftukadoorfel, ’t welknbsp;dit Paleis van buiten een ongemeen aanzien geeft.

Tegen over een vender heeft men in een klein tuintje een gallery aangelegd, die op dorifche zullen ruft, welken allengskens afneemen , en in perfpektief, gelyk denbsp;trap van Bernini in ’t Vatikaan, zyn aangelegd. Dit ge •nbsp;welf doet de plaats veel grooter fchynen, en deeze door-zigtkundige konftgreep maakt dat men den aan ’t eindenbsp;llaanden antieken fluitfpeelder voor meer dan 5. voetnbsp;hoog aauziet, daar hy maar een weinig meer dan 3;nbsp;voet is.

Beneden ftaat in de voorkamer een Apollo, een Diana, een Cupido , Pan , Hercules , en anderen meer; in denbsp;daarop volgende agt groote marmeren tafels met basreliëfs , die vermoedlyk tot een groot gebouw gehoordnbsp;hebben ; in de derde een Apollo, eene Najade ; in denbsp;vierde een Paris, Venus, en een fchermer; in de vyfdenbsp;een zeldzaame, dog treflyke ftatue van den Griekfcheanbsp;filofoof Antiftbenes , waaruit eenigen verkeerdelyk eeneanbsp;Seneca gemaakt hebben. Hy leunt met zyn hoofd opnbsp;zyn hand, als hoorde hy Seneca zynen leermeeftecnbsp;aan. Eene wel gedrapeerde Ceres, met een kop vol nit-diukkiag.

-ocr page 381-

n o o R I T A L I E If.

De eerde verdieping is niet minder met merkwaardige ftandbeelden en fchilderyen vervuld. Het reusagtigelt;/«/S* Si-beeld van Pompejus trekt voornaanilyk de oogen tot5'®^‘**nbsp;zig. Eenigen denken dat het dat zelve beeld is by ’t welknbsp;Csfar den geeft gaf; anderen oordeelen liever dat het eennbsp;Auguftus is, omdat hy in de eene hand een kogel, hetnbsp;zinbeeld van heerfchappy heeft. Een borger vond hetnbsp;beeld by de Kanfelaary op de plaats van ’t voormaaligenbsp;Raadhuis van Pompejus, en ’t lyf lag in zyn kelder, dognbsp;de kop in dien zyns buurmans; de fcheimuur ftond’er op.

De buurman wilde zig het beeld toeëigenen, wyl de kop, als het voornaamfte deel, op zyn grond lag; de ander beweerde dat het grootfte gedeelte op den zynen gevondennbsp;werd, en dat hem dus ook het hoofd toekwam. De zaaknbsp;kwam voor ’t gerigt, en de regter, die waarfchynlyk geennbsp;groot eerbieder der Oudheid was, vonnisde, dat men hetnbsp;beeld aan ftukken (laan, en ieder het zyne geeven zou.

Dog Julius III. kwam tusfchen beiden , kofc het beeld voor 150. dukaaten , en fchonk het den Kardinaal Caponbsp;di Ferro.

In een kamer heeft Zucchero agt fchilderyen op natten kalk vervaardigd, die niet geheel (legt zyn, dog te veelt;;»» Gueunbsp;naakte beelden, en geen goede ordonnantie hebben. Hetquot;'”*-offer van Iphigenia door Pieter Telia heeft een hard koloriet, dog de groep van ’t hoofdbeeld is fchoon. Efthernbsp;en Mardochai van Guercino. De zamenftelling is nietby-zonder, en Efther wat lomp, daar tegen zyn haar tweenbsp;gezellinnen des te fchoonder. De dood van Dido, dootnbsp;den zelven meefter, behoort onder de vermaarde ftukkennbsp;van Romen. Haar kop, fchoone boezem, en het gewaadnbsp;zyn onverbeterlyk , dog de zamenftelling is wat buiten-fpoorig, en het koftuum verwaarloosd, alzo men op dennbsp;voorgrond een beeld in Spaanfche kleeding ziet. Het portrait

-ocr page 382-

368 nbsp;nbsp;nbsp;K E I S - B O E It

gola.

/7/.fFyi,traic van Paul III. uit het huis Farnefe van Vafari heeft ^e//a Re- veel van Titiaans manier, De fchaaking van Helena vannbsp;Guido heeft fchoone koppen, dog is voor ’t overige vannbsp;een zwakke zamenllelling. De Veftales met het heiligenbsp;vuur, fchoone fchetfen van Giro Ferri. De kindermoordnbsp;van Pieter Telia is van een fchoon koloriet, dog van eennbsp;buitenfpoorige vinding. Een glorie van engelen aanfchouwcnbsp;het bloedbad, en van verre ftaat Maria met het kind Je-fU'S, ’t welk een kruis draagt, in een fchuit op de rivier.nbsp;Het (luk bellaat uit weinig beelden. De man op den voorgrond is voortreflyk.

Zucchero heeft eene gallery met flegte fchilderyen in fresco voorzien, egter is hier en daar in de friezen veelnbsp;goeds aantetreffen. Een groot portrait van den Kardinaalnbsp;Spada van Guido; de markt te Napels ten tyde van hetnbsp;oproer van Mafaniello, van Michael Angelo, den veldflagnbsp;fchllder. Op de derde verdieping wordt een verzamelingnbsp;van oudheden bewaard , waaronder veel kleine afgodsbeelden, en ook een Egiptifch uitbafalt, 2. voethoog,nbsp;van goeden Egiptifchen llyl, diergelyken men een menigtenbsp;in ’t Kapitool ziet.

Monte di Piëta.

De Monte di Piëta, of de openbaare lombaard, is een uitgelltekt gebouw van de bank van S. Spirito, waar denbsp;panden, op de welken geld gefchoten is, bewaard worden. Toen de Jooden, omtrent het jaar 1539. den ge-meenen man door woekeren en bedriegen zeer drukten,nbsp;en zig de bedroefde tyden, na de plonderiiig van Romennbsp;en de‘groote overürooming, ten nutte maakten, verwierfnbsp;Calvo, de Generaal der Franciskaanen, van Paulus III.nbsp;verlof, een broedeifchap vau bemiddelde menfchen opte-rigten, die den noodlydenden op panden geld zonder renten verfchaften, en tegen betaaling der geborgde fommenbsp;weder terug gaven. In ’t vervolg zagen de Pauzen, dat

zulk

-ocr page 383-

Böok ITALIË N. §69

2ulk een inftelling , als zy op openbaar gezag geveftigd \^erd, het genleehe wezen van gröot nut zou zyn.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;della Re-

uit ontdond de Monte di Piëta, welke zekere inkomden Voorregten, en vryheden verwierf. Clemens VIII. verleide dien in ’t jaar 1604. naar dit gebouw , ’t welks allengs-kens vergroot werd, en voor eenige jaaren werd het nognbsp;merkelyk verder uitgebreid.

Dit uitgedrekte gebouw bedaat uit veele kamers, waar de panden bewaard worden. Het is verdeeld in zes af*nbsp;deelingen, waarvan elke iemant heeft die de panden waardeert, een fchryver, en andere daartoe vereifchte perfoo-nen. De eene is voor het linnen , de andere voor hetnbsp;Zilverwerk, de derde voor juweelen en kleinoodien, enz.nbsp;gefchikt. Men vindt hier dikwyls panden die 6000. daaldersnbsp;en meer waard zyn. Tot defommevan 150.fcudi toeneemtnbsp;men de panden zonder renten , fchoon maar ten langftertinbsp;voor agitien maanden , aan. Van zwaarder foulmen betaaltnbsp;de eigenaar van ’t pand jaarlyks den vyfnendeu penningnbsp;Van ’t ontvangene geld , of 6|. ten honderd. Na ver*nbsp;loop van dien tyd worden de niet gelode panden open*nbsp;lyk verkofc , en de eigenaar krygt het overfchot alsnbsp;een ftuk boven den gefchotenen prys verkoft wordt terug.

Dit gebouw dient ook tot een bank, of bewaarplaats ^ waar een ieder het geen hy niet by zig houdeii vinl ónder borgtogt van het huis kan doen bewaaren. Op dee*nbsp;ze wys ontvangt het huis of de bank geduurig groots fom*nbsp;men zonder ’er renten voor te geeven , en de eigenaarnbsp;kan ’er geruft op (laapen. Men ftaat verbaasd als men zietnbsp;Wat zvvaare boeken hier gehouden worden. Het opzigtnbsp;over dit alles heeft een Kongregatie van Romeinfche Cavalier! , nevens den Prelaat die fchatmeefter is der Paus-lyke Kamer. De fchoone kapel, die in dit gebouw

III. Deel. nbsp;nbsp;nbsp;Aanbsp;nbsp;nbsp;nbsp;is.

-ocr page 384-

870

REIS-BOEK

is , is van Rofli, het basreliëf van ’t altaar van Domenico Guidi, het eene ftandbeeld van Teodon , eil de Tobias van Le Gros.

AGTSTE WYK DER STAD ROMEN.

Rione di S. Eufiacbit.

van ü. Euflachia wordt dus genoemd naar de di S. kerk van dien naam. Zy ftrekt zig tegen ’t zuiden naarnbsp;Euftacbio. piazza S. Marco, en ten weden tot aan S. Carlo di Ca-tinari, en ten ooften aan S. Agoftino. De voornaamftenbsp;gebouwen deezer Wyk zyn S. Andrea della Falie, Pala»~nbsp;zo Giuftlniani, en eenige anderen.

S. Ev-(lackio.

De kerk van S. Euftacbl» behoort onder de oudften van Romen, wyl zy reeds van Konftantyn den Grooten is aan1nbsp;gelegd. In ’t jaar iipö. werd zy herbouwd. Hetnbsp;hoofdaltaar is van Nikolaas Salvi, en zeer ryk aan marmer. Het ftuk op het zelve komt van FrancisCus Fernandinbsp;of Imperiali, en verbeeldt den marteldood van den h.nbsp;Eullachius, die in een gloeyenden koperen os gedokennbsp;werd. De zelve hidorie heeft Frederik Zucchero, nevens

het

1

Als eens de h. Euftachias op de iagt was, zag hy een hert mei een ktucifix aan den kop , om die reden voert deeze Wyk een her1nbsp;tenkop met een kruis tusichen de takken ten wapen. De geleerdenbsp;Fratrlche godgeleerden de Valois en de Launoy hebben de geheelenbsp;legende van dcczen heilig zeer in twyffel getrokken , waarom Vig1nbsp;ucul dc Marville in zyn Mélanges verhaalt, dat de toenmaalige prie-fter van St. Euftache te Parys al Ipottende gezegd had , ê^and jtnbsp;rencontre te Doélettr de Lastnoy, je le fatne jnfpCd terre, Óquot; je ne Ittinbsp;farle qu'avec reffied, tont j'ai femr qu’it ni m’Ste mon S, Enjiashe,nbsp;m /lent i riea.

-ocr page 385-

371

öóoR ITALIË R

tet verdere leeven van deezen heilig, op den muur van yjjl. èen huis, ter flinkerhand in de buurt ftaande, gefchil- dt S.nbsp;derd.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Euflacbiéi

Digt by deeze kerk ligt het Paleis van de familie Cenci, die haar geflagt van de oude Romeinfche familie Cencr.nbsp;Cincia afleidt. Buiten de architekteur van den vermaarden fchilder Julius Romanus is ’er niets merkwaardig*nbsp;aan.

Daar aan paalt het Paleis van tien Hertog van tante, ’t welk lantt, veel goede antieken, en een fchoone van Romanelli ge-fchilde zoldering heeft. De Kardinaal van dien naairi,nbsp;wiens heerlyk landhuis Bagnaia by Viterbo in’t tweede Deelnbsp;gemeld is, heeft dit federt eenige jaaren in een goedennbsp;fmaak doen vernieuwen.

In de ftraat die van S. Euftachio naar S. Luigi ^oopt ligt Palazzo Ouifiiniani, ’t welk de ryke , en door zyntt».nbsp;liefde tot de konften en oudheden beroemde Marquis Vincent Giulliniani heeft doen bouweö. De atchitektuur isnbsp;van Jan Fontana; egter is ’er veel van Borromini onder,nbsp;als de verfieringen der venflers en de hoofddeur. Na denbsp;verzameling in ’t Kapitool treft men hier den grootfleunbsp;voorraad van ftandbeelden en basreliëfs aan , wier getalnbsp;op 560. gerekend wordt, waarvan de meeften in de badetinbsp;van Nero , die hierofflftreeks gelegen hebben, gevondennbsp;zyn. (•)

Oh-

H'

( • ) Van gemelden Marquis bekwam Sandrait , die zig door zyo beeldhouw- en fthilderkonft bekend gemaakt, en lang le Romen op-gehouden had, laft , de voornaamfte ftukken aftetckeoen , en dootnbsp;de befte ineefters in plaat te doen brengen , waaruit het pragtigénbsp;werk , gt;t welk onder den titel van Galtma GU^imana te Romettnbsp;1651. in twee folio deelen is uitgekomen, ontftaan is. Het is zeldzaam geworden , inzonderheid het zde deel. De oorzaak daarvan

Aa 2

-ocr page 386-

FlU.PT'^k, Onder de ftatues en basreliëfs, waarmede de geheels ii S. plaats van ’t Paleis omringd is, verdient boven al bemerktnbsp;Euftacbio. IQ worden, die welke ter flinker zyde by den ingang (laat.

Zy verbeeldt een geheel geklecde vrouw, die met de eene hand een flip van haar gewaad houdt, waarvan een deelnbsp;onder den arm geflagen is. Verder ziet men éen paarnbsp;reusagtige koppen van Drufus en Germaniciis , en eennbsp;paar anderen die men voor den Tiber en Titus uitgeeft.nbsp;Een ftandbeeld , met een maske in de hand, houdt men voornbsp;Terentius. Het fchoone beeld der zittende Domitia metnbsp;eene flang, twee ftatues van Hercules, als een kind, vannbsp;Griekfche hand. Beneden aan den trap een Eskulaap, opnbsp;den trap Marcus Aurelius , Caligula, Domitianus, Anti-nous , Jupiter op den Olympus, Merkuur met den vreede-ftaf en een beurs; de ftelling van dit beeld is goed, eiinbsp;de omtrekken zeer zagt. Op het bordes der eerfte verdieping ftaat een Nyraf, die Jupiter uit den hoorn vannbsp;Amalthea te drinken geeft. Haar flelling is van een edelenbsp;eenvouwdigbeid , en zo wel als die van Jupiter zeernbsp;goedi De flang , die zig om den ftronk van den boomnbsp;flingert, heeft een natuurlyke beweeging, dog de fater,nbsp;die agter den rots op de fluit fpeelt , verdient niet veelnbsp;lofs.

In de kamers ziet men verfcheiden zuilen van groen porfier en verde antico, ftatues, frefcofchilderyen , en

olie-

U, dat, na den dood van den Marquis, gclyk Sandrart berigt, cea proces ontflond, geduurende het welke de plaatcn en «xemplaareanbsp;van 't werk verzegeld lagen De plaaten verroefteden en werdennbsp;onbruikbaar , en van de exemplaaren waren de meeften vergaan,nbsp;vooral van het zde deel , dat misichien op de vogcigfte plaats gel«vnbsp;gen had.

-ocr page 387-

373

DOOR. ITALIË N.

plieflukken. De eertle kamer heeft twee fchermers twee (laande Faunen van een Griekfchen meefter; de twee ^nbsp;de,twee ftatues, het triomfeerend Romen, en den Burge-meefter Marcellus. De Helling van den laatften is als ofhynbsp;leefde. Hy zit op een ftoel met een kusfen , en heeftnbsp;een rol papiers in de hand. De plooyen van ’t gewaadnbsp;Zyn wel natuurlyk, dog wat lomp. Het aangezigt is zonbsp;fchoon uitgevoerd , dat men byna niet twyffelen kan ofnbsp;het moet hem geleken hebben. De hoofden eener Sybil-Ie,van Alexandefdcn Grooten van toetsfteen,en van Sci-pio Africanus , moeten pok niet onopgemerkt wordennbsp;voorbygegaan,

De Kindernword van Pousfin wordt voor een van zyxiKinder-befle Hukken te Romen gehouden. Het beHaat uit e^x^^oord van groep van vier perfooneu , waarin wel een treflykenbsp;drukking heerfcht, dog het blyft uitgemaakt dat zo wei?nbsp;nig beelden voor zulk een voorwerp niet toereikend zyn.

Men ziet maar een enkeld kind dat gedood wordt. Chri'

Hus voor Pilatus van HundhorH, die in Italien Gherardo delle notte genaamd werd, een Huk van een fchoone manier en natuurlyke uitdrukking. Chrillus in den Olyven-hof van den zelven ; het heilige Avondmaal van AI-bani; eene Madonna van Raphael; ChriHus aan ’t kruisnbsp;van Carat agio ; eene heidinne van den zelven ; eennbsp;Verheerlyking van ChriHus door Guercino; een Magdalena , het Wonder van den blindgeborenen, en den zoonnbsp;der weduwe te Nain van Parmegiano; de Bruiloft te Ka-naan van Paul Veronefe; een h. Hieronymus van Guido,

S. Paul de Heremiet, en S. Antonie de Abt, van denzel-ven. Petrus , door de beulen aangepakt om gekruiH worden, van Saltarelli een Genuees; het koloriet is iref-lyk , dog de uitdrukking niet edel genoeg. Joannes denbsp;Euangelift van Domenichino, in een zonderlinge Helling,

Aa 3 nbsp;nbsp;nbsp;Hy


-ocr page 388-

fJII.JPykt^y zit op een fteen, heeft den adelaar tusfchen de bee-S. nen, en twee kleine engelen houden hem een boek voor. puftachio. jjg|. hoofdbeeld is te jong, de engelen hebben veel bevalligs , en het geheele ftuk een fchoone tekening. Een weduwe, welker Cupido een fpiegel voor de oogen houdt,nbsp;van Veronefe. Dit is vermoedlyk een portrait, dat eennbsp;fchoon koloriet gehad, dog veel geleden heeft. Chriftusnbsp;met de Kananietfche vrouw van Hannibal Caracci; beidenbsp;beelden hebben veel uitdrukking. Agter Chrjftus liaannbsp;een paar Apoftelen met treflyke hoofden.

Het Voetwasfchen der Apoftelen van Carravagio. De beelden zyn wel naar de natuur, dog naar een laage natuur, Voor ’t overige heeft hy ’er een helderder koloriet,nbsp;dan zyn gewoonte was, ingebragt. S. Antonie en Paulnbsp;de Heremiet, een groot ftuk van Guido, van een fchoonnbsp;penfeel, dog geen edele uitdrukking. Socrates, gereednbsp;ptn den vergiftbeker te drinken, van Lanfranco. Hy zitnbsp;op een bed, met de miene van een booswigt. Het ftuknbsp;heefceel fch opns, en in de omftanders heerfcht een goede uitdrukking. Het ftuk, ’t welk de weergade hiervannbsp;is, verbeeldt Seneca met geopende aderen. Het geval gebeurt by flambouwligt , welks werking gelukkig getroffen is.

Een byzondeie kamer is voor de Madonnaas, waar van men ’er boven de veertig aantreft, van Raphael, Perugi-no, Leonard da Vinei, Parmegiano, en andere meefters.nbsp;Een heilige familie van Andrea del Sarto is byzondernbsp;fchoon. Een vrouwenhoofd met een witte llaapmuts vannbsp;Titiaan. De wezenstrekken hebben veel bekoorlyks, dognbsp;zyn niet volkomen uitgevoerd, ’t welk men dikwyls by denbsp;ftukken van dien meeftec aantreft.

Ses lier nbsp;nbsp;nbsp;intreeden in de gallery verbeeldt men zig in een

^’beeldhouwersmagazyn te komen, waarde beelden zonder

fchik'

-ocr page 389-

DOOR. ITALIË N,

fchikking, gelyk de haringen in den ton, op malkander gepakt (laan. Indien zy naar behooren uit malkander ge di S.nbsp;zet waren, konden zy een half douzain galleryen verfie-ten. By veelen zou de liefhebber gelegenheid hebben zignbsp;optehouden en ontdekkingen te doen , dog nu wordtnbsp;het oog in verwaning gebragt, en men overziet het geheel zonder aandagt. Wy zullen tragten de beften aante-tekenen. De marmeren liggende bok , met den kop omnbsp;hoog wordt hoog gefchat, en voor den beften uitnbsp;de Oudheid gehouden. Een fchoone vaas, van gedaante gelyk aan een fchaal, met geflingerde handvatfels. Eennbsp;treflyke groote gewapende Minerva van fchoone evenredigheden, en wel gedrapeerd. De buft eens faters votnbsp;van uitdrukking. Aan een jongeling, die de armen on»nbsp;hoog houdt, deugen de aangelapte armen niets, dog hetnbsp;antieke lyf is zeerfchoon. Een Meleager en eene Veftaalfchenbsp;maagd. Het hoofd van Homerus. Een bronzen Hercules,nbsp;van den welken men ook in dit Paleis een gelukkige ko-py,van Fiammingo of Frans Quesnoy, vindt. Een buftnbsp;van Serapis. Een zeer fchoone Faun. Een Efefefchenbsp;Diana met verfcheiden borften. Cleopatra als een Venusnbsp;verbeeld. De Eerbaarheid, Marcus Aurelius, twee kleine beelden van Hercules , Harpocrates. Een fchoonenbsp;kop van een Faun, een van Vitellius, dat iets zeer zeldzaams is. De borftbeelden van Vefpafianus, Hadrianus,nbsp;Antoninus , Severus , een zeer zeldzaam borftbeeld vannbsp;llangenfteen. Een zittende Mesfalina, zeer gelykendenbsp;naar de beeldtenisfen dier berugte Keizerin op de penningen.

De Kerk van S. Luigi de' Franceji is de fchoonfte van S. Luigi alle de kerken die vreemden natiën toekomen. De bloednbsp;dotftige Koningin Cathatina de Medicis heeft het meeftnbsp;haar bouwing gt; die onder opzigt van Jakob della Portanbsp;A,a 4nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;in

-ocr page 390-

S76

’t jaar 1589, tot ftand kwam, toegebragt. Dees bouw»' di t? meefter heeft der voorzyde beneden een dorifche, en bo-f.uJlachio. ygtj kotinthifche order gegeven. De bovenfte is voornbsp;de onderfte wat te hoog uitgevallen ; over ’t algemeennbsp;fchynt de geheele voorzyde, by mangel van een genoegzaam rifaliet, te plat, De deuren eu venders hebben goedenbsp;evenredigheden,

Van binnen is de kerk met ionifche pilafters. die met Siciliaanfche jaspis overtrokken zyn, met veel verguldfelsnbsp;en flukadoorfels voorzien. De koepel, het koor, en danbsp;tribune van ’t groot altaar, zyn volgens de tekening vannbsp;Perizet verflerd. Het hpofdgewelf heeft Le Natoire, tegenwoordige opzigter der pranfche fchilderakadeinie te Romen , gefghilderd, dog ’er nier veel eers mede ingelegd.nbsp;Op het hoofdaltaar ziet men een groot ftuk van de Hemel-yaart van Maria, door FranciscnsBasfano, waarinfchoonenbsp;koppen en een edele uitvoering te vinden zyn. Als denbsp;voorde groep kragtiger gefchilJerd was, zou het geheelenbsp;Jtuk beter uitkomen,

De tweede kapel ter regterhand is wegens de fchilde-ryen van Doinenichino vermaard. Op de eene deelt de h. Cecilia haat kleederen onder de armen uit, op de andere ligt zy op ’t uiterde, op de derde wordt zy, nevensnbsp;haar man, door de engelen gekroond. Deeze dukken be-hooren onder de beften van Doraenicliino. Her is jammer dat zy hier en daar door ’t pphaalen en ’t vernis bedorven zyn. Dit ziet men duidelyk, ais men ze met tweenbsp;kleine dukken boven deeze grooteii hangende vergelykt,nbsp;die niet opgehaald zyn. Het zelve ongeluk is ook hetnbsp;jrltaarlluk overkomen, dat eene van Guido gemaakte ko-py van de yennaarde Cgcilia van Raphael te Bolog-pe is.

Het ftuk uit de derde kapel verbeeldt de gekanonizeer-

de

-ocr page 391-

DOOR ITALIË N.

Jeanne de Valois, Koningin van Frankryk, en is van ^///. jfjkf Parocel. Hier ligt de vermaarde Kardinaal d’Osfat begra- di S.nbsp;ven, die lang gezant van Hendrik IV. by Clemensnbsp;was , en voortrefiyke flaatkundige brieven gefchrevennbsp;heeft. In de kapelle des h, Mattheus in den flinker-kruisgang heeft Caravagio Mattheus op ’t altaar en dénbsp;wanden gefchilderd , dog het gewelf met de twee pro-feeten is van d’Arpino. Onder verfcheidene tombes zietnbsp;men die van Henri de la Grange, Marquis d’Arquiau, innbsp;’t jaar 1707. overleden, en die vader is geweeft van Koningin Maria Cafimira; insgelyks de graffchriften der tweenbsp;Franfche fchilders Poerfon en Vleughels, die in 1737. ge-ftorven is. By deeze kerk ligt een hofpitaal voor Fran-fchen en Lotharingers, inzonderheid voor pellegrims. Govern»

Het Paleis des Gouverneurs van Romen » il Governonmvo. miovo, heette voor dsum Pafazzo Madama, omdat Ca-tharina de Medicis , dogter, en erfgenaam van Lauren-tius. Hertog van Urbino, en nigt van Paus Clemens VII,nbsp;het door Paulus Marucelli heeft doen bouwen, eer zy meenbsp;den Hertog van Orleans , die naderhand Koning Hendrik II. werd, trouwde. Het Paleis bleef aan de Groothertogen van Toskanen, tot dat Benediftus XIV. het vannbsp;den laatft overleden Keizer koft, en het tot een woonplaats zyns ftadbouders, en deszelfs ondergeftelde bedienden, fchikte.

Hier lagen voortyds de pragtige baden van Nero.

Uit haat tegen deezen dwingland noemde men ze naderhand de Alexandrynfehen , omdat die Keizer groote veranderingen daar in gemaakt had. In ’t jaar 1755. ftond nog op de plaats in’t Paleis een groote arcade, en eeni-

ge

(•) Mattialis zegt I. 7. ep. 35. §j,!d Kerme pejns tbermis melius Nerontanis ?

Aa 5

-ocr page 392-

178 R E I S-B O E ÏC

FtIt.Wjk overblyfïelt van de gewelven , die Benediftus XlV. £f S. deed af breeken. De plaats van dit Paleis heet nog Piazzanbsp;^uflachio. Madama.

S. Giaeo-we de' €(t^noli.

S. Giacoma behoort, nevens het daartoe behooren-de hospitaal, der Spaanfche natie. Op alle groote feeft» dagen worden hier fehoone concerts gegeven , uit krag»nbsp;te eener masking van Vides uit Navarre , wiens tombenbsp;by de hoofddeur der kerke ftaat. De kerk heeft veel goede fchüderyen. In de andere kapel ter regterhand heeftnbsp;Cefare Nebbia de Opftanding van Chrillijs verbeeld, ennbsp;Balthafar Groce het gewelf gefchilderd. De fehoone kapel van den h, Jakob aan de andere zyde is van Sangal-lo’s architektuur, en het (landbeeld des heiligs van Sanfo-vino, in zyne jeugd, gemaakt. Het altaarduk der kapel S,nbsp;Diego heeft Hannibal Caracci, en de frescoos Dome-nichino en Albani, volgens de kartons van hun leermee*nbsp;fler Caracci vervaardigd. In de fakridy ziet men tweenbsp;koppen van Bernini, die verdienen aangetekend te worden , uit hoofde van den zonderlingen inval. De eenenbsp;zou het hoofd van een zalig, de andere dat van een verdoemd menlch afbeelden. Het eerde vertoont een metnbsp;bloemen bekranft vrouwenhoofd, welks trekken vol vannbsp;blydfchap zyn, het andere een man met een opgelpalktennbsp;mond , die de tong wil uitfteeken. De koppen hebbennbsp;hun fraai; dog als men ’er niet by zegt wat de konftenaar

’er

(•) Dit ftuk behoort onder de laatfte werken van Hannibal. Hy Ichildetde het in een tyd dat hy vol verdriets was over het flegte gedrag van Paul III. ten opzigte der Farncferche gallery , en begonnbsp;ook de rwee ovaaleii aan ’t gewelf, dog de droefheid bragt hemnbsp;de jigt aan , zo dat hy de uiivoeiing, volgens zyn kartons, zynennbsp;leerlingen Albani en Domenichino moeft overlasten, weswegen hjrnbsp;de zooo. guldens , die hem ’et voor beloofd waren , grootmoedignbsp;met hun deelde.

-ocr page 393-

S»ooR ITALIË N.

’ef mede bedoeld hebbe, zoude men ze den eenen '^oor het hoofd van Flora, den anderen voor dat van een^r S.nbsp;fater houden.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;Euftachiê,

Het gebouw der Univerfiteit voert den titel Archigin nafio della Sapiens, naar het opfchtift boven den hoofdnbsp;ingang,

Initium fapientia timer Domini.

Vaftgeltelde Profesforen leezen hier op zekere iitiren over de weetenfchappen der fakulteiten , Oofterfche taaien ,nbsp;wiskunde , en wysgeerte voor de ftudenten , die egternbsp;reeds de beginfels uit de Kollegien moeten medebrengen.nbsp;Egter, fchopn ’er geleerde mannen in de Sapienza leeren,nbsp;ontbreekt het daar aan toehoorders , tyyl de Jefuieten tenbsp;veel tot zig trekken.

Innocent IV. ftigtte de reeds in ’t jaar 1244. openbaare fchoolen voor het geeflelyke en werelJIyke regt, die innbsp;1295. herwaards verlegd werden. De volgende Pauzennbsp;deeden ’er leeraars in de taaien en andere weetenfchappennbsp;by, en Leo X., de groote bevorderaar van konden ennbsp;geleerdheid , deed , volgens het bedek van Michael Angelo , de gronddagen voor het tegenwoordige gebouwnbsp;leggen , ’t welk Sixtus V. deed voltrekken. Alexandernbsp;VII. bouwde de kerk , en digttede een pragtige bibliotheek en een botaniefchcn tuin. De Kardinaal Valentinbsp;muntte uit in de fcheidkunde en proefneemende natuurkunde , die te Romen geheel verwaarloosd werden, ennbsp;ftigtede byzondere profesforaaten daartoe , wntarvaa eennbsp;bekleed wordt door den vermaarden Pater Jacquier. Hiernbsp;wordt in de drie fakulteiten gepromoveerd. Een vreemdeling , die het begeert, kan ligt Doctor van de Sapienzanbsp;worden. Na een niets beduidend examen van een half

uur.

-ocr page 394-

s8o R E I 3. - B O E IC

gt; legt de Kandidaat openlyk een belydenis van hel 'a' Roomfche geloof en eenen eed af, betaalt 36. fcudi, be-ujac to. dankt voor de genoten eer, en daarmede is de ceremonienbsp;geëindigd.

Men wil dat de h. Gregorius Magpus, reeds in ’t jaar 5p8. op deeze zelve plaats het kollegie der Konfilloriaalnbsp;Advokaaten geftigt heeft. Deezen maaken een gezelfchapnbsp;tiit van twaalf perfoonen, die te Romen in groot aanziennbsp;zyn , en het voorregt hebben alle geheime konfiftoriennbsp;bytewoonen, en daar zelfs de voordagen doen. Zy hebben federt den tyd van Sixtus V. het opperopzigt overnbsp;de Sapienza, en maaken in den naam des Kardinaals Ca-merlingo de Doftoren in de Regten, in plaats dat de Pro-fesforen in de Godgeleerdheid en Geneeskunde die waardigheid in hunne fakulteiten uitdeelen.

De Sapienza heeft van buiten de gedgante van een langwerpig vierkant, rondom venders, en een goede eenvouwdige architektuur, dog zonder bouworders. Denbsp;plaats heeft van drie zyden twee ryen arcades boven malkander , waarvan de benedenfte dorifch, en de bovenftenbsp;lonifch is. Onder beiden loopt een gang op drie zydennbsp;rondom , de vierde, welke tegen over den hoofdingangnbsp;ligt, en de kerk bevat, is in een halven cirkel gebouwd,nbsp;met nisfen en venders, en met de zelve zuilen als de arcades. De architektuur op de plaats heeft fchoone evenredigheden. De goede ordonnantie van't gebouw, rondomnbsp;dezelve, geeft het geheel een edel aanzien,

De

(*) Dit gcheele voor een liefhebber der bouwkonft merkwaardige gebouw is befchreven , en , met verfcheidene grondtekeningen, innbsp;koper gebrag: , onder den titel, Mefa t f^hrita della Sapienzanbsp;di Ro-ma , cm Ie vdate in profpettiva, e cm Ie Jladie de lie proporziemnbsp;ff/ometriche piante , alzale, prefili, t fpaccaii in Roma 17 JO. In folie.

-ocr page 395-

S8i

DOOR ITALIË N.

De kerk is voor den aanleg eene der zonderlingtlen van Romen. Bernini heef: een driehoek , als een zinbeeld di S.nbsp;der Drieëenheid , tot de grondtekening gekozen , en denbsp;muuren met pilafters van romeinfche order voorzien, tus-fchen de welken grpote en kleine nisfen en deuren liggen. Men bemerkt deeze driehoekige gedaante, fchoonnbsp;hier en daar rondingen in den muur gebragt zyn. De fie-raaden zyn in een groote manier, en over ’t algemeen vannbsp;goeden fmaak, hoewel fommige byzondere deelen gebre-kig zyn. De koepel is in aanzien der verfiering hetfchoon-fte ftuk der kerk; haar hoogte is wel geëvenredigd tot denbsp;grootte der kerk ; zy is regelmaatig en ruft wel op de on-derfte deelen. De venders in de zelve hebben een be-hoorlyke grootte ; fchoon de gedaante een weinig gedwongen fchynt, verfpreiden zy egter overal ligts genoeg.

Het bovenfte deel des torens heeft van buiten een zonderlinge, en niet fraai in ’t oog vallende gedaante, dewyl hy volgens fpiraallynen gebouwd is.

Het ftuk van ’t hoofdaltaar komt van Pieter van Cortona , en verbeeldt den h. Yvo, als een advokaat der armen , die van hun memorien aanneemt. De zamenftelling verdient des te meer goedkeuring , om dat het op dienbsp;hoogte zeer bezwaarlyk was de geheele ruimte te vervullen. De fchilder redde-zig uit de zwaarigheid door eennbsp;behangfel, waarop Chtiftus in een glorie verbeeld wordt,nbsp;wien een heilig een boek overgeeft, ’er by te brengen,

’c welk als aan de kolommen, welker voet men ziet, hangt.

Het koloriet is in’t ftuk zig niet gelyk, boven vak het in ’t roode, en beneden in ’t graauwe.

De groote en fchoone kerk van S. Andrea della Valle S. Andre» behoort den Theatynen, en is in ’t jaar 1591. gebouwd,nbsp;na dat de Hertogin van Piccolomini Amalfi deeze, nietnbsp;lang van te vooren, door den h. Gaetano geftigte order,

bun

-ocr page 396-

382

f^Ilhaar hierby gelegen aan2ienlyk paleis gefchonkea di S. had. Men kan ligt vermoeden, dat hét aandenken vannbsp;l^fiachio. zuil; eeue milddaadigheid door een oplchrift in de kerknbsp;is bewaard geworden. De kerk zelve is op koften vannbsp;drie Kardinaalen , inzonderheid van den Kardinaal Mon-talto, gebouwd. Men houdt de vöorzyde, die van dennbsp;Ridder Karei Rainaldi is, gemeenlyk voor een dér beftennbsp;van Romen. Over ’t geheel befc'nouvvd is zy van eennbsp;edele gedaante, De evenredigheid der rooinfche en ko-riinhifche orders, waarmede zy praalt, zyn, zo wel alsnbsp;de uitftekken, wel gekozen. De nisfen zyn ook wel ge-evenredigd , dog zy ftaan wat eng tusfchen de ruim-tens der zuilen. De voetgeftellen der onderfte zuilen hebben een bekwaame hoogte tot de zuilen j dog die der bot-ventten vallen te hoog uit» Men berispt in het portaal vnbsp;niet zonder grond, dat de zuilen zo verborgen ftaan, de-wyl een zuil op zig zelve ftaan, en van rondom geziennbsp;moet worden , zal zy eene behoorlyke werking doen;nbsp;bok heeft het te veel rifalieten, waardoor het gezigt vannbsp;’t geheel te veel gebroken wordt. Het portaal is met ver-fcheiden ftatues verfierd , waaronder de b, Gaëtanus ennbsp;Sebaftianus van Domenico Gnidi, en de Apoftel Andreasnbsp;met den h. Andreas Avellinus, van Hercules Ferrata zyn^nbsp;De twee beelden boven de deur zyn van Jakob Antonienbsp;Fancelli. De vier eerften, die in nisfen ftaan, verdienennbsp;geprezen te worden.

De ecrfte bouwmeefter der kerk heette Olivieri; Ma-derno ontwierp het koor, de tribune van’t hoofdaltaar, en de koepel. Deeze laatfte heeft in de middellyn 51;nbsp;voet. Als men ze van buiten beziet, heeft zy eene goede evenredigheid , en een wel getekende ronding. Denbsp;osfenoogen en valfche venfters die ’er aan zyn dienen totnbsp;niets, en breeken de boogen op een onaangenaame wys,

De

-ocr page 397-

385

Door I T A L I E N;

De lantaarn doet by haar eenvouwdige gedaante een goe-f7//.^|^ de werking.nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;di S.

Als men de inwendige architektuur onderzoekt, b^^EufiacUêf vindt men, dat het fchip en ’t koor , nevens de agterftenbsp;ronding, wel geëvenredigd zyn, dog dat de koepel vannbsp;binnen te klein is. De korinthifche zuilen in den mid-delften gang fchynen by mangel van kanneleeringen wat tenbsp;flegt en te mager. Aan de koepel heeft Lanfranco denbsp;heerlykheid van ’t Paradys voorgefteld. Zy wordt tennbsp;aanzien der fchilderftukken door veelen voor het beftanbsp;werk van dien meefter gehouden; dog men kan ’er aannbsp;berispen, dat zy te veel met beelden overladen is, en dalnbsp;in ’t geheel geen regte zamenhang heerfcht. De vier Euan. ^nbsp;geliften aan de koepelpilaaren zyn van DomenichUnbsp;no, (?) en treflyk getekend. Men kan niets verruklyke»nbsp;zien als de twee kleine jongens, die aan de voeten vannbsp;Joannes zyn ; dog of zy niet beter by eene Venus dannbsp;hier te pas kwamen, is een andere vraag. ’T is wonder,nbsp;hoe Domenichino , die anders het lugtigfte penfeel nietnbsp;had , deezen kinderen zo veel bevalligheids en losheidsnbsp;heeft kunnen geeven. Het koloriet van alle de vier beelden, dog voornaamlyk van Marcus en Joannes, heeft zonbsp;veel leevendige kragt, dat hy aan dezelven met alle zy-ne bekwaamheid met olieverw ’er geen grootere had kunnen geeven. De agterfte ronding van het koor met denbsp;hiftorie van den h. Andreas heeft de zelve meefter gefchil-derd, gelyk ook de zes reusagtige deugden tusfchen denbsp;venfters. In de overige ftukken aan ’t gewelf, door Maria Preti , gemeenlyk il Calabrefe genaamd, fchynen de

beel-

(*) Decze vlet beelden zyn op vier bladen vaa Frey treflyk in print gebtagt. De vermaarde kapel van Lanfranco heeft Carlo Ctfinbsp;agt bladen gegnvecid.

-ocr page 398-

SH R E I S . B ö E K

beelden naar gerade van de grootte der deugden te kleitl, S. en alzo zy zo ver van malkander afgefcheiden zyn , ont-Eufiacbio. breekt in ’t geheelé de houding.

Op ’t koor zyn drie groote nukken van Calabrefé. t)ë kruisfiging van den h. Andreas is fchoon geordonneerd,nbsp;alleen flaari de groepen te ver van malkander. Op dennbsp;agtergrönd ziet men een wel gekleurde architektuurfchil-dering, naamlyk den boog van Keizer Conflantinus. Opnbsp;het andere Huk ziet men den Apollel aan ’t kruis, en opnbsp;het derde wordt hy in ’t graf gelegd. Hier ontbreektnbsp;weder'de verbindtenis der groepen. Deeze drie rtukkennbsp;komen wel niet in koloriet by die van Domenidiino ;nbsp;dog met al hun gebreken zyn zy in een groote manier*nbsp;Het in marmer zo tyke hoofdaltaar , nevens de daaropnbsp;zynde groep van engelen, die, in plaats van een tabernakel, het kruis houden, zyn van den Ridder Franciscusnbsp;Fontana.

, De eerlte kapel ter regterhand behoort aan de familie Ginetti , en is van Carlo Fontana’s architektuur. Allenbsp;de nuiuren zyn met marmer bekleed. Agt zuilen vannbsp;verde antico , en het met finaragden ingelegde altaarblad,nbsp;geeven een heerlyk fieraad. Het basreliëf van de vlugcnbsp;naar Egipten heeft Antonio Raggi gemaakt. De tweede,nbsp;niet min pragtige kapel van Strozzi , is van Michael Angelo’s ordonnantie , die ook de modellen voor de agtnbsp;bronzen llandbeelden gemaakt heeft. Zy pronkt met agtnbsp;zuilen van voortreflyk marmer , pidochiofo genoemd. Denbsp;h. Andrea Avellino in den kruisgang is van Lan-franco.

Aan de andere zyde ziet men de tombe des Graaven van Tbieni door Domenico Guidi , en in de volgendenbsp;kapel den h. Seballiaan door Giovanni de’ Vecchi , ennbsp;ter zyde Maria met het kind, door Julius Romanus. Dan

komt

-ocr page 399-

085

öooR ITALIË N.

feomtmen aan de kapel van Ruceellai, volgens het beftek/7//, van Matteo da Caftello gemaakt, waarin Roncalli het al di S.nbsp;taarftuk en de frescofchildery verzorgd heeft. Hiernbsp;men ook de tombe van den Aardsbisfchop van Benevento,

Giovanni della Cafa, die-zig door zyn gedigten vertnaard gemaakt heeft. (*) Het graffchrift is van Pietro Vet'nbsp;tori.

De laatlle kapel aan deeze zyde is van de Barberynfche familie. Zy is onder Urbaan VIII. door gemelden Matteo da Caftello gebouwd , en praalt iiisgelyks met tref-lyk marmer. Het altaarftuk en de dverige fchilderyen ko-nbsp;nbsp;nbsp;nbsp;^

men van de hand van Pasfignano. By de ingangen ter ... nbsp;nbsp;nbsp;'

zyde ziet men de tombes van twee Pauzen, uit den huize van Piccolomini, naamlyk Pius 11. en Pius III. Op den graffteen van Malteululcius leeft: meö deeze aar-tige vaarzen.

Mentis eram hofpitium, gelidi fum marmorh bofpes:

Mens de dit ejfe hominem, mors modo vertil humum :

Hofpitium mibi vita puit, fibi terra recepit Omnia, mens tantum epuod bene gesfit babet.

Kiet ver van de plaats voor deeze kerk ligt het Paleis der oude familie della Falie, waar^de bekende reisbefchry- Falie,nbsp;ver Filippo della Valle een verzameling van Oofterfchenbsp;merkwaardigheden heeft aangelegd. De ftatues die voor-maals hier waren zyn thans in ’t Kapitool.

In de ftraat Cefarini ftaat een huis, dat eertyds den

Caf-

e ttme Gicvannt dells Cafa, rlvedute e ecrrelte per hate AHtmini, Pat. IfiJ, in 11,

iBb

III. Deei,.

-ocr page 400-

336

/^//. ^/tjCaffarellies toekwam, en merkwaardig is uit hoofde vaa di S. den edelen fmaak der buitenfte architektu'ur, welke vannbsp;Eujiachio, ^gn grooten Raphael is.

Teatro

Argenti-

m.

Het Teatro Argentina is nieuw, en eerft in 1732., onder opzigt van den Marquis Teodoli, gebouwd. De naam komt van den ouden in de nahuurfchap Traanden toren ,nbsp;Torre Argentina, Het is een der fchoonfte theaters vannbsp;Romen, ruim, en fierlyk gebouwd, en dient tqt de opera in de carnaval. Als wy van de fchouwfpelen handelen , zullen wy ’er breeder van fpreeken.

tn della Valle.

Het kleine Teatro Vall? ligt agter Pglazzo Vallq , en is federt eenige jaareti herlleld. H?t dient om komediesnbsp;te fpeelen.

PINDE VAN HET DERDE DEEL,

DRUK-

-ocr page 401- -ocr page 402- -ocr page 403- -ocr page 404- -ocr page 405- -ocr page 406- -ocr page 407- -ocr page 408-