-ocr page 1-
AMSTERDAM
BESCHREEVEN»
DOOR
JAN WAGENAAR.
IN DRIE STUKKEN.
-ocr page 2-
OP DE
TITELPRENT.
EU RiEscHRYFSTERjgy, gyzelve ontvouwt den zin
Der Prent, waaraan geen kunst of vindingen ontbreeken:
Gy zelv' gaaft PLOOS de ftof dier fchoone teekning in:
De Beelden luistren hier: dus hoort het oog u fpreeken.
't Is AMSTERDAM, een telg des Amstels, die gy ziet*
Aloude Visschkrs, ja, wier wieg gy met uw riet
En zeelisch hebt getooid, naar uw eenvoudige orden;
Die Spruit is, finds uw tyd, zo fchoon, zo ryk geworden.
Nu praaltze, aan 't zeilryk Y, in ongemeene pragt,
En met een heerlykheid, die de uitgebreide magt
Dier ryke Zeevorflin, hoe^fchamel opgewogen,
Vertoont, in vollen dag\ iaan uw veiswonderde oogen.
Nog fiert uw IStroomtuijt',:en uw V&sthivant haaren Stoelt
Vanwaar zy 't minzaam oog laat fpeelen op 't gewoel,
Dat om haar' drempel dringt, en wemelt op de baaren.
T f           l 'T O *                                        X
Zy heeft uw-hutten reeds gefloopt, in vroeger jaareh;
Daarze, op den zelfden grond, Paleizen, fier van kruin,
En Tempels heeft gefh'gt van marmer en arduin.
Hier komt de Wee re ld,'van vierOorden aangedrongen,
Bekoord door haare faam, die roemftof aller tongen,
Haar, ifaatig, hulde dqen, of vallende op de knien,
Haar Schatten, en Ceixnu^- en Kunstgewrogten biên;
Terwyl haar Kielen, door de verfte zeen en vloeden,
Zig, daaglyks, van haar ree naar alle kusten fpoeden.
Zy kweekt den handel , lokt de wetenfchappen aan:
Geleerdheid koestert zy : ze ontfluit de gloriebaan
Voor 't yverend vernuft: zy handhaaft de eêlfte panden,
De Vrede en Vrydom, en de Hoogheid deezer Landen,
En fchemert uw gezigt op 't goud van haare Kroon;
En vraagtge naar den Rei, die, minnelyk en fchoon,
Haar zyde en zetel fiert, en neerziet op uw grysheid;
Het is Standvastig HEiD, VooRZiGTiGii Eid en W vs HEiD,'
Drie Deugden, door wier hulp en invloed, de agtbre Maagd
Zig tot dien ftand verhief, en 't Staats vermogen fchraagt.
Een Koning heeft die Kroon, een rykskroon, haar gefchonken,
Niet om met de Oppermagt, maar 's Vorften gunst te pronken.
Haar regten, rang en eer, van aanzien en gewigt,
Vertolkt u 'ï Pergament, ontrold voor uw gezigt.
Myn Feder heeft de Schoone, uwe eeuw, haar' groei befchreeven,
Haar' rykdom en bedryf geboekt voor laatre neeven.
Zy blyv', daar 't Vaderland zig in haar' glans vermaakt,
In onverwelkbren bloei, zo lang de Dagtoorts blaakt!
PIETER HUISINGA BAKKER,
-ocr page 3-
($«*. 3&a! ><m . Imstil •'-
Te AMSTHBJtBAM ,
^q7 YKTJMA en TIEIOEL °
-ocr page 4-
AMSTERDAM,
IN ZYNE
OPKOMST, AANWAS,
GESCHIEDENISSEN,
VOORREGTEN, KOOPHANDEL,
GEBOUWEN,
KERKENSTAAT, SCHOOLEN,
SCHUTTERY E, GILDEN
E N
REGEERINGE,
BESCHREEVEN,
DOOR
JAN WAGENAAR,
HISTORIESCHRYVER DER STAD
EERSTE STUK.
Te AMSTERDAM,
By I S A A K T I R I O N. ltfo.
Met Privilegie van de Edele Groot-Mogende Heeren Staaten van Holland en Weftvrieslaüd.
-ocr page 5-
AAN DE
EDELE GROOT-AGTBAARE HEEREN,
SCHOUT,
BURGEMEESTEREN,
SCHEPENEN,
E N
R A A D E N
DER STAD
AMSTERDAM.
EDELE GROOT-AGTBAARE HEEREN,
jLj Ang, veel te lang, hadt het uw A H s t e r o a m ,
die welbeßierde Stad,
ontbroken aan eene uitvoerige, naauwkeurige en nuttige
Befchry ving, dan dat eene Wethouderfchap, die van
* z '                                  het
-ocr page 6-
O P D R A G T.
het dienen en helpen der Burgerye een voornaam voor-
werp haarer zorgen maakt, niet, eindelyk eens, de mid-
delen uitvinden, en in 't werk flellen zou, om het reik-
halzend verlangen van het opmerkzaamft gedeelte der
ingezetenen naar zulk eene Befchryving , te boeten en
te voldoen.
■ ■                         vJL
Uwe Voorzaaten , Edele Groot-Agtbaa-
RE Heeren, verflonden , reeds voor ruim der-
tig jaaren , dat zy , om de goede Gemeente van zulk
eene Befchryvinge te voorzien, de Stads Regiflers ,
de egte bronnen, waaruit de gegronde kennis der ou-
de en laatere gelegenheid , gefchiedeniflèn en Regeerin-
ge der Stad gefchept moet worden, moeften openleggen
voor zulken , die 't werk der Befchryvinge op zig zou-
den neemen.
Maar het voltrekken van dit befluit; het daadelyk open-
leggen van alle oude en laatere Regifters, Brieven en Stuk-
ken, die van eenigen dienft konden zyn , om de Stad
Wel te kennen, fcheen gefpaard te wezen voor deezen
tyd , en voor de befcheidene en Vaderlyke Regeerin-
ge van Uwe Edele Groot-Agtbaarheden,
welker grootmoedige Burgerliefde , eindelyk, te raade
geworden is , die ryke Schatkamers van nutte kundighe-
den, ten dienfte van alle eerlyke ingezetenen , te ont-
fluiten.
Waren er , naar 't zeggen van iemant der Ouden,
zeldzaam zulke gelukkige tyden, waarin V vry fiondt
te
-ocr page 7-
O P D R A G T.
te gevoelen wat men wilde, en te zeggen wat men
gevoelde
van 't gene 's Lands of der byzondere Steden ge-
fchiedeniflèn aanging; nog zeldzaamer, voorwaar! zyn,
hier ter Stede, geweeft zulke tyden , waarin de Over-
heid zelve den ingezetenen gelegenheid gaf, om van
de Stad, en derzelver ouden en hedendaagfchen toeftand,
te gevoelen , niet wat zy wilden , maar wat waar is;
en om 't gene zy daarvan gevoelen, onbefchroomdelyk,
voort te zeggen. Doch die zonderling gelukkige ty-
den
beleeven de ingezetenen deezer Stad, tegenwoordig.
De gunft van Uwe Edele Groot-Agtbaar-
heden ffcelt hen in ftaat , om al wat voor hun wee-
tenswaardig is te leeren kennen van de Stad , in grooter
volkomenheid, dan zy 't, ooit voorheen , hebben kön-
nen kennen. En 't ftaat hun vry, de verkreegen kundighe-
den , befcheidelyk, mede te deelen, daar zy 't goed vinden.
Zo 't my, een' gebooren Burger deezer Stad, nevens
andere myne Medeburgers, hadt mogen gebeuren, bloo-
telyk te ontvangen , 't gene Uwe Edele Groot-
Agtbaarheden aan allen gemeen willen maaken;
ik zou reden t'over gehad hebben, om my in Uwe goed-
heid te verheugen.
Maar nu 't Uwen Edelen Groot-Agt-
ba ariieden behaagd heeft, myne pen te gebruiken,
om den Schat van nutte kundigheden, die dians ontdoo-
ien is, aan alle ingezetenen en anderen mede te deelen,
is myne erkentenis zo veel grooter, als het meer eere en
geluk is, te mogen medewerken, tot bevordering van
* %                                     nut-
-ocr page 8-
O P D R A G T.
nutte kenniflè in anderen en in zig zei ven, dan alleenlyk te
leezen of aan te hooren, 't gene ons wetenswaardigs, door
anderen, medegedeeld wordt.
't Zou vermetelheid zyn, zo ik immer denken durfde,
om deeze en andere gunften , my betoond , aan Uw E
Edele GRooT-ÄGTBAARHEDENte vergelden.
De wil mögt 'er zyn; maar de kragten zoude verre te kort
fchieten.
Een ding is 'er egter, waardoor ik myne erkentenis en
dankbaarheid aan al de weereld zal können doen blyken,
en 't welk Uwe Edele Groot-Agtbaarhe-
d e N, des houde ik my verzekerd, gunftiglyk, voor eene
genoegzaame vergelding zullen willen aanzien. Gelyk Uw
oogmerk, in 't ontfluiten der Schatkift van nuttige kenniflè,
die uit de Stads Regifters te haaien is, eeniglyk of voor-
naamlyk was, door myne pen, dienft te doen aan U w e
goede Burgerye, en aan 's Lands ingezetenen in 't gemeen;
zo zullen Uwe Edele Groot-Agtbaarhe-
den zig vergolden rekenen, wanneer myn arbeid veel nuts
toebrengt aan veelen, en aan de ingezetenen deezer Stad in
't byzonder. En 't zal myne poft zyn, my hierop met de
noodige naarftigheid en omzigtigheid toe te leggen.. De
tyd alleen zal doen zien, welk een' uitflag myne poogingen,
ten gemeenen dienfte, zullen gehad hebben.
Betaamlyk is 't, ondertuflchen, dat ik mynen arbeid,
waarvan nu de eerftelingen het licht zien, eerbiediglyk toe-
wyde aan Uwe Edele Groot-Agtbaarhe-
den", van welker gunft, in 't openleggen der Stads Regis-
ters,
-ocr page 9-
O P D R A G T,
ters, het Werk, zo 't eenige waarde geoordeeld wordt te
hebben, zyne meefte waarde ontleenen moet.
Uw AMSTERDAM, Edele Groot-Agt-
bAareHeeren, wordt U dan wedergegeven, wien
het eigenlyk toebehoort. Niet eeniglyk op dat het, door
Uwe magt en aanzien, zou befchermd worden. Dat het $
Werk, zo 't zig zelf niet ftaande houden kan, liever daale in
de diepfte vergetelheid, dan dat men Uwe Agtbaar-
HEID hoonen zou, door 'er, in zulk een geval, befcher-
ming van te vergen ofte verwagten, 't Wordt Uwen E-
delen Groot-Agtbaarheden, eigenlyk,
opgedraagen, op dat de goede Gemeente het uit U w E
Waardige hand zelve, niet uit de myne, ontvangen zou.
Dat de Stad, onder Uwe wyze en vredelievende Re-
geeringe, beftendiglyk bloeije; dat het Regt aldaar belchei-
delyk gevorderd, onzydiglyk gehandhaafd worde $ dat de
ruft, de welvaart, het eerlyk genoegen van alle Ingezetenen
het groot oogmerk blyve van alle Uwe Opvolgeren, ge-
lyk het het beftendig oogmerk is van U w E Edele
Groot-AgtbaarhedeNj dat, eindelyk,
in 't behertigen van den welftand der Stad , ook het heil
en den welftand des gantlêhen Lands, waarvan zy zulk een
aenzienlyk deel uitmaakt, moge gezogt en be'hertigd wor-
den , is myne opregtfte en vuurigfte bede.
Zo zullen 's Lands ingezetenen, by aanhoudende bevin-
ding, overtuigd worden van het duurzaam en wezenlyk
heil, welk , door de goede Regeeringe eener aanzienlyke
Stad,
-ocr page 10-
PNpuw. i »■«■■.. . . ^af*wgji _ |i„. ■' i. »■juin.....mm iiimpiiuiiP.....ipmnif ii§p i
—-*■■
Ö F D R A G T.
Stad, over het gantfche Vaderland verfpreid wordt! Zo
zullen de inwooners deezer Stad in 't byzonder zio- Geluk-
kig rekenen, dat zy den gunftigen invloed deezer heilzaa-
me Regeeringe, van nader by, ondervinden f De naam van
A M s T E R D A M M E R zal altoos een der loffelykfte naa-
men blyven,en ik tot eere rekenen,dat ik my beftendiglyk
moge noemen,
EDELE GROOT-AGTBAARE HEEREN,
UWER EDELE GROOT-AGTBAARHEDEN
Getrouwe ingezeten en
gehoorzaame dienaar,
JAN WAGENAAR.
-ocr page 11-
*£skés
wm
IB
a
Ótr ij&ö.
A
IST
.IE S
a.
ifdki
1YVEI DEI
STAB AMSTE»»
,en 2i O et ob er i7°5>°
fan. ttW HistoMefcliryver, ^
met mT> zpi x*«l.eidnnm.
,t ons reohtfch-F^ Jvel"
,aar oei
oren
icw" die beelcLteELis
o Neerl
L- , en ejriken,
JidliiMieidL Ie
ei-lueldL en
men WAGE
nn ~wyze
xan ' 2J"111- peÄ Tei-plinyten .
Kêlv' e*»« eerzuil itickten o
JAN DE ÏRÜYFF.
ZJl«
Zym. "VaAerlaittA , zyri. StadL, ziel
^^OT^ & täfaf «**>
CS
-ocr page 12-
VOORREDE.
z
O 'er ooit eene Stad ware, in of buiten ons Vaderland, die, in haare Op- Qe stad
komft, Aanwas en tegenwoordigen Staat, omftandiglyk en naauwkeurïg- Amfter-
lyk, verdiende befchreeven te worden; 't is, buiten tegenfpraak,             Jg^ ?
^B                                                                                            __         .         ,v«-                                     naar be-
AMSTERDAM.                                     hooien
be-
Amsterdam, zeg ik, zonder eenigen eerlyken bynaam; om dat 'er alle by- gg*£
naamen, die men gewoon is te gebruiken, om den roem der Steden te verheffen, worden:
op paffen, die van aloud, veelligt alleen., uitgenomen: en men 'er, mét een' der wet^
Puikdieteren van de voorgaande eeuwe, van zeggen kan:
                                     ten oP.
ö                                                                                                                                                   zigteva»
Die fihrkk'lixi van my fwyghi heeft allerbefi gefeit.                             haare
Ziet men op de geringe beginfels, van welken deeze Stad , voor minder dan' zes opkomft
eeuwen, opgekomen, en op den fpoed, met welken zy, in twee of drie eeu-^sAan-
wen, aangewaffen en groot geworden is; ziet men, vooral, op de verbaazende a!
Vergrooxingen der Stad, in de jongft voo.rleeden eeuwe; men verlangt te weeten,
door welken zonderlingen famenloop van oorzaaken, de flegte Amftelbuurt tot
eene Weereldftad uitgedyd, en de laage Viffchers ftulpen in pragtige Paleizen
verkeerd zyn. En't ontvouwen deezer oorzaaken is eene omftandige en naauwkeu-
rige befchry ving waardig. De Geßhiedenifen van zulk eene Stad verdienen, insgelyks, Gefchie-
uitvoeriglyk befchreeven te worden; zo om dat zy, naar gelang van de grootte der «kniffen,
Stad,memgvuldiger zyn, als inzonderheid, omdatveelen derzelven, naar maate
dat de Stad meer invloeds gekreegen heeft op deRegeeringe des gantfchen Lands,
yeel gewigtiger zyn geweeft, dan die der meefte andere Steden van Holland: 't welk
ééne van de redenen is, waarom inwooners van andere Steden onzes Vaderlands
zig ook nuttiglyk oefenen können, in de byzondere gefchiedeniffen der Stad Am-
ilerdam. De uitgebreide Koophandel dëezer Stad, die aan geen enkel weereld-Koop..
deel bepaald is, en mogelyk nergens weêrgade heeft, is dubbel waardig, van zy-handel,
nen oorfprong af, opgehaald, en in zynen voortgang vertoond te worden. Het Gebou.
<n-oot getal van treffelyke Gebouwen, welk nog, van tyd tot tyd, toeneemt, en wen,
waarin Amfterdam de meefte Steden van den Aardbodem te boven gaat, is eene
waardige ftof voor eene naauwkeurige befchry ving. 't Beflier der Godshuizen ,
Tugthuizen en andere Gefiigten, zo vermaard buitens Lands, dat vreemde Mo-
gendheden zig, desaangaande, wel hebben willen laaten onderregten, verdient,
bovenal, naar waarheid, befchreeven te worden: om niet te fpreeken, van denKerken>
ftaat en 't bellier der Gereformeerde en andere Kerken, der Doorlugtige en La- Schoo-
tynfche Schooien, en zo veele andere Gefügten, die hier in overvloed gevonden JjJjJJJj
worden. Jeder burger, ieder inwooner van Amfterdam heeft, voor anderen, Geftig-
belang, om de natuur en herkomft der Schutteryen en Burgervendelen, en derzel- jf " >
ver voorregten en pligten te kennen: gelyk de oorfprong en Keuren der byzon- ryceh^te"
dere Gilden voor alle Gildebroeders en veele anderen weetenswaardig zyn. DeGUd^
Privilegien en Voorregten der Stad en Burgerye in 't gemeen, en die der Regee-privile'
ringe in 't byzonder, welke laatften, boven die van veele andere Steden, uit-gien
munten, verdienen dubbel, naauwkeuriglyk gekend te worden. Maar de RE-enRe-
ge kring zelve, waardoor wy verftaan de byzondere Ampten van Regeeringe,|eeenn-
en de wyze, waarop dezelven,ten gemeenen nutte van zulk eene volkryke Stad,
bekleed worden; de Regeering zelve is,om haaren luifter en aanzien niet alleen,
maar vooral om den grooten clienft, dien zy aan Stad en l>and toebrengt, eene
gegronde, uitvoerige, en naauwkeurige befchry ving waardig. Met één woord,
aantfch AMSTERDAM, met al wat'er in is, het leevende en leevenlooze,
Verdient, zo wel als eenige Stad, en meer dan de meeiten, opgemerkt en gekend,
en, ten deezen einde, behoorlyk befchreeven te worden.
* *                                              Doch
-ocr page 13-
O O R- R E D E.
II.
Drie te- Doch, 't gene, miiTchien, minder te verwonderen dan te beklaagen is,'t heeft
denen den Amfterdanimeren, tot hiertoe, ontbroken aan eene naauwkeurige en uitvoe-
zdk&m rige Befchryving hunner Stad: 't welk men, voornaamlyk, aan drie oorzaaken ,
tot hi'er- fchynt te mogen toefchryven.
«fcnied l' ^ 'c a^gemeen gefproken, is een Inwooner van Amfterdam beft bekwaam,
is. tot het befchryven deezer Stad. Doch toen de Stad nog in 't opkomen en aan--
l'Dh*J' xvü^en was» leiden verre de meefte inwooners zig zo vlytiglyk toe,op hetvoort-
der in- zetten hunner neeringe en Koophandel, dat hun geen tyd tot fchry ven overfchoot.
woone- Zy zullen zelfs bezwaarlyk tyd tot leezen gevonden hebben: 't welk anderen ook
hunnen1 den lu^ benomen heeft, om iet te fchry ven, dat voornaamlyk door hen gelezen
Koop- nioeft worden. Hadrianus Barlandus of Adriaan van Baarland, die,
en nee- 'n 'c be§m der zeftiende eeuwe, bloeide , gewaagt van deeze nyverheid der
ring Amfterdammeren, in zyne korte Latynfche Befchryving van Holland, met deeze
voort te woorden: Hoc cceteris, qua nominavi, recentius Oppidum, genus hominum incolit
heeft Aenpecuniafludiofius. Quo circa in remotijjimis etiam terris negotiantur, babentque to-
hüitot to fere anno externum domi jua mercatorem. Praflat boe Ulis commoditas portus.
fenü>e dat is „ Amfterdam is jonger dan de andere Steden, welken ik genoemd heb'*
gen, in't [Dordrecht, Haarlem, Delft en Leiden] „ en wordt bewoond door eene föorc
ftrem'dge » van Luiden, die zeer op winft gezet zyn. Hierom dryven zy handel,zelfs
„ in de afgelegenfle Geweften, en hebben, fchier jaar uit jaar in, vreemde
„ Koopluiden by zig t'huis. De bekwaamheid hunner haven is hier oorzaak
„ van (a)" Maar daar de winftploeg zo fterk gedreeven wordt, fchiet zeld-
zaam gelegenheid tot boekoefeninge over.
2- De 2. Toen de Stad haaren vollen wasdom gekreegen hadt,en toen 't, na de.op-
omflag regting der Doorlugtige Schoole, voor omtrent honderd en dertig jaaren, hier
van 't niet ontbrak aan geleerde en fchrandere mannen, heeft de groote omflag, die
heeft 'er aan 'c behoorlyk befchryven van zulk eene aanzienlyke Stad vaft was, ongetwy-
veeien feld, veelen van 't werk afgefchrikt» Hadt de vermaarde Petrus Fran-
fch"'kfge*clus z^ne zu^vere pen können en willen leenen tot het befchryven der Stad,
daar hem zo veel eers beweezen werdt; men zou niet over gebrek aan goede be-
fchryvingen van Amfterdam hebben behoeven te klaagen. Maar 't werk zal hem
te uitgebreid gefcheenen hebben. Ook riepen hem zyn beroep en neiging tot
anderen arbeid. En onze medeburgers, die der Latynfche taaie kundig zyn,
moeten zig met een keurlyk Lofgedigt aan den Amftel, welk uit zyne nette pen
voortgevloeid is, en met eenige verzen op beroemde Amfterdammers ,Hudden,
Huidekoopers, Hoofden, HoPPEN , CoRveRs, SixeN en anderen,
te vrede houden. Andere bekwaame mannen, in vroeger en laater tyd, zyn in
het zelfde geval geweeft, of door de dood verraft geworden, eer zy 't onderno-
men werk voltóoijen konden.
3. De 3. Doch de voornaamfte reden, die veelen wederhouden heeft van de hand te
^^i" flaan aan eene uitvoerige en naauwkeurige Befchryving deezer Stati, is , on-
heeft, in getvvyfeld, deeze geweeft, dat de Magiltraat, in vroeger'tyd, en zelfs, zo ik
vroeger my piet bedriege, tot voor ruim dertig jaaren toe, zeer agterlyk geweeft is,
zwaarig- om iemant vryen toegang te geeven tot de Stads Regifters, Stukken en Pa^-
heid ge-pieren, zonder welken, het opftellen eener goede Befchryvinge van Amfter-
omlbyl dam volftrekt onmogelyk is. Een Amfterdammer Digter, die, in't begin der
zonde- voorgaande eeuwe, bloeide, en de opkomft der Stad in Latynfche Digtmaat be-
foSnen" fcfireeven heeft, gaf te verdaan dat hy, om verder te gaan, 't gezigt der oud-
toegang fte Stads Regifters noodig hadt; doch tevens, dat hy wanhoopte, dat dit ge-
feenen z^ hem immer gebeuren zou. Zie hier zyne woorden:
tot Stads
fchriften.                 Publica fcrutari modo fi quoque fcrinia f as fit:
Credo, in iis qua dam non reticenda latent.
Jpfê
(«) Hollandie compendiofa Defcript. in P. Scriverïi Batav. ilhiftr. p. 143-
-ocr page 14-
VOORREDE.               in.
Ipfè. etiam, juflo quem dignor bonore, [enatiis
Multa patrum longa tradïtione temt
Jn medium exponenda. temt quoque nomina rerum
Nempe vetufiarum quid fibi cafca velint.
Simque ego, qui verfus faciam, non pauca docendus,
Pollice qua. nequeo fugere du&a meo,
Sed ß memdrana veter es
, fi Curia deßt,
Forfan abortivam te tarnen ipfe dabo (V),
Be T-liHoiiefchryver Pi et er Korneliszoon Hooft zou gaarne toe-
gang tot de Stads Regiflers gehad hebben, om nader kennis te krygen van de
partyfchappen, die, omtrent den aanvang der Spaanfche beroerten, hier ter
Stede, in zwang gingen. Doch 't mögt hem nier gebeuren. „ Ik zoude,"
Ichryft hy, den twee-entwintigilenjanuary des jaars 1634 „ dezelve [de gemelde
ï, partyfchappen] noch wel naakter ontdekt hebben, waar my vrye toegank ver-
„ leent geweefl tot de fchriften der Stad. Maar, (ach armen J) voor zo vreemdt •
„ word ik hier gereekent. dat my, op aanbodt van eedt om te zwygen, watBiir-
j, germeefteren té heelen docht, niet heeft moogen gebeuren,'t geen de Heeren
» Staaten van Uitrecht zo mildelyk aan PieterBor, by openbaar fchnftelyk be-
„ fcheidt, gegunthebben (f)." Zo lang dan de Stads fchriften, voor anderen
dan Leden..der Regeeringe, geflooten bleeven, moeiten byzondere Perfoonen
fterk afgefchnkt v/orden van het onderneemen eener Befchryvinge van de Stad,
die haare voomaamite waaide, zekerlyk, ontleenen moed van het gepaft ge-
bruik, welk, in dezelve, van deeze Stads fchriften gemaakt was.
Maar fchoon de opgenoemde en andere oorzaaken ons, tot hiertoe, verfleken Nogtans
hebben van eene uitvoerige en naauwkeurige Befchryving der Stad Amilerdam, ^ ^
zyn'er egter, van tyd tot tyd, maar voornaamlyK na 't jaar 1660, kleine en tot tyd,
groote Befchryvingen in 't licht gegeven , die wy den Leezer hier zullen doen gjjgy.
kennen; om daärnä, te bekwaarner, te können overgaan, tot het ontvouwen vingen
van ons oogmerk, in de Befchryving 3 van welke wy hem nu'c begin aanbie-™ddJ.t_
den.                                                                                                                                                         gegeven.
Wy maaken egter geen gewag van de Befchryvingen van Guicciarflyn, Le Pe- optei-
tit, Boxhorn, Schook, de Laat, Blaaim en veele anderen; die, Holland in 't ^fftfr
algemeen befchry vende, ook Amilerdam kortelyk befchreeven hebben; veel min en voor.
van eenige kleine Werkjes, Amilerdam betreffende, die, van tyd tot tyd, uit-jgamfte
gekomen zyn.
                                                                                                      veren
Wy zuilen ons, voornaamlyk, bepaalen, aan zulken, die Amilerdam op zig™de
zelf hebben befchreeven, en onder de anderen alleenlyk melding maaken vanzeve'
twee oude Schryvers, door Pont anus uitgegeven.
De eerfte en oudlle heeft, in eene korte Befchryving van Holland, dienaauw- EenLon_
lyks zeven bladzyden in folio beilaat, eene Befchryving van Amilerdam van om-genoemd
trent vier bladzyden ingevoegd, waarin hy verfcheide byzonderheden aantekent, ^yver
do gelegenheid en handel der Stad, ten zynen tyde, betreffende, welken men tl.ent het
elders vergeefs zoeken zou. Hy heeft geleefd omtrent den jaare 1500, gelyk jaansoo.
af te neemen is, uit het gene hy Qd) van 't Karthuizers-Kloofler meldt, te wee-
ten, dat het, honderd jaaren geleeden, geïligtwas. „ [ExtrapoftamCarthupen..
5, fium, unde itur verfus Harlem, efl monafterium Carthujienfium pulchemmwn, ante
i, centum annos fundatum, per ÄWertum BavarU ducem & Pldlamice comittrrff.
En men weet, dat dit Klooiter, in't jaar 1393, was gefügt- Pont anus heeft
den naam van den Opfleller deezer Befchryvinge nergens Können ontdekken.
Ook is hy my nergens voorgekomen. Gerard van Nieuwmegen, beter
bekend by zynen Latynfchen naam Gerardus Roviomagus, telt, m zyne Hifiona Ba-
tavo-
(6) C. G. Plempii Amfterod. Monogramm, p. 33-
(c) Hoofts Brieven N. 399. M. 313.
00 Ai calcem Pontani Amft. p. 5.                                             •-..•-'
** o
-ocr page 15-
iv.                VOORREDE.
tavorum (e), die in 't jaar 1510 uitkwam, onder de geleerde mannen van zynen
tyd, vier Amfterdammers, Alard van Amfterdam. Nikolaus Kan, Kornetts Krok
en Jan Snyders,
of, gelyk hyze in 't Latyn noemt, Alardus Amßerodamus, Ni-
co/aus Cannius
, Cornelius Crocus en Joannes Sartorius. Veelligt, is onze onbe-
kende Schryver één van deezen vier geweeft; en , zo 't vryftondt nog verder te
giffen, zou men mogen vermoeden, dat Alard van A msterd am onze
oudfte Befchryving heeft opgefteld: want, in deeze ßefchr'yving, wordt beweerd,
dat Holland , van ouds, geheel tot Batavia behoord heeft: en dat Alard van Am-
fterdam ffcerk voor dit gevoelen geyverd heeft, blykt uit eenen zyner Brieven ,
in den jaare 151 f, aan homelis van der Goude, bekend by den naam van Corne-
lius Jurelius,
gefchreeven (ƒ). Doch wy geeven deeze onze giffing gaarne om
een beter Wy merken, ten opzigte van deeze oudfte Befchryving van Amfter-
dam, alleen nog aan, dat Pont anus het Handfehrift, waar naar hy dezelve
uitgegeven heeft, bekomen hadt uit de boekery van Doctor Jan ten Grog-
tenhuys, Schepenen Raad, en naderhand Schout van Amfterdam; en dac
hyze zo hoog waardeerde,dat hy, volgens zyne eigene verklaaring „ deBefchry-
;, ving van oud Amfterdam nooit ernftig zou hebben durven voorneemen,zohy,
„ door deezen Schryver, niet voorgelicht geweeft was'''(g).
11. Omtrent zeftig jaaren na deeze oudfte bekende Befchryving, kwam 'er eene
Pieter zeer korte van honderd en zestien Latynfche verzen in 't licht , gefield door
ferden. Petrus Apherdianus, een Wagemnger van geboorte (i>), die, in de Stads
Regïjiers
(0, Pi et e r van Aihert, dat is, Ajferden, een Dorp in'c Ampt
van tuiïchen Maaze en Waale, genaamd wordt Na dat de Vroedfchap, op 't
einde des jaars 1555, beflooten hadt, de twee Latynfche Schooien, aan de Oude
en aan de iNieuwe-zyde, te vereenigen {k) , werdt Apherdianus, den dertigften
january des volgenden jaars, tot Onder-Rector der vereenigde Schoole aange-
fteld (/). Doch in't jaar 1561, werdt de School wederom in twee gefcheiden,
gelyk te vooren f tn). En in deezen tuiïchentyd, heeft Apherdianus zyne Be-
fchryving van Amfterdam opgefteld: 't welk niet alleen blykt, om dat hy, in
dezelve, flegts van ééne Schoole gewaagd; maar 't wordt ook, ontwyfelbaar ,
beveftigd, doordien zyne Befchryving, reeds in 't jaar 1560, te Antwerpen, ge-
drukt geweeft is n~). Sommigen tekenen aan, dat hy, in der Geuzen beroerte ,
van zynen dienft verlaaten is (e)i \ welk, vermoedelyk, eerft na de verandering
der Regeei inge van 't jaar 1578, gefchied zal zyn, om dat ik vind, dat Bürge-
ineefteren toen twee nieuwe Rectoren der twee Latynfche Schooien hebben aan-
gefteld (p). Wat zyne Befchryving van Amfterdam betreft „ eerft roemt hy,
„ in dezelve, den uitgebreiden Koophandel der ingezetenen, naar Ooften en
„ Weften,en in allerhande waaren,onder welken hy ook de Speceryen telt, die
„ egter toen, niet uit de Indien, maar van Venetië of uit Portugal, herwaards
„ gevoerd werden. Ook fpreekt hy, byzonderlyk, vanden handel in uitheemfch
„ Bier, en telt 'er zes foorten van op, Hamburger, Breemer, Lubekker, En-
„ gelfch, Roftokker en Dantziger. Daarna verheft hy de luftige wandelwegen
„ langs de Stads muuren; van waar men de groene weiden en zeilende kielen
i} befchouwen kon. Dan gaat hy over tot de pragtige Gebouwen, roemende, bo-
j, ven al, de Nieuwe Kerk, by welke zyne School geftigt was. De wysheid en
j, voorzigtigheid der Regeeringe wordt, vervolgens, van hemgepreezen,en ten
5, bewyze daarvan, gedenkt hy aan haare zorg voor de Gemeente, by gelegenheid
„ van de duurte des jaars 1557. Hy vergeet ook niet de Geeftelyken te pryzen.
„ Hy begroot de JÉloofters op twintig: en 't getal was, inderdaad, zo groot,
„ als
(e) P. 61. in Scriverii Batav. illufcrata.              (ƒ) yüc Scriverii Batav. ilfuftr. p- ?6'
Q) In Dedic. ad Johannem Grotenhusium.            (/j) J. F. Foppens Bibl. Belg. Tom. II. p. 951.
(i) Groot-Memor. N. 11. f. 60.              (*) Refol. Vroedfch. N. 1. 31 Decemb. 1555.
(/) Groot-Memor. A". II. ƒ. 60.              (»«) Refol. Vroedfch. N. 1. 10 Decemb. 1561.
(n) In Epigramm. Moralium Libr. II.                  (0) J, F. Foppens Bibl. Belg. Tom. I. v. 20I0
(p) Refol. Vroedfch. N. 4. 13 Juny 1578.
-ocr page 16-
VOORREDE.                       m
" ?enTIi'tpegyn"hof mede' en de Karthuizers- en Reguliereri-Klooftersbui-
" de bt^, met mede rekent. Wyders, gewaagt Iiy van de Gafthuizen, en
" jf jJetrwJeshuis, en roemt, ter deezer gelegenheid, de barmhertigheid
" yetene
                eren' omtrenc allerlei behoeftigen. Hy befchryft de Snge-
" drast SlS fchoon> groot en fterk« Hy roemt hanne vreedzaamheid?eneen-
" Dopl' e-? be{luit met een kort berigt van de Schutters-Doelen, en jaarlvkfchè
van Ai ? .eelten"- Wy hebben den inhoud deezer Latynfche Befchry vinge
'/eirclm^erdam^hier wel willen inladen, om dat zy aan weinigen bekendis. Aan
meded i eZei'V°0rrede' zuIlen wy den taalkundigen Leezer het Gedigt zelf
van Aft" j mind(rr n°gtans» om de fraaiheid derPoëzije, dan om de Oudheden
Q p mlterdam, die 'er m vervat zyn, in gedagteniffe te houden. In de Delitïé
' oetarum Belgicorum
van Janus Grüterus (q), zyn eenige betere Ver-
zen van onzen Apherdianus te leezen.
menige jaareh na't uitkomen van dit Digtftuk, befchreef Kornelis van m.
derlE^R0DJ gantfch BaMvza, waardoor hy niet alleen Holland, maar ook Gel-j£meU*
Dp Tlr\1 Provincie van Utrecht verftondt, ïri twaalf btedzyèen in fotio.iSenuo-
eeni 1 yV,ing Van Amflerdam bellaat hier nog Seene halve bladzyde : en 't <fe-
Ivf i ^Z0!lctere> dat men'er in vindt, is de juilte aanwyzing der waarfchyn-
H Jr? Van het oude Slot der Heeren van Aniftel. Pontanus, die 't
ko 't. van dj5 Werkje van den Notaris, Meefter Jakob Gysbrecbtszoon, be-
- ra^?/lacit> heeft betagter den eerilgemelden ongenoemden Schryver willen
j>, .c llcht geeven. Haemrode hadt dit^Handfchrift^ en nog een ander, de ge-
icmedemfien der Nederlanden ten tyde des Hertogs van Alva betreffende * aan
JaKüb Gysbrechtszoon , by uiterften wil, nagelaateri. Pontanüs meldt metjj
van welk beroep de Schryver geween: zy. Doch daar is nog een Stuk voor han-
den (r), doorhem zei ven, in"'t jaar 1572, opgefteld, waarby blykt , dat hy
toen tXotaris te Amflerdam geweeft is. Sommigen hebben gegiir., dat dit werkje,
oor Haemrode, in zynejeugd, en terwyl hy te Leuven fcudcerde, gefchree-
'en zy Q). Doch naardien hy 'er in gewaagd van 't inneemen van Naarden, en
van ce belegeringen van Haarlem en Leiden, welke laatfte Stad hy zegt „ door
>, God verloft te zyn", komt het my veel waarfchyniyker voor, dat hy 't, na 't
jaar 1778, te Amsterdam heeft opgefteld. Want met P o n t a n u s te giffen, dat
het gene men van Leiden, Haarlem en den moord te Naarden, in zyn Werkje
leelt, byvoegfels Zyn van eene andere hand, of van Haemrode zelven, in ha-
ter tyd, fchynt my luttel gronds te hebben, om dat zulks, gelyk te vermoeden
is, inhet.by uiterften wil gemaakte Handfchrift, zou hebben können befpeurd
worden: 't welk nogtans niemant meldt gefchied te zyn. Haemrode is, volgens
iom«»ger aantekening (*), in 't jaar 1599, te Amfterdara »overleeden.
Maar m 't jaar 1611, kort na dat de zogenaamde derde uitlegging der Stad valt- ïV.
geftelden aangevangen was,gaf Joan Izaak Pontanüs, toenProfeffor der JaJ~
•rüozoofie in de Hooge Schoole te Harderwvk, de eerfte uitvoerige Befchryving Ponta-
van Amfterdam in 't licht. De Schrvver was wel te Elfeneur in de Zond geboo-nus-
ren, doch uit Haarlemfche Ouders (u), en, van zyne vroege jeugd af, te Amfter-
dam opgevoed; gelyk hy zelf, in de Opdragt aan Schout, Burgemeefteren, Sche-
penen en Raaden, te kennen geeft, 't Werk is in drie Boeken verdeeld. In 't
eerfle, vindt men eene algemeene befchry ving van Holland, Batavia en Amftel-
land, en eene fchets van de Opkomft, Vergrootingen en GefchiedenilTen der
Stad, tot op het jaar 1585. Het tweede vervat eene Befchryving der Godshui-
zen, Tugthuizen, Stadhuis, Waag, Doelen en andere openbaare Gebouwen,
Marktplaatfen enz. Hierby komt een uitvoerig verhaal der eerfte reizen naar
Ooftindie, getrokken uit de Reisbefchryvingen, die toen in menigte m 't licht
kwamen. Dit verhaal beilaat meer dan een derde van 't geheele Werk, waarna
dit
(?) Tom. I. p. 165 Ö>'/w.            rr) By Dapper Amft. hl. 327. zVe ook Le Long Reform, van Amft. hl. 543-
y) Vid. PoNTAHi Pvsfatiuncula ff, F. Foppens Bibl. Belg. Tom- I. p. 202.
<f) J. F. Foppens Bibl, Belg. Tom. I. *. 202.
                 O) J- F- Foppens Bibl. Belg. Tom. II. p. 67°-
** 6
-ocr page 17-
VOORREDE.
dit Boek, meteene Befchryving van de Beurs, die toen naauwlyks drie jaaren
geftigt geweeft was, en met eene korte fchets van de leevens en werken eeni-
ger Amfterdamfche Geleerden, beflooten wordt. In het derde Boek, wordt,
de Regeering der Stad befchreeven , genoegzaam eenigiyk uit de Hand-
veften, zo verze toen het licht zagen. Doch van de waardigheden van Schout,
Burgemeefter , Schepenen Raad wordt, in deeze Befchryving, naauwlyks
gerept. Het Boek worckbeflooten met eene Naamlyft van Schouten, Burge-
meefleren, Schepenen, Thelaurieren, Weesmeefteren enz van 't jaar 1413 tot
het jaar 1611.
Men heeft, in deeze Befchryving, die in 't Latyn opgefteld was, en in 't jaar
1614, eenigszins verbeterd, in 't Nederduitfch in't licht kwam, altoos berispt
de menigvuldige breede uitweidingen, die weinig of niet te paffe kwamen, en 't
Boek, zonder noodzaake , deeden uitdyden. Van de geweldigfte deezer uit-
weidingen hebben wy reeds gefproken. In de twee eerfte Boeken, zyn 'er no^
meer, die 'er even weinig voegen Wie zou , bv voorbeeld, in eene befchryving
van Amflerdam, verwagten eene vergelyking tufTchen den afval der Nederlan-
den van Spanje, onder Prinfe Willem den I., en den opftand der Batavieren on-
der Claudius Civilis? Wie zou hier eene verhandeling van de Pefl zoeken? of
van den oorfprong van 't Kloofterleeven ? Zeker, zo zulke en diergelyke din-
gen tot de befchryving eener byzondere Stad behooren; dan kan men in eene
Stad als Amflerdam, de geheele weereld befchryven, om dat deeze Stad of'c
gene 'er in gevonden wordt, eenige betrekking tot het overig gedeelte der wee-
reld heeft. Pontanus is egter, eenigszirs, te verfchoonen. Hy wilde een
boek maaken van Amflerdam. Maar hy hadt genoegzaam geene voorgangers. Hy
woonde niet in de Stad. Hy kon, derhalve, geenen toegang hebben tot de Stads
Regiflers. Was 't wonder, dat hy, van veele gewigtige zaaken, weinig of niet
fprak, en zyn boek vulde met uitweidingen, die overal, zo wel als in eene Be-
fchryving van Amflerdam, zouden gevoegd hebben?
v. En nogtans was dit werk fchier het eenige, dat, in den tyd van eene halve eeuw
Korneüs aangaande Amflerdam, in 't licht kwam. Het Gedigt van Doclor Kornelis
bertsz. Gysbertsz. Plemp, Amßerodamum Monogrammon genaamd, fchoon 'er de
Plemp, opkomft en oude gedaante der Stad keurlyk in verhandeld werdt, befloe°- maar
ruim dertig bladzyden//* Quar:o9 en was geenszins gefchikt, om voor eene eV
genlyke befchryving van Amflerdam door te gaan. .Het werdt, in 't jaar 1616,
in 't licht gegeven. En 't is aanmerkelyk, dat de Digter, in 't Werkje of in 't
Voorberigt, zo weinig gewag van Pontanus Befchryving maakt, als of hy 'er
niets van geweeten hadt. Plemp was nogtans een gebooren Amilerdammer. Hy
heeft 'er 't grootfle deel van zyn leeven geileeten, en woonde 'er niet verre van
de Lange-brugge, gelyk hy zelf, in deeze woorden, te kennen geeft:
—— Nunc alius longi quoque nomina pontis
Serval, abeflque med non procul ille domo (v).
Hy hadt Pieter van Jf erden, van wien wy, hiervoor, gewaagd hebben, tot zynen
Leermeefter gehad, na dat deeze van zynen dienfl inde Latynfche Schooien verlaa-
ten geworden was. Wanthy was in denRoomfchen Godsdienfl opgevoed, dien hy
ook, tot zynen dood toe, die in 't jaar 163 8 voorviel f», bleef aankleeven. 't Schynt,
dat hy voorgehad heeft, meer van Amflerdam te fchryven. Doch my is niet be-
kend , dat hy zyn voorneemen voltrokken heeft. Twee anderen hebben nog, na
Pontanus, de hand gelegd aan 't befchryven van Amflerdam, zonder dat zy
't werk ten einde gebragt hebben (V).
Men
(V) Amfterod. Monogramm, p. 23.             (w) J. F. Foppens Bibl. Belg. Tom. I. p. 201.
(x) Zie Domselaars Voorbericht.
-ocr page 18-
VOORRED E:              vu,
Men behielp zig dan met Pont anus Befchryving, totdat, in 't jaar 1657 ,be- De iaat-
"ooten werd; tot de zogenaamde vierde of laatfte Vergroqtinge der Stad, van wel-^J^"
*e reeds, in 't volgende jaar, een aanvang gemaakt werdt. De jongft voorgaan- L stad
ae Vergrooting hadt Pontanüs aanleiding gegeven tot het onderneemen zyner seeft.
Befchryvinge: doch deeze hielp verfcheide pennen aan't werk. Niet minder dan Sftot
vytinwooners van Amfterdam, Melchior Fokkens, Olfert Dapper, eenige
iZAAK COMMELYN, TOBIAS VAN DOMSELAAR, enFlLlPS VAN ZfcS
sfF;N' arbeidden, genoegzaam op eenen tyd, aan het befchryven der Stad. Men vingen
, een Amfterdam, ter gelegenheid der nieuwe uitlegginge, te willen overlaa-
°eni met Befchryvingen, tot boertige» toeQi), gelyk het, ter zelfder gelegen-
heid, van alle kanten, met Grondtekeningen en Afbeeldingen der Stad, over-
laden werdt. Kik bevlytigde zig om eerft gereed te zyn , en de nieuwsgie-
righeid en het verlangen zyner medeburgeren fpoedig te voldoen: 't welk hun
Biet veel gelegenheid liet ^ om hunnen arbeid te befchaaven naar behooren.
. Melchior Fokkens, een Groninger van geboorte, kwam. eerft voor den MeY_L
£ag, in 't jaar 1662, met eene Befchry ving der Stad van ruim drie honderd chior
bladzyden in twaalve: waarin hy eerft haare opkomft en een gedeelte haarerFokken*.
GefchiedenüTen verhaalt; daarna tot eene breeder befchry ving der Gebouwen,
fliet het minfte gedeelte van 't Werkje , overgaat, en eindelyk , met eene
korte fchets van de gefteldheid der Regeeringe, befluit.
Hem volgde Doólor Olfert Dapper, die, in't jaar 1664, zyne Hiflori- vii.
[che Bejcbryving der Stad Amfierdam, in een bekwaam ftuk in folio, in 't licht §^"r>
gaf. 't Werk is in vyf Boeken verdeeld. In 't eerfie, wordt Oud-Holland; en
Oud-Amftelland, met de Ambagtsheerlykheden in het zelve, befchreeven. Hec
tweede handelt van de Gelegenheid, Vergrootingen en GefchiedenüTen der Stad,
tot op de overdragt der Landen aan Filips den IL., Koning van Spanje. Het derde
vervolgt de gefchiedeniiten, tot op het jaar 1652, en is, doorgaans, uit de fchrif-
len van Hooft en Aitzema, famengeftekL In het vierde, worden de oude
en nieuwe Gebouwen, en het Stadhuis zeer uitvoeriglyk befchreeven. Het vyf-
<de
en laatfte handelt van de Regeeringe, Schutteryen,' Poorters, Soldaaten en
geleerde en vermaarde Mannen. Op 't einde * vindt men eene korte Befchry-
ving der Eilanden Urk en Emmeloord. 't Werk van Dapper overtrof, buiten
tegenfpraak, al wat, tot hiertoe, wegens Amfterdam, het licht gezien hadt. Doch
Domselaar merkt Q) aan, dat eenige zaaleen, door Dapper., breed genoeg
verhandeld; anderen, door grooten haaft , te kort overgeloopen waren. Hy
heeft, daarenboven, het ongeluk gehad, dat hem geen toegang tot de Stads Regis-
ters
gegund geweeft is. Alleenlyk, hadt men hem, uit de boekery van den Oud-
Burgemeefter KoR NeL1 s Wits en, van eenige aloude gedenktekenen enfehrif-
ten
voorzien. Doch hy klaagt, dat eenige voornaame perfoonen hier ter Ste-
de , die een fchat van gewichtiger zaken en eenige gedenkwaardiger Stads aeloud-
beden
bezaten, zig ongeneigd getoond hadden, omze hem, ten gemeenen nut-
te, mede te deelen (z).
Izaak Commelyn, Regent van 't Nieuwe-zyds-Huiszitten-Huis (a), ^jjjjjj*1,
Schryver en Uitgeever van eenige andere Werken (£), hadt, ondertufTchen , ^0^mc-_
insgelyks, aan eene uitvoerige Befchry ving van Amfterdam gearbeid. Ook ftelde iyn.
hy 'er een kort Begrip van op, welk, naderhand, agter de Reizen door Frank-
ryk,
in 't licht gegeven is. Doch 't gene van de uitvoerige Bcfchryvmg in orde k.
gebragt was, heeft Tobias vanDomselaar, Amfterdarnmer, en Schry- ;°nbias
ver van het Ontroerde Nederland door de Wapenen des Konings van trankryk (c), Domfe-
ingevlyd in zyne Befchry ving der Stad, die, in 't jaar \66%, in een dik Stuk mlaar-
quar-
(y) In zyn Voorbericht.        (2) Zie zyne Opdracht.         («)' Zfe Commelin bl. 542.
(6) Zie Commelin bl. 866.            (e) Zie Commelin bl. 8ó6.
„ ^) Zodanige was La Defiription de la Vilte d"Amfterdam en ven burlcsfutt, die, in 't jaar i<566,
ln t licht kwam.
-ocr page 19-
vin.            VOORREDE.
quarto, het licht zag, en met grooten haaft famengefteld en gedrukt was : 't
welk, onder anderen, af te neemen is, uit het, tot driemaal toe, herhaald be-
gin der bladzyden van 't Werk, die eerfl van i tot 282; dan van 1 tot 312 ,
en einJelykvan 1 tot 446 loopen: waaruit blykt, dat, tot dit Boek, ten min-
ften drie Drukperfen, op eenen tyd, gebruikt zyn. De inhoud en verdeeling
van 't Werk toont ook, dat men 'er zeer mede gehaafl heeft. Hetbefïaat uit
zes Boeken. Het eerfievevvzt. eene Befchryving van oud Amflelland, door A r-
nol dus Mo NT anus, reeds te vooren, opgefteld, en in 't licht gegeven.
In het tweede, vindt men de Hiftorie der Heeren van Amftel tot op het jaar 1323,
door Tobias van Domselaar, opgefteld, en ook reeds te vooren ge-
drukt. In het derde, wordt gehandeld van de Gelegenheid, Opkbmft en ver-
fcheide Vergrootingen der Stad, tot op het jaar 166$. Het is, in drie afdeelin-
lingen, onderfcheiden. De eerfte, die de Stad tot op het jaar 1482 vertoont, is
s door Domselaar famengefteld; de tweede, die haare gedaante en vergroo-
ting, tot op 't jaar 1585, aanwyft, door Iz aak Commelyn; en de derde ,
waarin de Befchryving der Vergrootingen, tot op 't jaar 166 $, vervolgd wordt,
wederom door Domselaar. In het vierde Boek, vindt men eene Befchry-
ving van de oude en nieuwe Gebouwen der Stad, door Iz aak Comme-
lyn. Het vyfde behelft eene Befchryving der Ilegeeringe, die byna geheel-
ïyk uic Dapper ontleend is, hebbende Domselaar daar alleenlyk eenige
Keurenen eenige geleerde Mannen bygevoegd. En in het zesde en laatfte ,
wordt de Hiftorie, die in het tweede Boek afgebroken was, door Domse-
laar tot op het jaar 166$, grootendeels woordelyk uit Dapper en voorts
meeftuit Ai t ze ma, vervolgd. Izaak Commelyn hadt, tot de Befchry-
ving der oude Gebouwen,eenig gebruik gemaakt van Kloofeer- en andere Schrif-
ten, die by de Godshuizen, en voornaamlyk, naar 't fchynt, in 't Nieuwe-zyds-
Huiszitten Huis, waarvan hy Regent was, bewaard werden. Doch 't blykt ner-
gens, dat hy of Domselaar toegang tot de Stads Regifters gehad heb-
ben.
x> Ruim een jaar voor dat deeze uitvoerige Befchryving het licht zag, hadt Fi-
Füips' LiPs van Zesen, Ridderen Raadsheer van zyne Hoogheid, den Prinfe van
van Ze- Inhalt (d), en Saxer van geboorte (e), eene Hoogduitfche Befchryving der
fen' Stad uitgegeven, die omtrent vierhonderd bladzyden in quarto beflaat (2). Zy
was, volgens des Schry vers eigen getuigenis (ƒ), in den tyd van vier maanden,
terwyl zy gedrukt werdt, opgefteld, en werdt, hier ter Stede, uitgegeven by
Joachim Nofchen, op de Haarlemmerftraat, in denlïoogduitfchenBybeL 't Werk
is in ^/"Boeken verdeeld, In de twee eerfien, wordt de Hiftorie der Stad,
van haare opkomft af, gebragt tot op den tyd der jongft voorgaande vergroo-
tinge. In het derde, vierde en vyfde, doorwandelt de Schry ver de gantfche
Stad, en befchryffalle de weereldtyke en geeftelyke Gebouwen, in die orde,
alsze hem voorkomen. Het vyfde Boek wordt beflooten met eene Befchry-
ving der Regeeringe en eene Lyft der vermaarde Mannen. De Schry ver, die
der Augsburgfche belydenilTe toegedaan was, is naauwkeurigfl, in 't gene den
Lutherfchen, hier ter Stede, betrof. Ook was hem het uiterlyke van de Stad
ten zynen tyde zeer wel bekend. Hy getuigt, in de Voorrede, dat hy, reeds
twee en twintig jaaren, in Amfterdam, gewoond hadt, en aldaar, in 't jaar
1662, met het Burgerfchap vereerd geworden was. Men vindt nogtans niet
veel gewigtigs in deeze Befchryving , 't welk ook niet elders te leezen is.
Doch zy vervat, daarentegen, wederom verfcheide kleine byzonderheden, die
men, te vergeefs, by anderen zoeken zou.
De
I 00 ZieB. HuYDECorER Proeve van Taal- en Dichtkunde, hl. 379.
(e) Vid. Witte Diar. Biograph. Tom. II. ad 13 Novemb. 1689. p. 171.
(ƒ) P. 398. en Narede.
O) Op den Titel, ftaat het jaar 1664; doch de Öpdragtis, den eerften Augnftus des jaai's 1663,
getekend.
-ocr page 20-
VOORREDE.
IX.
^ De Befchryving van Amflerdam, door Tobias vanDomselaar uitgege- xi.
ven, na verloop van eenige jaaren, zynde uitverkogt, werdt Casparus CoV- £gJJ££
Melin, Zoon van bovengemelden Izaak Commelyn, aangezogt, om iin°T
daarvan eene nieuwe, verbeterde en vermeerderde uitgave te bezorgen. Cas-
parus Commelin hadt, Regent van 't Oude-zyds-Huiszitten-Huiszynde,ee-
nige oude Brieven en Schriften, die aldaar bewaard werden , in handen gekree«
flf11" uk Waren hem eenige ftukken, den huize van Amftel betreffende, van
~5 t toegezonden. Hy liet zig dan overhaalen tot het werk, en gaf, in't jaar
vn\Keene Mchryving van Amflerdam in 't licht,in twee (tukken in folio. Men
Epfï er de uitgave van Doms el aar, in de zelfde orde. Het eer/te Boek, de
eicnryvmg van Amftelland van Montanus behelzende, is gebleeven zo als
cwas. In het tweede, vervattende de Hiftorie der Heeren van Amftel tot op
net jaar 1323, zyn geplaatft eenige Brieven, de Heeren van Yffelftein en Myn-
«en , voornaamlyk , betreffende. Het derde Boek, waarin de Opkomft en Ver-
grootingen der Stadbefchreeven worden, is opgehelderd, door eenige Schepenen-
oneven j de oude gefteldheid der Stad raakende. En dit mag men wel voor het
nuttigde gedeelte van Commelins arbeid rekenen. Voorts, vindt men, in
deeze twee Boeken, een goed getal van Hiftorifche byvoegfels, uitlaatereSchry-
yers, gelyk MattheusFoffius; Schotanus, Sligtenborfl , zelfs uitheemfchen , als
Mezeray, en anderen; behalve dat ook, in het derde, aangetekend wordt, welke
voornaame veranderingen de Stad , in den tyd van omtrent twintig jaaren, on-
dergaan hadt. In het vierde Boek, de Gebouwen betreffende, vindt men de
nieeftebyvoegfels en veranderingen. Ook worden, in het zelve, eenige weinige
Schepenen- en andere Brieven aangehaald. In het vyfde Boek, de Regeering aan-
gaande , zyn de by voegfels zeer weinig, en van klein gewigt. Comme lin
haalt hier, daar 't zo noodig was, byna geene oude itukken aan. Voorts, heeft
hy de Lyft der vermaarde Mannen, in Domselaars uitgave te vinden, met
eenige Perfoonen vermeerderd. Maar in 't zesde Boek, waar de Hiftorie der Stad,
van 't jaar 1323 af, tot op het jaar 1664 vervolgd wordt, zyn veele byvoegfels;
«och,tenopzigte der oudfte tyden,zeer zeldzaam uit tydgenooten ontleend. On-
der de weinige oude Brieven , die in deeze byvoegfels voorkomen, zyn 'er
twee van aanbelang, eene Ordonnantie op eene uitrufting ter Zee, door Amfler-
dam en de Waterlieden, van den vyftienden April des jaars 1475 (g), die niemant
voor CoMMELiN in't licht gegeven hadt, en die, fchoon hy zulks niet meldt,
uit de Stads Regifiers (h~) ontleend is ; en de Huwelyksvoorwaarde van Jan,
Hertog van Touraine, en Jakoba van Beieren van den zesden Auguftus des jaars
1415 (*)• Doch deeze betrof het Land in 't gemeen; niet Amfterdam in 't byzon-
der. De Schryver gafze uit, om dat hy die nog nergens, hy eenige Schryvers, ge-
zien
hadt. Hy zouze egter, in 't III. Deel van 't Groot-Plakaatboek (£), welk reeds
in 't jaar 1683 uitgekomen was, hebben können zien: en zelfs in de Chronyk van
ZArfjdoorMARKüsZuERius van Boxhorn uitgegeven (/), die, reeds in
't jaar 1644, het licht gezien hadt. Wyders, heeft hy de Hiftorie vervolgd, daar
Doms e laar dezelve gelaaten hadt, tot op het jaar 1692.
Zie daar,kortelyk, watCommelin heeft,bovenDomsel'aar.'tVoornaam-
fte zyn eenige Schepenen-brieven, meeft, naar 't fchynt, bekomen uit het Oude-
zyds-Huiszitten-huis, van welk hy, veele jaaren, Regent geweeft was (m> Immers,
ik vind niet, dat hy eenige Schepenen-brieven aantrekt, met aanwyzing van de
plaats, daar zy beruften , dan zulken, die hy , in 'c Oude-zyds-Huiszitten-
Huis, gezien hadt (ra). Ook klaagt hy, in zyne Voorrede (0), dat de Regenten van
't Burger-Weeshuis hem toegang tot hunne oude Brieven geweigerd hadden, 't
Is waar, dat hy, tér zelfderplaatfe, zegt „ dat hy alles, wat hem noch van Out-
beden uyt eenige Godshuifen middelerwyle was ter hand gekomen, en ook 'ter Se-
„ cretarye te vinden was, opgeflelt hadt." Doch 't geneny, uit andere Gods-
hui-
(g) Bladz. 915, 916.                   (h) Groot-Memoriaal, AT. I. ƒ• 33-                  (0 Bl^z. 901,
Cfe) Bladz. 6.                            (/) u Dcel bL 182.               O) ^ie Commevw, U. 539-
C'0 Zie COMMEUN.É/. i7o, i?6, 191,198',437'II<56'                               ^ Blad3' * 2'
^ * #
-ocr page 21-
x>                VOORREDE.
huizen, bekomen hadt, moet zeer weinig geweeft zyn , om dat hy 'er zo wei.
nig gebruik van gemaakt heeft.
Maar niets heeft ons meer verwonderd, dan dat hy hier ook zegt, opgefteld
te hebben alles, 't gene ter Secretarie te vinden was. Zo 'er, voorwaar! ter Se.
cretarye, niets meer te vinden ware, dan hy 'er toont gevonden te hebben, zou-
den braave mannen, vergeefs, zo veel moeite hebben aangewend, om toegang
ter Secretarye te bekomen, Ik heb byzonderlyk myn werk gemaakt, om naar
te "-aan, welke Stads fchiïften Commelin aanhaalt, en hoe dikwils; en ik ben
vo&omenlyk overtuigd geworden, dat hy nimmer eigenlyken toegang tot de Stads
fchriften, die, of ter Secretarye, of elders, bewaard worden, gehad heeft. Ik
vind niet, dat hy ergens de Refolutieboeken der Vroedjchap aanhaalt, een' der
voornaamfte Regifters ter Secretarye, en daar zo veel in te vinden is, tot ophel-
dering van den Staat, Gefchiedeniilen en Regeeringe der Stad: de eenige aanhaa-
ling (ƒ>) van het Refolutieboek Lr. O. ƒ. 59. uitgenomen. Doch deeze aanhaaling
is nog verkeerd, en moeft zyn Refolutieboek F.f. 42 verfo, ten duidelyken be-
wyze, dat hy 't Regifler zelf niet ingezien ; maar 't ftuk, welk hy aanhaalt,
vermoedelyk uit het Ver-volg op de naaftlaatfte Uitgave devHandveflen (q), of van
elders, overgenomen heeft. In de laatfte Uitgave der Handvejlen, vindt men
't op BI. 124. Ik heb, wyders, niet gevonden, dat hy, meer dan eens (r),
een ftuk aanhaalt, uit de menigvuldige Stukken , die in de Oude Kerke be-
waard worden; onder welken 'er nog veelen zyn, die nimmer in 't licht zyn
gegeven. Wat is 'er waarfchynlyker , dan dat hy geen' toegang tot de oor-
fprongkelyken gehad, noch 'er immer affchriften van gezien heeft? Hy fpreekt,
't is waar, Cf) van Stads Boeken ,(t) van oude Stads Regifters, (u) van een oud
Stads Regifter.
Doch deeze wyze van aanhaalen toont genoegzaam , dat hy
die Boeken en Regifters zelf niet ingezien heeft; anders moeft hy byzonder«
]yk hebben aangeweezen, van welk Boek, van welk Regifter hy fpreeken wil.
Zo haalt hy ook, op eene enkele plaats (v), een Sententie-boek aan; doch al«
zo hy dit Boek niet numereert, gelyk, tot onderfcheiding, behoorde gefchied
te zyn, blykt wel, dat hy, 't gene hy 'er uit ontleent, niet uit de eerfte
hand heeft.
Een enkel ftuk van een Stads Regifler fchynt hy egter te hebben ingezien, te
weeten het eerfle Groot-Memoriaal; alzo hy dit, tot zeven maaien toe, aanhaalt
(w). Doch onder deeze zeven aanhaalingen, van welken 'er twee op bl. 857
gevonden worden, zyn 'er twee van eene en dezelfde plaats, die bl. 174, wordt
aangeweezen, als ftondtze in 't eerfle Groot-Memoriaal op f. 52 verfo en 53; en
bl. 857 op ƒ. 31 geplaatft wordt, welk laatfte alleen goed is. Op bl. 924 wordt,
uit het zelfde'Groot-Bdemoriaalf. 206, verhaald, dat de Slotvoogdy van Gouda,
in't jaar 1491, aan Jacob van Kralingen Florïs Zoon opgedraagen werdt. Doch
't ftuk, waartoe men ons wyft, zegt, dat Romert Jacobs, in de plaats van Jacob
van Cralingen Florysfoen,
tot Slotvoogd van Gouda werdt aangefteld. Uit het een
en 't ander blykt dan, dat Commelin, zo hy dit eerfte Groot-Memoriaahlheeft
gezien, niet alleen van het zelve zeer weinig gebruik gemaakt; maar het ook niet,
met de vereifchte aandagt, gelezen heeft.
Meer aanwyzingen van Stads Schriften zyn my, in 't gantfche Werk van Com-
melin, niet voorgekomen: ten ware men ook tot de Stads fchriften betrekken
wilde eenige Ordonnantien en Sententien van den Burger-Krygsraad, op bl. 809,
810, 814', 8*5, 816, 817, 818 en 819 te vinden,van welken hy, afsProvooft
van 't geele Regement, gelyk bl. 8;ó~, 817 blykt, goede kennis hebben kon.
En nu oordeele de Leezer zelf, in wat zin, hy hebbe können zeggen , dat hy
alles opge/teld hadt, wat ter Secretarye te vinden zvas.
Menbe- Myn voomeemen is geenszins, deeze Voorrede te vullen met eene verdere
merkt de aanwyzing der misflagen en onnaauwkeurigheden , in Commelins uitgave te
&**•
                                                                                                                         vin-
(p) Bladz. 858.                  (?) Bladz. 903.               (r) Te weeten, hl. u66.             0) Bladz. 191.
(t) Bladz. 207.          (u) Bladz. 190.          (v) Bladz. 939-         (w) Bladz. 174, 857, 91A, 917,919,924-
-ocr page 22-
V O O R ß- Ë D ■ Ë.                xi.
vinden, 't Zy my genoeg, aan te merken, dat men, by't uitgeeven van den ïykheid
tweeden druk derzelve, die in 't jaar 1726 het licht zag, reeds befpeurd hadt,^°sm"
dat daerin twyffelachtigheden en feylen gevonden werden; en dat men veelvo/ßage-uitgave
ver en netter werk kon vervaerdigen.
Ook zagen de uitgeevers toen reeds om, f"Ber
mer middelen, zvaer door
Commelins uitgave verbetert, vervult en vervolgt ^^
mocht worden
(# \
                                                                                                Amiier-
V*n 't jaar 1694, af, tot omtrent het jaar 1726 toe, hack niemant aan eéneuit- ™ï
voenge Eefchryving de hand willen üaan. Doch toen ondernam de Heer Pi e- ELg
TER Vlaming, door zyne Poëzye en uitgave van Spiegels Rertjphgel, arbeidt
vermaard, deezen moeilyken arbeid. Men hadt hem, ongevraegd, vee/e zeerder?*
gewichtige en voorhenen nooit gedrukte Gedenkftukken
aangebooden , tot welker Befchry-
vekooming hem, fchryft hy , mogelyk meerder gelegenheidt dan anderen gebeurt vins-
Was. Be kunfilievende Heer Christoffel ß e u d e k e r en veele andere Lie-
den van rang en geboorte
hadden hem hunne hulp toegezeid. De ryke Verza-
meling
van den onvermoeide»
Gerard Schoem aker -ftondt voor hem open.
•En 't gene hem bovenal aanmoedigde tot dit Werk, de Ed. Gr. Achtb. Heeren
Burgermeefteren deezer Stede gaven
hem, op zyn verzoek, eene Burgervaderlyke toe-
zegging van behoorleken toegang tot zodanige zaeken en papieren, als tot
zyn voor-
neemen dien/tig mogten zyn
(j> Men viel, hierop, vlytiglyk aan den ar-
heid. Men verzamelde , vooreerft, al wat men bekomen kon, de Ker-
ken, Kloofters en Godsdienftige Geftigten betreffende. Ook werden 'er ee-
nige • Konftplaaten vervaardigd. Men maakte zelfs, na verloop van ee- ,
nige jaaren, eenen aanvang met drukken: en zyn 'er, toen reeds , zes bladen
van 't werk afgedrukt geweeft, het grootfle gedeelte van de befehryvinge der
Oude Kerke behelzende. Doen de dood van den Heere Vlaming, en eenige j wert
andere beletfels zyn oorzaak geweeft, dat een arbeid, die met zo veel luftfteye[.en>
begonnen was, plotfelyk is blyven fteeken, zonder dat iemant, in eenige jaa-
ren, genegenheid getoond heeft, om 't begonnen Werk met yver voort te zetten.
Alleenlyk, hadt Is aak le Long, van wien de Drukkers der onderhanden mak ie
zynde Befehryvinge zig zogten te bedienen, tot de uitvoeringe van een gedeelte Long
van 't Werk, 't welk egter niet gelukt was; in 't jaar 1729, een ftuk in folio in't licht fSeffls-
gegeven, onder den titel van Hiflorijche Befehryvinge van de Reformatie der Stadt tone de*
Amfterdam: een Boek, waarin veel gebruik van Commelins Befehryvinge ge-^°l'
maakt is; en dat, van de eerfte beginfelen der Reformatie hier ter Stede omtrent van Am-
het jaar 1525, byna niets inhoudt, en van de Reformatie, in de jaaren 1566 en?ner,Jaln
.1578, veel minder, dan men by Brandt en anderen leezen kan: zo dat hetuAt
zeer kwalyk aan zynen titel voldoet.
't Werk der Befehryvinge van Amfterdam zou, veelligt, tot hiertoe, door nie- Aäniei-
**         o                                                           .         .                             1                       ^7- dmff tot
mant, voortgezet geweeft zyn, zo ik, voor eenige jaaren, na dat myne VA-hetsOD.
DERLANDscHE Historie reeds afgefchreeven was, geene aanleiding gekree- dernee-.
gen had, om te hoopen, dat het Burgemeefteren niet onaangenaam zyn zou, dat ™^nder
ik dit werk ter hand nam. Ik had, reeds voor omtrent twintig jaaren, deBefchry- woordi-
vingen van Amfterdam gelezen, en daaruit aangetekend, wat my dienftigfcheen, |eh^^
om de Stad wel te kennen. Het famenftellen der Vaderlandfche Hiftorie hadt my ge.
gelegenheid gegeven, om veel te zien van Amfterdam, 't welk niet bekwaamlyk
in eene algemeene Hïftorie kon worden ingevlyd, en nogtans der géheugeniffe wel
waardig was. Ik fcheen dan niet t'eenemaal ongefchikt tot dit werk. Nogtans te
zeer, om het met hoop van eenen gelukkigen uitflag te durven onderneemen , in-
dien die hoop niet opgewekt ware,door haare Edele Groot-Agtbaarhedenzelven,
die,my, op myn nedrig verzoek,toegang verleend hebbende tot deiiegnters dei-
Stad, ter Secretarye en elders beruftende, ook tot de Godshuizen, en waar ik het
verder dienftig zou oordeelen; my, naderhand, by fchnftelyke Acte, den eer.
naam van Hifiorie-Schryver deezer Stad toeftonden,en zeirs verlof gaven, om de
ge-'
(
S) P. Vlam-ings Vososbsrigt als boven, ^_ . _,
fyl ^P ^
van Co&a&iiÄ
3
-ocr page 23-
VOO R Ë. E D E,
XII.
gemelde Regifters, onder behoorlyke verzekering, voor eenigen tyd, tot myn ge-
bruik ten mynen huize te mogen hebben: eene gunft, voorwaar!zo groot, datik-
ze altoos, met de opregtfte en gevoeligfle dankbaarheid, erkennen zal.
Én tot! Op deeze wyze aangemoedigd, befloot ik,een goed gedeelte van mynen tyd te
het uit- befteeden aan het befchry ven van myne Geboorte-Stad, A M S T £ R D A M. Ik
laiTden maakte, terftond, gebruik van de vryheid, my door Burgemeefteren vergund^ viel
aanvang vlytiglyk aan 't leezen en doorbladeren der gewigtigfte Stads Regifters, en verza-
derzeive. m'j^ daaruit _aues, wat my eenigsziiis fcheen te paffen, in eene uitvoerige en
naauwkeurige Befchryvinge der Stad. Ik vergeleek het mét het gene ik, reeds van
elders, voor veele jaaren, verzameld hadt: bragt myne aantekeningen in orde, en
befloot, eindelyk, om aan het verlangen van veelen te voldoen, het eerfie Stuk
van 't Werk ter drukperfe over te geeven, met oogmerk om de overigen, op hec
eerfte, te laaten volgen, met zo veel fpoed, als met de vereifchte naauwkeurig-
heid en gepaftbeid in de uitvoeringe beftaanbaar is.
Zy zal . Geenszins, heb ik voor, het werk deezer Befchryvinge tot eene geweldige groots
met met te te ^QQn ujtjyjen> Ware dit myn oogmerk, 't zou my zeer gemakkelyk vallen.
stukken Ik had het werk maar te vullen met oude Stigtingen van Kloofteren, Vicaryen,
deTw*" Altaaren enz. die ik in groote menigte in handen heb; doch van wrelken weinigen
den. ' het regte gebruik weeten te maaken, en die de meeften naauwlyksleezens waardig
rekenen zouden. Myn toeleg is, deeze Befchry ving niet zo groot, maar zo nut-
tig te maaken als my mogelyk is, eerft voor de ingezetenen deezer Stad, en daarna
voor alle myne Landsluiden, die hier ook veel ontmoeten zullen.,'t gene anderen
Steden,en 't Land in 'c gemeen, zo wel als Amfterdam in 'tbyzonder,aangaat.Ik
Doch zal dan de Befchryving niet overlaaden met egte Stukken; maar, uit de menigte,
vln^r die ik reeds heb, en dagelyks bekomen kan, alleenlyk zulken uitkippen, die de ge-
nuttig- wigtigften en nuttigften, en voorheen nooit, ofte gebrekkelyk uitgegeven ge weeft
^ot kit zyn" Zy zuü^n» doorgaans, "ageer ieder Boek, waarin zy eerft worden aangehaald,
toe on- geplaatft worden. Van de overigen, die ik niet dienftig agt geheel in 't licht te gee-
gediuk- ven> zai ik5 dikwils, de eigen woorden aanhaalên, zo ver zy te pafte komen; 't
zienzyn. welk den Leezer, doorgaans, aan de hand geeven zal al het gebruik, welk'er, tot
opheldering der Befchryvinge van Amfterdam, van te maaken is.
De mees- De meefte ongedrukte egte Stukken, uit welken een groot gedeelte myner Be-
slukïen''fchryvinge opgemaakt wordt, heb ik gevonden, ten deele in eene ryke verzame-
zyn'ont- ling derzelven, door den Heere Vlaming en anderen, byeengebragejtendee*
leend, je en yoornaamlyk, in de Stads Regifters.
uit de De verzameling van den Heere Vlaming en anderen is, door koop, in bezit
meling gekomen van den Boekhandelaar Tir ion, door wienze my ter hand gefteld is.
derzei- In dezelve, munten uit de Affchriften van alle de oorfprongkelyke Stads Stukken,
[nend'edie die, in de Oude Kerke, bewaard worden, en verfcheide eeuwen bewaard
geweeftzyn; onder welke ftukken, nog veelen gevonden worden, die nimmer
gedrukt zyn geweeft, en van welken wy 'er eenigen in 't licht geeven zullen. De
Oude
Kerke
woi-dtï gedrukten vindt men, byna allen, in de Handvefien deezer Stad, met naame in
en de laatfte uitgave, die, door den beroemden Heere Hermanus Noordkerk,
den luider der Regtsgeleerden van ons Vaderland, bezorgd is. Wy wyzendanden
Leezer, wanneer wy gedrukte Stukken uit de Oude Kerke aannaaien, alleenlyk tot
de Handveflen; in onze aanhaalingen van welken, op dat wy dit hier,in 't voor-
bygaan, melden, men doorgaans twee biadzyden zal aangeweezen vinden, waar-
van de eerde die der uitgave van den Heere Noordkerk, de tweede,dietus-
ichen [ ] haakjes ftaat,die der uitgave van den jaare 1662 met de Vervolgen aan-
duidt. Maar wanneer wy ongedrukte Stukken uit de Oude Kerke aannaaien,
noemen wy, nevens den naam van Oude Kerke ,de byzondere Laaden, iri welken
deeze Stukken bewaard worden. Men moet, naamlyk, om dit te beter te ver-
ftaan, weeten, dat, in den Weder muur van hetZuider kruispand der Oude Ker-
ke» oudtyds het Handboogsfchutters-Choor, en nu de gewoonlyke Catechizeer-
plaats, omtrent vyftien voeten uit den grond, eenyzeren deuris;en agterdezel-
ve een eekenhouten, die een Vertrekje van omtrent tien voeten in 't vierkant af-
fluit.
-ocr page 24-
VOORREDE             xin;
i
'ten h Ia dit VercrekJe> ftaät een zwaare eekénhouten kas van omtrent agt voe-
envew™" vooren en van ter zyde,weldigt met yzer beflaagen. Zy heeft vyf-
dee T§^,dieietier een en eennalvevoet Ian§ en twee duim diep zyn. En
te Zed(;n> die allen genommerd zyn, befluiten de oude en laatere Handves-
k enlegien der Stad, en veele andere egte Stukken, de oudften van wel-
Vertrek ^ Wel bewaard zyn, en n0S Saave ze§els hebben- Men noemde dit
lvkmv i ofdeezeKas, vanouds, bei Secreet, dat is, de geheime Plaats; ge-
goedv g, eeken is> uit eene Refaktie van den jaare 1588; toen deVroedfchap
vonüt 5j eenjge Privilegien, door den Koning van Deenemarke aan de Stad
hier h d,teli§ten uit bet Secreetin äe Oude Kerke (s)." Onder de Stukken, die
^in d Iaard worden5 zyn vooral opmerkelyk de Privilegien, die de Stad, in't be-
zvd •Beroerten onder Alva en Requefens, verkreeg, om dat zy de Spaanfche
ülnQ- Z0 Setrouweiyk aankleefde; doch die zy, naderhand, by de Satisfaclie van
hehhaare l^^3 wederom afftondt. Zy zyn nog nimmer gedrukt geweeft: enwy
tvH 6-n v,00r' omze den Leezer, als Bylaagen tot de Hiitorie der Stad van dien •
D *S A vervol§> mede te deelen.
-e 1^ ReSifters,die ter Secretarye en elders op't Stadhuis beruften, zyn zeer Uit de
menigvuldig en uitgebreid. De vöornaamften zyn de Privilegie boeken, de Refolu- StadsRe-
weekender Vroedfchap, èt Keurboeken, de Groote Memoriaalen, het MünimenU*S?^-
gijter7 de Mifliven-boeken, de Confeffie- en Sententie-boeken, de Krygsraads-boe- me uit
en enz. En onder dcezen, zyn van het meefte gebruik, tot eene behoorlyke Be-
cnryvmge der Stad , de Resolutieboeken der. Vroedschap, de
■^eurboeken en de Groote Memoriaalen.
„ r,1. . Resolutieboeken der Vroedschap, vindt men veel, de ge-de Refo-
ïïeldheid der Stad s en haare verfcheiden' Vergrootingen, en de Stads Werken en J£ien
bebouwen betreffende. Ook is, uit dezelven, het meefte licht te fcheppen, aan- vroed-
gaande de Stads gefehiedeniffen, door alle tyden, zo ver dit Regifter gaat: want fchaP>
net vangt eerft met het jaar 1536 aan,'t zy dat 'er, in vroeger tyd, geen Regifter
Vai1« ü ba.ndeüngen en belluiten der Vroedfchap gehouden zy; 't zy dat de vroe-
geie Regifters, by ongeluk van brand, of andere ongelegenheid, verlooren ge-
raakt zyn. De natuur en herkomft van de voornaamite Ampten en Kollegien van
Regeeringe is ook, uit dit Regifter, met den meeften grond, op te maaken.
De K e urboeken dienen, voornaamïyk, om de wyze, op welke de Stad, van de Keur-
vroeg af aan, beftierd geweeft is, te leeren kennen. Men ziet 'er de herkomft in be°ekeIli
van^oude en laatere neeringen en handwerken, met de verfcheiden fchikkingen,
aie 't Geregt, van tyd tot tyd, op de oefening derzelven gemaakt heeft. De oud-
heid der Gilden, der Schutteryen, der Burgervendelen,met derzelver byzondere
Voorregten, wordt 'er in vertoond: voorts, de dienft en 't gebruik der Sluizen en
Waterkeeringen, de wyze van 't brandbliuTchen en verlichten der Stad, in vroe-
ger en laater' tyd, en oncelbaare andere zaaken, die de wysheid der Regeeringe,
tot befcherining der ingezetenen, tot bevordering der goede orde en ruft onder dezel-
ven, tot bewaarmg van derzelver gezondheid, en zelfs om hun een eerlyk genoegen
en vermaak te verfchaffen ,op verfcheiden tyden, heeft goedgevonden te beraamen.
Het oudfte/i^rZ'ö^,A. getekend, begint met het jaar 1465,^0011 'er ook eenige
ouder Keuren in gevonden worden. Maar voor het zelve, is eene verzameling van
ouder Keuren gevoegd, die zeer net op franchyn gefchreeven zyn. Eene diergelyke
Verzameling van oude Keuren, insgelyks, op franchyn, doch wat laater gefchree-
ven, isgeplaatft voor het Keurhek C. De eerfte beflaat veertig, de tweede twee-
endertig/ö//m. De Keuren, in deeze Verzamelingen vervat, zyn byna allen zonder
dagtekening (3): waaruit af te neemen is, dat'zy, öp laft der Regeeringe, naar
alle waarfchynlykheid in 't begin der vyftiende eeuwe, uit -ouder Keurboeken t
zul-
- (2) Refol- Vroedfch. N. 6. i Aus.
##*
-ocr page 25-
xiv.             VOORREDE.
zullen getrokken wezen; welke ouder Keurboeken, federt, verlooren zullen zyn.
Het maakfel der letteren toont klaarlyk, dat deeze franchyne Regiflers niet laa-
ter dan in den aanvang der vyftiende eeuwe gefchreeven zyn. Maar uit de taal ftyl
en inhoud der Keuren, blykt, dat men veelen derzelven,zo niet de meeflen' tot
de veertiende eeuwe brengen moet. Beide deeze Verzamelingen worden nu en
dan, aangehaald in andere Regifters. Zo lees ik van \francyne Kuer-boeck en
van het francyne Willekeur • boeck in de Refolutien der Vroedfchap (a~), waarmede
op de tweede Verzameling wordt gezien; die elders (b) tnyewe Willekeure-boeck
genoemd wordt.
deGroo- DeGitooTE Memoriaälen, die met het jaar 1474 beginnen; doch waar-
te Me- jn 00k ftukken van veel ouder tyd geplaatft zyn, zyn van dienft, om deherko'mft
moma- van vee{e mindere en kleine ampten en bedieningen te leeren kennes. In de
oudften, zyn ook veele brieven, door Burgemeefteren afgevaardigd , en veele
overeenkomften, by verfcheiden' gelegenheden, van wege de Stad, gemaakt tê
boek gefield; waaruit der Hiftorie' geen gering licht bygezet wordt,
op wat De opmerkende Leezer zal, ondertuflchen, ligtelyk gewaar geworden zyn
deezee"' dat de oudfte Regifters der Stad, hoe veel nuts 'er ook , tot eene naäuwkeüfige
Befchry- Befchryvinge, uit te haaien zy,ons geenszins brengen tot de eerlie ODkomft vari
Stal *' Amfterdam j omtrent de dertiende eeuwe.'t Gemeen gevoelen is, dat Veele oude
de aiïer ftukken en papieren, in den brand van het oude Stadhuis, die den zevenden Ta-
oudfte ly des jaars 1652 voorviel, vernield geworden zyn. Doch 't kan ook zeer wel
géveft'igd wezen, dat men, in de oudfte tyden, toen Amfterdam weinig aanziens hadt en
'tfchryven, onder weereldlyken, ook niet zeer gemeen was, -weimV aansete-
kend heeft. Amfterdam ftaat hierin gelyk, met de meefte Hollandfche Steden
van welken men ook, voor de vyftiende eeuwe, weinig te boek gefteld vindt'
buiten de Graaflyke Privilegien, die elk zorgvuldiglyk gadelloeg , en die hier
ter Stede, zo getrouwelyk als ergens, bewaard geworden zyn. Wy hebben'hier-
om, de alleroudfte gefteldheid en gefchiedeniiTen van Amfterdam, zo ver he't een
en't ander met zekerheid te weeten is, alleenlyk können veftigen op onze oudfte
Privilegien, die, in de Oude Kerke en in de Privilegie-boeken, voor handen en
voor het grootfte gedeelte, in de gedrukte Handveflen, te vinden zyn: e'n op
veele andere oude Brieven, van tyd tot tyd, federt eene eeuwe omtrent in \
licht gegeven. En hier is ons veel dienft geweeft het Groot-Charterboek derGraa-
ven van Holland,
onlangs, in IV. Deelen in folio, door den Heere Frans van
Mieris, uitgegeven, waarin veele ftukken geplaatft zyn, oud Amfterdam be-
treffende, de meeften van welken hem, uit de Leen- en Regifterkamer van Hol-
land , zyn medegedeeld.
Zie daar, Leezer, de voornaamfte behulpfels aangeweezen, van welken ik mv
bediend heb, en nog bediene, om myne Medeburgers en Landsluiden te voor-
zien van eene voIkomener,naauwkeuriger en allenthalve nuttiger Befchry vin<* van
Amfterdam, dan hun, tot hiertoe, is medegedeeld. Myne voorgangers in dit
werk mogen bekwaamer geweeft zyn dan ik; maar zy zyn zo gelukkig niet ge-
weeft, 't Heeft hun ontbroken aan behulpfels, die my, in overvloed, ter hand
gekomen zyn. En fchande ware het, zo iemant zelfs van maar maatige bekwaam-
heid en ervaarenis, van zulk eene gewenfchte gelegenheid, niet ten minfte zo
veel gebruik wift te maaken, dat hy deedt zien, dat de Schatkamers van de ge*
grondfte kundigheden niet te vergeefs vóór hem ontflooten geweeft waren. ü~
Waarop In eene nuttige Befchry ving van Amfterdam, moet ieder Amfterdammer, van
"eeft'ïivvat ftaaE of beroep hy zy» können vinden 't gene voor hem, in zyne omftandiV-
toeiegf3 heden, aangaande de Stad, weetenswaardigs is, van haaren oorfprong af,zo ver
gen, in men daarvan let met grond te weeten komen kan, tot op den tegenwoordigen tvd
SryTen toe- De overige ingezetenen onzes Lands, die zig, gelyk wel behoort, iet ka-
der ten gelegen zyn aan eene Stad, welke zo veel invloeds heeft op het gahtfche Ge-
meenebeft der Vereenigde Provinciën, moeten'er ook in können voldaan wor-
den.
' 00 2V. 1. 6 May 1555. TV. 3. 7 'jug. 1577.                  (*) Kem-b. rf, f. 75 veifo.
-ocr page 26-
voorrede.           «
en. Of nnyne Befchryving deeze hoedanigheid hebben zal, ftaat anderen te oor-
ochoon myn oogmerk is, niets van belang over te flaaii, wat tot eene nut- Gebou-
«ge Befchryving der Stad kan geagt worden te behooren, is myn toeleg eg-wen»
ter, voornaamlyk, eenige zaaken uitvoerigtyk en naauwkeuriglyk te verhau-
üelen, die anderen, of zeer onvolkomen, of geheel niet befchreeven heb-
ben. De Befchryving der Gebouwen zelve, die uitvoerigft by ande-
ren gevonden wordt , zullen wy niet flegts met de befchryving der nieuwe
oeoouwen vermeerderen;, maar ook, omtrent de ouden en derzelver iligtingeen
J,rleringe, veele weetenswaardige zaaken aantekenen, die by anderen zynover-
|,eiiaagen. Ik zwyge,dat eenige °voornaame Gebouwen, oude en nieuwe, kon-
Jgiyk, in 't koper gebragt, by de uitgave in folio zullen worden gevoegd:
onder welke Konilplaaten uitmunten de keurlyke afbeeldfels der oude Kloofte-
ren, die reeds voor de uitgave van den Heere Vlaming vervaardigd wa-
ren, en die wy, hierom, te gereeder by het eerfte gedeelte onzer Befchry-
vwge hebben können voegen. Zy zyn ontleend uit de egte en nette Houtfnêe-
kaart van Cor melis ÄNTHONiszooN,het befte gedenkftuk van oud Am-
n "J.' W€lk ,teSenvv°ordig voorhanden is.
Doch onder 't gene tot eene nuttige Befchryving van Amfterdam behoort, tel-
len wy byzonderlyk drie zaaken, die, tot hiertoe, zeer gebrekkelyk verhandeld
zyn, en die nogtans, meer dan anderen, verdienen uitvoeriglyk en naauwkeurig-
lyk verhandeld te worden, te weeten, de Hiflorie, den Koophandel en de liegee-
mg
der Stad. Wy hebben ons, hierom, op het verhandelen deezer drie zaa-
ken, met verdubbelden viyt, toegelegd.
In de Historie, hebben wy ons bepaald tot de Stad alleen, en niet geraa- Gefehlt
den gevonden, het Werk, buiten reden, te doen ukdy den, door een Verhaal van demflen>
t gene Amftelland, en den ouden Heeren van Amftel aangaat, zonder dat 'er de
Stad eenig deel in gehad heeft. Van de gefchiedenhTen van Holland en van de
Vereenigde Geweften in 't gemeen, die een aanmerkelyk gedeelte van de Hiftorie
oer voorgaande Befchryveren van Amfterdam uitmaaken, hebben wy niet meer
aangeroerd, dan volflrekt vereifcht werdt, om de Hiftorie der Stad, die ons ftof
in overvloed uitlevert, wel te verftaan. Men verwagte , derhalve , niet, hier
nog eens te zullen herhaald vinden, 't gene, in de Vaäerlanäfche Hißorie,alreeds
uitvoerig genoeg te boek gefield is. 't Gene, in dieBißorie, Amfterdam aangaan-
de , gevonden wordt, is hier alleenlyk omftandiger en naauwkeuriger verhaald. En
men vindt hier, daarenboven, eene ontelbaare menigte van byzonderheden, de
Stad betreffende, van welken het niet gevoegd zou hebben, in eene algemeene
Hiftorie des Lands,gelyk de Vaäerlanäfche is,gewag te maaken. Zodanigen zyn,
by voorbeeld, een omftandig berigt van de gelegenheden, by welken de Stad haa-
re oudfte en voornaamfte Privilegien verkreegen heeft, met eene korte verklaa-
ring der duiftere plaatfen in die Privilegien; een uitvoeriger verhaal, dan men er-
gens vindt, van de eerfte beginfelen der Reformatie in de Stad,omtrent het jaar
1525 ; een volledig berigt van het invoeren en affchaifen der openbaare Preeke
hier ter Stede,in de jaaren 1566 en 1567, en van de gewigtige verandering des
jaars 1578, met het gantfche beloop van de handeling over de SatisfaBie of Vol-
doening, in het laatftgemelde jaar, door den Prinfe van Oranje en de Staaten van
Holland, aan de Stad toegeftaan; van welke handeling nog geen onzer Hiftorie-
fchryveren een eenigszins voldoend berigt gegeven heeft: een naauwkeuriger ver«
haal, dan men tot hiertoe gezien heeft, van 't voorgevallene hier ter Stede, inde
jaaren 1626, 1627, 1628, 1629 en 1630, toen de gefchillen tuffchen de Regee-
ring en eenige Kerkelyken hier zeer veel beweeging maakten: voorts, veele by-
zonderheden der onluften van de jaaren 1650, 1672, 1684, 1690 en der vol-
gende tyden, die men vergeefs elders zoeken zou. Het ontvouwen van zo vee-
le gewigtige gebeurteniffen, die, van tyd tot tyd, in den loop des verhaals,
voorkomen, zal, hoop ik, aan onze Hiftorie van Amfterdam een leeven by-
zet-
-ocr page 27-
VOORREDE.
zetten, welk, anderszins, bezwaarlyk te brengen is in de Hiflorie eener by«
zondere 'Stad.
In de fchets, die wy van Amfterdams Koophandel voorhebben te gee-
ven, Hellen wy ons voor, deeze bron van de welvaart der Stede, in haaren
eerften en tederften oorfprong, naar te fpooren, ên vervolgens te doen zien,
hoezy, allengskens, aangevallen is, en zig, eindelyk, wyd en zyd verfpreid
heeft, over den gantfehen bekenden aardbodem. En hier zal 't byzonderlyk te pas
komen, te doorloopen de meefte en voornaamfle Verdragen van Zeevaart en
Koophandel, die de Staat ooit met uitheemfche Mogendheden geflooten heeft,
en den inhoud en het waarc oogmerk van dezelven , met de veranderingen ,
die daarin, van tyd tot tyd, gekomen zyn, aan te wyzen. Wantfchoon dee-
ze Verdragen den Vereenigden Provinciën in 't gemeen aangaan, is 'er geene
Stad in den gantfehen Staat, die zo veel belang by dezelven heeft, als Am-
sterdam. De verhandeling van de natuur en het oogmerk deezer Verdragen
zal niet alleen voor Koopluiden; maar ook voor alle zulken, die begeerig of
verpligt zyn, den Staatkundigen toeffcand des Koophandels te leeren kennen,
van dienffc können wezen.
De voorgaande Befchryvingen van Amflerdam zyn naauwlyks ergens in zo
onvolkomen geweeft, als in het verhandelen van het Stuk der Regeeringe,
het gewigtigfte van allen. Pontanus heeft het weinige, welk hy van de
hooge Ampten van Schout , Burgemeefteren , Schepenen en Raaden te boek
gefield heeft, nog aangevuld , met Romeinfche en Middel-eeuwfche Oudhe-
den. Dappers befchryving der Ampten van Regeeringe is beter; doch ook
korten onvoldoende: en Domselaar en Commelin hebben Dapper
byna woordelyk gevolgd. De Stads Regißers hebben ons gelegenheid gegeven,
om de natuur deezer hooge Ampten en Dienflen , gelykze oudtyds genoemd
werden, nader te leeren kennen, te gelyk met de wyze van verkiezinge tot
dezelven, en van de vereifchten in zulken, die 'er toe bevoegd geoordeeld wor-
den. De oorfprong, de inflelling, het gezag en de bezigheid der byzondereKa-
mers of Kollegien van Regeeringe en Regtsoefeninge is ook niet beter te lee-
ren , dan uit de Stads Regifters. Van dit alles en nog meer heeft de Leezer,
in onze Befchryving, een omflandig en gegrond berigt te wagten. Veel nut-
tigs zal 'er ook nog te zeggen zyn van de wyze, op welke de Regeering haar
aanzien en gezag handhaaft, waarin de verhandeling der Schutterde en Stads be.
zettmge
te pas komen zal; omtrent de eerfle van welken twee, eenige ingezete-
nen, nu en dan, zeer verkeerde bevattingen gevoed hebben, die, eens vooral,
dienen te worden verbannen. Omtrent het bellier der Stad in veele opzigten is
ook een groot getal van nutte kundigheden te haaien uit de Stads Regißers,
welken, in de voorige Befchryvingen, niet aangeroerd zyn.
Doch deeze Voorrede, die reeds lang genoeg is, zou veel te ver uitloopen,
zo wy den Leezer breeder verilag deeden van 't gene hy, in 't vervolg deezer
Befchryvinge, te wagten heeft, 't Is meer dan tyd, dat wy afbreeken, met ee-
nen hertelyken wenfeh, dat onze Medeburgers en Landsluiden zo veel nuts
trekken mogen uit deeze onze Befchryvinge, dat wy ons den arbeid van eenige
jaaren, daaraan naariliglyk te kofte gelegd , nimmer beklaagen mogen. Am-
sterdam, onze loffelyke Geboorteftad , bloeije lang, onder de wyze en
vriendelyke befliering van braave Overheden, en zy, tot in het laatfle nage-
flagt, de Kweekfchool van nuttige Weetenfchappen, Konften en Handwerken,
de Voedfter van nyvere en eerlyke Koopluiden, de Voorftandiler van redelyke
Vryheid in den Godsdienft en in den Burgerftaat!
P E-
-ocr page 28-
XVII.
PETRI APHERDIANI
Defcriptio
ELODAMENsis.
Germania f nes per omnes:                  «?
Templa quod ipfa queunt docere.
Non poenitendi follicita duo
Conflrutla cernas artificis manu
,
Miranda pigmentis & aris
Sunt opera, atqite foris polita. 40
Alt are quantis fumptibus in Novo
Templo locatum ! quis fimilem locus
Vicluram habet ? pulchris tapetis
Cniäm locus efl decoratus ille !
Res c'onflituta efl publica legibus
              45
JEquis, Senatus jußitiam colit,
Et avium quarit falutem,
Utilitate fua relicla.
Mufas amat cum Delphicola Deo,
Er exit Ulis magnificam domum,
              50
Bonas tibi pubes tenella
Cum pietate docetur artes.
Praclarius quo nil fieri potefl
,
Cum civitatis fint pueri feges.
Et prima qualis difciplina,
                 55
Talis & eflpopulus futurus.
Et contineri cafiius h<ec nequit
Mtas, par ent um quam ante oculos: minor
Et fumptus efl Ulis futurus
In patria, atque domi educando. 60
Quid qubd facultas non datur omnibus,
Curare proles inflitui ut queant
Extra folum natale : nonne
Hie bene confuluit Senatus?
Prudentia ejus confpkua extitit,
              6$
Cum dira panis nos premeret fames: Jo.1557.
Nam providus tune ni fuif et,
____I           Innumeri mifere periffent.
. O quan-
Brevis
Urbis amst
lnfignibus funt oppida dotibus
Ver muit a 'paffim pradita: fed tuuM
Amflelredamum non videmus
Effe decus minimum inter illa*
Dit ar is undis quinque fluentibus
,
Amflella quarum latius explicat
Vires fuas, dans civitati
Nobile nomen ubique notum.
Vort um fr e quem em navigüs habes:
1 c Vort ant que uier ces omne genus tibi
A Gange & extremis Eois
,
. Occiduaque plaga repente.
Frumenta
, pifces, vina fuavia,
Gratumque potum, quem celebris coquit
15
           Homborga, Bremenfes, Lubecum,
Anglia, Roftochium, & Gedanum.
Lac, cafeos, & nobile butyrum,
Carnes, piper, cum purpureo croco
,
Et faccaro, Vangtea abunde
20
                Cynnama, amoma, & odora thura.
Ficus, nuces, & verficoloria
Poma, Atticum mei, lanificai De<e
Munus, colorati feruntur
Oiialia veilera habere Seres.
25 Circumjacentes quce populos fibi
Emptum venire huc quottidie vides ,
Ut cceteris pajfim revendant,
Et fibi lucra domum reportent.
Sunt ambulacris moenia commodis,
Speclarc campos unde virentibus
Herbis licet, curvas carinas,
Et fluitantia vela malis.
Strutlura quam fit magnifica adium
,
Quid diclo opus ? cum vix videas parem
I- STUK.
-ocr page 29-
XV lil.
O quanta paffm tune querhnonia
Audita
, quantis flstibus omnia
Tune plena erant ? nulluni paiebat
Perfugium
, nïfi ad hunc Senatum.
Profpexerat qui civibus antea
Edicio in annum dimidïum fuh>
Et deinde frumentum coëmh
,
Quo miferos ahm benigne.
Quid clerus hujus non minimum decus
*****
Urbis?pil, ne prateream, colit
Vitam: facras <£ des frequent at,
At que Deum celebrare gaudet.
Vifuntur bic & Coenobia inelyta,
Cafli & boni quee condecorant viri
,
Et virgines omni fupremum
Sedulitate Deum colentes.
Quid ampla ducam
»«o-o««/«"* s ubi
Gratis foventur languida corpora?
Quid pauperis cur am popelli?
Egregiumque
^«p«^ «^7« ?
Sunt nota cun&is hcec fatis in locis:
Namque hujus urbis tanta henignitas
Spetlatur in quosvis egenos,
Ut vocitetur alumna eorum.
Procerhatem nunc qitoque civium,
Forma m venu ft am & f ort ia corpora
Hor urn
, puto omnino tacenda.
Nam periergon id effe dicas.
Concordiae quam fint potius decet
Omnes amantes dicere. non vides
Certare de lana caprina,
70
95
75
Nee tetricas agitare Utes.
100
Hortos fcoporum confpicuos habent,
ALdesque in Ulis aëreas
, ubi
Exerchant fefe fagittis,
At que epulas celebrant frequente!.
Et difciplinam confpicias ibi
                   105
Tantum int er illos, improba j&rgia
Rixteque ut [baud unquam audiantur:
Sedjoca lata & honefla verba.
ConfpeBui fe fulgida publica
Prcebent
, gerent es ar ma, nitentibus 11 o
Solemnem agant tanquam triumphum
Veftibus
, hoc quoque bis quotannis.
jfamplura poffes dicere, fedfatis:
Cum nota cunclis fint
, minus arbitror
Hoe effe opus. Mufa ergo finem
          115
Pik facias, alioque tendas.
80
Kutnero
85.
90
Extat EPIGRAMMATUM MORALIUM
Libr. II. ANTVERPIM 1560.
INHOUD
-ocr page 30-
XIX.
I N H O U
D
van ds
deelen " boeken
der volgende Befchryv'mge van
AMSTERDAM.
Zevende Boek.
EERSTE DEEL.
PKOMST, Aanwas en Vergrootingen
van Amsterdam
Stu
^^^^^^                                                                      Stuk. Bladz.
I. 1 - 78 Van 't jaar 1555, tot in 't begin des jaars
_______, . 1567. . •
                I- 267-302
Agtste Boek.
Eerste Boek.
Oorfprong, aanwas en Gelegenheid der Stad
Amsterdam , tot omtrent den aanvang der
zejliende eeuvae.
           .          .           .           I» I
Tweede Boek.
Vergrootingen der Stad, in de zefliende
en zeventiende eeuvoe
, en derzelver tegen-
fan 't jaar 1567, tot in bet jaar 1575.         I. 303-344
38                             Negende Boek.
Van't jaar 1575, tot op de Verandering der
Regeeringe in't jaar
1578. . .
         I. 345-380
Tiende Boek.
woordige Gelegenheid. . .            1.41 - 78
_______ Van 't jaar 1578 , Ut bet einde van 't bewind
des Graaven van Leicefler, in 't jaar 1587. t 3S1 - 402
*           Elfde Boek.
I. 79-743 Vm h jaar I538, tot in bet jaar 1612. I. 403-416
Twaalfde Boek.
Van 't jaar 1612 , tot in 't begin des jaars
TWEEDE DEEL
Geschiedenissen van Amsterdam.
Eerste Boek.
Amsterdams Geschiedenisse
I.
427-
'.460
I.
461-
.489
I.
490-
•528
I.
529
-54?
I.
549
-5S0
I.
, 581
-603
Agt~
1617-             . •
Van de Gpkomfi der Stad af, tot op bet jaar
1334»
Tweede Boek.
Van 't jaar 1334, tot bet jaar 1401.
Derde Boek.
Van 't jaar 1402, tot bet jaar 1477.
Vierde Boek.
Van 't jaar 1477, tot bet jaar 1506.
Vyfde Boek.
Van 't jaar 1506, tot bet jaar 1534.
Zesde Boek.
.Van'tjaar 1534, tot bet jaar 1555«
I. 79-104                           Dertiende Boek.
Van 't jaar 1617, tot in bet jaar 1626.
I. 105-136
Veertiende Boek.
j 137.174 Van'tjaar 1626, tot in bet jaar 1632.
Vyftiende Boek.
I. 175-206 Van Him l632' t0t betjmr l649'
Zestiende Boek.
1.207-232 Van'tjaar 1649, tot bet jaar 1651.
Zeventiende Boek.
I. 233-266 Van 't jaar 1651» tU bet jaar 1661.
-ocr page 31-
HOUD.
N
XX.
Bladz.
Stuk.
11
Stuk. Bladz.
Agttiende Boek.
Van 't jaar 1662, tot bet jaar 1671.
             I- 609-624
Negentiende Boek.
Van'tjaar 1672. .
                                  I. 625-654
Twintigste Boek.
Van 't jaar 1673, tot in bet jaar 1684.         I. 655-686
Een en twintigste Boek.
Van 't jaar 1684, tot in bet jaar 1695. I. 687-710
Twee en twintigste Boek.
Van 't jaar 1696, tot op de Utrecbtfcbe Vre-
de des jaars
1713.
                                     *• 7II_729
Drie en twintigste Boek.
Van 't jaar 1713, tot bet jaar 1740-             L 73°'743
1.
Regulier s-Toor en.
Jan-Rooden-Poorts-Tooren.
O'
4-
5-
Haringpakkers - Tooren.
Scbreijers-Toóren.
Montelbaans-Tooren
Sluizen era Waterkeeringen.
Waalen.
XVIII.
XIX.
XX.  Havens.
XXI,  Kraanen.                    .             ,
XXII. Bruggen,
en in 't byzonder
Oude Brug.
          .             ,
Nieuwe Brug, '                  .          -
Paapen-Brug.         .           .         _
Lange Brug.
Doele Brug.
Halvemaans Brug, .
Blaauwe Brug.
Magere Brug.
Amjtel Brug.
XXIII.
Doelen.
1.  Handboogs-Doele.
2,  Kloveniers-Doele.
XXIV.
Stads Herbergen.
1.   Oude-zyds-Heeren-Logement. -
2.  Nieuwe-zyds-Heeren-Logement. -
3.  Nieuwe-Stads-Herberg.
4.  Nieuwe Stads Herberg in de
Plantaadje.
XXV.
XXVI.
Generaal-Post-Comptoir.           
Admiraliteits Gebouwen.
DERDE DEEL.
1.  Admiraliteits- of Prinsen-
hof. - .
                  .
2.  Admiraliteits -Magazyn en
scheepstimmerwerf.
3.  Admiraliteits-Lynbaan.
Gebouwen der Stad Amsterdam.          II. 3-412-
Eerste Boek.
H. 3- 88 XXVII
Gebouwen der Oostindische
Weereldlyke Gebouwen en Werken.
I. Stadhuis.
II. Beurs.
lil Koorenbeurs.
IV. KOORENMEETERS-HuiS.
V. Stads-Excyns-Huis. . «
VI. Oude Waag.
                      
Vil. S. Antonis of nieuwe Waag.
V11I. Reguliers Waag.
IX.  Lomberd of Bank van Leening.
X.  Vleesciihallen.
1.  Groote Vlesfcbbat.
2.  Kleine VleeJ'cbbal.            .
3.   IVefler-bal.
4.  Heerenmarkts'bal.
5.  Nieuwe of Botermarkts-bal.
XI. Staalhof , Zydehal en Saaihal.
XII. Kistenmaakers Pand.
XIII.  Witwerkers Pand.
XIV.  Stads-Werkplaatsen.
j. Stads-Timmertuin.
2,   Stads - Steenbouwery enMetfel-
tuin.
3.  Stads-Scbuitenmaakers- Werf.
A. Stads-Gefcbut- enKlokgietery.
5.  Proef werf van t Uejcbut.
6.  Stads Salpeterbuis.
7.  Stads Kar- en Paardenjtallen.
XV.  Stads-Wapenhuizen en Kooren-
pakhuizen.
XVI.  Wagthuizen.               ,
XVII.  Toorens.                             .
Compagnie.
1.  OosTiNDiscii Huis.
2.   OOSTINDISCH ZEEMAGAZYN
en Sci-ieepstimmerwerf.
3.  Lynbaan der Oostindische
Compagnie..
         .          . _
XXVIIl. Westindisch Huis en Pakhuis. -
3
29
31
3a
33
33
34
34
35
39
39
40
40
40
40
41
44
44
45
45
Tweede Boek.
Kerken en Kerkbestier der Ge-
reformeerden.
                         Jf,
I. Oude Kerk.
II, Nieuwe Kerk.
III.  Nieuwe-zyds-Kapel.
IV.  Oude-zyds-Kapel.               .             -
V. Gasthuis-Kerk, . . -
VI. Zuider-Kerk.              . .
VU. Wester-Kerk.          - . -
VIII. Noorder-Kerk.           . . -
IX.   Ooster-Kerk.           . .
X.  Eilands Kerk.            . . _
XI. Amstel-Kerk.
           . .
XII. Kerkbestier der Nederduitsche
Gereformeerden.           .             -
XIII.  Oude-Waalen-Kerk.
XIV.  Nieuwe-Waalen-Kerk.
XV.  Engelsciie Presbyteriaansche
Kerk.
XVI. Engelsciie Episcopaale Kerk.
89-180
II. 89
— 108
------     45
------     45
------     46
------      46
------     46
------      47
------      47
------      49
-------      50
-ocr page 32-
N H
O
U
I
D.
XXL
Derde Boek.
t> ,t
I)k'!EN 5z Kerkbestier der byzon-
hre Gezindheden, buiten de Ge-
lvfiFORMEERDEN.
II r"Thersche Kerken.
III.  Doo°NSTRanten-Kerk-
IV.  QorPSGEziND£N Kerken.
V.* Qu gianten-Vergaderplaats.
Vl. g AKp-Rs-Ver.gaderplaats.
Vil' a„Ken der Roomschgezinden.
VI|[ Punische Kerk.
IX PIEksche of Russische Kerk.
v'-looDscHR Synagogen.
v' Berkhoven.
Stuk
, Bladz.
ll- 357
—  357
—  358
~ 358
—   359
—   359
—   36o
—   3Ó0
—  361
—  361
—  361
—  361
—  361
—  361
—  362
—  362
13- Rypen-Hofje.
Stuk. Bladz
14.  Hofje Venetia.
of Maarloops-
Hofje.
15.  Suiker-Hofje.*
16.  AnsloS-Hofje.
17.  Huisjes van Bosch.
18.  Hofje in de SchuijermaIkers-
gang.
19.  Roozen-Hofje.
20.  S. Andries-HofJe.
21.  Claas-Reiniersz-Hofje.
22.  Hamers-Hofje.
23.  Bouwers-Huisjes.
24.  Moens- Hofje.
25.  Hofje de Zeven Keurvorsten.
26.  Paarslakens-Huisjes.
27.  Nieuw Suiker-Hofje. . .
28.  swigters-hofje.
II. 183-240
183
188
191
204
206
207
218
ai8
219
234
Vierde Boek.
VOüSHuizEN en Godsdienstige Ge-
STlGTEN.
II. 241-367
Vyfde Boek.
Gebouwen, tot bevordering van weeten-
schappen en nuttige oefeningen aange-
I. Gasthuis en Pesthuis.
II. 241
— 250
— 256
— 261
— 26a
— *75
— 286
— 301
— 307
— 311
— 316
— 319
1ÏI.
IV.
V.
VI.
VII.
VlII.
IX.
Mannen-Tugtiiuis o/ Rasphuis. —
Spin- en Nieuwe Weekhuis.
           
Veubeterhuis.            .             . —
Huiszitten-Aalmoesseniershuizen
e« Weduwenhof.
              .               
Burger-Weeshuis.            .               
Aalmoesseniers-Weeshuis.             
Oude-Mannen- en Vrouwen-Gast-
huis.
               .               .                 
il. 369-412
LEGD.
I. Doorlugtige School.           .
II. Latynsche School.
III.  Stads Schoolen.
IV.   Collegium Medicum of Genootschap
DER GeNEESMEESTEREN.
V.  Anatomie of Ontleedplaats.
VI.  Hortus Medicus of Stads - Artseny-
tuin en Plantaadje.
VII. Stads-Apotheek.
VJII. Stads-Regenbakken.
IX. Stads-Couranten-Drukkery.
X. Schouwburg.
XI. Tekenschool.
XII. Maneges of Ryschoolen.
XIII.  DP-JLSCiHOOL.
XIV.  SCHERMSCHOOL.
XV. Doolhof.
II. 369
'------■ 373
------• 378
------ 380
-  383
-----" 386
------ 389
■—- 39°
•----- 390
•----- 391
------ 406
------407
------ 408
------ 408
■----- 408
Krankzinnigen-Huis. -.           
X. Leproozen-Huis.                     5         
JjJ' S' JORIS-HOF.          .             jj             -
vm ?YDe-Windi-iuis.            ?             , -
AUL Diaconie«Weesïiuis.
Aiv. üiaconib-Oude-Vrouwen- en Man-
ken-Huis. .
           .                    _
XV. CORVERS-HOF.           .             .           -
X\ I. Waalen-Wees- en Oude-Vrouwen
326
33°
332
335
336
338
340
341
344
345
345
34Ö
348
352
352
353
353
353
353
3
XVII.
XVIII.
XIX.
en Mannen-Huis.         .               . _
Engelsche-Wees- en Oude^Vrou-
wen-Huis.
          .          .         .          _
Luthersche-Weeshuis.          ". -
r Weeshuis der Doopsgezinden.          -
XX. oude-Vrouwen-Huis der Doopsge-
\vr ^INDEN- •             
wri' weeshuis der Collegianten.
■4ÄU. Roomsch-Katiiolyke-Ouden- Ar-
VIERDE DEEL.
KOOPHANDEL van AMSTERDAM.   IL 413-547
EERSTE BOEK.
Handel in de Stad , voornaamlyk ten
gebruike der ingezetenen.          .         — 4i3-492
I.
OPENBAARE MARKTEN.            IU16-430
Dam.                     .                     .                   — 416
S. Antonis of nieuwe Markt. •        — 416
Heerenmarkt.,             .                  *           — 417
Westermabkt.          .                                 ■— 417
Noordermarkt.            • . •                 -—417
Botermarkt.                                              — 417
Vischmarkt(groote, boeren- era kleine). — 418
Beestenmarkt. •                   .                 42I
Ossen-, Varken-, Schaapen- en
Kalverenmarkt.            t              ;    - 422
****                                                                      K00-
XXin.
men-Comptoir.
Weeshuizen der Roomschgezinden. ■
Maagdenhuis.
Xvrvr „ Jongenshuis.
*MV. Begynhof. ...
*XV. Hofjes.
              .          .
1.  Deutzen-Hofje.
2.  Raapen-Hofje.
3.  roeters-hofje.
4.  ockers-hofje.         .          .
5.  Medenblikker-Hofje.
6.  FoNTAINE-HoFTE.
7- Lutiiersche-Diaconie- of Kony-
nen-hofje.
8. Van Brantzen-Rus-Hofje.
9- Zwaardveegers-Hofje.
10.  Grills-Hofje.
11.  Hofje de Zon en Arke Noach.
12.  LINDEN-HOFJE.
I-. STUK. J
354
355
356
356
356
35?
I
-ocr page 33-
H O U D.
N
XXII.
Stak. Bladz.
II. 423
 423
 424
 424
 4-5
 426
 427
 427
 427
 428
 428
 428
 428
 428
 428
 429
 429
-.429
 430
Stuk.
XXXIII.  S. Victors- of Koorenmole-
NAAR.S-GILDE.                .                       IJ,
XXXIV.  Broodbakkers-Gilde.                 
XXXV. Koeken-, Biscuit- en Pastei-
bakkers-Gilde. . . —
XXXVI. Makelaars-Gilde. . . —
XXXVlï. Kuipers- en Wynverlaaters-
Gilde             .                .             
XXXVIII. Wynkoopers-Gilde.          . —
XXXIX. Schaatsen-, Leesten- en
Klompenmaakers-Gilde.           
XL. S. Lucas-Gilde.            .             
XLI. Boekverkoopers-, Boekdruk-
kers- en Boekbinders-Gilde.
XLII. Tinnegieters-Gilde.
XLIII. Glazen-Kannen- en Aarden-
WERKSVERKOOPERS-GlLDE.
XLIV. Mandenmaakers-Gilde.
XLV. RoEi-eTz Steigerschuitenvoer-
DERS-GlLDE.
XLVI. Vlotsehuitenvoerders-Gilde,
XLVII. LoOTSMANS-GlLDE.
XLVIII. Sleepers-Gilde.
XLIX. Hoedenmaakers-Gilde.
L. Lint- en Passementwerkers-
Bladz»
464
465
466
467
468
469
470
470
471
471
47a
472
473
473
474
475
476
KOORENMARKT (STIGÏSCHE «71 GoOISCHE).
.-----------:-------(Westfriesche).
BlERKAAIJEN.
melkmarkt.
Groenmarkten.
Fruit- of Appelmarkt.
Boommarkt.                               
Bloemmarkt.
Turfmarkten.
Houtmarkt.
KuiPERS-MARKT.                       
Boommaakers-markt.           .              .
Hoepen-markt.             «                .
Hennip-markt.           .           .          .
Hooimarkt-
StPvOOMARRT'             
Zandmarkten.
Kalkmarkt.
Stoelenmarkt.
Manden-markt.          .              .           »••■
Pypen-markt.                                         
II.
GILDEN van Neeringen, Hand-
werken en Arbeiders.
 45°
 43°
— 431-477
—  433
~ 434
Gilde.                            »
LI. Compassenmaakers- en Zeilen-
maakers-Gilde.
 47<5
 476
I. S. PiETERS-GiLDE.
II.  Vleeschhouwers-Gilde.
III. Spek- of Verkenslaagers-
GlLDE.
IV.  Hoender- en Vogelkoopers-
Gilde.
V. Groot-Kraamers-Gilde.
VI. Klein-Kraamers-Gilde.
VII.  Lakenbereiders- en Droog-
sciieerders-Gilde.
VIII.  Lakenverwers-Gilde.
IX. Zydeverwers-Gilde.
X. Weevers-Gilde.              .
XI. Fruitverkoopers-Gilde.
XII. Peltiers- of Bontwerkers-
Gilde.
XIII.  S. Eloijen- of Smids-Gilde.
XIV.  Goud- en Zilversmids-Gilde.
XV. BlERDRAAGEU.S-GlLDE-
XVI. BlERBESCHOOIJERS-GlLÜE.
XVII. Koorendraagers-Gilde.
xvhi. koorenmeeters- ê7j kooren-
zetters-Gilde.
XIX. KOOREN - LlGTERMANS - GlLDE.
XX. Waagdraagers-Gilde.
XXI. Turfdraagers-Gilde.
XXII. GROOT-BINNEN e72BuiTENLANDS-
VAARDERS-GlLDE.
XXIII.  Klein - Binnenlandsvaarders-
GlLDE.
XXIV.   KLEêRMAAKERS-GlLDE.
XXV. Huidenkoopers-, Looijers- en*
SCHOENMAAKERS-GlLDE,
XXVI. Oude Schoenmaakers- cf
Schoenlappers-Gilde.
XXVII.  BergenvaardeRS-Gilde.
XXVIII.  S. Jozefs-Gilde.           
XXIX. Scheepstimmerman*- en Mas-
tenmaakers-Gilde.
XXX. Metselaars-Gilde.
XXXI. Chirurgyns-Gilde.
XXXII. Hout«aagmolenaars-Gilde.
III.
VOORNAAME NEERINGEN,
 435
 4 36
 436
—Ï437
 437
 440
 442
 442
 443
 443
 444
 445
 446
 447
 447
 448
 449
 449
 451
 453
— 454
~ 455
 456
 457
 458
 458
 460
~ 461
1— 46a
—■ 463
tot geene Gilden behoorende._
*
I. Brouweryen. .              . _
II.  Mouteryen.' .          . —
III.  Brandéryen. .             . —
IV.   Azynmaakeryen.         . —
V. Meedemaakeryen.
          . —
VI. Haring- en Zoutenviscbkoope-
RYEN.                    .              .                 
V!I. Zoutkeeten.            . _
VIII. Suikerrafineerderyen.           
IX. Tabaksspinneryen.            . —
X. Touwslaageryen.            - —
XI. Teerkooperyen.          . —
XII. Zeepziederyen.        . . ~
XIII.  Houtkooperyen.             . —
XIV.  Steenkooperyen.
XV. Zydereederyen.
          . _
XVI. Zydeweeveryen.             ,           _
XVII. Goud- en Zilverjdraadtrekke-
ryen.
           .           .
XVIII. TwYNERYEN.
XIX. Katoendrukkeryen.            . -
XX. Parsseryen. . .         
XXI. Kalanderyen.
XXII. Yzergieteryen. .          -
XXIII.  Salpeeterrafineerderyen.       -
XXIV.  Zwavelrafineerderyen.           
XXV.  Kruidmaakeryen. .           
XXVI.  Loodgieteryen. .         . —
XXVII.  Glasblaazeryen.            .           
XXVIII.  Smeersmelteryen.            . —
XXIX. Vermillioen-, Vernis-«72 Tere-
binthynmaakeryen.           . —
XXX. Potten-, Steentjes- en Pla-
teelbakkeryen.
- 477-492
-477
- 481
- 481
- 482
- 482
- 482
-481
-483
-484
-484
-485
-485
- 485
- 4S6
- 486
- 487
- 487
" 488
- 488
-489
-489
-489
r 489
- 489
-489
- 490
- 491
- 491
- 491
- 492
TWEE-
-ocr page 34-
U
H O
D.
XXIII.
N
Stuk. .
Bladz.
III.
15
17
18
'—
20
21
Stuk. Bladz.           -
TWEEDE BOEK.
IV. Maat en Gewigt.
BlNNENLANDSCHE KOOPHANDEL, VEER-                          VI. EXUE.
of Bk.uu.t- en Markt-Schepen en                        VIL Paalgeld.
Schuiten.          _                              jjt 493-522 VIII. Renten. ,
DERDE BOEK.
Buitenlandsche Koophandel , Wissel-
handel en Behulpsels van den
Koophandel in 't gemeen.
I.
Buitenlandsche Koophandel en
Scheepvaart.
COUSTUMEN of GEWOONTEN.
KEUREN.
II. 523-552 *• °P het Timmeren en Rooijen.
2.   Op de Straaten.
3.   Op bet Brandblusschen.
4.   Op de Lantaarnen.
5.   Op het byten.
22- 34
34- 49
37
40
41
44
47
47
48
523- 536
6.   Op bet nagtwerken.
7.   Op bet dobbelen.
8.  Op het houden van Bordeelen.
TWEEDE BOEK.
VOORNAAMSTE BEZITTIN-
GEN der STAD.
Pp HambüPvG en Breemen.
~—- Brabant en Vlaanderen.
"b—- Zweeden , Deenemarke en Noor-
wegen.
          .          .            .
•-----Duitschland.
-—■ de Oostzee.
—^— Frankryk,
■-----• Engeland , Schotland en Ier-
land.
—— Spanje.          .             .           .
*----- Portugal.
--^— Zwitserland.
—— Italië , de Middellandsche Zee
en de Levant.
*----1 MüSKOVIE.
—— Oost- en Westindie.           *
— 525
— 527
— 527
— 528
— 529
— 530
— 531
— 53a
— 533
— 52-139
AMBAGTSHEERLYKHEDEN. — 52-
^^^^^^B I. Amsterveen of Nieuwer-Amstel.
IL Ouderkerk 0/Ouder-Amstel.
—  533            III. Diemen.         
"534            IV. Slooten,Slooterdyk, Osdorp,de
—  535                      Geer en Vrye Ameagten.
V.  Kudelstaart.           .             .
VI.  Leimuiden en Vriezekoop.
---- 536-54» VII. VOLEWYK.               .            .
VIII. Urk en Emmeloord.
IX. Aandeel der Stad in Suriname.
52
60
64
75
78
82
84
88
II.
Wisselhandel.
III.
POLDERS, WATEREN, DYKEN
en WEGEN.
I.  Watergrafts- of Diemer-Meer.
II.  Bylemer-Meer.
III.  Abkouder-Meer.
IV.  Zeeburg of Diemerdyk.
V.  Zeedyk beoosten Muiden. ,
VI.  Hoogheemraadschap van Am-
STEELAND.
VII. Amstel.
VIII. Westfriesche Dyk.            ,
IX. Hondbossche.           
X. Slaaperdyk.                 ;
XI. Heilige Weg:
XII. Vaart , Trekpad en Wagenweg
op Haarlem.
XIII.  Wagenweg en Trekpad op Weesp.
XIV.  Trekvaart en Weg op Muiden en
Naarden.
XV. Trekpad en Vaart op Gouda.
XVI. Trekpaden en Vaarten over Mo-
NIKENDAM en EdAM, «» °™r PUR-
MERENDE naar Hoorn.
XVII. Zandpad tujfcben Ouderkerk en
Breukelen._
XVIII. Zandpad van Weesp naar VGraa-
venland.
XIX. Weg van Duivendrecht op Ab-
KOUDE.
**** a
Behulpsels en Bedienden van den
Binnen- en Buitenlandschen
Koophandel.
Posteryen.
Wagenaars.
Jagers.
Pakkers.            .
Ballasters enz.
89-114
89
93
95
•95
■ 101
-103
107
■ 108
■ 109
- 109
• XIO
IIO
III
112
- Ha
—  543-552
—  543
—  545
—  547
—  547
—  547
VYFDE DEEL.
VOORREGTEN ,, GEWOON-
TEN, KEUREN en BEZIT-
TINGEN van AMSTER-
DAM.
          .            .               .          III.
139
EERSTE BOEK.
PRIVILEGIEN of VOORREG-
TEN, COUSTUMEN of GE-
WOONTEN en VOORNAA-
. ME en ALGEMEENE KEU-
REN.
— 113
— 113
— 114
— 114
ZES-
III. 1 -49
PRIVILEGIEN.           — 1
• 22
I. Jurisdictie of Vryheid.
II.  Vereeniging met Holland.
III.  Wapen.
—     1
-— 9
—    9
-ocr page 35-
N H O U
D.
I
XXIV.
Stuk. Blads~
Stuk. Bladz.
TWEEDE BOEK.
Commissarissen der Collegie n van
Regeeringe of Bewind.                 III. 366-424
I. Thesaurieren Oruinaris.            .----- 367-376
II. Websmeesteren.            .              .-----2/6 - q8o
III.  Thesaurieren Extraordinaris.------3H9-395
IV.  Rekenmeesteren.           .             ------395-401
V.  Commissarissen van de Wissel-
ZESDE DEEL.
POORTERSCHAP, SCHUTTERYEN,
KRYGSRAAD,BEZETTING en VER-
MAARDE PERSOONAADJEN VAN
AMSTERDAM.
         .                       *1L 141 • 268
EERSTE BOEK.
POORTER- of BURGERSCHAP en
deszélfs VOORREGTEN.                III. 141-163
TWEEDE BOEK.
SCHUTTERYEN, BURGER -COM-
PAGNiEN, WAGTEN en BEZET-
TING-                      .                   . in. 164-194
bank.
VI.  Commissarissen van de Bank van
Leening.
VII. Excynsmeesters of Commissaris-
sen van den grooten Excyns.
401-407
405-412
412-420
VIII, Commissarissen tot den ontvangst
van de honderdste en andere
Penningen.
420-424
DERDE BOE K.
I.
Commissarissen der Collegien of
Banken van Justitie of Regts-
Oude Schutteryen.
164-169
OEFENING.                             .                      -
425-469
II.
I.   Commissarissen van Huwelyksche
Zaaken en Injurien. , .
           —___425-4^
II. Assurantie-Meesters of Commis-
sarissen van de Assurantie-Ka-
mer.
               .                     .             -—-435-444,
III.  Commissarissen van kleine Zaa-
ken.
                    .                  .            -—-444-4^3
IV.  Commissarissen van de Zeezaaken. -— 453-461
V. Commissarissen van de desolaate
Boedels. .                      .          —,461-469
Twee Alphasetische Registers van de Naamen der
Magistraatspersoonen van Amsterdam.
I. Voor, en tot op het jaar 15-8.            III. 472 enz.
II.  Van de Verandering des jaars 1578,
tot op bet jaar 1768. .           -----. 43! eB2#
VIERDE BOEK.
Nieuwe Schutteryen of Burger-Com-
pagnien en Krygsraad. -
           . —— 169 -181
III.
Ruiterwagt en Ratel wagt. ï ------181-184
Guarnizoen o/Bezetting. ï ——184-187
DERDE BOEK.
VERMAARDE PERSOONAADJEN. .-----. 195- 268
ZEVENDE DEEL.
REGEERING DER STAD AM-
STERDAM. .
             .               III. 269-502
E ER S T E BOEK.
Voornaamste Ministers en mindere
beampten der Regeeringe.
              -
I. Pensionarissen en Secretarissen
der Sta».
             .               .            _
II. CONCHERGE , ClPIER, BODEN , I\A-
MERBEWAARDER , WaGTERS Van de
Vierschaar en Deurwaarders
van de Hoven en gemeene Mid-
delen.
                .                            _
BYVOEGSELSra VERBETE-
RINGEN.
             .               . _
LYS T van egte Stukken, Amster-
dam betreffende.
          . .           __
BLADWYZER van PERSOO-
NEN en ZAAKEN.                     _
' 491-502
491 enz.
499 enz.
503 enz.
514 enz.
518 enz.
Regeering in 't gemeen. Byzondere be-
SCHRYVlNG DER AßlPTEN VAN ScHOUT
Burgemeesteren, Schepenen en '
Raaden.
             .                 .               ui.
I.  Oude en laatere Regeering der
269 - 365
Stad in 't gemeen.
II.  Schout.
III.  Burgemeesteren.
IV.  Schepenen.                           
V. Raaden. . .
          .
• 269 - 279
•279-285
•286-306
■307-349
■349-363
AM-
-ocr page 36-
AMST E^D A M,
I N Z Y N E
OPKOMST AANWAS, GESCHIEDENISSEN
VOORREGTEN, KOOPHANDEL, GEBOUWEN, '
KERKENSTAAT,SCHOOLEN,SCHUTTERYE,
GILDEN
E N
REGEERINGE,
BESCHREEVEN.
EERSTE DEEL.
OPKOMST, AANWAS en VERGROOTINGEN
van AMSTERDAM.
EERSTE BOEK.
Oorfprong, aanwas, en Gelegenheid derStad AMSTERDAM, tot omtrent den
aanvang der zefliende eewwe.
Naams-
reden dei-
Stad.
deelen. Men zegt en fchryft ook Schie-
dam ,
niet Schie-erdam, en Edam, niet Ee-
erdam
, of 1-erdam. 't Schynt dan dat men,
op gelyken grond, ook Amfleldam fchryven
moge.
De Amflel, die Amfterdam den naam Loop
geeft, neemt zynen aanvang omtrent drie g5 Am.
uuren gaans ten zuiden van de Stad, daar e S-
de Waters de Dregt en de Kromme Mydregt
of Miert famenlopen; deelt Amflelland in
twee deelen, en loopt, voorby Ouderkerk,
naar en door de Stad, alwaar hy zig ver-
eenigt met het Y , den bekenden inham
der Zuiderzee.
Door den Dam, die het ander gedeelte Plaats en
van den naam der Stad uitmaakt , moetn^™^
men, naar alle waarfchynlykheid, den te- Dam
genwoordigen Middeldam of Vygendam ver-
ftaan, die den eerften deezer twee naamen
fchynt gekreegen te hebben, om dat hy
midden in den Amflel, of liever, omdathy
midden in de Stad legt: de laaüte naam
werdt, in de zeftiende eeuwe, gegeven aan
het gedeelte van het Water, welk van de
Zoutfteeg tot aan den Dam loopt, zo ge- .
tuigd wordt (a)>*er oorzaake vaneene par-
ty
(2) In 'tfiljße jaar [1526], lees ik, in eene
aantekening, op de laatfte bladzyde van het eerjk
Ä                                                                 Stads
M S T E R D A M , waarvoor men
-/T\. oudtyds Amflelredamme of Aemflel-
redamme
fcbxeef, en waarvoor fommigen
nu verkiezen Amfleldam te fchryven, heeft,
ongetwyfeld, zynen naam gekreegen naar
den ftroom den Amflel, van ouds ook
Ameflelle geheeten, die de Stad doorfnydt;
en naar eenen Dam, in deezen ftroom ge-
legd. De Plaats is Amflelredamme, dat is
Amflelerdam, genoemd (i), welk zo veel
als Dam des Amflels betekent; even als
Rotterdam, Dam der Rotte, een bekend
Water in Schieland; en Zaanredam, of
Zaanerdam, en by verkorting Zaardam en
Sardam, Dam der Zaane zeggen wil.
Wy verkiezen Amflerdam te fchryven,
niet flegts om ons naar het tegenwoordig
gemeen gebruik te voegen, maar voor-
Of
men
•dmfier-
dam of
■Amflel-
nam bc- naamlyk, om te nader te blyven by de
noorc te ou^e fchryfwyze van Amflelredamme. Wy
ven? willen egter zulken, die tegenwoordig lie-
ver Amfleldam fpellen, geenszins veroor-
(i) De ouden fchreeven, ook in andere gevallen,
re, daar wy nu er fchryven. Zie Stoke in Floris
den III.
bl. 51.
Dif re waren gevaen hielden 't leven.
Dit waren d'Edelinghe die re bleven.
en in Ma bl. 69.
Menich appelboom die re ßont.
I. STUK.               J
-ocr page 37-
■BIB
'
-ocr page 38-
AMSTERDAMS
I. Deel.
tv bedorven Vygen, die aldaar, metve|f^of op bevel der Regeeringe, gelyk in dB?
gelyke gevallen gebruikelyk is, in 't water
geworpen* waren. Doch in de zeventien-
de eeuwc, heeft dit gedeelte, zowel als
bet ©yerig« van den burgwal langs het Dam-
rak, den naam van het Water gekreegen,
en de naam van Vygendam is op den iviid-
deldam gepaft geworden.
SÄ? Dochte nette tydN, wanneer deezeDam
s Biffchops Leenman; daar 't bekend is
dat Gelder, met voor 't jaar 1079, met
den titel van Graaffchap vereerd werdt Cd)
en dat de Heeren van dit Geweft, ten tyde
van Biflchop Adelbold, den titel van Poéê
den
voerden. -Voeg hier nu nog 2 fef
dat m de Lvft, van welke wy fpreeken '
%q alsze door He da in 't licht gegeven
is, geheel geen gewag gemaakt wordt van.
den Here van Amfiel Zulks gefchiedt al-
leenlyk, m eemge andere uitgaven van dee-
ze Lyft (0, waarop minder, immers geen
meerder ftaat te maken is, dan op de uit-
gave van He da. Maar genomen, 9 dat
'er, zo vroeg in de elfde eeuwe, reeds een
Heer van Amfiel geweeft ware; dan zouno«-
te bezien ftaan, bf men, door Amfiel, fuift
bepaaldelyk een Dorp of Gehugt van dien
naam en met veel liever hetgantfche Land
van -Amftel, welk zig, van den oorfprons
des Amftels,, tot aan het Y toe, uitftrek-
te, verftaan moeft. Voorwaar, de naam
van Amfiel km zo wel op gantfeh Amftel
land, als
op een Gehugt of Dorp in'tbyzon-
der, worden toegepaft; en paft 'er, daar
van eenen Heer van Amftel, die zekerlvk
uitgeftrekter gebied hadt dan over een en-
kel Dorp of Gehugt, gewaagd wordt, myns
oordeels, ruim zo natuurlyk op.
Men tragt, wyders,de oudheid van Am- Tweede
lterdam te bewyzen, uit eenen LatynfchenReden',
Bnef van den jaare 1105 (ƒ)., waarin ^T
VlATt hScultetus/% fnftelle'dat is
Wolf ge, Schout van Amfiel, genoemd wordt van Am-
Hieruit, wordt zelfs opgemaakt, dat hetfteI en
Dorp Amfiel'reeds eenig aanzien moeft ver-SchoiA'
kreegen hebben, om dat het eenen Schout A
ondernouden kon (g). Doch 't is immers
ten hoogden onzeker, of men, door Am.
fiel,
een Dorp van dien naam, of, gelyk
wy zo even aanmerkten , niet veel eer
gantfeh Amfielland verftaan moet. In eenen
Brief van den jaare 1126, wordt Wolfee.
rus de Amefielle
genoemd (/,), dien men,
niet zonder reden, voor den zelfden houdt,
««*■»« ja» 1105, Wolfger, Schout van
Amfiel,
genoemd is. 't Is ook te vermoe-
den, dat hy uit den Huize van Amftel ge-
fprooten is, om dat de Heeren uit deezen
Huize, op gelyke wyze, in oude Brieven
genoemd werden. Zo leeft men van Eg*
hertus van Arne fiel
of Amflelle, in Brieven
van de jaaren 1131, 1143, "45, "65,
1172 en 1176. Van Godefridus van Arne-
fielle,
in eenen Brief van den jaare 1131
geferdC allereerll gelegd werdt, is t'eenemaal on-
werdt, is zeker. Alleenlyk weet men, dat dezelve
onzeker, in 't jaar 1275 in wezen was, om dat de
Plaats toen den naam reeds hadt van Am-
fielredamme,
gelyk wy beneden zien zullen.
Pn^er De opkomft en eerfte aanwas van Am-
redenen1 ftei^am is bedolven, onder eenen dikken
voor de rnift van twyfelagtigheid en onzekerheid. De
oudheid Plaats is, waarfchynlyk, vanzeer geringe
van Am- beginfelen aangegroeid: en heeft, in't eerft,
er am- denkelyk, geenen byzonderen naam gehad,
tot dat zy, allengskens aangewaflen, vcr-
moedelyk niet voor de dertiende eeuwe ,
den naam van Amfielredamme heeft aange-
nomen.
EerfliRe- ■ Ik weet wel, dat fommigen de Plaats veel
feend°uit 0U£^er maaken5 docn laat ons, kortelyk,
de LyftU1 onderzoeken, op wat grond. Zy vinden ,
derllcen- in eene Lyft der Leenmannen des Biffchops
mannen van Utrecht, die tot het jaar 1021, en den
van 't tyd van Biffchop Adelbold gebragt wordt (a),
Utfecht.11 §ewaaSd van eenen Here van umfiel, die
dat meefie deel van zyn Heerlykheit van den
Sticht van Utrecht ter leen hieldt:
en hier
uit maakenze op, dat 'er, reeds in de elf-
de eeuwe, eene plaats, Gehugt of Dorp in
wezen geweeft is , welk toen Amfiel ge-
noemd werdt, en het eerfte begin van Am-
fterdam geweeft is (b). Doch men moet
hierop aanmerken, 1. Dat deeze Lyft der
Leenmannen van 't Stigt, by veele Geleer-
den, verdagtis, en door fommigen, die
ze met geheellyk verwerpen, tot laatere
tyden gebragt wordt (c). 't Laatfte blykt,
onbetwiftbaar, met grond te gefchieden ,
naardien 'er,in de gemelde Lyft,gewaagd
wordt van eenen Graaf van Gelder, als
(a) Vid. HHDAHift. Ultr.^.iii.
Stads Groot-Memoriaal een mme burchwal gemaekt
ftreckende van de Smfleegbe m den damv,u\o7 t-
naempt Fyghcndamme, omme arghe vygfon dairin te-
worpen. Zie
00K t.v. Domselaar AmftAU Boek:
bl. 194. en C. CoMMELiN Amfl. bl. I?2. ïn Xzzlièk
Groot Memoriaal t
291 w/o, vergeleeken met f
287, wordt ook gefproken van huizen, ftaande op
>
en
den bouck van de Zoutfleeghe, ende Vwhenäam ■ waar
uit blykt, dat dit gedeelte van het^ Water toen'de
Fygendam genaamd werdt. En dien naam draagt
het nog, in de groote Kaart van Balthazar Moris-
zoon,
die, in 't jaar 1625, eerft gemaakt; doch
naderhand mcrkelyk vermeerderd is.
(d)   Vide PONTANl Hift. Gelrise, Lihr. V. p. 9S.
(e)   l'id. Chron.de Traje&o. in MAtti«i Ana' 7ïj
V. p. i 1 i- Groote Chr. Vil. Div. XIV. Ca?, ƒ, i7 ,,,r>
(g) LE LONG*^. .
\%) „4/>.BUCHEL.«rfHEIÏAMp. ljä.
-ocr page 39-
-ocr page 40-
I. Boe
OPKOMST en AANWAS.
K.
envmGifelbertusvan Amcfielk, in Brieven   heel wat anders. Zy fpreeken van eeiie
^JndeJaareniI76,i22o,i224en 1225(3).   tolvryheid in OveryfTel, alwaar de Graa-
ïviaar wat waarfchynlykheid heeft het,dat   ven van Holland, voor 't jaar 1275, en
van T den Öuizevan Amftel Schout   nog meer dan twee eeuwen daarna, niets
een enkel Dorp zou geweeft zyn? 't Is   te gebieden hadden, en gevolgdyk geene
nmers veeleer te vermoeden, dat hy ,   tolvryheid verleenen konden. OveryfTel ,
et ampt vm Schout of Baljuw over gantfch   oudtyds het Overfligt genaamd, ftondt on-
Amitelland bekleed zal hebben. Denaam   der den Biflchop van Utrecht; en deeze
% van Schout was niet te gering, voor eenen   alleen hadt regt, om aldaar tolvryheid te
Weer uit den Huize van Amïtel. Hywerdt   verleenen. Doch of hyze, zo vroeg, aan
ook, iomtyds,aan de oude Heeren van Woer-   Amftelland verleend hebbe, is my uit gee-
oen en Amersfoort gegeven (z). En zo Wolf-   ne oude Hukken gebleeken. Wel vind ik, dat
ger Schout van Amftellandgeweeftzy; dan   Amfterdam, in't jaar 1478, aan Biflchop
is er,uitdennaamvan&/joH£üarc^/7jyle/,niet   David van Bourgondie verklaard heeft, in
°P t(j maaken,dat 'er, reeds in't begin der   den befitte der Fryheyt van de [Stichtfche]
twaalfde eeuwe, een Dorp of Gehugt in we-    Tollen geweeß te hebben, foo langhe dat ge-
zen was, welk toen Anfiel, en naderhand Am-   dachteniffe van menfehen anders daer over
Jteiredam genoemd werde. In de gantfche   niet en is; en dat de Biflchop de Stad, daar-
twaalrdeeeuwezelfs,ismygeenbewysvoor-   op, tot aan Rheenen toe, tolvry
gekomen,dat 'er een Dorp, ^m/Wgenaamd,   klaart (/). Ook blykt, dat de Stad ^wui-
Hvwezen was. Zulks alleen uit de naamen van   Ie en die van Amfterdam eikanderen, in 't
Wöliger Egbert, Godefrid enGysbrecht   jaar 1469, wederzyds, tolvry verklaard
van Amltel te willpn Vipflniran i,-»^«)-
hebben (m), en dat 'er, omtrent honderd
jaaren vroeger, tufïchen Deventer en Am-
fterdam , meer dan eene overeenkomft op
't ftuk der tollen gemaakt is (n). Men
vindt zelfs eene Verklaaring van die van
—                                       • •                                             _                   i
van Amltel te willen befluiten, loopt aan
tegen alle waarfchynlykheid. Al was 'er,
ten hunnen tydc, een Dorp Amfielm we-
zen geweeft, de Heeren van Amftel zouden
t> niet naar dit Dorp, maar zekerlyknaar   
nunne gantfche Heerlykheid van Anfiel of   Staveren van 't jaar 1353 , omtrent de
^mßeiiand, hebben willen benoemen.           vryheid van des Biffchops tol aldaar,voor
word V00r de 0U(meid van Amfterdam   die porters der vryen fieden in Holland in 't
deneerflSeene reden by§ebragt' die' in   gemeen (°> Doch uit dit alles volgt niet,
In het a°PflaS'meerfchyntteklemmcn-   dat Amfterdam, lang voor 't jaar 1275 ,
enn'~ 1 < ^ Groot - Memoriaal, f. 31,   in Overyffel tolvry geweeft is; en gevolge -
en ,!f'raiSCoMMELIN fchryft,f. 52vers.   lyk reeds eenig merkelyk aanzien gehad
Derde
Reden ,
argeno-
iii.-n uit
zeker
fchry.
vens van
't jaar' van Stad ^ Bnef §eregiftreerd» die»   heeft. Zulks zou, derhalve, alleenlykbly-
1475- Maan <?P« ^^ ' den een en dertigften   ken moeten, uit het fchryven der Stad aan
Vt7/trtTsfWL l*75, aan den Schölte en   die van Vollehhove, in 't jaar 1475. Doch
Stad tot Vollenhoe „ of Vollenhove in Over-   £ dit fchryven volgt, ten fcherpften,niet
ynei, geienxeeven is; en waarin men on-   meer, dan dat Amftelland, voor driehon-
der anderen leeft: dat my ende alle onfe me-   derd jaaren, dat is, in de twaalfde eeuwe,
Aepoirteren, als een Lit van Aemfierlant, en-   van de Stigtfche tollen vry was geweeft.
tn Kf"Paelfie Uu van dien, fculdig   Men voldoet zelfs aan de woorden , als
daeZnrentZknZtVei "f"! ""* mmZ° Z° T*a' a* ^ tolvryheid, maar
eevieed hebben ZV weßn ^n^e altyt vry federt tweehonderd jaaren, genooten was.
ge aeeß Hebben, over pc. ende n]c. jaren, off Zv bewyzen geenszins, dat Amfterdam, al
meer ende ymmer aljoe lange jaren, dat geen Jde twaalfde eeuwe, in wezen geweeft is
menfche ter contrarie gedynken en mag. Uit en gebloeid heeft. Laat ons toegeeven,
deeze woorden, hebben fommigen(*) op- dat Amftelland, in de twaalfde eeuwe,van
gemaakt dat Amftelland, en derhalven de Stigtfche tollen vry verklaard geweeft
oo
i, j            7,'              Jddr I275> tol- is-Amfterdam,ichoonlaateropgcKux—,
•yheid van de Graaven van Holland gehad kon zig immers die vryheid toeèigenen, om
;etL Doch de woorden fpreeken van ge- dat het in Amftelland gefügt, en, door den
tyd, datprïncipaelfie LU van Amftelland ge-
(
T
worden'was. De aangehaalde woord
en zeg-
(k) COMMF.LlNAmft. hl. 174.
(3) Eenigen van deeze Brieven zyn IwHeda in
de aantekeningen van BücHELIUS 0p Heda, inde
werken van Matthäus , en elders te vinden: van
hphiv aderen , die in Utrecht bewaard worden,
vervol- riften °nder my- WY zulIen ' in 'c
•Trhrnik 'n,^ fommiSen dsez£r Brieven nog verder
gebruik moeten maken.
am zig
een
gen
nnV mpfir niet, dan dat Amlterd
Amft.^- "9- [9J.] Gi. Utr, Wacaatb,n,
f« mndv. hl. «7.-[lfiI,lSl.]
>„) Handv.
A 2
W. 130.
■ ■ .
)
-ocr page 41-
TIL.
-ocr page 42-
AMSTERDAMS
1. Deel.
een voorregt toeëigende, welk Amftelland in
't gemeen bezat; en deRegeering heeft geens-
zins voor, te zeggen, dat de Stad in wezen
en bloei was, toen de tolvryheid aan Am-
ftelland eerft werdt verleend.
gefteken werdt [indixere , ut communi im-
petu aggerem Amflel interrumperent
("u).]
B e K A, die in 't laatft der veertiende eeuwe
leefde, zegt „ dat de Kennemers den dyk
„ doorftaken, en alle de Amftellandfche
„ weiden lieten onderloopen". \Walterus
quidem
&? Albertus, prafati muit es, Kine-
maris induxerunt
[1. indixcruntj clajfem ajju-
mere
, aggerem interrumpere &? prata totius
Amflelandia: fubmergere
(V)]. En He da,
dit nader vcrklaarende, paft het woord
dyk duidclyk op den dyk langs den Amfiel-
ßroom [aggerem ad flumen Aemflel (x~)~].Wy
zien, uit dit alles, hoe weinig grond'er zy,
om Melis Stoke hier van een Dorp
Amflel te doen fpreeken. Doch hy ge-
tuigt verder, dat Aemflel fine 'Veflen, of, endoor
gelyk men in een ander oud Handfchrift ^yek.
leeft (y), Aemflel fine Vefle in brand ge-
ftoken zy: en veelen meenen dat deeze
woorden op Amfierdam zien, welk toen
reeds in wezen , en eene Stad geweeft
zou zyn. Doch hier helpt ons de meerge-
melde ouder Schryver wederom te regt,
ter aangehaalder plaatfe,duidelyk zeggen-
de „ dat het Huis des Heeren van Amftel,
„ een treffelyk gebouw, aan kooien gelegd
„ werdt; en dat zelfs de Appelboomgaard,
„ nevens het huis gelegen, aan de vlam
„ werdt ten befte gegeven". \Inter qucs
domum Gifelberti honor'xficce ftruclurce favilla
tenus exußerunt. Arbores pomiferce dcmui
vicince exufiulatce fine fpe germinis reüiïce
funt J]Mz lis
Stoke gewaagt ook van dit
verbranden des Appelboomgaards, waar-
uit ten hoogften waarfchynlyk wordt , dat
hy denLatynfchen Schryver gevolgd heeft :
en is dit zo; dan kan hy, door Aemflel fine
Vefie,
niet anders dan het Huis of Slot des:
Heeren van Amflel
verdaan hebben. Vefle
was, gelyk men weet, oudtyds, en inzon-
derheid ook by S t ok e (z) , de naam van
een bevefiigd of verflerkt Huis of Slot.
Wy zien, uit het bovenftaande, dat, noch Hy ver-
MelisStokes^c t'Aemftel,nochzyneftaat 'er
Aemflel fine Vefie onswyfttot de Plaats, die 4mfteIj~et
federt Amfierdam genoemd is. Nogtans is d™r.
't my waarfchynlyk, dat deeze Plaats ,
omtrent deezen tyd, opgekomen is. Men
zal ons hierin ligtelyk medevallen, na dat
wy zullen aangeweezen hebben, waar het
Slot der Heeren van Amftel, naar alle waar-
fchynlykheid , geftaan hebbe.
Onder de laatere Schryvers , plaatfen Aanwf-
fommigen dit Slot te Ouderkerk aan den zing de<
Am.plaatfe
van nu
(v) /«MATTh^i Anal. Tu«. II./i. 49i,
(w) In Theodor. II. p- &+■
(x) In Theodor. II. p. igiï.
(y) fiyLELoNGW. 2°7-
(z) Ir. Disk VU. il. <>o. 'm A.dï, il. 6t, J°,?t,7I.
De Stad
is niet
bekend
Wy vinden, derhalve, nog geen bewys
altoos, dat Amfterdam, of de Plaats, die
t naderhand Amfierdam genoemd is, in de
voor het twaalfde eeuwe, in wezen is geweeft. Een
begin der der oudfte Befchryveren vanAmfterdam (ƒ>),
dertien- die voor 't einde der zeftiende eeuwe over-
de eeu- jeeden is, noemt de Stad nieuw, en getuigt
dat zy geloofd werdt, eerft omtrent het
jaar 120c, opgekomen te zyn. Amfieroda-
mum
, zegt hy, urbs recens anno falutis
humance millefimo ducentefimo aut circiter
primum exorta creditur.
Een ander, die
omtrent honderd jaaren eerder gebloeid
heeft (q), befchryft de Stad ook als van
eene zeer jonge herkomft [Oppidum Am-
flelredamenfe
ortu novijjimum^] Daar dan
de oudfte Schryvers, die Amfterdam be-
fchreeven hebben, de Stad als van jonge
herkomft hebben aangemerkt, behoeven
wy'er ookgeene zwaarigheidinte maaken.
De Plaats is, naar waarfchynlykheid, niet
voor 't begin der dertiende eeuwe, bekend
geweeft. Men vindt, op het jaar 1204, in
onze oudfte Chronyken, gewaagd van ee-
nen inval der Kennemeren in Amftelland
„ daar zy den Amfteldyk doorftaken, de
„ Amftellandfche Veenen afliepen en plat
„ brandden, het Hot des Heeren van Am-
„ ftel aan kooien leiden, en den boomgaard
„ by dit flot verdelgden". Op deeze wy-
ze, fpreeken de Schryvers van deezen in-
val, een van welken den tyd beleefd heeft,
waarin dezelve voorviel (f). Laat ons nu
zien , hoe uit hun verhaal af te neemen
zy, dat de Plaats, die federt Amfterdam
Wat Me genoemd is 5 toen reeds in wezen ware.
lis Stoke Melis Stok e, die in de dertiende en in't
verfta, begin der veertiende eeuwe bloeide, fpre ekt
door den (j) Van het doorfteeken van den dyc fAem-
t'Je-nßel fiel
Sommigen verftaan hierdoor eendyk,
" waarmede de rivier in het Dorp Amfielhe-
dykt was (;). Doch 't heeft weinig fchvn
van waarheid, dat onze Chronykfchryvër,
den Amfteldyk willende befchryven, dien
genoemd zou hebben den dyk by het Dorp
Amftel, daar die dyk zig veel verder, en on-
getwyfeld langs den gantfchen ftroom uit-
ftrekte. Ook getuigt een Latynfch Schry-
ver, die honderd jaaren eerder gebloeid
heeft, blootelyk, dat de Amfteldyk door-
CT)) Cornel. haemkodius ad calcem J. 1. eontant
Amftel. p. 16,
(.q) Anonym. IHdemp.z.
(r) I-'ideMatthmi Anal. Te»».II.Ö.45*1, «*#•/>» +»«•
(0 l" Ada , hl. 69.
(t) Le Long bl. tos.
-ocr page 43-
i|
___
-ocr page 44-
I. Boe
OPKOMST en AANWAS,
K.
gotdex Amftel («); anderen omtrent de plaats,
van Am-?f ?u.h/t oudfte gedeelte van Amfter-
rnïlIT ulceßeichryveren vanAmfterdam,
NEL LIö(jYSBERTSZ.PLEMPenK0R-
hier^! Van1Haemrode, overeen. Zie
ae woorden van den eerftgemelden (i):
#aad a ^0/2fe ^roca/j BÄCrir cui mmn
inhceret;
Merhtfque, olim qiii pao jaiïus erat.
ronteprocul nee ab hoc, nomen cui tran- .
Jitus olim
JPfi ßcerdotum, myfiica pompa, dedit.
J-uncfun, ut nunc efi, ripa contraria ripa:
■rJ locus, occafum qua tenet,arcis erat.
Van welken de zin is „ dat het Slot der
O renn Amtel ftondt, tuffchen de
ï ?n ,aaPenbrug, aan de weftzyde
des Amltels". „ De eerfle Heer van
Amitelland , welks hoofdflad Amfler-
£am is, was, zegt de laatftgenoemde ,
^ngelbert, die een Slot gefügt heeft aan
> Jen oever des Amftels, byna op dezelf-
' ïe,Piaats' en teêeri over het Huis, welk
' ,7,11 Hm\mn SP<™je genaamd wordt, op
» welke plaats, nu het Huis Hinloopen flaat.
« "e grondflagen van deszelfs toorenszyn
a daar gevonden in 't jaar 1564, toen de
l? »van'thius, ^oBiSont^.al-
» deSte?en lt0t em heimelyk gemak
/w, gra?ven-" [Primus dominus Am fier-
UMia
, ay w M/)Mt eß Amflerdamum, >&
Am(inUS ' gi" arcm e«/^saÄ m rita
„ iUMMte ibidemfuntinvmJmhi^U
tellet f ödere/erobern, excipiendis hominum
jxeremems idoneum (C)]". Het Huis, welk,
sLJd%dl?es ScWvers, toJ&fr M?
wel ^asïn0^1^ Spmje (4), genoemd
werat was eene voornaame Herberg (d)
en heeft geilaan aan den NieuweS, ter"
plaatfe omtrent van de Dirk van Haffelts-
iteeg, m welken nog een fleegje uitloopt,
de bpanjaards-oïSpanjes-Poort genaamd.Op
ot omtrent deeze plaats , heeft dan hqt
M VAN der Houve Handv. Chron, hl. i,+
ib)
Amftcrodam. Monogramm, p. 20. Ei. isit
y> Ad- calc-
Ainftel. PoNTANi?. is.
(4) Met deezen laatften naam, vind ik hef ön-
geweezen, in eenen Brief van verzoening voor
* Cellebroeders-Kloofter in de Nes, van den
wordt11 i/iny ,S jaars IS36' die dus beflooten
ftelredm
         S n'Umm der voo"^fiede van Am-
Soaenanen' *t" fay^ Mn ?a" Vm^ken Zoen, in
'' TV »!• , en' ^ßC" ara rfe Windtmoelen-zyde
wyzen Hlm»l^n-zyde zullen Wy terftond aan-
Slot van Amftel ook geftaan. Pontanus
heeft dit met alleen op den rand van het
Werkje van H a e m r o r> Eaangetekend(5),
en elders (e) beweezen,uit de oude overleve-
ring, en uit de grondflagen van een zwaar
gebouw, welk men aldaar, voor veele jaa-
ren, in 't graaven, gevonden hadt; maar
't wordt ook beveftigd, uit den eigendom,
dien de Graaven van Holland , na dat
hun de Heerlykheid van Amftel afgeflaan
was, aan den grond hier omtrent gehad
hebben: 't welk wy hier alleenlykter loops
aanroeren; doch onder, daar wy van de ge-
legenheid der Stad in de veertiende eeuwe
zullen moeten fpreeken, omftandiglyk be-
wyzen zullen. De grond, daar't Slot der
voorige Heeren geftaan hadt, of nog ftondt,
kon gewifTelyk niemant dan hunnen opvol-
geren in eigendom toekomen.
Uit het gezeide neemen wy af, dat hetAmftcr-
Slot der Heeren van Amftel, omtr ent tegen dam
over de Oude Kerk, bewerten het Damrak, ^r alle
aan den Nieuwendyk, binnenwaards, geftaan waar-
heeft. Dit Slot was, reeds in de twaalfde fchynlyk-
eeuwe, in fland. Maar hieruit volgt yan heid
' ZY'
zelf, dat zig, omtrent dien tyd, of weinig ftenaan-
laater, eenige luiden metterwoon omtrent vang om-
dit Slot hebben nedergezet. De bevinding trent dit
heeft altoos geleerd, dat byna overal, waar ^ §e*
hier te Lande Heeren-Sloten van eenig aan-
zien wer den geftigt, al ftondenz e in't eerfl ge-
heel alleen, niet lang na derzelver opregting,
de naafle grond met eenige huizen bezet
werdt, die, allengskens toeneemende in
getal, dikwils tot Vlekken en Steden zyn
aangegroeid. Zo is 't ook omtrent het Slot
der Heeren van Amftel gegaan. Eenige
opgezetenen van Amitelland , en waar-
fchynlyk ook van Waterland hebben zig,
is het te denken, al in de twaalfde eeuwe,
omtrent het zelve nedergeflaagen. De Am-
fterdammer Arts Nicolaas van Was-
senaar tekent, in de Opdragtdes Zeven-
den Deels
van zyn Hiflorifch Verhaal, aan,
dat Amfterdam „ eerfl van enckele huy-
„ fingen, met een rond fort verfekert ,
„ zynen oorfprong genomen heeft": en dat
'er, naderhand „uit de naburige plaatfen"
van Waterland en Weflfriesland, inwoo-
ners bygekomen zyn. Doch 't is jammer>
dat hy niet meldt, op wat grond, deeze
J                                              zy-
(e) Amft. LUr. I. Cap. III. p- 9- orhn7Pr,.
(5) Ik houd Pontanus voor den Schiyve deeze r
aantekeninge , zo om dat h| ^ |^n als aante-
kenaar op Haemrodk, in ^ Opdiag van zyn ei-
gen werk, opgeeft; als om dat hy (flrf cak_ p ^
erkent iet op den rand van den ongenoemden
Schrvver te hebben ter nedergefteld: 't Welk wy
hier byvoegen, op dat men, met LeLong(«. in)
niettwyfele, of de aantekening ook door Haem-
RODfizelven gefield'zy,
A 3
-ocr page 45-
-ocr page 46-
AMSTERDAMS
I. Deel.
zyne aantekening rufte. Dirrick A-
driaensz Valcooch zegt (ƒ) „ dat
„ een van de Gr ebbers zig, in overoude
5, tyden, uit Weftfriesland, metterwoon
„ begeven heeft naar de plaats, daar fe-
i, dert Amfterdam geftigt is". Doch op
dit getuigenis is geenen vallen ftaat te maa-
ken. Meer gronds heeft het zeggen van
den Amfterdammer Digter, Kornelis
Gysbertsz. Plemp, die ,in 't begin der
voorgaande eeuwé, bloeide, en (g) ge-
tuigt „ dat zyn Overgrootvader, een Zaan-
„redammer, zig, tot voortzetting zyns
„ Koophandels, metterwoon, naar Am-
„ fterdam begeven hadt". En fchoon dit
getuigenis ons op verre na niet brengt tot
vroeg in de dertiende eeuwe, wanneer het
Slot der Heeren van Amltel verwoelt werdt,
zullen egter de opgezetenen der Plaatfe ,
die federt Amfterdam genoemd is, toen
reeds tot een merkelyk getal zyn aange-
groeid; 't welk hier uit is af te neemen,
om dat zy, omtrent zeventig jaaren laater,
reeds zo veel Koophandel dreeven, dat zy
voor eene gunlt rekende, dat hun, in 't
jaar 1275, tolvryheid in Holland gefchon-
ken werdt (h). Het Privilegie, hiervan
verleend, is het oudfle gedenkftuk, my
bekend, waarin de naam -vmAmfielr e däm-
me
voorkomt. De ingezetenen der Plaatfe
worden genoemd Luiden woonende te Am-
' fielredamme
\Homines manentes apud Amfiel-
redamme.~]
De dam, waarnaar de Plaats
haaren naam gekreegen heeft, moet dan,
ten deezen tyde, reeds gelegd geweeft zyn.
Doch hoe veel vroeger, is geheel onzeker.
De eerfte Wy vinden, derhalven, Amfterdam klaar-
mgezete- ^ jn ^en d^iende eeuwe: wy vinden de
nen,gCroo-beginfels der Plaatfe reeds j met veel
tendeels, waarfchynelykheid, in de twaalfde. Doch
Viffchers wy vinden nog niet , waarmede de inge-
ff^eft zetenen zig geneerden. DeoudfteBefchry-
il zyn.                              A n i                                    1
ver van Amlterdam, meermäalen aange-
haald, zegt „ dat Amfterdam, zo lang het
„ onder de Heeren van Amftel ftondt, zeer
j, klein was, en weinige ingezetenen hadt,
„ die, voor 't grootfte gedeelte, Viffchers
„ waren (*)". Hiermede ftemt de oude
overlevering overeen ; en de gelegen-
heid der Plaatfe aan 't Y en den Amftel
maakte dezelve bekwaam tot de Viffcherye
De Amfterdamfche_■ Viffchers en andere
inwooners hebben zig, derhalve, na dat
de Dam in den Amftel gelegd was, voor
't grootfte gedeelte, beneden den zelven
ten ooften van den ftroom, of eigenlyk van
het Damrak, zo als het, van vroeg af aan,
(f)   Chron. van de Sype, */. ?4.
(g)  Amllerodam. Monogramm./». IX.
(/>) ZïtHandv.tl. izj. [1].
(') dd calc. fONTANI,/). 3,
genoemd is, nedergezet; de Viffchers,
vermoedelyk, digtft naar den Y-kant, de
overigen ingezetenen meer binnenwaards.
De ooftzyde des Amftels,dus eerft bewoond
zynde, heeft hierom, federt, den naam
van oude zyde behouden.
Zo veel alleen kan men met zekerheid,
of met eenige merkelyke waarfchynlyk-
heid, zeggen van de gelegenheid van Am-
fterdam , in de twaalfde en dertiende eeu-
we, dat is, eer nog 't Slot der Heeren
van Amftel verwoeft, en na dat het weder-
om herfteld was. En volgens dit geleide,
verbeeld ik my de Stad, in haare eerfte
gedaante, op deeze wyze. De Amftel,
die van ouds den zelfden loop gehad heeft,
welken hy nog behoudt, was, daar nu
de Vygendam en groote Vifchmarkt is,
afgedamd, en ter wederzyde, gedeeltelyk
ten minfte, bedykt. De dyk langs den lin-
ker oever was de gewoonlyke weg naar 't
Slot der Heeren van Amftel, welk binnen-
waards tegen den dyk, ten weften van den
ftroom, beneden den dam, geftigt was,
een'fchoonen boomgaard agter zig hadt, en
digt by welk, geene of byna geene ge-
meene huizen ftonden; 't welk met het
aanzien, en met de vereifchte fterkte van
het Slot, niet beftaanbaar geweeft zou zyn.
De buurt of het gehugt lag aan de ooft-
zyde van het Damrak, in het gezigt van 't
Slot, vong aan, omtrent de plaats, daar
de oude Kerk ftaat, en de grond hoogft
is, en liep, in de oudfte tyden, naar den
Dam, en wat laater, zo 't ons voorkomt,
ook naar den Y-kant, tot op de hoogte
der nieuwe brugge toe. Of Amfterdam, in't
begin der dertiende eeuwe, reeds metee-
ne graft omringd geweeft zy, is onzeker.
Miflchien, hebben de huizen toen geftaan
van vooren tegen het Damrak , op den
Oofter-Amfteldyk, nu de Warmoesflraat:
en miflchien hebben zy, van agteren, geen
ander water gehad dan de binnen-floot van
den dyk, die federt de Oude-zy ds-Voor-
burgwal
geworden is. Ten weften, daar
weinig meer dan 't Slot ftondt, heeft, ver-
moedelyk, een diergelyke binnen-floot ge-
loopen, die federt in de Nieuwe-zyds-Voor-
burgwal
veranderd is. De gantfche Plaats
werdt dus, m deezen vroegften tyd, ten
Ooften en ten Weften, bepaald door de
twee Voorburgwallen, zo men anders den
binnen-flooten van den Amfteldyk dien
naam geeven wil. Ten Zuiden en ten
Noorden, ftrekte zy zig van den Dam tot
aan 't Y toe uit. Doch een groot gedeelte
der erven, die in deezen omtrek vervat
waren, lag nog onbebouwd. Ook is 't
niet te denken, dat de Plaats Poort of
Poor-
BcfchoU'
wing vaö j
Amfter-
dam, om
trent de9
aanvang
der der- I
tiende
eeiv.ve-
I
-ocr page 47-
\I.
-ocr page 48-
I- Boek.
OP KOMST en AANWAS.
Poon gehad heeft, in fe begin der
U(~rtiende eeuwe r»f > u ï. i > ei
ecnig ander KerkJS cr' behalve t Slot,
bouw geftaan hoil yk- ^-^««Wlyk ge-
Gene fomShebbe' ls geheel onzeker, 't
5. O/oft gej' oprent het ftigten der
twaalf■ nU 0udezyds-Kapelle, in de
feont op E' hr^bben »Wtekari (*)
wvs T,™e êjffingen, zondereenigbe-
Meer redaS* ' gdyk eenigen doen'
Kerke S£ ^J agt
*£«* derde
len hierin j g,eeven- Doch wy »*
Wer ter VU Ir er 0ok' zo vroeg, reeds
ftaanhebbf :n'?!^ °f Regth»isge"
Kapel , alw' e" Wel teSen wer de S.Olofs
kelders InS 'T" Zwaare overwelfde
vze en Wnden heeft> in melken eroote
mai me S 5 en traIicn Plagten £^MD ,
derf? m^r!dk?n m ^yfel getrokken^ iS
dat AmftlrS nnCn Wd' tfommigen,
Oudt KeTkt ^ VSn °mtrent de Plaats de;
zeer'v oei Ä t0t f9 de" Y^> aI
boiiw/1 i' lchoon niet allervroerit bc-
ÏiïtK geweeft is. 't Is ook' niet
in decze ff%k'dat het oudfte Raadhuis,
«Ä van"''?ffigt is gewe^ ter ge'-
Huis n rS' ™nlang> voor zeker
n°g voor T e^"" ; welk opfehrift,
doch of hot > ge Jaaren' vernieuwd is;
xelfs i, v K\er,5ecdsin de twaalfde, of
ftaao hebk? gm der,dcrtiende eeuwe, ge-
eenen Brfef'vÜL? hoogften onzeker. In
tPe^^^£s:ilti ,gewaagt
dere goederen m/7 ' ^**"» e" an-
bez-t r,J. 7 tV, Amftekedamne (6)
^eeds zo vroeJ 5*°*g» geweft zyn,
«*. in ArXrd,™ ' m de ^aalfde eeu-
geene zekerheid
         7" gCWecft ' is met
*niet,da 'e a^teWyzen-Zel^vind
KapdinÄmSdrS^^V'
dat 'er, vermcedelyk,VS^ ' tÄ
Jer tyden, eene l4p'el aïof n ? w
AtSrdam b^UrT °f ^^enen v™
iVeripel van Ouder-Amftel, welks
(tf\ f" MlERIS CtMterB. I. 7W *,
K,r/- bl- 4 'dïedn; ? fEt00M ^MryvJmJT^
bl- 135) get'o^ ?°,r L* ^Hfrfö^vanJmß.
««; maar -*fc§!"» w\me"' niet Anefielredam-
voor de waare '"*• WY ^oikIqu de ecrice leezln."
Kerfpelkerk te aidcrkerk ftondt;en waar-
mede de eerfte Kerk van Amfterdam, zyn-
de de Oude Kerk, in 't eerfl
vereemgd
geweelt is: al 't welke beneden klaarder
blyken zal.
Ondertuflchen, zal het fommigen vreemd Wat men
voorkomen, dat wy Amfterdam, in dete hou'
twaalfde, en zelfs in 't begin der dertien- benvheb"
de eeuwe, zo klein maaken, daar men een heUi!Lr-
Kaartje der Stad voor de Handveßen ge- tje der
plaatft heeft, waarin zy vertoond wordt , Stad,
i                           i_ •                                j-i          «oor
zo als ze, omtrent het jaar i22o,geweeitzou chriftof-
zyn ; en waar in men het oude Stadhuis fel van
op den Dam, de Oude Kerk en verfchei- Hartog •
de Kapellen en Kloofters afgebeeld zyn.vf^ oriti
Ook heeft de Stad daar reeds vyf Poorten,en worpen'
legt, ten Ooften en ten Weilen, in eene graft,
nu de Oude- en Nieuwezyds-Voorburgwal,
en houten wallen beflooten. Doch als men
aanmerkt, dat ditKaartje, door Christo f-
felvanHartogve LD,eerftin de zeven-
tiende eeuwe, voor zyn byzonder vermaak,
opgefteld is (») , zal men terftond moeten
erkennen, dat daaruit, omtrent de waare
oude gedaante der Stad, niets met zeker-
heid te beiluiten is. Anderen hebben reeds
voor ons gezien, dat 'er gebouwen in ge-
plaatft waren , die, in 't jaar 1220 , nog
niet waren geftigt. Domselaaë heeft
hierom geoordeeld (o), dat 'er de Stad in
vertoond werdt, zo als zy omtrent het
jaar 1260 of 1270 beftondt. C as pa rus
Commelin meende, dat hy 'er de Stad
in zag, zo als zy was omtrent het jaar
1300 (p). En Dapper (q) hadt, reeds
voor hem, gefchreeven, dat het gemelde
Kaartje de Stad afbeeldde, zo als zy was
voor 't jaar 1400. De laatite kwam ze-
kerlyk naafl aan de waarheid. Doch uit het
verfchil deezer Schryveren is klaarlyk af te
neemen, dat, uit het Kaartje, waarvan wy
fpreeken, omtrent de waare gedaante dei-
Stad in 't begin der dertiende eeuwe,niets
met zekerheid te befluiten is. Le Long
heeft dit zo klaarlyk getoond (r), datwy
noodeloos_ agten, daarop langer ftil teftaan.
Maar in 't einde der dertiende en inDeKoop
de veertiende eeuwe, begon Amfterdam ^an^
allengskens aan te waffen. Het Privilegie fter(jam "
van tolvryheid door Holland, welk de Plaats, toenee-
in't jaar 1275, ontvangen hadt, gaf den men.
Ingezetenen gelegenheid om hunnen handel
uit te breiden, niet flegts door de nabuurige
geweften; maar ook allengskensüoitwaards,
naar Hamburg en verder,enWeitwaards,
naar
(») ZU DöMSELAA» Ut. ä"k, bl. i93, Commelin,
;'f»7ïil. Boek, bl. 19z, 193.
(t>) Tufthtn hl. 170 <™ I?I.
(ai Amft. tuffeben bl. 44. en +j.
\r) Reform, van Amft. bl, lu>
u3i
-ocr page 49-
w.
-ocr page 50-
8                     AMSTERDAMS            I. Deel.
naar Brabant: van al 't welke wy omftan-
diger handelen zullen, als wy, in 't ver-
volg, den Koophandel van Amfterdam zul-
len befchryven. De handel kon, in 't klei-
ne Amfterdam, niet toeneemen, of het
getal der huizen moeft naar gelang aan-
waffen. Het Slot der Heeren van Amftel,
welk, in 't jaar 1204, verdelgd geworden
was , fchynt naderhand wederom opge-
bouwd, en omtrent het jaar 1282 , door
jAN Persyn, Heere van Waterland, en
ook, zo 't ons voorkomt, voor eenen tyd,Hee-
re van Amfterdam, bezeten te zyn (s).
Maar toen, in 't jaar 1297, Amfterdam,
met alle de goederen der Heeren van Am-
ftel, aan de Graaven van Holland verviel,
nam de hoop toe, om de Plaats, onder 't
aanwaffend gezag deezer Graaven, nog
fpoediger en fterker, te zien bloeijen. Graaf
Jan de II. gaf deeze goederen, in'tjaar
1300, aan zynen Broeder Guy (0, die fe-
dert Biffchop van Utrecht werdt, en Am-
fterdam, volgens het verhaal van eene on-
zer oude ChronykenfV), met Keuren voor-
zien heeft. Doch terwyl hy Heer van Am-
fterdam was, gaf Willem, oudfte Zoon
vanGraave Jan den IL, in 't jaar 1304, be-
vel aan die van Amfterdam, om hunne
bruggen te breeken, en alle hunne veflen te
flechten Qu)
: waaruit ten minften blykt, dat
de Plaats, voor dien tyd, bruggen en ves-
ten,
't zy het Slot vanAmftel alleen, of, gelyk,
uit den boven (bl. 7.) aangehaalden Brief
van denjaare i282,waarfchynlykeris,nog
andere Sterkten nevens het zelve gehad
heeft. Van de bruggen der Stad is, on-
getwyfeld, de oude brug eene geweeft; 't
welk men niet alleen uit den naam afnee-
men kan: maar ook, uit de noodzaakelyk-
heid, die 'er al vroeg geweeft is, om ee-
nen toegang van de oude naar de nieuwe
zyde te hebben, nader dan over denDam.
Men vermoedt, wyders, dat Biffchop Guy,
die, in 't jaar 1311, de Heerlykheid van
Amftel aan Willem den III, Graave
van Holland, te rug gaf, (w), te vooren
reeds, Kapellen en Kioofters te Amfterdam
geftigt hadt, waarvan egter geen duidelyk
blyk gevonden wordt. Miffchien was de
S. Olofs Kapel nu reeds in wezen; doch de
Oude Kerk, die thans de eenige Kerk van
Amfterdam, en aan S. Nikolaas toegewyd
was, was zekerlyk reeds geftigt. Zy was,
nog in 't begm deezer eeuwe, onderhoo-
rig aan, of famenge voegd met de Parochie-
fj) Zie Mieris Charterb. I. Deel, bl. 4,3; +,+> fm
letken mit
SoetEBOOm Waterl. bl. *7-
(t) Mieris Charterb. II. Deel, bl. i '•
(u) Ongen Klerk, il. 187.
(v) Mieris Chartorb. II. Deel, bl. +0.
(w; ld. il. Deel, bl, ui.
of Kerfpelkerk van Ouder-Amftel , te Ou-
derkerk , en werdt door een en denzelfden
Paftoor bediend, gelyk duidelyk blykt uit
eenen brief van Graave Willem den III. van
den jaare 1323, vergeleeken met eenen an-
deren van denjaare 1334 (x). Doch in 't
laatftgemelde jaar, werdt verklaard „ dat
„ de Kerfpel-Kerk van Aemftelredamme,
„ uit zig zelve, afgezonderd en gefcheiden
„ was van de Kerken van Oude Aemflelle
„ [Ouderkerk] en Nieuwe Aemftelle [Am-^fer~
„ fterveen]". Amfterdam kreeg, derhalve, WOT(jt
hoe langer hoe meer aanziens, en draagt, Stad g<r
zelfs in Brieven van de jaaren 1336 ennoemd-
1339 (3O, den naam van Porte, Poirte of
Stad: 't zy dat Graaf Willem de III., of
één zyner Voorzaaten de Plaats tot eene
Stad verheven hebbe; 't zy dat zulks ge-
fchied zy, by de Keuren en Voorregten ,
door Biffchop Guy, aan dezelve gefchon-
ken.
In deezen ftaat der Stad, begon men met DeWem
ernft de hand te liaan aan het betimmeren of Nief'
der erven, die op veele plaatfen binnen de we p
graft ledig lagen. Na het andermaal fleg- fterker
ten van het Slot van Amftel, in 't begin betim-
der veertiende eeuwe, was de grond, waar merd-
op het zelve geftaan hadt, en die den Graa--
ve in eigendom toekwam, gedeeltelyk ten
minften onbetimmerd gebleeven. Van dee-
zen grond gaf, naar alle waarfchynlykheid,
Graaf Willem de III., den eerften May des
jaars 1333, vier hoffleden op die Weftzide
van der havene, flreckende ute f Te tolt der
grafie, elke hofflede dortich voeten breet,
in
eeuwige erfpagt uit (z). In deeze weini-
ge woorden, worden verfcheide ftellingen
beveiligd, die wy te vooren gemaakt heb-
ben. Wy zien 'er uit 1. dat de Weftzyde
van de haven, of het Damrak, nog niet
overal betimmerd was, en derhalve, met
reden, federt, den naam van nieuwe zyde
kreeg. 2. Dat de Stad, ten deezen tyde,
maar ééne graft hadt, aan welke deeze
Hoffleden of erven (7) paalden, en die hier
geene andere dan de Nieuwe-zyds-Voor-
burgwal kan geweeft zyn, of ten minften
om-
(x) Zie Mieris Charterb. II. Deel, hl. 304, j6z.
(y) By den zelfden, II. Deel, H. 57s,«2j.
(zj Zie Mieris Charterb. II. Deel, bl. 54.)..
(7) Het woord Hofflede heeft hier, en geraeen-
lyk in oude Brieven, geene andere betekenis dan
die van Erve. In eenen Brief van Hertog Albrecht
.van den jaare 1387, leeft men Kan eemg huys op
den Middeldam alhier, dat men breed van der Hof-
flede daer't op flaen fal. Zie Handv. bl. 709. [6.]
Zelfs vindt men, nog in eenen Brief van denjaare
1518, agter Eikelenbergs Gedaante van Weftfries-
land
bl. 97- gewaagd van die Hoffleden in het Dorp
S. Pancras, daer die hwjffen op flaen. In beide wel-
ke plaatfen, 't woord Hofflede niet dan in den. zin
van erve of grond kan genomen worden.
-ocr page 51-
-ocr page 52-
ï> Boë
Ö PKOMSTe n AA K W A S,
K,
omtrent op de zelfde plaats, en in de zelf-
de ftrekkmg geloopen heeft. De zelfde
ßnef zegt ook nog, dat Griete Clays Héy-
SSe vier verpagte Hoffteden, op
mm fey bek^nLdt, en
's Graaven
Nart&rl , Lóuwekyn op éoehdè, op die
h°{e:
\Wé,k' t« J.? beveiligt, dat
är,^ t' T5 Boomgaard, en veelligt nog
«Klere Landeryen der Heeren van Amftel
nier gelegen hebben; alle welken aan de
vjaaöykheid gekomen waren, en dus door
jen ^raave bezeten werden. Een andere
ßnet van den twaalfden May des jaars 1336
opent ons de gelegenheid deezer Weftzy-
oe van het Damrak nog nader. De zelfde
^raar geeft, daarin, aen Góppe Heynen
*one,
zynen Schouie van Aemfiekedamme ,
zynen Molenwerf, alfo als 't ghelegen is bin-
™* der Porte Van Aemfiekedamme, op die
rrejtztde van der haven, tukhen der Porte
erve van Aemfiekedamme op 'die Nortzide, en
LL°uen Jwdaens Soens erve op die Zuyt-
nm r, Zo men onderftek, gelyk niet
onwaarfchynlyk is, dat deeze Louwen Jur-
daens Soen
(8) de zelfde is, die, in den
'°5f m,eIden Brief, Lmiwekyn genoemd
vorat;. dan paalden de vier eerftgemelde
erven aan het zyne; het zyne aan de Mo-
lemverf, en de Molenwerf aan de oudfte
£r iCm^er"Pooit'die i bezuiden de plaats,
ftin Li? °"de ^^erflmslegt, ge-
len on A
           ongetwyfeld naar den Mo-
den ia e6Ze Molenwerf> in brieven van
Wy- fcJm1418' der mnd-mokn-zyde Poirt-
** van^fJS ëenlanid is- °ok draagt de nieu-
de mnd-7,L7 ' m bneven van 't begin der vvf-
tnolenzv- tlende eeuwe,noe dikwil« A*n                 V
j. *j jTT- j , »,w& uikwhs den naam van dp
fecn tvindmolcn-zyde (q) n^i, ™          . ,
in bepaaldelyk gepaft op 't gene men
nu de* Nteumndyk noemt (V) , van den
denmnaaa 0t ^ S: Jak°bsftraat, zynde
eeuwe ^1i?" I2?,tew«^*. in de vyftiende
eeuwe, alleenlyk gegeven aan het gedeel-
te van den tegenwoordigen Nieuweïdyk
welk zig van de S. Jakobsftraat ftrek/tot
(<«) Mir.RO Charterb. II. Dttl ,hl „.
(8)  In de Dirk van Haffeltsfteeg , loopt een
dwarsfteegje Louwen-Poortje, en in de Kaart van
BalThAZAR Floriszoon, Meefler Louwenfleeye ge-
"die zekerlyK hie* omtrent gewoond heeft
(9)  Zie CoMMELiN bl. 201. Aant. b In eenen
S|^enen-brief van den vierentwintig S
wordt iV42,3' m C LeProozen-Huis bewaard
ander Lede n^fj^f™ der QU^ $™fte t(*
I. STUK. 6 "'
aan de oude Haarlemmerfluis, welk gedeel-
te dyks reeds voor het jaar 1426" gelegd
was (d): waarom, federt, ook de naam
van Windmolenzyde - Poirthuys in dien
van Nieuwendyker-Poort , is veranderd.
Tuffchen de Kolk en Dirk van HalTelts-
fteeg, plagt een fteeg te looperi, die den'
naam' van Windmoïenfieèg voerde O), en
befcheidelyk te zien is, inde grooteHout-
fnêe-Ka'art van't jaar 1544,gemaakt door
Cornélis Jnthniszoon. Schuin tegen over
deeze fteeg, aan de Ooftzyde van den
Nieuwendyk, ffcondt de Lieve-Vrouwe-Ka-
pel , ter zyde langs eene fteeg, de Lieve
Vrouwenfieeg
, nu de Frowwenfieeg geheeten;
gelyk my dnidelyk gebleeken is, uit een
Affchrift van een' Schepenen-brief van den
jaare 1360, waarin van Onfer - Vrouwen-
CapeHe, die fiaet in die Wintmolen-firaete +
gewaagd wordt, en die, derhalve, ook
reeds in de veertiende eeüwe, moet gefügt
geweefl zyn. Wy hebben de plaats der
Windmolen-zyde en Poort, zo duidelyk,
willen aanwyzen, op dat men deeze Poort»
met CoMMELiN (ƒ), niet aan de Ooft-
of Oude zyde zoeken zou; en te minder,
daar hy zelf, op eene andere plaats (£),
de Windmolen-zyde fielt, daar 't behoort;
gelyk reeds door Le Long Qi) is aange-
merkt.
Ondertüffchen, ziet men, aan het uitgee- £je y™.^
ven van zo veele erven aan de Nieuwe zy- heid der
de, dat de Stad, aan de Oude zyde, tot Stad
aan of over den Dam , ten deezen tyde, wordfbe-
reeds grootendeels betimmerd geweeftmoet ^jaar'm
zyn. 't Leedt zelf niet langer dan tot in 1342.
't jaar 1342, wanneer Willem de IV.,
Graaf van Holland, goedvondt, de uitge-
ftrektheid van de Vryheid of JurisdiStie
der Stad nader te bepaalen, in eenen Brief,
die, den negenden December desgemelden
|aars, in den Haagé, gegeveri werdt. Zie
hier de woorden van dien Brief, zo als ze,
uit het eerfie Stads Privilegie-boek f. 2., in
de Handvefien (i), zyn nagedrukt:
In den eerfien, fo Julien die palen van ha-
re vryheyt we/en op die Oofi-zyde van der
Poorten
, aen Jans Witten Hoffiede ; op die
Noort-zyde, aen het grobte Gods-huys-Lant;
op de Wefi-zyde, aen den uytere egge van
der Laen, die leghet in Tsbrandts Landt van
der Zydwynde; op die Zuidt-zyde, in die
NeJJe tegens der Lane over: alfi alst met-
ter Graft begrepen is. Ende in die Haven
,
ten
(d)  Schepenen-brief van is 7"«- Hl«, in 't Groot Memor.
N. l.'f. 215                    r , „T
(e)  Handv. */. 9«i- [ƒ90-'•
(ƒ) BI. 17«- Aant- °'
(g) BI. zoi-
(b) Reform. *»• 4°4-
(i) Bl. i°' Ol«
3
-ocr page 53-
XX.
3 • 2)<2_X^i£, ?iä tr
-ocr page 54-
A M S TER DA M S
ï. Deel.
ten hahen flroom toe in 't Te, ende voorts-
flreckende in. 't Te, langhes den Dycke Oofl-
waar ds
, vyftigh roeden buiten de Pfintmolen,
die haer Willem van Outshoorne van onfen
wegen maken- dede.
- De oorfprongkelyke
Brief wordt tegenwoordig bewaard in de
Oude Kerk, Laade N. 4., en komt, inde
ftelling en fpelling der aangehaalde woor-
den, na genoeg met de gedrukte uitgaaven
van den Brief overeen. Laat ons nu zien';,
hoe ver wy tegenwoordig de uitgeftrekt-
heid van de vryheid der Stad, uit de aan-
gehaalde woorden, können opmaaken.
Nadere Stads Vryheid te Lande,wordt, by de<
aanwy- zelven, bepaald,
jglg ava! 1. Ten Oofien, of aan de Oude zyde, tot
ten der aan Jans Witten Hofjlede.
Stad»          2. Ten.Noorden, aan het groote Godshuis-
Land.
3.  Ten Weflen, of aan de Nieuwe zyde,
aan den uiteren egge van der Laen, die leg-
het in Tsbranßts Landt van der Zydwynde.
4.   Ten Zuiden, in die. Neffe tegens der
Lane. over,
Waarby , tot nadere aanwyzing der
paaien van de Stads vryheid , gevoegd
wordt alfo alst metter Graft begrepen.is.
Men zal zig niet zeer verwonderen, dat
4e aangehaalde woorden , voor ons , na
verloop van vier eeuwen, niet klaar zyn.
Wy zullen egter beproeven, of wy'er niet
eenig licht aan geeven können.,
Zyhadt- 1. Wy, zien'er uit, dat de Stad;, inde
maar veertiende eeuwe, nog maar. ééne Graft
era!" ^adt, die Seene andere dan de Oude- en
zyndè Nieuwezyds-Voorburgwal kan geweéft zyn;
den en, na dat deAgterburgwallen gegraaven,
Voor- 0f onder de Vryheid der Stad betrokken
burgwal. waren ^ ^e oude Graft genoemd werdt, kry-
gende de Agterburgwallen den naam van
nieuwe Graft. Zo leeft men, inSchepenen-
brieven van de jaaren 1415 eh 1425, dat
het S.: Paulus-Broeders-KIoofter, nu het S.
Jpris-Hof, ftondt binnen der vryheden vanAem-
ftelredamme buten ander Stede
Nye. Graf-
te (£). En in eenen Latynfchen Brief van
de.n jaare 1437,. dat het S. Cecilien-Kloo-
fter, nu het Prinfen-Hof, ftóndt tujfchende
Wee graf ten
\jnfra duo fojfatd] (/). In, ee-
nen Latynfchen Brief van den jaare, 1493,
van welken een Affchrifc onder my beruft,
wordt het S. Barbaren-Kloofter befchreeven
als gelegen „ m Grimmene{fe tulrchen den
Amjiel en de oude Graft (infraripamflii.
„ vü, qui vulgartter
dle Aemftel diciiur,
„ & infra
antiqiium foifatum.]" Vergelyk
hier mede den Schepenen-brief van den
jaare 1455, byCoMMEMN, bl. 209.
Debe- 2. Van de vier Vryheidspaalen is de Zul.
delyke tegenwoordig beft bekend. De ftraat» der Stad
die, oudtyds, de Neffe enGrimneffeofGrim aan de
meneffe genaamd werdt, en thans nog de Nes Zuidzy-
heet, was weleer een ftuk laag Land,wa-1e^ss
terig en met biezen bezet. Ten minfte e e "
blykt klaarlyk, dat het Zuidelyk gedeelte
der Nes, naar de GrimmeneJJefluis toe, zo
gefteld was. Het Noordelyk gedeelte,
vanouds Gansoïrde genaamd (10), en zig
tot aan den Middeldam uitftrekkende ,
fchynt wat hooger gelegen te hebben. Zulk
laag Land lag 'er meer langs den Amftel,
en droeg, gemeenlyk, den naam van Afo.
Hertog Albrecht fchonk, in 't jaar 1386,
twee zulke Neffen weg (m). De Zuidely-
ke paaien der Stad hebben zig, derhal-
ve, tot aan 't einde der Nes, by de plaats,
daar federt de Grimmeneiieïluis gelegd is,
uitgeftrekt.
3.  Wanneer wy nu, van hier naar 't Aan de
Wefteu, voortgaan, zullen de tVeftelykeWeAzy~.
paaien ook niet moeilyk te ontdekken zyn. de,de bf
v T                   ï                                   1 • , , J teiiKant
: t Is waar, dat wymetnaauwkeunglykwee- van de
-ten, waar Tsbrandts Land, en de Laan in Laan in
het zelve, gelegen heeft: maar die Laan Ysbran*
lag tegen over de Nes: wy konnenze, der-Land'
halve, nergens anders dan in de Kalver-
ftraat, of weinig Weftelyker zoeken; mids
blyvende binnen denNieuwezyds-Voorburg-
wal. De uyteren egge oïuiterfte kant van dee-
ze Laan was de uiterfte paal der Stads
Vryheid aan deeze zyde. Doch Tsbrand
en,zyn Land, welk egter ook hieromtrent
moet gelegen hebben, zyn my geheel on-
bekend. De Zydwinde, aan welke dit Land
fchynt gepaald te hebben, was, naar alle
waarfchynlykheid, de dyk, die hier het Am-
ftelwater keerde, of tot eene Landfchei-
ding tulTchen Ouder- en Nieuwer-Amftel,
plagt te ftrekken. Immers, dat het woord
Zyd'Winde, in de betekenis van Landfchei-
. ding of' tVaterkeering, dikwils, voorkomt,
können verfcheide oude brieven getuigenfw).
4.  Van 't Wellen naar't Noorden voort-
gaande, is de uiterfte Grenspaal der Stads Aan de
.Vryheid , aan de Noordzyde, het groote Noord-
Godshuis Land. Pon tan ijs maakt hier-zyde>heC
van het Land van het groote Kloofler (0) : Q^e
doch'hy zegt niet5 wat Kloofter hy op 'thuis
oog heeft : behalve dat het niet zeer waar-Land,
fchynlykis, dat 'er, reeds zo vroeg, een
Kloofter in Amfterdam zou geweeft zyn,
welk den naam van groot' draagen mögt,
Le Long verftaat 'er het Lieve-Frouwe'
. .                                  Gaß.-
(m) Zie Mieris Chartert). III. Diel, bl. 44«.
(n) Zie Mieris Chaucrb.■■II.1/Bett. bl. 604. Handy,
van Rynl. bl. i0) u, 107, J°9-
. (e) Amtt. Cib. I. Cap. IV. p. 10.
(10) Dit blykt, onder anderen, uit een Schepe*
nen-Brief van 't jaar 1425, ten behoeve1 van 't
Margrieten-Kloofter i» Gmisonde,
paaling
(k) Uit Affchi'iften , onder my beruflindt.
(Ij Uit
een Affchrilt , als btven.
1
-ocr page 55-
X
-ocr page 56-
!• Böek.
OPKOMST én AANWAS.
it
Gafthuis door, by welk hy onderftelt dat
eemg Land zal gelegen hebben (p). Doch
üit Galthuis flondt aan de Windmolenzy-
de,
dat is, aan de Weftzyde,niet aan de
Sri Yi ider Stad: en £ is zeer nyyfcI"
S g5 ot het ten deezen tyde nog wel ge-
lugt was. De Lieve-Vrouwe-Kapel , te-
gen over het Gafthuis, was,'t is waar , in
wezen, gelyk my, uit een'Schepenen-brief
van den jaare 1355, gebleeken is; doch
van het Lieve-Vrouwe-Gafthuis vindt men
niet voor de vyftiende eeuwe gewaagd (q).
Wat my dan betreft; ik verfta, door het
groot e Godshuis, de Oude Kerk, welker
Kerkmecfters , in de oudfte tyden , den
naam van Godshuis-Beraaders droegen (r).
Dit Godshuis was thans het groot/te van
de Stad: en zal, waarfchynlyk, een ftuk
i-ands bezeten hebben, welk zig, Noord-
waards van de Kerk af, agter de tegen-
woordige Warmoesftraat heen, naar den
kant van 't Kamperhoofd uitftrekte. Men
mag vermoeden, dat dit Land, omtrent
deezen tyd* tot moestuinen verhuurd ge-
weeft is, en dat de naafte ftraat hiervan
den naam van Warmoesftraat (11) gekree-
gen heeft. Meer Zuidwaards , naar den
Middeldam toe , droeg zy van ouds den
naam van de Kerkfiraat ,en in de vyftiende
en zeftiende eeuwe, ook dien van de Oude-
zyds-Kerkfiraat
(j). Dus hebben wy dan
ook de paaien der Stad Noordwaards ge-
vonden.
Öoftïde 5' D£ Ooftehke Pralen der PoorteoïStad
Jans Wit-War^n Jans Witten Hofftede, welker gele-
ten Hof-genheid thans t'eenemaal duifter is; doch
«We. 01e, tuflchen den Oude-zyds-Voorburgwal
en de Warmoesftraat , gezogt moet wor-
den. Wie Jan Witte gcweeft zy is ook
(p) Reform, hl. 191.
(A) Vide 1'ONTANl Amft. Lier. II. Cap. III. p. 71.
f< r, CCn gefchieeven Lvft van dczelveri.
Palh^ïnerKlfofir"0" M ^ Iuk°mfteU Va" ll£t
(111. hoek bl. 191.) dat deeze ftraat ten onregte
Wamoesftraat, nzzx zekere Warmoe stuinen, genoemd
wordt, en eigenlyk Warmeftraat heeten moeft, om
dat dezelve warmer was dan de naaftgelc-en Zee-
dyk,
daar men bloot flondt voor de guure" Noord
ooften-winden. Doch wy houden ons aan den
.ouden en gewoonen naam, die overal, in deoud-
ue bchepenen-Brieven en andere egte ftukken
voorkomt, en ook by den eerften bekenden Be-
fchryver van Amfterdam Qad calcem Pontanid < ï
gelezen wordt. Efl etiam, zegtby, «kéfrM
parocbia, platea Olenm diüa. 't Is waar dat de
ftraat, van welke wy fpreeken, in de Kaart van
CorNELIS Anthoniszoon, de Warmesftraat heet: 't
gelk.weinig van Warmeftraat fchynt te verfchillen.
welkkifar,Timat is e'Senlyk Warmoesftraat , 't
MindeÄWy^' uit deGrondtekeningvanhet
Ïr tetKloote! J" J J-i 1578 gedaan,
Moestuin Lt^2'' gezeid BlIhamer: in welke ds
Mosmmdetv*rmeStuyn genoemd wordt. *
geheel onbekend. De Digt» Joost van
den Vondel, wiens vindingryke geeft
oud Amfterdam met veele treffelyke
Gebouwen heeft opgefchikt, van welken
men, in 't begin der veertiende eeuwe
den tyd waarop hy ziet; geen fpoor altoos
vindt in egte Gedenkfchriften; fchynt van
Jan Witte ook een aanzienlyk man te heb-
ben willen maaken, als hy Gysbrecht van
Amftel,
in het derde Bedryf van het Treur-
fpel, welk zynen naam draagt, doet zeggen :
Ik zag het groot Gebouw Jan Witten gevels vallen.
Hy heeft den naam van Jan Witte,
ongetwyfeld, ontleend uit den Brief van den
jaare 1342. Doch miiïchien heeft hy 't
woord Hofftede in den Brief voor eene Bui-
            ,
tenplaats genomen, en daar uit 's mans rang
afgeleid. Maar wy hebben reeds te voo-
ren (bl. 8) gezien, dat het, van ouds ,
blootelyk erve betekende. Voor 't overige,
is my, in oude Schriften, niemant van dee-
zen naam, hier ter Stede, voorgekomen,
dan een Jan die Witte en een Heynric de
Witte
, die de Gafthuis-Molen van 't Oude
of Heiligen-Geeft-Gafthuis gepagt hebben
om acht oude Vrancryxe Schilden in 't jaar,
mids zy ook alles, wat het Gafthuis noo-
dig hadt, maalden (f). Deeze twee Wit-
ten fchynen, derhalve, Molenaars geweeftte
zyn. Ten befluite, merk ik aan, dat dé
gantfche Vryheid dèr Stad te Lande, wan-
neer menze naar de tegenwoordige gele-
genheid zou willen befchryven ,-. zig be-
paalde, van omtrent het Kamperhoofd af,
langs de Weftzyde van den Oude-zyds-Voor-
burgwal , tot aan den Grimburgwal; van
daar voort, over de Langebrug en agter
de Begynen, tot aan den Nieuwe-zyds-Voor-
burgwal, en , langs de Ooftzyde deszelfs,
tot by de oude Haarlemmerfluis tóe.
6. Doch te Water werdt Stads Vryheid Vryheid
bepaald uit de Haven, of het Damrak, in der Stad
't Y, ten halven ftroom, dat is, tot op denteWater-
halven afftand tuflchen de Stad en de over'
zyde van den Y-kant, 't zy aan de Vole-
wyk,of aan den Waterlandfchen dyk; want
dit blykt niet zeer klaar: en voorts Ooft-
waards langs den dyk, dat is, langs deri
Zeedyk, die nu binnen de Stad legt, en nog
dien naam draagt, vyftig roeden buitenden
Windmolen
van Heere Willem van Ouds-
hoorn
, die op of aan den Zeedyk, op eene
plaats, welke federt in de Stad getrokken
is, zalgeftaan hebben, en buiten welken
Molen, Y-waards , Stads Vryheid zig vyf-
tig roeden uitftrekte. t Is zeer te ver-
moeden , dat de gelegenheid van deezen
Mo-
(1) ro.gefcluewn Awuckemngen, hei Gafihui* fce-'
treffende.
B %
-ocr page 57-
XL.
-ocr page 58-
A M S T E R D A M S
I. Deel.
12
Molen aangeduid wordt, door de Molen-
fieeg
op den Zeedyk, die, van ouds, een
toegang naar denzeiven geweell zal z.yn.
En zo de Molen over deeze fteeg op den
dyk gellaan hebbe; dan zal de lengte
van vyftig roeden langs denzeiven , ons
niet verder brengen, dan tot op de hoog-
te van de Waterpoortslleeg, daar de Vry-
heid der Stad aan deeze zyde zig bepaal-
de. Wie Heer Willem van Oudshoorn, de
Stigter van deezen Molen, geweell zy, kan
by van Leeuwen (v) wordennagezien,
die egter niet meldt, dat hy het Amptvan
Rentmeeller van Graave Willem den III.
bekleed heeft; 't welk my, uit eenen Brief
van den jaare 1333 (w), gebieeken is.
Gebou- Eer wy geheellyk afilappen van de be-
wen der paaling Van Stads Vryheid in 't jaar 1342,
deezèrf" mo6ten WT alleenlyk nog aanmerken, dat
tyde. 'er, ten deezen tyde, zekerlyk verfcheide
Weereldlyke, en vooral Kerkelyke gebou-
wen binnen de Vryheid geffigt waren,
fchoon men niet zeker Weet welken. Van
de Oude Kerk en Lievè-Vrouwe-Kapel, is
het klaar: van eenigè andere Godsdienfti-
gen geiligten, gelyk van de Heilige-llede,
thans deNieuwe-zyds-Kapel,meer of min
School, waarfchynlyk. Vermoedelyk, was 'er ook
een openbaar School in de Stad, om dat,
in den zelfden Brief van 't jaar 1342, de
'bégeeving van het School-ambagt aan de
Stad gelaaten werdt. En 't is waarfchyn-
lyk, dat deeze School, aan of in de Oude
Kerke, de Kerfpelkerk der Stede, zal ge-
plaatll geweell zyn. Immers, in laater'
tyd, hadden de beide Parochie- of Kerlpel-
kerken van Amllerdam, en veelligt ook
verfèhèiden' Kloollerkerken haare Schoo-
ien O). Een Stadhuis is 'ér, öngetwyfeld,
geweell, gelyk wy reeds hebben aange-
merkt. En naardien Graaf Willem de III.,
in 't jaar 1323 , bevolen hadt, dat het
Ooilerfch Bier ook te Amllerdam vertold
zou worden (y); zal'er,waarfchynlyk, tot
het ontvangen van deeze en andere Tollen,
90k een Tolhuis opgeregt geweell zyn.
öndertulTchen, lagen 'er, binnen de Stads
graft, en vooral ten Wellen enten Zuiden,
nog veele «rven ledig, die tegen 't einde
der veertiende, en in 't begin der vyftien-
dè eeuwé, betimmerd werden.
De Vry- De Koophandel deedt de Stad zo fpoe-
heidder dié aänwaflefl > dat men, na ruim veertig
deezen tyd, een verbondopgeregt; en 't
blykt, uit egte Hukken van den jaare 1370,
dat Amllerdam toen reeds onder deeze
Kooplieden geteld werdt (z). Men kan ,
van het toeneemend vermogen der Stad
rekening maaken, uit de boete van tien dui-
zend Schilden, van vierentwintig Dordrecht-
fche of Vlaamfche grooten ieder Schild,
welke zy, in 't jaar 1366 [1367], aanHer-
toge Albrecht, Ruwaard van Holland, op-
brengen moell (a): 't welk,, ten:dien ty-
de, eene zeer aanzienlyke fommewas. De
zelfde Ruwaard vermeerderde, derhalve,
by eenen Brief van den zevenden January
des jaars 1386 [1387] (12), de Vryheid
der Stad, van der ouder Frihede , die zy
toen hadt, tot botidertgaerdenohoeden(i^)
toe, ter goeder fchepe
(14), gaende al out
die Stede te Water ende te Lande.;
met ver-
lof om dit ruum te mogen betimmeren en
bewoonen, elck op 't zyne die daar binnen
erve leghende hebben Qi).
Sommigen heb-
ben gefchreeven (c), dat de Vryheid der
Stad, by deezen Brief, niet vermeerderd
werdt, dan tot aan den Oude- en Nieuwe-
zyds-Agterburgwal: en indien zy hierme-
de alleenlyk willen zeggen, dat.de eigen-
lyke Stad, van omtrent deezen tyd af, bin-
nen de Agterburgwallen, toen de nieuwe
graft
genoemd, bellooten geweell is, kan
men hun zeggen aanneemen. Doch de
Vryheid of Jurisdictie der Stadllrekte zig,
volgens den Brief van Hertoge Albrecht,
een goed Huk wegs buiten de Stads nieuws
graft,
of Agterburgwal. Men behoeft,
om hiervan overtuigd te zyn, flegts eene
Kaart van Amllerdam voor zig te leggen,
en met de palier honderd roeden te. mee-
ten,
(z) Zie Lunich Reichs Archiv. Part. Spec. Cent. IV.
2 Tb. s Abth. p. t. Dumbar Deventer */. 54.0.
(a) Zie Mieris Chavtetb. III. Deel, iL 1J4.
(i) Handv. hl. 11. [«].
(c) LE LONG, il. 228.
(12)  In Mieris Cbarterboek, ftaat deeze Brief
tweemaal, eens verkeerdelyk, op 't jaar 1380. II{.
Deel, bl. 362: en eens op 't regte jaar 1386. III.
Deel, bl. 430.
(13)  t Woord gaerden wordt met het woord roe-
den
verklaard, in het Privilegie van Maximiiiaan
en Filips, van den zesden February des jaars 1488
[1489]. Zie Handv. bl. 14. [42].
(14)  My ftaat niet voor, deeze uitdrukking, ter
goeder fchepe,
immer, in eenig oud Stuk of Schrift,
gelezen te hebben. De betekenis derzelve is duis-
ter. Waurfchynlykit- is 't my, dat 'er door verdaan
wordt, dat de Vryheid zig, in eene goede of be-
kwaamegedaante offlrekking,
rondsom de Stad, uit-
breiden moert. In 't Engelfch, zegt men nog Sba-
pe,
voor gedaante, gefialte, vorm, f at/oen. Men
weet, dat onze oude Taal veel overeenkom!! met
het Engelfch heeft. En Scbepe heeft geen minder
overeenkom!! met het Engelfch Shape , dan ons
Schaduw, Schaamte, Scherp, Schip, met het Engelfch
'Shadtm, Sbame, Sharp,Sbip.
Stad, jaaren, om eene nieuwe uitbreiding haarer
tóge- paaien- denken moell. Be vermaardlle
breid. Kooplieden van Europa hadden, omtrent
(11) Batav. illuftr. ///. 104J.
(w) Zie MIERIS Charterb II. Deel, il. J44.
\xj Zie -Alich SYVAERTS Roomlche Myfter. ont-
dekt, hoorreten.
(7) Z>e MiEKis Charterb. 11. Deeh ** 3«.
-ocr page 59-
XII.
-ocr page 60-
'*» Boek.
OPKOMST en AANWAS.
ten van de Oude- en Nieuwe-zyds-Voor-
burgwallen af, Zynde d
           d ^
Smf 'vTn WeIke de ««* w#4 der
& geteld Van *? £» W
den »,,i'b . t was: en die honderd roe-
Wk Z$ veel verder dan de twee
grerburgvirallen uitftrekken: zy zullen ons
3en\nen 0often' tot °ver de Nieuwe-
narjo: en Kloveniersburgwal; en ten Wellen,
derhXentKde Keif rSSrafL De Stad is'
utrnaive bmnen de twee Agterburgwal-
jen ^bepaald geweeft;doch haare Vryheid
f1L Z3 rkelyk verder uitgeftrekt. En
öeeze Vryheid werdt ook al fpoedig be-
timmerd. Immers wy hebben, hier voor
\pl. io) reeds gewaagd van twee Brieven
van de jaaren 1415 en I425? waarin ge_
iproken wordt van het S. Paulus-Broeders
juooiter, nu het S. Joris Hof, welk men
weet buiten denOude-zyds-Agterhurgwal te
itaan; als gelegen, niet binnen de Stad,
maar binnen der VRinzvixvanJemfielre-
aamme,
buten ander ftede nyegrafie. De
£tad zeive werdt ook meer en meer be-
bouwd. Het getal der Kloofteren, Gaft-
nuizen en andere Godsdienftige Gefügten
nam fterk toe. De welvaart der ingezete-
nen , die van tyd tot tyd aanwies, lokte de
Geeftelykheid van alle oorden herwaards.
Hertog Albrecht begunftigde het opregten
der geeftelyke gefügten %fyj waarom het
getal derzeïven, terwyl by regeerde., zeer
vermeerderde, te Amfterdam. Zelfs wer-
den 'er, ten zynen tyd<?, twee Kloofters
buiten de Stad gefügt; een van Regulieren,
een ltuk wegs buiten de Vryheid ten Zui-
den, op de hoogte der Keizersgraft, by
de Utrechtfcheftraat (e), en een van Kar-
thuizers,
ten Weilen, ook omtrent hon-
derd roeden buiten de Vryheid, terplaatfe
waar nu het Karthuizers Kerkhof is (ƒ).
Van de jaarlykfche Pitancie of maaltyd ,'
die Margriet e Heertgens, Huisvrouw van
Bartholomeus Jacobszoon , ' Burgemeefter
der Stad , in laater' tyd, aan dit Kloofter
befprak;en van het lekker leeven derKar-
thuizeren kan men, by Wal ich Sy-
vaerts (g), een omftandig berigt vin-
den. In de vermeerderde Chronyk van Beka
xvordt de fügting van dit Kloofter gefield
^phet jaar 1393.00k leeft men daar, dat
er, ten zelfden tyde,een Nonnen-KIoofter by
Amfterdam geftigt werdt (£). Maar van
dit Nonnen-Kloofter vind ik nergens eenig
befcheid. Miffchien moet het niet by, maar
2« de Stad gezogt worden; of miffchien
K«k- fJa?y"vB n'T ,b,y VAN Heussen en van Ryn ,
heeft de Schryver van het Mannen-KIoo-
fler der Regulieren, by verzinning, een
Nonnenkloofter gemaakt. Tot hetftigten .
van het Regulieren-Kloofler is eerft in 't
begin des jaars 1395 verlof gegeven (j).
Doch het aantimmeren van Burgerwoo- Keur we-
ningen langs de Oude en Nieuwegraft,was §ens h&
egter niet zo algemeen, of het Geregt keur. le^en
de, op den twee en twintigften April dê^en gang
jaars 1399 : So wie fyn erven tuffchen &?ofweg,te
twee Gr aft en niet en betimmert, die f al hou- yan 't
den ende maecken een ganck,. buyten aen die-*™1599»
oude Grafie acht voeten breet, alle de Stede
klaard.
alomme; ende binnen aen den nye Grafie een
ganck houden ende maecken zes voe,ten breet
die Stede alomme, by
XL. fchellingen Hol-
landfeh, uytgezeyt Zuytwaart van der
Ca-
noniffen-Brugge, by de oude Graft (fc). Uit
deeze Keure blykt, dat de buitenzyde van
de oude Graft of Voorburgwal nog niet alom-
me betimmerd was, veel min de nieuws
Graft ,
of Agterburgwal; langs welke ,
z,elfs aan de binnenzyde, nog ledige erven
lagen. Men oordeelde hierom, dat de ei-
genaars der erven van de buitenzyde der
oude en van de binnenzyde der nieuwe Graft,
elk op zyn erf, tot geryf der voorbygan-
geren, langs de graften, eenen gang of
ftraat leggen moeften, die, langs de buiten-
zyde van de oude Graft, agt ,en langs de bin-
nenzyde van de nieuwe Graft, zes voeten
breed zyn moeft. Zo men, derhalve, on-
derftelt, dat, langs de twee gemelde zy-
den der twee Graften, geene huizen ge-
ftaan hebben, heeft de ruimte tuffchen die
twee graften zig vertoont als een laan of
weg, ter wederzyde met twee fteenen pa-
den belegd, en miffchien in 't midden met
gras begroeid. Waarom nu, langs de bin-
nenzyde der nieuwe Graft, Zuytwaarts van
der Canonijfen-hrugge ,
geen weg van zes
voeten breed behoefde gelegd te worden,
zal men ligtelyk begrypen., als wy zullen
hebben aangeweezen, waar deeze Cano^ Aanwy-
nijfen-brugge geweeft zy. Uk veele oude^inSwaar
brieven blykt, dat de CanoniJJen dezelfdennfsfen° "
zyn als de oude Nonnen, die, voor het ein- brug ge-
de der veertiende eeuwe, een Kloofter be- legen
woonden, wejk buiten de nieuwe gr aft aan e e*
de oude zyde geftigt was , op de plaats
daar nu het Gafthuis en Oude-mannenhuis.
ftaat (O- Een Opdragtbrief van den vier-
den April des jaars 1460 , die in t S. J0-
ris-Hof bewaard wordt, en waarvan ik een
affchrift voor my hebbe, begint m deezer
voege: Wy fußer Dyert Jacobs dochter,
Prio-
ri) Zie den
Biief by DAPPÏR,^, 3,+i <(J lqjjc^
/Ä) ^«COMMELIN, tl. ZO9.
(I) Zie C0MMEL1N, U, j4+>
£ 3
-ocr page 61-
jan.
-ocr page 62-
AMSTERDAMS
I. Deel,
i4
Priorin en 't ghëmeene Convent der Canonis-
fen Regulieryffen des Cloifters Marienvel-
de, gheheten die oude Nonnen , binnen der
Stede van Aemfielredam, doen conde alle lu-
den , dat wy wittelic ende wel vsrcoftbebben
den breuderen van, der derden Oerden van
Sinte Paulus Convent
, binnen dérfelver Ste-
de,
[nu het S. Joris Hof], een erve gelegen
an die Noertfide van de breuderen voorf.flrec-
kende van der Stede gr aft
[den Oude-zyds-
Agterbürgwal] an Jan van Ghelres Tuyn.
Uit deezen brief blykt klaarlyk, dat de
Canonißen en oude Nonnen dezelfde zyn.
De Canonijfen-brugge nu vind ik in eenen
veel ouder' Schepenen-brief van den jaare
1396, die in 't Gafthuis, Laade LXXV.,
bewaard wordt, en aldus begint: Wy Jan
Jans Soen en k'eynric Hoec Dircxfoen
, Sce-
pene in Aemflelredamme
, oirconden dat voir
ons quam Piet er Hofe , ende gaf eenen vrien
cyghendöem den CanoniJJen Reguliers
, ghele-
ghen binnen der Vriheden van der Stede voerfi
van den erue , Van den tymmert en boute
dat daer op is, ghelegen tujfchen den twien
graf ten
, up tie zuutfide van der Canoniifen-
brugge, daer die CanoniJJen an beyde fidên
an gheè'ruet fin, en gheliede
enz. Uit dee-
ze woorden blykt, dat de CanoniJJen-brug
nergens anders kan gelegen hebben, dan'
op of omtrent de plaats, daar nu de brug
voor de poort van 't Gäfthuis, Over den
Oude-Zyds-Agterburgwal, legt. Ook ziet
men hier, in de groote Kaart van Cornelis
Anthoniszoon
, regt voor het Kloofter der
Canoniffen of oude Nonnen, eene brug af-
gebeeld.
Maar zo deeze de CanoniiTen-brug is ,
dan blykt de redeil, waarom men, ten Zui-
den van dezelve, van de nieuwe naar de
oude graft toe, geene ftraat van zes voeten
breed behoefde te leggen. De oude 'en
nieuwe graft liepen hier, van ouds, gelyk
zy nog doen, zo digt aan eikanderen, dat
de gang van agt voeten breed, die langs
de oude graft loopen moeit., genoeg aan 't
oogmerk voldeedt. Wy hebben de plaats
deezer CanoniJJen-brugge hier wel willen
aanwyzen, om dat Commelin dezelve ,
vergeefs, agter de Oude Kerk gezogt(m),
en Le Long (m) Commelins mis 11 ag wel
gezien; doch de netteplaats der brugge niet
aangeweezen heeft.
Aanwas De Stad nam, in. den aanvang der vyf-
derStad , tiende eeuwe,zo merkelyk in welvaart toe,
in'tbegin dat het aanwalTend getal der Ingezetenen
tiende eene nieuwe KerfpeJ-Kerk aan de Weil-
eenwe. zyde of Nieuwe - zyde vorderde , die,
omtrent het jaar 1410 , gefb'gt werdt.
(>») BI. 209. Aant. b.
(n)
Reform, II. Z40.
Naar deeze Kerk, federt de Nieuwe Kerk
genaamd, die aan de H. Maagd werdt toe-
gewyd, en niet, gelyk L e L o n g (0) wil,
naar de Lieve-Vrouwe-Kapel, werdt de
Nieuwe-zyde, federt, dikwils, Onze Lieve
Vrouwe Parochie
genoemd; gelyk de Oude-
zyde S. Nicolaas Parochie geheeten werdt,
om dat de Kerk dier Parochie, thans da
Oude Kerk, aan S. Nikolaas was toege-
wyd. Dé Kloofters waren, in de veer-
tiende , en in 't begin der vyftiende eeuwe ,
ook zo zeer toegenomen in de Stad , dat
Hertog Willem van Beieren den
Kloofterlingen, in't jaar 1411, verboodt, .
aldaar eenige erven meer aan te koopen (p):
welk verbod egter kwalyk naargekomen
werdt. De Regeering kogt, omtrent dee-
zen tyd, ook een of twee Huizen op die
Plaetfe
of Dam ^ tot een Stedehuis (q): en
men ftigtte verfcheide Gafthuizen enHuis-
Zittenhuizen. De erven binnen de nieuwe
graft
werden meer en meer betimmerd,
zelfs bouwde men , naar 't fchynt, om-
trent het midden der vyftiende eeuwe of
eerder, reeds aan de buitenzyde der nieu-
we graft, Burgerwooningen, na dat men al-
daar, aan de Oude zyde, met het fligten
van Kloofteren begonnen was. Ook is toen,
vermoedelyk, eene derde Stads graft, nu de
Singel en Kloveniers-burgwal, gegraaven: 't
welk onder anderen blyken kan uit den naam
van middelfie graft, die, ten deezen tyde, aan
den Oude - zyds - Agterburgwal gegeven
werdt (;■). Wyders, lees ik, in eenen Schepe-
nen-brief van den jaare 1447, dat aan 't
Margrieten-Kloofter in deNesopgedraagen
werdt een Warmoestuyne, twee roeden wyt,
gelegen up tie Karcfyde [dat is, de Oude zy-
dej over die uterftc graft e: door welke ui-
terjle graft
, men den Kloveniersburgwal
fchynt te moeten verflaan; indien, door de
middelfie graft, gelyk duidelyk blykt, om-
trent deezen tyd , de Agterburgwal ver-
ftaan werdt.
In deeze graften, en in eenige poorten, Poorten
beitondt, ten deezen tyde, de voornaam-derstaJ,
fte iterkte der Stad. Na dat haare hou- in dien
tenwallen, of andere fterkten, in 't begint-
der veertiende eeuwe, geflegt geworden
waren, vindt men geen blyk, dat zy, van
nieuws , rondsom bemuurd geworden is.
Zulks fchynt, niet voor het jaar 1480, ge-
beurd te zyn. Maar voor en op dien tyd,
hadt de Stad reeds verfcheide Poorten.
Men leeft, in vroeger of even vroege Brie-
ven der vyftiende eeuwe, van eene S. An-
to-
(0) Reform, hl. ,gI) 33g.
(t>) Zie Handv. hl. tu- [16].
{q) Zie
Jen Brief hy COMMILIN, U. 2J4.
(r) Schepenen-brief van 't jaar j4jJt èy comjiiiWj W.
zoj, Aatit, '<W
-ocr page 63-
{
jav:
-ocr page 64-
!• Boe
OPKOMST en AANWAS.
K.
ï$
Soort COJ van eefae Kerkzyde,, of
^^^"fWarmoesftraat-Poort (0 ,
ook de b. Olofs-Poort genaamd; van ee-
^f;;idyker-Poort (M), van eene Bynd-
Sï Byntvvyker-Poort (», en van
uie Heihge-wegs-Poort <». Veelligt zyn
weeft g °ene °f tWee andere Poorten ge-
hht waarvan my egter geen duidelyk
pi ,voorrêek°men is. De S. Antonis-
roort
heeft aan denZeedyk geftaan, op of
S?
             Plaats» alwaar tegenwoordig de
Waag op de Nieuwemarkt is. De Kerk-
Jtraat-
of 5. Ohfs-Poon ftondt aan 't einde
van de ÏVarmoesftraat. De Nieuwendyker-
roort
heeft geftaan omtrent de plaats van
öe oude Haarlemmerfiuis, aan den Nieu-
wendyk: de Byndwyker-Poort, die, in vroe-
ger tyd, de Reguliers-Poort plagt te hee-
ten (x), in de Kalverftraat, ter plaatfe
öaar nu de OlTenfluis is. Het gedeelte der
ivalverftraat, ten Zuiden der Nieuwe-zyds
^!Pelle? er* byzonderlyk ten Zuiden der
Uileniluis, droeg den naam van Byndwyk,
ot Bindrtyjt (15). in eenen Schepe-
nen-brief van den jaare 1434 , wordt
gefproken van een Pluis en Erve , gele-
gen in^ die Byndwyk
, ter halver flraet tot
aan die Bagyngraft:
en in eenen ande-
ren van den jaare 1457 •> leeft men van
een Huis in die Byndwyk, op ten hoek van
de firaet, die men gaat totter Langebrugge
toe
(y). Amfterdammers weeten, dat de
0) Zie ten Brief van i4«9. by Commelin Ü. i?2.
moriaal V VT" VM deJaarm H2+en 1+31. en Groot Me-
(*J Schepenen-Brief van i+si.iv my.
(wj Schepenen-brief ra» i4Ro. *y W7.
I (*) Keurb. A. ƒ. 153. wr/o.
(yj ^i'f Commelin, hi. 171 ^rt»r. b.
(15) Domselaar (III. Boek, bl. 193), en Com-
MEUN^bl. 172), uit hem, fchryven ook Bmtwyk-
doch deeze Tpelling is my in geen oud Huk voor-
de n,™^ 7 b?ke,nnen ook, niet te weeten, wat
Z vïete'v°f Biwrfwy* betekenen mag. Doch
zulks ÖS 3M* «/1-n heeft my
Poort,Bmnenwyker-Poort. In de Keur van 't fear
1487, die wy terftond zullen aannaaien, leeft men
JtyKfcwy*, eene verkorting van Bimiendewyk, en in
eene andere van den zesentwintigften Auguftus r5o2
£Kw6 B.f. 68.) duidelyk Binnenwyk, wordende
n dezelve bevolen, geene Offen te koop te Hel-
len, dan milchen die Bimwnwycker Ponte ende die
Reguliers Ponte.
Men gaf, aan dit gedeelte van de
Kalverftraat, den naam vmBinnenwyk, die eerlang
in Bmdwyk veranderde, tot onderfcheidine d4
Buxenyk of Buurt luiten de Poort êVS0CÏ
SS" rt> ln,£ Jaar 1480 of daaromtrent ,
Haalemrcrpfe(naIS' ^ fflgtefl ^r nieuwe
nog ee^er0rt'aten zJlfdfen ?&, de oude, die
refe«Ä,£T ftaan,bleef^ de ^'nenvycker Ha-
eene Verkl£dff°emd,werdt 5 Sflyk blykt, uit
1493, te vinden® van den zevenden November
4V3, \ meien m >t Gwj-MemOT««/,N.I.f.2oo.
Begynen-graft langs de Kalverftraat loopt,
en dat deTakfteeg, door welke men naar
de Langebrug gaat, ook in de Kalverftraat
is. In eene Keur van den jaare 1487
wordt de Offenmarkt gefchikt in die Bynde-
<wyk
, tußchen den tween Reguliers - Poir-
ten (z).
In eenen Schepenen-brief vanden
jaare 1471 , die in 't Gafthuis j Laade
LXVI. bewaard wordt, lees ik van een
fiucke Lants gelegen buten de Byntwycker
Poort e, neffens die Molen, die men diepape-
gaey of plagen te fehlet en.
De plaats, waar
de Molen ftondt, op welken de Schutters
de papegaai,naar welke zyom prysfehoo-
ten, vaft maakten, fchynt dezelfde, die
federt tot eene Schuttersdoele gefchikt
werdt. De Hand- en Voetboogftraaten aan
't Spuy by de Kalverftraat hebben 'er den
naam nog van. De Bjndwyker-Poort is,
eerft in 't jaar 1526, in January , afge»
broken, en toen is aldaar de brug ge-
legd O) , die nu de OlTenfluis genoemd
wordt. De Heiligewegs-Poort, die ik, in
't jaar 1480, gemeld vinde, en die mis-
fchien niet veel eerder gemaakt geweeflis,
ftondt, volgens de Kaart van Cornelis An-
thoniszoon,
ten einde van de ftraat, die
nog de Heilige weg genaamd wordt, aan
den Singel.
De Oorlog tegen de Utrechtfeheri, die
in 't jaar 1481 aanving, doch waarvan dé
beginfels reeds eenige jaaren te voorenbe-
fpeurd waren, hadt der Regeeringe van Am-
fterdam aanleiding gegeven, om haare Stad,
rondsom, met fteenen muuren en toorens,-
te omringen, en dezelve daar door te fter-
ken tegen de aanvallen der Stigtfchen. De
ongenoemde Befchryver van Amfterdam,
door Pont anus uitgegeven, die deezen
tyd beleefd heeft v fpreekt van dit werk ,
met deeze woorden (F). „ Amfterdam is,
„ zonder muuren, en alleenlyk met eene
„ diepe graft omvangen geweeft, tot in
„ 't jaar 1482. Toen hebben de Burgers,
„ aangezet door den nood des Oorlogs, de
„ Stad, in den tyd van een jaar, voor 't
„ grootfte gedeelte, met eenen muur en
„ fchoone toorens omringd,na datzydaar-
toe, van de nabuurige•Haarlemmers, ten
deele tot wederopzeggens toe, ten deele on-
der zekere lafiige verbindtenifje, verlof
5, verworven hadden. Voorts, hebben zy5.
„ in de volgende jaaren, het overige ge-
„ deelte van den muur, met twee Poor-
„ ten, de S. Antonis-Poort en de Regu,
„ liers-Poort, voltooid, behalve langs het
„ gedeelte der Stad aan den Y-kant; waar
„ hec
(z) Keurb. A. /. 15 8. ver/o.
(a) Groot-Memoriaal, N. I. f              f.
De Stad
wordt,-
met muu-
ren,
Poorten i
en Too-
rens, om-
ringd ,
kort na 't
jaar
1480,
-ocr page 65-
XV.
-ocr page 66-
A M ST E R D A M S
I. Deel.'
I*
„ het geweld der. Schep en nu, door drie
,;, ryen paaien, wordt afgekeerd. [Fuitautem
,, Amßerdam absque muris, foffa tantum pro-
fundacircumdatum., u/que adannum\\%%.
tune urgente bello cives animati oppidum mi
anno pro majori parte muro ac turribus pul-
cherrimis cinxere, venia ad ad a vicinis
Harlemenfibus partim precariö partim
titulo onerofa obtenta. Demum annisfe-
quentibus _ reliquum murorum cum duabus
portis, fcilicetS. Anthonii& Regularium,
compleverunt, prester eam oppidi partem,
quee Tya fluvio abluitur, £f nunc tribus
palorum ordinibus contra vimnaviumclau-
ditur"].
Aanmcr- Wy zullen, over deeze woorden, die in
kingen verfcheide opzieten duifter zyn, eenige
over een i
                    i •               i
oud ver- korte aanmerkingen maaken.
haal des- *• Wanneer hier gezeid wordt, dat Am-
aangaan- flerdam, tot in 't jaar 1482,met eenedie-
de.
         pe graft omringd geweeft is, moet men ,
Stads ou- ^oor deeze graft, in de oudfte tyden , de
ten. Voorburgwallen, in katere tyden? de Ag-
terburgwallen, en eindelyk den Singel en
Kloveniersburgwal verftaan.
Wan- 2. Het bemuuren en verfterken der Stad
neer het is,waarfchynlyk, in 't Jaar 1482, yverigft
beimm- voortgezet; doch het was, al eerder, be-
gonnen. Men heeft nog eene Keur van
toe, ten deele titulo onerofi».of onder}laflige\0f geg(~
verbindteniffe, waardoor, veeltyds, het op- yen te
brengen of betaalen van zekere geldfomme hebben-
verftaan wordt. A m p z i n g , die (d) de woor-
den van onzen ongenoemden Schryver ook
aangehaald; doch het woord precariö, ver-
keerdelyk, door bidden, overgezet heeft ,
maakt uit dezelven dit befluit op:
Hoe ver ook onfi [Haarlems] magt by
ouds beeft uitgekeken,
Is dat aen Amfierdam niet merkelyk ge-
bleken ?
„ Zy niogt bet minfi niet doen aenrhuur^
aen vefi, en wal
„ 't Mofi Haerlems wille fyn, en Haer-
lems welgeval.
Ik wéét niet, of anderen ook , gelyk
Ampzing, geoordeeld hebben, dat Arnfter-
dam zig niet verfterkeri mögt, dan met toe-
ftemming van Haarlem; maar ik weet wel,
dat dit oordeel zeer ongegrond, en zeer
ongerymd is. 't Is ongegrond, om dat van
zulk eene zonderlinge magt van de eene
Hollandïche Stad over de andere een egt
en duidelyk bewys zyn moeft; 't welknie-
mant, tot hiertoe, te berde gebragt heeft.
Zo de Stad Haarlem ooit zulk een regt
gehad hadt, en hiervan flegts het minfte
bewys vóot handen was, behoorde men
het geplaatft te hebben, in de jongfte uit-
gave der Handveflen van Haarlem. Doch
men vindt daar , noch ergens anders, zo'
ver my bekend is, van zulk een zonder-
ling regt eenigen den minften fchaduw van
bewys. Te oordeelen dat Haarlem het
waarlyk gehad hebbe, is, daarenboven,
ten hoogften ongerymd. Men plagt altoos
verlof tot het bemuuren , verfterken en
vergrooten eener Stad te verzoeken van
den Souverain, den Graaf (e); en nader-
hand de Staaten van Holland : nooit van
eene nabuurige Stad. De Steden over-
troffen elkanderen,in ouderdom, rang,groot-
te, rykdom; maar hadden geen regt van ge-
bieden over eikanderen, noch konden eikan-
deren beletten zig te fterken, wanneer het
haar, door den Graave, veroorloofd werdt.
Maar, zal men vraagen, wat betekenis
hebben dan de woorden van den ongenoem-
den Schryver, die duidelyk zegt, dat Arn-
fterdam verlof om zig te fterken van het
nabuurig Haarlem verkreegen heeft ? Ik kan
hierop niet dan by gifling antwoorden; en
zal elk van de gegrondheid myner giffinge
laten oordeelen.
4. Toen Willem , Zoon van Jan
DEN
(d)  Befchr. van Haarl. */. 3*8-
(e)  2>e by voorb- Mieris Charterb. I. Deel. hl. 3J7.
II. Deel, il. m. lil. Diel, bl. ^. ß4LEN Dordrecht »
gönnen
i».
den veertienden September des jaars 1481,
waafby elk, jongb of out, wyf of man >
poorter of gafl, wiehyfy
, verboöden wordt,
eenige onßant ofte vermindertbeyt te doen
aen de muragien ende büßen
(16) van der
Stede, alfooweidievanouts g'emaecktfyn
(17)
als "dik men nu MAECKT, endedesgelycx
aen de flrate die men nu maeckt, ofte maken
fal, aen de veflen van der Stede (c).
In wat
3. Doch het gene duifterft is, in de
zin, die woorden van den ongenoemden Schryver,
lemHaar" betreft het verlof tot het bemuuren der
zeidwór-Stad, welk die van Arnfterdam van het
den,daar-nabuurig Haarlem verworven zouden heb-
toe ver- ben, ten deele precariö, of tot weder opzeggens
(c) Handv. hl. yos.
(16)  Boffen of Bußen waren de (lukken gefchuts,
die op de veften lagen. Zie Keurboek A. ƒ. 115 ver/o.
129 verfi.
(17) Hier uit fchynt te volgen, dat de Stad, voor
deezen tyd, ten minften hier en daar, bemuurd en
veriterkt geweeft is. Ook wordt dit beveiligd ,
uit eenen bnef van Hertoge Filips van Bourgon-
die vari den vyrentwmtigften Juiy des jaars 1452,
die, in de Oude Kerke, Laade Vil., bewaard wordt,
en gewaagt van eenen zwaaien brand vandenvier-
entwintigflen May des gemelden jaars, waarin de
Poort, de Toorens en de Bolwerken tegen de Stad U-
trecht [la porte, les tours,
O lss bolwercbs devers la
Ville d'Utrecbt]
door de vlam vernield werden.
CoMMELiN fpreekt (bl. 1166. Aant.è.) ook van dee-
zen Brief; dieegter nog nooitin 't licht gegeven is,
en hierom van ons, aan 't einde van dit I. Boek, onder
de Bylaagen Letter A. gevoegd zal worden.
-ocr page 67-
XVI.
IIMiiMIJIflIINIIl' '
kJ
BS
EBB                   "Hik
XLU
'izBurger Meisjes-
^Weesliuis.
^r:          JL.2>eJCer%,
iiiii'fl']lSB'>'P i,",'i"' i' ■ i' • u' '
*:..-:
.
-ocr page 68-
I. Boe
OPKOMST en AANWAS.
K.
17
ïE Ntt!L ' ie, nadeAand Graaf Willem
J'fr?'
in 't jaar 1304, beval,
a r,m zynebruggen breeken, enzy-
ne veflenflegten zou, behieldt hy zig, on-
der anderen, het regt voor, omuitïpraak
7vnc 'J°Ver 'l Scne die van Amfterdam,
yns oordeels, jegens die van Haarlem,
^nisdaan hadden, waarfchynlyk in denbin-
"eniandfchen kryg, ter gelegenheid van
net ombrengen van Graave Floris den V.
ontitaan. Zie hier zyne eigene woorden:
yort houden wy noch ane onfe Jegghene ,
als rot mlkn, van alfulcke broke , als fi [die
van Aemftelerdamme~\ misdaenhebben, jegens
ons
jegens onfe porte van Hzrkm, jegens
onje goede luden van Kenemerlant ende van Wa-
terlant
, ende jegens andere onfe goede luden,
Jo wie darfyn, te verbeter ene, naflondeenna
onjtonde:
dat is, tydig en ontydig (ƒ). Veel-
ngt, heeft hy, of één zyner opvolgeren ,
naderhand, belaft, dat Amfterdam zig
met van nieuws verfterken zou, zonder,
vooraf, Haarlem , onder anderen, genoe-
gen gegeven te hebben, wegens den eifch,
dien deeze Stad vooronderfteld werdt op
Amfterdam te hebben. Het niet voldoen
aan deezen eifch zal mogelyk eene der re-
denen gcweeft zyn , waarom Amfterdam
zo lang onbemuurd gebleeven is. Maar
omtrent het jaar '1480, zal Amfterdam met
Haarlem , wegens deezen ouden eifch ,
overeengekomen zyn. Amfterdam zal Haar-
lem in zo verre voldaan hebben, dat Haar-
lem zig niet heeft willen kanten tegen het
bemuuren van Amfterdam, terwyl Haarlem
egter, op deezen tyd, nog niet geheellyk
van zynen ouden eifch fchynt te hebben
willen afftaän; en hierom zal de ongenoem-
de Schryvef zeggen, dat Amfterdam van
Haarlem verlof verworven heeft om zig te
fterken, „ ten deeleprecarïb, dat is, ter-
„ wyl Haarlem noch zekeren eifch op Am-
„ fterdam openhieldt, en ten deele, titulo
onerofo, of uit kragte der voldoeninge
„ van zekere fomme gelds". Men moet
hierby nog in aanmerking neemen , dat
Jongkheer Willem ook gewild hadt, dat de
Amfterdammers hunne bruggen en veften
nimmer hermaaken zouden, het enfie, zegt
hy, bi ons, dat is, met ons verlof, en bi
onfen goeden luden van onfen Landen.
Maar
onder die goede luden bekleedde de Stad
Haarlem eene voornaame plaats; waarom
derzelver verlof tot het bemuuren van Am-
fterdam, nevens dat van andere goede lu-
den,
veelligt, ook omtrent het jaar 1480,
verëifcht werdt, en gegeven is. Hoe 'tzy,
dit is, ten minften , onzes oordeels, de
I. STUK.
waarfchynlykfte betekenis, welke men,zo
lang ons geen meerder licht opgegaan is,
geeven kan aan de woorden des Latynfchen
Schryvers; wiens zeggen, om dat hy den
tyd, waarvan hy fchryft , beleefd heeft,
wy niet loffelyk verwerpen moeten; doch
die, uit onkunde in zaaken van Regeerin-
ge, 't gehandelde tulTchen de twee Steden
wel wat gebrekkelyk befchreeven kan heb-
ben.
Amfterdam kreeg, door deeze bemuu- Schilde-
ring, eene lang-ronde gedaante, en werdt, *7en-
°i 1 1                                i •           1 „„Kaart der
merkelyk toegenomen zynde in getal van Stad van
huizen, in't jaar 1536, in platten grond cornelis
gefchilderd, en in't jaar 1544, op twaalf Antho-
bladen , in hout gefneeden, uitgegeven nisz00n-
door Cornelis Anthoniszoon(i7).
Men houdt deeze Houtfnêe - Kaart , die
Pontanus, Dapper, Domselaar,
Commelin en Le Long, in 't koper,
hebben doen nafnyden , voor het oudfte
en befte gedenkftuk, dat ons van oud Am-
fterdam overgebleeven is. Wy hebben
hierom dienftig geoordeeld, de Stad, zo
als zy zig, na de bemuuring omtrent den
jaare 1480, vertoond heeft, op het gelei-
de van deeze Kaart, die w,y hier, insgelyks,
verkleind, bygevoegd hebben, eens om en
door te wandelen.
De Kloveniers-burgwal en Gelderfche- Omwan-
kaai ten Ooften, en de Singel ten Weften, deling
was nu de uiterfte graft der Stad geworden.der Stad
De muur tenOoften begon aan denSchreijers- ^an ui"
tooren, en eindigde in't Weften, pas be-deez'en
noorden de Haarlemmer-Poort, die toen tyde.
ftondt omtrent daar nu de nieuwe Haar-
lemmerlluis legt, aan den Haringpakkers-
tooren: terwyl de Y-kant onbemuurd bleef.
Wy beginnen het befchouwen van deezen
omtrek der Stad van den Schreijers-tooren af.
Van hier , Weftwaards voortgaande, ont-
moet ons eerft een uitfteekend hoofd met
gefchut beplant , nu het Kamperhoofd:
voorts de Oude-zyds- Houttuinen, nu de oude
Teertuinen, daar de houtwaaren ftonden:
ten einde van welken, men, door de S.
Olofs-Poort
,regts af, kwam in de Nieuwe-
brugsfteeg, van ouds ook dcuyterflebrugs-
fieeg
genaamd (g) en langs dezelve, over
de Nieuwebrug, toen nog, gelyk de ove-
rige bruggen inde Stad, van hout gemaakt,
in de Meuwe-zyds-Houttuinen, nu de Texel-
fche kaai en Haringpakkery. Omtrent op
't midden der nieuwe brugge, ftondt een vier-
kant
(g) Zie een' Brieft» 1+48, h COMMELIN, bl. 170.
A&nt. c.
d7) Deeze Schilder was een man van aanzien iii
de Stad. Hy werdt, indejaaren 1544, ,546,1548,
en 1550, tot Schepen, en in 't jaar i547, tot Raad
verkooren.
-ocr page 69-
AMSTERDAM Qjeconterfey-t door Cohnelis Authoniszoon, Schilder, en ^ghegeven mt jaer 1544
-ocr page 70-
XV2T
-ocr page 71-
AMSTERDAMS
I. Deel.
kant Blokhuis : en ten einde' der zelfde
brugge, op den Noordwefterhoek van het
Damrak, was een diergclyk Blokhuis ge-
fügt. Ten einde der Weftzyde van de
nieuwe gr aft, of Nieuwe-zyds-Ägterburgwal
hier het Sparendammer Hoofd genaamd , e-
ven buiten de (luis, die nu de oude Haar-
lemmerfluis heet, was een zeskante Too-
ren of Blokhuis geplaatfl. Ten einde der
Houttuinen, nu de Haringpakkery, ont-
moette men den Heilige-Kruistooren, nu de
Haringpakkers-Tooren, die met een gor-
dyn gehegt was aan de Haarlemmer-Poort,
welke, kort na de bemuuring des jaars
1482, nog de buiten Haarlemmer-Poort ge-
noemd werdt; om dezelve te onderfchei-
den van de binnen Haarlemmer-Poort ot'Nieu-
'wendyker-Poort
, die, eerft in 't jaar 1506,
werdt afgebroken (/ƒ). Buiten de Haarlem-
mer-Poort , zag men een plas, de Braak
genaamd, die federt gedeeltelyk gedempt,
betimmerd, en in de Stad getrokken is.
Langs den wal, nu den ooflkant van den
Singel, voortgaande, ontmoette men een
Korenmolen, tuffchen twee kleine Toorent-
jes, waarvan het zuidelykfle Sint Jeroens-
tooren
genaamd werdt. De Molen en Too-
ren hebben hunnen naam gelaaten aan de
Molenfleeg, die, federt;, regt over den Mo-
len , werdt aangelegd, en aan de Jeroenen-
fieeg,
benoorden de Lutherfche Nieuwe
Kerk, op den Singel. Wat verder, volg-
de Heymans-Tooren, en nevens denzelven een
Poortje onderden wal door, welk, waar-
fchynlyk, naar Kors Tymensz. Houtzager,
die, in 't jaar 1528, en veelligt al eerder,
Heymans-Tooren bewoonde, den naam van
Korsjes-Poort gekreegen heeft (i) ; welke
naam hier nog in de Korsjesfteeg of Kors-
jes-Poortsfteeg is overgehleeven. Na Hey-
mans-Tooren, volgde nog een groote Too-
ren tuffchentwee kleinen, en dan de Jan-
Rooden-Poort,
die nog in wezen, doch fe-
dert tot een hoogen Tooren verbouwd is.
De Jan-Rooden-Poort en de Korsjes-Poort
waren flegts uitgangen naar de tuinen, die
hier even buiten de veften lagen. Op de
Jan-Rooden-Poort, volgden de S. Jakobs-
Tooren,
een kleine Tooren, die niet ge-
noemd wordt, S. Pieters-Tooren, de Lieve
Vroime-Tooren,
de Tooren agter oude Jair
Bannings
tf w/t Waterpoortje agter den Gaft-
huis-molen, de Tooren by Fechters Boom-
gaard, S. Jndries-Tooren,
de Tooren agter
Melis molen, en emdelyk Oude
Leeuwen-
burg : alle
welke plaatfen wy niet naauw-
keuriglyk befchryven können, om dat de
(H>) Groot Memoriaal, N. I. ĥ *T3 vtrfi- *4i ver/i,
323 ver/o.
(i) Zie COMMEJLIN, il. ij>i, AtmU i-
Lyffc, uit welke wyze ontleenen (T), hier
niet met de Kaart van CornelisAn-
thoniszoon overeenkomt. Maar na
oude Leeuwenburg, volgde de Heiligewegs-
Poort
, die, gelyk wy reeds hebben aange-
tekend , ftondt ten einde van de Straat, die
nog den Heiligen weg heet. Op deeze Poort,
volgde een Toorentje, Meyert genaamd, en
daarna de Reguliers-Poort , die federt in
den Reguliers-Tooren en herberg de Munt
veranderd is. Men ging, vervolgens, over
den Amftel,nu hetRokin,langseenebrug,
toen deRoodebrug genaamd, bewerten wel-
ke een Wagttooren ftondt, Leeuwenburg
geheeten , en beooften, een groot half
roM^(i8),nu tot eene burgerwooning ver-
bouwd , en het Rondeel genaamd. Tuiïchen
dit Rondeel, en den volgenden Tooren ,
Swycht Utrecht geheeten, die nu een gedeelV
te van de nieuwe Kloveniers-Doele uitmaakt
lagen eenige ftukken gefchut. Voorts kwam
men aan den Tooren Uilenburg, denS.Se-
bafliaans-Tooren,
den Tooren agter de Bekeer-
de Zuflers,
dat is,agter het Bethanien-Kloo-
fler,
welk ftondt, daar nu de Bethanien-
ftraat is, en nog twee Toorens, ter weder-
zyde van deezen laatften. Over den Too-
ren Uilenburg, ftonden, langs de buiten-
zyde van de Graft, eenige Laakenraamen,
naar welken men, door een Poortje onder
den wal, omtrent op de hoogte van de Spin-
huisfteeg ftaande,toeganghadt. DeRaam-
graft heeft den naam van deeze Raamen
gekreegen. Voortgaande, ontmoette men
de S. Antonis-Poort, nu de Waag op de
Nicuwemarkt; daar na den Heyman-Ruyfchen
of S. Nikolaas-Tooren, het Toorentje Soet-
gens
genaamd, en nog een of twee ande-
ren , behalve het Waterpoortje , welk uit-
liep naar de Laflaadje, zynde de overzyde
der Gelderfche kaai; waarna men wederom
kwam aan den Schreijers-Tooren,daar de
Stads muur eindigde. In den muur der
Stad, waren alomme overwelfde booten
gemetfeld, waarin de Regeering, eenen tyd
lang, arme luiden om niet woonenliet(/).
De Stad dus van buiten befchouwd heb-D
bende, moeten wy dezelve ook van binnen wan°de-
doorwandelen. Wy beginnen aan de Oude Hng der
zyde, by de S. Olofs-Poort, of der Stede Stailaaf
Kerkflrate Poirthuus (19), ten einde vandcL1
zyde.
de
(k) Zie C0MME1.1N, hl. 190. Aam. a. LE Long hl
405.
(0 Z,e D°MSEI.AAR, III. Beek, il. I4J. COMMEi.lv
*;. 217.                                                                                      * »
(18)  In eene Keur van den jaare 1566, wordt
gewaagd van de geërfde tuffchende Griminenefïe fluvs
en
't halfront aen den Jmfiel. Zie Handv. bl. 900.
(19)  Deezen naam vind ik, in eenen Brief van
den 27 Jïinuaiydes jaars 1424, die in 'tLeproozen-
huis bewaarde wordt. Ook leeft men, in eenen
Sehe-
-ocr page 72-
xwzr.
-ocr page 73-
LB
OEK.
OPKOMST en AA N WA SI
War-
ffioes-en
•K-Crk-
ftraat
£■ OloFs.
^oort en
Kapel.
S. Niko-
laasKerk.
Liesdel-
le.
Gansoir-
de> Neffe
ofGrim.
neffe.
deWarmoesflraat. Hier ontmoet ons eerft,
S nkf??r 7,de der §emelde poorte , de
;2ff' federt de Oude-zyds-Kapel
Kerk K • na de S- Nikolaas-ofOude
deïleèn fZiXlden de Niezel, oudtyds de Lies-
laaptn cT, §enaamd, 't welk zo veel als
%e °* rfa/>,met & of Hes bezet, betekende.
-öezuiden deOude Kerk,daar deWarmoes-
"■aat den naam van Kerkfiraat aannam,
il /ie,x^dezelve'noch aan de Ooft-,noch
dan de Weft-zyde, geene andere openbaa-
een tuin ofte erve, in het Kloofter gele-
gen, en de Vogelenzang genaamd, o-mhon-
derd-gouden Andries guldens
(p) : en zy heb-
ben dus, vermoedelykj door den tyd, den
eigendom beide aan den grond en opftal van
hun gantfche Kloofter bekomen. Naaft aan
het S.Margareeten-Kloofter, volgde, aan
de zelfde Ooftzyde van de ftraat, die hier
nu den naam van Nejfe en Grimnejfe aan-
nam , .het Maria-Magdalenen-Kloofier, nu
de Bank van Leening of Lomberd (ai)]
De Nonnen van dit Kloofter woonden, in
't jaar 1411, in Willems die Bruyne Roelofs-
foens huifinge, gbelegen in Grymnejfe (q)
Sedert fchynen zy deeze Huizing gekogt
te hebben. Zy hebben altoos ter deezer
zelfder plaatfe gewoond: 't welk wy te lie-
ver aanmerken, op dat men niet,metfom-
migen, het Maria-Magdalenen-Kloofter op
Spidj,
tuffchen de Offen-fluis en het Boeren-
verdriet, zoeken zou, wanneer men, in
oude Brieven (r), las, dat het ftondt aan
de graft, door de wandeling op de Spoij e ge-
naamd.
Ik erken, dat zulks in veele oude
Brieven gelezen wordt. Ik heb 'er zelfs
eenige Affchriften van onder my. Doch
deeze Spoije of Spuije moet nergens dan
in de Nejß'e gezogt worden. Wy zullen
dit klaarlyk bewyzen. Men weet, dat,
oudtyds, door een Spuije, een klein Sluis-
je of duiker verftaan werdt; welk eenig
fmal water fchutte, of doorliet, 't Water
zelf, waarin de Spuije lag, kreeg vervol-
gens ook den naam van Spuije; en de Hui-
zen , die langs dit water of deeze graft ge-
bouwd waren, werden gezeid langs de Spuije
gebouwd te zyn. Zulk eene graft of'Spuije
nu liep, in de vyftiende en in 't begin der
zeftiende eeuwe, tuffchen de S. Margaree^
ten-en S.Maria-Magdalenen-Kloofters, van
den Burgwal af, tot in het Rokin, gelyk
men duidelyk zien kan in de Schildery
van Cornelis Anthoniszoon van 't jaar 1536,
en zelfs, eenigszins, in den Houtfnêe-Kaart;
alwaar eene brug, dwars voor de plaats
der
(p) Uit een Schepenen-briefte« 14 July 1479.
(q) Uit een Sehe penen -brief var. 4. Dee. 1411.
(r) Zie VAN HEUSSEN en VAN K.YN , Kerk. Oudh. IV.
Deel, bl. 197. Le Long, bl. 308.
(21) Wy fpreeken niet van pet Oude-zyds-Huis-
zitten-Huis,
welk, in Le Longs uitgave van de
Kaart van Cornelis anthoniszoon, tuflehbn de Mar-
gareeten- en Maria-Magdalenen -Klooiters ,ge-
plaatft wordt; om dat het, in 't jaar i544>toende
gemelde Kaart eerft uitkwam , n°f met gebouwd
was, gelyk uit twee Brieven van den jaare isso>
by Commelin bl. 535 te vinden, diudelyk blykt Irr
't jaar 1567, werdt den Gereformeerden toegelaaten
in het Huiszitten-Huis in de Ne [Je te prediken, Zie
G. Brandt Hifi- der Reform. I. Deel,: bl. 427. ver-
geleeken met CoMMELiN bl. 1004. welke laatftë
het Margareeten-Klooiter kwalyk het Geertruide-
Kloofier
noemt.
Ca
S. Maria
Magda-
lenen-
Kloofter*
gebouwen. Voorby denMiddeldam,kwam
i™ ? CTe ftraat> nu de Ne*> en toen,
^ op de hoogte van de Lomberdsfteeg ,
Gansotrde of Gansoord, en verder tot aan
S-PieterscTi Gnmnefre-fluis de Ne(fe en GrimneJJe
Keiken' bC j !?■ nHier ontmoette men,vooreerit,
Kerkhof, aande Ooftzyde, S. Pieters-Kerk of Kapel en
W6o/5 nu de groote Vleefchhal5 en het
plein daar nevens en agter. Sommigen heb-
oen deeze Kerk voor de oudfte der Stad
gehouden f»; doch zonder eenige waar-
ichynlykheid.De grond hieromtrent was laag
en waterig, en is hierom, ongetwyfeld, laa-
s- Pieter« T °ebouwd» dan het hooger gedeelte
Gafthuis" er Stad omtrent de Oude Kerke. Tegen
over de S. Pieters-Kerk of Kapel, ftondt het
o. Pieters-Gafihuis, een ruim gebouw, voor
mannen gefchikt, en waarin ook Koftgan-
gers of Proveniers werden aangenomen.
Het werdt, in 't jaar 1584, tot burgerwöö-
ningen verbouwd (n). De Poort, nog de
£ Iteters-Poort genaamd, fchynt alleen
overgebleevcn te zyn. Naaft aan S. Pieters
Waar 't
Spui) ge-
weeft zy,
waaraan
het zelve
ftondt.
^•Marga
^eeten-
iVloofter,
Kerk, a_an de zelfde Ooftzyde van de Nes
• of Gansoord, ftondt het S.Margareeten-Kloo-
.<% 'r uT ,kS Kerkje of KaPel de kleine
Vleefchhal is, zynde het Kloofter, Zuid-
waards van de Kapelle gelegen, federt
tot burgerwooningen vertimmerd. Het Kloo-
fter van S. Margareet in Gansoirde, gelyk
het m oude Brieven genoemd wordt, was
een Vrouwen-Kloofter, en door de Nonnen,
die het bewoonden, eerft gehuurd (20); tot
dat haar, in «paar 1425, door GeertruydSplin-
ters van RoJJen Weduwe,
een gedeelte van
den grond an eigendom opgedraagen
werdt (0). In t jaar 1479, kogtenzynog
(•») r-ONTANi Amft. Libr, I. Cap. VI p IA.
(n) Zie COMMELIN , bl. 544.                         *"
{») Uit een Schepenen-brief van 16 Off. i42J.
Schepenen-brief van den tienden July des jaars
1431, die ter zelfder plaatfe beruft, van een eruen,
gbelegen buten der Kertfirate poirtbuus, an den Zee-
K'n nZeedyk' M^fledefiufe, dat is, de ou-
«e Kolksfluis.
(20) ik heb een Affchrift onder my, van den Huuf-
KIoo(lPVanreen. SedeeIte van den grond van dit
ZCTene.' ' m 'l jaar I415' vo°ïden tyd van
beiieo ^..-"^ntigjaaren, gemaakt was. De huur
jaer
             m4e francrixe feilde goet van goude in 't
-ocr page 74-
XIX.
-ocr page 75-
AMSTERDAMS              I. Deel.
dat de Nonnen van S. Barbaren-KIoofter
verpligt waren, het Lynwaat, welk tot de
Oude Kerke behoorde, te wallenen en te
bleeken; waarvoor haar twintig guldens
's jaars werden toegelegd (u).
Tegen over de twee laaftgemelde Kloo- Celle-
fters, ennaaft het S. Pieters-Gafthuis, ftondt broeders-
een Mannen-Kloofter van Cellebroeders 5 Kloofter.
welks Kerk juift de plaats befloeg, die nu
door de Huizen der Zuidzyde van de Wy-
de-Lomberds-fteegbeflaagen wordt. Men
weet niet, wanneer dit Kloofter geftigt zy;
doch het was, in 't jaar 1440, reeds in
wezen O). De Broeders in dit Kloofter,
in eenen Brief van den jaare 1453, die in
't Leproozenhuis bewaard wordt, genoemd
de Broedertgyns die om broot gaen , maak-
ten hun werk van 't oppaffen van kranke,
en vooral met peft befmette luiden (w), en
moeften, hierom, inde Oude Kerke, op
eene afgezonderde hangkamer, boven in
de Smids - Kapelle, by de Zuider-deur,
zitten (x). Zy hadden nog andere Kloo-
fterlyke dienften waar te neemen: doch
kweeten zig daarin zo kwalyk, dat zy, in
't jaar 1536, niet dan met moeite,vergif-
fenis verwierven van 't Kapittel der Lieve-
Vrouwe-Kapelle indenHaage, waaronder
zy en de andere Amfterdamfche Kloofters
ftonden (y). Het Cellebroeders-Kloofter
is- geheel in Burgerhuizen veranderd. By
't omgraaven der grondflagen van twee
derzelven , die, in of omtrent het jaar
1721, vertimmerd werden, heeft men nog
oude doodkiften en doodsbeenderen gevon-
den. De huizen, van welken wy fpreeken,
ftonden aan de Zuidzyde der Wyde-Lom-
berds-fteeg, en dus juift op de plaats, daar
de Cellebroeders-Kerk of Kapelle geftaan
hadt. De naam van het Cellebroeders-
Kloofter is nog in dien van de Cellebroeders-
fleeg
overgebleeven. Volgens fömmiger
aantekening (2), heeft, nevens het Celle-
broeders-Kloofter ten Zuiden, een Peßhuis
geftaan , waarvan my weinig befcheids
voorgekomen is. De Cellebroeders kree-
gen, in 't jaar 1505, verlof van den Gereg-
te , om 't water, genoempt Speuijtgen, lo-
pende bezyden beuren Convente
en flreckende
tot an d'Jmfiel
of het Rokin, te mogen over-
welven (a): waaruit beveiligd wordt, 't
geneik, boven (bl. 19) aanmerkte, dat
het Spuij, welk uit de oude graft voor de
Lom-
(u) O. KerksBoek.
(v) Uit een' Schepenen-brief in de Oude Kerk.
\vf) Anonym, ap. Pontan. f. 4-
(x) Zie COMMELIN bl. 434-
(y) Uit den Oorfptongkel. Zoen-brief, va„ den i Tun*
1S}6.
                                                                           J
(z) COMMEDN.W. 194.
(a) Groot Memoriaal, jv. I./. 2ji,
der Lomberds-fleeg, aan den burgwal legt,
die'er niet te pas kwam, zo. deez e Lom-
berds-fleeg toen geene graft geweeft was,
welke, federt, gedempt geworden is. Langs
deeze graft of Spuije, ftondthet Maria-Mag-
dalenen-Kloofter. Allerklaarft vind ik dit,
in eenen Brief van 't jaar 1422, die dit
Kloofter befchryft als ghelegen an den Burch-
walk in GrymeneJJe ;
en waarin , aan het
zelve, opgedraagen wordt de helfte van den
hufe en erue ghelegen in GrymeneJJe
, up ten
hoeck van der Spotje
, daer die voirf. Süßeren
erue naeß gheeniet is (s).
In eene verklaa-
ring van den Geregte van den twintigften
Auguflus des jaars 1489, diein't Gafthuis,
Laade LXXII., bewaard wordt, leeft men,
dat Sinte Maria-Magdalene- en Sinte Mar-
grieten-Kloofler elcx' die eene fyde aen de wal-
len en firaete van der Spoijbrugge
, dat is, de
■ brug, van welke wy zo even fpreken, alleen,
onderhouden füllen,
't Is waar, de graft of
Spuij, waarvan hier gewaagd wordt, moet
zeer frnal geweeft zyn. Doch zulke fmal-
le graften waren 'er van ouds veelen, en zyn
'er nog eenigen in de Stad. De graft wordt
hierom met regt het Spuijtgen genoemd ,
in een Accoord tufichen de Nonnen van Ma-
ria-Magdalena en deLeproosmeefterenvan
den veertienden July des jaars i57o;waar-
by de Klooftergoederen, onder zekere voor-
waarden, aan 't Leproozen-Huis worden
overgegeven. Het Kloofter wordt, in dit
Accoord, welk in 't Leproozen-Huis be-
waard wordt, genoemd het Convent van
Maria-Magdalena op 't Spuijtgen, binnen
defer Stede.
Ik heb nog verfcheide andere
brieven onder my, waarin van deeze Spuije,
by verkleining , gefproken wordt. Doch
wy hebben ons reeds lang genoeg by dit
Kloofter opgehouden.
S. Barba- Bezuiden het zelve, ftondt het S. Bar-
^en" baren-Kloofler , welk geheel in Burgerwoo-
o er-ningen veranderd, en waarvan de naam
alleen in de Barberfiraat overgebleeven is.
TmTchen dit en het Maria -Magdalenen-
Kloofter, liep een fteeg, die beide den
Kloofteren, elk voor de helfte, toebehoor-
de , en in de Nes met eene gemeene Poort
geflooten was. Men kwam, in 't jaar 1431,
overeen, dat men zulk eene Poort ook aan
den Burgwal maaken, en de fteeg niu be-
timmeren zou (0- De twee zo digt nevens
eikanderen gelegen Kloofters hebben,dik-
wils, by v-erriinmering van 't een of't an-
der, onderling overhoop gelegen, gelyk
my, uk oudeftukken, gebleekenis; doch
't is noodeloos, dat wy ons hiermede op-
houden. Alleenlyk merken wy nog aan,
(s) Uit een Schepenen-brief van 27 Jännary 1423,
(t) Uit het Ooifprongkelyk Accoord.
-ocr page 76-
XX-
IteCuliers ELLo alter, buiten de Reguliers Poort.
O                                           °
Hartkcuisers Mooiter, buiten de Haarlemmer of Kartkuzers Poort. 1602.
-ocr page 77-
I. Boei«
OPKOMST en AANWAS.
21
Lomberds-fteeg begon, tot in 't Rokin ge-
K.
         kopen heeft.
van?'1' °P het S- Barbaren-Kloofter volgde,
Clara.' no§ in.de Nes, het Klooflervan S. Clara,
welk zig tot digt aan de Grim oïGrimburg-
wal
uitftrekte, wordende alleenlyk , dooi-
de huizen,, die langs den gemelden burg-
Wal ftonden, van denzelven afgefcheiden.
Le Long heeft getoond (li) , clat dit
Kloofter, in't jaar 1475, reeds in wezen
geweeft is. Doch men kan bewyzen, dat
het zeer veel ouder is. My is, uit eenen
Brief van het Kapittel der Lieve-Vrouwe in
den Haage van den negenden November
des jaars 1414, gebleeken, dat het toen
al in ftand was, eene Kapel hadt, en ge-
fchikt werdt, om tagtig Nonnente huis-
veften. Het is nu in Suikerbakkeryen en
Woonhuizen veranderd, en midden door
het zelve is eene dwarsftraat gefchooten ,
het Gebed zonder end genaamd.
Mia- Tegen over het Kloofter van S. Clara,
Kioofter en naa^ ^et Cellebroeders-Kloofter, of ei-
'r' genlyk naaft het Pefthuis , ftondt nog een
Nonnen-Kloofter, S. Marias- Kloojler ge-
naamd, liet heeft dit met de meefte
Amfterdamfche Kloofters gemeen gehad,
dat men niet weet, wanneer het geftigt
geweeft is. De lieer Caspar Bur-
han (c), en uit hem Le Long (fi) haa-
ien eenenBrief van den jaar e 1459 aan'waar-
in van dit Kloofter gewaagd wordt. Doeh
ik bezit een affchrift van eenen Brief van
den zeventienden November des jaars 1431,
waarby het Kloofter van S. Maria, op den An-
fiel gelegen,
door het Kapittel onzer Lieve-
Vrouwe in den LIaage, voor vyftig Non-
nen gefchikt wordt, 't Gebouw van dit
Kloofter befloeg het overig gedeelte der
Nes tot agter tegen de huizen der Lange-
brugs-fteeg, en is geheel tot Burgerwoo-
ningen vertimmerd. De Kloofter-Kerk al-
leen, die aan't Rokin ftondt, op den hoek
van het Styffel- of Kalfsvelfteegje, is wel
zeer verbouwd; doch noch tegenwoordig
zeer kennelyk voor 't gene zy eertyds was.
Zy is, in de voorgaande eeuwe, eenigen
tyd tot eene Lakenhal gebruikt geweeft.
daarom Dus zyn vvy de Nes, de grootfte Kloo-
4e Nes fterbuurt der Stad, ten einde geraakt. De
K?0Vofte- Kloofterlingen hebben, waarfchynlyk,den
geweeft laagen en waterigen grond deezer plaatfe
ZY- verkooren, om dat dezelve onkoftbaarft
en ligtft te bekomen was, enveelligtook,
om dat de andere ledige erven der Stad
reeds met een genoegzaam getal van Kloo-
(*) Reform, hl. 390.
(d) Reform, bl. iS3.
fters bezet waren, toen de meefte Kloofters
in de Nes werden
Wanneer wy nu uit deöNes, de houten Kloofter
brug overgaan, gelegen daar nu de Grim- dernieu-
neflefluis is, ontmoeten wy het Kloofler ter we Non"
Leliën of der nieuwe Nonnen, welks Kerkncn"
nu een gedeelte der Gafthuis-Kerke is.
Het Kloofter is meeft in Burgerwooningen
veranderd, en een gedeelte van deszelfs
aloude gedaante nog aan het Gafthuis-Hof
te kennen. De oude ingang des Kloofters is
ook nog overgebleeven. Men ziet dien, in't
afgaan der Grimneflefluis, en boven denzel-
ven een onthoofde S. Denys, die zyn ge-
myterd hoofd voor zyne borft houdt: 't welk
beveftigt, 't gene ook uit veele oude ftuk-
ken blykt, dat dit Kloofter aan S. Denys
of Dionifius is toegewyd geweeft. De Non-
nen worden , in Brieven van de jaaren
I432' HS8* !439 cn *4®SS die allen in
't Gafthuis bewaard worden , genoemd'
Canonijfen t'Sint e Dionifius , oït'Sint e Dio-
nifius in die Lelyen;
en 't Kloofter', in ee-
nen Brief van den jaare 1495, hetHuisvan
S. Dionifius.
De juiftetyd, wanneer dit
Kloofter gebouwd zy, is na genoeg be-
kend. Men weet, uit twee Schepenen-
Brieven van de jaaren 1395 en 1400 ,
dat de grond van het zelve toen nog on-
betimmerd was. In den eerften deezer twee
Brieven, gefchiedt de Opdragt van enen
tune
, ghelegen over den nye 'grafie by der
Zufieren houe
(22), daer Hille die Wigger
Gherytsfoens wyf was
, ende hoir kinderen
mit enen tune by gheerft fyn an die ene fy-
de
, ende Heynric Bruninxfien mit enen tune
op die ander fyde
, fireckende van Barent
Claasfoens tune tot Heynrik Dirkfoens Lant
toe
(<?)• In den Brief van 't jaar 1400, ge-
fchiedt eene Opdragt van der weederhelfie
van eenen fioete, in den uterfie Neffe gele-
gen
fireckende van der Aemfielnoirtwaert
tot an Barent Claeszoen die Stilgancmakers
erve
(ƒ). Doch in 't jaar 1403 , geeft
Claes Jansfoen aan Griete Ar ent s dochter en-
de horen Sufieren in den hu/e ter Lelyen enen
vryen eyghendoem van enen erue ghelegen
twijfche den twien graften neffen
den nu-
wen hufe ter lelye, dat die voirf. Zu&eren
nu tymmeren, van Willem Ruufcben tune
tot Bieter Vuyden tune waert an vier roeden
breet, mit zulken ganc als daertoe behoert
,
W
m izFebr. H9S-
1400.
(e) Schepenen-brief»«
( f) Schepenen-brief va» z ^UZ-
f22) Door der Zufieren Hme, verfta ik hier den
Hof van 't Kloofter der Oude Nonnen ,■ die, in
twee Schepenen-Brieyen van den jaare 1392,reeds
zo genoemd wordt. Men bewaartze, 'm'tGafibuis,
Laaie
LXIX.
                                                           .
C 3
-ocr page 78-
AMSTERDAMS
21
I. Deel,
en mit zulker tymeringe ende hueve als nop ten zelven erue is (g). Uit welke woorden blykt, dat de nieuwe Nonnen, in 'f-          jaar 1403, bezig waren met _ een nieuw
Kloofler te timmeren. Maar uit eenen Latynfchen Brief van Fredrik van BlankenhrimBifTchop van Utrecht, zie ik, dat 'er,nievoor 't jaar 1419» verlof toe verworven isvan den Utrechtfchen floeJ Qf). Uit eene
oude tekening van dit Kloofler en dat der
oude Nonnen, blykt, dat, nevens den Tuin
van het eerflgemelde, ter plaatfe daar nu
het Oude-zyds-Heeren-Logement flaat, eene Werf was, de Schaffery genaamd, daar
Stads- de Stads Timmertuin lag, der Stede ScafTimmcr-ferie genoemd, in eenen Brief van den jaa-
tuin. re x^ ^2£ ^ toen ^eeze Timmertuin reeds
verplaatft was. Omtrent eene eeuw vroe-
ger , lag by der nieuwe Nonnen ter Lely een
Tuyne., ader dat Baerdfehuys
toen gemaect
was (f): welk Baerdfehuys, vermoedelyk,
de zelfde Timmerwerf geweeft is. Immers
men weet, dat Baerdfen eene foort van Vaar •
tuigen waren, die in den oorlog te water
gebruikt werden (F).
Kloofter Het Kloofler, waarvan wy fpreeken,
der Oude was, Ooflwaards, door eene floot, die
Nonnen. met den Oude-zyds-Agterburgwal gemeen-
fchap hadt, gefcheiden van het Kloofler der
Oude Nonnen,
nu het Gafthuis en Oude-
Mannen-huis. Het wordt reeds gemeld in
eenen Schepenen-brief vandenjaare 1389;
hoewel men elders (/) leeft, dat het,eerft
in 't jaar 1394, een begin genomen heeft.
De naam van Oude Nonnen fchynt te ken-
,iien te geeven, dat dit Kloofler voor dat der
Nieuwe Nonnen gefligt geweeft is. In ver-
fcheide oude Brieven, draagt het ook den
naam van Marienvelde (m), in 't Latyn Do-
mus Campi beatce Maria (n),
waarvan fom-
migen (0) Marienkamp gemaakt hebben.
Wy hebben, hiervoor, (bl. 14.) by eene
andere gelegenheid, reeds getoond, dat de
Oude Nonnen ook Regulieren Canoniffen ge-
weeft zyn. Imme Eggerts, Dogter van Wil-
lem Eggert,
heeft, in 't jaar 1415, groote goe-
deren, en Heyndrik van Borjfel, Hr. van der
peere, van Zandenburg ende van Heemfiede-,
in 'c jaar 1461, zyne Landen, leggende
binnen den Ban van Amflerveen an die nieuwe
Meer,
aan dit Kloofler gefchonken, waar-
van de bewyzen nog in 't Gafthuis bewaard
worden. Het Geregt der Stad beval, in
't jaar 1489, den twintigflen Auguftus, dat
men, van flonden an, wederom op nieuw, als
men eerfi can en mag
, maken ende repareren
fal die oude Nonnen lange brugge
, flaende op
beyde die burcbwallen; ende 't Spoijbrugge (p).
De Oude Nonnen moeften een derde tot
de koften draagen 3 een derde moeft be-
taald worden door de vyf daaromtrent ge-
legen Klooftere, van S.Maria-Magdalene
S. Agnict, S. Clara, S. Maria en S. Bar-
bara , mit die Buy/en, Tuynen en Eruen an
beyde fyde van de burchwalle, beginnende van
de Spoijbrugge voirf. tot die langebrugge toe;
en het overige derde door de Stad (q). De
oude Nonnen langebrug, die op beide de Burg- n,7riP
wallen, dat is, op beide de zyden van den Nonnen
Oude-zyds-Voor-, of Fluweelen-burgwal l™ge-
itondt, kan nergens anders gelegen heb-bmg*
ben, dan daar nu de fteenen brug voor 't
Heeren-Logementlegt. De plaats der Spuü-
brugge,
hebben wy hier voor (bl. 19) aan-
geweezen. Tot het Kloofler der oude Non-
nen , behoorde ook de Canoniffen-brug die
wy,te vooren(bl. 14)getoond hebben,'dat
omtrent of op de plaats, daar nu de brug voor .
t Gafthuis legt, moet gelegen hebben.
Van de vyf Kloofters, die het tweede Oude
derde deel der oude Nonnen Langebrug- £fttf
ge mede bekofhgen moeften, hebben wy 'er burgwal ,
reeds vier gevonden, ter wederzyde der0oflzyde'
Neffe, te weeten die van Maria-Magdale-
na, Barbara, Clara en Maria. Hetvyfde zal
ons ontmoeten, alswyuithetKloofter derou-
de Nonnen1 de Canoniffen-brug overgaan tot
op de Ooftzyde van den burgwal, of oude
graft,nu den Fluweelen-burgwal.Hier ftondt
maar weinige huizen van der oude Nonnen«: a •
langebrugge,het S. Agnieten-Kloofier, ook ten-
gelyk dat der oude Nonnen, geftigt VoorKIoofter-
Reguliere Canoniffen. Het is, in't jaar 1406,
reeds bekend geweeft, gelyk blykt uit eenen
Brief van dat jaar, die in 't Gafthuis be-
waard wordt. In eenen Opdragt-brief van
't jaar 1424 , wordt dit Kloofler befchree-
ven als het Convent der Zufieren van Sinte
Agneten der Oer den vanpenitencie Sinte Fran-
cis cus, ghelegen binnen der Stede van Aem-
flelredamme twiffchen die twee grafie, aen
die Oeflfide van derßher Stede
(?•). Tegen-
woordig is dit Kloofler, voor 't grootfte ge-
deelte, in Burgerwooningen veranderd. De
Kerk of Kapelle heeft nog het meeft van haa-
, (g) Schepenen-brief van I2 y
(b) Diploma Frederio Episcopi. MS
(•) Schepenen-brief »<»» i+ss.
(k) Zie VELIUS Hoorn, il. 43 y ItJ
(V) Chron. Windeshem. p. i%9.
(m) Opdragt-Brieven van i+zi, i^iiy I+l!o>
(n) Charta n Maji 1473-
{') H. v. HEUSSEN er. H. V. RYN, Kerk. Oudh. IV. Deel
tl. 197,
                                                                            '
(23) De Schepenen, die in deezen Brief fpree.
ken, waren Cornelis Anthonisfoen, Schilder en maa-
ier van de vermaarde Houtfnêe-Kaart der Stad van
1544, en Jonge Jacob van Collen,
re
(p) Keurb. A./. 5I-
U) Uit een Brief ;„ >t Gafthuis , Laadt LXX1I
(r) Opdragtbricf van z« Jan. i+ï+,              l°
-ocr page 79-
I.Boe
OPKOMST en AANWAS.
K.
2j
? oude gedaante behouden, en is in drie ge-
feiten onderfcheiden. Het onderfte ver-
dekttot een Pakhuis voor de Admirali-
sTh middelfte totdeGehoorplaatsvan
aas Athenäum Illuflre of'Doorlugtige Schoo-
' en het bovenfhe tot de Stads openbaa-
j"e Bibliotheek of Boekzaal De naam van
et S. Agnieten-Kloofter is in de naaftgele-
§en Agnieten-flraat overgebleeven.
Noordwaards langs de Ooftzyde der oude
trraft voortgaande, kwam men aan het S.
Margareeten-Kloofler, wdk maft
het S. Ag-
nieten - Kloofter ftondt, en dikwils, moge-
lyk om het te beter te onderfcheiden van
het S. Margareeten-Kloofter in Gansoord,
het 5. Catharynen Kloofler genoemd werdt.
Het moet, reeds voor 't jaar 1414,gefügt
geweeftzyn, (*), en fchynt, in 't eerft,
gemeenlyk, S. Catharynen- naderhand S.
Margareeten-Kloofter
genaamd te wezen (f);
onder welken laatftennaam, het, in de
groote Kaart van Cornelis Anthoniszoon,
voorkomt. Van dit Kloofter is niets in we-
zen gebleeven, dan eenige zwaar gewelfde
kelders. De grond, waar het geftaan heeft,
is geheel met deftige Burgerhuizen bezet;
nevens een van welken, een gang loopt,
die nog de S. Catharynen-Khoflers-gang ge-
naamd wordt.
Verder Noordwaards, ftondt, naaft dit
Kloofler, ten Zuiden van de fteeg, die
oudtyds de S. Cecilien-, en tegenwoordig de
Prinfen-Hofs-fteeg genoemd wordt, het S.
Cecilien-Kloofter
, een ruim gebouw, op welks
grond, ledert, het Prinfen-Hof geftigt is.
De Klooflerkerk is, veele jaaren , tot een
Comptoir van de Convoojen gebruikt ge-
worden, en, eerft in 't jaar 1758 , geheel-
lyk afgebroken. Het Kloofter, waarvan
wy fpreeken, was, reeds in 't begin der
vyftiende eeuwe, geftigt, voor Nonnen ,
die naar den derden regel van S. Francis-
co leefden. Het wordt, in eenen Brief
vandenjaare 1437, befchreeven als gele-
gen tuffchen de twee graften aan de Ooßzyde
van de Stad [tnfra duo 'fojjata , in parte
orientali
(z/)-]
Even voorbyhetS. Cecilien Kloofter,lag
eene brug , de Pieter-Jacobs-brugge ge-
naamd, die op de Pieter-Jacobszoene-fiege,
nu de Pieter-Jakobs-ftraat, aanliep, en fe-
dert , zo wel als de Dirk-F'ylen-hrugge, die
regt voordePylfteeg lag, afgebroken is (V).
Hieromtrent was de Doele der oude Schutte-
ren,
die tuffen en de twee graften langs de
middel/te graft fchynt gelegen te hebben ,
(s) Separatio Dom. S. Katherinx 3 o OS. i4i4.
(0 van Heussen «»VAN Ryn , Kerk. Oudh. IV. Deel,hl.
I98 , 201.
(«) Separacio Dormis s. Cecilie isJm!i I+I7.
(v) ZK C0MMEX.1N il. l9S. Aant. a.
gelyk uit eenen Schepenen-Brief van den
jaare 1455 af te nee-men is (w).
Voorts, ontmoeten ons, langs de Ooftzy- Nieuwd
de der oude Graft, of Fluweelen Burgwal, Grafts
geene openbaare gebouwen meer. ^Ten °oftzy-
einde derzelve, door eene fteeg, van oudste.
Cornelis Jacobsz> Brouwers ficge, en nu het zufters-
Rottenefl,of ook deZoutkoopers-, endene- Kloofter.
denburgs-fteeg genaamd; en langs de brug,
die over dezelve legt , aan de Ooftzyde
der nieuwe Graft of Oude-zyds-Agterburg-
wal gekomen zynde,' komt ons eerft: voor
het Cellezufiers- Kloofler, welk tuffchen de
Boomfteeg en Molenfteeg geftaan heeft,
en agter, aan den Zeedyk, nu reeds in de
Stad getrokken, en betimmerd, uitkwam.
De Nonnen, Faly Suflerkyns, en Alexius-
of Celle-Siiflerkyns
, in oude Schriften, ge-
heeten, moeften, volgens haaren reo-el ,
even als de Cellebroeders, de zieken op-
paffen , en werden, onder voorwaarden ,
dat zy zig hiervan getrouwelyk kwyten zou-
den , by eene Akte van Scout, Burgermee-
fleren, Scepenen ende Rade,
dentwintigften
Juny des jaars 1475 gedagtekend (V),hier
ter Stede toegelaaten. Zy namen, in 't
kort, zo zeer toe in vermogen,dat het Ge-
regt , nog voor 't einde der vyftiende eeu-
we , den Overmannen der Timmerluiden
en Metfelaaren beval, niet te gedoogen,
dat hunne Gildebroeders iet aan dit Kloos-
ter maakten of herftelden (3/). Na de veran-
dering der Regeeringe , werdt het voor-
naamfte gedeelte van het zelve, eenen tyd
lang , tot 's Lands-Convoi-Comptoir ge^
bruikt (z); doch na dat dit Comptoir in
de Kerk van 't Cecilien-Kloofter verplaatft
was, is het gantfche Cellezufters-Kloofter
tot Burgerwooningen vertimmerd. Aan het
zwaar muurwerk van het hoekhuis der Mo-
lenfteeg , fchynt men egter nog te können
zien, dat het een overblyffel der Cellezus-
ters-Kapelle is.
Zuidwaards naaft hetCellezufters-KIoos-Mindci-
ter , ftondt het Kloofler der Minderbroede- broeders
ren, het grootfte Mannen-Kloofter in deKlo°
Stad; alzo het zig, van omtrent de Molen-
fteeg , tot aan de Barndefteeg ftrekte, en van
agteren aan den Zeedyk en Kloveniers-
burgwal, tot voorby de S. Antonis-Poort, uit-
kwam. De brug over den Oudczyds-Agter-
burgwal, langs welke, men naar dit Kloo-
fter toegang had, fchynt den naam van de
Minderbroedersbrug gedraagen te nebbenfV).
Sommigen hebben aangetekend, dat dit
Kloos-
bl. 209. Aant, n.
«eten.
°fS.Ca-
»en.
Kl°oftei..
S-Ceci-
«en-
^Ioofter,
Pieter-
lacobs-
Jylen-
bïuggen.
:chutte,
ïen.
(4 W. SYVAERTS, Roomfche Myfterien ontdekt, ƒ.
ver/'<
-ocr page 80-
\
A MS TER D A M S
I. Deel.
Kloofter, inzynen eerflen aanleg, in't jaar
1304, veel kleiner was, en door eene ze-
kere foort van Minderbroederen, Gandentes,
dat is, ruimen of rekkelyken , genaamd, be-
woond werdt (b). Doch in 't jaar 1462,
maakten deeze Monnikken plaats vooreene
andere foort van Minderbroederen, Obfer-
vantes
of naauwgezetien geheeten , die ,
voorfpraak ten Hove van Karel van Bour-
gondie in den Haage hebbende weeten te
verwerven, zig, tegen den wil der Regee-
ringe, ter Stad wiften in te dringen, en al-
daar te handhaaven (c). De voornaamfte
van 't gezelfchap was Jan Brugman , die
gehouden werdt voor zowelbefpraakt, dat
'er van hem een fpreekwoord nagebleeven
is , al kofi gy kallen o? praat en ah Brugman.
Doch wy zullen van hem en zyn bedryf, in
de Hiftorie der Stad, omftandiger handelen.
Hendrik Koemam van der Schellink, een ryk
Inwooner, heeft veel tot den opbouw van
het Minderbroeders - Kloofter toegebragt.
Ook werdt hy in de Klooiler-Kerke begraa-
ven; vanwaar zyne Grafzerk, naderhand,
in de Oude Kerke is overgebragt. Na de
Beeldftorming des jaars 1566, werdt de
Kerk der Minderbroederen, by voorraad,
aan die van den NyeuwenGhcreformeerde Re-
ligie
ingeruimd; die 'er,flegtstot in 't vol-
gende jaar, gebruik van gemaakt hebben.
De Minderbroeders behielden, van dien tyd
af, hunne Kerk en Kloofter tot in 't jaar
1578, wanneer zy, met de Roomfche Re-
geering, ter Stad uit werden geleid: al 't
welke wy hier flegts ter loops aanroeren, om
'er, in de Hiftorie der Stad, uitvoeriger
op ftil te ftaan. Het Kloofter, welk toen
geplonderd werdt, is, weinige dagen na
de plondering, door den beroemden Am-
fterdamfchen Konflenaar, Joofi Janszoon,
gezeid Bilhamer, naar 't leeven, afgete-
kend , en federt geheellyk tot Burgerwoo-
ningen vertimmerd, behalve dat'ereenige
ftraaten en dwarsftraaten door gerooid
zyn. In 't jaar 1662, ftonden 'er nog ee-
nige Huisjes of Celletjes van dit Kloofter
agter de Bloedftraat, die toen door de vlam
verteerd werden.
tuigenis des ongenoemden Schryvers by
Pontanus(J), ten zynen tyde, dat is,
omtrent het jaar 1500, zeldzaam werden
aangenomen. Het Kloofter was toen, veel-
ligt, nog geene vyftig jaaren oud. Immers
het wordt, in eenen Brief van het Kapit-
tel der Lieve-Vrouwe-Kerke in den Haage,
gedagtekend den derden May des jaars
1462,, e ene nieuwe, ftigting [nova plantatio]
genoemd (e). Ik vind ergens aangete-
kend, dat Katryn Boelen, Dogtervan Dirk
Boel Dirksz
, die in 't jaar 1447. Burge-
meefter werdt , Nonne in 't Bethanien-
Kloofter geweeft is. Haar Broeder, Mees-
ter Claes Boelen, is aldaarPrieftergeweeft,
en den dertienden Juny des jaars i5iiover-
leeden. De Kerk of Kapel van dit Kloos-
ter is, in 't jaar 1594, tot eene StadsLa-
tynfche School gefchikt, die haaren ingang
in de Koeftraat hadt (ƒ), en lang daarna
eene Herberg geweeft is, het groote School
genaamd; doch onlangs tot Burgerhuizen
vertimmerd. Het overige gedeelte van 't
Kloofter is, reeds in 't jaar 1679, met Bur-
gerwooningen bezet geworden (g). Denaam
van het zelve is nog in dien van de Betha-
nien-ftraat enBethanien-D-warsfiraat
bewaard
gebleeven.
Omtrent tegen over dit Kloofter,op den Oude-
hoek van de Huiszitten-, nu de Stoofßeeg , zyds-
ftondt een Oude-zyds-Huiszitten-Huis waar- Huiszft*,
in twaalf wooningen of kamers waren voor'en'HuI^
behoeftige Vrouwen. Doch het werdt, in
't jaar' 1548 bouwvallig geworden zynde ,
van daar in de Nes verplaatft (h).
Van het Bethanien-Kloofter , langs de Kloofter
Ooflzyde der nieuwe Graft, of Oude-zyds- der S.
Agterburgwal, voortgaande, kwam men,Paul"s'
even voorby de Hoogftraat, aan het Kloos- Broede'
ter der S. Paulus-Broederen, of'Paidiniaanen:
ook wel Tertiaanen of'Tertiärijfen genoemd
om dat zy naar den derden regel van s!
Franciscus voorgaven te leeven. Menftelt^
in 't gemeen, vaft, dat dit Kloofter, in 't
jaar 1409, geftigt werdt: 't welk ook, in
een Franfch Opfchrift, nog tegenwoordig,
aan de Kerk, thans de Oude-Waaien- of
Franfche Kerk, te leezen, beveftigd wordt.
En het Gebouw kan niet veel jonger zyn,
om dat wy, hier voor(bl. 10.) eenen Brief
van 't jaar 1415 hebben aangehaald, waar-
in van het zelve gewaagd wordt. Eenigen
der Klooflerlingen begaven zig, in 't jaar
1457, naar Hoorn, daar zy, insgelyks, een
Kloofter betrokken; doch fommigen van
dee.
(d)  Ai calcem Amft. p. 4.
(e)  Separacio Domus ß. Mar« Magdalena in Bethama .
3 Maji i+öz.
(/) Zie C°MME1.IN hl. (J4S-
ig) Z'f C°MMEI.IN */. 197.
(ój Zie COMMEI.1N il. 530, ijc.
Bctha-
nien-
. Naafl aan het Minderbroeders-Kloofter,
ftondt het Bethanien-Kloofter, ook wel het
lilooüer. J{looßer van Maria-Magdalena in Bethanie
genoemd. Het ftrekte zig, van de nieuwe
Graft
of Oude-zyds-Agterburgwal , tot aan
de Stads Vefie uit. Het was gefügt voor
Vrouwsperiöonen, die zig van een erger-
■lyk gedrag bekeerd hadden; hoewel 'er
zulke Vrouwsperfoonen , volgens het ge-
(*) Zie VAN Heussen in VAN RYN, Kerk. Oudh. IV.
O'el, bl. !$>+.
(c) Zit Walich Syvaerts Roomfche Myfterien ont-
dekt, f, 47.
-ocr page 81-
I. Boek.
OPKOMST en AANWAS.
25
deezen, zig met de overigen niet konnende'
verdraagen, keerden, in 't jaar 1462,naar-
hun oude Kloofter, te Amfterdam , te
mg (ï). Het Kapittel der Lieve-Vrouwe-
Kerke in den Haage gaf den S. Paiilus-
Broederen, in den jaare 1470, verlof om
hun Huis verder op te bouwen, en daarin
tot vyfentwintigBroeders en vier of vyfKoft-
gangers [Commenfaks] te ontvangen (*) :
«och vermeerderde, in 't jaar 1493, 't ge-
tal der Broederen op veertig, en dat der
Koftgangeren op zes of agt (/). Uit eene
Lyft der Inkomften van dit Kloofter in de
zeftiende eeuwe, blykt dat dezelven jaar-
lyks vierhonderd agt guldens vier ftuivers en
een oortgen
beliepen ; waartegen jaarlyks
agtenvyfiig guldens en dertien ftuivers moes-
ten worden uitgekeerd. Doch in 't jaar
3558, was dit Kloofter genoegzaam uitge-
storven; waarom by de Vroedfchap befloo-
. ten werdt, het zelve, voor de Stad , tot
een Gafthuis te verkrygen (ni) Na de ver-
andering der Regeeringe, werdt de Kerk
van dit Kloofter aan de Walfche Gerefor-
meerden ingeruimd, en het Kloofter ge-
fchikt tot een Proveniers-Huis, gelyk het
reeds te vooren eenigszins geweeft was. De
Koftgangers of Proveniers, uit het S. Joris-
Hof in deKalverftraat, werden derwaards
overgebragt (b), en het verbouwde Kloos-
ter der Pauliniaanen nam den naam van S.
j ons-Hof
aan, dien het nog heden draagt,
len v y°orby het -Pauliniaanen-Kloofter ten
kloofter 7mdeil> ftondt het Kloofter van S. Urfula of
■der elfduizend Maagden, welk zig agtertot
aan de Stads-Graft uitftrekte, en ten Zui-
den aan het Rusland paalde. Men weet
niet, wanneer het geftigt werdt; doch in
't jaar 1419, werdt het, door het Kapittel
der Lieve-Vrouwe-Kerke in den Haage ,
voor vyf en zeftig Nonnen en zes of zeven
Koftgangfters [Commenfaks] gefchikt (0).
In eenen Brief des jaars 1420, wordt het
befehreeven, als gelegen over de twee graf -
ten [ultra duo foffatd].
Na de verandering
der Regeeringe, werdthet, in't jaar 1596,
grootendeels vertimmerd tot een Spinhuis
of Vrouwen - Tugthuis, welk, in 't jaar
1643, afbrandde; waarna het tegenwoor-
dige Spinhuis, op dezelfde plaatfe, gebouwd
is (p). Het gedeelte van het Urfelen-Kloos-
ter, welk agter aan de Vefte, nu den Klo-
veniersburgwal , uitkwam, is tot een Krank-
zinnigen-Huis gefchikt.
Dus hebben wy de Oude-zyde der Stad, Door-
zo als dezelve zig, omtrent den aanvang
der zeftiende eeuwe, vertoonde,doorwan-'ingderi
deld. Wy gaan nu over aan de Nieuwe-^fS,
zyde, en vangen aan van de Haarlemmer- we-zyde"
Poort, die, gelyk wy boven (bl. i7.) aan-
tekenden, ftondt daar nu de nieuwe Haar-
lemmeriluis legt. Hier ontmoet ons eerft Haarlem-
de Haarkmmer-ftuis, nu de oude Haarlem- mer-fluis.
merfïuis, die van ouds eene andere gedaante
hadt dan tegenwoordig, gelyk uit de Kaart
van Cornelis Anthomszoon te zien is. Over K'Jael° s
deezeSluis voortgaande, kwam men,tenOos-
ten van den Nieuivendyk, aan de S. Jakobs-
Kapel
, die, naar fommiger gedagten, reeds
in de veertiende eeuwe geftigt is (g); hoe-
wel my daarvan geen bewys altoos is voor-
gekomen. Het tegendeel blykt veeleer
uit eene Akte van Scout, Sccpenen ende Ra- '
de
van den zevenden Ottober des jaars
           '
1435, waarby aan die Broederen van Sinte
Jacobs Broederfcip en Capelle op ten Nieuwen-
dycke
verlof gegeven wordt om een Capelle,
gheheten Sint e Jacobs Capelle, te volmaken.
De S. Jakobs-Kapel ftondt digt aan den
Nieuwendyk, en hadt eenen uitgang in de
Haflelaarsfteeg , oudtyds het Trouwloos-
fteegje
genaamd (r), zo men wil, omdat,
wanneer het huwelyk tuffchen twee Egtge-
nooten, in de S. Jakobs-Kapel, van wege
het Geregt, gefcheiden verklaard was, de
een de deur der Kapelle aan den Nieuwen-
dyk , en de andere de deur in deeze fteeg uit-
ging (V). OndertulTchen is aanmerkelyk, dat
van dit zonderling gebruik, in het oorfprong-
kelyk Kapelboek, dat nog voorhanden is , en
in deNieuwe Kerke bewaard wordt, geen het
minfte gewag is gevonden. De zangers
van de S. Jakobs- en de S. Olofs-Kapellen
erkenden zelven, dat zy liefhebbers wa-
ren van goeden fier te maaken, verkiezen-
de , in zekere Loterye, tot hunne byfpreuk:
De Sanghers van Sinte Jacobs- en Sinte
Olofs-Capel
Mogen haer natgen ende haer droochtgen
wel (f).
De goederen derS. Jakobs-Kapel Ie zyn,
in 't jaar 1578, overgegeven aan de Nieu-
we Kerke, welker Kerkmeefters hetToo^
rentje en uurwerk der Kapelle nog onder-
houden; zynde dit het eenige overblynel
van dezelve («), en het overig gedeelte tot
Burgerwooningen vertimmerd.
De
(?riE Long, hl. in.
ö SSftÄl-1^«" **• Oudh.IV.2)^-
WVo°W. SYVAERTS Roomfche Myfter. ontdekt, Voor-
reden.
                          ,, '
(u) COMMELIN,«. 504.                                       .             -
D
(') Veltus Chron. van Hoorn, hl.
(k) Separacio Domus Sanfti Pauli,
v M Separacio Domus Sanfti Pauli i
\m) Refol. Vtoedfch. jV. I. 29 Jimy
39,41.
19 Ntv.
8 Sept. 1493.
1JJ8.
I47a.
Y{ f'e COMMELIN hl. 566.
-ocr page 82-
AMSTERDAMS
26
I. Deel.
Lieve- - De Oude-brugs-fleeg en MandemaakerVrouwe- fteeg voorby gegaan zynde, kwam meKaPeI- aandzLieve-Vroime- Kapel, die op den hoeder Lieve-Vrouweßeeg, nu de Vrowweßeegftondt; doch geheellyk verdweenen en aaBurger huizen verbouwd, is. De Lieve-Vrouwe-Kapel is, vermoedelyk, eene der oudftKapellen der Stad geweeft, en, naar 't fchyntgeftigt op of omtrent den grond, die tot heSlot der oude Heeren van Amftel behoord
hadt. Ve tyd der ftigtinge is egter onzeker; doch in de Oude Kerke, wordteen
Brief bewaard, waarby blykt, dat de.O«dermans van onfer Vrouwe - Capelle, naderhand Kapehneefiers genoemd, reeds in 'jaar 1355, eene rente van drie pondHollandfch, tot onfer Vrouwe-Capelle behoufLieve- gekogt hebben. De Oudermans, van weiVrouwe- ken wy fpreeken, waren te gelyk GafihuysGafthuis. meefiers van onzer Lieve-Vrouwe-Gaflhuis,
welk fchuin tegen over de Kapelle ftondt,
aan de Weftzyde, van den Nieuwendyk ,
tufïchen de Dirk van Hafleltsfteeg, en de
plaats, daar federt de Nïeuwfiraat gefchoo-
ten is. Van dit Gafthuis, weet ik niet,
dat melding gemaakt wordt, voor devyf-
tiende eeuwe (v). Het was voor Vrouwen
gefchikt, en men ontving 'er ook eenige
Koftgangfters. Tot het zelve behoorden
een Bayert en Peßikncie. huis, gelyk my,
uit oude Brieven, die in het tegenwoordige
Gafthuis bewaard worden, gebieeken is.
Het Kapittel der Lieve-Vrouwe-Kerke in
den Haage gaf aan hetLieve-Vrouwe-Gaft-
huis, in 't jaar 1523, regt o?« aldaar alle
Sondaghen des morgens omtrent half acht
uren
, mit open deuren, te preeken voor den
zieken ende andere
, die daer komen na ouder
'gewoonte (w).
Het Hof van Holland be-
veftigde het Lieve-Vrouwe-Gafthuis, welk
groote profyten hadt uyt dien dat men daer
preeckte
, in deeze vryheid, wehierflaende,
dat men nyemant Hete preeken, die gediffa-
meerd
was van Seele Lutherane te ivefe, of
die eenighe fcandaloefe of quade Leringe fay-
de
(ar). Het Lieve Vrouwen-Gafthüis kreeg,
Voortgaande langs dezelfde Weftzyde Graven-
van den Nieuwendyk , kwam men, voor- kaatje.
by de S. Nikolaas-ftraat, aan 't Graven-
ßraatgen
en de wyde Kercx-fiege (z), beide Wyde
toegangen naar de Nieuwe Kerke, die hier Kerks"
aan de oude Graft of Nieuwe-zyds-Voor-fteeg',
burgwal ftondt. De Gravenftraat is nog KT
m wezen; doch de wyde Kerksfteeg, die
tuffchen de Kerk en een groot blok Hui-
zen, welk tmTchen deeze fteeg en 't Oude
Stadhuis ftondt, plagt te loopen, is, met
het afbreeken deezer Huizen, ter gelegen-
heid van het bouwen van het Nieuwe Stad-
huis, aan den Dam getrokken en verdwee-
nen Weinige huizen voorby de wydeoePlaa«
Kerks-fteeg, kwam men aan de Plaats
nu den Dam genaamd, om welke te ver
grooten,de Stad,in 't jaar 1506, Janvan
Gbelders huyfinge op den middeldam,
met het
huis daar tegen over; in de jaareni<rio
1511 en 1525, nog verfcheide andere er-
ven en zelfs in 't jaar 1540, Thyman
Geiycsz. varekendryvers-huys ende crus
fiaende an de plaetfe,
gekogt enovergeno-
men heeft («). Op de Plaats , ftondt het
oude Stadhuis, vry wat meer voorwaardeer
dan het tegenwoordige, en omtrent op g* i£-
lyken rooijing met de huizen der Weftzyde
van den Nieuwendyk. Het was nog niet
veele jaaren in den ftaat, waarin hei toen
beftondt gebouwd geweeft; alzo het voo-
rige Stadhuis hier ter plaatfe, waartoe de
Stad, nog in t jaar i4i8,een erf gekogt
hadt (£), m den grooten brand de* jaaFs
1452, met ane vierde gedeelten der Stad
door de vlam verteerd geworden was!
t Geval wordt m zeker O&oi van Her-
tog Fihps van Bourgondie, waarvan wy bo-
ven (bl. 16. Aam. 17.) fpraken , met deeze
woorden, in de Franfche taaie,befchree-
ven (e): De la partie des deputez de par
ceulx de notre ville d'Amfielredam , ennotre
dit pais d'Hollande, nous a efiè expofé mie Ie
xxiiij. jour de May derrenierement ValTé
par feu de mefchief qui fi point a unze hen-
res de nmt ou environ en laditteville, ks trots
f arts d'icelle ont eté arfées R brulées, Rm
eß demouré que la quarte partie de laditte
door den tyd, merkelyke inkomften
ge-
ijk, onder anderen, uit de rekening, die
de l^genten, in 't jaar 1545 , aan Burge-
meefteren deeden, blyken kan (y); doch na
de verandermg^derRegeeringe ,werdthet,
met alle deszeift.goederen, vereenigdmet
het tegenwoordig; Gafthuis. De plaats daar
't geftaan heeft, is federt met Burgerwoo-
ningen betimmerd geworden.
0>) In een Accootd tuffchende Gafthttism. enhetConv
van S. Geertruïd, van 9 OS. Hi*-
(w)
De Brief is in 't Gafthuis, en ty Dapper, h
(x) By een befl. Miflïve van J December iJ30j jn >t
Gafthuis,
ville entiere, R anti e autres chofes ont eté
brulées la port e, les tours R les bolwercbs
devers la ville d'Utrecht, la Maifon de la
Ville R phfieurs Eglifes , R 0nt efié, R
font tous lesbiensRMarchandifes quiefioient
es
(y) Groot Memoriaal, N. I. f, 32-
(z) Zie Handv. bl. 9gI. [„öi. "*
{a) Groot Memoriaal, JV.l. ƒ. 2 j+wr/, iss vtrr ,,„
283 verf. 284, 297 verf.
                                  iJV'U-,26o,
(b)  Zie Commeun,W. 2j+. Jiant. a.
(c)  siie den Brief van HertoK Fii;P3 van Pmrm ..
-ocr page 83-
ï. Boe
OPKOMST en AANWAS.
K.
niaißns des altes trois parts ainß arfèes
^bpkes du tout-perduz & deflruiz par Ie
Wfeuslesquels bien & Marchandifis valoient
Wfmcomeraifa que lesdittes maifins:
~' onzer \ a Wege de A%evaardigden
' T mj d Amfterdam, gelegen in ons
f den Van HoIland' is ons vertoond, dat
' ui vierentwintigften May laatftleeden,
» ooor eenen ongelukkigen brand, die des
o^5 omtrent elf uuren in de gemelde
" f ad beS°n, drie vierde deelen van de-
" ^eive aangeftoken en verbrandzyn,zyn-
» ae een vierde gedeelte alleenlyk over-
" §ebJeevcn, en onder anderen verbrand
» de Poort, de Toorens ende Bolwerken
» tegen de Stad Utrecht, het Stadhuis en
» verlcheide Kerken. Ook zyn de Goe-
deren en Koopmanfchappen, in de Hui-
" f" n f gemelde drie vierde deelen, ge-
" ne<%k door den brand vernield gewor-
>s clen;welke goederen en koopmanfchappen
■" Zeer veel meer waardig waren dan de ge-
3» melde huizen". Het Stadhuis, welk in de
pJaats van het afgebrande Stadhuis gefügt
werdt, was eenredelyk fchoon Gebouw van
gebakken fleem Doch de ingang en Vier-
Icnaar waren van witten gehouwen fleen op-
gemaakt. Boven de traliën derVierfchaar,
itonden de Beelden van HertogeWillem den
Vi., Vrouwe Jakoba en Hertoge Filips van
1 vif S- jDdie' waanut met veel waarfchyn-
iVKneid beflooten wordt, dat het Stadhuis,
ten minden de Vierfchaar, ten tyde van
n laatften, gebouwdis. Het Gebouw
pronkte met eenen hoogen fpitfen Tooren,
pin^nV Jaai; 1<fol» vrv veel mw de
eene zyde overhellende , binnen drie dagen,
wederom regt gezet werdt. Het hadt
van binnen, verfcheide vertrekken, en
onder andere twee fchoone Zaaien ter
Wederzyde van den ingang (d). Men weet,
dat het,den zevenden July desjaars 1Ö52,
Sy\mcu *?eziS was met het tegenwoor-
Naaft en tegen het Stadhuis ten Zuiden,
ftondt een Gafthuis en Kapel, S. Elizabets
Kapel m Gafihuis
genaamd, waarvan my
weinig befcheids voorgekomen is. De tyd
wanneer het gefligt werdt, is onzeker',
tiet itondt er reeds omtrent het einde der
vyxtiende eeuwe (ƒ). Doch het is zekerlyk
veel ouder: 't welk alleen hieruit blykt
om dat het den naam vart het Oude Gafthuis
plagt te voeren. In 't gemeen, werdt het,
Wpontani Amft.Libr. II. Cap.xi.p IIO
7^" COMMELIN, U. ZS7.       V        P' ""•
' > An°nym, ai tak, Pontani,/>. s.
het Heilige-Gcefis-Gafihuis genaamd : en
deezen naam meent Le Long (V), in ee-
nen Schepenen-Brief van den jaare 1363
gevonden te hebben. In eenen diergelyken
van den jaare 1437, vind ik gemeld van
een huyße en erfve, gelegen achter 't oude
Gafihuys van den Heyligen Gbeefi, over die
oude gr acht e (h).
En op dat men niet twy-
felen zou , welk Gafthuis hiermede ge,
meend werdt; in het tegenwoordige Gaft-
huis , worden twee Boekjes bewaard, op
Franchyn gefchreeven , en tot opfchrift
voerende, het eene: Dit ßyn die Landen en
Renten des Gafihuys van den Heyligen Geeß
tot Aemßelredamme:
en het andere: Dit 's
Boec van Renten toebehorende dat oude Gafi-
huys binnen Aemfielredamme en wert gemaect
A°. LXXII. ende XIIII.c In deezeBoekjes,
leeft men dat Sytnen Abbe Piet er s f oen, die
in 't jaar 1371 Schepen der Stad geweeft
is, en Katharyn fiyn JVyf den Gafihufie be-
fproken hadden een half huys ende een erue
mitte Carthufers ghemeen
, ende geleghen bi
den Gafihuße an der plaets
, dat is, aen den
Dam , alnaifi Willem Noirts. Nog vindt
men aldaar deeze woorden; Ditfyn die
Renten, die die van der Stede den Gafihufie
bewyß hebben, voir des Raathuus erue
, dan-
dat Gafihuus 't huus af hebben fial als men 't
afbreect
enz. Uit welke woorden blykt, dat
het Stadhuis, gedeeltelyk ten minften,op
het erf van 't Gafthuis gefligt was, en dat
de Stad het Gafthuis, voor dit erf, eenige
Renten afftondt, benevens den opftal van
het Raadhuis, wanneer men het, t'eeni-
gen tyde, afbrceken mögt. Voorts is my,
uit Brieven van de jaaren 1410, 1411 en
1413, gebleeken , dat, in het Heilige-
Geefts-Gafthuis, ook Koftgangers ontvan-
gen werden, fomtyds op zeer zonderlinge
voorwaarden , gelyk uit de Brieven zel-
ven, die wy in de Bylaagen (1) voegen zul-
len, blyken zal. Het oude Gafthuis werdt,
omtrent het einde der vyftiende eeuwe ,
waarfchynlyk ter gelegenheid der vergroo-
tinge van het Stadhuis, overgebragt naar
het S. Pieters Gafthuis in de Nes. De on-
genoemde Befchryver van Amfterdam by
Pont anus, die in dien tyd leefde, ge^ft
dit klaar genoeg te kennen. Efi quoque in
eadem parochia [vetere'],
zegthy, bofipit^e
totius Hollandia celeberrimum
ex duobus
hofpitalïbus confettum, S. Petri &S>
£'!/*-
beth, ex novo latere eo translatum C*> Doen
de
(|| Anonym." ad. calc. PONTANI, p. f.
D 2
-ocr page 84-
28                  AMSTERDAMS              I. Deel.
de vëreenïging deezer twee Gaflhuizen ,
fchynt, in 't jaar 1491, nog niet gefchied
te zyn. Immers, my is een uittrekfel ter
hand gekomen uit een Teflament van Ca-
tharyn Foppens Dogter,
die, in dat jaar ,
befprak aen 't Hofpitael van S. Piet er, 12
Rynfche guldens, aen 't oude Hofpitael, 12
Rynfche guldens, en aen 't Vrouwen-Hofpi-
tael, .6 Rynfche guldens.
Doch uit eenen
Schepenen-brief van 't jaar 1497, die in
het tegenwoordige Gaflhuis bewaard wordt,
en waarby een vierendeel van twaalf maden
lants
aan de Gafihuysmeefleren van Sinte
Pieters en Sinte Elifabethen Gafihuyfen
wordt
opgedraagen, fchynt af te neemen te zyn,
dat de vereeniging der twee Gaflhuizen
toen reeds voltrokken was. Ook is my,
uit de Stads Regiflers, gebleeken, dat de
Heeren van den Geregte en de zesender-
tig Raaden, mitten Ryckdoeme deferStede,
op den zevenentwintigflen Juny des jaars
1508, op de Sael van 't Gafihuys vergaderd
geweefl zyn (I): waaruit blykt, dat , het
Gaflhuis toen reeds aan het Stadhuis ge:
trokken was. De S. Elizabets-Kapel, naafi
het Stadhuis, was, zo 't fchynt, nog in't
jaar 1570, in wezen, zynde, uit aanteke-
ningen van dien tyd, klaar, dat toeneene
Vicary in die Kapel, door Pieter Pieters-
zoon
, Schout, Joofi Syhrandszoon Buik, Oud-
Burgemeefler, en Cornelis de Ryk, Oud
Regent van 't Hofpitaal van S. Pieter, aan
Pieter Henrikszoon, Provifoor van Amflel-
land, Waterland en Zeevank, opgedraa-
gen werdt. Na de verandering derRegee-
ringe, is de Kapel, zo wel als het Gafl-
huis , geheellyk verdweenen. Van het
Gaflhuis is de naam overgebleeven in de
Gaflhuis-fieeg bezuiden het Stadhuis, en in
de twee Gaflhuis-Molen-fleegen, tufTchen
den Nieuwe-zyds-Voorburgwal en den Sin-
gel , zo genaamd naar den Gaflhuis-Molen,
die op een bolwerk aan de Vefl, agter het
Gaflhuis, opgeregt was.
Waag. De Waag, die eerfl in't jaar 1565 op
fedeil' den Dam werdt opgeregt, was 'er nog niet,
en 1540, wordt gewaagd van eene Waag-
ßeeg,wd.a.fm hetFleyfchhuys
flondt: en 't blykt
klaarlyk, dat 'er, in 't jaar 1550, eene Waag
omtrent dePlaats of den Dam geweefl is (n),
TufTchen het Stadhuis en het Blok hui- Vogel-
zen, welk de Nieuwe Kerk van het Stad-fteeg.
huis fcheidde, liep een fleeg, de Vogelfieeg
genaamd, die, met het bouwen van het
tegenwoordige Stadhuis , verdweenen is.
DegrooteAmflerdammer, PieterCor-
neliszoon Hooft, wien'tgeluflheeft,
Amflerdam, zo als 't omtrent den aanvang
der zeventiende eeuwe beflondt, op eene
overaartige wyze, af te beelden, in zynen
Warenar, maakt gewag van deeze Vogel-
fieeg,
als hy {Acl. II. Sc. I.) den ouden
Vrek van de Vifchmarkt doet loopen
De Veugelfleeg deur, de kercksbrug over,
„ na myn Heer de Scheut.
Voorts, lagen'er, agter dit blok huizen, Elendig*
twee Kerkhoven, een van welken, leggen-Kerkb
de beooflen de Zuiderdeur der nieuwe Ker-
ke, die nu op den Dam ziet, het elendige
Kerkhof
genaamd werdt (0), om dat 'er
geenen dan misdaadigen begraaven wer-
den. Dit Kerkhof en het andere doet de
Ridder Hooft ons ook kennen , in het
zelfde Blyfpel, AEt. III. Scen.V., daarhy
een harbier mit zyn wyf eerfl een Kerkhofje
om
doet wandelen, tot op de hoogte van 't
Groot-School, welk agter de Nieuwe Kerk
flondt, aan het federt genaamde Blaaum
erf.
Hier was aan het Kerkhof geplaacfl
het kniels-vat, dat is, het bekkeneek- of
doodsbeenderen-vat, waaruit de Barbier een
doodshoofdt zoekt, welk zyne Vrouw draagt,
't Grave-firaetjedeur, deNuwedyk over tot op
het Water veur de Zoutfieegh,
daar de jon-
gens 't fluk ontdekken. Warenar befluit
hierom, zyne Pot niet in 't Kniels-vat te ver-
bergen. Maar, zegt hy,
Ikgae ze liever begraeven op1't ellendige
„ Kerkhof,
Daer wort niemant begraeven as verwe-
„ zen tien,
En daer zei tuffchen dit en morgen geen
„ Jufiicy gefchiên.
Beide deeze Kerkhoven zyn ook ver-
dweenen. Doch de fbraat of fleeg, die ten
Ooften langs de Nieuwe Kerk loopt,plagt
de elendige fleeg genaamd te worden.
De Plaats of Dam dwars overgaande , Kalver-
kwam men in de Kalverflraat, veelligt zoftraat.
genoemd, omdat, in dezelve, voormaals,
de
(n) Groot-Memoriaal, N. I. ƒ. 284, 297 vtrfi. Refol.
Vroedfch. N. I. 23 ^pr. 1550.
(t>) ZU COMMELIN , U. 4S9.
uier.
t0,en de Schildery en Kaart van Cornelis
Anthoniszoon gemaakt werden. Nogtans
ftondt 'er een ander gebouw in'tgezigtvan
't Stadhuis,welk beneden tot eene Waage,
en boven tot eeneRederykers-Kamer gebruikt
werdt f» Doch of 'er zulk eeneWaag,
reeds in de dertiende eeuwe, geweefl zy, ge-
lyk het zogenaamd oud Kaartje van Chris-
toffel van Hart&gveld
aanwyfl, is bezwaar-
lyk te zeggen. In ftukkenvandejaaren 1525
(l) Groot-Memoriaal, N. I. f- *}*• .ver{- in ""»g-
(m) Vtdt^L.
Hortens. de Tumult. Anaoapt. »»Collect,
S.SCHABDÏI, Ttm.ll. p.
jn.
-ocr page 85-
I-Boek.                    OPKOMST en AANWAS.                           29
°Y vtSrï O^ SS ,geIyk me"' delen- ?i£r t?k1Cnen W? alleei%k aan, dätzy, lluck-in.
SS? de Offen fluis ST"**- *£' '"^T T*^ ïfi? ^teêem™ordig, agteraan
«, ,n" n/r™*U1S' in de zefhendeeeuwe, de den Amftel, federt, het RurhL %A nf
Sr ATT -O^-^-^ge- ^^fA&u&ï
Schaapen verder , bv'deu""? V°f E" ^g , Y'? 'W- p" ^ Stede af,Byntwyk„
markt SchaapennLt ReSu*iers-f00"' was de deKalverftraat,ruer£F^^ genaamdCü) S. Joris-
Veen,
           f-' zo at de voornaamlte door-, ende Oflenmarkts-fluis overs-aan Kapcl en
ren ï1 eVier' van ouds' hY elkande- de, kwam men, ten Ooften tegen over den '
Jon§e- ontm ren' n WeftenindeKalverfb-aat, Heiligen-Weg, aan S. Joriaans-oïS. Joris-
fi0eIe,> zo a?ettC mCn eerft * Jonge Roelen-fleeg, Kapel en #<ƒ, gefchikt voor zieken en Le-
ee§* daarna r) ?T ?enoemd werdt (?) , en proozen, en waarin ook Proveniers of Kofl-
over riIR ^"^^S'door welke men, gangers werden aangenomen. S. Joris-Hof
KlnnßZ ßegy"en-graft'kwamaan't5.Z««CT- en Kapel ftondentou binnen de Stad; doch
S;Lu-' X;' Al] net Burger-Meisjes-Weeshuis, waren, reeds in de veertiende eeuwe ,
S'a ohtpL- ?er, %tinge van dit Kloofter is buiten de Stad gebouwd. In eenen Sche-
fter-tTenï ; doch fchynt tot vroeg in devyf penen-brief van den jaare 1399 , wordt
Ik vin/wWe f bragt te moeten worden, gewaagd van enen vryen eygendom totter
van den rwinf n8 veTrmeId> jn eenen Brief zieken behouf, die Jenen tot Sinte Joe-
bvdnnnn glle"Jf"aiT des jaars 1420, riaens buten der poerten van Aemflelredam-
1„
Man? van de Süßeren van Sinte Lu- me O). In een' anderen Schepenen-brief
-BmdZTff a'hterJen Baghynenin. die van den jaare 1441, wordende Regenten
vW i°'i De.Nonnen van S- Lucia van S. Joris-Hof genoemd bewarers van den
wcuen verbonden zig te voegen naar den zieken van Lazaryen 't Sinte Joryaens bute
aeroen regel van S. Franciscus (j). Van der Byndwiker Poorte , die wy hier voor
oit llloolter was, in de voorgaande eeuwe, (bl. 15.) gevonden hebben, ter plaatfe
nog • veel overgebleeven; doch het Ge- daar nu de Oflen-fluis is. De plaats van
bouw wordt, van tyd tot tyd, vernieuwd S. Joris-Hof was, na de vermeerdering
en verbeterd, zo dat het tegenwoordig van Stads-Regtsgebied door Hertoge Al-
Be"vne naamJ]yks te kennen is, voor het gene het brecht in 't jaar 1386 [13871, egter bin-
hotyn- voordeezen was Agter het zelve, legt nen de Vryheid , en wordt hierom, in ee-
onl P °te
               Begynhof, waartoe men nen Schepenen-brief van 't jaar 1429, ge-
fW T to?S^g heeft uit de Kalver- noemd de zieken van Lazaryen 't Sinte Jo-
nn»™
          1 Be§yncnfteeg. Het heeft riaens binne de Vrybeyt van der Stede.
houden Jl vanzyne oude gedaante be- Doch 't Gebouw kwam, met de nieuwe
verfchpU.fr- ' tegenwoordig, met bemuuring van omtrent den jaare 1480,
LcUp\]e/0Qnmgen' bezet is' binnen de Stad, en werdt hierom, reeds
Vn^KrLrJnp p : die m door de in eenen Schepenen-brief van den jaare
^k^w^,^mS^^,ï,0* 1482, genoemd Sinte Jorys Cappelle, off
uug m wezen, liet Uegynhof is een die zieken Cappelle binnen der Stede van Am-S. Niko-
van de oudlte geeftelyke Gebouwen der flelredamme. Doch voor het einde der vyf- laas"°f S.
ecacr. Het was, in den jaare 1389, reeds tiende eeuwe, werden de Leproozen, uitAnt~" A
& ZZfl in 'C jaar I3?3' door  S- J°risJiof' overgebragt m het S.Niko-Z^
^enonin rA r'j m Zy"e befchermmg   laas' of s- Antonis-Gaflhuis{x) , welk, inLeproo-
iu„i„,ei1 ledertmetverfcheidegee-   den aanvang dier eeuwe, gefügt werdt,zenhuis-
Ï^SS* ****&* - « Sr den „aam £a» hprZl
KaPel wS wv nn          > t, i                ^^ in wezen ls- Het ftondt toen buiten
der' m,.*l;Tay ' van S tfegynhof, naar   de Stad, en wordt, in eenen Schepenen-
lseSte- «„c         j ^ A j™5 kceren' ontmoet   brief van den jaare 1402, befchreeven met
r:3,aT. 0oftzyde > ^ntrent op de hoog-   den naam van Synte Nyclaes Gafibuus, dat
vlij Vilcien-Ki00lter, de vermaarde   nu geordineerd ende gbemaect is,flaendeop
^apeider Heüige Stede, nu de Nieuwe,   ten Zeedyck twyßcben Aemßekedamme ende
zyds-Kapel, die omtrent in 't midden der   Oetenwael (y): welk Oetenwael of Outen-
veertiende eeuwe gefügt is. Wy zullen'er,   waal eene kleine buurt was, gelegen aan
mi tvervolg, omftandiger van moetenhan-   den Diemerdyk: gelyk duidelykfl te zien
1
(p) Handv. il. 981 [J90.]
(?) Handv. W. ?gi [j9o.]                                                                foL Vloedfch. JV. 1-7 Ä«. IJJ9.
V' ^aen Boek I-- /• ï«9.                                                 >*i ê« hier voor M. »J- -<-«*• f'J)•
ft) "v? C0MMELIN «• 202, j«2.                                           VJ) schepenen-brief van 21 ^r»/ i399-
*/. zio** HEUSSEN « V*N RYN Kerk. OuOh. IV. />«/, W Anonym, fff™ 'fTJiï*1 Amft' ^ f*
D 3
-ocr page 86-
3o                    A M S T E
is, in eene gemeten Kaart van Rynland
van denjaare 1647. Outenwaal is, met de
laatfte vergrooting der Stad, verdweenen,
en de plaats is nu langs de Middellaan der
Plantaadje, naar't einde. Wydersismy,uit
Schepenen-brieven van de jaaren 1404
en 1410, gebleeken, dat men toen reeds
Koflgangers in het S. Nikolaas-Gaflhuis
aannam. Aan dit Gaflhuis, was ook eene
Kapel gevoegd (z): en 't gantfche Ge-
bouw wordt, in Schepenen-brieven van
den jaare 1427, genoemd de Capelle ende
Gaflhuze 't Sinter Nycolaes en Sinte Antho-
nis
, fiaende tujfchen Oetewael ende der
Stede van Aemflelredamme
(a), of 't Sinter
Nyclaes Capelle ende Gaflhuys
, fiaende an
den Zeedyc tujfchen die voirf. Stede ende
Oetewael, dat men
ghemeenlik.cn noempt 't
Sinte Anthonis (b).
Het Gaflhuis , van
welk wy fpreeken, mögt ook verkens hou-
den, ten kofte van 't gemeen, die vryelyk
door de Stad liepen, en door 't volk on-
derhouden werden, uit eerbied'voor S.
Antoni, wien zy waren toegewyd, en die,
als een Patroon der dieren, en inzonder-
heid der Verkens, zo wel hier als elders
hier te Lande (c), geëerd werdt. In de
oudfle Keuren deezer Stede, die op per-
gament gefchreeven, en in de veertiende,
©f in het begin dêr vyftiende eeuwe, ge-
maakt zyn, wordt verbooden, Verkens te
houden, die jladelic by der firate gaan,
wtghefet dat Sinte Anthonys ende Sinte Cor-
nelys
(24) moghen fiadelike houden elcx twee
verkene
, gaende wail gheringet mit bellen,
ende elc verken een oir afgefneden. Dats te
•wetene, Sinte Anthonys twie verkene elcx
hoir rechter oir, ende Sinte Cornelistwiever-
kene elcx hoir luchter oir afghefneden. Ende
zo wes verken men ixil offeren Sinte Antho-
nys
, ofte anders eenighen heylïghen , die
fal men eerften leueren den ghenen die 't beuo-
len is -van dier heylighen weghen , eer men
ze laet gaen (d).
Walich Syvaerts-
(z) A&e van 't Geregt van 30 Jan. 1417.
(") Schepenen-Brief van 10 January 1417.
{b) Schepenen-brief van 6 July 1417.
(c)  VideM.\TTnmi Fund. & Fata Eccles. 8. J61, en K.
BURMAN Utr. Jaarb. i. Deel, bl. ZZ8 enz.
(d)  Keurb. A.f. ï3 vtTfo.
(24) Wat plaats of gebouw, hier ter Stede, aan
S. Cornehs toegewyd geweeft zy, vind ik nergens
gemeld. Want het is niet te denken, dat men,
in de Keure, S. C^rieUs voor S. Nikolaas ge-
fchreeven hebbe. Ondertuffchen, blykt, uit ee-
nen Brief van Karel den V. van den jaare 1535,
(by Matthteus Fund. & *ata ««* P- 9-)datS. Cor-
nelis, eender eerfte Paulen yan Rome, wien 't
vermogen om de vallende ziekte te geneezen werdt
toegefchreeven, ook hier te Lande, bekend was,.
en geëerd werdt.
R D A M S          I. Deel.
so on gewaagt ook van de S. Antonis ver.
kens (e). Het S. Joris-Hof bleef, na dat
de zieken daaruit waren overgebragt in 't
S. Antonis-Gafthuis, een bloot Proveniers-
huis. Doch in de Kapel, die, ingevolge
eener overeenkomfl van den vyftienden
January des jaars .1540^ tuffchen de Re-
genten van S. Joris-Hof en de gebuyren wo-
nende buyten de Byntwycker Poorte,
door de
laatften, in raeck ende dack, mit vyffMiffen
ter weecken
, moefl onderhouden worden (ƒ),
werdt gepredikt en dienfl gedaan, tot na
de verandering der Regeeringe; wanneer,
in 't jaar 1579, de Proveniers werden over-
gebragt in 't Kloofler der Paulus-Broede-
ren, welk toen den naam van S. Joris-Hof
aannam (g), dien het nog heden draagt.
Het oude S. Joris-Hof, boven welks por-
taal , S. Margareet, by S. Joris en den
Draak, afgebeeld (/;), en welks platte
grond, in't jaar 1578, door Joofi Jansz.
afgetekend was, werdt toen aan Perceeleu
verhuurd en verkogt. De plaats is, federt,
met Burgerwooningen bezet. Doch de Ka-
pel , op den hoek van de fleeg, die thans
de Olieflagers-fleeg heet, flaande, dient
tot een Kiftenmaakers-pand. De naam va«
S. Joris-Hof is hieromtrent alleen overge-
bleeven in de S. Joris-fieeg, tot aan welke
hetfzig', van de fleeg, die nu de Oliefla-
gers-fleeg heet, plagt uit te flrekken; ge-
lyk uit de tekening van Joofi Jansz. te
zien is.
Tegen over het oude S. Joris-Hof, agter ciaris-
de huizen der Zuidzyde van den Heiligen- fen-
/Feg,flondthet Kloofler van S. Clara,welk, Kl°ofter'
om het te onderfcheiden van het Kloofler
van S. Clara in de Nes, het nieuwe Klooßer
van S. Clara
, of het Clarijpn-Jüoofler ge-
noemd werdt. Het flrekte zig, in de breed-
te , uit tot digt aan de Reguliers-Poort en
Stads Wal. De Nonnen van S. Clara maak-
ten, eerfl omtrent het jaar 1496, toeleg
om hier een tweede Kloofler te betrekken.
Doch het Geregt en de Vroedfchap der
Stad, de Burgery reeds te zeeroverlaaden
vindende met eene menigte van Kloofle-
ren, kantten zig tegen 't opregten van 't
nieuwe Gefligt by eene waarfchuwing , die
den drie-entwintigflen November des ge-
melden jaars van de puije van 't Stadhuis
werdt afgekondigd (ï). In de jaaren 1498
en
(e)  Roomfche Myfterien ontdekt, f. 19.
(f)  Groot-Memoriaal N. I. ƒ. 295 vers.
(g)  Uit oude Aanteken, in het S. Joris- Hof.
(h) Zie Walich Syvaerts Roomfche Myfter. ont-
dekt, Voorreden.
            -,
(i) Groot. Memor. JV. I. ƒ. M4- zie ook VAN HEUSSEN
en van RVN Kerk. Qudh. IV- Oeel% bl. ip9. Comme-
LIN,
bl. Si*.
-ocr page 87-
h Bork.
OPKOMST en AANWAS.
31
Sffenfl' rdt,het timraeren aan 't Cla-
Äd n°af "eren en 't
bouwman het 5ll} : TOd*r de °P"
ftremd werdt r ' eeI11Se Jaaren, ge-
van den Hm7n\ Peene Geflagtrekening
DiemPn j- y c Boeren dogter van
Sehnli ^oö. Schout van Amfterdam,
loX WaS' Stl§tfter van '^ ClarifTen-
fiSu fweeft zyn; doch * de oor-
I dS MePnfVen en ^kkenvandeOr-
diP Zl ^»broederen in Nederland ,
mv „•; ,V, bewaard woeden, en waarvan
my uittrckfels ter hand gekomen zyn,lees
■» » dat ƒ«„ & ^raf/j B r en K
" f13",1? Amfterdam,een CÏariffen-Kloos-
fe ter aldaar_ willende ftigten, ten dien ein-
" ?f'j ee^lge Huizen met eenen Tuin
" aï de Reguliers Poort, en buiten de
4. xuynwycier [Bintwykerj Pow-f, onder.on-
» zer Lieve-Vrouwe-Parochie-Kerke gele-
» gen, gcfchikt hadt;alwaar reeds, federt
" menige jaaren, eenige ongeordende Maag-
» den van een eerlyk gedrag gewoond had-
" rT'n.          y' tot de opregting van een-
5> KlooUer voor deeze maagden, de toe-
s> itemming van den Roomfch-Koning Maxi
=, muiaan en den Aartshertog Filips , bv
*  Brieven van den zesden Oftober des jaars
*   1494, te Mechelen getekend, verkree-
" ?w;.dat Werby, in't volgende jaar,
4, de beveftiging van Paus Alexander den
" x1;.ge™1?™ was; waarby Herman van
" en ïf'-?eï,en V3n S-Salvators-Kerke,
*  Kerf f?' t/0'l' Kano™& der Dom-
„ Kerke te Utrecht, gemagtigd waren
*  om tut het ClarnTen^loóftel J Ddft
„ drie of vier wel geoefende Nonnen naar
*, Amlterdam over te brengen, en eene
» haarer te kiezen tot Abtdis over het
■ SVC ÏAen Dat David van Bout-
" Ä; Bl{rchop^van Utrecht, nog in 't
" tiÄlt nde'/a#lyle Blllle beklag-
" 5? ^ ' ?at-de Gemaetigden hierop
" den eenendertlgflen Odober des Zl
'' l45u' de ^W van het Kloofter
5513, * ftand: fchoon de Raad, S
Jaar I15?6' beflooten ha*> zig, ?en
befte mogelyk, naar 's Vorften bewerte
' ^ voegen (*> Het Hof van HoSZOndt
toen Gemagtigden naar Amlterdam , die
eene overeenkomft troifen tuffchen de Re-
ge enng en de Nonnen, Waarb aandelaat.
ften onder zekere voorwaarden, vergund
werdt, haar Kloofter te volmäaken. Wv
zullen deeze overeenkomft, die iri ver-
fcheide opzigten merkwaardig, en no^ nooit
in 't licht gegeven is, hier agter onder de
Bykagen (n) plaatfen. Het Clariffen-Kloos-
teris, midlerwyl, naauwlyks tagtig jaaren
in ftand gebleeven. De Regeering fchikte
het, in 't jaar 1595 en federt, ten deele
tot een Mannen-Tugthuis of Rafphuis; ten
deele tot een Verbeterhuis, en ten deele
tot een Aalmoeffeniers-huis; welk nu de
Latynfche School is (0). Door het overi-
ge gedeelte, welk met kleine Burgerwoo-
ningen bezet werdt, zyn drie ftraaten,van
welken maar eene tot in de Kalverftraat
doorloopt,- en. eene dwarsftraat gefchoo-
ten, die nog het Khofier genaamd worden.
Agter de Noorder-huizen van den Heili- Doeleti
gen-Weg, tegen over het ClariiTen-Kloos-derHand;
ter, ontmoette men de Doelen der Voet- eraboo^"
Handboog-Schutteren, die, van de Veftby Schutte-
de Heilige-wegs-Poort, liepen tot agter te-ren-
gen de Huizen van de Kalverftraat. De
plaats, alwaar deeze Doelen, in of kort na
't jaar 1517, werden gebouwd, heette te
vooren het. Schaapenveld (p). Zy werden,
in't jaar 1650, afgekeurd, en de erven
verkogt (q) ; dwars door welken, van den
Heiligen-Weg af tot aan 't Spuij toe, twee
ftraaten gefchooten werden , die nog den
naam draagen van Handboogßraat en Voet-
hoogflraat.
Van den Heiligen-Weg te rug keerende Wet- *
door de Kalverftraat, naar de OiTen-fluis, fteeë>
en over dezelve voortgaande, voorby de
Wet-fieeg (r), nu de Roozeboom-fteeg, en
de Begynenfteeg; kwam men, voorby de
laatfte, aan dezelfde Weftzyde, wederom
aan de S. Lucien-fteeg, en door dezelve
over de S. Luden-brugge■ op de Deventer-o Tu
Houtmarkt, nu de Bloemmarkt. Langs dee- den-"
ze voortgaande, kwam men, voorby de brugge.
Stilfteeg, aandeHuiszitten-fteeg, op denDe^en"
Zmderhoek van welke, aan de nieuwegraß.Z*?*'
of Nieuwe-zyds-Agterburgwal , in 't jaar
i486, het Nieuwe-zyds Huiszitten-Huis-mevwa-
werdt getimmerd; waarin de voorraad voor zvds-
de behoeftigen bewaard werdt. Ook waren Huiszit-
'er eenige wooningen in, voor arme Vroii-ten"Hui?'
wen. In het tegenwoordige Nieuwe-zyds-
Huis,
(n) Letter D.                                                                                   '
(e) Zïe Commeun, W. 199»'f°7-
(p) Groot-Memor. If. t. f- 259 verf., 2j, v, .
(q) COMMEL1N, W. 199, 12J.                        *"
(r) Zie Handv. */. 981. fssoj.
-ocr page 88-
AMSTERDAMS             I. Deel.
3a
Huiszittenhuis , wordt nog een brief be-
waard van den jaare 1477, waarbyblykt,
dat Geryt Gerbrant Pauwen/oen die Huysfit-
ten aen die Nieuwe fyde
geichonken heeft,
een fmeerhuys en een dwershuys daar aan, de
Peereboom geheeten, gelegen in de Gaflhuys-
fieege by de. brug aan der Steede middelfie
grafie , willende dat dit Huys en Erve be-
woond fal worden door tien Maagden of We-
duwen, die onbefprooken fyn
, de naafie van
den bloede■.
Zo men will, dat de te-
genwoordige v Huiszittenileeg toen de
Gaflhuisfleeg geheeten hadt, gelyk zeer
wel zyn kan , zou men agten mogen ,
dat de Huizitten-meellers aan de Nieu-
we zyde, door deeze gifte, in ftait gefield
zyn, om het Huis, waarvan wy fpreeken,
te können hertimmeren. Het is, federt,
in Pakhuizen en' Burgerwooningen veran-
derd. Doch in een ouden fteen, die in den
zydmuur van het hoekhuis gemetfeld is ,
leeil men nog, in oude Letters,-
mt ï>uu£ i$ ö&etimert in
ixit ttt $0h£ tct örijaftc
be$ 5Hrraé ïjii^gitttn / amia
MCCCC e« LXXXVJ.
Waar onder, in nieuwe Letters, ftaat
EN HERBOUWT A°. 1710.
Nieuwe Den Voorburgwal langs voortgaande ,
fteeg, voorby deMolfteeg, de nieuwe fleeg, ge-
genzamd naamd RuyJJen-fieyn,
en Geleynen-fieegje ,
Ruyffen- we]ke twee iaatften nu de Moflaardpots-
Gelev- &eeg en kleine Lynbaans-lteeg genoemd
nen- worden, zag men, fchuin over de laatlle,
fteegje. aan de Ooflzyde der oude graft, de Kapel
s. Geer-en het Kloofler van S. Geertruid, ook Maag-
tg*ids' dendaal
genaamd, welk van agteren aan
Kiooftcr.het Lieve.Vrouwe-Gafthuis paalde. Le
Long fchryft (V), dat het, omtrent den
jaare 1455, gefligt werdt. Doch het is
zekerlyk veele jaaren ouder, alzo Gheertruyd
Tydemans,
Moeder van S. Geertruids-Kloos-
ter, reeds in 't jaar 1432 , eene overeen-
komfl met het Lieve-Vrouwe-Gaflhuis ge-
flooten heeft (0- In 't volgende jaar, verwierf
dit Kloofler vryheid van het Kapittel der Lie-
ve-Vrouwe-Kerke in den Haage, om tot
vyftig Nonnen, en zes of zeven Kofigang'
flers [Commenfales] te mogen aanneemen (u).
Het getal der Nonnen werdt, in 't jaar
1493, tot op tagtig vermeerderd (V). Na
de verandering der Regeeringe, is dit Kloos-
ter, welk zig van de Suikerbakkersileeg
(s) Reform, tl. 339.
(t) Zie hier voor il. iS.
(u)
Charta 6 Novemir. 1433.
(v) Charta 19 03ebr. 1+93»
tot aan de S. Geertruids-fleeg uitflrekte,
grootendeels in Pak- en Woonhuizen veran-
derd; doch dwars door het zelve, endoor
het Lieve-Vrouwe - Gaflhuis, tot op den
Nieuwendyk , is eene flraat gerooid , de
Nieuwflraat genaamd. De S. Geertruids-
Kapel, die nog veel van haare oude ge-
daante behouden heeft, en op den hoek
van de Suikerbakkers-fleeg flaat, is in eene
Suikerbakkery veranderd.
Voor 't overige, vondt men, omtrent den
aanvang der zeftiende eeuwe , langs de
Nieuwe-zyds-Voor- en Agterburgwallen ,
en langs de Stads veften, geeneopenbaa-
re geeflelyke of weereldlyke Gebouwen
meer. Wy eindigen derhalve de door-
wandeling der Nieuwe-zyde van oud Am-
flerdam aan de Haarlemmer-Poort, daar
wyze begonnen hebben.
Wy hebben, in de Stad, beide aan de Korte
Oude en aan de Nieuwe-zyde, veel meer °Pte!'
gfeeflelyke Gebouwen ontmoet danweereld- ^"gc-2
lyken. De laatflen waren alleenlyk 't Stad- bouwen
huis, de Waage en de Boelen: doch onder der Stad-
-de eerflen, waren de Kloofiers alleen ne-
gentien
in getal,drie voor Mannen, en zes-,
tien
voor Vrouwen. De drie eerflen , die
aan de Oude-zyde flonden, waren die van
de Minderbroeders op den O.ude-zyds-Agter-
burgwal tuffchen de Molen- en Barndeflee-
gen; van de Paulus-Broeders, daar nu het
S. Joris-Hof is, en van de Celkbroeders aan
de Weflzyde van de Nes tuffchen de Wyde-
Lomberds- en Cellebroeders-fleegen. Van
de Vrouwen-Kloofters flonden 'er dertien
aan de Oude-, en drie aan de Nieuwe-zyde.
In de Nes, flonden die van .S'. Margareet,
welks Kerk nu de kleine Vleefchhal is; van
S. Maria-Magdalena, nu de Bank van Lee-
ning , van S. Barbara, van S. Clara en van
S. Maria, allen verdweenen , en in Bur-
gerwooningen veranderd. Over de Grim-
neffe-fluis, was dat der nieuwe Nonnen, nu
gedeeltelyk de Gaflhuis-Kerk en Hof. Naafl
het zelve, dat der oude Nonnen, nu het Gafl-
huis en Oude Mannenhuis. OpdenFluwee-
len Burgwal aan de Ooflzyde dat van S.
dgniet, nu het Doorlugtige School, dat van
S. Catharina of S. Margareet, geheellyk ver-
dweenen, en dat van S. Cecilia, nu het
Prinfen-Hof. Op den Oude-zyds-Agterburg-
wal, flonden het Kloofler der Cellezußeren
aan den Zeedyk; het Bethanien-Kloofler ,
zuidwaards van dat der Minderbroederen;
welke twee Kloofiers verdweenen zyn; en
eindelyk dat van S. Urfula, welk nu het
Spinhuis is. De drie Vrouwen-Klooflers
aan de Nieuwe-zyde waren het 6'. Geertruids-
Kloofler
, op den Nieuwe-zyds-Voorburgwal,
be-
-ocr page 89-
\
!• Boek.
OPKOMST en AANWAS.
33
tszuiden de Dirk van HafFelts-fleeg, nu tot
r■ i M ^uikerbakkery enBurgerwooningen ge-
*, .'S»net5. Lucien-Kloofler,,nuhetBurger-
of c/SJevrWeesbuis ' enhetnieuwe & C^mV
/ '™"Wen-Kloofier, nu voor een gedeelte tot
«et Kasphuis verbouwd. Buiten de Stad,
van ft n°g ïwe Mannen-Kloofters, een
orj i\e^ieren' buiten de Reguliers-Poort,
tre hr §te van ^e Keizersgraft en U-
cntfche-flraat, nu verdweenen; en een van
arthuizers, buiten de Haarlemmer-Poort
K zTtImizers - P°°rt, waarvan alleen het
j^erkhof en eenige oude muuren overge-
Weeven zyn. Deeze eenentwintig Kloos-
ters en het ronde Begynhof, welk nog inwe-
ken is, en agter de Kalverftraat ftaat ,
nadden allen hunne Kerken of Kapellen.
AJe Stad hadt, daarenboven, twee Paro-
chie- ofKerfpel-Kerken,eene aan deOude-
zyde, de Oude of S. Nikolaus Kerk ge-
naamd , en eene aan de Nieuwe-zyde, de
JMeuwe of Lieve-Vr ouwe-Kerk geheeten.
voorts, waren 'er nog vier Kapellen,eene
aan de Oudezyde, de S. Olofs, nu de. Ou-
de-zyds-Kapel,
en drie aan de Nieuwezyde,
ae Kapel der Heilige Stede, nu de Nieuwe-zyds-
Xapel, deLieve-Vrouwe-Kapelen
de S.Jakobs-
Jtapel,
beide op den Nieuwendyk, van wel-
ken twee de eerfte geheellyk verdweenen is;
envandelaatfte is alleenlyk een Toorentje
overgebleeven. Doch de Gafthuizen had-
oen ook hunne Kapellen. Zy waren vier
m f t> Iet S- Pieters Gaßhuis^mdeNes,
welles Kapel nu de groote Vleefchhal is ,
was het eenigfte Gafthuis aan deOude-zy-
. de Aan de Nieuwe-zyde, Honden'er drie,
het Lwve-Frouwe-Gafihuis, op den Nieu-
wendyk over de Lieve-Vrouwe-Kapelle
het Oude, H.Geeßs oïS.Elizabets-Gaflhuis]
naait het Stadhuis aan de Zuidzyde, en het
S. Joris-Hof in de Kalverftraat over den
lidhgen-Weg. De twee eerïlen zyn ver-
dweenen, en de Kapel van het derde is nu
liet Küïenmaakers-Pand. Dit laatfte was
ook een Leproozen-Huis; doch de Leproo-
zen werden, eerlang, uit het zelve over-
gebragt m het S. Nikolaas en S. Antonis-
bajtbuds
buiten de S. Antonis-Poort,welk
nog in wezen is, en het Leproozen-Huis ge-
naamd wordt.
Tot fchuttinge en doorlaatinge van't wa-
ter, was de Stad, reeds ten deezentyde, sluizen.
voorzien van vier Sluizen : twee in den
Middeldam, waardoor het Amftel- en Y-
water doorgelaaten of gefchut werdt; eene
ter plaatfe daar nu de oude Haarlemmer-
fluis legt, die 't water vandeNieuwe-zyds-
Vobr- en Agterburgwallen doorliet of op-
hieldt, en eene ten einde van den Oude-zyds-
Voorburgwal, daar nu de Oude-Kolksfluïs
is, door welke het water der Oude-zyds-
Voor- en Agterburgwallen opgehouden, of
doorgelaaten werdt.
De ongenoemde Schryver, door P o N- Bruggen.
TANUS uitgegeven, tekent (iu) aan, dat
men van de eene Parochie naar de andere
toegang hadt over vyf houten Bruggen,
van welken 'er twee over den Amftel, en drie
over het Damrak lagen. De twee eerften wa-
ren de Roode-brug, nu deDoelenbrug en
de Langebrug; de drie anderen de Paapen-
brug
, zo genoemd, naar 't fchynt, om dat zy
veel vanPrieflers en Geeflelyken betreden
werdt (26), de Oudebrug, en de Nieuwe-
brug.
De Oudebrug was, zekerlyk , de
oudfte van de drie: de Nieuwebrug is ook
reeds voor 't jaar i424gelegdgeweeftcV);
doch of de Paapenbrug toen al in wezen
was, is my niet klaarlyk gebleeken. De Graften.
Schryver, van wien wy fpreeken, voegt 'er
by, dat de Oude- en Nieuwe-zyde ieder van
twee Graften doorfheeden werden, die van
't Zuiden naar 't Noorden liepen, en elke
zyde in drie deelen deelden: over welke
vier graften, in 't geheel dertig houten
bruggen lagen. Nog meldt hy (y), .vJat de Tuinen,
ingezetenen, in de moerafTen rondsom de
Stad, den Y-kant uitgenomen, een groot
getal van Tuinen , niet zonder zwaare kos-
ten , hadden aangelegd, en dat de Voor-
lieden ook met Poorten, Graften en Boo-
men waren afgeflooten. Hy heeft hier
waarfchynlyk byzonderlyk het oog op de
Voorftad, deLaflaadje, van welks gele-
genheid en den verderen aanwas der Stad
wy, in het volgende Boek, handelen zullen.
(w) Ad ealcem PONTANl, p. 4.
(x) Groot-Memor. N. 1. f. 245, 251, 272 vers. \
(y) P. 5.
(26) Walich Syvaerts tekent aan (Roomfihe
Myflerien ontdekt, f.
18 vers.) dat de Paapenbrug
zo genaamd werdt, na dat eene voorgaande, die
ter zelfder plaatfe lag, door dePriefters, op eenen
Vaften-avond, moedwilliglyk afgebrand was.
E
B Y-
-ocr page 90-
/
Si
AMSTERDAMS             I. Deel.
B Y L A A G E N
op hei ï. Deel. I. Boek.
1/. A.
Filips, Hertog van Bóurgondie, verklaart Amfterdam vry van eene tienjaarige Bede, en
van 't voldoen van zekere Lyfrenten, mids de Huizen en Muuren der Stad, die door ee-
nen zwaaren brand befchadigd waren, behoorlyk herbouwd worden. Gegeven te Bruflel
den vyfentwintigftënjulydes jaars 1452.
de noz amez Qffeaulx, ks gern de noflre confeil,
£j? des comptes a la Haye en notre dit pais de
Hollande, par quoy nous efl apparu, que la part
& portion a la quelle ceulx de noflre dite ville
font ou feront affltiz & impofez a caufe dudit ay-
de monte par cbacun an trois mil Clincarsdupois
de trente gros de -noflre monnoye de Flandres la
piece, qui font pour dix ans trente mil Clincars,
aux babitans de noflre dite
' ville dAemflelredam,
affin que icelle ville puift eflre reediffiee, remife
fits , & fortifiee , avons par la deliberation de
noflre confeileftant cbez nous, ottroie, Qfottroions
de grace efpecial que dudit ayde a nous ottroie
pour dix ans comme dit efl, enfemble de la dite
compofition, Ilz fioient & demeurent pour Ie dit
temps de dix ans, frans, quittes, defchargiez,
&paifibles, & tant dicellui ayde, comme de la
dite compofition, les avons pour Ie dit temps quit-
tez, affranchiz & dechargiez, quittons, affran-
cbijfons & dechargons par ces prefentes, voulans
de notre dite grace, & pour les caufes dejfusdi-
tes, que ils en fioient tenuz & demeurent quittes
& paifibles pourveu teutevoies que par mi ce les
dits babitans de notre dite ville dAemflelredam,
feront tenuz faire refaire & ediffier les murailles
des maifons & edifices,qui fe feront en icelle vil-
le, dumoins des deux coflez, de bonne pierre ou
de brique, & les couvrir de tieule,
£f que pour
ce faire, ilz feront ayde & fecours de teile por-
tion & fomme de deniers, que par eulx conioinc-
tement f era advifie Qf conelu, & ainfi que ont
fait & font plufieurs autres noz villes de Hollande
&" Zellande, comme la Goude, Rotterdam, Hem-
mer sixale, Qp autres diceulx noz pais pourpareil
cas ; fi vous mandons commandont & expreffe-
ment enioingnons Qfa cbacun de vous ,fi comme s
lui appartiendra , que de notre dite grace oc-
trey, deficbarge Q> quittance, vous feriez
,
foüfrcz Qf laijfiez ,fbubs ks conditiom deffbsattes,
lesdits babitans de noflre dite ville dAmflelredam,
joir
<gf ufier plainnement & paifiblement, en ks
tenant &' faifant tenir leur dite part & portion.
dudit ayde, '& de la dite compofition, pour tout
Ie dit temps de dix ans, que Ie dit ayde a cours,
quittes deficbargies & paifibles
, fans aucunement
les contraindre traveiller ou mokfler au contraire,
Et par rapportant ces prefentes, ou
Vidimus di-
celles fait foubs feel auttentique, ou copie colla-
tionee & fignee de lun de nos Secretaires ou en
notre dit chambre des comptes a la Haye, pour une
joiz fieulement,
ßj5 Recognoiffance des dits babi-
tans de noflre dite ville ou de la loy dicelle, pour
cbacun an & pour tant de fioiz que befoing fera
,
quilz auront efle Q? feront tenuz quittes & nau-
ront aucune cbofie paie dudit ayde, ne de la dite
compofition, Ce a quoy monte la portion impofie a
la dite ville, a caufe dudit ayde, jusques a la
fomtne de i
'/ƒ»clincars duditpris, par an, fera
al-
PH e L1 p p e , par la gr ace de Dien, Duc de
Bourgoingbe, &c. A noz aimez &feaulx
confeilkrs, les commiffaires ordenezfur Ie fait de
noz finances,
£f a notre Rentmaiftre gencral de
Hollande, ou autre commis ou a commettre a re-
cevoir ï ayde a nous derrenierement ottroie
fif con-
fenti en nötre dit pais de Hollande, falut & di-
leftion. De la part ie des deputez de par ceulxde
notre ville d'' Amftelredam en notre dit pais de Hol-
lande nous a efle expofe que Ie xxHij. jour de
May derrenierement paffe, par feu de mefchief
«ui fe point a unze beur es de nuit ou environ,en
lakte ville, les trois pars dicelle ont efle ar fes &
brulees, & ny efl demoure que la quarte part ie
de laclite ville entiere,
ß5 antre autres cbofes ont
ete brulees, la porte, les tours, & les Bolivercbs
devers la ville d'Utrecbt, la maifon de la ville &
plufieurs Eglifes, & ont efle, & font tous les
biens & marcbandifes qui efloient es maifons des-
dites trois pars ainfi ar fes & brulees, du toutper-
duz & deftruiz par ledit feu les quelx biens &
■marcbandifes valoient plus fans comparifon, que
lesdites maifons. Et jafoit ce que pour obvier a
la totale deftru&ion de notre dit e ville, ilfoit ne-
cejjite de la refaire ,remettre fus Q? refortiffier en
toute diligence tant pour caufe des marcbans qui
y afflue-tft de toutes pars, pour Ie notable port qui
y efl,~& que cefi la ville plus marebande de tont
notre dit pais de Hollande, comme pour obvier
mix entreprinfes que pourroient faire fur icelle,
ceitlx dela ville d'Utrecht, qui ne Paiment point.
Neantmoins ceulx dicelle notre ville d'Aemfielre-
dam, ne pourroient en quelque maniere, encom-
mencer, faire ne accomplir la reparation & for-
tification dicelle, obfiant ce quilz font ainfi gran-
dement appovriz par ledit feu de mefchief & mëf
'mement quils font tres fort cbargiez de Rentes
tant beritables comme viagieres lesquelles ils
paioient de laffis qui de prefent par Ie cas dudit
feu adventi, efl de nulle valeur, & ainfi iceulx
de notre dite ville qui tousjours ont efle enclins
de nouz fiervir & complaire en toutes nos deman-
des
gp affaires, comme noz bons Qf loyaulx fuh-
gez doi-óent faire, font demourez en grande tri-
bulaiion
£f mifere,& en voie de perditiou,fiepar
ilOÜS ne leur efloit pourveu & fecouru de notre
gr ace, ficomme ilz dient,requerans fur plufieurs
poins & articles, pour ce par eulx advifiez, nof-
tre dite gr ace leur eflre impartie, & antre les
autres, que comme tl leur fit impoßble par ce
quie dit efl, decontrtbuer a layde a nous derrenie-
rement ottroie en noflre dit pais de Hollande pour
dix ans, & de paier la compofition des rentes
viagieres, dont ils feroieni feaus, en paiant leur
portion dudit ayde,nous ks vueillions dudit ayde,
& auffl de la dite compofition faire tenir quittes
& paifibks. Pour ce efl il fte nouz les cbofes
deffm dites confiderees, & fur icelles eu P adv is
-ocr page 91-
I» Boe
OPKOMST en AANWAS.
K.
o)
„ melde Land van Holland is, alsomte voor-B^laage
„ komen de onderneemingen, welken die van Lr. A.
„ de Stad Utrecht, die haar niet ganflig zyn,
„ op de Stad zouden können doen; en die
„ van onze Stad Aemftelredam, nogtans, in
„ geenen deele, de herftelling en verflerking
„ van dezelve zouden können beginnen, voort-
„ zetten, of voltooijen, naardien zy, door den
„ gemelden ongelukkigen brand, zo groote-
„ lyks verarmd zyn, en zelfs zwaarlyk be-
„ laft met erfelykê en lyffenten, die zy vol-
„ deeden uit de excynzen, welken tcgenwoor-
„ dig, uit hoofde van den gemelden voorge-
„ vallen brand, niets waardig zyn; en dat dus
„ die van onze gemelde Stad, welken altoos
,, geneigd geweeft zyn, om ons, in alle on-
„ ze eifchen en zaaken, te dienen en te be-
„ haagen, gelyk onze goede en getrouwe On-
„ derdaanen fchuldig zyn te doen, in groote be-
„ kommering en elende, en zelfs op den weg
„ van hunnen ondergang gebleeven zouden zyn,
„ zo wy daar in, uit onze gunde, nietvoor-
„ zagen, en hen onderfteunden: ten welken
„ einde, zy dan ook, gelyk zy zeggen, onze
„ gemelde gunfte, in verfcheide punten en
„ artikelen, door hen voorgeflaagen, verzoet
„ hebben, en onder anderen, dat, naarde-
„ maal het hun, gelyk uit het gezeide blykt,
„ onmogelyk is, te betaalen tot de Bede, die
„ ons, laatftelyk, in ons gemelde Land van
„ Holland, voor tien jaaren, toegeflaan is,
„ noch te voldoen aan de overeenkomft we-
„ gens de Lyfrenten, waarvan zy vry zyn
„ zouden, wanneer zy hun aandeel in de ge»
.„ melde Bede opbragten; wy hun van dege-
„ melde Bede en ook van de gemelde Over-
„ eenkomft kwyten en ontheffen wilden ; ZO
„ IS 'T, dat wy, het voorftaande in aanmer-
„ king genomen, en daarop gehad hebbende
„ het advis van onze lieven en getrouwen,
„ de Luiden van onzen Raade, en van de Re-
„ keninge in den Haage, in ons gemelde Land
„ van Holland, waarby ons gebleeken is dat
„ het aandeel, waarop d'ie van onze gemelde
„ Stad, uit hoofde van gemelde Bede, gefchat
of aangeflaagen zyn, of zullen worden ,
„ jaarlyks beloopt drie duizend Klinkaarts van
' 't gewigt van dertig grooten van onze munt
„ van Vlaanderen het ftuk, 't welk, in tien
„ jaaren, dertig duizend Klinkaarts uitmaakt;
„ aan de inwooners van onze Stad Amftelre-
„ dam, op dat die Stad herbouwd, wederom
„ opgeregt en verfterkt zou worden, met over-
„ leg van onzen Raade by ons wezende, uit
„ byzondere gunft, verleend hebben en ver-
„ leenen, dat zy van de gemelde bede, aan
„ ons, gelyk gezeid is, voor tien jaaren, toe-
„ geftaan, en tevens van de gemelde Over-
„ eenkomft, voor denzelfden tyd van tien jaa-
„ ren, vry, ontheeven en ontlaft zullen zyn..
„ Wy hebben hen dan, voor den gemelden
„ tyd,bevryd, ontheeven en ontlaft, en oe-
vryden, ontheffen en ontlaften hen, mids
deezen willende, uit onze ge«"^eg™--,.
en om de gemelde oorzaaken, dat zydaar-
van vry en ontheeven zyn en gehouden zul-
len worden. Met dien verftande nogtans ,
" dat de gemelde inwooners van onze gemel-
" de Stad Amftelredam, ondertuflehen, ge-
" houden zullen zyn, de muuren der Huizen
" en Gebouwen, die in die Stad gemaakt zul-
" len worden, te maak en, te hermaaken en te
!?£«
n e es comptes, £? reto« <& 2« receptedevous
ou f'fir<r, general de Hollande
, ou de cellui,
ceulx qui fint ou feront commis a cueillir &
cevoir ledii ayde par nos dits gern de comptes a
c t?e
' aii^1ue^x n°us mandons, que ainfi lefa-
a ld*
**c*w contredit ou difficulte, pourveu
tion R-Mtmaißre ou commis en facent men-
„ Par chacun an en leurs comptes
, & non ob-
cont ^.Ue^xconaues mandemens ou defenfes a ce
faires. Donne en notre mik de Bruxelles Ie
ƒ v. jour ds Juillet, lan de gr ace mil quatre-
ce'K cinquante
g? deux.
Par Monf.le Duc, nous levesque
de Tournay & autres prefens,
(Op den rugdeezes Briefs ftaat het volgende)
-Lm commijjaires ordonnez par Monfeigneur Ie
■Duc de Bourgoinge fur Ie fait de ces finances
,
confentent ©> accordent que ceulx de la ville dAm-
per dam joiffènt & ufent de la gr ace & oSroy que
ynn'ditSèig'. kur a fait fetön Ie contenuoublanc
e ces prefentes ainfi & pour les caufes que mon
m Seig\ je veujt gs mande efi fait par
icelles.
■bfcript foubs Ie feïng manuel de lun desdits Com-
milfaires Ie premier jour de Septembre lan milcccc
cinquante deux.
B. DOYNVIIXE.
VERTAALING
Van den voorfiaanden Brief.
v Philips, door Gods genade, Hertog van
55 Bourgondie, enz. aan onze lieve en
„ getrouwe Raaden, de Gemägtigden ter zaa-
5, ke van onze Geldmiddelen, en aan onzen
„ algemeenen Rentmeefter over Holland, of
„ icmant anders, gefield of nog te flellen ,
„ tot den ontvangft der Bede, ons laatftelyk
„ in ons gemelde Land van Holland toege-
„ ftaan en ingewilligd: Onze Groete en Lief-
„ de.
„ Van wege de Afgevaardigden van die van
„ onze Stad Amftelredam , in ons gemelde
„ Land van Holland, is ons vertoond, dat
„ den vierentwintigften dag van May laaftle-
„ den, door eenen ongelukkigen brand, die
„ des nagts omtrent ten elf uuren in de ge-
„ melde Stad begon, drie vierde deelen van
„ dezelve aangefteken en verbrand zyn, zyn-
• „ de een vierde gedeelte alleenlyk overgeblee-
„ ven, en onder anderen verbrand de Poort,
-M de Toorens, en de Bolwerken tegen de
„ Stad Utrecht, het Stadhuis, en verïcheide
„ Kerken. Ook zyn de goederen en koop-
„ manfchappen , in de huizen der gemelde
„ drie vierde deelen, geheellyk door den brand
„ vernield geworden ; welke goederen en
5, koopmanfehappen zeer veel meer waardig
5, waren dan de gemelde huizen. En naardien
?5 het noodzaakelyk is, tot voorkominge van
« den geheelen ondergang van onze gemelde
55 Stad, dat dezelve, ten fpoedigfte, herbouwd,
55 wederom opgeregt, en van nieuws verfterkt
„ worde; zo uit hoofde van de Koopluiden,
55 die van alle kanten dcrwaards komen, om
„ de aanmerkclyke haven aldaar en om dat het
„ de kooprylcfte Stad van ons gantfche ge-
ftia
E 2
-ocr page 92-
A M S T E P. D A M S
I. Deel.
BYLAAG2 35 ftigten, ten niinften aan twee zyden, van
L'. A. ** ,5 goeden gehouwen of gebakken fteen , en de
„ zelven met hard dak te doen dekken; waar
„ toe zy geholpen en onderfteund zullen wor-
„ den, met zulk een gedeelte én fomme van
„ penningen, als by hén gezamenlyk zal ge-
„ raaden gevonden, en beflooten worden, op
„ gelyke wyze, als verfcheide andere van. on-
„ ze Steden van Holland en Zeeland, als Gou-
„ da, Rotterdam, Remmerswale en andere
„ Steden van onze gemelde Landen, ingelvk
„' geval, gedaan hebben, en nog doen. Wy
.,-. beveelen, gebieden, en verpligten ulieden
„ en een iegelyk van u, die het aangaat,dan
- wel uitdrukkelyk, dat gy de gemelde in-
„ woon ers van onze gemelde Stad Amftel-
„ redam,deezeonzegunft,ocl:roi, ontheffing,
en kwytfchelding, onder de voorgemelde
verleend heeft.
genieten en gebruiken, opBylaa.
„ zulk eene wyze, en uit zulke oorzaaken, afs GEN
„ myn gemelden Heer gewild en by deezen L-. A. B-
„ bevolen heeft, . Gefchreeven onder handte-
„■ kèning van eenen der gemelde Gemagtigden,
„ den eerften dag van September, in 't jaar,
„ veertienhonderd twee en vyfeig..
B. DöYNVILLË. .
L'. B.
Brief van Gr ave Willem ixeegens Brug.
gen te breeken
, Veflen neder leggen, ah an-
ders, ^^^^^^^^^^
fy Jan Van Aemflel hadden ïngehaelt. Gege-
ven te Aalbrechtsberg, den twee en twm-
tigften May des jaars 1304. .
voorwaarden, volkomenlyk envredelyklaat
WY Willaem outfte zoé s'graue van He-
neg: van Hollant, van" Zeelant ende
gciiicLt-u , en gebruiken, dczelven vry en heeiJe van Vrieslant, maken kont allen Luden
ontlaft houdende, en doende vryhoudenvan omme dat die van Aemftelredamme die Phenen
hun aandeel in de gemelde Bede en in de ge- waren die Janne van Aemftelle inhaekV eiï
melde Overeenkomft, voor den gantfehen die ghenen die dien graue Florenfe mettelrint
gemelden tyd van tien jaaren, dien de ge- vermorede, die wi ute die Landen verfworen
„ melde Bede loop heeft ^^^^^^^^^^
„ zins tot het tegendeel te dwingen, ofte per
,, fen. En zullen zy, op het vertoonen van
deezen Brief, of van een Vidimus van den
Radde ende fo mede omme die broke en mis-
daet di fi daer ane jegens [ons] misdaen heb-
ben , fö es Ons feggen, in den eerften, dat fi
haere brugge breecken lullen end alle haer.
„ zelven onder een behoorlyk zegel, of een veften flecliten, ende nu in manedagc die nacft
■„ Affchrift, door een van onze SekretarifTen, comet dat te beginnene en binnen viertienda-
of in onze gemelde Kamer van Rekeninge ge daer naeft coemende al vuldaen, ende nie-
„ in den Haage, vergeleeken en getekend, mer meer brugge en vefte weeder te maekene
„ voor een enkele reize alleen; en op erken- het en fie bi ons en bie onfen o-oede Luden
„ tenis der gemeldeinwooneren.van onze ge- van onfen Landen, vort foo ontWe wi hen
,, melde Stad, of van derzelver Wethouder- al hare vryheyden en marélen die fv van ons
„ fchap, eens s jaars,. of voor zo veele rei- ende van onfe voorvaders hebben, vort dat men'
„zen als t noodig zyn zal, vry zyn en vry dat gruytgelt dubbelen oft twievoudich San
„ gehouden worden, en niets van de gemelde o-euen fal .
                                                  i
„ Bede of van de gemelde Overeenkomft te feer nae te Spaerneclammé leghct "na den™
„ betaalen hebben Waarom ook het aandeel, ncndage in te ghane, behouden elke manne fvi s
Bede, opgelegd, ter fomme van drieduizend
Klinkaarts van den gemelden piys in't jaar,
in rekening geleeden en afgetrokken zullen
worden van de rekening van u algemechea
rcchts, ute ghenomen die van Aemftelredam-
me, dien wy met defen brieven ontfe°-<ren
hoer recht alft voors:es: vort houden wy noch
ane onfe fegghene alfe wi willen van al fulc-
ker broke alfe fi misdaen hebben jegens ons
of van hem
53
of
jegens onfe porte van Hartem, jegens onfe goe-
hun
die tot het inzamelen en ontvangen dei-
ter-
en.
hint, end jegens anderen onfe goede Lud
den, door onzkeninge in denveelen, dat zy
fo 'wie dat fyn te verbeterene na ftonde en na
'ontftonden. in Ren effen van defer dinc fö
hebben wy defen brief bezeghelt uythano-ende
met onfen Zegelen. Gegeuen in't fair ons hert
MCCC en viere des vriendagh naPynft-dagh
toit Aelebrechtsberge.
Ende wy broeder Brune, Prioer van onfer
Vrouwen broeders te Harlem, ende mieft.
Cheryt Prieft. en Scholaft. te Harlem, Oircon-
den allen Luden, die defen brief gen feilen
derzeggen of zwaarigheid, midsde gemelde
Rentmeefter of Gemagtigden daarvan, jaar-
lyks, in hunne rekening melding maaken, en
mettegenftaande alle andere bevelen of ver-
boden, hoe genaamd, hiermede ftrydende.
Gegeven in onze Stad van BrafTel, den XXV
dag van July, in 't jaar onzes Heeren veer-
tien honderd twee en vyftig.
r                                   ofte horen lefen, dat wi, in den Jairc ons heil
By myn' Heere den Hertoge. MCCC én viue, des manedagh voer fent Tans-
In de tegenwoordigheid van dagh baptifte te middezomerdefe letteren voois:
nik, en anderen,
(Op den rug flondf)
„ De Gemagtigden, door myn' Heere den
Hertóge van Bourgondie, gefteld ter zaake
van zyne Geldmiddelen, bewilligen en ftaan
toe, dat die van de Stad Amftcrdam de gunft
en het Gxlroï, welk myn gemelde Heer hun
volgens den inhoud of het'witte van deezen,
gans goet en hiel, [gelyk] fi horen te wefen,
en wel gefegeld mit des grauen Willaems ze-
gel van Hollant, in felkdanige woorden als
hier voirfcreuen ftaen, hebben gefien en ge-
zegelt met onfen zegele in den felver tydvdir-
fchreucn.
Wefene bezegelt mit een langachtich en
een klyn rond zegelken, beyde in zoe-
nen waffe , onder uythangende eendou-
ble rranchynen ftaerte,
L\ C,
-ocr page 93-
I. Boek.
OPKOMST en AANWAS.
3?
Smit, Coppe Jans, Tiederaan Heynricx en Claes Rv; VJ.'
Dammas, van des gafthuus we?hen voirf. opf c'hüt
d'eene fyde en Harment Ditmers op d'ander ' "
fide, en geliede bi confente van der Rade van
der Stede dat fi fyn overdraghe dat Härmen
voirf. heeft quytgefcoude tots gafthuus behouf
alle rorende en onrorende goederen die hy heeft
of namaals uercrygen zal, des zo fal harman heb-
be in de gafthuus voirf. fyn cofte foe langhe
hy leeft etc: in oirconde deze brieue bezegbxk
mit onfen zeghelen gegcuen op te zeuentienden
dach in Apriile int jair ons heren MCCCC. en
elue.;
Wy Claes Brunincx, 'en Vranke noirt Sce-
pene in Aemftelredamme oirconde en kenne dat
voir ons quame die beraders en oudermans, van
des Heyligen gheefts gafthufe, binnen der Ste-
de van Aemftelredamme alze gheryt Willems,
Seruaes Roelofs, Jan beth Walichs, en Vrcd :nc
Jans , van des gafthuus wege voirf. an d'eene
fide, en Claes Willems op d'ander zide, ch
gheliede bi confente der Rade van der Stede
voirn. dat zy mit malcander zyn overdrao-hen
in defer manieren ende voirwaerde, eerfr dat
Claes voirn. fal hebben in den voirf. gafthufe
fyn leuen lanc durende huusveftinge beddinge
beddecleede, luchte en vuer, alfe redeliken is,
en finen cofte van bequamelike brode en fpife
zoete ende zuere alst in den gafthuze gewoon-
liken is, en voirt tot finen" dranke "cjageiixe
drie pyntcn Hoppenbiers, voirt fo ferciaas
voirn. bewaren die huusraet in den gafthufe ,
ghelikerwys als hi fyns felfs huusraet beware
zoude, dats te wetene den cofte te bezettene
van rogghe, vleyfche, zoute, barninge en an-
ders dat daertoe behoert, te copen, en oec
die huzinge te doen floppen, en te verhemelen,
en des zoe zullen die oudermans van de gaft-
hufe dfe nu fyn of namaels zullen wefen hem
van alle ftucken voirf. dat ghek daertoe leve-
ren iof doen him betalen van den gafthuus we-
ghen voirf. item zoe zal hi alle zeuentughe
van des gafthuus weghe bewaren buten der
vriheden van der Stede, na behiets en goet-
dunken der oudermans van der Gafthufe voirn.
die nu fyn of namaels zullen weefen op hare
confiencie, en op des gafthuus cofte, item zoe
zal hi den zieke in den gafthufe hoer behoefte
doen hebben, van des gafthuus goede en boe-
de , en oec die vreemde gafte beftuwen, en
gheviel hem daer hinder in dat hys niet mach-
tich en ware, zoe foude hyt den oudermans
toeghen, en die fouden hem daer in fterken,
en te bate koomen, item wairt zake dat joeft
euerts, en Härmen ditmer beide ziec worde
iof wt ware iof aflivich worden zoe foude
claes voirf. die clocke luden en dat Outacr be-
reyden , mer gheen fwair werc te doen als dir
ken dammen floethe zieken te hauene o_f te
uerbedden of diergelyc, en niet te bidden, item
wairt fake dat hi eenige onbehoorlike puntp
deede of hantierde, dat zoude hiwtgaenbiden
gerechte te nerbetere. item zoe zal claes voirn.
moghen utreyfen om zyn neringe te doen en
anders daer hi te doen zal hebben tot allen ti-
den, alset hem genoecht, en telken als hi we-
der cocmt, hi zy cort of lange wtgeweeft, foe
fal hy weder comen op fyn proucn voirf. voirc
fo heeft claes voirn. m defen gafthufe gebracht
een bedde, een paer flaepkkeneö en een dée-
ken, ende daer toe m ghelde hondert francrixe
E 3                                                  kroo-
Lr. C.
L . C.
Brie Schepenen-Brieven van.den 10 May 1410,
»e« 17 ^';r// 1411 e« J(j« !p December 1413,
tet Oude-, ofHeiligen-Geeßs-,ofS. Elizabets
Gafihns. betreffende.
\A/"Y' dure heynenfoen en ghysbert peter-
foen Scepene in Aemftelredamme oir-
conde en kenne dat voir ons quame die bera-
ders en oudermans, des Heyligengheeftes Gaft-
huusbinne deler Stede alze Jacob'yfebrants die
Smit, Claesdie ZaelJacobs, gheryt Willems,
en Jan beth walichs, van des" gafthuus weghen
voirn. an d'eene fyde, en Joeft cuerts ende
agnefe fyn getruwede wyf, mitte felve Joell
hore man hore mondbair up d'ander fide, en
geliede an bcyde fide by confente der rade van
der Stede, dat fy mit malcandere fyn. ouer-
draghen inder maniere en voirwairde nabe-
fcreuc te wetene is eerft dat joeft euerts en
agnefe fyn wyf voirs. hebben quyt gefcouden
en ouergaue tenen vryen eighene denberaders
en oudermans voirn. tots gafthuus behoef voirs.
alle die goede die joeft en agniefe fyn wyf
nu ter tyd hebben en namaels füllen uercrighe
rorende en onrorende, foe waer en an wat
goede die fyn, en lullen wefen ghelegen, be-
noudelikcn dat joeft'en agniefe fyn wyfvoirf.
befighcn en bruken zullen in den. gafthuze
voirn. alfulke ingeboedele en tilhair gbede als
fy nu hebben, en namaals uercrighemoghen,
durende alfoe lange als een van he beide voirn.
leuet en niette langher en na hoirc beyder doot
te mael in den gafthufe voirf. te bliue des foe
lullen joeft eil agniefe fyn wyf voirn. hebben
m den gafthufe voirf. hore cofte alfoe langhe
ais iy beycle of hoire ene leuet, alfe te eten
van_ iuker fPyfe alsme in den gafthufe ghewoen-
nc is te ghcuen, en tot hore dranke een y<me-
11 c van hem beyde een minghele biers elkes
daghes:voert foe fal Joeft voirn. tot allen ti-
den alst te doen is die Clocke luden en dat
0'utaer bereyden, item foe fal hi mitten bor-
den pmgaen bidden, in den gafthufe als die
beraders en oudermans daer niet en fyn, item
foe fal hy opter Market gaen bidden, vifiche,
en [vlyfch] cope daertoe van des gafthuus we-
gc alfoe veel alsme daer behoeft, item foe' fiü
hy tots voirf. jafthufe en profytdocn, alle dat-
ten beraders en oudermans van den zelue gaft-
hulc die nu fyn en naemaels wefen füllen' re-
dclikc fal duncke alfoe lange als hi levet, wt-
.genome zwair werke, alze dyken damme of
zieken te uerbeddencndierghelyc, item zoe fal
agniefe voirn. de dekene cuffene en flae pla-
kenen najen tot allen tiden, als des te doen is,
en voert fal fy die flotelen, en alle dinghe in
de gafthufe bewaren, ter tyd toe dat die be-
raders en oudermans van den gafthufe voorf.
een ander vrouwe dairtoe aennemen. in Oir-
eonde defen brieuc befegelt mit onzen zeghe-
len, gcgciien uptcn tienden dach in Meye int
jair oiis 'heren MCCCC en tien.
f Wy ciacs Brunincx, en Jacob Jan Adams-
-oens focn Scepene in Aemftelredamme Oircon-
den en kennen dat voir ons quamen, die be-
raders en oudenrians des Heyligengeefts gaft-
huys der Stede voirn. alle Jacob ITebrants die
1
-ocr page 94-
AMSTERDAMS              I. Deel.
33
Bylaa- kroonen, drieenviertich enkele vlaemfe botgins
gen1 v00r eiken croen voorf. gherekent te bliue in
L:.CD. den zelue gafthufe tot ewigen dage_, mer alle
zyn andere goede zullen comen op zinen erfna-
men ten waere dat hi daer af yet befprake. in
oirconde defen brieue bezeghelt mit onfen ze-
ghelen gegeven opten negentienden dach in
Decembri int jaar ons heren MCCCC. eö der-
tien.
V. D.
Ëerfle Compackt of Overeenhmfl van den der-
tig'fien April des ja ars
1513, tujfchenbet Hof
van Holland en de Regeering van Amflerdam
,
wegens het fligten van het Clarijfen- Kloos-
ter op den Heiligen Weg^
Jn nomine Domini, Amen. Nicolaus Everard
Prefident Jan Boudewynsz ende Jan Ban-
ninck Raden shoefs van Hollandt ghecommit-
teert by onfe ghenadichfte vrouwe Eertherto-
ghinne van Oeftenryck Hertoginne en Graef-
vinne van bourgoug-" &c. Regente en Gou-
vernante van Hollandt, zcelant en vryellant.
Omme te verenighen fekere Sufterkens die ger-
ne doerde van Sinte Clara fouden annemen an
d'een zyde En die Stede van Aemftelredamme
des nyet admitteren wilde ter andere, int mo-
gelick waere Oft anders ons op beyden partien
recht te informeren all nae luyden der commis-
fien mit fekere requefte ons daer aff oever ghe-
fonden ter eender zyden. Ende die Scout Bur-
germeefters Scepene mit die alinghen Vroet-
ïcap der voerfcreven Stede ter andere zyden ,
Doen kondt en openbare Dat wy mit minnen
en vrienfcape oever coemen zyn ter eeren Goids
vermeerderinghe fyns godlicken dienftsDatdie
voerfchreven Sufterkens plaetfe en ftede heb-
ben zullen omme inder felver Stede heure Con-
vent te crighen, tymmeren en volmaken In
manieren cfi op conditien en voerwarden hier
naevolghende Efi eerft dat die plaetfe van
tfelvc Convent groet zal zyn tfeftich roeden
ommegacns en" niet groeter nu noch tot ghenen
tyden. Item dat die plaetfe zal wefen langes
de vellen by den heilighen wech blivende all
omme dertich voeten vanden platten mure van-
der Stede. En twe Roeden van booghen van
de mürc van der Stede van de floet after ande
zuytzyde vanden heilighen wech beghinnende
En foe voertan nae die Reguliers poirte zuyt-
waert opgacnde. XV. Roeden envandairoift-
waeft op nae die ftrate Ende foe noirtwaert
langhcs den huyfen die mit hoeren erfven on-
ghequeft bliven zullen wedcromme tot ande
voerfeyde floet comende Ende foe voert oeft-
waert an comende daermen beghonnen heeft.
In all nyet meer inden ommeganck makende
dan tfeftich Roeden, maer wel min. In alder
manieren alsmén die lyn hier op fcheren fall.
Voeit an zullen zy ende hoere naecomelinghen
gehouden wefen alle erfven pachten cii renten
die zy nu hebben oft namaels zullen moghen
vercryghen by coope, ghifte, teftament'ofte
enighe'andere manieren buyten de voerfcreven
limiten binnen der Stede ende hoere vryheit te
doen vercoopen an waerlicke luyden_ handen
voer tjaer alsmen fcrieven zal van Goids ghe-
boertten xvc. efi xuij. Item indien zy nae dien
tyt enighe vanden voerfeiden goeden vercre- Bylaa gs
ghen inder manieren voerfcreven directe vel Lr. D.
indirecte by hem ofte hoeren vaderen die zul-
len zy oft hoere vaderen doen vercopen an
waerlicker luyden handen binnen drie maenden
na dat fy die vercreghen zullen hebben. Op
pene indien bevonden wordde yett contrarien
van tgene dat voerfcreven is van die goeden
verbuert te zyn tot behouff van der Stede Die
alsdan alfulcke goeden mitter daet antaften ,
ghebruyeken, oft vercoopen zal moghen als
hoer eyghen goet fonder voerder treyn van
Rechtveirderinghe daer op te doen fonder con-
tradictie van heure oft van hoeren vaderen ,
oeverften, geeftelick ofte waerlick ofte yemant
anders daer aff zy mits defen ten ewyghen da-
ghen renuncheren Eö hoer recht dat fy heb-
ben oft cryghen zullen moghen in handen van
der Stede tranfporteren Eil dit recht vander
Stede en fal nyet moghen gheprefcribeert werd-
den by verfumenhTe oft by de contrarie te ghe-
bruyken, oeck hoe langhe den tyt verloepen
waere all waert oock faeke dat zy in toeco-
menden tyden by enighen weghen confentvan
den Burgermeefteren int gheheel oft int deel
daer toe ghecreghen hadden, des zullen heure
die Burgermeefteren behulpclick zyn omme tot
redelycken pryfe te vercryghen die erfuen die
zy noch nyet en hebben binnen die voerfcre-
ven limiten hoere byder Stede ghegunt. Item
fy zullen tot ghenen tyden meer in ghetalle
zyn dan dertich befloeten Nonnen en vier uyt-
ganckfters. Item zy en zullen tot ghenen ty-
den als daer plaetfze waere enighe vreemde
maechden annemen indien daerom bidt een poir-
terfle bequaem fynde. Item fy zullen hoer tot
ewighen daghen houden onder die obedientie
vanden obfervanten binnen defe Stede woe-
nende Ten waere dat God verhoeden moet
dat die obfervanten vander puerheyt hoers re-
gels merckelicken dwaelden. Item fy zullen
der Stede altyt onderdanich zyn in tamelicken
faeken. Ende hoere vaderen kyefenbyadvys
en wille vanden Burgermeefteren Op dat alle
beloften te bet onderhouden moghen werdden.
Item dat fy die plaetfe heure gheconfenteert
nyet en zullen moghen betymmeren voer dat
alle defe voerwaerden an beyden zyden ghe-
vefticht zullen zyn, hoger dan een vadem bo-
ven der aerden. Item om.dit te veftighen,
Die voerfcreven Sufteren voer hoer en hoe-
ren naecomelinghen zullen loeven alle die voer-
fcreven Articulen vaft ende onverbreckelick te
houden op die zalicheyt huerder zielen ende
penen inden Articulen begreepen, fub inftru-
mento publice ÏLnde dit geconfirmeert by trans-
fixe vanden Hove van Hollandt ende van hoe-
ren Vicarys generael en Capittel. In kenniilè
der waerheit hebben wjr, Nicolaus Everardi
Prefident, Jan Boudcwynfz°en ende Jan Ban-
ninck Raden voerfcreven onfe ghewoenlycke
hantcykenen hier beneden ghefereven Ende
wy fcout Burgermeefteren Scepenen eaRaedc
voerfcreven der voerfeider Stede van Amftel-
redamme zeghel ten faken hier beneden an
doen hangen. Gegeven op den dartichften
dach van Aprille int jaer ons Heren duyfent
vyf hondert en derthicn. Ondergeteykent, N.
Everardi, Jo. Boudewynsz ^ Jo. Banninch En-
de opde plycke was geteykent Ja. Pouwelsz«
-ocr page 95-
ALLE DE
KLOOSTERS
VAN
OU D
A M S T E R DAM,
OP T W I N T I G P L A A T E N,
AFGEBEELD.
-ocr page 96-
//<?
M
-ocr page 97-
AM STERDAM
BESCHREEVEN.
EERSTE DEEL.
OPKOMST, AANWAS en VERGROOTINGEN
van AMSTERDAM.
TWEEDE BOEK.
VERGROOTINGEN der Stad in dezestiende en zeventiende eeuwe, ender-
zeher tegenwoordige GELEGENHEID.
Wras
*ade be-
Jaa*H8o.
't T eedt niet veele jaaren, na dat Amfter-
8 i dam, omtrent het jaar 1480, al-
omme, uitgenomen langs den Y-kant ,
met muuren, toorens en poorten om-
ringd was, of de Stad werdt te klein voor
de menigte van inwooneren , die 'er,
van alle kanten, naar toe zakten. Zy hadt
zulk een' ongemeenen aanwas eeniglyk te
danken aan haare toeneemende Scheep-
vaart en Koophandel. Maximiliaan en Fi-
lips, den zesden Fe bruary des jaars 1488
[1489], der Stad regt geevende om aller-
lei misdaadigen e ene myl buiten de Vryheid
te mogen vangen en bannen, noemen haar
reeds een Coopflede, lüaer converferen veel en
divsrfihe Coophiyden, ende menightevanVokk
(a).
En Keizer Karel de V. getuigt, in 't
jaar 1544, dat Amsterdam principaelickge-
fondeert is op de Seilagie van Wefien enden
Oofien
, daar by de inwooners leven, en 's
Vórften beden en fabventien betalen, dyeken
ende dammen onderhouden
(£)• Geen won-
der , dat de Stad haait zo digt betimmerd
werdt, als de Kaart van Cornelis Anthonis-
zoon
uitwyfl (1), en Henrik Lau-
renszoon Spieghel beveiligt (O,
zingende van
Het fchipryck Arnflerdam\ vol nauw-bè-
huysde Huyfen
Ghepropt
ter, in den aanvang der zeftiende eeuwe, en waii-
nog houten gevels, en houten wanden ter den aan
wederzyde, en raakten eikanderen niet;de hui"
doch Honden ook niet zo ver van een, datzen*
men, by ongeval van brand, tuffchen de
fnyding in komen kon, om 't vuur te blus-
fchen of weg te neemen: waarom Keizer
Karel de V. der Regeeringe , reeds in 't
jaar 1521 , magt gaf, om de ryeke ende
ntachtighe Poorters ende Inwoonders
te nood-
zaaken, om hunne houten huizen af te bree-
ken, en fteenenin de plaatste bouwen;en
om den onvermogenden daartoe de behulp-
zaame hand te bieden (i). En in gevolge
van deeze magt, vindt men , dat eenige
bewooners der oude-en nieuwe-brug-ftee-
gen* in 't jaar 1536, bevel gekreegen heb-
ben , om de houten wanden hunner huizen
in ileencn te veranderen (e). Van dien tyd
af, namen de iteenen huizen allengskens
toe in getal. De toevloed van Inwooneren
en het aanbouwen van huizen maakte de
Stad, ondertuffchen, binnen weinige jaa-
ren, te klein; en gaf gelegenheid totfterkHet tim-
timmeren binnen de Vryheid; 'twelk zo ver mereri
gegaan was, dat het Geregt, in de jaareng^ende'
1542, 1543 en *54?> voor eenen aanval „^
der Geldcrfchen dugtende, beval, allefterktoe.
timmeraadjen, ftaande binnen de zeftien
roeden buiten de Stads muuren , ten gron-
de toe, af te breek en (f); welk bevel nog-
tans niet in allen deele naargekomen , en,
toen 't gevaar over was, ook minder noo-
dig werdt.
Fiet timmeren binnen de'Vryheid wasinzon-
nergens rykelyker gefchied dan op de derheid
fouten
gevgij11 De meeile huizen der Stad hadden eg-
(a) Handv. hl. 14 [42].
(*) Handv. hl. 352 [63].
(<Ó Apui PONTANUM Lïbr. II. Cap. XXVII. p. 234.
(1) 't Schynt nogtans, dat 'er, in deeze Kaart,
plaatfen betimmerd worden gcileld, die,in 't jaar
I544, toen dezelve eerfl: uitkwam, nog niet. be-
timmerd waren. Onder anderen, wordt de plaats
tuffchen de Graven-ftraatenDirkvanHaiTelts-fteeg
vertoond als betimmerd , en in 't jaar 1552 befluit
üc \ roedfehap eerft, eene Kaart van die plaats te
aoen maaken , om te zien of men daar huizen zou
kOTfei^^B}-Refol.Froedfcb. N.J. 26. Nov. 1552.
Lafiaadje gelegen buiten de S. Anonis-JP-
poort, terpWe waar nu: de overzyde der£^
Gelderfche kaai is. Hier waren, ai voor
00 Handv. hl. 97« E»3-
(e)   Groot-Alcmor. .N. >■■ /• 3°? verjt.
(f)   Handv. t>l. reteï U»PJ-
F
-ocr page 98-
i
-ocr page 99-
A M S T E R D AM S
42
I. Desl.
den aanvang derzeftiendeeeuwe,,fcheeps-
timmerwerven, in merkelyken getale, op-
geregt, die, met de gebouwen, welken 'er
toe behoorden, zig ftrekten, van omtrent
het Leproozen-huis aan den S, Antonis-
dyk af, tot omtrent den Y-kant toe (g).
Zy Honden allen op buitendyks land; welk
hier, met het verloopen des Y-ftrooms ,
aangewaffen was. Men gaf aan deeze
ftreèk, veelligt, den naam van Laflaadje,
welk woord, in baftaard-latyn der middel-
eeuwe, zo veel als Bailaß betekende f 2)
om dat de Schepen hier ook beballaft wer-
den.
Gele.
         Regt yoor de Laftaadje, was de Waal
genheid met paalwerk afgeflooten, waarin de Sche-
VoorftadPen' by ™tyd gebergd werden. In
in de zes- c Jaar ^-5^, hadden de Gelderfchen hier
tiende een groot getal van Schepen in den brand
eeuwe. geftoken (/;) : 't welk de Regeering, federt,
bewoog, de plaats te fterken met een aan-
zienlyk Blokhuis, 't Huis te Montelbaan ge-
naamd ,en gefügt ter plaatfe, daar nu nog de
Montelbaans-tooren ftaat. Voorts werdt'er,
langs de Laftaadje, naar den S. Antonis-
dyk toe, eene breede graft gegraaven, en
van de uitgegraaven aarde eene Schans op-
geworpen , ter plaatfe, die nog de Oude
Schans
heet. In 't midden deezer Schanfe,
ftondt een gemetfeld half rond, waardoor
de Schans beftreeken werdt. Men kwam,
uit de Stad, op de Laftaadje, door een
Waterpoortje , tmTchen de S. Antonis-
poort en den Schreijers-tooren, over eene
ophaalbrug, gelegen, daar nu nog de Wa-
terpoort s-brug
legt. In deezen ftaat, was
de Laftaadje voor 't jaar 1536, toen de
Stad door Comelis Anthoniszoon gefchilderd
werdt. Doch 't bevel om alle buitentim-
meraadjen, tot op zeftien roeden van de
Stads muuren te flegten, welk, in de jaa-
ren 1552 en 1553, vernieuwd werdt,was
oorzaak dat de fcheepstimmerwerven en
huizen voor 't arbeidsvolk op de Laftaad-
je , ledert, werden afgebroken. Filips de II.
egter, een ambagt van zoveel belangvoor
den Lande, als het Scheepstimmeren was,
willende begunftigen, gaf,in >t jaar I55Ö
verlof, om binnen de vyf en twintig roeden
zekere hutten met week dak en houten wan-
den te mogen opflaan.En onder dekfelvan
dit verlof, werdt de Laftaadje, wel haaft
met Schuuren, Pakhuizen en Huizen be-
timmerd. De Regeering , na eenige jaa-
ren, de zaaken willende doen herfteïlen op
den voongen voet, ontmoette veel tegen-
kantens van de geërfden in de Laftaadje,
die verftonden, dat hunne fchade, tegelyk
met het gevaar voor de Stad, voorkomen
kon worden, als men de Stad uitleide,en
de Laftaadje binnen de muuren trok. Doch
eer men hierover befluiten kon, deedt de
vrees voor de aankomft van den Graave
van der Mark, die de Stad, in Au-mftus
des jaars 1572, beftondt te belegeren, de
Regeering overgaan tot het afbranden 'der
Laftaadje (i), die, eerft na het uitleggen
der Stad, wederom betimmerd werdt.
Men begon op dit uitleggen ernftelyk te
raadpleegen, na dat de Stad , in 't jaar
1578, de Staatfche zyde gekooren hadt
Willem de I., Prins van Oranje, die zig
in 't jaar 1581, te Amfterdam bevondt'
nedt de vergrooting der Stad aan, en Ro-
bert Dudlei, Graaf van Leicefter alge-
meen Landvoogd der Nederlanden ver-
leende 'er verlof toe, op den eene'ntwin-
tigften Maart des jaars 1586 (*), wanneer
hy zig ook te Amfterdam ophieldt De
Staaten van Holland beveiligden dit ver
lof m 't jaar 1594 0. De toeleg was,
de Stad van den Haarlemmerdyk af, tot
den Amfteldyk toe uit te leggen en te
verfterken, en de Regeering verwierf Oc-
troi om de erven, die tot graftenvergraa-
ven, of tot ftraatengerooidftondentewor-
den, van de eigenaars, volgens de waar-
deering var.Schepenen , over te nee-
men (m). Doch eer men deeze mèrkely-
ke vergrooting begon, ving men aan met
het betimmeren der Laftaadje, van het
plein buiten voor de S. Antonis - Poort af
langs den Stads-Buitenfingel, tot aan den'
Y-kant, over den Schreijers-Tooren, daar
eene ry huizen gezet werdt, die nog de
Laflaadje heet. Van hier vervol«?! de
vlZt T^g',met eene b°St]a^s den
™« A ifaa\\ m de 0ude *r&> tot
aan den Montelbaans-Tooren: van waar
de Schans, nu de Oude Schans, ook met
huizen betimmerd werdt, tot aan den S.
Antonis-dyk nu de S. Antonis-Breeftraat,
toe. De dyk was buitenwaards bezet met
houten ftaketfels, die geopend en gefloo-
ten konden worden, en deStadnogfcheid-
den van de Laftaadje. Voorts waren, door
dit gantfche blok, gefchooten zes groote
en
O) Handy, hl * ff^i
(v) Handy. H. \ [l;sf
Vergro"'
tiug,.dd
Stall!
voor iie
eerfle ge'
rckeiid
wordt-
(z) Anonym, "d cah. Pontani , p. s.
(h)
Pontan. Hift. Gek. Libr. XI. p. 6+s.
(2) Dit blykt, onder anderen, uit deeze woor-
den van eenen Brief van Waldemar, Koning van
Deenemarke, van den jaare 1324: Item liceat ipfis
LASTADiA fumere infiuttibus maris ubi volunt. Vide
Boxhornh Apol. po Navigat. Holl. p. 12. Adde
Uu Cance Glojfarium Voeg Lasxagiüm.
-ocr page 100-
AANWAS en GELEGENHEID.
IL Boek.
43
fluis legt. Op dit Bolwerk plagt eene Goud-
ledermaakery
te flaan. Binnenwaards tegen
het zelve, waren groote Lynbaanen aan-
gelegd , daar nu de nieuwe Raapenburger-
ftraat is. Ten einde derzelven, ontmoette
men het derde Bolwerk, gelegen digt aan
denS. Antonis-dyk, die hier door de Stads
wallen liep, en op welken de nieuwe S. An-
tonis-poort
van hout gemaakt was, fchuins
tegen over het Leproozen-huis, welk nu
binnen de wallen getrokken werdt. Het
vierde Bolwerk lag tegen den Amftel, ag-
ter het Oude-zyds-Huiszitten-Huis, en juifl
op de plaats, daar federt de Synagoge der
Hoogduitfche Jooden gebouwd is. Hier
ftondt het Stads Salpeterhuis , alwaar de
Salpeter , voor de Stads Kruidmaakery,
gezuiverd werdt. Deeze vier Bolwerken
waren de eenigflen aan de Oude-zyde; doch
beflooten , met de wallen, waardoor de-
zelven aan een gehegt werden, een uitge-
ftrekt gedeelte van de Stad: eerfl gantfeh
Raapenburg,aan den Y-kant;daar na Marken
en Uilenburg, twee Eilanden, met de ftraa-
ten en dwarsflraaten, die 'er door gefehoo-
ten waren: voorts, de Houtkoopers-graft
en S. Antonis- of Jooden-Breêflraat. Op
Raapenburg, werdt eene houten Loots ge-
zet, de Oofler-Loots genaamd, waarin ,
by voorraad , werdt gepredikt. Wy-
ders , waren, bezuiden den dyk, nog
vier grooten blokken in deeze uitlegging
begreepen, twee ten Ooften, en twee ten
Weiten van den Zwaanen-burgwal- In de
twee eerflen, ftonden het Leproozen-huis
en het Oude-zyds-Huiszitten-Huis. In het
Noordelykfle der twee laatften, werdt, in
't jaar 1611, de Zuider-Kerk volbouwd.
Het Zuidelykfte beftondt grootendeels uk
Verweryen.
Voortgaande naar de Nieuwe-zyde, over
de Amftel-, nu de Blaauwe-brug,ontmoet-
te men, terftond, het vyfde Bolwerk, ge-
legen daar nu de Amftelftraat eindigt. Tus-
fchen dit Bolwerk en het zesde, ftondt de
nieuwe Reguliers-Poort, die ook maar van
hout gebouwd, doch met twee Ophaal-
bruggen voorzien, en geplaatfl was, daar
nu de Waag op de Botermarkt ftaat. Bin-
nen deeze Poort,op de Reguliers-Breêffraat,
werdt, ten deezen tyde-, de vette Beeflen-
markt gehouden. Het zesde Bolwerk lag
digt aan deeze Poort, omtrent de plaats,
daar de Reguliers-dwarsftraat eindigt, en
het zevende, daar dezelfde ftraat aan-
vangt , digt by de nieuwe Heihge-wegs-Poort,
-ook van hout gemaakt, ten einde van 't
Konings-Plein, zo als het federt genoemd
F 2                                                      is.
en eenige kleine ftraaten en dwarsflraaten,
nevens eene -graft en dwarsgraft, Boom-
floot
en Dwars-Boomfloot genaamd, en eerfl
Cornelis-Boomen-ßoot, naar Cornelis Boom ,
die dezelve, naar 't fchynt, hadt doen
graaven (nj. En naardien men voorhadt,
de Stad, aan deeze zyde, nog verder uit
te zetten, werden 'er, voor eerfl, geene
nieuwe toegangen gemaakt, naar de nieuwe
uitlegging. Men kwam 'er alleenlyk door
den ouden uitgang naar de Laflaadje ,
zynde het Waterpoortje en de Water-
poorts-brug. De uitlegging, van welkewy
fpreeken, draagt, in 't gemeen, den naam
van de uitlegging van 't jaar 1585, waar-
fchynlyk , om dat zy toen werdt aangevan-
gen (0).
Doch 't lcedt maar weinige jaaren, of
Burgemeefteren en Raaden beflooten , de
voorgenomen vergrooting der Stad verder
uit te (trekken tot op den Zuiderhoek
der Waale, en, van daar, door't buitens-
en binnensdyks Land, tot aan en over den
Amftel, daar de Stads muur, aandeNieu-
we-zyde, eindigde. De Staaten van Hol-
land verleenden, den agtften Maart des
jaars 1591, het gewoonlyk Oclrroi tot het
overneemen der noodige erven, volgens
■waardeeringe van Schepenen (p): en ver-
klaarden, den zevenden September des zelf-
den jaars, dat de Vryheid, en het Ban-
en Vang-Regt der Stad zig zo ver buiten
de nieuwe Graften uitftrekken zouden, als
dezelven zig eertyds buiten de oude Graf-
ten hadden uitgeftrekt, te weeten de Vry-
heid tot op honderd roeden , en het Ban-en
Vangregt tot op eene myl in 't ronde (q)Men
beoogde egter , met deeze vergrooting ,
inzonderheid ook de verfterking der Stad.
't Werkjwerdt, in 't jaar 1593, aangevan-
gen , en was , in 't jaar 1601, grooten-
deels voltrokken.
De Stad werdt, in deeze vergrooting, met
eenige nieuwe houten Poorten voorzien, en
voorts verflerkt met aarden wallen en twaalf
. Bolwerken , gefchikt naar de wyze van
veftingbouweiv die toen in gebruik begon
te komen. Aan de Oude-zyde , werdt de
Stad meefl, aan de Nieuwe-zyde minfl uit-
gelegd. Het uiterfle Bolwerk aan de Oude-
zyde , het Ryzenhoofd genaamd, lag ten
einde van de Y-graft, omtrent de plaats ,
daar nu de Kattenburger-brug legt. Hier
op volgde het tweede, een weinig bewes-
ten de plaats, daar nu de Raapenburger-
\KV, 5andv' il' ro°7 [601].                   '
U, Handv. U. il [977j
*>e Stad
Wordt,
y°or de
^eede
reize,
legd.
En
met
t'.V
aalf
NVr-
(i u ver-
«erkt.
-ocr page 101-
AMSTERDAMS
I. Deel.
44
alzo dezelven vlak tegen den Stads wal aan ringe
kwamen, waar weinige deftige luiden ver-Huizen'
kiezen te woonen. Van deeze geringe hui-ftaan*
zen zyn nog eenigen overgebleeven : en
van deherbouwden zyn de erven doorgaands
imal.
DeAmftel en het Y waren, buiten de Paaien fu
Stad, met twee ryen paaien afgeflooten, den Am-
eenevan welken verder rondsom de Stad ftel
>het
door de buitengraft liep. jn deeze ryen Jt.fdns de
waren, op zekere afftanden , bekwaameGraft
doorvaarten gemaakt, die met boomen ge-
flooten werden.
De Vergrooting, van welke wy fpree-Over-
ken,m 't jaar ióoi,meeft voltrokken zyn-Myffeb
de, begon men, met vlyt,te arbeiden aandei' ouda
't betimmeren der erven, die nu binnen detoorens'
Stad getrokken waren. De oude muuren
en de meefte toorens, te vooren (bl. 17.)
door ons opgeteld, werden afgebroken.
Doch op de Jan-Rooden-Poorts- en'HKruis-
toorens , welke laatfte nu den naam van
Harmgpakkers-tooren aangenomen hadt, wer-
den nieuwe fpitfen gezet. Op de grondla-
gen van het Huis te Montelbaan, ftigtte
men, in 't jaar 1606, den Montelbaans-too-
ren
(*■), die nog in wezen is, en, na twee
of vier jaaren verloops, wel vier voeten 0-
ver zyde hellende, met veel beleid, we-
derom regt gezet werdt. De Schreiiers-
tooren, en de tooren aan de Kloveniers-
Doele, Swycht Utrecht genaamd, bleeven
in wezen. Ook is nog tegenwoordig, aan
de Bantammer-brug, een voet van eenen too-
ren te zien , waaraan nog eenige Kareel-
fteen is; die den S. Nikolaas-tooren plagt te
heeten (ƒ). De oude Reguliers - Poort, in
't jaar 1618, meeft afgebrand zynde, werdt,
op de grondflagen, de tegenwoordige Re-
guliers-tooren
geftigt. De oude S. Antonis-
poort werdt in ftand gehouden, en is te-
genwoordig de Waag op de nieuwe Markt.
Voorts, hadt de Stad, ten deezen tyde,
nog eenige kleine Poorten, als ócHeipoortl
daar nu de Heiïteeg is; de Ruspoort, ten
einde van de oude Hoogftraat, die ook de
Busfiraat genaamd werdt, om dat'er Stads
Bushuis ftondt; en de Gafihuispoort, daar
nu de Gafthuismolen-fteeg is (3) ; om niet
te fpreeken van twee of drie anderen, die,
reeds te vooren, in wezen gewecft waren.
De gedagtenis der voornaamfte verande-
ringen, die in en omtrent het jaar 1601 in
de
(r) Refol. Vrocdfch. N. 10. 20 Aug. I6oï. f r0
(s)
Refol. Vroedfch. N. 1. S April i>j4.
' is.Het agtfïe Bolwerk lag omtrent tegen ovede Leidfche-graft, daar de Wal toen, gelyk
nog, begon te wenden. Op het zelve wade Stads-Steenhouwery. Het negende Bowerk lag omtrent de plaats daar nu de Wolvenftraat begint. Digc aan het tiendewelk omtrent tegen over de plaats , daanu de Warmoesgraft eindigt, gelegen wasftondt de nieuwe Jan-Rooden-Poort, gemeenlyk Jan-Roon-Bniten-Poort genaamd. Zy
was van hout gemaakt, liep onder den
Wal door, en hadt, van buiten, twee ophaalbruggen en eene hameije. Het elfde
Bolwerk lag omtrent de plaats, daar te-
genwoordig de Heerenflraat begint , en
dus tegen over den Blaauwburgwal. Hier
op volgde de nieuwe Haarlemmer-Poort, die
ook van hout gemaakt was, twee ophaal-
bruggen en eene hameije hadt, en ftondt
tegen de Brouwersgraft, daar nu de kaai
van de Heeren-markt is. TulFchen deeze
en deJan-Rooden-Buiten-Poort, Honden ,
aan den binnenkant van den Wal, Lynbaa-
nen, die van vooren met boomen beplant
waren. De gedagtenis deezer Lynbaanen
is in de Lynbaansfleeg en Lynbaansbrug ,
door en over welken men derwaards ging,
bewaard gebleeven. Even voorby de Haar-
lemmer-Poort , kwam men aan het twaalfde
of laatfte Bolwerk, welk op en over den
dyk gelegd was, ter plaatfe daar de brug
begint, die naar de Oude-Stads-Herberg
plagt te loopen. De agt Bolwerken en de
Wallen aan de Nieuwe-zyde lagen, gelyk
men uit het voorgaande heeft können mer-
ken , niet ver van den Singel, die langs de
oude muuren liep. De Stad werdt, der-
halve , door deeze vergrooting, aan de
Weil- of Nieuwe-zyde, niet merkelyk uit-
gelegd. Menfchynt, in dezelve, meeft op
de verfterking der Stad gezien te hebben.
De vergrooting der Stad aan de Nieuwe-zy-
de was, in de breedte, bepaald tuffchen
den Singel of Konings-graft, en't gene men
nu de Heeren-graft noemt, en in de leng-
te, van omtrent de Buiten-Wieringerftraat
op Droogbak, tot aan de Botermarkt. Doch
de Heeren-graft, die, ten dien tyde, maar
half zo breed was als zy tegenwoordig is,
liep van de Brouwersgraft, tot omtrent de
Huideftraat of Leidfchegraft, daar zy ein-
digde.
Waarom, 't Gene in deeze uitlegging der Nieuwe-
^an/e, zyde begreepen was, werdt al ras betim-
vande merd- De Weftzyde van den Singel, eer-
Heeren- tyds de Stads buitengraft, werdt met aan-
graft, zienlyke huizen bezet. Doch aan de Ooft-
nog ee- Zy^e ^er Heeren-graft, voorheen de Sin-
Tv/3*? Z>'/!V°rden genoemd in de Refol. Vroedfch.
L\-
9 19 Oft. j596( 27N0V. i6oo f. 149verfoei.
J                              — — •* ~a vil C-tULL ^      V KS\JJ- J-*-— —--     ------
gel-floot, timmerde men geringer huizen;
nige ge-
-ocr page 102-
II. Boek.
AANWAS en
4?
gedaante geweeft zyn. Ook blykt, dat de
opening in de paaien om de Stad, welken
men al vroeg, gelyknog, met boomen plagt
te fluiten, vanouds Oorgat en genoemd wer-
den (w). De volgende regels van den Am-
fterdamfchen Digter HenrikLaürens-
zoonSpieghel können ten befluite die-
nen van onze Befchryvinge der twee laatft-
gemelde uitleggingen Van Amfterdam.
Hetfchipryck Amfierdam ,volnauw-behuys-1585*
de Huyfen
Ghepropt, den Amfiel damt met fes ghe-
welfde Sluyfen:
Die (als de vruchtbaer Nyl) door feven ar-
men braackt
't Veen overtolüch nat, en thien Eylanden
maackt.
Dus wast bemuert, doe dit gherym wert^oOi
voorghenomen:
Sint ijfer niette wall noch vyfthien by ghe-
comen.
Weinige jaaren verliepen 'ermaar,ofdéDeri,?
Stad moeft van nieuws worden uitgelegd; Uitleg-
De opregting der Ooftindifche Maatfchap-|inf der
pye in 't jaar 1602 bragt, onder anderen,
veel toe tot den aanwas der Stad, die wel Gelegen-
haait wederom overkropt werdt van in-heidtot
wooneren. Allermeeft was deeze uitleg- dezelve;
ging noodig aan de Weflzyde, daar zy,
gelyk wy boven (x) aanmerkten, kleinft ge-
weeft was, en daar een groot getal van
paden liep, die allen betimmerd, en ee-
nigen van welken, by de jongfte vergroo-
ting, gedeeltelyk, in de Stad getrokken wa-
ren. De buiten-erven werden geduuriglyk
gehoogd, en met wooningen bezet , on-
aangezien zulks met de Keuren ftreedt,die
zeldzaam ftreng werden uitgevoerd, om dat
het krenken derzelven een bewys was van
de toeneemende welvaart der Stad. Men
hadt, tuffchen de jaaren 1586 en 1589,
een Singel en Singel-floot, famenvyftig voe-
ten wyd, doengraaven buiten de nieuwe
wallen,die zig, toen reeds, vandenHaar-
lemmerdyk, tot voorby de Jan-Rooden-
Poort ftrekten ; doch men bevondt, in 't
laatftgemelde jaar , dat 'er , onaangezien
het verbod, reeds veele thnmeraadjen en af-
gefchutte tuinen
gefield waren binnen de
vyftig roeden van den buitenkant der Sin-
gel-floot (y). De Wethouderschap ver-
zogt (z) en verkreeg dan, ia't jaar i6oq,
wederom een gewoonlyk Octroi van 's
Lands
de Stad voorvielen, zyn inde volgendery-
men bewaard:
In 't jaer duyfent fes hondert ien,
Sagh men t' Amfierdam veel wonders ge-
fehlen,
De Stads Tooren rechten
,
De Stads muur en flechten,
Twee fieenen fluyfen ficht en,
En feven hondert huyfen richten (f).
Of, gelyk men elders (u) leeft :
In 't jaar fefihien hondert een,
Werden des Stads Veflen gheflechtt
De Toom gherecht
,
Ende ghemaeckt dry fluyfen,
En wel fes hondert huyfen.
Het regten van den Stads Tooren, waar-
van deeze rymen fpreeken, ziet op het regt
zetten van den Stadhuis-Tooren, die ruim
zes voeten overhelde, en binnen drie dagen
wederom regt gezet werdt. Men leert dit,
onder anderen , uit een Rym , in 't jaar
1628, famengefteld en uitgegeven door Ja-
cobus Laurentius, toen Predikant te
Amfterdam, ter gedagteniffe van de Stads
Werken, die, onder het opzigt van Hen-
riek Jacohsz. Staats
, Stads Timmer-
man, en toen in den ouderdom van zeven-
Sj . tig jaaren bedlegerig, gemaakt waren. Uit
UlZen- dit Rym, blykt ook, dat de S. Antonis- en
nieuwe Haarlemmer fluis, in 't jaar 1601, en
de Heilige Wegs- en de Jan-Rooden-Poorts-
fiuis
, in 't jaar 1602, gemaakt zyn:'t welk,
zo wel tot opheldering van de aangehaalde
rymregels, als van 't gene Domselaar
en C 0 mm e Li N daarover aangetekend heb-
ben, {trekken kan. Wy zullen hierna nog
meer dan eens gelegenheid hebben om ons
van het Rym van Laurentius te be-
dienen. Hier tekenenwe 'er alleenlyk uit
ruid-
aan, dat, in de Vergrooting van welke wy
fpreeken, nog gemaakt zyn twaalf Kruid-
to0
rens.
roomponder de Wallen, in 't jaar 1601;
Oo en dat de Timmerman Staats, reeds in 't
tej)'ga- jaar 1596, de Oorgaten uitgevonden hadt,
die toen aan de bruggen in het Damrak *
en federt ook aan andere bruggen in de
Stad gemaakt werden. Dit moet egter zo
niet verftaan worden, dat 'er, in vroeger
tyd, nergens Oorgaten geweeft zouden zyn.
In eene der oudfte OrdonnantienopdeBur-
gerwagt van 't jaar 1481, wordt reeds van
het Oirgat aan de nieuwe brugge gewaagd
(v). Doch deeze Oorgaten zullen , naar
alle waarfchynlykheid, van eene andere
CO Zie Domselaar III. Beek, M. 24+. Commeun,
(») Apui Pontan. Lihr. II. Cap. &XVII. 9. ziS.
(v) Groot-Meraor. N. I. /. 3j/4 enz.
verß.
14
(w) Keurb. A. ƒ.
(x) Bladz. 4-f-                      r,
W) Handv. hl. 1007, IO07- [<5oi, fioi"],
(z) Refol. Vioedfch. N, ro, lojttty ,«■„„, f_ 207,
F 3
-ocr page 103-
A M S T E R D A M S
40
I. Deel.
Lands Staaten , tot vergrooting der Stad
en overneeming der vereifchte erven. Zy
hadt geklaagd „ dat het timmeren en hoo-
,, gen tegen de Keuren den jongflen aan-
„ leg der Veflingwerken byna nutteloos
a, gemaakt hadt; en dat de buitenwooners
a, ook groote gelegenheid hadden tot het
„ fluiken van der Stede Excynzen:" Hier-
op hadt zy verzogt om Oclroi „ tot zulk
„ eene vergrooting der Stad, als zy beft
dienftig oordeelen zou; en om uitbrei-
„ ding \d.njurisdiäie ofRegtsgebied, naar
„ gelang van de vergrooting:" al't welke
'haar vergund werdt (V). Men begon dan,
eerlang, een ontwerp der aanftaande ver-
grootmge te maaken. De toeleg was, de
Stad wel een vierdendeel uurs aandeland-
zyde uit te zetten; en om dat dit werk niet
fpoedig uit te voeren was, midlerwyl, Oc-
troi te verwerven tot' de uitbreidinge van
de Juris diclie, naar alle zyden, tot op hon-
derd gaarden buiten de ontworpen' Ves-
tingwerken. De voorgenomen' Vergrooting
werdt, met overleg van.Prinfe Maurits, 's
Lands Stadhouder, in eene Kaart gebragt
(Z>), en elk wel uitdmkkelyk bevolen, bin-
nen de honderd gaarden van de Stads graf-
ten of Singel-flooten, niet te timmeren ,
noch erven of tuinen te hoogen. Ook ge-
fchiedde dit niet, van buiten de Haarlem-
mer-, tot buiten de Heilige-Wegs - Poort,
daar de Vergrooting, ten deezen tyde, vol-
bragt werdt. Doch men was bedugt, dat
het, buiten de andere poorten, alwaar de
Vergrooting , om de moeilykheid van 't
'Verk, en de kollen die 'er aan vail .waren,
nog moeft uitgefteld worden, ligtelyk zou
können gefchieden. Om 't welk te voor-
komen, de Regeering,in 't jaar 1613, ver-
zogt, dat 's Lands Staaten de ontworpen'
Vergrooting volgens de Kaart, ook buiten
de andere poorten, als voltrokken wilden
aanmerken; in welk verzoek bewilligd
werdt (c). Hierdoor kreeg de Stad vry-
heid om het buiten-timmeren, ook aan de
Ooftzydé , daar de Stad, vooreerft, niet
vergroot werdt, te beletten, niet flegts tot
binnen honderd, maar zelfs tot binnen twee-
honderd gaarden , buiten de toenmaalige
graft aan dien kant. Men ftelde, terftond,
nieuwe paaien, die de uitgeftxektheid dei-
Stads Vryheid aanweezen , en die, van
buiten de Haarlemmer-, tot buiten de Hei-
lige Wegs-pooit, ftonden, op den afftand
van honderd gaarden van de nieuwe Ves-
X") Handv. il. 6 [104!-
(b)  Refol. Vioedfch. A. 10. fi Tér. ICIO. ƒ. 224 vcrfi,
N.
II- 9 Atnil t6lz. f. Co.
(c)  Handv. U. n [Io8],
tingwerken; doch van den Heiligen-Weg
over den S. Antonis - dyk, op den afftand
van tweehonderd gaarden van de ouden- 't
welk duidelyk blykt uit eene Keure van
den dertienden Auguftus des jaars 1613,
v/aarby myne Heeren van den Gerechte .ach-
tervolgende d'Arnpliatie van het Oclroy
, van
de Ed. Mo. Heeren Staten van Holland geob-
tmeert, verdaren ende ordonneren, dat binnen
de naergenoemde limit en geen timmeragie ,repa.r
ratie ofte hooginge fal mogen gedaan worden;
te weten van de tegenwoordige Stads gr aft en
buyten de nieuwe fortificatie van den Te buy-
ten de Haarlemmer dyck
, tot aen de Heyli-
ge Weg fireckende
, tot honden gaerden toe,
ende van de voorsz. Heyligen Weg over de
St. Antonis dyck mede tot twee hondert gaer-
den toe, uytwyfende de palen tot dien eynde
buyten de refpeStive plaetfen gefielt (d).
De uitlegging, van welke wy fpreeken, Elf nie*
was, in t jaar 1611, aangevangen, fchoon we Bol-
de nieuwe Waal, een gedeelte derzelve werken
al eerder, begonnen was In de plaats der'j^f'
vyf Bolwerken die tuffchen den Haarlem- -VÏ
mer-dyk en Heiligen Weg lagen, werden van vyf
nu, op verderen afftand, elf Bolwerken °-e-ouden'
legd, die nog in wezen zyn. De drie eer-
fte en uiterfte Bolwerken in 't Noorden leg-
gen buitens-dyks, aan den Y-kant op een
ftuk Rietland en begrypen drie Eilanden,
die, federt, het Reaalen-,Prinfen- en Bik-
kers-Eiland
genoemd zyn, en voor welken,
ten poften, eene geheel nieuwe Waal, tot
berging van Schepen, gemaakt werdt, wel-
ke men, vooraf, gerekend hadt, wel twee-
honderd en vyftig duizend guldens te zul-
len koften (e). Het Weftelykfte deezer
drie Bolwerken werdt met een fteenen Beer
gehegt aan den Haarlemmer-dyk, op wel-
ken, een weinig binnen - waards, in 't jaar Haar
1615, de Haarlemmer - Poort werdt aange- lemmer-
legd, die nog in wezen is. Even voorbyPoort-
dezelve, en dusbinnensdyks,legt het vier-
de Bolwerk over de Brouwers-graft Het
vyfde legt tuffchen de Palm- en Linden-
gratt; het zesde tuffchen de Linden- en
Anjehers-graft, tegen het Zaagmolens-
i oortje ten Noorden, welk egter laaterge-
bouwd is; het zevende tuffchen de Anje-
hers- en Egelantiers-ftraat; het agtfte, ten
Zuiden van welk, federt, het Raam-Poort-
je gemaakt werdt , tuffchen de Egelan-
tiers- enBlom-graft; het negende tegen over
de Roozen-graft; het tiende tegen over de
Elands-ftraat, en het elfde en laatfte, tus-
fchen
rtfl Këutb. j.f. 39. Handv. o. toog [So2-j.
237 Vtr/t, 231,                                    •" ' •> I luiu- /•
-ocr page 104-
AANWAS en GELEGENHEID.
II. Boek.
4:
volbouwd. De oude Waal, aan den Y- Niemw
kant, voor den Montelbaans - Tooren Waals-
gelegen, werdt, in 't jaar 1644,gedeelte-Eiland'
lyk, tot land gemaakt, welk den naam
van Niéuwe-Waals-Eiland kreeg. Dit Ei-
land werdt in drie blokken gefcheiden.
Door het zelve, liepen twee ftraaten. Al-
les was in honderd twee en twintig erven
verdeeld, die, in't jaar 1646, voor vier-
honderd vyf en zeventig duizend agt hon-
derd en agt guldens verkogt (h), en eer-
lang, langs den Binnen-en Buitenkant, met
aanzienlyke Huizen bezet werden. Voorts,
werdt de nieuwe Stad met veele fteenen
en houten bruggen voorzien. De geringe Nieuwe
houten Poorten van de voorige uitlegging fteenen
werden ook, gedeeltelyk , weggenomen Po01teili
en in fteenen veranderd. DeHeilige-wegs-
Poort
werdt, in 't jaar 1636,vangraauwen
gehouwen fteen fierlyk herbouwd. Buiten
dezelve lagen, over de breede Stads-graft,
twee ophaalbruggen. Van binnen liep naar
deeze Poort, en onder door den Wal, eene
graft, die naderhand gedempt geworden,
en 't Konings-Plein genaamd is. De Regu-
liers Poort
werdt, eerft in 't jaar 1Ö55, zeer
fraai, meeft van gebakken fteen, herbouwd.
\ Zy was eene der zwaarfte en fterkftePoorten
der Stad, is, nog tegenwoordig, op de
Botermarkt, in wezen, en dient nu, ondef
anderen, tot eene Stads Waage. De hou-
ten S. Antonis-Poort was, reeds in 't jaar
1636, meeft van graauwen gehouwen fteen,
fierlyk herbouwd, en ftondt op den Dyk
aan 't einde der S. Antonis- of Jooden-
Breêftraat, nevens de plaats, waar federt
de Portugeefche Jooden-Synagoge gebouwd
is. De ban- of mylpaalen buiten de Stad
waren, al in 't jaar 1624,_ wel honderd
roeden verder uitgezet. En in 't jaar 1611,
hadden Dykgraaf, Hooge-Heemraaden en
Hoofd-ingelanden vanRynland, ten behoe-
ve van de Regeering der Stad, reeds afftand
gedaan van hun Regtsgebied over de Dy-
kaadje en Wateren , die, met de jongfte
vergrooting, binnen de Stad of derzelver
Vryheid getrokken waren, mids men aanna-
me, dat gedeelte der Dykaadje,teneeuwigen
dage , te onderhouden , en, ten behoeve-
van Rynland, eene rente van tweehonderd
guldens 's jaars opbragt (?').
De Stad dus, aan de Weftzyde, meerHet tun-
dan ooit te vooren,zynde uitgelegd, bieer meren
de voorgenomen uitlegging aan de Ooft-buiten de
zyde , omtrent veertig jaaren , fteeken. ^Saat
fchen de Looijers- en Paffeerder-graft. Van
hier ftrekte zig de wal Ooftwaards tot voor-
by de plaats , daar federt deLeidfche graft
gegraaven werdt, alwaar, in 't jaar 1630,
een twaalfde Bolwerk gelegd werdt. Voorts
liep de wal Noor dooftwaards naar delieilige-
Wegs-Poort en oude wallen toe. De oude
wallen, van de houten Haarlemmer-poort, of
Heeren - markt, af, tot omtrent de Heilige-
"Wegs-poort toe, waren, al in of kort na 't
jaar 1613 , geilegt (ƒ).
Wat bin- Door deeze uitlegging, werdt de Stad aan
^n de de Weftzyde vermeerderd met drie aan-
dien-- zienlyke graften, de Heeren-graft, de Kei-
giig be- zers-graft en de Prinfen-graft, die van 't
&eepen Noorden naar 't Zuiden liepen, en omtrent
as- de plaats der Leidfche-graft eindigden.
Ook liep 'er eene graft, de Lynbaans-of
Baangraft
genaamd , langs de nieuwe
Wallen, omtrent van het een tot het ander
einde. Van den Singel, tot de Heeren-,
van de Heeren-, tot de Keizers-, en van
de Keizers-, tot de Prinfen-graft, werden
eenige ftraaten en graften gefchooten: en
in de uitgeftrekte ruimte tuffchen de Prin-
fen- en Baangraft, veele graften, ftraaten
en dwarsftraaten gerooid, in welken nog
een groot getal van floppen en gangen lie-
pen, die, door den tyd, zeer digt met
Huizen en Huisjes betimmerd werden.
Het Karthuizers-Kloofter was het eénige
oude Gebouw, welk, met deeze vergroo-
ting , binnen de Stad kwam; doch de nieu-
we Stad werdt, eer men op verdere uit-
legging dagt, met verfcheide openbaare
en andere gebouwen , betimmerd. Li 't
jaar 1614, werdt de Weftzyde van de
Heeren-graft of oude Stads Wal reeds met
verfcheide aanzienlyke Huizen bezet. Op
het betimmeren der beide zyden van de Kei-
zers- , en der Ooftzyde van de Prinfen-graft,
kwamen, in de jaaren 1615 en 1616 ,
verfcheide Keuren uit (g). Omtrent den-
zelfden tyd, maakte men, aan de Noord-
zyde des Binnen-Amftels , tegen over de
Kloveniers Doele, van de Halvemaans-tot
aan de Blaauwe-brug, veel water tot land,
waarop deftige Huizen gebouwd werden.
DeNieuive Doeleßraat,tengs welke voorheen
de Stads Wal plagt te loopen , werdt ,
vervolgens, met fchoone Pluizen bezet, en
de Stads Timmertuin, die hier lag, naar
elders verplaatft. Ook werdt toen de fraaije
fteenen Doelebrug gemaakt. De Weiter-
en Noorder-Kerk werden aangevangen en
xs\? ftCf- Vroe<1r^. N. ir. 28 OU. 23 Nov. 31 DeC.
lV\ u J 9Z
ver-ro> SS ver/o.
Vee-
voort,
aan de
(6) DOMSELAAR III. Boik, M. 2*4. COMMEUN W.
225.
F. VON ZESEN. bl. J77 i '78-
(i) Oude Kerk Laadt XXXII. Handy, bl. p [i5<s].
-ocr page 105-
AMSTERDAMS
I. Deel.
48
de de Oude- en Nieuwe -zyds- Voorburg-
wallen , bepaald w-erdt, befloeg . . .
59 Morgen 503! Roeden.
Toen zy zig, wat laater j
tot aan de nieuwe Graft,
' of Oude- en Nieuwe-
zyds-Agterburgwallen ,
uitftrekte, werdt zy ver-
Vcelen, hierdoor in den waan geraakt,
dat zy geheel agterblyven zou, begonden,
naar gelang dat de nieuwe Stad van bin-
_ nen bebouwd werdt, fterkvan buiten,aan
Zuidzy- de Ooft- en Zuidzyde, te timmeren,zon-
de,
         der het gevaar te ontzien van, by het
voortzetten der ontworpen' Vergrootinge,
tot het afbreeken hunner timmeraadjen ,
zo ver dezelven tegen de Keuren waren
opo-eregt, genoodzaakt te worden. De
Wethouderfchap, ondertuflchen, geduu-
riglyk het oog houdende op de voorgeno-
men' VergroGting, hadt, in 't jaar 1625,
by wege van verklaaring van 't Oclroi des
jaars 1609, van 's Lands Staaten verkree-
gen, dat zy alle erven en timmeraadjen,
die binnen de paaien der voorgenomen'
vergrootinge gelegen waren, na 't betaa-
len der waarde, zou mogen naar zig nee-
men , zonder daartoe eenige overdragt of
kwytfchelding noodig te hebbeu (k). 't Ver-
krygen van zulk eene verklaaring op
het vooiïge Oclroi behoorde de Luiden te
hebben afgefchrikt van het bouwen binnen
de paaien der voorgenomen' vergrootin-
ge , alzo 'er duidelyk genoeg uit bleek,
dat de Wethouderfchap die Vergrooting
geenszins uit den zin ftelde. Evenwel ging
het buiten-timmeren voort, aan de Zuid-
en Ooftzyde der Stad, daar menigten van
paden liepen, die met tuinen en huizen be-
zet werden, in zo grooten getale, dat 'er,
"by de jongde Vergrooting, naauwlyks, een
vierde van de buiten - timmeraadjen , die
nu in de Stad getrokken ftonden te wor-
den , binnen dezelve gebragt geweeft wa-
re (O-
18
groot met
92
En befloeg dus . 77 Morg. 595! Roeden*
Na dat zy, omtrent het
jaar 1480 , met eenen
fteenen muur, omringd
was, en den Singel tot
haare uiterfte graft ge-
kreegen hadt, kwamen :
hierby nog . 52 Morg. 387 Roeden.
Zy befloeg, derhalve, toen
130 Morg. 3 8 2§ Roeden.
De Vergrootingen van de
jaaren 1585 en 1593 ,
hierby gekomen zynde,
vermeerderden de Stad
met • • • 96 --------- 233i-----------
waardoor zy groot werdt
227 Morg. iö Roeden.
Doch de Vergrooting, die
in 't jaar 1 onbegonnen
werdt, maakte de Stad
meer dan tweemaal zo
groot,enbefloeg 303--------• 346 --------1
Zo dat zy toen groot werdt
530 Morg. 362 Roeden.
Eindelyk kwam hier de
Vergrooting , van wel-
ke wy fpreeken, by, waar-
door aan de Stad werden
toegevoegd. . 362--------260 ---------.
Vierde
en laat-
fte uit-
legging
Eindelyk , werdt, 111 't jaar 1657 ,
een ernfKg befluit genomen, om de ont-
worpen' Vergrooting te voltrekken, en, in
deTsüd.'t volgende jaar, maakte men eenen aan-
vang met het graaven der nieuwe Graften. In
de plaats van de zeven Bolwerken der twee-
de uitlegging, werden 'er veertien gelegd,
zo dat de Stad nu, met de voorige elf, en
nog een twaalfde , welk ten Wellen der
Leidfche - graft opgeworpen was, in 't ge-
heel zesentwintig geregelde Bolwerken
hadt, die, eerlang, met fteen bemuurd,
en, door hooge fteenen gordynen of muu-
ren, die voor de aarden wallen lagen, aan
eikanderen gehegt werden. Een groot ge-
deelte van den buitengrond kwam, door
deeze Vergrooting, binnen, de Stad. Men
rekent, dat zy, in 'c begin der veertiende
eeuwe, toenzy, door de oude Graft, zyn-
<k) Handv. bl. 7 [113].
{ij Domselaar III. Betki Ü> Z7T-
Weshalve zy nu binnen
haare muüren beflaat
893 Morg. 22 Roeden.
Uit welke onderfcheidene aanwyzing, niet
alleenlyk blykt, hoezeer de Stad,vantyd
tot tyd, vergroot geworden is; maar men
kan 'er ook byzonderlyk uit afheemen, dat
er ,met de laatfte Vergrooting, veel meer
gronds binnen de Stad gekomen is, dan
met de onmiddelyk voorgaande.
De Regeering hadt, by de jongfte Ver-
grooting , geraaden gevonden, de overge-
nomen' erven, die niet aan flraaten of graf-
ten verdeeld werden, te rug te geeven aan
de voorige eigenaars, mids dezelven, on-
der
Oäro-
jen en
Keuren
deeze
uitleg"
o-inP" b^'
&l"B
treilen-
-ocr page 106-
AANWAS en GELEGENHEID.
lï-BoÉK.
49
we Vergrooting, langs de Zuid- en Ooftzvde Naamen
der Stad, gelegd werden , begonden van'hetvan de
twaalfde Bolwerk af, welk, in 't jaar ^o, «s en
beweften de plaats der Leidfche Poort oprBolwef-
geworpen was, en liepen, met de nieuwe ken der
Wallen en Graften, dwars over de Heilige.Stad-
wegs Vaart, tot aan den Amftel, over
welken eene fraaije ileenen brug gelegd
werdt. Van den Ooftkant van dien ftroom,
vervolgden de Wallen en Bolwerken tot aan
eene breede gegraaven' Vaart, de nieuwe
Vaart
genaamd, die tuffchen den Zeedyk,
en de nieuwe Eilanden, 'Kattenburg, Wit-
tenburg
, zo genaamd naar Jan Witten, een'
Houtkooper, die aldaar de eerfte Scheeps-
timmerwerf aangelegd hadt (J>),en Ooßen-
burg liep;
en over welke nog twee Bolwer-
ken lagen, die de Stad, aan de Oofczy-
de, beflooten. Van de veertien Bolwerken,
lagen 'er zes beweften , en zes beooften
den Amftel. De twee Bolwerken beooften
de nieuwe Vaart maakten met deezen twaalf
het getal van veertien Bolwerken uit. Zie
hier de naamen van alle de zes en twintig
Bolwerken der Stad, die nog tegenwoor-s
dig in wezen zyn.
De twaalf Bolwerken van de voorige
vergrooting, beginnende van den Noord-
Wefterhoek van 't Y, heeten
1.  Leeuwenburg oft 7. Slooter-Meer.
Blaauwhoofd. 8. Ryker-Oord.
2.  De Bogt.                  9. Ryk.
3.  De Wefterbeer. 10. Nieuwerkerk.
4.  Slooterdyk.            n. Osdorp.
5.  Haarlem.                12, Slooten.
6.  Karthuizers.
De veertien nieuwe Bolwerken zyn
13.  De Schinkel. 20. Weesp.
14.  Amiterveen. 21. Diemen.
15.  Weteringspunt. 22. Muiden.
16.  Reguliers.          23. Outewaal.
17.  Ouwerkerk. 24. De Oofterbeer.
18.  'tWefler-Blok- 25. Jaap Hannes.
huis.                 26. Zeeburg.
19.  't Oofter-Blokhuis.
Ieder van deeze Bolwerken ruft op vier
en veertig overwelfde boogen, en heeft vyf
en vyftig roeden in zynen omtrek; en juift zo
lang is ook elk der gordynen, die de Bolwer-
ken aan een hegten, en ieder zeven en veer-
tig overwelfde boogen onder zig hebben.
In 't midden van eenigen deezer Gor-Poorten,
dynen, zyn nieuwe Poorten gezet, wor-
dende de voorigen, die nog maar weinige
jaaren geftaan hadden, of afgebroken,
of tot een ander gebruik gefchikt. Tus-
fchen de Bolwerken, Slooten en de Schin-
kel,
O) F. vonZesen, 61. i8J.
G
der den titel van Melioratie of Verbetering,
wat meerder betaalden voor hunnen ouden
grond, dan zy 'er voor genooten hadden,
gelyk dezelve ook, inderdaad , meerder
waardig geworden was, na dat men dien
in de Stad getrokken hadt. Doch het fchat-
ten deezer Verbeteringe, welk door Sche-
penen gefchiedde, hadt, nu en dan, mer-
kelyke onlaftcn veroorzaakt. Ook waren
voelen onvermogend geweelt, om de pen-
ningen , waarop hunne verbeterde erven ge-
fchat waren, te voldoen. Men vondt, der-
halve, geraaden, by 's Lands Staaten, Oc-
troi te verzoeken „ om alle Landen, tuinen,
„ erven en gronden, die met de voorgeno-
„ men Vergrooting binnen de Stad zouden
„ getrokken worden, van Stads wege, naar
de fchattingvan den Geregte,te mogen
„ naar zig neemen niet alleen; maar ook zul-
„ ken, die niet tot graften, ftraaten, mark-
„ ten en diergelyke openbaare werken of
„ plaatfen gebruikt, maar tot erven om te
„ betimmeren gerooid zouden worden, in
„ volftrekten eigendom, te mogenbehou-
„ den". En dit verzoek werdt der Stad,
op den tweeden May des jaars 1663,toe-
geftaan (m). De Stad nam, derhalve,_fe-
dert, alle de erven aan, die binnen de nieu-
we uitlegging kwamen, en verleende, voor
de waarde, waarop dezelven, door het
Geregt, gefchat waren, Rentebrieventen
behoeve der eigenaaren: op welke llente-
brieven, zulken,die te voor en op de erven
geld gefchooten hadden, regt van wettige
pandfchap bchielden,terwyl de erven zelven
in volkomen eigendom aan de Stad behoor-
den , en federt, van tyd tot tyd, voor een
zeer groot gedeelte, in 't openbaar ver-
kogt zyn. Wyders, werdt de Regeering,
in 't jaar 1670, gemagtigd door's Lands
Staaten, om de uitgegeven Rentebrieven,
binnen zes jaaren, afteloffen (n); gelyk fe-
dert gefchied is. Doch de eigenaars van
de opflallen derbuiten-timmeraadjen, die,
na 't jaar 1613, tegen de Keuren, waren
opgeregt, werden verpligt , om dezelven
ten hunnen kofte af te breeken: alleenlyk
was hun, in 't jaar 1663, van Stads we-
ge , toegeftaan het gebruik hunner erven,
tot dat hun het opruimen derzelven nader
gelaft zou worden, mids zy zig terftond
verklaarden, of zy dit gebruik, tot dien
tyd toe, begeerden te behouden, dan of
zy hunne erven, van ftonden aan, aan de
Stad wilden overgeeven (0).
De veertien Bolwerken, die, met de nieu-
(») Handy, bl. 8. [887].
(») Zï' UOMSELAAR, UI. Beek, hl. zs9.
-ocr page 107-
AMSTERDAMS          I. Deel.
De vier Poorten der nieuwe uitlegginge,
de Leidfche, Utrechtfche, Weesper- en
Muider-Pöort, maaken, met de Haarlem-
mer-Poort in de oude Stad, de vyf voor-
naamfle Poorten uit. Voorts, zyn 'er drie
Poorten onder de Wallen door, het Zaag-
molens-
en Raampoortje in de oude, en het
Weteringspoortje in de nieuwe Stad. Aan
den Y-kant blyft de Stad,gelykvan ouds,
nog onbemuurd; doch bezet met twee
ryen paaien, binnen welken de Scheeps-
Waalen afgeperkt zyn, waarin, doorgaands,
en vooral des Winters, een groot getal
van Schepen leggen, behalve zeer veele
anderen, die hunne legplaats binnen de
paaien voor de Stad, of buiten tegen de-
zelven, en verder af op ffcroom verkiezen.
De Stad vertoont zig, van buiten, ner-
gens zo grootfeh én aanzienlyk als van
den Y-kant, waarom zy ook doorgaands,
van die zyde , gefchilderd en getekend
wordt. Zy is, na de uitlegging, van wel-
ke wy nu gefproken hebben, niet verder
vergroot; doch van binnen, meer en meer,
betimmerd geworden; en laatftelyk, langs
den nieuwen Zeedyk, tuffchen de Raapen-
burgergraft en niéuwe Vaart, daar twee
Straaten gelegd zyn: ook op de Keizers-
graft aan 't Oofteinde, en elders; doch in
de nieuwe uitlegging, behooren nog veele
erven aan de Stad, die nietverkogt of uk-
gegeven, en derhalve nog niet betimmerd
zyn. Zy leggen egter na aan de Wallen.
De Stad is van binnen alomme digt.be-
bouwd.
Het getal der Pluizen en Inwooneren in Begroc
Amfterdam is, van ouds, en zelfsnogte-«ng vafl
genwoordig, aan geduurige veranderingen het Se'
onderhevig geweeil; waarom het niet met f juizeQ
volkomen' zekerheid te bepaalen is. De
Inwooners zyn zeldzaam geteld; en nu,
in veele jaaren, niet: Weshalve het geril
derzelven, met nog veel minder naauw-
■ keurigheid, dan dat der Huizen gemeld
kan worden. Zie hier, wat wy, omtrent
het een en het ander, hebben aangetekend.
In 't jaar 1515, toen de Singel ten Wellen,
en de Kloveniers-Burgwal en Gelderfche-
kaai ten Ooften de uiterfle paaien der
Stad waren, werden 'er maar tweeduizend
vyf honderd een en dertig
Haardfteden in de
Stad geteld (q). 't Is te vermoeden, dat
het getal der Huizen toen niét veel boven
de twee duizend zal geweefl zyn, alzo'er
zekerlyk veele Huizen waren, die meer
dan ééne haardilede hadden : ten ware
dat men toen verfcheide haardfteden niet
kei, bouwde men de Leidfche Poort, in de
plaats der onlangs gebouwde Heilige-Wegs-
Poort aan 't Konings-Plein, die afgebroken
werdt. Tuffchen de Bolwerken Amfler-
veen
en Weteringspunt, kwam het Wete-
rings-P oortje,
zynde een uitgang onderden
Wal door. Tuffchen de Bolwerken Ou-
werkerk
en 't Wefier-Bhkhuis, bouwde men
de fraaije Utrechtfche-Poort, in de plaats
van de Reguliers-Poort, die nog in we-
zen, en nu de Waag op de Botermarkt
is. De Weesper-Poort, ook zeer wel ge-
bouwd, werdt geplaatft tuffchen de Bolwer-
ken Oofier-Blokhuis en Weesp; en de Mui-
der-Poort,
die juift dezelfde gedaante heeft
als de twee voorgaanden, werdt tuffchen
de Bolwerken Muiden en Outewaal ge-
praatft; waartegen de net gebouwde S. An-
toms-Poort afgebroken werdt.
Graften . De grond, die, door deeze Iaatfte groote
en Straa-uitlegging, in de Stad getrokken was, werdt
ten der haaft aan Graften en Straaten verdeeld. In
Iaatfte ^e plaats van den ouden Stads Wal tegen
éi-rjvf" 'tOoften, die van tegen over de Beuling-
ftraat liep tot omtrent de plaats daar toen
het Peilbuis flondt, en tegen welken de
Heeren-, Keiz ers-, en Prinfen-gr aft en plag-
ten te fluiten, werdt eene graft gegraa-
ven, die federt de Leidfche-graft genaamd
werdt, en van de Heeren- tot de Baangraft
loopt. Voorts liepen de Heeren-, Keizers-
en Prinfen-graften door de gantfche nieu-
we uitlegging, de eerile tot door deRaa-
penburger-fluis in 't Y ; de tweede tot in
de Muider-graft, agter de plaats, daar fe-
dert de Hortus Medicus ot Artfeny-tuin werdt
aangelegd; en de derde tot inde nieuwe
Raapenburger-graft. De Baangraft liep zo
ver als de Heeren-graft, tot in de nieuwe
Vaart. De Straaten en Graften, die, van
't Noorden naar 't Zuiden, door de nieu-
we uitlegging, gerooid werden, waren de
Leidfche-Jtraat, de Spiegel-firaat en Graft,
de Vyzel-flraat en Graft, de Reguliers-graft,
de Utrechtfihe-firaat, de Weesper-flraat, de
Muider-graft, de Muider-flraat, nu ook de
middellaan der Plantaadje, en de niéime
Raapenburger-graft
; om niet te fpreeken van
de Straaten en Dwarsflraaten, die, dooi-
de drie Eilanden benoorden de nieuwe
Vaart, Kattenburg, Wittenburg en Ooflen-
burg, gerooid werden. Nog Hepen'er,
in gelyke ftrekking met de Keizers- en
Prinfen-graft , eenige flraateh én dwars-
ftraaten, van welke de Kerkflraat, tuffchen
de Keizers- en Prinfen-graft, de vóornaam-
fteis; en eene Graft, de Agter gr aft ge-
naamd, tuffchen de Prinfen- en Baangraft,
van de Reguliers- tot aan de Muidergraft.
ge-
(?) Zk Orxers Leiden , il. si.
-ocr page 108-
AANWAS en 'GELEGENHEID.
■II. Boek.
in de Stad, negen en negentig duizend
vyf honderd zes en tagtig menfehen: in de
Voorftad buiten de S. Antonis-Poort, ze-
ventien honderd negen en tagtig; buiten
de Reguliers-Poort, veertien honderd zes
en zeventig; buiten de Heilige-Wegspoort,
veertien honderd drie en twintig; en buiten
de Haarlemmer-Poort i drie honderd zeven
en tagtig; en dus, in de vier Voorfleden
met eikanderen i vyf duizend drie honderd
vyf en zeventig: en inde Stad en Voorde-
den famen, honderd en vier duizend negen
honderd een en zeflig
ingezetenen («). De
Vroedfchap heeft Burgemeederen, nog in
't jaar 1630, gemagtigd, om alle de zie-
len in de Stad te doen opfehryven (v).
Doch of zulks gefchied zy, is my niet
gebleeken. Naderhand, is 'er geene nét-
te telling gefchied. Men kan, derhalve,
het tegenwoordig getal der ingezetenen ,
niet dan uit gisrekening,weeten. De Heer
N1 c o L A A s S T R u Y c K heeft zig, voor ee-
nige jaaren, veel moeite gegeven,om het
getal der inwooneren van eenige Dorpen
te laaten tellen, en uit vergelyking van
de getrouwden , geboorenen en gedorve-
nen aldaar, met de getrouwden en geboore-
nen, en vooral met de gedorvenen alhier,
opgemaakt, dat het getal der ingezetenen
deezer Stad, naauwlyks fwee honderd dui-
zend
beloopt Qw). Anderen dellen 't groo-
ter ; doch, zo 't ons toejchynt, op loffer
grond. Veiligd is 't, nogtans y Ül een?
zaak van deezen aart, die niet op bevin-
ding rud, niets als volkomen zeker valt
te dellen.
Tot de regte kennis van de Stad, en van
derzelver Gelegenheid en Gefchiedeniffen,
is van veel dienft, dat men de gelegen-
. heid van alle Graften, Straaten_ en Stee-
o-en wel kenne. Wy hebben hierom de
moeite genomen, om van deeze allen ,
twee Naamwyzers op te dellen, die wy hier
tuffchen voegen.
(u) N. StrüYCK Nader Ontdekk. il. 117.
(v) Refol. Vroedfch. /V. 16. i Nov. ifijo./. i6y verß.
(w< N. STKuyczi Nadei Ontdekk. II. 14s.
geteld hadt, om dat de huizen, in welken
zy gevonden werden, aan onvermogenden
behoorden, die niet in't Haarddcdcgeïd
droegen; gelyk men, zckerlyk,de haard-
deden der Klooderen en Godsdiendige
Gefügten overgeflaagen heeft. Het ge-
tal der Huizen zou, in zulk een geval,
ook grooter geweed zyn. In 't jaar'1632,
toen de derde uitlegging, reeds voor een
goed gedeelte, betimmerd was , fchoon
'er, tuffchen de Prinfen- en Baangraft,
nog vecle erven ledig lagen (r), werden
veertien duizend vier honderd en veer-
tig Huizen in de Stad , en elf honderd
twee en twintig in de Voordeden, famen
vyfiien duizend vyf honderd twee en zeflig,
geteld (Y). Men zict hieraan, hoe zeer
de Stad, in den tyd van ruim honderd
jaaren, in getal van Huizen, toegenomen
"was. Met de laatfte uitlegging, zyn dee-
ze Voordeden, grootcndeels, in de Stad
getrokken, en, na 't genoegzaam betim-
meren dier uitlegginge, zyn 'er, in 't
jaa.r 1732, binnen de Stad en de Vryheid,
zes en twintig duizend vyf en dertig Hui-
zen in de Lyden der Verpondinge gebragt;
welk getal, tot in't jaar 1740, met twee
honderd twee en tagtig vermeerderd
was ((); zo dat 'er toen zes entmutig dui-
zend drie honderd zeventien
Huizen. geteld
werden , die verponding fchuldig waren,
't Getal der Huisgezinnen is , in 't jaar
1747, opgenomen, en bevonden te zyn
een en veertig duizend vyf honderd een en zes-
tig
, naamlyk twee en twintig duizend agt
honderd een en twintig Huisgezinnen, die
in Huizen, en agttienduizend zevenhon-
derd en veertig, die in Agterhuizen , in
Kelders en op Kamers woonden.
Zo na weet men, tegenwoordig, 't ge-
W0
Her
reo
taI der Huizen en Huisgezinnen. Het te
Jiatl 4m- genwoordig getal der ingezetenen is moei-
erdam, lyker te bep aaien. In't jaar 1622, zynze
geteld geworden, en bevondt men toen
(r)' Refol. Vroedfch. iV. 16. 6 Oft. ifizs. ƒ. js.
(5) Chron. van Medenblik, hl. ïoo.
(t)Zie N. STRUYCK Nader Ontdekk. omtr. den ftaat
van 't Menfch. geflagt gedr. 1753. U. 132.
NAAM-
G 2
-ocr page 109-
52                   AMSTERDAMS              I. Deel.
N A A M- e N P L A A T S-W Y 2 E R
Fdn alle GRJFTEN, STRAATEN, STEEGEN en
•voornaame G A N G E N der Stad
AMSTERDAM.
B E R I G T.
De volgende Naam- en Plaatswyzer is verdeeld in zeven Hoofddeelen, mee
I. II. III. IV. V, VI. en VII. aangeweezen, gefchikt naar den oudften beken-'
den ftaat der Stad en derzelver verfcheide Vergrootingen. In ieder derzelven ,;
vindt men de voornaame Graften, S traaten en Eilanden, met groote
letters, en A. B. C. D. enz. getekend: de mindere Graften, Straaten,Steegen, Gan-
gen, op de voornaame Graften of Straaten beginnende of eindigende, met i. 2. 3.
enz., a. b. c. enz., f. {. *. enz., en kleine letters; gaande de telling derzelven o-
veral van binnen naar buiten, of, in de oude Stad, naar den Y-kant,en in de twee
laatfte uitleggingen VI. en VII., naar de Vellen, Agter de naamen der doorloopen-
de Graften, Straaten, Steegen, of Gangen, wordt overal aangeweezen, waar zy
uitkomen. Als 'er niets agter ftaat, blykt, dat zulk eene Graft, Straat enz. niet door-
loopt, ten ware het tegendeel daarby aangetekend ftondt, gelyk fomtyds, omtrent;
Graften, Straaten of Steegen, die op Markten, Pleinen, of aan de Schans uitkomen,
gefchiedt. De Naam- en Plaatswyzer toont dus, welke Graften, Straaten, Steegen enz.
in de oudfte en jongere gedeelten der Stad leggen, en wat 'er, in elke, vergrooting'/
bygekomen is. De ftrekking of loop dier Graften, Straaten enz. wordt'ér insgelyks
in aangeweezen. Ook kan men 'er den naam in vinden van eene Graft' Straat of
Steeg, welker plaats bekend is. Zomen, by voorbeeld, weetenwil, hoe'de zeven-
de
Steeg aan de Ooftzyde van het Rok in heet , ziet men, in Hoofddeel I op.
de Letter A., by 7., M dmelver^naam Iferemytm-fieeg is. Agter dien naam, ftaat,.
Zie I. /. 14. twelk, 111 t zelfde Hoofddeel, wyft op de Letter/, zynde het teken
van de Nes; waar men,by 14., de zelfde Heremyten-fieeg getekend vindt: waaruit
blykt, dat dezelve in de Nes uitkomt. Zo de naam van eenige Graft, Straat of Steeg
bekend is, en men derzelver plaats begeert te weeten;kan men, in de L yst naar orde
van't A.
B. C., die op den Naam- en Plaatsivyzer volgt, vinden , waar dezelve , in
den Naam- en Plaatswyzer, getekend ftaat.
J                                             de Mozes- en Aäron-ftraat. Zie I D 14
Beooften of agter de Nieuwe Kerk,'gemamd
Het oudfte bekende gedeelte der Stad, toen zy,
          ,_ *l]™Se-J.eeS- J™ *• M. 12. a.
in 'tjaar i34a, fen Oosten, met denOum-         de NlEÜ™™- Zie LM.
ZYDS - Voorburgwal , ten Westen met den                  r
TSTIEUWE-ZYDS-VOORBURGWAL , ttwZüIDKN,                       ^ R A F T E N ,
A. 't Rokin, oudtyds , de Anfiel.
D E D A M                            h- T Water °f Damrak.
legt omtrent midden in de oude Stad.                         Aan de °oft' "/ °ude zydc ■'
Op oen zelven loopen mt                                 . , m . ,.T.
^                                                                     Aan de Weft- of Nieuwe zyde:
het Damrak of Water. Zie I. B                  D. Nieuwe-zyds-Voorburgwal.
de Vygendam of Middeldam Ziel. I. IS.
de Beurs-fteeg (Zie I. A. 18.), uitkomende op   -                        In l Z"ldf'
het Rokin. Zie I. A.                           £• de G^m-burgwal, oudtyds, de Grim.
de Kromelleboog-fteeg. Zie I. A. 17.              *■ «etbpuij.
de Kalverstraat. 'Zie I. L.
de Gafthuis-fteeg. Zie I. D. 13.
In
-ocr page 110-
AANWAS en GELEGENHEID.
IL Boek.
53
a. 't Gebed zonder end. 2..z.ZieLE. 1.
a. Barberftraat. Zie I. ƒ. 2.
3.  Lomberds-fteeg. Zfe I. f, 3.
4.  Engelfcbe Poort.
5.  Agter de Hal, en ter wederzyde
van de Groote Hal.
ten Zuiden heette ook S. Pieters -fteeg.
Zie I. I. 5.
6.  Pieter Jakobsz-ftraat. Zie 1.1- 6. en in de-
zelve
a. Pieter-Jakobsz-Dwarsftraat. {Zie I. C. 7. a.),
in welke is O. z. de
f. Steenhouwers fteeg op .den Voorburgwal
uitkomende.
7.  Hal-fteeg, waarin
a. Pieter-Jakobsz-Dwarsftraat {Zie I. C. 6. a.)
uitkomt. Zie I. ƒ. 7.
8.  Pyl-fteeg. Zie l. K. 1. heeft Z.z. twee gan-
gen en N. z. een: Ioopende in de
9.  Jan de Vriezen-fteeg: heeft N. z. een gang,
Ioopende in de
10.  Servet-fteeg, oudtyds, Ravetfleegje. Zie I. K. 2.
in dezelve is N. z. een gang, Ioopende
in 't
11.  Duive-fteegje, oudtyds, Arend Jakohszoons-
fteeg,
heeft ook N. z. een gang, loo-
■ pende in de.
In 't Noorden:
0.  Oude Teertuinen, oudtyds, Houttuinen.
H. Texelsche Kaai, oudtyds, Nieuwe-zyds-Hout~
tuinen.
Groote Straaten.
Aan de Ooft- of Oude-zyde.
1.   Nes , oudtyds, ten deele, de Nejje of Giimnes-
fe, ten deele, Gansoord.
K.
Warmoesstraat, oudtyds , ten deele, Kerk-
ßraat,
ten deele, Warmoe sflraat.
Aan de Weft- of Nieuwe-zyde :
L. KalverstraAt, oudtyds, ten deele Bindwykoï
Binnenwyk.
M.
Nieuwendyk , oudtyds, Windmolenflraat.
Kleine Straaten en Steigen.
A. op 't R
O K - I N.
Van de Lange -brug tot den Dam.
Ooflzyde.
Lange-brugs-fteeg. Zie I. 7. 8.
Kalfsvel fteeg of Styffel-fteeg. Zfe I. I. 9.
Cellebroêrs-fteeg of Pens-fteeg. Zie I. ƒ. io
12.
Wyde-Lomberds-fteeg. Zie I. ƒ. 11.
S. Pieters-Poort. Zie I. ƒ. 12,
^Nadorft-fteeg. Zie I. ƒ. 13.
, Heremyten-ffeeg , eertyds, Utrechtfche Stei- 13. S
gers-fleeg. Zie 1. I. 14.
houten-fteeg, oudtyds, Jan Schouten-Aarts-
zoom-fteeg. {Zie I. K. 3.) heeft een gang
Z. z., Ioopende in'tDuive-fteegje, en
een N. z. in de
Jans-ftraat. {Zie I. Ä". 4.). In dezelve is
N- z. een gang, Ioopende in de
eidekkersfteeg,komt Z.z. door een gang
in de S. Jans-ftraat.
ooijers-fteeg.
laauwlakens-fteeg.
wartlakens-fteeg.
. Anne-ftraat. Zie. I. K. 5. in dezelve N. 2.
S. Anne-Dwarsftraat, in welke, tenOoflen,
Weflzyde.
, Tak-fteeg. Zie I. L. 1.
Water-fteeg. Zie I. Z,, 2.
Enge Kapel-fteeg. 2Tïc I, L. 3.
Wyde Kapel-fteeg. Zie I. L. 4
14.
15-
16.
17-
18.
9-
10
II.
1213
Mooren-fteegje.
Duifjes-fteeg. Zie I. L. 5.
uitkomen.de volgende twee Steegen,
die op den Burgwal ingaan.
Dolle Begynen-fteeg.
Trompetters-fteeg of Zoger-fteeg.
Oude-Kerks-Plein. Zie.L K. 6. 7. 8.
Agter de Oude Kerk, in de Bogt.
Sleepers-fteeg, eertyds, Paternoßersßeeg.
Niezel. Zie 1. K. 9.
Heintje-Hoek-fteeg. Zie I. K. 10.
Zak-fteeg of Suikerbakkers-fteeg.
Oude-zyds-Arm-fteeg. Zie I. K. 11.
Wyngaardsftraatje. Zie l.K. 12.
14.
16,
Gaapers-fteeg, oudtyds, Ouen-fleeg. Ziel
. L. ó\
Spaarpots- o/ Spreeuwpots - fteeg, oudtyds,
Jakob van Olen-fleeg. Zie I. L. 7.
Paapenbroek-fteeg , oudtyds , Popius -fleeg
Kromelleboog-fteeg, oudtyds, 't Roode'-leéu-
wen-fleegje
, komt uit op den Dam.
19.
20.
21.
22.
23-
24.
25-
26.
27.
2S.
Het RoKiN ter wederzyde de Beurs
beet
18. Agter of bezyden de Beurs,
en
Beurs-fteeg.
B. Water of Dam rak.
Weflzyde.
1.  Valken-fteeg. Zie I. M. 1.
2.  Dubbelde-Worft-fteeg, eertyds, Romeni-ßraat.
Zie I. M. 2.
jD. Nieuwe-zyds-Voorburgwal.
Ooflzyde.
S. Lucien-fteeg. Ziel. L. 11.
Turfhok-fteeg of Turkfche Keizers-fteeg.
Zwarte Paard-fteeg.
Witte Kelk-fteeg.
Mooriaans-fteee
3-
4-
5-
6.
8.
9-
Zout-fteeg. Zie I. M. 3.
Baafjes-fteeg. Zie I. M. 4.
Vrouwen-fteeg. Zie I. M. 5.
Mandemaakers-fteeg. Zie I. M. 6.
Oude-brugs-fteeg. Zie I. M. 7.
Karnemclks fteeg. Zie I: M. 8.
Kapel-ftceg. Zie I. M. 9.
Stoutehaans-fteeg of Penfionaris (leeg-
Slooterdyks-fteeg.
8.  Melkmeisjes-fteeg.
9.  Azynmaakers-fteeg of Zwartlakens-fteeg.
10. Spykerboors-fteeg.
1 r. Jonge Roelen-fteeg. Zie ft L. I2-
12. Boeren-fteeg of Melkboeren-iteeg, o/Blaau-
wehaan-fteeg-
Gaftbuis-fteeg.
                 C «omen uit oP
Mozes en Aäron-ua'aat: _ f den Dam. .
Ten einde van 't Water , komt men Weßvoaaräs
aan de
Texelsche Kaai. Zie I. H.
OUDE-ZYDS-VOORBURGWAL.
Weflzyde.
Svir? fteCS °f Züver"fteeS- Zis I. *• l-
14
15.  Gravenftraat. Zie I. M. 12.
16.  Zwarrehand-lleeg, eertyds, School fleeg. Zie
X. M. 12. a. f.                       J b
C 3
't Hol
17-
-ocr page 111-
AMSTERDAMS
I. Deel.
54
17.  't Hol. Zie LM. 13. •
18.  S. Nikolaas-ftraat. - Zie l.\M. 14.
19.  Geemukl-fteeg, komt N/z. met een gang
uit in de
20.  Nieuwftraat. Zie I. M. i5- In deeze is N-Z-
een flop , waarin Ooflwaards een ande-
re loopt,
a. Spamaards- of Spanjes-poort genaamd, meteen
winkelhaak in de Dirk van Haffelts-fteeg
uitkomende: en WeftvJaards de
15' Vygen- of Middeldam : en daar op
een poort of doorgang ten Zuiden naarde
Bcurs-fteeg, en
twee ten Noorden naar de groote Vifch-
markt.
K. Warmoesstraat.
Ooflzyde.
Pyl-fteeg. Zie I. C. 8.
L
L
IC
Servet fteeg. Zie I. C.
Schouten-fteeg. Zie I.
S. Jans-ftraat. Zie I. C.
10.
C 12.
13-
21.
22.
Suikerbakkers-fteeg.
Dirk van Haffelts-fteeg. Z?e I. M. ig.: en
in dezelve
aan de Zuidzyde,
Louwen-poort of Meefter Louwen-fteegje.
Spanjaards- of Spanjes-poort, uitkomende
in de Suikerbakkers-fteeg.
aan de Noordzyde,
S. Anne-ftraat: in dezelve*
a. een Dwarsftraat, hebbende
ten Weflen
\.
Goudbergs-fteeg.
\. Bethlehems-fteeg.
\. Trompetters-fteeg.
ten Ooflen, Zie I. C. 18. a.
6. Zoete-naam-Jezus-fteegje. T komen uit op 't
C
d
23-
24.
Zilverfmids gang, of Kruimans-fteegje.
Stuivers gang.
Kolk en Kolk-fteeg. Zie I. M. 17.
S. Jakobs ftraat. 7Ae I. M. 18.
t. Wyde-Kerks-fteeg.
8.  Enge-Kerks-fteeg.
VOude-Kcrks-
J plein. Ziel.C.21,
aan de Zuidzyde
Dwarsftraat, uitkomende op de Kolk.
9.  Niezel. Zie I. C. 24.
10.  Heintje-Hoek-fteeg. Zie I. C. 25.
11.   Oude-zyds-Arms-fteeg. Zie I. C. 27.
12.  Wyngaards ftraatje. Zie I. C. 28.
13.  Oude-zyds-Kapel-fteeg, loopt naar de O. Z. '
Voorburgwal Weflzyde.
het einde der Warmoesfiraat heet
14.  S. Olofs-poort,
buiten welke is de
15.  Kamper-fteiger.
Weflzyde.
16.  Vifch-fteeg, oudtyds , Henrik Katrynszotms-
fteeg, loopt naar de Vifchmarkt.
25-
Oude Braak
in dezelve f drie niet doorloopende gan-
gen,
een gang , uitkomende in de
a. Kromelleboog-ftaeg op den Nieuwendyk.
Zie 1. M. 19., en
een gang, uitkomende in de
26.  Nieuwe-zyds-Arm-fteeg. Zie I. M. 20.
27.  Brouwers-fteeg. Zie I. M. 22.
JE. Grim burgwal.
I. Gebed zonder end, hebbende
ter wederzyde
een niet doorloopende dwars-gang , en
uitkomende in de Kuipers-fteeg. Zie
I. C. I. I. I. 1.
F. S p u ij.
1. Noordzyde, of agter de begynen.
G. Oude Teertuinen,oudtyds,
■w-r            . •                       r-f. TTT          /?
17.
18.
19.
20.
21.
22.
Eerfte Waaigat. -^
Paapenbrug-fteeg.
Tweede Waaigat. [_
Oudebrug-fteeg. <*
Guldehand-fteeg. j
Nieuwebrug-fteeg.J
loopen regt tegen 't
Water Ooflzyde.
L. Kal.verstraat.
Van de OfTen-fluis tot den Dam.
Ooflzyde.
1.  Tak-fteeg. Zie I. A. 8.
2.  Water-fteeg. Zie I. A. 9.
3.  Enge-Kapel-fteeg. Zie I. A. 10.
4.  Wyde-Kapel-fteeg. Zie I. A. 11.
5.  Duifjes-fteeg. Zie I. A. sg.
6.  Gaapers-fteeg. Zk I. A. 14.
7.  Spaarpots-fteeg. Zie I. A. 15,
8.  Paapenbroeks-fteeg, Zie 1. A. 16.
Weflzyde.
9.  Roozeboom-fteeg, loopt regt agter de Be-
gynen. Zie I. F. 1.
10.  Begynen-fteeg, loopt naar 't Begynhof.
11.  S. Lucien-fteeg. Ziel. D. 1.
12.  Jonge Roelen-fteeg. Zie I. D. u.
M. Nieuwendyk.
Van den Dam tot de Oude Haarlemmer-fluis.
V
Houttuinen. Zie III. F.
1. Zeedyk. Zie onder III. /.
H. Texelsche Kaai.
1.  Haffelaai-s-fteeg, oudtyds, Trouwloos-ßeeg.
l.ic I. M. 1 o.
2.  Ramskooi. Zie I. M. 11.
I. Nes.
Ooflzyde.
1.  Kuipers- of Zilver-fteeg. Zie l.C I.
waar in
a. 't Gebed zonder end Z.z. Ziel. E. I.
2,  Barber-flraat. Zie l. C. 2.
3-
4.
5-
6.
7-
Lomberds-fteeg. Zie I. C. 3.
Hal-plein of Boeren-Vifchmarkt. Ziel. C. 5.
Aster of nevens de Hal, eertyds S. Pieters-
(leeg. Zie \.C. 5.
p;eter-Jakobsz ftraat. Zie I. C. 6.
Hal-fteeg. Zie I. C, 7.
M-
Ifefizyde.
Langebrug-fteeg. Z& *• -<£ *•
Ooflzyde.
1.  Valken-fteeg. Zie I. B. 1.
2.  Dubbelde Worft-fteeg. Zie I
3.  Zout-fteeg. Zie I. JS. 3.
4- Baafjes-fteeg. Zie I. 5. 4
5. Vrouwen-fteeg. Z« I. B, 5.
9.
10
Kalfsvel- <ƒ Styffcl-fteeg. Ä« I. A.2.
Cellebroêrs-fteeg o/Pens-fteeg. liel.A. 3.
11.  Wyde-Lomberds-fteeg. £** *• A- 4-
12.  S. Pieters-Poort. Zie I. ^ 5-
13.  Nadorft fteeg. Zz'ir I. X 6.
14.  Heremyten-fteeg. Z/'e I. A. 7.
ß. 2.
<5. Man-
-ocr page 112-
OPKOMST EN AA N..W A S.
I. BoEjt.
SS
9. Mostaardpot-fteeg o/ Schuitmans fteeg. Zie
II. Z). 8.
10.  Korte Lynbaans-fteeg of Kleimans -fteeji. Zie
II. D. 9-
11.  Pottebakkers fteeg. Zie II. D. io.
II.
2?.
Mandemaakers-fteeg. Zie I. jB. 6.
Oudebrugs-fteeg. Zie 1. B. 7.
Karnemelks-fteeg. Zie I. 5. 8.
Kapel-fteeg. Zie L .B. 9.
Haffelaars-fteeg. Zie I. 77. 1.
Ramskooi. Zie I. H. 2.
Weflzyde.
Graven-ftraat. Zie I. D. 15. aldaar
te;j Zuiden
. Agter de Nieuwe Kerk, of Elendige fteeg,
uitkomende op den Dam.
ten Noorden
.
de Blaauwe ftraat en erf, loopende
Wefivoaards, naar de
f. Zwarte hand-fteeg. (Zie I. D. 16.) en
Oojlvjaards, naar het
Hol, (Zie 1. D. 17.) welk ook ten Noorden
uitloopt in de
S. Nikolaas-ftraat. Zie I. ZX 18.
Nieuw-ftraat. Zie I. D. 20.
Dirk van Haflelts-fteeg, -Zie L D. 22.
Kolk-fteeg. Z& I. D. 23.
S. Jakobs ftraat. Zie I. D. 24.
Bromelleboogs iteeg. Zie I. D. 25. a.
Nieuwe-zyds-Armfteeg. Zie I. D. 26.
Klapmuts-fteeg, eertyaLr, Malle Frans-fteeg.
Brouwers-fteeg. Zie I. D. 27.
II.
6.
7.
8.
9-
10.
11.
12.
12.  Waterfcheeps-fteeg of Hopkuil
•fteeg. Zje
II. D. 11.
13.  Klimop-fteeg. Zie II. D. 1-2.
C. Oude-zyds-Agterburgwal,
Weflzyde.
C.
Agnieten-ftraat. Zie 11. ^. 1,
Prinfcn-Hof-fteeg. Zie 11. A. 3.
Oude Doele-ftraat. Zie .11. A. 4.
Stoof-fteeg. Zje II. ^. 5.
Kreupel-fteeg. Zie II. Jf. 6.
Minderbroeders-fteeg. Zz'e II. ^f.
Korte-Niezel. Zie 11. y£ 8.
J3-
14.
ï'i-
16.
17-
18.
19.
20.
21.
22.
8. Rotteneft. Zie 11. ^. 9.
D. Nieuwe-zyds-Agterburgwal, _q.
Oofizyde.
•1. Roskam-fteeg. Z/e II. B. 1.
2. Roosmaryn-fteeg. Zie II. B. 2.
3-
4-
5-
6.
7-
8.
9-
10.
II.
12.
Wyde-fteeg. Zie II. B. 3.
't Keizerryk. Zie 11. 5. 5.
Stil-fteeg. Zie II. 5. 6.
Huiszitten-fteeg. Zie II. Z?. 7.
Mol-fteeg. Zie II. 5. 8.
Mostaardpot-fteeg. Zie II. 5. 9.
Vergrooting der Stad, federt het graaven der
NIEUWE GRAFT , »M f/e OuDE- en NlEUWE-
Zyds-Agterburgwal , voor het jaar 1400.
Grapten.
A.  Oude-zyds-Voorburgwal Oofizyde, of Fluwee-
LEN-BURGWAL.
B.  NiEUWE-zYDS-VooRBURGWAL Weflzyde.
C.   Oude-zyds-Agterburgwal Weflzyde.
D.  Nieuwe-zyds-Agterburgwal Oofizyde.
A- OUDE-ZYDS-VOORBURGWAL,
Oofizyde,
of
Fluweelen-Bukgwal.
1.  Agnieten-ftraat. Zie II. C. 1.
2.  S. Katrynen-Kloofters gang.
3.  Prinfen-Hof-ftecg, oudtyds, S. Cecilien-fleeg.
Zie 11. C 2.
4.  Oude Doele-ftraat. Zie II. C 3.
5.  Stoof-fteeg, oudtyds, Huiszitten - fteeg. Zie
II. C. 4.
6- Kreupel-fteeg. Zie 11. C. 5.
7.  Minderbroeders-fteeg, ooitOude-Kerks-fteeg,
in 't gemeen Oude Kennis-fteeg. Zie
11. c:6.
8.  Korte-Niezel o/B'aauwe Lelie-ftraat Zie
II. C. 7.
9.  Rotteneft, of Zoutkoopers-fteeg, o/Vreden-
burgs-fteeg. Zie II. C. 8.
5. NlEUWE-ZYDS-VoORBURGWAL,
Wefizyde.
Korte Lynbaans-fteeg.
Potte bakkers-fteeg. Zie
ie 11. 5. 10.
II. B. 11.
Waterfcheeps-fteeg. Zie II. B. 12.
Klimop-fteeg. Zie II. B. 13.
III.
Pergrooting der Stad, omtrent het jaar 1480,
door het bemuuren derzdve, langs de Oo'st-
zyde van den Singel , en de Westzyde van
den
Kloveniers - Burgwal en Geldersche
Kaai.
G R A F T E N.
A.  Oude-zyds-Agterburgwal Oofizyde.
B.  Nieuwe-zyds-Agterburgwal Weflzyde.
C.  Singel Oofizyde.
D.  Kloveniers-Burgwal Weflzyde.
E.   Geldersche Kaai.
F.  Oude Teertuinen, oudtyds, Houttuinen.
G.  RoKiN,vande Schaapenmarkt tot de Lange brim;
H.
Oude Turfmarkt.
GrooteStraaten.
I. Zeedyk.
K. Kalverstraat , van de Schaapvimarkt tot de
Ofljen-fluis.
L.
Nieuwendyk , van de Oude tot de Nieuws
Haarlemmer-fluis.
A. Oude-zyds-Agterburgwal,
Oofizyde.
1.  Blyde Hoek, zynde het Zmdeindc van dien
Burgwal.              „. TTI n
2.  Oude-man-huis-Poort^Z« lil. D. 2.
III.
A.
1.  Roskam-fteeg. Zie II, D. I-
2.  Roosmaryn-fteeg. Zré"lï- Ö.
3-  Wyde-ftecg. Zie 11. D. 3.
4-  Kaatsbaans-fteeg.
5-  't Keizerryk. Zie II. D. 4.
<3. Stil-fteeg. Zie 11. D 5.
7- Huiszitten-fteeg. Zie 11. D.
>Mol-fteeg. Zie 11. D. 7.
?,
j. Slykftraat. ZieUl.V- 3-
4. Rusland. 7JeU}-D- f
5 Spïnhuis-fteeg. Zie III. D. 5.
6. Kor-
-ocr page 113-
A 'M S T E R t> A M S
56
■I. Deel.
6. Korte-Spinhuis-fteeg.
Deeze, twee Spinhuis-fteegen loopen in
't midden door een
a.  Dwarsftraat in eikanderen, in welke dwars-
en tuffchen den Nieuwendyk en de Ha-
ringpakkery, de
21.  Martelaarsgraft.                                    _
22.  Haringpakkery. Zie III. C. 19.
ftraat, Oqflwaards een niet doorloo-
pende fteeg loopt, genaamd de
b.  Zak-fteeg.
7- Waalen-Kerks-Pleinv tti
             ■ ■ .
8. Oude Hoog-ftraat. Zie III. D. 6. en daarin,
         *
ten Zuiden,
a. Éethanie-Dwarsftraat.
u^i^nie-ftraat. Zie III. D. 9. in dezelve
ur         PINGEL»
Ooßzyde
't Kioofter hebbende drie ingangen, een
Dwarsftraat, en de raiddelftl ingang
in Ä-ltsang in de Kalverftraat- z»>
'• Heilige-Weg -(Zfä m. £ 4>) en den
zelven Z. z. de
a.  Vrouwen gang: en N. z
b.  Handboogftraat. Zie III. Cj a
c.  Voetboogftraat. Zie III. C 3' b'
d.  Schaapen fteegje , in de Voetboosffraat
uitkomende,
i. 't Spuij, (Zie UI. K. 5-) waarop uitkomen,
aan de Z.z.
a.  Handboogftraat. Zie III. C. 2. b.
a Bethanie-Dwarsftraat, waar in uitkomt de
'+. Boeren-fteeg, die ook in de Bethanie-
fltaat, en op den Kloveniers-Burgwal
(Zie UI. D. 8.) uitkomt.
10.  Koeftraat. Zie llLDiio. en in dezelve Z.z.
a.  Oude Hoefyzers gang.
b.  Nieuwe Hoefyzers gang.
11.  Hoogkamers-fteeg of gang.
12.  Barnde-fteeg.(Zie lil. D. 11.),waarin,N.z.
a. Bruiniften gang.
13.  Bloedftraat. (Zie III. D. 12.), waarin ,N. z.
twee Dwarsftraaten, de Ooftelyke ge-
naamd
a.  de Gordynen-fteeg, de Weftelyke
b.  de Bloed- of Monniken-dwarsftraat, beide
uitloopende in de
b.  Voetboogftraat. Zie lil. C. 2.
c.
Korte Hei-fteeg. Zie lil. B. 1.
Vliegende-fteeg. Zie III. B. 3.
Kaatsbaans-gang.
Raam-fteeg. Zie III. 5". 4.
8.  Kruis-fteeg of Schoorfteenveegers-fteeg. Zie
III. xi. 5,
9.  Korte Gafthuis-MoIen-fteeg. Zie 111. B 6
10.  Korte Huiszitten-fteeg. Zie III. 5 9
11.  Jan-Rooden-Poorts-Tooren-fteeg o/fooren-
fteeg. Zfclli.j.I0. s^100rei1
12.  Spaarpots-fteeg. Zie lil. B rj
13.   Lynbaans-fteeg. Zie in. ß I2"
14.  Korte Korsjes-poort-fteeg. Zje III B i*
15.  Osjes-fpook-fteeg. Zie III. B ia a °'
16.  Jeroenen-fteeg, uitkomende op de
17.  Kuip of Stroomarkt, waarop nog uit-
loopen.                              r °
^4
15
Monniken-ftraat. Zie lil. D. 13.
Molen-fteeg. Zie III. I. 6.
16.  Boom-deeg. Zie III. 7. 7.
17.  Korte Storm-fteeg. Zie lil. I. 8.
B. Niéüwe-zyds-Agterburgwal,
Weßzyds.
I.
2.
3-
4.
5-
6.
Korte Hei-fteeg. Zie III. C. 4.
Houtzaagers gang.
Vliegende fteeg , oudtyds, Fye Vliegenßeeg
en Vyf vliegen-ßeeg. Zie III. C. 5.
Raam-fteeg. Zie III. C. 7.
Kruis-fteeg o/ Schoorfteenveegers-ftécg. Zie
III. C. 8.
a.
b.
c.
'tKattegat. Zie lil. B 14
Engelfche-fteeg. Zie 111/ 3
Smak fteeg. (Zfe III. Z.. 4.)'waarin N.z.
een gang.
d. Gouwenaars-fteeg. (Zie III L <; )
18.  Nieuwendyk Zie onderin I
19.  Haringpakkery. Zie III. ï.k aldaar
a. Panaals-fteegje , eertyrfj- Holmans-fteegje.
Zie III. L. 2. .•
D. Kloveniers-Burgwal
TVeflzyde.
1.  Nieuwe-Doele-ftraat. Zie Hl, ƒƒ. r/
2.  Oude-Manhuis-Poort. Zfe Ilf ^f 2"
3.  Slykftiaat. Zie III. A.^.
4.  Rusland. Zje III. A. 4.
5.   Spinhuis-fteeg. Zje \\\. A. Sf6.
6.  Oude Hoogftraat. Zie lil. A. 8.
7.  Klokken fteegje.
8.  Boeren-fteeg. Zfe III. ^T. 9. a. +.
9.  Bethanie-ftraat. Zie lil. A. 9.
10.  Koeftraat. Zfe III. A. 10.
11.  Barnde-fteeg. Zie III. A. ia,
12.  Bloed-ftraat. Zie III. ^. 13.
13- Monniken-ftraat. Zie III. A. 14.
E. Geldersche-Kaai,
i- Stonn-fteeg. Zie III. 7. 1.
2-  Waterpoorts-fteeg. Zie III. 7. 2.
3-  Frans Talingen fteegje, of Frans Teilingen-
fteegje, ook Kromclleboog-fteeg. Zie lil.
*■ 3-
F. On-
Korte-Gafthuis-Molen-ft
en daar in, N. z.
. Naaldenmaakers-gang,
Wyngaards-fteegje.^
Sprokkelbeurs-fteegje.
,8. (ZfelII. G.9.),
, eertyds, Hamfleegje.
Zie UI. C. 10.
9-
10.
11.
12.
Korte Huiszitten-fteeg.
Jan-Rooden-Poorts-Tooren-fteeg,o/Tooren-
fteeg. Zie UI. C. 11.
Spaarpots-fteeg. Zie 111. C. 12.
Lynbaans-fteeg. (7Je III. C. 13.) in dezelve
een Dwarsftraat, genaamd de
. Oude Nieuw-ftraat, uitloopende in de
Korte Korsjes-poorts-fteeg. (Zie III. C. 14.),
waar in nog een Dwarsftraat, genaamd
de
. Teerketels-fteeg, komt uit aan 't water van
'tKattegat. (Zie III. C. 17. a.), waar in, Z.z.
een fteegje, uitloopende op den Singel,
genaamd
. Osjes-fpook-fteeg, eertyds, Steeg naaft de
Brouwery van den Os. (Zie 111. C. 15.),
en N.z. een diergelyk, uitloopendeop
den Agterburgwal, genaamd het.
Hemelryk.
't Kleine Hemelryk.
Zwarte-byl-fteeg.
Smids-fteeg.
                    r
Nieuwendyk. He lil-L-
De Nieuwe-zyds-Agterbiirgwa toflehen t
1.3'
H
IS-
16.
17.
18.
19.
heet het
, Kattegat en den Nieuwendyk, **«■ *-
Hekelveld.
20.
-ocr page 114-
II. Boek.            AANWAS KN GELEGENHEID.
57
B.  De Waal of Oude Waai..                                     IV.
C.   Boomsloot en Dwarsboomsloot.
£>. Oude Schans of Montelbaans-Burgwal.
i LiSTHDjE.                       J.
i. Dykftraat. Zie IV. C. 3. d.
waarin, Je?j Noorden,
a. Dyk-Dwarsftraat.
2.  Keizers ftraat. Zie IV. C. 3. f.
waarin , ten Noorden,
a. Keizers Dwarsftraat.
3.  Konings ftraat. Zie IV. C. 3. g.
waarin, ten Noorden,
a.  Brandewyns-fteeg. Zie IV. C. 1.
ten Zuiden.
b.  Suikerbakkers-fteeg.
waarin
t Zak-fteeg. O. z.
4.  Boomdoot. Zie IV. C.
5.  Ridder-ftraat. (Zie IV. D. 6.), waarin
a.  eerfte Ridder-Dwarsftraat. Zie IV. C. 4.
b.  tweede Ridder-Dwarsftraat. Zie IV. C. 5.
6.  Jonker ftraat. (Zie IV. D. 7.), waarin
a.  eerfte Jonker-Dwarsftraat. Zie IV. B. 2.
b.  tweede Jonker-Dwarsftraat. Zie. IV. B. 3.
7.  Bantammer ftraat. (Zie IV. B. 5.), waarin
a. de Kollegats -fteeg, loopende toe door de
tweede Jonker-Dwarsftraat.
8.  Schippers ftraatje. Zie IV. B. 6.
9.   Lelie ftraatje. Zie IV. B. 7.
10.  Wittepaards-fteeg.
11.  Smids-fteeg. Zie IV. B. 8.
B Waal of Oude Waal.            B.
1.  Smids-fteegje.
2.  eerfte Jonker Dwarsitraat. Zie IV. A. 6. a.
3.  tweede Jonker Dwarsitraat. Zie IV. A. 6. b.
4.  Kollegats dwars-fteeg. Zie IV. A. 7. a.
5.  Bantammer ftraat. Zie IV. A. 7.
6.  Schippers ftraatje. Zie IV. A. 8.
7., Lelie ftraatje. Zie IV. A. 9.
8- Smids-fteeg. Zie IV. A. 11.
C.BOOMSLOOT fflDwAKSBOOMSLOOT. C.
Zuidzyde van Boomsloot.
1.  Brandewyns-fteeg. Zie IV. A. 3. a.
2.  Korte Konings Dwarsftraat. Zie IV. D. 4.3.
3.  Tuffchen beiden loopt Dwarsboomsloot.
en daar op ten Ooflen
a.  Korte Dyksftraat. Zie IV. D. 2.
b.  Korte Keizers-ftraat. (Zie IV. D. 3.), in
welke                           ,
\. Korte Keizers-Dwarsftraat. ZielV. D. 3.3.
c.  Korte Konings-ftraat. (Zie IV. D. 4.), waarin
\. Korte Konings -Dwarsftraat. Zie IV, D. 4. a.
ten Weflen,
d.  Dyk-ftraat. Zie IV. A. 1.
e.  't Slootje, uitloopende, met twee uitgan-
gen in de Keizers-, en met één uitgang
in de Dyk-ftraat.
f.  Keizers-ftraat. Zie IV. A. 1.
g.  Konings-ftraat. Zie IV. A. 3.
h. Boom-fteeg.
Noordzyde van Boomsloot.
4.  eerfte Ridder-Dwarsftraat. %*? *V- A- 5- a.
5.  tweede Ridder-Dwarsftraat. Z*e IV. A. 5.b.
D.  Oude Schans of MontelBaans. £.
Burgwal.
F. Oude Teertuinen, oudtyds
HoUTTUINNEN.
i. Zeedyk. Zie III. I.
2.  Kamperhoofd, en
3.  Schreijers-boek.
4.  Oudezyds-Kolk. Zie III. L 4.
G. Rok in, van de Schaapenmarkt tot de
Langebrug.
1.  S. Joris-fteeg. Zie III. K. 1.
2.  Katersfteeg: heeft ter wederzyde een dwars-
gang.
3.  Olieflaagers-fteeg. 7Je 111. K. 2.
H. Oude Turfmarkt.
1.  Nieuwe Doele-ftraat. Zie III. D. 1.
2.  Gafthuis-Hof, eertyds Gafthuis-Kerkhof.
3.  Grimmenefle-lluis.
/.Zeedyk.
Ooflzyde.
1.  Storm-fteeg. Zie III. E. r.
2.  Waterpoorts-fteeg. Zie III. E. 2.
3.  Frans Talingen-fteegje of Frans Teilingen-
fteegje, ook Kromelleboog-fteeg. Zie
UI. E.
3.
4.  Oudezyds-Kolk. Zie lil. F. 4-
5.  Muggebeensgang.
Weflzyde.
6.  Molenfteeg. Zie III. A. 15'.
7.  Boomfteeg. Zie III. ^rf. 16.
8.  Korte Storm-ileeg. Zie lil. A. 17.
een gang.
9.  Oude-zyds Wyde Kapelfteeg , uitloopende
op de O. z. Voorburgwal Weftzyde.
K. Kal verstraat, van de Schaapen-
markt
tot de Offcn-fluis.
Ooflzyde.
1.  S. Joris-fteeg. Zie III. G. 1.
2.  Olieflaagers-fteeg. Zie II1. G.3.
fPeßzyde,
3.  't Kloofter. Zie III. C 1.
4.  Heüige-Weg. Zie 111. C. 2.
5.  't Spuij. Zie 111. C. 3.
6.  O.flen-fluis.
£. Nieuwendyk, van de Oude tot de
Nieuwe Haarlemmer-ßuis.
Ooflzyde.
1. Roozebooms-fteegje.
2 Panaals-fteegje, oudtyds, Holmans-fteegje.
Zie III. C. 19. a.
Weflzyde.
3.  Engelfche (leeg. Zie III. C. 17. b.
4.  Smak-fteeg. Zie III. C. 17. c.
5.  Gouwenaars-lleeg. Zie III. C. 17. d.
IV.
Vergroot ing der Stad in "'t jaar r$8$,gemeenlyk
de
eerfte Vergrooting genaamd.
Grapten.
A. De
Lastaadje.
I. STUK.
1. Snoekjes-graft/en daarop
Oofi-
H
-ocr page 115-
58
AMSTERDAMS
I. Deel
Ooßzyde, alleen
Ij. Staal-ftraat. Zie V. A 2
b.  Verwers-ftraat. Zie V Va"'a
c.  Zwaanen-burgwal. Zie V.' B.
ten Noorden,
d.  Zand-Dwarsftraat. Zie V. ^. 4. a. 6. a.
e.  Beeren-fteeg.                      *
f.  Moddermolen-fteee 7« V / ^
g.  Körte Raam-graf,|f/^>; J;4'
4; 7»nÄaat' rWaarin'ter wederzyde,
a.  Zand-Dwarsftraat. Zie V. A. 3. d 6. a
b.  Trompetters gang Z.z.         3 ' °
c->,A°tonis-Breê-ftraat. ZfeV /
6.  Nieuwe Hoog-ltraat. (7.i, V. 1.3.), waarin
ten Zuiden
a. Zand-Dwarsftraat. (Zie V. A 3 d a a ï
in welke
                           °' '4' '»
Wefiwaards uitloopt
T- Onkelboer-fteeg. Zie V. A. 5.
ten Noorden,
o.
Spykermaakers gang.
7.  Water-fteeg. (Zie V. I. 1.)
8.  S. Antonis-Breê-ftraat. Zie V. J.
5. ZwAANEN-BüRGWAL. Zie V. ^. x. b. 3. c.
Pf^efizyde.
1.  Binnen-Amftel. Zie V. ^. 1.
2.  Staal-ftraat. Zie V. A. 2.'
3.  Raam-graft. Zie V. ^. 3#
Ooßzyde.
4.  Zwaanenburg-ftraat, waarin
£e» Zuiden,
a.  Waaigat.
f era Noorden,
b.  VIooijenburgs-Dwarsftraat. ZieV C -
5.  Vlooijenburg waarop gemelde         "
a. Dwarsftraat. Zie V. C. 3.
C. HoUT.GBAPT«/JoaDBN.
VJROENMARKT.
Noordzyde.
1.  Vlooijenburgs-fteeg. Zie V. ƒ 7
2.  Leproozen-«/ Lazarus-fteeg. V.J. 8.
Z.uidzyde
3.  Vlooijenburgs-Dwarsftraat. Zie V. B. 4. b.
D.  Leproozen-o/Huiszitten
Burgwal, o/Türp-grapt.
r. Turf-fteeg. Zie VIL H. 8. a.
E.  HOÜTKOOPERS.GRAFTO/Too_
DEN-HOUTTUINEN.
1.  Uilenburgs-fteeg. Zie V. I 14.
2.  Markens-fteeg. Zie V. /. 15.
3- Raven-gang, en nog vyf anderen.
F. Oude Schans <ƒ Montelbaans-
BïJRGWAL.
i. Heeren gang.
2. eerfte Batavier-Dwarsftraat. Zie V Ä" r a
3' ^fe?de Batavier-Dwarsftraat. Zie. V Ä" 1 h
4.  Oofterfche Kaai.                     ^-v.Ä.i.fa.
G- Raapenburg.
Ooßzyde,
a.  Dwars-Boomfloot. Zie IV. C 3.
Weßzyde,
b.  Snoekjes-fteeg of Korte Hoog-ftraat. Zie
V. /. 11.
c Linker vleugel van de S. Antonis-fluis. Zee
V. I. 12.
2.  Korte Dyk-ftraat. Zie IV. C. 3. a.
3.  Korte Keizers-ftraat. (Zie IV. C. 3. b.) en
a. Dwarsftraat. Zie IV. C. 3. b j
4. Korte Konings-ftraat. (Z«e IV. C 3. c.
a. Dwarsftraat. Zie IV. C. 2.
< BoomOoot. Zie IV. C.
6. Ridder-ftraat. Zie IV. yf. 5.
7' Jonker-ftraat. Zie IV. ^?. 6.
8.' Oude Waal. Zie IV. S.
) en
V.
yergrooting der Stad van 't jaar 1593, gemeen-
lek de
tweede Vergrooting genaamd.
Aan de Oude zyde.
Gräften.
A.  Klovenlers- Bürgwal Ooßzyde.
B.  ZwAANEN-BURGWAL.
C.   Hout-Graft.
D.  Leproozen-Burgwal.
E.  Houtkoopers-Graft of Jooden Houttuinen.
F.   Oude Schans of Moütelbaans - Burgwal ,
Ooßzyde.
G.  Raapenburg.
H. Y- Graft.
Straaten.
J. S. Antonis- en Jooden-Bre6-straat.
Eilanden.
K. Uilenburg.
L. Marken.
Aan de Nieuwe zyde.
G R A F T E N.
M. Amstel, van de Reguliers- tot de Blaamoe-hnig.
N.
Singel , Zuid- en Weflzyde.
O.
Heeren-Graft, Ooßzyde, van de Beuling-ßraat
tot de Browwers-graft.
A. Kloveniers-Burgwal,
Ooßzyde.
1.  Binnen-Amftel, Noordzyde. (Zie V. B. 1.),
en daarop
a.  Verwers-graft of Groene-burgwal. Zie V.
A. 3. a.
b.  Zwaanen-burgwal. Zie V. B.
2.  Staal-ftraat. (Zie V. A. 3. a. ff. \.{. en V. B.
2.), door dezelve
a Verwers-graft of Groene - burgwal. Zie V.
A. 3- a-
b. Verwers-ftraat. Zw V. A. 3. b.
3.  Raam-graft. (Zfe V. 5. 3-)> en daarop,
a- Verwers-graft.(Z«W.^.i.a.)hebbendeaan de
Weßzyde,
\ Ian Krimpen gang.
+• woene gang.
TT- Staal-ftraat. (zieV. A. 2.), en aan de
twee gangen.
1. Peper-ftraat. Zie V. #. 1,
2. Foe-
-ocr page 116-
AANWAS en GELEGENHEID.
II. Boek.
59
Af. A MS tel, ca« de Reguliers- tot
de Blaawwe-brug.
2.  Foelïe-ftraat (Zie V. H. 2.), waarin
a. Foelie-Dwarsftraat. (Zie V. H. 4. a.), heb-
bende ten Zuiden, vier,
ten Noorden , drie gangfen,
3.  Schippers-graft. Zie V. H. 4.
H. Y - G R A F T.
i. Peper-ftraat. Zie V. G. 1.
2.  Foelie-ftraat. Zie V. G. 2.
3.  Drie Kardoezen gang.
Nog twee gangen.
4.  Schippers-graft. (Zie V. G. 3.), waarop uit-
loopt
a. Foelie-Dwarsftraat. Zie V. G. 2. a.
jT. S. ANTOMS en JoODEN-BREê-STRAAT.
Wefl- en Zuidzyde.
V.
1.  Reguliers-Brêeftraat, loopt
°P de Boter-
markt.
aan en in dezelve zyn
Zuidzyde.
a.  Houtzaagers-gang.
b.  Arend-Bouwen-fteeg.
,a.f.
c.  S. Pieters-fteeg. ZieV.N. I.
d.  Suikerbakkers-fteeg. Zie V. N. i.a.j-
e.  Land-van-Beloften- of Blindemans-iteeg.
f.  Schaapen-fteeg. Zie V, N. i.a. ]].
Deeze vyf fteegen , die in eikanderen
loopen, en gedeeltelyk in de Vyzel-
ftraat en Reguliers - Dwarsftraat' uitko-
men, heeten ook den Duivels-hoek.
een gang,
g.   Korte-Reguliers-Dwarsftraat. Zie V. TV.
1. a. 4L
Noordzyde.
h. Water-fteeg, komt uit op den Amftel.
drie gangen,
2.  Waccr-fteeg. Zie V. M. 1. h.
3.  Schuitevoerders-fteeg.
4.  Halvemaans-fteeg, uitkomende op de Bo*
termarkt,
heeft,
ten Wefien,
twee gangen, en
ten Ooflen,
een gang.
5.  Sleepers-ftéeg.
6.  Balk in 't Oog-fteeg, uitkomende op de Bo.
termarkt, heeft
PFeflwaards,
een kromme gang.
7.  Bakkers-ftraat, uitkomende op de Boter-
markt, heeft
Weftïüaards.
een gang.
■ 8. Paarden-ftraat, (Zie V. M. 12. a.) waarin ter
wederzyde
een gang.
9. Suikerbakkers-fteeg.
10.  Wapen van Delfts-fteegje.
11.  Wagen-ftraat, (Zie V. M. 12. b.) waarin , aan
elke zyde, twee gangen.
12.  Amftel-ftraat , waarin , aan de Noordzyde ,
uitkomen
Water-fteeg. Zie V. A. 7.
Salemanders-fteeg.
Nieuwe Hoog-ftraat. Zie V. A. 6.
Moddermolen-fteeg. Zie y. A. 3. f.
Korte Raam-graft. Zie V. A. 3. g.
Zwaanen-burgwal. Zie V. 5.
Vlooijenburgs-fteeg. Zie V. C. 1.
Leproozen- o/ Lazarus-fteeg. Zie V. C. 2.
Plein voor 't Leproozen-huis en de Portu-
geefche Jooden-Kerk.
Oofi- en Noordzyde.
■'.
2.
3-
4-
5-
6.
7-
10
11.
12.
13'
14.
15
16.
Brandgang.
Snockjes-fteeg of Korte Hoog-ftraat. Zie
IV; D. 1. b.
Linker-vleugel van de S. Antonis-fluis. Zie
IV. D. 1. c.
Regter-vleugel van de S. Antonis-fluis.
Uilenburgs-fteeg. Zie V. E. 1.
Marken-fteeg. Zie V. E. 2.
Plein voor de nieuwe Raapenburger-ftraat.
K. Uilenburg.
1.  Batavier-ftraat, waarin
a.  eerfte Batavier-Dwarsftraat. Zie V. F. 2.
een gang.
b.  tweede Batavier-Dwarsftraat. Zie V. F. 3.
2.  Uilenburgs- of Agterftraat,
waarin, ten IVeflen,
a b. de twee Batavier-Dwarsftraaten. Zie V.
F. 2, 3.
en ten Ooflen,
Agt gangen, üitloopende aan 't Water:
waar onder
c.  Fortuinen gang.
d.  Engel-Gabriels-gang.
e.  Koks-hofje.
f.  Schollevangers gang.
a.
b.
Paarden-ftraat. Zie V. M. 8.
Wagen-ftraat. Zie V. M. 11.
twee gangen, waar onder
c. Splintermaakers gang. .
N. Singel.
Zuid- en fFeßzyde.
[. Vyzelftraat, (Zie VII. B. 3.) waarin,
ten Ooflen,
drie fteegen van den Duivelshoek:
en ter wederzyde ■
a. Reguliers - Dwarsftraat, (Zie V. N- 8. a-)
waarin,
ten Noorden ook                   . .
drie fteegen van den Duivelshoek uitko-
men, te weeten
N.
N.
K
L. M A
De Straat, die 't Eiland in de lengte door-
loopt, heet ook
1.  Marken. In dezelve zyn,
ten Wefien
\agttien, en
ten Ooflen
twaalf gangen.
Aan 't Noordeinde van Marken, loopt,
PFeftviaards,
2.  't Nieuwe graftje, en
Qoflivaards,
3- Boltens graftje.
f.
tt-
S. Pieters-fteeg
Suikerbakkers-fteeg
•}
Zie V. M. c. d. f.
Schaapen-fteeg -
Voorts zyn aan de zelfde zyde,
44. Korte Reguliers-Dwarsftraat. Zie V.M.i.g.
+tf. Slaagers-gang.
Bog een gang.
H 2                                                             a. Man-
-ocr page 117-
63                     AMSTERDAMS
I. Deel.
18.  Molen- of Roo-molen-fteeg. Zie V. A7". 28.
vier gangen.
19.  Brouwers-graft. Zie V. Ar. 29.
VI.
Vergrooting der Stad van 't jaar 1611 en ver-
volgens, in 't. gemeen de
derde genaamd.
. 2. Mandemaakcrs-fteeg. Zie V. N. 8. a. f-
3-  Geelvinks-fteeg. Zie V. N. 8- a. L
4-  Openhart-fteeg. Zie V. N. 8. a. ft-
Door deezen drie, loopt een dwars-ftoeg.
5, 6. Twee Karffebooms-fteegen.
7- S. Joris-ftraat, Zie V. N. 8. a. U.
8.  Konings-Plein (Zie VIL B. 2.), alwaar be-
gmt' Ooßzyde.
a de Reguliers-Dwarsftraat (Zie IL N. I. a.)
in welke, uitkomen
+ Mandemaakers-fteeg. Zie V. N. 2.
1.' Qeelvinks-fteeg. Zie V. iV. 3.
Art. Openhart-fteeg. Zie V. AT. 4.
Ij.. S. Joris-ftraat. Zie V. N. 7.
9.  Katers-fteeg. Zie VII. B. 1.
IC' Beuling-ftraat. Zie V. O. 1.
!i. Dubbeldeworft-fteeg. Zie V. O. 2.
xi. Heifteeg. Zie V. O. 3.
13.  Goudsblom-fteeg. Zie V.O. 4.
14.  Vlasblom-fteeg. Zie V. O. 5.
15.   Oude Spiegel-ftraat. Zie V. O, 6.
16.  Romeins-Arm-fteeg. Zie V. O. 7.
17.  Koks-fteeg. Zie V. O. 8.
18.  Treeft-fteeg. Zie V. O. 9.
19.  Gafthuismolen-fteeg. Zie V. O. 10.
20.  Wannoes-graft. Zie V. O. 11.
ai. Schilders-fteeg.
22.  Drie Konings-ftraat. Zie V. O. 12.
23.  Ham-eeters-fteeg.
24.  Oude Lelie-ftraat. Zie V. O. 13.
25.  Bergftraat. Zie V. O. 15.
26.  Blaauwburgwal. (Zie V. O. 16), en op de-
zelve Noordzyde
a. Lange-ftraat. (Zie V. N. 29. a.), die dwars
doorfneeden wordt van de
27.  Korsjes-Poort-fteeg. (Zie V. O. 17.) en
■ 28. Molen- ef Roo-molen-fteeg. Zie V. O. 18.
29.  Brouwers-graft. (Zie VI. E.), op welke uit-
komen
ten Tjuiden, de
a. Lange-ftraat. Zie V. N. 26. a. V. O. 16. a.
ten Noorden, Zie VI. E. n. enz.
30.  Haarlemmer-Dyk of Straat. Zie VI. H.
31.  Haarlemmer-Houttuinen. Zie VI. F.
0. He e ren-Graft, Ooßzyde , van de
Benling-ßraat tot de Brouwers gr aft.
<J R A F
A.  Heeren-Graft, Wefizyde.
B.  Keizers - Graft.
C.   Prinsen - Graft.
N.
de Leidfche
Noordwaards.
}vangraft,
D.  Lynraans-o/Baan-craft.
E.  Brouwers-graft.                                      ^^^
F.   Haarlemmer-Houttuinen.
G.  Nieuwe Teertuinen.
Straat.
H. Haarlemmer-dYK, van de Nieuwe Haarlemmer-
fluis tot de Haarlemmer-Poort.
E
N
N.
I. Bikkers-Eiland.
K. Prinsen-Eiland.
L. Reaalen-Eiland.
M. Nieuwe-Waals-Eiland.
A. Heeren-Graft.
Wéflzyde.
1.  Leidfche-graft. Zie VI. B. 1.
2.  Huiden-ftraat. Zie VI. B.\,"
3.. Wolven-ftraat. Zie VI. B. 3'.
4.  Harten-ftraat. Zie VI. b'. a'
5.  Lelie-graft. Zie VI. B. 5'.
6.  Heeren-ftraat, Zie VI. M. 6"
7.  Brouwers-graft. Zie VI. B. 7.
B. K E I Z E R s . G R A F T.
1.  Leidfche-graft. Zie VI. A. 1
2.  Huiden-ftraat. Zie VI. A. ■>'
3.  Wolven-ftraat. Zie VI. A~\
4.  Harten-ftraat. Zie VI. A.\.'
5- Lelie-graft Zie VI. A. 5'.
6.  Heeren-ftraat. Zie VI. A. 6.
7.  Brouwers-graft. Zie VI. A. 7.
IVeßzyde.
8.  Leidfche-graft. Zie VI. C. 1.
9.  Molen-pad. Zie VI. C. 2.
10.  Runftraat. Zie VI. g.^j. '
11.  Beeren-ftraat. Zie VI. C x<?
12.  Ree-ftraat. Zie VI. C. i'ö. ~
13.  Weftermarkt. Zie VI. C. 'n.
14.  Lelie-graft. Zie VI. C. 18.''
. IS- Prinfen-ftraat. (Zie VI. C. 19.) waarin
ten Zuiden, de
a.  Wyde gang.
ten Noorden.
b.  Arke Noachs gang.
Nog een gang.
16. Klaver-gang. .
17- 't Keizers-hof.
18.  Zaaijers-gang.
19.  Brouwers-graft, (Zie VI. C. 24 en VI. E.)
waar op,
aan de Zuidzyde.
drie gangen,
1.
2'.
3-
4-
5-
6.
7-
8.
9-
10.
II.
12.
13-
14-
IS-
16.
Beuling-ftraat. Zie V. N. 10.
Dubbeldeworft-fteeg. Zie V. N. II.
Hei-fteeg. Zie V. N. 12.
Goudsblom-fteeg. Zie V. N. 13-
Vlasblom-fteeg. Zie V. N. 14.
Oude Spiegel-ftraat. Zie V. N. 15.
Romeins-Arm-fteeg. Zie V. N. 16.
Koks-fteeg. Zie V. AT. 17.
Treeft-fteeg. Zie V. N. 18.
Gafthuismolen-fteeg. Zie V. N. 19.
Warmoes-graft. Zie V. N. 20.
Drie Konings-ftraat. Zie V. AT. 2.2.
Oude Lelie-ftraat. Zie V. N. 24.
Pottebakkers gang.
Berg-ftraat. Zie V. N. 25.
Blaauw-burgwal. Zie V. N. 2.6.
op welken zyn, ten Noorden,
een san?, en
Lange-ftraat. (Zie V. N. 26. a.V.N. 29. a),
in welke zyn
ten Ooflen
tWee gangen, en
ten fVeftsn
"Sen gangen.
KoHsjes-poort-fteeg. Zie V. AT. 27,
17'
C Prix-
-ocr page 118-
AANWAS en GELEGENHEID.
II. Boek.
61
d, de Hoekfteen.
34.  Elands-graft. (Zie VI. D. 6 ) waarop
/Aiidzyde.                  l
a. b. de twee Looijers-Dwarsftraaten. 2*«yi c.
33- a. b.
zes gangen.
Noordzyde.
c.  Haazen-ftraat. Zie VI. C. 35. a.
twaalf of veertien gangen, waaronder
d.  Een uurs gang.
c. Zevenhuizen-gang.
£ Kuipers-gang.
g. Sleepersrgang.
h. Drie Lelien-gang.'
i. Arke Noachs-gang.
35.  Elandsftraat. (Zie VI. D.S.) waarin, ter we-
derzyde
a.  Haazen-ftraat. (Zie VI. C. 34, c.) en in
dezelve
Osflzyde.
drie gangen.
Weflzyde.
drie gangen, waar onder
b.  Turkfche Keizers-Poort.
en ter Noordzyde in de Elandsftraat
c.  Konyncn-ftraat (Zie VI. C, 36. c.) waarin ter
wederzyde
drie gangen, 2 O. z. 1 W.z.
ter wederzyde in de Elandsftraat
tien of twaalf gangen, waaronder,
Zuidzyde.
d.  S. Jans-Vredehof.
e.  Ketelmaakers-gang.
3e. Laurier-graft. (Zie VI. D. 10,) en daarop
Zuidzyde. -
a.  Haazen-ftraat. Zie VI. C. 34. c. 35. a.
b.   Koperflaagers-gang.
c.   Konynen-ftraat. Zie VI. C. 35. c.
d.  Terebinthyns-gang.
Noordzyde.
e.  eerfte Dwarsftraat. (Zie VI. C. 37. a.)
waarin een gang W.z.
f.  Prinfenhofs-gang.
g.  tweede Dwarsftraat. Zie VI. C. 37. c.
37.  Laurier-ftraat. (Zie VI. D. 11.), waarin
ten Zuiden.
a. eerfte Dwarsftraat. Zie VI. C. 36. e.
vyftien gangen, waar onder de
C. Prinsen- Graft.
Ooflzydc.
Leïdfche-graft. Zie VI. B. 8.
Molenpad. Zie VI. 5. 9.
Lindebooms-gang.
S'teenkoopers-gang.
Glazemaakers-gang.
Bleekers-gang.
Kuipers-gang.
Sleepers-gang.
Run-ftraat. Zie VI. 5. 10.
Kalver-gang.
Schaaven-gang.
Beeren-ftraat. Zi« VI. B. 11.
een gang.
Rotterdammer-gang.
Arnouds-gang.
Begynen-gang.
Reeftraat. Zie VI.7J.I2.
een gang.
Weftermarkt. Zie VI. 5.13.
Lelie-graft. Zie VI. B. 14.
Prinfen-ftraat. Zie VI. 5. 15.
Schippers-gang.
             >
Lindebooms-gang.
Prinfenhofs-gang.
Kruis-gang.
een gang.
een gang.
Brouwers-graft. Zie VI. £. 19.
vier gangen.
Haarlcmmerdyk. Zie VI. /f.
Haarlemmer-Houttuinen. Zie VI.//.
Weflzyde.
Leidfche-graft. Zie VI. ö. 1.
Raam-ftraat. Zie V I. D. 2.
Paffeerder-graft, eertyJ.s Parfumeerders-graft,
(Zie VI. D. 3.) en daarop,
. Waalenhoek.
. Ketel-gang.
. Nieuwe-gang.
Nog drie gangen.
Noordzyde.
twee gangen.
. Paffeerder-Dwarsftraat (Zie VI. C. 31. a.),
en daar in
drie gangen aan de Weflzyde.
Knollen-gang.
Pafïeerder-ftraat, eertyirParfumeerders-ftraat
(Zie VI. D. 4.) en daar in
ter wederzyde.
.
PalTeerder-Dwarsftraat. Zie VI. C. 29. d.
en aan de Noordzyde.
,. Prinfen-gang, loopt uit op
t. Blok-en-hofje.
Looijers-graft (Zie VI. D.5.)', en daarop
Noordzyde.
.
eerfte Looijers-Dwarsftraat.
1. tweede Looijers-Dwarsftraat.
door de eerfte tot in de tweede loopt de
L Looijers-ftraat. (Zie VI. C. 33.) en in de
twee Dwarsftraaten zyn
tien of twaalf gangen.
Zuidzyde.
drie gangen.
Looijers-ftraat (Zie VI. C. 32. b.f). waarin
■• b. twee Dwarsftraaten (Zie VI. C. 34. a. b.)
en tien of twaalf gangen, ter wederzyde,
waaronder, aan de
Zuidzyde.
'. de Kerkkroonen-gang..
i.
2.
3-
4-
5-
6.
7.
8.
9-
io.
II.
12.
ï3-
U-
IS-
16.
17-
ï8.
19.
20.
21.
22.
23.
24.
25-
26.
27.
28.
29.
b.
c.
d,
e.
Waalen-wees-poort.
tweede Dwarsftraat. Zie VI. C. 36. g,
ten Noorden.
eerfte Dwarsftraat. Zie VI. C 38. a.
tweede Dwarsftraat. (Zie VI. C. 38. b.), in
30.
31-
welke is,
Weflwaards, het
f. Vuile weespad, loopt door, in de Roo-
zen-ftraat, en
Ooflwaards het
L Schoone weespad.
f. Prinfen-gang, loopt door.
32.
38.  Roozen-ftraat. (Zie VI. D. 12.),
waarin
ten Zuiden
a. eerfte Dwarsftraat. Zie VI. C
d.
37.
b.  tweede Dwarsftraat. Zie VI. C. 37> e'
dertien gangen.
ten Noorden
c.  Zak-fteeg.
d.  Stuurmans-hofje. Zie VI- c- 39- a-
e.  eerfte Dwarsftraat. Zie VI. c 39- b.
f.
tweede Dwarsftraat. Zje V 1. C. 39. c.
33>
tien gangen, waaronder
Smids-fteeg-
Bierdraagers-gang.
'<■ Keizers-hof.
39. Roozen-graft. (Zie VI. /). Ig<)j waar op
ten
II 3
-ocr page 119-
AMSTERDAMS
I. Deel.
6i
d.  derde Dwarsftraat. Zie VI. C. 43. k,             \7 T
drie gangen.
                                                           *"
Noordzyde ,
twee gangen.
                                                     C
e.  eerfte Dwarsftraat. Zie VI. C. 45. a.
zes gangen.
f.  tweede Dwarsftraat. Zie VI. C. 45. b,
zes gangen, waar onder
g.  Kuipers-gang.
h. derde Dwarsftraat. Zn VI. C45. c.
vyf gangen.
45.  Tuin-ftraat..(Zie VI. D. 19.), waarin
Zuidzyde,
a.  eerfte Egelantiers Dwarsftraat. Zie VI. C.
44. e.
negen gangen.
b.  tweede Egelantïcrs-Dwarsftraat. Zn VI.C
44. f.
negen gangen.
c.  derde Egelantiers-Dw'arsftraat. Zn VI. C.
44. h.
Noordzyde,
zes gangen , waar onder
d.  Karffebooms-Hofje.
e.  eerfte Tuindwarsftraat. Zn VI. €.46.3,
twaalf gangen, waar onder
f.   Haverzaks-gang.
g.  Bierdraagers-gang.
h. tweede Tuindwarsftraat. Zn VI. C. 46. b.
waar in, een gang W.z.
vyf gangen.
i. Ratelwagts-ftecg , of kleine Anjeliers-ftraat.
Zie VI. C 46. c.
k. Maagdelieven-ftraat. (Zn VI. C 46. d-) in
welke, ten iVeflen,
\.
Slootftraat. (Zie VI. D. 20), waar in
een gang, Z.z.
46.  Anjeliersftraat. (Zn VI. D. 21.) waar in
Zuidzyde,
vier gangen.
a.  eerfte Tuindwarsftraat. Zie VI. C. 45. e.
vier gangen.
b.  tweede Tuindwarsftraat. Zie VI. C45.ru
twee gangen.
c.  Ratelwagtsfteeg. Zn VI. C. 45. i.
d.  Maagdelievenftraat. Zn VI. C. 45. k.
Noordzyde,
twee gangen.
e.  Violetten-ftraat. (Zn'VI. C. 47. a.)', waarin
een gang W. z.
vyf gangen.
f.  eerfte Dwarsftraat. (Zie VI. C 47. b.) .
waarin een gang W. z.
zeven gangen.
g.  tweede Dwarsftraat. Zie VI. C.47. c.
drie gangen.
h. Kromme Tuin-ftraat, heeft twee uitgangen
op de Anjeüers-, en een op de Baan-
graft. Zn VI. C. 47. d. e. VI. D. 22.
zes gangen.
47- Anjeliers-graft. (Zie VI. D. 23.), waar op
Zuidzyde,
vier gangen.
a.  Violetten-ftraat. Zn VI. C 46. e.
vyf gangen.
b.  eerfte Dwarsftraat. Zn VI. C. 46. f.
zeven gangen.
c.  tweede Dwarsftraat. Zn VI. C. 46. g.
twee gangen.
d- e. twee uitgangen van de Kromme Tuin-
ftraat. Zn VI. C 46. h.
Noordzyde,
twee gangen.
f. eerfte Dwarsftraat. Zn VI. C. 48. a. f.
a§t gangen.
g. twee-
yj J                                   ten Zuiden
a.  Stuunnaris-hofje. Zie VI C.3SA.
b.  eerfte Dwarsftraat. Zie VI. C. 38. e%
C. c. tweede Dwarsftraat. Zie V I. C. 38- f.
ten Noorden.
4 eerfte Dwarsftraat- (Zie VI. C. 40. a.,,
waarin oen gang O. z.
e. tweede Dwarsftraat. Zn•VI. C. 40, b.
f Acolye-ftraat. Zie VI. C. 40. c.
40. Blom-ftraat. (Zn V I. D. 14.), waarin
te« Luiden
eerfte Dwarsftraat. Zie VI. C. 39. d.
{V tweede Dwarsftraat. Zie VI. C. 39. e.
c'. Acolye-ftraat. Zn VI, C. 39. f.
twintig gangen.
few Noorden.
c.  eerfte Dwarsftraat. Zie VI. C. 41. a.
d.  tweede Dwarsftraat. Zn VI. C. 41. c.
drie-entwintig gangen.
41. Blom-graft. (Zje VI. Z). 15.), waarop
te« Zuiden
een gang.
a.  eerfte Dwarsftraat. Zie VI. C. 40. c.
b.  Vrede-hofje.
Vier gangen.
. c, tweede Dwarsftraat. Zn VI,C 4c, d.
tien gangen,
tflj Noorden
d.  eerfte Dwarsftraat. (Zie VI. C. 42. a.) waar-
in een gang W. z.
twee gangen.
e.  tweede Dwarsftraat. Zn VI. C. 42.b.
een gang,
f.  derde Dwarsftraat. Zie VI. C. 42. c.
42.  Nieuwe Lelie-ftraat. (Zie VI. D. 16.) waarin
ter wederzyde.
a.  eerfte Lelie-Dwarsftraat. Zie VI. tt 41. d.
43. a.
een gang. Z.z.
b.  tweede Lelie-Dwarsftraat, Zn VI. C, 41. e.
43. b.
een gang. Z. z.
c.  derde Lelie-Dwarsftraat. Zn VI. C. 41. f.
43- c-
twee gangen Z. z.
twee gangen N. z.
43.  Egeiantiers-graft. (Zn VI. D. 17.) waarop
Zuidzyde.
een gang.
a.  eerfte Dwarsftraat. Zn VI.C 42. a.
een gang.
b.  tweede Dwarsftraat. Zn VI. C. 42- b-
vier gangen.
c.  derde Dwarsftraat. Zn VI. C 42- c-
drie gangen.
Noordzyde.
d.  eerfte Dwarsftraat. Zie VI. C. 44. a.
vyf gangen, waar onder
e.  Wittevoets-gang.
f.  Schuitebooms-gang.
g.  Knoopemaakers-gang.
h, tweede Dwarsftraat. Zie VI. C.44.b.
drie gangen, waar onder
i. Hoedemaakers-gang
k. derde Dwarsftraat. Zn VI. C 44. d.
44.ElelSSUt. (ZnVI^.tSOwaar-
in,               , ,
Zuidzyde,
»• eerft!aDwarsftraat. Zn VI. G 43- 4
, agt gangen.
                                     .
b- tweede Dwarsftraat. Zie VI. C. 43- «•
vier gangen, waar onder
; c. 1 waalfuurs-gang.
-ocr page 120-
AANWAS en GELEGENHEID.
II. Boek.
63
g. tweede Dwarsftraat. Zie VI. E. 4. c.
agtgangen.
h. Tichel-ftraat. Zie VI. C. 48. b. \. *
« agt gangen.
48. Noorder-markt, en daar op, tenlVeflen,
a.  Boom-ftraat, looptin de tweede Anjeliers-
Dwarsftraat.(ZieVI. C. 47. g.) en heeft,
ter wederzyde, een
|4. Dwarsftraat. (Zie VI. C. 47. f. 48.D.L),
in welke, ten Noorden, een gang aan
de W. z.
Voorts, zyn in de Boom-ftraat, ten Zuiden,
vyf: ten Noorden, zes gangen.
b.  Lindcn-ftraat, loopt tot aan het Karthuizers
Kerkhof, en heeft
Zuidzijde,
vyf gangen , waar onder
f. Melkmeisjes-gang : een
|. Dwarsftraat- (Zie VI. C. 48. a. \.) en
een gang.
Noordzyde,
ff. eerfte Dwarsftraat of Kerkftraat. (Zie VI.
£. 4. a.) , waar in , ten Ooflen, twee gan-
gen , ten Weften, een.
vyf gangen.
\\. tweede Dwarsftraat. (Zie V I.E. 4. b.),
waarin, ten fPeflen
*
S. Hierohimus Hofje.
Ten einde van de Boom- en Lindenftraaten,
ioopen tuffchen beide
twee gangen, en
f/'efl-w aards,
$.
Karthuizers-ftraat, waar in, ten Zuiden,
uitkomt de
*. Tichel-ftraat. Zie VI. C. 47. h. en
ten Noorden,
twee gangen, en de
**. Bündemans-fteeg. Zie VI. E. 4. d;
beweflen de Kartluizers-flraat, is de
5. Gieters-ftraat. Zie VI. D. 24. en daarin
*. Tichel-ftraat. Zie VI. E. 4. e.
Nog zyn op de Noorder-markt, Noordzyde,
vier gangen, waar onder de
c. Blaauwhuizen-gang.
49.  Brouwers-graft. Zie VI. E.
een gang.
50.  Vinken-ftraat. (Zie VI. G. 24. a.), waarin,
ZwtóZy*?,
vyf gangen.
a.  Oranje-ftraat. Zie VI. E. 20;
b.  Mouthaan-fteeg. Z« VL E. 21.
een gang.
c.  Dommer ftraat. Zie VI. £. 22.
een gang.
d.  Baanbriig-fteeg. Zie VI. È. 23.
twee gangen.
Noordzyde
zes gangen.
e.  Oranie-Ytraat. Zie VI. #. 10.
f.  Mouthaan-fteeg. Zie VI. #. 11.
g.  Dommer-ftraat. Zie VI. F. 12.
h. Baan brug-fteeg. Zie VI. H. 13.
twee gangen.
51.  Haarlemmer-dyk of Straat. Zie VI. F.
een gang.
52.  Haarlemmer-Houttuinen. Zie VI. F.
D. Baan-graft of Lynbaans-graft.
1.  Leidfche-graft. Zie VI. C. 27.
2.  Raam-ftraat. Zie VI. C. 28.
3- Paffeerder-graft. Zie VI. C. 29.
'4- PafTeerder-ftraat. Zie VI. C 31.
5- Looijers-graft. Zie VI. C. 32.
6.  Elands-graft. Zie VI. C 34-
7.  Leertouwers-gang.
Elands-ftraat. Zie VI. c
35.
VI.
Kramers-gang.
Laurier-graft. Zie VI. C. 36.
Laurier-ftraat. Zie VI. C. 37.
Roozen-ftraat. Zie VI. C. 38.
een gang.
Roozen-graft. Zie VI. C. 39.
Blom-ftraat. Zie VI. C. 4°-
Blom-graft. Zie V I. C. 41.
Nieuwe Lelie-flraat. Zie Vi. C. 42.
Twee gangen.
Egelantiers-graft. Zie VI. C.42.
Egelantierftraat. Zie VI C. 43,
Tuin-ftraat. Zie VI. C. 45.
Sloot-ftraat. Zie VI. C. 45. f.
Anjelier-ftraat. Zie VI. C. 46.
Kromme Tuin-ftraat. Zie VI. C. 46. h. 47,
d. e.
Anjeliers-graft. Zie VI. C. 47.
Gieters ftraat. Zie VI. C. 48 b.jj.
Linden-graft Zie VI. E. 4.
Goudsbloms-ftraat. Zie VI. E. 5.
twee gangen.
Goudsbloms-graft. Zie VI. E. 6.
twee gangen.
Palm-ftraat. Zie VI. E. 7.
Palm-graft af Nieuwe Braak. Zie VI. £.8.
twee gangen.
Kromme-Palm-ftraat. Zie VI. E.B.e.
Drie-hoek-ftraat Zie VI. E. 8. d.
Brouwers-graft Zie VI. E.
Schaapen-fteeg. Zie VI. E. 24. b.
Haarlemmer-Plein of Wagen-Plein by de
Haarlemmer-Poort.
9-
10.
11.
12.
13-
14.
15-
16.
17.
I8.
19.
20.
21.
22.
23-
24.
25-
26.
27.
28.
29.
30.
31.
32-
33-
34-
E. Broüwers-Graft , waarop
Zuidzyde, Zie V. N. 29.
en verder,
1.  Heeren-graft. Zie V. O. en VI. A.
2.   Keizers-graft. Zie VI. B.
3.  Prinfen graft. Zie VI. C.
4.  Linden-graft (Zie VI. D. 25.) waar op,
Zuidwaards,
vyf gangen.
a.  eerfte Dwars-ftraat. Zie VI. C. 48. b. ff.
vyf gangen.
b.  tweede Dwars-ftraat. Zie VI. C. 48. b. |L
zes gangen.
c.  derde Dwarsftraat. Zie VI. C. 47. g.
d.  Blindemans-fteeg. Zie VI. C.48. b.i,**.
c. Tichel-ftraat. Zie VI. C. 48.b.j.*.
Noordwaards,
zeven gangen, waar onder
f. Schuitemaakers-gang.
g eerfte Dwarsftraat. Zie VI. E. 5. i.
vyf gangen, waar onder
h. Eendragts-gang.
i. tweede Dwarsftraat. Zie VI. E, 5. b.
zes gangen, waar onder
k. S Jakobs-gang.
1. derde Dwarsftraat. Zie VI. E. 5. c.
agt gangen
5.  Goudsbloms-ftraat. (Zie VI. D. 26.) ^aar ia
Zuidwaards,
zes gangen.
a.  eerfte Dwarsftraat. Zie VL^'4-S«
agt gangen.
                              ■ ' .
b.  tweede Dwarsftraat. Zie Vi.fi. 4.1.
agt gangen.                   T _.
c.  derde Dwarsftraat. Zte VI. t. 4.1.
vyf gangen.
Noerdwaaras,
vyf gangen.
4. eer-
E.
-ocr page 121-
I. Deel.
AM S TE R D A MS
64
VI.
F
d.  eerfte Dwarsftraat. Zie VI. E. 6. a. :
. vier gangen.
c. tweede Dwarsftraat. Zie VI. E. 6. b.
vyftien gangen.
6. Goudsbloms-grafto/Franfche-Pad. (ZieVi.
D. 27.) waar op
Zuidivaards,
, SfS^a, Zt. VI. *. 5. d.
1/SegD&raat.ZfeVI.E.S.e.
zeventien gangen.
Noordwaards,
negen gangen, waar onder de
c. wyde-gang , die doorloopt in de Palm-
ftraat. Zie VI. E. 7. a.
: d. eerfte Dwarsftraat. Zie VI, E. 7. b.
vier gangen.
e.  Rottige o/Roozebooms-fteeg.Zie VI. E. 7. c.
7.  Palm-ftraat. (Zie VI. .D. 28 ) waarin
Zuidwaards,
zes gangen, waaronder.
a.  Wyde-gang Zie VI. £. 6. c.
b.  Dwarsftraat. Zw VI. £. 6.d.
vier gangen.
c.  Rottige of Roozeboomsfteeg. Zie VI.
£. 6. e.
Noordwaards,
twee gangen.
d.  Dwarsftraat. Zz'e VI. E. 8.c.
tien gangen.
8.  Palm-graft of Nieuwe Braak (Zie V L Z). 29.)
waar op
Zuidwaards,
drie gangen , waar onder
a.  Turfdraagers-Agterhuis.
b.  Koorenmeeters-Agterhuis.
c.  Dwarsftraat. Zie VI. E. 7. d.
■ zes gangen.
d.  Drje-hoek-ftraat, komt uit op de Brouwers-
en Baangraft. Zie VI. D. 31. E. 9.
c. Kromme Palm-ftraat. Zie VI. D. 30.
5. Drie-hoek-ftraat. (Ziê VI. D. 31. £. 8- d.)
■ -' "
          waar in
een gang. W.z.
10. Lynbaans- of Baangraft. Zie VI. D.
Brouwersgraft Noordzyde van den Singel af,.
vyf gangen, waar onder de
F. Haarlemmer-Houttuinen,
beginnende van de kleine Vifchmdrkt en
Droogbak.
1.  Buiten-Viflchers-ftraat. Zie Vl.H.15.
2.  Buiten-Wieringerftraat. Zie VI. H. 16.
3.  Buiten-Brouwers-fcraat. Zie Vl.H.17.
4.  Eenhoorns-gang.
5.  Schager-gang.
6.  Paauwen-gang.
7.   Schiedammer-gang.
8.  Korte Prinfen-graft. (zieVLH. 18.)waarop,
IVeßzyde,
twee gangen,
9.  Buiten-Oranje-ftraat Zie VI. H. 19,
zes gangen, waar onder
10.  eerfte Diftels-gang.
11.  tweede Diflels-gang.
12.  Hagedoorns-gang.
13.  Buiten-Dommer-ftraat. zie VI H. 20.
14.  kleine Hout-ftraat Zie VI. H. 21.'
Teneinde de Houttuinen, loopt, in de-
zelfde ftrekking f-f'eßwaards, de
15.  Groote. Hout-ftraat, tot aan de Schans.
VI.
E.
G. NiEuvrE Teertuinen, beginnende G.
by de groote Houtfiraat.
in dezelven Zyn
1.  Slooterdyks-ftraat.
2.  Breeuwers-ftraat,
Agter welke ßraaten loopt het
3.  Smalle-Pad, langs de Schans:
ten Noordeinde van welk, men komt op de
4.  Zoutkeets-graft, waarop zyn
a.  Karffebooms-gang.
b.  Baan-fteeg: en om den Oofterhoek <ie
c.  Bokking-hangen, waar zyn
d.  Blaauw-hoofd.
vier gangen. y
H. Haarlemmer-Straat , of Dyk, B-
van de nieuwe Haarlemmer-fluis af.
waar op zyn
Zuid zy de,
i. Rotgans fteeg.
2.  Hooiwagens-fteeg, eertyds, 'tFraaije Steegje.
3.  Brandewyns-fteeg.
4.  Binnen-Viffchers-ftraat. Zie VI. E. 12.
5.  Rookoes gang.
6.  Binnen-Wieringer ftraat. Zie VI. E. 13.
7.  Heeren-markt. zie VI. E. 14.
8.  Binnen-Brouwers-ftraat. zie VI. E. 15.
een gang.
9.  Prinfen-graft. zie VI. E. 19.
10.  Binnen-Oranje-ftraat. zie VI. C 50. e.
11.  Mouthaan-fteeg. zie VI. C. 50. f.
12.  Binnen-Dommer-ftraat. Zie VI. C. 50. g.
13-  Baanbrug-fteeg. zie VI. C. 50. h.
14-  Wagen-ftraat. Zie V I. £. 24.
Noordzyde,
15-   Buiten-Viflchers-ftraat. 2« VI. F. r.
16. Buiten-Wieringer-ftraat. zie VI. F. 2.
't 17- Buiten-Brouwers-ftraat. Zie VI. F. 3.
een gang.
18.  Korte Prinfen-graft. Zie VL F. 8.
19.  Buiten-Oranje ftraat. Zie VI. F. 9.
20.  Buiten-Dommer-ftraat. Zie VI. F. 15,
21.  Kleine Hout-ftraat. Zie VI. F. 14.
n
Rotgans-gang.
Noordwaards,
12
Viffchers-ftraat. (Zie VI. H, 4.) waar in
drie gangen Ooßzyde.
twee gangen Weßzyde.
13.  Wieringer-ftraat. (Zie VI. H. 6.) waarin
twee gangen Ooßzyde.
14.  Heeren-markt. Zie VI. i/. 7-
15.  wouwers-ftraat (Zie V LH. 8.) waar in
vier gangen Ooßzyde.
. zes gangen Weßzyde.
16.  Mandemaakers-gang.
17.  Steenkoopers-gang.
18.  Olie-flaagers-gang.
To Korte Prinfen-graft. Zie VI. .H. 9.
„«' Oranie-ftraat. Zw VI. C.
2
21
22
' Mouthaan-fteeg. Zie VI. C. 50. b.
Dommer-flraat. {Zie VI. C. 50. c.) waar ia
een gang 0. z.              r ,
23.BaanbrUg-fteeg.Z«VI.C5o.d.
waar in,
24. Wagen-ftraat. (Zw VI. «• HO *
Oojhxiaaras,
een gang, en                  _
*•• Vinken-ftraat. Zie VL c«5a
en
, c ,
              Weßwaards,
b. Schaapen-fteeg. Zie VI. #• 33-
I. Bn>
-ocr page 122-
AANWAS en GELEGENHEID.
IL Boek.
tfs
VI.
I
7.  Kerk-ftraat loopt door, totaandenAmftel.
(Z«e VIL H.) en over denzelren tot aan
't Weefper-veld. (zie VIL I. 6\
8.  Prinfen-graft. Zie V11. O.
9.  Lange Leidfche Dwarsftraat. (zie Vil. d.
14. a.)
loopt door tot aan de
a. Spiegel-graft. zie VIL D. 17-
10.  Korte Leidfche-Dwarsftraat. Zie VII. D.
14. b.
11.  Lynbaans-of Baangraft. Zie VII. E.
B.   Heeren-Graft.
van de hoogte der Leidfche-gr aft af.
i Noordzyde,
1.  Katersfteeg. Zie V. N. 9.
2.  Konings-Plein. (zie V. N. 8.) waarop
Ooflzyde
a. Reguliers-Dwarsftraat. Zie V. N. 8. a.
33Vyzelftraat. (zie V. N. 1.) waarin
fVeßwaards,
een gang
                                                x
Ooflwaards,
a. drie ftraaten van den Duivelshoek. zie V
N.
1. a.
4.  Reguliers-graft. Zie VIL G.
5.  Utrechtfche-ftraat, komt uit op de Botermatkt.
6.  Binnen-Amftel. zieV.M.
7.  Muider-graft. Zie VII. I.
8.  Muider-ftraat. Zie VII. L.
Zuidzyde.
9.  Leidfche-graft Zie VIL A. enC. r.
10.  Leidfche-ftraat. zie VII. C 2.
11.  Spiegel-ftraat. Zie VII. C. 3.
12.  Vyzelftraat. Zie VIL C. 4.
13.  Reguliers-graft. Zie VIL C. 5.
14.  Utrechtfche-ftraat. Zie VIL C. 6.
15.  Binnen-Amftel. Zie VIL C. 7.
16.  Weesper-ftraat. Zie VIL C. 8.
17.  Muider-graft. Zie VIL C. 9.
18.  Muider-ftraat o/eerfte Middellaan der Plan-
taadje. Zie VU. 0.11.
19.  Nieuwe Raapenburger-graft. ZieVlï.D. 13.
C.    Keizers-Graf T.
ï)«w *fe Leidfche-Graft af.
Noordzyde.
1.  Leidfche-graft. Zie VIL B. 9.
2.  Leidfche-ftraat. Zie VIL B. 10.
3.  Spiegel-ftraat. Zie VIL B. .11.
4.  Vyzel-ftraat. Zie VIL B. 12.
5.  Reguliers graft. Zie VIL fi. 13.
6.  Utrechtfche-ftraat. zie VII. B. 14.
7.  Binnen-Amftel. Zie VIL B. 15.
8.  Weefper-ftraat. Zie VII.fi. 16.
9.  Muidergraft of agter 't S. An tonis-Kerkhof.
Zie VIL fi.17.
Zw'feyde.
10.  Leidfche-graft. (zie VIL Z). 1 ) en op de-
zelve
Ooflwaards.
a. Kerk-ftraat. Zie VIL A. 7. C. 11.
11.  Leidfche-ftraat (zie VIL Z>. 2.) en daarop
fee wederzyde
a. Kerk-ftraat. Zie V11- <?•IO- f .
12.  Spiegel-ftraat. (Zie VII- ■»•) en daarin
a. als boven.                n .
13.  Vyzel-ftraat. (zie Vil. u. %.) en daarin
a. als boven.
14.  Reguliers-graft. (Zie V II. ü. <j#) en daar op
a. als boven.
15.  Utrechtfche-ftraat. (Zie V11, Z). 8.) en daarop
1
                                                                     a. als
I. Bikkers-Eiland, benoorden de Hout-
tuinen
, op de hoogte der Oranje-ßraat:
x                   waar op,
1.  Bikkers-graft,
■ 2. Bikkers-ftraat, en in dezelve,
a.  Minnemoers-ftraatje.
b.  Kleine Bikkers-ftraat.
.beide uitkomende op de Bikkers-graft.
■K. Prinsen -Eiland, beweßen 't-
Bikkers - Eiland:
waarop de
i. Galge-ftraat of Prinfen-Eilands-Dwarsftraat.
L. Reaalen-Eiland, benoorden de
Bikkers- en Prinfen-Eilanden;
waar op,
i. Taan-ftraat.
2.  Taan-Dwarsftraat.
3.  Vier-winden-ftraat.
4.  Zandhoek.
M. Nieuwe-Waals-Eiland , tus-
Jchen het Kamperhoofd en de T-graft,
is verdeeld in
1.  Binnenkant, en
2.  Buitenkant, tuffchen welken, aän de Oofl-
zyde, is de
3.  Kalk-markt, en door welken loopen
4.  Nieuwe of Buiten-Bantammer-ftraat.
5.  Schippers-ftraat.
VII.
Vierde en laatfte Ver groot ing der Stad, begon-
nen in 't jaar
1658, in 't gemeen de nieuwe
uitlegging genaamd.
G R A F T E N.
A.  Leidsche-graft.
B.  'Heeren-graft , van de hoogte der Leidfche-grafl
af, Ooflwaards.
C.  Keizers-GRAFT , als boven.
Z),.Prinsen-graft, als boven.
E.  Lynuaans- of Baan-graft, als boven,
F.   Agter-graft.
G.  Reguliers-graft.
H. Binnen-Amstel.
ƒ. MlJIDER-GRAFT.
K. Nieuwe-Raapenburger-graft.
K.
L.
U.
Vil
N.
L Muider-straat.
M. Nieuwe Zeedyk of Kadyk.
Eilanden.
N. Kattenburg.
O. Wittenburg.
P- Oostenburg.
A. Leidsche-graf
waar op
Weftzydc.
i. Heeren-graft. Zie VI. A.
2. Keizers-graft. Zie VI. B.
3-  Prinfen-graft. Zie VI. C.
4-  't Kleine Plein, aan de Schans.
TT                      Ooflzyde.
5.  Heeren-graft. zie VU. B.
6.  Keizers-graft. Zie VU. C.
I. STUK.
-ocr page 123-
66                 AMSTERDAMS              I. Deel.
waarin Zuidzyde,                                     y J J,
f. HoutkoopdrsHofje, en Noordzydt,
$. Dwarsftraat. Zie VI I.D. 21.
20.  Nieuwe Looijers-Dwarsftraat.                             £*•
21.  Reguliers-graft. Zie VIL F. 7.
22.  Utrechtfche-ftraat. (Zie VIL F. 1.),waarop,
ter itfederzyde,
a. b. Utrechtfche Dwarsftraat. Zie VIL G.
13. S. 5.
23.  Binnen-Amftel. zie VII. F. 2.
24.  Weesper-ftraat. (Zie VII. F. 3.), waarop
ter wederzyde,
a. b. Lepel-ftraat.
25.  Roeters Burgwal. Zie VII. F. 4.
26.  JVIUider-graft, langs de Plantaadje. Zie VII.
F. S.
27.  Muider-ftraat of eerfte middellaan der Plan-
taadje. Zie VIL £.'13.
28.  Nieuwe Raapenburger-graft. ZieVII.F. 14.
E. LïNBAANS- of BaaN-GRAPT,           jE.
van de Leidfche graft af.
1.  Leidfche-graft. Zie VII D. 14.
een gang.
2.  Leidfche Plein of Wagen-plein by de Leid-
fche Poort.
3.  Korte Leidfche - Kruis-ftraat. Zie VIL D.
15. c. f.
4.  Spiegel-graft. Zie VI LD 17.
5.  Weterings-ftraat. Zie VIL D. ig.
6.  Vyzel-graft. Zie Vil. D. 19.
een gang.
7.  Reguliers-graft.    Zie VIL D, 21.
8.  Binnen-Amftel.    Zie VIL F. 9.
9.  Weesper-plein.    Zie VIL F. 11.
10.  Roeters-Burgwal. Zie VIL F. 12.
11.  Roeters-Eiland. Zie VIL F. 14.
12.  Muider-graft, langs de Plantaadje. Zie VII.
F. 13.
13.  Muider-ftraat, o/ eerfte middellaan der Plan-
taadje. Zie VII, D. 27.
14.  Nieuwe Raapenburger-graft. Zie VIL D. 28.
15.  Nieuwe Zeedyk of Kadyk. Zie VIL M.
F. Agter-graft, beginnende aan de F.
Regulier s.graft*
NoQfdzydei
een gang.
I. Utrechtfche-ftraat. Zie VII.Ö, 22.
een gang.
a. Binnen-Amftel. Zie VIL D. 23.
3.  Weesper-ftraat. Zie VIL D, 24*
4.  Roeters-Burgwal. Zie VIL D, 25.
5.  Muider-graft, langs de Plantaadje. Zie VIL
D.  26.
Zuidzyde.
6.  Offen-markt.
7.  Varken-markt.
8.  Nieuwe Amftel-ftraat.
o. Binnen Amftel. Zie VIL Ë. 8.
ten Noorden van de Agter - graft, die bebos-
ten den Amftel ook de
Onbekende-graft
heet, loopt aldaar eene hitte Graft, ge-
naamd bet
10.  Onbekende graftje.
twee gangen.
11.  Weesper-Plein. Zie Vil. E. 9.
12.  Roeters-Burgwal. Zie Vil. E. 10.
13.  Muider-graft langs de Plantaadje. Zie VIL
E.   12.
Tuffchen de Baan-en Agter-graft, en den
Roeters-Burgwal en Muider-graft,
legt het
14. Roe-
a. als boven,
io*. Binnen-Amftel. (zie VI I.D. 9) en daar op
a. als boven.
                          , ,
17.  Weefper-ftraät. (zie VII. ö.io») eö daarop
a, als böven.
en ten Ooflen
b Weefper-veld. Zte VII. i.6.
18.  Muider-graft. (^ VIL D.U.) kopende langs
de Plantaadje.
£). P R I N S ■ B- N*G R A P T.
t)fl» de Leidfche-graft af. ■
Noordzyde.
ï. Leidfche-graft. zu? VII. C. io.
2.' Leidfche-ftraat. Zie V11. C. 11.
3! Spiegel-ftraat. Zie VII. C. 12.
4.  Turfdraagers Hofje of gang.
5.  Vyzel-ftraat. Zie VII. C. 13.
6.  Reguliers-graft. zie VIL C. 14.
7.   Amftel-veld. Zie VII. G. 11.
8.  Utrechtfche-ftraat. Zie VIL C. 15.
9.  Binnen-Amftel. Zie VU. C. 16.
10.  Weesper-ftraat. Zie VIL C. 17.
11.  Muider-graft. zje VIL C. 18.
12.  Muider-ftraat, of eerfte middellaan der Plan-
taadje. Zie VIL B. 18.
13.  Nieuwe Raapenburger graft. zie VII. 5.19.
14.  Leidfche-graft. (Zie VIL £. 1.), en daarop
a.  Lange Leidfche-Dwarsftraat. Zie VIL D.
15. a.
b.  Korte Leidfche-DwarSftraat.Zie VIL D. 15-b.
15.  Leidfche-ftraat. (Zie VIL E. 2.), en daarop
ter voedérZyde
a.  Lange Leidfche-Dwarsftraat. Zie VIL A,
9. D. 17. a.
ten JVeften,
b.  Korte Leidfche-Dwarsftraat. Zie VI I. .A 10.
feu Oq/?é«,
c.  Leidfche Kruis-ftraat. (Zie VII. D 16.),
waarin
drie gangen, en
f. Korte Leidfche-Kruis-fttaat. Zie VIL£.3.
16.  Leidfche-Kruis-ftraat. Z*'e Vil. D. 15. c.
17.  Spiegel-graft.(zie VIL E. 4.), en daarop
ten PPeflen,
a.  Lange Leidfche-Dwarsftraat. Zie VIL
D. 15. a.
b.  Korte Leidfche-DWarsftraat.Zie VII.D.15.D.
ten Ooflen,
c eerfte Weterings-Dwarsftraat. Zie VIL
D. 18. a.
d.  tweede Weterings-Dwarsftraat. Zie Vll.D.
18. b.
18.  Weterings-ftraat, (zie VIL E. 5.), en daarin
terioederzyde,
a.  eerfte Weterings-Dwarsftraat. Zie VIL D.
17- c.
b.  tweede Weterings-Dwarsftraat. Zie VIL
D. 17. d.
ten Ooflen,
C.
derde Weterings-Dwarsftraat of 't Vlakke-
veld. Zie VIL D. 19. c
10 Vvzel-graft. (Zie VU. E. 6.), waarop
3
                   ten Weften
a.  eerfte Weterings-Dwarsftraat. zie VIL D:
b.  tweeïê Weterings-Dwarsftraat. zie VIL
c derde Weterings-Dwarsftraat, o/'t Vlakke-
veld. zie VIL D. 18. c.
j to
                 ten Ooflen,
d. Nootder-ftraat. Zje VIL G.' 5- waar 111
T- Dwarsftraat.
'• Nieuwe Looijers-ftraat. (zie VIL C. 6.
VII.
C.
Z>,
-ocr page 124-
!
AANWAS en GELEGENFIEID.                67
II. Boek.
14. Roeters-Eiland, doorfneeden in de lengte
van de Roeters-floot.
L. Muider-straat, begint by het vil
Plein der Portugeefibe Jooden-Kerke. .
Weflwaards,                                      Li
1.  Heeren-graft. Zie V11. 5.
2.  Prinfen-graft, in ie Plantaadje. Zie Vil. D
3.  Lynbaans- of Baan-graft, ten einde der Pian'.
taadje. Zie VIL E.
Ooflwaards,
4.  Raapenburger-ftraat, of Vinkebuurt, komt uit
op de Schippers graft. (Zie V. G* 3.),
waarin
ten Noorden,
z.
eerfte Waaigat.
b.  tweede Waaigat.
■ ten Zuiden, '.
c.  een gang naar 't Hofje BuiTenfchüt.
twee gangen.
5.  Heeren-graft, over de Plantaadje. Zie VIL B.
6.  Prinfen-graft, in de Plantaadje. Zie VIL D.
7.  Lynbaans- of Baan-graft, ten einde der Plan-
taadje. Zie VIL E.
G. Reguliers-graf T.
Weftzyde.
1.  Heeren-graft. Zie V W.B.
2.  Keizers-graft. Zie VIL C.
3.  Kerk-ftraat. Zie VIL A. 7.
4.  Prinfen-graft. Zie VIL D.
5.  Noorder-ftraat. Zie VII. D. 19. d.
6.  Nieuwe Looijers-ftraat. Zie VIL D. 19. e.
7.  Lynbaans- of Baan-graft. Zie Vil. E.
Ooflzyde.
8.  Heeren-graft. Zie VI LS.
9.  Keizers-graft. Zie VIL C.
10.  Kerk-ftraat. Zie Vil. A. 7.
11.  Amftel-veld. Zie VIL D. 1.
12.  Prinfen-graft. Zie VIL D.
13.  Utrechtfche-Dwarsftraat. Zie VIL D. 22. a.
14.  Agter-graft. Zie VIL F.
H. Binnen-Amstel,
van den Blaauw-burgwal af.
Weflzyde.
1.  Heeren-graft. Zie VIL B.
2.  Keizers-graft. Zie VIL C.
3.  Kerk-ftraat. Zie VIL A. 7.
4.  Prinfen-graft. Zie VIL D.
5.  Utrechtfche-Dwarsftraat. Zie VIL D. 22. b.
6.  Agter-graft. Zie VIL F.
7.  Amftel-graft of Baan-graft.
Ooflzyde.
8.  Amftel-ftraat, loopt naar de Jooden -Hout-
markt, waarin
Noordwaards *
a. Turf-fteeg. Zie V. D. 1.
9.  Heeren-graft. Zie VIL B.
io. Keizers-graft. Zie VIL C.
11. Kerk-ftraat. Zie VIL ^. 7.
J2. Prinfen-graft. Zie VU. D.
13.  Korte Amftel-ftraat, loopt regt op de Agter-
graft.
14.  Lynbaans- of Baan-graft. Zie VIL E.
I. M U I D E R - G R A F T.
Ooflzyde.
x. Heeren-graft, over de Plantaadje. Zie VII.B.
2.  Prinfen-graft, dwars door de Plantaadj1!. Zie
VIL D.
3.  Lynbaans- of Baan-graft, ten einde der Plan-
taadje. Zie VU. E.
Weflzyde.
4.  Heeren-graft. Zie VII. E.
5.  Keizers-graft. Zie VIL C.
<5. Weesper-veld. Zie VIL C. 17. b.
7.  Prinfen-graft. Zie VIL D.
8.  Agter-graft. Zie VIL F.
9.  Roeters-Eiland. Zie VIL F. 14.
iqi Lynbaans-o/Baan-graft. Zie VIL E.
M*
M. Nieuwe Zeedyk of Kadyk*
verdeeld in de
1.  Hoogte van den Kadyk, en
2.  Laagte van den Kadyk.
elk, aan ééné zyde, ten einde toe, bebouwd,
en aan 't Wefteinde
elk, aan twee zyden,
hopende, door de
Laagte, de
a.  Kerk-ftraat. (Zie VIL K. 2.) en nog een
b.  Dwarsftraat.
beide uitkomende op de
nieuwe Raapenburger-graft; Zie VIL K.
op
de hoogte is
c.  een Waaigat aan de nieuwe Vaart.
een gang.
De nieuwe Vaan loopt langs Kattenburg, Wit-
tenburg en Ooftenburg.
N. Kattenburg: waarop
1.  Groote Kattenburger-ftraat, hebberide
Ooftwaards,
a. eerfte Kattenburger-Dwarsftraat. Zie VIL
N. 2. a.
b» tweede Kattenburger-Dwarsftraat. Zie VIL
JV. 2. b.
e. derde Kattenburger-Dwarsftraat. Zie VIL
N. 2. c.
twee gangen.
2.  Kleine Kattenburger-ftraat, hebbende
Weflwaards,
a.  eerfte Kattenburger-Dwarsftraat. Zie VIL
N. 1. a.
b.  tweede Kattenburger-Dwarsftraat. Zie VII.
N. 1. b.
c.  derde Kattenburger-Dwarsftraat. Zie VIL
N. 1. c.
Ooflwaards,
d.  eerfte Waaigat.
e.  tweede Waaigat.
Ut.
O.
K. Nieuwe-Raafenburger-graft. O. Wittenburg: waarop
t. Groote Wittenburger-ftraat, hebbende
Weflwaards,
a.  eerfte Waaigat.
b.  tweede Waaigat.
Ooflwaards,
e. eerfte Wittenburger-Dwarsilraat. Zie VIL
O. 2. a.
Weflwaards.
ï.
De Plantaadje, verdeeld in vyftien 'Perken.
Ooflwaards.
2.  Kerk-ftraat {Zie Vll.A. 7-) en nog een
3.  Dwarsftraat, uitkomende op den
Niéuwen Zeedyk «/Kadyk. Zit VILM.
4. twee-
1 4
-ocr page 125-
I. Deel.
AMSTERDAMS
<S8
i. Kleine Ooftenburger-ftraat, waar in            Vil«
Weßwaards,
a.  een Waaigat.
Oofiwaards,                                 F'
b.  Ooftenburger-Dwarsftraat. ZieVH.P-3-a.
2.  Groote Ooftenburger-ftraat.
3.  Agter-ftraat, waar in
ten fPefien,
a.  Ooftenburger-Dwarsftraat. ZieVlLP-i.k
Ooßwaards,
een gang.
b.  een Waaigat.
Beooflen Ooftenburg is
4.  Funen en
5.  Keerweêr, daar de uiterfte Wagt der Stads
Soldaaten is.
d. tweede Wittenburger-Dwarsftraat. ZdeVll.
0. 2. b.
2. Kleine Wittenburger-ftraat, waar in
JVeffivoaards,
a.  eerfte Wittenburgei-Dwarsftraat. Zie VII.
b.  tweede Wittenburger-Dwarsftraat. ZieVU.
De Groote'Witfênburger-ftraatis, van detwee-
deïi af tot aan het einde, alleen
Z Weftzyde bebouwd.
DeaKleine Wittenburger-ftraat is, van de twee-
de Dwarsftraat af, terwederzyde, onbebouwd.
P Oostenburg: waarop
een gang.
LYST
-ocr page 126-
II.Boek.          AANWAS en GELEGENHEID.
69
T,
L Y
Waarby de plaats der GRÄFTEN, STRAATEN, STEEGEN
en voornaame GANGEN van
A M S'T E R D A M,
in den voorgaanden NAAM- en PLAATSTWTuER,
< aangeweezen wordt.
Beeren-fteeg. V. A. 3. e.
Beeren-ftraat. VI.fi. u.
Begynen-gang. VI. C. 15.
Begynen fteeg. I. L. 10.
Begynen-fteeg (dolle). I. C. 19.
Berg-ftraat. V. N. 25.
Bethanie-ftraat. III. A. 9.
Bethanie-dwarsftraat. III. A. 8.a.
Bethlebems-fteeg. I. ÜC 5. a. 4.
Beuling-ftraat. V. N. 10.
Beurs-fteeg. I. A. 18.
Bezyden de Beurs, I. A. 18.
Bierdraa'gers-gang. VI. C. 38. h.
Bierdraagers-gang. VI. C. 45. g.
Bikkers-Eiland. VI. L
Bikkers-graft. VI. ï. r.
Bikkers-ftraat. VI. 7. 2.
Bikkers-ftraat (kleine). VI. I. 2. b.
Binchvyk of Binnemsayk. Zie Kalverstraat.
Binnenkant van 't Nieuwe-Waals-Eiland. VI.
M. 1.
Binnen-Amstel. V.M. VIL H.
Binnen-Brouwers-ftraat. VI. E. 15.
Binnen-Viflchers-ftraat. VI. E. 12.
Binnen-Wieringerftraat. VI. E. 13.
Blaauwburgwal. V. A7. 26.
Blaauwe Erf. LM. 12 b.
Blaauwe-Haan-fteeg. I. 0.12.
Blaauw-hoofd. VI. G. 4. d.
Blaauwe Lelie-ftraat, of korte Niezel. 11.^.8.
Blaauwe-ftraat. I.Mi2.b.
Blaauw huizen-gang. VI. C. 48. c.
Blaauw-lakens-fteeg. I. C. 16.
Bleekers-gang. VI. C. 6.
Blindemans-fteeg. V. M.i. e.
Blindemans-fteeg. VI. C. 48.b. J.**.
Bloed-ftraat. III. A. 13.
Bloed-dwarsftraat. III. ./f. 13. b.
Bloks-Hofjc.VL C. 3i.b.t-
Blom-graft VI.C. 41.
Blom-ftraat. VI. C. 40.
Blom-dwarsftraat (eerfte). VLC-4.0. a.
Blom-dwarsftraat (tweede). VI.C. 40.b.
Blyde-hoek. III. ^. 1.
Boeren fteeg. I. D. 12.
Boeren-fteeg. III. A. 9. a.f-
Bogt agter de Oude Kerk. L.C 22'
Boltens-graftje. V. L.M-
Bokkinghangen. VI.C 4 e-
Boomsloot. IV. C
             _
Boomsloot (Dwars)..IV.X.3.
Boomfte«g.-UI- «* I(5-
I 3
                                                               Boom-
jrVcolye-ftraat. VI. C. 39. f.
Agnieten-ftraat. 11. A. 1.
Agter-burgwal (Nieuwe-zyds-) II. D. III. B,
Agter-BUROWAL , (OuDE-ZYDS-) II. C. III. A.
Agter de Begynen. I. F. 1.
Agter de Hal. I. C. 5.
Agter de Nieuwe Kerk, of Elendige-fteeg. I. M.
12. a.
Agter de Oude Kerk. I. C. 22.
Agter, of bezyden de Beurs. I. A. 18.
Agter 't S. Antonis Kerkhof. VIL C. 9.
Agter-graft. VII. F.
Agter ftraat. V. K 2.
Agter-ftraat op Ooftenburg. VII. P. 3-
Amstel. V. M. VII. H.
Amftel-graft. VIL H. 7.
Amftel-kerk-ftraat. Zie Kerk-ftraat.
Amftcl-ftraat. V. M. 12. VIL H. 8.
Amftel ftraat (korte). VII. H. 13.
Amftel-ftraat (nieuwe). VIL F. 8.
Amftel veld. VIL D 7.
Anjeliers-graft. V I. C. 47.
Anjeliers ftraat. VI. C. 46.
Anjeliers-itraat (kleine) VI. C. 45. i.
Anjeliers-dwarsftraat (eerfte). VI. C. 46. f.
Anjeliers dwarsftiaat (tweede). VI. C. 46.g.
ArenJ-Bou venfteeg. V. M. i-b.
Arend Jakobszoonsjkeg. 7Je Duiven-fteegje.
Afkê Noachs-gang. VI. B. 15.b.
Arke Noachs gang V I. C. 34. i.
Arm-fteeg iNieuwe zyds). [. D. 16.
Arm-fteeg (Oude-zyds). 1. C 27.
Arnouds gang. VI. C 14.
Azynmaakers-fteeg, of Zwart Lakens-fteeg I. D. 9.
B.
B
„'aafjes-fteeg. LS. 4.
Baanbrug-fteeg. VI. C. 50.d.
Baangraft. VI. D. Vil £.
Baan-fteeg. VI. C 4.b.
Bakkers-ftraat. V- M. 7.
Balk in 't Oog-fteeg V. M.6.
Bantammer ftraat. IV. A- 7.
Bantammerftrant (nieuwe). VI. M. 4.
Barber-ftraat I. C. 2.
Barnde-fteeg. III. ^. 12.
Batavier-ftraat. V. /f. 1..
Batavier-dwarsftraat (eerfte). V. F. 2.
Batavier dwarsftraat (tweede). V.P.3.
-ocr page 127-
AMSTERDAMS
I. Deel»
?o
Egelantiersdwarsftraat (derde). VI. C.43.
Eiland (Bikkers-) VI. I.
Eiland (Nieuwe-Waals-) VI.M.
Eiland (Prinsen-) VI. K.
Eiland (Reaalen-) VI. L.
Elands-graft. VI. C. 34.
Elands-ftraat. VI. C. 35. -
Elendige-fteeg. I. M. 12. a.
Enge Kapel-fteeg. I. A. 10.
Enge Kerk fteeg. I. K. 8.
Engel-Gabriels-gang V. K. 2. d.
Engelfche-fteeg. III. C.17. a,
Boomfteeg. IV. C. 3. h.
Boom-ftraat. VI. C. 48. a.
Boom-dwarsftraat. VI. C.48. a.f.L
Braak (nieuwe) of Palmgraft, VI. E. Z-.
Braak (oude). I. D. 25.
Brandewyns-fteeg. IV. A. 3-a.
Brandewyns-fteeg. VI. H. 3-
Brand-gang. V. ƒ. 10.
Breêftraat (Reguliers-)- V.M. r.
Breêftraat (S. Antonis- en Jooden-) V.J.
Breeuwers-ftraat. VI. p- 2-
Brouwkrs-graït. V. IV. 29-VI. E.
Brouwers-fteeg. I. ö. 27.
Brouwers-ftraat. VI. *.. 15.
Bruiniften-gang. III. A. ia. a.
Burgwal (Blaauw-)V. IV. 26,
Burgwal (Fluweelen-, 11.^.
Burgwal (Grim-) I. E.
Burgwal (Groene). V. A. I. a.
Burgwal (Kloveniers-). 111. D.
Burgwal (Lepuoozen-). V. D.
Burgwal (Nieuwe zyds-Voor-) I.D. II.B.
Burgwal (Nieuwe-zyds-Agter-) II.D. III. B.
Burgwal (Oude-zyds-Voor-) I. C. 11.^.
Burgwal (Oude-zyds Agter ) II. C.lll.A.
Burgwal (Roeters-) VIL D. 25.
Burgwal (Zwaanen-)V. B.
Buitenkant van 't Nieuwe - Waals - Eiland. VI.
M. 2.
Buiten-Bantammer-ftraat. VI. M. 4.
Buiten-Brouwersftraat. VI. F. 3.
Buiten-Dommerftraat. VI. F- 13.
Buiten-Oranjeftraat. VI. F. 9.
Buiten-Viflbhersftraat. VI. F. 1.
Buiten-Wieringerftraat. V I. F. 1.
Buffenfchutsgang. VII. L. 4- c.
J^ luweelen-Burgwal. 11, A.
Foelie ftraat. V. G. %■
Foelie-dwarsftraat V. G. 2. a.
Fortuinen gang, V. K. 2 c.
Fraaije-fleegje. Zie Hooiwagens-fteeg.
Franfche Pad. VI. E 6.
Frans-Talingen-fteegje, of Frans-Teilingen-fteegjc
III. E. 3.
Funen. VIL P. 4.
Fye Vliegen- en Fyf-Fliegenfieeg. Zie Vliegende
fteeg.
G.
\jjraapers-fteeg. I. A. 14.
Galge-ftraat VI. K. 1.
Gansoord
Zie Nes.
Gafthuis-hof. III H. 2.
Gafthuis-molen-fteeg. V Af. 19,
Gafthuis-molen-fteeg (korte) III, /?,<5,
Gafthuis-fteeg. I. D. 13.
Gebed zonder end. I. C. 1. a.
Geelvinks-fteeg. V. IV. 3.
Geertruids fteeg I. D. 19.
Geldersche-Kaai. III. E.
Gieters-ftraat. V1 C 48, b. ;£.
Glazemaakers-gang, VI. 0.5.
Gooijers-fteeg.I. C. 15.
Gordynen-fteeg. 111. A. 13. a.
Goudbergs-fteeg. I. K 5. a. f.
Goudsbloms-graft. V I. £ 6.
Goudsbloms-fteeg, V. N. 13.'
Goudsbloms ftraat. VI, E 5.
Goudsblomsdwarsftraat (eerfte). VI.iE. 5. a.
Goudsbloms-dwarsftraat (tweede). V I. E. 5. fes.
Goudsbloms-dwarsftraat (derde). VI. E. 5,c,
Gouwenaars fteeg. III. C.17. d.
Graven-ftraat. I. D. 15.
Grim. I E. Zie Grimeurowal.
Grimburgwal. I. E.
Grimmeneffe-fluis. III. H. 3.
Grimneffe. Zie Nes.
Groene Burgwal. V A. 1. a„
Groene-gang. V. A. 3. a. 1.
Groote Hout-ftraat. VI. E. 15.
Groote Kattenburger-ftraat. VII. AT. 1.
Groote Ooftenburger ftraat. VII. P. 2.
Groote Wittenburger-ftraat. VIL O. 1.
Guldehand-fteeg. I. K. ai.
H.
JTlAARLEMMER-DYk-, <ƒStraat. V. TV. 30. VI.ff.
Haarlemmer-Houttuinen. V. AT. 31. VI F
Haarlemmer-Plein. VI. D. 34.
Haazen-ftraat. VI. C. 34. c.
Hagedoorns-gang.VI. jP. 12.
Hal-Plein. I. ƒ. 4
Hal-fteeg. I. C. 7.
Hal-
V_xellebroêrs- of Pensfteeg. I. A. 3.
D.
mm ■* ■
L/amraKv I. B.
Dirk van Haffelts-fteeg. I. D. 22.
Diflels-gang (eerfte) VI. F. 10.
Diflels-gang (tweede) VI. F. 11.
Doele-ftraat (Nieuwe) III. D.
Doele ftraat (Oude) II. A. 4.
Dollebegynen-fteeg. I. C. 19-
Dommer-ftraat. VI. G. 50. C.
Drie-hoek-ftraat. VI. E. 8. d.
Drie Kardoezen gang. V.H. 3.
Drie Konings-ftraat. V. N. 22.
Drie Lelien-gang. VI. C. 34. h.
Droogbak. VI. F.
Dubbelde Worft-fteeg. I. B. 2.
Dubbelde Worft-fteeg. V. N. 11.
Duifjes fteeg. I. A. 13.
              M
Duiven-fteegje. I.C.11.
Duivels-hoek. V. M. 1. b. c. d. e. f.
DWARS-BOOMSLOOT. IV. C. 3,
Dyk-ftraat. IV. ^.i.
Dyk-dwars-ftraat. IV A. i. a.
Dyk-ftraat (korte). IV. C. 3. ».
E.
E endragtsgang. VI. E.4.I1.
Eenhoorns-gang. VI. £ 4»
Eenuurs-gang. VI.C.34-d'
Egelanuer8-graft.vi. C.42.
Ege antiers-ftraat. VI. C/44.
Ege antiers-dwarsftraat (eerfte). VI. C. 43- d- ,
Egelantiers-dwarsftraat (tweede). VI. C43-*1-
-ocr page 128-
AANWAS en GELEGENHEID.
IL Boek.
71
Halvemaans-fteeg. V. M. 4.
Hameeters-fteeg. V. N. 23.
Hamfieegje. Zie Naaldemaakers-gang.
Handboogs-ftraat. III. C. 2. b.
Haringpakkery. III. B. 22.
Harten-ftraat. VI. A. 4.
Haffelaars-fteeg. I. H. 1.
Haverzaks-gang. VI. C. 45. f.
Heeren-gang. V. F. 1.
Heeren-Graft. V. 0. VI. A. VII. JS.
Heeren-markt. VI. E. 14.
Heeren-ftraat. VI. A. 6.
Heilige-Weg. III. C. 2.
Heintje-Hoeks-fteeg. I. C. 25.
Hei-fteeg. V. N. 12.
Hei-fteeg (korte). III. B. 1.
Hekelveld. III. B. 20.
Hemelryk. III. B. 15.
Hemelryk (kleine). III. B. 16.
Henrik-Katrynenzoons-fieeg. Zie Vifch-fteeg.
Heremyten-fteeg. I. A 7.
Hoefyzers-gang (nieuwe). III. A. 10. b.
Hoefyzers-gang (oude). III. A. 10. a.
Hoedemaakers-gang.VI. C. 43. i.
Hoek (blyde). III. A. 1.
Hoek (Duivels). V. M. 1. b. c. d. e. f.
Hoek (Waaien-). VI. C. 29. a.
Hoek (Zand-). VI. I. 4.
Hol. I. D. 17.
Holmans-ßeegje. Zie Panaalfteegje.
Hoofd (blaauw). VI. G. 4. d.
Hoogkamersfteeg , of gang. III. A. 11.
Hoogftraat (korte). IV. D. 1. b.
Hoogftraat (nieuwe). V. A. 6.
Hoogftraat (oude). III. A. 8.
Hoogte van den Kadyk. VIL M. 1.
Hooiwagens-fteeg. VI. H. 2.
Hopkuil- o/Waterfcheeps-fteeg. II.fi. 12.
Hout-Graft. V. C.
Houtkoopers-Graft. V. E.
Houtkoopers-hofje. VII. D. 19. e. f.
Houtftraat (groote). VL F. 15.
Houtftraat (kleine). VI. F. 14.
Houttuinen. Zie Teertuinen (Oude).
Houttuinen (Haarlemmer). V. N. 31. VI. H.
Houttuinen (Jooden-). V. E.
Houttuinen (Nieuwe-zyds-). Zie Texelsche Kaai.
Houtzaagers-gang. III. B. 2.
Houtzaagers-gang. V.M. 1. a.
Huiden-ftraat. VI. A. 2.
Huiszitten-Burgwal of Turfgraft. V. D.
Huiszitten-fleeg. Zie Stoof-fteeg.
Huiszitten-fteeg. II. B. 7.
Huiszitten-fteeg (korte). III. B. 9.
J.
I akob van Okn-fleeg. Zie Spaarpots- of Spreeuw-
" pots-fteeg.
Jan de Vriezen-fteeg. I. C. 9.
Jan-Krimpen-gang. V. A. 3. a. f.
Jan-Rooden-Poorts-Tooren-fteeg. III. B. 10.
Jan Schouten Aartszoons-ßeeg. Zie Schouten-fteeg.
Jeroenen-fteeg. III. C. 16.
Jonge Roelen-fteeg. I. D. 11.
Jonker-ftraat. IV. A. 6.
Jonker-dwarsftraat (eerfte). IV. A. 6. a.
Jonker-dwarsftraat (tweede). IV. A. 6. b.
Jonquiel-boeren-fteeg. V. A. 5.
JoODEN-BREêSTRAAT. V. /•
Jooden-Houttuinen. V. E.
. K.
JVaai (Geldersche). III. E.
Kaai (Oofterfche). V. F. 4
Kaai (Texelsche). I. H.
Kaatsbaans-gang. III. C. 6.
Kaatsbaans-fteeg. II- B- ^•
Kadyk. VII. M.
Kalfsvel- of Styffel fteeg. I. A. 2.
Kalkmarkt. VLM. 3.
Kalver-gang. VI. C. 10.
Kal verstraat. I. L. III. K.
Kamperhoofd. III. F. 2.
Kamper-fteiger. I. K. 15.
Kapel-fteeg. I. B. 9.
Kapel-fteeg (enge). I. A. 10.
Kapel-fteeg (wyde). I. A. 11.
Kapel-fteeg (Oude-zyds-). I. K. 13.
Karnemelks-fteeg. I. B. 8.
Karffebooms-gang. VI. G. 4. a.
Karffebooms-hofje. VI. C. 45. dl
Karffebooms-fteegen (twee). V. N. 5. 6.
Karthuizers-ftraat. VI. C. 48. b. i-
Katers-fteeg. III. G. 2.
Katers-fteeg. V. N. 9.
Kattegat. III. B. 14.
Kattenburg. VII. JV.
Kattenburger-ftraat (groote). VII. AT. 1.
Kattenburger-ftraat (kleine). V11. N. 2.
Kattenburger-dwarsftraat (eerfte). VII. JV. 1. a.
Kattenburger-dwarsftraat (tweede). VII. N. 1. b.
Kattenburger-dwarsftraat (derde). VIL N. 1. c.
Keerweêr. VIL P. 5.
Keizerryk. IL B. 5.
Keizers-Graft. VI. B. VIL C.
Keizers-hof. VI. B. 17.
Keizers-hof. VI. C. 38. 1.
Keizers-ftraat. IV. A. 2.
Keizers-ftraat (korte). IV. C. 3. b.
Keizers-dwarsftraat. IV. A. 2. a.
Keizers-dwarsftraat (korte). IV. C, 3. b.f.
Kerkkroonen-gang. VI. C. 33. c.
Kerkflraat. Zie Warmoes-ftraat.
Kerk-ftraat. VII. A. 7.
Ketel gang. VI. C. 29. b.
Ketelmaakers-gang. VI. C. 35. e.
Klapmuts-fteeg. I. M. 21.
Klaver-gang. VI. B. 16.
Kleimans-fteeg of Korte Lynbaans-fteeg. 11. B. 10.
Kleine Anjeliers-ftraat. VI. C. 45. i.
Kleine Hemelryk. III. B 16.
Kleine Houtftraat. VI. F. 14.
Kleine Kattenburger-ftraat. VIL N. 2.
Kleine Ooftenburger-ftraat. VII. P. 1.
Kleine Plein. VIL A. 4.
Kleine Wittenburger-ftraat. VIL O. 2.
Klokken-fteegje. III. D. 7.
Kloofter. III. C. 1.
Kloveniers-Burgwal. III. D. V. A.
Knollen-gang. VI. C. 30.
Knoopemaakers-gang. VI. C. 43. g.
Koe-ftraat. III. A. 10.
Koks-hofje. V. K. 2. e.
Koks-fteeg. V. A^. 17.
Kolk. I. D. 23.
Kolk (Oude-zyds-). III. F. 4.
Kolk-fteeg. I. D. 23.
Kollegats-fteeg. IV. A. 7. a.
Kollegats-dwarsfteeg. IV. B. 4.
KONINGS-GRAFT of SlNGEL. III. C.V-N-
Konings-Plein. V. A'. 8.
Konings-ftraat. IV. A. 3.
Konings-ftraat (korte). IV. & 3- «•
Konings-dwarsftraat (korte). ■» V. C. 2.
Konynen-ftraat. VI. C. 35- c.
Koorenmeeters-Agterhuis o/gang. VI. E. 8. b.
Koperftaagers-gang. VI. c. 30. b
KorsjesToorts ftceg (koite). III. D. ,3<
Kors-
-ocr page 129-
I. Deel.
A MS T E R D A M S
72
Linkervleugel van de S. Antonis-fluis.IV.D. i.e.
Lomberds-fteeg. I. C. 3.
Looijers-graft. VI. C. 32.
Looijers-ftraat. VI. c. 32. b. f.
Looijers-dwarsftraat (eerfte). VI. C. 32. a.
Looijers-dwarsftraat (tweede). VI. C. 32. b.
Looijers-ftraat (Nieuwe). VIL X>. 19.e.
Looijers-dwarsftraat (Nieuwe). VII. Z). 19.'e. f.
Louwen-Poort o/ Meefter-Louwen-fteegje. I. Ä
22. a.
Lynbaans- o/Baangraft. Vi. D. VIL £.
Lynbaans-fteeg. III. B. 12.
Korsjes-Poorts-fteeg. V. N. 27.
Korte Amftel-ftraat. VII. H. 13.
Korte Dyk-ftraat. IV. C. 3.
Korte Gafthuis-molen-fteeg. II £ B. 6.
Korte Hei-fteeg. III. B. 1.
Korte Hoogitraat. IV. D. 1. b.
Korte Huiszitten-fteeg. -11* 1?'
Korte Keizers-ftraat. IV. c;-3-ft'
Korte Keizers-dwarsftraat. IV. C. 3.b.t-
Korte Konings-ftraat. I V. <-. 3. c.
Korte Konings-dwarsftraat. IV C 2
Korte Korsjes-Poorts-fteeg III. B. .13.
Knrre Leidfche dwarsftraat. V II. A. 10.
Korte Leidfche-Kruisftraat. VIL D. 15. c. f.
Korte Lynbaans-fteeg o/ Kleimans-fteeg. 11. B.iq.
Korte Prinfen-graft. VI. E. 19.
Korte Raam-graft. V. A. 3. g.
^■orte Reguliers-dwarsftraat. V. M. 10,
Korte Spinhuis-fteeg III. A. 6.
Korte Storm-fteeg. III. A, 17.
Kramers-gang. VI. D. 9.
Kreupel-fteeg. II. A. 6.
Kromelleboogs-fteeg. I. A. 17.
Kromelleboogs-fteeg. I. D. 25. a.
Kromelleboogs-fteeg. Zie Frans-ïalingen-fteegj'e.
Kromme Palm-ftraat. VI. E. 8. e.
Kromme Tuin-ftraat. VI. C. 45. h.
Kruimans-fteegje of Zilverfmids-gang. I. D. 22. c.
Kruis-gang. VI. C. 23.
Kruis-fteeg. III. B. 5.
Kuip. III. C. 17.
Kuipers-gang. VI. C. 7. ,
Kuipers-gang. VI. C. 34. f.
Kuipers-gang. VI. C. 44. g.
Kuipers-fteeg of Zilver-fteeg. I. C. 1.
M.
]
[aagdelieven-ftraat. VI. C. 45. k.
Mandemaakers-gang. VI. £.16.
Mandemaakers-ftéeg. I. B. 6.
Mandemaakers fteeg. V. A^. 2.
Marken. V. L.
Marken-fteeg. V. E. 2.
Martel aars -graft. III. B. il.
Meefter-Louwen-fteegje of Louwen Poort. I. D.
22. a. "
Melkboers-fteeg. I. D. 12.
Melkmeisjes-gang. VI. C. 48. b. f.
Melkmeisjes-fteeg. I. D. 8.
Middeldam of Vygendam 1.1. 1.
Minderbroeders-fteeg of Oude-Kennis-fteeg. II.
A. 7-
Minnemoers-ftraatje. VI.J. 2. a.
Moddermolen-fteeg. V. A. 3. f.
Molenpad. VI. -B. 9.
Molen-fteeg. HL A. 15.
Molen- of Roómolen-fteeg. V. N. 28.
Mol-fteeg. 11. JS. 8.
Monniken-ftraat. III. A. 14,
Monniken-dwarsftraat. III. A. 13.
Montelbaans-Burgwal. IV. D. V. F.
Mooren-fteegje. I.A. 12.
Mooriaans-fteeg. I. D. 5.
Moftaardpots-fteeg o/ Schuitmans-fteeg. 11. S. 9.
Mouthaan-fteeg. VI. C. 50. b.
Mozes- en Aäron-ftraat. I. D. 14.
Muggebeens gang. III. ƒ. 5.
Muider-graft. V 11 I.
MyiDER-STRAAT. VIL L,
j >aagte van den Kadyk. VII. M. 2.
Land-van-beloften-fteeg. V.M. 1. e.
Lange-brugs-fteeg. I. A. 1.
Lange Lëidfche-dwarsftraat. VII. A. 9.
Lange-ftraat. V. N. 26. a.
Lastaadje. IV. A.
Laurier-graft. VI. C. 36.
Laurier-ftraat. V I. C. 37.
Laurier-dwarsftraat (eerfte). VI. C. 36. e.
Laurier-dwarsftraat (tweede). VI. C. 36. g.
Lazarus-fteeg. V. C. 2.
Leertouwers-gang<» VI. D, 2.
Leidekkers-fteeg. I. C. 14.
Leidsche-graft. VI. A. I.VII. ^.
Leidfche-ftraat. VII. B. 9.
Lëidfche-dwarsftraat (korte). VII. A.10.
Lëidfche-dwarsftraat (lange). VII. A, 9.
Leidfche Kruis-ilraat. V11. D. 15. c.
Leidfche Kruis-ftraat (korte). VIL D. 15. c. f.
Leidfche-Plein. VII. E. 2.
Lelie-Graft. VI. A. 5.
Lelie-ftraat (nieuwe). VI. C. 42.
Lelie-dwarsftraat (eerfte) VI. c. 42. a.
Lelie-dwarsftraat (tweede) VI. c.42. b.
Lelie-dwarsftraat (derde). VI. c.42. is.
Lelie-ftraat (oude). V. iV. 24.
Lelie-ftraatje. IV. yf. 9-
Lepelftraat. VIL V. 24. ab.
Leproozen-Burgwal. v . -u.
Leproozen- »ƒ Lazarus-fteeg. V. C. 2.
Lindebooms-gang. VI. ^- 3:
Lindebooms-gang. VI. C.21.
Linden-graft. VI. E, 4.
Linden-ftraat. VI. C. 48. b.
           :
Lmden-dwarsftraat(eerfte). VI. C.48.0.TI •
Linden-dwarsftraat(tweede) VI. C.48.b4J.
Linden-dwarsftraat(derde) VI. £, 4.c
N.
N
laaldenmaakersgang. III. B. 6.a.
Nadorft-fteeg. I. A. 6
Negelantiers-graft en ftraat. 'Lie Egelantiers-graft
en ftraat.
Nes. I I.
Neffe. Zie
Nes.
Nieuwe Amftelftraat. VII. F. 8.
Nieuwe Bantammerftraat. VI. M. 4.
Nieuwebrug-fteeg. I. K. 22.
Nieuwe Doele ftraat. III. D. 1.
Nieuwe gang. VI. C. 29 c.
Nieuwe Hoefyzers-gang. III. A.io.b.
Nieuwe Hoogftraat. V. A 6.
Nieuwe Lelie-ftraat. VI. C. 42.
Nieuwe Looijers-ftraat. V II. D. ig.e.
Nieuwe Looijers-dwarsftraat. VII. D. 19. e. L
Nieuwendyk. LM. III. Z.
Nieuwe Raapenburger-graft. VII. K.
Nieuwe Spiegelftraat. VIL B. 11.
Nieuwe Teertuinen. VI. C.
Nieuwe Waals-Eiland. VLM.
Nieuwe Zeedyk. V11. M.
Nieuwe-zyds-Agterburgwal. II. ö. III. B.
Nieuwe-zyds Armfteeg. I. D. 26.
Nieuwb-zyds-Voorburgwal. L D-IL -B.
/                                                               Nieu-
-ocr page 130-
AANWAS en GELEGENHEID.
IL Boek.
73
Poort (Spanjaards- of Spanje's-). 1. ß 2Q ^
Poort (S. Pieters-). I. A. 5.
Poort (Turkfche Keizers-)- VI. C. 3S. u
Poort (Waaien-Wees-). VI. C. 37. b.^
Popius-fieeg. Zie Paapenbroek-fteeg,
Pottebakkers gang. V. 0. 15.
Pottebakkers-fteeg. IL B. II.
Prinsen-Eiland.. VI. K.
Prinfen-Eilands-dwarsftraat. VI. K. I.
Prinfen-gang. VI. C. 31. b.
Frinfen-gang. VI. C. 37. f.
Prinsen-graft. VI. C. VIL Z>.
Prinfen-graft (korte). VI. E. 19.
Prinfenhofs-gang. VI. C. 22.
Prinfenhofs-gang. VI. C. 36. f.
Prinfenhofs-fteeg. II. -dT. 3»
Prinfen-ftraat. VI. B. 15.
Pyl-fteeg. I. C. 8.
R.
JCVaam-graft. V. ./£ 3.
Raam-graft (korte). V. A. 3. g.
Raam-fteeg. III. 5. 4.
Raam-ftraat. VI. C. 28.
Raapenburg. V. C.
Raapenburger-graft (nieutve). VII. Ki
Raapenburger-ftraat. VII. L. 4.
Ramskooi. I. H. 2.
Ratelwagts-fteeg. VI. C. 45. i.
Raven-gang. V. E. 3.
Ravet-fleeg. Zie Servet-fteeg.
Reaalen-EiLand. VI. L.
Ree-ftraat. VI. B. 12.
Regtervleugel van de S. Antonis-fluis. V. J. 13,
Reguuers-graft, VIL G.
Reguliers-Breêftraat. V. M. r.
Reguliers-dwarsftraat. V. AT. i. a.
Reguliers-dwarsftraat (korte). V. M. i. g.
Ridder-ftraat. IV. A. 5.
Ridder-dwarsftraat (eerfte). IV. A. 5. a.
Ridder-dwarsftraat (tweede). IV. A. 5. b;
Roeters-burgwal. VIL D. 25.
Roeters-Eiland. VIL E. 11.
ROKIN. I. ^. III. G.
Romeins-Arms-fteeg. V. Af. 16.
Romeni-ftraat, Zie Dubbelde Worft-fteeg. l.B. 2.
Roode Leeuwen-fteegje. Zie Kromelleboog-fteeg.
Rookoes-gang. VI. H. 5.
Roomolen- of Molen-fteeg. V. AT. 28;
Roosmaryn-fteeg. II. B. 2.
Roozebooms-fteeg. 1. L. 9.
Roozebooms- of Rottige fteeg. VI. E. 7. c.
Roozebooms-fteegje. III. L. 1.
Roozen-graft. VI. C. 39.
Roozen-ftraat. VI. C. 38.
Roozen-dwarsftraat (eerfte). VI. C. 38. a.
Roozen-dwarsftraat (tweede)i VI. C. 38. b.
Roskam-fteeg. IL B. 1.
Rotgans-gang. VI. E. 11.
Rotgans-fteeg. VI. H. 1.
Rotteneft. IL A. 9.
Rotterdammer-gang. VI. C. 13.
Rottige- of Roozebooms-fteeg, VI. E. 7. e*
Run-ftraat. VI. B. 10.
Rusland. III. A. 4.
S.
Oalamariders fteeg. V. J. 2>
Schaapenmarkt. III. G. Ä*
Schaapen-fteeg. V. M.i-*'
Schaapen-fteeg. VI- l>. 33-
Schaapen-fteegje. M. C. 2. d.
Schaaven-gang- VLi-.H.
K
                                                                  Scha-
Nieuwe-graftj e. V. L. i,
Nieuwftraat. I. D. 20.
Nieuwftraat (Oude). IILB. 12. a.
Niezel I. C. 24.
Niezel (korte) of Blaauwe Lelie-ftraat, 11. A. 8;
Noorder-markt. VI. C.48.
Noorder-ilraat. VIL D. 19. d.]
Noorder-dwarsftraat. VILD. ig, d. f.
O;
V/lieflaagers-gang. VI. E. 18.
Olieilaagers-fteeg. III. G. 3;
Onbekende Graftje. VII. F. 10.
Onkelboer-fteeg. V. A. 5.
Oostenburg. VII. P.
Ooftenburger-ftraat (groote). VIL P. 2.
Ooftenburger-ftraat (kleine). VIL P. 1.
Ooftenburger-dwarsftraat. VIL P. 1. b.
Oofterfche Kaai. V. F. 4.
Openhart-fteeg. V. N. 4.
Oranje-ftraat. VI. C. 50. a.
Osjes-fpook-fteeg. III. B. 14. a.
OfTen-markt. VIL F. 6.
Offen-fluis. III. K.6.
Oude Braak. I. D. 2<?.
Oude-brugs-fteeg. I. B. 7.
Oude-brugs-fteeg. I. K. 20.
Oude Doele-ftraat. .IL A. 4.
Oude Hoefyzers-gang. III. A. 10, a.
Oude Hoogftraat. III. A. 8.
Oude Kennis-fteeg. II. A. 7.
Oude Kerks-Plein. I. C. 21.
Oude Leliestraat. V. N. 24.
Oude-Manhuis-Poort. III. A. 2.
Oude Nieuw-ftraat. III. B. 12. a.
Oude Schans. IV.D.V.F.
Oude Spiegel-ftraat. V. N. 15.
Oude-zyds-Agterburgwal. IL C. III. ^
Oude-zyds-Arm-fteeg. I. C. 27.
Oude-zyds-Kapel-fteeg. I. /f. 13.
Oude-zyds-Kolk. III. F. 4.
OUDE-ZYDS-VOORBURGWAL. I. C. I I. A.
Oude-zyds-wyde-Kapel-rteeg. III. I. 9.
Oven-ftceg. Zie Gaapers-fteeg.
P.
J7 aapenbroek-fteeg. I. A. 16.
Paapenbrug fteeg. I. K. 18.
Paarden-ftraat. V. M. 8.
Paauwen-gang. VI. F. 6.
Palm-graft of Nieuwe Braak. VI. E. 8*
Palm-ftraat. VI. E. 7.
Palni-dwarsftraat. VI. E. 7. d.
Palmftraat (kromme). VI. £.8. e.
Panaals-fteegje. III. C. 19. a.
Parfumeerders-graft. Zie Pafleerder-graft.
Parfumeerders-flraat. Zie Paffeerder-ftraat.
Pafleerder-grait. VI. C. 29.
Paffeerder-ftraat. VI. C. 31.
Paffeerder-dwarsftraat. VI. C. 29. d.
Paternofters-fteeg. Zie Sleepers-fteeg. I. C. 23.
Penfionaris-fteeg of Stoute-haan-fteeg. I. D. 6.
Pens- of Cellebroêrs-fteeg. I. A. 3.
Peper-ftraat. V. G. 1.
Pieter Jakobsz-ftraat. I. C. 6.
Pieter Jakobsz-dwarsftraat. I. C\ 6. a.
Plantaadje. VII. K. 1.
Plein (Haarlemmer-). VI. D. 34.
Plein (kleine). VIL A. 4.
Plein (Konings). V. N. 8.
Plein (Leidfche). VIL E. 2.
Plem (Weesper). VIL E 9.
Poort (Engelrche). I. C. 4.
Popit (Louwen-). L D, 22. a,
-ocr page 131-
AMSTERDAMS
I. Deel;
74
Schager-gang. VI. F. 5.
Schans (Oude). I y. D. V. F.
Schiedammer-gang. VI. .F. 7. '
Schilders-fteeg. V. N. 21.
Schippers-gang, VI. C. 20.
Schippers-graft. V. G. 3.
Schippers-ftraat. VI. M. 5-
Schippers-ftraatje. IV. A.$-
Schollevangers-gang. V. K._ 2* r.
Scbool-fleeg. Zie Zwarte hand-fteeg.
SchooneWeespad. VI. C'. 37. e.j.
Schoorfteenveegers-fteeg. III. B. 5.
Schouten-fteeg. I. C. 12.
Schreijers-hoek. III./-. 3.
Schuitebooms-gang. VI. C. 43. f.
Schuitemaakers-gang. VI. £. 4. f.
Schuitevoerders-fteeg. V. Af. 3.
Schuitmans fteeg o/ Mofterdpots-fteeg. II. 21.9.
Servet-fteeg. I. C. 10.
Singel o/ Konincsgraft. III. C. V. iV.
S. Agnieten-ftraat. II. .4, 1.
S. Anne-ftraat. I. C. 18.
S. Anne-Dwafsftraat. Li C. 18. a. .
S. ANTONIS-BltEêSTRAAT. V. /.
S. Ceciüen-fleeg. Zie Prinfenhofs-fteeg.
S. Hieronimus-Hofje. VI. C. 48. b. LU*.
S. Jakobs-gang. VI. E. 4. k.
S. Jakobs-ftraat. I. D. 24.
S. Jans-ftraat. I. C. 13.
S. Jans-Vredehof. VI. C 35. d.
S. Joris-fteeg. III. G. 1.
S. Joris-ftraat. V. N. 7.
S. Katrynen-Kloofters-gang. II. A.
S. Lucien-fteeg. I. D, 1.                       ;
S. Nikolaas-ftraat. I. D. 18.
S. Ölofs-Poort. I. K. 14.
S. Pieters-Poort. I. A. 5.
5. Pieters-fleeg.h C. 5.
S. Pieters-fteeg. V. Af. 1. c.
Slaagers-gang. V. N. 1. a. -fff,-
Sleepers-gang. VL C. 8.
Sleepers-gang. VI. C. 34. g.
Sleepers-fteeg. I. C. 23,
Sleepers-fteeg. V. Af. 5.
Slooterdyks-fteeg. I. Z>. 7.
Slooterdyks-ftraat. VI. G. i.,
Slootje. IV. C. 3- ?.
Sloot-ftraat. VI. C. 45. k. f.
Slyk-ftraat. III. A. 3.
Smak-fteeg. III. C. 17. c.
Smalle Pad. V I. G. 3.
Smids-fteeg. III. B. 18.
Smids-fteeg. IV. A. 11.
Smids-fteeg.' V I. C. 38. g.
Smids-fteegje. IV. JB.i.
Snoekjes-graft. IV. D. 1.
Snoekjcs-fteeg of korte Hoog-ftraat. IV. D. I.b.
Spaarpöts- o/ Spreeuwpots-fteeg. I.-4.15.
Spaarpots-fteeg. III. B. 11.
Spanjaards- of Spanjes:Poort. I. D. ie. a.
Spiegel-graft. VIL D, 17.
Soiegel-ftraat. VIL B. ir.
Sniesel-itraat (Nieuwe). VIL 2?.„, .
sSel-ftraat(Oude)^ViV.I5.
Spinhuis-fteeg. IlL^ 5-
Spinhuis-fteeg(korte).IIL^6..
Spinhuis-dwars-fteeg. III.^-6-a
Splintermaakers-gang. V. M. 12. c.
Spook-fteeg. III- 5. 14- a-           T ,
Spreeuwpots- <ƒ Spaarpots-fteeg I. <rf. 15.
Sprokkelbeurs-fteegje. III. ■#• °-
Spuij. lï UI. c. 3.
Spykerboors-fteeg. j. #. I0,
Spykermaakers-gang. V. .rf.-6.-W
Staal-ftraat. V.^2
Steenhouwers-fteeg. I. c. 6. a. f.
Steenkoopers-gang. VI. c. 4. '
Steenkoopers-gang. VI. E. 17.
Stil-fteeg. II. B. 6.
Stoof-fteeg. II. A. 5.
Storm-fteeg. III. e.'i.
Storm-fteeg (korte), lij \& I7
Stoutehaan-fteeg of Penfionaris'ftceg. I.D.6.
Stroomarkt. III. c. 17.
Stuivers-gang. I. d. 22'. d.
Stuurmans-hofje. VI. C. 38. d.
Styffel- o/ Kalfsvel-fteeg. I. a'. 2.
Suikerbakkers-fteeg o/ Zak-fteW. I. C 2Ä,
Suikerbakkers-fteeg. I. D. 21.
Suikerbakkers-fteeg. IV. A. 3, b.
Suikerbakkers-fteeg. V. Af. 1. d.
Suikerbakkers-fteeg. V. M. 9.
T.
JL aan-ftraat. VI. L. 1.
Taan-dwarsftraat. VI. L. 2.
Tak-fteeg. I. A. 8.
ïeerketels-fteeg. III. B. 13. a.
Teertuinen (Nieuwe). V L G.
Teertuinen (Oude). I. G.
Terebinthyns-gang. VI. C. 36. <j,
Texelsche Kaai. I. H.
Tichel'-ftraat. VI. C. 47. h.
Tooren-fteeg. III. B. 10.
Treeft-fteeg. V. N. 18.
Trompetters-gang. V. A. 4. b.
Trompetters- of Zoger-fteeg. I. C. 20.
Tromvloos-fleeg. Zie Haflelaars-fteeg.
Tuin-ftraat. VI. C. 45.
Tuin-dwarsftraat (eerfte). VI. C. 45, e;
Tuin-dwarsftraat (tweede), VI. C. 45, h*
Tuin-ftraat (kromme). VI. C. 46. h. '
Turfdraagers-Agterhuis of gang. VI E 8 a"
Turfdraagers-Hofje o/gang. VII. ö. 4
TURF-GRAFT 0/ HuiSZITTEN-BuRGWAL. V. D
Turfhok-fteeg of Turkfche Keizers-fteeg. I. D. 2;
Turfmarkt (Oude) lil H
Turf fteeg. V. D. 1.
Turkfche Keizers-Poort. VI. C. 35. b.
Turkfche Keizers-fteeg of Turfhok-fteeg. I. D.2.
Twaalf-uurs-gang. VI. c. 44. c.
U.
U.
LENBURG. V. K.
Uilenburgs- of Agter-ftraat. V. K. 2.
Uilenburgs-fteeg. V. £.-i.
Utrecbtfcbe Steigers-fieeg. Zie Heremyten-ftee«?
Utrechtfche -ftraat. V11. B. 5,14 y
            S*
Utrechtfche-dwarsftraat. VIL D. 22. a. b.
V.
Va
. alken-fteeg. I. B. 1.
Varken-markt. VIL F. 7
Verwers-graft. V. A. 1. a.
Verwers-ftraat. V. A. 1. b.
Vierwinden-ftraat. VI. L. 3.
Vmkenbuurt. VIL L. 4.
Vinken-ftraat. VI. C. 50.
Violetten-ftraat. VI. C. 46. e.
Vilch-fteeg. I. E. 16.
VifTchers-ftraat. VL E. 12.
Vlakke-veld. VIL D. 18. C
Vlasblom-fteeg. V. N. 14.
Vliegende-fleeg. III. B. 3.
Vlooijenburg. y. S. '5.
Vlooijenburgs-dwarsftraat. V. S.
Vlooijenburgs-fteeg. V. C. 1.
4.W
Voet-
-ocr page 132-
I
GELÉGÉNËEIÖ.                75
iVinimolen-firaat. Zie NiEuwENDtK
Witte kelk-fteeg. I. D. 4.
Wittenberg. VIL O.
Wittenburger-ftraat (groote). VIL o. t.
Wittenbürger-ftraat (kleine). VII. O. 2.
Witcenbürger-dwarsftraat (eerfte). VIL O. f. c-
Wittenburger-dwarsftraat (tweede). VIL O; t.£
Witte paards-fteeg. IV. A. 10.
Witte-Voets-gang. VI. C. 43. e.
Wolven-ftraat. VI. A. 3.
Wyde gang, VI. B. is. a.
Wyde gang. VI. E. 6. c.
Wyde-Kapel-fteeg. L A. 11.
Wyde-Kerks-fteeg. L K. 7.
Wyde-Lomberds-fteeg. I, ^. 4.
Wyde fteeg. II. £. 3.
Wyngaard-fteegje. III. B. 7.
Wyngaard-ftraatj'e. I, C. 28.
. .                          -Y.
Y - Graft. V» //.
Z.
il^aaijers-garig. VI. B. iB.
Zak-fteeg of Suikerbakkers-fteeg. I. C. 26..
Zak-fteeg,in de Spinhuis-dwars-fteeg. lll.A.6.b;
Zak-fteeg. IV. A. 3. b. f.
Zak-fteeg. VI. C. 38. C.
Zandhoek. VI. L. 4.
Zand-ftraat. V. A. 4.
Zand-dwarsftraat. V. A. 3. d.
Zeedyk. I. G. 1. III. ƒ.
Zeedyk (nieuwe). VIL M.
Zevenhuizen-gang. VI. C. 34; e.
Zilverfmids-gang of Krüimans-fteegje. I. D. 22. c;
Zilver-fteeg of Kuipers-fteeg. 1. C. 1.
Zoete naam Jezus-fteegje. I. K. 6.
Zogers-fteeg of Trompetters-fteeg. I. C. 231.
Zoutkeets-graft. VI. G. 4.
Zoutkoopers-fteeg. II. A. gï
Zout-fteeg. I. B. 3.
Zwaanen-Burowal. V. B.
Zwaanenburg-ftraat. V. B. 4.
Zwarte byl-fteeg. III. B. 17;
Zwarte hand-fteeg. I. ö. 16.
Zwarte paards-fteeg. I. D. 3'.
Zwart-Lakens-fteeg. I. C. 17.
Zwart-Lakens-fteeg, of Azynuiaakers-fteeg. t.Ü.g\
IL Boek.            AANWAS EN
Voetboogs-ftraat. III. C. 2. c.
Voorburgwal (Nieuwe-zyds-). I. D. II. B,
Voorburgwal (Oude-zyds-). I. C. II. A.
Vrede-hofje. VI. C. 41. b.
Vredenburgs-fteeg. II. A. 9.
Vrouwen-gang. Hl. C. 2. a.
Vrouwen-fteeg. I. B. 5.
Vuile Weespad. VI. C. 37. e. f.
Vygendam of Middeldam. I, ƒ. 15.
Vyzel-graft. VII. D. 19.
Vyzel-ftraat. V. AT. i.
w.
VV aaigat (eerfte). I. K. 17.
Waaigat (tweede). I. K. 19.
Waaigat in de Zwaanenburg-ftraat, V. B. 4. a;
Waaigat (eerfte) in de Raapenburger-ftraat. VII.
L. 4. a.
Waaigat (tweede) in de Raapenburger-ftraat. VII.
L. 4; b.
Waaigat aan de Nieuwe Vaart. VIL M. 2. c.
Waal of Oude Waal. IV. B.
Waale-lierks-Plein. III. A. 7.
Waaien hoek. VI. C. 29. 3.
Waaien-Wees-Poort. VI. C. 37. b.
Wagen-Plein by de Haarlemmer-Poort. VI. D. 34i
Wagen-Plein by de Leidfchc-Poort. VIL E. 2.
Wagen-ftraat. V. M, 11.
Wagen-ftraat. VI. E. 24.
Wapen van Delfts-fteegje. V. M, 10.
Warmoes-graft. V. N. 20.
Warmoes-straat, I. K.
Water. I. B.
Warerpobrts-iteeg. III. E. 2.
Waterfcheéps-fteeg of Hopkuil-fteég. II. B. 12.
Water-fteeg. I. A. 9.
Water-fteeg. V. A. 7.
Water-fteeg. V. M. 1. h.
Weespad (fchoone). VI. C. 37. e. L
Weespad (vuile). VI. C. 37. e. f.
Weesper-Plein. VIL E. 9.
Weesper-ftraat. VIL B. 16.
Weesper-veld. Vil. C. 17. b.
Wel'ter-markt. VI. B. 13.
Weterings-ftraat. VII. D. 18.
Weteiïngs-dwarsftraat (eerfte). VIL D. 17. c.
Weterings-dwarsftraat (tweede). VIL D. 17. d.
Weterings-dwarsftraat (derde), of Vlakke - veld.
VIL D. 18. c.
Wieringer-ftraat. VI. E. 13.
É 2
Tot
-ocr page 133-
AMSTERDAMS
I. Deel.
7*
ter toè, door te zaagen, en aan ftukken en
brokken weg te voeren : 't welk , onder
anderen, by 't graaven der nieuwe vaart
op Kattenburg, gefchied is (x). Voorts,
loopt, door een gedeelte der Stad, naar 't
midden toe, een ftrook van 't Muider-zand.
De purten , die tot in deeze ftrook ge-
maakt worden, leveren veel beter put- of
pompwater uit, dan de putten, die men
elders in de Stad vindt (y).
Het water in de graften, die de Stad
omringen en doorfhyden, is tegenwoordig,
en federt lang, overal brak, en onbekwaam
om gedronken te worden. Het meefte
pomp- of putwater is ook flegt. Men be-
dient zig, hierom, meeft van regenwater,
tot drank en ander gebruik, hebbende ie-
der huis een of meer bakken, waarin het
water, uit gooten, die langs de daken leg-
gen, en uit buizen, die langs de wanden
of gevels der huizen loopen, gevangen en be-
waard wordt. De Brouwers haaien het zoete
water tot het brouwen van bier, den ge-
woonlyken drank hier ter Stede, van boven
Weesp, uit de Rivier de Vegt.
De waterige en moeraffige grond, in en
om Amfterdam, maakt de lugt aldaar ,
voor zulken, die 'er niet aan gewend zyn,
meer of min zwaar en dampagtig. De graf-
ten, van welken de Stad doorfneeden wordt,
geeven, inzonderheid by dampig en vog-
tig weder, ook een' onaangenaamen waas-
fem uit. Nogtans, bevindt men niet, dat
'er, het groot getal van ingezetenen in aan-
merking genomen zynde, te Amfterdam,
meer menfchen fterven of ziek zyn dan in
andere Steden van Holland.
De Amftellandfche wateren, en deftroom
de Amftel inzonderheid, voorzien de Stad
van veeler'lei leevende Vifch, met naame
van Aal, Snoek, Karper, Vooren, Braas-
fem , Zeelt , en vooral van fmaakelyke
Baars. Het Y en de Zuiderzee levert Both,
Paaling en anderen Vifch uit. Uit de Noord-
zee, met naame over Wyk- en Egmond-
op-Zee, wordt de Stad voorzien van Zee-
vifch. De Amftellandfche Veenen leveren
der Stad een gedeelte van de turf, die hier
verbrand wordt. Uit de Amftellandfche
Weiden, bekomt de Stad melk, eenige bo-
ter en eenige vetgeweide beeilen. Ook zyn
'er , omtrent Amfterdam , veele moes-
tuinen aangelegd , welker gewas in de
Stad vertierd wordt. Doch het groot-
fte gedeelte van haar onderhoud bekomt
zy van veel verder. Veele aard- en
boomvrugten krygt zy uit Kennemerland,
uit
(x) ^>DOMSF.LAAR lil. Boek, W. 17«.
(y) Dezelfde Iv, B„,^t bL +7j+s.
Over-          Tot hiertoe, hebben wv Amfterdam
gang tot befchouwd in zyne Opkomft, Aanwas en
de be- verfcheiden' Vergrootingen. Doch 't zal
Wdéngniet ondienilig zyn, de gelegenheid der
grond, Stad, in opzigpvandertgrond, daar zy op
waarop ftaat en de Landftreek, die haar omringt,
de,Stad. een weinig byzonderer dan in den aanvang
§e St IS- van het eerfle Boek gefchied is, aan te wyzen.
De Stad legt,eigenlyk, aan het Woord-
einde van Amftelland, eene laage, moe-
raflise , broek- en veenagtige Landftreek
in Holland, gehecllyk uit Wei- of Veen-
land beftaande. Het Veenland levert turf
uit en, daar 't uitgeveend is, waterplaffen
van meerder of minder uitgeftrektheid. Het
Wei- en Hooiland is verdeeld in verfchei-
den' polders , die met kadyken omringd
zyn, op welken watermolens ftaan, die 't
water uit dit laage Land opmaalen , en
door menigvuldige togtilooten loozen, in
den Amftei, in het Y en in de Haarlem-
mer-Meer. De Stad legt op deezen zelf-
den weeken, waterigen veengrond, die eg-
ter, buitens-en binnensdyks, nog eenigs-
zins onderfcheiden is. Buitens dyks vindt
men eerft omtrent drie voeten harde klei,
daarna tien of elf voeten veengrond, aan
welken een korft zit van derri, zynde eene
toffe, pypagtige ftoffe , die, van 't veen
gefcheïden zynde, op 't water dryft. Dee-
ze derri-korft is twee of drie voeten dik,
en onder dezelve legt wederom klei, ter
dikte van negentien, twintig en zelfs twee-
of drie-entwintig voeten. De klei is dik-
ker , naar gelang dat men verder Y-waards
graaft, en onder deeze klei, vindt men,
eindelyk, den harden zandgrond, in wel-
ken de paaien geheid worden, die de muu-
ren van alle de huizen en gebouwen van
Amfterdam draagen moeten. Binnensdyks,
beftaat de grond eerft uit een voet of wei-
nig meer loffe aarde, die meeft aangehoogd
is uit mefr., vuilnis, zand en andere ftof-
fen, toen hier nog vee geweid werdt. On-
der deeze aarde, heeft de veengrond om-
trent twaalf voeten dikte; daarna volgt de
derri, het klei en het zand, even als op
den buitendykfchen grond. Voorts , zyn
de ftraaten en erven binnen de Stad, met
zand en veelerlei andere ftoffen, zeer aan-
gehoord ; welk aanhoogfel eerft weggedol-
ven moet worden , eer zig de eigenlyke
grond van Amftelland en Amfterdam , zo
als dezelve hier befchreeven is, ontdekken
kan. 't Gebeurt dikwils, m 't graaven, dat
de grond , die hier alomme water onder
zig heeft, wanneer men omtrent de dem
komt,Hgter zynde dan het water,opdryft;
zo dat men, fomtyds, genoodzaakt is, de
ligte aarde- of derri-korft, tot op het wa-
Van het
water,
welk,
door de
zelve,
loopt.
Van dë
lugt, die
'er inge*
ademd
wordt.
Van de
leevens-
midde-
len , die
de om-
leggende
en afge-
legene
Wateren
en Lan-
den aan
de Stad
verfchaf-
fen.
-ocr page 134-
II.Boek.         AANWAS EN GELEGENHEID.
77
Wyk genaamd (d), 't welk zo veel als Vogel
wyk
fchynt te betekenen. Tot aan en op
dit fluk Lands, ftrekt zig de Vryheid der
Stad te water uit. Zy heeft dit Land, al
voor meer dan drie eeuwen, doen bedy-
ken, en onderhoudt het nog wel met
fchoeijinge en paalwerk, om, door mid-
del van het zelve, fchuuring en diepte aan
den Y-kant en voor de paaien te behou-
den. Ook zyh, op den hoek der Vole- Gaige-
wyk, een fteenen Galg en eenige raden en veld-
ftaaken geplaatft; waar aan en op de ly-
ken van misdaadigen, die met de dood
geftraft geworden zyn, gehangen en vaft-
gemaakt worden. Wat meer Noordweft- De Nes.
waards, omtrent voor Buikiloot, legt nog
een kleiner flrook buitensdyks Land, de
Nes,
en van ouds de laaie Nes geheeten.
Dit Land wordt ook, door de Stad, met
paalwerk onderhouden, hebbende zy , in
het jaar 1662, niet willen gedoogeii, dat
die van Waterland, fchoon eigenaars van
't Rietland tulTchen de Nes en den Wa-
terlandfchen Dyk, eene doorgraaving in
het gemelde Rietland maakten (b). Het Y
loopt, voorts , Noordwellwaards, buiten de
Vryheid van Amfterdam, tot in de Wy-
ker-Meer,
daar Holland op 't fmalft, en
niet boven een uur gaans breed is.
Ten Zuiden van het Y, loopt de Baar- sioote>
lemmer- of Spaarnedammer-Dyk, die in de dyk.
Stad aanvangt, en, door de Haarlemmer-
Poort , daar dezelve van de Stads graft
doorfneeden wordt, voortgaat, tot heel aan
het Dorp Spaarnedam. Naaft aan Amfter-
dam, binnen deezen Dyk, legt het Dorp Sloo-
terdyk
, een half uur gaans van de Stad ten
Weften. Een uur gaans ten Zuid-weflen Slootert.
van de Stad, legt het Dorp Slooun, niet
verre van de Haarlemmer-Meer, die haar
overtollig water looft in 't Y, door drie
zwaare Sluizen, op half weg tuffchen Haar-
lem en Amfterdam, en door vier anderen,
te Spaarnedam leggende , terwyl het ,
door den Dam aan den Overtoom, een half Over-
uur gaans van de Stad, aan den Heiligen-toom,
weg gelegen , belet wordt , langs den
Schinkel,
in de Heilige-wegs- en Kofiverloo-
ren-Vaart,
en voorts in de Graften van
Amfterdam te loopen. Het Dorp Amfier- Amfter-
veen legt een uur gaansten Zuidenvan den veen.
Overtoom. Langs den Amftel, isheteer-
fte Dorp, welk men, Zuidwaards van de
Stad, ontmoet, het Dorp Ouderkerk, al-Ouder*
waar eene groote houten brug over den kerk.
ftroom legt. Ook hebben de Portugeefche
Tooden van Amfterdam, by dit Dorp, een
Kerk-
(a) Handv. bl. 2,337- [';>I5>-
K 3
uit Rynland, uit de Provincie van Utrecht,
en uit Gelderland. Zy ontvangt haar mees-
te Boter uit Rynland, uit Delfland, uit O-
veryffel, uit Groningerland, en vooral uit
Friesland; om niet te fpreeken van de
uitlandfche Boter, die hier, onder de klei-
ne Gemeente, en tot Scheepsgebruik ver-
tierd wordt. De meefte Kaas komt uit Ryn-
land, de Krimpenerwaard en het Noorder-
kwartier van Holland. DeGraanen, tot brood
en andere fpyze dienende, komen, voor't
grootfle gedeelte,uit Poolen, Pruiffen, Pome-
ren, en van omtrent de Elve: voorts. van na-
derby, uit Vlaanderen, Gelderland, Fries-
land en andere nabuurige Provinciën. Gooi-
land levert veel Boekweit aan Amfterdam.
Wy fpreeken niet van 't gene meer tot on-
derhoud van 't leeven, uit verren Lande,
herwaaxds gevoerd wordt; om hier niette
verhandelen, 't gene hierna, in't befchry-
ven van den algemeenen Koophandel van
Amfïerdam, te pas komen zal.
Het Y, welk Amftcrdam Noordwaards
befpoelt, heeft gemeenfchap met de Zui-
der-Zee, die, tuffchen de Hollandfche en
Friefche Eilanden door, gemeenfchap met
de Noord-Zee heeft, waardoor veroorzaakt
wordt, dat 'er, tweemaal in vierentwintig
uuren, vloed en ebbe is, voor; en in de
Graften, diebuitensdyks leggen, ook bin-
nen de Stad. By gewoone tyden, heeft
men, als de Maan nieuw of vol is, het
hoogfte water voor Arafterdam, des mor-
gens en des namiddags ten drie uuren, en
als de Maan in de kwartieren is, heeft
men hier,op dezelfde uuren, het laagfte
water. De afftand tulfchen deeze Stad
en de reede van Texel, die op omtrent
zeftien mylen gerekend wordt, is oorzaak
■dat men hier het; hoogfte water heeft, wan-
neer het, voor Texel, het laagfte water is.
Tegen over Amftcrdam ten Noorden,
wordt het Y gefluit door den Waterland-
fchen Dyk, ■ op en aan welken, in 't gezigt
van de Stad , leggen de Dorpen Durgcr-
dam , Schellinkwoude , Nieuwendam en
Buikiloot. Beneden Durgerdam, legt, aan
den mond der Zuider-Zee, eene droogte,
Pamphuis of Pampus genaamd, over wel-
ke , diepgaande Schepen, door Kameelen,
zynde eene foort van piatte Schuiten, die
men eerft vol water laat loopen, en nader-
'hand ledig pompt, gcligt worden. Keizer
Karel de V. heeft, reeds in 't jaar 1544,
bevolen, op 't Pampus geen ballaft over
boord te werpen (z). TulTchen Nieuwen-
dam en Buiküoot, legtéenftukbuitensdyks
Land, de Voleixsyk, en oudtyds de Voel-
(z) Zh Handv. bl. 3Sz [«*].
Ebbe en
Vloed
voor, en
°ok, hier
?1 daar,
inde
Stad.
Naaftgc.
ifgen'
* 'aatfen
ömde
stad.
?ainpus.
Vole-
-ocr page 135-
78 AMSTERDAMS AANWAS en GELEGENHEID. I. De Et.
fterdam gelegen zyn, en dagelyks, zo wel
als Haarlem en Leiden, Utrecht en ande-
ren , met Zeil- en Trekfchuiten , bevaaren
worden.
Amfterdam, welk, nevens "de gantfcheRangdei
Heerlykheid van Amftel, oudtyds, onder Stad on-
het Stigt van Utrecht behoord hadt, heeft, der,de
omtrent het einde der dertiende eeuwe , ^dg,i-
met het Graaffchap van Holland vereenigd iand.
geworden zynde, eerlang,, zitting en ftem
ter Dagvaart van Holland gekreegen, on-
middelyk na de vier Hoofd- of groote Ste-
den
, gelykze fomtyds genoemd worden (f),
Dordrecht, Haarlem, Delft en Leiden, en
bekleedt de vyfde plaats onder de Holland-
fche Steden. Het oudfte blyk, my voor-
gekomen, dat Amfterdam de Dagvaar-
ten , die gemeenlyk in den Haage gehou-
den werden, bygewoond heeft, en, ne-
vens andere Steden , by 't verleenen van
Graaflyke Brieven, gekend geworden is,
vindt men, in eenen Brief van den vyfden
January des jaars 1348 [1349], waarinde
Hollandfche en Zeeuwfche Steden, die Her^
tog Willem den V. tot Graave inhuldig-
den, in deeze orde, worden opgenoemdj
Dordrecht, Middelburg, Zierikzee,Geer-
truidenberg , Leiden, Delft, Haarlem,
Alkmaar, Amflerdam en Oudewatef (g).
Ook heeft men eenen Brief van denzelfden
Hertoge Willem vanden jaare 1351, onder .
welken gelezen wordt: Juffit domini comi-
tis. Per commune Confilium Villarum Delf
,
Leyden, Amstelredam, Jlkemaer. dat
is „ Ten bevele van den Heere Graaf, by
„ gemeenen raade der Steden Delf, Ley-
den, Jmfielredam, Alkemaer(£)". Doch
wat laater komen hiervan overvloedige be-
wyzen voor, in oude ftukken (0- Ook
zal 't, in 't gevolg, te pas komen, hiervan
nader te gewaagen.
't Gene wy, tot hiertoe, van de Oud-
heid , Opkomft, Aanwas en tegenwoordi-
ge Gelegenheid van Amfterdam te boek
gefteld hebben , kan dienen om den Lee-
zer voor te bereiden tot het beter verftaan %
van de Hiftorie der Stad, tot welke wy nu
moeten overgaan.
(f) Zie eene Handveft, by Bauen Dordrecht , bl. 52z.
ig) Zie Groot-Plakaatb. III. Deel, bl. 1. Mieris Char.
Kerkhof. TuiTchen den Zeeburg of Die-
mer-Dyk en den Amftel, omtrent een vier-
dendeel uurs van de Stad, legt de Wa-
ter graaf s-
of Diemer-Meer, die Amfter-
dam in eigendom toekwarn (V); omtrent
het jaar 1Ó30, droog gemaakt werdt, en
federt, met fchoone Luftplaatfen en Moes-
tuinen , bezet is. Het Dorp D/m^ en de
buurt Diemer-brug leggen een weinig beoos-
ten de Diemer-Meer. Tulichen de Meer
en den Zeedyk ten Noordweften, legt een
klein Meertje of Braak, het Nieuwe Diep
genaamd, welks water, door het Polder-
water der Meer i en vooral door het Am-
ftellandfche water, zynde aangewalTen ,
door de Tpëflooter-fiuis, even boven Jaap
Hannes
gelegenen 't Y geloosd wordt. Het
gemeen Landshuis van het Hoog-Heem-
raadfchap van den Zeedyk flaat, tuflchen
de fluis en de kleine buurt Jaap Hannes.
Ypeßoot was ook eene buurt hier omtrent,
die, door het inbreeken van 't Nieuwe
Diep, weggeraakt is. Digter naar de Stad,
op een' hoek van den Zeedyk, werdt, in't
jaar 1649, een fteeilen r'edüit opgeworpen,
Zeeburg genaamd; doch twintig jaaren
daarna, werdt dezelve wederom afgebro-
ken , en eene Herberg, in de plaats geftigt,
die nog den naam van Zeeburg draagt. Niet
lang na 't ftigten van de reduit , gaf de
Stad verlof tot het opregten eener Traan-
kookerye
, digt aan Jaap Hannes, mids men
daar geene andere waaren bergde, niet dan
eigen fpek kookte, en niet ftookte met een'
Ooftenwind (i). Deeze Traankookery is
nog in wezen. De Stad heeft, in 't jaar
1697, het onderhoud van den Dyk, tot
aan de Traankookerye toe, alleen op zig
genomen (e).
De voornaame Steden naai! aan Amfter-
dam gelegen, zyn Haarlem ten Weften ,
op den afïland van drie uuren gaans, Lei-
den ten Zuidweflen, op den afftand van
agt uuren , en Utrecht ten Zuid-ooflen ,
insgelyks op den afftand van agt uuren.
Wy fpreeken niet van Edam, Monniken-
dam en Purmerende in 't Noorderkwartier
van Holland, noch van Weefp, Naarden
en Muiden in Gooiland, alle welke Ste-
den ook op eenen kleinen afftand van Ara-
Water.
graafs-
of Die-
mer-
Meer.
Diemen
enDie-
merbrug
Nieuwe
Diep.
Ypefloo
ter Huis.
Jaap
Hannes,
Zeeburg
Traan-
kookery.
Naafte
Steden
rondsom
Amfter-
dam.
te
/■:. • ' ''t"
\n) Zie Privileg, van Haarlem, bl. 3$.
(c) Zie Handv. /</. 3 38 [m].
«jo. N. zo./; 115. verf.
{.<*) —
(e) Handr. bil 37°
h. 10 Sept. i
<*) Zie,onder
anderen, Mieris Charterb.III, ß«/, bl,
4i<>, 417,
-ocr page 136-
TWEEDE DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
AMSTERDAM.
EERSTE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van de Opkomfi der
Stad af
', tot op het jaar 1334.
In het voorgaande eerste De el, heb-
ben wy de opkomfi en aanwas van AM-
STERDAM befchouwd, en deszelfs tegen-
woordige gelegenheid kortelyk aangewee-
zen. Nu gaan wy over tot de H1 s t o r 1 e
der Stad, die wy, van de vroegfte tyden af,
opnaaien, en tot digt aan den tegenwoordi-
gen tyd toe, vervolgen zullen.
Wy hebben, in 't eerfie Boek van 't eer-
He Deel, op Waarfchynlyke gronden , zo
wy vertrouwen, getoond , dat het ftigten
van het Slot der Heeren van Amftel gele-
genheid gegeven heeft tot den eerften aan-
bouw van eenige huizen, die naderhand Am-
fierdam
geworden zyn. Wy hebben ook
gezien, dat Egbert van Amstel voor
Stigter van dit Slot gehouden wordt. Hy
bloeide in de twaalfde eeuwe ; en, voor
hem,vindt men geen gewag van iemantuit
dit huis,uitgenomen van Wolfger van
Amstel, die, in brieven van de jaaren
1105 en 1126 , gemeld wordt .(#). De
Heeren van Amftel waren, ten deezen ty-
de , Leen- en Dienfimannen des Biffchops
van Utrecht: 't zy dat zy eenige ampten
uit zynen naame bekleedden; 't zy dat zy
eenige goederen van hem ter leen hielden.
Wolfgert, Schout van Ameflelle, wordt, in
den aangehaalden brief van 't jaar 1105,
geteld onder de Servientes Ecckfia of Dienfi-
mannen der Kerke.
Egbert van Amftel
draagt, in eenen Brief van den jaare 1156,
die in de Domkerke te Utrecht bewaard
wordt , en waarvan my een affchrift ter
hand gekomen is, den naam van Minifie-
rialis Beati Martini,
dat is, Dienfiman van
S. Maarten
, aan wien de Utrechtfche
Hoofdkerk gewyd was. De Brief is, door
Keizer Fredrik den I., gegeven, en by den
zelven worden zekere goederen, in Brun-
thesloithe
, in Hurfceldrecht, in Wijepe, in
(a) Apud, Buchïx. ai HKDAM f. 145, 153.
I. STUK.
^iftorie
<f r Stad
Amfter-
dam
Curtevenne en elders , op welken Egbert
regt voorgewend hadt , toegeweezen aan
het Kapittel van S. Maria te Utrecht (i).
In eenen anderen Brief van den jaare 1172,
die my,uit het Kapittel der S. Jans Kerke,
ter hand gekomen is, wordt Egbert van
Amftel ook onder de Dienfimannen [Minis-
teriales] des Bifichops
gerekend.
't Blykt, uit egte ftukken , dat Egbert Twift
van Amftel, meer dan eens, met de Bis- der^ee"
fchoppen van Utrecht, zyne Leenheeren, amftel1
overhoop gelegen heeft; 't zy dat hy, ge-met de
lyk men hem befchuldigde , zyn gezag, Biffchop.
ten nadeele zyns Leenheers, te zeer zogt Pen varl
uit te breiden; 't zy dat de Leenheer meer e
vorderde dan hem toekwam. Egbert van
Amftel hadt reeds met Biffchop Herbert,
die den Utrechtfchen Stoel van 't jaar 1139
tot het jaar 1150 hadt bekleed, verfchil
gehad. Doch 't was bygelegd. De twift
verrees wederom, na dat Godefrid van
Rheenen,
in't jaar 1156, tot de Biiïchop-
pelyke waardigheid verheeven geworden
was. Godefrid was dapper uit den aart,
en ontzag zig niet, de wapenen op te vat-
ten , om de regten der Kerke te verdedi-
gen tegen 't gene hy de geweldenaaryen
der Leenmannen noemde. Hy was inzon-
derheid geftoord op Heere Egbert, die hem
de inkomften uit Amftel en het omgelegen
Land onthieldt, onaangezien hy 'er een ge-
grond regt op oordeelde te hebben. Hy
daagde Egbert voor zyne .Vierfchaar, en
bande hem, eerlang, ten Lande uit. Eg-
bert vervoegde zig, naar 't fchynt, ten
Keizerlyken hove, daar hy even weinig ge-
hoor vondt. Keizer Fredrik de I. verklaar-
de hem fchuldig aan gekwetfle Keizerlyke
Majefteit, en deedt hem in den Ryksban. Em- Verdrag.
de-
(:)• zie den Brief in de Bylaagen £,-. A. en ver-
gelyk daarmede eene andere Uitgaave, in Miebis
Charterb. I. Deel, bl. 103.
L 2
^derde
^egee-
*ir>g van
de« Hui-
2e van
Atfift
el.
-ocr page 137-
AMSTERDAMS
II. Deel.
So
ben, die naderhand Amfterdam geworden
zyn. De bewooners derzelven zullen zig
dan ook hebben moeten voegen, naar de
nieuwe fchikking op de Regeering, die,by
de overeenkomft, van welke wy fpreeken,
gemaakt was.
Weinige jaaren verliepen 'er maar , ofOys-
Gysbrecht van Amflel, Zoon en Opvolger bJechL.
van Egbert, ftak zig in den twift, die, inft^fteejit
't nabuurig Holland , welk door Graaven
zig in
geregeerd werdt, ontftaan was. Dirk den den twift
VIL, Graave van Holland, in 't jaar 1203,in ^oI"
overleeden zynde, zogt 's Graaven Wedu- p "er'de
we, Vrouw Jleid, de Graaflyke RegeeringRegee-
te doen opdraagen aan haare Dogter Ada, ringe.
die zy met Lodewyk, Graave van Loon, in
de egt hadt doen treeden. Eenige Edelen
hielden haare zyde. Doch eenige anderen
zogten 't Graaffchap te verzekeren voor
Willem, Broeder van den overleeden Graa-
ve. Zy kreegen de Kennemers aan hunne
koorde, die zig fterk maakten om Vrouw
Aleid en de jonggetrouwden , terwyl zy
denMaandelykfchen Lykdienfl voor denaf-
geftorven Graave, te Egmond, zouden ko-
men bywoonen, te overvallen en in hegte-
nis te neemen. Doch Vrouw Aleid en hec
Paar kreegen kennis van den toeleg te Haar-
lem , en beflooten, terftond, zig te bedie-
nen van de aanbieding van den Heere Gys-
brecht van Amftel, die aannam, het Vor-
ftelyk huisgezin te fchepe uit Holland, en
naar de Stad Utrecht te voeren, 't Geluk-
te ; fchoon de buuren van Aalsmeer en Os-
dorp de vlugtenden dagten te onderfcheppen
(f). Hoe, federt, uit deeze oneenigheid, een
felle kryg in Holland ontftondt, tuffchen de
Graaven Lodewyk van Loon en Willem
van Holland , waarin de eerfle door den
Biffchop van Utrecht geholpen werdt, en
de laatfte, eindelyk, de overhand behieldt,
ftaat ons hier niet te verhaalen ; alzo niet
blykt, dat de Heer van Amftel eenig ver-
der deel genomen hebbe in den Holland-
fchen tweefpalt.
OndertufTchen, hadt de hulp , aan het De Am-
Graaflyk huisgezin beweezen , hem, in 't fteldYk
jaar 1204, eenen inval der Kennemeren op J^L.
den hals gehaald. Wouter van Egmond en fteken,
Albrecbt Banjaard van Br ederode, aan wel-en't Slot
ken Graaf Willem 't bevel over de Kenne- te Amftel
mers badt toevertrouwd, voerden dit volk, ™^%
te fchepe,waarfchynlyk langs de Haarlem-Kenne-
mer Meer en Schinkel, naar Amftelland; mers.
deeden den dyk langs den Amftel, vermoe- 1204.
delyk aan de weftzyde, doorfleeken, en de
landeryen in Amftelland onder water zet-
ten; 't welk de opgezetenen , van eenige
am, 1203 &■ 1104;
delyk,werdt 'er, door bemiddeling van Filips,
Aartsbiffchop van Keulen, onder wien het
Bisdom van Utrecht ftondt, en die, van 't jaar
1167 tot het jaar 1191, in't bewind geweeft is,
een verdrag getroffen, tuffchen Biffchop Go-
defrid en Heere Egbert, omtrent opgelyken
voet, als de overeenkomft , die ten tyde
van Biffchop Herbert gemaakt geweeft was.
De Heer van Amftel beloofde alles, wat
„ hy zi
te vooren, in den gantfchen om-
" trekzyns Lands, naar Leenregt, toege-
" eisend hadt, aan den Biffchop te zullen
' afttaan, om het , voortaan , als 's Bi3-
fchops Stedehouder [in Officium Villica-
'„ tionis] te bezitten; gelyk een zyner Zoo-
„ nen, Gysbrecht naamlyk, het ook, na zy-
„ nen dood , bezitten zou, mids hy zyn
„ ampt wel waarname , en den Biffchop
„ getrouw bleeve. Doch het Moeras Ben-
dehnerbruc [waarfchynlyk de Bylemermeer]
„ met het gene 'er toe behoorde, en de
„ helft der tienden in Wispe [Weesp], die
„Egbert zig, naar 't oordeel des Biffchops,
„ ten onregte toegeëigend hadt, moefthy,
„ voor altoos, aan de Utrechtfche Kerke
„ overgeeven (F)." Men weet niet, wan-
neer deeze overeenkomft getroffen werdt.
Doch zy moet, voor 't midden des jaars
1176, geplaatfi worden, alzo 'er, in 't Ka-
pittel van S. Maria te Utrecht, een brief
van dien tyd wordt bewaard, by 't geeven
van welken , niet Egbert, maar Gys-
brecht van Amstel , zyn Zoon , te-
genwoordig is geweeft: waaruit af te nee-
men is, dat Egbert toen reeds overleeden
geweeft zal zyn. Ik vermoed ook, dat de
overeenkomft, van welke wy fpreeken, na
't jaar 1172 geflooten is, om dat Egbert,
in dat jaar, nog als getuige geftaan heeft
over eenen Brief van Biffchop Godefrid,
die in 't Kapittel der S. Jans Kerke te U-
trecht beruft: waaruit volgt, dat de twift
tuffchen den Biffchop en Egbert van Am-
ftel toen nog niet op 't hevigft geweeft kan
zyn, en derhalve, eerft naderhand, byge-
legd is. Ik plaats de overeenkomft dan tus-
fchen de jaaren 1172. en 1176.
Wy zien, uit dezelve, dat Egbert regt
oefende over Amftel, over de Bylemer-
meer, en in Weesp. Doch wy zien niet,
dat de plaats, die naderhandAmfierdamge-
noemd is, reeds in wezen was, en deel hadt
aan 't gene 'er geflooten werdt. Zo Egbert
van Amftel egter , gelyk de overlevering
wil, het Slot gefügt heeft, welk het begin
aan Amfterdam gegeven heeft, kan het
zeer wel zyn, dat 'er thans, omtrent dit
Slot, reeds eenige wooningen geftaan heb-
Of Am-
fterdam,
in de
twaalfde
eeuwe,in
wezen,
enindit
Verdrag
begree-
pen ge-
weeft zy.
(b)Fide BUCHE!.. «IHK1AMM7J.
-ocr page 138-
I. Boek.            GESCHIEDENISSEN.
door de gemelde Abtdiffe , zou gegund
worden (*). In eenen Brief van den jaare
1252, vind ik gewaagd van eenen Gerard
van Amstel, Ridder, en van eenen Gys-
brecht, Jongkheer van Amflel,
welke laatite
ik vermoed , dat , naderhand , Heer van
Amftel geworden is. Hy wordt, by vee-
len, Gysbrecht de II. genoemd.
Terwyl de Heerlykheid van Amftel dus
van Heer veranderde , was het Slot der
Heeren van Amftel, welk, in 't begin dee-
zer eeuwe,verwoei! geworden was,weder-
om opgebouwd , zonder dat men weet ,
door wien of wanneer. De huizen omtrent
dit Slot waren ook zo zeer toegenomen in
getal, dat zy reeds eene bekwaame buurt
of gehugt uitmaakten , aan welk het leg-
gen van eenen dam in den Amftel, eenftuk
wegs boven het Slot , eerlang den naam
van Amfierdam gaf; onder welken naam,
de plaats, zekerlyk, in 't jaar 1275, be-
kend geweeft is.
Doch voor deezen tyd, was Gysbrecht
de II. wederom in moeilykheid geraakt
met Henrik van Vianden, Biffchop van U-
trecht, die Gozewyn van Amflel, wien men
genoodzaakt hadt afftand te doen van de
Biffchoppelyke waardigheid, in 't jaar 1250,
opgevolgd was. De ftap, tot welken men
Biffchop Gozewyn gedrongen hadt, fmertte
zynen Bloedverwant, Gysbrecht, zozeer,
dat hy, zig met Otto, Graave van Gelder,
en Herman, Heere van Woerden, verbon-
den hebbende, Biffchop Henrik den oorlog
aanzeide. Men deedt eikanderen, weder-
zyds, alle mogelyke afbreuk. Amftelland,
en veelligt ook Amllerdam leeden veel by
deeze gelegenheid. Doch partyen raak-
ten, eerlang, in een hevig gevegt, buiten
de Weerdpoort van Utrecht. De Heeren
van Amftel en Woerden kreegen de neder-
laag, en werden gevangkelyk binnen U-
trecht gevoerd; doch eerlang, op de voor-
fpraak van Willem , Roomfch Koning en
Graaf van Holland, wederom op vrye voe-
ten gefteld (l). Het duurde egter tot in 't
jaar 1257, eer de Vrede, tuffchen den Bis-
fchop ter eener, en Floris, Voogd van Hol-
land,
en Broeder van Koning Willem, die
toen reeds dood was, en Gysbrecht van Am-
ftel met de zynen ter anderer zyde, getrof-
fen werdt. Guy, Graaf van Vlaanderen,
en Otto, Graaf van Gelder, m et welken
laatften, de Biffchop reeds te vooren ver-
zoend was, bewerkten deeze Vre^e' ^y
werdt, teBodegrave, op S.Odulfs-dag, dat
is, den twaalfden Juny des gemelden jaars,
ge-
Ct) fide Matthüi Anal. Tom. III. p. 46j>
\l) BEKA/>. 84,85- HEDA p. ZH>
L 3
Utrechtfche knegten geholpen, vergeefs had-
den gezogt te voorkomen. De Kennemers,
door den uitflag hunner onderneeminge
aangemoedigd, liepen de Amftellandfche
Veenen af, alles alomme ledig plonderen-
de en plat brandende. Zy ontzagen zelfs
het deftig Slot van Heere Gysbrecht niet;
maar ftaken 'er den brand in , en offerden
ook den Appelboomgaard, die by het Slot
ftondt, op aan de vlamme (d). Wy heb-
ben, voorheen (e), getoond, dat dit Slot,
naar alle vvaarfchynlykheid, bewellen den
Amftel, op of aan den dyk, omtrent op de
hoogte der Oude- en Paapenbrugge , ge-
ftaan heeft. Of de huizen omtrent dit Slot,
die 't beginfelaanAmfterdam gegeven heb-
ben, by gelegenheid van deezeninval,ook.
eenigen overlaft hebben geleeden , blykt
nergens, hoewel 't niet buiten waarfchyn-
lykheid is. De woedende Kennemers, voort-
gerukt naar Muiden en Weesp, welke Ste-
den ook onder Heere Gysbrecht ftonden,
leiclenze beide, insgelyks, aan kooien, en
ftroopten de Vegt langs, tot aan Breuke-
len toe (ƒ) De vyandelykheden eindigden
niet volkomenlyk, dan na dat 'er, in't zelf-
de jaar 1204 , een Verdrag tuffchen Bis-
fchop Dirk van der Aare en Graave Wil-
lem getroffen was. By dit Verdrag, werdt,
onder anderen, vallgefteld „ dat de Ste-
„ dehouders [Villicï] eerft hunne ampten
„ van den Biffchop , en daarna van den
„ Graave zouden komen ontvangen, en den
„ eed van getrouwheid aan beide afleg-
j, gen (#)•" .De Heer van Amftel, die, ge-
]yk wy gezien hebben , ook Stedehouder
des Bifïchops was , geraakte , in gevolge
van dit Verdrag, ook in eenige af h'angke-
lykheid van den Graave van Holland. Ook
droeg hy Graave Floris den IV., in 't jaar
1231, zyn fteenen. huis te Utrecht op, en
ontving het wederom van hem ter leen (h);
door welke handeling, hy tot hulde en man-
fchap aan den Graave van Holland verbon-
den werdt. In 't jaar 1225,was hem,daar-
entegen, het Geregt van Muiden, Weesp
en Diemen, welk hy, te vooren,met Hen-
rik van Felde
in gemeenfchap bezeten hadt,
door Biffchop Otto den IL , alleen opge-
draagen (i). Maar ten opzigte van Nardin-
gherland,
federt Gooiland genaamd,welk hy,
door gunft van de Abtdiffe van Eken, be-
zat, hadt hy, in 't jaar 1224, verklaard,
dat zyne erfgenaamen geen regt altoos op
het zelve hebben zouden, dan 't gene hun,
Wilhelm. Procurat, ai ar.n. 1104. p. 451,
V' ^J?f,s Stoke in Ada, hl. 68. >
UI Tt d- HEDA P- 18S.
>■} wet? Affehrift van 't Oorfprongkelyke.
(,) ytdtni. M4TTHÄUS de Jute Gladii. p. 4t+.
Het leg-
gen van
eenen
dam in
den Am-
ftel geeft
den naam
aan Am-
fterdam.
Oorlog
tuffchen
Gys-
brecht
van Am-
ftel en
Biffchop
Henrik
van
Vianden.
Vrede.
1257-
-ocr page 139-
ir
82                  AMSTERDAMS               II. Deel.
getekend. Men kwam overeen „ dat de Doch hy belegerde dit Slot vergeefs. Hy
„ wederzydfche gevangenen geflaakt zou- voerde de Kennemers , vervolgens , voor
„ den worden, tegen voldoening der kos- Utrecht, daar de Gemeente, op hunne aan-
„ ten; dat Gysbrecht van'Amftel endezy- komft,eene geheele verandering maakte in
„ nen denBiffchop een duizend pondenbe- de Regeering, die, federt, uit en door de
, taaien zouden; welke fomme hun egter Gilden, verkooren werdt. Öok floot zy een
T door den Biffchop gunfliglyk zou worden Verbond met de Kennemers , die hierop
" kwytffefcholden. Dat zy, wyders, ten aftrokken, en de Sloten van Gysbrecht van
" o-etale van vyfhonderd, ontfchoeid en in Abkoude, Willem van Ryzenburg en.Huibert
" ^0ilen kleedinge, denBiffchop, ten naaft- vanViane, byzondere vyanden des Heeren
" aanftaanden Zondage, in de S. Maartens van Amftel , ten gronde toe verdelgden.
" Kerke van Utrecht, knielende om ver- Vervolgens, lieten zy zig, door Heere Gys-
" o-iffenis zouden komen bidden; die hun brecht, overhaalen, om te rug te keeren
ook, terftond, verleend zou worden. Dat naar Kennemerland, en't beleg te flaanvoor
Gysbrecht van Amftel en Gysbrecht van Haarlem , binnen welke Stad, de voor-
', Goye, een Stigtfch Edelman, die Amftels naamfte Kenn em er Edelen geweeken waren.
„ zyde gehouden hadt , den eed van ge- Doch Jan Perfyn, Heer van Waterland, en
„ trouwheid aan hunnenHeere,denBiffchop, een deezer Edelen, vondt middel om hen
„ van nieuws, zouden afleggen; en dat de het beleg te doen opbreeken. Hy reedt hei-
„ eerfte de agterftallen der Biflchoppelyke melyk ter Stad uit, maakte zig meefter van
„ inkomften getrouwelyk voldoen zou (ra)." eenige agtergebleeven'wagenen der Kenne-
Gysbrecht won, na het treffen van deeze meren, en ftak den brand in eenige Ken-
Vrede , het vertrouwen des Biffchops zo nemer Dorpen. De belegeraars, de vlam
zeer, dat hy, in 't jaar 1265, verkooren hunner wooningen agter zig ziende opgaan,
werdt, tot eenen der Zegsmannen van 's verlieten de Stad , en keerden naar huis.
Biffchops zyde, om de gefchillen, die tus- Biffchop Jan van Nqßau, van den Graave
fchen de Gelderfchen en Stigtfchen ontfton- van Gelder geholpen , trok , federt, ook
den, af te doen (n).
                                      voor Utrecht, en werdt eindelyk meefter
Opftand Doch omtrent het jaar 1268, geraakte hy van de Stad, by verraffing. Men verdreef
der Ken- -m nieuwe moeite, ter gelegenheid van den de nieuwe, en herftelde de voorige Regen-
"ee™"fsn opftand der Kennemeren, die de minder- ten; doch de eerftgemelden kwamen, na
Lands jaarigheid van Graave Floris den V. waar- verloop van eenigen tyd, heimelyk in de
Edelen, namen (0), om 's Lands Edelen den klem Stad, en verwekten nieuwe beroerte, die
der Regeeringe uit de handen te wringen, niet geftild werdt, dan na dat Nikolaus vun
Zy hadden zig met de Weftfriezen en Wa- Kat s, met vyf honderd man in de Stad ge-
terlanders verbonden, en vielen eerft aan komen zynde, de ruft herfteld, en de Re-
op de adelyke floten in Kennemerland, die geering naar zynen zin gefchikt hadt. Som-
gedeeltelyk bemagtigd en vernield werden, migen fchryven, dat deeze Heer van Kats
Toen rukten zy in Amftelland; 't zy dat de Voogd was van Floris den V. Graave van
oude wrok tegen den Huize van Amftel nog Holland (p). Vaft gaat het, ten minfte,
niet verftorven was, 't zy dat zy, op hun- dat hy diep in deszelfs gunft ftondt (q). 't
nen togt, geene fterkten agter de rugge Schynt, dat de vyandelykheden der Kenne- Uitffag
Zyruk- laaten wilden. De ingezetenen van Am- meren, ondertuffchen, een einde genomenzer
ken in fterdam, daar nu reeds eenige Koophandel hadden. Ook mag men vermoeden, datmdel'.'
f nd en was' leeden vry wat
> ter gelegenheid van Gysbrecht van Amftel zig met denBiffchop JJem
Amfter- deezen inval. Gysbrecht, zig onmagtig be- Van Utrecht zal hebben bevredigd; en zal
dam. vindende om den woeften hoop te fluiten, hy, by deeze gelegenheid, het Slot te Vreê-
Gys- floot een Verdrag met de Kennemers, en land in pandfchap verkreegen hebben (r),
brecht jetzig tot hunnen Hoofdman aanftellen. Zyn welk men weet, dat hy, weinige jaaren laa-
aaïh'n toeleg was, zig van de magt, die hem toe- ter, bezeten heeft. De opftand der Ken-
hoofdden vertrouwd werdt, te bedienen , om zyne nemeren hadt, midlerwyl, Graave Floris
trektn'aar byzondere vyanden in 't Stigt aan te tas- den V. gelegenheid gegeven, om zyn gezag
Utrecht. teJn en te beteugelen. Eerft trok hy voor uit te breiden in 't Stigt. Nikolaas van Kats
't Slot Vreeland, welk Biffchop Henrik, ter hadt zig , gelyk wy gezien hebben , ten
gedao-tenifïe, naar alle waarfchynlykheid, dienfte van Graave Floris, niet alleen mees-
van de Vrede des jaars 1257» gefliSc hadt-
                                                                ter
(m) £/;« een Affchrif- van 't Oorfprongkelyke. Zte ook   Klerk,*/. H> enz.
Mieris Chanetb I Deel bl 319. • r          Vi f" MlERls Chartetb. I. Deel, hl. ,6?, 383 , 388.
(») Vh een Afichiift van den Oorfpiougkelyken Bue..         (r) Beka p. 9S. zu ook Mie»1s Chaueib. I. Deel,
(0) HEDA in ]oanne f ^                                           */■ 3*S>.
-ocr page 140-
GESCHIEDENISSEN.
I. Boek.
H
fterdam gehad heeft, en dat hem dit, met
bewilliging des Graaven van Holland, op-
gedraagen geweeft is. En hieruit volgt klaar-
'lyk, dat Amfterdam mede in het Verbond
van Vriendfchap met Graave Floris den V.
begreep en is geweeft.
'Het oudfte Privilegie van Amfterdam, Amfler-
waarvan wy terftond gewaagden, verdient, damver-
ondertuflehen, wel, dat wy"'er eenige aam 01uyfj{ehet
merkingen over maaken. Het luidt aldus: privile-
gie van
Florentius Comes I-Iolland'ne univerfis pr<e~\0\vry„
fentes littsras infpeSluris Salutem. Noverit uni- jie[j.
verfitas vefira quod nos bomines mammes apud
amfidredatnme in reflitutionem damnorum qtiënbs
et bomines nofiri ipfis fecimus abhinc deinceps ab
omni exa&ione nofiri tehnii cum hints fuis pro-
priis qu<z deducent feu deducunt per- totam terram
noftram duximus eximet/dos. In cujus rei teftimo-
riium, prafens fcriptum figillo noflro fecimus com-
muniri. Datum apud Leyden dominica ante dient
Simonis et jud<e Apofiolorufn anno Domini iv.ilh-
fimo ducentefimo feptuagefimo quinto.
Onder aan hangt 's Graaven zegel in
wit wafch, aan een enkelen francby-
nen ftaart, vertoonende den Graaf te
paarde, zonder helm, met een fper- .
wer op de hand.
Dat is, volgens eene oude overzetting:
Florens grave van Hollant doen condt ende
kenlic allen Luden, dat wy onfen Luden van
Aemftelredamme overmids een verfettinge hoir-
re feade die wy ende onfe Lüde hem ghedaen
hebben. Soe gheven wy hem toïlenvry te va-
ren, mit horen eyghen goeden wair dat fy in
onfen Lande varen of keren. In oirkonde dec
wairheyt foe hebben wy dcfen brief bezegelt
mit onfen Zegele. Gegeven tot Leyden des Son-
nendages voir finte Symons ende Juden dach A-
poftolen, Int Jare ons heren Mcc en Lx s.v.
1.  In de eerfle plaats, merken wy korte- Aanmer-
lyk aan, dat dit Privilegie, gelyk veele an- kingen
deren van deezen tyd, te Leiden gegeven ovei' het
is, alwaar Graaf Floris zig, in zyne jeugd,'zeLve'
veel fchynt opgehouden te hebben. Ook
houdt men voor zeker, dat hy aldaar ge-
booren is (z). De Feeftdag der Apoftelen
Simon en Judas komt op den agtentwintig-
fteri Oclober, en de Zondag voor den zel-
ven, viel, in 't jaar 1275, op den zeven-
entwintigften.
2.  Floris de V., Graaf van Holland, de
1____1___________ -1*._ Tv * -1       • _ 1 _                 ■ _ -v/a.
ter gemaakt van de Regeering te Utrecht;
maar Gysbrecht van Amftel was, reeds in
't jaar 1270, tot 's Graaven Raad aange-
nomen (Y): en op den vyfentwintigftenjuly
des jaar s 1274, floot de Graaf een Verbond
'van Vriendfchap met de Stad Utrecht, en
met den Raad en gez-voooren gemeente [Con-
cilium
8? Univerfitas Conjuratorum'] van
Muiden, Amftel, Mydrccht en Loenen(r)-
Biiïchop Jan van NaiTau zelf zag zig ver-
pligt, om alle zynenogopenftaandegefchil-
lm met Gysbrecht van Amftel te onder-
werpen aan de uitipraak des Graaven van
Holland (*),
Men zou hier können onderzoeken, ot
Amfterdam zig ook begeven hebbe in het
Verbond, welk die van Amftel onder ande-
ren in 't jaar 1274 , met Graave Floris
maakten. En fchoon men hier van geen
duidelyk bewvs vindt, is het my egter ten
hooefte waarïchynlyk. Het oudfte Privile-
gie, welk Amfterdam heeft, is, den zeven-
entwintigften Oclobcr des jaars 1275 > door
Graave Floris den V., gegeven : doch dit zou,
vermoedelyk , ten deezen tyde , niet ge-
fchied zyn, zo Amflerdam zig gehouden
hadt buiten het Verbond , welk, door 't
Land van Amftel , met den Graave van
Holland gemaakt was. Biiïchop Jan van
NafTau hadt ook aan Jan Perfyn, Heere van
Waterland, zo 't fchynt, in erkentenis van
den dienft, door hem in 't verdryven der
Kennemeren beweezen, met bewilliging van
Graave Floris,
eenig regt over Amfterdam,
in eenen Brief van den jaare 1285, de gifte
Van AmßeJreäamme
genoemd (w), met ze-
kere huizen, perkten en andere goederen,
opgedraagen (x). Waarfchynlyk is dit regt
het regt van Heerlykhcid geweeft, welk de
Biiïchop , met 's Graaven toeftemming ,
Heere Gysbrecht, wiens goederen verbeurd
geagt werden, benomen, en Heere Jan toe-
geweezen heeft: en mogelyk is hieruit ont-
ftaan, dat Gysbrecht, in zekere Handveft
Van Jan Perfyn, in den jaare 1275, aan die
van Waterland gegeven, met nadruk, Heer
van Jmfierlandt
, niet Heer van Amftel ge-
noemd wordt (y); alzo Amflerdam, welk
tot de Heerlykheid van Amftel plagt tebe
Ho„d
?e!1ande.
P met
«en V
Jaarin
^fter,
S zig
fSt
t Yven
; heb.
beiji
t>dt
hooren,ten dien tyde, eenen anderen Heer
hadt.' Doch van den juiften tyd en wyze fchenker van dit Privilegie, begon zig, ge;
deezer opdragt is my,tot nog toe, geen egt
befcheid voorgekomen, 't Zy ons genoeg,
dat Jan Perfyn eenig regt in of over Am-
(') Zie Mieris Charte*. I. Deel, hl. i$z-
(O Zie
MiHKis Charterb. 1. Deel, tl 375,375-
(v) Zie MiftRls Chatterb. I. Deel, bl. ij6-
(w)Zie,
onder anderen, Miekis Charterb. I. Deel,
II.
4<>°-
(xfZU MiF.rtis Chatterb. I. Deel, hl. +25.
(?) z,e MiKMs Charterb. 1. Deel, bl. 37».
lyk wy gezien hebben, ten deezen tyde, wel
toe te leggen op het uitbreiden van zyn ge-
zag in 't Stigt van Utrecht; doch hy was
nog geen Heer van Amftelland or Amlter-
Ä Hierom noemt hy de Amfterdam-
mers niet Hominis noflro, dat is .onze Lui-
den;
maar blootelyk Hommes manentes apud
'ättti
(e) OBI.BBS Leyden, bl. i$%.
-ocr page 141-
84                 AMSTERDAMS               II. Deel.
Amfielredanime, dat is, de Luiden woonende vergoeding der geleeden' fchäde hebben
te Amflelredamme. 't Is een misflag in de können toegerekend worden. Doch het voor-
aangehaalde oude overzetting, dat aldaar, regt was alleen bepaald aan hunne eigene
Voor homines, onfen Luden gelezen wordt, goederen. Of hieruit volge , dat zy ook
3. Amfterdam fchynt, ten deezen tyde, vreemde goederen in Holland plagten te bren-
ook nog geene Stad geweefl: te zyn. lm- gen, en, derhalve, ten deezen tyde,reeds
mers GraafFlorisgeeft zulks,nergens door, eertigen uitheemfchen handel dreeven, is
te kennen. Hy noemt de ingezetenen gee- mogelyk met geene volle zekerheid te be-
ne Oppidanos of Burgenfes, Burgers of Poor- paaien..
ters; maar blootelyk Homines, Luiden.'           6. Ten befluite van onze aanmerkingen
4' De gelegenheid, waarby den Amfter- over het oudfte Privilegie van Amfterdam,
dammeren dit Privilegie gefchönken wordt, melden wy alleenlyk, dat het, den derden.
is de fchade, hun , door den Graave en February des jaars 1291, door den zelfden
's Graaven Luiden, aangedaan;welkefcha- Graave, van woord tot woord, vernieuwd
de de Graaf, door het fchenken van tolvry- geworden is (a).
heid, vergoeden wil. Vermoedelyk heeft Weinige jaaren na 't verleenen van dee- Qys-
hy het oog op den jongften inval der Ken- ze Handveft, geraakte Gysbrecht van Am-brecht
neme'ren, die zelven denAmfterdammeren ftel wederom in moeite met Biffchop Janva"^5
merkelyke fchade zullen hebben aangedaan, van NafTau. Hy hadt eenen tol gelegd op j^f 0f
bet pionderen en branden, of, ter gelegen- het Slot te Vreeland,dien de Utrechtfchen ^euws»11
heid van welken, of van eenen laaterentogt ongaarne betaalden. De Biffchop, de zy-moeitf
tegen de Weflfriezen, de Graaf en 's Graa- nen voor altoos van deezen tol willende be- ™?i^%,
ven luiden eenig nadeel aan de Plaats had- vryden , zogt Heere Gysbrecht het Slot 0\^ 'l
den toegebragt. Hoe 't zy, de Graaf re- wederom afhandig te maaken, door het op- bezitvaö
kende zig gehouden , tot vergoeding der fchieten der pandpenningen. Men tradt in Vreê-
fchade, die zyne onderzaaten den onderzaa- onderhandeling. Eenige Hollandfche Ede-land,>
ten van eenen anderen Heer veroorzaakt len, tot zegsmannen verkooren, verklaarden,
hadden. En dit oudfte Privilegie van Am- den eenentwintigften January des jaars 1279,
fterdam is, zo wel als veele laateren,door te Waffenaar ,, dat de Fleer van Amftel, na
de Landsheeren zelven verleend, niet ver- „ dat hem de pandpenningen waren opge-
kreegën uit loutere gunft van den Vorft , jb bragt, nog een jaar op het Slot zou mo-
maar uit erkentenis van 's Vorften verplig- „ gen blyven; waarna hy het den Biffchop
ting aan het volk.
                                          ö zou moeten inruimen (£)." Doch 'tzy dat
5. De gunft of erkentenis, welke hierbe- deeze uitfpraak, van'sBiffchopsofvanïiee-
weezen wordt, is een verlof aan deAmfter- reGysbrechtszyde, niet naargekomen werdt,
dammeren, om hunne eigene goederen tol- de Biffchoppelyken hadden, midïerwyl,ee-
vry te voeren door gantfeh Holland. Men nen inval gedaan in Amftelland, daar zy, van
weet, dat de Graaven van Holland, al van Heere Gysbrecht, en van Herman van Woer-
ouds, eenen tol plagten te heffen van alle den> met wien hy verbonden was, zulks ont-
waaren en koopmanschappen , die in hun vangen waren, dat zy met groot verlies wy-
Land gebragt werden: om welken tol te ken moeften. Steven en Fredrik van Zuilen
ontvangen, op verfcheiden plaatfen langs de fneuvelden in deezen ftryd, aan de zyde des
ftropmen, tolhuizen waren opgeregt. De BiiTchops. De Biffchop nam toen zyne toe-
Amfterdammers kreegen hier dan vryheid, vlugt tot Graave Floris, die 't Verbond van
om deeze tolhuizen, met hunne eigenegoe- 't jaar 1274, in de jaaren 1277 en 1278,
deren, voorby te vaaren, zonder dat hun met den Biffchop, met eenige Stigtfche E-
eenige tol mögt afgevorderd worden. Doch delen, en met de Stad Utrecht vernieuwd
't gene, in1 deeze vryheid, onze opmerking hadt (O, en terftond het beleg floeg voor
meeft verdient is, dat 'er klaarlyk uit blykt, 't Slot te Vreeland, welk, door Amoud van
dat de Amfterdammers ten deezen tyde, Anfiel, Gysbrechts Broeder, verdedigd
reeds eenigen binnenlandfchen Koophandel werdt. Gysbrecht zelf, midlerwyl, eenig;
dreeven, en het nabuung Holland voorza- volk byeen gerukt hebbende tot ontzet van
gen van 't gene hunne wateren en weiden 't Slot, werdt , by Loenen, aangevallen,
uitleverden. Zy hadden fchade geleeden van door eenen hoop Zeeuwen, onder Kofiyn van
's Graaven luiden, en in vergoeding van die Renejfe. De ftryd was hevig; doch Gvs- »vwot*
fchade , wordt hun tolvryheid door Hol- brecht kreeg de nederlaag, en werdt ge- geval-
land toegeftaan. Zy moeten, derhalve, ge- vangen genomen; waarna het Slot zig, op gen.
woon geweefl: zyn , met hunne koopman-
                                                          ö £
fchap, door Holland te vaaren; of de tol- (') Hand,, u. „, oj
vryheid zou kin, niet gevoeglyk, tis eene gj S ffft *%££!% * -
-ocr page 142-
GESCHIEDENISSEN,
ï, Boek.
ander' Chronykfehryver (T), beveftigd, die
getuigt, dat de Broeders van Amftel zeven
jaaren gevangen gezeten hebben. Nu is 't
bekend , dat hunne gevangenis, ten tyde
van het bemagtigen van Vreeland begonnen
is, en wy zullen terflond zien, dat zy, in 't
jaar 1285, geflaakt zyn.
't Was noodig den tyd van het winnen
van Vreeland naauwkeuriglyk aantewyzen,
om dat dit voorval den weg baande tot eene
geheele verandering in de Regeering van
Amftelland, en eerlang ook van Amfberdam
zelf. Wy hebben, onder anderen uit den
aangehaalden Brief des jaars 1280, reeds
gezien, dat Biffchop Jan de leengoederen
van den Huize van Amftel aanmerkte als
verbeurd, en dat hy dezelven, gedeeltelyk,
aan Graave Floris opdroeg. Gysbrecht van
Amftel en zyne Broeders verklaarden ook,
in 't jaar 1285, dat hun dat lam van Arne-
ßelle ontwifet was
(£). En wat Amfterdam
betreft; wy hebben reeds getoond, datBis-
fchop Jan zeker regt tot de Plaatfe, naar
alle waarfchynlykheid de Heerlykheid der-
zelve , gefchonken hadt aan Jan Perfyn. Doch
deeze droeg , den zevenentwintigften July
des jaars 1282,nevens zyne Heerlykheidin
Waterland en Zeevank, alles wat Biffchop
Jan hem in Amflebedamme afgeftaan hadt,
met de huizen, fierkten enz._, tegen verwis-
feling van eenige goederen in Lire en Zoute-
vene,
aan Graave Floris den V. op (/); die
dus, veel vroeger dan men in 't gemeen ge-
loofd heeft, Heer van Amfterdam fchynt
geworden te zyn; ten ware, naderhand, ee-
nige verandering in deeze opdragt geko-
men mögt zyn,'t welk wy, wat laager, on-
derzoeken zullen.
De Broeders van Amftel, fchoonzy, zo
als Graaf Floris zelf, naderhand, verklaar-
de O), heufchelyk gehandeld werden, kree-
gen egter, door "den tyd, verdriet in hunne
langduurige gevangeniffe, en zagen om naar
middel, om zig met den Biffchop en met
den Graave te verzoenen. Zy namen hunne
toevlugt tot hunne vrienden en maagen, die
eindelyk den Zoen troffen, op den zevenen-
twintigften Oclober des jaars 1285, op de
volgende voorwaarden:,, Gysbrecht,Heer
„ van Amftel, beloofde, nimmer eifch te
„ zullen maaken op Nardingerland, dat is,
„ Gooiland , welk de Graaf van Holland
„ van de Abtdiffe van Eken gekogt nactt.
„ Hy ftondt af van zyn regt op Muyaen
Muyderpoort, Vindelmerebroecke, enae aat
„ bujehedaer die reygers inne broeden,
ten
j, be-
cmee-el. Hiftor. Cap. XLV. hl za%,
(k) Zie MIERIS Cha e
tl) Zie MJBB.S Chart«                  ,4 3.
'm) Spiegel. Hi"°'- ^ i                          y<                            , ,
M
genade en ongenade, overgeeven moeft. Het
Huis te Montfbort, welk Herman van Woer-
den in pandfchap hadt, werdt ook ingeno-
men door den Graave van Holland, na dat
het, omtrent een jaar, belegerd geweeft was.
Doch Heer Herman was, ondertuffchen ,
ten Lande uit geweeken. Gysbrecht en Ar-
noud 'van Amftel waren, reeds lang te voo-
ren, gevangkelyk naar Zeeland gevoerd (d),
°nder- De oude Schryvers hebben niet naauw-
ek keuriglyk aangetekend, wanneer deeze din-
nettreden êen gebeurd zyn. Doch Be ka plaatft de-
tyd jee- zelven, ten onregte, onder de Biffchoppe-
De Heer.
lykheid
van Am.
fterdam
wordt
aanFloris
den V.,
Graave
van Hol-
land, op
gedraa-
gen.
*er
se-
lyke Regeeringe van Jan van Zierik, die Jan
van Naffau, eeril in 't jaar 1288 , opgevolgd
is. Heda begaat (e) den zelfden misflag.
Melis Stok e fielt (ƒ), naar waarheid,
dat alles,onder de zwakke Regeeringe van
Jan van Naffau, gebeurd is. Men heeft nog
eenen Brief van den vicrentwintigften Janua-
ry des jaars 1280 , waarby Biffchop Jan
van Naffau, ter voldocnrnge van zesduizend
ponden Hollandfch, welken hy Graave Flo-
ris fchuldig was, voir ßnen aerbeyt ende fire
liede, die,
zegt hy, harde groet gewefet he-
vet in onfen hulpe,ende in onfin oirloghe; voir
fine doode liede, ende mennighe jwaere wonde
ende fmarte
, die fyne liede ontfaen hebben,
behahen den cofle
, die hy gedaen hevet vore
Vredelant ende Montforde,
aan den Graave,
uit de goederen des Heeren van Amftel, Mü-
den
, JVefepe , Diemen en Bindehnerebofch,
vierduizend'ponden; en uit de goederen des
Heeren van Woerden, Oudewatre, Worden
ende Bodegrave
, tweeduizend ponden toewyft
(g). Uit welke woorden, klaarlyk blykt, dat
de Sloten Vreeland en Montfoort, reeds voor
't jaar 1280, en, derhalve, ten tyde van Bis-
fchop Jan van Naffau, bemagtigd geweeft
zyn. En luft het ons, den juiften tyd van
het winnen deezer twee Sloten- nog nader
naar te fpooren; onze oudfte Chronyken (£)
getuigen, dat Montfoort niet belegerd werdt,
dan na dat Vreeland gewonnen was; en dat
het beleg van Montfoort een jaar geduurd
heeft. Hieruit volgt, dat Montfoort, in 't
jaar 1279, en Vreeland, in 't jaar 1278,
overgegaan is. Melis Stoke geeft te
verftaan, dat Graaf Floris in den Zomer
voor Montfoort gekomen is, en dat hy 'er,
den gantfehen volgenden winter, voor ge-
legen heeft. De Plaats zal dan, onderftel
ik, omtrent het midden des jaars 1279,zyn
overgegaan. Immers, dat Vreeland, in 't
jaar 12*78, gewonnen is, wordt, dooreen'
y> {" Joanne II. p. 125.
u ' '"Floris V. hl. loi.
(A( f?' MiER's Chartérb. I. Deel, hl. 401.
(*; melis stom */. ioi. Origen. Klerk, hl. 153. ÈE-
KA 1>. 9"-
I. STUK.
benvte-
öifle.
1282.
Gys*
brecht
verzoent
zig met
den Bis-
fchop en
met den
Graave.
120 S'
-ocr page 143-
AMSTERDAMS
IL Deel.
8<5
houden. Doch de Zoen met die van Am-
ftel verdient wel, dat wy 'er nog eenige
aanmerkingen over maaken.
1.  En wel voor eerfl, dat Gysbrecht van Aanmer-
Amflel, by deezenZoen, niet alle de Heer- kingeL.
lyke en Leengoederen, welken hy bezat, aan ™"
den Graave van Holland heeft afgeltaan , Zoen.
fchoon zulks gemeenlyk zo opgevat wordt.
De woorden zelven van den Zoenbrief gee-
ven te verftaan, dat hy nog Goet hadt bin-
nen den Stifte van Utrecht,
welk hy verbeu-
ren zou, als hy den Zoen fchondt.Hy noemt
dit goed all onfe Goet, ende al onfe Lant, en-
de al onfe Heerfcap.'tBlyktook
klaarlyk,dat
hy dit goed ter leen hieldt van den Biffchop
van Utrecht; want de Zoenbrief hieldt in, dat
de Graaf, wanneer het, t'eenigen tyde,ter
gelegenheid van het fchenden van den Zoen
door die van Amftel, aan hem vervallen
mögt, daerajf doen zou alfulcken dienfl, als
men daerajf fchiddich
was te doene den Stif-
te , ende betalen alfulcken pacht als daerop
ftondt. Maar wat dienfl kon men van dit
goed den Stigte fc huldig zyndanLeenmans-
dienfl, waartoe die van Amftel verbonden
geweeft waren ? En wat pagt kon daarop
flaan,dm die 'er, ten tyde der Heeren van
Amftel, op geftaan hadt? Ook zouden de
Graaven van Holland zig niet hebben wil-
len verbinden , om de goederen van den
huize van Amflel, in eenig geval, onder
lafliger voorwaarden, te aanvaarden, dan
dezelven, door die van Amftel, bezeten ge-
weeft waren. De goederen, waarop hier
gezien wordt, waren , derhalve , Leenen
van den Utrechtfchen ftoel.
2.  Doch welke de goederen waren, die
de Heer van Amftel, ten deezen tyde,nog
behieldt, wordt in den Zoenbrief niet klaar-
lyk uitgedrukt, 't Komt ons egterten hoog-
flen waarfchynlyk voor, dat'erde Heerlyk-
heid van Amftel, Amfterdam uitgezonderd,
onder begreepen geweeft is. Gysbrecht
wordt, na deezen tyd, in alle de brieven,
waarin men zynen naam vindt, tot in 't jaar
1296 toe, Heer van Amflel genoemd. Hy ge-
waagt , in den Zoenbrief zelven, van al zy-
ne Heerjcap, als dezelve nog bezittende: en
op welke Heerfcap oï He er lykheid kan hy hier
eigenlykerhet oog hebben, danopdeHeer-
lykheid van Amftel, waarnaar hy en zyne
voorzaaten zig altoos plagten te benoemen?
't Is waar, dat Gysbrecht, in den Zoen-
brief, erkend, dat hem dat lant van Ame-
fieïle ontwifet was
, altemale van des Stifftes
mannen van Utrecht, met vonnijfe ende oerde-
le voor den Biffchop van Utrecht, met vollen
gevolge.Doch
dat dit vonnis van verbeurdver-
klaring, by het treffen van den Zoen, we-
derom te niet gedaan, en Gysbrecht in 't
be-
„ behoeve van den zelfden Graave, die al
„ dit goed van het Stigt ter leen houden
„ zou, als hy ander goed deedt. De Graaf
„ fcholdt Heere Gysbrecht, daarentegen,
„ tweeduizend ponden kwyt van devier-
„ duizend, die hem, door den Biffchop,
„ uit den Lande van Amfte waren toege-
weezen Gysbrecht, noch zyne maagen
" zouden'geene vefle maaken tuffchen de
Stad Utrecht en het Graalfchap van Hol-
" land, noch ergens anders in zyn Land,
" noCh'in het Bisdom, dan met 'sGraaven
" bewilliging- Hy en zyn broeder verbon-
den zig, op verbeurte van al hun goed,
ende al Gysbrechts Heerfcap geheelicke ,
ten behoeve des Graaven, en met onder-
„ werping aan den Paufelyken enBiffchop-
„ pelyken ban, dat zy nooit eenige vyande-
„ lykheid pleegen zouden jegens den Graa-
„ ve of zyne helpers, noch binnen noch
„ buiten de Stad Utrecht; zy zouden, daar-
„ entegen, zig tragten te verzoenen met
„ de maagen der gefneuvelden in 't gevegt
„ by Loenen. Gysbrecht en Arnoud droe-
„ gen, daarenboven, hun eigen goed den
„ Gräave van Holland op, en ontvingen 't
„ wederom van hem ten regten leen. Ook
„ zouden zy de Graaven van Gelder en
3, Kleeve, den Hertog van Brabant en den
„ Biffchop van Utrecht zoeken te bewee-
, gen, om fchriftelyk te verklaaren, dat zy
, die van Amftel, nimmer, in eenen oor-
„ log tegen den Graave van Holland, zou-
„ den byftaan. Tot borgen voor dit Ver-
„ drag, verbonden zig, van de zyde der
„ Amftels, drie-entwintig Edelen, te wee-
„ ten drie Ridders en negen Knaapen uit
„ Holland,en zeven Ridders en vierKnaa-
„ pen uit het Bisdom; die bedongen, dat,
„ in geval de Graaf eenen onmondigen Zoon
„ nalaaten mögt , deszelfs Voogd geene
„ verandering in dit Verdrag maaken zou,
„ voor dat 's Graaven Zoon twintig jaaren
„ oud geworden zou zyn. Of zo de Graaf
„ eene Dogter naliet, die in de egt tradt,
„ zo zou het Paar dit Verdrag niet mogen
,-, veranderen, dan na dat het zes jaaren
n getrouwd geweeft was. Doch behalven
„ deeze borgen, fielden 'er de Amftels nog
zeven uit de Hollandfche Ridderfchap,
" die beloofden, den Graave van Holland,
" met honderd en twintig man, tegen hen
" te zullen dienen,zo zy ooit deezenZoen
" fchonden («>" Op den dertigflen Maart
des jaars 1287, werdt de Zoen ook met Hee-
re Herman van Woerden getroffen, met
welks inhoud wy ons hier niet zullen op-
(») 2U doezen Zoen av. MatTH^üM de Nobil. Tom.
ll.Pr&f „per
alkemad.es Melis Stolce,«»MlEKlS Char-
terb. I. a«d,M.+6o, e„ aders.
-ocr page 144-
GESCHIEDENISSEN.
87
I. Boek.
Muyderpoort, de Stad Muiden in 't byzon-
der verftaan. Vindelmerebroecke, of, gelyk
het gemeenlyk heet, Bindelmerebroèk was,
gelyk wy, hier voor (bl. 80.) hebben aan-
gemerkt", al van ouds, onder de goederen van
Amftel gerekend geweeft. Men neemt 'er,
in't gemeen, de Bylemermeer en't naafte Land
voor. Het Bofch, daar de reigers in broedden,vzn
welken men zig bediende in de vogeljagt,
fchynt niet verre van of in de Meer gelegen
geweeft te zyn, om dat het, meermaalen,
te gelyk met, of in plaats van de Meer, ge-
noemd wordt. Veelligt wordt het hierom,
in den Brief van den jaare 1280, dien wy
boven (bl. 85) aanhaalden, onder den naam
van Bindelmerebofch betekend. In eenen
Brief van den jaare 1298, wordt gewaagd
van Bendelmerebroeke ,daer die reygers in broe-
den
(r) : waaruit volgt, dat het bofch in
de broek gelegen geweeft is. Hertog Al-
brecht meldt ook, in eenen Brief van den
negenden July des jaars 1386 , van zyn
Reygerbofch in Bindehnerbroec (x). Zyfchy-
nen dan van den weg af te zyn, die dit Rei-
gerbofch, aan of omtrent den Amftel, even
boven Ouderkerk , geplaatft , en 'er een
Lufthuis der Heeren van Amftel van ge-
maakt hebben.
4. Doch behalve deeze Leengoederen,
droegen de Broeders , Gysbrecht en Ar-
noud van Amftel, al hun Eygen of allodiaal
goed den Graave van Holland op, en ont-
vingen 't wederom van hem ten rechten Lee-
ne,
dat is te zeggen, dat het alleenlyk op
hunne mannelyke nakomelingen verfterven
kon, en, by mangel van dezelven, verviel
aan de Graaflykheid. Welke goederen al
onder dit eigen goed van den Huize van
Amftel begreepen waren, is bezwaarlyk te
zeggen. Zekerlyk behoorden 'er de gebou-
wen [cedificia] in Loenen onder , die Gys-
brecht, Heer van Amftel, in 't jaar 1291,
erkende, zo wel als zyn ander goed, ter
leen te houden van zynen Heere, den Graave
van Holland
(0- Men moet 'er de tienden
te Bodegrave, die Gysbrecht, in 't jaar
1289, fchonk aan het Witte Vrouwen-Kloos-
ter te Utrecht, ter gelegenheid dat zyne
Dogter, Elizabet, aldaar Nonne werdt («),
ihsgelyks onder rekenen. Men weet, uit
Brieven van dejaaren 1319 en 1408(11)), dat
de Graaven van Holland, naderhand, dee-
ze tienden, met zekere jaarlykfche fomme,
voldeeden. Ook behoorden 'er de Lande-
ryen toe, die in de Geyne, mRephckerweer-
cic,
bezit zyner Heerlykheid van Amftel herfteld
geworden is, kan hieruit afgenomen wor-
den „ dat de Biffchop den Graave van
„ Holland,te vooren, uit deinkomftenvan
„ het verbeurdverklaarde Land van Amftel,
„ vierduizend ponden toegeweezen hadt,
„ die Heer Gysbrecht nu gehouden werdt
„ te. voldoen:" 't welk hem met geenen
fchyn van regt gevergd kon worden, zo hy
niet in 't bezit van 't Land van Amftel her-
fteld geworden was. Ook beloofden de drie
Broeders van Amftel, Willem, Prooft van
S. Jan te Utrecht, Gysbrecht en Arnoud,
by een byzonder Handfchrift, ten dage van
den Zoen getekend , tweeduizend ponden
van deezen vier, tegen S. Maartens Mille
in den Winter des jaar« 1286, te zullen vol-
doen (0). De andere tweeduizend ponden
waren hun,by denZoenbrief zelven,kwyt-
gefcholden.
3. De Leengoederen, die de Heer van
Amftel den Graave van Holland , by den
Zoen, afftondt, waren Nardingerknt, Muy-
den
en Muy derpoort, Vindelmerebroecle, en
dat bujjcbe
, daer die Reygers inne broeden.
Nardingerland
bezat de Heer van Amftel
flegts voor zyn leeven, door gunft der Abt-
dille van Eken; doch Graaf Flons de V.
hadt het, geduurende de gevangenis van
Heere Gysbrecht , in 't jaar 1280 ,_ voor
vyfentwintig Utrechtfche ponden 's jaars,
gekogt van de tegenwoordige Abtdiffe Go-
dela
of Godelinde , naar wie het Land den
naam van Godelenland, by verkorting Gooi-
land,
gekreegen heeft. De Abtdis bedong
egt er, dat de koop te niet zyn zou,zo Gys-
brecht van Amftel bewyzen kon, meerder
regt tot dit Land te hebben, dan de Graaf
daar op, van wege de Abtdiffe, verkreegen
hadt (ƒ>). Doch dit bewys fchynt agter-
gebleeven te zyn, en Gysbrecht heeft al zyn
regt op Nardingerland, by den Zoenbnef,
aan Graave Floris afgeftaan. 't Geregt van
Muyden was Gysbrecht den I., reeds m 't
jaar 1225, door den Biffchop van Utrecht,
opgedraagen geweeft, benevens de tienden,
den tol, de landeryen, de viffcheryen, en
't ,rene 'er verder toe behoorde ($). Doch
de naam van Muyderpoort is my , tot nog
toe, nergens, dan in den Zoenbnef, van
welken wy fpreeken, voorgekomen. Al-
kemade fchynt 'er Muiderberg door ver-
ftaan te hebben. Doch naardien Muider-
berg
nooit eene Poort of Stad geweeft is,
zou ik hier liever, door Muyden, het gant-
fche Geregt of de Ban van Muiden, en door
f»; Zit Mieris Charterb. I. Deel, bl. 461 en Mat-
thäus de Jure Gladii. p. 4*7-
lp) Vide Matth.ïi Anal. Tom. III. p- 45« > 459, +«•
MIRBIS Chartert*. I. Deel, il. 404,406,408,40*.
(f) Zie MjEius Chartetb. I. Deel, il. ij«.
>t öorfpro'gk^'ke-
(r) Uit een AfTchrift van
,11 Deel , bl. 44S.
(O Zie MlEIUS Chartetb. II ^ Q
(t) Tii. MAT1HSUS de J^'^^             r        '-P417-
Mieris Chatterb I. f"JA3t\ & Fata Eccleü p. i,Jt
\V) Zt$& S-v- Alb«. Domin. TrajeaV*
M 2
-ocr page 145-
AMSTERDAMS
IL Deel.
88
't byzonder. De brief heeft egter nog eenning vara
punt, welk deeze Plaats byzonderlyk aan-een punt
gaat, en hierom verdient, op zig zelf, over-den
woogen te worden. Dus luidt het:
             ~°™"
Voert fo hebben wy dat gelooft mit goeder Amflèr-
trouix>en,dat die gifte van AMSTELRE-dam in't
dämme , die gegeven was Heren Jan Per-kyz°nder
fynne, ende al dat daer toe behoort, als van^'^'
verhoede
[lees verboerde, dat is, verbeurde~\
goede
, geflade Jolen houden voer ons ende on~
Je nacomelingen.
Wy hebben hier voor (bl. 83.) gezien,
dat Biffchop Jan van Naffau,na't jaar 1268,
eenig regt in Amfterdam, waarfchynlyk on-
der anderen de Heerlykheid der Plaatfe ,
aan Jan Perfyn hadt opgedraagen: wy heb-
ben (bl. 85.) ook getoond, dat Jan Perfyn
zyn regt in Amfterdam, in 't jaar 1282,
aan Graave Floris den V. afgeftaan heeft.
En hier leezenwe, dat de gifte van Amflel-
redamme
, aan Jan Perfyn gedaan , ftand
houden zou. In den eerften opflag, zou
dit fchynen te betekenen , dat de afftand
van Amftelredamme aan Graave Floris hier-
by vernietigd, en dat Jan Perfyn in 't be-
zit van de Heerlykheid der Plaatfe , die
hem, door Biffchop Jan van NaiTau, op-
gedraagen was, herfteld werdt. Ook heb
ik zelf, voor deezen, de woorden in dien
zin opgevat. Doch in aanmerking neemen-
de, dat Jan Perfyn , volgens de Doodlyfi
derEgmondjche Abtdye,
door Mattheus
uitgegeven , den zesentwintigften Decem-
ber des jaars 1283 > reeds overleeden, en
in zyne Heerlyke goederen , door zynen
Zoon Claas of Nicolaas , opgevolgd was,
vanwien, onder anderen, in brieven van
de jaaren 1291 en .1293, gewaagd wordt
(«0; zo zag ik klaarlyk, dat de Zoenbrief
des jaars 1285 niet fpreeken kon van eene
Gijt van Amfterdam , die toen nog door
Jan Perfyn bezeten werdt; en ik befloot,
dat de woorden geenen anderen zin heb-
ben konden, dan „ dat die van Amftel ver-
„ klaaren te beruften in de gifte van Am-
„ fterdam,die, voor deezen, door den Bis-
„ fchop van Utrecht, uit de verbeurdver-
„ klaarde goederen van hun Huis,aanwy-
„ len Heere Jan Perfyn gedaan was;" waar-
uit klaarlyk volgde, dat de overdragt van
die Gifte, in 't jaar 1282, aan Graave Flo-
ris den V., wel en wettiglyk gefchiedwas,
en derhalve ook tegenwoordig ftand grypen
moeit. Zo wy de meening van den Zoen«
brief wel gevat hebben; komt de inhoud
overeen met andere egte Hukken, en met
de Hiftorie deezer tyden. Gysbrecht van
Amftel is , na den Zoen des jaars 1285,
Heer
(w) Zit MiEa;t Chaitsrb. I. Biel, bl. 53 + , Jji-
de, in Pohbroec, in Benßhop, en in Hoencop
gelegen, en door Arnoud van Amftel, tot
een lyftogt, aan Janne, zyne Weduwe, na-
gelaaten waren; doch die zy niet bezitten
kon, dan na bekomen verlof van.Janden II ,
Graave van Henegouwen en Holland ;gelyk
ffly uit een egtaffchrift van eenen Brief van
den'iaare 1299, gebleeken is. En indien't
der moeite waardig ware, zou men, uit ou-
de Gedenkfchriften, nog meer van deeze
goederen können opfpooren. Doch 't zy ons
<>enoe°-, met drie voorbeelden getoond te
hebben' dat die van Amftel, welken, te
vooren reeds, Leenmannen beide van Hol-
land en van 't Stigt waren, door deeze op-
dragt van hun vry eigen goed aan Graave
Floris nog nadere verbindteniffen aan Hol-
land hebben gekreegen.
5.  Wy moeten, wyders, niet verzuimen,
in den Zoenbrief, op te merken, dat die van
Amftel zig verbonden, nergens tujjchen de
Stadt Utrecht ende die Graeffchap van Hollant,
nochte nergent in
hunnen Lande, noch in den
Bisdomme
, eenige vefle of Sterkte te maec-
ken,
dan met bewilliging van de Graaven
van Holland. Deeze plaats zal ons, tot
opheldering van 't vervolg der Hiftorie van
Amfterdam, eenigszins te paffe komen.
6.  De Borgen, die zig voor de onderhou-
ding van het Verdrag, van de zyde der Broe-
deren van Amftel, verbinden, zyn een tas-
telyk bewys van de zwakheid derVorftely-
fce Regeeringe deezer Landen , op zig zelve
aangemerkt. De Graaf van Holland fluit een
Verdrag met een' byzonder' Heer, zynen
Leenman, en hy is niet in ftaat, om dien
Heer tot naarkoming van de voorwaarden
des Verdrags te dwingen, zonder de hulp
van eenige Edelen, die hem daartoe van
manfchap voorzien moeften. Zo lang de
Vorflen geene bezoldigde Knegten in dienft
hadden , warenze altoos genoodzaakt , in
geval van binnenlandfche beroerte of uif>
heemfchen oorlog, hunne toevlugt te nee-
inen tot 's Lands Edelen, en naderhand ook
tot de Steden: 't welk hen eenigszins af-
hangkelyk hieldt van den adel en de ge-
meente; en den Steden, die maar in zekere
gevallen en tot bepaalde hulp verpligt wa-
ren , veele Privilegien verworven heeft ,
wanneer zy , om den Vorft te believen ,
meer gedaan hadden dan zy gehouden wa-
ren te doen: 't welk wy,by deeze gelegen-
heid, flegts in 't algemeen hebben willen
aanmerken, zullende 't gevolg deezer His-
torie ons daarvan byzondere bewyzen uitle-
veren.
Onder- De aanmerkingen, welken wy, tot hier-
zoeknaar toe, over den Zoenbrief des jaars 1205, ge-
de mee- maakt hebben, betreffen Amfterdam nietm
-ocr page 146-
GESCHIEDENISSEN.
89
I. Boek.
ongelyke en zwaare fchatting , te weeten
den vierden penning hunner inko'mften, hadt
opgelegd. Men mag 'er byvoegen, dat de
Graaf, federt eenige jaaren, zyn werk ge-
maakt hadt, om het aanzien der Hollandfche
en Zeeuwfche Steden, door het verleenea
van gunftige Handveften, te doen toenee-
men ; 't welk den Edelen , ongetwyfeld,
zeer in den krop gefteken heeft. Melis
Stoke geeft (i), niet donkerlyk, te ken.
nen „ dat Floris de V. de gunft der Ge-
, meente hadt weeten te winnen; dat zulks
, den Grooten tegen de borft was; doch
, dat de Graaf volhardde by de genomen'
, maatregels. Dat de Edelen zig hierom
, aanmerkten, als te zeer onder bedwang
, van den Graave, wiens gezag , onder-
, tuffchen, door het toeneemend vermo-
, gen der Steden, kragtiglyk geftyfd werdt."
Zie hier de woorden des Rymchronykfchry-
vers, waaruit wy dit afneemen:
BI. 106. Doe die Vriefen hadden verloren,
Ah ie u feide hier te voren
,
Den feghe, ende hi Je had ontfaen,
Ende ten befie was vergaen,
Alfo ah ie te voren feide
,
Dat hi fineßnnen daer an leide, . .
Hoe hi berechte fine Liede.,
Dat rike ende arme ghediede ;
Ende hoe hi dat volbringhenmochte.
Den Heren van Zelant doe dat doch-
ten ,
Beide den Ouden ende den Jonghen
,
Dat fi te fere waren bedwonghen.
Heer van Amftelland gebleeven. Doch
Graaf Floris de V. is beveiligd geworden
in de Heerlykheid van Amfterdam, welke
hy, reeds van 't jaar 1282 af, door den
afitand van Heere Jan Perfyn, bezeten hadt.
Höe lang Jan Perfyn Heer van Amfterdam
geweeftzy, weet men niet, om dat men
niet weet,wanneer hem deeze Heerlykheid
opgedraagen geweeft is. Doch hy heeftze,
waarfchynlyk , niet veel boven de twaalf
jaar en bezeten. Jn of kort na 't jaar 1268,
deedt hy den dienft, die hem deeze gifte
verwierf (a-), en in 't jaar 1282, deedt hy
reeds afftand van zyne Heerlykheid. Öf
wyders Heer Jan Perfyn, als Heer van Am-
fterdam, ecnige Keuren gemaakt, of eenige
Wetten gegeven hebbe, is niet tot myne
kenniffe gekomen. Alleenlyk kan ik niet
voorby, hier aan te merken, dat men Hand-
veften voor Waterland van hem heeft, die
in de jaaren 1273 en I275 gegevenzyn. De
eerfte deezer Handveften is gevoegd agter
den Druk der Handveften van Amfterdam
van den jaare 1624. De andere wordt ge-
vonden onder eene Verzameling van ge-
fchreeven' Handveften der Stad (y). Of
hieruit te beiluiten zy, dat deeze Handves-
ten van Waterland , gegeven , terwyl de
Heer van Waterland ook Heer van Am-
fterdam was, van ouds zyn aangemerkt, als
Amfterdam betreffende, wil ik gaarne aan
het oordeel van kundiger overlaaten. Wy
hervatten den draad der Hiftorie.
Gysbrechtvan Amftelwerdt, terftondna
de verzoening des jaars 1285, niet alleen
op vrye voeten gefteld; maar de Graaf van
Holland liet hem ook wederom toe in zy-
nenRaad (2) vwaar in hy, reeds te vooren,
plaats gehad hadt (V). Herman van Woer-
den genoot gelyke eere. En zo men ftaat
maaken mag op't gene MiRjT-Us verklaart,
uit een oud Regifter derRidderfchapinden
Haage, getrokken te hebben,is Gysbrecht
van Amitel, nevens elf andere Edelen, in
't jaar 1290, door Graave Floris den V.,
met eene nieuwe Ridder-Orde van S.Jakob
vereerd geworden (b).
Doch omtrent deezen tyd, rees 'er, on-
der de Hollandfche en Zeeuwfche Edelen,
een zwaar misnoegen tegen deRegeering van
Graave Floris den V., waarvan de oorzaa-
kennergens, myns weetens, klaarlyk zyn aan-
geweezen. Wilhelmus Procura tor
tekent aan (c),da.t de Zeeuwfche Edelente
onvrede waren, om dat de Graaf hun eene
(xj Zie hier voor, il. $z.
O; <=?« dezelve ook in MlEKis Charterb. I. Deel, il.
379-
(*) Mfxis Store, U. 114.
(a) Zie hier voor, il. g3.
y) ;',IliE1 Op«« DipSom. Tam. I. p. 441,
O) AAannum iig7, p\ u%
Hoelang
Jan per-
'Vn Heer
> Am-
»erdarfï
Seweeft
2y?
Ofhy
t Stad
gandves-
te« ge-
leven
'lebbe ?
Nrdt
i«6raa-
>et,
BI. 107.
Grave Florens, die grote minne
Hadde gheleit an fine Liede,
Dat hy, dor have, no dor miede,
Noch doer bedwanc ivoude late,
Dat hy den armen ende den maten
Aldus woude laten verduwen
Pensde
enz.
BI. 106. Mer die Ghemeente ende die Steden
Hilden (*) doe in mogentheden. * HieI"
derihem,
Onder de Zeeuwfche Edelen, die op den^aaJen
Graave geftoord waren, bevonden zig Wol-
ford
en Floris van Borfekn, 's Graaven Raa-
den (e), en Jan van Reneffe: onder de Hol-
landfchen, Dirk van Brederode, Zwager van
Reneffe. 't Misnoegen ging zo ver, dat de
Zeeuwen ondernamen , Guy , Graaf van
Vlaanderen, in Walcheren te lokken, die
egter, eerlang, genoodzaakt werdt, het Land Wordt
te ruimen. Brederode en Reneffe waren bygelegd.
midlerwyl, Graave Floris in handen geval-
len, en werden te Geertruidenberg in heg.
te-
Jaeïen
Veplor».
(d)  In Floris den V. ";."?'„„/• 1,
(e)  Zie MlEKis Charterb. I. B*it M.
M 3
5I0i $n.
\
-ocr page 147-
AMSTERDAMS
II. Deel.
po
„ hem, zyn leeven lang, gevangen hou-
„ den zou, terwyl men 't Graaflyk be-
„ wind zynen Zoon Jan in handen zou fiel-
„ len (/)." Hoofden van dit eedgefpan wa- Gys-
ren Gerard van Velzen, een der borgen van brecht
den Zoen des jaars 1285, Herman van van Am-
Woerden en Gysbrecht van Amflel. Woer- f^j^
den hadt Amflel, die hoog bejaard was en "wikke-
weinig loosheid bezat , in het eedgefpan len.
tenisgehouden (ƒ), tot dat zy zig, in 't
begin des jaars 1291, met den Graave ver-
zoenden (g). Verfcheiden' Edelen ftonden
borg voor 't gene met Dirk van Brederode
geflooten werdt;en onder anderen ookGys-
brecht van Amftel, die beloofde,, den Heer
van Brederode, zo deeze 't Verdrag feilen-
den mögt, te zullen helpen uit het Land
»»
houden; of deedt hy 't niet, al zyngoed
aan den Graave te zullen verbeuren, en
zi"- aan 's BifTchops ban, als een trouw-
" boze en meineedige, te zullen onder-
" werpen (&)." Het Verbond van Vrede
en Vriendfchap, tuffchen Graave Floris en
Biffchop Jan van Naflau geflooten, werdt,
in 't jaar 1293, met Biflchop JanvanZierik
vernieuwd. Onder het groot getal borgen
voor de onderhouding van dit Verdrag, wei-
leen Graaf Floris den Biflchop ftelde, be-
kleedde Gysbrecht van Amflel de tweede
plaats (i).
weeten in te wikkelen. De Graaf werdt, in
129&.
den Zomer des jaars 1296, verzogt, te U-
trecht te komen, om Gysbrecht van Amflel
te verzoenen met de maagen der Heeren
van Zuilen, die, in den oorlog des jaars
1278, gefneuveld waren. En deezen tyd
dagt men waar te neemen, om den Graaf
te ligten en te vervoeren. Na het treffen
van den Zoen, hieldt men de middagmaal-
tyd te Utrecht, op welke de Graaf, geze-
ten tuffchen Amflel en Woerden, het ge-
zelfchap aanfpoorde tot vreugde. Na de
maaltyd, begaf hy zig een weinig ter rufte;
doch, toen men alles tot het uitvoeren van
den toeleg gereed gemaakt hadt, werdt hy
gewekt van den Heere van Amflel, die hem
tot eene Vogeljagt nodigde. Hy toonde zig
bereid; doch verzogt Amftel vooruit te ry-
den, hem, in 't affcheid neemen, ter ge-
dagtenifle van S. Geertruid, naar het ge-
bruik dier tyden, een beker wyns toebren-
gende.
De Graaf was maar een halfuur gaans Graaf
buiten Utrecht naar den Vegtkant gekomen, Floris
toen Amflel, Woerden, Velzen en anderen word£>
te voorfchyn kwamen, den Graaf aangree- f™lv
pen, en eerft naar 't Slot Kroomnburg aan de ver-
Vegt, den Heere van Amftel toebehooren- moori«
de, en daarna naar 't Slot te Muiden voer-
den. Hier hieldt men hem vier dagen gevan-
gen, binnen welken tyd, het Slot, door de
Kennemers, Waterlanders en Weftfriezen,
te water en te lande, belegerd werdt. Men
vondt hierop geraaden, den Graaf te paar-
de te zetten, en langs eenen afgelegen weg
naar Brabant of Vlaanderen te brengen, 't
Befluit werdt, den vyfden dag na's Graaven
gevangenis, in 't werk gefield. Men floeg
den weg naar Naarden in. Maar Velzen,
vooruit gereeden , kreeg, niet verre van
Muiderberg, eenen hoop Naarders in 't oog,
Nieuwe
toeleg
van ee-
nige
Edelen
op 's
Graaven
vryheid.
't Blykt hieruit klaarlyk, dat Heer Gys-
brecht , ten deezen tyde, in gunfl was by
Graave Floris: doch 't leedt maar weinige
jaaren, of hy Het zig inwikkelen in eenen
toeleg op de vryheid van den Graave, die
met deszelfs ongelukkigen dood eindigde.
Wy hebben, by eene andere gelegenheid
(T), omftandiglyk gehandeld van de oor-
zaaken van deezen toeleg. Hier moetenwe
'er alleenlyk van fpreeken, voor zo ver 'er
de Heer van Amflel in gemengd geweefl is,
en voor zo ver de gevolgenvan denaanflag
betrekkelyk geweefl zyn op de gefchiede-
niflerr van Amflerdam.
Aanlei-
Floris de V. ,naauw verbonden geWeefl
ding daar zynde met Eduard den I., Koning van En-
toe. geland, en zelfs een Huwelyk geflooten heb-
bende tuiïchen zynen Zoon Jan en 's Ko-
nings Dogter Elizabet, bevondt, na eenige
jaaren verloops, dat de Koning zig met Guy,
Graaf van Vlaanderen, met wien hy thans
in oorlog was, zogt te verbinden: 't welk
hem bewoog tot het fluiten van een Ver-
bond met Filïps den IV., Koning van Frank-
ryk. Doch hy gaf hiermede zo veel onge-
noegen aan 't Engelfche Hof, dat Koning
Eduard een bef luit nam, om zig van 's Graa-
ven perfoón te verzekeren. Hy bewerkte,
federt, onder de hand, eene verbindtenis
van veele Edelen, die, uit meer dan eene die den Graaf, hunnen Heer federt het jaar
oorzaak, misnoegen opgevat hadden tegen 1285 (m), kwamen verloflen. Velzen be-
den Graave, en, in 't begin des jaars 1296, geeft zig, hierop, in alleryl te rug: en toen
teKameryk byeengekomen zynde, een be- eerft fchynen de Edelen eenfchielyk en een-
fluit namen „ om Graaf Floris te hgten, en paarig befluit genomen te hebben, om den
» naar Engeland te voeren, alwaar men Graaf van kant te helpen. Velzen gaf hem
(ƒ) W,lh. PROCÜRAT. od ann. I2»7. ?• Sii-
(S) Zie Muris Chaiterb. I. Dtil, «• St6, J2P.H7.
(*) Id. ibid. bl. $M.                   , ,,
(») Z'« Mieris chaiterb. I. Diel," SSU
(*) Vaderl. Hift. m. Deel, tl. 6i enz.
den eerften houw; waarna hy, door deezen
en
(l) Ongen. Klerk, il. HiS.
(n>) Zit
hiec voor, H, »j.
Eeka in Joanne II. p. »%.
-ocr page 148-
GESCHIEDENISSEN.
h Boek.
gt
en eenige anderen, met meer dan twintig fiele, hadde ende houdende was in 't Ghefiifte
wonden, afgemaakt werdt (n).
                    van Utrecht, mme die grote openbare ondaet,
Wv hebben niet voor, omftandiglyk te die hi gedaen heeft an zynen heven Here, 's
vernaaien hoe't met de Edelen, die deel Graaven Vader, Haren tlorenje,wilenneer
aan deeze'n moord hadden, afliep. Eenigen Grave van Hollant, van Zelant ende Here van
werden g»vat en geftraft. Anderen weeken Vrieslant, daer God die Ziele of hebben moete,
ten lande uit: van welke laatften ook eeni- ende mede dat hyt verwilcoert heep met zine
een'eerlan"- te rug keerden, en zig met de openen letteren, naamlyk, by den Zoen des
Opvolgers "des vermoorden Graaven ver- jaars 1285. Ende in den voer ghenoemden
zoenden. Wy bepaalen ons by het lot van goede zou de Graaf zetten enen man, die zy-
Heere Gysbrecht en van de Heerlykheid nen lieven Neve , Haren Wilame ,Bisfcop van
van Amffceh
                                                  Utrecht, van defen daghe voert dienen zou *
Een «root getal van Edelen en de voor- ende ghelden van den voer ghenoemden ghoede
naamfte&Steden, die allen den moord ver- alfulken pacht, al/en Ghifebrecht voerfeyt, die
foeiden waren terftond op middelen! be- men hiet Here van Aemfiele, die wile dat hi
dagt om de moorders in handen te kry- een befitter daer af was, fchuldich wasteghel-
gen 'en 't bewind der Regeeringe, voor 's den, weder dat hi den pacht ghave jofenne dee-
Gra'aven Zoon, Jan den L, te verzeke- de, dat is, 't zy dat hy de pagt betaald
ren Gysbrecht van Amflel vondt toen ge- hadt, of niet (2). Voert zou die Bisfcopvan
raaden het Land te mimen, en onthieldt Utrecht voerfeyt behouden an den voerghenoem-
zig in 't jaar 1297, eenigen tyd in Vlaan- den ghoede alle dat recht, efi hoghe Gherechte,
der'en (0). Eenige Chronyken melden, dat jof anderfins dinghe, die hire fchuldich es ane
hy buitens Lands, van zyne vrienden on- te hondene en te hebbene, in wat maniere dat
der'houden werdt, zo lang hy leefde Q>). het zi. In Weesp, Muiden ende 't goet hl
Ofhy gelykfommigen fchryven (q), na der Vecht, veelligt, ten mmften onder an-
de dood van Tan den L, nog wederom in deren,het Huis te KroonenburgbyLoenen,
Amfterdam ^ekomen zy, zullen wy bene- ZOu de Graaf boden mogen zetten, tot dat
den onderzoeken.
                                          de Biffchop plegtiglyk vendaard zou heb-
Willem van Mechelen , Biffchop van U- ben, dat deeze goederen aan t Stigt be-
trecht zyn voordeel willende doen met de hoorden, gelyk hy, tien dagen laater, deedt
verwar'rino-en, waarin Holland, na de dood (r). De Graaf van Holland zou, daarente-
van Floris^den V. geraakt was, floeg het be- gen, met zynen Raad onderzoeken, ofBin-
leg voor het Slot te Muiden, enbemagtigde delmaerbroec aan 't Stigt, of aan den huize
het, na eenige dagen verloops. Jan van van Amffcel behoorde, en, zo hy 't laatfte
Avenues, Graaf van Henegouwen, die zig bevondt,dan zouhy, in 't bezit van het zel-
voor Voogd van Graave^Jan den I. hadt ve blyven. Ook wees hy't, m 't volgende
doen erkennen, was reeds, met een Leger, jaar,zig zelvenen zynen nakomelingen toe
te Aemßelrcdam gekomen, om het Slot te (r). Wyders, beloofden de Biflchop en de
neerren- doch't was overgegaan,eer hy Graaf eikanderen, dat zy zig nimmer met
zvnen toele-in 't werk Hellen kon (r). Wy Ghyfebrecht, die men biet Here van Amflel,
melden deele byzonderheid, om dat deeze zouden laaten verzoenen, noch hem op zyn
T^&^klLwyim^mm^mJm- goed, dat hy in't Stigt plagt te bezitten,
flerdam, by oude Schryvers , gefpeld ge- laaten wederkeeren «•
ionden hebben.                                                Wy zien,uit de voomaarden deezerVre- Verder,
De BnTchoD, in 't jaar 1297, eenen on- de, dat de Graaf van Holland nu eerft in t gevolgen
gelukkigen togt in Waterland gedaan heb- bezit raakte van den Lande yan Amftel, op ™*J™
bende zag zig, eerlang, genoodzaakt, vre- gelyken voet als Gysbrecht het zelve beze-vanFlo.
de te maakenömet Graave Jan den I. Zy ten hadt, dat is, leenroerig van het StigtrisdenV.
werdt den ne^enentwintigften September, van Utrecht, en terwyl de Biffchop het hoog
te Kampveerc in Zeeland , getekend. Wy geregt over het zelve behieldt. Gysbrecht
pys-
brecht
*Vkt ten
^ande
tet
Jan,
G*aaf
St te
>fter-
feSoe-
brecht
$el Wo}e« aan
zullen 'er niets uit aantekenen, dan 't gene
de goederen van den huize van Amftel be-
, treft. Graaf Jan verkreeg of behieldt, by
deeze Vrede, gheheelike ende al alle dat ghoet,
dat Ghifebrecht, die men hiet Here van Am-
(1) Wilh. PROCUH. ad ann. 129«. p. 537 &*• MELIS
Stoke bl. ui er.z. Spicg. Hift. bl. 202 enz.
(o) Zie
Melis stoxe in Jan I. bl. 151.
(p) Ongen. Klerk, ui. 174. BEK.A in Joanne II. ƒ>. 99.
(.11
nEKA. im Wühelnio II. p. 102.
(r) Melis stoke il. 137.
]a« den
Graj
Ve
Mieris
Holland
ftaan.
l297
422'
(s) VU. Matth.eüs de Jure Gladii, p.
Charterb. 1. Deel, bl. S9°-
(t) MIERIS Charte*. I. Deel, bl. S93'             g
(u) Zit MlElüS Charterb. I. Deel, bl. S»7, SS% , S%9 ,
S9°-
(2) Dienrelvke fpreekwys vjndt men in eenen
Bref'van Vrouwe Janne,.Weduwe van Amoud van
Amftel die zegt, W«1 tc kmdel ™™ne, off endede,
JatTs '>t% tVnderen kreeg,, of niet. Zie Mie*«
CtowW«. Deel, bl.
-ocr page 149-
AMSTERDAMS
II. Deel»
5)2
Jan , of deszelfs nakomelingen vervallen
zouden. De Brieven , hiervan verleend,
waren den eenentwintigflen May des jaars
1300 getekend (z). In dezelven is meeft
opmerkelyk, dat Graaf Jan de manfehap der
goederen van Amflel, welke de Graaven,
zyne voorzaaten, erkend hadden aan't Stigt
fchuldig te zyn, aan zig behieldt;'t zy dat
hy geoordeeld hebbe, dat Biflchop Willem
deeze manfehap, door 't fchenden der Vre-
de, verbeurd hadt; 't zy dat hy Guy eene
manfehap heeft willen afvorderen, wegens
goederen, die hy zelf van 't Stigt ter leen
hieldt, en die, door deeze zyne opdragt,
agterleenen van 't Stigt werden.
Dus kreeg Amflelland, welk, eerfl in 't Hy geeft'
jaar 1297, aan denGraave van Holland op ge- Keuren
draagen geweeft was, wederom eenen nieu- 5;nAjf'
wen Heer aan Guy van Henegouwen. Niet aan ^m-
geheel zeker is 't, of hy ookHeer van Am- fterdam-
flerdam geworden zy. Doch 't is ten hoog-
fte waarfchynlyk. Amfterdam hadt, voor-
heen, altoos tot de Heerlykheid van Amflel
behoord, en was 'er . eerfl na 't jaar 1268,
van afgefcheiden, en in't jaar 12 82 aan den
Graave van Holland opgedraagen. Het zal,
derhalve, na dat gantfeh Amflelland, in 't
jaar 1297, aan Graave Jan denl. afgeftaan
was, wederom met het zelvevereenigdge-
weeft zyn, en nu, in 't jaar .1300, te gelyk
met Amflelland, aan Guy van Henegouwen
opgedraagen zyn geworden. Deeze waar-
fchynlykheid wordt beveiligd door de woor-
den van den O n g e n o e m d e n K l e r k, die
maar omtrent vyftig jaaren na deezen tyd ge-
bloeid heeft, eif (V) dus fchryft: Gy fult wet-
ten
, dat defe Ghye [van Henegouwen, Broeder
van Gr ave Jari] eer hy Biscop f Utrecht wart
,
der Stede van Amßelredamme gaff veel vryhee-
de van keuren ende van rechte
, daer men die
Stede mede regeerde.
Doch 't getuigenis van
deezen Schryver is te merkwaardig, dan dat
wy 'er niet eenige aanmerkingen over maa-
ken zouden.
1. Schoon ons, tot hiertoe, nergens, noch Aanroep
in gedrukte, noch in ongedrukte"fchriften, ki"ge"
noch in de oude Kerke deezer Stad, daar de ove^cue
oude Handvellen bewaard worden, noch op ren eIÏ
't Stadhuis, noch elders, de Keuren of Hand- Vryhe-
veflen van Heere Guy van Henegouwen den.
voorgekomen zyn; durven wy egter het getui-
genis van zulk een' ouden Schryver geens-
zins van de hand wyzen. Te minder, daar
hy blyk van naauwkeurigheid geeft, in het
aanwyzen van den tyd, wanneer deeze Keu-
ren aan Amfterdam gegeven zyn, te weeten
eer Guy Biflchop van Utrecht werdt: en
dit
(z) Zie Mieris Charterb. II. Deel, II. u.
(a) Bladz. is?.
werdt de naam van Heere van Amflel voor-
taan onwaardig gekeurd. Het deel, welk
hy aan den moord van Graave Floris den
V. gehad hadt, werdt gehouden voor zulk
eene blykbaare fchending van den Zoen des
jaars 1285, dat hy geoordeeld werdt, zyn
Land aan den Graave van Holland verbeurd
te hebben. Amfterdam in 't byzonder was,
reeds te voeren, in 't bezit van den Graave
van Holland geween:. De haat tegen Hee-
re Gysbrecht bleef zo beftendig, dat Jan,
Graaf van Henegouwen, en Jan, Graaf van
Holland, den zeventienden October des jaars
1299, een Verbond flooten met de Steden
Dordrecht, Middelburg , Zierikzee , Lei-
den , Delft, Haarlem, Alkmaar en Geertrui-
denberg, waarby men beloofde , met de
Verraaders enMoorders vanGraaveFloris,
en onder anderen met Ghyfebrecht, die men
hiet Heer e van Aeniflelk,
en met hunne man-
nelyke nakomelingen, tot in 't zevende Lid
toe, geene Vrede te zullen maaken; maar
hen uit het Land te zullen houden, en hun
aan lyf en goed alle mogelykefchade te zul-
len doen (u). Verfcheiden' Hollandfche en
Stigtfche Edelen traden, naderhand, in de-
zelfde verbindteniffen (w).
                       \
De Vrede met den Biflchop van Utrecht
was midlerwyl van korten duur geweeft. Hy
begon de vyandelykheden reeds in 't jaar
1297 (x); doch de Hollanders wonnen 't Slot
te Yflelflein, welk, door Gysbrecht van Tjjél-
flein,
Zoon van Arnoud van Amflel, of lie-
ver door deszelfs Egtgenoote , Vrouwe
Baarte van Heukclom, verdedigd was (y).
Graave Jan den I., federt, in November des
jaars 1299, overleeden zynde, ging het
Graaffchap van Holland over aan Jan van
Avennes, Graave van Henegouwen, wiens
Moeder eene Moei van Floris den V. ge-
weeft was.
Guy van JAN de.II. was nog maar weinige maan-
Hene- den Graaf van Holland geweeft, toen hy de
gouwen inkomften van alle de goederen, die, door
H^7van^Üken' welken deel aan den moord van
Sei Graave F1Sris den V- gehad hadden, beze-
1*00 ten geweeft> en in 't Stigt van Utrecht ge-
3 legen waren, en 111 't byzonder alle dat goet
ende gherechte
van Ghifibrecht van Amefielle
uuytghenomen den reygherboßb in 't lant van
Amefielle ende de manfehap vm
alles, opdroeg
aan Guy van Henegouwen, zynen
Broeder, mids dat dezelven, na deszelfs
dood, of wanneer hem een bisdom, of eenig
ander goed zo waardig als een bisdom mögt
opgedraagen worden, wederom aan Graave
(v) dualen Dordrecht il. 7*«- MlER1S cliarteib- I-
Deel, lil. 6ij.
(w) Zie Mieris Charterb. II. Deel, il. 16, *7> 2« > 3i.
(x) BEKA in wilh II. p. i02.
O) MEI-1S Store in jan I. il. U5 tnt.
-ocr page 150-
GESCHIEDENISSEN.
I. Boek.
93
„ meente van Waterland , en de burgers flesten
„ van Haarlem, Gysbrecht verjaagd heb-van Am«
„ bende, verbrandden de bruggen en fterk- fterdam.
„ ten tot aflehe." [Pofi ejusdem Domicelli
[Joannis I.] mortem, Gifelbertus de Aemftel
oppidum fuum ligne'is pontibiis ,& turritis pro-
pugnaculïs undecunque munivit. Sed vulgus
IVaterlandice cum oppidanis de Harlem,profu-
gato Gifelberto, pont es & munitiones favllla-
tenus inflammavit
(e).] En naardemaal de o-
verlevering dit vernaai meer of min beves-
tigd , en het Hoofd der Nederduitfche Dig-
teren, Joost van den Vondel, op
het zelve , zynen deftigen Gysbrecht van
Amflel,
die nog, jaar op jaar, te Amfter-
dam ten tooneele gevoerd wordt, gebouwd
heeft; zo zal 't niet ondienftig zyn, dat wy,
met de vereifchte naauwkeurigheid, onder-
zoeken , hoe veel ftaats 'er op te maaken zy.
1. Wy moeten, in de eerfle plaats, aan-Getuige-
merken, dat Beka, die op "t einde derden
veertiende eeuwe bloeide, de oudfte Schry-van an"
veris, die van Gysbrechts wederkomfl: te^
Amfterdam, en van het fterken en (legten vers^
der Veilen ten dien tyde gewag maakt. De aangaan-
ouder Schryvers, met naame de Onge-^ Ge-
noemde Klerk, Wilhelmus Pro-^
curator en Melis Stoke, welkeftei.
twee laatilen den tyd beleefd hebben, waar-
in deeze dingen zouden moeten gebeurd zyn,
maaken 'er geen het minde gewag van.
De ongenoemde Klerk drukt zig, omtrent het
lot van Heere Gysbrecht, op deeze wyze,
uit (ƒ): Ghysbrecht [van Amftel] ende Her-
man
[van Woerden] en woudens den hufe
[van Cronenburch] nyet betrouwen
, pynden
hem op
V rume te comen, .ende toegen butens
Lants. Hermanflerf in ellende, maer Gys-
brecht , want hy een outßmpel man was, wart
buitens lants van zyn vrinden onthouden, zoe
lange als hy leefde,
't Was hier de regte
plaats geweeft, om van Gysbrechts te rug
komil te Amfterdam te gewaagen; doch hy
rept'er, noch hier noch naderhand, geen
enkel woord van. Wilhelmus Procu-
rator zegt alleenlyk „ dat de Heeren van
„ Amftel en Woerden gevlugt, en in bal-
„ lingfchap geftorven zyn." [Hujus verh
malcdïStionis primi & preecipui, Dominus vi-
delicet de Aemflel & Dominus de Woerden
,
fuga fubtrahuntur & in exilio moriuntur (g)l-
Melis Stoke (preekt (/;) ook alleenlyk
van de vlugt der twee Heeren. Onderde
laat ere Schryvers, die B e ka gekend en ge-
bruikt hebben, zyn 'er ook eenigen, die hem,
in 't gene hy van Gysbrechts wederkomft
te
dit werdt hy , waarfchynlyk , in July des
jaars 1301, op den vierden van welke maand,
zyn Voorzaat overleeden was(ö); naardien
hy zelf, op den negenentwintigden May
des jaars 1317, geftorven is, en men aange-
tekend vindt, dat hy de Biffchoppelyke waar-
digheid zeftien jaaren bekleed heeft (c).
Hy moet, derhalve, overeenkomftig met
het getuigenis van den ongenoemden Klerk,
de Keuren aan Amfterdam, na den eenen-
twintigden May des jaars 1300, toen hy
eerft Heer van Amftel geworden was, en
voor de maand July des jaars 1301, toen
hy Biffchop van Utrecht werdt, gegeven
hebben.
2.  De aangehaalde plaats is de oudfte,
in welke Amfterdam met den naam van Ste-
de of Stad voorkomt. In de gedrukte Hand-
veften,
vindt men geen ouder' Brief dan van
't jaar 1339 (ß), waarin de ingezetenen van
Amfterdam Poorters genoemd worden : 't
welk onderftelt, dat de Plaats toen Stads
geregtigheden hadt. Wy zullen dit egter
beneden nog met oud er Brieven toonen.Doch
zooud als het jaar 1300 of i3oizynonsgee-
ne Brieven voorgekomen, waaruit dit bly-
ken zou.
3.  De ongenoemde Klerk alleen fchynt te
onderftellen, dat Amfterdam eene Stad ge-
weeft is, omtrent het begin der veertiende
eeuwe. Zy zal, derhalve, naar alle waar-,
fchynlykheid, by de Keuren van Heere Guy,
met Stads Regt, dat is, met eene Regee-
ring, uit Schout en Schepenen beftaande,
en met befchreeven' Keuren, waarnaar de-
zelven regt oefenen moeften, befchonken
geweeft zyn. De Steden Alkmaar, Hoorn,
Enkhuizen , Medenblik en anderen hebben
ook diergelyke oude Keuren, by welken zy
voor Steden erkend, en aan eene Regee-
ring , gelyk in de Steden deezer Landen ge-
bruikelyk was, onderworpen zyn. Jammer
is 't maar, dat de Keuren van Heere Guy
niet meer voorhanden fehyi. n. Zy zouden
ons, vermoedelyk, omtrent de oudfte ge-
fteldheid der Regeeringe van Amfterdam,
eenig licht geeven.
Het jaar 1300, waarin Guy van Hene-
gouwen Heer van Amftelland en Amfter-
dam werdt, is juift het tydpunt, waarin B e-
ka de wederkomfl van Gysbrecht van Am-
ftel , en het fterken en wederom (legten
van Amfterdam geplaatft heeft. Zie hier
zyne woorden: „ Na de dood van Graave
„ Jan den J., beveiligde Gysbrecht van
„ Amftel zyne Stad rondsom met houten
„ bruggen en toorenburgten. Doch de ge-
(h) Beka p. ,0?.
(C) KEK.A p, IOj>>
(rf/ Bièdz 3,0
I, STUK'.
Al
vecht
fel fter-
(e)   EEICA p. 101.
(f)   Bladz. I7+-
(g)   Ad ffl»»* **&• ?• 5+
(h) In Floris V. *'• J17-
N
-ocr page 151-
AMSTERDAMS                IL Deel.
9+
te Amfterdam verhaak, niet gevolgd zyn. Haat Graaf Jan de II. zig,ten deezen tyde,
Veldenaar komt met den^Ongenoemden bevondt. Gysbrechts goederen waren,
Klerk overeen (ï). 't Goudtfche Kronycxken reeds in 't jaar 1297, allen verbeurd ver-
zwygt 'er geheellyk van: en de Haarlem- klaard; hy zelf zworf balling 's lands, in
mer Karmeliet JoanGerbrandsz. van hoogen ouderdom, en zo arm, dat hy door
Leiden, die immers wel weeten moeit, zyne vrienden onderhouden moeft worden,
wat'er, ruim honderd jaaren voor zynen Graaf Jan de II. was, daarentegen, in 't be-
tyd, omtrent Amfterdam voorgevallen Wa- zit van alle de goederen van den huize van
re, 'wykt hier af van Be ka, dien hy door- Amftel, en hadt, reeds ten tyde van Jan
gaands volgt, en zegt alleenlyk „ dat Gys- den I., met den Biffchop van Utrecht niet
brecht, van zyne goederen beroofd en alleen, maar ook met devoornaamfteHoI-
1' buitens Lands gebannen zynde,totzynen landfche en Zeeuwfche Steden, een Ver-
" dood toe, door zyne vrienden, onderhou- bond geflooten, om Gysbrecht van Amftel
„ den is (£)." En meer vindt men ook niet uit het Land te houden. Van waar toch
in de Oude Holland/ehe Chronyk (/). Al het kon de arme balling volk, geld en andere
welke ons byna zou doen vermoeden, dat Be- middelen bekomen, om eene Stad, die in
ka, in zyn verhaal van Gysbrechts weder- de handen van zyne vyanden was, te fter-
komft te Amfterdam , kwalyk onderregt ken, rondsom te fterken, met bruggen en
geweeft is.
                                                    toorens te fterken? Moet men niet zeggen,
Zwaarig- 2. Voeg hier nu nog by , dat Be ka dat, zo hy dwaas genoeg geweeft ware om
heid om- Zelfden tyd deezerwederkomfte niet naauw- het te onderneemen, de ondervinding hem,
fydïyneT keuriglyk aanwyft. Hy plaaftze alleenlyk, terftond zou geleerd hebben, dat de uit-
weder- na de dood van Graave Jan den I. Doch voering onmogelykwas? Men mag hierby,
komftete wy hebben reeds gezien, dat Amftelland en miffchien, nog m aanmerking neemen, dat
^mfter- Amfterdam, kort na de dood van Jan den hy, volgens den Zoen des jaars 1285, bui-
• I., door Jan den IL, aan Guy van Hene- ten bewilliging des Graaven van Holland,
gouwen opgedraagen werden; 't heeft, der- geene vefle of fterkte tuffchen Holland en
halve,weinig fchyns, dat Gysbrecht, voor Utrecht maaken mögt (ri) : hoewel hierte-
deeze opdragt, van buitens Lands, te Am- gen wederom in bedenking komt, dat dee-
fterdam zou hebben können wederkeeren ze Zoen, door den moord van Graave Fio-
niet alleen; maar zyne Stad, daarenboven, ris, en 't gene'er opgevolgd was, als reeds
rondsom met wallen en toorens verfterken. geheel verbroken, werdt aangemerkt.
En na de opdragt kan men dit werk niet ge- 4. Sommigen, naar't fchynt, deeze zwaa-Som-
voeglyk aan hem toefchryven,omdatHeer righeden merkende, hebben hierom gefield, migen
Guy toen meefter van Amfterdam was. De dat het bewallen en verfterken van Amfter-Wlllen'
Amfterdammer Schryver Petrus Op- dam en van het S'ot aldaar flegts begonnen ^itü
meer, die in de zeftiende eeuwe bloeide, geweeft, en terftond, door de Kennemers khig
heeft wel begreepen , dat men het fterken en Waterlanders, gefluit geworden is (0). flegts
Van Amfterdam door Heere Gysbrecht voor Doch, behalve dat zy de dwaasheid derbeSon',
de opdragt aan Heere Guy fïellen moeft ; onderneeminge dan nog niet verdedigen, zo ^ftgfs'.
doch hy plaaft het in 't jaar 1304 (m), en verfchilt hun verhaal ook van dat van BE-
dus wel vier jaaren na den tyd, waarinwy, ka, dien zy nogtans gevolgd zyn; doch die
uk egte Hukken, getoond hebben, dat de niet zegt, dat de verfterking flegts begon-
opdragt aan Heere Guy gefchied is.
             nen geweeft, maar rondsom [undecunque] vol-
Omtrent 3. Maar al was 'er kans, om eenen be- tooid geworden is. Alles fchynt dan famen
demidde-kwaamen tyd aan te wyzen, waarin Gys- te loopen, om opmerkenden te doen ver-
zyneTtad Drecn^zyne Stad zou hebben können fter- moeden, dat Be ka kwalyk onderregt is ge-
ron
dsom ^en;. j°e komt hy aan 't vermogen en aan weeft, in 't gene hy van Gysbrechts weder
te ver. de middelen om een werk van zo veelom-  komft te Amfterdam en 't gene 'er op ge-
fterken. flags..onder t oog zyner doodvyanden, die  volgd is te boek heeft geliefd.
zig, federt net jaar 1297 0f eerder in 't 5. Eene bedenkelykheid blyft 'er egter Beden-
bezit van alle zyne goederen geileld had-
  nog overig, volgens welke, aan het verhaal king of
den, ter mtvoennge te brengen? Men be-
  vanBEKAeenigewaarfchynlykheidzou kon-V
denke eens,aan de eene zyde,in welkeen'
  nen worden bygezet. Wy hebben, hier-blT'htet
. ftaat Gysbrecht, federt het jaar 1296 ge.
  voor ^ gQJ^ dat de fcg^ ^ ^-kmj
weeft ware; en aan de andere, m welkeen   trecht de vyandelykheden tegen den Graa-fchop
('") Zie Chron. il. rs>.                                                                                                                                                                 Ve
(k) Chron. Libr. XXIV. Cap. XXX. p. "7-                             (n) Zie hier voor, II. 88.
> K „lVif- XIX- P- XXVI-                              ir» fc r>„ 11          (V An0nym. ap. PontaNUM p. ,. H van Rtn cd de
(m) Chronograph, p. «74. *, VAN HKUSSEN, Kerk. Oudh.    Kerk. Oudh. iV. FDell kL I8I- P' 3' "' VAN RTN °? *'
IV. Deel, U. i7\. F '
                                                        (p) Bladzs 91.
-ocr page 152-
GESCHIEDENISSEN.
95
I. Boek.
ve van Holland, in 't jaar I297, konnahet    dar», »^JaAnJS» S
Van ü-
L ,u
"echt
hebbs
„uiten der X^r*r»Ä°rÄ^   
en M e L i s S T o K e verhaalt (q), dat ny m
ten eenau ïic^ai-j——-—-.v.^^
na de dood van Graave Jan den I., ofzelfs
in 't jaar 1301 , doof de Haarlemmers en
'
't jaar 1301, eenen inval deedt in Amitel-
   m t jaar 1 ,            fl ^^
jannen.
land welk aan Heere Guy afgedaan was     Waterlanders,           &                     £
KelThy, met geweld wederom aatl 't   In dit opgt maakt ^^^^
Bisdom zoV te brengen^ De Rymchronyk-   ^««^^ daarentegen, 1« an-
fchryver voegt 'er by, dat deeze togt den   ^cn.me ]k Bek'as verhaal waarfchyn-
Bilfdiopkwalyk bekwam; dat de Holland-   de«^^ voorkomen. Jongkheer
fche Edelen en Steden de wapenen aangree-   $« £Ott °° ,         ons af/chrift van
pen, ende Stigtfchen overwonnen in en   ^^ett^or *den van zyne ftreng-
fe^ÄfflSÄff^   ™ Amftel deel gehad hadt aan de onder-
de moorders van Graave Flons hadden
„ ingehaald." Maar onder deeze moorders
werdt Gysbrecht van Amftel geteld. Is 't
vdii iii"— W-rri*          Ph rW deeze riem
neeming des Biffchops, en dat deeze hem
necuinig           ____ir„i,or» winrzien hadt.
flie£ vermoeden, dat zy deezen, zo
van middelen en™±^%™™mIn   wel als zynen Zoon, Jan, in de Stad ont
om Aniftf da» wederom in te nee™ ai                ^ hebben? En zo ^
te verfterken; dan zou het verhaal Van öe          | de verfterki der Stedc
*A veel meer fchyn van waarheid hebben,   J^ jiebbrnkonnen uitvoeren? Of al-
« niet zo zeer aanloopen tegen deHto   dan "iet n ft_ ^
en gefteldheid dier tyden, als■ hetnufchynt   ^IJh" door zynen Zoon ondernomen,
te doen. Doch jammer is't dat zulk eene   ^^^ k ^ hem können worden
onderftelling op loutere gisfing fteunt en   me^egr^y ^^ dg vgft ^
door geen egt ftuk of oud getuigenis, mybe-   ^f^6^ op bevd Van Jongkheere
. kend,beveftigd wordt                                   Wfflem hebben können geflegt worden ? En
5«frys 6. Maar nu zal ik, ten belluite, een egt                                fl m£t aan de Haar.
Cl ftuk bybrengen, waardoor ^g*J*   f^Zsen Waterlanders toelchryft gelyk
S
„j„.pn waarfchvnlvkef   üekaooci, imi^u^v......;..,_ ,
ram. _, T ----- fferen» TaanSrde   van Amfterdamzig, in't jaar 1304, met zeer
jNam, gemaakt wordt. Volgens de aangeroerae
                 etoond hebbende tot het vernielen
Ervoor Snderftelling,zoüGysbfecht,intjaari30i,    ^^
^ teAmfterdam wedergekeerd moeten zyn;   ^^^jlZlmmer. enwJrhnd-
kenware;BEKA en and^'^f^g,    onnaauwWig moeten gehouden worden,
volgd zyn,verhaalen;, dat de 'f^^f
                 h w gt niet van tmhaalen van
en Waterlanders Gysbrecht= ^^^
   ]an van Amftel, Zoon van Gysbrecht, waar-
de nieuwe werken om de Stad aan kooien
   j                affchrïft van den Brief van den
gelegd hebben: en zy plaatfen dit hun ver-
   vamon 1                         ^^ ^^
haal lang voor het verhaal van het omko-
   jaare 13 4 Jitgaave van den Heeren«
l3o4. men des^ilTchops ^^S     ffi ?A ^ een' miSÜaS
heeft nog eenen Jnc^0 v^^;^«"   van den uitfchryver of letterzetter, overge-
van Graave Jan den IL£f jf ™X   flaagen is: welke uitlaating, ondertuffchen,
den twee-entwmtigften May des jaars 1304,    ^^ ^ dm merkdyk verandert,.
gedagtekend.waarbyblykt dat^Am^erdam
                  ^            ^ ^^
foennogèrW« ^w^Äeken ra» 7- Zomen, eindelyk, na al 't gezegde* Onder-
S«^^^^^1toïïSÏ   nog7zo veel agting vJor Beka b^d«»/
„ brecht van Amite na - ^^ ^ ^ ^
by believen van hem,en van endden
„ Wen van zyne ton&n." Zo nu Amiter-
(«) -f« lan II. */. 191.                                            _ .
(r) Zie muh« chlncxb.n.Deelpbl.W»»"'^1™^*
lp 1. Deel, l. ßtek,
Lt. B.
" VC Jan dT aaniSnen heeft met Bis- f f-
,, men zvnde, aangeip*
                              doet o-
fchop Wille
m ,, me "*»~- — ^mi. g^iLvi" vereen-
waarfchynlyk onder beleid komen,
„ heeft om ,
N *
van
-ocr page 153-
II. Deel.
AMSTERDAMS
5><S
Om Aemfieh veflen te verßooren.
En nogtans doet hy QAiï. IV. Sc. II.) Arend
van Aemflel van Amflerdam zeggen:
De groot e aeloude Stad, vermaert in oor e-
logen,
Zoo Scheepryck f en voor wie zich zee en
flromen bogen
,
Gaet plotfelijck te grondeen zinckt met ee-
nen flagh.
Doch men ziet ligtelyk, dat de Digter zig
hier Amflerdam verbeeld heeft, zo als het
in de zeventiende, niet zo als het in de veer-
tiende eeuwe was. Al dit zy egter niet ge-
zeid, om de waarde van zyn fchoon Too-
neelfluk te verkleinen; maar alleen om min
opmerkende te binnen te brengen, dat men
de waarheid der gefchiedenifïen uit andere
bronnen fcheppen moet.
Werwaards Gysbrecht van Amflel, 't zy Onder-
na den moord van Graave Floris, in 't jaar^oek' °
1296, 't zy na het flegten der veflen van bl.gScht
Amflerdam, in't jaar 1304, eindefyk ge-van Am*
weeken, en waar hy overleeden zy, is, on-ftei zig.
zes weetens, van geen oud Schryver aan-°Ptlaa
getekend. Wy hebben, hier voor (j), reeds [geven"
gezien, dat hy zig , in 't jaar 1297 , tenmet der
minflen eenigen tyd, in Vlaanderen onthou-woon
den heeft. Zyn Zoon bevondt zig,volgens naaF
't gene men Melis Stoke berigt hadt,l™1^
in 't jaar 1304, te Utrecht (t). Maar zo hy hebbe.
zelf, van deezen Zoon verzeld, omtrent het
jaar 1300 of 1301, wederom in Amflerdam
gekomen is, fchynt hy aldaar, tot in 't jaar
1304, gebleeven te zyn. Doch werwaards
hy toen vertrokken zy, is onzeker. Eene
oude overlevering, van welke ik egter geen
ouder gewag vindt, dan byMoNTANUs (u\
ten ware men zig hier ook op de gedagten
van den Digter Joost van den Von-
del beroepen wilde (ü); berigt ons „ dat
„ Gysbrecht naar Pruiffen getrokken is, en
„ aldaar eene Stad, Holland genaamd, ge-
„ bouwd of bewoond heeft." En fchoon de
gegrondheid deezer overleveringe, tot hier-
toe , door geene egte bewyzen, heeft kön-
nen beveiligd worden, agt ik het der moeite
waardig,ineenige aanmerkingen te doen zien,
dat zy niet van waarfchynlykheid ontbloot is.
1. Wy merken, in de eerfie plaats, aan,
dat Pruiffen, ten deezen tyde, een land was,
waarin zig edel en onedel, uit Duitfchland
en uit de Nederlanden, begon neder te zet-
ten.
(j) BUiz. 91.
(t) Zie hem ir. Jan den IT. */. zsi.
(u)
Leeven der Heeren van Amftel, hy DOMSELAMfc II.
Sak/, *'• HS- en h COMMF.LIN */. 122.
(v) Zie zyn' Gysbrecht van Aeflift»!, Aa. v. Sten, IV.
„ van zynen Zoon Jan, Amflerdam weder-
j, om in te neemen en te fierken , in't jaar
„ 1301. Dat Gysbrecht, tot in 't jaar 1304,
„ in 't bezit van Amflerdam gebleeven is,
„ alzo de Hollanders, in dien tuflchentyd,
„ de handen vol werks hadden aan het ver-
„ dryven der Vlaamingen uit Holland en
„ Zeeland. Dat Jongkheer Willem , dit
„ werk, gedeekelyk ten minden, onder de
j, knie hebbende, om het verzwakken van
„ Amflerdam begon te denken; dat hy, ten
„ dien einde, het af breeken der bruggen en
„ het flegten der veflen beval, by den aan-
„ gehaalden Brief. Dat Gysbrecht en de
„ Amfterdammers zig hiertoe ongereed ge-
„ toond hebbende, de Haarlemmers en Wa-
v terlanders, of uit eigen beweeging enou-
„ den wrok tegen de Amflerdammers, of
„ aangezet door Jongkheer Willem, opge-
„ trokken zyn naar de Stede, en bruggen en
„ veflen in den brand gefteken hebben, na
„ dat zy den ouden Heer van Amflel, an-
„ dermaal, genoodzaakt hadden, zyn Va-
„ derland te ruimen." Op deeze wyzekan,
dunkt ons, het verhaal van B e k a,zo men 't
niet geheel verwerpen wil, met de egte Huk-
ken en gefchiedenifïen deezes tyds, worden
overeengebragt.
't Is mifïchien niet onnut, hier, met een
enkel woord, aan te merken, dat de Digter
Joost van den Vondel,hetkortver-
haal van Be ka tot een deftig en uitvoerig
Treurfpel willende herfmeeden, het verjaa-
gen van Heere Gysbrecht, en het flegten der
bruggen en veflen van Amflerdam opgefierd
heeft met omflandigheden, die geenen grond
altoos hebben in de Hiftorie. De Tooneel-
digters oordeelen, dat zy hiertoe vryheid
hebben. Doch de leezers en aanfchouwers
hunner Tooneelflukken behooren zo wys te
zyn, dat zy 'er de waarheid der gefchiede-
niffe nimmer in zoeken. De wyze van het
inneemen der Stad, het bemagtigen van de
nieuwe Kerke, die eerfl honderd jaaren ka-
ter gebouwd werdt; de moord in 't Iüoofler
van S. Clara
, dat ook nog niet in wezen
was; de bedryven omtrent den Schreijerstoo-
ren
, het Stadhuis , de Beurs zelve, welke
laatfle wel drie eeuwen laater gefligt is; dat
alles en veel meer bewyft, dat de Tooneel-
digter Amflerdam eer heeft willen vertoo-
nen, zo als het kort voor en in zynen tyd
was, dan zo als het beflondt, in 't begin
der veertiende eeuwe. Hy erkent, in het
Voorfpel, dat hy eene gefchiedenis ten too-
neele voert, die toen drie honderd jaaren
oud was; zingende
Het nieuw Toonecl dry eeuwen fpringbt te
rugh.
Aanmer-
kingen
over
Vondels
Gysbrecbt
van An-
fiel.
-ocr page 154-
GESCHIEDENISSEN.
I. Boek.
97
„ fen, in de Landftreek Pazlaken, gebouwd,
„ en naar de eerfte bewooners, die uit Hol-
„ land gekomen waren, Holland genoemd
„ is (2)." Een ander Hoogdukfch Schry-
ver tekent aan „ dat de Stad Holland, door
„ eenige Hollanders van Adel, die uit Hol-
„ land verdreeven waren, gebouwd is (d)."
't Is waar, dat, volgens onze onderftelling,
de Hollandfche Edelen, niet voor het jaar
1296, in Pruiffen gekomen zyn , en Gys-
brecht van Amftel nog laater; daar Hart-
knoeh
het ftigten van Holland vroeger fchynt
te ftellen ; doch men moet hierop , voor
eerfi,
aanmerken, dat Hartknecb met eenige
ruimte fpreekt van den tyd van het ftigten van
Holland, dien Hellende omtrent het jaar 1290,
't welk zeer wel zo opgevat kan worden, dat
het met onze onderftelling, volgens welke,
de Hollanders, niet voor het jaar 1296, in
Pruiffen gekomen zyn, overeenftemt. Hart*
knoch
fchryft, ten anderen, het ftigten van
Holland toe aan Meneko van Querfurt, Op-
perkommandeur van Pruiffen. Doch, vol-
gens de boven aangehaalde Chronyk van de
Ridderen der Duitfche Orde,
is 'er geen Kom-
mandeur in Pruiffen geweeft, die diergely-
ken naam gevoerd heeft, voor het jaar 1299.
Zie hier de eigen' woorden deezer Cbronyh;
Ende in den jaer
M. C C. ende X CIX. fitte
defe Hoichmeifier [Godefridus, Grave van Hom'
loch]
, enen anderen Lantmeifter in Pruyffen ,
ende heit Heer Mencke van Overbrouwe,
ende was die dertiende Lantmeifter in Pruys-
fen (b). Zo Menke van Querfurt of van O*
verbrouixe, in 't jaar Ï299, eerft gebied in
Pruiffen gekreegen heeft, fchynt hy de Stad,
voor dien tyd, niet te hebben können ftigten:
hy heeftze, derhalve, naar de aangekomen'
Hollanders, die na, en, miffchien, eenige
jaaren na het jaar 1296, in Pruiffen aan-
kwamen , zeer wel Holland können noemen.
De Ridders der Duitfche Orde behielden,
wyders , de Stad en het Slot Hollant, by
de verdeeling van Pruiffen, die, in 't jaar
1466, tuffchen hen en den Koning van Poo-
len, gemaakt werdt; gelyk uit de lyftvande
plaratfen, welken in die verdeeling kwamen,
te zien is (c~).
3. Wat nu, in de derde plaats, Gysbrecht
van Amftel in 't byzonder betreft; 't ver-
trek van veele Hollanders naar Pruiffen was,
veelligt, nog de eenige reden niet, welke
hem befluiten deedt, omderwaards de wyk
te neemen. Hy was een Stigtfeh Edelman.
En
(z) De Ong. Gent. Pmflic. h «• VAN RYN °PdeKerk.
Oudh. IV. Deel.bl. 182. . , „„._«. -irr, ,
(a)
CASP. HENNMMGVerkl. dei groots Priuffifche LmkU
"'S) Chron.' Equit. Ord. Teuton. p. 7««.
(e) Vide CU^n, Kq. Ord. Teuton, p. tl(,
N 3
ten. De Ridders van de Duitfche Orde had-
den, omtrent het jaar 1226, eerft voet ge-
kreegen in Pruiffen, welk toen nogongeloo-
vig was. De overwinningen, die zy op de
ongeloovïgen behaalden , waren oorzaak,
dat hun, door den tyd, een groot gedeelte
van 't geweft onderworpen werdt (iß). De
roorfpoed der Ridderlyke wapenen lokte elk
uit, om zig naar Pruiffen te begeeven, en
deel te verkrygen aan de zege, die aldaar
bevogten werdt. Veele Duitfche en Ne-
derlandfche Edelen traden zelfs in de Orde,
en, in de veertiende eeuwe in 't byzonder,
werden, onder de vreemden , die zig in
Pruiffen onthielden, Brabanders, Vlaamin-
gen, Gelderfchen en Hollanders zelvenop-
geteld (x~). Wat wonder is 't dan, dat ook
veele Hollandfche Edelen, die, na hetom-
brengen van Graave Floris, balling 's Lands
zwerven moeften, zig naar Pruiffen onder
de Ridders der Duitfche Orde begeven heb-
ben ? En wat onwaarfchynlykheid is 'er in,
dat Gysbrecht van Amftel zig, toen hy 't
hier te Lande niet langer houden kon, by
zyne oude vrienden in Pruiffen vervoegd
heeft ? Sommigen , 't is waar , fchynen
vreemd te vinden, dat Gysbrecht een ver-
blyf zou hebben gaan zoeken in een land,
daar 't, federt veele jaaren, vol onruft en
oorlog was (y). Doch de oorlog, en voor-
al een oorlog tegen de ongeloovigen was
juift, 't gene de Ridders van deezen tyd
fterk aanlokte; inzonderheid, wanneer de-
zelve , gelyk in Pruiffen, met voordeel ge-
voerd werdt. En zo men ai waanen mögt,
dat Gysbrecht, die, toen hy Amfterdamof
Amftelland verliet,al zeer hoog van jaaren
geweeft moet zyn, weinig luft ten oorloge
kan gehad hebben; was hy gewiffelyk ner-
gens veiliger, dan onder zyne vrienden, de
Hollandfche Edelen, welken men, volgens
onze onderftelling, in Pruiffen een verblyf
hadt toegeftaan.
2. Men voege hier nu, in de tweede plaat-
fe, by, dat het meer dan eene bloote on-
derftelling is, dat 'er, omtrent het einde
der dertiende, of het begin der veertiende
eeuwe, Hollanders in Pruiffen aangekomen
zyn, naar welke het Steedje Holland, welk
nog in wezen, en drie myten zuidooftwaards
van Elbing gelegenis,den naam gekreegen
heeft. CHRISTOFFELHARTKNOCHheeft,
uit oude Handveften, dit Holland betreffen-
de, opgemaakt „ dat het, omtrent het jaar
» 1290, door Meneko, of Meinhardus de
» Querfurt, Opperkommandeur van Pruis-
(w) Vide chron. Eq. Ord. Teuton. in MATmaei Analeft.
(x) Chron. Eq. Ord. Teuton. p. 78I, 791.
(y) H. van Kyn in de Kcik. Oudh. IV. Dttl,bl. i»z.
-ocr page 155-
9B                       AMSTERDAMS                    IL Deel,
En de Ridders der Duitfche Orde hadden, in langen tyd niet voeren. Sommigen na<
reeds van omtrent het jaar 1^30 af, een men, volgens eene oude overlevering, die
een Huis by Utrecht gehad, 't Is zeer te in den huize van Wi t se n bewaard is den
vermoeden, dat Gysbrecht, onder deeze naam van Banning aan, om dat zy balling
Ridders ook zyne vrienden gehad zal heb- s Lands gezworven hadden , of gebannen
h™ die hem gelegenheid hebben können geweeft waren (g), en geraakten hier, door,
éeeven tot een verblyf in Pruiflen onder den tyd, in de Regeeringe Eemgen bega-
hunne medebroeders: en zal dit dan de ven zig tot denJandbouw, en betaalden fchot,
plaats buitens Lands zyn geweeft, alwaar gelyk de onedelen plagten (*). Denaam
™ hem volgens het getuigenis onzer Chro- van Amflel is dus, voor eenen tyd, hier te
nvken fk tot aan zynen dood toe, vanon- Lande, geheellyk ondergegaan. DeZoonen
derhoud zullen verzorgd hebben. Men vindt, van Arend van Amflel, Gysbrechts Broe-
aeniuuu
                  ;n hatei- tvd, een, uit der, namen den naam aan van TJelßem,
Ti:^^vl%&J^M^^^ welk hy by huwelyk yerkreegen hadt (i>
SrtX=äS%»i den Duit- Doch hunne nakomeJmgen^hebben, in laa-
fden Huize te Utrecht geweeft is (0.
          ter' tyd, den naam van ^m/Wwederom aan-
4 Wanneer wy hierby nu, eindelyk, in genomen: die ook, federt, door anderen
aanmerking neemen, dat men niet alleen o- van burgerlyken flamme, doch uit deezen
verblyffels van Nederlandfche, maar zelfs huize herkomflig, gevoerd is.
in 't byzondervanStigtfche naamen in Pruis- Het jaar 1304, waarin jongkheerWillem Amftef,
fen vindt dan zal de overlevering, dat van Holland, gelyk wy boven zagen, hetdamvef
Gysbrecht'van Amflel, een Stigtfch Edel- breeken der bruggen en het liegen der ves-Heft zr
man zig, in zynen hoogen ouderdom, naar ten van Amflerdam beyal, was, ook in an-~a
Pruiflen begeven heeft, nog al meerbeyes- dere opzigten, ongelukkig voor de Stede, he.
^worden Men vondt aldaar, nog m 't Volgens de uitgaave van Jongkheere Wü- den.
tigd worde n- * Belsenborch, ver moede- lems Briefin het Charterboek van den Hee-
ff z^^MS*» of Nederlan- re van *»«.(*).garendeAmflerdam,
1 T.Z Stad Rorenborcb , van welken mers fchuldig geweefl aan den moord van:
ders;
eene ^^^Sa, een Slot hadt Graave Floris den V. Men leeft aldaar,
"^"hen Leiden en den Haage; een Slot dat die van demßelerdamme die geene ivaaren,
MHdenborch,
vernoemd, zo 't fchynt, naar die dier Graue Floris mettcr bant vermoorden,.
Huis van dien naam, te Vegten by U- die wy ute 'die Lande verfwooren hadde Doch
eCn ht en eene Stad Vredeland , welken in deeze leezing fchuilt een blykbaare mis-
naïm ook het Slot aan deVegt droeg, welk flag, die zig, voor kundigen en opmerken-
pprtvds door Gysbrecht van Amflel, beze- den, terflond ontdekken moet. Nergens
ten geweeft was; om niet te fpreeken van vindt men, dat de ingezetenen van Amller-
erfcheiden'andere Steden en Sloten in Pruis- dam deel aan den moord van Graave Flo-
y welker naamen van Stigtfche of Hol- ris gehad hebben; veel min, dat zy dit werk,
1 ndVche Plaatfen ontleend fchynen(/). Al met eigen hand, zouden hebben uitgevoerd;
het welke gevoegd by den naam der Stad eneven weinig, dat zy daarom uit den Lands
w„H«»/JKvFlhinff het meer dan waarfchyn- verzwooren waren. De moord des Graaven
iTmaakf da gzig omtrent den aanvang was een werk van de Edelen, niet van de .
£ veertiende eeuwe, Hollanders enStigt- Steden of van de Gemeente. Men hadt zig:
fchen in Pruiflen hebben nedergezet, en on- ook by eede verbonden (/), met om de in-
zes agtens niet weinig flrekt tot beveiliging gezetenen van eenige Stad, 't welk in zig
der overleveringe, dat Gysbrecht van Am- zelf ongerymd geweefl zou zyn, maar om
ftel zig op 't einde zyns leevens, met der zeker getal van Edelen uit het Land te hou-
woon naar Pruiffen begeven heeft.
                den. Gysbrecht van Amflel, een deezer;
v
1 Doch wat 'er van de gegrondheid deezer Edelen, was zelfs geen Heer van Amlterdam.
v-ÜT? overleveringe zyn moge, het huis van Am- meer, toen hy Graaf Floris hielp vangen en
Huis van ftei heeft, na deezen tyd, nooit wederom ombrengen. Men ziet, tut dit alles, klaar-
Amftel. ni bewind over Amftelland of Amfter- lyk.dat Jongkheer Willem niet kan hebben
dam o-ehad. Zelfs durfden zy, die uit dee- willen zeggen, dat die van Amflerdam Graaf
zen huize in 't Land bleeven, of naderhand Floris vermoord hadden, en daarom ten lan-
uit hunne ballingfchap te rug kwamen, den de uit verzwaren waren. In de uitgaave
voorigen naam, of het oude geflagtwapen
                                                               van
(g) Vit Aantek. van Bürgern. N. WlTSEN.
... „. , . „„, 1, .
                                                      lb) Oneen. Klerk , tl. 178-
\i Mlxx"rc^n.&o„.Ord.Te«to„.?.*H.MON. \i »"Wij CWWft. «• W, * W>W
TANUS by DOMSEI.AAR II. B,ek, «• »49. ,                         W %^K vL il 91
(ƒ; Viit Ctaen. EH. Ord. Teuton. /. IJ*, !'!•                  (0 Z" tu8t voot' "* »l*
-ocr page 156-
GESCHIEDENISSEN.
I. Boek.
99
van den Heere van Mieris, zyn eenige  V., gefchonken. 't Vonnis alleen leert ons
woorden uitgelaaten, die, in ons affchrift van  dat zy ook markten, 't zy week-, of jaar- of
den Brief, bewaard zyn, en alle zwaarig-  andere markten, gehad heeft, die haar nu
heid ophelderen. Wy leezen, dat die van  nevens alle haare andere vryheden, en der-
Jemflelredame die ghenen waren die Janne van  halve ook met de tolvryheid, benomen wer-
Aemftelle inhaelde, en die ghene die dien  ,den'. Wy hebben tegenwoordig te weinig
graue Florenfe mette ham vermorede, die wi  kenn,lS van de omftandigheden, waarin, en
',.-_, r 7 i.i T? u-     van het oogmerk, waarmede dit vonnis ge-
ute die Landen verfworen hadde. En hier      ,, ,? ' j *. i. -jPr
" ' . aJ A. ,      veldwerdt, om van de regtvaardigheid ot
worden de Amfterdammers met van den           . ',. , ., ■, ötva 5,
, , y i ij- i i .. • 7 7     onregtvaardigheid van het zelve te können
moord befchuldigd; maar van het inhaalen        P , ts . "- . ,
u ö » ^„„w  oordeelen. Wy weeten niet, hoe veel mast
«oor m7f van an van Amftel, Gysbrechts
   , - / A a j ut v;u ""o
J t J, „ ' i-J r i ,.•    de ingezetenen van Amfterdam gehad heb-
Zoon, en ten anderenvm zulken, die lchuldig
  , ®. , i>uu" "^
j i n. j .. T        ben, om den mtogt van Tan van Amftel
aan den moord geweeft, en daarom ten Lan-              jn j A ' .
de uit gezwooregn waren; onder welke laat- ^^^ ?aave Flons te
weeren.
hoe ver zy over dit inhaalen te befchuldi-
't Moet ons zelfs zeer vreemd
en, dat Jongkheer Willem, in 't
jaar 1304, zo flreng een vonnis velt over
eene Plaats, waarvan de Heerlykheid, in 't
jaar 1300, aan zynen Oom Guy opgedraa-
genwas, en die, na deeze opdragt, keu-
ren en voorregten van denzelven ontvangen
hadt. 't Komt daarom by my zeer in be-
denking , of men niet agten moet, dat Jongk-
heer Willem, het Graaffchap van Holland,
ten deezen tyde, ingewikkeld vindende in
den oorlog met Brabant en Vlaanderen,om
welken te voeren onder anderen geld noo-
dig was , het vonnis van Amfterdam zo
ften , volgens Beka, Gysbrecht zelf ge-
weeft:is.'t Schynt, dat de Heer van Mie-
ris, in zyn Affchrift van den Brief, juift
zo als wy gelezen heeft, om dat hy,inden
_-'c',                  i                             rill!           r*.            i.
inhoud varTden zelven, gefield heeft, dat
Amfterdam veroordeeld wordt, om bruggen
'en veflen te (legten, ah ingehaald hebbende
Jan van Aemflel, en de genen, die Graaf Flo-
renz vermoord hadden:
't welk, in zyne uit-
gaave van den brief zelven, is overgeflaa-
gen. Dat nu de Stad zulke Luiden ingelaa-
ten, of ingehaald hadt, werdt haar zo duur
aangerekend, dat haar „ alle haare vryhe-
„ den en markten, die zy van den Graave
„ of van deszelfs Voorvaders verkreegen
„ h
flreng heeft willen flellen, om de Plaats,
taaien: en nog behFeldtVGraaTen'Zoon d[\m haare, eerlle °Pk(?mfl was' !j ™od-
„ aan zig,
haar te doen boeten voor 't ge- zaaken om hem,tegen hergunning der voo-
nge vryheden, eenige penningen op te fchie-
ten. Wat hiervan zy, zeker is't, dat de
Stad de voórige vryheden, en nog meer an-
deren daartoe, eerlang, wederom gekree-
„ ne zy, jegens hem, jegens de Stad van
„ Haarlem , jegens de goede luiden van
„ Kennemerland en Waterland, en jegens
., andere goede luiden misdaan hadt (m)."              _ ,-,        ,- ,          . - „
Smer-
7'geii
ten
Menziet hieruit ligtelyk, dat Amfterdam, gen heeft, gelykwy beneden toonen zullen.
doofzuüc een vonnis, in veel erger flaat , 2. Dat het ondertuffchen jTongkheere Wil-Wat
aoor zuiK een vuuma ,                  &              j                ^ d was 5]^ mt ^ £
geraakte dan het te vooren geweeft wa I-o g^ ^                  £ b G,«
lna; OndertufTchen geeft ons dit vonnis zf ^mfterdam belaft wordt, het Gra^/J dub g-'^ft
eledereemggeringhcht omtrent den voorigentoe-                         
ftand der Stede, welk men elders
geefs zoeken zou. Wy moeten
bel te betaalen. De Graaven van Hollandzy"
vorderden, ten deezen tyde, onder andere
laften, zeker Gruitgeld van 's Lands inge-
zetenen , die bier brouwden, en van zulken,
te ver-
er, der-
^
halve , nog eenige korte aanmerkingen over
m
eerfl, blykt nit dit vonnis, welk welker beroep brouwen was in't byzonder,
men met regt een Graafiyk vonnis noemen Jan van Hout, een Schryver der zes-
Tongkheer Willem, ten deezen "ende eeuwe' vermoedt, met zonder grond,
J
                                           dat het woord grut e of grutte afkomftig is
mag, alzo
tyde, 's Lan
van gruijen, aat is, groeijen , en zo v<
betekent, als mout, zynde gerfl of ander
graan, welk, eenigszins vogtig gemaakt,
groeit of uitfpruit, en zo om bier van te koo-
ken gebruikt wordt («). De Graaven wa-
ren van ouds gewoon, de gr«*'? of het mout
te leveren aan elk, die bier brouwde, en hiel-
den 'er voorraad van, in een Gruithuis of
Mou-
(„) Dienftbouck d«c Stede Leyden, U, 14.
Vader, Graave Jan den II., waarnam, dat
Amfterdam, voor deezen tyd, vryheden en
markten van den Graave of deszelfs Voor-
zaaten verkreegen hadt. Maar men heeft,
tot nog toe, geen blyk gevonden van eeni-
ge andere vryheid, aan de Stede verleend,
dan van de tolvryheid, haar, in 't jaar 1275
en in 't jaar 1291, door Graave Floris den
(m) Zh in ie Eyhagen op I. Deel, I. Beek, Lr. B.
-ocr page 157-
II. Deel.
Ä M S T E R D A M S
lOO
Jongkheere Willem vindt. Doch wy durven
hier niets befluiten. De plaats is verminkt
en duifter.
3. Wy maakengeene aanmerking over't
regt, welk Jongkheer Willem zig voorbe-
hieldt, om de Amfterdammers te doen boe-
ten wegens 't gene zy, tegen de Haarlem-
mers, Kennemers, Waterlanders en ande-
ren , geoordeeld werden misdaan te hebben;
om dat wy'er, te vooren (x), reeds van
hebben gewaagd.
Guy van Henegouwen, Heer van Amftel- Guy va°
land en Amfterdam, was, in 't jaar i'^oi ,Bc^'eüt
Biffchop van Utrecht geworden, en moeft f °[fchop
derhalve, volgens de voorwaarden, waarop gewor-
hem die Heerlykheden waren opgedraagen den, blyft
(y), van toen af, afftand van dezelven ge- f|ter va0
daan hebben ten behoeve van zynen Broe-Amfi.e|.
der, Graave Jan den II. Doch hy deedtden
den Graave zo veel dienft in den kryg tegen
de Vlaamingen, in welken hy zelfs -gevan-
gen , en niet dan na verloop van eenen ge-
ruimen tyd, tegen den Zoon des Graaven
van Vlaanderen , uitgewiffeld werdt ; dat
Graaf Jan hierdoor fchynt bewoogen gewor-
den te zyn, om Guy in 't bezit der Heer-
lykheid van Amftel te laaten. Maar toen
Willem de III., in Auguftus des jaars 1304,
Graaf geworden was, fchynt hierin eenige
verandering gekomen te zyn. De Graaf
werdt, zo 't ons voorkomt, bedugt, dat
Biffchop Guy de Heerlykheid van Amftel,
die van ouds tot het Stigt behoord hadt,
voortaan , als Biffchop, en niet meer uit
hoofde der gifte van Graave Jan den II. zou
willen blyven bezitten; waardoor hy van
het regt, om, ten minfte na Guys dood, we-
derom in 't bezit der Heerlykheid te tree-
den , verfteken geweeft zou zyn. En de T.309'
Biifchop fchynt hem hieromtrent niet te heb-
ben können geruft ftellen,dan door het ver-
kenen van eenen Brief, die nog voorhan-
den, en den negenentwintigften Juny des
jaars 1309 gedagtekend is. De Biffchop
verklaart, in den zelven „ dat hy de Heer-
„ lykheid van Amftel niet hieldt, uit hoof-
„ de van zyn Bisdom van Utrecht; maar
„ eeniglyk uit hoofde der gifte van zynen
„ Broeder, Graave Jan den II. hem, eer hy
„ Biffchop van Utrecht werdt, gedaan (z)."
Óp deezen voet, liet Graaf Willem de III.
Biifchop Guy in 't bezit der Heerlykheid van
Amftel.
Doch 't leedt niet lang, of daar viel iets Hy d^
voor, 't welk Graaf Willem, eerder dan men af vaia
verwagt zou hebben, treeden deedt in 't be- ^e%^
zit deezer Heerlykheid. De aanhoudende he7d i«0
be-
(x) I. Deel, I. Boek, bl. 17.
(y) Zie hier voor, H. 92.
(■*) Zie Mltuis Charterb. II. Deel, bl. s«.
Moutery, ten deezen einde opgeregt, wel-
ke zy gewoon waren te verhuuren; gelyk
duidelyk blykt uit eenen Brief van Graave
Willem den III. van den zeftienden May des
jaars 1322 (0). Doch 'tfchynt, dat zy,
door den tyd,ook aan byzondereperfoonen
hebben toegedaan, hun eigen mout te maa-
ken, en zelfs bier met hoppe, welk duuren
kon,te brouwen (p), mids men hun zeker
regt betaalde, welk gemeenlyk gruitgeld, en
ook wel ketelgruit, naar den hromvketel, waar-
in de eruit werdt gekookt, genoemd werdt
(q). De Amfterdammers, die, federt het
\ti'r T9o7 den Graave van Holland niet al-
leen ter heirvaart plagten te volgen, maar
hem ook zekere laften te betaalen (r), vol-
deeden ook dit Gruitgeld. In 't begin der
zeftiende eeuwe, beloofden negen brouwers,
en veelligt waren 'er, ten dien tyde, geen meer
in de Stad, vier ponden grooten vlaams 's
jaars voer de grute te zullen betaalen in Stads
Kaiïe, mids dat de Regeering deGraaflyk-
heid voldeede (V). 't Gruitgeld beliep, eeni-
ge jaaren laater , wanneer het, door den
Graave, aan de Stad verkogt werdt, een
negenmanneken of deutgen op elk vat bier (0-
't Was dit regt, welk zy, in 't jaar 1304,
verpligt werden dubbel op te brengen. In
Mieris uitgaave van den Brief van Jongk-
heere Willem, leeft men, desaangaande,
voort dat men dat gruitgeld dubbeld oftwevou-
dig aldaer geeven zal, dat hier na Sparendam-
me legghet na en maendaghe in te gane, behou-
dende elke manne zyns rechts
, utegenomen die
van Aemflelredamme.
Doch het oorfprong-
kelyke van ons affchrift was, na de woor-
den geiten fal, ten minften een regel ver,
onleesbaar, en dan volgden eerft de woor-
den dat hiernae te Spaernedamme leghet; die
ons, by gebrek van kenniffe van 't gene 'er
onmiddelyk voorgaat, duifter blyven, en
die ook in Mieris uitgaave geenen zin
hebben. Zienze op het Sluisgeld, welk te
Spaarnedam betaald werdt (a)? of zienze op
het leggen van den Spaarnedammerdyk,
dien Graaf Floris, in 't jaar 1285, belaft
hadt te leggen, naar de raaminge der Heem-
raaden van Rynland, die toen Heemraaden
van Spaarnedamme
genoemd werden (V) ,
behouden elkes mansfyns rechts O)? 'tLaat-
fte zou eenigen fchyn hebben, om dat men
deeze laatfte woorden ook in den Brief van
(o) Zie MiektS Chartert). II. Deel, tl. z%».
(pi ld. ibidi hl. 256.
(q) Vide MATTH.de Jure Gladu. P. 2I8 , z+8. ejusd.Not.
in Tom. lil.Anal.p.zsi &ßl'l- &LEYSWYCK Belehr. van
Bellt il. 696 enz.
(r) Zie Mieris Charteib. II. Deel, bl. n.
(s) Groot Memoriaal!). N. I. ĥ 2J3 verf.
(t) Handv. bl. its- [72-]
(u) Handv. van Rynl. tl. 1.
(v) Ibid. bl. 7.
(w) Ibid. il. s.
-ocr page 158-
t Boek.            GESCHIEDENISSEN.                iot
'Hoeve beweerden der Stellingwerver Friezen had- twintigften April des _ jaars i32r , Jakob,
v*iGraa-den Biffchop Guy aangezet, om, ter hunner Biffchop van Zuden, in t eiland Creta, Si-
i'e - beteugeling een Slot op te weroenteVol- mon van Benthem en Gerard van Raap-
toden lenhove Voor dit Slot, floecen de Stelling- horft , Ridders, en Engelbrecht, zynen
wervers het beleg. Doch Graaf Willem , Rentmeefter in den Haage, om met de bal-
om byftand aanc;ezogt door zynen Oom , be- lingen te handelen over de voorwaarden ,
fchrcef Hcirvaart in'Holtand, ftak de Zui- waarop zy zig met den Graave verzoenen,
derzee over met een Leger, en noodzaakte en voortaan veiliglyk in 't Land van Amftel
de Friezen tot het opbreeken van 't beleg; verblyven zouden können (d). En tis ten
l<m waaroo eerlang een Verdrag volgde (a). De hoogften waarfchynlyk , dat verfcheiden'
' dienft, dien Graaf Willem, ter deezer ge- zig van deeze gelegenheid bediend zullen
koenheid, deedt, was Biffchop Guy zo veel hebben, en federt in hun Vaderland weder-
waardig, dat'hy hem, oreer, of kort na gekeerd zullen zyn.
dat dezelve gedaan was, by eenen brief van In wat ilaat, Amfterdam zig, omtrent Staat der
den elfden Öciober des jaars mi, onder deezen tyd, bevondt, hebben wy, in 't^d,^*
andere goederen, alle de inkomftenvanden eerfieBoekvm't eerfie Deel, kortelykonder-^ dge_'
Lande van Amftel opdroeg, alle imvooners zogt. De Plaats hadt, naar 't fchynt, in't zen tydei
vanden gameiden Lande ontbiedende, datfi jaar 1300 of 1301, Stads regten verkree-
hem vbehorich ende onderdanich zouden fien al gen van Heere Guy. Doch haare vryhe-
fe baren Her e, tot alle finen ghebode ende wil- den en markten waren haar, in 't jaar 1304,
Ie met beding dat hy alles zolang bezitten benomen: haare bruggen werden afgebro-
zou, tot dat het Bisdom hem de koften, in ken, en haare wallen 'geflegt, in 't zelfde
denVriefchen oorlog gemaakt, volkomen- jaar. Hoelang zy haare Vryheden heeft
lyk voldaan zoü hebben (b). Op deeze wyze, moeten miffen, is my tot hiertoe nergens
kwam Willem de III. wederom in'tbe klaarlyk gebleeken. Zy is egter,ongetwy- 1323,
zi<- der Heerlykheid van AmftellandenAm- feld voor 't jaar 1323, eenigszins verzoend
flc'-dam, die, in 't jaar 1300, aan Gny, te- geweeft met Graave Willem den III die,
eenwoordiff Biffchop van Utrecht, opgedraa- in eenen Brief van deneerften Auguftusdes
*eii geweeft was.
                                          gemelden jaars, beveelt, het Oofterfch en
ïiie A Ö Ondertuffchen, was, ten deezen tyde, nog Stigtfch bier, welk in zynen Lande gevoerd
*eWe niet klaarlyk beflift, of de Graaf van Hol- werdt,in eene der twee Steden. Medenbhck
ter land de Heerlykheid van Amftel niet nog ter öf Jmßelredamme, te komen vertollen (e):
leen bleef houden van het Bisdom van U- uit welken Brief niet alleen op te maaken
ieldt
Vlecht
trecht. Immers Graaf Willem de V. ver- is> dat de buitenlandfche handel, ten dee-
- klaarde, in de jaaren 1351 en 1356, dat hy zen tyde, begon toe te neemen te Amfter-
.
She'i deeze Heerlykheid nog op den zelfden voet dam; maar ook, dat de Graaf de Plaats
t0el- van't Stigt houden wilde, als zy, door de wel wilde begunftigen met den ontvang«
laatfte Heeren van Amftel, bezeten geweeft van zynert tol: 't welk overal, waar het
«re«, jrelvk wv in 't vervolg deezer Hifto- ooit gefchiedde ,neering en vertienng plagt
He zfen zullen. Eenige oude Schryvers aan te brengen. Men merke hier ook m
hebben aang tekend, da&t Willem de III., 't voorbygaan aan, dat de Graaf Amfter-
eeidl na degdood van Biffchop Guy, die op dam eene-Stad noemt Ook leeft men, m
den negenentwintigften May des jaars 1317 eenen anderen zyner brieven van den jaare
voorviel, in 't bezk tradt der Heerlykheid 1336, reeds in t eerfie Boek van t eerfie
van Amftel (O; doch't is ten hoogften waar- Deel (ƒ), aangehaald, van der potte, dat
fchvnlvk dat hyze, al terftond na de op- is, de Stad van Jemfielredamme. 't Eenen
dr4t des iaars 1311, bezeten zal hebben, 't ander toont klaarlyk, niet alleen dat Am-
^niee Willem de III. was nog niet veele jaaren fterdam, niet eerft in 't jaar 1342 , gelyk
ba1'in- in 't bezit deezer Heerlykheid geweeft, of in 't gemeen geloofd wordt, voor eene Stad
■?enkee- eenio-en die ter gelegenheid van den moord erkend geweeft is; maar ook, van Willem
Laj!/1 van Graave Floris, uit den Lande van Am- den III. eenige Privilegien ontvangen heeft,
Vtr fiel voorvlugtig geweeft waren, zogten naar die met 111 de uitgegeven HandveJWë,
*e<kr. middel, om veiliglyk derwaards weder te plaatft, en daarom aan onze Belcnry
keeren. En 't gelukte hun, eerlang, den van Amfterdam onbekendgeweeitzyi yj>
Graaf te beweegen, om hun zulks te ver- 't Is, wyders, ten hoogfte waaiituyuiy
dat
*3ai. oorlooven. Hy magtigde, op den agten-
(d) Zit Mieris Charterb. n./"//'*'; 23J'
(") Eeka in GuMone p. i°7, iet.
                                      <<) Miekis Charterb. H- -""'> '
(h) Zie Mieius Charterb. II. Deel, ld. 111.                      \) BUiz. 9-
(c) Beka. in Guidgire p. ioS. Veldknaar H. 75.               (S) LE Long tl. W
I. STUK.                                        O
-ocr page 159-
Ä M S T E R D A M S
II. Deel.
102
der Amfiel of Ouderkerk behoord hadden An^el;,
(i). Nogtans blykt niet, dat zy tegenwoor-&ex^6£
dig nog in eenige Staatshandelingen ge-kiaard.
kend , of tot bekragtiging van Graaflyke 1334-
Verdragen geroepen werdt; gelyk, ten dee-
zen tyde, van de Steden Dordrecht, Haar-
lem, Delft en Leiden aangetekend is (£).
Doch daar verliepen maar weinige jaaren,
of Amflerdam werdt onder de goede Ste-
den van Holland geteld, in gewigtige Graaf-
lyke handelingen gekend, en ter gemeene
Dagvaarten befchreeven; gelyk wy, in 'C
volgende Boek, zien zullen.
dat die van Amflerdam ook geweefl zyn
onder de ingezetenen van Amitelland, die,
in 't jaar 1332, of wat eerder, onder be-
leid van Willem Kufer, Baljuw van Ryn-
land, het Slot te Hageflein, waaruit de
Slotvoogd Henrik het Stigt van Utrecht
veel overlaft plagt aan te doen , ten be-
hoeve van Graave Willem den III., hiel-
pen bemagtigen (V).
Haare
Kerfpel
kerk
wordt
van de
De Stad was nu zo zeer aangenomen
in getal van Huizen en ingezetenen , dat
haare Kerk , in 't jaar 1334, verklaard
werdt voor eene Kerfpelkerk op zig zel-
K«kdviii ve '■> daar de inSezetenen der Stede ' no§
Ouder- in 't jaar 1323 , tot het Kerfpel van Ou-
(h) BEKA «'» Joanne III. ƒ>. 114.
(!) Zie Mieris Charterb. II. Diel, tl. 304, j«z.
(k) Voiez p. d'Oudegherst Chr»n. de Hlandtes Cl.
CXLIX. f. »4« verf.
B Y-
-ocr page 160-
GESCHIEDENISSEN.
I. Boek.
B Y L A A G E
op het II. Deel, I. Boek.
Lr. A.
Keizer Fredrik de I. beflift het gefchil tuffchen de Kanonniken van S. Maria te U-
trecht, en Egbert van Amftel, in 't jaar 1156.
Ex Copia, quje feïvatur in Scriniis Majoris Ecclefis Trajectin«.
In nomine fantla & individua Trinitatis Amen.
Ego Fredericus Dei gratia Romanorum Im-
perator Auguflus notum facio tam pofleris quam
prafentibus
, quomodo contentionem , qutz inter
fratres noflros Canonicos videlicet Beata Maria
^Engbertum Minifterialem Beati Marti-
ni/kr«?, abfciderimus ,& quomodo eorum que-
rimoniam
, qua cor am nobis mota efl« prudenti
principum confilio terminavcrimus. Cum enim
dicli fratres cum ipforum Advocato
, Henrico vi-
delicet Comité de Gelte
, coram nobis conquereren-
tur
, quod idem Engbertus quorumdam novalium
juflitiam
, cenfum , decimas , quas coram Her-
copo, Godefrido TrajeBenfl ele&o, Comitibus Hen-
rico de Ghelre
, Tbeodrico de Hollant, Tbeodri-
co de Cleve.
VERTAALING
Van den voorflaanden Brief.
„ Tn den naam der heilige en onverdeelde
„ X Drie-eenheid, Amen. Ik Fredrik
5, door Gods genade, Roomfch Keizer, Ver-
,, meerderaar des Ryks , doe kond beide aan
berto bona memoria Epifcopo eis recognoverat
•> "
nakomelingen en tydgenooten , dat wy den
iterum invafijfet, & ad boe probandum telles ido
neos produxijfent
, ipfe artatus difpenfalionem
tandem ceßi, &ea, de quibus fratres cohquere-
bantur
, tam Ecclefia quam Advocato & fratri-
bus coram nobis refignavit. Sed, nihilominus or-
ta contentione de latitudine terminorum
, princi-
pum conßlio & utriusque partis confenfu pruden-
tes regionis illius viros Walterum videlicet de A
,
Alberonem de A, Henricum de Londerßoethe ,
Alardum Cultell facramento conflrinximus, ut ac-
cept is judiciis ficut fcirent
, vel ficut perfcrutari a
veracioribus terra po (/'ent fub atteflatione juris ju-
randi fut eos veraciter fequeflrando difcemérent.
Idem ad nos reverfi comeftati funt
, a Brunthe-
floithe fratrum effe qmnem decimam nova terra
ufque ad terram Wilhelm de helfen & domum
Walteri & ad valium quod Dyck vocatur
, ex-
cetto uno Voirlant menfurato brevi virga
, vir ga
un lecrm.pedum, A terra ver o Wilhelmi
ijf domo
Walteri ufque ad Hurfceldrecbt & ad terminum
Wïfepe
C53 contra flumen ufque ad loca, ubi funt
curvatura quas
Kui vocant Ubi ver o hac non
funt
, ad menfuram diEla prins Voirlant, deci-
mam fratrum effe conteflati funt. Decimam e-
tiatn earutn terrarum, qua Retfelt vocantur &
juifi't'ti'am & cenfum ibidem fratrum effe contef-
tati funt. Item ex altera parte fluminis ab Am-
ne Sidubbinde ad lacum qui dicitur Vuermere
juflitiam
c? cenfum, &f 'in Curtevenne juflitiam
É? cenrum 6? omnem decimam Ecclefia ejfe con-
teflati funt, Hac itaque omnia Ecclefia
£f fratri-
bus au&oritate noflra firmavimus
, &f ne quis in-
pofterum infringere prèfumat
, bac pagina, fi-
gilli noftri imprefftone roborata ,probibuimus. Ce-
tera vero
, qua adhttc de ecclefia B. Maria ,
fratribus contradicentibus , prefumptuofe £p con-
tumaciter retinet
, judic-io epifcopi difcutienda
relinquhnm. Acta funt hac Trajecti anno Do-
minica incarnationis milleßmo centefimo quinqua-
gefimo fexto
, anno regni noftri quinto, imperii
primo
, principibus feflibus Arnoldo Venerabili
Colonienfi Arcbiepifcopo Henrico Leodienfl Epif-
twift, die, tuflehen onze broeders, de Ka-
,, nonniken van S. Maria, en Engbertus,
Dienftman van S. Maarten, geweeft is be-
5'
liegt, en de klagte, diezy voor ons hebben
gebragt, by wyzen raade onzer Vorften,
35
ter neder gelegd hebben. Want naardien
de gemelde Broeders , met hunnen Advo-
kaat , Henrik , Graaf van Gelder, aan ons
„ geklaagd hadden , dat gemelde Engbertus
,, zig, op nieuws , hadt toegeëigend het regt
,, van eenige novalen, cynzen en tienden, wel-
„ ken hy , voor Biffchop Herbert goeder ge-
„ dagtenifle, erkend hadt, hun toe te behoo-
„ ren ; en zy, ten bewyze hiervan, wettige
„ getuigen hadden bygebragt; zo is hy ten laatfte
,, genoodzaakt geworden, het [aangenomen]
„ bewind af te ftaan , en alles , waarover de
„ broeders geklaagd hadden , aan de Kerk ,
aan den Advokaat, en aan de broeders, in
„ onze tegenwoordigheid , over te geeven.
„ Doch, alzo 'er, daarenboven , gefchil ont-
„ ftaan is , over de uitgeftrektheid der gren-
„ zen, zo hebben wy, by raade der Vorften,
„ en met toeftemmmg van beide de partyen,
„ de voorzienige mannen van die Landftreek,
v Wouter van der A, Albrecbt van der A,
}, Henrik van Londerßoethe , en Alard Cultell
„ by eede doen beiooven , dat zy, op ge-
3> daan onderzoek , naar hunne befte kennis,
„ en naarfpooring by de eerlykfte Landzaa-
•,, ten, die zy onder eede zouden moeten boo-
„ ren, de grenzen regelen zouden. En dee-
j, zen, tot ons zynde wedergekeerd , hebben
„ verklaard, dat de gantfche tienden van het
„ nieuwe Land , van Bruntbefloitbe at, tot
„ aan het Land van Willem van Velzen, het
,. huis van Wouter, en den Dyk toe, den
,, broederen toebehoort, een ftuk Voorlands,
„ gemeeten met de korte roede van elf voe-
,, ten , uitgenomen. Voorts , van het Land
„ van Willem en het huis van Wouter af tot
,. aan Hurfceldrecbt en de banne van Wife-
O a
, pe.
-ocr page 161-
V
104 AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN. IL Deel.'
Bylaa- « P', en tot tegen den ftroom .[de Vegt] tot „ bevolen, dit gefchrift met ons zegel te be-Bylaa-
ge.
          j, aan de plaats, daar de kromten zyn, Kut „ kragtigen. Het overige, welk hy [Engber-ge.
L"-. A. „ [of het Keuijenland'] geheeten : en daar die „ tus] van de Kerk van S. Maria, tegen den L'. A.
j, kromten niet zyn , hebben zy verklaard , ,, wil der broederen, hoogmoediglyk en hard-
„ dat de tienden, volgens de maat van 't ge- „ nekkiglyk, onder zig houdt, fteïlen wy ter
„ melde Voorland, den broederen toekomen. „ befliffing van de BifTchoppelyke regtbank.
„ Ook hebben zy verklaard , dat de tienden ,, Gedaan te Utrecht, in 't jaar van des Hee-
„ der Landeryen , Retfelt [Rietveld] ge- „ ren Menfchwordinge duizend, eenhonderd,
„ naamd , en de geregtigheid en cyns aldaar „ zes en vyftig , in 't vyfde jaar onzer Ko-
„ den broederen toekomen. Voorts, hebben „ ningklyke, en in het eerfte onzer Keizerly-
„ zy verklaard, dat, aan de andere zyde van „ ke R egeeringe, in tegenwoordigheid deezer
5, den ftroom , van het water Sidvvinde af, „ Vorftelyke getuigen , de eerwaardigen Ar-
tot aan de Meer , die Vuermere genaamd „ nold, Aartsbiffcbop van Keulen, Henrik,Bis-
wordt, de geregtigheid en cyns, en in Cur- fthop van Luik, Godefrid, verhoren Biffchop
tevenne de geregtigheid, de cyns en de ge- „ van Utrecht , en de Graaven Henrik van
, heele tienden der Kerke toebehooren. Wy „ Gbelre , Dirk van Hollant, en Dirk van
', hebben, derhalve, de Kerk en de broeders, „ Cleve.
door ons_ gezag, in dit alles beveiligd, en
„ op dat niemant zig vermeete hierin, na dee-                Uit een Affdrift, welk in de Archiven der
„ zen , eenige inbreuk te doen, hebben wy                     Domkerke van Utrecht bewaard wordt.
TWEE-
-ocr page 162-
i°5
TWEEDE         DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
E R D A M.
A M S T
TWEEDE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van't jaar 1339
tot het jaar 1401.
Niet lang na dat Graaf Willem de III.,
die injuny desjaars i337overleedt,
„ deelde, daarenboven, XXXV. pond met
Jan Perfyn van Felfen, Here van Water-
land, eenen der Edelen, die de ukfpraak
„ gedaan hadden. De overige XII. pond
„ werden, naar 't goedvinden dier Edelen,
,, verdeeld. De maagen der fchuldigen
„ moeiten, wyders, op den middeliten ter-
„ myn van den betaakyd , overveede of oir-
„ veede
doen," dat is , plegtiglyk zwee-
ren, dat zy nimmer iemant, ter oorzaake
van deeze uitfpraak, eenig leed zouden aan-
brengen (a). „ Op den laatiten termyn,
„ moeiten zy,naar 's Lands gebruik, voet-
val doen met vyftig man, dat is, Goden
„ 't Geregt plegtiglyk om vergiffenis bid-
,, den. De ballingen mogten nergens ge-
„ huisd noch gehoofd worden. De huizen
„ in Waterland, daar zy zig onthielden ,
„ mogten vryelyk, by nagt en by dage,
„ omringd, en daarna door den Regeer be-
„ zogt worden, zonder dat 'er zig iemant
„ tegen verzetten mögt." Al het welke om«
itandiger te vinden is in den Zoenbrief zel-
vèn, die, den vierden July des jaars 1339 ,
te Monikendam, gedagtekend is (è). Wy
hebben 'er wel zo veel uit willen aannaaien,
om dat 'er uit blykt, welk eene wyze van
regtpleegen men, van ouds, in Amftelland
en te Amfterdam, in geval van doodflag,
plagt te houden.
Wat laater, in 't zelfde jaar, werdt'er, Gefdiil
door 's Graaven Raaden, Jan van Polanen^hexi
en Jan van Sqjfenheim,<yp 's Graaven naam, dam "
nog een ander gefchil afgedaan, welk, tus- siooten
fchen der poirte of Stad van Jemftelredamme bygelegd,
en die van Siooten, ontitaan was. De Am-
iterdammers , die, met het toeneemen van
hunnen Koophandel, ook hun vermogen za-
gen
(a)  Leg. Ssxon. Tit. II- Leg. s~ Longobard. Til. XXX.
Lrg. 8. Vidend. & S. S1CCAMA ad Leg. Fliüoa. p, 13J,
(b)  Zie mieris Chaiteib. Il, Deel, hl. 6iu
O 3
Sdflag
?339-
door zynen
IV.,
land
Zoon, Graave Willem den
olgd was, viel 'er, in Amitel-
een doodflag voor, zonder dat men
weet by welke gelegenheid. De nederge-
flaagen was Dieric Frederics foen , en de
fchuldigen aan den manflag waren Baerde
Hoeft
[of Hooft] en Fedeke Ghyerlofs fine.
De manflag werdt, naar het gebruik dier ty-
den , en na den rechte van Aemßelr eland,
op laft van den Graave, door eenige Ede-
len , onder welken ook was Gherard van
Heemskercke
, Bailiu van Aemfterland , ver-
zoend , op de volgende voorwaarden: „ Baer-
de Hoeft en Fedeke werden ten Lande uit
55 tr
bannen. Hunne onfchuldige maagen
moeiten, in drie termynen, tot Aemfiel-
redam,
betaalen bonden ende tfefiig -pond
Hollands ;
van welken , tagtig ponden
onder de maagen van den nedergeflaagen
„ verdeeld werden. De Vader kreeg XX.
-, pond: de overige maagen,taB voerfoene,XV.
„ pond, die zy onderling deelen moeiten,
„ of die , zo zy eikanderen, niet mogten
„ können verftaan, door den Baljuw en ee-
j, nigen hunner, naar zyn welgevallen te
„ kiezen, gedeeld moeiten worden, mids
„ 'er veertigfchellingenHoilandfch vanwer-
„ den uitgekeerd aan een Keefs- oïBaflaard-
kind van den nedergeflaagen. Het zelfde
„ Baitaardkind kreeg, daarenboven, kos-
„ teloos, voor fine erfzoene, XX. pond, en
„ de overige XXV. pond werden, als maech-
zoene, onder de maagen, verdeeld. Uit
,, de andere tagtig pond , werden VIÜ.
5» pond uitgekeerd aan Hanneken Felyensz,
s> die, zo 't fchynt, in 't gevegt, gekwetit
„ geworden was , vor fine finerte. De Graaf
„ kreeg XXV. pond, om dat die doitflag in
finen Lande van Acmftel ghefih'iede. Hy
-ocr page 163-
D A M S               II. Deel.
gen, af te leiden van het Bod, welk de Ste-
den op 's Graaven bede deeden, heeft te
minder fchyns, om dat de gewoonlyke Bot'
tingen,
niet in gevolge van zeker Bod, welk
men verhoogen of verhagen kon; maar, in
gevolge van eene vaflgeflelde fchikking ,
werden opgebragt, gelyk wy terflond zien
zullen. In eene Handvefl der Stad Leiden
van denjaare 1266, wordt, voor het woord
Bottinghe, het Baflaard-Latynfch woord
Caligia of Callega gefield (//); 't welk fchat-
ting
of helafling betekende (ï): en dierge-
lyken zin hadt ook het woord Bot, van
ouds , in 't Anglo-Saxifch (£); waarvan,
veelligt, by onze Voorouders, zo wel Bot-
tinge
als Boete gemaakt is. Doch wat ook
van de waare betekenis deezes woords zyn
moge; de Graaven vorderden gewoonlyke
Bottingen en Beden, die jaarlyks (/), of om de
drie jaaren, betaald werden. Ook werden-
ze buiten gewoon opgebragt, wanneer de
Graaf, of zyn Zoon of Dogter, Broeder of
Zufler trouwden; wanneer hy of zyn Zoon
of Broeder Ridder werden; en wanneer hy
ten Keizerlyken Hove trok. De grootheid
der BottingewcLsby de Handveften bepaald;
doch beliep, in alle Steden, niet evenveel.
De burgers van Leiden moeflen, by voor-
beeld, om het derdejaar, maar drie pon-
den vyf fchellingen, voor gewoone Bottin-
gen,
opbrengen, en, in ieder der andere
genoemde buitengewoone gevallen , tien
ponden Hollandfch Qri). Die van Haarlem
betaalden , daarentegen , jaarlyks twintig
pond; doch in de andere genoemde buiten-
gewoone gevallen, gaven zy, zo dezelven
den Graaf in perfoon betroffen, twintig, an-
ders maar vyftien pond (ri). Maar die van
Rotterdam moeflen, zo wel in alle de bui-
tengewoone gevallen, als jaarlyks, twintig
pond geeven (0). De Kennemers zaten, ge-
lyk die van Leiden, twee jaaren vry van
Bottingen (ƒ>); doch hoe veel zy in het der-
de jaar moeflen opbrengen, vind ik nergens
gemeld. Ook weet ik niet, wat Amfler-
dam, 't zy jaarlyks, of om de drie jaaren,
aan Bottingen opbrengen moefl: 't welkten
minflen, uit hoofde der Landeryen in Sloo-
ten gelegen, niet meer geweefl zal zyn,
dan men in Kennemerland plagt te geeven.
Doch 't blykt, uit eenen Brief van Graave
Willem den IV. van den jaare 1342, waar-
van wy terflond nader zullen moeten han-
de-
(h) Zie Jan VAN HouTDienftb. der Stede Leyden,W. y=
(ij Vide Du CANGE Voce CALLEGA.
(k) V>&' Du Cangb Voce BOT.
(/) Mieris Charrerb. II. Deel, bl. 539.
(m) Mieris Charrerb. 1. Deel, bl. 344.
f«) Privil. van Haarl. bl. is.
(0) Zie Mieris Cliarterb. II. Deel, bl. «3».
\f) Handv. van Ksnneinerl. bl. 41.
io<5                A M S T E R
gen aanwaflen, waren, ten deezen tyde,
reeds bezitters van eenige Landeryen, in het
Ambagt van Slooten gelegen. Van deeze
Landeryen begeerden zy mindere lallen te
betaalen, dan die van Slooten oordeelden
dat zy fchuldig waren. Hieruit was de twifl
ontflaan, die 's Graaven Raaden, den twee-
den December des jaars 1339, in deezer
voege, afdeeden „ dat de Amflerdammers
„ van alle Landen, die zy in den Ban van
„ Slooten reeds bezaten, of na deeze ver-
„ krygen mogten, zo veel dyk- , dam- ,
„ weg-, watering- en fluisgeld betaalen zou-
den , als de andere Landen aldaar betaal-
" den." Ford, flaat 'er wyders, in deuit-
fpraak, füllen fi ghelden met hor en lande, gh e-
liken dien van Sloten, onfe rechte jairfcot,bot-
t'mghe, ende onfe rechte herevaird
(c): welke
woorden eenige opheldering noodig hebben.
Aanmer- De Graaven van Holland vorderden van
over™ ^unne onderzaaten zekere fchatting in geld,
Graaven en zekeren Krygsdienfl, in geval van oor-
Schot, loge. De fchatting in geld ftaat, in oude
Hukken, bekend onder de naam en van Schot
en van Bottingen: de krygsdienll, onder den
naam van Heirvaart. Schot, welk zo veel
is zhfchat of fchatting, en daarom, fom-
tyds, met het woordfchat, verwiifeld wordt
(d), was eene jaarlykfche belailing op per-
foonen en goederen,en werdt,onder ande-
ren, geheeven in Kennemerland (e), waar-
onder Slooten gelegen was: waarom niet
vreemd is, dat de Amfterdammers ook van
hnnne Landeryen in den Ban van Slooten de
rechte
of gewoonlyke jairfcot moeften op-
brengen. Het hoogfte fchot, waarop de
perfoonen gefield waren, fchynt, in Kenne-
merland , tien pond beloopen te hebben (ƒ).
De Vorflen uit den flam van Karel den Groo-
ten , van wélken de oudfle Graaven van
Holland hun gezag ontleend hebben, plag-
ten dit fchot reeds, hier te Lande, te hef-
fen ; doch zy hadden 'er 't Stigt van Utrecht,
al in de negende eeuwe, van vry verklaard
(g); weshalve niet te vermoeden is, dat
Amflelland en Amflerdam aan het zelve
onderhevig geweefl zullen zyn, voor dat
zy onder 't gebied der Graaven van Hol-
land kwamen. En na dien tyd, fchynt men,
ten minflen in Amflerdam, deGraaflykein-
komflen, onder den naam van Jaarfchot,
onder verfcheiden' andere naamen, en ook
onder dien van Bottingen en Beden te hebben
Bottin- opgebragt. De naam van Bottingen is van
gen, onzekere betekenis: want dien, met fommi-
(c)  Zie Mieris Charteib. II. Deel, bl. 6ig. Handy,
van Kennemcrl. bl. 750.
(d)  Zie Handv. van Kennemerl. bl. 40.
(e, Handv. van Kennemerl. bl. 6, 44, 74.1, jji,
(f) Handv. van Kennemerl. bl. <s.
(SJ Diplom, ap. HEDAM p. 4J , «3.
-ocr page 164-
GESCHIEDENISSEN.
II. BOEK.
io;
delen, dat dé Gfaäven, ook van de Stad op
zig zelve, Bottinge heften. Soo waer dat
der Poorter goet gheicgen is
, leeft men in
dien Brief, dat en/al nerghens ongelt gelden
dan binnen Amflelredamme
, anders dan onfe
Jaerfchot
, bockinghe, [lees» vooral, botiin-
ghe
, gelyk lommigen (q), te regt,gelezen
hebben] zwynbede [waarfehynlyk, een regt
op de Zwynen, die, ten deezen tyde > in en
om Amfterdam, gemeft werden] wederbede
[een diergelyk regt op de Weder s, weeren of
fchaapen (r)], ende diergelycke Dyck-, Dam-,
Wegh-
, Wetering- ende Sluysgelt (s). Men
ziet, uit deeze woorden, dat de Stad Am-
fterdam den Graave geene andere fchatting
fchuldig was, dan het bepaalde Jaarfchot,
de Bottinge ei> andere bekende regten. En
zo was 't ook gelegen met de andere Hol-
landfche Steden, Ten opzigte van Leiden,
by voorbeeld, hadt Graaf Floris de V.,
in de aangehaalde Handveft van't jaar 1266,
reeds verklaard „ dat die Stad niet verpligt
„ zou zyn, hem of iemant eeriige andere
„ fchatting op te brengen dan de driejaari^
„ ge en buitengewoone Boitinge (0% van
welke wy, zo even, gefproken hebben. De
Graaven vorderden, 't is waar, naargelang
dat zy zig dieper inwikkelden in uitheem-
fche oorlogen, door den tyd, zwaarder Be-
den van de Steden; doch 't fiohdt aan dee-
Zen, in dezelven te bewilligen, of niet: 't
welk, uit het vervolg deezer Hiftorie, by
verfcheiden' gelegenheden , klaarlyk bly-
ken zal. Doch die van Amftelland, en ge^
volgelyk ook die van Amfterdam dienden
den Graave, reeds voor 't jaar 1300$ in
heervaarden; gelyk, uit eenen Brief van Guy
van Henegouwen van den dertienden May
des gemelden jaars, klaarlyk af te neemen
is («)• De Kennemers lagen onder dezelf-
de verpligting (V). 't Was dan geen won-
dfer, dat de Amfterdammers, wegens hun-
ne Landeryen, onder Slooten gelegen , in
den Brief, welken wy onderzoeken, verpligt
werden, den Graave, in zyne rechte here-
vaird,
te ghelden. Toen de Graaven hier
te Lande nog van de Frankifclie Koningen
afhingen, werden zy, by derzelver Wet-
ten, verbonden, 's Konings Leenmannen,
die in hun Graaffchap woonden, en alle de
Ridders, by't ontftaan van eenen oorlog,
ter Heirvaart te befchryven. De onedelen,
ofgemeenen werden ook verpligt, een ze-
ker getal van manfehap te leveren, welk,
tl) Mieris Charterb. II. Deel, hl. 669.
(/) Zie
Kiliani Di&ion. Etym. op vutr i. e. vieiet.
O)
I Handy, il. „. [j-j
(t) Zie van Hout Dienftb. */. 9. Mieris Charterb.
1. Deel, hl. 344.
("\ Z" Mieris Charterb. II. Deei, hl. n,
(t/J Handy, van Kennemcrl. il. 43. $7-
fomtyds, op een van de Zeven bepaald
werdt (ia). En toen de Graaven zig, na-
derhand , genoegzaam ohtflaagen hadden
van de afhangkelykheid van uitheemfche
Vorften, bedienden zy zig van het zelfde
regt, om de Edelen en Steden ter Heirvaart
te befchryven. liet getal der mahfehap ,
welke de Steden leveren moeflen, was, by
de oude Hand vellen , bepaald. Haarlem
moeft, by voorbeeld, vierenzeftig man te
velde brengen (x); Leiden maar vyfentwin-
tig maft (;y); Rotterdam , insgelyks, een
kogge van vyfentwintig man (zj, en de an-
dere Steden naar evenredigheid. Doch hoe
veel manfehap Amfterdam te velde bren-
gen moeft, is rrty nergens klaarlyk geblee-
ken. Alleenlyk weet ik, dat,by de Hand-
veil van Graave Willem den IV. van den
jaare 1342, gevorderd werdt, dat de Am-
fterdammers deri Graave dienden tot zyner
wille, naer hare macht (d); en dat 'er in 't
jaar 1405, tot denArkelfchen oorlog,'hon-
derd en twintig gewapenden van de Stad
gevorderd werden. Doch toèii moeft Haar-
lem tweehonderd en vyftig, en Leiden twee-
honderd man leveren Qb): waaruit blykt,
dat de Graaf de paaien reeds te buiten ging,
die by de oude Handveften gefield Waren;
in welke gevallen, de Steden niet gehou-
den waren , aan 's Graaven eifch te vol-
doen , en hy 't voor eene gunft rekenen
moeft, wanneer zy 't egter deeden. De in-
gezetenen deezer Landen waren, wyders,
oudtyds, niet verpligt, buiten hunne Land-
paalen ter heirvaart te trekken. Hiervan
kwam de gewoonte om 's morgens uit te
trekken, en 's avonds wederom t'huis te zyn.
Melis Stoke gewaagt hiervan duidelyk,
met opzigt op de Friezen, zeggende (c),
Maer jeghen nacht ginghen fl fcaven
Die Vrïefen weder te haren wiven:
Want hare Jede nes niet dat bliven
Bi nachte felden of nimmermee
,
Van haren hu/e, wien lief of wee.
En 't wordt beveiligd in de oude Friefchë
Regten (d)
, die dus fpreeken i It is riuckt
dat dy frie Frefa oen nen heerferd thoer for
f ara dan mitta ebba vit
, ende mitta floed op<
En wat verder wordt hun vergund, dat fe-
rnen heerferd fordern folgia wolden enicb Hera
dan aefler toda wifere ende wefler toe da flee
,
vit mitta ebba, ende op mitta floed: van wel-
ke
(w)Capir. Règ. Franc. Tom. I. '■ 4S9- ■&/>'• BALUZII.
(x) Privil. van Haarl. il. 19.
il) Zie VAN HOUT hl. 9-      , ,,
(2) Mieris Charterb. 11. Deel, hl. 639.
(a)   Handv. il. 13. [3]
(b)   Ziê Mieris Charterb. IV. Dell, hl. i3
(c)   h Dirk den VI. hl. 44.
(d)  By C. schotanus Belehr, van Friesl. il. 41, s<<
-ocr page 165-
II. Deel.
A M S T E R D A M 5
ic8
ke woorden de zin is „ dat de vryeFriezen  de kdfk\ en buyten.dsr Schutteren hfie(Jj\
, niet'g-ehouden waren, eenigen Heere ver-   . WanneeT.de Graaf na , in 't gebieden
" der ter Heirvaart te volgen, dan ooft-  van Heirvaart, zig hielde aan 's Lands wei
tot aan deWezer,enweftwaards  herbragte Gewoonten, of aan de befchree-
" tot aan 't Vlie, uittrekkende met de ebbe, ven' Handveften, dan werdt hy geagt, rech*
en te ?'ug keerende met den vloed." 't te Herevaird, gelyk de Brief, dien wy on-
l's waar, dat onze Landsluiden , in laater derzoeken, fpreekt, te gebieden , en dan
tydjdikwils verder trokken, en langer uitblee- waren 's Lands ingezetenen en de Amfter-
ven Ce): doch dan weekenze af van hunne dammers in 't byzonder verpügt, hem in
gewoonte, om den Graave te believen, die den kryg ten dienfte te ftaan: \ welk wy,
hun dikwils byzondere gunften voor toe- nevens het gene wy van het Jaarfchot en
ftondt1 gelyk wy, «i 't vervolg,metopzigt de Bottingen gezeid hebben, hier wel heb-
on Amfterdam, toonen zullen. Eindelyk, ben willen aantekenen, niet flegts om dm
waren de ingezetenen deezer landen, oud- Leezer op te leiden tot de kennis van de
ty'ds, niet verpügt , den Graaf op hunne gefteldheid der aloude Regeeringe. deezes
eigene koften in den kryg te dienen. Me- Lands in 't gemeen; maar vooraf ook, om
lis Stok e tekent, als heel iet byzonders, dat het dienen kan, tot beter verftäöd"vah
en dat te vooren 'in Holland nooit gezien het vervolg onzer Hiftorie van Amfterdam,
was aan (ƒ), dat zulks, in 't jaar 1303 , tot welke wy nu wederkeeren.
door' de Edelen en Poorters, in den krygté- Op 't einde van 't voorgaande Boek, za-De stad
gen de Vlaamingen, gefchiedde. Van der genwe, dat Amfterdam, welk, in 't )aar verkryg*'
Steden-Poorteren in 't byzonder, zegthy: I3°4> gevonnift was, om bruggen en ves-nieu«fe
■ ten te Hegten, en markten en andere vry--en eLe
Oec dienden hem Porters (fonder waeri)
heden te nuffen, nog voor 't einde der Re- JgJJJJj
Die hem doe der eren jêiden,
                      geeringe van Willem den III.,meer ofmin, ten****
So ft alrefcoenfie konden,                           herfteld werdt in 's Graaven gunil. De Stad Graave
Op haren cofi met haren vrienden,            verkreeg egter de verlooren' vryheden nietWÜI^;
Sonder die hem anders dienden                   volkomenlyk wederom, voor dat Graaf Wil- den \[
Op ter Porten cofi ghemene.                      l f.m de IV. aan't bewind gekomen was. Ger *34 '
Alleenlyk fchynt gebruikelyk geweeft te zyn, Hgnh.eid hiertoe gaf, dat de Graaf zig inwik-
da de Poorters ,\y hunnen uittogt, en tot kelde m verre re^togten, en m verfcheideir
dU-d^                                      ;
na, en zo lang als de oorlog duurde, kwam kere fome gelds aan, zo hy hun de voo-
hun onderhoud ten lafte van den Graave. «g? vlThcde« wedergeeven en vermeerde-
hnmers, men leeft zulks, met duidelyke ren wilde; waartoe hy belloot 0). Op den
borden,?« de meeraangehaaldeHandveft "egenden December des jaars tu^m den
" ', .,
             , P          n,,f N r-„ Haagezynde,garhyhunverfcheiden hand-
der Stad Leiden van den laare 1206 (g).t,n ,& ■> '? »■,         ,               ,
, , " ,             j c. j A n j ;„ veften, en onucr anderen de vohrende:
dat de Steden, en de Stad Amfterdam m            '                                        f-"ul"
't byzonder, alleenlyk eenige koften droe-          In den Name des Faders des Soom ea£
gen, die, door de Poorters, by hunnen int-               des H. Geeßs Amen.                     *
togt ter Heirvaart, gemaakt werden, blykt
uit eeneKeur op de oude Amfterdamfche Willem, Gr ave van Henegouwen , van Hol-
Schutterye van den vyfden September des landt, van Zeelanr., ende Heere van Vrieslant
iaars IQ94 , die dus fpreekt: „ Wanneer doen kont ende kennelyck allen Luyden, dat
r o L * «>/•?,»*-          j D j i a;. wYi by omen goede lüde van onfen rade, ghe-
wy ISchout Schepenen ende Rade^dte ^ yhebben »nde hev£n ^jg poort^van
n Schutters uytheden in ons liefs Heeren Heer-  Amftelredamme , voor ons ende voor onfen
)} vaart of elwaer,daer wy van der Stede we-  nakomelinghen, äifiilck regln ende alfulcke vry-
gen te doen hebben te varen, met hare bo-  hede, eeuwelyck te dueren , als hier na be-
, gen, foo füllen wy hen mede geven aljo ve-  *"cnreven iïaat.
Ie Knechten als den Gherechte van der Ste- l' \ den eei?en fo flfM'*g Pa,len van 1]a'
' 7
                       u j„, /-> ,„.*<■«.„. j re vryheyt welen, op die Ooftzyde van der
de voornoemt ende den Overnam van der poorten, acn Jans Witten hofftede , op de noord-
Schutteren Gilde Jal goetduncken, die hun zyde, aen.het groote Gods huys lan't; op de
haer Taertfen [toortfen] dragen , op der Ste- weftzyde aen den uytere egge van der laen die
leget in Isbrandts lande van' der Zydwyade; op
(e)  Zit Handv. van Kennemerl. il. +3.                                                                                                                  c*ie
(f)  Ik jan den II. il. zis, 22«.                            ]              (h) Handr. hl. 140. [ijo.]
(g)   Zie van Hout Dienftb. il. s. MierisCharteib. 1.       (ij Zit Vaderl. Hift. III. Dtel,bl. 237, 140,245,252.
Vttl, il. 342 mit.
                                                                     (k) 2ie Mieris Charterb. II. Deel, H. «?e.
V
-ocr page 166-
GESCHIEDENISSEN.
II. Boek.
100
flaghe, vredebrake ende diergelycke dat fal
alleene aen ons komen.
8.  Voort fo waer een vechtelyck is, ende die
Schout met twee Schepenen vrede eyflchet,of
twee Schepenen, daer die Schout niet by en is,
fo wie die des weygherde, die waers op vyf
pont hollants, tot elcker tyt dat men hem eys-
fchede, tot dryen tyden; ende fo fal dat ghe-
recht helpen den genen dies vreden begheert.
9.   Ende foo wie an der Schepene eedt
fpreeckt, die waers teghen el eken Schepene op
twee pont hollants, ende ons alfoo veel als hem
allen.
10.  Wat vonniflen den Schepenen wert ghe-
vraeght, ende zy zyns niet wys, foó füllen zyt
foecken te Haerlem, ofte daer zys befte wys
mogen worden, binnen onfen lande; ende dan
fal 't voortgacn ; maer en gheen vonnüTe langer
te dragen dan drie veerthien naghten.
11.  Wat Willekore dat die Schout metten
Schepenen maeckt, dien moghen fy houden een
jaer, alfoo verre als hen goetdunkt behouden
ons ons rechts, ende ten eynde van den iaere
te vernieuwen.
_ 12. Ende wat poorter dat die Schoute ende
die Schepenen entfaen , die goedt knaep is, en-
de onberuft daer en füllen wy niet weder feggen.
13.  Ende foo waer dat der poorter goetghe-
leghen is, dat en fal nerghens ongelt gelden
dan binnen Amftelfedamrne , anders dan onfe
jaerfchot, bockinghe \Jees bottinghe], zwyn-
bede , wederbede ende diergelycken dyck ,
dam, wegh, weteringhe ende fluysgelt.
14.  Ende foo wat poorter fy ontfaen, die
heeft fes weken hem te bereyden, ende dan
binnen te komen metter woone.
15.  Ende die binnen der poorte woonach-
tigh zyn, foo moch elck poorter buyten we-
fen zynen lenten te doen fes weken, ende in
den ooft zynen bouwen te doen fes weken.
16.  Voort wat poorter dat uyt der poorte
vaert, buyten ons of buyten den Schepenen en
buyten den rade, rooven ende bonnen , of luyden
te vaen, die is op thien pont Hollants, ende
zyns poortrechts quyt : ende defe boete fal
gaen als die ander, daer wy die twee deelen
af hebben ende die poort, Schepenen ende
Schout dat derden deel.
17. Waer dat zaeke dat een poorter buyten der
vryhede in noode quame, of buyten belegen
worde, foo fal die ghemeyne poorte dien man
ontfetten, ende uyt zynen noot helpen,iftdat
faecke dat zy willen, by den gemeenen rade
des Schouten ende der Schepenen, daer 't te-
gens ons niet en gaet: ende van dien uitvaren
füllen zy teghens ons niet misdoen maer floe-
ghen zy yemant doodt of lam of wonde, of de-
den zy overdaet, dat fouden zy beteren ons
ende den genen daer zy op misdeden,nae den
rechte van den lande.
18.  Voort wat gheïchiede binnen der vryhe-
den van Amftelredamme, dat fal berechten on-
fen Schout met den Schepenen van binnen,
daer 't tegen onfen heerlyckheyt niet en draget.
19.  Voort daer die rechter of Schepenen ye-
mant vermaent onfen recht te ftereken, die des
weygerde, die is op een pont hollandts.
20.  Voort füllen zy ons dienen tot onfer
wille, naer hare machte.
P                                                                   21.
die Zuydzyde in die neiTe tegens der lane over,
alfo alft metter graft begreuen is, ende in die
Haven ten halven ftroom toe in 't ye, ende
voorts dreckende in 't ye, langhes den dycke
ooftwaerts, vyftigh roeden buiten de Wintmo-
len , die haer Willem van Outshoorne van on-
ien wegen maken dede.
a. Voorts foo füllen fy tollen vry varen met
alle hare goeden voor by alle onfen tollen in
onfen landen, beyde te water ende te lande,
ende niemant en fal tollen vry varen, eer hy
jaer ende dagh poorter gheweeft is , ende in
der poorten gevvoont heeft: ende der poorte
bricve, daer die poorters mede varen voor by
onfer tollen, die füllen fy alle jaren vernieu-
wen,^ en ware fy buytens lants al foo langhe
gheweeft hadden, dat fy ze binnen den jare
niet vernieuwen .en moghten; ende tot elcker
tollen aen te varen daer fy voor (*) Iiden zei-
len , ende oorlof te nemen; ende waert fake,
dat eenigh poorter, by nvontuere, fonderbrief
ter rolle quame met zyns felfs goede , zoe zou-
de hy weder achterwaert varen ende halen zyn
betoogh, ende daer mede foude hy quyt wefen;
ende waer oock dat fake dat eenigh poorter
hem misgrepe of misdede voor onfer tollen, dat
foude komen op hem felve; ende die gemeene
poorte en fouder niet by verliefen , noch aen
rechte, noch aen vryheden, noch aen tollen.
3. Voorts foo wie dat eenen man doodt flaet,
ende daer mede begrepen wort, die falzynlyf
verliefen, wordt hy vcrwyft als recht is, ende
ons ghclden 20 pont hollandts van zynen goe-
de. .Ontruymt hy, ende wort hyballinckghe-
maeckt, als recht is, foo füllen wy hebben
van zynen goede ao pont hollandts * ende die
Schout fal voorts rechten by den Schepenen,
als recht is. voorts willen die maghe klagen
metten dooden, foo füllen vier mannen uyt der
jnaegfchap zweren, die den Schepenen dunc-
ken goede knapen zyn, dat fy ghene onfchul-
uigen man beklagen en fallen. Ende worde een
eÜendigh man doot gheflagen, daer foude die
balljeu, of dien hy 't beval van onfen weghen
mede klagen, ende die Schepenen daer af wy-
fen dat recht is.
4.  Voort waer dat faecke dat een menfch den
anderen lemde, dat waer om vyf pont hollandts,
of op zyn handt. het en waer of hy hem leem-
de te vollen, als van eenen ooge uyt of voet
of hant al af, die waers op tien pont hollandts.
5.  Voorts foo wie vrede brake, die waers op
lyfende goet.
6. Voorts fü wie een huys aenftormt, by da-
ge , die waers op vyf pont hollants, ende by
nachte op thien pont hollants.
7.  Voorts foo wie knyf of fwaert toghe in
arren moede, die waers op een pont hollants;
of die vochte met ftavcn of met verbodene wa-
penen, die waers op een pondthollandts; ofte
die metter vuyft floege, die waers op thien
fchellingen hollants. Voorts foo wie eene Coor-
wonde "den ander dade, die waers op drie pont
hollandts: ende van allen vervochte boeten,
fo füllen wy hebben die twee deel, ende die
poorte ende die Schepenen metten Schoute dat
derden deel, ende van dien derdendeele half de
poorte ende half den Schoute ende den Sehepe-
ne' eoe^T£e,yck ^ deelen, fonder van doot-
-ocr page 167-
II. Deel.
AMSTERDAMS
HO
hoeve des Graaven, geboet zal worden. De
reden, waarom, boven de doodftraf, nog
eene geldboete gevorderd werdt , fchynt
deeze geweeft te zyn. In de oudfte tyden,
plagt de doodllag, in deeze Landen, niet
met den hals, maar met een zeker getal
van vee of van wapenen (n) , en naderhand
met eene zekere fomme gelds geboet te
worden. De Friefche en andere Wetten,
voor en na den tyd van Karel den Grooten
gegeven (o), Rellen zulks buiten twyfel.
Deeze gewoonte is, eeuwen lang, hier te
lande gevolgd. In de oudfte Handveft van
Haarlem van den jaare 1245, wordt op voor-
bedagte moord wel doodftraf gefteld; doch
enkele doodflag werdt met twee en dertig,
en als hy in des nedergeflaagen huis gefchied
was, met vier en zeftig ponden geboet (p~).
De geduurige oorlogen, waarin deeze Lan-
denwerden ingewikkeld, veroorzaakten, on*
dertuflehen, naar 't fchynt, zo veel woeft-
heid en tweedragt onder de byzondere per-
foonen, dat men, om de menigvuldige dood-
{lagen, die hieruit ontftonden, te voorko-
men , kort na deezen tyd, geraaden vondt,
den doodflag met halsftraffe te doen boe-
ten. Het oudfte blyk, my daarvan voorge-
komen , vindt men in eene Handveft van
's Graavenzande van 't jaar 1246, waarin
men leeft, die den ayideren doot fal men ont-
hoofden.
Doch 't is twyfelagtig, of zulks niet
zie op doodflag met verbooden geweer,
waarvan te vooren gefproken was; naar-
dien , terftond daarna, verklaard wordt,
dat men een doodgeflaagen Poorter zonder
doodelyk geweer, met twee en dertig pond,
zal beteren (q). Maar eene Handveft van
Dordrecht van den jaare 1252 fpreekt klaa-
rer, Hellende, duidelyk, halsftraf op dood-
flag. Qiiicumque, ftaat 'er, homicidiumfecerit
illipoena capitis inferetia\
dat is, volgens eene
oude vertaaling, Soe ime een doodflach dede,
die fal men 't hoofd of flaen (f). Van dien
tyd af, begon men, hier te Lande, den
doodflag met de dood te ftraffen,eerft,zo
't fchynt, in 't Zuiderkwartier, en vervol-
gens ook in Weftfriesland en 't Noorder-
kwartier, daar men langft aan de oude ge-
woonten plagt te kleeven. Immers, in eene
Handveft van Enkhuizen van den jaare 1299,
en zelfs in eene andere van den jaare 1346,
ftaat nog geldboete op doodflag (J); hoewel
dezelve, in laater' tyd,aldaar met denhals
en
(k) Tacit. de Morib. German. Cap. XII.
(e; Leg. Fnfior. Tit. I. II. XX. . Salior. Tit. XLIII.
BI. Voort dat men gheenen poorter van Am-
ftelredam noch zyn goet befetten en mach van
fchade of van fchoude onverwillecoeurt , be-
noorden der mafe, in al onfen lande, uytghe-
nomen onfen vrye Steden.
22.  Voort foo en fal men geenen poorter
campen moghen binnen onfen lande, hy ne
wil hem felven daer in verwilcoren.
23.  Ende alle ftucken voorfz. fonder argelift,
ende behouden ons onfer heerlyckheden.
24.  Mer zy füllen behouden die Schole,dat
Schryfambocht ende die Cofterye binnen hare
vryhede , te geven den genen die 's hen ge-
noeght.
25.  Ende want wy alle defe punclen voorsz:
vaft ende gheftade willen houden , voor ons
ende voor onfe naekomelinghen, hen ende al-
le hare nakomelinghen , duerende tot eeuwe-
lycken jaren; hier omme foo hebben wy de-
fen brief bezeghelt met onfen grooten Zegele.
Gegeven in den Hage, op den negenden dagh
in Decembri, in 't jaer ons heeren duyfent drie
hondert twee ende veertigh.
(geteykent)
Per Dominum Comitem prsefentibus dominis
de Mourmont. Th. de Brederode. W.
d'OutshOorn. Th. Mulnaer. P. de Ha-
ye mag. N. Stuye & G. Alewin. P: R:
V: Lee. Dominus C. H. de MatthenifTe.
Ophelde« Wy hebben deeze Handveft hier wel vol-
rende komenlyk willen invoegen, naar een affchrift
aanmer- van 't oorfprongkelyke , welk in de Oude
^vne|en Kerke, Laude IV. bewaard wordt, niet flegts
om dat zy nog nooit met de ondertekenin-
gen in 't licht gegeven is; maar voornaam-
lyk om, over dit oude Huk, te bekwaamer,
eenige ophelderende aanmerkingen , ge-
fchikt naar de punten , waarin wy het zelve
verdeeld hebben, te können maaken.
Stads
           l' Over de bepaaling van de uitgeftrekt-
Regtsge- heid der Stads Vryheid, hebben wy, in 't
bied, eerße Boek van 't eerfle Deel (/), onze ge-
dagten reeds geopend , waartoe wy den
Leezer wyzen.
Tolvrv- 2' ^et twee^e Punt herfielt de Amfter-
heid, dammers volkomenlyk in de tolvryheid door
's Graaven Landen, welke hun, door Floris
den V., toegeflaan, en in 't jaar 1304 be-
Markten, nomen ge weeft was. De Markten, welken
zy toen ook kwyt raakten, hebben zy, waar-
fchynlyk, ten deezen tyde, zo niet al eer-
der, wederom gekreegen. Immers, men
vindt, in de oudfte Keurboeken der Stad, be-
wyzen, dat 'er, reeds in de vyftiende eeu-
we, weekmarkten gehouden werden, waarop
vrygegeleide plagt verleend te worden (V).
Straffe 3- *n 'c derde punt, wordt verklaard, dat
des een doodflag, <&mt mede de daaderbegrepen,
Dood- of waarop hy gevat wordt, met den hals,
flass' en met twintig pond HollandXch, ten be-
(/) Bladx. 9 enz.
("0 Keurb. B. ƒ. 13 verft, i« vtrß, !».
Ripuarior. Tit. VII. X. Anglor
(p) Privil. van Haarl. bl. 12,
\q) Zie MlElus Charterb. I. D
(r) Balen Dordrecht tl. 42°
Tit.
SaXOÜ. Til. II.
13.
, -.. 23«.
MiERiij Charterb.
I,
Deel, il. 263 , 26*.
(t) Handv. van Enkh. tl. 1
-ocr page 168-
GESCHIEDENISSEN.
II. Boek.
in
eikanderen, terwyl hun geding onafgedaan
hing, noch met woorden, noch met daa-
dens te beledigen. Die de vrede niet aan-
nam, verbeurde zekere fomme, ten behoe-
ve des Graaven. Doch gemeenlyk werdt
zy,van beide de zyden, aangenomen.'t Ge-
bod om vrede te houden werdt (tot drie da-
gen toe, en daarna, voor jaar en dag,ver-
nieuwd O). Doch zo, ondertuffchen, een
van beide de vrede brak, werdt hy aanlyf
en goed ftrafbaar.
6.  't Aanflormen van iemants huis, welk Huis aan-.
in 't zesde punt verbooden wordt, was, inftormen»
deeze onbefchaafde eeuwe, ook niet onge-
meen ; en werdt hpoger genomen, wanneer
het by nagt, dan wanneer het by dage ge-
daan werdtj om dat 'er, by nagt, minder
gelegenheid, was om hulp te bekomen.
7.   Het trekken van een zwaard.ofknyf, Vegten,
dat is, een puntmes of opfteeker (y~), wan- i
neer het in arren, of haafligen moede ge-
fchiedde, en het.vegten met Jlaaven of hal-
ve pieken, en ander verbooden geweer; ja
het geeven van een', vuiftflag, welk laat-
fte ook. reeds, in de oudeFriefche Wetten,
verbooden was (2), werdt, volgens hetze*;
vende punt, ook met geld, geboet Doch
wanneer hierdoor eene wonde veroorzaakt
werdt, die minder was dan Leemte en eg-
ter by de oude Keuren bekend ftondt, waar-
om zy Coorwonde of Kewwonde werdt ge- Keur-
naamd, werdt de daader in drie pond Hol-wonde»
landfeh gebreukt. In den aangehaalden XXII
Titel der oude Friefche Wetten, vindt men
eene byzondere optelling deezer Keurwon--
den. In de Graaflyke Flandveften, worden
zy niet zo naauwkeuriglyk onderfcheiden.
En in die van Amfterdam, was zulks te min-
der noodig, om dat alle Keurwonden, met
eene en dezelfde boete, werden afgemaakt.
Wyders, ziet men, uit dit zevende punt,
dat de Graaf de boeten der zwaarfte mis-
daaden voor zig alleen behieldt: van de
vegtboeten kreeg hy zelfs twee derde dee-
leni.het overige derde kwam, voor de helft,
aan de Stad, en de andere helft werdt tus-
fchen den Schout en de Schepenen gelyke-
lyk gedeeld: doch hierin is.,, naderhand, om
gewigtige redenen, verandering gekomen.
8.  In het agtfie punt, handelende van Vrede
vrede
te eifchen., wanneer 'er. een vegtelyck■ ,eifchen»
gevegt of twift voorviel, wordt beveftigd,
't gene wy, over 't gebieden van eene Frede,
tot verklaaringe van het vyf de punt, hebben
aangemerkt.
9.  An der Schepenen eedtefpreeken, 't ge- Aan der
ne Schepq,
(x) Zie Eifgraifl. Bedien, hl. 271. Privileg, van Haail.
II. 11.
(.%). Du CANGE Vace CAN1PULUS.
(z) Leg. rulioa. 7i'. XXII, Lt£. IS,
p %
en zeitig ponden geboet werdt (f)- 't Was
dan niet vreemd ji dat Graaf Willem de IV.
ook oordeelde, dat een doodflaager in Am-
fterdam den hals verbeuren moeft. Maar
alzo de Graaven niet gaarne de geldboeten
mitten, welken zy, voorheen, van enkele
doodflaagers plagten te trekken, vonden zy
goed, behalve 't lyf, eene zekere fomme
te vorderen, die meerder of minder was,
naar gelang van 't vermogen der Steden., of
veelligt naar gelang van de grootte der
geldboete, die daar, van ouds, op den dood-
ilag plagt te {taan. In Amfterdam, verbeur-
de de doodflaager, behalve zyn lyf, maar-
twintig, pond uit zyne goederen, ingevolge
yandeeze Handveft. De maagen des doo-
den, hem willende befchuldigen, moeften
vier'm getal, en allen voor goede knapen,
dat is , voor eerlyke luiden, bekend zyn,
en vooraf zweer en, dat zy geenen onfchuhli-
gen
zouden, aanklaagen. Doch zo de doode.
een ellendig manwzxe, dat is, iemant die.
arm en zonder maagen was, die zig zyns
aantrokken, klaagde de Baljuw, of iemant;
van zynentwege,-uit 's Graaven naam, den
doodflaager aan, en de Schepenen fpraken
'er regt over. De Baljuw fchynt dezelfde
te zyn,.die te vooren Schout genoemd was,
ten ware men hier om den Baljuw van Am-
itelland. denken moeft, die',omtrent deezen
tyd, zelfs, wel eens gemagtigd werdt, om
den Schout van Amfterdam aan te {tei-
len (#.};
. 4. Het vierde punt handelt van zwaare
kwetfing of verminking, oudtyds Leemte ge-
naamd , die, als zy een gedeelte van een Lid
betrof, met vyf, en betrof zy een geheel
Lid, eenoog, voet of hand, met tien pond
geboet werdt. Doch die de boete niet vol-
doen kon, moeft zyne hand miffen. Al dit
kwam met de oudeFriefche en andere Wet-
ten (v), en met de Handveften van andere
Steden (a>) overeen.
5. 't Br ecken van Frede, welk, in'trvyf
de
punt, op ftraffe van lyf en goed, ver-
booden wordt, zal ligtelyk begreepen wor-
den , als men weet, waarin het maaken of
leggen van Vrede beftondt, waarvan, hierna,
in 'tagtße punt, wordt gefproken. De oude
Keuren leer en ons, dat, wanneer twee perfoo-
nen gefchil famen hadden, en zulks tot ken-
niffe van 't geregt gekomen was, den ver-!
fchiilenden,. door den Schout of Regter ,
eene vrede gebooden, dat is, belaft werdt,
fkwet
V;.
ede-.
I*
*ak.
OO Handy, van Enkh. il. +2.
(") Zie een' Blief ra« 1327- h MIERIS II. Deel, bl.
t,VS.
(v) Leg. Frifion. Th. XXII. Ripuar. T/r. V. Saxon.
Tit. I.
(vi/ Privileg. »an Haatl. */. il. Mieris Sharttib, I.
Deel, ol, ~a , ij;.
\
-ocr page 169-
IL DëeL«
AMSTERDAMS
112
den Schout en Schepenen , dat die Raden
van der Stede,
zo werden toen de Burge-
meefters genoemd, met hen willekeuren mog-
ten (<r): en van dien tyd af, zyn de Keuren
meelt altoos gemaakt by myne Heeren van den
Geregte ,
zynde Schout , Burgerne e fier en en
Schepenen.
12.  Volgens het twaalfde punt, namen'£ Aan-
Schout en Schepenen Poorters of Burgers neemetf ^
aan. Doch by eene Handvelt van Hertog vanPo0
Willem van den jaare 1411, werdt zulkstere
aan Burgemeefteren en een of twee Schepe-
penen gefteld (d): en in laater' tyd , is het
aan Burgemeefteren alleen overgelaaten.
Wyders , vordert dit punt, dat iemant,die
Poorter begeert te worden, zjgoedtKnaep,
of een eerlyk perfoon, ende onberuft, of on-
befproken.
13.  Over de Graaflyke en andere regten, de beIasJ
die de Amfterdammers, volgens het der- 'inS vans
tiende punt,van hunne goederen,evenveel °°Jg_
waar hier te Lande gelegen, fchuldig wa-reilj
ren, hebben wy hier voor (e) reeds genoeg
gezeid. Dat hier wyders verklaard wordt
dat de Amfterdammers nergens gelden, dat
is, eenige fchatting van hunne goederen
geeven zouden, dan te Amfterdam, heeft
niet können worden naargekomen. De Graa
ven en naderhand 's Lands Staaten hebben
verfcheiden lallen ingevoerd, die ook bui-
ten Amfterdam geheeven werden, en waar-
aan de goederen der Amfterdammeren ,
buiten de Stad leggende, onderhevig ge-
maakt zyn. Zelfs hebben de Steden Excynzen
opgefteld, die ook van de goederen , door
inwooners van andere Steden derwaards ge-
voerd , hebben moeten betaald worden. En
als men zyne eigene ingezetenen niet min-
der belaftte dan zyne nabuuren , heeft men
'er, om dat het over en weder gefchieddej
ook over en weder in beruft.
14.  Uit het veertiende punt, welk den den Tyd/
buitenluiden , die te Amfterdam Poortersbinnel1
werden, zes weeken tyd geeft, om zig ter^eepoeor.
inwooninge gereed te maaken, is af tenee-terszig
men, dat zig, ten deezen tyde, vreemden in de Sta*
hier ter Stede begonden neder te zetten, moefte»
welken men zulks, onder anderen door dit n°™eer?
punt, gemakkelyk wilde maaken; hunee-zetten,
nen bekwaamen tyd toeftaande, om zig te
bereiden. Deeze tyd werdt nogtans niet te
lang genomen, op dat de opkomende Stad
het voordeel van de inwooning haar er Poor-
teren niet lang miffen zou.
15.  Het vyftiende punt, welk den Poor- den Tyi
teren verlof geeft, om zes weeken in de aan de
Len-
nen
eed ne' *n ^et ^geK^Punt>veroorc'eeld wordt,
Cnreeken, fèhynt het zelfde te zyn, als 't gene j in fom-
' mige andere Handveflen, genoemd wordt
eens fchepens oirdeel te niet of vrugtehos ma-
ken
(«)-: 't welk gefchieden kon, door 'er
zig tegen te kanten, of het niet naar te ko-
men : en dit werdt zo hoog genomen, als of
men an of tegen der Schepenen eed,in gevol-
ge van welken, zy moeiten geagt worden
gevonhift te hebben, gefproken, en hen voor
meineedig verklaard hadt.
•t Wyzen lö. In het tiende punt,worden Schepenen,
van Sehe- zo zy vonniffen moeflen, over zaaken, waar-
penen -m geene genoegzaame doorzigt hadden,
vraar geweezen naar Haarlem, of eenige andere
omvon-'Stad, daar, omtrent het Huk in gefchil,
niffen te meerder klaarheid te bekomen was, En
haaien, hiervoor was, ten deezen tyde, gewigtige
reden. Amfterdam was eene opkomende
Koopftad. Ongetwyfeld , vielen 'er, van
tyd tot tyd, gefchillen voor over 't ftuk van
den Koophandel, die, naar 't gene, hier
te Lande, onder Koopluiden, gebruikelyk
was,beregt moeflen worden. En waar toch
kon men deeze kennis beter bekomen, dan
by de Regters van ouder nabuurige Koop-
lieden, in eenen tyd vooral, waarin nog
niet gebruikelyk was, dat Schepenen der
Steden met Regtsgeleerden raadpleegden?
Schepenen van Amfterdam werden dan, in
Zulke en diergelyke gevallen, met reden,
geweezen naar Haarlem; even als Schepe-
nen van Delft, reeds in 't jaar 1259, inge-
lyke gevallen, naar 's Hertogenbofcn; Sche-
penen van Gouda, in 't jaar 1272, naar
Leiden, en Schepenen van Schoonhoven,
in 't jaar 1322 , naar Dordrecht gewezen
waren (b). Wyders, wordt, in dit punt,
ook het doen van kort regt aangepreezen.
De langwyligheid in de Regtspleegingenis,
eerft onder de Regeering van 't Huis van
Bourgondie , hier te Lande, ingevoerd ge-
worden.
de duur- ll- *n net effle Punt 1 wordt bepaald,
zaamheid dat der Stede Keuren niet langer dan een
der
         jaar van kragt zouden blyven: en dit regt
-euren, duurt nog, tot op den tegenwoordigen dag.
Met het afgaan der jaarlykfche Wethouder-
fchap, worden alle Keuren aangemerkt als
vernietigd, zo lang zy niet , door de aan-
komende Wethouderschap, vernieuwd zyn;
't welk, ook in gevolge van dit zelfde punt,
zonder uitftel, gefchiedt. Wyders , wor-
den Schout en Schepenen hier alleen gemag-
tigd om Keuren te maaken, alzo de Stad,
ten deezen tyde, nog geene Burgemeefters
hadt. Doch eenige jaaren laater, willekeur-
(a) Privileg, van Haarl. bl. is.
(&) nie BOXHORN. Theatr. Bib. Holl. p. 270. MlERl»
Ckatterb. I. Bul, l/i. as, Hz, 3«3. II. Dttl,U.iii.
bl. 103 [i»7-l
(e) Keurb. A. ƒ. I. Handv.
(d)   Handv. bl. m [»«.]
(e)  Bladz. lot.
-ocr page 170-
GESCHI ED ENISSEN.
ii^
II. Boek.
ders niet (i> Men ziet hieruit, dat de ge-
vallen , waarover de Graaf de regtfpraak
aan zig zelven behieldt , alleenlyk waren
1. zekere zwaare misdaaden, 2. de hoogftè
misdaad van gekwetfte Hoogheid, het ge-
wapend aantallen van 's Graaven perfoon,
en 3. het benadeelen van 's Graaven Jagt-
huis in Reigerbroek, onder Ouder-Amflel
of Ouderkerk, en van zyne Koriynenjagt
in Gooiland. Alle burgerlyke regtszaakeri
niet flegts; maar ook alle gemeene misdaa-
den, als , manflag, kwetfing, hoon, die-
very, gemeene roof en diergelyken werden,
door de Geregten van dePlaatfen, daarze
voorvielen, en gevolgelyk, zo ze in Am-
fterdam begaan werden , door Schout en
Schepenen aldaar, beregt. De Stad is al-
toos zeer zorgvuldig geweeft,om haare in-
gezetenen by dit voorregt te handhaaven;
gelyk wy, in 't vervolg deezer gefchiede-
nifle, meer dan. eens , zullen können op-
merken.
19.  By hetnegentien de punt, wordt elk ver-'s Gm-
pligt, ter vermaaninge van den Regter, 'éJeTkregé
Graaven recht te fiereken, 't zy zulks gefchied- ken
de door het geeven van getuigenis der waar-
heid , of door Schepenen by te flaan, in het
onderzoeken van , of oordeelen over het
gene regt was. Want dat dit laatfte ook,
ten deezen tyde, plagt gevorderd te wor-
den , is, uit deeze woorden van het oudfté
Privilegie van Haarlem, af te neemen: Tut-
ten rade der Jeep ene f al nyemdnt gaen, hi en
fi van hem geroepen
(£).
20.  Het twintigfie punt vordert, dat de denGi-aa-
Amflerdammers den Graave in den kryg veinderi
dienen totzjner wille; doch ook naar hare-\H^.
macht.
En wy zullen hierna gelegenheid
hebben om te doen zien, dat zy zelven oor-
deelden, of hun eenige krygsdienfl, boveü
hunne magt, werde afgevergd.
21.  Het voorregt, welk den Amfterdam- de Poor-
meren, in het eenentwintigfte punt, gegeven' ters niet
wordt, bewyft dat de Graaf hunnen opkö- arreß"bel
menden Koophandel wilde begunftigen. Ply bdll°°dl'
vordert, dat hunne goederen, nergens iilMaaze,
zyn Land benoorden der Mafe, om Jchade, uitgeno-
van hun voorheen geleeden, of om fihoude, f™T%
dat is, fchuld, die niet verwillekeurd is, of, s^den»
om welke te voldoen, men zig niét, by
Schepenenkennifle of anderszins, geregte-
lyk verbonden heeft, zullen befit, of, ge-
lyk men 't, federt, met een onduitfeh woord,
genoemd heeft, gearrefieerd worden, uyt-
ghenomen,
zegt de Graaf, in onfen vry e Ste-
den.
Hy bepaalt, voor eerfi, het voorregt,
hier verleend, benoorden de Maaze, om Am-
fter-
(!) HïihIv. il- 73- M
(k) Piivil. van Haarl. tl. 16^
P 3
Poorters, Lente, en zes weeken in den Ilerfft, tot
l6t het ' het waarneemen van hunnen akkerarbeid,
^ortzet- uit de Stad te zyn, bewyfl niet alleen, dat
denL-^d ^e Amfterdammers zig, ten deeze.n tyde*
bomv n "nog met den landbouw bezig hielden;maar
ege- toont ook,hoe zeer men 'er op gefield wa-
aan> re, om de Poorters, zo veel mogèlyk, in
de Stad te houden.
'tRooven iö. Het zcfliende punt levert een nieuw
DPeigen bewys'uit van de woeftheid deezer tyden;
^ZaS) waarin de Poorters, door geldboeten en't
verlies van hun Poorterregt, wederhouden
moeiten worden van op eigen gezag te gaan
rooven, branden en vangen. Doch men ziet
'er ook uit, dat Schepenen en Raaden regt
hadden, om hunne Poorters tegen der Stede
vyanden te doen uittrekken ; 't welk ons
öok reeds , uit eene Keur van den jaare
1394, gebleeken is (ƒ).
'th
             17- Volgens het zeventiende punt,fchynt
v,ne^,n het den Poorteren vry te ftaan, hunnen me-
''«poor- depoorter, die zig , buiten de Stede, in
ters bui- nood bevindt, op eigen gezag, by te fprin-
Ste/01 êen- Doch zy behoorden 't, als 't hun ge-
' vergd werdt, ook te doen by den gemeenen
Rade des Schouten ende der Schepenen
, zo de
peribon, dien zy hielpen, niet om eenige
misdaad jegens den Graave, in ongelegen-
heid gekomen was,'t welk ik meen den zin
te zyn van de woorden daer 't tegens ons niet
en gaet.
En op zulk een' togt, verbeurden
de Poorters tuet, ten ware zy overdaet dee-
den, dat is, onfchuldigen beledigden.
.^Bereg- 18. Het agitiende punt vervat een der
^voor merkwaardigile voorregten van Amfterdam,
6en pe" zo wel als van de Steden van Holland in 't
allesv^"t gemeen. Volgens het zelve , moet al -wat
l)it»ien binnen der Stede vryheid voorvalt , door
j|e_Vry- Schout en Schepenen, van binnen, dat is,
voodr in de Stad, beregt worden. Geenerlei zaa-
' ken worden hiervan uitgezonderd, dan zul-
ken, die tegen 's Graaven hcerlyckheyt dra-
gen
of ftryden: en welke deeze zaaken wa-
ren, blykt klaarlyk uit eene Handveft van
Hertog Albrecht van den jaare 1387, aan
Amfterdam, met Amftelland en Gooiland
in 't gemeen, gegeven. De Ruwaard zon-
dert , in deeze Handvell, alle de gevallen
uit, waarover hy zelf met zyne heerlykheyde
regten wil, te weeten, moort, moortbrant
of brandftigtinge met gevaar van moord (g),
vrouwen verkraft, raeroof, dat is,Kerk-,of
liever grafroof (h), endè die hem teghens 's
Graaven lyffet met ghewapenderhandt, ende
die misdede binnen den Raefloet
of Ringfloot
van zynen reygherbroeck ter ouder Amflel, en-
de an
zyne Konyncn in Goylandt , ende an-
(f) Zie hict voor, bU 1(8
Al ,Jd' s- Siccama ai Leg. Frifion. Tit. Sll.p.96.
(t>)
Idem p, 1<M.
                                                   r
-ocr page 171-
ii4                AMSTERDAMS             II. Deel.
flerdarri niet te zeer te begunftigen ten na- Maefe ,vuytgefeyt in befloten Steden (vi).
deele van de Kooplieden bezuiden deMaa- 22. Onder de zogenaamde Jiidicia Dei, de Poor
ze, met naame Dordrecht in Holland, en of Goddelyke Regtfpraaken,warm,gdyk\vy,w*^,
Middelburg en Zierikzee in Zeeland. Hy reeds by eene andere gelegenheid , getoond g JyP
voegt hierby, ten tweeden,nog eene bepaa- hebben (n), hier te Lande, de Kampvegteng,in[
ling, volgens welke hy de vrye Steden, be- in'een overoud gebruik geweeil. Zy had-
noorden de Maäze zelfs, uitzondert van de den, inzonderheid , plaats , wanneer een
Plaatfen, waar men de goederen der Am- befchuldigde zyne onfchuld niet anders wilt
fterdammeren nietbezetten mögt. Door vrye te bewyzen. In zulk een geval, daagde hy 1
Steden, zou hy zulken können verftaan, die zynen befchuldiger tot eenen Kamp of twee-
onder 'geenen byzonderen Lieer ftonden, en gevegt uk. 't Gebeurde ook, dat de be-i
welken, ten deezen tyde, naar 'tfchynt,in fchuldiger, om zyne befchuldigingtebewy-
»t Zuiderkwartier, benoorden de Maaze, al- zen , den befchuldigde te kamp daagde,
leenlyk Haarlem, Delft en Leiden waren. De overwinnaar werdt voor onfchuldig ge-
Want Gouda, Gorinchem , Schiedam en houden. Doch men was niet verpligt, in
Schoonhoven, om van geene kleinere Ste- perfoon te kampen, 't Stondt vry, eenen
den te fpreeken, ftonden, ten deezen tyde, kampvegter te huuren (0). 't Kampen ge-
allen nog onder byzondere Heeren. De Ste^ fchiedde ten overftaan van den Graave, of
den van't Noorderkwartier, zo ver zy gee- van 's Graaven Gemagtigden. De Graaf
nen byzonderen Heer hadden, werden, ten zelf hadt zynenMeefier fihermer om kempen
deele, aangemerkt, als door 's Graaven te loeren, enom, by gelegenheid, enen camp
voorzaaten overheerd , ten deele als aan voor hem te vechten (p~). Ente Leiden was
hun, door de voorige Heeren, afgeftaan, eene vermaarde Crythoeve, die Willem de
waarom hyzë niet gevoeglyk vrye Steden Uk 5 in't jaar 1322, onder geene andere voor*
fcheen te können noemen; fchöon zy, na- waarden, aan Gerard Jlewynszoon , zynen
derhand, altoos, voor vry erkend zyn. Dé Knaap, verhuuren wilde, dan dat nier cain-
drie Steden , Haarlem, Delft en Leiden, pe in vechten zou, als men, tot dientydtloei
die ouder waren dan Amfterdam, en die, gedaen hadt (q). Het toeneemen der ge-
te vooren , de goederen der Amfterdam- fchillen onder 's Lands ingezetenen,, door
meren hadden mogen bezetten, zouden dan, het toeneemen van den Koophandel veroor-
in deeze Handveft , gelaaten zyn by haaf zaakt, fchynt, ondertulïchen, de Graaven,
regt: 't welk ook aan de Graaflyke Steden al in de dertiende eeuwe,bewoogen te heb-*
van 't Noorderkwartier zou toegekend ge- ben, om de Poorters der Koopltedenteont-
weeftzyn. HertogAlbrecht,in'tjaar 1401, flaan van de verpligting, omhünne gefchil-
de Poorters van Amfterdam beveiligende len, door middel van eenen Kamp", af te
in de Vryheid, om nergens benoorden de doen. De Poorters van Haarlem mogten,
Maäze van eenighen breuckente mogen bezet volgens eene Handveft van 't jaar 1245^),
en bekommerd worden, dan binnen de Stad en die van Delft, volgens eene Handveft
zelve re berechten; voegt 'er, insgelyks,by: van 't jaar 1246 (ƒ), door niemant te cam-
maer breückie eenighePoorter vanAmflelredam- pe geroepen
worden: 't welk egter, zo fchynt
»ze erghent anders binnen onfen vfyen Steden', te moeten verftaan worden, dat zy zig wel'
dien foude meri,in dier Stede , van dier breucke mogten te kamp laaten uitdaagen, indien
niogheii befetten ende be'commeren (/): 't welk zy 't geraaden vonden. Immers, eene Hand-
men, in gelyken zin,zou können opvatten, veil, door Graave Willem den IV., in 't
Nogtans, is"'tmy waarfchynlykër, dat men jaar 1340, aan die van Rotterdam gege-
dè woorden vrye Steden ruimer behoort te ven, behelft deeze uitdrukkelyke woorden,-
neemen. Men kan 'er, gevoeglyk, alle be- voert en f al men onfen poort er s nergent campen
muurde
Graaflyke Steden door verftaan, Wel- binnen onfen landen, tenivaere dat fy 't felve
ken, door de bemuuring,in zig zelven, te- verixiillekoordevoor inctachtige luyde (t). Ert
gen aanftoot van buiten, gevryd werden. In dit is 't ook juift, dat,by het t-iveeent-win-
deezen zin, is het woord vrye, door deRe- tigfle punt van de Handveft van Amfter-
geering deezer Stad zelve, opgevat, in 't fterdam, welke wy onderzoeken , vaftge-
jaar 1570, töön zy, op dit Privilegie zien- Held wordt.
                           v
de, zig dus uitdrukte: Item heeft de Stede                                                                23;
van AemMredamme priuilegie , ende es daet [mJ ^fbi vroedfch. n. z. 9 jan. u7°. ƒ• «# z*
,        J                         J           ;                              7 »sft.nanav. */. ++7-
aff in gebruyek, dat men gheenen poorter der (»; vavtöi; mrt. m. r>Cei, u. n% <■**.
zeker Stede noch zynen goeden mach arreflee- f>} |f2ffl| cSÄf Wi^t' * *'7'
ren, in eenigen Dorpen, gelegen benoorden der (?; id. ibid. n. Z97.
ö              r          °                                              (r) ïrivil. van Raarl. II. ij.
(j) MIERIS Clianeib. I. Diel, LI. Z34..
(I) Handv. il, 134. [1+]                                               (') Zh Mieris Cbaitetb. II. Deel, bi.■«•»,■
-ocr page 172-
GESCHIEDENISSEN.
II. Boek.
HS
land, Kennemerland, Friesland , dat is,Pri¥ile-
Weftfriesland,en in al het Land benoorden gie ge-
de Maaze, die van Amfterdam alomme tol- k°gc
vry zouden laaten vaaren (y). Ook mag-heeft°
tigde hy Schout, Schepenen en Raaden,,
om zes goede Knapen in den eed te neemen,
en , met derzelver hulp, de penningen, die
zy hem voor het verleenen der vryheid
fchuldig waren, over de ingezetenen der
Stede te ontfetten of om te fiaan (z); ge-
lyk ongetwyfeld gefchied zal zyn. En heeft
dus de Stad eene der oudfte Handveften,
welken zy bezit, niet uit loutere gunft des
Graaven, maar voor haar geld, en derhal-
ve , buiten tegenfpraak , op eene wettige
wyze, verkreegen.
't Was, voor de opkomende Koopftad, Oor-
van veel aanbelang, dat zy zig tolvryheid fprong
verkreeg, daar 't maar eenigszins mogelyk va" den
ware. Doch daar zulks niet gefchieden kon, JSe°et
was 't haar pligt en haar belang beide, zorg ter.ov«
te draagen, dat men haar niet tegen reden tle Ko-
met tollen bezwaarde. Zulks gefchiedde,terto1'
naar men 't hier inzag, ten deezen tyde,
door de Stad Deventer, alwaar de Amiler-
dammers thans vry wat handels dreeven.
En naardemaal de twift , die hieruit ont-
ftondt, reeds tot hevige daadelykheden
uitgeborften was, en nog veele jaarea
duurde, zal het der moeite wel waardig
zyn , dat wy deszelfs oorfprong hier wat
naauwkeuriger aanwyzen, dan tot nog toe,
door de Befchryvers van Amfterdam , ge-
fchied is.
Weftwaards van de Stad Zwolle, aan Oude
den Yffel, lag al van ouds, en legt nog te- ftaat van
genwoordig eene kleine buurt, Kote of Ka-dien w1,
te, dat is, in de landtaale, zo veel als Hoe-
ve
, genaamd; by welke, in laater' tyd, eene
fchans opgeworpen is, den Koter-Schans ge-
heeten (a), en alwaar nog een veer is, hec
Koter- of Kater-veer genaamd. Hier werdt,
al in de tiende eeuwe of eerder, een tol ge-
heeven, naar de plaats, daar hy ontvangen
werdt, Koter- of Katertol geheeten (i); dien
Keizer Otto de I., in 't jaar 973 , aan de
Abtdye van Eken opdroeg (£). Keizer Ot-
to de III. beveiligde deeze gifte, in 't jaar
996; want, fchoon de tol, in den brief,
hier
(y) Handv. bl. zz, IZS. [,].
(z) Zie Minus Charterb. il. Detl, bl. «70.
(a) Alting. Not. Germ. Infer. F. II. j>. }t-
(t) Dipl. Pide ap. PüNTANUM Hift. Gein*. Ltbr.Y.p.
69
8c accuratius apud DUMBAR Kerk. en Vfeer. Deventer»
bl. 4*4. en in 't Landb. van Vrieslant. MS. f- I*»*
(1) Deeze afleiding van den naam van Kater-
tol
is veel natuurlyker, dan die van Matthäus,
volgens welke, Katertol een tol zyn zou, die be-
taald werdt van goederen, welken, met een takel
of Katrol, uit de Schepen gearbeid werden. Vidi»
AmleSl. Tom. III- P- 464. Ntt. f.,
23.  Wat de Graaf rneene, met de woor-
■ den in het drie en twintigfie punt, behouden
ons onfen heerlyckheden, is, uit het gene wy
over het agttiende punt hebben aangemerkt,
genoegzaam af te neemen.
24.  In het vier en twintigße punt, wordt
verklaard, dat de Stad de vrye begeeving
behouden zou van die Schole, dat Schryfam-
bocht ende die Cofierye
, die anders, alomme
hier te Lande, ter begeevinge van de Graa-
ven plagten te ftaan; fchoon zy hun regt
daartoe, op de meefte Plaatfen, van tyd tot
tyd , aan de Steden afftonden. Van het
Schoolambagt of ampt te Amfterdam hebben
wy, in het eerfie Boek van het eerfle Deel,
reeds gefproken (u). Het Schryfambagt was
het Secretarisfchap der Stede. De Secretary
werdt hier, nog in de zeftiende eeuwe, derSte-
de Scryfkamer
genoemd Qo). De Kofiery of het
Koftersampt der Oude Kerke, thans de ee-
nige Kerfpel-Kerk der Stede, is ongetwyfeld
zeer voordeelig geweeft: en het zal, met
het toeneemen der Stad, van tyd tot tyd,
voordeeliger geworden zyn; waarom het,
voor de Stad, veel waardig was, dat haar
de begeeving van dit Ampt werdt overge-
laaten. Het beftondt, ten deezen tyde, in
het bewaaren der Kerkfieraaden en kofte-
lykheden, het openen en fluiten der Ker-
ke, het ontfteeken en uit bluffchen der kaar-
fen, het verzeilen van den Priefter in 't
waarneemen van eenige kerkelyke dienften,
en in veele andere dingen, die, by fom-
migen , naauwkeuriger aangeweezen zyn
(w). De Kofteryen waren, in 't algemeen,
voordeeliger dan de Schoolafteryen; waar-
om de Graaf de begeeving der eerften op
veele Plaatfen aan zig behieldt, terwyl hy
van de begeeving der anderen, op de mees-
te Plaatfen, afftondt (#)■
25.  In het vyf en twintigfie punt, is al-
alleen merkwaardig, dat alle de voorgaan-
de punten verklaard worden eeuwiglyk te
zullen duur en. De ondertekening gefchiedt
door den Heere Graaf, in de tegenwoordigheid
der Heeren van Moermont
, van Er ederode, van
Oudshoorn
, Mulnaer [Molenaar], de Haye,
Stuye, Aleixyn, van Lee , en van Mathe-
nejje
, die allen 's Graaven Raaden in den
Haage, en ten deele Hollanders, ten dee-
le ook Henegouwers fchynen geweeft zyn
Ten deezen zelfden tyde, beval de Graaf
nog, by twee byzondere Brieven, dat alle
zyne Amptenaars in Holland , byzonderlyk
in Rynland, het Land van Woerden ,Delf-
C*0 nuiz. il.
yj,^°ot Memor. N. I. ƒ. 240.
ywj rld% Matthäus «Ie Fundat. & Fata Ecclef. ?. 1«+
(x) Zit Erfgtaaf. Bedien> VIIL Dtelf tl J3Ï) ,33<
s Graa-
l'^heer
feeid,
Js*ool
Hryf.
*n Kos.
s
stde
s
bS het
-ocr page 173-
ii<5               A M S T E' ï
hiervan verleend, Hachdoll genoemd wordt,
twyfelt men niet, of zulks is aan eenen rnis-
flag der uitfchryveren te wyten, naardien
dezelve wordt befchreeven als „ een tol op
„ de Viffchery in Salland, en in denYflel"
[Theolonen de pifcatione in Pago Salon Ê? in
fiuvio Ifula, quod vulgari numero
Hachdoll
dicunt (c)]i en Keizer Lotharius, in eenen
brief van den jaare 1134, van dezelfde Gif-
te gewaagende, den tol klaarlyk den naam
van Coetertol geeft (d). De Abtdis van El-
ten plagt deezen tol aan byzondere Perfoo-
nen, doorgaands Edelen, te verpagten; doch,
in 't jaar 1241, gaf zy dien aan deStadDe-
venter in erfpagt uit, voor twintig ponden,
tien fchellingen , Deventerfche munt, 's
jaars, ten behoeve van de Abtdye, en nog
zeven fchellingen, ten behoeve vandeAbt-
difle (e)- Na honderd jaaren verloops, was
de waarde van 't geld zo zeer veranderd,
■ dat men overeenkwam, om de pagt van der
Tolle te Cot en
te voldoen met twee en ne-
gentigfte halve gouden overlandfche Keur-
vorften Rynsguldens : 't welk geduurd heeft
tot omtrent het einde der zeftiende eeuwe,
wanneer de Erfpagt op drie honderd en twin-
tig Karels guldens en vyf ftuivers gefteld
werdt; zo als dezelve, indien ik my niet be-
driege, nog tegenwoordig betaald wordt (ƒ).
Daade- Over 't betaalen van deezen Koter- of
lykhedcn Xatértolnu, was, omtrent den jaare 1330,
Deventer ge£chïl ontftaan tuflchen de Steden Deven-
en Am- ter en Amfterdam , welk Reinoud, Graaf
fterdam. van Gelder, wien Jan van Dieß, Biflchop
van Utrecht, in 't jaar 1336, een groot ge-
deelte van Overyflel, en onder anderen ook
de Stad Deventer verpand hadt (g), ver-
geefs gezogt hadt by te leggen. Zo hoog
was de twift geloopen, dat de wederzyd-
fche ingezetenen handgemeen geraakt, en
'er, van de eene en de andere zyde, eeni-
gen gefneuveld waren. De Regeering der
twee Steden, voor erger bedugt, kwam,
eerlang, overeen, dat men de gefchillen
verblyven zou aan drie Steden, van elke
zyde te benoemen; en dat men, ondertus-
fchen, eikanderen, voor zekeren tyd, eene
volkomene Vrede geeven zou, of, gelyk men
nu zou fpreeken, een Beftand toeilaan, welk,
Eefland. van tyd tot tyd, verlengd werdt. Willem de
Cu/er
, Baljuw van Amftelland en Waterland,
zeide op S. Thomasdag, zynde den eenen-
twintigften December des jaars 1336, die
van Deventer, van wege de Stad Amfter-
(c)  Vide Pontan. M fupra p. 72.
(d)  Vide PONTAN. ubi fupra Liir. VI. p, 102.
(e)  Zie DumbaK Deventer, tl. +64.
(f)  Dezelfde il. 46 7-
(S) Dumbar Deventer i,\ 4sj.
L D A M S              II. Deel.
dam, verlenging van vrede aan tot belooken
Paafchen naaftkömende. Schout, Schepenen
en Raad van Amilerdam verlengden die
vrede, op S. Matthys avond, zynde den
drie-entwintigften February des jaars 1338,
tot belooken Pinkfteren aanftaande. De Ste-
den , die tot zegsluiden verkooren waren,
te weeten Haarlem, Leiden en Delft van
de zyde van Amfterdam, en Kampen, Har-
derwyk en Amersfoort van de zyde van De-
venter , deeden, niet voor den Herfft des
gemelden jaars, uiefpraak over 't gene men
wederzyds geeven zou, om het geftortte
bloed te verzoenen; 't gefchil over den tol
laatende aan den eed van twaalfSchepenen
en twaalf Raaden van Deventer, onder ver-
beurte van duizend ponden Hollandfch, ten
behoeve der zegsluiden. Doch Amfterdam
was niet te vrede met deeze uitfpraak, en
bragt, zo fommigen verhaalen, te wege,
dat den inwooneren van Deventer, die de
Amfterdammers met hunnen Kotertol be-
zwaard hadden, in Holland ook meer tol
werdt afgevorderd dan naar gewoonte: 't
welk Graaf Willem de IV., egter,in'tjaar
1339, verbieden deedt (b): daar tegen te
wege brengende, dat de Amfterdammers,
ook te Deventer en elders langs den Yffel,
op hunne oude tollen voeren; waarvan, in
't jaar 1342 , brieven verleend werden.
Doch alzo zulks, volgens de gemaakte o-
vereenkomft, flegts tot Kersdag des gemel-
den jaars, duuren moeit, bleef het gefchil
onafgedaan. Graaf Willem verlengde,mid- 1343-
lerwyl, zelf de Vrede of het Beftand tus-
fchen de twee Steden, eens in 't jaar ^343,
en eens in 't jaar 1345 , wanneer de ver- 1345-
lenging tot Allerheiiigendag, zynde den eer-
ften November des gemelden jaars, werdt
uitgerekt (ï). Doch de Graaf beleefde dee-
zen tyd niet. Hy fneuvelde, den zesentwin-
tigften of zevenentwintigften September te
vooren, op eenen togt tegen de Friezen,op
welken hy , naar alle waarfchynlykheid ,
door de Amfterdammers met fchepen by-
geftaan is; en zal dit, onder anderen, de
reden geweeft zyn , waarom hy, nog zo
onlangs , het Beftand met Deventer ver-
lengd hadt. Wy zullen 't gefchil over den
Kotertol hier eene wyle laaten beruften,
en eerft zien, wat 'er, terftond na 's Graa-
ven dood , met opzigt op Amfterdam,
werdt vaftgefteld.
Zyne oudfte Zufter , Vrouw MARGA-vroutf
REET, Margä*
(b) Dumbar Deventer il. s°6, J°7- MOOnI.N Chron.
van Deventer, bl. J4.
(,•) Dumbak Deventer il. 5 13, 514. MierisCkaitetb..
II. Deel, il. 6510.
■-^;
-ocr page 174-
GESCHIEDENISSEN.
II. Boek.
117
een Lid van Holland gebleeven.
lQ^be- reet, die met Keizer Lodewyk gehuwd
amfter- was' v°lgde ^em °P 'm '£ Graafiyk bewind,
S en kwam, in de Lente des jaars 1346, in
jL°°itvan Holland en in den Haage, daar zy denLan-
°'land de, by haare inhuldiging, verfcheiden' voor-
fcheregten toeftondt, onder anderen belooven-
' de „ niet buiten de paaien van Holland ,
„ Zeeland en Friesland, te zullen oorloo-
„ gen, dan by goeddunken der Ridderen,
„ Knaap en en goede Steden; of deedt zy't,
„ dan zouden 's Lands ingezetenen niet ge-
„ houden zyn, haar te dienen, dan uit gunffc
1346. „ en vrywilliglyk (£)." Doch ten opzigte
van Amilerdam in 't byzonder, beloofde zy,
den zeventwintigften May „ dat zy, noch
„ haare nacomelingben de Stad nimmermeer
in geenre mattieren vervreemden nochfchey-
den zouden van der Graeflyckheden van
Hollandt, zullende dezelve, in tegendeel,
blyven aen der Graeflyckheyt van Hollandt,
gelyck anderen Steden in Hollandt, fonder
eenigh verfcheyt, tot eewwelycken jaren (/)."
En deeze belofte was van veel belangvoor
de Stede. Zy was , eerft onder de Graaf-
lyke Regeering, begonnen op te komen, en,
onder 't gebied van den Huize van Amftel,
naauwlyks bekend, en in geduurige zwaa-
righeden ingewikkeld geweeft, zonder dat
zy van haare magtelooze Heeren hadt kön-
nen befchermd worden naar behooren.Heel
wat anders beloofde zy zig van de Graafly-
ke Regeering, die ook, door haaren invloed
op vreemde Ryken en Staaten, den buiten-
landfchen Koophandel der Stede kon doen
aanwaflen. Zy fchynt, ten deezen tyde ,
bedugt geweeft te zyn, dat Vrouw Marga-
reet, die verfcheide Zoonen hadt, de Heer-
lykheid van Amftel en Amfterdam aan ee-
nen der zelven weg fchenken mögt. Men
wift, wat, onder Graave Floris den V.,
toen Jan Perfyn de Heerlykheid van Amfter-
dam verkreeg, en onder Jan den II., toen
de Heerlykheid van Amftel aan Guy van
Henegouwen opgedraagen werdt, gebeurd
ware. Men wift zelfs, dat Willem de III.,
in 't jaar 1308, de Heerlykheid van Gouda,
en, in 't jaar 1309, de Heerlykheid van
Schoonhoven aan zynen Broeder, Jan van
Henegouwen, Heere van Beaumont, hadt
gefchonken (m). Men zal, derhalve, Vrouw
Margareet, by haare inhuldiging, bewoogen
hebben, om zig te verbinden, dat Amfter-
dam, door haar,noch door haare nakome-
lingen , nimmer van dé Graaflykheid ge-
fcheiden zou worden; welke verbindtenis de
volgende Graaven altoos naargekomen zyn:
en is Amfterdam, van deezentyd af, altoos
W ?ï' Mieris Charterb. II. Diel,hl. ya% , 7IO, 7iï.
(m) Z,e M.Eius chaiterb. II. Bttl, H. 77
, n.
I. STUK.
Vrouw Margareet beveftigde, twee da-zy be
ves-
gen na 't verkenen der Handveft van wel- tigt de
ke wyfpreeken, alle de Handveften, dievooris°.
den Poorteren van Amfterdam, door haare en §eefc.
Voorzaaten, de Graaven van Holland, ge-J^f™.1"
geven waren. Zy voegde 'er nog deeze we Haiïd-
byzondere Handveft by „ dat een Poorter, vetten.
,, eenen dootflagh doende buyten der Stede ,
„ na dat hy zig met de 'magen des dooien
„ verzoend hadt , der Graaflykheid niet
„ meer dan twintig pond fchuldig zyn zou,
thien pondt van boeten, ende thien pondt ter
,, Landtwinninghe, of verkrygingè van vry-
„ geleide (»)." In de Handveft van den
jaare i342,was,gelyk wy boven (bl. 110)
zagen, vaftgefteld , dat een doodflaager,
die op de daad gevat werdt, den hals en
twintig pond verbeuren zou; en dat een ge-
weekene balling verklaard zou worden, en
dezelfde boete betaalen; doch VrouwMar-
gareet fchynt hier wat nader te hebben wil-
len komen by de aloude gewoonte, en toe-
ft aan , dat een doodfiag, die iuyten der Ste-
de
begaan was, na dat de daader zig met
de maagen des nedergeflaagen verzoend zou
hebben, alleen met geld geboet werdt. De
doodfiag binnen de Stad , aan welker in-
wendige ruft meeft gelegen was, bleef al-
leen nog ftrafbaar aan den hals.
Midlerwyl, duurde de twift met Deven- Amfter-
ter nog. De Stad Amfterdam deedt haar dp ver-
beft , om de andere vrye Steden van Hol- b zi?
land over te haaien, om zig haare belangen ge steden
aan te trekken: en 't gelukte haar,eerlang, tegen
eenige Steden hiertoe te beweegen. Men Deven-
kan zulks afneemen uit een Verbindfchriftter-
der Stede Beverwyk, welk nog,behoorlyk^?t^'_
bezegeld, in de Oude Kerke, Laade XXVI., ZOIKjer
bewaard wordt, en onder anderen ten be- met Be-
wyze verftrekt, dat byzondere Steden, ten vcrwyk.
deezen tyde, verbonden van onderlingebe-
fcherminge plagten te fluiten. Het is nog
nimmer in 't licht gegeven; waarom het den
Leezer niet ongevalüg zal zyn, dat wy 't
hier invoegen :
Wy fcoute fcepenen ende raedt van Beverwike
make cond allen luden alffe dat %vi ons verwilkoert
hebben mitter Stede van Amfterdam hare helpen
te wefen ende^ here befte te doene mit den anderen
vryenßeden in hollant alffe van den twifte de zi
nu hebben theghens de van Deventer. In or-
conde defen letteren befeghelt mit onfer ftede ze-
ghele, gbegbeve des dyngsdach nae onfer vrou-
wen dach annonciatie int jare ons heren dujent
drie hondert feven ende veertich.
Hier onder hing het zegel der
Stede Beverwyk , in groen
wafch, aan eenen enkelen
franchynen ftaart.
Men
(n) Hand*, tl. 7°> >3J [+]•
Q
-ocr page 175-
II. Deel.
AMSTERDAMS
nS
fterdam werdt thans onder de vrye Hol-
landfche Steden geteld. De Stad hadt, niet al-
leen, reeds in't jaar 1351, eene Dagvaart dier
Steden, in denHaage, bygewoond (V); maar
was zelfs , gelyk wy wat laager zien zullen,
in't jaar 13 49, op eene Dagvaart der Holland-
fcheSteden te Geertruidenberg verfcheenen.
't Was dan niet vreemd, dat zy zïg het voor-
regt toeêigende , welk de Regeering van
Staveren aan de Hollandfche vrye Steden in
't gemeen verleend hadt , en dat zy den
Brief dier Regeeringe plaats gaf onder haa-
re Hand veften. In 't jaar 1360, kogt zy
zig ook vry van den tol der Heeren van Was-
fenaar, die te Leiden, te Gouda en te Kat*
wyk ontvangen werdt Qw), voor eene jaar-
lykfche rente van twee en dertig pond Ho 1-
landfeh; welke rente, eerlang, aan Heere Flo-
ris van Alkemade ver kogt werdt, diezeder
Stad, in 't jaar 1403, kwytfcholdt. Alleen-
lyk bleef zy verpligt, de WalTenaarfche
marktollen, te Vlaardingen, te Voorfchoo-
ten en te Valkenburg, te voldoen (x).
Doch terwyl de Stad dus zorgde voor 't oor-
belang van haaren Koophandel, was, hier fprong
te Lande, ontftaan de hevige tweefpalt der van dfil1
Hoekfchen en Kabbeljaauwfchen, die om-^^'eii
trent anderhalve eeuwe geduurd heeft, en Kabbel'
waarin Amfterdam ook diep gemengd ge- jaamv-
weeft is; waarom het wel dienftig zyn zal, fchen
dat wy deszelfs oorfprong alhier kortelyk ^va""
aantekenen.
                                                   p
Vrouw Margareet hadt het bewind der
Regeeringe van Holland, reeds in Septem-
ber des jaars 1346, afgeftaan aan haaren
tweeden Zoon, Hertoge Willem,onder
den titel van Stedehouder en Regent [Vica-
rius & Gubernator
(y)], dien hy egter niet
gevoerd heeft. De Graavin was, hierop,
naar Henegouwen, en federt naar Beieren
vertrokken. Hertog Willem hadt, in haar 134?'
afzyn, zo veel gezags weeten te verkrygen
hier te Lande, dat Vrouw Margareet zig
genoodzaakt zag, hem, in 't begin des jaars
1349, het Graaffchap van Holland, Zee-
land en Friesland af te ftaan, alleenlyk He-
negouwen voor zig behoudende. De brie-
ven , hiervan verleend, werden bezegeld, Eexüs
door de Edelen en Steden van Holland enblyk,^
Zeeland, die te Geertruidenberg befchree- Am(iet'n0
ven waren. Amfterdam bevondt zig ook^^rc
onder de Steden (2): en deeze is de eerfte de^E*'
reize, dat ons de Stad, in oude Schriften, len en
op eene Dagvaart der Edelen en Steden van StedeJj0i
Holland, is voorgekomen.                           vanH
0                                               TA 1 'and
Doch heeft
(v) Zie Privileg, van Haarl. hl. 3«.                                     hvae- >
(w) Zit Groot-Plakaatb. irr. Deel, */. 7r?.                          yb j,
(x) Handv. bl. iz7, ug. [5], MiEius Chartert». III. w0°"
Deel, il- "9, 120, rit, 778 , 781, 783.
(y) Zie Mieris Charterb. II. ütel, bl. 728.
(z) Groor-Plakaatb. III. Deel, il. 1. Miehis Chartert.
II. Deel, il. 745, 768.
Men weet niet regt, welke gevolgen dee-
ze en diergelyke verbindteniiTen gehad heb-
ben; doch't blykt, dat die vanAmfterdam,
de fchade,hun door de Stad Deventer toe-
gebragt, op derzelver ingezetenen willende
verhaalen, dezelven van eenige goederen
beroofd hebben. Jan van Jrkel,midierwyl
tot Biflchop van Utrecht verheeven zynde,
en het gedeelte van Overyffel, welk aan
den Graave, nu Hertoge van Gelder, ver-
pand geweeft was, wederom geloft hebben-
de, bewoog Vrouw Margareet, om haar
beft te doen, tot het verzoenen der twee
Steden: 't we'lk eerlang gelukte (0). Men
kwam overeen, dat Amfterdam den Koter-
tol voortaan niet betaalen zou van boter,
kaas en zout; en van andere waaren zo.veel,
als twaalf Schepenen van Deventer, op hun-
nen eed, verklaaren zouden regt te zyn. En
deeze verklaaring , waarin Schepenen en
Raad van Amfterdam benutten, gefchied-
de op Dingsdag na S. Vi&orsdag, zynde
den zevenentwintigften February des jaars
1347 (p). Wat laater, in 't zelfde jaar, be-
taalde Amfterdam aan Deventer fwalfpunt
groete ende drie punt groete
, die den burghe-
ren
der laatftgemelde Stad , door die der
eerftgemelde, ontnomen geweeft waren (q).
En in 't begin des jaars 1348, erkende De-
venter nog vierhundert punt fwarte tornoyfe,
voor zoengeld, van Amfterdam ontvangen
te hebben (r). De twift uüTchen de twee
Steden was hiermede, voor eerft, bygelegd.
De andere Hollandfche Steden, die Deven-
ter , federt eenigen tyd, ook zwaarer tol-
len hadden afgevorderd, kreegen, eerlang,
bevel van Hertoge Willem van Beieren ,
Zoon van Vrouwe Margareet, om de inge-
zetenen deezer Stad, op hunne oude tollen,
te laaten vaaren (j). Amfterdam moeft zig,
ondertuffchen, te vrede houden met zo veel
vryheid van den Kotertol , als men , ten
deezen tyde, hadt können bedingen.
De Regeering der Stad, bezeifendc, hoe
veel 'er, voor den opkomenden Koophan-
del haarer ingezetenen, aan gelegen ware,
dat zy, in Holland niet alleen, maar ook in
'tStigt vanUtrec-ht, voor tolvry erkend werdt,
bragt tewege, dat men haar, in't jaar 1350,
tolvry verklaarde in Waterland (f). DeRe-
o-eering van Staveren , de Biflchoppelyke
tollen aldaar aan zig genomen hebbende,
verklaarde ook, in 't jaar 1353, de Porten
der vryen Steden in Holland tolvry (u). Am-
fc) DUMBAR Deventer, bl. $14, jij.
(>) Handv. */. 67 [i«ij DUMBAR il, m.
\<l) Quitantie, in de Oude Kerke, Laaie XXVI.
(r) Qiiitantie ah boven.
(s) Zie DUMBAR il. si6. MlEHIs Charterb. II. Deel,
*'. 73 J.
(«) Handv. il. 24.
(«) Handv. il. iso.
Zoen
tuflehen
Deventeï
en Am-
fterdam.
I348.
Amfter-
dam ver-
krygt tol
vryheid
in Wa-
terland
en elders
-ocr page 176-
GESCH1E D E N 1 S S E N.
II, Boek.
119
Amfter-
dam
v°egt zi.
aan de
fabbel-
Jaauw-
Pie ■
*Me.
dien zy aan zyne Vrouwe Moeder <*edaan
hadden, en hunne hulde ontving (ef.
Hertog Willem, de gunft der Edelen en Hertog
Steden, die zyne zyde gekooren hadden, Willem
noodig hebbende, vooral na dat hy, in 'tbelooft
begin des jaars 1351, den Scheepsftryd voor J" 'J™
Veere verlooren hadt, beloofde hun, wat steden,
laater, dat hy , ten naailen jaare, geene waaron-
erffenijje, renten noch heerlykheden vercoopen, ^"£eok
verfetten, noch weg geeven; geene Vryheden (lam Wa"s
verpagten, noch geene Baljuwfchappen of te zullen'
Schoutampten, voor 't leeven of erfelyk,inne?-
opdraagen zou, dan by zynengemeenenRa-mQn'
de
en tien Hollandfche Steden', van wel-
ken Amfterdam de vyfde in rang was; of
deedt hy 't, zo zou 't niet, en van geener
waarde zyn (ƒ). Hy begunftigde Amfter-
dam, wat laater, nog in een ander opzigt:
want, by eene Handveft van den vyftien-
den December deszelfden jaars, 't verkoo-
pen van uitheemfchbier,inKennemerland,
Weftfriesland, Amftelland, Waterland en
Zeevank, verbiedende , geeft hy aan de
Stad alleen verlof, om, binnen haare vry-
heid, zulk bier te verkoopen, als zy goed-
vondt (g).
Doch Hertog Willem, thans zo zeer in- Hy ver-
gewikkeld in den oorlog met den aanhang draagt
zyner Moeder, hadt, kort te vooren, vrede j"sn's wde&'
gemaakt met Jan van Arkel, Biffchop van Heerlyk-
Utrecht, wien hy, in 't jaar 1348, den oor- heid van
log verklaard hadt. De Biffchop beloofde Amftel,
by 't Verdrag van Vrede, Hertog Willem ^hon
te zullen beleenen met de Heerlykheid van van tj.
Amftel, op gelyke wyze,als de Heeren van trechc
Amftel dezelve van den Stigte plagten te
houden, behoiidelick elk zyns rechts (h). Doch
hy floot, in't volgende jaar, den vierentwin-
tigften July, juifl op dezelfde voorwaarden,
een Verdrag van Vrede met Vrouwe Mar-
gareet (/), die hy, naar 't fchynt, zo wel
als haar Zoon /onverkort laaten wilde in
haar regt tot de Landen. Ondertuffchen,
moet men niet denken, dat de Heerlykheid
van Amftel, en de Stad Amfterdam in 't by-
zonder thans meer afhangkelyk werden van
't Stigt, dan zy, federt eenige jaaren, ge-
weeft waren. De uitdrukking behoudclick elk
zyns rechts geeft wel te kennen, dat de Bis-
fchop nog eenigen eifch op deeze Heerlyk-
heid open hieldt; maar te gelyk,dat hem,
van de andere zyde, deeze eifch niet toe-
geftaan werdt. Voorts, hadden de Steden
Delft, Haarlem, Leiden,Amfterdam,Alk-
maar, Schiedam en Rotterdam zig verbon-
den, om den Biffchop en der Stad vanUtrecht
vyf-
(e) Zie Mieris II. Deel, tl. 7S«.7S°-
(ƒ) Zie Mieris II. Deel, tl. 795.
(g)
Privilegien van Haarl. tl. 3 5-
(b) Zie MIRRIS II. Oeel, tl. 7yl, 793.
(«> Id. ibid. il. Sio, »U,
Q2
Doch 't leedt niet lang, of daar ontftondt
een hevige twift tuffchen Moeder en Zoon,
5 ter gelegenheid, naar 't fchynt, dat Hertog
Willem draalde met zyner Moeder bezegel-
de Brieven te leveren, waarby haar eene
jaarlykfche fomme,uit de inkomffcender af-
geftaane Landen, werdt toegelegd («). Zo
ver ging de afkeerigheid, dat Vrouw Mar-
gareet zig, met eenen aanhang van Edelen,
zogt te ftcrken, om haaren Zoon wederom
te ontzetten van de Regeeringe; terwyl Her-
tog Willem ook zyne vrienden hadt onder
de Edelen, en vooral de voornaamfte Ste-
den aan zig hadt weeten te verbinden. Die
de zyde des Zoons hielden , werden Kab-
beljaawwfcben
genaamd , veelligt, om dat
zy de magtigften waren, en als groote vis-
■fchen de minderen dreigden te verflinden.
Die der Moeder aanhingen, heetten Hoek-
fchen,
om te kennen te geeven, datzy mid-
del hadden, om hunne partyen te verkloe-
ken, gelyk de Kabbeljaawso met den hoek
gevangen wordt. Men vindt dat, reeds in
't bégjn des jaars 1350, Wolferd, Nikolaas
en Fioris van Borfelen, onder deZeeuwfche,
en. Dirk van Br ederode, onder de Hollandfche
Edelen, zig verbonden hebben, om Vrouwe
ï ''"reet getrouw te zyn. Jan vanNoor-
deloM
verbondt zig, wat laater, om haar
t nen, doch niet tegen haaren Zoon,
ten ware deeze haar eerft met de wapenen
iantaftte (». Maar Hertog Willem floot,
ir
             .en Verbond met die van Ark el,
E and , Heemskerk en andere Edelen,
en met twaalf Hollandfche Steden, onder
welken ook Amfterdam was, die allen be-
loofden , hem te zullen handhaaven in 't
Graaflyk bewind (V). Men kwam, van de
eene en de andere zyde, tot hevige daade-
lykheden, waarin ook die van Amfterdam
de hand hadden. Eenige Hoekfche Sloten
werden bemagtigd en vernield, door de
Kabbcljaauwfchen. Het Slot te Geertrui-
denberg,welk, door Filips van Polanen,die
de Hoekfche zyde hieldt, bewaard werdt,
ging over by verdrag (d). 't Schynt, daaren-
tegen, dat de Hoekfchen eenigen tyd mees-
ter van Dordrecht geweeftzyn, en dat Her-
tog Willem toen, by eenen Brief van den
zeventienden September des jaars 1350, te
Geertruidenberg gedagtekend, de Landzaa-
ten in 't gemeen en die van Dordrecht in't
byzonder veroorlofd heeft Vrouw Marga-
reet te erkennen; doch 't leedt maar tot in
April des volgenden jaars, toen hy die van
Dordrecht wederom ontfloeg van den eed,
(<») Zie Minus Charrerb. II. Deel, hl. 771.
<*) Zie Mieris Charterb. II. Dnl, tl. 767,773,774.
,/'i Q,'°ot-flakaab. III. Deel, tl. z. Zie tok. MlKRlS
II. Oeel, hh 77!.
                                            ^ *
(d) Z,e Mukis II. Deel, il. 7!J,«««» 813, *4+.
J35o.
3
:5X.
-ocr page 177-
AMSTERDAMS
II. Deel.
IAO
vyfendertighonderd ponden en vierhonderd met geld en volk, boven verpligting, ge-Handves*
ponden zwarten tournois te zullen voldoen, diend hadden, op allerlei wyze, genoegen ten.
in vergoedinge van zekere geleeden fchade te geeven. Aan zyne goede Luydenvan zy- J355'
en gedraagen' kollen; welke penningen Her- ne Stede van Aemfielredamme onder anderen,
tog Willem den Steden beloofde te zullen beloofde hy, by eenen Brief van den der-
wedergeeven: ook verpandde hy haar, daar- tienden May des jaars 1355, in denHaage
tegen, eerlang, zyne renten van Noordhol- getekend, dat hyze ontheffen zou van alre
land, dat is van Holland benoorden de Maa- Borchtochten, die fy voor hem ghelooft had-
ze, tot aan Kennemerland en Amftelland den; ende dat hyze quyten zou van al/ukken
toe, en alle de goederen, die, ten behoe- gbelde, als fy voor hem beiaelt hadden, ende
ve der Graaflykheid verbeurd verklaard wa- fy wettelyck betoogen mogten (0). By eenen
Merk- ren (£). De zeven genoemde Steden, ne- anderen Brief van den zelfden dag, beves-
waardig vens Geertruidenberg, Oudewater,Meden- tigde hy niet alleen de Handveft van Graa-
Verbond ^fc. enviaardingen,flooten, in September, ve Willem den IV. van den jaare 1342, en
ft^dam^" een onderling Verbond, inhoudende,, dat alle andere Handveften van de Graaven,
erftien* » ZY' z'g onderwonden hebbende Hertog deszelfs Voorzaaten; maar hy verbondt zig
andere „ Willem Her e te maken ende machtich fyns ook, om alle verouderde of verdonkorde 1
Holland- M Unds, en zig, ten dien einde, in zwaare Handveften te vernieuwen; hy beloofdezy-
- Steden. " ^hulden hebbende gefteken, eikanderen ne lieve Stede van Jmßelredam nimmer te
„ byftaan zouden, wanneer eene van allen zullen fcheiden van 't Graaffchap van Hol-
„ daarom in ongelegenheid ofvyandfchap land; en hy verklaarde, dat een Poorter,
„ kwame. Ook zouden zy, na 't affterven die zyn Lyf met recht e verbeurde, aan hem
j, van Hertoge Willem , geenen anderen niet meer dan half zyn eyghelyke goedt zou
j, Heer aanneemen, dan gelykelyk enover- mogen verbeuren, zullende de andere helft
„ eenkomftigmetdeKeizerlykeBrieven(T)," blyven zynen wyve, wettige kinderen, en
by welken de Landen, na Hertog Willem, regten erfgenaam. Volgens de Handveft
aan zynen jonger Broeder , Hertoge Al- van 't jaar 13 42, verbeurde een doodflaager,
brecht, waren toegezeid (m).
                 . gelyk wy boven (bl. 110) zagen,niet meer
Zoen         Voor 't fluiten van dit Verbond, was 'er, dan twintig pond uit zyn goed, boven den
tuffchen op den vierden July, wederom een Scheeps- hals of de ballingfchap. Doch 't fchynt,
Vrouw ftryd voorgevallen by de Zwarte Waal,op dat men,om zwaarder misdaaden,ten dee-
reetSen ^e Maaze, waarin Vrouw Margareet te kort zen tyde,fomtyds al de goederen verbeurd
Hertog gefchooten was. Zy week federt naar En- verklaarde. En hiervan heeft Hertog Wil-
Willem. geland, en bewoog Koning Eduard den III., lern de Poorters van Amfterdam willen be-
die met haare Zufter,Fi/ipja, gehuwd was, vryden, verklaarende dat iemant wel min-
om aan de verzoening met haaren Zoon te der, maar nooit meerder dan zyn lyf ende
arbeiden. Hy wendde 'er, eenen tyd lang, helft van zyn goed zou mogen verbeuren,
zyne poogingen toe aan. Doch de Zoen Eindelyk, ontheft hy die van Amfterdam
werdt, eerft op den zevenden December ook van alle verpligting tot betering der fcha-
des jaars 1354, te Bergen in Henegouwen, de, die zy hunnen Landsluiden van de Hoek-
door bemiddeling van Jan van Henegouwen, fche zyde, in den jongilen inlandfchen oor-
Heere van Beaumont, en Walraven van Lu- log, hadden toegebragt. Voort, zegt hy,
xemburg, Heere van Liny, getroffen. Her- foo nemen wy op ons , ontheffen ende füllen
tog Willem werdt verpligt, zyne Moeder ontheffen onfen goeden luyden van Jmfielre-
om vergiffenis te verzoeken. Holland, Zee- dammeghemeynlyckalledoodjlaghe,roof,bran-
land en Friesland werden hem, op nieuws, de, fchattinghe, rechteniffe [lees vechteniffe,
afgeftaan. Vrouw Margareet behieldt al- dat is, gevegt, gelyk anderen (j>) te regt
leenlyk zeker jaarlykfch inkomen uit dee- leezen] van lyve, vangheniffe, brekinghe van
ze Landen, benevens het Graaffchap He- Huyfen ende vanVeßen, dat in defen oorloghe
negouwen (n). Doch zy ftierf, kort hier- om des oorlooghs willen gefchiet is, ende dat
na, op den dertigften September des jaars gheweeß heeft tuffchen onfer liever Vrouwen
1355.
                                                       ende Moeder ende hare hulperen, ende ons en'
Hertog Hertog Willem zag zig zo dra niet ge- de onfen hulp er en, f onder ons ofte yemande be-
Willem fteld in 't geruft bezit deezer Landen, of teringe daer af te doene (q). Volgens de ge-
verleent ^y bevlytigde zig, om den Steden, die hem, woonte deezer tyd en en het regt des Lands,
verfehl in den verzoenden binnenlandfchen oorlog, waren zy, die, in eenenburgerkryg,ande-
rn- 1 *
                                                                ren befchadigd hadden, gehouden tot ver-
(k) Zit Mieris Charterb. II. D"l, U. 79S, «»»•                                                                                             ZOe-
(l) Groot-Plakaatb. III. Deel, il. 3.                                    (#) Handv. */. 7$. [s]
(n) Mieris Charterb. II. Detl, bl. 727.                            (p) 2ie MlSRis Chartert). II. Dril, il. »42.
(n) Groot-Flakaatb..111, Dttl, U. 4-                                   (f j Htndv. il. iiS. £+]
\
-ocr page 178-
GESCHIEDENISSEN.
121
II. Boek.
digwas, herwaards begeven, en zogt zig
het Slot te Geertruidenberg , welk toen ,
door Simon van Teilingen, bewaard werdt,
te doen in handen Hellen. Vrouw Magteld,
die zig binnen Aath in Henegouwen bevondt,
fchreef van daar brieven naar Holland ,
waarby de Edelen en Steden vermaand wer-
den , om de Stad en 't Slot van Geertrui-
denberg te befchermen tegen Hertog Al-
brecht (y). In Auguflus , keerde Hertog
Willem wederom naar Holland (V); en kort
na zyne te rugkomft, befpeurde men, in
hem, taftelyke blyken van krankzinnigheid;
waarop hy, eerft in den Haage,vaftgezet;
en naderhand naar Quesnoi in Henegouwen
gevoerd werdt; alwaar hy, tot aan zynen
dood toe, die in 't jaar 1389 voorviel, op-
geflooten geweeft is (x).
Doch in deezen Hand der dingen, herleef- Hertog-
de de voorige partyfchap der Hoekfchen Albrecht
en Kabbeljaauwfchen wederom. Delaatflen wordt,
waren, door Hertoge Willem, alommebe- $°?T.,
gunftigd, en hadden der Steden Regeering derHoek-
in. Zy beweerden, derhalve, dat men,fchen,tot
geduurende de ongeileldheid van Hertoge Ruwaard
zoening met de befchadigden of derzelver
maagen,en tot boete aan den Graave.Doch
van 't een en 't ander ontheft Hertog Wil-
lem de Amfterdammers, om dat de'vyan-
delykheden, ten zynen behoeve, gepleegd
waren. Zo hadt hy reeds te vooren aan die
van Leiden het doodflaan van Klaas van
Zwieten
vergeeven, en voor zyne rekening
genomen af't gene die van Dordrecht tegen
zyne vyanden gedaan hadden, en nog doen
zouden (f). Ondertuiïchen, ziet men, uit
de aangehaalde woorden onzer Handveft,
tot welke uiterften, de partyfchap, in zo wei-
nige jaaren, reeds gekomen was. 't Was
by geen beftormen en vernielen van Huizen
en Sloten gebleeven; maar't Land was met
roof en brand, met vegten, vangen en dood-
flaan, vervuld geweeft. En fchoon de he-
vigheid, na den Zoen des jaars 1354, be-
daard fcheen,herleefde zy egter geduurig-
lyk, gelyk wy, wel haafl, zien zullen.
't Jaar 1355 was nog niet verkropen, toen
Hertog Willem, t'onvredeop deStigtfchen,
die, na 't jongfle Verdrag, eenige vyande-
lykheden gepleegd hadden, befloot, den Bis-
Willem, 's Lands Regeering aan zyne Ge- no^
maalin, Vrouwe Magteld , toevertrouwen
moeft. Doch Hertog Albrecht, hiervan
niet onbewuft, hadt zig, ondertullchen, ee-
nen magtigen aanhang weeten te verkrygen
onder de Hoekfchen, die eenpaariglyk (taan-
de hielden, dat men hem , tot Ruwaard,
Toeziender
en Be/c hermer der Landen behoor-
de te verkiezen: en zy bragten 't zo ver,
dat hiertoe, den zevenentwintigftenFebriia- 135^-
ry des jaars 1358, op eene Dagvaart der
Edelen en Steden te Dordrecht, zelfs met
bewilliging van Vrouwe Magteld, beflooten
werdt (y). Hertog Albrecht werdt, ver-
volgens , in de voornaamfte Steden van
Holland en Zeeland, als Ruwaard ingehul-
digd, zelfs te Amfterdam, daar men, te
vo°oren, de Kabbeljaauwfche zyde gehou-
den hadt. Hy beloofde, alommé, en ook Ook te
hier ter Stede „ de Landen te zullen regee- Amfter'
ren, by de goede Steden, en by den raad dam>
der genen, welken hy,met gemelde Ste-
den, daartoe neemen zou, opfulke goede
Coflutnen ende recht, als
zyne lieue Ouders
voertyts 't Land gereghiert ende bekethad-
„ den: alles behoudelic Ridderen, Knapen,
,. Steden, ende eenen yghelikenfyns rechts (z>"
De brief was te Amfterdam gegeven, inde
tegenwoordigheid van verfcheide Duitfche
°
              °                                       Ede-
Cu) Zh Mixris Charterb. III. WH *ƒ• "» 2'-
(w) Aft. publ. Angl. Tem. III. ?■}' f- I++"
(x) Vsdeil. Hift. III. Oul, f'- ff1' „. n . .
(y)
Groot-Plakaatb. IV. Oti', «■ »• «»• Olil, bl. j.
Mieris Charterb. III. D«l, «• 19, 4° , 4J. Pnnl. van
Haarl. hl. 3v-
              r ■,
z) Handv. tl- 7'- UJ'
Q3
St
ku,Iïeer-
4 **-
fi-hop van Utrecht den oorlog te verklaaren.
De oorlog werdt, van wederzyde , flerk
voortgezet. Weesp en Muiden vielen, in
't volgende jaar, den Biffchop in handen.
Doch Hertog Willem bragt hem, eerlang,
zo zeer in 't naauw, dat hy genoodzaakt
werdt tot het aangaan van een Verdrag ,
welk, den dertigften Juny des jaars 1356,
■op de Hoogewoerd by Utrecht, getekend
werdt. Het behelsde, onder anderen „ dat
„ de Biflchop Hertog Willem, als Graaf
M van Holland, verlyden zou met deHeer-
„ lykheid van Amftel, behoudelick hem ende
zynre Kerken haaren pagt, gelyk van ouds,
ende elckermakk zyns recht (ƒ): 't welk, met
den Zoen des jaars 13 51 (0. overeenkwam.
Hertog Willem deedt, in 't volgende jaar,
een' keer naar Engeland , alwaar , zo 't
fchynt,nog eenige zaaken te regelen waren
xnet Koning Eduard, wien Vrouw Marga-
reet, reeds in't jaar 1350, de Regeering
haarer Landen,voor een bepaald getal van
jaaren, afgeftaan hadt (u). Magteld, Dog-
ter van Henrik, Hertog van Lancafier, en
Gemaalin van Hertoge Willem, nam de Re-
geering der Landen waar, in 's Hertogs af-
wezendheid. Maar Hertog Albrecht, zo 't
fchynt, bedugt, dat 'er, in Engeland, iet
geflooten mögt worden , ten nadeele van
zyn regt van opvolginge in 't Graaflyk be-
wind, hadt zig, terwyl zyn Broeder uit'lan-
(r) zze Mieris Charterb. II. Deil, tl. 804, S14.
Y' ??.e MlERis Charterb. III. Deel, tl. 1, 1.
V\fr'eM^ voor, il. 119.
(») \ad«l.Hift. ui. Dal, il. ï77, *J>«.
x3'
-ocr page 179-
AMSTERDAMS II.Def.l.
digden de Delvenaars de Sloten Polanen en
Binkhorft. De Ruwaard belegerde hierop-
de Stad omtrent tien weeken agtereen, in
de Lente des jaars 1359, en bemagtigdeze
ten laatfte : waarna de ruft aldaar, voor
eene wyle tyds, herfteld werdt. Te Haar-
lem en te Leiden, was ook eenige bewee-
ging geweeft (e), die , vermoedelyk, uit
de zelfde oor zaak ontftaan was: doch waar-
van ons, myns weetens, nergens cenig klaar
befcheid nagelaaten is.
Even weinig is my gebleeken, hoe't zig, Onder-
by deeze verandering der Regeeringe , te zoek, of
Amfterdam hebbe toegedraagen. 't Is ge-^e ^.
heel onzeker, of Hertog Albrecht ook hier^L"^
de wet buitens tyds verzet hebbe. Zulks Amfter-
zou niet te wagten geweeft zyn, zo de Stad, dam, te"
gelyk fommigen aantekenen(ƒ),voorheen,deezeI1oK
derHoekfchepartye toegedaan geweeft wa-^énge'
re. Doch wy hebben, uit egte (lukken, ge-WOonlyIC
toond, dat zy altoos de Kabbeljaauwfche veran-
zyde gehouden hadt. Zy hadt, 't is waar,dcrd ^'
gelyk de meefte Steden van Holland, Her-
tog Albrecht voor Ruwaard erkend; doch
hy oordeelde, veelligt, dat zulks niet zeer
van herten gefchied was; en zo hy dus ge-
oordeeld hebbe, heeft hy, müTchien, on-
tydige verandering gemaakt in de Wet.
Maar 't zou ook zyn können, dat de Wet-
houderfchap van Amfterdam zig zo fpoedig
gevoegd heeft aan de zyde van Hertoge Al-
brecht , die thans de magtigfte was, dat zy,
daardoor, zyne genegenheid gewonnen
heeft, en in't bewind gebleeven is. WatHetPa*"
'er van zy, ik vind niet, dat Hertog Al-toor' ^
brecht, ten deezen tyde, eenige verande-q^
ring te Amfterdam gemaakt heeft, dan dat Kerke
hy Gerard Hert, die de Kerfpelkerk,zyndewordt '
de Oude Kerk,eenigen tyd kwalykbediend aan
hadt, van den dienft afzette, en het Pas- ^ op.
toorfchap, in Juny des jaars 1359, aan Jan gedraa-
van Alten opdroeg; in welke opdragt, merk- gen.
waardig is, dat dezelve gefchiedde, op be- is59'
vel van den Heere Hertoge
, b-j gerne enen Raade
der Heeren en Steden, toen tegenwoordig. [_Jus-
fu Domini Ducis
, per commune ConfiUum Do-
minorum
£f Villarum tune prefens (g)]. Kon En heC [
hierna,ftondthy het regt om deezePaftoo-Patroon'
ry te begeeven aan zynen Raad, Gerrit van ^".£3
Heemflede, af. Ook gaf hy eene opengeval- aan G«1''
len Kapellaansplaats aan S. Katherynen - al- rit van
taar, in dezelfde Kerke, aan Heere Ever'artfHeem-
Ludekyn (h). Al dit gefchiedde, uit krag- ftc
te van het Regt van Patroonfchap, welk de
Graaven, hier te Lande, hadden, over alle
Ker-
(t) Zie Mieris III. Deel, il. st, «7-
Edelen van des Hertogs gevolg, op ten elfden
dach der maent van Maerte,in't jaer om he-
ren du/ent drie hondert zeven ende vyftich
, dat
is, naar de wyze van rekening, die Hertog
Albrecht volgde, en, volgens welke, het
jaar met Paafchen begon, 1358-
Aanmer- Men ziet, uit de voorwaarden, op wel-
kingen ken Hertog Albrecht Ruwaard werdt, voor
over zy- ggrß . dat ^e Edelen en Steden zekere reg-
fteUing". »«»hadden, naar welken de Graaven ge-
houden waren te regeeren; en ten anderen,
dat zelfs de oude en welherbragte Coflumen
of gewoonten een regelmaat verflrekten voor
de Graaflyke Regeeringe. 't Laatfle was,
reeds in 't jaar 1281, door GraaVe Floris
den V. erkend, die, in eene Huwelyks-
handeling tuffchen zyne Dogter Margareet,
en Alfonfus, Zoon van Eduard den I., Ko-
ning van Engeland, verklaarde „ dat de
voorwaarden van het geflooten Huwelyk
, geenen ftand zouden können houden, zo
„ zy bevonden werden onbeftaanbaar te
5, zyn, met 's Lands Wetten en Gewoon-
„ ten." [Quodfi forte pacla hujusmodi adeo
formari & ajfecurari non pojfint
, quodfecun-
dum leges
£? confuetudines term nofirce habeant
perpetui roboris firmitatem, pro infeclis om-
nia
, quce promifimus, habeantur («).]
Zoen der Wat laater, in't jaar 135^ betaaldede
Stad we- gtad Amfterdam aan Dirk Foppens zoon, 's
delftaSt" Hertogs Klerk, zeshonderd bruxer of Brus-
felfche Schilden, die zy, wegens zekere be-
lediging , den buuren van Kudelftaart aan-
gedaan, jegens de Graaflykheid verbeurd
hadt. De kwytfchelding , die door Her-
toge Albrecht bezegeld, en op finte Lucas
dacb,
dat is, den agttienden Oclober des
jaars 1358, te Geertruidenberg gedagtekend
was, is in het eerfle Prhilegieboek der Ste-
de f. 7 te leezen (b). Doch by welke ge-
legenheid , of om wat reden, die van Am-
fterdam den opgezetenen van Kudelftaart
cenige fchade hadden toegebragt, is niet
tot myne kenniffe gekomen.
Bewee- Ondertuffchen, was Delft de eenige voor-
gingen te naame Stad in Holland, die Hertog Albrecht
Delft te niet hadt ingehuldigd, of die, na dat zy hem
fnaatre ingehuldigd hadt, tegen hem opftondt. De
Leiden, reden van deezen opftand fchynt geweeftte
zyn, dat de Ruwaard aldaar, buitens tyds,
eenige verandering in de Regeeringe maa-
ken wilde, welke men hieldt te ftryden met
der Stede Privilegien (c). Hieruit rees zo
groot eene beweeging in de Stad, AztDirk
Aderop
gedood, en eenige anderen in heg-
tenis genomen werden (ß)- Zelfs overwel-
(4) Aft. publ. An?I. Tom. I. P. II. P- iSj.
(b) Zie ook. Mieris Charretb. III. Deel, kl. 6s.
(e)
ïiagra. Chron. Rhytm. in MATTH.BI Anal. 7m.
t. p. 65-
(d) Zit MiSRi« Chwteib. III. Ditl, **. 4t.
(f) M. VOSSII Atnal. Libr. X. />. 331.
.. MlSRis Chaitetb. III. Deel, bl. 99.
\h)
MIERIS Chairerb. UI. Deel, bl loz, ioj. Ei RlE-
ME» 's Ciaveah, I. Betl, il. 314. Aant. (j)
-ocr page 180-
GESCHIEDENISSEN.
II. Boek.
123
geheel ander oogmerk gehad hebbe, ende
negentien perfoonen, naderhand, zwaarder
gebreukt zyn, zou ik, by gebrek van egte
aantekeningen, niet durven verzekeren.
Nogtans wil ik niet ontveinzen, dat de eer-
fte giffingmyde waarfchynlykfte voorkomt.
De Stad, fchoon Kabbeljaauwfch, hadt zig
van de eerften verklaard voor het Ruwaard-
fchap van Hertoge Albrecht, en hem, in
perfoon ,. ontvangen en gehuldigd. Doch de
Ruwaard zal, waarfchynlyk, naderhand, zy-
ne Hoekfche vrienden, op welken hy meelt
vertrouwde, zowel te Amfterdam, als in
andere Steden, ter Regeeringe hebben wil-
len indringen. Maar dit heeft niet können
toegaan zonder opfchudding, welke, door
de negentien perfoonen, die ik voor Hoek-
fchen houde, verwekt of gevoed geweeft
zal zyn; waarom de Ruwaard hen zal heb-
ben willen ontheffen van hun aandeel in de
boete, die de overige ingezetenen, en on-
der dezelven ook de voorige Regenten,om
hunne Kabbeljaauwfchgezindheid, verpligc
werden op te brengen. De opmerkende
Leezer zal, ondertuilchen, deeze onze gis -
fingen zeer wel weeten te onderfcheiden
van 't gene wy voor egte Hiftorie opgeeven.
Ruim een jaar voor 't verkenen van dee- i/rye uit*
zen Zoen, hadt Hertog Albrecht de Dor- watering
pen Nieuwveen en Kalilagen beveiligd in van dc
het regt van uitwatering, langs de Drecht ^?rPen
en Amilel door Amfterdam, vry van dyk-en v>een en
fluisgeld; welk regt deeze twee Dorpen, Kaïfla-
eertyds, van Gysbrecht van Amilel en des- Sen door
zelfs Broeder Willem , Prooit van S. Jan, J^91"
gekogt hadden. De brief, hiervan ver-
leend , was , den vyftienden November
des jaars 1364, in den Haage getekend ('m).
Amfterdam kogt zig, daarentegen, in't De Stad
jaar 1367, voor vier Ceulfche marck Lodichs koopt zig
of Luikfch Silvers, fefiien loot voor de marckvr^ van
ghereeckent, in 't jaar, vry van de tollen te ^" d
Gouda en te Schoonhoven, de marktollen fchentol.
uitgenomen; waarvan Jan van Blois, Heer 1367.
van Schoonhoven en Gouda, der Stad brie-
ven verleende, die, den twintigilen July des
gemelden jaars, te Schoonhoven, getekend
waren (0).
Dat de Stad zig, Van tyd tot tyd, zogt Gelegen-
vrytekoopen van de tollen, die hier en heid>
daar, door byzondere Heeren, binnens Lands Je%tli
geheeven werden (p), was een tailelykbe-
haaren
wys van haaren toeneemenden Koophan- handel in
del. Doch zulks bleek nog klaarder, uit Zweeden
de vryheid van handel in Zweeden en Dee-en Dee-
nemarke, welke zy zig, ten deezen tyde, "uJrlid^
wift
(n) Zie Handy, van Rynl. */• 3 54.
(o) Handv. bl. 128. [12]. Mieris Charterb. m. Zeel,
il.
zo9.
(p) Zie hier voor, W. 118.
Kerken , die geene byzondere Patroonen
hadden.
Sedert, verliepen'er eenige jaaren,zon-
der dat men veel van de partyfchap der
Hqekfchen en Kabbeljaauwfchen hoorde.
Doch op den vyfentwintigften Julydesjaars
i364,ontftondt 'er eene merkelyke opfchud-
ding te Delft, waarin drie perfoonen dood
bleeven. Verfcheiden' Edelen, die de Iioek-
fche zyde hielden, hadden de hand gehad
in deeze beroerte. Doch 't fchynt, dat de
Ruwaard zig ligtelyk met hen heeft laaten
verzoenen (z), even als hy, in 't volgende
jaar, het dooden van Willem Bort vergaf
aan eenige Edelen, die ook altoos de Hoek-
fche zyde gehouden hadden (£). Te Haar-
lem, viel, omtrent deezen tyd, insgelyks,
een opfland voor,waarin de gewezen Schout,
Simon van Zaanden, de hand hadt, en die
drie menfehen het leeven koftte (/). En
Amfterdam bleef ook niet vry van bewee-
ging, fchoon my nergens eenig klaar be-
fcheid voorgekomen is van 't gene 'er, ten
deezen tyde, voorviel. Men weet alleen-
lyk, dat Hertog Albrecht zig, den zeven-
tienden February des jaars 1366,verzoende
met de Stede „ die, om menigen trouwen
„ dienft, hem en zynen voorouderen gedaan
„ en nog te doen, in alle haare Handves-
„ ten en regten beveiligd werdt, mids zy
„ den Hertoge tienduizend Schilden van
„ vierentwintig Dordrcchtfche of Vlaam-
„ fche grooten ieder fchild opbragt ; in
SPfchud
Sgte
Delft,
i%ar-
Vim.
l366.
Stad
^oent
barnet
C°ee
Vht.
35
welke fomme, alle de ingezetenen draa-
gen zouden, negentien perfoonen uitge-
s, nomen, die de,voorwaarden van hunnen
„ Zoen byzonderlyk aan den Ruwaard ver:
„ bleeven hadden (2)." Ook vindt men,
dat die van Amfterdam de boete, in welke
zy verweezen waren, tenbehoorlykentyde,
met tien borniert pont groet e betaald hebben
(m). Of nu de beweeging, die gelegenheid
gegeven hadt tot deeze verzoening, gellrekt
hebbe tot verandering der Regeeringe van
Kabbeljaauwfch in Hoekfch; en of de ne-
gentien perfoonen van den Zoen uitgeiloo-
ten zyn, op dat zy te genadiger van Herto-
ge Albrecht, ten wiens behoeve zy, mis-
fchien, gewerkt hadden , zouden können
gehandeld worden; dan of de beroerte een
(!) MIERIS Chartert». III. Deel, il. 171.
|.(4) Id. ibid. U. 179.
(i) Id. ibid. */. 182.
(*•) I. Piivilegieboek ƒ. 8. en Eylaagen L*. A. JV". z.
(2) Zie de Bylangen L'. A. Ar. 1. en Mieris
Cbarterboek III. Deel, bl. 184; daar men ten onregte
leeft Waeringhelden, in de plaats van Wiringerland,
gelyk ons affchriftheeft; welk, naar het oorfprong-
kelyke, dat inde Oude Kerke, Laaie XX., bewaard
wordt, vergeleeken met het eerße Stads Privilegiebotk,
f. 8., gemaakt is.
-ocr page 181-
AMSTERDAMS
II. Deel.
124
wegens elke Plaats aangefteld, geregtelyk
bewind hadt. De voorige Koningen van
Zweeden hadden zulk een voorregt reeds
aan eenige Steden hier te Lande verleend,
en 't fchynt dat Kampen een van de eerften
geweeft is, aan welken het zelve gefchon-
ken werdt. Amfterdam fchynt het ook,
al voor deezen tyd, gehad en gebruikt te
hebben; doch de Stad werdt 'er, ten dee-
zen tyde, in beveiligd. Zy kreeg, zo wel
als de andere Plaatfen, regt „ om in haare
Vkten (3)",zo werden haare Kantooren
of Volkplantingen genoemd „ op Schoo-
„ nen, en te Falfterbode in 't byzonder,
„ Voogden te mogen zetten, die regtfpra-
„ ken over alle haare burgeren en anderen,
„ die op deeze Vkten lagen of woonden,
„ tot halsregt toe; en die hierin hun by-
„ zonder Stadsregt volgde. De bewooners
„ deezer Volkplantingen mogten vry wyn
„ en bier tappen, laken en lynwaat uitfny-
„ den enverkoopen, en eenige handwer-
„ ken oefenen. Zy mogten vry vilfchen,
„ in de wateren van Schoonen, en daartoe
„ hunne eigene Visfchuiten gebruiken, mids
„ betaalende, van elke fchuit, eene halve
„ mark Schoons. Ook mogtenze zig, on-
„ der gelyke belafting, bedienen van hun-
„ ne eigene wagenen en praamen. De
„ Koopluiden mogten hunne eigene goede-
„ ren, in de havens des Ryks, van 't eene
„ fchip in 't andere overfcheepen; en bin-
„ nens Lands, van de eene markt naar de
„ andere, voeren, zonder tol fchuldig te
„ zyn. Ook ftondt het hun vry, hun ge-
„ weer te draagen, van fcheepsboord tot
„ aan
(3) 't Woord Vkten is van eene onzekere bete-
kenis , en wordt ook overal niet even eens gelezen.
In de Haiidveflen van Amfterdam , leeft men byna
overal Vkten: en zulk een woord zou men van het
Latynfche woord Victus, Leeftogt, Onderhoud, kön-
nen afleiden, en by overbrenging doen zien op eene
Plaats,daar men zyn onderhoud of kqfi won. Doch in
de Privilegien van den Briel, bl. 42, 52. leeft men.
voor Victen, Vitten; 't welk men wil, oudtyds, hutten
betekend te hebben, en derhalve zou können zien
op de tenten oïlogien, gelyk menze nu noemt, die
de buitenlanders op Schoonen hadden opgeflaagen.
By KiLiAMï, betekent Vitfe zwaare teenen of rys,
en vitfelen teenvlegten: 't welk ook plagt te ge-
fchieden, om hutten ter wooninge te maaken. Ein-
delyk , hebben Witsemius, Chron. van Friesland, bl.
207, en Schotanus, 'Chron. van Friesland, bl. ior.
voor Victen, of Vitten, Witten gelezen: welk woord,
in KiLiAANs tyd, de huive of tent van een' Wagen
betekende, en derhalven eertyds zeer wel voor
eene tent of hut in't gemeen kan genomen geweeft
zyn. Zo eene der twee Iaatfte leezingen de waare
zy, zou men, in onze Handveften, voor Victen, ook
Vitten
of Witten leezen moeten. En deeze Iaatfte
leezing vindt men, in de oudftp uitgave cener
Handveft van Hertoge Albrecht van 't jaar 1391
[1392]. (Zie Handv. van Amft. druk van 1597. bl.
24.) en in de oudfte Affchriften van het zelve.
will teverkrygen. Zie hier, by welke ge-
legenheid.
Schoonen, een Landfchap in Zweeden,
was, eenige jaaren geleeden, in bezit ge-
nomen door Waldemar den III., Koning van
Deenemarke, die 'er , voorheen, eenigregt
op gehad hadt (3). Magnus, Koning van
Zweeden, hadt hiertoe zelfs aanleiding ge-
geven , en was, daardoor, en uit andere
oorzaaken, zo zeer in den haat geraakt der
ZweedfcheGrooten, dat deezen Albrecht,
Zoon van Albrecht, Hertoge van Mekelem-
burg, in 't Ryk haalden, en tot Koning uit-
riepen, in 't jaar 1363. Albrecht hadt,
om zig in 't nieuw bewind te veltigen, niet
alleen de hulp zyns Vaders noodig (r):
maar hy zogt ook onderftand hier te Lande,
die hem, onder anderen, door Amfterdam,
Enkhuizen, Wieringen en den Briele , in
Holland; door Staveren en Hindeloopen,
in Friesland, en door verfcheiden' andere
Nederlandfche Steden, beweezen werdt (j).
Men weet niet zeker, of deeze onderftand
in fchepen beftaan hebbe; hoewel zulks ten
hoogfle waarfchynlyk is. Ook weet men
niet naauwkeuriglyk, wat 'er mede verrigt
zy. Alleenlyk blykt, dat Koning Albrecht,
eerlang , Schoonen gedeeltelyk wederom
veroverd heeft. Doch eer hy 't nog zo ver
gebragt hadt, gaf hy, den vyfentwintigften
July des jaars 1368 , allen den gemelden
Hollandfchen enFriefchenPlaatfen, en Am-
fterdam in 't byzonder „ vryheid om in
„ Deenemarke, of in Schoonen, zo ver hy
„ beide deeze Landen, binnen den tyd van
„ 't Verbond, welk hy met Amfterdam en
„ de andere Plaatfen gemaakt hadt, mögt
„ magtig worden, te komen handel dry-
„ ven, te water en te lande; zonder dat
,, zy , in geval van fchipbreuk, eenig ftrand-
„ regt fchuldig zouden zyn; maar in tegen-
„ deel vryheid hebben, om haare geftrand-
„ de goederen alomme te benaderen. De
„ tollen, welken men van allerlei waaren
„ hadt te betaal en, werden ook, op eenen
„ maatigen prys, geregeld." Doch 't by-
zonderfte van de vryheid, die Koning Al-
brecht , ten deezen tyde, verleende, was
de beveiliging in het voorregt van elk der
gemelde Plaatfen, en onder anderen van
Amfterdam, om op Schoonen, en inzon-
derheid te Falfterbode, aan den zuid wes -
terhoek van Schoonen gelegen, eene foort
van Volkplantingen of Kantooren te mogen
hebben, over ieder van welken, een Voogd,
(j) Alb. Krantzii Danis Libr. II. p. 34.
(r) Alb. Krantzii Dania: Libr. VII. p. 176. ld. Sue-
c]x Libr. V. p. 3 IJ. S. PUFENDORE Inl. tot de Zweed-
fche Hiftorie, H. 114, 117, 118, IM'» 124, MJ-
(*) Handv. van Amft. bl. 51. [go]. Privileg- van den
Stiel, bl. 41. wiNSEMlus Chion, van Eriesl. bl. z°7-
Zy on-
derfteunt
Albrecht,
Koning
van
Zwee-
den.
1368.
fly geeft
haar regt,
om ee-
nen
Voogd
op
Schoo-
nen aan
te Hellen.
-ocr page 182-
IL Boek.
GESCHIE
!2|
drecht ende mit den Cooplieden van Aelmanje
uitten Roomfchen Ryke
, der Duytfiher Anze
toehehoorende
, om vier tonnen te leggen in 't
gat van de Maaze (p). Hoe oud dit Ver-
bond , ten deezen tyde, reeds ware, iSj
myns weetens, nergens klaarlyk aangete-
kend. Doch Albertus Krantzius
geeft, op het jaar 1381, te kennen, dat de
Hanze-Steden, reeds lang tevooren,vryen
handel gedreeven, en openbaare Hallen ge-
had hadden, te Brugge in Vlaanderen, te
Londen in Engeland, te Bergen in Noorwe-
gen, en te Novogrod in Rusland (.%•). 't
Is my, ohdertuffchen, niet waarfchynlyk,
dat de Nederlandfche Steden, en Amfler-
dam in 't byzonder, lang voor 't jaar 1368,
met die van de Duitfche Hanze, verbonden
geweeft zyn, alzo ik 'er, voor dien tyd, ner-
gens eenig gewag van gemaakt vinde. Wat
nu 't Verdrag zelf betreft, welk met Koning
Waldemar geflooten werdt, het behelsde
dezelfde vryheden voor de Steden in 't ge-
meen , en metnaame ook voor de Stad Am-
fterdarn, zo wel in Schoonen als in Deene-
marke, welken haar, in 't jaar 1368, door
Koning Albrecht, verleend waren. Alleen-
lyk merk ik aan, dat fommigen, in de af-
fchriften van't Verdrag met Koning Walde-
mar, Vesten,voor Victen of Vitten, gelezen
hebben (j): doch anderen (2) leezen klaar-
lyk Vitten,aan welke leezing ikagtdatmen
zig houden moet. Wy moeten niet vergeten
te melden, dat Koning Waldemar, by eene
afzonderlyke Akte, beloofde, den Steden
en daaronder ook Amfterdam, voor den tyd
van vyftien jaaren, in handen te ftellen twee
derde der inkomften van Schoonen, en eeni-
ge Sloten, tot dat zy vergoeding gekreegen
zouden hebben van de fchade, welke zy,
in den jongllen oorlog, geleeden hadden.
Doch na vyftien jaaren verloops, zou alles
wederom keeren aan de Kroone van Deene-
marke O). De verdragen, van welken wy
fpreeken, werden, in 't jaar 1376, door
Olaus den IV, Dogters Zoon en Opvolger
van Koning Waldemar, bekragtigd (Z>).
Van deezen tyd af, of eerder, ftelde de
Stad Amfterdam, veele jaaren agtereen,
van jaar tot jaar, eenen Voogd op Schoo-
nen aan. En Hertog Albrecht, toen niet
meer Ruwaard, maar Graaf van Holland,
ftondt haar , den zesden April des jaars
ï3QI5 toe, datfy tot eeuixiighen dagen jaer-
liex een Voocht fetten
mögt op den Landen te
Scho-
(y>) Privil. van den Eriel, */. 3 7-
(x) Wandal. Libr. IX. f- *°7- ' , ,,
(y) Zie MIERIS Charterb. Ut. Deel, hl. IJl.
„ aan hunne herbergen, en wederom van
„ d^ar te rug naar fcheepsboord; doch zo
„ zy 't, by eenige andere gelegenheid, droe-
„ gen, verbeurdenze, t'eiken reize, een
„ mark Schoons. De goederen der over-
„ leedenen werden door den Voogd aan-
„ vaard, en aan de wettige erfgenaamen,
,j 't. zy binnens- of buitens Lands, uitge-
„ keerd (»,"
Alhoewel nu de vryheid, van welke wy
1 fpreeken, alleen aan Schoonen, en in 't eerft
nog maar aan een gedeelte van Schoohen be-
paald was, alzo Koning Albrecht, in Dee-
nemarke, niets te gebieden hadt; zo kan
men niet twyfelen, of de Stad Amfterdam
heeft, onder begunftiging der verwor-
ven' voorregten in Schoonen, haaren han-
del fterk voortgezet in 't Noorden. De ge-
legenheid werdt haar hiertoe nog gunftiger,
na dat zy, nevens de Wendfche , Pruisfi-
fche, Lyflandfche en Nederlandfche Ste-
den , met welken zy, ten behoeve van Ko-
ning Albrecht, tegen Waldemar den III.,
Koning van Deenemarke, verbonden ge-
weeft was, zig, in't jaar I370,metdeezen
bevredigd hadt. 't Verdrag werdt, den vier-
entwintigften May , te Straalzond in Pome-
ren, getekend. De Steden, die het floo-
ten, worden in deeze orde opgenoemd: de
Wendfche en Pruisfifche Steden Lubek,
Roftok, Straalzond, Wismar, Grypswal-
de, Stettyn, Kolberg en Nieuw Stargard;
voorts, Keulen, Hamburg en Breemen;de
Lyflandfche Steden Riga, Dorpt,Revel en
Pernau; de Steden aan de Zuiderzee en in
Holland en Zeeland, Kampen, Deventer,
Utrecht, Zwol, Haflelt, Groningen, Zut-
fen, Bricl, Middelburg, Arnemuiden,Har-
derwyk, Zirikzee, Elburg, Staveren, Dor-
drecht en Amflerdam. Men heeft deeze Ste-
den en veele anderen, van ouds, Hanze-
Steden
genoemd , naar de Hanfa of alge-
meene Vergadering, welke zy, van tyd tot
tyd, plagten te houden, tot bevordering
van het onderling belang des Koophandels
(u), welk haar ook fomtyds,gelyktendee-
zen tyde, inwikkelde in oorlogen, waarin
zy eikanderen byftonden. De Steden langs
de Ooftzee en eenige andere Duitfche Ste-
den zyn, naar alle waarfchynlykheid, vroegft
in het Hanze-Verbond geweeft; waarom de
verbonden Steden, in de veertiende eeuwe,
den naam van Duitfche Hanze droegen (V).
Zo leeft men, in eenen Brief van Vrouwe
Machteldvan Voomevmden jaare 1358,dat
zy overeengekomen was met de Stad Dor-
(O Handv. 11. ji, ji. [so, 80],
(u) Zie vaderl. Hift. III. Deel, hl. joo. Aant. (z).
(v) Vide
A. Krantzii Wandal. Libr. IX. p. 2ij, Libr-
X. p-
*4i. Lihr. xu. p. 27z, Libr. XIV. p; 323.
I. STUK,
itofier-
Phgaat
»evens
Beden,
erdrae
> met
l'ra!de-
Prden
|.,Ko-
5}ng van
ueene-
Iwke.
*37o.
(
z) DUMBAR Deventer, »»•""•. ,
<<:
)  Zie Mieris Charterb. III. Deel , hl. 2Si.
)  Zie scHRASSSRT Belehr, van Haidetw. *'/. téfï
R
-ocr page 183-
I2Ó                 AMSTERDAMS               II. Deel,
Schonen op haaren Victen \Vitten\ ende landt\
dat fy nu daer hadt, of naemaeh daer verkry-
ghen
mögt van den Coninck van Denemarcken
(4), alle faken ende recht van der Stede we-
ghen te bedryven ende te bewaren, als fy daer
te doen
hadt (c). Doch Hertog Jan van
Beieren
ftelde, als Heer van Voorne, in 't
jaar 1402, van wege de.Stede van den Brie-
Ie , eenen Voogd op Schoonen, voor des-
zelfs leeven, aan (d).
Amfter- 't Verbond van Amfterdam met de Han-
dam ze-Steden en de Verdragen van vryen Koop-
neemt handel in Zweeden en Deenemarke, wel-
geeliely- ken daarvan de gevolgen waren, beweezen
ke ge- ten klaarfte, dat Amfterdam begon aan te
bouwen, walTen. Ook nam aldaar, in deeze eeuwe,
het ftigten van geeftelyke gebouwen fterk
toe. De Kapel der Heilige Stede, thans de
Nieuwe-zyds-Kapel, ftondt 'er reeds, ten
deezen tyde. Ook was 'er een Gafthuis ,
waarfchynlyk het Heilige Geefts- of S. Eli-
zabets-Gafthuis aan de Plaats of Dam, alzo
het zelve, in laater' tyd, toen 'er meer Gaft-
huizen kwamen, het oude Gaflhuis plagt ge-
Het Gaft- noemd te worden (e), 't Schynt zelfs , dat
huis al- dit Gafthuis, ten deezen tyde, reeds eenig
daar be- merkelyk vermogen hadt, alzo het, in 't jaar
met^eV I37I» net onderhoud op zig nam van den
onder- Heiligen weg, die, van den Amftel by de
houd van Heilige Stede, tot heel aan Slooten liep, en,
K^Hei kv eenen Schepenen-Brief van den negen-
fterdam hadt ook, nevens de Edelen en Ste-^e'vys*
den van Holland, de voorwaarden bekrag- J^J&
tigd van het Huwelyk, welk,den zevenden goede
April des jaars 1377, tulTchen Katharina, Steden
Dogter van Hertoge Albrecht, en Willem, van Hol'
Hertog van Gelder, geflooten was. In het jf"^
Verdrag,hiervan gemaakt, werden de Ste-^srrjt.
den van Holland, in deezen rang, opge-
noemd: „Dordrecht, Haarlem, Leiden,
„ Delft, Alkmaar, Amfterdam, Rotterdam,
„ Schiedam, Geertruidenberg, Vlaardin-
„ gen, 's Graavenzande, Oudewater, Mo-
„ nikendam , Edam, Medenblik, Hoorn,
„ Enkhuizen, Grootebroek: en de Steden
„ van Zeeland, in deeze orde, Zierikzee,
„ Middelburg, Briel, Weftkapelle, Vlis-
„ fingen, Reimerswaale (h):" in welke op-
telling, aanmerkelyk is,dat Briel onder de
Steden van Zeeland gerekend wordt.
Terwyl Amfterdam dus toenam in ver-Hertog
mogen en aanzien, kon 't niet agterblyven, AlbrecW
of de Stad moeft uitgelegd worden. Ook JJerm?|^
befloot Hertog Albrecht,' om menigen trou- vG^e\i
wen dienfi,
dien de ingezetenen hem ghe der Sta<*
daen hadden , ende noch doen moghen , de met ho»'
vryheid der Stede te vermeerderen metderci, n,
hondert gaerden buiten de voorige vryheid ;gaargt
elk, die binnen deeze honderd gaarden of *•*
roeden woonde, het zelfde regt en dezelfde
vryheid geevende, die de inwooners der
Stad, tot hiertoe, gehad hadden. In den
Brief, waarby deeze vermeerdering van der
Stede vryheid gefchiedde, en die den ze-
venden January des jaars 1386 [1387J ge-
tekend was (2),wordt het nieuwe voorregt
gratie of gunfi genoemd; doch dat dit woord
niet te zeer moet aangedrongen worden,
blykt, uit de boven aangehaalde woorden
zelven, waarin de Ruwaard erkend, dat hy
deeze zogenaamde gunfi bewyft, om meni-
gen trouwen dienfi,
hein reeds gedaan, en
nog te doen. Voorts, hebben wy, by eene
andere gelegenheid (k), nog cenige ande-
re aanmerkingen over deeze Handveft ge-
maakt, tot welken wy den Leezer wyzen.
Sedert dat Amfterdam met deGraafelyk- jjyge^c
heid van Holland vereenigd geworden was, haar se
en zitting verkreegen hadt in de Vergade- Amfte^
ring der Edelen en Steden van 't Geweft,1*^..
fcheen de Stad te mogen worden aange-land
merkt als afgefcheiden van Amftelland , eene
waartoe zy oudtyds behoord hadt. Hertog merlc-
Albrechtvondt egter geraaden, haar, op den ^a*rd_
vyftienden Maart des jaars 1387O388], eene veft.
aanmerkelyke Handveft, met Amftelland en 138^
Gooiland in 't gemeen, te verleenen. Wy
heb-
(6) Vide PONTANi Hift. Gelrix Liir. VIII. />. 3ifr
(i) Zie Handv. il. n. [«•]
M) I. Deel, I. Beek, il- i»,
ligen
entwintigften December des gemelden jaars.
iq7i. ^oor ^e Prwifiors en hewarers der Heilige
Stede,
aan't Gafthuis opgedraagen werdt (ƒ).
De Stad De Stad werdt ook bellendiglyk gerekend
doet, onder de goede Steden, met welker raad,
nevens je Ruwaard , Hertog Al brecht, beloofd
f,^!I!l' hadt, het Land te zullen regeeren: 't welk,
over een onder anderen, hieruit at te neemenis,dat
gefchü zy, in't jaar 1385, op 't verzoek van de
met Dor. gtad Dordrecht, die geoordeeld werdt tegen
V' de Graaflykheid misdaan te hebben, nevens
'3 5- Hertog Albrecht en deszeifs Gemaalin, en
nevens de Steden Delft, Haarlem en Lei-
den , den zeventienden September, op eene
Dagvaart in den Haage, uitfpraak deedt o-
ver 't gefchil; volgens welke, Dordrecht,
onder anderen, in eene boete van zesduizend
Verder 0llc*e fchilden verweezen werdt (g). Am-
(c)   Handv. il. «i. [10.]
(d)  Privileg, van den Briel, W. $*.
(e)  Zie hier voor, i. oteif i. Boek, tl. 27, 2!,
(f)  Oude Kerk, Laadt x. Handv. */. 421.
(g)  Zie Mieris Charteib. xn. Dttl, il. 42«, 41?.
(4) Hertog Albrecht fpreekt, van eenen Kming
van Deenemarke. Doch Deenemarke, Zweeden
en Noorwegen ftonden, federt het jaar 1389, on-
der de Regeering van eene en dezelfde Koninginne,
Vrouwe Margareet, die Koning Albrecht hadt doen
onttroonen. Vide Alb. Krawtzu Daniam , Libr.
VII. p. 176. sueciam, Libr. V. P< 3NS. ffandal.
Libr. IX. p. 3,16.
-ocr page 184-
GESCHIEDENISSEN.
II. Boek.
'O*-*
„ op de Dorpen geweezen, niet zou mo*
„ gen beroepen; doch dat een der twee par-
„'tyen,op koften van hem, die ongelyk
„ hadt, een vonnis te Amfterdam zoumo-
„ gen haaien. DatBaftaarden-goed aan den
„ erfgenaam kwam, indien de Baftaard zon-
„ der wettige nakomelingen overleedt:"
't welk, by eene Handveft van den zesden
December des jaars 1389, nader verklaard
werdt „ dat aangeërfd of gegeven goed vati
„ eenen Baftaard, die binnen Amfterdam,
„ zonder wettige geboorte, overleedt, ko-
,, men zou op de erven van dengeever;en
„ dat zyn moederlyk goed, tuflchen den
j, Graaf en de maagen zyner Moeder, half
„ en half gedeeld zou worden Qn). Dat
„ alles, wat in deeze Keure niet gemeld
„ Was, beregt zou worden na der befle re-
den, hy vonnis der Schepenen, nae der handt-
veflen, nae keuren, nae reebten ende oude
coßumen der flede of landts, daar het voor-
,, valt." Wyders, is merkwaardig, dat
alle de Steden en Dorpen van Amftelland
en Gooiland verwillecoerden of beloofden ,
de Keuren, hun door Hertoge Albrecht ge-
geven , te zullen naarkomen, behoudelyken de
handtvefien
, die zy van hem of zyne voor-
ouders gekreegen hadden, en naar welken,
de punten, die in deeze Keuren niet begree-
pen waren, bef egt zouden worden (n).
In 't zelfde jaar 1388, werdt Amftelland, Amftei"-
met de Steden en Dorpen daarin gelegen, dam
en gevolgelyk ook Amfterdam, door Herto- wordt
ge Albrecht, ontflaagen van het draagen totontflaaJ
de koften der dykaadje van de Zype, een|ekoften
groote Polder in Weftfriesland , van wel- der dy-
ke, zo 't fchynt, reeds in 't begin der der- kaadje
tiende eeuwe , gewag gemaakt wordt (0), I
en die , te vooren, op 's gemeenen Lands
koften , bedykt geweeft: zynde, omtrent dee-
zen tyd of eerder, doorgebrqken was, en
nu, zo fommigen aantekenen(p),wederom
bedykt werdt. Hertog Albrecht verklaar-
de, op Dingsdag na S. Lucien dag, zynde
den vyftienden December , dat hy zynen
Lande van Amftel voortaan niet vergen zou,
meer aan de Zype te dyken, ten ware zulks
ook, door de andere Landen en Steden van
Holland, gefchiedde (q). In Auguftus te voo-
ren, hadt hy diergelyke verklaaring ook ten
behoeve van Rynland en Schieland gedaan
(f). En federt fchynt het bedyken der Zy-
pe , doof byzondere Heeren, ondernomen
te zyn. Immers, de Haarlemmer Karme-
liet
(m) Mieris Charterb. III. Deel, hl.j\°.
(n)
Handv. bl. yi. [7-] M,ERIS clia[terb- HI. Diel,
hebben, hiervoor (7), reeds van eenigepun-
ten uit deeze Handveft gewag gemaakt. En
't zal hierna te pas komen, byzonderer van
eenige andere punten te fpreeken. De merk-
waardigften zyn „ dat elk, naar 's Lands
„ regt" en Coußume of gewoonte, regt ge-
„ fchieden zou, en wel by Schepenen-von-
„ niife, in de Stad, of op het Dorp , daar
„ de zaak voorgevallen was. Dat men nie-
„ mant, die borg Hellen kon naar 't goed-
„ dunken van Schepenen, vangen, bekom-
„ meren, of te gyzcl daagen zou. Dat alle
,, misdaaden binnen's jaars vervolgd moes-
„ ten worden, of dat 'er de misdaadige an-
„ ders kwyt van zou zyn, ten ware hy,
,, voor dien tyd, voorvlugtig geweeft wa-
„ re. Dat hy, die eene vrede brak binnen
„ Amfterdam, zyn lyf en de helft van zyn
„ goed verbeuren zou, behalve dat de hand-
„ daadige borg ftellcn moeft, omzynemis-(
„ daad te beteren, of men zou't rechten aen
zyne rechter hand. Dat iemant, die Ding-
fiooringe deedt, dat is, het geregt ont-
„ ruftte, met vechtender handt, twintig pond
„ verbeurde; en dat men,op gelykéboete,
„ niet op Schepen of op feven (5) fpreeken
„ mögt. Dat de Graaf, noch iemant van
„ zynentwege geene Schepenen noch feven
5, corrigeren zou, zo zy op hunnen eed ge-
j, vonnift hadden, ten ware de andere Sche-
„ penen, onder eede, verklaarden, dat zy
j, daarvoor myede of gefchenken genoöten
9, hadden, in welk geval zy twee-endertig
}, pond verbeurden: en hun gewysde mögt
„ nimmer in regte worden bygebragt. Dat
„ de Amftellanders en Gooilanders niet
3, meer, omtrent de Stigtfchen, verbeuren
„ zouden, dan de Stigtfchen omtrent hen
„ verbeurden, in gelyke gevallen. Dat nie-
„ mant beeilen weiden zou op den zeedyk
„ tuilchen Amfterdam en Muiderberg, uyt-
gefeyt die geringhede Vereken (6); doch dat
j, die van Nieuwer-Amftel hunnen eigen
„ Amfteldyk, het oude Loopveld, en de
„ Kerklaan beweiden mogten. Dat, inOu-
„ der- en Nieuwer-Amftel, in plaats van
j, Afingen, zynde eene foort van buurf eg-
„ ters, voortaan, Schepenen regt fpreeken
„ zouden. Dat men zig van de vonniiTen,
(l) Sladz. 113.
(5) De Regtfpraak van zeven, zesentuig ge-
ïlaamd, beftondt in eene uitfpraak van zeoennaaft-
geërfden , over verfchillen, de Landeryen of gron-
den betreffende, en hadt hier volkomen kragt van
gewysde. Zie Handv. bl. 446.
. (6) Wat geringde Verkens waren,zal men eenigs-
z\ns nader begreepen hebben, uit eene Keur, die,
niet veele jaaren na 't geeven deezer Handveft,
ichynt gemaakt te zyn ; in 't Keurboek A. f. 13 verfo
gevonden wordt, en door ons (Ï.Deel, 1.Boekt bl.
30) reeds aangehaald is>
'C]"ZU MELIS STOKE'« Ada, hl. 67.
(p) VELIUS Hoorn, <«• 10.
YA Zie Mieris Charterb. III. Deel, il,
(l)
Handv. van fcynl. */. tl.
R 2
51»,
/
-ocr page 185-
AMSTERDAMS
IL Deel.
128
huldiging te Amfterdam werdt , eerlang, veftigten
gevolgd van eene beveftiging van alle der vermeer-
Stede Privilegien , die daarenboven nog ïïeg-
vermeerderd werden met dit byzonder voor- ten jer
regt „ dat een van de Schepenen, of van stad.
„ den Raade, met eenen Poorter der Stad,
,, eene Vrede maaken mögt, en met eenen
?) Poorter deswege getuigenis geeven; daar
„ zulks, volgens de voorige Handveften,
„ niet dan door den Schout en twee Sche-
„ penen plagt te mogen gefchieden (#)•"
Het regt van den Graaflyken Schout werdt
dus , door dit nieuwe voorregt, eenigszins
bemoeid, en dat der Schepenen en Raaden
of Burgemeefteren , ja dat der Poorteren
zelven, juift zo veel uitgebreid. Doch eer Zy vet-
dit nog gebeurde, hadt de Stad, die't van krygt #
haar belang rekende, om zig, op eene wet- ,Ma^0eu.
tigewyze, zo veele Graaflyke Domeinen^yya-
te verkrygen, als zy bekwaamlykkonde mag- ter in
tig worden , 's Graaven Water binnen en eeuwig«
buiten de Stad, het Gouden Water genaamd, ert~PaS''
en 's Graaven Maat in de Stad, die, door
den Graaflyken Rentmeefter van Amftel-
land, plagten verhuurd te worden , voor
agt en veertig pond in't jaar, in eeuwige erf-
pagt, gepagt. En hiervan werdt eene Hand- Iogo.
vel! verleend, welke, des Woensdags na S.
Lucien dag, dat is, den vyftienden Decem-
ber des jaars 1389, in den Haage , getekend
was (y). Tot opheldering derzelve, mer- Watdoot
ken wy aan, dat, door de Maat, ongetwy- de Maf*.
feld, verftaan wordt het regt om opzigt te [f ve^' ?
hebben op de Maat van allerlei natte en aan
drooge waaren, en om Meeters van dezelven
aan te ftellen. 't Is zelfs niet onwaarfehyn-
lyk, dat het woord Maat zo ruim genomen
moet worden, dat 'er ook het regt der Waa-
gt
, dat is, het regt om goederen, die by 't
gewigt verkogt worden, behoorlyk te doen
weegen, onder begreepen zy. Zeker is 't,
ten minfte, dat het regt der Waage, oud-
tyds, tot de Graaflyke domeinen behoord
heeft, 't Is niet minder zeker, dat het, al
zeer vroeg, door de Stad bezeten geweeft
is. En my is geene Graaflyke Handveft
bekend , waarby het aan de Stad is afge-
ftaan, zo het by deeze Handveft niet ge-
fchied zy. Doch wat men, door het Gou-
den Water,
te verftaan hebbe, en waarom
het zo genaamd zy , is tegenwoordig, in 't
algemeen, zo bekend niet. 't Laatfte is ten
minfte bezwaarlyk te zeggen. Ook heefc
het niemant der Befchryveren van Amfter-
dam, tot hiertoe, ondernomen. Wy können
't ook niet doen, met verzekering, dat wy
niet zullen mistaften. Nogtans zullen wy
't
fx) HannV. hl. 7+. [1».]
(y) Handv. bl. 2. [9.")
liet Joan Gerbrandszoon van Lei-
den heeft aangetekend, dat Willem, eerfte
Heer van Schagen en natunrlyke Zoon van
Hertoge Albrecht,een groot en fchoonfluk
Lands, uit het Eiland van de Zype, digt
by het Dorp S.Maarten, bedykt heeft, welk
hy het nieuwe Land [novam terramj noem-
de o>
De Stad De jongfhe overeenkom!! tuiTchen Am-
raakt op fterdam en Deventer, wegens denKotertol
nieuws jretroffenCO» werdt niet zo volkomenlyk on-
m«De- derhouden, of daar ontftondt, van tyd tot
venter tyd, nieuw gefchil tuiTchen de twee Steden:
over den 't zy dat de tollenaars meer tol vorderden
Kotertol. ^m hun toegeweezen was,'t zy ook dat de
handeldryvende ingezetenen van Holland,
en van Amfterdam in 't byzonder fomtyds
middel vonden, om den verfchuldigden tol
te ontgaan. Men vindt, dat de Tollenaars
van Deventer, reeds in't jaar i3Ó8,eenige
Hollandfche goederen hadden aangehaald,
die op den tol verzweegen waren geweei!:
waarover Hertog Albrecht eenen fcherpen
brief aan de Wethouderfchap van Deventer
liet afgaan. De Wethouderfchap zondt, fe-
dert, op 's Hertogs vrygeleide, Gemagtig-
dén naar den Haage,en 't gefchil werdt ge-
vonden (u). Doch 't blykt niet,dat deeze
aangehaalde goederen Amfterdamfchen ge-
weef! zyn. Zeker is 't egter, dat Amfter-
dam , omtrent deezen tyd, over 't betaalen
van den Kotertol, wederom gefchil met De-
'tWordt venter gehad heeft, welk, in July des jaars
bygelegd. 1388, bygelegd werdt, in een Verdrag by
voorraad, inhoudende „ datdie van Amfter-
dam , voortaan, een ouden Vranckryckfche
'', of Keyfers fihilt y of de waarde daarvan,
„ aan tol betaalen zou, tot dat de zes Steden,
„ Kampen, Harderwyk, Amersfoort, Haar-
„ lern, Leiden en Delft, deswege nadere
„ uitfpraak zouden gedaan hebben (»)••"
Amtier- Hertoge Willem van Beieren, in de Len-
dam doet te des jaars 1389, overleeden zynde, werdt
eene Hertog Albrecht, die Holland, tot hiertoe,
ee^ftk onder ^en titel van Ruwaard ' gei*egeerd
fangHer-hadt, alomme, voor Graave erkend. By
toge Al- deeze gelegenheid, werden hem, door de
brecht, Steden, vrywillige giften gedaan. Enfom-
nu Graaf mjgen hebben, uit oude gedenkftukken, aan-
deiT.01" getekend, dat hy van Haarlem 5000, van
Delft 4000, en van Amfterdam 3000 pon-
den ontvangen heeft O); waaruit het ver-
mogen der laatftgemelde Stad ten deezen
tyde, in vergelyking der twee anderen , ee-
Hy be- nigszins is af te neemen. 's Graaven in-
(s) JOANN. A I/EYDIS Libr. XXXII. Cap, z%.
(t) Zie hier voor, il. ns.
(«) DUMBAR Deventer, il. S19'
(v) Handv. il. «7 [rfii.]
(w) Vossn Annal. Var, XIII. p- +°*-
-ocr page 186-
GESCHIEDENISSEN.
II. Boek.
129
de Schuttery nog in wezen was, en, onge-
twyfeld, de Viffchery in de Stads graften
behieldt. Met Gouden Water wordt, daar-
enboven , klaarlyk van de Stads graften on-
derfcheiden, in eene Keur van den jaare
1479, die dus luidt: Item dat oick nyemant
en moet dat gouden water noch der flede graf.
ten vijfchen in gheenre manyeren
, anders dan
alleen mitten angel op een boet van
11J ® (e).
Ook wordt het, in eene Refolutie der Vroed-
Jchap
van den jaare 1555 , onderfcheiden
van de veflen buyten, ende de fluifen binnen
defer Stede
(ƒ). Maar zo het Gouden Wa-
ter de Stads graft niet geweeft is, dan kan
het geen ander water, in en buiten de Stad,
geweeft zyn dan het water van den Amftel,
welk door, of het water van het Y, welk
langs en in de Stad liep, en die beide Gou-
den-
of Landwater können genoemd geweeft
zyn, om dat zy,van ouds, langs het Land
van Amftel
geloopen, of hét zelve doormee-
den hadden. En men zal naauwlyks twy-
felen können, welk van beide ons Gouden
Water
geweeft zy, als men aanmerkt, dat,
nog tegenwoordig , van tyd tot tyd, van
Stads wege, verhuurd wordt de Viffchery
in het Gulden Water, gelyk het nu genoemd
wordt (g), welk zig ftrekt, van de Beurs-
fluis af, tot buiten de Stad , in den Am-
ftel, by Meerhuizen toe. Het Gouden Wa-
ter is, derhalve, het water van den Am-
ftel , binnen en buiten de Stad. De naam
is alleenlyk, van Gouwen-, in Gouden-, en
eindelyk in Gulden-Water veranderd Eer
wy van het Gouden-Water afftappen, mer-
ken wy alleenlyk nog aan, dat de agt en
veertig ponden 's jaars, waarvoor het zel-
ve , nevens de Maat , verpagt was , den
vyfden Auguftus des jaars 1393, door Her-
toge Albrecht, aan 't Karthuizers Kloofter
buiten Amfterdam gefchonken werden. De
brief, waarby zulks gefchiedde , is nog
nooit in 't licht gegeven. Men vindt dien,
in een Vidimus van Schepenen en Raaden,
welk, tuffchen Stukken van 't jaar 1501,
in 't eerfte Sra* Groot-Memoriaal,f. 239 ge-
boekt , en hier agter, onder de Bylaagen (h),
te leezen is.
Hertog Albrecht hadt , nog Ruwaard
zynde, in't jaar 1388, by raade van zy-
nen Raad, van de gemeene Steden van Hol-
land en Zeeland, en ook van Amfterdam
beflooten, eenen gouden penning te doen
munten, die Dordrechtf che Schild genaamd
werdt, en voor veertig grooten gangbaar
zyn zou. Zulke grooten befloot men, ten
zelf-
r«) Keutb. A. ƒ. ios. C. f. is.
(f) Refol. Vioedfch. N. I. s Jan. ijjj,
<g) Zie Handy, bl. 7+*- [3°;-]
(b) Lr. JB.
R3
't waagen, den Leezer voor te houden, \
gene ons onze nafpooringen van dit duifter
punt der oude gelegenheid en Hiftorie dee-
zer Stad, met de meeite waarfehynlykheid,
hebben opgeleverd.
De naam van Gouden Water moet ons
niet doen denken om het bekend metaal,
Goai.geheeten. Ons Amftellandfch water,
en onze loffe Amftellandfche grond leve-
ren geen het minfte goud uit. 't Is hierom
niet te vermoeden, dat men hier een Wa-
ter , naar het Goud, zou genoemd hebben.
Maar men noemde, van ouds, de Landen,
Gouwen (z).
Voor Ooflergo en Wefiergo,
zynde het ooftelyk en weftelyk gedeelte van
Friesland, zeide men, eertyds, Ooftergou-
we
en Weftergouwe : en nog tegenwoordig
wordt het Landjchap aan de Haine , in 't
Franfch Hainaut, in 'tNederduitfch Hene-
gouwen
genaamd. En hierom komt my zeer
waarfchynlyk voor, dat Gouwen-Water, of
by verandering Gouden-Water (gelyk men ,
voor Vleefchhoumr, Vkefihhouder plagt te
fchryven («)) zo veel als Landwater be-
tekent. De Gouwe, cene gegraaven Vaart
door 't Land by Gouda, plagt van ouds de
Goude vaart,dat is, de Landvaart genoemd
te worden (¥): en het Water tuffchen 't
Eilandje Marken en Waterland wordt, veel-
ligt, de Goudzee genoemd, om dat hettus-
fchen de Gouwen of Landen loopt. Vraagt
men nu, waar ons Amfterdamfch Gouden-
of Landwater
geloopenhebbe;wy antwoor-
den , dat denaam van Gouden Water zo zeld-
zaam , in onze oude Stads Papieren, voor-
komt, dat men daaruit weinig lichts om-
trent de waare plaats van het zelve haaien
kan. Uit de Handveft, welke wy onder-
zoeken, blykt, dat het binnen en buiten de
Stad liep. Hertog Albrecht verpagt zyn
Water, gheleghen binnen der Stede ende daer
buyten, gheheeten dat Gouden Water.
Even-
wel , moet men 'er, zo 't ons voorkomt,
de Stads graften , zynde ten deezen tyde
de Voor- en Agter- burgwallen, niet door
verftaan ; want de Viffchery in de Stads
graften werdt, in 't jaar 1394, aan het
Schutters-Gilde, welk naderhand de Oude
Schuttery
genoemd werdt, gefchonken (c):
en de Viffchery van het Gouden-Water
kwam, eerft jaaren laater, aan twee federt
opgeregte Schutteryen, te weeten, de jon-
ge Schuttery van de Voetbooge en de Schut-
tery van de Handbooge (J), terwyl de Ou-
fit de
"aam
Neke-
iie?
*o
?t
1393-
til
ioet
Hertog
Albrecht
munt by
raade on-
der an-
deren
van Am-
fterdam.1
fs) mit Jünii Gloflär. Gothlcum. V«<* Gauje p. ui.
KlLiANi Diaionat. Voce GüUW.
(a)   Croot-Memor. N. I. f. IS8.
(O Handy, hl. 1+0. f ico']
(d) Handr, bl. ,4Ii j-^, j
III. Diel, iL j*.
-ocr page 187-
II. Deel.
AMSTERDAMS
*3°         1
zelfden tyde, ook van nieuws te doen (laan
(z). Doch 't zy dat dit beflait niet uitge-
voerd werdt; 't zy dat Hertog Albrecht
voordeel zag in op nieuws diergelyke pen-
ningen te doen munten; hy beüoot, Graaf
geworden , by gelyken raade , in 't jaar
1393 , een gouden Hollandfchen Schild van
gelyke waarde en een zilveren groot met
derzelver gedeelten te doen munten (#> By
deeze nieuwe munt, zou men, voortaan,
alleen hier te Lande koopen en verkoopen
mogen. De vreemde munt, welke men
hier vondt, diende den Koopman, om met
dezelve zyne inkoopen buitens Lands te
doen. En om dezelve, ten zekeren bepaalden
pryze, voor de Graaflyke Itandpenningen
te können bekomen , kon hy zig vervoe-
gen in 's Graaven Wijjelen of Wiffelbuizen,
die, ten deezen tyde, in alle of de meefte
Steden, waren opgeregt. In ieder van dee-
ze Willelhuizen, was een Graaflyke Wis-
selaar
aangeiteld : in den WiiTel te Dor-
drecht, daar de Munt was, waren'ertwee.
En deeze Wiflelaars moeiten den Koop-
■ man, voor inlandfche , vreemde, en ver-
moedelyk ook voor vreemde , inlandfche
penningen leveren ; voor welke verwiife-
lingen, zy maar twee penningen Hol-
landfch van ieder Schild genieten mog-
ten (/). De Wijjel werdt fomtyds door
den Graave verpagt (m): fomtyds aan de
Steden gefchonken (n). Te Amfterdam,
werdt dezelve, in 't jaar 1417, door Vrou-
we Jakoba , aan den regeerenden Burgemees-
ter Tsbrand Heynen gegeven, dieze, reeds
voorheen , waargenomen hadt (0). Behalve
den Graaflyken Wiffelaar, mögt niemant zig
het wiffelen onderwinden. Doch het in-
voeren der Wiffelbrieven deedt, door den
tyd , den Wiffelhandel geheel van natuur
veranderen: de Graaflyke Wiffel werdt noo-
deloos, en 't verwiffelen van geld, dat nu
veel minder gefchiedde dan het plagt, een
handel, die aan elk vrygelaaten werdt.
er we-
waren (p). Ten deezen tyde, was
derom gefchil over ontilaan, tuffchen Dor-
drecht ter eener,en de meefteHollandfche
Steden, en daaronder ook Amfterdam, be-
nevens eenige Dorpen, ter anderer zyde,
die egter thans zo veel vermogten op Her-
toge Albrecht, dat hy ,om andere redenen,
ook op Dordrecht misnoegd Qq), de Steden,
1394-
by eene Handveft van den tweeden January
des jaars 1393 [1394], die den dertienden
Oclober daaraan, door zynen Zoon Willem,
Graave van Oofiervant
, beveiligd werdt, van
het Dordrechtfche Stapelregt, en van alle
ongelden, die te Dordrecht plagten gehee-
ven te worden, voor altoos, vry verklaar-
de (r). Doch die van Dordrecht, gelyk
zy naderhand beweerden, op deeze vryver-
klaaring ten behoeve der andere Steden ,
niet naar behooren gehoord geweeil zyn-
de, willen zig in 't bezit van het Stapel-
regt, ook door de gunft van eenige volgen-
de Graaven, te handhaaven. En men was
den anderen Steden niet verder te wille ,
dan dat het Dordrechtfche Stapelregt, by
laatere Handveften, in eenige opzigten, be-
paald werdt (j-).
Het Ambagt, of Ampt van Stads- of Ge- Hst Bo-
regts-bode plagt, vanouds, alomme, en^^p
ook in Amfterdam, door den Graave, be- aan jg
geven te worden. Dit Ampt, welk thans, stad.
hier ter Stede, door Daniel Sappel,'s Graa-
ven knegt, werdt bekleed , werdt , door 1303-
Hertoge Albrecht, by eene Handveft van
den eenentwintigften January des jaars 1394
[1395], na dat Sappel overleedenzouzyn,
ten eeuwigen dage, aan de Stad afgeftaan.
In de zelfde Handveft, werden de Qiiaack-T>obb&
borden
, vermoedelyk, Tiktakborden, en Dob- ^°°0,
belfchoolen, die, in andere Steden, zelfs uit den>
kragte van Graaflyke Privilegien, openlyk
gehouden werden (?), binnen Amfterdam,
uitdrukkelyk verbooden. De Tynze-pen-
ningen
of erfpagt, die de Graaflykheid op
zekere Hoffieden of erven in de Stad te vor-
deren hadt, werden aan dezelve, om tien
ponden tien fchellingen ?s jaars, verhuurd.
Eindelyk , werdt verklaard , dat niemant
Schout, Schepen of Raad zou mogen zyn,
dan die zeven jaaren Poorter geweeil was
O): uit welke laatlle fchikking, fchynt te
mogen worden afgeleid, dat de Stad reeds
zo ver in getal van Poorteren toegenomen
was, dat zy Perfoonen genoeg tot de Re-
gee-
(p) V,de Wilhelm. Procurat. ad anttum 132J. P<-
<40, S+t.
(q) Zie Mieris Chartetb. Hl- Deel, *'• 6l6 > 6z7'
(r) Zie Handv. bl. 26, 27 [IO > "•]
(s) Zie Vadeil. Hi(t. V. Deel, il. 188 enz.
(t) Zie Mieris Charterb. IV. Dtel, bl. 741» 77°»
(o) Handv. bl. iU. [11.]
Wat 's
Graaven
IViffel in
deSte-
den, en
te Am-
fterdam
in 't by-
zonder
geweeft
zy?
Amfter-
dam en
andere
Steden
verfchil-
len met
Dor-
drecht
over 't
Stapel -
regt.
De Stad Dordrecht, eene der oudite Koop-
lieden van Holland, hadt, by verfcheide
Handveften, verkreegen, dat de meefte waa-
ren, diedeMerwe en Lek op- of afgevoerd
werden, aldaar of verbodemd en geveild
moeiten worden, of zeker regt betaalen,
vjtWStapelregt, of Marktregt genaamd werdt.
't Betaalen van dit Regt viel den anderen
Hollandfchen Kooplieden laftig, die fom.
tyds door de Graaven befchermd geworden
(i) Mieris Chaiterb. III. Deel, il. 5<=+. ,
\k) ld. 111. Dtel, bL 593.
tl) ld. III. Deel, II. 50J.
(«) ld. II. Deel, il. 209. IV. Deel, bh IJ4, l;i.
(n) ld. II. Deel, il. 806, 807,
(0) ld. IV. Deel, il. 429.
-ocr page 188-
II. Boek.           GESCHIEDENISSEN.
131
9flM .,                    ,.                                -n                            Gewapenden. Timmerl. Metfei. Smids. Arbeide
geering uitleverde, die zeven jaareni'oor- Alkmaatj g00, s. $. Si ____
ters waren geweeft.                                   Amsterdam- 3°°- 5» 5-
^ifefche Men moet zig geenszins verwonderen, Rotterdam. 200. ——■ 4. 4.____„
r'°tiog. dat Hertog Albrecht den Steden, en Am- Schiedam. 100. 4- 3- 3.-------
fterdamin't byzonder, omtrent deezentyd,  °"dnew*^- ];5°- f l' f------
r, . , •> „. TT 1 n. 1 j     Schoonhoven. 250. 6. 5- 3» •------.,
verfcheide gunftige Handveiten verleende;  Gouda, 400.    10. 5- 5- ■ *
hy hadt derzelver byftand noodig in den  Beverwyk en
Friefchen oorlog, dien hy in den zin hadt.    Wyk op Zee. 100. 4. 4. 4- -----*■*
De Friezen, den ftorm ziende aankomen,  Geertruiden-____________^
flooten,in de Lente deezes jaars, een Ver-  Heusd'en. 80' —__ ■ . .. ■__ 8*
drag met Fredrik van Blankenheim, BilTchop  'sGraavenza»de.2o. —■-----'<--------- 4.
van Utrecht, die zig verbondt, om Herto- Vlaardingen. 20.------------------4.
ge Albrecht geenen onderiland noch door- Medenbiik. 100. 4. 3. 3. -_-
ö 1 , p.               ,,            ,              .            Monikendam. 100.------------------■■—- 8.
togt door t Stigt te zullen verleenen,mge- Edam>             so-____________, 6
val hy Friesland met de wapenen mögt wil- Enkhuizen. »50. -----. 3. 3. ----«-
ien aantallen (V). De togt moetl, derhalve, Grootebroek. 50.------------------6.
te water ondernomen worden; waartoe, van Woudricheirr. 60. _£•_ __*•___*; -j—
alle kanten, met naame uit Holland en Zee- Middelburg. 500.' 20. 10. 10. ■—__.
Mer- land, Schepen verzameld werden. Am- Zierikzee. 500. 2c. ïo. 10.          ■-
'"Me- fterdam leverde, tot den zelven, eenige Reimerswaale. 60.-----------.----- 8.
g£ groote en vyftig kleine Schepen. De Vloot Jhooien^ Ä ----------------_ 8.
VP6n landde aan de Kuinder , m Augultus des Land van
l3oó Jaars I39(^5 de Friezen werden geilaagen, Voorne. 100. 4, 4. 4, ____
en een gedeelte derzelven genoodzaakt, Weftkapelle. 20.------------------4.
Hertog Albrecht voor Heer aan te neemen H^^aive Z°'                '              4'
(w). Doch 't leedt flegts tot in de Lente d^knegtenJ 100. __- -■ - - -- , -___«
des jaars 1398, toen de Friezen, tegen Her- Goes.             40.----------------— -----,__
toge Albrecht zynde opgeflaan, wederom                   '            ------------•----'——-----
met de wapenen bedwongen moeiten wor-                   S98s' *$£• Iöt* I00, ?2'
den. Men vaardigde, uit's Hertogs naam, - . , ,         ^T         v           1 *
brieven af aan alle de Steden, en ook aan , Behalve de manfchap, die van de Ste
*398 Amfterdam, die, den tweeden May des ge- ?en#™£df ^ wef' werden, van de Hol*
.
         melden jaars, in den Haage, getekendla- ^fcheEdelen, ló^vandeZeeuwfchen,
S ren. Van elk deezer Steden werdt zeker 800 gewapenden gevraagd (*), en buitens
f getal van gewapende mandfchap , hand- {fids werdt ook Tuüp gezogt. De Steden
> werksluiden en arbeiders begeerd: van Dor- Haarlem , Delft Leiden en Amflerdam
drecht daarenboven een groot deel horden, fchootIeJn Uftop Albrecht ook zekere fom-
vermoedelykgefchikt,omde kuilen te be- ™eSfel£? teïy' binnen fen Jaar na daC
dekken,die^Fnezen,^
zig ongenaakbaarder te maaken, gedolven ^ dan zou menZe op zyne eerile bede
hadden (x). Van Amfterdam werden drie-
          n korten> HaarIem hadt 50oo,Delft
honderd gewapenden, vyf Timmerluiden ,          Qude Schilden,Leiden 3000, en Am*
vyfSmids, en vyf Metfelaars gevorderd, l^           Dordrechtfche guldens ge-
Doch op aat de Leezer de tegenwoordige 'fchooten (fl)# Voorts , werde&n weder*m
magt deezer Stad, m yergelyking van die ,
         geleverd tot den togt. Van An>
4er andere Steden, te beter begrypenzou, ft £ ^ oftdef andeër ief
zullen wy hierby eene nette Lyfl voegen te gchepen gevraagd, in ieder van welken,
van 't gene van alle de Steden van Holland ' b/overfs gem*tfdd £ b Vieder ^
en Zeeland begeerd werdt. Zy is uit een 7elken, een
&. meC 'J^ * d ZQU
oud ftuk getrokken (y).
                            worden> 0ok ^ ( £e AJtad^a, de
r, r .; . ^ ., haring gekogt en gepakt, die 't Krygs- en
t**Jt^^^^^2S *****>* sebfuiken zou (*)• De verza'
Haarlem. 600. 20. 10. ie------- melplaats van 't Leger was te Enkhuizen.
Delft.            500. 20. 10. 10. —■—- De groote Schepen, die uit Zeeland en tut
Leiden.          400. 10. 5. 6- —----- de Maaze kwamen, voeren buitenom door
het Marsdiep ; de kleine fchepen binnen
l*\ *2.d- Matthäus «^Anonym, de RebusTJltraj.», jj.                                                            ,,                    QOO?,
\ > •£? Vaderl. Hirt. in. Deel, tl. at enz.                       (2) Mieris Charterb. ill. Deel, tl. 673, &T%.
V' „MiKRis Charterb. III. Deel, tl, 670.                      («) Zie Mieris Chaiterb. III. Deel, tl, 671,
(IJ ld- ibUl. H. «7e.                                                            {t) id. ibid. tl. «»•
-ocr page 189-
AMSTERDAMS
II. Deel.
i32
door, door Haarlem en Amflerdam, der-
waards (<;). Hier werdt al 't volk gemon-
fterd. De Graaf van Ooflervant hadt het
opperbevel over 't Leger. De Vloot land-
de in de Lemmer , en 't Leger trok voort
naar Staveren, welk bemagtigd werdt (d):
waarna die van Ooftergo enWeflergo,den
eerften Auguftus , wederom een Verdrag
van verzoening met Hertoge Albrecht en
Graave Willem flooten te Staveren, welk,
door 's Hertogs Raaden en door de Steden
Dordrecht, Haarlem, Delft, Leiden, Alk-
maar, Amflerdam, Middelburg en Zierik-
zee, bezegeld werdt (O-
De Friefche oorlog hadt, midlerwyl, de
Steden in 't gemeen en Amflerdam in'tby-
zonder in zulke zwaare kollen ingewikkeld,
dat Hertog Albrecht op middelen verdagt
zyn moeft, om haar daar voor vergoeding
te bezorgen. Amflerdam hadt veel gelds
gefpild aan 't leveren van fchepen en man-
fchap, en Hertoge Albrecht, daarenboven,
vierduizend Dordrechtfche guldens gefchoo-
ten. De Stad hadt den Hertoge ook eene
goede Kogge geleend, die met Zout gelaa-
den was, en door Heere Gerrit van Heems-
kerk,
met deszelfs gezellen, gevoerd werdt.
En dit fchip was, op de reize, door ftorm
gebleeven. Om de Stad voor 't een en 't
ander vergoeding te verfchaffen, verleende
Hertog Albrecht haar, den eerften Oótober
des jaars 1398, verlof om excynzente mo-
gen zetten op alle goede, daar haar op genoe-
gen faU binnen
der Stede of havenen (ƒ).
Voor de gebleeven Kogge betaalde hy haar
vierhonderd en vyftig Hollandfche fchilden.
Doch alzo dezelve meerder waardig ware,
onthief hy haar, daarenboven, van eene
jaarlykfche erfpagt van vier mark zilvers,
die zy verpligt was voor de Goudfche tol-
len te betaalen. En hy kon dit met regt
doen, alzo de Heerlykneden van Guy van
Cbaßillon, Graave van Blois
, onder welken,
ook Gouda en Schoonhoven waren, by des-
zelfs overlyden, op den twee-entwintigflen
December des jaars 1397 , wederom aan
de Graaflykheid van Holland gekomen wa-
ren. De Handveft, waarby de Amfterdam-
fche Kogge vergoed werdt, was, den twin-
tigftenOclober des jaars 1398,in den Haa-
ge, getekend (g): en wy hebben 'er te
liever van willen gewaagen , om dat 'er
klaarlyk uit blykt, dat deHollandfche Steden
niet verpligt waren, buitengewoone kollen te
doen ten behoeve des Graaven,zonder dat
(e) Id. ibid. il. «83.
(d) Vaderl. Hift. III. Deel, tl. 339.
(O Zie Mieris Charteib. m. Deel, il. a+,
(f)  Handv. il. 171.
(l) Handy. H, 119, [ij.jj
haar daarvoor, op de eene Of de andere wy-
ze, vergoeding gedaan werdt. Wat het.ver-
Ichot van vierduizend Dordrechtfche of Hol-
landfche guldens betreft; Hertog Albrecht
beloofde, op den zelfden twintigften Ofto-
ber , deeze fomme, binnen 's jaars, te zul-
len afleggen, of van de eerfte bede te zul-
len laaten korten. De Handveft, waarby
deeze belofte gefchiedde, wordt, in de Ou-
de Kerke, Laade
XVI. bewaard. Zy is nog
nooit gedrukt geweeft: waarom wy vertrou-
wen , dat het den Leezer niet onaangenaam
zal zyn, dat wyze, onder de Bylaagen (ö)
plaats geeven.
De Friezen konden, ondertuilchen, niet öhve'j
ruften. Zy begonden de vyandlykheden op l^hG^tt
De Stad
bezegelt
een Ver-
drag met
de Frie-
zen.
Zy ver-
krygt, tot
vergoe-
ding van
dienll en
fchade in
den Frie-
fchen
kryg,
nieuws in't jaar 1399, en dreigden Staveren
met een beleg. Veelligt, maakten zy de
Zuiderzee ook onveilig. Men weet ten mih-
ften, dat de fchepen, die langs de ftroomen
naar Amflerdam wilden, ten deezen tyde ^
langst
zee na?
nrnftef'
dam.
13&
zo dikwils aangetaft en beroofd werden,
dat Hertog Albrecht, den zesentwintigflen
September des gemelden jaars , tot weder-
opzeggens toe, verlof gaf om geweld met
geweld te keeren , zonder dat men daar
door jeghens hem ende zyne heerlicheit mis-
doen zou («')• Midlerwyl, was de GraafTogt^1
van Ooflervant, niet, gelyk te vooren , van voor «^
Enkhuizen, maar van Amflerdam fcheep ^ai']e-
gegaan naar Friesland, en hadt de Friezen, \^s\i4'
op nieuws, tot een Verdrag genoodzaakt,
Doch in 't volgende jaar, braken zy de Vre- ldpQ'
de al wederom. De Heeren van Egmond
en van Brederode hadden toen het beleid
over den togt naar Friesland, die ongelukkig-
lyk uitviel, en met een Beftand voor eenige
jaaren eindigde (£).
Hertog Albrecht, ten hoogfte voldaan o-uerto£
ver den byfland, dien de Stad Amflerdam AJbre^
hem, in den Friefchen oorlog, beweezen Haatw
hadt, voer voort met haar te begunfligen, Schrct %A
zo lang hy leefde. Op den zeftienden Ja- ^n e,J
nuary des jaars 1399 [1400]; verklaarde naar ^
hy,dat alle fchepen en goederen het Mars -fte^al'
diep en het Vlie, van en naar Amflerdam,
uit- en ingevoerd zouden mogen worden,
zonder iets fchuldig te zyn dan de gewoon-
lyke Graaflyke tollen, van welken de Poor-
ters goederen egter vry waren; en andere
Graaflyke regten. En dit voorregt werdt,
naderhand, door zynen Opvolger, Graave
Willem den VI., beveiligd. Ten zelfden
dage, ftelde Hertog Albrecht ook de ver-
kiezing van drie Burgemeefteren aan allen,
die Burgemeefter of Schepen waren of ge-
weeft
(h) L'. C
(i) Handv. il. 2J.
(k) vaderl. Hift. III. Dell, il. 341 eng.
vryheid
om Ex-
cynzen
te heffen,
en ont-
flag van
de Goud-
fche
tollen.
-ocr page 190-
GESCHIEDENISSEN.
II. Boek.
133
„ ninge der Raaden O)." Wy fpreeken
niet van eenige andere Handveflenvan Her-
toge Albrecht, ten deele, om dat wy 'er,
reeds te vooren, melding van^gemaakt heb-
ben, ten deele, om dat wy 'er, by andere
gelegenheden, nog van zullen moeten fpree-
ken. In Maymaand te vooren , was de
Hertogin , Vrouw Mar gar eet van Kleeve,
Gemaalin van Hertoge Albrecht, in Amfter-
dam geweeft, daar zy eenen nagt vertoef-
de, en van Stads wege, met vyftien (hoe-
ken, befchonken werdt (7).
(m) Handv. il. 134. [13.]
(7) Dit is my gebleeken, uit eene oude Reke-
ning van 's Graaven Huishouding , op pergament
gefchreeven, waarin ik deeze woorden \eeze: Des
donredaghes avonts
XIX daghen in meye 'quam myn
Vrouwe die hertoginne mid een deel hore herbbrge tote
aemflerdämme ende bleef aldaer dier. nacht anno
CGCC
ende een -— ---- Ende die van aemflerdamme miere
Fr ouwen fchenkeden XV grote fnoeken. ende uten rey-
gherbofch gheleuert waren
XIX reyghers. Men moet
niet vreemd vinden, dat hier vierhonderd en een, in
plaats van veertienhonderd en een gelezen worde.
Kundigen weeten , dat men, in deeze eeuwet dik-
wils , in 't melden van 't jaartal, de duizend
■overfloeg.
weeft waren; en de verkiezing van eenen
Oud-Bürgemeefter uit de a'fgaanden , aan
deezen drie (/). Op den zesentwintigflen
Juny des jaars. 1401 , verleende hy der
Stad „ dat geen haarer Poorteren, 's Graa-
ven dienftluiden , als Baljuwen , Rent-
meefters, Tollenaars en Schouten, die
in- hijn ampt misdaan hadden, uitgeno-
men , wegens eenigerhande breuken, er-
gens benoorden de Maaze, zou mogen in
regten worden aangefproken dan binnen
Amfterdam, voor de bank van Schepe-
nen; ten ware hy vegtenderhand, of ge-
ftolen goed voerende , betrapt werdt.
Ook zou een Poorter, die binnen eenige
andere vrye Stad misdeedt, aldaar mo-
gen bezet en bekommerd worden. Wy-
ders, werdt, by dezelfde Handveft, be-
paald , dat de Stads Excyns op elk vat
biers niet hooger dan zes grooten zyn
mögt, en op andere middelen zo veel
als de Raaden redelyk zouden oordee-
len: en werdt den Schout gelail, over
de Excynzen, met Schepenen, regt te
doen en pande te geeven, op vermaa-
(/) Handv. hl, is- in, i+.]
Andere
voorreg-
'en door
5em aan
f2 Stad
ver.
leend.
Hoi.
I. STUK.
S
B Y-
-ocr page 191-
AMSTERDAMS
IL Deel.
134
BYLAAGEN
Bylaa-
GEN
L". A.
N. i.
GEN
N. i-
op het II. Deel, II. Boek.
Lr. A. N.
i.
Zoen van Herme Albrbciit »*» Beieren«* de Stad Amsterdam. Gegeven in den
Haage, den zeventienden February des jaars 1366.
AELBRECH-rby goeds ghenade hertoge in
beyeren palensgraue opten Ryn Ruwaert
van hollant,van zeelant ende van vrieslant doen
cond alle luden dat wi nenghezien meneghen
trouwen dienften die onfe goede luden van Aem-
ftelredam en hore voervorders onfen lieven broe-
der hertoge Willem grave van Henegouwen van
Hollant van Zeelant ende Heere van Vrieslant
ons ende onfen voervorders dickwilen gedaen
hebben ende ons noch doen moghen onfe fte-
de ende porteren van Aemfterdam ghemeenliic,
Uytgefet die neghentien perfonen die hare bro-
ke bezonderlinghe an ons gebleven zyngheno-
men hebben ende nemenfe tot onfer zoene ende
volre vriendfcapendekennenfejeghens ons vas-
telic verfoent van alre broken ende van allen
punten die wi hun opghefeit ane getegen heb-
ben ende brokich in gevonden hebben jof eni-
ge andere die der ftede ende den porteren ge-
menelich roeren mach tot defen daghe toe en-
de bekennen hun weder dat fi bliven ende we-
len rullen in allen handveften ende rechte alfo
fi waren ende fchuldich waren te wefen eer
wife bezaeten jof befchuldigheden van den pun-
ten jof broken voerfz. voer welken broken fi
ons ter zoene ende beteringe geven zeilen en-
de ghelevert hebben te gheven tienduzent feil-
den vier en twintich dordrechtfe jof vlaemfe gro-
ten voer elcken fcild gerekent jof andere paye-
ment na dier waerde dewelk zi verfekeren zei-
len ende loven an des heren hande van Egmon-
de ende van Ylfelfteine in betalinghe van den
ghelde dat wi ende onfe medelovers ende bor-
ge hun fchuldich zyn van der loffenhTe van
Wieringerland ende fi feilen den here van Eg-
'monde voerfz. alfo voldoen mit zekerhede en-
de mit beloeften twifchen dit ende grote vaf-
telavont naeftcomende dat hi ons overgheve
onfen brief ende onfe medelovers ende bor-
ge dien hy van ons hevet van tiendufent
feilden vier en twintich groten voer den
fcild bezegelt mit onfen Zegele en mit den Ze-
ghelen vele onfer raden ende Heden ende zo
wanneer fi ons dien brief overleveren zo loven
wi hun te gheven onfen openen brief dat wi ons
ghelyen ende kennen wel betaelt van de fom-
men voerfz. ende dit voerfeide ghelt zeilen
ghelden alle de ghene die porters waren tot
Aemftelredam up die tyt doe wife eerft befcult
ghedaen van den voerf. broken ende waer ie-
mant die daer in onwillich ware jof die niet
mede gelden en woude des befceidelic tip hum
gherekent ende ghecoornen worden na den be-
loepe van andere poerters die loven wijeghens
ons nimmer meer te laten verfoenen voerder
tyt dat 11 dat vol ende al betaelt ende voldaen
hebben ende loven den willeghen poerters'daer
inne te helpe comen mit onfen baeliu ende
rechters datmen van der onwilligher lüde goeds
fo waert ghelegen is dat ghelt dat up hun ghecoor-
nen wort geinnet werde ende allen feade ende
coft die daerom te vervolghen gedaen jof ghele-
denwort. maer hier mede en zeilen die neghen-
tien perzone die te voren fonderling an ons ghe-
bleven waren niet belaft noch befcaedt wefen
want wife fonderlinghe tot onfe zeggen ende be-
teringhe gehoude hebben en mit defen punten en
up den vorwerden verfcreven hebben wi qui-
te gefcouden ende fcelden quite onfe ftede van
Aemfterdam ende die porters aldaer uytgheno-
men die neghentiene voerf. van alle punten daer
wife up befchuldicht hebben ende van anders
allen broken roerende de ghemiene ftede ende
porters tot defen daghe toe. Ende om dat wil-
len dit vafte ende geftade houden ende gehou-
den hebben van ons lieves broederswege voer-
fereven ende van den onfen, der ftede ende
den porters van aemfterdam uytghenomen den
neghentiene voerf. fo hebben wi defen brief
open bezeghelt mit onfen zeghel, ghegheven
in den Hage des dengesdaghes na finte Valen-
tyns dach in tjare ons here M. CCC feffe ende
tfeftich.
JufTu domini ducis Alberti prafentibus domi-
no de Brederode domino Philippo de Pot.
domino C. de Heimftede domino Johanne
de Langh. & domino Coenrade.
Onder aen hing sbertogen Zegel
in groenen ivafche aen eene
dubbele j'rancyne fiaerte.
V. A.
-ocr page 192-
GESCHIEDENISSEN.
II. Boek.
135
L'. A. N. 2.
Byl aa-
oen
den L;. A.
N. 2.
GEN
A.
ïf.
Quytfceldingbe der betalinghe van den dedlnghe voirfcreven. Gegeven te Geertruidenb
.erg,
negenden Maart des jaars 1366.
die zy dair af hebben mit onzen Zeghel beze-
ghelt. ende gehen dat zy ons overghelevert heb-
ben dien brief dien die heere van Egmonde en-
de van Yffèlfteyne van ons ende van onfen me-
delovers hadden van fynre fcout, die wy hem
fculdich waren inhoudende die fomme voirfcre-
ven ende fchelden onfen goede luden van Aem-
ftelredam dien dit daghedinghe roert na den
Zoenebrieve voirf. daer af vry ende quyte mit
dezen brieve bezegelt mit onzen Zegel, ghéghe-
ven tot finte gheerdenberghe up den negenden
dach van Mairte Int jair ons heren dufent drie-
hondert zeffe ende tzeftich.
Aelbrech't by goeds ghenade hertoge in
beyeren palensgraeve opten Ryn Ruwaert
van hollant, van zeelant ende van vrieslantdoen
corid alle luden dat onfe goede luden van Aem-
ftelredam ons voldaen hebben anhande s heren
van Egmonde ende van Yffèlfteyne dien wyze
hebben doen innemen voir al zulke fcout als
wy hem fculdich waren van der Loffeninge van
onzen lande van Wiringeland tien hondcrt
pont groete die welke onze goede lüde van
Aemftelredam ons fchuldig waren te beteringhe
van alrehande broken die\vy den ghenen dair
die fomme op gezeyt ende ghezet wort tyenden
waren gheliker wys alze die Zoenbrief inhout,
Rylaa-
GEN
Lr. B.
V. B.
Vidimus van Schepenen en Raaden van Amflerdam van eenen Brief van Hertoge Albsecht
■van Beieren, Graave van Holland, -waar by zekere rente, die de Stad den Hertoge voor
't Gouden Water en de Maat fchuldig was
, aan 't Karthuizers Kloofler, opgedraagen wordt.
Gegeven in den Haage, den zevenden Auguftus des jaars 1393.
Alten den ghenen die defen brieff füllen fien
off horen lefen falut maken condt ende
kenlick wy feepenen ende rade der Stede van
amftelredamme dat wy wel gefien hebben ende
gelefen eenen bricff ganffe ende gaue ongecan-
felecrt ende zonder eenige rafur wel befegelt
met des hoich geboren Vorftens zegels ons liefs
geduchts heeren hertoge aelbrechr faliger ge-
dachten ende geteykent gelyck beneden op de
fpacie van defen brieue gefcreuen ftaet ende
inhoudende van woerde tot woerde gelyck hier
11
te der broederen die den dienft Gods doen
füllen by daghe ende by nachte die acht en-
de veertich pont sjaers die onfe ftede voirf.
ons jaerlicx fchuldich is van den gouden wa-
teren ende van den maten, dat zy jegens ons
gepacht hebben tot eweghen dagen. Ende
want wy willen dat dit tot e wegen dagen fta-
de ende vafte gehouden worde voor ons en-
de voor onfen nacomelingen foe ontbieden wy
gebieden ende beuelen onfe feepenen ende ra-
de van onfe ftede voerf. die nv zyn ofte na-
mals welen füllen dat fy defe voorf. renten
den Cloefter voorf. alle jaer betalen zonder
eenich wederfeggen , Behoudelyk dat wy en-
de onfe nacomelingen de vorf. rente lollen
mogen ende vryen mit duyfent guldens voorf.
ende een jaer renten wanneert ons ende onfe
nacomelingen genougen fall. In oirconde de-
fen brieue befegelt mit onfen fegele gegeuen
in den haage op ten vij',ea dach in Augufto
in 't jaer ons heeren duyfent ijj? xcnj.
nae volghet.
Aelbrecht by gods genaden palensgrauen op-
ten Ryn hertoge in beyere graue van hene-
gouwe van hollant van zeelant ende heere van
vrieslant doen condt allen luden dat wy voor
ons ende voor onfen nacomelingen gegeuen
hebben ende geuen mit defen brieue onfen
Cloeftre van den fartreyfen by onle ltede
van amftelredamme voor duyfent dordrecht-
fche gulden die wy hem noch fchuldich zyn
ende gegeuen hebben te helpen tot nootdorf-
S 2
V. C.
-ocr page 193-
AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN. ILDeel.
I'
v. c.
Brief waarin Herta? Alb re cht belooft, de Stad Amfierdam te voldoen vcm'tverfchot, welk
zyvoor hem tot denFriefchen oorlog gedaan hadt.
Gegeven in den Haage den twmugften Qe-
tober des jaars 1398.
Byi-aA'
GEN-
LA C
B.Y LAU-
GEN
Lr. C.
kerke getogen waren van onfentwege op die
Ooft'Vriefen boven nochtan vrihedcn die wy
onfer ftede voorfz. daerom gedaen hebben van
der tolle tot Sparendamme ende van den vier
mark füvers die fy daer of onfen neve van
Bloys te geeven plagten 450 Hollandfe fchil-
den. Item noch ende onfe ftede voorfz. ge-
levert heeft onfer lieven ende getruwen Tre-
forier den Domprooft van Utrecht die re ons
goede rekening ende bewifinge of doen IÏ1I750
Hollandfe fchilden. komt te famen dat onfe
ftede voorfz. betaald heeft 2800 Hollandfe
fchilden, die maken 4000 Hollandfe guldens
voorfz. welke 4000 guldens voorfz. wy gelooft
hebben voor ons ende onfe nakomelingen on-
fer goede ftede voorfz. wael te betaelen binnen
's jaers of van den eerften beden die ons ver-
fchynen füllen in onfer lande van Aemfter-
lant van Waterlant ende van den Zeevank. In
oirkonde defe brieve befegeld met onfe fegele.
Gegeven in den Hage op den 20= dag in Oclo-
bri in 't jaer onfes Heeren 1398.
Onder aen hing's Hertogen
fegel in groene wafle aen
. een enkelen Francynen
ftaerte.
AELBRECHT by Godes ghenade Palyns-
graue op ten Ryn, Hertoghe in Beyeren,
Grave van Henegouwen, van Hollant, vanZee-
lant, ende Heere van Vrieslant doen cond al-
len luden dat ons onfe goede ftede van Aem-
ftelredamme gelient ende verleid heeft tot on-
fe reife behoef van Ooft-Vriesland diewy left
deden 4000 Wilhelmus Hollandfe gulden die
zy van onfentwegen uitgedaen hebben in ful-
ker maniere als hier na gefchreven ftaet; dat 's
te weten eerft van allerhande fchip - huur die
by onfen Ammirale binnen onfe ftede voorfz.
gehuurt waren in ons reife voorfz. ende gefet
worden bi onfen getrouwen Heere Jan van
Heenvliet ende onfen gerechte van onfer ftede
voorfz. bi onfen bevele daar die fomme of be-
liep gelykerwys als dat by onfe Clerke gere-
kent word 1390 Hollandfe fchilden item noch
die zy Huge Starken ende Symon van Zaenden
Gerytsfoen gegeven hebben bi onfen bevele
bier mede te betaalen op onfen reis voorfz.
aio Hollandfe fchilden: item noch ende onfen
ftede voorfz. van onfentwegen bi onfen bevele
betaeld heeft van eenen Coghe die geladen mit
een deel Souts verloren word in eenre ryfe als
Heer Jan voorfz. en Heer Geryt van Heems-
TWEE-
-ocr page 194-
137
TWEEDE          DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
AMSTERDAM.
DERDE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van 't jaar 1402
tot het jaar 1477.
De Friefche ' oorlog , waarin Amfter-
dam zo veel deels genomen hadt ,
was naauwlyks met een beftand geëindigd,
of Hertog Albrecht befloot,de wapenen op
te vatten tegen Jan, Heere van Jrkel, die
tien jaaren Rentmeelter of Thefaurier van
Holland geweeft was, zonder rekening ge-
daan te hebben: 't welk den Hertog, die
thans verpligt was zyne inkomften te raade
te houden, zeer ongelegen kwam.Hyhadt,
in 't jaar 1397, een begin gemaakt met zy-
ne Rentmeefters tot het doen van rekening
te verpligten, en Bruflyn van Herwyne, Rent-
meelter van Zeeland Bewelter - Schelde ,
te Amfterdam, doen gyzelen (<j) ; waarna
hy, met eenige moeite, tot reden gebragt
was (V): doch Jan van Arkel, veel magti-
ger Heer, moeit openlyk, en met geweld
van wapenen worden aangetaft. De weder-
zydfche vyandlykheden werden aangevan-
gen, in 't jaar 1401. De Poorters derllol-
landfche Steden, en die van Amiterdamin
't byzonder leverden manfehap tot denAr-
kelfchen kryg (c). Ook werdt den goeden
Steden, in 't jaar 1402, gevergd, eenige
penningen , ten dienfte van Hertoge Al-
brecht , in deszelfs reyfe op zyne vyanden,
den Arkelfchen, te ligten. Amfterdam ver-
ftrekte hem vyftienhonderd goede gouden gent-
fche Noblen,
waarvan hy tien ten honderd
jaarlykfche rente beloofde; om welke te vin-
den, hy der Stad, by eene Handveit van
den negenden Juny des gemelden jaars, die
nog nooit uitgegeven geweeit, en daarom
van ons, onder de Bylaagen (d), geplaatit is,
een groot getal van Graaflyke renten en
pagten in handen ftelde. Onder deezen,
waren „ die grute tot Aemfielredamme" die
[*) fw-MiERit Chsrterb. III. Deel, H. *S7.
y{
ANN- * LEYD1S Liir. XXXI. Cat>. s+.
V ;eri»eerd. Beha ,'»MATTHä;i Anal. Tom. III. p. 1 lt.
[t) Lt.
A.
                                                             r
de Amfterdammers, in 't jaar 1304 , ver-
pligt geworden waren dubbel op te bren-
gen O) „ verfcheide Hoffieden of erven in
„ en buiten de Stad, met naame die van
1402.
Graafly-
ke rente11
en pag-
ten
il
der moolen flege, van der moolen hut en der
Bynwiker poirt,van der moolen op de weft-
„ zyde, en van der moolen op de ooltzyde
„ der Stad; verfcheide erven op deflufe;
de flempels van der fiufe ; het veemeffens
„ Ouadoclen;
het veer neffensTppenflote; het
"veer neffens Diemer dam; de Walen by de
„ Stad; de fiufen aldaar, te Yppenflote, en te
Diemer dam; de cynfe [tynfe'] te Amlter-
„ dam, te Monikendam, en te Diemen;
„ de jaarlykfche beden van Waterland, van
„ Warder, van Middel-ie en van Koedyk;
„ de Maybedetot Marken, en de Koren-
„ tienden te Ward er, te Middel-ie en te
„ Koedyk." Twee dagen na 't verleenen
deezer Handveft, gaf Hertog Albrecht die
van Amfterdam vryheid, om, voor de op-
gefchooten vyftienhonderd nobelen , Lyf-
of erfelyke renten te mogen verkoopen.De
brief, die door Willem, Graave van Oos-
tervant, bezegeld werdt, wordt, in de Oude
Kerke, Laade
XIII. bewaard.
Hertog Albrecht, op deeze wyze inftaat
gefteld zynde, om den Arkelfchen oorlog
voort te zetten, verzamelde, in 't jaar 1403,
een aanzienlyk Leger. Graaf Willem hadt
'er het opperbevel over. Hy floeg het be-
leg voor Gorinchem , de Hoofdftad der
Heerlykheid van Arkel, en drong Heer Jan
tot een Verdrag (ƒ), welk egter niet lang
gehouden werdt.
Midlerwyl, was Hertog Albrecht, den
twaalfden December des jaars 1404, over-
leeden, en opgevolgd door zynen Zoon,
Willem den VI., die alomme m de Ste-
den
Zy ver-
krygt
verlof
tot het
verkoo-
pen van
renten.
H02.
Graaf
Willem
de VI.
beves-
tigt en
venneer-
(e)  ZU II. B
Hi'ft.' »!• Beet, il. H7 <«z.
(f)  Vadeil
S 3
-ocr page 195-
AMSTERDAMS
II. Deel.
i38
Aimilius Jobannis , of Amel Janszoon. In
den naam van Dirk Symonszoon, is noggroo-
ter verfchil. De oude Schryver noemt hem
Tbeodoriciis Symonis de Heemskercke, o£Dirk
Symonszoon van Heemskerk.
Onder de laa-
teren, noemen Dom sela'ar en Dapper
hem Symon Dirkszoon, en Commelin
Dirk Symonszoon Bennink , die te vooren
Schout der Stad geweeft was. Enmetdee-
zen laatften, zou ik het houden; te meer,
om dat de oude Schryver zelf Dirk Symons-
zoon
befchryft als emmuitzugtig burger van
Amßerdam [ejusdem Oppidi civis faÜiofus~]:
't welk zeer wel op een gewezen, en ver-
fnoedelyk misnoegden Schout paffen kan.
't Is waar, dat hy Dirk Symonszoon den toe-
naam van van Heemskerk, niet van Bennink
geeft; doch hy fchynt Dirk Symonszoonvan
Amfterdam verward te hebben, met eenen
Dirk Symonszoon van Haarlem, die ook, om-
trent deezen tyd, gedood werdt (k), en
veelligt van Heemskerk bygenaamd geweeft
is. Voorts, is my nergens gebleeken, of
'er, ten deezen tyde, te Amfterdam, eeni-
ge verdere buitengewoone verandering ge-
maakt zy in de Regeering; dan of de Re-
geering , op den gewoonlyken tyd, in Fe-
bruary, verzet zy geworden. Indien het
eerfte gebeurd is, dan zal Hertog Willem,
vermoedelyk, aan de Stad eene Akte ver-
leend hebben, waarby hy verklaarde, dat
zulk eene afwyking van de Privilegien haar,
voor het toekomend e, niet tot nadeel ftrek-
ken zou; alzo het geeven van diergelyke
Akten, in zulk eene gelegenheid, reeds om-
trent deezen tyd, in gebruik was (o). Doch
't zou ook können zyn, dat Hertog Willem,
de Wethouderfchap te Amfterdam, op den
gewoonlyken tyd, in February des jaars
1405, veranderd hebbende, eerft in Maart
daarna, en dus door de nieuwe Regeering,
ingehuldigd was.
De binnenlandfche oneenigheden verhin-
derden , ondertulTchen, Hertog Willem niet,
in het voortzetten van den Arkelfchen oor-
log. In den Zomer des jaars 1405, werdt
het beleg der Sloten Hageftein en Everftein
ondernomen. Het duurde tot in December,
en eindigde met het overgeeven van beide
deeze Sloten ; waarna, een beftand voor
eenige maanden , met den Heere van Ar-
kel, getroffen werdt (p).
Amfterdam en eenige andere Hollandfche
en Zeeuwfche Steden hadden, om Hertog
Willem tot het uitvoeren van dit beleg in
ftaat te Hellen, twaalfhonderd Engelfche
JNobelen aan Lyfrenten verkogt in Brabant;
van
(k) JOANJJ. a LEYDIS £;'4rvXXXI. Cap. «4.
(0) 2ii Handv. van Oudewater, iL 3J9.
(pi Vaiieil. Hift. in. Deel, tl. 372 f«*,.
den werdt ingehuldigd: ook te Amfterdam;
by welke gelegenheid, hy de Stad, den tvvin-
tigften Maart des jaars 1404 [1405], be-
veiligde in alle haare Privilegien (g);haar,
den volgenden dag,tot belooninge van ge-
daane en nog te doene dienften, ende oock
om dat die Coopman te bet
zyne goede Stede
verfielen,
dat is, bezoeken zou, byzonder-
lyk vergunnende, dat elk onbelemmerd het
Marsdiep en het Viie, naar enyandeStad,
in en uit zou mogen vaaren, zonder iet an-
ders dan 's Graaven rechten toll van Anfiel-
redämm
fchuldigte zyn. Ook zou een Poor-
ter, voortaan, niet meer dan zyn Lyf en
honderd pond uit zyn goed verbeuren (h~).
Doch Hertog Willem was naauwlyks tot
Graave ingehuldigd, of hy kreeg de handen
vol werks aan het füllen der beweegingen,
die,.tuffchen de HoekfchenenKabbeljaauw-
fchen, in verfeheide Steden, en ook te Am-
fterdam, ontftaan waren. De Kabbeljaauw-
Ichen waren, op 't einde van Hertoge Al-
brechts Regeeringe, alomme in 't bewind
geraakt. Doch Hertog Willem hadt altoos
de Hoekfchen begunftigd. 't Was dan niet
vreemd, dat hyze in 't verlooren bewind
zogt te herftellen: 't welk egter, niet zon-
der merkelyke opfchudding, toeging. ' Te
Amfterdam, werdt de Priefter Willen Bruins-
zoon
, op het Kerkhof der Oude Kerke, of
in de naafte ftraat, in eenen oploop, van
kant geholpen (i). De fchuldigen werden,
federt, voor het Kerkelyk Regt des Bis-
fchops van Utrecht, betrokken; gelyk blykt
uit eenige egte {lukken, die nog nooit in't
licht gegeven, en daarom van ons, onder de
Bylaagen van dit Boek (£), geplaatft zyn.
Hertog Willem deedt Jan Nott aard, Schout
der Stad, Amel Jansfoon Ryzer, die de hand
gehad hadtin 't ombrengen des Priefters, en
Dirk Symonszoon, voorn aame burgers van de
Kabbeljaauwfche zyde, onverhoeds ligten,
en ter Stad uit voeren: waarna, eerft Not-
taard en Ryzer, en wat laater ook Dirk Sy-
monszoon, op verfeheide Plaatfen, onthalsd,
en hunnen vrienden dood t'huis gezonden
werden. De drie lyken werden, buiten de
Stad, in den omgang van het Karthuizers-
Kloofter, begraaven (/). De oude en laatere
Schryvers zyn 't niet eens, omtrent de naa-
men der twee laatftgemelde onthalsden. De
ongenoemde oude Schryver noemt den eer-
ften van de twee, dien laatere Schryvers
(m) Amel Janszoon Ryzer heeten, blootelyk
I4°5'
dert de
Privile-
gien der
Stad.
I405.
Op-
Fchud-
diug te
Amfter-
dam.
Ondel-
zoek,of
'er, te"1
deezen
tyde, tS
KmWv
dam, °°*
eenig*
buitefl"
gevv°°'
ne ver- 1
andern»1
in de
Reges-
ring ës'
maakt
zy?
De
Schout
en twee
burgers
worden
onthalsd
Amt'1?
dam f
ande^
Stede»
Helle»
tfertoS
(g) Handv. hl. 74. [14.]
\h) Handv. il. zj. [14.]
(i) Joann. A LEYDis Lifr, XXXI. Cap. «4.
(*) L'. B.
(I) Anonym, ad calc. Pontani ƒ>• *•
(m) DOMSKLAAR VI. Dtek, il, IJ7- DAFPHR W. IOO.
COMMEUN tl. S?8.
-ocr page 196-
GESCHIEDENISSEN.
III. Boek.
139
„ tig jaarenen langer, gedaan hadt, zon- IAOO
„ der eenig. wederfeggen van den Graave
          y
„ van deszelfs nakomelingen, of van ie-
„ mant anders van zynenwege." Alle welke
voorregten begreepen waren ineeneHand-
yeft , den vyftienden July des jaars 1409,
te Rotterdam, gedagtekend (0 Den der-
tigften April te vooren, hadt hy haar, daar-
enboven , van de Woudrichemfche en Heus-
denfche Markttollen vry verklaard (u).
Voorts, blykt, dat Hertog Willem, na 't
verleenen der eerftgemelde Handveft, de
pagten en renten, die de Stad hem daarby
te rug gaf, inderdaad bezeten heeft; alzo
hy, by eenen brief van den vyfden Oftober 141c
des jaars 1410, een groot gedeelte der zel-
ven, en daar onder ook de gruitc te Amfter-
dam, aan Jongkvrouw AkidvanHonthuizen>
die tweehonderd guldens 's jaars fpreeken-
de hadt op het Baljuwfchap van Amftelland
en Waterland, heeft afgeflaan (o).
Maar de voorregten\ die Amfterdam ten
deezen tyde verkreeg, konden de overgiè
der voorheen bedongen pagten en renten
rykelyk opweegen. De uitbreiding van der
Stede vryheid te water was haar veel waar-
dig ; vooral, na dat de Koophandel en
Scheepvaart der Stad zig begonden uit te
breiden, en 't Y, fomtyds, met fchepen be-
zet was. Ook was 'er den burgeren veel aan
gelegen , dat zy alleen door 's Graaven
Schout aan regt gevorderd konden worden,
en in geenen deele van eenen Baljuw van
Amftelland, waaronder zy oudtyds plagten
te ftaan, hadden af te hangen: welke fchik-
king de Stad, eindelyk, geheellykfcheidde
van Amftelland, waartoe zy, eertyds, be-
hoord hadt. Doch 't meefte nut hadt de
Stad te wagten van het voorregt, dat alle
Ampten en dienften, die,federt meer dan
vyftig jaaren, dat is, federt de Handveft
van Willem den IV. van't jaar 1342, waar -
by haar eenige ampten waren afgeflaan ,
door de Stad begeven waren, voortaan ook,
ten behoeve van de Stad, en niet van den
Graave of de zynen, zouden gebruikt wor-
den. Zeker, in eene aanwalfende Stad ,
moeften alle Ampten, van tydtottyd,ver-
meerderen in getal en in waarde; en daar
was den burgeren in 't gemeen veel aan ge-
legen , dat het begeeven der zelven niet
ftondt aan eenen dikwils uitlandigen Graa-
ve , of aan deszelfs Staatsdienaaren; maar
aan de Wethouderfchap zelve, die uit de
befte burgers gekooren werdt, en de bur-
gery verbeeldde. Men ziet dan,uit deeze
aanmerkingen, klaarlyk,van hoe veel aan-
be-
et) Hand?, hl. 2. [u-1
C«) Hand». H. ■»>■ L'J-J
(v) Zie Mieris Charterb. IV, Deel, hl, i;j.
van welke renten hv. den een-entwintigften.
en twee-entwintigften November, beloofde,
de Steden fchadelóos te zullen houden ,
doende dezelven jaarlyks betaalen doorzy-
ri'eRentmeefters van Kennemerland en Fries-
land, dat is, Weftfriesland, en de Steden
magtigende, om de Graaflyke inkomften
zelven aan te tauen, in geval de Rentmees-
ters, in het voldoen der renten, nalaatig
bleeven (q). Toen, wat laater, de Arkel-
fche oorlog werdt voortgezet, en Hertog
Willem 'het eindelyk zo ver bragt, dat hy
tot Heere van Arkel werdt ingehuldigd,
hadden Amfterdam en de andere Steden
hem wederom met geld onderfteund, en,
ten dien einde, omtrent duizend en vyftig
Engelfche nobelen aan jaarlykfche Lyfren-
ten verkogt; voor de voldoening van welke
fchuld, de Hertog, in Maymaand des jaars
1407, gelyke verzekering gaf (f). Wy te-
kenen 't een en 't ander hier te liever aan,
om dat 'er klaarlyk uit af te neemenis,dat
de Steden, van ouds,niet gehouden waren,
zig, ten behoeve des Graaven, in fchulden
te fteeken; en dat zy 't niet deeden,danop
goede verzekering voor de voldoening van
hun verfchot.
Wy hebben, hiervoor (ƒ), gezien, dat
Hertog Albrecht, tegen een honderd vyftig
nobelen 's jaars, die hy der Stad Amfter-
dam fchuldig was, een groot getal van
Graaflyke pagten en renten aan haar afge-
ftaan hadt. 't Zy nu,dat de Stad haare re-
kening niet gevonden hadt by deezen af-
ftand; 't zy dat Hertog Willem niet gezind
was, haar nieuwe en grooter voorregten te
verleenen, ten ware zy de afgeftaane ren-
ten en pagten wederom opdroege aan de
Graaflykheid; men kwam, eerlang,wegens
dit Iaatfte, overeen, mids de Hertog der
Stad overgaf „ de viifchery van de twee
„ Huizen binnen haare Vryheid, en van alle
„ anderen, die, in den Zeeburg, of Zee-
„ dyk, tuflchen de Stad en Ypelloot, zou-
„ den mogen gelegd worden. Voorts,ver-
„ meerderde hy haare Vryheid in't Y, van
„ de Volewyk af, tot zo ver als de Vry-
,, heid te lande zig uitftrekte, dat is, hon-
5, derd gaarden. Hy gaf zynen Schout van
„ Amfterdam magt,om alle breuken te be-
„ regten , ßnder eenich toefeggen van den
„ Baljuw van Amftelland en Waterland,of
>* van iemant anders, van 's Graaven wege.
5> De Stad kreeg ook het merkwaardig voor-
» regt, om alle Officien, dienßcn ende goe-
» den, ten haaren behoeve, tot eewwighen
» daegben, te gebruiken, gelyk zynu,vyf-
(j) M,Er,s chartcrb IV> Detl hl ls
H05.
'n ftaat,
5« het
"itvoe-
der
Wiege-
Hnge
> Ha-
Seftein,
Nthet
Ner
Vc.
Jetten
>  den
fcl
«en
rS'g.
H07.
her.
£" be-
W,den
1 nd
fee-
c»-
ik\ver-
H09,
»flui-
de $ van
Ste
«il,
Sa
-ocr page 197-
II. Deel.
A M STE.RDAMS
140
belang de Handveft van den vyftiendenju-
ly des jaars 1409 voor Amfterdam geweeft
zy-
Reinoud, Hertog van Gelder, met Jan,
Heere van Arkel , . zynde ■ aangefpannen ,
hadt, reeds in 't jaar 1407, de wapenen
opgevat tegen Hertoge Willem. Hierop
was, in 't volgende jaar, een Beftand ge-
volgd. Doch de kryg ontftak op nieuws, in
't jaar 1411, en eindigde, in 't jaar 141a,
met een Verdrag van Vrede, waarby Go-
rinchem en 't Land van Arkel aan Holland
werden afgeftaan.
Midlerwyl, hadt de Gelderfche oorlog
Hertoge Willem gelegenheid gegeven tot
het doen eener buitengewoone bede aan de
goede Steden van Holland, en ook aan Am-
fterdam : in welke bede niet bewilligd
werdt, dan na dat de Graaf zig verbonden
hadt, om zulk eene gunft, door het ver-
kenen van nieuwe voorregten, te erkennen.
Haarlem, welk Hertoge Willem zesduizend
oude fchilden, in drie jaarente betaalen,
hadt toegeftaan , verkreeg Privilegie, om
tot op driehonderd roeden buiten de Stad
excynzen te mogen heffen (?y). Wat Am-
fterdam opbragt, vind ik nergens aangete-
kend. Doch, by eene Handveft van den
negenentwintigften May des jaars 1413, die
in de Oude Kerke, Laade XIII. bewaard
wordt, kreeg de Stad, tot voldoening der
ingewilligde bede, Odlroi om tot tweehon-
derd en vyftig nobelen 's jaars aan renten,
tegen den twaalfden penning, te verkoopen;
waaruit men fchynt te mogen afneemen,
dat zy den Hertoge drieduizend nobelen
hadt toegeftaan. Doch wat hier van zyn
moge; de Stad en Poorters, den Hertoge
nu gunßelyck ende willichlyck ghegeven heb-
bende alfulcken bede, als hy op henluyden be-
geert
hadt,. verwierven, den vierden No-
„ Stad van geen' Poorter minder dan zes 141!'
„ nobelen leenen mögt: dat geen e Kloos-
„ ters of Geeftelyke Geftigten , de Kers-
„ pelkerken en Gafthuizen uitgenomen ,
„ voortaan eenige erven of timmering zou-
„ den mogen koopen of verkrygen: dat de
„ Raaden, met twee of drie Schepenen,
„ twee, drie of meer goede knapen zouden
„ mogen aanftellen, om opzigt te hebben
„ op de herftelling van bruggen, ftraaten,
„ fteigers of kaaden binnen de Stad."
Voorts, behelsde deeze Handveft eene or-
de op de wyze van panding door den Schout
der Stad (x); waarop wy hier niet zullen
ftilftaan. In eene Handveft van den twin-
tigften September des jaars 1413, die in
de Oude Kerke, LaadeXllL, beruft, wordt
de fomme, welke men te Amfterdam gee-
venmoeft om Poorter of Burger te worden,
van vyf Kroonen, op twee Kroonen en elf
grooten verminderd : 't welk niet nalaaten
kon te ftrekken tot aanwas der Stede, in
getal van burgeren.
De zee was, gelyk wy, reeds by eene \m{ter
andere gelegenheid (y) , getoond hebben, dam tv*
al federt veele jaaren , onveilig gemaakt, fchepe^
dooreene foort van fchuimers, Victualie-^q^.,
broeders
en Likedeelers of Gelykdeelers ge- fn-efch^
naamd, die zig, wanneer zy aan land wa- zeefcllUl'
ren, veel in Ooftfriesland onthielden ; al- mers.
waar hun, op de Sloten van fommige Ede-
len, met naame van den ouden Keno ten
Broeke
, hu is veiling vergund werdt. De
Hanze-Steden en Hamburg in 't byzonder
hadden, al lang, jagt gemaakt op deeze
zeefchuimers , en fommigen , die hun in
handen waren gevallen, eenen harden dood
aangedaan (z). Doch 't neft was niet ge-
makkelyk uit te rooijen. De jonge Keno
ten Broeke,
Zoon des gemelden, eenige jaa-
ren laater, gefchil gekreegen hebbende met
andere Ooftfriefche Edelen, oordeelde den
byftand van Lubek\n Hamburg en andere
Hanze - Steden noodig te hebben , en liet
hierom na, de zeefchuimers te onderfteu-
nen,gelyk zyn Vader, en hy zelf, te voo-
ren, gedaan hadden. Zelfs boodt hy Lu-
bek en Hamburg zyne hulp aan tegen de
roovers, mids men hem met Schepen en
manfehap byftonde tegen de Edelen , die
hun huisvefting verleenden, en zyne by-
zondere vyanden waren. De twee Steden,
dit werk alleen niet willende op zig nee-
men , zonden afgevaardigden naar Amfter-
dam, alwaar ook eenige andere Holland-
fche, Stigtfche en Friefche Hanze-Steden
be-
(x) Handy, il. m, [ij.]
(y) Zie 11. Deel, 11. Boek, hl. 132.
(z) E. Beninga Hift- van Ooftfi, I, B»lK, Cap.CUl*
CUV.
CLY. II. i+7> i4Sj ijo.
1410.
Amfter-
dam be-
willigt
in eene
Graafly-
Ke bede
I4II
Verkrygt
het regt
omWaar-
dyns der
Lakenen
te mogen
ftellen,
en ande-
re voor-
regten.
vember des jaars 1411 „ dat Schepenen en
„ Raaden, jaarlyks, Waerdyns of Opzig-
„ ters over de Lakenneeringe (1) mogten
„ kiezen, zonder dat 'er de Graaf of ie-
„ mant anders eenig zeggen in hebben zou:
„ dat de Raaden, met een of twee Sche-
„ penen, Poorters mogten aanneemen, zon-
der 's Graaven bewilliging te behoeven:
35
dat geen Poorter aan de Stad geld zou
„ behoeven te leenen, dan tegen eeneren-
„ te van den twaalfden penning, en dat de
(w) Piïvil. van Haarl. hl. «S.
(1) 't Woord Waardyn, 't welk ook nog in ge-
bruik is, om Opzigter derMunte te betekenen,is
afkomftig van het oud Vlaamfch woord waarden
oiwaaren,
dat is, toezien, bezorgen; en van eenen
oorfprong mee het Franfche Gardien, welk genoeg-
zaam het zelfde woord is. ZinliiLumDiäionarium
Etymologicum.
-ocr page 198-
GESCHIEDENISSEN.
III. Boek.
141
geflooten, eer de Amfterdamfche fchepen 1412,
uitgeloopen waren, zullende zy zig> Zon^
der een behoorlyk Verdrag, niet nebben
durven vertrouwen aan eenen Heer, die
hunne vyanden, de zeefchuimers, te voo
ren, begunftigd hadt.
Doch wat ook van den juiften tyd van
den Ooftfriefchen togt zyn moge; wy heb-
ben dienftig geagt,van den zelven een wei-
nig omftandiger gewag te maaken, om dat
ons geen ouder blyk bekend is, dat Am-
fterdam, op eigen koften, en vermoedelyk
onder Hoofdhiiden, door de Stad. zelve aan-
gefteld, krygsvolk geworven en bezoldigd,
en oorlogsfchepen uitgeruft heeft: waarvan
ons, in't vervolg deezer gefchiedeniffe, nog
duidelyker bewyzen zullen voorkomen, 't
Is waar, dat, in het geval , waarvan wy
fpreeken, de bewilliging des Graaven fchynt
verzogt te zyn geweeft. Doch zulks ge-
fchiedde niet altoos; gelyk hierna getoond
zal worden. En 't was ook doorgaands ge-
makkelyk, deeze bewilliging te verkrygen,
als de uitrufting noodig of dienftig bleek,
en de Graaflyke fchatkift niet bezwaarde.
Het Beftand, welk, ten tyde van Herto- Harule-
ge Albrecht, met de Friezen was geiloo-ling tc
ten, was, van tyd tot tyd,verlengd gewor-Ja^f^"er
den. Het jongfte liep, in de Lente des jaars Cen Be-
1414, ten einde. En 't was niet of naauw- ftand met
lyks uit, toen die van Weftergo Staveren,de Frie*
op den twaalfden Maart, innamen by ver-zen'
raiflng, de Hollandfche bezetting ter Stad I4I4"
uit jaagende (e). De Prelaaten , Grietman-
nen en Mederegters van Ooftergo en Wes-
tergo zonden , terftond hierna , Afgevaar-
digden naar Amfterdam, alwaar eene by-
eenkomft aangelegd was tegen den zesen-
twintigften April. Van 's Hertogs zyde,
verfcheenen hier Willem Eggart, Heer te
Purmerende,
Thefaurier van Holland, ne-
vens eenige andere Raadenen Vrienden des
Hertogs. Men trof een Beftand, welk, op
den dag van S. Pieters banden, zynde den
eerften Auguftus, ingaan , en drie jaaren
duuren zou. Doch die van Ooftergo en
Weftergo waren gehouden, den Hertoge,
voor dit Beftand , vyf en twintighonderd
Vrancrixe cronen uit te reiken , indien de
Sendeboden of Afgevaardigden zo veel van
de Landen verkrygen konden. En zo zy
dit niet konden doen, moeiten zy ten min-
ften twaalfhonderd Kroonen opbrengen.
Maar dan zou 't aan 's Hertogs keur ffcaan,
of hy 't Beftand wilde houden, of op een
jaar bepaalen , zonder eenig geld xlaar-
voor te ontvangen. Men beloofde, Weder-
zyds, op alles , binnen drie weeken , te
Am-
CO E. Beninga Bift. van Ooftfi. l.Soek.
il. 18 5.
T
Hu. befchreeven werden (a). En hier werdt,
mét bewilliging van Hertoge Willem, be~
floot en, eene Vloot uit te ruften, die, te
Embden, welk, omtrent deezen tyd, door
Keno ten Broeke, ingenomen was (b), ver-
zamelen zou. Amfterdam ruftte eene groo-
te Hulk uit, die onder Schipper Jan Ger-
ritszoonttondt
, en eenen groot en Ever, waar-
over Jan Jlfaartszoon het bevel hadt. Al
't bootsvolk was gewapend. En de fche-
pen hadden , daarenboven , honderd zes
en dertig Soudenaars, of bezoldigde kneg-
ten op , onder den Hoofdman Klaas Pie-
terszoon.
De koften der uitruftinge werden
gevonden, uit een pondgeld van fchepen
en goederen. De Amfterdamfche fchepen
liepen, omtrent Pinkfteren, uit, en voeg-
den zig, te Embden, by de Vlcote hunner
Bondgenooten. 't Krygsvolk tradt hier aan
land. Keno ten Broeke voegde 'er zig by.
Men trok aan op de Sloten, in welken de
zeefchuimers zig ophielden. Agt der zel-
ven werden bemagtigd, eenigen geflegt,
en de overigen aan Keno ten Broeke afge-
ftaan, onder voorwaarde, dat hy 'er nim-
mer zeefchuimers in zou laaten neftelen.
Na 't gelukken van den togt, keerden de Am-
fterdamfche fchepen , omtrent den dag van
Marias geboorte, die op den agtften Sep-
Si«.
«fik
!?>
?dee-
tember valt, voor Amfterdam te rug (V)-
De oude Schryvers, die dit voorval ver-
haaien, hebben niet naauwkeuriglyk aan-
getekend , in wat jaar , het gebeurd zy.
Eggerik Beninga en anderen plaatfen
het, omtrent het jaar 1407 , of vroeger.
e.
%
e.
Doch,volgens de Vermeerderde Chronykvan
Be ka , is de Vloot te Embden geland ,
daar Keno ten Broeke zig toen onthieldt:
en Ben in ga zelf tekent aan, dat Keno
ten Broeke, eerft in't jaar 1413, meefter
van Embden werdt , welke Stad hy vier
jaaren inhieldt. Ik vermoed ook, dat
men den togt naar Ooftfriesland niet voor
J4i2 het jaar 1412 of 1413 plaatfen moet,voor-
naamlyk, om dat 'er nog een Brief voor-
handen is , den twaalfden May des jaars
1412, in den Haage, getekend, waarby
Hertog Willem, om ootmoedich verfoek ende
om bede wille
zyner getruwer flede van Aem-
ßerdam,
een Beftand maakt met Kenen Ho-
vetling then Broeck
, welk, op S. Georgius
dag, "zynde den drie entwintigften April,
ingegaan was; van dien dag, tot aan Ma-
ria-Hemelvaart, zynde den vyftienden Au-
guftus, en voorts nog twee jaaren laater
duuren zou Qd). Veelligt, is dit Beftand
(«) E.
Bentnga I. Btekt CaP- CXCI. il. 175. met de
jtantek.. ^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^
(*) M. ibid. Cap. CXCV1I. hl. ISO.
(/A ^Crm«rd«de EEKA, hl. }}6.
(d) Z'(
Mieris chaneib. IV. ZJeel, il. 201.
I. STUK.
-ocr page 199-
II. Deel.
AMSTERDAMS
142
Amilerdam befcheid te brengen. Van de
beraamde voorwaarden werden drie affchrif-
ten op één blad gemaakt, die uit eikande-
ren gefneeden, en van welken een aan den
Thefauricr, een aan de Friefche Afgevaar-
digden , en. een aan de Steden Haarlem en
Amilerdam, ten overflaan van welken, de
handeling fchynt gehouden te zyn, ter hand
gefield werde (ƒ). Het Befland kreeg fe-
dert zyn beflag: doch het werdt niet lang
gehouden.
my bekend, van de wyze waarop, in 't be-
gin der vyftiende eeuvve, de zaaken der Ad-
miraliteit, hier te Lande, en met naame te
Amfterdam , geregeld werden. Doch of
de üitrufling hier ter Stede, ten deezen ty*
de, voortgang hadt; en wat'er't gevolg
van geweeft zy, is my nergens gebleeken.
Men weet alleenlyk, dat, den eerflen Au-
guftus hier na, tuffchen Hertoge Willem
en de Regeering van Schotland, een Ver-
drag van Koophandel geflooten werdt (h);
waarmede de overlafl der zeefchuimeren,
vermoedelyk, voor eerfl, een einde geno-
men zal hebben.
Jan, Heere van Egmond, en zynen Broe-
der Willem, Heere van TJJelßein, zig ver-
dagt gemaakt hebbende van eenen toeleg
op het leeven of de vryheid van Hertoge
Willem; werdt de eerfte, in dit zelfde jaar
i4i6,voor 's Hertogs Raad in den Haage,
gedagvaard, en, niet verfchynende, op het
Slot te YfTelflein, werwaards hy geweeken
was, belegerd. Men trof eerlang een Ver-
drag, volgens welk, alle de goederen van
Egmond en YfTelflein aan Holland werden
afgeflaan , mids de Graaflykheid zekere
jaarlykfche fomme aan de twee Broeders en
aan Tolande, hunne Moeder, uitkeerde (ï).
Wy maaken hier melding van dit Verdrag,
om dat de Stad Amfterdam zig , nevens
Haarlem , Delft, Leiden en Gouda , den
eerflen Auguftus, verbondt tot het voldoen
van tweeduizend Franfche fchilden 's jaars,
die, by het zelve, aan Heere Jan van Eg-
mond , en van agthonderd Franfche fchil-
den , die aan Heere Willem van YfTelflein
beloofd waren. Hertog Willem verklaarde,
wat laater, dat hy de vyf Steden van deeze
verbindtenis fchadeloos houden zou (&).
Doch zy waren niet geruft, voor dat de
meefle Hollandfche en Zeeuwfche Steden
in de zelfde verbindtenis getreden waren:
't welk den twintigften September gefchied-
de (/)• De verwarringen, die, kort hier-
na, binnen 's Lands ontflonden, waren,fe-
dert , oorzaak , dat de vyf Steden haare
verbindtenis niet fliptelyk naarkwamen. Im-
mers, in 't jaar 1421, waren zy dertien-
duizend Franfche fchilden aan Heere Jan
van Egmond tekwaade; gelyk blykt uit een'
fchuldbrief, die, onder anderen, door Dirck
Hollant, Burgemeeßer der Stede van Amfler-
dam,
getekend is Qm). De renten, aan Wil-
lem van YfTelflein verfchuldigd , werden,
eerfl in't begin des jaars 1431, volkomenlyk
afgedaan (n).
                                       Her-
(b) Zie Mikkis Chanerb. IV. Deel, bl. 378.
(i) Vaderi. Hitt. UI. Deel, bl. 390 er.z.
(£) Oude Kerk, Laaie XIV.
(/) Mieris Charten. IV. Deel, bl. 379, 381, 3S».
(m) Zie Mieris Chaiterb. IV. Deel, lil..563.
(n) Zie Mieris Charterb. IV. Deel, èl. jiji.
i4ïC
1414,
Amtier-
dam
wordt
De toeneemende Scheepvaart en Koophan-
del der Amfterdammeren hadt niet flegts,
gelyk wy boven zagen, Ooflfriefchen Zee-
gemag- rchuimeren aanleiding gegeven om op hen
tigd om 1X- ,                               . o ö o               , r
fchepen te kaapen; maar de Schotten maakten, om-
tegen de trent deezen tyd, ook de-zee onveilig. Te
^chft" Edenburg , onthielden zig ook Likedeelres
Eaapers ofkaaPers> die den Koopluiden van Am-
uit te ' flerdam en van eenige andere Hollandfche
ruften, Steden, met naame van Haarlem en Mo-
en de nikendam , reeds grootelyks befchadigd
Amfter-
dam &
ander"
Steden
verbio'
den ZÏ
tot het
voldoe"
van 1?'
kere
Graaf'
lyke
fchuMj
aan d"
Heere»
van ß>'
mond«"
Yflel-
ftein.
onkoften
te vin
uit een
pond-
geld.
hadden, en van welken men nog verdere
fchade vreesde. Men was, derhalve, be-
dagt op middelen, om zulk eenen overlafl
te weeren. Hertog Willem , in 't begin
des jaars 1416 , naar Engeland verreisd
zynde, hadt de Regeering des Lands ver-
trouwd aan Hubrecht, Heere te Kuilenburg,
XA.16. en aan Walraven, Heere te Br ederode. En
' deezen magtigden, den zevenentwintigften
May des gemelden jaars, de Stad Amfler-
dam, om de vereifchte fchepen uit te rus-
ten, en met dezelven op de Schotfche Kaa-
pers te kruifïen. De Stad kreeg verlof, om
de Kaapers op te brengen, en over dezel-
ven te regt te zitten, zonder dat zy ver-
ftaan werdt, daar door eenigszins te mis-
doen, tegen denHertoge, of iemant van
zynen wege. De buit, dien men den Kaa-
peren ontjaagde, moefl naar behooren ge-
deeld worden, volgens de uitwyzing van
den Hertoge en van de Stad. Tot verval-
ling der onkoften, kreeg de Stad wederom
verlof, om een pondgeld te heffen van alle
in- en uitgaande fchepen en goederen: welk,
door alle onderzaaten des Hertogs, en voor-
al door de Poorters van Amfterdam, fche-
pen of goederen ontvangende of uitzenden-
de , betaald zou worden; doch niet langer
ftand houden, dan tot dat de Stad vanhaar
verfchot voldaan zou zyn. De gaarders van
het pondgeld zouden, des vermaand zyn-
de , aan den Hertoge en aan de Stad reke-
ning moeten doen. Doch deeze orde was,
flegts by voorraad , en tot wederzeggens
toe, gefield. Het fluk, waaruit wy dezel-
ve ontleend hebben (g),is het oudfteblyk,
(f) Zit Mieris Charter!). IV. Deel, bl- 28«.
(/) Zie Mieris Charterb. IV. Deel, il. 3 7°«
-ocr page 200-
GESCHIEDENISSEN.
III. Boek.
H3
heeten, opgedraagen hadt O): al 't welke .l8
klaarlyk doet zien, dat haar gezag in Am- 4 '
fterdam erkend werdt: waarom zy de Stad,
in verfcheiden der aangehaalde brieven,
ook onder haare goede en getrouwe Steden
rekent.
Wy hebben dienftig geoordeeld, zo klaar-
lyk te toonen, dat Amfterdam de zydevan
Vrouwe Jakoba hieldt, om dat men daarin
de reden ziet van de buitengewoone veran-
dering in de Regeeringe , die hier, in 't
volgende jaar, voorviel.
Hertog Jan van Beieren, Oom van
Vrouwe Jakoba, haar het bewind over de
Landen misgunnende, hadt zig,reeds voor
eenigen tyd, te Dordrecht en te Briele, in
welke laatfte Stad hy, als Heer van Voor-
ne, groot gezag hadt, voor Ruwaard doen
erkennen. Naderhand wift hy zig, door
Keizer Sigismond, met de Graaffchappen
van Holland , Zeeland en Henegouwen, te
doen verlyden: en toen nam hy, openlyk,
den naam van Graave aan (u).
De Hoekfchen, die,in demeefteSteden,
op 't kulfen zaten, bleeven, in deeze ver-
deeldheid , Vrouwe Jakoba getrouw; terwyl
de ■ Kabbeljaauwfchen , eenige jaaren bui-
ten bewind geleefd hebbende, het oog be-
gonden te wenden naar Hertoge Jan van
Beieren, die, heimelyk en openlyk onder-
fteund, toeleg hadt, om zig van de eene
Stad na de andere meefter te maaken, en
Rotterdam, by verrasfing, innam, op den
tienden Oktober (u).
In deezen ftaat der zaaken, was Vrouw Amfter-
Jakoba met reden bedugtvoor Amfterdam. dam
In Amftelland, was reeds geftroopt, door j^^;
den aanhang van Jan van Beieren (w). De rc^e jje.
Stad liep ook gevaar van overrompeld te zetting
worden. Om hierin te voorzien , zonden in-
Hertog Jan van Brabant en Vrouw Jakoba,
in November, Heer Bertout van djjendelfi
en Heer Gerrit van der Zyl, ieder met een-
endertig gewapende gezellen onder zig,
naar Amfterdam; met laft, naar 't fchynt,
om de Stad, tegen aanflagen van buiten, en
veelügt ook tegen oproer van binnen, te ver-
zekeren. Doch de eerfte bleef 'er maar agt-
entwintig, en de andere niet boven negen-
endertig dagen. Ieder gewapende hadt agt
grooten , en ieder Hoofdman een gouden
fchild 's daags aan foldye bedongen, die,
nevens eenige andere koften, door de twee
H-eren gemaakt, in alles, met de foldye,
vyf honderd en vyftig gouden Hollandfche
fchilden en eenendertig grooten, den fchild
voor
(t) Mieris Ckarterb. IV. Deel, hl. 4;c.
(«) Vaderl. Hiit. III. Deel, **. 41J, 424, 4^
(v) Vfxdenaar, il- il".
>w) Zie üroot-flakaatb. III, Dttit il. x».
T 2
Hi6.
Hertog Willem, geene wettige kinderen
hebbende., dan eene eenige Dogter, Jako-
b A genaamd, zogt haar, omtrent deezen tyd,
van de opvolging in 't Graaflyk bewind der
Landen te verzekeren; en vergde , onder an-
deren , den Edelen en Steden van Holland en
Zeeland, in Auguftus des jaars I4i6,eene
plegtige verbindtenis af, om Vrouw Jakoba
na zyn óverlyden als Graavinne in te huldi-
gen (o).
Amfterdam hadt deeze verbindtenis ook
op zig genomen, en deedtze, na de dood
van liertoge Willem , die den eenendertig-
den May des jaars 1417 voorviel,in meer
dan één opzigt, geftand. Onze Chronyken
melden, dat Vrouw Jakoba, in alle de Hol-
landfche Steden, behalven te Dordrecht,
ingehuldigd werdt (ƒ>)• Zv ?al •> derhalven,
ook te Amfterdam ingehuldigd zyn;fchoon
my daarvan, in de oude Stads Re gifiers *
geen het minfte blyk voorgekomen is. Ook
vind ik niet, dat zy, gelyk gewoonlyk by
zulk eene gelegenheid gebeurde, de Stads
Privilegien beveftigd heeft. Maar men heeft
blyk , dat Amfterdam zig, op haar ver-
zoek , nevens Gouda, Alkmaar,Rotterdam,
Schiedam, Hoorn en Oudewater, in Janua-
ry des jaars 1418, verbonden heeft, om eene
Lyfrente van omtrent vyf honderd negenen-
twintig Engelfche Nobelen, door Haarlem,
Delft en Leiden, ten haaren behoeve, in
Brabant verkogt , te helpen draagen (q);
gelyk, onder anderen, uit eenen Brief der
Graavinne van den agtften January des jaars
1417 [i4iB],die,in de Oude Kerke, Laade
XIII. bewaard wordt, blyken kan. Nader-
hand, fchynt de Stad, nevens Haarlem,
Delft, Leiden en Gouda,nog tweeduizend
nobelen jaarlykfche lyfrenten, in Brabant
en elders, ten behoeve van Vrouwe Jako-
ba en haaren tegenwoordigen Egtgenoot ,
Hertoge Jan van Brabant, verkogt te heb-
ben; tot voldoeninge van welken, alle de
tollen van Holland en Zeeland aan de vyf
Steden verbonden werden, by brieven van
den zesentwintigften Auguftus des gemel-
den jaars, door Hertoge Jan en Vrouwe
Jakoba gegeven (f). Wyders, blykt, dat
Vrouw Jakoba , reeds in November des
jaars 1417, Tsbrand Heynen, tot het waar-
neemen van haaren fViJfeite Amfterdam,
hadt aangefteld <Y); gelyk zy ook, op den
eenendertigden January des jaars 1418, het
Schoutampt der Stad aan Thyman Heinrics-
z°on,
in deNaamlylt der Regeeringe, 'ly
deman Hendrick Dircksz. van der Schelling
ge-
(') 2Tie Mieris Chwerb. IV. Deel, II. 383, 384, 585-
y\ Y^DFNAAU */. Ii:.
lil\ MA Charter!,. IV. Deel, h. 443,443,44«.
V'
R,s c,'"tetb. IV. Deel, hl. 494.
O) MlïRls ChMtwb. IV. Deel, il, w.
?e Stad
>ndt
Nba
tehul-
?'aft
*'§ met
S lyf.
c«oeve.
ak°ba
-ocr page 201-
AMSTERDAMS
IL Deel.
144
nenszoon tot Schout aan. Burgemeefters »uk
werden Dirk Holland, Willem ReynersZoon,
Herman Hermanszoon en Heyn Noiert, wel-
ke laatfte, in 't jaar 1417, Schout geweeft,
en door Vrouwe Jakoba van zyn ampt ver-
laaten was. Tot Schepenen werden aange-
fleld Symon Meeuszoon , Bruinink Spruit,
Jan Oude Symonszoon, Dirk Bardsus, Ger-
rit Deyman Janszoon
, Gysbert van Amftel
en Ruifch Jakob Koppenszoon: onder wel-
ken 'er vier waren, die ook door Vrouwe
Jakoba aangefleld waren geweeft. En dee-
ze is de eerfte reize, dat men, omftandig-
lyk, van eene buitengewoone verandering
in de Regeering te Amllerdam gemeld vindt.
Zy ftreedt regelregt met de Privilegien. Vol- Aan«'?'
gens de Handveft van Hertoge Albrecht van zil?ge.
den zeftiendenjanuary des jaars i399[i4oo], [^
moeften drie Burgemeefters gekooren wor- waari»|
den, door allen, die Burgemeefter of Sehe- de zuW
pen geweeft waren, en deezen drie moes- ftry^'S
ten den vierden, uit de afgaande Burgemees-was'
ters, tot zig kiezen,om nog een jaar tere-
geeren (a). Doch nu ftelde Hertog Jan van
Beieren vier nieuwe Burgemeefters aan ,
zonder dat de voorigen hunnen tyd hadden
uitgediend. By de Handveft van Hertog
Albrecht van den vyftienden Maart des
jaars 1387 [1388], aan Amfterdam met
Amftelland en Gooiland in 't gemeen gege-
ven, was beraamd, dat de Graaf, of iemant,
dien hy 't beval, jaarlyks, op den tweeden
February, zeven Schepens kiezen zou, die
een jaar Schepen zouden blyven (b). En nu
werden zy, binnens jaars , verzet, door Her-
toge Jan van Beieren:die zig,veelligt,ver-
genoegd zal hebben met de verklaaring,
dat het krenken der Privilegien, voor deeze
reize, de Stad, in het toekomende, in haa-
re voorregten niet benadeelen zou; hoedaa-
nige verklaaring, gelyk wy boven (c) reeds
hebben aangemerkt, omtrent deezen tyd,
gebruikelyk was. Omtrent de Perfoonen,
die, ten deezen tyde,inde Regeering kwa-
men, merken wy alleenlyk aan, dat Dirk
Holland,
die eerfte Burgemeefter werdt,en
aan wien wy, reeds by eene andere gele-
genheid (d), gedagt hebben, een man van
vermogen fchynt geweeft te zyn. Immers
Hertog Jan van Beieren gaf hem, in 't jaar
1422, verlof, om, uit zyne eigene goede-
ren, een Gafthuis te ftigten binnen de Stad,
tegen over de Heilige Stede, en dus op of
omtrent de plaats van het tegenwoordige
Burger-Weeshuis; en om een altaar op te
voor vyftig grooten gerekend,beloopehde^
van wege de Graaflykheid, der Stad Am-
llerdam werden afgevorderd, in afkorting
op de bede, die tegen Kersmis des jaars
1419 vervallen zou (a;). Doch op den der-
tienden February des gemelden jaars, was
de verzoening, tulTchen den Hertog en de
Hertogin van Brabant ter een er, en Hertog
Jan van Beieren ter anderer zyde,teWou-
drichem, getroffen, en daarby, onder an-
deren , bedongen „ dat de Landen, vyf jaa-
„ ren agtereen, door de twee Hertogen in
Il 't gemeen, geregeerd zouden worden,
die de Schouten en Geregten in de Ste-
den gezamentlyk zouden ïiellen, fchoon
" dezelven, aan Hertoge Jan van Brabant
„ en Vrouwe Jakoba alleen, eed zouden
„ doen; aan Hertoge Jan van Beieren, on-
„ der Jan en Jakoba, flegts gehoorzaamheid
„ beloovende (y)."
Te Amllerdam was, weinige dagen voor
het treffen van deezen Zoen, degewoonly-
ke verandering*'der Wethouderfchap ge-
fchied. Tydeman Henrik Dirkszoon van der
Schelling,
in't jaar 1418, door Vrouwe Ja-
koba, tot Schout aangefleld, was in zyn
ampt gebleeven. Servaas Roelofszoon, Gys-
bert Huisman
en Daam Brafeman waren tot
Burgemeefleren verkooren : en uit de Bur-
gemeefleren, die het voorgaande jaar ge-
diend hadden , was Jan Arendszoon , als
Oud - Burgemeefter , aangebleeven. Tot
Schepenen waren gekooren Ysbrand Hein
Meinertszoon
de Wiïfelaar (z), Klaas Brui-
ning
, Gysbert van Amflel , Ruifch Jakob
Koppenszoon, Jan Oude Symonszoon, Brui-
nink Spruit, Steven Dirk Meliszoon
en Mei-
nerd Symonszoon.
Men verwagtte, derhal-
ve , dat 'er geene ongewoone verandering
in de Regeeringe voorvallen zou. Doch regt
het tegendeel gebeurde. Hertog Jan van
Beieren, niet vergenoegd met het aandeel
in de Regeeringe, welk hem, by den Zoen,
opgedraagen was, ftondt wel haaft naar
meer gezags. Hy bemagtigde de Stad Lei-
den met de wapenen, en hadt zig, tevoo-
ren reeds, meefter gemaakt van Amfter-
dam, fchoon ik niet vinde, op welk eene
wyze, noch by welke gelegenheid. Toen
raakten ook de Hoekfche Regenten van 't
kiviTen , welk terftond met Kabbeljaauw-
fchen voorzien werdt. De verandering ftaat,
in de Lyften van de Regeeringe der Stad,
op het jaar 1419, met deeze woorden, aan-
getekend : In dit jaer, verwandelde Hartog
Jan van Beyeren 't Gerecht, en al de Heeren
wierden ver/et.
De Hertog ftelde Jan Hei-
(x) Zie Mieris Charterb. IV. Deel, il. Sa7>
(y)
Uroor-Plakaatb. III. Dtel, tl. 9,
lz) Zie
hics voor, il. 143,
1418.
1419.
Gewoon-
lyke ver-
andering
der Wet-
houder-
fchap.
Hertog
Jan van
Beieren
veran-
dert de-
zelve , op
een' on-
gewoo-
nen tyd
en wyze.
regten in de nieuwe Parochie
Kerke der
Lie-
(a)  Handv.
(b)  Handv.
(c)  Bladz.
\d)
Boven,
is. [ij.]
7'- [?•]
138.
tl, HZ.
-ocr page 202-
GESCHIEDENISSEN.
III. Boek.
HS
lingen van Vrouwe Jakoba, waren töege-
bragt. De Steden Utrecht en Arners foort
hadden zig verbonden met de Hoekfchen
tegen Hertoge Jan van Beieren, en gevol-
gelyk ook tegen de Steden, die zyne zyde
hielden, onder welken Amfterdam, federt
het jaar 1419, gerekend was. Die vanU-
1419, Lieve Vrouwe (0, die nog de nieuwe Kerk
heet, en in 't jaar 1414, door Willem Eg-
gert, Heer te Purmerende, aangelegd was.
Ook was hy 'er, den vyftienden July des
jaars 1417 , begraaven (ƒ). Dirk Holland
is, kort hierna, 's Hertogs Raad gewor-
142 f,
dam, en
liaan en
vangen
eenige
Stedeün-
gen.
den(g).                                                               
• Vier.
te*
laauwfch.
De verandering der Regeeringe des jaars treek waren'hierom, in't jaar 1420, om
hadt de Stad Amfterdam geheellyk
trent Remigius-dag, die op den eérften Oc-
tober valt, heimelyk voor Amfterdam ge-
trokken, daar zy zig in eene hinderlaage
hadden nedergeflaagen ; terwyl zy eenige
ligt gewapende manfehap zonden naar de
weiden, onder de Stad, om, onder dekfel
van de koeijen weg te voeren, de Amfter-
dammers naar buiten, en in de hinderlaage
te lokken. De toeleg gelukte ten deele. De
Amfterdammers , onraad verneemende in
de weiden, liepen te wapen, en toogenter
Stede uit, den wykenden vyand agter na;
doch de hinderlaag nog even by tyds ont-
dekt hebbende, keerden zy Stedewaards,
De Utrechtfchen vervolgden hen toen met
hunne gantfche magt, en floegen of vingen
wel tweehonderd en vyftig Amfterdammers.
't Geragt van deeze nederlaage, fchielyk
vooruit gevloogen , hadt , midlerwyl , zo
groot eene verflaagenheid onder de overi-
ge ingezetenen veroorzaakt, dat veelen aan
't zakken en pakken gevallen waren, ge-
reedfehap maakende om de Stad te ruimen,
met het gene zy konden medevoeren. En
meent men, dat de Stad ligtelyk overrom-
peld geweeft zou zyn, zo de Utrechtfchen
tot digt onder dezelve genaderd waren ge-
weeft. Doch zy hadden zig te vrede ge-
houden , met de Amfterdammers alleenlyk
een fluk wegs agter na te zetten , en waren
toen, met den buit en de gevangenen , naar
Utrecht te rug gekeerd (£). By gelegen-
heid van deezen aanflag der Utrechtfchen,
en terwyl zy tot by 't Reguliers-Kloofter',
omtrent de Reguliers-fluis, genaderd wa-
ren, gebeurde het, dat een Poorter, Ti-
deman Simonszoon
, door het onverhoeds af-
gaan van eene der Stads Buflen , in den
regter arm gewond werdt, zo ongelukkig.
lyk, dat hy den arm moeft laat en afzetten.
Doch tot vergoeding van dit verlies,werdt
hy, van Stads wege, voor al zyn leeven,
heervairtvry , fcotvry en waeckvry verklaard:
gelyk blykt by de Akte, hem hiervan ver-
leend , en van ons onder de Bylaagen (I)
geplaatft. Sedert, ruftten de onzen, den
Stigtfchen den gepleegden moedwil willen-
de betaald zetten, in 't jaar 1421, twee
groote fchepen, Hulken of'Koggen, en veele
Baard-
(k) Vermeerderde BEK4 tl, 3J>f.
dj L*. C.
T3
14I9
doen overflaan tot de Kabbeljaauwfche zy
de,die zy, federt, byna beftendiglyk bleef
aankleeven. Hertog Jan van Beieren, die
haare hulp, tegen de Hoekfche aanhangers
van Vrouwe Jakoba, hoognoodig hadt, be-
wees haar , van tyd tot tyd , merkelyke
gunften; vooral na dat Vrouw Jakoba, mis-
««op
Jan
ïcl Van noegdop haaren Egtgenoot, Hertog Jan van
ïeejj11 Brabant, in 't begin des jaars 1421, naar En-
ff
Ver-
ve^6
geland verreisd was, en haaren Oom de
nUnrfrlie Reïreering van Holland en Zeeland
in handen gelaaten hadt. Op den agttien-
denjanuary des gemelden jaars, gaf hy der
Stad, op haar verzoek, en in erkentenis van
gedaane en te doene dienften, eenige vry-
heden en regten, die hy verftondt, noch
hem, noch der Graaflykheid tegen te draa-
gen: als „ 1. tolvryheid voor allen, die tot
»j
Poorters zouden worden aangenomen. 2.
Dat men geen' Poorter, in Holland, Zee-
land of Weflfriesland, tot zeventuigzou
3?
mogen daagen, dan op koften van hem,
die in 't ongelyk gefteld werdt. 3- Dat
die van den Geregte, noch derzelver die-
naars geene Stads Excynzen zouden mo-
gen huiiren. 4. Dat Schout, Bargemeefle-
ren, Schepenen ende Raede
, op dien tyd
wefende, willec euren
mogten op eenen dach,
te weeten op Sinte Pawwels 'avont naefleo-
»>
mende, ende daerna niet meer, datfaldue-
Tideman
Simons-
zoon ge-
wond.
11
ren tot eeuwigen dagen (h):" in welk laat-
fte punt eene merkelyke duifterheid fchynt,
óver welke wy, by bekwaamer gelegen-
heid , in 't handelen over de magt om wil-
lekeuren te maaken, eenige ophelderende
aanmerkingen zullen voorftellen. By de ge-
melde voorregten, voegde Hertog Jan van
Beieren, den derden November des jaars
1422, nog de beveiliging in het voorregt,
dat de Poorters , in perföon, noch in goe-
deren , tuflehen de Maaze en de Zype, niet
zouden mogen bekommerd worden (ï).
Ondertufïchen, hadt Amfterdam deeze
fchen^ gunften niet verworven, zonder zig, voor-
A5n vooï-af' te hebben blootgefteld voor verfcheide
"•HerV nadeelen, die der Stad, door de aanhange-
9f) ?" MlER,s Charterb. IV. Diel, hl. 661, 661.
yl
S?Seer Lvft voorde Handv. op ie jaaten 1414 en 1+17.
(I) 4>e Mit.Kis Chatterb. IV. Deel, ii. 640.
(b) Handv. H. I2S. r19 i
0) MIÏRH Chaweib. IV. DttltH. 66U
De Am-
fterdam-
mers
ruften
eenige
fchepen
-ocr page 203-
AMSTERDAMS
II. Deel.
14-6
geld van een' nieuwen fchelling van elk pond
groot aan goederen, die de Koopluiden der
twee Steden in Pruiffen zouden brengen;
en van twee oude penningen van elke ou-
de mark aan goederen , die zy van daar
voeren zouden. Tot het ontvangen van dit
pondgeld, werden twee perfoonen te Dant-
zig aangefteld, te weeten,'^« Huge,vv,n
Amfterdam, en Michiel Michielszoon, van
Zierikzee. De gantfche overeenkomft werdt,
den twee-entwintigften May, door Herto-
ge Jan van Beieren, in den Haage, bekrag-
tigdQ,).
Wy hebben, reeds meer dan eens, ge-
toond , dat het wederftaan van Schepenen
te Amfterdam , by verfcheide Graafiyke
Handveften , ongeoorlofd verklaard was
Maar omtrent deezen tyd, hadt zekere Dirk
de Smid Juwel Pieterszoon,
die, in 't jaar
1420, tot Schepen aangefteld geweelt, en
in 't jaar 1^22, Burgemeefter geworden was,
om des rechts wille van der Stede, ter dood
toe. gekwetft; en was daarna ter Stad uit
gevlugt. Hertog Jan van Beieren gaf, ter
deezer gelegenheid, der Stad, die anders,
niet dan binnen haare Vryheid , vangen
mögt, op den derden Auguftus des jaars
1423, byzonder verlof, om Dirk den Smid,
overal waar zy hem in 's Hertogs Landen
mögt aantreffen, te mogen vatten,.Jonaer
dair oftegens
hem of zyne Heerlicheit te breu-
ken of te misdoen
, in enigerwys (q). Onder-
tuflchen, blykt, uit eenen Brief van den der-
den November des jaars 1425, dat deOud-
Burgemeefter Auwel Pieterszoon, aan zyne
wonde, niet overleeden was (r).
In de Lente des volgenden jaars, werden
Dirk Holland, Oud-Burgemeefter van Am-
fterdam , en Jan Jan Heinenszoon, Schout
der Stad , door Hertoge Jan van Beieren,
gemagtigd, tot het bywoonen eener Dag-
vaart te Elburg, alwaar over een Verdrag
met de Friezen van Ooïtergo en Weftergo
ftondt gehandeld te worden. Ook gelukte
het hun, aldaar, op den zevenentwintigften
Maart des jaars 1424, een Verdrag te tref-
fen, waarby bedongen werdt „ datdefrie-
„ zen Hertog Jan voor Heere erkennen, en
„ hem de gewoonlykeHeerenregtenbetaa-
„ len zouden (ƒ)."
Midlerwyl, hadt Vrouw Jakoba haarHu-
welyk met Jan van Brabant, door Benedic-
tus den XIII., die alleen in Spanje voor Paus
erkend werdt, doen fcheiden, en was, fe-
dert, in Engeland , hertrouwd met Hum-
frey
, Hertoge van Glochefler, die haar, met
eenig
(p) Zie Mieris Charte*. IV. Deel, bl. «j«.
\q) Zie Mieris Charterb. IV. Deel, bl. 691.
(r) Zie Mieris Cliaiterb. IV. Deel, bl. 800.
(s) Zie Mieris Charterb. IV. Utel, bl. 715,717» 71«.
Baardfennit, met welken zy de vaart op de
Eem belemmerden, en onveilig maakten:
waardoor de Steden Utrecht en Amersfoort,
die haaren meeden toevoer uit OveryfTel,
en byzonderlyk van Kampen, langs de Eem,
bekomen moeiten, in merkelyke verlegen-
heid gebragt werden (m). De vyandlykhe-
den tegen de Stigtfchen eindigden eerft in 't
jaar 1423; en werdt het Verdrag, welk toen,
tuffchen Hertoge Jan van Beieren en hen,
getroffen werdt, onder anderen, door de
St ad Amfterdam, benevens de Steden Haar-
lem, Delft, Leiden, Middelburg enZierik-
zee,'bezegeld («).
ft*
14
1421.
uit, cm
den toe-
voer
lansrsde
Eem te
belem-
meren.
De St»J
kry0g>
magt,"
ieina^'
die ee-
nen I3üf
gerne«5',
ter gf'
kwetft
hadt.
te n\of
vatte"'
1423'
Zwaars
brand,
die een
derde
der Stad
verflindt
Maar het jaar 1421, welk de Stad Am-
fterdam in de kolten van eene aanmerkely-
ke uitrufling ter zee ingewikkeld hadt, was,
nog in een ander opzigt, nadeehg voor haar
geweelt. Op Zondag, den drie-entwintig-
ften April, was 'er een felle brand in de
Stad ontftaan, die wel een derde deel der
zelve verflonden hadt. Onder de openbaa-
re gebouwen, die, ten deezen tyde, door
de vlam vernield werden , worden met naa-
me opgeteld de nieuwe Kerk, die naauw-
lyks zes jaaren geftaan hadt, het Raadhuis,
het Gafthuis, waarfchynlyk het oude of H.
H. Geefts-G althuis, welk nevens het Raad-
huis ftondt, de Heilige Stede, nu de nieu-
we zyds Kapel, en het Begynhof met des-
zelfs Kapelle (0). Uit de Itandplaats dee-
zer gebouwen, is af te neemen, dat de brand
zig, van omtrent de nieuwe Kerke, over de
Plaats of Dam, door de Kalveiitraat, tot digt
aan de Bindwyker-Poort, die geftaan heeft
omtrent de plaats, daar nu de Offen - fluis
legt, heeft uitgeïtrekt; en dus zeer wel een
derde van de Stad, die toen nog maar bin-
nen de agterburgwallen begreepen was, ver-
teerd kan hebben. Men kan hieruit ligte-
lyk afneemen, hoe groot de fchade geweelt
zy, welke de ingezetenen, by deezen brand,
geleeden hebben.
De fcheepvaart op de Ooltzee hadt, fe-
dert eenige jaaren, merkelyk gebloeid te
Amfterdam ; doch . ter gelegenheid der zel-
ve , was eenig gefchil ontftaan met de Stad
Dantzig, die een pondgeld vorderde, welk
onze Koopluiden ongaarne voldeeden. Men
verdroeg zig egter,in 't jaar 1422, met be-
williging van Hertoge Jan van Beieren. Die
van Dantzig hadden, van Amfterdam en
Zierikzee, zevenhonderd Nobelen aan ag-
terftallen gevorderd; welke fomme de twee
Steden beloofden te voldoen,uit eenpond-
Twee
vanB<f
ren g 1
magóë'
om $t
de Ff'6
zen tS
han#'
len.
Gefchil
tuffchen
Amfter-
dam en
Dantzig
veref-
fend.
1422.
(m) Vcrmeerd. EEKA, bl. 399- 2>* w* Burman Utr.
Wh. I. Deel, bl. zs6.
                                            .
(n) Vide Matthsum ad Rerum Amortort •Script, p.
258. Vergel. met Bukman TJtr. Jaatb. I. Deel, bl, l6$i<nz.
{o) Vermeerderde seka, bl. 39S.
-ocr page 204-
GESCHIEDENISSEN.
III. Boek.
Hl
moorders nog niet ontdekt waren (x).
-
Terftond na zyn overlyden, werdt,' door 1f4'
den gemeenen Raad en' Ridderfchap van j.^
Holland en de goede Steden , die op de erkent
Dagvaart in den Haage befchreeven waren, Hertog
-en waaronder zig ook Amfterdam bevondt, Jan v
_                        _        JpJ r'lKnrif
by een befluit van den agtften January desvoor
jaars 1425, vaftgefteld, dat men zig zou Graave-,
houden aan de zyde van Hertoge Jan van en Her-
Brabant, op wiens naam, men, voortaan, wgEl!lPs
bede vorderen, en regt oefenen zou (y). Zy gour-
vermaanden ook de Steden, die de zydegondie
van Vrouwe Jakoba hielden, immers de™01'
Stad Oudewater, om te blyven, daar de Zwaard.
vier Hoofdfteden van Holland, Dordrecht, *4£5'
Haarlem, Delft en Leiden, bleeven (z).
Doch hunne vermaaningen vonden weinig
ingang. Midlerwyl, was Hertog Jan van
Brabant, in de meefte Steden en ook te Am-
fterdam , als Graave ingehuldigd. Hertog
Filips van Bourgondie werdt, in dezelfde
Steden, voor Ruwaard erkend, en beves-
tigde dezelven, in deeze hoedanigheid, in
alle de voorige Privilegien,. met naame in
die, welken, door Hertoge Jan van Beie-
ren, verleend waren (V).
Midlerwyl, hadt Jakob van Gaasbeek, De Stad
Heer van Abkoude, die, door de Hertogen, vei'l^a
tot Stadhouder van Holland aangefteld was, ^^ itl
in 't begin der Lente, het beleg geflaagendenflag
voor Schoonhoven. Het duurdezes maan-byAlfen.
den, en werdt, eindelyk. vrugteloos opge-
broken. Doch toen werdt Gouda , waar
Vrouw Jakoba zig onthieldt, gedreigd met
een beleg. De Poorters der meefte Hol-
landfche Steden, ook die van Amfterdam,
waren, onder hunne banieren, uitgetrokken
in Oftober, om de Stad, langs den Ryn-
kant en "t water de Gouwe, te naderen. De
Hoekfche aanhangers van Vrouwe Jakoba,
zig met deStigtfchen vereenigd hebbende,
trokken hun te gemoet, en op den eenen-
twintigften, viel 'er een hevig gevegt voor
by Alfen, waarin de Hoekfchen en Stigt-
fchen de overhand behielden, en met veele
gevangenen, en met de banieren der Ste-
den Haarlem, Leiden, Amfterdam en an-
deren, naar Gouda te rug keerden (b).
Hertog Filips fchreef, twee dagen na 't Hertog
gevegt, een' trooftbrief aan Amfterdam en FiliPs
de twee andere Steden, welken hy twee Ka- £aharr gen'
piteins zondt, Frank van Borfele, en nog een, trooft-
dien hy niet noemt; doch die, veelligt, Jan brief,
de Villers, Heer van risle-jdam,geweeitis.
Hy vermaande haar ernftelyk, moed te hou-
den,
(x) Zie Groot-Plakaatb. III. Deel, hl. 17.
(y) Zie Mieris Charterb. IV. Heet, bl. 74«,747j 7+7»
(z) ld. ibid. bl. 74»-
(a) Handv. bl. 7+. .
(Il) Gioote Ctuon. Divif. XXVIII. tap. 31,
eenigKrygsvolk, in Oftober des jaars 1423,
over Calais, naar Henegouwen geleid hadt.
Terwyl hy een keer naar Engeland deedt,
werdt Vrouw Jakoba, door Filips, Hertog
van Bourgondle
, haaren Neef, die zig aan
de zyde van Hertoge Jan van Brabant ge-
voegd hadt, uit Bergen in Henegouwen ge-
ligt,- en gevangkelyk naar Gend gevoerd,
op den dertienden Juny des jaars 1424. Zy
ontfnapte gelukkiglyk uit de hegtenis, in't
begin van September, en begaf zig, over
Antwerpen, naar Holland, alwaar zy, dooi-
de Steden Gouda, Schoonhoven, Oudewa-
ter en Woudrichem, als Graavinne, ont-
vangen werdt (t).
Doch terwyl zy nog in hegtenis zat, was
Hertog Jan van Beieren, bedugt voor de
Engelfche Krygsmagt, die met den Herto-
ge van Glochèller overgekomen was, op
middelen verdagt, om 't gevaar, welk den
Landen van den kant der Engeifchen dreig-
de , af te keeren. Hy zondt, den vierden
July, rondgaande Brieven af aan de Balju-
wen, Schouten, Burgemeefteren, Schepe-
nen, Raaden, Vroedfchap, ende dinge ge-
meynte
van alle de Steden, en derhalven ook
van Amfterdam, om hun harnafch, arm-
borften en ander geweer gereed te houden,
en, ingeval Glochefter, of de zynen er-
gens iet vyandelyks ondernamen, den klok-
llag te volgen, op verbeurte van lyf en goed,
en den vyand tegenftand te bieden (u). De
Engeifchen hadden, ten deezen tyde, ook
eenen aanflag gefmeed, om Hertog Jan van
Beieren, door vergif, van kant te helpen.
Zeker Koopman uit Engeland, die zig Jan
Henrikszoon
noemde, hadt hiertoe bewilligd
Heer Jan van Vliet, die onlangs tot Baljuw
vanAmftelland aangefteld geweeft was (V),
en 't vergif, welk men hem, in hartenleêr om-
vangen , in een doosje ter hand hadt ge-
field, aan 's Hertogs broek geftreeken hadt.
Al 't welk hy, federt, beleedt, voor 's Her-
togs Raaden, en voor Gemagtigden der Ste-
den Dofdrecht, Haarlem, Delft, Leiden,
Amfterdam , Gouda, Briele, Oudewater,
Rotterdam en Schiedam: waarop hy, den
derden Auguftus, in den Haage, onthalsd
werdt O). Hertog Jan van Beieren leefde
maar tot den zesden January desjaars 1425.
't Zy dat het vergif des Heeren van Vliet zo
langzaam gewerkt hadt;'t zy dat men hem,
naderhand, op nieuws, vergif hadt weeten
in te krygen; men ftelde ten minften, in't
jaar 1428, nog vaft, dat hy eenen gewel-
digen dood geltorven was, en dat de regte
(O Vaderl. Hift. III. Deel, il. 4JJ enz.
(u) 4,e
Mieris Chaltcib. IV. Deel, tl. 72S.
(v) ld. ihid. hl. »o».
(WJ Id. ibid. ii. '7
Hh.
Nam
!?gen
:fchry-
Xom
&n de
fc °P
Sde te
7H
-ocr page 205-
II. Deel.
AMSTERDAMS
148
gemaakt, in het zenden van een groot getal i4a<'
van Schepen en Poorteren voor deEem, tot
belemmering van den handel der Stigtfchen:
of, zo deeze kollen meer dan duizend fchil-
den beliepen , zoudenze het meerder van
de eerilvolgende Bede korten mogen (£).
_ 't Verlies van den fcheepsftryd by Wie- Amfl^'et
ringen, die federt voorviel, en waartoe Am- ^aineCd
ilerdam ook fchepen en manfehap geleverd J,"
hadt, bragt de zaaken van Vrouwe Jakoba Hertog
in zulk een verval, dat zy, eindelyk, ge- Filip5,
noodzaakt werdt, een Verdrag aan te gaan,
met Hertoge Filips, zynde Hertoge Jan van
Brabant reeds overleeden: waarbyzy, hem
voor Ruwaard ■ en Oir of Erfgenaam der
Landen erkennende, de Regeering genoeg-
zaam aan hem afilondt. Dit Verdrag werdt,
den derden July des jaars 1428, te Delft 142^
geflooten (/): en in gevolge van het zelve,
leidende Ridders, Knaapen en Steden,en
ook Amflerdam den eed van getrouwheid
en onderdaanigheid af aan Hertoge Filips
(m~); die, federt, de Stad Amflerdam, om Bekom'
de groote koflen, die zy, geduurende den zeker a
binnenlandfchen oorlog, gemaakt hadt, ont- vo0\^-
hefte van de uitkeeringe der ontvangene in-
komflen van de goederen der zulken, die,
ter oorzaake der voorige onluflen, ter Stad
uit gezet of geweeken waren. De brief,
hiervan verleend , is den eerflen Auguftus
getekend, en wordt in de Oude Kerke, Laa-
de
XII. bewaard.
Wy hebben, hier voor (n), gezien, dat Wor^'
Amflerdam, nevens eenige andere Steden, door tot
zig, ten behoeve van Vrouwe Jakoba,met heÏÏÓe-
---•___ 1 f             1—       1                            111.             T^V                 VOl" „ft
I425- den, haar verdere hulp toezeggende (V).
Tweede Ook verlooren de Engelfchen en Hoek-
gevegt fchen, op den zevenden January des vol-
by Alten, genc|en jaars ? jen fcheepsftryd hy Brou-
deeie der wershaven. Vrouw Jakoba belegerde , wat
Amftér- laater, Haarlem, tot tweemaal toe, te ver-
damme- gecfs. Doch toen zy de Stad, voor de twee-
ren- Y de reize, verliet,lloeg zy de Kabbeljaauw-
14261 fchen andermaal by Alfen, op den dertig-
ften April, alwaar wederom eenige Amfter-
damfche Poorters omkwamen. Ook wer-
den 'er eenigen gevangen. Zes of zeven van
de aanzienlykften Honden af van hunPoor-
terregt, en hingen Vrouwe Jakoba aan (d).
Zy ftui- De Kennemers, die deeze zelfde zyde volg-
ten de den, liepen, hierna, 't gantfche Land af;
Kenne- ^och berden, voor Hoorn, door den Heer
0eór van 1'Isle-Adam, met hulp, onder anderen,
Hoorn, van eenige Amilerdamfche Poorters, geftuit
en geflaagen (Y). Sedert, werden zy te
Amltcrdam gedagvaard, alwaar hunne Pri-
vilegien verbeurd verklaard , en zy, daar-
enboven, in eene zwaare geldboete verwee-
zen werden (ƒ).
De toe- De hulp, cüe de Stigtfchen Vrouwe Jako-
voer ba beweezen, gaf, kort hierna, gelegen-
naar t j-^y ^ fi.^ piert0g Filips allen toevoer naar
wordt te Utrecht en naar 't Stigt in 't gemeen, te Am-
Amfter- ilerdam, en door gantfch Amflelland en
dam ver- Gooiland, verbieden deedt. Zelfs flelde
booden. ^y, in deeze Stad, twee perfoonen aan, om
toe te zien, dat dit verbod ftiptelyk naar-
gekomen werdt (g).
Amfter- Ondertuffchen , deedt hy , in Oftober,
dams eene bede van 30000 fchilden van vyftien
*tw ^mvers ied£r van ^e Hollandfche Steden ;
Graaf- in welke fomme , Haarlem 5000 ; Delft
lyke 4250; Leiden 3500; Amflerdam 3000 ; Rot ■
Beden, terdam 1250; Hoorn 2000, Enkhuizen 625
1427. fchilden, en de andere Steden naar evenre-
digheid draagen moeften (h). In de Lente
des volgenden jaars, deedt Hertog Filips
eene nieuwe Bede van aoooofchilden; waar-
in Haarlem 4622; Delft 3305; Leiden ook
3305; Amflerdam 2833; Rotterdam 833;
Enkhuizen 100 fchilden, en andere Steden
naar gelang van haar vermogen moeften
draagen (J). ■ Amflerdam was, kort voor
dat deeze laatfte bede gedaan werdt, nog
duizend fchilden op de voorigebede fchul-
dig. Doch Hertog Filips gaf der Stad,op
den veertienden Maart des jaars 1427, ver-
lof, om van deeze duizend fchilden te kor-
ten het beloop derzwaare koften, door haar
eenige lyfrenten bezwaard hadt. Deeze ^ng'
fchuld hadden de Steden nog te vorderen zekeff
van de Graaflykheid. Flertog Filips wees fchu! '
haar,derhalve, in 't jaar 1430, op detien- °P ni.
jaarige Bede, die Vrouwe Jakoba en hem, meïb$
onlangs, door eenige Steden en Dorpen van gSs'
Kennemerland , Weflfriesland en Water- zen.
land, was toegeftaan. Zelfs beloofde hy, J4-3
haar fchadeloos te zullen houden, in geval
eenigen der gemelde Steden of Dorpen,
ter oorzaake van dykbreuken, oorloge, we-
derfpannigheid of anderszins, in 't opbren-
gen der verfchuldigde Bede, nalaatig wa-
ren; haar ook magt geevende, om de per-
foonen en goederen der fchuldigen, voor
de agterftallen, aan te fpreeken: van al 't
welke brieven verleend werden, die, den
vyfden en zesden December des gemelden
jaars, getekend waren (0).
Vrouw
(k) Zie Mieris Charterb. IV. Deel, il. sii.
(i) Groot-Plakaatb. III. Deel, il. 14.
(m) Mieris Charterb. IV. Deel, bl. 913.
(n) Blaiz. 143.
(o) Oude Kerk, Laaie V. ZU enk MIERIS Chatterb.
IV. Diel, bl. sg8, 989, 990.
(e)  Zie Mieris Charterb. IV. Diel, il. 79+-
(d) Velds.naar bl. 128, 129.
{e, VELIUS Hoorn, il. 16,
(f)  Mieris Chartert), IV. Deel, tl. 847.
(g)   ld. ibid. lil. g«s , 867.
(h) Oude Regift. by Ampzing Haarl. ^ 39> J02<
(i) Oude Regift. als ioven, bl. soz.
-ocr page 206-
GESCHIEDENISSEN.
III. Boek.
149
in die van Amflerdam ook deel gehad had- „/•
den, hebbende zy den Engelfchen vry wat *43
nadeels toegebragt op zee, eindigden, eer-
lang, met een Beiland, welk, naderhand,
meer dan eens, vernieuwd werdt O).
Doch terwyl de Engelfche kryg nog duur- Schade'
de, was Holland in oorlog geraakt met de der Am-
Kooplieden langs de Ooftzee. Het koopbe- ft«dam-
, r                     b,                ,                     1                 meren
lang was oorzaak van deezen oorlog, enby dea
Amflerdam, welk fterker dan eenige ande- oorlog
re Hollandfche Stad op de Ooftzee handel- met^de
Vrouw Jakoba zig, daarna, tegen haa-
re belofte, buiten bewilliging van Hertoge
Filips en de Staaten, in huwelyk begeven
hebbende met Frank van Borfele, gaf daar-
door den Hertoge gelegenheid, om haar te
noodzaaken tot eenen geheelen affland ook
van den naam van Graavinne, dien zy, tot
hiertoe, nog behouden hadt. Filips nam,
van toen af, den titel van Graave aan (p~).
Hy wikkelde zig, federt, in, in eenen oor-
log met Frankryk, die, in't jaar 1435, met
de Vrede van Atrecht eindigde. De goede
Steden van Holland, en ongetwyfeld ook
Amfterdam,hadden haare Afgevaardigden
gehad op de Vredehandeling te Atre'cht^).
Terftond na 't duiten der Vrede, ving Her-
tog Filips eenen nieuwen oorlog aan tegen
Henrik den IV., Koning van Engeland, die
brieven afzendt aan de Steden deezer Lan-
den, waarby hy dezelven vermaande tot
het bewaaren der Vrede,(r). Dochdekryg
werdt egter voortgezet. De Hollandfche
Steden onderfteunden den Hertog (s) met
geld,manfchap en fchepen, onder anderen
in 't beleg van Calais, welk, in 't jaar 1436,
vergeefs ondernomen werdt, en waarin Haar-
lem en Leiden ieder een zwaar ftuk gefchuts
verlooren (f). Men vrees de, federt, voor
eene landing der Engelfchen in Zeeland,
of in de Maaze, en ftelde orde om'er, bin-
nen korten tyd, door middel van vuuren
van de toorens , door 't gantfche Land, van
Vliflingen af tot Texel toe, kennis van te
geevcn. In Amflerdam , moeit gevuurd
worden, zo dra men, aldaar, van den too-
ren te Haarlem, hadt zien vuuren. Zo de
landing in de Maaze gefchiedde, moeiten
de Steden , terftond , te Delft of in den
Haage,daar de Stadhouder en Raadenwa-
ren, byeenkomen,om op 's Landsbefcher-
ming te raadpleegen. Zo de vyand in Zee-
land landde, moefl Holland den Zeeuwen
met agtduizend man byfpringen; en ge-
fchiedde de landing in Holland,dan waren
de Zeeuwen gehouden, hunne nabuuren te
helpen uit al hun vermogen (u). De Stad-
houder, Hugo van Lannoi, Heer van Santes,
met eenige manfehap naar Zierikzec getrok-
ken zynde, om eene gevreesde landing der
Engelfchen te beletten,ontboodt derwaards
Gemagtigden der Steden Haarlem, Delft,
Leiden en Amflerdam. Doch de Steden wei-
gerden te komen. Ook was men met de vree-
ze vry geraakt. De vyandlykheden, waar-
HS4-
Oofter-
lingen.
H35.
de, leedt ook, boven de andere Steden,
by den kryg tegen de Oofterlingen. Men
hadt de beginfels der vyandlykheden reeds
befpeurd, in 't jaar 1428: en federt was'er
een BeiTand getroffen. Doch 't werdt kwa-
lyk gehouden: en in't jaar 1437, werden al-
I437-
le de Hollandfche Koopvaardyfchepen ,
waaronder zeer veele Amilerdamfchen wa-
ren , in de Ooftzee, bekommerd en verbeurd
verklaard: ook namen de Oofterlingen alle
de Hollandfche fchepen weg, de laading
prys verklaarende en het Boots volk in de ge-
vangenis fmytende. De fchade, die hier te
Lande werdt geleeden, werdt op vyftigduf-
zend goudguldens begroot. Men tradt in
onderhandeling over een Verdrag: waartoe, Een
van de Hollandfche zyde , onder drie of Schepen
vier anderen, ook Even Jakobszoon, Sehe-der Stad
pen van Amiterdam, gemagtigd werdt. 1™-^"^
Doch de Oofterlingen hadden geenen wil, nng ge-
om zo groote fchade te vergoeden. Ookmagtigd.
werden de onderhandelingen, eerlang, vrug-
teloos afgebroken Qw).
Het ftremmen van de vaart op de Oofl- Tocvus-
zee veroorzaakte, midlerwyl, groote duur- tïtig te
te in de graanen te Amiterdam, en door Yat<w./
't gantfche Land. Men was, derhalve, dam-
op middelen bedagt , om de Oolberlin-
lingen, door de wapenen, tot reden te bren-
H36.
hder
^
gen. De Ridderfchap en Steden beflooten,
1438.
Bn.
in May des jaars 1438 , na 't houden van
verfcheide Dagvaarten, om alle groote fche-
pen, als Hulken, Kraaijers, Balïengiers,Buizen,
Koggen, Evers
en anderen, ten oorloge toe te
ruften, en daarenboven omtrent tagtig nieu-
we Baard/en te timmeren, waartoe Amiter-
dam 'er vier leveren moeit, zynde het groot-
ite getal, dat door eenige Stad geleverd
werdt. Hertog Filips beval, den zeitienden
May, dat elk dit befluit zou naarkomen (x).
Ook gaf hy verlof, om op de Oofterlingen
tekaapen, de gemaakte pryzen geheellyk
toeleggende aan de Kaapers. De Vloot raak-
te , nog voor den Herfil, in zee, en ftondt
bevel van Klaas de Grebber en A-
rend
(P) Oude Kerk , Laaie V. Zie ook Mieris Charterb. onder 't
*1- Deel, hl. 1012.
(?) MONSTKELET Vol. II. ƒ. 108 ver/o.
\r) MoNSTi'.ELET Vol. II./. !!4»/l.
(v) Varterl. Hift. III. Deel, il. 5is,J29- IV.Deel ,bl, s.
(O MiiLKis Charterb. IV. Deel, il. 1079.
VA S'lei!- Hift. III. Deel, H. ,z7.                                       
(w) VELIUS He
..., ■-■■ ,-                            ,
l»; <-H MiKius pharterb. IV. Deel, H. I»8t,lo8j.          (x) Zie DE iUEMïft 's Gravenh. II. Uiel, M. 4051,
I. STUK.
V
-ocr page 207-
II. Deel.
AMSTERDAMS
15°
ge der Steden:Ook zaten zy te Amfterdam 1441'
op 't kuffen. Doch, na'dat Willem van La- te &m-
lamg, Heer van Bingukourt,
in 't jaar 1440, fterdam_
Stadhouder van Holland geworden was, op't1"11*
begonden de Hoekfchen, welker hoofd Rei- is'\en,
noud, Heer van Breder ode, met Tolanda van
Lalaing
, Dogter des Stadhouders, getrouwd
was, 't hoofd op te fteeken. Te Amfter- l^'
dam, zogtenze zig, by de gewoonlyke veran-
dering der Wethouderfchap, in 't jaar 1444,
wederom ter Regeeringe in te dringen. Lo-
dewyk van Montfoort
en Gysbrecht van Via-
rend Jakobszoon, die door Amfterdam als
Kapiteins en Hoomans
waren voorgeflaagen.
Zy deedt den'Oofterüngen, in dit en in de
twee volgende jaaren, zeer veel afbreuk.
Doch, in 't jaar 1440, werden Jan Jan Hei-
neszoon,
Schout, Jan Klaaszoon , Burge-
meefter van Amfterdam, nevens nog vier
aanzienlyke Burgers, Dirk van Warmer, KIe-
ment Klaaszoon
, Jan Pauwehzoon en Wil-
lem Zaal, met
eene Vloot naar 't Ooften ge-
zonden, om-een Verdrag te bewerken (y).
En op den drie-entwintigften Auguftus des
volgenden jaars, werdt, te Koppenhagen,
een tienjaarig Bëftand geflooten met de
Wendfche Steden , Lubek, Hamburg, Ros-
tok, Straalzond, Wismar £n Lunenburg,
welk , federt, dikwils vernieuwd werdt.
Ook werden 'er, ten dien tyde, nog drie
Verdragen van Vrede getroffen, metDee-
nemarke, Holftein en PruiiTen (2) , waar-
door de Amfterdarnfche fcheepvaart op de
Ooftzee, die lang gekwynd hadt, wederom
herfteld werdt. Chrifioffel, Koning vanDee-
nemarke, verleende der Stad, in 't jaar 1443,
vryheid, om alomme in Noorwegen te mo-
gen handelen, uitgenomen op Ysland en an-
dere Schattenden, op welken deuitheemfche
handel verbooden was (a). Doch in't jaar
1438, toen de oorlog tegen de Oofterün-
gen op 't hevigft werdt voortgezet, hadden
die van Amfterdam, onder anderen, drie-
entwintig fchepen genomen van die van
PruiiTen en Lyfland, en in Zeeland opge-
bragt, daar de buit, tegen 't bevel des
Stadhouders van Holland en Zeeland, ge-
deeld werdt. Izabel, Hertogin van Boiir-
gondic,
die de Nederlanden, in afzyn van
denHertoge, haaren Gemaal, regeerde,
nam dit den Amfterdammeren zeer kwalyk,
en vorderde hun, na het fluiten der Vrede,
uitkeering af van 't voordeel, door hen op
die van Pruiffen en Lyfland behaald: en toen
de Stad dit weigerde, beval zy, dat de Per-
foonen en goederen der Amfterdammeren
alomme zouden aangetaft worden. My is
niet voorgekomen, wat de Stad tot haare
verdediging bybragt: ook niet, hoe 't af-
liep met dit gefchil, welk zekerlyk fpoedig
werdt bygelegd: doch wat men tegen de
Amfterdammers hadt, kan blyken uit het
Mandament der Hertoginne zelve, welk nog
nooit uitgegeven, en daarom, hier agter,
onder de Bylaagen (b), geplaatft is.
De Kabbeljaauwfchen waren nu, eenige
jaaren, rneefter geweefl van de Regeerin-
1438.
Zes Am-
fterdam-
mers ge-
magtigd
tot han-
deling.
1440.
1441.
Raaden , waren.
Hertogs
ne.
tegen
einde van January, te Amfterdam gekomen,
om de Wet te vernieuwen. Zy vonden de Opr°s
de
Stad vol beweeging. Beide de partyen yver- 'n f'
den, om zig aanhang te verkrygen uit de
burgerye. Men hieldt afgezonderde Ver-
gaderingen. En eerlang raakte de gemoe-
den zo zeer aan 't giften, dat de klokken
getrokken werden, en 't graauw en de bur-
gers alomme op de been kwamen. De Schout
Klaas de Grebber, de zelfde, meen ik, die, ,
in 't jaar 1438, tot een' der Hoofdmannen
over de Vloot tegen de Oofterüngen aange-
fteld geweeft was, werdt gewéldiglyk aan-
gevallen; en iemant, die ondernam de me-
nigte met woorden tot bedaaren te brengen,
in 't heetft van den oproer, doodgeflaagen.
De Priefter, zig met het Sakrament op ftraat
en onder den hoop begeven hebbende, was
naauwlyks in ftaat, om 't graauw een wei-
nig tot bedaaren te brengen. Vierendertig
Perfoonen, die, naar men 't in den Haage
begreep, deel aan den oproer gehad hadden,
werden voor 't Hof gedagvaard. Zie hier
hunne naamen: Ruyfch Jacobsz., Meefter
Jacob Ruyfch, Melys Aelbrechtsz., Pon-
ivels Aelbrechtsz. , Grebber Dircxz., Mens
Peter Reynersz. ,
Andries Jacobsz., Claas
Abbelsz., Henrich Auzvelsz. , Claas Rodde
[lees Rolle'], Jan van Iliip , Jan Claasz., Sy-
mon Henricxsz., Clement Claasz., Meyert
Hoyfch Jansz., Willem Zael, Goofen Dircxz.,
Dirck van Wormer, Jan Ruyfch van Lants-
mer, Jan Allaartsz. ,
Jooft Gerytsz. den
Ouden , Claas Jacob Euvel , Jan Schout-
gen , Lambert Jacobsz., Jan Melys Ge-
rytsz. , Geryt Jansz. van Loenen, Henrich
Cuper,,
Jan Vont Aelbertsz., Jacob Jonge
Jacobsz., Govaart Wermboutsz., Symon Co-
lyn
, Ghysbrecht Jacobsz., Symon Jan Hent-
gensz. en Huge Heynensz. (V)- Onder dee-
zen, waren veelen in de Regeering geweeft:
welker naamen wy met een onderfcheiden
letter hebben doen drukken. Doch of zy,
of eenigen hunner voor 't Hof verfcheenen
zyn, -
(c) IX. Memor. Rosa f. 6; hy EOEY over de Oudheid
van 't Hof, Byl. Num. XL. bl. 2+j.
Gefchil
der
Graaflyk-
heidmet
Amfter-
dam, over
'tneemen
van ee-
nige
fchepen.
DeHoek
fchen
zoeken
(y) Vader!. Hift. Hl. Deel, hl. $3« ette.
(z)
Keiub. A. f. 62. verfo enz. Ziensi AlTZEMAl. Deel],
tl.
192 er.z.
(a> Handv. bl. $3. [81,]
(b) L'. D.
-ocr page 208-
GESCHIEDENISS EN.
UI. BOEft.
15'
ren voornaamften fteun.. Ook fchynt de
gewapende manfehap, die door de Bre-
derodesin de Stad gebragt was, dezelve,
federt, wederom verlaaten te hebben.Her-
tog Filips dan, in November, aan 't hoofd
van eenig Krygsvolk, in Amfterdam geko-
men zynde, dreef alle de Hoekfchc Regen-
ten ter Stad uit, eenigen derzelven in zwaare
geldboeten bellaande. De verdreeven Kab-
beljaauwfchen keerden, op S. Elizabets dag,
zynde den negentienden November, in de
Stad, en werden herfteld in de Regeerin-
ge,om den gewoonlyken tyd uit te dienen.
De Schout de Grebber zelf werdt van zyn
ampt verlaaten, en in deszelfs plaatfe aan-
gefteld Meefler Jakob Ruifch. Tot Burge-
mceftcrs werden gekooren Jakob Bra/eman,
Paulus, Albertszoon
, Grebber Dirkszoon en
Bartholomeus Doos Dirkszoon , en tot Sche-
pens, Godevaart Wormbout szoon, Melis An-
drieszoon, Willem Symonszoon, jonge Gerrit
Janszoon , Jan Allertszoon , Meeus 'Pieter
Reinier szoon
en Gerrit Pieter Boutenszoon.Dc
dag, waarop deeze verandering voorviel,
werdt, federt, nog veele jaaren agtereen,
met eene plegtige maaltyd, gevierd. De
Kabbel jaauwfehen bleeven, van deezen tyd
af, in 't bewind der Regeeringe, fchoon zy,
nu en dan, eenigen der aanzienlykfte en
rekkelykfte Hoekfchen nevens zig op 't kus-
fen bragten, meer ziende naar zulken, die
bekwaam waren om de Stad naar behooren
te helpen regeeren-, dan naar de party, die
zy gehouden werden meeft toegedaan te
zyn, is ons niet gebleeken. 's Hertogs Ge-
nragtigden troffen, eindelyk, op den eer-
fien February, een verdrag$ welk, door
tien Peribonen uit ieder partye, getekend
wer-dt (ft')- Ook is, uit de naamen der Bur-
gemeeileren en Schepenen , die thans in de
Regeeringe kwamen , af te neemen , dat
fommigen derHoekfche en andere derKab-
beljaauwfehe partye zyn toegedaan geweeft;
hoewel de eerftcn, veelligt, onder de nieu-
we Regenten, het grootfte getal uitmaak-
ten. Sommigen hebben aangetekend, dat
de Hoekfchen veel geldsgefpild hadden ten
Iiove , om te Amfterdam op 't kuffen te
geraaken (e). Doch hiervan is my niets
met zekerheid, gebleeken. De Hoekfchen
toonden nogtans wel haaft, dat zy den Kab-
beljaauwfchen geen deel gunden aan 't be-
wind. Tegen 't einde van het jaar hunner
Rereeringe, lieten zy Reinoud en Gysbrecht
van Brederode,
met. een goed aantal van ge-
wapende manfehap, by nagt, ter Stad in,
rnet oogmerk om , met derzelver hulp , de
Kabbcljaauwfchen uit de Regeering te zet-
ten , en de Stad te doen ruimen. Ook ge-
1445«
H44.
H45.
ft ;Tock
Mn
ft de
V
lukte dit. De Kabbeljaauwfche Regenten
werden,na verloop van weinige dagen, on-
verhoeds overvallen, en ter Stad uit gejaagd.
Zy begaven zig naar Haarlem, alwaar die
van hunnen aanhang de overhand behouden,
en de Hoekfchen verdreeven hadden: waar-
om zy aldaar met opene armen ontvangen
werden (ƒ). Na hun vertrek, gefchiedde
de gewoonlyke verandering der Wethouder-
fchap , die nu geheellyk met Hoekfchen
'vervuld werdt. Klaas de Grebber bleef
Schout. Feuert Èrdfeman Vechterszoon,die
in 't voorleeden jaar tot Burgemeefter ge-
kooren geweeft was , bleef als Oud-Bur-
gemeefter aan. Voorts, werden, van nieuws,
tot Burgemceftcrs gekooren Claas Rolle,
Ruifch Pieterszoon en Gerrit Groot e Pieters-
zoon:
en tot Schepenen, Jan Symonszoon
van Muiden
, Jonge Dirk Jakobszoon Zaal,
Klaas Lambertszoon van Goyen
, Kinne de
Waal, Willem Blok Ar endszoon, Jan Dob-
benszoon
en Härmen Byenszoon.
Hertog Filips wasegter ten hoogften mis-
noegd , over deeze verandering te Amfter-
dam; en kwam, eerlang, zelf in Holland,
h
He-
^^^_                                                 °e Stad
eertienden April des jaars 1440, "de drie bekomt
^"~*W*M                               '- eene
Handveft
om Sche-
penen te
benoe-
men.
zy
Bdvial
meynte waren ghekoren , jaarlyks veertien
P'erfoonen te benoemen , uit welken, de
Graaf of zyne Gemagtigden zeven Schepens
kiezen zouden, om een jaar lang te dienen.
En deeze fchikking zou agt jaaren duuren;
doch werdt, den twee entwintigften May
des jaars 1452, nog tien jaaren, na 't ein-
digen der gemelde agt jaaren, verlengd (/;).
De oorlog met de Oofterlingen, die den
Anifterdammeren aanleiding gegeven hadt,
om eenige fchepen ter kaap uit te ruften,
hadt, gelyk ook uit het ftuk,boven(i) aan-
gehaald, heeft können blyken, klagten ver-
wekt in fommige onzydige Kooplieden, die
onzen kaaperen te laft leiden, dat zy haare
Koopvaaräers beroofd hadden op zee. Brug-
ge , eene voornaame Vlaamfche Koopftad,
in
O) Anonym, ai calc. PoNTANi p- «.
(h) Oude Kerk, Laadt I. Handv. bl. 104. [14.]
(i) Blaas. ijo.
V 2
I449.
k''PS
Klagten
vanBru-g-
ge over
Amfter-
damfche
kaape-
ryen.
he[jW
■om de zaaken te herftcllen op den voorigen
voet. De Stadhouder Willem vanLalaing,
die de Hoekfchen zeer begunftigd hadt,
was, reeds in't voorleeden jaar, verlaaten
van zyn arnpt. De tegenwoordige Regee-
Tlng van Amfterdam mifte, derhalve, haa-
W^fel- Hift. IV. Biel, bl. s.
VA A°nym- ai
ca!c- PONTANl p. 6.
X p 14 nym- cd «Ie. PONTANI f. 6. R. Skoi Lilr.
-ocr page 209-
AMSTERDAMS              II. Deel.
t-S'
in't byzonder, klaagde over meer dan twin- te zullen verleenen door Holland of Zee- i452-
tig Amilerdamm.ers , onder welken zelfs land (p). Hy nam alle bezendingen, die,
eenige Regenten waren, die haare fchepen ten dienfte des Lands in't gemeen, gedaan
op zee zouden aangetaft, en haare goede- werden, en, volgens voorige Ordonnantien,
ren beitaande in Hamburger en Ooilerfch ten lalle van den Graave en van 't Land in
bier', Wagefchot, Kooren , Wyn, Zout, 't gemeen plagten te komen,fchoon menze
Meel, Spek, Pelteryen, Kleederen, Kis- dikwils door't Land alleen hadt doen be-
ten, hamafch of krygsgereedfchap enz. ge- taaien, ten zynen byzonderen lafte(g). Hy
roofd hebben. De Stad werdt, hierover, verbondt zig, nimmer Brieven te zullen
vanwege die van Brugge, in regten betrok- geeven , die met der Steden Privilegien
ken voor Stadhouder en Raaden, in den (treeden: en beveiligde het voornaam Pri-
Haage. Zy bragt, tot haar verdediging, vilegie van niet buiten de paaien des Lands
in dat de overlaft, over welken die van te regt gefield te worden, de gevallen van
Bru^o-e klaagden , zo dezelve al gebeurd wederfpannigheid , oproer , gefchil onder
mögt0 zyn , het werk was van byzondere de Steden, en zulke anderen, die voor den
Perfoonen, niet van de Stad, die 'er nim- gewoonlyken Regter , en voor den Raad
mer verlof toe gegeven, noch kennis van in den Haage, niet konden worden afgedaan,
14*2. gehad hadt. Ook ontheften Stadhouder alleenlyk uitgezonderd. Hy beloofde, voor-
en Raaden, op den zevenden February des taan, geene Beden te zullen doen vorderen
jaars 1451 [1452],de Stad vandeaanklag- in's Graaven afwezendheid , en de Lan-
ten en eifch van die van Brugge, welken den, in geval van oorloge of overilrooming,
egter hun regt behielden op de byzondere van de ingewilligde tienjaarige Bede te zul-
ingezetenen van Amilerdam, door welken len ontheffen (f).
zy meenden verongelykt te zyn. De Sen- Alle deeze Privilegien hadt Amilerdam Bekom'
tentie, waaruit zulks blykt, wordt nog in met de andere Hollandfche en Zeeuwfche daar
de Oude Kerke, Laade VIII. bewaard.
           Steden gemeen; waarom ook de meelten,™°f' e
Amfter- De oorlog met de Gentenaars, in welken in de uitgegeven' Handveften der Stad, ge-j^Je-
dam Hertog Filips zig, ten deezen tyde, geile- plaatfl zyn. Doch der Stad in 't byzondergien.
helPt ken hadt , veroorzaakte wederom nieuwe was, op den zeflienden May, verlof gege-
FTt0Ste laften v0or de Steden van Holland, en ook ven, om het Paalgeld, welk zy, voor het
genPde voor Amilerdam. De Stad hadt, nevens leggen van omtrent zeitig tonnen, en het
Gente- de andere Hollandfche Steden, in 't jaar flellen en onderhouden van vier Kaapen,
naars. 1447, bewilligd in eene tweede tienjaarige plagt te heffen, van eenen halven Filips pen-
Bede (£); doch nu moefl zy haar aandeel ning, op eene goede Vlaamfche groot van
opbrengen in drieduizend man, die Holland 't laft, te verhoogen (7). Ook beval Her-
en Zeeland leveren moeden, tot verilerking tog Filips, dat, tot op een vierdendeel uurs
- van 't Leger tegen de Gentenaars (/). Her- buiten Amilerdam, niet mögt getapt noch
tog Filips vergoldt deezen dienft nogtans gedronken ^ worden, dan op Stads excyn-
met verfcheide wydluftige Privilegien, zo zen (t): uit al het welke, klaarlyk blykt,
aan 't Land in 't gemeen, als aan de Ste- dat de Hertog den dienft erkennen wilde,
den, en aan de Stad Amilerdam in 't by- dien de Stad hem, met bewilligen in zyn e
zonder. Hy maakte, ten behoeve der Hol- Bede, en met leveren van manfchap tot be-
landfche en Zeeuwfche Kooplieden, eenige teugeling der Gentenaaren, beweezen hadt.
verandering in het verbod op den invoerder Een deerlyk ongeluk, welk Amilerdam, Bran<^
EngelfcheLakenen(m) , en gaf Amilerdam omtrent deezen tyd, overgekomen was, gaf de Sty
in't byzonder verlof, om een of twee der zelfs gelegenheid, dat de. Stad geheellykd;e°(i(i|J
oude Waardeins van de Laken-neeringe in ontheeven werdt van het opbrengen der m-^äo^
dienft te mogen houden («). Hy onthefte gewilligde tienjaarige Bede. Den drie-en- dersÄ,
Holland en Zeeland van den tol, dien men twintigften Maydeezes jaars 1452, omtrent vert^
te Grevelingen vorderde van de Engelfche ten elf uuren des nagts, was 'er wederom
Wolle, welke, van Calais, voorby deeze een felle brand ontflaan, die wel drie vier-
Stad, herwaards gevoerd werdt, zo ver hy de gedeelten der huizen en gebouwen ver-
eenigen zyner andere Landen van den zei- teerd hadt. De Poort, de toorens, de bol-
ven ontheffen zou (0). Hy beloofde, daar- werken naar den kant van Utrecht waren,
entegen, geenen uitheemfchen tolvryheid geheellyk, verbrand: ook het Stadhuis, ver-
fchei-
(k) Vaderl. Hift. IV. Deel, tl. 21.                                       (p) Handv. tl. I33. (><;.]
(I) Vaderl. Hift. IV. Deel, tl. 36 enz.                                 (q) Hanav. 1,1. 75.
(m) I. Privileg. Boek , ƒ. 43.                                                (r) Handv. il. 74 , 75 , 76. [2.8.]
(k) Handv. tl. 112. [23.]                                                      O) Handv. bl. 2% [2+.]
(0) I. Privileg, Boek,/. 47 verf. Handv. tl,  Hl.                (t) Handv. il. 17, ig, 171. [26, 28.]
-ocr page 210-
III. Boek.           GESCHIEDENISSEN.
'53
1.152. fcheiden' Kerken, waaronder de Kapelle Kloofters en Geeftelyke Gefügten. Doch, 14<j4
der Heilige Stede 00, en eene zeer groote 't zy dat eenigenderzelvén, door den brand, s PaüI'j
menigte van koopmanfchappen, die meer- befchadigd waren geworden, en daarom het Broeders
der waardig gefchat werden clan de verbran, gewoone getal van Klocfterlingen niet be-verlaa-
de huizen ;°zynde de Stad, reeds ten dee- vatten konden;'t zy dat 'er andere redenen ten hun
zen tyde, volgens de bcfchryving in den waren, waarom fommigen, omtrent deezen felo^er
brief van Hertoge Filips zelven, uit welken tyd, hun Kloofter in deeze Stad verlieten;fterdajrL
wy.'t verhaal van deezen brand ontleenen, men vindt ten minfte, dat eenige S. Paulus 1457.
de voomaamfle Koopßad van Holland IIa Broeders,die naar den derden regel van S.
Ville plus marchandc de tont notre dit Pais de Franciscus leefden, en daarom ook Tertiaa-
y
         Hollande']. 'tWasnoodig, dat de Stad ten nen of Derdelingen genoemd werden, uit
oö°!'dt* jpoedigfte herbouwd werdt. Ook moeftzy, hun Kloofter, nu het S. Joris Hof, vertrok-
2e]^r naar den kant van Utrecht, noodwendig ver- ken, en naar Hoorn verhuisden, in't jaar
voor. fterkt worden, alzo de Utrechtfchen, die het, M57- Hier woonden zy eenige jaaren, tot
garden, ten deezen tyde, met de Hoekfchen hiel- dat de meeften eene ftrenger Orde aanna- o_
v^hee- den, den Amfterdammeren niet gunftigwa- men; waarna de overigen wederom naardee^1Cl1
liajrVan ren. De Stad vervoegde zig , derhalve, hun oude Kloofter in Amfterdani te rugwaards
^eiin*' aan den Hertoge , begeerende ontflag van keerden (2).
                                                weder.
Nen- haar aandeel in de tienjaarige Bede, welke Het Minderbroeders-Kloofter in deeze De Min-
fcge drieduizend Klinkaarts van dertig grooten Stad werdt, wat laater, zeer tegen dankderbroe-
e- Vlaamfche munt in 't jaar, en dus, in tien der Regeeringe, ingenomen door eene an flÏS,0b"
jaaren, dertigduizend Klinkaarts beliep.De dere foort van Minderbroederen, ObJèrpafctmTê-
Flertog bewilligde in haar verzoek, mids dat ten of naauwgezetten genaamd; daar het»naamd,
de Stad herbouwd, en, ten minften aan twee federt veele jaaren, door de Gaudenten, 0fbetrek-
zyden, met fteenen muuren beflooten werdt. rekkelyken, bewoond geweeft was. óm^"^
En hier van werden brieven verleend in de trent Pinkfteren des jaars 1462, kwamen in de
Franfche taaie, die, den vyfentwintigften deeze nieuwe Kloofterlingen in de Stad ,Stad, te-
Tuly, te Bruflel, getekend waren; en nog hunnen intrek neemende in zeker Huis of gen dar*
in de Oude Kerke, lande VII. bewaard woi> Huisje, welk zy zeiden hun gegeven, of be-^1^'
den (V). De Regecring van Utrecht, nog fproken te zyn, waarom zy 'er blyven wil-ge.
gecnen wil hebbende, om haare ongunft je- den tot der dood toe. De Stad hadt, gelyk 1462.
gens die van Amfterdam te doen "blyken, wy boven (a) hebben aangetekend, reeds
verleende den inwooneren der Stad, ter in't jaar 1411, eene Handveft verkreegen
gelegenheid van deezen brand, vryheid om van Hertoge Willem, waarby allen Kloos-
zig, met hunne goederen, daar ter Stede, terlingen het aankoopen of erven van nieu-
te komen ophouden, en te rug te kceren, we vaftigheden uitdrukkelyk verbooden
als zy 't goedvonden: ook van daar te mo- was. De aankomft deezer nieuwe Klöos-
<ren haaien, 't gene zy van bouwftofren en terbroederen, die, dit wift men, door ui-
andere behoeften zoudennoodig hebben: al terlyke ingetoogenheid, zeer veel vermog-
't welke blykt, by een beiluit van 's maan- ten op 't gemeen , flondt, derhalve, der
dags na Magdaleencn-dag, dat is, den vier- Wethouderfchap zeer tegen de borft. Maar Predik-
entwintigften July: welk wy, hier agter, de Minderbroeders hadden eenen wakkeren wyze van
onder de Bylaagen (tu), geplaatft hebben, voorftander aan hunnen Medebroeder ,1™Brug"
man.
Met het herbouwen der Stad, werdt ook, Jan Brugman, geboortig van Kempen, en1"""
terftond, eenen aanvang gemaakt. Doch Voorleezer der Godgeleerdheid in 't Min-
de bemuuring bleef nog omtrent dertig jaa- derbroeders-Klooftervan S.Omer (b~), wien
ren agter. De Stad was, ten deezen tyde, de tong zo wel hing, dat hy 't volk daar-
nog omringd met eene graft van vyf roe- mede wift te leiden,waar hy't hebben wil-
j den wyd (i), en met aarden veftenofwal- de. Ter gelegenheid dat men, te Amfter-
^54- len, die met boomen bezet waren, 't Laat- dam, een Oclave of Byeenkomft hieldt van
fte blykt, onder anderen, uit eene Keur van de Franciskaaner Orde, predikte Brugman,
den twaalfden April des jaars 1454? waar- dagelyks, zonder verlof van den Parochie-
by bel aft wordt, de boomen op de Veften priefter, doch met eenen geweldigen toe-
jffi . niet te kwetfen (y).
                                      loop, in het Huis, welk hy en de zynen be-
' Ulge Amfterdam was nu rykelyk voorzien van trokken hadden. Zyne wyze van prediken
was zeer gefchikt om 't gemeen gaande te
maa>
f*0 g« Lf. long, hl. U4.
i'tf'' «Vladen »p I. Deel-, T. Scck, I-r. A.
\W),, ■ E- üienok BURMAW-ütr. faab. l.ßeel.lil.zoS. (z) VELIUS Hoorn, hl. 3S,.4i-
(x, Kcub. A. ,- 8_                                                               ,a) Bladz. I+0.
(yj ^e-"t>. A. ƒ. is verfi,                                                    \b) viie Biblioth. Belg. Tom. \. p, m>
V 3
-ocr page 211-
II. Deel.
AMSTERDAMS
ï54
zo men met zekerheid meende te hebben 14^
opgemerkt, Meefier Jelis Krabelyn, Raad
van Hertoge Filips, en van deszelfsZoon,
den Graave van Charolois , die, ten dee-
zen tyde, in Holland was, en de Regeering
van 's Hertogs wege waarnam. Men hieldt Ooïc 's
voor zeker, dat Brugman en de zynenKra- Hertog5
belyn hadden weeten te winnen, en dat zyf^sitt'
hem verzogt hadden, Bmgmans Sermoen belyn.
te komen hooren,op dat hy, in tyd enwy-
le, getuigenis zou können geeven van de
gunft, die de Gemeente hem toedroeg. De
Wethouderfchap deedt, federt, door den
Provifoor en Deken van Amftelland, Wa-
terland en Zeevank, een getiiigfchrift we-
gens 't gebeurde opftellen, welk, door twee
Priefters, Heer Bartholomeus Peterszoon en
Heer Hilbrand Willemszoon, beveiligd was,
en waaruit wy al het bovenftaande ontleend
hebben. Het was den twee-entwintigften
Oclober des jaars 1462 getekend.
Kort voor dien tyd, was Meefter Jelis Ondei"
Krabelyn in de Stad gekomen, met brie- j1.3"^
ven van voorfpraak voor de Minderbroe- jl^en
ders, gefchreeven door Graave Karel van meC de \
Charolois , en door den Stadhouder van Wetn°l'
Holland, Jan van Lannoi, aan Schout, Bur- (-lerfch3
gemeeßeren, Schepenen en Kaaien en Vroed-
fchap der Stede van Amfielredamme.
Met
deeze brieven, vervoegde hy zig, 's mor-
gens by tyds, ten huize van denvoorzitten-
den Burgemeefter Gerrit Mattheuszoon, die
aanboodt de brieven te ontvangen en dezel-
ven, met drie of vier der Raaden, te lee-
zen. Doch Krabelyn weigerde de brieven
over te geeven, anders dan aan de volle
Vroedfchap en Rykdom der Stede, die hy
daarop vergaderd wilde hebben. De Bur-
gemeefter hieldt hem voor, dat zulks met
de aloude gewoonte ftreedt; en deedt, nog
dien zelfden nademiddag, de vier Burge-
meefters en zes Schepens, alzo de zevende
van huis was, byeenkomen. Men ontboodt
Meefter Jelis, en zeide hem aan, dat het
Geregt vergaderd, en bereid was om zyric
brieven te ontvangen , zynde het zelve ,
daartoe niet alleen, maar zelfs tot veel ge-
wigtiger zaaken, volkomenlyk, bevoegd en
gemagtigd. Hy antwoordde „ dat hy geen
,, bode was; maar Raad van den Hertoge,
„ en van Graave Karel; dat hy leezen en
„ fchryven kon, dat alle boden niet kort-
„ den ; dat het opfehrift zyner brieven
„ hieldt aan Schout, Burgemeefteren, Sche-
„ penen en Raad en alle Vroedfchappen
„ en Rykdom van der Stede, die hy allen
„ zien en by naame optekenen wilde, eer
„ hy zyne brieven wilde overleveren,"
vorderende andermaal, dat men dezelven,
zonder uitflel, byeen riepe. Doch het Ge-
regt,
ïA.62. maaken, en om aanhang te winnen. Somtyds,
trok hy een briefje uit den zak, waaruit hy,
zo 't heette , zig zelven eenige vraagen
deedt, die hy terftond beantwoordde, zig,
onder anderen, van deeze woorden bedienen-
de : Och Brugman, Brugman, wat erger quaedt
tnenfche plagflu te toefen! duplaghfle te geen
met lange meffen
, bordeelen te helpen houden;
fegg my, Brugman
, waerom bißu gekomen ?
om die noch te houden ? Trouwen, neen. Du
lailfle die nu Verjaegen, foo daer anders, Goch
betert, niemant en is
, die die denkt te verja-
gen. Brugman, bißu gekomen om Schoutam-
bachten ende Kerken te pachten ? Neen
, du en
isilße immer geen Sitnony doen
, maer fimpe-
lyk gaen in een arme verworpen lapte Kapken.
Brugman, wilflu Pater, eerfle Klooßer, alle
andere Klooßer en ende ook die prochiekerken
verderven ? Trouwen, neen. Brugman, wil-
l flu biecht hoor en om geit ? Trouwen, neen.
Brugman wil de fihapen haer wolle laten, ende
'. gaerne een jegelick fyn biecht hooren om Gods
wille
, fonder geit. Brugman, wilßu ook van
den luiden hopen die peßilenci hebben
, als fom-
mige wel doen"? Trouwen, neen: du wilfie
altoos daer by blyven, fyn fy ryk off arm:
dynen mont op beuren mont leggen
, ende ter
doot toe daer by blyven.
Doch hy verzuim-
de , ondertuffchen, niet, te kennen te gee-
ven, waar 't hem meefl om te doen ware.
Als hy de aandagt van 't gemeen, door zy-
ne zonderlinge wyze van prediken, genoeg-
zaam meende te hebben opgewekt , trok
hy een kruisbeeld uit de mouw ; de Ge-
meente, terwyl hy 't om hoog hieldt, aan-
fpreekende, in deezer voege: Gy goede lui-
den, gy hebt wel gehoort, waerom ik mitmyn
arme fchamele broederkens hier gaerne mit ü
woonen, ende een arm fnoode Klooflerken heb-
ben foude
, om u allen den weg des eeuwigen
levens te wyfen
, ende daer in te helpen. Maer
overmits datter eenige fyn, die 't gaerne behin-
deren f ouden, mögt en fy, dies nochtans geen
magt hebben en füllen; wilt weldoen ende bid-
den devotelyk voor die luyden
, op dat fy van
beuren quaden opfet in defe faeke aflaeten. En-
de lieve vrienden in Chrifio, want wy hier doch
blyven willen
, ende i«y wel byflant ende hitlpe
behouven füllen, om in defe faeke tot onfemee-
nige te komen, foo begeer ik om den gehüls-
ten Godt
, daerna dit Cruicifix gemaakt is,
dat alle die geen, bier nu tegenwoordig wee-
fende, die by ons blyven willen om niet off te
gaen
, dat die heur vinger opßeeken willen.
Hykrygt Opzulke woorden, ftaken veelen de vingers
deburge-op. Eenigen , die digt by den predikfloel
ry aan zaten, riepen, Heere, wy willen by u blyven
koorde ter d°°d t(>e: waarop Brugman hernam, dat
hy zynen ouden hals daar voor haten wilde.
Onder de toehoorders, bevondt zig ook.
-ocr page 212-
G ESCIIIEDENISSEN.
III. Boek
155
H62. regt,van zulk eene talryke byeenkomftniet
dan verwerring en tweedragt te gemoet
ziende, hielde op nieuws aan om de brieven;
die Krabelyn weigerde over te geeven, ten
ware de vergaderde Peribonen verklaaren
wilden, dat zy niet alleen Burgemeefteren
en Schepenen; maar ook de gantfche Vroed-
fchap en Rykdom waren. . Doch zy maak-
ten' zwaarigheid in het doen van zulk eene
verklaaring! Zy hielden Meefter Jelis nog
voor, dat de Schout, die ook in 'topfehrirt
zyner brieven genoemd werdt, tegenwoor-
dig van huis en in den Haage was, hem trag-
tende te beweegen, om tot deszelfs terug-
kpmlt te vertoeven, wanneer men zyn'voor-
flag, pp nieuws, in beraad wilde leggen.
Doch hy, hiernaar geene ooren hebbende,
vertrok met de brieven, en hieldt zig nog
wel vier of vyf dagen tyds op in de Stad,
dagelyks raad houdende met de Minder-
broeders, en derzelvcr Sermoenen vlytig-
lyk bywoonende (c). De Wethouderfchap
gaf, midlerwyl, beriet van 't gebeurde aan
den Deken'en 't Kapittel der Hofkapellein
den Haage , onder welke de Kerken en
Klooilers der Stad ftonden. Doch met zulk
een ongunflig gevolg, dat de Minderbroe-
ders zig, tegen dank der Regeeringe, in
't betrokken Kloofter wiften te handhaa-
ven: 't welk, in de oude gefchreeven en
gedrukte Lyften der Regeeringe, met dee-
ze woorden, ftaat aangetekend : „ Den 22
November (2) , is Brugman, wefende van
de Oorden der Minnebroederen, in defe Stad
~, gekomen, en tegen wille der Heeren Magi-
Jlraten in de, Stad gebleven, door fyn wel-
' fprekentheyd aen de devote Gemeente: waer
van nog een fpr eekwoord is gebleven , Al
j, kofl gy praten als Brugman." In kater
tyd, hebben de Minderbroeders nogtansde
gunft der Regeeringe weeten te winnen , in
zo verre, dat zy met het meetën der Olie
begiftigd geworden zyn, en den Bierdraage-
ren, by derzelver Ordonnantie, gelaft is,
hen om Gods wille te bedienen. Doch wat
Brugman betreft, hy fchynt niet veele jaa-
ren in Amfterdam gebleeven te zyn. Im-
mers , men vindt, dat hy, in 't jaar 1473,
te Nieuwmegen oveileeden is. Hy heeft
eenige Aanmerkingen over 's Heeren Lyden
gefchreeven, als mede een Leeven van de
Scbiedamfcbe Heilige Ledwin
, Lidwig , 0f
Lydewyd (d): uit welke fchriften , of ten
(') Uk egte Stukken van deezen tyd.
\<t) Uiblioth. Ec!g. Tom. I. p. 59z.
(2) In deeüe dagtekening , fchynt een misflag
«egaan te 'zyn. Immers, uit de boven aangehaal-
de Hukken , blykt , dat Brugman . al voor den
t\vee-entwintigftcn 0f twintigïten Oftober, in de
Stad geweeft is.
minften uit het laatfte, Le Long eenige I4Ö2.
ftaaltjes heeft aangehaald (e).
De Predikwyze van Brugman, en 't ge- Keur
drag zyner toehoorderen zelf bewyft klaar- ceSen
lyk,dat het, ten deezen tyde,in de Kerken ?pl^op
deezer Stede, niet altoos even gefchikt toe- Kerken
ging. Doch zulks wordt nog beveiligd, uiten op de
eene Keure van den jaare 1465, waarin niet Kerkho-
alleen verbooden wordt, in de Kerken of op ven*
't Kerkhof, e enig rumoer of toeloop te maa-
ken; maar waarin ook verklaard wordt,
dat, op het Kerkhof of in de Kerken, een
mes of ander geweer te trekken, met de
regter hand; iemant te kwetfen, met den
hals, geboet, en iemant te dooden, als moord
geregt zou worden (ƒ).
In 't jaar 1464, hadt Amfterdam een Ver- De Stad
drag van onderlinge Vrede en Koophandel fluit een
gefiooten met de Stad Rugenwalde in Po- Verdrag
meren, waarby, onder anderen, bedongen^"g^16"
werdt, dat men eikanderen, in geval van Koop-
nieuwen twifl, de Vrede, een jaar voor 't handel
beginnender vyandlykheden, opzeggen zou. met Ru-
Amfterdam hadt van deeze overeenkómft ^,nwal"
brieven verleend, die, den zetfenden July j^qV
des gemelden jaars, getekend, en met Stads
Zegel ter. zaaken bekragügd waren. Een
affchrift derzelven , in 't jaar 1703, uit de
Archiven van Rugenwalde gemaakt, is my,
onder eenige andere Papieren van den Bur-
gemeefter Nico laas Wits en , door
zynen Neeve,den Heere Secretaris Nico-
la as Witsen, gunftiglyk ter hand ge-
fteld. En ik zou het, hieragter, onder de
Bylaagen,hebben doen nadrukken-, zo het,
in ftelling enfpelling, niet al tegebreklyk
geweeft ware. Zo veel blykt 'er uit, dat
de Stad Amfterdam beloofd heeft, de vrede
met Rugenwalde te zullen houden, en doen
houden van allen den ghenen die om haaren
wille doen ende laten willen, al fo verre als
haar ghebiede ende vryheyt flrecket. In de
Stads Regiflcrs, heb ik geen fpoor van deeze
handeling gevonden. Het Groot-Memoriaal,
waarin diergelyke Brieven, in de vyftiende
eeuwe , geregifireerd werden, begint eerft
in het jaar 1474.
Hertoge Filips, van wien Amfterdam zo Hertog
veele vöordeelige Privilegien ontvangen Fïlipte.
hadt, den vyftienden Juny des jaars i467,fterft-
ovèrleeden zynde, liep het nog aan tot in
het volgende jaar, eer zyn Zoon en Opvol- 146S.
ger, Hertog K a r e l , in Holland kwam, en
ingehuldigd werdt. Voorheen was deeze
inhuldiging in de voornaamfte Steden ge-
fchied; doch nu vervoegden zig de Edelen
en de Afgevaardigden der Steden, ook die
van
(e) Zit Reform, van Amft. bt..l6\, 370.
(ƒ; Handy, tl. S71.
-ocr page 213-
II. Deel.
AMSTERDAMS
156
de Soute See, ende 't recht van te lichten ofte i^'9'
beuren eenen groote Vlaemfch op alle tvaren
,
gereeckent oft nyet gereeckent by laß-taelcn,
geheellyk vernietigd, de Stad lattende by
haar regt, om deeze Ampten en dieniten,
voortaan, te begeeven, gelyk te vooren (f).
't Was, ondertuiTchen, geenszins te ver-Amft3r'
wonderen, dat Hertog Karel den Holland-dam ^
fchen Steden, ten deezen tyde, zo gunftig^n jefl
was. Zy golden, gelyk hy zelf verklaart (&), beWiU''
mede in de fubventien, beden ende andere Zax-geni0'*
ten van den Lande. Hy hadt, by zyne in-Hertoê'
huldiging, van zyne Landen van Holland bede'
en Zeeland, verzogt 240000 Leeuwen van
30, of 480000 fchilden van 15 ftuivers ie-
der, voor zig; 32000 fchilden, tot fpe!de-
geld voor de Hertoginne; 16000 fchilden ,
tot gefchenken en heufchheden aan eenige
Dienaars, en 4800 fchilden , tot reis- en
andere koften, ter deezer gelegenheid ge-
daan: in alles 532800 Schilden, van welken
Holland met Weftfriesland 372800; Zeeland
160000 fchilden moeft opbrengen, in den
tyd van vyftien halve jaaren. in het aan-
deel van Holland met Weftfriesland, droe-
gen Dordrecht en de Zuidhollandfche Dor-
pen 39200 fchilden, Haarlem 3549; Delft:
3375 ; Leiden 3375 ; Amfierdam 2875 ;
Gouda 1770; Alkmaar 800; Rotterdam
1150; Schiedam 350; Hoorn 2000; Me-
denbhk45o; Enkhuizen 470 Schilden, en
de andere Steden naar evenredigheid (/).
Het bewilligen in zulke zwaare en ongewoo-
ne Beden kon niet nalaaten, Hertog Karel
te verpligten tot het verleenen van nieuwe
en wydluftige Voorregten aan de Steden.
Met de Stad Zwolle, hadt Amfterdam, GefdJ
1468. van Amfterdam, in den Haage, alwaar Her-
Hertog tog Karel hunne hulde ontving. In de be-
Karel veftiging der Privilegien, door de Graaven
beveiligt en Graavinnen, zyneVoorzaaten, aan de Stad
Privile- verleend, welke hierop volgde, belooft de
gien van Hertog, de Privilegien van Amfterdam eer-
Amfter- der te zullen vermeerderen dan verminderen,
dam.
de Stede in Rechte ende Jufiitie te houden, en-
de oic de goede Cofiumen, gewoonten endehair-
comen te obferveeren ende te be-waeren.
Voor-
af hadt hy erkend, dat die vanzyner goeder
Steden van Aemfielredam
hem onlanx zeere
minlic gebult ende ontfangen
hadden, tot hun-
nen gerechten geboeren Lantsheere ende Gra-
ve (g)-
Ook bleek, eerlang, dat hy zor-
gen wilde voor 't belang van den Koophan-
del , daar de welvaart van Amfterdam van
afhing: alzo hy, op den eerftenjanuarydes
jaars 1469, by eene Handveft,teGendge-
dagtekend, den Steden van Noordholland
en Weflfriesland vryheid gaf, om, by on-
geval van fchipbreuk , haare zeedriftige
goederen alomme te mogen naar zig nee-
men , zonder 'er iet van verfchuldigd te zyn
aan de Graaflykheid (h) : welke vryheid van
zo veel belang was voor de Stad Amfter-
dam, dat zy de Handveft, waarby dezelve
aan de Steden van Noordholland en Wefl-
friesland in't gemeen verleend werdt, al-
toos , onder haare byzondere Handveften, be-
waard heeft.
Ruim twee maanden laater, deedt Her-
tog Karel nog eene andere gunftige verklaa-
1469.
Hy be-
veiligt
bet punt £Jng ten behoeve van Amfterdam en van
ïigev '" eenige andere Steden. De Stad hadt, ne-
Hand- vens andere Steden, by Graaflyke Privile-
veilen, gien, regt verkreegen „ om alle Officien of
vo!fen;j dienßen, nootfaecklick tot haare welvaart
Amp'ten6,, en goede regeeringe , te mogen begee-
<
tollen, welk, in dit jaar 1469,werdt afge-^™ 1
,"i'
daan. De Amfterdammers moeiten te Zwol z«rol,e
tol geeven van de goederen, die zy aldaar over ^
ter markt bragten; waartegen den Zwolle-10''6!^.
naaren, ook hier ter Stede, excyns werdts
afgevorderd van de waaren, die zy her- .
waards voerden, en die voornaamlyk be-
ftonden, in Bier, Zaad en Brandhout. Doch
nu kwam men overeen, dat deeze belaftin-
gen wederzyds zouden worden, afgefchaft.
Alleenlyk zouden die van Zwol, goederen
naar Amfterdam voerende, die de Maat
onderworpen waren, van dezelven zo veel
betaalen,als de Amfterdammers zelvenbe-
taalden. Doch de goederen, die zy hier ter
Stede veilden, en niet verkoopen konden,
zouden zy vryelyk te rug mogen voeren,
zonder daarvan eenige regten fchuldig te
zyn. Hier van werdt eene Acte gemaakt,
die
(i) Oude Kerk, Laade III. Handv. il. lij.
(k) Handv. il. 7?. [jo.]
(ij Okleus Leydcii, il. $z.
en dien
fien aan
de Stad
blyven.
„ ven." Doch fommigen hadden Hertog
Karel weeten te beduiden, dat het begee-
ven deezer Officien en dienßen of ampten aan
hemftondt: voorts, op hem begeerende,
dat hy 'er hen mede wilde begunftigen, ge-
lyk nu en dan gefchied was. Amfterdam
en eenige andere Steden waren, deswege,
klagtig gevallen. Hierop hadt de Hertog
de Privilegien der Steden doen onderzoe-
ken. En na dat hem van den inhoud der-
zelven verflag gedaan was, verklaarde hy,
op den tienden Maart, ten opzigte van Am-
fterdam , in 't byzonder, de giften, door fom-
mige byzondere Perfoonen, van hem ver-
kreegen van de Officien ofte dienßen van den
Schoole, Scryfambocht, van der Cofierie, van
't Bode-ambocht, van 't Gouden Water endede
Maet
, van te leggen ende ßellen de Capen in
(g) Oude Kerle , Laade XXXI. Handv. W. 7«.
(h) Handv. H. 77< t2»-]
-ocr page 214-
GESCHIEDENISSEN.
UI. Boek.
157
tienden. September des jaars 1471 ten ein- 14 ~0
de te loopen: en 't fchynt, dat eenigen te,
Amfterdam zig reeds gereed maakten, om pen o""
fchepen ter kaap uit te ruften. Immers, het de oós-
Geregt keurde, op den eerften July „ datterlin-
„ men niet op de Wendfche Steden zouSen-
„ mogen rooven, voor het uitgaan van het I4?i-
„ Beftand (x):" welk federt ten einde liep,
eer het nog vernieuwd was. De Regeering
van Amfterdam, nogtans geenen wil heb-
bende , om zig op nieuws te fteeken in de
koften van eenen hagchelyken oorlog, be-
floot, den negenden Oétober, in eene ver-
gadering van het Geregt en van de Vieren-
twintigen, uit welk getal, ten deezen ty-
de, de Vroedfchap beftondt „ niets te doen
„ tot den oorlog, dan met eenpaarige be-
„ williging van äffe die gemene Steden ende
Landen (£).■' En op den zeftienden der
gemelde maand , werdt gewilkoert by den
fcout, burgermeefieren, fcepene
, XXIIIL en-
de alinge gemeente van derflede, ende van der
Stedehuys afgekondicht
, dat nyemant en moet
wt vaeren rouen vp nyemant voir deriyt dat
wy confent hebben van mynen genadigen beere,
ende oic by-die gemeene landen van hollant
,
zeelant ende vrieslant ouerdragen is vp wat'
manier dat men ten oirloge vaeren fal.
Te
gelyk werdt vaftgefleld, niet oofhvaards te
vaaren, dan naar Friesland (u). Doch hier-
in kwam'verandering, na 't vernieuwen van
't Beftand, welk kort hierna gelukte.
Maar Hertog Karel raakte, ten deezen Hertog
tyde, ingewikkeld in eenen oorlog met Lo- K^rel
dewyk den XL,Koningvan Frankryk,waar-^tet.
door hy in de noodzaakelykheid gebragt(jam tot
werdt, om Holland, en Amfterdam in 'thee ver-
byzonder, het verkoopen van Ivf- en lós-*°°Pen
renten, ten zynen behoeve, te vergen. ir»ten teQ
July des jaars 1472 , zondtny Gemagtigdenzynèn
naar deeze Stad, met laft om de Poorters,behoeve.
door alle behoorlykemiddelen,tot hetkoo-
pen van renten te noodzaaken, gelyk blykt
uit eenen Brief van den twaalfden der ge-
melde maand, die in de Oude Kerke,Laade
XVII., bewaard wordt. Uit eenen anderen
Brief van den volgenden dag., die in de zelf-
de Laade beruft, ziet men, dat Burgemees-
teren, Schepenen en Raaden beloofd had-„
den, zeftienhonderd Ryns-guldens jaarlyk-
fche los- en lyfrenten, op een en twee ly-
ven, ten lafte der Stad, en ten behoeve
des Hertogs, te verkoopen. En uit nog
eenen Brief van den zeftienden, al mede in
dezelfde Laade leggende , blykt, dat de
Stad reeds voor veertienduizend vierhon-
derd Filips Klinkaarts, van. vyftien witte
ftui-
(s) Keuib. A. f. 6z.
(t)
Keutb. h.'f. 6i.
(u) Keuib. A. ƒ. 70.
X
die den dertienden Maart gedagtekend
was (?»).
De oudfte ongenoemde Befchryver van
Amfterdam tekent aan (n), dat deeze Stad,
in de laatfte helft der vyftiende eëuwe, dik-
wils met pefb bezogt geweeft is. Ook vindt
men hiervan, op dit jaar 1469, en federt,
verfcheide blyken in het oudfte Keurboek der
Stad , welk tegenwoordig voorhanden is.
Onder anderen werdt, op den agtftenMay
deezes jaars, gekeurd, dat voor huizen, met
peft befmet, een groet bqffche firoemoeü; uit-
gehangen worden. In de jaaren 1471 en
1493 , werdt deeze Keur vernieuwd , en
daarenboven bepaald, dat zulken, die van
de peft herfteld Waren, zes weeken agter-
een, met eene witte roede in de hand gaan
moeften (0).
't Schyntdat defterfte, die, door depeft,
omtrent deezen tyd , veroorzaakt werdt,
onder anderen , aanleiding gegeven heeft
tot de eerfte overeenkomften met fommige
Steden, om het rest van IJJiie of Exue ,
welk betaald werdt van de erfeniflen, die
door buitengezetenen gebeurd werden, over
en weder, te niet te doen. De oudfte over-
eenkomft van deeze natuur, mybekend,is,
tuffchen deeze Stad en het nabuurig Haar-
lem, gemaakt, op den zeventienden April
des jaars 14154 (p). En in 't jaar 1470, is
diergelyke overeenkomft met Deventer ge-
troffen, op den dertigften April (q). In
laater' tyd, zyn zulke overeenkomften zeer
dikwils gemaakt. De Stad heeft zig altoos
gereed getoond, om dezelven met binnen-
en buitcnlandfche Steden aan te gaan, en
het miffen van de inkomilen uit deeze be-
lading op de erfeniffen van minder belang
gerekend, dan het miffen van den toevloed
veeier vreemdelingen , die gewiilelyk eer-
der befluiten moeften zig hier ter Stede met
der woon neder te zetten, als zy verzekerd
konden zyn, dat hunne nalaatenfchap, zon-
der belalüng, aan \ hunne buitenwoonende
erfgenaamen zou können overgaan. De Ste-
den, die de overeenkomften, van welken
wyfpreeken, met Amfterdam hebben ge-
maakt, hebben ook haare rekening by de-
zelven kennen vinden, alzo 'er gemeenlyk
meer van haare inboorlingen te Amfterdam
komen woonen , dan zig Amfterdammers
tot haarent nederzetten.
Het Beftand , in 't jaar 1441, met de
Wendfche Steden geflooten (r), en federt
meer dan eens vernieuwd, ftondttegen den
(•») Oude Kei!;, Laadt XXVI. Handy, bl. 130.
(ö\ ifd c:üc" PoNTAN1 Amfteli p. 3.
(r; Zii hier ^^ IJQ<
I. Stuk.
H69.
IS
<Ne-
vte-
•?o.
V
Va
-ocr page 215-
AMSTERDAMS
JI. Deel.
158
ondertekend Uwe onderdanige ende ootmoedi- j^f4»
ge Steden, alze Dordrecht, Halrlem, Delft,
Leyden
, Amflerdam ende Goude (a~) , welken
zes, ten deezen tyde, nevens de Edelen,
ter gewoonlyke Dagvaarten in den Haage,
door den Stadhouder, Prefident en Raaden
van den Hove, plagten befchreeven te wor-
den. Doch behalve deeze fchepen , werdt
den Edelen en Steden ook manfchap afge-
vergd, om in 't beleg van Nuis te dienen.
De brieven, waarby de Edelen en Steden,
tegen den vierentwintigften January des i4P'
jaars 1475, werden opontbooden, ftaan in
de Stads Regtßers geboekt (F). Ook zon- Amft^
den de Steden haare Schutters en Poorters, danl'ter*
onder't bevel van een' oftweeHoofdluiden v°°ot
uit de Regeeringe, en uitgedoft in de by- Nuis«
zondere livreije van elke Stad, naar 't Le-
ger voor Nuis (c). De Poorters van Am-
fterdam , die een wapenrok droegen half
rood en half wit, rood boven en wit onder
(i) , trokken uit , onder den Hoofdman
Henrik Janszoon Akkerman , Oud-Schepen
en Raad der Stad, en toonden, nevens de
andere Poorters , hunne dapperheid , ter
gelegenheid van eenen uitval der beleger-
den (e). Het beleg werdt egter, injuny,
ftuivers ieder, aan renten, verkogt, en dee-
ze fomme aan's Hertags Rentmeefter over-
handigd hadt. De Hertog .beloofde haar
van deeze penningen negenhonderd Filips
Klinkaarts in 't jaar aan renten te zullen be-
taalen, en verpandde haar, daarvoor, de
■paght ende inkomyngen van zynen Schout am-
bochte van Amfleiredamme
, welk hem, ten
deezen tyde, vierhonderd en vyftig pon-
den van veertig grooten 's jaars opbragt;
een ftuk Lands, Waerderbroek geheeten,
waarvan jaarlyks honderd zesentagtig pon-
den kwamen, en de fluis te Ypefloot, die
zevenentagtig ponden 's jaars opbragt. De
Brief, waaruit wy deeze dingen ontleenen,
is, zo ver ons bekend is, nog nimmer ge-
drukt geweeft, waarom wy dien, onder de
Bylaagen (v), geplaatft hebben.
De Stad hadt gewigtige reden om Her-
tog Karel te onderfleunen, in den oorlog
tegen Frankryk. De Franfchen deeden den
Amféerdamfchen Koopvaarderen veel af-
breuks op zee. Onder anderen , haddenze
een Oorlogsfchip uitgeruft, de Kolom ge-
naamd , welk verfcheide Amfterdamfche
Koopvaardyfchepen overweldigde en op-
bragt (iy). Doch men trof eerlang een Be-
fland, welk, tot den eerften April des jaars
1474, duuren moeft; en, voor dien tyd,
nog verder verlengd werdt (x~).
Hertog Karel , die zeer oorlogszugtig
was, ftak zig, ondertuflchen, in den twift,
die, over de verkiezing van eenen Aarts-
biffchop van Keulen , ontftaan was , en
floeg, in den Zomer des jaars 1474,'t be-
leg voor de Stad Nuis. Deeze ondernee-
ming wikkelde de Landen in nieuwe koftea
in. De Hertog gaf, den twaalfden July,
den Staaten van Holland OcTxoi om twee-
honderd ponden vlaams lyfrenten te ver-
koopen ten zynen behoeve, op een en twee
lyven (y). Hierby bleef het niet.Hy verg-
de hun een zeker getal van fchepen af, van
welken hy zig fcheen te willen bedienen,
tot het vervoeren van manfchap of voor-
raad naar 't Leger voor Nuis. En toen dee-
ze fchepen te langwegbleeven,fchreefhy,
den vierentwintigften Auguftus, eenen brief
aan de Staaten , van welken nog een af-
fchrift, in de Regiflers deezer Stad, voor
handen is (z), en in welken hy zeer klaagt
over der Staaten traagheid in het afzenden
der gevorderde fchepen. De Staaten be-
loofden , in antwoord, hem twaalf fchepen
en twee Baardfen te zullen zenden, van wel-
ken zy, twee-enveertig dagen agtereen, de
onkoften draagen zouden. De brief was
(v) Lr. F.
(w) Velius Hoorn, il. si- DAPPER Amft, hl. Uj,
(x) Vadert. Hift. IV. Deel, hl. 124, HS.
(y) Groot-Memoriaal N. I. ƒ. 3 ver/o.
(z) Groot-Memor. N. 1. ƒ. ij ver/a.
1472.
De Frah-
fchen
kaapen
op de
Amfter-
darnmers.
vrugteloos opgebroken, 't Liep aan tot
den veertienden February des jaars 1477,
eer, hier ter Stede, openlyk afgekondigd
werdt, dat men elk der Poorteren voldoen
zou zyn verfchot, betaald tot die reyfe ende
dienfle
, die wy, zo fpreekt de afkondiging,
De Ste-
den, en
Ainfter-
dam in
't by-
zonder,
helpen
Hertog
Karel in't
beleg
van Nuis.
WM-
voir nuys gedaen hebhen (ƒ).
^
Midlerwyl, was het Beftand met Frank- Fra"£
ryk ten einde geloopen. De Franfche kaa- ^3n,
pers deeden den Hollanderen en Zeeuwen,iy
en vooral ook den Amfterdammeren , op c
&
nieuws, veel fchade op zee. De Wethou- De
derfchap der Stad, altoos gewoon te zor-
waäf
é
fcb«'.
gen voor 't belang van de Scheepvaart en fó'&°?L
Koophandel, zondt een vaartuig naar de vaaf*
Hoofden, om de Koopvaardyfchepen, die
van 't Wellen kwamen en Ooftwaards wil-
den, tegen het dreigend gevaar, te waar-
fchuwen (g~). Doch hierby liet zy 't niet.
Zy befchreef de Steden Hoorn, Enkhuizen, Zy \
Monikendam en Edam, die, nevens Am- ^V""
fterdam,het meefte belang hadden by het terft«'
beveiligen der vaart van 't Weften naar de dei>-
Ooftzee,in de maand April des jaars 1475,
binnen haare Stad, om op de befcherming
der Scheepvaart te raadpleegen, zonder dat
men eenig blyk vindt, dat zy, hiertoe, van
Hertoge Karel, of van den Stadhouder en
Raa-
(a) Groot-Memor. N. I. ƒ. 14 vir/o.
(h)
Groot-Mcmor. N. I. ĥ 28.
(c)   VELIUS Hoorn , hl. 54.
(d)  Keurb. A. ƒ. 159.
(e)  PONTANus Amft. Lihr. I. Cap. VIII. p. zï.
(f) Keurb. A. ƒ. s8.
(g)  Groot-Memor. N. I. ƒ. *3.
-ocr page 216-
DENISSEN.                  159
„ voortgezet, mogten bevonden worden te 1475.
„ kort te komen aan hunne laading. 8. Dat
„ men den vier fchepen, nog daarenboven,
,, eene heufchheid zou toeleggen, te rege-
„ len door de vyf Steden en de vier Onder-
„ Admiraals. 9. Dat de Vloot altoos by-
„ een blyven, en de fchepen eikanderen
„ befchermen zouden. Of zo eenig fchip
„ zo onredelyk gelaaden ware, dat het de
,, Vloot niet volgen kon, zou het een deel
„ Zouts moeten overfchieten. 10. Dat zulk
„ een, die zig niet naar den inhoud -deezer
„ Ordonnantie voorzien hadt, fchip en goed
„ verbeuren zou, een derde ten behoeve
„ van mynen genadigen Heere [Iiertoge Ka-
„ rel], of van den Baljuw of Schout ter plaat-
„ fe zyner wooninge; een derde ten behoe-
,, ve der vier Admiraalen, en het overige
„ derde t en behoeve derVloote in 't gemeen.
„ 11. Dat men de tvapenfchoiming of mon-
„ ftering der fchepen doen zou, ter plaatfe
„ daar zy nu lagen, en nog eens, zo 't noo-
„ dig ware,in Texel, eer zy uit hetMars-
„ diep zeilden, door de Afgevaardigden der
„ vyf Steden. 12.Dat de Schippers, in dé
„ baai komende, zorg draagen moeften, dat
„ hun volk zig niet ginge dronken drinken
„ aan land; maar de fchepen bleeve bewaa-
„ ren. 13. Dat de Admiraals enOnder-Ad-
j, miraals zweeren zouden, deeze Ordon-
„ nantie te zullen onderhouden, en doen 011-
„ derhouden, zo veel in hun vermogen wa-
„ re, de overtreeders, na 't afleggen der rei-
„ ze, aanbrengende, zonder iemant te ver-
„ fchoonen. 14. Dat Admiraals van de Vloo-
„ te zouden zyn TsbrandJanRemszoon van
„ Amilerdam, Jakob Klaaszoon van Hoorn,
Reinier Martszoonvan Enkhuizen, en Jon-
„ ge Jakob
van Monikendam, die op de vier
„ fchepen bevel zouden voeren, entotOn-
„ der-Admiraals hebben Jan uit de Poort
„ van Amfterdam, Dirk Fonk van Hoorn,
Albert Janszoon van Enkhuizen, en Jan
Buen van Edam. .15. Dat de Admiraals zou-
„ den mogen regt oefenen, op gelyke wy-
,, ze, als de Schouten en Geregten der vyf
„ Steden te doen gewoon waren. 16. Dat zy,
5J in zee gekomen zynde, aan de Oorlogs-
,, fchepen van Engeland en van Bretagne
„ verklaar en zouden, dat zy aangefteld, en
„ daar gekomen waren,van wegedenHer-
„ toge van Bourgondie, om de Vloot te be-
„ fchermen: en dit omme te bewaar en die eere
van mynen genadigen Heere. 17. Dat zy, in
„ hunne fchepen en marfen, het wapen en
„ de Standerds van Hertpge Karel voeren
„ zouden. iS.DatzulkeKoopvaardyfchepen,
„ die nog niet gereed waren, maar eerftte-
„ gen den Zomer Ooflwaards vaaren wil-
„ den, evenwel hun aandeel in de koften dee-
X 2
                                                    „ zer
III. Boek.           GESCHIE
Ï475. Raaden verlof verzogt of verkreegen heeft
(3); ten duidelyken bewyze, dat de Koop-
lieden, vanouds, niet verpligt waren, 's
. Graaven verlof te verzoeken, om op haare
beveiliging te water te raadpleegen en te
Nakt befluiten. De vyf Steden, ten beftemden
fef de" tyde byeengekomen zynde, beflooten, den
ccnee0r_ veertienden der gemelde maand , na ryp
Snan- overleg „ 1. Dat ieder fchipper, op elke
[* op de „ tweehonderd Zouts, die hy voeren kon,
^eili- „ drie man ophebben moed, die te roer
Heep!1 » gaan, of ten minften voor kloeke man-
v.aart. " 35 nen verflrekken konden: welke Scheeps-
kinderen allen van harnafch behoorlyk
„ voorzien moeften zyn. 2. Dat de Sche-
,, pen ook voorzien zouden moeten wezen
„ van BoJJlen, Cluroenerynen , Bogen , Py-
len, Glauyen , Bylen , BoJJchenkmydt en
., andere noodwendigheden , te weeten,
„ op elke tweehonderd Zouts, een BoJJe,
„ een Böge met zyn toebehooren, een goe-
„ de Cluvemcr ; op elke Bqffe tien pond
j, kruids, en ieder twee Glauyen, een Byl
„ of een Hamer. 3. Dat alle de Koopvaar-
5, dyfehepen, onder de vyf Steden behoo-
,, rende, 't zy ze tegenwoordig in Zeeland,
,, of in de Zuiderzee lagen , eikanderen
,, zouden afwagten, en niet dan geiykelyk
„ en vlootswyze weflwaards om Zout vaa-
„ ren; of zo zulken, die in Zeeland lagen,
„ hiertoe geene gelegenheid mogten heb-
„ ben, zouden zy een fchip moeten uitrus-
„ ten, en zig, onder deszelfs geleide, in
„ zee begeeven. 4. Dat de fchepen, met
„ eikanderen, vier van de bekwaamde fche-
„ pen zouden uitruilen, om allen met bal-
„ laft mede te vaaren, en tot geleide en be-
„ fcherming der Vloote te dienen, ten wel-
„ ken einde, twee derzelven zig voor, en
„ twee agter de Vloote houden zouden.
„ 5. Datdeeze vier fchepen bemand zou-
„ den worden met het volk, welk de ande-
„ re fchepen over hadden, tot vyf honderd
„ man toe, behoorlyk gewapend, naar de
j, verkiezinge der vier Admiraalen. 6. Dat
„ de andere fchepen het volk, welk zy in
„ de vier fchepen zouden overzetten, van
„ leevensmiddelen voorzien zouden , tot
„ genoegen der vier Admiraalen. 7. Dat
„ men de vier Admiraals-fchepen, die,ydel
» °ff ftyff gebaUafi, mede zouden vaaren,
,, in de Zont zo veel Zouts zou overdoen,
5, als zy, de reize tot daartoe hebbende
(3) Ik weet wel, dat Pontanus (dmfl. Libr. L
CaP- VIII. p. 22) fchryft, dat zulks of bevel,en Ve-
*rIlJs (Chron. van Hoorn, bl. 54) dat zulks »iet con-
Jent
van Hertoge Karel gefchied is: doch ik weet
niet, op Wat gronc] Zy ,jit fchryven ; en het blykt
niet m de Ordonnantie op de uitrufting, de regte
plaats nogtans, om 'er meldirjg van te maaken.
-ocr page 217-
AMSTERDAMS
II. Deel.
i6o
1-45."
dreigden, waarvan de uitvoering aan den
Krygsraad der Admiraalen opgedraagen
werdt, niet uit op den naam van Hertoge
Karel;maar op haare eigene naamen: al 't
welke klaarlyk doet zien, dat de Steden, van
ouds,op zig zelven, en zonder den Graaf te
kennen, veel bewinds gehad hebben over
de zaaken van de Zee.
De Koopvaardyvloot, omtrent tagtig zei-
len fterk, ftak, eerlang, onder het geleide
der vier gewapende en fterk bemande fche-
pen, in zee, en volbragt de uïtreize geluk-
kiglyk, alzo zy zig zo digt byeen wift te
houden,dat deFranfchen haar niet durfden
aantallen. Dochtoen zy, met Zout beka-
den (4), te rug keerden, raakten zy,of by
ongeluk, of door onvoorzigtigheid en klein-
agtinge des vyands, verftrooid, en werden,
op de hoogte van Klaasduinen, aangevallen
door de Franfchen, die de meefte fchepen
veroverden en medefleepten. 't Meefte
bootsvolk viel den vyand ook in handen.
Een klein gedeelte ontkwam 't gevaar, en
redde zig met de boot. Groot was de fcha-
de, die de Hollandfche Kooplieden, ter
deezer gelegenheid, leeden. Amfterdam
verloor een groot getal van fchepen; van
Hoorn bleeven 'er wel dertig, welker waar-
de op agtenveertigduizend Rynsguldens ge-
rekend werdt. In 't zelfde jaar, kwamen
'er nog twee Kaapers door 't Marsdiep, tot
ver in de Zuiderzee: doch keerden weder,
van waar zy gekomen waren, zonder dat het
hun gelukt was, eenigen buit te behaalen (ï).
Doch de vyandelykheden hielden op, na 't
fluiten van een negenjaarig beftandtulTchen
Hertog Karel en LodewykdenXI., welk den
dertienden September getekend werdt (£).
Amfterdam hadt, ondertullchen, ook ver-
fchil gekreegen met Chrißiaan den I., Ko-
ning van Deenemarke; van wien de Stad,
by verfcheiden Privilegien, vryheid, om op
de gewoonlyke tollen, binnen zyne Lan-
den, te komen handelen, verkreegen hadt
(/). Doch de Koning hadt, onlangs, goed-
gevonden , deeze tollen te verhoogen. De
Stad klaagde over deeze nieuwigheid, en
zondt Tydeman Frederikszoon aan den Ko-
ning , om, ware 't mogelyk, herftelling der
zaaken op den voorigen voet te verwerven
(m). Zy fchreef ook eenen brief aan Her-
to-
(i) PONTANUS Vlhr. I. Cup. VIII. p. II. VELIUS
Hoorn, il. J4.
(k) Vaderl. Hift. IV. Deel, il. ij«.
(I) Handv. bl. js , 5+, SS- [82, 83, 84> 85.]
(m) Groot-Memor. N. I. ƒ. 50, 52.
(4) Onze Befchryvers van Amfterdam Dapper
(bl. 125); en Domsela ar (VI. Boek, bl. 154) en
CoMMELiN (bl. 916), die hem gevolgd is,zeggen,
dat de fchepen ryk gelanden waren; doeh dit kan
men van geene zoudaading zeggen.
„ zer uitruftinge zouden moeten draagen."
De gemaakte Ordonnantie werdt , den
vyftienden April, alomme verzonden, op den
naam van Schout, Burgemeefleren, Schepe-
nen en Raaden der Stad Amfterdam, en van
de Gedeputeerden der Steden Hoorn, Enk-
huizen, Monikendam en Edam,met bevel
aan alle Schippers, en anderen, die 't aan-
ging , om zig daarnaar te rigten. De brief,
waarby de Ordonnantie, op welke het Stads
Zegel van Amfterdam gedrukt was, verzon-
den werdt, hielde in „ dat dezelve gemaakt
was, tot eere van mynen genadigen Heere,
*en tot behoudenis van de fchepen en goe-
deren der ingezetenen." Voorts, las men
'er in, dat tot Admiraal der Vloote gefield
werdt Klaas Roelenszoon, en tot Onder-Ad-
miraal , Schipper Brandet gen Kogman, geby-
naamd de oude brug (h): welken twee ik ver-
moed, dat, boven de vier gemelde Admi-
raals en de vier Onder-Admiraals , die ei-
genlyk Kapiteins en Luitenants fchynen te
zyn geweeft, bevel gevoerd hebben.
'tBlykt klaarlyk, uit deezen brief, en uit
de Ordonnantie zeive, dat de Stad Amfter-
dam, ten deezen tyde, in 't Noorden van Hol-
land, een uitfteekend bewind voerde over het
uitruilen van Oorlogsfchepen , tot beveili-
ging der Scheepvaart naar 't Weften en naai-
de Ooftzee. Zy befchreef de Waterfleden; ge-
lyk, omtrent deezen tyd, de Steden van 't
Noorderkwartier genoemd werden, by zig,
om op zulk eene uitrufting te raadpleegen
en te befluiten, en zy vaardigde het befluit
der Steden af, onder haar byzonder zegel.
Mogelyk heeft zy alleen ookdetweeopper-
fte Admiraalen benoemd en aangefteld, hoe-
wel ons hiervan geen duidelyk blyk is voor-
gekomen. Ook vindt men niet, gelyk wy
reeds hebben aangemerkt, dat de Steden,
tot deeze uitrufting, verlof of Oclroi van Her-
toge Karel verkreegen., of noodig geoor-
deeld hebben. Zy befluiten wel, buitens
Lands te doen verklaaren, dat de Admiraals,
die zy zelven hadden aangefteld, door Her-
toge Karel,gemagtigd waren,omdeKoop-
vaardyvloot te geleiden en te befchermen ;
doch dit fchynen zy voornaamlyk gedaan te
hebben,op dat zy,by vreemden,onkundig
van devoorregten en gewoonten der Steden
van Holland, niet als zeefchuimers zonder
behoorlyken laft zouden aangemerkt en be-
handeld worden; of, gelyk zy zelven zeggen,
emme te bewaaren die eere van mynen genadi-
gen Heere;
waartoe ook diende het voeren
van zyn wapen, in de marfen der fchepen.
Voorts, gaven de Steden haare Ordonnantie,
op welker overtreeding zy eene ftrenge ftraf
(*) Groot-Memor. W. !.ƒ. 3j.2i>««£ Commelin W.sij.
1475-
DeKoof
vaardf
vloot
van A'°'
flerd-atf
en de
vier f*
valt de"
Fran-
fchen
swot£V
deels ifl
hande»'
Groot
bewind
der Stad,
ten dee-
zen tyde,
over de
zaaken
der Zee.
De SA
raakt>
verfeHB
metS<
over <"
Zont-
fche
tolle"'
-ocr page 218-
GESCHIEDENISSEN.
HL Boek.
161
*475- toge Karel, en verzogt hém om zyee krag-
tige voorfpraak by Koning Chriftiaan. De
brief was, den vyftienden July deezes jaars
1475, gedagtekend, en onderfchreeven U-
we ootmoedige ende arme Stede van Amßel-
redamme (11).
Doch de poogingen der Stad
fchynen, ten deezen tyde, vrugteloos ge-
weeft te zyn. 't Blykt ten minften, uit de
Stads Regffiers, dat 'er, nog lang na dee-
zen , over de Zontfche tollen, gefchreeven
en gehandeld is (0).
Hertog Karel hadt geen Beftand met
Frankryk geflooten , om dat hy van zins
was , daarna de wapenen af te leggen.
Naauwlyks eene maand na dat het getrof-
fen was, viel hy in Lotharingen, en bemag-
tigde Nancy. In 't begin des jaars 1476,
toog hy naar Zwitferland , daar hy , tot
tweemaal toe, geflaagen werde Midler-
wyl, hadt René, Hertog van Lotharingen,
Nancy herwonnen. Doch Karel floeg 'er
andermaal 't beleg voor. De Hertog van
Lotharingen rukte al zyne magt byeen, onl
Hertog Karel tot het opbreeken van 't be-
leg te noodzaaken. Op den vyfden Janua-
ry des jaars 1477, raakten de Legers aan
eikanderen. Hertog Karel kreeg de neder-
laag, en fneuvelde in den ftryd, eene Dog-
ter van omtrent twintig jaaren, Maria
genaamd, nalaatende {f).
J^fter- De aanhoudende en zwaare oorlogen ,
Hg"1 x'ei'- door Hertoge Karel gevoerd, en de onge-
in evrdert woone Beden, die hy ter deezer gelegen-
'^ogt'de heid deedt, hadden de Landen in 't gemeen,
'ic?n- en de Steden van Holland in 't byzonder
u% diep in fchulden doen vervallen. en genood-
zaakt tot het opftellen van nieuwe excyn-
zen , om de renten deezer fchulden te vin-
den. In Amfterdam, hadt men, federt ee-
nige jaaren, den bier-excyns, eene deroud-
fle beladingen op de verteering, merkelyk
moeten verhoogen; en tegenwoordig moeft,
van 't vat vreemd bier, veertien, en van 't
vat binnenbier, negen fluivers betaald wor-
den. Alle andere mondbehoeften waren
daarenboven bezwaard (q). Sommige Ste-
den, die leevensmiddelen herwaards plag-
fti) Groot-Memor. N. f. ĥ *4.
(e) Groot-Memor. N. I. ĥ te vtrf. Si ,tt, 94,91 verf.
ïlo ver/.
114 verf. enz.
(p)
Vaderl. Hift. IV. Deel, il. Ij« enz.
\<l)
Groot-Memor. N. I. ƒ. 79.
ten te zenden, klaagden, nu en dan, over
deeze beladingen : en onder anderen de
Stad Amersfoort, die veel bier op hier
zondt. Doch de Stad Amfterdam antwoord-
de haar, den tienden Auguftus des jaars
1476 „ dat de zwaare beden, die zy, fe.
„ dert eenige jaaren, hadt moeten opbren-
„ gen, haar genoodzaakt hadt, om denex-
„ cyns ophetAmersfoorterbier te verhoo-
„ gen (r)." De fchulden, waarin de Stad
zig gefteken hadt, om aan de Graaflyke
beden te voldoen, deeden haar ook, om-
trent deezen tyd, zorgvuldiglyk letten,dat
geene gegoedde Poorters de Stad verlie-
ten , om zig elders neder te zetten, Zonder
hun aandeel in deeze fchulden te voldoen.
Men vindt hiervan een merkwaardig voor-
beeld in de Stads Regiflers. Roelof Jakobs-
zoon
, Poorter, en zelfs, zo ik meen, Oud-
Schepen der Stad, was met der woon naar
Utrecht vertrokken. Doch de Wethouder -
fchap vermaande hem, by fchryvens van
den derden Auguftus „ dat hy zyn aandeel
„ moeft komen voldoen van de fchulden,
„ waarin de Stad, onder anderen om zy-
„ nentwille, vervallen was, zullende men
„ anderszins zyne goederen daarvoor aan-
H7S-
1476,
Draagt
zorg
voor 't
vertrek-
ken der
gegoed-
de Poor-
teren.
„ fpreeken (/)." Doch onaangezien de
nieuwe excynzen , welken de Stad hadt
moeten invoeren, om de renten haarer
Piys van
't brood
hier ter
Stede-.
fchulden te vinden, waren de pryzen der
eetwaaren , wanneer menze met die van
katere tyden vergelykt, gantfeh niet hoog :
't welk egter, voornaamlyk, aan de groote
fchaarsheid van 't goud en zilver moet wor-
den toegefchreeven. Men kan zulks, on-
der anderen, afneemen, uit eene Keur dee-
zer Stede van den negenentwintigften Maart
des jaars 1477, waarin bevolen wordt,, een
„ roggenbrood van twaalf ponden niethoo-
„ ger te verkoopen dan een ftuiver (t)."
De dood van Hertoge Karel, die, in'fom-
mige Steden, gelegenheid gaf tot merkely-
ke beroerte , bragt, voor den Staat des
Lands in 't gemeen, en voor dien der Stad
Amfterdam in 't byzonder , eene gunftige
verandering voort, van welke wy , in 'C
volgende Boek, verflag zullen doen.
(t) Groot-Memor. N. I. f. 7J.
(s) Groot-Memor. N. I. f. 7$ vnf.
O)
Kewb. A. /. 19.
B y-
X3
-ocr page 219-
II. Deel.
AMSTERDAMS
i6a
BYLAAGEN
gen ■
Lr. A-
op het IL Deel, III. Boek.
Lr. A,
Hertog AlbekcH t fiaat der Stad Amflerdam eenige Graaflyke Renten en Pagten af, tegen ^
de rente van vyftienhonderd nobelen
, die zy hem tot den Arkelfchen kryg gefchooten badt.'
Gegeven in den Haage , den negenden Juny des jaars 1402.
Abbrecht by goeds ghenade hertoge in
beyeren palensgraeve opten Ryn Graave
van henegouwen , van hollant , van zeelant
ende Heere van vrieslant doen cond allen
luden dat wy mit goeden voirfien ons liefs
foons van Oiftrevants ende ons gcmeyns raits
overdragen fyn eene reyfe te doen op on-
fe vyanden den Arkelfchen dair wy veel
gelts ende goets toe füllen moeten behoeven
om provyanchien ende anders goede ende ree-
fchip die wy toter voirfeyde reyfe füllen befi-
gen wairom wy mit. onfer getruwer ftede van
Aemftelredamme fyn overdragen ons te Henen
eene fumme gelts van vyftien hondert goede
gouden Genfehe noblen ofpayment hoire wair-
de die wy van den felver onfer ftede ontfaen
ende opgebeurt hebben an gereden gelde ende
hebben onfe voorfz. ftede geloifc ende gelo-
ven mit defen brieve voir defe voïrgenoemde
fumme gelds jairlyks te geven anderhalf hon-
dert Genfehe Noblen dat is te weten van el-
ke tien Noblen eene noble jairlixfe renten en-
de overmits dat wy willen dat onfe ftede voir-
noemt wail betaut ende voldaen worde fon-
der eenigen fchade ofte hinder dairomme te liden
an ons ende an onfen Rade dairomme te ver-
volgen , foo hebben wy onfer voornoemde
Stede bewyft ende in handen gefet bewyfen en-
de in handen fetten mit defen brieve fulke goe-
de , renten, ende pachten als hier na befchre-
ven ftaen eerft die grute tot Aemftelredam-
me item Jan Robbekins foons halve hoffte-
de item die vyf hoffteden item Rynar Tra-
den foons hofftede item van der moolenftege
item van der moolen buten der Bynwikerpoirt
tot Aemfterdam item van der moolen up tie
weftzide van Aemfterdam item van der moo-
len up tie oiftzide van Aemfterdam item van
Ludeman Jans foons hofftede up ter flufe item
van Willem Gyskins foons hofftede up ter flufe
item Griete Coman Pieters hofftede up ter flufe
item Jan Willemfoons des barbiers hofftede up
ter flufe item die ftempcls van der flufe item
dat veer neffens Quadoelen item dat veer
neffens Yppeflote item dat veer neffens Die-
merdam item elf margen lants ende Pauwels
wyde gelegen ter Ouder Aemftel die Jan
Bartoutfoons kinderen van Affendelf in pachte
hebben; item negen margen lants an Pauvvels
wyde voorfz. gelegen item den ghier gelegen
ter Ouder Aemftel die Huge van Diemen in
pachte heeft item achte margen lants an den
voirnoemden ghier gelegen item di Walen ge-
. legen bi der ftede van Aemfterdam item die
flufen tot Aemfterdam item die flufe tot Yp-
penflote item die flufe tot Diemerdam item
die cynfe tot Aemfterdam item die cynfe tot
Monickedam item die cynfe tot Diemen item.
die jairlicfe beden in den lande van Water-
lant alfle die beden tot Karsavond tot meye
te midfomer ende tot bamiffe item die meye
bede tot marken item die jairlicfe beden tot
Warder alffe te meye ende bamiffe item die
corentiende tot Warder item die jairlicfe be-
de tot middel-ie alife tot bamiffe ende meye
item die corentiende totmiddcl-ie item die jairlic-
fe beede tot Coedyk alfle tot bamiffe ende meye
ende den corentienden aldair in defer manieren
dat onfer ftede voirnoemt jairlics opbeuren en-
de ontfaen fal alfulke renten ende pachten als van
de voirfz. goeden füllen comen ende machtigen
derfclver onfer ftede alfle wairt dat eenige van
defe voirnoemde goeden tot erfhuyr ofte tót
jairlicfe renten wtgcgeven ende virpacht wair
dat fi die renten dairaf op bueren füllen gelyk
fe virpacht ende virhuurt fyn ende tot welker
tyd eenige van defen felven goeden wt den
pacht fyn dat onfe ftede voorfz. dan die goeden
fal mogen virpachten ende virhuuren ende oik
die viflchen van de viffcherien te vircopen ten
hoigften gelde tot hooren oirbair ende profyt
tot allen tiden als derfclver onfer ftede oft den
genen dien fy 't füllen bevelen oirbairlyk ende
goet fal dunken en die felve die, onfe voorfz.
ftede dair toe voegen fetten ende ordineren dien
houden wy dat vafte ende geftade in allen fchyn
oft onze rentemeifter felve dede van onfent
wegen, voïrt wairt dat defe goede ende pach-
ten voorfz. meer gouden ende renten dair of
quamen dan wy onfer ftede voorfz. geloift heb-
ben ende voorfz. ftaen dair fouden fy ons of
onfen rente-meifter van Aemfterland van ■ Wa-
terland ende van den Zeevank die nu is of na-
mails wefen fal goede rekenynge ende bewi-
flnge of doen mar gouden defe voirnoemde goe-
den min tot enigen jaren dan die voirfz. fumme
gelts ter renten belopen dat foude onfe rente-
meifter voirnoemt onfe voorfz. ftede wtreyken
voldoen ende wel betalen fonder enig weder-
zeggen ende ontbieden ende gebieden allen on-
fen baileuwen, fcouten, rcntemeifteren ende
rechteren overal in onfen lande dat fy onfer
voirfz. ftede of dien fy dit bevelen füllen hul-
pelic ende vorderlic fyn tot defe voorfz. renten
te innen ende te vercrigen. ende wairt dat ymandt
derfelver onfer ftede of horen gewairde bode
an den voirfz. goeden renten ende pachte eeni-
gen hinder ofte fchade dede dat wilden wy hou-
den
-ocr page 220-
GESCHIEDENISSEN.
III. ËOEK.
163
gelden ende renten fo hebben wy bevolen ende BylAA.
gebeden onfen lieven foon den Gravevan Ois-gen
tervant dat hi defe voirfz. voirwairden mit ons Lr. A.
loven wil ende befegelen ende wy Willem van
Beyeren, van Henegouwen, ende van Hollant
bi der genaden Gaids Grave vanOiftervantom
bevelihg ende beden wille ons liefs Heeren ende
Vaders voirfz. hebben defe voirfz. voirwairden
mede gcloift vafte geftade ende onvirbroken te
houden in allen manieren als voirfz. ftait. ende
befegelt met onfen fegele hier an gehangen na
onfen lieven Heeyen ende Vader voirf. Gege-
ven in den Hage up ten negenften dach in Juri io
in 't jair ons Heeren dufent vierhundert ende
'Laa- Jen ende rechten an fyn lyf ende goet als an
j^N
          den genen die ons ende onfe heerlicheden wil-
** • A. den vermynderen ende te nyete maken voirt
lbo fyn 't vorwairden als tot welker tyt dat wy
onfer ftede voirnoemt van der alinger fummen
geks voorfz. ende van den rente die hun dar an
gebreken bi den lopc van der tyd voldoen en-
de betalen lbo füllen alle onfe goede pachten
ende renten voirfz. vry quyt ende onbecommert
wefe van onfe voorf. ftede voirt foo fyn 't vor-
wairden dat onfe ftede voirfz. die renten die wy
hen bcwyft hebben ende voirfcreven ftaen op-
bueren fal ende ontfaen ten eerften dat fi nu
lullen virfchinen ende alfo voirt van jaer tot jaer
ter tyd toe dat wy hun voldoen hebben alfe
voorfcreven ftaet in kenniße der wairhede fo
hebben wry defen brief befegelt met onfen fe-
gele ende omdat wy willen ende nieynen dat
onfe voirfz. ftede welbewairtfy in defe voirfz.
twee.
Onder aen hingen twee fegels
in groenen waffc aan dubbele
Francyne ftaerten.
|aa.                                                                       Lr. B.
Stukken van het Kerkclyk Regtsgeding des Bïflchaps van Utrecht, tegen de fchuldigen aan
den moord van den Amfterdamfchcn Priefter Willem Bruinszoon. Gegeven in c\e jaaren
1404 en 1405.
l!
Bylaa*
gen
Lr. B.
N. 1.
T7redericus Dei Gratia episcopus Trajec-
■*- tenfis, nee non Joannes de Montfberde eadem
gratia Praepefitus et Archidiaconus Traje&enfls
Provifori et Decano noflro Amfletiandiae
, Presby-
teris in Amfterdam, in Haerlem ac univerfis Pres-
bytern Capellanis et Clericis nobis fubditis, ad quas
praefens noflrum mandatumpervemrit, Salutem
in domino fempiternam. ad audientias noftras fama
publice referente etprociiratoribus ac promotoribus
euriarum noflrarum id nobis infinuantibus nove-
ritis pervenifle
, quod quidam iniquitatis filii,
videlicet Johannes filius Johamiis
, alias Johan-
nes Heynensfen, Amilius filius Jobannis, Lam-
bert usfiUus Jacobi Reyi/eri
, Heinricus filius Joan-
nis Deymans, Splint er us Baflardus deNyenrode,
Nicolaus Baflardus quondam Simonis de Zaen-
den, Nicolaus Preyer
, filius Nicolai, Johannes
Laurentii
, Judocus Gcrardi, Jacobus Coppeu-
foen, Magifter Theodoricus Coppardi, Nicolaus
Buze
, hbrandus filius Petri, Wilhelmus di&us
Dachde, Fhrentius Korf', Wilhelmus Florentii
Kor ffs
, et Johannes Flor* ntii Karffs ac nonnulli alii
ipforum in hac parte complices et fautores Laici
dioecefis et Archidiacouatus noflrarum alias anno
Domini millfimo quadringentefimo quarto prae-
fenti in Crafiino diviflonis Apoflolorum aufu fa-
crilego, Deique timore poflpofito
, ac f at ore malo-
rum operurn omnium inftigante diabalo ,difcretum
virum Dominum Wilhelmum Brumnis Presbyte-
*um quem in cimitcio Parochialis ecclefiae de
Amfterdam corporaliter invenerunt violenter in-
vaferunt, manufque in eundem dominum Wilbeh
mum Presbyterum quem talem effe fciverunt, vel
faltem fcire'potuerunt, et debuerunt ,habitum et
cenfuram publice deferentem presbyteralem inj'e-
cerunt temere violentas
, ac eundem exftraclis gla-
. e^a§}natisque cultellis, ac aliis diverfis armis
tnvajoriis miferabiliter occiderunt praemiffa, et a-
Ua diverfa enormia v'tolentia-rum eidem Presbytero
in diclo cimiterio et extra intulerunt, prout la-
hor at de hac fama publica et manifefia in omni-
potemis Dei ofenfam, Cleri opprobrium, anima-
rum fuarum grave periculum
, et fcandalum
Chrifli fidelium plurimorum
, Canonumque et fla-
tutorum tam provincialium quam fynoaalium fibï
in hac parte locum vindicantium ac contra alia
et fimilia perpetrantes falubriter editorum con-
temptum fefe per hoc poenis et fententiis ineisdem
canonibus et ftatutis pofitis et expreffis damnabili-
ter involvendo. Quare vobis ei cuilibet veftrum
in virtute fanftae obedientiae
, et fub poenis fuf-
penfionis et excommunicatianis diflricle praecipien-
do mandamus
, quatenus jam vifis praefentibus
accedentes quo propt er hoc fiter ie accedendum
, et
accedere fueritis acquifiti
, et alter veflrum acce-
dere fuerit requifitus
, moneatis auBoritate noflra
ordinaria praefatos Joannem, Amilium
, La
bertum, Henricum, Splinterum, Nicolaum, Ar/-
colaum, Joannem, Judocum, Jacobum, Magis-
trum Theodoricum, Nicolaum, (3 er ar dum, Ts-
brandum
, Wilhelmum, Florentium, Wilhelmum
et Jobannem ac alias quofeunque in praemißs
qualitercunque culpam habentes, de quorum nomi'
nihus vobis confliterit, ac quas lator prefentium
vobis nominaverit nominatim et in fpecie reliquos
vero in genere, quos et eorum quemUbet , nos
efiam tenor e prafentium fle tnonemus, ut infra-
novem dies veflram monitionem hujufmodi immz*
diate fequentes, quorum dier urn tres pro prima,
tres pro fecundo, et reliquos tres dies pro tertti
ac peremptorio termina et manitione canonica eis
et eorum cuilibet praefigimus
, et affignamus, Deo,
ecclefiae,. ac nobis
, de hujufmodi nephando excef-
fu et temeritatis audacia emendam laudabilem
praeftent et condignam, ac fatisfaciant compe*
temer, alioquin contra ipfos et ipforum quemlibet
ad
-ocr page 221-
AMSTERDAMS           , II. Deel.
iö4
dericnm Coppardi, Tsbrandum filium Petri , ßyt,**"
Wilbelmum di&um Dochde, Florentitan Korff's, GE><
Wilbelmum Florentii Korffis et ^foannem Florentii y. $•
Korffs Laicos diocefis et Arcbidiaconatus eorun-
dem reos nocentes
, et obnoxios, ipfosque conjun&im
vel divifim crimina et facrilegium de quibus infra
dicitur et fequitur commififiè
, eos corrigatis et
canonice puniatis
, pro modo culpae ac deliBorum
commifibrum qualitate, et etiam ad alium quem
cumque juris effe&um. et fuper bis petunt di&i pro-
curatores Jeu promotores officii bujufmodi inquifitio-
nem fieri et adreddendum fingulariter fingulis po-
fit ionibus ac articulis praedï&is et fubferiptis per
partem adverfam medio feu juramento compelli
,
et ulterius in ipfio inquifitionis negotio prout jus
exiget et juflitia fuadebit fert i ac procedi.
In primis ponunt ac articulantur etprobare in-
tendant procuratores feu promotorespraedi&i quod
quondam bonae memoriae Dominus Wilhelmus i'.ru-
nonisdiu ante mortem fuam et tempore mortis fuae,
de quo infra dicitur ,fuit et erat Presbyter
, ac ba
bit urn et tonfuram presbyter ales deferre confuevitet
detulitpalam et publice ,quodque di&o tempore et
ante ipjüm tempus in opido de Amflerdam
, dioecefis
et Arcbidiaconatus praedi&orum moram traxit et
babitare confuevit. et Jicfuit di&um
, babi turn, et
reputatum
, dicitur, babitur, et reputatur, in ci-
vitateet dioecefi Traje&enfi communiter et notorie.
Item quod praefati rei nuper anno Domini
MC CC Cl F praefenti in craflino divifionis A-
poftolorum aufu facrilego
, Deique timorepoftha-
bito et fatore malorum operum infligante diabolo
praedi&um quondam Dominum Wilbelmum quem
Presbyterum effe fciverunt
, feu fcire potuerunt
in cimiterio Parocbialis ecclefiae di&i opidi de
Amflerdam perfonaliter exiftentern invenerunt
;
et invadendo per violentam imprejfionem de di&o
cimiterio difcedere compulerunt
, jeu eum invitum
et renitentem abflraxerunt manusque in eundem
Dominum Wilbelmum injecerunt temere violentas
Bylaa- a^ excommunicationis fententiam di&orum Cano-
GEN
        num, et flat ut or urn dedarationem, et alias pro-
L . li, ut juxta qualitatem bujufmodi deli&i de jurepo-
terimus procedemus
, nifi caufam prodere vakant
efficacem, quare ad pramiffa minime ieneantur
,
ad quam prodendum , audiendum , et videndum
nobis fidem fummariam fieri de praemijfis ceteris
eosdem f ore factor es fuperius nominatos
, eorundem
complices et fau&ores et eorum quemlibet
, etiam
divifim peremptorie cor am nobis Traje&o fi ibidem
praefentes fuerimus
, alioquin cor am officialibus
noflris quibus extunc vices noflras in hac parte
committimas, donec eas ad nos duxerimus revo-
candas ad ultimum diem monitionis bujufmodi,
fi dies ipja juridka fiterit
, alioquin ad proximam
diem juridicam deinde immediate proxime fubfe-
quentem contrapraefatos Curiarum nofirarumpro-
curatores
,. et procuratoren caufam bujufmodi
i oftenfuros, recepturos, et fa&uros quod di&averit
juris ordo cum intimatione debitaet confueta nomi-
na vero monitor'um et citatorum
, ac diem feu dies
monitionum et executionum veftrarum
, et quicquid
alias in praemijjis fecerith nobis
, feu officialibus
noflris praedi&is vefiris literis praefentibus trans-
fixis
, liquide refcribatis, vos praefentium execu-
tores. Datum anno domini M. CC CC IV in
craflino Beati Egidii Abbatis.
N. 2.
Item tenor executionis jam di&i procejfus di-
nofcitur effe talis. Reverendo in cbriflo Patri ac
^ domino Frederico Dei gratia Epifcopo nee non
venerabili et circumjpe&o viro Domino yoannide
Montfoerde eadem gratia Praepofito et Archidia-
cono Traje&enfi ego Wilhelmus de Backervoerde
Clericus Notarius Publicus reverentiam et obedien-
tiam debitas in mandatis. Noveritis me veflrum
mandatum cui haec meapraefens fcedula efi trans-
fixa in omni fua forma
, prout jacet, in fan&a
fynodo generali Traje&i die infrafcripta celebra-
ti
, coram cleri multitudine, ad di&am Synodum
congregata in domo Capitulari majori ecclefiae
Traje&enfis fidelher f ore execu turn, monendo vi-
delicet et citando omnes et fingulos in praefenti
mandato comprebenfos et alias facienda in omni-
bus et per omnia juxta ejusdem mandati veftri
formam et tenorem praefentium tefiimonio Lite-
rarum figillo meo jïgillatarum. Datum et exe-
cu tum anno Domini MC CC Cl F. in craflino
beati Remigii mane hora Caufarum.
N. 3.
Pofitiones et articulos infrafcriptos dant et exhi-
bent ac prob ar e intendunt procuratores caufarum
criminalium
, et negotiorum Curiae et Arcbidia-
coni Trajectenfis
, feu InfiruBores, et pulfatores,
ac promotor es negotii inquifitionis praefenti s a&o-
res coram vobis Venerabilibus viris hominis of-
ficialibus Curiae et Archidiaconi Traje&enfis prae-
dictorum ad finetn Ut ipfls probatis feu fi per in-
quifitionem bujufmodi vel alias inveneritis legiti-
me jFobannem jfóbannis alias Heymensfoen
, ^fr»,?-
lium Jobannis, Lambertum filium Jacobi Rey.
neri
, Henricum filium J'obannis Deymans, Splin-
terum baflardum de Nyenrode
, Nicolaum Putger
filium'Nicolai
, Johannem Laurentii, jPudocum
Cerardi
, yacobum Coppenfoen, Magiftrum Theo-
gladiis, et cultellis fuflibusque et ceteris
armis
invaforiis in eodem cimiterio feu in platea publice,
dictae ecclefiae proxima infidiofe^ et miferabiliter
occiderunt.
Item quod praefati rei fuerunt et fint graviter
et publice diffamati apud bonos et gr aves
, idque
clamorofa infinuatio ad vefiras aures et pene om-
nium incolarum utriusque fixus di&i opidi de
Amflerdam et bominum locorum vicinorum etcir-
cumjacentium perduxit, quod ipji quondam Do-
minum Wilbelmum in crajlino divifionis apoftolo-
rum fupiradi&o in quarta hora no&is vel circiter
de di&o cimiterio per violentiam extraxerunt feu
de eodem cimiterio -difcedere per imprejjionem
terribilem Compulerunt
, noftrumque cum armis
invaforiis in ipfio cimiterio
, feu, utpraemittitur,
in platea publica di&ae ecclefiae contigua lamenta-
biliter occiderunt.
Item in cafum et eventum quo clare et fujficien-
ter per iiiquifltionem vel alias probari ac conftare
non pofl'et
, quod nonnulli ex eis praenominatis
manus violentas in di&un quondam Dominum Wil-
belmum non injecerunt nee eum manibus propriis
occiderunt
, ponunt tarnen et probare intendunt
procuratores antedi&i
, quod praefati rei omnes et
finguli eum in perfonis propriis occiderunt vel [al-
tem in ejus interfe&ione ad occidendum ipfum in-
fidiofe et ex malo propofito opem vel operam et
confilium dederunt.
1 Item
-ocr page 222-
GESCHIEDENISSEN.
IIf. Boek.
165
pronunciari, dicerni, et dedarari,praefatos reos, .>...
tam vigore ftatutorum,et canonum contra violen- Gm
larum injeBores manuum in dericos, quam etiam
£,r
flatutiProvincialis, nee non flatuti fynodalis con-
tra Clericorum occifores editorum JupradiBomm
excommunicationis fententiam
, et alias poenas in
ipfis ftatuiis d-efcriptas, damnabiliter incidijfs
,
eosdemque reos ufque üdfatisfaBionem condignam
excommunicatos publice denunciandos f ore et per
vos etiam denunciari ,nec non eos etiam alias Ca-
nonice puniendos fuifiè et efie, et per vos corrigi
et puniri ,praemifia petunt iidem procuratores, Jeu
promotores
, conjunBim et divifim cum expenfis.
faBis protefiando de fatisfaciendo, et quod prae-
miffa eis liceat emendare, corrigere
, et alia de novo
date totiens
, quotiënt eis vifum fuerit expedite et
Qpportunum,
N. 4.
FrideriCus Dei gr at ia Episcopus nee non
Rabannes de Montfoerd eadem gratiapraepofitus
et Arcbidiaconus TrajeBenfis venerabili viro et
discreto domipo Henrko Hombercb Cboriepifcopo
et Canonico TrajeBenfi falutem in domino debi--
tafnque diligentiam in commiffis. Caufamfeücau-
f as
, quam- feu quas procuratores feu promotores
Curiarum nofirarum a&ores movent
, et jam du-
dum cor am ojficialibus nofiris
, quibus vices nos-
tras in bac parte commifimus, donec eas ad nos
duxerimus revocandas moverunt contra J'obannein
filium Jobannis
, alias jfoannem Heytienflèn, A-
melium Jobannis
, Lambertum filium ^facobi Rey-
neri, Heinricum filium jobannis Deymans
, SpMn-
terum Baflardum de Nyenrode, Nicolaum bafiar-
dum quondam Simonis de Zaenden
, Nicolaum
Puinen filium Nicolai, jFoannem Laurentii
, jftf-
docum Gerardi, "facobum Coppenfosn, Magiftrum
Theodericum Coppardi, Nicolaum Buze, Gerar-
dum Buze ,Tsbrandum filium Petri, Wilbelmum
diBum Docbde
, Florentium Korps, Wilbelmum
Florentii Korff's, ac ipforum in bac parte compli-
ces , et fautores laicos reos de et f/per homicidio ■
alias in bonae memoriae quondam Dominum Wil-
belmum Brunonis Presbyter urn in opido de Am-
flerdam Dioecefis et Arcbidiaconatus nofirorum
praediBorum per eosdem reos ut dicitur perpetra-
to, vices igiiür nofiras bujufinodi ad nos revocan-
ies vobis de cujus indufïria et legalitate plsnam
in domino fiduciam obtinemus in eo fiatu in qud
jam funt et indecifae pendctU ex certis caufis anl-
mum noftrum ad 'boe moventikus,tiiter'tus cognof-
cendas, audiendas decidendas, et fine debito ter-
minandas cum omnibus et ßngulis fürs incldenti-
bus , dependentibus
, emergentihus , tt connexis
omnimodafque vices nofiras in praemiffis tenore
praefentium comtnitimus, donec eas ad nos duxe-
rimus revocandas nofirarum tefiimonio liter ar urn.
datum anno Domini MCCCCF. die Sabbatbi
poli feftum Epipbaniae Domini.
N. 5.
In Dei nomine amen. Prmmnciamus et decemi-
mus interloquendo nos in bac eau fa fore judicem
compeientem
, non olflantibus ex adverfo propo-
fitis, et praefigimus binc inde terminum parti--
bus in hujusmodi eau fa ad procedendum et procedi
videndum videlicet ipfis reis in perfonam fui pro-
curatoris praediBi contra procuratores aBoris
praedicïes diem fabbathi poft feftum beate Falen-
Y
                                                                 tint
Item ponv.nt et probare intenduni procuratores
feu promotor es praediBi quod alias psr recolendae
memoriae Dominum Arcbiepifcopum Colonienfem
jam funtplures anni retroaBi in Confilio fynodali
tt pojltnodumper bonas memoriae Dominum Hen-
ricum Arcbiepifcopum Colonienfem ejusque fupfra-
ganeos in confilio approbando inter alia fiatutum
f uit et legitime or'dinatum. quod occifores vel mu-
tilatores Clericorum et omnes opem
, operam feu
confilium ad boe adbibentes fmgulis diebus Do mi-
nicis feflivis et non feflivis
, campanis pulfat is,
et candelis accenfis nominatim
, quorum nomina
fcientur
, alioquin in genere excommutiicati de-
nuncientur, et ab omnibus artius evitandi, donec
fufficienter fatisftcerunt
, et a fede Apoftolica re-
dierunt. abfoluti., Propt er ea locus omnis,ad auem
venerint fit interdict us , quandiu ibi fuerint
, et
per fequens triduüm, fi ibi biberint, vel comede-
rint
, et per feptet/r dies tibi eos contigerit pernoc-
tare. Caeterum fi nobilcs fuerint, vel,alti ter-
ram ac jurisdiBionem , feu defiri&um habentes,
infra tres menfes, non fitisfecerint, terra- eorum
et defiriBus ex tune fit ipfo faBo Ecckfiaftico
fuppofitus interdicto. 'prout in- ecdefiae fiatuto
fiub titulo de occiforibus et mutilatoribus Clerico-
rum evidentius et plenius contineiur., quod inci-
pit:
item de occiforibus, ad cujus flatuti teno-
rem fe referunt procuratores fupradiBi.
Item ponunt et probare intendunt per b$nae me-
moriae dominum Guidonem epifcopum TrajeBen-
fem in 'Confilio fynodali f uit provide fiatutum
, et
falubriter ordinatum
. et fubfequenter per recolen-
dae memoriae Dominum ffibatinem episcopum le-
fitime confirmatum ac approbatum. quod fi Pres-
yter vel Clericus in civitate vel dioecefi Trajec-
tenfi occidatur
, Hifi vel ille vel Uli qiiis Jurisdic-
tion mihi praefunt temporali infra menfem a die
perpetrati deliBi enumerandum Deo et ecdefiae
de tanto excejfu condignam , quantum in ipfis
fuerit
, procuraverint praefiari emendam , quod
extunc illud territorium , officium
, civitas, vel
opidum, in quo deiiiïum tal'e fuerit perpetrat urn,
etiam fi in eis plures fint ecdefiae ecckfiaftico fub-
jaceant interdiao, prout in eadem fiatuto ferio-
fius efl exprefum quod incipit:
fi vero occida-
tur, quod abfit, quod quidem 'fiatutum diBipro-
curatores pofitioni et articulo inter f runt, et pro
inferto baberi voluut de verbo ad verbum.
Item ponunt et probare intendunt, quod tam
Provinciale , quam Synodale ftatuta fupradicta
fuerunt et funt notariae recepta et ufiiata a tem-
pore aditionis ipforum in civitate et dioecefi Tra-
ject enfipraediBis publice obfervata et bodie com-
muniter recipiuntur , obfervantur
, et ufitantur
publice et notorie.
Item ponunt ar tic ui an tur et. probare intendunt,
quod fcultetus feu judex temporalis, confules et fca-
bini diBi opidi de Amfterdam qui tempore diBi ba-
mi cidii in prae fatum quondam dominum Wilbel-
mum perpetrati. utpraefertur fuerunt, infra men-
fim a dii comr.iiffi deliBi numerandum Deo, eccle-
fiae,et vobis dominis ofpcialibus antediBis detan-
t0 f'Xceffïi condignam
, quantum in ipfis fuerit, non
Itopuraverint, f'd omnes neglexerunt a prae f at is
ten Praefiari emendam, et ponunt divifim.
tem de praemiffis omnibus et ßngulis fuiteteft
piinnca vox et ßma -n cjvitate ~et dioecefi Trajec-
tenlipraedietis et alibi, ipfaque fuerunt et funt ver'a.
, ^x Plfitmi'Jh probatis vel bis quae ad ea fuffi-
aunt
, peiunt^ diii; procuratores, feu promotor es,
Per ™U™™0SOfficiales, ei vefiram fententiam
-ocr page 223-
i66                A M S T E R
Bylaa- tini proxime venturum ad contefiandam litem fu-
GEN per pofitionibus et articulis cumpetitione fumma-
L\ B. rum pro parte di&orum procuratorum aclorwri
jpfls reis alias cor am Venerabilibus viris Dominis
officialibus curiae et Archidiuconi Traje&enfis
oblatis
, qua interlocutoria lata praefatus Chrifli-
anus procurator di&orum reorum quo fupra nomi-
ne proteflatus fuit et efl de gravamine et appel-
lando. Datum et-a&um anno Domini MCCCCV
feria quarta pofl feflum beatae Scbolaflicae vir-
ginis de mane hora caufarum.
N. 6.
Fredericus dei gratia Epifcopus nee non Johan-
nes de Montfoerde eadem gratia Praepofitus et
Arcbidiaconus Traje&enfis Fenerabili viro et dif-
creto Domino Henrico Honberch Cboriepiscopo et
Canonico Traje&enfi falutem. Cum veritatis no-
titiafabferiptorum dudum caufamfeu caufas quam
feu quas procuratores feu promotores caufarum
criminalium Curiarum noftrarum a&ores move-
bunt
, et movent Johanni filio Johannis alias
Jan Heynensfoen
, Amilio Johannis , Lamberto
filio Jacobi Reyneri
, Henrico filio Joannis Dey-
mans, Splinterode Nyenrode baflardo
, Nicolao
Simonis de Zaenden, Nicolao Putgens filio Ni-
colai
, Johanni filio Laurentii, Judoco Gerardi,
Jacobo Coppenfoen
, Magiflro Theodrico Coppardi,
Nicolao Buze
, Gerardo Buze, Tsbrando filio Pi-
tri
, Wilhelmo diclo Dochde, Florentio Korff, et
Joannes Florentii Kor ffs, ac ip forum in hac parte
complicibus reis conjun&im
, et divifim de et fuptr
homicidio nuper inperfonam bonae memoriae quon-
dam Domini Wilbelmi Brunonis ,in opido de Am-
fier dam, Dioecefis et Archidiaconatus noßrorum
per eosdem ut dicitur perpetrato vobis de cujus
induftria et legalitate plenam in domino fiduciam
geffimus et gerimus in eo fiatu in quo pro tune
cor am venerabilibus officialibus noftris ac commif-
fariis in bac parte indecifae pendebant ex ceriis
caufis animum nofirum tune moventihus commifi-
mus ulterius cognofcendas
, audiendas, decidendas,
et fine debita terminandas cum omnibus et fingulis
incidentibus, dependentibus
, emergentibus et con-
nexis omnimodas etiam vices noftras in praemiffis
vobis nicbilominus committendo donec ad nos du ■
xerimus revocandos prout boe in literis defuper
confeclis a£tis bujufmodi caufae infertis plenius
continetur. Cujus quidem commijftonis vigore ad
nonnullos atlus judiciales
, citra tarnen conclu-
fionem, dicimini proceffiffe. Nunc autemexcertis
caufis rationabilibus nos moventibus confulto deli-
berati caufamfeu caufas praediclas ad nos in eo
fiatu quo Junt duximus advocandas et advocamus,
vicefque hoflras ut praemittitur -vobis commijfas
tenore praefentium ad nos revocamus. et nïbil
ominus easdem caufamfeu caufas in eo fiatu quo
jam funt venerabilibus officialibus noflris prae-
diftis committimus ulterius cognofcendas
, au-
diendas* et fine debito terminandas
, quos vobis
ac omnibus et fingulis quorum interefl vel inte.
rerit infinuamus et notificamus ac ad veftram et
cujuslibet eorundem notitiam deducimus et dedu-
ci volumus per praefentes nofirarum tefiimonio
literarum. Datum anno Domini MCCCCV in
crafiino beatae Margaretas virginis.
D A M S               II. Deel.
VERTAALING B«-AA
oer»
der voorftaande zes Stukken.
              L(. »•
N. i.
"pREDRiK, door Gods genade, Biflchop
A van Utrecht , en Jan van Montfoort,
•>, door dezelfde genade, Prooft en Aartsdiaken
,3 van Utrecht, aan onzen Provifoor en Deken
„ van Amfterland, den Priefteren in Amfter-
jj dam, in Haarlem, en allen onzen onderhoo-
„ rigen Priefteren, Kapellaanen en Kerkelyken,
„ welken ons tegenwoordig bevel ter hand ko-
„ men zal; altöosduurend heil in den Heere l
„ Gy zult weeten, dat ons, door 't gemeen
„ gerügt, en door het aanbrengen der voor-
3, ftanderenen bezorgeren onzer Geregtshoven,
,, ter ooren gekomen is, dat eenige kinderea
„ der ongeregtigheid, te weeten, Jan Jans-
zoon, anders Jan Heinenfen , Melis Jans-
„ zoo/?, Lambert Jakob Reinierszoon , Henrik
,, Jan Deymanszoon , Splinter , Baß aard van
,, Nyenrode, Klaus, Baßaard van wylen Simon
„ van Zaanden, Klaas Preyer Klaaszoon
, Jan
Laurenszoon, Joofi Gerritszoon, Jakob Kop-
„ penszoon
, Meefter Dirk Koppards , Klaas
,, Buze , Tsbrand Pieterszoon , Willem gezeid
Dochde , Flor is Korf, Willem Flor is Kor fis-
„ zoo» en Jan Floris Korfszom, en eenige an-
„ dere leeken van ons Srigt en Aartsdiaken«
„ fchap, hunne medepHgtigen en bcgunftigers
„ in deezen, in het loopende jaar des Heeren
„ een duizend vier honderd en vier, 's daags
„ na den Feeftdag van de Scheiding der Apos-
„ telen (*), door eene heiligfchendende ftout-
„ heid, met agterfteiling van de vreeze Gods,
„ en door aatihitfinge van den Duivel, den Va-
3, der van alle booze werken, den voorzieni-
„ gen Heer Willem Bruinszo on, Pries-
^, ter, dien zy op 't Kerkhof der Kerfpelkerke
,, van Amfterdam, in perfoon, aantroffen, ge-
„ weldiglyk aangevallen hebben, hunne wreede
„ handen moedwilliglyk flaande aan gemelden
„ Heere Willem, Priefter, dien zy voor zodanig
„ kenden, ten minften konden en moeflenken-
,, nen, alzo hy openlyk als een Priefter gekleed
„ ging, en een gefchooren kruin droeg; en hem,
„ met uitgetoogen zwaarden, bloote meflèn,
j, en verfcheide andere wapenen, deerlyk om-
„ brengende; na dat zy den gemelden Priefter
„ op het zelfde Kerkhof en daar buiten, nog
,, verfcheide andere fnoode geweldenaaryen
„ hadden aangedaan, gelyk het algemeen en o-
j, penbaar gerügt daarvan geloopen hadt; tot
hoon van God almagtig , tot fchande der
,, Kerkelyken, met groot gevaar voor hunne
., zielen, tot ergernis van veele Chriftgeloovi-
,, gen, en met veragting van de Provinciaale
,, en Synodaale regels en inzettingen, die, in
„ zulk een geval, plaats hebben, en tegen hen,
„ die zulke en diergelyke dingen bedryven,
„ wyflelyk uitgegeven zyn: waardoor zy zig
,, aan de ftraffen en uitfpraaken, in de gemel-
,, de regels en inzettingen voorgefteld en uitge-
,} drukt, fchuldig en onderhevig gemaakt heb-
,, ben. Waarom wy ulieden in 't gemeen, ea
„ elk van u in 't byzonder,uit hoofde der hei-
,, ligë verbindtenis tot gehoorzaamheid, en op
„ ftraf-
{*) Dat is, na den vyftiendcn July.
-ocr page 224-
GESCHIEDENISSEN.
III. Boek.
167 •
„ Heere Jan van Montfoort, door dezelfde ge- Bylaa-
„ nade, Prooft en Aartsdiaken van Utrecht.lk Gen
Willem van Backervoerde, Klerk, openbaar H. 13.
„ Notaris, de vereifchte eerbiedenis en gehoor-
„ zaamheid aan uwe bevelen. Weet, dat ik tiw-
,. lieder bevel, door welk deeze myn briefge-
„ fteken is, in zynen volkomen vorm, zo als
„ het legt, inde heilige algemeeneSynode, te
,, Utrecht, op den ondergefchreeven dag gehou-
3, den , voor de menigte' der Kerkelyken, in de
„ gemelde Synode vergaderd, in het Kapittel-
„ huis der Domkerke van Utrecht, getrouwelyk
„ ter uitvoeringe gelegd heb, vermaanende en
,, daagende, naamlyk, allen en een iegelyk,
„ die in het tegenwoordig bevel vervat zyn, en
„ verder alleszins en in alles handelende, volgens
j, den vorm en inhoud van het zelfde uwlieder
„ bevel, 't welk ik, door deezen brief, met
„ myn zegel bezegeld, getuige. Gedaan en uit-
„ gevoerd in 't jaar des Heeren MCCCCIV.
„ 's daags na S. Remigius-dag (*), 's morgens
„ op het uur der Regtspleeg'inge.
N. 3.
„ De Procureurs der Crimineele en andere
j, zaaken van het Gcregtshof en Aarts-Diaken-
3, fchap van Utrecht, oflnftruéleurs enbezor-
„ gers, als eifchers in het tegenwoordig' pleit en
„ onderzoek, geeven, vertoonen, en tragten te
„ bewyzen de ondergefchreeven ftellingen en
„ punten, voor ulieden, eerzaame mannen,
„ Heeren Officiaalen van het Gëregt'shöF en
„ Aartsdiakenfchap van Utrecht voorgemeld,
„ ten einde dat, wanneer dezelven be weezen
j, zullen zyn, of wanneer gy,door onderzoek
„ of anderszins, bevinden zult, èzx.'Jan'Jans-
zoon, anders Heinenszoon, Melis janszoon,
,, Lambert yakob Reinierszoon , Henrik y<m
Deymanszoon, Splinter, Baflaard van Nyen-
rode, Klaas Putger Klaaszoon, jPanLaurens-
,j zoon, fóofi Gerritszoon, yakob Koppenszoon,
„ Meefter Dirk Koppards, Tsbrand Pieter szoon,
Willem, gezeid Dochde, Floris Korfs, Willem
Floris Korfszoon en jfan Floris Korfszoon, Lee-
„ ken van het gemelde Stigt en Aartsdiaken-
j, fchap, wettiglyk aan dezelven fchuldig ge-
„ bleeken zyn, en dat zy gezamentlyk, of af-
„ zonderlyk, de misdaaden en de heiligfchennis,
„ waarvan onder en in 't vervolg gefproken zal
„ worden, begaan hebben; gy dezelven berispt,
„ en kerkelyk ftraft, naar maate der fchuld,
„ en der hoedanigheid der misdaaden, en ver-
3, der tot alle zulke einden, als naaf Regten. En
„ hierop verzoeken de gemelde Procureurs en
„ bezorgers van dit Officie dat onderzoek mo-
„ ge gefchieden , en dat zy, tot beveiliging der
„ voorgedagte Hellingen en punten, hieronder
„ befchreeven, door de wederpartye , onder
„ eede mogen gebragt , en verder in het on-
„ derzoek zelf, zodanig gehandeld en voortge-
,j vaaren worden, als het Regt vorderen, en
„ de Geregtigheid raaden zal.
„ De gemelde Procureurs en bezorgers flel-
,, len, vobreerft, en maaken zig flerk te bewy-
„ zen, dat wylen Heer Willem Bruinszoon,
„ goeder gedagtenifïè, lang voor zynen dood,
„ en ten tyde van zynen dood, waarvan onder
„ gefproken zal worden, een Priefter geweeil
„ is, en was, het kleed en den kruin van een
„ Priefter gewoon was te draagen, en openlyk
ftraffe van fchorfinge en ban, fliptelyk bevee-
len , dat gy u, op 't zien van deezen , be-
geeft , daar gy u, ter deezer oorzaake, be-
hoort te begeeven, en daar de tegenwoordig-
heid van ulieden, of van één uwer, vereifcht
zal worden , en daar, uit onzen gewoonlyken
laft, de voorgemelde Jan, Melis, Lambert,
Henrik, Splinter, Klaas, Klaas, Jan, Jooft,
Jakób, Meefter Dirk, Klaas, Gerrit, Ys-
brand, Willem, Floris, Willem en Jan en
anderen , wie zy zyn, die tot het voorge-
melde eenigerhande fchuld hebben, en welker
naamen u bekend zullen zyn, en die brenger
deezes u, met naame en byzonderlyk, noemen
zal, en de overigen in 't gemeen vermaant, wel-
ken, en ieder van welken wy, door den inhoud
deezes, insgelyks, vermaanen, datzy, bin-
nen negen dagen, op deeze uwe vermaaning
onmiddelyk volgende, van welke dagen wy
hun en elk hunner, drie, voor den eerften,
drie, voor den tweeden, en de overige drie
dagen, voor den derden en laatften termyn
en Kerkelyke vermaaning, betekenen en aan-
zeggen , Gode, der Kerke e'n ons, van zulk
eene fnoode ondaad en geweldige ftoutheid,
eerlyke en fchuldige boete doen, en behoor-
lyke voldoening geeven: anderszins zullen
wy, tegen hen , en tegen elk hunner over-
gaan tot het Banvonnis der gemelde regelen,
tot de verklaaring der inzettingen, en verder,
zo als wy, naar de hoedanigheid van zulk
eene misdaad , met regt, zullen können, ten
ware zycene kragtige reden konden bybren-
gen, waarom zy tot het voorgemelde niet
zouden gehouden zyn ; om welke reden voort
te brengen, te hoorcn, en om onshetvoor-
ftaande verder ftukswyze te zien waar maa-
ken, wy dezelfde bovengenoemde mïsdaadi-
gen, en derzelver medcpligtigen en begunsti-
gers , en ieder van hun ook byzonderlyk, ui-
terlyk, voor ons te Utrecht, zo wy daar te-
genwoordig zyn, of anders voor onze Offi-
ciaalen, die wy dan , in dit geval, in onze fte-
de Hellen, tot herzeggens toe, op den laat-
ften dag deezer vermaaning, zo zulks een
regtdag'is , anders op den eerften regtdag
daarna, onmiddelyk op den gemelden laat-
flen dag volgende, dagvaarden, tegen de voor-
gemelde bezorgers onzer Geregtshoven, en
tegen den bezorger van deeze zaak in 't by-
zonder, die toonen, ontvangen, en doen zul-
len , 't gene de orde, van het Regt zal voor-
fchryven, met de vereifchte en gewoonlyke
aantuiging. De naamen der vermaanden en ge-
daagden zult gy, uitvoerders van dit bevel,
nevens den dag of dagen uwer vermaaningen
en uitvoeringen, en wat gy verder in 't voor-
gemelde zult gedaan hebben, aan ons, of aan
onze voorgemelde OfEciaalen, met uwe brie-
ven , door den tegenwoordigen gefteken ,
duidelyk overfchryven. Gegeven in 't jaar
des Heeren M. CCCC. IV., 's Daags naS.
Egidius-dag (f}.
N. 2.
55
35
55
53
JJ
3J
55
3>
33"
35
33
33
3>
35
35
33
33
33
35
33
33
35
33
33
33
J>
33
33
33
3>
33
»
V
J>
3'
a>
33

93
3>
33
ij

33
33
33
35
33
33
33
»J
33
33
33
= 3
33
33
'3
35
35
35
33
- V koorts, blykt, de inhoud der uitvöerïnge van
" t ^eds gemelde geding zodanig te zyn:
'V S den eenvaardigen Vader in Chrlftus,
" Riïïchoere FrED RIK' d00r Gods genade5
3, r> nop s en clen eerzaamen en voorzigtigen
(T) Dat is, w den ewften Septcmbei%
ge«
(*) Dat is, na den eerften O&ober,
y 3
-ocr page 225-
AMSTERDAMS
II. Deel.
i68
„ onder 't luiden der klokken, en met bran-
„ dende kaarfen, by naame , zo derzelver naa-
5, hy als zodanig gekend, benoemd en gehou
„ den geweeft is, geken,, den wordt,in 't geme„ Stad en in het Stigt va
„ Voorts, dat de voorg't loope
„ men bekend waren, en anders in 't gemeen,
„ in den ban gedaan zouden worden, en hun
,, alle Kerkelyke gemeenfchap ontzeid, tot dat
" lY SenoeSzaame voldoening gegeven zouden
„„„ j- -----y-- " nebben, en door den Apoïtölifchen ftoel
.gs narden Feeftdagvan „ van den ban ontheeven zyn. Hierom zyn
""*" """" "' "* 35 alle plaatfen, daar zy komen, in den ban,
„ zo lang zy 'er zyn; en drie dagen daarna,
zo zy 'er gedronken of gegeten; en zeven
„ M C C C CIV., 's daa
„ der Apoftelen fcheidi„ fchendige ftoutheid, m„ de vreeze Gods, en d
dagen.
zo zy er vernagt hebben. Wvders
., uuivci, v~« ■-----— ~^w,v vn,iivv.u, wjr    ,,
  „ zo zy edelen zyn, of anderen, die ecnig
„ land, regtsgebied offtreek bezitten en bin-
„ nen drie maanden geene voldoenïno-'o-eeven
„ zo is hun land of regtsgebied, daadefyk en ter-
„ willen, of weeten konden een Priefter te zyn,
„ op het Kerkhof der Kerfpelkerke van de ge
33
j, ft„ w■„ v„ z„ t
<Wfc U„UU-„ ««„»««flB» »„ !,„„ ™_ j5 ftond> aan den Kerkelyken regtsb:ln onder.
„ worpen; gelyk, in de Kerkelyke inftelling
3 35
van de doodjlaagers en verminken der Kerke-
.. lyken , klaarder en volkomener vervat is ,
„ welke begint: Voorts van de Doodßaagers:
,, ftoutelyk, geweldige handen aan den zelfden
„ Heere Willem hebben gelegd, en hem, met
tot den inhoud van welke inftelling , de
„ voornoemde Procureurs zig gedraagenT
,, Voorts,ftellen zy,en maaken zig fterkte
z.ïïttftiutu ? im.nvu ? j.i.wA.iv'-.ii ^ii ciiiwk-i. £«-w\-v-x,
,, op het zelfde Kerkhof, of op de openbaare „ bewyzen, dat, door Guy, Biffchop van U-
„ ftraat, naaft aan de gemelde Kerk, liftiglyk „ treebt, goeder gedagteniflè' in' eene Kerke-
„ en jammerlyk, hebben omgebragt.
„ Voorts, dat de genoemde befchuldigden,
j, zwaarlyk en openlyk , befproken zyn, by
„ vroome en deftige luiden, waarvan 't ge-
„ rugt tot uwe ooren, en tot die van byna al-
,, Ie de inwooners van beide de kunnen van
„ de gemelde Stad Amfterdam, en van de in-
„ wooners der naafte en omgelegene plaatfen
„ gekomen is, dat zy, naamlyk, wylen Heer
„ Willem, 's daags na den Feeftdag van der
„ Apoftelen Scheidinge bovengemeld, ten vier
„ uuren in den nagt, of daaromtrent, met-ge-
„ weid , van 't gedagte Kerkhof gerukt, of,
., door geweldig' dringen, genoodzaakt hebben
van het zelve af te gaan, en hem, met ge-
„ weer, op het Kerkhof zelf, of, gelyk te voo-
„ ren gezeid is, op de openbaare ftraat, digt
„ aan de gemelde Kerk, deerlyk hebben om-
„ gebragt.
„ Voorts, in geval het, by onderzoek of an-
„ derszins, niet klaar en genoegzaam bewee-
„ lyke Vergadering, voorzigtelyk vaftgefteld,
j, en gunftiglyk geordonneerd, en in vervolg
„ van tyd, doorBiflchop^wvan geëerder ge-
„ dagteniffè, wettig!yk bekragtigd en goedge-
„ keurd is, dat,indien een Priefter of Kerke-
,, lyke, in de Stad of in 't Stigt van Utrecht,
j, gedood wordt, en hy, ofzy, die aldaar het
„ weereldlyk bewind in handen hebben, bin-
„ nen eene maand, te rekenen van den dag af,
„ dat de daad begaan is, Gode en der Kerke,
,, wegens zulk eene euveldaad, zo veel in hun
,, is, geene wettige vergoeding hebben doen
„ geeven; van dien tyd af, dat geweft , am-
„ bagt, ftad of vlek, waarin zulk eene mis-
,, daad begaan is, al fehoon in dezelven ver-
,, fcheide Kerken mogten zyn, onder 't Kerke-
,, kelyk interdiSt vervallen, gelyk ernftelyker
„ en uitvoeriglyk vervat is, in dezelfde inftel-
„ ling, welke begint: zo 'hy gedood worde, 't
,, tv elk God verhoede: welke inftelling de gezei-
„ de Procureurs, van woord tot woord, iii
„ zen, noch getoond mögt können worden
3 "
hunne fteiling en artikel invoegen, en voor
„ dat eenigen van de voornoemden geweldige
„ handen aan wylen den gemelden Heer Wi.1-
„ lem gelegd, en hem met eigen handen ge-
,, dood hadden; zo ftellen nogtans de gemelde
„ Procureurs, en maaken zig fterk te bewyzen,
„ dat de voorgenoemde befchuldigden, allen
„ in 't gemeen en elk hunner in 't byzonder,
„ in eigener perfoon, hem, of gedood, of tot
„ zynen moord, liftiglyk en met een boos op-
„ zet, hulp en raad gegeven hebben.
, Voorts, ftellen de Procureurs en bezorgers
„ ingevoegd gehouden willen hebben.
„ Voorts, ftellen zy, en maaken zig fterk te ,
„ bewyzen, dat,. zo wel de Provinciaale als
„ Synodaale inftellingen, boven vermeld, blyk-
,, baarlyk aangenomen en in gebruik ge weeft,
,, en van den tyd van derzelver vaftftelling af,
„ in de Stad en in 't Stigt van Utrecht voorge-
j, meld, naargekomen zyn; gelyk zy nog te-
„ genwoordig, in 't gemeen, openlyk aange-
„ nomen, naargekomen en gebruikt worden.
„ Voorts, ftellen zy ftukswyze, en maaken
bovengemeld, en maaken zig fterk tebewy- n zig fterk te bewyzen, dat de Schout, ofwee-
33
zen, dat door den Heere, Aartsbiffchop van ;5 reldlyke Regter, de Burgemeefters en de Sche-
" Keulen, geëerder gedagteniflè, reeds voor „ pens van de gemelde Stad Amfterdam, die
' veeleiaaren,in eene Kerkelyke Vergadering, „ 'er, zo gezeid wordt, waren, in den tyd van
,, onder anderen, vaftgefteld, en wettigiyk ge-
„ ordonneerd, en naderhand door den Heere
Henrik, Aartsbiffchop van Keulen, goeder ge-                                             
, dagtenilïè, en zyne onderhoorige Biflchop-
„ den gemelden doodflag, aan wylen den"voor-
„ zeiden Heere Willem begaan, binnen eene
„ maand, na 't pleegen der genoemde misdaad
„ te rekenen, Gode, der Kerke en Ulieden.
TJT-----..___Am _•. 1
'„ pen, in eene Synode, goedgekeurd is, dat ,, Heeren Officiaalen voorgemeld, wegens zo
„ grooc
-ocr page 226-
III. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
169
^vlaa. 35 groot eene ondaad, zo veel in hen was, gee-
<*n „ ne gepafte voldoening verzorgd ; maar allen,
**"•• B. „ en, gelyk zy ftellen, elk afzonderlyk, ver-
» zuimd hebben, de voorgemelde befchuldig-
„ den daar toe te houden.
„ Voorts, is het, in de Stad en in het Stigt
„van Utrecht en elders, bekend, by algemee-
„ nen gerügte, dat al het voorgemelde, in 't
,-, algemeen en in 't byzonder, waarlyk gebeurd,
„ en waar is.
„ Uit hoofde van het vooraf beweezene, of
„' van het gene uit het zelve genoegzaam bewee-
zen is, eifchen de gemelde Procureurs of be-
„ zorgers, dat de voorgemelde befchuldigden,
„ door Ulieden, Heeren Officiaalen, en door
„ uwlicder vonnis, uitgefproken, beflooten en
„ verklaard worden, zo wel uit kragte der in-
3, ftellingen en kerkregelen, tegen zulken, die
„ geweldige handen aan Kerkelyken flaan, als
„ ons betrekkende, ftellen, by deezen U
„ wiens naarftigheid en getrouwheid'wv'len BVLAA"
„ volkomen vertrouwen in den Heere hebben tr
„ uit zekere oorzaaken, onzen geeft daar to '
„ beweegende , aan , om dezelven , 'in ^
„ ftaat waarin zy thans zyn, en onbeflift han-
„ gen, verder te kennen, te hooren , te be-
„ fliflèn, en wettiglyk af te doen, met alles
„ wat 'er tuflehen komt,van afhangt, uit op-
„ ryft, en gemeenfehap mede heeft, in 't al-
„ gemeen en byzonder,hoe ook genaamd om
„ onze plaats in al het voorzeide te bekleeden
„ tot dat wy dezelven, met onze brieven we-
„ derom aan ons trekken. Gegeven in 't iaar
" ues £e^en MCCCCV. op Saturdag na
„ het Feeft van Drie Koningen (*)•
N. <.
„ uit kragte der Provinciaale en der Synodaa-
„ Ie inzetting, tegen de doodflaagers der Ker-
„ kelyken uitgegeven, en boven vermeld, ver-
M vallen te zyn onder 't veroordeelend vonnis
?, van den ban, en van andere ftraffen, in de
„ inftelling zelven befchreeven; en dat dezelfde
„ befchuldigden , openlyk en door Ulieden,
.„ worden uitgeroepen, als in den ban gedaan;
„ ook dat zy andervvyze kerkelyk mogen ge-
„ ftraft worden, en zyn, en door u geftraft mo-
„ gen worden. Het voorftaande vorderen de
„ gezeide Procureurs of bezorgers, geheellyk
„ en gedeeltelyk, met de gedaane koften; zy
„ doen aantuiging wegens de voldoening der
„ zelven, en dat zy het voorftaande ook mo-
„ In den naam des Heeren, Amen. Wy
„ doen uitfpraak en bepaalen by voorraad, dat
„ wy in deeze zaak bevoegde Regter zyn,
„ niettegenftaande het bygebragte van de ande-
„ re partye; en ftellen partyen ter wederzyde
„ dag in deeze zaak, om regt te doen, en rege
„ te zien doen, naamlyk, den befchuldigden
„ zelven, in den perfoon van hunnen voor-
„ noemden Procureur, tegen de voornoemde
„ Procureurs van den eifcher, op Saturdag na
„ den Feeftdag van S. Valentyn £dat is, op
„ den een en twintigften February]] eerflkomen-
„ de, om zig te verdedigen, op de ftellingen
,, en punten, met den eifch der penningen,o-
„ vergeleverd, van de zyde der gemelde Pro-
„ cureurs, als eifchers, aan de befchuldigden
„ zelven, voor de eerwaardige Heeren Officiaa-
„ len van het Geregtshof en Aartsdiakenfchap
„ van Utrecht. Welke uitfpraak by voorraad
„ gefchiedzynde, zo heeft de voorzeide Chris-
tiaan, Procureur van de gemelde befchuldig-
„ den, in dea naam als vooren, geprotefteerd,
„ zig bezwaard verklaard, en geappelleerd. Ge-
„ geven en gedaan, in 't jaar des Heeren
„ MC CC CV.'s Woensdags naden Feeftdag
„ der H. maagd Scholaftica, 's morgens op 't
„ uur der Regtspleeginge.
■ N. 6.
„Fredrik, door Gods genade, BifTchop,
„ en Jan van Montfoort, door dezelfde genade,
„ Prooft en Aartsdiaken van Utrecht, aan den
„ eerzaamen en voorzienigen Heere Henrik
„ Honberch,
Wybisfchop en Kanonnik van U-
„ trecht,_heil! Naardien wy, met kennifleder
„ waarheid van de ondergefchreevenen, voor
„ lang, de zaak of zaaken, welke of welken
„ de Procureurs of bezorgers der ftraf baare
„ zaaken van onze Geregtshoven, als eifchers,
j) voortgezet hebben, en nog voortzetten, tegen
3, Jan Janszoon, anders Jan Heynenjjoon, Me-
3, lis Janszoon, Lambert Jakob Reinierszoon,
Henrik Jan Deymanszoon, Splinter <oan Ny-
j, enrode , Baflaard, Klaas Symonszoon van
„ Zaanden , Klaas Putgens Klaaszoon, Jan
„ Laurenszoon, Joofl Gerritszoon, Jakob Kop-
j, penszoon , Meefter Dirk Koppards, Klaas
Buze , Gerrit Buze , Tsbrand Pieterszoon,
3, Willem, gezeid Docbde,. Floris Korfs en Jan
„ Floris
(*) Dat is, na cjgn zesde» Janiiary,
Y3
33 Q~ - -----            —v -                  -------jr-----------" -ir -"-----" ■■*
„ voorftellen, zo dikwils als het hun raadzaam
„ en dienftig dunken zal.
N. 4.
„Fredrik, door Gods genade, Biffchop,
„ en Jan van Montfoort, door dezelfde gena-
„ de, Prooft en Aartsdiaken van Utrecht,aan
„ den. eerzaamen en voorzienigen Heere, Hen-
. rik Honberch
, Wybisfchop en Kanonnik van
Utrecht, heil in den Heere en de verfchul-
digde naarftigheid, in 't uitvoeren van den
opgelegden laft! De zaak of zaaken, welke
„ of welken de Procureurs of bezorgers onzer
„ Geregtshoven , als eifchers, voortzetten, en,
„ federt lang voor onze Officiaalen, welken
„ wy onze plaats, in dit geval, hebben toe-
5, vertrouwd, tot dat wyze wederom voor ons
• „ hebben willen betrekken, voortgezet hebben,
„ tegen Jan Janszoon, anders Jan Heynenjfen,
„ 3Ïelis Janszoon, Lambert Jakob Reiniers-
zoon, Henrik J*n Deymanszoon , Splinter,
Baflaard van Nycnrode, Klaas , Baflaard
van wylen Simon van Zaanden, Klaas Pui-
3, nen Klaaszoon, Jan Laurenszoon, Joofl Ger-
3, ritszoon, Jakob Koppenszoon, Meefter Dirk
33 Kopp ar ds, Klaas Buze, Gerrit Buze, Tsbrand
S) Pieterszoon, Willem, gezeid Dochde, Floris
33 Korfs , Willem Floris Korfszoon , en hunne
si niedepligtigen en begunftigers uit de Leeken,
33 in dit geval, befchuldigd over den mandag
33 aan wylen Heere Willem Bruinszoon, Pries-
33 ter in de Stad Amfterdam , in ons voorge-
3, noemde Stigt en Aartsdiakenfchap, door de
3, gemelde befchuldigden , zo gezeid wordt,
33 begaan; Wy jan? <je gemelde zaaken voor
-ocr page 227-
AMSTERDAMS
II. Deel.
170
fende. OndertuiTehen, verftaan wy, dat, uit Byi^*"
kragte van deezen laft, eenige daadcn van reg- gen
\ ten gepleegd zyn, zonder dat dezelven nog L'. ™'
ten befluite zyn gebragt. Doch nu vinden
wy, om zekere billyke oorzaaken, ons be-
weegende, na ryp beraad, goed, de voorge-
melde, zaak of zaaken , in den ftaat waarin
zy zyn, aan ons te betrekken . gelyk wy doen, .
by deezen , onzen laft, u, als voorzeid is, '
opgedraagen, by deezen, wederom intrek-
kende. En niettemin draagen wy dezelfde
zaak of zaaken, in den zelfden ftaat, waarin
zy nu zyn, op, aan onze eerzaame Officiaa-
len voorgemeld, om 'er verder kennis van
te neemen, dezelven te hooren, en wettig-
lyk af te doen: 't welk wy u, en allen en
een iegelyk, die het aangaat, of aangaan zal,
aankondigen en bekend maaken, en door on-
ze tegenwoordige brieven tot kenniiTe van u
en van een iegelyk hunner brengen , en wil-
len doen brengen. Gedaan in 't jaar des
„ Heeren M C C C C V. 's daags na den Feeft-
„ dag der H. Maagd Margareet (*).
(*) Dat is, na den twintigften July.
Floris Korfszoon en tegen hunne medepligti-
gen in dit geval, allen en elk in 't byzonder,
befchuldigd, aangaande en over den manflag,
die, onlangs, aan den perlbon van wylen
Heer Willem Bruinszoon, goeder gedagtenis-
fe, in de Stad Amiterdatn, in ons Stlgt en
Aartsdiakenfchap, door hen gezeid wordt be-
gaan te zyn; aan U, van wiens naarftigheid
en getrouwheid wy een volkomen vertrou-
wen in den Heere hadden, en nog hebben,
Bylaa-
GÉN
L\ B.
voot de eer-
i
waardige Heeren onze Officïaaleri en Gemag-
rigden in dit geval, onafgedaan hingen, om
zekere redenen onzen geeft toen beweegen-
de hebben opgedraagen, om dezelven ver-
der te kennen", te hooren, te beflhTen, en
wettiglyk af te doen, met alles wat 'er tus-
fchen kwam, van afhing, uit oprees, en ge-
meenfchap mede hadt;zo hebben wy unog-
tans alleenlyk in onze plaats gefteld, tot dat
wy deeze zaaken wederom voor ons betrek-
ken zouden; gelyk volkomenerblykt,byde
brieven, op het voorgemelde gemaakt, en
gevoegd by de Hukken, deeze zaak betref-
V. C.
Bylaa
GEN
Bylaa'
GEN
Lr. C. /iele van Schout, Schepenen en Raaden vanAmflerdam ,waarby Tideman Simonszoon,zménarm Lr d
in Stads dienfl verhoren hebbende, van Heirvaart, Schot en IVagt vry ver klaar dwordt. Gege-
ven den agt en twintigften January des jaars 1421.
fteede Busmeyft' voirf: mit der haefte qua en
hadde een ander kamer ghevullet , mit verf-
fchen Crude, en leyde t' vuur opter voirf: buf-
fe alfoo dat die buffe liet, en Tideman voirn:
bi onghevalle gheraect we vanden fteen aen fi-
nen rechteren arme, die hi dair om nootzaken
van finen liuen heeft doen affnyden, daer hi
zyn leuen lanc bi verleemt bliuen moet. Soo
ieft dat wy dat aen ghefien hebben, en hebben
hem vander voirn: fteede wegen ghegeuen, en
gheue mit deefen brieue den feluen Tideman
Simons foen, dat hi fal fitten heirvairt vry,
fcotvry, en waeck vry fyn leuen lanck, efi
niet langer duerende behoudelic dat hi gheuen
fal kerc ghelt, en anders onghelde , gheliken
anden onfen der ftede poirten. in oirconde de-
fen brieue befeghelt mitten voirn: ftede fegele,
hier aen ghehangen ghegheue opte achte en
twintichften dach in Januario, int iare ons hen
Dufent vierhondert en een efi twyntich.
Hier onder aan hing, aan een uyt-
hangende Franchyne ftaavte, het
Seegel der Stad Affifterdamme, in
groenen wafle.
"Vjyy Scoute, Scepene, en Rade der Stede van
* ' Aemftelredamme doen cond en te wete-
ne allen luden, want die Stad va Utrecht,mit
horen hulperen, onfe ghenedigen hee, van Hol-
land, en der Stede van Ameftelredame ontfeit
hebben, eïi op deefe tyt onfe vyande fyn , ghe-
liken zy op Sinte Jeronimus dach, left ghele-
den, mithoire machten, by den Reguliers Cloes-
ter,voirder Stede voirf: ghecomen waren,om
der voirf: ftede te ouervallen, en te winnen,
tot des Biscops en tot hoir felfs behoef van U-
trecht, geliken Tideman Symons foen, en an-
ders goede Poirten van der fteede voirn: nahoi-
re machten gerne ghekeert hadden, als fy dee-
deri. des der fteede Buff-Meyft' der fteede
Buffe, die onder der uterfte moeien lach feie-
ren foude na die van Utrecht dair fy mit hoire
wimppele biden reguliers fluyfe ftonde dair Ti-
deman voirn: bi der Buffe ftond, dair die buff-
meyft', een warf en ander warf t ouer op ley-
de, mar die bufie niet laten en woude, wair bi
dat een ander Perfone en Tideman voirf: een
ander buffe voir die voirf: buffe die niet laten
en woude dragen foude, om die te ftellen en
te fcieten ,-als dat ghebuerde, alfoo dat der
L1. D.                                                    ByI>'
GEI»
Brief van IzabeLLE , Hertoginne van Bourgondie, waarby die van Amflerdam , in perfoonL'. "'
en goederen
, bekommerd worden, ter oorzaake van bet opbrengen en verbeur dver klaar en van ee-
nige Pruijjifche en Lyflandfche Koopvaardyfcbepen.
Gegeven te S. Quintin in Vermandois ,
den negenden Maart des jaars 1441.
Bylaa-
GEN
Lr. D.
fart van brabant den admirael van der Zee den
zouuerain bailiu van Vlaendren , ende voirt
allen andren droffaten Rentmeyfters baillus,
fcouten Tolnere ende andren Omarien ende
dieneren myns voirfz Hr fynre voirfz. Landen
en eiken bezonder faluyt.
Alfo die ftede van Aemftelredame in den
Jare
"VTabel dochter des Conincx van Portugal by-
-*- der gracie Goides hartoginne van bourgoii
van Lothr. van brabant en van- Lymborch
Grave van Vlaendren van Artois etc 't gou-
vernment hebben van mynen lieuen Hr, en
in fyn abfentie van allen finen Landen ende
Heerlichyden van hairwarde ouer, den drof-
-ocr page 228-
GESCHIEDENISSEN.
III. Boek.
171
Jare van achtendertigen leftleden iri den maent en hebben mogen vaeren noch keren tot riu • «
van Aprille, by goetduncken eil ouerdrachte dat myn voirfz heer van finen Rade mitten ge-
van der Vroetfcap ende Rycheit van der fel ver
ftede, wtgemaict hebben ene grote vlote van
Scepe mit luden van Coopmanfcapen ende dair
toe mit luden van wapenen om die felve fche-
pen eil die eoopmanicip die fy dair in laden
fouden te befcudden eii te befcermen tegens
haire vyanden die van den zes Wendfchen lie-
den van der doytfcher hanze, en oick die felue
deputeerden der lieden ende landen voirfz ge-
feilt heeft ter dachv': tot Coppenhaven in De-
nemareken, om mit dien van Pruyflen en van
Lieflant en oic andere Landen die bymyns he-
ren onderfuk befcadicht hebben geweeft te da-
dyngen up welker dachvaert overdragen ende
befloten is minlike overdrachte ende dadingen
daer onder and'c: punten dien van Pruyflen van
i
GEN
Lr, D«
wter zee te wencken jndien dat fy malcander L
ouercommen mochten, In welker vlote fy ge- fomen van pennynge voir den fchade van den
fet eii geordineert hadden Capiteinen_ efi hoif- drie en twintich fcepen, mitten goeden voirfz,
mans, die fy van der ftede wegegefet eii ge-
boden hadden die reyfe te doen foe fin a!fo
mitter feluer vlote wtgefeilt weftwairt vpter
Zee en als fy vpter trade gecommen fyn, heb-
ben aldair geuonden een vlote van fcepen gela-
van welker overdrachte eii compofitie , myn
voirfz. Heere efi die Ridderfcap en lieden, die
gene diefe gemaict hebben, grotelic bedangt
hebben, van den arbeyt ende duechden, dié
fy dair in gedaen hebben,vóir die gemeynou-
den mit Zoute eii andre goeden, onder dewel-   bair efi waelvairt, en dat fy die landen älfo in
ke mede waren drie en twintich fcepen geladen   ruften en vreden gebracht hebben, byden wel-
mit gelycker coopmanfcip, toebehorende coop-   ken coopmanfcip horen loip hebben mach ;
luden van Pruyfen en van Lyflant, dair oic   Ende om hier toe te commen fo fyn die ftede
andre luden van veel nacien goeden in hadden   van Amftelredamme en die hopmans van der
altefamene toebehorend den Vriendc ;n en gene   voirfz vlote omboden gewefl ^ om rekeningen
vyanden onfer Landen van Hollant van Zeelant   te doen van den voirfz fcepen ende goeden^ie
en van Viieslant, Ende als fy dair inne geco-  fy dair wt genomen hebben, voir den rade Rid-
men fyn en dier machtich welen hebben fy die   derfcap en lieden van Hollant, alfo fy fculdich
genomen efi die Scippers en Coopluden eerft   waeren te doen ende gelooft hadden voiren efi
doen gelouen ende zekeren hun na te zeylen en   na up zeker dachvairt die in tyden voirleden up
te volgen, dair fy voir zeylen fouden, latende   de voirfz nemyngen byden heer van Santes
voirfz , als Gouverneur gehouden was, dair
vergadert waeren, die meèftendeel van al den
Raden Eedelen Ridderfcip eü goeden Heden
hoir rëyfe efi meyninge die fy hadden weft-
wairts om coopmanfcip te varen, mer quamen
wederome mitten voirfz drie efi twintich fche-
pen in de Wyelinge in den lande van Zeelant,   der Lande van Hollant Zehnten Vrieslantvoirn.
dair fy wt horen eygen wille efi bouen zeker   zy_ geloofden wederkeringe te doen van den
beuel efi fulc mandement als van wegen myns   voirfz fcepen eü goeden up dat in tyden toeco-
voirfz heren by ons lieuen ende geminden Heer   mende, bevonden worde, datfy die mit rech-
van Santes doe gouwerneur der landen voirfz   te nyet fculdich en waeren te hebben noch te
behouden die welke dair gecomen fyn eii een
rekeninge ^overgegeven hebben , zeir mhTelyc
prefent was, ende Heer van der Veere, byden
welken myn voirfz heer verboodt, dat fy die
voirfz fcepen noch goeden bueyten noch pair-   ludende, efi diemen nyet en heeft willen laten
ten en fouden, mar leggen in gewairder hant,
   lyden, noch fculdich en was te laten doergaen,
die felue fcepen efi goeden gebueyt en gepairt
   om veel pointen die hun wael eü befeeïdelic
hebben, wair om onfe geminde die heer van
   onderwyft fyn , want fy die gelden rekenen
Santes voirfz, die by minen Heer geweeft had-
   eensdeels hun felue betaelt , eensdeels haren
de weder binnen der ftede van Middelburch
   luyden van wapen: ende eensdeels in der ftede
comen wefende, by hem ontboot den Heer van
   oirbair van Amftelredame , fonder bevel off
der Veere voirn:,ende fommige andre van Am-
   concente van minen here. Ende want de ftede
ftelredam, om van hun te weten by wat rede-
   van Amftelredame aldus by gemene overdrach-
nen die voirfz fcepen genomen en in die Wie-
   te hem fel ven befculde gemaict hebben in der
lynge gebracht hadden, die dair vp gaven ful-
   voirfz nemynge, fo is hun by den Rade Rid-
ken antwoirde als hun geliefde, eii fo dat hy
   derfcip en fteden voirfz voir ogen geleyt, dat
Wael verftaen mochte an hoire autwoirden eii
   fy een redelycke fomme veel min dragende dan
oick an dat gemeen gerufte, dat fy die fche-
   die helfte , die fy felve rekene ontfaen hebben-
pen efi goeden houden boeyten ende pairten
   de, hoewael nochtans zy nochtans hoir ont-
fanc veel te cleyn niake hadden willen lenen
en verleggen om dair mede inden eerden te
vervallen, die gelden diemen uptcr voirfz dach-
vairt-tot Coppenhaven gelooft heeft te betalen,
wouden het wair mit recht of fonder recht, doen
vraechde hy vorder den Heer van der Veere
als Rentraeefter van Zeeland, hoe hy inder
faken na inhout van den voirfz mandement ge
daen hadde , diewelke dair vp verantwoirde,   dair die dagen van betalinge airede off verfche
dat hy inder fake gedaen hadde hoe hy beft   nen en gevallen fyn ei dairom men fal moeten
mochte, en fo dat fy hun gelooft ende verfe-   leyften mit veel Pcrfonen en Paerden, tot U-
kert hadden, dair off te verantwoirde in recht   trecht efi tot Hairlem tot myns Heren en finnë
Landen groter ongenuechten , fcaèmpten efi
fchanden', mar fy en hebben niet willen dair
voir geven noch betalen, nyet jegenftaende die
geloffte die fy gedaen hadden als voirfz ftaet.
Ende dat meer is, boven dat fy mitten andren
f-n redenen dairt behoirt, feggende dat, hadde
hy vorder inder faken willen procederen, die
nemers waren in willen die voirfz fchepen doir
te boren eïi in die gront te laten Om welke
faken efi nemynge wille die landen van Hollant
vanZelant efi vanVrieslant fint dien tyt in ongun- Lande, van al dat den oirloge ende nemynge
ften geftaen hebben mit dien van Pruifienende anroeren mach, gebleven fyn an minen heren
Y»n Lieflant, fo dat fy ondermakanderen nyet Ende bliven aldus mine voirfz her ende allen
fmen
-ocr page 229-
II. Deel.
AMSTERDAMS
172
tucie Ende de Liven efi Perfonen van den voirfz
van Amftelredam fult ghy myns heren gevan-
genen houden, fonder die te delivereren of te
Haken in enigerwys ten tyt toe dat fy hun in
onderdanicheyt en genoegen gefet füllen hebben
als voirfz ftaet. Van welken^Exploiten efi exe-
cucie te doen ghy en clc van u vernucht en be-
taelt fult wefen, wael ende redenlyke, te we-
ten, van de pennynge die daer of commen füllen
ter ordinancie van den rade voirf. En vake fo
füllen wy die ghene die de voirfz Lenen Erven
renten of vervallen copen lullen fulke wair-
nynge en brieven van hueren cope geven als
behoren fal, by goetduncken van den rade voirfz.
Voirt fo doet beveel ende verbodt van wegen
myns voirfz. heren, dat nyemant wie, of van
wat ftaet hy fy onderfate van minen voirfz he-
ren van finen Landen van hairvvairden alfe bra-
bant vlaendren heneg. hollant zelant en vries-
lant , en trecke tot Amftelredam noch dair-
wairt voere noch van daer en hale enige Lyf-
tocht goeden noch coopmanfeippen te water noch
te lande noch mit hun en verkere coopmansge-
wyfe noch anderfins in wat maniere het fy, ter
tyt toe dat fy hun gefubmitt: füllen hebben als
voirfz ftaet, up dair off gecorrigeert te fyn by
mkien heren voirfz of by zynen rade van hol-
lant, ende te verliefen endete verbueren fulke
goeden of coopmanfeippen als fy dair voren of
van danen brengen füllen, Ende van defeExe-
cucie te doen en fyt in genen gebreken up al
ghy en elc van u meynt te misdoen en te bruec-
ken tegen minen voirfz heren die hun des an u
houden ende verhalen foude aift behoirde. En-
de up dat nyemant reden of onfculde hebben
en mach, wt caufen van verfuymeniiTen defe
onfe voirfz ordinancie ende bevel te houden,
ende oick up dat een yegelic voerhoedt ende
befcermt moge wefen voirfcade, wy willen efi
bevelen u als boven, dat ghy en elc van u dit
onfe mandement doet kondigen efi wtroepen in
uwen bedrieve ter fteden en plaetzen dair men
fulke en gelycke faicken plecht te kundigen en-
de wt te roepen, ende oick om dat men van
defen brieve tot veel en diverfchen platzen te
doen mach hebben fo ontbieden wy u efi beve-
len voirder dat ghy an 't vydmus van defen
fulke gelove draecht en gheeft, als totten Ori-
ginale brieven. Gegeven finte Quyntins in Ver-
mandois IX dach in maerte In ,'t Jaer ons he-
ren CIO CCCC een en veertich.
finen rade Ridderfcip ende ïleden voirfz rebel
en ouerhoorch efi en willen van all dat fy te-
gen goe recht ende redenen genomen hebben
nyet wederkeren noch berechten, dat in geen-
rewys langer en ftaet te gehenge mynen voirfz
heren hy en wilre terftont inne voirfien als dat
behoren zal, ofte anderfins de voirfz overdrach-
te en traiftaet tot Coppenhaven gemaeckt wa-
ren gefchepen dair by verbroken te fyn , 't wel-
ke Wair in gróter verafteringe van de coopman-
fcap én die gemein waelvaert, daer in dat myn
voirfz heer en wy immer inne vorfien willen,
totter. waelvaert van hun en fyn voirfz. landen
waerom wy defe faecken aenfiende, ende oick
in vordcrniffen vander matroijen, hebben wy
groten efi rypen raede dair up gehadt, mitten
raden myns voirfz heren by ons wefende, En-
de naby deliberacien en goedancken oick dair
up gehadt efi ons beteykent by den raden en
ftaten der voirfz landen van Hollant Zelant en
Vrieslant gewillekoert efi geoirdineert, willen
en oirdineren by defen onfen brieven, dat van
nu voirtan alle die Poortren ende Inwoenren
van Amftclredam voirü: , ende desgelex haer
leencn erven renten vervallen coopmanfcapperl
en andre goeden hoedanich die weferi mogen
hun toebehorende, waer die zyn leggen ofbe-
vonde mogen worden, in alle myns voirfz her
landen van hairwaerden over, gearrefteert en
upgehouden worden, beyde te water ende te
lande hoir lyven gehouden in goeden efi vallen
vangnuTen, efi hoir goeden alfo gearrefteert,
vercochten gepenyngt up dat des nootfy, by
ordinancie efi goetduncken vanden rade van hol-
lant voirfz ten tyt toe dat fy onderdmich we-
fen en hun voegen füllen ter ordinancie vanden
rade en ftaten der Landen voirfz,: willen ont-
bieden efi bevelen erenftelic van wegen ons
voirfz heren en eiken van u bezonder, in hun
fel ven en alfo hun toebehoirt, dat ghy de voirfz
Poirtren en Inwoneren van Amfbeïredam,ende
alfo wael hair voirfz leenen' erven renten ver-
vallen coopmanfeippen eri^ander goede wair ghy
die vinden off gecrigen fult connen in uwenbe-
dwinc te water of te lande, in myns voirfz
heren landen van hairvvairden antaft en vanget
en fet in myns voirfz heren handen, Ende die
voirfz Lenen Erven renten vervallen coopman-
feippen efi ander goeden vercoipt ende pennyn-
gen ten oirbairlycften dat ghy moicht om die
pennyngen dair off commende beleit en gege-
ven te wefen in de voirfz compoficie efi refti-
Lr.
BylaA'
GEN
Bylaa-
GEN
Lr. D.
B^A'
E.
Bylaa-
GëN
I-r. E.
Extraft uit het Buerfpraek-boek der Stad Utrecht van T452, des Manendages nae Magdalene,
zynde den vier en twintigfien July
, waar by die van Amflerdam, door den brand veel gelee'
den hebbende ,vry verblyf en handel te Utrecht wordt toegeflaan.
Wa
nt die ftede van Amfterdam, Got betert, der ftede voirfcreve, binnen onzer ftat ende ftat
grote fcade van brande gehat ende gelede vryheit te comen, te marren ende te verkeren,
heeft, foo will die Raet van onfer Stad, aen- ende hoir goede binnen onfer ftat te brengen,
ziende armoije ende onverwinlicke fcaije der te gebruken, ende weder van her te halen , des
poirteren ende ftede voirfcreve, gunnen ende hem tot hoire tymmeringe ende anders be-
beheven allen den poirteren ende inwoenres hoeft is.
tf. F.                                    ^^
Brief, waarby Hertog Ka rel van Bourgonuie het inkomen van zyn Schout ambagt van
jjmflerdam en eenige anders Domeinen verpagt aan de Stad
, die veertienduizend vier honderd Filips
Kl'inkaarts aan Renten voor hem verkogt hadt.
Gegeven voor Beauvais, den zeftiendenjuly i4"3'
|Z~arel by der gracien Goids Hertoge van Vlaendren van Artois van bourgoengnen pala"
*" Bourgoengnen van Lothr. van Brabant van tyn van Henegouwen van Hollant van Zeelant
Lymburch ende van Lutfemburch Grave van ende van Namen Marcgrave des heiligen i*ycX
Bylaa-
GEN
L. F.
-ocr page 230-
GESCHIEDENISSEN.
III. Boek.
J73
V>4A. here van Vrieslant van Salins ende van Meche-
fEU len._ Doen condt allen luyden alfoe onfe wel
• F. geminde ende getruwe Stede van Aemftelre-
damme tot onfen zeer ernftiger begeerten en-
de verfoecke nu tegenwoerdtlicken op ter fel-
ver onfer Stede ende tot haeren groten lafte
vercoft ende verfekert heeft alrehande perfonen
zekere groite jairlicxe renten in fulker voegen
als onfer voirfz: Stede van aemftelredamme dat
alrebeft gelegen ende doenlic is geweeft omme
tot hoeren minfte quetfe zonder enich ver-
treek gerede penningen dair off gecregen te heb-
ben ende heeft die felve onfe Stede by hoeren
openen brieven in der jairlixer betalinge van
van den felven renten alfoe by hair vercoft ver-
bonden hair felven ende voirt die lyve ende
goeden van allen hoeren poirteren ende inwoo-
nerts ende van welker vercopynge der renten
voirfz: ende den pennyngen dair aff gecomen on-
fe voirfz: Stede van Aemftelredamme ons nu ter-
ftont goetwillichlicken ende fonder eenich we-
derfeggen gelevert ende overgegeven heeft in
geraten pennyngen die fomme van veerthien
duyfent ende vier hondert goede Philïppus bour-
goenfche Schilden geheiten clinckairts tot vyf-
tien witte ftuvers die voir defen tyt loip ge-
hadt hebben eiken clinckairt gerekent ende die
welke fomme van den pennyngen voirfz: wy
geheelickcn hebben doen opbueren ende ontfaen
by onfen getruwen raidt ende rentmeefter ge-
nerael van allen onfen financiën Pieter lanchals
ende die onfer voirfz: Stede behoirlic acquyt
dair afgegeven heeft om die felve pennyngen
terftont voirt behiert ende vuytgegeven te we-
len in onfen treflicken nootfaken ende noodoir-
baer van defer onfer tegenwoirdiger wapenyn-
ge die wy van rechten noodswegen zeer groot
ende coftelic hebben moeten opftellen ende
dair wy felve in onfen perfoon mede fyn in
den velde om by der hulpe Goids almechtich
te wederftaen ende tot bekenniffe te brengen na
onfen ganflèn vermogen die gene die onfe ende
onfer landen ende- onderfaten vianden ende
. quaet willende fyne ende overmits welker
groter gunfte liefte ende onderdanige getruwic-
neyt die ons onfe voirfz: Stede van Aemftelre-
damme hier inne goedtwillichliken gedaenende
bewyft heeft mit der daet wy wederomme ge-
loeft ende toegefeyt hebben geloven ende toe-
feggen mit defen onfen brieve in goeder trou-
wen ende in Princhelicken woirden voir ons
ende onfen oyren ende nacommelingen Graven
ende Gravynnen van Hollant der felver onfer
ftede ende hoeren poirteren ende inwoonres
Wel ende duechdelic weder te verwiffen te ver-
fekeren ende te veftigen in ende an onfen pro-
peren vryen goeden ende demeynen tot der
fomme toe van negenhondert philippus bour-
goenfche Schilden geheiten clinckairts elc ftuc
' ten pryfe voirfz: goede vrye erflicke ende ewi-
ge renten die onfe voirfz: Stede van Aemftel-
redamme jairlicx opbueren ende ontfaen fall van
den felven onfen goeden ende demeynen omme
hair felven ende hoeren poirteren endeinwoon-
*es in foe verre als die felve renten ftrecken
füllen jairlicx dair mede te mogen ontlaften
yryen ende quyteil tot ewigen dagen van den
jairhxen renten die zy duer onfe begeerte tot
jioeren laften vercoft' heeft gelyc voirfz: ftaet
behoudene ende mit fuiken voirwairden datwy
ort onle oiren ende nacommelvngen graven en-
de gravynnen van Hollant onfe voiffz: goeden
ende demeynen ende die renten van den negen-x
hondm philippus Schilden jairlix dair aff com-
1. bl U &..
mende füllen mogen an ons lofTenen afcopen Rvi k.
ende bevrien mits dair voir eens betalende en-
de vuytreyckende onfer voirfz: Stede van Aem- ff* f
ftelredamme die fomme van viertien duyfent
         '
ende vier hondert phillips bourgoenfche Schil-
den 't ftuc ten prife gelyc voirfz. ftaet off an-
der payment dat dair voir goedt ende ganebair
wefen fal in den tyt der betalinge ende dat wy
oic als dan der felver onfer Stede betalen fül-
len alle verfchenen onbetaelde renten na den
beloope des tyts ende is te weten dat die voirfz:
negen hondert Philippus Scilden sjaers alfoe
geextimeert ter loffynge eiken pennynck sjaers
mit zeftyn der felver pennyngen eens belopen
juyft die principale fomme van den vierden
duyfent ende vier hondert Schilden voirfz: en-
de want wy ymmer in defer fake uferen ende
voirtvaeren willen mit onfer voirfz: Stede van
Aemftelredamme tot goeder trouwen ende tér
volcominge van onfer geloften voirfz: Soe ift
dat wy dair omme vut onfer rechter wetent-
heyt ende by goeder voirfienicheyt ende rype
deliberacie van onfen raide bewyft ende in han-
den geftelt hebben bewyfen ende in handen
Hellen mit dezen zelven onfen brieven der fel-
ver onfer ftede van Aemftelredamme die par-
ceelen van onfen goeden ende demeynen hier
na verclaert dats te weten der pacht ende in-
comyngen van onfen Schoutambochte van Aem-
ftelredamme voirfz: belopende op defe tyt vier-
hundert ende vyfftich ponden sjaers tot veer-
tich groiten 't pondt item een ftucke lants ge-
heyten wairderbroek ons jairlicx waerdich we-
fende hondert zeffendetachtich ponden pay-
ments voirfz: ende onfe fluyfe tot yppefloot en-
de gelt op defe tyt in pachte elex jairs zeven
ende tachtich ponden tot veertich groit 'c
pondt gelyc voirfz: ftaet om van den felven
onfen goeden ende demeynen ende van den
renten ende pennyngen jairlicx dair aff comen-
de toe der fomme toe van den negenhondert
philips Schilden voirfz: elcx jairs ende die on-
fe voirfz: ftede jairlicx in hoeren proffyte op-
bueren ende ontfangen fal , in zoe verre als
die ftrecken füllen te mogen betalen die voirfz,
renten die by hair alfoe vercoft fyn geweeft
tot fuiken dagen ende termynen als die felve
onfe ftede dair in verbonden is ende die ge-
loeft heeft te betalen die welke bewyfingen
van onfen demeynen ende renten voirfz. ingain
ende begynnen fal op ten eerften dach van au-
gufto nu naiftcomende in die tegenwoirdige
jair ende dair aff dat eerftejairvan der betalin-
ge verfcheynen fal op ten eerften dach vatt Au-
gufto in den jaere 1400 dry ende tzeventich naift-
comende ende alfoe voirt van jaere te jaere en-
de van termyne tot termyne geduerende den
tyt in der maniere gelyc hier boven ende oic
hier na verclairt ftaet ende wy geloven in goe-
der trouwen ende in piïncelicken woorden on-
fen voirn: ftede van onfen voirfz: goeden ende
demeynen te doen ende laten hebben ende_ ge-
nyeten die volcomen adminiftracie handelinge
ende bewindt fonder yemant anders onfer we-
gen hun dair af yet te bewinden in eniger wys,
mer fal onfe voirfz: ftede felve die voirgen:
onfe goeden ende demeynen voortan mogen
verhuyren ende verpachten tot onien meeften
oirbaer ende proffyt mit keregeboden ende an-
ders gelyc dat gewoenlic is tot allen tyden als
dat gebueren ende behoeren fal om van jaere
te jaere ende van termyne tot termyne dair af
op te bueren ende tontfaen die voirfz: negen-
hondert Philippus fchilden payments voirfz: ge-
Z                                                              due«
-ocr page 231-
AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN.
II. Deel.
274
in princheliken woirden ende vuyt onfen vryen BV1-*
wille ende rechter wetentheyt geloeft hebben GElJj?#
ende noch geloven voir ons ende voir onfen oi- kr'
ren ende nacomelyngen Graven ende Gravyn-
nen van Hollant onfer voirfz: ftede van Aem-
ftelredamme alle punten ende voirwairden hier
boven gefcreven te famen ende elk van dien by-
zonder wel ende volcomelic te houden ende
doen houden onverbroken ende fonder enich
gebreck dair in te laten gefchien foe hebben wy
in kenniffe der wairheyt onfen Zegel aen de-
fen brieff doen hangen gegeven in onfe parek
voir der Stede van Beauvais in 't jaer ons Hee-
ren duyfent vierhundert twee ende tzeventich
op ten zeftienden dach in Julio
(In de plye ftond)
By mynen Heer den Hertoge ghy die proeft
van finte donaes te brugge die prothonotaris
van Eligny meeftre Thomaes Malet ende
andere tegenwoirdich
(was gef.)
Grus.
(In dorfo ftond)
Des commis fur Ie fait des demeines et finan.
de monfr: Ie duc de bourgnc: et de brabant
confentent et accordent en tancque en eulx
eft Ie conteinue au blanc decet effect interine
furny et acomply felon et per la forme et ma-
niere que mon dit Sr Ie duc la veutz et mande
eftre fait per icelles fon fcript par Ie Seing
mamiel......
(Hyr aen hingh)
Je Pierre lanchals Confeillier et receueur gene-
ral de toutes les finances de monf,. Ie Duc de
Bourg"' confeffe avoirreceu des bourgmaiftres
efcheuins et confeil de la ville daemftredam-
me la fomme de dix mille huit eens livres du
prix de XL gros monnoye de flandren la livre
pour la vendicion de neuf eens clincars de
trente gros du dit monnoye piece de rente par
an nagaires vendue par la ditte ville Daem-
ftredamme a la requefte et charge de mon dit
Sr au deniers payez pour convertïr au fait de
mon office de laquelle fomme de 10800 <£. du
dit pris je fuys content tesmoing mon faing ma-
nuel cy mis Ie 9 Jour d'Aouft 1'an mil 1472.
(get:)
P. Lanchals.
(nog hing er aen)
Copiegetranflateertuten waelfche in duutfehe.
Ie Pieter Lanchals raet ende ontfangher generael
van alle de financiën myns ghenadichs Heeren
shertogs van bourgoingnen kennis ontfaen heb-
bende van Buerchmeiftren Scepenen ende raet
der ftede van aemftredam de fomme van thien
duuft acht hondert ponden van viertich groten
vlaems 't pont voor die vercopinghe van 900
Clincars te dertig groten der felver munten 't
ftuc rente sjaers onlancx vercoftby der voorfz:
ftede van aemftredam ten verfoecke ende lafte
myns voorfz: heeren in penninghen betaelt om
te bekeeren in 't ftuc van mynder office van
welker fomme van 10800 c£ ten pryfe voorfz:
ie ben content des toorconden myn hanteykin
hier onder geftelt den 9 dach in augufto in tjaer
duuft vierhundert twee ende tfeventich allens
gheteyket P. Lanchals
              (onderft:)
Defe tegenwoirdige Copie getranslateerc
is in fubftanciegecollationeertendecon-
cordeerttegens die oroiginale des thalua '
feymy
                         (get:)
Podyc.
TWEE-
' duerende alfoe lange ende ter tyt toe dat wy
off onfe nacomelingen voirfz: die felve onfe de-
meynen ende renten an ons geloffent gevryet
- ende afgecoft füllen hebben eiken pennynck
zeftien belopende ter fomme van vierden duy-
fent ende vierhundert philips fchilden voirn:
ende dat wy voirt alle die afterftallige onbe-
taelde renten na den belope des tyts volcome-
licken betaelt ende onfe voirn: ftede ende alle
hoeren poirteren ende inwoonres wel ende
duechdelick dair af genuet ende gequyt füllen
hebben behoudelicken dat onfe voirfz: Stede
van onfen goeden ende demeynen voirfz: jair-
licx goede rekenynge doen ende dat overfchot
boven den negenhondert fchilden sjaers indien
dair eenich is leveren fal in handen van onfen
rentmeefter van Kennemerlant in der tyt we-
fende mits van hun jairlicx nemende fyne be-
hoirlike quitancien ende die welke onfe rent-
meefter voort gehouden wefen fal ons dair aff
jairlicx goede rekenynge ende bewys te doen
als dat behoeren fal ende wairt fake dat onfe
goeden ende demeynen voirfz: hier naemaels
tot eniger tyt alfoe vermindert ofte verarcht
worden zoe dat ze jairlicx niet en fouden mo-
gen ftrecken tot der fomme toe van negenhon-
dert philips fchilden voirfz: foe hebben wy ge-
loeft ende geloven als boven onfer voirfz: fte-
de dair aff wel ende duechdelic te verwiflèn te
veftigen ende te verfekeren in anderen onfen
properen vryen goeden ende demeynen tot ful-
ker fomme toe als onfe voirfz. goeden ende de-
meynen verarcht ende vermindert füllen wefen
off daer en boven ende dat tot allen tyden als
dat gebueren fal, ende wairt dat by ons eenich
gebreck off vertreck gefchiede in der bewyfin-
ge voirfz: foe bevelen wy onfen rentmeefter van
Kenmerlant in der tyt wefende dat hy derfelver
onfen ftède jairlicx van anderen onfen renten
ende incommingen binnen zynen bedrive
vuytreycke ende betale alle 't gene datter jair-
licx gebreken fal an onfen voirfz: goeden ende
demeynen tot der volre betalynge toe van den
negen hondert philippus Schilden sjairs voirfz:
off dat by gebreck van dien onfe voirfz: ftede
die gebreken ende vermyndertheyden van on-
fen demeynen voirfz: jairlicx fal mogen felve
inhouden ende ons afcorten van onfen anderen
incomyngen die ons die felve onfe ftede jairlicx
fchuldich wefen fal fonder enich verbueren off
fonder meer beveels van ons dair aff te verwach-
ten ontbieden dair om ende bevelen onfen lie-
ven ende getruwen Stedehouder ende luyden
van onfen raide in hollant onfen luyden van on-
fen fynancien ende rekenyngen onfen rentmees-
teren van hollant onfen Schout van Aemftelre-
damme voirfz: ende voort allen onfen anderen
dienaeren officieren ende onderfaten in der tyt
wefende ende eiken van hun byfonder dien de-
fe faken aengaen mogen dat fy onfer voirn: fte-
de van Aemftelredam van den inhouden van
defen onfen brieve ruftelic vredelic ende volco-
melyc doen gedogen ende laten gebruyeken ende
genieten fonder hun luyden dair in te doen off
te laten gefchien heymelic off openbair enigen
hinder off letfel ter contrary want ons belieft
ende willen dat alfoe gedaen te wefen niettie-
genftaende enigen brieven van reftri&ienoffor-
dinancien hier voirtyts gemaict of namaels te
maken op 't ftuc van onfen demeynen ende fi-
nanciën ter contrary van des voirfz: ftaet hoeda-
nich dat fe wefen mogen dewelke wyin defer
fake niet en willen enige ftad te hebben off ef-
fect te fortieren in eniger wys ende om datwy
-ocr page 232-
175
TWEEDE         DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
AMSTERDAM.
VIERDE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van 't jaar 1477-5
tot het jaar 1506.
Hy~ T~"\e RegeerinS ^er twee Vorftenuitden   oorlogen in, zonder bewilliging der goede 14.77,
|dat _l_^.Huize vanBourgondie,FilipsenKa-
   Steden, die egter genoodzaakt werden,
.%^x' rel, die in magt en aanzien verre boven de
   hen, met fchepen,. manfchap en geld, te
/'ips'en voorige Gfaaven uitftaken, was, in meer
   onderileunen. Wy hebben gezien Qd), dat
Ä dan één opzigt, nadeelig gevveefl voor de
   Hertog Karel, in 't jaar 1472, Gemagtig-
de StaH vryheid des Lands, der Steden, en der Stad
   den naar Amfterdam zondt, om de Poor-
% en" Amilerdam in 't byzonder. In 't Groot-
   ters te noodzaaken, tot het koopen van ren-
ner- Privilegie van Vrouwe Maria, waarvan wy,
   ten, ten zynen behoeve, en ten lafle van
hj^'n't terftond, nader gewaagen zullen, wordt uit-
   de Stad. Doch de woorden van devolmagt
k ^derdrukkelyk toegeftaan, dat de Steden groote-
  zelve, die aan Schout ende Gerechte derSte-
b5Sr' bcx afgenomen ende inghehrokenwarm,indi-
   de van Amflerdamme gerigt is,zyn zeer op-
Jiviiä- verf chemanier-en, de Rechten, Privilegien ,Cof
  merkelyk. Hertog Karel, of eigenlyk de
^ni!61'"tumen en^e Ufagün van denfelven (a). En Her-
  Raad van Holland, Zeeland en Weftfries-
\had-tögFilips hadt, reeds in't jaar 1452, erkend,
   land, uit zynen naam, aangehaald hebben-
W dat hy, by inadvertentie of anders, tot begee-
   de, dat de oorlog, in welken hy ingewik-
ren ende vervolgen van party en, hier voortydts,
   keld was, hem in nood van geld gebragt
wel gegeven ende verkent hadt Brieven ende
   hadt, vervolgt in deezer voege: Soe ijl dat
Mandamenten, contrarie ende tegen den Rech-
   wy u [Schout en Geregt van Amfterdam]
ten, Privilegien ende Vryheden der goedeSte-
   daerom ontbieden, laßen ende bevelen, dat gy
den, tot haeren groot en hinder, ende achter-
   terfiont, ende fonder eenige diffimulatie of'ver-
deel, ende verkortinghe (b).
Het voorige ge-
  treek, verflaet tot de voirfi. wapeningen; en-
deelte deezer gefchiedenifle heeft ook doen
   de, omme die voirf rente te coipen, van on-
zien, dat de Privilegien der Steden in't ge-
  fent wege, heerlicken hedwinget ende confirin-
meen, en der Stad Amfterdam in'tbyzon-
  geert, by allen behoorlicken wegen van be>
der dikwils gekrenkt geworden waren,
   dwange, die poirteren ende inwoonderen onfer
Vrouw Margareet hadt beloofd, niet bui-
  voirf flede van aemflerdamme , des machtig
ten de paaien van Holland , Zeeland en
   wefende, elc na den flaet van fynen goede ,
Weftfriesland te zullen oorloogen, dan by  finder verdrach, faveur ofte diffimulatie -----
goeddunken der Ridderen, Knaapen en goe-  Ende daer van en zyt in genen gebreke, op al
de Steden; of zo zy 't deedt, dan zou men
  dat ghy ons duchtende fyt, ende op al foe lief
niet gehouden zyn haar in den kryg te die-
  als gy ons welvaert begeert, beveelende voirt
nen, dan uit gunft en vrywilliglyk (c). De
  allen den poirteren ende inwoenende onfer voirf
Hertogen Filips en Karel hadden, by eede,
 fladt van Aemflerdamme dat zy u, dit doende,
beloofd, de Privilegien der Graaven en
  obedy eren, byflant, volle hulpe ende affifiencie
Graavinoen, hunne Voorzaaten, en derhal-
  doen finder des te laten,up te vervallen in on-
ven
ook dit Privilegie, te zullen houden. En
  f e indignacie, ende al dat zy teghens ons ver-
desniettegenftaande wikkelden zy , en de
  bueren mogen enz. (e). Men befpeurt, uit
laatfle inzonderheid , zig in uitheemfche
  deeze woorden, dat men der Stad geene
u\ Zift: hl- *■ ft'l                                            V) H. Deel, IH. B„k • «• VI-
(<J *>e hi« voor> u> D(elt n Bcekf lL M7<               w 0ude Kerki Uaie J5V,,.
Z 2
-ocr page 233-
AMSTERDAMS
II. Deel.
176
gemaakt. Men antwoordde „ dat de Lan- i477-
„ den, zwaar gedrukt door de geduurige
„ oorlogen, die Hertog Karel gevoerd hadt,
,, eerder verligt dan meer belaft behoor-
„ den te worden." Men voegde 'er by,
„ dat 'er, federt eenige jaaren, merkelyke
„ inbreuken waren gedaan op der Steden
,, voorregten, en dat dezelven behoorden
„ herfteld te worden, in geval men eenige
„ hulp van de Steden zou denken te wag-         1
5, ten te hebben." Kortom, men bragt,Zyverfl 1
eerlang, te wege, dat Vrouw Maria denwerJ^'
Landen, den veertienden Maart des jaars hpfiviH'
I476 [l477]5 hetGROOT-PRIVILEGIEgjg.
gaf, welks voornaamfte punten hierop uit-
kwamen :
                                                        ,
„ Zy zou hylicken ende eenen. Voogd ende Inh°j|ec
man Hefen, by raade ende goeddunkenva^e,
„ der Heeren van haaren bloede en van den
„ Staeten
der Landen. Zy onthefte Hol-
„ land van de Bede, in 't jaar 1475, aan
„ Hertoge Karel toegeftaan, en voor wel-
„ ke Dordrecht, Delft, Leiden, Amfterdam
„ en Gouda zig verbonden hadden. Den
„ Steden en Landen werden, daarenboven,
„ zekere ingewilligde vyfhonderd duizend
„ Kroonen; en Dordrecht en Zuidholland
„ in't byzonder zesduizend Klinkaarts jaar-
„ lyks kwytgefcholden. Geene Ampten
„ van Raad, Hoofd van den Raad, Grif-
„ fier, Rentmeefter, Droffaard ,Kaftelein,
„ Thefaurier, Dykgraaf, Baljuw of Schout,
„ noch eenige andere ampten , klein of
„ groot, zouden, door haar, anders dan
„ aan inboorlingen, begeven worden. En
„ niemant zou twee Ampten te gelyk mo-
„ gen bekleeden. Zy zou, in haaren Raa-
„ de van Holland, eenen Stedehouder, en
„ agt gewoone en twee buitengewoone
,, Raadsluiden aanftellen, voor welken eg-
„ ter geene zaaken, van welken de Gereg-
„ ten der Steden en Dorpen kennis mogten
„ neemen, ter eerfter aanleg, maaralleen
■>•> by appèl, zouden mogen gebragt worden.
„ Erfelyke zaaken zouden beregt worden,
„ ter plaatfe daar't erf gelegen was;Leen-
„ zaaken , daar zulks , naar Leenregt en
„ oude herkomen, behoorde, en geeftely-
„ ke zaaken, voor den Provifoor en De-
„ kens. De oude Privilegien de non evo-
cando, of, van niet dan voor zynen ge-
„ woonlyken Regter, te können betrokken
„ worden, zouden ftand houden. De Wet-
„ ten en Geregten, in de Steden Haarlem,
„ Leiden, Delft, Amfterdam,Gouda,Rot-
„ terdam en Schiedam, zouden verzet wor-
j, den, gelyk ten tyde van Hertoge Filips,
„ en eenige jaaren daarna, gebruikelyk ge-
„ weeft was. Die van Dordrecht, Briele,
„ Goereede en Middelburg zouden eene
„ or-
vryheid liet, om in den oorlog, en in de
koften des oorlogs, te bewilligen of niet.
'tVerzwaaren der Beden, onder Filips en
Karel van Bourgondie, hadt de Steden, en
Amfterdam in 'tbyzonderook genoodzaakt,
tot het opftellen van nieuwe, en tothetver-
zwaaren der oude excynzen op de mondbe-
hoeften, waardoor de ingezetenen niet wei-
nig gedrukt werden. Voorts, waren 'er,
te Amfterdam en elders, meer dan eens,
buitengewoone veranderingen gemaakt in de
Wethouderfchapi't welk niet zonder kren-
kinge der Privilegien kon toegaan: waarom
de "Graaven , in zulk eene gelegenheid,
plagten te verklaaren, dat zulk eene onty-
dige verzetting der Wethouderfchap den
Steden geen hinder, prejuditie , ofte achter-
deel
doen , noch den Vorft eenich nieuw recht
geeven zou (ƒ). Doch zulk eene verklaa-
ring bewees ten volle, dat, in de buitenge-
woone verandering derStedelykeRegeerin-
ge, de Privilegien gekrenkt geworden wa-
ren, 't Zal niet noodig zyn, in meer by-
zonderhedên, te toonen', dat zulks ook in
andere opzigten gefchied was. Men zal 't
genoegzaam können afneemen, uit de pun-
ten van hefftellinge der inbreuken, van wel-
ker voornaamften wy, terftond, verflag zul-
len doen.
Zo dra de tyding van het overlyden van
Hertog Karel in Holland gekomen was,be-
gondën de Hoekfchen, die na, eenige jaa-
ren agtereen , wéinig deel gehad hadden
aan de Regeeringe, alomme in de Steden
het hoofd Wederom op te fteeken. Doch
de Kabbelj aauwfchen verzoenden zig wel
haaft met hen. Dé Steden, te Haarlem,
te Leiden en in den Haage, ter Dagvaart
verfcheenen, beflooten, dat de twee par-
tyen élkanderen noch van noch op 't kullen
zouden zoeken te helpen; maar de handen
in een liaan, om 's Lands oorbaar voor te
ftaan, en herftelling der inbreuken op der
Steden voorregten te verwerven van Vrou-
we Maria, op de algemeeneDagvaart der
Geweften, die te Gend was aangelegd (g).
Men hadt, ten dien einde, een ontwerp ge-
maakt van de punten, in welken men her-
ftelling begeeren zou. De byzondere Ste-
den , en oildêr anderen Amfterdam, hadden
ook vaftgefteld , byzondere Privilegien van
Vrouwe Maria te verzoeken. Te Gend,
werdt den Afgevaardigden van Holland en
Zeeland voorgehouden, dat de Vorftin hun-
ne hulp noodig hadt, tegen Lodewyk den
XI., die zig reeds van verfcheide Steden,
digtft aan Frankryk gelegen, hadt meefter
1477.
De Ste-
den ver-
zoeken
hertel-
ling der
inbreu-
ken van
Vrouwe
Maria.
f/)'Handv. van Oudewater , il. 3*0.
(&) Grootc Chron. Divif. XXXI. Cap.. +.
-ocr page 234-
GESCHIEDENISSEN.
IV. Boek.
177
„ zou 'er vry van blyven, al hadden fchoon 1477.
„ de meefte Leden bewilligd. De Graaf
„ zou zyne bede in perfoon moeten komen
„ doen, zonderde Afgevaardigden der Ste-
„ den buitens Lands te befchryven. Men
„ zou, onder anderen by raade van de Stad
„ Amfterdam, eene Ordonnantie maaken
„ op de bewaaringe van den Friefchen
„ dyk. Niemants goed zou , zonder ge-
„ regtelyk vonnis , ten behoeve van den
„ Graave, verbeurd verklaard worden.Elk
„ mögt zyn ontftolen goed, met kennis van
„ den Heer, [Schout of Baljuw] derPlaat-
„ fe, overal aantallen. Geen der punten
„ van dit Privilegie zou geagt worden den
„ byzonderen Privilegien of Coftumen der
„ Steden nadeelig te zyn. Verders, zou
„ het zelve onverbroken onderhouden, en
„ door de Graavinne, by haare inhuldigin-
„ ge, midsgaders door naaren Kanfelier en
„ grooten Raad, en door haaren Stede-
„ houder of Overften Officier, bezwooren
„ worden (h)."
De korte inhoud deezer vermaarde Hand- Amftar-
vefte toont klaar genoeg, hoeveel belang damver-
de Stad Amfterdam moet gefteld hebben, |fS,een
in het verkrygen van dezelve. Ook heeft der°Pr[-
zyze, altoos, onder haare gefchreeven en vilegie
gedrukte Privilegien, plaats gegeven. Doch van
zy verwierf, in dezelfde maand van Maart, Jl°™e
zonder dat de dag aangetekend wordt, een 0p het
Privilegie van Vrouwe Maria, ten haaren benoe-
byzonderen behoeve. Wy hebben, in 'tmen Aet
voorgaande Boek (ï), verhaald, dat Her- ^*epe"
tog Filips, in 't jaar 1449, de benoeming
van een dubbel getal tot Schepenen, voor
zeker getal van jaaren, gefteld hadt aan de
Vroedfchap, toen uit vierentwintig perfoo-
nen beftaande, aan de drie Burgemeefters,
die alleen een jaar gediend hadden en aan
de zeven Schepens. Doch deeze fchikking
was, ten tyde van Hertoge Karel, niet ag-
tervolgd; en hieruit was veel misnoegen en
tweedragt ontftaan in de Stad; ftaande fom-
migen naar deRegeeringen't Schepenfchap,
die door anderen gedwarsboomd werden.
Vrouw Maria beval nu „ dat de zesendertig
„ Perfoonen, die, ten deezen tyde, door den
,, Rykdom en Gemeente tot Raaden gekoo-
„ ren waren, voortaan, de benoeming van
„ veertien Perfoonen tot Schepenen zouden
„ doen; en dat de verkiezing van zeven
„ Schepens, uit die benoeming, door den
„ Graaf, of deszelfs Stadhouder en Raa-
„ den, gefchieden zou; en zo één der ge-
„ koorenen binnen 's jaars aflyvig werdt,
„ ordonnantie ontwerpen, waarnaar de Wet
„ aldaar befteld zou worden. De Steden
„ zouden, onderling, en met de andere Ne-
„ derlanden , Dagvaarten mogen houden
„ over Lands zaaken, als zy't goedvonden,
„ zonder daartoe cenig Graaflyk verlof te
„ behoeven. Men zou geene Ampten meer
„" mogen verpagten of verhuuren,de Schout-
„ ampten uitgenomen, die aan, öfter be-
„ geertevan de Steden, zouden mogen ver-
„ pagt worden. Men zou geene nieuwe tol-
„ len of andere laften opzetten, noch de
„ ouden verzwaaren, dan by goeddunken
„ van de Staaten. De Landen en ingezete-
j, nen zouden, by hunne Koopmanfchap,
j, Neering, oude couftumen, vryheden en
„ hanteering, bewaard worden. Men zou
j, geenerlei oorlog aanvangen, dan by goed-
„ dunken der Staaten, en in zulk een geval
„ zelfs, zouden de Edelen en Leenmannen
„ niet verpligt zyn, buiten de paaien van
„ Holland , Zeeland en Weftfriesland te
„ dienen, en dat nog op 's Graaven redely-
„ kë wedden en koften. Zo de oorlog, bui-
„ ten goedvinden der Staaten, aangevan-
,, gen werdt , zouden noch Edelen noch
„ Steden gehouden zyn , den Graave te
„ dienen, onaangezien het tegendeel, ten
„ tyde van Hertoge Karel, bevolen, of in
„ gebruik geweeft mögt zyn. De Graaven
ja zouden, in alle open en beflooten brie-
„ ven, de Dnitfche taaie alleen gebruiken.
„ Zy zouden ge ene bevelen uitgeeven, ftry-
„ dig met der Landen of Steden Privile-
„ gien; of deeden zy 't, zo zouden dezel-
„ ven nietig en van onwaarde zyn. Elk
„ zou zyne zeedriftige goederen mogen
„ naar zig neemen, mids alleenlyk rede-
„ lyk bergloon betaalende. De Makelaar-
„ dyen en Excynzen, die de Steden, van
„ ouds, gehad,of naderhand opgezet had-
„ den, zouden aan dezelven blyven. De
„ Kofteryen , Klerkambagten , Scholafte-
„ ryen, Bodeambagten, Kamerbewaarders,
„ Maaten en alle andere kleyne Officien,hoe-
danigh die wefcn moghen, welke, federt
„ vyftig jaaren , door de Ridderfchap of
„ Steden, begeven waren, zouden, voor-
„ taan , door dezelven begeven worden,
„ zonder in aanmerking te neemen, 't ge-
„ ne, hiermede ftrydig, door de Hertogen
„ Filips en Karel, gedaan mögt geweeft
3, zyn. Men zou niet munten, noch de
5j munt op- of afzetten, dan by raade van
» den Raad, en by goeddunken der Staaten.
» De Graaven zouden geen zeggens hebben
55 over de rekeningen van de inkomften en
3> uitgaaven der Steden, die, naar ouder
„ gewoonte, gedaan zouden worden. Die
„ in de Graaflyke beden niet bewilligd hadt,
zou
deszelfs plaats, op gelyke wyze, uit
„ de
[?!.]
(h) Hamlv. il- Tl-
(ij Bladr. 151.
Z 3
-ocr page 235-
II. Deel.
AMSTERDAMS
178
Vrouw Maria ftelde, ondertiüTchen, op rAff*
den zesentwintigften Maart, Wolf er d van _. Affl.
Borfelen, Heer van Veere, tot Stadhouderfterdatn>
van Holland en Zeeland aan. Ook werdt gefchiedt
het Hof in den Haage vervuld met nieuwe geene
Raaden, onder welken ook was Meefter Ja-bmte^oI)s
kob Ruifch
(/), van welken naam,in'tjaar^ra„ds-
1445, een Schout, en in 't jaar 1452, eenringi»
Schepen van Amfterdam gevonden wordt.de Re-
In fommige Steden, kwam, door opfchud-Seerin8'
ding, verandering in de Regeering,raaken-
de de Hoekfchen aldaar op't kuilen'(wz)-
Doch te Amfterdam, daar de gewoonlyke
beftelling der jaarlykfche Wethouderfchap,
kort na dat men zekere tyding van de dood
van Hertoge Karel gekreegen hadt, gefchied
was, viel, ten deezen tyde, geene buiten-
gewoons verandering voor in de Regeerin-
ge: 't welk, veelligt, toe te fchryven is aan
een beiluit der Stad, om het bewind te ver-
deelen onder luiden van beiderlei aanhang.
De Keuren van deezen tyd en andere Keuren
ftukken bewyzen egter , dat Amfterdam van de,
thans niet geheel vry was van de ongere- zen ^t
geldheden, van welken andere Steden zo je|fgei>
veel te lyden hadden. In January en Fe- en %$&
bruary, was het kwaadfpreeken van de Re- den <^,
geeringe, en 't misdoen derzelve met woor- Wefl$
den of werken, by herhaalde Keuren, ver- rC
booden; die nog injuny vernieuwd werden
(V). Zekere Jan Bakker, hier ter Stede ge-
itraft en naar den Haage geweeken zynde,
voer aldaar voort met de Burgemeefters te
fmaaden en te dreigen: waarover de Regee-
ring aan Stadhouder en Raaden klaagde, in
eenen Brief van den agttienden April dee-
zes jaars(o). En twee dagen laater, werdt
afgekondigd, dat hy, die Albert Pieterszoon
gekwetft hadt, zulks moeft aangeeven, of
men zou 't regten als moord (p). Henrik
Splinterszoon, Jakob Gerbrandszoon,
anders
Jakob Brouwer, en Willem Jakobszoon, an-
ders Schipper Willem, verbonden zig, den
dertigften May, onder borgtogt van eeni-
gen hunner vrienden, om, op een weet van
den Schout,
ter Vierfchaar te verfchynen,
en, voor dien tyd, binnen de Stad, geen
mes met een punt te draagen (q). En den
zevenentwintigften Juny werdt gekeurd, dat,
buiten die van den Geregte, de zesenderti-
gen , derzelver knegten en 's Heeren of
Schouts Dienaars, niemant eenige harnafch,
bogen
, lange mejfen, of ander diergelyk ver-
booden geweer draagen mögt (f): al 't wel-
ke
(l) Groot-Plukaatb. in. Deel, hl. «44.
(m) Vaderl. Hift. IV. Deel, hl. 174 enz.
(n)
Handi'. U. 570.
(0) Groot-Memor. N. I. ƒ. 87 verfi,
(p)
Keur!). A. ƒ'. 90.
(y) Keurb. A. ƒ. 9c ver/o.
(r)
Keuib. A. ƒ. 91,
1477 •> de overige benoemden, vervuld worden.
„ Zo één der zesendertigen flierf, of zig
„ van zyn poorterfchap ontvryde, zouden
„de overigen eenen anderen, in deszelfs
„ plaatfe,kiezen: alles zonder benadeeling
„ van de Privilegien der Stede om Bürge-
,'.meefters te mogen kiezen, die in volle
kragt blyven zouden. Voorts, zou deeze
,, fchikking, niet flegts voor eenige jaaren,
„ maar tot eeuwighen daghen vaß ende van
waerde blyven
(£)■"
De Stad Doch eer dit Privilegie en de groote
verze- Handveft nog verkreegen waren, was de
kert zig Regeering' van Amfterdam bedagt geweeft
c,an het op de beveiliging der Stede, die , na 't o-
Muiden. overlyden van Hertoge Karel, en onder de
zwakke Regeering eener minderjaarigeVor-
ftinne zo wel als de overige Bourgondifche
Staaten , blootftondt voor vyandelyke on-
derneemingen. Men zogt zig, om 't ge-
vaar hiervan af te wenden, onder anderen,
te verzekeren van het Slot te Muiden, welk
van groot aanbelang was voor de Stad. Dit
Slot was, onlangs, nog bewaard geweeft
door Jan van Nyenrode. Doch de uitvoer-
ders van zynen uiterften wil, Dirk Uiter-
meer,
Deken van Oude Munfter, Jan van
Renejfe,
en Gerrit vanRyn, hadden't, na
zyn overlyden, op laft en met bewilliging
van Lodewyk van Brugge, Graaf van Win-
cbefter, Heer van Gruithuizen
, en thans nog
Stadhouder van Holland, ingenomen, en
te bewaaren gegeven aan Dirk , Baflaard
van Nyenrode
, die 'er flegts vier of vyf man
op gelegd hadt. De Wethouderfchap van
Amfterdam, weinig beholpen met zulk ee-
ne zwakke befcherming, kwam met de
drie Executeurs overeen, dat zy, voortaan,
het Slot, van wege de Stad, zou doen be-
waaren, ten behoeve van Vrouwe Maria,
en van 't gemeene Land, de verantwoor-
ding deezer fchikkinge geheellyk op zig
neemende, en de Executeurs, des aangaan-
de, van alle zorg ontheffende (i). Op dee-
ze wyze, verkreeg de Stad Amfterdam de
bewaaring van het Slot te Muiden, zonder
dat my gebleeken is, hoe lang zy dezelve
behouden hebbe.
(k) Handv. bl. ,0j [30.]
(1) Groot-Memoriaal N. I. f. 80 verf o en Bylaa-
renLr.A. CoMMELiN.die (bl. pi7/3W.)ditftuk
ook te boek gefteld heeft, voegt 'er by, da:Vrouw-
Maria de bewaaring van 't Slot te Muiden aan de
Regeering van Amfterdam aanbevolen hadt. Doch
hiervan blykt niets, in het ftuk zelf. Ook is t
onwaarfchynlyk, om dat dit (luk, m 't Groot-Me-
mortaal,
tuflchen 22 January en il February i477
geregiflreerd is, in welken tyd, Amfterdam nog niet
met Vrouwe Maria gehandeld hadt. De Regeering
zal zig dan, op eigen gezag, van het Slot verze-
kerd hebben, zig fterk maakende, dat zy haar ge-
drag wel zou können verantwoorden, daar 't ver«
cifcht werdt.
-ocr page 236-
IV. Boek.          GESCHIEDENISSEN.
179
Den Stadhouder, tegen den winter des 1477.
jaars 1477, beflooten hebbende, het Huis De Am
te Schagen te beleggen, ter oorzaake datfteidam-
Albrecbt, Heer van Schagen, weigerig bleef, mers
om aan verfcheide geregtelyke vonniflen, helpen
ten zynen nadeele geweezen, te voldoen; theegc^UIS
werden de Poorters van Amfterdam, on- gencWin-
der anderen, opontbooden, om in dit be; nep.
leg te dienen, 't Slot werdt terflond opge-
geven, en Heer Albrecht eerft naar den
Haage, en toen naar 't Huis te Medenbük
gevoerd; daar hy, in Auguftus des jaars
1480, overleedt (2).
Vrouw Maria, in de egt getreden zynde Maximi-
met Ma
ximiliaan, Hertog van Ooften- liaan en
ryk, en naderhand Keizer , werdt, eerft Mar'a
in Oclober, te Dordrecht, alwaar de ande-ingehul-
re Hollandfche Steden en ook Amfterdam digd.
befchreeven waren, als Graavin van Holland
ingehuldigd (a). Doch 't liep aan tot in de
Lente des volgenden jaars, eer Maximiliaan,
hier te Lande, als Kerkelyke Voogd en Mom-
boir
van Vrouwe Maria, voor Graavc inge-
huldigd, en erkend werdt. Op den derden 1478.
April, kwam hy te Amfterdam, daar die
van Muiden , Weesp , Amftelland, Wa-
terland en Zeevankook befchreeven waren;
en na dat men hem gezwooren en zynen Zybeves-
eed ontvangen hadt, beveiligde hy, dentigende
volgenden dag, allede Handveften, door pfivile"
de Graaven en Graavinnen, zyne Voorzaa- Unifter*11
ten, en door zyne Gemaalinne in 't byzon- dam.
der, aan Amfterdam en aan de andere Ste-
den en Landen verleend (b~). In den eed
van Hertoge Maximiliaan, die in de Stads
Regifiers is aangetekend (c), is byzonder
opmerkelyk, dat hy niet flegts belooft, in
't algemeen, alle de Privilegien te zullen
houden; maar ook byfonder dat nyvse priui-
legye
, gegunt ende verleendt den ghemenen
landen van hollant
, zeelant ende vryeslant,by
onfe jaoirf. gefellinne:
met welke woorden,
hy blykbaar ziet op het vermaarde Groot-
Privilegie van Vrouwe Maria, waarvan wy
den inhoud, hiervoor (d)» te boek gefield
hebben.
De oorlog met Frankryk hadt Maximi- De Stad
liaan en Maria, kort hierna, in de nood-verkoopt
zaakelykheid gebragt, om op de Steden van Lvfretne"n
Holland te begeeren, dat zy Lyfrenten op behoeve
twee lyven voor hen verkogten: 't welk Am- der Vor-
flerdam deedt tot eene fomme van driedui-ften-
zend driehonderd ponden van veertig groo-
£en. De Hertogen beloofden, by eenen
Brief van den twee entwintigflen May,die
ia
(z) Groote Chron. Divif. XXXI. Cap. H.
(a) Klepb. van Dordr. by BALEN , H. 7*9-
(i) Handv. il. s+. [39O '. . ~' „„_„ ,,
(i) Blode. J7« ln*'
H?7. ke doet zien, dat 'er ongeregeldheden voor-
gevallen waren, en gevreesd werden, die de
Wethouderfchap voorkomen wilde.
ttlJe op De Koning van Frankryk, terflond na de
i J3ken dood van Hertoge Karel, de vyandlykhe-
Stälj ^en tegen Vrouwe Maria hebbende aange-
vangen, begon zig ook flerk uit te ruften
ter zee (/)• Men werdt, derhalve, in Hol-
land, bedugt voor uitheemfchen oorlog, te
water en te lande. Te Amftcrdam , vondt
men geraaden, de weerbaare manfchap te
doen wagt houden : en in Maart, werdt
reeds afgekondigd, dat een ygelyck die by
huus
, ende in der ecbtfchap was, off huusraet
hieldt, viaken zou onder fyn hooftmanfcap,
dair by onder gefeten was, alß hem gefeyt en-
de die weet dair off gedaen mart (t).
Men
vondt egter niet geraaden, voor eerft, eeni-
ge vyandlykheden te beginnen, en beval,
ten zelfden tyde, niet op roof uit te gaan,
dan met oorlof van den geheelen Gerechte
en de
XXXVI. («); en zelfs niet ooft- noch
weftwaards te zeilen, dan na dat de gehee-
{j. Ie Gemeente daarin wederom bewilligd zou
S^~ hebben (V). Doch 't leedt niet lang, of de
\ter Steden van Holland , met naame Amfter-
dam,bragten wel vyfendertig Oorlogsfche-
pen in zee, die de Franfclien noodzaakten,
naar hunne havens te rug te keeren. In
July, troffen de onzen eene groote Kraak
aan, die zy, den gantfchen nagt, vervolg-
den, en eindelyk overweldigden. Nader-
hand , veroverden zy nog wel agttien fche-
pen. Ook vertoonden zy zig voor de ha-
ven van Diepe, om de Franfche Vloot uit
te lokken tot eenen zeeflag. Doch toen dit
mislukte, ondernamen zy eene landing op
de Franfche kuft, pionderden eenige Zee-
dorpen, en keerden, rykelyk met buit be-
kaden, tegen 't najaar, in de havens dee-
zes Lands te rug (w). Ten zelfden tyde,
werdt 'er een Beftand met Frankryk getrof-
fen, welk, in 't volgende jaar, verlengd
werdt (a;). Doch, kort te vooren, hadden
Amfterdam en andere Steden beflooten, tot
eene uitrufting, ter beveiliging der Koop-
en Haringvaart; waarin de Stadhouder en
ß-aaden, uit naame der Graaflykheid, be-
willigd hadden. De onkoften, op dezelve
Vallende, zouden wederom uit een Fondgeld
pp alle goederen gevonden worden (j). Maar
't fchynt dat het treffen der verlenginge van
c Beftand, welk kort hierop volgde,deeze
uitrufting heeft doen agterwege blyven.
(*) Velius Hoorn, il. <s+.
y) Keutb. A. ƒ. 88 verf».
<«)
ld. ibid. J
(") ld. ƒ. 90_
Ho{MnG//°°;e Chron- Divif. XXXI. C*p. II, VM.IUS
-ocr page 237-
i8o               AMSTERDAMS              II. Deel.
lem gedaan hadden, den brief der Heeren 147S-
van Egmond en van Waflenaer' te gelyk den
volke doende voorleezen: al 't welke blykt,
uit de afkondiging zelve, die nog nooit ge-
drukt geweefl, en daarom van ons, onder
de Bylaagen (ƒ), geplaatft is. Ondertus-
fchen, hadt dit voorval merkelyk misnoe-
gen verwekt tuflchen Amilerdam en Gou-
da , welk gelegenheid gaf tot eene Keur
der eeritgemelde Stad, die in de maand
November gemaakt, en waarby bevolen
werdt „ dat niemant ter Goude vaaren zou,
„ dan op zyns zelfs geleide (g)," dat is,
op eigen ban en boete. Doch deeze onlus-
ten werden door den tyd bygelegd.
Maximiliaan en Maria raakten, kort hier- Onlu(tff
na, ingewikkeld in eenen oorlog met
derfchen, die weigerden hen in te huldigen, ^iefter
onaangezien het regt, welk Hertog Karel d^, efl
op hun Land verkreegen hadt. Amilerdam Enk11111'
hadt ook zyn deel in deezen oorlog. In 't zen-
begin des jaars 1479, deeden de Amller- W'
damfche en Harderwykfche viflchers eikan-
deren eenige fchade op de Zuiderzee. De
Regeering van Amilerdam , verilaande ,
dat haare ingezetenen ongelyk geleeden
hadden, gaven verlof tot fchaverhaaling.
En hierop namen de Amilerdammers een
Harderwyker Koopvaardyfchip weg, van
voor de reede van Enkhuizen, en voerden 't
naar Amilerdam. De Enkhuizers nogtans,
euvel neemende,dat de vryheid haarer ha-
ven gefchonden was, bragten hunne Baard-
fen te water, en roeiden de Amilerdam-
mers agter na. Zy agterhaaldenze, op de
hoogte van Edam, en vielenze, met hulp
der Edammeren, zo vinnig aan, dat veele
Amilerdammers omkwamen in den llryd,
en veele anderen gevangkelyknaar Enkhui-
zen gevoerd werden (h). 't Harderwyker
fchip werdt ook heroverd, 't Gefchil tus-
fchen de twee Steden werdt, federt, ver-
bleeven aan Heeren Jan van Egmond en Fi-
lips van WaiTenaer, en aan de Steden Haar-
lem en Delft, zonder dat my gebleeken is,
hoe 't beilegt werdt. Doch 't Geregt van
Amilerdam hadt, reeds op den vierentwin-
tigilen April, gekeurd, dat men de Enk-
huizers niet misdoen zou (1), en wat laa-
ter, dat zy, zo fpraken die van den Gereg-
te, die met onfe Schip van Oirloge zullen
vaaren, alleen op den vyand zouden mogen
rooven (£). Ook zag, veelligt, op het be-
dryf der onzen, voor Enkhuizen, zekere
laatere Keur tegen de rut er en, (welke naam,
ten
(f) f. e.
(g) Keurb. A. ƒ. I8j.
ib) Groote Cluon. Div'f. XXXI. Cap, Ij.
(») Keutb. A. ƒ. 10S vtrf.
ik) Kttub. A. ƒ. 107 vfr/f,
1,178. m de Oude ^er^e » Laade XVI. bewaard,
wordt, de Stad deswege fchadeloos te zul-
len houden; en weezen haar, om de ren-
ten, tegen den penning elf, en dus terfom-,
me van driehonderd ponden, te vinden,op
de Graaflyke inkomften van Wieringen. Ger-
rit
, Heer van JJJendelft, en Raad der Her-
togen in Holland , die de Domeinen van Wie-
ringen gepagt hadt, verbondt zig, by een
Handfchrift van den zeilienden July, dee-
ze driehonderd ponden aan de Stad te zul-
len voldoen (e).
Bewilligt 't Bleef niet by deeze geldhgting, ten he-
in eene hoeve der Hertogen; zy deeden, eerlang,
buitenge-eene buitengewoone Bede van de Steden,
woone die zeftigduizend Filips fchilden 's jaars,
Bede' voor den tyd van drie jaaren, toeflonden.
Vreemd Doch Dordrecht, Gouda, Schoonhoven en
gedrag Hoorn, de giinft der Hertogen, voor ande-
van vier ren^ zoekende, verhoogden daarna defom-
Steden. me tot °P tagtigduizend fchilden 's jaars,
en betaalden, terilond, hun aandeel,voor
drie jaaren, vooruit, zonder zelfs op de
voorwaarden te liaan, die de Steden in 't
gemeen, ten oorber van 't Land,bedongen
hadden. Zy gingen nog verder. Zy ver-
klaarden , op eene algemeene Dagvaart te
Bruflel, dat zy in ftaat waren, om den Stad-
houder , zo de Hertog hem van behoorlyken
lall voorzage, zulk eene hulp te verleenen,
dat de Steden in 't gemeen wel gedwongen
zouden worden, de bede te verhoogen. Am-
ilerdam hadt hiervan kennis gekreegen, uit
fchryvens der Heeren Jan van Egmond en
Filips van Wajfenaer. Én kort hierna, zag
men de uitwerkingen reeds van den yver der
vier Steden. Een Inwooner van Gouda ,
Martyn Kaefe genaamd , verfpreidde , te
Haarlem, onder de Regenten en onder 't
gemeen, dat Haarlem, Delft en Amilerdam
in de groote bede van Hertoge Karel, die
onlangs loop hadt, hadden bewilligd: 't
welk vlak uit flreedt met de waarheid, en
ondertuffchen zo veel onluft verwekte on-
der de burgerye, dat de Burgemeefters al-
daar veel moeite hadden, om zig van zulk
een' blaam te zuiveren. Zy verpandden 'er
zelfs lyf en goed onder, zo iemant zulk
eene befchuldiging waarmaaken kon; en zy
vorderden, dat die van Gouda hunnen Poor-
ter naar Haarlem zonden ,om zig te ver ant-
woorden : 't welk egter niet blykt gefchied
Af kon- te zyn' ^e Burgemeeflers van Amilerdam,
digingtein aanmerking neemende, dat dit gerügt,
Amfter- niet flegts te Haarlem, maar ook te Rotter-
dam , des- dam en elders, verfpreid was, vonden ge-
aangaan- raaden,by openbaare afkondiging, dierge-
lyke betuiging te doen, als die van Haar-
(*) Oude K«k, Laait XVII. „a,                 
-ocr page 238-
GESCHIEDENISSEN.
IV. Boek.
iBt
J4?9.
dam, Monikendam, Bevenvyk, Naarden, i<7o-
Weesp en Muiden, ter eener, 'en Harder-
wyk, Hattum en Elburg, ter anderer zy-
de, welk tof den vyfentwintigflen Novem-
ber duuren zou (q). 't Liep nog aan tot het
begin des jaars 1481, eer Maximiliaan en
Maria een Beiland troffen met de Gelder-
fchen, waarna zy, in de Steden van Gelder
en Zutfen , werden ingehuldigd (r).
De Stad Utrecht lag thans zeer overhoop Amfter-
met Biffchop David van Bourgondie, wiens dam
gezag, na de dood van Hertoge Karel, wiens ^ Je
natuurlyke Broeder hy was, merkelyk was Kiygs-
afgenomen; tot zo verre zelfs, dat de U- en mond
trechtfchen den BiiTchop genoodzaakt had- behoef-
den, de Stad te ruimen, en zyn gewoon feg,naar
verblyf te Wyk te Duurllede te neemen, Abk°".e
hebbende zy, ondertuflchen, Jan, Burg-de,
graaf van Montfoort,
die ook, by koop,
Heer van Purmerende geworden was, tot
hunnen Befchermer aangenomen (Y). De
Biflchop, verlegen om krygs- en mondbe-
hoeften , vervoegde zig aan de Wethouder-
fchap der Stad Amfterdam, die hem, den
drie-entwintigften Maart deezes jaars, ant-
woordde, dat zy, op zyn begeeren, aan
Henrik, Baßaard van Nyenrode, op het Huis
te Abkoude, behalven eenige mondbehoef-
ten, gezonden hadt hij bojjen, ij fiarpe-
tyne, elk mit
ij camers, ende dak toe centon
bojjecruyts
, een achtendeel clovercruyts, een
ton fleene dot en
, ende een deel loden cloten,
een flucke loods, ende een vorm cloten mede dó
ghyeten.
Doch in den brief lag een half gen
of klein briefje , waarin men den Biflchop
kennis gaf, dat de Slotvoogd Henrik wei-
nig moeds hadt, om 't Slot in te houden (t).
Ook leedt het niet lang, of de Stad Amfler-
dam maakte zig meefler van het Slot, en
leide 'er flerker bezetting in. De byfland,
dien Amflerdam den Biflchop bewees 5 was,
midlerwyl, de voornaamfte oorzaak van de
vyandfchap der Utrechtfclien tegen deeze
Stad, die jaaren lang geduurd heeft, en,
by verfcheide gelegenheden gedempt zyn-
de, geduuriglyk wederom verrees : al 't
welke,uit het vervolg deezer gefchiedenis-
fe, klaarlyk blyken zal.
De kryg met Frankryk, die, voor 't uit- Schade
gaan van 't Beftand, op nieuws, ontfleken aan de
ten deezen tyde, aan alle gehuurde knegten
gegeven werdt, 't zyze te voet dienden, ol
te paarde) die in Stads reize geweefl wa-
ren, en van welken, op de flraaten of bin-
nen fcheepsboord, oproerigheid ondervon-
den was, en gevreesd werdt (l). Weinige
weeken te vooren, hadt men, hier ter Ste-
de, vier fchepen in beflag genomen, die in
Gelderland t'huis hoorden (m).
Te Hoorn, hadden de Hoekfchen zig, in
't jaar 1477, in eenen oproer, meefler ge-
maakt van deRegecringe. De Schout, Maar-
ten Velaar,
die,ter deezer gelegenheid, ter
Stad uit geweeken en van zyn ampt verlaa-
Kr-
*2et-
k
6.
ten was,hadt, in
volgende is
zyn regt
tot het zelve verkogt aan den jongen Hee-
re Jan van Egmond, die, in February dee-
zes jaars 1479,twee vergeeffche aanflagen
fmeedde, om zig meefter te maaken van
de Stad (ra)- Die van Hoorn, waanende
dat de Amfterdammers deel gehad hadden
aan deeze aanflagen, klaagden 'er fcher-
pelyk over , in eenen brief, die terftond
herwaards gezonden werdt. Doch de Wet-
houderfchap van Amfterdam, ontkenderon-
delyk, in haar antwoord van den zevenen-
twintigften February, dat zy of haare Poor-
ters de hand eenigszins in de voorgenomen
verraffingen van Hoorn gehad hadden (0).
Wy können egter niet ontveinzen, datwy,
in een der Stads Regifiers (p), een bevel
van 't jaar 1481 gevonden hebben, waarby
de Poorters, die met Meynert Willemsz te
Hoorn voor rater gelegen hadden, op ver-
beurte van hunne regterhand, t'huis ont-
booden worden. Doch veelligt waren dee-
ze Amfterdamfche Poorters , eerfl na 't
fchryven van den voorgemelden brief, te
Hoorn gekomen.
Ondertuflchen, vielen de Hollanders en
Gelderfchen eikanderen zeer laftig op de
Zuiderzee; waar door de fcheepvaart_ van
Amflerdam, onder anderen , geweldiglyk
belemmerd werdt. De andere Waterlieden
leeden ook veel. 't Verveelde zelfs eenigen
Gelderfchen Steden , dat de twiffc over 't
Hertogdom haaren Koophandel zo veel na-
deels toebragt. Zy neigden, derhalve, 'tot
een Verdrag met eenige Hollandfche Koop-
lieden. Men tradt te Naarden in onder-
handeling. En hier werdt, op 't behaagen
der Heeren van wederzyde, den veertien-
den Oèxober, een Belland getroffen, tus-
fchen de Steden Haarlem, Amfterdam, Alk-
maar, Hoorn, Enkhuizen, Medenblik,E-
% aMe.
was , hadt den Hollanderen en Zeeuwen
vloot*
E~
groote fchade toegebragt. De Franfche Ad-
miraal Couhn hadt hunne gantfche Haring-
vloot bemagtigd, by Cherbourg. Doch de
flag by Guinegate, in Artois, herftelde de
zaaken der Nederlanden. Men floot weder-
om
(q) Zie J. Schrassert Harderw. TI. Deel f tl. 45,
(r) Vaded. Hift. IV. Deel, hl. 184-
(1) Vader]. Hift. IV. Deel, il. aoi.
(t) Groot-Memor. N. I. ƒ• «S «trßt
Aa
y) Kcurb. A. f. 10S Vtrß-
O) G
W Groot-Memor. A'. I. ĥ "+ w/).
y{ I*Mus Hoorn, hl. jj.66.
yl ^"'"Memot. .V. I. f. III verft.
{p)
Kevub. A. f li6
L STUK.
-ocr page 239-
AMSTERDAMS
II. Deel.
iBa
in den Haage werdt ook geheellyk veran- 14°
derd: waarop niet nalaaten kon te volgen,
dat de Kabbeljaauwfchen zig, eerlang, we-
derom op 't kuiTen hielpen , in de Steden,
daar de Hoekfchen zig,kort tevooren,van
de Regeering hadden meefter gemaakt.
De Hoekfchen vonden, ten deezentyde, ot'lS
hunnen voornaamften fteun aan de Stad U- ^J|et*
trecht, en aan den Burggraave van Mont- darn tfi'
foort, die de verdreevenen of geweekenen, geo ^
eerlang, ontving , met op ene armen (x). ond^.
Te Amfterdam, daar de Regeering nu goed nee jes
Kabbeljaauwfch was, hadt men, reeds in |eu,g-
„de Lente' deezes jaars, bekommering ge- gras
toond voor eenige vyandelykeonderneeming van
des Burggraafs. Op den drie entwintigften M°"t(
April, werdt de Gemeente, by openbaare
afkondiging , gewaarfchuwd , dat zy zig
hoeden moeft, voor vyandlykheden van
wege Jan van Montfoort, Heer tot Pur-
merende, en deszelfs Kaftelein, Jan van
Alf en (y).
Men hadt, hier ter Stede, reeds
te vooren, verftaan, dat de Steden Moni-
kendam en Edam deezen Kaftelein met
krygsbehoeften onderfteunden Qz). Hy
werdt, omtrent deezen tyd, van wege Her-
toge Maximiliaan, belegerd op 't Slot te
Purmerende. En in May, kreeg men, te Am-
fterdam , tyding, dat de Heer van Montfoort,
te Utrecht, gereedfchap maakte tot ontzet
van het Slot. Men was, derhalve, bedugt,
voor eenen inval in Amftelland, en zelfs
voor eene onderneeming op de Stad. Men
befloot, mitte clock te laten condigen, dat een
ygelick fyn harnafch reede hebben
moeft, ende
dat een ygelick
, die dair toe geboden wart, dair
een burgermeyfier off i] andere van der gerech-
te van der flede wege voirvaeren
, onder die
baniere off wimpel van der Stede
, op lyf ende
guedt
, moeft volgen, indien die van Mont-
foort en de Stigtïchen hier in 't Land mog-
ten komen (a~). 't Slot te Purmerende
werdt egter niet ontzet. Maximiliaan werdt
'er meefter van, en verklaarde de gantfche
Heerlykheid, en al de goederen, die de Heer
van Montfoort in Holland hadt, eerlang, ver-
beurd , ten behoeve van de Graaflykheid (b). 0\>
De befcherming, die Utrecht, ten dee-pA"
zen tyde, verleende aan de Hoekfchen, gaf tetS.;i<'
Hertoge Maximiliaan aanleiding om de U ^tf$&
trechtfchen, alomme in Holland, te doen"^
vafthouden (c)- De Regeering van Am- tm^
fterdam, met reden, bedugt, dat haare in-te
gezetenen ook in Utrecht bekommerd mog-r6
ten worden, waarfchuwde elk, by eene af-
kon-
(x) Vader!. Hift. IV. Deel, bl. »jt, i»j.
(y) Keurb A. ƒ. in.
(z) Groot-Memor. A'. I. ƒ■ 13.?.
(a) Groot-Mctuor. N. I. ƒ. 157.
(ij Groote Chrurfl. Divif. XXxi. Cap. 31.
(c) Vaderl. Hift. IV. Deel, il. zo».
1479. om een beffend voor zeven maanden, welk
federt verlengd werdt (u). Of Amfterdam
öok geleeden nebbe, by de fchade,aan de
Haringvloot toegebragt, vind ik nergens
duidelyk aangetekend. 'tBlykt ook niet zeer
klaar, uit oude ftukken, of men, al voor
deezen tyd , van Amfterdam, ten Haring
plagt te vaaren (t>).
feedevan De oorlog met Gelder, die nog duurde,
Hertog'e gaf Hertoge Maximiliaan gelegenheid, tot
Maximi- het doen eener Bede van tagtigduizend Fi-
voorre- lips - Klinkaarts in 't jaar, voor den tyd van
ten daar- agt jaaren: en, behalven eenige Edelen,
tegen waren de Steden Haarlem, Leiden, Delft,
|?ege" Amfterdam en Rotterdam de eerften, die
n' in deeze bede bewilligden', bedingende zy,
daarentegen „ beveiliging der voorige Pri-
„ vilegien, byzonderlyk van het voorregt
4, om niet dan voor zynen gewoonlyken
>, Regter te regt te ftaan; vrye vaart door
„ de Goudfche fluis; verzekering, dat aan
j, niemant brieven van Schäverhaling tegen
„ Holland ofZeeland verleend zouden wor-
„ den, en dat niemant, uit oorzaake der
„ Graaflyke beden, die altoos in gang heb-
„ bende munt betaald zouden worden, in
„ beflooten gevangenis, maar alleen in eene
„ goede herberge gegyzeld zou worden:
„ ook dat groote ongevallen van brand,
„ dykbreuk en inlandfche oorlog van het op-
„ brengen van ingewilligde Beden ontdaan
„ zou: en dat men geene Vierfchaar zou
j, fpannen voor negen uuren, noch daarvan
„ icheiden voor dat het regt geëindigd
1480. „ was:"van al het welke brieven verleend
werden, die den zesentwintigften May des
jaars 1480, in den Haage, getekend waren.
'Doch by de gemelde punten was nog een
punt gevoegd , om Haarlem , Leiden en
Amfterdam in 't byzonder in te neemen,te
weeten, de vryheid, om eene nieuwe vaart
door Holland te maaken, waar zy 't goedvon-
den; aan welke vaart alle de voorregten ge-
geven zouden worden , die de Goudfche
Vaart hadt O).
De Kab- De Edelen en Steden, die in deeze Bede
bel- bewilligd, en deeze voorregten verworven
jaauw- hadden , waren thans meeft der Kabbel-
laaken jaauwrcl1? zyde toegedaan, welke Maximi-
alomme liaan» misnoegd op de Hoekfchen,die zig,
op'tkus-zyns ondanks, in verfcheide Steden, ter
fen.' Regeeringe hadden ingedrongen, nu, meer
dan voorheen, zogt te begunftigen. 't Bleek,
terftond na zyne aankomt t in Holland, aan
't afzetten van den Stadhouder Wolferd van
Borfelen, Heer van Veere,in wiens plaats,
Jwfl van Lalaing gefield werdt. De Raad
(a) Vaderl. Hift. IV. Deel, tl. I«9 tnz,
(■j) Zie
Handy. 61. 893.
(w; Handv. il. 8j. [+0.]
-ocr page 240-
GESCHIEDENISSEN.
IV. Boek.
183
volgenden dag, ten een uur, op zvn' hoef- 1481.
flag [rendevous'] komen moert, alzo Scoutt
Burgermeefiers ende Scepenen wilden gaen om-
me fcouwen
(f), of, gelyk men nu fpreekt,
om te monfteren. Op de tyding, die men , en op
wat laater, kreeg, dat 'er vier gewapende het uit_
fchepen, in de Zuiderzee, voor Marken, t^'™ '
lagen, werdt, den agtentwintigften April, den
gebooden,dat elk,die van't Geregt belaft vyand.
werdt, met een Burgemeefter of twee Sche-
pens aan 't hoofd, uit te vaaren, op ver-
beurte van lyf en goed, uitvaaren moeft (kj.
Doch inzonderheid toonde de Wethou- Amfter-
derfchap van Amfterdam voor de veiligheid d;im,
der Stede bezorgd te zyn, door het bcmuu- ^„'drie
ren en verfterken der zelve, 't welk, om- zyden,
trent deezen tyd, ondernomen werdt. Wy voor 't
hebben, hier voor (/), verhaald , dat de eerft>met
Poort, de Toorens en de Bolwerken, naar^"^
den kant van Utrecht, in 't jaar 1452, door è'n too-
den brand vernield geworden waren: enrens om-
ook, dat Hertog Filips, in aanmerking nee-ri"Sd-
mende, dat de Utrechtfchen den Amfter-
dammeren niet gunftig plagten te zyn, be-
laft hadt,dat de Stad, ten minften aan twee
zyden, met muuren beflooten werdt. Doch
deeze bemuuring was, tot hiertoe, agter-
gebleeven, ter oorzaake, voornaamJyk, van
de koften, tot het opbouwen der Stad ver-
eifcht, en van de zwaare beden, welken
men, ten tyde der Hertogen Filips en Ka-
rel , hadt moeten opbrengen. Maar nu de
nood zo fterk begon te dringen, werdt de
bemuuring der Stad, met ernft,by der hand
genomen, 't Gemeen gevoelen is, dat dee-
ze bemuuring, eerft in't jaar i482,gefchied
zy. Ook leeft men, op dat jaar, aan den
rand van de gemeene Lyften der Wethou-
deren, die, voor de Handveflen en elders,
gedrukt zyn, 1482. Is de f e Stad eerjl met
een fieene muer en torens bemetfelt geworden.
Doch wy hebben, hier voor (m), bewee-
zen, dat de bemuuring, al veel vroeger,
en ten minften inden zomer des jaars 1481,
aangevangen is; hoewel zy, naar alle waar-
fchynlykheid, niet voor het jaar 1482, vol-
trokken zal zyn. Wy herhaalen hier niet,
't gene wy, te vooren, van de uitgeftrekt-
heid deezer bemuuringe te boek gefteld
hebben. Wy merken alleenlyk aan, dat,
door dezelve, voldaan werdt, aan 't gene
Hertog Filips, in 't jaar 1452, bevolen hadt.
De Stad werdt, aan twee zyden, met muu-
ren omringd: de Y-kant alleen bleef onbe-
muurd. De Reguliers - Poort, nu de Munt
en Reguliers-Tooren, floot de Stad af, naar
den
(i) Keurb. A. f. 117 verf',
ik)
Keurb. A. f. 119-
(l)
II. Deel, III- Beek, *'• IJ2*
(m) I. Dtli, I. Bock, H- I*.
Aa 2
kondiging van den agtentwintigften Novem-
ber, van niet naar Utrecht te vaaren (ß).
Doch alzo men ligtelyk voorzien kon, dat
de onluften met de Utrechtfchen, eerlang,
tot heviger daadelykheden zouden uitbar-
ften, in welk geval, de Stad Amfterdam,
even als in voorige tyden, den eerften aan-
floot zou te lyden hebben, was men, by
t'yds?verdagt, op verfcheidemiddelen,om
zig te verzekeren tegen verraad en over-
rompeling , en om de Stad in behoorlyken
ftaat van tegenweer te Hellen. De Stads
Regifiers leveren hiervan overvloedige be-
wyzen uit, die wy der moeite waardig geagt
hebben, hier, ftukswyze, aan te tekenen.
Men droeg, in de eerfte plaatfe, zorg,
om de Stad zuiver te houden van geboefte,
en te verzekeren togen kwalykgezinden. Op
den negenentwintigften December, werdt
bevolen, dat allegafihuusboeven, truwanten,
netteboeven
, rabauten en diergelyk foort van
volk buiten der Stede Vryheid moeflen bly-
ven (e). En teen, op het einde des vol-
genden jaars , zekere gevangen gafihuys-
boeuen,
by Schepenen vonniffe , gebannen
geworden waren, werdt hun gelaft, wter
flede ende der Stede Vryheyt
te blyven, totter
tydt toe dat men hem anders laet weeten, op
beyde hoer e ogen te verbueren
(/).Eenige in-
gezetenen, met naame Franc die Waele,
Oude Jacob Florys zoen, Claes Gaef, Jan
Brafeman, Symon Willemszoen
, Jonge Ja-
cob Fkryszoen
, Willem Grebher, Dirck Jan,
Ghysbert Bartszocn
, Matthys Coen , Claes
Cleyn
, Jacob Roelofsz., Jacob Meyfler, Co-
man Claes Janszoen
, Arent Jan beerenz.
Meefler Symon Dirczoen ende Jan zyn zoen,
verfcheide van welken, of welker maagen,
in 't Geregt geweeft waren , zig verdagt
hebbende gemaakt by de Wethouderfchap,
kreegen, op den negentienden January des
jaars 1481, bevel, om hun geweer, voor
zes uuren, op ter Stede huus te brengen (g).
Omtrent den zelfden tyd, werdt'er, door
Scout, Burgemeester en, Scepenen ende Rade,
ook orde gefield op het bewaaken der Stad
door de Poorters. De Stad werdt in zekere
wyken verdeeld, en de Poorters en ingeze-
tenen van elke wyk, die bekwaam waren om
de wapenen te voeren, gebragt onder vier
Kapiteinen (/;): van al 't welke wy, hierna,
in de verhandeling van het opregten der
Burgervendelen, breederverflag zullen doen.
De zorg voor vyandelykheden was oorzaak
der Keure van den vier en twintigflen Ja-
nuary , inhoudende, dat elk, tegen den
Keurb. A ƒ 113 verji.
*48o.
H8i.
0
rde
h,
Op
(g) Keurb
*.ƒ.
(i) Keurb. A; £ ll6- Groot.Memor. jy. ry> iz+vir/o.
-ocr page 241-
II. Deel.
AMSTERDAMS
i84
door Stadhouder en Raaden, aangefchree- 1481"
ven, dat zy haare Poorters, die thans om- de Ee&
trent de Eem lagen, moeit voegen by het 'fluiten-
Leger, welk toen het Utrechtfche Blokhuis
op de Vaart zogt te bemagtigen. De Re-
geering antwoordde, op den elfden Octo-
ber „ dat zy haare Poorters gaarne naar 't
„ Leger zenden wilde, zo de Eem maar
„ wel bewaard bleeve, en zo de Stigtfchen
„ uit Gooiland konden geweerd worden (f)."
Veelligt, zyn de Amlterdamfche Poorters ,
federt, van de Eem af, en naar't Leger ge-
trokken; en zal dit dan den Stigtfchen ge-
legenheid gegeven hebben, om iet in Gooi-
land te onderneemen. Doch, wat hier van De tf- j
zy; des nagtsna den negenden December *r^cht"
kwamen de Utrechtfchen en Amersfoor- 0cveer"aij
ters, ten getale van zeshonderd man, voor] en N^1'
Naarden, verralten de Stad, en bedreeven den.
'er veel moedwils. Doch zy bleeven 'er maar
twee dagen. De aantogt der Amlterdamme- Worde*
ren, die in merkelyken getale uitgetrokken door<#
waren, en by welken zig die van Muiden en 4mftej|
Weesp, eerlang, voegden, noodzaakte de^1"^
Stigtfchen, Naarden te ruimen. De buit,gejaag*'
dien zy medevoerden , werdt hun egter,
voor een gedeelte, ontjaagd, door deAra-
fterdammers en de anderen, die niet ver-
zuimd hadden, den wykenden vyand agter
na te zetten (V). En veelligt heeft men,
hier ter Stede, ter gelegenheid van dit, of
van eenig laater voordeel, op de Utrecht-
fchen behaald, de woorden Sw ycht U-
trecht, waar voor ik agt, dat men,niet
den kant van Utrecht. Ook werden de ves-
ten aan deeze zyde, met verfcheide toorens
gelterkt, enrykelyk beplant met gefchut (n).
De binnen!andfche tweefpalt vermeerder-
de, midlerwyl, hand over hand. De Hoek-
fchen, met Rcyer van Broekhuizen, eenen
Gelderfchman, aan 't hoofd, hadden zig,
met Utrechtfche hulpe, in January, mees-
ter gemaakt van Leiden, uit welke Stad zy,
in 't jaar 14.79, verdreeven geweeft waren (o)-
De Regeering van Amlterdam , hierop
ziende, fchreef, in April daarna, hoe, ley.
der! hier in den lande
, groot opfial was , en-
de genoech open oorlooch, tuffchen ons mit die
Steden van Haerlem ende Delff op die eyn fy-
de
, ende die Steden van Leyden, van der Gou-
de ende andere ouer danden zyde (p
). Doch
Leiden en Gouda onderwierpen zig, kort
na dit fchryven, aan Maximiliaan; die, be-
dugt dat de Utrechtfchen, aangemoedigd
door 't gene zy op Leiden vermögt hadden,
veelligt, iet op Amilerdam onderneemen
zouden, de Regeering waarfchuwde , op
haare hoede te zyn. En op 't ontvangen van
zulk fchryven, werdt, den vyfden M ay, af-
gekondigd „ dat, wanneer de wapenklok
„ floeg, de oude Schutters, op de Plaats,
„ by Schout en Geregte, komen moeiten,
„ tot befcherming van 't Stadhuis; dat de
„ jonge Schutters de Nieuwendyker Poort,
„ ftaande voor de plaats daar nu de oude
„ Haarlemmer fluis legt, van binnen en van
„ buiten, moeiten komen bezetten; en dat
„ de Kerkzyde-Poort, ook de S. Olofs Poort
„ genaamd, en ten einde van de Warmoes-
ftraat ftaande, door de Handboogfchut-
1481.
Twee-
fpalt
tuflcheti
Amrter-
dam en
«enige
andere
Steden.
Voor-
zorg in
de Stad,
in geval
van on-
raad.
zwygt, maar zwigt Utrecht leezen moet,
geplaatlt in een der toorens, die, in dit of
in het volgende jaar, langs den Stads muur,
naar den kant van Utrecht, gemetfeldwer-
den. De tooren, waaraan deeze woorden
nog langte leezen geweeit zyn, maakt te-
genwoordig een gedeelte uit van de Klove-
niers Doele.
't Geregt van Amlterdam, berigt ontvan-Ke"f'.
gen hebbende uit Naarden, inhoudende, w,läLg'
dat die ruit er en , die deeze Stad oueruallen *ci \>f
hadden
, in 't openbaar fpxaken van Amlter- tenl*«
dam ook te willen overrompelen, keurde, den
den dertienden December „ dat alle ballin- ^Li*
„ gen uit Leiden en Dordrecht, die zig in °^Qifc
„ de Stad bevinden mogten, dezelve, by
„ zonnefchyn, zouden hebben te mimen:
„ ook zulke Utrechtfchen en Amersfoor-
„ ters, die hier, naPaafchen, omtrent wel-
„ ken tyd, zig de gerügten van het kwaad
„ voorneemen der Stigtfchen meelt hadden
» be-
ft) Groot-Merhor. JV. I. ƒ. i«f •
{t?) Cliron. ven 14.81 - 14S3. in MATTHar Anal. Tm»-
I. p. 42* > *2«. AmelGAKDI Gefta Ludov. XI. Libr. Vf-
Cap. 2j, ap. MARTENK Si DURAND Veter. Mohhjïi. T«*'
IV. td, jaz.
5>
ters, bezet moeit worden. Wyders, moes-
ten de zesendertigen, die geene Schutters
„ waren, en alle andere Poorters zig ver-
„ voegen op hunnen hoefflag (3)." Wat laa-
ter, kreeg men, te Amlterdam, kennis, dat
de ballingen van Leiden en de Poorters van
Utrecht voorneemens waren, brand te Itig-
ten in de Stad. 't Geregt ltelde terltond or-
de, om zulk een ongeval te voorkomen, on-
der anderen , beveelende, dat elk, 't zy
poirter of goß, die iet van den toeleg ver-
nam , daarvan behoorlyk kennis geeven
moeit (f). Kortom, 't blykt, uit verfcheide
Keuren, dat men, te Amlterdam, genoeg-
zaam het gantfehejaar door, op zyne hoe-
de was tegen de Utrechtfchen (V).
Met den aanvang van December , kwam
het gevaar Amlterdam eerit nader. Om-
trent twee maanden te voeren, was der Stad,
De Am-
fterdam-
mers
helpen
(») Keutb. A. ƒ. 129 vlrfi, 130 vtr/b.
(oj Vaderl. Hift. IV- Deel, il. i*>4.
(p) Groot-MeiBor. N. I. ƒ, ijs.
(f) Keutb. A. ƒ. il» vtrfo.
(r) Keurb. A. ƒ. 12} verf«.
(s) Keurb. A. ƒ. 12« vtrfi, 12J vtrfi.
-ocr page 242-
I. StiiLJiLaJz. 184-.
*^
^fcfclBÄ
S-^POOÄ'I'vaiiljiniienenvanbuiten.iiudeH.EGUI.IEE.S-TOOREN en Herbere-de MUNT
-ocr page 243-
GESCHIEDENISSEN.
IV. Boek.
185
de , liet haare Heerlykheden aan haaren 1482.
vierjaarigen Zoon, Filips (d), Maximi• Vrouwe
liaan, zyn Vader, in Holland gekomen,Maria>
werdt, door de Steden, en ook door Amfter- Amfter-
dam,terftond,alsroogiofÄawaflrJvanzyne Jam |*J'
twee kinderen, Filips en Margareta, erkend. J-jJuJjJ
De eed, dien hy, en de Edelen en Steden
„ begonnen te verfpreiden, gekomen wa-
„ ren. Voorts, mögt niemant nieuwe flaa-<
,, pers inneemen, zonderze Schout of Bur-
„ genieeftercn aan te geeven: 't welk zy,
i, cl ie Utrechtfchen of Amersfoorters in huis,
„ of huizen aan dezelven verhuurd hadden,
„ ook verpligt werden te doen (V)." Nog
werdt, tien dagen laater, byopenbaare af-
kondiging, aan de Capiteyne van der Wake
gelaft, hunne boffen met die camers, cloten,
cruyt
, proppen enz. op die vcflen te brengen;
met belofte, aan de Schippers, die boffen
ofteferpentyncn
wilden leenen, dat de Stad de
fchade, die'er aan komen mögt, vergoe-
den zou (x) : 't welk klaar lyk doet zien, dat
'tc men voor onraad van buiten bedugt was.
,ere'gt En om, zo veel mogelyk ware, de over
aan
s voor
by deeze gelegenheid, afleiden , is, zo ver Voogd,
my bekend is," nergens gedrukt; waarom
wy dien, uit het eerfle Stads Privilegieboek
f. $6. ontleend, en in de Bylaagen {e) ge-
plaatft hebben. Behalve door deezen eed,
weet ik niet, dat de Hertog, ten deezen ty-
de, eenige Privilegien beveiligd heeft.
In Auguflus en September, ondernamen De Stad
de Amfterdammers eenen togt te water te- brengt
gen de Utrechtfchen, die, in dien tyd, het menige
beleg geflaagenhadden voor het SlotteYs-J^g"
felilein, welk zy egter, eerlang, verlaaten tegen de
moeiten. De Regeering hadt, den zesen- üuecht-
twintigften Juny, wederom orde geileld op fchen-
't bewaaken der Stad, door allen, die bo-
ven de twintig, en onder de zellig jaaren
oud waren. Men hadt toen vernomen, dat
die van Utrecht een'Jprong op Amfterdam-
waagen wilden (ƒ): waarvan egter niet blykt
iet gekomen te zyn. Doch nu beval zy,
den tweeden Auguflus „ dat alle zeefche-
„ pen, van voor de païyngen, ter haluer ye zou-
„ den gaan leggen (g)," vermoedelyk, om
plaats te maaken voor de Vaartuigen, die,
van Stads wege, Honden byeen gebragt te
worden. Op den tweeden September, werdt
belafl „ dat de Rynfchippers, zo vreem-
„ den als Poorters, zouden hebben te vaa-
„ ren naar Muiden, om daar het Krygs-
„ volk van Heere Salezar, een Biskaaifchen
„ Overfle in dienfl van Maximiliaan, in te
„ neemen , en naar Spaarnedam te voe-
„ ren (b)." En drie dagen laater, kwam
'er eene Keur uit, beveelende aan alle Schut-
ters, die geboden waren ïüi te vaerentenheer-
valrty
tegen 's anderendaags, mit hoeren har-
nafch ende weer
[geweer], op die plaetze te
komen, als die flede clock gelnyt is, om fcheep
te gaan, en die bannyer te volgen, op ver-
beurte van lyf en goedt (1). Men weet niet, Twee
hoe veel fchepen de Stad, ten deezen tyde, Utrecht-
te water bragt; doch 't blykt, dat dezel-5he„ .
ven, de Zuiderzee zynde ingezeild, tot op ^fb™"
de hoogte van de Eem, twee Utrechtfche magtigd.
Vaartuigen, die van Overyllel kwamen, en
denflroom op wilden, bemagtigd hebben.
Het eene was met kooren gelaaden: het an-
der met falpeter, buskruid , fleenen bus-
kloo-
(d)  Vadccl. Hift. IV. Deil, «. 207.
(e)  Lr. C.
(ƒ; Keurb. A. ƒ. 134.
\g) Keurb. A. ƒ. 13 5 verfi.
(b)
Keurb. A. ƒ. 137- ,
(<) Keuib. A, f. lil vtrf»,
Aa 3
S
blyffels der partyfehap uit te rooijen, werdt,
en op denzesentwintigften, eene merkwaardi-
'f^fch ge Keur gemaakt, welke wy, in haare ei-
,Hl. gen bewoordingen, hierby voegen : item,
fVf h °ff ^an yemant ware' Me enighe perfonen, on-
iNe. Je poir teren wefende, quade woerden gaue,die
"• partye angaen, feggende ghy fyt een hoeck
off een Cabbelljau, dat Jahnen myt de clock
alfoe corrigeren, dattet enen ygelyck exempel
vefen fal\y).
De Utrechtfchen , die, eenigen tyd te
vooren, de Hollanders by de Vaart geflaa-
gen hadden, werden , op deezen zelfden
zesentwintigilen December, door hen, on-
der 't beleid van den Stadhouder Joolt van
Lalaing, overwonnen in Weftbroek(z).De
gevangenen, die omtrent honderd in getale
waren, werden naar Amfterdam gevoerd.
Ook ftondt de Stadhouder den Amfterdam-
meren de veroverde bannier der Utrecht-
fchen af, die, ter gedagteniiTe deezer ze-
\ ge, in de Oude Kerke,werdt opgehangen O).
^S ' De kryg werdt, in 't volgende jaar 1482,
NefVfterk voortgezet, fchoon men, onder't roe-
Bender wapenen, op meer dan ééne plaats,
C" en onder anderen in 't Reguliers - Kloofter
0(ler. buiten Amfterdam (b), van vrede handelde.
Doch deeze handelingen liepen vrugteloos
af. De Regeering van Amfterdam voer,
u derhalve, voort, met zorg te draagen voor
a. de veiligheid haarer Stad, en beval, op den
elfden February „ dat de Schutters , by
„ beurten, met hunne boogen en clovers,
„ op de Poorten en boomen, moeiten ko-
Ï)Qq, j, men waaken (c)."
htt
Vrouw Maria, niet lang hierna, op den
zevenentwintigflen Maart, overleeden zyn-
(w) Keutb. A. ƒ. m vtrfi.
(*) Keurb. A. f. 129 ver/o.
(y) Keuib. A. f. '3° verfi.
,z) Chron. van 148I — 1+«5- hL 43° ">*■
Vr< V°KT'^i Amft. Lih. 1. Cap. VIII. f. 24.
W V ibUi P- 'S-
-ocr page 244-
AMSTERDAMS
II. Deel.
136
Regeering van Amfterdam, te weeten 1483'
Schout, Burgemeefters, Schepenen en Raad, jankdag
beval, den elfden Oélober, by openbaare desw^S5
afkondiging „ voortaan niemant derStigt- te A111^
„ fchen te misdoen." Ook werdt, metdenfter
Provifoor en Deken van Amftelland, die
hier ter Stede over Kerkelyke zaaken op-
zigthadt, beraamd ,, des anderendaags,
,, na 't eindigen der hooge mille, eenen
„ plegtigen ommegang te houden." Flik
werdt bevolen, dat eerivairdighe beylige Sa-
crament
na te volgen, om der flede, ende
deuotelyck met alle aendacht
te helpen bidden,
voir alle gelouige zielen
, die in defe voirf vee-
de [veete,
tweedragt] van den lychaem ver-
fcheyden zyn: ende dat God onfe Her e voirn.
ons verlojjen wille van de peßilencye
, die God
betert hier ende ouer all regneert
(r).
Terwyl de oorlog nog duurde, hadt deBifll-wP
Stad Amfterdam zig meefter gemaakt van David^,
de Sloten te Abkoude (s~) en te Vreeland, van^s
uit vrees dat de Utrechtfchen zig daarvan |°"<jt
verzekeren mogten ; 't welk de vaart en vergs^5
handel haarer ingezetenen en den toevoer aan W
langs de Vegt , geweldiglyk, belemmerdde R^g
zou hebben. Maximiliaan hadt, by Brie- ^nV1'
ven van den veertienden September dee- fterd3"1'
zes jaars 1483 , beide deeze Sloten aan op b?
Holland gehegt, en aan Amfterdam te be-
waaren gegeven (O- En de Stad hieldtze ^en j'
nog tegenwoordig bezet. Biflchop Da- A.bk°u
klooten, pylen en ander krygsgereedfchap,
ter waarde van omtrent tweeduizend Ryns-
guldens (£).
Op den drie - entwintigften December ,
werde, te Atrecht, de Vrede getekend met
Frankryk, die, op laft van den Raad van
Holland, ook hier ter Stede, afgekondigd
werdt (/). Doch de kryg met de Stigtfchen
duurde nog, tot in 't volgende jaar. De
Stad Amfterdam hadt 'er, by aanhoudend-
heid, veel laft van. Men moeit hier met
flegts zorgen voor de veiligheid der Stad,
ten welken einde , het Geregt, den drie-en-
twintigften May, beval, met dubbele wa-
ke
te waaken, en geene dekens of kuflens
mede ter wagt te brengen (tn); maar de Poor-
ters en ingezetenen, boven de twintig en
beneden de zeftig jaaren, werden, by lo-
unge , verpligt, ter Heirvaart te trekken,
en den bannierdraager en Burgemeefters,
die hun voorgingen, te volgen: waarom ook
elk bel aft werdt, niet zonder verlof van Bur-
gemeefteren of van het Geregt, van huis te
gaan (w). Doch zulk eene verbindtenis moeft
den ingezetenen eener Koopftad, door den
tyd, zeer laftig vallen: 't welk dan de re-
den was , waarom veel e Amfter dammers
verkooren, niet in perfoon ter heirvaart te
trekken, maar anderen in hunne plaats te
zenden; in welk geval, zy zig op 't Stad-
. huis moeften aangeeven (0). Doch de Re-
- geering hadt nog een ander middel gevon-
den, om haare Poorters van Krygsdienfl:
te verfchoonen. Zy hadt, nevens de ande-
re Steden van Holland, beflooten, eenige
Ruiters of gehuurdeknegten aanteneemen,
die, in de plaats der Poorteren, te velde
trokken. De koften, die hierop liepen, wer-
den gevonden uit een Ruitergeld, zyndeeen-
honderdften en tweehond er dften penning,
die, hier ter Stede, door zes Perfoonen aan
de oude, en zes Perfoonen aan de nieuwe
zyde,werden ingevorderd (p). Dochdeeze
laft, die Amfterdam egter minder dan fom-
mige andere Steden drukte, begon ook te
verveelen door den tyd.
Maximiliaan,nu van den Franfchen kryg
ontflaagen, befloot ook een einde te maa-
ken van den Stigtfchen, en floeg het beleg
voor Utrecht, in den Zomer deezes jaars.
De Stadhouder Lalaing fneuvelde in dit
beleg, welk, na twee maanden verloops,
met het overgaan der Stad en met een Ver-
drag, eindigde (q). _
Het was zo dra niet bekragtigd, of de
(k) Chron. van 1481—1483. W. 4!j.
(I) Groot-Memor. N. I. ƒ. 181 verf,.
(m) Keurb. A. ƒ. 141 <verfo.
(m) Keurb. A. f. 139, 142, 141 verfo,
(0) Keurb. A. ƒ. 1+2.
(p) Keurb. A. ƒ. 142, 143.
(q) Vaderl. Hift. IV. Deel, II. zzS me.
1482.
De A-
trecht-
fche Vre-
de wordt
hier af-
gekon-
digd.
1483.
Laft dei-
Stad van
den U-
trecht-
fchen
kryg.
Zybezol
digteeni
gekneg-
ten.
te
vid van Bourgondie, na 't overgaan vanen te
Utrecht, in zynen zetel herfteld zynde, Vred_
begeerde, dat Amfterdam hem deeze Slo-lan '
ten wederom inruimde,enfchreef 'ereenen
ernftigen Brief over aan de Stad; die, in
haar antwoord, welk, naar de rondigheid
dier tyden,in hartige taaie,was opgefteld,
zig hiertoe ongezind verklaarde. „ Zy
„ hadt, fchreef zy, zwaare koften moeten
„ doen , tot byftand van den Biflchop, die
„ haar nog niet vergoed waren. Om zig,
„ voor deeze vergoeding, te verzekeren,
^, hadt zy voor, de Sloten, welker bewaa-
„ ring haar, door den Hertoge Maximi-
„ liaan, was aanvertrouwd, in te houden.
„ Nogtans , wilde zy , wegens het bezit
„ derzelven, tot 's Biflchops meerder eere,
„ wel met hem overeen komen." Het ant-
woord der Stad was, den negenden De-
cember, gedagtekend (u). Ik weet niet,
of de onderhandeling met den Biflchop
voortgang hadt; doch zy werdt, ten dee-
zen tyde,zekerlyk,niet voltrokken, en de
Sloten bleev en, nog eenige jaaren na deezen,
in de bewaaring der Stad.
De
(r) Keurb. A. ƒ. 143 verft,
(s) Zie
hier voor, il. ïgo.
(1) Uit de Stukken in 't Vertrek der Thelïurie, Out*
Laaie K.
L«. W. W. W.
(») Groot-Memoi. N. I. f. i%j verft.
Verdrag
met
Utrecht.
Plegtige
-ocr page 245-
GESCHIEDENISSEN.
IV. Boek.
187
gegeven, om het Geregt, de zesenderti- ^
gen, en die beek ryckdom van der Stede van 4?4;
Amfterdam byeen te roepen, en, met der-v™- C
zelver bewilliging, den Bier-excyns te ver- hoogd.
hoogen: waar van der Gemeente, dender-
tigften January, op den naam van Schout,
Schepenen en Raade, kennis gegeven was
(y). De inkomften der Stad namen, hier- Eenige
door i en door de andere gewoone midde- renten
len, zo zeer toe, dat men, eerlang ^ in itaat a gelpft-
geraakte, om de renten, welken de Stad,
in de jaaren 1481, 1482, 1483 en 1484,
ten haaren lafte gekreegen hadt, wederom
af te lollen: 't welk, in 't begin'des volgenden 1485.
jaars, openlyk bekend gemaakt werdt (z).
In Vlaanderen , daar men Maximiliaan Omme-
niet voor Voogd hadt willen aanneemen,§a"gi"
waren, reeds in 't jaar 1483, beweegingen jj^srtajJ>
ontftaan , die eerlang uitliepen tot eenen en vrede
volflaagen binnenlandfchen oorlog; waarin te ver-
Karel de VUL, Koning van Frankryk, zig werven^
ook mengde: 't welk gelegenheid gaf tot
het verbreeken der Atrechtfche Vrede (a).
Men hadt, te Amfterdam, een zwaar hoofd
over de eerfte beginfels der tweedragt, en
derhalve, in den aanvang des jaars 1485,
eenen plegtigen ommegang bevolen, om ruft
en vrede en goed weder te verwerven (£).
Doch de onluften buiten 's Lands namen,
hand over hand, toe. Die van Sluis, reeds
te vooren verfcheide invallen in Zeeland
gedaan hebbende , namen Vliffingen in,
by verraffing, in May deezes jaars (c).
Maximiliaan, inFebruary des jaars i486, Maxinii«
te Frankfort, tot Roomfch-Koning verhee- liaan
ven zynde j kwam, kort daarna, in Hol-wordt te
land, en werdt, in de voornaamfte Steden, Amfter-
ftaatelyk ingehaald: ook te Amfterdam, al- gehaald.
waar, den twintigften Maart, afgekondigd 14.86,
was „ dat alle de Gilden," die , ten dee-
zen tyde, reeds twee-entwintig in getal wa-
ren „ en alle de Schutters der drie Schut-
„ teryen hunne toreben [toortfen] gereed
,i moeften maaken, en dat elkzyn huis ver-
,, fleren moeft, ter inhaalinge van Koning
„ Maximiliaan en deszelfs Vader, Keizer
„ FredrikdenlII(^)."
De Vorft, eenen oorlog te water tegen Hy
de Vlaamingen en derzelver aanhang in den maakt
zin hebbende, raadpleegde, ten deezen ty-eene
de, op het inftellen eener nieuwe Ordon- q^ot!
nantie op de zaaken der Admiraliteit. Wy nantie
hebben, hier voor, by meer dan eene ge- op den
legenheid CO» aangemerkt en getoond,dat oorlog
(?) Keurb. A. f. 1+7 veïfi.
(zj Keutb. A. ƒ. 156 ver/e,- 157.
la) Vaderl. Hift. IV. Deel, il. 231, »'*•
(ij Keurb. A. ƒ. 15$.
(c)   Vaderl. Hift. IV. Deel, il. zji,*'.*-
(d)   Keurb. A. ƒ. ijs.
(e; Zie II. Deel, UI. Btekt W. H° , I+ï, 145 s jji etf'
De Regeerihg hadt zelfs , nög flia het
overgaan van Utrecht, gezogt bezetting te
krygen op het Slot te Kroonenburg, irtsge-
lyks, aan de Vegt gelegen. Doch alzo zy
niet toonen kon, dat zy, hiertoe, door Her-
toge Maximiliaan, gemagtigd was, maak-
te Anthohis van Amflel, Heer van Mynden
en Kroonenburg, zwaarigheid, om haar het
Slot op te geeven. Alleenlyk verbondt
hy zig, by plegtigen eede, die, den negen-
entwintigften September, aan handen van
den Burgemeefter Dirk Heimanszoon, ge-
ftaafd werdt, dat hy zulks doen zou, zo
dra men hem volmagt van den Hertog-e
toonde (v).
De Wethouderfchap, ondertuflehen, zig
willende verzekeren van de trouwe der Ort-
derhoorigenvanhetSlotteAbkoude,fchreef
den Kaftelein en Baljuw, Henrik Boetfelaar,
den agtentwintigften January des jaars 1484,
aan „ dat hy de opgezetenen der Heerlyk-
„ heid van Abkoude, die boven de twin-
„ dg en onder de zeitig jaaren oud waren,
„ tegen den volgenden Zondag,zynde den
j, eerften Februaiy,voor 't Huis te Abkou-
S, de, moeft doen byeen komen, om al-
„ daar, als onderhoorigen vanAmftelland,
,i in handen van haare Gemagtigden, den
3, eed aan den Hertoge te komen afleggen."
Ook gefchiedde zulks , op den tweeden der
zelfde maand. Men zwoer beide den Her-
toge Maximiliaan en der Stad Amfterdam
getrouwheid. De brief aan den Kaftelein
en de beèediging der opgezetenen van Ab-
koude ftaan in de Stads Regiflers te boek
gefield: waaruit wyze ontleend hebben, als
nog nimmer gedrukt geweeft zynde, omze,
hier agter, in de Bylaagen (50), te plaatfen.
De Hollandfche Kooplieden , en Am-
fterdam in 't byzonder, leeden, omtrent
deezen tyd, wederom merkelyken overlaft
van zekeren Ooftfriefchen Edelman , Ede
IVymèkyn
genaamd. De zes groote Steden
raadpleegden, in Auguftus deezes jaars, 0-
ver de middelen om zig daar tegen te be-
, veiligen, op eene Dagvaart te Alkmaar. Zy
heflooten, eenen brief af te vaardigen aan
de Graavinne van Ooftfriesland, of, gelyk
zy dezelve noemden ,aan de Graavinne van
Jimden
, die zy den titel gaven van onfe
berde
[dat is, zeer] Heue, ende wel geminde
Vrouwe
(ar). En 't fchynt, dat dit fehryven
fiiet vrugteloos is geweeft. Immers, ik vind
Ntbe-
Cr'
Ir [ te
S-
Nbmg.
vfieo
»'S?
f)'%
JPet) dat 'er, federt, over den overlaft des
ooftfriefchen Edelmans, geklaagd is.
. ^ ße laften des jongften oorlogs hadden,
!1 den aanvang 'deezes jaars, gelegenheid
(Zfj l.',.PEïi!!f- Böek, ƒ• >« vtrf* en Bjlaogfn L'. D.
-ocr page 246-
II. Deel.
AMSTERDAMS
i88
lige Stede, de Plaats en S. Jakobs Kapel (/;). i4#7j
Ook werdt,den agtften November,belaft,
dat de fchepen, winterlaghe leggende bin-
nen de paaien van de oude zyds Waal by
die Laßaige, van daar, voor S. Maarten,
zynde den elfden November, zouden moe-
i486, de oorlog te water, van ouds, in Holland,
heel anders gevoerd werdt, dan in laatere
tyden en tegenwoordig; dat byzondere Ste-
den, dikwilsop eigen gezag en koften, oor-
logsfchepen in zee bragten, over welken zy
zelven Admiraals en Kapiteinen aanftelden,
en dat Amfterdam, voor deezen tyd,in het
regelen der zeezaaken, zeer veel, zo niet
het voornaamfte bewind hadt. Maximi-
liaan, oordeelende, dat hem het opperbe-
beleid over den oorlog te water toekwam,
vondt dan geraaden, by Plakaat van den
1487. agtften January des jaars 1487, op de naa-
men van hem en van Filips, zynen Zoon,
te Brugge ,_ getekend, te beveelen „ dat
J5 zyn Admiraal, voortaan, alleen kennis
„ neemen zou van de gemaakte pryzen, en
„ oordeelen, of dezelven te regt gemaakt
„ waren; dat niemant , op eigen gezag,
„ eenige fchepen van oorloge zou uitrus-
j, ten; maar daartoe vooraf verlof verzoe-
„ ken van den Admiraal; dat de Admiraal
„ een tiende van alle de pryzen genieten
„ zou; dat hy een Luitenant en andere Of-
„ fkieren zou aanftellen, om nevens hem
„ te regt te zitten enz." De Stadhouder
en Raaden in Holland kreegen, onder an-
deren, laft, om de hand te houden aan de
uitvoeringe van dit Plakaat, in welk nog-
tans verklaard was „ dat niemant zou ge-
„ agt worden, by het zelve, verkort te zyn
„ in zyne regten; in welker vol bezit, elk
„ begreepen werdt te zullen blyven onbena-
„ deeld(/).'"tls ondertuiTchen twyfelagtig,
of de zeezaaken, ten deezen tyde en federt,
in Holland, wel naar den inhoud van dit
Plakaat gefchikt geweeft zyn: alzo Keizer
Karel de V.; meer dan vyftig jaaren laa-
ter, eene nieuwe Ordonnantie op de Zee-
vaart, op diergelyken voet gefchikt, heeft
goedgevonden uit te geeven (g).
ten weghaalen (0- 'c Gevaar verminderde
nie,t, na dat die van Brugge, in February
des volgenden jaars, Maximiliaan in heg-
tenis genomen hadden. Te Amfterdam,
werdt een plegtige ommegang gehouden,
om zyne verloffing van den Hemel te ver-werven (k). Doch 't liep aan tot in May,
eer hy op vrye voeten werdt gefteld, in ge-
volge van een Verdrag, waarby beraamd
&& %t
daar,
jrevaOs
van^
xiöii-
"ijs-
werdt, dat Vlaanderen, op den naam van
Filips, door-de Heeren van zynen bloede
en van den Raade, en de overige Neder-
landen, door Maximiliaan, geregeerd zou-
den worden (/). Terftond hierna, hielde
men, te Amfterdam, wederom eenen om-
megang, tot dankzegging voor's Vorften
verloffing (m). Doch de komft van Herto-
toge Albrecht van Saxen, die Keizer Fredrik
de III., met een Leger, herwaards gezon-
den hadt, bragt Maximiliaan tot het befluit,
om zig niet langer te houden aan het ge-
flooten nadeelig Verdrag. Gend werdt, fe-
dert, vergeefs, belegerd door de Keizer-
fchen, en Sluis verklaarde zig, openlyk,
tegen Maximiliaan (n).
la deezen ftaat der zaaken, vervoegde
de Vorft zig aan de Stad Amfterdam, om
onderftand in geld: ende Regeering liet zig
overhaalen, om, ten zynen behoeve, zes-
honderd en veertig ponden van veertig
grooten vlaamfche munt erfelyke renten op
de Stad te verkoopen. Zy ontving hier-
voor , van verfcheide perioonen, tiendui-
zend tweehonderd en veertig gelyke pon-
den , die Maximiliaan werden ter hand ge-
fteld: waaruit blykt, dat de renten tegen
den penning zeftien, dat is, tegen zes en
een vierde ten honderd verkogti waren. De
Vorft ontving zelf negenduizend zeshonderd
ponden. De overige zeshonderd en veer-
tig ponden werden, op zynen laft, uitge-
keerd aan Meefler Henrik Wolf'ertszoon, die
hem zulk eene fomme op het Baljuwfchap
van Amftelland , Waterland en Zeevank
verftrekt hadt. Aan de Stad werden, wy-
ders , om de jaarlykfche renten te vinden,
in handen gefteld het Baljuwfchap van Am-
ftelland, Waterland en Zeevank, voor twee-
honderd ; de fluis van Grootebroek voor
drie-
(bj Keurb. A. ƒ. i«3.
(')'; Keurb. A. ƒ. iss.
(£; Keurb. A. ƒ. 167.
(l, Vadert. Hift. IV. Deel, il. 240 enz.
(m/ Keuib. A ƒ. icS.
{n, Vadeil. Hill. IV. Deel, tl. 243 enz.
er<
3*?
rent;
ten
hoe
van
riH"'
U^
Haaf'
aA
teilt-
Zorg tc
Amfter-
dam te-
De onluften in Vlaanderen namen vaft
toe, van dag tot dag. De Hoekfchen, die
nu alomme in Holland ontzet waren van de
foop°P" Regeeringe 3 zogten zig van deeze onluften
te bedienen, om, terwyl Maximiliaan zyne
rneefte zorg aan't bevredigen van Vlaande-
ren fpillen moeit, zig, hier te Lande, te
herftellen in 't verlooren bewind. Te Am-
fterdam, kreeg men, in Oclober, tyding
van eenig vyandlyk voorneemen, 't welk ge-
legenheid gaf tot een beflint van den zeven-
en twintigften, om de Stad, in geval van
oploop, te verdeelen in zes wyken, eneven
zo veele zamelplaatfen der gewapende bur-
gerye. De laatften waren S. Olofs Kapel,
de huizen van Bartbolomeus Jakobszoon en
Aru ßoelenszoon, S. Pieters Kerk, de Hei-
C/j Groot-Plakiiatb. IV. Deel, hl. 1203.
(g) Zie Groot-Plakaaib. IV. Veel, èl. ms-
en
%•
va«
-ocr page 247-
GESCHIEDENISSEN,
IV. Boek.
189
fchen, wat laater, eenen yergeeffchen aan- 1480a
flag ondernamen. Doch 't liep aan tot in Rotter-
Juny, eer Rotterdam, by verdrag, opge-dam her-
geven werdt (r).
                                         neemen*
De yver, dien Amfterdam toonde , om Het ban-
den Roomfch-Koning by te flaan, in het be- envang-
leg van Rotterdam, verwierf der Stad, al ^^ der
terflond na den uittogt haarer Poorteren , wordt
twee merkwaardige Privilegien. Het eerfle uitge-
weide, te Delft, alwaar het Leger verza-breid'
meld geweeft was, den zesden February
des jaars 1488 [1489], op de naamen van
Maximiliaan en Filips, gegeven. By het
zelve, werdt het regt der Stede, om te mo-
gen bannen en vangen, welk, te vooren,
binnen de Vryheid bepaald geweeft was,
tot op duizend roeden buiten de Vryheid,
uitgebreid. En dit voorregt werdt der Stad
verleend, overmits die menichvoudige en ge-
trouwe dienfien
, die zy den VorRgedaen hadt,
in diverfche manieren dagelyks deedt, en ,zo
men hoopte, voortaen noch.doen zou. Ook
was het der Coopfiede, waer veel en diverfe
Coopluyden
verkeerden, en waar zig menigh-
te van volck
onthieldt, veel waardig, heb-
bende men meermaalen ondervonden, dat
de ballingen zig maar even buiten de Vry-
heid, dat is, maar ruim honderd roeden
buiten de vellen, plagten te onthouden ,
daar zy dikwils veel moedwils bedreeven
(Y), zonder dat menze, van Stads wege,
vangen mögt: 't welk men, nu het vang-
en banregt zelf, nog duizend roeden ver-
der , en dus in alles elfhonderd roeden bui-
ten de veflen werdt uitgebreid, ligter voor-
komen kon. Het ander Privilegie, weik, Zy ver-
insgelyks, op de naamen van Maximiliaan k^t
en Filips, den elfden February, te Schiedam, '^jf de
daar de Amflerdamfche Poorters, ten dee- Roomfch
zen tyde, in bezetting Jagen, gegeven werdt, Koningk-
beflondt in de vergunning, om, van nu voor- 'vke
taen , tot eeuwighen daghen , de Roomfch- !<roon
KoningklykeKroon te mogen voeren boven haarwa-
het wapen der Stede; eene eer, die, onzes pen te
weetens, nooit aan eenige Stad hier teLan- mogen
de vergund geweeft is. De reden van dee-voeren"
ze byzondere gunfl was, niet alleen de voo-
rige dienfien, door de Stad,iot harenfaa-
ren koften
, ten behoeve der Vorften, gedaan;
maar ook de dienfien, die zy dagbelycx deedt,
in de tegemvoordighe ixapeninge, dien de Vor-
ften verklaarden, van noots wegen, te moe'
ten doen, omme
de Stede van Rotterdam, 't
Slot ende Stede van Woerden tot reduStie ende
gehoorfaemheyt te brengen.
Doch deeze re-
den hadt ook by andere Steden plaats. Ma-
ximiliaan befloot Amflerdam, op deeze wy-
H38.
driehonderd en vyftig ponden, en de fluis
van Medenblik voor negentig ponden: van
al 't welke brieven verleend werden, die
den vyfden February getekend waren. De
Stad zou fchadeloos gefield geweeft zyn,
zo zy deeze inkomflen hadt mogen ontvan-
gen: doch men heeft haar nimmer willen
toeftaan, dat zy het fluisgeld te Grootebroek
en te Medenblik vorderde (0). Wy zullen
wat laager zien, wat haar daar tegen, ein-
delyk, werdt afgeftaan.
Omtrent deezen tyd, waren eenige Am-
flerdammers, onaangezien de Nederlanden
thans vrede, en zelfs een Verdrag van Koop-
handel met Engeland hadden, door de En-
gelfchen, op zee, genomen en mishandeld.
De fchuldigen aan dit wanbedryf waren ,
federt, te Amflerdam, inhegtenis geraakt,
en zouden, waarfchynlyk, naar verdienflen,
geftraft geworden zyn, zo niet eenige inge-
zetenen de gevangenis g'eweldiglyk opge-
broken , en de gevangenen op vrye voeten
gefield hadden (p) : 't welk gelegenheid gaf
tot eene Keure van den zeflienden Juny ,
waarby het open-breken van eenige Sloten van
den Heer of der Stede
, omme gevangen daer
uyt te gekrygen
, ofte het brengen van eenige
inßrumenten, daer fy mede uyt finden komen
mogen,
op lyfflraffe, verbooden werdt (q).
De Hoekichen, Jonker Frans van Brede-
rode
tot hun hoofd verkooren hebbende,
fchuimden, midlerwyl, langs de Zeeuwfche
flroomen op de Hollandfche en Zeeuwfche
Koopvaardyfchepen; liepen eerlang de Maä-
ze in , en bemagtigden Rotterdam , des
nagts na den negentienden November, de
nabuurige Steden en het platte Land, ge-
duurende den Winter, in ongeruflheid hou-
dende , wegens hunne aanflagen. Zelfs was
het Slot te^ Woerd en, welk men, ten dee-
zen ty de, voor den lleutel van Holland hieldt,
door Jan, Burggraaf van Montfoort, bemag-
tigd. Maximiliaan hadt hiervan zo dra
geene tyding gekreegen , of hy fpoeddezig
naar Holland, en befchreef de Steden, die
zyne zyde hielden, en daaronder ook Am-
fterdam, te Leiden ter Dagvaart, injanua-
ry des volgenden jaars. Hier werdt befloo-
tcn, de Poorters der goede Steden te doen
uittrekken, om Rotterdam te belegeren.
Die van Dordrecht, Gouda, Briele en Vlaar-
dingen zouden de flroomen fluiten, en daar-
door den toevoer naar Rotterdam bekom-
meren. Die van Haarlem, Delft, Leiden,
Amfterdam , en eenige anderen werden te
Schiedam gelegd, op welke Stad, de Hoek-
(?) fc£Äw>«k /• **•
Sgcl-
Hl *
'311
gen
K
b0t
de
ft11
«s
o
X
%
\
Hen
ze,
(r) VaJcrI. Hift. IV. Deel) tl. 2+5-2JS.
(5) Hanclv. il. ■■!*• [**•]
Bb
(q) Hinäv.
n;
' "»•
S69.
I. STUK
-ocr page 248-
AMSTERDAMS
II. Deel.
ipo
ze, te vereeren, om dat de Stad nog met
geen behoorlyk wapen gheciert was: en dat
haare Poort er en ende ingefetenen, ondertus-
fchen, daghelycks, mekharen fchepen ende goe-
den, te water ende te lande, in veele verre ende
vreemde Rycken ende Landen converferende
waren in Coopmanfchappen (t): 't welk, veel-
ligt, ten deezen tyde, van geene andere
Stad in Holland, in zulk een' uitgebreider,
zin, gezeid kon worden. Om den Amfter-
dammeren dan, buitenslands , eer aan te
doen, heeft de Vorft het wapen der Stad,
welk op alle zee- en vrygeleide-brieven ge-
drukt werdt, op zulk eene ongemeene wy-
ze 5 willen verlieren.
In July, werdt de Vrede met Frankryk
getroffen, en in September, met Vlaande-
ren. Sluis alleen bleef nog wederfpannig,
en de voomaame verblyfplaats der Hoek-
fchen, die, in Holland, nog meefler van
Woerden waren. Maximiliaan begaf zig
dan, in de Lente des jaars 1490,naar Hol-
land, daar hy de Steden, of de Edelen en
Steden hem bewoogen, om het beleg te
flaan voor het Huis te Montfoort; van 't
bsmagtigen van welk ook het bemagtigen
van het Slot te Woerden afhing, 't Beiluit
tot dit beleg gaf die van den Geregte te
Amflerdam gelegenheid tot een bevel aan
alle Poorters, om, ontbooden zynde, by
Burgemeefteren en Thefauriers te verichy-
nen. De afkondiging, die dit bevel bevat-
te , was den negenentwintigflen April ge-
dagtekend , en begon op deeze wyze: Alfoe
geaccordeert ende geflooten es by alle die Sta-
ten defer Landen, ridderfcip
, groete endecleyn-
ne Steden
, dat men, van flonde an, te velde
trecken fal, omme die her e van Montfoort .ende
zyn adherenten
te flroffen, Joe iß enz.(w).
Ook blykt dat de Poorters van Amflerdam,
ten deezen tyde, in 't beleg van 't Pluis te
Montfoort, gediend, en dat de zesenderti-
gen , den zesentwintigiten Juny, befiooten
hebben, tot dit beleg, en tot het uitruilen
van fchepen van oorloge, twaalfduizend An-
driesguldens op te neemen (V). Zelfs hadt
de Stad thans reeds haare Afgevaardigden
te velde , omtrent welken, den twee en
twintiglten May,beraamd werdt „ dat zy,
„ in kleine zaaken, befluiten mogten, zon-
„ der dat zy verpligt waren verllag te
„ doen O)."
De nederlaag der Hoekfchen , in den
fcheepsllryd by Brouwershaven, en het o-
vergaan der Huizen van Montfoort en Woer-
den, by verdrag, bragt de zaaken deezer
partye in zulk een verval, dat zy, geene i$°-
vafle plaats buiten Sluis in Vlaanderen meer
inhebbende, zig voortaan meelt met zee-
fchuimen geneeren moeit (x).
Terwyl het beleg van 't Huis te Mont- De j**'
14-89.
rinS
foort nog duurde, verwierf Biffchop David ge
"
ie
eft
van Bourgondie, dat de Stad Amiterdam &s te
hem de Sloten te Abkoude en te Vreeland ^o^9
die zy, federt eenige jaaren, hadt ingehad, en te .
wederom overgaf, onder voorwaarde, zo Vreê'3^
fommigen willen, dat hy den Burggraavewed^a
van Montfoort geen' onderitand toefchik- ^ pi«'
ken zou; hoewel anderen van deeze voor- fcnop
waarde geen gewag maaken (y). Ook is van f'
my nergens gebleeken, of Biffchop Davidtvectlt'
der Stad, ter deezer gelegenheid, eenige
vergoeding gedaan hebbe van de zwaare
koffen, die zy, ten zynen behoeve, in den
jongiten Utrechtfchen oorlog, gemaakt hadt;
't welk egter niet onwaarfchynlyk is.
Maximiliaan fchynt, ondertuffchen, ge-Am^l
duurende dien oorlog, het bewind over nog da.nl $
andere Sloten aan fommige Steden te heb- ^ $&'
ben opgedraagen. Men vindt ten minfte(s), den^1'
dat de Steden Delft, Leiden, Amiterdam ien Cf
en Gouda, in September des jaars 1491,11011^ tj
Roniert Jacobs tot Kaftelein van het Slotte v°°°i.i
Gouda hebben aangefteld, den Slotvoogd aan.
Jacob van Cralingen Florys foen, ten zelf- 149*'
den tyde, beveelende, hem het Slot in te
ruimen (2).
                                                         f
Het fcherp invorderen van het Ruiter- Kz&t
geld hadt, eenige maanden te vooren, ee- Br0
nen opftand verwekt, onder de Kennemers ^Je
en Weftfriezen,die,in 's Lands Kronyken, va0
d«"«
onder den naam van het Kaas en BroodsSpel, twee1?3
of den Kaas- en Broods-Oorlog, bekend is. der
De zwervende Hoekfchen onderileunden S°ee,i^
deezen opftand, en fchuimden, 't Marsdiep [£abb6''
zynde ingezeild, langs de Zuiderzee; waar jaau^'
door de Vaart naar Amiterdam meer of fcW0'
min belemmerd werdt. 't Kaas- en Broods-
volk bemagtigde Alkmaar, Hoorn, en, in
't jaar 1492, ook Haarlem: doch de Pler-
tog van Saxen, met Duitfch Krygsvolk, in
Holland gekomen , beteugelde de woeite
De Am-
fterdam-
mers
helpen
Mont-
foort en
Woer-
den win-
nen.
1490.
menigte geheellyk. Sluis, de eenige ver-
blyfplaats der Ploekfchen, werdt, federt,
ook ingenomen: en hiermede een einde ge-
maakt van den langduurigen tweeipalt der
Hoekfchen en Kabbeljaauwfchen (a).
Te
(x) Vaderl. Hift. IV. Deel, il. z6l enz.
(y) Hïda in Davide p. 304.
(z) Groot-Memor. N. I. f. zo6.
(a) Vaderl. Hift. IV. Deel, tl. 271-251.
(2) Cömmelin , die (bl. 924.) aantekent, dat
de vier Steden het Kafteleinfcbap, ten deezen ty-
de, aan Jacob van Kralingen Floris Zoon opdroe-
gen , heeft het (luk , waarop w~y ons beroepen,
en welk hy ook aanhaalt, niet wel gelezen.
(t) Handv. il. z. [41.3
(») Keuib. A. ƒ. 171 virfo.
(v) Groot-Memor. N. I. /. 29S verft,
(v/) Keiub. A. ƒ. 174 ver/o.
-ocr page 249-
IV. Boek,
GESCHIEDENISSEN.
191
H91.
St
>n te
bemuuring der Stad , het opbrengen van 1492.
eene zekere hoeveelheid Leidfchen of ande-
ren fteen, die tot de veften en andere Stads
werken gebruikt werdt, eene zeer gemeene
boete geworden (t).
Den oorlog tuitchen Maximiliaan en Ka- Nieuwe
rel den VIII.,Koning van Frankryk, inden bflaftin-
Zomer deezes jaars , wederom ontfteken |^jin dc'
zyncle, gaf zulks der Regeeringe van Am-
fterdam gelegenheid, om den tienden Au-
guftus eene nieuwe belafting te leggen op
Wyn, Zeep , Olie en andere waaren (£).
De fchulden, waarin de Stad zig, ter vol-
doeninge der Graaflyke beden, hadt moe-
ten fteeken, hadden ook, omtrent deezen
tyd, gelyk meermaalen te vooren, aanlei-
ding gegeven, dat haare Poorters buiten de
Stad bekommerd werden, 't Geregt keur-
de hierom, op den derden September, dat
men zulke Poorters, voortaan, op Stads
koften, zou moeten bevryden (/).
De kryg met Frankryk, die tot in 't vol- Orde op
gende jaar werdt voortgezet, gaf het Ge-'twaaken
regt van Amfterdam ook aanleiding om, by aldaar-
herhaalde Keuren, te beveelen, dat de Stad I4°3'
wederom, gelyk in tyden van oorlog en on-
raad, bewaakt werdt (m).Doch deeze voor-
zorg werdt minder noodig, na dat men,
hier ter Stede, kennis kreeg, dat de Vre-
de, den drie-entwintigften May, teSenlis,
getekend was. De Regeering van Amfter- Vreugd
dam beval zelfs, den elfden July,ter gele- devuur
genheid van het treffen deezer Vrede, ee-?Tvei,de
o
                                            i>              Vrede
nen openbaaren ommegang te houden, en op van sen-
die Plaets of Dam, een vreugdevuur aan te lis.
fteeken (n).
De Friefche dyk by Medenblik was , Amfter-
eenige jaaren herwaards, zo zeer verwaar- dam
loosd, dat hy groot gevaar liep van, met wordt be-
den minften hoogen vloed, door te bree-"^cd'
ken; 't welk ten uiterfte nadeelig geweeft rekening
zou zyn voor 't gemeene Land. Koning Ma-der kos-
ximiliaan hadt hierom geraaden gevonden, *en °P
eene nieuwe Ordonnantie uit te geeven op ^j^j
het onderhoud van deezen dyk, die den van <jen
veertienden February des jaars 1492[1493] Frie-
getekend was. By dezelve, werdt, onder fchei1
anderen, beraamd, dat de Steden Haarlem, ^ *®
Amfterdam, Alkmaar, Hoorn, Enkhuizen 0pneV
en Medenblik ieder twee Afgevaardigden, men.
op koften van elke Stad, zouden aanftellen,
om de jaarlykfche rekening deezer Dykaad-
je op te neemen (o). By het Groot-Privilegie
van Vrouw Maria (p), was reeds beloofd, on-
der
(i) Keurb. A. ƒ. 133 ver/o, ntverfo, 14.7, ISzinx.
(k) Keurb. A. ƒ*. 186. Handv. tl. 110.
(I) Handv. hl. 139.
(m) Keurb. A. ƒ. 192 ver/o 193.
(n) Keurb. A. ƒ. 194 vtrß.
(0) Handv. bl. 419. [43-]
(p) Zit hier vooi, il, ?6 tng.
Bb z
Te Amfterdam, hadt het gemeen, fchoon
zo zwaar gedrukt door de ] aften des oor-
logs, dat 'er, ten deezen tyde, weekelyks,
meer dan tienduizend armen bedeeld wer-
den (b), geen deel genomen in den opftand
van 't Kaas- en Broods-volk. Ook was hier,
tot verligting der ingezetenen, de Bier-Ex-
cyns, die voor eenige jaaren verhoogd ge-
worden was, in September des jaars 1491,
wederom verminderd (c). Maar, na dat
het Kaas- en Broods-volk, den derden May
des jaars 1492, Haarlem ingenomen hadt,
begon men, ook te Amfterdam, voor o-
verrompeling te dugten. Op den zesden,
kreegen de agt oude Kapiteinen, die voor
deezen aan de Vellen plagten te waaken,
bevel tot lootinge, om op nieuws wagt te
houden (d): en alzo men befpeurde, dat
er veele vreemde ruiterenen anderen, waar-
fchynlyk van het Krygsvolk des Hertogs
van Saxen, in de Stad gekomen waren ,
werdt den Schutteren der drie Schutteryen,
den zcftienden, gelaft, dsgelyks, met een
lang mes of degen op zyde te gaan (e). Zelfs
fchynt de vrees voor eenige vyandelykeon-
derneemingen ook, tot lang na het beteu-
gelen van 't Kaas- en Broods-volk,geduurd
te hebben. Men vindt, ten minfte , dat
nog den twintigften December deezes jaars
eene nieuwe Ordonnantie op het waaken uit-
gekomen is, om reden dat men ook toen
Voor verraad of overrompeling der Stad
bedugt was (f).
Iwee ingezetenen, Burgemeefteren on-
behoorlyk gedreigd en gefmaad hebbende,
waren, eenigen tyd te vooren, veroordeeld,
de een om honderduizend Vegtfchen fteen
of honderd ponden Hollandfch te voldoen,
en Burgemeefters,d/>, zegt het vonnis,als
°uerfle, naefi God ende die Prince
, defer Ste-
de
zyn, op de Raadkamer, om vergiffenis
te bidden: de ander, om in bedevaart naar
de H. Drie Koningen te Keulen te trek-
ken, en ook honderdduizend Vegtfchen fteen
te verbeuren (g). Het verwyzen tot dier-
gelyke ftraffe was, ten deezen tyde, niet
°ngemeen , hier te Lande, noch te Am-
sterdam. De oude Regifiers der Stad leve-
ren 'er verfcheide voorbeelden van uit. Men
vindt, dat fommigen, nog in dit zelfde jaar,
Veroordeeld geworden zyn, tot eene bede-
Vaart naar onze Lieve Vrouwe ter Tenfell
[te Ryflel] of naar de H. Drie Koningen (//).
^ok was, inzonderheid federt de jongfte
\b) Vehus Hoorn, hl. n'.
U)
> Keurb. A./. 177.
V
0-
f
sr
h;
qeii.
(f) Keurb. 2' Y "
f«)K««b. aVS+- r
{h) Keurb. 2'r '9l verJf-
*•/■ i«z vtrß 183.
-ocr page 250-
ipa                 AMSTERDAMS              II. Deel.
vtrheeven zynde, vondt, eerlang, geraa- 1494*
den, de Regeering der Nederlanden op teagn.
draagen aan zynen Zoon Filips, die nogcv^ri'^c
maar ruim zeftien jaaren bereikte. De jon- RegsS"
ge Vorft, in September, in Brabant zyndering-
ingehuldigd, begaf zig, vervolgens, naar
Geertruidenberg, alwaar de Edelen en Ste-
den van Holland, ook Amfterdam, ten zelf-
den einde , befchreeven waren. Filips, fteu- Hy **L
nende, naar 't fchynt, op het aanzien zyns "Jfp^i-
Vaders, en op het vreemd Krygsvolk, welk f%[en
hy, ten deezen tyde, onder Hertoge Al-beZtf&
brecht van Saxen, in zynen dienft hadt, was ren.
niet gezind, de inhuldiging te ontvangen,
op gelyke voorwaarden, als waarop zyn Va-
der en Moeder waren ingehuldigd geweeft;
veel min, alle de Privilegien te bezweeren,
die, door Maximiliaan en Maria, gegeven
of bezwooren waren. Hy deedt den Staa-
ten rondelyk verklaaren „ dat hy kwam om
„ ingehuldigd te worden als erfachtigh ende .
natuurlyck Prince en Heere, Grave van Hol-
land ende Heere van Vriesland; dat hy de
„ Privilegien bezweeren wilde, die de Her- •
,, togen Filips en Karel en derzelverVoor-
„ zaaten,Graaven enGraavinnen vanHol-
„ land, en Heeren en Vrouwen van Fries-
„ land, gegeven hadden; doch dat hy de
„ Privilegien, na de dood van Hertoge Ka-
„ rel verkreegen , wilde te niet doen, en
„ met der daad, by deezen, te niet deedt.
„ Dat hy egter^ om zekere redenen, toe- W2tJ5,
„ ftondt, dat de Wethouderfchap in eeni- ^' i0('
„ ge Steden, en onder anderen te Amfter-^'at.
„ dam, zou vernieuwd worden,en dat dee-
,, ze Steden haare Vroedfchappen zouden
„ hebben, gelyk by deeze laatere Privile-
„ gien bepaald was;doch alleen tot dathy
„ vyfentwintig jaarën bereikt zou hebben.
„ Dat hy hen ontlloeg van den eed, aan zy-
„ nen Vader gedaan, en hun de penningen
„ kwytfcholdt, die zy Hertoge Karel, by
„ deszelfs overlyden, fchuldig geweeft wa-
„ ren. Dat, zo zy, na dat zy hem, op dee-
„ zen voet, hadden ingehuldigd , eenige
„ nieuwe Privilegien van hem begeerden,
„ hy toonen zou, dat hy de dienllen, die
„ zy zynen Vader gedaan hadden, niet ver-
„ geten hadt (ot)."
De Staaten hebben zulk een' voorilag, VebLy
waardoor verfcheide Privilegien, en vooral f^jju'"
het Groot-Privilegie, van Vrouwe Maria
der anderen by raade van Amfterdam, op
het onderhoud van den Friefchen dyk, or-
de te flellen.
De Vrede met Frankryk, met Engeland
en met het nabuurig Gelderland was nu wel
herfteld, doch de Kooplieden, en Amfter-
dam in 't byzonder waren, niet zonder re-
den, bedugt, dat dezelve van geen' langen
duur zou zyn. De Gelderfchen hadden zelfs
de vyandelykheden reeds wederom begon-
nen , en Buuren bemagtigd. De zesender-
tig Raaden van Amfterdam beflooten hier-
om , den vyfentwintigflen Oótober deezes
jaars, de Waterlieden van defen Quartiere ter
Dagvaart te befchryven,ophet zenden van
ene notable ambaßaderie in engelant, in
vranckryck ende in gelrelant,
tot onderhou-
dinge der Vrede met die Landen (q). Ook
werdt dit befluit ter uitvoeringe gebragt;
doch wat 'er 't gevolg van geweeft zy, is
my nergens klaarlyk gebleeken. Alleenlyk
weet men, dat 'er, tegen't einde desjaars,
een Beftand met de Gelderfchen geflooten
werdt (r) : en dat de Vaart op Engeland, in
't begin des volgenden jaars, wederom open
raakte (Y). OndertulTchen , verdient het
gewiffelyk onze opmerking, dat de Steden
van Holland, reeds ten deezentyde, ver-
ftonden, regt te hebben, tot het doen van
bézendingen buitens Lands, om te hande-
len over zaaken van vrede.
In den aanvang des volgenden jaars ,
kreeg men te Amfterdam tyding, dat eeni-
ge Capiteinen ende Ruteren, met een kwaad
voorneemen tegen fommige Steden, byeen
trokken: 't welk die van den Geregte be-
fluiten deedt tot eene Keure, welke , den
drie - entwintigften January , gedagtekend
was, en waarby, aan alle Poorteren, be-
volen werdt, op klok- of bekkenflag, onder
hunnen Hoofdman, op hunnen aangewee-
zen hoefflag te verfchynen (t). De tegen-
woordige zorgelyke tyd hadt ook, naar 't
fchynt, den zesendertigen, drie dagen te
vooren, aanleiding gegeven, om vaftteflel-
len , dat een Oud-Burgemeefter, dat is, een,
die in het tweede jaar zyner Regeeringe
was , niet meer dan zes weeken in 't jaar,
uit de Stad zou mogen zyn (a). 't Bevel
om op zyne hoede te zyn tegen vyandlyke
onderneemingen, werdt, voor 't einde dee-
zes en in 't begin des volgenden jaars,nog
meer dan eens vernieuwd (v).
Maximiliaan,onlangs, in.de plaatfe van
Fredrik den III., zynen Vader, tot Keizer
(f) Gioot-Memor. N. I. /• *9« verft,
(r) Vadeil. Hift. IV. Hiel, il. 3et.
(1) Kcutb. B. ƒ. 5 verft.
(t) Keurb. A. /. ip7.
(*) Groot-Memar. N. I. ƒ. 299.
(v) Keiwb. B. ƒ. 7 verft. 9.
H93-
Amfter-
dam en
andere
Steden
doenee-
ne be-
zending
naar
Frank-
ryk, En-
geland
en Gel-
derland.
Keuren
tot ver-
zekering
der Stad.
1494.
°pf
eens, den bodem in geflaagen werden, on-
getwyfeld, met ongenoegen gehoord. Doch
zy waren genoodzaakt, te voldoen aan de
begeerte van hunnen Vorft, die thans eene
aanzienlyke magt op de been hadt, en op
't punt ftondt, om het Beftand te vernieu-
wen.?
(vi) Zie Groot-Phkaatb, IV. Dml, tl. s.
De Aarts-
hertog
Filips
-ocr page 251-
IV. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
193
"f94- wen, welk, voor eenigen tyd, met Gel-
derland geflooten was (ar). Ook hebben
fommige Steden, en daar onder ook Am-
fterdam,zig hiertoe te ligter laatenbewee-
' gen,om dat zy haareVroedfchappen ende
gewoonlyke beflelling der Wethouderfchap
behielden, ten minfte tot dat de Vorft vyf-
entwintig jaaren bereikt zou hebben, dat is,
nog omtrent negen jaaren; in welken tus-
fchentyd, 'er ligtelyk iet voorvallen kon,
welk haar gelegenheid zou können geeven,
om nieuwe Privilegien, of beveiliging der
voorigen te verwerven. De inhuldiging ge-
fchiedde dan, overeenkomftig met 's Vor-
flen voorflag, den twaalfden December, in
eene benedenkamer van de herberg de Wil-
deman
, te Geertruidenberg (y); ook door
de Afgevaardigden der Stad Amfterdam;
waarom de eeden, die, by deeze gelegen-
heid, gedaan werden, in de Regiflers dee-
■ zer Stede (z), te boek gefield zyn: uit wel-
ken wyze, hier agter, in de By kagen (a),
ï{ geplaatfl nebben.
kt^~ Kort na de inhuldiging van den Aartsher-
%i^ toge, kreeg Amfterdam aanfchryvens van
otSoIt] den Stadhouder en Raaden, onder bedrei-
ftjljge. ging van ftraffe aan lyf en goed, dat men
\k°P'tde Poorters moeft doen waaken, endever-
\^ eifchte zorg draagen voor de zekerheid der
' Stad, zo men zig 's Vorflen eeuwige indig-
nacie en toom
niet op den hals haaien wilde.
De Winter, in welken der Stede graften
dikwils met ys bezet raakten , vorderde
> ook, naar ouder gewoonte, dubbele wagt.
%.' 't Geregt beval zulks, derhalve, op den vier-
entwintigften January des jaars 1495, te ge-
lyk orde .Hellende, op het openbytenvan't
^ ys, in de graften om de Stad (b).
k\^
Defchulden, waarin Amfterdam zig,na
*<n 3^- de dood van Hertoge Karel, hadt moeten
\ " fteeken, maakte aldaar, omtrent deezen tyd,
het opftellen van nieuwe beladingen nood-
zaakelyk. 't Geregt, de zesendertig Raa-
den, en de notable ende ryekdom vanderSte-
<fe, hierop vergaderd zynde , kwam men
°vereen „ dat, om te vervallen de koften, die
5» de Stad gehad hadt van den oirloghe van
s> Utrecht, Montfoert, Woerden, Rotterdam,
>> de rebellicheit van Vlaenderen enz,, gehee-
3> ven zouden worden een honderdfte pen-
» ning van elks goed, zulken uitgenomen,
3> die geene honderd rynsguldens bezaten,
5> ten ware zy groote hanteering van nee-
55 ring hadden; zeflien Huivers van 't vat
5' tuiten.} en tjen ftuivers van 't vat bin-
J> ^enbier; de helft meer molengeld;breu-
<*) l •«-Watetb. IV. Deel, il. S.
(*') l', triv'lejieboek ƒ.87.
„ ken van die tegen de Keuren getimmerd 1495.
„ hadden, ende vyftiende penning exue-
„ geld van vertrekkende poorters, en van
„ erfeniffen buiten de Stad gaande, tenwa-
„ re de Plaatfen, werwaards dezelven gin-
„ gen, zulks niet of anders vorderden."
Het befluit hiertoe werdt den agtentwintig-
ften April genomen: en de Stad werdt met
meer lallen bezwaard,dan zy, ooit te voo-
ren, hadt behoeven te draagen. Alle haare
inkomften bellonden, ten deezen tyde, in
het gene van de bovengemelde beladingen,
van de Waage, van den Wyn-Excyns, en
van de Paalkifte kwam; uit welk laatfte,
zy egter de zeetonnen en kaapen of bakens
onderhouden moeft (V).
De Steden, en Amfterdam in 't byzonder De Stad
kreegen, nog voor 't einde deezes jaars,bekomt
eenigen der Voorregten, welken de Aarts- herftel-
hertog haar, by zyne inhuldiging, beloofd ^^
hadt. De Steden hadden altoos aanblyven- voorreg-
de Vroedfchappen begeerd, nevens het regt ten.
om een dubbel getal te mogen noemen
waaruit Stadhouder en Raaden de verkie-
zing der jaarlykfche Wethouderfchap doen
zouden. Doch 't een en 't ander werdt flegts
aan eenige Steden, en ook aan Amfterdam
toegeftaan, alleen tot dat Filips vyfentwin-
tig jäaren bereikt zou hebben. Tot dien
tyd toe, zouden de ampten ook alleen door
inboorlingen bekleed, en geene Brieven van
Marken en Reprefaille verleend worden, dan
by raade van Stadhouder en Raaden van
Holland. Voor 't overige, werdt het Groot-
Privilegie van Vrouw Maria, in eenige an-
dere punten , beveiligd, en in eenige an-
deren, befhoeid : van al 't welke Brieven
verleend werden, die den veertienden De-
cember , te Bruffel, getekend waren (d).
De Stad Amfterdam ftelde zo veel gewigts
in deeze brieven, dat menze den vyfentwill-
tigften May des jaars 1498, bouen in de ou-
de Kerck, by de hantueflen
der Stede, deedt
brengen (e), alwaar zy nog beruften.
Op den agtften te vooren, hadt Amiter- Zy ver-
dam in 't byzonder brieven verworven, waar krygt het
by der Stad eenige inkomften uit de Vor- Baljuw-
ftelyke Domeinen verpand werden. Wy £ma(fJaa
hebben, hier voor (ƒ), gezien, dat zy, in ianci ^
't jaar 1488, om zekere renten, ten behoe-pand-
ve vanMaximiliaanverkogt, te vinden, ge- fchap.
weezen was op het Baljuwfchap van Am-
Heiland , Waterland en Zeevank, en op het
Sluisgeld te Grootebroek en te Medenblik.
't Blykt, dat zy, federt, de toegeweezen
fomme uit het Baljuwfchap ontvangen hadt;
doch
(e) Groot-Memor. N. I. ƒ. 3°° vtrfi.
{d)
Oude Ke^, Lttade I. «« XXXV. Zie ««* Groct-Pk-
kaatb. IV. Deel, tl. 3-
(e)  Groot Memoi. N. I, ƒ. 303 verß.
(f)  Bladz. ist.
Bb 3
-ocr page 252-
II. Deel.
AMSTERDAMS
194
49*
ld<K doch 't gene haar, uit de twee Sluisgelden, handen der Stad. Burgemeefteren begaven 14/
4P5' toegelegd was, hadt men haar nimmer vol- federt, dit ampt, met advts der zesendertig doo^
daan; en zy hadt 'er, den eerften Oftober Raaden, voor den tyd van zes'jaaren, aan gei»
Meynaert ïVillems foen van Bretten (h), die
deezes jaars,reeds negenhonderd zevenen-zeilig ponden vyftien fcheliingen van te
goede gehad. De Rentmeefter van Hol-
land, zig grondende op eene Ordonnantie
van den Aartshertoge, waarby belaft werdt,
dat alle zodanige vervreemde partyen we-
derom aan de Vorftelyke Domeinen gehegt
zouden worden, wilde de Stad, daarenbo-
ven, bedwingen,om hem rekening te doen
van't gene zy, federt het jaar 1488, uit
het Baljuwfchap ontvangen hadt: 't welk
haar belaft zou iaaten met de gantfche ren-
te, zonder 'er eenige vergoeding voor te
dfr
egter, volgens de fchikking des Aartsher- vfOÏ
togs, zynen Laftbrief van hem kreeg, vol-
gens welken, hy het ampt zou bewaaren by
forme van pagt, voor driehonderd ponden
in 't jaar (i). Doch Burgemeefteren kwa-
men met hem overeen, dat hy hun alleen-
lyk tweehonderd vyfenzeventig ponden van
veertig grooten zou uitkeeren, wanneer zy
de pagt aan de Graaflykheid voldoen zou-
den : 't welk klaarlyk blykc uk zynen brief
van den twee entwintigften January des jaars
1496, in de Stads Regifters (k) te vinden.
raré
hoopen te hebben. Om deeze zwaarigheid
te voorkomen, vervoegde zy zig aan den
Aartshertoge, dien zy ook voorhieldt, dat
zy haare penningen, in 't jaar 1488, opge-
bragt hadt in ligten gelde, te weeten den
gouden Andries gulden tegen agt fcheliin-
gen grooten Vlaamfch het ftuk; daar de
munt, federt, merkelyk verzwaard gewor-
den was: waarop zy verzogt, dat behoor -
lyk agt geflaagen mögt worden. En Filips,
overtuigd van den dienft, dien de Stad zy-
nen Vader, in het opbrengen van zulk eene
aanzienlyke fomme, gedaan hadt, iïondt
haar toe „ driehonderd en zeftig ponden 's
„ jaars gangbaare munt, dat is, den gou-
„ den Andries gulden tegen vier fchellin-
„ gen agt penningen grooten Vlaamfch ge-
„ rekend. Van deeze fomme zou zy drie-
„ honderd ponden trekken uit het Baljuw-
„ fchap van Amftelland, Waterland en Zee-
Ter gelegenheid, dat eenige Steden van pe r^„
Holland, agterlyk zynde in het opbrengen w»1^
der Graaflyke beden, door 's Graaven Amp- ^o0ts
tenaars moelien worden geëxecuteerd ol uit- ste^i-
gewonnen, werdt, eenige maanden hierna, van ^
de rang bepaald, tulTchen de zes groote U«^
Steden. De Stad Delft hadt, naamlyk , * ala.
geklaagd,dat zy,voor Dordrecht en Haar-F
lern,uitgewonnen werdt, om dat zy,nader
dan deeze twee Steden, aan denHaagege-
legen was. De Aartshertog beval,hierom,
den twintigften September, dat men, de
groote Steden moetende uitwinnen , zou
hebben te beginnen met Dordrecht, en daar-
na in orde voortgaan tot Haarlem, Delft,
Leiden, Amiterdam en Gouda (/> Of Am-
fterdam,omtrent deezen tyd, ook, doorns
Graaven Amptenaars, uitgewonnen zy, is
my nergens gebleeken.
0'
De Gelderfche vyandelykheden duurden M
dam.
vank, welk Baljuwfchap zelf haar, tegen nog. Men kreeg , te AmfVerdam, in den »^
deeze fomme,in handen gefield zou wor- Herfll deezes jaars, wederom kennis, dat ^M
den: zullende de overige zeftig ponden 'er verzameling vanKrygsvolkwas omtrent ^ ,
haar, door 's Vorften Rentmeefters , uit de grenzen. De Aartshertog hadt eenfcherp fcn^
»
de inkomften zyner Domeinen van Ken- Plakaat Iaaten afkondigen, waarby belait *^
nemerland, worden uitgekeerd. En hier werdt
tegen zouden de Vorft en zyne opvolgers
„ dat men geen volk van oorloge
Iaaten trekken door Holland (m)."
Doch de Stadhouder en Raaden fchreeven,
aan Amfterdam in 't byzonder, dat men al-
daar fcherpe toezigt houden moeft,omniet
overrompeld te worden. En hierop werdt,
in September, herhaald bevel gegeven tot
het zorgvuldig bewaaren der Stede (b).
             .3rtS"
De Aartshertog, onlangs in de egt ge- P^g
treden zynde met Joanna, Dogter des Ko- j^jjpj
nings van Arragon en der Koninginne van ^0x$
Kaftilie, en voorhebbende, de Gelderfchen, al^g'
door de wapenen, tot reden te brengen, P^juS"'
35
vry zyn van de renten van zeshonderd en
„ veertig ponden, ten behoeve van zynen
„ Vader verkogt, en van alle de agterftal-
„ len, die de Stad daarop te goede hadt,
„ behoudende de Graaflykheid egter het
„ regt, om de driehonderd en zeftig pon-
„ den 's jaars, ten allen tyde, in dezelfde
„ munte, tegen den penning zeftien,af te
„ loffen; in welk geval, de Stad het Bal-
„ juwfchap wederom zou moeten afftaan,
„ en de Graaflykheid ook van de overige
„ zeftig ponden 's jaars zou ontlaft bly-
„ ven (g)."
Op deeze wyze, kwam het Baljuwfchap
van Amftelland, Waterland en Zeevankin
(g) I. Privikgieboek, f. s+.
vondt geraaden, in den Zomer des
(i) Groot Memor. N. t. ƒ. 208 ver/o, 300.
(i) 1. Privilegieboek, f. 94.
(k) Groot Memor. N. I. /. 208 verft.
(I) git Groor-i'lakaacb. III. Deel, il. is.
(m) Groot-Memor. N. 1. f. zij.
(nj Keuib. B. /. 20, 20 verft.
:-..»<; lp. J
147?,
Welk,
federt,
-ocr page 253-
GESCHIEDENISSEN.
IV. Boeit.
195
Hove van Holland, die denzelven boven van 1497.
het Stadhuis uitfprak. Beide 'deeze eeden
zyn in de Stads Regifiers (q) te boek gefteld:
uït welken wyze, hier agter, in de Byiaa.
gen
(r), geplaatft hebben. Sommigen heb-^eSte\
ben aangetekend, dat de Aartshertog niet NoVrder-
verder Noordwaards trok dan Amfterdam: kwartier
waarom de Steden van 't Noorderkwartier doen
verpligt werden, haare Gemagtigden der- A^g'.
waards te zenden, om de inhuldiging te dam hul.
verrigten (V).
                                              de.
De Aartshertog hadt, gelyk uit de woor-Hy be-
den van den eed afteneemen is, ook te-ve^1.
genwoordig, geene andere Privilegien wil- ee,n ^rl'
len bezweet-en, dan die, door de Hertogen welk'de
Filips en Karel, gegeven of beveiligd wa-Scad, na
ren. Maar hieruit volgde, dat de laaterede do0cl
Privilegien, door Vrouwe Maria alleen, ofvanH"'-
met haaren Egtgenoot, gegeven , hunne r°f%Bt
kragt verlooren hadden. Amfterdam , die kre'egeri
van beide verfcheide Privilegien ontvangen hadt-
hadt, leedt hier vry wat by. Doch de Re-
geering der Stad verwierf op denAartsher-
toge, dat hy, nog in den Haage zynde,op
den agttienden July, de Handvefl bekrag-
tigde, waarby aan Amfterdam het regt ge-
geven was , om de Roomfch Koningklyke
Kroon boven 't Stads wapen te voeren (f),
welke Handveft, eerft in 't jaar 1489, en
dus lang na de dood van Hertoge Karel, op
de naamen van Maximiliaan en Filips, ge-
geven was (u).
Eenige weeken laater , werdt Leerdam Men
door de Gelderfchen ingenomen. Doch deWaakt a''
Stad werdt hun haaft wederom pntweldigd £mm
door den Hertoge van Saxen. Het aanhou- tegen de
den deezer vyandelykheden gaf der Regee- Gelder-
ringe van Amfterdam gelegenheid, om, zelfs 'cnen'
nog in de maand December, op een gerügt
van vergadering van Krygsvolk, wederom
orde te ftellen op het bewaaken der Stad
(v) Doch den eenentvvintigften werdt 'er
Beftand getroffen voor een' onbepaalden
tyd (w), waardoor de bekommering, welke
men hier ter Stede gehad hadt, een weinig
verdween.
Ondertuffchen, wies de Amfterdamfche Aan-
Koophandel en Scheepvaart aan, midden komil
in den oorlog. In den Herfft, kwam 'er, ™0? ge-
onder anderen, een groot getal van Koop- tal van
vaardyfchepen, met veelerlei waaren belaa- Koop-
den, voor de Stad. De Regeering, bedugt ^Jjjj^
dat de Koopluiden van buiten mogten ar"-voorAm.
gefchrikt worden van herwaards te komen, fterdam.
om
(?) I. Privilegieboek, ƒ. 89 verfo.
(r) Lr. G. N. I, 2.
(s) VïLIUS Hoorn, il. S1-
(t) Oude Kerk, Laxit XXXIX.
(u) Zie hier voor, W. 189.
(u) Keurb. B. f. 34.
(w) Vaderl. Hift. IV. ö«/, **'. 3«j>, ji».
Hyó. 1497, eene reis te doen naar Holland, zig
in de voorhaamfte Steden, van nieuws, te
laaten inhuldigen, en , by deeze gelegen-
heid, naar alle waarfchynlykheid, weder-
om eene buitengewoone Bede te doen (0).
H97. Te Amfterdam, kreeg men, in't laatft van
juny , vermoedelyk uit Haarlem, berigt ,
dat de Aartshertog, den volgenden dag,in
de Stad dagt te komen, 't Geregt, hierop
vergaderd zynde, en in aanmerking nee-
mende, dat fiin genade Prince ende fouvereyn
Here
van der Stede was, en waarfchynlyk
de voorige Privilegien kwam beveftigen, en
veelligt ook eenige nieuwen verkenen, be-
floot terftond , den Vorft ftaatelyk in te
haaien. Men voorzag ieder Schutter der
drie Schutteryen, de oude, de jonge en de
Handboogfchuttery, van eene toortfe, op
Stads koften Geen fchutter mögt, buiten
verlof van Burgemeefteren , ter Stad uit
gaan, voor dat de Vorft ingehuldigd ware.
Geen Poorter of ingezeten mögt aan den
Formen ende maerfchalck van den logyfenvm
den Vorft huisvefting voor den Hofftoet wei-
geren, op ftraffe aan lyf engoed. Elkmoeft
de ftraat voor zyne deur doen fchoon maa-
ken. De inhaaling zou door geeftelyken en
weereldlyken gelchieden, en niemant mögt
de orde, die men, in 't gaan, ftondt te hou-
den , eenigszins belemmeren of ftooren. En
naardemaal de Stad eenflede van frontier en
■was, palende an diverfche landen ende heerlic-
heden,zo
werdt den Schutteren en allen an-
deren Poorteren en ingezetenen belaft, hun
geweer, wel fchoon gemaakt en gefcherpt,
voor hunne wooningen te hangen, op dat de
Vorft zien mögt, wat wapenen de burgerye
hier, ten haaren kofte, en tot befcherminge
derStede, onderhieldt. Zo dra,op den dag der
inhaalinge,de Stadhuisklok na den middag
* geluid werdt, moeften alle handwerken en
neeringen ftilftaan,en de Schutters , in hun-
ne Pelluere of wapenrok, elk met eene toort-
fe in de hand, an die Plaetfe, by de Heeren
Van 't Geregt, komen; die hen in orde fchaa-
ren zouden, om de inhaaling te doen (p~).
't
Is waarfchynlyk, dat alles, omtrent op
deeze wyze, uitgevoerd geweeft zal zyn,
ta . hoewel ik niet weet, dat zulks ergens aange-
Ve°°r tekend is. Alleenlyk vind ik, dat de Vorft,
V1 de ingehaald zynde , den zevenentwintigften
^ryjuny, den eed op het Stadhuis heeft afge-
'»n. legd, wordende den zelven, door den Bur-
gemeefter Andrics Boelen Dirkszoon, uitge-
fproken. De eed der Stede en der Poorte-
ren gefchiedde, daarna, by monde van
Meefter Jakob. van Almonde, Raad in den
-ocr page 254-
II. Deel.
AMSTERDAMS
iS>6
waaren te wederopzeggens toe geflooten zynde, werdt, 149 •
de nieuwlings
aangebragte
om
1497.
bezien en te koopen, indien zy uit Steden
kwamen, op welken men hier, uit hoofde
van acterftallige renten, eenigeneifchhadt,
vondtTgeraaden, op den agttienden Okto-
ber, aftekondigen, dat geen vreemd Koop-
man, uit zulk eene oorzaak, eenige bekom-
mering te vreezen hadt; maar dat elk zig
van een vallen volkomen geleide verzekerd
kon houden (x). Voorts, blykt de aanwas
van den Koophandel der Stad in 't Noor-
den uit een Privilegie van Jan den II., Ko-
ning van Zweeden, Deenemarke en Noor-
in dit jaar, wederom
ter Stede gelegenheid ga
roken: 't welk hier Ven"^
tot vernieuwing winSeil
der voorige Keuren op het waaken, en tot ^e\et
een bevel om, niet dan met behoorlyk ver-.^aie*
lof, uit de Stad te gaan (d). De vyande-
lykheden duurden, tot in het volgende jaar, 149*
en eindigden toen, met een diergelyk Be-
ftand, welk in Juny geflooten werdt (e).
De oorlog hadt, midlerwyl, den Aarts- Tol i"
hertoge aanleiding gegeven, om zyne in- Te**
komftén te vermeerderen, door hetopreg-0^
ten van eenen nieuwen tol,die van defche- y^n00'
te-
V3"
pen, welken Texel in- en uitkwamen, ge- da
1498.
De Ko-
ning van
wegen, den zesentwintigften December des
jaars 1498 gegeven, waarby hy aan de Stad
van Amflerdam en aan de gemeene Holland/ehe
heeven zou worden
De Koophandel van Kenft^
Amfterdam en van de Waterlieden in
t V'*n gff
Noorderkwartier ftondt hierby veel te ly- de Wr
den, waarom de gemelde Steden eenpaa-terfte'
riglyk een Vertoog inleverden aan de Re- deI1,
kenkamer der Graaflyke Domeinen in den
Haage , waarby aangeweezen werdt, dat
het opregten van zulk eenen tol den handel
geweldiglyk drukken zou, en met de oude
Privilegien van tolvryheid flreedt (ƒ) : 't
welk van zulk eenen uitflag fchynt geweeft
te zyn, dat de nieuwe tol, ten deezen tyde,
nog niet opgeregt werdt. Eenigen tyd tc^f.^
Zweeden Steden, die hem Gemagtigden hadden toe
Dee- gezonden, vergunt, twee derde van hunne
vedeènt geftrandde goederen te mogen naar zig nee-
nieuwe men, mids bergloon en koften betaalende
Privile- (<y). Zeker, dat Amfterdam, in dit Privi-
gien aan ]egje j a]leen met naame genoemd wordt,
de Stad.
toont wel, dat de handel, dien deeze Stad
thans in 't Noorden dreef, dien van de an-
dere Steden van Holland ten deezen tyde
verre overtrof. Den volgenden dag, gaf
dezelfde Vorft nog een ander Privilegie aan
de Stad Amfterdam in 't byzonder, haar
den vryen handel op Noorwegen, met naa-
me op de Stad Bergen, toeftaande (z). 's
Daags na S. Thomas-dag, zynde den twee-
vooren, haut Amfterdam ook verworven, han
.(ter-
dat de ingezetenen van Utrecht, Harder-A*
wyk en andere Steden op de grenzen, die, ^ste^
hier niet vrye- öp -is
uit hoofde van den oorlog,
Vrye
Vaare
naar en
van de
Stad tóe
gettaan.
lyk hadden mogen verkeeren, onbefchroom- gre°
Geregt, de zesendertigen en de geheele buyck delyk in de Stad komen, en hunnen handel t^,
ende Poorterye de/er Stede op 't Gafthuis by- dry ven mogten, zo lang die van Amfterdam,fta
een geroepen geweeft;daar hun, doorBur- in deeze Steden, wegens agterftallige ren-
gemeefteren, voorgehouden werdt het Pri-
vilegie van Hertoge Willem van den jaare
1405, wegens de vrye Vaart naar en van
de Stad, waarvan wy, ter zyner plaatfe (a),
gewaagd hebben; en gevraagd, hoe zy 't
verftonden? Men antwoordde, eenpaarig-
lyk „ dat elk, door 't Marsdiep oftVlie,
„ vryelyk, met fchepen en goederen, her-
„ waards komen mögt, en wederom van
„ hier te rug keeren , zonder aan lyf of
5) goed te mogen bekommerd worden (b)."
Omrne- Op ^en dertienden July te vooren, was
gang al- te Amfterdam een plegtige ommegang ge-
daar, ter houden, om den Hemel te bidden, voor de
gelegen geiL1kkige verloffmge van de Vrouwe van
de™" Ooftenryk, Graavinne van Holland (O ,
gerliéid van welker zvvangerheid het Gemeen,kort
der Graa- te vooren, kennis gekreegen hadt.
vinne, 't ßeltand met de Gelderfchen, flegts tot
ten , niet bekommerd werden. De brieven,
hiervan verleend, waren, den vierden Ja-
nuary des jaars 1498 [1499],te Bruffelge-
tekend (g).
                                         ■ _           i
De Regeering van Amfterdam vondtzig, oe bl
ten deezen tyde, in ltaat, om eenige ren-be(1|'„j
ten, geduurende den oorlog verkogt, door e°^
middel der inkomften, uit de voor eenige 'f t«
jaaren verhoogde Excynzen, af te taffen: ïoff6"'
waarop, eerlang, eene fchikking beraamd
werdt (h). ^ %,
Ondertuffchen, bleef men, in de Stad, V^ al-
nog al bezorgd voor vyandelyke ondernee- |^r ^
mingen. De orde op het waaken werdt, in \^°2i
dit en in het volgende jaar , dikwils ver-
nieuwd (t), Zelfs werdt, om de koften, op
het waaken vallende, te vinden, voor 't
eerft, zo ver my bekend is, den derden
July des jaars 1500, een Waakgeld inge-
voerd,'t welk van elk, naar zekere gemaak'
te
(x) Keurb. II. ƒ. 32 ver/o.
(yj Oude Kerk, Laaie XLI". Handy, hl. ss. [.]
(z) Id. ibid.
(a. Zie [l. Deel, III. Boek , b'. 197- .
(*/ Groot Memoi. N. I./. }cT. «» nier agtet •* * By-
laagen I_'. H.
(e) Keurb. B. f. 37.
(d)  Keurb. B. /. 39.
(e)  Vadcrl. Hift. IV. Deel, il. 31«.
(f)   Groot Mernor. JV. I. f. 229.
(g)  Oude Kerk, Laaie X.iXV. Hindv.il. 134.. [44.]
(hj Groot Memor. N. i. ƒ. 232.
(i) Keurb. B. ƒ. 42 , 42 verfi, 45.
-ocr page 255-
GESCHIEDENISSEN.
IV. Boek.
m
wonderdaadige geneezmgen gefchiedden 1501,
O). Men hieldt, hier ter Stede, federt
veele jaaren , ter gedagtenifTe van het ver-
maarde wonderwerk, waarnaar de Kapel
der Heilige Stede den naam hadt , eenen
plegtigen Feeftdag, omtrent het midden der
Vaften; op welken, eene menigte van men-
fchen, van alle oorden, herwaards kwamen.
De Regeering deedt, vooraf, om volk naar
de Stad te trekken, vrygeleide afkondigen
voor dentydvan veertien dagen (0). En uit
dit Feeft, op welk men ook vèelerlei waa-
ren te koop bragt, heeft,. op dat wy dit
hier, in 't voorbygaan, aantekenen, de Half-
vaftens Jaarmarkt haaren oorfprong gekree-
gen ; gelyk de Pinkfter-Jaarmarkt haaren
oorfprong aan den Sakramentsdag, die al-
toos op Donderdag na den eerften Zondag
na Pinkfteren invalt, verfchuldigd is; op
welken Feeftdag, hier ook een plegtige om-
megang gehouden werde (p).
In deeze Ommegangen, vervoegden zigPiegtige
de Parochiaanen of Buuren en Schooiieren Omme-
van de nieuwe, by deParochiaanen en Schoo- sang °p
lieren van de oude Kerke. De drie Schut-de Sak!:a"
teryen plaatften zig, onder hunne Kaerfe, gen%
hierby. Men trok, gelykerhand, aan paa-
ren, van de oude Kerke naar de Heilige
Stede: van waar het Sakrament,door den
Priefter, vooruit gedraagen werdt, de Plaats
of Dam over, naar de Haarlemmer-Poort,
en voorts, den Singel buiten om, tot aan
de Reguliers - Poort, door welke men we-
derom in de Stad, en tot aan de Heilige Ste-
de kwam, alwaar het Sakrament bleef, ter«
wyl de fchaare, die het gevolgd was, voort-
trok tot op de Plaats of Dam, van waar elk
zyns weegs ging (5). Ter gelegenheid nu De Re-
van den Feeftdag, die in de Vaften kwam, geering
hadt de Paus, ten deezen tyde, menigte ™ea^kt,
van graden ,pardoenen ende afl at en herwaards dat Wer
gezonden, die, van den zeftienden Maart, Aflaaten
tot belooken Paafchen toe, zouden könnente bij-
verdiend, worden. De Regeering der Stad men ^a'
beloofde, uit kragte van een byzonder Oc-
troi des Aartshertogs, het gewoonlyk vry-
geleide in lyf en goed, aan allen zonder on-
derfcheid, al warenze zelfs fchuldig aan die-
very, gemeenen doodflag en andere dier-
gelyke misdaaden, zo zy maargeene vyan-
den van den Vorft waren, of'Crimen leefee Ma-
jeflatis,
dat is, Misdaad van gekwetfte Hoog-
heid, waaronder, ten deezen tyde,vrouwe-
kracht
, moirt, brant, merct- en ßraetroef,
confpiracie
en diergelyke zaaken gerekend
werden, begaan hadden, 't Geleide zou
zelfs
(») Amfterdams eer én opkomft enz. Lu. LONG , il.
Ij« enz.
                              .
(«) Keurb. B. ƒ. I* »"/". 71-
(p) Keurb. B. f. zS-
(q) Groot-Memor. N. I. ƒ. 2IS virft. Keurb* E. /. ïj»
W. SYVAERTS ».oomlche Hyft, omd, Vwr,
Cc
*Soc\ te fchatting, werdt opgebragt, en waaruit
de bezoldigde waakers der Stad betaald
werden (F).
?.f*bud- In de S. Nikolaas- of Oude Kerke ,_was,
^S'n op den agttienden February deezes jaars,
W?Ude vry wat beweeging ontftaan, van welke ee-
ve' nig gewag gemaakt wordt, in de Stads Re-
-gißers.
Een Priefter ,' Dirck Roosgen ge-
naamd, hadt eenige Burgemeefters, diezig
in de Kerke bevonden, gedreigd te kwet-
fen. De oorzaak van deeze baldaadigheid
vindiknergens gemeld; maar wel, datde
vergaderde menigte terftond in rep en roe-
re raakte, en dat de Burgemeefters onbe-
fcbadigd bleeven. De Priefter werdt, kort
hierop, in hegtenis genomen, met kennis
van denProrifoorvanAmftelland, die hem,
na drie dagen verloop s , uit handen van
den Schout overnam, hem plaatfende ten
huize van Peter Fries . dienaer van myn beere
den Schout, woonachtich up ten Middeldam-
me
(/)■ Doch hoe lang hy hier zat, en wat
'er eindelyk van hem geworden zy, heb ik
K nergens aangetekend gevonden.
Qaf. De aflosfing der renten, die in 't voor-
de^11 leeden jaar voorgenomen was , fchynt
Vwj niet zo gereedelyk te hebben können ge-
Jj'te- fchieden, als men gehoopt hadt; 't zy
e'^ dat 'er wederom bukengewoone beden ge-
S°i. daan waren, 't zy dat men haaft nieuwen
oorlog te gemoet zag. Immers de Rentiers,
Poorters zynde, werden., in 't begin van
February des jaars T501, op 't Stadhuis by-
een geroepen. Hier werdt hun uitftel van
de afl'osfing der Renten, die zy ten lafte
der Stad hadden, afgevergd; waarin zybe-
\ willigden (m).
k
Het einde der vyftiende eeuwe hadt, vol-
j^lw gens gewoonte , den Paus, Alexander den
e>" JT., gelegenheid gegeven om aflaaten toe
*Ü* te ilaan aan alle zulken, die de Heilige Ker-
N dee ken te Rome, in het voorleeden jaar 1500,
jolige Godsdienftiglyk waren komen bezoeken.
A^le te Doch zulke Aflaaten werden, door de Pau-
\Ci'- fen, ook dikwils gehegt aan het bezoeken
van Kerken in andere Steden, die,uit hoof-
de van eenig wonderwerk, welk menhieldt
aldaar gebeurd te zyn, of uit eenigen ande-
ren hoofde, vermaard geworden waren. En
zulk eene Kerk was de Kapel der Heilige
Stede te Amfterdam. Men geloofde, dat
zy gefügt was op eene plaats, alwaar, in
't jaar 1345 , eene hoftie , die door een'
krank menfeh was uitgebraakt, midden in
een groot vuur, ongefchonden gebleeven
was. Ook werdt voor zeker gehouden, dat,
door de kragt van het Sakrament des Al-
taars , in de gemelde Kapelle, nog veele
ik) Keurb B. f_               f ^
(l, Groot Memor. N. ifƒ. 3*4. vetfi.
(m)
Gr0ot-Memor. .v. j,V„* v/rß,
I. STUK.
-ocr page 256-
AMSTERDAMS
II. Deel.
ipB
vangen hadt (10) , de gemeene reeders, den 15°3'
eerften April, up die raetcamer ontbooden
hebbende , met derzelver overleg, vaftftel-
de „ den Koning van Deenemarke, op des-
„ zelfs reize naar Zweeden, met een fchip
„ te dienen (#)•" Doch eer hy voor Stok-
holm kwam, was de Stad overgegaan.
Terwyl de Aartshertog uitlandig was,Omme'
hadden de Gelderfchen de vyandelykheden ga"S3'
wederom begonnen. Doch toen hy, inNo-^'de
vember des jaars 1503 , in de Nederlanden terUg-
was wedergekeerd, waarover, te Amfter-kom*
dam, een plegtige Ommegang gehouden^ni\
werdt (y), befloot hy den oorlog "tegen de ]Fs^.g.
Gelderfchen, met meer ernft dan voorheen, ?to$'
voort te zetten. Gelderland werdt thans
van veele behoeften voorzien uit Holland,
met naame uit Amfterdam. De Aartsher- verb"^
tog vondt, derhalve, geraaden, allen han-van ^
del op Gelderland in Holland te verbieden. ^s[qS\-
En dit verbod werdt, in 't begin des jaars fer0e^
1504., onder anderen te Amfterdam, afge- ^ok
kondigd. De Gelderfchen werden hierdoor
niet weinig benaauwd. Doch de Aartsher-
tog verzamelde, daarenboven, een Leger
by 's Hertogenbofch, met welk eenige Slo-
ten veroverd werden op den vyand. De be-
zetting van Naarden liep de Veluwe af, ter-
wyl het Land van Heusden en de Zuidhol-
landfche Waard, door de Gelderfchen, ge- .,
plonderd of gebrandfchat werden (z).Doch Sch^i
op de Zuiderzee, viel iet voor van meer ge-^.ji-
wigt. Amfterdam en de andere Waterfte- Ree-
den hadden eene Vloot te water gebragt,
die, onder bevel van den Admiraal Pieter
van Leeuwaarden,
op de Zuiderzee kruifte;
en omtrent de Eem lag, toen de Gelder-
fchen, met eenige groote en een groot ge-
tal Viffchers fchepen, van Harderwyk af-
gefteken , den fteven wendden naar den
mond des Eemftrooms , om de Hollan-
ders aan te taften. De Hollandfche Vloot,
niet behoorlyk voorzien van krygsbehoef-
ten, ontweek den vyand, en zakte af tot
voor de Vegt, by 't Slot te Muiden; van-
waar zy een vaartuig naar Amfterdam zondt f,
om buskruid. Doch eer dit vaartuig nog we- A^
dergekeerd was, hadden de onzen het an- ^ 0d&
ker geligt, en waren naar Waterland ge-jeVl"!
zeild, op welk geweft de Gelderfchen 't ge- va'1, f'
munt hadden. Het vaartuig met buskruid \S&'
ontmoette de Vloot, enkreeg bevel om haar
te volgen. De zee krielde van viffchers fchui-
ten, die, den vyand ontdekt hebbende, haar
beft deeden om 't land te bereiken, zonder
dat men de viffchers, met roepen en wuiven»
beweegenkon, om zig te begeeven op de
Vloot
f w) Z>' hier voor, bl. 19Ä.
(x) Groot-Memor. N. I. ƒ. 3cj.
(y) Keurb. B. ƒ. 7$.
(z) Vaded. Hift. IV. JOeel, bl. 322, 3*1.
1501.   zelfs duuren tot zes dagen na belookenPaa-
fchen. Men droeg zorg, dat het geleide
niet flegts, maar ook de Lyft der byzonde*
re Hukken, waarvoor aflaat en vergiffenis
te bekomen was, hier, en in de nabuurige
Steden, aan de Kerkdeuren en elders, werdt
aangeplakt: en 't is ten hoogfte waarfchyn-
lyk, dat, van alle kanten, veel volks naat
Amfterdam zal famengevloeid zyn. Het
affchrift van den Brief, waarby de Regee-
ring van 't bekomen van aflaaten en van het
toeltaan van vrygeleide kennis geeft aan die
van Haarlem, is in vde Stads Regiflers (r)
te boek gefield, en ook elders (Y) teleezen.
DeAarts- De Aartshertog hadt, in January des jaars
hertog 1500, een Plakaat laaten'uitgaan, waarby
gf^ömte belaft werdt, dat geen e goederen voorby
Brugge de Vlaamfche kuft herwaards zouden ge-
te ver- voerd worden, ten ware dezelven, te Brugge,
ftapelen. verftape!d waren (i). By dit Plakaat, wer-
den de Hollandfche en Zeeuwfche Steden
geweldiglyk benadeeld. De Stad Amfter-
dam in't byzonder, die, ten deezen tyde,
veel wolle van Calais haalde, ten behoeve
der Lakenneeringe alhier , leedt 'er veel by.
Men befloot, derhalve, ter gelegenheid van
de eerfte Graaflyke bede, te dringen op het
affchaffen deezer nieuwigheid. En 't leedt
niet lang, of deeze gelegenheid deedt zig
Amfter- op. De Aartshertog, voorhebbende eene
dam en reis te doen naar Spanje, deedt, om de kos-
andere ten (}aartoe te Vinden, eene aanzienlyke Be-
brengen de van ^e Landen. De Steden kwamen ter
te wege, Dagvaart, te Leiden en in den Haage, om
dat dit hierop te raadpleegen. En de Burgemees-
inSc" ter en de andere Afgevaardigden van Am-
worden fterdam, die deeze Dagvaart hadden byge-
1502.   woond, deeden, den negentienden January
des jaars 1502, aan de zesendertigen, die
op de Raadkamer byeen gekomen waren,
verflag „ dat men, op geene andere voor-
„ waarde, bewilligd hadt in de Bede, dan
„ dat de ftapel te Brugge eerft moeit, te
„ niet gedaan zyn (u):" gelyk, niet lang
hierna, gefchiedde.
Amfter- Jan de II., Koning van Deenemarke, voor
dam be- eenige jaaren, ook tot Koning van Zweeden
fluit den verkooren zynde, hadt veel moeite om dit
K°n Dee-^^ t0t onderdaanigheid te brengen. Hy
tiemarke bevondt zig, in de Lente deezes jaars, in
met een Deenemarke, en befloot aldaar , tot eene
fchip te rejs naar Zweeden, om Stokholm te ont-
dienen. zetten> binnen welke Stad, zyne Gemaa-
lin, door de Zweeden, belegerd werdt («).
Wy maaken hiervan alleenlyk gewag, om
dat de Regeering der Stad Amfterdam, die
verfcheide Privilegien van deezen Vorft ont-
'(*•) Groot-Memor. N. I. ƒ. 235 ver/o.
(s)
DAPPER bl. 139. COMMELIN bl. S23.
\t) Gtoot-Memot. N. I. ĥ 2+3-
(a) Groot-Meoior. N. I. ƒ. 2+1.
(vj S. ïurENDORF ZweeUf'clje Hiftorie, il. 23»,
-ocr page 257-
IV. Boek.           GESCHIEDENISSEN.
199
5o4- Vloot die maar maatiglyk bemand was;en De oude Schutters hier ter Stede lieten 1504.
om den gemeenen vyand te helpen beveg-
   zig, kort na deezen fcheepsftryd, door ee-De oude
ten. Op de hoogte van 't Eiland Marken,
   nige SpaanfcheKoopluiden,overhaaIen,tot Schutters
zag men het eerfte vyandelyk fchip, welk,
   het timmeren van ecne Gakote of grootega- Jf ^m"
door den Hollandfchen Admiraal , werdt
   lei, die beide riemen en zeilen voerde,enteren
aangetaft. De Gelderfchen fchooten met
   van welke men zig ongemeen.e dienften be-eene Ga-
handboogen; de onzen mee fleenen klooten
   loofde tegen den vyand. Hoedanig dit vaar- leote.
uit grof gefchut, Op de Gelderfche Vloot,
   tuig gefield ware, en wat yerwagting 'tge-Wülerri
-bevondt'zig een Priefter, wien de vyand de
   meen 'er van hadt,zal beft begreepen wor- man*s_
Pafloory van Monikendam beloofd hadt, zo
  den uit de woorden des zo even aangehaal-zoons
dra de Stad bemagtigd zou zyn, en die
   den Schryvers, die wy, uit het Latyn ver- befchry-
hierom yverde in den fchutteren de gefpan-
  taald, hier invoegen: De Galeote zeilt, Vn^van
nen boogen aan te reiken. Midlerwyl, fta-
   zegt hy, wonderlyk fnel, en is van zónderlin- tujg>
ken de Monikendammers, in kleine fchui-
  gen dienfl in eenen fcheepsfiryd. Zy kan /poë-
ten,
van land, en roeiden der Hollandfche
  dig op den vyand aan, en evenfpoedig te rug
Vloote aan boord,daar zy 't getal derftry-
  gevoerd worden. Zo men met dezelve roeit,
deren vermeerderden. Een geruimen tyd
  gebruikt men 'er twee en dertig riemen op. De
werdt'er gevogten, eer de overwinning zig
  zeilen zyn zo gefchikt, dat geen fchip fneller
voor de eene of de andere zyde verklaarde,
  vaart maakt. Zy voert vier en twintig ftuk-
Eindelyk, behielden de onzen de overhand,
  ken, ieder met zes welgepafle kamers j biertoe
ter gelegenheid dat twee of drie van de beft
  uitgevonden, op dat men, Jchoon onder 't be-
bemande Gelderfche fchepen zig van de o-
  weegen van 't fchip en als in 't wilde fehleten-
verigen afzonderden, om jagt te maaken
   de, egter doel treffen zou. Voorts hadt zy
op een Friefch Koopvaardyfchip. 't Leedt
   ook twee overdekte tenten [ollarum capita] op.
toennietlangjof de anderen gaven zig over.
   Die den zeekryg befi verflonden zeiden, dat,
Men kreeg een goed getal van gevangenen,
   door eene Galeote, eene gantfebe vloot konver-
die
groot gevaar liepen van,naar het woefl
  nield worden. Doch met deeze is niets verrigt,
gebruik deezer tyden, in zee geworpen te
  waardoor aan zulk eene verwagting beantwoord
worden. Men voer deze eerfl naar Moni-
  werdt. Zy heeft de foldy voor 't Krygsvolk,
kendam; van daar naar Muiden, en toen
   en eenige voornaame luiden, nu en dan, over
naar Ypefloot. Van hier zondt men iemant
  zee gevoerd. Men beeft haar verhuurd om
naar Amfterdam, om te onderflaan, of de
  Koopvaardyfchepen te geleiden. Doch, voor 't
Wethouderfchap de gevangenen zou willen
  overige, diende zy mee ft om den vyand, en
bewaaren. Doch zy fchrikte, naar 't fchynt,
   ook ons vrees aan te jaagen. De vyand durf-
tegen de koften. Ook dreeven fommigen,
   de de plaats, daar de Galeote lag, niet nade-
^ dat menze, veeleer, behoorde verdronken
  ren. Wy waren bedugt, dat de Gelderfchen,
\
te hebben. Doch de Schout, Jan Benning
   baar bemagtigen zouden, als zy zig te veel
^tStl Janszoon (3), bragt te wege, dat zy ge-
   blootgaf. Want, hadden zyze in hun geweld
\\tt
noegzaam allen, na 't afleggen van den
  gekreegen; zy waren meefier van de zee ge-
<lele'datgewoonlyken eed, waarby zy zig verbon-
   weefi. Wy hebben haar, hierom, voorzig-
fci^n- den,om het ontvangen leed opniemant der
  tiglyk, niet tefiout gebruikt. Haar naam en
Vir*Hollanderen te zullenwreeken,op vryevoe-
  roem alleen is infiaat geweeß, om den vyand
l%$
ten gefield werden. Sommigen' betaalden
   te doen zwigten (i). Zo ver gaat deeze Schry-
'V eenig losgeld. De Priefter, van welken wy
   ver, aan wien men,gewiiTelyk, iet toegee-
bovenfpraken, verpandde, om zig vry te koo-
   ven moet, om dat hy, een Kerkelyke zyn-
pen,de Akaarkelkvoorvyfrig goudguldens,
   de, de grootfle kennis van den oorlog te
öe Schry ver, uit wien wy 't verhaal van dee-
   water niet gehad zal hebben; maar uit wiens
zen fcheepsfiryd, welkhy, uit den mond
   woorden, ten minflen,af te neemen is, dat
van ooggetuigen en bevelhebbers zelven,
   de fcheepsftryden thans nog veel verfchil-
te boek gefield hadt, ontleend hebben, be-
   len moeften van die van laatere tyden, als
vondt zig,ten deezen tyde, te Amfterdam,
   luiden, die niet geheel van verftand ont-
haar hy de verpandde kelk zelf gezien en
   bloot waren, verwagten konden, dat een
behandeld heeft (V).
                                     fchip van vierentwintig flukken eene gant-
. («) guill. HERMANNiHoii.Geir. Bellum in matth-ei
   fche Vloot vernielen zou. Wy können niet
*»*ftTW,LMJ)&/,w,^,(tvE1,DSHooI»>R,!.
   nalaaten hierbv te voesen dat van deé-
(3) Willem Hermanszoon van der Goude, Ka-   naaien > nu»_uy ce voegen, u*
»onikvan s. Auguftyn, te Stein by Gouda, ds   ze vermaarde Galeote, ook ïnpn« ^taas
Schryrer, dien wy hier volgen, noemt (in Mat-   RegifierS, gewag gemaakt wordt. De Stad
T°ZJ?akel- Tom. I. P. 32s) den Schout Pr^r   hadt, naamlyk, de penningen opgefchooten,
SZ £msnus' Doch ik *st' rdat men\vooru bt- die de oude Schutters aan het timmeren der
mgnus, Bennmgus leezen moet Immers, de Schout aie ae ouaeocnurcei»                              «uc*.
van Amfterdam heette, ten deezen tyde, Jan Bar                                                                     «»".
mng Janszoon.                                             J                 (i} Gmvu hirmanni HoU. Gek. BelUm p. s%«,
C c a
-ocr page 258-
II. Deel.
AMSTERDAMS
20O
ï$°y
Galeote te koft gelegd hadden. En op den
agttienden Juny des jaars 1505, bewillig-
den de Onerluyden van de ouden Scutteren, dat
de Stad, jaarlyks, op S. Maarten, de Ex-
cynzen ontvangen zou, die de Schutters nu,
waarfchynlyk uit den vryen Wyntap, hun,
tweemaal tien, en eens negen dagen in 't
jaar, toegedaan, en milTchien ook uit. de
Viffchery in de Stads graften (V), in te ko-
men hadden, tot dat zy voldaan zou zyn
van 't gene zy, wir den voirf. Scutterie aen
den galeyote verleyt
hadt (d). Wat, einde-
lyk, van deeze Galeote geworden zy , is
mynietduidelykgebleeken. Domselaar
tekent aan (V), dat hy, voor 't jaar 1631,
in den Amftel, omtrent de plaats der Hal-
ve-maans brugge, het wrak eener groote
Galeije heeft zien leggen, waarvan het ag-
terile bind van 't Paviljoen en eenige rib-
ben boven 't water uitftaken. Hy houdt dit
wrak voor een overblyffel van eene der
Spaanfche galeijen, die Prins Maurits,in't
jaar 1604, te Sluis in Vlaanderen veroverd
hadt. Doch hoe zulk eene Galei, in om-
trent vyfentwintig jaaren, zo geheel ver-
gaan, en vooral, hoe zy, in of na 't jaar
1604, daar ter plaatfe in den Amftel, ge-
komen zou können zyn, beken ik niet te
können begrypen. Indien ik giffen mögt,
zou ik eerder vermoeden, dat Domse-
t aar een overblyffel van onze oude Galeo-
te gezien heeft, die men , toen de oude
Schuttery te niet gedaan was, of veelligt
al eerder, by gebrek van lull; of middel om
dezelve te onderhouden, in den Amftel,
niet verre van de Stads Schaffery, de plaats,
waar zy, naar alle waarfchynlykheid, ge-
timmerd was, heeft laaten leggen vergaan.
De Gelderfchen maakten zig, tegen 't
einde des jaars 1504, wederom gereed tot
eenen togt op de Zuiderzee. Men was, der-
halve, te Amfterdam, ook wederom be-
zorgd voor overrompeling. Op de Laftaad-
je buiten de Stad, ftonden veele Houtwaa-
ren, die ligtelyk zouden hebben können ge-
roofd , of in den brand gefteken worden
door den vyand; waarom het Geregt, op
den drie-entwintigften November, beval,
alle houtwaaren van daar in de Stad te bren-
gen , binnen veertien dagen (ƒ). En deeze
tyd was naauwlyks verfbeeken ■> of men ver-
nam , hier ter Stede, dat de Gelderfchen
wederom op de Zuiderzee waren; waarom,
op den elfden December, werdt afgekon-
digd „ dat alle Waterfchepen zig zeilree-
„ de maaken moeiten (g) •." en wat laater,
te weeten, op den vyfden January des vol-
genden jaars „ dat alle Ruiters, in der Ste-
(c)   Handv. il. 140. [ijo.]
(d)  Groot-Memor. N. I. ƒ 2J2.
(e)   III. Bsek, il. 2jj. Zk ook. COMMELIN, bU 12f.
(f)  Keuib. E. f. 79.
(g)  Keuib. ß. /. si vtr/i.
gereed
1504.
De Stad
hadt 'er
der
Schutte-
rye geld
toe ge-
fchoo-
ten.
de foldye ftaande , zig
houden
moeiten om fcheep te gaan (k)." Om te
beter tegen verraad van binnen beveiligd te
zyn, werdt ook, den vierentwintigften, ge-
keurd „ dat zig niemant, na 't luiden der
boeuechck , die ten negen uuren des a-
„ vonds begint, zonder lantaarn , op de
„ ftraat zou hebben te vertoonen (i)."
De flappe Winter deedt dügten voor eene -'"^„g
vyandelyke onderneeming te water; doch "^eod-
omtrent den dag van S. Paulus Bekeering,. jerfcljeI1
die op den vyfentwintigften January valt, 0p .
begon het zo fel te vriezen, dat men, in WrsCÏ*
Holland, en te Amfterdam in 't byzonder,
voor eenen togt over 't ys bekommerd werdt
(£). Op den zevenentwintigften , werdt
reeds bevolen, om de ftrenge vorft, fter-
ker te waaken dan te vooren (/> En agt
dagen laater, verftondt men, dat de Gel-
derfchen , die, kort te vooren, Hilverfom
in Gooiland geplonderd hadden, in aantogt
waren naar Weesp. In deeze Stad lag thans
i-J- „«11
bezetting, die onder bevel ftondt van Rei-,
nier Moflerd,
een' Amfterdammer en wak-^^M
ker krygsman. De vyand was reeds gena-dai»1?6'
derd tot aan het Slot Uitermeer, niet verrëbs^^
van Weesp ftaande, toen hy, verneemendei'voe
dat de Poorters uit deHollandfche Stederi,;
in grooten getale, op hem afkwamen, hals.
over hoofd, naar den Stigtfchen bodem te
rug trok. Sommigen willen, dat de beken-
de dapperheid van den Overfte Mofterd
hem ook aan 't bemagtigen van Weesp heeft
doen wanhoopen (nï). Vaft gaat, dat het,
's daags na zynen aftogt, zo fterk begon te
dooijen, dat alle vrees voor eenen inval o-
ver 't ys in Holland verdween (ti).
De Koningin van Kaftilie, in November Om%
des- jaars 1504, overleeden zynde;zo hadt g^|er
de Aartshertog Filips, haar Schoonzoon,d
't Geregt
beveelt,
dat de
houtwaa-
ien van
de Las-
taadje in
de Stad
gebragt
worden.
niet alleen den titel van Koning van Kaßilie beie0*.
aangenomen, maar ook beflooten tot eene en &$
tweede reis naar Spanje,zo dra hy eenün-z^'i^
de gemaakt zou hebben van den Gelder- l0oi'.
fchen oorlog, die hierom, den gantfehenrpo«*^
Zomer , ernftelyk werdt voortgezet. De ge" fl
&s
meefte Steden van deVeluwe en het Graaf- J?jw'
fchap Zutfen vielen Filips in handen (0). ^efi<
Kortom, het krygsgeluk liep hem zo zeer
mede, dat men, onder anderen te Amfter-
dam , alwaar , in 't laatft van May, een
plegtige ommegang gehouden was, om 's
Hemels zegen over den togt naar Gelder te
verwerven ($), eenen diergelyken omme-
gang hieldt,om den Hemel voor den voor-
fpoed
(h) Keuib. E. f. gi.
(i) Keurb. B. ƒ. 82 verfi.
(k.) Groote Chron. Divif. XXXII. Cap. 30.
(I) Keurb. B. ƒ. 83.
(m) Guill. HMMANNi Holl. Gelr. Bellum, p. jig.
(n) Groote Chron. Divif. XXXII. Gap. 30.
(o) Vaderl. Hift. IV. Deel, il. 327-329.
(p) RegiiL der Correét. agt. 't Keurb. B. ƒ. 77.
Verdere
voorzorg
tegen de
Gelder-
fchen.
1505.
-ocr page 259-
GESCHIEDENISSEN.
IV. Boek.
&ot
5°5- fpoed van 's Konings wapenen te danken
(q). Op den zevcnentwintigftenjuly, werdt
'er een Beftand voor twee jaaren geflooten
\> met de Gelderfchen.
„ honderd roeden buiten de eer'fte Vryheid i-0~
„ der Stad, bier noch wyn tappen.' Doch 3 *■'
„ het laatfte punt werdt verleend, behou-
„ dens elk zyn regt, na dat de tien jaaren
„ verloopenzouden zyn, en de overige pun.
„ ten tot wederzeggens toe («)•"
De Gelderfche oorlog en 's Konings aan- rje Ste-
ftaande reize naar Spanje hadden hem, al den en
federt eenigen tyd,in de noodzaakelykheid Amfter-
'n Uit.
Omtrent den aanvang deezes jaars, was,
r^van te Amfterdam , by een Plakaat van Ko-
J^nen, ning Filips, de uitvoer van alle Graanen,
jM:n-' zonder 't betaalen van zeker Verlofgeld,
^tQ?11, ftrenselvk verhoeden. Doch uit dit ver-
la
iL®' bod werdt, met reden, voorzien, dat 'er gebrag
t, om wederom buitengewoone Be- r^£ 'fc
;'^- "' ook weinig of geen aanvoer van Graanen
^n. te wagten was in de Stad, die egter thans
cle voornaamile Koopftad was, waaruit zig
de nabiiurige Gewenéri van Kooren voor-
zagen. Men vertoonde dit den Vorft, en
te gelyk ,, dat men bedugt was, dat de
„ Koorenhandel t'eenemaal vervallen, en
„ naar buitens Lands verleid worden zou;
3, wanneer de Stad, omtrent welke weinig
„ kooren groeide, ligtelyk zelve gebrek zou
„ können kry gen." Al't welk zo veel invloed
hadt, dat het verbod van uitvoer, by een
Plakaat op 's Vorflen naam, den tweeden
April des jaars 1505, te Mechelen, gete-
L kend, wederom ingetrokken werdt (r).
\^-
Wat laat er, den negenden July, kwam
Vte* 'er bevel van Stadhouder en Raaden, om
vetor5'" elk, vryenonvry, te noodzaaken tot be-
%d. taalinge der Graaflykheids tollen, van alles
wat van Keulen, Wezel en Venlo herwaards
gevoerd werdt (V). Doch de Regeering van
Amfterdam bewees zo klaar, dat zulks met
de Privilegiën van tolvryheid ftreedt (0>
dat de ingezetenen der Stede, zo ik meen,
ten deezen tyde, van de onderwerping aan
jj deeze nieuwigheid ontflaagen bleeven.
V<Ad De Stad verzuimde geene gelegenheid,
vciS'a om zig te doen herftellen in de voorheen
jV0ei- verworven Privilegien, die Filips, by zyne
e*>\r" inhuldiging, niet hadt willen bezweeren; en
om eenige nieuwe Voorregten te verkrygen.
Zy verwierf, op den agtften December,
3, beveftiging van het voorregt, om, tot op
3, duizend roeden buiten der Stede vryheid,
3, te mogen bannen en vangen. Ook mögt
33 zy, voortaan, omtrent onmagtige fchul-
3> denaars, het Steenregt, dat is, het regt
35 om dezelven elders dan in de gemeene
5> gevangenis vaft te zetten, gebruiken.
» Rondsom de Stad, mögt, op denafftand
j, van eene myl, geene turf gedolven wor-
» den, dan'met byzonder verlof van Stad-
'3 houder en Raaden, na dat partyen daar-
» op gehoord zouden zyn. Ingezetenen,
>> met der woon naar elders willende ver-
» trekken, zouden, vooraf, hun agterwe-
» zen van 't gene waarop zy gefield waren
" moeten in bewaaringe brengen. En nie-
33 mant mögt, in tien jaaren, binnen de drie-
(17) Keutb. B f »„ r
den te doen van de Landen. Amfterdam, der bë-
in eene deezer Beden bewilligd hebbende, willigen
was verpligt, in November deezes jaars , «aaglyk
eene leening te doen van de ingezetenen, inas^raa"
om het aandeel der Stad in 's Vorflen be- ^
de daaruit te vinden (V). Doch na dat Koning
Filips, in January des jaars 1506, naar Spanje 1506'.
vertrokken was, toonden de Steden in 't ge-
meen zig zo gereed niet, om te bewilligen in
de Beden, die, in 's. Vorflen afzyn, vernieuwd
werden. De Raad te Amfterdam befloot, 't is
waar, op den twee-entwintigflen Juny, tot
bewilliging (w); doch op den twaalfden Sep-
tember , na dat de Steden en ook Amfterdam
te Leiden ter Dagvaart geweeft waren (a:),
oordeelde men, hier, regt anders, 't Belluit
der Vroedfchap viel „ dat niet doenlyk was,
„ in 's Konings.bede te confenteeren,om de
„ zwaarelaften der Stede." Ook was de Be-
de 5 door 's Vorflen Gemagtigden, en te
Mechelen, gedaan (y); en veelen verftonden
hier nog, dat de Vorfl, in perfoon, en in Hol-
land , zyne beden doen moeft. Men draalde,
derhalve, lang met bewilligen. Filips hadt,
midlerwyl, veel tegenfpoeds gehad op de rei-
ze. Iiy was door ftorm genoodzaakt geweeft
ïn Engeland in te loopen, alwaar Koning Hen-
rik de VU.
hem lang ophieldt. Eindelyk, in piijps
Spanje aangekomen zynde en de Regeering fterft.
van Kaftilie aanvaard hebbende, werdt hy,
te Burgos, van eene heete Koorts aange-
tafl, die hem, den vyfentwintigften Sep.
tember, uit het leeven rukte (2). Zyne z, ne
Uitvaart werdt, hier te Lande, plegtiglyk uitvaart
gehouden, met naame te Amfterdam, daar wordt te
't, in de S. Nikolaas- of Oude Kerke, des Amfter-
Maandags den agtentwintigften December J™dfJ"
na de Vesper, en des Dingsdags den negen-
entwintigften na den Noen gefchiedde («).
Ka rel, zyn oudfte Zoon, die naderhand
Keizer Karel de V. werdt , volgde hem
op in de Regeeringe deezer Landen, on-
der de Voogdyfchap van zynen Grootvader
Maximiliaan, die zyne Dogter Mar gar eet
van Oofienryk,h^tü.
Weduwe van den Iier-
toge van Savoje, eerlang, tot algemeene
Landvoogdeffe aanftelde.
(«y Handv. hl. i+. [+s]-
(v) Ketirb. B. f. 90.                            r
(x) GVILI.. HEKMW« Holl. Gelr. Bellum , p. 33+.
(y) Gioot-Mcinor. N. I. ƒ. IJS.
(i) vaderl. Hitt. IV. Deel, bl. 33«.
(a) Keurb. B. ƒ. ?i verft.
Kaniiv. Ai.
("j. verg. il. gp.
<
(sj I. Privileg; Boei Ë;                 r
BY-
Cc 3
-ocr page 260-
AMSTERDAMS
II. Deel.
202
B Y L A A G E..N
Bylaa-
GEJJ
L>', A.
GEN
«j> fo* II. Deel, IV. Boek.
V. A.
Bekendmaaking der Rêgeeringe van Amfierdam, dat zy de bewaaring van '/ Huis te Muiden op
zig genomen ladt.
Gedaan in *t begin des jaars 1477.
ende omme te verhueden dat voirf. flot ijmmer
wel bewairt worde, ende in nyemants handen
en come, dairt niet* wel bewairt wefen en föu-
de, anfiende tbelanc dat defe ftede ende defen
hoeck lants dair an lecht, hebben gelooft en-
de gelouen, mit defen onfen brieue, van we-
ge ende wter name van den ftede van aemftel-
redamme voirn.,den voirf. heren ende execu-
cutores, alfe meefter dirc wter weer, Jan van
rerieiT ende gerrit van ryn voirn., ende allen
änderen, die dit angaan mach, van den lafte,
forge ende bewairnilfe van den voirf flote, dat
zy angenomen hebben als voirf, is daer aff te
vryen, te quyten ende geheelic ende all tontlas-
ten, Indien zy ons off den genen, die wy des
mit onzen brieuen machtich maken, dat op
leueren, nemende voirt op ons tlaft ende die
forge van den feluen flote, omme dat wel en-
de truweliken te bewaren ende doen bewaren
tot mynre genadige joncfrouwe ende tot flants
behoeff als voirf. es. Ende belouen dat te ver-
antwoirden voir mynre genadige joncfrouwe,
ende alle anderen dair dut behoirt. Alle ding
fonder argelift.
fan dat huys tot muyen.
Allen den genen geefteiyck ende wairlick,
die defen onzen jegenwoirdighe brieffzul-
len fyen off horen lefen doen wyfcoutburger-
meefters fcepenen ende rade van den ftede van
aemftelredanime eondt ende te weten, wt dien
dat die eerwairdige wyfe heren ende geboirtige
vrome mannen meefter dirck wter weer deken
van oude munfter Jan van reneiTe ende gerrit
van ryn, als executores van wylen jan van nien-
fode faliger gedachten, dat flot tot muyen in-
genomen hebben, by beuele ende confente van
mynen heere den graue van wynceftere, heere
vanden gruythufen etc. dair aff zy dirck die
baeftaert van nyewerode tot cafteleyn gemaect,
ende noch vier ofvyff gefellen tot hem tot myn-
re genadige joncfrouwe behoeff van bourgondie,
ende tot 's lants behoeff van hollant, omme
tvoirf. flot wel ende truwelyc te bewaren, dair
op geftelt hebben; van welke lafte ende forge,
dat die voirf. beeren ende executores hier aff
angenomen hebben, zy, als wy verftaen heb-
ben, geerne ontiaft waren. Dat wy daaromme
BYLAA;                                                              L'. B.                                                            Bf
GEN                                                                                                                                                                                J*
'>
Afkondiging der Rêgeeringe van Amfierdam, gedaan in of omtrent November des jaars 1478.
tegen een uitflrootfel dat zy in zekere Graaflyke Bede bewilligd hadt.
'' I fis wairachtich dat bouen dien dat die van
•*• Dordrecht van der Goude van Schoonho-
ven ende van hoirn die bede die mynen genadigen
heere van ooftenryck in den hage wefende ge-
confenteert was, tot LXm philips feilden fiairs
drie jairen lang gedurende, ende dat vp fekere
condicyen ende vorwairden nb onlanx die felue
gehoocht hebben tot lxxx"1 philips fchilden fiairs
ende alreede van te voren hoer aendeel dair off
betaelt hebben dat zy in drien jairen fculdich
worden fouden, ouerflaende oick alle die con-
dicien punten ende articalen die van flants we-
gen ende tot profyte van den lande weder van
mynen genadigen heere begheert waren ende dat
noch meer is hebben die voirf. 11 ij fteden nb
onlanx op die dachuairt tot bruefel voir alle die
Itaten van myns genadigen heeren Landen van
ghinfwertouer openbairlick gefeyt ende hem
vermeten indien myn genadige heere mynen
heere van der Veere commiffie gaue omme die
bede te gecrygen ende tontfangen, dat fy hem
firike hulpe ende byftant doen wouden die lan-
den te bedwingen, dat zy oick die bede fouden
moeten geuen ende betalen gelyckerwys die
brieue die myn heere, heere jan van egmont
snde myn heere van waffenair dair off an de«
fer ftede gefcreuen hebben dat breder verclairc
ende begrepen heeft diemen v lefen fal. alle
twelk noch niet genoech wefende heeft nb on-
lanx een geweeft van der goude geheten martyn
kaefe bynnen der ftede van hairlem ende heeft
die maere aldair doen gaen mit valfeheit mit boue-
rye ende logentale ende dat gebreet ende onder-
fteken alfoewel onder veel van der vroetfcap en-
de ryckom van der ftede van hairlem als onder
die gemeente omme mede aldair twydrachtig-
heit ende onvrede te maken ende goede mannen
te doen verjagen ende in verdriete te bringen
alft in den voirf. hij fteden gebuert is ende
noch is, als dat die fteden van hairlem van delft"
ende van amftelredamme mynen genadigen hee-
re gelooft fouden hebben die grote bede van
hertoge Kaerll die left lope hadde dair aff grote
twydrachticheyt vpftal ende beroerte was bin-
nen der ftede van hairlem eer die burgemeifters
tot hoeren onfculde comen mochten ende hoc
re onfculde dair off deden, dair toe fy feyde
dat dat in der wairheyt alfoe niet en was noch
nimmermeer mitter wairheyt beuonden en fal
worden, mer dat ouer hem dat mit logental*
verfiert ende gefeyt was, want zy dat niet ge'
daen en hadden noch gedocht te doen,ended«c
hei»
-ocr page 261-
GESCHIEDENISSEN,
IV. Boek.
203
Ua. hem dat van mynen genadigen heei'e noch van   ende den feluen martyn een vry Vaft geleyde Bïxaa -
j nyemant van myns genadigen sheeren wegege-
   ingaen ende incomen; niettemyn die voirf. mar- gen
• ß. vercht noch voirgeleyt en was, ende die burger-
   tyn en heeft dair niet willen comen noch zyn Lr. B.
meifters van hairlem wouden dat verantwoirden
   faken verandwoirden als hy doch van rechts en-
mit hoer lyff ende mit hoer goet, want wairt
   de van eren wegen fculdich wair te doen, wel-
foe dat ment tot enyger tydt conde wairmaken
   ke anbringen ende verfpreydinge van de voirf.
dat zy die groote bede angelooft hadden, als
   onwairachtige faken niet alken géfciet en is in
men nymmermeer en fal, zy wouden hoeren
   der ftede van hairlem, mer oick op die felue
lyuen verbuert hebben tegen mynen genadigen
   tydt in der ftede van rotterdamme ende meer
heere ende hoer goet tot profyte van der ftede
   andere. Dairomme die burgermeefters van de-
van hairlem, dair op by gemeene ouerdrachte
   fer ilede te kennen geuen enen ygelycken out
van der vroetfcap ende rycdom van der ftede
   ende jong,ryc ende arm dat zy dairaffintlich-
van hairlem doe gefcreuen was van der ftede
   te willen wefen ende willen dat mede verand-
van hairlem an der ftede van der goude dat fy
   woirden mit hoeren Uiden lyuen ende goeden
martyn kaefe hoeren poirter alfoe goet hebben
   dat zys niet gedaen nocht gedocht en hebben te
wouden, dat hy quame tot hairlem ende ver-
   doen tgeent dat men dus mit onwairachtigheit
antwoirde zyn faken, ende die maere die hy al-
   ende mit logentale over hem gef yt ende after
dus verbreet ende gefpreyt hadde wair maecte
   hoeren rugge verfpreyt heeft, ende men fal U
ende wairt foe dat hem beliefde mit martyn hoe-
   nb lefen den briefftot defer materie dienende
ren poirter enyge gedeputeerden te fcicken, die
   die myn heere van Egmont ende myn heere van
ftede van hairlem gaue hoeren gedeputeerden
   wafTenair an defer ftede gefcreuen hebben.
liv
v. c.
44.
GEN
c.
Inhuldiging »MaximiUAAN, Hertog van Ooflenryk, als Voogd' [van zyne Hvee Kinderen1''
Filips en Margareta, tot Graave van Holland enz. Gedaan in den Haage, den eenentwintig-
ften May 1482.
Vpten 21 dach in Meye anno MCCCCLxxxii. wordt hertoge Maximiliaan
als ruwaert van zynen twe kinderen wegen gehult in den hage van den
Edelen ende van den gemeene fteden van Henegouwen van Hollant van
Zeelant ende van Vrieslant ende dede defe nabefcreven Eedt.
W
y Maximiliaen hertoge van Ooftenryck   re heren MaximiHaen Hertoge van Oiftenryk
^ van bourgonjen &c. Zweren ende belo-   van bourgoingen van brabant van Limburch
ven alle privilegiën hantveften ende coftumen   van Lucenburch ende van Gelre Grave van
'van onzen landen van Hollant Zeelant ende   Vlaenderen van Artois van bourgoingen van
Vryeslant te onderhouden ende die landen voirn:   Henegouwen van Hollandt van Zecknd van
ende die onderfaten van dien te befchermen na   Namen van Zutphen uwer genaden ende uwer
alle onfe machte ende voirt alle te doen dat een   genaden tween kinderen hertoge ende grave
Vader eride_ prince zynen kinderen ende onder-   Phelips ende Margareten onfen erfachtige prin-
faten fculdig is van doen behouden ons ende   ce ende princeffe als onzen heeren graven ende
onzen kinderen alles rechts.                                gravinnen gehout ende getrou te wefen ende
alle te doene dat goede getruwe onderfaten
Die Eedt die de Edelen ende ghemeene Steden     hoeren heren van rechts wegen fculdich zyn van
gedaen hebben.                            doene behouden uwer genaden ende onzen
5                                                voirfz: erfachtigen prince ende princeffe alles
Wy zweren ende beloven V genadige hee-   rechts.
S**-                                                          Lr- D.                                                          Bylaa.
H I)                                                                                                                            ,                                               GEN
Belofte van Antoni van Amflel, Heer van Mynden en Kroonenburg, om het Slot van Kroonenburg^' D*
(tan de Stad Amflerdam te leveren, zo dra zy daartoe Graaflyke volmagt toonen zal. 3 Gedaan
den negenentwintigften September des jaars 1483.
Die Eedt die Anthonys van Mynden der ftede van Aemftelredamme ge-
daen heeft.
y"pten negen ende twyntichften dachinSep-   dat die van Aemftelredamme een brieffvanmy-
tembri anno MCDLxxxni. Antho-   nen genadighen heere dienvisoffhier naemaels
"ys van der Aemftell heere van Mynden ende   weezen fall ofFvan zynen Stedehouder thoonen
Croonenburch heeft der ftede van Aemftelre-   dat hy als dan hem luuden 't Hot van Croonen-
oamme een Eedt gedaen die Dirck Heymans   burch vpleveren fall in handen van hem tot be-
Aoon der zelver ftede burghermeyftervolcome-   fchermenyffe des gemeene landts van hollant
lick van hem genomen heeft tot wilker tydt   zonder enich wederfeggen ofte doen leepenen,
V. E.
-ocr page 262-
II. Deel.
AMSTERDAMS
204
Lr. E.
Brief aan den Kaßekin, en Eeden der Huisluiden en Schepenen van Abkoude, waarhy zy Ma-
ximiliaan , Hertoge van Ooflenryk, en der Stad Amsterdam trouwe belooven. Ge-
daan den tweeden February des jaars 1484.
N. 1.
An heynrlck boetfelaer CafteleyH éfidé bailliu vari apcoude.-
Bylaa-
GEN
L'. E.
CE»
fynre genade té Verbueren , dat zy , vp een fori-
nendage naeftcömende, na denmiddage tot een-
re vre comen ende vergaderen an den'huyfe vari
apcoude, Om den geenen, die wy daer fcicken
füllen, alzulcke eede ende huldinge te doen als
die onderfaten van den lande van aemftelandt,
wiens rechten ende priuilegien zy voortan ge-
bruyeken füllen, mynen voirfch. genadigen hee-
re off zynen gecommitteerden gedaen nebben,
hemluyden aduerterende, indien zy hiervan in
gebreke zyn, dat wy dat an hemluyden alzoe
corrigeren willen, dat zy anderen ten exempe-
len wefen füllen. Ende hier van en wiltingee-
ne gebreke weefen, anders foe foude wy dat an
v lyff ende goedt verhalen willen,hierinne.eer-
baere guede vrient, doende als voirfch. is, vp
dat myns genadigen heren gebot by V onver-
mindert bliue. gefchr. metter haefte vpten
xxvuj"1 dach in Januario, anno xive lxxxiiij.
Eerbaare goede vrient. Alzoe myn genadige
heere die hertoge van oeftenryclc etc. in on-
fen handen ende tot onfer bewaerniffe geftelt
heeft tflot van apcoude met alle zyne heerlic-
heyt, toebehoren ende appendencyen, by fine'
opene brieue bezegelt met fynre genaden vuyt •
hangende fegel, ende die onderfaten van dien
berecht wil hebben na den rechten ende priui-
legien van den lande van aemfterlandt, foe ift
dat wy v achteruolgende dien tegenwoordelick
ontbieden ende beuelen , van wegen mynen
voirfch. genadigen Heere, vuyt erachte van den
voirfch. commüTie, die wy daer ofF hebben, dat
ghy ouer all in den dorpen onder der lïeerlic-
heyt van apcoude gelegen, die clocken doet
ilaen ende allen den onderfaten van dien,bene-
den tfeftig jaren ende bouen xx jaren oudtwee-
fende, gebiet van wegen myns voirfch. gena-
dichs heeren, op zekere groete peynen, tegen
N. a;
Die Eedt die de buyrluyde van Apcoude mynen genadighen heere van Oos-
tenryk &c: ende der ftede van Aemftelredamme vpten ander den dach in fe-
bruario anno Lxxxiiu. gedaen hebben.
ende ftereken tegen enen ygelycken die enich van
den buyrluyden van Apcoude daren boven zou-
de willen vercorten ende moyenifle aridoen en-
de dat niet te laten in gheenrehande manyeren
noch omme ghiene zakken foe lïelpe v God en-
de zynen heyligen. Des fall v die ftede van
Aemftelredamme voirfz: in der name van my-
nen genadighen hcre ende van hair felve weder-
omme alle'die hulpe ende byftandt doen die hair
mogelick fal wefen van doen ende nair alle hae-
re machte tot allen tyden als dat van noode wardt.
Dat zwer ghy dat ghy van nv voirtan my-
nen genadighen heere van Ooftenryck ende der
ftede van Aemftelredamme houde ende trouwe
weezen zult ende hair alle byftandt ende hulpe
doen fult die ghy fult connen ende moghen doen
wanneer ghy des verzocht wordt ende den Caf-
telleyn die de ftede van aemftelredamme vptc n
huyze van Apcoude ftellen zall ende zult recht
nemen ende gheven na die handtveften privile-
gyen ende oude cuftumen van den landen van
Aemfterlandt ende malcanderen dair inne ftyven
N.
Die Eedt die de fcepenen van Apcoude in handen van den burgermeyfter der
ftede van Aemftelredamme alle jaren doen füllen.
huysman ende den eenen huysman ofte partye
ende den anderen tot allen gebuerlycke tyden
als ghy des verzocht zult worden zonder mye-
de ofte ghifte dair aff te nemen Zoe helpe v
Dat zweer ghy dat ghy guede fcepenen wee-
zen zult dit toecomende jare lang ende zult mit-
ten bayliu ende mitten fcout elk in 't zyn een
guet rechtvaerdich vonnyfle wyzen na die handt-
veften privilegyen ende oude cuftumen van God ende zynen heyljgen.
Aemfterlandt twyflchen den heer ende den
U. F,
-ocr page 263-
GESCHIEDENISSEN.
IV. Boek.
205
V. F.
Btlaa-
GEN
Lr. F,
Eeden gedaan by de inhuldiging van F1 l 1P s, Aartshertog van Ooflenryk, tot Graave van
Holland enz. op den twaalfden December 1494.
N. 1.
Eedt gedaen by den Eertshertoge Philips van Ooftenryck van bourgoingen den
gedeputeerden van den Staten der landen van hollant ende vrieslant binnen der
ftede van finte Geertruden berghe upten iaften dach van Decembre anno vier
ende tnegentich in tegenwoerdicheyt van den marcgrave van baden den heeren
van berghen molenbaifen end-e berffelen Ridders van der oerdre, de proeft
van tricht heer Ladron hofmeefter Phillebert de. vitre gefeit la mouche eerfte
ftalmeefter Meefteren Jacob van Almonde Jan boudins. Zoen ende meer ande-
ren in groten getale.
r^at zweren wy als Grave van hollant en-
"*-^ de heere van vrieslant mit horen toebeho-
ren die heilighe kerck voer te ftaen ende in ho-
ren rechten ende vriheden te onderhoudene
weducn ende wefen te befcherniene ende in
rechten ende redene te houdene ende te doen
onderhouden die rechten hantveften ende pri-
vilegiën onfen Ridderfcap goeden fteden ende
ghemenen landen van hollant ende vrieslant
voenyts verleent ende gegeven by wylen den
hertoghe Philips Kaerle ende hoer voervaderen
graven ende gravinnen van Hollant ende heeren
Van Vrieslant faliger memoden te houden eri-
N.
de doen onderhouden ende confirmeren ende
veftighen die voer ons ende onfen erven ende
nacornelingen mit defen onfen eedt ende: desr
geliken onfen voirfz: lauden in rechten ende
jufticien te hondene ende te doen. onderhou-
dene ende die oude goede couftumen gewoen-
ten ende haercommen te obferveren ende te be-
waren ende voert onfe voerfz: Ridderfchtp fte-
den ende onderfaten van dien te doen al des een
goet heer ende prince fchuldich wefen fal van
doene alzo moet ons God helpen ende al zyn
heilighen.
Eedt gedaen by der ftede regierders.
Dat zweren wy dat wy onfen genadighen
heere Eertshertoghe Philips hier tegenwoerdich
fynde hulden ende ontfanghen tot onfen gerech-
ter geboren lantsheere ende Grave den landen
van hollant ende heerlicheit van vrieslant mit
horen toebehoerten zyn hoecheit heerlicheit
ende graeflike rechten getrouwelic te bewaren
ende onderhoudene ende zynre genaden zynen
ftedchoudere ende raide van hollant ende voirt
alle zyne dienaren ende officieren elcken naer
zynen toebehoren hueren dienften doende en-
de excercerende te obedieren ende affilieren
ende voert hout getrouwe ende gedienftich te
wefen tot befchermenifïè van zynen Edelen
perfone ende ftate als wy van rechts ende re-
dene weghen fchuldich zyn van doene ende
voert alle te doene des goede ende getrouwe
onderfaten hueren gerechten lantshceren fchul-
dich zyn van doene alzo moet ons God hel-
pen ende al zyn heilighen.
Lr. G.
Eeden, te Amßerdam gedaan,by de plegtige inhuldiging van FiLiPS , Aartshertoge van Ooßen-
ryk
, op den zevenenfwintigflen ^uny 1497.
N. 1.
Gedaen vpten 27 dach van Junio anno XCVII. ende worde gepronunchjert by
andries boelen zoen burgermeefter.
J3at zweren wy goet ende rechtverdieh hee- ende Karel laeft overleden ende hueren voer-
. re ende prince te zyne onfer ftede van ders Graven ende Gravinnen van hollant en-
^ernfterdam ende onfe onderfaten van ^dien en- de al te doene dat een goet ende natuerlick
Btlaa-
&EN
L'. G.
j* te onderhoudene ende doen onderhoudene
j*l'e die rechten previlegien handveften ende
heere ende prinee behoeme doene voer zynen
onderfaten alfoe moet ons God helpen ende
aerconimen hemluyden verleent ende gecon- zyn heiligen
meert by faliger gedachte Hertogen Philips
La                                                               N. 2.
-ocr page 264-
AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN. II. Deel.
aoó
N. 2.
Byl aa-
gen
Lr. G.
Gedaen als voren ende gepronunciert by meefter Jacob vari Almonde raet van L'
hollant boven van den ftadthuys.
zyn ende obedierne ende zynen edelen per-
foen te befchuddene ende te helpen tegen al-
le alfoe wy van rechts wegen fchuldich zyn
van doene ende al te doene dat goede ende
getrouwe önderfiiten fchuldich zyn te doene
horen natuerliken heere ende prince alfoe moet
ons God helpen ende zyn heiligen.
Dat zweer wy dat wy ontfafigen ende hul-
den tot onfen namerlycke ende erfaftich heere
ende prince onfe harde geduchtige Heere Her-
toge Philips hier tegenwoerdich als grave van
Hollant ende beloven hem zynen raedt van
hollant ende den hoghen raide ende allen zyn
officiers horen officie doende onderdanich te
U> H.
Refihitie van V Geregt, de zesendertigen en de Poorterye van Anißer dam, tot handhaavlnge der
Vrye Vaart door
7 Marsdiep en'tFile, genomen den 11 December des jaars 1498.
Eylaa-
GEN
Ia H.
CEPJ
LA &
C'daechs na Sinte Thomas dach, s'agterrioens,
ziin omme de fufpenfie off twiuel van der
zaecke hier voren geróeit, ende geregiftreert,
vergadert ge weeft de ze.fendcrtich int meer-
der getael, daer by ende toe geroepen waren
de gehele buyck en de poorterye defer Stede,
zoe men die naeften crygen conde , ende dat
op 't Gafthuys , daer hunluyden voirgelezen
ende gerepeteert was , dickwyl ende menigh-
werve de naefte text ende lettre van de pri-
vilegie . Hertogh Willems zaliger gedacht, op
t'zelve ftuck enz. Ende wart eiken byzonder
gevraecht by monde van Dirck Heymatisz als
Burgermeefter, hoe zü dien text, ende lettre
verftonden, en hoe zyze gehouden ende ge-
bruyet wouden hebben. Ende is heur aller
ftemme ende flot geweeft foo wel vanden ge-
regte van den gene dier waren van de xxxvj,
als van de poorterye , dat,men vry ende vey-
ligh zal laten varen ende keeren allen den gee-
nen die met heure feepen ende goeden dat
Marsdiep off dat vlye verzoecken, ende alhier
komen tot defer ftede Haven van Aemftelre-
damme , zoewel an haer Lyff als an haer goe-
den , zoe dat zü weder vry ende veylich f'cey-
den zullen uyter Maersdiep off uyt et vlye zon-
der eenich becommeringhe, lctfel, off hinder,
hunluyden te doen, off te laten gefcien, naer
inhouden denipreken ende verclaringe vanden
zeluen priuilegie, daer by namen an ende ouer
zyn geweeft, Eerft
Van die van den Gerecht.
Dirck Heymensz , Willem Boem , Bruymngh
Claesz
Burgermeefteren, Jan Claesz , Jan
Clements.
Ende van de Poirterye.
Pieter Reyersz, Jacob van Campen, Sciphee?
Schaek, Claes Gaeff, Claes Hermesz, Corne-
lis de Vlamingh
, Claes Heinrixz van der Scel-
lingh, Gerrit Symon Bardezeen , Coert Jans-
zoen , Jan Matthyszoen , Goert Geriitsz
,
Claes Bueyck , Jan Dircxsz, Aelbert Bofch,
Daem Meusz, Symon Boenacker, Heinrick
Stuverzoen vander Sccllingh , Michiel inde.
Starre, Claes Jacobsz Bleker, Henrik Symonsz,
Comelis Cuyper, Dirck Symonsz. Poel, Wa-
ll gb Jacobszoen, Jan Wybrantsz, Dirck Smity
Pouwels ZachtJeuen , Frans Claes Heynen,
Claes Kueytlngh, Claes Gerytsz, Willem Bin-
nénzoeri, Wigbout Wlgger, Jacob van Ame-
rongen, Pieter Codde, Pieter Weyn, Volken
de Geyer, Claes Jacobsz, Hiltebrant Avezoon
,
Roel Goimenbergh , Jan van Gelre, Geryt
Geye, Claes Gaeff, Tsbrand inde Baerdze
,
Msynaert Willemsz , Jan Lambertsz , Jan
Pietersz 'Zylmaker , Claes Jan Matthysz
,
Tsbrand Holefloot, Jonge Dirck. Claesz, Wil-
lem Cantert, Frans Heinsgcman , Michiel
Jansz, Dirck Pietersz, Willem Bäcker, Jan
van Mareken, Willem Splintersz., Pieter God-
de, Pieter van Aeken, Jan Ryci
, Jacob
Heinricksz, Comelis Symonsz
, Gerrit de Goyer,
Pieter Coppertsz
, Gerrit Meffemaker, Jan Wol-
bregtsz, Adaem Hejfeltsz, Dirck Hem, Claes
Tymonsz, Wouter Dobbesz
, Zwarte DU ck,
Jan Symonsz , Scipheer Gaeff, Jan Pietersz,
Pieter Jacobsz Graeff, Zybr. Bueyck , Lou
Lambregtsz, Claes de Goyer, Mertyn Valck:
Willem en Hlllebr. Modder, Coman Lambr:
Jacob Ferkerck, Jan Bet de brouwer, Claes
Symensz, Thomas H'outersz, Jacob Monick,
Heyn Jacob Baertsz, Heyn Wou, Jan Ver-
ïttael, Huygen Wolbrantsz, Gerbrani Mertz,
Jan Euertsz, Philips Gerrit szoen, Claes Ja-
cobsz
, Jan Inde Smack, Geryt Symons, Tho-
nys de Goutfmit, Coman Jacob
, Baernt
Baerntsz, Jan Lambertsz , JanvanNuys,
Dirck Vlet er sz
, Heyn Schout, Jacob van Mare-
ken, Jan Pietersz, Roel Jansz, Dirck Wy'
brantsz, Jan Koenensz, Olfert Pietersz, Ty-
men Henricx, Cropel Geryt, Claes Vrericxz,
Jan Meliis Arnsz, Rem Symonsz, Claes Kan
,
Dirck Hetsz, Dirck Liftingh, Heyn Rode,
Symon Heyns
, Luytgen Garbrantsz, qua Jath
Oude Jan, en kleyne Heinrick Stauer.
Van de XXXVJ.
Br uyt de Brouwer , Vegter Baerntsz , Pieter
Colyll, Jacob van Bergen , Dirck Bardesz,
Pieter Haringh, Jonge Jacob Jacobsz, An-
dries Boelensz, Claes Heyn, Jacob Wlllemsz,
Gysbert Jacobsz, Melys Paeuw, Boel Bleker,
Clement Wolffers, Simon Avezoen, Claes Mo-
yert, Ruyfcb Jansz, Geryt Bennittg, Geryt
Theusz. ende Egbert Jansz.
TWEE"
-ocr page 265-
207
TWEEDE          DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
T E R D A M.
A M S
V Y F D E BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van 't jaar 1506,
tot het jaar 1534.
Het Beftand met de Gelderfehen was,
terflond na het vertrek van wylen Ko-
ning Filips , van hunne zyde, verbroken.
Hertog Karel van Gelder , met Franfche
hulp gefterkt, bemagtigde veeïe Steden in
Gelderland, die, by het jongde Verdrag,
Filips waren toegeweezen. Wageningen,
eene deezer Steden, werdt, federt, bele-
gerd door de Ooftenrykfchen. Doch op de
tyding van 's Konings dood, werdt het be-
leg opgebroken. Ook gaf Lodewyk de
Xll., Koning van Frankryk, zynen Leger-
hoofden toen bevel, om de begonnen vyan-
delykheden in Gelderland , vooreerft, te
flaaken (V).
In den Zomer des jaars 1507, begaf de
Landvoogdes Margareet zig naar Holland,
om in haare nieuwe waardigheid erkend te
worden. De inhuldiging gefchiedde te Dor-
drecht, werwaards de Steden , ook Am-
fterdam, haare Afgevaardigden gezonden
hadden, op den zeventienden Juny. Doch
de Landvoogdes begeerde geene Privilegien
te bezweeren, dan die, ten tyde van Ko-
ning Filips, bezwooren geweeft .waren. Al-
leenlyk, ftondt zy toe, dat men geene brie-
ven van Schäverhaalingter uitvoeringe leg-
gen zou, dan by goedvinden, niet alleen
van Stadhouder en Raaden; maar ook van
's Lands Staaten (£). Voorts, werdt Kei-
zer Maximiliaan, ten zelfden tyde enplaat-
fe» ook voor Voogd van zynen Kleinzoon
Karel erkend, in "de perfoonen van twee
zyner Gemagtigden (O- De eed , dien Bur-
gerneefters , Schepenen , Raaden en Ge-
beente van Amfterdam , ter deezer gele-
genheid, deeden, ftaat, in de Stads Re.
êlflers
(£), aangetekend. De plegtigheid
VA f^F-Flikantb. IV. Deel, hl. s, io.
der inhuldiginge gefchiedde, in 't huis van
ISO?-
wylen Zar es "oanSlingelandZareszoon, in zyn
leëven Schout van Dordrecht (e) van de
Kabbeljaauwfche zyde (ƒ). De Steden zyn,
vermoedelyk, te ligter gekomen tot de in-
huldiging, om dat Keizer Maximiliaan haar,
op den veertienden April te vooren, by ee-
ne Handveft, te Gend getekend, den vryen
uitvoer van Graanen hadt toegeïïaan, zon-
der dat zy verpligt zouden zyn, daarvan
eenig verlofgeld te betaalen (g). Voorts, De Stad
verwierf Amfterdam in 't byzonder , van wordt
Chrifliaan, Zoon van Jan den II., Koning Jj^gd
van Deenemarke en Zweeden, op den der- vryen"
tienden September, beveiliging in de voor-handel
regten van Koophandel op Noorwegen, die op Noor-
der Stad voorheen waren toegeftaan (h). weSen-
Midlerwyl, was men, in Holland, reeds Zy zorgt
in 't voorleeden jaar, bekommerd geweeft tesen de
voor eenen inval der Gelderfehen (2). En *™^et
deeze bekommering nam toe, na dat men^g^.
kennis gekreegen hadt, dat eenig vyandelyk fchen.
Krygsvolk, by gebrek van betaalinge (£),
in 't begin van July, op Stigtfehen bodem
hadt begonnen teftroopen. Terftond hierop,
werdt te Amfterdam afgekondigd „ dat
„ niemant der ingezetenen, op de verbeur-
„ te van zyn poorterregt, naar Utrecht zou
?, hebben te reizen, uit hoofde van deroo-
„ veryen der Gelderfehen (/)." Ook werdt,
Wat laater, bevolen „ dat niemant in de
„ Stad komen, en daar weder uitgaan mögt,
5, by en zou moeten hebben een teyken van ee-
v
lSofi
SS**
So?.
)■>
nen, by der Stede daertoe gedeputeert, fit-
tende ten huyfe van aechte Jacob Wittemsz.
faliger gedachten Weduwe in de Kerck-
„ firae-
(e)   I. Privileg. Boek, ƒ. s? verfi.
(f)  Eeverw. Dotdr. hl. 17S, *79-
ig) Oude Kerk, Laaie XII. Haudv. bl. S9.
(b) Oude Kerk, Laaie XLI. Handy, hl. j7 [37^
(») Lertr. de Louis XII. Tam. 1. p. 70, 7i,
(k) Letrr. de Louis XIX. Tem. I. p. 9J,
(l)
Keuib. B, f. 97 verf<>'
Dd 2
\
-ocr page 266-
AMSTERDAMS
II. Deel.
208
tonis-poort en 't Y, te doen af breeken : i5°
waartoe alle Draagers, Iioutzaagers en Tim-
merluiden verpligt waren de hand te lee-
nen (t).
                                                            , (,
't Is, uit de Stads Regiflers (u), klaar, V6?$en
dat het inneemen van de Stad en 't Slot te ^\$&
Muiden, en van de Stad Weesp, door Her- j^de»
toge Karel van Gelder (y), waardoor 't ge- en
vaar der Gelderfche vyandelykheden Am- WeS5? -
fterdam veel nader gekomen was dan te voo-iru
ren, gelegenheid gegeven hebbe tot deeze
voorzorg. De meefle Schryvers verfchil- (Ve
len zeer, over den tyd , waarin men hetz0^de»
bemagtigen deezer Plaatfen moet agten ge- " <j dea'
beur d te zyn. Pontanus, die door - de \& $\
laatere Schryvers gevolgd is, fielt het, inbe«r
zyne Befchryvïng van Amßerdam (w), op 'tnl
jaar 1507. Doch in zyne Gelderfche Hißo-
rie
(V), plaatft hy 't, op 't jaar 1508, met
byvoeging nogtans, dat 'er reden is, om
het op het jaar 1507 te plaatfen. Willem
H e r m a n s z o o n, de oudile bekende Schry-
ver, die van dit voorval gewaagt,bemoeit
zig niet met het aantekenen van het jaar,
waarin de dingen, die hy te boek fielt, ge-
beurd zyn. Doch hy bedient zig, in 't ver-
haaien der gevolgen van het inneemen van
Muiden en Weesp , van uitdrukkingen, die
zouden doen denken, dat dit inneemen, al
in 't jaar 1506, gefchied ware, gelyk wy,
wat laager, zullen toonen. Ook zou ik gee-
ne zwaarigheid gemaakt hebben, om het
geval op het jaar 1506 te plaatfen, tegen't
gevoelen van P o n t a n u s , en die hem ge-
volgd zyn. Doch eene Akte onzer Stad
vandenjaare 1512, waarin het overvallen
van Weesp , met duidelyke woorden, op 't
jaar
xvc. ende acht gefield wordt (y), deedt
my veranderen van gedagten, en dit geval,
met het gene 'er op gevolgd was, en Am-
fterdam van naby betrof, op het jaar 1508
te boek flellen. Van de Akte zelve, die
ons in deeze duifterheid voorgelicht heeft,
zullen wy beneden nader fpreken.
                     -v
Hertog Karel dan, in de Lente (1) dee- 2/„
zes jaars,' zig meefter hebbende gemaakt tjft\
van de twee Steden, zondt, van Weesp , jafl1
1507. >» flraete (m)," dat is, in de Warmoesflraat,
tuflchen de Oude Kerk en den Dam. 't Ge-
vaar, welk de Stad ten deezen tyde liep,
nam toe, na dat de Gelderfchen, op den
zevenentwintigflen Auguftus, het Dorp Bo-
degrave verbrand hadden («). Men beval,
op den agtflen September „ dat alleinge-
„ zetenen , bekwaam om de wapenen te
„ voeren, zig gereed houden moeflenyom,
„ op de eerfle aankondiging,uit te trekken
„ tegen den vyand; waarvoor, aan alle am-
„ bagt- en neeringdoende luiden, een ftui-
„ ver, en, als zy daadelyk uittrokken,vyf
„ ftuivers 's daags werden toegelegd (0)."
! Pontanus tekent aanfjf), dat de Gel-
derfchen, in dit jaar 1507,het roodeBlok-
huis, welk tuflchen het Damrak en de Haar-
lemmer Poort, omtrent de plaats , waar nu
de Y-brug legt, op paaien, gebouwd was,
hebbende aangetaft, door de Amflerdam-
rners, manmoediglyk, afgeflaagen zyn. Doch
alzo hy 'er byvoegt, dat zulks, op den S.
Jansdag, en even na het bemagtigen van
Muiden en Weesp, gefchiedde, heeft men
reden om te twyfelen, of hy den aanval op
de Schans teYpefloot, die wy,beneden,op
het jaar 1508, verhaalen zullen, niet voor
eenen aanval op het roode Blokhuis gehou-
den hebbe.
HetHout Valt gaat het, ondertuffchen, dat men,
aan den te Amilcrdam, nog tot in den Winter des
Buiten- jaars 1507, voor eene vyandelyke onder-
wetdt nceming der Gelderfchen bedugt was: waar-
belaft om , den vyftienden December, bevolen
weg te werdt „ al het hout uit de houttuinen, tus-
doen. ^ fchen Screyehoeck en de Sint Oloffs poirte,
„ weg te doen (g)." Ook werdt beflooten,
„ een rooilyn tefcheeren, van den hoek
„ der huizinge van de Paulus broeders, nu
„ oude Waaien Kerk en het S. Joris Hof,
„ tot aan den hoek der huizen van 't Pro-
., venhuis van Bethanie, welk toen was daar
„ nu de Bethanie flraat is; en al wat daar
„ buiten ftondt, af te breeken (f)." De
Scheepvaart werdt ook niet veilig geoor-
1508. deeld: waarom het Geregt der Stad, den
twee-entwintigften January des jaars 1508,
in gevolge van een befluit der Steden van
Holland langs de Zuiderzee gelegen, deedt
afkondigen „ dat niemant uit diezeeoofl-
„ waards of weftwaards zou hebben tezei-
Bevel „ len, voor nader openlyk verlof (ƒ)." De
om de ZOrg voor den vyand was zelfs zo groot te
LfafaadjeAmiterdam, dat de Regeering , in May,
breeken. befloot, de Laftaadje, tuflchen de S. An-
fraß Keurb. B. ƒ. 9«.
(n 1 Groote Cliron. Divif. XXXII. Cap. 38.
(o) Keurb. E. F. 9«.
(p).tiir. I. Cap. VIII. />. z6,
(//)
Keutb. B. ƒ. 98 virfi.
(r) Keurb. B. ƒ. 99.
(s)
Keurb. B./. iel.
daar hy zig ophieldt, eenen Priefler naar
Am-
(/) Keurb. B. ƒ. 104. ver/o.
(uj
Groor-Memor. iV. I. f. 270.
(v) GUll.1.. HEHMAKNUS p. 33J , ??«, 337-
(w) Libr. I. Cap. VUI. p. zä. Zie ook Vaderl. Hift. IV.
Deel, bl. 354.
(x) Lihr. XI. p. 6lJ.
(y) Keurb. C. ƒ. 59.
(1) Dat Weesp , in May , ingenomen werdt,
wordt ultdrukkelyk gezeid in de Stads Regiflers, op
het jaar 1514, waar men leeft ,, dat Claes Heyn,
, Burgemeefter der Stede , zes ponden grooten
, vlaams beloofd werden, voor zyn timmerhuis op
, de Laftaadje , welk afgebrand werdt , toen de
, Gelderfchen, in May, Weesp ingenomen had-
, den." Groot Memoriaal, N. I. f. 270.
-ocr page 267-
G E S C H I E DE NISSEN.
V. Boek.
2 op
^08. Amfterdam, om de Stad op te eifchen,en dyk,lag een gdmgt,rpeßootgenaamd,om- 1508,
om de Regeering te vergen, dat zy hem trenteenhalf uur gaans van de eerftgemelde werpen
voor Heere aannam. Doch zy antwoord- Stad. Hier werdt, op 't fmaliï van den dyk,
eene
de „ dat zy Koning Filips trouwe gezwoo-   tuffchen 'tY en de Diemermeer, eene Schans Schans
„ ren hadt (2), diezyzynen kinderen hou-
   opgeworpen, en met manfchap bezet. In °P> by
j, den wilde, en dat haare burgery nog niét
   de Meer, lag een gewapend vaartuig: in n^
>, in zulk eene engte gebragt was, dat het
  't Y, verfcheide anderen, om de Schans te zy
„ haar lüften kon, van Heere te wiiTelen."
   dekken. De Gelderfchen, met HertogeKa- wordt,
Men weigerde egter, dit antwoord fchrif-
  rel aan't hoofd, trokken, over't Paapen- ^8ee_fs'
telyk te geeven, om dat de Priefter ook
  veld, aan op Ypefloot, met oogmerk om^
iw maar mondeling geboodfchapt hadt (z).
       eerft het fchip, weikin deDiemermeerlag, door de
Ie (je°e" Midlerwyl, verzuimde men niet, de Stad
   en daarna de onvoltrokken Schans te vero- Gelder-
jW. in ftaat van tegenweer te ftellen. Buiten
   veren. Tot het laatfte, meende men naauw-^lien*
A de S. Antonis Poort, thans de Waag op de
   lyks honderd man noodig te hebben. De
t^te- nieuwe Markt, die naar Weesp leidde, wer-
   Gelderfchen riepen, van den dyk, ons Boots-
\c!t den, in gevolge der aangehaalde bevelen van
  volk toe, Waterhonden! waterhonden! u zal
Hgt_ de Wethouderfchap, alle de huizen, win-
   't gelden. Daar de onzen op antwoordden,
keis en hutten afgebroken; de tuinen en 't
   Ecrfi hebben, en dan hangen. Ook fchooten
geboomte uitgeroeid. Zelfs werdt defchoo-
   de fchepen, die in't Y lagen, zo fel op den
ne Doele der Handboogfchutteren, die toen
  vyand, dat hy 't, op den dyk, niet langer
buiten de gemelde,Poort ftondt,geflegt:en
   houden kon; maar zig in de laagte begee-
alle de boomen, daartoe behoorende, om-
   ven moeit. Doch hier deedt het grof ge-
verre gehouwen, op dat 'er de vyand niet
  fchut, welk Reinier Mofterd afflak^deGel-
in neflelen zou. 't Geboomte, welk, hier
   derfchen verftuiven. Hertog Karel zelf,
en elders, omver gehouwen lag, moeft,op
   die langfl fland hieldt, liep groot gevaar
bevel der Wethouderfchap van den vieren-
  van 't leeven. De hut, waarin hy zig be-
twintigften May, door het Schoenmaakers
  vondt, werdt door en door gefchooten, heb-
Gilde , in de Stad gebragt worden (a).
   bende denSchryver, uitwien wy dit Ver-
Voorts werdt, by openbaare afkondiging,
   haal ontleenen, zelv', naderhand, de ga-
bevolen, dat niemant eenig goud of zilver
  ten gezien, die de fteenen of looden kogels,
uit de Stad zou voeren; en dat alle de Am-
   in deeze hut, gemaakt hadden. Menfchoot
fterdamfche Koopluiden, die naar de markt
   niet flegts van de fchepen; maar ook uit de
jö? ^ te Antwerpen getrokken waren, ten fpoe-
   onvolmaakte Schanfe. Eindelyk, trokken
!%!*' digfte te rug keeren zouden (£). Tulfchen
   de Gelderfchen te rug naar Weesp. Zy lie-
'ei's Amfterdam en Weesp, aan den Muider-
   ten maar weinige dooden agter. Van de
, , fm, Rr„™,„„.
                                       Hollandfche zyde , was niemant gefneu-
(l) GUILL. KF.RMANNUS p. 3JS, 3JÏ, 3J?.                                 , , , N                    *                                                         ö
(a) Keutb. B. ƒ. ioj ver/o.                                                 Veld (C).
dj güiix. HEBMANNus p. 338.                               De Schans te Ypefloot werdt, federt, vol- Tweede
(2) In 't Latynfch verhaal van Willem Her-   tooid, en tot aan de S. Antonis-poort toe aanval op
«ansizoon, ftaat Sacramentum diximus Regi Pbi-   getrokken Cd) Doch 't Ieedt niet lang, ofdezelve.
Uppoquod fervare not-oportet, dat is, „Wy hebben   fy werdt andermaal aangetafl van de Gel-
» Konmg tilips eed gedaan; dien eed moeten wy ,J ~ ■,
          »* > j- j ■ -L- ^
» houden." En nit deeze woorden, fchynt te vol-   derfchen. Zy bedienden Zig, hiertoe, van
§en, dat dit geval, en 't bemagtigen van Muiden   den nagt voor den S. J ansdag, zynde den
^ Weesp, 't welk'er voorgegaan was, nog by 't  vierentwintigften Juny, die zeer donker was
SdT KS3 üïi SÄ&S E? Erif 5 KryfS,v*e in * **-
*y onderzoeken , verminkt is, of dat de Schryver   gelegen hadt, en ledert Uit zynen dienft ont-
?'g hier niet naauwkeuriglyk uitgedrukt heeft. En   llaagen was , hadt zig vervoegd by den
*k neig tot de eerfte sedagten, om dat hy zelf net-  vyand, en hem de gelegenheid der Plaatfe
«r fpreekt in een Gedigt, agter zyn Werkje ge- J el befchreeven, dat men ondernam
.v°egd, waarin hy, dezelfde gefchiedenis verhaa-   ^u , , , -, . .' ""L't" tiiiucruaiii,
Jende, de Regeering van Amfterdam (p. 353) dus   te SeJvk net 1UllP ln de Diemermeer ende
"°et fpreeken:                                                 Schans te bemagtigen. Dertig man omtrent
.. .                                 • ,.                  begaf zig in kleine fchuitjes, en roeide in ftil-
» SJacnm„ devota meute Phhppo                   naaf de M                de g fa                bin.
Uixttnus, ü natis ia molare net as.                           . ,,.          '            ,                      i.-„„
nen te beklimmen; terwyl een grooter noop,
dat is:                               langs den dyk, zou aantrekken op deSchanfe,
* Wy hebben Filips eed gedaan : fchande ware   <&»n.aar de Stad toe> minfl voorzien was.
" , i' dat*y             rr:.--nt zyne kinderen, fchen-  Men was gewoon, eenige paarden aan den
" j*f? milder                                                                         °                                               d jj.
lec Jen wt * I                     da£ Fi,iPs ïe^s over.
Gedinthi^;' •                           'oren hebben, dit (c) Guill. hermannus p. 339, 34°.
8 ier>ni°ns%, , , -volgen,                    (</)i«L*.w,
Dd 3
-ocr page 268-
AMSTERDAMS             II. Deel.
1508. dyk te haten weiden, die, fomtyds, zelfs tot   hen, tot aan het Eiland Ens (3). De Am- $
in de fchanfe, hun voeder zogten. Het eerfte
   fterdammers zelven, verneemende, in welk
gerügt, welk de naderende vyand maakte,
    een gevaar hunne nabuuren geweeft waren,
werdt gehouden voor de beweeging, die men
   bragten hanne Galeote in zee, die , ge-
van deezc paarden gewoon was. ■ Doch de
  volgd van eenige Vaartuigen, van Muiden
Wa?t werdt haait al te onzagt gered uit
  naar Enkhuizen, en voorts naar 't Eiland
haare dooling. De looze Gelderfchen over-
   Ens ftevende. Doch men ontmoette gee-
vielen de Schans, eer 'er iemant op ver-
   ncn vyand. Iiy was, by tyds, naar deGel-
dagt was. Een' of twee bezettelingen v/er
    fche havens geweeken (g).                              ^ ■
den, met pieken, doorftooten. Doch de o- Maximiliaan hadt, midlerwyl, een Leger ^^s"
verigen op de been gekomen zynde,werdt
  byeen getrokken te Naarden, welk onder j^r'1-
het gevegt voortgezet, van middernagt af,
   den Graave van Buuren ftondt, en onder
tot dat het volkomen licht was. Ondertus-
   anderen uit Amfterdam van leevensmidde-
fchen, wift men, op defchepen, door de
   len voorzien werdt (//). Met dit Leger,
donkerheid, niet te onderfcheiden, wat in
  werdt het beleg gefhagenvoor Weesp; doch
de fchanfe omging ; en men vermoedde,
   het werdt traaglyk voortgezet (J). Tegen
toen het dag werdt, of de Schans niet wel
   den Winter, werdt de Stad, van drie kan-
ver looren mögt zyn, tot dat de Overfte,
   ten, naauw beflooten, onder anderen door
Gerard van Mierop , 't hoofd heen en weer
   eene Schans, die de Amfterdammers op den A^ets
uitfteekende boven de borftweering, Bour-
  dyk, tegen over 't Paapenveld, hadden op- ?a*be'
De Gel- gondle! Bourgondie! riep. Toen werdt het
   geworpen. Ook kwam 'er toen groot ge- \e%.
derfchen gefchut uit de fchepen gelykelyk geloft op
   brek aan leevensmiddelen in Weesp, zo dat
met ver- den vyand, die, hals over hoofd, aan 't
  ibmmigen,in vyf dagen, geen broodproef-
lies afge-vlugten floeg, den weg op naar Amfterdam,
   den, en fomtyds geen' anderen drank dan
ilaagen. alzo hem dewegnaar Weesp door defchan-
  water wiften te bekomen. Geduurende den
fe afgefneeden was, en de kleine fchuitjes
  Winter, verfpreidde zig, te Amfterdam,
in de Meer ook, in 't gezigt van 't Hol-
   een gerügt, dat de Gelderfchen wederom
landfche Vaartuig, niet te bereiken waren,
   eene onderneeming op Waterlan linden zin,
Doch een bende Amfterdamfche Poorters,
   en, ten dien einde, een groot getal vanys-
geleid door Reinier Mofterd, met den dag,
   fpooren en fchaatfen gereed gemaakt had-
ter S. Antonis-Poorte uitgetrokken, onder-
  den. Doch men bevondt wel haaft, dat dit
fchepte de vlugtende Gelderfchen, daarzy
  gerügt ydel geweeft was (/e).
zig, in de ilooten en in 't gras, verfteken De Keizer, die zig, in Auguftus, in Hol-Kei^
hadden. Zy gaven zig terftond krygsgevan-
  land ophieldt , hadt geraaden gevonden, ^ ,
gen over. Een enkele, die eenen der on-
  een' keer te doen naar Amfterdam, en zig j0ety
zen, uit het riet, waarin hy zig verborgen daar , in perfoon , als Voogd van zynen!?eej
0
hieldt, met de piek dagt te grieven, werdt Kleinzoon, te laaten inhuldigen. Hy be- A^
dat*
gedood. De gevangenen werden op de S. gaf zig dan, zo 't fchynt uit het Leger om
Olofs Poort gelegd, eerft te water en te  Weesp, derwaards, en deedt eene wande-
brood, waarby, naderhand, ook boter en   deling te paarde door de Stad, na dat hy
kaas, en eindelyk zelfs bier gevoegd werdt.   den Klooileren, die hy voorby dagt te ry-
Zy zaten een rond jaar in hegtenis (e). Fier-   den, hadt doen aanzeggen, dat de Nonnen
tog Karel hieldt zig, na 't mislukken dee-   zig allen in devenfters vervoegen moeften,
zer onderneeminge , nog eenigen tyd te  om hem te zien. Ook bezogt hy, nader-
Weesp op, en keerde toen, de Stad bezet  hand, twee Nonnen-Kloofters , en onder
hatende, naar Gelderland te rug (ƒ).         anderen, dat van Bethanie ; den zivileren
De Am- Eene Vloot van vierentwintig Gelderfche  van beide een gefchenk doende van gelden
fterdam- fchepen zogt, omtrent doezen tyd , Enkhui-  wyn, op dat zy om den voorfpoed zyns Ryks ^
voTgen"" zen' by miftig weder, te verrafïen. Een  bidden zouden (T). Doch 't voornaamfte, ÜLffP'
eene deezer fchepen hadt zyn volk reeds begon-  welk hy, ten deezen tyde, te Amfterdam r$fc
Gelder- nen aan land te zetten. De anderen, min-  verrigtte, was het doen en ontvangen van \$>
fche (jer bezeild, bleeven wat agter, en werden
                                                                den
^•1°^ nn gelukkiglyk ontdekt van een'Enkhuizervis-     ür> GuII;*~ hermannus p. 3+j.
die t Op b            o J                                . ,                               (j,\ Kcurb. B. ƒ. 106
Enkhui- fcher , die maar even uitgeloopen was ; nj guill. hermannus p. 347.
zen ge- doch ftraks te rug keerde, en deStadinrep W Jd. p. 343.
munt en roere bragt. De Gelderfchen, ziende (; P'347' 348'
dat men op zyne hoede was,hielden af, en (3) Brandt plaatft, in zyne Hifiorie -aan Enh
keerden te rug. De Enkhuizers vervolgden AS'SSAÏ ?°gï
f«) guill. hermannus p. 3+i, 3+*, 3J3, 354.          beurde aan den Muiderdyk, verhaalt, fchynt men
(f) ld. p. 34«,                                                            het, in het jaar 1508, te moeten plaatfen.
-ocr page 269-
V. Boek.
GESCHIEDENISSEN,
211
*5°3. den eed Van inhuldiging. In den eed ,
dam, daar hém de wyt gegeven werdt van 1508,
het verbranden van Muiden, onaangezien
de Plaats de brandfchatting voldaan hadt.
Hy verfchoonde zig , ten bede mogelyk.
Voorts, liet hy zig, door een gefchenk van
zyden ftoffe, beweegen om te belooven,
dat hy de Kerkfieraaden van Weesp onge-
fchonden laaten zou (f): waarna hy naar de
beflooten' Stad wederkeerde.
Drie dagen voor het fluiten der Käme- Ommc
rykfche Vrede, te weeten op den zevenden §?ntte
December, werdt, te Amderdam, nogbe-&im tot
volen, eenen plegtigen ommegang te hou-bsde om,
den, om tot pays endg vrede te komen (.f), en dank-
By 't Verdrag van Vrede, welk den tien-zein§
den getekend werdt, was, onder anderen y°°|jee
beraamd „ dat Karel van Gelder Weesp
,, en het Slot te Muiden, binnen veertien
„ dagen, ruimen zou," gelyk hy, niet zon-
der weerzin, op 't derk aanhouden desKo-
nings van Frankryk, deedt,in den aanvang 1500.
des jaai-s 1509 (t). Op den vierentwintig-
den January, werdt , te Amderdam, be-
volen , eenen plegtigen ommegang te hou-
den , tot dankzegging voor de geflooten
Vrede (a).
De Regeering hadt, niet lang voor het Borft-
treffen der zelve, in de Houttuinen,tujjchen weering
't hooft ende S. Olofs poirte ,nu de oude Teer- ™n h^~
tuinen genaamd, eene bordweering vandeHou£.
balken doen leggen, om de Stad aan dien tuinen
kant, daar zy niet bemuurd was (4),tebe-wegge-
ter, tegen vyandelyke aanvallen te dekken.n0inen-
Doch deeze bordweering wasnunoodeloos,
na't fluiten der Vrede, en belemmerde, on-
dertuffchen, den bewoóneren der Houttui-
nen zeer, in het op- en affcheepen hunner
hout- en andere waaren. Men dondt hun,
derhalve, in May'maand, toe, de leggende
balken weg te neemen, mids zy de daande
daan lieten, en zig verbonden, om, ten al-
len tyde, ter begeerte van Burgemeefteren,
den wal, met wagefchot van vier ponden
grooten vlaamfch het honderd, te befchoei-
jen (v).'
Het doorbreeken van den Muiderdyk, in De Stad
den jongden watervloed, waarby Amder-verkrygt
dam zo veel geleeden hadt, was oorzaak <?c
geweed, dat de Wethouderfchap zig de zorg ^"den
v00r het beter onderhouden van den zelven, Muider*
'hy- dyk.
(r) GUILL. HERMANN, p, 349.
(5) Keurb. B. ƒ. Ui verfi.
(t) Vaderl. Hift. IV. Deel, il, ;s9t 3«°.
(«) Keurb. E. ƒ. ni.
(v) Groot Memor. N. I. ƒ. zs7 verfi.
(4) Onlangs, te weeten,den negenden Novem.
ber des jaars 1508, was by de Regeering beiloo-
ten, het Y, van het hoofd, nu het Kamperhoofd,
af, tot aan den Kruistooren, nu den Hanngpak-
kerstooren, toe,met eenen muur te fluiten. Keur-
boek
B. f. 108 verfo.Doch dit voorneemen is nim-
mer ter uitvoeringe gebragt.
pmer- dien de Keizer deedt, was merkwaardig,
2y"s°ver„ dat hy niet alleen de Handveften be-
ee^u ,, zwoer, die by wylen zynen Zoon Fi-
„ lips ; maar ook die by de Graaven en
„ Graavinnen van Holland, deszelfs voor-
„ zaaten, gegeven waren," zonder eenig
onderfcheid te maaken, of zulks, voor of
na de tyden der Hertogen Filips en Karel
van Bourgondie, gefchied ware. De eed
werdt afgelegd op den twintigden Augus-
tus (m).
Een hevige dorm, op den vyfti enden Oc-
Jatet.
™^i tober ontdaan, hadt het zeewater zo hoog
opgezet tegen de dyken, dat dezelven, op
verfcheide plaatfen in Holland, en onder
Scl, anderen tuffchen Amfterdam en Muiden,
'e (^ bezweeken (w). In Amderdam, rees het wa-
^tdayj ter zo zeer, en veroorzaakte zo groot eene
' verwoefting, dat veele huizen daardoor on-
bekwaam gemaakt werden om bewoond te
worden (o). De Zuiderzee was zo hoog ge-
zwollen , dat het water alomme over de
dyken liep, en de weiden met fchuiten be-
vaaren werden. Die van Waterland meen-
den , dat men , ter deezer gelegenheid ,
Weesp met fchepen zou hebben können in-
neemen, en booden 'er zig toe aan. Doch
hun ontwerp werdt van de hand geweezen,
voornaamlyk, naar 't fchynt, om dat de
Vredehandeling , die , voor eenigen tyd,
te Kameryk, aangevangen was, thans op
j^ eenen goeden voet dondt (p).
jiüngid Ondertuffchen, hadt een Hoofdman der
einiei!,1 bezettinge van Weesp aan die van Amder-
l
> 'ty dam geichreeven*, dat hy hun de Stad wil-
ve^- de leveren. Zy zonden hem twee Minder-
We^ broeders toe, om nader met hem te han-
P" delen. Doch hy lag krank te bedde, toen
déezen voor de Stad kwamen. Men vraagde
hun naar hunne boodfchap. Zy antwoord
den, dat zy brieven hadden aan zulk een'
Overde. Men bragt, om 't geheim te ont-
dekken, eenen anderen by hen, die veins-
de de perfoon te zyn, aan wien de brieven
gerigt waren. En men hadtze zo dra niet
gelezen, of de Moniken werden vadgehou-
den, en, tot tweemaal toe, in eenfchuitje
gezet, om in de Vegt verdronken te wor-
den. Zy ontkwamen egter dit gevaar ge-
lukkiglyk, fchoon zy lang in hegtenis za-
ten. Doch de Overde, die aan zyne ziek-
te overleeden was, werdt onder de galge
°egraaven (q). Herman Erkelens, die over
de bezetting van Weesp geboodt, kwam,
^at laater, onder vrygeïeide, te Amfter-
C"*) ««de Kerk, Laadt XI. Handv. tl. 90.
ii Kreu°rbe ^T- W.XUIU Cap. „.
O) GuiLl' „/- IOS V"J'-
(,) GU ll' SFRmANN. p. 34S.
-ocr page 270-
II. Deel.
AMSTERDAMS
2IS
zelfden dage, van het zelve verlaaten; en l5°?'
dat Gerard Willemszoon van Alkmaar, in zy-
ne ftede, aangefleld werdt. Doch deeze
overleedt, niet lang hierna. En toen werdt,
op den negenden Oftober,Gerrit Mattheus-
zoon,
voor twee jaaren, aangenomen (Z>).
Maar hy ftierf ook, op denzesentwintigflen
December. En in zyne ftede, werdt, op l5*0'-
den vyfden January des volgenden jaars ,
Symen Claeszoen, die, in de Regeerings-Lyfi
voor de Handvefien, Symon Sillemoer Klaesz.
Schol
heet, tot Schout aangefleld(c); welk
ampt hy verfcheide jaaren bekleed heeft.
Aanmerkelyk is, ondertuiïchen , dat 'er,
ten deezen tyde, niet alleen, gelyk wy zo
even zagen, twee regeerende Burgemees-
ters; maar ook twee Schouten, binnen 's
jaars, overleeden waren.
Chriftiaan de IL, die 't Ryk van Deene- Oo^fei
marke, in zyns Vaders plaatfe, regeerde, tutf^.
was, ten deezen tyde, in oorlog geraakt °%.i^
met Lubek, Wismar en andere Steden langs jjje v-a"
de Ooftzee. De handel der Hollanderen der- U^'\
waards werdt, hierdoor, geweldiglyk be- N**^
lemmerd. Zy hadden, nog in 't voorleeden tf^ai*
jaar, een Verdrag met Deenemarke getrof- hic^"
fen, waarby, onder anderen, de Zontfche
tollen geregeld waren (d). Ook hadden zy
toen, naar 't fchynt, den Voril eenigenon-
derfland toegezeid tegen zyne vyanden. Vafl
gaat het ten minfte, dat die van Lubek,
eerlang, alomme in Holland, bekend maak-
ten, dat zy geene Schepen door de Zont
of näar Deenemarke zouden laaten zeilen.
Ook werden, kort hierna, veele Amfterdam-
fche en andere Hollandfche fchepen, door
de Lubekkers, genomen (<?). Amflerdam
en de Waterfleden beflooten hierop, vier
groote Oorlogsfchepen in zee te brengen, en
met dezelven de Scheepvaart naar de Ooft-
zee te beveiligen. Doch naauwlyks was dit
Esquader door de Zont geraakt, of het
werdt hevig aangevallen door de Lubekkers,
en, eerlang, genoodzaakt te wyken. De Koop-
vaardyvloot, die door dit Esquader geleid
werdt, viel, voor een groot gedeelte, den
Lubekkeren in handen. Doch niet lang hier-
na, werdt'er een Beftand getroffen tuflchen
hen en de Deenen (ƒ), waardoor de Vaart
op de Ooftzee wederom open raakte.
Maar eer dit nog gebeurde, was, te Am- WK
fterdam , op den veertienden Maart des^j^
jaars 1511, uit den naam van de Stad en de £n 0°^,
Waterfleden in 't gemeen, afgekondigd,te»°£
„ dat niemant weflwaards, of naar Noor-f^f,
„ wegen zou hebben te zeilen, voor Palm- **
1509. byzonderlyk, hadt aangetrokken. Zy ver-
wierf, derhalve, in Juny deezes jaars, op de
naamen van Maximiliaan en Karel, twee
O&rojen. By het eerfte, werdt een vermift
Oftroi van Maximiliaan en zynen Zoon Fi-
lips, van den jaare 1485, vernieuwd en be-
veiligd, volgens welk, de jongfte Burge-
meefter van Amflerdam altoos den dykme-
de fchouwen zou (ai). By het andere, werdt
aan Burgemeefleren en drie Schepenen van
Amflerdam nog eene nafchouw over de wer-
ken van den gemelden dyk toegeftaan ,'agt
dagen na dat dezelven, door Schout en Sche-
penen van Diemen, gefchouwd zoudenzyn
Zybe- geweefl (x). De Stad verkreeg, omtrent
komtPri- deezen tyd, nog een ander Privilegie van
vilegie, Keizer Maximiliaan, te weeten, het regt
om een' orn?jn fo plaats van eenen geflorvenregce-
meefto renden Burgemeefter, eenen anderen te kie-
tc kiezen, zen, om het jaar uit te dienen (y). Gele-
in de genheid tot het verkrygen van dit Privilegie
plaats > gaf^ naar aj|e waarfchynlykheid, het over-
If"e<lor- lyden van twee regeerende Burgemeefters,
ven. na eikanderen, in dit zelfde jaar 1509, te
weeten Gerrit Gerrit Mattheuszoon en Dirk
Ruyfch Heymanszoon
(2).
Het
            Maar de Stad hadt, ten deezen tyde, ook
Schout- het Schoutampt, welk, tot hiertoe, aan de
ampt begeeving des Graaven geflaan hadt, voor
worc!L eene fomme van twintigduizend guldens (5),
Stad ver- in pandfchap weeten te verkrygen. Sommi-
pand, gen lchryven, dat zulks, reeds in 't voor-
leeden jaar 1508, gebeurd was (ß). Doch,
in de Lyfi der Regeeringe voor de Handvefien,
ftaat, op het jaar 1509, aangetekend: In
dit jaer, den
15 Jimy, hebben de Magiflm-
ten defer Stede magt gekregen
Schout te mo-
gen maken.
Ook blykt, uit deeze Lyft, dat
de Schout Jan Benning Janszoon , die dit
ampt, al van 't jaar 1496, bekleed hadt, ten
(■W) Our'e Kerk, Logde XXXYI. Handy, bl. 3.*+. [47].
(xj Oirde Kerk, Laaie XXVI. Haodv. bl, 36« [+9 ]
(y, Oude Kerk, Laade II. Handy, bl. 102 I.47-}
(z> Zie de Lyft dei Regeeringe voor de Handveiten.
(a) Hooit Nederl. Hilt. bl. 57.
                   
(5) Zo fchryft Hooft: en 't is ook, uit den Af
fiatid van de iatisfaEtie
van 't jaar 1581, te vinden
in de Handv. bl. 47. [146] zeker, dat de pandpen-
ningen, in laater' tyd, op twintigduizend guldens
gerekend zyn. Doch ik bezit een net affchrifc vari
eene Lyfi der Graaflyke Amptenaaren , niet lang na
doezen tyd, in defranfche taaie, opgefteld; waar-
in ik deeze woorden vinde: L'Escoutete d'Amfler-
dam tient M'e
Jean Hubreffz. uiJ ans rendant par
an
iij.c dC; neant-moins la ville d'Amflerdam tient les
deniers, acaufe d'vng preß
de inj.™ viï'j.« ^ par
forme de gages, qu'tis ont du dit Qjfue.
dat is, Het
'Schoutjchap van Amflerdam wordt hekleed doorMr.Jan
Huibrechtsz.
, [die ia 't jaar^i5i8 Schout werdt],
"joor vier jaaren. Het brengt 's jaars driehonderd pon~
den
[aan de Graaflykheid] op. Doch de Stad Am-
flerdam behoudt deeze penningen, uit hoofde eener lee-
fiinge van vierduizend agtbonderd ponden, waarvoor %y
dit Ampt in pandfcbap heeft.
j>
Zon-
(b)  Groot-Memor. N. I. ƒ. 257 ver/o.
(c)   Groot-Memor. N. I. ƒ. 25a.
(d)  VELiüs Hoorn , bl. 98.
(e)   Keurb. B. ƒ. :4J. VEL1USHoorn', tl. 59.
(f)   VKUUS HoofO, il. »».
-ocr page 271-
GESCHIEDENISSEN.
V. Boek.
213
Men bragt dan wederom eenige Baardfen te
water, en behaalde, omtrent den aanvang
J5H. „ zondag, en niet ooflwaards voor beloo-
„ ken Paafchen (#}." Ook was, hier ter
Stede, kort te vooren, nog een plegtige Om-
megang gehouden om vrede en welvaart
van den Hemel te verwerven (h). Maar na
't iluiten van 't Beftand, kwamen die van
Lubek , met eenigen der veroverde fche-
pen, hier te Lande handelen; en werden
toen geregtelyk aangefproken om fchadebe-
tering: 't welk van dit gevolg was, dat vee-
len van onze Koopluiden, voor een groot
1511,
van November en federt, eenige voordee-
len op de Gelderfchen ; waartoe die van
Enkhuizen , meer dan anderen , de hand
fchynen geleend te hebben («).
De Gelderfche kryg hadt de Landvoog- De oor-
des , Vrouw Margareet, gelegenheid ge- los
ir.                      -ff 1               ui maakt de
geven om de Staaten van Brabant en Hol- Vaart
land te befchryven te Breda, en hen te drin- voor de
gen tot bewilliging in eene buitengewoone Amfter- ■
Bede, ter goedmaakinge van de koften des ^f™
oorlogs: en die van Holland hadden, op ze- °n%
kere voorwaarden, in eene driejaarige Be-
de bewilligd (0). Ook kwam het gevaar
dit Geweft hoe langer hoe nader. De GeN
derfchen namen Woudrichem in by verras-
fing, in den aanvang des jaars 1512. Ook
kruiften zy,meer dan in 't voorteedenjaar,
langs de Zuiderzee. De Vaart naar 't wes-
ten werdt, insgelyks, onveiliger, ter oor-
zaake van den oorlog tuflehen Frankryk en
Engeland: 't welk het Geregt van Amfter-
dam gelegenheid fchynt gegeven te hebben,
om op den zesden May de vaart buitens 1512V
duins, tot op nader verlof, te verbieden (p).
Doch men ruftte, ten deezen tyde, hier De Stad
ook een of meer Oorlogsfchepen uit, waar-ruft een
fchynlyk tot beveiliging van de Vaart langs qoX"-
de Zuiderzee. Men vindt, dat de Stad, fchepeu
de manfehap , die op dit fchip of deezefche- uit.
pen diende, in foldye genomen hadt. Jan
Speek
geboodt over een Amfterdamfchfchip
van oorloge. En op den vierden May,was
openlyk uitgeroepen „ dat elk, die onder
„ hem ingefchreeven was, zig gereed maa-
„ ken moeft, om binnen zekeren bepaalden
„ tyd fcheep te.gaan, onder bedreiging van
„ ftrafFe aan lyf en goed." Te gelyk werdt
bekend gemaakt „ dat allen, die met Jan
„ Speek, of met eenig diergelyk fchip, uit-
„ vaaren, en in een gevegt metdenvyand
„ gekwetïl of verminkt worden zouden, tot
cofle van der Stede, genezen zouden wor-
„ den(g)."
Wy hebben, hiervoor (r), gezien, dat DeHand«
de Doele der Handboogfchutteren, onder boog-
andere gebouwen buiten de S. Antonis- fchutters
Poort,in't jaar 1508,toen de Gelderfchen ^°'IT
Weesp hadden ingenomen, op bevel vandeeite
't Geregt, afgebroken was. De Regeering, van het
den Schutteren de fchade, hierby geleeden,Schaa-
eenigszins willende vergoeden, hadt hun, Pe"veld»
gedeelte, vergoeding bekwamen van 't ge-
leeden verlies (z). Te Amfterdam, fchynt
men egter den Lubekkeren voor eerft nog
niet veel vertrouwd te hebben. Immers, op
den negentienden December, werdt, uit aan-
merking der fchade, die zy den ingezete-
nen , in 't voorleeden jaar, hadden toegebragt,
door het Geregt, bevolen „ dat niemant
„ geld vertrouwen moeit aan Schippers, die
„ naar Dantzig Honden te reizen, omfche.
„ pen van daar te haaien, voor datdeDag-
„ vaart der Staaten van Holland, Zeeland
„ en Friesland, in den Haage, gehouden
h?°P«ïe
„ zou zyn (£)." Het wantrouwen op die
van Lubek verdween egter door den tyd.
Doch terwyl de vyandelykheden nog duur-
den , hadden de Amflerdammers vieren-
vyftig metaalen Haakbußen veroverd op de
Hamburgers, die 't met de Lubekkers hiel-
den; welke haakbuffen, in den Zomer des
jaars 1512, tegen twee guldens het Huk,
aan even zo veele fchutters werden overge-
daan (/).
Hertog Karel van Gelder hieldt de Ka-
merykfche Vrede niet lang. In 't voorlee-
Jede den jaar, hadt hy de vyandelykheden be-
' ' gönnen tegen den Biflchop van Utrecht, en
by deeze gelegenheid ook aan de ingezete-
nen van Amfterdam eenige fchade toege-
bragt: 't welk, naar 't fchynt, gelegenheid
gaf tot eene afkondiging, die, den vierden
Oétober deezes jaars, gefchiedde, en in-
hieldt „ dat elk, die,federt de Vrede met
j, Utrecht, op Stigtfchen bodem befcha-
3, digd geworden was, zynefchade,binnen
» agt dagen, op tenferyfeamer, dat is, op
5> de Secrctarye ier Stede, moefl komen op-
j> geeven (in)." Doch de Gelderfchen had-
den den kryg tegen de Ooftenrykfchen ook
hervat, en, van den aanvang deezes jaars
af, fberk voortgezet. Harderwyk viel hun
onder anderen in handen: 't welk hen in
ftaat ftelde, om de Vaart der Amfterdam-
ttieren langs de Zuiderzee te bekommeren.
(z) Keurb. B. ƒ. n+.
$ Keurb. B,j.til
I. STUIC H2'
op den zeventienden February deezes jaars, Doe
le.
eene plaats binnen de Stad toegeflaan, te
wee-
(n) Brandt Enkh. tl. 45.
(0) Lettr. de Louis XII. Tem. III,
(p) Keurb. E. ƒ. 147 verfi.
(f) Keurb. B. /. i+7-
(r) Bladz. 209.
Ee
p.
-ocr page 272-
II. Deel.
AMSTERDAMS
214
de oude Chronyken niet flegts, maar ook de l512'
Stads Regifiers gewaagen. Sommigen teke-
nen aan, dat de Voorftad, waardoor zy,
waarfchynlyk, de Voorftad buiten de S. An-
tonis-Poort verftaan, door de Gelderfchen,
in den brand gefteken werdt (y). Ook heeft
men nog eenen brief, den zevenentwintig-
ften, en dus maar drie dagen na 't gebeur-
de , uit de Stad Gelder, door den Baftaard
van Gelder, aan den Secretaris Charles Ie
Breton
te Luik gefchreeven, waarin ditzelf-
de gemeld wordt , met deeze woorden :
Monfr, Ie Secretaire, de ban cimir a vous me
recommande,
£f? vous adverty, que la veille
de Noel les gens de Monfr. font arrivez en Hol-
lande devant Amfterdam
, &? ont brulê plus de
trois cent batteaux & Ie faulxbourg deladitte
Ville.
dat is „ Myn Heer de Secretaris, ik
„ beveel my aan U van geheeler herte, en
„ maak u bekend, dat de knegten van Myn'
„ Heer,'s daags voor Kerstyd, in Holland
„ voor Amfterdam gekomen zyn, daar zy'.
„ meer dan driehonderd vaartuigen en de
„ Voorftad verbrand hebben (z)." Doch
in de Stads Regifiers wordt niet gerept van
het verbranden der Voorftad. Men leeft
aldaar, by wyzc van aantekening, alleen-
lyk, In den jaar e X V.c XIJ op Kersmis avont,
ivordden de fchepen in de oude zycls Wael ver-
hrant van de Geldersfen (a).
Veelligt, heeft
dan de Baftaard van Gelder alleenlyk uit
loffe gerügten gefchreeven , dat de Voor-
ftad verbrand werdt; gelyk diergelyke ge-
rugten hemx ook het getal der verbrande
fchepen hebben doen vergrooten, boven de
waarheid. Immers, de Gelderfche Hifto-
riefchryver zelf tekent aan, dat 'er maar
twee-entwintig fchepen verbrand werden^):
onder welken, eenige Franfche, Engelfehe
en Oofterfchc fchepen waren (c); doch ook
eene Baerdfche of Oorlogsfchip der Stad,
van welk men, den dertienden Auguftus des
jaars 1513, het wrak befloot te verkoopen
(d). De Gelderfchen kwamen, na dat zy.
dit werk voor Amfterdam verrigt hadden,
nog op den zelfden vierentwintigften De-
cember , in 't Vrouwen-Kloofter by Utrecht
te rug (0-
                                                       Stii
Twee dagen na deezen ramp, beval het Perj£
Geregt, dat de Poorters, voortaan, des a-v!°^'
vonds ten zes uuren, ter wagt zouden moe- ^f1
ten komen. Ook benoemde men, langs de w»^'
Veften, rondsom de Stad, zeftien Hoef-
fiagen
of Wagtplaatfen, op ieder van wel-
ken,
(y) PONTANUS Hift. Gelr. IJbr. XI. p. Ct,S.
(z)
Lectr. de Louis XII. "Tom. IV. p. iz.
(a)   Groot-Memor. N. I. f. 32s ■uerfi.
(b)  PONTANUS Hift. Gelr. Libr. XI. p. 64.6.
(c)  PONTANUS Amft. Lib. I. Cap. VIII. p. z6,
(d)   Groot-Memor. N. I. f. z6i.
(e)   henrica van ekp, Chron. p, s«.
1512. weeten, de twee noordelykfte vyfde deelen
van het Scbaapenveld, en dezelfde breedte
van de tuinen, leggende nevens de, Voet-
boog-Schutters Doele,van welke zy,door
eene floot , gefcheiden waren. De voor-
waarden, waarop deeze gifte gefchiedde,
zyn te zien uit de Akte van Vergunninge
zelve (j) , ingefteld op den naam van Bur-
germeefier en ende Beraders der Stede;
welke
wy, om dat zy nergens gedrukt is, hier ag-
ier, in de Bylaagen (t),ge#aatft hebben, 't
Is deeze Akte, uk welke wy,_hier voor(a),
beweezen hebben,_ dat het inneemen van
Weesp,eerft in 't jaar 1508, is voorgeval-
len. De Handboogfchutters, zulk eene aan-
zienlyke Plaats binnen de Stad bekomen heb-
bende , maakten dezelve, eerlang, bekwaam
tot eene Doele, en ftigtten 'er een deftig
huis op; gelyk uit de Kaart van Corne-
lis Anthoniszoon te zien is. In ka-
ter' tyd, zyn , dwars door beide deezeDoe-
len, twee ftraaten gefchooten, die nog de
Handboogs- en Voetboogsftraaten genaamd
worden.
De Gel- In December deezes jaars, ondernamen
derfchen de Gelderfchen wederom eenen aanilag op
derfde"" Amfterdam: 't zy dat zy voorhadden, de
fchepen Stad zelve in te neem en by verraffing, 't zy
in de dat zy 't alleen op de Voorftad en op de
Oude- Schepen, die in de Waale lagen, gemunt
Waaie te hadden. Men was, in de Stad , niet bui-
Amfter- ten zorS geweeft: en op den negentienden
dam. der gemelde maand, was nog belaft „ de
„ toorens rondsom de Stad wel van kruid te
„ voorzien, en de Stakettingen voor de S.
„ Antonis-, de Reguliers-, en deHaarlem-
„ mer Poorten, op zulk eenewyze, te doen
„ bekleeden, dat men 'er met Klovers en
„ HaakbulFen door fchietenkon: ook kram-
„ men te flaau, van binnen tegen den muur,
„ waarop men een dwarshout leggen kon,
„ om 'er de haakbufïenop tep.laatfen(V)."
Doch maar vyf dagen laater, vertoonden de
Gelderfchen zig voor Amfterdam. Zy wa-
ren, den twintigften, ten getale van elfhon-
derd man (tu), in -'t Vrouwen-Kloofter on-
der Utrecht gekomen , en trokken , van
daar, den volgenden dag, des morgens ten
agt uuren, naar Amfterdam O). Doch 't
zy dat zy zig lang onder weg ophielden, 't
zy dat zy eenigen tyd omtrent de Stad la-
gen , zonder iet te onderneemen, 't liep aan
tot den vierentwintigften des morgens, eer
zy den toeleg in 't werk ftelden, waarvan
(s) Keurb. C. f. S9>
(t) Lr. A.
(a) Bladz. 208,
(v) Keurb. D. ƒ. 3 ver/o.
(w) Groote Chron. Divif. XXXII. Cap. +T.
{x) Henrica van Eiip Cluon, f» MA.tTHMï Analect.
Tom. I. p. 96,
-ocr page 273-
GES C H IEDENISSEN.
.V. BOEI
2f5
dere Hoefflagen, die nu zeventien in getal 15-15.
waren, te doen verfchynen. Ook befloot
de Regeering, om te beter tegen vyandly-
ken overval gedekt te zyn, eenigemanfehap
in Stads foldye aan te neemen,,waartoe elk, N
die 't begeerde, vermaand werdt, zig te faa-
ten infehryven (T).
De jonge Prins Karel, in February dee- prins
zes jaars, in zyn zeftiende jaar getreden Karel
zynde, hadt de Regeering der Nederlanden, WOTdt
federt; in perfoon aanvaard, en zig reeds, in in ^Me-
Brabant, in Vlaanderen en in Zeeland, doen derlan-
inhuldigen, toen hy, te Dordrecht geko- den en
men, op den derden Juny, door de Edelen 00,\,te
en Steden van Flolland, als Graave aange-^™ f*l
i         .f,                , °i «am ten
nomen werdt, op den zelfden voet, als de Graave
Hertogen Filips en Karel van Bourgondie, ingehul-
en Koning Filips, zyn Vader, waren inge- alSd-
huldigd geweeft. Uit de Aéte deezer in-
huldiginge, blykt kjaarlyk, dat Prins Ka-
rel. eerft, en de Staaten daarna gezwooren
hebben (7). Kort hierop, deedt Prins Ka-
rel ook eenen byzonderen eed, aan de voór-
naamfle Steden in 't byzonder. En op den
vyftienden Juny, aan de Stad Amfterdam
(iii), die hem, op dien dag, als Graaf fchynr,
ontvangen te hebben, alzo van elders (n)
blykt, dat hy , ten deezen tyde, in per-
foon in de Stad geweeft is. Wat hater, Een Buf-
ftelde hy Karel van Poitiers, Heer van Dor- gemees-
mans, aan tot Opper-Opzigter over de Hol- !frj
landfche Dykaadjen, nevens hem , onder worcjt
anderen, ook Ruifch Janszoon,Burgemees- Heem-
ter van Amfterdam, magtigende, tot hetraadvan.
doen der fchouwe, het maaken van Keu- RynIand'
ren, en het aanftellen van Dykgraave en
Heemraaden van Rynland (0). Dezelfde
Ruifch Janszoon werdt , kort hierna, tot
Heemraad van Rynland verkooren (p).
De Stad bevlytigde zig, ten deezen ty- Amfter-
de, zeer, om de gunfl te winnen van den jf™
jongen Vorft Zyhadt, op den dertienden deÏKei-
July, beflooten, hem tweeduizend gouden 2er tweê-
guldens op te fohieten, tegen den penning duizend
512- ken, een generael Capiceyn ofte Weyfel[Scr-
jant] tegenwoordig zyn moeft, die ook door
't Geregt werden gefteld. Ten zelfden ty-
de,werdt belaft, een plegtige ommegang
te houden om ruß, vrede ende welwert van
fcerP
£ns der
den Hemel te verwerven (ƒ).
In 't volgende jaar, werdt 'er een vier-
jaarig Beftand getroffen met de Gelder-
fchen, welk, met den tienden Auguftus,
zou aanvangen (g). Het gaf gelegenheid,
dat men zig, in Holland, met naame te
Amfterdam, met nieuwen yver, toeleideop
%
het voortzetten van den Koophandel. In
December , werdt, by den Raad deezer
Stad, een Ontwerp op de Scheepvaart en
Reedery overwoogen, volgens welk, de-
zelven zouden ftaan onder het opzigt van
vier üldermans of Overluiden, die door den
Raad gekooren zouden worden (b): doch
5ï*
Hu
dit Ontwerp werdt niet in 't werk gefield.
Hertog Karel van Gelder hadt nu beftand
geflooten met de Ooftenrykfchen: 't welk
hem gelegenheid liet, om zig, in 't volgen-
de jaar, te ileeken in den twift, die tuffchen
die van Groningen en den Vorft van Ooft-
friesland, en tuffchen de Friezen en Hertog
Joris van Saxen ontflaan was. Hy werdt,
eerlang, tot Heere van Groningen ingehul-
digd, Ook maakte hy zig van verfcheide
Friefche Steden meefter. De Saxifchen kwa-
men in Holland om onderftand, en voor-
zagen zig, in den aanvang des jaars 1515,
te Amfterdam van voorraad. Doch de fche-
{s
pen,waarin dezelve gelaaden was, werden
IS. voor Hoorn overmeefterd van de Friezen,
die de zyde des Hertogs van Gelder hiel-
den , en daarom Gelderfche Friezen genaamd
werden. De Hertog van Saxen droeg, fe-
dert, zyn regt op Friesland op aan Prinfe
Karel, Graave van Holland. Hierdoor raak-
te Holland wederom ingewikkeld in eenen
oorlog met de Gelderfchen, en met de Frie-
zen , die hunne zyde hielden. De Zuiderzee
^erdt zo onveilig, als immer te vooren (i) :
t Welk niet kon nalaaten ten hoogfte nadee-
% te zyn voor den Koophandel en Scheep-
vaart van Amfterdam.
Ook begon men, hier ter Stede, in Maart
ueezes jaars , reeds wederom te zorgen voor
ds gemeene veiligheid der ingezetenen. De
0rde op het naauwkenriglyk waaken werdt
ftedegeld, welk, m dit jaar,over Holland g|ld™'
geheeven werdt. 't Getal der Haardfteden bewillig
werdt, by deeze gelegenheid, alomme , en 'n een
ook in Amfterdam, opgenomen. Wy voe- Haardfte-
gen 'er eene Lyft van hier by (r), op dat deéeld'
men 'er de grootte deezer Stad, in verge-
lyking der voornaamfte andere Steden,uk
zou können opmaaken.
Dor-
(k) Keurb. D. ƒ. 25.
(I) I. Privilegieboek, f. ies, 103 TOr/è.Groot-Flakaatb.
III. Deel,bl. zo.
(«t) Handv. hl. 90.
(n) Handv. van Rynl. *;. 121.
(°) Handv. van Rynl. il. 120.
(p) Handv. van Rynl. il. 127-
(?) Groot-Memor. N. 1. f. 270.
(r) Zit ORLSKS LeyJen, hl. S}.
E e 2
vernieuwd, en den zeftien of zeventien Ka-
%
ften Pleinen, overeenkomftig met de beflooten
brieven, die der Wethouderfchap, van 's
^rinfen wege, waren toegezonden, gelaft,
hunne onderhoorige Poorters, op de byzon-
O) GO- IV. Deel, il. il7i
"«om, il. je- enz.
-ocr page 274-
AMSTERDAMS
II. Deel-
.10
j, ftaan, dat het getal der zesendertigen, "
j, ten gewoonlyken tyde, volgemaakt werdt,
„ en dat, door dezelven,de benoeming tot
„ Schepenen gefchiedde." De Aóle, die
hiervan verleend werdt, en te BrufTel gete-
kend was, wordt in de Oude Kerke Laade II.
bewaard, en is, in de jongfte Uitgaave der
Handvefien (t), te leezen. Doch 't liep nog
aan, tot den agtften November des gemel-
den jaars, eer de Vorft, den raad van Stad-
houder, Prefident en Raaden hebbendein-
genomen, de Stad beveiligde in het gemel-
de Privilegie, voor zo ver zy daarvan deug-
delyk genot en gebruik gehadt hadt, en tot
*'zyn wederroepen of wederzeggen toe (ii).
         (.
Karel, die, iiiFebruary deezes jaarSjOpHS'.'^ir
de tyding van het affterven van zynen Groot- ^'jjifl
vader, Ferdinand , Koning van Arragon,1v!j0'tbe'
den titel »van Koning der Spaanfche Heer- taa'eJ|
fchappyen aangenomen hadt, verleende Am- va11 f,
fterdam nog eene andere gunft, op den veer- vet[i0?
tienden April; der Stad veroorloovende het ^ iV
uitvoeren van Graanen, zonder dat zy daar-nen.
van Verlofgeld zou behoeven te betaaleft:
't welk anders, tegenwoordig, in alle an-
dere Steden van Holland, gefchieden
moeft (V).
De Gelderfchen zig, in Auguftus, berei-V^
dende tot eenen togt naar Holland , gaf z°%ii
zulks wederom gelegenheid , om aldaar, tegen,
zorgvuldiger dan voorheen, op zynehoede vyaP„-
te zyn. Tegen 't einde der maand, namen !j*<y
zy Nieuwpoort in, by verraffing; doch deiefy
Stad werdt hun, binnen veertien dagen,^b111'
wederom ontweldigd (10), alzo de Stadhou- teu &L
der, Graaf van Naffau, den vierden man va»
uit alle de Steden hadt doen uitlooten, om"etl'
den vyand het hoofd te bieden. Ook was,
reeds te vooren, belaft, geene Stilzaat te
fluiten met de Gelderfchen (a). Te Am-
fterdam in 't byzonder, was men bedugt ge-
weeft voor overrompeling; 't zy dat hiertoe
de tyding, dat eenige vyandelyke knegten
te Spaarnedam lagen (y), of iet anders ge-
legenheid gegeven hebbe. Op den zeven-
entwintigften Auguftus, was bevolen „ dat
„ alle fchepen, die in de Oude Waale la-
„ gen, met den voorfteven naar de paaien
„ moeiten gaan leggen; dat dezelven, op
„ koften van de fchepen, zouden bewaakt
„ worden, en dat zulke fchepen, die dee- ,
„ ze koften niet draagen wilden, terftond .
„ uit de Waale zouden moeten haaien."
Op deeze wyze, zogt men de fchepen
te hoeden voor gelyken ramp, als hun, in
Dordrecht . . .     1500;
Haarlem. . . "»       2714.
Delft met Delftshaven. . •    2733.
Leiden. . . -      30I7-
Amfterdam. . 1 -2531.
Gouda.....    1694-
Rotterdam. - * ,     H37-
Gorincherm • • ^     7C°-
Schiedam. * . .      47°-
Schoonhoven. . * *      46°-
Alkmaar. . . <■       889.
Hoorn. . • •       "18.
Enkhuizen. • • •       720-
Edam, met drie Dorpem .      692.
]VIonikendam. . . .     241-
Medenblik. . . .       321.
Purmerende. . • •       2i°-
Oude wat er. . . .     335.
Woerden* . . .       267.
Heusden. . . . .    247.
Geertruidenberg. . -,*       280.
Naarden. . <; . ' .     500.
Muiden. . .            100.
Weesp. . ...    205.
Haage. . . . .1118.
1515-
Lyftder
Haard-
fteden in
Holland,
OndertülTchen, kon het niet nalaatender
Regeeringe van Amfterdam onaangenaam
te zyn, dat Prins Karel haar niet hadt beves-
tigd in het Privilegie van Vrouwe Maria, om
het getal der zesendertigen zelve vol te maa-
ken,en om veertienPerfoonente benoemen,
uit welken de Graaf of deszelfs Stadhouder en
Raaden zeven Schepens kiezen zouden. Men
vondt dan geraaden, de Vroedfchap hier-
op te vergaderen, in 't begin des jaars 1516.
De Leden waren niet eenpaarig. Doch by
dmeerdeel van de flemmen
werdt gefloeten en-
de geaccordeert, dat men de mms
XXXV"I. en-
de
XIV. zal kyefen ende feynden in den haghe,
nae ouder gewoonten, ende indien daer obfla-
kei coempt, dat men, tot cofle van der Stede,
an onfe genadichfie beere zal vervolgen conti-
nuatie van den privilegiën, die de Stede daer
aff heeft, ewich off ad tempus (s~).
Men ver-
voegde zig , federt, met een Verzoek-
fchrift aan Prinfe Karel, waarby beveiliging
van het' gemelde Privilegie verzogt werdt.
Doch de Vorft kon hiertoe niet verftaan,
voor hy 'er den Stadhouder, thans Henrik
van Naffau,
Heere van Breda, en deszelfs
Raaden over geraadpleegd hadt, waartoe
de tyd, die tot dien der gewoonlyke veran-
dering van de Wethouderfchap verloopen
moeft, te kort geoordeeld werdt. Hy liet
zig egter beweegen om, op den zeventien-
tienden January „ by voorraad, voor dee-
„ ze reize, uit zonderlinge gunfte, toe te
(1) Groot-Memot. N, I. ƒ. zji.
Amfter-
dam
zoekt
lig te
doen
handhaa-
ven by de
Privile-
gien op
het he-
itellen
der Wet-
houder-
fchap.
15-i6.
Koning
Karel
beveiligt
dezel-
ft) lilaiz. 10«.
(u) Handy. U. 106. [50.]
(v) Handv. il, 69.
(w) Groote Cliron. Divif. XXXtl. Cap. 45.
(x) Repert. der Plak. tjji HoU. H. 1, z.
(y) Repert. H. a.
v$n.
-ocr page 275-
GESCHIE DEN I S S E R
V. Boek.
£17
By dit Verdrag, was ook een Beftand voor i$ij.
zes maanden getroffen. Doch men maakte De graf.
zo weinig ftaat op het houden van het zei- ten der
ve,dat men,te Amfterdam. al térftond be-Stód
dagt was, om de Stad in ftaat van tegen- worde|
weer te Hellen, wordende alhier, op denverwy '
derden Oftober, beflooten, de graften om
de Stad agt roeden wyd, en 'er eene Sta-
ketting van paaien in te maaken; dezelven
ook met de vereifchte boomen affluitende
(ƒ). Om de ruft van binhen te bewaaren, Verbod
was, reeds eenige maanden te vooren, be- aldaar
volen „ dat niemant vaneenige Heeren,e-^aaijen
„ delen of onedel en, kwalyk zou hebben te van on-
„ fpreeken, of van eenige 'partyelyeke zaec- ruft.
ken, ofte quade tydingen tefiroyen. Doch
„ vernam iemant iet kwaads , die moeft het
„ Burgemeefteren te kennen geeven, ofhy
„ zou met een' gloeijenden priem door dé
„ tong gefteken, of anderszins goeddun-
„ kelyk geftraft worden (g)"
Omtrent deezen tyd, werdt, të Amfter-Redery-
dam, eene Rederykers-Kamer opgeregt, al- kers-Ka«
waar zig eenige Liefhebbers op het befchaa- T"^.
ven der Taal- en Digtkunde , en op het dam op-
verbeteren der zeden, door het vertoonen geregt,
van Zinnefpelen, toeleiden. Zyfchynende
opregting deezer Kamer, hier ter Stede,
ondernomen te hebben, zonder uitdrukke-
lyk verlof der Regeeringe. Doeh in 't jaar 151e;
1518, vervoegden zy zig aan Burgemees-
teren , met verzoek, dat hun de koften, die
zy tot opregting hunner Kamer gedaan had-
den, en die negentwintig guldens en vier
ftuivers beliepen, van Stads wege mogteri
vergoed worden; Burgemeefters, begeeren-
de, gelykde Stads Regifiers luiden „ dat
„ de Rettioryken voortgang hadden," be-
willigden , den vierentwintigften Oéïober,
voor deeze reize, in dit verzoek, en na-
men zelfs de voldoening der Kamerhuur,
die vyf grooten vlaams in 't jaar beliep, op
zig (h). Men vindt, dat de Rederykers te
Amfterdam , in 't jaar 1535 , hunne Ka-
mer hadden boven ;de Waage (j), die 5
tegenover 't Stadhuis, aan of in de Waag-
fleeg
, ftondt: en deeze zal vermoedelyk
de plaats geweeft zyn, alwaar dit Genoot-
fchap, ook in 't jaar 1518, zyne Vergade-
ringen hieldt.
De vyandelykhedeh der Gelderfchen wa-zee-
ren , ondertuffchen , wederom beg onnen, fcbuimc'
zelfs voor 't uitgaan van 't Beftand. De Frie-^en vaQ
zen, die hunne zyde hielden, ftroopten,pire°otea
onder Grooten Pier, fterk langs de Zuiderzee,
en hielden de Vaart naar en van Amfterdam
or>
(f)  Groot-Meinor. N. I. f. i7i-
(g)  Handv. bl. sjo.
(i) Groor-Memor. N. I./. »7<-
II. p. ju.
jEe %
*5i6. 't jaar 1512. , overgekomen was. Voorts,
werdt belaft „ al 't Hout van de Laftaadje
„ in de Stad te brengen (2)." En om dat
men ook voor verraad van binnen bekom-
merd was, werdt, op den twaalfden Sep-
tember, afgekondigd,, dat alle Gelderfchen
,, en Friezen, beide vrouwen en mannen,
„ die geene Poorters waren, de Stad, voor
„ S. Lamberts-dag, zynde den zeventien-
„ den der zelfde maand, zouden hebben
„ te ruimen («)." De orde op het ftipt waa-
ken werdt ook vernieuwd. Doch zulks ge-
fchiedde, van tyd tot tyd, zo lang de Gel-
derfche oorlog duurde ; waarom wy te
minder noodig agten, zulks voortaan by-
K zonderlyk aan te tekenen.
fclj Gei. In de Lente des volgenden jaars, fchon-
Vete0n den de Gelderfchen een kort Beftand, welk
ten dee" in April geflooten was, en begaven zig, eer-,
5clians lang, in de Kuinder fcheep , den fteven wen-
(|5t Am. dende naar Medenblik, welke Stad ftor-
k^- menderhand veroverd, en geplonderd werdt.
't^sby Van daar ftreefden zy voorby Hoorn naar
te%rt. Alkmaar, welk hunner woede , agt dagen
^i^,'agtereen, ten doel ftondt. De Regeering
van Amfterdam hadt, midlerwyl, om den
naderenden vyand te ftuiten, tuflehen Haar-
lem en haare Stad, niet verre van 't Huis
ter Hart
, op 't fmalft van den dyk, eene
Schans opgeworpen , die egter maar maa-
tiglyk bezet was. De Gelderfchen, hunnen
moed aan Alkmaar gekoeld hebbende, trok-
ken 'er, over Beverwyk en Spaarnedam,
op aan, en vermeefterdenze, na den twee-
den aanval; by welke gelegenheid, omtrent
zeitig Amfterdamfche knegten omkwamen
(Z>). De Gelderfchen togen toen, voorby
Amfterdam, door de Amftellandfche Vee-
nen, naar 't Stigt van Utrecht, van waar
de Graaf van Naffau hen, eerlang, naar Gel-
derland deedt wyken (c). Het uitruilen eener
Vloote en de afkondiging van vrye roovery
op de Gelderfchen bragt, watlaater,tewe-
ge, dat zy de Zuiderzee ook ruimen moes-
je ten, en in zulk eene engte geraakten, dat
ft^'ad Hertog Karel neigde tot handeling, en op
!%'ne" den zeventienden September, Friesland, by
/re$te* Verdrag, aan Koning Karel afftondt, te-
Vo"' 'Dorg gen eene fomme van honderdduizend Kroo-
]Cj °en; voor welker voldoening, zig verbon-
He£s den de Steden Amfterdam, Dordrecht, Go-
rinchem en 's Hertogenbofch (cl). P o n t a-
üus, die dit (e) verhaalt, merkt te regt,
»Is iet byzonders, aan, dat Amfterdam,in
dk Verdrag > in de eerfte plaatfe, en voor
Dordrecht genoemd werdt.
(*) Kemb. D. ƒ. 30.
f-JKeurb. D.>. „ verß.
(cl v£*ï1,vs Amft. Lihr. I. Cap. Vlll. p. s7.
H=nsn«ar
-ocr page 276-
\
II. Deel.
AMSTERDAMS
HB
„ ponden." Koning Karel flondt haar zulks I51?'
toe , by eene Akte van den negentienden
January des jaars 1518 [1519], die in de
Oude Kerke, Laade XI. bewaard wordt, en
om datze nog nooit gedrukt is geweefl,van
ons, hier agter, onder de Bylaagen (ra),
geplaatft is.
't Liep egtcr nog tot in Anguflus aan 4 eer
de Stad eene overeenkomfl floot met Koning
Chrifliaan, ingevolge van welke, zy ver-
bonden werdt, hem jaarlyks, zes jaaren ag-
tereen, zesduizend Rynsguldens te betaa-
len, in mindering der vyftigduizend guldens,
die hem, met zyne Gemaalinne, tenHuwe-
lyk beloofd waren (0).
                                  , t
Ondertuffchen, hadt de Stad deezen lafl Ko^V
niet op zig genomen, zonder daarvoor ee- fa$$>
onveilig. In Holland, was beflooten, al-
leenlyk vefweerenderwyze te oorloogen, 't
welk den vyand gelegenheid gaf, om den
handeldryvenden Steden , en Amflerdam
in 't byzonder vry wat nadeels toe tetren-
gen (£).
Ook werdt Holland, tegen den Herffl,
nog met eenen anderen flag gedreigd, die
Amilerdam nog zwaarder getroffen zou heb-
ben. Chrifliaan de II., Koning van Deene-
. marke, van wien Amilerdam, voor eenige
jaaren , verfcheide voorregten ontvangen
hadt, was, in 't jaar 1515, in de egt ge-
treden met' Izabelle van Ooßenryk, Zufler
van Koning Kar-el, en hadt eene bruidfchat
van vyftigduizend guldens met haar bedon-
gen (/), die nog niet voldaan was. Om
zig te verzekeren van deeze voldoening ,
hieldt hy wel tweehonderd fchepen, waar-
onder veele Amfterdamfchen waren, aan in
de Zont, te gelyk dreigende , dat hy de
hand leggen zou op al wat van Ooften of
Wellen kwam. Doch hy bedagt zig, eer-
lang, en ontlloeg, de aangehouden' fche-
pen, na fommige dagen verloops (in).
Onze Schryvers hebben niet aangetekend,
wat hem bewoogen hebbe, tot deeze fchie-
lyke verandering van gedagten. Doch uit
egte llukken is af te neemen, dat Koning
Karel, terflond, beloofd heeft, zorg te draa-
gen voor de voldoening der Bruidfchat; en
dat Koning Chrifliaan, zig hierop verlaaten-
de, de fchepen heeft vry gegeven. Onder-
tufïchen, vondt Karel het vervullen zyner
beloften ten hoogfte moeijelyk. De Steden
van Holland, die 't meefle belang hadden
by den handel op de Ooflzee, en hierom
ligtfl fcheenen te moeten bewoogen worden
om Koning Chrifliaan te helpen vergenoe-
gen , hadden, nog onlangs, bewilligd in eene
vierjaarige Bede van tagtigduizend ponden
van veertig grooten vlaams jaarlyks : waar-
om niet redelyk fcheen, dat haar, tegen-
woordig, nieuwe laft gevergd werdt. Ook
zouden de meeflen thans niet in flaat ge-
weeft zyn, om meerderen Iafl te draagen.
Amflerdam alleen voer tegenwoordig zo wel
by den Koophandel op de Ooflzee,vooral,
na dat de Stad de Graanen uitfcheepen mögt,
zonder verlofgeld fchuldig te zyn, dat men
zig, eerlang, by haar vervoegde om on.
derfland, tot voldoeninge des Konings van
Deenemarke. En zy liet zig overhaalen
„ tot het doen een er belofte, om vier- of
„ vyfduizend gouden guldens op te fchie-
„ ten, mids zy dezelven korten mögt op
„ de ingewilligde Bede van tagtigduizend
(k) Velius Hoorn, il. in enz.
(I) Groot Memor. N. I. ƒ. 277 vtrß-
(w)VEUUS Hoorn, W. IIÏ.
1518
Eene
groote
Vloot
Schepen
in de
Zont aan
gehoU'
den.
«t
nig voordeel te bedingen. Koning Karel ° „i"
hadt haar „ uit aanmerking van den dienfl, ^\^'
„ hem voor lang gedaan, zo in 't bewilli- deiw|
gen in de Graaflyke bede in 't gemeen, z^\0o'
-Cd
„ als in 't bewilligen in de jongfle van tag- ^en ts'
j, tigduizehd ponden in 't byzonder, by degen^,
.„ Akte, van welke wy zo even fpraken, be- Priv'^
„ loofd, niet te zullen gedoogen, dat, van |1^,
„ zynentwege of anderszins, eenige nieu-at
„ wigheden zouden Ondernomen worden te-
„ gen de oude Privilegien en Handveflen,
„ haar, doorhem of door zyne Voorvaders,
„ vergund; maar haar dezelven, in tegen-
„' deel, haar derzelver inhoud, ruftelyk en
„ vredelyk, te zullen laaten gebruiken (p)."
En deeze belofte kon als eene nadere be-
veiliging, onder anderen van de Privilegien
van tolvryheid, in gevolge van welken, men
hier geoordeeld hadt, geen verlofgeld van
de uitgaande Graanen fchuldig te zyn; en
van de Privilegien op hetbeflellen der Wet-
houderfchap, worden aangemerkt.
                   |S,
't Befland met Gelder, hoe kwalyk het ^tt
ook gehouden ware, was, in February dee- H''f,ll
zes jaars, wederom verlengd (q). Doch ^Jtfi
men hadt 'er zulke geringe verwagting van, da«16
dat de Edelen en Steden van Holland, tenefc^
zelfden tyde, in den Haage befchreeven wer-
den, om middelen te beraamen tot befcher-
minge van 't Land. De Edelen floegen voor,
eenige Oorlogsfchepen in zee te brengen,
en twaalfhonderd Bootsgezellen aan te nee-
men, om dezelven te bemannen. Haarlem, '
Amilerdam, Alkmaar, Hoorn, Enkhuizen,
E dam, Purmerende en Grootebroek bewil-
ligden in deezen voorflag. Doch Dordrecht,
Delft, Leiden en Gouda, minder belang
hebbende by de Scheepvaart naar 't Ooflen
dan Amflerdam en de andere Steden, ver-
klaar-
(«) Lr. B.
(o) Groot Memor. N. I. ƒ. 277 verft,
(p) Zie Bylaagen X?. E.
(y) Repert. bl. s.
Amfter-
daiii
brengt
veel toe
tot der-
zelver,
ohtflag.
-ocr page 277-
GESCHIEDENISSEN.
V. Boek.
119
Karel, op den derden Julydes jaars 1520, 1520.
de Stad beveftigd in het Oclroi, haar, in 't dara ver.
jaar 1516, verleend, omGraanentemogen kiygt op
uitvoeren, zonder tot betaalinge van eenignieuws
verlofgeld gehouden te zyn (2). Zy beriep oar.oi
zig op dit Oétroi, toen, kort hierna, de rat- rv°™
voer van Graanen , wederom, by Plakaa-Uitvoer
te, verbooden werdt (a): en ik meen, datvänGraa-
men het, ten haaren behoeve, liet gelden. ncn-
Op verzoek van Heere Simon, Prioor der De vyf
Regulieren buiten Amfterdam, de Gafthuis- landryk-
meefteren van S. Pieters- Gafthuis in de Stad, f^graaf
Jan Bannink, Raad in Holland, en KlaasenHeem-
Gcrritszoon met de hunnen, alle landrykften raaden
binnen denDorpe van Amfterveen, vergun-van Am-
de Keizer Karel ook, den eencndertigtlen fte*veen
December deezes jaars , dat de vyf Land- iciaarj.
rykften altoos Heemraaden, en de oudfte
onder hen altoos Dykgraaf over dengemel-
den Dorpe zyn zouden (])): 't welk nog te-
genwoordig onderhouden wordt.
By den Gelderfchen, kwam, in 't begin Oorlog
des jaars 1521, de oorlog met Frankryk,met
die, door Francois den I., wien 't aanwas-^nk"
f end vermogen van Keizer Karel in de oogen
ftak. werdt aangevangen. Holland en de
Hollandfche Steden hadden ook hunnen laft
van deezen oorlog. Keizer Karel deedt een 1521.'
Leger verzamelen by Mechelen. De Leen-
mannen des Keizers, als Graave van Hol-
land , werden hefchreeven, om zig by het
zelve te voegen (c). De Steden moeften ie-
der ook zeker getal van manfchap leveren.
Ik vind niet, op hoe veel man Amfterdam
gefchat was. Doch Hoorn moeft honderd
en zeventien man verfchaffen tot den Fran-
fchen oorlog (d). Te Amfterdam, werdt, Te Am-
op den eenendertiaften Oktober, afeekon- "" .a"ï.
vi
       1 - T tV            r •          ° 1 moet eiK
ciigd „ dat ieder Poorter of ingezeten, bo- ^ vau
„ ven de twintig en beneden de zeftig jaaren geweer
„ oud, uit hoofde van den zorgelyken tyd, voor«
„ zig van geweer zou hebben te voorzien, zien*
„ naar gelang van zyne middelen, te wee-
„ ten die honderd guldens en daarboven,
„ tot vierhonderd guldens toe, bezat, zou
„ een Spiets, een Hellebaard of ander kort
„ geweer moeten hebben; en die boven de
„ vierhonderd guldens gegoed was , zou
„ zig van eene Handbus of Booge moeten
M voorzien (e)." Vier dagen daarna , ver-De Wet-
deelden Burgemeefteren, Schepenen enRaa- ^"^
den zig, by lootinge, aan vier partyen, om, ^^. zig"
ingeval van nood, op bevel der Keizerly-om aan't
ke Majefteit, aan 't hoofd der Poorteren, te hoofd
können uittrekken (ƒ). Doch deeze voor-der Poort
il9- klaarden zig ongelaft (f). Nogtans werdt,
.federt, beflooten tot eene uitrufting (.f), 't
Bootsvolk werdt, te Amfterdam, in Water-
land en elders, gehuurd, door Jan, Heere
van WaJJenaer,
wien 't Hofvan Holland den
Raadsheer Francais Coehel hadt toegevoegd
(?). De Scheepvaart langs de Zuiderzee en
naar 't Ooften werdt, meer of min, bevei-
ligd door deeze uitrufting.
Si
Her
Keizer Maximiliaan, in January te voo-
ren, overleeden zynde, werdt, in Juny daar-
na, opgevolgd door zynen Kleinzoon Ko-
ning Karel (u), die zig, federt, onder den
naam van KeizerKareldenV., vermaard
gemaakt heeft. Over zyne verheffing, werdt,
aiomme in Holland, met naame te Amfter-
dam , veel vreugde bedreeven (V). De Kei-
zer toonde egter, dat hy, met de vermeer-
dering van zyn aanzien buiten's Lands, ook
I* zyn gezag zogt uit te breiden in de Neder-
' landen. Toen hy in *t volgende jaar, door
•dezelven naar Duitfchiand trok, om zig te
doen kroonen, en Vrouw Margareet beves-
tigd hadt in de Landvoogdye, liet hy een
Plakaat uitgaan, waarby hy de Hoven der
byzondere Provinciën , en met naame het
Hof van Holland aan de Landvoogdeffe en
haaren geheimen Raad onderwierp , hun
ook verbiedende, voortaan, eenige Brieven
van Gratie, RemiJJïe, Vrygeleide of dierge-
lyken te verleenen. De Staaten kreegen be-
vel , om zig, zo wel wegens byzondere als
algemeene zaaken , te vervoegen aan de
Landvoogdeffe. Ook werdt den Landzaa-
ten in 't gemeen belaft, geene vyandelyk-
heden te beginnen dan met goedvinden der
Landvoogdeffe en der Staaten (w). Keizer
Karel bewees ook, niet lang hierna, dat hy
zelfs 's Lands Privilegien niet wilde laaten
gelden, wanneer zy ftreeden met zyneOr-
donnantien;den Hove van Holland, op den
eerflen April des jaars 1522, befallende „ de
» Privilegien, op welken men zig, tegen
3S zyne Ordonnantien, beriep, weg te nee-
3, men, of geheellyk te vernietigen (x):"
t welk vierkant ftreedt met het Privilegie
van Hertoge Filips van den jaare 1452 (y).
De opkomft der Hervorminge, en 's Vorften
yver om dezelve te fluiten, gaf de voor-
naamfle aanleiding tot deeze ftrengheid.
Het nieuwe licht drong egter, al vroeg,
door, ook tot in Amfterdam, gelyk wy,
""Ier. ln ^en aanvang des volgenden Boeks, nader
tQonen zullen. Ondertuffchen hadt Keizer
y) I. Metnoriaalb. van A. SANBELYN/. ïfj.
tt\ ,VE1-1US Hoorn, il. 117.
(a\ v ?Iemoriaalb. SANDELYN. ƒ. 253.
UI. Bliek., U. I52t
zorg
(z) Oude Kerk, Laaie XII.
(a)  Repert. il. 11.
(b)  Handv. bl. 317. [ji.]
(c)   Repert. bl. 10.
(d)  VELIUS Hoorn, bl. iz.it
(e)  Keurb. D. ƒ. 73-
(f)  Keurb. D. ƒ. 74 verft.
-ocr page 278-
IL Deel.
AMSTERDAMS
220
Men hadt, nog in den aanvang deezer *5
eeuwe, drie Schutteryen in Amfterdam ge- peou|ie
had, de oude Schuttery, de jonge of Voet- 5ch^sit
boogfehuttery, en de Handboogfchuttery. ^ niet
De oude Schuttery, zig, gelyk wy in 't voor- „gdaafl»
gaande Boek (/) gezien hebben, door het en eene
1521. zor5 fchynt niet zo zeer door den Franfchen
teren uit oor'°S veroorzaakt geweeli te zyn, als door
te trek- de beweegingen, die Hertog Karel van Gel-
ken, der , ten deezen tyde, in Overyflel maak-
te; alwaar hy, in July,tot Befchermervan
Zwolle zynde aangenomen, federt, de mees-
te Steden bemagtigde. Hierop was, van
wege Stadhouder en Raaden van Holland,.
by Plakaate, bevolen, dat elk zig in Haat
van tegenweer Hellen moeft „alfoHeerKa-
„ rel van Gelre Zwol ingenomen hadt(g)."
Ook werdt, wat laater „ het vervoeren van
„ leevensmiddelen naar Friesland, Zwolle
„ en elders," door 't Hof van Holland, ver-
booden (/■>)• Amfterdam, zo digt aan de
Zuiderzee gelegen, liep gevaar van door
de Gelderfchen uit Overyflel beftookt te
worden; waarom wel noodig was, dat men
zig aldaar gereed hielde tot tegenweer, en
om zelfs, des noods, uit te trekken tegen
den vyand.
•Keizer ^en deezen tyde, waren de meefte hui-
Karel zen in Amfterdam nog, rondsom, van hou-
ilelt orde ten wanden voorzien. Zy ftonden ook niet
op het onmiddelyk tegen eikanderen, noch zo ver
van hui- van een
' ^at men 'er •> by ongeval van brand,
zen met bekwaamlyk tuflehen komen kon , om 't
houten vuur weg te neemen. Zulk eene gelegen-
wanden ^gjj van 't greifte getai der huizen was
fterdam. ten h°°gfte gcvaarlyk, in eene Stad, waar
verfcheide Straaten, Burgwallen en Plaat-
fen vol lagen van brandbaare koopman-
fchappen, als Vlas, Wafch , Pek, Teer,
Wagefchot, Sparren , KIaphout, Zwavel
en diergelyken. De Regeering hadt hier-
om , al dikwils, Keuren gemaakt op het af-
breeken der houten, en het maaken van ftee-
nen wanden, in fommige ftraaten. Doch
't fchynt, dat deeze Keuren niet agtervolgd
waren naar behoor enrT). Men vervoegde zig,
derhalve, omtrent deezen tyd , met een
fmeekfehrift aan Keizer Karel, die, op den
vyfden Oclober deezes jaars, beval „ dat
„ niemant voortaan een huis zou mogen
j, bouwen anders dan met fteenen wanden;
„ dat het Geregt ook magt hebben zou,
„ om de Poorters, die ryk en gegoed ge-
,, noeg waren, te bedwingen , om hunne
„houten huizen, vooral op plaatfen, daar
„ 't meeft van nooden ware, af te breeken,
„ en fteenen in de plaatfe te ftigten; endat
„ men de onmagtigén daartoe, uit Stads
„ Kafïe, zou mogen in ftaat ftellen (£)."
En van deezen tyd af, zyn de houten wan-
den en huizen , allengskens , verdweenen
uit de Stad, zo dat 'er tegenwoordig nog
maar zeer weinigen overig zyn»
(g) Repert. il. 10.
(*, Repert. hl. 11.
(•) Zie I. Deel, II. Boek % il. 41,
(kj Handy, il. 97t [jsj
timmeren eener Galeote, in fchulden heb- ni£l1^
bende gefteken, welker voldoening de Stad va";ers
op zig nam, hadt, daartegen, in 't jaar 1505, Lger«^
haare excynzen moeten afftaanaandeStad,
tot dat dezelve van haar' verfchot voldaan
zou zyn (ra). De oude Schutters hadden mid-
lerwyl, tot onderhoud van hun Gilde, eenige
penningen noodig, die hun ook door de Stad
verfchaft werden: doch zo fpaarzaam, dat
zy 'er zeer kwalyk mede te vrede waren.
Hierop befloot de Raad, in 't jaar I5i6jby
meerderheid van Hemmen, deoude Schut-
tery te verhalen, of te niet te doen, in ge-
val zy langer te onvrede was, met het ge-
ne haar,van Stads wege, werdt toegelegd
(n). Het affchaffen deezer Schutteryevolg-
de , niet lang hier na. En op den derden
November des jaars 1517, werdt beflooten,
de Doele der oude Schutteren te verkoo-
pen, en 't gene 'er van komen zou, nevens
't gene zy van de excynzen en van 't water
plagten te hebben, onder anderen, te be-
fteeden, tot het opmaaken eener Doele voor
Kloveniers (0). Zulks gefchiedde federt,
ten einde der vefte naar den Amftel, aan
de oude zyde, ter plaatfe waar nu de nieu-
we Doele-ftraat is: en in den aanvang des i52
jaars 1522, beflooten myne Heeren van den
Geregte, met goeddunken der zesendertig
Raaden, tweehonderd Kloveniers te kiezen
uit de andere Schutteryen, en uitten buyck
van der Stede
, aan welken zy eene Ordon-
nantie gaven, waarby hun de nieuwe Doe-
le, met den tooren Swycht Utrecht, by de-
zelve ftaande, en het Altaar in de S. Niko-
laas- of Oude Kerke, welk de oude Schut-
ters plagten te hebben, afgeftaan werdt.
De Kloveniers deeden,den twee-entwintig-
ften February, den eed op deeze Ordon-
nantie (p). Kort hierna, op den zeftienden o^'0,si-
Maart, verwierven Burgemeefteren en Sehe-van j^-
penen Octroi van Keizer Karel , volgens ze(r
{e<1
welk, de nieuwlings opgeregte Schuttery \^.&
van Kloveniers , noch de twee andere der ^s-
Schutteryen van de Voet- en Handbooge,Sc^
niet aanfpraakelyk zouden zyn , in geval 'T
een der Schutteren, onder 't fchieten naar
't wit of naar de papegaai, by ongeluk,
iemant kwetfen of dooden mögt, mids zy
zorg droegen, om, eer zy naar 't wit fchoo-
ten
(/) Bladz. 19».                                                     
(m) Groor-Memor. N, I. ƒ. 2jz. '
(n) Gvoot-Memor. N. I. ƒ. 272.
(1?) Gioot-Mcmor. iV. I. ƒ. 2.73 vtrfi.
(p) Keurb. C. f. 127.
-ocr page 279-
tT. Oo€i~e^ deZ. <fc -Jculo, ^. naar cctiz- aitdc i/tffeeZdiJia.
-ocr page 280-
GESCHIEDENISSEN.
V. Boek.
221
^522. ten, op de gewoone wyze, te roepen (q). Terwyl Koning Chriftiaan nog handelde o- 1523.
öe Gel- De Gelderfchen, den kryg te water iterk ver een vergelyk, hielp ^de Stad te wege vryen
pichen voortzettende, maakten zig, in Jnlydeezes
W^''" jaars, meefter van eene Vloot Koopvaardy-
Ooftej.nefchepen, die uit de Ooflzee kwam. De
brengen, dat Fredrik de I. den Koophiiden handel
van Holland, Brabant, Zeeland en Vlaan- toeftaat.
deren den vryen handel in zyne Landen toe-
ftondt; waarvan Brieven verleend werden, 1524.
die den vyfentwintigften January des jaars
15 24, te Koppenhagen, getekend waren (10).
Uit het begeeren en ontvangen van zulke
brieven, bleek klaarlyk, dat de handeldry-
vende Steden deezer Landen, en Amfter-
dam in 't byzonder de gunffc des nieuwen
Konings zogten. Men vreesde daarentegen, De Lu-
voor ongenoegen met de Lubekkers en an- bekkers
dere Ooftcrlingen , die naauw verbond en be m'-
^                                                           meren uC
waren met Koning Fredrik, en, zo draKo-Vaart
ning Chriftiaan zyn verblyf in deNederlan- naar de
den genomen hadt, reeds eenige vyande-Ooflzee.
lykheden begonnen hadden tegen de Hol-
landers en Zeeuwen, neemende verfchei-
den' van hunne fchepen, die naar de Oofl-
zee wilden. De Vaart derwaards, die on-
langs , meer dan eens, verbooden geweeft
was (x), werdt dus geweldiglyk belemmerd,
tot groote fchade der Amfterdammeren,
die zig, meer dan eenige ingezetenen van
Holland, geneerden met den handel op de
Ooftzee. De tyding , dat Koning Chris-
tiaan, die zig thans te Lier in Brabant op-
hieldt, Beftelbrieven gaf aan eenige fche-
pen, die te Veere uitgemft werden, en op
de Oofterlingen kruiffen zouden, deedt de
vrees voor openbaaren oorlog toeneemen,
hier te Lande. Meefter Aert van der Goes, I525-
Advokaat van Holland, werdt, in Februa- Koning
ry des jaars 1525, afgezonden naar Lier, Chrfs-
om Koning Chriftiaan af te maanenvanhettiaa"
uitruften van fchepen. Ook verbondt hy zig, lelbiïe-
om geene fchepen, met zyne Befiel brieven ven, on-
voorzien , te laaten vertrekken uit Zeeland, der ande-
Doch desonaangezien verftondt men, kortren,aan
hierna, dat 'er een Gallioen uitgeloopen was, n.endAm"
onder bevel van Meefter Lainbrecht en Klaas mer. J
Kuiphoofd, die zig Hoofd- en Bevelsluiden
van den Koning van Deenemarke noemden
(y), en welker laatfte een Amfterdammer
fchynt geweeft te zyn, Roode Klaas, in de
wandeling, genaamd (2). Zy hielden zig
op in 't Vlie, en namen eerlang eene Hulk,
twee Barken en verfcheide andere fchepen,
die uit de Ooftzee kwamen. De laadingen
deezer fchepen dagten zy te Amfterdam te
verkoopen; doch men merkte hen hier aan
als zeeroovers , en weigerde hun vrygelei-
de. De Regeering van Amfterdam begeer-
de
(to) Handv. BI. 57. [88.-]
(x) Repert. hl. ïi, ij.
(y) Mk. aert van der Goes Regifter der Dagv. ?an
Holland , H. t, 9.
(z)
Reigersb. Zeeland, II. Z>«/, il, 4.1*.
Ff
s fchade, die Amfterdam hierby leedt, zal
V
°°t. egter niet groot geweeft zyn, alzo de mees-
te fchepeh aan Oofterlingen toebehoorden
(r). Om diergelyk ongeval te voorkomen,
en den Gelderfchen zelfs het uitloopen te
^23, beletten hielden Amfterdam vier , Hoorn
twee en de andere Waterlieden een even-
redig getal van fchepen op de Zuiderzee;
waardoor de vaart, in 't volgende jaar, mer-
Q)t. ketyk beveiligd werdt (s~).
tij9l)s~, Chriftiaan de IL, Koning van Deene-
}> K0e marke , aan wien Amfterdam groote ver-
Ävan pligting hadt, en die van zyne zyde ook
Ha?e~ verpligt was aan de Stad O), was, omtrent
Hdt' deezen tyd, zo zeer in den haat geraakt van
ï't zyn zyne Ondérdaanen , dat hy genoodzaakt
?ft ver.werdt, net ^T^ te ruimen. Hy was, in Ju-
°eVen. ly des jaars 1521, flegts van drie of vier
perfoonen verzeld, heimelyk te Amfterdam
aangekomen. Van hier begaf hy zig naar
Bruflel, daar hy een mondgefprek hieldt
met Keizer Karel; waarin, naar 't fchynt,
de wyze geregeld werdt, op welke men hem
van 't Ryk zou tragten te verzekeren, en
veelligt ook de voet, waarop men hem, hier
te Lande, ontvangen zou, indien de nood
hem dringen mögt, om herwaards zyne toe-
vlugtteneemen. Toen alles geregeld was,
keerde hy te rug naar zyn Land («). Doch hy
hieldt het 'er naauwlyks twee jaaren. De Dee-
nen hadden Fredrik, Hertog van Holflein, in 't
Ryk gehaald, die Chriftiaan den II. nood-
zaakte het zelve te ruimen. Hy kwam, met
veertien fchepen, te Veere in Zeeland aan,
in May deezes jaars (u); ftak van daaro-
ver naar Engeland, en zogt zig, federt,
door onderhandeling, te herftellen in 't ver-
loren gebied; 't welk egter niet gelukken
wilde. De Hertog van Holftein was, on-
der den naam van Fredrik den I., tot Ko-
ning verklaard: en Koning Chriftiaan zag
Zlg in de noodzaakelykheid gebragt, om
Wer> zynverblyf te houden in de Nederlanden.
^ " Amfterdam, welk zo veel belang hadt
^'Pt te by de Vaart naar 't Noorden en de Ooft-
Vnt Zee' Zag de onluften, die in Deenemarke
!5t Ro.1?'un>^aan waren,met veel bekommering, en
<$! Pre- .*"e zeer om zig te voegen naar den mag-
l^Hoi- j'Sften, 't welk nogtans het belang van 's
keizers Zwaager niet fcheen te gedoogen.
(?) Handv. hl ... r,, i
(") Reige'hJ39' 4J6> 4?ä-
(v) RsiGïvJ chl'°n. van Zeeland II. Detl, bl. 4-oS.
*• 01 uk.
-ocr page 281-
II. Deel.
AMSTERDAMS
222
een weinig laater , aan de Landvoogdefle "
voorhielden (f).
                                               ^
Het geflooten Beftand met de Oofterlin D^neX-
gen en met Gelder gaf aan de Regeering van cLs te
Amfterdam gelegenheid, om op de vermin- Ain'lef"
dering van de laften der ingezetenen ver-da'11^
dagt te zyn. Op den vierentwintigften Oc- 0°^
tober deezes jaars, werdt by de zesender-L,äifM*
tig Raaden beflooten, den Molen-excyns af
te fchaffen, behalve van 't graan, welk tot
de brouweryen gebruikt werdt (g).
                    .
De zeegaten, het Marsdiep, het Heers-WA\
diep en het Vlie, federt het midden derrie1.
voorgaande eeuwe,allengskens grooter ge-^fae^
worden zynde (¥) , hadden veel hooger van &s
vloeden gebragt voor Amfterdam. Hier- graf^.
door was, aan de eene zyde, de Scheep-en^
vaart der Stad merkelyk verbeterd gewor- ^j.
den; alzo men nu niet alleen met belaaden s
fchepen ligter over het Pampus geraaken,
maar ook, door de wyder zeegaten, met
meerderlei ftreeken van den wind, in- en
uitloopen kon; doch het hadt, aan de ande-
re zyde, de wateren in en om de Stad ook
zeer veranderd van natuure: waarvan niet
ondienftig zyn zal, hier een kort verflag te
geeven. In de oudfte tyden, toen de zee-
gaten kleiner waren, en de vloed zo hoog
niet voor en in de Stad kwam, waren de
graften, hier, zo wel als in Amftelland,
vervuld met zoet of.byna zoetwater. In de-
zelven werdt niet alleen zo veel riviervifch
gevangen, dat de Viflchery van der Stede
wateren eerft aan de Schutteryen tot eene
inkomft afgeftaan (f) , en naderhand van
Stads wege verpagt werdt; maar, 't gene
miflehien tegenwoordig aan weinigen be-
kend is,de ingezetenen waren gewoon hun-
ne fpyze te kooken, en vermoedelyk ook bier
te' brouwen uit de Stads graften, welk laat-
fte, nog niet lang voor deezen tyd, ook
door byzondere huisgezinnen, tot hun eigen
gebruik, plagt te gefchieden (T). Hiervan
kwamen, onder anderen, zo veele Keuren,
{trekkende om de Stads wateren, die, nog
in eene Keur van den tienden May des jaars
1530, zeer coßelyck genoemd worden (7),
zuiver te houden: de overtreeders van wel-
ke Keuren meermaalen gebreukt werden .$
door 't Geregt. Zo vindt men, om hier- Bey"
van één voorbeeld by te brengen „ dat ^ fpfy
Floertgen de Cleyvoerder ende Friesgen zyn^i^
Compaen, in Oótober des jaars 1507,0m ^\0;
„ het draagen vmpriuate, inde wateren &
„ en graften deezer Stede, daïr de poirte-^
ren
(f)  Groot-Plakaatb. IV. Deel, hl. 19.
(g)  Groot-Memor. N. I. ƒ 28J.
(h) Handv. van Ryn!. 61. 91.
(i) Handv. il. 140, 141. [ijo. ifl.]
(k) Keurb. A. ƒ. i4g.
(Ij Keurb. D. ƒ. 153 ver/o.
1525. de zelfs verlof van de Landvoogdefle, om
hen als zeeroovers te mogen ftraffen. Doch
Koning Chriftiaan wilde hiertoe zyne ftem
niet geeven, fchoon hy ftyf en fterk bleef
ontkennen, dat hy hun eenige Beftelbrie-
ven gegeven hadt. Nogtans beval hy hun,
's Keizers gebied te verlaaten. Doch zy
weigerden dit, zo men hun, vooraf, geene
onbepaalde vergiffenis bezorgde van 't gene
zy mogten misdreeven hebben. De Stad
Amfterdam, die veel overlaft van hun hadt,
zondt aan de Landvoogdefle om deeze ver-
giffenis. Doch eermenze bekomen hadt,
waren de vrybuiters in zee geftoken (a).
Zy werden, watlaater, genomen door die
van Hamburg, en aldaar als zeeroovers ter
Beftand
mee die
van Lu-
bek.
dood gebragt (/ƒ). Holland was, midler-
wyl, in onderhandeling getreden met die
van Lubek, en op Pinkfteren deezes jaars,
werdt 'er, door wederzydfche Gemagtigden,
te Lubek, eenBelfand voor twee jaaren ge-
flooten, binnen welken tyd, elk zyne fchade
opmaaken zou (V): waarmede de vyande-
Vrywaa-
ringvoor
den Pen-
fionaris
van Am-
fterdam.
lykheden, voor eenen tyd, ophielden. Tot
de handeling over dit Beftand, was, zo ik
meen, de Penfionaris Cornelis Bogaart,van>
wege de Stad Amfterdam, gemagtigd ge-
weeft. Immers ik vind, dat Burgemeefte-
ren, op den negenden Juny deezes jaars,
beloofd hebben, hem fchadeloos te zullen
houden, zo hem, door de Gelderfchen of
iernant anders, eenig nadeel mögt worden
toegebragt (d).
De Steden van Holland en de Stad Am-
fterdam in 't byzonder hadden, omtrent dee-
zen tyd , eenige punten begeerd van de
Landvoogdefle, waarop, den derden July,
antwoord kwam. Amfterdam hadt verzogt
„ dat de tollen in Holland en inZeelandop
„ eenen eenpaarigen voet geheeven mog-
„ ten worden; dat 'er orde mögt worden
„ gefteld tegen den overlaft, welken die
„ van Genemuiden en anderen , langs de
„ Zuiderzee gelegen, den Landzaaten aan-
„ deeden, onaangezien het Beftand, welk
„ met Hertog Karel van Gelder en met de
„ Overyffelfchen geflooten was, en dat de
„ vonniflen,in Brabant tegen de Oofterlin-
„ gen gevveezen, in Holland of Zeeland,
„ niet mogten worden uitgevoerd," met
nog eenige andere punten, die de andere
Steden, zo wel als deeze Stad, begeerd had-
den (<?). Doch het befcheid, welk hierop
kwam, was niet in allen deele voldoende.
En even het zelfde gebeurde omtrent elf an-
dere punten, die de Steden van Holland,
(a) Mb. Aebt van de» Goes Regift. il. 9, 10.
(k) Rejgeesb. II. Deel, H. 41J.
(c) Vadetl. Hift. IV. Deel, il. 42j.
(dj Groot-Memor. N. I. ƒ. 284.
(e) Groot-Plakaatb. IV. Deel, tl. ifi.
Amfter-
dam en
andere
Steden
begeeren
eenige
punten
van de
Land-
voogdes-
fe.
-ocr page 282-
GESCHIEDENISSEN.
V. Boek.
23
„ de Holendrecht, in 't Gein, in de Waver,
„ en daar 't meer noodig zyn mögt, digt
„ te maaken. Wyders, zouden zy, zo ver
„ het die van Byleveld, Reyerskoop, Maft*
„ wyk en Agthoven betrof, tweemaal 's
„ jaars, fchouwen, in Maart en in Augus-
„ tus, en voorts zo dikwils als't noodig
„ zyn zou («)." De Stad Amfterdam ver-
kreeg, door deeze fchikking, inzigt in de
Amftellandfche Waterfchuttinge, aan wel-
ker onderhoud haar altoos veel gelegen ge-
weeft was.
Te Amfterdam hadt, federt eenen gerui-
men tyd , een gevaarlyk misbruik plaats
gehad, in 't ftuk van het trouwen. DePro-
vifoor en Deken van Amflelland gaven dik-
wils , voor eenen fleekpenning, die grooter
of kleiner gemaakt werdt, naar het vermo-
gen van het Paar, verlof tot heimelyke Hu-
welyken, die dan, by nagt en ontyde, door
eenen Prielier, werden ingezegend. Hier-
uit ontftondt, dat fomtyds zulken aan ei-
kanderen verbonden werden, die zig, bei-
de of een van beide, met anderen verloofd
hadden: ook fomtyds verloopen Moniken:
al 't welke aanliep beide tegen deKerkely-
ke en burgerlyke Wetten, 't Geregt van
Amfterdam, hiertegen willende voorzien,
beval, by eene Keure, die, den derden No-
vember deezes jaars, afgekondigd werdt,
„ dat elke Poorter of ingezeten, die op eer
„ nigerhande wyze trouwde , zonder dat
„ 'er drie gerechte Proclamatien ofte Kerck-
,, geboden, van den Predikftoel of andere
,, behoorlyke Plaatfe, waren afgekondigd,
„ agttien Rarels guldens verbeuren zou,
„ of anders een half uur op de kaak te
„ pronk ftaan (0)." De Provifbor en De-
ken , zig , door deeze Keure , benadeeld
en verongelykt agtende, bragten wel haaft
te wege, dat Henrik van Beyeren, verkoo-
ren Biflchop van Utrecht, brieven afzond.t
aan die van den Geregte, waarby hun, op
ftraffe van den Ban, belaft werdt, de Keur
wederom in te trekken, en in de Stads Re-
gifters uit te fchrappen , binnen den tyd
van negen dagen. Te gelyk werden zy
gedagvaard voor de Kerkelyke Vierfchaar
des Biffchops te Urxecht, om zig aldaar te
verantwoorden. Doch 't was 'er wel ver
van af, dat de Regeering van Amfterdam
zo veel gezags, in denBilfchop van Utrecht,
erkend zou hebben. Men vervoegde zig,
terftond, aan 't Hof van Holland in den
Haage, en, door middel van het zelve, aan
de LandvoogdeiTe, begeerende gehandhaafd
te worden by de oude Privilegien, om niet
<•
                                         voor
fS25. 5> re« ew^f? ingefetenen derfeher hsur fpife
,, vuytcoecken, verweezen zyn in de boete
,, van.een pond ieder, en om, daarenbo-
„ ven , met eene brandende wafchkaars,
„ te gaan voor den weekelykfchen oirirne-
gang, de kaarfen daarna offerende in de
„ S. Nikolaas- of Oude Kerke (m)." Maar
het verwyderen der zeegaten maakte het
/ water in de Stad allengskens zo zout, dat
het zeldzaam gebezigd werdt, om fpyze in
te kooken. Ook werdt 'er meer oogluiking
gebruikt, omtrent de overtreeders der Keu-
ren , op de reinigheid der wateren gemaakt.
Eene der redenen van het inftellen derzel-
ven verdween. En men droeg, voortaan,
voornaamlyk zorg, dat de wateren niet te
ondiep werden. De ViiTchery in de Stad
nam ook af, en werdt, eindelyk, weinig of
1525-
Het Ge-
rept van
Amfter-
dam
maakt
eene
Keur te-
gen liet
heimelyk
trouwen.
SS
niets waardig.
Het waiTen der vloeden in de Zuiderzee
hadt, in 't Land omtrent de Stad,nog een
ander ongemak veroorzaakt, waarvan de
den Stad zelve ook vry wat overlaft hebben
A,lvan kon. De Landen onder 't Stigt van Utrecht
'^Ée|~ behoorende, die hun water, door de Vegt,
in de Zuiderzee loozen moeiten, werden
. hierin belet door de hoogte van 't zeewa-
ter. Zy hadden, derhalve, om zig van 't
binnenwater te ontlaften, zekere dammen
of wegen, leggende in den ring der Stigt-
fche Dorpen, doorgegraaven en opgeno-
men , en daardoor hun water gebragt op
de Landen van de Byleveld , Agthoven ,
Reyerskoop en Maftwyk, die, fchoon on-
der 't Stigt behoorende , Privilegie had-
den om door Amfterdam uit te wateren,
mids zy geen vreemd, en vooral geen Hei-
kooper water ontvingen. Om deeze zwaa-
righeid voor het toekomende te weeren,
werdt, in deezen jaare, een voet beraamd.
Keizer Karel beval, op den vyfentwintig-
ften September „ dat de Baljuw van Am-
» Heiland, als Dykgraaf, nevens twee of
drie van de zes Heemraaden, jaarlyks door
hem te kiezen uit de Geregten van Am-
fterdam, Weesp, Ouderkerk, Amfler-
•>■> veen,Diemen en Waverveen,defchouw
» doen zou over den gantfchen ring der
g^meene Waterfchap van Amflelland,
°P gelyke boeten als in Rynland gefchied-
» de, zo dikwils als 't noodig zyn zou. Ook
zouden zy den ring der Waterfchuttinge,
die Amfbelland met het Stigt gemeen
hadt, bezien, en van de gebreken den
St'gtfchen Dorpen kennis geeven, met
verzoek, dat zy die zouden doen herftel-
" ^ En zo dit niet gefchiedde, werdt
" un S^aft, den ring van Amflelland in
Het
wordt
daarover
te U
trecht
gedag-
vaard.
De dag-
vaarding
(n) Hand?. M. 3+y- [jf.J
(#) Keurb. D. ƒ. io<s. Zie ook Repert. hi.
Ff 2
WRegift.derCotrea;
:ien a&t. 't Keurb. E. ƒ. »i.
-ocr page 283-
I
II. Deel.
AMSTERDAMS
2!24
Zo eenige
,, 't vuur, verlooren hadden.'
voor eene ongewoone Vierfchaar in regten
te mogen, betrokken worden. En op den
agttienden January des jaars 1525 [1526],
werdt'er, op 's Keizers naam, een fcher-
pe brief afgezonden naar Utrecht, waarby
's 'Bifichops dagvaarding en bedreiging van
den Ban aan het Geregt van Amfterdam,
als ftrydig met 's Keizers Hoogheid, nietig
en van onwaarde verklaard, en hy,met zy-
ne Raaden, zelf voor 't Hof in den Haage
gedagvaard werdt (p~). Prefident en Raa-
den, midlerwyl, in aanmerking neemende,
dat de Geeftelyke Regters zig dikwils,ook
tegen de gemaakte overeenkomften, ftaken
in°zaaken, die tot de weereldlyke, of ten
minfte tot de eene en de andere Regtbank
behoorden , vonden geraaden, de punten
op te Hellen, waarvan de weereldlyke Reg-
ter kennis neemen mögt, fchoonzy mogten
geoordeeld v/orden tot de Geeilelyke Vier-
fchaar te behooren; gelyk zy, den drie en-
twintigften January, deeden. Zy bevalen
's'Keizers Amptenaaren „ by voorkomin-
„ ge, kennis te neemen van alle misdaa-
„ den, binnen hun Regtsgebied vallende,
„ met naame van Meineedighcid , Over-
„ fpel , Heiligfchennis , geweld aan Ker-
„ ken , Godshuizen of Geeftelyke Perfbo-
„ nen, Godslaftering, Tovery en andere
j, misdaaden, die men zou mogen agten te
„ zyn mixti fori, of tot beiderlei Geregt be-
„ hoorende: voorts, van misdaaden, betref-
„ fende huis, erve of grond, evenveel of
„ één der twee partyen geeftelyk- ware of
„ niet. Zy moeiten ook niet gehengen,
„ dat weereldlyke perfoonen, ompagt,ar-
„ beidsloon , verteerde koften en andere
„ weereldlyke fchuld', voor Geeilelyke
„ Regters betrokken werden. Zy mogten
„ moedwillige doodflagers, en zulken, die,
„ om misdaad tegen den Graave of des-
„ zelfs Landdienaars begaan, gebannen wa-
5, ren, vryelyk uit de Kerken van de Kerk-
„ hoven haaien, zo zy, daartoe, als tot
„ Vryplaatfen, hunne toevlugt mogten ge-
„ nomen hebben. Zy moeften niet gedoo-
„ gen, dat Luiden, die op de Heilige da-
s, gen eenig noodig werk gedaan hadden,
„ 't zy aan den dyk of de waterfchap, of
„ in den Oogfttyd, door de Provifoors of
„ Dekens , gemoeid , of in boete beflaa-
„ gen werden : ook niet, dat gehuwde
„ Vrouwen befchaamd of gekweld wer-
„ den, ten ware zy in openbaar overfpel
„ zaten, en daarvan in de Synode beklaagd
„ waren: noch ook, dat ouders gemoeid
„ werden, om dat zy hunne kinderen, by
„ ongeval of verzuim, in 't water, of in
(p) Zie VAN HEUSSEN en VAN RïN Kerkel. Oudh, I.
Dtil,
bl. 32«.
1525-
worde
nietig
ver-
klaard.
1526.
„ Paap of Klerk overdaad beging, in vrede-
„ breuk , vegten , dronkenfehap of iets
„ diergelyks, moeften zy hem vangen , en
„ den Provifbpr of Deken overlever««; die
„ hem niet ontdaan mögt, dan na dat de
,, breuken aan 's Keizers Amptenaars vol-
„ daan zouden zyn (g)." De Schout van
Amfcerdam ontving ook een aflbbrift van
deeze punten, gelyk blykt uit den brief,
waarbydezelven werden overgezonden, en
die, in de nieuwe uitgaave der Handves-
ten (f)
, geplaatft is. 't Verdient, onder-
tuiïchen, eenige opmerking', dat, in deè-
ze punten , niet van 't ftuk des Huwelyks
gewaagd wordt, waarby Amfterdam in 't
byzonder thans zo veel belang hädt. Doch
veeiligt hieldt men 't gefchil hierover ge-
noeg beliegt, door 's Keizers brieven aan
den Biiïchop van Ucrecht. Of mogclyk is
het ftuk, waarby zulks nader gefchiedde,
niet meer voorhanden , of niet tot myne
kenniiï'e gekomen.
De Wethouderfchap van Amfterdam
hadt, weinige dagen voor het ontvangen
van deeze punten , getoond , dat zy zig
haare voorregten, door geene Geeftelyke
Regtbank, wilde läaten beneemen. Een
Moordenaar, op S. Nikotaas Kerkhof ge-
't Geregt
krygt
aanlchry-
vens van
de pun-
ten,
waarvan
het ken-
nis nee-
men 111;;:''.
vlugt zynde, was door 't Geregt van daar
naäf'5,
gehaald en vaftgézet. Terwyl men zyn
geding opmaakte, kwam 'er bevel van den
Biiichop van Utrecht, om daarmede niet
voort te gaan. .Doch de zesendertig Raa-
den , zig luttel kreunende aan dit bevel,
beilooten , den veertienden January , het
regt zynen gang te laaten gaan (j).
Op deezen zelfden veerdenden January,
mee
Fraf
ry*'
was de Vrede met Frankryk geflooten :
waarover, alomme in Holland,en dus ook
te Amfterdam, met het branden van pek-
tonnen, en het bedryven van allerlei vreug-
de, gevierd werdt (£)•
In May, deedt de Landvoogdes de ge-
woonlyke Bede van tagtigduizend guldens
's jaars aan de Staaten van Holland. Delft,
Leiden en Amfterdam, verklaarende hun-
ne armoede, toonden zig ongeneigd, om in
deeze Bede te bewilligen , en 't liep aantot in November, eer Amfterdam zig tot
bewilliging beweegen liet (ju).
Met Zweeden werdt, ten deezen tyde,
/il»
wh.
gehandeld over een Verdrag van Koophan-
del: en ter gelegenheid deezer handelinge,
werdt, nevens 's Lands Advokaat, Mees-
ter
(q) Zie Groot-Plaka?.tb. Hl. Heel, U. j$y.
(r) Biaiz. i°o.
(ij Grooc-Meinor. N. I. ƒ. 1S5 vtrfi,
(t) VEL1US Hoorn, bl. 116.
(»j Vaded. Hift. IV. Deel, bl. +52, 4«3-
-ocr page 284-
GESCHIEDENISSEN.
V. Boek.
225
bewaaringe der Stede. De Regeerins zondt 1527
^27. ter Andries Jakobszoon van Naarden, die,
in 't jaar i535,Penfionaris van Amfterdam
werdt (ü) , gezonden naar Gend aan de
Landvoogdefle (tu) , zonder dat my geblee-
ken is, dat het Verdrag, ten deezen tyde,
^fter- tot fland kwam. Ook was men, in Hol-
^ is land, federt eenigen tyd , bezig geweefl:
Inhe!ï!* met c °Pmaaken der fchäde, die de Koop-
|tQotene"fteden, onlangs, van die van Lubek en de
<1r fcha. andere Oofterlingen geleeden hadden, en
O^n de die men , volgens het jongfte Beftand, we-
S&f" derzyds, aan eikanderen vergoeden moeit.
s,elee. Amfterdam en eenige andere Steden, veel-
6lJ' ligt meer nadeels gedaan dan geleeden heb-
bende, waren zeer agterlyk in het begroo-
ten haarer fchade, en fchynen hierom niet
te hebben willen ftemmen , tot eene By-
eenkomil te Keulen , die , van wege de
Landvoogdeffe, voorgeflaagen werdt (a;).
Ondertuflehen, waren Burgemeeileren van
Amfterdam, den agttienden January dee-
zes jaars, cp de grote Camer deezer Stede,
met de afgevaardigden van Hoorn, Enk-
huizen, Edam en Monikendam, vergaderd
geweelt, en hier was beflooten ,, vooreerfi,
3, den nieuwen laft, dien Dantzig vorderde,
s, te doen afftellen ; ten tweede, van alle
5, fchepen, by voorraad, een laftgeld te
„ heffen, en ten derde, de fchade te doen
3, opgeeven, die elk, federt het jaar 1510,
h .. jj van de Oofterlingen geleeden hadt (3/)."
tiK). l?d Met den aanvang deezes jaars 1527 ,
^4'o was de oorl°g op nieuws ontfteken met
^tetmFrankryk, welk nu met Engeland verbon-
L?; den was. > En dit gaf ook den Gelderfchen
zelve , omtrent deezen tyd ", een' 'Burg©- 't sk)t
t te
meefter, aan 't hoofd van' eenige knegten Maiden
naar 't Slot te Muiden, welk flegts,.,i0ór weigert
eenen Onderkaftelein en twee of drie man,
danifche
bewaard werdt. Doch men weigerde al-
ezet-
daar, de Amfterclamfche bezetting te ont-*ïng~~
vangen («),
Amfterdam hadt , federt veele jaaren, De Foor-
een groot getal van Poorters aangenomen tefS van
uit de naafte Dorpen, en 't hadt altoos Jraffie^e
aan de opgezetenen deezer Dorpen vryge- J"00-
ftaan, met der woon te vertrekken naarde ren in de
Stad, mids zy , vooraf, hun aandeel be naafte
taalden in defchulden, waarin het Darp.:Dorpen .
zig, tot op den tyd van hun vertrek, ge- Sen
fteken hadt, 't zy uit hoofde van verkogte onthee-'
renten , ingewilligde Beden , of anders- ven van
zins. Doch nu beftonden de Dorpen Am- defch'J'-
fterveen, Ouderkerk en anderen, omtrent J" '"a
Amfterdam gelegen , verfcheiden Poorte- trek ge-"
ren deezer Stad, die te vooren in deeze maakt.
Dorpen gewoond hadden, hun aandeel af
te vorderen in de jongfte Bede van tagtig-
duizend guldens, waarin, na hun vertrek
van 't platte Land , bewilligd was. De
Regeering van Amfterdam, niet konnende
gedoogen, dat haare Poorters, die de ex-
cynzen en andere 1 aften, waaruit de Be-
den betaald werden, binnen haare Stad ,
opbragten, door de Dorpen, tot dubbele
betaaling werden genoodzaakt , klaagde
hierover, ten Hove. En 't leedt niet lang,
of de Schouten en Schepenen der Dorpen
kreegen een fcherp bevel, uit 's Keizers
naam, gedagtekend den negentienden Ja-
nuary des jaars 1526 [1527], om zulke
Poorters van Amfterdam, die te vooren in
hunne Dorpen gewoond, en derzelver aan-
deel in de fchulden, die voor hun vertrek
gemaakt waren, betaald hadden, om gee-
ne verdere betaaling te moeiien (b\
De Stad Kampen'inOveryltel plagt,van Overeen-
ouds, zo wel als Amfterdam, tonnen te »ooift
leggen in het Marsdiep, het Vlie en an- met Kam-
dere zeegaten, en daarvoor een zeker Paal- pen' uS~
geld te vorderen. Doch op den vierden onder
Maart deezes jaars, kwamen de twee Ste-houden
den overeen, dat Amfterdam alle de Kam- ^er zee"
per zeetonnen, met het gereedfehap daar- tonnen"
toe behoorende, zou overneem en, en voor-
taan onderhouden, mids de goederen, ,te
Kampen t'huis hoorende, in de Zuiderzee
van paalgeld vry zyn, en ook te Amfter-
dam , met geene nieuwigheden bezwaard
worden zouden (c).
De Biflchop van Utrecht, die, door Her- Karel de
tog V. wordt
(a) Aert van dek Roes Regift. II. 43.
(4; Oude Kerk, Laaie XXXIV. Handv. hl. 111
(c) Handv. tl. ï9- [?«*, I6J-]
Ff 3
fcrchl gelegenheid, om de vyandelykheden te
Ju ut hervatten tegen Holland. Men ftelde zig
0ln. ^an wederom in ftaat van tegenweer. Am-
fterdam bragt een of meer Oorlogsfchepen
te water, om de zeegaten te beveiligen,
en verzogt, naar 't fchynt ter deezer gele-
genheid , eenig gefchut, met naame twaalf
ierpentynen, ter leen van die van Hoorn
(2). 't Gevaar te lande nam toe, na dat
Hertog Karel van Gelder , in Auguftus ,
bezetting geworpen hadt in Utrecht. Flo-
ris van Egmond
, Graaf van Buur en , en
thans Kapitein - Generaal over Holland ,
fchreef aan den Raad in den Haage, dat
^en die van Amfterdam verbieden moeft,
wenige mondbehoeften te voeren naar U-
trecht, gelyk zy, omtrent deezen tyd, dec-
ken , op dat men deeze Stad, door gebrek,
Zou mogen dwingen tot de overgaave. Ook
zondt de Raad bevel herwaards, om eeni-
ge knegten te, fchikken naar Weesp, tot
(»Ä^Aem°r- -V. I. ƒ. Sog verfi.
(y)
Gtoot/Mem' 1V- Dlll> H- 4<i7-
*
-ocr page 285-
AMSTERDAMS
II. Deel.
226
de Utrechtfchen nog verdagt hieldt in Hol- ^êz
land, en zulken , die zig in Amflerdam
bevonden, en nog geenen eed aan den Kei-
zer gedaan hadden, den zeftiendenMaart,
ontboodt in de S. Pieters - Kerke in Gans-
oort
, nu de groote Vleefchhal in de Nes,
om aldaar hunne naamen te laaten opfchry-
ven, of der Stad eed te doen. Ook mog-
ten geene ingezetenen , die uit het Stigt
gebooren waren , derwaards reizen , dan
met byzonder verlof van Burgemeefteren
(£). Doch na dat Utrecht, op den eer-
ften July , by verraffing , ingenomen , en
Keizer Karel, in Ofilober en November,
als Heer van de Stad en 't Land ontvan-
gen was , werdt deeze voorzorg noode-
loos. Ook verdween hiermede de oude
vyandfehap, die, tuffchen Utrecht en Am-
ilerdam , geweeft was , geheellyk. Met
de Gelderfchen , werdt ook vrede ge-
maakt, op den vyfden Oclober, waardoor
Amilerdam van eene andere en zwaare zorg
bevryd werdt (7).
                                                ,
Doch de oorlog met Frankryk, waarby De f$
de Amilerdamfche fcheepvaart ook vryheeV
wat te lyden hadt, duurde nog. Men tradt neIgtté'
egter, eerlang, in onderhandeling over ee- e o?
ne Vrede , te Kameryk. Holland zondt Vtff
twee Gemagtigden op deeze Vredehande- ^ $
ling, om vergoeding te vorderen van de 1'"^-
fchade, die Holland en Zeeland, geduu-ryu.
rende het Beiland, van de Franfchen ge-
leeden hadden. Een deezer Gemagtigden
was Andries Jakobszoon van Naarden, na-
derhand , Penfionaris van Amilerdam {in).
De Vrede werdt niet voor den vyfden Au-
guftus des jaars 1529 getekend. Doch
de Hollanders en Zeeuwen hadden daarby
geene fchadebetering können bekomen.
De Stadhouder van Holland, AnthonisAv$sj'
van Lalaing, Graaf van H@ogflra.aten , hadt, da"1 t
kort voor 't fluiten der Vrede met Gelder, k°pV;
den Staaten van 't Geweft gevergd, een ^n ^
duizend guldens 's jaars aan renten te ver- noÊV
koopen voor den Keizer, en hem, daaren- &eS-
boven, zeitienduizend guldens op te fchie-zef
ten. De Leden ftemden meeil allen tot
het een en het ander. Doch Amilerdam
verklaarde „ geen' raad te weeten , om
„ meer koopers der renten te vinden dan
„ tot het aandeel der Stad, en niet tot een
„ zesde toe (*?):" waaruit men,in 'tvoor-
bygaan, zien kan, dat, in geval van ver-
kooping van renten, de zes groote Steden
ieder een zesde plagten te verkoopen, en
dat Amfterdams aandeel in de gemeene
Las-
(k) Keurb. P. f. 130.
(I) Vadetl. Hift. IV. Deel,  hl. 494, 455, 499.
(m) Vader!. Hift. IV. Deel,  il. joj.
(«J Vadetl. Hift. IV. Deel,  il. 499.
1527. tog Karel van Gelder, beide in 't Over-en
in 't Nederlligt, geweldiglyk benaauwd
werdt , nam , in Slagtmaand, zyne toe-
vlugt, tot Keizer Karel, wien hy het wee-
reldlyk gebied over 't gantfche Stigt op-
droeg. Ook werdt deeze Vorft, in de hoe-
danigheid van Hertoge van Brabant en
Graave van Holland, niet lang hierna, als
Heer van OverylTel ingehuldigd. Doch
het Nederlligt, of het Land van Utrecht
in zyne magt te krygen hadt nog meer
werks in.
De Gelderfchen waren nog meefter van
dit Geweft, en ondernamen zelfs, onder
beleid van Maarten van RoJJem, Heere van
Pouderoijen , in 't begin van Maart des
jaars 1528, eenen togt van Utrecht naar
den Haage, welk deerlyk' geplonderd werdt.
De Staaten van Holland, die te Delft ver-
gaderd waren, beflooten hierop, teritond ,
te bewilligen in eene werving van drie-
duizend knegten en vyfhonderd paarden,
die tegen de Gelderfchen zouden gebruikt
worden (d). Tot een der KommilTarilTen
over de monileringe deezer knegten, werdt
Meefter Pieter Kolyn, Schepen van Amfter-
dam, aangefteld (e).
Maar te Amflerdam was men , na de
plondering van den Haage, op zyne hoede
geweeft, om niet te water overvallen of
befchadigd te worden. Na dat men, den
vyfden Maart, verbooden hadt, 0oilwaards
of Weilwaards te zeilen (ƒ), werden de
zes Waterlandfche Dorpen , Ransdorp ,
Broek, Schellingwoude , Sunderdorp, Zui-
derwoude en Landsmeer , in de Stad be-
fchreeven, en met dezelven, op den twaalf-
den, beflooten, twee Hulken en een Kar-
viel, die ieder een dubbel feinfchip zouden
by zig hebben, tot onderlinge befchermin-
ge, in 't Y te leggen (g), voor welken, al-
len in- en uitvaarende fc hepen belaft werdt
te ilryken , of by te leggen (i). Dirk
Janszoon Bors
, Kapitein op een deezer
fchepen, veroverde, wat laater,in de Zui-
derzee , veertien offen op de Gelderfchen,
die hy te Amilerdam opbragt (z). Wy-
ders, blykt niet, dat 'er, met deeze fche-
pen, iet byzonders werdt uitgevoerd.
Zo lang de Stad Utrecht nog niet in 's
Keizers magt was, kon hy niet aangemerkt
worden , als daadelyke Heer van 't Ge-
weft , fchoon hem de Heerlykheid van het
zelve reeds opgedraagen was door den Bis-
fchop. 't Was dan geen wonder, dat men
(d)   Vaderl. Hift. IV. Deel, il. 479, 4*3, 4Sj.
(e)  Akut van MR Goes Regift. tl- 74-
(f)  Keurb. D. f. 119.
(g)  Groot-Memor. N. I. ƒ. 289.
(k) keurb. O. f. 130.
(;'; Groot-Me.noi. N. I. /. **o.
Heer van
Utrecht
en Over-
yffel.
Werving
in Hol-
land.
1528.
Amfter-
datn en
de
Wa-
terland-
fche Dor-
pen leg-
gen eeni-
ge Oor-
lógsfche-
pen in
't Y.
Voor-
zorg te
Amfter-
dam, te-
gen de
Stigt-
fchen.
-ocr page 286-
I
V. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
227
*528.
En om ledigloopende jonge Meisjes van 1520,
de ftraat te houden, werden dezelven, by
eene Keure van den eerften September dee-
zes jaars 1529, geweezen naar de Kapel-
len van S. Joris - Hof en S. Pieters Gaft-
huis, daar de Regeering eenige vrouwen,
met wielen, haspels, kaarden en ander ge-
reedfehap , befteld hadt, om haar een
handwerk te leeren (f).
Omtrent deezen tyd,ontftak,inDuitfch-En ter
land, eene hevige ziekte, die ook tot in geben-
de Nederlanden, en, zo 't fchynt, tot inheid,ee'.
-1                                                                                                   Tl Gl* ITC VI"
Amfterdam doordrong. Men noemdeze eziektej
Engelfche zwcetziekte, om dat menze, m~Engeïfebe_
vroeger' tyd, ook in Engeland, meende be- zweet-
fpeurd te hebben. De lyders vielen , zo 2zete|e-
dra zy van dezelve werden aangetaft, ajnaam '
eenen diepen flaap, en zo men geen mid-
del wift , om hen te wekken en wakker
te houden , verloorenze het leeven, bin-
nen vierentwintig uuren. Die 't langer uit-
hielden, kwamen gemeenlyk wederom op
(t). Het Hof van Holland gaf een hulp-
middel in het licht , tegen 'deeze ziekte
(u). Te Amfterdam werdt, op den zeigen-
den September, een plegtige Ommegang
bevolen, om den Hemel tot afwending dee-
zer kwaaie te beweegen (V).Ook vermaan-
de het Geregt, ter deezer zelfder gele-
genheid , op den agtentwintigften en ne-
genentwintigften, de ingezetenen tot boete,
tot vaften, en tot het geeven van aalmoes-
fen (ty). Men onderftelde, hier ter Stede,
dat de ziekte te Deventer e erft befpeurd
geworden was (ar). Nogtans vind ik niet,
datREVius, in zyne Hiflorie van Deven-
ter
, 'er eenig gewag van maakt.
Het Verlofgeld op 't uitgaande Kooren Amfter-
was , federt eenigen tyd, wederom inge- j*ain
voerd , en Amfterdam , fchoon voorzien Werken
van verfcheide Oclrojen, waarby het van dat het'
de voldoeninge van het zelve ontheeven Verlof-
werdt, fchynt het, zo wel als de andere ?e,d °P
Steden van Holland, thans te hebben moe-1^^'
ten betaalen. De Stad droeg egter deezen Kooren
laft zo ongaarne, dat zy, m February des afge-
jaars 1530» weigerde te bewilligen in eenefchaft
Leening aan den Keizer, en in de voorbe-W0rdot'
taaling der helfte eener Bede van tagtig- I^°'
duizend guldens , zo lang het verlofgeld
niet afgefchaft werdt. Ook drongen zy
en de andere Steden van Holland hierop
zo ernftelyk, dat Keizer Karel , in 't vol-
gende jaar, toeftondt „ dat het uitheemfch
Lauen der zes groote Steden met het ge-
ne onder ieder der zelven behoorde, thans
nog minder dan een zesde was; waarom
de Stad liefft renten verkoopen wilde, vol-
gens haar aandeel, dan dat zy de verkoo-
ping van een zesde van 't geheel op zig
zou hebben willen neemen. Nogtans liet
zy 'er zig, wat laater, nog toe o vernaaien
(0). Ook bewilligde zy, in July des jaars
1529, in eene Bede van honderd en der-
tigduizend Kroonen, tot 's Keizers Hinve-
lyk, de geboorte van zynen eerften Zoon
en zyne reize naar Italië (p): eene fomme,
die zeer verre te boven ging, 't gene men,
volgens de oude Privilegien, tot deeze ein-
den, opbrengen moed.
TiuTchen de Stad en de naaftgelegen
Ambagtshecrlykheden, waren, van ouds,
dikwils gefchillen ge weeft over de gren-
zen van elks Regtsgebied: waarom de Re-
geering te raade werdt,de bekwaamftege-
legenheden waar te neemen, om ten min-
ften eenigen deezer Ambagtshecrlykheden
in eigendom te verkrygen, voor de Stad.
Reinoud, Heer van Brederode , bezat thans
de Ambagtsheerlykheid van Amfterveen,
Slooten, Slooterdyk en Osdorp, die zyn
Vader, Walraven van Brederode, met zy-
ne Moeder, Margareet van Borfelen, behu-
vvelykt hadt. Hy verkogt, op den vyftien-
den Juny , deeze zyne Ambagtsheerlyk-
heid aan de Stad Amfterdam, voor eene
fomme van drieduizend Karels guldens eens,
en eene erfelyke onlosbaare rente van vyf-
honderd en zeftig ponden van veertig groo-
ten 's jaars. De koop werdt, van wege
de Stad, geflooten, door Hillebrand Jans-
zoon Otter
en Heiman Jakobszoon, of Hei-
man Jakobszoon van Ouder-Amflel,
de eer-
fte regeerend , de andere, op wien, fe-
dert, de Heerlykheid verlyd werdt, Oud-
Burgemeefter; gelyk breeder te zien is uit
de ftukken, die in de nieuwe Uitgaave der
Handveflen (q) geplaatft zyn.
_ De Regeering van Amfterdam , over-
tuigd dat de welvaart der Stede, grooten-
deels , afhing van de arbeidzaamheid en
naarftigheid der ingezetenen, maakte, om-
trent deezen tyd, meer dan ééne Keure,
tegen het ledig gaan beide van vrouws-
^ niansperfoonen. Op den zesentwintig-
en Maart des jaars 1527, was reeds be-
llen „ dat niemant, die gezond was ,
3» zou hebben ledig te gaan ; maar zig,
" "es morgens, vervoegen moeft aan de
' hU^ebrugge; daar elk' die hen noodig
dt> hen zou können komen huuren (>)."
I
529.
A °Pt de
Sets
n.. 5
gelyk van ouds ,
,, uit
Kooren, wederom
(s) Keurb. D. ƒ. 147.
(t) J. L. Gottfried Kronyk, col. 1409, IJ55.
(«) Repert. bl. 19.
(v) Keurb. D. ƒ. J47 ver/o.
(vi) Keurb. D. ƒ. 14S- verfi. 149.
(x) Keurb. D. ƒ. 1+7 verf».
(J) B!«'lz. 3,
(r) Keurb. D
'hL soz-
ft. IV. Deel, il. jo«, J07.
> 3°z, 3G4, 367.
'" ''s ver/b,
-ocr page 287-
228                     AMSTERDAMS                    IL Deel.
gedankt Krygsvolk aan te neemen , om l53r*
daarmede eenen inval in zyne verlooren
Ryken te doen. Koning Fredrik, kennis
van deeze toerufting gekreegen hebbende,
deedt de Zont fluiten voor alle Hollandfche
fchepen , die Koning Chrifliaan nogtans
noodig hadt, tot overvoering van zyn Krygs-
volk. De Wendfche Steden braken de on-
derhandelingen te Breemen af, en brag-
ten eenige fchepen in zee, om op de Hol-
landfchen te kruiffen. Maar in Holland ,
daar men den oorlog zogt te voorkomen,
werdt de Vaart naar 't boften, by voor-
raad, verbooden, en ernflelyk belall, dat
niemant Koning Chrifliaan, met fchepen of
anderszins , onderfteunen zou. Doch dit
verbod bragt den Vorfl tot het wanhoopig
befluit, om met zyne benden, die om-
trent vyfduizend man flerk waren, door O-
veryffel, Gelderland en 't Nederfligt, te
vallen in het hert van Holland, welk thans
onvoorzien van manfchap , en op geene
vyandelykheden verdagt was. De togt
werdt, in September, ondernomen, en 't
platte Land van Holland , tot aan Delft ^
toe , afgeloopen. 's Graavenhaage zelf, De^of
waaruit de Leden van denHove naar Haar- yanjeii
lem en naar Amfterdam geweeken waren, ^aa
liep niet vry. De Koning toog, aan 't hoofd wj*elU
van drieduizend man, naar Alkmaar,welkge^r
deerlyk geplonderd werdt. Joris Schenk, ^$p.
Stadhouder van Friesland, die zig, in Oc-^,
tpber, te Amfterdam onthieldt, tradt, eer-
lang , op 's Keizers laft, met hem in on-
derhandeling. Doch hy liet zig niet be-
weegen om het Land te ruimen, voor dat
men hem de vyftigduizend guldens van de
bruidfchat zyner Gemaalinne voldeede, en
twaalf Oorlogsfchepen leverde tot zynen
Noordfchen togt. De Stad Amfterdam
droeg een groot gedeelte van deezen laft: , ,
't welk Koning Chrifliaan bewoog, aan de fCo^,
ingezetenen deezer Stad en aan die van 9'^
gantfch Flolland den vryen handel op zy-J^at'w''
ne Ryken , en de vaart langs zyne ftroo- ftsr^"1
men, naar Ooften en Weften, op de ge-vrycJei
woonlyke tollen, toe te flaan; waarvan hyha^ «i»
hun Brieven verleende, die den vyftienden^fc'f«^
Ociober getekend waren (6). Hy ging,ujt<|L
elf dagen daarna, te Meden blik fcheep,!^11
landde, door ftorm, in Noorwegen, daar 2.
hy, in Anslo, belegerd werdt. Geduuren- W
de dit beleg, werdt die van Amfterdam ,
door den Stadhouder van Holland, aange-
fchreeven, dat zy zorg moeften draagen,
dat hunne ingezetenen Koning Chrifliaan,
op
(6) Zie Handv. bl. 58. [88]. hoewel deeze brie-
ven, aldaar, ten onregte, aan Chriitiaan denlll-»
die eerft in 't jaar 1533 aan deRegceringekwam»
worden toegefchreeven.
1530.   „ uit de Maaze en uit het Vlie, vervoerd
„ mögt worden , zonder dat men 'er ver-
„ lofgeld van zou behoeven te betaalen."
De Stad Amfterdam hadt , te vooren reeds , ge-
verkoopt zogt, 's Keizers gunft te winnen, met we-
wederom dtrom te bewilligen in het verkoopen van
renten drieduizend ponden iaarlykfche renten ,
voor den            ,         l .        V- J                     1
Keizer, tegen den penning zeihen , waarvan de
Stad een zesde deel ten haaren lalle nam
(•y). Ook hadden de Nederlanden in 't
gemeen en Holland in 't byzonder in an-
dere zwaare Keizerlyke Beden bewilligd.
Brand te Uit de Stads Regiflers (2), blykt, dat
Amfter- aldaar, den veertienden May deezes jaars
dam. 1530, groot e brant geweefl was op deLas-
taadje , van welken egter geene byzon-
dcrheden tot myne kennilTe gekomen zyn.
Doch de hooge Watervloed , die op ee-
nen zwaaren ftorm van den vyfden Novem-
ber volgde en veele Landeryen in Hol-
land en Zeeland onder water zettede, ver-
Duurte oorzaakte te Amsterdam , alwaar , federt
aldaar, het heffen van het Verlofgeld, weinig Oos-
terfch Kooren gekomen was, groote duur-
te in de Graanen, die eenen geruimen tyd
1531.  aanhieldt. De Stad deedt, ter deezer ge-
legenheid, eenige Lallen Rogge koopen,
waarvan, ten behoeve der fchaméle Ge-
meente, brood gebakken werdt; worden-
• de den prys van een Roggebrood van
twaalf pond op een flooter of twee en een
halven Huiver gefield , by eene Keure
van den negenden November des jaars
1531 («)•
Dagvaart Tot het afdoen der hangende gefchil-
te Bree- len met die vanLubek en de andere Wend-
men. fcne Steden, was wederom eene Dagvaart
beilemd te Breemen, tegen den eerflen Ju-
ly des jaars 1530 , op welke, onder an-
deren , Meeller Andries Jakobszoon van
Naarden afgezonden werdt. Doch deeze
Dagvaart liep vrugteloos af, en werdt, in
September des volgenden jaars, eerfl we-
derom hervat, wanneer zy, door de on-
derneeming van Koning Chrifliaan, t'eene-
maal geflremd werdt Qb~).
Chris-
         Die Vorfl hadt, in 't jaar 1529, we-
tiaan de derom in ftilte, eenige fchepen doen uit-
II:, Ko- rL1flen; doch de Hollandfche Steden, met
Deene-3" naame Amfterdam, het misnoegen vanKo-
nemarke, ning Fredrik dugtende, hadden , by de
valt in Landvoögdeffe, te w.ege gebragt, dat dee-
Holland. zen fchepen het uitloopen belet was. Ko-
ning Chrifliaan hadt zig, federt, begeven
naar Oollfriesland, daar hy Graaf Enno
zulks hadt weeten te beleezen, dat hem,
in 't jaar 1531, vergund werdt, eenig af-
(y) Vaderl. Hift. V. Deel, tl. 9, i°> U.
(z) Gioot-Memor. N. I. ƒ. iso. Keurb. D, ƒ, jjo verß,
(a) Keurb. D. ƒ. 17;.
(i) Vaderl. Hiit. V. Deel, il. 33.
-ocr page 288-
V. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
S2p
*<
„ deels, voor de helft, door den Keizer, 1532.
„ voor een vierde, door 't gemeeneLand,
„ en voor het overige vierde, door den
„ Koophandel, gedraagen behoorden te
„ worden (ƒ")." En terwyl men raadpleegde
over het laatfte gedeelte van deezen voor-
flag, werdt de Vloot, uitgeruft en in zee
gebragt. Men zondt ook Kruipers of Ver-
spieders naar Noorwegen , Koppenhage ,
Lubek en elders, om 's vyands beweegin-
gen gade te Haam De Regeering van Am-
fterdam waarfchuwde, in de Hoofden , de
fchepen, die van 't Weften kwamen, om
zig te wagten voor de aanflagen der Oos-
terlingen (g).
De uitrufting, Van welke wy fpreeken, Vre^e
bragt veel toe tot bevordering der Vrede mot D^"
met Deenemarke. De Hollandfche Ge-"
magtigden, en onder deezen Komelis Ban-
flink
, uit de Vroedfchap van Amfterdam,
in Juny naar Koppenhage verreisd , von-
den Koning Fredrik gereed om te fluiten.
De Vrede werdt gemaakt, onder voorwaar-
de , dat men, van hier, Koning Chriftiaan
niet onderfteunen zou; waarin ligtelyk be-
willigd werdt (hy.
Doch de Hollanders hadden hunne Vloot, Nieuwe
aan welker uitrufting zy de Vrede te dan- oorloS4
ken hadden, maar even onttakeld , toen
Koning Fredrik, opgehitft door die van Lu-
bek , nieuwen twift zogt, en vergoeding vor*
derde van de fchade, die hem, door toe- '
doen der Hollanderen > in 't byftaan van
Koning Chriftiaan, was aangebragt. Doch
de Landvoogdes, Vrouw Maria, Koningin
van Hongarye,
gaf zynen gezanten zulk be-
fcheid , dat men zig van wederzyde op
nieuws toeruftte ten oorlog : 't welk denWater*
Hollanderen byzonder laftig viel, alzo zy, vloed*
zo wel als de Zeeuwen, veel geleeden had-
den by eenen zwaaren Watervloed, die, e-
ven als voor twee jaaren, in 't begin van
Slagtmaand, voorgevallen was (i).
Op den laatften O&ober te vooren, was Het Re-
'er, in den vooravond, brand ontftaan i«guliers
't Reguliers-Kloofter buiten Amfterdam , Klo°fter
die, zo fommïgen meenden, voorbedagte-fterdam
lyk gefügt was. Het gebouw werdt t'ee- brande
nemaal verdelgd, en de Kloofterlingen, in af.
den Zomer des volgenden jaars, overge-
bragt naar Heilo by Alkmaar; alzo de Re-
geering niet wilde toeftaan, dat het Kloos-
ter wederom opgebouwd werdt (k). Men
hadt, hier te Lande, al federt lang, ge-
waakt tegen den aanwas der Kloofterlin-
gen l
(f)  Aert van der Goes Regift. bl. ist.
(g)  Aert van der Goes Regift. bl. isi.
(i) Vaderl. Hift. V. Deel, bl. 45:.
(i) Vaderl. Hift. V. Deel, il. enz.
(k)
Groot-Memot. N. I. ƒ. 3*s verft.
^32. op geenerlei wyze, eenige hulp toefchik-
ten; waartegen zy beloofden te zullen waa-
ken. In den Zomer des jaars 1532 , gaf
hy zig eerft over aan Koning Fredrik, en
bleef gevangen tot aan zynen dood toe,
£
         die in 't jaar 1559 voorviel (e).
v-0r|°it Midlerwvl, hadt de onderfteuning, aan
öootene' ^on'nS Chriftiaan, by deszelfs vertrek uit
deeze Landen , beweezen , den Hol land-
fchen Steden en Amfterdam in 't byzonder
de ongunft van Koning Fredrik op den hals
gehaald. De Zont werdt voor de Hollan-
ders geflooten. Eenigen hunner fchepen
werden genomen. Amfterdam hadt, in
February des jaars 1532, brieven laaten af-
gaan naar Dantzig , Riga en Revel, om
te onderzoeken , of 'men den ingezetenen
der Stad aldaar vryen handel wilde toe-
ftaan; in welk geval, men van zins was,
Oorlogsfchepen in zee te brengen , om de
Zont open te houden. Doch 't fchynt, dat
■*er geen gunftig antwoord kwam van de
drie Steden. Men befloot dan in onderhan-
deling te treeden met Koning Fredrik, eerft
te Hamburg , alwaar de Zweeden en die
Van Lubek ook hunne Gemagtigden had-
den; en daarna te Koppenhage. Terwyl
deeze handeling duurde, en de Vaart op
de Ooftzee t' eenemaal geftremd was, 't
Welk groote duurte veroorzaakte in Hol-
land, floeg Amfterdam, in May,ter Dag:
Vaart, voor „ dat men den Oofterlingen
den handel door alle deNederlanden be-
hoorde te verbieden, en beflag te leg-
gen op alle hunne goederen hier te Lan-
de ; dat men veertig Oorlogsfchepen in
zee moeft brengen, en dezelven met
vierduizend man bemannen, tot geleide
eener Vloote van honderd Koopvaardy-
fchepen , die de helft meer manfchap
moeft ophebben dan naar gewoonte; dat
de Keizer de helft van het onderhoud
der vierduizend man bekoftigen moeft,
en de overige helft gevonden worden uit
> een inkomend regt van den vyftienden
°f twintigften penning op alleOofterfche
Waaren (£)." Ook werdt 'er, federt, be-
?ag'gelegd op de Oofterfche goederen (e).
Maar de overige punten van Amfterdams
v°orflag vonden geen en ingang. De Stad
zeverde , hierom , wat laater , een ander
ontwerp overj volgens welk „ eerft alle
" Vaart naar 't Wellen en naar 't Ooften
" Vc*booden , en daarna zeftig Oorlogs-
" *cnepen uitgeruft , en met agtduizend
' k°ftPen bemand moeften worden; de
>•> Koitenvan welke uitrufting, haars oor-
{*) AEUT- »»a- V. Deel, bl. 34—39.
(<) Velids t DER GOES Regift. bl. 18«.
-ocr page 289-
II. Deel.
A MSTERDAMS
a'3o-
den twintigften Juny, alle handel en brief- ^S»1
wiffeling met die van Lubek en derzelveralle
aanhang, die opënbaere vyanden defer Stede brl.e *
ende Landen genoemd werden, by afkondi- 'Se
ging, verbooden (n). De Stadhouder vanvfln Lu"
Holland kreeg, eerlang, laftvan de Land-bslc-
voogdeffe , om, van 's Keizers wege, der-
tigduizend guldens te fchieten t'ot den Oos-
terfchen oorlog, en van de Staaten vyftig-
duizend guldens, ten zelfden einde, te vor-
deren. De Staaten werden, om hierop te Dag',,(
befluiten, tegen den tienden van Auguilus, vaarL
te Amfterdam befchreeven. En de Stad- StaïljV'
houder vondt middel, om alle de Leden,faand,te
op den twintigften, te doen bewilligen inAm^1'
zynen eifch. De Vloot raakte, in Septem- ^iriu0\-
ber, in zee, onder bevel van Gerard van Psjfcbä
Merkere, als Admiraal. Zy opende de^"o0t.„
Zont, voor de Nederlandfche fchepen, en 0pent
hieldtze, voor alle anderen, geflooten. Mid-Zon1,
lerwyl , handelde men met Koning Chris-
tiaan den III.
, die zynen Vader, Fredrik
den I., onlangs, opgevolgd was, en met
die van Lubek. In de Lente des volgen- ^^ '
den jaars, werdt, met de laatften, een Be- i534'
Hand geflooten , en met den eerften een
Verdrag van Koophandel, voor den tyd van
dertig jaaren (0). De Hollandfche Koop-
lieden , en Amfterdam in 't byzonder vlei-
den zig, dat zy, hiermede, eindelyk eens,
van den laltigen Oofterfchen oorlog ont-
llaagen zouden zyn ; doch daar verliep
naauwlyks eenjaar, ofzy werden 'er, op
nieuws, en zo llerk als te vooren in ingewik-
keld; gelyk ons 't vervolg deezer gefchie-
deniffe leeren zal.
1532* gen; e11 Keizer Karel de V. hadt hun,nog.
in't voorleed en jaar, het aankoopen, er-
ven of verkrygen van vafte goederen ver-
booden (/). 't Was dan geen wonder, dat!
de Regeering van Amfterdam den Regulie-
ren verlof tot het herbouwen van 't verbran-
de Kloofler weigerde.
In de Lente des volgenden jaars, kreeg
men, hier te Lande, tyding, dat die van
Lubek reeds negen Oorlogsfchepen in zee
hadden, en nog meer anderen uitruftten.
DdeHve
Amfterdam en de Waterlieden maakten
hierop terftond een Ontwerp van uitrufling;
doch zy konden 't den anderen Leden van
Holland niet ïmaakelyk maaken. De Stad-
houder vorderde, dat Amfterdam en de
Waterlieden vyftig fchepen vooruit leveren
zouden. Doch hiernaar hadden deeze Ste-
den geene ooren. De Edelen begeerden,
watlaater, dat Amfterdam en de Water-
lieden dertig groote Oorlogsfchepen zou-
den leveren, en dezelven voorzien met het
belle gefchut van vierhonderd Koopvaar-
dyfehepen, die zy toen nog wel hadden.
Amfterdam bewilligde in deezen voorflag.
Doch de Waterlieden wilden geene fchepen
leenen , zonder 'er huur van te trekken,
waartoe de andere Leden niet verftaan kon-
den. Men handelde, federt, ook met de
LandvoogdelTe, over het voortzetten des
oorlogs tegen de Oofterlingen , waarop
Holland, en Amfterdam in 't byzonder
ilerk gezet waren. Doch daar verliep een
geruime tyd, eer men , eikanderen, ook
hier, verftaan kon (m).
Midlerwyl, was , te Amfterdam , op
(l) Handv. il. t«7>
(m) Vadetl. Hift. V. Deel, il. 54 tnz.
len mee
Amfter-
dam over
de uit-
rufting.
1533-
De Stad
verbiedt
(n) Kcutb. D. ƒ. 190 verft.
(u) Vaderl. Hift, V- Deel, il. «e tr.z,
B>
-ocr page 290-
V* Boek.
GESCHIEDENISSEN.
231
h
<-4i.
B Y L A A G E N
%
Bylaa-
GEN
L'. A.
A.
op het II. Deel, V. Boek.
La J\*
wief van Burgermeefteren ende Beraders der Stede van Aemftelredamme , waar hy zy den
Handboogfchutteren een gedeelte van het Schaapenveld hinnen de Stad fihenken tot het maakeU.
van eene Doele
, in de plaats van de hunne buiten de S. Antonis -poorte, die afgebroken was.
Gegeven den zeventienden February des jaars 1512.
boomghaert toe. Ende tot dien noch die noort-
camer mitten erffue daer toe behorende belaft
mit twee Wilhelmus fchilden daer op ftaende
mit zulcken ghanck ende wateringe als totten
thuynen daer afFzy een deell hebben mits de-
fen plagen te behoren Weluerftaende dat die
oude fchutters indien zy daer namaels heuren
doelen maken ende de jonge fchutters mitten
anderen gemeenen bueren daer after gelegen
zullen deur de voirf. doelen van de drie fchut-
teryen heuren wateringe ende vaert houden
recht vuyt ende de bueren voor an tftraet be-
zyden om tot heuren voorerffuen te comen
als fy van outs gewoenlyck zyn te hebben,
alle arch ende lift vuytgeïbndert. In kennifle
der waerheyt hebben wy Burgermeefteren en-
de beraders voirn. by- goetduncken ende con-
fent als bouen der voirf. ftede van Aemftelre-
damme zegell ten fake hier beneden an ge-
hangen. Gegeuen op den feuentienden dach
February Int Jaer ons heeren duyfent vyffhon-
dert ende twaelif.
Alle den gheenen die defe letteren zullen
fien of horen lefen faluyr. Doen wy Bur-
germeefteren ende beraders der Stede van Aem-
llelredamme te weten certificerende voor de
waarheyt dat wy van der Stede wegen by goet-
duncken ende confente van den feffèndertich
Raden defer Stede den hantboechfchutteren bin-
nen defer ftede in recompenlTe van fekeren fcha-
den by hen geleeden int Jaer xvc ende acht als
Weesp by den gelderfchen oeneruallen was int
afbreken van heuren huys ende doelen die zy
ftaende ende leggende hadden buyten fint an-
tonis poirte ende ten eynde dat zy heuren doe-
len binnen'der ftede maken zoude gegunt ende
gegeuen hebben gunnen ende geuen mits defen
tot heuren vryen eygen de twee noordlicxte
vyftcndeelen van de Scapenuelde in den breet
te rekenen ende daer toe van den thuynen oeft-
waert gelegen tot an de floot toe zo breet als de
Voirf. twee vyftendeele zyn ende weftwaert an
de floot ftreckende lynrechtvan de jonge fchut-
ters doele tot an meefter Willem andrieszoens
B.
Bylaa-
GEN
honing Ka R el belooft, niet te zullen gedoogen, dat, in de StadAmflerdam, die zig verbonden " ''
hadt, om vier- of' vyf duizend gouden guldens
, ten behoeve van Chrifliaan den II., Koning van
Deenemarke
, op te zullen fchieten, eenige nieuwigheden , tegen de Privilegien, worden inge-
voerd.
Gegeven den negentienden January des jaars 1518. LI5I,9-]
A lfo die Koningklyke Majefteit van Spanje
*~V. dagelyks fo langs fo meer verfogt ende
Vervolgt worde van weegen de Koningklyke
geerde Van Dcnemarke zyne Majefteyts broc-
er. ende fwaeger omme betaelinge ende aflig-
atie te hebben van der heyliik'fe voorwaeV-
t^. xetn beseft eilde toegefeyt met zynder fus-
j r Vrouwe Ifabel Koninginne van Deneffiar-
\\r n^e ende merkende dat hy geen raed en
tee.ct denzelve on defe tyd, overmits die groo-
tte 1 n en menigvuldige affaires zyner Maje-
Ke '^0u lan§s ^ou meer opkomende,temoo-
Ln^Vernoen;en en te vrede te ftellen. Sou
bv
Zeekant der paelen van Deenemarken naeft.se-
legen is, dat al het geene des by henlieden
derzelve Koningl. Weerde van Dcnemarke be-
taelt zal werden tot er Ibmme toe van vier of
vyfduyfent gouden guldens in mindeiïnge van
zyne voorfzv heylicxe voorwaerde, en dat zy
daer af goed bewys en befcheyd overbrengen,
navolgende die minuten die hem daer van van
Konings weegen gelevert zal werden dezelve
zyne Koningklyke Majeft yt zal hen 't zelve
doen korten ende afflaen van heure portie van
der beede van tachtich duyfend ponden van
veertigh grootc vlaems het pond die dezelve
van Amfterdam met den anderer van den Sta-
ten en Steeden van Holl. en Wcftvriesland zy-
ner Majefteyt jegenwoordigh geconfenteert heb-
ben voor vier jaeren langh geduurende ende
achtereenvolgende , daer en alfou het behoo-
ren zal, ende hen daeraf doen leveren endeex-
pedieeren behoorlyk acquit ende decharges daer-
mede fy reedenen hebben zullen des te vreede-
Gg a
                                                             ne
adv f ^ezerve fyne Koninglyke Majefteyt
Sin ^y^1' genade Vrouwe die Aersherto-
denne douarriere van Savoye, en van de hoof-
fitianr-11 *uv^en van zyn fecreten Raeden ende
t0e ien neftens haer weelende, gcloeft ende
Bur<re ^» Seert e"de zydt toe mitsdefe den
$&iieftlmeeit.crcn, Schepenen en Raedt zyner
teyts ftcede yan Amfterdam die op den
-ocr page 291-
AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN. II. Deel,
232
ge nieuwigheden geattenteert ofce gedaen zul- BYt
ïen worden tegens en in contrarien van.hun-°E g;
ne oude privilegiën ende handveften henluy- ^r'
den gegonnen , geoclroyeert , ende gewille-
keurt, fo by zyner Koningklyke Majefteyt
als by zyne Majefteyts Voorvaderen Zaliger
gedagten, maer zal hen daer van doen en lae-
ten gebruyken ruftelyk en vreedelyk na haef
forme en inhouden , aftum te Mechelen detl
I9de dagh in Januario anno duyft vyfhonderc
en achtien.
(was geteekent)
H A N E T O m
ne te zyn, ende voors aenfiende ende mer-
kende den dienft die dezelve van Amfterdam
zyner Koningklyke Majefteyt overlange tyd
gedaen ende beweefen hebben fo in 't con-
fenteeren van zyne beede ende anderfins, fon-
derlinge in dit laefte confent van tachtighduy-
fend ponden , heeft dezelve van Amfterdam
ook gelooft ende toegefeyt gelooft ende feyt
toe, als voren , dat zyne Koningklyke Maje-
fteyt niet gehengen of gedoogen zal dat van
zyner Majefteyt weegen ofce anderfmts eeni-
Bylaa-
GEN
Lr. B.
-ocr page 292-
233
TWEEDE         DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
E R D A M.
A M S T
ZESDE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van 't jaar 1534,
tot het jaar 1555.
Maar na dat de Hoogefchool vanLeuveiTj, 1534,
de eenigfle Hoogefchool ten deezen tyde Jtt luthers
de Nederlanden, de Leer van Luther, in 't Nieuw^
jaar 1518, veroordeeld hadt; en vooral,naTefta-
dat het leezen en bewaaren zyner fchriften, menc
in 't jaar 1521, by Keizerlyk Plakaat,ver- ^°rrdge_
booden was, vondt de Hervorming ook haa- drukt.
re tegenftanders in Holland, met naame te
Amfterdam. Hier was, in 't jaar 1523 , eene
Vertaaling in 't Nederduitfch van Luthers
Höogduitfch Nieuw Teftament gedrukt by
Doen Pieterszoon, die in de Kerckjlraete, dac
is, in de Warmoesftraat tuffchen de Oude
Kerk en den Dam, in Engelenburg, woon-
de (f). Van deeze Vertaaling bediende Heimeiy-
men zig, in zekere heimelyke Vergaderin-ke Ver-
gen van mannen en vrouwen, die, hier ter êaderin-
Stede, in dit zelfde jaar 1523, gehouden êen"
werden in tveereldtlyke huyfen. Zy werden,
by eene afkondiging van den dertigflen No-
vember, onder bedreiging van ftrarFe aan
lyf en goed, verbooden. En uit deeze af-
kondiging blykt,dat, in deeze Vergaderin-
gen , op eene zekere wyze, gepredikt werdt.
OndertiuTchen, is aanmerkelyk, dat ook het
ftooren van zulke Vergaderingen, zo zy al
tegen 't verbod mogten gehouden worden,
met fpreekén, roepen, werpen of diergely-
ken, aan alle byzondere perfoonen, onder
gelyke bedreiging, werdt verbooden(g): en
dit is, ook in laatere tyden, doorgaans ge-,
fchied, wanneer het Geregt geraaden vondt,
eenige Vergaderingen te verbieden. De Keu-
ren verklaarden de Vergaderingen ongeoor-
lofd; doch het handhaaven der Keuren kon,
zonder gevaar van oproer, niet aan ieder-
een gelaaten worden, 't Geregt behieldt het
wyslyk aan zig zelf, en aan zulken, wien't
byzonderlyk aanbevolen was.
Toen,
(fl Le Long bh ■»■««•
(g) Keiirb. D. ƒ• »*•
Hh 2
DE Hervorming, die Maarten Luther,
in 't jaar 1517, in Duitfchland hadt
begonnen te prediken, was, kort daarna,
in Holland, en tot in Amfterdam doorge-
drongen : en naardemaal, onder fchyn der-
zelve, omtrent deezentyd, merkelyke be-
roerte verwekt werdt in deeze Stad, zal 't
niet ondienilig zyn, dat wy de gefchiedenis
der Hervorminge van Amfterdam, hier ter
plaatfe, van haaren oorfprong ophaalen;
zonder dat wy ons byna zullen behoeven te
bedienen van het werk, dat, onder den ti-
tel van H'ißorißhe Befchryving der Reforma-
tie van Amfterdam,
het licht ziet; alzo daar-
in zeer weiiiig gevonden wordt van 't gene,
omtrent de beginfelen der Reformatie in
deeze Stad, merkwaardig is.
De Leer van Luther was, al in 't jaar
15icS,bekend te Dordrecht (a), vermoede-
lyk derwaar ds gebragt doorDuitfcheKoop-
luidcn, die veel in die Stad verkeerden. Veel-
ligt , is zy, omtrent dien tyd, ook reeds te
Amfterdam verfpreid. Immers de Redery-
kers, die toen al eene Kamer te Amfterdam
hadden (Z>), hebben, naderhand,getoond,
dat zy der Hervorminge waren toegedaan
(0: 't welk dan ook de reden geweeft is,
waarom negen hunner, in 't jaar 1533,een
Batement of Spel gefpeeld hebbende, waar-
in diverfche Spiticheden op Geeftelyken wer-
den gevonden, door het Geregt, veroor-
deeld werden om eene Bedevaart naar Ro-
me te doen (d). En gaf hun gedrag gele-
genheid tot eene Keur, waarby verbooden
^erdt,eenig openbaar Batement te fpeelen,
zonder dat het, vooraf, door het Geregt,
°nderzogt en toegelaaten was (O-
U) EEVERWyK Dordr. hl. 127.
ti) z« „. Dtelt v BMk H 2I7_
t') feutb0°DFTfNed£l1- Hift- H' *6> '»'
O) Keurh." n ff "*•
58
8e
»5
^
«ar.
-ocr page 293-
II. Deel.
AMSTERDAMS
S34
Margareet, fchreefhierom den Steden van 1534*
Holland, en dus ook Amfterdam, in Sep-
tember des jaars 1525, aan „ dat zy goe-
„ de toezigt hebben moeiten op de Predi-
„ kanten;" en den Kloofteren „ dat zy nie-
„ mant moeiten uitzenden om te prediken,
„ dan die voorzigtig, verftandig, en van
goede zeden was, en vooral wel geoe-
„ ïend in de wyze van prediken,op dathy
„ 't gemeene volk niet ergeren rnogt (n).n
Te Amfterdam, was ook gebrek in 't pre-
diken geweeft. Burgemeefteren hadden hier,
dentwee-entwintigftenMaartdesjaarsi524,
zo veel hen dat aangaat, den Minderbroede-
ren toegeflaan, jaarlyks, in eene van de
Kerspelkerken, de oude of de nieuwe, de
Pajfie te prediken (0). Ook fchynt 'er, op
het gedrag van deezen, minft te zeggen ge-
weeft te zyn. Maar hunne flrengheid jegens
de Hervormden, die in laater' tydklaarlyk
bleek,hadt hen, veelligt,reeds tegenwoor-
dig, by de aanhangers der Hervorminge,
in kleinagting gebragt. Ondertuflchen, zogt
de Wethouderfchap van Amfterdam te vol-
doen aan den inhoud van het fchryven der
Landvoogdeffe, beveelende, onder ande-
ren, op den veertienden November des
jaars 1526 „ dat niemant, in Kerken,Ka-
„ pellen of Godshuizen, prediken zou, dan
„ met bewilliging der Paltooren en des Ge-
„ regts; en dat niemant Predikanten, die
„ niet toegelaaten waren, zou huyfen, hoef-
uen, of onderhoud bezorgen; vooral gee-
„ ne verloopen' moniken (p)." Doch dee-
ze keur zag meeft op zulken, die nogby de
Roomfche Kerke bleeven, en reeds eenige m
Hervorming in 't hoofd hadden; of op zul- K"1*
ken, die hunneKloofters haddenverlaaten, ff$f
en zig, heimelyk of openlyk, hielden by de jjrV
Hervormden. Ondertuflchen, vondt men 'er yn^
ook, onder de Geeftelyken te Amfterdam, Sch^
die zig, door redenen, zogten te verzettenz]^\[f
tegen de Lutherfchen. Kornelis Krok of Cro- ev'
cus,
Opzigter derLatynfche Schoole alhier, ^i 0\t
in 't begin des jaars 1531, aan den Officiaalteg^r
des BifTchops van Utrecht, fchryvende, be-Lj^j,/
diende zig van deeze woorden: „ Ik fmeek fcutf
„ u, op 't ernftigft, dat het my geoorlofd
„ zy, de Gebeden, die ik verpligt ben te
„ leezen, om dat ik töt de mindere Orden
„ ben ingewyd, flegts voor ééne maand, na
„ te laaten. Ik ben begeerig, om my, in
„ dien tyd, met heilig werk bezig te hou-
„ den, en iet te fchryven, waardoor de ge-
„ moeden van eenigen van de Lutherfche
„ en Oecolampadifche Kettery afgetrokken,
„ of tegen dezelve gewapend können wor-
„ den,
(n) Repert. il. is. en Her agttr in de BylaagenLr. A.
(o) Groot-Memor. N. I. ƒ. 2!» verft.
(?) Keuib. D. f. 114. vir/».
Toen, omtrent deezen tyd, elk', die Lu-:
thers Leere eenigszins toegedaan was, voor
de Vierfchaar van Frangm van der Hulfl,
dien de Keizer, tot Inquifiteur of Geloofs-
onderzoeker, in de Nederlanden, hadt aan-
gefteld, gedagvaard werdt (/O; toonde de
Regeering van Amfterdam, nog in een an-
der opzigt, haare wysheid, en haare zugt
voor de handhiaving van der Stede - Privi-
legien. Op het verzoek van eenige ingeze-
tenen der Stad, die voor geenen ongewoo-
nen Regter meenden te regt te moeten Haan,
befloot men, in May des jaars 1524, hen
by te ftaan, zo lang het buiten koften der
Stede gefchieden kon (i) : hoewel deeze
poogingen niet altoos gelukkiglyk uitvielen.
Immers, men vindt, dat eenige Amfter-
dammers, van Lutheranerye befchuldigd, in
't jaar 1525, op bevel der Landvoogdeffe,
uit de Stad geligt, naar den Haage gevoerd,
en aldaar, nevens eenige ingezetenen van
Haarlem, Delft,Leiden en andere Steden,
te regt gefield zyn. Ook vindt men, dat
fómmigen de Leer der Hervorminge weder-
om verzaakt hebben; en dat anderen, ftand-
vaflig gebleeven zynde, op de Sloten te
Muiden, te Rupelmonde, te Vilvoorden,
en elders, gevangen gezet zyn, tot hunnen
dood of verandering toe. Een Prieflervan
Woerden werdt, ten deezen tyde , ver-
brand (£).
1534.
Vervol-
ging*
Gebrek
van goe-
de Pre-
dikers
onder de
Room-
fthen.
De vervolging was egter nog gantfch niet
zwaar in Holland, vooral niet te Amfter-
dam , alwaar, federt het jaar 1518 , een
Schout geweeflwas, teweetenMeefterJ^rc
Huibrechtszoon, die veel oogluiking gebruik-
te omtrent de Hervormden, fchoondeezen
zig nogtans, naar 't fchynt, niet altoos e-
ven befcheidelyk gedraagen hebben. Men
vindt, in de Stads Regißers, eene Keur van
den twee-en-twintigften December des jaars
1524, totopfchrift hebbende Van der Lu-
theranen quade manieren
, waarin verbooden
Wordt „ by nagt en ontyde, langs de huih
„ zen, te roepen tegen de Predikanten, der-
„ zelver Sermoenen, en der luiden leeven:
„ en famofe libellen en oneerlyke gefchriften.
„ te Hellen aan Kerkdeuren en Altaaren,
„ tegen den Paus, de Aflaaten enz. (ƒ)."
Doch 't was niet te verwonderen, dat eeni-
ge heethoofdige voorftanders der Hervor-
minge , nu en dan, onbefcheidelyk uitvoe-
ren tegen de Predikers der Roomfche Ker-
ke; men was, ten Hove zelf, overtuigd,
dat op derzelver Leer en gedrag vry wat te
zoggen viel (in). De Landvoogdes, Vrouw
(h) Repert. U. u......
(i) Groot-Memor. N. I. f. 28Z wr/i.
(k)
Chron. Amersf. apud MATTH^UM Fund. & Fat.
Ecclef. p. j.ïz.
(Ij Keurb. D. ƒ. 103.
'm) MR. AERT VAN DER GOES tCegift. Ut I+> 17.» ,W,
-ocr page 294-
GESCHIEDENISSEN.
VI. Boek.
23 S
werdt, den veertienden November des jaars 1534.
1526,' om 't fpreeken van woorden, die tot
oproer ftrekten, en om 't herbergen van
luiden, fufpft van der felle Lutberane, ver-
weezen tot Bedevaart naar de Lieve Vrou-
we ter Tnfeel [Ryffel], en om vyfentwin-
tigduizend Leidfchen Steens op te brengen
O). Doch Barte Hubert van Breukelen, die
niet alleen verdagte perfoonengeta)?,maar
zig ook zelf van Lutberie verdagt gemaakt
hadt, werdt, den agtentwintigften May des
jaars 1535, voor zes jaaren gebannen (V):
en vier dagen te vooren, was Anna Willem
de fmits inyff,
eenige perfoonen, van Lu-
therye verdagt, ten haaren huize gehad,
en met dezelven verkeerd hebbende, tot Be-
devaart naar Keulen en Aken veroordeeld
(x~). Brecht Barent die Guldenberchs wj/, in
haar huis, vergadering hebbende laaten hou-
den , waar zeker verbooden boek gelezen
werdt, was, den agttienden Maart desjaars
1527, in eene boete van vier guldens be-
llaagen (y). Nog vroeger, op den eenen-
twintigden July des jaars 1524, was Aech-
gen arents
, haare wooning tot ondeügdelyke
vergaderingen geleend hebbende, venvee-
zen om in Bedevaart naar Rome te gaan,
en niet weder te keeren voor dat zy tien-
duizend Leidfchen Steen betaald hadt (»
Op den eenentwintigften May des zelfden
jaars, waren Dirk Albertszoon , Erm Ba-
rendszoon, Quiryn Joofien, Klaas Houtfta-
pelaar
, Tryntje Fredriks, Baaf Klaas, Heil
Arys
en Ebel Klaas, die verbooden verga-
deringen gehouden hadden, veroordeeld,
om met een vierdendeel ponds brandende
waskaars voor de Proceffie uit de S. Niko-
laas of Oude Kerke, tuffchen de kruiffen,
uit te gaan («). Jan Zyuartszoon die Cropel,
boeckuercoper,
verbooden boeken in huis ge-
had en uitgegeven hebbende, werdt, den
agttienden Maart des jaars 1527, verwee-
zen, om twee maanden op de S.OlofsPoor-
te te brood en te bier te leggen; daarna een
half jaar in huis te blyven, en twaalf Ka-
rels guldens te betaalen (£). Piet er Jans-
zoon Tibaut
, Drukker, werdt, den zevenden
Auguftus des jaars 1528, om het drukken
van fchandelyke en oneerlyke briefgens, ver-
oordeeld, om twee uuren op de kaak te
ftaan, en daarna eene Bedevaart te doen naar
onze lieve Vrouwe te Ryffel (V). Waar-
fchynlyk, zagen deeze brief gens ook op de
^34. „ den, op dat de opregten nog voor 't be-
„ derf mogen bewaard blyven. En daar is
„ haalt by 't werk; want ik meen, dat ik
„ het heil van eenigen, die ten deele my-
., ne maagen, ten deele myne goede beken-
„ den zyn , ten deele , voorheen ,1 myne
„ Leerlingen waren, in dit' opzigt, zalkon-
j, nen bevorderen ; en 't is noodig dat ik
„ zulks ten fpoedigite onderneeme, om dat
„ eenigen hunner, in de aanllaande maand,
„ te fchepe naar Ooilland flaan te vertrek-
j, ken, gelyk hier, te Amfterdam, dege-
„ woonte is (5)." Of Kroks verzoek toege-
ftaan werdt, is my niet gebleeken. Doch 't
is zeker, dat hy verfcheiden Werkjes, te-
gen de zogenaamde Onregtzinnigen, in 't
licht gegeven heeft (f).
^ Re. De Plakaaten, die, van tyd tot tyd, in
f5ering Holland, uitkwamen tegen de Onroom-
Ü
öi- fchen, moeiten, ondertuffchen, nu en dan
ü?. ten minfte , worden uitgevoerd. Amfter-
y^agt dam hadt zig, omtrent deezen tyd, reeds
(iHtfc. ten Hovc verdagt gemaakt van Lutberane-
fXne' rJe
> vooral om dat de Stad zig zo yverig
toonde in het voorftaan haarer Privilegien,
die niet gedoogden, dat men haare Poor-
ters den gewoonlyken Regter onttrok, om-
ze elders, over de misdaad van Ketterye,
gelykze genoemd werdt, te regt te Hellen
O), 't Was dan wel noodig, dat de Stad,
zo zy haaren goeden naam ten Hove niet
geheellyk verliezen wilde, de hand een wei-
nig hieldt aan de Plakaaten. Ook deedt zy
dit, nu en dan. Wy hebben hiervan eeni-
ge voorbeelden, uit de Regiflers der Cor-
reäien,
verzameld, die wy hier laaten vol-
gen, op dat de Leezer zien zou,welkePer-
foonen, hier ter Stede, der Hervorminge,
ten deezen tyde, zyn toegedaan geweeft;
wat men in hen veroordeeld hebbe , en
St, Waarmede zy dat hebben moeten boeten,
yfo- Meefter Wynand van Breda en Gerrit Cor-
jH^i- nelhzoon van Geervliet, School gehouden
^ deee'hebbende buiten kennis van Burgemeefte-
<jeJ 'y<Je> ren, en verdagt zynde van qualicken te ge-
S^t'Uoelen,
werden, den vierden Juny desjaars
f5 'Ce 1535 > voor drie jaaren gebannen (f), Maar-
^ege. n ten Janszoon, Hoedemaaker , die niet ter
"^ niifle geweeft was ; met luiden , die met
ketterye befmet waren, verkeerd, en met
hen, meer dan hem geoorlofd was, over
de Schriftuure, gefproken hadt, werdt, den
Veertienden April des jaars 1537, tot bede-
vaart naar Rome en tweejaarige balling-
schap verweezen (u). Fieter Govertszoon
ty\ Y}ie J- F. Foppens. Biblioth. Belgic. Tob», i. p,i97.
y) la. ibid. p. io8.
Ui Mr. Aekt VAn dkr Goes Regiftt hl, i$ f 45j !gj
Leer
(v) Agter't Keurb. D. ƒ. 15«.
(w) Agter 't Keurb. D. f. 238 verft.
(x) Agter't
Keurb. D. ƒ. 238.
(y) Keurb. D. ƒ. 119.
(z) Ag'tr't Kenrb. D. /. !«'•
\a) Agter't Keurb. O./-'8+-
(*) Keurb. D. f. i'l"/*'
Uluist« 't Keurb. B. ƒ. *•<•
Hh 3
103
l*\ Agter't Keurb. D. ƒ. 2 39 Virfi.
(■) -*!««■•, Keu*, o/f. £,Jfu
-ocr page 295-
t D A M 'S              H. Deel.'
roepen, Ketters! Ketters! gy houdt Schoole *"
of Vergaderinge enz. was, den agttienden
Oftober des jaars 1525, verweezen tot Be-
devaart naar de Lieve Vrouwe te Hoorn,
en om een geheel jaar op de S. Qlofspoor-
te te bier en te brood te leggen (/).
                 ,^,
De ftraffen, over zulken die der Hervor-Ëe"
minge waren toegedaan, van welken vry,^et
tot hiertoe, gefproken nebben, waren de pjie|tff'
ligtften, die te Amfterdam werden uitge-0Jn I^j,
voerd. Ook waren hier, ten deezen tyde , ter?',"
nog zeldzaam zwaarder ftraffen tegen On- bra"'
roomfchen in 't werk gefteld. De zwaar-
ften gefchiedden, op bevel der Landvoog-
deffe of des Raads van Holland, buiten de
Stad , en zelfs buiten Holland. Tsbrand
Dirkszoon Schol,
Priefter te Amfterdam, die
der Leere van Luther toegedaan was, werdt,
by voorbeeld, tot tweemaalen toe, betigt
en vrygefproken zynde, ten derde maale,
gevangkelyk naar Brabant gevoerd, daar
hy, eenen geruimen tyd, op 't Slot te Vil-
voorden, bewaard, en eindelyk, in dit jaar
1534, te Bruffel, verbrand werdt. Pon-
tanus befchryft hem als uit eerlyken hui-
ze gefprooten, niet ongeleerd , zeer wel-
fpreekend, en nedrig en opregt van aart (ik)'.
al 't welk hem egter niet hadt können be-
vryden voor de ftraf, welke de zogenaamde
Kettery, ten deezen tyde, waardig geoor-
deeld werdt. De Plakaaten werden ook al-
lengskens ftrenger, en in Oktober des jaars
1529, was'er, in Holland, een uitgekomen,
waarby aan hardnekkige ketters, gelykze
genoemd werden, beide vrouwen en man-
nen , de dood gedreigd werdt (n).
Te Amfterdam ook, daar men,tot hier-oors
toe, niet zeer ftreng geweeftwas, werdt0,r°j{H
der Regeeringe, omtrent deezen tyd, aan-va^
leiding gegeven tot meerdere ftrengheid. ^eX $
Onder de Doopsgezinden, die zig,in Zvvit- doof,
ferland onder de Zwinglifchen, en in Sa-ren $
xen onder de Lutherfchen, eerft omtrent
den jaare 1522, hadden begonnen te ver-
toonen, en van de andere Hervormdenon-
derfcheiden werden, om dat zy den Kin-
derdoop voor onwettig hielden; deeden zig,
wat laater, in Saxen, eenige luiden op, die
dreeven „ dat de weereld, tot hiertoe, door
„ de boezen geregeerd geweeft was; doch
„ dat God, eerlang, een heilig volk ver-
„ wekken, en het tegenwoordig boos ge-
„ flagt uitrooijen zou." Sommigen hunner
floegen zei ven de hand aan deeze uitrooi-
jinge, en namen deel in den boerenkryg,
die, in 't jaar 1525, in Thüringen ontftaan
was.
(I) Agter 't Keurb. D. f. ij+.
(m) Amft. Libr. II. Cap. XXVIII. p. 239. Zie ook VU»
HSUSSIN van RYN.Kerkel. Oudh. I. Deel, tl. 317.
(ti) Repert. H. iy.
i36                A M S T E 1
Leer der Onroomfchen , die, gelykuiteene
Keur van den tienden January des jaars 1531
af te neemen is, ook in liedekens, die langs
ftraat en voor de huizen gezongen werden,
verfpreid werdt (d). Ondertuffchen, was,
ter gelegenheid van het geval van den Druk-
ker", reeds verbooden, iet te drukken, welk
niet door Schout en Burgemeefteren onder-
zogt was (e). Albert Dirkszoon, Gelderfch-
man, openlyk vleefch in de Vaflen gege-
ten hebbende, werdt, den tweeden April
des jaars 1527, tot geeiTeling en Bedevaart
naar Napels veroordeeld (ƒ): en Jan Ys-
brandszoon,
Schoenlapper, die den Kapel-
laan van de Oude Kerke, in de S. Olofs-
Kapelle, hebbende hooren prediken, gezeid
hadt, /(• wil thuis gaan: ik heb lang genoeg
•verleiders van God gehoord,
met meer dier-
gelyke woorden, was, den veertienden No-
vember des jaars 1526, voor zes jaaren,
gebannen (g). Naderhand, den agtftenAu-
guftus des jaars 1534, werden Adriaanja-
kobszoon
, Mandemaaker, en Piet er Ripperts-
zoon
, welke laatfte, op laft van den eerflen,
en voor deszelfs deur, gefchilderd hadt ee-
nige duiveltjes met kappen, viffchénde geld,
kaas en andere goederen, tot fchimp der
Religiofen, beide veroordeeld tot Bedevaart
naar Rome, en de eerfle, om vyfentwintig-
duizend , de tweede , om vyftienduizend
Leidfchen Steens te voldoen (Ä). Jahb
Klaaszoon Bakker,
het Sakrement, op de
Oude Kerks brugge, met gedekten hoofde,
in den weg gedaan hebbende, was, den zes-
tienden November des jaars 1530,verwee-
zen om, drie maanden agtereen, alle don-
derdagen , in 't Koor der Oude Kerke, eene
hooge mis knielende aan te hooren, en na
't eindigen der zelve, eene kaars voor'tSa-
krement te Hellen («'). Doch Hillebrand van
Zwo/,gezeid hebbende,dat het Sakrement
des Altaars niet meer was dan gemeen brood,
was, den agtentwintigften November des
jaars 1528 , reeds veroordeeld , om zyn
zeggen te herroepen, een half uur op de
kaak te pronk te ftaan, met een priem door
de tong gefteken, en ten eeuwigen dage ge-
bannen te worden (£). Alle deeze en dier-
gelyke ftraffen troffen zulken, die der Her-
vorminge meer of min toegedaan fcheenen.
Ondertuffchen, toonde de Wethouderfchap
van Amfterdam ook, dat zy zulken , die
zelfs verdagte luiden onbefcheidelyk beje-
genden, niet ongeftraft wilde laaten. Ma-
rike Meinouwe
, den luiden hebbende nage-
(d)  Keurb. D. f. i«*.
(e)   Keurb. D. ƒ. I3+-
(f)   Agttr 't Keurt). D. ƒ. ijj.
(g)  Agter't Keurb. D. f. ij>6 verft.
(*; slgter't Keurb. D. /. 230 verji.
(') -dgier 't
Keuib. D. ƒ. 218 Verft,
(kj sl&tcr
'«Keuib. D. f, 107.
-ocr page 296-
B-e*
VI. Boek.           GESCHIEDENISSEN.
237
'534. was. Melchior Hofman, een deezer dwee- 51 GapitM, vliet vt babiloon, op dat een ie- re.*A
peren, zondt, van Embden,werwaardshy &\y& fyn fiele benoude, op dat u herte niet ^^
1                          T                      TT i verfacht en werde van dat gerop, darrer ;n Aan
geweekenwas eemge Leeraars naar Hol- ^~ ehoolt fal werder?, eVné^t
land, om aanhang te winnen. Jan Iryp- we^ M|e gedencke loots wyef, ende fiet „iet
maaier, zyn opvolger, kwam te Amfter- om naer geenen dingen dien opter aerden is het
dam, daar hy, met nog zeven of agt an- fy man, wyef ofte kindt, op dat gy niet be-
deren, gevat, voorts, naar den Haage ge- droghen en woort : niemant en fie om naer
voerd, en onthalsd werdt, in 't jaar 1531. en[<~h ongelouich wyef, oft man, noch en ne-
Jan Matthyszoon, Bakker te Haarlem, en ^e SerS&^^Ä^ii'd^
Jan Bokelszom,Kleermaker te Leiden, van meenteloodS niet en "dienen"' dae'r Ts guofts
gclyken geelt gedreeven, hielden zig ook genoch voordenheylighen,daerommeennempt
eenigen tyd te Amfterdam op; doch ver- niet mer met u dan geldt , ende wat linwaat
trokken, met veele anderen, in Novem- ende kooft op den wech te eeten , ende foo
ber des jaars 1533, naar Munfter, alwaar wie een nies heeft , oft een fpieflè, oft een
den Hervormden reeds zes Kerken waren handbooghe , dien nemptfe voor hem, ende
n.        t> j                   u„ r;„„mj«, diele nier en heeft, diekoopfe: want den hee-
toegeftaan. De dweepagtige beguppendei re fal ons vt verco'oren /oor' een macbd
aangekomen Herdooperen ,gelykzc genoemd handt, door fyn knechten moyfes ende aroen,
werden, hadden zo veel invloed op deezen, verloolTen ; daeromme weeft vorfichiich ende
ï
         dat men befloot, de handen in eenteflaan, ieecht alle faken cloeckelicken toe voor den
22en- om zig meeiler te maaken van de Stad. booffen , ende paft al te famen een half mil
vLnbr'e- Doch om hiertoe in ftaat te zyn, werden, buten haffelt te wefen , omtrent berch cloes- •
n af . ,                      , .                  J 1          1 ter, den 24 dach van merte, omtrent den mid-
N'Iio] in den aanvang des jaars 1534,rondgaande daghe. weeft voorfichtich in alle dinge? ™hy
fd,om brieven ver fpreid, ook te Amfterdam, waar- fult voor den befchreüen dach daer niet wees-
L0lk by alle goedgunners der nieuwe gezindheid fen, noch oock niet later , men en fal achter
Jw . naar Munfter, als naar een tweedejeruzalem, dien tyt naer niemant wachten: niemant en'
eteaa- werden opontbooden, om mede deel te heb- verfume te komen, blifter iemant achter, ick
%r, ben aan de zegeningen van allerlei foorte, die wil *** blo°" ™&h^d^ weeffen. Emanuel
aldaar ftonden genooten te worden. My is
een affchrift van zulk een' brief ter hand ge- , Het biykt ? u[t ^eezen Br~ie^ jat men ge.
komen , waaruit de toeleg der hoofden wapend volk wilde doen verzamelen om-
klaarlyk te befpeuren is, en welk ik om trent Haffelt, by het Kloofter S. Agnieten-
dat my met voorftaat, het ergens gedrukt berg, vanwaar men de menigte dagt te doen
gezien te hebben (1), hier wel heb willen voorttrekken naar Munfter. Men hadt, in
tulicnenvoegen:
                                            Overyffel , ook ecnige Oorlogsbehoeften
m, j .                                             byeen gebragt, ten huize van bekende Sec-
Alle gelooutghe verbont genooten in Chris- tarijren (ra) van welken men zi fcheen.te
to genade ende vrede-fy IfvanGodt door willen bedienen , om Munfter , of eenige
Jynenjoone Jejum Chrtßutn, amen. andere Stad te overmeefteren. De rond-
gaande brief hadt, ondemilTchen, zo veel
Lieue broeders ende fufters, blyfehap ende uitgewerkt , dat zig een groot getal van
vrede is den kinderen Godts voorhanden want menfchen , uit alle oorden van Holland ,
naer vcrlooiïlnghe is voor dedoore. lieue Vnn- r , ,n'f ^m ,.„_ i^n-^j^ , r
den, ghy fult weeren, als een woort dat ons ^P beëaf' °m ^r beftemder plaatfe en
van goodt gedaen is, als dat hem een iegelick tyd te verzamelen. Van omtrent Amfter-
op maken fal, om te trecken na dat nieuwe Je- dam, vertrokken, op den eenentwintigden
rufalem, een ftaedt der behoudinge der hyli- Maart, wel dertig fchepen, gepropt met
ghen, want goodt die wil de werelt ftraffen, een mannen, vrouwen en kinderen die voor-
legelyck fie toe dat hy door ongehoorfamheyt aven naar >t Kloofter vanS Amietenbere
«och door onachtfamhevt niet int oordele en P U ' ,r , ,.„ •» v«"^>- nguieLenotr^
koome; want Jan bokellten, phrofeet ror mun- m Uveryllel te willen, alwaar, zo zy zei- ■
fter, mer alle mede hulperen in Chrifto, heb- den, eene Vergadering zyn zou van tien-
ben ons gefchreuen, dat niemant onder den draet duizend Leden hunner gezindheid. Ten Naakte
deferwerelr vry fal weeffen ofr bliuen mach, zelfden dage, liepen vyf mannen van dee-Zwaard-
Ucken Ier£ v?'ÜOïïd™>. haA^A^T*   zen aanhang, op den vollen middag, naakt, [oope«
welven doot ofte met geeftelicken doot : daer  on ^^ui^0 ™ j j j^cTarl vnn te Am"
. °mme niemant en verfuime meede te trecken,   T met bIo0te z™den, door de Stad, zot- fterdm>
?P dat hy goodt niet en temteere, want daer   der egter iemant te befchadigen. Zy
ls een oproer voor handen ouer de ganfche  fchreeuwden een ylTelyk wee tut over de
Werelt want de phrofeet Jeremia [fegt] in fyn   Godloozen, vermaanden, met een naar ge-
,.                                                               huil, tot boete, en riepen, dat 's Heerenze-
wordt au Re,vius (Hiß. Daventr. Libr. in, p. 252)  gen over de r egt er-1 en 's Heeren vloek over de
van den S' "»weinige regels, gewag gemaakt
                                     ,                           /f
ovcrcrikorn ' die volkomen met ons affchrift
lK'.                                                                             («,)Repert. W.iï.
-ocr page 297-
II. Deel.
AMSTERDAMS
233
op werdt, den negenentwintigflen April, i53^
afgekondigd „ dat het Geregt, vernomen
„ hebbende , dat zig veele vreemde per-
„ foonen, beide mannen en vrouwen,in de
„ Stad , op zolders en andere heimelyke
„ plaatfen, onthielden, die verdoopt, of te
j, vooren in de fchepen geweeft waren, om
„ ten Lande uit te vertrekken; welke per-
„ foonen dagelyks toenamen in getal, en
„ voorhadden de Stad te bemagtigen en in
„ te houden; 's nagts te vooren, en meer-
„ maaien, huiszoeking hadt laaten doen,
„ zonder eenig merkelyk getal te hebben
„ können ontdekken; dat, hierom, aan alle
„ vreemdelingen , verdoopt zynde , of der
,, gezindheid der Herdooperen aanhangen-
„ de, belafl werdt, de Stad, voor vy f uuren,
„ te ruimen, zonder 'er ooit wederom in te
„ komen dan by bewilliging van den Ge-
„ regte, op de verbeurte van hun lyf. Da£
„ ook niemant deeze luiden, na vyfuuren,
„ ophouden of verbergen zou, maar in te-
I534- linkerzijde van de Stad uitgefirektwasQi). En
waaifchynlyk was dit het geroep, waarvan,
in den rondgezonden brief, was gewaagd,
en voor welk de geloovigen vermaand wa-
ren niet te fchrikken. Men gaf, hierop, in
de Stad, terilond bevel om huiszoeking te
doen naar Herdoopers. Veelen derzelven
werden gevat: en onder anderen Arend Pau-
luszoon ,
by wien men den brief vondt, dien
wy hierboven hebben ingevoegd (o): ook
drie dier ver vaar lyke Straatloop ers, die,
met nog twee anderen, te Haarlem, gedood
werden. Nog werden, hier ter Stede, den
dertWlen Maart, twee der gevangene Her-
dooperen onthalsd (p) : ten ware deezen
de zelfden geweeftzyn, die den agtflenMay
onthalsd en gevierdendeeld werden, en Jan
Janszoon
of'Jan Pawmlszoon van Dirkshorn'
en Gerrit van Kampen genaamd waren (j[).
De Schutters leenden de hand tot het vat-
ten der Herdooperen, en Gerrit Klaaszoon,
die ook Schutter was, zynen Medefchutter,
Rauwert Ellertszoon,, ter deezer gelegenheid,
voor diefleider gefcholden hebbende, werdt,
wat laater, in twintig guldens boete beflaa-
gen, en moeit,, daarenboven, tot den eer-
ften November toe, in huis blyven: alleen-
lyk werdt hem toegelaaten, des Zondags,
de mis te hooren in de S. Olofs Kapelle (r).
Doch de fchepen, van omtrent Amflerdam
en elders vertrokken, werden, in grooten
getale , te Genemuiden, en aan 't Eiland
Ens, aangehouden, en 't volk, dat 'er op
was, gevangen gezet, 't Zelfde lot onder-
gingen ook veelen, die te voet, te paarde
► en met wagens, omtrent het meergemelde
Kloofter, waren aangekomen. De vrouwen
en kinderen werden, naderhand, los gelaa-
ten. Van de mannen werden de voornaam-
ften, en die men voor verleiders der onno-
zele menigte hieldt , in 't openbaar ont-
halsd (V).
Zorg te Omtrent het einde van April, kreeg de
Amfter- Regeering van Amflerdam berigt uit Fries-
dam voor land, dat de Herdoopers voorhadden, de
aanfla» Stad te verraiTen. 't Bemagtigen van Mün-
der Her- fter, welk kort te vodren voorgevallen was,
doope- vermeerderde de vrees voor diergelyk een'
ren- toeleg op Amflerdam. Men befloot dan de
Schutters, en de Lieve-Vrouwen- en Kruis-
gilden te ontbieden op 't Stadhuis, alwaar
hun werdt afgevraagd, wat dienfl de Stad,
des noods, van hun te wagten hadt? Zy
antwoordden, uit één en mond, dat zyzemet
goed en bloed befchermen zouden. En hier-
(n) L. Hoktensius de Anabapt. p, m. 300, 3°i.
(0) Revii Daventr. Libr. III. p- 252.
(p) HORTENSIUS, p. 301, 3«2.
{qj Sentcntieb. van ij 03. ist)- *« Is Maart IJ67.
ƒ. 40 ver/o.
(r) Ai'er't Keiub. D. ƒ. 232 ver/i.
(j) Rtvu Dïvemr. Libr. III. ?. *J3.
„ gendeel aanbrengen, op gelyke verbeur-
„ te. Dat geene vreemden, met lange mes-
„ fen of ander geweer, langs ftraat gaan
„ zouden, op verbeurte van het zelve ge-
„ weer. Dat elk , ontbooden wordende,
„ ter wagt-zou moeten komen. En dat,
„ eindelyk , alle Herbergiers de naamen
„ hunner gaften zouden moeten opgeeven,
„ aan Gelis Janszoon Wiffelaar,aan de ou-
„ de, en aan Kornelis Gerritszoon in de Plem-
„ pe, aan de nieuwe zyde (ï)." Na vyf
uuren, deedt men wederom huiszoeking, en
betrapte 'er twintig, eenigen van welken,
naderhand, op aanmaaning van den Stad-
houder , Graave van Hoogflraaten, die, uit
lafl der LandvoogdelTe , herwaards geko-
men was , met de dood geftraft werden.
Doch zesendertig anderen , de Leer der
Herdooperen verzaakt en openbaare boete
gedaan hebbende, werden in genade ont-
vangen (¥).
f^'
Amflerdam bleef toen, eenige maanden, Zy
in tamelyke ruft. Men vindt alleenlyk, dat vsXS.0$
de Boekbinder 'Jhyman Pieterszoon, brieven f^ie^t
van eenen Herdooper ontvangen en niet aan na»f
Schout en Burgemeefleren overgeleverd Sta*'-
hebbende, op den zeflienden Juny, tot Be-,
devaart naar Keulen verweezen werdt (V).
Doch nadat JanBokelszoon van Leiden zig
tot Koning van Munfler opgeworpen, en
Jakob van Kampen tot BifTchop van Amfler-
dam aangefleld hadt, vreesde men voor <j-
nieuwe beweeging. De Stadhouder, GraafVeicx
van Hoogflraaten, kwam, den eerften Oc-^ßd'
tober, wederom in de Stad, om orde te^gt *^
flellen op het uitrooijen der Herdooperen. v^e*0
Hy
(t) Keurb. D. f. 15,4 verfo.
(»J L. HoKTiNsiusdeAnabaptift. p. m. 301', 302,
-ocr page 298-
GESCHIEDENISSEN.
Vi, Boek.
^39
heid verwekte onder de burgerye, die be- 1534.
dugt was, dat, onder den naam van Her-vm tw'ee
doopers,
welke ook gegeven werdt aan vee- Herdoo-
len, die geen kwaad voorneemen altoos had- pers.
den tegen de Stad, onfchuldigen en fchul-
digen in dezelfde zwaarigheid gedompeld
zouden worden. Eene groote menigte inge-
zetenen begaf zig, derhalve, tegen den a-
vond, voor het Stadhuis y en vertoefde 'er
den gantfchen nagt, zonder eenig geweld
te pleegen. Zo deedenze, drie nagten ag-
tereen, binnen welken tyd, niemant gevat
werdt. Maar de Schepen Jooft Buik, die, De Scho-
nevens Jan Hollefloot, als Floofdman der ^"^[j
Schutterye,den derden nagt, de wagt hadt dezelve;
op de Plaatfe, beftondt, eindelyk, der me-
nigte af te vraagen „ wat zy, daar, in zul-
„ ken grooten getale, en nagt aan nagt, te
„ doen hadt; daar immers hun de wagt niet
„ bevolen ware?" 't Antwoord was „ dat
„ zy geen' oproer in den zin hadden; maar
„ oordeelden, dat het hun , als goeden
„ burgeren,vryitondt, nevens anderen,te
„ waaken voor de welvaart der Stede." Zy
voegden 'er by „ hoe hun ter ooren geko-
„ men ware, dat men van zins was, eenigè
„ onfchuldige burgers, by nagt, uit den
., huize te haaien: 't welk zy, als ltrydig
„ met de voorregten der Poorteren, niet
„ gedoogen zouden." Maar Buik verzeker-
de hun, op zyn woord van eer, dat zulks
niet zou gebeuren; of indien 't ondernomen
werdt, zou hy 't, met de Schutters, die hy
onder zig hadt, weeren, zo lang 't in zyn
vermogen ware. Voorts, gaf hy hun zulke
goede woorden, dat zy zig lieten beweegea
om, tegen middernagt, de Plaats te rui-
men, en elk zyns wegs te gaan. De Stad-
houder, Graaf van Hoogftraaten, voor de
gevolgen deezer famenrottinge bedugt, hadt
ondertuffchen, het Bethanien Kloofter, daar
hy t'huis lag, fterk doen bewaaken , en
keerde, twee dagen hierna, te rug naar den
Haage («).
Midlerwyl, hieldt de zogenaamde Bis-Jakob
fchop, Jakob van Kampen, heimelyke Ver-van Katn'
gaderingen in de Stad, in welken hy groo-jfndt
ten aanhang maakte. Zekere Jan Mattbys-htimclj-
zoon van Middelburg
, die met hem herwaards ke Ver-
gekomen was, hielp hem trouwelyk. De&adefin-
Biflchop fchynt, ondertuffchen, zeer tegen g[a^
oproer geweeft te zyn, en zyne kudde ge-
duuriglyk vermaand te hebben, dat zy zig
onthouden moeft van geweldige ondernee-
mingen (/>). De Regeering kreeg haaftken- Verbod
nis van deeze Vergaderingen, merkteze aan fczel.
als oproerig, en verboodt, op den eenen-ven-
twin-
(a) HoRTINSIUS, p. 3««j J°7.
(i) HOUTENS, f. 3»7»
Ii
^34- Hy was verzeld van Gerrit, Heer van As-
ap fendelft, Prefident, Vincent Korncliszoon en
Wd"ap~ Joofl Sasbout, Raaden, en Reinier Brunt, Pro-
||eiitdg1'kureur-Generaal van Holland, en nam zy-
^W nen intrek in 't Kloofter van Bethanie of
ts' der bekeerde Zulteren. Hier verfcheenen,
des anderendaags,opzynen laft, de Schout,
Heiman Jakobsz. van Ouder Amflel, deBur-
gemeefters Kornelis Banning en Albert An-
dries Boelensz.
en de Schepens Klaas Hille-
brandszoon Krek
, Kornelis Dobbeszoon, Klaas
Heinm Willemszoon
en Joofl Sybrandszoon
Buik.
De Regeering in't gemeen werdt,
door den Stadhouder, befchuldigd, dat zy
te flap geweeft was,in hetftraffen derKet-
terye, en daardoor, tot den aanwas der zel-
ve , gelegenheid gegeven hadt. Men bragt
Wel vyfentwintig punten ten haaren lafte in,
die ten deele ontkend, ten deele verdedigd
werden. Naderhand, vergaderde de Raad
op het Stadhuis, en in de herberge des Stad-
houders , alwaar, vier of vyf dagen agter-
een , geraadpleegd werdt, over 't verze-
ih ' keren der Stede. De Schout Jan Hui
aJ brechtszoon, die zig van Lutherfchgezind-
v'e2n heid verdagt gemaakt hadt , was , reeds
\Sn w den aanvang des jaars, uit laft van het
'^eVeN Hof, doch met bewilliging der Vroedfchap,
Verlaaten van zyn ampt. 't Zelfde lot on-
derging nu Heiman Jakobsz. van Ouder Am-
ftel, die men vermoedelyk ook te flap oor-
deelde in 't opzoeken en ftraffen der Her-
vormden ; doch die egter, in 't volgende
jaar , tot Burgemeefter verkooren werdt.
Thans werdt het Schoutampt aan Klaas
Gerrit Matt beuszoon
opgedraagen (w), die
't nogtarsnaauwlyks een jaar bekleedde (V).
t>e voornaamfte zorg der Regeeringe be-
trof, ondertuffchen, het weeren der Her-
dooperen, van welken men het meefte ge
vaar te vreezen hadt, en die, van tyd tot
tyd, heimelyk in de Stad kwamen (j). Ook
«adt men, nog onlangs, berigt gekreegen,
Qat 'er een aanflag gefmeed was , om de
^tad te overvallen, ten behoeve der Her-
Qoopcren en van anderen, die deezer ge-
^Rdheid aanhingen : waarom 'er fcherpe
°ezigt gehouden werdt op alle inkomende
J%d Vreemdelingen (z).
iS in
"tr0P den zevenden O&ober, werden twee
t *ta<j ^lerdoopers gevat, door den Prokureur-Ge-
*Ch- pCraal; en terftond hierop, verfpreidde zig
vj he? n ëem§t door de Stad' dat 'er dien nagc
% °°ë wel tweehonderd van 't bedde geligt
°uden worden : 't welk groote ongeruft-
i53+ en isïs. ^eer- iyft voer de Hanflv. ep dt jaaren
(y)
Keurb. E f
(zj
Keutb. e* f' j4 verfO'
*l STUK.' Svtr/*'
-ocr page 299-
II. Deel.
AMSTERDAMS
'24°
de Oodzee. In eene Kamer van dit huis, i53?'
wierp Henrik zig, kort na drie uuren in den
nagt, voor over op zyn aangezigt, naar 't
fcheen , yverig biddende. Elk , die hier
tegenwoordig was, werdt van een' innigen
fchrik bevangen, 't Vertrek, met al den
huisraad, fcheen te fchudden. Na 't gebed,
verklaarde de Profeet „ dat hy Hemel en
„ Hel en God in deszelfs heerlykheid ge-
„ zien hadt; dat de jongde dag naby was,
„ en dat een uit den hoop, dien hy aan-
„ wees , zekerlyk verdoemd zyn zou."
Straks daarop, viel deeze aan 't kermen ,
Hemelfche Vader, wees my genadig! En Hen-
rik wederom, als of hem 's Hemels befluit,
zonder tullchenpoozing , bekend gemaakt
werdt, De Vader is u genadig geweefl. Uwe
zonden zyn u vergeven. Gy zyt tot een kind
Gods aangenomen.
W'einig tyds daarna, hieldt
dit zelfde gezelfchap, ter zelfder plaatfe,
wederom eene nagt vergadering : waar de
mans, immers eenigen,gewapendverfchee-
nen. Henrik , vier uuren agtereen , met fïy f
preeken en bidden hebbende 'doorgebragt, ee"1^
ontdeedt zig van zynen dormhoed, zydge- lTlilV
weer, harnas en kleederen, en wierp alles e^^r
op 't vuur, dryvende „ dat al wat uit de^ii'!^
„ aarde voortgekomen of gemaakt wasjpe"^
„ door 't vuur verteerd moed worden."^.
Toen hy daar moedernaakt dondt, beval
hy den anderen zyn voorbeeld te volgen;
gelyk beide vrouwen en mannen deeden. 't
Smeulen en dinken der kleederen hadt de
vrouw van den huize, die te bedde lag, doen
ontwaaken. Zy begaf zig naar boven, daar
zy 't naakte gezelfchap vondt, en terdond
bevel kreeg, om zig, insgelyks, te ontklee-
den; gelyk zy deedt. Niemant wid toen
nog, wat Henrik de Snyder verder voor-
hadt. Doch 't leedt niet lang, of hy be-
ladte den misleiden hoop, hem te volgen,
en te roepen, gelyk hy roepen zou. Met
drykt hy ter deure uit, en de overigen hem
na, draat op draat neder, de halve Stad
rond, onder een vervaar lyk gehuil van wee!
wee! wee! de wraake Gods! de wraake Godsï
de wraake Gods!
Het huis, waaruit zy ge-
komen waren, en welk wel vad geflooten
was, vloog haad in den brand, die egter,
door de buuren, de deur op den vloer ge*
fchooten hebbende , nog gelukkiglyk ge-
blufcht werdt.
                                            ^
Midlerwyl, raakte de Stad alomme 'W^Ltf'
beweeging. De Burgery kwam in de wapent»
nen, en de Plaats en 't Stadhuis bezet heb-
bende naar behooren , viel het haar niet
moeielyk, de naaktloopers op te vangen •
waarin Kornelis Dobbeszoon, voor anderen >
yverde (g). Zy werden allen gevat, op een*
vrouW
(g) C. G, PlEMJ» d« Herdoop. Anflach , H. y, "»•
lS3i' twintigften November, het houden van de-
zelven; elk te gelyk beveelende, het Ge-
regt aan te brengen 't gene hy 'er van ver-
neemen mögt. Doch aan den anderen kant
mögt men niemant eenig oproerig voornee-
men opdigten, ten ware men zulks gereg-
Straf o- telyk bewyzen kon (V). In December, wer-
ver eeni- den Jan van Rheenen, om oproerige taal,
ge Her- begunfligende de Herdoopers, en Kornelis
doopers. j(oenenszoon en deszelfs Huisvrouw, om het
huyfen en boetten van vyf luiden van deeze
gezindheid,gebannen; Jan Evertszoon van
JVy
, om 't voorftaan der Herdooperen, ter
gelegenheid der jongde beweeginge op de
Plaatfe, 'onthalsd : en in January des volgen-
den jaars, eene Vrouw, Grietje Arends ge-
naamd , die dezelfde gezindheid toegedaan
was, verdronken. Jakob Klaaszoon de Har-
nafchveeger, geweer verkogt hebbende aan
zulken, die naar Münder getrokken waren,
werdt, voor twee jaaren, gebannen (d). De
lyfdraf werdt uitgevoerd, zonder dat'er ee-
nige beweeging ontdondt, onder 't volk;
doch 't leedt niet lang , of de Stad verviel
in zorgelyke beroerte.
Peftziek- Midlerwyl was zy, dit jaar 1534, ook
te.
         zwaar bezogt geweed van de Ped. 't Geregt
beval, op den agtentwintigden July, dat,
voor elk huis, waar iemant aan de peil; o-
verleeden was, zes weeken lang, een bos
ftroo gehangen zou worden, gebonden met
drie banden, ieder eene hand breed van ei-
kanderen. Ook moed elk, die in zulk een
huis woonde, een wit roedje van drie voet
lang draagen buiten het opperfte kleed. En
mögt, in zulk een huis, gelyke zes weeken
lang, geene neering gedaan, noch eenige
waar buiten de deur gezet worden. Zelfs
moeden, geduurende al dien tyd, deur en
venfiers geilooten blyven (V). Diergelyke
Keuren werden , naderhand, meermaalen
vernieuwd, alzo de ziekte lang aanhieldt,
of dikwils wederom ontdak. -
|
Henrik
Henriks-
zoon
Snyder
gedraagt
zig als
Profeet
onder de
Herdoo-
pers.
1535-
De dweepagtige Herdoopers, die zig
heimelyk te Amderdam onthielden, verwek-
ten aldaar, in February des jaars 1535, nieu-
we oplchudding. Op den elfden dier maand,
waren Dirk , of, gelyk anderen (ƒ) hem noe-
men, Henrik, of, liever nog, zo als hy,in
't Stads Sententieboek, genoemd wordt, Hen-
rik Henrikszoon Snyder
, die onder deeze lui-
den voor een Profeet doorging, en nog zes
mannen en vyf vrouwen vergaderd in de
Zoutdeeg,ten huize van Jan Syvaartszoon,
Lakenkooper, die, ten dien tyde, tot voort-
zetting van zynen handel, verreisd was naar
(c)  Keurb. E. ƒ. 17.
(d)  Sententieb. van ij OU. IJ23. '«* JS Maart ijs7.
ƒ. 46 verf» 47, 48.
(e)  Keurb. E. f. 12 ver/o.
(ƒ} Zit c. G. PiEMP der Herdoop. Anflach, H, 10.;
-ocr page 300-
GESCHIEDENISSEN.
VI. Boek.
241
"*535. vrouw na, die men nooit heeft können ag-
terhaalen. Toen zy verhoord werden, boodt
men hun kleederen aan; doch zy weigerdenze
te aanvaarden, fchoon 't in February, en
gevolgelyk niet warm was. De waarheid,
zeidenze, moefi naakt zyn. Ook wildenze,
in den kerker, uit geen aardenwerk eeten,
noch drinken; maar fmeeten de aarden va-
ten aan {lukken, en danilen op de fcherven.
Een man wilde geene fpyze nuttigen, ten
zyze hem voorgekaauwd werdt, zeggende,
dat hy een kind was. Uit al het welke, niet
donkerlyk blykt, dat deezen luiden de her-
fenen gekrenkt waren. Met den dag, kwam
de Schuttery op de Plaats in 't geweer. De
Poorten enKerken bleeven digt geflooten, om
vreemden buiten te houden, en famenloop
Van binnen te voorkomen. De Wethouder -
fchap was, niet zonder reden, in 't vermoe-
den gebragt, dat men 't, met deezen woeften
oploop, op het overrompelen der Stad hadt
aangelegd. En zy werdt in dit vermoeden
geilerkt, toen 'er, den twintigflen Februa-
ry, omtrent duizend Herdoopers, uit Fries-
land en uit Henegouwen, tot voor de Stad
aan den nieuwen dyk, aankwamen, die de
Prefident en Prokureur - Generaal van den
Hove , uit den Haage afgezonden, met
Woorden, bewoogen te rug te keeren, van
De vrouw van 't huis indeZoutfleeg, Aag-
je Jans
genaamd, werdt in haare eigen deure
opgehangen (i). Haare dienftmaagd, Jak-
je Evens dogter van der Schelling,
was, den
zeilienden February, om dat zy den Heeren
geene kennis gegeven hadt van de byeen-
komfl der Herdooperen aan 't huis daar zy
woonde, tot aan May des jaars 1536, ter
Stad uit gebannen (k). De Profeet Henrik de
Snyder, wien veelligt meer van den toeleg
bekend was dan iemant der overigen, hadt
voorfpeld ,■ dat men hem met geenerlei flag
van werktuigen zou können dooden, en riep,
op de flrafplaats gekomen, tot driemaalen
toe, doet open uwe oogen, en aanziet. Doch
hy bleek een valfch Profeet te zyn.'t Zwaard
gïng hem door den hals. Een ander was
daniende en fpringende op het fchavot ge-
komen, en onder 't zingen van Looft den
Heere
onthoofd (/). Kortom, verfcheide
van deeze luiden gaven, gevat zynde, tot
in hun uiterile, zulke duidelyke tekenen van
krankzinnigheid, dat menze niet dan met
medelyden kon aanzien.
Maar de hoofden en aanvoerders hadden
de meefle fchuld. Voor zulke hoofden gin-
gen de BifTchop Jakob van Kampen en Jan
Matthyszoon van Middelburg, die zig nog
in Amflerdam onthielden. Om deezen in
handen te krygen , werdt, den tweeden
Maart, een fclïerp bevel afgekondigd, waar-
by elk belaft werdt, hen aan 't Geregt aan
te brengen. Ook werdt aan hem, op welks
aanbrengen, zy een van beide jn hegtenis
zouden geraaken, een gefchenk van vyftig
Karels guldens beloofd (m). Doch daar
verliep nog eenige tyd, eer Jakob van Kam-
pen gevat werdt. Op den vyfentwintigften
daarna , werden wel zesentwintig perfoo
nen, die men hieldt befmet te zyn met de
dwaalleere der Herdooperen, en die, ter
gelegenheid der huiszoekinge na de op-
fchudding der naaktlooperen, gevlugt wa-
ren, openlyk ingedaagd. Zie hier hunne
naamen: De Huisvrouw van Jan Paauw,
Klaas van den Bofch
, woonende in de Brug-
fleegin 't roode paard, Floris van Hoorn,
gewerkt hebbende met Jan Paauw, Marryt-
gen
> de Huisvrouw van Steven denHamafch-
veger ,
Schipper Jakob, Binnenlandsvaar-
der, of voerende een Ligtfchip, Willem de
Bakker,
woonende naafl de deur van Jan
Paauw, Peter gen in de Engelfche ftraat^
Pouwels Louw Pompemaakers zoon. Gerrit en
Volkje in den lederen emmer, Lubberieh,
woonende in de S. Jakobs ftraat, Kornelïs
Everts'
. (!) Sententie,, va« is Olf. tszi tot ^Maart i$6y. ƒ. S7.
(k) Agter't Keutb. D. ƒ. «7 verfo.
(I) Hoktens. p. 3°J>> aio. BRANDT Reform. I. Deel,
tl.
117 , 118-
                    ,
(«,) Kcurb.E. ƒ. 22 verf«,
Ii 2
1535.
't Geregt
beveelt
Jakob
van Kam-
pen, ea
Jan Mat-
thyszoon
van Mid-
delburg
aan te
brengen.
Waar zy gekomen waren.
Men deedt, 's daags na den oploop, huis-
zoeking door de Stad; en nam verfcheide
perfoonen gevangen, eenigen van welken on-
fchuldig bevonden, en op vrye voeten ge-
field werden. Doch van de overigen, en
van de naaktloopers werden, naar fommi-
ger verhaal, twaalf of zeftien mannen ont-
halsd , en twaalf vrouwen verdronken: 't
Welk ik hier wel heb willen melden, fchoon
ik, in 't Sententiebuek van deezen tyd, al-
leenlyk vinde,dat Henrik Henrikszoon, Sny-
der, Gerrit Ghyfen, anders Gerrit van Wou
uit Benfchop, Meeller Adriaan Antoniszoon
Fok/en, Steven Janszoon,
Iiarnafchveeger, uit
den Lande van Berg , Dirk Janszoon, Gla-
zemaaker en Klaas van Venlo, op den vyf-
entwintigften February ; en Jan Paauw,
Blokemaaker, Arend Janszoon van Gorin-
chem, Kramer, Barend Klaaszoon van Zwol,
Vulder, Jan van Gink, Henrik Biesmanvan
jWaaflricht, Komelis Willemszoon van Haar-
lem, Kiflemaaker , Arend Jakobszoon Kei-
*er, Klaas Klaaszoon,
beide van Moniken-
dam en Willem Janszoon van Zutfen, op
oen zesden Maart, om Herdooperye, ter
dood gebragt zyn, en de eerilen zes al-
Jeenlyk van de brandftigting , in 't huis
/-iar,^y vergaderd waren, en van de op-
ïcnuüdmgby befchuldigd worden (fy
Zesen-
twintig
gevlug-
ten inge-
daagd.
(li) Sentcnticb,
"«" Jj 03. iSz} tot 19 Maart 15 s?. f. 49.
-ocr page 301-
AMSTERDAMS
II. Dee£<
242
genoeg geoordeeld werdt, trok Jan van i53'*
Geel naar Bruflel, daar hy zyne zaaken zulks
wift te beleggen , dat de Landvoogdes,
Vrouw Maria, hem brieven van vergiffenis
verleende, mids hy zig verbonde om Mun-
fter den Keizer te leveren, gelyk hy aan-
         t
nam. Met deeze brieven gedekt, begaf hy Ve^j;^
zig wederom naar Amfterdam, ging in Span- °P^,p-
je, eene voornaame herberg (0), t'huis leg- $#&$■
gen (j>),en verkeerde, federt, openlyk, en
onder zynen eigen naam, metdevoornaam-
ften der Stad, by welken hy, om zyne ge-
waande bekeering, en om den voorgeno-
men aanflag op Munfter, wel gezien was.
Hy hieldt, ondertuflchen, zeerin't geheim,
byeenkomften met de Herdoopers, die hy
voorhieldt, dat zeker Profeet den Koning
te Munfter voorfpeld hadt „ dat God hem
„ nog drie magtige Steden, Amfterdam,
„ Deventer en Wezel, gefchonken hadt,"
hen voorts aanmoedigende, om de hand te
leenen , tot het vervullen deezer voorzeg- ,
ginge. Hy beduidde hen ook, dat de Stad Be'^ö
ligtelyk te bemagtigen was: en men kwam, vf^
eindelyk, overeen, om zig daartoe te die- af'
nen van den nagt na den tienden May, wan-
neer hetKruisgilde gewoon was, eene maal-
tyd te geeven op 't Stadhuis, waarby de
gantfche Wethouderfchap en de voornaam-
ften der Stad genodigd werden. De nagt
werdt hier doorgaans met vreugde, en met
het branden van pektonnen, die voor 't Stad-
huis ftonden, doorgebragt, en men ftelde
vaft, dat niemant, in zulk een' tyd, op on-
raad verdagt zou zyn, of in ftaat om 't ge-
weld te keeren , wanneer 't nu openbaar
werdt. Het luiden der Stadhuisklok zou de
leus zyn om famen te komen: en elk kreeg
een' gouden penning op hand, ten teken der
aangegaane verbindtenifle. 't Gantfche be-
wind over de onderneeminge werdt aan Jan
van Geel en Henrik Goedbeleid toever-
trouwd. De overigen, die, door Simon den
Glazemaaker
, vergaderd werden , zouden
zig vervoegen in de Pylfteeg, ten huize
van Pieter Gaal en van eenen Bakker daar
naaft (cf), en van daar, ten beftemden ty-
de, aanvallen op 't Stadhuis, zig', in dien
aanval, onder anderen, bedienende van drie,
anderen (r) fchryven van zes gelaaden hand-
buflen, die op de Rederykers-Kamer, bo-
ven de Waage, tegen over 't Stadhuis ,niet
verre van de Vierfchaar, geplaatft waren.
De fleutels van deeze Kamer waren aan
Henrik Goedbeleid gebragt, door Frans Fre-
drikszoon
van Arnhem, dieze meermaalen
plagt
(0) Zie I. Dltl, I. Boek, II. j.
{p) Confeffie van Adtiaan Cornelisz. agttr't Sententicb.
beginnend» i+ Apr. IJJ3.
(q) Confeflïe van Pieter Gaal en anderen, agttr 't Sen-
tenticb. ^ginnende i+ Apr. IS Si.
(r) C. G. rLF.MP der Heidoperen Anflach, *;. t.
Evertszoon, in de Dirk van Haflelts fteeg,
voerende een Ligtfchip, Dirk, Gerrit, Wil*
hm
en Anna, Jannetje de Zeilemaakers kin-
deren, woonende over S. Geertruids Kloos-
ter , Klaas en Willem, Pieter Akkermans
zoonén, Thomas de Slotemaaker ,in de Min-
derbroeders fteeg, Jakob de MeJJemaaker ,
in den fleutel, Henrik de Kaardemaaker, de
Zwaager van Meefter Quintyn, OlofdeKis*
temaaker
, in de S. Annen-ilraat, Pieter van
Leeuwaarden
, Schoenmaaker, werkende op
de Oude brugge, Klaas van Grol, Michiel
Klaas Aamen Zoon
en Meeus de Pompemaaker
(»). Doch of van deeze ingedaagden, na-
derhand, eenigen in hegtenis raakten, en
gellraft werden, is my nergens gebleeken:
ook niet, hoe ver zy aan eenige oproerig-
heid fchuldig waren.
Maar de oproerige Herdoopers verlooren
den aanflag op Amfterdam niet uit het oog.
Münder was nu naauw ingeflooten , door 't
Biflchoppelyk Krygsvolk. Jan Bokelszoon
van Leiden hadt, op 't einde des voorlee-
den jaars ,Jan van Geel, die nietonbedree-
■ ven was in Krygszaaken, uitgezonden om
onderftand: en deeze was naar Friesland
gereisd, alwaar hy het oude Kloofter by
Bolswaard hielp bemagtigen, op het einde
van Maart. Doch Jürgen Schenk, Stadhou-
der van Friesland, herwon het Kloofler, bin-
nen weinige dagen, en nam een groot getal
van Herdooperen gevangen , veelen van
welken, naderhand, te Leeuwaarden, ter
dood gebragt werden. Maar Jan van Geel,
't gevaar gelukkiglyk ontfnapt zynde, kwam
te Amfterdam, daar hy, zynen naam ver-
anderd, en zig voor eenen Koopman uit-
gegeven hebbende, eenigen tyd by Willem
Pieter szoon
t'huis lag, en ondertuflchen den
gevaarlyken toeleg fmeedde om de Stad te
overrompelen, van welken alle deHiftorie-
fchryvers, met zo veel verfoeijing gewaagd
hebben, en die, ook hier ter plaatfe , in
zyne voornaamfte omftandigheden, verdient
ontvouwd te worden.
Jan van Geel, die, onder de Herdoo-
pers , de bekwaamde gehouden werdt, om
eene Plaats, met beleid of geweld, te o-
vermeefteren, fpande, te Amfterdam, aan
met Henrik Goedbeleid, die , voor deezen,
den kryg gevolgd; doch zig, federt eeni-
gen tyd , onder de Herdoopers begeven
badt. Deezen twee kreegen haaft meer an-
deren aan hunne koorde, die men 't hoofd
vervuld hadt met groote gedagten van het
Ryk van Munfter, en van de vrye leevens-
wyze in het zelve, welke men ook te Am-
fterdam zou invoeren, zo dra men meefter
van de Stad ware. Toen de aanhang groot
i (») Ketub, E. /. 15,
1535-
Jan van
Geel
fmeedt
een' toe-
leg, om
Amster-
dam te
overrom
pelen.
Hy ver-
werft
brieven
van ver-
giffenis
van de
Land-
voogdes
fe.
-ocr page 302-
GESCHIEDENISSEN.
Vi. Boek.
H3
lyks weetende wat hy deedt, het kloktouw 1535,
verfteken: 't welk den Herdooperen belet-
tede, onraad te kleppen, èn daardoor een
grooter getal hunner goedgunneren te lok-
ken naar de Plaats en naar 't Stadhuis: dat,
zo 't gebeurd ware, het herwinnen van bei-
de moeijelyker gemaakt zou hebben.
't Getal der Herdooperen groeide, onder-Èenigè
tuffchen, luttel aan. Een mismaakte bul-burgen
tenaar uit de hunnen, die in de Pylfteeg °™|^"
woonde, en met zyn geweer ftondtomnaar
de Plaats te ftreeven, vraagde zynen buur-
man Vincent Qi), als wilt. hy't zelf niet,
iaat 'er gaans ware ? 't Is op de Plaats te doen,
antwoordde deeze^ laat het ons gaan zien.
Doch zy waren maar weinig treden voort-
gegaan, toen hy van den bultenaar, verra:.-
derlyk, doorfteken werdt. Klaas Pieterszoon
van Aken
, een fpotvogel en fterk drinker,
die Goedbeleid van ouds gekend hadt, begaf
zig op de Plaats onder den hoop der oproe-
rigen, hun fchimpswyze vraagende, wat hun
hegeeren was
? Zy zouden hunne belangenflegts
voordraagemmen zou tragten,hen te vrede te fiel'
len.
Goedbeleid antwoordde, dat daar gevaar-
lyke zaaken omgingen
, die hem niet betroffen*
Hy zou zig maar naar huis begceven.
Doch
terwyl Klaas toefde, en voortging met boer«
ten, werdt hy, tegen Goedbeleids zin, door
eenen der anderen, onder de voet geftoken.
Jakob Dobbeszoon, op wien de Herdoopers
gebeeten waren, om dat zyn Broeder, Kor-
nelis, voor drie maanden, in 't vatten der
naaktlooperen, geyverd hadt, zig naar de
Plaats begeven hebbende, en een woord ten
befte willende fpreeken, werdt, door dé
oproerigen, aangevallen en gekwetft (V).
De Herdoopers, nu ineefter van de Plaats
voor 't Stadhuis, gedoogden niet, dat iemanc
zig op dezelve vertoonde. Zy hadden de
toortfen en pektonnen, die hier ontfteken
waren, geblufcht en om verre gehaald, op
dat hun klein getal te minder ontdekt zou
worden* 't Gerügt der onderneeminge hadt De Bun
zig, midlerwyl, gelyk het gaat, merkelyk 6ery be-
verzwaard , verfpreid door de gantfche Stad. ™* A*
De burgerwagt op de Veften kreeg een ver- geSfnwr
ward berigt der overrompelinge van't Stad-de Plaats*
huis. Men hing 'er by, dat de befte bur-
gers doodgeflaagen werden. De naarheid
des nagts vermeerderde den fchrik* onder
eene menigte, die, niet weetende'wat 'er
gaans ware, herwaards en derwaards liep,
zonder vriend van vyand te konnen onder-
kennen. Maar de Burgemeefters hadden s
terftond, zorg gedraagen, om een goed ge-
tal Burgeren in de wapenen te brengen, die
de
fa) Zï« C. G. Plemp der Herdoperen Anflach, tl. it>
(v) c. G. Plemp det Betdopeicn Anflach 3 hl. i u
Ii 3
*$35. plagt te haaien (Y). Voorts , vleide men
eikanderen, dat het ftuk niet zo dra begon-
nen zou zyn, of de meefte burgery zou den
onderneemeren toevallen,en 't Stadhuis en
de Stad bemagtigd zyn, in een' oogenblik.
De beftemde tyd naderde vaft. Het
Kruisgilde was byeen,toen zeker jongman,
die niet genoemd wordt, zig, tegen den a-
S
'Ss*
r
vond,op de Plaats, daar'de pektonnen Hon-
v^
den , vervoegde by Piet er Honig, hem aan-
dienende, dat de Herdoopers, wel ten ge-
tale van zeshonderd, aan verfcheide oorden,
byeentrokken, met meening om de Stad te
overvallen. Honig deelde dit gewigtig
nieuws, terftond, mede aan de Schepens
Klaas Doedeszoon en Dirk Hillebrandszoon
Otter,
die te gelyk Hoofdluiden der Burge-
rye waren. Allen drie begavenze zig toen
naar 't Stadhuis, daar de Burgemeefters met
het Kruisgilde teerden. Zy konden hen, in
't eerft, niet doen gelooven,dat het berigt
eenigen fchyn van waarheid hadt. De jong-
man wordt ontbooden, en blyftby zyn ftuk,
aanbiedende in hegtenis te willen gaan, tot
dat men alles onderzogt hadt. Op zyne aan-
wyzing , vondt men de dubbele gelaaden
haakbuifen boven de Waage: 't gene aan
zyn zeggen meer geloofs deedt flaan. Doch
toen was goed raad duur by de Heeren.
Sommigen floegen voor, dat men de Bur-
gery, in ftilte, gewapend, op 't Stadhuis
moefl doen komen, om gereed te zyn, als
de Herdoopers uitkwamen. Doch anderen
oordeelden, dat zulks te veel gerugts maa-
ken zou. Ondertuffchen, was het Kruisgil-
de, vroeger dan naar gewoonte, vertrokken
Van 't Stadhuis, en ontging daar door 't ge-
Vaar, welk anderen, federt, liepen.
De Heeren waren nog bezig met raad-
pleegen, toen de Herdoopers, in alles, zo
men, naderhand, bevonden heeft, niet bo-
ven de veertig manfterk(r), wel gewapend,
en met vliegend vendel en flaande trom,
omtrent ten elfuuren des nagts , aantrokken
op 't Stadhuis. Simon Klaaszoon Put, die
hier, als Hoofdman der Waakeren, de wagt
hadt, werdt, met den eerftenaanval, afge-
maakt. Eenigen Waakeren of Burgeren
trof het zelfde lot: eenige anderen werden
gevangen genomen. De Burgemeefters had-
den , op het eerfte gerügt, het Stadhuis
^erlaaten: 't welk, terftond, door de Her-
doopers , ingenomen werdt. Ondertuffchen,
"adt zekere dronken Schouts dienaar, die op
^en bank lag te ronken, en door 't gedruifch
der trom wakker geworden was, zelf naauw-
iovil ^»"Sffie van Frans Fredeiiksz. aper 't Sententie!).
SehtentTeb"^ *?", Chespen de Glaefemaicker tgttr 't
-ocr page 303-
AMSTERDAMS               II. Deel.
H4
1535- de toegangen naar de Plaats flooten , en ftondt, werdt terftond om verre gefchoo- 1$$5"
daardoor te wege bragten, dat de Herdoo- ten. De vrywilligen, gevolgd van de bur-
pers geene verfterking van valk bekomen gers, drongen 'er in, over de lighaamen
konden. Voorts, was by de Wethouder- van dooden en zieltoogenden, dryvende de
fchap vaftgefteld, niets tegen de oproeri- overigen, omtrent vyf en twintig in getal,
gen, in en voor't Stadhuis, te ondernee-tot naar de nieuwe Kamer, daar zyzig wak-
men , voor dat de dag gekomen zou zyn. kerlyk te weer fielden. Doch eenigen uit
Bürge- Doch Burgemeefter Pieter Kolyn, een ge- de burgerye beklommen de Venfters van
meefter leerd en Godvrugtig man, die den naam buiten, en overvielen de oproerigen, van
Pieter hadt, by veelen, dat hy te flap omtrent de eenen kant, vanwaar men hen niet ver-
         f.
Kolyn, jjerd00pers was , kon niet nalaaten, zig wagt hadt. Toen werden 'er verfcheiden De b°J
ifeenr0e van de gelegenheid te bedienen, om elk te geveld, en onder deezen ook Henrik Goed- dea^,i-
tegen toonen, dat hy niet met hen heulde. Hy beleid. Doch twaalf der oproerigen wer- °fn f
trekken- mkt fan^ in den nagt, aan 't hoofd van ee- den leevende gevangen genomen. Jan van veld.
de wordtnen k00p burgeren, aan op de oproerigen, Geel was, midierwyl, geklommen op den
gedoo . ^-e hem fl-Qm-gjyk tegentrokken. Men raak- zogenaamden Weeskamers trans (w) van den
te, op de Plaats, voor de Waage, aan el- Stadhuis tooren, daar hy, bedugt voorer-
kanderen. De burgers werden te rug ge- ger ftraffe, zig bloot Hellende voor't fchiet-
dreeven : eenigen doorfchooten , anderen geweer der burgeren, wel haaft getroffen,
gekwetft, ook met vergiftigd lood. Kolyn en half dood van boven nederwaards ge-
Voor- zelf werdt deerlyk vermoord. De Bürge- fmeeten werdt. Toen was de burgery mees-
zorg van meefter GooJJen Janszoon Reekalf, een er- ter van 't Stadhuis. De lyken der gefneu- Geta' .
Bürge- vaaren Krygsman, nam toen 't voornaam velde Herdooperen, agt en twintig in getal, der ?'(,
Ree,ftalf bewind op zig , en deedt zeilen fpannen werden des nademiddags van den elfden ^\tf
'
voor de toegangen naar de Plaats, die voorts May, by de beenen aan de galge gehan- ^j$$
met grootehopzakkengeftopt werden, waar- gen. Van de zyde der Burgeren, waren'er, de.
agter de burgers, als agter fchanfen, ge- deezen nagt, negentien gefneuveld,tewee-
dekt lagen voor 't fchietgeweer der oproe- ten, de Burgemeefter Pieter Kolyn, Simon
rigen:en ziende bezwaarlyk kans,om met Klaaszoon Paf,Kapitein van de Wagt,/for-
de burgers aan te vallen op deHerdoopers, neus Simonszoon Roe/e , Schout by Nagt,
Hy be- bezoldigde hy daartoe, op de Vifchmarkt Klaas Matthyszoon, der Stede Bode, Jan
zoldigt by deDamsfluis,eengoed getal van Vry wil- Dirkszoon Roesgen en Dirk Everdszoon, der
eenigc ligen, op maandgeld, die aannamen, de Stede Waakers, Klaas Meeuszoon in de Kal-
vrywilli- Oproerjgen van de Plaats te dryven, en daar- verftraat, Dubbelt Dubbelt szoon , Luit gen
na den eerften ftorm te doen op 't Stadhuis......Muilken, Klaas Pieter szoon van A-
Doch men zou zig ftil houden, tot dat de ken, Jakob Janszoon Smid, Maarten Egbards-
dag aanbrak. Onder de Hei doopers , werdt zoon Smid, Vincent Pieter szoon, Lakenkoo-
de nagt met het zingen van Pfalmen geflee- per, Jan Wïllemszoon Ah kou , een Vryer,
ten. Zy fcheenen wel gemoed. Doch de Jan Willemszoon Pot, Gerrit Martenszoon,
hoofden waren niet zonder bekommering, Metfelaar, Dirk Gerritszoon , Jan van U-
met naame Goedbeleid, die Jan van Geel trecht eq Egbert Willemszoon(x). Doch bui-
voorhieldt, dat hun klein getal het werk ten de Stad werden,op den zelfden elfden
verbrodden zou. Maar deeze fprak hem May, nog twee Dorpelingen gevangen, die,
moed in, hem verzekerende „ dat de Stad, op 't gerügt van den aanflag, naar de Stad
„ voor tien uuren,in hun geweld zynzou." gekomen waren,om deel te hebben aande
Doch met het aanbreeken van den dag, be- overwinning, met welke zy zig gevleid had-
gonden de burgers en bezoldigde vry wil li- den. De opgezetenen van Benskoop onder
gen te fchieten op de Herdoopers, die haaft Yffelftein, door Jan van Geel opgeruid, wa-
genoodzaakt werden de Plaats teverlaaten, ren , ten getale van driehonderd , ook in
en in 't Stadhuis te wyken. Toen namen de aantogt naar de Stad; doch toen zy verna-
burgers de Rederykers Kamer boven de men, dat de toeleg mislukt was , keerde
Waage in, en fchooten van daar zo fel op elk hunner zyns wegs. Eenige anderen in
de groote zaale van 't Stadhuis, dat de op- merkelyken getale, van verfcheide kanten,
roerigen dezelve ruimen, en zig, hier en opgeftommeld, waren, even na 't boom-
daar, in de binnenfte vertrekken, verbergen fluiten, te fchepe voor de Stad gekomen;
't Stad- moeften. Burgemeefter Reekalf hadt, onder- doch hielden af, toen zy,'s anderendaags,
huis tuffchen, twee halve Hangen en eengrooter den uitflag der onderneeminge vernamen,
ve°rwel0" ftuk gei*chuts doen keepen voor 't Stadhuis.
                                                                 en
digd De deur van 't S- Elizabets Gafthuis, welk («) c. g. plemp der Herdoperen Anfhch, u. is.
naaft het Stadhuis naar de Kalverftraat Ke$ Uit «" Taie-'eel » »«kmeea« Kamet >w«oadc
-ocr page 304-
VI. Boek.           GESCHIEDENISSEN.
245-
*535- en. zeilden naar Engeland. Maar de bul- zo zy zeide, te weeten (d). Anderen, ver- 1505,
tenaar, die zynen buurman zo verraaderlyk dagt, dat zy kennis van den aanfiag gehad
gegriefd hadt, werdt, tegen den avond, hadden, zonder zulks te hebben aangebragt,
daar hy als vertwyfeld liep waaren langs de werden gebannen ;fommigen, die duidelyk
jj wallen, aangegreepen en vaft gezet.
            bleeken van 't verraad geweeten te hebben,
v-j'Se- Drie dagen hierna, op den veertienden met den zwaarde geregt (e).
%lln.
May,ontvingen elf oproerigen hun vonnis, Doch onder't uitvoeren deezer ftraffenDe Wet,
JeHwor te weeten? Pi&èr Gaal, uit wiens huis in werdt,in de Oude Kerke, een briefgevon-j?°ud«r-
jtt ge. de Pylfteeg zy gekomen waren, Anthonis den, en aan 't Geregt gebragt, behelzende ^^t
aft- Elhcrtszoon, Evert Janszoon van Utrecht, eene ernftige waarfchuwing tegen eenen gewaar-
MeiTemaaker, Klaas Janszoon, Glazemaa- nieuwen aanfiagder Herdooperen.Defchry- fchuwd,
ker, Sybrand Klaaszoon van Alkmaar, Grof- ver van deezen brief beleedt herdoopt te we8ens
fmid, Gerrit van Deventer, Snyder, Michiel zyn; doch geen deel te willen hebben aane?ne"
Egbertzoon, Weever, Jakob Gysbertszoon, eenigerlei oproerigheid. Hy verzweeg eg- aanfla"-.
van Gamen uit den Lande van Gelder, Ja- ter zynen naam: waarom de Wethouder-
kob van Einden, Willem van Utrecht, en Al- fchap geraaden vondt, hem,by eeneopen-
hert van Meppelen (j). De borft werdt hun baare afkondiging van den agtentwintigften
leevende opgefneeden; 't hert daaruit ge- May, te nodigen om zig nader te open-
haald, en hun in 't aangezigt gefmeeten, baaren. Men beloofde, in geval hy berouw
waarna zy onthoofd en gevierdendeeld wer- toonen wilde van zyne Herdooperye, ver-
den , wordende de hoofden op ftaaken op giffenis voor hem te zullen verwerven van
de poorten gefield, en de deelen daar bui- den Keizer, buiten zyne koften (ƒ). Doch
ten gehangen. Naderhand, werden 'er nog ik vind niet, dat hierop iet gevolgd zy.
eenige mannen onthalsd,te weeten, op den Ondertuffchen, was Jakob van Kamp en, Jakob
vyftienden , Jan Jakobszoon de Noorman, van wien men 't meeft meende te dugten te va«
Adriaan Kornelisz. van Sparendam, en Ger- hebben, nergens te vinden. De Wethou- KamPe"
rit Klaaszoon van Oude Nierop (z), en eenige derfchap hadt, reeds te vooren, eene ver- ,Te°vrac[c ea
vrouwen verdronken , of in haare deuren eering beloofd aan elk , die hem of Jan ter do'od
opgehangen; welk laatfte het lot was van Matthyszoon van Middelburg aanbragt, en gebragt,
twee vrouwen in de Pylfteeg, die de op- de dood gedreigd aan zulken, die wiften,
roerigengehuisveft, en niet aangebragt had- waar hy zig onthieldt, en 'er geene kennis
den: ook van eene Moeder met haaren van gaven. Doch zyn aanhang bleef hem
Zoon, uit den blaauwen Engel op den nieu- getrouw. Eindelyk, nogtans, werdt hy be-
den Dyk, daar Jakob van Kampen,de zo- trapt, in een huis, daar hy zig onder de
genaamde BifTchop van Amfterdam, t'huis turf verfteken hadt. Hy werdt fcherpelyk
V êewee" was > zonder dat men hem hadt aan- ondervraagd, en bekende gereedelyk, door
\,ee- gebragt (a). Aan. Henrik Janszoon,Snyder, Pieier Houtzaager, herdoopt te zyn, ook,
S^1** die , de Herdoopery voorheen verzaakt hier ter Stede, te Leiden, en te Aalsmeer,
hebbende, voor een jaar gebannen; doch veelen anderen herdoopt te hebben: en hier
binnens tyds wederom hier gekomen was, den naam van Bißchop te hebben gevoerd:
Werdt, den agtentwintigften May, op nieuws, doch hoe zwaar ook gepynigd , heeft hy
de Stad voor een jaar ontzeid (h). Ook nooit beleeden, eenig deel gehadl te hebben
Werdt Pietertje Elberts dogter, huishoudller aan den verraaderfchên aanfiag op de Stad
geweeft zynde van haare broeders, Antho- (g). Ook wordt hy hiervan niet befchul-
nis en Jan Elbertszoonen, die deel aan den digd in het Vonnis, welk den tienden July
aanfiag gehad hadden; en Dirkje Houtfiape- over hem geveld werdt (h). Volgens het
kar, haaren derden broeder, gewaarfchuwd zelve, werdt hy, met een' tweehoornigen
«ebbende, om niet gevangen te worden: blikken myter, befchilderd met het wapen
daarenboven, herdoopt zynde, en geweer der Stad, een uur, of langer, op het Scha-
m huis gehad hebbende, den elfden Juny, vot te pronk gezet. Daarna werdt hem de
^n eeuwigen dage, gebannen {c).Oude Jans tong uit den hals gehaald, en de regter-
Uogter van Ryp uit Friesland onderging , hand en 't hoofd, met een Vleefchhouwers
en zelfden dage, het zelfde lot,om datzy hakmes , afgehouwen. Vervolgens werdt
erd°opers geherbergd hadt, zonder het, zyn lighaam verbrand, en 't hoofd met
f
                                                                                                                               den
f- jo Se",ent!eb- van Ij OU. ijij. Ut 19 Maart Ij«7.
"(*)"w» ?*ï M* Dapper H. iji. Commelin«. 937.       (d) Agtcr 't Kcurb. D. f. **°-
il. 9J9 nt,eb- «h boven. f. ji. 2ie <w£ COMMELIN       (e) Sententicb. van 1$ OH. 1523 tot ij, Maart i5s7.
(*) s'ententieb . . .                                   f. S2. verf., si, S*, SS ver/o. 56.
P- Ho, ji, °- "ls »oven f. si ver/o, SI. HORTENSIUS,       (f) Keurb. E. f. »+•
. (*) Agter 't Hl* Mb                                                            (g) Zie un/LKDT 1. I>eel,il. Mi.
O) /gier 't K^nK D--/"- 2^ verß"                                     W Sententicb. van U OS ijzj tot i9 Maart ij«7.
* ^«Uib. D. A                                                  f v(rfu Zie w£ DAPPER,«. Ij-, COMMtLJN, W. Sii.
-ocr page 305-
l D A M S              II. Deel.
ken in de Nieuwe Kerke, ftondt, ter ge- *53*'
dagteniffe der Naaktlooperen, aangetekend:
In 't jaer vijftienhonderd vyf en dertich >
wilt dit onthouwen,
Liepen hier naeckt mannen ende vrouwen.
Doch de balk met dit opfchrift is, met DaD^et
het verbranden der Kerke, ook vernietigd df^ète-
geworden. De Wethouderfchap van Am- l$e &
fterdam befloot zelfs, op den agtften May ^6'1
des jaars 1536, den elfden daaraanvolgen-g^6 '
de , en voorts jaarlyks,op den zelfden tyd,
eenen plegtigen dankdag te houden , we-
gens de zege, 's jaars te vooren , op de
oproerige Herdoopers behaald (q). Doch
my is niet gebleeken, hoe lang men deezen
jaarlykfehen dankdag gevierd hebbe. Ze-
ker genoeg is het, dat dezelve, na dè ver-
andering der Regeeringe in 't jaar 1578,
geheel buiten gebruik geraakt is.
                      6
Het overgaan van Munfter aan de Bis-Stf^j,
fchoplyken, en de ftraf aan Jan Bokelszoon, vf\ \f
en de andere hoofden der oproerigen al- \\\dß
daar, die 'er eerlang op volgde, komende X)°°t
by de ftrengheid, die men, hier te Lande, g^1"
tegen deeze Luiden oefende, bragt hen, eer- <*6°'
lang,in zulk eene groote verlegenheid, dat
zy zig nergens reppen noch roeren durfden.
Ook was 'er, in Juny, wederom een fcherp
Plakaat uitgekomen in Holland , waarby
„ alle Propheeten, Apoflelen ofBiffchop-
j, pen en alle hardnekkige herdoopten ten
„ vuure, en alle berouwhebbende tot het
„ zwaard of tot de put veroordeeld wer-
,, den, zonder dat de Wethouders, om-
„ trent deeze luiden, overmids hun kwaad
„ voorneemen , eenige de minfte genade
„ gebruiken mogten(r)." En van toen
af, werdt 'er, niet alleen tegen oproerige
Herdoopers, maar ook tegen vreedzaa-
me en weerlooze Doopsgezinden, ftrenge-
lyk gewoed, in Holland. Te Amflerdam,
werdt, omtrent deezen tyd, zekere Bieter,
weleer Koßer te Sardam, en thans Leeraar
onder beter flag van Doopsgezinden, ont-
halsd, als hadt hy deel gehad aan den op-
roer ; daar hy zig, nogtans, zo getuigd wordt,
met allen ernfl, tegen gekant hadt (V). Doch
zo deeze Bieter dezelfde geweeft is met
Bieter Bietersz van Leiden, die te gelyk met
Jakob van Kampen onthalsd was, hadthy,
volgens zyne Sententie, van eenen oproeri-
gen aanflag op Leiden gèweeten , zonder
'er kennis van te geeven (£)• Voorts werdt,
op den agtentwintigften Maart des jaars
1537'
(y) Keurb. E. ƒ. 31 virfo.                                             
(r) Doopsgez. Mattel, boek, II. Deil,;U. 3J. Repel"
bl. 3«>-
(»; Brandt Reform. I. Dtel, il. 114.
                      »
(t) Sententieb. van is 03. 1523 m is Maart jj<7'/'
$» vtrfi.
246                A M S T E :
1535. den myter daarop, en de regterhand op de
Haarlemmer Poort gefield. Ten zelfden
dage, werden nog twee vrouwen, eene van
welken Jakob van Kampen huisvefling be-
zorgd hadt, voor 't Stadhuis opgehangen,
en een mansperfoon onthalsd (i). Doch
Jan Matthyszoon van Middelburg hadt zig,
door eene tydige vlugt, weeten te bergen
Nog vïer (£). Op den agtentwintigften July, werden,
Hercioo- hier ter Stede, nog vier Herdoopers ont-
pers. halsd, en onder deezen, Barend Bakker van
Zwol,
die Kok van Jan Bokelszoon , den
zogenaamden Koning vanMunfler, geweeft,
en onlangs herwaards gekomen was (/).
Oploop Doch onder 't uitvoeren deezer ftraffe, ont-
onder 't ftondt 'er eene geweldige opfchudding on-
^èrTdee- ^er ^e aanichouwers. Men vreesde het
zer ftraf- ergfle. De fchutters, die gewapend op de
fe.
          Plaats ftonden,fmeetenhunne mantels,tab-
baarden , bonnetten en ander oppergewaad
van zig, en fielden zig te weer. Het op-
roer wcrdt haaft geflild. Doch het gewaad
en ook eenig geweer der fchutteren was ,
voor een groot gedeelte, in den loop ge-
bleeven ; waarom het Geregt , nog dien
zelfden dag, deedt afkondigen , dat elk ,
die 't vermifle naar zig genomen hadt,het
zonder uitflel aan der Stede Klerken in han-
den flellen moefl (m).
Gedenk- Op deeze wyze, liep het af met denver-
tekenen twyfelden aanllag der Herdooperen op Am-
van den fterdam, welks geheugenis, op meer dan
der H^ eene wYze> bewaard is geworden. De Schil-
doope- der Dirk Bemardszoon heeft de gefchiede-
ien. nis, in verfcheide tafereelen , afgebeeld ,
die op 't Stadhuis, in een vertrek, federt,
het gefchildercl Kamertje genaamd (n), en,
in laater tyd, gebruikt, door CommilTaris-
fen van Kleine Zaaken (0), geplaatft (j>);
doch, by 't verbranden van het zelve, ver-
teerd geworden zyn. Boven de deur van 't
S. Elizabets Gafthuis, naafl het Stadhuis,
ftondt ook, met gouden letters, te leezen:
Die Bondtgenoten der opinieufer Anabaptis-
ten
Overvielendefe plaetsen't Stadhuis'fnacbts
f elf uuren
,
''s Anderdaechs voor negen uurenfynfy,met
macht en listen
,
Geflagen, gevangen en moefien Juflicy be-
fituren.
Doch dit fchrift is ook, met het ver-
branden of afbreeken van 't gebouw, weg-
geraakt. Aan een der bovenfte Schoorbal-
(i) Scntentieb. als hoven ƒ. 59.
(k) HORTENSIUS, p. 313.
{/) Sententieb. als boven f. 6z, «3.KORTENSIUS,?, 314.
(m) Keutb. E. ƒ. 24 ver/o.
(n) Zie Hooft Nederl. Hift. H. 193.
(o) M. FoKKENS Amft. tl. loa.
(p) Pontanus Libr, II. Cap. XXVIII. p, 24;,
-ocr page 306-
GESCHIEDENISSEN.
VI. Boek.
247
%. J537» gebooden „ dat niemant, hier ter
„ Stede , eenige Herdoopers zou mogen
„ herbergen, op verbeurte van't lyf («)."
Doch 't getal der Doopsgezinden wies aan
tegen deeze ftrengheid, zo in deeze Stad,
als inzonderheid in 't Noorderkwartier van
Holland. Ook wonnen de Hervormden, zo
Lutherfchen als Zwinglifchen of Kalvini-
fchen, meer en meer, veld hier te Lande,
en te Amfterdam in 't byzonder, gelyk ons
Ge*, 'c gev0'g deezer gefchiedenifle leeren zal.
fchen handel, neigde zeer om den Keizer t^6,
te believen. De Stadhouder, Graaf van
Hoogftraaten, eifchte vyfentwintig groote
Oorlogsfchepen en agt of tien Boeijers van
de Staaten van Holland alleen, die dienen
zouden, om vierduizend knegten,ten dien-
fte des Paltsgraafs, over te voeren naar de
Zont. En Amfterdam en de Waterlieden
zouden , veelligt, beflooten hebben , om
hun aandeel in deeze uitruftingetedraagen:
doch de andere Leden waren agterlyker:
vooral, om dat men Holland alleen belas-
ten wilde met de koften eens krygs, die de
eer des Keizers betrof, en waarin de ande-
re Nederlanden, zo wel als Holland, be-
hoorden te draagen. Ook vernam men, fe-
dert , dat Guftaaf de I., Koning van Zwee-
den, de Zont reeds met veertig Oorlogs-
fchepen geflooten hadt: 't welk de Staaten
van Holland nog agterlyker maakte om te
befluiten.
Chriftiaan de III., onderregt van 't ge- DeDeen-
vaar, welk hem uit Holland dreigde, fiel- fche
de, eerlang, Hertog Karel van Gelder in°v<?rfte
ftaat, om eenig Krygsvolk op de been teva^^m
brengen, onder den Overfte Meinard van dreigt dé
Ham, die der Regeeringe van Amfterdam, Stad te
■wat laater, fchreef „ dat hy de Stad en 't°verv*l-
„ omgelegen Land, te vuur en te zwaard,lcn'
„ zou komen verwoeften, zo men met de
„ voorgenomen' uitruftinge voortginge."
Men befloot dan, niet alleen, hier ter Ste-
de , fcherpe wagt te houden (y~); maar de
Regeering , Dagvaart hebbende doen be-
fchryven in den Haage, drong, ernftelyk,
op werving, tot verzekering van Holland.
Ook bragt zy tewege, dat de uitruftingniet
in Holland, maar in Zeeland gefchiedde,
daar men veiliger was voor eene ondernee-
ming te lande. OndertufTchen, Jeedt de
Amflerdamfche Scheepvaart veel by deeze
uitrufting, alzo men, om 't Bootsvolk tot
dezelve te vinden, de Vaart naar't Noor-
den en naar 't Weften hadt moeten verbie-
den. Zelfs waren, te Amfterdam, eenige
Noordfche fchepen in beflag genomen , 't
welk men vreesde, dat op de Amflerdam-
fche fchepen,die in 't Noorden zouden ko-
men handelen, verhaald zou worden.
Midlerwyl, hadt de Stadhouder van Fries-
land zig, op 's Keizers laft, bediend van
de knegten, die tot den togt naar Deene-
marke gefchikt waren,om denHertogevan
Gelder 't gebied over Groningen teontwel-
digen. Ook was 'er, in May, een Beftand
voor drie jaaren geflooten met Chriftiaan
den III., welk oorzaak was, dat de voorge-
nomen togt ter zee geen'voortgang hadt (2).
Het
(y) Keurb. E. f. i}-
(z) Zit Vadetl. Hift. V. Dttlt il, 106 tnz,
Kk
>0,
Chriftiaan de III., Koning van Deenemar
**nwe* ke, hadt, in den aanvang deezesjaars 1535,
t[^n.e Melchior Rantfau herwaards gezonden, om
r^ia, onderfland te verzoeken tegen de Lubek-
kers, die hem den oorlog aandeeden, om
dat hy zig met Holland verdraagen hadt.
De Gezant nam zynen weg over Amfterdam,
en droeg de belangen zyns meefters voor
aan de Regeering, die zig, ten behoeve der
Stad, veel liet gelegen zyn aan de behou-
denis des Oofterfchen handels. De Lubek-
kers, eerlang, meefter geworden vanKop-
penhage, flooten de Zont, voor de Hol-
\\ landers, waarby Amfterdam zeer veel leedt
jjeiii0~ (v). De Landvoogdes, Vrouw Maria, be-
iden dugt, zo voorgewend werdt, dat het gebrek
vif" van toevoer uit de Ooftzee duurte in de gras-
te e"'nen hier te Lande veroorzaaken zou, deedt
Vt, den uitvoer derzelven verbieden, in Okto-
ber deezes jaars (io). Men bevondt egter,
Wel haaft, dat dit verbod voornaamlyk ge-
fchied was, om het afgefchafte Verlofgeld
wederom in te voeren: alzo de uitvoertoe-
gelaaten werdt, mids men 't Verlofgeld vol-
deede. Doch Amfterdam en de andere Ste-
}. den van Holland kantten zig hier tegen zo
u5- ernftelyk, dat de uitvoer van Graanen, in
ïebruary des volgenden jaars , wederom
vrygefteld werdt, zonder dat men verlof-
Nter êe'd behoefde te betaalen (x).
tQäjVL Keizer Karel vondt, midlerwyl, geraa-
o^et den, zig te fteeken in de Noordfche onlus-
H^' ten' ten "behoeve van den Paltsgraave Fre-
^n ^ drik, die met Dorothea, Dogter van 's Kei-
g% Zers overleeden Zufter, de Gemaalin van
Vcf. en gevangen Koning Chriftiaan den II. ,
^Se^ Sehuwd was , en uit deezen hoofde regt
jjei) re meende te hebben op Deenemarke. DeKei-
^«n* *er vorderde den Staaten van Holland , in
%gKo. ^pril deezes jaars, onderfland in fchepen
V^ii ƒ, en Amfterdam, vernomen hebbende,
N6i" dat de Lubekkers in onderhandeling waren
0ver een verdrag met Chriftiaan den III.,
^elk, zo 't geflooten werdt, hen genoeg-
zaam meefter maaken zou van den Oofler-
tres Hoo** Vi,N DER' GO« Regift. U. ÏI8, 7. VE-
(*) Vadttl. Hft v „
LSTUlt ^i;-,04MÏ'
-ocr page 307-
II. Deel.
Ä MS T .E R D A M S
248
1537'
Kampen, om zogenaamde Ketterye, met
het zwaard ter dood gebragt: waarna de
hoofden op ftaaken gezet, en de rompen
op raden gelegd werden (V). Een ander
werdt, ten deezen tyde, om het hebben van
verbooden boeken en 't begunftigen van den
Herdoop, met zyne boeken om dein? hals,
op 't fchavot, te pronk gezet, en vervol-
gens gebannen (J). In de Sententien van
Poorteren, die, ter oorzaake van zogenaam-
de Ketterye, met de dood geftraftwerden,
werdt gemeenlyk gefield, dat zy, volgens
de Privilegien deezer Stede (e), niet meer
dan honderd ponden uit hun goed verbeur-
den, of dat de Verbeurdverklaaring hun-
ner goederen, met honderd ponden, kon
worden afgekogt. Doch het Hof van Hol-
land verftondt, in December deezes jaars,
dat deeze Privilegien den Ketteren niet te
ftaade komen konden, en verklaarde ook
alle de goederen van Ketterfche Poorters
verbeurd (ƒ).
't Beftand met Chriftiaan den III. was,
op 't einde des voorleeden jaars, gevolgd
van eene Vrede met Gelder, die Amfter-
dam , voor eenen tyd, bevrydde van de zorg
voor overrompeling. Doch de oorlog met
Frankryk, die onlangs ontfteken was, duur-
de nog. AUeenlyk werdt 'er, in July deezes
jaars, een Beftand van tien maanden getrof-
fen, waarop, in 't volgende jaar, eerfteen
lang Beftand, en wat laater eene volkómen
Vrede volgde (g).
Doch weinige weeken voor 't fluiten van
't Beftand van tien maanden, ondernam Her-
tog Karel van Gelder, vergeetende de on-
langs getroffen Vrede, Enkhuizen te ver-
raflen, ten behoeve des Konings van Frank-
ryk. De aanflag mislukte nogtans, en hy
fchaamde zig zyner onderneeminge zo zeer,
dat hy, kort hierna, aan Burgemeefteren
van Amfterdam fchreef „ dat zyne fche-
„ pen, door tegenwind, op de reede van
„ Enkhuizen vervallen waren; en dat zyn
„ oogmerk alleenlyk geweeft was, zynen
„ Neef, den ouden Kardinaal van Bour-
„ bon, aan de zeegaten op te wagten, voor
„ wien hy nu Brieven van Vrygeleide ver-
„ zogt." De Wethouderfchap van Am-
fterdam, uit eenigen haarer burgeren, die
te Harderwyk geweeft waren, toendefche-
pen Werden uitgeruft, reeds verftaan heb-
bende, dat de Hertog heel wat anders in
den zin gehad hadc dan hy voorgaf, ver-
ge-
(c)  Senrentieb. van 15 OU. isti tot 19 Maart 1567./.
77, 78. Zie ook COMJMEI.IN */. 940.
(d)  Sententieb. ais boven f. ■;% verfi.
(«) Zit II. Deel, III. PM, bl- 38-
(f) Senteni. van den Hóogen en .Piovinciaalen Raaf»
il' 344-
                                                                  "
ig) Vadeil. Hift, V, Deel, il,-13j, 13!, 14* '
Het toerieemen der Stad Amfterdam, in
getal van ingezetenen, was oorzaak, dat de
Go ds dienftige Gefügten aldaar meer armen
te onderhouden hadden, dan voorheen, tot
zo verre, dat de inkomften der Huiszitten-
meefteren , Gafthuis-meefteren , Leproos-
meefteren en armé Weeskinderen-meefte-
ren, op geene duizend guldens 's jaars na,
toereikten, tot vervulling der behoeften ,
die ieder deezer Genootfchappen te vervul-
len hadt. Men voridt, in de Stad, luiden
genoeg, die gezind waren de inkomften dee-
zer byzondere Getilgten, doof maakingen
by uiterften wil, te vermeerderen. Doch
Keizer Karel hadt den Kloofteren en ande-
ren Godsdienfligen Gefügten verbooden, ee-
nige vafte of erfelyke goederen te bezitten.
Ondertufichen, was 'er veel aan gelegen,
dat de behoeftigen in Amfterdam de ge-
Woonlyke onderfteuning niet miften. Men
vertoonde dit den Keizer, die, by brieven
van den zesden December deezes jaars, den
Huiszittenhuizen, Gafthuizen, het Leproo*
zenhuis, en het Weeshuis vryhèid verleen-
de , om allerlei roerende en onroerende goe-
deren te mogen erven, mids zy de laat-
ften niet danaanweereldlykeperfoonenver-
kogten, en dat wel binnen een jaar, na dat
zy die bekomen zouden hebben; om met
het gene 'er van kwam, hunne armen te
onderhouden, of daar voor te koopen ren-
ten tegen den penning zeftien, ten gelyken
einde (a).
Omtrent deezen tyd,hadt Frans Andries-
zoon
van Haarlem , buiten de Reguliers-
poort, niet verre van Amfterdam, eenKalk-
oven doen ftellen, waarvan de Stad, wan-
neer 'er de wind naar was , veel kwaade
lugt hadt. Ondertuflchen , vernam men,
dat anderen dit voorbeeld dagten te volgen.
De Regeering, om dit te voorkomen, ver-
wierf een Octroi van Keizer Karel, welk,
den derden January des jaars 1536 [1537],
te BruiTel, gedagtekend was, en waarby aan
elk verbooden werdt, voortaan, eenige Kalk«
ovens te ftellen, binnen een myl van de Stad.
Ook mögt de Stad de Kalkoven, die reeds,
binnen dien afftand, was öpgeregt, weder-
om doen af breeken, mids aan den eigenaar
vergoeding van koften doende , naar de
uitfpraak van goede mannen, of van Stad-
houder en Raaden van Holland (b).
Op den twaalfden April deezes zelfden
jaars , werden , te Amfterdam , drie Per-
fbonen, Albert Reyertszoön, bygenaamd 01-
deknegt
, van Bolswaard, Andries Hermans-
zoon
van Gelder,en Tymen Hsnrikszsonvzn
De Gods-
dienftige
Geftig-
ten te
Amfter-
dam kry-
gen ver-
lof om
vafte
goederen
te mogen
erven,
onder
zekere
voor-
waarden.
Verbod
om Kalk
ovens te
ftellen,
binnen
eene myl
van de
Stad.
1537-
Re»
daifly
Drie Per-
foonen
om Ket-
--terye
onthalsd.
(a) Handy, il. 269. [*<>.]
(i) Handy..M, 1«, [s8,];.
-ocr page 308-
VI. Boek.          G E S C II I E D E N I S S Ë N.
249
^37. genoegde zig, rnet hem eenvoudiglyk te nam, in den Zomer deezes jaars, eene reis 1539.
antwoorden „ dathy zig, om Brieven van door de Nederlanden, tot het doen vanbui-V00f,dej;
„ Vrygeleide te bekomen, niet aan haar; tengewoone Beden. Zy begaf zig eerfl, van Vrouw
„ maar aan de Landvoogdeffe vervoegen Bruffel naar Zeeland,keerde toen naarBra-Maria,
4_ „ moeft (/;)."
                                              bant, voorts, naar Utrecht, en van daar^01
al           % de gewoone en buitengewoone Beden, over Amersfoort en Naarden naar Amfter- Hf^
Mi'ii^' die 5 van tyd tot tyd > ra Holland, gevor- dam. Zy fchynt zig hier egter niet lang op-
Vjn de derd werden, kwam, inSeptember des jaars gehouden te hebben; maar al fpoedig, o-
^ftei] 1538, nog eene buitengewoone Bede, die ver Haarlem en Leiden, naar den Haage
Se ,eer>e de Landvoogdes, op eene Dagvaart te Geer- vertrokken te zyn, alwaar de Staaten, een-
?efchen truidenberg , liet doen. De Stadhouder, paariglyk,bewilligden in eenebuitengewoo-
dgnk Graaf van Hoogftraaten, voegde hier by, ne Bede van tagtigduizend guldens, die
J;"* dat de andere Landen Vrouwe Maria een reeds in 't voorleeden jaar gedaan was (ra)-
fe°°gdeS- gefchenk gedaan hadden; 't welk Holland De Vaart op Bergen in Noorwegen ende Het Ber-
L behoorde naar te volgen, en derLandvoog- Koophandel aldaar werdt, federt veele jaa-_genvaar-
•53ö. jen;e vyftigduizend, of ten minllen dertig- ren, van Amflerdam gedreeven door eendersGil'
duizend guldens aan te bieden. En Am- Gilde van Handelaars , het Bergenvaarders-de kry^.
fterdam was onder de eerfte Leden, die in Gilde genaamd, welker Leden in MeeßersTomw'
6          't een eri 't ander bewilligden (i).                 en Zwegte« onderfcheiden waren. Aan dit tie;
Ve ^ta'd De Regeering deezer Stad verwierf, den Gilde gaven Schout, Burgemeefteren, Sche-
^t^ zeigenden Oclober,06lroi van Stadhouder penenen Raad deezer Stad, den tienden
j.%^' en Raaden van Holland, op's Keizers naam, February, eene Ordonnantie of Gildebrief,
C'^ets» dat, in zaaken, gebragt voor de Vier- uit welken blykt, dat de Meefters iedereen
fef1 de» fchaar aldaar, en niet boven de tien pon- Boede of Kantoor hadden te Bergen, alwaar
' %o nd „ den grooten vlaams beloop ende, niemant zy hunnen Koophandel dreeven, en van de
Uj^e, j, vermoogen zou eifch te doen by gefchrif- Knegten gediend werden. Niemant mögt
Wl^oe 3j te; maar dat alle zulke zaaken, bymon- Meefter worden , dan die twee jaaren te
^. S5 de, tuffchen partyen, zouden moeten Bergen als knegt gediend, of twee Zomers
„ worden bepleit (£)." Zulk een O&roi voor knegt gevaaren hadt. En die zyne
ftrekte zekerlyk , tot voorkoming van de eerfte reize, als.Meefter, naar Bergen deedt,
langwyligheid der gedingen, voor derSte- moeft vyf guldens; die de eerfte reize voor
de Vierfchaar. En veelligt heeft de Stad knegt voer,dertigftuiversbetaalen,ten be-
het te ligter verkreegen, om dat zy, zo ge- hoev.e van S. Annen Altaar (»), in de Oude
reedelyk, in de Rede, en in het gevorderd Kerke, welke, door dit Gilde, onderhou-
gefchenk aan de Landvoogdeffe, bewilligd den werdt. „De Gildebrief is, naderhand ^
\j. hadt.
                                                            meer dan eens, met verfcheide punten ver-
engt' Jan van Hennin, Heer van Bojju, hadt zig, meerderd. Het Gilde plagt zyne Kamer te
Wer op 's Keizers laft, omtrent deezen tyd, be- hebben, aan de weflzyde van den Buiten-
^a,ïi tot geven naar Amfterdam, om aldaar, en in Amflel, nu even buiten de Vryheid der Stad,
to\neil Waterland, de uitrufting te wege te bren- in een huis, welk nog den naam van Ber-
Ko™^gen van zesenvyftig fchepen van oorloge, genvaardersKamer draagt.
JjSofe die, nevens vierenveertig anderen, gebruikt Het tappen van wyn of bier even buiten Het tip
Je niete' zouden worden in eenen togt naar Konftan- de Vryheid der Stad, en binnen een vier- pen bui-
^t- tinopole , waartoe eene magtige Vloot in dendeel myls van dezelve * was al by ver-te"-de
j- Spanje verzameld werdt. De Zeeuwfche fcheide oude Keuren en O&rojen ongeoor- Stad,
39. fchepen liepen, in February, de Holland- bfd verklaard (o); doch ging thans, des-„adefbö-
fchen, niet voor het einde van Maart des onaangezien, flerk in zwang, tot merkelyk paakL
jaars 1539, ?n zee- Doch de laatften wa- agterdeel van der Stede Excynzen, die niet
ren niet verder dan onder Duins gekomen, buiten de Vryheid gevorderd werden. Men
toen zy uit 's Keizers dienft ontflaagen, en bevondt zelfs, dat fomiuige Ballingen,. Lu-
naar huis gezonden werden.- De Vorft, an- theriaanen , Herdoopers en anderen , zig:
dere inzigten gekreegen hebbende, floot, dikwils derwaards begaven, om te drinken
eerlang, een Beftand met den Grooten en vergaderingen te houden. En dit gaf
^ Heer (7).
                                     . \            gelegenheid tot een nieuw Oftroi, gedagte-
nd- De Landvoogdes , Vrouw Maria, onder- kend te Bruffel, den eenentwintigften April
deezes jaars ,waarby verbooden werdt, wyn
mF-£ï ** VrER
cl,ron- /• 4S- p°*tanus Hift. Geit. of bier te tappen buiten de Vryheid, binnen
/si v ,p- 783- Bkandt Enkh. il- 6z.                                                    rr
(h\ lldeJlr"Hift- V. Deel, bl. menz.                                                                                                                    dg
6-s «o» DkIFer c'""n. ƒ. fi, iz. Goudhoeven tl. f«,)AEnT van der Gofs Regift. Bl. 300, 3oi, 302.
.Z             K-fciGEusE. chron, van Zeei. u_ Deel.bl.^z, («) Handv. bl. i.s7.
* *'                                                                                           (o) Handv. W. 17, 16. [ïS>.]
Kk 2
j
-ocr page 309-
2?o                AMSTERDAMS             II. Deel.
)rden, en de Gaflhuizeh (t) : ook moeft i53?'
men, volgens aanfehryvens des Stadhou-
ders van den zelfden dag, wel fcherpelyk
letten „ dat 'er geene duiftere of ergerly-
„ keftoffenopden predikftoel gebragt wer-
„ den, en dat de Leeraars niet tegen elkan-
„ deren predikten;moetende deezen, watv
„ neer zy iet in elkanders Leer of gedrag
„ te berispen vonden, de fchuldigen af-
„ zonderlyk vermaanen, of 'er den Officier
„ der Stede of den Hove van Holland ken-
v, nis van geeven (u)."
Men begon, te Amfterdam, wat fcher-Dege'
per te gaan tegen de Hervormden, federt w^üt
dat Meefter Kornelis Wouter Dobbeszoon, in ?CJ 0'
September des jaars 1535, in de plaats van {^cb'5'
Kläas Gerrit Mattheuszoon, tot Schout aan- zoof>
genomen was (y). Deeze, eenen witten voet w'or^t'
hebbende ten Hove, en onder eenen deken°^,,egä'
leggende met den Procureur-Generaal, Rei-d;,g-
nier Brunt, beftondt, omtrent deezen tyd, vaa^'
verfcheide Regenten te befchuldigen van
Ketterye. Meeffc hadt hy 't egter gelaaden
op den gewezen Schout, Jan Huibrechts-
zoon , die, in 't voorleeden jaar en in dit,
met een kerkelyk geding , uit naam van
Ruard Tapper, Opper-Inquifiteur hier te
Lande, door den Onder-Jnquifiteur, Floris
Egbertszoon
, Pafloor der Oude Kerke, las-
tig gevallen werdt (w). Hier by bleef her.
niet. De Procureur - Generaal verwierf een
Mandement van den Hove , waarby Jan
Huibrechtszoon, die, ondertufTchen, den
florm ziende aankomen, ten Lande uit ge-
weeken was, voor 't Hof gedagvaard werdt.
De vrienden van den gedaagde konden ligte-
lyk voorzien, dat hierop vonnis van balling-
fchap en verbeurdverklaaring van goederen
volgen zou. Doch alzo dit laatfte, volgens
de Privilegien der Stede, met honderd gul-
gens af tekoopen was, vervoegden de naaffc-
beftaanden van den Gedaagde zig by Bur-
gemeefteren, met verzoek om derzelver by-
fland tot handhaaving deezer Privilegien.
Bürge meefter en toonden 'er zig gereed toe, ^°'
en verfcheenen, nevens hen, voor't Hof, j,
in de Lente des volgenden jaars. De Pro- Be^J
cureur - Generaal hielde den Raaden voor dig'jjy
„ dat Meefter Jan Huibrechtszoon , in het tetl$'
jaar 1518 , Schout van Amfterdam ge-n
„ worden was; dat, federt dien tyd , die
,, gereprobeerde SeEten van Luterye, Sacra-
mentißerye ende Herdooperie aldaar opge-
„ komen, en fterk toegenomen waren. Dat
„ de Stad, hierdoor, in groot gevaar geraakt
„ was van ingenomen te worden: 't welk
„ men
(t) Repert. bl. 38.
(u) Zieden Brief in H. deGroot Verantw. Cao. VI.R SS-
(v) Groot-Memor. N. 1- ƒ. 309 ver/o,
(VJ) Zie COMMELIN bl, 94°.
1530. de volgende paaien: „ Buiten de Häarlem-
„ mer-Poort, tot aan den draaiboom, ftaan-
„ de op den dyk voor Frans\ JValkhs huis
„ ingeflooten; buiten de S. AntonisPoort,
„ tot de twee huizen binnensdyks, daar het
„ Bolwerk van Ypefloot begint, ingeflooten;
„ buiten de Reguliers-Poort, tot het lange
„ Loopveld toe ingeflooten; en buiten de
„ Heiüge-wegs Poort, tot aan den Over-
„ toom en Piet er Wittemszoons huis inge-
„ flooten (py Doch men bevondt eerlang,
dat fommigen, agt of negen roeden buiten
deeze paaien , herbergen begonden op te
zetten „ daar fomtyds ook Ballingen, Lu-
9 tberaancn, Wederdoopers ende andere ver-
twyfelde menfeben," gelykze genoemd wer-
den „ hunne Conventicuïen hielden:" waar-
om Keizer Karet, op den agtentwintigften
Auguftus deezes jaars, nader verklaarde,
„ dat niemant tappen mögt buiten de Haar-
„ lemmer-Poort tot aan Slooterdyk toe, het
„ Dorp zelf daar onder niet begreepen ;
„ noch buiten de Heiüge-wegs-Poort tot
„ halfweg Slooten, en aan den weg van't
Voort- » lange Loopveld (q)." Uit deeze Oclro-
gang der jen blykt,onder anderen, dat menhethou-
veivol- den van Vergaderingen van zulken,die der
ginge" Hervorminge waren toegedaan, zelfs bui-
ten de Stad, zogt te weeren. Ook vindt
men, dat Joriaan Benthuyfen, die met Hans
van Camphuyfen
, op eenen Zondag, onder
de Hoogmiffe, in zekeren tuin, gelezen hadt,
in een bouck geintituleert 't nyewe teflement
van martinus luthere
, welk niemant,volgens
de Plakaaten, leezen of by zig hebben mögt,
op den zevenden July deezes jaars, verwee-
zen werdt, om, met het boek om den hals,
waarop met groote letters ftaan zou Dit es
Martinus Lutherie bouck
, voor de gewoon-
lyke Zondags-Proceffie, te gaan, ofvyfen-
twintig guldens te betaalen. Men handelde
deezen perfoon , die anders , volgens de
Plakaaten, lyfen goed verbeurd zou heb-
ben, zo genadiglyk,om dat hy maar veer-
tien jaaren oud, en onlangs eerft, met het
boek, welk hy van zynen Vader ontvangen
hadt, hier te Lande, gekomen was : ook
om dat hy verklaarde, geen e kennis te heb-
ben van den inhoud der Plakaaten (f). Ten
deezen zelfden dage, werdt Jan Janszoon
van dm Berg
, hier ter Stede, om Herdoo-
Ordeop perye, onthoofd (Y). De groote Steden,
het pre- en dus ook Amfterdam > mogten, volgens
diken in een p]akaat van den zesentwintigften Sep-
te fte-°~ temher, nergens laaten prediken dan in de
den. " Kerfpelkerken, de Kloofters der biddende
(p)   Handv. bl. 18. [60.]
(q)  Handy, bl. 19. [<Si.j
(r)  Agier 't Keurb. E. ƒ. 207 ver/o.
(s)   Sententie!), van is OB. 1523 tot 19 Maart 1567. /.
»3. 2ÏS OOK COMMELIN bl, S+J.
-ocr page 310-
GESCHIEDENISSEN.
VI. Boek.
2JI
Willem, Pnefter van Utrecht, zonder 1540.
„ dat hy 'er iemant over geftraft hadt. Dat
„ hy zelf hadt bekend, Melanchtonsfchrif-
„ ten gelezen te hebben. En dat hy, ejn-
„ delyk,in Auguftus des jaars 1539, in den
„ Haage befchreeven,en ter naauwernood
„ eens voor Kommiffariflen van den Hove
„ gehoord geweeft zynde, heimelyk naar
„ Amfterdam, en voorts ten lande uit ge-
„ weekenwas. Sedert was hy, tot drie maa-
„ len toe, ingedaagd; doch niet verfchee-
„ nen; waarom de Procureur-Generaal
„ eifchte, dat hy gebannen en zyne goe-
„ deren verbeurd verklaard mogten wor-
„ den."
De Burgemeefters van Amfterdam en de Hy wordt
vrienden van JanHuibreehtszoon zelven on-v00r al-
dernamen niet, hem tegen de befchuldiging j-00s ge'
van Luthersgezindheid te verdedigen. Zy anneiv
beweerden alleenlyk, dat de verbeurdver-
klaring zyner goederen, met honderd gul-
dens, volgens de Privilegien der Stede,'kon
worden afgekogt. Het Hof verftondt dit
eveneens. De Gedaagde en voorvlugtige
werdt, by Sententie van den negentienden
Maart des jaars 1539 \_l54-°~], ten eeuwi-
gen dage, gebannen,uk Holland,Zeeland,
Friesland en Utrecht; doch van zyne goe-
deren niet meer dan honderd Karels gul-
dens, achtervolgens 't Privilegie van der Ste-
de van Amfterdam,
verbeurd verklaard. AI
't welke blyken kan uit de Sententie zelve,
die nog nooit gedrukt geweeft, en daarom
van ons, hier agt er, onder de By!aagen(x~),
geplaatft is. Sommigen tekenen aan, dat
de gebannen Schout , in 't volgende jaar
1541 , te Harderwyk, overleeden is (y).
Op den negenden Auguftus deezes jaars,
werden vyf Perfoonen gehangen , die be-
kend hadden in 't Verbond der Herdoop e-
ren getreden, en aan Kerkroof fchuldig
te zyn (2).
Keizer Karel de V. kwam, in July dee-Karel de
zes iaars, in Holland, om eene gewoonly-V'bdeêC
ke Bede te doen van de Staaten, die, te-Dagvaart
gen den vyfden Auguftus, in den Haage be- te Am-
fchreeven waren. De Bede gefchiedde, terfterdaiIU
fomme van honderdduizend guldens's jaars,
voor den tyd van zes jaaren. De Leden
namen aan van deeze Bede verflag te zullen
doen, en den Keizer antwoord te zullen
brengen, op zulk een' tyd en plaatfe, als
hy zou goedvinden te bepaalen. Hy noem-
de Amfterdam, tegen den twaalfden der
maand (V). Het Geregt deezer Stad, hier-'tGeregt
Van^eltorde
(x) t'. B.
(y) F. VON Zesen, hl.'°";
(z) Sententieb. van is Otfot/. ijij tot 19 Maan JJ67.
' (öj'aert van dïk Goes Regift, tl. 30fi.
Kk 3
uien aan de flapheid van den Gedaagde
en van andere Burgemeefters en Regeer-
ders in dien tyd wyten moeft. Dat de
Gedaagde zelf gehouden werdt van de
gemelde Seele te zyn. Dat hy, ten min-
fte, het zingen van fchandelyke Liede-
kens,
tegen 't Sacrament des Altaars,en
tegen de Geeflelyke Perfoonen, inzettin-
gen en Plegtigheden, ongeftraft, gedoogd
hadt. Dat onder anderen zekere Schui-
tevoerder , Adriaan met een Ooge genaamd,
den Luiden, die naar de Heilige Stede gin-
gen, om 't Sacrament te vereeren, open-
lyk hadt toegeduwd, wat gaat gy 't Sacra-
ment bezoeken? Ik agt de kaas en 't brood,
welk ik in myne hand heb, zo goed als 't
Sacrament. Hier vaar ik wel van. Maar
't Sacrament is meer niet dan der Paap en
Goden louter brood.
Dat dezelfde Adriaan
ook hadt gezeid, dat de Heer, het brood
des Avondmaals met de eene hand uit-
reikende , gezeid hadt, Neemt dat, terwyl
hy, met de andere, op zyne borft wy-
zende, daar by voegde, Dit is myn lig-
haam.
Dat hy ook, in November des
jaars 1532, in 't Cellebroeders Klooiler,
openlyk gezeid hadt, dat hy wel vyfiig
Sacramenten te gelyk met eene dagge door-
ßeeken, of met voeten treeden zou durven.
En dat de Gedaagde, om dit alles, A-
driaan alleenlyk bevolen hadt, niet zon-
der zyn verlof uit de Stad te gaan, hem,
naderhand, toen hy gedrongen werdt
hem te vatten, heimelyk waarfchuwen-
de, dat het nu tyd was om te vertrekken.
Dat hy Grietje uit Hitland, die wiftwaar
Jakob van Kampen verfteken was ge-
weeft, zonder het aan te brengen; Ma-
rytje Klaas
, Huisvrouw van Meeuws den
Blokemaaker,
die ver doopt was; en nog
eenen Mandemaaker van dezelfde gezind-
heid , Heer Arend genaamd, gelyke waar-
fchuwing hadt gedaan. Dat hy, wyders,
verkeerd hadt met bekende Ketters, en
onder anderen met Heer Klaas van Elfi,
die Luther zelven hadt hooren leeren.
Dat hy, om zulke redenen, door't Hof,
in 't jaar 1534, van 't Schoutampt afge-
zet , en in eene boete van honderd gul-
den verweezen geworden was. Dathy,
wyders, ook plagt te hooren een' Gardiaan,
[Joannes'] Pelt genaamd,die in deReventer
[Eetzaal] van 't Minderbroeders Kloofter
leerde, en het Evangelie van S. Mattheus
in Duitfcher fpraake hadt doen drukken;
welk boek hyfehoon daartoe vermaand,
nift hadt doen ophaalen. Dathy, al in
^Jaar 1525, kennis gehad hadt van het
ouden van Lutherfche Vergaderingen
aaar ter Stede, door zekeren Meefier
-ocr page 311-
II. Deel.
AMSTERDAMS
252
gen, tot eene gunfïige uitfpraak in het oud "i54°*
gefchil over het Dordrechtfche Stapelregt,
welk deeze Stad en andere Steden, om-
trent deezen tyd, wederom leevende ge- .
maakt hadden (ƒ). Ook beveiligde deKei-Ify£ee
zer, by eene Sententie van den agttienden ee°ßjge
Oftober , die te Bruffel gegeven werdt ,Qrdoii'
Dordrecht wel in het Stapelregt; doch hynantie,'
voegde 'er eenige bepaalingen by, waaruit voor "jj.
bleek, van welke goederen, en tot hoe hoog,Sta t |jet
het Stapelregt alleen gevorderd mögt wor-^f.
den. Ook hieldt de Sententie in „ dat alle^cltf';
„ goederen, Kanthout, Kromhout en Ee- febes^
„ ken planken uitgenomen, komende uitPelreg'
„ het Noorden, van Amflerdam en daar
„ omtrent, door de Stede Gouda en den
,, Yflel nederwaards voorby Rotterdam ^
„ niet gehouden zouden zyn te Dordrecht
„ aan te vaaren , of aldaar te verflape-
»len(g)."
                                                        ,t,
Men kon deeze nadere bepaaling van het Het v
Stapelregt aanmerken als eene gunft voor lo^e
Amflerdam. Doch niet lang hierna, werdt °^o0^
ten Hove beflooten, het afgefchaft Verlof- xv0ril $
geld op 't uitgaande Koor en wederom in te vreiet
voeren: 't welk ten hoogfle fchadelyk was 'lXi^.
voor deeze Stad. Ook deedt zy en demees-v0
te andere Steden ernftige vertoogen ten
Hove, om van de betaaling van 't Verlof-
geld bevryd te blyven (h); doch alle poo-
gingen fcheenen vrugteloos. De Landvoog-
des verflondt, dat men 's Keizers Hoog-
heid te na fprak, als men zig van 't betaa-
len van een zyner Heerlyke regten meende
te mogen ontflaagen rekenen (J). 't Ver' i$4
lofgeld werdt dan ingevoerd. Doch men
bevondt wel haafl, hoe veel nadeels het
deede aan den Koophandel deezer Landen
in 't gemeen, en aan dien van Amflerdam
in 't byzonder. Wel honderd en vyftig Oos^
terfche fchepen , welker meeflen anders-
zins hunne Laadingen aan deeze Stad ge-
lofl zouden hebben, zeilden nu weftwaards
en 't Land voorby, 't welk met reden voor
verloop des Oofterfchen handels vreezen
deedt.
Te Amflerdam, werdt, midlerwyl, het op' j,
Verlofgeld ten fcherpflen ingevorderd (T). fcb
De Ontvanger van het zelve, Jakob van^fif^
Grammaye,
beflondt, op zekeren avond , ^ifl'gu-
ten tien uuren, in September of Oftober des ge^V11
jaars 1541, het huis van eenen Poorter, he| $
die, naar 't fchynt, geweigerd hadt te be-1^,
taaien, met zyne dienaars te overvallen ,v
met
(f)  Refol. Vroedfch. iz AfirU IJ40. N. \. f. ^verfi.
(g)  Zie ie Seritent., en Oidonn. by BALEN Dordr. il-
444->4J° »4S», +öj.
(h) B-elol. Vroedich. 4 Maart, 7 May, 1 "Jur.y 1541. ff:
I. ƒ. 5 ver/o, 6 verfofj.
(i) Vaderl. Hift. y. Deel, il. 198 enz.
(k) Refol. Vroedich. 13,14, 16 Aug. ij+i. .V. I. f. »>
$', 10, 11.
1-40. van berigt bekomen hebbende, beval, den
oirfden tienden „ datniemant der Schutteren,zon-
Keizer te „ der verlof van Burgemeefleren, uit de
ontvan- 'rf Stad gaan zou (Z>):" en den elfden „ dat
Sen- „ de drie Schutteryen, op 't luiden van der
„ Stede klok, gewapend vergaderen zou-
„ den; de Oude of Kloveniers Schutters,
„ in S. Jakobs Kapelle, de jonge Schutters,
„ op de Kolk, en de Handboogsfchutters,
„ in de Lieve Vrouwen Kapelle; om van
„ daar, onder geleide hunner Overluiden,
„ pp te trekken, en niet naar hunne Doe-
„ len te keeren, voordat de Slacboort op de
„ Plaatfe gedaan zou zyn. Dat de Her-
„ bergiers den Schutteren geen bierofwyn
9, zouden hebben te fchenken, voor dat zy
„ wederom in hunne Doelen gekomen wa-
„ ren. Dat elk, wien 't Geregt eene tooit -
„ fe t'huis zondt, daarmede, in een' zwar-
„ ten tabbaard gekleed, op de Plaatfe by
„ 't Geregt komen moeil, wanneer der
„ Stede klok luiden zou. Dat niemant,
„ dan die geregtigd waren om der Stede
„ wyn te tappen, wyn leveren zou op de
„ loodjes, die de Wethouderfchap voor-
„ hadt aan 's Keizers gevolg aan te bieden,
„ om daarop den eerewyn te laaten haaien.
„ En dat niemant eenig gedruifch zou heb-
„ ben te maaken in de Kerken, gelyk 011-
den en jongen, in de nieuwe Kerke, ge-
„ daan hadden, toen de Landvoogdes,
„ Vrouw Maria, in't voorleeden jaar, al-
Men „ daar de mille hoorde (c)." Ondertus-
maakt fchen, hadt men den Keizer vertoond, dat
den Kei- het raadzaamer ware, de Dagvaart te Haar-
^er de , lem te leggen, ende dat, gelyk de Advo-
wftei-Cderkaat van der Goes aangetekend heeft
Stad te- (d), omdat fAmflerdam die vier elementen
gen. gecorrumpeei t waren, ende om te behoeden die
gefontbeyt van fyne Majefieyt., ende den gee-
nen die hem volgen ende water drincken willen,
't welk f Amflerdam nyet en doecht
, ende veel
fleck, ja den doedt drincken Jonden mogen.
En
't fchynt, dat deeze aanmerkingen , die
niet geheel ongegrond waren, alzo het wa-
ter in de graften reeds zeer bedorven was,
en men nog niet veel regenbakken hadt,zo
veel gewoogen hebben, dat de Dagvaart te
Hy komt Haarlem gehouden werdt. Evenwel kwam
'eregcer. de Keizer, op den dertienden, in Amfler-
dam, daar hy treffelyk werdt ingehaald;
doch flegts, tot 's anderendaags 's morgens
vertoefde, wanneer hy naar Utrecht voort-
reisde (e). Amflerdam hadt, midlerwyl,
gereedelyk bewilligd in de zesjaarige Bede,
veelligt om den Keizer daardoor te bewee-
(i) Keurt). E. ƒ. 6i.
(c)   Keurt). E. f. «I.
(d)  Regift. hl. 307.
(e)   E. de V'f.rr Chron. ƒ. 53 ver/o,
«n. Vï-JUUS Hoorn, hl. 14.2.
GOUDHOLVÜN il.
-ocr page 312-
VI. Boek.             GESCHIE
253
fchepen in beflag (0), tot merkeïyk nadeel
der Amfterdammeren. Willem, Hertov van
Gulik en Gelder
, deedt een groot getal kneg-
ten , onder Maarten van Roflem , byeen
trekken in 't Land van Kleeve en elders.
En de tyding hiervan bragt de Regeering
van Amfterdam tot een befluit om, tegen
den vierden July, eene algemeene Wapen-
fchouwing te doen over de ingezetenen van
agttien jaaren oud en daarboven, die zig,
des morgens voor zes uuren, gewapend,
op hunne hoefflagen vervoegen moeften.
De burgers, die op den hoefflag boven de
Waage befcheiden waren, moeften zigplaat-
fen in de nieuwe fteeg, van de Halle af tot
den burgwal toe. Vreemdelingen , vrou-
wen en kinderen moeften,ten tydederWa-
penfchouwinge, binnens huis blyven (p).
Op den zeftienden Juay te vooren, hadden
de zesendertig Raaden reeds beflooten, de
buuren buiten de S.Antonis poort van kruid
en lood te voorzien, en in den muur, tus-
fchen die poort en Schreyhouck, bekwaame
gaten te maaken , om grof gefchut in te
leggen (q). Ook zou men de Laftaadje be-
waaken, en eenige huizen aldaar afbree-
ken (r). René van Chalons, Prins van Oran-
je
en Stadhouder van Holland, deedt ook,
by raade van de Steden Haarlem en Am-
fterdam, uitleggers leggen in de zeegaten
van Texel en 't Vlie (/), om den Gelder-
fchen het uitloopen te beletten. Zy namen,
ondertuffchen, eenige fchepen op de Zui-
derzee, en Maarten van Roffem deedt ee-
nen inval in Brabant. Men hieldt eene Dag-
vaart van de Waterlieden te Amfterdam,
om op de veiligheid der Scheepvaart te
raadpleegen (f)- Doch ik vind niet, wat
aldaar beflooten werdt. De Stadhouder hadt
zelfs alle Leden van Holland te Amfterdam
ter Dagvaart befchreeven, tegen den twin-
tigften July, om op eene nieuwe Bede van zes-
tigduizend guldens, hun, door de Land-
voogdeffe, gedaan, tebeflniten; doch de
tyding van den inval van Maarten van Ros-
fem deedt hem de Dagvaart van Amfterdam
verleggen naar den Haage. 't Liep aan tot
in 't laatft van Oclober, eer in deeze Bede
bewilligd werdt. De penningen werden by
verzegeling opgenomen door de Leden ,
befluitende Amfterdam, met moeite, om,
gelyk te vooren meermaalen gefchied was,
op zig zelf te zegelen (u).
Doch terftond hierna, vorderdedeLand-
voogdes wederom een honderdften penning
van
(e) VELIUS Hoorn , il. 144-
(p)'Keiub. E. ƒ. 76.                 
(q) Refól. Vroedfch. N. I. i« 7*»y U4».
(r) Refol.-.Vrocdfct.. N. I. 5 July , 7 Aug. iJ42.
(s) Vader!. Hift. V. Deel, bl. %zz.
(t) VELiuS Hoorn, tl. 143.
\u) Vaderl. Hift, V. Deel, il. 22j, 230.
lHi
met oogmerk om hem te ligten en te ver-
voeren, 't Volk, in merkelyken getale op
de been geraakt, riep dat zulk geweld flreedt
met de voorregten der Poorteren, en wilde
den Ontvähger te lyve, die nog, ter naau-
wernood, door de Wethouderfchap, ver-
dagtby't volk van hem de hand te zeer bo-
ven 't hoofd te houden, gebergd, en heime-
lyk ter Stad uit gelaaten werdt. Het Hof
van Holland vaardigde , federt, Meefter
Kornelis Suys herwaards af, om onderzoek
te doen op deeze beroerte. Men deedt 'er
der 'Landvoogdeffe verflag van , die zig
zeer misnoegd toonde, om dat men's Kei-
zers Amptenaar, met fchande, ter Stad uit
gezet hadt. De Wethouderfchap verant-
woordde zig , ten befte mogelyk. Doch
Vrouw Maria liet zig niet dan met moeite
te vrede ftellen (/). OndertmTchen , zag
men, uit het gene te Amfterdam gebeurd
was, hoe veel zwaarigheids het geweldig-
lyk heffen van het Verlofgeld naar zig ftondt
te fleepen. De Landvoogdes deedt dan
voorflaan, dat zy 't zou afichaffen, zo men
den Keizer,tegen 't nadeel, dat hy 'erdoor
lyden zou ,vyfentwintigduizendguldens vol-
deede. De Staaten beflooten hiertoe geree-
delyk, en men kwam overeen, dat Amfter-
dam , als het meefte belang by het affchaf-
fen van 't Vefiofgeld hebbende, een der-
de van deeze vyfentwintigduizend guldens
vooruit betaalen zou, en dat de overigen
twee derde over 't gemeene Land zouden
Worden omgeflaagen. Op deezen voet, werdt
Holland en Amfterdam in 't byzonder, in
de Lente des jaars 1542, wederom, voor
eerft, van 't opbrengen van 't laftig Ver-
lofgeld ontheeven (m).
De Koning van Frankryk, zig met Zwee-
den, Deenemarke en Gelder verbonden
hebbende, hadt Keizer Karel, in May des
Jaars 1541, wederom den oorlog verklaard;
doch de vyandelykheden nog niet openlyk
begonnen. De Landvoogdes hadt, ter deezer
gelegenheid, eene Bede aan de Staaten van
"o 11 and gedaan van vyftigduizend guldens
*erftond, of tagtigduizend guldens, als't open-
baar oorlog werdt. Amfterdam en eenige an-
dere Leden vonden deezen eifch onredelyk;
doch ftemden tot voorbetaaling der reeds
^gewilligde Bede van honderdduizend gul-
^ns 's jaars. Maar de meeften verftonden
c anders, naar welker gevoelen, de Land-
yo°gdes de Akte van bewilliging deedtop-
alen («).
t Leedt niet lang, of de oorlog ontftak
openlyk. De Konjng van Deenemarke
l00t de Zont, en nam veele Hollandfchè
(«) VadRed.VH7ftDiR GOT,sKtgL&.il.ll4,3ls,iz6,}z7.
(») Vadeil. Hift". v d"1,' {l; z°7-
' »• Oeel, tl. zi« , 217, "°.
I542.
Amfter-
dam.
tvvX
Ä
Dag-
vaart der
Water-
lieden
aldaar.
Andere
Dag-
vaart te
Amfter-
dam be-
legd;
doch niet
gehou-
den.
SS
fis
De Stad
bewilligt
K
§
-ocr page 313-
II. Deel.
AMSTERDAMS
254
ftraat verfcheenen. Voorts, werdt het hou- 1543*
den van heimelyke Vergaderingen , op
nieuws , ftrengelyk verbooden (z). Vier Vief 5.
vrouwen Aaf en Ne el Jan Verburgens Dog- V°fe
tets
, Duif Jans Dogter , Huisvrouw van ^V60
Ham Kraag, en Anna Jans Dogter, Huis- gehafl'
vrouw van blaawmen Willem, Kooman Jan neu- .
Klaaszoon , een' Leerling van Menno Si- l&
monsz
, in zulk eene Vergadering, eenige
deelen der Schriftuure, naar zyn begrip,
hebbende hooren uitleggen, werden, den
negentienden January des jaars 1544, voor
altoos, uit de Stad en derzelver Vryheid
gebannen, met verlof om 'er, niet dan op
den elfden May , zynde den ingeftelden
dankdag over de zege, in 't jaar 1535, op
de Herdoopers behaald, te mogen inko-
men ; mids zy dan, blootshoofds en barre-
voets , met een ponds Waskaarfe in de hand,
den plegtigen ommegang verzelden («).
Doch 't berigt,wegens eenen nieuwen aan-
flag der Herdooperen , fchynt ongegrond
geweeft te zyn, of heeft ten minfte geen {
gevolg gehad. Alleenlyk vindt men, dat T1^/
'er, den negenentwintigften January, nog we- *°^'
derom twee Herdoopers, een van welken&
zevenentagtig jaaren oud was ,onthalsdzyn,
waarna hunne rompen op raden gelegd, en
hunne hoofden op ftaaken gezet werden (£).
Een van deezen twee was de gemelde Jan
Klaaszoon, die zyn werk gemaakt hadt van
het doen drukken en verlpreiden der Schrif-
ten van Menno Simonsz (c)-
                         *?
Keizer Karel was, na 't fluiten van't Ver- Pe,;^
dragvan Venlo, ook met Chriftiaan den III., Ä1'
Koning van Deenemarke, in onderhandeling ,#$'
getreden over de herftelling der Vrede. De ja^
Regeering van Amfterdam zondt, zo dra #°'V'
zy hiervan kennis kreege, haaren Penfiona- ^/S
ris, Meefter Floris van Hongaar de, om den #,&»
Keizer te verzoeken, dat hy, by 't fluiten, ie0^
wilde zorg draagen, dat Koning Chriftiaan ^V'
zigverbonde,om de Stad teherftellen indeel*
voorregten van Koophandel, die haar, door
de voorige Koningen van Deenemarke, ver-
leend waren (d). En deeze bezending hadt
het gewenfehte gevolg. Een der punten
van 't Verdrag van Vrede, welk den drie-
entwintigften May te Spiers getekend was,
behelsde de uitdrukkelyke beveiliging van
Amfterdam in alle de voorige Privilegien
O): waarvan, op Chrifidag, of den vyfen-
entwintigften December des volgenden jaars
1545»
(z) Keutb. E. ƒ. 99 ver/0.
(a) Agttr 't
Keurb. E. ƒ. 237
\b) Zie CoMMELIN II. 9+3.
(e) Sententieb. van 15 OZlot. IJ13. ut 19 'Maart i;61'
f. 124.
(d)  Vaderl. Hift. V. Deel, il. 263.
(e)  II. Privileg, boek, ƒ. 70 verfi. Vtiei\avjSi DU Mol"
Corps Dipl. Tom. IV. P. II. p. 274.
j^o van alle uitgaande Koopmanfchappen, een
«•derom tienden van de inkomften der vafte goede-
gereede- ren, in een tienden van de winden der Koop-
Jyk in luiden. Men bewilligde, in February des
verfchei- voIgenden jaars, mec veel moeite in den
Sen honderdften penning; doch flegts voor een
jaar. De twee tienden wilde de Landvoog-
des 'voor honderd en vyftigduizend guldens
laaten afkoopen. Amfterdam en eenige
andere Steden booden honderd en twintig-
duizend guldens. Doch Amfterdam werdt
het niet eens met de Landvoogdefle, en de
Staaten werden, eerlang, gedrongen om in
de twee tienden,in eene buitengewooneBe-
de van negentigduizend guldens, en in eene
leening van zesduizend guldens te bewilli-
gen. Amfterdam in 't byzonder hadt, ten
deezen tyde, den naam ten Hove, dat het
altoos zyn beft gedaan hadt, om aan de
Keizerlyke Beden te voldoen. Ondertus-
fchen, maakte het bewilligen in zo veele
Beden het opftellen van nieuwe Importen
noodzaakelyk, die, met den aanvang des
volgenden jaars, alomme, in Holland wer-
den ingevoerd (v).
Bevel om Het Verdrag van Venlo van den zeven-
de bui- den September des jaars 1543, waarby Gel-
ten tim- der en Zutfen aan Keizer Karel denV.wer-
meraad- den afgefl;aall (V), verzekerde Holland, en
brêeken. Amfterdam in 't byzonder, voor altoos,te-
' gen de Gelderfche vyandelykheden, waar-
van deeze Stad , dikwils , veel geleeden
hadt. In July deezes jaars , fcheen men
hier nog bekommerd voor eene overrom-
peling: waarom 'er wederom eene Wapen-
fchouwing gedaan werdt (x). Ook was , al
vroeger, gebooden, alle timmeraadjenbin-
nen de zeftien roeden buiten de Stads muu-
ren af te breeken: welk gebod, niet volko-
menlyk ter uitvoeringe gebragt zynde, nog
in't jaar 1545, fchoon 't gevaar van den
kant der Gelderfchen toenvoorby was,wel
uitdrukkelyk herhaald werdt (y).
Zore al- °P 't einde des JaarS l54-q' kree§ de
daar te- Wethouderfchap, hier ter Stede, berigt,
gen eene dat de Herdoopers en andere Seelen weder-
nieuwe onl voorhadden de Stad te overvallen, en
°eeming het bloed te wreken, welk zy zeiden, hier,
der'tïer- onnofelicken geflort te we/en. 't Geregt be-
doope- val, derhalven, op den drie-entwintigften
ren.
December, dat alle waarden, waardinnen
en andere Poorters hunne vreemde gaften,
nog dien avond, bynaame, aan den Schout
moeften komen opgeeven, en zorg draagen,
dat die gaften niet dan ongewapend op
(v) Refol. Vroedfch. N. I. 17 Fel/r. 12 Maart, 14 May
J543
Keurb. E. f. 100 ver/o. Vaderl. Hm.V.Deel, «.243 ,
^w^Gttmt Gücl Plakaatb.I. Deel, Prilim. PunS c. 10.
(x) Keurb. E. ƒ. 90.
(y) Refol. Vioedich. N. I. t 7"h U«. Handy, tl.
1005, looj.
-ocr page 314-
SCHIEDENISSE N.
VI.
>OÉK.
^55
„ geeven: ten welken einde, de Stad« ge- 1545,
„ lyk te vooren meermaalen gefchied was,
., in zeven Kwartieren of Wyken verdeeld
,, werdt, drie aan de oude, en vier aan de
„ nieuwe zyde: in ieder van welken, twee
,, Kwartiermeelters, uit de .Regeering en
,, deftigfte Burgers, werden aangefteld (!)."
Het vervolgen der Onroomfchen ging, fe-Vervol-
dert, voort. Quiryn Pieterszoon van Gronin- ging«
ge«'werdt, op den zeltienden April, als be-
hoorende tot de gezindheid der Herdoope-
ren, verbrand (jii). Zekere Anna Mickers,
die fomtyds niet wel by 't hoofd bewaard
geweeft was, hadt deezen Quiryn, en Jan
Klaaszoon, van wien wy boven («) fpra-
ken, fomtyds, hooren leeren, eil gaf,des-
wege voor 't Geregt ontbooden, geen vol-
doend berigt van haar geloove Omtrent het
Sakrament des Altaars. Zy werdt dan op-
de S. Olofs Poort gevangen gezet: daar zy,
twee jaaren gezeten hebbende, middel vondt
om te ontkomen; doch zy werdt, eerlang;
agterhaald , en op den twee-entwintigften
Juny des jaars 1547, verweezen , om een
half uur op 't fchavot te liaan, honderd
guldens aan boete te betaalen , en drie
jaaren buiten de Stad en de Vryheid der-
zelve te blyven, zonder 'er wederom in te
komen, dan na dat zy bewees, dat zy,een
jaar agtereen, in een Kloofter of ander gees-
telyk gefügt, gewoond hadt (0).
De duurte van 't Kooren gaf, in Oclober De uit«
deezes jaars, gelegenheid tot een Plakaat, ,voei' val1
waarby de uitvoer van het zelve verbooden ^Sore"
werdt (/>). Nogtans fchynt dit Plakaat te ycui'
Amfterdam niet afgekondigd, of naderhand
wederom ingetrokken te zyn (q). Immers ß«1^
fommigen hebben aangetekend , dat de §gnSrj^
Landvoogdes, in dit jaar 1545, iemantnaar D;rjcs.
Amiierdam zondt, om op te neemen, hoe zoon be-
veel voorraad van Kooren nog by de Stad fcb«l-
ware; dien hy zo overvloedig bevondt, dat d'sd*
de uitvoer, ten deezen tyde, vry bleef; fchoon
Burgemeefter Henrik Dirkszoon,naderhand,
nagegeven werdt, hoe hy hadt weeten te
beltellen, dat de Koorenkoopers twee las-
ten voor een opgaven. Doch deeze be-
fchuldiging heeft men, den Regte genoeg,
niet konnenbewyzen (f). Hoe 't zy,de uit-
voer van Graanen bleef, ten deezen tyde,
nog vry, tot groot voordeel van den Ara-
fterdamfchen Koorenhandel. Men kreeg
zelfs verlof van den Keizer, om den Pro-
cn-
(l) Keurb. É. ƒ. 114.
(m) Sententieb. van 15 OU. ijïj. tat Maart ijs-,
ƒ. I3+. Zie ook COMMEilN il. 94*.
(«) Bladz. 2J4.                                       , ,
(0) Keurb. E. ƒ. 12« vtr/t '» *£ter t zelve f. ïjr,
lp) Repert. bl. $%.                   ''*.
(q) Refol. Vroedfch. N. ï. 9 Aprd ij45.
(r) Hooït Nederl. Hift. II. Boek, il. «i,
LI
$44- 15 \ 5, byzondere brieven verleend werden
(ƒ). Midlefwyl, was het fluiten der Vrede
met Deenemarke, in Holland, en vooral te
Amfherdam, met groote vreugde gevierd:
gelyk ook gefchiedde, na dat, op den agt-
tienden September, de Vrede metFrankryk
te Crespi getekend was (g).
f^^cr. De Keizer hadt toen de handen ruim, om
den oorlog met de Proteftanten in Duitfch-
jot^ land te beginnen, gelyk hy, in't jaar 1545,
J°ften deedt. Tot de koften van deezen .oorlog,
$ den werden den Staaten vanHolland zeshonderd-
t&in duizend guldens, in vier jaaren op te bren-
"1" gen, afgevorderd. En Amfterdam was van
de gereedften, om in deeze Bede te bewil-
ligen (/'): 'c we'k alleen genoeg deedt zien,
dat men, hier ter Stede, ftrenger werdt te-
%. gen de Hervormden. Keizer Karel ook,
Waarfchynlyk om de gereedheid der Stad
te beloonen, en zekerlyk om haar in Haat
te {lellen tot het verder vervolgen der On-
roomfchen, vermeerderde haar ban- en vang-
regt, welk te vooren flegts tot duizend roe-
%, den buiten de Vryheid uitgeftrekt geweeft
S *n" Was, by brieven van den zesden February
l|a4' ,^es Jaars J54+ [x545]' tot °P eenemyl in
t ronde, buiten haare uiterfte Veften, mids
Oj)^ tot haar Officier de gevangenen, terftond ,
\\ jj?e -deedt overleveren aan den Officier der Plaat-
^14 **e' waar dezelven gevat waren. Voorts,
blykt uit deeze brieven, dat de uitbreiding
Van het ban- en vangregt begeerd was „ op
s, dat men te beter mögt können beletten
3, de Vergaderingen van Lutheranen, Ana-
3, baptiflen ende andere vertwyfelde menfchen,
35 die omtrent der Stede, by nachten ende on-
«> tyde, ep de Dorpen ende andere Huyfen,
si flaende buyten der Stede Vryheyt, gehou-
\ 35 den werden (/)."
j.von £ Ten deezen tyde, werden de uproerifche
ti^'^o. e&e der Wederdopers , de aanhangelingen
{fit ^ie * an Dnvid Jorisz. en van Jan van Baten-
v^Cl i?r£ ' ^e a^en we^ uitdrukkelyk van de
«5S- Wenniflen, of navolgers van Menno Si-
V*er- ??nsz-• onderfcheiden werden, uit Oofl-
riesland verdreeven (k). De Regeering van
^fterdam, voorziende dat veelen van dee-
* menfchen zig, veelligt, herwaards begee-
en zouden, beval, by eene Keure van den
kalfden Maart „ dat niemant zulke lui-
3> den zou herbergen; maar dat elkze, in
5> tegendeel, zou aanbrengen, zo hy wift
" ^aar zy zig onthielden. Ook moeflen
* ^e inkomende vreemdelingen zig by de
55 bartier- of Wyhneeflm der Stede aan-
(f) Handv. hl. „. [s ,
(>•) Handv «*; V-,/>»•• il. 283.
<k) Zie de 0,A 5- f*1-]
Q'V's Hift. van rwu-n" van Graavinne Anna in E. BENIN«
T Q T TT Tr tV' Botk ' Cap- CXXIX' *•• V-l<
-ocr page 315-
AMSTERDAMS
II. Deel.
i$6
Witvifch, netten met veel enger maazen t$4ï
plagten te gebruiken, en nog gebruikten:
en dat deeze vifïchery bedorven zou zyn,
zo zy genoodzaakt werden, de maazen hun-
ner netten, tot op vyf duimen, teverwyden.
De Keizer begreep dit,, en veroorlofde den
Amfterdammeren en anderen „ tot hunne
„ vifïchery te gebruiken de netten, die zy
„ 'er van ouds toe plagten te gebruiken;
„ doch geene Cheynetten of Seynerie. Ook
„ mogten zy den gevangen viich niet flee-
„ pen, noch verfmoorden vifch aan land
„ brengen , om daar te laaten bederven.
„ En zo zy zig op de groote Viiïchery wil-
„ den toeleggen , moeften zy netten ge»
„ bruiken, welker maazen vyf duimen wyd
„ waren." De brieven, hiervan verleend,
waren, den twaalfden November des jaars
1547, te BnüTel getekend (10). Die van 0st
OverylTel klaagden, niet lang hierna , ten nfi1 q-
cureur * Generaal, die 's Keizers regt, om
den uitvoer van 't Kooren te verbieden, en
niet dan onder 't betaalen van Verlofgeld
toe te laaten, voorftondt, te betrekken voor
den Grooten Raad van Mechelen: daar elk
zyne belangen inbragt, en eindelyk,by ee-
ne Uitfpraak van den dertienden OÄober
des jaars i54§ 5 verklaard werdt „ dat
alle uitheemfch Kooren uit Holland zou
1545.
;>
mogen gevoerd worden, zonder eenigen
'„ ongewoonen Impoft of Verlofgeld fchul-
„ dig te zyn (j)."
In 't voorleeden jaar 1544,hadt men,te
Amfterdam, de goederen van eenen Ant-
werpenaar gcarrejïeerd. De Brabanders, ver-
' meenende, dat zy, volgens de gouden Bul-
Ie van Keizer Karel den IV., in perfoon
noch goederen, bekommerd mogten worden
in Holland, namen dit zo euvel, dat zy 'er een
pleit om aanvingen voor den Grooten Raad
te Mechelen. En terwyl dit onafgedaan hing,
deedenzy, in't jaar 15 46, twintig Amfter-
damfche Poorters, en daaronder den Bur-
gemeefter Nikolaas Bafliaanszoon, die,in de
Lyft der Regeeringe, Claas Henricksz. Bas-
gen
genaamd wordt, te Antwerpen, arres-
teeren
(0- Men droeg, terftond, zorg, dat
deeze Poorters geflaakt werden. Doch het
gefchil tuffchen Brabant en Holland bleef
onafgedaan, tot in 't jaar 1550 (u). En toen
deedt Keizer Karel de V. uitfpraak , dat
het voorregt, den Brabanderen by de Gul-
den Bulle gefchonken, zig niet over Hol-
land uitftrekte (u).
De Keizer hadt, in den aanvang des jaars
1545, ten behoeve der Landen van Utrecht
en Overyfifel, O&roi verleend , dat nie-
mant, voortaan, in de Zuiderzee, zou mo-
gen viflchen dan met netten, welker maa-
zen ten minfte vyf duimen wyd waren, en
waarin, gevolgelyk, niet dan groote vifch
gevangen kon worden. Men hadt dit Oc-
troi, in Overyflel en elders, afgekondigd.
Doch in Holland werdt 'er zwaarigheid in
gemaakt. De Stad Amfterdam, welker in-
gezetenen zig nog, gelyk vanouds,gedeel-
telyk , geneerden met de verfche Vifch-
vangft, eneenige andere Steden vertoonden
den Keizer, dat zy, oudtyds, tot het van-
gen van Aal in den Zomer., en tot het van-
gen van Poft., Voorn , Spiering, Haring,,
waarvan de Ybokking gedroogd werdt, "in
den Winter; midsgaders.,tot het vangen van
Aal, Nebbelink genaamd, Garnaalen, Snoek,
Baars, Blink, Karper, Braasfem en anderen
(s) Handy. II. <>z.
(t) ADRIAAN VAN DEK GOES Rcglft, ep't Jaar is*6.
il. 7,
8.
(u) Vciderl. Hift. V. Deel, hl. 3J0.
(v) Zie de Sententie., by 130UT val) CÏe Arreften in z;>te
Waken II. Deel, il. 452.
Twintig
Amfter-
dam fch e
Poorters
te Ant-
werpen
gearres-
teerd.
I546.
Hove,dat de VilTchers van Amfterdam opv
ie<f
hunne kuften kwamen vifïchen, met enger "
netten, dan by het Plakaat van den jaare
1545 bepaald was. De Raad van Staate te
Brufïel fchreef hierover aan de Regeeringe
van Amfterdam, op den zevenden Februa-
ry des jaars 1547 [1548] (ar). My is niet
voorgekomen wat hierop geantwoord werdt;
doch 't is te denken, dat men niet zal ver-
zuimd hebben, zig te beroepen op hetOc-
troi, waarvan wy zo even fpraken. Maar
die van OverylTel, hiermede niet voldaan,
deeden, federt, de netten van Jan Jans-
zoon,
Poorter van Amfterdam, aanflaan door
den Schout van Yffelmuiden : waartegen
men , te Amfterdam , beflag leide op de
penningen,gekomen van zekere olTen,door
den gemelden Schout, hiej ter Stede, ver-
kogt. Doch op den negentienden Decem-
ber des jaars 1548, fchreef de Landvoogdes
aan de Wethouderschap, dat zy dit beflag
moeft afdoen (yj. Of dit gefchied, en den
Amfterdammer VilTcher , daartegen, ook
eenige voldoening gegeven zy, is my ner-
gens gebleeken. In 't jaar 1564, kwam 'er
diergelyk fchryvens van 't Hof te Bruflel
aan die van Amfterdam, met klagte over't
gebruik van te enge netten (2). Doch ik
vind niet, dat 'er, federt, over de wydte
der Vifchnecten, met die van Overysfel,
verfchil geweeft is. In 't jaar 1559, werde
by den Grooten Raad te Mechelen geoor-
deeld, dat de Steden van Holland, langs
de Zuiderzee gelegen en zig met de vifïche-
ry geneerende, niet mogten vil] chen in detf
mond der Riviere van Overyflel, noch op
(v>) Handv. */. ao. [6+ ]
(x) Oude Kerk, Laaie XXXIV.
(yj Oude Kt'rk, Laade XXXfV.
(z) Oude Ketk, Lande XXXIV.
Ordon-
nantie
op de
verfche
Vifch-
vangft,
ten be-
hoeve
van Am-
fterdam
1547-
-ocr page 316-
GESCHIEDENISSEN.
Vi. Boek.
2 57
I547. de Kamper zanden, op de diepte van drie
en een halve ellen waters by gemeenen vloed,
noch ook in 't zwarte Water of mond der
Vegt,van de Vorft af opwaards naar Gee-
nemuiden toe, van het eene Land tot het
andere (#).
Op den zevenden December deezes jaars
flooten, de Haringvaart te ftaaken, en de i^g
buizen op te leggen (d).
                                     >^y'
De Koning van Deenemarke, Chriftiaan Verfchil
delIF., hadt, onlangs goedgevonden, demetDec-
Zontfche tollen merkelyk te verhoogcn(»;nemaTke
en tol te vorderen van Wyn en Bier,waar'Zon^8"
van, tot nogtoe, niets betaald geweeft was. fchen tol.
Ook hinderde hy de Hollanders in den
Noordfchen Houthandel. Amfterdam gaf
van 't een en 't ander kennis, op eene Dag-
vaart van Holland, in 't begin deezes jaars
1549. Ook wift men, ten Hove, te wege
te brengen, dat Stratius, Raad in Gelder-
land, uit 's Keizers naam,naar Deenemar-
ke gezonden werdt, om over deeze nieu-
wigheid te klaagen. Amfterdam voegde Amfter«
hem Sybrand Pompt jus Occo, Oud-Schepen dam.
en Raad, toe, die op koften van 't gemee- ™.t
ne Land medereisde. De Stad bewilligde, „aar dat
eerlang, m eene verhooging van tol vanRyk.
twee en een half tot drie, op welken voet
men, zo ik meen, overeenkwam (ƒ). Am-
fterdam zette zyne Scheepvaart, dit jaar,
fterk voort; doch niet zeer gelukkig. Men
vindt aangetekend, dat de ingezetenen wel Zeefcha-
veertig fchepen, doorftorm en andere ram- -!e der
pen, verlooren hebben (g~).
                           r^en!2^"
Keizer Karel den V. geraaden gevonden prins fï-
hebbende, zynen Zoon, Prins Filips, als toe- Ups
toekomenden Heer derNederlanden, te doen wordt toi
inhuldigen; zo begaf die Prins zig, ondertoek?"
anderen, in September deezes jaars, naarGraave
Dordrecht, alwaar de Staaten van Holland van Hol-
befchreeven waren, die zynen eed ontvin-land ift-
gen, en hem getrouwheid zwoeren, op den ^h,uI"
zesentwintigften der gemelde maand. In
's Prinfen eed, was aanmerkelyk, dat hy
alle de Privilegien, die door de Graaven en
Graavinnen , zyne Voorzaaten , gegeven
waren, zonder eenige uitzondering te maa-
ken, beloofde te zullen onderhouden (/;).
Filips vondt, federt, goed, zig ook,in de
voornaamfte Steden van Holland, en onder
anderen te Amfterdam, voor toekomenden
Graave, te doen ontvangen. De Regeering, Hy komt
hiervan kennis gekreegen hebbende, fteide
te Ara-
de noodige orde op 's Prinfen inhaaling, by fterd»ffl-
welke, alle de Schutters der drie Schutte-
ryen in 't wit gekleed moeften zyn. 't Ge-
regt zondt ook, aan fommige Schutters,
handfehoenen: en deezen moeften de Ven-
dels by de inhaalinge draagen. Voor 's Prin-
fen aankomft, werdt de fchuttery gemon-
fterd, op twee kampen lands, buiten de
Re^
Nft
1547, werdt aan Burgemeefteren van Am-
fterdam ter hand gefield, om by der Stede
et on. Privilegien , en op gelyk gevaar met de-
zelven, bewaard te worden, de oorfprong-
s lden
Cadte
s!aate*
kelyke overeenkomft tuflehen die van Sloo-
ten, Slooterdyk, Ooftdorp, Hoatrak, Po-
lanen , de Geer, 't Hof-Ambagt, Spaarne-
woude, met de gemeene dykpligtigen tus-
fchen Amfterdam en Spaarnedam, ter ee-
ner, en de gemeene Ingelanden van Ryn-
land, ter anderer zyde, over het onderhou-
den van den dyk tuflehen Amfterdam en
Spaarnedam. De Acle, waarby dit blykt,
en de Overeenkomft zelve , die omtrent
Paafchen des jaars 1544 getekend is, zyn
beide onder de Privilegien der Stad, in de
Oude Kerke, Laaie VII. weggelegd.
De Schotten hadden,reeds van den aan-
vang des jaars 1544 af, eenige vyandelyk-
heden ter zee gepleegd tegen de ingezete-
nen der Nederlanden: die, allengskenstoe-
neemende, in January des jaars 1548, aan
de Stad Amfterdam gelegenheid gaven, om
ter Dagvaart van Holland voor te flaan,, dat
j, men op de beveiliging der Scheepvaart
„ behoorde verdagt te zyn."Zy fcheen zig
zelfs wel te willen bel aften met de uitrufting
van eenige Oorlogsfchepen, zo de Staaten
haar, daartoe, met agtduizend guldens, on-
derfteunen wilden. Doch 't blykt niet, dat
hierop iet beflpoten werdt. Tot beveiliging
der Haringviflcherye alleen , werden vyf
fchepen ten oorloge uitgeruft. 't Gemeene
Land droeg zesduizend guldens tot de kos-
ten Qi), en de Reedery het overige. De
agterlykheid der Leden, om in de koften
van 't beveiligen der Scheepvaart te draa-
gen, maakte de Stad Amfterdam, federt
eenigen tyd (<r), en zelfs nog in 't volgen-
de jaar, ook ongereeder, om iet op te bren-
gen tot beveiliging der Haringviflcherye;
waarby deeze Stad thans weinig of geen be-
lang hadt. Zy merkte aan „ dat de Koop-
jj vaardy zo voordeelig voor 't Land was,
« als de Viffchery; dat de Staaten egter,
s> voorleeden jaar , geweigerd hadden de
3j Koopvaardy te beveiligen; waarom zy
»> nu ook, in 't beveiligen der Viflcherye,
3> niet bewilligen kon." Ook werdt toen be-
I J ^eiol. Vroedfch. A'. I. 12, IS July, * Aug. 15*7.
%.
(d) Vaderl. Hift. V. Deel, il. 34'-
(t) Refol. Vroedfch. N. I. 9 Jan ist-%.
<f)
Refol. Vroedfch. N. I. 7» 10 Se?1' 'J49.
Hift. V. Deel, il. izl- , ,,
(g) Vaderl. Hift. V. Deel, bl, 3J&.
(h) Handv. bl. »C.
LI 2
Vaderl,
-ocr page 317-
II. Deel.
AMSTERDAMS
258
maaker, Me ins je Heffels, zyne Huisvrouw, 154?'
Jan Gerritszoon , Bezemmaaker, Margriet
Barends,
zyne Huisvrouw, Jakob Klaaszoon,
Snyder, Wein Pauwels,Huisvrouw van Pie-
ter Dirkszoon, Elizabeth Pieters,
haare Dogter,
Gaaf Janszoon, Klaas Sibboltszoon van Sneek,
Klaas Dirkszoon, Aagte Dirks, zyne Huis-
vrouw , Jakob Geleinszoon, en Katryn El-
beft s dogter,
zyne Huisvrouw (o).
In April des jaars 1550, kwam'er we-Een
derom een fcherp Plakaat uit in Holland , vrou^
waar by allen Officieren gelaft werdt, den P^o»'
Reguliers poort. De havens der Stede wer-
den opgeruimd, en andere fchikkingen ge-
maakt.De Prins kwam te water in de Stad,
van den Y-kant, door het Damrak, op den
ceriten Oftober, en deedt, des anderen-
daags, den eed van inhuldiging op het Stad-
huis"©, die hem, door den jongden Bur-
gemeefter, Jooft Sybrandszoon Buik,afge-
nomen werde (£),ten aanfehouwen vaneen
groot getal ingezetenen, die voor 't Stad-
huis vergaderd waren. De Prins vertrok,
dien zelfden dag, nog naar Utrecht (/).
Amfterdam hadt, reeds eenige maanden te
vooren, bewilligd in een gefchenk vanvyf-
tigduizend Filips guldens, welk hem, door
de Staaten van Holland,gedaan werdt (/«).
De vervolging der Onroomfchen ging nog
flerk in zwang, hier ter Stede. Omtrent
deezen tyd of wat eerder, werden Jakob
de Gelderfchman én Dirk Pieterszoon Smuel,
die hier gevat en in den Haage gevonnift
waren , wederom herwaards gevoerd, en
voor 't Stadhuis verbrand. En in 't begin
deezes jaars 1549, zaten, hier ter Stede, om-
trent twintig Doopsgezinden in hegtenis,
die, op zekeren nagt, op zes mannen en
drie vrouwen na, uit de gevangenis ontkwa-
men. De overgebleevenen, behalven eene
zwangere vrouw , werden allen, den twin-
tigften Maart, ten vuure veroordeeld. Zie
hier hunne naamen: Pieter Janszoon, To-
bias Que ftincx ■>
Schoenmaakers, Jan Pen-
newaarts
van Loenen, Gysbert Janszoonvm
Woerden, Ettert Janszoon, Kleêrmaakers,
Lukas Michielszoon van Dordrecht, Glaze-
maaker, Barbara Tieleman van Dordrecht
en Truyken Boem, Dogter van Willem Boens.
De bevrugte vrouw, verloft zynde, werdt
krankzinnig, en om die reden in een Dol-
huisje opgeflooten. Jakob Klaaszoon van
Landsmeer, en Cecïlia Jeronimus Dogter,
zyne Huisvrouw, werden, den negenden No-
vember , hier ter Stede, ook om Ketterye
verbrand (n). Zulk eene ftrengheid bragt
te wege, dat veelen, ten deezen tyde, de
Stad verlieten, die, als verdagt van Ketterye,
ingedaagd, en toen zy niet verfcheenen, ge-
bannen werden: 't welk in deezen jaare het
lot was van eenentwintigperfoonen,te wee-
ten, Aaltje de Waal, Aalt je Egberts ofMos-
tert
, Annetje Lenerts dogter, Kornelis Elberts-
zoon
, Dirk Pieterszoon, Katryn Jans Dog-
ter t.
zyne Huisvrouw, Gysbert Janszoon,
Elsje Ruiters, Jan Jakóbszoen,
Harnafch-
(») Refol. Vroedfch. N. I. 15 Sept. ij+o. Keurb. E.
ƒ. '149 verfo, ijo verfo, 15i, tszverfi. Oude Kerk, Laa-
dt
XI.
(k) Lyft der Regeer, op 't jaar is+9.
(I) Vide Matth. de Nobil. Libr. u. p. 73 8.
(m) Refol. Vroedfch. N. I. 18, 26 Maart IJ49.
(») Sententie!), vams 03. IJ23 tot 19 Maart IJS7. /. HS,
17* verft. Zit ook. Commelin il. 944, s+j, 94«.
1549-
Inquifiteuren behulpzaam te zyn, in het op- i
en •
zoeken van verdagte Ptrfoönen. Den aan- een
brengeren werdt de helft van de goederen man5Per<
der veroordeelden beloofd (p) : 't welk vee- f'oonj
len tot aanbrengers maakte, die 'er anders ',?o-
geene gedagten op gehad zouden hebben,
Anneken Boons, Dogter van Matthys Boons, .
zig, te Antwerpen, door Gillis van Aken,
hebbende laaten herdoopen, was, hier ter
Stede, reeds te vooren , op den derden
Maart, verdronken (q). Reyer Dirkszoon,
Schuitevoerder, werdt, zwaar gepynigd zyn-
de, ook hier, in Auguftus deezes jaars,om
zogenaamde Herdooperye, verbrand (r).
Tegen den derden Oftober, werdt Arn- ^m0'
fterdam, nevens eenige andere Steden,zig dam*ei'
met de Lakenbereiderye geneerende, door fchy11^
't Hof van Holland ,in den Haage befchree- °P ^j'1
ven, om te antwoorden op de klagten, die0^er #
uit Duitfchland over de wolle Lakenen ge- Lai;^
daan waren. Men wees , op deeze Dag- neei'ilV
vaart, aan „ dat byna geene Lakenen uit Se-
„ Holland naar Duitfchland verzonden wer-
„ den, behalven eenigen van Amfterdam;
„ dat de meefte Hollandfche Lakens grove
„ Lakens waren; dat te Delft alleen een
„ klein getal van puiken of fynen gemaakt
Strenge
vervol-
ging »
hier ter
Stede.
Agt per-
foonen
ver-
brand.
Nog
twee.
•»
werdt, die allen binnen Holland gefieeten
werden; dat de Lakens, hier te Lande, al-
„ len door gezwoorenWaardeins gekeurd en
„ gelood werden; en dat het bedrog, waar-
„ over men in Duitfchland klaagde, meeft
„ viel in de EngelfcheLakenen,die alleen
„ op 't oog van den Koopman gemaakt
„ werden , zonder gekeurd te zyn." De
Raad van Staate te BruiTel kreeg, federt,
kennis. van deeze aanmerkingen der Ste-
den (s), en ik vind niet dat de Duitfche klag-
ten , ten deezen tyde, eenig verder gevolg
gehad hebben.
                                                    ,■
Met Schotland was, al van 't jaar 1545 w^'
af, gehandeld over eene Vrede, en tot de met
han-s
(o) Keurb. E. ƒ. 148t 1+8 verfo , itj.
(p) Repeit. il. &z.
(q) Sententieb. van ij OB. ijï3 tot 19 Maart 1*67. f. 177.
(r) Sententieb. als boven f. m. Zie ook. ComMeliN
il. 946.
O) Z'e J' DE Riemer Befchr. van 's Graverihaee ï.
Deel, II. Stuk, il. etS,
Eenen-
twintig
gevlug-
ten ge-
bannen.
-ocr page 318-
GESCHIEDENISSE n.
VI. Boek.
*59
l5So.
„ van Burgemeefteren («).*' En 0p den t??i
agtften April deezes jaars 155r t werdt, "
door het Geregt, aan den Eigenaar der
Kruidmaakerye , die nu gefprongen was ,
toegeftaan, zyn kruid, tot aan S. Jans Mis-
fe, dat is, tot aan den vierentwintigftenju-
ny toe, te mogen maaken en houden in zyn'
tuin buiten de Haarlemmer Poort (x). In
't volgende jaar, kreeg hy verlof, om op zyn
vporig erf een kruidhuis te zetten (y).
De oorlog met Frankryk gaf wederom ge Beden,
legenheid tot het verzwaaren derBeden. InHan-d-
January des jaars 1552, werden tweehon-ftede"
derd duizend guldens van Holland gevor-ge ,
derd: in welken eifch, fchoorvoetende,be- 1;>^x"
willigd werdt. Men vondt de helft op de
Schildtalen: vyftigduizend guldens uit een
Haardftedegeld van zes ftuivers, waarin Am-
fterdam van de eerften bewilligde, en de
overige vyftigduizend guldens, uit verkog-
te Losrenten , tegen den penning twaalf:
van het Haardftedegeld kwam tuiïchen de
zevenendertig- en agtendertigduizend gul-
dens ; doch, in de Lyft van het zelve, wa-
ren fommige Vlekken en Piaatfen niet uit-
gedrukt (s).
Op den zesden Auguftus, werden weder- Zes
om zes mansperfoonen, hier ter Stede, ver-. Doops-
brand, te weeten LievynjfanszoonvanGend,se2,mdsn
Weever , Meinard Hermansz van Balck, brand.
H0ux.za2.ger,PieterTymansz van Zutfen, voor-
heen Kuiper, en nu Boekbinder, ReyerEg-
bertszoon,
der Stede Poorter, Henrik Jn~
toniszoon van Leiden,
beide Weevers, en
Klaas Gerbrandszoon van Wormer. De laat-
fte hadt, voor meer dan tien jaaren, Menno
Simonsz gehoord, en alle de anderen Gillis
van Aken f». Levyn , Meinard en Pieter
waren, door den ]aatflen , herdoopt: cjn
Reyer, Henrik en Klaas hadden beleeden,
bereid te zyn, om zig te laaten herdoopen,
zo dra zy daartoe gelegenheid zouden heb-
ben (b). Op den zeftienden January des 1553.
jaars 1553, ondergingen Herman Janszoon^og
van Solm
en Felefiis Jans Refinx dogter, dietwee'
Gillis van Aken en andere Doopsgezinde
Leeraars gehoord, en ook beleeden hadden
tot den herdoop bereid te zyn, gelyke ftraf-
fe(0- 't Blykt niet, dat men deezen men-
fchen eenig oproerig voorneemen te laft
gelegd heeft.
In February, werdt wederom eene Bede Beden.
van
(w) Handv. hl. 872 [«77.]
(x) Groot-Memor. N. II. f. 1«. in margine.
(y)
Refol. Vroedfch. A'. I.' 17 Off. W2-
         _ ,
(z) Refol. Vroedfch. N. I. 2;, 27 7«*-4> 1° tetr. 10,
i7 Maart 1552. Vaderl. Hift. V. Deel, bl. 371, 374,
"(a) Zie' vTn deezen Brandt Reform. 1. Deel tl. i83> u4<
(i) Sententieb. van u Off. 1523. M i9 Maan ij67.
f. 202. Zie ook COMMH.IK bl. 957.
(0) Sententieb. als boven. ƒ. iis. Zit ook. COMMEJUN,
tl. 9S7-
LI 3
handeling, ifi 't jaar 1546, onder anderen ,
benoemd Gerrit Klaaszoon van Amfterdam,
die egter de reize niet deedt. Doch 't liep
aan tot den vyftienden December deezes
jaars 1550,eer 't Verdrag getroffen werdt.
Te vooren, in 't zelfde jaar, was 'er 00k
een Verdrag van Koophandel gellootenmet
Frankryk, waarby verklaard werdt ,, dat
„ alleen de vyandelyke goederen, die in een
„ vrienden fchip gevonden werden , ver-
„ beurd verklaard zouden worden, en niet
j, alle de goederen zonder onderfcheid,"
gelyk men het, te vooren, in Frankryk be-
greepen hadt (t). De Stad Amfterdam hadt
veel belang by beide deeze verdragen, en
vooral by het laatfte. Maar zy kon 'er lut-
tel genots van hebben, alzo de Vrede met
Frankryk, in 't jaar 1551, wederom ver-
broken werdt.
De Franfchen begonden de vyandelykhe-
den , met het neemen van verfcheiden'
Koopvaardyfchepen voor 't Vlie en elders,
waaronder, ongetwyfeld, ook Amfterdam-
fchen zullen geweeft zyn. En deeze kryg
gaf gelegenheid, dat 'er een tweehonderd-
fte penning gefteld werdt op alle uitgaande
Koopmanfchappen, uitgenomen Oorlogsbe-
hoeften , waarvan de uitvoer volftrektelyk
verbooden werdt. Amfterdam klaagde ,
federt „ datmenden tweehonderdftenpen-
j, ning vorderde van goederen , die naar
„ Gelderland, Friesland, Overyffel en Gro-
j, ningen gevoerd werden, onder voorwend-
„ fel, dat deeze landen niet geërfd, maar
„ aangewonnen waren: ook dat men, on-
„ der Oorlogsbehoeften, Pek,Teer,Roet,
ji Leer, Maften , Sprieten en diergelyke
s, waaren begreep: 't welk tot merkelyke
5> benadeeling van den Koophandel der Ste-
» de ftrekte («)•" Doch 't fchynt, dat dee-
ze klagten geen' ingang vonden tenHove.
In de Lente deezes jaars, was een Kruid-
ttiolen gefprongen, die buiten 't hek van de
S. Antonis poorte ftondt. De Kruidmaake-
yycn plagten, voorheen, binnen de Stad,
immers binnen de Vryheid te zyn. Maar
?P den twee • entwintigften November des
Jaars 1548, was bevolen „ dat dezelven
s> niet mogten geplaatft worden binnen de
» veertig roeden buiten de Stad, maar wel
» even buiten deezen afftand ; mids bly-
>> vende binnen den Haarlemmer- en S.An-
* tonis dyk («)." Op den zesentwintigften
u«ober des jaars 1549, werdt gekeurd,
2> dat niemant eenige plaats buiten de Stad
» tot eene Kruidmaakery of Kruid -Maga-
s> zyn koopen m0gt} jan met bewilliging
Gors Repift' »o"*          N- '• IJ> 0S" IJ51- ^DR. TAN DER
'Sil.
H,
to
Ms
gt.
-ocr page 319-
26o                  AMSTERDAMS              II. Deel.
1553. van driehonderdduizend guldens aan Hol- Tendeezentyde,ontftak, teAmfterdam, 1554*
land gedaan : en in Auguftus nog eene van een vuur van oneenigheid onder de Re^en- Oor-
tweehonderdduizend guldens (d). De Leden ten, welk, eerlang, ten dake uitfloeg, en fpronf
bewilligden, met moeite, in beide deeze hierom verdient, van zynen oorfprong af,deri)p
Tiende Beden. De eerfle werdt gedeeltelyk gevon- nagefpoord te worden. Hei; Schout-ampt [^«5
penning den uit een tienden penning vande waarde der Stad was, na 't verbaten van Kornelis den
der hui- der hujzen en andere vafte goederen. De Wouter Dobbeszoon,die zig te onvrede 2e- $cb(M
Amtier- tiende penning der huizen en erven te Am- toond hadt over de geringheid zyner Wed- wil
les-
"
dam. ' fterdam beliep thans dertienduizend en eeni- de, den tweeden Oftober des iaars ic42,Dirll
ge honderden guldens (e). Doch 't is twy- op den voorfiag van Burgemeefter Henrik r"^^
fela°tig,of de waare tiende penning wel in Dirkszoon, opgedraagen aan denOud-Sche-en ^
's Lands kalle gekomen is. Immers, men pen Willem Dirkszoon Bardes, een' man van BarCf
heeft den Burgemeefter Henrik Dirkszoon, kloek verfland en minzaamen ommegang, j^riK
die thans het voornaamfte gezag hadt in Am- fchoon eenigszins ftamelende van taaie. HyDirks-
fterdam, naderhand, in regten, befchuldigd, hadt, by fommigen, den naam, dat hy zoon-
dat hy 'er meer dan vierduizend guldens niet vreemd was vati Luthers gevoelen,
van agter gehouden hadt (ƒ).
                      Doch Henrik Dirkszoon kreunde zig des
Bjykvan fn 't jaar 1554, werden wederom twee- luttel, en beweerde, dat men hem, in al-
het toe- maaj tweehonderdduizend guldens gevor- len geval, wederom afzetten kon, zo hy
neeniencl derd van de Staaten van Holland,die, voor niet aan de hand ginge. Ook nam Willem
gen der 'c gtootfte gedeelte, bewilligden. Amfter- Dirkszoon aan, zyn ampt waar te neemen,
Stad. dam bewilligde onder de eerften, waaruit by rade ende aduyfe van Burgermeefier en in
1554- het aanwaifend vermogen der Stad, klaar- der tyt -wefende, ende anders niet (k). Hy
lyk, af te neemen is. Ook verklaarde Delft, bekleedde het agt jaaren lang, tot goed
ter gelegenheid deezer Beden, in de Ver- genoegen van Burgemeefteren , die hem
gadering van Holland „ dat zy,overftemd niet dan vriendfehap beweezen. De ver-
„ zynde, zo veel op de Schildtälen wilde volging der Onroomfchen, die in dien tyd
„ opbrengen als eene der groote Steden, fterk voortging, bewees zelfs, dat hy de
„ Amfterdam uitgenomen (g)." Ondertus- hand hieldt aan de uitvoeringvan's Keizers
fchen, noodzaakte het bewilligen in zulke Plakaaten, alzo hier, in deeze agt jaaren,
zwaare Beden de Stad, om, ten deezen ty- memant om 't geloof ter dood gebragt was,
de, voor zes en negentigduizend ponden, aan dan op geregtelyke aanklagte en eifch van
erfelyke renten te verkoopen .-.waartegen de den Schout. Men meende nogtans, dat hy
Keizer haar het Gruitgeld, zynde een duit ook, fomtyds, wanneer 'er eenige fcherpe
Zy be- van ieder ton Biers , voor vyfenzeventig huiszoeking op handen was , de Onroom-
komt het guldens 's jaars, verpagtte. Doch op den fchen heimelyk hadt doen waarfchuwen, dat
Gruit- zeftienden Auguftus des jaars 1559, werdt zy zig fchuil houden, of de Stad voor eene
8 ' haar dit regt der Gruite, in vollen eigen- wyle ruimen moeften: en dat deeze waar-
dom, tegen de betaaling van vierduizend- fchuwing aanleiding gaf tot eene leuze, die
vyf honderd ponden eens, door Filips den van hand tot hand door de Stad ging, en in
II., afgeftaan (h).
                                         deeze woorden beftoridt: Jozef nam de Moe-
Keur op Maar met hettoeneemen der Stad in ver- der en het Kind, en is daarmede in Egipte ge-
het
in- mogen en in getal van inwooneren, vermeer- vlugt. Doch als 't gevaar wat begon te wy-
neemen derde ook het getal der Poorteren zo fterk, ken, gingen 'er deeze woorden om: zyzyn
derer/in* ^at ^e ^aac^ ^er Stad, bevindende dat het dood, die 't kind naar 't leeven ßonden (/).
't Burger-Bur§er-Weeshuis te zeer van kinderen over- Doch wat hier van zyn moge; de Schout,
Wees- kropt werdt, op den zeftienden Januarydee- 't zy hem verdroot, door Burgemeefteren,
huis. zes:jaars, befloot „ dat, tot nader orde, geduuriglyk aangezet te worden tot ftreng-
„ geene kinderen van Ouders , die hun heid tegen de Onroomfchen; 't zy hem het
„ Poorterfchap gekogt hadden, in 't Wees- hert te hoog lag, om zyn ampt in zo groot
„ huis zouden ontvangen worden, ten ware eene af hangkelykheid van Burgemeefteren
„ die Ouders, of een van beide zeven jaa- te bekleeden; wift,in 't jaar 1550, ten Ho-
„ ren Poorter of Poortereife geweeft wa- ve te wege te brengen, dat de Landvoog-
„ re (/)•"
                                                      des, Koningin Maria,Ldefomme,waarvoor
(cl) Refol. Vroedfch.JV. 1.1,11,49 Maart, ig April, j
14. May , 11 Aug. 9, 28_ Sept. 155;
't Schoutampt aan de Stad verpand was (2)»
^^^ ________
                                af-
(e)   Vaderl. Hift. V. Deel, bl. 381,334, 3»«.                         (k) Groot-Memor. N. \. f. 3IS verfo.
(f)   HOOIT II. Boek, il. 61,                                                        (I) Meinor. van L. J. Reaal iy BRANDT Reform. ï*
tg)
Refol. Vroedfch. N. I. 19 Maart US*. Vadeil. Deel, bl. iji.
Hilt. V*. Deel, bl. 4.02, 403, 404,.
(f).Handy, hi «j.                                                   (2) Hooft fchryft (II. Boek, bl. 57.) dat deeza
{tj Hanüv. «. 275. [38«.]                                      fomme twintigduizend guldens was. Doch wy «eb'
ben,
*
-ocr page 320-
VI. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
261
J554- aflofte, en hem Schout van 's Keizers we-
ge maakte. Maar van toen af, verkeerde
de gunft der Regeeringe te hemwaards in
afkeer en nyd. De Burgemeeller Kumelis
Dobbeszoon
nam, in zyn afwezen, en zeer
zyns ondanks , eenige Luiden in hegtenis.
Doch hy wift, op 't einde des jaars 1553,
eene Sententie ten Hove van Holland te
verwerven , waarby den Burgemeeller ge-
laft werdt, zig voortaan niets diergelyks te
onderwinden; maar het vatten van misdaa-
digen den Schout, of, in deszelfs afzyn,
den Onderfchout aanbevolen te laaten; en
zo deezen hiervan in gebreke bleeven, zulks
den Hove aan te dienen (?;z). Henrik Dirks-
zoon in 't byzonder, die den Schout meeft
bevorderd hadt, was meed op hem gebee-
ten. Men gaf hem na, dat hy de geheimen
der Stad, en haar veinzen van armoede,
om met geene leeningen gekweld te zyn,
ten Hove openbaarde: 't welk bydeVroed-
D fchap, zo ze 'er geloof aan floeg, zeer euvel
$ilj0 moeft genomen worden. Henrik Dirkszoon
Nd,.1 verzuimde niets, om den Schout, zelfs by
/1 tier_ de Landvoogdeffe, in haat te brengen: en
b^rye alzo hiertoe niets bekwaamer fcheen dan
^ ul- de befchuldiging van Ketterye, fpitile hy
zyn verftand op het vinden van getuigen,
die Bardes betigten zouden van Herdóope-
rye, eene gezindheid, die, federt den aanilag
des jaars 1535, meer dan eenige andere, ge-
haat werdt by de Regeeringe der Stad, en
ten Hove der Landvoogdeffe. Hy paft dan
eerft op zyne zyde te winnen Floris Egberts-
zoon, Onder-Inquifiteur en Paftoor der Ou-
de Kerke; en bewilligt, daarna, Fy Her-
mans
van Zwol, in de wandeling geek Fy
genaamd; een armelykwyf, welkzig behielp
met het befpieden en aanbrengen van On-
roomfche vergaderingen ; tot het geeven
eener Verklaaringe, dat de Schout en zyne
Huisvrouw herdoopt waren , en fomtyds
verbooden Vergaderingen bygewoond, of
ten hunnen huize gehouden hadden. Folkje
ïïlems,
eene vrouw van gelyken gewigte,
^e Notaris Kornelis Maartszoon en Adriaan
Janszoon,
Slyper, lieten zig, door den Bur-
l^ttieefter en den Paftoor, overhaalen, tot
het doen van diergelyke verklaaringen, weh
*er inhoud Floris Egbertszoon overfchreef
of de Schout Kwam er agter, en vervoeg- tVu
de zig, onmiddelyk,te Bruflel, by de Land- k
voogdeffe, klaagende dat men op zyn bederf l/0fdsc'
toeleide, en hem met valfche befchuldigjn- vermoe-
gen zogt te bezwaaren; en te wege bren- den van
gende, dat de Heer Kornelis de Monnik en1?6 v,alfch"
de Griffier des Grooten Raads van Meche- befäu"
len naar Amfterdam werden gezonden, om digmge>
kennis van zaaken te neemen. Ook hadden
deezen zo dra de getuigen niet gehoord, of
zy kreegen gegrond vermoeden van 't be-
drog. De zaak werdt, federt, door hen den
Hove van Holland aanbevolen, welk eenige
Raadenen den Procureur-Generaal Chris-
tiaan de JVaardt
magtigde, tot het nader
onderzoek. Zo ftondt het met deeze zaak,
op het einde des jaars 1554. In't jaar 1556,
werden Fy en Volkje naar den Haage ge-
trokken, en eerlang op de Voorpoorte vaft-
gezet. De Raad der Stad was misnoegd
over 't vervoeren van Fy, die Poortereffe
was; en befloot, 's daags na dat zy ver-
voerd was, te wege te brengen, dat zy, vol-
gens der Stede Privilegien, alhier te regt
werdt gefield (n): 't welk nogtans niet ge-
lukken wilde. De twee vrouwen verklaar-
den, eerlang „ dat zy,ftaande op eenbank-
„ je, door de glazen van zeker Speelhuis,
„ aan 't Reguliers Hof, pas buiten de Stad,
j, en door den Schout, federt eenige jaa-
„ ren (0), in huure gebruikt, gezien had-
„ den, dat hy en zyne Huisvrouw herdoopt
„ waren." Men zondt hier op Gemagtigden
herwaar ds, om de gelegenheid van dit Speel-
huis te bezigtigen; een van welken,op het
bankje geklommen, zynen arm te kort vondt,
om by 't glas te können reiken, waarop hy
tegen den Schout, die, zonder te weeten
tot wat einde, derwaards ontbooden wa»,
zeide, Hebt goeden moed, Heer Schout, uwe
zaaken zyn behouden. De Gemagtigden keer-
den , hierop, naar den Haage, zonder den
Schout eenige verdere opening te geeven.
't Liep aan tot in 't jaar 1557, eer men on-
dername, de hoofdbeleiders des aanflags
aan te taften. Maar op den derden May, De Bur-
werden de Burgemeeller en de Paftoor
Op gemees-
laft van den Hove, te Amfterdam, gevat:ter en
de laatfte, daar hy voor 't Outer ftondt, en "*}£
met zo veel lpoed, dat men hem niet toe-gevat,
het, tot zynent aan te fpreeken , en van
gewaad te wiffelen. Beide werdenze naar
den Haage gevoerd. Ook Kornelis Maarts-
zoon en Adriaan Janszoon. De gevangenen
werden, dikwils, afzonderlyk en tegen ei-
kanderen , gehoord. De Burgemeeller hieldt
zig onkundig van al wat eenigszins tot zyne
bezwaaring ftrekken kon. De Paftoor .ins-
k
«H f1^ Ruard Tapper, Opper-Inquifiteur te
Leuven. Doch dit kon zo ftil niet toegaan,
jj'^J Snikken in 't Ver'rek det Thefautie, Ouie.haadt
en' ' S' Z'e ""k T. Boey Bedenkinge over de Oudheid
BCzag van 't Hof. Bylaagw N. 66. U. --S1-
pCn te vooren (II. Deel, V.Boek, Il 454 Amt.U))
ztn't-?egev.en 0ln te befluitsn> dat zy> ten d'ée-
a
twintigduiL^^'V fcl:00n zy'. Mderhar>d. OP
't volgende r. fuldens gebragt is ; gelyk wy, in <■„) Refol. vroedfeh. N. I. 3 Mann iJs«j,
6 - ^ek, toonen zullen.
                             [,) zu e*»' mief ty dapper, bl, ni.
gc-
-ocr page 321-
Ä M S T E R D .A M S
IL Deëi»
202
ontvangkelyk te zyn. Ook werdt hem zyn i$5k
verdere eifch ontzeid,en bevolen, de ftuk-
ken van 't geding naar zig te neemen, om
het regt der hooge Overheid te bewaaren
tegen de fchuldigen, daar en zo 't behoo-
ren zou. Maar de verweerder , Henrik
Dirkszoon, werdt verweezen in de koften,
zo van zyne gevangenis, als anderen by
hem gedaan. Hy, nuwaanende eenen vryen
hals te hebben , daagde-den Schout voor
Schepenen van Amfterdam, om herftelling
van eere, en bragt het zelfs zo verre, dat
hy,inde jaaren 1563 en 1564, nog wederom
tot Burgemeefter verkooren werdt; doch na
dien tyd niet meer. Eenige jaaren laater,
verzogt hy aan den Raad der Stad vergoe-
ding van de fchade, die hy, ter gelegen-
heid van het regtsgeding, hem aangedaan,
en van zyne gevangenis in den Haage, ge-
leeden hadt. Men fcheen niet ongenegen
om aan zyn verzoek te voldoen: en eenige
Leden werden gemagtigd, om het nader te-
onderzoeken (q). Doch ik vind niet , dat uc?"%
hierop iet gevolgd is» De twift tuffchen fcbap ?r
hem en Willem Dirkszoon hadt, midier--v
wyl, onder grooten en kleinen, eene party- %J?'
fchap verwekt, die met de naam en van Hen^L
Schoutiflen
en Meefler Henrik Dirkißen on- /);>**
derfcheiden werdt, en lang ftand hieldt. neel11
Men ftrooide fchimpfehriften tegen elkan-toe'
deren, en voedde dus de verbittering, die
eerlang uitborft tot daadelykheden(r), van
welken wy den uitflag, in't volgende Boek,
vernaaien zullen.
Op den zevenentwintigften February des V&a
jaars 1555, waartoe wy nu wederkeeren, vr°°
werdt, hier ter Stede, verbrand eene vrouw, veVnj,
genaamd Meins Kornelis van Pur meren de, J0t°'.
die gehouden werdt met den boozen geeft gèn>lJ,'j,,
om te gaan , en menfehen en beerten te de l°
können betoveren» Zy hadt hiervan zelve X^'A
zonderlinge ftaaltjes beleeden, die, by an- "
deren (f) , omftandiglyk , te leezen zyn.
Anne Jans, PoorterelTe deezer Stede , en
Lysbet en Jannetje Pieters, haare Dogters,
werden ook, in 't zelfde jaar, ten vuure
gedoemd, om dat zy allen vier, zo luiden
de vonniflen „ God afgeftaan, het Chiis-
„ tendom verzaakt, met den duivel een
„ verbond gemaakt, zig tot toverye bege-
„ ven, en verfcheiden' menfehen en bees-
„ ten gekweld, geplaagd en betoverd had-
„ den (£)•" Zo zwaar eene ftraf oordeel-
den de Regters van deezen tyd verdiend te
zyn
(g) Refol. Vroedfch. N. z, 9 Jan. ij;o. ƒ. 137 verft.
(r) Zie HoorT 11. -Bock , il. SJ-61. en de Stukken iy
COMMJXIN, hl. 9«4-970.
(s) DAPPiiR il. i+<5 enz. COMMELIV il. 950 enz.
(t) Sententieb. va« ij OS. 1523 ttt 19 Maart 15«'-
f. 228 verft, 238 verft, DAPPER tl. IS%. COMMEÏ.1»
il. S>H.
1554. gelyks : hoewel deeze, ten laatfle , be-
kende „ dathy,onvoorzigtigIyk en zonder
„ genoegzaamen grond, ten lade van den
' „ Schout en deszelfs huisvrouwe, aan den
„ Opper-lnquifiteur gefchreeven hadt." De
anderen vier verfchiklen in hunne verklaa-
ringen, onderling , en van zig zelven : 't
welk de regtspleeging moeilyk maakte, en
lang deedt duuren. Eindelyk, beleeden de
Notaris, de Slyper en de twee vrouwen,
dat zy, door den Burgemeefter en den Pas-
toor , bewoogen waren, om valfch getuige-
nis te geeven tegen den Schout en de
Schoutinne, en baden om vergiffenis, die
hun egter geweigerd werdt. Toen hadt het
Hof gelegenheid, om op bekentenis tevon-
Eenigen niflen. De Pafloor werdt buiten de Stad en
worden Vryheid van Amfterdam gebannen, en on-
geftraft. belcwaam verklaard om 't Ampt van Inqui-
fiteur te bekleeden; de Notaris werdt afge-
zet, de Slyper openlyk gegeefleld , en zy
beide ten Lande uit gebannen. Maar over
Fy ging fchrikkelyker ftraf. De tong werdt
haar uit den hals gehaald , zy geworgd,
geblakerd en naar 't galgeveld gevoerd. Zo
lang zy fpreeken kon, hadt zy ftaande ge-
houden, dat zy,door den Burgemeefter en
den Paftoor , verleid geweeft was tot het
doen eener valfche verldaaringe. Zy leedt
haare ftraf op den derden May des jaars
1561. Volkje was, ondertuffchen, in de
De Bar- gevangenis geftorven. Doch Henrik Dirks-
gemees- zoon, zig hebbende weeten te wagten voor
ter raakt fchrift van zyne hand, en de getuigen, om
derzelver erkende meineedigheid , wraa-
kende, ontworftelde de jongfte ftraffe. Hy
zat egter zeftien weeken op de Voorpoor-
te , zonder vrouw of kinderen te mogen
fpreeken, behalven in de laatfte vier. Toen
kreeg hy zyne herberg, en eerlang den Haag
tot gevangenis, mids borg Hellende voor
twintigduizend guldens, en onder bedrei-
ging, dat zyne fchuld voor beweezen ge-
houden zou worden, indien hy ontvlugtte.
't Leedt een rond jaar, eer hem veroorlofd
werdt, binnen Amfterdam weder te keeren;
en dit nog niet dan onder verdubbeling des
borgtogts tot veertigduizend guldens toe, en
verband van , ter vermaaninge van den Ho-
ve , in den Haage te verfchynen. Hy ftondt
nog omtrent vier jaaren onder dit verband,
alzo hem nog twee andere misdaaden te laft
gelegd werden, van welken wy, hier voor (p),
reeds gewaagd hebben;doch die men nim-
mer geregtelyk heeft können bewyzen. Zelfs
werdt de Procureur - Generaal, den zeven-
tienden April des jaars 1562, in zynen
eifch, ten opzigte deezer twee misdaaden,
zoals dezelve genomen was, verklaard niet
(p) Bladz. 255 en ïff».
-ocr page 322-
GESCHIEDENISSEN.
VL Boek.
263
dat zy het, in de StadsRegifiersQw), deedt 1555.
te boek (lellen. Ook is het, in de uitheffe-
ven Handvefien der Stad (x), geplaatil ge-
worden.
In Oélober" hierna , deedt Keizer Karel Over-
de Staaten der Nederlanden te BriuTel be- drast der
fchryven: hebbende hy beflooten, de heer-j^^1'-
r» i J                   T T s                          11          landen
ichappy over die Landen, en over alle zy- aan Ko.
ne Ryken en Heerlykheden, het Keizerryk ning
uitgenomen, af te fïaan aan zynen Zoon F1-FüiPs«
Lips, die, hier te Lande, in 't jaar 1549,
reeds als toekomende Landsheer ingehul-
digd was. Om te bewilligen en te helpen in
den affiand
van 't Graaffchap van Holland,
en om den gewoonen eed te ontvangen en
af te leggen, waren twee Edelen en eeni-
gen uk de zes groot e Steden gemagtigd (y).
Van Amflerdam waren afgezonden Gerrit Gemag-
Klaas Mattheuszoon, Meefter Henrik Dirks- tigden
zoon en Bieter Cantert Willemszoon, regee-vanAm*
rende Burgemeefters , benevens Meefter K™-
Reinier Sivyn, Penfionaris der Stad (z). De over-
inhuldiging gefchiedde denzesentwintigften dragt.
Ociober, 's daags na de overdragt (a): en
Koning Filips vernieuwde den eed, dien hy,
in 't jaar 1549, reec*s gedaan hadt (£), en
by welken hy, onder anderen, tot hethand-
haaven van alle de voorige Privilegien, ver-
bonden was. De inbreuk op dezelven gaf
gelegenheid tot eenen opfland, die 't gant-
fche Land en Amflerdam in 't byzonder in
zorgelyke beroerten dompelde: gelyk, uit
het vervolg deezer gefchiedeniffe , blyken
zal.
(to) I. PriWlegieboek ƒ. isz.
(x) BI. 5,7 [6s.]
(y) Vaderl. Hift. V. Deel, tl. 429.
(z) «.efol. Vroedfch. N. I. 11 OU. ijjj,
(a) Zie Balen Dordr. il. sifi, 830.
(t) Vadeil. Hift. V. Deel, il. «4,
zyn door luiden,
die allen, of meeft allen
JS
iS-
eerder als krankzinnigen aangemerkt , en
opgeflooten behoorden geworden te we-
zen. De meer verlichte tyden der Her-
vorminge hebben, kort hierna, met de flraf-
fen over Toverye, ook de gewaande To-
very zelve doen verdwynen uit deeze
Landen.
De Staaten van Holland hadden, by het
inwilligen in de jongfte zwaare Beden ,
ten Hove, wederom zeer gedrongen op de
vernieuwing van een punt der voorige Pri-
vilegien, volgens welk, geene Ampten in
Holland gegeven mogten worden dan aan
inboorlingen der KeizerlykeErflanden, wel-
ker Landtaal de Nederduitfche was, en in
Welken de Hollanders niet van de Ampten
Werden uitgeflooten: gelyk, onder anderen,
in Brabant gefchiedde («). En Keizer Ka-
rel , de goede ende getrouwe dienßen van die
Van Holland vergelden willende, verklaar-
de, by A£te van den zevenden May dee-
zes jaar? 1555 „ dat geene inboorlingen
van Landen, die de Hollanders van de
Ampten uitflooten, noch geene anderen
dan Nederlanders, in Holland, tot Amp-
ten bevorderd zouden worden, mids zy
de Duitfche taaie fpraken. Doch de
Stadhouders en Ridders der Orde van
het Gulden Vlies zouden wel uitlanders
mogen wezen. En zulke uitlanders, die,
tegenwoordig, Ampten in Holland be-
kleedden, zouden dezelven mogen bly-
ven behouden (v)" De Stad Amfler-
dam rekende dit Octroi van zo veel gewigt,
(u) ADR. VAN Der Goes Regift. op 't jaar ijj+.
3o, 36, 37- , ,
(.v) Groot-Plakaatb. II. Deel, kol. 2071.lu.Deel, tl. 16.
I. STUK.
BY-
Mm
-ocr page 323-
A M S T E R D A M 5
II. Deel-
.64
BYLAAGEN
KVT. AA-
GEN.
Lr. A.
op het II. Deel, VL Boek.
IA A.
Aanfchryvcns der Landvoogdejfe, Vrouwe MargareëtvanOostenryk, om toezigt te
hebhen op de Leere en Zeden der Predikanten.
Gedagtekend in den Haage, den 27 September
des jaars 1525.
fe .meeninghe dat die terminarifen van mven
conuente nyet langher en zullen moghen blyuen
in heure terminen" dan die weke die zy zullen
preken ende da zelue weke gheexpireert zyn-
óe ter ftondt weder tot huys ende hueren con-
uente keren zonder voor oft nae de zelue we-
ke hen voorder in die termynen te moghen on-
derwinden , waer van wy v aduerteren ten eyn-
de dat indien dit contrarie ghebeurde ons van
node zoude zyn voorder daer inne te voorzien
tot uwen fchande ende fcade 't welck wy als
nv om beters willen gelaten hebben eii hebben
nyettemin ghelaft onfe wethouders ons te ad-
uerteren indien contrarie van defen ghebeurde
en ghy hier inne ghebreckelick waert. Eerfame
lieue en beminde ons heere godt zy met v
Gefcreuen in den haghe den xxvip" Septembris
Anno XXV.
Geextraheert vuyttet derde Memoriael bouck,
rußende in de Greffe van den boue van
bellant, gehouden by tyden van m'. Aemt
Sandelin, in zynen leuen Greffier van den
zeluen houe, ende daer jegens gecollatio-
neert accordeert by my
J. v. Dam.
Marguerite enz*
Eerfame Heue ende beminde, Wy zyn vol-
comelicken onderricht dat die öwalinge die
onder den gemeenen volcke gerefen is meeft toe-
compt ende ghecommen is vuyt die indifcrete
fermoenen vanden predicanten religieufen ende
anderen: om waer inne te remedieren is onfe
meeninghe dat ghy voortaen nyemand? en zult
vuytfeynden omme te preken ofte ghedoghen
binnen uwen conuente te preken dan den ghee-
nen die voorfienich verftandich ende van goede
manieren zyn ende wel geexerciteert en geoef-
fent in den manieren van preken ende dat ghy de
zeluen zulcx onderwyft all eer hy preken zal
dat hy hem wachte tgemeen volck te fcandali-
feren mit onbehoorlicke fabulen redenen ende
narratien als oick wel ghefchiet is dat hy oick
nyet en vermane van martinus luther oft zyne
leeringhen noch oick van dopinie van den ketters
die hier voortyts geweeft zyn den zeluen uwen
predicanten aduerterende zoe verre zy contrarie
deden dat zy daer van by v gecorrigeert zul-
len worden en ghefufbendeert van tofficie ,
welcke correctie ghy ten effecte zult brenghen
van t preken te benemen. Bouen defen is on-
K
B.
Bvlaa-
GKN
L. B.
Sententie geweezen by den Hove van Holland tegen Mr. Jan Hubrechtsz by contu-
macie
, ende den Burgermeeßeren van Aemflelredammt , gevoegdens en komende voor 't Interefl
van der Steden Privilegie, beroerende dat geen Poorter meer verbeuren mag dan zyn Lyf endt
hondert guldens uyt zyn goed.
In den Haage, den 19 Maart 1539. [1540.3
("lefien by den Hove van Holland d'Intendit
^-* overgegeven by den Procureur Generael van
den felven Hove, Impetrant van feker mande-
ment op ende jegens meefter Jan Hubrechtszoon,
eertyds Schout der Stede van Amfterdam, ge-
daichde in perfoon, ende defailt' mitsgaders die
Burgermeefters ende Regierders der Stede van
Amfterdam, ende die naefte vrinden ende ma-
gen vanden bloede vanden kinderen vanden
voorfz Mr. Jan Hubrechtszoon, hem vougende
voor haer Intereflè; die voorfz Impetrant alle-
gerende, dat die gedaichde den tyd van om-
trent xv of feftien jaren geweeft was Schout der
voorfz Stede, gedurende welken tyd aldaer op-
gerefen waren ende feer vermeerdert die gere-
probeerde feclen van Luterye, Sacramentifte-
rye ende Herdoperie, mitten ancleven van dien,
ende feer veel perfoonen daer mede befaiet ge-
weeft, Daer deur die voorfz. Stede in groot pe-
ricule gekomen waer, omme ingenomen te wer-
den, 't welk toegekomen was deur faulte ,flap-
pigheid, neggligentie ofte fimulatie van Juftitïe
vanden defaillant ende andere Burgermeefters
ende Regierders van Amfterdam in dien tyden,
die niet en hadden gepoogt met alle neerftig-
heit te corrigeren, achtervolgende de placaten
van Keyf. Maj' die perfoonen befmet ofte cul-
pabel van dezelve fecte wefende , maer had-
den die getollereert, gehengt ende deur de vin-
ger gefien fonder behoorlyke punitie daer over
te doen , waerdeur die luyden vander feélert
meerder en fterker geworden waren , Immers
was die defaillant felver mede van eerften an
gehouden ende geacht geweeft van de voorß
fecte; ende fulks gedurende den tyd, dat hy
Defaillant Schout was , waren veele fchande'
lyke efl. oneerlyke Liedekens openbaerlyk t'Anr
fterdam langes der ftraeten gefongen, in 'fpy*
ende verachtinge van den heiligen Sacrament"
des Outaers, die geeftelyke perfoonen, ordon'
nantien ende infettingen der Heilige Kerken?
ende die Ceremoniën van dien, daer afhygeen
cor
-ocr page 324-
GESCHIEDENISSEN.
VI. Boek.
26$
1
de ook een Mandemaker, genoemt Heer A-Rylaa-
rent , die van Haerlem geweken was om gen
der Seelen wille, ende nae gefchreven t'Am- Lt. B.
fterdam anden Gedaichden om hem te appre-
hendeeren, die den fel ven Heer Arent daer
van felver gewaerfchouwet hadde , ende was
deur dien de felve Heer Arent fekeren tyd
uyter Stede geweken geweeft, ende naemails
daer weder inne gecomen, fonder dat die De-
faillant hem geapprehendeert hadde , twelk
hy nochtans als Officier fchuldig geweeft had-
de te doen. Die voorfz defaillant hadde mede
vertoont te wefen van de gereprobeerde fee-
te , geconverfeert ende fyn omgank gehad
metten luyden vander felver fecte, als met
eenen Heer Glaes van Elft, die hy ten eeten
t'fynen huyfe genoodt hadde , ende aldaer
met hem vandè heylige Schrifte getraéleert
in prefentie van meer andere perfoonen; wel-
ke heer Claes. vol erreuren ende dwalingen
was, ende die Leflen van Luyter felver ge-
hoort hadde , als hy gevangen fynde bekent
hadde : Ende in veele andere pointen ende
manieren hadde die Defaillant getoont vander
Seele te wefen. Sulks was hy ter cauie van
dien voor defen Hove in voortyden geroepen
geweeft ende vant Officie vant Schoutam-
bacht verlaten, nae tot dien eynde conclufie
byden Procureur Generael genomen was; be-
halven dat hy daer voiren oik gecaufeert en-
de gecondemneert was in hondert Carolus gul-
dens. Die defaillant hadde oik gehoond de
Sermonen van eenen Gardiaen binnen Amfter-
dam , genaemt Pelt, die oik van der feclen
was, ende plag te fpreeken in den Reventer
vanden Minnenbroeders kloofter, welke Pelt
ook gecorru'T.peert ofte qualyken hadde getran-
flateert ende doen prenten dat Euangeliurn van
Sinte Mattheus in Duytfcher fpraike, dair of
die defaillant metten anderen Regierders van
Amfterdam in dier tyd geadverteert zynde ,
omme die gecorrumpeerde bouexkens te ge-
krygen vuyt die gemeene hryden die die ge-
coclït hadden, ende alfoe te beletten meerder
infectie; was die DefaüT. van tfelve te doen
in gebreeke gebleven. Omtrent den jare xxv
hadde die DefaüT. wel geweeten, dat eenige
perfoonen vergadert waren geweeft, ende
haer toegang gehad hadden tot fuspecle per-
fonen vander Seelen wefende , twelk hy ge-
hengde ende deur de vinger fag; befonder ten
tyde als eenen Mr. Willem van Utrecht Pries-
ter , omme dier faiken wille ende volle Luy-
therye wefende, gevangen fat ten huyfe van
Jan van Leyden t, foo was die DefaüT. al-
daer ten huyfe gecomen, en. hadde veel per-
fonen byden Priefter bevonden fitten etl prae-
ten, fonder die te ftraffen; ende als doen was
die fpraek al, dat die defaüT. van foedanige
luyden oft veem was. Tfelve hadden ook ee-
nige van der Seelen wel openbaerlyk gefeit,
dat defe DefaüT. ook hadde te voren gelefen
die boucken van Philippus Melanton, die ge-
reprobeert [zyn], als hy williglyk voor fe-
kere Commiflaris van defen Hove m Janua-
rio Anno xxiij bekent hadde. Behalven allen
defen was kennelyk ende notoire , dat defe
defaill'. met eenige anderen van Amfterdam
in Augufto killeden befchreven was te ko-
men alhier in den Hage, ten tyde als de Co-
ninginne dair was, omme te aenhooren al-
Mm 2
                                                      ful-
3*a- correctie hadden gedaen ofte doen doen nae
\J^ ^ gclegcntheit der faiken. Waeren oik veel ir-
' «• reverenticn gedaen den heiligen Sacramente
des O utaers int openbaer , die oik niet ge-
ftraft waeren. Ende onder anderen was ge-
beurt , dat een fchuytevoerder, genaemt A-
driaen met een Ooge, zeer blasphemelyk ende
vyleinlik gefproken hadde vanden waerdigen
heyligen Sacramente des Outaers tot den Luy-
den , die t'Amfterdam langes de ftraeten gin-
gen nae die Heylige Stede, omme aldaer"de-
votie te pleegen ter eeren vanden heyligen Sa*
eramente * feggende openbaerlyk : Wat wil
tvolk dat Sacrament verfouken , defen kaes
fti brood , die ik hier in myn hand hebbé,
houde ik lbo goet te wefen alft Sacrament,
ende beter, want hiervan vaer ik wel; wat
ift Sacrament anders dan der Papen God en-
de brood ? Ende die voorfz Adriaen , fpree-
kende vant Avondmael zeide , dat onfe Heer
God int Avontmael nam een ftucke broots,
ende zyn hand uytreykende feyde , neemt
dat, ende met dander handt bewees op zyn
borft, feggende; dit is myn Lichaeim Had-
de ook de voorfz Adriaen in Novembri An-
no xxxij geweeft in den Convente vanden
Cellebroeders t'Amfterdam; ende aldaer o-
penbaerlyk gefeit, dat hy niet en hielt vant
heilige Sacrament , want tfelve was der Pa-
pen God , ende al lagen op een tafel vyfdch
Sacramenten , dat hy die met een dagge wel
foude dorven deurfteeken ofte met voeten
daer op treeden , ofte diergelyke woorden,
twelk gecomen wefende tot kennhTe vanden
'Regierders der voorfz Stede, was die felve
Adriaen by den defaillant däerop gehooit ge-
Weeft , die verklaert hadde, die voorfz woor-
den gefproken te hebben, ende dat hy noch
dacrby bleef, Waerop die voorfz defaillant
niet en hadde begeert correctie of punitie ge-
daen te Werden , maer belafte alleenlyk den
ielven Adriaen , dat hy uyter Stede fonder
1'yn confeftt niet en foude gaen , laetende
foodanigen blasphemateur binnen Amfterdam
gaen, fonder hem te apprehendeeren ofte cor-
figeeren : Waer mede Pieter Aemszoon, we-
ende op die tyd Schepen van Amfterdam ,
&er qualyken te vreden was , fuiks dat hy
°tilangs daer nae feer fieck geworden zynde
voor fyn doot tot diverfe perfoonen hem daer
^f beklaegt hadde : ende alfoo by denfelven
£*eter daerom feer gemurmureert wierde, foo
«adde die Defaillant den voorfz Adriaen doen
^erfchouwen , dat hy uyter Stede vertrec-
*en foude , ofte dat hy hem foude moeten
^Pprehendeeren. Gelyke waerfchouwing had-
öe die defaillant wel gedaen een vrouwsper-
soon , genoemt Grietje uyt Hitland , als die
lelve Grietje verfcheide perfoonen wel gefeyt
£*ddë, welke Grietje herdoopt zynde wel
geweten hadde , waer Jacob van Campen ,
een vanden principael BhTchoppen ofte Lee-
*&rs van der fecten gelogeert of verfteken
2« ten tyde Jan van Geel nietten Anabap-
Hten gepoogt hadden Amfterdam in te nee-
2jj£. Ter caufe vanden welken die voorfz
räflef*6 onlanSs5 als Jan van Geel mec ver"
C-Url §eIlagen waren, gehangen was geweeft.
JÖ teWaeiAfch°uwinge hadde die Defailh ge-
Mees de^i^y^ Claes ' huYsvi-ouw van
«iLts ae ülokernaker, die verdoopt was, en-
-ocr page 325-
ICHIEDENISSEN. II. Dm-
dat voorfz is, en feide d'Impetrant, dat geenP^A
Privilegien den delinquanten en behoorden te,Gf g,
profiteeren , befördere in aldusdaenige faeken; •jt'
en aldus waren diverfc fententien en appoin-
tementen in gelyken faeken . by defen Hove
gepronuncicerr. Werden ook frivolyk ver*
focht, dat fyluyden fouden mogen regieren
die goeden, alfoo daer toe een fequefter ge-
fielt was. Ende was ongefondeert, dat men
henluyden foude leveren Copie vanden voorfz
Intendit, alfoo tfelve noit gebeurt en was,
en. fyluyden niet toegelaten en werden iet
daertegens te feggen ofue fchryven , foo uyt
magte vanden de'faulten een defaill'. van alles
verfteken werdt ; Ende byden Hove int vifi-
teeren vanden Intendit wel bevonden foude
worden , waer in die defaill'. hem ontgaert
heeft , twelk men den Requiranten niet be-
hoorde te kennen geeven, alfoo fy geen Rech-
ters in die faeke waeren. Mits twelk ende
om andere redenen wille als na recht 't Hof
niet en behoorde te letten op de voorfz pro-
teftatie ende advertiffementen, maer Recht te
doen gelyker wyfe of diefelve niet gefchiet
en waeren. Eyndelyken partyen int lange ge-
hoort , hebben die felve partyen naervolgen-
de tappointement vanden Hove hiervan acte
gemaekt eil diefelve gevought byden Intendit
vanden Impetrant, omme int vifiteeren vandien
daerop fuik regard genomen te worden alft be-
hooren foude.
Tvoorsz Hof met rype deliberatie van rai-
de deurgefien ende overwogen hebbende al
tgunt dat ter materie dienende is, inden name
ende van wegen des Keyfers vanden Romai-
nen , Coningh van Germanien, van Caftilien,
&c. Grave van Holland, Zeeland ende Vries-
land , heeft den voorfz gedaichden Defaill'.
uyt magte ende voorden profyten vanden voorfz
defaulten verfteken en verfteeckt mits defen
van alle exceptien declinatoir , dilatoir ende
peremptoir , defenfïe ende weeren die hy in
defe faeke hadde mogen doen , bant den fel-
ven defaill'. uyten Lande van Holland, Zee-
land , Vriesland ende Uytrecht tot eeuwigen
daegen , ende daer inne niet te komen, noch
te blyven , op de verbeurte van fyn lyf , efl
verklaert fyn goeden verbeurt ende geconfis-
queert tot profyte vander Keyferlyke Maj'.
ter fomme toe van hondert Caroli guldens ,
achtervolgens tprivilegie van der Stede van
Amfterdam. Gedaen in den Hage by Heeren
Gerrit Heere van Aflcndelft, Eemskerck ,
&c. eerfte Raidt prefiderende , Jan van Du-
venvoorde Heere tot Warmont, Abel van
Colfter , Ridderen , M" Jasper Lievenszoon
van Hogelande , Willem Pynlfen , Guillyn
Zegers , ende Cornelis Snyen , Raidsluiden
van Hollandt ende gepronuntieerd den xix
Martii Anno XVC negen efl dertich ftilo cu-
riae. Van welke Sententie foo verre het roert die
claufule van Confiscatie die voorfz Impetrant
illicö appelleerde aende Keyferlyke Maj'. zyn-
der Maj'. Prefident ende Luyden van den groo-
ten Raede. in kenniffe van my ondergeteykent
B. Ernft',
Gecollationeert en mit Copie ge-
teykent als wel bevonden ac-
corderende by my
Pr ANC. Delf?»
TWEE-
i66 AMSTERDAMS GES
Bylaa- fuiken eyfch en conclufie"als den Impetrant op
gen ende jegens hem foude willen doen ende nee-
Lt. B. men , alwaer die Defaill'. gecompareert zyn-
de, hadde d? Impetrant verfocht, dat defelve
defaill'. eerft gehoort zoude zyn op feeckcre
Articulen , twelck fulks geapprobeert wa«,
dien naevolgende was die defaill', voor feker
Commifiaris gehoort geweeft op fekere Arti-
culen jegens hem overgegeven• Ende terftont
daer nae was hy heymelyk alhier uyt den Ha-
ge gcreyft nae Amfterdam, en van daer was
hy voorts, neemende eenige goeden met hem,
haeftig vertrokken, ende hadde hem fügitief
gemaekt. Twelk gecomen zynde tot kennis-
ie vanden Impetrant, hadde van defen Hove
geobtineert Mandement crimineel, uyt mach-
te vanden welken die gedaichde defaill'. een-
werf, anderwerf met intimatie, en derdewerf
ex abundanti op peyne van banne en confis-
catie van goeden gedagvaert geweeft te com-
pareeren in perfoone voor den voorfz Hove
tot eiken dage hem beteykent; maer en is niet
gecompareert. Mits twelk d'Impetrant tegens
hem geobtineert heeft eerfte tweede en derde
defaulten met den proufyten daer toe ftaende.
Ende is toegelaten geweeft, fyn Intendit o^
ver te leggen, daer van hy gedient heeft met-
ten verificatien daer by gevougt. Mair wai-
ren ten dage vanden tweeden defaulte gecom-
pareert die Burgermeefters ende Regierders
der Stede van Amfterdam , willende voor-
ftaen heur Privilegie, en deden feggen, dat
die Impetrant gecondemneert foude zyn te ge-
hengen en gedoogen, dat de Erfgenamen
vanden voorfz gedaïchden Defaill'. zouden
mogen aenvaerden alle fyne goeden mits be-
talende hondert Caroli guldens , volgende
tvoirfz Privilegie, zoo verre alft niet en roer-
de ketterye, Herefic, ofte Crimen lsefce Ma-
jeftatis. Ende die naefte vrienden ende magen
vanden kinderen van den Defaill'. infinueerden
den Impetrant, dat die felve Defaill'. was Poor-
ter derfelver Stede, ende dat, nae den Hand-
veften eü Privilegiën der felver Stede een
Poorter van Amfterdam niet meer en moch-
te verbeuren dan fyn lyf, en van fyn goed
niet dan hondert ponden van xl grooten eens;
van welcke Privilegie die van Amfterdam al-
tyd geufeert hadden: tfelve was dick by Sen-
tentie in Judicio contradiétorio geconfirmeert
geweeft. Verfochten mede die voorfz vrien-
den en magen , dat zy die geannoteerde efl
geinventarieerde goeden vanden Defaill'. zou-
den mogen regieren . gebruyken , havenen ,
en dat op cautie fufïïfant, die zy prefentee-
ren te Hellen voor de felve goeden , opdat
die niet fouden vergaen ofte bederven. Dat
henluyden oick gelevert foude worden copie
vanden Intendit vanden Impetrant, ten eyn-
de fy fouden mogen weeten, wat deli&en
d'Impetrant den Defaill'. wil aenfeggen , om
henluyden daer na te mogen reguleeren. Waer
tegen d'Impetrant fufnneerende die contrarie,
de'de feggen , dat zylieden niet ontfanckelyk
en waren ofte geadmitteert en behoorden te
wefen omme iet te feggen, alfoo die Defaill'.
gedagvaert was in perfoone ende hem fügi-
tief gemaekt hadde, fulks dat niemand toege-
laten' en werde hem te defendeeren, maer be-
hoorde felver te compareeren in perfoone :
En beroerende tprivilegie, unvermindert tgunt
-ocr page 326-
26.7
TWEEDE          DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
AMSTERDAM,
ZEVENDE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van 't jaar 1555?
tot in 't begin des jaars 1567.
De Impoft op de Wynen en Bieren in          Leiden
Holland was, tot hiertoe, ingevor-           Amsterdam
derd geweeft door CoIleBeurs of Inzamelaars,          Gouda
die van 's Lands wege werden aangefteld.          Rotterdam1
Doch men bevondt, dat 'er, in 't voorleeden          Gorinchem
jaar 1554, van deezen Impoft, niet meer,          Schiedam,
dan negentienduizend zeshonderd agt Ponden ,          Haage
negen fchellingen en drie deniers in 's Lands          Alkmaar
kalle gekomen was, 't welk den meeften          Hoorn
Leden veel te weinig fcheen. De Edelen          Enkhuizen
lloegen hierom voor, dat men deezen lm-          Edam
poft behoorde te verpagten : waartoe de          Monikendam
meefte Steden neigden. Dordrecht en Am-          Medenblik
fterdam maakten 'er , in 't eerft, eenige          Woerden
zwaarigheid in (a): doch lieten zig, eer-          Naarden
lang, overhaalen tot het gevoelen der meer-          Weesp
derheid. De Verpagting gefchiedde, voor ■ Muiden
't eerft, kort na Paafchen des jaars 1556,
4300 Ponden.
8940 --------r
2120 •---------■
2200 - ,
1300 ---------
575-------
37oo -------
1372 --------'
95° -------
1100 --------—
670 --------•
400 ——■
270 •-------*
420 ---------
395 "------
15« ~
(5
Cder
lS$6.
m
115 -
en men bevondt, dat 'er, in 't eerfte jaar,
verre over de veertigduizend Ponden ,dat is,
meer dan tweemaal zo veel van's Landslm-
poft kwam by wege van verpagting, als'er,
te vooren, by wege van inzameling, van
gekomen was (b). De Pagters, of Impofi-
nieeflers
, gelykze, ten deezen tyde al, te
Amfterdam, genoemd werden, hielden hier
hunne zitplaats op doude brugge, int huys-
ken daer Claes JanJJbon bierincx gefeten
hadt
(0- Zie hier een' Lyft van 't beloop der
eerfte Verpagtinge van den Wyn- en Bier-
Irnpoft, in de voornaamfte Steden: waaruit
fi^n derzelver grootheid en vermogen, ten
opzigte van eikanderen, eenigszins, afnee-
men kan:
De oorlog met Frankryk eindigde , den
vyfden February deezes jaars , met eenBe-
ftand voor vyf jaaren. Doch't leedtnaauw-
lyks een jaar, of dit Beftand werdt verbro-
ken. Men was, derhalven, in Holland be-
dagt op de beveiliging der Koopvaardye.
Amfterdam en de Waterlieden lieten zig,
door de andere Leden van Holland, over-
haalen om zes Oorlogsfchepen, bemand met
omtrent vyfhonderd koppen , in zee te
brengen, mids het gemeene Land van Hol-
land negentienduizend guldens betaalde, tot
de koften (e). De fchepen werden, voor-
naamlyk, gebruikt tot befcherming der
Graanvloote, die uit de Ooftzee verwagt
werdt, en voor 't grootfte gedeelte, in den
Zomer deezes jaars, behouden aankwam;
waardoor de duurte van 't Kooren, die de
ingezetenen zeer gedrukt hadt,fpoedrg op-
hieldt (ƒ). De Regeering van Amfterdam
voor-
(d)  Refo!. Holl. van 't jaar UJ7- bl- »«■
(e)   Refol. Holl. 3 May '5!7- **• +«• MlOl. Vioedfch.
JV. I. 20, J0 ytpril, s May U57-
(ft Bok I. Bock, il. "• L'S-1
Mm 3
r5i7'
Uitrus-
ting ter
zee te
Amfter-
dam.
4005 Ponden.
2000 ---------.
5440 ---------
Dordrecht
Haarlem
Delft
f') vÄ Vtoedfch. N. I. 10 April isss.
ä
KeuS1-^- V. Deel, il. & e»z.
-ocr page 327-
II. Deel.
AMSTERDAMS
26*8
&
J557' voorzag zig van graanen, die, ten redely-
ken pryze, aan de gemeente werden uit-
geleverd : waardoor, naar 't getuigenis van
Petrus Apherdianüs (g), veelen by
't leeven behouden werden, die anderszins
van gebrek zouden vergaan zyn.
Verhef- Midlerwyl , fcheen de fchaarsheid der
fing der leevensmiddelen , hier te Lande, byzon-
Peftziek- derlyk te Amfterdam, wederom eene nieu-
te alhier. we verheffing van Peftziekte veroorzaakt te
hebben. Zy gaf, in dit en in't volgende jaar,
gelegenheid tot vernieuwing der voorige
Peftkeuren (h). Het getal der zieken, welk,
omtrent deezen tyd, aan de S. Pieters- en
Lieve - Vrouwen- Gafthuizen gebragt werdt,
was zo groot, dat het Geregt, op den agt-
tienden September deezes jaars, beval,
„ geene zieken voor of in de gemelde Gaft-
j, huizen te brengen, dan met kennis en
„ bewilliging der Regenten (z)." Ook werdt,
wat laater, by den Raade, verftaan, dat
men de zieken, by gebrek van plaats in de
Gafthuizen, ook in der Stede Bushuis zou
mogen leggen (K).
De Stad De Stad hadt, den agtentwintigften Fe-
hoopt de bruary deezes jaars, de helft der Crimineele
halve boeten, vallende in de Ambagtsheerlykhe-
Criminee- ^cn van Amfterveen, Slooten, Slooterdyk
onder'6 en Ooftdorp, gekogt van Koning Filips, als
Amfter- Graave van Holland: weshalve, de Graaf-
veen enz. lykheids Rekenkamer indenHaage den Bal-
1558- juwen van Kennemerland en Amftelland ,
onder welken deeze Ambagtsheerlykheden
gelegen waren, den negenden February des
jaars 1557 [1558], aanfchreef, dat zy die
halve boeten, voortaan, aan de Regeerders
van Amfterdam verrekenen moeften (/).
Zy wordt Koning Filips, die, by zyne inhuldiging
beveiligd in 't jaar 1549, en in 't jaar 1555, by 't aan-
in het vaarden der Regeeringe, beloofd hadt, alle
haare°m ^e Privilegien , door de Graaven en Graa-
„ Stadhouder en Raaden, zeven Schepens l5$
„ zouden gekooren worden, om op den twee-
„ den February beëedigd te worden, en een
„ rond jaar te dienen (in)." Amfterdam hadt,
tot hiertoe, het genot van dit Privilegie ge-
had ;fchoon alle de opvolgers van Vrouwe
Maria het niet byzonderlyk hadden willen be-
kragtigen. Alleenlyk, waren de Schepenen, Ongj^j
niet altoos, op den vaftgeftelden tyd, ver-F1^
kooren en beëedigd. De Schepens, die in 't ~d van
jaar 1530 waren gekooren, waren, tot den van '£
negentienden May des jaars 1531, aange- aanbjT
bleeven: in 't jaar 1536, was, om de Land- \e?^v
voogdeffe te believen, onder proteßatie, en^W
onverminderd der Stede Privilegien, be- iteld.
flooten, de benoeming der veertienen, voor
den gewoonlyken tyd, te doen (n). De
Schepenen van den jaare 1537 bleeven,op
laft der Landvoogdeffe, tot den zevenden
February des jaars 1538, in dienft;dievan
den jaare 1541, tot den agtften February
des jaars 1542;die van den jaare 1544, tot
den twaalfden February des jaars 1545 ; die
van den jaare 1546, tot den tienden May
des jaars 1547 (0); 't welk zo voortging,
tot in't jaar 1555. De Schepens, die toen
den tienden May verkooren werden, blee-
ven aan tot op den agtentwintigften February
des volgenden jaars, en die van den jaare
1557, tot op den elfden Maart des jaars
155 8 (p): welk laatfte gefchiedde, opfehry-
vens van 't Hof van Holland, alzo de Stad-
houder , Maximiliaan van Bourgondie, Heer
van Beveren en Veere, niet eerder in Hol-
land kwam (q). Doch deeze ongeregeld-
heid , omtrent den tyd van de aanftellinge
van Schepenen, werdt weggenomen, na dat
Koning Filips, kort hierna, het Privilegie
van Vrouwe Maria beveiligd hadt. Wy- Zy <*?
ders ,was de verkiezing van Schepenen van den>'
Amfterdam, ook dikwils, in afwezendheid z^0>,
des Stadhouders, gefchied door de Raaden jgs # ,
vandenHove, en fomtyds door den eer- hou^j/
ften Raad alleen, als daartoe van de ove- do0^n
rigen gemagtigd zynde; van welke gewoon- Raua $
te, Heer Gerrit van Aflendelft, eerfte en^«^
oudfte Raad, op den vyftienden July dee-koo1*'
zes jaars, ten verzoeke van Burgemeefte-
ren, fchriftelyk, getuigenis gaf (r). Het
Hof van Holland hadt ook begeerd, dat men,
ten deezen tyde, met de verkiezing van
Burgemeefteren, tot op de overkomft des
Stadhouders, wagten zou. Doch men vondt,
des-
(m) Handy, il. 107, [S8.] verg. Rsiol, Vrpedfch. N. I.
23 A-pril 15J8.
                     ,             4
(n) Refoi. Vroedfch. N. I, 1« Jan. i;3«. f.u
(0) Refol. Vroedfch. N, 1. 24 Jan. IJ4.7.
(/>) Regeer. Lyft voor de Handv. op is jaarßtt i?3',
IJ37> U+I»-If+tf IS4«, I5J5, IJ57-
(<l) Refol. Vroedfch. W. I. 31 Ja*, i/jg.
(r) Handy, il, 1*7, 10»,
eigen
Vroed-
fchap te
mogen
Hellen,
en Sehe- »
penen te „
mogen ,,
benoe
men.
innen van Holland, zyne Voorzaaten, aan
e Steden verleend, te zullen handhaaven,
eveiligde, den agttienden April deezes
ars, de Stad Amfterdam „ uit aanmerking
van de goede dienften, die zy hem ge-
daan hadt, en nog dagelyks deedt, in 't
genot van het Privilegie van Vrouwe Ma-
ria van Bourgondie van Maart des jaars
,$ I470[i477],waarby de Stad regt kreeg,
„ om haare eigen Vroedfchap te kiezen,
„ en door dezelve, jaarlyks, op den agt-
„ entwintigften January, eene Nominatie
van veertien Perfoonen te doen maaken,
uit welken, door den Graave of zynen
(g) Brens Descr. Uib. Amftelod. virs. 6S &ftqi- agtet
onze
Voorrede.
fb) Keurb. F. ƒ. 49, $3 , 60.
i)
Handv. tl. 272. [391.}
(k) Refol. Vroedfch. N. I. j>, il 08. i5S7.
(01 Hand», il. m, Ist.}
-ocr page 328-
GESCH I ED ENISSEN.
VIL Boek.
.69
r553.
Men befpeurt klaarlyk, aan deeze fchik-
kingen, dat dezelvenzagen op detweedra°t,
die"thans, op 't hevigft, ontfteken was,'
tuffchen den Schout en Burgemeefter Hen-
rik Dirks zoon. Ook fchynt, opzigtelyk op
hun gefchil, ten deezen zelfden tyde, be-
volen te zyn „ dat de geregtelyke getuige-
„ niffen niet vooraf opgefteld, maar door
„ den Secretaris, in de tegenwoordigheid
„ van een' Schepen, uit den mond van de
„ getuigen, zouden moeten opgefchreeven
„ worden." Alle deeze en andere fchik-
kingen waren vervat, in eene Ordonnantie
van 's Konings geheimen Raad, die, den
vierentwintigften January des jaars 1559
[1560], teBruffel, gedagtekend was (V).
Weinige weeken hierna, op den negentien-
den February, vonnifte het Hof van Holland
„ dat zekere Taalluiden, of Procureurs, ge-
„ lykze federt genoemd zyn, die, door den,
„ Schout, op eigen gezag, aangefteld en
„ beëedigd waren, wederom afgezet; doch
„ terftond daarop, door Schout en Burge-
„ meefteren, van nieuws, aangefteld, en
„ door den Schout beëedigd zouden wor-
„ den(w)."
Chriftiaan den III., Koning van Deenemar-
ke, in't jaar 1559, overleeden, en door
zynen Zoon , Fredrik den II. , opgevolgd
zynde, verzuimde de Regeering van Am-
flerdam niet, haaren Secretaris, 'Dirk Wou-
ter szoon,
af te zenden naar Deenemarke, en
beveiliging in de oude Voorregten van Koop-
handel van den nieuwen Koning te verzoe-
ken ; die haar ook, op den twee-entwintig-
ften July deezes jaars 1560, verleend werdt
(X). Keizer Ferdinand hadt, den dertigflen
April te vooren, een Privilegie van Keizer
Karel den V. beveiligd, waarby de Neder-
landen van nieuwe lallen en tollen in't Duit-
iche Ryk waren vry verklaard. De Stad
Amflerdam rekende ook byzonder belang
te hebben by de beveiliging van dit Privile-
gie, waarom menze, onder haare Handves-
ten
(y), geplaatft heeft.
De Stad was, van ouds, gewoon, den vyf-
tienden Penning Exuegeld te heffen van alle
goederen, die , by erfenis of anderszins,
buiten de Stad gevoerd werden (z). Doch
fommigen toonden zig, ten deezen tyde,
onwillig, om dit regt te voldoen. De Re-
geering vervoegde zig, derhalve, aan's Ko-
nings geheimen Raad te Bruffel, met ver-
zoek om by haar oud regt gehandhaafd te
worden. En de Raad belaftte, op denveer-
tien»
(v) Handy, il. 109. [58.] verg. RefoJ. Vroedfch. tf. r.
3,7 Febr. IjSo.
(w) Uit een Aflchrift der Oorfpr. Sententie.
(x) Handv. tl. $9- [8»]
(y) BI. ui. [78-]
           ,
(z) GioM-Mfemor. AT. I. ĥ JOL
desonaangezien , geraaden, deeze verkie-
zing, op den gewoonlyken tyd, te laaten
voortgaan (j).
' De tyding van het'Overlyden van Keizer
Karel, welk, op den eenentwintigden Sep-
tember deezes jaars, voorviel, in Holland
gekomen zynde , werdt zyne Uitvaart al-
daar, en te Amflerdam , ook nog in April
des jaars 1559, ftaatelyk, gevierd. Kort
te vooren , was de Vrede met Frankryk
getroffen, waarover, hier ter Stede, ook
een plegtige dankdag gehouden werdt (O-
In Auguftus deezes jaars, vertrok Koning
Filips naar Spanje, na dat hy orde op de
Regeering der Nederlanden gebeld, en het
Stadhouderfchap over Holland, Zeeland en
Utrecht aan Willem, Prinse van O-
ranje, opgedraagen hadt.
Ten deezen tyde, werdt, in 's Konings
geheimen Raad, een Ontwerp overwoogen,
ïtrekkende tot bekorting der gedingen, die
voor Schepenen van Amflerdam moeften
worden afgedaan. In het zelve, werdt voor-
geflaagen de aanftelling van twee Officieren,
een' Baljuw in Crimineele of ftraf baare, en
een' Schout in Civile of burgerlyke zaaken,
benevens twee banken van Schepenen, ie-
der van zes Perfoonen, de eene bank tot
afdoen van alle zaaken, op de Buitenrolle
flaande, en alle Crimineele zaaken; de ande-
re , tot beregtinge van alle zaaken, de Fa-
bryk, Plakaaten, Keuren en Statuten be-
treffende. De tegenwoordige Schout, Wil-
lem Dirkszoon Bardes, fchynt dit Ontwerp
goedgekeurd en voorgedaan te hebben.
DochBurgemeefteren beweerden „ dat de
,, inftelling van twee Schepensbanken en
j, twee Officiers ftreedt met de Privilegien,
» en aanleiding geeven zou tot tweedragt
5, («)."Ook liet de geheime Raad, met die
van den Raade in Holland geraadpleegd heb-
bende , de zaaken op den voorigen voet,
met deeze verandering alleenlyk, dat het
getal der Schepenen, welk tot hiertoe ze-
ven geweeft was, tot negen vermeerderd
^erdt, die, jaarlyks, uit eene Nominatie van
agttien zouden gekooren worden; en dat
den Schout veroorlofd werdt, eenen Onder-
fchoiit onder zig te hebben, om zyne plaats,
des noods, te vervullen, en hem byftand te
doen. Voorts, werdt beraamd „ dat 'er,
's by alle Schouts zaaken, altoos een Bur-
» gemeefter zou moeten tegenwoordig zyn;
" dat de Vier fchaar, door twee Schepenen,
j> waargenomen zou worden, en dat de ge-
gangenen , insgelyks, door twee Schepe-
s^ nen,zouden moeten worden ondervraagd."
('IA f**«*. N. I. 11 ym. UJ8.
Ca) Refoi* ,'r -'• 66> 6* verf°-
\"J ».elol. Vtoedfch. N. 1. 21 Juty *SS9.
1559-
;5n Kei-
ft Am.
6ev
'erd.
59.
I50"0.
Wb'er
I
Amfler-
dam
wordt in
de Voor-
regten
van
Koop-
handel
op Dee-
nemar-
ke be-
veiligd«
Ook in
't regt om
Exuegeld
te vor-
deren.
1561.
agt.
-ocr page 329-
AMSTERDAMS
II. Deel.
270
fpraak van den vierden December des jaars i5ó3'
1563 CO-
Midlerwyl, drong de Hervorming meer FiJ'Ps 0p
en meer door, in de Nederlanden, in Hol- dn"fit-
land in 't byzonder,en ook hier ter Stede. ®0t>vfl%
De Staaten van Holland hadden, al voor 't derPla"
vertrek van Koning Filips, in 't jaar 1559, kaateIJ'
begeerd „ dat het vreemd Krygsvolk uit
„ het Land, en de Vreemdelingen uit de
„ Regeeringe geweerd mogten blyven." En
de Koning hadt hun, in beiderlei opzigt ,
eenig genoegen gegeven (ƒ). Doch hy bleef
egter fterk geneigd, tot het uitvoeren van
zyns Vaders ftrenge Plakaaten, en tot het
handhaaver. der Inquifitie, die, reeds te voo-
ren, ingevoerd geweeft was. De algemeene
Staaten,of eenigen derzelven, haddenniet
können nalaaten, op de Dagvaart te Gend,
kort voor 's Konings vertrek, te kennen te
geeven „ dat zy voor de Inquifitie vrees-
„ den; en dat men, in de Nederlanden,
„ zulke hardigheden niet gewoon was (g)."
Doch het opregten der nieuwe Bisdommen,
in 't jaar 1560, deedt klaarlyk zien, dat
men 't op het verdrukken en uitrooijen der
Hervormden hadt toegelegd. Plet oude Bis- Am^'
dom van Utrecht werdt toen verheeven tot isxaJ<f
een Aartsbisdom, en vyf Bisdommen onder ^V'
het zelve geplaatft, van welken het eerfte Biax-
in rang dat van Haarlem was (£), waartoe van^s
Amfterdam behoorde. Ook ging de ver- lein#
volging, ten deezen tyde, fterk voort, in
Vlaanderen en in Henegouwen, daar, in 't
jaar 1562, de Belydenis in 't licht kwam,
welke meeft naar de Leere der Hervormde
Kerken van Frankryk , die zig Reforméet
noemden , was ingerigt, waarom de On-
roomfchen deezer Landen, die, in 't ftuk
des Avondmaals, van de Lutherfchen, en
in 't ftuk des Doops en eenige anderen, van
de Doopsgezinden verfchilden, gelykdeeze
belydenis ook deedt, federt, den naam van
Gereformeerden aannamen, dien wy hun ,
voortaan, ook geeven zullen. Zy hielden
thans, in Walfch Vlaanderen, vergaderin-
gen by nagt, op de ftraaten, en fchroom-
den niet, de Franfche Pfalmen, die van Ma-
rot
en Beza gerymd waren, met luider kee-
Ie, te zingen: 't welk egter fommigenkwa- };
lyk bekwam (i). In Holland, nam het hou-fï5!^
den van heimelyke Vergaderingen ook toe. &eJf ^
Te Amfterdam, hieldt menze binnen en even $èS$
buiten de Stad, waarom het Geregt, op den bi""^*
negenden February des jaars 1562, weder-euL*
tienden July des jaars 1561, den èerflen
Deurwaarder, te Amfterdam, onderzoek te
doen op het gemelde regt, en zo hy be-
vondt, dat de Stad het van ouds plagt te
heffen, elk te beveelen het zelve voortaan
te betaalen («).
De Steden van Holland, zig met de La-
kenneeringe geneerende, en daaronder ook
Amfterdam, werden, tegen den zesentwin-
ften May des jaars 1562, door den Raad,
in den Haage ter Dagvaart befchreeven ,
om eenige misbruiken, in 't ftuk der Wee-
verye, te helpen weeren. En werdt hier,
onder anderen, vaftgefteld „ datgeeneLeer-
lingen zouden worden aangenomen, dan
Il met kennis van de Waardyns, en dat geen
„ Leerling tot Meefter zou worden bevor-
„ derd,dan die volle zeftien jaarenbereikt
„ hadt (by
De Edelen en zes groote Steden van Hol-
land verwierven, op den zevenentwmtigften
Auguilus deezes jaars , een Privilegie, op 's
Konings naam, waarby, op nieuws , ver-
klaard werdt „ dat, noch door den Groo-
„ ten Raad te Mechelen, noch door den
„ Raad in Holland, eenige Mandementen
„ verleend zouden worden, die met der Ste-
„ den-Privilegien, of met het ftuk der * Re-
„ geeringe van Holland ftreeden , zonder
„ vooraf de Verzoekfchriften, ten dienein-
„ de overgegeven, te hebben medegedeeld
„ aan zulken, die 't aanging, ten ware , dat
„ zy daartoe merkelyke redenen hadden; in
„ welk geval , de Verzoekfchriften, niet
j, door Commiffariffen, noch op de Rolle;
„ maar alleen in 't volle Kollegie van den
„ Raade, zouden moeten afgevaardigd wor-
„ den." Amfterdam, de vyfde der zes
groote Steden, hadt veel belang by dit Pri-
vilegie,'t welk hierom ook, onder de Hand-
vefien
der Stad (V), plaats gekreegen heeft.
Amfterdam raakte, ten deezen tyde, in
gefchil met de Stad Hoorn, die weigerde
het Paalgeld te voldoen, welk de eerftge-
melde Stad, van ouds,voor het ftellen van
Vuurbakens op Texel, Vlieland,ter Schel-
ling en Huisduinen, en voor het leggen van
tonnen in de Zuiderzee, plagt te vorderen,
't Kwam byzonderlyk aan op het Paalgeld
van paarden, offen en koeijen, welken die
van Hoorn vryelyk meenden te mogen in-
voeren uit Deenemarke, in gevolge van een
Privilegie van Hertoge Al brecht van den
jaare 1389 (d). 't Gefchil kwam voor den
Raade in Holland, alwaar die Van Hoorn
in 't ongelyk gefield werden, by eene uit-
(a) Handv. II. 229.
(*) ZU De Riemer Belehr, van 'S Gravenh. I. Deel,
I. Stuk, H. «27.
(c)  BI. 97. [73],
(d)  Handy, van Hoorn, il. si.
15Ö1.
Dagvaart
op 't (luk
der Wee-
verye.
ij 62.
Amtier-
dam en
andere
Leden
beveiligd
in't voor-
legt , dat
geene
Manda-
menten
tegen de
Privile-
gien ver-
leend
zullen
worden.
* Politie.
Verfchil
tuflchen
Amtier -
dam en
Hoorn,
over 't
Paal ge ld
I563-
de'
om
(e)  Refol. Vreedfch. N. I. 18 Nov. TSC*. Handv. bï.
30. [ISA.]
(f)  Relol. Holl. 7 Aug. ijjj». il. 9« , »8.
(g)  Bentivoglio I. Deel, I. Boek, bl. 13.
(h) Vide MiBÄl Donat. Belg. Libr. I. Cap. GLYI?
Tom. I. Opec. Dip!, p. 4.72.
(») Ekai-.dt Reform. I. Deel, il. i+j , ïj*.
-ocr page 330-
GESCHIEDENISSEN.
VII. Boek.
271
l%
Henrik Dirkszoon of een ander (3),terwyl 1564.
de zaak dos flondt, eenen der geërfden
zynen grond wilde afkoopen; doch deeze
toonde zig ongezind, om dien aan iemant,
en vooral aan hem af te flaan: waarop de
Burgemeefler hernomen zou hebben, dan
zal uw erf ook niet binnen raaken.
De zaak
der Laflaadje werdt, federt, in regten ge-
trokken, en lang fleepende gehouden. Ee-
nige geërfden hadden Burgemeefteren, om
't floppen eener floote op de Laflaadje,
toen Kornelis Boomenfioot (5), en federt Boom-
floot
genaamd, waardoor zy hunne waaren
plagten te voeren, geroepen voor den ge-
heimen Raad te Bruffel. Doch deezen ver- I5"5'
wierven, op den drie-entvyintigflen Februa-
ry des jaars 1564 [1565], dat dit gefchil
aan 't Hof van Holland verweezen werdt
O)- Maar de twifl, die uit dit alles ont-
flondt, hadt, onder de geërfden in de Las-
taadje, en zulken, die 't met hen hielden,
een geweldig misnoegen verwekt tegen de
Regeering (f). Hier kwam nog by, dat ook Onderde
de Koorenkoopers, en zulken, die van hun ^ooren~
afhingen, te onvrede waren geworden op •00pers'
de Wethouderfchap, ter gelegenheid van
zekere Keure , in 't jaar 1565 gemaakt;
waarby, ter oorzaake van de toeneemende
duurte der Graanen,de uitvoer derzelven,
hier ter Stede, verbooden werdt (t). 't Na-
deel, welk de Koorenhandelaars hierby lee-
den, zou ligter te verzetten geweefl zyn,
zo niet eenige Leden van den Raad, 's daags
voor het afkondigen der Keure , hunnen
vrienden gewaarfchuwd hadden : waarop
deezen,zo wel als zy, gelegenheid hadden
gevonden, om 's nagts, terwyl de boomen
open gehouden werden, veel tarwe en rog-
ge uit te fcheepen. De anderen , die zo
veel niet willen, fcholden, toen 's anderen-
daags de markt wel tagtig ten honderd viel,
op de Regeerders, welker baatzugt, zeiden
zy, oorzaak van hunne fchade was (u). In
November deezes jaars, kwamen nog eeni-
ge Keuren uit, {trekkende om de duurte en
't gebrek vanGraanen te voorkomen, en de
behoeftigen, van Stads wege, van brood
te
(1) RefoL. Vroedfch. N. I. 24 Juiy l56l 2g jmy , 6
(r) II. Privileg, boek,/. 39.                       •* J *•
(,) Hooft Nedetl. Hift. n. Boek, il. 64.
(t) Repelt, il. 122.
(u) Hooft II. Boek, II. 63.
(3) Hooft fielt twyfelagtig.of het GerritTeews*
zoon
, of Henrik Dirkszoon geweelt zy. Maar
Gerrit Teewszoon, waarmede, denk ik, Gerrit Gaas
Mattbeuszom
gemeend wordt, was, reeds in 't jaar
1558, overleeden (Refol. Froedjcb. N. I- *1 4ug.
1558. Zie ook de Regeer. Lyfi voor de Handyeflen),
toen de Laflaadje nog niet digt genoeg betimmerd
kon zyn, om op het trekken van deewn hoek biß«
nen de Stad bedagt tt wezen.
Nn
om een fcherp verbod hadt doen afkondi-
gen tegen het verleenen of verhuuren van
Kuizen of fchuuren tot zulk een gebruik (£).
De Kardinaal van Granvelk, die 't oor hadt
der LandvoogdeiTe, Vrouwe Mar gar eet van
Parma,
flookte 'tvuurdervervolgingeflerk
aan. Doch na dat hy, in Maart des jaars
1564, de Nederlanden verlaaten hadt, en
na dat de Prins van Oranje, Stadhouder van
Holland, en de Graaven van Egmond en
Hoorne, die tot gemaatigdheid in Geloofs-
zaaken neigden, meer deels aan 't bewind
gekreegen hadden dan tevooren, begon de
vervolging te minderen (/). De Staaten van
Holland maakten zwaarigheid om een fcherp
Plakaat, waarby iemant, die in eene maand
niet ter Kerke geweefl was , ftraf baar ver-
klaard werdt (m), af te kondigen in hunne
Provincie (w), en kanteden zig, watlaater,
teo-en het vervoeren van twee gevangenen
om Ketterye (0).
Te Amfterdam, vonden de Onroomfchen,
ten deezen tyde, eenen merkelyken fleun
aan eene menigte van ingezetenen, die,uit
verfcheideri' oorzaaken , misnoegd waren
op de tegenwoordige Regeering. Het tim-
meren buiten de Veilen was, al van ouds,
.verbooden geweefl. Doch dit verbod was
kwalyk naargekomen aan de Ooftzyde, op
de Laflaadje, daar, al voor 't begin deezer
eeuwe, Scheepstimmerwerven en Woonin-
gen voor 't arbeidsvolk waren aangelegd ge-
weefl:; die , federt , egter wederom wer-
den afgebroken (p~). Doch Koning Filips
hadt, in 't jaar 1556, toegeflaan, dat men,
binnen de vyfentwintig roeden buiten de
Vellen, zekere hutten met week dak en hou-
ten wanden zou mogen opflaan , mids zig
Verbindende, om dezelven, des noods, ten
believen van 't Geregt, op eigen' kollen,
wederom te floopen. Maar de eigenaars
Van den grond der Laflaadje, zo veel vry-
«eids verkreegen hebbende, traden allengs-
*ens verder, en betimmerden eindelyk ee-
^n ruimen hoek met fchuuren, pakhuizen
en huizen. De Wethouderfchap vondt toen
§eraaden, de geërfden te verpligten tot het
legten der timmeraadjen, daar zyzigflerk
*egen kanteden, dryvende,dat men hunne
jchade, door het uitleggen der Stad en het
Revellen der Laflaadje, zou können voor-
J?nien. 't Schynt,dat de Wethouderfchap
plerop ook bedagt geweefl is. En werdt
ëezeid, dat een der Burgemeefteren, 't zy
-*) Keutb. F. f. 78
«J Rep"';. ¥?\ ij' Deel' Hi *» • "» »7, 9i. ■
f») Refo,'- «olK1!**^^,« „«+. il. 27.
WAS011' %Jan- 'S6S.H.U.
1. STüK
l564
V
6eu
-ocr page 331-
AMSTERDAMS
II. Deel.
272
Deeze voorflag zou, van drie tot drie jaa- I5#'
ren, gefchieden, en de voorgeflaagen per-
foon , door de Landvoogdefle , worden
aangeileld. Het regt tot het doen van den
voorflag zou ingaan na den dertigilen Sep-
tember des jaars 1565 , wanneer de loopen-
de pagt van den tegenwoordigen Schout
Willem Dirkszoon eindigen zou. Hiervan
werden brieven verleend op 's Konings naam,
die den agttienden Maart des jaars 1563
'[1564] , te Bruffel, getekend waren (d).
En nu ftelde elk vali, dat de Schout verba-
ten zou worden van zyn ampt. Men voer,
midlerwyl, voort met hem te kwellen.
Het Geregt verklaarde, in den Zomer des
jaars 1565, dat, voortaan, geene andere
Notarieele Aéten voor wettig gekeurd zou-
den worden, dan die voor zekere vyf No-
tariflen, verleeden waren; waardoor twee
Notariflen , Filips de BiJJchop en Frans Vol-
kertszoon Koornhert, die, op aanpryzing
van den Schout, door den geheimen Raad,
waren aangeileld, en des Schouts zyde hiel-
den, gelyk als verlaaten werden van hun
ampt. Zy vervoegden zig,federt,met ver-
fcheiden' Verzoekfchriften , aan den Ge-
heimen Raad, en werden, niet dan na 't
aanwenden van veel moeite, herfteld, in Ju-
ny des jaars 1566 (e). Ondertuflchen, wak-
kerde de partyfehap. Men voer voort, met
het zingen van fchampere Liedjes, en het
ftrooijen van Schendfchriften tegen eikan-
deren: 't welk, door herhaalde Keuren, die
'er, van tyd tot tyd, tegen uitkwamen, niet
fcheen te können verhinderd worden (ƒ). .„.
De Onroomfchen , zig zelven meerder 0*
vryheid beloovende van het ftyven dermis-^,,/
noegdheid tegen de Regeeringe, hielden zig '""„^
aan de zyde der Schoutiften, der Kooren- $$\t
kooperen en der geërfden in de Laflaadje: 0^/
en, door de voornaamften van deezen vier- <*&#
derlei aanhang, omtrent zeventig in getal, "$,/
werdt, met kennis van den Prinfe van O-jcr^.
ranje, in deezen jaare 1565, een Verzoek- p''1
fchrift ontworpen aan de Landvoogdefle, t6"'
waarin geklaagd werdt „ dat de zesender-
,, tig Raadenen de Kiezers van Burgemees-
„ teren eikanderen te na, in den bloede of
,, door aanhuwelyking, beflonden: waaruit,
„ zeide men, veele ongeregeldheden ree-
„ zen, tot benadeeling der Poorteren, en
„ ftrydig met de Privilegien." De Regee-
ring deedt veel moeite, om de tekenaars
van dit Verzoekfehrift te weeten. Doch zy"
kon
(d)  Refol. Vroedfch. N. I. 2g Maart 1554. Handv. tl'
113. [m.]
(e)   Zie de Stukken by Commelin tl. 970 , 971, <>7+'
Handv bl. 700.
(ƒ; Kewb. F.f. IJ6 ver/o, 162. Handv. tl. $70.
1565. te voorzien (y). Doch alzo , door deeze
Keuren, de Koorenhandel meer of min be-
lemmerd werdt, dienden zy, gedeeltelyk,
tot vermeerdering van 't misnoegen, welk
onder de Koorenkoopers ontftaan was.
Onder BY deeze twee ftoffen tot kwelling, kwam
deSchou- de twift tuflchen de Schoutiften en Meefter
tillen. Henrik Dirkiflen, welker oorfprong wy, in
het voorgaande Boek (W), verhaald heb-
ben. De aanhang van Henrik Dirkszoon
was zo groot onder de Regeneen, en de par-
tyen van den Schout, Willem Dirkszoon
Bardes, zo menigvuldig, dat men deezen
zo veel fpyts aandeedt, als mogelyk ware.
Wy hebben boven (x) gezien, hoe zyn
Ontwerp om twee Officiers en twee Sche-
pensbanken te doen aanftellen in de Stad,
gedwarsboomd geworden was, ten Hove.
Wy hebben gezien (y), dat de Taalluiden,
door hem aangeileld en beëedigd, wederom
afgezet waren geworden. Ook vindt men,
dat de Raad hem belet heeft, Frans Fol-
kertszoon Koornhert,
die nog geen Poorter
was, tot zynen Subfiituit aan te Hellen(2).
Naderhand, was hy, door eene uitfpraak
van den Hove van Holland van den zesden
Oftober des jaars 1561, genoodzaakt ge-
worden, om het Stads Confejfieboek, welk
hy naar zig genomen hadt, wederom op de
Secretarye te brengen, alwaar het, te voo-
ren, bewaard geweeftwas (ß). Al dit was
reeds gebeurd, voor dat Henrik Dirkszoon
wederom aan de Regeering kwam. Doch
toen deeze, in 't jaar 1563 , op nieuws,na
zyne hegtenis, tot Burgemeefter verkooren,
en in 't jaar 1564, als Oud-Burgemeefter,
aangebleeven was, begon men 't,omflryd,
toe te leggen op het bederf van den Schout.
't Hof van Holland deedt, in Juny des jaars
1563 , eenige Poorters van Amfterdam on-
der borgtogt ontflaan, die door den Schout
gevat waren (b~): 't welk naauwlyks gefchie-
den kon, zonder eenen krak te geeven aan
Het
Schout-
ampt
komt
wederom
am de
Stad.
zyn gezag. Doch dit was 't minit. De'Bur-
gemeefters wiften te wege te brengen, dat
de voorflag van eenen bekwaamen perfoon
tot Schout, voor eene fomme van twintig-
duizend , en niet , gelyk voorheen , voor
eene fomme van vierduizend agthonderd
guldens (e), wederom aan de Stad gefield
werdt, voor den tyd van zes jaaren, of tot
de afloffing der twintigduizend guldens toe.
(v) Kcurb, F./. 159 ver/o, 170, r7S verf», 177. Re.
fol. Vroedfcli. N. I. 9y 23 Nov. ij65,
(W/ liiadz. 260.
(x) ßlndz.269.
fy) Bla-iz. 2<>s>.
z) Refol. Vroedfcli. N. I. 23 Aug. 6 OH. ijjj.
(a: Handv. bl. 112.
(ii) P.ep.-rt. bl. ui.
(*; Zie II, Deel, VI. Boek, tl. 260, lii.
-ocr page 332-
GESCHIEDENISSEN.
VIL Boek.
273
lS6$, kon'er nimmer agter komen (g). Maar dë   ken (i). De vier Burgemeeflers, die, ten 1-^
^paa. Landvoogdes vondt geräaden, in eene Ac-
   deezen tyde, in 't bewind kwamen, waren ^
ggder te by voorraad van den eerflen September,
   Elben Markus Dirkszoon, Jan Klaaszoon
> de
>es.
te verklaaren „ dat zy niet bevondt, dat de   van Hoppen, Dirk Hiïïebrandszoon Otter en
Regeering eenig flinkfch oogmerk gehad,
   Kornelis Jakobszoon Brouwer, onder welken,
of de Privilegien ergens in gekrenkt hadt.
   de eerfle ook het voorgaande jaar geregeerd
Dat egter, tot bewaaring van de ruft der   hadt (k). De anderen drie waren, ook reeds
Stede, voortaan geeneRaaden gekooren
   te vooren,Burgemeeftergeweefl. De Schout, De
zouden worden, die eikanderen nader in
   Willem Dirkszoon Bardes, die 't Schout-Schout,
't bloed beftonden dan Broeders Kinde-
   ampt niet langer dan tot aan den dertigften ~lI.!e
ren; en dat, in Zwagerfchap of namaag-
   September des jaars 1565 gepagt hadt van zoonS~
fchap, onder dezelven niet zouden wor-
   de Graaflykheid, bleef het nog bekleeden, Bardes,
den gekooren Schoonvader en Schoon-
   tot op den veertienden April daarna. Toen wordt
zoon, noch twee Zwagers, waarvan de
   werdt hy 'er van verlaaten, door Burgemees-van zyn
een des anders Zufter getrouwd zou heb-
   teren, en Piet er Bieter Gerbr andszoon, of, f™^61'
ben. Dat zy, Landvoogdeffe , het ver-
   gelyk hy in 't gemeen genoemd werdt, Pik-
meerderen van 't getal der Raaden , in
   ter Pieterszoon, in zyne ftede, tot Schout
vervolg van tyd, aan zig behieldt. Dat
   aangenomen (/). Doch alle deeze veran-
de Raaden zorg moeften draagen, om
   deringen herftelden de ruft niet in de Stad,
op de Nominatie van Agttienen ook te
   gelyk wy, wel haaft, zien zullen,
brengen eenige ervaaren Koopluiden. Dat In de jaaren 1565 en 1566, werden, zo De Waag
de Raaden en Schepens ten minftenvyf-
   binnen als buiten de muuren der Stad , ver- en ande-
entwintig jaaren moeften bereikt hebben,   fcheide ruime pakhuizen gebouwd. Dochre ëebou"
Dat, op de Verkiezing van Burgemees-
   't voornaamfte geftigt van deezen tyd was ß.e" gs"
teren, niet zouden mogen komen Vader
   de nieuwe Waag, op de Plaats, over 't
en Zoon, noch twee Broeders, noch in
   Stadhuis (tri), die nog in wezen is, en 't
den bloede noch door aanhuwelyking.
   jaartal 1565 in de gevels voert. Sommigen
Dat de Kiezers geeneBurgemeefterszou-
   Qri) hebben gefchreeven, dat de Stads Kas,
den mogen kiezen, die eikanderen nader
   ten deezen tyde, overvloediglyk voorzien
in den bloede beftonden, dan Agter-Zus-
   was; doch dat de penningen, tot het fligten
ters-Kinderen, en door aanhuwelyking,
   der Waage vereifcht, egter werden opge-
geenen nader dan Broeders- en Zufters-
   nomen, om te voorkomen, dat de Koning
Kinderen. Dat, voor zo veel 'er, tegen-
   de Stad om leening kwelde,als hybefpeur-
woordig, onder de Kiezers van Bürge-
   de, dat men zulk een gebouw, uit een'ver-
meefteren, eenigen waren, die elkande-
   zamelden voorraad, fligten kon.
ren nader beftonden dan hiervoor ver- Elizabet, Koningin van Engeland,hadt, Amfter-
klaard was; de jongfle in eed vandever-
   in 't jaar 1562, den flapel der Engelfche dam
kiezingblyven zou,tot na het overlyden,
   Lakenen doen verleggen naar Embden. De *e"dt;Je"
of de afwezendheid van den oudflen.Dat
   Staaten van Holland hadden, hierop, aan- detf t|t"
beide Raaden en Kiezers van Burgemees-
   gehouden, by de Landvoogdeffe, om deneene
teren eikanderen zo weinig zouden moe-
   invoer der Engelfche Lakenen te doen ver-onder-
ten beflaan, als mogelyk ware. Dat Bur-
   bieden in Holland: gelyk, in May des jaars h.ande-
gemeefterengeenezaakenvangewigtver-
   1564, gefchied was. Hierdoor was het gnget
handelen zouden, dan by raade der zes-
   oud Verdrag van Koophandel tuffchen En-land?"
endertigen, die zy gelegenheid zouden
   geland en de Nederlanden verbroken, waar-
geeven, om daarop, een- en andermaal,
   by beide de Volken nadeel rekenden (<?).
as te vergaderen, en niet dan na ryp over-
   Men tradt dan, eerlang, tot heeling dee-
^?elt >> leg te befluiten (/;)." De Landvoogdes
   Zer breuke, in onderhandeling,te Brugge,
Sfte ,^et het niet by deeze fchikking; maar ver-
   alwaar ook Gemagtigden der Steden Haar-
en ts> koor, in't volgende jaar, zelve de Burgemees-
   fem en Amfterdam verfcheenen (p). Doch
i\tyjia~ te/s, die anderszins, volgens de oude Privile-
   men kon hier eikanderen niet volkomenlyk
i' Sien, door de regeerende enOud-Burgemees-
   verflaan. De beroerte, die, in den Zomer
6. teren en Schepenen, moeften verkoorenge-
   deezes jaars 1566, in Vlaanderen, ontftondt,
weeft zyn; welke nieuwigheid men, voor
deeze reize, onder Proteflatie , liet door-
gaan , hebbende Vrouw Margareet ver-
klaard, dat zy 't in geen gevolg wilde trek-
gaf,
(i) Refol. Vroedfch. N. z. j ,24 Jan. isfS. f. ir, ij.
(k) Regeer. Lyft. voor de Handv. op het jaar 1554,
Hooït II. Beek, H. 61.
                           .
(/) Regeer. Lyft voor de Handv. »p het jaar ij«,
(m) PONTANUS Libr. I. Cap. VIII. ?• 4«.
(n) HOOïTS Brieven N. S9S- **■ 444-
(0) Vaderl. Hift. VI. Deel, />l. 7S-
(p)
Refol. Holl. 1 May u«$. il. 3. j Febr. ij«. hl.f.
Nn 2
-ocr page 333-
II. Deel.
AMSTERDAMS
274-
,A66.
uitheemfche taaien. Zy fcheenen zelfs, fom-
tyds, de verborgende gedagten te weeten.
En zekere jongen verklaarde, t'eenigen da-
ge, aan eene der Buitenmoederen, die de
kinderen was komen bezoeken, dat zy,ge-
lyk waar was, heimelyk vreesde, dat men
haar van de trappen ftooten zou. Zy ver-
haalden, fomtyds, wat 'er, op het zelfde
oogenblik, elders, en zelfs in de Vroedfchap,
gefchiedde. Laurens Jakobszoon
Reaal heeft, ten opzigte van dit laatfle,
aangetekend, dat een der bezogte kinderen,
tegen de Buitenmoeder, Tryu Gerrits,*£ zy
de voorgemelde, of eene andere, die't kind
in deszelfs benaauwdheid vairhieldt, uitber-
ftende, zeide, Uw Zoon Jan Kluasz, Verwer
in de drie Koningen , en, federt het jaar 1561,
Lid van de Vroedfchap, zal naar den Haa-
ge reizen, en daar niets goeds aanregten; wans
dus is 't in den Raad bejlooten-
Hy voegt 'er
by, dat zy, toen 't lyden van 't kind wat
afnam, zig, met het zelve,naar 't Stadhuis
begaf, daar zy jüiit aankwam, zo als haar
zoon, na't fcheiden van den Raad, de trap-
pen aftradt,dien zy vraagde, ofhy naarden
Haage reizen zou1?
waarop hy, ontftellende,
bekende, dat hy 't van zins was. Zy toen
gezeid hebbende, dat het haar door dit kind
ontdekt was, gaf zulks gelegenheid, dat de
reis, die nu bekend was geworden, agter-
bleef. Voorts, wordt getuigd, dat deeze
kinderen zeldzaam kwaad deeden, dikwils
zeggende, onder 't wyzen naar om hoog,
dat de groote Man bun zulks verboodt, of be-
lette.
Meermaalen liepenze naar 't water,
als wildenze 'er infpringen: maar op den
kant gekomen, bleevenze pal liaan, zeg-
gende, de groote Man verbiedt het ons (O-
De vreemdheid deezer bezoekinge trok,
zo dra ze rugtbaar werdt, zulk eene groote
menigte van nieuwsgierigen naar 't Wees-
huis, die "er, tegen dank der Regenten,in-
drongen, dat het Geregt, al op den veer-
tienden January deezes jaars, by openbaare
afkondiging, beval, dat niemant zig, zon-
der verlof der Regenten, in 't Weeshuis
vervoegen, of ophouden zou (u). Dierge-
lyk verbod gefchiedde den vyfden Februa-
ry, in opzigt van het Kloofler der Paulus
Broederen, werwaards eenige kinderen,tot
bevorderinge van derzelver geneezinge,ge-
bragt waren (vi). Reaal tekent aan, dan
de kinderen, hoe naauw zy in dit Kloofter
ook bewaard werden, fomtyds, middel von-
den, om floten en deuren open te breeken,
en,
(t) L. J. Reaal h Brandt I. Deel, il. 330 «»-.
Hooft 111. £«'4, il. 'ju, Dawer il. 370, 171. Com-
MtLlN kl. S87 enz.
(u)
Keurb. F. ƒ. i<>$.
(vj Kemb. F. ƒ. iss.
15.66. gaf, naar 't fchynt, gelegenheid tot het op-
fchorten der onderhandelinge. Men was
egter overeengekomen, om den Koophan-
del, over en weder, vry teftellen, gelyk
van ouds : 't welk blykt, uit eene afkondi-
ging van den vyftienden July (q), die hier
te Lande gefchiedde, en die wy, hier ag-
ter, onder de Bylaagen (f) , geplaatft heb-
ben.
Zonder- Omtrent den aanvang deezes |aars, werdt
Hngebe- een groot deel der kinderen in 't Weeshuis
zoeking deezer Sted6j knegtjes en meisjes, wel tot
Wees- zeventig toe, bevangen van eene zonderlin-
kinde- ge kwaaie , die, by de meeften, zo wel
ren, hierQnroomfchen als Roomfchen, voor beze-
terStede. tenhejd werdt aangezien. De kinderen zei-
ven fcheenen hunne bezoeking ook aan de
werking van booze geeften toe te fchryven.
Men vondt 'er, die zeiden, dat zy, zo al
de bergen met zwaarden beßeken waren, gaar-
ne van boven door de punten daalen wilden, als
zy
, daarna, Gods aanfebyn flegts in genade
aanfebowcoen mögt en.
Voorts, klauterden zy,
als katten, by de wanden op. Een jongen
zag, in 't huis van een' beeldhouwer in de
Kalveritraat, een fleenen tafereel van 't laat-
fte oordeel, om hoog, aan den muur han-
gen , en, gevraagd hebbende, of by 't 'er eens
wilde af haaien
? vloog hy by den wand op,
rukte 'er 't ftuk af, en fmeet het tegen den
grond. Anderen klommen,zo gezeid werdt,
by den tooren der Oude Kerke, naar bo-
ven, tot aan de fpeelklokken,daar zy eene
wyle bleeven zitten, tikkende met de knok-
kels op de klokken, en zingende, Wy zul-
len bier niet van daan gaan, of Barnet je zal
in 't vuur flaan.
Zy bedreeven ook veel ge-
baars , aan de deuren van fommige vrou-
wen , die hen, zo zy zeiden, betoverd had-
den : en verflonden, door Barnet je, zekere
Jakoba Jakobs dogter, anders Japikje Ba-
men,
die men, van elders, weet, dat, door
hen en anderen, befchuldigd werdt, als de
oorzaak van de tegenwoordige bezoeking
der Weezen, waarom zyzig, eerlang,door
't Geregt, deedt zuiver fchouwen (j). Den
Schout Pieter Pieterszoon fcholden zy, om
zyne wanflakige lengte, voor eenen Deven-
ter Koek,
en verweeten hem lelyke ftukken,
uit afkeer, zo de Onroomfchen meenden,
van de vervolging der Gereformeerden, die
hy, omtrent deezen tyd, fterk zou gedree-
ven hebben. Zy trokken, wyders, fchryft
Hooft, gezigten zo helfch en averregts,
dat de mannelykfte harten van die neep
fcheenen te kwynen. Zy fpraken, met lis-
pende, tongen, vreemde dingen, en zelfs
(q) IT. Privileg, boek, ƒ„ 4.3 verft,
(r) Lr. A.
(ij Kemb. F. ƒ. 207, tot
Keur'
ter g*
deeze'
bszoS'
kinge'
-ocr page 334-
VIL Boek.
GESCHIEDENISSEN.
2?r
»556.
vooraf, ook wel zo veel gefproken zyn, dat 15$&
het van kinderen gehoord en nagepraat kon
worden: 't welk dan, wanneer 't juift met
de waarheid overeenkwam, in zulk een' by-
geloovigen tyd , als heel wat byzonders,
opgemerkt, en voortverteld is. 't Blykt,
eindelyk, uit de Stads Regifiers,dat''er lui-
den waren, die met de bezogte Weeskin-
deren langs ftraaten liepen, en den Schout
of anderen overlaft aandeeden. Zy hebben
hiermede, ongetwyfeld, in deezen tyd van
beroerte, hunne oogmerken gehad. Wie
weet, wat zy den kinderen al hebben kön-
nen ingeeven ? Zulke luiden waren ook regt '
bekwaam, om deopgeflooten jongkheid be-
hulpzaam te zyn, in het opbreeken van flo-
ten en deuren. Ook bleek het, dat fommi-
ge kinderen magts genoeg hadden over zig
zelven, om tot op den kant van den wal
te loopen; en zig egter voor 't water te wag-
ten. Inzulken, fcheen, voorwaar, kinder-
lyke konft en gemaaktheid meer te werken
dan ontheifterde natuur. Maar anderen zul-
len , inderdaad, krank van lighaam en geeft
geweeft zyn. Doch deezen zou ik niet be-
zeten noemen; maar, gelyk, in de Stads
Regifiers, wyilelyk gefchiedt, elendig, ziek,
grootelicken gequelt,
en met eene /onderlinge
pajjle beuangen (a).
Doch dit byzonder ge-
val heeft ons reeds lang genoeg opgehou-
den, 't Jaar 1566 is, te Amfterdam, ook
in andere opzigten, merkwaardig geweeft.
De Inquifitie, en 's Konings ftrenge Pia-Verbond
kaaten om dezelve te handhaaven hadden,en Vcr"
alomme in de Nederlanden, zo veel mis-7^\}t
noegen verwekt, dat veelen, ook de aan-derEde-
zienlykfte luiden, Roomfchen. en Onroom- len tot
fchen, op middelen bedagt waren, omver- fchorfing
zagting van 's Konings Plakaaten teverwer- C1r,.n'
ven, en om de Inquifitie te weeren. Ten erf pja-
dien einde, hadden de Edelen des Lands,kaaten.
in merkelyken getale, te Bruffel, een Ver-
bond geflooten, in November des voorlee-
den jaars, welk, naderhand, door veelen,
alomme, ondertekend werdt (b). De Prins
van Oranje, Stadhouder van Holland, die
dit Verbond, onder de hand, begunftigde,
fchreef, in 't begin deezes jaars 1566, aan
de Landvoogdeffe „ dat hy geenen wil nóch
„ middel hadt, om de hand te leenen aan
„ de Inquifitie, en de Plakaaten uit te voe-
„ ren (c)." Wat kater, keurde hy goed,
dat de Edelen een Verzoekfchrift overle-
verden aan de Landvoogdeffe , waarby zy
begeerden „ dat haare Hoogheid den Kq.
» nmg,
(a) Refol. Vroedfch. N. z. i* 7<"i. i;6S. ƒ, n v„fK
Keurb. F. ƒ. ij>$ verfo, J9</.
(i) Vadcrl. Hift. VI. Deel, il. lïz er.z.
(c) Zie
BOB. I. Stek, l>i. 2.3. [33,]
N 3
en, by tienen en vyftienen, langs de ftraa-
ten te loopen (w). En de waarheid hiervan
kan, uit de Stads Regifiers, beveftigdwor-
den. Men leeft, in eene Keure van den
agttienden Juny: oft gebeurde, dat de wees-
kinderen geraiclen vuyt den powwels broeders
Conuente te cotnen op der flrate, tegens wille
van den gheenen die hen bewaren, zoe ver-
lieden tnynen beeren van den gerechte eenen
yegelicken , den Jeluen kinderen nae te ho-
pen
, ofte mit hen luyden e-enige onfiueric-
heyt te bedryuen tegens yemande, wie dattet
oick zy (x).
Uit welke woorden, af te nee-
men is, dat de kinderen, reeds te vooren,
uit het Kloofter hadden weeten te komen,
en dat fommigen zig van hun gediend had-
den , om den Schout of anderen overlaft aan
te doen. Het ongemak der Weeskinderen
duurde veele maanden-: doch verdween al-
lengskens, hoewel hun, ook na dat zy 'er
van verloft waren, de overblyffels der kwaa-
ie, al hun leeven, aanhingen (y).
Over de oorzaaken van zulk een zeld-
zaam ongemak is, onderfcheidenlyk, geoor-
deeld,^ vroeger en laatere tyden. Ik merk
. 'er alleenlyk op aan, dat my, in al wat'er
van verhaald wordt, niets voorgekomen is,
't welk men niet, ten deele aan bedwelming
der herfenen, ten deele aan vooroordeel,
ten deele, miffchien, ook aan luft om, zo
wel als anderen, voor wat byzonders aan-
gezien te worden, kan toefchryven: en dat
'er geene reden fchynt, om hier om duivel
of bezetenheid te denken. Dat 'er de kin-
deren zelven aan dagten, was niet vreemd.
't Werdt hun van anderen zo voorgepraat,
en 't was 't gemeen gevoelen hunner eeu-
we. 't Klauteren langs wanden en daken, 't
welk men zelfs niet net genoeg weet, hoe 't
hier gefchied zy, is meer van krankzinni-
gen gezien. Vreemder zou 'tfpreeken van
uitheemfche taaien zyn. Maar welke vreem-
de taal hebbenze gefproken ? wat hebbenze
'er in gezeid? Dit verhaalt niemant. Zy
fpraken, met lispende tongen, en hebben
hgtelyk iet können uitftamelen , dat naar
vreemde taal geleek. Miffchien , zo vee]
als het Tierius, S'churins-, Fiigiia, waarmede
kleins van Purmerende, die hier, in 't jaar
»555, verbrand werdt, de fchaapen, zo 't
heette, betoverde (z). De gedagten ee-
^er beangftigde vrouwe waren van een'
gaauwen jongen niet moeilyk te raaden. En
Van 't gene men hoopte of vreesde, dat in
de Vroedfchap beflooten zou worden,kon,
Wfi>BKAKDT«. 131.
(V) lTh-F- f-"»•
(z) c cT "'• Bo^' iL »'•
ƒ. 3 8-4.*
          eb- vm I4 April lS5} tH I3 4pril lsU.
**■ $1 verft,, 5j, Zie ook DAPPER, H. ISO.
A
iNer.
v&f de
-ocr page 335-
D A M S               II. Deel.
beraadflaagd, om dit werk in Holland tebe-
ginnen. Floris van Palland, Graaf van Kui-
lenburg,
een van de hoofden der verbonden'
Edelen, hadt, federt eenen geruimen tyd,
in de Kerken zyner Stad, doen prediken,
door eenen Gereformeerden Leeraar, Ge«
rardus genaamd, waar veele Hollanders, en
ook eenige Amfterdammers ter gehoor ver-
fcheenen. In Holland zelf, onthielden zig, Heiwe'f
op deezen tyd, niet meer dan twee Gere-ke Vr-J'
formeerde Leeraars: Pieter Gabriel, een ^^te
Vlaaming, die, met zyneHuisvrouwe, jE-|mftel"
lizabet, by welke hy geene kinderen hadt, dam-
te Amfterdam, in de Engelfche fteeg, woon-
de , en Jan Arendszoon van Alkmaar, Man-
demaaker zyns handwerks, die zig, met
vrouw en kinderen, te Kampen, hadt ne-
dergeflaagen, om de Gereformeerde Ge-
meente, welke aldaar, in kleinen getale,
heimelyk, byeen kwam, met zyne Leere te
dienen. Doch hy kwam, nu en dan, naar
Holland, om de ftille Vergaderingen te be-
zoeken. Gabriel was gewoon, des Zon-
dags , ten zynen huize, de Heidelbergfche
Catechismus te verklaaren, voor een klein
getal van toehoorderen, die hier, met lyfs-
gevaar, vergaderden. Maar den Leeraar,
omtrent den aanvang van July, naar elders
vertrokken zynde, ontbooden eenige wei-
nige Amfterdammers Jan Arendszoon, van
Kampen naar Amfterdam, om met hem, op
het aanvangen der openbaare Preeke in Hol-
land, te raadpleegen.Hun toeleg bleef, mid-
lerwyl, zo bedekt niet, of Burgemeefteren
kreegen 'er de lugt van, en vergaderden de
Vroedfchap, tegen den zesden, om te over-
leggen , hoe men zig gedraagen zou, indien
de Preeke ook omtrent de Stad ondernomen
werdt: en 't befluit viel „ dat men 't nog
„ eenige dagen zou inzien, om geene op-
„ fchudding te verwekken onder't volk, en, Men
„ midlerwyl, bedektelyk verneemen, hoeraacl'ta!'
„ ver 't gerügt gegrond ware (g)." Op deng o?
agtften, kwamen buiten de S. Antonis-poort, het"P
tuffchen de Stad en Outewaal, aan den lyk Pr^
Ykant, omtrent den kadyk,in 't riet, metdi^"/
Jan Arendszoon te woorde zes van de voor-1
naamfte Gereformeerde Burgers, te weeten,
Reinier Kant, Frank de Waal, Kor nelis, of
volgens anderen, Maarten (//) Janszoon Kos-
ter , Albert Heyes
, Willem Floriszoon en
Laurens Jakobszoon in de gouden Reaal op
het Water, uit de aantekeningen van wel-
ken laatften, het grootfte gedeelte van dit
verhaal ontleend is. Hier werdt eerft, door
Jan Arendszoon, met eene zagte ftemme,
een vuurig gebed gedaan: en daarna, over-
legd»
(g) Refol. Vroedfcli. N. z. 5, <S July Ij6«. ƒ. 17. .
(h) D. Willink Aantek. uit een Boek, betuftende1"
de Kämet der Diaconie alhier.
276               A M S T E R
1566. „ ning wilde beweegen, tot het intrekken
„ der ftrenge Plakaaten; en dat, terwyl men
„ 's Konings antwoord afwagtte, Inquifitie
„ en Plakaaten buiten uitvoering gefteld
• „ werden:" tot welk laatfte, de Landvoog-
des verklaarde, geene magt te hebben (d).
Keur te Terwyl de Edelen dus y verden voor meer-
Amfter- jere vryheid in 't ftuk van den Godsdienft,
h'T-°P wies de moed der Onroomfchen , in de mees-
komén te Steden van Holland, fterk. Maar te Am-
van fterdam, daar de Landvoogdes, dit jaar,
vreemde- Burgemeeftersgefteld hadt, naar haar wel-
eSbe behaagen, deedt men zyn beft, om allen,
waaken die eenige Hervorming in den zin hadden,
der Stad. in toom te houden. Weinige dagen voor
't inleveren van 't Verzoekfchrift der Ede-
len , hadt Vrouw Margareet der Wethou-
derfchap aangefchreeven „ dat zy, in dee-
,, zen gevaarlyken tyd, naauw toezien moeft
,, op de verzekerdheid der Stede." En hier-
op was, den tweeden April, gebooden „ dat
„ men niemantvreemds terpoorten zou in-
„ laaten, zonder dat hy zynen naam en her-
„ berg hadt laaten optekenen. Dat elk, die
„ te water binnen kwam, aan de dyken,
3, buiten de drie hoofdpoorten, de Haar-
„ lemmer-, S. Antonis- en Reguliers-poort,
„ moeft worden opgezet. Dat, uit ieder
„ der drie Schutteryen, een Schutter aan
,, elke hoofdpoort ftaan moeft, om op de
„ inkomende perfoonen agt te geeven Dat
„ de Herbergiers en alle anderen hunne
., gaften moeiten komen opgeeven aan Cor-
nelis Quirynszoon, wonende ten huife van
., Dirck Wouterszoon, Secretaris defer Stede,
«, fiaende op de nyeuwe zydten wirburcbwal,
„ ouer de appelmarckt, by de huysfutenfieghe.
„ Dat alle vreemdelingen hun geweer in
j, hunne herbergen laaten moeften, en zel-
„ ven, in geval van klokgeflag, binnens huis
„ blyven. En dat, in gelyk geval, alle inge-
„ zetenen, op hunnen hoefllag, en de drie
„ Schutteryen, op de Plaats, moeften fa-
„ menkomen (e)." Vier dagen laater,kwam
'er, op vernieuwd aanfchryvens der Land-
voogdelfe, eene waarfchuwing uit tegen
zekere geftrooide Briefjes , die gehouden
werden, verzieringen te vervatten, ten na-
deele van den Koningen deHertoginne(/).
OndertufTchen, was, aan 't verfpreiden van
zulke briefjes, te befpeuren, dat men't volk
zogt op te zetten tegen de hooge Regeering.
Aanvang Maar de Gereformeerden, zig verlaaten-
«ter o- de op den fteun der Edelen en Grooten,
TrSein vingen, in Juny, aan, openlyk te prediken,
Walfch 'm Walfch Vlaanderen en in Brabant, buiten
Vlaande- de groote Steden. Kort'hierna, werdt ook
xen.
(d)  Vadeil. Kift. VI. Detl,bl. 132 enz,
(e)   Keutb. T. ƒ. 2or.
(ƒ} Keuib. ï. ƒ. 20J,
-ocr page 336-
GESCHIEDENISSEN.
VII. Boek.
■77
066. ]egd} 0f men rje openbaare preeke ook in
Holland aanvangen zou ? waartoe eenpaa-
riglyk beflooten werdt. Men vondt, nog-
tans, geraaden, des nademiddags, nog eens,
ter zelfder plaatfe, by een te komen , om
nader te beraamen, op wat voet men 't werk
aanleggen zou. Doch terwyl de vergader-
den , de een na den anderen, om te minder
fchyns te geeven, ter poorte intraden, luid-
de de Stadhuisldok. Des begaven zig twee
van de zes naar de Plaatfe of Markt, daar zy
'tPlakaat der Landvoogdefle hoorden afkon-
digen, welk, naar den ontworpen voet van
maatiging der voorige Plakaaten, gefchikt
was, en waarby, aan de hoofden en voor-
gangers der Ketteren, en aan zulken, die
dezelven begunftigden of herbergden, de
dood, aan anderen de ballingfchap gedreigd
werdt. De zes perföonen waren eenigszins
verzet, over deeze afkondiging: doch hun
gaf wederom moed, dat het gemeen 't Pla-
kaat befchimpte. Eenigen riepen, de Paa-
pen vreezen voor de galg, en 'tfihynt dat ze
er aan zullen raaken.
Anderen, 't zal hun
hard vallen
, tegen den fleen te floot en: en we-
derom anderen,dit Plakaat zal oorzaak zyn,
dat de Preeke
, die in Holland nog niet openlyk
gefchied is
, terflond, openbaar worden zal.
Men kwam dan, des nademiddags, terbe-
ftemder uure, en ter zelfder plaatfe, we-'
derom byeen, en befloot, na 't uitftorten
van een gebed, de Preeke alomme in Hol-
land aan te vangen, behalven omtrent Am-
fterdam, daar men 't, uit ontzag voor de
Wethouderfchap, nog eenigen tyd, nalaa-
ten zou (f). En ingevolge van dit befluit,
deedt Jan Arendszoon de eerfte openbaare
Preeke by Hoorn, op 't open veld, den veer-
de tiendenjuly (£).
ren. Te Amflerdam, verlangden veelen, in- 1566-
gezetenen en vreemden, dat hun, ook daar-
omtrent , het woord gepredikt mögt worden.
De voornaamften onder de Gereformeerden
alhier begonden zig toen wat vryer te open-
baaren, zeggende „ dat, zo men van een
„ merkelyk getal van toehoorderen verze^
„ kerd kon zyn, zig wel haafl een Predi-
„ kant voordoen zou, die, indien 'erflegts
,, een klein getal byeenkwame, zig, met
„ al die by hem waren, in te groot een ge-
„ vaar zou fleeken, alzo men wel verze-
„ kerd was , dat de Wethouderfchap haar
„ beft doen zou, om de Preeke te ftooren."
Doch de yver om zulke eene Vergadering Te Am-
by te woonen was zo groot, dat men geraa- fterdam ^
den vondt, op Zondag den eenentwintigften ^ldtd
July, te Overyeen buiten Haarlem, digtgü
by't Huis te Kleet, te vergaderen. Deeze dat men
plek behoorde tot de Heerlykheid van Hen- buiten
rik, Heer van Brederode, een der hoofden van Haai"!ein
de verbonden'Edelen Cm), wiens Rentmees- ^J
ter Willem van Zonnenberg , benevens Lan-
celot van Brederode
, zynen Baftaardbroeder,
en Fredrik van Egrnond, gehouden werdt, de
voornaamfte gelegenheid tot het prediken
ter deezer plaatfe verfchaft te hebben («).
's Daags te vooren, liet men, omtrent ten
elf uuren, het gerügt loop en door de War-
moesftraat te Amflerdam, alwaar, ten dee-
zen tyde, de Koop luiden plagten te verga-
deren „ dat men, des anderendaags, ten
„ tien uuren, te Overveen, buiten Haar-
„ lern, en ook buiten Alkmaar, prediken
„ zou." Burgemeefteren kreegen terftond DeBur-
kennis van dit gerügt, en lieten, om 't volk gemees-
van Haarlem te houden, kort na den mid- ^eid^ri"
dag, door fommigen , verfpreiden „ dat een an.
„ Reinier Kant, des anderendaags,ter zeli"- der ge-
„ der uure, op den Heiligen weg, aan den rugt. om
„ Overtoom, zou prediken." Doch deeze, 'l v0,k
wel merkende waar men op uit ware, ver-1^™*'
voegt zig, met Laurens Jakobszoon Reaal, houden,
ten half drie uuren,in het Toorentje,waar
Burgemeefters hunne Vergaderplaats had-
den, en vraagt hun af „ of zy verfpreid
„ hadden, dat hy prediken zou ? 't Ant-
woord was ja, met byvoeging „ dat het
„ den Heeren, door geloofwaardige luiden,
}, was aangediend." Kant verzogt te wee-
ten, wie die luiden waren? zeggende dat
men hem,door zulk aanbrengen, naarden
hals dong. Doch als men hem weigerde
de luiden te noemen, liet hy zig vrymoe-
diglyk uit, dat zy zelven de luiden waren, die
zulk een gerügt lieten hopen:
en dat zy hem
te kort deeden.
Hy voegde hierby „ datzy,
» door
De Raad te Amflerdam was, 's daags te
tl^S be. vooren, wederom vergaderd geweefl. Bur-
V^t gemeefler en begeerden, op nieuws, te wee-
ten, hoe men zig te gedraagen hadt, wan-
\ e neer de Preeke omtrent de Stad aangevan-
gen werdt. Doch men vondt goed „ nog
35 al ftil te zitten, en zo 'er eenige nieuwig-
>■> heid werdt aangeregt, zulks der Vroed-
» fchap bekend te doen maaken: ook voor
» eerft nog geene wagt in de poorten te
'> ftellen; maar de buurtwagt, gereed te hou-
>' den, om 'er zig, des noods, van te kon-
>> nen bedienen (/)." 't Gerügt van 't predi«
*en by Hoorn verfpreidde zig, ondertus-
sen, door 't gantlche Land. Men riep,
öat 'er ook elders Predikanten voor handen
waren, die zig wel haafl zouden laatenhoo-
*'. Vij-'j J' Reaal Memor. By Bkandt Reform. I. De;l,
(h Ref',US Hoorn' *'• l61-
Ic»- Vroedi'ch. N. ï. 13 7»ly ises.f.iy. verf«.
f*>)L. J. REA AI. hy BRAND I. Dtel, BI. ji9t
(n) Sentent. ten tyde var. AtVA , 61. S9) ii%
-ocr page 337-
AMSTERDAMS
II. Deel.
«278
56*
1566. „ door dit middel, de Preeke buiten Haar-
„ lem zogten te verhinderen; doch dat dit
„ werk des Heeren voortgang hebben zou,
„ en door al de duivelen, of derzelver lo-
„ genagtige werktuigen, niet zou können
„ belet worden." Men zal, voer hy voort,
te Overveen prediken, en wy hoopen 't ook,
in weinig dagen, buiten Amfierdam te doen.
Het volk is vuurig, en verßaat het bedrog
van den Paus en de Leer van den Antichrifl.
Op dit zelfde uur, zyn al de fchuiten en wa-
gens, die by de Stad tsaren, vol volks, naar
Haarlem vertrokken, en ixygaan terflond ook
derwaards.
Ook deeden zy 't, zonder dat
Yvervan het hun belet werdt. Te vooren, was be-
veel e fternd, dat de Leeraar Pieter Gabriel, die
Amfter- te Overveen prediken zou, des Saturdags
feiT'om 's morgens» met Kornelis Janszoon Kotter,
de Pree- van Amfierdam naar Spaarnedam zou rei-
ke aldaar zen, en daar dien nagt vertoeven by den
Schout, die den Gereformeerden zeergun-
Jakobszoon Reaal, die hier, nevens l
Reinier Kant, Kornelis Willemszoon Hooft,
Aagt Kernelis, deszelfs Dogter, Jan Jans-
zoon Smit,
en veele andere Amfterdammers,
verfcheenen was, getuigt, dat 'er, naar gis-
fing, wel omtrent vyfduizend menichen by-
een waren (0) : 't welk byna ongelooflyk
fchynt. Ook meenen anderen , dat 'er naauw-
lyks zo veele honderden byeen geweeft zyn
Q>). Eindelyk, kwam ook de Predikant;piehjel
die , voor eene fparre, gelegd op twee Gs' $s
ftokken, overend in den grond gefteken, om- ^0^'
trent vier uuren agtereen, in eenen heeten Veen'
zonnefchyn, predikte , over het negende
en tiende vers des tweeden Hoofddeels van
Paulus brief aan die van Efeze. Voor ea
na de preeke, werdt 'er gezongen en gebe-
den : 't laatfte ook voor allerlei ftaaten van
menfehen; en voor 's Lands Overheid zo
hertelyk, dat 'er weinige drooge oogen ge-
zien werden. Voor 't fcheiden, werdt be-
kend gemaakt, dat men, 's anderendaags,
ter zelfder plaatfe, by de Roomfche Kerke,
aan Maria Magdalena toegewyd, wederom
prediken zou, gelyk, doorman Arendszoon,
die des Zondags buiten Alkmaar geleerd
hadt, voor eene groote fchaare, gefchied-
de. Gabriel was, na de preeke, naar Alk- R<^f,
maar gereisd, en Reaal, in 'alleryl, naarst,-
Amfterdam, daar hy fpaade aankwam, dej^elf
poort met Stads wagt bezet vondt, en uit te ^
Egbert Roelofszoon, die zig ook aan de zy- ^
de der Gereformeerden hieldt, vernam, datfta'
de Vroedfchap, niet alleen des Saturdags,
maar ook dien zelfden Zondag, vergaderd
geweeft was , en dat hy uit Anthonis van
Houf Jakobszoon,
een der zesendertigen ,
die de zaak der Gereformeerden niet onge-
negen , doch vol vrees en agterdogt was ,
verftaan hadt, dat de Raad, op den herhaal-
den voorilag van Burgemeefteren, nog tot
geen nader befluit hadt können komen, dan
dat men zig, indien de preeke voor de Stad
gebragt werdt, naar gelegenheid van zaa-
ken, fchikken zou. Met dit berigt, kwam
Reaal, des Maandags, den twee-entwintig-
ften July, wederom te Qverveen by de zy-
nen, die zig aangemoedigd vonden,om by
hun voorneemen te volharden. Men hoorde ^t-
Jan Arendszoon dan prediken. Den Am-y
tterdammeren, des avonds, in grooten ge- * s effl.
tale,naar huis gekeerd, werdt afgevraagd,^ig^.
wat zy gehoord en gezien hadden ? Waar op ffi['s,
eenigen vrymoediglyk zeiden „ dat zy Gods &e
„ heilig Woord, welk van de Paapen, tot
„ nu toe, met menfehelyke Leeringen, ver-
„ donkerd en belmet geweeft was , den
„ mefl*
(0) Reaal h brandt i. Dte!, il. 3151,320, 321.
(p) Kok V. Bock, il. 77. [5+.]
woonen.
ftig was: waarna hy, des Zondags, om
geen gevaar te loopen van binnen Haarlem
beilooten te worden , naar Overveen zou
voortgaan. Doch Kotter liet zig vervoeren
door zynen yver, om, des Saturdags, tot
binnen Haarlem, te komen met den Predi-
kant. DeWethouderfchap deezer Stadwas,
ondertuffchen , door Burgemeefteren van
Amfterdam, pnderregt, dat men te Over-
veen wilde prediken, en vermaand, om het
te beletten. Hierop werdt, ten negen uu-
ren, de Steêklok geluid, en deVroedfchap
vergaderd. Maar dit luiden der klokke,
zo laat in den avond, jaagde Kotter, die,
met Gabriel, by den Scheepstimmerman
Kornelis Staatszoon, t'huis lag, grooten angft
aan. Men maakte zig zelven diets, dat
dat het op den Predikant gemunt was, en
hieldt hem, den gantfehen nagt, beftapeld
onder de fpaanders. 's Morgens, bleeven
de poorten digt. De Amfter dammers, die
in de Stad al de herbergen vervuld hadden,
deeden veel moeite -, om buiten te komen.
Sommigen daalden van de Stads muuren,
en zwommen over de graften. Anderen wer-
den , met fchuiten, van buiten, overgehaald.
Anderen raakten, terwyl de Haarlemmer
Schutters de melkfters uit- en inlieten, ter
poorte uit. Ten negen uuren, werdt afge-
kondigd, hoe zekere Landlooper , Jakob
Knuit
genaamd, gedreigd hadt de Stad in
brand te fteeken, en honderd guldens be-
loofd aan die hem wift aan te brengen. Maar
ten elf uuren, gingen de poorten open, en
toen ftreefden de overigen, in grooten ge-
tale, naar Overveen, daar de meefte me-
nigte nogtans, 's avonds te vooren, reeds
geweeft was, en, by gebrek van huisves-
ting, op 't veld vernagt hadt. Laurens
-ocr page 338-
GESCHIEDENISSEN.
VII. Boek.
■79
JS66.
„ menfchen kl
,, voordraag
äar en rein hadden hooren weigerde te ontvangen, zeggende, dat men 1566;
." Anderen fpraken't Paus- 't, aan Burgemeefters-Kamer , in't Too-
dom nog duidelyker tegen, en hadden 't ge- rentje, brengen kon. 't Gefchiedde. Men
kaden op de verkoop ing der Geeftelyke vraagde den brenger, van wien hy 't ont-
ampten, op het misbruik der Sakramenten, vangen hadt? Hy zeide, den man ('t was
en op het aanbidden des broods in 't Avond- Jan Pieterszoon Reaal) niet te kennen; doch
maal, der beelden en der verftorvene hei- wel te weeten,dat het van de luiden kwam,
die nu buiten de Haarlemmer Poort zou-
den leeren; waar hy terftond ook naartoe
dagt te gaan. Men liet hem , over ver-
fcheide zaaken , de preeke betreffende *
ondervraagd zynde, en geantwoord hebben-
de, 't gene hy wift, of zeggen wilde, vrye-
lyk vertrekken. De Vroedfchap, daar 't
Vertoog aan hieldt, werdt terftond verga-
derd. Hier werdt het gelezen en overwoo-
gen (u). Het kwam uit op deezen zin: Inhoud
Dat de Wethouderfchap, misleid doorvan heÊ
den agterklap van een deel ligtvaardige ze
menfchen, het heilig werk, dat zy nu
buiten de Stad hoopten te verrigten, kwa-
lyk duidende, veelligt, waanen zou, hen
met regt te können flooren, alzo men
hun nagaf, dat zy 't preeken aanvingen»
uit ligtvaardigheid, uit eigenzinnigheid,
uit grootfchheid, en om 't gemeene volk
tot zig te trekken; en dat hun bedryf ftrek-
te tot veragting van 's Konings Plakaat,
tot oproerigheid, en zelfs om de Wet-
k
^übe- Eenige voorgangers der Gereformeerden
°ok kwamen, midlerwyl, te Buikfloot, over 't
Sr.
Y, byeen, met de predikanten; diezig, op
't Huis te Affen , welk thans bewoond werdt
door den Heer Binkhorfl, die met zyn gant-
fche huisgezin de preeke te Overveen hadt
aangehoord; te Zaanerdam, ten huize van
Jan Havikszoon, en elders in Waterland, ver-
borgen hielden; alzo menze in geene Ste-
den betrouwde, om dat zy, door 't open-
lyk prediken, te bekend geworden waren.
In deeze byeenkomft, werdt vaftgefteld,
dat men, op Woensdag, den laatftenjuly,
by Amfterdam, prediken zou, en de plaats
daartoe bepaald (.r). 's Daags te vooren,
deedt de Wethouderfchap de Keure op het
b-waaren der poorten en boomen , in de
poorten, aanflaan , met bygevoegd bevel
aan de Schutters, om goede agt te geeven
op de luiden, die in de Stad begeerden te
komen, en alle krygsluiden, landloopers,
bedelaars en andere verdagte perfoonen daar
buiten te houden {f). Den eenendertigften,
Js morgens vroeg, verfpreidden de Gere-
formeerden een gerügt door de Stad, dat 'er,
ten negen uuren , buiten de Haarlemmer
poort, in 't veld , zou gepredikt worden
s'
houders in lyden te brengen. Dat zy hier-
om , en op dat de Overheid zig niet on-
tydiglyk opmaaken mögt, om hen te Hoo-
ren en te ftraffen, geraaden gevonden had-
den , hunne onfchuld , door dit onvol-
maakt gefchrift, te betoonen. Zy betuig-
den voor God, den hertenkenner, dat zy,
die zig dagelyks in lyfsgevaar bevonden,
niet gedreeven werden door eenen ligt-
vaardigen, maar veel eer, door eenen
zwaarmoedigen geeft, welks krankheid
zy, door Gods beloften en de verfterking
des Heiligen Geefts , moëften te boven
komen. Zy zogten geenen aanhang te
maaken, gelyk Theudas van ouds, en ,•
in deeze dagen, Jan Bokelszoon , David
Joriszoon en anderen gedaan hadden.
Zy leiden alleenlyk toe, om den Heere
Chriftus menfchen te winnen. Zy roem-
e<S
&
%eere- Doch omtrent of voor agt uuren, zondt men
jNzi^' zeker Vertoog, welk, door Jan Arendszoon,
VeLeea °P den naam der geloovigen, buiten de Stad
^°°g, vergaderd, opgefleld, en ook, ter gelegen-
er^- heid van het tweede prediken te Overveen,
,etligC aan de Wethouderfchap van Haarlem, be-
^Vfc-'nMdigd geweeft was,by zekeren Schipper
teten6s" °f Vaarendsman, Pieter van Grieken of de
Griek (u)
genaamd, ten huize vanBurgemees:
ter Jan Klaaszoon van Hoppen, die 't fchrift
j?
den niet in 't vleefch; maar hoopten ,
hunnen roem in Chriftus kruis, zo lang
11
zy ademden, te zullen behouden. Wa-
ren hunne Leeraars eenvoudige luiden;
■>•>
God hadt 'er zyne reden toe, en 'tftrek-
te hem tot eere, de waanwyzen te be-
■>■>
fchaamen , en de geloovigen, zonder
grond van menfchelyke wysheid, alleen
£ op den gekauften te doen fteunen. Zy
„ hoopten nogtans, dat 'er haaft geoefen-
» der
(i>) L. J. Reaal *7 BBANPT J. Deel, bl. 32j,.
O O
(?) Reaal ty brand f I. Deel, tl. 321, ju, 323.
<t\ ^Eaai- *y Bbakdt I. Deel, bl. 323.
alhier. ' "'llink Aantek., uit een Boek by de Diaconie
I,
STUK.
-ocr page 339-
AMSTERDAMS
II. Deel.
s8o
op eene bekwaame ftede, en 't volk, in groote
menigte,beneden den wind van hem geplaatft
om te beter te können hooren. De vrouwen
zaten digtft by: de mannen ftonden agter
haar, zo dat'er goede orde en goed gehoor
was. Na 't prediken en zingen , keerde de
Leeraar naar Zaanerdam. Maar Burgemees-D«
teren hadden, ondertuffchen, gelyk zy in SchUelJ
gewigtige gelegenheden gewoon waren, by $$&
raade der Vroedfchap, de drie Schutteryen, vÊrga'
die ieder uit twaalf rotten beftonden, op de^"
haare byzondere Doelen, doen vergaderen.
Hier werdt haar,rot voor rot, voorgefteld,
welke zwaarigheden uit het buiten preeken
te wagten wären, en gevraagd, of't nietge-
raaden zou zyn, dat te beletten? Veelen zy & ti
onder de Schutters waren den Gerefonneer- fluïtefl
den toegedaan. Des viel het befluit derbuits^"
meerderheid „ dat men de buitenpreeke ^o*
„ behoorde te gedoogen , blyvende defen.
}J Schutteryen verders bereid, om de Stad
„en de Wethouderfchap te befchermen
„ tegen allen overlaft; waartoe haar ook
„ de wapenen alleen waren toevertrouwd."
Men gaf Burgemeefteren kennis van dit be-
fluit , welk byna met het voorig befluit der
Vroedfchap overeenkwam. Tegen Zondag T^s
den vierden Auguftus, werdt 'er wederom Pre^5
preeke aangezeid op de Rietvink (z). De op f
Predikant Jan Arendszoon werdt, ten be-1^.
Hemden tyde, door eenige Schutters, metvl
naame Dirk Olofszoon Vlaskoper, Reinier
Kant ^Willem Korszoon, Jan Meurling, Ger-
rit Janszoon van Delft, Albert de Graaf
,
Lubbert Nuits, Hans Sprenkhuizen, Henrik
Hoppezak
, Guiljam du Gardin den Ouden en
Adriaan Reinierszoon in 't Kromhout, met een
fchiüt, uit Waterland gehaald, en herwaards
gebragt (a). Maar de Schout Pieter Pie- De (
terszoon, kennis van 't voorneemen gekree- SclJ^s
gen hebbende, toog met de Ruiterwagt en l°\os'
Stadsdienaars, in alles omtrent honderd man rgn.
fterk, om 't minfte gerügt te maaken, ag-
ter't Stadhuis af, 't Jan-Roodenpoortjeuit,
en den Singel langs, met meening om op
den hoop aan te vallen. Doch gekomen aan De £,
't bruggetje, naaft aan de HaarlemmerSch^'
Poort, tradt het rot Schutters, welk hierin'
de dagwagt hadt, hem tegemoet, vraagen-heö1'
de, wat hy in denzin hadt'? 't Antwoord
was „ dat het, als Schout der Stad, zyn
„ pligt was, zulk eenen ligtvaardigen hoop,
„ die nergens op uit was, dan op het ftig-
„ ten van oproer, te doen fcheiden." De
fchutters , met naame Egbert Pieterszoon
Vink
en lef Korneliszoon, riepen hiertegen,
„ dat de vergaderden meeft allen treffelyke
„ bur-
1566. „ der Leeraars te voorfchyn zouden komen.
5>
God hadt aan zyne Gemeente den geeft
der waarheid beloofd: indien zy nu, voor
al de weereld, konden bewyzen, de waar-
heid te hebben, zo volgde daaruit, dat
hunne leer niet tot verleiding, maar tot
behoudenis der zielen ftrekte. Die twy-
felde mögt hen komen hooren. Zy wa-
ren altoos bereid, hunne leere en orde-
ning te verantwoorden. Dat zy van den
J>
Paus , en van de bypaden der gezindhe-
heden weeken, gefchiedde om de plaa-
5>
„ gen te ontgaan, die deezen befchooren
„ waren. Voorts, ftondt hun het verwyt
van oproerigheid, met Paulus, te ver-
draagen, zonder zig daarom te keeren
van hunnen pligt. Geene Leer ftelde de
vreedzaamheid hooger, dan de hunne.
De Wethouderfchap mögt zig verzekerd
houden, dat zy, die 't woord voerden,
en die hen hoorden, niets beoogden dan
Gods en Chriftus eere en de zaligheid
der zielen. De Heeren Raaden mogten
zelven ter gehoor komen, of hunne Her-
ders zenden, om te verftaan, of 'er iet,
tegen de Leer der godzaligheid, of tegen
de vrede en eendragt, gepredikt werdt.
Kon men hen overtuigen van dooling; zy
zouden hun gevoelen afftaan , om een
beter. En wilde men hun veiligheid gun-
nen , en party haare leere ter proeve
ftellen; zy wilden, Chriftelyker wyze, be-
zoeken, wie den anderen winnen kon («)."
j>
SJ
j>
Eerfte
Onder 't overweegen van dit Vertoog, en
openbaa-terWyi men goedvondt, depoorten te doen
Sneven fllliten ^' ging de Preeke voort,fnietver-
buken re Van de Haarlemmer poort, doch buiten
Amfter-
dam, op
de Riet-
vink.
de vryheid der Stede, op de plaats de Riet-
vink
genaamd , regt over 't Karthuizers
Kloofter, op 't buitendyks voorland, in de
derde kamp: die, naar de tegenwoordige
gedaante der Stad, op het einde der Haar-
lemmer Houttuinen, tuflchen de Dommer-
en Houtftraat, fchynt gelegen te hebben
(4), en naar welke, veelligt, de Finken-
firaat
, hier omtrent, binnensdyks, gelegen,
haaren naam gekreegen heeft (3/). De Leer-
aar , Jan Arendszoon, die, met een fchuit,
in 't gezelfchap van vier of vyf perfoonen, uit
Waterland, herwaards gebragt was, werdt,
f*0 Zit BOK II. Eoek, #. 77- [S4.]
(x) Refol. Vroedfch. N. 2. 31 July ijs«, r za
(y) F. VON ZESEN, bl. 223.
(4) Wy neemen dit* onder anderen-af, uit eene
ReJQlutie der Vroedfchap van den zevenentwintigften
November des jaars 1617; waarin beflooten wordt,
eene fluis te maaken op het plein, omtrent welk
hetrietvink plagt te wezen -. welke fluis, in 't jaar
1623 > gelegd werdt, ten einde der Brouwers graft,
maß het eerfle getimmerte by de Rietvinck. Refii,
Froedjcb
N. 12. 27 Nov. 1617. f. 48 verfo. N. 14'.
24 Juny 1623. f. 9 verfo.
(z) REAAL by Brandt I. Dcel,bl. 325 ,326.
(e) Zit mk Commelin bl. »ss.
-ocr page 340-
GESCHIEDENISSEN.
VIL Boek.
281
Hy antwoordde, dat het de preeke gelden zou.
Waarop Graaf zig terftond naar Laurens
Jakobszoon Reaal begaf , verhaalende ,
wat 'er in til ware. Reaal deelde 't gewig-
tig nieuws aan Kant en andere voorflanders
der gemeene zaake mede. Hierop voorzag
zig eene groote menigte volks van geweer,
meeft korte roers en ponjaarden, die men
onder den mantel verbergen kon. Dus ge-
wapend , tradt men, ten agt uuren, ter poor-
te uit: 't welk de Raaden, die aldaar op-
paften , niet wel beletten konden. Na de
preeke, verklaarde de Leeraar, uit naame
der Vergaderinge „ dat zig eenigen uit de
,, hunnen wel gewapend hadden; dochniet
„ om iemant, wie hy ook ware, tekwetfen,
,, veel min om de prediking van Gods
„ woord, met geweld, in te voeren;maar
,, alleenlyk uit nood, om 't gevaar, welk
j, hun over 't hoofd hing, af te keeren, en
„ zig zelvenen al de toehoorders, mannen
„ en vrouwen, te befchermen." Men hadt,
onder de preeke, vyf of zes mannengefteld
op den Haarlemmerdyk, die der Vergade-
ringe in tyds waarfchuwen zouden, als de
Schout met de zyn en omtrent de poorte
kwam. Maar hy was te voorzigtig,om zig
onder de gewapende menigte te waagen. Te
Slooterdyk, te Buikfloot en elders digt by
Stad, werdt, omtrent deezen tyd, geduu-
riglyk gepredikt. De Wethouderfchap was,
hierom, niet zonder reden, bezorgd, dat
men 't haaft in de Stad aanvangen zou. Om
dit te beletten, werdt, den zeftienden Au-
guftus, by Burgemeefleren en Raaden, eene
orde beraamd, op het vergaderen der Schut-
teren in tyden van nood, welker eerfte punt
inhieldt „ dat men geene nieuwe Predikan-
„ ten binnen de muuren der Stede zou toe-
., laaten te prediken ; maar dat men die
„ Predikanten, met der daad, by den Schout,
„ zou doen vangen." Doch toen deeze or-
de den Schutteren voorgehouden werdt, ver-
klaarden deezen „ dat zy, in dit eerfle punt,
„ nog niet bewilligen konden, maar zien
„ zouden, wat hun te doen flondt, wanneer
„ de preek daadelyk binnen de Stad ge-
„ bragt werdt." Over de andere punten,
die meeft in gebruik waren y en onder an-
deren zagen op het bewaaren der poor-
ten door de Schutteren, viel geene beden-
kelykheid (c).
De Gereformeerden, befpeurende, hoe
zeer de Schutters hun genegen waren, be-
flooten, dat 'er, den eenentwintigften -Au-
guflus, gepredikt zou worden op de Las-
taadje, vlak voor de Stad, aan den oever
van 't Y. Burgemeefleren, kennis gekree-
gen
(e) Refol. Vioedfcli. N. 2. 16, 21 , 2i Aug. ijóö. f.
2% , 25 , z8.
©O 2
*566. „ burgers waren, hunne bekenden, vrien-
,, den, maagen, broeders enzuilers, die
„ zy niet wilden gedoogen , dat eenigleed
„ werdt aangedaan. Zy rieden hem hier-
„ om, zyne ruft te houden, zonder 't be-
„ fluit der Vroedfchap en der Schutteryen
„ te overtreeden, ten ware hy zin hadt aan
„ bloedftorting , of zig de poort voor 't
„ hoofd wilde zien fluiten." Hy flaakte dan,
voor deeze reize, zyn voorneemen, en keer-
^Quic de vol fpyts te rug. Burgemeeflers riepen,
l^Bllr- 's daags na de tweede preeke, den Oud-
tet^Ss" Raad van Burgemeefleren byeen; daar op
^adeenn nieuws geraadpleegd werdt, hoe men den
I56Ó.
De Leer-
aar ver-
dedigt
dit.
latent loop van dit werk beft fluiten zou ? 't Be-
?>«
fluit viel „ dat men de kleine poorten ge-
„ flooten zou houden, en, in elke der drie
„ hoofdpoorten, tweeRaadsperfoonenflel-
j, len by de Schutters," welker gezindheid
men nu begon te mistrouwen „ om naauwe
,, toezigt te hebben op de uit- eningaanden,
J5 en niemant door te laaten, dan met laft.
„ Voorts, zouden Burgemeefters eenOnt-
5, werp van een verbod maaken, om den
„ ingezetenen het uitloopen ter preeke te
„ beletten; welk ontwerp men den zesen-
5, dertig Raaden, den Hopluiden der Schut-
s, teryen,enden Overluiden der Gilden zou
j, voordellen, om, goedgekeurdzynde,af-
,, gekondigd te worden, en kragt van wette
j, hebben." Maar als dit Ontwerp, den zes-
den, in,de Vroedfchap gebragt werdt, be-
floot men daar „ dat men 't nog zou op-
„ houden, en eerft afwagten, wat by haa-
s, re Hoogheid, de LandvoogdefTe, of den
3, Stadhouder, Prinfe van Oranje, desaan-
5, gaande, nader gelaft, of gedaan zou wor-
„ den. De Gilden zou men, ondertufTchen,
j, op de bekwaamfte wyze, vermaanen, dat
j, ze zig toch uit verbooden' vergaderingen
jj onthouden wilden. Maar aan de poorten
s> zou men Raadsperfoonen Hellen, gelyk
^i» beraamd was (£)." De Schout, nogtans,
v zy door Burgemeefleren, of door zyne
De Wet-
houder-
fchap be-
(luit, liet
prediken
in de
Stad niet
toe te
laaten.
Daar de
Schutte-
ry nog
niet in
bewilli-
gen kan.
Nt
eigene hevigheid, aangezet, vondt dit be-
fluit veel te zagt, en, een dag of twee daar-
na, vernomen hebbende, dat men, des an-
derendaags, voor de derde reize, op de
fc
w
Rietvink flondt te prediken, ontboodt hy
£yne dienaars,de nagtwagten anderen,die
"y daartoe krygen kon, tegen twee uuren
£a middernagt, met hun geweer, op 't Stad-
^s.- De Onderfchout en Stokhouder of
Cipier Dirk van Breemen, ter geftelder uu-
e, komende op de markt, daar een ven-
e' Schutters>tde wagt hieldt,werdt gezien
an Leenaart Janszoon Graaf, en gevraagd,
at h zo vroeg op 't Stadhuis te doen hadt ?
♦*r/». n! 0l* Vro«dfch, N. 2. 5,6,9 Aug. 1566. f. 20
°0
'ld
Men pre-
dikt op
de Las-
taadje,
vlak voor
de Stad.
-ocr page 341-
ü82                  AMSTERDAMS              II. Deel.
r^Bfi
gen hebbende van dit voorneemen, doen de
Vroedfchap vergaderen, vernaaien wat 'er
gaans, en hun te vooren door de Schutters
geantwoord ware (d). 't Befluit viel toen,
„ het prediken op deLaflaadje,voordeez'
& tyd, te gedoogen; doch den Predikant aan
„ te kondigen, dat hy zig niet verilouten
„ zou binnen de Stad te prediken, of dat
„ men 'c hem met geweld zou beletten (e)-"
Om deeze aanzegging te doen, zond en Bur-
gerneefteren hunnen Secretaris , Meeiler
Pieter Vloits of Vlotinus, buiten de S. An-
tonis poort aan den Kadyk, daar de Predi-
kant, Jan Arendszoon, wien veel volks te
gemoet getrokken was, uit Waterland ver^
wagt werdt. De Secretaris voltrok nogtans
zynen lall, den Leeraar, uit een gefchree-
ven papier, wel uitdrukkelyk aanzeggende,
„ dat hy zig zelven en anderen veel kwaads
„ zou veroorzaaken, zo hy voortvoer, on-
„ der 't gebied der Stad, of, dat nog ver-
„ der ging, daar binnen te prediken." De
Predikant antwoordde „ dat hy Burgemees-
„ teren, zo veel hem mogelyk ware, wilde
„ onderdaanig zyn; doch hier moeit hy Go-
„ de meer dan den menfchen gehoorzaa-
„ men." Voorts, nodigde hy den Secreta-
ris ter gehoor,op dat deeze zynen meeile-
ren, met te meer gronds, mögt können aan-
dienen, wat hier geleerd werdt. Doch de
Secretaris keerde Steêwaards, en Jan A-
rendszoon naar de Laflaadje, daar hy,we-
derom vier uuren agtereen, predikte over
't Huk des Doops, het Pausdom en de Lee-
re der Doopsgezinden uitvoeriglyk weder-
leggende. Na 't eindigen der preeke, dagt
hy, volgens gewoonte, over te vaaren naar
Zaanerdam. Doch 't werdt hem belet door
de toehoorders, die hem, onder den drang
van't volk, tot voor de S. Antonis - poort
bragten. Eenigen zeiden tegen Lukas Mei-
naardszoon
, Raad der Stede, die aldaar,
nevens den Onderfchout Willem Maartens-
zoon Kalf,
en veelen van de Stads wagten,
gefield was om allen moedwil in 't inkomen
te weeren, JVy iviïlen den Predikant ter Stad
in leiden.
De Raad antwoordde „ dat hy
,, geen' lail hadt, om zulks toe te flaan."
Doch onder 't fpreeken drongen zy door,
en bragten den Leeraar binnen, die, door
Guiljam du Gardin, aan een zyde, en ten
huize van zynen Broeder Filips du Gardin
geleid werdt. Maar Burgemeeileren namen
dit zeer euvel, met naame van den On-
derfchout, die befchuldigd werdt, dat hy
den Predikant in de Poort te drinken geboo-
den, ja zelfs ter Stad in geleid hadt. Dit
{i) L. J. reaal iy brandt i. Deel, IL 326, 327,
3>8, 3 31."
(e) Zie A. Pauw Relaas H BOR Aiith. stukken, IV.
Deel, il, 1.
zou men van den Stads muur gezien heb-
ben. Doch eenige Gemagtigden van 't Hof,
naderhand , gezonden om de zaak te on-
derzoeken, bevonden dat men, ter aange-
weezen plaatfe, op den muur, de plek,
daar Kalf toen geilaan hadt, niet zien kon,
en dat alles verdigt was. Sedert, heeft men
meermaalen op de Lailaadje gepredikt, ook
in zekeren fpyker of pakhuis van JanWïi-
lemszoon Wyngaard
, daar de toeloop zo
groot was, dat het pakhuis, en de plaats
daaromtrent, te klein viel. Men kreeg ook,
eerlang, gebrek aan Leeraars in Holland,
fchoon 'er, behalve Gabriel en Arendszoon,
nog twee anderen, nu en dan, predikten.
Des fchreef Laurens Jakobszoon Reaal om
meer Leeraars, naar Embden, van waar
'er, van tyd tot tyd, eenigen in Amilerdam
kwamen, die, naar 't de nood vereifchte,
op andere Plaatfen, in en buiten Holland,
werden voortgezonden (ƒ). Onder de eer-
He Leeraars, die, ten deezen tyde, her-
waards kwamen, vind ik byzonderlyk ge-
noemd Hermanns Baskerus, die, in laater'
tyd, door de Spanjaards, in Reiderland,
omgebragt is; Juriaan Iepes, Johannes Da-
vids, Koppinga Jeiles,
Pailoor te Bingum,
Johannes Bilderbeek, Pailoor te Zuurhuizen,
en/lppius Regneri, Pailoor te Mandag. Van
wege de Vrouwe van Kniphuizen, kwam
hier haar Hofprediker Balnium. Van Bree-
men, kreeg men Kornelis Bakker, een Hol-
lander; en van Elburg, Alhert Hardenberg,
die, in 't jaar 1574s Predikant te Embden
geilorven is (g).
Op deeze wyze, werdt de openbaare Pree-
ke aangevangen, te Amilerdam en in Hol-
land. De Gereformeerden werden aange-
moedigd tot het onderneemen van dit hag-
chelyk werk, doordien de meefle Leden
der Staaten van dit Gewefl neigden tot het
veroorlooven van meerder vryheid in 't iluk
van den Godsdienil, en, kort na't invoeren
der Preeke in Vlaanderen en Brabant, be-
flooten hadden, een Verzoekfchrift in te
leveren aan de Landvoogd eile, flrekkende
om opfchorting van Inquifltie en Plakaaten,
en inflelling eener nieuwe orde op den Gods-
dienil , by raade der algemeene Staaten, te
verwerven. Amilerdam alleen hadt egter
niet bewilligd in dit befluit (h~); fchoon de
Vroedfchap, federt, befloot, dat men de
meerderheid zou mogen volgen (1). DeBur-
gemeeilers vloogen hier thans van de hand
der LandvoogdeiTe. De Schout flak uit
in flrengheid tegen de Onroomfchen. Men
nam,
(f) 1. J- REAAL iy BRANDT l.Deel,H.33Z, 333,334«
(/r) D. Willink Aantek. uit een Boek, bydeDiaconia»
(h) Refol. Holl. is July iS6S. il. z9.
(i)
Refol. Vroe4fch. N. 2. ij» July 1566. f. IS verfi.
1566.
dike«op
de U*
taa#e
hoi"1'
aal*
De Pre-
dikant
wordt in
de Stad
geleid.
mV
't Wordt
kwalyk
geno-
men.
-ocr page 342-
')
GESCHIEDEN ISS EN.
VII. Boek.
z$3
ltt6.
gevolgen deez'er famenrottinge, vergader- 1566V
den ten een uur op Schepens Kamer, daar
niet alleen de Schepens; maar ook, tegen
twee uuren, drie voornaame burgers uit de
Gereformeerden,Adriaan Pauw (/), Egbert
Roelofszoon
en Arend Bouwer, ontbooden wa-
ren. Men begeerde dat deezen drie eenige.
middelen zouden voorflaan, om 't volk te.
füllen. Doch zy, zig daarin bezwaard vin-
dende, verzogten tyd van beraad tot 's an-
derendaags, 't Werdt hun toegeftaan, en
tevens belaft, datzy, tegen dien tyd, iet
op 't papier ftellen zouden. Maar eer zy Beej^en,
nog aftraden, kwam Kornelis Jakobszoonftorm in
Brouwer, eender Burgemeefteren,verbaas-de oude
delyk ter Kamer inloopen, roepende, dat, Kei"ke'
in de Oude Kerke, al de Heiligen aan flukken
geflaagen werden.
Waarop Egbert Roelofs-
zoon uitviel, dat het flegts beelden,geenszins
Gods Heiligen waren.
Inderdaad, het graauw
hadt wel, in de nieuwe Kerke, daar de gees-
telykheid naliet de Vesper te zingen, gee«
nen moedwil gepleegd, en zig zelfs , door
eenige burgers, met goede woorden, laaten
beweegen om de Kerke te ruimen; waarna
de deuren geflooten werden: maar inde ou-
de Kerke, liep het zo wel nietaf.In'teerft,
was 't volk hier ook ftil geweeft; doch toen*
ten twee uuren, de Vesper aangeheeven, en
veele kinders ten doop gebragt werden, o-
ver welken,deKapellaanen den Exorcismus
of uitzweering fpraken , riepen eenigen,
Gy Paap, laat af van den duivel uit de kin-
deren te zweer en. Gy hebt de weereld, met
uwe valfchheid, al te lang bedroogen. Doop
in Jezus naam
, gelyk de Apofbelen gedaan
hebben.
Sommige vrouwen gingen met de
kinderen ongedoopt naar huis : andere kin-
deren werden, in de Nederlandfche taaie,
gezegend, en gedoopt. De Vesper werde
nog, onder't morren der menigte,ten ein-
de gebragt. Maar tufïchen drie en vier uu-
ren , kwam een Koorendraager, Jasper ge-
naamd , in 't Noordoofteinde der Kerke,
digt by 'tSakramenthuisje. Hier ftondt ook
Wein Kornelis, de Huisvrouw van Bürge-'
meefter Simon Klaas Kops,die hy,metdee-
ze woorden, aanfpreekt: Zie daar hangt dat
gruwelyk, dat godslaflerlyk gedigt.
Met een
nam hy 't bordje, daar 't op ftondt, en las
't haar voor. De vier eerfte regels ('t mögt,
in 't geheel, vyfentwintig of dertig regels
lang zyn) luidden dus:
Hier kit beflooten in dit (*~)flot,              (*) Hei
Jhefus Chriflus, waarachtigh menfeh en'kluis-
de Godt,
                                           :tt
Alfoo by van Maria es gebooren:
Die dit niet gelooft, die es verkoren.
Toen
(l) A. PAUwK-elaas, J/. U                                                   y
Oo 3
nam, derhalve, geene befluiten tot gemaa-
tigdheid, dan toen men 'er, door het groot
getal der voorfianderen van de Hervormin-
ge, toe genoodzaakt werdt: gelyk uit ons
verhaal van de invoeringe der Preeke heeft
können blyken.
't Leedt, ondertufïchen, niet lang, of men
ving ook aan te prediken in de Stad. Ten
tyde van het aanleggen der eerfte Preeke
op de Laftaadje, hadt men hier.tyding ge-
kreegen, dat het gemeen onder de Onroom-
fchen, aangezet, zo geloofd werdt, door lui-
den van meerder aanzien, en geholpen van
feenig flegt geboefte, in Vlaanderen en in
Brabant, daar de Preeke eerfl begonnen
"was, de Kerken ingenomen en gepionierd
hadt. De Wethouderfchap, bedugt voor
diergelyk geweld hier ter Stede , waar-
lottnins
4<fm-
Se
fchuwde, onder de hand , de Kerken en
Kloofteren, dat zy hunne beelden en fieraä-
5g1m den in veiligheid brengen moeiten , gelyk
N te den twiïitigftfen Auguftus begonnen werdt
teilêén. (£). Maar den drie-entwintigflen, des mor-
gens ten negen uuren , kwamen eenige
koopluiden , burgers en vreemden, op hun-
ne gewoonlyke Vergaderplaats, in de War-
moesftraat, verhaal ende, wat beeldenftorm
zy, twee dagen te vooren, te Antwerpen,
gezien hadden , en vertoonende verfchei-
don' {tukken van outers en beelden van
toetsfteen, albalt en marmer , met byvoe-
gfajg, van welk outer, of van welk zoge-
naamd wonderdaadig beeld, ieder flukwa-
re. Jakob Gerrit Teeuweszoon en Floris Dirks-
Zo<m. Otter,
gevolgd van Lailrens Jakobs-
fcoon Reaal, begaven zig toen naar het Too-
rentje met meening, naar 't fchynt,omdit
y nieuws aan Burgemeefteren mede
tè deelen. Hierop kwam herhaald bevel.
'41
^G.
33n de Paftoörert, Moniken en Begynen ,
otn den dierbaarften inboedel der Kerken en
KI »öfteren te bergen: 't welk toen, zeer o-
penlyk, gefchied'.ie, en. juift pg den mid-
<feg, öf omtrent eifuur. fe 't werkvolk
Van den arbeid kwam. Men zagkerfeetyfeö
eri moniken alomme loopen langu deftraa-
*en s beiaaden met zilverwerk, kelken, fa-
*ramenthuisjes, kruiken en misgewaad, en
daaronder ook de koftbaarheden , die tot
Verfiering van de outers der byzondere Gil-
pn behoorden:'t welk fommigen ambagts^
jj^den zo zeer in de oogen ftak, dat zy den
i aapen ontnamen , 't geneze droegen, en'
et Wederom in de Kerken bragten. Ande-
0ei\beefden, in grooten getale, naar de
Ucte en nieuwe Kerken, daar nog eenige
uera:aden
en de meefte beelden gebleeven
Burgemeefteren, bedugt voor de
Waren.
(k) A' *4T*v Relaas, ij. i.
%
-ocr page 343-
II. Deel.
AMSTERDAMS
284
[565.
ik66 Toen hy't uit hadt,fmeethy't bordje voor kerr, waarna de Kerk gellooten werdt.
15UU. XUCU lijf «. ""- * »w»u_____ ,„„„11, J^v* '1-           
Den volgenden nagt, hiel dt eene geheele ßurge-
Schuttery de wagt voor 't Stadhuis. Den ffe^'
vierentwintigften, werden de drie Gerefor- te^eS'
meerde Burgers op nieuws ontbooden voor ?cn ff*
Burgemeefteren, die hun , by monde van drie Ge
Elbert Markus Dirkszoon, wederom vraag-refo^s
den naar middel, om de Gemeente te ftil- j?^ers>
len,en diergelyken moedwil, als, 's daags "
te vooren, in de Oude Kerke, gefchied was,
te voorkomen. Pauw, die de oudfte was,
antwoordde „ dat zulks boven zyn verfland
„ ging; en dat de Heeren doen konden, 't
„ gene zy oorbaar dagten." Men wees hen
toen naar het Toorentje, om afzonderlyk
te raadpleegen. Zy deeden 't; doch ver-
zogten wederom uitilel tot 's anderendaags,
welk hun gegund werdt, met vermaaning,
om niemant anders kennis te geeven van 't
gene hun, door Burgemeefleren, gelafl was
(0). Midlerwyl, werdt,by de Vroedfchäp,
bellootcn, dat aan de vier Burgemeefteren,
tot hunne verzekerdheid, veertig ofvyftig
burgers tot eene Lyfwagt zouden worden
toegevoegd fj>). Ook deedt het Geregt,lü^^ti
deezen zelfden vierentwintigften Auguflus, 't tu-
rnet de trompette, op de hoeken van ver- ^i
fcheide flraaten, af kondigen „ dat, gemerct
den groeten ouerdaet, by eenigen quaetwil-
ligen, in d oude kercke, Godbetert, op gis-
teren gëbuert, goedgevonden was, dat de
„ zeftien wyken wederom waaken zouden,
„ by beurten, op de zeventien hoefflagen.
„ Dat, uit ieder huis, alle de mansperfoo-
5, nen , boven de twintig en beneden de
„ zeftig jaaren oud, zouden waaken; doch
„ die ziek, of tot zeshonderd guldens of
„ meer gegoed waren, zouden eenen man,
„ in hunne plaatfe, mogen ftellen." Wy-
ders, werdt belafl „ dat elk, die eenig goud,
„ zilver, lynwaatof andere goederen, wel-
„ ken uit de Oude Kerke gemift werden,
„ onder zig hadt, dezelven, voor Zonnen-
„ ondergang, aan Kerkmeefleren te rug .$
„ brengen moefl (q)." Den vyfentwintig- V0°'js
flen, werdt Pauw, ten agt uuren, wederom v*l
boven ontbooden. Hy hadt, midlerwyl, een fe$\
Gefchrift ontworpen, waarby in bedenking ^f
gegeven werdt „ of men ook zou können
„ goedvinden, de beelden afteneemen,de
„ Kerken te fluiten, en de Preeke buiten de
„ Stad, en by onweder in de Zieken-, of
„ Leproozen-Kerke tegedoogen? Voorts
„ toelaatende, dat de zieken of een' goed'
„ Priefter, of een' Predikant ontbooden,
„ naar hun welgevallen, mids de Prieflers,
,5
(0) A. FA.UW Relaas, il. 1, x.
\p) Refoi. Vroedfch. N. x. 24 A*g. istf. f. *S verfi*
Reaal by Brandt I. Deel, tl, 358,35».
(y) Kemb. f. /. 211 vtrfi.
zyne. voeten aan ftukken: 't welk, door 't
breeken van 't glas, dat 'er voor flondt,
groot gedruifch maakte in de Kerke. Hier-
op begonden eenige jongens met fleenen te
werpen naar de outers.Laurens Jakobszoon
Reaal, die toen hieromtrent was, dit ziende,
ging, metReinierKant,"Frank deWaal enKor-
nelis Janszoon Köfter,uit de Kerk, naar de
markt, daar zy zig vertoonden, en bleeven
wandelen, om geenen fchyn te geeven, dat
zy e enig deel hadden aan 't gene, ten dien
tyde, in de Oude Kerke, omging. Hier was
nu het fchenden van beelden en outers be-
gonnen. Simon Siegt van Haarlem,Kapel-
laan deezer Kerke, hadt, al voor eenige
jaaren, aan de zuidzyde derzelve,eeneKa-
pelle geiligt, en een Lieve-vrouwe-beeld,
met het kindjezus op den fchoot, omtrent an-
derhalve voet hoog, geplaatfl, in een glazen
kasje, op een outer, voor 't S. Sebaftiaans-
of Voetboogs-fchutters-koor. Ter eere van
deeze Lieve Vrouwe, was ook een Maag-
dengilde opgeregt, uit jonge Dogters bp-
ftaande, die by Heere Simon te biegt, ten
Sakramente en ten offer kwamen , en 't
beeldje behingen, met veelerlei koftbaare
fieraaden. Dit fluk leedtook aaniloot. Wem
Adriaan Okkers ,
Huisvrouw van Juriaan
ter. Meuïen,
fmeet 'er haar toffel tegen aan:
welke daad deeze vrouwe,en haare dienfl-
maagd, Tryn Henriks, die 'er by gedaan
hadt, naderhand, het leeven gekoft heefr(m).
De
Schout,
het
beeld-
Maar terwyl 't beeldbreeken, in de Oude
Kerke, voortging, hadden Burgemeefleren
de drie Schutteryen, gewapend, doen ver-
breeken gaderen op de markt,ter befchermingevan
willende 't Stadhuis (»), waarvoor men nog bekom-
ftuiten, g^j fcheen- De Schout toog ook, met
verclree- veertig Stads waakers, van 't Stadhuis naar
ven.
de Kerke, om 't graauw te fluiten. Ook
viel hy 'er terftond op in, met flokken en
hellebaarden, dreigende zelfs met fcherp
te fchieten onder den hoop: en wil men,
dat 'er een roer los gegaan zy. 't Meefte
Jonge volk raakte toen op de loop, met zulk
een gedrang, om buiten te komen, dat, in
de zuiderdeure, een klein meisje doodge-
drongen werdt. Maar de overigen, die in
de Kerk gebleeven waren, fielden zig te
weer, en dreeven den Schout terdeureuit:
waarna het beeldbreeken wederom voort-
DeSchut-ging. Toen verzogten Burgemeefleren, dat
tery doet drie rotten fchutters , uit elke Schutterye
het
graauw
vertrek-
ken.
een, zig naar de Kerk wilden begeeven, en
't volk, ware 't mogelyk, met goede woor-
den , doen vertrekken. Ook gelukte dit,
door vriendelyk fpreeken, bidden en fmee-
(m) Reaal I-j Brandt i. Deel, H. }$$. iS7> 3J8,
<n) A. Fauw Relaas, tl, 1,
-ocr page 344-
GESCHIEDENISSEN.
VIL Boek.
285
iS66.
tuflchen de Gemeente en de Wethouder- I5t
fchap (z). Ook draagen zy, in de Regis-
ters
der Stad (£), de naamen van tuffcbett-
/prekers
en vrcdemaukers.
De Landvoogdes, federt, kennis gekree-DeLand-
gen hebbende van 't gebeurde te Amfterdam*
voogdes
keurde, in eenen fcherpen brief aan de Wet- veroor-
houderfchap van den eerften September , ^elt de
zeer af, dat men den SectarilTen zo veel vemiheii
hadt toegegeven,beveelende, daarenboven, der Am-
de Kerken wederom te openen, de beelden ?_er^-
daarin te brengen, en zig tegen de Kerk- hc0uderet"
fchenders te gedraagen, volgens het Pla-fchap.
kaat, nieuwlings , desaangaande gemaakt
(¥). Doch men zag, hier ter Stede, nog
geene kans, om den Gereformeerden de
verleende vryheid te beneemen: waarom de
Kerken, die nu meeft van beelden ontbloot
waren (5), voor eerft, nog geflooten blee-
ven (V). Ën wat de preekë betreft, de
Landvoogdes hadt, op den vierentwintigfteil
Auguftus, toegeilaan, dat dezelve blyven
zou, terplaatfen, daar zy, tot dien tydtoe,
ware ingevoerd (d). Wat laater, floegen
Burgemeefteren den Raaden eenen voet
voor, volgens welken, men de Kerken we-
derom zou können openen. Doch zy von-
den 'er zwaarigheid in, zo lang de Prins
van Oranje, of eenig ander hoofd van aan-
zien niet herwaards gefchikt werdt, tot bê-
fcherminge der Stad (e): 't welk nog zö
fpoedig niet te wagten was*
De Gereformeerden te Amfterdam ftel-De Gere-
den , ondertuiTchen, orde op het beftier hun- f°"«eer-
ner Gemeente. Zy was, tot nog toe, al-^^j:*
leenlyk,door Pieter Gabriel en JanArends-aihier
zoon,als vafte Predikanten, bediend. Maarverkieft
9, in ftilte, met het Sakrament, by de zie-
j, ken gingen: en eindelyk, op zwaare ftraf-
„ fen , verbiedende , eenige Kerken of
„ Kloofters te befchadigen: alles tot dat 'er,
3, by den Koning en de algemeene Staaten,
„ nader, op het ftuk van den Godsdienfl
„ voorzien werdt (f)." En overeenkomftig
met dit Ontwerp, werdt eene Keur beraamd,
by den Geregte, die, door de Vroedfchap
(j) en Schutteryen, goedgekeurd, en den
zesentwintigften met de trompette afgekon-
digd werdt, met verklaaring nogtans, dat
Zulks alleenlyk gefchiedde , by voorraad,
en tot op nader orde, niet, gelyk het ont-
werp van Pauw inhieldt, by den Koning en
de algemeene Staaten; maar by deHerto-
ginne en de Heeren van haaren Raade, te
beraamen (t). Sommigen tekenen aan, dat
de afkondiging deezer Keure gefchiedde,
niet flegts in 't byzyn van BuTgemeefter Jan
Klaaszoon van Hoppen; maar ook, ter be-
geerte van den Geregte, in 't byzyn van
Adriaan Pauw, Egbert Roelofszoon en A-
rend Bouwer, op dat zy, by de burgerye,
te beter klemmen zou (u). Doch Pauw zelf
maakt, in zyn Relaas, van de begeerte des
Geregts geen gewag. Alleenlyk meldt hy
00, dat zy, met hun drieën en eenige an-
deren, den Secretaris, die de af kondiging
deedt, gevolgd zyn. Des anderendaags,
den zevenentwintigften, verzogten Burge-
meefteren aan de Kapiteinen der drie Schut-
teryen, dat zy, uit elke Schuttery, twee
Perfoonen kiezen zouden, aan welken de Ge-
meente haaf e voorflagen zou doen, en door
weiken, dezelven aan Burgemeefteren zou-
den worden voorgedraagen. In gevolge van
dit verzoek, werden , uit de oude of Klo-
veniers-Schuttery, verkooren Andries Boe-
knszoon
en Adriaan Pauw; uit de Voetboogs-
Schuttery , Herman Roodenburg en Klaas
Reyerszoon
, en uit de Handboogs-Schuttery,
Jan Bethszoon Roodenburg en Arend Korne-
luzoon Kool,
Doch zy weigerden deezen laft
°P zig te neemen, ten ware de Wethouder-
schap beloofde, hen fchadeloos te zullen
houden Qixi); gelyk, naderhand , in eene
A&e van Burgemeefteren , by raade der
Vroedfchap (x), gegeven , die nog voor
tanden is (y), gefchiedde. Men gaf dee-
Zen zes Perfoonen den naam van Opper-Kw
geinen.
Doch Pauw beweerde, naderhand,
pt hun die naam niet voegde, alzo zy al-
£enlyk aangefteld waren tot middelaars,
sbeel-
:11Wor.
«af
ge-
»o
pfioo.
&
■es
ia 't midden van Auguftus, reisden Lau-nrens Jakobszoon Reaal en Reinier Kant, uit
Predi-
kant.
n"
laft der Gemeente,naar het DorpS.Maar-
ten, by deZype, in Noordholland, en be-
woogen Nicolaus Sebelthis, Paftoor aldaar,
die lang weerzin in 't Pausdom gehad hadt,
en hun door Jan Arendszoon aangepreezen
was, om 't Leeraarampt onder de Gerefor-
meerden te Amfterdam teaanvaarden. Hy
deedt zyne eerfte Predikatie in 't Zieken-of
Leproozen-Kerkje, buiten de S. Antonis-
poorte, daar men, volgens de Keure van
den
(z) ld. bl. 3, ir, L. J. Reaal fy Brandt I. Dtei,
bl. 36°
(a)  Refol. Vroedfch. N. t. + April IJ67. ƒ. 79.
(b)  Bor II. Boek, bl. 70. [101.]
(c)  Refol. Vroedfch. N. z. 7 Sept. isSS. f. 39.
(d)  liOR II. Boek, !>l. «7. |>j.]
(') Refol. Vroedfch. N. 2. 13, 19 , ïo Sept. is&S. f.
30 ver/b, 31.
(5) In eene oude Rekening van S. Jakóbs-Kapelk -
lees ik, onder anderen,
           -
1566. 3 September betaelt van afbreken indieCap'
pil van de Heyligben,ßmma
f. i:- 4:- i—.
noch die Kißemaker ook van 't afbreken
van die Heyiigben in dis Cappel
f. 2; 10: —-
CWJ A.
(*j A7-Bi„Yf°idfch- N:, z- * AP'tl !t.*7*f> 7?>
*au-sv Relaas, il. 12
-ocr page 345-
II. Deel.
AMSTERDAMS
285
neemen zou. Doch naauwlyks was de bui- 1566-
tenfte deur opengedaan, of 't volk, welk
daaromtrent, in groote menigte, famenge-
vloeid was, dringt met geweld ter Kerke
in. De wagten deeden hun beft, om de
deur wederom digt te krygen: een hunner
velde zelfs zyn roer, en fchoot iemant dooi'
den arm; maar 't graauw, dit verneemende,
drong zo fterk óp hen in, dat zy hun ge-
weer wegwierpen, en naar 't Stadhuis vloo-
den , alwaar het hun, zonder dat 'er iemant
mede beledigd werdt, nagedraagcn werdt.
Men begroef toen den dooden. In de Kerk,
werdt geen meer gewelds bedreeven. 't
Graauw liet zig, door de burgers, bewee-
gen om die te ruimen. Maar 't was nu op
de been geraakt, en niet geheel lyk te be-
          ,
teugelen. Des ftreeft het naar 't Minderbroe- 'tG^f
ders-Kloofter, daar, riep men, wat te doen ftree'ct
moeft zyn, alzo veertig gewapende man- ^V'
nen, voor eenige weeken, daar binnen ge- broe^'l
legd tot befcherminge der Moniken , zig Klo°^'
niet al te ftil hielden. Men hadt 'er fom-
tyds een roer hoorert afgaan, en maakte ei-
kanderen diets, dat 'er veel krygsvolk en
voorraad van wapenen byeen gebragt was
(ï). Ook liep dit Kloofter, voor lang, in
't oog, om dat, in het zelve, als in eert
tweede Stadhuis, alles wat de vervolging
der Onroomfchen betrof beraadllaagd werdt.
Men plagt 'er ook kennis van Ketteryete
neemen, en 't Geregt hieldt 'er, na 't uit-
voeren van 't vonnis, de maaltyd met de
Kloofterlingeft. Zelfs wil men, dat aan dee-
zen genoegzaam de voorkeur der zesender-
tigen opgedraagen werdt, op dat men gee-
ne bedekte Lutheraanen op 't kuffen krygen
mögt (£). Voor 't Kloofter gekomen, werdt
'er, voor eerft, niet uitgevoerd; doch de
den zesentwintigften Auguftus,byregenag--
tig weder, predikte, en dat, ten dien ein-
de , op bevel van Burgemeefteren, van beel-
den ontledigd was. 't Getal der armen,
onder den toevloed des volks om de drie
Leeraars te hooren, van tyd tot tyd, aan^
waffende, ftelde men, al vroeg, Diakenen,
die de aalmoezen,onder depreeke, in hou-
ten fchotelen, verzamelden. Voorts, wer-
den 'er ook eenige oude, deugdzaameZus-
ters verkooren tot Diakoneffen (ƒ )•
De zes geköorenen uit de Schutteryen
hadden, ondertuffchen, veel moeite om 't
jremeen der Gereformeerden, welk dage-
lyks met de Roomfchgezinden overhoop
Ja?, en veelerlei nieuwigheden begeerde,
in^orde te houden.«, De Roomfchgezinden
drongen op het heropenen der Kerken: de
anderen dreeven, dat zulks met de Keure
ftreedt, daar zy niet van afftaanwilden, zo
men hun geene Kerk vergunde in de Stad,
om welke Pieter Gabriel de Vroedfchap,
op den eerften September,fchriftelyk,ver-
zoeken durfde (g). Zy ftonden te meer op
dit laatfte, om dat men, van tyd tot tyd,
berigt kreeg, dat den Gereformeerden,aan
verfcheiden' oorden , toegelaaten werdt ,
nieuwe Kerken te timmeren. Ondertuffchen,
bleevenze *er zeer op gezet, om de dooden,
op hunne wyze, in de Roomfche Kerken,
te begraaven (Ä); 't zy dat men zulks ver-
koor, om de aanzienlykheid der plaatfe, of
om dat men, volgens het aloud vooroordeel,
de Kerken voor heiliger hieldt dan eenige
andere ftede. 't Vuur van ongenoegen, welk
eenige weeken gefmeuld hadt, borft, einde-
lyk, den zesentwintigften September, uit
tot openbaare beroerte. De Gereformeer-
den bragten, dien dag, eenen hunner over-
leedenen, Simon Muts genaamd, ten grave
in de nieuwe Kerke, met zulk geleide van
maagfchap, als by de Keure bepaald was.
Maar de Wethouders , bedugt , naar 't
fchynt, voor 't overweldigen der Kerke,
zonden veertig wagten derwaards, metlaft,
om niemant in te laaten dan 't lyk. De Staat-
fie voor de Kerke gekomen zynde, meen-
den de vrienden, dat de Kofter, op hun aan-
kloppen , de deur openen zou, gelyk hy, fe-
dert dat men de Kerk geflooten gehouden
hadt, in diergelyk geval, plagt te doen.
Doch de wagten weigerden, iemant, ne-
vens 't lyk, door te laaten. Twee mannen
begaven zig toen naar Burgemeefteren, met
verzoek, dat de vri enden ten minftenmog-
ten intreeden. Doch dit werdt afgeflaagen.
Men verzogt dan, dat de Kofter 't lyk in-
(f) L. J. REAAL hy BRANDT l. Deel, hl. 377,378, 379.
(g, Refol. Vroedfch. N. 2. 1 Sept. Ijfi«. ƒ. 19-
(«j A. Pauw Reiaas, tl. 3 » 4.
1566.
OokDia
ker.eh
en Dia-
kónes-
fea.
Aanlei-
ding tot
nieuwe
beroer-
te.
menigte groeide vaft aan. Eenigen der voor- %üXf
naamfte Gereformeerden, als Meefter Maar- me$c
tO('
ten Koffier, Clement en Frans Folkcrtszoonen^^^
Koornhert ,
Egbert Roelofszoon , Gysbert ^ ól'
Boom
en Laurens Jakobszoon Reaal, toen, ref0r,
by geval, op den Dam wandelende, wer-me^
den, door Burgemeefteren, op het Too- om „
rentje geroepen. Zy begaven zig derwaards, &*0^'
uitgenomen Reaal. Men verzogt hen, ter -
ftond,naar 't Kloofter te gaan,om 't graauw
te füllen. Ook werdt hun veroorlofd, uit
naam van Burgemeefteren, te belooven, dat
de Moniken, nog dien avond, het Kloofter
zouden ruimen. Men gaf hun Pieter Kaars,
Kapitein van de nagtwagt, mede, die be-
vel hadt om de wagt, in 't huis van Guil-
jam du Gardin, welk aan het Kloofter ftondc,
aan te zeggen, dat zy, zo haait als zy ge-
waar
(!) Re aai. hy Brandt t. Deel, il. 379, 3*°.
(k) HoOït UI. Bsek,il. "3. XIU. Boek, il. J7t,
-ocr page 346-
VIL Boek.
GESCHIEDENIS SE N.
287
waar werden , dat'er eenig volk in't Kloos-
ter kwam, hun geweer verlaatën, en over
den Klooftermuur ontwyken zouden. Kaars
volvoerde zynen laft. De zes burgers, want
Reaal verzelde de anderen , op hun ver-
zoek , begaven zig onder de woeile menig-
te, haar, met ontdekten hoofde,fmeeken-
de , datze vertrekken wilde, en zelfs 't ver-
trek der Moniken beloovende, gelyk hun
veroorlofd was. Maar hoe zy meer fmeek-
ten en baden, hoe zy minder gehoord wer-
den. Reaal, het opflaan der Kloofterdeure
willende beletten,, liep gevaar om, van ag-
teren, met een opfleeker , doorflooten te
worden, hadt een ander den lloot niet af-
geweerd , en hem gewaarfchi:wd. Des fpoed-
• de hy zig, met Meefter Maarten Koller,
naar huis. De anderen vier bragten, einde-
lyk, te wege, dat het graauw beloofde de
deur niet te zullen openen dan in 't byzyn
der Wethouderfchap. Dit werdt den Hee-
ren aangediend , die terfbnd den Burge-
meefter Kornelis Jakobszoon Brouwer en
twee Raadcn naar 't Kloofier afvaardigden.
Doch eer deezen aankwamen, was de deur
reeds opgebroken. De Moniken, het Kloos-
ter verlaatende, werden by de burgers ge-
bergd. Toen werden de glazen van 't ge-
bouw uitgefmeeten, en beelden en fieraaderi
verbroken. Eenigen liepen in de Cellen,
en verfcheurden de boeken. Waarop Eg-
bert Roelofszoon en Fieter Janszoon Kies,
vreezende dat de plonderaars de boekkamer
ook aantallen zouden , zorg droegen, dat
demeefte en belle boeken, op een erf daar-
omtrent, op den Zeedyk, overgeworpen,
en gebergd werden. Henrik Simonszoon in
de Hoppezak liet het rundvleefch en de an-
dere Klooilerfpyze den plonderaaren ont-
voeren , en naar 't Weeshuis brengen. Ee-
nigen, die , in 't volgende jaar , wegens
deeze plondering, in hegtenis raakten, heb-
ten bekend, dat zy , d,oor fommige yve-
raars , en onder anderen door Fredrik Si-
monszoon
, woonende op 't water tuflchen de
Vrouwenfleeg en Paapenbrug, en door Jan
Broek
, woonende by de oude brugge, met
geld of beloften van geld, totdebeeldbree-
king waren omgekogt: ook dat Stans Ben-
n<'ߣ een voorganger in 't beeldbreeken ge-
leed was (/). Op deeze wyze, liep de
"ag ten avond. Maar den volgenden dag,
jtynde den zevenentwinrigflen September,
lchoolde het graauw wederom, in grooten
getale, by een voor de nieuwe Kerke, daar
^n i-mme Kaarden , Weduwe van Bieter
lfkszoon
in 't Vlasvat, ter aarde bcflellen
ii i55-, 1,eiT. van Chas ]ansz en Evert Jansz van 11 Ju-
ut
i9 ^" 'l ConfciT. boek, hopende van 17 Jan, 15«+.
zou. Doch toen de wagt defchaare, ne- 1560.
venshetlyk,gewilïiglyk inliet, pleegde zy,
in de Kerke, geen' den minf:en moedwil (6);
maar liep 'er, na dat hetlyk begraven was, Ook dit
wederom uit naar't Karthuizers Kloofier, derKar-
buiten de Haarlemmer-poorte, twee roer-tluuzers*
fchooten van de vefjen Qn). De Kartliui-,
zers waren, om hun gallen en braffen, in
den gemeenen haat en veragting geraakt (n).
Hier werden dan eenige g'azen in 't pand,
eenige beelden in de Kerke verbroken, en
'de boeken vernield. Eenige plonderaars
toefden den gantfchen nagt in 't Kloofier,
eetende en drinkende van 't geneze 'er von-
den. Een deel van de Schutterwagt, met
den ogtend derwaards gezonden, zou het
graauw, met goede woorden, bewoogen heb-
ben om hst Kloofier'te mimen,gelyk eeni-
gen reeds deeden': doch de Schout, die de Vier
Schutters op de hielen gevolgd was, deedt, plonde-.
digt by 't Kloofier, vier plonderaars vatten,raars
aan eikanderen vleugelen en naar de Stadgevat'
brengen. Doch by de Haarlemmer-poort,
die men nog gellooten hielde, flondt eene
groote menigte volks vergaderd, welk, ver-
neemende dat men eenige gevangenen der-
waards bragt, terftond om geweer liep,
roepende, dat zy niet zouden gedoogen,dat
iemant, om het breeken der beelden, het
leeven Hete, Straks raakte de Stad in rep
en roere: welk gezigt den Raad, die verga-
derd was, zo akelig voorftondt, dat men den
Onderfchout Willem Maartenszoon Kalf,
den Schepen Jakob Kornelïszoon Nobel, en
den Burgerhopman Clement Volkertszoon
Koornhert verzogt, naar de Haarlemmer-
poort te gaan, den Schout te gemoete,om
de gevangenen te doen ontflaan (0). Doch
zy maakten hierin zwaarigheid, ten ware'er
hun fchriftelyk blyk van gegeven werdt: 't
welk men beloofde, ondertmTch'en, te zul-
len vervaardigen, zynde 'er, tot nog toe ,
geen tyd geweefi van fchryven. Zy fpoed-
den zig dan naar de poorte. Pas binnen Die we_
dezelve, by ds Engelfche iïeeg, ontmoet derom
hun de Schout met de gevangenen, die ter- geflaakt
flond ge.laakt werden. Maar eenigen uitworden°
de
(m)Reaal By Brandt l. Deel, il. 3S0, 3Si.
(n) HOOFT UI. Boek, bl. 113.
(e) Retol. Vroedfch. N. 2. *8 Sept. i$t6. f. i^verfi.
(6) Behalve deeze reize , was het graauw , te
vooren, nog tweemaal, in de Nieuwe Kerke ge-
drongen, zonder 'er, gelyk wy boven (Bl. 283 en
286) aantekenden, eenigen moedwil gepleegd te
hebben. Wy hebbende Gedenkfchriftenvan Reaal
gevolgd.. Doch können niet nalaaten , hier byte
voegen, dat Adriaan Lenaardszoon, naderhand, be-
fchuldigd is, over 't breeken van beelden en al-
taaren in de Nieuwe Kerke. Zie Sententien van Al-
va, bl. 197. Maar, mogelyk, moet inen hier, in
de plaats van nieuwe, oude Kerke leezen.
Pp
1566.
ter
loopt
-Va
ar
> door.
Sten
$*
oe-
°°fter
XSSJ.
STUK.
I.
-ocr page 347-
II. Deel.
AMSTERDAMS
288
me burgers ($). Men leidde deezen in 't *50 '
gefchilderd kamertje , daar de oproer en
ftraffe der lierdooperen waren afgemaaid:
't zy dat zulks, fchryft Hooft (f), by
toeval gefchied ware, of dat men hen der-
waards met voordagt geweezen hadt, om
hen y door zulk eenen fpiegel, week in. den
boezem te maakcn. De overeenkomfl in 't
net gefield zynde, begaf zig de Burgemees-
ter Kornelis Jakobszoon Brouwer, verzeld
van de andere Heeren, met dezelve naar
dit Vertrek, om de ondertekening derzelve
te vorderen (u). Zy beftondt uit agttien pun-
ten. In de Inleiding werdt gezeid „ dat Bur-Inho«^,
„ gemeefteren , Schepenen en Raaden , derze11
zeker vruntlic accoordt gcflootcn hebbende
mitten luyden van der gereformeerden religie,
„ goedvonden het zelve af te kondigen,op
„ dat elk'er zig naar fchikken mögt." Voorts,
werdt verklaard „ dat de toelaating, in de
„ Overeenkomfl vervat, duuren zou, tot
,, dat de Koning, mit aduoy of goedkeuring
van zyne generale Staten, anders zou be-
„ veelen: in welk punt van aduoy, myne Hee-
ren voerf. zoe vele in hen was, geconfenteert
hadden." De agttien punten zelven lie-
pen op deezen zin: „ i. De Gereformeer-
„ den zouden de oefening der oude Catholy-
ker Religie , in geenen deele, beletten
„ noch ftooren mogen. 2. Zy zouden de
„ Minderbroeders Kerk en 't Kerkhof al-
„ leen tot oefening van hunnen Godsdienfl
„ mogen gebruiken, en op geene andere
„ gewyde Plaatfen prediken. 3. Niemant
„ mögt hen aldaar ftooren, noch ook elders
„ hoonen of beledigen, met woorden of
„ werken. 4. Zy mogten, op Zondagen en
„ andere Heilige dagen, prediken ; doch
„ op geene werkdagen , uitgenomen des
„ Woensdags. Ook zouden zy een' of twee
„ Predikanten meer mogen houden, om,
„ in geval van ziekte of ander belet, de
„ plaats van hem , die prediken moefl, te
„ vervullen. 5. De Predikanten zouden in-
„ boorlingen van zyne Majefleits Landen,
„ of ten minften Poorters van eenige goede
„ Stad of Dorp der Nederlanden zyn moe-
,, ten, en den eed van getrouwheid en ge-
„ hoorzaamheid in burgerlyke zaaken aan
„ de Regeeringe afleggen. 6. De Predikan-
., ten van beide de Godsdienflen zouden
„ zig onthouden van fmaadelyke en oproe-
„ rige taal tegen eikanderen, of tegen de
„ Overheid, zigvergenoegendemethetbe-
„ fcheidelyk wederleggen der leeringen, en
„ het beflraffen der ongefchikte zeden. 7.
„ Men zou eikanderen, om 't verfchil in
„ den
(s) Reaal By Brandt I. Deel, BI. 383, 384.
(/) V. Boek, BI. 193.
(u) Reaal By Brandt I. Deel, il. 384.
de Burgerye, die vaft van alle kanten gewa-
pend aantrok, wilden den Schout te lyve,
en jaagden hem in eens bakkers huis, daar
hy zig agter den oven verftak. Zyne die-
naars gingen huns wegs, zonder datiemant
hen moeide Qp).
Doch 't gemor onder de Gereformeerden
duurde nog. Men vorderde eene Kerk in
de Stad, tot oefening van den Godsdienfl
en tot begraavinge der dooden;in welk ge-
val, men 'er niet tegen hadt , dat de an-
dere Kerken wederom geopend werden, en
de Godsdienfl aldaar verrigt, naar de ou-
de wyze. Op deezen voet, werdt een Ver-
zoekfehrift overgeleverd aan den Raad (q).
Midlerwyl, waren in de Stad gekomen Do-
minicas Boot
en Reinier van der Duin, we-
gens 't HofvanHolland gemagtigd, om der
Wethouderfchap, in deeze zorgelyke tyden,
met raad en daad, behulpzaam te zyn. Met
overleg van deezen, van de Vroedfchap (f),
van de Burgerhopluiden, en van de zes Mid-
delaars, boven vermeld, werdt eene Orde
ontworpen , waarby den Gereformeerden
veel vryheids werdt toegeftaan, en die men
hen, by ondertekening, wilde doen aannee-
ïnen; wanneer de Orde de gedaante krygen
zou van een Verdrag, welk der Wethouder-
fchap , door de jongfte beroerte, was afge-
perffc: onder welke verwe, zy te beter, by
de LandvGogdefTe, fcheen te zullenkonnen
verantwoord worden. Eenige Gereformeer-
den zagen 't frak ook zo in, en weigerden,
hierom, de Orde te onderfchryven. Zy waren,
zeiden zy, der Wet houder en party en niet, en be-
geerden hieromgeene onderhandeling of verdrag
jnet hen aan te gaan.
Doch om deezen over
te haaien, dienden Burgemeefteren zig van
den Arts , Meefter Maarten Kofter, een
man van aanzien, geleerdheid en welfpree-
kendheid, die, met veel moeite, te wege
bragt, dat men der Wethouderfchap te wil-
le was, mid's-, in 't flot van de Keure of 't
Verdrag, verklaard werdt „ dat niemant
„ der tekenaaren, ter oorzaake zyner on-
„ dertekeninge, in vervolg van tyd, ge-
„ moeid of agterhaald zou worden." Om
't Verdrag te voltrekken, vergaderden,den
dertigften September, op 't Stadhuis, de Bur-
gemeeflers, de Vroedfchap, de twee Ge-
magtigden van 't Hof, de Hopluiden der
Schutteryen en Burgervendelen, en dezes
Middelaars. Vanwege de Gereformeerden,
begaven zig ook derwaards de twee Predi-
kanten, Pieter Gabriel en Jan Arendszoon,
immers de laatfte, en nog zeflien voornaa-
1566.
De Gere-
formeer-
den vor-
deren
cene
Kerk in
de Stad.
Nieuwe
Orde,
waarby
hun veel
vryheids
wordt
toege-
daan.
(p) Reaal By Brandt I. Deel, II. m, 382.
(q) A. P.vuw Relaas, lil. 4.
(r) Refol, Vwedfch. N. z, n, ü Sept, 15(6, f. 33
vtrfo, iS.
^
-ocr page 348-
GESCHIEDENISSEN.
VIL Boek.
289
en zesendertig Raaden, en van de zesKapi- 1560,
teinen,in den naame der drie Schutteryen,
als by dezelve Schutteryen daartoe verzogt,
en by myne Heeren geaduoyeert of erkend,
ondertekend werden, door de Secretaris -
fen Frans van Delf en Dirk Wouterszoon ter
eener, en ter anderer zyde, van wege der
gereformeerde religie
, door de volgende Per-
foonen, die bedongen, dat zy, door deeze
hunne ondertekening, in vervolg van tyd,
niet zouden bezwaard of agterhaald wor-
den : Jan Aerenszoon, Dienair der gerefor-
meerden kerken binnen Amfierdam
, Guillaume
du Gardin
, Jacob Janszoon Kofier, Marcus
Janszoon
, Scboolmeefier, Franc de Wael, Phi-
lips du Gardin^Cornelis Boem, Clement Coornhert,
HindrickvanMarcken,LaurensJacobszoon,Jan
Muerling, Reinier Canï
, Henrick Franszoon,
Egbert Meynertszoon
, Willem Wallicxzoon,
Cornelis van Teylingen
, Cornelius Jansfoon en
Mieuws Pieterszoon (7). Een deezer teke- Egbert
naaren, Egbert Meinerdszoon, Burgerhop- Mei"
man, was op 't Stadhuis gekomen, na dat"","
zyne amptgenooten reeds in Sehepens Ka- zjg, by
mer, by de Wethouderfchap, vertrokken toeval,
waren. Vindende dan niemant op de Zaa- bswee"
le, hadt hy zig vervoegd in 't gefchilderd feekne_t0t
Kamertje by de Gereformeerden, daar hy ning.
maar even gekomen was, en naar zyne
makkers gevraagd hadt, of Burgemeefter
Kornelis Jakobszoon Brouwer tradt binnen
met het Verdrag: 't welk hem toen ook
gevergd werdt te tekenen, onder betuiging
dat het flegts om vredes wille gefchiedde.
Hy liet zig dan tot tekenen beweegen : 'c
welk hem, naderhand, zeer kwalyk beko-
men is (V), gelyk wy, in 't vervolg dee-
zer gefchiedeniiïe, zien zullen.
De Predikanten, of Tan Arendszoon al-De Bur"
leen, nu den eed van getrouwheid en ge- °ers
hoorzaamheid, volgens het Verdrag, aan fpooren
de Wethouderfchap afgelegd hebbende, en zelven de
door deeze in haare befcherming genomen Gerefor-
zynde,ging het prediken ongefloord zynen "l^1^11
gang; doch vooreerft nog buiten de Stad; hunnen
waarom Burgemeefteren, voor nieuwe op-Predi-
fpraak bedugt, Reinier Simonszoon van Nek^n}?.in
aanfpoorden, om den Leer aar Jan Arends- ^erbroc-
zoon,in de Minderbroeders-Kerke,op ftoel ders-
te helpen: 't welk, des nademiddags na dat Kerke,
het °P ftoel
te bren-
den Godsdienfl, niet mogen befchimpen
of misdoen. 8. Niemant zou 't ftraffen
van kerkrooveren of andere misdaadigen
mogen verhinderen, mids dezelvennaar
regt gehandeld werden. 9. 't Schryven ,
drukken, koopen , verkoopen , zingen,
opzeggen of uitroepen van eenige fcha-
delyke boeken, liedjes of rymen zou ver-
bodden zyn. 10. 't Verzieren en ver-
fpreiden van lafteringen tegen iemant,
met naame tegen 's Konings of deezer
Stede Amptenaars, zou ongeoorlofd zyn,
zullende hy, die iet ten iemants nadeele
verfpreidde, zulks geregtelyk bewyzen
moeten. 11. Die iet oproerigs aanving,
zou daarover mogen geftraft worden ,
zonder iemants wederzeggen. 12. De
Leeraars en Predikanten zouden de voor-
gemelde punten hunnen Gemeenten moe-
ten infcherpen. 13. Zo iemant der Gere-
formeerden in de Kerfpel- Kerken of
Kloofters begeerde begraaven te wor-
den , zou men aldaar de oude plegtighe-
den houden, indien eenige plegtigheden
begeerd werden. Anders zou men de
begraafenis zonder plegtigheden doen.
Doch in de Minderbroeders-Kerke, zou-
den de Gereformeerden, op hunne wy-
ze, [dat is, met Nederduitfche gezan-
gen,] mogen begraaven. 14. Die van den
Gereformeerden en die van den ouden
Godsdienfl: zouden beide de Stad tegen
allen overlaft befchermen, en 't pionde-
ren van Kerken en Kloofters beletten
moeten. 15. Ook zouden zy zig beide,
van nu af aan, onderworpen agten aan
de Orde, die, door den Koning, met toe-
ftemming der algemeene Staaten, op 't
ftuk van den Godsdienfl, beraamd zou
worden: doch in geval hun daarby iet
gevergd werdt, welk met hunne Con-
fcientie ftreedt,zoumenhun bekwaamen
tyd gunnen, om met hunne goederen ten
Lande uit te vertrekken. 16. Het Min-
derbroeders-Kloofter zou van de Kerk af-
gezonderd ; doch door geene Moniken
bewoond worden. 17. De Gereformeer-
den zouden de Minderbroeders - Kerk
moeten onderhouden; en, zo zy dezelve
t'eenigen tyde moeften afftaan, herfiel-
en , 't gene zy daaraan mogten veranderd
hebben. 18. De Gereformeerde Predi-
kanten en andere Dienaars hunner Ge-
beente, midsgaders eenigen van de bes-
^n en aanzienlykften onder hen, zouden
belooven, alle deeze punten te onderhou-
^en> en te doen onderhouden, naar hun
twe^rrr>ogen." Van dit Verdrag waren
door k^Cnr^ten gemaakt, die van wege en
DeVel vanBurgemeefteren,Schepenen
(v) Hooit V. Boek, il. 195.
gen.
(7) In het opgeeven van den inhoud deezer 0-
vereenkomfte, en van de naamen en rang der on-
dertekenaaren, hebben wy het Kewboek F. f. 215
enz. gevolgd. Doch by Brandt (Reftrm. I. Deel,
bl. 385) en by anderen , die hem gevolgd zyn ,
vindt men den rang der onderteken aaren van de
Gereformeerde zyde anders: ook een' onderteke-
naar meer, te weeten Petrus Gabriel, Dienaar der
Gemeente Cbrifli tot dmßerdam.
Pp 2
-ocr page 349-
AMSTERDAMS
II. Deel.
29°
S66.
15óö. het begeerd was, in Oótober, gefchiedde.
De Timmerman Adriaan Leenaards, die de
Kerk van gebroken beelden en outers ge-
zuiverd en met ftoelen en banken voorzien
hadt, werdt tot Kolter en Gravenmaaker
aangefteld. Men hadt, door Adriaan Pauw-
en Reinier van Nek, der Moniken Library,
of Boekvertrek, doen verzoeken tot eene
Kerkenkamer. En fchoon dit verzoek af-
geflaagen was Qwj, haddenBurgemeefteren
nogtanste verftaan gegeven, dat men't hun
niet beletten zou, zo zy zig daarvan dien-
den: gelyk, federe, gefchiedde. De Min-
derbroeders-, nu de Gereformeerde Kerk,,
werdt's avonds metkaarfen verlicht, en tot
Ouder- ,eene wandelplaats gebruikt. Ookftelde men,
lingen omtrent deezen tyd, Ouderlingen aan. De
fteïd." Gereformeerden deeden , by monde van
Kurnelis Pieterszoon Boom, Clement Koorn-
hert, Reinier van Nek en Reinier Kant, den
vyfentwintigften Oclober, aan Burgemees-
teren verzoeken, dat de Regeering, nevens
hen, de beveiliging van 't geilooten Ver-
drag, op den Prinfe van Oranje, Stadhou-
der van Holland, begeeren zou. Doch dit
verzoek, den volgenden dag, in deVroed-
fchap gebragt zynde , werdt aldaar afge-
flaagen(sO.
t ffch
         -^e opkomende Gereformeerde Gemeen-
de Ant- te te Amfterdam ondervondt, ten deezen
werpfche tyde, eenigen wederwil van haare eigen'
en Am- broederen te Antwerpen, by gelegenheid,
fth'ecT- ^at Lutherfche,Ooflerlingen; die teAm-
refor- fterdam getrouwd waren, of zig aldaar, tot
meerden, het dryven van den Oofterfchen Koophan-
del, hadden nedergezet , waarom zy den
naam van Leggers (8) droegen; beweeren-
de, dat de Gereformeerden, in 't ftukdes
Avondmaals, verfchilden van deAugsburg-
fche Geloofsbelydenis; de S. Olofs of ee-
ne andere Kapel verzogt hadden, om al-
daar , volgens die belydenis, te prediken :
welk verzoek in bedenking gehouden was,
tot op de komft des Prinfen van Oranje (y).
Jan Arendszoon hadt, om de Gemeente van
deezen blaam te zuiveren, met goedvinden
van den Kerkenraad, het tiende en dertien-
de punt der Augsburgfche belydenis, daar
van 't Avondmaal gehandeld wordt, den
volke voorgelezen,'en verklaard, dat hy
van
(w)Refol. Vroedfch. tf. i. 7 OU. 15««./. 37.
\x) Refol. Vroedfch. ;v. z. 23 Off. IJ66./. 39 verft.
(y) Refel. Vroedfch. N. z. zS 08. IJ6«. ƒ. 40 verft.
(8) Deezen naam vind ik in Brederode's
Moortje (Aft. I. Sc. 1.), waar gewaagd wordt van
--------- een Jonghman, die bier "voor leggher lach:
', Een Oosterlingb.
Ook wordt hy, nog tegenwoordig, door de Zaan -
landfche Koopluiden, gegeven aan zulken, die
hunne zaak en, te Hamburg m in de Ooftzee,
waarneemen.
niets leerde, 't welk met deeze punten l
ftreedt. Maar de Gereformeerden te Ant-
werpen, hiervan kennis bekomen hebbende,
zonden den Predikant Kasper van der Heiden
en twee Ouderlingen af naar Amfterdam ,
daar zy den Predikant en de Gemeente,
wel ernftelyk, beftraften, over deeze ver-
klaaring , begeerende dat dezelve weder-
roepen werdt. De Amfterdammers beweer-
den , dat hunne verklaaring met Gods
woord beftaan kon, vooral in de tegenwoor-
dige gefteltenis der tyden, betuigende, wy-
ders, hoog en duur,hunne onfchuld. Doch
van der Heiden bleef ftyf ftaan, op zynen
eifch, dreigende zelfs, des anderendaags,
de Amfterdammers in den ban te zullen
doen. Men fcheidde , zonder eikanderen
nader te komen. Alleenlyk beflooten de
Amfterdammers den afgezondenen hunne
verantwoording, in beflooten'brieven, me-
de te geeven: gelyk gefchiedde. Dochhier-
by bleef de twift fteeken. De vervolging,
die kort hierna ontftak, en alle Onroom-
fchen trof, belettede de byzondere Ge-
meenten eikanderen te kwellen. De Wet-
houderfchap van Amfterdam hadt, onder-
tuflehen, zo dra niet vernomen, wat Jan
Arendszoon, aangaande de Leere der Augs-
burgfche Geloofsbelydeniffe,verklaard hadt,
of het verzoek der Lutherfchen om de S.
Olofs Kapelle was van de hand geweezen. J.'
De Antwerpenaars waren maar even P^
vertrokken, toen men zig, in de Gerefor- ^^
meerde Gemeente, fchikte tot het houdenm^,,
van het eerfte Avondmaal. Van den pre-bej1^,
dikftoel werdt afgekondigd, dat elk , die Wei-
ter
tafel begeerde te komen, zig, op zeke-^l/jj,
ren dag, ten huize van Jan Arendszoon, zou j1ou<i
laaten vinden. En deezen kwamen by tie-
nen, twintigen en dertigen tevens. Hunne
naamen en woonplaatfen werden opgefchree-
ven, en men onderwees hen in de gronden
der zaligheid. De predikatien , tot boete
en voorbereiding dienende, werden gedaan.
De Wethouderfchap deedt, ondertulfchen,
onder de hand, haar beft, om den voort-
gang van 't werk te ftuiten (z). Door haar
toedoen, naar 't fchynt, kwam 'er, den
twaalfden December , een brief van defl
Prinfe van Oranje aan de zes Middelaars uic
de Schutterye, die hem, eenige weekent|
vooren, te Utrecht ontbooden zynde, fchrJf
telyk verflag gedaan hadden van den toe' pri"
ftand der Stad (a). In deezen brief, werden0'
begeerd „ dat toch alle vlyt zou worden aan- fa#ft,
„ gewend, om het houden van het Avond- beê6^'1
„ maal te doen uitilellen tot 's Prinfen °' ^$$'
vef'
(z) Reaal h brandt i. Deel, hl.ssj,38«,i%7>}it'
(«) 27« A. PAuw Relaas, il. 4. JByl. il. n.
-ocr page 350-
GESCHIEDENISSEN.
VIL Boek.
291
I5ö6. „ verkomft, die in't kort te wagten was."
De brief werdt vertoond aan Burgemeefte-
ren, op welker laft, Pauw de Predikanten
en Kerkenraad zogt te beweegen totuitftel.
't Antwoord was, dat de tyd op den vyf-
tienden bepaald was, en dat uitftel veelligt
gelegenheid tot oproer geeven zou, waar-
';», om men 'er niet toe durfde befluiten (£)•
tg eft Ten beftemden tyde, kwamen dan, in de
v°ort. Minderbroeders - Kerke , omtrent duizend
?\. perfoonen ten Avondmaal. Jan Arendszoon
zeide, in 't uitdeelen des broods, Neemt,
eet
, en gelooft dat bet lighaatn Jezu Chrifli
aan de galge des krui/es gegeven is voor uwe
zonden
: en in 't geeven des bekers, Neemt,
drinkt
, en gelooft dat het bloed Jezu Chrifti
vergooten is tot vergeevinge uwer zenden.
On-
der de bediening, las de Predikant Schel-
tius, voorheen Paftoor te S. Maarten, van
den predikfloel, eenige Kapittelen uit het E-
vangelie (c)- Ondertulïchen , verklaarde
Adrïaan Pauw , naderhand , voor Burge-
meefteren „ dat hy van zulk eene wyze
„ van Avondmaalhouden nimmer gehoord
j, hadt; fchoon hy, wel over twintig jaa-
„ ren , in zyn eigen huis, veel hadt ge-
3, hoord van de Augsburgfche Geloofsbe-
5, lydenis, alzo zyne dagelykfche Gatten
j, Duitfchen en Oofterlingen waren, en hy
„ zelf ook veel in de Oofterfche Landen
h« h . »> verkeerd hadt (i)."
Wlns De Prins van Oranje hadt zig niet te vre-
trMtde êehouden met het opfchorten van 't hou-
!tlece. den des Avondmaals te begeeren; maar hy
teiN fchreef verfcheiden' brieven, en zondt zelfs
h toee eenige Edelen naar Amfterdam, om de Ge-
^n«! reformeerden te beweegen tot het ruimen
^n4r der Minder broeders-Kerke, en het predi-
C^ ken buiten de Stad. Hy hieldt hun voor ^
V" , „ dat de Koning in der eeuwigheid niet toe-
He, „ liaan zou, dat zy deeze Kerk inhielden,
3> en dat zy zig , met zynen raad in den
3j wind te liaan, flegts te grooter ongenade
„ op den hals haaien zouden (e)." Doch
tjy k al zyn moeite was, tot hiertoe, vergeefs ge-
je ^jut Weeft. Eindelyk kwam hy, in perfoon, in
%,),_ de Stad , zo Reaal fchryft, en zo my
Waarfchynlykft voorkomt, op den zelfden
avond, toen'er's morgens het Nagtmaal ge-
houden was, dat is, op den vyftienden (ƒ);
doch zo Pauw aantekent, op den twintig-
en December, op welken dag, hy eeni-
§en uit de Wet en de zes Middelaars ter
ïnaaltyd genodigd hadt, zonder dat 'er,
J') A. pauw Relaas, iL 4.
19 Reaal &y Bkandt I. Deel, il. 381.
(V »;r ,AUW RelMs> &*■ 4.
in. nlfk,h^dCch: N- 2- ^Hov- ïs66- f- 41.H0OTT
(/; ^AX.^'BaAHDT I. Ded, il. 4*J.
ten dien tyde, van eenige Stads- of Kerke- ttf6.
lyke zaaleen gehandeld werdt (§•).
Maar terVergaderingevan Holland was, Raad-
al federt eenigen tyd, over gewigtige zaa-PleeSin-
ken geraadpleegd. Men hadt, om den Prins f,en ter
van Oranje over te haaien tot de reize van JJJfiJS
Antwerpen naar Holland,zyne Doorlugtig- iand op
heid te verftaan gegeven, dat de Staaten "jemid-
voorhadden, tot vermeerdering van zyn ge- dg™(l°™
zag in de Provincie , drieduizend knegten herftel-
aan te neemen , in de beflooten Steden, len.
Doch Amfterdam, niet zeer gefteld op het
inneemen van bezetting, en Gouda, daar
nog weinig beweeging geweeft was, hadden
hierin nog niet bewilligd (/;). De Stadhou- Arafter-
der, federt, in Holland gekomen zynde, en dam ver-
de Staaten van 't Geweft,tegen den negen-fchllc
entwintigften Oftober, te Schoonhoven tèr™helte*
Dagvaart befchreeven hebbende , ftelde andere
voor „ dat de Landvoogdes de preeke toe- Leden.
„ laaten zou, daar dezelve, voor denvier-
„ entwintigften Auguflus , ingevoerd ge-
„ weeft was. Doch alleen buiten de Ste-
„ den. Op alle andere Plaatfen, verftondt
„ zy, dat dezelve, op de bekwaamfte wy-
„ ze, behoorde te worden afgefchaft." Op
het vinden van deeze wyze, kwam het meeft
aan. Sommige Leden neigden nog, tot het
aanneemen van een zeker getal van knegten,
in eigenlyken dienft, of op een taamelyk
waardgeld. Anderen meenden, dat zulks
nog niet noodig ware. Maar Amfterdam
gedroeg zig „ omtrent de middelen , tot
„ bevordering der rufte van 't Land in 't
„ algemeen, aan't gevoelen der Landvoog-
„ defle, en des Prinfen van Oranje;" doch
meende „ dat de Prins, als Stadhouder,
w in de byzondere Steden, naar derzelver
„ byzondere gelegenheid , orde zou kor>
„ nen flellen (1)." De Staaten fielden, fe*
dert, Gemagtigden , om nader met den
Prinfe te raadpleegen (T); die, ondertus-
fchen, te Amfterdam gekomen was; daar
hy zig zes weeken ophieldt,enallesopzyn
ftel bragt (Q.
Kort na zyne aankomft, zogt men hem Gering
zeker gering voorval te doen aanmerken als voorval
een nieuwen beeldenftorm, die ftrenger £j&
ftraf fcheen te vorderen, om dat dezelve, welk '* *
als in zyne tegenwoordigheid, ondernomen men dea
was. Op den hoek van de lange brugge, Pril^e
naar de takfteeg toe (m), ftondt een huisje^1™"
of kleine Kapel met een Lieve - Vrouwe eennie
beeld- Wen
(g) A. FAUW Relaas, il. 4.
(i) Refol. Holl. s, 9 Oa»h. i*«*- ''• 4f » ,4,9-
(i) Refol. Holl. . . Oeioi. 2° ^""- Ij66',f'•
$} enz. Refol. Vroedfch. N. z. OS. ij Nev
40 verft, 41 verft.
                     „ ,.
(k) Refol. Holl. « Pf; '*«• *'• «4.
(I) HOOFT iV.-Sttk, «. "7-
(m) Groot-Memoi. •«. Ui /. .92 verft,
IJS«, ƒ.
PP 3
-ocr page 351-
IL Deel.
AMSTERDAMS
292
66-
knegten tot verzekering der Stede. Doch zy ï5
namen nergens eenig befluit op (o). Ein-
delyk, ontwierp de Prins zelf, met hulp
beeldje daarin. Hier hieldt zekere Zand-
draagers Vrouw eene tafel of kraam met
Waskaarsjes, die men van haar kogt, omze
voor 't beeldje te ontfteeken._ Haar man,
met zyne makkers aan de bierbank zitten-
de, werdt deswegebefchimpt. Gy kont, zei-
de men , ligtelyk tegen ons teeren. Uw wyf
is met onze lieve Vrouw in maatfchappy. Zy
deelen 't kaarsgeld famen.
Hy , befchonken
zynde, ftuift op, loopt naar huis,gaat zy-
ne vrouw met vuiftilagen te keer, en fmyt
haare kraam om verre. Zy fnelt ter deure
uit, trekt die agter zig toe, en fluit 'er haa-
ren man binnen: die, benard en door den
dronk zonder agterdogt, een klokje , dat
daar hing , begint te kleppen: waarop de
buurt over end raakt, en veel volks verga-
dert. Maar toen gaat hem nog grooter
angft aan. Des klimt hy ten venfter uit,
en loopt naar de Reguliers-Poort, daar hem
de wagt aanhieldt; doch , door tulïchen-
fpreeken van fommigen, wederom los liet.
Burgemeefteren, van 't gebeurde kennis ge-
kreegen hebbende , gaven zig de moeite
van 'er over te fpreeken met den Prinfe, die
't in den wind floeg; doch ondertuffchen,
zyn beft deedt, om de ruft der Stad te ver-
zekeren door een nieuw Verdrag met de
Gereformeerden. Zyn toeleg was, hen de
Minderbroeders-Kerk te doen ruimen, en,
ware 't mogelyk, alleen buiten de Stad te
doen prediken. Hy floeg dan der Wethou-
derfchap voor, dat zy eenige punten van
Verdrag ontwerpen zou. Doch zy wees het
van de hand. Hy hieldt haar voor „ dat
„ zy immers het Verdrag van den dertig-
„ ften September wel ontworpen en vol-
„ trokken hadt." Doch zy beweerde „ dat
„ zy daartoe gedwongen geweeft was." Hy
hernam „ dat, zo zy niets voorilaan wilde,
„ hy egter zynen laft voltrekken, en den
„ Gereformeerden beveelen zou , buiten
„ de Stad te prediken." Dit behaagde der
Wethouderfchap niet, dugtende, dat zulks
niet zonder oproer gefchieden zou. De
Vroedfchap befloot dan, den eenentwintig-
flen December, eenige punten op 't papier
te brengen, ter begeerte van den Prinfe,
doch onder ukdrukkelyke verklaaring, dat
zy dezelven hadt moeten ontwerpen , om
niet in zyne ongenade te vallen (n). Doch
't fchynt, dat zyne Doorlugtigheid geen ge-
noegen nam in dit byvoegfel, en dat het
ontwerp hierop agterbleef. De zes Midde-
laars werden, nu en dan, ontbooden by den
Prinfe, en ondervraagd, wegens eene Orde
op de Wagt, en op het aanneemen van
(x) Rtfol. Vroedfch. N. z. 18, 19, ji, 29, 3° OecemB.
!$«<. J. 45 , +S, 47j+S- L. J. REAAL by ERAN'DTl, Dttl,
il. 42$,
15ÓÖ.
beelderu
itormwil
doen
aanzien.
van den Prefident van den Hove, Kornelis
é\
(5
Suys ,en van Burgemeefteren, een Verdrag,
welk, den eerften January des jaars 1567,
aan de Vroedfchap, en eenige dagen laa-
ter,aande drie Schutteryen tergoedkeurin-
ge voorgelegd werdt. De Vroedfchap hadt,
gelyk de Prins, naderhand, ten aanhooren
van Laurens Jakobszoon Reaal, verklaarde,
het Ontwerp zeer onordelyk en onwaardig-
lyk beantwoord. Ten zelfden dage, deeden
de Gereformeerden , door Reinier Kant,
Stans Bennink en nog twee anderen, zeker
Verzoekfchrift overleveren aan Burgemees-
7V K
fcW't[
teren, met bede, dat het den Prinfe ter
hand gefteld mögt worden. In het zelve,
werdt begeerd „ dat zy vryheid van gewee-
„ tenenGodsdienftoefening mogtenblyven
„ behouden, tot op nader orde , by den
„ Koning en de algemeene Staaten te be-
„ raamen." Doch na dat hierover twee
dagen geraadpleegd was, met de Vroed-
fchap, werdt dit verzoek afgeflaagen (p )•
De Lutherfchen hadden hun verzoek om
eene Kerk ook vernieuwd aan den Prinfe,
die 't Smeekfchrift , door den Raadsheer
Reinier van der Duin, aan Burgemeefteren
gezonden hadt, welken hem, eerlang, uit
naam der Wethouderfchap, antwoordden,
„ dat dit niet in hunne magt ftondt, alzo
„ het ftreedt met den wil van haare Hoog-
„ heid, de Landvoogdeffe (q)." De Prins
hadt, te gelyk, op Burgemeefteren begeerd,
dat zy hem opgaven de naamen der genen,
die zy, in de plaats der afgeftorvene zes en
dertigen, dagten te verkiezen. Doch men
antwoordde hem „ dat die verkiezing, eerft
„ op den agtentwintigften January, gefchie-
„ den zou: waarin als dan ieder lid der
„ Vroedfchap zyn gemoed kwyten moeft."
De Roomfchgezinden, in den waan gebragt,
dat de Geuzen, een naam, die eerft den ver-
bonden Edelen aangewreeven was, en nu
den Gereformeerden in 't gemeen gegeven
werdt, hun getal hadden opgefchreeven, om
te können weeten, hoe magtig zy waren;
verzogten, den negenden January, by mon-
de en gefchrifte, dat Burgemeefteren hun
eene plaats aanweezen, daar zy de hunnen
ontbieden zouden können, om derzelve*
getal, insgelyks, op te tekenen. En dit
verzoek werdt eenige dagen in bedenking
gehouden , zonder dat men weet, wat 'et
verder van kwame (r).
                           Ve
4
t j«
van
ha"
«01
tf£s
Hy zoekt
een
nieuw
Verdrag
met de
Gerefor-
meerden
te flui-
ten.
P- p
van ,j.
ranJ [f
wi^ir
tot1'
Kt*
&
1S$'
(o) A. Pauw Relaas, il. $.
f. &
1,2,3 Jan. Ï5«7.
(p) Refol. Vroedfch. N. 2.
verft. s°, 51 ver/o.
(ij) Refol. Vroedfch. N. 2. 1 Jan. ijfiy. ƒ. 49.            t
(r) Refol. Vroedfch. N. z.9jan. 1567. ƒ. 52 vtrfi. *"•
REAAL by BRANDT 1. Deel, tl. 424.
-ocr page 352-
VII. Boek.             GESCHIEDENISSEN.
293
^67, De Vroedfchap (j) en de drie Schütte-
nder- ryenhadden, ondeituifchen, bewilligd in 's
ve aan de Wethouderfchap en aan de Ge-
1567.
meente van beiderlei Godsdienft. Het werdt,
op den zelfden agttienden January, ten beue-
Ie van zyne Excellentie,
van 't_Stadhuis af-
gelezen, in de tegenwoordigheid vanhees-
ter Reinier van der Duin , Raad in den
Hove van Holland , als daartoe van zyne
Doorlugtigheid gemagtigd;van den Schout,
en van zes Schepenen (11).
De punten van dit Verdrag, die 't werven Men
van manfchap en 't aanwyzen van Predik- werft
Prinfen ontwerp van een Verdrag (f), welk,
eindelyk, den agttienden January, getekend
werdt. Het zou ook maar duuren tot op
de beveiliging of verandering der Land-
voogdeife. By het zelve werdt bedongen,
dat 'er, voortaan, niet meer in de Min-
derbroeders- noch Leproozen - Kerken
gepredikt zou worden; maar dat die van
der nieuwen Religie
daartoe eene plaats
buiten de Stad zouden timmeren, en tot
zo lang alleen binnen de Stad prediken,
op deplaatfen, die hun zouden aangewee-
zen worden. Dat de zesendertig Kapitei-
nen der drie Schutteryen1, en alle de
Schutters zig, by eede, verbinden zou-
den tot befchermiuge der Stede en der in-
wooneren van beiderlei Religie, en tot
onderwerping aan de bevelen van den
Schout, Burgemeeiïeren en Regeerderen,
in al wat de welvaart der Stede betrof,
met naame, in het uitvoeren van gereg-
telyke flraffen by te woonen. Dat de
Wykmeefters en Overluiden der Gilden
gelyke gehoorzaamheid bewyzen zouden,
in 't gene hun zou bevolen worden. Dat
die van de nieuwe Religie geene Verga-
deringen zouden mogen houden, dan ter
gelegenheid hunner Predikatïen,en,na 't
eindigen derzelven, in dePredikplaatfen;
doch enkelyk om te wandelen, en van
onverfchilüge zaaken te fpreeken. Dat,
tot meerder verzekering van beide de
Godsdienften, zouden aangenomen wor-
den tweehonderd'beft bevoegde Burgers,
die dienen zouden op eenen Artikelbrief,
by zyne Doorlugtigheid ingefteld, en over
welken Willem Paulüszoon [pan Theneße]
Overfte zyn zou. Dat de Schout, tot
fterking der Regtsoefening, vyftien , en
elke Burgemeefter zes of agt mannen zou-
den mogen aanneemen, die hen volgen,
en ten hunnen gebode ftaan zouden. Zo
- 6 >
rnnfe
nr*8e-
tweehon-
derd Sol-
plaatfen betroffen , werden, terftond, ter
uitvoennge gebragt. Willem Pauluszoon UaatenT
van Theneffe, een goed en treffelyk ryk tot ver-
burger, die, fchryft Hooft, de gemaa- zekering
tigdheid in gelooiszaaken uit de fchriften van bei"
van Erasmus gezoogen hadt,nam de twee-d?d,?Ge"
11,            ° P.           , ' , ,           zindhe-
nonderd man aan, die onder zyn bevel zou- den.
den ftaan, fchoon de Wethouderfchap ge-
vorderd hadt, dat men 't aan haarverblee-
ve. Maar de Prins verftondt, dat het den
Overfte pafte, zyne foldaaten aan te nee-
men. Doch men gaf den Overfte van The-
neffe Bouwen Reierszoon , Leepoog byge-
naamd, wien nagegeven wordt, dat hy den
Onroomfchen een zeer kwaad hert toedroeg,
tot eenen Luitenant (V). De Prins Stadhou-
der gaf deeze manfchap eenen Artikelbrief,
die nog voor handen is (V), en waarby haar,
onder anderen, gelaft werdt „ den Koning,
„ den Stadhouder, en den Burgemeeiïeren
„ en Regeerderen der Stede getrouw te
„ zyn, en niets te onderneemen, tegen de
„ oude Gewoonten, Privilegien of Vryhe-
„ den der Stede en der Burgerye." Den
Schout en den Burgemeefteren werden ook,
volgens de gemaakte Overeenkomft, eenige
Perfoonen, tot hunne befcherming, toege-
voegd , die hunne Volgers genoemd; doch
in't jaar 1570, wederom afgedankt werden
(a;). De Predikplaatfen werden den Gemag- Den Ge-
tigden der Gereformeerden, Reinier Kantrefor-
en Laurens Jakobszoon Reaal , door den "eerden
Prefident van den Hove, Kornelis Suys, in j^J.11
'tbyzyn van den Prinfe Stadhouder, aan-plaatfen
geweezen.Doch zy verzogten aandenPrin- aange-
fe, dat hun de naamen dier plaatfen,fchrif-weezen'
telyk , mogten worden opgegeven. Dit
werdt den Prefident belaft, die 'er noode
toe kwam. Hy fcheurde een ftuk uit een
vel papiers, welk voor hem op de tafel lag,
en fchreef 'er de naamen op. Maar de Prins
beval hem, dat hy'er een degelyk papier
toe neemen zou. Tóen nam hy een half vel,
welk onder de Gedenkfchriften van Reaal
bewaard is, en fchreef 'er op 't gene volgt:
Bui-
men, naderhand, oordeelen
dat
mögt,
er meer manfchap noodig ware tot be-
waaringe der Stede, zouden Burgemees-
teren zyne DGorlugtigheid: daarvan ken-
nis geeven,om vervolgens daarin te han-
delen , als bevonden zou worden te be-
hooren. Voorts, zou het Verdrag van
den dertigilen September des voorleeden
jaars, in alle andere punten, onderhou-
den worden." 't Verdrag was, door den<
Prinfe, met zyne gewoone handtekening,
Guxll* de Nassau, onderfchree ven.In
t Hot, beval hy de naarkominge van het zei-
f«) Keutb. F. ƒ. «7 "f-
                   ,                          (v) HOOFT IV. Boek, *'• 127-
14 Jan. IJS7. ƒ. 5l verft. ^ A_ Pauw Relaas, Byl. il. ij.
(x) Refol. Vioedfch. N. s. j Jar.t ij70. ƒ. l%l vtrß,
0) Refol. Vroedfch. N z
^^■■■■H
^
-ocr page 353-
II. Deel.
AMSTERDAMS
294
lall, welk de fchepen voeren konden. Men i$6l'
befloot, eerft in Auguilus des jaars 1566,
tot het afvaardigen van een nieuw Gezant-
fchap, uit naame des Konings,'t welk, on-
der anderen, door Pieter Vloits of Vlotinus,
Secretaris van Amflerdam, bekleed werdt.
Doch dit gezantfchap keerde onverrigter
zaake te rug (a). Men wil, dat de Hertog
van Alva, naderhand, eeril affchaffing van
den nieuwen tol heeft weeten te verwerven
(6). Amflerdam en de Waterlieden had-
den, om deeze zaak te bevorderen , vyf-
entwintighonderd zevenenzeventig guldens
agt Huivers en een blank uitgefchooten, die
zy gaarne ten laile van 't gemeene Land
brengen wilden: 't welk hun egter, fchoon zy
'er lang om aanhielden, geweigerd werdt (c).
De beeldenilorm, die byna alle de Ne■ yeM
derlanden getroffen hadt, veroorzaakte van 'l
groote verdeeldheid onder de verbonden E- üoiy
delen; veelen van welken opregte belyders"^,,,^'
bleeven van den Roomfchen Godsdienft, en p^sl^'
hierom niet gedoogen konden, dat de Hei-
ligdommen van dien Godsdienft zo on-
waardiglyk gehandeld werden. Eenigen
neigden, derhalve, totwiffeling van party e.
Men hadt, daarenboven, op het einde des
voorleeden jaars, tyding bekomen, dat Ko-
ning Filips, met een Leger, herwaards ko-
men zou: en veelen fchrikten tegen deeze
overkomft. De Landvoogdes hadt, einde-
lyk, laft gekreegen tot werving, en daarop
terftond de trom doen roeren, en zig van
eenige Steden verzekerd. DeGrooten en Ede-
len, die't Verbond getekend of begunftigd, of
meer ofmin voor de vryheid van Godsdienft
gefproken hadden, begonden toen op hun-
ne veiligheid verdagt te zyn;zelfs de Prins
van Oranje, die gehouden werdt,nietflerk
genoeg, tegen de openbaare Preeke, gey.
verd te hebben. Sommigen zogten zig te
verzoenen met de Landvoogdelfe, gelyk de
Heer van Brederode zelf vergeefs gezogt
hadt. Anderen en hy zelf, naderhand, vie-
len aan 't werven, en verflerkten zig op hun-
ne Sloten. De Landvoogdes ontwierp eenen
nieuwen eed voor de Leenmannen, Ampte-
naars en Wethouders, waarby zy beloof-
den „ het Roomfch geloof te zullen hand-
„ haaven , de Beeldenbreekers te zullen
„ ftraffen, en de Ketteryen te zullen uit-
„ rooijen." Veelen deeden deezen eed, en
onder anderen de Graaf van Egmond; doch
de Prins van Oranje, de Graaf van Hoog-
flraaten, de Heer van Brederode en ande-
ren verftonden, dat zy, eens gezwooren heb-
ben-
1567.                     Buiten der Stede,
Jan Willemsz. Wyngaerts Spyker.
Binnen der Stede,
Goert Dirksz., op 'tRokkin, Spyker.
Harman Harmansz. Spyker.
Der buhfiiten armen huis.
Op defe worgaende plaetfen fal men prekenna
defen daege.
De eerfle fpyker of fchuur ftondt buiten
de S. Antonis poort, op de Laftaadje ; de
Spyker van Geurt Dirkszoon Doodshoofd, die
op het Rokin woonde, van de Roomfchgezin-
den fchimpswyze Bethlehem genaamd, ftondt
op den Nieuwe -zyds-Weiter- Agterburg-
wal; de derde van Herman Hermanszoon,
dien zy 't nieuwe Jeruzalem noemden, op de
Oade-zyds-Kolk , en de vierde, het Huiszit-
ten-Armenhuis, in de Nes, daar nu de Bank
van Leeninge is. Doch alle deeze plaatfen
werden veel te klein bevonden voor de me-
Men nigte der toehoorderen. Voorts, werden,
tragt het volgens het Verdrag, vier Perfoonen, twee
Verdrag, u\t de Wethoiiderfchap , Kornelis Jakobs-
verj' ' ZOOÜ Brouwer en Jan Pyl-, en twee uit de
bekra^i- Gereformeerden, Jan Willemszoon Wyn-
gen door gaard en Kornelis Wynandszoon gekooren ,
de Land-om , nevens Reinier van der Dain, Raads-
voogues- foepr m (jen Hove, naar Bruffel te reizen,
en beveiliging op het gemaakte Verdrag by
de Landvoogdeffe te verzoeken : waarna zy
gezamenlyk den Prinfe van Oranje, die te-
gen dien tyd te Antwerpen dagt te zyn, ver-
flag van hun wedervaaren zouden doen.
Dbch toen zy te Bruifel kwamen, deeden
de Gemagtigden uit de Wethoiiderfchap en
de Raadsheer van den Hove hunne zaaken
op zig zelven, en trokken, wederkeerende,
in ftilte, door Antwerpen, zonder den Prin-
fe aan te fpreeken (y). Ook was 't 'er wel
verre van af, dat de Landvoogdes het ge-
maakte Verdrag beveiligd zou hebben. De
flaat der zaaken was, federt eenigen tyd,
zeer veranderd in haar voordeel; gelyk wy,
terllond, kortelyk toonen zullen.
Amtier- In den aanvang deezes jaars 1567, keer-
dam ver- de uit Deenemarke te rag een Gezantfchap,
fchiet enweik? 1(joor de Landvoogdeffe, derwaards
eeiiaSt gezonden was, om afdoening van zekere
groot nieuwigheid in den tol te verwerven. Fre-
deel der drik de II. hadt, reeds in 't jaar 1561, den
koften Zontfchen tol merkelyk verhoogd. Doch
bezen!*"6 ^ hadt zi§ t0en t0t maatigmg laaten be-
dingen vveegen door een Gezantfchap der Staaten
naarDce-van Holland, waarvan Amflerdam dekos-
nemarke. ten verfchooten hadt (z). Maar in 't jaar
1565 , hadt hy de Zont wederom doen flui-
ten voor elk, die hem, boven den gewoon-
lyken tol, geen daaler opbragt van ieder
(y) L. J. Reaal by BRANDT I. Deel, hl. 4.27,42s-
(z) Refol. HoU. 14 July ijöj. il. z%.
5Ö7-f5'
il 66'
fa) Refol. Vioedfch. N. z. 13, 14 7««
vor f o , 5+.
(*) Velius Hoorn, hl. 164.
(c) Refol. HoU. ii Sept. ij68. W.47. 7 Sept. ijSS
-ocr page 354-
GESCHIEDENISSEN.
VIL Boek.
295
iemant, die 't getrouwelyk aan Reinier Kant 1567.
beitelde, 't Briefje behelsde een verzoek, Bredero-
„ dat men eenige luiden naar Viane wilde de ont-
„ fchikken, daarzy zaaken verneemen zou- biedt
„ den, die de Schryver der penne niet ver- ^ffun
„ trouwen durfde." Kant vertoonde hettlviane.
briefje, terltond, aan Laurens Jakobszoon
Reaal: en deezen twee bellooten, eene Ver-
gadering te beleggen aan 't huis van Adriaan
Reinierszoon Kromhout. Hier werden Kor-
nelis Floriszoon van Teilingen en Laurens
Jakobszoon Reaal gelaft naar Viane te rei-
zen, om van den Heere van Brederode te
verneemen, wat hy hun gewigtigs hadt me-
de te deelen. Na hun vertrek, deeden de
Gemagtigden, die te Bruffel geweelt waren,
verflag van 't gene hun op de reize bejegend
was. Men befloot, dit geheim, doch te
gelyk een oog in 't zeil te houden, terwyl
men nader berigt te gemoet zag: 't welk de
Prins zig llerk gemaakt hadt, hun, in 't kort,
te zullen laaten toekomen (g).
Met de verandering der Regeeringe, op Gewoojw
den eerften February , waren als Bürge- lykever-
meeflers aangekomen Joolt Sybrandszoon ^ndeIinS
Buik, Simon Klaas Kops of Koppeszoon,ggJjring"e
en Henrik Korneliszoon Dan Marken in de Roo te Am-
Meulen. Jan Klaaszoon van Hoppen was, fterdam,
als Oud-Burgemeelter, aangebleeven. Drie
van deezen vier , van Hoppen , Buik en
Kops , waren yveraars voor 't Roomfche
geloof. Van den vierden, die voor 't eerlt
Burgemeeller werdt, vindt men 't, onzes
weetens , niet byzonderlyk aangetekend.
Doch zyne Item, zo hy al gemaatigder ge-
dagten mögt gehad hebben , kon die der
drie anderen niet overhaalen. De Vroed-
fchap was, op den agtentwintigften Janua-
ry , ook met vyf nieuwe Raaden vol ge-
maakt (£),die,naar alle waarfchynlykheid,
gezind geweell zullen zyn, gelyk de Bur-
gemeelteren van dit en van het voorleeden
jaar. 't Was dan geen wonder, dat'er, ter-De
ftond na de verandering der Regeeringe, Vroed-■
geweldiger maatregels genomen werden. De ^h-fPue"
Vroedfchap befloot, naamlyk, boven deS*.
tweehonderd bezoldigde burgers, nog drie-nog drie-
honderd foldaaten aan te neemen (t), en honderd
die te ftellen onder 't bevel van Bouwen J^ï
Reyerszoon, bygenaamd Leepoog, den
te nee-
Luitenant van Willem Pauluszoon van The-men.
neffe. Volgens 't Verdrag van den agttien-
den January , mögt zulks niet gefchieden.
dan met kennis en goedvinden des Prinfen
van Oranje. Doch de Wethouderfchap
fchynt geene zwaarigheid gemaakt te heb-
ben, in het krenken van dit deel des Ver-
drags, na dat zy,gelyk ten hoogftenwaar-
fchyn-
(e) HOOFT IV. Boek, H. 134, I3f.
(*; Regeer. Lyft. voor de Handv. op't jaar is&j.
(i) Kehl. Vroedfch. N. z. zi, 24 Ftir, ijS7. /. $*.. ,
Q9
bende, niet gehouden waren eenen nieuwen
eed af te leggen (d). OndertuiTchen, bleek
aan dit alles, dat het Verbond der Edelen
zyne meefte klem verlooren hadt, en dat
de Landvoogdes rekening maakte,om haar
gezag, door de wapenen, te handhaaven.
3 't Ontbrak , daarentegen , den meeïten
Grooten en Edelen aan middel, om zig te
fterken en te wapenen. De Heer van Bre-
derode, die, in't voorleeden jaar, te Am-
fterdam zynde , veele luiden bewoogen
hadt , om 't Verbond te onderfchryven,
ichoon Floris Roodenburg, anders een groot
vooritander der gemeene zaake , zig be-
zwaard gevonden hadt, om de hand op 't
papier te zetten (e)\ moeit, om zyne Stad
Viane te beveftigea, geld leenen van de
Gereformeerde Gemeente te Amfterdam,
die hem, eerft door handen van Reinier Si-
monszoon van Nek en Laurens Jakobszoon
Reaal , tweeduizend vierhonderd guldens
opfchoot, op eene bede van zeven ftuivers
op't morgen Lands onder de zeven Dorpen
van Viane, welke, teroorzaake der opkomen-
de beroerte, niet voldaan werdt. Daarna
leende zy hem nog eens vyfduizend negen-
honderd guldens, welken hem behandigd
werden, door Floris Roodenburg, die, in
den Zomer des jaars 1568, door deSpaan-
fche foldaaten,bezet zynde, het fchriftelyk
blyk van den ontvang in 't lyf at, uit vrees
dat het hem den hals gekolt zou hebben
(ƒ). Brederode, dus gezien by de Am-
sterdammers, zogt zig, federt, te werpen in
deeze Stad, waartoe zig haaft bekwaame
*5<$7.
TOero-
•« be.
*eegt
J'after-
!>ners
>ond
onder-
Sven
ft
^am-
gelegenheid opdeedt.
Jan Willemszoon Wyngaard en Kornelis
Wynandszoon, die, uit naam der Gerefor-
meerde Gemeente alhier, afgezonden wa^
ren geweeltnaar Bruffel, om beveiliging te
verzoeken op het Verdrag van den agttien-
den January, waren te Amfterdam te rug
gekeerd, vol agterdogt over het gedrag der
Afgevaardigden uit de Wethouderfchap ,
die hunne zaak en tenHoveafzonderlykver-
rigt hadden, en over Antwerpen te rug ge-
keerd waren, zonder den Prins van Oranje
gefproken te hebben. De agterdogt ver-
meerderde , doordien 'er, 's avonds voor
hunne t'huiskomft, een ongeflooten briefje,
van den Heere van Brederode afgezonden,
by zeker' Edelman, door de buitenlte ha-
^eije van de Reguliers poort, die pas ge-
flooten, en hem geweigerd was te openen,
geiteken was , van groot belang, zo hy
zeide, om aan iemant der Gereformeerde
Gemeente behandigd te worden. En't geluk
wilde, dat dit briefje aanvaard werdt door
»ii?J?ed; **■ VI- Detl> bL z°7' ï0«> *°p» 2IO>
t'f\ r.' t" ^AAL h brandt I. Deel, u. 3J9.
I STUK1"h BRANDT l' °e,i'il' 44°"
-ocr page 355-
AMSTERDAMS
II. Deel.
G96
1&>
„ felle Gemeente betrof, van welke zig al-
„ daar drie- of vierhonderd bevonden." Buik
hernam „ dat hy daar zeshonderd anderen
„ tegen zette. Zy mogten hun beft doen,
„ gelyk de Regeerders ook doen zouden."
En wordt getuigd,dat hy hun dit toedreef,
met vuile woorden, fmaakende meer naar
verfmaading der gemeente, dan naar Bur-
gemeefterlyke deftigheid. Hierop, raakt
het volk aan 't roepen van Vive, vive, vive
Ie gueux!
dat is, Leeve, leeve, leeve de Geus!
Elk loopt te wapen. Men trekt, by hoopen,
den gantfehen nagt, langs ftraaten en muu-
ren, om 't famenrotten der wederpartye te
voorkomen. De Reguliers-poort wordt be-
zet : en de nieuwe Brug, aan vier oorden.
Hier wordt,met den dageraad van denvyf-
entwintigften February, by uitroeping, be-
kend gemaakt „ dat het, met deeze verga-
M dering, niet gemunt was op plondering van
„ kerken ,kloofters of burgers huizen; maar
„ alleen op het handhaaven van de Orde-
„ ning des Prinfen van Oranje, en van do
„ rufte der Stad. Hadt iemant iet anders
„ voor, die zou aftrekken, of op ftaande
„ voet doorftooten worden." Allen ftaken-
ze hierop de hand om hoog, verklaarende
zulks hunne meening te zyn.
Nu hadden Burgemeefteren, met de Nagt-
wagt en anderen, in alles omtrent tweehon-
derd man fterk, het Stadhuis, en Bouwen
Reyerszoon de Waag in. Doch met den
dag, trok hy de Waage af, en, zyn volk,
op den Dam , in orde gefchaard hebbende,
fpoorde hy Burgemeefteren aan,om aan te
vallen, hun voorhoudende „ dat het nu de
„ regte tyd, en de burgery meeft uit de
„ wapenen was." Ook was, inderdaad ,
een groot gedeelte derzelve, afgemat door
de nagtwaake, het lighaam wat gaan ver-
kwikken. Doch de Wethouderfchap , zig
nog niet fterk genoeg oordeelende, vondt
geraaden,vooraf, alle de Roomfchen, door
boden, te dagvaarden op den Dam(T). A-
driaan Pauw, die ziekelyk te bedde lag,
werdt ook, tuifchen zeven en agt uuren,
op 't Stadhuis ontbooden,om te beproeven,
of men, door zyne tuftchenfpraak, den op-
roer zou können füllen (/).
Terwyl de zaaken dus ftonden, keerden
Reaal en 'Peilingen te rug van Viane, met
eene tyding, die deongeruftheid fterk deedt
toeneem en. Zy verhaalden ,, dat de Prins
,j van Oranje den Heere van Brederode ,
„ door eenen Lyf knegt, hadt doen zeggen,
„ met laft om de Amfterdamfche Gemeen -
„ te te waarfchuwen, hoe Burgemeefteren
„ meenden, op 't heimelykft, vierhonderd
„ foldaaten aan te neemen, om, met de-
„ zei-
(k) HOOFT IV. Boek, il. IJ4. 13S, I3ï.
(/; A, Pauw Reiaas, bl. 5.
1567. febyÄlyk is, laft of verlof tot verdere wer-
ving van de Landvoogdeffe, onder wien de
Prins van Oranje, als Stadhouder, ftondt,
verkreegen hadt.
De Ge-
meente
wordt
ongeriïs
t;r.
Maar 't gerügt, dat men foldaaten wierf,
't welk niet bedekt gefchieden kon, kwam
haaft onder tien man. Des werdt de Over-
fte der voorige bezoldigden, Willem Pau-
Oprotf
alda^'
en dof
degS-
fcheS£»a
luszoon van Theneffe, door Pieter Jakobs-
zoon Schaap
en Floris Roodenburg , ver-
maand om zig daar tegen te ftellen. Doch
Burgemeefteren vonden middel, om hem,
zo gezeid werdt, met eene looze boodfchap,
Eenigen ter Stad uit te fchikken. Op den vierentwin-
vervoe- tigften February, 's namiddags ten drie uu-
sen zig reü t kwam Bouwen Reyerszoon, wel twee
gemees
ters
Kamer.
uuren vroeger dan naar gewoonte, met het
gewoone Vendel van tweehonderd koppen,
aantrekken over den Dam naaf de Waage,
daar hy zig bleef onthouden. Eenige voor-
naams burgers, de gemeente hierover ont-
fteld ziende, vervoegden zig op het Too-
rentje, om de Heeren deswege te fpreeken,
en zig tot middelaars dergemeene rufte aan
te bieden. Doch Bürgemeefteren antwoord-
den „ dat zy wiften wat hun te doen ftondt."
Straks daarop , ontbieden zy de Stads waa-
kers op 't Stadhuis , daar de nieuwlings aan-
genomen knegten, met hun geweer, tegen
zeven uuren, befcheiden waren. Voorts,
gaan zy, om den drang der volle markte te
fchuwen , van agterén , door de keuken,
van 't Stadhuis af. Doch toen de gemeente
Negen of dit vernam, werdt de vrees grooter. Negen
tien aan 0 f tien buïgers vervoegen zig, uit laft van
hou**
feba?.
Jt
alle «
Rot"*'
fche»
't huis
van Bur
gemees-
ter Buik
anderen, aan 't huis van den Bürge meefter
Jooft Buik, hem beleefdelyk vraagende,
waartoe toch diende dit werven tegen 's Prm-
f en laß? wäar toe, het trekken der joldaaten
op de Waage, lang voor den gewoonen tyd?
waar toe het ontbieden der nagtwagt by dage
,
■en het befcheiden der nieuwe knegten gewapend
op 't Stadhuis?
Buik zwoer, .by zyne zalig-
heid, dat 'er geen nieuw volk aangeworven,
noch eenige zwaarigheid was: zy mogten
wel geruft naar huis gaan. Maar Klaas Boe-
leszoon
in den Hamburg, befpeurende dat de
Burgemeefter , onder zynen nagttabbaard,
met een' maliënkolder, gewapend was, ruk-
te den rok open, verweet hem zyne dub-
belheid, en dat hy iet args broedde tegen
de burgers, ja dat '-er reeds eenigen van de
nieuwe foldaaten voor zyne deur ftonden.
Buik , zo fterk overftreeden , bekent de
waarheid, en „ dat het door laft der Her-
„ toginne gefchiedde, alzo de Wethouder-
„ fchäp niet van zins was, zig, om een
„ honderd of twee oproerige burgers , uit
,, haar gezag en goed te laaten zetten."
Twee- of driehonderd burgers, midlerwy 1,
voor de deüre vergaderd, toen aan 't roe-
pen „ dat het niet hun alleen; maar de gant-
va»
Tfi.
-ocr page 356-
G E S C H I E DE NISSEN.
VIL Boek.
ap7
'567.
penbrug, de Burgery in de wapenen. Op 1567.
den Dam, daar de Roomfche burgers fton- van Bur.
den, wilde men hem te lyve. Doch ver- gemees-
ftaande, dat hy,door Burgemeefteren,ont- teren,
booden was , liet men hem boven gaan. "jet <te
s, zelven en de gewoonlyke waakers, de
,, Kalverftraat, van 't Stadhuis af tot het
„ einde toe, te bezetten, en den Graaf van
„ Megen in te laaten, die, zig, onlangs,
„ op laft der Landvoogdeffe, van Utrecht
j, en andere Plaatfen daar omtrent verze-
„ kerd hebbende, met twee-entwintighon-
„ derd man, over Gorinchem en Utrecht,
„ op eenen vroegen morgen, zou maaken
„ voor de Reguliers - poort te zyn ; met
„ oogmerk, om een honderd burgers of twee
„ het hoofd voorde voeten te leggen."Die
deeze boodfchap ontvingen, verftondendat
zy bedekt diende gehouden te worden, als
waardoor 't verbitterd volk, tegen de Over-
heid zynde opgehitft, bezwaarlyk zou heb-
ben können nalaaten, zyne handen aan de-
zelve te fchenden. 't Geheim lekte nog-
tans ergens uit, en baarde, met de gerüg-
ten , die van den Dam kwamen, zulk eene
verbolgenheid, dat elk wapen! wapen! riep,
en zig in alleryl toeruftte. Jan Broek Va-
kntynszoon
, een wakker man , deedt, op
de nieuwe brug, met de trom omflaan,dat
elk, wie lyf, goed, vrouw en kinderen lief
hadt
, hem nu volgen zou. De brug toen met
dertig man bezet laatende, doet hy een'
keer over den Zeedyk en Warmoesftraat,
en fleept, met der haaft, zo getuigd wordt,
hoewel 't bezwaarlyk te gelooven is, om-
trent negenduizend man agter zig, ieder met
het geweer, welk hy by der hand hadt. Een
deerlyk aanzien hadt toen de Stad, daar de
Vader der eene, de Zoon der andere par-
tye byviel, en Broeder tegen Broeder, Zwa-
ger tegen Zwager optrok. Jan en Kornelis,
beide Pieterszoonen, in Deventer, eikande-
ren in de wapenen geholpen hebbende, zei-
de de een, op onderlinge vraage, werwaards
het gemunt ware ? Naar de markt
, by die van
den ouden Godsdienfl :
de andere, naar de
Straaten
, by die van den oudflen: dan zo 't
op een flaan gaat
, ontzie my niet, ik zal u
ook niet ontzien.
, De Onroomfchen, die, in
wakkerheid en orde, de Roomfchen over-
troffen , ftopten de Warmoesftraat, tot aan
^e Pylfteeg; 't Water tot aan de Zoutfteeg;
?en Nieuwen Dyk tot aan 't Gravenftraat-
Je> en andere wegen naar de markt leiden-
"^ Jan Pieterszoon Hooft en eenige anderen
Puntten, om de markt te beftryken, drie
juffen op den fteiger van het Damrak, naaft
ftet huis van Burgemecfter Henrik Dirks-
*?°n, daar de Mol uithing. Ten zelfden
Einde, werden nog, op de Paapenbrug ,
arie groote baffen gefield, en al de huizen
van de Warmoesftraat, tot aan de Vifch-
ftir t?e' van agteren, met fchutten ge-
ftoffeerd _(w). p*^ zonder geweer naar
tbtadnuis treedende, vondt, in de War-
moesitraat, en byzonderlyk omtrent de Paa-
om-
en ts
Hier werdt op hem begeerd „ dat hy ver- ~£^
„ neemen zou, hoe 't onder de Burgerye woorde.
„ ftondt, en Burgemeefteren daarvan ver-
„ flag doen." Hy beriep zig op de gevaar-
lykheid van dit werk, waarvan hy reeds on-
dervinding hadt. Doch op de verzekering,
dat men wagten flellen zou aan de Straaten
op den Dam, en voor zyne veiligheid zor-
gen , begaf hy zig, over de Paapenbrugge,
naar de Kerk- of Warmoesftraat, daar hy
't getal der Onroomfche burgerye zeer ver-
meerderd vondt. Hy vraagde , naar de
oorzaaken van deezen oploop. Men ant-
woordde „ dat 'er nieuwe knegten waren
„ aangenomen; dat de anderen zig, nevens
„ de overige Burgery , gewapend op de
„ Plaats vervoegd hadden. Dat de toeleg
„ fcheen, hen te overvallen, alzo men hen
„ daar niet ontbooden hadt." Pauw ant-
woordde „ dat hy zulk een oogmerk in de
„ Heeren niet hadt befpeurd," hen te gelyk
biddende, dat zy zig toch aan de Heeren
niet vergrypen, noch verder voorttrekken
wilden (rï). De Wethouders, die nog niet
boven de tweeduizend man byeen hadden,
bevonden zig, ondertufTchen, in geene klei-
ne verlegenheid. Zy hadden Pieter Kaars,
Hopman der Nagtwagt, uitgezonden om
alle gelegenheden te bezigtigen; die, wel
gezien by de Burgerye, overal doorgelaaten
werdt, en aanbragt, hoe de ftraaten bezet,
befchanft en met grove of handbuflen ge-
boord waren , tot doodelyke beheering van
den Dam. De Wethouderfchap, zig dan
genoegzaam belegerd ziende (0) , befloot
met de Burgery te woorde, en ware 't mo-
gelyk tot verdrag te komen. Pauw, die,
midlervvyl, wederom op't Stadhuis gekeerd
was, Andries Boeleszoon, Henrik van Mar-
ken , Jdriaan Medenblik, Henrik Franszoon,
en nog eenige andere Burgers werden dan
een- en andermaal afgevaardigd aan de Ge-
meente , met laft, om haar, uit naam der
Heeren, te verzekeren, dat 'er geene kneg-
ten aangenomen , maar eenigen alleenlyk
opgetekend waren , op aanfchryvehs der
Hertoginne; en om op haar te begeeren,
dat zy vier of vyf Perfoonen benoemde,
om, met diergelyk getal vanGemagtigden
der Wethouderfchap , te fpreeken. Wat
Burge-
laater, begaf Burgemeefter Simon Kops of meefter
Koppeszoon, van den Schepen JakobGer- Kops
ritszoon en van Adriaan Pauw verzeld (j>), %£*£
Zig Burgers.
(n) A. Pauw Relaas, SI. s, 6.
(,) HOOït IV. Doek, tl. 137.
(p) Refol. Vroedfch. N, z. ij FiSr. 15*7. f. j«, s7,J*.
P,. Pauw Relaas, tl, 6.
Qq2
stad
b.
V
Js.
-ocr page 357-
II. Deel
AMSTERDAMS
ig%
i0
Steêtuin deedt bezetten, den Schutmeefter
beladende, noch der eener, noch der an-
derer partye eenig wapentuig te verfchaffen.
Maar een goed getal van fpietfen, roers en
eenig buskruid werdt uit zekere winkel ge-
haald : 't welk lang onbetaald bleef.
De perfoon, dien Jan Broek om onder-
ftand naar de Warmoesftraat gefchikt hadt,
was Thomas Gerritszoon Doesburg, die, ko-
mende voor de enge Kerkfteeg, Burgemees-
ter Kops nog bezig vondt, met het volk te
beleezen. Straks vaart hy uit, werpt den
Burgemeefter over ftag, met verwyt van 't
gene aan de Roode brug te doen was, en
graauwt hem toe , 'dat hy de Burgery door
bedrog in 't net zogt te brengen. Toen ftuift
het volk op. De maar loopt door alle ftraa-
ten en fteegen. Kops hadt werks genoeg,
dat hy, door voorfpraak van eenige eerlyke
perfoonen, het lyf bergde. De andere mid-
delaars werden , met verontwaardiging ,
naar 't Stadhuis geweezen. De kreet ver-
heft zig, naar 't Stadhuis! naar 't Stadhuis!
Wy hebben 't
, zo wy harts genoeg hebben:
anders is 't omgekomen.
Doch de deftigften
der-Gemeente fielden zig hier ernftelyk te-
gen, vertoonende „ dat het oogmerk hun-
„ ner wapenen niet ware, de handen aan
„ Heeren te fchenden, of met het bloed
„ van evennaaften, vrienden of maagen te
„ bezoedelen, maar door draaglyke voor-
,, waarden, aan eene veilige rufte te geraa-
„ ken." Zulk een raad, gegeven van hun,
die te gelyk raaders en gelders waren *
klemde by de menigte, die, eerlang, het
oor leende aan eenige gefchikte burgers,
welken, uit naam der Heeren, van verdrag
kwamen handelen (q). De Gemeente be-
loofde , zig ftil te houden, geduurende de
handeling, indien zy niet aangevallen werdt.
Men kwam te woorde, in den Keizer (9)
op denVygendam (?-).Iiier werdt eengroot
deel van den dag geileetea met kyven en
klaagen. Men ftondt 'er, van de zyde der
Gemeente, fterk op, dat in 't Verdrag ge-
field werdt ,, hoe Burgemeefteren , in 't
„ aanneemen van meerder manfehap, ge-
„ handeld hadden vierkant ftrydig met de
„ Orde, by den Prinfe van Oranje beraamd."
Doch hiertoe kon de Wethouderfchap niet
verdaan, 't Was al laat in den avond, toen
men eindelykovereenkwam „ dat twee Ge-
„ magtigden uit de Wethouderfchap en
„ twee uit de Gereformeerden naar den
„ Haa-
(?) HOOFT IV. Boek, b'. 137, 138.
(r) A. pauw Relaas, lil. 6.
(9) 't B!ykt, uit de Sententien van Al va , bl»
182, dat de Yzerkooper, Leennard Janszoon Graaft
een groot voorftander der Gereformeerden ten
deezen tyde, gewoond beeft, daar de Keizer uit-
hing, 't Is, derhalve , niet onvvaarfchynlyk, dat
de handeling over een verdrag , ten zynen hui-
ze , gehouden zy.
zig naar de Warmoesftraat, om der Burgerye
deezen voorflagfmaakelyk te maaken. Doch
terwyl hy zyn bed hiertoe deedt, en 't volk
voorhieldt „ dat alles maar misverfland
., was, en dat men,de wapenen afleggen-
„ de, met een Verzoekfchrift te regt raa-
„ ken kon," werden, op laft der Wethou-
derfchap , eenige tonnen buskruids gevoerd
naar den Jan Rooden tooren, die ,nogtans,
onderweg, door Egbert Pieterszoon Vink
en weinige anderen , bemagtigd , en in 't
water geworpen werden. Ook deedt men
de foldaaten en eenige Roomfchgezinde
burgers, onder bevel van den Schout Pie-
ter Pieterszoon , en zynen Zwager , den
Oud - Burgemeefter Elbert Markus Dirks-
zoon, trekken naar de Reguliers - poorte,
die men voorhadt te bezetten.
Van de andere zyde, was ,ondertuffchen,
Jan Broek, tamelyk verzeld, den Zeedyk
langs, met drie ballen , aldaar voor een
Smids deure gevonden, getrokken naar 't
bushuis, ftaande ter plaatfe daar nu 'tOofl-
indifche huis is, uit zorge, dat de fchans
aan de Verkensfluis overweldigd, en 't bus-
huis vervolgens ingenomen mögt worden,
door zyne partye. Doch hier verneemende
dat de Roomfchen in aantogt waren om de
Reguliers-poort, den Steêtuin, het Halfrond
en 't Bushuis te bemagtigen, rukt hy voort
tot op de Roode- of Reguliers-, nu deDoe-
lebrug, daar hy eene fchans van balken en
ander hout, welk voor den Steêtuin of Tim-
mertuin lag, doét opwerpen, en met de
baffen ftoffeeren , op welken van agteren
geklonken werdt, als ofze wel gelaaden ge-
weeft waren, fchoon men noch kruid noch
kogels in voorraad hadt. De Schout en de
Burgemeefter , ontzet van 't gene zy za-
gen , verzogten, Jan Broek, buiten de fchan-
fe, te mogen fpreeken. Hy, eerft naar de
Warmoesftraat om byftand gezonden heb-
bende , treedt uit zyn voordeel, en vraagt
istat hen, met pyp , trom en vliegend vendel,
derwaards dreef!
Daar Elbert Markus op
antwoordde,'? was, om zig met kruid, fchut,
en fcherp
, uit den Steêtuin en 't Halfrond, te-
gen hunne vyanden te wapenen.
Jan Broek
hervraagde, Wie die waren? En als hierop
gezweegen werdt, voer hy voort „ dat hy
„ 't hun niet wilde laaten volgen; maar ten
„ dienfte zyner Majefteit en welftand der
„ Stede bewaaren zou. Ook zou hy zo wel
„ voor de poorte zorgen, dat 'er de Graaf
„ van Megen, met zyn krygsvolk,'t hoofd
„ zou ftoóten." Terwyl zy nog fpraken,
kwamen hem tweehonderd man, onder een
Vendel, welk door Jan Kies gedraagen
werdt, te hulpe. Des keerden de Schout
en de Burgemeefter met hun volk te rug
naar den Dam, terwyl Broek de Reguliers-
poort, de Roode brug,het Halfrondenden
1567-
KoPs
ra*1,
Jan
Broek
trekt
naar de
Regu-
liers-
poort.
Zyn ge-
fprek
met den
Schout
en met
Burge-
mecller
Elbert
Markus.
lifl» Vf
t
-ocr page 358-
X. StuA.ßlaX£.Z9S.
-ocr page 359-
GESCHIEDENISSEN.
VII. Boek.
299
geilooten bleeven. Zy kwamen nogtans tyds 1567.
genoeg te Antwerpen, om den anderen, op
het uitïtrooijen van valfche gerügten, te ag-
terhaalen. Want de Gemagtigde der Wet-
houderfchap gaf voor, dat de Overheid het
verdelgen der Geuzen in haare hand ge-
had; doch hen, op fchuldbekentenis, by
gevoeglyk Verdrag, in genade aangenomen
hadt. De Gemagtigden , ter wederzyde
gekooren, nevens twee, hundoordeSchut-
terye bygevoegd, reisden eerft naar den Haa-
ge, en toen naar den Prinfe Stadhouder.
Zyne Doorlugtigheid verklaarde „ nietsnut-
,, ters te weeten, dan 't gene hy den agt-
„ tienden January beraamd hadt. Voldeedt
,, dit hun niet; zy konden zig vervoegen
„ aan de Landvoogdeffe." De Gemagtig-
den der Wethouderfchap deeden dit: doch
die der Gemeente , geenen verderen laffc
hebbende , keerden te rug naar Amfter-
dam (iu).
's Daags na 't vertrek der Gemagtigden, De Heer
op den zevenentwintigften February, hadt van Bre-
de Heer van Brederode zig weeten te wer- dedev
pen in deeze Stad. Hoop gefchept hebben- j^er|mz.lg
de op eenig voordeel, voor zyne of de ge- fterdam.
meene zaake, uit de beroerte van Amfter-
dam, was hy de Gemagtigden der Gere-
formeerde Gemeente, Reaal en Teilingen,
kort gevolgd, en, 's nagts na de afkondi-
ging van 't Verdrag, te paarde, aangeko-'
men te Ouderkerk. Van hier te voet voort-
gegaan zynde, tot digt by de Stad, ontboodt
hy Clement Volkertszoon Koornhert bui-
ten by zig in de herberge, om met deezen
te overleggen, op wat wyze hy bekwaamlyk
in de Stad zou können geraaken. Want aan
de poorten werdt, ten deezen tyde, ook by
dage, fcherpe wagt gehouden, en niemant
vreemds ingelaaten, dan die zynen naam
en woonplaats opgaf. Door de boomen mögt
peen vreemdeling. Maar Koornhert, hem,
alleenlyk van twee edelluiden verzeld, by
zig, in eene open fchuit hebbende doen
tree'den, deedt hen, zonder zig aan 'troe-
pen der wagt te kreunen, fnellyk doof den
Amftelboom roeijenj en aan de Turfmarkt
opzetten (x). Elders, vindt men, dat Kor-
netts Loefszoon
de hand ook in dit werk ge-
had , en dat Brederode, te Amilerdam, by
hem t'huis gelegen heeft (y).
De Wethouderfchap, veritaande datBre- Groote
derode , dien zy 't hoofd van alle Geuzen toevloed
noemde, in de Stad was, vondt zig,in van,_
geene kleine bekommering, vaftftehende, ™*ufc.
dat hy door de Onroomichen.ontbooden a\E
was: 't welk nogtans, in de Gedemjclmften
van
Laurens Jakobszoon Reaal,
oni-
1567. )■> Haage zouden trekken, en by de Gemag-
„ tigden der Landvoogdeffe aldaar vernee-
„ men, of de lafl tot werving, aan de Wet-
„ houderfchap gegeven, goedgekeurd was
„ door den Prinfe Stadhouder. Zo neen;
„ dan zou men naar Antwerpen reizen, om,
,, na vertooning van de gelegenheid der
,, Stede,'s Prinfen goeddunken teverftaan.
j, De Gemagtigden haarer Hoogheid zou-
„ den, midlerwyl, verzogt worden , het
„ uitvoeren van hunnen laft uit te Hellen,
„ en 't ligten van krygsvolk te ftaaken ,
„ ontflaande zelfs de knegten, die reeds
„ waren ingefchreeven, en doende de Nagt-
„ waak houden op de hoefflagen, volgens
„ de ordening , onlangs, by den Prinfe
„ Stadhouder beraamd (*>" Met het tref-
fen van dit Verdrag, was de onluff. gefhld,
zonder dat'er een droppel bloeds geftort was.
Doch alzo het, dien avond, niet kon afge-
kondigd worden, bleef een groot gedeelte der
Gemeente, den gantfchen nagt, en een deel
van den volgenden ogtend, in de wapenen.
De afkondiging gefchiedde by tyds, met de
trompette, op de voornaamfte plaatfendei-
Stad, te gelyk met de Ordening ophetbe-
waaken der Stede, die door den Prinfe van
V , Oranje beraamd; doch, zo 't fchynt, nog
b dcTal niet gemeen gemaakt was (0- De Bürge-
Ni. meefter Joolt Buik, een Schepen, en A-
h{* van driaan Pauw woonden de afkondiging by
\2el- aan de nieuwe zyde. 't Geviel aan de Oude
brugge, daar nog veel volks in 't geweer
ftondt, dat de Secretaris Willem Hoppen of
Foppen, in 't afieezen van 't Verdrag; eenigs-
zins haperde, of mifte, in 't uitfpreeken van
eenige woorden. Straks daarop hoorde men
roepen Schiet! Schiet! waardoor de Secre-
taris zo verbaasd gemaakt werdt, dat hy 't
op een loopen zette. De Burgemeefter was
ook zeer ontfteld. Doch Pauw deedtze bei-
de ftand houden, ftelde zig tegen 't gefchiet,
vermaande 't volk tot eendragt, en bragt
te wege , dat de afkondiging in orde ge-
fchiedde (u). Voorts, hadt de Raad, op
Verzoek van Adriaan Pauw en JanPerchyn,
20 ver zulks in deszelfs magt was, de ge-
wapende Burgery alle aanvegting of Kerk-
ftooring vergeven (v).
Ten zelfden dage, zondt de Wethouder-
jyJf- fchap iemant af aan de Landvoogdeffe, en
G^he aan den Prinfe Stadhouder : de Gerefor-
%enë" meerden twee aan zyne Doorlugtigheid, elk
Sm^'t?1 Zyn gedrag ten befte voor te draaëen-
tc ^ae J?och de Gemagtigde van de Wethouder-
H?" v:haP werdt 's morgens vroeg uitgelaaten:
Sen. die van de Gemeente raakten niet weg voor
tegen den avond, om dat de poorten zo lang
(«0 PAUW Relaas rV^'
(v) Refol. Vroedfch. N.\, zu Febr. 1557. ƒ. s% ver/o.
(W) hooft IV. Boek, il. Ut, 139.
(x) Hooft IV. Boek, W.139.
(y) Sentent. van Al.VA, bl. 41,
Ql 3
-ocr page 360-
AMSTERDAMS
IL Deel.
3°°
„ al het onheil, dat 'er uit ontdaan mögt." *56<"
Burgemeefteren, verlegen met den brief»
raadpleegden, over den inhoud, met Oud-
Burgemeefteren en Schepenen, en merkten,
voor eerft, aan „ dat eenigen uit de Vroed-
„ fchap , die over de Onroomfche zyde
„ helden, zig zeer ftooten zouden aan 't
„ gene van den Graave van Megen gezeid
„ werdt, waaruit, zo 't rugtbaar werdt,
„ nieuwe opfehudding te vreezen was. Daar-
„ na, dat Brederode hun een affchrift, of
„ ten minften leezing van hunnen laft af-.
„ vergen zou, en door dit punt eerder tot
„ blyven getergd, dan tot vertrekken be-
„ woogen worden." Zy deeden nogtans de
Vroedfchap, die hierin gekend moeft wor-
den, vergaderen. Doch begaven zig, ter- Bi'^;.
flond na 't fcheiden der byeenkomfte, ende|fje
eer 't gerügt daarvan verfpreid kon word en, f ^te
naar de herberg des Heeren van Brederode, rUitnel1'
die, gelyk men voorfpeld hadt, zonder 't
bevel der Landvoogdelfe te zien, welk men
verklaarde, buiten haaren laft, niet te dur-
ven toonen, naar reden, bidden noch ge-
bieden luifteren wilde. De la Torre zelf,
van twee Schepens verzeld, deedt dan ,
eindelyk, op eenen voordemiddag , zyne
boodfehap, na dat hy, onvriendelyk beje-
gend , met taai geduld, geantwoord hadt.
Brederode verklaarde, ongehouden te zyn,
zig naar het bevel der Landvoogdeffetege.
draagen , zo lang het hem niet getoond
werdt, zig te gelyk, met hooge woorden,
beklaagende ,, dat men zyne verdediging
„ ten Hove niet hadt willen hooren, daar
„ hy 's Konings getrouwe dienaar, en zelfs
„ bereid was, tegen de wederfpannelingen
„ te paarde te zitten (d)." Burgemeefteren
zonden daarna Adriaan Pauw, Herman Roo-
denburg en anderen, van hunnen Penfiona-
ris of Secretaris verzeld, om den Heer van
Brederode tot vertrekken te beweegen (e).
Doch 't was vrugteloos. Hy antwoordde,
„ dat hy doen zou,gelyk hy 't verftondt."
De Gemeente, midlerwyl, dugtende, dat Ve fl'
zyn perfoon niet veilig ware, bewaakte, des 1 °ji '?
nagts , zyne herberg , daar de Prins van *n tf\
Oranje
uithing, met omtrent honderd man. wtéi
Ook was'er, voor dezelve, bydage, een ^
groote toevloed van menfehen, onder wel-leI)'
ken, de kreet van Vvoe Ie gueux! dikwils,
gehoord werdt (ƒ): al 't welk den Raad zo
bedugt maakte voor opfehudding, dat men
befloot, den gewoonlyken ommegang met
het Sacrament, die thans in de Vallen plagt
gehouden te worden, niet te laaten voort-
gaan (g). Doch hierby bleef het niet. Ee-
ni-
(d)  HOOFT IV. Boek, hl. 139, H°.
(e)   Reibl. Vroedt'ch. N. 2. zs Febr. 1, iz , 1* Maart
1567: ƒ. si verft, s9,6iyerJo, <Jj. A. Pauw Relaas ,61. *•
(f)  Sentènt. vai Alva, il. 4.1.
(g)  Refol. Vioedfrh. A*. 2. u Maart ij6;. f. 73-
ontkend wordt: leezende men daar,.dat het
gerügt van den hoogloopenden twiftteAm-
fterdam hem alleenlyk derwaards getrok-
ken hadt. De Onroomfchen waren nogtans
zeer in hunnen fchik, met de tegenwoor-
digheid van zulk een' aanzienlyken voorgan-
ger. De voornaamften lieten zig,dagelyks,
in zyn gezelfchap vinden. Ook begaven zig
veele Stigtfche, Frieiche en andere Edelen
en voornaame Burgers naar Amfterdam,
die , vermomd als Koopluidén , Schip-
pers of Boeren, de wagters aan de poorten
onregte naamen opgaven (z), onder wel-
ken ik de Friefche Edelen , Sjoert Beima
en Hartman Galama genoemd vind (a). De
toevloed van zo veel volks gaf gelegenheid
tot het vernieuwen eener fcherpe Keure op
' het bewaaken der Stad en op de toezigt aan
de Poorten, die den derden Maart afgekon-
digd werdt, en onder anderen inhieldt,
„ dat alle vreemdelingen, die binnen drie
„ weeken in de Stad gekomen waren, in
„ den tyd van vierentwintig uuren, gehou-
„ den zouden zyn te vertrekken, op eene
,, boete van zes Karels guldens, ten ware
„ de waarden of waardinnen derzelven, bin-
„ nen dien tyd, by den Schout kwamen, en
„ zig borg Helden voor het goed gedrag en
„ de getrouwheid hunner gallen (è):" 't
welk ik egter niet weet, of ten opzigte van
den Heere van Brederode en anderen ge-
fchied zy.
Ondertuflchen, was men, ten Hove, niet
minder bedugt, dat de komfl van Bredero-
de en van zo veelen der verbonden Edelen
te Amfterdam iet euvels brouwen mögt. En
de kommer vermeerderde, federt dat men
vernomen hadt, dat 'er , omtrent Viane,
eenig Krygyvolk byeen getrokken werdt (f).
De Landvoogdes vondt, derhalve, geraaden,
Jakob de la Torre, Secretaris van den ge-
heimen Raad, die zig thans te Utrecht be-
vondt,daar hy den Graave vanMegen aan
fchepen en lyftogt geholpen hadt, te fchik-
ken ^an de Regeeringe van Amfterdam ,
met eenen brief, waarin zy haar vermaan-
de, om „ den Heer van Brederode, door
„ overreding of uitgedrukt bevel, de Stad
„ te doen ruimen; waartoe zy zig, des noods,
„ ook van de troepen des Graaven van
„ Megen bedienen mögt." De la Torre
verklaarde, daarenboven „ hoede Herto-
„ gin hem gelaft hadt, Brederode, zo hy
„ naar de Wethouderfchap niet hooren
„ mögt, uit den naam der Landvoogdelfe,
„ eenen tyd van vierentwintig uuren te ftel-
„ len,' om de Stad te verlaaten, of hem,
„ by weigering, de fchuld te wyten van
(s) HooïT IV. Boek, hl. 159.
(a) Sencent. van ALVA , il. 76 , tl.
\b) Keurb. F. f. 253 em.
(«J A. PAUW Relaas, il. «.
1567-
Keur op
de toe-
zigt aan
de Poor.
ten.
Bekom-
mering
ten Ho-
ve.
De Se-
cretaris
de Ia
Torre
komt te
Amfter-
dam.
\
-ocr page 361-
GESCHIEDENISSEN,
VIL Boek.
301
1567. nige Friefcheen andere Edelen, en onder   als eene wyze vrouw, dat zy wy, fa't zoe- 15.67.
dezelven Lancelot van Brederode, befton-
   ken myner zaligheid, niet hinderlyk is. En zo
den, op den zeventienden Maart, de la
   uw Zoon Jan Kop zyn hopen naar den Over-
Torre, in zyne herberg en kamer op den
   toom om Delfts bier te drinken naliet., zigter
Dam,'te overvallen, en hem aldaar ,tot 's
   preeke voegde, en een eerlyk en tugtig keven
anderendaags, a!s in gyzeling te houden,
   zogt te leiden, gelyk zynen fiaat welbetaamen
térwrl zy zyne papieren doorfnuffelden ,
   zou, en zo yverde om zyne eeuwige zaligheid,
hem een koffertje met de gewigtigften, en
   ik meen niet dat myn heer de Burgemeester het
daaronder 't verhaal zyner verrigtingen
   zou willen verhinderen. Doch de Burgemees-
ontnamen, en aan Brederode bragten (/>)•
   terzeide, Ik flond veel liever ten balze toe in
Des hy, voor erger dugtende, in der haaft
   't water: waarop Reaal hernam, Al zagt,
de Stad verliet. Naderhand heeft hy zelf,
    Heer Burgemeefier, de zaaken zullen, hoop ik,
aaniemant, die dit fchryft (0, verhaalt,
   zulk een' keer neemen, dat al de'Burgemeefiers
dat de Edelen hem, met woorden en wa-
   nog byons ter preeke zullen komen. Welk zeg-
penen, de dood gedreigd hadden. Meefter
   gen den Burgemeefier in deeze woorden
Maarten Koller , federt, befchuldigd ge-
   deedt uitberften: Ik zat liever fa 't bordeel,
worden zynde, dat hy deel gehad aan den
   tuffchen zeven hoeren. Zo gehaat waren thans
overlaft, dien men de la Torre hadc aan-
   nog de Predikatien der Gereformeerden,
gedaan, vervoegde zig, met een fmeek-
   Burgemeefteren, verneemende, wat'er, aan Ds Wet-
fchrift, aan de Vroedfehap,die verklaarde,
   de la Torre gebeurd ware, durfden, nog- houder-
dat zy hem onfchuldig hielde (F). :
            tans, het Verzoekfchrift niet afwyz en; maar fc!j*P be"
f^ere- up nee
<CSer- dus gewei
V
r, dat men o!e la Torre   bewilligden in al wat 'er begeerd was , mids n '|gt
,\y\
er viel, leverden Reinier   men, van wederzyde, en van wege de Schut- verzoek {
Janszoon in 't Hert, Frank de   terye, Gemagtigden zonde aan den Prinfe op-'t wef-
t^oek-Waal en Laurena Jakobszoon Reaal, uit   van Oranje, om deszelfs goedvinden te ver- ^."gj
%,5iftin den naam der Gereformeerden, een Ver-
   ftaan, waarnaar men zig , zonder weder- prinfe
?elBur" zoekfehrift over aan Burgemeefteren. De fpraak, fchikken zou. Het ontwerp der pun- van O-
nieuwe eed, door de Landvoogdeffe voor-   ten werdt, den agttienden , door Pauw , ranje.
gefchreeven, waarby men zig verbondt tot   Roodenburg en eenigeanderen, verzeld van
de handhaavinge van het Roomfche geloof   den Penfionaris Maarten van Blokland, uit
en tot het opzoeken en ftraffen der Beeld-   den naam van Burgemeefteren en Raaden,
ftormeren,was,hier ter Stede, niet alleen   aan Brederode gebragt. Maar hy weigerde
door de Amptenaars gedaan;maar ook den   het te leezen, zeggende, dat hy van zins
Schutteryen afgevergd. In 't Verzoekfchrift,   was te vertrekken. Doch Burgemeefteren,
werdt begeerd „ dat deeze eed afgefchaft,   vreezende dat het gerügt hiervan, komen-
„ en het Verdrag van den agttienden Ja-   de onder't volk, welk, in grooten getale, op
„ nuary ftiptelyk onderhouden werdt: ook   de Plaats, en in de ftraaten voor 't Stad-
„ dat men nog eenige knegten aanname,   huis, famengevloeid was, ligtelyk beroer-
,, en Brederode, dewyl men niemant an-   te veroorzaakenzou, lieten hem, door de-
„ ders van naame en van genoegzaameer-   zelfde perfoonen , verzoeken, dat hy zyn
„ vaarenis in krygszaaken bekomen kon,   vertrek nog vyf of zes dagen, tot datdeGe-
„ daarover tot Övcrfte ftelde, tot dat de   magtigden aan den Prinfe te rug gekeerd
„ Prins van Oranje daarin anders voorzien   zouden zyn, opfehorten wilde, Zy waren,
„ zou." Men hielde de inleveraars van dit   van hunnen kant, te vrede, dat hy 't gezag
Verzoekfchrift, wel twee uuren, in het   over 't Krygsvolk aanname, zonder nog-
Toorentje op,daar veel gefpreks viel over   tans iet te beftaan, voor dat men'sPrinfen
«ten.
PLrek 't ftuk van den Godsdienft. Onder ande- meening vernomen hadt. Brederode ver- Bredero-
ren , liet Burgemeefier Kops zig, tegen klaarde hierop „ dat hy den opgedraagen ^tv™™c_
Reaal, in deeze woorden, uit: Laurens „ laft en titel, ten diênfte des Konings en fte der
Jakobs, u had ik niet toevertrouwd, dat gy u „ tot bevordering der rufte en eendragt in bezetting
„de Stad, aanvaardde, zonder dat hy ietaangeno-
Jn^
?o
s' hoe-voel ik, eer gy trouwde (10), wel wifi dat
„ begeerde te doen, tegen 't gene,bydenmen-
1. êy Luit berde. Doch 't verwondert my, dat
„ Prinfe, zou worden goedgevonden (/)•
Schoonmoeder u zulks toelaat. En't doet Het volk, hiermede gepaaid, vertrok naar
my zeer van haarentwege; watit wy zyn lan- huis, en begaf zig tot ruft. De Prins Stad- Daar de
ge jaaren goede buur en geweefi. Waarop Re- houder bewilligde, federt, in alle de be-™1^
'<iai antwoordde, Mm Schoonmoeder handelt geerde punten, uitgenomen m dat van het bewim
opperbevel des Heeren van Brederode, dien
il. 42., 60.
zxiïp \yj °- ***** Jliit- ramaU.mSk.Lih. ii. Ca?. ^y zyne meening, door eenen byzonderen
'&
(10) Re,ar;;'scr
. N. z. 25 Maart IJ67. f.76verfi. bode, beloofde te zullen laatenweeten(m).
Het
uit Aantekeningen
en is, getrouwd inet Gerrit
r.
(I) A. Pauw Relaas, hl. s.
(»>j HoorT IV. Bttk, tl. 140,
1 Mer Meeuwssoons Dogt
-ocr page 362-
AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN. II. Deel.
302
denvyfden, door Burgemeefleren, zynde i5°7'
erkend (p), namen, kort hierna, ingevolge fflen eff'
van een befluit van Burgemeefleren enRaa-ne^a^n
den, driehonderd, H o of t fchryft, honderd ^j^ó-
fchamele ingezetenen aan van beiderlei Reli i^inafl
gie, om onder hen de Nagtwagt der Stede aafl.
waar te neemen. Ieder van deeze luiden trok,
1567.
Negen
Perfoo-
nen uit
Het Verdrag, vervolgens, ter wederzyde,
beëedigd zynde, fchikte men zig, om het
zelve ter uitvoeringe te brengen. Burge-
meefleren hadden, den veertienden Maart,
deSchut-met den Oud-Raad van Burgemeefleren,
tery ge-
kooren,
beflooten „ uit de drie Schutteryen, door
om met
J5
zen negen Perfoonen van beide de ReHgien,
met welken zy, als 't noodig of oorbaar
voor ieder nagt, een reaal, of drie en een
halve fluiver , waarom zy den naam van
Burge-
meefte-
ien te
fpree-
ken.
Zyn mögt, over zaaken, de bewaaring Reaal-Wagt kreegen. Doch deeze Wagt
der Stede betreffende , zouden können bleef niet lang in dienft (q). Voorts, werdt N0^.
fpreeken («)." En in gevolge van dit be- de Luitenant Bouwen Reyerszoon afgedankt: ^ie j $:
fluit werden, den tweeden April, gekoo- en de Overfte over de voorheen geworven^aten
ren 'uit de Oude ofKIoveniers Schutterye, tweehonderd foldaaten, Willem Paulusvange\vof'
Adr'iaan Pauw, Hendrik van Merken en Eg- Theneffe, met eenen anderen Luitenant voor- ven«
bert Roelofszoon: uit de Handboogsfchut
terye, Jan Bethszoon Roodenburg, Arend
Korneliszoon Kool en Reinier Simonszoon
van Nek, en uit de Voetboogsfchutterye,
Herman Roodenburg, Klaas Reyerszoon en
Egbert Meinerdszoon. Onder deezen negen,
waren vyf van de zes Perfoonen, die, in
Auguftus des voorleeden jaars, ten gelyken
einde, waren aangefleld geweefl. En dee-
zen zes werden, ten zelfden dage, ontflaa-
gen, met een Schrift, onder het Stads ze-
gel , waarby zy, voor 't gene zy, in deeze
hunne hoedanigheid, gedaan hadden, be-
zien. Lenaard Janszoon Graaf en Arend Jam-
zoon Koesveld, twee ryke en beminde Bur-
gers, werden, de eerfte tot Kapitein, de
tweede tot Luitenant aangefleld, over vier-
honderd foldaaten, die men beflooten hadt,
van nieuws, te werven, en dieterflond door
hen aangenomen werden. Twee boots wer-
den, de eenein'tY, de andere in denAmflel
op de wagt gelegd (f). Doch alle deeze fchik-
kingen, door welken men de ruft der Stede
verzekeren wilde, hielden niet lang fland.
Door 't gantfche Land, en te Amflerdam
in 't byzonder, vielen, eerlang, veranderin-
dankt werden, met belofte van hen voor gen voor, die eene geheel nieuwe gedaante
alle zwaarigheid, die daaruit ryzen kon, te gaven aan de Regeeringe, gelyk wy, in de
zullen bevryden (0). De negen Perfoonen, twee volgende Boeken, zien zullen.
Zy nee-
(p) Gröot-Memor. N. 11. f. in verf».
f:
) L. T. REAAL by Brandt I. Deel, hl. 44J.
Refol. Vroedfch. N.i. 13,18 Maart, 2, 4 April ijss
(q) A. PAUW Relaas, */. 7.
ƒ.72 verfo,-]i verfo, 77 verf», 74/. A. PAUW Relaas, bl. 7,
(r) Refol. Vroedfch. N. 2. 4, 5 April 1567. f. 78 , 75,
Hooit IV. Boek, el. i+o, 141.
£yl. bl. 12.
B Y L A G E .op
L/.
II. Deel, VIL Boek.
bet
A.
Bylaage
Lr. A.
De Koophandel op Engeland wrdt over en weder vrygeßeld, hyPlakaat van den 15 July des jaars 1566.
fen dat de voorfz: convocatie geeyndt zal zyn
oft andersfins onfe mcyninge ende intentie op
de voorfz: geheele faicke handel endenegotiatie
verclaert zullen- hebben ende midier tyt fal de
vrye Coopmanfcap ende trafycke tuffchen onfe
voorfz: nederlanden ende den Coninckrycke van
Engelant ende den onderfaten van beyden zy-
den gecontinueert worden volgende de publicatie
provifionael gedaen in den maend van Januario
XV c vier en tfeftich ende fal de felve den voorfz:
tyt geduerende by provifie in zyn volle cracht
ende vigeur blyven hebbende voirts meer van
beyden zyden beloeft dat die onderfaten van
d een ende d andere eerlïcken vruntlicken ende
gunftelycken van wederzyden getraóteert zullen
werden ende dat by ons ende der voorn: Conin-
ginne van Engelandt goede ordene gefielt ende
verfien fal worden om de Zee van roovers en-
de diefven te zuyveren ende dair van vry ende
veyl te houden ende zoe verre dat tegens de be-
loeften ende Conventien voirfz: yet gedaen wier-
de fal dair inne terftont mit behoirlycke reme-
die verfien worden welverftaende dat de voorfzs
prorogatie geeyndt wefende die Coopluyden
veertich dagen tyts dair nae hebben zullen om
hen te mogen vertrecken ende van huere goe-
den ende zaken vryelicken disponeren. Gedaen
in onfer Stadt van bruflele den xven dach vafl
Julio xvc. zeflTentzeftich,
TWEE-
gowaivtnnbv
-ocr page 363-
3°3
TWEEDE
DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
AMSTERDAM.
AGTSTE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van 't jaar 1567,
tot in het jaar 1575.
S der
TOt hiertoe, hebben wy het aanzien dei-
Gereformeerden , van tyd tot tyd ,
zien toeneemen , te Amfterdam. Zy had-
den eerft vryheid van prediken buiten de
Stad weeten te verkrygen. Naderhand, dee-
den zy zig de Minderbroeders-Kerk binnen
de Stad afftaan, daar zy niet fchroomden,
openlyk, het Avondmaal te houden. Doch
het aanneemen van Krygsvolk door de Land-
voogdeffe, en het verval van het Bondge-
nootschap der Edelen hadt,zo drahetrugt-
baar werdt, geene kleine bekommering in
hen verwekt. Adriaan Pauw en anderen
tekenen aan, dat veele Burgers, en zelfs
eenigen uit den Raad, reeds in November
of December des voorleeden jaars, met hun-
ne goederen, ter Stad uit geweekenwaren,
en zig te Haarlem, te Leiden, te Gouda, te
Utrecht (a) , en zelfs in afgelegenerProvin-
ciën , onthielden. Hun werdt, by openbaa-
re afkondiging van den derden Maart dee-
zes jaars, belaft, binnen agt of veertien da-
gen, te rug te keeren, op de verbeurte van
honderd guldens. Ook werdt, ten zelfden
tyde, aan allen Poorteren verbooden, zon-
der verlof van Burgemeefteren, ter Stad uit
te vertrekken (£). 't Verzoek om vryeGods-
dienft-oefening , welk de Gereformeerden
deeden, in den aanvang deezes jaars (c),
toonde wel, dat zy bedugt waren, voor 't
ïïiiflen der tegenwoordige vryheid. Ook
deedt de Prins van Oranje zelf hen, kort
hierop, de Minderbroeders-Kerkwederom
ruimen, hen verpligtende, zig, in eenige
fchutiren, en in 't Huiszitten-huis aan de Oude
zyde,te behelpen. Dekomft van den Heere
van Brederode, en de fchikkingen, die,fe-
"eft, tot verzekering der beide gezindheden,
gemaakt, werd en, gaven hun wederom eeni-
gen moed. Dochdetyding, dat de Koning,
aan 't hoofd van een aanzienlyk Leger, uit 1567.
Spanje verwagt werdt, deedt de meeiten
dugten voor de ongenade van eenen Vorft,
wiens yver voor den vaderlyken Godsdienft
aan niemant onbekend kon zyn. De Land-
voogdes bragt zelfs, door middel der Wet-
houderfchap van Antwerpen, te wege, dat
de Preeke, in die Stad, by voorraad, en
tot op naderen laft, gefchorft werdt , op
den tienden April: 't welk groote verflaagen-
heid baarde onder de Gereformeerden te
Amfterdam. Maar 't vertrek van den Prinfe
van Oranje, die, den elfden, uit Antwer-
pen , en wat laater naar Duitfchland reisde,
na dat hy de Landvoogdes verzogt hadt,
een' ander' met zyne ampten te willen
voorzien (d), deedt de Gemeente te Am-
fterdam alle hoop opgeeven, om zig, in
de verworven vryheid, voor eerft, te kön-
nen handhaaven.
Her. verval van de party der Gerefor- De Preek
meerden hielp den moed der Wethouder- wordt
fchap deezer Stad aan 't ryzen. Zy fiel de p"
dan, hiertoe, te vooren , vermaand, door ft'
byzonder fchryvens der LandvoogdefTe O),
den zeventienden April, den Gereformeer-
den het fchorfen der Preeke voor, tot dat
■ daarop andere fchikking gemaakt zou wor-
den (ƒ); zonder een woord te reppen van
de algemcene Staaten , die , volgens de
voorige overeenkomften, ook, in 't maaken
deezer fchikkinge, gekend moeiten worden..
De Gereformeerden van Holland hadden,
omtrent deezen tyd, eene Byeenkomft ge-
houden te Amfterdam. Uier was, overwoo-
gen, of men , in deezen kömmerlyken toc-
ftand der dingen, de preeke ftaaken , 0f
aanhouden zou; en 't befluit gevallen „ dat
„ men die, uit vreeze voor menfehen, niet
„ zou
(J) Vaderl, Hifi. VI. Deel, hl. zn , :i;8 , j,29.
(e)  Refol. Vroedfch. N. z. 7- tel/r. IJS7. ƒ. SJ.
(f)  Groot-Memo». Ar. II. ƒ. Iizeniiylaagen <Cr.A. N. I.
Rr
e
eerd
r-
en,
tu-
N
am.
*S6?,
(O 11. ;_4?; {-,-<
Boek., il. 29:.
I. STUK.
-ocr page 364-
AMSTERDAMS
IL Deel.
3^4
huis voor handen was, en tweeduizend vyf- l5"7'
honderd en twee guldens beliep, werdt ter-
flond gehaald, en aan 't huis van Rooden-
burg gebragt. Hy en Pauw bezorgden het
overige, uit hunne eigen beurze, en die
van hunne goede vrienden. Antoni Verhoef,
Arend Bouwer, Maarten Tombocb, Jasper
Krak
, Dirk Janszoon en anderen. Ook is
't hun, daarna, uit de Thefaurie der Stad,
wederom goedgedaan. De Intreft,die Bre-
derode van deeze fornme betaalen zou ,
werdt gefteld op den penning zeftien. 't
Geld werdt zyn en Rentmeeder fpoedig be-
handigd (/), en dien zelfden nagt, ten elf
uuren, vertrok hy, te fchepe, met zyne
Gemaalinne, Emilia, Graavinne van Nieu-
wenaar
, en een goed getal van Edelen.
Men hadt bezorgd, dat de fleutels by den
boom waren, en twee Karveels op droom,
nevens een Waterfchip, door hem met ge-
fchut en volk voorzien, en dienende tot zyn
geleide tot in 't Vlie toe; van waar hy op
Embden, en voorts in Duitfchland geraak-
te, daar hy, in de vefte Rekelinghuizeni
den vyftienden February des jaars 1568,
overleedt (m).
Vierweeken voor Brederodes vertrek uit Eentée,
Amfterdam,op den dertigften Maart, had-Am*1^,
den eenigen der voornaamfte Gereformeer- f^fi
den , en andere liefhebbers der vryheid, hebbe"'
in den Spyker of het Pakhuis van Herman de &e\
Hermanszoon, vergaderd zynde, zig, byhon*,.
eere, trouwe en mannen-waarheid, verbon- ftfng
den, om den honderdften penning hunnerJJunne(
goederen op te brengen, tot vervalling van goe^j
omtrent elfduizend guldens, aan wapenen, ren.'
pakhuishuur, reis- en andere koften, ten'j161^'
diende der gemeene zaake , uitgegeven; msene
alzo men voorzag, dat de Gemeente niet Zaake<
langer ftand zou können houden, en het tyd te br^,,
werdt, elk zyn verfchot te voldoen. TotSe%tiff
den ontvangft van deezen honderdften pen-weo0rd
ning, ftelde men, ten huize van Laurensniet.
Jakobszoon in de gouden Reaal op't Water,
zekere kid, met een gat in 't dekfel, daar
't geld doorgeworpen werdt, onder drie
floten , en even zo veel bewaarders der
fleutelen, teweeten, de gemelde Laurens
Jakobszoon Reaal, Klaas Pauiv, en Floris
Roodenburg , die lad hadden , om ook
andere Liefhebbers der gemeene welvaart,
tot gelyke verbindtenis, te beweegen, gelyk
zy eenigen deeden. Doch veelen vergaten
hunne eer en belofte in zo verre, dat 'er,
toen de kid geopend werdt, niet boven de
zevenhonderd en vyftig guldens in bevonden
werden, die men der waardinne des Heeren
van Brederode, 't zy de Huisvrouw van
Kor-
(/) A. Pauw Relaas, U. 7.
(m) Refol. Vroedfch. N. z. z* April is6?. f. 82. HOOÏ*
IV, Boekt bl. 141, 14«j 147-
1567. „ zounalaaten; mäar daarmede voortvaa-
„ ren, ten minfte tot datze, by Plakaate,
„ op nieuws, verbooden werdt." 't Verzoek
of voordel van Burgemeefteren werdt dan,
heufchefyk, van de hand geweezen. De
Gereformeerden te Amfterdam begaven zig,
vervolgens, tot vaften en bidden; waartoe
de twiotigfte April werdt afgezonderd (g).
Maar de Wethouderfchap, niet voldaan in
het afüaan van haar verzoek, verklaarde,
den twee-entwiatigften „ dat zy voor goed
„ aanzag en begeerde, dat de Gereformeer-
„ den, voor eenen tyd, aflieten van predi-
'n ken; in welk geval, zy, by den Koning,
„ en by de Landvoogdeffe, wilde tragten
te bewerken, dat het prediken, en't gene
5, 'er meer gebeurd ware niet tot misdaad
„ gerekend , of, daar het ftraf eifchte,
„ vergeeven mögt worden (Ä). En drie
dagen hierna, beloofden de Gereformeerden,
5, het prediken te willen nalaaten, mids men
j> -zig , ter wederzyde, verbonde, geene
„ buitenfoldaaten in de Stad te ontvangen;
j, of hun , ten minfte , gelyk te vooren
„ bedongen was, tyd te laaten, om hunne
„ onroerende goederen te gelde te maaken,
„ en met de roerenden ter Stad uit te ver-
„ trekken:" waarin de Wethouderfchap
bewilligde. De Lutherfchen, die nog niet
openlyk gepredikt hadden, vonden geraa-
den,op den zelfden vyfentwintigflen April,
der Wethouderfchap hunnen dienft aan te
bieden: 't welk met erkentenis aangenomen
werdt, en, veelligt, iet toebragt, om de
Gereformeerden te beter aan de hand te
doen gaan (i).
De Heer De Heer van Brederode, die reeds, op
van Bre- zyn verzoek, voorzien was van een Getuig-
derode fchrift van den Raad , dat hy zig hier altoos
vertrekt ßji gedraagen hadt (k), uit eenen Edelman,
fterdam. van wege den Prinfe van Oranje aan hem
afgezonden, berigt bekomen hebbende, hoe
alles over ftuur dreef, liet zig nu ook ver-
luiden , dat hy geneigd was de Stad te rui-
men, zo zy hem eene maatige fom, op
zekere zyne Landen, bedykt in de Berger-
en Kleimeer, verftrekken kon. Gaarne wil-
de de Wethouderfchap den nieuwen Overfte
loozen; doch zy vreesde voor den ondank
van 't Hof, zo zy hem eenige penningen
opfchoot. Om deezen te ontgaan, ont-
boodt zy,op den zevenentwintigften April,
's morgens ten negen uuren,. Herman Roo-
denburg den Ouden en Adriaan Pauw; en
bewoog deezen, om hem agtduizend guldens,
op hunnen naam, doch voor rekening der
Stad,te tellen, 't Geld, welk op 't Excyns-
(g) Reaal hy Brandt I. Diel, bl. a-sS.
(b) Groot-Memor. N. II. f. men Byhageii t'. A. A7. 2.
(i) Refol. Vroedfch. N. 1. z% April \$6j. f. tl.REAAL
by BRANDT I. Deel, il. 4J«.
ik) RsföJ. Vtoedfcli. N. z. 21 April 1567. f. zo verfi.
-ocr page 365-
GESCHIEDENISSEN.
VIII. Boek.
3°5
den. Doch de knegten, verwittigd, dat de 1567.
Graaf van Megen in aantogt was, om hen te
onderfcheppen; en hun geraaden wordende,
langs den S. Antonisdyk, en voorts over de
Veluwe,ten Lande uit te trekken, bleeven
maar tot den dertigïten voor de Stad. Zy Zy ver-
verkoozen egter eenen anderen weg , en trekken
fcheepten over 't Y, zonder, in de tuinen ovcr'tY'
onder de Stad, iet anders geroofd te heb-
ben, dan de fpyze, die zy daar vonden.De
Onroomfchen fchikten hun, aan den boom,
met groot gevaar van ontdekt te worden,
nog eenige zakken buskruids toe, in boe-
renfehuitjes en fchyn van kooren (f); 't welk,
toen zy nog te Viane lagen, ook al gefchied
was; waarover, naderhand, een of twee
Kooren draagers in zwaarigheid raakten (f).
Doch Pauw tekent aan, dat hun, van Stads
wege, ook eenige mondbehoeften toege-
fchikt zyn, die hun, aan den boom, in de
tegenwoordigheid van den Schout, geleverd
werden (ü). Te Hoorn, verlieten hun de
Heeren van Batenburg (V). De Graaf van
Megen, midlerwyl, op den zelfden dertig-
Hen April, te Diemen (V), of te Slooterdyk
gekomen, begeerde ook Lyftogt uit de Stad.
De Wethouderfchap bewilligde (#); doch
de Burgerwagt aan de poorten verklaarde
'er zig tegen; zo dat hem flegts zes fleeden
met eet- en drinkwaaren, van de nieuwe
Brug, te fchuite, werden toegevoerd. Den
Roomfchgezinden wordt nagegeven, datzy
zig niet zo wakkerlyk kweeten om den Graaf
van Megen buiten te houden, als de On-
roomfchen , te vooren, omtrent de knegten
van Brederode, gedaan hadden. Men ge-
tuigt , dat zy nu deezen alleen de wagt be-
volen lieten, zeggende „ dat 'er voor hun
„ geen vyand was." Megen ftak terflond
over op Waterland met zyn volk, en trok
Brederodes knegten agter na, die, pas voor
zyne aankomit te Medenblik, toen eene o-
pen plaats , in negen boeijers en eenige
kleine vaartuigen , fcheep gegaan waren.
Des deedt hy de zynen treeden in eenige
razeils, die aldaar op de reede lagen, met
meening om hen te agterhaalen. Doch daar
viel mets dan een fchutgevaarte voor, en zy
raakten, onbefchadigd , te Ypefloot, by
Amfterdam, aan den Muiderdyk. Hier tra- En ver-
den zy aan land, enftreefden, langs den weg, laaten
die hun te vooren geweezen was, door de Holland,
Veluwe en Betuwe, naar HeulTen, daar zy
over den Ryn trokken, de vendels fcheur-
den, en verliepen (y).
                            In
(s) Hooït IV. Beek, tl. i47-
(t) Sentent. van Alva , il. 342» 544«
(«; A. Pauw Relaas, il. 7, «•
(v) VELIUS Hoorn, */• i««j i«9i
(w) A. PAUW Relaas, il. 8.
(x) Refol. Vroedfch. N- i. *9 April ijs7. ƒ, gJ,
(y) Hoorr,IV. .Bttk, 61. ist.
Rr %
lS6?. Kornelis Loefszoon («) , of eene andere,
aantelde, in mindering zyner verteerde kos-
ten, en tot erkentenis van den trooft, uit
zyne tegenwoordigheid genooten (o). Doch
Lenaard Janszoon Graaf hadt wel vierdui-
zend guldens aan koftgeld, voor den Heere
van Brederode, betaald, die zynen erfge-
naamen,nade verandering derRegeeringe,
fj uit de Stads KaïTe, werden goedgedaan (p).
«ej^S" Maar na 't vertrek van Brederode, wer dt
dieve0en'het vlugten der Onroomfchen algemeen uit
Sht-X Amfterdam. 't Was naauwlyks tweemaan-
^ko. den geleeden, dat deeze Stad nog de toe-
Vtyjj' vlugt geweeft was van veelen, die aan an-
Htenji dere oor^en vervolgd werden. Doch voor
hi ge e weinige weeken, hadt men begonnen,- de
e^en, vlugtelingen, die zig , in grooten getale ,
"oo!f" voor de poorten vertoonden, den ingang te
?33lit't verbieden. Zelfs werdt hun, door de Wet-
tett'ek! houderfchap, gelafl, terflond te vertrekken.
^ '* De deerlyke vertooning van zo veele ver-
dreevenen, die, met vrouwen en kinderen,
op den dyk gezet, zender hoop op uitkomlt,
uit den eenen nood in den anderen, zwer-
ven moeiten, bewoog beide Roomfchen en
Onroomfchen tot mededogen. Men herberg-
de de elendigen in de huizen en tuinen der
Voorftad1, en verwierf op de Overheid, dat
hun eenige tyd werdt toegeftaan, om zig
tot de reize te bereiden. Voorts, verza-
melde men eenigen voorraad van kleedinge,
fpyze en reisgeld , ten hunnen behoeve.
Doch Burgemeefteren namen, naderhand,
zeerkwalyk, dat zig ook Roomfchgezinden
fce, gekweeten hadden, in de oefening van dit
Ltn v5g" w!rk der barmhertigheid (q). Maar in 't
j^jq buitenhouden van Brederodes knegten, die
,jHo. ' in en om Viane gelegen hadden, en 's daags
4«ev°orna zyn vertrek voor Amfterdam kwamen,
tad- bleek, ook van den kant der Onroomfchen,
eene pryiïelyke getrouwheid; alzo men zig,
ter wederzyde , verbonden hadt , geene
vreemde foldaaten te ontvangen in de Stad.
Dit volk, welk Hegt voorzien was van ge-
weer, vertoonde zig voor de Reguliers- en
Haarlemmer - Poorten , daar Gysbrecht en
Biderik van Batenburg , hunne Overften,
niet drie of vier trommen, te wapen deeden
naan. Straks waren, in gevolge eener ver-
nieuwde Keure van den vyfentwintigften
00 > de Schuttery en Buurwagt in de wa-
penen; de wyken, de markt, de poorten
berden bezet. De Onroomfchen yverden,
niet minder dan de Roomfchen, om hun-
nen eigen aanhang buiten de Stad te hou-
den?? hier
voor« u- **»•
IV j?„.a ,^ h1 »RANDT I. Deel, tl. 4J«, 4J7. Hooft
(?) REAATVi0e<ifth- N- +• * Ftbr- *»»'
Buk, il. lis y b»Andt I. Deel, 61. «j. HOOIT IV.
"' /• ï+o virß.
-ocr page 366-
AMSTERDAMS
II. Deel.
3°<5
vorderen. Doch men antwoordde , dat de
verzoekers die zelven moeften komen haa-
ien. Zy, de wederkomft van den bode niet
afwagtende, hadden den Schipper bewoo-
gen, om hen op Vlieland te brengen. Doch
hier vondenze zig in nog grooter verlegen-
' heid. Daar was noch fchuit, noch fcnip,
noch pink by land, maar al wat zeilen kon
met vlugtelingen naar Embden, Breemen
en elders onder weg. Ook kwam'er, eer-
lang , fchryvens van Burgemeefteren van
Amfterdam aan den Schout van 't Eiland,
met verzoek, van zekere vier perfoonen,
waarmede Reaal en zyn gezelfchap befchree-
ven werden, in verzekering te willen nee-
men , indienze daar komen mogten. Doch Lo°P8
de Schout was, onlangs, overleeden, en de ë1"0^
brief gekomen in handen van adriaan Kor-&e \t
neïïszoon
, voorheen Goudfmid te Alkmaar, r6a««
doch nu op Vlieland woonagtig, daar hy't
Schoutampt, by voorraad, waarnam. . En
deeze waarfchuwde de vier Amfterdammers,
hun den brief toonende, en raadende, ter-
ftond, te vertrekken. Zy wonden dan eene
oude Krabbefchuit, die wel een half jaarirt
den grond gelegen hadt, bynagt, boven
water, en ftaken 'er mede van land. Doch
de fchuit was zo lek, dat zy 't naar Harlin-
gen wenden moeften, om daar in te loopen.
Terwyl zy deeze Stad naderden, zagen zy
een gewapend fchip, welk een ander aan
boord lei. 't Was het Oorlogsfchip van
Etnfl Mulart, Kapitein des Graaven van
Aremberg, Stadhouder van Friesland, die
hier de Heeren van Batenburg, de Friefche
Edelen, Sjoert Beima en Hartman Galama,
Jonkheer Jakob van Upendam en andere
vlugtelingen, tot omtrent honderd in getal,
gevangen nam. De Amfterdammers hiel-
den , op 't gezigt van 't Oorlogsfchip ,fchoon
zy toen nog niet wiften wat 'er gaans ware,
af, en zeilden naar 't Wad, den Abt ge-
naamd. Hier zogtenze hun vaartuig, met
het linnen, dat zy by zig hadden, 's nagts,
zo goed als zy konden, van buiten digt te
maaken, en bragten 't dus, na veel fukke- „'
lens engevaars, eindelyk, dentwee-entwin-i^-
tigften May, behouden te Embden aan^V,
daar zy veele bekenden vonden, die zy te °L\^'
Amfterdam gelaaten hadden; en die,na hun
vertrek, gevlugt waren. De drie Predikan-
ten , Jan Arendszoon, Pieter Gabriel en Ni-
colaus Scheltius', begaven zig ook naar Emb-
den , daar zy, immers Gabriel en Schel-
tius , nog door de Amfterdamfche vlugte-
lingen onderhouden werden, mids zy ver-
bonden bleeven aan de Amfterdamfche G&'
meente. Scheltius werdt, federt, beroepen
in de Gemeente van Embden, daar hy, &
't volgende jaar , aan de peft overleedt-
1567. In deezen fhnd der dingen, begonden de
Vlugt Gereformeerden te Amfterdam, en allen,
der^Ge- die zig in de voorige beroerten meeft bloot
lefor- gegeven hadden , om vlugten tè denken,
uif/fr Men ftelde vaft, dat de Stad wel haaft be-
fierdam. zetting zou moeten inneemen, en de gevol-
gen hiervan ftonden -elk akelig voor oogen.
Des beflooten veelen, zig te fpoeden naar
Embden, thans de gemeene toevlugt der
vervolgden. Sommigen verkreegen, voor
hun vertrek, brieven onder Stads zegel,
meldende hoe zy zig, altoos, eerlyk, ge-
trouw en befcheiden gedraagen hadden. En
zulk een getuigenis werdt, door Burgemees-
teren, niet geweigerd, zelfs aan zulken,
die by hen in 't oog liepen, en gehaat wa-
ren, op dat zy hen daarmede loozen, en
anderen, op deezer voorgang, ook op den
loop helpen mogten. Eenigen, die't waag-
den, onder het dekfel van zulk een getuig-
fchrift, te blyven, vonden zig, naderhand,
Reinier bedroogen in hun vertrouwen. Reinie'r Kant
Kant vertrok den negenentwintigften April, in
Ook Lau- den avond. Den dertigften, werdt Laurens
rens Ja- Jakobszoon Reaal, wegens Burgemeefteren,
kobs- verzogt, zig voor een' tyd wat aan een' kant
zoon te fchikken, tot dat men zage, waar 't hee-
kfgezèl- nen wilde. Hy meende,men behoorde hem
fchapvaneerft een eerlyk getuigfchrift, onder Stads
zegel, te verleenen, 't welk hem voor Pas-
poort dienen kon. Men antwoordde, dat
liet Burgemeefteren, uit overvloed van be-
zigheden, toen niet gelegen kwam ; doch
dat zy 't hem, op hunne koften, zouden na-
zenden , indien hy hun te kennen gave, wer-
Frankde waards zyne reis ftrekte. Hy zeide naar
waal, Medenblik; en ging daarop fcheep in een
£*0y0snboeijer, met Frank de Waal, Mattbys Jans-
en
A- zoon, Bontverkooper, en Adriaan Kromhout,
«Maan met zyne Huisvrouw en Dogtertje van veer-
Krom- tien jaaren. Den tweeden May, kwam dit
hout. gezelfchap te Medenblik, daar 't,den vol-
genden dag, gewaarfchuwd werdt, dat ee-
nige Ruiters van Alkmaar derwaards kwa-
Zy wor- men. Zy lieten zig ftraks, meteene Haring-
den fchuit, uit de haven, op de reede roeijen,
fcherpe- (jaar Zy ^ on(jer andere fchepen vol gevlug-
volgd! £e goederen, een Karveeltje vonden, met een
Meinen jongen. Zy maakten nogtans zeil,
en bragten 't_ onder Wieringen, daar hun de
Schipper, die na hen uit Medenblik ver-
trokken was, des anderendaags,verhaalde,
dat zy naauwlyks onder zeil waren gegaan,
of de ruiters, omtrent veertig fterk, waren
hen in hunne herberge komen zoeken. Ook
haddenze, op 't hoofd, gezien naar vaar-
tuig-, om hen agterna te zeilen. De Am-
fterdammers fchikten, ondertuffchen, ze-
keren jongman naar Amfterdam, om de
verzogte getuigfchriften voor hun vieren te
-ocr page 367-
VIII. Bomt          GESCHIEDENISSEN.
;°7
*$?. Gabriel raakte, in 't jaar 1572, te Delft in
dienfl; doch flierf, 's jaars daarna. Jan
Arendszoon kwam nog wederom, als Leer-
aar , in zyne Geboorteflad, Alkmaar, daar
hy, in 't jaar 1574» geduurende de bele-
Amflerdam, zonder dat 'er iemant tegen 1567,
kikken durfde.Hy was,'s daags te vooren,,^-^
reeds voor de Haarlemmer-Poort gevveefl, vendelen
begeerende binnen gelaaten te worden. Bur- knegten,
gemeefleren , de Vroedfchap en de drie 'n js
Schutteryen byeen geroepen hebbende, lei- ad-
den zyn verzoek in beraad: en in aanmer-
king neemende,dat hy uit naam der Land-
voogdefTe fprak, en eenige metaalen Huk-
ken by zig hadt, om de Stad, in geval van
weigering, met geweld aan te taflen; be-
floot men van den nood eene deugd te maa-
ken. De poort werdt, den negenden, ten
vier uuren des morgens, op bevel van Bur-
gemeefleren , wyd open gezet. Ten zes
uuren, trokken 'er vier vendelenHoogduit-
fche knegten van den Graave van Overflein
binnen, tot op de markt. Maximiüaan de
Hennin, Graaf van BoJJu,
die, door de Land-
voogdefTe, onlangs, by voorraad,tot Stad-
houder van Holland, Zeeland en Utrecht,
aangefleld was (d), en de Heer van Noir-
carmes traden voor uit. De knegten wer-
den , ten zelfden dage , by de burgerye,
Roomfchen en Onroomfchen, onder dak ge-
holpen. Het Minderbroeders-Kloofler werdt De
opgeruimd. En des anderendaags, werdenRoom*
de Moniken, na 't houden van eenen pleg- £rhf
tigen ommegang, wederom derwaards ge-dienftoc«
leid (e). Op den twaalfden, werdt, op denfémng
naam van Noircarmes en van Schout, Bur-wordt
gemeefleren, Schepenen en Raaden, afge-h
kondigd „ dat geene knegten, die te voo-
Ja*
gering , zyne dagen geraftelyk eindigde (z).
Het vlugten te Amflerdam, en de fcherp-
heid der Wethouderfchap was toegenomen,
na dat men tyding gekreegen hadt, dat Fi-
Hds van S. Aldegonde
, Heer van Noircarmes,
die zig, onlangs, van 's Hertogenbofch en
Maaflricht verzekerd hadt, in aantogt was,
om ook Amflerdam, op lafl: der Landvoog-
defle, te voorzien van bezettinge. De Wet-
houderfchap was zo weinig gezind als de
Gemeente, tot het inneemen van vreemd
Krygsvolk (<z). Doch 't bleek haaflj dat
men 'er, ten Hove, fterk op gefield was.
Op den vyfden May, vertrokken, op ver-
Zoek der Burgemeefleren en Raaden, A-
driaan Pauw en Herman Roodenburg, uit
naam der Gemeente, nevens Bur^emeefler
Joofl Buik , naar Antwerpen , om by de
LandvoogdefTe, die zig toen aldaar bevondt,
te bewerken, dat men de Stad verfchoonde
van bezettinge. Doch te Rotterdam geko-
men zynde, ontmoette hun Burgemeefler
Jan Klaaszoon van Hoppen, die van Ant-
werpen, naar Amflerdam keerde, en, binnen
Vier dagen,te rug moefl zyn,*ómantwoord
te brengen aan Vrouwe Margareet „ of men
j, den Heer van Noircarmes en zynekneg-
», ten, met gemoede, wilde inneemen of
s, niet (V) ?" Zy reisden egter voort. Maar
te YfTelmonde , zagen zy reeds tagtig of
honderd fchepen met foldaaten, die den Ys-
fel opvoeren naar Gouda, met meening om
Vervolgens naar Amflerdam te trekken. Nog-
tans, lieten zy niet na hunnen lafl te vol-
Voeren , te Antwerpen. De Penfionaris
JVleefler Adriaan Sandelyn flelde , den ze-
venden , een Verzoekfchrift op aan de Land-
VoogdefTe,welk vervolgens ingeleverd werdt.
By het zelve, begeerde men gelyke voor-
waarden, als aan die van Antwerpen ge-
gund waren. Doch daarop kwam geen an-
der befcheid, dan „ dat de Landvoogdes
s> genade voor de Stad zou tr'agten te ver-
5> Werven van den Koning, met uitzonde-
» r«ïg nogtans van de hoofden deroproeri-
* gen, Leeraars en voorflanders, beeld-
» ftormers en diergelyken; mids men de
3> bezetting, door haare Hoogheid, naar de
» Stad gefchikt, inname (ey Twee da-
Ben laater, op den negenden May, trok de
» Weer van Noircarmes, met zyne knegten in
il. 4J7, 4J8 , 459-
)5
ren in Stads dienfl geweefl waren , en
vooral ook geene burgers, zig gewapend
3)
op de flraat zouden hebben te vertoonen.
„ De heimelyke en openlykeVergaderingen Die der
„ van die van der nieuwe Religie binnen de Gerefor-
,. Stad of derzelver Vryheid werden verboo- ^.^o.11
„ den: ook het veilen en verkoopen vanjen-
„ verdagte boeken , en de oefening van
„ eenigen anderen Godsdienfl dan den ou-
„ denRoomfch-Katholyken;"tot waarnee-
minge van welken, de Kerken wederom
gezuiverd , herfleld en van beelden en
altaaren voorzien werden. Eindelyk, werdt
ook belafl „ dat de burgers zig, in geval
„ van merkelyke opfchudding , binnen* .
„ huis moeflen houden;het flillenderzelve
„ den Overfle der bezettinge en der Wet-
„ houderfchap alleen aanbevolen laaten-
" de <W *
De ingezetenen waren, ondertufTchen ,Keuren
den lafl der inlegeringe zo ongewoon, dat op de
zy meermaalen nalieten , de knegten van "^ge-
bedden en ander gemak te voorzien, waar- f^f^
tegen, den zevenentwintigften May , ge- volk>
zorgd
(i) Repert. il. t}ï.                             ,
(e) DAPPER il. 19«- COMMEÏ.ÏN , tl. IOZO.,
{ƒ) Keutb. F. ƒ• *4i verf>'
Rr 3
3 May IS6T. f. 83 virfa.
1.
[*) lUfol. Vroedfcl"
(0 A. PAWKeTaas; H. *
6 May IS«7-ƒ. 84 ver/o.
BORlH.-ß«<4,i/. 110. [170.]
-ocr page 368-
II. Deel/
AMSTERDAMS
3o8
„ den Koning, zo dra men verftaan zou, 15°?
„ dat hy fcheep gegaan was." Zy voegde
hierby „ dat de Koning niet voorhadt,
„ Land of Steden te komen bederven; maar
„ dezelven alleenlyk te bewaaren by 't ou-
„ de Katholyke geloove; weshalven elk zig
„ geruftelyk op 's Konings goedheid ver-
„ laaten, en aan zynen gewoonen arbeid of
„ beroep blyven kon, zonder ten Lande uit
„ te vertrekken; welk laatite genoeg was
„ om hen 's Konings genade onwaardig te
„ maaken." Zy beval, wyders,, goede aan-
„ tekening te houden van zulken, die ver-
„ trokken waren, of wilden ver trekken, en
„ vermaande alle afgeweekenen tot den
„ fchoot der Kerke weder te keeren, en de
„ hand te leenen tot het herftellen der ge-
„ pionderde Godsdienftige Geftigten : 'c
„ welk de eenige weg was, om's Konings
„ gunit te herwinnen." Men vondt, hier
ter Stede, geraaden, deezen brief openlyk
af te kondigen, op den vyftienden July (o):
waardoor deverwagting van 's Konings o-
verkomft, veelligt, nog gevoed werdt by
eenigen ; doch waardoor , te gelyk, de
zorgd werdt, by eene Keure, gegeven op
de naamen van den Graave van BolTu, en
van myne Heeren van den Geregte (g).
Maar , drie dagen laater, werdt, op de
zelfde naamen, en op uitdrukkelyken laft
der Landvoogdeffe, bevolen, dat alle fchut-
ters, burgers en ingezetenen hunne wape-
nen op der Stede bushuis moeiten brengen
(h): welk bevel egter.niet zo flipt werdt
naargekomen, of men vondt geraaden, het,
den agtentwintigfïen Juny, nog wederom te
vernieuwen (f). Wat laater (1), werdt ook
belafl „ dat de foldaaten, die by de inge-
zetenen begeerden in den koft te zyn,zig
„ methuismans fpyze en roggen brood zou-
„ den moeten te vrede houden, envyftien
„ ftuivers ter weeke, voor ieder man of
„ vrouw, en zeven en een halve ftuiver,
„ voor ieder kind , betaalen. Doch zo zy
„ hunnen eigen' kolt begeerden te houden,
j, zou men hun alleenlyk een bed, vuur en
5, licht, en zout en azyn behoeven te ver-
„ fchaffen (£)." OndertulTchen, bleeven
deeze knegten niet lang in Amfterdam. Op
den eerften July, was reeds met de klokke
afgekondigd, dat zy, binnen korte dagen,
ftonden te vertrekken (/): 't welk ook, eer-
lang, gebeurde. Doch men ontving, wat
laater, wederom andere bezetting in de Stad.
Op den vyfden December, trokken 'er vier
vendelen onder den Kolonel Schawwenburg
binnen (m).
Midlerwyl, was het Spaanfche Leger,
op den vyfden May , te Kartagena ingc-
fcheept naar Genua, om van daar den togt,
te lande, voort te zetten naar de Neder-
landen. Men wilt hier nog niet beter, of
de Koning zou , te gelylc met dit Leger,
herwaards komen : 't welk, onder anderen,
uit eenen brief van Viglius van Zui-
c he m , den vyftienden Juny, uit Antwerpen
gefchreeven, af te neemen is (ri). De Land-
voogdes zelve, fchreef, den derden July, aan
de Wethouderfchap van Amfterdam en van
de Steden in 't gemeen „ hoe de Koning
„ haar, onlangs, hadt verwittigd, dat hy
„ zo fpoedig niet zou können herwaards
„ komen als hy gemeend hadt; doch even-
M wel ftaat maakte, om de reis, nog voor
„ 't einde van den Zomer, te zullen können
„ aanneemen: waarom zy haar vermaande,
„ openbaare gebeden te laaten doen voor
(g) Keurb. F. ƒ, 244.
(h) Refol. Viocdfch. N. i. « Ma-j IJ67. ƒ. 8j verfo.
Keurb. F; f. 244 verfo.
(i) Keurb. F. ƒ. 24».
(k) Keurb. F. ƒ. 249.
(I) KeHrb. F. ƒ. 248 vtrfi.
(m) Refol. Vroedfch. A'. 2. 6 Die. IJ«7- ƒ. 89 wrfo.
(n) Viglius at Hoppbr. Epifl. XXXVII. in Anal. Belg.
Tom. I. P. il. p. 453.
(1) Den negenden July»
1567.
De Bur-
gers en
Schutters
worden
ontwa-
pend.
meefte Onroomfchen vervuld werden met
p'
vreeze voor deeze overkomft. Het vlugten De
nam dan eer toe dan af, na het verbod. Def^ti'
angft vermeerderde, toen men berigt kreeg, tJ, ^
dat de Koning agtergebleeven, en de Her- de ^
tog van Aha, wiens ftrengheid men kende, t°Sa
aan't hoofd des Spaanfchen Legers, in 'c^t"'
begin van Auguftus, te Luxemburg aange- °^.
komen was (p). Hynam, kort hierna, al
't bewind derllegeeringeaanzig,deedt,op ,
den zevenden September, de Graaven van
Egmond en Hoorne en andere voornaame
Perlbonen in hegtenis neemen, en regtte,
nog voor 't einde der gemelde maand, te
BrulTel, eenen Raad der Beroerten op, waar-
voor alle zaaken, die de minfte betrekking
tot de voorige of tegenwoordige opfehud-
dingen hadden, gebragt en afgedaan wer-
den. Al 't welke zulk eene groote ver-
baasdheid verwekte onder 's Lands ingeze-
tenen , dat elk byna, die zig aan de zyde
der Onrdomfchen gehouden hadt, het Land
ruimde, in zulk eene menigte, dat dezelve,
in 't begin van September, reeds op meer
dan honderdduizend begroot werdt (q).
De Wethouders der byzondere Steden,ji^V
die wel zogten te ftaan ten Hove, volgden^jé'
de ftrengheid des Hertogs van Alvana,zo^n'8f,
veel zy konden. Te Amfterdam,werden,p$
op den zesden September en federt, eend*"11'
groot getal van uitgeweekenenmet de klok-
ke ingedaagd. De indaagingen , die, te*1
dee;
(0) Keurb. F. ƒ. 150.
(p) Viglius ai Hopperum Epijl. XXXIX. p. 437-
(y) Vadeil. Hift. VI. Diel, ii. 248, 24», ijo, isU
DeLand-
voogdes
verwit-
tigt de
Steden,
en Am-
fterdam
in 't by-
zonder,
van'sKo-
nings
aanftaan-
de over-
komft.
-ocr page 369-
GESCHIEDENISSEN.
VIII. Boek.
3°9
dat zulks, in den tegenwoordigen tyd,niet
dan tot groote fchade zou können gefchie-
den, werdt hem bevolen, dezelven , ten
befte mogelyk, te verhuuren («); gelyk,
federt, gedaan werdt.
De Staaten van Holland, berigt gekree-
gen hebbende, dat Vrouw Margareet van
Parma, op haar verzoek , van de Land-
voogdye ontflaagen, en de Hertog van Al-
va, in haare ftede,tot Landvoogd verhee-
ven was, beflooten , in January des jaars
1568, hem deswege te gaan begroeten; ge-
lyk zy, federt, deeden (y). De Stad Ara-
fterdarn hadt hiertoe gereedelyk haare ftem
gegeven. Doch die van Gouda waren, by't
neemen van 't befluit, niet tegenwoordig
geweeft.
't Schikte zig, te Amfterdam, alles naar
eene vlytige oefening van den Roomfchen
Godsdienft. Men befloot, het Minderbroe-
ders Pand, op koften der Stad, van glazen
te voorzien (2), en op S. Matthys dag, zyn-
de thans den vyfentwintiglten February,
eenen plegtigen ommegang te houden, om
den Hemel te danken, dat de Stad, omtrent
dien tyd, in 't voorleeden jaar, dikwils ,
voor oproer en bederf, bewaard geworden
.was (a). Voorts, werden, ten deezen ty-
de, wederom veele voorvlugtigen inge-
daagd , om zig voor den Hertoge van Alva
te kómen verantwoorden, welker naamen,
in de Stads Regiflers, zyn uitgedaan (b).
Ook werdt, wat laater, bevolen, dat men
de goederen dier voorvlugtigen zou hebben
aan te brengen (c). Doch na dat de Raad
der Beroerten de Graaven van Egmond en
Hoorne, de Friefche Edelen Sjoert Beima
en Hartman Galama, die in de Amfterdam-
fche beroerten, geduurende het verblyf des
Heeren van Brederode in de Stad, gemengd
geweeft waren, en andere voornaame lui-
den, op 't einde van May, en in 't begin van
Juny, ter dood veroordeeld hadt (d), be-
gon men, met eenigen, die hier ter Stede
in hegtenis zaten, ook ftfenger weg in te
flaan. Outgert Korneliszoon, die in deezer
Stede foldye ftondt, werdt, den twee-en-
twintigften der katftgemelde maand , ver-
oordeeld om onthalsd te worden „ om dat
„ hy, dus luidt het vonnis, deel gehad hadt
„ aan eenen toeleg, om de knegten des Hee-
„ ren van Brederode in de Stad te helpen,
„ en om dat hy het openen der Haarlem-
„ mer poorte hadt helpen verhinderen ,
„ toen
(x) Groot-Memor. N. II. f. ixsverß, "7-
(y) Refol. Holl: 8 Jan. 3 , 7 , 9 Feir. is<>7- Hj«.] bl,
1\z) Ke'fol.' vioedfeh. N. 2. 3 7*»- 'SSS. ƒ. 9t.
la) Refol. Vroedfch. N. z. »'/*• *S6%. f. s+.
(b) Keurb. F. ƒ. 178 > t.%z verß.
(e) Keurb. B. f. a»+> ,.
(d) Sentent. van ALVA, W. 7», 73, 77jS°,8i»SS«
a5öf. doezen tyde, gefchiedden, zyn,naderhand,
mdeRtgiflers der Stad doorgehaald (r),
vermoedelyk, om dat,onder de ingedaag-
dcn, luiden geweeft zyn, die, zelven, of
welker nabeftaanden, eenige jaaren laäter,
in 't bewind der Regeeringe hier ter Stede
geraakt zynde, zig eene regtspleeging tot
hoon rekenden, daar zy, by de nakomeling-
fchap, eer van gehad zouden hebben: hoe-
wel Hooft fchryft, dat de Roomfchge-
ziflde Regenten, toen zy aan het duuren
hunner Regeeringe begonden te mistrou-
wen, verfcheide vonfliflen, in 't Schepen-
boek, uitgefchrapt, en met groote zorg-
vuldigheid verduiflerd hebben (Y). Hoe 't
ISO;-
De Staa-
ten van
Holland
begroe-
ten den
Hertog
van Alva.
1568.
ft?
zy; wy können, hierom, de naamen dee-
zer ingedaagden niet opgeeven. Van elders,
Dank-
dag.
blykt, dat ook eenigen, ten deezen tyde,
?
on
hier ter Stede, in hegtenis raakten, en on-
«f
der anderen Pieter Janszoon Kies , wien tot
misdaad aangerekend werdt „ dat hy de
„ hand gehad hadt in 't pionderen van 't
„ Minderbroeders - Kloofter ; dat hy den
}, Predikant Jan Arendszoon ter Stad in-en
„ uitgeleid hadt, en dat hy de wapenen hadt
„ gedraagen tegen de Wethouderfchap."
Hy hadt zig, op den zesden Juny, onder-
vraagd zynde, beroepen op zyn Burgerregt,
volgens welk hy verftondt, dat de Schout
tegen hem bewyzen moeit, en hy ongehou-
den was op ondervraagingen te antwoorden
(t). Sedert wift hy zig, by den Stokhou-
der en Onderfchout, Dirk van Breemen ,
los te koopen («), ontfhapte uit de hegte-
nis, en werdt, op den twintigften Septem-
ber, tot op eene myle buiten de vryheid
der Stad, gebannen, op verbeurte van den
hals (v). 't Zelfde vonnis werdt, den twin-
tigften November,geveld over Dirk Loefs-
zoon Vlaskooper
, Kornelis Janszoon Korter,
Jan Janszoon Kies, Egbert Pieterszoon, an-
ders Kapitein Vink, Henrik Thomaszoon
Laars, Klaas Gysbrechts
des Harnafchvee-
gers Zoon, Henrik Janszoon, der Stede Smid,
en Jan van Keulen, Groffmid, die allen met
de klokke ingedaagd; doch niet verfchee-
nen waren (vi). De huizen der voorvlugti-
gen hier ter Stede waren, ondertiuTchen,
aangeflaagen. De Schout Pieter Pieterszoon
vervoegde zig, ten deezen tyde, aan de
Rekenkamer der Graaflyke Domeinen in
«en Haage, om te mogen weeten, hoe hy
^g > omtrent deeze huizen, gedraagen moeit.
De Rekenkamer gaf hem lalt om dezelven
te verkoopen.Doch, op nadere vertooning,
(r) Kcurb. F. ƒ. 254 verß. ZSS , «S verß. 2J6 verß.
17 verß. 2J8 verf0_ z61t l6St zSgj z6t ver/o.
}'.{ "°°FT V. Beek, il. l»4-
)u\ „?nfeffie!>°ek van 15 Jan. VH- tot 19 Aar. 1567.
(v\ w L *» EKANDT I. Deel , tl. 488.
Lj |e"'e"Vten ** va"ALVA'bl-Z76-
*• J 5entet». ten tyde van Ai.VA, tl. 288.
Nieuwe
indaa-
g in gen
te Am-
fterdam.
Outgert
Korne-
liszoon
wordt
onthalsd.
-ocr page 370-
II. Deel.
AMSTERDAMS
31 o
&~ëtaS2&.er\'Ptèfier- Janszoon na den Brand van i
Delft, Maurits Janszoon , Zadelmaaker ,
Henrik Albertszoon , Koldèrmaaker , Jan
Willemszoon
, Schoenmaaker, Aam Klaas-
zoon,
Kiftemaakér, Klaas Thyszoon, Goud-
fmid, Henrik Snockaart van Dordrecht, Ja-
kob Hein ,
Lakenkooper , Jan Prins, Ha-
ringkooper, Meefter Komclis, Schryfmees-
ter, Henrik Snyder in 't Gravenftraatje, Hork-
gen
of Henrik de Bakker, Tymen Me'mderts-
zoon, Klaas
, Boekverkooper, Goojfen Pauw,
Kornelis Hillebrandszoon ,
gebynaamd Geel-
veter, Klaas Duivel, Jan Bethszoon Rooden-
burg
, Herman Roodenburg , Henrik in de
Hoppezak , Reyer Janszoon Wolf, Jakob
Manke Koman, Klaas Olie , Jakob Schaal-
maaker, Klaas Pauw , Jakob Janszoon Kos-
ter
in de Kalkoen, Hans Wolter szoon, Tie-
leman Tielemanszoon
, Apotheker, Klaas Jans-
zoon Roele, Jakob Dirkszoon Warmond
, Schil-
der, David de Goudfmid,Jan Jooficn,Mct-
felaar, Pieter Boom, Henrik Vaart gen, Schui-
tevoerder , Kornelis Albertszoon, Befgérvaar*
der , Jan Smid , Koorenkooper , Kornelis
Barendszoon
in de Pot, Jan Pieterszoon
Zwaaroog
, Kornelis Floriszoon van Teilingen,
Andries Boeleszoon
in 't gouden Hoofd, Klaas
Boeleszoon
in Hamburg, Antoni de Bakker
opdenZeedyk, FredrikSïeuwertszoon'm den
Haan, Tsbrand Roelof szoon, Schilder, Antoni
Korneliszoon
, WilTelaar, Jakob Roemer, Zoon
van langen Roemer, Haringkooper, Henrik
Clementszoon
, Zeilemaaker , Jakob in de
Roozekrans, Henrik Zweerts, in den Gro-
ninger Tooren, Pieter de Boer op den hoek
van de Kolk , Gaal de Metfelaar , Gerrit
Janszoon
, van Delft , Bouwen Janszoon
Kramer, Geurt Gerritszoon,
Verwer, Jakob
van Amelen , Kornelis 'Reyerszoon , Willem
Bol,
Bakker , Huibert Pieterszoon, Lepel-
maaker, Frank Maartenszoon, Tinnegieter,
Gerrit de Smid op den Zeedyk, Stoffel Kors
of Kous de Jonge, Melis Willemszoon, geby-
nzamdMallenraad, Tsbrand Acoly ..Simon Thys-
zoon,
Koorendraager, Jan in't blaauwe Paard,
Snyder, Henrik Janszoon, Snyder, Gerrit Jans-
zoon Kop, Jan
of'JakobZegerszoon, Koekebak-
ker, Kornelis Boom, Jan Lubbertszoon', Waag-
draager, Jan Korneliszoon, op de Offenmarkt,
Slotemaaker , Willem Lubbert szoon in den
Helm, Aal Pauw, Weduwe van Wejfel Vo-
gel, Geert gen Martens,
Weduwe van Gys-
brecht Janszoon, Marytje Mentelbeeks, Ja-
kob Klaaszoon,
Wagenaar, buiten de S. Anto-
. nis Poort, Meefter Pieter Mol, Doclor in
dé Medicynen, Barend Janszoon in den En-
gelfchen Dog , Laurens Makelaar, geby-
naamd het houten aangezigt, Pietertgen, We-
duwe van Meefter Nanning, Duifje Splin-
ters
, Weduwe van Klaas Splinter, en Lys-
bet
,, toen een der Burgcmeefteren zig, van
„ binnen, voor dezelve bevondt, om den
„ Graave van Megen eenigen lyftogttoete
„ voeren (e)-" Ook werdt Klaas Janszoon
Louwen,
die , volgens zyn vonnis „ toen
„ Brederodes knegten te Ouderkerk lagen,
„ met den Overfte derzelveii geraadpleegd,
„ en toen, naderhand, de Graaf van Megen
„ die knegten vervolgen wilde, zig vervoegd
„ hadt by eenigen, die gereedfehap byeen
„ gebragt hadden, om de Reguliersbrug,
„ welke de Graaf over moeft, af te bree-
„ ken," omtrent den zelfden tyd, voor tien
jaaren, op 's Konings galeijen gebannen (f).
Voorts, werden, by eene Akte op 's Ko-
ningsnaam, den negenentwintigflen May,
te BrulTe.1 gedagtekend, wel honderd drie-
ëndertig ingezetenen van Amfterdam ge-
1568.
Klaas
Jans-
zoon
Louwen
op de
galeije
geban-
nen.
Honderd
en meer
dan der-
tig inge-
zetenen
               
van Am- dagvaard, om, binnen dne weeken, te ver-
fchynen voor den liertoge van Alvaof des
zelfs Gemagtigden, om zig, wegens hunne
vlugt, te komen, verantwoorden. Ziehier
de naamen deezer ingedaagden, die in de
Akte zelve gebrekkelyk gefield waren; doch
hier, uit vergelyking van verfcheiden' eg-
te Hukken, verbeterd zyn; en onder welken
zig veelen bevonden van de treffelykften
der Stad: Adriaan Reinierszoon in 't Krom-
hout
; Meefter Willem Bardes, Henrik Frans-
zoon
, Koorenkooper, Piet er' Pauw , Jan
Meurlink, Willem Walichszoon, Lubbert Nuts,
Ut ans Bennink, Klaas Landsmeer , Frank de
Waal, Meewws Pieterszoon, Hans Simons
zoon, Laurens Jakobsznon
in de gouden Re-
aal, Arend Hudde , Clement Volkertszomi,
Henrik van Marken, Herman Perchyn, Dirk
Ham, Filips du Gardin, Gerbrand Dominicus
Opflager,
Meefter Maarten janszoon Kos-
ter,
Doclor , Reyer Simonszoon van Nek,
Jan Willemszoon Wyngaard, Willem Kors-
zoon
, Houtkoop er , Jan Janszoon in 't
Hart, Hans Sprankhuizen, Arend Janszoon
Kocsveld, Henrik Korneliszoon ,
Metfelaar,
Antoni, Ponjaardmaaker, Schoen Jan, Met-
felaar, Pieter Gerritszoon, Koorenkooper,
Floris Roodenburg, Jan Perchyn, Egbert Roe-
lof szoon , Frans Volkertszoon Koornhert, Jan
Verburg, Jakob Bas,Hans Karpentier, Hen-
rik Boeleszoon , Ernfi Kramer , Jakob Si-
monszoon''m
de Hulk, Herman Roodenburg
de Jonge, Thomas Gerrit szoon Doesburg
, An-
dries Koperßager
in Neurenberg , Henrik
Egbert Roelofszoon , Jan Siewertszoon
in
den liaan, Klaas Hènrikszoon in de Sleutel,
Pieter Kornelis Dobheszoon, Volkert Siewerts-
zoon
in den Haan, Kornelis Wynandszoon
van Medenblik, Henrik Wout er szoon, Hoe-
(e) Sententieb. van 2.6 Apr. ijrttf. tot 21 May 157». ƒ.
C2 ver/o. Zie nok DAPPER hl. \vj. COMMKLIN il.
102 r."
ffl ienrentieb. ais vovfe'n ,ƒ, 55. Zis ook DAPPEilj'ft.
198. COMMEtIN, it. lozi.
fterdam
inge-
daagd.
-ocr page 371-
GESCHIEDENISSEN.
VIII. Boek.
3"
563. bet in de zilveren Reaal, Weduwe vanPz'e-
pfchul- ter Meewzoszoon, Koorenkooper. Men be-
tèf)'fsen fcbuldigde deeze luiden „ fommigen, dat
tien]1""" » zv zigopenlykgedraagen hadden ahCon-
£')» fiflorialen, dat is, als Gereformeerden;
„ anderen, dat zy He wapenen tegen de
„ Wethouderfchap hadden opgevat, en zig,
„ in February des voorleeden jaars, aan de
„ derde beeldbreeking fchuldig gemaakt;
„ wederom anderen, dat zy den Predikant,
„ gewapend , geleid hadden ter plaatfe
„ daar hy prediken zon, tegen den wilder
„ Wethouderfchap; en veelen, eindelyk,
„ dat zy hunnen verworpen Godsdienft,
„ gelyk dezelve genoemd werdt, hadden
„ geoefend, en paar de wyze van den zel-
„ ven , doen doopen , trouwen en be-
„ graaven (g)." Doch niemant der inge-
daagden verfcheen voor den Raad der Be-
roerten, weshalve zy, genoegzaam allen,
en nog drie of vier meer, op den eerften
September, voor altoos, uit 's Konings Lan-
den gebannen werden , met verbeurdver-
ty klaaring van goederen (//).
\c!!e!r'r'e Onder deeze ballingen, was ook Willem
Ie«]"'' u- Dirkszoon Bardes, gewezen Schout van Ara-
ï'irks- fterdam, die, na dat hy verlaaten geworden
fcj0'1 was van zyn ampt, zig openlyker gehouden
. hadt aan de' zyde der Onroomfchen. Men gaf
Hoyten hem zelfs,uit twyfelagtige getuigeniffen en
a'Hm, tekenen, naar, dat hy de beroerten hadt
er^m. helpen ftooken, en, ten dien einde, ver-
fland gehouden met den Prinfe van Oranje,
met den Heere van Brederode, en in fyfer
met Dirk Volkaartszoon Koornhert; jadathy
zelfs eenen Kalvinifchen Leeraar in den
Haage gebragt hadt. Hy raakte, eerlang,
ten Hove in hegtenis; werdt, na lang zit-
ten , by goeddunken van den Raad der Be^
roetten, flrengelyk gefolterd, en zelfs met
roeden gegeeffeld, in den ouderdom van
zeventig jaaren. En fchoon hy dit alles,
met onbezweeken moed, ukftondt, zo dat
de Raad hem zuiver fchouwde van de be-
roerte ; hy werdt , nogtans, onder voor-
wendfel dat hy aan andere zydgangen fchul-
dig was , aan de lange koorde gehouden.
Ook hieldt men eene groote lomme gelds
lri, die de Koning hem fchuldig was. De
fcheuring des Lands hierop volgende, voeg-
de hy zig aan de zyde der Bondgenooten:
t gene oorzaak was, dat zyne meefte mid-
elen , als gelegen onder Amfterdam, welk
de Spaanfche zyde hieldt, hem te onbruik
berden gemaakt: 't welk hein niet alleen
zyne gezondheid, maar ook eindelyk zyn
Vei'ftand koftte: een ramp, die zynen eeni-
iiL^ïi*0* Auth- skken» !• Detl>bl- »>. com-
gen broeder, Meefter Klaas Hein, zo diep 15Ó8.
ter herte ging, dat het hem ook het zyne
ontftelde. In zulk eenen deerlyken toeftand,
en eene behoefte, die hem , gewoon adelyk
te leeven, al federt eenigen tyd,verboodt
wyn ter zyner tafel te nuttigen, bragt Bar-
des het overfchot zyner dagen door te Delft,
daar het den Prinfe van Oranje, hem aan-
fpreekende, naderhand, beklag en traanen
afdrong, dat zo eêl een verftand derwyze
geknakt en vervallen was (z). Aan Willem
Bardefius,
Kleinzoon van den Schout, werdt, ,
door de Staaten van Holland, in den jaare
1603, nog eene rente van tweehonderd pon-
den 's jaars toegelegd, wegens twee-ender-
tig honderd ponden,die de Grootvader,by
zyne laatfte Schouts-rekening, te vorderer!
gehad hadt (k).
Doch te Amfterdam raakten, in 't jaar Egbert
1568, nog andere luiden in lyden, en on-Mei:
der deezen,drie welgeagte burgers. die zigneids"
des luttel gehoed hadden, Egbert Mefnerds- JJfert
zoon, Alfert Henrikszoon en Pie.ter de- Wit. Henriks
Egbert Meinerdszoon was een Huidekoo- zoan en
per, een zeer bemind man, üatftëekende ™^at
de
ter
in de Rederykkonft , de weetenichap dier dood
eeuwe hier ter Stede, ook Facloor van devenvee-
Rederykers, en Vader van Sebafliaan Eg-zen-
bertï-zoon , die , naderhand , om zyne ge-
leerdheid, zonderling in de Geneeskonft,
en om zyne gemaatigdheid in Geloofszaa-
ken, vermaard, enmeermaalen Burgemees-
ter der Stad geweeft is. Van Egbert heb-
ben wy, in 't voorgaande boek (/), verhaald,
hoe hy, Hopman der Burgerye zyn de, by
toeval, gekomen,in't gefchilderd Kamert-
je op 't Stadhuis, daar de Gereformeerden
vergaderd waren, het Verdrag vandender-
tigileiï September des jaars 1566 mede on-
dertekend hadt. Hy hadt, hiervan bewuft,
kort na 't vertrek des Heeren van Bredero-
de, in beraad gedaan, om de Stad te ver-
laaten; doch zig tot blyven laatenoverhaa-
len, door de Burgemeefteren Joolt Buik en
Simon Kops, die hem voorhielden „ dat
„ hy omtrent vyftig jaaren oud was, en
„ nergens Amfterdarn vinden zou; dat hy,
„ blyvende, geen gevaar liep, of zo 'er
„ gevaar opkwame, dat zy hem, bytyds,
„ zouden waarfchuwen." Zelfs verleenden
zy hem, den negenden May des jaars 1567,
een Getuigfchrift onder Stads zegel, mel-
dende hoe hy, aldaar, ten goeden naame
en in geene opfpraak ftondt van ketteryeof
wangedrag: op welk getuigfchrift, hy, ge-
lyk men hem voorhieldt, te Antwerpen en
elders, geruftelyk,zynen Koophandel dry-
ven
(i)   HOOïT II. Boek, U- 6.z- .,
(k)  Refol. Holl. 8 Ntv. 1603. ». 281,
(/)   Bladz. 2S9.
Ss
(1J "aT'- "* A"A
I. STUK.
II. 121
-ocr page 372-
312                        A M S T E :
1568. ven mögt. Alle deeze redenen golden meer
by hem dan-de brieven en 't mondeling
fmeeken van zynen Zwaager, Laurens Ja-
kobszoon Reaal, of andere vrienden, die
hem rieden, te wyken.Hy bleef dan; doch
werdt, op den tweeden Maart deezes jaars,
aangetaft by den Onderfchout, vaftgezet,
en wel drie maanden onverhoord gelaaten.
Daarna werdt hy terpaleieveroordeeld, en
gepynigd. Doch hy ftondt de pynbank niet
flegts door, maar 't bewys, door den Schout
tegen hem ingebragt,werdt ook valfch be-
vonden. De oudfte Penfionaris, Meefter
Adriaan Sandelyn , verklaarde zelfs, van
verftand te zyn, dat men hem behoorde te
ontflaan. Nogtans liet men hem zitten, en
den Schout Pieter Pi eterszoon tyd, om de
zaak in den Raad der Beroerten te brengen.
* Hier werdt hem, door deezen, te laft ge-
legd „ dat hy niet flegts, van over lange
„ jaaren, voor Lutherfch berust geweeft
,, was; maar ook het Verdrag van den der-
„ tigften September des jaars 1566 onder-
,, tekend hadt." Ook werdt hem totfchuld
aangerekend „ dat hy de aalmoeflen der
„ Geuzen-Kerke hadt helpen vergaderen."
Hierover werdt hy dan, op aanfchryvens
van den Raad der Beroerten, den negenden
Oétober, verweezen, om met den zwaarde
Egbert geregt te worden. Maar in den kerker was
Mei- hy van waterzugt bevangen, waaraan hy,
nerds" wel te pas, 's avonds te vooren,overleedt.
fterftin De Schout hieldt, eenige uuren voor zyn
de gevan- verfcheiden, fterk aan by Doüor Laurens,
genis. die over hem ging, om den kranken, met
eenig geneesmiddel, zo lang in 't leevente
houden, dat men hem, gebonden op een'
ftoel, ten beftemden tyde, mögt können
onthalzen. Doch de geneesmeefter ant-
woordde „ dat hy geen God was, die 's
„ menfchen leeven in zyne hand hadt, en
„ dat de lyder, zyns oordeels, den mid-
„ dernagt niet haaien zou." De Schout
fcheidde hierop, kwalyk te vrede , van
hem; doch deedt, naderhand, het doode
lyk in den kerker onthoofden, en door eeni-
ge Cellebroeders kiften, en's nagts ter aar-
de heitellen, digt by de Boekery aan de
nieuwe zyde, ooftwaards van den zuider ge-
vel der nieuwe Kerke, op 't elendige Kerk-
hof, zo genoemd, om dat het ongewyd was,
en om dat'er geene anderen begraaven wer-
den, dan die, door beuls handen,gedood,
of, zonder de Sakramenten ontvangen te
hebben, geftorven waren (m).
Befchul- Alfert Henrikszoon, Bierlleeker, werdt
digingen te laft gelegd „ dat hy ter Preeke geweeft
ten lafte • was net pionderen van 't Minderbroe-
van Al-
                       r
fm)L. J. Reaal ky Brandt I. Detl, bl. <H6'tnz.
Hooft V. Boekt H' »?3.
3. D A M. S               II. Deel.
„ ders-Kloofter bygewoond, en de wa- 15°*'
„ penen tegen deWethouderfchap gedraafertf#n'
„ gen hadt." En hieldt zyn vonnis in „ dat riksz0° (
„ ßchepenen, alles gehoord hebbende, op en ^
„ het goeddunken en den uitgedrukten ïaft ds
„ des Raads der Beroerten, hem ten zwaar-
„ de vervveezen, met verbeurdverklaring
„ zyner goederen, onverminderd Stadsge-
„ regtigheden in alle andere zaaken." 'c
Vonnis van Pieter de Wit was van den zelf-
den inhoud. Alleenlyk werdt, in het zel-
ve, geen gewag gemaakt van eenig bevel'
des Raads der Beroerten. De Wit werdt
befchuldigd „ dat hy dé Preeke gehoord,
„ de wapenen, als hoofd der oproerigen,
„ gedraagen, den Hopman der gewoonly-
„ ke Stads Wagt, die, door bevel der Wet*
„ houderfchap, een rot foldaaten naar den
„ boom leidde, daarin belet hadt rook zou
„ hy den Gemagtigden der Overheid on-
„ waardiglyktoegefproken, en over 't Ver-
„ drag tuftchén haar en de Gemeente ge-
„ ftaan hebben. Wyders, zou hy tegen-
„ woordig zyn geweeft, daar Jan Broek
„ voorftelde, van Brederode, tegen 's Ko-
„ nings believen, tot Overfte der Stad op
,i te werpen. En eindelyk zou hy ook het
„ toevoeren van leeftogt aan den Graave
„ van Megen hebben verhinderd." Doch
't vonnis fprak niet van iet, 't gene Hooft
van verfcheiden' oude luiden hadt hooreri
verhaalen, te weeten, dat de Wit, als de
Burgers tegens eikanderen fchrap ftonden,
een roer, geveld op Jooft Buik, verbooderi
hadt, te loflen; en dat men de gehoorzaam-
heid , hierin aan hem beweezen, als eert
blyk van Bevelhebberfchap, opnam, en de
behoudenis van 's Burgemeefters leeven tel-
de onder de redenen , om den behouder ,,
het zyne te beneemen. Alfert Henrikszoon Zy Ij-
en Pieter de Wit gingen, den negenden Oc-den „r
tober, ter dood (n). In 't verbeurdverklaa- j\j,
ren van alle hunne goederen, werden de
Privilegien der Stad, die niet gedoogden dat
een Poorter, boven zynlyf, meer dan hon-
derd pond uit zyn goed verbeurde, blyk-
baarlyk gekrenkt. Ook viel, in het vonnis
van Alfert Henrikszoon, hard te verduwen,
dat Schepenen verklaarden, het zelve ge-
veld te hebben, op uitdrukkelyken laft van
den Raad der Beroerten,en gevolgelyk, in
hun oordeel, bepaald geweeft waren (0).
Doch zulke vonnifTen waren thans gemeen
hier ter Stede. Willem Korneliszoon Bofch- T^ü'
man en Dirk Gerritszoon Praat, beide Koo- ^°$tft,
rendraagers, werden, den vierden Decem- ZM
ber deezes jaars, op gelyken voet, ten %$L
zwaar- ftra
(n) Sententieb. van i6 April 1566. Ut 11 May 1578./. 74.
(») Hooft V. Boek., M- 194.
-ocr page 373-
GESCHIEDENISSEN.
VIII. Boek.
3*3
pynigd zynde,den veertienden July, inden 1562.
ouderdom van zeventig , voor nog vyftig
jaaren,op eene der Spaanfche galeijenver-
weezen (V). Zelfs is Laurens Jakobszoon Zyn uit-
Reaal, naderhand, voor waarheid verhaald, eillde-
dat men met den Roeimeefter koop gemaakt
hadt,om Kaars, in de Spaanfche Zee, over
boord te werpen. Vaft gaat het,ten minfte,
dat hy Spanje, daar de galei naar toemoeft,
nimmer gezien heeft. Willem Maartenszoon Willem
Kalf, Baljuw van Amftelland en Onder- JJ«-
fchout van Amfterdam, was ook, over 'CKalf
doen ontflaan der vier gevangenen, die de komt in
plondering van 't Karthuizers-KIoofterhad- ongele-
den bygewoond (?), in hegtenis genomen, genJieid'
en hy zou 'er, meent men, den hals nimmer
doorgehaald hebben, zo Laurens Jakobszoon
Reaal geen fchriftelyk blyk van den laft der
Wethouderfchap tot dit ontflag onder zig
gehad, en hem daarvan een affchrift van
Embden toegezonden hadt(w). MaarPJ^o-'tRoepen
Klaaszoon Zevenpenning, die eenige moed van Vive
willigheid langs ftraat bedreeven, en onder le G"eu*
anderen voor 't Stadhuis en op de nieuwe feiing6 S
brug Vive le Gueux! geroepen hadt, werdtgeftraft.
den derden Auguftus wel ftrengelyk gegees-
feld, voor tien jaar en op 's Konings galei-
jen , en nog twintig jaaren daarenboven uit
de Stad gebannen Qo) Ook werdt zulk roe-
pen , welk ook aan 't Kamperhoofd, en op
de roode, nu de Doelenbrugge, gefchied
was, den agttienden Auguftus, op Lyfftraf-
fe, verbooden (-ra). Harpen Janszoon en
Hendrik Janszoon, die ook deel aan de be-
roerten gehad hadden, werden, in deeze
zelfde maand, met de dood geftraft (a;).
Anderen, die minder fchuldig geoordeeld
werden, moeften, ten deezen tyde, hun
bedryf met ban of geefleling boeten. Zeke- 'c Lyk.
re Simon Janszoon , Blokemaaker, die der van i*1"
Gereformeerde Leere toegedaan geweeft, ™^n S"
en, zonder de Sakramenten ontvangen te wordt
hebben, op het Geuzeveld , gelyk men 't opge-
noemde, begraaven was, werdt, anderhalf Slaven,
jaar na zynen dood, in November deezes
jaars, wederom opgegraaven, en onder de
galge geplaatft; wordende, daarenboven,
al zyne goederen, ten behoeve des Konings,
verbeurd verklaard (y).
Terwyl men, te Amfterdam, dus ftren- Jakob
gelyk handelde, werdt het 'er langer hoe Simons-
onveiliger voor elk, die flegts den naam hadt, ?°on d«
dat hy eenig deel hadt gehad in de jongftey?
beroerten. Jakob Simonszoon de Ryk > ge- naar
huwd Dantzig.
(s) Sententieb. van i6 April ls66.Ut x\M*y 'J7*> ƒ. «4.
(t) Zie II. Deel, VII. Boek, tl **7- .,
(a)
L. J. REAAL ty BRANDT l. Oeel, tl- 4*4-
(v) Sententieb. van Afril ist'- '«* 2I *»"y IJ7I, ƒ.
65 ver/o.
(tv) Keutb. G. ƒ. i verft.
(x) Sententieb. ah boven, f. «7> «*•
(y) Sententieb. »Istovn, f. rs vtrfi,
SS 2
l5$8. zwaarde verweezen. Willem werdt befchul-
digd „ dat hy de wapenen tegen de Wet
„ houderfchap en Katholyke ingezetenen
„ gedraagen; het fmeekfchrift tegen 't aan-
„ neemen van meerder knegten getekend;
„ een half laft Rogge helpen brengen hadt
„ in zeftien tonnen, in ieder van welken,
„ een vaatje buskruid ftondt, en welken
„ daarna aan Brederodes knegten te Viane
„ gezonden waren, zonder dat hy zulks
5, der Wethouderfchap hadt aangebragt.
3, Voorts, hadt hy de eerfte Preeke te O-
„ verveen bygewoond, en nog onlangs, te
j, Slooterdyk, daar hy federt eenigen tyd
„ gewoond hadt , vergaderingen met het
„ zingen van Pfalmen gehouden ten zynen
-, huize." Dirk werdt voor misdaad aan-
gerekend „ dat hy de wapenen gedraagen,
„ het Verzoekfchrift tegen 't aanneemen
„ van knegten getekend, en dikwils de Pree-
ke bygewoond hadt Qp)." Op den twee-en-
twintigften Juny te vooren, werden ook Wein
Adriaan Okkers Dogter, die't Lieve-Vrou-
wen-beeldje in de Oude Kerke, met haaren
toffel, geworpen, en haare dienftmaagd,
Tryn Henriks, die de daad aangezien hadt
(?), in eene wynpyp met water, op 't fcha-
vot, verdronken. Haar man, Juriaan ter
*
Meulen, werdt gebannen (r).
De Wethouderfchap van Amfterdam
\f,
Wendde, ten deezen tyde, alle mogelyke
moeite aan, om zig buiten belafiing te hou-
den, wegens 't gene, in 't jaar 1566, ook
op haar bevel, verrigt was. Hierom raakte
Pieter Kaars, Kapitein der Nagtwagt, die,
op laft van Burgemeefteren, de wagt het
Minderbroeders-Kloofter hadt doen ruimen,
in deezen jaare, in hegtenis. Men gaf hem
naar „ dat hylang geluiterd hadt, eengroo-
j> te Geus' was, en door gefchenken aan de
5, Geuzen verbonden." 't Laatfte zag op
een rood Duitfch kleed, hem, door de O-
verluiden der Kloveniers Doele, vereerd,
alzo hy, een oud, ervaaren Krygsman zyn-
de, die Keizer Karel den V., van zyne vroege
jeugd af, in Italië, in Frankryk en in Duitfch-
'and, gediend hadt, de Schutters , fom-
tyds, in 't ftellen der flagorde, in de behan-
deling van 't geweer, en in andere krygs-
0e,feningen onderweezen hadt. Hy was,
2eide men, een dienaar van Burgemeefteren,
611 Het zig, door het aanvaarden van zulke
|e'chenken, verbinden om den Overluiden
ft Schutteren tegen de Wethouderfchap ten
t lenft te ftaan. Redens genoeg, om hem
bederven. Hy werdt dan, tweemaal ge-
t»'tide^e",ieb* ah v"rett > /• 77,7«- Zit ook Sentent.
(?) Zie 11 n V bL 342' 34+'
(r) sïïte":.'°"'» VII. Boek, il. 214.
I. Doel, u, *°' *lt voorin, f. 6*. ».«AAL ty BBANDT
-ocr page 374-
II. Deel.
A M S T ER D A M S
3H
-'                                                                               V*
Gafthuis was, eene verklaaring. in voordeel *5
van Pauw gedaan hadt (Z>); op zyne begeer-
te , om antwoord- op dit Verzoekfchrift
aanhie lelt, was hy •andermaal.naar Brabant,
'of een der .andere Nederlanden vertrokken;
doch kwam, in October., nog wederom in
Amfterdam,daarhy wel zes dagen.vertoef-
de, zig dagelyks langs ftraat vertoonende.
Midlerwyl, hadt, men den Procureur-Géné-
raal van den Raad'der Beroerten aangediend
dat hy voorviugtig was, en's Konings Lon-
den.reeds, verlaaten hadt (c). Hy hieldtzig
dan te Amfterdam niet langer veilig, maai*
begaf zig , nog voor 't einde van Oclober,
ter Stad uit. In November, werdt hy, met -vvo**
nog drie anderen, voor den Raad der Be-inge^
roerten, .gedagvaard, tegen den agttienden d3^
December, zonder dat hem iet anders te
laft gelegd'.werdt,dan dat.hy zyn kind,.op
de Kalvihifche wyze, hadt doen doöpen 6d)\
*t welk hy, in zyn Verbaal (e)., erkent, in
den aanvang des jaars 1567, in de Minder-
broeders - Kerke, gefchied te .zyn , om ze-
kere oorzaak, tegen-zyne Huisvrouw byge-
bragt , die veeiligt gehouden werdt voor
den bejaarden Doop te zyn; na dat het kind.
wel zes of zeven dagen, ongedoopt geblee-
ven was, Hy vondt egter- niet dienftig, voor
den Raad der Beroerten te verfchynen ;
maar, zig, te Antwerpen, met eenige Regts-
geleerden, beraaden hebbende (f), verzogt
hy, fchriftelyk 3i dat hem gegund mögt wor• ie^f
„ den', zig door een' Gevolmagtigde te mo-*■"-#£
„ gen verantwoorden." Hy vertoonde te j?^jjr
gelyk „ dat hy, met eene vrouw en negen ;„ '$j
„ kinderen belaft, voor een' Zoon van on-d^ar
„ ze Moeder delïeilige Kerke, by den De :&$>
„ ken en Paftoor der Stede," welker ge r°
tuigfehriften hy in handen hadt (g) „ be-
„ kend ftondt, en altoos als een goed bur-
„ ger geleefd hadt, zonder zig ooit tot op-
„ roerigheid, of tot het opvatten der wa-
„ penen te hebben laat en vervoeren." Doch
op dit verzoek, kwam geen ander befcheid
dan Nihil en Comp ar enti fiat Jußitia> dat is,
Hyverfchyne, en men zal hem'regt doen (A).; mj
In January des volgenden jaars, werdt aan rf
alle Secretariflen' en Notariffen, by Plakaat,,
verbooden, eenige Getuigeniflen op te Hel-
len, ten behoeve der ingedaagden: 't welk
Pauw in nog groot er engte bragt. Zyn Ver-
zoekfchrift aan Burgemeefteren van Am-
fterdam was zyner Huisvrouwe, reeds te
voaren, teruggegeven, zonder eenig by-
fchrift..
(i) Certificatie vah A. C. COOL vort zt-Sipt. isét.MS.
(cï
A. Pauw Relaas, tl. 8, 9.
.(d)Ziel\OK Auth. Stukk. ]. Deel, tl. «4 CqmmS',
ilN, tl. 1031.
(e)  Bladz. 5.
(f)  A. Pauw Relaas, II. 9.
(g)  A. Pauw Relaas Bylaagm , il. itf.
(h) Zie COMMEilN, il. 103z.
hnwd met Margriete, DogterVm'N'éolaas
Hooft,
deeck Koophandel in graanen te Am-
ïlerdam, en was, omtrent deezen tyd, be-
tigt door den Schout „ dat hy, aan zekere
,, Koorendraagers, een ton Ëngelfch bier
,, ten befte gebooden hadt, zozj de Min-
,, derbroeders-Kerk breéken wilden." Doch
deeze befchuldiging bleek verzierd te zyri.
Naderhand, werdt getuigd, hoe zy't bier,
onder die voorwaarde, van.hern geëifcht
hadden, en hy daarop geantwoord „ dat
„ 'de Minderbroeders-Kerk hem/niet in den
„ weg ftondt .''waarna hy binnens huis ver^
trokken was, Doch 't verzwegen van .dit
zyn wedervaaren maakte hem ye-rdagtby dé
Overheid. Hy verliet dan de Stad, werdt
openlyk ingëdaagd, en, niet yerfchynende,
gebannen, met verbeurdverklaring vanzy-
ne goederen, die federt aange'flaagen wer:
den. Hy is, zo ik my niet bedriege,.de-
zelfde, die, in de grooteLyft..deringedaag-
den en ballingen, hier voor (^1272-274) op:
gegeven ,Jakob Simonszoon in de Hulk ge-
noemd wordt, Zyne eigen en zyne Vrouws
Moeder voorzagen hem, federt, van eénigé
penningen, waarmede hy naar Öoftland ver-
trok, zig nederzettende te Dantzig, daarhy
gelegenheid vondt, om zig, eenen tyd lang,
eerlyk genoeg te behelpen (2). Meefter
ïi-ïaarten Janszoon Kofter, wiens naam, ins-
gelyks, op de gemelde Lyft, gefpeld wordt,
was oök de Städte bang gemaakt.De dienft,
dien hy der Wethouderfchap gedaan hadt,
in 't bevorderen van de ondertekening der
Overeenkomfte van den dertigften Septem*
ber des jaars 1566, werdt hem nu tot mis-
daad aangerekend, en eene oorzaak van zyne
vlugt, indaaging en ballingfchap (a).
Maar Adriaan Pauw hadt zig, tot omtrent
den aanvang van September, in de Stad
onthouden, zonder dat hem iemant gemoeid
hadt. Toen hadt hy, met kennis van Bur-
gemeefteren, eene reis gedaan naar Brabant,
tot bevordering van zynen Koophandel;
doch, den twee-entwintigften der gemelde
maand, te Amfterdam te rag gekeerd zyn-
de, verftondt hy dat de Schout onderzoek
op hem deedt, wegens zaaken, die hy, op
bevel van Burgemeefteren en, Raaden, yer-
rigt hadt.' Hy vervoegde zig hierop met
een Verzoekfchrift aan Burgemeefteren, om
eene Akte van fchadelooshouding, wegens
't gene hy, na den tweeden April des jaars
1567, op welken tyd,hem zulk eene Akte
verleend was, verrigt hadt. Terwyl zyne
Huisvrouw, Anna Jakob Lucas Dogter, op
wier verzoek, Arend Korneliszoon Kool, die
Roomfch, en Regent van 't Lieve-Vrouwe-
(2) Hooit VI. Boek, tl. 228.
\a) L. J. Reaal iy Brandt I. Deel, il. 4?;.
1568.
v
Maarten
Jans-
zoon
Koller
wykt ins'
gelyks.
Adriaan
Pauw
vlugteen
van de
laatllen.
-ocr page 375-
G E 9 C H IE DE NI SS E N.
VIJL BorK.
3*5
*"56c).: fchrift. Hy werdt, federt, andermaal voor'
den Raad der Berderten gedagvaard (0-':
en verzogt toen, op nieuws, uitftel om ie«
verfchynen tot op S. Jan, zynde-den vier«;
entwintigfteh: Jnriy > op dat hy; di ë' veele t
goederen van Oofterfche Koopluiden onder-
zig hadt, e erft zyn e rekeningen met dezel-
ve, ven fluiten mögt.. Hy deedt dit verzoek op'
^i^e"den eenentwintigften April (£). Doch, in
.' plaats van'er antwoord op te geeven, velde
de Raad, den volgenden dag, een vonnis■
van ballingfchap en verbeurdverklaaring van-
goederen-tegen hem, welk, federt,ter uit--
voeringe gëbragt werdt; hebbende men,
^ reeds na de eerfle indaaging, zyne goederen
te f '5em doen optekenen (J). In dit vonnis, werdt
Seie,, hem , boven het laaten doopen van zyn
H|t? kind, op de Kalviniflifche wyze, tot ïöisv«
daad aangerekend „ dat hy de Preeke in
5, 't Minderbroeders-Kloofter doorgaands
«» bygewoond hadt; dat hy de Wethouder-
, fchap eenige punten, met zyne eigen hand
„ geichreeven, ten behoeve der Sectaris-
„ fen, hadt aangebooden, waarby het af-
„ neemen der beelden, het fluiten der Ker-
„ ken, vryheid van prediken in de Stad,
3, en om, in geval van'ziekte, een'Priefter
„ of Predikant te mogen ontbieden, naar
>, zyn welgevallen, begeerd werdt: ook dat'
s, de Priefters de Sakramenten in flik e by
3, de-zieken bragten, en dat men elkände-
3, ren, ter zaake van denGodsdienft,noch
„ met woorden, noch met werken, kwa-
,, lyk bejegenen zou." Voorts, werdt hem
te lafl gelegd „ dat hy, nevens veele an-
„ dere Sectariflen', in 't Minderbroeders-
3, Kloofter, wasgeweeft,daar men zigver-
3, bonden hadt tegen de Wethouderfchap,
,, en beflooten de klok te luiden, om 't volk
j, op de been te brengen; dat hy een der
jj afgevaardigden geweeft was van de mui-
s> telingen, die zig, op S. 'Matthysdag des
j» jaars 1567, in grooten getale, gewapend
j, hadden tegen de Wethouderfchap, om op
5> dezelve te begeeren,datzy naliete meer.
35 Katholyke foldaaten aan te neemen tot
si haare befcherming, onaangezien het haar,
>■> door de Landvoogdefle, toegeftaari wa*
s> re (tri)." Doch uit het voorig gedeelte
deezer gefchiedeniffe , is gebleeken , dat:
*aiiw meefl alles, wat hem nu tot misdaad
aangerekend wérdt, verrigt hadt op verzoek
°f bevel der Wethouderfchap zelve; die
\ b *e^s hadt beloofd, hem voor naarmaaning
Ü^t" ne.Zu'len bevryden. Hy ontweek, federt 5>dc
^t '8 ^engheid zyner regteren te Erribden, daar
('k\ ^ P^uw Relaas, il. 9 , 10.
- V i
           nt' «** AiVA, H. 182.
hyzig ophieldt, tot dat de tyden veran- ijóVs,
derden.
Te-gelyk met Pauw, waren nog drie an- Pieter
dere Poorters van Amflerdam ingèdaagd en Jakobs-
gebannen,. te wéeten, Mëefler Piete? Ja-^°°n
kobszoon Schaap, Leenaard Janszoon Graaf
,f_|^?>
Yzerkooper, in den Keizer, en Dirk Jans- aa*djins-
zoon QiiiniinL Schaap werdt tot misdaad'zoon.
aangerekend „dat hy de Preeke geduurig- §™*fen
„ lyk bygewoond, en onder dezelve en by janszoon
„ de huizen, aalmoeifen verzameld hadt; Quintink
„ dat, hy. het volk, door kwaadfpreeken-w°i'c'-en
,,' van de Wethouderfchap , tot op roer hadt S~ban~
„ aangezet; dat.hy de Vergaderingen van|e'fchui.
„ den nieuwen Godsdienft hadt bygewoond, digingen
„ waarin een Verzoekfchrift aan denPrinfeten hun-;
„ van Oranje om vryeOefening indeMin-neniafte'
„ derbroeders Kerke ontworpen werdt; dat
„ hy eenige goede Katholyken.hadt.getragt-
„ te beweegeri, om dit Verzoekfchrift te
„ tekenen; dat hy gerneenzaamlyk verkeerd
,, hadt met Clement Volkertszoon Koorn-
,, hert, een' der voörnaamftevoorftanderen
„ van den nieuwen Godsdienft, ten wiens
„. huize, de heimelyke byeenkomften der
„ Seftariflen gehouden werden." Graaf en';
Quintink werden befchuldigd „ dat zy,op
„ S. Matthysdag, ook in de wapenen waren
,, geweeft, en zig fterk met de voorleeden
„ beroerten gemoeid hadden." Quintink in 't
byzonder werdt te lafl gelegd „hoe hy,
„ in eerie openbaare herberg, gezeid hadt,
„ dat het.der Wethouderfchap kwalyk be-
„ komen zou, zo zy de Burgery niet van
„ den eed ontfloeg; dat de Heer van Bre-
,, derode ook in de Stad komen kon, wan-
„ neer hywilde:dat zy anderszins de poort
„ om verre haaien zouden, en dat zy wel
„ driemaal zo fterk waren als de Katholy-
„ ken (n)."
Terwyl de_ vervolging dus hevig voort- Onder-
ging, te Amflerdam, en alomme in de Ne- neemin-
derlanden, hadt de Prins van Oranje zig , seP de$
in 't jaar 1568,door eenige Nederlandfche l™%.
Edelen en anderen, laaten overhaalen totranje.
het verzamelen van Krygsvolk in Duitfch-
land. Een gedeelte van het zelve, onder
Graaf Lodewyk van Naflau, behaalde e erft
eenig voordeel op deSpaanfchen;doch werdt,
daarna, by Jemmingen geflaagen. Oranje zelf
trok, met het overig gedeelte, in 't begin van
Oftoher, over deMaaze, omAlva uit telokken
tot eenen veldflag, dien deeze, voorzigtiglyk,
ontweek. De Prins werdt, eerlang, genood-
zaakt, zyn Leger af te danken; waarna hy
zig naar Frankryk begaf, van waar hy, in
't midden deezes jaars 1569, naar'Düitfch-
land wederkeerde (0). 's Pnnfen togt over
de
(n) Sentent. van ALVA , U. 7«, W*, ISj.
■ {,) Vaderl. Hift. VI. ßeel, 61. 2-6«,i9i,
Ss 3
#
-ocr page 376-
AMSTERDAMS
II. Deel.
3i6
agtentwintigften September onthalsd werdt,; i5^'
„ om dat hy met de Geuzen verkeerd, en
„ toeleg gemaakt hadt om Bre derodes kneg-
„ ten in de Stad te helpen, en die van den
„ Graave van Megen daar buiten te hou-
„ den (f)." Ook onderging, op den zesden
Oftober, het zelfde lot, Jan Korneliszoon, jan #"f'
Ketelaar, of Koperflager „ om dat hy nietneli5'
„ flegts ter Preeke en ten Avondmaal ge-zoör°t
„ weeft was in 't Minderbroeders Kloofter; ^„V^
„ maar zig ook, op de markt, by de mui-
„ telingen gevoegd, en t'eenigen tyde, be«
„ let hadt, dat zekere tonnen met geweer,
„ by den Schout aangehaald , niet naar 't
„ Stadhuis , ten dienftö der Wethouder-
„ fchap, maar naar de Waage, tot welke
„ ook de muitelingen toegang hadden, ge-
„ bragt werden." Voorts, was hem te laft
gelegd „ dat hy den Graaf van Megen uit
„ de Stad hadt willen houden, en dat
„ hy, daarenboven, in February des jaars
„ 1567, de wapenen gevoerd hadt tegen
„ de Wethouderfchap (ii)." Wyders, zyn
'er, in dit jaar, hier ter Stede, nog ver-
fcheiden' vonniflen geweezen en indaagin-
gen gefchied, veelen van welken, naderhand»
in de Stads Regißers, doorgehaald zyn (y).
Doch uit de Sententien des Raads der Be-
roerten , voor eenige jaaren in 't licht gege-
ven , is de inhoud van de meeften deezer
indaagingen op te maaken. Door deezen
Raad, was, den zesentwintigften Maart des
jaars 1568 [1569], het vonnis van balling-
fchap en verbeurdverklaaring uitgefproken
over Klaas Reyerszoon, Wybout de Waal enKla^,
Kornelis Loefszoon. De eerfte werdt be-R^,
fchuldigd „ dat hy zig, met eenen geheelen ^L/(
„ hoop volks, bevonden hadt voorde her- &e ^
„ berg des Heeren van Brederode , daar en
„ wylen de Prins van Oranje uithing, dat nc $<
„ hy daar Vive Ie Gueux geroepen, en zig, 0v
„ vervolgens , met Wybout de Waal erx^o^1
„ anderen , by Burgemeefteren vervoegd gebi
„ hadt, klaagende over den nieuwen eed, ^ ^
„ die van de Schutteryen gevergd was; dat^ \A
„ hy zig ook, met de Friezen en anderen, g«l«|?
„ bevonden hadt in de herberg van de la tf6f
„ Torre , wiens papieren doorfnuffeld en
„ aan Brederode gebragt waren: en dat hy
„ mede begeerd hadt, dat Brederode toe
„ Overfte der Stad werdt aangefteld." Wy-
bout de Waal werdt nog te laft gelegd,
„ dat hy den Schout van Amfterveen ge-
„ dreigd hadt, in geval deeze ondername,
„ het prediken te beletten, of den Predi-
js kant aante taften." Kornelis Loefszoon
. werdt
(t) Sententieb. ah vieren, f. ss vtrji.
de Maaze hadt veel gerugts gemaakt,hier
te Lande. De Wethouders der byzonde-
re Steden gaven zig vry wat moeite, om
dit gerügt te fluiten. Te Amfterdam, werdt
een eerlyk burger van Haarlem (2), in 't
openbaar, met ongewoone ftrengheid, ge-
geefleld, alleenlyk om dat hy deeze maar
uit zynen mond hadt laaten gaan (».
De vervolging ging, ondertuflchen, voort,
te Amfterdam. Jan Joachimszoon , wien
niet anders te laft werdt gelegd, dan „ dat
„ hy de Preeke en't Avondmaal bygewoond,
„ en zyn kind voor den veroordeelden Leer-
„ aar Jan Arendszoon ten doop gehouden
„ hadt," was, den agttienden January, ten
zwaarde verweezen (q). Een Schuitevoer-
der, Piet er Pieterszoon Bekje genaamd, „ die
„ niet ter miffe ging, de verboodene Ver-
j, gaderingen der Calvinißen en Mennonifien
„ of Doopsgezinden bywoonde , en , tot
„ twee reizen toe, eene MennonitifiheVer-
„ gadering in zyne fchuit gehouden hadt,"
werdt, den zesentwintigften February, ten
vuure veroordeeld (r). Terwyl hy aan de
paal ftondt, om verbrand te worden, riep
hem Willem Janszoon, die met moeite van
Durgerdam in de Stad gekomen was, na
dat men de boom reeds geflooten hadt, van
de trappen der waage, toe , Stryd vroo-
melyk
, lieve broeder: doch hy werdt vaftge-
houden; en beleedt, ondervraagd zynde,
dat hy herdoopt was, en zelfs, als Leeraar
onder de Doopsgezinden, vermaand hadt :
waarop hy, den twaalfden Maart, insgelyks,
veroordeeld werdt, om verbrand te wor-
den. Dezelfde ftraf werdt, ten zelfden dage,
uitgevoerd aan Jan Quirynszoon van Utrecht,
Schipper, Kornelis Janszoon van Haarlem,
Bootsgezel, en Clement Henrikszoon, Zeile-
maaker , allen drie Doopsgezinde Poorters
(ƒ). Doch deezen luiden werdt geene ei-
genlyke oproerigheid te laft gelegd. Anderen
raakten, in deezen jaare, in lyden, om 't
gene men , thans , oproerigheid noemde:
onder welken was Jan Jakobszoont die den
(f) Hooit V. Beek, hl. 197.
(a) Sentent. ten tyde van Al.VA, hl. 35J.
(r) Sententieb. van 26 April i*<S6. tot 21 May IJ74.
ƒ. so.
(s) Sententieb. als vtoren, f. »i, g2. Doopsgez. Mar-
tel. Boek, II. Deel, U. 3sj, 490, 4,1. COMMEllN, U.
1029, 1030.
(2) Hooft meldt, in zyne Hißorie, niet, wie
deeze burger geweeft zy;doch hy doet hem eenigs-
2ins nader kennen , in deeze woorden van zyne
Lykklagbt op de dood van Piet er Dirkszoon
Hasselaer, te vinden onder zyne verfebeide
Dichten,
bl. 236.
Uw wel manbaftigh' arm beeft ieder baafi doen weten,
Dat ufieekt in de krop het bitter flaan met roeden
En fmaadt doods meerder aan uw Oom gedaan (belaas!)
Om dat by zeid':
('t was waar) de Prins is over Maat.
1569.
Een bur-
ger van
Haarlem,
die ge-
zeid
hadt, dat
Oranje
ever de
Maas
was,
ivprdt te
Amfter-
dam ge-
ge e fleld.
Vervol-
ging van
Gerefor-
meerden
en
Doops-
gezinden
aldaar.
(*) Sentent. ten tyde van AlVA, hl,
i71-
{v) Keutb
gl vu/t.
Q. ƒ, 14 oir/», 24 verft, »j, ifverff, i"r
\
-ocr page 377-
VUL Boek.
GESCHIEDENISSEN.
317
H69.
wcrdt tot misdaad aangerekend „ dat hy,
„ een half uur buiten de Stad , met Brede-
,, rode , die zig daar verborgen hieldt ,
„ gefproken hadt;dat hy hem,vervolgens,
tembcr, fprak de Raad der Beroerten het
zelfde vonnis uit over Pieter Reyerszoon,
wien nagegeven werdt „ dat hy niet fleots,
„ ia February des jaars 1567, de wapenen
„ opgevat hadt tegen de Wethouderfchap;
„ maar ook een van de eerften geweeft
„ was , om te dryven, dat men Brederodes
„ knegten in de Stad laaten , en die van*
„ den Graave van Megen daar buiten hou-
„ den moeft. Dat hy zig, ten dien einde, op
„ de Veilen vervoegd, en zekeren Jakob
„ Jakobszoon
een iluk gefchuts te bewaa-
„ ren gegeven hadt, hem zeggende, dat
h ■> 27g ixakkerlyk kivytende tegen de Pa-
piflen, een vet ampt bekomen, en ryk wor-
,. den zou (a)." De Broeders Pieteren Jan
Kies, befchuldigd als hoofden van den op-,
fland in February des jaars 1567,^ welken
Jan het Vendel gedraagen hadt, werden,
den zesentwintigilen November, door den
zelfden Raad, tot ballingfehap, met ver-
beurdverklaaring van goederen , veroor-
deeld (/)). Wy hebben, hier voor (c),
reeds gemeld, dat Pieter Kies, te Amfter-
dam in hegtenis gezeten hebbende, middel
gevonden hadt, om te ontfhappen.
De ftrengheid der vervolginge bragt, on-
dertuflchen, niet weinig toe, om een groot
gedeelte van 's Lands ingezetenen te ver-
vreemden van de tegenwoordige Regeerin-
ge. Doch hier kwam by, dat de Hertog
van Alva, oordeelende, dat het geduurig-
lyk vernieuwen der Beden, tot vermindering
van 's Vorften agtbaarheid ilrekte, befloou
eene altoosduurende fchatting in te voeren,
en ten dien einde, in Maart deezes jaars,
boven den honderditen penning eens van
alle goederen zonder onderfcheid, den tien-
|den der roerende, en den twintigften der
onroerende goederen vorderde, zo dikwils
als dezelven verkogt werden. In den hon-
derdften penning, werdt fpoediglyk bewil-
ligd, in Holland. De Edelen en Dordrecht be-
willigden ook in den tienden en twintigften.
Doch de andere Leden maakten merkelyke
zwaarigheid (d), met naame Amfterdam,
daar de Vroedfchap, in April en May, zeer
dikwils, op dit gewigtig iluk.vergaderd
werdt. Alva hadt doen verklaaren „ dat
„ hy de inkomften van deeze fchatting ten
„ hoogfte noodig hadt, om te vervallen de
ter Rey-
erszoon
JanL
feti
Ndt
Kge-
bäI"»en.
„ fteelswyze, binnen hadt geholpen; en dat
„ hy hem tot zynent geherbergd hadt, al-
„ waar dagelyks groote toevloed van Sec-
„ tariffen en muitelingen, zo uit de Stad
„ als van buiten, geweeft was (w)." De
Raad der Beroerten fprak, den vyfden April,
het zelfde vonnis uit over Jan Lanfin, Bok-
fenmaaker, die befchuldigd werdt „ dat hy,
„ in February des jaars 1567, de wapenen
„ tegen de Wethouderfchap opgevat, en
„ zig, als een hoofd en aanvoerder der op-
„ roerigen, gedraagen hadt. Ook zou hy,
„ onder't drinken uit eenen gewyden kelk,
„ die uit deplonderinggebergdwas,eenige
en Pieter
en Jan
Kies.
k'
„ lafterende woorden gebruikt hebben (a:)."
JVinrik Janszoon , Herbergier , Adriaan
Lecnaardszoon van Montfoort, Henrik Luit,
Schoonbroeder van Hans vanLoenen, An-
toni Adriaanszoon
, Willem Bakker Willems-
zoon,
gebynaamd RykeBakkertje, en Huibert
Simonszoon Appelman
, die allen uit Amfter-
dam geweeken waren, werden, den zesden
Juny ,door den Raad der Beroerten, geban-
nen , met verbeurdverklaring van goederen.
De vyfeerftenwerden befchuldigd „ datzy,
„ in February des jaars 1567, de wapenen
„ gevoerd hadden tegen de Wethouder -
„ fchap:" en Winrik Janszoon in 't byzon-
der „ dat hy zig, nevens zekeren Matthys
van Banken, geduurende de plonderiug
„ van 't Minderbroeders-Kloofler, gewa-
„ pend, geplaatft hadt op de Bethanie-brug,
„ om den doorgang te floppen voor zul-
„ ken, als zy goedvonden." Adriaan Leen-
aardszoon en Henrik Luit werdt te lad ge-
legd „ dat zy de beelden en altaaren, in de
s, Minderbroeders-Kerke, gebroken had-
te den." Ook werdt Adriaan tot misdaad
aangerekend „ dat hy deSe&aruTen als gra-
s, vemaaker gediend (y), en in de Min-
j, derbroeders-Kerke, een winkel van nieu-
3, we Pfalmboeken gehouden hadt." Antoni
Adriaanszoon werdt nagegeven „ dat hy
» op de Wethouderfchap begeerd hadt,
« dat men Brederode tot Overfte der Stad
» aanflelde, en de Preeke in dezelve toe-
s> Hete; en dat hy eenigen van zyne mede-
» fchutters bewoogen hadt, om het zelfde
5' te vorderen." Doch Henrik Simonszoon
APpelman werdt alleenlyk te lall gelegd,
» dat hy Mennoniften-Vergadering en A-
Alva vor-
dert den
tienden
Penning^
Amfter-
dam
maakt
zwaarig-
bejd om
'er'in te
bewilli-,
gen.
>■>
buitengemeene zwaare koften, die de
Prins van Oranje, Graaf Lodewyk en der-
»
zelver aanhang den Landen veroorzaakt
„ hadden." Doch te Amfterdam wilde men
tot deeze koften, nevens de andere Leden,
lie-
J"'fie.
" vondmaal, ten zynen huize , hadt gehou-
» den (z)." Op den zesentwintigften Sep-
^)Se„tcnt. van Alva, bl. 41.
v t «ment. Vax AjL w> Ip6%
(a) Sentent. van Alva, tl.
205.
206.
(!>) Sentent. van Alva, */.
(c) Blaiz. %o<).           _'.,,.
(tl) Vadetl. Hift. VI. Deel, il. 2S3.391i
-ocr page 378-
II. Deel.
AMSTERDAMS
3i8
\&
derfchout en Stokhoudef of Cipier te Am-
fterdam geweefl, en hadt Pieter Kies uit de
gevangenis laaten ontfnappen. .Sedert, was
hy gevlugt,en,den tweeden Maart deezes
jaars , openlyk , ingedaagd (m). Doch
hy verfcheen niet, gelyk ligtelyk te wagten
was, en hieldt, federt, de zyde des Prinfen
van Oranje. De andere genoemden hadden
ook, reeds voor lang , de Stad geruimd.
Doch nergens is my gebleeken, wanneer
zyne Doorlugtigheid de eerfte hertellingen
te water hebbe uitgegeven. Zelfs is 'er
reden om te vermoeden , dat fommigen,
zonder eenige beftelling te hebben,te vry-
buit gevaaren zyn. Immers , men vindt,
dat 'er, in Maart deezes jaars , toen de Prins
van Oranje nog in Frankryk was, reeds op
de Zuiderzee gekaapt werdt; hebbende de
Vroedfchap van Amfterdam, den dertigften
dier maand,al geraadpleegd op de bekwaam-
fte middelen „ om de zeerooveryen op de
„ Kreil omtrent Enkhuizen te weeren (V)."
Ook werden hier, eerlang, drie Oorlogssche-
pen uitgeruft, tot beveiliging der Zuiderzee ,
die onder bevel ftonden van Frangois van
Boshuizen
, als Admiraal, en Jan Pyl en Bou-
wen Reyerszoon, alsKapiteinen; en den agt-
ften May uitliepen (o). Jan Broek, wat laater,
met eenige fchepen, voor de zeegaten kruis-
fende, befloot de Vroedfchap van Amfter-
dam , tweehonderd guldens te belooven aan
«Ik, die hem leevende in de Stad bragt, en
handerd guldens, aan die hem dood zou
flaan (p). Ook werdt in beraad gelegd, om
een ligt fcheepje tegen hem uitteruften (q).
Doch hy viel, niet lang hierna, den Ham-
burgeren in handen, die hem als een zee-
roover het hoofd affloegen (f). Hy heeft,
derhalve, of geenen Laftbrief van den Prinfe
Van Oranje gehad, of dezelve is, te Ham-
burg , niet erkend geworden. Doch korc
hierna, vindt men ciuidelyke bewyzen, dat
zyne Doorlugtigheid beftellingen ter zee
uitgegeven heeft. Jonkheer Adriaan van
Bergen, Heer van Dolhain
, werdt, door hem,
tot zynen Luitenant-Admiraal aangefteld:
en deeze, eene kleine Vloot verzameld heb-
bende in Engeland, daar de Watergeuzen,
zo noemde men 's Prinfen zeevolk, tegen-
woordig, ter oorzaake van het gefchil met
den Hertoge van Alva, toegelaaten werden,
liep, in de maand September, in zee, en
kwam , eerlang , in 't Vlie binnen, daar
hem eerft zeftig,en vier of vyf dagen laater,
nóg veertig fchepen, die uit de Ooftzee
kwa-
(m) Keurb. G. ƒ. T9 verf».
(n) Refol. Vroedfch. N. 2. 30 Maart IJ69. /. 113 verfi.
(0) Zie CommElin , il. 1030.
(p) Refol. Vroedfch. N. 2. 12 Jaly ie«9. ƒ. 121 verfi.
(q) Refol. Vroedfch. Af. 2. 14, 21 July i;<i». f. 12*-
(rj Metj«en lil. Boek, f- 59.
liever honderdduizend guldens 's jaars op
brengen, dan de waarde van alle de bezit-
tingen der ingezetenen openleggen voor den
Hertog en zynen Raad. Men befloot egter,
eerlang, zig te voegen by de meerderheid;
doch niet te bewilligen, dan als overftemd
zynde {e). De Hertog nogtans, geene een-
paarige bewilliging van alle de Nederlanden
hebbende können verkrygen, verklaarde, in
Oclober, dat hy den tienden pennig, waar-
door men den tienden van de roerende en
den twintigften van de onroerende goederen
verftondt, door Holland, zes j aar en agt er-
een, voor tweehonderd eenenzeventigdui-
zend guldens 's jaars, wilde laaten af koopen
(f). Doch deeze fom feheen den Leden
veel te groot. Amiterdam befloot, eindelyk,
'na veel raadpleegens met de Vroedfchap,
in November, te bewilligen in honderd en
vyftigduizend guldens (g). Andere Leden
hadden andere gedagten. De Hertog, die
gaarne eene eenpaarige bewilliging hadt,
zag zig, derhalve, genoodzaakt, de zaak
des tienden Pennings eenige maanden te
laaten fteeken (/;). Óndertuilchen, maakte
het vorderen deezer fchattinge zo veel ge-
rugts, dat ?er merkelyk misnoegen uit ont-
ftondt onder de Landzaaten.
Hier kwam nog by, dat Alva, ten dee-
zen tyde, overhoop lag met Engeland, al-
waar Koningin Elizabet , op 't einde des
jaars 1568, zekere fomme van penningen,
die hem uit Italië toegezonden werdt, aan-
gehouden hadt: 't welk gelegenheid gaf, dat
alle handel met dit Ryk verbooden werdt
(i). De Kooplieden, en ook Amfterdam
leeden hierby veel: 't welk het ongenoegen
over de Regeeringe des Hertogs van Alva
deedt toeneemen.
1569.
Ultra9"
An#f
dan'«
Handel
m.et En
geland
verboo •
den.
vef'idS'
bragc'
De Prins
van O-
lanje
geeft be-
ftellin-
gen te
water uit.
In deezen Hand der dingen, befloot de
Prins van Oranje, die zig nu te Dillenburg
in 't Graaffchap Nalfau onthieldt, 't geluk
der wapenen, welk hem te lande kwalyk
gediend hadt, te water te beproeven , en
aan veele gevlugtte en gebannen Nederlan-
ders beltellingen ter zee uit te geeven.
Onder deezen bevonden zig eenige Amfter-
dammers, als Jan Broek, Nikolaus Ruikhaver,
Dirk van Breemen, Jan Klaaszoon Spiegel,
Dirk Duivel
, Egbert en Jurriaan fVybrands-
zoonen (k)
» en anderen, welker getal, van
tyd tot tyd, aanwies. Dirk van Breemen
was, gelyk wy boven (/) aantekenden, On-
(e) Refol. Vroedfch. N. i. z > i«>*3,17 ^prUt 12, 17,30
May 15S9. f- "4» ITJ> I1S> IJ7, IIS-
(f.) Vaderl. Hift. VI. Heel, il. 303.
(g) Refol. Vroedfch. N. z. 22 Off. 8, '8 •"<"'• IJ69. ƒ.
iib vet/o, 128 , 129.
(h) Vaderl. Hift. VI. Deel, il. 3.°+.
(i) Keurb. G. ƒ. 1+ verf».
(k) Bon. V. Boek, il. 20s. [289] Sentent. van Alva,
il. i+s-
(/) Blair.. 309.
Ook aan
eenige
Amster-
dammers
-ocr page 379-
GESCHIEDENISSEN.
VIII. Boek.
3i9
Ï569. kwamen, en meeft naar Ajnfterdam moes- „ houder van Holland, (bekkende om de 1570.
ten, in den mond liepen, en doorhem ge- „ vr.ye oefening in dat Kloofter te behouden,
en vreemde knegten te weeren uit deScad."
Ook werdt hem te lall gelegd „ dat hy vee-
„ len tot het tekenen van dit Smeekfchrift
„ bewoogen hadt, zonder dat hy 'er hun
„ dubbeld van hadt willen geeven O). " Op'tlyf
nomen en gerantfoeneerd werden (j).
Onder het flroopen der Watergeuzen,
werden tien vendelen Spaanfche knegten
geworpen in Utrecht, daar men nog niat
hadt können bewilligen in het opbrengen der
fomme , die Alva, in de plaats van den
uoor-
lv°gtvan
ktygs-
v°lk te
*-mfter.
dam.
GooJJen Pauw, die voorheen gebannen was
van
Gooiïen
tienden penning,vorderde (r). De knegten ter zaake der Beroerten, bevondt zig, naar pau.vV
kwamen van Alkmaar, en de Vroedfchap
van Amfterdam befloot, den zesentwintig-
ften O&ober, dezelven , hier ter Stede ,
eenen nagt te herbergen (u).
't Vervolgen hieldt nog aan te Amfterdam,
men der Wethouderfchap aangediend hadt, worde
in den Herfft deezes jaars, wederom in dese!d ge-
Stad; waarom myne Heeren van den Ge-'/ec'
regte geraaden vonden , vyfentwintig gul-
dens te beloo^en aan elk, die hem in hunne
an Hen
»ik
%^n in 't jaar 1570. Jan Henrikszoon, Kuiper, handen leverde; elk, die wift waar hy was,
><3tten
vuure
*etoor-
^eld.
I5?0.
Jan met de fVyven gebynaamd, werdt hier,
den elfden Maart, ten vuure verweezen,
om dat hy," dus luidt zyn vonnis „ zig,
in de jongfte beroerten, in de wapenen
begeven hadt tegen de Wethouderfchap:
daarenboven, belaftende , hem aan te bren-
gen , onder bedreiging van anderszins ,
volgens de Plakaaten, geftraft te worden (3/).
Doch de yver, dien men, hier ter Stede, Amfter- '
toonde tegen de Hervormden , en tegen dam moét
en Tiet Kuipers gilde in de Minderbroe- allen, dieeenig deel gehad hadden aan de zyas Ge~
ders Kerkeontbooden, om aldaar te raad- voorleeden beroerten, bevrydde de Regee- ™° voor-
„ pleegen op het doen van een verzoek aan ring niet voor de kwellaadjen, waaraanook regten
den Prinfe van Oranje, om eene andere andere Steden,ten deezentyde, onderwor-den [ier-
Kerk in de plaats van die der Minder- pen waren. De Hertog van Alva, die reeds, ^^ ^n
broederen, en om het weeren van vreem- in 't jaar 1568 , zekeren Edelman, Channego gefchrif-
»
de knegten: ook, om dat hy dikwils de genaamd, nevens Jan Korneliszoon Droog-ie over-
Preeke bygewoond, en het Avondmaal floot, gemagtigd hadt, om der Stede rente- leveren.
gehouden hadt, zonder tó biegte of ter
brieven in te zien, 't welk hem egter ge-
weigerd was (2); nu bevindende, dat hem,
vooral in 't geval van verbeurdverklaaring
van goederen, geduuriglyk, de Privilegien
en Gewoonten der Steden werden tegenge-
ö
Vb
miffe te komen (v~)." Jan Mattbyszoon,
^n ge' Jüküb Rykszoon, Glazemaakers, en Bieter
en* Korneliszoon Kofler, vergeefs, te Amfterdam,
zynde ingedaagd (10), werden, den zesen-
twintigften April, door den Raad der Be-   worpen, hadt aan demeeften, en ook aan
roerten, met ballingfchap en verbeurdver-   Amfterdam, bevolen, dat men dezelven in
klaaring van goederen geftraft. Zy werden   gefchrift ftellen, en hem overleveren zou.
befchuldigd „ dat zy, in February des jaars   Men befloot hiertoe, in den aanvang dee-
1567, de wapenen tegen de Wethouder-   zes jaars; doch ftelde vaft, de overlevering
fchap gedraagen hadden. Jan Matthys
zoon zou, daarenboven, den Onderfchout
Gerrit Klaaszoon, die 't Vendel voor de
Wethouderfchap en deKatholyken droeg,
hebben toegegraauwd, Foei, gy Baals die
van het opftel niet te doen, dan na dat men
't den Geregte en den zesendertig Raaden
hadt medegedeeld (d): 't welk, federt, ge-
fchiedde (*). Op het bewilligen in den De Stad
tienden penning, dien fommige Geweften, verklaart
naar! draagt "gy 't vendel voor Baal? Ik voor een zeker getal van jaaren, hadden ziS noS
j, had u voor een' ander man verfleeten. Ja- afgekogt,werdt, in Holland,ook nogfterk jee^,e"ien.
Jakob Rykszoon werdt ook voor misdaad gedrongen. Doch te Amfterdam befloot men den Pen-
aangerekend „ dat hy't Avondmaal, op de zig daartegen te verzetten, al ware't zelfs ning.
„ Kalvinifche wyze, in 't Minderbroeders- dat het ontwerp deezer belaftinge vry wat
» Kloofter , gehouden hadt; " en Pieter gemaatigd werdt (#>• 't Kwellen der Re-
Korneliszoon Kofter „ dat hy een der geeringe hieldt hier, ondertuffchen, aan,
j> hoofden van eene Vergadering in de Sa- byna zo lang als Alva in 't bewind was.
»> criftie van 't Minderbroeders - Kloofter De wanorde onder 't zeevolk des Prinfen Jan van
« geweeft was, daar overlegd werdt, om van Oranje was, dit jaar, zo groot, dat zy- r™yen>
ne Doorlugtigheid den Heer van Dolhain £ ™
ont-
(x) Seatent. van Alva, il. -'■»•
(y)
Keurb. G. ƒ. 44 ver/o.
(z) Refol. Vroedfch. N. »• t« AuS- 'S««- f. ioj.
(a) Refol. Vroedfch. N. i. S,'J J^n. 1570./. 131,133.
(6) Zie Hand». H- «■+*•
(c) Refol. Vroedfch. N. z. 31 Maart, 7 , g, i4/j9W/,;,
4., 8 May IS70. f. I4<= wfi, H*i Hj , i4J , i4/.
Tc
M een Smeekfchrift in te leveren aan Willem» van Naffau, Prinfe van Oranje, toen Stad-
m
(0 Boh v. Bsik, il. 108. [y) Bon v. Bofl, il. 107.
9.]
88.]
oa.
IJ«J. ƒ. 1*7 vtrfi.
verr ntentielj- van *<■ APril 'S66- W »I May JJ6S./.
(«»Keurt!"""- "* 'yd' Van
ALVA' hl' iSi'
I. STUK.
-ocr page 380-
II. Deel.
AMSTERDAMS
320
da agterlaatende, die egter nog te regt raak- T57 '
ten. Ruikhaver ftroopte in 't Vlie, met vier of loopt g«"
vyf fchepen. Maar de Graaf van Ooftfries-vaar>
land hieldt daarna tien of elf fchepen van Dirlc ^
de Watergeuzen te Embden aan, en zette Bre^rnin
Hopman Dirk van Breemèn gevangen (g); j^tenis-
die egter, na verloop van eenigen tyd, we- DoortoS1
derom geflaakt werdt.
                               van
De Hertog van Alva, bedugt voor 't in- Krygs-
neemen van de eene of de andere Zeeftad^olk
in Holland, befloot, in de Lente des volgen-jf jaB),
den jaars, Utrecht te ontlaftcn van Krygs- ^j,
volk, en het te doen trekken naar Delft,
Leiden, Briele en Alkmaar (h). 't Volk,
dat naar Alkmaar gefchikt was, werdt, in
gevolge van eenbefluit derVroedfchapvan
Amfterdam, voor deeze reize, en om de
ongenade des Graaven van BofTu, die 't ver-
zogt hadt, te ontgaan, hier ter Stede geher-
bergd (ï). Te vooren, waren de Waterlie-
den , door Boffu, te Amfterdam befchree-
ven, en was, op deeze Dagvaart, befloo-
ten, hier twaalf Oorlogsfchepen uit te rus-Uitrit'
ten, onder den Admiraal Boshuizen, die de ting té*
Watergeuzen , eerlang , aantaftte op de ^ee a'
Eems , en verfcheide van hunne fchepen ler'
veroverde. Doch een van de twaalf fche-
pen werdt, eer nog de Vloot in zee liep,
door den Hopman Zeger Franszoon van Me-
denblik, aan's Prinfen zyde overgebragt,
na dat hy bedongen hadt, dat hy 't Hopman-
fchap over het zelve behouden zou (k).
Midlerwyl, hadt Alva, die nergens meer Alva
op uit was, dan om de groote Steden on-zoek^
der bedwang te krygen , reeds eenen aan-een. fs
vang gemaakt van het ftigten van Kaftee- ^oeti 0
len, in eenigen derzelven. Hy hadt ook voor, ten, tB
om 'er te Amfterdam op de Laftaadje een Amfte*'
te ftigten, waarvan hem, in 't voorleeden dan1,
jaar, reeds twee grondtekeningen vertoond
waren (/). De Regeering, kennis van dit
voorneemen gekreegen hebbende , hadt,
door haare Afgevaardigden te Antwerpen,
Elbert'Dirkszoon Markus en Kornelis Ja-
kobszoon Brouwer, gearbeid om van dee-
zen laft verfchoond te blyven. Zy werkten,
door den Heere van Noircarmes, op den
Hertog, en weezen aan „ dat Amfterdam
„ klein genoeg, en geheel voor den Koning
„ was. Dat de grond, in en buiten de Stad,
„ altoos zeer week geweeft; doch nog wee-
„ ker geworden was, federt de jongfte dyk-
„ breuken, waarom dezelve gantfch onbe-
„ kwaam zou bevonden worden , tot het
» leg-
(g) Hooit VI. Boek, hl. 217 , zis.
(h) HOOFT VI. Boek, il. 221.
(i) Keutb. G. ƒ. 49 ver/o. Reib). Vroedfch. N. 1. s May
157t. ƒ. 17t.
(k) HOOFT VI. Boek, hl. "i.
(I) Zicdcztiven by dapper , II. 20+ en Commelii»,
hl, 10)+.
ontzette van 'tAdmiraalfchap, enGilainvan
Rennes, Heer van Lumbres
, in Auguftus,
tot Overfte der vloote aanftelde (rf). Se-
dert , werdt 'er fterk geroofd op zee. Doch
de Watergeuzen, die, hier en daar , be-
trapt werden, moeften hun bedryf boeten
met den hals. Jan van Troyen raakte, in 't
najaar, te Amfterdam, in hegtenis. Zyne
makkers, met reden, bedugt, dat men hem
een' fchandelyken dood zou aandoen, dreig-
den die van Amfterdam, dat zy 't aan hun
vernaaien zouden. Men ftondt dan eenigen
tyd in beraad, of men met de uiïvoering
van 't vonnis voortgaan zou. Doch de Vroed-
fchap, hierop gehoord , oordeelde „ dat
men hem ftraffen moeft, zonder de be-
„ dreigingen van de boeitfen ende piraten of
„ zeeroovers, zyne makkers, te ontzien (e)."
By 't geweld, bediende men zig ook van
't bedrog, om zynen vyand afbreuk te doen.
Twee burgers van Amfterdam, Jan Koe-
nenszoon
en Jan Beth Janszoon, ruftten een
fchip uit, welk zy, met verlof des Prinfen
van Oranje, door toedoen van Jonkheer Di-
derik Sonoi
, ten deele te Antwerpen , ten
deele in Zeeland, met Spaanfche en Ita-
liaanfchekoopmanfchappen, belaadden, met
oogmerk, omze den eigenaaren te ontvoe-
ren, en naar Embden te brengen, niet naar
de plaats , werwaards zy bevragt waren.
Doch zy werden, door tegenwind,genood-
zaakt te Rochelle in te loopen, daar zy, die
zig de helft van een' fchoonen buit hadden
toegelegd,gedrongen werden,de goederen
om half geld te geeven, en dus weinig meer
dan de fchande van zulk een veragtelyk be-
dryf overwonnen (ƒ ).
De noordweftelykeftorm, die den eerften
November opftak, en twee etmaalen duur-
de , zette , onder anderen, het water zo
hoog op tegen den Diemerdyk, dat'er,tus-
fchen Amfterdam en Muiden, wel twaalf
of dertien gaten in braken. Hier ter Stede,
liepen veele kelders en pakhuizen onder, en
de fchade aan Koopmanfchappen was on-
waardeerlyk. Het onweer verydelde, daar-
enboven, verfcheide aanflagen des Prinfen
van Oranje, die, omtrent deezen tyd, on-
dernomen hadt, zig van Hoorn of Enkhui-
zen meefter te maaken. Lancelot van Bre-
derode, die, met eenige fchepen, vooruit
gezeild was,om eerftTexel te hemagtigen,
liep, door de opkomende vorft, die op den
itorm volgde, groot gevaar van 't grondys;
waarop hy, onverrigter zaake, naar Emb-
den te rug keerde, de fchepen van Nikolaas
Ruikhaver en Barthold Entes van Menthe-
1570.
als een
zeeroo-
ver ge-
firaft.
Schande-
lyk be-
drog van
twee Aja-
fterdam-
mers.
Schade ti
Amfter-
dam door
boogen
W;iter-,
vloed ge-
leeden .
't Schip
vanRuik-
haver
(d)  Zie 130R V. Boek, hl. zsj. [523.]
(e)  Refol. Vrocdl'ch. N. z. 20 Nev. isjo.f. H%-
(f)  Hooft VI. Boekt hl. zitf.
-ocr page 381-
GESCHIEDENISSEN.
VUL Boek.
321
Anna de Vlafier ,d\e beide der Doopsgezin- 1571.
den Leere waren toegedaan, ten vuure ver-
oordeeld (Y). Sommigen tekenen aan, dat
deezen twee de laatften waren, die, hier
ter Stede, om hun geloof■, ter dood wer-
den gebragt (t). Doch anderen melden ,
en 't blykt ook uit de Stads Regifiers (u),
dat 'er, den derden September des jaars
1572, nog twee Kleêrmaakers, Sander Wou-
terszoon
en Evert Henrikszoon,va.n der Doops-
gezinden belydeniffe, verbrand geworden
zyn (v). Ten zelfden dage, werdt Ocker Har-
menszoon,
die, in de jongfte beroerten,de
wapenen tegen de Overheid gedraagen, en
altoos veroordeelde gezindheden aangehan-
gen hadt, op gelyke wyze, ter dood ge-
bragt (w).
Het vervolgen der Onroomfchen fcheen De Ani-
de tegenwoordige Regeering van Amfter-fterdam"
dam geagt te moeten maaken ten Hove;^
daar men de flapheid der Wethouderfchap van't jaar
„ leggen van een Kafteel en van Krygsvolk:
„ en dat de Sloten te Muiden, te Meden-
„ blik en te Staveren genoeg in ftaat wa-
„ ren, om de Zuiderzee, en Amfterdam zelf
,, te bedwingen." Doch men gaf hun, op
deeze redenen, flegts onzeker antwoord. Zy
deeden van't gehandelde verflag, in eenen
brief van den elfden November des jaars
1570, die nog voorhanden is (ra), 't Liep
nog aan tot den agttienden December, eer
Burgemeefteren der Vroedfchap kennis ga-
ven van Alva's voorneemen, om hier een
Kafteel te ftigten. De Vroedfchap befloot,
terftond, Burgemeeftecen het fluiten van
dit voorneemen geheellyk over telaaten(«).
Doch in January deezes jaars 1571, fchreef
de Graaf van Boffu eenen Brief aan den
Schout, meldende „ dat de Hertog van Al-
,, va voorhadt hier een Kafteel op te reg-
„ ten, en het zelve te voorzien van Spaan-
„ fche bezetting." De Vroedfchap vondt
toen geraaden, zelfs eene merkelyke fom-
me gelds uit te looven, om van 't een en 't
ander bevryd te blyven (0). Kornelis Ja-
, kobszoon Brouwer, Burgemeefter , Simon
Maartenszoon
en Jakob Korneliszoon, Raa-
den, en de Penfionaris, Meefter Adriaan
h Sandelyn , werden gemagtigd om over dit
k0oStad ftuk te handelen ten Hove. Zy bragten,
^t 5f eindelyk, te wege, dat men 't Kafteel en de
Spaanfchebezetting, voor tweehonderd dui-
zend guldens, liete afkoopen (p), die, op
bekwaame termynen, zouden voldaan wor-
den. Hiervan werdt een verdrag gemaakt
op 's Konings naam, welk, den zevenden
July, te Antwerpen, getekend was. Uit dit
Verdrag, blykt,; onder anderen, dat men
van zins was, de tweehonderd duizend gul-
dens , die Amfterdam;opbrengen zou, tot
het ftigten van een Kafteel te VH^jngen, of
tot andere einden, naar 's Konings weibe-
ha agen, te befteeden. 't Verdrag wordt
nog, in de Oude Kerke (q), bewaard, en al-
zo het nog nimmer gedrukt geweeft is, heb-
ben wy het, hier agter, onder deBylaagen
)kt
W' geplaatft,
van den jaare 1566 zo zeer afkeurde, dat 1500
de Schout, Pieter Pieterszoon , reeds in wordt
November en December des voorleedenRadder
jaars, brieven ontvangen hadt van den Her- Beroer-
toge van Alva, waarby hem bevolen werdt, ten ge-
die Wethouderfchap voor den Raad derdaS'
Bercerten, te Bruffel, te dagvaarden ; ge-vaard*
lyk hy, federt, deedt (x). De Vroedfchap
vondt geraaden, deeze dagvaarding, fchrif-
telyk, te beantwoorden (3/). Doch de Hertog,
niet voldaan in dit antwoord, zondt, eerlang,
Defiderius van tZefiig, met volmagt her-
waards, om onderzoek te doen wegens 't
gebeurde in 't jaar 1566. Zelfs befloot de
Vroedfchap, op den negentienden Juny, dat
de Regenten van het gemelde jaar, voor
deezen Gevolmagtigde , verfchynen zou-
den , om de getuigen te zien beëedigen. Te
vooren, waren deeze Regenten, naar't fchynt,
ook te Antwerpen geweeft, daar menelkai>
deren egter, over de wyze van regtsplee-
gen, niet hadt können verftaan. De Vroed-
fchap zag, federt, een Verbaal van't gene
aldaar gehandeld was (2). Doch of, en hoe
dit geding afliepe, is my, zo weinig als an-
deren 00, gebleeken. Vermoedelyk, heeft
men 't weeten te rekken, tot in't volgende
jaar, wanneer Alva, door het omflaanvan
verfcheide Steden, de handen vol werks
kreeg, en minder reden hadt, om de Ste-
den,
(s) Sententieb. van 16 April i$6S. tot 21 May *S7*- f-
120,127. Doopsgez. Martel, boek, II. Diel, bl.H7iS\t.
(t) COMMEjLIN , il, I04.I.
(a) Sententieb. van Apr. \$66. tot z6 May I57i-f. 142.
(v) Doopsgez. Martel, boek, II. Deel , bl. 6> 6zi,
(w) Sententieb. alsbovtn,/. 142 verft.
\x) Refol. Vroedfch. N.z. 9, '8 Deeemb. 1570./. I(Jo>
161 verfo.
(y) Refol. Vroedfch. N. 2. 7, I0 Ja«- IJ7I./. IS»
verfo , 16 5.
(z) Refol. Vroedfch. N. 2. 19 Jmy TJ71. /, I?},
\a) HOOFT IV. Boek, '*• 1«J-
Tt 2
>:
Doch de Regeering van Amfterdam hadt
v^iod'e ^e ^tad met gevryd van 't Kafteel en de
^t. n Spaanfche bezetting, om dat zy thans min-
H der yverde tegen de Hervorming dan voor-
been. Op den zesentwintigften Juny dee-
*fs jaars, werdt een groot Schuitevoerder,
Gerrit Korneliszoon genaamd, en op den tien-
^en November , zekere Anna Henriks of
tl.
m)Z'e dien by DAPPER, II. 20J en by COMMELIN,
io3 +
iy. *-ejf°l- Vroedfch. ff. z. is Dec. i$7°. f. 161.
»«♦,■«+„: Vro=dfch. N. 2. 2g "Jan. 14 Ttbt. 1571. f.
W Sä^h- N- »• *« r> W'f* ««7-
-ocr page 382-
322                 AMSTERDAMS                II. Deel.
nieuw Plakaat over uit: 't welk men hier, I5^2'
wederom niet dan onder Protei!, dat men
in den tienden Penning niet bewilligd hadt,
dan wanneer 'er alle de Nederlanden in bewil-
ligden, door eenen Deurwaarder, liet af-
kondigen (ƒ).
Het aarzelen der Regeeringe om in den Mi5fl^r
tienden Penning te bewilligen kon, onder-g^^js
tuilchen, niet nalaaten invloed te hebben on te[ »jf*
1                                                                                                                                           *~ OP
het gemeen. Men verfpreidde, en't werdt
by eenigen geloofd , hoewel ik 'er, in de
Refolutien der Vroedschap, geen blyk
van vind, dat de Stad (g), of een der Burge-
meefteren (h~), om 't weigeren van den tien*
den penning, in eene boete van vyfentwin-
tigduizend guldens verweezen was: 't welk
het misnoegen zo zeer deedt aanwalTen on-
der de burgerye, dat veelen niet fchroom*
den, Alva eenen Knevelaar en Dwingeland te
noemen, en het oog te wenden naar den
Prinfe van Oranje. De jongens hielden o-
penbaare gevegten in de Stad, waarin, een
den Hertog van Alva, die den tienden pen-
ning kwam vorderen , en een ander den
Prins van Oranje verbeeldde, 't Slot van
deeze kinderftryden was altoos, dat Alva op
de vlugt, enten Lande uit gejaagd werdt.
Men voer, zelfs van den predikftoel, uit te-
gen den Hertog,ter gelegenheid van eenen
plegtigen Bededag, door 't Hof van Hol-
land, uitgefchreeven. Sommige Predikers
baden God, dat hy Alva's hert vermurwen
wilde, en neigen tot het handhaaven der
Privilegien, die hy nu met voeten trade
De Minderbroeders te Amfterdam verklaar-
den zig openlyk tegen den Hertog van Al-
va, en fchroomden niet hem denaamenvan
dwingelanden regtfehender naar 't hoofd te
fmyten. Ondertuffchen, waren te Amfter-ï^"r
dam reeds twee Hoofd-ColleÊteurs of Gaar- o* Ri-
ders van. den tienden Penning aangefteld, te &u*s
weeten Reinier Henrikszoon en Dirk Everts-^f^
zoon
, die zeftien minderen onder zig had- ti^jpi
den, agt aan de oude, en agt aan de nieu- PePvjii'
we zyde; doch deezen maakten allen zwaa- ^p.
righeid, om zulk een gehaat ampt waar te
neemen, welk zy meenden, tot Burgemees-
teren te behooren. Maar Burgemeefteren
fchooven 't op Schepenen, die'er even wei-
nig toe neigden (/). De Onder-Colleéteurs
hadden den eed nog niet gedaan op den eer*
ften April, toen Burgemeefteren der Vroed-
fchap eenen brief voorlazen van den Stad-
houder, Graave van BoiTu, waarby de Re-
geering vermaand werdt tot uitvoering vatf
t
(f)  Refol. Vroedfch. N. z. s, 2° 7"k. 8, 9, 10, '**>
17, 10 Maart 1571. ƒ. 197, 2°° V£rfoy 204., 20J, zoi'
(g)  HooïT VI. Hoek , hl. 22i.
(h) Apol. van Will. I. tl. Sf.
(i) Corn. HAEMRODIUS apud PojïTiNVM Araü. ttr'
I. Cap. IX. p. s«» J1.
1571.  den, die zyne zyde hielden, gelyk Amfter-
dam beftendiglyk deedt, zeer te kwellen.
Hande- Doch de tiende Penning lag hem nog digt
ling om aan't hert. Hy wendde, in den Zomer dee-
Amfter- zes jaars } nieuwe poogingen aan, om de
oïïien-' Staaten der by2ö8ndöre Geweften, met naa-
gen van me die van Holland, tot bewilliging in den
den tien- zelven over te haaien. Maar hier vondt hy
den Pen- den meeftén tegenftand aan Amfterdam. De
ning te yroedfchap deezer Stede verftondt „ dat
w°iïgen" » zy '> te vooren alleenlyk overftemd ge-
„ weeft zynde, niet gehouden was aan zulk
„ eene afgeperiïe bewilliging. Of zo men
„ dezelve al voor wettig hieldt, behoorde
„ men 'er zig, in den tegenwoordigen toe-
„ ftand des tyds, niet van te bedienen. Hol-
„ land was verarmd , door den zwaaren
„ watervloed des voorleeden jaars, door de
„ aanhoudende zeerooveryen, en door eene
„ algemeene neeringloosheid. Hierby kwam
„ het verhoogen der tollen in de Zont, het
„ aanhouden van meer dan zeitig Zoutfche-
„ pen in Zweeden , de fchade, onlangs in
5, Engeland geleeden, en de groote duurte
„ der Graanen en andere leevensmiddelen:
„ al 't welk eerder vorderde dat Holland
„ van voorgaande laften ontheeven,danop
j, nieuws belaft werdt (#)•" Doch 's daags
na 't neemen van dit befluit, kreeg de Vroed-
fchap kennis, dat de Raad van Holland ee-
nen Deurwaarder herwaards gezonden hadt,
die 't Plakaat op den tienden Penning be-
geerde te doen afkondigen. Men befloot,
na vier dagen verloops, de afkondiging te
gedoogen , onder zekere Proteflatie (c).
Wat laater, ontving men, hier ter Stede,
een nader Plakaat, waarby de aanftelling
van Collectéurs of inzamelaars des tienden
Pennings bevolen werdt. Doch daar ver-
liepen wel veertien dagen, eer de Vroed-
fchap bewilligde in de afkondiging van dit
Plakaat (U). Ook kwam 'er eenige maati-
ging in 't voorgaande Plakaat op den tien-
den Penning: 't welk de Stad wederom tot
het befluit bragt, om zig te voegen naarde
meerderheid. Men verzuimde egterniet,
aanhoudende Vertoogen te doen ten Hove,
en aan de Gemagtigden des Hertogs van
Alva, den Sekretaris de la Torre en den
Heer van Ooilerwyk, die in December her-
v/aards gekomen waren, om de Stad over te
haaien tot bewilliging (e). Het Hof van
Holland fchreef 'er ook over, en de Graaf
1572.  van Boflli drong 'er fterk op, in Januarydes
volgenden jaars. In Maart kwam 'er een
(t) Refol. Vroedfch. N. z. zä Aug. U71. f. igowr/J.
(c)  Refol. Vroedfch. N. z. 27, 31 Aug. i3 Stpt.isji,
f. J3I , I83 , I85.
(d)  Refol. Vroedfch, N. z. 30 Oiïeb. 13 Nov. 1571. f.
IS7, 188.
(e)  Refol. Vroedfch. N. z. ij Nov. 3, iö, 14. Decemb.
'571. f. IS» verfo, IJl virfo, 153, iyj vtrji.
-ocr page 383-
VIII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
323
l5?2. 't Plakaat op den tienden Penning. Doch en ter ooren der Huisvrouwe van de Ryk, •*&-£$
men befloot zulks te verfchuiven , tot dat die zig toen aldaar bevondt, en terftond by'
de Onder - Collecteurs beèedigd zouden zyn
(&)• En deeze was de laatfle reize, dat,
hier ter Stede, over 't heffen des tienden
Pennings, geraadpleegd werde. Op dee^
zen zelfden dag, werdt Briel ingenomen
door de Watergeuzen; 't welk zo groot ee-
ne verandering te wege bragt in de maat-
regels des Hertogs van Al va, dat hy be-
floot , het heffen des tienden Pennings,
vooreerft, te ftaaken. Het inneemen van
Briele is zo vermaard in 's Lands gefchie-
denillen, dat wy 'er hier niet byzonderlyk
van behoeven te gewaagen, dan voor zo ver
'er eeniee uitseweeken Amfterdammers de
hand in gehad hebben.
De voornaamften onder deezen waren Ja-
kob Simonszoon de Ryk, Jan Klaaszoon Spie-
gel, Nikolaas Ruikhaver (3), en Dirk Dui-
vel. De Ryk hadt zig, gelyk wy boven (T)
aantekenden, te Dantzig nedergezet; doch
feiert, nevens andere vlugtelingen,'eenige
penningen tot onderftand des Prinfen van O-
ranje uitgefchooten hebbende, werdt hy ,
ten laatfle, verdrietig, en befloot,op eigen
koften, een Oorlogsfchip in zee te brengen,
waarmede hy, in gezelfchap van Dirk Dui-
vel en Jan Sieuwertszoon i die ook elk een
fchip hadden uitgeruft, buiten kennis zyner
huisvrouwe, die in 't kinderbed lag, naar
Engeland zeilde, daar 's Prinfen Vloot by-
een kwam, en van tyd tot tyd,op buit uit-
voer. Doch de Ryk, wars van zulk eene
leevenswyze , fpoorde zyne makkers dik-
wils aan, om iet eerlykers en gewigtigers,
tot redding van 't Vaderland, te ondernee-
men. Hierby kwam, dat Koningin Eliza-
bet, geperft door den Hertoge van Alva,
om den wederfpannelingen zyns Meeflers
geene fchuilplaats te verleenen, hun, in de
tente deezes jaars, haar Ryk en allen on-
derftand uit het zelve öntzeid hadt. Men
Weet, hoe toen eene Vloot Van vierentwin-
tig fchepen, van Engeland naar Texel on-
Qerzeil gegaan zynde, door tegenwind, de
^aaze ingeloopen, en zonder moeite, mees-
ter van den Briele geworden is, welke Stad
^n, nogtans, terftond wederom geruimd
zou hebben, zo 't,door de Ryk, DirkDui-
Jjel en eenige anderen, niet belet gewor-
^en was. 't Gerügt van 't bemagtigen van
OB« Briele kwam wel haaft te Amiterdam,
[*) Refol. Vi-oedfch. N. z. i April 157-- ĥ 207.
Rm-3i?t Hooft fchryft f VI. Boek , bl. 230) dat
ftukk VGr-Van llaarIem' was* Doch 'tblykt, uit
}jV tee?' die wy wat laage,r zullen aanhaalen , dat
(XI Boel am Sewoond hadt. Ook noemt Bor
Auiftexdamme?' 3I°' ^c6^ hsm een ëeboorsn
haaren Vader, Nikolaas Hooft, Jiep ker-Huis-
men „ dat haar man, met een hand vol vrouwe.
„ volks, in den Briel was, in gevaar om,
„ eerftdaags, met al de overigen, opge-
„ hangen te worden." Doch de oude man,
't ftuk beter bezeffende, riedt haar goeds
moeds te zyn. Zy hebben, zeide hy , de
koe by de hoorens. Zyn zy zo wys geweefi dat
zy zig meefler van den Briel gemaaki hebben;
zy zullen zig van de galg wel weeten te wag-
ten (m).
Ook leedt het niet lang, of de jjy zeile
Ryk zeilde, met twee veroverde fchepen, naar En-
naar Engeland, in voorneemen om dezelven geland.
daar te gelde te maaken, en met volk en
voorraad van oorloge te rug te keeren. 't
Gelukte hem : en hy kreeg, eerlang, een
vendel van vyfhonderd koppen, meeft uit-
geweeken' Nederlanders, byeen. Doch Ro-
bert Dudlei, Graaf van Leicefier
, klaagde
hem aan by de Koninginne, wier verbod hy
wel will overtreeden te hebben. Nogtans,
waagde hy, op haar bevel , voor haar te
verfchynen. Zy vraagde hem alleenlyk naar
de gelegenheid van den Briele, en hoe 't
met de verovering toegegaan ware, en ver-
maande hem toen, geen onrufl in haar Ryk
te verwekken, en zig naar huis te fpoeden,
gelyk hy, met drie fchepen , deedt («).
Vier dagen na 't overgaan van Briele, hadt Komt ts
Vliffingen, daar men een Slot ftondt te flig- Vliffin-
ten, de Walfche bezetting ter poorte uit af-
gejaagd , en agt vendelen Spanjaards, die te
fchepe derwaards kwamen, buiten gehou-
den. Eenige ingezetenen, federt, bezeffen-
de, wat zy verrigt hadden, en dugtende
voor 's Hertogs ongenade, hadden zig, op
eenige pinken en viflehers boots, in zee be-
geven , en zworven op de hoogte van Dou-
vres, toen de Ryk, op de te rugreis naar
den Briele, hen verpraaide, en zig van hun
beweegen liet, om met hen te rug te keeren
naar Vliffingen, daar zyne aankomfl der be-
kommerde burgerye nieuwen moed gaf.
Hoe Pedro Pacieco of Pacietto, zonder vanBrengt
'tomflaanderStad iet vernomen te hebben, Veere
zig, naderhand,daar binnen gekomen, aan aan de
de Ryk gevangkelyk overgaf, en zyne on- |3J. **
voorzigtigheid met den hals boeten moeft, Ver.
en hoe de Ryk de Stad Veere aan de Staats
fche zyde overbragt, en tegen de Spanjaards
verdedigde, is, by anderen, uitvoeriglyk,
aangetekend (o), en ftaat ons hier, daar wy
ons, voomaamlyk, met de gefchiedenifTen
van Amfterdam bezig houden, niet in 'c
breede te vernaaien.
Het
(m) HOOFT VI. Boek, tU "8, 229 , 230, 251.
(n) HOOFT VI. Bo*k, tl. 23+, 23j.
(O) HOOFT VI. B'ikt «• 235-23».
Tt 3
l
5e.
1,
-ocr page 384-
AMSTERDAMS             II. Deel.
3*4
„ Oranje, onder beleid van zynen Broe- J57
„ der, Graave Lodewyk van Naffau , te
„ Rochelle hadt doen verzamelen, om de
,, den en onderzaaten van zyne Majefteit,
), den Koning Van Spanje, te overvallen en
„ te befchadigen (u)."
                                         geS.
De Prins van Oranje, die^ reeds eenen DS0Ol-
geruimen tyd, fchoon zonder vrugt, gear- |aDjfche
beid hadt, om eenige Duitfche of Noord- etl
fche Vorften, of Frankryk, of Engeland zy- Ze^L
a;      Het omflaan van Vliffingen, waardoor de
ft
      voorgenomen opregting van 't Kafleel al-
Jam
        daar, tot welke Amfterdam beloofd hadt
wordt
     tweehonderdduizend guldens te zullen fchie-
ontflaa-
   ten ? geftremd werdt, gaf aan Burgemees-
gen van
  terencleezer Stad gelegenheid,om den Her
at
  toge van Alva, fchriftelyk, te verzoeken, dai
van een hy hun , die reeds het grootfte gedeelte
gedeelte deezer fomme hadden opgebragt, van het
der pen- opbrengen van 't overig gedeelte omflaan
fot 12' wilde- En de Herto§ bewilligde, den agt-
ftigten entwintigften May, in dit verzoek, onder
van een zekere voorwaarden, te vinden in zyne by-
Kafteel tekening op het Verzoekfchrift, welk, in
^ p^~ de 0u^e Ker&e 00 •> bewaard wordt; en,
aeffchikt. alsnog nimmer gedrukt geweeft zynde, van
ons, hier agter, onderde By!aagen(q) tge-
plaatft is.
Nikolaas Den vyfden May te vooren, waren, op
Ruikha- uitdrukkelyk bevel des Hertogs, hier ter
yer' Jan Stede, ingedaagd Klaas of Nikolaas Ruik-
van der haver, Jan Janszoon van der Ntewuienbiirg,
Kien- Egbert enjuriaanWybrandszoonen,geboo-
wenburg, ren in Priesland, Dirk Duivel en Jan Klaas-
Egbert zoon Spiegel, allen, en dus ook Ruikhaver,
riaan geryk WY boven (r) aanmerkten, Poorters
Wy- van deeze Stad; om zig , wegens hunne vlugt
brands- en afwezendheid, voor den Raad der Be-
??.°"?.n! roerten, te komen verantwoorden (Y). En
vel en Jan naardemaal het Geregt verftaan hadt, dat
Klaas- eenigen, die, ter oorzaake der voorgaande
zoon beroerten, gebannen waren, zig heimelyk
spiegel jn je staj onthielden, werdt elk, by af-
Jdaa^'d en kondiging van den zesden, bevolen, zulke
gebaV perfoonen aan te brengen, zullende zy, voor
nen. ieder derzelven,vyftig guldens genieten(Y).
De zes ingedaagden,drie of meer van wei-
ken Briele hadden helpen inneemen, wagt-
ten zig, ondertuffchen, wel, van voor den
Raad der Beroerten te verfchynen , en wer-
den daarop, den derden Juny, door deezen
Raad, met verbeurdverklaaring hunner goe-
Wat hun deren, ten Lande uit gebannen. Zy wer-
te lafl ^en ajjen befchuldigd „ dat zy, nevens an-
werbt? " dere ballingen, eenige fchepen hadden
„ helpen veroveren, met naame het Markt-
„ fchip van 's Hertogenbofch op Antwer-
„ pen, waarin, behalve de Koopmanfchap-
„ pen, wel vyfenveertighonderdRyksdaa-
„ Iers aan gemunt goud en zilver geweeft
„ waren." Den twee Broederen, Egbert
en Juriaan Wybrandszoonen, Dirk Duivel,
Jan Klaaszoon Spiegel en Klaas Ruikhaver
werdt tot misdaad aangerekend „ dat zy
„ Kapiteins of medehelpers geweeft waren
„ op de Oorlogsfchepen, die de Prins van
(p) Laude XVIII.
iq) Lr. C.
(r) Blaiz. 313 Aantik. (})
(s) Keurb. G. f. 6i ver/ii.
(t) Keurb. G. f. «z.
ne zyde te doen kiezen, en tot onderftand fcl:Cer-
tegen den Hertog van Alva te beweegen,^^*
nam klein behaagen in 't bemagtigen van§{.aatfc^
den Briele; 't welk hy voor ontydig hiekk. zyde
Doch 't omflaan van Vliffingen en Veere,
welk, eerlang, van het omflaan van Enk-
huizen, en van allede Steden van het Noor-
derkwartier van Holland gevolgd werdt,
deedt hem veranderen van gedagten. 't Be-
leg van Bergen in Henegouwen, welk door
Graave Lodewyk verraft was, noodzaakte
Alva ook,zyne meefte Krygsmagt uit Hol-
land te trekken, en derwaards te voeren,
voor 't einde van Juny. En dit deedt nog
meer Hollandfche en Zeeuwfche Steden om-
flaan : en onder anderen, Gouda, Leiden,
Dordrecht, Gorinchem en Haarlem,welke
laatfte Stad, den derden July, tot 's Prin-
fen zyde overging. In Gelderland, in U-
trecht, in Friesland en in Overyffel,vielen
ook verfcheide Steden den Spanjaard af. In
Holland, kwamen Rotterdam, Delft en an-
dere Steden, ook nog in July, tot 's Prin- f,
fen zyde over (v). Amfterdam was, eer- h^\$
lang, de eenige Stad in dit Geweft,die de d»JJf*
Spaanfche zyde bleef aankleeven, en werdt %i\&
'er in verfterkt door brieven van den Her-
tog van Alva en van den Koning zelven ,
waarvan der Gemeente, op den vierden Au-
guftus, by openbaare afkondiging, kennis
gegeven werdt O).
                                          ^
De Staaten van Holland, die nu meeft T^yn"
allen den Prinfe van Oranje aanhingen, had-^V'
den hunne eerfte Dagvaart na de verande- ®0ti\
ring, den vyftienden July, te Dordrecht ge- \,e^t
houden, en Willem, Graaf van der Mark en t"n &<
Heer van Lumei,
voor 's Prinfen Stedehou- ^„V*
der aangenomen; gelyk Jonkheer Diderik ^ ^
Sonoi, in 't Noorderkwartier, welk, door ze &
Amfterdam, van 't Zuiderkwartier afge-
fneeden was, in dezelfde hoedanigheid, er-
kend werdt. Op den tienden Auguftus, ver-
gaderden deeze Staaten voor de tweede rei-
ze te Haarlem, daar geraadpleegd werdt,
om Amfterdam, met geweld, tot 's Prinfen
zyde over te brengen. Sonoi zondt Willem
Dirkszoon Bardes , gewezen Schout van
Am-
(») Sentent. van Alva , tl, ï+J.
(v) vaderl. Hift. V[. Deel, tl. 3j;-3«l.
(w) Keurb. G. /. 73.
-ocr page 385-
GESCHIEDENISSEN.
VIII. Boek.
0-5
Klooiter, welk ingenomen werdt. Lumei 1572. 1
viel, terilond, aan 't opwerpen van fchan-
fen op de wegen, om der Stad den toevoer
te lande af teYnyden.Ondertuflchen,deedt
de vrees, dat hy digter onder de Stad,
daar alomme fterk getimmerd was, nefte-
len mögt, den Raad befluiten, om de Las-
taadje buiten de S. Antonis-poort, en zelfs
de huizen buiten de Reguliers- en Jan Roo-
den - Poorten in den brand te fteeken (e). By
deeze gelegenheid, raakten, in de Waal e
voor de Laftaadje, een groot getal van fche
pen in den brand. De Graaf van der Mark,.
vier {tukken gefchuts bekomen hebbende
van de Staaten van Holland , zondt een'
trompetter naar de Stad, met vriendelyke
brieven van gemelde Staaten, haar verman-
nende van partye te wiflelen. Doch men
weigerde de brieven te ontvangen, en fchoot
op den brenger. Den twintigftcn, kwamen Zy neemt
'er vier vendelen binnen , die , door den meer
Graave vanBoflu, van Utrecht waren gfge-'!,ezettin's
zonden, tot verfterking der bezettinge, en,1U'
den eenentwintigden,tegen den avond, ee-
nen hevigen uitval uit de Reguliers - poorte
deeden;doch, met agterlaating van zeftien
gevangenen, te rug gedreeven werden.Lu-
mei zette, federt, een deel zyner knegten
over den Amftel, welk zig voor de S. An-
tonis- poorte, buiten 't groote Hek of Blok-
huis nederfioeg. Den twee-entwintigften,
op den middag, deeden de belegerden ee-
nen tweeden uitval, en fchermutfelden wel
anderhalf uur agtereen met de belegeraars,
die, ziende de Stad zig zo wakkerlyk wee-
ren , zonder dat zig eenige hoop tot opftand
van binnen opdeedt, 's" nagts daarna, van De belc-
voor de Reguliers en S. Antonis-poorten, ëerfars
opbraken,'t vuur fteekende in de h'dtcen êöten ^
buitenvvooningen. 't Zelfde deedt Lumei, Stad."
ten volgenden dage,voor de Haarlemmer-
poort en te Slooterdyk, daar hy meeft alles
verbrandde. Hy weet zyn wyken, federt,
aan de Staaten, als of deezen hem, tegen
hun gegeven woord, van geen geld en voor-
raad!, naar behooren, voorzien hadden. Maar
anderen fchreeven 't aan zyn wanbeleid en
wreedheid toe , waardoor hy zig, by de
Roomfchgezinden, en vooral by derzelver
Geeftelykheid,tenhoogfte gehaat gemaakt
hadt: waarom zy liever het uiterfte waagen
wilden, dan zulk een'meeiter inlaaten. Mi-
Michiel Krok
lag, ten deezen tyde, aan de
andere zyde van 't Y, tegen over de Stad,
met driehonderd man, op den Waterland-
fchen dyk; van waar hy, op de bloote ty-
ding van Lumeis aftogt, in 't midden van
den nagt, naar Purmerende week: waar-
me-
(e) KefoJ. Vroedfch, N. z, 18,19 , 20 jI3 ^. i;?2,/.
222 , 223 , 224| W.
*5?2. Amfterdam, naar Haarlem , om, uit zynen
naam, in de Vergadering der Staaten zit-
ting te neemen. Doch men ontving hem
niet in deeze hoedanigheid, die aan geene
anderen dan aan Edelen van den Lande en
aan Afgevaardigden van de Vroedfchappen
der Steden plagt toegekend te worden. Men
hoorde egter zynen voorflag, {trekkende om
Amfterdam te water te benaauwen (#)•
Doch hierin werdt groote zwaarigheid ge-
vonden. De Zuiderzee en 't Y voor de Stad
werden beveiligd, door een tamelyk aantal
van Oorlogsfchepen, onder den Admiraal
Boshuizen. De Vroedfchap hadt, al in't
begin des jaars, beflooten ,, het bouwen van
„ roeifchepen of galeijen tegen de Geuzen
„ te bevorderen (y)," en kort na 't innee-
men van den Briele, op verzoek desGraa-
ven vanBoflu, vaftgefteld, e enige Oorlogs-
fchepen uit te ruften, gelyk, federt, onder
opzigt van Joan Baptißa de TaJJls, Gemag-
tigde desHertogs vanAlva,gefchiedde(s).
Ook bouwde men twee galeijen, waartoe,
in 't begin van Auguftus, volk aangenomen
werdt (a). Boshuizen kruifte gemeenlyk
met zyne Vloot voor de Stad, en in de Zui-
derzee , en was reeds, door Willem Dirks-
zoon Bardes, wiens brief, den vyftienden
July uit Alkmaar gedagtekend, nog voor-
handen is (l>), vergeefs aangezogt, om de
Spaanfche zyde te verlaaten. Men zou hem
dan hebben moeten uit de zee flaan, eer
n Amfterdam, te water, zou hebben kön-
nen benaauwen. Doch de hagchelykheid en
zwaare koften deezer onderneeminge dee-
den den voorflag daartoe van de hand wy-
zen. Men befloot tot het beleg te lande.
De Regeering was hiervoor ook meeft be-
dugt geweeft, en hadt, reeds in 't begin van
Auguftus, op de eerfte tyding der aankom-
fte van den Graave van der Mark te Haar-
lem , beflooten, nog een v-.ndel Dukfche
feegten te verzoeken, om buiten de S. An-
tonis- en Reguliers poorten gelegd te wor-
den, alzo men vaftftelde, dat de muïtdin-
j'iHej £e'z, zo noemde men hier 's Prinfen volk,
vjj^'er y Stad zouden aantaften (c). Tuffchen
°f. den zeventienden en agttienden (d) , ver-
konde het Regement van den Overfte La-
Zvrus Muller
en eenig ander volk, met den
Graave van der Mark aan 't hoofd, zig op
£e" Amfteldyk buiten de Reguliers-Poort, en
begaf zig, van daar, naar het Karthuizers-
\*Jl°* VI. Boek, il. 294. [404]
d\ i,<-e<°l- Vroedfch. N. 2. 5 Jan. ifjt. f. 197 ver/a.
/• iog^; ^' Vioedlch. N. 2. s Apr. 3, 19,22 May ii7i.
ii0 ver/o Vioedlch. N. 2. + Juny, 2 Aug. ij72. ƒ.217,
ö Sr0?°5 VI,vfe* - u- 29+- [*°*-]
«) Reib " «dXch' N- * 3 AuZ- 157z- f- lzl verfi"
"'• Vioedfch, N.z. is Aug. is-jz, f, 222.
-ocr page 386-
-ocr page 387-
II. Deel-
AMSTERDAMS
32Ó
bragt (0). Voorts , werdt, 't zy met of 15^
zonder grond, verfpreid, dat eenige inge-
zetenen heimelyk hadden aangefbaiinen,
om Lumei ter Stad in te laaten: 't welk ge-
legenheid gaf, dat fommigen, die men meeft
verdagt hieldt, op bloot bevel van Burge-
meefteren, zonder eenigen vorm van Regts-
pleeging, de Stad uit gezet werden (p).
De Admiraal Boshuizen ondernam, ten!WfJjt«
deezen tyde,met deAmfterdamfche Vloot,toPf
die van Enkhuizen te kwellen, en brandde, ^tre0t
t'eenen dage, ettelyke wooningen buiten de fc.r\üei'
Noordpoorte af, zonder dat het hem, door daᯮ
de Stedelingen, naauwlyks in ftaat om de
ruft van binnen te bewaaren , belet kon
worden. Sonoi daarna, de Zaanerdamraer •
fluize befchanft hebbende, begon ook eene
fterkte op te werpen te Nieuwendam, waar-
in de Amfterdammers, die, den veertien-
den Oftober , tien groote fchepen en zes
boots derwaards afzonden, hem zogten te
hinderen. Doch zyne galeijen fchooten zo
hevig op de Amfterdammers, dat zy met
verlies wyken moeften. Des anderendaags,
werdt de toeleg hervat, met negen brand-
fchepen. Men hoopte het vuur te brengen
in Sonois galeijen: doch deezen vonden mid-
del om zig agter in de haven boven den
wind en onder 't gefchut der fchanfe te ber-
gen. Uit de fchans werdt, ondertuffchc-n,
fterk gevuurd op de Amfterdammers, en
eenigen hunner fchepen in den grond ge-
fchooten. Anderen moeften gefchut en an-
kers in 't Y werpen , om vlot te worden-
De Noordhollanders , aangemoedigd door
deezen voorfpoed , ruftten , eerlang, nog
eenige fchepen en galeijen toe (q), en lieten
eenige wrakken zinken in 't Y om den Am-
fterdammeren de vaart te bederven. Zy
kruiften voorts niet verre van de Stad, daar
zy, in November, door eene fchielyk op-
gekomen vorft in 't ys beklemd, en in groot
gevaar raakten; doch, door een' fty ven Noor-
den wind, die eene fcheur in 't ys maakte,
gelukkiglyk gered werden (r). De Admi-
raal Boshuizen fchynt, niet lang hierna, te
Amfterdam, buiten dienft geraakt te zyn-
Immers, de Hiftorie maakt,na deezentyd,
naauwlyks eenig gewag van hem: en uit de
Regiflers
<ferVROEDSCHAPblykt,datmefl»
in February des volgenden jaars, al een'
anderen Admiraal in zyne plaatfe begeerd
heeft, konnende hy, toen, gelyk men daaf
leeft,teroorzaake van zyneonpaffelykheid*
kleinen dienft meer doen. De Graaf va**
Boflu, dien men dit voorhisldt, antwoord'
de f
(t) Keuib. G. f. 7S verft.
(p) FONTANUS Libr. I. Cap. IX. p. $S i J«.
(y; BOR VI. Boek, bl. 301. [413.]
(j) bor VI. Btek, bl. 307. [420.]
mede de Stad rondsom van 't beleg onthee-
ven was (ƒ). My is niet klaarlyk geblee-
ken, of het Huis der Bergenvaarderen, bui-
ten de Reguliers - Poort, aan den Amftel,
ter gelegenheid van het kort beleg, waarvan
wy gefproken hebben , of by eene andere
gelegenheid, verbrand geworden zy. Doch
in 't begin des jaars 1576 , klaagde hetBer-
genvaarders-Gilde, dat het verbranden van
hun Huis en andere fchaden hét Gilde in
zulk eene ongelegenheid gebragt hadden,
dat het de weekelykfcheS. Anna'smiffe,in
de Oude Kerke, niet langer bekoftigen kon.
De Vroedfchap liet aan Burgemeefteren,
hierop orde te ftellen (g). En kort hierna,
verleende de Wethouderfchap een nieuw
voorregt aan het Gilde, volgens welk, al-
len , die zig, hier ter Stede, met het ver-
koopen van Berger of Yslandfchen vifch,
geneerden, 't zy Gildebroeders of anderen,
zekere fchatting, ten behoeve van het Gilde,
1572.
't Huis
van 't
Bergen-
vaarders-
Gilde
ver-
brand.
Keuren,
ter dee-
zer gele'
genheid
gemaakt
betaalen moeften (h). 't Geregt beval,op
den vierentwintigften Auguftus des jaars
1572, dat niemant van de verbrande tim-
meraadjen tuffchen den Amftel, de Wete-
' ring en den Heiligen Weg, en tuffchen den
Amftel en het Y, iet rooven; maar dat alles,
door de eigenaars, verder geilegt worden
zou (/). Ook werdt, den volgenden dag,
afgekondigd, dat niemant, die buiten ge-
woond hadt, met der woon in de Stad zou
mogen komen, dan met byzondere toelaa-
ting van Gemagtigden uit de Wethouder-
fchap (£). Zelfs werdt, den vyfden Sep-
tember, bevolen,dat de grond,tot op vyf-
tig roeden buiten de Stad, effen gemaakt
zou worden (/). De Prioor van Heilo kantte
zig fterk tegen het af breeken van den Re-
guliers Hof; doch de Graaf van Boffii be-
laßte uitdrukkelyk, dat men met het af-
breeken zou voortgaan (in). En fchynt toen
al het geboomte in en om deezen Hof, de
Ooftboomen uitgenomen, uitgerooid te zyn
(k). Wat laater, kwamen 'er brieven in de
Stad,gerigt aan de Regeering en Burgerye,
bezegeld met den Hollandfchen Leeuw in
een' tuin, en ftrekkende, om de eene en de
andere aan te maanen tot het verlaaten der
Spaanfche partye: doch het Geregt beloof-
de eene gouden Kroon aan elk, die zulk een'
Brief, ongeopend , in handen van Burge-
meefteren of Schepenen leverde, en vyfen-
twintig guldens, aan die den brenger aan-
(f)  Bor VI. Boek, il. i?4> 3ii [404., 4*7-]
(g)  Refol. Vroedfch. iV. 3. 18 Jan. 1J7«.
(h) Handv. bl. 1188. [+76.]
(i) Keurb. G. ƒ. 74 verft, ys-
(k)
Keurb. G. f. 75 verft.
(I)
Keurb. G. ƒ. 7«.
(m) Groot-Memor. X. IT. ƒ, 141,
(n) Keuib. G. ƒ. 76 verft,
-ocr page 388-
VIII. Boek.
GESCHIEDENISSEN,
3^7
zy den wederfpannigen langer bleeven aan- 1572.
hangen (-za). Doch alzo deeze vermaaning
weinig ingang vondt, trok Don Fredrik, met
het Leger, van Naarden naar Amfterdam,
buiten welke Stad, hy zig nederfloeg, op
verzoek der Wethouderfchap, zig beroe-
pende op het verding met den Hertoge ge-
maakt , volgens welk de Stad van inlege-
ring verfchoond moeft blyven (x). 't Ge-
regt hadt, ondertuffchen, op den derden
December, bevolen, dat niemant buiten de
Stad moeft gaan, terwyl de Spaanfche kneg-
ten voorbytrokken; welk verbod, den agt-
tienden February des volgenden jaars, ver-
nieuwd werdt (y). Op den twintigften De-
cember , werdt elk veroorlofd brood naar 't
Leger te voeren; fchoon het opkoopen van
roggenbrood, drie dagen daarna, verboo-
den werdt (z). De Wethouderfchap van Hande-
Amfterdam hadt, reeds eenige weeken te deling te
vooren, in't heimelyk, brieven gezonden ^mfter"!
naar Haarlem , ftrekkende om de Stad te afgeS-
vermaanen tot onderwerpingen de Vroed- digden
fchap hadt hierop , by meerderheid vander
ftemmen, beflooten, eenigen af te vaardigen Y^°*~~an
naar Amfterdam, om met Don Fredrik al- Haarlem,
daar te woorde te komen. Doch terwyl zy
uit waren, bewoogWyboutRipperda,Over~
fte der bezettinge, de burgery tot het ver-
dedigen der Stad. Twee der Afgevaardig-
den werden gevangkelyk gezonden aan den
Prinfe van Oranje, die zig toen te Delft
bevondt, en een' derzelven 't hoofd voor
de voeten deedt leggen. Ook deedt hy,
den negenden December, de Wet te Haar-
lem , buitens tyds, veranderen, onder an-
deren tot Burgemeefter aanftellende Pieter
Kies
(ß), denzelfden, meen ik, die voorheen
Poorter te Amfterdam geweeft, en, door
den Raad der Beroerten , ten Lande uit
gebannen was (#). Don Fredrik was, twee
dagen te vooren, van by Amfterdam op-
getrokken, en,eene Schans teSpaarnedarn
bemagtigd hebbende, den elfden , voor
Haarlem gekomen. Hier werden hem van
Amfterdam veertien metaalen ftukken toe-
gefchikt, die zesendertig en veertig pon-
den fchooten. Maar Haarlem hadt, behal-
ve de andere manfchap, duizend delvers
in dienft , en driehonderd vrouwen , tot
het zelfde werk beftemd, onder beleid van
Kenaww Simons Hqffelaer , Weduwe vanj{enauw
zesenveertig jaaren, onbefproken van leeven Simons
en van een der befte huizen, welk nader- Haffe-
handlaer» daP"
(w) Bob VI. Beek, tl- 3°+ C+1«-]
(x) PONTANÜS Liir. I. Cap. IX. ?. $7.
(y) Keurb. G. f. 8i.
(z) Keurb. G. f. **•
(a) Bor VI. Boek,, H- 307, 308, j,y, [410,441,«» 3
(t) Zie hier vom, H- ;:°t «» H7,
Vv
Ï572. de ,, dathy zig met de fchepen van oorloge
„ niet langer begeerde te moeijen (O«"
En kort hierop fchynt Boshuizen van zyn
ampt verlaaten te zyn: welk men vindt,
T
          wat laater, door Frangois Ferdugo, te zyn
ja0 ob bekleed geweeft. In 't jongfte gevegt voor
xoon^" Nieuwendam, of by eene andere gelegen-
tttein "heid, was ook gekwetft geworden Jakob
£&oo-Foppenszoon,
Kapitein der groote Amfter-
fter^m- damfche galeije,die eerlang aan zynewon-
the11111" den overleedt, en wiens Weduwe,tot ver-
Raleije > goeding van 't gene ter bevordering zyner
erft. ' geneezinge befteed was , veertig guldens
j 'e van Stads wege toegelegd werden (f)- Ja-
fy^e kob Foppenszoon hadt, voor deezen, op
Londen gevaaren, en was, naderhand, uit
bitterheid van partyfchap, fchryft Hooft,
gevorderd tot het Schoutampt van Haar-
lem , welk doorgaands aan luiden van agt-
baarheid en adel plagt opgedraagen te wor-
den. Doch in 't waarneemen van deezen
dienfl, kweet hy zig, zo naderhand getuigd
is, zo kwalyk, met het bedraagen zelfs van
onfchuldigen, en over misdaaden, waaraan
hy zelf deel hadt, dat hy, toen Haarlem, in
July, de Spaanfche zyde verliet, naar Am-
fterdam vloodt, daar men hem Kapitein der
groote Galeije maakte: in 't bedienen van
welk ampt hy , na weinige maanden ver-
loops , getroffen werdt van een' kogel, die
hem de wervels van 't ruggebeen verbry-
zelde, en eene fmertelyke en langdiiurige
v dood veroorzaakte (u).
^ vatl De Hertog van Alva, Bergen in Henegou-
%i wen by verdrag hebbende ingenomen op den
W negentienden S eptember, zondt zynen Zoon
f%aatl. Don Fredrik, met een Leger naar Gelder
^e"i " land, welk, op deszelfs aankomft, den Prin-
ïO« fe van Oranje wederom afviel. Zutfendeer-
Jn tedeQ lyk geplonderd hebbende, befloot hy, aan-
een ëeIpoord door de Regeering van Amfter-
dam, over de Veluwe en Amersfoort, aan
te trekken op Naarden , daar Naffaufche
bezetting in lag. De Stad gaf zig over by
mondeling verdrag, welk, van de Spaan-
fche zyde, verbroken werdt, en de Plaats
vervuld met roof en moord (v). Hierna
werdt het beleg van Haarlem ondernomen,
daaraan Amfterdam veel deels hadt: gelyk
Wy hier, uit de egtfte berigten, kortelyk,
*Hb. t0onen moeten.
^eiaaQn De Graaf van Boffu hadt die van Haar-
Vjhlfg m> reeds in November, fchriftelyk, ver-
kil) r* ?aand 3 om zig wederom te verzoenen met
den Koning; hun voorhoudende het nadeel,
^efk zy onvermydelyk te wagten hadden, zo
(t\ Befo!" Vroe<lfch. N. z. ij Felr. 1573./. Z33 ver/t,
(u\
,B-efo1- Vioedfch. N. z. 27 Dtc. is7i.f. 23«.
l J Vaderl. Hift. VI. Deel, il. 391, 401,403 enz.
*• STUK.
-ocr page 389-
A M S T E R D A M S
II. Deel.
328
raakt, en daardoor de gedaante van 't beleg 10'
van Haarlem veranderd. De Amfterdam- ftryde«
hand ook in Amfterdam vermaard geworden
is. Van deeze vrouwe wordt getuigd, dat
zy niet fchroomde , in vrouwengewaad,
met fpiets, bus en rappier, den Spanjaard
te keer te gaan (O- De Stad werdt, den
agttienden, vinnig befchooten: federt, be-
ftormd, doch door die van binnen wakker-
lyk verdedigd;. waaruit wel haaft befpeurd
werdt, dat zy niet gemakkelyk te winnen
zou zyn (d).
In deezen ftand der dingen, beproefde
Alva nog eens, of hy Haarlem, door hoop
op vergiffenis , kon doen bezwyken. De
Regeering van Amfterdam ftondt hem hier-
in ten dienfte , en fchreef, den zeftienden
February des jaars 1573, aan die vanHaar-
lem „ dat zy genade te wagten hadden, zo
,, zy zig fpoedig onderwierpen; maarniet
„ dan jammer en elende, zo zy de aange-
„ booden gunil bleeven verfmaaden (e)."
Doch op dit fchryven kwam geen ander
antwoord , dan een fcherp ftrooifchrift,
waarin 't bedryf der Spanjaarden ten lelyk-
fte ftondt afgemaaid. Ook was Amfterdam,
fchryft Hooft (ƒ), thans, omtrent zo zeer
gehaat als Alva, wordende de Stad, om 't
branden en bloedvergieten uit oorzaake van
't geloof en van de voorgaande beroerten,
by 't graauw der Geuzen met den naam van
Moorddam gefcholden.Vaft gaat ook, dat men
hier, ten deezentyde, den Hertoge van Alva
zeer naar de oogenzag. De Minderbroeders
zelven, die hem, nog onlangs, voor eenen
dwingeland en regtfchender gefcholden had-
den , preezen hem nu hemelhoog, en ver-
klaarden de Spanjaards, die 't leeveninden
oorlog lieten, voor martelaars vandenwaa-
ren Godsdienft (g). En de nabyheid des
Spaanfchen Legers bragt te wege, dat groo-
ten en kleinen, hier ter Stede, zofpraken,
als deeze voorgangers.
■• Midlerwyl, leedt het Spaanfch Krygs-
volk veel voor Haarlem. Veele gekwetften
en zieken werden , van daar, naar Amfter-
dam gevoerd (b). Ook kwamen hier zo
veele verloop en knegten , dat, tegen het
inkomen derzelven, by eene Keure van den
zevenden January, voorzien werdt (ï). Te-
gen 't inkomen van gevlugten uit deweder-
fpannigc Steden, gelyk hier de Staatfchen
genoemd werden, was , reeds te vooren,
zorg gedraagen (&).
In February, was 't ys uit het water ge-
(c)   Hooït VI. Boek, U. 297.
(d)  BOK VI. Boek, t'l- 310. [+13.]
(e)   Zie HOR VI. Hoek, il. 3i8. [434O Commelin ,
l/L 104z.
(f)   HOOFT VI. Boek, il- iofi.
(?) 1'ONTANUS l.ibr. I. Cap. IX. p. jg.
(h) Refol. Vtoedfch. N. i, $ Maart ij73. /"• 23S.
(i) Keurb. G. ƒ. 84.
(k) Kemb. G. ƒ. 83.
1572-
pere We
duwe te
Haarlem
mers bragten hunne kleine galei en vyfop
len1'
fchepen door de Spaarnedammer fluis in 't H
aai
Spaarne, en beftonden, op den agttienden, ™£eU
den laagen weg by 't Penningsveer door te m0efl
delven, om alzo in de Meer te geraaken; de tfa3.rs'
doch zy werden 'er, door de Galei en eeni- le0tfm<
ge andere fchepen van Haarlem , in belet. ln Jaiö'
Den eenentwintigden, hervatteden zy den^s-
toeleg; maar zy werden, door de kleine
Haarlemfche Galei en eenige ponten, op de
vlugt gejaagd, een damlooper in den loop
laatende, daar't vuur inkwam, 't Volk,
dat 'er op was, kleefde 'er meeft: de ove-
rigen werden by de Fuik opgehangen. Daar-
na, was men bedagt op een gemakkelyker
middel om in de Meer te komen. De Graaf
van Boffu deedt den Overtoom aan den Hei-
ligen Weg, een half uur van Amfterdam,
opdelven, en bragt 'er, den zesentwintigften,
eenige fmakzeilen door. Tegen deezen zeil-
den en roeiden de Haarlemmers in; doch
zy hielden zo liegt eene orde, dat eene
hunner galeijen, lang vierentagtig voeten,
te ver voor uit gezet zynde,van vierofvyf
Amfterdamfchen omringd en overweldigd
werdt. Maar Jakob Antoniszoon, die over
de Haarlemfche Vloot geboodt,federt,ge-
naderd, dreef de Amfterdammers te rug,
heroverde en bemagtigde de galei, en won
'er een karveel by, daar al dood geflaagen
werdt, wat 'er op was, behalven een edel-
man van Leuven , en twee anderen, die
gevangen bleeven. De Amfterdammers,
die den toevoer naar Haarlem te water zog-
ten te hinderen, kreegen het dus, door-
gaands , te kwaad (/).
De Prins van Oranje,peinzende,van zy-Son"3'
ne zyde, op het afmyden van den toevoer nee"|jj5'
te water en te lande naar 't Leger voor Haar- dc%K
lern, beval Sonoi, in 't begin van Maart, ?f i/„
dat hy zig meefter zou fragten te maaken ve'fl*!,
van den Diemerdyk, tulfchen Amfterdam A"1^
en Muiden, zig verfchanfende byJaaphan-dalB'
nes of Ypefloot, van waar hy den toevoer
van boven, beide te lande en te water, be-
letten kon, mids beheerende, ter eenerzyde,
het Y, en ter andere, de Diemermeer, die
tot in den Amftel en aan den Utrechtfchen
wagenweg ftrekte. Hy fteekt dan over uit
Waterland, met agthonderd foldaaten, en
eenige delvers, neemt, den twaalfdenMaart,
fchielyk den dykin, flaat eene fluis aanftuk-
ken, maakt, wat verder, een ander gat met
de fpaade, en verfchanft zig tuffchen beide:
waarna hy in perfoon naar Edam keerde,
om de fchans van nooddruft te doen voor-
Amfter-
dam ver-
maant
Haarlem
tot on-
derwer-
ping.
1573-
Amfter-
dam"
wordt
Moord-
dam ge-
noemd.
Men
vleit al-
daar Al va
en de
Span-
I aards.
Gekwet-
11 e Span-
jaards
her-
waards
gebragt.
Scheeps-
zien
(l) HOOTT VI. Boek, il- 304.
-ocr page 390-
GESCHIEDENISSEN.
VIII. Boek.
32p
nauw, boven gemeld, en heeft het ongeluk i^yo,
gehad, dat hy, ongewapend zynde, van
een Spanjaard doorftooten geworden is (4).
Zyn Zoon, Pieter, die, naderhand, Schepen Wakker-
en Raad te Amfterdam geworden is, bereik- heid van
te, ten tyde van 't beleg, naauwlyks agt-Pieter-
tien jaaren ; doch hadt , als Vendrig der
Burgerye, deel aan menig krygsbedryf. Hy
was zeer afgeregt op de handeling van 't
geweer, met naame van het doelroer, en
zo willig naar de wallen, dat hy'er dikwils
de maaltyd deedt, zig vergenoegende met
het gene hem, door^zyne Moeder, Aeg-
je Hoos
, Dogter van Pieter Hoos, nevens
kruid en lood, werdt aangebragt. Nu fpan-
de hy aan met zynen broeder, Nikolaas, en
eenige jongelingen , die gezamenlyk eene
galei bemanden, en naar de fchanfe roei-
den ; doch zy vonden, tot hun leedwezen,
't werk reeds te ver gevorderd: en alzo hun
de gelegenheid, om naar Haarlem te keeren,
afgefneeden was, begaven zy zig naar de
Kaag,daar de StaatfcheVloot toen verzameld
werdt. Pieter Haflelaer trok, kort hierop, Hy
naar Leiden, daar hy, hebbende 't hert by brengt,
zyne maagen te Haarlem, ook weinig teer- met
gelds over, en geen' onderftand gevonden v0a[r
by een' Predikant, dienogtans byzyneMoe- brieven
der dikwils ter fluik gehuisveft en mildelyk van ge-
onthaald geweeft was; zynen dienfl uitboodr, |tr.1St
om zekere brieven van gewigt naar Haarlem Haarlem,
over te brengen. Men vergde hem eenen
eed af, dat hy, die, betrapt wordende by
den Spanjaard,toch zou moeten fterven,in
zulk een gevaar, de brieven, die in een bo-
den koker ftaken, in 't water werpen, en
zig zelven eerder van kant helpen zou, dan
zig door pyn uit den hals laaten haaien,
waar 't gezonken fchrift fchuilde. En heeft
hy zelf, naderhand, aan Hooft, die dit
fchryft, betuigd „ niet te weeten, hoe hy,
„ in't nypen van den nood, te moede, ge-
„ weeft zou zyn; doch te meenen, dat hy
„ 't eerder volbragt dan nagelaaten zou heb-
„ ben." Doch de reis liep gelukkiger af.
HafTelaer geraakte, deels te voet, deels
met zwemmen, tuflchen 's vyands wagten
door, en verrigtte zyne boodfchap (q).
De Staatfche Vloot kwam, den agten-Neder-
twintigften May, van omtrent de Kaag, af jjjjjf der
op de Spaanfche onder den Graave van Bos- fchenop
ft, de Meer.
U) HoeïT VIII. Boek, il. 3ii, 313.
(4) Hooft gewaagt hiervan , in deeze woor-
den zyner Lykklagbte over Pieter Dirkszoon
Hasselaer, in de verfcbeide Dichten, bl. 236 te
vinden.
Uw wel manbaftigb'arm beeft ieder baafl doen weten,
Dat u geßampt fiaat in 't gemoedt, end' is vergeten
De deerelyke dood van uwen Vaader niet,
Dien ongewapent zynd\ een Spaanfib Lanfier doorfliet,
Meteen' auetjuur,die inuw hart zal eeuwige bloeden,
V V 2
J573. zien (m). OndertufTchen, hadt hy den voet
naauwlyks op den dyk gezet, of men hadt
'er te Amfterdam de lugt van. De Vroed-
fchap werdt vergaderd, en daar beflooten
3, 'den Graave van Bofïu kennis te geeven
,, van 't voorneemen der muitelingen, om
„ den dyk te Ypefloot door te ileeken(w)."
Ook hieldt men naauwkeuriger wagt in de
Stad (0). Doch hierby bleef het niet. Men
zondt, terftond, meer dan twintig Water-
ne Am-
fchepen, gewapend met buffen en gootelin-
gen, derwaards. 't Bootsvolk van Sonoi,
hiertegen niet opmogende, week onder 't
gefchut der fchanfe, agterlaatende twee ga-
lien
leijen, die den Amfterdammeren in handen
vielen. De fchans werdt, naderhand, van
ver-
vier zyden, aangetafl. In 't wellen met grof
ste
n.
gefchut en drie vendelen knegten, in 't oos-
ten met één vendel, langs den dyk: uk het
Y,met fchepen; uit deMeer,metfchuiten,
die allen wel bemand en voorzien waren.
De bezettelingen weerden zig wakkerlyk,
tot dat Sonoi, met veertig fchepen, in aller-
yl verzameld, de Amilerdammers deinzen
deedt.Doch deezen, eenige razeils tehulpe
gekreegen hebbende , deeden , op hunne
beurt, de Sonoifchen wyken. Sonoi zelf
redde zig ter naauwer nood uit hunne han-
den. De bezettelingen ruimden toen de
fchans, des nagts na den agttienden Maart,
en vielen in de groote galei van Hoorn en
in eenige krabfchuiten, die, gedeeltelyk,
door de Amilerdammers, bemagtigd wer-
den. De overigen bereikten den Waterland-
fchen wal, daar Jan Taamszoon Schaft, in
't gezigt der Amfterdammeren , die hem
vervolgden , de Hoornfche galei in den
grond boorde, eer hy aan land tradt. Sonoi
egter, in 't kort, meer dan tagtig zeilen te
Edam byeen gekreegen hebbende, jaagde
de Amilerdammers van 't Y, en tot binnen
de paaien hunner haven (/>), daar zy,nog-
tans, maar weinige dagen vertoefden.
De Graaf van Boflu hadt, den negenen-
twintigften Maart, den hoogen Spaarnedam-
merdyk by 't Huis ter Hart,ten halven we-
Se tuflchen Haarlem en Amfterdam, doen
doordelven; en voerde 'er toen eene Vloot
door in de Meer van drieëndertig Amfter-
damfche fchepen en zeven galeijen. Hy
0ndernam, terftond hierna, om de Fuik te
«uiten en de Vloot te dekken, eene fchans
op te werpen, waarin hem twee jongelingen,
mieter en Nikolaas Dïrkszoonen HaJJelaer en
^°ige anderen beftonden te hinderen. De
i/der van deezen twee, Dirk Simonszoon
Weker,
was een eigen broeder van Ke-
(,\ , '"■ Vioeclfch. N.z. iz Maart kj%. f. z^tvêrfi.
\r) JioR VI. £QtKt iL jMi [+37#]
u
ei,
-ocr page 391-
A MST E R D A M S
II. Deel.
330
1573»
'er naauwlyks tien behouden in de Stad te-
rug kwamen (z<). Kort 'hierna, werdt Ba-
tenburg egter genoodzaakt ,,de fchans te Ou-
derkerk te verlaaten.
De toevoer naar 't Leger voor Haarlem
bleef, ondertuflchen, vry, zo langde Am-
fterdammers meefter bleeven van de Die-
mermeer , en van de vaart, die, uit de Vegt,
door Weesp en Diemen, in dezelve liep.
Men zogt dan, van de Staatfche zyde, de
Vegt boven de vaarte te fluiten; doch dee«
ze toeleg mislukte. Maar terwyl de toevoer
naar 't Leger open bleef, werdt de bele-
gerde Stad, daar veel te weinig inkwam,
geprangd, door een' byfteren hongersnood,
die, eindelyk, alzo alle poogingen tot ont-
zet kwalyk uitvielen, te wege bragt, dat
men zig, den tienden July, op genade en
ongenade overgaf. Een groot getal van Ste-
delingen werdt toen door beuls handen om-
gebragt. De Burgemeefters, eri onder dee-
zen ook Pieter Kies, gevangen gezet (V).
Naar Pieter Dirkszoon Haifelaer werdt ook
gezogt, daar hy over tafel zat. Doch men
taftte zynen Broeder Nikolaas, die van ver-
flaagenheid fchreide, in zyne plaats aan:
waarop hy, zig zelven ontdekkende, zeide,
zo gy den Vendrig zoekt; laat deezen los, ik
ben het Qw).
Hy werdt egter haaft op vrye
voeten gefield. Wy zullen terftond zien,
by welke gelegenheid.
De Hertog van Alva hadt zig,federt ee-
nigen tyd, te Amfterdam, opgehouden, om
den oorlog tegen de afgevallen Steden van
Holland te beftieren. Men vindt, dat de
Raad der Stad,in Auguftus, befloot, hem,
by zyne aankomft, de fleutels der poorten
aan te bieden (.v). Zyn toeleg was , die
van 't Noorderkwartier, genoegzaam mees-
ter van de Zuiderzee, te water en te lande,
te bedwingen. Terwyl Don Fredrik dan
Alkmaar te lande belegerde, zonder zig van
de Stad te können meefter maaken, doet hy,
te Amfterdam, twaalf groote fchepen en
zes jagten ten.oorloge toeruften. Met dee-
ze Vloot, loopt Boffu, den twaalfden Sep-
tember , van de reede der Stad; doch kon,
dien dag, mids den fterken wind, niet over
de wrakken komen, die de Noordhollanders
gezonken hadden, om hem 'tYte floppen.
Den dertienden, maakte hy zig egter ruim-
baan , eenige Noordhollandfche fchepen ,
die hem in den weg lagen, doende wyken
tot aan 't Pampus. Hy overmeefterde eerft
eene fchans te Schellinkwoude, en daarna
byna alle de Staatfche fchanfen in Water-
land.
fu, die hier eene merkwaardige overwinning
op dezelve behaalde. De Staatfche fchepen
werden, in 't wyken naar de Kaag en oude
Wetering, -nagezet door 's Graaven Stede-
houder Boshuizen, die 'er een overzeilde en
twee-entwintig bemagtigde. Doch 't mees-
te volk, overboord gefprongen zynde, zwom
aan land (r).
De Prins van Oranje, ziende de Spaan-
fchen meefter van. de Haarlemmer Meer,
hervatte den aanflag om hun den toevoer
naar 't Leger af te fnyden, door 't bemag-
tigenvan den Diemerdyk, by Amfterdam.
Sonoi hack dit reeds wederom ondernomen,
in 't begin van May; doch was 'er in belet
door de bezetting en burgerye der Stad, die,
in merkelyken getale uitgetrokken, den ze-
venden, op den Amfteldyk, omtrent den
snond der Diemermeer,in een heviggevegt
geraakt waren met de Sonoifchen, hen van
den dyk gejaagd, en vry wat buks op hen
behaald hadden (V). Doch in 't begin van
Juny , werdt de toeleg hervat. De Amfter-
dammers hadden nu de fchans, door de So-
noifchen, op den dyk, by Meerhuizen, aan-
gelegd , verder geflerkt (£), en zy was aan
Hopman Snater, die twee vendelen kneg-
ten onder zig hadt , te bewaaren gegeven.
Doch Sonoi wierp, 's nagts na den tweeden
Juny, agthonderd man, tullchen Amfterdam
en deeze fchans, op den dyk, doorgroef dien,
zonder merkelyk verlies, en verfterkte'er zig
metzesfchanfen, die hy, tot na 't overgaan
van Haarlem, inhieldt. Maar van de Diemer-
meer, daar de Amfterdammers vyf galeijen
en eenige kleine fchepen en fchuiten ophiel-
den , kon hy geen meefter worden, gaande
zyne vaartuigen te diep, om daar te können
vlooten naar behooren, en zynde zyn boots-
volk onwillig, om, met ongelyke kans, op
de Amfterdammers los te gaan. In een der
gevegten op de Meer, geviel nogtans, dat
de kleine Hoornfche galei, die de Amfter-
dammers , fpotswyze, de Wortelfchuit noem-
den , pogchende dat zyze binnen hun boord
zouden overhaalen; de nieuwe groote Am-
fterdamfche galei aantaflte, overmeefterde,
en eerft binnen de fchanfe, en daarna te
Hoorn opbragt. Te Ouderkerk aan den Am -
ftel, lag, tegen de hoogte van't Kerkhof,
Ook eene Spaanfche fchans. Doch zy be-
lette Jonkheere Willem van Batenburg niet,
dat hy zig,déri tienden Juny,daaromtrent,
insgelyks, verfchanfte. De Amfterdammers,
den volgenden dag,.zynde uitgetrokken om
hem teverjaagen, vielen in eene hinderlaa-
ge, en werden zo geheellyk geflaagen,dat
(r) Eor VI. Hoek, il. 32». [«<?.] Hooït VIII. Beek,
il.
31«.
(s) Keutb. G. ƒ. 92.
(t) Refol. Viocdfch. iV, 2, II May 1573. f. 3*7 vtrfi.
■Ï573-
mXtt
over- ■
De Am-
fterdam-
mers dry
ven So-
noi , an-
dermaal ,
van den
Diemer-
dyk.
gal-
gen.
Hy be-
magtigt
dien ein
delyk.
ol
V!"1
uitf
Degroo-
te Am-
damfcbe
galei
wordt ge-
nomen.
Neder-
laag der
Amfter-
dammers
by Ou-
derkerk,
(s)BOR VI. Beek, il. 322, [+39.] PONTANUS Liir. l>
G-ap. IX. p. 61.
(v) BOR VI. Boek, il. 323. [+40.]
(w) HOOFT VIII. Boek, il. as.
\x) Refol. Vioedfch. N, z. i Aug. ij73. ƒ. %%$,
-ocr page 392-
-ocr page 393-
VIII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
331
5'3- land. Toen, vernoemende dat die van
Noordholland zig flerker toeruflten te wa-
ter, keerde "hy naar Amfterdam, om zyne
Vloot van gelyken te doen verfterken. Hy
bragtze, in 't kort, op dertig zeilen , zo
groote als kleine, en voerde zelf een fchip
!5ta van twee-endertig ftukken, de Inquifitie ge-
^lu\ naamd- Op den derden Oclober, ligtte hy
^zee* 't anker voor Amfterdam; doch geraakte,
mids den geweldigen wind, eerft den vyf-
den? over 't Pampus. Toen zet hy 't aan
op de Noordhollanders, van zins om hen
met fchieten te overweldigen, zonder te ko-
men tot aanklampen of enteren, waarop zy
meeft gezet waren. Tot op den elfden, viel
'erniets byzonders voor,dan dat twee van
Boffus fchepen aangetaft werden, en een
derzelven, gevoerd van Hopman Schuilen-
lourg,
Zwaager van Boshuizen, overmees-
terd. Doch toen klampten de Noordhol-
landfche Admiraal, Kornelis Dirkszoon van
Monikendam, en Hopman Pieter, Bak van
Hoorn Boffus fchip ter wederzyde aan boord.
Twee anderen kwamen hem voor de boeg
en agterfteven leggen. Doch't laatfte werdt,
eerlang, genoodzaakt af te houden, terwyl
Boffus'Tchip , voortdryvende met de drie
anderen, agter de Nek by Wydenes aan
den grond raakte. Een groot Konings fchip,
geheel lek gefchooten, en vyf kleineren, die
ook waren vaftgeraakt, hadden zig reeds
moeten overgeeven, waarop Jan Simonszoon
Rol,
Boffus Onder-Admiraal, met de ove-
rigen , tot over 't Pampus, en 's anderen-
V. daags tot voor Amfterdam geweeken was.
V1 Boffu hadt zig, midlerwyl, den gantfehen
ty\e|f * nagt, wakkerlykgeweerd metfehieten; doch
\ op den middag van denvolgendendag,be-
flooten , zig gevangkelyk over te geeven
aan den Admiraal Kornelis Dirkszoon, den
Hopman Nikolaas Ruikhaver, en den ge-
weldigen Provooft Joachim Nieuwvink, be-
dingende het lyf voor al de zynen; voor zig
zelven, daarenboven, eene Graaflyke ge-
lï^, vangenis, die hem te Hoorn werdt toege-
jjiig vs" ftaan (y). Veelen zyner medegevangenen
j^tej"11 Werden, naderhand, uitgewiffeld tegen de
4^ te «urgers, die te Haarlem in hegtenis zaten;
\er' ^aarover Burgemeefter Kies, op zyn woord
Van eer geflaakt zynde, te Amfterdam, met
francois Verdugo, gehandeld hadt. Ook
,adt hy, in zyne handeling, groote zwaa-
rheid ontmoet, willende Alva, in 't eerft,
Inet hem, en al zyne medegevangenen ter
§alge. Doch Verdugo en anderen vertoon-
en hem „ dat zy t'avond of morgen gelyk
» *°t te wagten hadden, en liever den dienft
» ^uden nederleggen, dan, behalve voor
„ kling en kogel,ook voor den ftrop bloot 1573.
„ ftaan." Waarop de Hertog zig hadt laa-H en
ten verbidden , en gedoogd , dat Kies eniiüiTdaar
de andere Haarlemmers, tegen eenige ge-worden
vangenen op de Zuiderzee, werden verwis-Seflaakc*
feld (s): en by deeze gelegenheid, fchynt
Haffelaer ook vry geraakt te zyn, fchoon
Hooft zulks, in zyne Hiflorie,niet klaar-
lyk heeft aangetekend (5). Boffu zelf bleef
nog, tot in 't jaar 1576, in hegtenis.
In't belegerd Alkmaar, hadden zig drie Dirk
Hópluiden bevonden, en daaronder ook Dirk Duivel
Duivel van Amfterdam, die, oordeelende,en'^ee
dat de Stad niet te houden zou zyn, voor- befchul-
geflaagen hadden, of't niet geraadenware, digd en
dat men dezelve verliete, en zyn leeven vryge-
bergde. Over het doen van deezen voor- fi)roken*
flag, werden zy, nadat de Stad van 't be-
leg verloft was, in hegtenis genomen, en
te regt gefield. Doch zy bragten zulke ge-
tuigeniffen by in hun voordeel,dat zy, den
vierden December, uit de gevangenis ont-
flaagen, en in hunne eer ongekwetft ver-
klaard werden (V).
Amfterdam hadt zig, ten deezen tyde,De
met het zorgen voor de betaaling van 's VroeJ-
Konings Krygsvolk te water en te lande (£), JmfJ3'1
met het zenden van lyftogt en arbeidsvolk dam tragt
naar 't Leger voor Haarlem, met het be- eenige
vorderen der uitruftinge van Oorlogsfche-"ic:u^e
pen, met het wederftaan der muitelingen, J™teJ
gelykze hier genoemd werden, en in ande- verwer«
re opzigten, zo loffelyk gekweeten, in 't ven.
oog des Hertogs van Alva, dat de Vroed-
fchap , eerlang , te raade werdt, eenige
nieuwe Privilegien te verzoeken ten Hove,
ter belooninge van de getrouwheid der Ste-
de; en onder anderen „ kwytfcheldingvan
„ Beden , voor den tyd van vyfentwintig
,, jaaren; vryheid van tollen door al'sKo-
„ nings Landen; vryheid van den Stapel te
„ Dordrecht; vrye laading voor de Am-
„ fterdamfche fchepen in Spanje; uitbrei-
„ ding van der Stede Vryheid tot vierhon-
„ derd roeden buiten de oude Vryheid, en
„ dat alle fchepen, 't Marsdiep, 't Vlie
„ of over 't Wad inkomende , gehouden
„ zouden zyn, te Amfterdam, of in eenige
„ andere beflooten Stad, laft te breeken,
„ ten
(z) Hooft vin. Boek, tl. 337, 338.
ia) Bok VI. Boek, tl. 3 37- [.4-S7-J
(t)
Keutb. G. ƒ. 87. Refol. Vroedich. N. 2. 9 Maart
IJ73-ƒ. 238.
(s) Maar in zyne Lykklaght over PieterDieks-
ZOon Hasselaer, onder zyne verfcheide Dich-
ten,
bl. 236 te vinden, bedient hy zig van deeze
woorden:
O overedel hart ter ware deught genegen!
Wel, tegens eenen Graaf, mogbt u 't geluk opwegen;
Noch deed het u te kort, als 't om te lojjen u,
In handsn vallen deed den Admiraal Bojju.
Vv3
(y) bor
VI. Betk, tl. 330. [4Jo.} ds. [4JJ] <«s.
-ocr page 394-
AMSTERDAMS              II. Deel.
33*
zig, hier ter Stede, gefteken hadt,befloot *57'3'
hy, heimelyk te vertrekken; en hebbende zyne^n
met de trompette doen aankondigen, dat ^gta*"
elk, 's anderendaags, om zyn geld kon ko- jen.
men, vertrok hy, 's nagts te vooren, zon-
der iemant te betaalen: waardoor ook ee-
nigen van de rykftegeflagten, die hem meer •
dan 't hunne geborgd hadden, zo behoef-
tig gemaakt werden, dat vrouw en kinde-
ren, om aan 't brood te komen, om eene
geringe daghuurmoeftengaan werken.'Ook
getuigt H o o f T, die dit verhaalt „ dat hy
„ eens Burgers Zoon gekend heeft, die,na
„ veel vervolgs om zyns Vaders agterwe-
„ zen, by de Spaa'nfchen niet dan een Ven-
„ drigsplaats verworven hebbende, nader-
„ hand, in Flolland gekomen, om tegen
„ zekere zyne maagen te pleiten, fchoon
„ hy 't geding won , zig zo beflommerd
„ vondt met de langduurigekoften, dathy
„ zig,uit mistrooftigheid, op de uitgewon-
„ nen hofftede verhing (z*)." De Regeering
van Amfterdam vondt, kort na 't vertrek
des Flertogs van Alva, geraaden,hem drie
Afgevaardigden na te zenden (&), met oog-
merk , naar 't fchynt, om hem te vermaa-
nen tot het voldoen der gemaakte fchulden.
Doch na dat Requefens, den agttienden No- •
vember, te Bruflel ingehaald was, verliet
Alva de Nederlanden , en zyne fchulden
bleeven onbetaald. Hy hadt, in de Lente ps ^f
deezes jaars, nog een Verdrag weeten tede'V
treffen met de Koninginne van Engeland, ^Jt^
waarby de Koophandel tuffchen dat Ryk en ^0$
de Nederlanden, die federt eenigen tyd ge- 0pe»'
ftremd geweeft was, wederom vry gefteld
werdt. Den ingezetenen deezer Stede werdt
hiervan, by eene afkondiging van den eer-
ften May, kennis gegeven (/).
                          .,
De Regeering van Amfterdam verzuimde A^/'
niet, by den nieuwen Landvoogd, aan te &^t
houden om de Voorregten, die zy van zy-ggU'
nen Voorzaat niet hadt können verkrygen. ^dKf
En 't leedt flegts tot den tweeden Decem-wa3^
ber, wanneer haar drie open brieven ver- ^°'
leend werden, twee op den naam des Land-tS
voogds , die , flegts by voorraad, en op
het welbehaagen des Konings, gegeven wa-
ren, en een op 's Konings naam. By de
twee eerften werdt „ de Vryheid der Ste-
„ de, vierhonderd roeden buiten de tegen-
„ woordige vryheid, uitgebreid (m), en de
„ Keure der Hertoginne van Parma op de
„ namaagfehap onder de Regenten te niet
„ gedaan («)." En de derde, op 's Ko*
nings
(ij Hooft VIII. Boek, 61. 339.
(k) Refol. Vroedfch. N.x. 9, 12 Nivtmb. IJ73. ƒ.2«*
267-
(l) Keurb. G. ƒ. 89 verfi.
(m) Oude Kerke, Leade XXXIII.
(»J.II. Frivilegieboek , ƒ. 5t,
„ tenware de Schippers, met ongebroken
,, lall,wederom wildenuitvaaren(f)."Men
wilde , wyders, verandering te wege bren-
gen, in de Keure, door de Landvoogdes-
fe, Vrouwe Margareet, in den jaare 1565
gemaakt, op de verkiezing der zesendertig
Raaden, die door eenige Burgers verwor-
ven was, en , gelyk men 't nu begreep,
met de oude Vryheden en Voorregten ftreedt
(//). Men befloot ook, te verzoeken „ dat de
„ Overtoom, die onlangs doorgedolven
„ was , mögt opengehouden worden: op
„ dat de ingezetenen van Amfterdam, daar-
„ door, naar Gouda, en voorts naar Ant-
„ werpen en elders, mogten können vaa-
5, ren, zonder dat zy Haarlem behoefden
„ aan te doen (e)." En de Stad hadt, in-
derdaad , reden om eenige nieuwe Voorreg-
ten te begeeren, al ftrektenze fchoon tot
nadeel van eenige afgeweeken Steden. De
Prins van Oranje hadt, den negenden Februa-
ry deezes jaars, op 's Konings naam, aan
Enkhuizen, welk in 't voorleeden jaar zyne
zyde gekooren hadt, het regt der Paalkifte
toegeftaan (ƒ), welk, van ouds, door Am-
fterdam, bezeten, en aan deeze Stad, in
't jaar 1452, door Hertoge FilipsvanBour-
gondie, beveiligd geworden was (g): waar-
by zy merkelyk benadeeld werdt. 't Was
dan niet zonder reden, dat zy eenige nieuwe
gunften ten Hove zogt te verwerven, 't Ver-
blyf destlertogs te Amfterdam, daar hy zyne
herberg genomen hadt in 't huis van Doornik,
in de Warmoesftraat over de Paapenbrug-
fteeg(è), gaf derWethouderfchap bekwaame
gelegenheid, om hierop by hem aan te hou-
den. Doch het verlies van den flagop de Zui-
derzee, het opbreekenvan 't beleg van Alk-
maar,het dringen op't inneemen van vreemde
bezetting, en allermeeft de tyding, dat Filips
Don Louis de Reqiiefens tot Alva's opvolger
benoemd hadt, was oorzaak, dat deagting
voor den Hertoge, en 't vertrouwen op zyn
aanzien by den Koning, merkelyk gedaald
waren, zelfs te Amfterdam, daar hy tot zo
verre verfmaad werdt, dat zyn beeldtenis,
welk , by de voornaamfte Spaanfchgezin-
den, in de befte vertrekken, te pronk plagt
te hangen, nu in eenen hoek verfoeid lag, of
in de afzigtelykfte plaats van 't huis ge-
raakte. Hy kreeg de lugt haaft van den
haat, dien hy zig op den hals gehaald hadt:
en, vreezende voor eenigen oploop, ook
uit hoofde der zwaare fchulden, waarin hy
(c)  Refol. Vroedfch. N. z. *« 7»»?» IO» i"ï July, s
Aug.
157?. ƒ. Z5I verfi z%z, 25* wr> 1SS-
(d)  Refol. Vroedfch. N. z. IJ»> 2l Au&- 1S7i-f. z%6
ver/i,
257.
(e)  Refol. Vroedfch. N.i. \c,tzzAug. IJ7J./.2J« v«r/j.
(ƒ) Handv. van Enkh. hl. 90.
(g) Zie II. Deel, III. Boek, tl. 1*2.
(/>) Zie M. I9K8ENS Amft. tl, 30S AanU
1573-
De Prins
van O-
ranje
geeft
Enkhui-
2en het
regt der
Paalkis-
te.
Alva
raakt in
kleinag-
ting te
Amfter-
dam.
Hy ver-
trekt hei-
melyk ter
Stad uit,
zonder
-ocr page 395-
GE SCH IE DENISSE N.
VIII. Boek.
333
ren het genomen fchip, welk, fchoon reeds IS7*
in brand gefteken, behouden te rug gevoerd
werdt O). Kort te vooren, hadt de Vroed- Zorg
fchap van Amfterdam beilooten , doortoot voor de
door de Stad te verkenen aan de Ruiters verze".
van Maarten Schenk; doch by niet meer dan der'sta'tf
honderd te gelyk (u). Men droeg thans
naauwe zorg voor de verzekerdheid dei-
Stad, ten welken einde, niet alleenlyk eene
fchans by de Leproozen fchynt opgewor-
pen («)); maar de vierhonderd Stads fol-
daaten ook met driehonderd vermeerderd
geweeft te zyn (V). Wyders, werdt vaftge-
fteld, geene ballingen of voorvlugtigen ter
Stad in te laaten (v). Kornelis de Flamink
en anderen, die't, in 't voorleeden jaar,
reeds verzogt hadden, was hun verzoek af-
geflaagen (z): 't welk, den eerften January
des jaars 1575, ook omtrent Herman Roo-
denburg den Jongen
gefchiedde (V).
De gevlugtte Amfterdammers waren dan De Ryk,
in de noodzaakelykheid gebragt, om hun nu Admi'-
lot te beproeven buiten de Stad hunner ge- ™al va«
boorte of voorig verblyf, en hadden, nu en Wor(j^e_
dan, te worftelen met de gevaaren en ram- vangen.
pen des binnenlandfchen krygs. Jakob Si-
monszoon de Ryk, nu Admiraal van Veere,
was, in 't voorleeden jaar, in eenen ver-
geeffchen aanilag op Thoolen, gevangen ge-
nomen door de Spanjaards, en eerft naar
Antwerpen, voorts, naar 't Slot te Vilvoor-
den gevoerd, daar hy zes weeken zat. Toen
bragt men hem over naar Gend, daar hy
nog eenige maanden bewaard werdt. Mid-
lerwyl, liep te Amfterdam 't gerügt vanzy-
nen dood, en zyne Huisvrouw zag zig, ee-
nen geruimen tyd, aan als Weduwe. Maar Poogin-
onder de Staatfchen, die thans in Zeeland gen om
de overhand hadden, bevondt zig een Am- |ie? te
fterdauimer, Alben van der Graft genaamd,loffen*
Neef van de Ryk; die', hebbende een Vlie-
boot op eigen koften uitgeruft, deel hadt
aan den Scheepsftryd by Reimerswaale,in
't begin deezes jaars, waarin de Staatfchen
de overwinning behaalden. Geduurende het
gevegt, hadt hy zig meeft bevlytigd, om
eenige Spaanfchen in zyn geweld te krygen,
waartegen hy zynen Neef, de Ryk, zou
mogen lollen. Ook vielen hem eenige vyan-
den in handen, die, gevraagd of zy kans
zagen om de vryheid van den Admiraal van
Veere te verwerven , en geenen moed daar-
toe hebbende, overboord geworpen, of op
eene
(u) VELIUS Hoorn, hl. 238. _
(v) Reibl. Vioedfch. N. »• z* May IJ74. ƒ. 273 vtrfi.
(vS)
Rcfol. Vioedfch. N. *■ " Maart U74- ƒ. 270.
(x) Refol. Vioedfch. N. 2. n Aug. 24 Nn. x Dec, 1;?^
f.hs ™rfi> V* verJi" 119 mrf°'r,
(y) Refol. Vioedfch. N. I. 27 Juny IJ74./. i74.
(z) RefoJ. Vioedkh. JV. 2. isbept. 1573./. 262.
(a) Refol. Vioedlch. //. 2. 1 "Jan. jS7s, ƒ, 2%ï v„ßm
nings naam, beveiligde de uitbreiding van
der Stede Vryheid tot op vierhonderd roe-
den buiten de tegenwoordige (o). De laat-
fte Brief, die, zo wel als de twee anderen,
nooit gedrukt geweeft is, vervat eenige by-
zonderheden, de gefchiedeniiTen deezes tyds
betreffende; waarom wy dien onzen Leeze-
ren,hier agter, onder de Bylaagen (p),wel
hebben willen mededeelen. Op den twaalf-
den Maart des volgenden jaars, werdt den
Burgeren en ingezetenen van Amfterdam
ook, op 's Konings naam, verlof verleend
om door alle de Landen zyner Majefteit
graanen en andere leevensmiddelen te mo-
gen voeren, zonder ergens onder weg markt
te houden, ofeenigen tol fchuldig te zyn
(q). Doch de Stad hadt niet lang genot van
deeze nieuwe Voorregten, gelyk wy wel
haaft zien zullen. Wat de vryheid van 't
Stapelregt te Dordrecht en andere Privile-
gien aangaat, welken men nog voorhadt,in
Spanje, te verzoeken; de Vroedfchap be-
floot, eerlang, met dit verzoek {til te zit-
ten (>). En federt veranderden de tyden
zo zeer, dat 'er in 't geheel niet meer om
kon gedagt worden.
De kryg werdt, van de Spaanfche zyde,
flaauwer voortgezet, na de aankomft van
Requefens. Middelburg ging, in February,
over aan de Staatfchen. En fchoon de Spaan-
fchen, in April, den flag op de Mookerhei-
de wonnen , waarin Graaf Lodewyk van
NalTau omkwam, belegerden zy Leiden lang
vergeefs. Amfterdam hadt, zo ver my
gebleeken is., geen ander deel in dit beleg,
dan dat men, van hier, in Auguftus, vier
galeijen uitzondt, om de Kaager Meer te
bezetten (s). Het zonderling ontzet van
Leiden, op den derden Oclober, gaf der
Staatfche partye nieuwen moed, die aan-
wies, na dat zy,in dit jaar, van den Spaan-
fchen kant, tot handeling was aangezogt.
Omtrent Amfterdam , viel weinig te doen.
De Heer van Cbevreaux overmeefterde de
fchans te Ilpendam; doch ftiet, naderhand,
het hoofd voor Purmerende, daar wel twee-
duizend Spaanfchen fneuvelden (O- In May-
maand, zeilden de Amfterdammers, met
twaalf Waterfchepen, tot voor Hoorn, en
fleepten een fchip met graanen van de ree-
de. Doch die van Hoorn, de Inquifitie,het
fchip, dat met Boflu veroverd was, en hier
nog by 't hoofd lag, uit de laag gehaald
hebbende, voegden 'er eenige Waterfche-
pen by, en ontjaagden den Amfterdamme-
' l°\ °ude Kerk, Laadt XXXIII.
lr)RpnKe*c- W.-XVIIT.
'573.
rS?4.
S
Nt
Uiteen
te
"«2
ette
n.
VS
L
-ocr page 396-
AMSTERDAMS             II. Deel.
334
„ en den Vaderlande dien dienft te doen." i57^*
Doch zig nader bezinnende, verklaarde hy
zig onwillig om in een' zekeren dood te
gaan , zonder vooraf zyne Huisvrouw en
kinderen verzekerd te zien van zesduizend
guldens, door hem, ten dienfte der gemee-
ne zaake, verfchooten: eene groote fom ten
dien tyde, en voor welke men aanboodt,
hem een Graaffchap in Schotland te bezor-
gen. Hieromtrent dan vergenoeging ont-Hy tf
vangen hebbende, gaat hy op reis, en dringt bre«^
Mondragon tot het voldoen aan zyne ver- ^jfegV
bindtenis, die, eindelyk, antwoordde „ dat §Q en
„ men Aldegonde flaaken, of dat hy ietnogJr'e
„ beftaan zou, waarvan 't gantfche Landande^,
„ zou gewaagen." Welk dreigen zo veel^0^
klem hadt op den Landvoogd, dat hy Al- J^i^
degonde en de drie anderen, eindelyk, in
vryheid ftelde (b).
Amfterdam hadt, gelyk uit het voorig Am^s
gedeelte deezergefchiedeniffe gebleeken is, damv
voor 't ontftaan van den inlandfchen oorlog, e^"di^
het grootfte gedeelte van de Vaart enHan-aan A"
del op het Noorden en de Ooftzee ingehad: Ha^e'
doch na dat de meefte Steden van Holland, Stede'
in 't jaar 1572, de Spaanfche zyde verlaa-
ten hadden, zogten deezen, door middel
van den Prinfe van Oranje, te wege te bren-
gen, dat de Deenen en Oofterlingen den
loop huns handels van Amfterdam naar
Hoorn, Enkhuizen, en de Steden daarom-
trent , of in de Maaze naar Dordrecht over«
bragten (e). Maar het aanzien van den
Prins was -niet groot genoeg buitens Lands,
om zulk eene verandering te bewerken.
Amfterdam fteunde ook zo zeef op het oud
Verbond met de Hanze-Steden, dat de Stad,
in den aanvang deezes jaars, Jan Pyl, Wy.
bout van Gisp
en Even in 't Marsgen afvaar-
digde naar de Ooftzee, om onderftand te-
gen 's Konings weêrfpannelingen te verzoe-
ken (d). Doch de uitflag deezer bezendin«
ge vind ik nergens aangetekend.
                      $
In September, werden hier drie vendels TÖC
knegten op veertig vaartuigen gefcheept, *f$$\
die een'togt ondernamen naar Monikendam, 1$ >f
daar zy aan land traden, en de beerten uit wU>
de weide meenden te haaien. Doch de Mo- Kel1
nikendammers floegen hen op de vlugt.Ee-
nigen raakten behouden aan boord; ande-
ren werden in 't water gejaagd, veelen ge-
dood. Na 't opbreeken van 't beleg van
Leiden , kwamen de Spaanfche knegten,
in grooten getale, herwaards afzakken (in-
trekkende, doorgaands, de Stad voorby,
naat
(i) HOOFT VIII. Beek, il. 3U. U. Buk, U. 347»
349» 3Jo, 351.
(t) BOR VI. Boek, il. Ï83. [387.]
(d)  Zie COMMELIN, il. ïoji.
(e)   Zit COMMELINjK lojl.
1574« eene andfire wYze ter dood gebragt werden.
Ten laatfte was 'er een, Antoni Gouinet ge-
naamd, die fchrander genoeg was, om het
te belooven. Men fpaarde hem dan in 't
leeven, en liet hemtyd, om over de uit?
wiffeling te handelen. Doch hy was te wei-
nig geagt by den vyand, om zyn woord te
doen naarkomen. Hy werdt egter tegen ee-
Hatdheidnige Vliffinger burgers gewiffeld. De Ryk
zyner bleef gevangen. Op 't Blokhuis te Gend,
hegtenis. jaar hy zat, waren twee onderaardfche ho-
len , de Keizers- en de Körtings-fioelgenaamd.
In een van deezen, daar nimmer zon noch
maan fcheen, en daar geen man overeinde
ftaan kon, werdt hy geplaatft, met zeflig
pond yzers aan de beenen, en een fchild-
wagt voor 't gat. Men Helde, eens vooral,
ter zyner keure, van wat toeipys en drank
hy gediend wilde zyn. Hy verkoor Kalfs-
vleefch en deelwyn; doch werdt, door de
langkheid van tyd, met de zaadzaamheid
dier koft,derwyze gepynigd, dat zy hem,
zo lang hy leefde, tegenftondt. Tot ver-
ligtinge der zwaarmoedigheid, brandde hy,
by nagt en dag, kaarfen , die hem, met
haaren damp , het .eene oor ongeneeslyk
doof maakten. In February deezes jaars,
was, by de punten, waarop Middelburg o-
verging, onder anderen , bedongen „ dat
Mondragon, die de Stad verdedigd hadt,
„ de vryheid van Filips van Marnix, Heer
van S. Aldegonde, van den Admiraal de
„ Ryk, en van nog drie anderen bezorgen,
„ of zelf in hegtenis keeren zou." Doch
men liet hem lang over den tyd wagten,
eer men hem in flaat Helde, om zig zelven
en anderen te verloffen. De Ryk hadt nu
zeven maanden gezeten, toen men hem
vergde, 's Konings dienft te aanvaarden: 't
welk hy affloeg. Hierop werdt hem de
dood gedreigd. Zelfs bragt men hem op
't fchavot, daar reeds een perfoon of twee
onthalsd lagen. Doch de bezetting van 't
Slot, waar binnen dit voorviel, aangezet,
zo men meende, door de Huisvrouwe van
Mondragon, aan welke hy gefchreeven hadr,
dat men de Ryk moefl zoeken te fpaaren,
zo men zyne vryheid lief hadt, verwekte
zo veel beweeging, dat men hem wederom
Hy wordt te rug bragt naar de,n kerker. Mondragon
op vrye hieldt, federt, zo fterk aan by den Land-
V0ftt(jd voogd op 't ontflag der vyf gevangenen, dat
ge de Ryk op vrye voeten gefield werdt, ter-
wyl de anderen nog in hegtenis bleeven. De
Prins van Oranje floeg, daarna, de Ryk,
in Holland, voor,of hy herts genoeg hadt,
om wederom naar den vyand te keeren, en
Mondragon te verpligten tot het naarkomen
van zyne belofte? De Ryk antwoordde,
„ dat hy bereid was, zyner Doorlugtigheid
-ocr page 397-
GESCHIEDENISSEN.
VIII. Boek.
335
en te gelyk de vaart naar en van Haarlem 1575.
te belemmeren, trok Sonoi, in 't beginvan
April des jaars 1575, met de meefte magt
van Weftfriesland, herwaards, en bemag-
tigde het gat, op den negenden; daar hy
zig terftond begon te verfchanfen, waartoe
de huisluiden uit alle de dorpen hieromtrent
werden opontbooden. Binnen weinige dagen,
was het werk vry wat gevorderd. Doch die De Am-
van Amfterdam verzuimden niet, eenige boei- ^rdam'
jers en waterfchepen te bemannen, om Sonoi brengen
de fchans te doen ruimen. Hy fchreef en eenige
zondt om onderftand, in fchepen en man- fthePer»
fchap, aan de Staaten van 't Noorderkwar- 2"
tier. Doch men fammelde aldaar zo lang 't Y.
met dit werk, en de Spaanfchen benaauw-
den de Sonoifchen zo zeer, van den kant bei-
de van Zaanerdam en Buikfloot, dat zy,
eindelyk, het gat wederom verlieten, na dat Fy vher*
zy 't zeventien dagen hadden ingehad; met wedei?
verlies van vyf damloopers, twee van wel- om.
ken zy zelven in den grond boorden, en
twaalf of dertien man (/).
Wat laater, werdt eene fterke Noordhol- Gevegz
landfche Vloot gelegd onder Marken, om van üen
de vaart van en naar Amfterdam te belet- ^ff^e
ten. De Landvoogd deedt daartegen ook fchepen
eene Vloot van zevenentwintig fchepen toe- tegen
ruften te Amfterdam, tien van welken, in eenige
Oftober , naar de Haarlemmer Meer lie- f?at~
pen, zig den negenden vertoonende vooree- de oude*
ne Staatfche fchans aan de oude Wetering, Wete-
onder bevel ftaande van Hopman Joan rin§-
Schetter, die den vyand zo dra niet vernam,
of hy valt, met een enkel vendel knegten,
in vyf vaartuigen, taft de Amfterdamfche
fchepen aan, en bemagtigt het befte van de
tien, na dat de Kapitein en 't meefte volk
gefneuveld waren. Toen kwamen vier Haar-
lemmer boeijers den Amfterdammeren te
hulpe,waarop Schetter met zyn volk terug
keerde naar de fchanfe (ni). De Staatfchen
waren, ten deezen tyde, zeer gebeeten op
die van Amfterdam, welker onverzettelyk-
heid in 't aankleeven der Spaanfche partye
die zy getrouwheid jegens den Koning, hun-
nen Heer , noemden, de fterkfte fteun was
van deeze partye in Holland. Men liet hier-
om, van den Staatfchen kant, geene mid-
delen onverzogt,om Amfterdam te winnen.
Wat men, ten deezen einde,vierjaarenag-
tereen, in 't werk gefteld hebbe, en wat 'er
de eindelyke uitflag van geweeft zy, hebben
wy voor, in 't volgende Boek, omftandig-
lyk te verhaalen.
(i) Bor VIII. Boek, ll.ioz.linl t*s. VELIUS Hoorn,
(»jsoa vin. B'tii tl. «*>«>• £6*°'3 U7. [«J3.3
157^, naar de plaatfen. daar zy befcheiden wa-
ren^). Gillis van Barlaimont, £fe<?r van
Hier ges
, die , na 't gevangen neemen van
den Graave van Boflu, tot Stadhouder van
Holland , Zeeland en Utrecht, van de Spaan-
fche zyde, was aangefteld, werdt, volgens
fommiger aantekening, in Oftober deezes
jaars, te Amfterdam, ftaatelyk ingehaald (g).
bewa-
pende
fcartui-
?«n in -t
S Am-
Ntery
>'t
> te
S.
Tot dekking van de Vaart naaren van de
Stad, werden 'er, ten deezen tyde, fche-
pen gelegd in 't Y, tuflchen de Stad en Spaar-
nedam, en in den Amftel, tuflchen de Stad
en Ouderkerk, onder 't opzigt van den Ad-
miraal Franjois Verdugo; en bevolen, dat
niemant vaaren zou, dan onder 't geleide
deezer fchepen (/?). 't Geviel, ondertus-
fchen, in 't midden van December, dat het
Bootsvolk, welk op de Stads fchepen dien-
de , aan 't muiten floeg, en om betaaling
riep. De Schuttery kwam op de Plaats in
't geweer. De Burgemeefter Joolt Buik hadt
de nieuwe brug bezet, met twee vendelen
knegten, tegen welken, 't gefchut te boord
gehaald werdt. Eindelyk , werdt 'er een
Verdrag getroffen. Doch 's daags na 't flui-
ten van het zelve, werden eenige muiters
opgehangen, eenigen gekielhaald: 't welk
veelen zo verbitterde, dat zy tot de Staat-
fche zyde overgingen, en de Zuiderzee en
de wegen om de Stad zeer onveilig maak-
o ten(i).
i De vaart tuflchen Haarlem en Amfter-
h>
dam was open geweeft, federt dat de Spaan-
fchen zig meefter gemaakt hadden van den
Waterlandfchen dyk, waar zy verfcheiden'
fchanfen hadden opgeworpen, en onder an-
deren, in den Zomer deezes jaars,nog een
te Schellinkwoude, die Verdugo gaarne door
Amfterdam wilde doen onderhouden ; 't
welk nogtans van de hand geweezen was (k),
De vrybuiters van de Staatfche zyde, die
zig in Waterland onthielden, waren gewoon,
van den Weftzaaner tooren, te befpieden,
welke fchepen te Amfterdam in- en uitvoe-
ren; en kwamen fomtyds, door 't Bamdegat,
't welk zy, ten dien einde, in den dyk tus-
fchen Zaanerdam en Ooftzaanen, gedolven
hadden, ter fluip op 't Y, daar 't hun, nu en
dan , gelukte, eenigen buit te behaalen;
hoewel 't ook, fomtyds, gebeurde, datzy,
door de Spaanfchen, in 't wederkeeren, op
j den rand van't gat, waargenomen en be-
^5- fprongen werden. Om dit te voorkomen,
(f) Keiub. G. f. 112.
f|) COMMEIIN, H. IC?2.
(*; Keutb. G. f. in vtrj».
yi
GOMMELIN, */. IoS2.
U) Refol. Vioedfcli. N. 2. io J»ly IJ7*. f. i7s verfa .
1 STüK.
B Y-
X*
-ocr page 398-
AMSTERDAMS
II. Deel.
336
B Y L A A G E N
op het II. Deel, VIII. Boek.
V. A.
Twee Voorflagen van Burgemeeflèren van Amfierdam aan die van de Gereformeerde Religie s
-wegens het fchorfen der Preeke, gedaan den 17 en 11 April des jaars 1567.
■RVU*'
GJiN
L*>
Bylaa*
GEN
Lr. A.
„ vrede alhier geconferueert te worden, naer
,, inhoudt zyner Excell. Ordonnantie hier ter
„ Stede opt beliefuen van der Hertoginne van
„ Parma regente ende gouernante gemaift, noch-
„ tans myn heeren deBurgermeefterenbemerc-
„ ken dat de voorf. predicatien den Co. M'. of-
,, te der voorf. gouuernante nyet aengenaera
„ zyn, ende alzulcx in verfcheide plaetfen van
„ Vlaenderen, Brabant ende anders onder zyne
„ Maj". Dominie gelegen genouch cefleeren,
„ ende daeromme myn heeren gaerne fien zou-
„ den dat van gelycken hier ter Stede gedaen
„ mochte werde aleer t zelue byder voorf Gou-
„ uernänte geinterdiceert zoude werden, t welck
„ zyne-Maj. des te meer zoude behagen als de
„ voorf predicatien gewillich ende nyet duer
S) bedwanck alhier infurceance by goede wille
„ zoe van doude als van der voirf. nyewe of-
„ te gereformeerde Religie mit vrede ende vrunt-
„ fcappe geftelt waren. Soo ift dat myn heeren
„ voorf voer guet aengefien hebben ende be-
„ geeren als fy oick onlancx begeert hebben,
,, dat die van den voorf. Gereformeerde Reli-
„ gie den voorf. predicatien alhier mede voor
„ een tyt ophouden zullen willen, ter tyt toe
„ hier inne by zyne Maj'. anders geordonneert
,, zal zyn dwelck doende willen myn heeren
„ voorf an zyn ivfa'. en der hoocheyt van der
„ voorf regente intercéderen ende alles vermo-
,, gens aenftaen dat de voorf predicatien ende
,, anders 't gundt daer vuyt gefproten mach
„ zyn in gheen ongenade verftaen, maer daer
«, pardoen eyflchen zouden genaedelicken gere-
„ miteert zal moogen werden. Aftumdenxxij
„ Aprilis Anno XVC. LXVIJ. Oircondt my
,, als Secretaris •
N. u
A Izoe myn heeren de Burgermeefteten de-
_ fer Stede van Amftelredamme verftaen,
dat de predicatien van der gereformeerde Re-
,, ligie zoe irt Vlaenderen als in Brabant en-
„ de andere Landen onder de Dominie van
„ den Coninck onfen allergenadigften heere ge-
,, legen genouch ceffêeren ende ophouden, en-
„ de myn heeren omme redenen hen mouerende
„ gaerne lien zouden dat van gelycken binnen
„ clefer Stede ende hare vryheyt gedaen mochte
„ werden, met goeder vrede ende vruntfchappe,
„ foo ift dat myn heeren voerf. begeeren an den
„ Luden van den voorf. religie dat zy mit be-
„ quaeme vredelicke wegen daer toe arbeyden
„ willen dat mit den voorf. predicatien alhier
„ ter Stede mede voer een tyt fuperfedeert ende
,, opgehouden mochte werden, ter tyt toe by de
„ Co. Ma', hier inne anders geordonneert zal
,, zyn. Ten eynde alle ongenade die anders de-
,, fer goeder Stede endeden poorteren van dien
„ apparentelicken zoude moogen ouercomen,
„ verhoet mochte blyfuen. Afturn den xvij A-
„ prilis Anno XVC LXVIJ". oercondt my als
Secretaris
Frans van Delff.
N. a.
„ All ift zoe datby de Princelicke Excellen-
tie, van Oraignen, Stadhouder generael des
Conincx ons allergenadigften heeren ouer hol-
lant enz. gepermitteert is geweeft dien van
der Gereformeerde Religie hoeren predicatien
te laeten doen in eenigen plaetfen zoe binnen
als buyten defer Stede om te beter ruft en
3)
Frans van Delff.
B&4
V. B.
Bylaa-
GEN
Lr. B.
Lf.
Brief op den naam vanFxLips den IL, Koningvan Spanje, behelzende eene belofte om
Amfterdam nooit met een Kafteel of inlegering te bezwaaren, tegen betaaling van tweehon-
derd duizend guldens. Gegeven te Antwerpen, den 7 July des jaars 1571.
PniVYPPVLpar Ia gr ace de dieU Roy deCas-
tille de Leon dArragon de Navarre de Na-
ples de Sicilië de Maillorque de Sardaine des isles
indes
cj? terre ferme de la mer occeane archiduc
dauflrice duc de bourgoingne de Lothier de bra-
bant de lembourg de luxembourg de Gbeldres &
de milan Conté de hahsbourg de flandres dartois
de bourgoingne palatin& de haynnan .de Hollan-
de de Zelande de namur & de Zutphen Prince
de Zwave marquis du faint empire fei gneur de
frize de falint de malines des che villes & pays
dutrecht doveryfcl £? Groninge & dominateur
en afie
£f en ajjriqüe atous ceulx ques cesprefen-
tes verront falut Comme ayans nagaires fait met-
tre en advis & deliberation de confeil de faire
eriger & conßruyre en la ville d amßelredamme
vng nouveau fort ou chasteau afin dy attoir &
tenir quelque port feur par mer pour feruir de
entree &fortie aux nauires y arriuans
gf en for-
tans & que pour auEtorifer ~& affeurer kelle con-
ßruction nous eßyons d Intention'de faire loger en
la dit te ville quelsques compaignyes dinfanterye
es-
-ocr page 399-
GESCHIEDENISSEN.
VIJL Boei
337
K
4*
paifiblement joyr & ufer fans leur faire mettre Bvt.aa-
ou donner ne fousfrir eßre fait mis ou donne au- gen
cun trouble ou empefcbement au contraire Car Lr. B.
ainfi nous plaifi il en tesmoing de ce nous auonsfah
mettre nottre feel a ces 'prefentes Donné en not-
tre ville D /Invers Ie
7°'c jour de ivillet lan de
grace
mil cincq eens foixante onfe de nosregnes
affavoir des espaignes ficilk
Ö'c. k i6IIK 8" de
Naples Ie
iS™.
(In de plye ftondt)
Par Ie roy Ie duc Dalve &c. gouverneur
general. Ie Sieur de Barlaymont cbief
,
mesfieur gaspar febets chevallier Sieur de
Grobendoncq treforier general Albert van
Loo & jaques Reingout Commis des finan-
ces & autres. .
. .
Cget:)
D'OVERLOEPE.
espattigneïïe ceulx du magifirat dicelie ville ayent
fait certaine nmonjlrance a nofire trefcbier &
iresaime coußn ChevaP de noflre ordre Lieutenant
gouverneur & Capitaine general de nas pays de
fardeca Ie duc d Alve marquis de Cor ia $c. des
incommodites & inconveniens que ameneroyent la
conflruction du difl chaßeau
g3 logement des dits
foldats tant pour Ie mauvais fond quon y trouue-
roit pour af/oir fcs fondemens du dit chaßeau que
la petite commodite & fervice quon pourroit rè-
ceuoir du dit fort & chaßeau pour en eßre la ft-
tuationfi auant au pays enfemble la diverfion &
■empefcbement que ie logement des dits foldats cau-
feroit aux negocians & marcbans mefmes quen
autre lieu f e pourroit eriger Cbafieau ou Ion au-
roitport de wier beaucoupplus convenablepropice &
ajfeure efians contens que pour eßre demeurcr de-
febarges tant de lere&ion du dit Cbafieau que du-
logement fus dit de y ayder & contribuer quelque
bonne fomme de deniers furquon ayans furce avec
iceulx fait tenir quelsques Communications Us au-
royeni■ finablement confenti & accordé de furnir
pour la confirutlion du cbafieau quavons ordonné
eßre fait & erigé a Fliffingbes ou autrement pour
eßre employé a nofire bon plaifir la fomme de deux
eens mil livres du pris de qu ar ante gros nofire
monnoye de flandres la Ihre a eflre payée a cer-
tains gracieulx term es en nofire ditte ville dam-
ftelredamme Moyennant & a Condition que la dit-
te ville demeurera defebargèe
{j3 ne fera dorefe-
viavant mokfiée pour y mettre en cbafieau ou lo-
ger aucuns foldats fuplyans tresbumhlement de
veuloir prendre ceftuy leur accord foubs les condi-
tions Jus en pour agreable & leur en faire despec-
cber nos lettres patentes daccept at ion en tel cas
pertinentes
Savoir Faisons que ce confidere &
ayans laccord d<:s en d amßelredammepour agrea-
ble Ie avons par la deliberation & advis de nofire
Coußn Ie duc d /:lve
ßfc. & de. nos aimês & fe-
ßi/lx les chiefs treforier general & commis de nos
demanie & finances accepté & acceptons parces-
tes les remercyam du. fervice qiiils nous font en
vefi endroit bien entendu t out es fois que pour fai-
re feruir la ditte fomme a VeffeEt de l'ereclion du
dit cbafieau a fliffingbes en quoi convient be-
foingner incontinent & a toute diligence afin que
at* plustofi que faire fe pourra iceluy foit mis en
deffence les dits d amftelredamme deburont furnir
pour Ie comrnencement en la ditte ville damßelre-
damme la ou Ion fera receuoir les deniers
£f les
tranfporter a nos despens & perils la fomme de
Dingt buyt ou trente mil livres & fucecffiuement
»e mois a autre la fomme de vingt mil livres
°a endeßoubs felon quoi y ouvrera j-usques au
parfait de la ditte fomme de deux eens mil li-
Vres du en pris de quarante gros promettant en
Pfi'olle de Roy& prince que la ditte ville dam-
Jfdredamme ne fera dorefenavant cbargee pour
lw eet ion du ditte cbafieau celle part ny les ma-
Kans
£f babitans dicelie de logement de foldats ne
Jft pour leur deffence ou a leur propre requifi-
'°n fi donnons en mandement a nos aimés &
&oubc les cbief prefidens & gens de nos privé
^ grant confaulx aus ditte de nos finances ,
gouverneur prefident & gens de nottre c on f eil en
r ia-nfle
& a tous autres nos jufiiciers officiersgf
accu 't"' Ce reSarc^era 1ue de nottreprèfnte
■mn£;tatl0n etProme(fe aux conditions felon
ê? en
SdTsedqtJ-- '^ facent fousfrent & laiffent
e '" ville damßelredamme plainement
£f
i-'.B.
(In Dorfo ftondt)
Les Cbefs treforier general & commis des de-
maines
gf finances du roy nottre Sieur Confentent
en tant que eulx efl Ie contenu en blancq de cefies
eßre furny
£f accomply tout ainfi par la meifme
forme & maniere que fa majeße veult & mande
efire faict par icelluy blancq faict en cbambre
£f
bureau des dits finances Ie n de jfuille 1500/0/-
xante onfe.
(was get:)
Barlemont, Schets, van Loo,
Reingout.
VERTAALING
Fan den voorfiaanden Brief.
"IT'iLips, door Gods genade, Koning van
„ JT Kaftilie, Leon , nrragon, Navarrè, Na*
„ pels, Sicilië , Majorka , Sardinië , de Indi-
„ fche Eilanden en he: vafle Land van den O-
„ ceaan, Aartshertog van Ooftenryk, Hertog
„ van Bourgondie, Lotharingen, Brabant, Lim-
„ burg Luxemburg- Gelder en Milaan,Graaf
„ van Habsburg, Vlaanderen, Artois, Palts-
„ Bourgondie, Henegouwen, Holland, Zee-
„ land, Namen en Zutfen,Prins van Zwaben,
„ Markgraaf van 't H. Roomfche Ryk, Heer
„ van Friesland, Salins, Mechelen, de Stad,
„ Steden en het Land van Utrecht, Overyflèl
„ en Groningen, en Heerfcher in Azia en A-
,, frika; aan allen, die deezen tegenwoordigen
„ zien zullen, heil! Naardien wy onlangs, in
„ onzen raade, in overweeging genomen heb-
„ ben, om eene nieuwe Sterkte "of Kafteel m
,, de Stad Amftelredamme te doen opregten,
„ op dat wy aldaar eene veilige Zeehaven voor
„ de aankomende en uitvaarende fchepen heb-
„ ben en houden zouden; en dat wy, tot ver-
• „ zekering dier ftigtinge, voorneemens waren,
„ eenige vendels Spaanfch voetvolk in de ge-
„ melde Stad te doen leggen ; en die van de
„ Wethouderfchap dier Stad, onzen zeer waar-
„ den en zeer beminden Neeye , den Hertog
„ van Al va, Markgraaf van Coria enz. Ridder
„ van onze orde, Gouverneur en Kapitein-Ge-
Xx a
                                                       „ ne-
-ocr page 400-
AMSTERDAMS
IL Deel.
338
„ den, zullen moeten opbrengen de fomme van ßyt"A
„ agt en twintig of dertig duizend ponden , enGENn
„ vervolgens van maand tot maand, de fom- Lr-
„ me van agt en twintig duizend ponden ofdaac
„ onder, naar dat men zulks vorderen zal,tot
„ op de volkomcne voldoenïtfg van de gemel-
„ de fomn^e van tweehonderd duizend pon-
,, den van veertig grooten toe; beloovende wy,
,, op ons Koningklyk en Prinfelyk woord, dat.
„ dezelfde Stad Amftelredam voortaan aldaar
„ niet belaft zal worden met de opregting van
„ 't gemelde Kafteel, noch de ingezetenen der-
5, zelve met de inlegering van foldaaten, dan
,, tot derzelver verdediging, en op hun eigen
„ verzoek. Wy belaften, derhalve , aan onze
,, lieven, getrouwen, het hoofd, prefident en
,, luiden van onzen Raade in Holland en alle
„ anderen onze Regtei s, Amptenaars en On-
„ derdaanen, die dit zal aangaan, dat zy onze
„ tegenwoordige aannneeming en belofte, op
„ de bovengemelde wyze en, voorwaarden, de
„ gemelde Stad Amftelredam volkomenlyk en
„ vredelyk laaten genieten en gebruiken, zon-
„ der haar daarin eenige ontrading of beletfelte
„ veroorzaaken, of gedoogen dat dezelven haar
,, aangedaan worden. Want het ons alzo ge-
„ Heft. In kennifle hiervan , hebben wy ons
„ Zegel op deezen doen drukken. Gegeven
„ in onze Stad van Antwerpen , den zevenden
„ July des jaars onzes Heeren eenduizend vyf-
„ honderd een en zeventig, van onze Ryken,
„ te weeten van Spanje, Sicilië enz. het zes-
,, tiende, en van Napels het agttieride.
(ƒ« de vouwt fiondt;)
„ By den Koning, den Hertog van Al-
;,, va enz. Gouverneur Generaal , den
„ Heer de Barlaymont, Hoofd, myne
„ heeren Gaspar Schets, Ridder, Heer '
„ van Grobcndoncq, Thefaurier Gcne-
„ raal, Albert van Loo en Jakob Rein-
„ gout, Commifen der Finantien en an-
„ deren
(getekend')
D'OVERLOEPE.
( Op den rug fiondt:)
„ De Hoofden, Thefaurier Generaal en Com-
„ mifen der Domeinen en Finantien van deO
„ Koning, onzen Heere, bewilligen, zo veel in
„ hen is, dat de inhoud van het witte deezeS
„ vervuld en naargekomen worde, op dezelfde
„ wyze, als zyne Majefteit, by het witte dee'
„ zes, wil en beveelt dat gefchiede. Gedaatf
„ in de Kamer en ten Bureele der gemelde Fi'
„ nantien, den n July vyftienhonderd een ei»
„ zeventig.
(ivas getekend:)
Barlemont, Schets, van Lo0>
Rein
e out.
Je neraal van onze Landen van herwaards over,
„ zekere vertooning gedaan hebben van de na-
„ deelen en ongemakken, die de ftigtingvanhet
„ gemelde Kafteel en de inlegering der gemelde
„ foldaaten zouden te' wege brengen , zo ter
„ oorzaake van den Hegten grond, welken men
„ aldaar ontmoeten zou, om de fondamenten
j, van het gemelde Kafteel daarop te veftigen,
„ als van de geringe nuttigheid en dienft, wel-
3, ken men van de gemelde Sterkte en Kafteel
„ zou können trekken , om dat het zelve zo diep
„ Landwaards in gelegen is , te gelyk met de
„ verfperring en verhindering, die de inlegering
„ der gemelde foldaaten aan de handelaars en
„ koopluiden veroorzaaken zou; dat men ook
,, elders een Kafteel zou können or regten , daar
„' veel bekwaamer, gem: ''."«lyker en veiliger
s, Zeehaven was; en dat z_, , om zo wel van de
„ opregting van het gemelde Kafteel, als van
„ de voornoemde inlegering ontlaft te zyn en te
„ blyven, te vrede waren, daartoe eene goede
,, fomme van penningen op te brengen: waar-
,, op eenige onderhandelingen met hen gehou-
„ dan hebbende, zy eindelyk bewilligd en toe-
j, geftaan hadden, dat zy tot de opregting van
,, het Kafteel, 't welk wy bevolen hebben te
„ Vliffingen of elders te maaken en op te reg-
„ ten, om naar ons welgevallen befteed te wor-
j, den,zouden opbrengen defóuime vantwee-
„ honderd duizend ponden van veertig grooten
„ onzer Vlaamfche munt het pond; en tebetaa-i
„ len in zekere bekwaamc termynen, binnen
„ onze gemelde Stad Amftelredamme, midsen
„ onder voorwaarde, dat de gemelde Stad ont-
„ laft zal blyven, en in vervolg van tyd niet
,, gemoeid worden om aldaar een Kafteel op te
,, regten, of eenige foldaaten te leggen; ons
,, zeer ootmoediglyk fmeekende, dat wydeeze
„ hunne overeenkomft, onder de bovengemel-
„ de voorwaarden , voor aangenaam wilden
„ houden, en hun daar van onze opene brieven,
,. in diergelyke gevallen gebruikelyk, doenaf-
„ vaardigen: Doen-te weeten, dat wy,
„ zulks in aanmerking genomen hebbende , en
,, de overeenkomft van" die van Amftelredam-
„ me houdende voor aangenaam, dezelve, by
„ overleg en raade van onzen Neeve, den Her-
j, tog van Alva enz. en van onze lieven, ge-
,, trouwen , de Hoofden , Thefaurier - Gene-
., raal en Commifen van onze domeinen en fi-
„ nanticn , hebben aangenomen, gelyk wyze
„ aanneemen by deezen , hen dankende voor
„ den dienft, dien zy ons in dit opzigt doen;
}) met dien verftande nogtans, dat, om de ge-
„ melde fomme te doen dienen tot de opregtin-
,, ge van het gemelde Kafteel van Vliiïïngen,
,, waarop men, terftond, en met allen fpoed,
}, zal dienen te raadpleegen , op dat het zelve,
„ zo dra mogelyk, in ftaat van tegenweer ge-
„ fteld worde ; die van Amftelredamme, tot
„ een aanvang, in de gemelde Stad van Am-
„ ftelredamme, daar men de penningen zal doen
„ ontvangen, en van waar dezelven, op ön-
„ ze koften en gevaar, vervoerd zullen wor-
y
-ocr page 401-
GESCHIEDENISSEN.
Lr. C.
VIII. Boek
339
Bflaä-
geu
L. c.
•"• c.
Reqmß der Stad Amßerdam mn kwytfcheld'mg der onhetaaUe reße van tweehonderd duizend gul-
dens
, en appointement, viaarby de verzagte kwytfchelding wordt toegeflaan. Getekend, te BrulTel
den 28 May 1572.
Aen de Hoofden, Treforier generael en-
de gecommitteerden van zyn mails, de-
meynen en finantien.
Gheven zeer oitmoedelick ende mit al-
le reverentie te kennen de Borgher-
meefteren ende Regierders der ftede van
Amftelredam hoedat zy fupplianten inden
Jare een ende tzeventich ter caufe van ze-
kere foldaten ende Citadelle dewelke ge-
leyt foude geweeft hebben binnen der fel-
ver ftede nik fyn excellentie van wegen zyn
maf. gemaect hebben gehadt zeekere ac-
cordt uyt erachte van welke fy fupplian-
ten tot proufiyte vanfelve fyn maj'. fouden
furneren die fumma van twee honden dui-
fent gulden tot fortificatie van 't cafteel van
Vliffingen, daervan fy fupplianten tmeer-
deel al hebben gefurneert ende gemerct zy
fupplianten mit renten te vercoopen gheen
meer credit en hebben, dat oeck de incoe-
men van voirn. ftede failleert deur die no-
toire ceftatie van der nieringe ende coop-
manfehappen, die nu (God betere) in allen
quartieren ende byfondere inden quartiere
vanHollant geheel ceffeert, hierby gevoecht
den groten dieren tyt die lange geweeft is
ende'noch apparentelick meerder zal word-
den , vermits die ftromen van Teschel en-
de t vlie mitsgaders andere rivieren nyeten
fyn gevryt oick geconfidereert, dat zy fup-
plianten ter cauie van den voern. dieren
tyt inden winter voirleden veel grainen
voer den fchamelen gemeente gecocht heb-
ben al monteerende tot veel duifenden, daer-
van die dagen eensdeels ommegecommen
fyn ende noch ommecomen füllen ende
fulex haer fupplianten voerdefen tyt nyet
mogelyck en is die refte van de voirn. twee-
hondert duifent gulden te furneren. foe
verfoeken fy fupplianten, als goede onder-
faeten van zyn maj'. oitmoedelyck, dat u-
we moghende heeren in recompenfe van
verfcheyden andere dienden by haer ïup-
plianten zyn voirn. maj'. dikwils getrouwe-
Hck bewefen gelieve die refte van voirn.
fumme quyt te fchelden, ende t voirfcreveti
accordt voirder te. doen effeclueren naer
behoeren, ende fült weldoen.
Syn Excellentie hebbende gehoert het rap-
port van defe fupplicatie heeft den fupplianten
wel willen doen reprefenteren, dat fy behoe-
ren te confidereren dat de fomme hier gemen-
tioneert,h/ete- -. by hen geaccordeert geweeft
voer een gefch :ck, oft om nyet mit allen,
maer by accord tegens zeker beneficie ende wel-
daet hen bewefen te werden van wegen fyne
majeft. des fy tot noch toe volcomentlyck ge-
nots hebben, ende t wellick men wel gemeynt
is voirtaen te effeclueren, ende onderhouden,
ende dat däeromme nae recht ende- redene fy
oyck behoeren te volbrenghen t ghene fy by den
voirf. accoirdt wederomme toe'gefeyt hebben,
nyettemin alzoe federt occafien voirgevallen fyn
doer wellicke het bouwen desCafteelstotVlis-
fingen tot w°lHck de voirfc. fomme hier geroert
gefchikt was, gefchorft is,fyne Exellentie wil-
lende de voirf. Stadt believen in all 't gene ee-
nichfmts dointlyck is, fal te vreden fyn dat met
die onbetaelde refte van de voirfk. fomme tot
gelegener tyt pacientie genomen wordde op vaft
vertrouwen nochtans, dat indien nu men mid-
lerwyl tot onderhoudenilTe van de fchepen van
oirloghe ende luyden ende toebehoerten daerop
fynde, dienende onder andere tot befcherminge
ende confervatie der ftede van Amftelrcdamme
ende vryinghe haerer navigatie ende Zeevaert
behoefde vyftien of twintichduizent gulden die
voirf. fupplianten hen fchicken ende vuegen
füllen fyne maj' daer mede te dienen , aldus
gedaen te Bruefïèl den xxviii dach mey
MDLXXII.
was getekent.
F. A. d. T. dïcem dal ve.
Tv ordomntievan fynre Excellentie
B e R T R Y.
Lu,
U. D.
Privilegie, op den naam van F1 l i p s d e n II,, Koning van Spanje, waarby de Jurisdictie der Stad
Amfterdam, tot op vierhonderd Roeden buiten de oude Paaien, uitgebreid wordt. Gegeven
te Br u(fel den tweeden December des jaars
1574.
BïXAA-
GEN
Lt. D.
OHinpPK ffc. a tous ceulx qui cesprefentes
p- verront falut receu avons lehumble fupplica-
°8 de nos ehers Men ames et fidels lesbourgemeis-
es niagißrat et bourgeois de noflre hunne vitte
1 e<nßelredamme en noflre conté de hollande con-
paanK 1ue t out es les grandes villes d icelluy noflre
ferm ^ollat>de et les petites eßans recedees du
« rebell'^ la fidelite a nous deue et f e ayants mis
"us et 'co-* kS fu£Piiam ff f°nt toufiours entrete-
Q-ntne a bons fubjeèls oppartient tnainte-
mis en noflre oheijfance non ohflant toutes les fit-
licitations et infiances des rebelles a eulx faicles
pour auffy tirer les fuppliants a rebellion contre
nous desquelles pernicieufes entreprinfes des re-
belles les remonflrans ont teufiours adverti noflre
trefeber et trefamé Cotijfin Ie ducdalve hrs nof-
tre lieutenant gouverneur et capitaine genera! en-
nospays de par deca et Ie gouverneur d Hollande
Ie conté de Boß Men cognoiffans et fetenansbien
af eures les rebelles que fi noflre vi lle d Aemftelre-
Xx 3
                                                        dam-
Mi
-ocr page 402-
AMSTERDAMS
II. Deel.
34©
dont les proprietaires fruftres des proufi&s d'icel- Byr-
les vivent en grande mifere et pauvrete et non 0EIN
obftant que noftre camp ah efte deuant la villede^' '
Hacrkm fi ont toutes fois les dits rebelles fans
craincle et en vilipendence du dit camp faiSt ifl"
vafions et fpoliations en diverfes places et villai-
ges de forte que les paifans font de tout dejhuïts
et ènchaffes de leurs habitations et a caufe de U
dit perte de leur beftial n"ont la puiffance de ap-
porter quelques vivi es ou victuaifks a la ditte vil'
Ie par quoy les dits vlBuailks et principalkment
k pain et cervoife font deux fois plus chiers en la
ditte ville que aux villes et places revoltees atten-
du que les dittes villes prennent leur nourriture
des marchans arrivans a la Zuyder Zee aux ports
et haures des rebelles et qm les rebelles empefchent
ks marchans par force de ne povoir venir a Aem-
ftelredam ayans a cefte caufe entrepr'ms de faire
trenchees et remparts fur
/.,- pajfaige pres la ditte
ville &aemftelredam par forclore et empefher les
vivres et auffy affamer et faire lever noftre camp
devant Haerkm mais leur prefumptueufe tetne-
rité a efte tellement par les fuppliants refiftée et
reboutée par la grace et ayde de dieu toutpuif
fant que les trenchees et remparts des dites rebel-
les ont efte prinfes et eulx mis en fuyie et d'ilkcq
chaffis et grand nombre des dits rebelles tues en-
tre ks quels a efte mis a mort un fort fameulx et
oultrecuydè Anthonie Oliuver lequel tant de for~
ces et dommaiges a faiït fur nos fubjects que par
placcart quatre mille florins font efte premis a
ceulx qui Ie delivreroyent vif et deux mille alt
profit de ceulx qui Ie delivreroyent mort dïavan-
taige les rebelles et nominement ceulx d'Enckhuy'
fen et Waterlandt pour p>lus gafter et endommai-
ger et faire per dr e aux fuppliants tout Fefpoir de
traficques de la mer ont devant Je haure de la
ditte ville d'' aemftelredamme nomme t Te enfoncè
grand nombre de navires en forte que nulle na-
vire peult paffer de la ditte ville vers Ie mer ny
de la mer arriver a Amfielredamme des que les
mvieres enfoncêes ne pourront eftre tirees du fond
ny Ie pajfaige eftre ouvert et vuyde fi non a fort
grands 'despens force de engins ei d'hommes etfieft
grand dangier que apres et a l'occafion du dit en-
foncement des dits navires Ie canal du dit bavre
ne s'eftouppe et perde la parfundeur necejfaire a
la navigation Jhnblablement efi vray que la ditte
ville a fouffert tres exceffive perte a caufe que Ie roy
de Suede a detenu plus que foixante grandes navi'
res des dits fuppliants allans vers D Oftlandt)
cbargecs de fel et que Ie dit roy a vendu Ie fel des
remonjlrans contre leur gré et employé Fargent a
f on proufit fans contenter les dits remonjlrans tant
pour les navires detenties que pour Ie valeur du dit
fel et que auffy Ie roy de denemareke oultre les ton'
lieu accouftumes et anciennement par les dits fup'
pliants payes dans iceulx paffe certains ans en d
pour cbaque laft des biens ou marchandifes un da'
lere en allantet autant enretoumantmontantpotif
cbaque navire du grandeur de deux eens laJU
(:les quelles font accouftumées de faire deux voiai*
ges par an;) pour les dits deux voiaiges a buiW
eens daleres parquoy les dits navires qui vont vet1
oiftlande en plufieurs années n'ont porte nul pro'^'
fit ny aux maitres des navires ny aux propriet^
res les ayans a grands frais de/pens etquippe tn&
au contraire plufieurs dicelles font ufees ouperi{
ou demourees par dela fans retoumer ou pov&
porter Usfrais de leur efquippaige par toute*"\
Eylaa- dämme fe eufl auffy addonne a la ditte rebell'wn
GI£N
         que n eujjions point eu convenable entree au dit
Lr. D. pays d'IIollande pour punir les dittes rebellei ou
les reduyre a obeiffance
, et que la dite v/He eflant
auffy indutte et join&e a leur rebellion et confede-
rat ion ils euffent aifement fe fiiict meiflres de la
mer et de la navigation d oiftlande pour a leur
advaniaige et renforcement dillecq mener et que-
rir t out es fort es et provifions de vivres et aultres
marchandifes et dempefcher que les aultres villes
et pays rieft ans point de leur bende tf euffent peu
querir furniffement des ditsprovifions et marchan ■
difts et voyans les dits rebel/es que par la voye de
perfuafion ou follicitation ils m povoyent induyre
les fuppliants 'a la defection de noftre obeijfance je
font mis en campaigne avec force desgens deguer-
re et art Hief: es et oni affiegé et oppugné les dits
fuppliants avec Intention de les opprimer et mettre
en l::«r fübjection a lencontre des quels et leur
damnables entreprinfes les fuppliants fe ont oïpo-
fe et defendu en teile forte quils les ont repouffè et
tué beaucoup des dits rebelles tellement quils ont
efte confiraiii&s de leuer leur fiege maispour mon-
ftrer leur venimeux courraige contre les fuppliants
ont en leur retraifte a Pentour de la ditte ville
faicl une inefiimable dommaige et cruaulte en
'bruslant les molins a bied et toutes les maifons et
aultres edifices efians en tres grand nombre hors
les mtirailles de la ditte ville et dedans la Jurisdic-
tion dicelle et non contents de cefl execrable faic't
ent encoires briisk et mis a neant plus de quatre
vingt grands bateaulx au haure et port de la
ditte ville les quels foloyent mener par merde Oift-
lande et d^ailleurs toutes fortes de marchandifes
et denrees non feullement au proufit de ceulx du
ditte Aenißelredamme mais auffy pour tous nos
pays de pardeca et pour myeulx accomplir la ditte
execrable entreprinfe fe font parplufieurs fois ayn-
dé de f opportun! té du vent pour mettre Ie feu en la
ditte ville et icclle par ce moyen faccaiger et met-
tre en leurs mains ce que fuß indubitablement ad-
venu fi noftre Seigneur eufl: de fa mifericorde gar-
de la ditte ville miracukufement f ai fint d'etour-
r.er Ie vent de la ditte ville contre l''entreprinfe et
intention des dittes rebelles et non obftant tous les
dittes ineftimabks dommaiges fi font les fuppliants
toußours demeures avec toute conftance en noftre
obeiffance regardants en toute patience et perfe-
verance les dittes pitoyabks dommaiges a eulx
furvenus. oultre ce que les fuppliants endurent
une aultre ineftimable perte aux bateaulx les quels
en grand nombre envoyes en Oiftlande
fë;5 ailkurs
ne pouvent arriver en aulcuy haure d'bollande ou
zelande a caufe que les ports et haures fus dittes
font occupes par les dittes rebelles tellement que les
ihttes bateaulx viennent en leurs mains et font te-
nus peur pris 'et eft trouve pour verite que aux
mains des rebelles en Zelande font devenus plus
que deux eens grands bateaulx efians Ie plus
part charges de fel dont la plus grande partiepar
les rebelles eft brüske et la refte perie en la mer
les dittes rebelles ne fe contentans de la ditte inefii-
mable perte des fuppliants fe font encoires advan-
ces en leur departement de la ditte ville de pren-
dre toutes les vaches befles et aultres hiens meu-
bles des villageois refidens a lentour de la ditte
ville & de brusler les cenfes fermes graniges et
aultres edifices appartenans aux bourgeois et in-
babitans d'icelk. A Poccafton de quoy les terres
des fuppliaim (hmwrent defo}eei et fans ci/lttfre
-ocr page 403-
GESCHIEDENISSEN.
VIII. Boek.
341
JSAa- queues caufes rayfons et moyens les fuppls durdnt de Coria chsvalier de nofire ordre, naguereslieu-BYLAA
1,
          la dit rebellion ont per du grand nombre des babi- tenant gouverneur et Capitaine generalpour nous oen '
'■ Ö. tans et bourgeois les quels ont repandu leur fang en nos dits pays de pardeca , et Ie grand Com- Lr. D,
et perdu la nie pour l'honneur de dieu et nous et mandeur de Caflüle don Loys Requefins et de
MJfe maintes veuves et orpbelins en grande quan- Cuniga f on fucceffeur aus dits fupplts oEtroye
tite qui vivent engrande mi/ere et calamite, et Jont confenti et accordé
, oêlroyons confentions et ac~
generallement tous les bourgeois devenus a teile cordons de grace efpeciale par ces prefentes ce
calamite defolation et digettequils ne fcaventplus que s'enfuyt afcavoir que la Jurisdiction tant ei.
longuement fournir de quoyfe entretenir,veuquils vile que criminele des efcoutetle burgermeiflres
nefont pas tant feullement perdus a l'occafion du et efebeuins de noflre ditte bonne ville foit eften-
faiïliffement de la navigation de vier vers Oiflen due et agrandie comme l'eflendons et agrandijfons
etWeflenmais aujfy que par Ie bruslement des dits par mer et par terre par ces dits prefentes de
navires et aultres biens et aujfy la perte des na- quatre eens verges de treife pieds cbacune ver ge
vires hors du pays advenue ne leur refte nul efpoir ouhre les vieilles bornes et que iceiles foyent plan-
pour recouvrer la navigation et traficque a eau* tees et eflendues felon ce et ce pour lefaicb d'e'
fe que pour la plus grande partie ils ont despendu xercice de tous actes de juftice en dedans les dit-
et conjume tout Ie capital dont ils foloyent mar- tes limites a la quelle fin f era ordonné commif-
chander et negocier durant ces troubles et ceffant faires pour faire Ie dit bornaige fans prejudice
la navigation en cefle prefente cbierté de vivres neantmoins du droiEt de nos aydes et interefi
fi ce neft que les fuppls foyent par la grace de dieu des particulier s fi aulcuns en a et que toutes les
aydes etfecourrus de noflre naifue clemence et li- fentences civiles rendues par Ie magifirat de noflre
leralité aux queues en leur extreme calamite ils ditte bonne ville d'aemflelredamme reparables en
ont recourreu en teute devotion efperans ferme- fin de jugement foyent executees non obflant oppo-
ment que la ditte liberalite a eulx en leur prefente fition ou appellation quelconcque et fans prejudice
paoiLvrete et mifere ne f era deniée, attenduquede d'icelles moyenent toutes fois bonne et f eure cau-
baidte memoire nos predecejfeurs en beaucoup moin~ tion de rendre par celluy qui aura obtenu fi ainfy
dres neceffites et occafionsont dote et pourveuleurs efl diEt par fin de caufe et afinque lefuccumbant
bons fubjects avec beaucoup de graces de immuni- puifi avoir plus tofi la vuydange derniere du pro-
tes, francbifes et privileges au l'occafion et mo- ces fi bon luy femble fans eflre retardé par la par-
yen de quoy ils font venus avec l'ayde de dieu a tie quiferoit garnie en ce cas feulement et non aul-
bonne profperite nous ayans partant les dits re- trement luy f era loyfible relever et pourfuyvrefon
'nionflrans fupplie vouloir entre aultres chofes leur appel ou en nofire confeil dïhollande ou direElement
accorder et confentir que la jurifdiEtion et terroir en nofire dit grand confeil
obmiflö medio comme
de la ditte ville d' aemftelredamme foit eflendue myeulx luyfemblera convenir fi avons en oultre
oultre la prefente jurifdiäion tant par terre que declaire et declairons par ceftesmefmes que ne don-
par eaue quatre eens verges de treife pieds la ver- nerons aulcune quiElance atterminatiön oudelayds
ge et que les efebevins de la ditte ville pui(fent en payement a aulcunes villes villaiges ou communes
,
la ditte extenfion du dit terroir juger fentencier quipourroyent avoir rébelle aupreiudice de la ditte
et exercer ou faire executer tous aEies judiciels et ville d'aemftelredamme ou des bourgeois et inha-
fentences tout ainfy et en teile autborite comme ils bitans d'icelle^n'efl de leursfceu et confentement fi
exercent prefentement lajurifdiEtiondedans laditte donnons en mandement a nos aimes et feaulx les
ville et que toutes les dits fentences ayent plainiere chief prefident et gens de- nos privé et grand con-
execution reelement et de faiEt et foyent efeEtuees faulx gouverneur prefident et gens de nos confeil
Par les dits efebevins foubs caution foufßjfante a et comptes en Hollande et a tous nos aultres
conjlituer par Ie triumpbant non obflant oppofi- jufticiers oßeiers etfübjeEtsqui ce peult etpouira
tions'ou appellations quelsconcques faiEtes ou in' toucher et regarder leurs lieuxtenans et cbacun
terjeEtées ou encoires a faire ou interjeEler des dits d'eulx endrciÈt foy et fi comme a luy appartiendra
fentences et que Ie fuccumbant aura choixet op- que de nos prefente grace oEtroy concejpon confen-
*ion de defendre ou refpondre en la caufe ouinftan- tement et accord et de tout Ie contenu en ces dits
ced''appel devant la court dehollande oudevant nof- prefentes felon et par la forme et maniere que dia
lre grand confeil et que les bourgeois et habitans de eft ils facent fouffrent et laijfent les dits fiip-
la ditte ville ayant rentes ou revenus ou quel- pliants plainement paifiblement et perpetuellement
ques aultres debtesfur aulcunes des villes revoltees joyr et ufer fans leur faire mettre oudonner ne
°" villaigesfoyentpayesde leurs rentes et debtes a fouffrir eflre faiEt mis ou donne aulcun deflour-
ïe' jour quils efebeent non obflant quelque gra- bier ouempefebement au contraire en maniere quel-
ce atterminatiön ou lettres d'eftat que les dittes concque car ainfy nous plaift il, en tesmoing de ce
^"k-f ou places en temps advenir pourroyent im- nous avons faiEt mettre noflre feel a ces prefentes.
Pttrer ou quelconcque eftat ou atterminatiön leur Donne en noflre ville de Bruxelles Ie fecondjour
yUrroü par nous eflre accordee et fur tout leur de decembre l'an de grace quinje cent foixantetrei*
^aire despefiber nos lettres patentes en tel cas fe et de nos regnes afcavoir d'efpaigne et deficit-
J.Wes
Pour ce est il que nous les chofes fus- Ie Ie 18. et de Naples Ie XX™. A. V.
fa?<?.mfiderées inclinans favorablement a la ditte-
JPjkation et requefts mefmes en confideration
PUa~a* promPlitude et fidelite dont les dits fup.
blèr'1"/ °nt ferui a dieu et nous durant ces trou'
hns niers et ^euillant enrecognoiffance detels
de *n fidsls fervices advancer te Men et utilite
bonnorï b°me viUe d'aemftelredamme etpremier
pits avonet^aulcunement recomPenfer iceulxfup'
cbers e*
? advis et deliberation de nos tres-
(In de plye ftondt)
Pat-
Ie roy en fin confeil-
(was get:>
B ER T
R r,
iresc"nes eoufins Ie duc d'alva Marquis .
-ocr page 404-
II. Deel.
AMSTERDAMS
342
,5 voorzien konden. Doch deeze wederfpan-Bf^
j, nelingen , ziende, dat zy de fupplianten, door G^n
5, overreding en aanzoek, niet tot afval van on- kr'
„ ze gehoorzaamheid konden overhaalen, had-
„ den zig met eene groote krygsmagt en gefchut
3, te velde begeeven", en de gemelde fupplian-
,, ten belegerd en aangevogten, met oogmerk om
„ dezelven te verdrukken en tot onderwerping
„ te brengen, waartegen en tegen derzelverver-
,, doemeïyke aanflagen, de fupplianten zig der-
„ wyze gekant en verdedigd hebben, dat zyze
„ hebben terug gedreeven, en veelen van de
,, gemelde wederfpannelingen gedood, zo dat
„ zy gedwongen ge weeft zyn, hun beleg op te
„ breeken; doch om hunnen vergiftigden moed
,, tegen de fupplianten te toonen, hebben zy,
,, by hunnen aftogt, rondsom de gemelde Stad,
„ eene onwaardeerlyke fchade gedaan, en de
„ Korenmolens en alle de huizen en andere ge-
„ bouwen, die in grooten getale buiten demuu-
,, ren der gemelde Stad en binnen derzelver
3, vryheid ftonden , wreedelyk verbrand : en
„ met deeze verfoeilyke ondaad nog niet te vre-
3, de, hebben zy, in de haven der gemelde Stad>
„ meer dan tagtig groote vaartuigen, die aller»
3, lei foorten van Koopmanfchappen en waa-
,, ren, niet alleen ten behoeve van die van Am-
„ iterdam, maar ook ten behoeve, van alle on-
„ ze Landen van herwaards over, uit Ooftland
,, en van elders, plagten te haaien, in den brand
„ geftoken en vernield: en om deezen verfoei-
3, lyken aanflag te beter uit te voeren, hebben
„ zy zig dikwils bediend van de gelegenheid des
„ winds, om de gemelde Stad aan brand te ftee-
„ ken, en vervolgens te verwoeften en in hun-
,3 ne handen te krygen: 't welk ook, ongetwy-
„ feld, gebeurd zou zyn, zo onze Heer, in
„ zyne barmhertigheid, de gemelde Stad niet
„ wonderdaadiglyk behouden hadt, den wind.
53 tegen den wil en het oogmerk der voornoem-
„ de wederfpannelingen, van de Stad afwen-
„ dende. OndertulTchen zyn de fupplianten,
„ onaangezien al deeze onwaardeerbaare fchade,
,3 altoos, met alle ftandvaftigheid, in onze ge-
„ hoorzaamheid gebleeven, en hebben de ge-
„ noemde deerniswaardige nadeelen, hun over-
3, gekomen, met geduld verdraagen. Daareiv
,, boven lyden de fupplianten nog een ander
„ onwaardeerbaar nadeel aan de fchepen, die •
,, in grooten getale, naar Ooftland en elders
,, gezonden, in geene haven van Holland of
„ Zeeland können inloopen , doordien de ge'
„ melde havens derwyze door de voornoem'
,, de wederfpannelingen bezet zyn , dat de ge'
„ melde fchepen hun in handen vallen, en pryj
,, gemaakt worden: en heeft men in waarheid
„ bevonden , dat 'er meer dan tweehonderd
„ groote fchepen, voor't meerder gedeelte me1
„ Zout gelaaden , den wederfpannelingen i1*
,, Zeeland in handen gevallen, en ten deel0
,, verbrand, en voor 't overige gedeelte in zee
„ vergaan zyn. De voornoemde wederfpanne'
,, lingen, zig niet vergenoegende met het ge'
„ melde onwaardeerbaar verlies der fuppliantefj
,, zyn nog voortgetrokken tot aan het gebier
„ der gemelde Stad, van waar zy alle de ko^
„ jen, vee en andere tilbaare have der Dorpe'
„ lingen, die rondsom de gemelde Stad gezetßl1
„ zyn, nebben weggenomen, en de huizel1'
„ hoeven, fchuuren en andere timmeraadje0'
(In Dorfo ftondt:)
Op huyden zyn defe opene brieven van oc-
troye in den rade van den hove van Hollandt
geviiiteert ende ter ordonnantie van denvoorfz.
Hove geregiftreert in de greffe van den felven
Hove in den eerften regifter van den placca-
ten , oftroyen ende ordonnantien gehouden
by tyde van Willem van Berendrecht, greffier
van den voorfz: rade, foliis 50. vlo 51. 52.53.
54. ende 55. gcdaen t utrecht by Meefter Corne-
lisSuys, Heere van Ryswyck,prefident,Johan
van Lefaen, Cornelis Oem, Jacob van der over-
fche, Charles Snvytre, Jacob van Quesnoy,
Reinier van der duyn ende Godefroy van Moe«
fienbrouck , raetsluyden van Hollandt, den a 1 cJi
Augufti anno 1500 vier ende tfeventich , My
jegenwoordich
(:get:)
W. de Berendrecht.
V E R T A A L I N G
van het voorftamuh Privilegie.
„ TT'ilips enz. Aan allen,die deezen tegen-
„ J7 svoordigen zien zullen, heil! Wy heb-
„ ben ontvangen de ootmoedige bede van on-
,, ze waarden, wel beminden en getrouwen,
„ de Burgermeefters, Wethouderfchap enBur-
5, gers van onze goede Stad Amftelredamme,
55 in ons Graaffchap van Holland, inhoudende,
,5 dat, alle de groote en kleine Steden van ons
j, gemelde Land van Holland afgeweeken zyn-
,, de van den eed van getrouwheid, aan ons
„ verfchuldigd , en zig begeven hebbende tot
., wederfpannigheid; de fupplianten zig al«
„ toos gehouden, en, gelyk goeden onderdaa-
5, nen betaamt, bewaard hebben, in onze ge-
3, hoorzaamheid, niettegenftaande alle de aan-
3, zoeken , hun geduuriglyk door de weder-
,, fpannelingen gedaan, om de fupplianten ook
„ tot wederfpannigheid jegens ons over te haa-
„ len; van welke verderfelyke onderneemingen
„ der wederfpannelingen de vertooners onzen
j, zeer waarden en zeer beminden Neef, den
,, Hertog van Alva, toen onzen Stedehouder,
,5 Gouverneur en Kapitein - Generaal in onze
„ Landenvan herwaards'Over, endenGouver-
,, neur van Holland, den Graave van Bolfu,
3, altoos kennis gegeven hebben; terwyl de we-
3, derfpannelingen wel wiften en zig wel ver-
3, zekerd hielden, dat, zo onze Stad Amfter-
„ dam ook tot de gemelde wederfpannigheid o-
„ vergegaan was, wy geenen bekwaamen toe-
ij gang tot het gemelde Land van Holland zou-
„ den gehad hebben , om de voornoemde we-
j, derfpannelingen te ftraffen of tot gehoorzaam-
„ heid te brengen; en dat, zo de gemelde Stad
3, zig tot hunne wederfpannigheid en bondge-
„ nootfehap^ gevoegd en overgegeven hadt, zy
„ zig ligtelyk meefters van de^zee en van de
„ Vaare naar Ooftland gemaakt zouden hebben,
3, om tot hun voordeel en verfterking van daar
3, te haaien allerlei voorraad van leevensmidde-
„ len en andere waaren, en om te beletten, dat
3, de andere Steden en Landen, die niet van
„ hunnen aanhang waren, zig van daar van ee-
,, nige Levensmiddelen en Koopmanfchappen
-ocr page 405-
GESCHIEDENISSEN.
VIII. Boek.
343
geld ten zynen behoeve aangelegd heeft, zon- ßyLA&-
der den gemelden vertooneren, noch wegens de Gen
fchepen, noch wegens de waarde van het ge- V. D-
melde Zout, voldoening te geeven: ook dat
de Koning van Deenemarke, de gewoonlyke
en door de vertooners van ouds betaalde tol-
len , federt eenige jaaren, op een daalder van
ieder laft goederen of Koopmanfchappen in
't heengaan, en even zo veel in 't wederkee-
ren, verhoogd heeft, beloopende_ van ieder
fchip van tweehonderd Lallen, die in 't ge-
meen twee reizen in 't jaar doen, voor de
den burgeren en inwooneren der Stad toebe-
hoorende, verbrand hebben: ter welker ge-
legenheid, de Landeryen der fupplianten wocfl
en onbebouwd blyven leggen, welker eige-
naars , beroofd van de vrugten derzelven, in
groote elende en armoede leeven. En niet-
tegenftaande dat ons Leger voor Haarlem ge-
legen heeft, zo hebben de gemelde weder-.
fpannelingen, onhefchroomd, en ter befchim-
pinge van het zelve, invallen en plonderin-
gen in verfcheide plaatfen en dorpen gedaan,
invoege de huisluidcn van alles beroofd en
uit hunne wooningen verdreeven zyn , zon-
der dat zy, ter oorzaake van het gemelde
verlies van hun vee, in flaat zyn om eenig
zuivel of andere cetvvaaren in de genoemde
Stad te brengen: waardoor de leèvensmid-
delen, en inzonderheid het brood en het bier
tweemaal zo duur zyn in de gemelde Stad ,
als in de afvallige Steden en Plaatfen , ge-
merkt de gemelde Steden hunnen Leeftogt
bekomen van de Koopluiden, die, in de ha-
vens der wederfpannelingen aan de Zuider-
zee komen , en de wederfpannelingen de
Koopluiden, met geweld, beletten, zignaar
?j
a
55 h
emelde twee reizen , agthonderd Daalders;
ter oorzaake waarvan, de gemelde fchepen,
die naar'Ooflland gaan, in veele jaaren, geen
voordeel altoos, noch aan de fchippers noch.
aan de eigenaars, die dezelven met groote
koften hadden uitgeruft, hebben aangebragt,
zynde in tegendeel veelen derzelven afgeflee-
ten, of vergaan, of ginder gebleeven, zon-
der te rug te keeren, of de koften hunner-
uitruftinge te können draagen. Uit alle wel-
ke oorzaaken, redenen en middelen, de fup-
plianten, geduurende de gemelde wederfpan-
nigheid, een groot getal van inwooners en
Aemftelredam te begeeven ;ten welken ein- burgers, die 't leeven voor de eer van God
55
en van ons hebben gelaatcn, verlooren heb-
ben, die veele Weduwen , en Weezen in
grooten getale hebben nagelaaten, welken in
groote droefheid en elende leeven: ook zyn
de gemelde burgers in 't gemeen tot zulk eene
elende , armoede en gebrek vervallen, datzy
geen middel meer weeten te vinden, om zig
zelven te onderhouden , gemerkt zy niet flegts
zo veel verlooren hebben, uithoofde van 't
verval der vaart naar Ooften en Wellen; maar.
, dat hun ook, door het verbranden van de
gemelde fchepen en andere goederen, en door
het verlies der fchepen buitenslands, geene
hoop altoos overfchiet, om de vaart en han-
del wederom te bekomen, doordien zy het
de, zy fchanfen en bolwerken gelegd heb
ben op de toegangen naby de gemelde Stad
Aemftelredam , om den aanvoer van lee-
5'
vensmiddelen te ftremmen en te beletten, en
ook om ons Leger voor Haarlem uit te hon-
5, geren en te doen opbreeken : maar hunne
„ vermetele ftoutheid is, door de fupplianten,
„ derwyze tegengegaan en gefluit, met de ge-
nade en hulpe van God almagtig , dat de
„ fchanfen en bolwerken der gemelde weder-
„ ipannelingen ingenomen, en zy op de vlugt
„ gedreeven en van daar verjaagd zyn, en dat 'er
j, een groot getal van de gemelde wederfpanne-
„ lingen gedood is, onder welken ook ter dood is
„ gebragt de zeer vermaarde en alom berugte
Antoni Olhrier, die zo veel nadeel en fchade
„ aan onze onderdaanen heeft toegebragt, dat
„ 'er, by Plakaate, vierduizend guldens beloofd
„ zyn aan zulkcn, die hem leevende, en twee-
„ duizend guldens, ten behoeve van zulken ,
55
grootfle gedeelte van de hoofdfomme, waar*
„ mede zy koophandel plagten <e dryven, ge-
„ duurende de gemelde beroerten, verlooren
„ en verteerd hebben, en de vaart geftremd is,
„ tervvyl de duurte der lee vensmiddel en nog aan-
„ houdt, ten ware de fupplianten, geholpen en
bygeftaan werden, door Gods genade en door
, onze aangebooren zagtmoedigheid en milddaa-
,, digheid, tot welken zy, in 'hunne uiterfle e-
„ lende, in alle deemoedigheid, ook hunne toe-
„ vlugt genomen hebben, vaftelyk hoopende,
„ dat de gemelde milddaadigheid hun, in hunne
„ tegenwoordige armoede en elende, niet zal
„ geweigerd worden, aangezien onze voorzaa-
„ ten doorlugtiger gedagteniffe, in veel minder
,, nooden en gelegenheden, hunne goede on-
„ derdaanen met veele gunften, vryheden en Pri-
„ vilegien hebben befchonken, door middel en
„ter gelegenheid van welken, zy, met Gods
„ hulpe, tot goeden voorfpoed gekome" zyn:
„ weshalve, de gemelde Vertooners ons ver-
„ zogt hebben, dat wy hun onder anderen wil-
„ den toeftaan, dat de Jurisdiclie en grond der
„ gemelde Stad Aemftelredam, boven de te-
s, genwoordige Jurisdictie, zo te land als te wa-
„ ter, uitgebreid worde tot op vierhonderd roe-
„ den van dertien voeten de roede, en dat de
„ Schepenen der gemelde Stad, binnen de uitge-
„ ftrektheid van den gemelden grond, mogen
„ können oordeelen, vonjnis wyzen , en alle ju-
Yy                                                  „ di-
55
die hem dood leveren zouden. De weder-
fpannelingen , met naame die van Knkhuizen
'5
en Waterland, hebben daarenboven , om den
fupplianten de Scheepvaart nog meer te be-
„ derven, en alle hoop op het voortzetten der-
j, zelve te doen verliezen, voor de haven van
j» de gemelde Stad, het Y genaamd,een groot
,, getal van fchepen doen zinken, invoege geen
„ fchip van de Stad naar zee, noch uit zee te
» Amfterdam komen, noch de vaart geopend
55 worden kan, voor dat de gezonken fchepen,
•5 met zwaare koften en door magt van volk en
5> werktuigen , uit den grond gehaald zyn;
5. en dan zal nog grootelyks te dugten liaan,
5) dat, na en ter oora'ake van de gemelde zin-
>5 king, de kil der gemelde haven geflopt bly-
5j ve, en de diepte yerlieze, die tot de vaart
s> vereifcht wordt, 't Is in.sgelyks waaragtig,
55 dat de gemelde Stad zeer zwaare fchade ge-
'» |eeden heeft, ter oorzaake dat de Koningvan
" Zweeden meer dan zeflig groote fchepen van
" ^e, vo°™oemde fupplianten, die, met Zout
" Bh.Len' imr Ooftland gingen, heeft aan-
" venoo "' en dat de KoninS het Zout del'
"i. STUK'6"' ^unï 0,K'anks,verkogt,en het
-ocr page 406-
AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN. II. Deel.
„ dicieele aften en fententien oefenen, of doen
„ ter uitvoeringc brengen, op gelyke wyze en
„ met gelyk gezag, als zy tegenwoordig juris-
„ diftie oefenen in de gemelde Stad; en dat al-
,, Ie de gemelde Sententien, wezenlyk en in-
„ derdaad, volkomene executie hebben en door
„ de gemelde Schepenen ter uitvoeringe gebragt
„ worden , onder genoegzaamen borgtogt, te
„ ftellen door den winner van 't geding, on-
„ aangezien alle tegenkantingen en appéllen hoe
„ genaamd, gedaan of nog te doen; en dat de
„ verliezer de keuze hebben zal,omzigtever-
„ dedigen , of te verantwoorden , by wege van
„ appèl voor 't Hof van Holland . of voor on-
„ zen grooten Raad, en dat de burgers en in-
„ wooners der gemelde Stad, die renten, in-
, komilen of eenige andere fchulden te vorde-
l, ren hebben, in de afgevallen Steden of Dor-
„ pen, van hunne renten en fchulden voldaan
„ worden, op zulk een dag, als dezelven ver-
„ vallen, onaangezien eenige gratie, attermina-
„ tie, of brieven van Staate, die de gemelde
„ Steden of Plaatfen in het toekomende mog-
„ ten verwerven, of hoedanige Staaten of at-
ft terminatien, haar door ons mogten worden
„ toegeftaan; en om hun van alles onze opene
„ brieven, in zodanig een geval vereifcht, te
„ doen afvaardigen; Zo is 't dat wy, de zaa-
„ ken voorgemeld overwoogen hebbende, en
„ genegen zynde, aan het voorgemelde verzoek
„ en bede te voldoen, ook uit aanmerking van
„ de bereidvaardigheid en getrouwheid, waar-
„ mede de fupplianten God en ons, geduuren-
„ de de laatfte beroerten, gediend nebben; en
., willende, in erkentenis van zodanige goede
j, en getrouwe dienften, de welvaart en het
„ nut van onze goede Stad Aemftelrcdamme
,, bevorderen, enin de eerde plaats defupplian-
„ ten eeren, en eenigzins beloonen, met over-
„ leg en raad van onze zeer waarde en zeerbe-
., minde Neeven, den Hertog van Al va, Mark-
„ graaf van Coria, Ridder van onze orde, voor
„ deezen Stedehouder, Gouverneur en Kapitein-
„ Generaal voor ons in onze Landen van her-
„ waards over, en den Groot-Commandeur van
„ Kaftilie Don Louis de Requefens en Cuniga,
„ zynenOpvolger,aan de gemelde fupplianten uit
,, byzondere gunft, geoftrojeerd, geconfenteerd,
j, en geaccordeerd hebben, oftrojeeren, confen-
„ teeren en accordeerenby deezen 't gene volgt,
„ te weeten, dat zo wel de civile als crimineele
„ Jurisdiétie van den Schout, Burgemeefteren en
„ Schepenen van onze gemelde goede Stad uit-
„ gebreid en vergroot zy, gelyk"wy dezelve,
„ door deezen tegenwoordigen, uitbreiden en
j, vergrooten, zo wel ter zee als te lande, tot
„ vierhonderd roeden van dertien voeten ieder
„ roede, boven de oude paaien, en dat de zel-
„ ven, overeenkomftig hiermede, uitgezet en
„ geplaatft worden; tot de oefeningvan alle ge-
„ regtelyke aftien binnen de gemelde paaien ;
„ ten welken einde, GommhTariffen gefteldzul-
„ len worden, om de gemelde grensfcheiding
„ te maaken, zonder benadeeling nogtans van
,, ons regt en van het belang van byzondere prr,A^
,, perfoonen, zo 'er eenig zyn mögt; en dat al üElf
,, de Civile vonniflèn, door de Wethouderfchap \J.
„ van onze gemelde goede Stad van Aemftelre-
,, damme geveld, die by eindelyk vonnis her-
„ ftelbaar zyn, zullen worden uitgevoerd,on-
„ aangezien eenige tegenkanting of appèl hoe
„ genaamd, en buiten derzelver benadeeling,
„ mids 'er altoos goede en verzekerde borg ge-
„ fteld worde, om by eindelyk vonnis weder te
„ geeven, 't gene op deeze wyze verkreegen is:
„ en op dat de verliezer zo veel te eerder hec
3, uiteinde van zyn geding mögt können zien,
., indien hem zulks goeddunken mögt, zonder
„ wederhouden te worden door de party, dia
„ vonnis in zyn voordeel gekreegen mögt heb"
„ ben; in dit geval alleen, en anders niet, zal
„ 't aan hem ftaan, zyn appèl te verheffen en
,, te vervolgen, of aan onzen Raad van Holland ,
„ of regtftreeks, met voorbygang van de Middel-
„ regtbank, aan onzen grooten Raad, zo als hem
„ meeftgeraaden dunken zal, Wy hebben, daar-
,, enboven, verklaard, en verklaaren door dee-
„ zen tegenwoordigen, dat wy geene kwyt-
,, fchelding, arterminatie of uitftel van betaa-
„ ling verleenen zullen aan eenige Steden, dor-
,, pen of gemeenten, die wederfpannig geweeft:
„ mogten zyn, ten nadeele der gemelde Stad
„ Aemftelredamme , of van derzelver burgers
,, en inwooners, dan met derzelver kennis en
,, goedvinden. Wy belaften , derhalve, aan
,, onze lieven en getrouwen, de hoofden,pre-
,, fident en luiden van onze geheime engroote
„ Raaden, Gouverneur, Prefident en Luiden
„ van onzen Raadeen Rekeningen van Holland,
„ en aan alle Regenten, Officieren en Onder-
„ daanen, die het eenigszins zou mogen raaken
,, en aangaan, hunnen Stedehouderen en ieder
„ van hun, die 't als voor zig zelven betreffen
., mögt „dat zy van onze tegenwoordige gratie,
„ octroi, vergunning, bewilliging en overcen-
^, komft, en van dengantfehen inhoud van dee-
„ zen tegenwoordigen , indiervoege en op zulk
,, eene wyze, als gezeid is, de gemelde fup-
„ plianten volkomenlyk,vreedzaamlykenvoor
,, altoos gebruik laaten maaken , zonder hun
„ daarin eenige ontrufting of verhindering toe
„ te brengen,noch tegedoogen, dathundezel-
„ ven daartegen toegebragt worde, op eeniger-
„ hande wyze. Want het ons alzo gelieft. In
„ kennhTe hiervan, hebben wy ons zegel aan den
„ tegenwoordigen doen hangen. Gegeven in on-
,, ze Stad Bruflel, den tweeden December, in
„ 't jaar onzes Heeren vyftienhonderd drie en
j, zeventig, en van onze Ryken , te weeten
„ van Spanje en Sicilië het agttiende, en van
„ Napels het twintigfte.
         A. V.
(Op de vouwe flondt:)
By den Koning, in zynen Raad,
Qwas getekend")
B E R T K. X.
TWEE'
-ocr page 407-
345
TWEEDE           DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
E R D A M.
A M S T
NEGENDE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van 't jaar 15755
tot op de verandering der Regeerwge, m V jaar 1578.
S
?.'•
Met den aanvang desjaars 1575,werdt
der Regeeringe van Amfterdam be-
rigt, dat de Staatfchen eenen toeleg ge-
fmeed hadden, om zig, door middel van
heimelyk verfland "met eenigen van binnen,
by verraffing, meefler te maaken van de
Stad. Het Geregt beval, derhalve,by ee-
ne afkondiging van den der tienden January,
dat elk, die iet van dit verraad will,zulks,
zonder uitftel, aan Burgemeefteren moefl
aandienen; zullende hy, anderszins, naar
Verdienden, geflraft worden (a). Twee
dagen daarna, werden de negen Kapiteinen
dergekooren' Burgervendel en, met hunne
onderhoorige manfchap, gewapend, voor
t Stadhuis ontbooden; en dien nademiddag,
deeden Burgemeefteren huiszoeking in de
Stad (£): doch 't blykt niet, dat men toen
eenige Terraaders, gelykze genoemd wer-
den, ontdekte. Maar, in Auguftus daarna,
waren 'er eenigen in hegtenis geraakt, die
heieeden, dat zy voorhadden, de Stad den
Prinfe van Oranje te leveren (c). Ook te-
kenen fommigen aan, dat de Prins, ten dee-
Zen tyde, of wat laater, in heimelyke on-
derhandeling was, met Sonoi en anderen,
om Amfterdam te overrompelen. Pieter
Willetnszoon
van Haarlem, die, onder dek-
fel van koopmanfchap te dryven, dikwils,
*• de Stad kwam, hadt zig verbonden, om
jjen aanflag te bevorderen. Eenige waag-
halzen, met zekeren Kapitein Vos aan 't
ftoofd, willen heimelyk, verborgen in vier
tl!rflchouwen, in de Stad te komen , daar zy
^g> by dage, onthielden, op een' zolder
^n een ledig huis, flaande omtrent de
P'aats , waar federt de Lutherfche Oude
*verk geftigt is. Men hadt de gelegenheid
an l Spuijen 't zogenaamde Boerenverdriet,
(') Keuvh. ar,           r
(b) Keur!, p fl JI* "A
"*• /• 117 verft.
eene doorvaart onder den Stads muur, van 1*75.
buiten en van binnen, befpied, en meende
eenige vendels foldaaten, hierdoor, of, zo
eenigen der medepligtigen, federt, belee-
den hebben, door de Reguliers - poorte ,
op eenen vroegen morgen, tulïchen drie en
vier uuren, in de Stad te helpen: waartoe
de gallen, die onder Kapitein Vos in de Stad
lagen, de hand leenen zouden. De Overfle
Herman Helling, die fchriftelyken lafl en on-
derregting hadt van den Prinfe van Oranje
en van Sonoi, hadt de vendels befcheiden
aan den Overtoom, vanwaar hyze naar de
Stad dagt te geleiden. De leus of't wagt-
woord zou, zo lang men nog buiten was,
Aßendelft; doch wanneer men de Stad in-
genomen hadt, Najjau zyn. Doch de toe-
leg liep te niet, doordien de buuren de gas-
ten op den zolder, aan 't licht,welk zy by
nagt brandden, ontdekt en aangebragthad-
den: waarop eenigen in hegtenis geraakt,
en de overigen ontkomen waren (i). Op Straf van
den eenentwintigften Auguftus, werdt, op eenige
nieuws, bevolen, dat elk ontdekken moeft, ^anddaa-
't gene hy van't verraad of de verraaders wift, §en*
en vooral Kapitein Vos uit Vlaanderen, het
hoofd der verraaderen, aanbrengen;'t welk
met honderd gouden Kroonen vergolden zou
worden (e). Doch 't blykt niet, dat hy ge-
vonden werdt. Twee dagen daarna, wer-
den de gevangenen, ten getale van vyftien,
ter dood gebragt. Jonker Joofi Louis van
Osnabrugge
, de aanzienlykfte onder den
hoop, werdt gehangen, gevierdendeeld, en
't hoofd op een ftaak gefield. Agt anderen
trof het zelfde lot. Doch de zes ovengen
werden alleenlyk gehangen (/)• 'c Omko-
men
(d)  Confeffieboek van 7"ny »«* W« *« ^«7 U78.
Z\t ook. BOR VIII. Boek, &■ «+• [l"-] CoMMEJ.IN ,
II. io$g.
(e)  Keurb G ƒ. 117 ««r/». ..
(f)  Sententieb. vn *4 Jprtl. ij««, »t ix May isjt,
f. i76.
Yy z
-ocr page 408-
AMSTERDAMS         . II. Deel.
346
iSP'
verzoek, de Vroedfchap bewilligde (?«)•
De Overtoom was dus nog open, toen de
jongfte aanflag op de Stad ondernomen
werdt. En om diergelyke onderneemingen
te voorkomen , befloot de Vroedfchap,
den vierentwintigftenDecember „ gewaar-
„ fchuwd zynde door den Heere van Hier-
„ ges, dat de Prins van Oranje voorhadt,
„ de Stad te verraffen, den Overtoom we-
„ derom toe te paaien, om alle gevaar, welk
„ de Stad van dien kant zou können over-
„ komen, te verhoeden («)."
My is niet klaarlyk gebleeken, o? Piet er
Bicker,
een aanzienlyk burger en Brouwer
hier ter Stede, verdagt gehouden werdt, dat
hy deel hadt gehad aan eenen der aanflagen,
die , ten deezen tyde, op de Stad onderno-
men werden. Doch ik vind, dat hy,inden
Zomer deezes jaars, met verlof van Bürge-
meefteren, eene reis naar Friesland gedaan
hebbende, en te Hoorn en te Enkhuizen ge-
weeft zynde, lyden moeft,dat hem,in ge-
volge van een befluit der Vroedfchap, bui-
ten eenigen vorm vanRegtsgeding, de Stad
ontzeid werdt (V). 't Leedt egter niet lang,
of men liet hem wederom binnen, mids hy,
ten overftaan vanBurgemeefteren, eenen eed
van getrouwheid deedt, waarby ook ver-
klaard werdt, dat hy den ouden Roomfch-
Katholyken Godsdienft onderhouden , en
den Koning gehoorzaam zyn zou (p). In
February des volgenden jaars, werdt Dirk,
Zoon van Clement Volkertszoon Koornhert,
voor deezen tyd, om zekere redenen, ins-'
gelyks, ter Stad uit gezet (#).
Doch, fchoon men 't Bicker zo kwalyk
fcheen te neemeni dat hy,in de afgevallen
Steden, Hoorn en Enkhuizen, geweeft was;
men kon nogtans bezwaarlyk beletten, dat
de ingezetenen van Amfterdam, met dein-
gezetenen der Steden, die de Staatfche zy-
de verkooren hadden, briefwiffeling hielden
en handelden. In July, was hier een Plakaat
afgekondigd, waarby de handel met de we-
derfpannige Steden verbooden was. Doch
men kon dit Plakaat niet doen naarkomen.
De zogenaamde wederfpannige Steden le-
verden veele waaren in de Stad, welken men
niet wel milTen kon. De Landvoogd Reque-
fens zogt, ondertuffchèn, den handeldeezef
Steden nog meer te benaäuwen, en gaf, ifl
September, een Plakaat uit, waarby bevo;
len werdt, de goederen, die tuffchen Enk'
huizen en Harlingen doorgevoerd werden»
verbeurd te verklaaren. Doch men maakt*
zwaf
(m) Refol. Vroedfch.- N. 2. 11 Nov. 1574. ƒ.178. ;'
N. 3. 20 jfuny , 18 July, 29 dug. 157J.
(n) Refol. Vroedfch. iV. 3. 24. I)ec. i$y$,
(o) Refol. Vroedfch. N. 3. 6 Junv 1575.
(p) Refol. Vroedfch. A\ 3. {6 Juny 157;.
(q) Refol. Vroedfch. N. 3. 20 Febr. ij7«.
1575. men deezer luiden wordt gedagt \ in een-
Liedje van deezen tyd, waarvan ibmmigen
deeze tweeregels bewaard hebben:
Jonker Luys en zyn Compaan,
Acht zach men daar het hooft afflaan (g).
Het doen Ondertuffchèn, leeden de aanbrengers
van ver- deezer luiden van eenigen hunner medebur-
wytingen geren, die der Staatfche partye niet ongene-
aan de gen waren ? vry wat verwyts ; waartegen
gers
wordt
verboo-
tten.
" voorzien werdt , by eene Keure van den
tweeden September, uit welke, onder an-
deren , blykt, dat de zogenaamde verraa-
pietf1
Staf
zei'1.
ders en vyanden des Konings, weinige da-
gen te vooren, ter dood gebragt waren (/>)•
De Re-
Op 't einde des jaars, werdt de Regeering
geering wederom gewaarfchuwd, dat de Geuzen
wegens en muitelingen, gelykze genoemd werden,
eenen voorhadden, de Stad, op het Feeft van Kers-
nieuwen miffe, of op dat der drie Koningen, te over-
toeleg,
gewaar-
schuwd.
vallen: waarom, by eene Keur van den vier-
entwintigften December, belaft werdt, fcher-
pe toezigt te houden (i). In deezen toeleg
hadt een Predikant, Jan Michielszoon ge-
naamd , de hand, die tuffchen den Prinfe
van Oranje, Sonoi en Helling over en we-
der ging, en eene aftekening toonde van
de plaats, daar de aanflag zou ondernomen
worden. Doch de felle vorft en de naauwe
wagt, aan de poorten en elders, waren oor-
zaak, dat men 'er niet mede voortging (£).
't Liep, derhalve, aan, tot in't laatft van 't
jaar 1577, eer 'er wederom iet geweldigs
op de Stad ondernomen werdt.
Staat van 't Schynt dat de jongde toeleg op Am-
den O- fterdam, ook van den kant van den Over-
vertoom, toom} voorgenomen was. Wy hebben, in
in«
P<^V
va",
sta:
tgfi
6'
fc!'s
zen ty
de '$ voorgaande Boek (/), gezien, dat dezel-
've, in 't jaar 1573, geduurende het beleg
van Haarlem, doorgegraaven was geweeft,
om te ligter van Amfterdam in de Haarlem-
mer Meer te können geraaken. Doch na 't
overgaan van Haarlem, was ,by den Raad,
beflooten, den Overtoom niet geheellyk te
hermaaken, maar blootelyk toe te paaien.
Men hadt 'er, alleenlyk, in den Zomer dee-
zes jaars, eenige paaien uitgehaald, tot door-
laating van fchepen met turf,waaraan,hier
ter ftede, gebrek was. Doch die paaien wa-
ren'er, terftond daarna, wederom ingezet:
tot dat, in 't laatft van Auguftus, de gehee-
le opening van den Overtoom , door den
Admiraal Verdügo, die 'er eenige fchepen
door wilde voeren, verzogt werdt: in welk
(g) Zie COMMELW, II. IOJ8.
(h) Keutb. G. ƒ. iw.
(') Keutb. G. ƒ. il« verfo.
(k) Zie COMMELIN, bl. IOJS, 10JS.
(0 Blais. 32S.
-ocr page 409-
IX. Boek.               G E S C H I E D E N I S S E.N.               34?
|S75* zwaarigheid, om dit Plakaat, hier terSte- ontwierp eenige punten, tot befcherming der IS7$m
de, te laaten afkondigen, en deedt 'er een Stad, en vondt, onder anderen,geraaden,
vertoog tegen ten Hove (f). Men verge- twee uit de Raaden te Hellen tot Opper:
noegdezig, met zorg te draagen, dat de opzigters over 't gefchut («>). Doch 't bleek,
Stad niet, by verraffing, werdt ingenomen, eerlang, dat men 't, van de Staatfche zyde,
en deedt de toegangen derwaards bezetten, in de Lente deezes jaars, eigenlyk op Mui-
f£ Turf. en de poorten bewaaken. Zelfs werdt be- den gemunt hadt.
I^ten volen, dat de Turffchuiten, die binnen de Sonoi hadt den Prinfe van Oranje doessonoi
Kaata Stad, terplaatfe, na nog de Oude Turf- vertoonen, dat men groot voordeel zou kon-neemt
markt genaamd, plagten te leggen, voort- nen behaalen op den Spanjaard, met het !VIuideri
aan leggen zouden buiten de Stad, agter de bemagtigen van Muiden : waardoor men
raamen, tot aan den S. Antonisdyk, daar't meèfter zyn zou van de beide zyden der Zui-
blokhuis plagt te ftaan (s); welke graft nu derzee, en' zelfs van de dyken, om,beoos-
' de Ziaaanenburgmal genoemd wordt.
           ten de Vegt, eene breede plek vyandelyk
.,,           Op aanfchryvens van't Hof van Holland, land; en bewerten dien ftroom, gantfch
eu|jiCen werdt, den zevenden Oétober, beflooten, Amftelland, en eengroot deel der Veenen
v,
Jts'" eenige Vlet- of Vhtjchulten te zenden naar onder water te können zetten: 't welk Am-
N>o0r^r Schoonhoven,welk,in Auguftus te vooren, fterdam en Haarlem in de uiterfte verlegen-
vei by verdrag, ingenomen was door den Hee- heid brengen moéft. Zyne Doorlugtigheid
re van Hierges,die ookdelversnoodighadt keurde den toeleg goed, en beval,dat men
aan den Lekdyk. 't Geregt beval, hierom, 'er mede voortvoere. Sonoi dan, zig in ftil-
op den agtften, dat allen, die zig, hiertoe, te hebbende toegeruft, ftak , met «enen
't zy met of zonder fchuiten, wilden laaten Noordelyken wind, af van Edam,enkwam         
gebruiken , hunne naamen ter Secretarye eens loefs de Vegt in zeilen. De boom der
Q moeften komen opgeeven (f),                     haven, dien hy digt vondt, werdt terftond
t0j°i De verlegenheid, waarin de Stad zig, ten opengehakt. Terwyl de Sonoifchen aan land
r" deezentyde, bevondt, en 't groot gebrek traden, ftoof het eenige vendel Hoogduit-
i'ig^ aan inkomften,waartoe zy,door 't verloop fchen, weikin Muiden lag, ter ffcede uit.
Ä x haarer neering en Koophandel, gebragt was, Doch 't Slot, welk egter toen nog geene
^- deedt haar, by 't Hof te Bruffel, aanhou- aarden wallen, en maar twintig foldaaten
denomOclxoitot verhooging haarer Excyn- op hadt, zag men niet te winnen, zonder
zen:'t welk haar, den dertienden December e enig grof gefchut. Sonoi fchreef dan naar
deezes jaars, op den naam van Koning Fi- Noordholland , om twee kartouwen , en
Ups, verleend werdt. Zy mögt, ingevolge meer Oorlogsfchepen, omze, by Amfter-
van dit Octroi, tweemaal zo veel excyns dam, voor de gezonken wrakken te leggen.
V* heffen,als zy tot hiertoe geheevenhadt(«). Doch terwyl hy hiernaar toeft, en midier- wordt
*oot d In 't begin des jaars 1576 , toen de wyl de fchans te Diemerdam inneemt, ko- 'er, met
§-
2 vrees voor eene onderneeming op de Stad men de Amfterdammers te water, eneenighuIP der
^"(ier nog leevende was, alzo de Stadenen zig, volk van Hierges te lande zo fchielyk op^mfter
j' eenigen tyd te vooren, op het Y vertoond hem aan, dat hy en de zynen, gevat vanren^we-
5ft>. hadden (v), werdt beflooten, de wallen tus- den fchrik,'t gefchut en depakkaadje,metderomuiê
fchen Schreyhoeck en den Kruistooren toe te moeite , fcheep gekreegen hebbende , de gejaagd,
fchutten. Ook werdt het fchaatsryden op plaats, met verlies van tweehonderd man,
't Y verbooden, en belaft, te letten op de ruimen moeften O).
Landluiden , die , op fchaatfen, en met . Doch terwyl de Staatfchen zig, hierom-Amfter-
Verrejaagers voorzien, in de Stad kwamen, trent, in Amftelland, onthielden, verftondt veen
enligtelyk vermomde foldaaten zouden kon- men, te Amfterdam , dat Amfterveen enj°*dtl?it
2en zYn- In Maart, fchreef Verdugo aan Ouderkerk zig met hen in verding begeven Jan man-
£e Regeering, dat de muitelingen nog al hadden, 't Vertrek der Staatfchen vernie-fchap
£eimelyk verftand hielden met eenigen van tigde, federt, van zelf dit Verding: en de voor-
enen, om, met derzelver hulp, de Stad Regeering van Amfterdam befloot, wat laa-zien"
e bemagtigen. Men befloot dan, op nieuws, ter, die van Amfterveen vyftig foldaaten
^herpe toezigt te houden op allen \ die, toe te ftaan, tot hunne befcherming- .Ook
ret Kaas of andere waaren,uit de afgeval- werden, op hun verzoek, in den Hooityd,
n Steden, in Amfterdam kwamen. Men drie of vier paaien in den Overtoom geo-
4 ÏS? *<** Vroedfch. ».'il» W, ü A«g. * ft* Pend > t0t ^ do0™rt V° ^^f
" (') Refo* lIO~f^- N. i.zi AuS. 6 Sept. j575.
Yy 3
-ocr page 410-
II. Deel.
AMSTERDAMS
348
die hy voorftondt, als wanhoopig aanzag, 157&
toen de Landvoogd Requefens, in Maart
deezes jaars, na eene ziekte van vyf dagen,
overleedt (c). De Raad van Staate te Brus- ßand>
fel nam toen de Regeering in handen, werdt, Iing te
eerlang, gezuiverd van Spaanfchgezinden,Gsn
en liet zig, door den Prinfe van Oranje, be-
weegen, om, nevens de Staaten der mees-
te Nederlanden, met hem, en met de Staa-
ten van Holland en Zeeland, te Gend, op
nieuws, in onderhandeling te treeden, over
eene bevrediging (d). Amfterdam kreeg Am^'
hiervan, in 't begin van Oftober, kennis, dam ,((
uit eenen brief van het Hof van Holland, '"^s
welk te Utrecht zat. De Vroedfchap werdt l'"e3
byeengeroepen; doch befloot, in 't eerft,
zig niet te moeijen met de handelinge; waar-
toe de Wethouderfchap ook, door eenen
brief van Hieronimus Roda, eenen der uit-
gemonfterde Raaden van Staate, fchynt ver-
maand te zyn geweeft. Wat laater, vondt
men egter geraaden, den Oud-Burgemees-
ter Sybrand Buik en den Penfionaris Maar-
ten Blokland
te magtigen, om over 't fluk der
bevrediging te fpreeken met die van den
Hove te Utrecht, zonder nogtans ergens in
te bewilligen, en met laft om van alles eerft
verflag te doen. Uit dit verflag, bleek, dat
men, van de zyde der Staaten van Holland
en Zeeland, zulke voorwaarden omtrent het
ontvangen der uitgeweekenen vorderde ,
waarin de Vroedfchap geen behaagen hadt. j
Zy gaf hiervan den Raad van Staate kennis, pe^/
die naar , ondertuffchen, fchriftelyk afge- ^%é
vraagd hadt „ of de Stad begeerde begree- teil
,, pen te worden in de aanflaande Bevredi- Ld- (/
„ ging, of niet ?" Men antwoordde, op^t-f
deeze vraage, beleefdelyk „ dat de Stad ^c°("
„ den Koning altoos getrouw geweeft was;
„ en dat, naardemaal zyne Majefleit de Re-
„ geering der Nederlanden den Raadevan
„ Staate aanbevolen hadt, zy zig ook voe-
„ gen zou naar 't gene, door deezenRaad,
„ op 't fluk der Bevrediginge, werdt vafl-
„ gefield, in zo verre zulks niet ßreede met
haare vrybeden en voorregten (/)." Het mui-
ten van 't Spaanfche Krygsvolk, welk ver-
fcheiden' Steden in Vlaanderen en Brabant
innam en pionderde, verwekte zo groot een'
afkeer van de Spaanfche Regeeringe, dat
'er de Vredehandeling flerk door gevor-
derd werdt. Men kwam dan, den agtften
November, overeen, in eenige punten van ^/
Bevrediging. Men verbondt zig, onder an-f^ß«'
deren „ om de uitheemfche krygsknegten^di'
„ met naame de Spanjaards,tcn Lande uit jpg
„ te dryven; om de algemeene Staaten te
be*
(e) Vaderl. Hift. VII. Deel, il. t9.
(d) Vaderl. Hift. Vil. Deel, il. iss.                          ,
(«) Refol, Ywedfch, JN.), 3, ;, » , 13, i*>, 31 09. *"*'
fchepen (y). Voor de zekerheid der Stad,
werdt, ondertuffchen, by aanhoudinge, ge-
zorgd. In April, was reeds befboten, de klei-
ne Slooten, die in den Stads Singel liepen,
te dempen, en daarin alleenlyk drie groote
Slooten open te houden, welken ik meen,
nu de Blaauwburgwal, de Warmoesgraft
«n de Beulingfloot te zyn. Wat laater, vondt
men geraaden, den buitenften boom in 't Y
toe te heijen, den binnenften te openen, en
alle fchepen, buiten voor de paaien, te
doen loffen (s). Hopman Jan Splinter, die in
eene der fchanfen op den Diemerdyk lag,
hadt, reeds in Maart, aan de Stad verzogt,
dat zy eenige rondeelen in die fchanfen wil-
de doen herftellen; doch was, door haar,
geweezen aan de Landtwaren. Sedert, hadt
men op den Heere van Hierges begeerd,
dat hy voor de Diemerdyker-fchanfen wilde
zorgen. Doch in de plaats hiervan, trok 's
Konings volk, in Oélober, uit deeze fchan-
fen. De groote te Ypefloot werdt toen, door
twee vendels Stads knegten, bezet. Doch
men befloot, eerlang, eerfb de groote, en
daarna ook de kleine fchans te flegten en te
verlaaten (a). De Spaanfche Regeering
zogt de Stad niet flegts met het bezetten
deezer fchanfen te bezwaaren; maar ook
geheellyk belaft te laaten met de zorg voor
de betaaling van's Konings Krygsvolk, welk
in de fchanfen op den Spaarnedammer-dyk
gelegd was. Doch men verklaarde zig hier
tegen, op 't ernfligfte, aanwyzende,datde
Stad, federt den aanvang der binnenland-
fche beroerten, reeds tweehonderd zevenen-
vyftigduizend guldens ten dienfte des Ko-
nings opgebragt hadt, en nu, door zwaare
fchaden, door verloop van ncering en in-
wooneren , door het doorfteeken van dy-
kaadjen, en andere rampen, buiten ilaat ge-
raakt was, om meerderen lall op zig te nee-
men (b).
Terwyl dit, in en omtrent Amfterdam,
voorviel, was'ermerkelyke verandering ge-
komen in de Regeering der Nederlanden,
die eerlang veel invloed hadt op den ftaat
deezer Stad. De handeling, over eene be-
vredigingvan de Nederlanden in't gemeen,
met Holland en Zeeland, die te Breda aan-
gevangen was, in 't voorleeden jaar, vrug-
teloos zynde afgeloopen, hadt de Prins van
Oranje wederom uitheemfche hulp gezogt,
en eerft met Engeland, en daarna met Frank-
ryk gehandeld; doch met zo weinig hoop
van eenen goeden uitflag, dat hy de zaak,
fy) Refol. Vroedfch. N. }. 2« April, 14 May ,3,16
July 157«.
(z) Refol. Vroedfch. N. 3 13 April, 1 Juny, 4 Aug. tJ7*.
(a) Refol. Vroedfch. Af. 3. 26 Maart, i+Mayt2} OSt.
17, zi, 29 Nov. ï4 Decemb. 1576.
(i) Refol. Vroedfch. N. 3. 3 Q9»i, ifjt.
1576.
De klei-
ne Sin-
gellloo-
ten ge- ,
dempt.
Defchan
fen op
den Die
merdyk
geflegt.
Laften
van Am-
fterdam ,
federt
den aan-
vang der
Beroer-
ten,
Verande-
ringinde
Regee-
ring der
Neder-
landen,
-ocr page 411-
GESCHIEDENISSEN.
IX. Boek.
349
„ ten werdt onbedwongen: gelyk zy ook 1576.
„ nimmer de wapenen om den Godsdie.nft
„ hadden aangenomen. Zy betuigden dan,
„ niet te können begrypen, wat die van
„ Amfterdam nog wederhouden kon, van
„ zig te begeeven onder de Regeeringe van
„ den Prinfe van Oranje, als Stadhouder van
„ Holland; en verzogten hen, Gemagtig-
„ den te willen zenden, te Delft, te Lei-
„ den, of in den Haage, daar 't hun beft
„ zou gelegen komen, onder aanbieding van
j, fchriftelyk vrygeleide voor deeze Gemag-
1576.
'si.
befchryven tot het beraamen van orde op
's Lands zaaken, vooral op die van den
Godsdienft, in Holland, Zeeland enz.
Buiten die Geweften, en de Plaatfen met
hen gevoegd, zou men niets mogen on-
derneemen ten nadeele van 't Roomfche
geloof. De uitvoering der Plakaaten zou,
ondertuffchen, tot op de Vergadering der
algemeene Staaten, opgefchort blyven.
9>
Allen ,welker goederen,ter gelegenheid
der Beroerten, verbeurd verklaard waren,
,, ook de Geeftelyken, die goederen in Hol-
„ land of Zeeland hadden leggen, zouden,
„ in 't bezit derzelven , herfteld worden.
„ Ook zou de Prins van Oranje Zee-Admi-
„ raal en Stadhouder van Holland, Zeeland
„ enz. zyn, tot op nadere fchikking der al-
„ gemeene Staaten, met uitzondering nog-
„ tans van die Plaatfen, in Hollandof Zee-
„ land, die thans niet onder zyn bewind
„ ftonden, ter tyd toe, dat zy dit Verbond
„ omhelsd, en van den Prinfe, in 't ftuk
„ van den Godsdienft, of in andere opzig-
„ ten, jatisfaêlie of voldoening ontvangen
„ zouden hebben. Eindelyk, was ook be-
„ raamd , dat de Landen of Steden, die't
j, met de tegenparty hielden, de voordee-
„ lenvan dit Verbond niet genieten zouden,
„ voor dat zy 't aangenomen hadden : 't
„ welk hun, wanneer zy 't goedvonden, zou
„ vryllaan (f)." De Raad van Staate ont-
boodt, federt, Gemagtigden van Amfter-
dam te BriüTel,om over de aanneeming van
't Verbond te handelen. Ook werdt het
Verdrag zelf, door het Hof van Holland,
gedrukt, herwaards gezonden met een' Deur-
waarder, die laft hadc om het hier af te kon-
digen. DeVroedfchap ilondt hem zulks toe,
onder zekere Proteflatie (g), die, naar 't
febynt, overeenkwam, met het gene, te
vooren, aan den Raad van Staate gefchree-
ven was.
De Heer van Hierges, die de Gendfehe Be-
vrediging ook voorftondt, fchreef insgelyks
, aan die vanAmfterdam, hen vermaanende tot
-het zenden van Gemagtigden naar Bruffel;
daartoe eerlang beflooten werdt (/;). Mid-
lerwyl, fchreeven de Staaten van Holland,
te Delft vergaderd, den zeventienden De-
cember, een' Brief aan Burgemeefterenvan
Amfterdam, ftrekkende, om dezelven, op
£ene vriendelyke wyz.e, te vermaanen, tot
het omhelzen der Gendfehe Vrede „ die
» ceniglyk, zeidenze, gerigt was tegen 's
5> Lands gemeene vyanden,deSpanjaards,
» en waarby elk in zynen Godsdienft: gelaa-
„ tigden (ï)." By deezen brief was een an-
dere gevoegd aan de Schutterye, welke de
Staaten een affchrift van den brief aan Bur-
gemeefteren toezonden, uit vrees, dat de-
zelve haar niet mögt worden medegedeeld,
„ fchoon de inhoud , fchreevenze, haar
„ voornaamlyk betrof, en eigenlyk ftrekte,
„ tot byleggingdergefchillen,die deSpan-
De Staa-
ten fchry-
ven ook
aan de
Schutte»
rye, die
den brief
niet durft
aanvaar-
den.
„ jaards in 't Land verwekt hadden." Bei-
de deeze brieven werden, met een' Trom-
flager, naar Amfterdam gezonden, die, den
agttienden December,des nademiddagsten
drie uuren, voor de poorte kwam; en, na
dat hy eenigereizen getrommeld hadt,door
de Schutterye, de dagwagt hebbende, in-
geiaaten, doch tuflehen de buken- en bin-
nendeur der poorte beflooten gehouden
werdt,tot dat de Schout, dndries Holleßoot,
hem beide de brieven kwam af haaien, al-
zo de Schutters den brief, aan hun gerigt,
niet hadden durven aanvaarden. De Trom-
flager moeit terftond wederom naar buiten,
en toefde tot 's anderendaags ten negen uu-
ren vergeefs naar antwoord (T). Den twee-
entwintigften, werden de brieven eerfl in
den Raad gebragt, zonder dat 'er iets op
beflooten werdt (7).
De Regeering zig, midlerwyl, in haar
gezag willende handhaaven, hadt, eenige
dagen te vooren , het kwaadfpreeken van
De Stad
handelt
teBruffel.
haar beleid , by openbaare afkondiging ,
verbooden (jn). Zy handelde egter nog te
BriuTel, werwaards zy, in den aanvang des
jaars i577> nieuwe Gemagtigden fchikte, 1577.
alzo de voongen, door eenige Schotfche
Kapiteins, opgeligt waren, en in hegtenis
gehouden werden («). In February, wer-
          ,
den Jakob Kanter Pieterszoon, Burgemees-
ter, Reinier Hcnrikszoon, Raad, en Willem
Pieterszoon
, Secretaris , met laft hiertoe
voorzien. Doch zy waren naauwlyks te U-Zy aaa>
trecht gekomen, of men ontboodt hen te vaardt
rug. de Gend-
(!) Zie BOR X. Boek, «■ »5>S>- [758]
(k) BOR X. Bork, i/i. zoo. [759J
(l
Refol. Vroedfch. JV. 3. ** D'-c \slc.
(m)
Refol. Vroedfch. JV. }. 17 Oee. ij;S- Keur{)_ G_
ƒ. 143 lierfn.
(n) Miffive van Burgera. aan de Raadeii van State var. 13 ,
Jgn.
IJ77.
'au/Jol
(f) 2"
<*) Ref0<ltT"PI:lki,atb- T" D"l> ko1- '•
<h] "efoV v'0e^ch- N- 3- 4. 7 Ute. iJ75.
'W- 2« Jan
^«atch. N. 3. 7» I0> H, 15, 17,21 Det.
1
-ocr page 412-
\
AMSTERDAMS
II. Deel.
35°
de Stad zouden mogen bekleed worden, l£?f*
rug.
't Was te Brüflel reeds zo verre ge-
1577-
fche Be-
vredi-
ging-
bragt, dat de Stad de Gendfche Bevredi-
ging aannam; waarvan hier, den twintig-
ften February, kennis gegeven werdt aan
de Vroedfchap; waarop, eerlang, befloo-
ten werdt, met den Prinfe van Oranje, o-
yer behoorlyke Satisfaäie of Voldoening,
in gevolge van de gemelde Bevrediging, in
onderhandeling te treeden (o).
Gndertuffchen, werdt, terftond , na 't
aanneemen der Gendfche Bevrediginge, be-
flooten, eene Keur. af te kondigen op 't we-
derom inneemen der uitgeweekenen en bal-
lingen, welke reeds te vooren ontworpen
geweeft was. Zy zouden allen in de Stad
ontvangen worden, mids doende eed of be-
lofte, dat zy niets onderneemen of aanreg-
ten zouden, flrydig met de geflooten' Be-
vrediging (p). En van dien tyd af, keerden
eenige ballingen en voorvlugtigenindeStad
te rug* Veelen bleeven 'er egter nog buiten,
zo lang het Verdrag van Voldoeninge nog
niet getroffen was.
De Gemagtigden der Stad verfcheenen,
in Maart, te Dordrecht by den Prinfe van
Oranje, dien zy negen punten van Satisfac-
tie
of Voldoeninge afvor derden, eer men ver-
ftondt, zig te können begeeven onder zyne
Regeering, als Stadhouder. Men begeer-
de „ i. Dat, in de Stad, de Vryheid en
„ Ambagtsheerlykheid derzelve, geen an-
„ dere Godsdienft, by dage of by nagte,
„ geoefend werdt,dan de Roomfch-Katho-
„ ïyke. 2. Dat alle Privilegien, Handves-
»>
dan door zulken, die Katholykelyk leef-
den , en daarvoor bekend waren._ 9. Dat
'n alle vonniflen van 't Geregt , die voor
„ hooger Regtbank konden betrokken wor-
„ den, ter uitvoeringe zouden worden ge-
„ legd, onder genoegzaamen borgtogt;en
„ dat de veroordeelde zig, of op 's Konings
„ Raad in Holland, of op 's Konings groo-
„ ten Raad te Mechelen, zou mogen be-
„ roepen, naar zyn welgevallen."
Zyne Doorlugtigheid, den eifch derAm-Ant'
flerdammeren overwoogen hebbende, be-woe^.
antwoordde dien,van punt tot punt,op den Y^n0f,
tweeden April. Op het eerfle, zeide hy^gtig-
„ dat hy nietverftondt, eenige verandering neid« '
„ van Godsdienft in te voeren binnen Am-
„ fterdam, mids de ftrafTe Plakaaten ge-
„ fchorft bleeven, en niemant in zyn huis
„ of Confcientie onderzogt werdt; en mids
„ den Gereformeerden tyd gefield wierdt,
„ om hunne dooden, op gewyde en eerly-
„ ke plaatfen, zonder eenige plegtigheden,
„ te begraaven. En naardemaal'er, waar-
„ fchynlyk , veele Gereformeerden in de
„ Stad komen zouden, vondt hy dienilig,
„ dat men hun , tot behoudenis der een-
„ dragt, zo zy 't in merkelyken getale ver-
zogten, toeftonde eene Kerk te timmeren
Keur op't
wederom
innee-
men der
nitge-
weeke-
nen en
ballin-
gen.
Aanvang
der han-
linge
over de
Voldoe-
ning aan
de Stad.
Zy vor-
dert ne-
gen
pun-
ten van
den Prin'
fe van
Oranje.
)3
buiten de Stad, tot oefening van hunnen
„ Godsdienft, zonder iemants ergernis."
Op het tweede punt, merkte hy aan „ dat
„ hy, geduurende de Beroerten, Enkhui-
„ zen het regt van 't leggen der tonnen ver-
„ gund hadt, 't welk die Stad niet terftond
„ kon onttrokken worden; hy wilde deeze
„ zaak dan aan de Vergadering der älge-
„ meene Staaten verblyven : en ondertus-
„ fchen Amfterdam in 't bezit laaten van
5, alle de Privilegien, die de Stad voor de
„ Beroerten bezeten hadt." Het derde punt
flondt hy toe. Op het vierde, meende
hy „ dat de Stad in geene fchulden be-
„ hoorde te draagen, die, na den eerften
„ Juny des jaars 1572, tot op den dag der
„ Bevrediginge, gemaakt waren." Op het
vyfde , verftondt hy „ dat. de Stad, in 't
„ ftuk van belaftingen , zig behoorde te
„ Voegen met de andere Leden van Hol-
„ land." Het zesde flondt hy toe, in gevol-
ge van de Bevrediging. Op het zevende,
merkte hy aan „ dat Amfterdam, zo wel
„ als andere Steden , van Krygsvolk be-
„ hoorde te worden ontledigd, en nimmer
„ met bezetting belafl, dan wanneer zulks,
„ in geval van nood, by zyne Doorlugtig'
„ heid,met raade van de Staaten, dienflig
„ gevonden werdt. Ondertufïchen, vondt
n hy raadzaam, dat wederom werden op'
„ geregt de oude Schutteryen, uit het Hg'
33
ten , Keuren en Gewoonten der Stede in
kragt en onverminderd bleeven. 3. Dat
de Scheepvaart en Koophandel, door in-
wooners en vreemdelingen, vryelyk ge-
oefend werdt, gelyk van ouds. 4. Dat
de Stad niet gemoeid werdt, wegens ee-
nige fchulden , door die van Holland of
Zeeland gemaakt, na den eerilen Janua-
53
ry des jaars 1572. 5. Dat zy alleenlyk
draagen zou in de koften, die, van nu af,
door de Staaten van alle de Nederlanden,
by raade en ordonnantie des Raads van
Staate, zouden ingewilligd en omgeflaa-
gen worden. 6. Dat de Burgers en In-
wooners, Geeflelyken zo wel als weereld-
33
reldlyken, hunne goederen vryelyk zou-
den mogen aanvaarden, waar die ook,
in Holland of Zeeland, gelegen waren.
7. Dat de Stad geene andere Knegten
3?
zou behoeven in te neemen , dan die
5, daar tegenwoordig lagen , en geenen
„ doortogt van Krygsvolk zou yerpligtzyn
„ te gedoogen. 8. Dat geene Ampten in
f o) Refol. Vroedfch. N. 3. 16 Jan. 10, 12, ij, 20, 26
Fel/r. IJ77.
(p) Refo!. Vroedfch N. 3. ïoDie. 1J7«. 1« Maart 1577.
»>
haam
-ocr page 413-
GESCHIEDENISSEN.
IX. Boek,
351
haam der Stad en uit de befte burgers, „ delyk, aanvaardde de vryheid van Vaart 1577.
zonder eenig onderfcheid te maaken, tus- „ en Handel, haar toegeftaan, en verzogt,
'577-
„ fchen zulken, die 'er, federt het jaar 1566,
s, uitgeraakt waren, en anderen, tot beter
„ behoudenis van deeendragtonderdebur
« gerye."
aan „ dat
dat dezelve mögt plaats hebben, zonder
betaaling van Convooigeld of Licenten."
Doch zyne Doorlugtigheid en de Staaten Misnoë-
van Holland en Zeeland verklaarden, in een gen van
fchriftelyk antwoord op deeze nadere ver- <!enp',m"
Ampten, behoorde te houden aan de Pri-  tooning \ den eifch der Amfterdammeren, Smten
vilegien, om, door het maaken van on-  voor zeer onbefcheiden en ongegrond. Voor- van Hol*
»j
derfcheidenuitmonfteringvanPerfoonen,   al ftiet hun „ dat zy te kennen gegeven'and en
„ geene onruffc te verwekken." En op het  „ hadden, dat de Prins en de Staaten van ^ajcS
negende „ dat men zig, in 't fluk van be-  „ Holland en Zeeland's Konings gezag en't na<jeren
„ roep van geweezen vonniffen, houden zou  „ Verbond der algemeene Staaten zogten voorflag
„ aan de oude Inftruéiie van den Hove van  „ te krenken, en te vernietigen, 't Scheen,'' der Am-
j, Holland, tot dat zulks, byraade der Staa-  vervolgde men „ dat die van Amfterdam fte_m"
, de Staaten van Holland, by den Koninginer
„ en 's Konings dienaars, in haat zogten te
„ brengen, om zelven daardoor gunft te
„ winnen, en zig te beveiligen, in de Re-
„ geering; daar zy, met hunne eigen bur-
„ gers,' zo onwaardiglyk handelden, dat zy
„ dezelven geene begraafplaats binnen hun-
„ ne paaien wilden toeftaan, die men zelfs
„ den honden niet plagt te ontzeggen. Zulk
„ eene onmenfchelykheid zou," ging men
voort „ den Prinfe en den Staaten reden ge-
„ noeg geeven,, om de voorige aanbiedingen
„ in te trekken; doch alzo de goede ingezete-
„ nen hieraan geene fchuld hadden, wilden
ten van Holland, tot bekortinge der Regts
„ vorderinge, anders verftaan werdt (3)."
Het antwoord van den Prinfe voldeedt,
in verfcheiden' opzigten, geheel niet aan de
verwagting der Regeeringe van Amfterdam,
die haare Gemagtigden, met nieuwen laft,
afzondt naar Dordrecht (r). En deezenver-
toonden den Prinfe „ dat de Stad,met het
„ vorderen van Voldoening, niet beoogde,
„ zig te fcheiden van de algemeene Staa-
„ ten, met welken zy nu verbonden was;
„ noch zig te trekken uit de onderdaanig-
„ heid des Raads van Staate, en gevolge-
lyk van onder de Opperfte magt der Ko-
ningklyke Majefteit; dat zy, hierom, de
tRaad
ÏS
Had.
j>
zy, om deezer wille, nog wel bly ven by 't
gene te vooren beloofd was; en zelfs der
Regeeringe van Amfterdam, die zo bang
fcheen te zyn voor de minfte oefening
van den Gereformeerden Godsdienft bin-
Den haare paaien, nog daarenboven toe-
ftaan , dat, tot de oefening van dien Gods-
dienft , noch in de Stad, noch in derzel-
ver Vryheid of Ambagtsheerlykheid, ee-
nige Kerk of gebouw gegeven zou wor-
den , mids dat, in alle andere opzigten,
de Gendfche Bevrediging onderhouder!
werdt (ƒ)•"
35
oefening van eenigen anderen Godsdienft
dan den Roomfch-Katholyken, en het
33
begraaven van dooden der Gereformeer-
„ den binnen de Stad en derzelver Vryheid
niet kon toeftaan. Dat de Stad, in de
gemaakte fchulden , federt den eerften
January des jaars 1572 , niet behoor-
de te draagen. Dat de bezoldigde bur-
gers nog in dienft behoorden gehouden
55
3>
33
te worden, zonder opregting van eenige
andere Schutterye, dan die, ten dien ty-
de, onder negen Kapiteinen, was opgé-
regt; alzo anderszins veele Geeftelyken
Uit dit antwoord , was klaarlyk te be- De Stad
„ enandere Katholyke Perfoonen zig "inde fpeuren, hoe ver de gemoeden nog verwy- befluit
j> Stad niet veilig rekenen zouden. Dat de derd waren. Ook hadt de Prins van Oran-een wej',
s, Stad ook geene magt hadt, om verfchei- je, toen de Oud - Eurgemeefter, Sybrand^!^®
35 den' Wetten en Brieven, beveelende het Buik, in 't affcheid neemen, te kennen gaf,
S5 geeven van Ampten alleen aan Katholy- dat zy laft hadden om naar Bruffel te trek-
3j ken, te niet te doen.
35 zig op 't Hof van Holland, of op den groef'
is ten Raad van Mechelen te beroepen, de
35 InftruÉtie voor den Hove niet meer krenk-
«> te, dan een diergelyk regt,welk die van
ken, en voldoening te zoeken by de alge-
meene Staaten, verklaard „ dat hy zulks
„ houden zou voor eene inbreuk op de
„ Gendfche Bevrediging." De reis naarBrus-
fel ging egter voort. Men hadt beflooten,
»5 Middelburg en de zes groote Steden van  in 't punt der begraafplaatfe, een weinig
J5 Holland hadden; doch dat men dit punt  toe te geeven, en te gedoogen, dat de Ge-
» gaarne aan de uitfpraak van den Raad  reformeerden daartoe gelegenheid zogten,
's van Staate en van de algemeene Staaten  buiten de muuren. Doch in 't punt der
onderwerpen wilde. Dat de Stad, ein-  Paalkifte, der belaftingen, en der bezettifl-
.                                                            ge, bleef men by het voorige befluit, om
■(" Sr.?"^- «• »*• [»*] „,                                                     
MJ«,. Vroedfch. N. i. 10, I» Jprit J377.                  (t) Hindï. M<
14- [WJ.J
<• weUs
1,STUK.                                        Zz
-ocr page 414-
II. Deel.
AMSTERDAMS
35*
«77 welkte doen goedvinden, de Gemagtig-  Antwoord, weJ mengden zesentwintigften i$Tt
7 den nog voor 't einde van April, naar Brus-
   Juny, van BrufTel ontving, werdt den negen
fel vertrokken (0- Men hadt, reeds te
   Kapiteinen der gekooren Burgeren en hun
vooren, vernomen, dat, van de andere zy-
   volk, elk vendel afzonderlvk, wederom me-
de fterk gedaan zou worden op de vryeoe-
   degedeeld: en zy tot flilte, getrouwheid en
fen'ina van den Hervormden Godsdienfl;
   gehoorzaamheid vermaand (y).
doch men hadt hier geene gezindheid al- Wat laater, fielden die van Amfterdam Zy^
                             den Pnnfe van Oranie, te Alkmaar,weder-ope".
om agt punten van Voldoeninge voor, waar- ftaj$,il'
op, den dertienden July, fchriftelyk geant-fen a»^
toos, om dezelve te gedoogen («).
Zyhan- OndertufTchen, hadden Haarlem en de
deit met andere Hollandfche Steden, die te vooren
Don Jan. den Spaanfchen in handen gevallen waren
woord werdt. 't Is ten hoogfte waarfchyn- Don J*.
eitf
ge
ontvangen van den~Prinfevan Oranje, eH in deeze punten^'aarby^hetaanwyzenyanS^
ziff begeven onder zyn Stadhouderfchap (t>): eene Begraafplaats voor de Gereformeerden, verbie«'
7o dat Amfterdam wederom de eenigfle het regelen van 't gefchil over de bezetting, ven &
Stad was, die eene andere zyde hieldt dan het ftuk der Privilegien, en afle andere ge- ben-
de overigen. De verandering, die onlangs fchillen, over de punten van Voldoeninge
gekomen was in de algemeene Regeering der vallende, aan de uitfpraak van hem en van
Nederlanden, maakte, ongetwyfeld, de Stad de algemeene Staaten verbleeven werden,
agterlyker om zigmet de overigen te ver- Doch 't was, om deeze zelfde reden,ligte-DeW
draagen. Don Jan van Ooflenryk was, in No- lyk te voorzien, dat zy den Pnnfe van Oran- van ^
vember desvoorleedenjaars,alsLandvoogd, je niet bevallen konden. Hy merkte,onder ^^
te Luxemburg aangekomen. De algemeene anderen, aan „ dat de gantfche handeling nadeg,
Staaten waren met hem in onderhandeling „ aangelegd was, om Amfterdam te her-voof"
getreden,en hadden zig, federt, te BrufTel
verbonden, tot handhaavihge van het Room-
fche geloof, fchoon Holland en Zeeland ge-
weigerd hadden, dit Verbond te omhelzen
brengen onder zyn Stadhouderfchap; doch
dat zulks niet geagt kon worden gefchied
te zyn, zo lang de Stad bezet bleeve mee
Krygsvolk , welk onder eenen anderen
Maar Don Jan nam het aan, te gelyk met   „ eed was, dan den zynen, al ware 't ook
de Gendfche Bevrediging , en ftyfde de
   „ onder dien der algemeene Staaten." Hy
fcheuring, die tuffchen de algemeene Staa-
   voegde 'er egter by „ dat hy bereid wasv
ten en die van Holland en Zeeland geko-
  „ uit de zes vendels foldaaten, thans m Am-
men was, door het uitgeeven van het eeu*
   „ fterdam leggende, twee vendels, uit drie-
wig Gebod, welk, op den twaalfden Maart
deezes jaars, door eenen Deurwaarder, te
Amfterdam, afgekondigd werdt (w). Op
den eerften May, deedt hy zyne openbaare
intrede te BrufTel (%). En 't fchynt, dat de
Gemagtigden van Amfterdam, die zig al-
daar bevonden, door zyn toedoen, eenige
betere voorwaarden van voldoening hoop-
ten, dan zy, tot hiertoe , hadden können
verwerven. Immers Burgemeefter Jacob
Teewmszoon
gaf der .Wethouderfchap, ter-
ftond, met eenen brief, kennis van Don Jans
intrede, en van eenige nadere punten van
Voldoeninge. De brief werdt den negen
Burger-Kapiteinen, met hunne Luitenanten,
en den Hopluiden der twee vendelen Stads
foldaaten, die den agtften May op 't Stad-
huis ontboodenwaren,voorgelezen. Sedert,
voer men voort met handelen over Voldoe-
ning , met den Prinfe en de Staaten te Geer-
truidenberg, en ten Hove van BrufTel. 't
ft) Refol. Vroedfdi. N. 3. 14, i« April, IS77-
\u) Miflive.viw Bürgern, aan de Gedeputeerden der Stad
van '17 April «77.
(v) 'Vadeil. Hift. VII. Deel, il. 133 ,U4, r37-
(lu)Miflive van Bürgern, aan den Colonel Harman van
üeylline-en van iz Maart 1577.                     ,
(x) Vadert, Hift. VII. Deel,il, I2+, 128,140,142, 14«.
honderd man beftaande, aan te neemen,
„ die den Koning, als Graave, hem, als
„ Stadhouder, en der Stad den behoorly-
„ ken eed zouden doen; mids, tot beter be-
„ vorderingë der rufte en eendragt, de ou-
„ de Schutteryen wederom werden opge-
„ regt. In 't ftandgrypen der Privilegien,
„ ten tyde der Beroerten verkreegen, kon
„ hy niet bewilligen; doch hy verbleef dit
„ ftuk en 't punt der Paalkifte aan de uit-
„ fpraak der algemeene Staaten ," zonder
dat hy van Don Jan eenig gewag maakte.
Voorts „ kon hy niet toeftaan, dat die van
„ Amfterdam vry bleeven van 't betaalen
„ van 't Convooigeld." Eindelyk „ wilde
„ hy twee of drie Perfoonen magtigen, die,
„ met twee of drie Gemagtigden der alge-
„ meene Staaten, deeze en alle andere Pun-
„ ten van Voldoeninge regelen zouden, zon-
„ der daarover egter uitfpraak te doen;
„ mids maar bleeve vaftgefteld, 't gene by
„ de Gendfche Bevrediging bedongen was,
„ dat alle Steden, over welken de laft van
„ zyne Doorlugtigheid als Stadhouder zig
„ uitftrekte, en gevolgelyk ook Amfter-
„ dam»
(y) Refol. Vioedfch. N. 3. 7,14,27 May, 27 Junyisil*
-ocr page 415-
m~m
IX. Boek,
GESCHIEDENISSEN.
353
ï%
„ aanhouden der zes vendelen Burgeren te 1577^
„ bedingen;" Voorts, verzogten zy „ dat En ver-
„ hun, terwyl men over de Voldoening han • zoekt de
„ delde, de vrugtender Gendfche Bevredi-Jroor.de8-
„ ginge, en vooral de vrye Vaart en Koop Gend"
„ handel volgen mogten." En gelyk de fche Be-
„ dam, onder zyn Stadhouderfchap herbragt
„ werden (ss)." De Afgevaardigden van
Amflerdam begeerden, federt, verklaaring
op eenige punten van zyn antwoord, en on-
der anderen „ of hy niet zou können goed-
„ vinden, de uitfpraak, over 't gene nog
„ in gefchil llondt, te verblyven aan zyne
„ Hoogheid [Don Jan] en aan de algemee-
„ ne Staaten?" 't welk hy platuit affloeg.
Daartegen flondt hy toe „ dat die vanAm-
„ flerdam geene inlegering noch doortogt
„ van foldaaten zouden behoeven toe te
„ laaten (a)." Men deedt toen, van de
zyde der Stad, nog eenen naderen voor-
flag, waarby „ fchorfingder Plakaaten, ver-
„ lof voor de Gereformeerden, om, onge-
„ hinderd, buiten der Stede Vryheid, ter
preeke te gaan, eene begraafplaats bin-
57?.
% Wei-
*?« de
Pi'aak
°Ver
en0g
lil
l0ndt
SS,
Prins van Oranje, in zyn jongfle antwoord,
voor God en de weereld, betuigd hadt .
,, dat het hem en den Staaten van Hol
viedigiiv
ge teino
gen ge-
nieten.
„ land niet te wy ten ware, dat de Burgers vveder-
„ van Amflerdam niet in hunne neering, zydfche
„ welvaart en voorfpoed herfleld werden;bjtuigin-
„ maar dat zulks eeniglyk aan Burgemeefle-sen*
„ ren der Stad moefl toegefchreeven wor-
„ den," zo betuigden die van Amflerdam,
in tegendeel „ dat zy niets verzuimd had-
„ den, om tot eene behoorlyke Voldoening
,, te geraaken; en dat het aan zyne Door-
„ lugtigheid en aan de Staaten van Holland
„ haperde, dat zulks, tot hiertoe, niet ge-
,, fchied was." Doch de Prins van Oranje
gaf, op deezen naderen voorflag, geen'an-
der befcheid, dan „ dat hy bleef by 't ge-
„ ne hy te voor en geantwoord hadt (£)•"
De algemeene Staaten hadden den Prefi- Hande-
dent van den geheimen Raad te BriuTel, 'in§ ™rt
Arend Sasbout, gemagtigd om 't werk derfij"ntre*
Voldoeninge aan Amflerdam te bevorderen, Sasbeu*.
en deeze verzogt, den twintigflen July „ dat
„ de Prins en de Staaten van Holland en
„ Zeeland eenige Perfoonen wilden magti-
„ gen, om, nevens Afgevaardigden der al-
„ gemeene Staaten , de gefchillen, op 't
„ punt der Voldoeninge gereezen, door min-
„ nelyke tufTchenfpraak, te bemiddelen; en
„ dat, ondertuffchen, de Stad de voordee-
„ len der Gendfche Bevrediginge genieten
„ mögt; tegen den inhoud van welke, zy
„ verklaarde,in verfcheiden'opzigten, ver-
„ kort te zyn." De Prins antwoordde, ter-
flond, dat hy, by raade der Staaten van
Holland en Zeeland, eenige Perfoonen mag-
tigen zou, tot de onderhandeling met die der
algemeene Staaten, welke hy hoopte van
dien uitflag te zullen zyn, dat Amflerdam
zig te beter in redelykheid mögt voegen (c).
Doch op't verzoek dat Amflerdam, mid-
lerwyl, de voordeden der Gendfche Bevre-
diginge genieten mögt, verklaarde hy zig
niet. Ook kon dit der Stad, volgens den
inhoud dier Bevrediginge zelve, niet wor-
den toegeflaan, zo lang zy zig niet onder's
Prinfen Stadhouderfchap begeven hadt. Sas-
bout hadt den Prinfe ook tien punten ter hand
gefield, waarin die van Amflerdam oordeel-
den, tegen den inhoud dier Bevrediginge,
verkort te zyn. Doch uit die punten zelven
bleek,
(b) Handv. tl. 19. Cr»7 J
\c) Handv. W. +i' f13*--»
Zz 2
■>■>
nen de muuren, en eenige andere punten
werden toegegeven. Doch daarentegen
,, flerk gedrongen op de behoudenis van
„ alle Privilegiën, op de vryheid van 't
,, Convooigeld, en vooral op het aanhou-
„ den der zes vendelen Burgeren enlnwoo-
j, neren." Men merkte, onder anderen,
aan „ dat het aanhouden deezer zes vende-
„ len niet flreedt met het bewind, welkzy-
„ ner Doorlugtigheid, als Stadhouder, zou
D toekomen over de Stad, na dat men we-
j, gens de Voldoening zou overeen geko-
3, men zyn ; alzo de drie voorgaande Stad-
3, houders, de Graaf van Boffu, de Graaf
j, van Roche en de Heer van Hierges, zig
j, het gebied over de gemelde Burgers, toen
3, in twee vendels verdeeld, nimmer on-
s, derwonden hadden, en egter binnen de
3, Stad gehoorzaamd waren, naar behooren.
„ De Koning zelf werdt daar behoorlyk ge-
j, hoorzaamd, en was nogtans wel te vrede
3, met de tegenwoordige Regeeringe der
3, gemelde vendelen. Doch naardien zyne
« Doorlugtigheid Holland nu niet regeerde
3, naar den inhoud zyner oude Inflruótie,"
[die hem verbondt tot voorfland van het
Roomfche Geloof, en weering van 't gene
men Kettery noemde (i); behalve dat hy
°ok, door de Staaten van Holland en Zee-
land, in de jaaren 1575 en i>7^» geduii-
J"ende den oorlog, tot Hoofd en hooge Over-
had was aangefleld] „ zo behoorde het die
» van Amflerdam wel geoorlofd te zyn,
« geene fchadelyke verandering in hunne
*» Stad te gedoogen, en ten dien einde het
J*) Handy, hl. 35. C'ji'0
\a) Handv. U. 38. [135.]
CO Deeze InflruBle, die in 't Stads Groot-Me-
noe8"'- N- IL f- 321 em" te boek is ëefteld , is
ftis e'mmei" in 'f ''cnt: gegeven: waarom wy dien-
de ftwV°nden hebben, dezelve, hier agter,onder
*J*«6ai CL'. A.), te plaatfen.
Ulfe
\
-ocr page 416-
AMSTERDAMS            II. Deel.
354
1577-
hadt op den toeftand van Amfterdam.
jejj, bleek,dat deRentmeefters,die hun renten
geweigerd, en de tollenaars, die hun tol
afgevorderd hadden, zulks alleenlyk had-
den gedaan, om dat zy den Prins van Oran-
je nog niet voor Stadhouder aangenomen
hadden, en derhalve nog niet, naar den in-
houd der Gendfche Bevrediginge, gehan-
deld konden worden (d).
De Stad Burgemeefteren deeden , den twee-en-
ontvangt twintigften July, verflag van 't gehandelde
wederom alkmaar, aan de Vroedfchap, die, eeni-
van Don & dagen laater, befloot, wederom Gemag-
Jan. tigden te zenden naar Brunei,aan Don Jan
en de algemeene Staaten, by raad en belie-
ven van welken, men befloot, in't punt der
Voldoeninge, te willen ligt en en zwaaren (e)-
Maar Don Jan was, kort te vooren , van
Bruffel vertrokken, en hadt zig, op den vier-
entwintigften, by verrafling , van Namen
meefter gemaakt, welk als 't begin van ee-
nen openbaaren oorlog tegen de algemeene
Staaten werdt aangemerkt (ƒ). Hyfchreef,
terftond, eenen brief aan die van Amfter-
, dam, en ontving 'er antwoord van, welk
hy, den veertienden Auguftus , wederom
beantwoordde (g), zonder dat my geblee-
ken is, of men hem, van wege de Stad,
op nieuws , gefchreeven hebbe. Ondertus-
fchen, werdt beflooten, Gemagtigden te zen-
den naar Haarlem, daar de Gemagtigden
des Prinfen van Oranje verwagt werden, met
welken men wederom zou handelen over de
Voldoening. Men vondt geraaden, de Ge-
magtigden te bepaalen aan hunnen voor-
gaanden lalt , met byvoeging „ dat zy ,
„ voor alle dingen, het punt der Paalkifte
„ niet verblyven moeften aan de uitfpraak
„ der algemeene Staaten (/;)."
Verande- Doch eer deeze Gemagtigden vertrokken
ringen waren, of ten minften, eer zy iet hadden
ten na- konnen fluiten, was de ftaat der zaakenge-
Amtier-61 weldiglyk veranderd, ten nadeele der Am-
damfche fterdamfche Regeeringe. De algemeene
Regee- Staaten hadden zig gewapend tegen Don
ringe. jan , en j-^jp gCZOgt by die van Holland en
Zeeland. De Prins van Oranje begaf zig
* , naar Brabant, en werdt tot Ruwaard van
dat Geweft verkooren, en wat laater, tot
Stedehouder van Matthias, Aartshertoge van
Oofleriryk,
wien de algemeene Staaten de
Landvoogdye opdroegen, na dat zy den
Landvoogd Don Jan en zynen aanhang voor
's Lands vyanden verklaard hadden: al 't
welke, eerlang, eene geweldige verandering
veroorzaakte in den ftaat en Regeering der
Nederlanden in 't gemeen, die ook invloed
(d) Handv. tl. 41. [l3!>.]
ie) Refol. Vroedfch. N. 3- 22, 27 Juty 1577.
(f)  Vaderl. Hift. VII. Deel, il. Ui, ijj.
(g)  Refol. Vroedfch. N. 3. 1 Aug. 6 Sept. 1577,
\h) Refol. Vioedfch. N. 3. 1, 6 A*&> U77.
De toevoer naar deeze Stad was, tot in De ^
den nazomer toe, vry geweeft. Doch toen u"uand
beflooten de Staaten vanTlolland dien, bei-joen
de te water en te lande, te belemmeren (i). stad te
De Prins was nog niet verreisd naar Brabant, w^dfi
en 't is ten hoogfte waarfchynlyk, dat dit'snjSu-
befluit met zyne bewilliging genomen zal Vvfen.
zyn. Op 't Y, lag, federt eenen geruimen
tyd, een Convooifchip, welk de vaart naar
de Stad ftremde (T). Te Ouderkerk, aan
den Overtoom, en elders op de wegen, lag
Staatfch Krygsvolk, welk niet gedoogen wil-
de , dat men eenigen Leeftogt voerde naar
de Stad. Men zat, in Auguftus, reeds in De^
zulk eene groote benaauwdheid, dat de 8eLjt
li
fts
Vroedfchap, den zesentwintigften,befloot,ter)bel
r
den Afgevaardigden te Bruffel aan te fchry- mof''
ven „ dat de zaaken, na hun vertrek,der-te ^&
„ wyze veranderd waren, dat men hun laft dr
„ gaf, om de Voldoening te fluiten, by raa-
„ de der algemeene Staaten en andere goe-
„ de vrienden, en niett'huis te komen, dan
„ met het getroffen Verdrag." Tegen 't
Krygsvolk, welk de wegen bezet hieldt,
werdt niets anders gedaan, dan dat men 't
vermaande, zig van zulke vyandelykheden
te onthouden (/). De Secretaris Willem
Pieterszoon werdt te Delft aan de Staaten
van Holland gezonden, daar hy gantfch on-
vriendelyk bejegend werdt. Men gaf hier-
van, en van 't belemmeren des toevoers aan
de Stad ook aan den Prinfe van Oranje ken-
nis (m). Doch zyn vertrek naar Brabant
gaf gelegenheid, dat men, in eenigen tyd,
niet met hem handelen kon. De Afgevaar-
digden der Stad te Bruffel, federt, nieuwen
laft gekreegen hebbende om ten befte mo- ^
gelyk te verdraagen («), kwamen,in 'tbe< ^Lc
gin van October, overeen met den Prinfe J„f'!'
van Oranje; die egter niet volftrektelykflui- (e ?>.-j
ten wilde, ten ware ook de Staaten van Hol- O^e»'
land 't Verdrag gezien en goedgekeurd had-°v
den. Hy zondt 'er hun, den twaalfden, een
affchrift van,te gelyk te kennen geevende,
„ dat hem goeddagt, dat alle vyandelyk-
„ heid tegen de Stad, te water en te lande,
„ geftaakt werdt." 't Zelfde fchreefhyooü
aan Sonoi en aan de Gekommitteerde Raa*
den in 't Noorderkwartier, die 't opzigt had'
den over 't benaauwen der Stad.
                 ne^'f
Doch de Staaten van Holland keurden 't teu ** j
Verdrag van Voldoeninge, waarover men t# fï°' ^
Bruffel eens geworden was, niet goed. Pe ^e'
Au1'
(i) Refol. rHo!I. 1 April, 19 Aug. IJ77. II. J4, is<-
(k) Mifiive van Bürgern, aan den Graave van Boufl"u*''
ï7 Jan. zi77.
(I) Miffive van Bürgern, aan Jen Admiraal v^n 't N" .
derquartier var. 30 July IJ77.
(m) Refol. Vioedfch. N. 3. 2S Aug. 7 Sept. ij;7<
(nj Refol. Vioedfch. N. 3. $ Off. 1577.
-ocr page 417-
GESCHIEDENISSEN.
IX. Boek.
355
naar de Stad zouden begeven, terwyl de _„,
zes anderen zig, den drie-entwintigften No- "'"
vember, 's morgens vroeg, voor de Haarlem*
mer Poort vervoegen zouden, 's Daags te
vooren , deedt Helling de Hopluiden en
mindere Bevelhebbers , te Haarlem , een
Gefchrift tekenen, waarby zy beloofden,
zig te zullen onthouden van plondering,in-
dien de Stad hun in handen vallen mögt;
waartegen Helling hun twee maanden gaad-
je toezeide. Ten zelfden dage fchreef hy
aan Sonoi omonderftand; en twee Hoplui-
den , te Monikendam en te Zaanerdam leg-
gende, kreegen bevel, om Helling,opzyn
eerfte aanfchryvens, met hunne vendels te
hulp te komen.
Franpis Circourt, Hellings Luitenant, be- De Haar»
gaf zig, den tweeentwintigften, tegen den te™11«
avond, met zeven of agt rappe gaften,naar ^°°"t
Amfterdam, daar men hem en dezynenin- ingeno.
liet, mids hun geweer aan de poort laaten- men.
de, gelyk, federt het aanneemenderGend-
fche Bevrediginge, gebruikelyk geweeft was.
Circourt en de anderen bragt en den nagt
door, in danfen met eenige Burgers dog-
ters, om geen argwaan te geeven ; doch
keerden, den volgenden morgen, tuffchen
zeven en agt uuren , te rug naar de Haar-
lemmer Poort, die zy ingekomen waren.
Hier vorderen zy hun geweer wederom, en
treeden naar buiten. De fchepen, die de
vier vendels inhadden, waren, midlerwyl,
des nagts, genaderd tot omtrent dezelfde
poorte aan 't Y, voor eene plaats, de Mo*
lenwerf
genaamd. Eenigender knegten,aan
land getreden, bejegenen hunne makkers,
die uit de Stad kwamen. Menvalt,infchyn,
aan 't fpeelen, voorts aan't krakkeelen,tot
dat de degens uit de fchede raakten. De
wagt aan de poort, zig fteekende in den
twift, en de vegtenden zoekende te fcheiden,
kreeg beide de partyen op den hals , ea
werdt'er haaft van overmand. De Poort
werdt bemagtigd: de Poortier, diedefleu-
tels hadt, doorftooten; de Schryver, A-
driaan Emoutszoon
, gevangen genomen;
de overigen gekwetft, of verjaagd. Toen
ging de kreet op, onder de Staatfchen , van
Zeege l Zeege! de Stad is ons. De knegten,
die in de fchepen lagen, traden allen aan
land, en trokken, met vliegende vendels,,
ter Stad in. De poort werdt bezet gelaaten.
In 't voorttrekken, fchoot men naar elk, die
zig op ftraat vertoonde, terwyl men riep,
dat aan niemant, die" zig ftil hieldt, eenig
leed gefchieden zou. Zo ftreeven de Staat-
fchen meeft allen naar den Dam,roepende
Oranje! Oranje! de Stad is ons, terwyl ee-
nigen zig bezig houden met het beftormen
van het Koorenmeeters-huisje op de Kolk,
Zz 3                                             em
, lS?7. Amfterdamfche uitgeweekenen hadden hun
5 v
er-
vertoond, datzy, met dit Verdrag, niet
S aan
genoeg verzekerd waren. Zy hadden 'er
bygevoegd, dat die van Amfterdam heime-
lyk briefwiffeling hielden met Don Jan ,
waaruit ligtelyk volgen kon, dat Holland al
den lafl des oorlogs op den hals kreeg. De
Staaten beflooten dan, aan te houden met
het benaauwen der Stad. De Regeering van
Amfterdam, den Prins mistrouwende, als
hadt hy niet, of niet ernftig genoeg gefchree-
yen aan de Staaten, hieldt, op nieuws, by
hem aan, om nader fchryvens. Hy bedien-
de zig dan van het regt, welkhyverftondt,
dat zyne waardigheid hem gaf, en beval
den Staaten, by eenen brief van den eenen-
twintigden Oftober, dat zy Amfterdam het
voorregt der Gendfche Bevrediging zouden
laaten genieten. Om hen hiertoe verder te
beweegen, booden die van Amfterdam hun,
te Leiden, aan „ dat zy de twee Kapitei-
j, nen van hunne vendels wilden afdanken*
„ en toeftaan, dat de Prins van Oranje twee
„ anderen, uit hunne tegenwoordige fol-
„ daaten , aanftelde." Doch de Staaten
hielden de Stad hierdoor nog niet genoeg
verzekerd, waarvan zy den Prinfe kennis
gaven.' Om egter te toonen, dat zy 's Prin-
fen bevelen niet t'eenemaalindenwindfloe-
gen, ftonden zy toe, dat men leeftogt en
turf en hout naar de Stad voerde; doch al-
leen met kleine fchuiten, en onder betaaling
van den Impoft ; met welke vergunning,
de Stad nogtans niet naar genoegen gehol-
pen was.
^
Sta
?ei, ut3a-
Kort hierna, werdt den Staaten berigt,
s, dat Don Jan die van Amfterdam hadt ver-
is. „ oorloofd, zig, zo zy beft konden, te ver-
j, draagen, met den Prinfe en met hen, on-
» der beloften, dat hy hen, nog voor Kers-
35 mis,van de aangegaane verbindteniszou
» komen ontflaan." 't Zy dit berigt gegrond
^are of niet (o); de Staaten van Holland en
Zeeland beflooten, den eerften November,
»> Amfterdam in te neemen; zonder langer
» na 't befluit der handelinge over de Vol-
5> doening te toeven." Men vondt geraa-
p.n , de Stad te overrompelen, en den be-
rderen des aanflags te belaften, dat zy zig
>
<>
^an onbehoorlykeplondering en geweld om-
,re"t Geeftelyken en weereldlyken onthou-
,en zouden. De onderneeming werdt we-
er°rn toevertrouwd aan den Overfte Her-
an Helling, die tien vendelen voetvolks,
laa°pde-r anderen, dat van Hopman Niko-
dani
           ver' een intgeweeken Amfter-
bèra ei"' onc*er zig hebben zou. Men hadt
ai*id, dat vier vendelen zig, te fchepe,
(') Bo
R *l. Beck, il. joi. [8j«] ene.
-ocr page 418-
AMSTERDAMS
356
IL Dkel.
hing van zyn welgevallen, en merkende dat 1577-
hy geen' onderftand kreeg, wieflen in moed,
en voerden, nevens twee vendels Stads fol-
daaten, twee ftukjes gefchut aan, uit wel-
ken, een kogel denOverfte Helling trof en
doodde. Hierop ontzonk den zynen het
hert: 't welk niet te voorkomen was, heb?
bende Ruikhaver zyne eigen bende niet by
der hand, en weinig te zeggen over onbe- . „
kenden, 't Geviel, daarenboven, dat hetvÄifl
vuur floeg in een tonnetje buskruids: 't welk w, ^'
den reeds gevatten fchrik derwyze deedt (e uit-
toeneemen, dat 'er geen houden meer was
aan de manfchap, en elk ter open poorte
uit vloodt. Men zeide ook, dat de Wet-
houderfcbap beflooten, en een uur bepaald
hadt, om, zo de Staatfchcn daar binnen de
Stad niet ruimden,dien gantfchenhoek tus-
fchen de iluis en de poort in den brand te
fteeken. Ruikhaver, midlerwyl, geweeken
in zeker huis, werdt betrapt van iemant, die
hem byzonderen haat toedroeg , en hem,
onaangezien hy groot losgeld uitboodt, in
koelen bloede, vermoordde. Van de Ste-
delingen was Wolferd Michielszoon, Hop-
man over een vendel knegten, gefneuveld,
Voorts, waren 'er weinige anderen, ter we-
derzyde, omgekomen (q). De fchryver aan
de poorte, Adriaan Ewoutszoon, werdt ge-
vangkelyk naar Haarlem gevoerd, daar hy
zat, tot na het treffen van het Verdrag van
Voldoeninge. Voor de koften zyner gevan-
geniffe, werden hem, federt, van Stads
wege, agttien guldens goedgedaan (r). De
omftandigheden van den aanUag op de Stad
zyn ook te vinden, in eenen brief van Bur-
gemeefteren, vier dagen na 't mislukken
van den zelven,aan de Afgevaardigden tot
de handelinge over deVoldoeninge gefchree-
ven , van welken wy, om dat hy tot ophel-
dering en beveftiging van 't verhaalde die-
nen kan, een affchrift onder deBylaagenop
dit Boek (V) gevoegd hebben.
                         p
Na dat de Staatfchen de Stad geruimd QBel
hadden, werdt, nog dien zelfden dag, huis- j^JC
zoeking gedaan naar verborgen verraaders 0 9
(f)
, gelykze genoemd werden. Ten .vol- tt€o<>?
genden dage, kondigde de Wethouderfchap, j^t/*'
tot haare verdediging tegen de briefjes van«s.
Helling, af „ dat zy, federt lang, gehan-
„ deld hadt over 't verkrygen van Voldoe-
„ ninge ; doch dat eenige kwaadwilligen»
„ die zig, zelfs nahet treffen der Gend'
„ fche Bevrediginge, meefter zogten te ma3'
„ ken van de Stad, het fluiten vaneen Ver-
„ drag
ff) EORXi.üot/fc.i». 3IO- [<>o6.]«sz. HOOFT Xll.Boekf
hl.
544 enz.
(r) Refol. Vroedfch. N. 3. »o Dee. is77. xiAprilMl*'
(J) Lr. B.
(Ó Keurb. G. ƒ. 14S-
een fraai gebouw, en voor weinige jaaren,
van nieuws, geftigt (j>); welk voor het Stad-
huis werdt aangezien. Op de Plaats ofDarrr,
leeden deStaatfchen den eerften tegenftand,
uit het Stadhuis en de Waage, daar bur-
gers en foldaaten waakten. Fel werdt hier
gevogten, met eenig verlies van wederzyde.
Ondertuflchen, toefden de andere zes ven-
dels > die ook met den dag voor de Haar-
lemmer Poort befcheiden waren; doch zig,
zo de fpraak ging, uit misverftand vandee-
zen naam, voor de Poort te Haarlem ver-
voegd hadden. Helling zondt dan ierhant
af, om dit volk weg te doen fpoeden, en
verzogt Hopman Gerartl van Woerden van
j/liet
, die te Zaanerdam lag , om hulpe.
Doch deeze vondt ongeraaden, de bezetting
der fchanfe te verzwakken, op enkel aan-
geeven by monde; en fchikte een' ferjant
naar Amfterdam, om berigt, waarin hyge-
rufter kon zyn. Óndertuflchen, verliep de
tyd, en 't getal der burgeren en Stads fol-
daaten wies aan; die, wel gewapend, op 't
volk van Helling indrongen. Hy, dus van
vooren beftookt, en gelyken aandrang vree-
zendevan agteren, deinft af, denNieuwen-
dyk langs, tot daar hy de poort agter den
rug, en de Haarlemmer Sluis, nu de oude
genaamd, en Spaarnedammer brug voor de
borfl hadt. Hier zogt hy zig, in der yl,
wat te verfchanfen, de toegangen van ter
zyde doende floppen met balken, bedden,
kiftenen ander huisraad. Men heeft ge-
loofd , dat hy en de andere Overften ver-
ftand hadden met eenige ingezetenen, die
gereed geweeft zouden zyn, om hier en daar
brand te ftigten, en zo eene afwending te
maaken onder de burgerye, indien gehoor
gegeven ware aan 't gene Ruikhaver riedt.
Doch Helling wilde der Staaten orde vol-
gen, en zulk een haatelyk ftuk niet over
zig neemen, te minder, om dat hyniettwy-
felde aan de kort aanftaande komft der zes
vendelen. Alleenlyk deedt hy, in haaft,
eenige briefjes fchryven en uitwerpen, in-
houdende „ dat hy en de zynen eeniglyk
„ gekomen waren, om de Stad wederom
,, aan haare oude neering en welvaart te
„ helpen, daar de Burgemeefters, die nog,
„ alle weeken, brieven van Don Jan ont-
}, vingen, tegen aan werkten. Dat hy, hier-
„ om, elk vermaande, zig ftil te houden;
„ wanneer aan Geeftelyk noch weereldlyk
„ eenige overlaft gefchieden zou; doch dat,
„ zo men zig te weer ftelde, de gantfche
„ Stad geplonderd en aan kooien gelegd
„ zou worden." Maar de burgers, bezef-
fende dat het houden deezer belofte af-
(?) Refol. Vroedfch. N. i. 12 April Ujs.
'1.577-
Gcvegt
op den
Dam.
De Staat
fchen
deinzen.
Strooijen
dreigen-
de brief-
jes.
-ocr page 419-
-ocr page 420-
IX. Boek.              GESCHIEDENISSEN.              357
Ï577. » drag altoos hadden weeten te beletten." „ in de Vergadering der algemeene Staa- 15-77,
Maar vanden handel met Don Jan, die haar „ ten; dat dit hen gebragt hadt tot hetbe-
ook te laft gelegd was, werdt zorgvuldig- „ fluit, om niet te bewilligen in het ont-
lyk gezweegen. Voorts, werdt de burgery „ worpen Verdrag van Voldoeninge, en
bedankt voor haare getrouwheid, en ver- „ zig, in tegendeel, ware 't mogelyk, mees-
maand, om in dezelve, en in haaren yver „ ter te maaken van de Stad; doch zonder
voor 't Katholyk geloove, nimmer te be- „ plondering; en dat zy zyner Doorlugtig.
zvvyken (u). De Raad befloot ook, den Prins „ heid daarvan vooraf geene kennis gege-
van Oranje te verzoeken, dat hy wilde toe- „ ven hadden, op dat het hem niet gewee-
ftaan, dat de Stad, in de plaats van drie- „ ten mögt worden, indien de ondernee-
honderd, waarin reeds bewilligd was, zes- „ ming kwalyk flaagen mögt; 't welk zy
honderd foldaaten in geduurigen dienft hou- „ baden, dat ten goede geduid mögt wor-
den mögt. Wyders, vondt men geraaden, „ den." De Prins liet zig deeze redenen
den Stads knegten,metnaame dengekwet- eenigszins gevallen; doch flondt'er zeer op,
ften, voor hunnen yver, ter gelegenheid dat men de algemeene Staaten endeStad
van den jongften inval betoond, eene bui- moeft tragteh te vergenoegen, tot de meefte
tengewoone belooning toe te leggen. Ook ver zekerdheid des Lands. DeAfgevaardig-
werdt beflooten, voortaan, maar eene poort den derStaaten van Holland enZeeland waren
jj te openen (v).
                                     % 't in dit laatfte met hem eens; doch beweer-
Vrins Den vyfentwintigften November, ontving den, dat die verzekerdheid niet te verkry-
*anje°" de Wethouderfchap eenen brief van de Staa- gen was op den voet van 't ontworpen Ver-
St2i ten van Holland, waarvan zy,terftond,ken- drag. Zy voegden 'er zelfs by „ dat zyDochl5]
!jjs' nis gaf aan de algemeene Staaten en aan „ niet ruften zouden, voor dat zy de Stad, ven byy'
ovgf den Prinfe van Oranje (w); zeer klaagende „ al ware 't ook met geweld, onder zyne hun ge-
?Jti^en over de Staaten van Holland, die gezogt „ gehoorzaamheid herbragt hadden." Hy voelfn
J 4t|. hadden, de Stad te overweldigen , en die hieldt hun voor „ dat zulks veel bloeds en ft^dam
etdam. den toevoer derwaards, by aanhoudinge , „ gelds koflen zou." Doch zy hernamen, te be-
belemmerden. Te gelyk, verzogt men, „ dat zy rekening maakten op den tweelpalt magtï-
voortaan, zeshonderd burgers in foldy te „ onder de inwooners; en dat zy zig deSen-
mogen houden. De algemeene Staaten „ kollen, die op honderd en vyftigduizend
ichreeven aan den Prinfe van Oranje, ten „ guldens begroot waren, getrooften zou-
behoeve van die van Amfterdam „ die., „ den, fchoon zy die by omflag vinden
„ zeiden zy, opregtelyk handelden,terwyl „ moeften (#)."
„ de andere party liftiglyk omtrent hen te Midlerwyl, werdt de handeling over deDe hani
„ werk ging." De Prins, die gehouden werdt, Voldoening voortgezet. De Regeering, be- deling
niets van den aanflag op Amfterdam gewee- fpeurende dat zy geene zeshonderd bezol- over de
V ten te hebben, toonde zig zeer misnoegd op digde burgers zou können bedingen, be- Voldoe-
gn J" de Staaten van Holland, die zig, ten befte floot, eerlang, zig met de driehonderd, die ^
vHa,1(1 mogelyk, verfchoonden by zyne. Doorlug- haar reeds door den Prinfe van Oranje wa- vooitge-
\' tigheid, met vertooning „dat de uitgeweg- ren toegeflaaa, te vrede te honden. Men zet.
»e
Zin
h-0°
j) ken Amfterdammers niet alleen ; maar zondt ook Gemagtigden naar Delft, aan de
a ook de Staaten van 't Noorderkwartier Staaten van Holland, om op afdoening van
jj zig, over 't Ontwerp der Voldoeninge, zaaken te dringen: en vooral op meerder
j, bezwaard getoond hadden; dat de Stad vryheid van vaaren, en op't ontflaan van de
3, fluikhandel dreef met Don Jan; dat al- perfoonen en goederen der Poorteren, die
i> daar, nog onlangs, van den Predikftoel onlangs, op bevel der Staaten (3/), alomme,
:> vermaand was, God te bidden om den in de twee Geweften, in beflag genomen
» goeden voortgang eener heimelyke zaa- waren. Wat laater, werden ook, van nieuws,
» ke, waarmede op een' toeleg van Don Gemagtigden uit de Wethouderfchap, en
SJ Jan fcheen gezien te worden; dat Amfter- Jan Perfyn en Arend Bouwer, uit de gekoo-
SJ dam, door de ontworpen Voldoening, ren Burgers, gezonden naar Brabant, om met
'' meefter geworden zynde van den Koop- de algemeene Staaten en met den Prinfe van
" handel, en bezetting inhebbende naar Oranje te fpreeken (2). Zyne Doorlugtig-
" genoegen, met hulp van Don Jan, de heid vorderde nu „ dat men de Stads yen-
»> ßabuurige Steden onophoudelyk zou kon- „ dels afdankte, of hem toelieteKapiteinen
J> nen kwellen; en zyne zaak ook vorderen „ over dezelven te ftellen." Ook kwam in
bedenking „ of de Regeering niet zou kon-
1J78. ,01- Vroedfch. N. 3. 24, s« Mv. U77, 17 Feh. (x) BOR XI. Boek, «• ***• [»<»«•] «"*•
(v) Rer«i
                                                       .               (J) &e B°R x- Boek' W- 2°°" [7ï+,3
0l- Vroedfch. A". 3. 16 ft«. 15-77,                         (t) Refol. VIoedf«Ji. ftj.t, 11, i6# 17,21,tzDec.isV-
-ocr page 421-
AMSTERDAMS
IL Deel.
358
157 7- " nen gedoogen * dat de Predikanten der
„ Gereformeerden by de zieken gingen, en,
„ in een gezelfchap van tien of twaalf, te
„ gaft wordende genodigd,eenige vermaa-
„ ning deeden, gevolgd van 't zingen van
„ eenen Pfalm." Naar de begraafplaats, wel-
ke men den Gereformeerden zou willen toe-
ftaan, werdt ook onderzoek gedaan En de
Raad befloot, eerlang, hiertoe te fchikken
den boomgaard der oude Nonnen , of de
ledige plaats in 't S. Joris Hof, beide bin-
nen de muuren. Doch hieromtrent veran-
derde men, naderhand, eenigszins van ge-
dagten. Omtrent de andere punten, kree-
gen de Gemagtigden laft, om zig ten befte
mogelyk te verdraagen («). De Gemagtig-
den, die te Bruffel geweeftwaren,keerden,
eerlang, naar Delft, om by de Staaten van
Holland en Zeeland de laatfte hand te hel-
pen leggen aan 't Verdrag van Voldoeninge.
Ook kwam Meefter Willem Bar des ^ Zoon
van den gewezen Schout van Amfterdam,
uit naam der Staaten, in de Stad, om hen
te zuiveren van den blaam, dien de Regee-
ring hun, in den brief aan de algemeene
Staaten, hadt aangewreeven, als of zy voor
-gehad hadden, Amfterdam niet flegts in te
neemen, maar met roof en moord te ver-
vullen. Hy bragt, daarenboven, het Pla-
kaat van den geheimen Raad mede, waar-
by Don Jan en zyn aanhang voor 's Lands
vyanden verklaard werden. Men hoorde
hem in de Vroedfchap; doch daar viel geen
fcefluit op 't gene hy voordroeg (£), en 't
jaar 1577 liep ten einde, zonder dat het
Verdrag van Voldoeninge tot volkomenheid
gebragt werdt.
De Stad De Staaten van Holland en Zeeland ver-
wordt zuimden, ondertufTchen, niet, Amfterdam
naamver meer en meer te benaauwen. In 't Y, voor
™j>efloo\de Stad, lagen nu twee Convooijers, die
den viiïcheren verbooden hadden, hunne
ftaalen te zetten, en den toevoer naar de
Stad verhind erden (c). Sonoi, ontbooden uit
het Noorderkwartier, met eenige vendelen,
bezettede , op laft der Staaten, het Kar-
thuizers Kloofter, en verfchanfte zig aldaar,
in 't Leproozen-huis, op den Haarlemmer-
dyk, aan den Overtoom (d), en elders op
de toegangen. Ook maakte hy zig, wat laa-
ter, meefter van de Zoutkeeten onder de
Stad. De Overfte Chriftoffel van Tffelfiein
kwam ook met zes vendelen voor Amfter-
dam (ji). De Secretaris WillemPieterszoon
was, op den dertiender. December, door de i$ff-
Wethouderfchap, naar buiten gezonden, om
't volk, welk digtft onder de Stad lag, te
waarfchuwen, dat het zig vanonder derze!-
ver gefchut houden moeft: voorts, begee-
rende, dat de Overfte zynen laft toonde aan
Burgemeefteren: 't welk afgeflaagen werdt
(ƒ). HUlebrand Bennink zondt, wat laater,
een' brief aan Sonoi, begeerende, dat zyne -
knegten zig van alle vyandelykheden ont-
hielden, alzo de handeling over de Vol-
doening nu op eenen goeden voet ftondt. De
Overfte deedt goede beloften. En op dat
men van den fchryftrant van deezenKrygs-
man zou können oordeelen, hebben wy een
letterlyk affchrift van zyn antwoord , naar
de eigen hand van den Secretaris Willem
Pieterszoon, hier agter, onder de By hagen
(g)
gevoegd. OndertufTchen. hieldt het be- ,
naauwen der Stad aan: de Regeering be- i5? '
floot dan, den agtften January, zelve aan zy ^
Sonoi te fchryven, met verzoek, dat hy haar d^ï
kennis gave, uit wiens laft haar deeze vyan- n
delykheden , tégen de Gendfche Bevredi-
ging, en tegen den wil zyner Doorlugtig-
heid, werden aangedaan, opdat zy weeten.
mogten, waarnaar zy zig te voegen hadden.
Sonoi antwoordde „ dat hy, uit laft der Staa-
„ ten van Holland, voor Amfterdam geko-
„ men was, niet om iet vyandelyks te on-
„ derneemen tegen de Stad; maar om te
„ beletten,dat,door de vyanden van 'tge*
„ meene Land, iets, ten nadeele van het
„ zelve, op de Stad werdt aangevangen."
En naardien men ook geklaagd hadt, dat
den boden der Stad de weg naar de Afge-
vaardigden te Delft werdt afgefneeden ,
voegde hy 'er by „ dat men dezelven vrye-
„ lyk naar zyn Leger zenden mögt, daar
„ hun geen doortogt geweigerd zou wor-
„ den." Men nam hiervan de proef ten
volgenden dage, en bevondt dat Sonoi zyn
woord hieldt. OndertufTchen, werdt'er, nj*
en dan, gefchooten, van binnen en van bui-
ten, zonder dat men regt wift, wie 'er 'l
eerft mede aangevangen hadt: waardoor»
ter wederzyde, eenigen gedood en gekwetft
werden. Ook fcholden die van binnen e11
die van buiten, dikwils, vinnig op elkandtf'
ren: 't welk de onderlinge verbittering deeJc
toeneemen (£).
                                              eßritC
De Regeering, bedugt voor geweldige$i j.
aanval, hadt, eer nog de Sonoifchen zo MlW°J if
onder de Stad gekomen waren, beflootei'fjjeai-
eenen tweeden wal te leggen tufïchen de fra" ^ngil
iöer|tici.
(f) U!i de eigenhandige Vcrklaaring van \y. PiEi*R
Zie etk CoMMELIN, il. 1064.
(«) L'- C.                                                                «0,
{h) Miïliven van Bürgern, aan Sonoy van 14. «»*' J
IJ7S. BOR XII. ßitk, il. 3. [s»r] enz.
(a) Refol. Vroedfch. JV. j. 21 Oec. iJ77.
"; (i) Refol. Vroedfch. N. j. jo, U-O«. 1J77. BOK XL
So'k, i>l. 313. [910.]
(e) Refol. Vroedlch. JV. 3. ïo Det, IJ77..
(4) Millive van Burgemeeft. «an dtn Capiteyn van den
Oueithoem van 17 Dec. IJ77.
(*) Boa XI.Stik,U.n3,ifi:1Xll. D»k, kl. 3 [»*>.]
-ocr page 422-
GESCHIEDENISSEN.
IX. Boek»
359
tigden uit de Regeeringe namen den Stem- IKygt
pelfnyder eenen eed van geheimhoudinge t--'!
af. Men vondt geraaden zig, tot het flaari jJXam
van penningen , te bedienen van het ge-
maakt zilver, welk by de Godshuizen, Schut-
teryen en Gilden voorhanden was, en met
dat der Schutteryen en Gilden te beginnen
(o). Doch fommigen tekenen aan, dat men
zig, om geld te munten, ook bediend heeft
van een zilveren Nikolaas-beeld, welk Kerk?
meefters der Oude Kerke, in 't jaar 1522,
hadden doen maaken, en nevens het Koor
plaatfeh. Het woog drieenvyftig mark,
een ons, en twaalf engels, hadt van maa-
ken tweehonderd goudguldens, en in alles
negenhonderd agtenveertig guldens zwaar
geld gekoft. Het zilverwerk werdt gefmol-
ten, en tot platte vierkante plaaten van ver-
fcheide grootte gemaakt, die veertig, twin-
tig , tien en vyf ftuivers waardig waren: en
een en drievierde loods, agt engels vier-
entwintig aazeri, vier engels twaalf aazen,
en twee engels zes aazen woogen; doch voor
't einde van January,op vyftig, vyfentwin-
tig, twaalf en een halve, en zes en vierde
ftuivers verhoogd werden, mids de Wet-
houderfchap zig verbonde, om , een jaar
na 't eindigen der tegenwoordige beroerten,
den houderen deezer penningen de verhoo-
ging , uit Stads kalfe, goed te doen (p). Op
de regterzyde der geldftukken, die nog by
de liefhebbers van diergelyke zeldzaamhe-
den voorhanden zyn, ftondt het wapen der
Stad, en boven het zelve een Vuurftaal,
het zinnebeeld van 't Huis van Bourgondie.
Öok droeg deeze zyde het jaartal 1578, en
den prys, waarop het ftuk eerft geflaagen
was. Aan de andere zyde, zag men,in een
krans van eiken loof, dit opfchrift Pao ARis
ET FOcis , dat is , Voor den Gods-
dienst EN DE GOEDERENfj). Op den
zevenentwintigften January , werdt ook,
door den Raad, beflooten, klein geld van tin
te flaari (f); doch ik weet niet, of dit be-
fluit ter uitvoeringe gebragt werdt.
Zo ftondt het te Amfterdam, toen de Af Zy geeft
gevaardigden der Stad, die, te Delft en in haaren
den Haage, met de Staaten van Holland, Jfe™«-
over 't ftuk der Voldoeninge, gehandeld vfiftrek*.
hadden, van daar te rug keerden met de ten laft
punten, van wege de Staaten ontworpen, °Tm 'c
en de bytekeningen der Gedeputeerden, die ^n y|.
deri agtentwintigften in den Raad gebragt doenia-^
werden. Men hadt eene Wapenfchorfing ge te
gefloöten voor zes dagen, die met den eer-fluiten.
ften
/•) Refol. Vroedfch. N. 3. 11, '.«» »7» *° 7«». 157s.
(p) Refol. Vroedfch. N. 3- *7 7**- *S7S- Kemb. G. ƒ.
(1) Zit G. v. loon Nederl. Hiftonepenrungen 1, Dttlf
tl. 252 , 253.         -, »r            rr
(r) Refol. Vroedfch. N. }. 27 Jan, iJ7t,
Aa»
*5?8. rneye en de Haarlemmer poort (f): doch ik
weet niet, of dit befluit uitgevoerd werdt.
Naderhand, werdt ook geraaden gevonden
den Haarlemmerdyk, buiten de hameye,
door te fteeken, dé Stad van binnen te Her-
ken, en de huizen op den Heiligen Weg,
daar de Geuzen zig verfchanfl hadden, in
den brand te fteeken (£): 't welk my ook
ïiiet blykt gefchied te zyn. In den aanvang
des jaars, was reeds vaftgefteld, de zes-
honderd Stads knegten met nog honderd en
vyftig te vermeerderen, en wat laater, werdt
beflooten, de twee vendelen, onder welken
dezelven gebragt waren, in vier vendelen te
verdeelen (/): aan alle welke beflüken nog
geene geneigdheid, om zig naar den zin
der Staaten van Holland te voegen, te be-
4,
        fpeuren was.
Vjl'gen Ondertuflchen, nam de fchaarshèid aan
^eja!enleevensrfiiddelen, hand over hand, toe iii
V " de Stad. De neering en Koophandel ffon-
den genoegzaam flil, en lommigen tekenen
aan, dat, in de maand January,tiuTchende
drie- en vierhonderd burgers uit de Stad ge-
weeken zyn, die Sonoi»onverhinderd, door
zyn Leger trekken liet (7/2). Doch uit de
Stads Regiflers blykt, dat, by den Raad,
beflooten werdt, geene mansperfoonen in 't
geheel, noch vrouwen van aanzien, maar
wel fchamele vrouwen met derzelver kin-
deren ter Stad uit te laaten, wanneer zy 't
verzogt en. Aan de Huisvrouw en Schoon-
moeder van Jan Perfyn, aan Magteld Stans,
en aan eenige anderen, werdt het, op den
twee-ent wïntigflen January, geweigerd. De
Raad en Korneïis TVillemszoón.van Nek en Jan
Pyl Klaaszoon
werden gemagtigd, om zig
dagelyks te vervoegen in de Reguliers-poor-
^ , te , en aan de fchamele vrouwen, die de Stad
Sc^8e wilden ruimen, doorgang toe te ftaan. De
Xm^ fchuiten wilde men ook in de Stad houden:
dSeir en toen, op den zelfden twee-entwintigften
ito^y de January, eenige Schuitevoerders, klaagende
W'^t dat zy de koft niet meer zagen te winnen *
3ne met hunne fchuiten begeerden te vertrek-
^Hei^ ken, befloot de Raad hen, ware het mo-
gelyk, te beweegen om nog een dag twee
of drie geduld te hebben, tot dat men be-
fcheid van de Afgevaardigden te Delft zou
hebben ontvangen; of zo zy zig dit niet wil-
den laaten beduiden, hen met hunne fchuiten
2viaer- ofte dach-gelden te neerrien (n).
toe(1> Aan gemunt geld was, ten deezen tyde j
flu-He.00^ zo groot een gebrek in de Stad, dat
^en befloot, heimelyk ftempels te laaten
\
'H-
^aaken, en geld tè munten. Drie Gemag-
('X Refol. Vroedfch. N. 3. 11 Dec. T577,
fl\ &efo!- Vroedfch. iV. i.ll\ » fo1- Vroedfch. N. 3'
578.
1,5, 27 Jan. is1%.
[921.]
{») *.eftrf. VrorHf/..'
Vroedfch. N, 4. ïo, zz Jtatt 1578.
ï- STUK.
-ocr page 423-
II. Deel.
AMSTERDAMS
360
„ koftbaar en verdrietig, het haallen ge- 157&
„ vaarlyk was; dat Don Jan ook, veelligt,
,, middelen vinden zou, om de Stad, uit
,, Kampen of Deventer, daar men 't nog
„ met hem hieldt, by te fpringen; hy, die,
„ t'eenigen tyde, in de Vergadering der al-
„ gemeene Staaten, wel hadt durven zeg-
„ gen , dat hy, alleen om Amfterdam te ont-
zetten, uit Spanje of'Italië zou overkomen. '
„ Dat de Stad ook nog wel van leeftogt
„ voorzien was, en dat zy, zo zy al met
„ geweld mögt gewonnen worden, zo veel
j, geleeden zou hebben, dat men een van
„ Hollands befte leden wel in den grond
„ bedorven mögt rekenen." Den Afge-
vaardigden van Amfterdam, die zig nog
hard hielden, om ware't mogelyk iet meer
te bedingen , ftelden zy voor „ hoe veel
j, onheil en bloedftorting zy, zo zy onver-
„ zettelyk bleeven, veroorzaaken zouden;
„ en zo Don Jan hen al verlofte, mogten
„ zy zig wel verzekeren van Spaanfche be-
„ zetting te zullen inkrygen, en den over-
„ laft uit te ftaan, daar hunne gebuuren van
„ wiften te fpreeken." Nogtans fcheen, met
het verloopen van den tyd der tweede Wa-
penfchorfinge,op den zesden February, de
handeling afgebroken te zullen worden,"van
de zyde der Staaten van Holland. Doch de
Amfterdammers, gemagtigd om, als 't neep,
toe te geeven, gedoogden dit niet. De U-
trechtfchen traden dan tuffchen beide (w),
en op den agtften werdt een Verdrag gete-
kend , uit vierentwintig Leden beftaande ,
die op deezen zin uitliepen: „ 1. Binnen de inho^
Stad, Vryheid en Ambagtsheerlykheid van K
„ van Amfterdam, zou geen andere Gods- VeV'
,„ dienft toegelaaten zyn, dandeRoomfch- ^os'1'11'
„ Katholyke , tegen welker oefening zig ge ^,
„ niemant, met woorden of werken, zou ats&*
„ hebben te verzetten. Doch de Plakaaten,dalil'
„ op 't ftuk van den Godsdienft gemaakt,
„ zouden opgefchort, en niemant, van wat
„ ftaat ook, in zyn geweeten gemoeid, of
„ eenig letfel aangedaan worden, om 't oe-
„ fenen van den Gereformeerden Gods-
„ dienft, buiten de gemelde paaien, mids
„ uitgaande en wederkeerende ter bekwaa-
„ mer uure. De Wethouderfchap zou den
„ Gereformeerden eene ongewyde , doch
„ eerlyke plaats aanwyzen tot begraaving
„ hunner dooden, meteen geleide van twin-
„ tigofzesentwintigperfoonenten hoogfte;
„ doch zonder vermaaning, zang, of eenige
„ andere uiterlyke plegtigheid. 2. 't Beleg
„ te water en te lande zou terftond opge-
„ broken worden,na dat een Burgemeefter
j, envyfRaaden, allen beneden de zeftig
{v>) Zit BOR XII. Buk, il- 3. [922] er.*.
1578. ften February ten einde liep, en toen nog
voor vier dagen verlengd werdt. Midler-
wyl, werdt. by de Vroedfchap, over de
punten der Staaten en de bytekeningen der
Gedeputeerden, geraadpleegd. Óp den der-
tigften January, werdt beflooten „ dat de
„ Gedeputeerden zouden tragten voldoe-
„ ning te bedingen, volgens de bytekenin-
„ gen, door hen gemaakt, op het Ontwerp
„ der Staaten: doch zo dit ondoenlyk bleek,
„ moeiten zy ten belle mogelyk fluiten, ai
ware 't zelfs, dat zyin alle de puntenbe-
„ willigen zouden, zo als zy lagen; en niet
te rug keeren , dan met het geflooten
Verdrag O) f' 't welk wy hier te liever
aanmerken, om dat 'er klaarlyk uit blykt,
dat de Stad niet zo onverzettelyk was, als
zy fcheen, of als haare Afgevaardigden, om
te beter te.voldoen aan hunnen laft, zigge-
lieten. Bor heeft dan den fchyn voor het
wezen genomen, als hy fchreef, dat die
van Amfterdam fier obftinaet bleven (t).
Hooft drukt zig netter uit, fchryvende,
Geen rekken echter scheen 'er aan de Am-
fier dammers
, en de zaak »«genoegzaam
buiten hoop («).
De u- De Afgevaardigden der Stad, den eerften
trecht- February wederom in den Haage gekomen
fchen be-Zync[ej troffen aldaar aan eenige Afgevaar
"inddvk bigden der Staaten van Utrecht, herwaards
het Ver- gezonden, om het Verdrag, welk zy wis-
drag. ten nog ongeflooten te zyn , tot een goed
einde te helpen brengen, 't Geweft van U-
trecht hadt, reeds in Odtober des voorlee-
den jaars, voldoening ontvangen van den
Prinfe van Oranje (u), en zag Amfterdam
gaarne in 't zelfde Verbond. De Utrecht -
fche Afgevaardigden hielden dan den Staa-
ten van Holland voor „ hoe veel 'er vaft
j, zyn zou aan het bemagtigen eener Stad,
,, die,met het openenhaarerHuizen,waar-
,, van men reeds eenen aanvang gemaakt
„ hadt, niet flegts Amftelland, maar ook
„ een groot gedeelte van Rynland, van 't
„ Stigt en 't Land van Woerden kon onder
,, water zetten: 't welk huurders en eige-
„ naars, die, zes of zeven jaaren devrug-
,, ten der bruikwëeren gemift hebbende,
„ nu, zig verdatende op de Gendfche Be-
„ vrediging, heroverfchot hunner armoe-
„ de tot geld gemaakt, en aan fluizen, mo-
„ lens, dyken', dammen, beeflen en bouw-
5?
tuig befteed hadden, om wederom op
„ hunnen fiel te raaken , onherftelbaar be-
„ derven zou." Zy voegden 'er by „ dat
„ de kans des oorlogs onzeker, het draalen
(s) Refol. Vroedfch. N. 3. 28, 30 Jan. IJ78,
(t) Bor Xll. Boek, il- 4- f>*3.]
(u) Hooft XIII. Boek, il- S61. ■
(v)
Vaderl, Hift. VII. Deel, il. 160.
-ocr page 424-
IX. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
361
„ dan na't afleggen van denvoorgemelden 157&
„ eed. Zy zouden hun logysgeld van de
„ Staaten ontvangen, en evenveel trekken
„ als ander Krygsvolk in Hollandfchen
„ dienfl: ook op den voorgemelden voet
„ betaald worden; doch niet langer in de
„ Stad blyven, dan de nood zulks vörde-
„ ren zou. 6. De Stad zou geen' doortogc
„ van Krygsvolk behoeven te gedoogen,
„ dan met bewilliging van de Wethouder-
„ fchap. 7. Tot betere verzekering der
„ Stede, zouden de drie Schutteryen weder-
„ om opgeregt, en daarin betrokken worden
„ allen, die voor deezen Schutters geweefl,
„ en nog in leeven waren, zullende de ledi-
„ ge plaatfen worden volgemaakt uit de
„ vreedzaamfle burgers , zonder onder*
„ fcheid te maaken,tiuTchen gewezen bal-
„ lingen en anderen; en deeze verkiezing
„ gefchieden door vier perfoonen, twee door
„ den Prinfe en de Staaten, en twee door
„ de Burgemeeflers en Regeerders te be-
„ noemen, die, verfchillende, een vyfden
„ tot zig zouden mogen kiezen; en zo zy
„ ook over deeze keur oneens waren, 't ver*
„ fchil telkens by lotinge moeten beilegten:
„ alles tot herflelling der eendragt, en zon*
„ der in gevolg te mogen getrokken wor*
„ den, of iemants regt, tot het opregten
„ of volmaaken der gemelde Schutteryen,
„ te verkorten. 8. Alle burgers, die ge-
„ bannen of geweeken waren, zouden mo-
„ gen wederkeeren, en hun Poorter-en Gil-
„ deregt genieten, zonder dat het hun iets
„ zou behoeven te kollen; mids zy, voor
„ Bamis, dat is, voor den eerflenOéiober,
„ inkwamen: en dit onder verklaaring, dac
„ het in geen gevolg getrokken zou wor-
„ den. 9. Die van ouds in eenige amp:sn
,, gefield waren geweefl, zouden dezelven
„ wederom bekleeden mogen , behalve
„ wanneer die ampten een bepaald getal
„ van perfoonen hadden. Voorts, zouden
„ ,zy, in geval van onraad, elk op zynen
„ hoefflag verfchynen moeten, en niet op
„ eenige byzondere Plaatfen, of by de Wet-
„ houders. Doch te brande en te byte,
„ zouden zulken, die daartoe van ouds ge*
„ fchikt waren, verpligt zyn te komen: en
„ zou de bende der nagtwaakeren, te hou-
„ den by Burgemeefleren, uit niet meer dan
„ veertig man mogen beflaan, vreedzaam
„ en bekwaam, ter hunner befcheidenheid.
„ 10. Burgemeeflers en Regeerders, Schut-
„ ters, Amptenaars en andere Poorters en
„ Inwooners, weereldlykè luiden zynde,
„ zouden trouwe en hulde zweeren aan den
„ Koning, als Graave van Holland, aan den
„ Prinfe, en aan de Stad, onder 's Prinfen
„ gehoorzaamheid: ook de volkomen on-
A a a 2
                                        „ der-
jaaren, en by de Staaten van Holland te
noemen, te Delft zouden gekomen zyn,
om daar, tot na het afdanken der tegen-
woordige, en het opregten der nieuwe
vendelen, naar inhoud der twee volgen-
de punten, in gyzeling teblyven. 3,Alle
knegten, in Stads foldye ftaande, zouden
afgedankt, en geene anderen, in dienfie
ofte waergheh
, door deWethouderfchap,
geworven worden, dan met verlof des Prin-
fen van Oranje, en by raade der Staaten. 4.
Doch naardien deStadhouder vanHolland,
by zyn e Inflruélie, en by de Inftruótie voor
den Hove vanHolland, gemagtigd was, om
op de verzekerdheid der Steden en Sterk-
ten van Holland te voorzien ; zo zouden
zyne Doorlugtigheid en de Staaten, ten
kofte van 't gemeene Land, in de plaats der
afgedankten, vier-, vyf- of zeshonderd
mannen aanneemen, uit het lighaam der
Burgerye, en in niet meer dan vier ven-
dels verdeelen, over één van welken,
Herman Roodenburg de oude bevel heb-
ben zou. De Prins en de Staaten zouden
de anderen kiezen, by raade van deBur-
gemeefteren, uit goede , vreedzaame,
onpartydige burgers, die, tot op de Gend-
fche Bevrediging, geduuriglyk, te Am-
fterdam gewoond hadden. De Hopluiden,
Bevelhebbers en Knegten zouden den eed
van getrouwheid doen aan den Koning,
als Graave van Holland, onder het beflier
van den Prinfe van Oranje; aan denPrin-
fe, als Stadhouder, en aan de Staaten van
Holland en Zeeland» Ook zouden zy
zweeren, de Gendfche Bevrediging en de
Punten deezer Voldoeninge te zullen hand-
haaven, tot verzekering der Stede; zul-
lende den eed, vooraf, moeten vertoond
worden aan Bürgerneefleren,op datblee-
ke, dat dezelve niets behelsde flrydig
met de Bevrediging, of met deeze Vol-
doening. De knegten zouden, noch binnen
noch buiten de Stad, tot eenig ander einde
mogen gebruikt worden, noch 't getal,
door den Prins of de -Staaten, tot bene-
den de vierhonderd, verminderd, zonder
bewilliging der Wethouderfchap. En zou-
den de knegten , maandelyks , worden
betaald, uit het gene, binnen de Stad,
ten behoeve van 't gemeene Land, inge-
zameld wer dt, zo ver zulks ftrekken mögt:
voor 't overige, uit penningen, by de Staa-
ten te verfchaffen. 5. De Stad zou met
geen meer krygsvolk bezwaard worden,
dan by dringenden nood voor den vyand,
en ter befcheidenheid van den Prinfe. In
zulk een geval, zouden de voorgemelde
egten in de Stad blyven, en de nieuwe
bezettelingen daar niet binnen trekken,
-ocr page 425-
36a AMSTERDAMS             II. Deel.
„ derhouding der Gendfche Bevrediginge   „ en laden. by de Staaten van Holland en
„ en deezerVoldoeninge,envanalledeBe-   „ Zeeland gemaakt, federt den eerften Ja-
„ fluiten, by de Staaten, op 't beleid van   „ nuary des jaars 1572, of nog te maaken,
„ 's Lands zaak en, ten gemeenen befte, ge-   „ tot den dag toe dat haar de Voldoening
„ nomen, en hiermede niet ftrydende. Ook   „ volkomenlyk zou toegedaan zyn, ujtge-
„ zouden zy den eed op 't betragten hun-   „ zeid de fchulden, waarin zy zelve geftemd
„ ner ampten en dienflen moeten doen, en   „ zou hebben. Ook zou men , om deeze
„ den Poortereed, gelykvanouds : midsdie   ,, reden, de middelen van fchatting, die
„ niet ftrekte tot verkorting van 't Gendfche   „ reeds in de twee gemelde Geweilen loop
„ Verdrag en van deeze Voldoening. De   „ hadden, of nog mogten krygen, binnen
„ Geeftelykheid zqu hierin de orde des   „ Amfterdam en deszelfs vryheid nog niet
„ Biffchops van Haarlem volgen, waartoe   „ invorderen. Daarentegen, zouden de uit-
„ men zig gedroeg. 11- Alle Handveften,   „ geweekenen binnen de Stad niet op geld
„ Gewoonten, Keuren en Regten der Stad,   „ gezet of hoofdelyk bezwaard mogen wor-
„ die niet {treeden met het Gendfche Ver-   „ den, wegens eenige fchulden, gemaakt
„ drag, of met deeze Voldoening, zouden  „ by die van Amfterdam , voor den dag
„ in volle kragt blyven: doch niet de Hand-  „ deezer Voldoeninge, mids nogtans de
j, veften, Vryheden en Gewoonten, die,   „ Wethouderfchap, tot vervalling van de
„ geduurende de tegenwoordige Beroerten,   „ fchulden en laften der Stad, den honderd-
„ verkreegen, of ingevoerd waren, buiten  ,, ften penning over de onroerende goede-
„ goedvinden der Staaten van Holland; be-   „ ren binnen dezelve, eenpaariglyk, mögt
„ halve het punt, by de Stad verworven,   „ omflaan. 16. Doch van nu af aan, zou,
„ inhoudende, dat men alle haare Vonnis-   „ om de noodige penningen te vinden tot
„ fen, fchüon by eindelyke uitwyzirig aan   „ befcherming van Holland en Zeeland,en
„ betering onderworpen, zou mogen uit-   „ tot onderfteuning der andere Geweften,
„ voeren onder borgtogt; en dat het aan   „ Amfterdam zig, op't ftuk derfchattingen
„ de keuze des verliezers ftaan zou, zyne   „ en ommeflagen, ftaatswyze, voegen by
j, wederparty te roepen voor 's Konings   „ de andere Leden; en, dienvolgends,bia-
„ Raad in Holland, of voor zyner Maje-   „ nen de Stad en derzelver vryheid, met
„ fteits grooten Raad te Mecnelen ; ook   „ den eerften Maart aanftaande, opbrengen
„ behalve het punt, welk de vryheid en 't   ,, de middelen, die, in de andere Steden
j, gezag van Schout , Bürgerneefteren en   „ en over't geméene Land, als dan loop
„ Schepenen, zo over misdaad als burger-  „ hebben zouden, zullende de peiling, voor
„ lyk gefchil, vierhonderd roeden van der-   „ de eerfte reize, gefchieden ten huize van
„ tien voeten ieder, te water en te lande,   „ de burgers, zo wel als van de tappers.
j, buiten de oude paaien, uitbreidde, om   „ De Staaten van Holland en Zeeland ver-
„ binnen dezelven alle regtvordering te  „ bonden zig, hiertegen, om Amfterdam,
j, pleegen: welke twee punten en derzel-  „ van den gemelden tyd af, te bevryden
„ ver uitwerking men nog opgefchort hieldt,   „ van 't gene zy, nevens de algemeene Staa-
„ tot op de uitfpraak der algemeene Staa-  „ ten, mogten hebben op te brengen, uit
„ ten. 12. Doch het Oftroi om geld op  „ hoofde der Vereeniginge, met hen in 't
„ intreft te ligten,fchoon ook ten tyde der  „ byzonder aangegaan. Ook zou de Stad,
„ Beroerten verworven, en de uitwerking  „ na't overleveren der gyzelaars, genieten
„ van het zelve zouden van kragt en waar-   „ de oude vryheid en geregtigheid, om,
s, de blyven. 13. In't ftuk der Paalkifte,   „ zo'er, midlerwyl, eenige fchatting ge-
i> zouden die van Amfterdam enEnkhuizen  „ fchiedde, daarop mede gehoord te wor-
„ elk hun goed regt behouden, zonder daar-   „ den. 17. Tot vervalling van de byzon-
j, in, by deezen, verkort te zyn, ingevol-   „ dere laften der Stad, zouden de excynzen
„ ge van de Gendfche Bevrediging. 14. De  „ enimpoftenop de dunne bieren van twee
„ Koophandel en Scheepvaart zouden, ten  „ guldens en daar onder , ten minfte zo
„ aanzien beide van vreemdelingen en van  „ lang het der Wethouderfchap goeddagt»
„ inwooners, gedreeven worden, min noch  „ loop houden: ook die op de beerten, h^
„meer, gelyk vanouds, mids binnen de   „ vleefch en het kooren, binnen de Stad
„ Stad ontvangen werden de Convooigel-. „ derzelver Vryheid geheeven wordende»
„ den, by bewilliging der Staaten van Hol-  „ doch omtrent de excynzen en impofteH
„ land en Zeeland, opgefteld, of nog opte   „ op de wynen en dikke bieren boven ^
„ ftellen, onverminderd de geregtigheden   „ twee guldens, zou men zig hebben &
„ deringezetenen daartegen, en zonder dat  „ voegen naar de ordening, daarop gemaal'
„ het in gevolg zou getrokken word en. 15.   w 18. Die van Amfterdam zouden nimm*
„ De Stad zou vry zyn.van alle fchulden  „ den uitvoer van Kooren uit de Stadnet'
-ocr page 426-
IX. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
3Ö3
uitftreke. 24^ Zyne Doorlugtigheid en d
ben te verbieden, mids zy altoos zo veel
behielden, als de Staaten, naar hunne
befcheidenheid, zouden oordeelen te be-
hooren. 10. De burgers en ingezetenen,
zo geeftelyken als weereldlyken, mids-
gaders de Broederfehappen, Kloofters en
andere Godshuizen zouden met der daad
aanvaarden en behouden mogen alle hun-
ne goederen, roerende en onroerende, in
Holland en Zeeland gelegen, zonder daar-
toe eenig nader verlof te behoeven, en
onaangezien de bevelen, ten tegendeele
gegeven. 20. De Schout zou niemant, o-
ver terging of verkorting, ter zaake van
den een' of anderen Godsdienft,of over
ergernis aan Roomfchgezinden gegeven,
aan regt vorderen, eer het bewys door-
zien, en bondig gekeurd ware by vier
burgers , twee door den Prinfe of de Staa-
ten , en twee door Burgemeefteren te
magtigcn; die, in geval van gefchil, een
vyfden uit de agtbaarfte en vreedzaamfte
Poorters, gebleeven in de Stad tot den
dag der Gendfche Bevrediginge, tot zig
zouden mogen kiezen. 21. Die in Ara-
fterdam wilden komen woon en, of eenen
geruimen tyd verblyven, zouden de ge-
melde Bevrediging en deeze Voldoening
moeten bezweeren, ten minfte voor zo
lang zy in de Stad blyven zouden. 22. 't
Zou elk vry ftaan, met der woon uit de
Scad te vertrekken als hy 't goedvondt,
zyne roerende goederen medeneemende,
of verkoopende, en de inkomften zyner
orrroerenden blyvende trekken, of dezel-
ven te gelde maakende naar zyn welge-
vallen, zonder eenige fchatting fchuldig
te zyn ,ten ware hy zig by den vyand be-
gave, en behoudends het regt van Exue
of uittogtgeld, welk der Stede toekwam.
23. Voorts, alzo die van Amfterdam aan-
booden, hunne regeering te verantwoor-
den voor de algemeene Staaten, of voor
den Raad van Staate; en de Staaten van
Holland verfhonden, dat geene aanklagt,
over zaaken, voorgevallen in dit Geweft,
of over Perfoonen, zig binnen het zelve
onthoudende, buiten het zelve gefchie-
den mögt, alzo zulks ftreedt met 's Lands
Vryheden en met de Gendfche Bevredi-
ging; zo fchorflen zyne Doorlugtigheid
«n de Staaten van Holland alle aanklagt,
twift en moeijenis, die eenigen uit de Re-
geering , of derzelver weduwen , erfge-
namen, of dienaars, wegens het voor-
gaande beftier der Stede, zou mogen zyn
aangedaan , tot dat , by de algemeene
Staaten, volgens de Gendfche Bevredi-
Sing, bepaald zou zyn, hoe ver het ge-
za§ des grooten RaadsvanMechelenzig
-.--
/ O.
„ Staaten van Holland en Zeeland zouden
„ deeze Voldoening doen goedkeuren, door
„ hunneBondgenooten,zonder dat daartegen
„ iet zou mogen ondernomen worden, op
„ eenigerhande wyze. Ook zouden zy aan
„ de algemeene Staaten en aan de Staa-
„ ten van Utrecht verzoeken, dat zy dee-
5, ze Voldoening wilden goedkennen en be-
„ zegelen (x)."
Zodanig was de inhoud van het Verdrag 'c Ver-
der Voldoeninge van Amfterdam, om welk, dras,
ook van wege den Prinfe van Oranje, te flui- Z^.
ten, de Staaten van Holland volmagt ont-ge!d,en
vangen hadden. Van wege de Stad, waren goedge-
tot het fluiten van dit Verdrag gemagtigdkeurJ>
Jan Vechterszoon en Jakob Kanter Pieters-
zoon, Oud-Burgemeefters, Reinier Henriks-
zoon
en Jan Michielszoon, Oud-Schep en en ,
Arend Bouwer en Jan Perfyn, Koopluiden
en Poorters, en Meefter "Reinier Kornelis-
zoon,
mede Poorter, en eertyds Advokaat
voor den Hove van Holland, 't Verdrag
werdt, na dat het geflooten was, door de
Staaten van Holland ter eener, en door die
van Amfterdam ter anderer zyde , beze-
geld. Op den vyftienden February, werdt
het den Raad der Stad eerft voorgelezen,
en toen beflooten, dat men het, met het
geheim zegel, bezegelen zou , alzoe den
gedeputeerden
, die het geflooten hadden,
volcoemen macht ende laß gegeuen was (y)"
uit welke woorden, men fchynt te mogen
afneemen, dat zy 't Ontwerp der Staaten,
in allen deele, hadden moeten aanneemen.
Ten zelfden dage, werdt ook vaftgefleld,
dat men 't wederzydfch bezegeld Verdrag,
ten fpoedigfte, tegen eikanderen zou uit-
wiflelen , en de Gemagtigden , die het ge-
flooten hadden, fchriftelyke goedkeuring en
fchadelooshouding verleenen. Tot gyze-
laars werden, door de Staaten, benoemd
Jakob Teeuws Gerritszoon, Oud-Burge-
meefter, Jan Ryfer Janszoon, Meefter Jan
Duivenzoon, Jan Dirkszoon Markus, Simon
Dirkszoon van Ouderkerk
en Jakob Floris
Maartenszoon van Alkemade,
Raaden, die,
op bevel der Vroedfchap, terftond, naar
Delft vertrokken (z), waarna de Stad ook,
te water en te lande, van het beleg verloft
werdt. Op den eerften Maart, werdt het door den
Verdrag, door den Prinfe van Oranje, be-Prinfe
kragtigd: op den agtften, door den Aarts-va" O-
hertoge Matthias, die egter verklaarde, ne- ranJe.
vens de algemeene Staaten, onverkort te
willen blyven, in'tftuk der Convooigelden:
(x) Handv. il- 4* [i4»0 _ ,
\y Refol. Vroedlch. if. s- « FerK_ip%.
(zj Retol. Vioedfch. N. i. IS, 17 Mr. Wg,
Aaa 3
-ocr page 427-
II. Deel.
AMSTERDAMS
3 64
»
der Regeeringe. Ook heerfchte, onder de- iSr'
zelven, een blykbaar mistrouwen op el- Regse'
kanderen:'t welk voor de beftendigheid van ring, ^
't gene 'er geflooten was moeft doendugten. A11^ '
De Wethouderfchap van Amfterdam fchreef
groot gezag over Holland toe aan den Raad
van Staate, zo lang deeze de Landvoogdye
in handen hadt; aan den algemeenen Land-
voogd Don Jan, en aan de algemeene Staa-
ten: en zogt, door tuiTchenfpraak deezer
laatften, die meeft allen nog yverden voor
het Roomfche geloof, zulke voorwaarden
van Voldoeninge te bedingen, waardoor zy
zig, ook door middel van gehuurde kneg-
ten , die van haar afhingen, in haar gezag
mögt können handhaaven, tegen het aan-
walïend vermogen der Gereformeerden,
die, in de meefte Steden van Holland, de
Regeering in handen hadden. De Prins van
Oranje en de Staaten-van Holland zogten,
daarentegen, dit Geweft te regeeren op zig
zelf, en zonder dat het van den Raad van
Staate, veel min van den algemeenen Land-
voogd afhing, in overeenkomft met het Ver-
bond van Vereeniging, geflooten tuffchen
die vanHolland en Zeeland, en waarby den
Prinfe de hooge Overheid over de twee Ge-
weften, zo lang de oorlog duuren zou, op-
gedraagen was. 't Is waar, dat, by de Gend-
fche Bevrediging, de opperfte magt des Ko-
nings erkend, en den Prinfe van Oranje geen
hooger rang dan die van Stadhouder toege-
weezen was; 't welk fcheen te kort te doen
aan het gezag, welk hem, te vooren, door
die van Holland en Zeeland, was opgedraa-
gen. Doch men meende de zwaarigheid,
die hieruit ryzen kon, te können voorko-
men , als men zyner Doorlugtigheid, in de
Steden, die, in gevolge der Gendfche Be-
vrediginge , voldoening van hem neemen
zouden, onder den naam van Stadhouder,
al het gezag deedt apdraagen, welk den
Koning, als Graave, hier te Lande, plagt
toe te komen. Om hiertoe te geraaken, en
om zig in het bekomen gezag te handhaa-
ven , moeiten de knegten, in de Steden ge-
legd , niet afhangen van Wethouderen, die
andere begrippen hadden van de natuur der
Regeeringe, en die zo groot een gezag &
den Prinfe van Oranje nimmer hadden er-
kend. Men bedong dan, in het derde efl
vierde punt der Voldoeninge van Amftef
dam, dat de Stads knegten afgedankt, &
nieuwe vendels, door den Prinfe en de Staä'
ten, opgeregt zouden worden, die den K°'
ning, als Gr ave van Hollant onder het GoU'
vemement van myn beere den Prime van Qroft'
gien,
en daarenboven nog, den gemeld
Prinfe, als Stadhouder, en den Staaten ^
Holland en Zeeland trouwe zweeren z?a'
deH
i<78 op het afdoen van welken, zy, federt eeni-
door de gen tyd, fterk gedrongen hadden. Op ge-
algemee-lyken voet, werdt het Verdrag, ten zelfden
neStaa- da?e, ook door de algemeene Staaten goed-
ten , en pejjem-d: cn op den vyfentwintigften, door
door die Je Staaten 's Lands van Utrecht. Vier da-
van u-
          te vooren, was het, door de Staaten
Sand van Zeeland, bezegeld (a). Het werdt den
zeiliendenMaart, hier ter Stede afgekondigd,
en door de mansperfoonen boven de agttien
iaaren en inwooners der Stad beéedigd,die
V«ele 'er allen toe vermaand waren; doch onder
inwoo- we]ken 'er veelen fchynen geweelt te zyn ,
ners laa- ^q verzuimd hebben den eed te doen (£):
ïfn v3 waaruit een billyk vermoeden ontdaan mögt,
drag te"' dat men zig niet lang houden zou aan de
beëedi- voorwaarden der Voldoeninge , gelyk in-
£en' derdaad gebeurde. Doch Burgemeefteren
en Raaden hadden, den vyftiendenMaart,
het Verdrag van Voldoening reeds bezwoo-
ren aan handen van de Gemagtigden
der Staaten van Holland, Jonkheer Joan,
Heere van Mathenes en Rivier e,
Heer A-
/ driaan van der Myle
, Raad nevens zyne
Doorlugtigheid, en Doftor Fratifots Maal-
zm 00-               . , , .„ ,
Eenige Dezelfde Gemagtigden arbeidden ook,
punten terftond, aan 't uitvoeren van eenige ande-
van 'c re punten der Voldoeninge. De nieuwlings
woi-S geworven Stads knegten werden afgedankt,
ter uit- en over de overigen, die in vier vendels
voerinee verdeeld werden , Hopluiden en mindere
gebragt. Bevelhebbers gefield, door de Gemagtig-
den , by raade van Burgemeefteren (d)t uit-
genomen dat Herman Roodenburg de oude
een vendel behieldt. De overige Hopluiden
waren Simon Henrikszoon Jonkhein, Jahob
ViJTcher
en Jan Duin. Wat laater, werdt
bellooten, het Plakaat, waarby Don Jan en
de zynen voor 's Lands vyanden verklaard
werden, ook hier ter Stede, te laaten af kon-
digen. De Staaten vanHolland verzogten de
Stad, om wederom, gelyk voorheen, Af-
gevaardigden te zenden op hunne Vergade-
ring in den Haage : gelyk, in April, ge-
fchiedde (e). Doch daar verliepen maar
weinige weeken, toen de voorwaarden der
Voldoeninge, in meer dan één opzigt, ver-
broken werden: waarvanwynu de gelegen-
heid , met de vereifchte naauwkeurigheid,
zullen te boek ftellen.
Aanlei- Uit het gantfche beloop der handelinge
ding tot over de Voldoeninge, was klaarlyk te be-
verande- fpeuren, dat de handelende partyen een
ring in de verfchillend begrip hadden vanden grond
(a) Oude Kerke , taait XXXV.
tb) Keiiib. G. ƒ. 149 verf», U°> IJl verfi, ijz.
(tl Refol. Vioedfch. N. }. 1$ Maart iJ78.
(d)  Refol. Vroedfch. N. }. 2 Mastt ij78.
(e)  Refol, Vroedfch. N. 3. 13, I5> ** 4>"' *"»•
-ocr page 428-
IX. Boek.             GESCHIEDENISSEN.             365
i5?8. den. En om de Gereformeerden te helpen driaan Pauw, ftaande op hun vertrek naar
1*78.
•aan eenen rugfteun tegen de Roomfchgezin- 't Vaderland, wel ernftelyk vermaande zie
de Wethouderfchap, werdt, by het zevende „ te wagten voor de klip waaraan die'van
punt, bedongen, de drie Schutteryen,die, „ Hamburg en de andere Ooflerfche Ste
na 't jaar 1566, door het vlugten en ban- „ den zig verzeilden; en niet te gedoogen
nen van veele Gereformeerde Schutters, „ dat zig de Predikanten verder dan mee
zeer in verval geraakt waren, wederom op „ hun Predikampt zouden bemoeijen (e) "
te regten , en vol te maaken, zelfs uit zul- De Wethouderfchap za<* ondertuflehen
ken,die'er,tevooren, toe behoord had- het inkomen van zo viele Onroomfchen
den, en, uit hoofde der beroerten, geban- kommerlyk in,en deedt haar beft, om dei-
nen waren; aan welke allen, by het agtfie zelver aanzien te fnuiken, zo ver eenigs«
punt, vryheid verleend werdt, om wederom zins beftaanbaar ware met het Verdrag van
in de Stad te keeren. De oneenigheid tus- Voldoeninge. De Doopsgezinden, federt De
fchen de algemeene Staaten en Don Jan , den aanflag des jaars 1535, gefmeed door Doops-
die haaft tot openbaare vyandelykheid uit- luiden, die , ten minften in 'tvoorftaanvan Sezindea
borft, en 't gezag des Landvoogds fterk den bejaarden Doop, met hen overeenkwa Tagtsn
deedt afneemen, komende by het beleg van men, zeer in den haat der Reeeerinee ee- Poorter
Amfterdam, te water en te lande, hadt de weeft zynde, hadden zig eenige gunit ver- fchap
Wethouaerichap genoodzaakt, om in deeze worven by de Staatfchen, en zelfs by den hier ter
en andere moeilyke voorwaarden te bewil- perfoon des Prinfen van Oranie dien zv Stede te
ligen. De Staaten van Holland waren zo reeds in 't jaar 1572, met eenige penningen
■i, men.
"
wel overtuigd, dat zy hiertoe, haars on- onderfteund hadden, niets op hem begeren'
danks, gebragt was, dat men haar gyze- de, dan zyne vriendfehap, zo God hem
laars uit den Raad afvorderde, die zo lang t'eenigen tyde , de Regeering der Neder'
te Delft blyven moeflen, tot dat de gewig- landen verkenen mögt (//). Ook hadt hy
t.gfte punten van het Verdrag voltrokken, in 't jaar i577, te wege gebragt, dat zy te
de Stads Vendels afgedankt, en nieuwen Middelburg tot Poorters werden aangeno-
m de plaats aangenomen, en beéedigd wa- men, zonder dat zy verpligt werden den
ren. De Wethouderfchap verloor, hier- „ gewoonlyken Poortereed te doen, waarin
door, een voornaam gedeelte van den klem „ zy, van gemoedswege, betuigden zwaa-
van 't voong bewind: en 't leedc niet lang, „ righeid te maaken:" by welke vryheid
K °fny rf allen gezag geheellyk kwyt. hy hen, aldaar, nog in July deezes jaars
Vfei Het fluiten van t Verdrag lokte terftond handhaafde (i). Na 't fluiten der Voldoenin-
X dc ^geweekenen en ballingen,die allen,of ge, beproefden zy, of hun gelyke vryheid
S rneeft allen der Hervormmge waren toege- gegund zou worden te Amfterdam daar
Vi0- daan» en by het agtfie punt vryheid van de Wethouderfchap Roomfchgezind was
S% wederkeeren gekreegen hadden , in grooten Eenigen hunner verzoeten Poorlers te mo-'
%e getale, herwaards Onder deezen, waren gen worden, zonder&dat zy den Poorters
t V veele aanzienlyke Koopluiden,_ die z,g, na eed deeden,mids zy, met waare woorden,
t de omkeering des jaars 1572 ,in de Steden verklaarden getrouw te zullen zyn. 't Ver-
vang Noorderdeel van Holland hadden ne- zoek kwam in de Vroedfchap, daar den
dergezet: en met welker vertrek, de han- tienden May , beflooten werdt, voor als
del, die aldaar fterk aan 't bloeijen was, nog, niemant tot het Poorterfchap deez-r
Wederom zeer begon te verloop en (ƒ). Van Stede aan te neemen, dan die den behoor-
Hamburg, en elders daaromtrent, keerden lyken Poorters eed, naar ouder o-ewoonte
veele geweekenen ook naar Amfterdam.En zou gedaan hebben (k). Maar eenige dagen
'Raad-
kan ik niet voorby-, hier te melden, 't gene laater, fchynt de Vroedfchap, bevroeden-]. •
iornmigen,uit at Aantekeningen van denllee- de, veelligt, dat het toelaaten en begunfti- gen der
U KoRNELis PiETERszooN Hoopt, gen der Doopsgezinden de Gereformeer- Vroed-
a'e naderhand Burgemeefter van Amfterdam den, die veel fterker in getal waren meer fchap
Jerdt, te boek gefield hebben, te weeten, ofmin, zou können te onderhouden eên
hiero-
1 ver.
jut Johan Huigen, Raadsman der Stad Ham- weinig veranderd te zyn van geda^ten' Ter
^"rg, een vriend der Hollandfche vryheid, Secretarye deezer Stede, beruft nog tegen-
n zeer gemeenzaam met deAmfterdamfche woording een los papier , waarop de ftem-
'ugtehngen, de luiden van aanzien onder men ftaan aangetekend van tweeentwintig
J^elven, die gefchaapen waren, in tyd en
                                                          L<£
^le> te Amfterdam op 't kuffen te raaken,
en «iet naame Egbert Roelofszoon en A- [fj ISA Ä * '*'"
f»'). Zie Doopsgez. Martel. II. Deel, il. 7+s ,
(f) v„
                     .,                                                       IWNDT I. AW,W. 5!« ««■,«°9 ««•               »/■»»•
•' *Uus Hoorn, II. zSS.                                                 (yjj lUlbl. Vioedfch. if. 3- i° May ijj%-
-ocr page 429-
IL DeëL.
AMSTERDAMS
166
Leden der Vroedfchap, die , op den drie- zyn fchip, werdt, door den boomflinter al- i57 "
entwintieften May, geraadpleegd hebben, daar, voor Moorddammer gefcholden. Zelfs^ti-
over het voorftel van Burgemeefleren „ off rukten de foldaaten, die de wagt hielden da**^
menden Mennoniflen zall tot poorters ont- aan den boom, hemden vleugel of.wim-8^
" fanden onder hoeren waeren jae woorden in pel, daar Stads wapen in ftondt, van het
" plaetze van eedt, mits den * transgredie- fchip, terwyl de boomfluiter fchamperlyk
" renden g-eflraft zullen worden als meenedkhV vraagde, van wien de Moorddammers zulk
En vind ik, dat tien Leden hierop geftemd een wapen gekreegen badden? Burgemeefte-
IS?8.
* Over-
treeders.
hebben „ dat menze niet ontvangen zou,
dan wanneer zy den eed deeden; doe,
!! dat menze egter, voor deezen tyd, on-
„ déroogluiking.indeScad zou toelaaten.
Twaalf itemden „ dat menze zou aan-
neemen, onder de voorwaarde , in het
voorftel gemeld." Doch op nieuws om
ren van Amfterdam hielden zulk een' hoon .
zo zeer te ftryden met de GendfcheBevre-
diging en bedongen Voldoeninge, dat zy'er
over klaagden aan die van Haarlem ( n );
zonder dat my gebleeken is, wat 'er op
gevolgd zy,
                                                       d
Maar by den twift ter gelegenheid van Ver1,,.
fl
HUIL VttHwii »v**< v^w« .*---------- •                                                                                   J. <J          C?                                               •/.■.*_-                 \pt *
pleegiiv, waarfchynlyk teroorzaake vande   ouds, alleenlyk te ftaan onder Overluidend*nje^;
verandering, die drie dagen hierna voorviel,   en Rotmeeiters , en onder de Burgemees- tsff(L
" "                                      ters als * Opperopzigters. Doch de Gemag- ^
DeGere- De Gereformeerden vonden zig nu, al- tigden van denPrinfe van Oranje en van de
form
den
ren
graa
omm^ ui xj-uiiaiiu, *-ii 6wiid iv ii.ii*».w^AV*«..., wv».»^«... v—* ---------j — ------ ■•----- —
mor" zo iterk van getal, dat het hun begon te reeds gemelde Heeren van Mathenes en van
beVCr verveelen, dat zy, die elders in de treffe- der Myle en Meefter Paulus Buis en Niko-
laas Kamerling, zogten, om den klem van
plaats, hier t uit aiie ampten geflooten zouden bly- 't gezag over de burgerye in verzekerde han
hun door ven.' fchoon zulks ( by >t Verdrag van Vol-
den te houden, de drie Schutteryen te bren-
gen onder zes vendels, over welken zy Ka-
piteinen, Luitenanten, Vendrigs , Serjan-
ten en Korporaals begeerden aan te ftellen
naar hun welgevallen. De Wethouderfchap
beweerde „ dat zulks met de oude gewoon-
„ te, en met den inhoud der Voldoeninge
„ ftryden zou." Van de andere zyde, werdt
hiertegen ingebragt „ dat men van denvoo'
„ rigen voet niet zogt af te wyken, dan al-
„ leen in 't beleiden en fchikken der wag'
„ ten, waarin, zeide men, de Stadhouder*
„ voorzien mögt, naar tyds gelegenheid."
't Stribbelen hierover hadt eenigen tyd ge-
de Wet-
houder-
fchap
aan ge-
weezen.
doeninge, geenszins was vaftgefteld. Men
beftondt dan, misnoegen te verwekken on-
der 't gemeen; waartoe gelegenheid t' over
was,in eeneStad,daar deWethouderfchap
en een groot deel der burgerye eikanderen
niet vertrouwden. Volgens het eerfle punt
der Voldoeninge, moefl de Wethouderfchap
den Gereformeerden eene eerlyke begraaf-
plaats aamvyzen, binnen de muuren. De
Vroedfchap hadt ook beflooten, hiertoe te
fchikken het ledige erf agter het Pauwels
Broeders Kloofter,daar de rosmolen tegen
aan kwam: en zo deeze plaats den Gerefor-
meerden te afzigtelyk toefcheen, zou men duurd (o), toen de Gemagtigden van dei]
hen uiterlyk mogen geryven met S. Joris Prinfe van Oranje en van de Staaten een'
Hof, of deszelfs bleekveld (0- Veelligt, is Lyft opftelden van alle de Bevelhebbers t>'
men niet, of niet fpoedig gekomen tot het ver de zes vendelen, onder welken zy da
aanwyzen der laatftgemelde plaatfe , die drie Schutteryen brengen wilden; en die aart
midden in de Stad lag. Immers, het blykt, Burgemeefteren overleverden, om derzel'
dat de Gereformeerden, met de plaats, die ver goedkeuring daarop te hebben. BuJj'
hun was aangeweezen, en die aan eenen af- gemeefteren bragten 't ituk in de Vroed'
zigtigen hoek lag, zeer kwalyk te vrede fchap, alwaar, den drie-entwintigften Ma/'
a .waren (m). De verbittering tegen die van eendragtiglyk , beflooten werdt „ niet ^
fter-
damfch _.^^^^^^__- ^_^                             _
Schipper jen over.EenÄmfterdamfchBinnenlandfch-
HaSemevaarder, Mr echt Juriaanszoon, in't begin
voor 'vanApril, binnen Haarlem gekomen met
„ bewilligen in het brengen der Schutfe'
„ ryen onder zes vendels, en vooral ü&
„ onder de opgegeven Bevelhebbers; fcho^
„ men 'er niet tegen hadt, dat de df'^
„ Schutteryen, in gevolge van de Vold^
» ' V
(«) Mfffive van Burgemeefteren aan die van, Haatleu'
. . . April iS7S.
(o) H80ET XU1. B«eh,tl. J77.
(l) Refol. Vioedfch. N. 3. i Maart ij7i,
(m$ HOOFT XM.Boei, il. S77>
-ocr page 430-
IX. Boek»
GESCHIEDENISSEN.
%6l
opgeregt en Vol ge- tot opftand uitborft. De beleiders van 't
En dit befluitjwelk, werk, overleggende, dat zy, in getal en
1578.
„ mnge, van nieuws
„ maakt werden (p).'
nevens de OrdonnantieGemagtigden van den
I57S«
magt,
hunne partyen genoegzaam opwoo-
verftonden, dat de overhand afhati-
gen
en de Staaten ter hand gefield werdt (g),
is het laatfte der Roomfchgezinde Regee-
ringc, welk, in het Regifler Van de Refo-
lutien
^Vkoedschaf, ftaat aangetekend;
waarom, en vooral om dat het de naafte
aanleiding gaf tot de beroerte , die kort
hierop ontftondt, wy het, hier agter, on-
der de Bylaagen (r), geplaatft hebben.
Eenige voornaame burgers onder de On-
roomfchen, ziende geene kans, om de Wet-
houderfchap te brengen tot bewilliging in
het genezy hieldt haar gezag tegen tezyn,
en kwalyk overeen te komen met de Vol-
doening , beflooten, omtrent deezen tyd,
de gantfche Regeering om te keeren, en
hunnen partyen den voet te ligten, eer die
gen zou van het waarfchuwen met den flag.
Meefcer Willem Bardes, Zoon van den ge- BarJes
wezen Schout van Amflerdam, was aldaar, fchryft
nevens veele andere ballingen, wedergekeerd aar; S(>-
IM
uit het Noorderkwartier van Holland, alwaar ^a°^
hy, eenen geruimen tyd, Stedehouder van van
Sonoi geweeft was. Aan deezen verzogt hy, Krygs-
den vierentwintigften May „ dat zyn volk,voik'
„ leggende naaft aaü Amfterdam, laft van
„ hem hebben mögt, om zig, ten eerflen
„ bevele van de Staaten van Holland , of
„ van derzelver Gemagtigden, vaardig te
„ houden tot den optogt." Men ziet, uit
dit fchryven, dat 'er een toeleg op Amfter-
dam in til was, waarin men zig van's Lands
Krygsvolkbedienen wilde;en dat daarvan,
5
'cn
ge
zien-
fej
bur.
on-
te
aude-
•ï
't hun deeden. Hoe men dit werk hebbe behalve Bardes, die zeer verknogt was aan
aangelegd, is, gelyk het gemeenlyk met den Gereformeerden Godsdienfl, ook de
nergens Gemagtigden der Staaten, welken zig, fe-
die , in dert eenigen tyd, in Amflerdam bevonden,
kennis hadden. By den zelfden brief, ont-
boodt Bardes ook eenen fchootvryen helm
en rondas, ten zynen behoeve. Sonoi ant-
woordde hem, zonder uitftel, dat aan zyn
verzoek voldaan was. Ondertuffchen, hadt
het grootfte gedeelte van de Stads bezette-
lingen, die al eenigen tyd gemord hadden
over de zwaare wagten, niet donkerlyk te
kennen gegeven, dat, zo men nieuwigheid
aanvinge, zy zig niet t'zoek maaken,maar
'er veel eer de hand toe leenen zouden. In
deezen fland der dingen , kwam Meefler
Thomas van Til, voorheen Abt van S. Ber-Thomas
nards by Antwerpen, en federt, Leeraar vanTil
onder de Gereformeerden, op Zondag den ^f ten
vyfentwintigften May, buiten de Vryheid Amfter-
van Amfterdam, by denS.Antonisdyk,pre-dam.
diken. Men weet niet, wat woorden hy uit
diergelyke onderneemingen gaat
klaarlyk aangetekend. Hoopt,
't jaar 1635, met het fchryven zynfelyke Nederlandfche Hifiorien, aankeeren van Amfterdam gevorderdheeft, meer dan iemant, my bekenwerk gemaakt, om , uit oude luidverneem en, wat, by het Geus wordAmflerdam, gelyk hy 't noemt, voolen zy (Y). Hem zullen wy dan, voolyk, volgen.
Hy fchryft, gelyk klaarlyk blyktroerte niet zo zeer toe aan de wulpsh't graauw, als aan 't opzet en beleveelen der treffelykfte burgeren. DVan Aldegonde hadt, al voor eenigeop zyne reize naar Worms, den algemStaaten , uit Keizerslauter , gefchredat de Spaanfchen eenige fchepente bekomen van den Koning van Zw
V
°mzete gebruiken tegen Amflerdam, bin- de Heilige Schrift voorgedraagen , en of
nen welke Stad, zy voorgaven vrienden in zyne Leer ook eenigszins tot ophitfing der
°Vervloed te hebben. En dit fchryven fchynt gemeente geflrekt hebbe. Doch 't gaat vafl,
^nleiding te hebben gegeven, tot een an- dat de Gereformeerden , terflond na de
^ gerügt, welk men, ten deezen tyde, preeke , eikanderen befcheiden, en tyd,
te Amfterdam liet loopen , dat Don Jan, plaats en wyze beraamd hebben, om 't werk
°nder dekfel van den Hoogduitfchen bezet- tot daadelykheid te brengen, en deWethou-
e'"igen» te Deventer en te Kampen, eeni- derfchap van 't bewind te ontzetten. De
jp nooddruft toe te voeren, wel iet onder- hoofden des aanflags en eenigen der uitvoer-
,eemen mögt op Amflerdam, daar hy, zei- deren dan, elk zyn werk weetendc, houden
ee^ïen,nog heimelykverftand hieldt. Zulk zig binnens huis en wel op hunne hoede,
^^.tyding, looslyk verfpreid, door geag- met waaken den gantfchen nagt door. TenEen;ge
de ^den onder de Onroomfchen, vervul- volgenden morgen, zynde Maandag den burgers
^e gemoeden met argwaan, die eerlang zesentwintigflenMay, vervoegden zig Wil- fpreeken
lem Bardes, Maarten Janszoon Kofier, A-'^^
driaan Kromhout, Adriaan Pauw en Guil- dersop't
Vroedfch. N. 3. 23 May 1578-
M
Reroli
'an"^ß\
ve van Bürgern, aan de Gedeputeerd, ter Dagv
laume du Gardin op 't Stadhuis, daar de Stadhuis,
gantfche Wethouderfchap vergaderd was;
Bbfa
                                               om,
t>.
't
o ^Vne Brieven N. 4ji. il. 3+S.
^UK.
-ocr page 431-
AMSTERDAMS
II. Deel.
:68
1578. om, gelyk als voor 't laatit,te beproeven,
of zy niet te beweegen ware tot bewilliging in
de fchikking op de Schutteryen,en in de ande-
re punten, waarop de Gereformeerden Hon-
den. De Plaats of Dam, die reeds, ter oorzaa-
kevan den Marktdag, rykelyk voorzien was
van volk, raakte allengskens voller en voller,
terwyl deeze luiden, ettelykereizen, van 't
Stadhuis naar de herberg van de Gemagtig-
den der Staaten, die op den Dam was, en
van de herberg naar 't Stadhuis, tiuTchen de
menigte door, over en weder gingen. Te-
gen elf uuren, kwamen de bezetteljngen in
de wapenen, en werdt ieder der vier ven-
delen op zyne flandplaats gefield, 't Volk,
uit het over en weder gaan der vyf mannen,
befluitende , dat de Wethouderfchap niet
toegaf, werdt allengskens ongeduldiger. Ook
was 'er, hoe men 't keeren of wenden wil-
En gee- de, geen verzetten aan de Heeren« Der-
ven aan 't naive t komt du Gardin, als nu de middag
kennen voorby , en de markt ontledigd was van
dat de ' huisluiden en zuivel, verfchynen ter puije
Heeren van 't Raadhuis, daar men de afkondigingen
niet te plagt té doen, ligt zyn hoed, en zet dien
verzetten terfl.Qncj wederom op. Dit was een teken, dat
men met redenen niets te verwinnen zag.
Simon Henrikszoon Jonkhein, onlangs ver-
kooren tot Hopman over een vendel bezet-
telingen , treedt daarop ten Stadhuize af,
en,flaande de armen van eikanderen,geeft
te kennen, dat 'er geen verzetten ware aan
de Wethouderfchap, zig vervolgens fpoe-
dende naar zyn vendel, om de nieuwe Kerk
Aanvang te verdedigen tegen plondering. Te gelyk
des op- j0fc zeker foldaat een musket, uit een der
. lo°Ps' venfteren van de Waage. En ftraks daarop,
ftuift matroos op ftraat, met vliegende vlag-
gen, roepende Wie Oranje Heft, toone dat
hy hert heeft, en volge my.
De menigte der
Onroomfchen was fluks op de been, arbei-
der, ambagtsman , koopman, rentenier,
volk van allerlei flag, onder welk egter, de
uitgeweekenen de vuurigften waren. Een
gedeelte ftreeft naar 't bushuis, haalt 'er 't
gefchut uit, en fleept het naar den Dam,
terwyl de toegangen derwaards geflopt wor-
den met wolzakken, die by geval aan de
Waage lagen. Toen aan 't werpen met flee-
nen naar de yzeren traliën der Vierfchaare,
om de nagtwaakers, die hier, in zorgelyke
tyden, op 't afbranden van zeker haakge-
De Re- fchut paften, te verjaagen. En zo dra be-
geering fpeurde de menigte niet, dat 'er geen vuur
Sgetaft gegeven werdt, of zy ftort ten Stadhui-
en ter ze in, haalt den Schout en de meefte 011-
Stad uit de en dienende Wethouderfchap van daar,
geleid. 0f ujt derzelver wooningen,en brengtze op de
Ook de Waage. Een andere hoop fleept, midlerwy],
lykheid verfcheiden' Priefters en byna al de Min-
derbroeders naar den Dam. En kort daar-? 1578-
na, werden de Wethouders en Geeftelyken,
tuffchen twee ryen foldaaten door, om be-
fchermd te zyn tegen de woede van 't
graauw, fchreeuwende, dat menze naar de
galg voeren moefi
, daar zy menig een aan ge-
holpen hadden
, door de fchutters geleid naar
't Water, en elke foort afzonderlyk gefcheept
in verfcheiden' vaartuigen, die hen, maar.
even buiten de Stad, aan den S. Antonis-
dyk wederom uitzetteden. Drie magteloo-
ze graauwe Moniken, een van welken Poor-
ter was, bleeven in de Stad; welken men,
naderhand, befloot, of in't Kloofter ten Zie-
ken, of elders, van onderhoud te verzorgen
(f)-Doch erger lot hadden eenigeRegeerders
zig toegelegd, met naame de Oud - Burge-
meefter Henrik Dirkszoon,die geene ande-
re rekening gemaakt hadt, dan dat men hen,
buiten den boom, in den grond geboord zou
hebben , waarom hy twee hemden , hem
door zyne Huisvrouw nagezonden, aan de
dienftmaagd te rug gaf, zeggende „ dat
„ hyze niet noodig zou hebben." Maar nu
aan den dyk op vrye voeten gefield zynde,
begaven hy en eenige anderen zig naar Haar-
lem , daar hem nog fpottens kift beving, zeg- Ber-
gende hy tegen zyne makkers, zulken, mis- v.an0V
fchien, die, federt lang, verzuimd hadden n0k0ji.
hem Burgemeefter te maaken, een dingheb-2
ben ix>y vergeten:
en gevraagd zynde, wat ?
antwoordde hy den kruiwagen, in Amfter-
damfch, betekenende het middel, om dien
men wil in 't bewind te helpen, en de din-
gen te ftieren naar zynen zin. Als men hem
ook zyn gevoelen afvraagde, omtrent dit
verhangen van de hekken der Regeeringe,
zeide hy, meteenediergelyke laagefpreek-
wyze, huimetuit, hoedt u voor de weêrfiuit,
waarmede hy zeggen wilde, dat zy, die nu
gezogt hadden op 't kuflen te geraaken, by
verwifleling van tyden, wel eens vaaren kon-
den, gelyk hy en de zynen nu gevaaren wa-
ren. Doch hy beleefde zulke tyden niet,
en overleedt, eerlang, te Haarlem, in zulk
een kwaaden reuk by den gemeenen man,
dat,op zyne uitvaart, verfpreid werdt,hoe
zyn lyk , wonderdaadiglyk , weggevoerd
was, en een fpook, in de plaatfe daarvan,
de kift beflaagen hadt. De dienende Wet-
houderfchap , die, nevens hem, voor 't groot-
fle gedeelte, ter Stad uitgevoerd werdt, be-
ftondt uit den Schout Andries Hollefloot,
de Burgemeefters Kornelis Klaas MeeuwS'
zoon,
Jakob Gerrit Teeuwszoon , Henrik
JakobszoonBicker
en Reinier Henrikszoon Roe-'
klaas
, en de Schepenen, Meefter Albert Kan-
ter, Jan Michiel Loef s, Sybrand Buik Joofi'
zoon f
(t) Rcfo!. Vroeclfch. iV. 4. 31 May 1573.
-ocr page 432-
IX. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
36P
IS?8. 200«,Meefter^»Dm/ü^wo^ Arts, JTor«*- Kromhout, Jakob Bennink Jakobszoon, Ja*
15?*
lis Wiïlemszoon van Riek, Jakob van Mar- kob Franszoon Oetgens, Do&or Klaas Plemp,
ken, Evert Korszoon in't Marsje,
Jan Per- Herman Roodenburg Hermanszoon, Ts-
fyn en Meefter Komelis Janszoon Romeny- brand Janszoon , Govert Janszoon , Gerrit
boot, die, eerft op Maydag te vooren, be- Janszoon Koesveld , Willem Pauluszoon,
ëedigd waren by den Hove van Holland, Simon Henrikszoon, Gerrit Janszoon Paris]
alzo de Schepenen van 't voorleeden jaar, Meefter Komelis Barendszoon , Beter Ja-
ter oorzaake van de belegering der Stad in kobszoon Vries, Jonge Jan Doet 'er niet toe,
't begin van February jongftleeden, tot dien Klaas ReijersZoon, Arend Janszoon Koesveld,
tyd toe, waren aangebleeven. Doch wie Pieter Pauw, Herman Roodenburg de Ou-
van de Raaden , en van de Oud-Schepenen de, Douwe de Blokemaaker, Dirk Ölofszoon,
vervoerd werden, is, by gebrek van be- Jan Simonszoon, Brouwer, Jan Ei,Tinne- .
hoorlyke aantekeningen, met wel aan te gieter, Ja« Pieterszoon Pomp, Lubbert Nur,
In» Xvv*en- , , ,
               ,                               Jan Bethszoon Roodenburg, Jonge Jan
Cn- _ Opmerkelyk was, ondertuflchen, dat dit Duivenszoon, Klaas Henrikszoon Koning A-
<lers 0e- kleiden der Regenten en Geeflelyken ge- üs Pieterszoon, Vleefchhouw er, Pieter Wil-
^oofte. fchiedde, zonder ïemant te wonden. Doch lemszoon Vriend, Henrik Leenden szoon, Pieter
*otdt 't was naauwlyks verngt, of de ziellooze Uevenszoon, Henrik in de Pot, Reiier oïRei-
«ST
ftof, beelden , altaaren moeiten voörhou- nier Simonszoon van Nek, Herk de Koper (la-
den. Feld hadt men t gelaaden op de ge- ger en Gerrit Jakobszoon Schaap Onder dit
dagtems der Minderbroederen,.die kennis getal, waren veele geweekenen en ballin
van Kettery e plagten te neemen, en tot hun- gen, en de meeften Gereformeerden Zy
nent, na't uitvoeren der dood vonniffen, met werden allen, tegen den volgenden da»,
de weereldlyke regters, het bloedmaal, ge- zynde den agtentwintigften May, ontboo-
lyk het genoemd werdt, te eeten. Op hun den op het Stadhuis; doch drie hunner,te
Kloofter loosde zig dan de meefle woede, weeten Meefter Komelis Barendszoon, Tan
Alles werdt hier geroofd, of in ftukken ge- pieterszoon Pomp en Gerrit Jakobszoon
fmeeten. Doch aan winkels of wooningen, Schaap, verfcheenen niet (V). De overigen die nfeu"
waarvoor de Roomfchgezinden grootelyks verkooren Meefter Willem Bardes, Doftor Je ßur"
bedugt geweeft waren, roerde niemant. Maarten Janszoon Kofter,AdriaanReiniers-tenen"
Toen men uitgehold hadt, en de dag ten zoon Kromhout en Dirk Janszoon Graaf,Raaden
avond liep , bezetteden de Onroomfchen allen vier uitgeweekenen en ballingen, totftellen«
de plaatfen van belang, met wagt uit de Burgemeefters: en, zo de meeften fchry-
hunnen; waartegen de Roomfqhen, die 't Ven, Komelis Willemszoon van Riek, A-
aanmagt, of ten minften aan orde, en aan driaan Pauw, Jakob Benning Jakobszoon
voorgangers haperde, niets onderneemen Balthazar Simonszoon, Gerrit Janszoon Delft,
durfden. In het Toorentje, Burgemeefters Jan Jakobszoon Huidekooper, Henrik Olferts-
Kamer, plaatiten zig vier ligte kwanten, zoon Fuik, Henrik Boelenszoon en Meefter
fpotswyze deezen Wethouderen nafpeelen- Komelis Romenyboot, tot Schepens. On-
de. Tot op den agtentwintigften, ftondt de der deezen, waren ook eenige ballingen.
Stad zonder Overheid, terwyl 'er, 't gene Komelis Willemszoon van Riek was, ook
niet minder opmerkelyk is, na 't pionderen in 't jaar 1575, Schepen geweeft, en zelfs
ï>e4. va.n 'l Minderbroeders Kloofter, geen moed- nog, op Maydag laatftleeden, verkooren
S'te T11 Van belanS gePIeegd werdt. Doch 's Zo dat hy niet met de overige oudeRegee-
Vöte uaa§s na den °Pftand > werden de Wet- ring ter Stad uit geleid geweeft is. En zo
VeH " "ouders, door de drie Schutteryen, ten o- Komelis Romenyboot dezelfde is met Kor-
^rs*Qi>- Yfrftaan van Matheneffe en van derMyle, nelis Janszoon Romenyboot, gelyk ik mee-
Ï%9Q r'^^igden der Staaten van Holland, van ne, was hy, op Maydag te vooren ook
Si- «unnen eed en ampten ontflaagen. Voorts tot Schepen aangefteld en is derhalve ook
^erdt, ten zelfden dage, uit ieder der twaalf niet ter Stad uitgeleid'geweeft Doch 't
JJJtten , waaruit elke Schuttery beftondt,by fchynt,dat hy de wettigheid der gemaakte
Meerderheid van de ftemmen der rotgezel- veranderinge niet heeft willen erkennen. lm-
Ä- e> een agtbaar Schutter gekooren, tot zes mers, hy heeft, federt, nimmer in Sehe-
** 't' vl g m §etal C»)- Zie hier df naamea pensbank gezeten. Op gelyke wyze, wer-
K^L Yyfenderdg derzelven, 't zy dat één rot den tot Vroedfchappen verkooren Meefter
^
de chutter verkooren hebbe, 't zy dat Reinier Lambertszoon van der Horfi, Maar-
naam van den zesendertigften verzuimd ten Simonszoon Schuitgen of Schuit, Ysbrand
y an te tekenen: Adriaan Reinierszoon Janszoon Lyndraayer,Henrik van Marken,
fv) Zie COMMM.IN H* ,07*«
Bbb 2
"'■ -l. Cap, IX. f. ii.
-ocr page 433-
-ocr page 434-
AMSTERDAMS
II. Deel.
37°
toeftand des tyds, blykbaar af van de Pri- *57 '
vilegien, die nergens de aanftelling van Bur- ze wyze_
gemeefteren , Schepenen of Raaden ver- van ^
blyven aan gekoorenen uit de Schutteryen. V fwe'-
De Raaden alleen fchynen, oudtyds, im-soude-
niers voor eens, door den Rykdom enGe-ren.
meente, verkooren te zyn, om dat zy de-
zelven verbeelden moeften. Doch de Ryk-
dom en Gemeente waren de Schutteryen ,
niet. En Burgemeefteren en Schepenen wa-
ren nooit, door den Rykdom en Gemeen-
te, veel min door de Schutteryen, verkoo-
ren geweeft. Wanneer men dan, by fom-
migen(x), leeft, dat deeze verkiezing ge-
fchiedde, volgens de Handvefien en oude Pri-
vilegien de/er Stede;
en in de Regeerings-Lyfi
voor de Handvefien
, dat de Burgemeefters en
Raaden verkooren zyn, naervolgende de Pri-
vilegie daeraf fynde van defer Stede
, moet
zulks alleenlyk zo worden opgevat,dat de
verkooren Perfoonen, volgens de Privilegien,
tot de Regeering bevoegd, niet dat, in de
wyze van verkiezinge, de Privilegien ge-
volgd waren. Schoon, wyders, verfcheide
Hiftoriefchryvers hebben aangetekend, dat
de verkiezing van Schepenen, ook door de
Schutters, gefchied is, heeft men egter re-
den om hieraan te twyfelen. Ten minfte
wordt, in de Regeerings-Lyfi voor de Hand'
veßen,
het verkiezen van Burgemeefteren
en Vroedfchappen alleen aan de Schutters
toegefchreeven. Veelligt,zyn de Schepens,
door de nieuwe Raaden, benoemd, en door
de. Gemagtigden der Staaten, ten overftaan
van welken, dit gantfche werk was aange-
vangen, verkooren geweeft. Doch van alle
deeze dingen is, zo ver my bekendis, ner-
gens , eenige naauwkeurige aantekening
overgebleeven.
                                             .s#
Twee dagen hierna, deeden de nieuwlings ü° \f
verkooren Burgemeefteren den Raad byeen- ^f
komen, onder anderen om voor te liaan,Ls^
„ dat de Stad zig zonder Schout bevondt, \^
^
en dat ten hoogfte dienftig ware, eenen At
„ bekwaamen Perfoon tot Schout aan te fiel- &L
„ len." De Vroedfchap liet dit aan Bürge-%
meefteren,die,hierop, deneenendertigften
May, denOnderfchout, Willem Maartens-
zoon Kalf, voor den tyd van drie jaaren, tot
Schout aannamen (;y). Egbert Korneliszoon 1
Adelborft onder 't vendel SoldaatenvanJaö
Duin, werdt, wat laater, in zyne ftede,tcrf
Onderfchout aangefteld (z).
(x) DA.PPRR hl. 230. COMMELIN, il. 1072.
(y) Relbl. Vroedfcti. N. 4. 30, ?i May ij;j,
(z) Rei'ol. Vioedlch. JV, 4. 13 Juny 1578.
1578. Adriaan Pauw, Adriaan Reinierszoon Krom-
hout , Do6lor Maarten Janszoon Kofter ,
Kornelis Willemszoon van Riek , Gerrit
Janszoon Koesveld , dntoni Willemszoon
Bont ehe ,
Reinier Simonszoon van Nek,
Herman Roodenburg de Oude, Egbert Roe-
v lofszoon, Jakob Benning Jakobszoon, Evert
Korszoon in't Marsje, Klaas Reijerszoon,
Meefler Willem Bardes, Jan Duin Korne-
liszoon,
Simon Henrikszoon Jonkhein, Ver-
wer, Jan Simonszoon Lonsvaarder, Willem
Pauluszoon, Dirk Janszoon Graaf, Gerrit
Jakobszoon Schaap, Jakob Janszoon Ben-
ning
, Bakhazar Simonszoon Appelman,
Reinier Kant, Klaas Simonszoon van Heems-
kerk,
Gerrit Janszoon Delft, Klaas Korne-
liszoon vanvFlooswyk, Jakob van Kampen,
Jan Laurenszoon Spiegel
, Jan Jakobszoon
Huidekooper, Pieter Willemszoon Vriend,
Henrik Olfertszoon Fuik, Jakob Franszoon
Oetgens van Waveren en Meefter Kornelis
Romenyboot. Onder deezen, waren Mees-
ter Reinier Lambertszoon van der Horft en
Maarten Simonszoon Schuit , reeds in 't
jaar 1574, tot Raaden verkooren geweeft,
en Meefter Kornelis Romenyboot was, nog
niet lang geleeden, in dit zelfde jaar 1578,
tot Raad aangefteld, door de oude Regee-
ring. Kornelis Willemszoon van Riek was,
gelyk wy reeds hebben aangemerkt, te voo-
1         ren al Schepen geweeft. Ook was Evert
Korszoon in't Marsje, op Maydag jongft-
leeden, tot het zelfde ampt verkooren: al
ft welke beveiligt, dat niet de gantfche ou-
de Regeering ter Stad uit geleid is. Doch
de overigen hadden nimmer in de Regee-
ring geweeft. Wyders, werden gekooren
tot Rentmeefters of Thefauriers Pieter Ro-
.ding
en Henrik van Märken; tot Weesmees-
ters Jan Klaaszoon Kat, Ysbrand Janszoon
en Jan Meurling,en tot Kommiffariffen van
Huwelykfche zaaken Meefter Reinier Si-
monszoon van Nek, Egbert Roelofszoon,
Pieter Roding, Kornelis Floriszoon van Tei-
lingen en Frans Volkertszoon Koornhert, die
ook Secretaris van deeze Kamer was. On-
der alle deezen waren ook verfcheiden' ge-
weekenen en ballingen, en 't verdient eenige
opmerking, dat Pieter Roding te gelyk The-
faurier en Kornmiffaris van de Huwelykfche
zaaken werdt (V).
Aanmer-, In deeze verkiezing der Regeeringe, week
kingen men,ter oorzaake van den tegenwoordigen
over dee-
(w) Zie de Regeet. Lyft wor de Handveften.
3*
-ocr page 435-
GE SC H I E D E NI SS E N.
IX. Boek.
37*
LAAG
op het II. Deel, IX. Boek.
V. A.
E N
B Y
Bflaa-
GEN
Lr. A.
'•'• A.
VERTAALING
der nevensßaande Inßrucüe.
Instructie voor den Prins van Oranje,
Graaf van Najfau, Ridder der Orde enz.
naar welke hy zig zal hebben te Jchikken
en te gedraagen
, in de befliering der Lan-
den van Holland, Zeeland, Weflfriesland,
Utrecht , den Brie/e en Voorne , vcaartoe
de Koning hem gezet en aangefleld heeft.
" "\7"ooreerfl:' zal de £emelde Prins van O-
„ V ranje zyn geduurig verblyf houden in de
„ Landen van zyn bewind; 't welk te meer-
„ der vereifcht wordt, uit hoofde der onlus-
„ ten , die in zyn afwezen zouden können
„ ontftaan , zo in zaaken van Godsdienft als
„ anderszins; ten ware de dienft van zyne
,, Majefteit, de welvaart, het nut en het voor-
„ deel van zyne gemelde Landen zulks vor-
„ deren mogten: zonder nogtans de onderdaa-
„ nen van zyne gemelde Landen buiten dezel-
„ ven te beroepen, te betrekken of te doen
„ komen, dan om dringende en redelyke oor-
„ zaaken, of met bewilliging en'op orde van
„ de Hertoginne van Parma en Plaifance ,
„ Regente en Gouvernante van alle de Landen
„ van herwaards over in 't gemeen.
„ Dat de gemelde Prins van Oranje gehouden
„ zal zyn tot gehoorzaamheid en onderwerping
., aan de brieven, bevelen en Ordonnantien van
„ de gemelde Hertoginne, die het opperopzigt en
„ gezag heeft, zo wel als zyne Majefteit zelve
„ alleen, over alle de Gouvernementen van zy-
„ ne gemelde Landen.
„ Dat hy, zig bevindende ter plaatfe daar de
„ Provinciaale Raaden van zyne gemelde Lan-
,, den en van zyne gemelde Gouvernementen ^e-
„ houden worden, toegang tot de gemelde Raa-
„ den hebben en in dezelven voorzitten zal zo
„ dikwils als het hem behaagen zal, en de zaaken
„ zulks vereifchen zullen; de zaaken, die daar
„ van dienft zyn, voorftellende of doende voor-
„ ftellen,overdezelven doende raadpleegen in
„ zyne tegenwoordigheid,en met de meerderheid
„ van ftemmen en gevoelens befluitende, gelyk
„ gebruikelyk is.
„ Ook zalhy, door de Regters en Officiers,
„ daar toe gefteld, goed en kort regt oefenen en
,j doen oefenen,omtrent alle Leenmannen, Amp-
„ tenaars en Onderdaanen, zo Kerkelyken als
„ Weereldlyken, volgens de Privilegien, Reg-
„ ten en Couftumen der gemelde Landen, wel-
,, ken zyneMajefteit wil en verftaat, dat bewaard
„ blyven, in zo verre de Onderdaanen daarvan
„ wettig bezit en gebruik hebben. En wat de zaak
„der behoudenifTe van ons heilig geloof en
„ Chriftelyken Godsdienft aangaat, die zyne Ma-
„ jefteit zigmeeft ter hene laat gaan; zyne Ma-
Bbb 3                                                   „je-
Instruction pourIePrince DorangesCon-
té de naffauw &c. Chev. de 1'ordre &c. Com-
mil fe aura a conduyre & regier au gouverne-
ment des pays de hollande, de zeelande, de
Weftfrize &:Dütrecht, LaBriele & Voorne,
auquel Ie roy 1'a conimis & inftitué.
"Premiers Ie dit Prince Doranges tiendra fa con-
*■ tinuelle refidence es Pays de fin gouueme-
ment eflant kelle tant plus requife pour les incon-
veniens qui pourroient en jon abfence furvenir
tant au faia de la religion que aultrement fi
auant toutes fois que la feruice de fa Ma. Ie
bien iitilite Qf prouficl defes dits pays Ie requer-
ront fans auocquer , appeller ou faire venir les
fubie&s defes dits pays hors diceulx ni fut pour
caufe urgente & raifonnable ou du confentement
'& par ordonnance de la duchejfe de Par me &
de Plaifance regente & gouvernante de tous les
pays de par deca en general.
Que Ie dit prince Doranges fera teitu dobeyr
fèf obtemperer aux lettres comtnandemens ßf or-
donnance* de la dite ducbeffe ayant fuperinten-
dence & auStorite comme a mefmes fa ma^.feul-
h fur tous les gouuemcmens de fes dits pays.
Que eflant aux lieux ou fe tiennent les con-
fituïx prouinciaulx de fesd. pays & fes dits gott-
uememens II aura entree es dits confaulx
£f J
prefidera toutes les fois qu'il luy plaira & les af-
faires
/e requeront propofera ou fera propofer tou-
tes matieres y feruans & delibercr en fa prefence
£? conclure a pluralite des voix & d opinion com-
We il efi de couflume.
hem adminiflrera g5 fera adminißrer bon-
% & briefue Juflice a tous vafaulx officiers
Y fubiedz diceulx pays tant ecclefiaftiques que
Seculiers par les juges
£? officiers a ce oraon-
*fj* felon les preuileges droiiz
& couflumes des-
'*spays, lesqtiels fa ma", veult & entend efirc
gardez ß auant ^m ;es fubie£ls en ayent due-
nent foy & vß^ g{ pmr eßfe /affaire que la
^njeruation de notre fainte foy & religion ehre-
kelle'rla Ch°fe $ue fa ma'e' a PIm a coeur-<
_. 7 'a ma'e. ordonne au dit Sr. Prince Doran-
Zesmen exprejpmem dauak hm
gj> ßingmujx
-ocr page 436-
37*               AMSTERDAMS               II. Deel-
Ryi-aa- regard de faire ctfrriger & extirper les Je&es
6KN ■ reprouuèes de lire tnere Sle. Eglife fuivant les
Lr. A. placcarts & e diets cy deuant fiatues & publiez
par feue de tres louable memoire la ma't. impl'.
& depuis par fa ma", royalle renouuellez fur Ie
faiêi de la dite religion. Et que les Juges qui
feront foubz Ie gouvernement du dit Sr. Prince
executent les dits edicls & placcars fans infrac-
tion
, alter ation £? moderation puisque Ion les ha
confiitue juges pour felon la loy j'uger
, & non
pöur lä moderer & declairer ou pour disputer
& Juëer fe^e C0tiuient ou non. Prendra aufß
regard que ceulx qui feroient aucunement fus-
pecles des dites fe.Bes ou gens incognuz ne tien-
nent affèmblées & conuenticles fecrets Et quant
il fera aduerty cl aucune affembke regardera de
tout fon pouuoir a les apprehender & faire cor-
riger comme appertient fuyuant les dits plac-
carts. Et fil treuue la multitude fi grande
cj?
quil fut de befoing y obuier par main forte &
quil fy employé de tout ce quil pour ra auant
quils fe puijfent tellement renforcer que Ie remede
fut apres plus difficile.
„ jefteit beveelt den gemeiden Heere Prinfc van Bïl4A"
,, van Oranje wel ukdrukkclyk, dat hy goede en ■oeN
„ naarftige zorg draage, om de gezindheden, die Lr. A
,, door onzeHeilige MoederdeKerk veroordeeld
3, zyn, te ftraffen en uit terooijen , volgens de
„ Plakaaten en Edicten, over't ltuk van den ge-
„ melden Godsdienft, voor deezen ,vaftgefteld
,, en afgekondigd, by wylen de Keizerlyke Ma-
,, jefteit, hoogloffelyker gedag teniflè, en federe
„ door zyne Koningklyke Majefteit vernieuwd. .
,, En dat de Regters, die zig onder 't Gouverne-
j» ment van den gemeiden Heere Prinfe bevinden
„ zullen, de gemelde Ediclen en Plakaaten zul-
j, len uitvoeren, zonder inbreuk, verandering of
„ maatiging; naardien men hen tot Regters aan-
„ gefteld heeft, om volgens de Wet teoordee-
„ len, niet om dezelve te maatigen en te ver-
„ klaaren,ofom te twiften en teoordeelen,of
„ dezelve dienftig zy, of niet. Hy zal ook agt
„ geeven,datzulken,die,metde daad,eenigs-
,, zins verdagt zyn van tot de gemelde gezindhe-
., den te behooren, of onbekende luiden geene
„ heimelyke byeenkomften of vergaderingen
„ houden. En wanneer hy van eenige Vergade-
„ ring kennis gekreegen heeft, zal hy, uit al zyn
„ vermogen, tragten de vergaderden te vatten en
„ te doen ftraffen, gelyk volgens de gemelde Pla-
,, kaaten behoort. En zohyde menigte zo groot
„ vondt, en het noodig ware,dat men dezelve
„ met de fterke hand te keer ginge, zal hy zig
„ bedienen van al wat in zyne magt is, eer zy
„ zo talryk worden, dat het hulpmiddel daarna
„ moeijelyker zyn mögt.
,, Hyzalde onderdaanen van zynGouverne-
„ ment, zo veel in zyn vermogen zyn zal, be-
„ fchermen tegen allerlei overmagt, geweld en
„ ongelyk, en in geenen deele gedoogen, dat
„ eenige landloopers, zwervers of krygsluiden
„ door 't land trekken, zonder te betaalen, of
„ eenig ander geweld of fchade toebrengen aan
„ Kloofters, huisluiden of anderen ;maar dezel*
„ ven, zonder oogluiking, doen ftraffen, vol-
„ gens de Plakaaten, desaangaande afgevaardigd
5, en uitgegeven.
,, Hy zal ook, uit al zyne magt, bewaaren en
„ in ftand houden de regten , hoogheid, jurisdic-
„ tie, inkomften en domeinen van zyne Maje-
„ fteit,en geene vervreemding van de gemelde
„ domeinen gedoogen, dan by open brieven, die,
„ na ryp beraad en met kennifle van zaaken, on-
j, der het groot zegel van zyne Majefteit, afge-
„ vaardigd, en wettiglyk en naar behooren in
„ de Finantie bekragtigdzyn.
,, Ook zal hy niet toeftaan noch gedoogen, I
„ dat in zynGouvcrnement voetknegten of krygs-
„ luiden geworven, of verzameld worden , zoh-
„ der uitgedrukten lall of bewilliging van zyne
,, Majefteit, of van de gemelde Hertoginne. En
,, zo dra hy kennis gekreegen zal hebben van
,, verzameling van knegten, zalhyzynbeftdoen»
,, om dezelven, met hulp en byftand van de ede'
„ len, goede fteden, officieren en andere Onder
,, daanen, te verftrooijen en uit zyn Gouveme-
„ ment te doen vertrekken, met verbod aan alle
„ onderdaanen van zyn gemelde Gouvernement,
„ om zig in geenen dienft van eenige Heeren te
„ begeeven dan van zyne Majefteit; en zo z/
„ vreemden dienft aanvaard mogten hebben zig»
j, opftraffe van de galge, daaruit te begeeven»
., altoos wel bedenkende, dat de beginfels ligtef
Gardera £f preferuera les fubjefts de fon
gouuernement de toute force violence & oultra-
ge daultant quil fera en fon pouuoir
£f ne
permeflra en aulcune maniere que aucuns va-
gabondes
, pietons & gens de guerre voifent par
les pays fans payer, ou facent aultre force ou
outrage aux cloiflres
, paifans ou autres mais
les fera pugnir felon les placcarts fur ce depecbez
& publiés fans dijpmulation.
Gardera aujfy & conferuera a fon pouuoir
les droits
, hauteurs, Jurisdiction , revenu &
demaine defa ma'1. & ne permeclra aucune alie-
nation dicelluy demeine fi non par lettres paten-
tes meurement
cjf a recognoifance de Caufe ex-
pedies foubs Ie grand feau de fa ma1'
£f due-
ment verifiez en finances comme appertient.
Et ne perme&ra ne confentera leuer ou fai-
re leuer & ajfembler pietons ou aultres gens de
guerre en fon gouuernement fans exprefe ordon-
nance ou confentement de fa ma", ou de la di-
te ducheffe. Et fe tofi quil fera aduerty d'J'aucu-
ne afjemblee de pietons aduifera auec Payde &
ajjijïence des nobles bonnes villes officiers & aul-
tres fubiefts les rompre
cj? faire retirêr hors de
fon gouuernement
, g? deffendre a tous fubie&s
de fon dit gouuernement de point aller au fer-
uice daultres SrS- que de fa ma. Et fik en
auoient accepte feruice de retourner fur paine
de la hart
, tenant toufiours bon regard que les
eommencemens font plus facilks a remedier que
quand les viohnces font pajfees plus aultre>
-ocr page 437-
GESCHIEDENISSEN.
IX. Boek.
373
„ herfteld können worden, dan wanneer dege-RviAA.
„ weldenaaryen verder voortgeloopen zyn. gen
„ En ten deezen en tot alle andere einden, L. A.
„ die vaardigen tegeniland vorderen , zal de <re-
„ melde Prins van Oranje de Edelen, Ampte-
„ naars en andere Onderdaanen van zyn gemel-
„ de Gouvernement mogen doen vergaderen, by
,, klokgeflag, of anderszins, naar dat hy zulks
„ dienftig vinden zal, om hem, in het verdedi-
,, gen van 't Land, by te (taan.
„ Insgelyks zullende Edelen, Amptenaars en
j, andere byzondere perfoonen van zyn gemel-
,, de Gouvernement 3 wanneer zy door hem ont-
„ booden of geroepen worden, gehouden zyn
j, tot hem te komen, en hem, in alle eerlyke en
„ redelyke zaaken, te gehoorzaamen.
,, De gemelde Heer Prins van Oranje zal ook
,) vlytiglykbezorgen,dat de Sterkten enVeftin-
,, gen van zyn Gouvernement wel bewaard,en
„ de bezettingen , voor dezelven gefchikx, wel
„ onderhouden worden , volgens de Ordonnan-
„ tien, daarop gemaakt of nog te maaken, bui-
„ ten welken,hy niet zal mogen gaan,zonder
„ daarvan zyne Majefteit of de gemelde Herto-
„ ginne kennis te geeven.
„ En zal hy geen gebruik maaken van voet-
5, knegten, aan welken eenige Sterkten te bewaa-
„ ren gegeven zyn, begeerende zyne Majefteit
„ dat dezelven aldaar hun geduurig verblyf
,, houden, om alle verraffing te voorkomen.
„ Voorts zal hy zig niet moeijen met, noch
„ fteeken in de domeinen van zyne Majefteit,
„ 't zy met dezelven in admodiatie te neemen,
„ te pagten, te ontvangen, of op eenige andere
j, Wyze hoe ook genaamd; maar de Ontvangers,
,j daartoe gefteld,ofde CommiiTariiTen, diezy-
„ ne Majefteit, of die van zyne Finantien of
„ Rekeningen daartoe ftellen zullen, daarmede
„ laaten beworden: aan welken hy alle hulp en
„ byftand verkenen zal. Doch zo hy iet ver-
j, neemt, waarin het voordeel of de dienft van
,, zyne Majefteit niet bewaard wordt naar be-
„ hooren , zal hy 'er zyne gemelde Majefteit,
„ en in deszelfs afwezen, de gemelde Vrouwe
,5 Hertoginne kennis van geeven.
,, En zal hy gehouden zyn te bewaaren, en ver-
,, volgens te doen bewaaren de Staaten der Ont-
„ vangeren, opgemaakt door die der Finantien
,, of der Rekeningen, zonder dezelven in eeni-
„ gerlei opzigt te krenken, dan by fchielyken en
„ zeer dringenden nood, die geene verwyling
„ gedoogt zonder gevaar van grooter ongelegen-
„ heid; van welken nood hy nogtans gehouden
„ zal zyn, ten fpoedigfte mogelyk, kennis te
„ geeven aan den Koning, of aan de gemelde
„ Hertoginne.
„ En zal de gemelde Prins geene zaaken, die
„ voor de gemelde Raaden of hangen of behau-
„ deld moeten worden , voor zig mogen betrek-
„ ken,noch op eenigerhande wyze den gewoo-
„ nen loop des Regts verleiden of belemme-
„ ren, of partyen bedwingen om voor hem of
„ voor zyne Gemagtigden te pleiten, ten ware
„ zulks gefchiedde met bewilliging van beide de
„ partyen, ofdat'er eenig ongemak uit ontftaan
„ zou, en de tyd niet toeliet, daarvan eerft aan de
„ gemelde Vrouwe Hertoginne kennis te geeven.
„ Ook zal hy de gemelde Raaden niet mogen
,, gebruiken tot andere zaaken dan die des Lands;
„ maar dezelven geduunglyk laaten bezig zyn,
„in
Et a cefle fin £? en tous aultres requerans
prompte refißence Ie dit prince Doranges pourra
fahre affembler les nobles officiers & aultres fub-
ie&s dé fon dit gouuernement a fon de cloche
&? autrement comme il verra eflre requis pour
laffifter a la deffence dupays.
Semblablement quand les nobles officiers &
aultres particuliers de fon dit gouuernement fe-
ront par lui mandez ou appellez ils front tenus
venir vers luy & lobeyr en toutes chofes bonnefes
& raifonnables.
Le dicl prince Doranges aura foigneux re-
gard que les forts & fortifications de fon gou-
uernement foient bien gardez & les garnifons y
ordonnez bien entretenuz felon les ordonnances
fur ce faictes ou a faire & lesquelles il ne pour-
ra exceder fans en aduertir fa mate. ou la dite
ducbejfe.
Et ne pounioira daucuns pietons ayäns garde
de forts lesquels fa ma™, veult continuellement
tenir refidence fur iceulx pour euiter toutes fur-
prinfes.
Item ne fe meslera ny entreme&era du domai-
fie de fa Ma", foit pour le amodier
, bailler a
ferme receuoir ne autrement en maniere que ce
foit. mais laiffera dicelluy conuenir les recep-
ueurs a ce ordonnez ou les commijfaires que fa
Mate. ou ceulx de fes finances ou des comptes
a ce ordonneront. Ausquels il donnera toute fa-
veur ayde
£3? ajfiflence mais fil entend quelque
chofe en quoy' le prouffift & feruice de JaMate.
ne foit garde commil appertient en aduertira fa
dite ma". & en fon abfence la dite dame du-
cbejfe.
Et fi fera tenu de garder & enfuivir faire
gar der & enfuittir les efiats des receueurs faicïs
par ceulx des finances ou des comptes fans le:
enfraindre en maniere que ce foit nefl pour fu-
bite & tres urgente neceffite laquelle ne pourroit
foufffir dilay fans dangier de plus grand incon-
venient de la quelle neantmoins il fera tenu en
la meilleure diligence que faire fe pourra ad-
uertir le roy ou la dite ducbejfe.
Et ne pourra le dit prince euocquer par de-
uant luy aucunes matieres pendans ou qui fe
dojuent traicler ausdits Confaulx ou aucunement
diuertir ou empecber le train ordinaire de la ju-
fiice ou conftraindre les parties de proceder de-
f?nt luy ou fes commis fi. ce neft^ du Ubre con-
fentement des deux partyes ou quil ny eut cbofe
& inconvenient que ne piiifl jouffrir d'ett ad-
"ertir la dite dame ducbejfe.
u.ffy ne pourra entremettre les dits confeil-
,es. aultres af air es que ceulx du pays mais
ai.l/era contïnuellement vaquer aux affaires
-ocr page 438-
374                 A M S T E :
de ktir charge cj3 aura bon regard que les recep-
ueurs du Demaine & aydes de fa ma". & ceulx
des comptes faccnt leur debuoir
£=f äi bien ad'
miniflrer Ie reucnu de fa ma". Et pi y treuue
faulte en adueritra la dite ducbcfe ou ceulx des
pnances poitr avec jon advis y- donner des pro-
. vipons convenables.
\ D A M S              II. Deel*
„ in de zaaken van hun beroep. Hy zal voorts Byi<-w*
„ goede zorg draagen, dat de Ontvangers der gen
,, Domeinen" enlnkomften van zyne Majefteit, Lc. *-'
,, en die van de Rekeningen hunnen pligt wel
,, waarneemen , en de inkomften van zyne Ma-
,, jefteit behoorl k beftieren. Efl zo hy daarin
,, gebrek vindt, zal hy 'er de gemelde Hertogin -
„ ne,of die van de Finantien kennis van gee-
„ ven, om 'er, byzynen raad, de vereifchtepro-
„ vifien tegen te verkenen.
,, De gemelde Prins zal ook geenerlei Privi-
j, legien, Oclrojen, vrye "'-ark en , Wettigingen
j, of diergelyke gunften van merkelyk belang
„ mogen vèrleenen: ook geenè vergiffenis 'an
,, doodflagen of andere zwäare en grove misdaa-
„ den; uitgenomen van enkele doodflagen en
„ andere misdaaden waarop geene doodftrafof
„ verbeurdverklaaring van goederen gefield is ,
„ en dit nog behoudens redelyk verding, r.enbe-
j, hoeve van zyne Majefteit, volgens de Ordon-
„ nantie daarop gemaakt: 't beloop v-on welk
„ verding betaald zal worden in handen van den
„ Officier derPlaacfe, daar dedoodflag of mis-
„ daad bcdreeven is.
., De gemelde Prins zal ook niet mogen ver-
j, leenen eenige brieven van vrygeleide vryen
„ doortogt,Lyfsveiligheid,/>/tfm.f op Beneficien
„ óf andere diergelyken,die door den geheimen
„ Raad, onder het groot zegel van zyne Maje-
5, fteit,afgevaardigd worden.
,, De gemelde Prins van Oranje zal geenerlei
,, nieuwe werken mogen maaken, zonder laft
„ van zyne Majefteit, of van de gemelde Herto-
s, ginne, of van die van de Finantien. Metdien
,, verftande nogtans, dat de huizen, die. zyne
5, Majefteit in zyn Gouvernement heeft, onder-
„ houden worden, zonderze geheellyktelaaten
„ vervallen, en hy die van de Finantien kennis
„ geevewat'er ten dien einde zou können noo-
j, dig zyn, ook op dac zy zorg draagen, dat 'er,
j, in die huizen,niets gelegd worde, waardoor
„ zyeenïgszins zouden können overlaaden of
j, bedorven worden.
„ Hy zal ook niet toeftaan, dat iemant, van
,, welken ftaat of rang ook, eenige Sterkten in
„ zyn Gouvernement opwerpe , of de fterkten,
„ die 'er reeds zyn, merkelyk verbetere, buiten
„ bewilliging van zyne Majefteit, of van de Her-
„ toginne.
„ Ook zal hy nietgedoogen noch toeftaan, dat
„. eenige onroerende goederen ten behoeve van
s, Kloofteren of van eenige doode hand, worden
„ opgedraagen ; noch dat de Kloofters, Abtdyen
„ en Kërkelyke gefügten, of de Steden of Dor-
„ pen of andereGenootfehappen andere befcher-
j, mers voorwenden te hebben, of met der daad
,, hebben, dan den Koning, of den gemelden
j, Gouverneur, uit den naam van zyne Majefteit.
„ Van gelyken zal de gemelde Prins van Oran-
„ je niet gedoogen noch toeftaan, dat de Sted ri,
,, Dorpen of Genootfchappen van zyn Gouver-
„ nement hunne goederen verkoopen of op eeni-
„ gerhande wyze belaften, noch ook eenige nieu-
„ weimpoften opftellen, zonder bewilliging en
„ oftroi van zyne Majefteit.
,, Wanneer zyne Majefteit, of de gemelde Her-
„ toginne den gemelden Prins belaften zullen ,
5, Oorlogsvolk te voet en te paarde te werven of
„ te verzamelen, zal hy ze g draagen, dat hy hei
,, zelve tot de minfte koften en met den min*
„ften
jótiffy ne pourra Ie dit prime donner aucuns
f reuileges oclrois franche foires legitimations ou
femblables graces de notable efeB ou aujfy re-
miffions d'bomicides ou autres crifmes &ex'cef-
fips finon de pmples homicides non qualipez &
aultres crifmes
, non importans peine de mort ou
conpscation de biens & ce moyennant compoption
raifonnable au profficl de fa Mate. fuyuant F or-
donnance für ce faiêl , la quelle fe payera es
mains de V officier du Heit ou Ihomicide cu delict
efl commis.
Semblabkment ne pourra Jedit prince donner
aucunes lettres de faulfconduiB de pajfeport de
f beitrete de corps ou placet fur benepces ou aul-
tres femblables qui fe depechentpar Ie privé Con-
feilfoubs Ie grand feau de ma'e.
Le dit Prince Doranges ne pourra faire au-
cuns nouueaulx ouurages fans ordonnance de fa
ma", ou de la dite duchejfe ou de ceulx des p-
nmces. Bien entendu que les maifon que fa
ma", ba en fon gouuernement poient entretenues
fans les laifirtomber en entiere ruyne & aduer-
tiffe Lesdiis des finänces de ce que a cefie pn
pourroit eftre neet'faire auffi que dedans icelles
maifons ils ne foüffirent mettre chofes que puif-
fent aulcumment greuer ou gafler, icelles.
Et ne permecira que aucun de quelque efiat
ou condition quil Pon face aulcuns forts en pm
gouuernement ou augmente notablement les ports
y efl ans
, fans le conjentemmt de fa ma'e. ou de
la duchejfe.
Et ne fouffrira ny permecira que aulcuns biens
immeubles foient transportez au prouffict des cloi-
ftres ou mains mortes ou que les cloipres
, abbayes
£5? maipons eccleflapiques ou villes ou villages ou
aultres communaultez pretendent ou ayent autres
protecteurs que le roy ou le dit gouuerneur au
mm de Pa dite ma'1"..
Semblabkment le dit Prince Doranges ne con-
fentera ou permecira que les vill s, villages ou
communaultez de fon gouuernement vendent ou
cbargent leurs biens en maniere que ps Poit
, ne
auffi quilspuipent impoPer nouueaulx impofls fans
lè conPentement & octroy de Pa ma".
Qtiand fa ma", ou Ja dite duchejfe mandera
au dit Prince de leuer ou afembler gensdeguer-
re a pied
& a cheual II 'regardera de les leuer
& afembler a la moindre despence & foulle que
fera pojpble..
-ocr page 439-
GESCHIEDENISSEN.
IX. Boek.
375
„ ften overlaft werve en verzamele.
„ De gemelde Prins van Oranje zal gehouden Bylaa
„ zyn,de Plakaaten en Ordonnantien van zyne?EN .
„ Majeftek, gemaakt en afgekondigd oftemaa- ' A'
„ ken en af te kondigen, zo wel op het ftuk der
„ Regtsoefeninge, als der Seften,Monte, Re-
„ geeringe en andere zaakenvanzyn Gouverne-
„ ment, te doen naarkomen, zonder dezelven te
„ krenken, of te gedoogen, dat dezelven, doer
„ anderen, gekrenkt worden, op eenigerhande
„ wyze.
„ En zal hy zorg draagen om goede nabuurichap
„ te onderhouden en vreedzaam te leeven met
„ zyne nabuuren, zonder aanleiding te geeven tot
„ verbittering, tweed:agt of oorlog; en zalhy,
„ van tydtot tyd, van alle voorvallen en zaaken
„ van gevvigtden Koning, en in deszelfs afzyn,
„ der gemelde Hertoginne kennis geeven.
„ Ook zal hy goed verftand houden met den
„ Graave van Aremberg, Gouverneur van Fries-
„ land, OverylTel, Groningen en Lingen, en
„ met den Graave van Hoorne, Gouverneur van
„ Gelder en Zutfen, over alles, wat den dienft
„ van zyne Majeftek en het welzyn van hunne
„ Gouvernementen aangaat, om eikanderen te
„ helpen,by teftaanentebevoordeelen.
„ Hy zal niet beltaan, eenige Beneficien te be-
„ geeven, die op de rolle van zyne Majeftek
„ ftaan; maar zig te vrede houden met die genen,
„ welker begeeving hem toegelaaten is, en aan
„ zyne vooi'zaaten in het zelfde ampt toegelaa^
„ ten geweeft is; met dien verftande nogtans, dat,
„ naardien men by ondervindinge gewaar wordt,
„ dat de agteloosheid en onbekwaamheid der
„ Zielzorgeren, die niet zo zyn als zy behooren
„ te wezen, om het arme volk wel te onderwy-
„ zen, eene der voornaamfte oorzaaken geweeft
„ is, dat de Gezindheden, welken door onze Hei-
„ lige Moeder de Kerk veroordeeld zyn , zig in
„ de Landen van herwaards over hebben ukge-
„ breid;en om daarin voor het toekomende te
„ voorzien, zyne Majeftek verftaat, dat de ge-
„ melde Gouverneur, wanneer 'er eene Zielzor-
„ gers-plaats, die ter zyner gewoonlyke begee-
„ vingeftaat, openvalt, eerhydezelve begeeve,
„ gehouden zal zyn de voorwerpen daartoe te
„ noemen aan de gemelde Vrouwe Gouvernan-
„ te en twee of drie bevoegde Perfoonen, om
„ uit dezelven eenen te kiezen, indien hy daar-
„ toe bekwaam bevonden wordt, na vooraf be-
„ hoorlyk onderzogt te zyn door zulken, die
„ de gemelde Gouvernante daartoe zal willen
„ ftellen;zullende de_genen,die op deeze wy-
„ ze van zulk eene Zielzorgers plaats voorzien
„ zal geworden zyn, gehouden wezen in perfoon
„ te dienen, zonder te gedoogen, dat hy een an-
„ deren in zyne plaats ftelle.
»»' Hy zal' ook geene benoeming doen, noch
„ bewilliging verkenen tot opengevallen waar-
„ digheden, die ter begeevinge van zyne Maje-
„ fteit bewaard worden. En zal hy, by't open-
„ vallen derzelven, daarvan kennis geeven aan
„ de gemelde Hertoginne, en niet gedoogen, dat
„ van de gemelde Beneficien, door ïemant, wie
„ hy ook zy, bezit genomen worde, zonder daar-
„ toe. door den Koning, of door de gemelde
„Hertoginne, benoemd te zyn.
, Hy zal geen bewind hebben over de beden
of penningen, door het Land toegeftaan ; wan-
' neer die penningen, op zulk eene voorwaarde,
%            Le dit Priiice Doranges fera tenu de faire
L.', ^ garder & oiferner les placcarts £f ordonnance*
de fa ma". faitles & publies & a faire
£ƒ pu-
blier tant. für le faicl de la jußice
, Seftes, mon-
noyes & police que aultres affaires de fon dit
gouuernement fans les enfraindre ou fouffrir
par aultres eflte enfraints en aulcune manie-
re.
Et regardera de tenir bonne voijinance &
viure paifibkment avec fes voifins fans donner oc-
Cafion d'aigreur dijfention ou de geurre & ad-
uertira de tont es occurences
ßs5 cbofes dimpor-
iance le Roy & en fon abjence la dite ducbejjede
tetnps a aaltre.
Tiendra aufß bonne intelligente auec le con-
té d'aremherge
, Gouuerneur de frize Oueryffel
Groningen isf Lingen
ßf le conte de bornes gou-
uerneur de Geldres & de Zutpben en tout ce
que concerne le feruice de fa mate. & bien de
leur gouuernement pour ayder affifler & fauori-
fer lung laultre.
Il <ne aduancera cte conferer aulcuns benefi-
ces de ceulx qui font au rolle de fa ma". Ains
fe contentcra de ceulx qui luy font
&f font efle
permis a fes predecefeurs en di& office, Bien
entendu toutefois que comme Ion trouue par ex-
perience que la negligence & infoufficanfe des
curez non eflans tels quils doibuent pour bien
mjlruyre le pauure poeuple ha efle lune des prin-
zipales caufes que les fe&es reprouuees de notre
mere St', eglife font efipanüues es pays de par
deca Et affin de y obuyer pour laduenir fa
ma'*, entend que le dit Gouuerneur quand aul-
cune eure efeberra vacante de fa collacion ac-
couftumee auant que d en dispofer fera tenu de
faire la prouiflon dicelle nommer a la dite dame
duebeffe gouuernante & deux ou trois perfon-
nes qualißes pour prendre lung d'iceulx fe
auant quil fe trouue ydoine apres auoir deuement
examine par ceulx que la dite gouuernante voul-
dra commettre & qui celluy que fera tellement
pourueu de teile eure foit tenu la defferuir per-
fonelkment fans fouffrir quil fubflitue aultre en
fon Heu.
II ne pourra cuffi vfer de nomination ny bail-
'er confentement aux dignitez. vacantes lesquel-
les on referue a la dispoßtion de fa mate. Et
** cas de vacation en aduertira la dite duches-
Jf. & ne foufrira que poffeffion foit prinfe des-
üns benefices par qui que ce foit
, fans la no-
Dilation du Roy ou celk de la dite Duchefe.
denim p0urra auo'ir diflribution des aydes ou
niert r accordez- par. le Pays quant oir es les de-
I STUL'CfWïfe a Ulk cotlciitim ck la %mh
Ccc
zyn
-ocr page 440-
376                  A M S T E :
Ie il ne fe pourra ayder finon pour autant que
par Ie Roy ou la duchejfe luy [era encharges.
Quand il fera aduerty daucunes queflions ,
debats ou proces entre villes ou communaultez
dont pourroit fouldre dijfentitn il en aduertira
la duchejfe auec fin ad'uys pour y ordonner quil
conviendra.
l D A M S                II. Deel.
„ zyn toegeftaan; zullende hy zig van dezelven Bylaa-
,, niet mogen bedienen, dan voor zo verre hem gen
„ zulks, door den Koning of de Hertoginne, L-r. A«
„ zal gelaft worden.
„ Wanneer hy kennis gekreegen zal hebben
„ van eenige twiften, gefchillen of regtsgedin-
„ gen tuflchen Steden of genootfchappen, waar-
„ uit tweedragt zou können ontftaan , zal hy 'er
„ der Hertoginne kennis van geeven, zynen raad
„ daar nevens voegende , om vervolgens te be-,
„ veelen,'t gene geraaden zyn zal.
„ Hy zal de zaaken van zyn Gouvernement
„ behandelen met de Raaden en Amptenaars van
„ zyne Majefteit, zonder 'er luiden in te men-
„ gen, die noch Amptenaars van zyne Maje-
„ fteit, noch in zynen dienft zyn, of hem eed
„ gedaan hebben.
„ Hy zal der Hertoginne kennis moeten geeven
„ van de genen, die hy in de "Wet der voor-
„ naamfte Steden van het Land zal willen ftel-
„ len, om te verftaan , of zy 'er eenigen buiten
„ gelaaten, of anderen in derzelver plaats gefteld
„ wil hebben, zo dra zulks gefchieden kan.
„ Hy zal behoorlyk agt geeven op de beftie-
„ ring der inkomften van de Steden, en haare
,, rekening doen naarzien door luiden, zig op 't
5, ftuk der reken;ngen verftaande, zonder over-
„ tollige uitgaaven te lyden.
,, En wanneer 'er tuflchen de Bevelhebbers
,, der Steden eeni°; verfchil ontftaan is, zal hy
,, dezelven bevredigen, indien zulks mogelyk
„ zy. Anders zal hy 'er der Hertoginne kennis
„ van geeven, om 'er, byhaaren raade, in te
„ voorzien.
„ Wanneer onbevoegde ofonbekwaame Per-
„ foonen in de Wet gefteld zyn, zalhyzemoe-
„ ten afzetten, en andere bekwaamen in der-
,j zelver plaatfe ftellen.
„ Ook zal hy behoorlyke zorg draagen voor
„ de Plaatfen, waar de Koning de vrye verkie-
„ zing der Wethouderen heeft, en aldaar geene
j, ftrydige gewoonte of duurzaam gebruik laa-
„ ten influipen.
„ Hy zal met de Luiden van de Rekeningen en
„ met 's Lands Ontvangers zorg draagen voor
,, de vermeerdering van's Konings Domeinen.
„ Hy moet niets vraagen, verkrygen, ontvan-
„ gen of neemenvan het Land ten zynen voor-
j, deele, boven 't geene gebruikelyk is, zonder
„ bewilliging van zyne Majefteit , of van de
„ Hertoginne.
„ Hy zal byzonderlyk letten op het beftier
„ der dykaadje van den Hondsboflche, op dat
„ de penningen,die ten behoeve van degemel-
„ de dykaadje geheeven worden, naar behoo-
,, ren, en zonder overtollige koften te maaken,
,, worden aangelegd, en ten bekwaamen tyde
,, raadpleegen met die van de rekeningen en
j, anderen,zig op't werk der dykaadje verftaande,
j, om daar op betere orde te ftellen dan voor
„ deezen gefchied is.
„ Ook zal hy wel zorgvuldiglyk agt geeven,
„ dat niemant wie by zy befta eenige aanwas-
,, fen te aanvaarden, of zig in 't bezit derzel-
„ ven te ftellen , zonder oftroï of bewilliging
r, van zyne Majefteit;maar hy zal die aanwas-
„ fen ten behoeve van zyne Majefteit doen be-
5, waaren, zelfs in 't overftroomde Land in 't
5) Kwartier van Dordrecht en van Zuidholknd.
„ Hy zal ook zorg draagen, dat de Officiers
Il trai&era les affaires de fin gouuernement
autc les confiillers 'g> officiers de Ja ma?', fans
' y entremettre gcns qui ne fint officiers de fa
ma'e. ou au feruice & ayant a la dite ferment.
Il fera tenu aduertir la duchejfe ceulx quil
voitklra mettre en Loy esprincipalles villes dupays
affin dentendre ß eile veult aulcuns eflre delais-
fez ou aultres y mis fi auant que faire fe peult.
Il prendra bon regard a ladminißrat'wn du
revenu des villes & fera paffer leur comptes par
gens entendus en faicl des comptes fans paffer
despence fuperflue.
Et quand il y a quelque dijfention entre les
gouuerneurs des villes les accordera fi faire fe
peult autrement en aduertira la duchejfe pour auec
fon aduys y pourueoir.
Quand aucunes gens non qualifiez ou nonfiuf-
fifans font mis au Loy les debura deporter
Q5
commettre aultres fouffifans.
Et aura bon regard es lieux ou Ie Roy a libre
creation des gens de Loy depoinB laijfer introdui-
re couftume oupojfejjion au contraire.
Il prendra regard &? ent en dra auec les gens
des comptes & recepueurs du Pays de augmenter
Ie demaine du Roy.
Il ne doibt rien demander practiquer recepuoir
ne prendre du Pays a fon proujfyt oultre la cou-
fiume fans confintement de fa ma'c. ou de la du-
chejfe.
Il aura fingulier regard fur la conduicle du
dicaige de hontboffcb afin que les deniers qui fe
lieu'ent pour Ie dit dicaige foient employez comme
appartient fans faire despence fuperflue & adui-
fera auec Ie temps auec ceulx des comptes
£-f aul-
tres entendus au fait} du dicaige de y mettre
meilleur ordre quil na efle du pajfe.
Item prendra bon & fiigneulx regard que nul
qui que ce foit fe aduance de prendre ou mettre
en pojfejfon daulcun adiedls fans octroi ou con-
fintement de fa ma,e. mais fera garder les dits
adiecls au proffict de fa mate. mesmement en ter-
res inondes au quartier de dordrecht & de Zuyt-
bollande.
Aura auffii regard que les officiers de bautves-
-ocr page 441-
IX. Boek.              GESC HI ED E N IS SE N.
\77:
Na. terie d'boHande £? aultres ayant charge des du- der Houtvefterye van Holland, en anderen, Bylaa-
>,** nes facent entretenir & planter les dits dun&s ,, die opzigt hebben over de duinen , die duinen gen
' 4. comme pour la fureti du Pays il efl requis &"fil „ doen onderhouden en beplanten, zo als tot Lr. A.
- . y trouue faulte en aduertira la duchejßpour auec ,, verzekering des Lands vereifcht wordt, en zo
foè>aduysy pomueoir.
                                          „ ,by daaraan gebrek-vindt, der Hertoginne daar-
5, ;van kerneis geeven, om 'er,by haaren raade,
„ in te voorzien.
' Au furplus aura&prendrafingulicrréfoing- „Daarenboven zalhy -byzo^dere en naar-
neux regard que nulle entreprenje fe face fur' les J} ftige. zorg draagen, dat 'er, niets ondernomen
droits, haulteurs, & au&oritez, Mens, rentes, „ worde tegen de'regten, hoogheid en gezag,
reuenus & demaine de fa ma". Lesquelles il „goederen, renten, inkomften en domeinen
conferuera & fcra conferuer coritre tous comme-: fy Van zyne Majefteit: welken hyzaliiandhaaven,
fa ma", a en luy fa parfaiße confidence& com- „ en doen handhaaven tegen allen, gelyk zyne
me il en veult respondre a icelle £g 'nediuulgue- „ Majefteit een volkomen vertrouwen -"in hem
ra ceflefon Inflru&ion plus auant que bejoingfoit'. „'heeft, en gelyk hy daaraan zal willen beant-
£ƒ'les affaires k• remitiert-ent.
                                 „-woorden. En zal hydeeze zyne Jnftructie niet
5, verder gemeen maaken dan noodig zy, en I
„ de zaaken zulks vereifchen zullen.
Si fa 'ma", pouruoit de Lieutenant particulier' ',, Zo zyne Majefteit eenen byzonderen Ste- .
au pays d''Utrecht elk entend que icelluy Lieute- „ de-houder in 't Land van Utrecht mögt aaa-
nant foit foubs Ie dit Prince Di.ranges lequel Ie. }, ftellen, verftaat.hy, dat die Stedehouder ftaan .
confeillera g? afliftera en cefte charge pour Ie Hen „. zal onder-den gemelden Prins van Oranje,
du dit pays d Utrecht & feruice de fa dite ma".. „ die hem zal raaden en byftaan in dengenoem-
tmqu l fera aufli encharge de lobeyr comme e f „ den lalt,tot Welzyn van het Land van U-
tant chofe vn'n'auec Ie dit gouuerhement de hol- „ trecht en van;den-dienft zynerMajefteit,en I
lande.
                                                                  „ wien hy ook verpligt zal zyn te gehoorzaa-
„ men,als zynde eene zaak, die vereenigd is mét
3, het gemelde Gouvernement van Holland
Auß Ie dit prince aura foigneux regardaudit- „ Ook* zal de genoemde Prins zorgvuldig
pays d'Vtrecht tenant confideration quil efl nou- „ opzigt hebben over 't gemelde Land van U«
uellement acquis.
                                                  , trecht, in aanmerking neemende, dat het nieuw-
,. lings aangewonnen is.
Il tiendra main que l ordonnance fai&e par féue „ Hy zal ookagt geeven, dat de Oi'donnan-
debonne memoire lareyne douagiere dhongrie fur „ tië, gemaakt door de Koninginne Weduwe
Ie payement des dettes rentes Er arrierages des „ van Hongarye, goeder gedagtenifTe j omtrent I
etats du dit pays d Utrecht des annees xvc xi £f „ de betaaling der fchulden, renten en agter-
xu quant a ïoutfchielgelt auec ce que en depend „ Italien der Staaten van 't gemelde Land van
foit emretenu felon fa forme & tenueu
                 „ Utrecht van de jaaren 1511 en i5i2,betref-
„ fende het Oudfchildgeld, met het gene'er van
„ afhangt, naar derzelver vorm en inhoud, wor-
„ de näargekomen.
Aufli les ordonnances faicïes fur Ie hinderdam „ Midsgaders-ie Ordonnantien, gemaakt over
§f leckerdyck& que a la recepte ou efl at s de Ca- „ den Hinderdam en Lekkendyk, en dat, tot.
nieh ou recepueurs foient mis gens de bien neffe- „ den ontvangft of Staaten der Kanaalen of Ont-
«nspeur les abus y trouuez.
                                 „ vangers, eerlyke luiden gefteld worden, ver-
,, vreemd van de misbruiken, die daarin ont-
„ dekt zyn.
Ne meclra pour la garde des chafleaux dU- „ Hy zal tot bewaaring der Sterkten van U.
trecht que anciens fubiecls du roy de ces pays de „ trecht geene andere luiden ftellen, dan oude
par deca.                                                             „ onderdaanen van den Koning, indeeze Lan-
„ den van herwaards over.
AinfifaiB £g ordonne foubs notre nom en no- „ Aldus gedaan en geordonneerd onder on-
ire ville de Gand Ie vujc daougfl 1559.
             „ zen naam, in onze Stad van Gend, den agt-.
„ Hen Auguftus 1559.
L'. B.
Gcg a
-ocr page 442-
II. Deel.
A M .S T. E R D A M S
378
BYtAV
GEW
V. B.
Brief van Burgemeefleren van Amflerdam aan de Gedeputeerden der Stad tot de
handelinge over de Satisfa&ie van 17
November 1577.
Getrokken uit het Mmiytbouck, beginnende den 16 January 1577, ende eyu-
digende
den 16 May 1578.
Êerfame,zeer wyfe discrete beren ende befunder e goede vrunden,
van buyten meer hulpe wachtende waeren, wan£
Hellinck te vooren gefcreuen hadden aan So-
noy, aen den Capiteyn tot Ouderkerck ende
allen den Commiflaryfen van den fchanfen hyer
omtrent hoe dat zy dyen avont thyen vendelen
foldaten flerck zouden zyn ge weeft, dan zyn
eyntelick ouermits t geweldich aenvallen van
burgeren ende foldaten defer Stede de vianden,
niettegenftaende 't voorf. fchanfen vuyt defer
Stede gedreuen, Godc hebbe loff, ende dit nyet
zonder groot verlyes van volck aen wederzyden.
Hyer van hebben wy Uwer E. wel willen ad-
uerteren, op dat Uwer E. de zaeck zal mogen
aendyenen daer ende alfoo Uwer E. bevynen
zall te behooren, ende te kennen te geuen,dae
dat all gefchyet es contrarie die pacificatie en-
de Unie ende Satisfactie, by tufTchenfpraeckvan
de Commiflaryfen by den generalen Staten ge-
committeert, by de Excellentie van denPrince
van Orange ons geaccordeert. ende en zall U-
wer E. oick nyet vergeten te remonftreeren ,
dat ons die vruchten van de Pacificatie nyet vol-
gen en mogen , maer dat wy zoe wel in victua-
lie als andere negociatie benaut werden, ende
dattet vertreck van fatisfaftie by de Staten van
Hollant fchynt gedaan te zyn, op dat zy eerft'
zouden mogen weten hoe 't geprojecteerde o-
uerval defer Stede hen geluckt zouden wefen.
Uwer E. zullen nyet laeten te perfifteren voj-
gens onfe laefte miffive en de refolutie van de
XXXVI Raden omme te mogen behouden den
twe vendelen knechten tot defer Stede tot fes
hondert mannen om te verhoeden vordere ende
gelycke inconvenientien als vooren. Wy zeyn-
den Uwer E. hyer by gevoucht Copie van eert'
miffive by den Staten van Hollant aen ons ge-
funden, in dewelcke zy fchynen te willenexcu-
feren 't voorf. ouervall, mitsgaders noch twee
mifïïuen d' eene aen zyn Excellentie en de an-
dere aen de generale Staten tot Bruyfele met Co'
pie van dezelfde miffiven, op dat Uwer E. me"
gen weten wat de zelfde innehouden, biddende
de zelfde originele mifïïven ouer te doen leue*
ren ende antwoordt op de zelffde te folliciteretf
ofte doen folliciteren. 't Wagefchot van NV'
enbroch es gecoft ende van hier gefcheept in d*
fchyetfchuyte van Neel Lutke neel op ten X*
defer ende ten zelffden daege offgevaren enz.
Wy en connenüwerE. nyet verbergen die
perticulariteyten die gevallen zyn int
ouervallen van defer Stede daer van wy Uwer E.
hebben geaduerteert by onfe miffive van den
XXIV'" defer maent, dat die vianden op defer
Stede meenden ter effeft te brengen, die deur
Godts gratie verhoet is. Het is waerachtich dat
die Vianden der zeluer Stede van te vooren en-
de all eer topfet van t ouervallen geeffeftueert
es geweeft etlicke foldaten onder den vianden
dyenende hyer ter Stede gecomen zyn, heten-
de heur geweer in de poorten der voorf. Stede
omme alfulcxdeOrdonnantiender zelvertevol-
comen, ende op den XXIIJ defer maent novem-
bris zyn dezelfde binnen der Stede'zynde des
fmorgens ten halff negen vuyren gecomen by der
voorf. poorte by hen hebbende geweer, ende
hebben ouervallen den burgeren ende foldaten in .
den wachthuyfen, zoe binnen defe Stede als in
de poorte tot bëwaerniffe defer Stede gefielt zyn-
de , enige dootgeflaghen, ende etlicke om heur
Lyffuen te falueeren zyn in der Stede gracht ge-
fprongen : ende voorf. vianden vuyter Stede ge-
comen ende meefters van de poort geworden zyn-
de hebben geroiipen buyten derzeluer poorte
Ft&orye, Flilorye, va II aen, vall aen, die Stadt es
ons.
Op welcke aduertiflèment groote menich-
te van Crychsluyden vuyten feecker fchepen en-
de fchuyten buyten den haerlemmer poort aen
den dyck gecomen ende op 't voorf. roupen
verwachtende binnen derzeluer Stede gecomen
zyn fchyetende viantelick tegen den burgeren
aen , die nochtans geen geweer en boden, rau-
pende Orange, Orange, die Stad es o»r, lopen-
de al crytende ende fchyetende met groot ge-
welt, by hen hebbende vyer vlyegende vende-
len tot an de plaetfe defer Stede, aldaer zy et-
licke burgers dootgefchooten hebben, alleer dat
die foldaten defer Stede hen gereet hebben con-
nen maecken, tegens die invaüe van den vian-
den. Ende gereet geworden zynde hebben die
goede burgeren met hulpe van den foldaten de
voorf. vianden met gewelt wederom van der
plaetfe verdreuen tot ouer den Haerlemmer fluys,
op welcke fluys den vianden begonft hebben
een fchans te maecken ende ooek an den Spa-
rendammer brujge, mitsgaders op de muraige
defer Stede by den toorn met fes wyeckenme-
nende aldaer de Stad inne te houden, alfoe zy
VC'
-ocr page 443-
GESCHIEDENISSEN.
IX. Boek.
379
IA C.
Qrief van Jonkheer Dikdrich Sonoy aan HiDCEBRANDBennink te
Jmßerdam,
gefchreeven den 31 December 1577.
GEN
Lr. Q.
ferwachtende hyer ewekompfte bynne tiet Ka-
mfer Klofter. Den letten December Anno 77,
Infortders goudefrundt,
V. L. brief heb ych met blytfchap ferftandat
dy faeken vop eyn gouden hop itan, dar ych
byt got fynnen fegen fordts t'ö te willen gef-
fen, fan dat ych myn follich fal wyllen hal-
den fan ymans te befchadige kont V L fych
nyt allen ferfekeren van ewen husman dan fan
alle dy onder Stat wonen off dy wtter Stat fol-
len wyllen komen , al wollenze geit vp hor
XjDe fubfcriptie was defe~]
V. JL. goude frunt
DiEDRicH Sonoy.
f_ De fuperfcriptie 2
boft dragen, ende es ock eyn orfaek dar van ^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^
dat ych fellefs met dy knechten bin gekomen An Hilbrant BzNmNCK,wyngoudefrunt,
Vom fuolcxs ende dergelicke vor te komen.
                                                  bynnen
byr met wyl ych V. L. den heer befellen,                                         Amsterbam*
Gcc3
L'. D.
-ocr page 444-
AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN.
Ili Deel.
■38a
Lr, D.
Läatße 'Refolutter def Roomjchgezinde Froedfchapvan Amfierdam van den 23- May des jaars
1578 j die de onmiddelyke gelegenheid gegeven beeft .-tot de. vemndding der Regeerïnge.
Bylaa-
GEN Cl
L'. D.
GEN
kp huyden den xxrij.™ dach in méye anno
_' XVC LXXVIII hebben myne heeren de
burgermeefteren geproponeert in de Vergaderin-
ge van den xxxvj raiden defer Stede datmyne
heeren de CommifiarüTen van zyne Excellentie
ende* Van deStateri vänhollant als die heere van
de riuieren, mr adriaen van der mylen,meefter
pöuwel's' buys, ende mr nicolaes Camerlingh,
aen henl. verfocht hadden dat die drie fchutte-
rien der voorf. Stede zouden in diligentie opge-
reehtende voortgebracht werden onder zes ven-
delen ten eyride de zelue ftede des te zekerder
zoude conneri bewaert werden jegens alrehande
inconvenièntên, ende namentlyck jegens ver-
fcheyden aenflagen die in de arriueringe van
groote vlooten van fchepen off anderffins op te
voorf.Stede zouden mogen werden gepraftizeert,
ende dat tot dien fine ouer die voorf. vendelen
zouden gecommitteert werden als Capiteinen,
Lieutenanten, vendrichs, fergeanten ende Corpo-
ralen alzulcke perfoonen als by de voorf. heeren
CommifTarhTen henlieden fcriftelyck ouergele-
uert waren, Verfoeckende daer op die voorf.
heeren burgermeefteren aduys van de voorn, rai-
den, als te weten wat henlieden belieuen zoude
den voorf. heeren CommuTariilèn daer op voor
antwoort gegeuen te werden. Gehoort welcke
propofitie es nae lange communicatie ende mit
ripe deliberatie by de voorf. x x x v j raiden een-
drachtelick verftaen ende gerefolueert dat hoe
well die voorf. fchutterien ouer lange opgerecht
ende veruult well behoorden ende diendenmit-
ten eerften in train voorts gebracht te werden,
dat nochtans niet geraden en was omme defe
goede ftede in eendrachtigheit, rufte ende vre-
de te houden, ende den goede burgeren ende
ingefetenen niet te belaften ende in wildicheit
ofte verwoeftheit te brengen, tenderende oick.
tot diftraftie van de Coopmanfchappe ende an-
dere beruerte , dattet-zelffde eenichfins zoude
1 gefchieden onder eenyge vendels, ende veel
min onder de voorf. nieuwe off andere CapitëL-
nen ende beuelhebberen van gelycker forme ,
gemerct oick n ademale by der voorf. ftede Sa-
tisfactie expreflelyckzyngeapprobeert ende be-
looft onderhouden te worden ende te blyuen:.
unvermindert" in haere vigeur-alle derzeluer-
cuftumen , rechten ende Üfantien, dat zulcx;
die overluyden ende rotmeefteren van de zelue;
Schutterien niet en behoirden eenyge andere be-
uelhebbers onderworpen te werden , maer in
alzulcke geftelteniflè ende qualiteit behoorden-
te blyfuen als die van outs geweeft waren volr
gende d expreffe text van de voorf. fatisfa&ie en-
de dat confequentelyk die burgers ende fchut-
ters behoorden alleen voor hooffden te kennen
den voorf. hoere oude ouerluydenende ro.mees-
teren ende den burgermeefteren als hoere fuper-
intendenten ende anders geen, byfonder nade- j
mael die zelue ouerluyden ende rotmeefteren
naer oude gewoenten conden werden gecommit-
teert , fonder oprechtinge van vendels tot alzulc-
ke wachte ende ordonnantien als van outs ge-
raempt zyn geweeft, ende men noch mochte
beuinden vordere daerby te vuegen ende de zelue
des noot zynde te amplieren, ende ingeualle
zulcx gefciede conformelyck die voorn, oude
cuftumen ende üfantien by der voorf. fatisfacliö
geconfirmeert (als wel behoert ende anders niet)
dattet zelue zoude ftrecken tot meerder een-
dracht ende vrede ende tot zoe goeden toeficht
ende wacht als mochte gediren ende gehouden
werden by die voorf. oprechtinge van vendels
als in voorleden tyden by kennüTe van alle
die werlt wel gebleecken is. Ordonneren daer-
omme die voorf. xxxvj raiden dat tgundt
voorf. es den voorf. heeren Commiflariflèn
zoude gegeuen worden voor affcheit ende ant-
woort.
-ocr page 445-
TWEEDE          DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
i
AMSTERDAM.
TIENDE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, federt de verandering
der Regeeringe des jaars
1578, tot aan het einde van "'t be-
wind des Graaven van Leicefler, in 't jaar
1587.
^4 r 1 "^rftond na de verandering der Regee-  melyk byeenkwamen, tot oefening van hun- o
^%eerre.' Ju ringe te Amfterdam, vertoonde zig
  nen Godsdienft, fchoon zulks veelenGere- l5/
4"pre-* aldaar eene ar>dere gedaante der dingen,
   formeerden zeer tegen de borft was (b).l™*ook
i^in De nieuwe Wethouders, die, voor verre
  De Lutherfchen hielden, ten deezen tyde, dienftige
Vg n- het grootfte gedeelte, der Hervorminge wa-
  hunne Vergaderingen, in een Pakhuis of Vergade«
teerken ren toegedaan, vonden ongeraaden, te bly-
  Schuur, de Pot genaamd, by de Handboogs- ringen.,.
JletV ven by het eerfie punt der Voldoeninge, vol-
  Doele, ter plaatfe, daar, federt, de Lu-
%. gens welk, binnen de Stad, geen andere
  therfche Oude Kerk geftigt is (V)- DeDoops-
Godsdienft dan de Roomfch-Katholyke ge-
  gezinden kwamen byeeïi op den Nieuwen-
oefend mögt worden. De Kerken, die, ge-
  dyk , omtrent de oude Haarlemmerfluis :
duurende den opftand, geflooien geweeft
   welk gedeelte der Stad, om dat 'er, ook
waren, bleeven nog eenige dagen digt. Toen
  voor de beroerte, luiden woonden, die niet
ging 'er de Wethouderfchap in, met eenige
  zeer Pausgezind waren, het Embder-oïCon-
timmerluiden, en deedt de beelden afnee-
  dés-hoekje plagt genoemd te worden, ter oor-
men^ Ten minfte, fchynt zulks, in de ou-
  zaake dat de Hervorming vroeg teEmbden
de Kerke, gefchied te zyn. De Gerefor-
  ingevoerd geweeft was, en Henrik, Prins
meerden predikten terftónd in deeze, en
  van Condé, een voornaam hoofd der Her-
Wax laater ook in de nieuwe Kerke («).
  vormden in Frankryk plagt te zyn. Doch
Doch daar verliep nog een geruime tyd,
  fommigenliebb-en aangetekend, dat eenigen
eer men in de Kapellen predikte. Tot eerfte
   der eerfte Gereformeerde Predikanten hier
°penbaare Predikanten werden beroepen
  ter Stede de Doopsgezinden,in deezehun-
Joannes Kiichlinus van Embden, en Petrus
  ne Vergaderplaatsen, zonder eenigen voor-
Hardenberg uit Embderland. De Heer Kor-
  gang der andere Hollandfche Steden, ook
nelis ScheUinger heeft, in laater' tyd, ter ge-
  zonder laft der Overheid, door ettelyke yve-
dagtenifle deezer veranderinge, een twee-
  raars, langen tyd agter een, beflonden te
regelig versje gemaakt, welk nog, voor 't
  kwellen: tot dat zy, ziende dat zy geenen
voor der oude Kerke,in gouden letters, te
  fteun hadden aan de Wethouderfchap, van
Jeezen ftaat, en dus luidt:
                         zelven ophielden. Ook wil men, dat de Bur-
gemeefter Willem Bardes, wiens Huisvrouw
i Mhbriiyk, in Godes Kerk allengskens in-  en Zufter der Doopsgezinden belydenis toe-
gebragt,                                            gedaan waren, hun de hand boven 't hoofd
'■& hier weer afgedaan, 't jaar zeventig  hieldt (d): fchoon fommigen meenen, ook Voorval
h             enagt.                                               in deeze vroege tyden, reeds befpeurd te met den
5%. ^                                                         hebben, dat de Kerkenraad der Gerefor-^en-
r> ff Doch behalve de Gereformeerden, be-  meerden den Regenten veel te weinig ont- Gerefoer_
fywen ^0nden de Lutherfchen en Doopsgezinden  zags toedroeg; waarvan, onder anderen , meerden.
ïSt } ,ook afgezonderde Vergaderingen te                                                        het
N^11 j; e"> rnet kennifle der Wethouderfchap, {l) Aarek. van «« Regent van Amfi. by brandt ae.
e Zelt* gedoogde,dat de Roomfchen hei-  *™- \^"£%£„,; n. ï9s.
(*) H^r,                                                                        <<l> Aantek. van d*n Heere C, l. HOOïT by BfiANDT
T o% XHI- B^> il- *7».-                                      I- Deel, bL S!°-
1 SI UK,              .                     Ddd a
-ocr page 446-
II. Deel.
AMSTERDAMS
3$2
o
over het ongelyk, welk men hun aangedaan ïS'l
hadt. De tegenwoordige Regeering befloot, gelyk:^
terftond, Burgemeefter Maarten Janszoon nieu^L
Koffcer, nevens drie Perfoonen uit de drie zof^üïèo
Schutteryen , Arend Janszoon Koesveld, jff doen.
Kapitein der Kruis- of Voetboogs-Schutte- bek^'j
rye, Gerrit Janszoon Delf, uit de Hand- gen ior
boogs-Schutterye, en Kornelis Floriszoon de i&
van Teilingen, Luitenant der oude Schut-ten'
terye of Kloveniers, af te zenden naar den
Häage, en by de Staaten van Holland, met
raad van zyne Doorlugtigheid, te verzoeken
regtvaardiging en bekragtiging van 't gene,
federt den zesentwintigflen May, voorgeval-
len was, behoudens de Privilegien der Ste-
de. De drie Schutteryen flonden toe, dat
haare Gemagtigden, in alles, den wil der
zes en dertig Raaden naarkwamen (£). Kort
te vooren, op den zevenden Juny, hadt het
Geregt verbooden, iemant, geeftelykof wee-
reldlyk, van den een' of den anderen Gods-
dienft , wegens 't voorheen gebeurde , te
fchelden, of in perfoon, huis of goed te be-
ledigen (1). Doch ik vind niet, dat de Staa-
ten, ten deezen tyde, eenig befluit namen,
tot regtvaardiging of bekragtiging van't ge-
ne , onlangs, te Amfterdam voorgevallen
was.
                        <                                  /
De nieuwe Regeering, zig, in den aan-«^e
vangvan haar bewind, bemind zoekende te eiM
maaken by 't gemeen, befloot den excyns
van den twintigflen penning op het Beeftiaal
af te fchaffen (£). Ook werden alle Gilden-
keuren vernieuwd; doch te gelyk bevolen,
dat de inkomften van de Gilden, na 't af-
leggen der oude fchulden, befleed zouden
worden, niet tot ydele bygeloovïgheden,
braffen en drinken, gelyk voorheen; maar
tot onderhoudinge van verarmde Gildebroe-
deren (/). Om volk naar de Stad te lokken
werdt goedgevonden, aan allen het verkry-
gen van het Poorterfchap toe te flaan, al
kwamenze uit Plaatfen, daar men den Am-
fterdammeren diergelyke vryheid niet ver-
gunde (in). Op het waaken der drie Schut-
teryen; op het zitten der Schutteren in dfi
Stads Poorten, en op verfcheide andere zaa'
ken, de Schutteryen betreffende, werden»
in dit jaar,verfcheide nieuweOrdönnantiefl
gemaakt by myne Heeren van den Gereg-
te (b). Voorts, werdt het aanneemeu vafl
twee nieuwe Rectoren der openbaareSchöo'
len, door den Raad, gelaaten aan Bürge
meefteren (0). En na dat de Staaten va"
Holland, in September, beflooten haddeP»
d*
(h) Refol. Vroedfch. N. 4. 13 , 15 7««y T*7*.
(i) Keurb. G. f. ij7.
(k) Refol. Vroedfch. N. 4. 13 Jany IJ7Ï.
(I) Xeurb. G. f. ijs. Handy. ///. 1177.
(m) Refol. Vroedfch. N. 4. u July IJ78.
■ («) Keurb, G. ƒ. 153 ver/o, US verfo, 1*4.
.(«} Refol. Vwedfch. N. 4- *° Jwty 117g.
1578. het volgende voorbeeld aangetekend1 is. Men
plagt, hier ter Stede, het trouwen in de Ker-
ke, by avond, te laat en gefchïeden. Doch
de Kerkenraad befloot, niet lang na de ver-
andering, dat zulks, voortaan, by dagege-
. fchieden zou. 't Gebeurde nu, dat zeker
aanzienlyk burger , die naderhand Raad
werdt, en meêrmaalen Bflrgemeefter ge-
weeft, is, omtrent zes of zeven maanden na
de verandering, zullende trouwen, en geko-
men voor de Kommiffariflen der Hüwelyk-
fche zaaken, om de geboden te laaten aan-
tekenen, zig genegen toonde, öm die van
't Stadhuis te laaten gaan, en daar ook te
trouwen; alzo zyne Bruid, eene jonge maagd,
befchroomd was, om openryk, by dage,
in de Kerke, getrouwd te wórden. Doch
deKommiirariflen, Egbert Roelofszöon en
Reinier Simonszoon, Raaden der Stad,en
Kornelis Floriszoon van Teilingen, kort
daarna, allen drie Burgemeefters, zeiden
tegen den Bruidegom, Gy zyt eenoud Patriot,
die mede langen tyd buiten 's Lands bebt ge-
zworven; 't zou niet wel pajjen ydat gy buiten
de Kerk zoudt trouwen: wy zullen bezorgen,
dat de trouwing na 't avondgebed gefcbieden zal.
Maar toen de trouwtyd verfcheenen was,
waren de Predikanten onwillig. De Bruide-
gom begaf zig, rhet eenigen der zynen,naar
den Kerkenraad, daar men hem, na eenige
woorden en weerwoorden, aanzegde „ dat
»>
zy 't befluit, welk zy onlangs genomen
hadden, om zynent wille, niet wilden te
buiten gaan," daarby voegende „ dat de
3>
Heeren, die hem zulke beloften hadden
gedaan, hun daarin niet te gebieden had-
„ den." De Bruidegom deedt den Heere
Egbert Roelofszoon, die digtft by de Kerk
woonde, verflag van zyn wedervaaren. Deez'
ging terftond in den Kerkenraad, en ver-
kreeg , met veel moeite, dat men naarkwam,
't gene de Heeren beloofd hadden. Nogtans
wilde geen van beide de Stads Predikanten
de trouw beveiligen, zo dat zig, daartoe,
een Predikant van buiten moeit laaten ge-
'tStooren bruiken (e~). De Wethouderfchap toonde,
van den ondertuffchen, haare agting voor de waar-
d\enft en neeimn§ van den openbaaren Godsdienft,
*tNieuw- door het maaken eener Keure, waarby het
jaarszin- ftooren van den zelven, door roepen,map-
gen
wordt
verboo
den.
pen en ander gedruifch omtrent de Kerk-
deuren , verbooden werdt (ƒ). Ook werdt,
ten deezen tyde, het zingen en fpeelen van
het Nieuwe jaar afgekeurd (g).
Midlerwyl, hadden de ontflaagen Regen-
ten zig, al kort na de verandering, meteen
Verzoekfchrift , vervoegd aan den Prinfe
De oude
Regee-
ring
klaagt
»ver on
. van Oranje, waarby zy zig zeer beklaagden,
ff) Aantek. iy Rrandt ï. Dut, tl. «»I,
(ƒ) Handy, bl. no, iï».
li) H*ndy. tl. ieji.
-ocr page 447-
GESCHIEDENISSEN.
X'BOEK».
38
der Leeuwen, Jan KorneUszoon in 't roode rc,9
Kruis , Klaas Kornelhzoon Ryzer, Jan Blank '
vanMedenblik, Zwager van den Engelfch-
man, Henrik Meiner.dszoon, Smid in 't En-
gelfche tonnetje, Dirk Dirkszoon, Zoon van
bezeten Lysje, Pieter Kindje, Pieter Jans-
zoon Bom,
Vulder, Jan Joriszoon, Tinne-
kramer, Willem Henrikszoon, Zoon van de
Huisvrouwe van Henrik Ebbe, Dirk Wou-,
ter szoon,
Slotemaaker, Jan Janszoon, Vul-
          x
der, Jan Gerritszoon Denger, metHeihyne
Huisvrouw, Maarten Gelentszoon, haar Zoon,
Michiel Provoofi en Meefier Hans Hulfnydet
(s).
Doch of op deeze indaagingen vonnis
van ballingfchap en verbeurdverklaaring van
goederen, zo ver de Privilegien zulks ge-
doogden , gevolgd zy, is my nergens ge-
bleeken. Den gewezen Thefaurieren, Kor-
nelis Jakobszoon Brouwer en Jan Dirkszoon
Smid, en den gewezen Excynsmeefleren,
Klaas van Zante en Wejfel Kornelis Jakobs-
zoons Zoon
, die nog geene rekening gedaan
hadden, en zig ook buiten de Stad onthiel-
del, werdt, wat laater, by openbaare af-
kondiging , bevolen, zig te vervoegen in ee-
ne herberg buiten de Stad, waartoe hunyry-
geleide verleend werdt (O: doch ik weet
niet, of zy aldaar verfcheenen zyn.
QndertiuTchen,blykt, uit al deezeindaa-Beelden*
gingen, dat de Stad, alwaar de ingedaag- ftorm ia
den, ongetwyfeld, hunne vrienden hadden, de ™'u"
de inkomflen van alle Benificien, Vicarien en
Canonifyen,die door Leeken begeven werden,
voortaan te doen dienen tot onderhoud van
Predikanten , Schooien en anderszins ter
eere Gods, uitgenomen dat zulke Benefieten,
waaraan zielzorg vaft was, in 't gevolg, al-
leen tot onderhoud van Predikanten zouden
bekeerd worden, werdt het Plakaat, des-
wege gemaakt,den tienden,hier ter Stede,
afgekondigd (p).
OndertufTchen, hadden zig eenige goed-
■gunners der voorige Regeeringe ter Stad uit,
en in dienft van Don Jan begeven: onder
welken ook was de gewezen Schout, Pieter
.Pieterszoon. Hy en nog drie anderen, Wou-
ter Burchmanszoon ,
eertyds Hopman, Ts-
brani Hollefloot,
eertyds Yendrig, en Dirk
Hermanszoon Sopeeter
werden, den elfden
July, openlyk ingedaagd, om zig wegens
hunne vlugt en verder gedrag te komen ver-
antwoorden. Op den zevenden Oélober,
werden nog agt diergelyke geweekenen in-
gedaagd , te weeten, Joannes Bernardus ,
Pieter Oly, Jan Roelofszoon Kaashoper, Jan
Willemszaon,
eertyds Cipier, JakobLouw,
eertyds Poortier, Willem Simon Maartens-
Zoon
, Michiel Wolf ertszoon,, en Arend de
Zoon van Henrik in den Engelfchman (#).
In Maart des volgenden jaars, nog zes: te
weeten, Gerrit Hein, Zoon van Aagte Si-
monsdogter in de Wynpers, Bevelhebber
van Wouter Burchmanszoon, Hanske Klaas-
Zoon,
Hoogduitfch Zeemleer-verkooper ,
gewoond hebbende in 't Engekerksfleegje
aan de oude zyde, Jonge Kees Speelman,
gewoond hebbende in de drie Eflrikken,
Willem Korneüszoon , Zoon van gemelden
Jongen Kees, Willem Franszoon en Klaas
Franszoon,
in de drie koperen Potten (r).
I^och in May daarna, werden wel drie en
dertig Perfoonen, die gevlugt waren,eh zig
aan deSpaanfche zyde hielden,ingedaagd,
naamlyk, Jonge Pieter Opmeer, Broeder van
Hollefloot, Neel Kornelisdogter, Huisvrouw
van Wouter Burchmanszoon , Klaas Koe-
*nszoon9
Zoon van Koen Schepens, Ker-
Wis Boon,
Houtkooper, Dirk Jan in De-
venter, Jan Hagen, Zoon van Gerrit Ha-
jpn j Joofl Janszoon in de Fontein, Daniel
le Pyper, Jan Janszoon Bierdraager, Trom-
'ager, Jan Janszoon van Haarlem, Broe-
^er van Egbert Janszoon, Maarten Frans-
y?°.B> eertyds Onderfchout, Auguflyn van
Ailingen, Jan Zondergeld, Arend Henrikszoon,
oon van Henrik in den Engelfchman, Jan
Hxaszoon, Snyder, Michiel de Weever
op den
e"igen Weg,,Sz>Mora Pieterszoon mdenKüil
*W.
,3lv,8e
s
nog niet ontledigd was van zulken, die der w
ke.
"
Spaanfche zyde waren toegedaan, en van
welken men, hierom, tweedragt en beroer-
te te dugten hadt. Doch van de zyde der
Hervormden, werden ook, nu en dan,bui,
tenfpoorigheden gepleegd, die der tegen-
woordige Regeeringe zelve mishaagden.
Van dien aart was de opfehudding, die,
den tweeden September, voorviel, en die
ik niet weet, dat by eenigen Hifloriefchry-
ver aangetekend is. In de nieuwe Kerke
.{tonden, ten deezen tyde, nog beelden en
outers, 't zy dat de Gereformeerden aldaar
nog niet gepredikt hadden , gelyk waar-
fchynlykflis; 't zy dat men niet gefchroomd
hadt, aldaar te prediken, onaangezien de
Kerk nog niet van Roomfche fier aarden ont-
ledigd ware. Doch op den gemelden twee-
den September, verftoutten zig eenige Per-
foonen, de deur der Kerke met geweld open
te flaan, en beelden en outers te verbryze-
len. Drie Burgemeeflers, zyade den vier-
den, Meefier Maarten Kofier, om Stads
zaaken,verreisd, begaven zigterflondnaar
de Kerke, en zogten, door hun gezag, te
wege te brengen, dat men afiiete van de
moed»
Cs) Ken*. G. A "+1 .
\t) Keucb. G. ƒ. «7 M
Ddd 3
(P) Keuth. G f ,
f*; Keurb. G V 1?I-
{*)
Kewb. e V '?'• 174
/• »8> vtr/t
vtrß.
/
-ocr page 448-
AMSTERDAMS
II. Deel.
384
andere gedagten te brengen. Zy hadden, l57 -
eerft by Burgemeefteren, en daarna in de
volle Vroedfchap gehoor. Doch men bleef
de afkondiging van 't Plakaat toen nog van
de hand wyzen (j). En deeze is de eerfte
bezending ge weeft aan Amfterdam, van wel-
ke men,na de verandering derRegeeringe,
gewaagd vindt.
                                               *
Tegen't einde des jaars, werdt in deD«?!^
Vroedfchap geraadpleegd over het Ontwerp ^l
eener nadere Unie ofVereeniging.tuffchen m^i
Gelderland, Holland, Zeeland, Utrecht,un^ i
Friesland en OverylTel, welke men befloot j5?9'
aan te gaan (2). Doch de byzondere Unie,
in 't jaar 1576, ttuTchen Holland en Zeeland,
geilooten, werdt, hier ter Stede, niet dan
met eenige bepaalingen aangenomen. Meiï
bedong, onder anderen „ dat zyne Door-
„ lugtigheid, de Prins van Oranje, de Wet-
„ houderfchapftellen zouten gewooniyken
„ tyde, en agtervolgens de Privilegien; doch
„ in geval van nood, naar 't goedvinden van
„ den Prinfe; mids zulks niet ftrekte tot be-
„ nadeelinge van het verdrag van Voldoe-
„ ningeO)."
                                                ,
De Prins van Parma, wien Filips de II., ßefl
na 't overlydenvanDon Jan van Ooftenryk, $tSV
de Landvoogdye opgedraageri hadt, floeg, ^V^
ten deezen tyde, het beleg voor Maaftricht; ujt &
tot ontzet van welke Stad, de Regeeringovlli
van Amfterdam een vendel haarerknegten,^.
onder Herman Roodenburg, deedt uittrek- ^tifo
ken(i). Doch Maaftricht viel, den agt-'
entwintigften Juny, den Spaanfchen in han-
den (c). OndertulTchen, viel het toezien
ia de poorten by dage, welkte Amfterdam
nog gefchiedde, den fchutteryen zo laftig,
dat men, eerlang, te raade werdt, eenige
burgers daartoe uit te kiezen, en te bezol-
digen. Ook werden , wat laater, eenige
nieuwe Bevelhebbers gefteld over de ge«
woonlyke vendels der Stads bezettinge,al-
zo de tegenwoordigen begeerd hadden ver-
iaaten te worden. Doch hierover rees eenig
verfchil met de Staaten van Holland (d),
welk, zo ik meen, niet voor 't jaar 1581» ^
volkomenlyk afgedaan werdt. In Oclobei' 'A
werden,door myneHeeren van denGereg-#V*
te, by raade der zes en dertig Raaden, elf jj/tr
nieuwe Burgerhopluiden, even zo veel Lui' \$°0$
tenants, en driemaal zo veel Bevelhebbers*»Vf
aangefteld over de elf wyken, waarin de^.
Stad toen verdeeld werdt. Zie hier de na3'
men der Hopluiden, die,ten deezen tyde,
Wykmeeßers genoemd werden: Jan Smid,
Kïaiï
(y) Refol. Vroedfch. N. 4. 2j OEiah. IJ7S.
(z) Refol. Vroedfch. N. 4. 11 JJec. 1578.
(af Refol. Vroedfch. N. 4. 21 Jan. 157?.
(f) Refol. Vroedfch. N. 4. 4,8, 14 May 1579.
(c)   Vadari. Hift. VII. Deel, il. 275.
(d)  Refol. Vroedfch. iV. 4. 4 M*y, 27 Jany 157».
1573. moedwilligheid. Doch beveelen en dreigen
hielp niet. 't Graauw gunde zig geene ruft,
en in de voor dat alles vernield ware. Ondertuffchen,
Kloos- hadden Burgemeefteren de Kloofters, daar
ters* gelyke moedwil gevreesd werdt, doen be-
, zetten met foldaaten; en federt, tot befcher-
minge derzelven, de Schuttery in de wape-
nen gebragt. Doch fchutters en foldaaten
vielen zelven aan 't beeldftormen, zo dat,
wat moeite Burgemeefteren deeden,zyni.et
beletten konden, dat, ook in de Kloofters,
alles vernield werdt. Burgemeefteren gaven,
's anderendaags, kennis van 't voorgevalle-
ne aan de Vroedfchap, die hen onfchuldig
hieldt aan den gepleegden moedwil, en
beloofde zulks, des noods, ten allen tyde,
te zullen verklaaren (u).
De vier De Staaten van Holland beflooten , ten
vendelen deezen tyde, de vier vendelen knegten,die
op.twee" m Amfterdam lagen, te brengen op twee,
gebragt. famen van vierhonderd hoofden. De Vroed-
fchap bewilligde hierin, mids Herman Roo-
denburg, overeenkomftig met het Verdrag
van Voldoeninge, een vendel behielde, en
de andere Kapiteinen, by raade van Burge-
meefteren, gekooren werden: ook dat de
bezoldigden allen burgers waren, die hier
ter Stede,tot op de afkondiging derGend-
fche Bevrediginge, gewoond hadden (ü).
Be Vaart Kort te vooren, hadden de Staaten van
opSpan Holland en Zeeland de Vaart op Spanje ver-
jewordt kOCK[en, en den Handelaaren vermaand,
den. " weftwaards op Portugal te vaaren, 't Pla-
kaat, welk hiervan uitkwam, en den zes-
tienden Auguftus getekend was, werdt, den
negentienden, ook hier ter Stede, afgekon-
digd (w). Een gedeelte van de Vaart der
Amfterdammeren werdt, door dit Plakaat,
. geftremd: fchoon men, van eene andere
zyde, wederom uit was, omze veiliger en
De wrak-gemakkelyker te maaken. In October, floo-
ken wor-ten Burgemeefteren eene overeenkomft met
den uit jan Barendszoon,d\e aannam, alledewrak-
gehaald. ken
>die' geduurende de jongfte onluften, in
't Y gezonken waren, voor vyf guldens tien
ftuivers ieder wrak, op zyne koften, uit den
grond te haaien (ar).
Bezen- De Staaten van Holland hadden, onlangs,
ding der 00jt bellooten, een honderdften penning te
SuatTj", lieten ; waarin Amfterdam niet bewilligd
van Hol- 6.. ' ,                                                  o
land aan hadt. Ook maakte men, hier ter Stede,
de Stad. zwaarigheid in de afkondiging van het Pla-
kaat , welk deswege uitgekomen was. De
Staaten zonden dan de Heeren vanMathe-
nes, Heer van de Riviere, en van der My-
le naar Amfterdam, om de Regeering'tot
fa) Refo!. Vroedfch. N. 4. 3 Sept. ij7s.
(v) Refol. Vroedfch. N. 4. i Sept. 1578.
(iu) Keurb. G. f. 170 vtrfa.
\x)
Refol. Vroedfch. N.+. 1$ 08}h U7S.
-ocr page 449-
GESCHIEDENISSEN.
X. Boek.
385
579- Klaas Landsmeer , Jan Bannink Janszoon,
SimonHenrikszoon, JanBethszoon Roodenburg,
Kornelis Elbertszoon, Jakob Franszoon, Klaas
Burchmanszoon, Bieter Korneliszoon Zwarte-
laken, Jan Klaas Boekszoon,
en Klaas Boe-
leszoon in den Hamburg.
De Luitenants wa-
ren Jan Korneliszoon Hooft, Tonis Janszoon
Sche'llinkwouw , Winrik van Marken , Jan
Janszoon Koman, Evert Reaalszoon, Tsbrand
Maartenszoon, Bieter Rodink, Fredrik Vogel,
Reinfi Pieterszoon, Klaas Overlander
en
Kornelis Kies. Wy voegen 'er de naamen
der BevelhebberenofSerjanten by, ten dien-
fle van zulken hunner nakomelingen, die
gaarne weeten, wat deel hunne voorouders
gehad hebben aan 't bezorgen van de vei-
ligheid en ruft der Stad: Egbert Pieterszoon,
Louw Volkertszoon,
en Jan Bieter szoon Re-
aal; Gerrit Janszoon Kop, Jan Valkeszoon
en Walich Bieter szoon Broofl; Jakob Kopt,
Laurens Jakobszoon
en Klaas Elbertszoon
Gooijer; Kornelis Bennink, Gysbert Appelman
en Goojfen Jakobszoon; Otto Vogel, Kornelis
Heimer
en trans Volkertszoon ; Wybrand Ap-
pelman , Tobias Maartenszoon
en Jakob Smid
Olieflager; Gerrit Bicker, Jan de Bitter
en
Frans Janszoon Kat ; Jan Bottei, Jan de
Bijfchop
en Jan Ysbrandszoon; Jakob Jans-
zoon Vink, Bieter Klaaszoon Boer
en Ellert
Boeleszoon; Kornelis de Vlamink, Bieter Boom
en Frans Henrikszoon Ruifch; Bieter Pauw,
Willem Hooft
en Jan Ysbrandszoon Blaauw-
hulk.
Alle deeze Overflen moeften, met
hunne onderhoorigemanfchap, in geval van
oproer of brand, op de aangeweezen Loop-
plaatfen verfchynen O). Doch het bewaa-
ken der Stede by nagt bleef, ten deezen ty-
de, der bezettinge en fchutteryen alleenlyk
*>e h. aanbevolen.
de Schutteryen reeds onder vendels hadt 158a
willen brengen, voor de verandering der
Regeeringe, in May des jaars 1578. Doch
alzo de Prins, toen, de Kolonellen en an-
dere Overflen begeerde te flellen,voorzag
de Wethouderfchap van dien tyd ligtelyk,
dat zy, door deeze nieuwe fchikkingopde
Wagten , de klem van haar gezag kwyc
geweefl zou zyn; weshalve zy 'er niet in
bewilligen kon: 't welk, veelligt, eene der
redenen geweefl is, waarom men toeliet,
of bewerkte, dat zy, door de Schutteryen
en 't volk, van 't bewind ontzet werdt. Maar
de tegenwoordige Regeering hadt geene
reden, om te dugten, dat de voorgenomen
verandering haar gezag krenken zou. Zy
wifl, dat ver het grootfle gedeelte der fchut-
teren haar toegedaan was: en dat het opper-
gezag over de Schutteryen en Wyken beide
gefield zou worden aan Leden der Regee-
ringe. Zy maakte dan geene zwaarigheidin
het omhelzen deezer nieuwe fchikkinge: te
minder, naardien zyne Doorlugtigheid het
Hellen der Overflen aan haar fchynt gelaaten
te hebben. Men vindt, ten minfte, dat Bürge-
meefleren, met deVroedfchap geraadpleegd
hebbende (i), eenige maanden na'sPrinfen
vertrek; doch volgbende die felue zyne Furfle-
lycke Genade fpeciaele laß ende beuel, met
aduys van den Capiteynen van den Schutteryen
ende haere Lieutenanten, nu in 't begin
van September, de Wyken verdeeld, en.
Kolonels, Kapiteins en Luitenants aange-
fleld hebben. De drie Schutteryen, en de
elf Wyken der Stad werden gefield onder
eenen algemeenen Kolonel, die te gelyk by-
zondere Kolonel der drie Schutteryen was.
Voorts, was 'er een byzondere Kolonel over
de vyf wyken aan de oude, en nog een over*
de zes wyken aan de nieuwe zyde. De Ka-
piteins en Luitenants waren gedeeltelyk
dezelfde, die, in 't voorleeden jaar, door
't Geregt zynde aangefleld, of in dezelfde,
of in mindere hoedaanigheid gediend had-
den. Zie hier de naamen der Kolonellen,
Kapiteinen en Luitenanten, waaruit het ge-
zeide blyken kan:
Kolonel over de Schutteryen en Kolonel Ge-
neraal en Superintendent over de Wyken,
Meefter Willem Bardes, OudBur-
gemeefler.
Deszelfs Luitenant,
Klaas Landsmeer.
Kolonel over de vyf wyken aan de oude Zyde,
KOKNELIS FlOKISZOON VAN TeI-
lin gen, Oud-Burgemeefter.
Kolonel over de zes wyken aan de nieuwe Zy dg,
Jan JacobszoonHüïDECoper,Raad.
Hop-
(i) Keuib. G. /. HJ.
0 In de Lente des volgenden jaars, werdt
op de Burgervendelen eenige nadere orde
>k
«eng gefield, door den Pride van Oranje, die, in
»«^ February in Holland gekomen, en federt
de f k naar Kampen verreisd zynde, te Muiden te
t(J%. rug gekeerd was; van waar hy , den ze-
Wy^eij ventienden Maart, door die van Amflerdam,
*58q' niet ßerlyk uitgefbreeken jagten, afgehaald,
' £n flaatelyk ingeleid werdt (ƒ). 't Geregt
hadt, reeds eenige dagen te vooren, orde
pfteld op het ontvangen van zyne Door-
[ugtigheid (g), die, terflond na zyne aan-
k°mft, zyn werk maakte, om de Burger-
^yken niet üegts, maar ook de drie Schut-
teryen te brengen onder vendels, die af-
^angkelyker zouden zyn van de Wethou-
^erfchap dan te vooren. Wy hebben, in 't
v°orgaande Boek (£), gezien, dat men
(6 ho'ÓÏt^/; z°- ™rf°;
VI.
(ij II. £>eer
' lx- Hoek, bl. }S6.
-ocr page 450-
§IÖ                 Ä M S T E ]
Hopman over de tüyk by de Haarlemmer Poort,
PlETER JakOBSZOON VRIES.
Dcszelfs Luitenant.,
Laurens Volkertszoon.
Hopman over de tweede ivyk,
Klaas Aarts zoon, in de Zalm.
Dcszelfs Luitenant,
Walich Pieterszoon Prooft.
Hopman over de derde ivyk,
Jan Bennink Kat.
Dcszelfs Luitenant,
Laurens Jakobszoon.
Hopman over de vierde wyk,
Simon Henrikszoon, Raad.
Deszelfs Luitenant,
Gooffen Hooft.
Hopman over de vyfde wyk,
Tan Bethszoon Roodenburg.
Deszelfs Luitenant,
Frans Volkertszoon Koornhert.
Hopman over de zesde ix>yk,
KORNELIS ELBERTSZOON.
Deszelfs Luitenant,
Wybrand Appelman.
Hopman over de zevende ix>yk,
Klaas Pieterszoon Kalf.
Deszelfs Luitenant,
Jan de Bitter.
Hopman over de agtfie wyfc,
Frans Bennink,
Deszelfs Luitenant,
Jan Potei.
Hopman over de negende wyk,
Jan Klaas Boelenszoon.
Deszelfs Luitenant,
Jan Verhee.
Hopman over de tiende txiyk,
K LAAS O V ERLANDE R.
Deszelfs Luitenant,
Henrik Haalken.
Hopman over de elfde ivyk,
Klaas Boeleszoon, in den Hamburg.
Deszelfs Luitenant,
Jan Ysbrandszoon Blaauwhulk.
Door deeze fchikking, werden de drie Schut-
teryen en de Burgervendelen tot één Lig-
haam vereenigd ; waarvoor, federt, door
myne Heeren van den Geregte, verfcheide
Ordonnantien gemaakt werden rl): tot eene
van welken gelegenheid gaf zekere opfchud-
ding, op den negenentwintigften November
voorgevallen (1), waarvan my nergens ee-
nig duidelyk berigt voorgekomen is.
De afval des Graaven van Rennenberg,
(k) Keuib. G./.iis,ii8,ï2j,»2«i'«r/i. Handy. £/. 143.
(I) Keuib. G. ƒ. 224 ver/t.
L D A M S               II. Deel,
>
die Groningen aan de Spaanfche zyde over- 158°*
bragt, hadt den Staaten van Holland gele- roo"'^'
genheid gegeven, om wat fcherper te gaan gezinuL'
tegen de Roomfchen, danzy tot hiertoe ge-
daan hadden; en de oefening van den Room-
fchen Godsdienft in hun Geweft te verbie-
den, 't Zelfde gefchiedde te Amfterdam,
by eene byzondere Keure, die, kort na 's
Prinfen vertrek, den agttienden April, af-
gekondigd werdt (in). By dezelve werdt
het prediken, trouwen, doopen en andere
oefeningen naar de Roomfche wyze, zo in
de Stad, als in de Dorpen der Ambagts-
heerlykheid, verbooden.
                                 ^
In den Zomer des jaars 1578, was reedsDe f
geraadpleegd op het verfterken der Stad^0^'
aan den kant der Laftaadje. Doch daar was ^InK
een rond jaar verloopen, eer men regt ge- kant J|j,
reed was met een Ontwerp van dit werk. 't L$li
Werdt egter toen zo vlytiglyk voortgezet ,ie#
dat het, in May deezes jaars, voltrokken
was. In November, werdt eerft geraaden
gevonden, het Fort, gelyk het genoemd
werdt, of de verfterkte Laftaadje, met eene
brugge van de Stad af te fluiten («). De
Wethouderfchap hadt, in September des
jaars 1579, reeds behoorlyk verlof tot dee-
ze uitlegging of verfterking der Stede ver-
kreegen van de Staaten van Holland (0).
Doch wy hebben, elders, gelegenheid ge-
had , om iet meer wegens deeze verfterking
aan te tekenen (p).
                                 . U
De algemeene Staaten hadden, reeds in P^jt»
't jaar 1578, beflooten, Convooigeld te hef- !£j,/,
fen van de uit- en ingaande goederen; waarin vo«^(
de Stad Amfterdam niet hadt können be- &>&
willigen; houdende zy zulks te ftrydenmet
de voorwaarden van Voldoenjnge, die haar, $1$
door den Prinfe van Oranje en de Staaten^'
van Holland, waren toegeftaan. De Prins C°\
vorderde, wat laater, dat men 'er, flegts ^j,
voor twee maanden,in bewilligde; waartoe»s
de Stad befloot, onder uitdrukkelyke ver-
klaaring, dat zulks niet zou geagt worden
te ftrekken tot benadeeling van der Stede
Privilegiën (q). 's Lands nood deedt de Stad,
na verloop der twee maanden, belluiten om
nog voor tien maanden ia 't heffen van 't
Convooigeld te bewilligen (r). Naderhand,
werdt, op nieuws, voor zes maanden tevens,
in den ophef van 't Convooigeld, bewilligd,
fchoon men het, als ftrydig met der Stede
Privilegien, gaarne zou afgefchaft gezien
hebben 0> En van toen af is dit middel
in
(m) Keurb. G. ƒ. 213.
(n) Refol. Vroedfch. N. 4. 30 July IJ78. lojuly itfV
12 May, 2 Nov. ij8o.
(0) Handv. hl. %.
(p) Zie
I. Deel, II. Jiotk , hl. 41.
(q) Reib]. Vroedfch. N. 4. zi Juny, 14, isjaly 1S71'
(r)
Refol. Vroedfch. N. 4. zz Sept. 1578.
(.s) Refol. Vioedfch. N. 4- « April, 24 OUti. U»*'
-ocr page 451-
X. Boek.              GESCHIEDENISSEN.             387
J$8o. in gebruik gebleeven. In July deezes jaars, afftondt (y). Doch't liep aan tot in den Zo- i<r8i.
vergde men Amflerdam ook, toe te flaan, mer des jaars 1581, eer op het verlaaten
dat Convooigeld geheeven werdt van goe- des Konings beflooten werdt. In de Vroed-
deren,gaande naar de Vereenigde Gewes- fchap van Amflerdam, was, reeds in Fe-
ten. Doch hiertoe kon de Stad niet verftaan. bruary, goedgevonden, alle ingezetenen te
En alzo men zig, in den Haage, hadt laa- ontflaan van den eed, aan den Koning ge.
ten verluiden, dat men haar daartoe dwin- daan (2). Doch men vondt aldaar niet ge-M
gen zou, befloot zy, zo het hiertoe komen raaden,het Plakaat der Vereenigde Staaten, maTkt te
mögt, zig te zullen verdedigen met de mid- op dit ftuk ontworpen, en den zesentwintig- Amfler-
delen, die haar voorhanden waren, en dit ften July gedagtekend, te laaten afkondi-dam
befluk aan de Kolonellen, Kapiteinen en gen, dan onder verklaaring, dat men aan Som
Luitenanten der drie Schutteryen enelfWy- den inhoud niet begeerde gehouden te zynhetaf te
ken mede te deelen, die verklaarden, zig te («). De reden van deeze verklaaring waskondi-
zullen troollen in't gene de Stad, om't wei- het verfchil ontflaan tuifchen de StaatenSen-
geren haarer ilemme, mögt overkomen (0- van Holland en de Stad, over eenige pun-
Watlaater, befloot men, toe te geeven, ten van het Verdrag van Voldoeninge, waar-
dat zekere belading gelegd werdt op goe- aan de Stad zig houden wilde, en van wei-
deren , in Holland gewaffen , en naar de ken de Staaten haar wilden doen afflaan
Vereenigde Geweflen gevoerd wordende, Onder anderen, begeerde de Stad,in gee-
mids deeze belading geen Convooigeld ge- ne oude fchulden te draagen, en haare be-
noemd werdt (u). Doch ik vmd niet, dat zetting, uit vierhonderd koppen beflaande
deeze voorflag ingang vondt. Ook heeft te doen onderhouden door 't gemeene Land',
men het heffen van Convooigeld van goe- gelyk by 't Verdrag van Voldoeninge be-
deren , die naar de Vereenigde Geweflen dongen was (V), Maar de Staaten en de
gevoerd werden, nimmer in algemeen en Prins van Oranje zelf verflonden, dat dit
fcan A kondig gebruik können brengen.
              Verdrag, door en na de omkeering der Re-
\%l** De Prins van Oranje hadt zig nu zo open- geeringe te Amflerdam, reeds gekrenkt ge-
NSpf^Jyk gekant tegen de Spaanfche Regeering, worden was, en dat er, hierom, eene ge-
igen dat Filips de II., in den Zomer deezes jaars, heele verandering in behoorde gemaakt te
v,* prins een' flrengen Ban tegen hem liet uitgaan, worden, die meer gefchikt was naar den
Se waart)y eer en voordeel beloofd werdt aan tegenwoordigen toefland des tyds (c). De
elk, die hem 't leeven beneemen zou. Zy- Wethouderfchap van Amflerdam kon niet
ne Doorlugtigheid zou gaarne gezien heb- ontkennen, dat eenige punten van't Verdrag
ben,dat deeze Ban,op den naam derStaa- Van Voldoeninge, vooral zulken , die den
ten, beantwoord geworden was; en de Stad Godsdienfl betroffen, met de tegenwoordi-
Amflerdam oordeelde, dat zulks, op den ge gelegenheid der Stede, niet beftaanbaar
naam van den Prinfe en van de Staaten, ge- waren. Zy tradt, derhalve, met denPrin-
fchieden moefl, zo ver de Ban beide betrof fe en met de Staaten in onderhandeling, o-
(V). Doch de Staaten verflonden, dat de ver eenen afftand van 't Verdrag van Vol-
Prins zig zelven behoorde te verdedigen; doeninge, onder zekere voorwaarden (d).
't{>, gelyk federt gefchiedde f».
                      De Prins was, in Maart, hier ter Stede,
jHtf Ondertuffchen was, ter Vergaderinge geweefl, onder anderen om't werk van den
vjje,tingvan Holland, reeds in 't voorleeden jaar, affland te bevorderen. Doch t liep aan tot De Stad
S^0' frrandeld van het verlaaten van Koning den twintigflen December, eer men, we-fluit een
f'üps fihps, wiens naam, tot hiertoe, in Oktro- gens een nieuw Verdrag , in den Haage Verdras
>>t;n Ier!> Plakaaten en andere openbaare fluk- overeenkwam, welk, ten. dien dage, van^f/"
%. *en, nog gebruikt was. De tegenwoordige wege de Staaten van Holland en de Stad hetVe?"
Avegeering van Amflerdam neigde hiertoe Amflerdam, ondertekend , en den zeven- drag van
*eer O). Zy was ook, gelyk demeefleLe- tienden January des jaars 1582, door den Voldoe-
5*en van Holland, zeer gezind, om de hooge Prinfe van Oranje, goedgekeurd werdt. Hetmnge-
^egeering des Lands den Prinfe van Oranje Verdrag van Affland van de Satisfactie of
°P te draagen, en flemde hierom,niet dan Voldoeninge beftondt uit zeventien punten,
i^der dit beding, in de handeling met den die op deezen zin uitliepen : 1. „ &e Staa_
^ertoge van Anjou, wien men, wat laater, „ ten en de Stad flonden wederzyds af van
e ^egeering der Nederlanden in 't gemeen
                                                      » net
(y) Refol. V.oedfch. N. *. ^ *«?>" f3"*' Ii8°-
(t) aPf„,
                                                                               (z) Refol. Vioedfch. N. 4- 'S ™ir- 's:r
(*) Rel« ' ,Vroedfch. N. 4. 16,30 Juli zsso.                       (J Refol. Vroedfch. N. 4- *« *H- ^1-
(■») Keil 1 l'oei^- N. 4- 2°, M -A-I- >58o.                     \b) Refol. Vroedfch. N- 4. 19 7"h Ulo. HOOFT XVI.
(x) RefolVH"V V"- °"l, H- »« ***■                            (c) HOOÏT XV'III- Bo'k, H. 8oi
T C t't            h- N- +• 7 A"s- " 0ffti' 1"9-             (d) Refoi- Vloedkh' *' *5 S'ht + Oa, 13 Ntv.istu
l' Ö1UK.                                               Eee
-ocr page 452-
3B8                 A M S T E
1581. j> het Verdrag van Voldoeninge, elkande-
„ ren ontflaande van den eed, daarop ge-
„ daan. 2. De Stad zou bezet blyven met
„ twee vendels knegten, ieder van twee-
„ honderd hoofden, onder twee Kapiteinen,
„ die Burgers der Stad waren. 3. Zy zou-
„ den maandelyks betaald worden uit de
„ middelen van belading, die in de Stad en
„ derzelver Vryheid geheeven werden, zo
„ ver dezelven ftrekken mogten, anders
„ uit andere 's Gemeenen Lands penningen;
„ doch ZO de andere foldaaten, in Holland
„ leggende, met Laken betaald werden,
„ zou de bezetting van Amfterdam ook een
„ maand in 't jaar in laken moeten ontvan-
„ gen. 4. De vierhonderd knegten zouden
„ onder meer vendels verdeeld , en ver-
„ meerderd of verminderd mogen worden
„ naar dat de nood, of andere gelegenheid
„ na 't ophouden van den nood, zulks ver-
„ eifchen zou: 't welk enkelyk ftaan zou
„ ter beliefte en befcheidenheid van zyne
„ Doorlugtigheid. 5. Doch zo zyne Door-
„ lugtigheid, des noods, de bezetting ver-
„ fterkte, zou zy Servitie - geld trekken,
„ even als in de andere Steden van Holland.
6. De Stad zou, tot opmaakinge haarer
„ Veftingwerken, volgens de beftekken van
„ zyne Doorlugtigheid, door de Staaten, ge-
„ magtigd worden, om, over 't platte Land
„ van den ouden en nieuwen Amftel, Die-
„ men en Duivendrecht, drie ftuivers op
„ ieder morgen 's maands, geduurende den
„ tyd van twaalf maanden, om te flaan,
„ waarin de eigenaars twee derden, en de
„ bruikers een derde betaalen zouden, mids
„ de Godshuizen vryzyn, en de huisluiden,
„ in tyd van nood, met hun vee, in de Stad
„ vlugtende, aldaar gehandeld worden zou-
„ den, als andere inwooners. 7. De Stad
„ zou treeden in de gemeenfchap der oude
„ fchulden , gemaakt door de Staaten ,
„ voor het fluiten van het Verdrag van
„ Voldoeninge, met uitfluiting van de fchul-
„ den, door de Steden van Holland, in
„ den voorleeden oorlog gemaakt, en ge-
,, naamd de groote Rekening van de Steden,
3, zullende zy dezelven onder eikanderen
„ vereffenen, zonder dat Amfterdam des-
„ wege gemoeid zou worden: welverftaan-
„ de, dat daaronder niet zouden worden
„ vervat penningen, die eenige Burgers en
„ Inwooners van Holland, by leening, mog-
„ ten hebben opgebragt, zonder daarvoor
„ eenige goederen in pandfchap ontvangen
„ te hebben; welke penningen uit de gees-
„ telyke goederen zouden worden voldaan.
„ 8. Hiertegen zou Amfterdam voor zig
„ behouden den honderdften penning van
„ 't jaar 1578, en de helft van den hon-
R. D A M S              II. Deel.
„ derdften penning van't jaar 1579: waar- 1581
„ boven de Staaten nog dertigduizend pon-
„ den van veertig grooten aan de Stad be-
„ taaien zouden, in den tyd van zes jaaren,
„ by gebreke van welke betaalinge , de
„ Stad de fchattingen zou mogen inhouden.
„ 9. De Stad zou alle de Geeftelyke ge-
„ bouwen en erven, binnen haaren omtrek,
„ mogen naar zig neemen. Doch de Gees-
„ telyke renten , binnen en buiten, en de
„ Geeftelyke Landen buiten de Stad zouden,
„ even als de andere Geeftelyke goederen
„ in Holland, gebruikt mogen worden tot
„ afdoeninge van 's Lands fchulden, mids
„ den Kloofterlingen in Amfterdam, door
„ de Wethouderfchap, goede verzekering
„ gegeven wierdt van onderhoud. 10. Doch
„ de Geeftelyke goederen, die de Staaten
„ verkogt of vervreemd , of de Godshuizen
„ te Amfterdam aan zig getrokken hadden,
„ 't zyze denKarthuizeren of anderen Kloos-
„ terlingen hadden toebehoord, zouden,
„ ter wederzyde, blyven in den ftaat, waar*
„ in zy waren, zonder dat men eikanderen
„ in het bezit daarvan zou mogen ontrus-
„ ten, voor dat 'er geregtelyke en eindely-
„ ke uitfpraak over gedaan ware. 11. Am-
„ fterdam zou, tot onderhoud der Kerken,
„ met de laften en renten daarop ftaande,
„ behouden alle de Kerkelyke goederen,
„ en tot onderhoud der Predikanten, de
„ Memorien, Vicaryen, Getyden en ande-
„ re diergelyke Geeftelyke inkomften. 12.
„ De halve ftuivers van de rantfoenen der
„ middelen , die in Amfterdam verpagt
„ werden, zouden, nevens de Kerkelyke
„ inkomften in de Ambagtsheerlykheid en
„ 't Baljuwfchap van Amftelland, ftrekken
„ tot onderhoud der Predikanten aldaar,
„ ten ware de inkomften, in 't elfde punt
„ vermeld, niet toereiken mogten tot on-
„ derhoud der Predikanten in de Stad: in
„ welk geval, 't gene 'er te kort kwam,
„ eerft uit de gemelde halve ftuivers, ver-
„ vuld zou worden. 13. Omtrent het gene
„ de Stad, zo wel als de Burgers enlnwoo-
„ ners , te eifchen hadden wegens ver-
„ fcheenen renten, het agterwezen op den
„ tol te Geervliet, en de gewoonlyke Be-
„ den en Domeinen van Holland, tot op
„ den tyd der Gendfche Bevrediging toe,
„ zouden de Staaten en de Stad ieder eeni-
„ gen uit den Hove van Holland kiezen,
„ om deswege uitfpraak te doen, waarnaar
„ men zig wederzyds voegen zou, ten wa-
„ re eenige Burgers of Inwooners verfton-
„ den, daarby bezwaard te zyn, aan wel-
„ ken de weg van Regte zou open blyvefl»
„ 14. De Staaten zouden, om de Stad en
„ de Burgers en Inwooners van Amfterdam
-ocr page 453-
GESCHIEDENISSEN.
X. Boek.
38P
die, in Maart deezes jaars, te Amflerdam, i58r.
gehouden werdt, kwam dit ftuk wederom
in overweeging. Men befloot, den Prins,
die zelf de Dagvaart bywoonde, te verzoe-
ken , dat hy zig bedienen wilde van 't ge-
zag, welk hem, als hooge Overheid, jn
't jaar 1576, opgedraagen was. Doch men
kon, ook toen, 't werk niet voltrekken, ter
oorzaake van 't gehandelde met den Hertoge
van Anjou, wien-men, zo ver uiterlyk bleek,
de heerfchappy ovex al de Vereenigde Ne-
derlanden opgedraagen hadt, terwyl in 't ge-
heim bedongen was, dat Holland, Zeeland
en Utrecht, onder 't oppergebied des Prin-
fen van Oranje, blyven zouden; welk laat-
fle bedekt gehouden werdt, om de andere
Geweflen niet te doen waanen, dat deezen
drie den band der Vereeniginge breeken
wilden. Amflerdam hadt egter niet in de Amfter-
opdragt der hooge Overheid aan den Prin-dam be-
fe bewilligd, dan onder voorwaarde, dat>wllIi£f
zulks, door de Leden van Holland eenpaa- ui dm
riglyk, en ook door Zeeland en Utrecht ge- onder
fchiedde (/ƒ); in welke twee Geweflen, men zekere
't werk nog zo ver niet gebragt hadt, als in ™°[jeiu
Holland. Wat laater, verflonden eenigen
uit den Raad, dat men den Prins niet tot
Souverein en Overhoofd moeft aanneemen,
dan met kennis der Schutteryen en Wyken
(i): 't welk, federt, in de Vergadering van
Holland gebragt werdt (T). Doch alzo de
Staaten, onlangs, beflooten hadden, dat de
Steden, voortaan, over 's Gemeenen Lands
zaaken , niet dan met hunne voorkennis,
met de Schutteryen en Gilden zouden raad-
pleegen (7), fchynt deeze gedagten weinig
ingang gevonden te hebben. By Amfler-
dam , fcheen, eindelyk, geene andere zwaa-
righeid over te blyven, dan dat de Stad,
wegens den affland van't Verdrag van Vol-
doeninge , nog niet overeengekomen was
met den Prinfe en met de Staaten. Zy be-
floot dan tot de opdragt, mids dat zulks
haar niet benadeelen zou, in 't gene zy,
voor deezen affland, te vorderen hadt(wz).
De aanbieding der hooge Overheid gefchied-
de, federt, op den voorigen voet, en zo
lang de Landen in oorlog zouden zyn: de
Gemagtigden der Edelen en meefle Steden
deeden den eed in flilte, in een vertrek van
den Prinfe. Doch die van Amflerdam deeden
dien niet, voor 't begin van 't jaar 15^2;
waarna de Prins het Verdrag van affland,
welk kort te vooren geflooten was, eerft
be-
(*) Refoï. Holf. 30 May xiiïlLï\\\i
(k)
Refol. Holl. Z7," 7««r MSI. «. 189..
(I) leCol. Holl. **"»""■ \L "'•
Eee 2
>8i. „ aan hun deugdelyk agterwezen te helpen,
terflond eenigen van 's Lands Domeinen
aan de meeftbiedenden doen verkoopen,
om uit de penningen, daarvan gekomen,
Hoofdfom en agterflallige renten te vol-
doen. 15. De Stad zou ontflaagen bly-
ven van het opbrengen der driehonderd
ponden 's jaars, wegens het Schout-Am-
bagt, welk, met al zyne inkomflen, in
haare handen blyven zou, tot dat de Staa-
ten de twintigduizend ponden van veer-
tig grooten, door de Stad op dit Ampt
gefchooten, zouden hebben afgeloft, of
dat men, deswege, op eene andere wy-
ze, zou zyn overeengekomen. 16. We-
gens 't punt der Paalkifle, waarover nu
voor den Hove van Holland gepleit werdt,
zouden partyen over en weder blyven in
hun goed regt. 17. De Privilegien, Hand-
veflen, Gewoonten, Keuren, Regten en
Gebruiken van Amflerdam zouden in
volle kragt blyven, naar ouder gewoon-
te: uitgezonderd de Privilegien enHand-
veflen , geduurende de tegenwoordige
beroerten, buiten raade der Staaten van
Holland, van den Hertoge van Alva of
zyne Opvolgers, tot op den dag van het
fluiten der Gendfche Bevrediginge, ver-
kreegen ; die allen voor nietig en van
onwaarde verklaard werden. Doch de
O&rojen om geld op renten te neemen,
fchoon geduurende de beroerten verkree-
gen, zouden van kragt en waarde bly-
5*
ven (e)."
Op deeze wyze, kreeg, eindelyk, het
V afwerk van den affland van 't Verdrag van
r5StderVoldoeninge zyn beflag. Het handelen
Qv°ge over deezen affland hadt te wege gebragt,
hüjjj*' dat men eikanderen, hier ter Stede, nog
S iy n niet hadt können ontflaan van den eed, waar-
^ v9tlln" mede de Regeering en Burgery aan Filips
Se. den II. verbonden geweefl waren. Doch
de Vroedfchap befloot hiertoe, zo dra de
Prins van Oranje het Verdrag van Affland
bekragtigd hadt (ƒ). De opdragt der hoo-
ge Overheid van Holland aan zyneDoorlug-
tigheid, die, om dezelfde reden, tot nog
tQe, uit.gefr.eld geweefl was,fcheen nu ook
Voortgang te zullen hebben. Tot deeze op-
^ragt was, reeds in 't voorleeden jaar, be-
«ooten; en Meefter Willem Bardes., Oud-
ßurgemeefler van Amflerdam, onder ande-
*en > gemagtigd, om den Prins te nodigen
°t het aanvaarden der hooge heerfchappye
Vg). Doch verfcheide opkomende beletfels
^hinderden 't voltrekken van dit werk.
P de °agvaart der Staaten van Holland,
;8z.
-ocr page 454-
II. Deel.
AMSTERDAMS
390
by den Prinfe van Oranje, begeerende, by M
eene Afite van zyne Doorkigtigheid i aan-
gefteld te worden tot Schout der Stede.
Doch hy verwierf zyne begeerte niet, alzo
de Vroedfchap verflondt, dat zulk eene
aanftelling aanloopen zou tegen de Privile-
gien, op het Schoutampt verkreegen f>).
Hy bleef dan verlaaten van zyn ampt, welk,
eenigen tyd, by voorraad, bekleed werdt,
door den voorzittenden Burgemeefter, on-
der wien, het zelve werdt waargenomen,
door Jan Koenenszoon, die dagelix als Schout
by Schepenen te recht zat;
tot dat, omtrent
Auguftus des jaars 1584, Willem van der
Does Simonszoon
uit den Haage, die voor-
heen Convooimeefter te Amfterdam seweeft
was, op de gewoonlyke wyze, tot Schout
werdt aangefteld (Y).
                                          .
Het Verdrag, waarby de hooge Overheid fï*J /
der Nederlanden opgedraagen werdt aan j^K
den flertoge van Anjou, eindelyk, getekend wf *
zynde, en den Hertog, by een by zonder A"1"'
Renverfaal, gelyk het genoemd werdt, ver-
klaard hebbende,dat hy Holland, Zeeland
en Utrecht niet verder verbinden wilde, dan
tot eendragt in 't voeren des oörlogs; be-
ïloot de Prins van Oranje de hooge Over-
heid, hem in Holland opgedraagen, te ge-
bekragtigdö (m). Elk Lid der Regeeringe
deedt , federt, deezen eed afzönderlyk,
hoewel 'er eenigen zwaarigheid in maakten:
én vindt men , dat , nog op den eerften
September daarna , by de Vroedfchap , be-
flooten werdt „ Jakob Janszoon Bannink,
Jakob Van Kampen, Jan Laurenszoon en
1581.
3>
Jakob Franszoon, Raaden, die weigerden
zyner Dooflugtigheid, als hooge Over-
i, heid,te zWeeren, op eene boete van tien-
„ duizend dobbelden Leidfchen fteen, te-
y, gen den volgenden maandag, te dagvaar-
„ den, en hun te verbieden, ondertuffchen,
„ uk de Stad te gaan (0)." Doch hóe't hier
mede afliep, is my niet gebleeken. Waar-
fchynlyk, heeft men, te Amfterdam, de
Leden, die zwaarigheid maakten om den
Prinfe van Oranje te zweerert, niet fterk ge-
drongen, om dat het werk van de opdragt,
in Zeeland en in Utrecht, nog haperde. Wy
zullen, hierna, melden, wat deswege verder
voorviel.
Op den derden January deezes jaars 1581,
en dus eenige maanden voor dat men be-
ilooten hadt, 's Konings naam te verlaaten,
hadt Amfterdam een Privilegie verkreegen,
welk te Delft gegeven was, en nog fprak:
uit den naam van „ Filips, Koning van Kas-
„ tilie enz., Graave van Holland, by raade
„ van den Hove, en met overleg van den
„ Prinfe van Oranje, zynen Stadhouder."
By dit Privilegie, werdt beraamd dat niet
„ jaarlyks negen Schepenen, uit eene No-
,, minatie van agttien , gekooren zouden
„ worden; gelyk, federt eenige jaaren, ge-
„ fchied was; maar zeven, uit eene Nomi-
,, minatie van veertien, by welken zeven,
„ twee uit de afgaanden, als Prefidenten,
,, zouden aanblyven; te kiezen, door de
„ drie afgaande , de drie nieuwe Burge^
„ meefters, den Oud-Burgemeefter én de
„ zeven nieuweSchepens (p )." En aan dit
Oétroi, fchoon flegts by voorraad gegeven,
heeft men zig, federt, in 't verkiezen van
Schepenen, gehouden.
De tyd van drie jaaren, voor welken,
Willem Maartenszoon Kalf, na de verande-
ring der Regeeringe , te Amfterdam, tot
Schout aangenomen was, liep, met het be-
gin van Juny, ten einde, en hy verwagtte
niet, dat hy zou aanblyven, alzo menhem,
by de Regeeringe, verdagt gemaakt hadt
van eenig wangedrag, waarop, federt, be-
flooten werdt onderzoek te doen (q). Hy
neigde, ondertuffchen, zeer, tot behoude-
nis van het Schoutampt, en vervoegde zig
(») Refol. Holl. z6, 17 Jan. 158z. bh 4°,42,46.Re-
fol. Vroedfch. N. 4. 1 Jan. 1581.
.■(#) Refol. Vroedfch. N. 4- 1 Sept. Ij8ï.
(p) Handv. hl. 110. [7Ä.]
(f) Refol. Vioedfch. N. 4. zg Aug. iftt.
Tc Stad
verkrygt
een Pri-
vilegie
op 't
verkie-
zen van
twee Pre-
lidenten
vanSche-
penen.
l?
bruiken (f). Vooraf, werdt den Ledenvan
Holland goedkeuring- afgevorderd van het
Verdrag, met den Hertoge van Anjou ge-
maakt. Doch de Vroedfchap van Amfter-
dam verklaarde daarop niet te können be-
fluiten, voor zy 't Verdrag en 't Renverfaal
beide gezien hadt (11). Sedert, werdt An-
jou, door die van Holland, ingehaald, on-
der de gemelde voorwaarden. Doch 't leedt
maar weinige maanden, toen hy zig toelei-
de op het bemagtigen van Antwerpen en
andere fterke Plaatfen in Brabant en Vlaan-
deren ; 't welk hem zo zeer in den gemee-
nen haat der algemeene Staaten bragt, dat
zy zig, door den Prinfe van Oranje , niet
dan met moeite, beweegen lieten , om we-
derom met hem in onderhandeling te tree-
den Qo). Te Amfterdam, verftondt men,
„ dat Van de Franfchen, die zig deNeder-
„ landen wilden onderwerpen, niets goeds
„ fcheen te wagten te zyn (•&)." Ook werde
de handeling met den Hertoge van Anjou»
door zynen onverwagtendood ,afgebroken-.,.#£
In den Herfft des ja.arsjt582, werdt, W^Vt
Willem
van der
Does
wordt tot
Schout
aange«
fteld.
d         -dy
pleegd op het verfterken van Muiden lt%^
(r) Refol. Vroedfch. N. 4. 11 Jany ijgi.                 r>
(s) Lyft der Regeer, voor de Handv. opie jaaren >'*
JS82, IJ8J , IJ84-
(t) Vaderl. Hift. VII. Deel, U. 444.
(u) Refol. Vroedfch. N. 4. 2« May 1582.
(?) Vaderl. Hift. VII. Deel, IL 472 enz.
(wj Refol. Vroedfch. N. 4- S Febr. rj»J.
-ocr page 455-
GE S cm I E D E NI S S E N.
X. Boek.
391
Naarden;door welke Steden , Holland, van
deeze zyde, en Amllerdam in 't byzonder
gedekt werdt. De Staaten van Holland had-
den deeze verfterking dienftig geoordeeld.
En de Stad befloot, de penningen, daartoe
vereifcht, op te neem en, mids haar daar-
tegen de middelen der twee Steden en van
gantfeh Gooiland in handen gefteld wer-
den (a;).
De Regeering der Stad begon, ten deezen
tyde of eerder, gebruik te maaken van de
geeflelyke gebouwen, die haar, by het Ver-
drag van Afftand der Voldoeninge, waren
overgegeven. Onder anderen werdt, in Au-
guftus deezes jaars ,vaftgefteld, de Vleefch-
hal van omtrent den Dam naar deS.Pieters
Kapelle in Gansoord, nu de Nes, over te
brengen (j).
In de Lente des jaars 1583, werdt, ter
algemeene Staatsvergaderinge te Middel-
burg , wederom gehandeld over het gewig-
tig punt van de opdragt der hooge Overheid
aan den Prinfe van Oranje, die nog niet in
orde gefchied was; en over eene nadere Unie
of Vereeniging tullchen de Geweften, die
zig tegen Spanje verbonden hadden. Am-
fterd am, gevorderd hebbende, het ontwerp
deezer nadere Unie te zien, befloot, federt,
zig, in dit opzigt, te zullen voegen naar 't
gevoelen der Staaten (z). Doch omtrent
het punt van de opdragt der hooge Over-
heid aan den Prinfe van Oranje ontftondt,
Van tyd tot tyd , meerder hapering. De
Vroedfchap van Amfterdam hadt, voor 't
grootfte gedeelte , reeds in 't vooiieeden
jaar, den eed aan den Prinfe, als hooge
Overheid, afgelegd (a). Doch eenigen had-
den zig, tot hiertoe, nog verontfchuldigd
Van het afleggen van deezen eed. Ook fcheen
de geneigdheid,om zig eenen nieuwen Op-
Perheer te verkiezen, in de plaats van den
afgezwooren Koning van Spanje, van tyd
tot tyd, te verminderen in Amllerdam. De
Stad, in Auguftus, te Middelburg befchree-
Ven zynde, om nader te handelen over 't
ttukderRegeeringe,befloot men, alleenlyk
J^ ftemmen, tot de aanftellinge van eenen
Gouverneur-Generaal, die zekere Raaden
nevens zig hebben zou (b). Doch wat laa-
Jfr > werdt geraaden gevonden, zig, op 't
ltuk der Regeeringe beide van de Unie en
Van Holland, te voegen met de algemeene
^ byzondere Staaten, behoudens het Ver-
lag op den Afftand van de Voldoeninge
Sernaakt (c). De Staaten van Holland neig-
den meeft om den Prinfe van Oranje de
1585.
hooge Overheid op te draagen, onder den
titel van Graaf. Zyne Doorlugdgheid hadt
verklaard, dat hy zig deezen titel gevallen
liet, en de Akte, waarby hem dezelve op-
gedraagen werdt, was reeds door de Ede-
len en Steden van Holland bezegeld. Doch
alzo verfcheide andere vereenigde Gewes-
ten zwaarigheid maakten, in't gene Hol-
land met den Prinfe handelde, en het zelve
aanmerkten, als aanloopende tegen de Unk,
ftelde men het overleveren deezer Akte,
van tyd tot tyd, uit. Zeeland ook, welk
van ouds met Holland onder eenen Fleer ge-
flaan hadt,was,tot hiertoe, nog niet geko-
men tot een befluit, om den Prins voor Graaf
aan te neemen, onder anderen, om dat men
aldaar bedugt was, dat zulks den Koophan-
del op Spanje, die tot nog toe oogluikende
gedoogd werdt, ftremmen mögt. Maar hetHetdraa-
draalen van Zeeland deedt ook Amfterdam >en van
agteruit loopen. 't Belang van den Koop-^.cf,and
handel hadt hier geenen minderen invloed ixerj^
op de befluiten der Vroedfchap. Men vrees-doet ooic
de dat de Koophandel op Spanje verlegd Amfter-
zou worden naar Zeeland, als men, in Hol- "\te
land, eenen anderen Heer aannam; terwylpe^>
men, in Zeeland, den Koning van Spanje
nog niet eens hadt afgezwooren. En deeze
vrees bragt te wege, dat Amfterdam en Gou-
da niet bewilligden in de overlevering der
Akte van de Opdragt der Graaflykheid aan
den Prinfe van Oranje, die, den zevenden
December deezes jaars, door de Edelenen
de overige Steden van Holland, in's Prinfen
flaapkamer in den Haage, gefchiedde (d).
Het ontwerp der voorwaarden, waarop men
den Prinfe de Graaflykheid wilde opdraa-
gen, werdt, federt, gezonden aan de Vroed-
fchappen der Steden,behalven aan die van
Amfterdam en Gouda; welke Steden, ioBezen-
Juny des jaars 1584, bezonden werden, door ding aan
de Staaten van Holland. Tc Amfterdam, de
Sud-
openden de Gemagtigden,zynde de Heeren I5S4-
van Mathenefle en van der Myle, nevens
nog een derden, van wege zyne Doorlugdg-
heid, hunnen laft in de Vroedfchap, op den
agtften; over den inhoud van welken,, den
volgenden dag , geraadpleegd werdt. De Rede van
Oud-Schepen enjongfte Vroedfchap, ^^oiSSS
nelis Pieterszoon Hooft
, deedt toen eene re- Pietärs'
de, ftrekkende om het verheffen van zyne zoon
Doorlugdgheid tot Graave te ontraaden,zo Hooft
lang 'er Zeeland niet in bewilligd hadt. Zy on, 's
is, federt, uit het handfehrift van den Hee- ^nfen
re Hooft,in'tlicht gegeven (O, en liep fingn«"
OP ontraa-
(d) Refol. Holl. U Sept. zS , *7, n OU i3 , ,4 Nov_ 6
Eee 3
S5
%
&.
Iv? ^e(bl- Vr°edfch. N. 4.
}y> Kc«rb. G. ƒ. Z4.,
p Sept. I582.
6 April,Z7 Ma-j 15 s 3 -
N.
ïedfgdö'n" Cen Sefchreeven Lyit der Naamen deezer ße
(b, Refol. Vtocdf-, „
10 Aug. 15S3.
12. OS. 1583.
-ocr page 456-
II. Deel.
AMSTERDAMS
392
„ Amfterdam,ondertuffchen, aleenigszins 1584*
,, neigen mögt tot deeze handelinge, moeft
„ dezelve, myns oordeels, wederhouden
„ worden, door het eerfle Lid der Unie van
„ 't jaar 1579,inhoudende, ^at ^e ^ro^in'
„ cien altoos vereenigd zouden blyven, als
„ of zy maar ééne Provincie waren. Maar
,, zulk een werk te beginnen, zonder de
,, andere Provinciën, zou ons doen voor-
„ komen als ligtvaardigen, die ons niet
„ langer hielden aan eeden en verbindte-
„ niflen, als 't ons goeddagt. Zulk verwyc
„ zou ons voor de fcheenen fpringen, zo
„ dra wy in nood kwamen : de Bondgenoo-
„ ten zouden ons,met reden, mistrouwen,
„ en bewoogen worden tot het inflaan van
„ wegen , die . beide voor hun en voor ons,
„ verderfelyk zouden können zyn. Holland
„ heeft voor deezen veel laft geleeden van
„ zyne nabuuren. 't Zou te bedugten ftaan,
„ dat zulke tyden eens zouden wederkomen;
„ wanneer het kwaad, gelyk men fpreekt,
zynen Meefler honen zou.
„ Doch zo men de Unie al klein wilde
„ agten in Holland; heeft men te beden-
„ ken, dat, zo men't werk zonder Zeeland
„ ondername, onze fchepen, onder eenig
„ andervoorwendfel,ligtelyk, zoudenaan-
„ gehouden worden in Spanje, daar 't volk
„ tot flaaven gemaakt, of anderszins vyan-
„ delyk gehandeld zou worden, waaruit
„ groote beroerte ontftaan moeft", in de
„ Waterlieden en ten platten Lande. En zo
„ de Spanjaard die van Zeeland nog eenen
„ tyd lang vry liet vaaren, zou zulks, ver-
„ moedelyk, met geen ander oogmerk ge-
„ fchieden,dan om, onder den fchyn eener
„ zagte behandelinge, nu en dan, een'on- I
„ zer Bondgenooten van ons af te trekken.
„ Zy, die ook, over dit werk, met eeni-
„ gen uit de Burgerye, gefproken hebben»
„ bevinden wel , hoe zwaar het veeleti
„ voorftaat; zelfs tot zo verre, dat veele
„ voornaame burgers liever vertrekken zul'
„ len, dan, op zulk een' voet,by ons bly*
„ ven: 't welk dan ook geene kleine op'
„ fpraak onder de fchamele gemeente vef'
„ oorzaaken zal. Ook agt ik, dat zyn^
„ Doorlugtigheid, zo hy zig, in den aafl'
„ vang des oorlogs, ook maar eenigszio5
„ hadt laaten verluiden, dat zyne meenin#
„ tot dit werk ftrekte, zeer weinig zou he^'
„ ben uitgeregt;en dat de Gemeenten,&e
„ hem nu alomme de Steden geopend he*
„ ben, daartoe niet zouden hebben vet'
„ ftaan. Maar men was toen bezig ^
„ het lieve pro Lege, Rege 6? Grege, [y"6.
,, de Wet, den Koning en bet Folk] en ö
„ vryheid van de Landen het volk voot
„ houden, zonder dat 'er, zo veel my b ^
1584. op deezen zin: „ Meermaalen heb ik, aan
„ zulken, die my geneigd fcheenen, om
„ zyne Doorlugtigheid te verheffen tot de
„ Graaflykheid van Holland, gevraagd, wat
„ voordeel zy zig daaruit beloofden voor
„ den Lande; zonder, desaangaande, eenig
licht te hebben können bekomen. Van
55
H toen af, begon my 't werk zwaarder voor
„ te ftaan, en meer en meer verdagt te wor-
„ den. 't Scheen my toe, dat de yveraars
„ voor 's Prinfen verheffing zulks minft
„ deeden uit eigen overtuiginge, meeftop
„ 't aandryven van anderen, die 'er, veel-
„ ligt, redenen voor hadden, welken zy
„ niet goedvonden te openbaaren. Wel,
„ heb ik den Heer van der Aa, op gifteren,
„ hooren bybrengen, dat de Prins zig zeer
„ bevlytigt tot voorftand van de Scheep-
„ vaart; dat ook de Gezanten, die inDee-
„ nemarke geweeft zyn, breed opgeeven
„ van de eer, diehun daar, ten aanzien van
„ zyne Doorlugtigheid, aangedaan is; doch
„ ik kan niet zien, wat voordeel zulks aan
„ den Lande geeft. Immers, hebbenwy,
„ terwyl wy onder 't gebied van den Prin-
„ fe geftaan hebben, het Laftgeld in de
„ Zont, welkte voor en afgefchaft was, we-
„ derom moeten betaalen. Zelfs is dit Laft-
„ geld, na't aanneemen van den Hertoge
3, van Anjou , nog wederom verhoogd ,
„ moetende wy nu een oord daalers betaa-
j, len van ieder laft,welk de Schepenvoe-
„ ren können; zo dat wy de eer, den Ge-
„ zanten aangedaan, duur genoeg hebben
„ moeten boeten. Ook heb ik de Heeren
3, Burgemeeftcren hooren aanmerken, dat
„ de vyand, in Vlaanderen, die van Gend
„ kleinmoedig zoekt te maaken, door hun
„ voor te houden ,dat zy zig niet verlaaten
„ können op Holland, welk in zig zelf
„ oneenig was, en zig met Amfterdam niet
„ verftaan kon, over 't verheffen van den
„ Prinfe tot de Graaflyke waardigheid : als
„ of zy zeggen wilden, dat deeze aanlei-
„ ding tot kleinmoedigheid zou weggeno-
„ men zyn, zo Amfterdam zig hierin voeg-
j, de met de andere Leden. Maar fchoon
„ de Stad, in dit opzigt, met de meefte
„ Leden verfchilt, blyft zy zo geneigd als
„ eenig Lid, om de Bondgenooten kragt-
„ daadiglyk by te ftaan ; zo dat die van
„ Gend geene reden altoos hebben können,
„ om zig, uit aanmerking van dit gefchil,
„ den moed te laaten beneemen. Of zo
„ 't Land magtiger zyn zou, als zyne Door-
j, lugtigheid Graaf was , 't welk my nog
„ niet blykt, moeft het den Gentenaaren
,, moed geeven, dat de meefte Leden van
„ Holland, zo men zegt, in ditftuk,reeds
„ van één gevoelen zyn. Zo de Raad van
-ocr page 457-
G-ESCHIEDENISSt: R
X Boek.
39:
kend is, eenig woord gerept werdt, om
zyne Doorlugtigheid Erf heer der Landen
te maaken. Ook is reeds, met het dry-
ven van dit werk, zo veel te wege ge-
bragt, dat men mistrouwen gekreegen
heeft op de Gemeente; die zig, met groot
gevaar, aan zyne_ Doorlugtigheid onder^
worpen, en fommige Steden, met verlies
van veele duizend perfoonen, tegen den
vyand befchermd heeft. Uit hoofde van
welk mistrouwen, wy een groot deel on-
zer middelen fpillen moeten, om ons te-
gen de Gemeente te verzekeren, die men,
veel eerder, tegen den gemeenen vyand,
behoorde aan te leggen. Immers,is de
Gemeente de getrouwfte Lyfwagt van
een' Vorft, die gunffc by zyne onderzaa-
ten heeft. Ook is zy 'er, in vroeger' tyd,
dikwils, door zyne Doorlugtigheid, toe
gebruikt: waarom my wel noodig dunkt,
dat op deeze zaak niet alleen de Kapitei*
nen en Luitenanten van de Schutteryen
en Wyken gehoord worden; maar ook
alle andere Burgers, en vooral het zee-
vaarend volk, welk den eerften aanftopt
te wagten heeft, en waarin onze meefte
fterkte beftaat.
„ Men zegt, 't is waar, dat de zaak te
ver gebragt is, omze nu te laaten ftee-
ken; waarvan ik niet veel zeggen kart,
als voor mynen tyd gefchied zynde.Doch
ik kan my niet genoeg verwonderen, over
de wyze, waarop, en de middelen, waap»
door, men 't werk zo ver gebragt heeft;
alzo ik, zelfs nu, na dat de zaak zo lang
op het tapyt gevveeft is, nog niet verneem,
wat voordeel voor'tLand daarin gelegen
zy, daar men te vooren nog minder van
zal hebben können zeggen. De Wet-
houderfchap, in deeze Stad en in andere
Steden, heeft nu al lang onder eenen an-
deren eed geflaan, dan de Gemeente.
Zou men zulk eene zorgelyke verfchei-
denheid, in deezen gevaarlyken tyd,ge-
doogd hebben, zo men kans gezien hadt,
om de Gemeente ligtelyk onder den zelf-
den eed te brengen? En zo men haar
deezen eed niet durft afvorderen; zal
*nen haar onder haaren ouden eed laaten
Roeten. Maar welk een grondflag de
dingen dan hebben können, in tyd van
n°od, daar de Gemeente, door welke de
>  dingen moeten uitgevoerd worden , en
>  zonder welke dezelve niet beftaan kon-
5 ^en, door eenen byzonderen eed, afge-
1 .^heiden is vande Wethouderfchap;geef
Jk elk te bedenken. Te waanen, dat de
' tSeente niet veel te a§ten is> en %"
l deeVv dwi"Sen zal zyn' om zi§ aan
verandering te onderwerpen, is,
„ myiis oordeels, verkeerde rekening ge- 1584.
„ maakt. Degunft en liefde der Gemeente
„ heeft onze zaak meeft bevorderd, en zo
„ vergebragt als zy tegenwoordigis.Doch
„ zo 't volk, 't welk God verhoeden wil,
„ eens wars werdt van de Regenten, zou
„ zy,is het te dugten, eenen kwaaden uit*
„ flag hebben. Heeft Alva, met zyn ge-
„ weldig Öderint dum metuant \Laat zy my
„ haaten, als zy my maar vreezeh]
de Landen
„ niet onder zyne magt können behouden;
„ ik vrees, dat wy daartoe nog zwakker
}, bevonden zullen worden ,;zo''t volk eens
„ eenen afkeer krygt.van dé Régenten. Myii
„ gevoelen is dan, dat ik-tot deeze zaak,
„ voorals nog, niet verftaankar),vooreerfi,
omdat ik er geen voordeeluit verwagt, .
ten anderen, orti dat my dé gemelde U-
„ nie daarvan wederhoudt, ten derden, om
„ dat die van Zeeland zyne Doorlugtigheid
„ nog niet voor hooge Overheid hebbén
„ aangenomen , en ons niet geraaden is,
„ ons van hün té fcheiden, m eindelyk en
„ vooral, om-dat men 'er de Gemeente nog
„ niet toe zal können brengen, zonder wel-
„ ke het wérk nogtans niet uit te voeren
„ is. Ik meen dan, dat men daarmede arf-
,, dere gelegenheid behoort af te wagten,
s) op hoop, dat j onze Böndgenooten, en
„ onze eigen Gemeente, beter tot de zaak
„ gezind zyndé, dezelve eendragtelyk by
„ der hand genomen, en met Gods hulpe
„ te beter uitgevoerd moge worden."
't Schynt, dat de redenen des Heeren Beflu;£
Hooft indruk maakten op de meefte Leden der
van de Vroedfchap; immers 't beflnit viel, Vroed-
„ dat men een dubbeld zou zoeken te be- fctiaP-
„ komen van de Capitulatie of voorwaar-
„ den van de opdragt der Graaflykheid ,
„ door de meefte Leden van Holland ont-
„ worpen, om te zien, of daarin ook iet
„ gevonden werdt, ftxydig met der Ste-
„ de geregtigheid; dat men, voorts, niet
„ komen zou tot goedkeuringe of tekeninr
„ ge , voor dat bleeke , dat Zeeland zo
„ ver met dit werk gekomen ware als Hol-
„ land; en zelfs nog dan niet, zonder 'er
„ de Schutteryen en andere voornaame bur-
„ gers op gehoord te hebben." Doch alzo
dit befluit heimelyk genomen werdt, is 'c
geen wonder, dat men 't niet te boek ge-
field heeft, in de Regifièrs der Vroedfchap.
't Verdient, onderuuTchen, elks opmer-Byzon_
king, dat de Secretaris, in 't uitbreiden van derheid
deeze Refolutie, goedvondt, teftellen „ dat in 't uit-
„ de Raad, verftaande, dat Holland nietbreiden
„ zonder Graaf zyn kon, gezind was, zyne JSji1
„ Doorlugtigheid tot die waardigheid te door dea
„ verhefFen:" 't welk geheel niet in 't be-Secreu-
flu c des Raad« begreepen geweeft was. Dochris-
na
-ocr page 458-
II. Dees.
AMSTERDAMS
394
de gemeente (/). Doch deeze handeling,
waarmede men het al ver fcheen gebragt te
hebben, liep , in het volgende jaar, vrug-
teloos af. De handeling met Engeland werdt
toen ernftiger voortgezet. Men befloot, ook
met bewilliging van Amfterdam, Koningin-
ne Elizabet de Opperheerfchappy aan te
bieden, of zo zy die van de hand wyzen
mögt, met haar, over het verleenen van
eenen bepaalden onderftand, te verdraagen:
tot welk laatfle alleen, Gouda geftemd hadt $
(m).
Ook weigerde de Koningin de Opper- pe ^
heerfchappy te aanvaarden, den Landen al- va" j
leenlyk eenen merkelyken onderftand in j^c
manfchap toeftaande, die, met Robert Dud- her-
lei, Graaf van Leiccfler, aan 't hoofd, tegen vi&!
't einde des jaars, herwaards kwam.
1584. na dat men omvraag gedaan hadt, of deeze
woorden in de uitbreiding der Refolutie
blyven zouden; verftonden de meeften van
ja. De Burgemeefters nogtans, en anderen,
die meeft voor de Opdragt der Graaflyk-
heid geyverd hadden, verklaarden uitdruk-
kelyk „ dat deeze woorden niet verbinden-
„ de waren, alsalleenlykftaande in'tvoor-
„ verhaal, en niets gemeens hebbende met
„ de daarop volgende Refolutie:"• 't <welck,
fchryft de Heer Kornelis Pieters-
zoon Hooft, myngoet gedacht heeft, al-
hier per memorie te teyckene?i, op avontuyre,
of men
, in toekomende tydt ydie woorden anders
wilde dryven
(ƒ).
•sPrinfeii ■' Te Gouda, werdt een djergelyk befluit
«lood genomen als te Amfterdam. De, Gemagtig-
ftremt de gen der Staaten deeden van 't een en 't an-
raaciplee-jgj. verflag. 0p den zesdenJuly, ter Verga-
opnfyne deringe van Holland, die nu te Delft,daar
verhef- de Prins zig ten deezen tyde bevondt, ge-
fing. houden werdt. Men handelde, den volgen-
den dag, nog over 't gewigtig onderwerp
(g): en 't is ten hoogfte waarfchynlyk, dat
men, zonder naar Zeeland te toeven, en
buiten bewilliging van Amfterdam en Gou-
da, tot de inhuldiging beflooten zou heb-
ben, zo 'sPrinfen onverwagte dood niet alle
raadpleegingen hadt afgefneeden. Men weet,
hoe zyne Doorlugtigheid, maar drie dagen
hierna, op den tienden July, moorddaadig-
lyk, van kant geholpen werdt. De Vroed-
fchap van Amfterdam befloot, op den elf-
den, Graaf Maurits, by voorraad,voor
den tyd van drie of vier maanden, te helpen
kiezen tot een hoofd der Regeeringe, mids
hem een Raad toegevoegd werdt (£);gelyk
federt gefchiedde. Amfterdam, niet bewil-
ligd hebbende in de Opdragt der Graaflyk-
heid aan wylen zyne Doorlugtigheid, kon
ook niet toeflaan, dat het wapen van Hol-
land, by zyne begraafeniffe, gedraagen werdt
(f): waarin ook Dordrecht, Gouda en Alk-
maar niet hadden können bewilligen (£).
Hande- De zwakheid der Vereenigde Staaten
ling met noodzaakte hen, federt, uit te zien naar uit-
Frankryk heemfche hulpe, en eerft met Frankryk,
eniand" en daarna meC Engeland, over de opdragt
der hooge heerfchappye, in onderhandeling
te treeden. Amfterdam befloot fchoorvoe-
Ondertuffbhen, hadden de Staaten van
Holland en Zeeland beflooten, Graaf Mau :$jt
rits aan te ftellen tot Gouverneur en Kapi-^,
tein - Generaal der twee Provinciën, op eene
Inftruclie, die, in de Vroedfchappen der
Steden, overwoogen was. Te Amfterdam,
hadt men op dezelve eenige aanmerkingen
gemaakt, onder anderen (trekkende tot
meerder verzekerdheid van de handhaaving
der Privilegien en geregtigheden vandeby-
zondere Steden (k),
             .                            .;
Amfterdam nam, federt de veranderingb$
des jaars 1578 , zo fterk toe in getal van d3^
ingezetenen, dat men, in de Lente deezes\^%
jaars, wederom befloot, de Stad aan devA-
weftzyde uit te leggen, of gelyk het ge-of1!'
noemd werdt, te verfterken, eerft van den'6"
Haarlemmerdyk tot aan de Jan Rooden-
Poort, of verder tot aan de Gafthuismolen
(0), daar nu de Gafthuismolenfteeg is; en
naderhand nog verder tót omtrent de Regu-
liers - poort (p ): de erven, die, in deeze Ver-
grooting, welke wy elders (q) nader be-
fchreeven hebben, werdenvergraaven, wer-
den allen, federt, volgens fchattinge van
myne Heeren van den Geregte, door de Stad
betaald. De overgebleeven erven, die niet
tot graften, burgwallen , ftraaten, lynbaa-
nen en andere Stads dienften werden ge-
fchikt, werden, in 't jaar 1589, door de
Stad, aan byzondere perfoonen uitgegeven,
die, voor de befte erven, tot twaalf gul-
dens zeven ftuivers, en voor deminften,
zeven en dertig en een halve ftuivers de roe-
tende tot de handeling met Frankryk, die
den meeften Kapkeinen en Luitenanten der de betaalden (r).
.6*
Schutteryen en Wyken, geweldiglyk, te-
genftondt; waarom het befluit tot dezelve
De Staaten der Vereenigde Geweften had
den»
zqrgvuldiglyk bedekt gehouden werdt voor
(l) Refol. Vroedfch. N. %. \6, 29, 30 Sept. 1,
OS. is«*- Hooft XXI. Boek, bl. 944.
(m) Refol. Holl. ig , zs Afr 1 May ijsj. il. tiU
»39, 145-
(n) Refol. Vroedfch. N. j. 19 Off. ijs;.
(e) Keurb. G. ƒ. 268.
lp) Refol. Vroedfch. N. $. 29 Ofl. ijgj.
(?) Zie I. Deel, II. Boek, bl. 42.
(r) Keutb. G. ƒ. 3j j ,m.
(f)   By BOR Aath. Stukken, II. Deel, bl. S7.
(g)   Refol. Holl. 5, 7 July, ÜH. tl. 3J7,3«I.
lb) Refol. Vroedfch. N. s. " Juh U8+.
(i) Refol. Vroedfch. -V. j. 30 July iJ8+.
\k) Refol. Holl. 2« July IJ84. W» •»♦•
-ocr page 459-
GESCHIEDENISSEN.
X. Boek.
395
^SSj. den,om de Spaanfche Nederlanden, daar ge-
®ver 't brek aan leeftogt was,te benaauwen.op't aan-
zie- houden vanGraave Mauritsen van den regee-
„ zou moeten Hellen op het vertrek der I58c
„ fchepen, volgens 't befluit van den agt-
„ ften, naar welk, de Staaten van Holland
„ den Convooimeefter, die hun alleen by
„ eede verpligtwas ,op zwaare ftraffe, be-
„ volen hadden zig te fchikken." Zy ver-
voegden zig, daarna, by de Gekommitteer-
de Raaden der Staaten, en verkreegen al-
daar nieuw bevel aan den Convooimeefter,
om de fchepen te laaten vertrekken. Voor-
af, hadt men de Regifters der algemeene
Staaten ingezien, en niet bevonden, dat zy
het gedaan verbod van uitvoer, op den Raad
van Regeeringe,begeerd hadden. Alleenlyk
ftondt daar aangetekend, dat Adolf van Meet-
kerke
, die in den Raad het woord, tegen
de afgevaardigden van Amfterdam, gevoerd
hadt, nevens eenigen zyner amptgenooten,
op den drie-entwintigften, over groot ge-
brek aan geld geklaagd, en den uitvoer van
eenig Zout uit den Lande, en van eenige
Lakenen naar Antwerpen voorgeflaagen
hadt; waarvan, zo men zeide, veel voor-
deels komen zou. Zelfs bleek, dat het ver-
bod, noch aan de Oorlogsfchepen op de
wagt leggende, noch aan eenigen Convooi-
meefter in Holland gedaan was, behalven
aan dien te Amfterdam: al't welke gegrond
vermoeden gaf van eenen toeleg, om den
handel van deeze Stad te drukken.
Terwyl de zaaken dus ftonden, onder- De Bur-
wonden zig de Burgerhopluiden van Utrecht, gerhop-
zonder hunne Wethouderfchap te kennen, ^de?r,
op een los gerügt, of arg aanbrengen van trecht
eenige uitheemfche onruftige geeften, denklaagen,'
algemeenen Staaten en den Raad van Staa-ter a'ge-
te, door eenige afgezondenen, den tienden f^°
November, aan te dienen „ dat hun ter vergade-
,, ooren gekomen was, hoe zeker Koopman, ringe,
„ Lid derRegeeringe van Amfterdam, zig over de
„ niet gefchaamd hadt, aan den Raad te ReSee-
„ verzoeken, dat aan die van Amfterdam, a^311
„ voor eenen korten tyd, mögt toegelaaten dam.21
„ worden, eenige fchepen uit te voeren:
„ hoe deeze Koopman, van den Raad aan
„ de algemeene Staaten geweezen zynde,
„ van deezen zeer fmaadelyk gefproken
„ hadt, vraagende, wiezy waren? en wat
zy te gebieden , of te verbieden badden ?
„ hoe hy, konnende by den Raad niets meer
„ verwerven , en willende de algemeene
„ Staaten zo verre niet kennen, dat hy hun
„ iet verzogt , ten laatften uitgefineeten
hadt, dat de fchepen nogtans vaaren zouden,
daar most van komen -wat bet wilde: gelyk
„ men ook verftondt, dat zy inderdaad ge-
„ zeild waren. Dat luiden van zulk eene
„ vermeteldheid de zwaarfte ftrar vanMa-
„ jefteitfchennis verdienden, als tragtende
„ den Staat ten val te brengen, door het
Fff
                                             „ bree*
i^ *?n renden Raad, den agtentwintigften Auguftus
voer "" deezes jaars, den uitvoer van allerlei mond-
jSt^aa- behoeften verbooden. Doch de Staaten van
vaa >. Holland, zwaarigheid vindende in de naar-
Amft!n koming van dit verbod, beflooten, den agt-
^m äfften September, het uitvoeren van allerlei
i
u.
^ngd waaren, naar Breemen en verder ooftwaards,
graanen, boter en kaas uitgenomen, toe te
laat en, mids de verzenders borg fielden,
dat de haring en't zout niet naar den vyand
zouden gevoerd worden. De Raad van Re-
geeringe kreeg, federt, ook laft van de al-
gemeene Staaten, om eenige vrybuiters aan
te neemen, die den toevoer naar 's vyands
landen beletten, en de Lorrendraaijers, zo
noemde men zulken, die iet ter fluik der-
waards bragten, aanhaalen zouden. Doch
Dordrecht, daar men, by gebrek van vaart
langs de ftroomen opwaards, zonder nee-
ring zat; terwyl Amfterdam en andere zee-
lieden een groot gedeelte haarer vaarte be-
hielden, drong, eerlang, fterk op een alge-
meen verbod in Holland. De Staaten der
Provincie werden dan, tegen den zevenen-
twintigften voor den middag, op verbeurte
der ftemme, ter Dagvaart befchreeven. Am-
fterdam zondt een' Burgemeefter en vier
Raaden naar den Haage. Doch terwyl zy
uit waren, kwam'er bevel van Graave Mau-
rits en den Raad van Regeeringe, aan den
Convooimeefter te Amfterdam, omgeener-
lei eetwaaren te laaten uitvoeren. De Re-
gèering der Stad, daar eene groote menigte
van belaaden fchepen zeilreedelag,fchreef
hierop aan haare Afgevaardigden, dat zy
allen vlyt by Graave Maurits en den Raad
hadden aan te wenden, om dit verbod, als
ftrydig met het befluit van den agtften, te
doen intrekken. Zy vertoonden ook „ dat
3, het ophouden der fchepen, dieveelege-
» oorlofde waaren inhadden, en voor den
„ winter graanen uit de Ooftzee herwaards
s> te rug voeren moeften, de Landen niet
») alleen in onmin brengen zou met den
3> Koning van Deenemarke en andere Mo-
J' gendheden ; maar daarenboven groote
M duurte veroorzaak en." Doch men ant-
woordde hun „ dat de zaak van de alge-
s> meene Staaten afhing, ter welker begeer-
»> te, het fchryven aan den Convooimeefter
>> gefchied was." De Amfterdammers her-
kamen „ dat het fchryven enkelyk uit den
55 naai« des Raads fprak, weshalve, zy zig
^]saan niemant anders rigten konden." En
Sr!,1?60 iim eêter wees aan de algemeene
7S?r voesden zy 'er bdat de Re-
I StIi? Ainfterdam dan zelve orde
-ocr page 460-
396                AMSTERDAMS              II. Deel.
1585. breeken van den band van vereeniginge,  fteller van hét Vertoog, waarby die van i5°5-
„ in 't vertreeden van de agtbaarheid des
  Amfterdam zo zwaarlyk befchuldigd wer-
Raads van Regeeringe en der algemeene
  den. Ook was hy aan 't hoofd der overle-
" Staaten; tot handhaavinge van welke, zy,
  veraaren van het zelve geweeft Qzü). Doch
", Hopluiden, hunnen ootmoedigen dienft
  de Wethouderfchap van Utrecht liet de Bor-
en de middelen van alle vroome ingeze-
   gerhopluiden verantwoorden, 't gene zy,
" tenen, zo der Stad als des Lands van U-
   zonder haar te kennen, begonnen hadden:
" trecht, aanbooden: voorts verzoekende,
   en deezen vervoegden zig aan de Burger-
dat men, om de herwaardskomft des
  hopluiden van Amfterdam, met welken zy,
Graaven van Leicefler te verhaaften,
  op dit ftuk, eenige brieven wiffelden,die,
zonde of fchreeve aan de Koninginne van
  fchoon de Amfterdamfchen hunne Overheid
Engeland, en het befluit tegen het uit-
  verdedigden , nogtans befcheidelyk inge-
" voeren van goederen fliptelyk deede ag-
   fteld waren, en onderlinge nodigingen tot
" tervolgen, ook de Paspoorten affchaffen-
  vriendfchap en eendragt behelsden. Hier-
de, waarmede de vyand zig behielp, om
  toe werden partyen ook vermaand, by fchry-
\ tuffchen Antwerpen en deeze Landen o-
  vens van Graave Maurits en den Raad van
', ver en weder te gaan, en tot bederf van
  Regeeringe (#). De twift, die gefchaapen
„ dezelvenheimelykverftandteftigten(j)."
  fcheen gevaarlyke gevolgen te zullen heb-
Ant- f)e algemeene Staaten en de Raad van Re-,
  ben, liep dan niethooger. Midlerwyl, bleef
woord geennge, bezeffende, dat de goede Staat-
  het befluit der algemeene Staaten van den
geven6 kunde het pryzen van zulk eene bezending
  agtentwintigften Auguftus, zo ver het aan-
niet gedoogde, en van de anderezydeook,
  liep tegen het befluit der Staaten van Hol-
ten deezen tyde, en om redenen, die hen
  land van den agtften September, opgefchort.
zelven betroffen, het béftraffen derzelve on-
  Ook hadden die van Amfterdam, in hunne
dienftig vindende, antwoordden zagtelyk,
  verdediging, aangemerkt, dat het, door
„ dat zy de vertooners bedankten voor hun-
  een klein getal van Perfoonen, zonder 1 aft
„ nen yver tot het gemeene welzyn, en
  der Provinciën, genomen was. Doch de
„ hun Vertoog, fchoon zy 't wel behoord
  Vaart naar alle de Landen,onder 't gebied
„ hadden aan hunne Wethouderfchap, of
  des Konings van Spanje behoof ende, werdt,
„ aan de Staaten 's Lands van Utrecht te
  ter oorzaake van het aanhouden der Hol-
„ rigten, in 't goede namen; gelyk by de
  landfche en Zeeuwfchefchepen, uitdrukke-
„ orde, reeds gefteld, of nog te ftellen,tot
  lyk verbooden (y).
„ elks billyk genoegen, bevonden zouwor- De Graaf van Leicefter, die omtrent het Gt°°l
„ den (*)•"
                                               einde des jaars hier te Lande aankwam, g^9'
Die-fan Maar de Wethouderfchap van Amfter-
  werdt, in't begin des jaars 1586, tot al-de%",(
^ ,e"r- ^am, ZIzeer beledigd agtende door de
   gemeenen Landvoogd der VereenigdePro-^ei^
antwoor-Burgerhopluiden van Utrecht,fchreef, des-
  vincien aangefteld, en verkreeg groot ge-0p •
den zig. .wege, ernftelyk, aan de Regeeringe dier
  zag beide in zaaken van oorloge enRegee d
Stad, en aan de algemeene Staaten. Ook
  ringe, waarin Amfterdam egter niet bewil- I:)
leverde zy een fcherp gefchrift ter haarer
  ligdhadt, dan met voorbehoudenis van de
verdediging over in de Vergadering van
  Privilegien der Provinciën en Steden (2).
Holland (a), waarin, onder anderen, ge-
  Doch de Vroedfchap zou, voor den tyd
zeid werdt „ dat de woorden, gefproken
  van zes maanden, de beflifling der gefchil-
„ in den Raad van Regeeringe, valfchelyk
  len onder de Provinciën of Steden aan hem
„ verdraaid waren, en dat men, op ftaan-
  hebben willen verblyven (a): fchoon Hol-
„ de voet, middelen ter hand flaan moeft,
   land bedong, dat de gefchillen over't ftuk
„ om zulke wargeeften, opruijers der Bur-
  der belaftingen,in Holland en Zeeland ont-
„ gerhopluiden, te beteugelen (V)." Men
  ftaande, door Prinfe Maurits en eenigen uic
hadt, met dit fchryven, in 't byzonder, het
   den Hoogen en Provinciaalen Raade, zou-
oog op Henrik dgileus, die van's Hertogen-
   den worden afgedaan (^).Terftond hierna,
bofch herkomftig was, en zig te Utrecht
  deedt de Graaf van Leicefter een' keer doof
nedergezet hadt, daar de Graaf van Lei-
   de voornaamfte Steden van Holland: in alle
cefter, voor wiens gezag hy altoos zeer ge-
  welken, hem, van der Steden wege, veres-
yverd heeft, hem, in 't volgende jaar, tot
  ringen of eerbewyzengedaan werden,gelyk
Prokureur-Generaal van den Hove aanftel-
                                                          ook
de. Men hieldt deezen man voor den op- („) Ref0i. vroedfd.. n. <. iz nu. iSis.
(x) Zie BQR XX. Btek , */. 7* » 79 , «o , g+. [«;ƒ >
6j«, 657, 6«i]
(i) Zie BOR XX. Smk, hl. 7«. [«**•]
                                     (y) HOOÏT XXIII. Boek, tl. io;x , 1033, to}+.
(t) Zie BOR XX. Beek, tl. 77- [«5? ]                                     (z) Refoi. Vtoedfch. N. j. i9 , Dec. ijgj.
(u) Refol. Vroeclfch. N. 5. ïs , i4 Nov. iJgJ#                        (s) Refol. Vroedfch. N. j. 4 Jan. 158«.
(v) Zie BOR XX. Btek, H. 77,jo. [«JJ, «j4, tsi-V lk) &u Vadert. Hift. VIII. Detl, H, 114«
-ocr page 461-
GESCHIEDENISSEN.
X. Boek.
397
*586.
J-w
ft A'n-
der Burgerhopluiden, die, in 't volgende 1586.
jaar, Schepen werdt, veele jaaren Kolonel len te
derBurgerye, en ook GemagtigdetenRaade worden,
der Admiraliteit geweefl is. Hooft was een
man.lang van lighaam, zwaar van leden, fnee-
dig van geefl, kloek van moed, ernflig van
taal, ontzaglyk van wezen. Hy hadt eenige
fraai verfierde fchuiten, vol jonge manfehap,
gelezen uit de Schutteryen, by zig, met
welken hy, onder fchyn van den Graaf te
eeren, het jagt, welk hem voerde, omfin-
gelde, en van de overige Engelfchen van
zyn gevolg affneedt, om dus zyn' perfoon,
zo hy iet- args in den zin hebben mögt, al-
toos in zyn geweld te hebben. Een gedeelte
deezer jongelingen bleef altoos omtrent den
Graave, hem, beurtelings, by dage, en by
nagte, wanneer zy toortfen by zig hadden,
kwanswys tot lyfwagt dienende. En kon
hy zulk eene eer niet gevoeglyk van de hand
wyzen, zonder gegrond vermoeden te ver-
wekken , dat hy der Stede iet euvels brouw-
de. Ook fchynt de argwaan, dien men op
hem hadt, zyner opmerkinge niet ontflipt,
en dit de reden geweefl te zyn, dat hy zig,
tegens de zynen, doch zo, dat het van eenen
der omftaanderen, die Italiaanfch verflondt,
gehoord werdt, ontvallen liet: Quefii Signa-
ri mi f anno molt e carezze; ma non viene d'a-
nimo:
dat is : Deeze Heeren toonen my veel
beleefdheids
, maar 't komt niet uit het hert.
Hy hadt het gewezen S. Cecilien-Kloofler,
welk toen reeds het Prinfenhof genaamd
werdt, tot zyne herberg; doch men ont-Leicefrer
haalde hem op 't Stadhuis met een avond- wordt op
maal, zo koflelyk , dat het Suikerbanket'c ^tad"
L        1               i-          1             „«„         huisont-
van het zelve, tot dien tyd toe, geen we- haald_
dergade gehad hadt te Amflerdam. De
Engelfchen van 's Graaven gevolg haalden
zig nogtans de ongunfl der zuinige Anifler-
damfche burgerye op den hals, doordien
zy, of uit brooddronkenheid, of uit ver-
fmaading van 't gene hun voorgezet was,
veel fuikergebaks, ten venfleren uit, op
den Dam, in 't flyk wierpen. De tafels
waren gefield in een vertrek, hetZegelhuis
genaamd , om dat men aldaar de lakens
plagt te looden. Men hadt Leicefler ge-
plaatfl tegen over eene hangkamer, die,
tot op de halve verdieping van 't vertrek,
met hout befchooten ; doch met tapyten
behangen was. Agter deezen lagen, zo
verhaald wordt, een goed getal Schutters
met hun geweer , gereed om, zo er jet
kwaads aangevangen werdt, op hem los te
branden, en de vlam des onraads te blus-
fchen met zyn bloed. Doch de Kegeenng
en Burgery raakten, ten deezen tyde, vry
met de vrees (£> Leicefler, t zy hy de
ge-
(i) hooit XXVI. B«tk,H. IIS» , nS».
Fff 2
ook te Amflerdam gefchiedde(V),daarhy,
den agttienden Maart, te fchepe, aankwam
(d). De Regeering was hier, reeds eenige
week en te vooren, van zyne aanftaande ko m-
fte verwittigd geweefl, en hadt de vereifch-
te orde gefield, om hem flaatelyk in te
haaien, en hem en zynen ftoet behoorlyke
herberge te bezorgen. Het water, van de
Plaatfe of Dam af, tot aan de oude Brugge,
daar, in de tegenwoordigeHalfvaflens markt,
veele kraamen plagten te flaan, werdt op-
geruimd , en de kraamen, in dubbele ryen ,
gefield op den Nieuwe-zy ds-Voorburgwal,
aan de weflzyde van de nieuwe Kerke en't
Kerkhof, van de Molenbrugge tot aan de
Kerks brugge, en voorts zuidwaards tot aan
de Gaflhuisfluis, daar zy egter maar enkel
liaan moeflen. By 't inkomen van den Graa-
ve, mögt niemant, behalve de Schuttery,
die hem inhaalde,zigbuitenzynenfloep be-
geeven. Voorts, was 'er ook orde gefield
op den prys van eenige eetwaaren, en fchik-
king gemaakt, om hem, 's avonds nazyne
aankomfl, door het affleeken van eenige
vuurwerken, te vereeren (e).
Doch fommigen hebben aangetekend,
dat die van Amflerdam Leicefler, reeds ten
deezen tyde, van eenigen flinkfchen toeleg
op hunne Stad verdagt hielden, en daarom,
uaidden onder de eerbewyzingen , die zy
hem aandeeden, op hunne hoede waren,
om niet overrompeld te worden. Zy hadden
aan Don Jan van Ooflenryk en aan den
Hertoge van Anjou geleerd , hoe noode
groote Heeren zig genoegen laaten aan een
bepaald bewind, en hoe ligtelyk zy gewel-
dige middelen ter hand flaan, tot het beko-
men van uitgebreider gezag. Leicefler zelf
hadt hun ook reden tot argwaan gegeven.
Hy hadt, zelfs toen hy nog in Engeland was,
fchriftelyk, gevorderd, dat de uitvoer van
levensmiddelen, ten minfle tot op zyne
overkomfl toe, verbooden bleeve (ƒ), 't
welk die van Amflerdam met dan onaange-
naam kon zyn. De beweeging , hierover
°ntfla;,n, onder de Burgerhopluiden te U-
trecht, was, inzonderheid, verwekt door
**? voornaamfle vrienden van Leicefler, die,
^ndelyk , kort voor zyne komfl hier ter
**ede, begeerd hadt, dat de twee vendelen
Jjtads foldaaten werden afgedankt (g); 't
^elk niet wel nalaaten kon, den argwaan,
rj§en hem opgevat, te doen toeneemen.
y0e 't zy, de Graaf, van Haarlem, over't
»tot voor den boom gekomen, werdt ver-
domd door Jan Komeliszoon Uopft, een
(Z K^°'- Vroedfch. N. s. 2i 7an- *!"'
<e> Keur(l ~- /• »73 ""■ƒ»■
en
\ f .
"iet
•v.
274.
Zit ]<n~' '• i71 > *'/*» »"i -/f
Rtfol vXX- Boek> bL 7S- [6S11
^oeiiich, A'. i. % M**'t 158«.
-ocr page 462-
IJ. Deel,
AMSTERDAMS
398
Só.
gelegenheid nog niet ryp oordeelde, om zo
vroeg reeds te doen zien wat hy in den
fchild voerde; 't zy hy befpeurde, dat de
Amfterdammers te wel op hunne hoede wa-
ren , vertrok, na weinige dagen verloops,
uit Amfterdam, zonder iet tegen de Stad
te onderneemen. Zelfs verleende hy, voor
zyn vertrek, Burgemeefteren, op hun ver-
zoek , den eenentwintigden Maart, O&roi,
om de erven, die men, tot de voorgenomen
verftcrking der Stede, van den Haarlem-
merdyk af tot den Amfteldyk toe, noodig
zou hebben, volgens de fchatting van Sche-
penen , te mogen naar zig neemen (ï).
Maar 't leedt maar weinige dagen, toen
'er,op Leicefters naam, een Plakaat op de
Zeevaart in 't licht kwam , waar by alle
handel met den Spanjaard, niet flegts aan
ingezetenen der Vereenigde Geweften, maar
zelfs aan alle anderen, fhrengelyk verboo-
den werdt, op verbeurte van fchepen en
goederen niet alleen; maar daarenboven,
voor ingezetenen, die deezen handel dree-
ven of begimftigden, onder bedreiging van
zwaare ftraffen. Te Amfterdam,zag men
vreemd op van zulk een Plakaat, welk,zo
't uitgevoerd werdt, de Landen, en deeze
Stad in 't byzonder in onmin helpen moeft
met de Noordfche en Oofterfche Mogend-
heden en Steden, waaruit het bederf van
eenen voornaamen tak des Amfterdamfchen
Koophandels te wagten was. 't Plakaat was
den vierden April getekend (£) : en Am-
fterdam zelf zag, ten deezen tyde, Leices-
ter nog zo zeer naar de oogen, dat de
Vroedfchap hier ter Stede, kort hierna,
gereedelyk bewilligde, in eene Wedde van
zeventig- oftagtigduizend ponden, die men
zyner Doorlugtigheid, van wege de Staaten,
dagt toe te leggen (/). Wat laater, keur-
de zy ook eene Kerkordening goed, die in
een Synode in den Haage opgefteld , en
door Leicefter beveiligd was , alleenlyk be-
dingende „ dat de Stad bleeve by haar Pri-
„ vilegie, omtrent het ftellen van School-
„ meeffceren, en by haare andere geregtig-
„ heden, die, federt het invoeren der Her-
„ vorminge, in gebruik geraakt waren (m)."
Doch deeze toegeevendheid hieldt op, toen
men vernam, dat de Graaf Perfoonen hadt
aangefteld, met magt om der Koopluiden
boeken op te eifchen, en daaruit naar te
. fpooren, of zy ook eenigen handel gedree-
ven hadden, ftrydig met het Plakaat. Uit
de raadpleegingen, die terdeezer gelegen-
heid vielen in de Vroedfchap, bleek klaar-
1586.
lyk, dat men'hier geene gezindheid altoos -o
hadt, om zulk eene nieuwigheid te gedoo-
gen (»). De-Staaten van Holland zelven
bragten, eerlang, zo veele bezwaarniffeii
in tegen Leicefter, dat hy, 't hoofd vol
hebbende van de moeilykheden zyns be-
winds ,in November, een' keer naar Enge-
land deedt, de Regeering, in zyn afzyn,
den Raad van Staate aanbevolen laatende,.
die, naauwlyks twee maanden na zyn ver-t „j^uat
trek, het fcherp Plakaat op de Zeevaarty0t&ia'
wederom introk , en andere fchikkingen ffetioK'
maakte, tot herftelling van verfcheide ge- k^'w
breken in 't ftuk der Regeeringe (o).
           ,A5 £
Hy ver-
kent een
Oftroi
aan de
Stad.
Zyn
ftreng
Plakaat
op de
Zeevaart
komt in
't licht.
OndertuiTchen, leedt het platteland, met D
geil
naame Amftelland.veel overlaft van eenene
hoop Engelfche Ruiters, die in 'tStigt la-1^(t^
gen, en hunne foldy, die zy van deKonin [^ J'
ginne vorderen moeften , uit den Haage
dreigden te haaien;waarom zy Holland aan
veele oorden afliepen (p). 't Overgaan van
Deventer en de Schans over Zutfen, die
beide door Engelfche Overften aan den
Spanjaard.verraaden waren, hier by ko-
mende, vermeerderde het misnoegen tegen
deezen Landaart zo zeer, dat Leicefter, in m
July herwaards gekeerd , geene kans zag om In2']/
het weg te neemen, zonder af te ftaan van v^r<
zyn oogmerk , om zig van de volftrekte
heerfchappy te verzekeren, waarop hy zeer
gezet bleef. Onder anderen, dagt hy zig,
door lift of geweld, meefter te maaken van
de groote Steden van Holland, met naame
van Amfterdam: waarna hy de Vergadering
der Staaten van Holland, die hem meeft
tegenftreefde, onder de knie dagt te zullen
Tot beteugeling deezer Stede ,' J/;,{
hadt hy, al voor zyn vertrek naar Enge- jjA
land, het Slot te Muiden gefield in de be-'t^
waaring van den Overfte Joan Bax, die Sy'
fchriftelyken laft hadt, het zelve om hoogf^,
noch om laag te ruimen: den inhoud van
welken laft, hy fchynt uitgedrukt te hebben»
met dit versje :
Zie dat gy wel bewaart
Den toom van
'f groote paard.
Waarin, het groote paard Amfterdam, efl
de toom van het zelve het Muider-Slot bete-
kende. Doch de Regeering van Amfterdaiö
hadt, terwyl Leicefter in Engeland was*
moeite noch koften gefpaard, om Bax v3#
't Slot te krygen; 't welk eindelyk gelu^
was : waarna zy het met eenigen haarer yf
knegten hadtdoen bezetten (3). Maar ^
(n) Refol. Vroedfch. TV. j. 20 Se»t. ijs«.
(0)  Vaderl. Hift. VIII. Deel, bl. 200 enz.
(p)
Hooft XXV. Boek, l>l. uu.
(1)  Hooft XXV. Beek, bl, n+o.
Hy (lelt
Geraag-
tigden
om der
Kooplui-
den boe
ken te
onder-
zoeken.
(!) Handv. il. \. [sol-
(k) Hooft XXIII Boekt *'• 104S , 1049.
(/) Rcfol. Vroedfch'. N. 5- 27 May 15S6.
(m) Kefcl. Vroedfch. N. y, 11 stuS, iSn,
-ocr page 463-
X. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
399
was 'er, fchreef zy, een gerügt geweeft in x&7
de Stad, dat de Koningin in onderhandeling
over vrede getreden was met den Koning
van Spanje, waaraan men egter geen geloof
kon liaan (|). Doch Leicefter, die van fom-
mige Provinciën en Steden antwoord ont-
ving, behelzende beloften om zyn gezag te
willen verbreeden, en zig in 't punt derbe-.
laftingen te willen voegen naar zyn welge-
vallen , fchepte luttel behaagen in het ant-
woord van Amfterdam. Men houdt voor
zeker, dat hy hierom voornam, eene onge-
woone verandering te maaken in de Regee-
ring der Stad, gelyk hy, kort hierna, te U-
trecht deedt: en 't zal niet ondienftig zyn,
hier, beknoptelyk, aan te tekenen, hoe de
toeleg afliep.
De meefte Predikanten te Amfterdam ,Eeniee
die Leicefter zeer naar de oogen zagen, en Amfter-
zeer van hem gevleid werden, fchroomden, damfche
ten deezen tyde, niet, de Regenten, en zul-Predi"
ken inzonderheid , die dagelyks de Das-- ^an,ten
vaart der Staaten by woonden, en daar be- Burge-
fluiten hielpen neemen, die den Graave niet'-meefte-
aanftonden, door te ftryken van den pre-ren door
dikftoel, als ging hun de welftand van Land predik"
en Kerke niet ter herte naar behooren ; ftoel'.
fchoon de tegenwoordige Burgemeefleren ,
Kornelis Floriszoon van Teilingen , Egbert
Roelofszoon, Piet er Boom Korneliszooii,
en Jan-
Klaas Boelenszoon,
allen vier mannen wa-
ren, die om 's Lands vryheid inballingfchap
gezworven hadden, en naar welken, om
deeze reden, geen omzien behoorde te zyn.
Ondertuffchen , beftondt men deezen, in
openbaare predikatien, haatelyk af te maa-
ien , met zulke kenbaare trekken, als of
menze, met den vinger, aangeweezen hadt.
Die hierin 't meefl yverden waren buiten
Holland gebooren, en luiden, van welken
Martinus Lydius, ProfelTor der Godgeleerd-
heid te Franiker, ten deezen tyde, zeide:
Ifti homines perdiderunt nobis Flandriam £ƒ
Brabantiam, & nifi prudens Magiftratus pro-
viderit
, perdent nobis etiam Hollandiam &
Zeelandiam:
dat is, Deeze luiden hebben ons
Vlaanderen en Brabant,
welke Provinciën,
onlangs, aan den Spanjaard overgegaan wa-
ren, <fo«i verliezenden zy zullen ons ook Hol-
land en Zeeland doen kwytraaken
, zo 'er de
ivyze Overheid geene zorg voor draage (u).
By De Inge-
deezen yver eeniger Predikanten, kwam ook, niear
dat zig, omtrent den aanvang van Oftobei■, Gjjm-
terwyl LeicefterteUtrecht heimelyke fchik-ko]nt ^
kingen maakte, tot de verandering der Re- Amfter-
geeringe, die hy aldaar in den zin hadt, dam.
hier te Stede, vervoegde Fredrik Gianibel-
K
(t) Refb!. Vróedfch. N. s- *• *?'.. »5«7.
(u) Aantek. des Heeren C. P. HOOÏT By BaAN3T x.
Deel, BI. 72+-
                                                    *
Fff 3
?<7, Leicefters te rugkomft, ontdekte menhaaft
ï!^g zo veel van zyne oogmerken, dat Amfter-
i^ Jer dam in geduurige vrees was voor zorgelyke
e' beroerte, 't Zaad van tweedragt werdt daar
dagclyks gezaaid, en allerlei lafterverfpreid
tegen de Wethouderfchap. In Auguftus,
werdt, ter deezer gelegenheid, by den Raad
beflooten, dat Burgemeefteren de Kapiteinen
oer foldaaten, en de Kapiteinen en Luitenan-
ten der Schutteryen by zig ontbieden zou-
den , en hun den eed te binnen brengen,
waardoor zy aan de Wethouderfchap der
Stede verpligt waren : den Overften der
Schutteryen in 't byzonder vermaanende tot
het weeren van allerlei onderneemingen,
ten nadeele van 't Land of de Stad, en hun,
met de minfte kwetfingevan zyneDoorlug-
tigheid, eenige zaaken openbaarende,wel-
ken , tot nog toe, geheim gehouden waren
(r). Wyders, vondt men geraaden, tot be-
fcherminge van 't Stadhuis, eenige metaa-
len (tukken voor het zelve te plaatfen. Ook
deedt men een gefchilderd bord hegten aan
het onderfte der Stadhuispuije, daar men,
in laater' tyd,de Stads Wiffelbank plagt te
houden, waarop te leezen ftondt:
Oft 'er verraadt, oft oproer quaadt fixier de
vernoomen;
Men zal, tot baat
, gefehlt opßraat, hier
uit doen koomen (/).
1)6 H*
In deezenftand der dingen, ontving men,
te Amfterdam , eenen rondgaanden Brief,
dien Leicefter, in September, aan de by-
zondere Provinciën en Steden afgezonden
hadt, verzeld van een Vertoog, welk hy,
ter zyner verdediging, aan de algemeene
Staaten hadt overgeleverd. In deezen brief
ontkende hy, onder anderen, eenig voor-
nemen te hebben, om de Landen onder
den Spanjaard te brengen, gelyk hy zeide,
dat hem naargegeven weidt. In 't Vertoog
en den brief beide , werdt, wyders, ge-
daagd van Vredehandeling met de Spaan-
tehen, van 't gezag zyner Doorlugtigheid,
en van't punt der belaflingen. Doch de Re-
dering van Amfterdam vondt, in haar ant-
woord op dezen brief, welk den zesentwin-
llgften September gedagtekend was , niet
geraaden, op deeze drie punten, welken
zy verftondt tot de Vergadering der alge-
mene Staaten te behooren, te antwoorden.
^an het uitftrooifel ten lafte van Leicefter,
, e§ens eenen toeleg om de Landen onder
ZA?n .SPanJaard. te herbrengen, verklaarde
y niets vernomen te hebben. Alleenlyk
00ïT XXVt. Buk., BI. ns.6.
't**
-ocr page 464-
II. Deel.
AMSTERDAMS
400
welkomd, in't Latyn, door den Prefident- l$l'
Schepen, Jan Korneliszoon Verhee, man van1
bekoorlyk vernuft , en toen aangefpoord
door naaryver, die de aanfpraak te hooger
deedt ryzen. Want de Oud Burgemeefter
Maarten Kofter, een lieveling van Leices-
ter , aangezogt tot het doen der aanfpraa-
ke, hadt zulks, zo getuigd wordt, uit kry-
gelheid , en om dat men zyn hoofd niet
volgde, geweigerd, waanende dat niemant
dan hy in ftaat was, om de eer der Stad te
bewaaren: waarna Verhee 't werk op zig
genomen hadt, welk hy treffelyk uitvoerde.
De Landvoogd, treedende door deKalver-
ftraat, by 't licht der lantaarnen, die ten
allen huizen uithingen, werdt wederom , ge-
lyk in 't voorleeden jaar, in 't Prinfenhof ge-
herbergd. Tegen over de poort van dit ge-
bouw , in de Prinfenhoffteeg, hadt Bur-
gemeefter Maarten Kofter, die in deDoe-
leftraat woonde, eene agterdeur; waaruit,
volgens 't berigt van eenen, gelaft om agt
op zyn bedryf te geeven, een man van zy-
ne geftalte, met eenen tabbaard bekleed,
des nagts , ten Hove indoop , eene wyl
daarna wederkeerende. Doch wat hy daar
verrigt hebbe, is altoos verborgen geblee- .
ven. Des anderendaags , hadt Leicefter ißr
den gantfehen Krygsraad, uit Kolonellen,h°"V
Kapiteinen en Luitenanten derBurgerye be d%
ftaande, ter middagmaaltyd genodigd, met JLi>s'
oogmerk, naar 't fchynt> om deezen te be-^ij,
leezen tot bevordering zyner oogmerken. 0^
Ook was de brief, door hem, in 't begin
van September, henvaards gezonden, on-
der anderen aan hun gerigt geweeft , en
hun, door de Wethouderfchap, met welke
zy eensgezind genoeg bleeven , medege-
deeld. Maar om 't gezag der tegenwoor-
dige Regeeringe te fnuiken, hadt men, in
eene Stad, daar eene kleine en afhangke-
lyke bezetting lag, de magt der gewapen- ^
de Burgerye noodig. Daniel de Burggraaf,^/
Leicefters Secretaris , een Vlaaming van ^
geringe afkomft, doch kloek verftand , be-^
ftaat dan, onder de maaltyd, en na't om-
gaan van eenen ftyven dronk, den Burger-
Krygsraad wel niet duidelyk te vergen;
maar genoegzaam in den mond tb geeven,
dat men van deszelfs zyde eenen voorflag
verwagtte, om deBurgemeefteren in verze-
kering te willen neemen, gelyk de Luite-
tenant, Bartholt Kromhout, die hier zelf te«
genwoordig was, naderhand , aan Henrik
Laurenszoon Spiegel,
en deeze aan den His*
toriefchryver Hooft, wien wy hier vol'
gen, verhaald heeft. Om den Krygsraad
zulk een befluit te doen neemen, verzuim'
de men niet , de tegenwoordige Regee'
ring der Stad ten fhoodften af te maaien-
Doel*
1587. /i, Ingenieur der Koninginne van Engeland,
wiens aankomft te meer omzien verwekte,
om dat men der Wethouderfchap, kort te
vooren, hadt aangebragt, dat Leicefter zig
van de Kerke, zo noemden zyne vertrouwd-
fte aanhangers deeze Stad,dagt meefterte
rnaaken. Gianibelli, die zyne herberg nam
in de Warmoesftraat, daar Rochel uithing,
hadt dan zo dra de voeten niet in huis ge-
zet , of men hadt een' man geplaatft in een
floep over de voordeur; want door de ag-
terdeur, die aan't Water of Damrak uk-
kwam , viel 't in- en uitgaan ongelegen; om
te befpieden , wie met den Ingenieur te
woorde komen zou, en om hem te volgen,
Leices- als hy uitging (u). Nogtans is my niet
ter komt voorgekomen, dat men, op deeze wyze,
'ei,1"sge iet ontdekte. Maar op den derden Octo-
noeg- ker, Üoeg Leicefter fchielyk op weg naar
zaam on- Amlterdam ; daar men geene kennis van
verwagt. zyn voorneemen kreeg, dan na dat hy reeds
van Utrecht vertrokken was: heel anders
dan in 't voorleeden jaar, toen men van
Zyne aanftaande komfte , verfcheide wee-
ken van te vooren, verwittigd geweeft was.
Nu moeft men alles in der yl befchikken,
ontbieden, hooren, aanfpreeken, orde gee-
ven: 't welk niet zonder bekommering toe-
ging. Jan Korneliszoon Hooft, nu regee-
rend Schepen en Burgerkapitein, bevondt
zig in de Kaatsbaan, toen men tot zynent
om hem zondt; doch begaf zig , terftond,
daar men hem vereifcht hadt Met het val-
len van den avond, naderde Leicefter de
Voor- Stad. Laurens Jakobszoon Reaal , Oud-
zorgge Schepen en Burgerkapitein, federt Kolonel
bruiktby jer ßurgerye en Raad ter Admiraliteit in
lyi)u^l' Zeeland, ftondt met zyn vendel aan deRe-
naaling.                   '                         J
guherspoort, om den Graat te ontvangen;
doch hadt het hert vol zorg, doordien de
duifternis niet toeliet teonderfcheiden,hoe
groot een ftoet Leicefter medebragt, by
wien zig, onder weg,fchielyk eenigkrygs-
volk zou können gevoegd hebben. Maar
Reaals Serjant, Willem van Buil, geboortig
uit Luikerland, die wylen den Prinfe van
Oranje eertyds voor Ruiter gediend; doch
zig federt op den Koophandel toegelegd
hadt, toonde, in deeze gelegenheid, dat
hem het krygsmans hert nog in den boezem
ftak. Laat my, zeide hy, ter hameije uit,
Kapitein, en fluitze agter my toe. Ik Zal u,
verneem ik iet flinks, waarfchuwen met flui-
ten; my kotne 'er van, wat het wille.
De uit-
bieding werdt dankelyk aanvaard. De Graaf,
zonder dat van Buil eenig teken van zwaa-
righeid gaf, met een maatig gevolg, voor
de Poort gekomen, werdt heufchelyk ver-
(v) Hooït XXVI. Boei, hl. lij*.
f
-ocr page 465-
GESCHIEDENISSEN.
X. Boek.
4,01
^87.
Doch niemant ondernam, zig te verklaa-
ren op iet, dat hem niet duidelyk gevergd
was. De Secretaris verzogt nogtans, met
ronde woorden, dat men , alle avonden,
de leuze oft wagtwoord liete haaien van
den Landvoogd, zo lang hy in de Stadzyn
zou. En dit punt moeft terftond overwoo-
gen worden, 't Geviel, dat zig, onder de
Leden van den Krygsraad, fchoon hy 'er
geen Lid van was, noch in deeze byeen-
komft wettelyk befcheiden, vervoegd hadt
Herman Betfen Roodenburg, een man, fchryft
Hooft, vol moeds , zonder middelen
naar gelang , en een driftig aanhangeling
van Leicefter ; miftchien , om 't eerïte
woord te flaaken, 't welk anderszins, in
zulke hagchelyke gelegenheden, bezwaar-
lyk over de lippen wil. Terwyl men dan
de hoofden byeenfteekt, om op het haa-
ien van 't wagtwoord te raadpleegen ,
treedt de regeerende Burgemeefter Pieter
Korneliszoon Boom, die , als Opper - Ko-
lonel , den degen op zyde gehangen hadt,
onvoorziens , ter Kamer in; en Rooden-
burg in 't oog krygende, vraagt hy hem
af , wat hy , die thans geene plaats in den
Krygsraad bekleedde
, daar te verrigten hadt ?
De ander, bedremmeld, wift niet te ant-
woorden, dan dat hy 'er, als een getrouw
beminnaar des Vaderlands , nevens ande-
ren, verfcheenen was. Boom, fchoon nog
onzeker van de gezindheid der overigen ,
geboodt hem te vertrekken. Roodenburg,
boe fors hy ook ware, zwigtende voor een
woord, dat met beftendig gelaat en Bürge-
meefterlyke deftigheid uitgefproken werdt,
droop door , zonder iet meer te zeggen.
Boom voorts onderregt van Burggraafs
voorftel, liet het haatelyke, welk van ter
zyde diende, om den Krygsraad op te hit-
fen tegen de Regeeringe, onaangemerkt,
en verklaarde op het punt van 't haaien
van 't Wagtwoord „ dat daarin niemant
» dan de Vroedfchap verandering maaken
» mögt; waarom elk wel toe te zien hadt,
s> wat hy begon." En dit zeggen deedt
elk agtervvaards denken, en den gantfchen
"toeleg verdwynen. Want 't was 'er wel
Verre van af, dat de Wethouders, onder
, kelken Meefter Maarten Kofter alleen met
deEngelfchen heulde, Leiceftef en eenen
hoop vreemdelingen, die zyne zyde hiel-
en, middel verleend zouden hebben,om,
ïllet het uitfpreeken van 't woord, alle
Wagten weerloos te maaken , de burgery
*e vermeefteren , de oude Regeering af
e danken, en den Raadhuize een nieuw
angezigt te geeven_ Men hieldt, naam-
men te weeten , dat hem eene Lyft gele-
verd was van veertien van de wakkerfte
voorftandersdervryheid en getrouwfte aan-
kleevers van den Huize van Naffau, onder
welken ook de Raad Kornelis Pieterszoon
Hooft was, welken hy bellooten hadt, ee-
nen fmaadelyken dood aan te doen («>).
Ook waren zy , die meeil by hem in 'c
oog liepen, zeer op hunne hoede, zo lang
hy in de Stad was. De Oud-Burgemees-
ter Reinier Kant ging met eene ruiling on.
der zyn kazak, en kwam hem niet fpree-
ken, dan verzeld van eenen ftoet gewa-
pende fchutters, die hem, voor de deur,
opwagteden (x). De Graaf dan, befpeu-
rende dat hem te Amfterdam alles buiten
zyne gisfing ging, keerde, ten volgenden
dage, fchielyk naar Utrecht (y). E enige
dagen laater , deedt hy der Vroedfchap
van Amfterdam, door den Raadsheer van
Staate, Willem Bardes, den Oud-Bur-
gemeefter Maarten Kofter, en den Over-
fte Sonoi aanzeggen „ dat hy gantfch i^t
„ voldaan was in het antwoord, welk zy
„ op zyn Vertoog aan de algemeene Staa-
„ ten en op zyn rondgaand fchryven ge-
„ geven hadt." Doch men betuigde ern-
ftelyk „ dat men alleenlyk zo geantwoord
„ hadt, om tweedragt te voorkomen; en
,, dat men zorg draagenzou, dat 'er, zo
„ dra als 't mogelyk ware, nader geant-
„ woord werdt, eerft door de Staaten van
„ Holland, en daarna door de algemeene
„ Staaten (2)."
Ondertuffchen, beflooten de Staaten
van Holland, verneemende dat Leicefter
voorhadt, een' keer te doen door verfchei-
de Hollandfche Steden, hem te verzoeken,
dat hy zig van niet meer dan van tweehon-
derd perfoonen wilde doen verzeilen; wan-
neer men hem alomme eerlyk ontvangen
zou O). Ook mompelde men , ten dee-
zen tyde, dat hy, nu 't hem met de Ker-
ke,
dat 's Amfterdam, gemift was, zien
zou , of hy zig met van de Kapelle , zo
noemde men Enkhuizen, kon meefter maa-
ken. En kwam hy, op den veertienden
Oótober, te Naarden, met oogmerk om
van daar over te fteeken naar Noordhol-
land. Doch ftaande op zyn vertrek, ont-
ving hy fchryvens van die van Enkhuizen,
waarby zy hem baden, hunne Stad , tot
verhoeding van allen ongeval, voor dien
tyd, te willen verfchoonen van zyne tegen-
woordigheid. Hy zeilde dan naar Hoorn,
daar
(w) HOO*T XXVI. B-k.U- "»' "O0'
(X VaderJ. Hift. VIII.*'.«; *«•
1587.
Zyne
bood-
fcbap aan
de Re-
geering.
Hy reift
naar
Noord-
holland.
am
N
wpU V0r zeker > dat dlt het minft was, (y) hooft xxvi. !i°*, "■«•'•
*elk Lelcefter voorhadt. Zelfs meende [% ffi; Ä&V.}.** .Y.W*.
-ocr page 466-
II. Deel.
AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN.
402
j,g7 daar hy eerlyk ontvangen werdt. Vandaar,, getwyfeld zou toegezonden zyn (O- 158/:
fchreef hy naar Enkhuizen , zonder van Zy zagen hiermede op de Refolutie, bo-
zyne komft te reppen; doch zig zagtelyk ven (d) vermeld, by welke begeerd werdt,
beklaagende over den argwaan, dien men dat hy met niet meer dan tweehonderd Per-
tegen hem hadt opgevat, en verzoekende, foonen in de Steden kwame. Doch 't blykc
alle mistrouwen te verbannen: waarna hy niet, dat hy, ten deezen tyde, te Amfter-
naar Enkhuizen op weg floeg. Doch de dam geweeft is. Het ontdekken van zy-Hy^
Regeering zondt hem Gemagtigden te ge- nen toeleg, om zig, doormiddel vanKrygs-tre«»
moet, die hem den hoon , hem befchoo- volk, en door heimelyk verftand met
ren, zo duidelyk , fchoon met beleefde ge ingezetenen , meefter te maaken vandoetaf'fl
woorden, vertoonden, dat hy, bedugt dat Leiden, maakte hem zo verlegen, dat hy.ftaiÄ
hem de poort voor 't hoofd geflooten zou voorzyne eigen vryheid vreezende, fchie-'tbetf'
geworden zyn, te rug trok, en zig naar lyk uit Noordholland naar Utrecht, voorts,
Medenblik begaf, daar hy, eenige dagen, naar Dordrecht, en van daar, in Novem-
onthaald werdt door Sonoi (/;).
                  ber, naar Vullingen week: van waar hy,
Hy on- De afwyzing van die van Enkhuizen deedt in December, naar Engeland vertrok, en,
densoekt.hem, naar't fchynt, fchroomen, om zig, op bevel der Koninginne , terftond , af-
hoe men geiyk fy vanzins was, wederom, naar Am- ftand deedt van 't bewind over de Neder-
ÏÏter- fterdamte begeeven, eer hy wift, hoe hy landen (e).
dam ont'er ontvangen zou worden. Hy fchreef dan Op deeze wyze, eindigde de Regeering Ber^:
vangen aan Meefter Maarten Kofter „ om verze- des Graaven van Leicefter; die, zo langwege
zou
« „ kerd te zyn, of de Heeren van Amfter- ze geduurd hadt,Amfterdam in bekomme-z^)ltte
„ dam nog volhardden in de voorgaande "ng hadt gehouden. De Stad zou, veelligt, Jm(tef'
„genegenheidjegenszyneDoorlugtigheid, meer nog dan door het Oktroi, om de er-dam»
„ gelyk hy hoopte; in welk geval, hy niet ven , vereifcht tot haare verfterking , by
„ nalaaten zou, deeze Stad, in zyne te- fchatting van Schepenen, te mogen naar
„ rugkomft, te bezoeken." De Burgemees- zig neemen, bevoordeeld geweeft zyn door
ter bragt deezen brief, den zevenentwin- den Graave, zo zy hem beter aan de hand
tigften Oftober, in de Vroedfchap, en be- hadt willen gaan. Hy hadt 'er, reeds in
geerde derzelver gevoelen daarop te ver- de Lente des jaars 1586, zonder zig aan 't
Haan. Men verzogt hem , Leicefter te misnoegen van Dordrecht te kreunen, eene
willen antwoorden „ dat Burgemeefteren munt opgeregt, over welke het opzigt aan
„ en Raaden verwonderd waren geweeft, Hans de Vlaming gegeven werdt. Ook wer-
„ over zyn fchryven, alzo zy niet wiften, den hier, federt, dubbele Roozenobels ge-
„ hem eenige oorzaak gegeven te hebben, Aaagen, met het wapen van Engeland, die
„ om hen van ongenegenheid te verdenken. wel veertig ftuivers boven de waarde wer-
„ Dat zy hierom verzogten , dat hy aan den uitgegeven (ƒ). Doch't Plakaat op de
diergelyke berigten geheel geen geloof zeevaart, welk kort daarna uitkwam, ver-
',' wilde flaan.Dochzohy geraaden vondt, vreemdde de Stad geheellyk van den Graa-
„ zynen weg door hunne Stad te neemen, ve van Leicefter , wiens munten hier ter
„ verzogten zy , dat hy agt geliefde te Stede ook geen gevolg hadt.
„ flaan op de Refolutie, by de Heeren Staa-
„ ten van Holland, in de jongfteVergade- (.") Refo'- v">e<ifch. n. s. 27 oa. iStr,
" .                TT 1                                              1-1                             (<^> liladz 4.01;
„ ring te Haarlem genomen , die hem on- <>; vadcri. Hifi. vul Deel, bi. iS%-zss.
(f) Refül. Holl. 7-17 Maart Ij85. il. leg enz. METE-
/r.\ ,,            ^»,„ T. L r>                                                    Ä£N XIV. Boek., f. 2TS> «er/b.
(e) Hooft XXVI. Boekt il. ii<>3,, i2oT.                                               "■*' T' J
tweh>
-ocr page 467-
4e»3
TWEÈDË         DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
E R D A M.
A M S T
ELFDE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van het jaar 1588,
tot in het jaar 1612.
De Wethouderfchap van Amfterdam
bevroedende, hoe zeer haare magt
geityfd werdt, door het gezag, dat zy oe-
fende , over het Krygsvolk, welk binnen de
Stad in bezetting lag, hadt, al kort na de
»verandering des jaars 1578, by de Staaten
van Holland, verworven, dat, by voorraad,
en in afwezendheid van de Gekommitteer-
den der Staaten, die zig toen in de Stad
onthielden, het woord of de leuze aan de
foldaaten op de wagt aldaar zou gegeven
worden door den oudften Burgemeefter (a):
en dat de Wethouderfchap in't gemeen ook
goede opzigt zou mogen neemen, om de
Knegten, binnen de Stad in bezetting leg-
gende , in goede orde, gehoorzaamheid en
tugt te houden (£). Doch na 't vertrek van
Leicefler, werdt 'er, by *s Lands Staaten,
op het onderhoud der bezettinge van Am-
fterdam, een nadere voet beraamd, waar-
door het Krygsvolk, hier ter Stede, nog
meer afhangkelyk werdt van de Wethou-
derfchap. De Staaten beflooten, den der-
tienden Maart des jaars 1588 „ dat, voor-
3> taan, ten lafte van den Lande, binnen Am-
s, fterdam , zouden onderhouden worden
s> vierhonderd foldaaten, die niet uit de Stad
3» zouden mogen worden getrokken.DatBur-
» gemeefteren de Kapiteinen deezer fol-
» daaten zouden benoemen; waarna hun,
i. door Prinfe Maurits, als Stadhouder en
»> Kapitein - Generaal, CommiJJie gegeven
s> zou worden. Dat de Kapiteinen, Officie-
»' ren en Soldaaten den eed van getrouw-
»> heid zouden doen aan den Lande van Hol-
»» Jand en aan de Stad Amfterdam.; en dien
»» van gehoorzaamheid aan Prinfe Maurits,
»» ^ de voorgemelde hoedanigheid, en aan
» ^ürgemeefteren en Regeerderen der Stad:
, en de foldaaten Ook aan hunne Kapiteinen 158S.
en Bevelhebbers. Dat aan de Stad, voor
den tyd van een jaar, tot onderhoud dee-
zer bezettinge, van 's Lands wege,„be-
taald zouden worden negenendertig hon-
ÏSieu
^g der
?>
derd ponden ter maand van twee-ender-
tig dagen. Dat de Raad van Staate, Prins
Maurits, de Staaten van Holland of der-
zelver Gekommitteerden de gemelde fol-
daaten, ten allen tyde, zouden mogeri
«erd
am.
*588.'
9J
monfteren. Dat, zoBurgemeefteren van
„ Amfterdam zouden mogen verftaan, meer
,, foldaaten dan de gemelde vierhonderd in
„ dienft te moeten houden, zulks tot Stad«
„ koften zou moeten gefchieden. Doch dat
5, zy geene andere bezetting zouden behoe-
„ ven in te neemen, dan in geval van hoo-*
„ gen nood, en ter ordonnantie van Prinfe
„ Maurits, in gevolge van 't Verdrag van
,, Voldoeningeen de overeenkomt!: op den
„ Afftand van dezelve, welke hierby be-
,, veftigd werdt." Burgemeefteren en Raa-
den bewilligden, den negentienden Maart,
in dit befluit der Staaten (V): en in gevolge
van het zelve, bevalen myne Heeren van
den Geregte, by openbaare afkondiging
van den vyfden January des jaars 1589,dat
allen vreemd Krygsvolk, welk hier niet be-
fcheiden was, de Stad, binnen zekeren be-
paalden tyd, zou hebben te ruimen (ß).
DeEngelfchen hadden, al federteenigen Antftef-
tyd, eene onderhandeling over vrede meegeer.
Spanje voorgeflaagen; doch de Stad Am- tegen »|
fterdam, niets goeds van zulk eene hande- vrede-
ling te gemoet ziende, verklaarde er zig hande■
uitdrukkelyk tegen (O- Ook bewees de uit-lingmec
rufting der zogenaamde onverwmnelyke VIoq. We.
te,
(c) Refol. Vroedfch. ff. 5- '* Maart 'm. Handv. bh
So. [149]-
(d)  Keurb. G. f. U«.
(e)  Refol. Vroedfch. •".
Ggg
S. is Maart ijj{,
STUK
-ocr page 468-
II. Deel.
AMSTERDAMS
4o4
(als voorleden enige jaeren in andere Steden es 158"'
gefchyet) hen van't prediken onthouden. Doch
zoe verre die verthoonders hen wilden vermeten,
met Godes moordt te bewyfen
, dat die" religie,
die binnen den Landen van Hollant ende Zee-
lant alomme (als oick binnen defe Stadt) m die
Kercken opentlick wordt gepredickt ende geè'x-
ceert, met die heylige bybelfcbefchrift in enigbe
pointen nyet en zoude ouer een comen
, füllen die'
fupplianten hen anden Heeren Staten (dien de
dispofitie toefiaet) addrefferen
, om by beur E.
daerinne geordenneert te worden, zoe zy bellin-
den zullen te behoor en. Aldus gedaen by Bur-
germeefleren ende xxxvj'raeden der StadAem-
flelredamme op den
xx february 1588.
In kennijfe van my als Secretarys.
W. PlETERSZ.
1588.
De Lutherfchen vervoegden zig, federt,
met het zelfde verzoek, aan de Staaten van
Holland, daar zy, insgelyks, afgeweezen
werden (T).
In de Lente des jaars 1589, vonden de^^it
gemelde Staaten geraaden, de oefening van '^^
den Roomfchen Godsdienft, by Plakaat, jjfzür
welk den negenden Maart getekend was, "den-,
te verbieden. Doch de Vroedfchap van Am- iffi
fterdam befloot, dit Plakaat niet af te kon-
digen , dan onder uitdrukkelyk beding ,, dat
„ Schepenen de ftraffen, by het zelve ge-
„ dreigd, zouden mogen maatigen, zo als
te,niet lang hierna, dat Spanje nog gantfch
geene geneigdheid hadt tct vrede. Amfter-
dam toonde zig, op 't naderen deezervloo-
te, ten hoogde bereidwillig, om de onder-
nee mingen des Spanjaards , door allé be-
kwaame middelen, te fluiten: gelyk uit de
Regißers der Vroedfchap blyken kan (ƒ).
In July des jaars 1588, kwam hier ter
Stede eene bezending van Prinfe Maurits,
om de Regeering te beweegen tot bewilli-
ging in het opbrengen van haar aandeel in
tweemaal honderd duizend guldens ,^ die
men der muitende Engelfche bezettinge
van Geertruidenberg hadt moeten toezeg-
gen. De Stad liet zich overhaalen (g).
Doch de Engelfchen fchonden 't geflooten
verdrag , en gaven, in 't volgende jaar ,
Geertruidenberg over aan den Spanjaard (h).
De Lutherfchen hadden, na de verande-
ring der Regeeringe te Amfterdam, hunne
Godsdienftige Byeenkomften gehouden, in
één of meer byzondere huizen of pakhui -
zen,: doch in February deezes jaars, ver-
voegden zy zig, met een Verzcfekfchrift,
aan Burgemeefteren, begeerende dat hun
eene openbaare plaats , tot oefening van
hunnen Godsdienft, werdt toegeflaan. Bur-
gemeefteren bragten 't Verzoekschrift in den
Raad, alwaar beflooten werdt, het zelve
den vertooneren te rug te geeven, met de
volgende bytekening (1):
Burgermeefier en ende xxxvj Raden, ge/yen
die Confeffie van Ausburg, mitsgaders de A-
pologye daer by gevoucht
, by den verthoonders
ouergekuert (die zy zegghen die bekent eniffe
bares gelooffs te we/en), ende die zelffde ge-
communiceert hebbende metten ghenen die het
behoort, verehren dat, aengefyen beuonden
wordt, dat het gunt binnen defe Stadt vuyt
Godes heylighe woordt opentlyck, heiler ende
claer wordt geleert, die voornoemde Confeffie
van Ausburch met d' Apologie nyet en es con-
trarierende
, maer daer mede ouer een es comen-
de,fy daeromme nyet en connen toelaten, dat
by yemant anders, als die daer toe wetlick es
beroepen ende geadmitteerd, het woord Gods
binnen defe Stad zal worden gepredict. Te
meer ouer mits dat, volgende d'Unie ende Ver-
bintenijfe, tuffchen de Landen van Hollant ende
Zeelant opgerecht ende befworen
, exprejjelick
es gefiatiteert
, dat binnen dezelffde Landen
ende Steden egeene andere religye opentlick
mach worden vercundicht noch geëxerceert, als
die iegenwoordige 'Euangelifche gereformeerde
religie. Sullen daeromme die Verthoonders, mn
geen fcheuringhe ende beroerte te verwecken,
(f)  Refol. Vroedfch. iV. 6. 7, 9, 1« ^"S- IJSS.
(g)  Refol. Vroedfch. N. 6. 4 7»h I*'8-
(//) V;u(crl. Hift- VIII. Deel, il. igl.
(»j Refol. Vroedfch. N. 5. 20 Febr. IJ88.
i583.
Bezen-
ding van
Prinfe
Maurits
aan de
Stad.
De Lu-
ther-
fchen
verzoe-
ken . te
Amlter-
dam , o-
penbaare
Gods-
dienftoe-
fening.
Zy wor-
den afge-
weezen.
5>
zy, in biliykheid, en naar gelegenheid
der zaake, zouden bevinden te behoo-
„ren(0." '
fi
De opgezetenen van 't platte Land omVe'J.r(i<
Amfterdam vielen , in deezen jaare, der Re- r'11»,
geeringe klagtig, dat hunne uitwatering door H^
de (luizen in de Stad, en byzonderlyk door $et. $
de Duikerfluis in den Middeldam , belet Sc'n11^
werdt, door de menigte van fchuiten, dieopfju-
regt voor gemelden duiker in 't Rokin ge-^ü
legd werden, 't Geregt beval, hierom, op
den dertienden November,, dat geene fche-
„ pen of fchuiten, behalve zulken, diegoe-
„ deren aan of uit de huizen op 't Rokin
„ loffen of laaden moeiten, en dan alleen
,, zo lang het loffen of laaden duuren zou,
„ zouden leggen tuffchen de Duikerfluis en
„ Popiusfteegje,nu de Paapenbroeksiteeg;
„ dat de Haagfche, Delftfche, Rotterdam-
„ fche en groote Leidfche Veerfchuiten,
„ voortaan leggen zonden, op het zelfde
„ Rokin, aft er de Capelle, eertyts genacmt de
Heylige Stede, van het noorder hoekhuys in-
cluys ojf,fuydwaerts op: ten welken einde,
„ hec
(k) Refol. Holl. 6 April ijss. II. los. Kerk.Plakaat'.*
II. Deel, il. 69j 70.
(/) Refol. ViöSdfch. N. C. ï* April 1585. ƒ. is.
-ocr page 469-
GESCHIEDENISSEN.
XI. Boek.
405
een uit Muiden of Weesp, en een uit Loe- 1591,
nen Kroonenburgs geregt, en twee uit het
Stigt van Utrecht (ƒ)•
Onaangezien de oefening van den Room-Keur
fchenGodsdienft, by verfcheide Plakaaten tegen op.
en Keuren, en nog laatftelyk in't jaar 1589, roerige
uitdrukkelyk verbooden was, bevondt men', ^8ade'
gelyk de Keure fpreekt „ dat enige oproert-onde^'
„ ghe ende heymelick den viandt toegedane
dekfej
gheeflen, in Amfterdam en deszelfs Vry-van oefea
„ heid, onder fchyn van den Paufelyken™"gden
„ Godsdienft te oefenen , dagelyks, hei-Room-
„ melyke Vergaderingen hielden, en op fchen
„ deeze wyze aanhang maakten, omintyd^ods'
„ enwyle hun boos en oproerig voornee-dienft'
„ men, tegen de vrede en welvaart der
„ Stad, in't werk te ftellen." Het aanleg-
gen van al zulke Vergaderingen werdt, der-
halve , by eene Keure van den veertienden
February deezes jaars, verbooden, op eene
boete van tweehonderd guldens, en uitzet-
ting uit de Stad, en derzelvervryheidrhet
oefenen van Paufelyke plegtigheden, in zul-
ke Vergaderingen, zou ook, met een jaar
te bier en te brood, op eigen koften, in 's
Heeren Slote, te leggen, geftraft worden;
welke ftraf men nogtans met tweehonderd
guldens zou können afkoopen , mids de
fchuldige,daarenboven, ter Stad uitgeleid
wierdt. Die zulke Vergaderingen blootelyk
bygewoond hadt, zou, voor de eejfte reize,
het opperfte kleed verbeuren, en eene maand
te bier en te broodv moeten leggen; doch
voor .de tweede reize, drie maanden ; of
vyftig guldens aan boete betaalen, en voor
de derde, zes maanden, of honderd guldens
verbeuren , zullende de mansperfoonen ,
daarenboven, ter Stad uit gezet worden,
zonder 'er wederom te mogen inkomen,
dan met verlof van Burgemeefteren (f).
Men vindt, in dit jaar 1591, nog eenigp]a
bewys dat de Stads wateren, ten deezen Verwe
tyde, nog tot het bereiden van fpyze oftotr5'en be*
drank gebruikt werden, alzo, by eene Keur paa!d-
van den tienden April, verbooden werdt de
Verweryen ergens anderste plaatfen dan in
de nieuwe Stad, van de Kloveniers Doele
Noordooftwaards tot op den S. Antonisdyk,
daar nu nog de Verwersgraft is, niet flegts
om de ondiepte der gemelde wateren te
voorkomen; maar ook de befmettingderzel-
ven, door de vergifte en bytende Hoffen,
die in eenige Verweryen werden gebruikt,
„ waardoor niet alleenlick de gebuyren,maer
ooik de gemeene burgerye licbtelyk eenig kt-
fel aen hare gefontbeyt Jouden komen te ly.
„ den (u)"
Ook werdt, om diergelyke re-
den,,
(s) Handv. il. 3*7-
(t) Ksurh. G. /. 3 *r-
(a) Handv. il. i°°+»
Ggg 2
*S8c>. „ het hout, welk aldaar lag, verplaatft moeft
„ worden, en de Houtzaagers, aldaar zaa-
„ gende, eene andere plaats verkiezen
„ moeften (m):" 't welk wy hier alleenlyk
aantekenen, om dat het tot eenige ophel-
dering van de oude gelegenheid der Stad
. dienen kan.
^fter- Amfterdam raakte, ten deezen tyde, in
iiger,*t Se^cml met eenige Steden, waaruit merke-
NHj lyke moeilykheid rees. Haarlem ving eeni-
S enar" ge nieuwigheid aan op den Overtoom, die,
^r' zo ik meen, in 't vertimmeren van den zel-
^ f- ven beftondt (ri): en Dordrecht deedt, in
9°. 't volgende jaar, een fchip met Noordfche
balken aanhouden, welk vah hier naar Ooft-
ende gezonden, en te Dordrecht niet ver-
ftapeld was. 't Laatfte werdt zeer euvel
genomen, en bragt de Vroedfchap van Am-
fterdam tot een beüuit, om alle de fchepen
en goederen van die van Dordrecht > wel-
ken zig hier ter Stede bevonden, in beflag
te neemen (0). Te vooren, was reeds ge-
raadpleegd , op het vaftftellen van een mid-
del, om de gefchillen, onder de Steden val-
lende, af te doen; doch de Leden hadden
eikanderen deswege niet können verftaan.
Tegen 't einde des jaars 1590, befloot de
Vroedfchap van Amfterdam,de gefchillen,
die de Stad tegenwoordig met andere Ste-
den hadt, te verblyven aan de uitfpraak
Van Prinfe Maurits (p). Doch of zulks
gefchied, en of en hoe de hangende ge-
fchillen, ten deezen tyde, afgedaan zyn,
p Staj ^ek & nergens aangetekend gevonden.
iy"n De Stadhouder Maurits hadt, in Augus-
fcÄ Uis te vooren, door den Oud-Burgemeefter
l^il'ts Heinier Kant, een' zyner Raaden, een hal-
llt« ve Kartouw, ten dienfte van den Lande,
ter leen verzogt van de Stad, die men,
terftond, hadt laaten volgen (q). Eenigen
tyd hierna, werdt by den Raad beflooten,
ten dienfte der Stad , op welker wallen,
federt de jongfte vergrootingen, meer grof
gefchut noodig was, alle jaaren, twee hal-
ve Kartouwen, en nog twee andere metaa-
. ienftukken, veertien, vyftien, of zeftien
fj%e P°nden fchietende, te doen gieten (r).
\C'
t>e Diemerdyk werdt, ten deezen tyde,
de g op Zo Zeer vervaiien bevonden, dat de Staaten
SC fan Holland en van Utrecht, in 't begin des
ojJV iaars 1591, eene overeenkomft troffen, op
*'Qiy v ^rftellen en onderhouden van den zei-
^ ly"1 u Het opzigt over de nieuwe werken
NP" tS*» gefte,d aan yyf Gemagtigden, drie
%t[ * Holland, te weeten, een uit Amfterdam,
(*)*%$' G-f- 373. Handv. bU WS. [jij.]
(•) Re,?- Vroedfch. N. 6. z July 1589.
[P) «-efol Vroedfch. N. 6. 25 Aug. I5 9o./. 1?z vtrß
't)
Refol* Jjwedfch. N. 6. z? Dec. 1590./. ,9o.
(r)
Refol' v0e'llch- N- 6- * Au&- lW°.f. i7°verfo.
-ocr page 470-
II. Deel.
AMSTERDAMS
4-o5
Overyffel, tolvry plagten te vaaren (/;) : 't ijfc*
zy dat zulks gefchiedde, uit hoofde van
verfcheidene aloude Vorftelyke Privilegien,
by welken, al in de tiende en elfde eeuwe,
aan alle de ingezetenen van 't Stigt, waar
onder ook de Amftellanders, oudtyds, be-
hoord hadden, tolvryheid door 't gantfche
Stigt, zelfs in Overyffel, verleend werdt
(e); 't zy dat hiervan ook byzondere Hand-
veften gegeven waren , die nu niet meer
voorhanden , of ten minfte my onbekend
gebleeven zyn. Amfterdam hadt deeze tol-
vryheid, te Kampen, eeuwenlang, onge-
ftoord genooten, tot op omtrent deezen tyd
toe. Immers, men vindt geen fpoor altoos,
dat 'er, voor deezen tyd, gefchil over ge-
vallen is. Men kwam nu byeen, om mid-
delen te beraamen, tot herftelling der zaa- ,;
ken op den ouden voet. De Steden Am- w*
fterdam, Alkmaar, Ploorn, Enkhuizen en
Edam zonden Gemagtigden naar Deventer
en Kampen. Doch men kon eikanderen
niet verftaan. Sedert werdt voorgeflaagen,
het verfchil te verblyven aan Prinfe Mau-
rits, als Stadhouder van Holland en Over-
yffel, in welke twee Provinciën, de twiften-
de Steden gelegen waren; en aan vier Per-
foonen, ter wederzyde te kiezen, over wel-
ken zyne Doorlugtigheid Opperzegsman
zyn zou (d). Doch ik weet niet, of deeze
voorflag aangenomen werdt , noch hoe 'c
gefchil, ten deezen tyde, afliep.
                   ., .
' Op den agtentwintigften May des jaars Ofyr
1593, kwamen de Heemraaden van Ryn^l^
land met de Ambagtsbewaarders van
den, nog in 't jaar 1 6q6 ,. het ftyffelmaaken
binnen.de Vryheid der Stede verbooden (v).
't Sclrynt, dat'er ,. in't jaar 159a, te
Amfterdam , een Poorter in hegtenis ge-
raakt was, die vorderde, dat men hem on-
der borgtogt ontfloege,. in gevolge van eene
Privilegie van 't jaar 1387 [1388], door
Hertoge Al brecht, aan Amfterdam met Am-
Heiland en Gooiland in 't gemeen gegeven
Qw), inhoudende „ dat men.niemantvan-
„ gen , noch bekommeren, noch hinder
„ aan lyf of goed doen mögt, al foo verre
als by verborgen mag rechts te verbeiden
vaneenigbenfaecken, diehy misdaan magh
hebben, by fulcker borghtocbte, als den Sche-
,, penen befcheydelyck dunckenfal, daer die
fae eken ge fehlet zyn (x)." Doch men be-
vondt, ten deezen tyde,dat dit Privilegie,
in veele gevallen, ligtelyk zou können mis-
bruikt worden. De Vroedfehap belloot hier-
om, op verzoek vanBurgemeefter en, de Oud-
Burgemeefters , Pieter Boom' en Kornelis
Pieterszoon Hooft, en de regeer ende Sche-
pens, Jan Verhee en Jan Tomaszoon , te
magtigen, om de waare rneeaing van dit
Privilegie, naauwkeuriglyk, te onderzoeken,
en van hunne bevindtenis verflag te doen (y):
't welk ik egter niet,vind, gefchied te zyn.
Omtrent deezen tyd, beflondenKampen
:en Deventer wederom eenige tollen.te hef-
fen , waarby Amfterdam en de Steden van
't Noorderkwartier vry wat nadeels leeden.
Met Deventer, waren, voor omtrent der-
dehalve eeuwe, reeds diergelyke gefchillen
geweeft, gelyk, uit het voorgaande ge-
deelte deezer gefchiedeniffe, gebleeken is
(z). Doch van den grond der twift met
Kampen vindt men minder befcheids. De
Biffchoppen van Utrecht, oudtyds, Heeren
van Overyffel, plagten eenen tol te heffen,
aan verfcheiden oorden in dit Geweil, en
onder anderen ook te Kampen. Sommigen
tekenen aan, dat deeze tol, door die van
Kampen, in laater tyd, van den Biffchop
gekogtwas Qa), en, federt,, ondegen naam
van BiJJchops tol, gevorderd werdt. Doch
Amftelland, en ge volgelyk ook Amfterdam,
waren, al voor verfcheidene eeuwen, vry ge-
weeft,van deezen tol; gelyk klaarlyk blykt
uit twee brieven, in 't jaar 1475, door Bur-
gemeefteren van. Amfterdam, aan de Stad
Vollenhove gefchreeven , waarin zy met
ronde woorden .{tellen, dat hunne Poorters,
toen niet alleen , maar zelfs boven men-
fchen geheugen, te Kampen en elders in
(v) Hand?. ik 1005.
(w) Zie II. Deel, II. Boek, bl. 127-
(x) Hamiv. bl. 71. [7-]
\y) Refol. Vioedfch. N. 7. 30 OS. im.
(zj Zie II. Deel, II. Boek, bl. HS tnz- HS.
\a) übe. Emmh Rer. Frif. Lilr, L. pi 7*7.
les-
onder-
zoek
naar den
zin van
een Pri-
vilegie
van Her-
tog Al-
brecht.
1592.
Tvvift
met Kam-
pen en
Deven-
ter.
ten en Slooterdyk, die daartoe verlof had-b<yi'
den gekreegen van Burgemeefteren en Rß'^l ,„
geerders van Amfterdam, als hunne Affl-j/'
bagtsheeren, overeen, dat de dykaadje va^A,
Slooten en Slooterdyk ook door't gemeenM '
Land van Rynland zou onderhouden wor
den, mids die van Slooten en Slooterdyk
daarin hun aandeel droegen, naar de oifl'
meflagen , door het Heemraadfchap va"
Rynland over hen gedaan (e).
                      Jf
Het Y en de Wykermeer waren, v$\$%
overoude tyden af, tot hiertoe, voor vefl^/6'
het grootfte gedeelte, vry bevifcht geween v<)|^'
doch in 't jaar 1594, vernam men, datd^'^'i':
ze ftroom, van Velzeroord af, tot aanBuik'1^'
floot toe , door het Heemraadfchap v^
Rynland, of door de Rekenkamer der D°'
meinen van Holland, ftondt onvry gemaal
en verpagt te worden. Die van Amfterdarfl'
hieruit merkelyk nadeel voor hunne verfc^
Vifchvangft voorziende, deeden verfehl'
(5) Groot-Memor. N. I. ƒ. 31 ver/o-
(c) Diplom. Vide apud Hkdam, f>- <>?, 79
(i) Refol. Vroedfch. N. 7. ij, 26 Febr. ij
81.
93-
(fj II. Pïivilcgieb. ƒ. 104., 10«. Handy.//. 329. ll>
-ocr page 471-
XL E
GESCHIEDENIS S- ER
OEK
407
59-1- den' verklaaringen" beleggen voor Schepe-
nen, inhoudende ,, dat de' Viflchery in 'C
3, Y, van Velzeroord tot Buikfloot, en van
,, Spaarnedam tot Amfterdam, midsgaders
„ in de Wykermeer, altoos vry, en nooit
„ verpagt geweefl was , uitgenomen een
,, klein hoekje voor de kleine Spaarnèdam-
„ mer-Sluis, welk hiiurwater was; deHol-
j, leiloot, die van de Rekenkamer ter leen
„ gehouden, en de Wymark by 't Koegat,
,j die, federt veelè jaaren, door de Stad
„ Amfterdam verpagt werdt-" En deeze
verklaaringen deeden zy, den zevenden Ju-
ny, op 't gemeene Lands Huis te Spaarne-
dam, Dykgraave en Heemraaden vanRyn-
land overleveren, nevens duidelyke aantui-
ging, dat zy zig ftellen zouden tegen de
voorgenomen verpagting (ƒ"); die, zo ik
meen, ook agterwege gebleeven is.
Wy hebben , op zyne plaats (g), ver-
haald, hoe de Stad Amfterdam, in 't jaar
1529 , de Ambagtsheerlykheid van Ara-
fterveen, Sloot'en, Slooterdyk en Osdorp
Op den tienden May deezes jaars, hadt i<r0i
de Stad ook Oftroi verworven van deStaa-Der
ten van Holland tot haare verfterking en geering"
vergrooting, van den Amfteldyk af y tot in verwerft
't Y, en verder tot aan den Stads Singel toe;eenna"
en om de erven , daartoe vereifcht, by fchat- tdr" ^£"
ting.van Schepenen, van de eigenaars over vergroo-
te; neemen (/), met welke verfterking en ting der
vergrooting, die reeds begonnen was, eer- Stsd.
lang, fterk voortgevaaren werdt.
OndertulTchen, was Amfterdam, federt De Am-
de omkeering des jaars 1578, en het over- fterdam-
gaan van.Antwerpen aan den, Spanjaarden j^^.,
't jaar 1585, zo zeer toegenomen in getal ^n brei-
van Koopluiden, dat men 'er, meer en meer, den
toeleide op het uitbreiden des Koophandels hunne
en der Scheepvaart, 't Verbod van den han-Scheep.".
del op Spanje en Portugal bragt de Amfter-va ;
damfchè Koopluiden, zo wel als anderen,
in de noodzaakelykheid, om andere Scheeps-
togten te onderneemen. Men begon, inzon-
derheid in de laatftvoorgaande tien jaaren,
fterker dan voorheen, te vaaren op afgele-
gene Geweften, als Noordwaards op Ar-
changel, en Weilwaards op de Kabo Verd-
fche Eilanden, van waar zout gehaald werdt.
Ook voer men, meer dan men plagt, op
Italië, en', onder Franfche vlaggen , op
verfcheiden havens onder het Turkfch ge-
bied (pi). Doch in deezen jaare 1594, be-
gon men zig ook tot de reize naar de Ooft-
en Weftindien toe te ruften. De togten naar
't Noorden hadden fommigen doen vermoe-
den , of niet miffchien, langs deezen weg, 't
zy door de Straat Waaigats,of agterNova
Zembla om, China en de Indien te vinden
zouden zyn. En de Amfterdamfche Predi- De Pre-
kant Petrus Plancius , die zeer bedreevendikant.
was in de Sterre- en Zeevaartkunde , gaf^Ifo™
den Raaden ter Admiraliteit en anderen Scheeps-
hiervan zo veel lichts, dat'er, eerlang,togten
voor rekening van Hollandfche, meeft Am-om 't
fterdamfche, enZeeuwfche Koopluiden, drie Na°orden
't) t>
van Reinoud, Heer van Brederode, gekogt
hadt. Reinouds Zoon, Henrik, oordeelen-
de, by deezen koop, boven de helft, be^-
nadeeld te zyn, hadt deswege de Stad Am-
fterdam , in 't jaar 1562, in regten betrok-
ken. Doch de opkomende beroerten; de
dienft, dien de Stad hem, in 't jaar 1567,
deedt(/j), en zyn overlyden, welk kort hier-
na voorviel, waren oorzaak geweeft, dat
het geding niet vervolgd was. Maar Wal-
raven van Brederode
, Broeders Zoon van
Reinoud, en erfgenaam der Heerlyke goe-
deren van deezen huize, aangezogt, naar
't fchynt, om voldoening van 't gene Am-
fterdam, in 't jaar 1567, aan Heere Henrik
Verftrekt hadt, fchreef, den vierentwintig-
ften Maart deezes jaars 1594, aan de Stad,
s> dat hy, zoekende naar middelen,om de
35 fchulden van den Huize van Brederode
jj af te doen, onder anderen gevonden hadt
j, den eifch op Amfterdam, uit hoofde van
jj den koop der Ambagtsheerlykheid van
3) Amfterveen, Slooten, Slooterdyk en Os-
') dorp, tegen welken, hy verzogt, dat de
'3 eifch van penningen , dien de Stad op
,»> den huize van Brederode hadt, in aan-
'> merkinge van de dienften, door Heere
» Henrik, aan die van de Religie in Am-
» fterdam beweezen, mögt worden te niet
>' gedaan." De Raad van Amfterdam be-
goot hiertoe, mids Heer Walraven hun eene
f^ytfchelding gave, naar genoegen®: ge-
]yk, eerlang, gefchiedde (£)•
iO Handv. U. 23 , 23, 23. [u>+> *9S , Uj.]
. ' ::lo1- Vtoedfch. N. 7. is 4pf. i;s+. Ar.| 2t oei.
aan.
fchepen werden.uitgeruft, die, den vyfden?qn"
Juny, uit Texel, in zee ftaken. Een deezer
fchepen voer voor Amfterdamfche reke-
ning, en hadt tot Schipper Willem Bar ends-
zoon
van ter Schelling, Burger deezer Stad;
doch de togt flaagde niet naar genoegen.
Men vondt geenen doortogt Ooft waards, die kwa.
en WTillem Bar endszoon keerde, in Septem- lyk flaa-
ber, voor Amfterdam te rug (»). Hy deedt, Sen- _
in de jaaren 1595 en 1596, nog twee dier-
gelyke togten, met fchepen, die hier ter Ste-
de werden uitgeruft; welke togten, door Ja-
kob Heemskerk Henrikszoon,
als Commis of
Koopman, werden bygewoond. In den
laat-
(1)   Hatidv. bl. 5. [ioo-J .
(2) Metekei* XIX. Boek, f. 371 verf».
(„) Scheepst. van W. BARENTSEN, H, 1.4,
Ggg 3
(*J z" Harter. II. 3
10.
-ocr page 472-
408                AMSTERDAMS              II. Deel.
1594.  laatflen, overwinterde een gedeelte van 't 't Was 'ef zo verre van af, dat de Lu- ïSP'
Scheepsvolk, met groot gevaar, op Nova therfchen vryheid van openbaare Gods-pe Vf£
Zembla. Doch de doortogt naar China werdt dienftoefening zouden verkreegen hebben ga^
vergeefs gezogt (0).
                                   hier ter Stede, dat de Vroedfchap , in ditgejjher>
Eenige Maar terv/yl men de Indien opfpoorde, jaar, befloot, ook hunne heimelyke Byeen-fcben
Amtier- ]angS eenen ongewoonen weg, verzuimde komften te verbieden (t). Zélfs werdt Au-^W*
dammers men njet? ^e rejs derwaards te ondernee- gußyn Pyn, die, ten zynen huize, vergade-
Kornelis men, langs den gewoonlyken. Rornelis en ring der Augsburgfche Geloofsbelydenis
Houtman Fredrik Houtman, Zoonen van Pieter Korne- hadt laaten houden, op laft der Vroedfchap,
uit naar Uszeon Houtman, Brouwer te Gouda, zig, door den Schout, ter Stad uit geleid, zon-
Ooitin
die.
in 't voorleeden jaar, te Lisbon, hebbende der, fchoon 't een- en'andermaal verzogt
laaten onderregten van al't beloop des han- werdt, verlof te können verwerven, om,
dels, dien de Portugeezen, ten deezen ty- zelfs tot verrigtinge zyner huiifelyke zaa-
de, op Ooftindie dreeven, kwamen, in dit ken, daar wederom binnen te mogen ko- «
jaar, in Holland te rug. Kornelis begaf zig men (u).
naar Amfterdam, en bewoog daar eenige Amilerdam hadt, tot nu toe, van Chris-0-
voornaame Koopluiden tot het aangaan ee- tiaan den IV.,Koning vanDeenemarke,die dal^tl)?
ner Maatfchappye, die de Compagnie van zynen Vader, Fredrik den IL, reeds in 't*eV
verre genoemd werdt, en eerlang drie of jaar 1588, opgevolgd was, nog geene be- in
1595. vier fchepen uitruftte, welken-, onder 't be- veftiging verworven in de Privilegien, die pri^
vel van Kornelis Houtman, in April des jaars zyne voorzaaten aan de Stad verleend had- S'^s'
1595, naar Ooftindie in zee ftaken. Jan den. Doch de Regeering vaardigde, eer- ^e-
Jakohszoon Schellinger en Reinier van Hel lang, haaren Penfionaris, Nicafius van Syl-
voeren, als Commifen of Koopluiden, mede Ie, af, om deeze beveiliging te verzoeken,
(p). De Koopluiden, die deeze eerfte Am- Ook gefchiedde zy, eindelyk, op den zes-
fterdamfche Ooftindifche Maatfchappy uit- entwintigften September des jaars 1596(1;).
maakten, waren Henrik Huik, 'Reinier Pauw, By een afzonderlyk Reglement, werdt egter
Pieter Dirkzoon HaJJelaer , Jan Janszoon bepaald, dat Amfterdam zig van zyne Pri-
Karel de Oude, Jan Poppe, Henrik Buik, vilegien niet buiten de Kruisdagen, in May
Dirk van Os , Siewwert Sem en Arend ten én September vallende , bedienen zou te
Grootenhuis; onder welken, Hudde, Pauw Bergen in Noorwegen, in welke Stad, vol-
en Haifelaer, dezelfde, van wiens wakker- gens een oud voorregt, buiten de gemelde
heid in 't beleg van Haarlem wy elders (5) dagen, geene uitheemfchen mogten komen
gewaagd hebben, reeds Schepenen enRaa- handelen. Doch binnen die dagen, mogten
den der Stede waren. Maar deeze eerfte de Amfterdammers aldaar vryelyk komen
togt Haagde ongelukkiglyk. Houtman deedt handelen, mids zy alleen aan de Inwoo-
verfcheiden Kullen en Eilanden aan, daar ners, en niet aan de Noordvaarders, vis-
Portugeefche Volkplantingen waren; onder fchers en boeren van buiten, op tyd, ver?
anderen, Bantam op het Eiland Java; doch kogten (V).
                                               m
hy geraakte, door beleid der Portugeezen, Al van 't jaar 1581 af, hadt men, in Hol-
hier en op andere plaatfen, in openbaaren land, eenige gedagten begonnen te krygen, "j,D &
oorlog met de ingezetenen, en kwam, ein- op het openen der vaarte naar de Well- ^Ä
delyk, na 'f uitftaan van veele gevaaren, indien. Een Engelfchman, Butz genaamd, i^"/v
in Auguftus des jaars 1597, met drie fche- die reeds vier reizen derwaards gedaan hadt, ^ t
pen, in Texel te rug (r).
                           boodt den Staaten aan, eenen togt te willen^
De voor- De toeneemende fchaarsheid der Graa- doen, mids men vier Oorlogsfchepen onder
raad van nen hadt de Regeering van Amfterdam,in zyn bevel ftelde. Doch men zag toen nog
Graanen.Je Lente deezes jaars , doen befluiten, om te groote zwaarigheden in zynen voorflag-
*pgen0. den voorraad, die by Stad was, in 't hei- De Staaten verklaarden egter, wel te mo'
men. melyk, te doen opneemen: waarvan den gen lyden, dat de vaart op de Weftindien»
Raad, onder den eed van geheimhouding, door byzondere Koopluiden, ondernome*1 <ßf
kennis gegeven werdt (Y). 't Schynt, dat werdt (x). Doch 't liep tot in 't jaar 1597
de voorraad, ten deezen tyde, nog zo groot aan, eer Gerrit Bicker Pieterszoon, Schept
bevonden werdt, dat men niet geraaden en Raad der Stad Amfterdam, en Jan Kof
vondt, den uitvoer te verbieden.
                                                                          nt'
(t) Refol. Vioedfch. N a i Jwy ij9J. ƒ 6s.
(o)
Refol. Vioedfch. N. | is Maart js9s. f. u9verfo. («) Refol. Vtoedfch. N. a i Sept. 13 Nov. iS9S-9^r'
Sclieepst. van W. RarentsEN, hl. 4 tnz. 10 cm.
                 Ijps. ƒ 73 9z ver/o. tri *
0>) Regeer. Lyft, voor de Handv. op 't jaar iS9S.               ^ Hand;,. bl. j9. [90,]
(q) II. Deel, VIII. Boek, hl. 3*9.                                          (»Handv*. il'. 6o. L90!]                                              ,t,
(r) Zie eerfte Schipvaart der Holland, naar Ooftindie.          (x) Refol. Holl. io,u7nin.7 zz 7»h isti. il' *
(sj Rsfpl. Vioedfch. iV. J 2+ ÜMtrt Ijyj. ƒ. so verft. :|o, m, 374
-ocr page 473-
XI. Boek.
GESCHIEDENISSE
N.
409
3^9?. ndiszoon Leyen van Enkhuizen , elk eene
„ gedaan , by haar niet anders verftaan
afzonderlyke Maatfchappy opregteden, die
r59?«
fchepen uitzondt naar de Weftindien (y).
En 't leedt niet lang, of deeze twee Maat-
fchappyen vereenigden zig met eikanderen;
en zy fchynen 't te zyn, die men, in de Re-
gifiers
deezer Stad, op het Jaar 1599, de
gecombineerde
[famengevoegdej Compagnie
negocieerende op Genea
[Guinea] genoemd
„ werden dan of zy den eed plegtiglyk af-
„ gelegd hadden, en dat menze als mein-
„ eedigen ftraffen zou , zo zy bevonden
„ mogten worden, iet tegen de waarheid
„ verzekerd te hebben, waarvan nogtans,
„ zo ver men wilt, hier te Lande,noggee-
„ ne zwaarigheid gevallen was.." Ten be-
s
St*
H
S-
vindt (2).
In de Lente deezes jaars, werdt de voor-
raad van Graanen in Amfterdarn wederom
in 't heimelyk opgenomen , en zo gering
bevonden, dat de Vroedfchap goedvondt,
den uitvoer derzelven, voor eerft, te doen
verbieden (a).
De Wethouderfchap van Amfterdarn, al-
toos bezorgd om den Koophandel aan te
moedigen , hadt, in den aanvang deezes
jaars, brieven van Voorfchryving verleerd
aan eenige Doopsgezinde Koopluiden dee-
fluite, werdt den Gezant verzogt, deezen
luiden, of derzelver Gemagtigden alle noo*
dige hulp te willen bewyzen, en te wege
te brengen, dat hun, in Engeland, goed
regt gedaan werdt (b). Doch welk een'
uitflag deeze zaak gehad hebbe, vind ik
nergens aangetekend.
Maar omtrent deezen tyd,of wat laater,Gooflen
viel 'er, te Amfterdarn, iet voor, welk ge v°SeI'
legenheid gaf, dat eenige Leden der Re- Hér*
geennge zig nog duidelyker verklaarden dam,om
voor het gedoogen van onderfcheiden'Gods- zyn ge-
dienftige Gezindheden in den Burgerftaat. voelen'
Goojfen Michielszoon Vogelzang van Buuren, b5?d^Re"
Fluweelwerker buiten de Regulierspoort , aange-
voor eenigen tyd, met eene Attestatie vankiaagd,
den Kerkenraad, vertrokken zynde naar En- ^?0T den
geland, hadt, na zyne terugkomft alhier, f^U'
by monde en gefchrifte, veripreid zekere
gevoelens, welken voor grove dwaalingen
en ketteryen geagt werden, en om welken
hy, een en andermaal, vergeefs, tot af-
ftand vermaand zynde, van de Gemeente
was afgefneeden. Hy liet, federt, niet na,
zyn gevoelen te belyden , en daarvan te
fpreeken: waarom de Kerkenraad geraaden
vondt, zig te vervoegen aan Burgemeefte-
ren, met verzoek „ dat Vogelzang weder-
„ om in derzelver tegenwoordigheid mögt.
„ gehoord, en hem, zo hy zyne dwaalin-
„ gen, gelyk men vaftitelde, niet kon be-
„ wyzen, door 't gezag der Heeren en naar
„ derzelver befcheidenheid, belet worden,
„ dezelven verder te verfpreiden."' Men
voegde hierby nog drie andere verzoeken,
en begeerde, voor eerfi „ dat Lubbert Ger-
zer Stad, van welken zekere fomme van
penningen, uit Spanje komende, door de
Èngelfchen , aangehouden was , die men
weigerde te ontflaan, om dat de eigenaars
zwaarigheid maakten , om hunnen eigen-
dom, op de gewoonlyke wyze, met eede,
te verklaaren. De brieven waren gerigt
aan Noel van Caron, Heer van Schoonewal,
gezant der Vereenigde Nederlanden by Ko-
ningin Elizabet. Zy behelsden „ dat de Ge-
j reformeerden en Mennoniten of Doops-
> gezinden, ten tyde van Keizer Karel en
Koning Filips, in grooten getale, uit dee-
ze Landen verjaagd geweert zynde, met
de verandering der Regeeringe, in dezel-
, ven waren wedergekeerd, daar men nu
, elk zyn geweeten zo vryelyk beleeven
1, liet, dat, zelfs op de verklaaringen der
gemelde Mennoniten, die altoos zwaa-
righeid gemaakt hadden in het doen van
» den gewoonlyken eed, alom me regt ge-
>> daan werdt, fchoon zy, alleenlykby waa-
>, re woorden, in de plaats vaneede, ge-
'9 ichiedden. Dat eenige burgers van deeze
- gezindheid, het ongeluk gehad hebbende,
dat hun zekere fomme van penningen, ko-
» mende van Kadix , door de Engelfche
" Oorlogsfchepen, ontnomen was, in En-
geland niet aan regt hadden können ge-
15 raaken, onder voorwendfel, dat hunne
" bewyzen van eigendom niet met eede
gefterkt waren. Dat zy, hierop, by de
" Wethouderfchap, om brieven van voor
" fcm-yving hadden verzogt; die hierby
51 Vei"klaarde, dat hunne verzekeringen, by
'' Waare woorden, in de plaats van eede
»s
ritszoon, Leeraar onder de Doopsgezin-
den alhier , belaft mögt worden , een
„ vriendelyk mondgefprek met de hunnen
„ te houden, 't welk zy hem meermaalen
„ aangebooden hadden, en hy tot hiertoe
„ geweigerd, zig verontfchuldigende op
„ zynen ouderdom, en dat hy daartoe geen
„ bevel hadt van de Overheid." Ten ande-
ren
, verzogt men „ dat het uitgeeven van
„ zekere boekjes, waarin deLeerderwaar-
„ heid gelafterd werdt, mögt belet wor-
„ den." En eindelyk „ dat ook de oefening
„ der duivelfche konft van waarzeggerye
s> en
m Aanteic. éet Heer. C. P. HOOÏt fyB&ANDTlUfoim,,
I„ Deel, tl- *"•
<M Refof "o!1- 5 Sept. 2, Dee. 1597. il. m , «03.
<«> W ^t0edfch- -V. a 8 K0V. JS99. f. M4.
" Vroedfch. N. J } April iS9j. f. izivtrfi.
-ocr page 474-
II. Deel.
AMSTERDAMS
4-10
„ hunne toevlugt genomen hadden , en min- i.V'
„ zaamlyk onthaald en gekoefterd gewor-
„ den waren. De bevinding hadt, ten tyde
„ van Leicefter, geleerd, dat deeze vreem-
„ delingen,Vlaamingen,Brabanders,Waa-
„ len,meeft allen onruftige geeltenwaren,
„ die ook de inboorlingen ontruft hadden.
„ Ondertuffchen, hadt een Ker kenraad, uit
„ zulke Luiden beftaande , ook vreemde'
„ Predikanten in 't Land en in deeze Stad
„ gebragt, die, zo wel als de armen der
„ gemeente, fchoon ook meeft vreemde-
„ lingen, door de Wethouderfchap gunftig-
„ lyk onthaald, en uit Stads Kaffe, wan-
„ neer de aalmoeffen der Diaconie niet toe-
„ reikten tot onderhoud der armen, voor-
„ zien werden; daar andere oude burgers,
„ tot armoede vervallende, alleenlyk des
„ winters eenigenonderfland genooten van
„ de Huiszittenhuizen. En ondertuffchen
„ onderwonden zig eenigen der Stads Pre-
„ dikanten, op den predikftoel, uit te vaa-
„ ren tegen de Wethouders, die zig niet toü
1597. „ en tovel-ye, hier ter Stede, mögt wor-
„ den geweerd." 't Blykt niet, wat beiluit
op de twee läatfte verzoeken genomen
werdt, maar 't mondgefprek met Lubbert
Gerritszöon werdt afgeflaagen, alzo eenige
Wethouders verftonden ,, dat de aanzoe-
„ kers tot openbaare Dispuiten gemeen-
„ lyk vervolging en geweetensdwang in 't
„ hoofd hadden." Ook waren eenigen den
Doopsgezinden te meer genegen, om dat
zy,in de gemeene vervolgingen, zo veel
Hy wordt geleeden hadden. Maar de Fluweelwer-
in hegte- ker werdt in hegtenis genomen. Midlerwyl,
nisgeno-haddgj^ naar't oordeel van eenige Leden
men' der Regeeringe, fommige Predikanten, hier
ter Stede, zo veel hevigheids gebruikt, niet
flegts tegen andere Gezindheden , maar
Deftige zel^s teen de Wethouderfchap, dat de Heer
rede van Kornelis Pieterszoon Hooft, thans voor de
Bürge- vyfde maal Burgemeefter,geraaden vondt,
Hoofc teren en Oud-Burgemeefteren, in eene uit-
t eg e 11
ve~rvoU voerige rede, den vyftiendenOftober,voor
ging. te draagen. Hy wees hun aan •„ dat de
„ wapenen waren aangenomen, om geweld
„ en dwingelandy af te weeren; niet om te
„ heerfchen over eens anders geweeten.
„ Dat geweetensdwang vooral der tegen-
„ woordige Regeeringe niet voegde, zynde
,*, aan dezelve,en aan Prinfe Willem,voor
„ haar, onder zulke voorwaarden, nimmer
„ de poorten geopend, 't Was, vervolgde
„ hy, ook niet te verwonderen, datzovee-
„ Ie gezindheden, als onder de vervolging
„ des Pausdoms, hier te Lande, geweeft
„ waren, in twintig of vyfentwintig jaaren,
„ nog niet hadden können gebragt worden
„ tot de Gereformeerde Kerke. Omze
„ daartoe te brengen, behoorde men, zyns
„ oordeels, de luiden niet zo fcherpelyk
„ en op zo veele punten te ondervraagen,
„ eer menze ten Avondmaal toeliet, noch
„ te vergen de voorafgaande Predikatie by
„ te woonen, waarin de Gemeente begree-
„ pen werdt, by monde van den Predikant,
,» belydenis haars geloofs te doen; alzo vee-
„ len zig bezwaard zouden können vinden,
„ in 'tgeeven van eenen fchyn van toeftem-
j, ming aan de leer der Predeftinatie, of
„ aan eenig ander punt, waarvan zy, in
„ hun hert, niet overtuigd waren. Gelyk
„ 's Lands voorregten ook vorderden, dat
„ men de vreemdelingen weerde uit de
„ burgerlyke Regeeringe, waarom menze
„ ten minfte den inboorlingen niet behoor-
„ de voor te trekken; zo fcheen 't zeer on-
„ gerymd, dat men 't bewind der Kerke
„ toevertrouwde aan uitheemfche Ouder-
„ lingen, die daar befluiten namen en wet-
„ ten maakten over een volk, by welk zy
„ de Gemeente begaven, met onderfchei-
„ ding van Schout, Burgemeefteren,Sche-
„ penen en Raaden, die zy, met kwalyk
„ toegepafte Schriftuurtekften, wel durfden
„ vervloeken. Op deeze wyze , werdt,
„ voorwaar ! der Gereformeerde Leere
„ meer nadeel dan voordeel toegebragt.
„ Immers, zouden de Wethouders niet van
„ verftand zyn, dat zy, die zig niet in alles;
„ naar de Kerke konden voegen, daarom
„ in zwaarigheid behoorden te komen. Zo
„ dit plaats hadt, dan zou de dwingelandy,
„ hier te Lande 3 niet ophouden; maar al-
i, leen de dwingeland veranderd zyn. Die
„ voorheen vervolgd werden, zouden nu
„ anderen vervolgen: en dat, daar men hed
„ bloed der Paufelyke vervolginge nog zo
„ verfch voor de oogen hadt. Eenigen,"
voer de Burgemeefter voort „ zouden, mis-
„ fchien, zyne redenen minder agten, om
„ dat zyne Huisvrouw de Predikatien der
„ Mennoniten ging hooren. Doch wat zon
„ men doen? Zy hadt, op zyne aanmaa-
„ ning, wel ter Kerke geweeft; doch ver-
„ klaarde, daar zo wel niet geftigt te wor-
„ den als by de anderen. Ook hadt hy die
„ met veelen, ook luiden van aanzien, ge'
„ meen, en 't verdiende noch lafter noch
„ ftraf. Hy fprak niet tegen, dat men dté
„ van den Gereformeerden Godsdienft»
„ voor anderen van gelyke bekwaamheid»
„ in de Regeering trokke. Doch hy meen'
„ de niet, dat men daarom alle anderen
„ mistrouwen moeft, en oordeelde , dac
„ men, blyvende binnen de paaien der voor;
„ regten, alleenlyk zulkenaan'troerrnoei1"
„ zoeken te krygen, die van eenen door'
ftaa»"
»
-ocr page 475-
XI. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
4rr
ftaanden, goeden, eerlyken ,burgerlyken
wandel en voor opregte liefhebbers des
Vaderlands, zo wel buiten als binnen de
Gemeente, bekend waren. Van gelyken,
behoorde men de Kerkelyke ordening
ook zulks in te rigten, dat menze niet
bonde aan 't gevoelen van luiden, die,
van buiten ingekomen, de natuur van dit
Land niet kenden; noch de Kerkentugt
van Geneve op alle Landen pafte. Wat
hem betrof, veelen wiften, dat hy altoos
meer genegen was te gehoorzaamen dan
te regeeren; doch, zyns ondanks, tot de
Regeering beroepen, hadthyzynbyzon-
der belang ter zyde gefteld, om zyn ge-
moed , in 't bedienen van Stads zaaken,
te beter te mogen voldoen, op hoop dat
hy ook iet zou mogen bybrengen tot af-
weering van 't Spaanfche juk, en tot be-
jaaginge van't einde der Hollandfche wa-
penen, naamlyk, dat men, nevens de
verzekerdheid der belyderen van den
Gereformeerden Godsdienft, ook alle
anderen, die den zelvennog niet konden
toeilemmen, en nogtans de laften des
oorlogs hielpen draagen, zo zy zig bur-
gerlyk en vreedzaam hielden, in gelyke
ruft en vrede mögt handhaaven, en op
eene Chriftelyke wyze verdraagen, tot
dat menze, door leere en voorbeeld, op
beteren weg gebragt hadt, zonder dat
men zig, tegen eikanderen, veel min te-
gen de Overheid, zozeervergreepe.Die
onheufchheid was, tot hiertoe, door de
vingeren gezien. Maar mogelyk hadt
men hierom grooter onheufchheid te wag-
ten. En Hollanders, en vooral Amfter-
dammers behoorden wel te gedenken,
dat, onlangs, onder de Spaanfche Re-
geering , al wie zig niet hieldt by de
Roomfche Kerke genoodzaakt werdthet
Land te verlaaten, zo hy geen gevaar
wilde loopen van goed en bloed te ver-
liezen. Jammer zou 't dan zyn, dat zy,
die gelyke elende hadden doorgeitaan,
en zig gelykelyk tegen 't Spaanfch ge-
weld gekant hadden, nu eikanderen ver-
drukken zouden: of dat zy, die zig lieten
voorftaan de magtigften te zyn, na dat
men twintig of vyfentwintig jaaren vry-
heid genooten hadt, zouden toeleggen op
het mishandelen hunner medeburgeren,
die onlangs, nevens hen, het kruis ge-
draagen hadden, eeniglyk om dat zy,in
al'e geloofspunten , niet met hen eens
w.aren, of om dat zy hunne Kerkordening
j}let in alles konden toeftemmen. Onder
416 Jooden zelven, werden verfchillende
gezindheden geduld. De Gereformeerden
t^o^ °°k niet allen op eenen tyd tot
„ het verftandgekomen, waarin zy nu fton-
„ den. Waarom gunden zy anderen dan
„ ook geenen tyd tot verandering, dien zy,
„ of hunne ouders gehad hadden ? Aan de
„ volmaaktheid der Overheid ontbrak nog
„ veel. Maar de luiden van de Kerke, zelfs
„ de Predikanten, zouden ook van zig zei-
„ ven niet hooger gevoelen, 't Was dan
„ onbetaamlyk, dat zy de Wethouders, by
„ 't gemeen, zogten zwart en haatelyk te
j, maaken. Zy behoorden zig, daarente-
„ gen, in'tprecliken,voorzigtiglykenmaa-
„ tiglyk.te gedraagen, zonder zig te diep
„ en te vermetel te fteeken in 't ampt der
„ Overheid, gelyk voor deezen gefchied
„ was, met naame in de zaak der gewaan-
„ de toverye legen dien baiansmaaker op
„ 't water by de oude brugge, die van hier
„ naar Middelburg was gaan woonen. In
„ dit ftuk, hadden immers eenige Predi-
„ kanten , zonder behoorlyke kennis van
„ zaaken, zig zo diep gefteken, dat zy
„ zig niet ontzien hadden, de Heeren van
„ de Wet fterk aan te loopen, en genoeg-
„ zaam op te ftooken: 't welk de Heeren,
„ in een ftuk, dat uit zig zelf vol gevaars
„ was, in veel bekommernis en nog groo-
„ ter gevaar gebragt hadt. 't Was dan te
„ wenfchen, dat de Predikanten zig,voor-
„ taan, zo zeer mogten maatigen, dat de
„ Wethouders minder moeite hebben mog-
j, ten, om de goede gemeente in vrede en
„ eendragt te regeeren."
't Vertoog werdt, den twintigften De-
cember, ook gelezen in de Vergadering van
Schepenen, in 't byzyn van den Burgemees-
ter Pieter Boom en van den Penfionaris El-
len de Veer (V). En op den zevendenJa-
nuary des jaars 159S, werdt de gevangen
Fluweel werk er, tot tweemaalen toe, voor
Schepenen, op verfcheiden punten, onder-
vraagd. Hy beleedt „ dat hy, over twin-
„ tig jaaren, te Wezel, daar hy twee jaa-
„ ren gewoond, en het Linnen-trypwerken
„ geleerd hadt, de Leer van Calvinus hadt
„ toegeftemd; dat hy zig, te Antwerpen,
„ daar hy 't zyden- en kaffe-weeven geleerd
„ en omtrent een jaar gewoond hadt; in
„ Frankryk en te Geneve, daar hy egter,
„ by gebrek van werk, maar veertien da-
„ gen gebleeven was, aan die zelfde leere
„ hadt gehouden. Te Frankfort, daar hy
„ 't paffementmaaken hadt geleerd, was
„ hy getrouwd; doch hy hadt zig daar,
„ vooraf, alzo zyne Vrouw Lidmaat was,
„ in de Kalvinifche Gemeente moeten be-
„ geeven,by welke hy zig gehouden hadt,
„ tot
(c) Aantek. van den Heer C, f. HOOFT tyBJUNDT Re-
form. 1. Deel, ti. »ij-***»
tlhh
159-
Vogel-
zang
wordt
voor
Schepe-
nen ge-
hoord.
I598.
Zyne be*
kentenij.
-ocr page 476-
IL Deel«
AMSTERDAMS
4i ■*
PenfionarilTen, den zesentwintigilen January, '
en dus maar vyf dagen, voor dat hy, heb- web-
bende twee jaaren agtereen geregeerd,»etee.
ftondt af te gaan, in een wydluftig Vertoog,
ne uic'
wat hy oordeelde van de handelwyze,wel-v0eii»s
ke men omtrent Gooflen Vogelzanghieldt, t^o0t.
en welke men, dagt hy, op gelyke gron-g
den, zou mogen houden omtrent alle ande-a
ren, die van de Kerke verfchilden. Hy
merkte aan „ dat Vogelzang, dien hy niet
„ will immer gezien te hebben, zig, on-.
„ aangezien zyne armelyke gelegenheid, en
„ zwaaren lall van kinderen, zo hem van
„ geloofwaardige luiden berigt was, altoos
„ eerlyk gedraagen hadt. Hy was, om
„ zyn tegenwoordig gevoelen, voor eenigen
„ tyd, van de Gemeente afgefneeden. De
„ Kerk hadt dan 't haare gedaan. Zy be-
„ hoorde zig daarmede te vrede te houden,
„ en den armen man niet meer moeilyk te
„ vallen, 't Was gebeurd, dat iemant, on-
„ langs, op den middag, ten zynen huize
„ komende, zyne kinderkens , met zyne
„ huisvrouw, op der aarde hadt gevonden
„ leggen, God met geboogen knieën aan-
„ roepende voor den eeten. Hieruit fcheen
„ te blyken, dat hyze in de vreezeGods,
„ naar zyne kennis, hadt opgebragt. Zou
„ men nu den man, een' geringen vreemde-
„ ling, van wien geen gevaar te wagten
„ was, en met hem zyne vrouw en kinde-
„ ren, die toch onfchuldig waren, zo veel
„ doen lyden, eeniglyk om dat hy eenig
„ zeldzaam en letterlyk gevoelen van 't
„ Goddelyk wezen hadt; 't fcheen veel te
„ hard , naar den aart en natuur deezer
„ Landen. Hier, en door gantfch Europa,
„zag men, in tafereelen en Kerkglazen»
„ afbeeldingen van de Heilige Drie-een-
„ heid, en byzonderlyk van God den Va-
„ der, onder menfchelyke gedaante. Dit
„ zag men over 't hoofd. Daarover viel
„ men nimmer iemant moeilyk. Verilandi-
„ gen mogten oordeelen, of het gevoelen
„ deezes mans van de geftalte des Goddely-
„ ken weezens al vreemder ware dan dat der
„ Pausgezinden van hun misbrood, en dat
„ derLutherfchen van hunne Allenthalven-
„ heid. De Predikanten zogten , fomtyds,
„ de Overheid ook tegen deeze Luiden op
„ te hitfen: doch, zo men hen hoorde,
„ zou men haaft binnens- en buitenslands
„ tegen eikanderen, en tegen de Luther-
„ fchen en Papillen, in oorlog raaken. Mogt
„ David den Heere geenen tempel bouwen»
„ om dat hy zo veel bloeds geltort hadt '■>
„ 't was een jammerlyk misverlland, d&
„ men nu leevende tempelen, door geweld
„ en wapenen,lligtenwilde. GodslaïlerM
„ werdt, onder 't oude Verbond, met de
„ dood
„ tot in 't jaar 1591. Toen was hy naar
„ Wezel, voorts naar Amfterdam verreisd;
" en, zes of zeven jaaren geleeden, naar
',', Londen vertrokken, met goed getuige-
, niffe van de Gemeente der Kalvinifche
Leere in deeze Stad. Te Londen hadt
hy zig by de Walfche Gemeente willen
" begeven; doch om dat men hem daar,
',' volgens gewoonte , belydenis zyns ge-
f, loofs hadt afgevergd, hadt hy zigby de
„ Duitfche Kerke vervoegd, daar men zig,
„ met het Amfterdamfch Getuigfchnft ,
te vrede gehouden hadt. Doch hier,
* twee of driemaal, het Avondmaal genoo-
ten hebbende, hadt hy zig van de Ge-
" meente onthouden, tot eenen der broe-
1, deren zeggende, dat hy zig bezwaard
„ vondt. Eenige Kerkendienaars waren
„' toen, verfcheiden reizen, by hem geko-
„ men, om hem nader te onderregten: 't
„ welk niet gelukt zynde, hadden zy hem,
',', eindelyk, afgevraagd, of hy by hen wilde
„ komen, en by zyn eerlle geloof blyven,
„ of volharden in zyne verandering? waarop
„ zy antwoord hadden begeerd. Maar hy,
„ vreezende in hegtenis te zullen genomen
„ worden, was, na negen maanden ver-
„ blyfs, van Londen vertrokken, en weder-
„ om hier ter Stede gekomen. In zyne
„ jeugd, hadthy, te Utrecht, Latyn ge-
leerd , en was tot het zesde fchool geko-
,', men : doch federt hadt hy zig zó wel
„ geoefend, dat hy die taaie redelyk wel
„ verftondt. Over vier jaaren, hadt hy
„ Griekfch leeren leezen, van iemänt, die
„ 't hem ook uitleide , en voor anderhalf
jaar, hadt hy ook iet in 't Hebreeuwfch
" gedaan. Niemant hadt hem gebragt, of
„ vermaand tot verandering zyns eerften
„ geloofs; maar hy hadt het van zig zelven
„ gedaan; konnende hy niet begrypen, dat
„ God almagtig, naar zyn Goddelyk we-
„ zen, overal was: 't welk hy, te Londen
„ en hier ter Stede, (taande gehouden hadt.
„ 't Boekje, genaamd het Licht der Waar-
beid, bekende hy gefchreeven te hebben,
„ en te houden voor de belydenis zyns
„ geloofs ; waärby hy volhardde. In 't
„ Handfchrift, waar naar dit boekje gedrukt
„ was, hadt hy eenige woorden doorge-
„ haald, om dat de drukker zwaarigheid
„ gemaakt hadt, omze nä te drukken (d)."
Na 't hooren van deeze bekentenis, neig-
den eenige Heeren tot ftrengheid. Ook
werdt gearbeid om den gevangen naar den
Haage te voeren. Doch Burgemeefter Hooft
vertoonde Schout, Burgemeelteren en Sche-
penen , in de tegenwoordigheid der twee
(d) Ctfhte&ebivan j$97 «« i*58- /'8i, 83- Jy Bhandt
J. Deel, il. 8z*.
1598.
Eenige
Heeren
neigen
tOD
ftreng-
heid.
Burge-
-ocr page 477-
XI. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
413
»598.
3, dood geflraft; doch ook Afgodery, 't
Predikanten hier toeginge, wiften zy, die * <o8
daarover geroepen werden. Ook hadden y
eenige Predikanten wel een gedeelte der
aalmoeffen durven eifchen, om het, bui-
ten kennis der Diakenen, te befteeden
naar hun goeddunken, 't Gezeide ftrekte
nogtans niet tot verwy t; maar om te doen
33
3>
S>
3)
33
33
33
»»
SS
J3
»>
33

35
33
33
3>
3>
33
3)
3>
3>
»3
33
»3
S>
»I
33
»I
33
33
33
»
33
>3
3)
33
33
33
33
33
33
33
3)
33
3>
>>
»
»>
33
33
33
33
»3
33
»3
vloeken der Ouderen, Overfpel en an-
der kwaad, daar nu mindere ftraffen op
flonden. En zou men nu met de dood
willen geflraft hebben,'t gene de Predi-
kanten Godslaflering noemden; dan mögt
men de Roomfch • Katholyken, de Lu-
therfchen, de Mennoniten, de Geefldry-
vers, en allen, die 't met de Kerk niet
eens waren, wel aan zulke flraffe onder-
werpen , om dat zy genoegzaam allen,
by de Predikanten, geoordeeld werden,
fchuldig te zyn aan Godslaflering. Alde-
gonde zogt de Staaten op te hitfen, om
de Geefldryvers te vervolgen , en hy
hadt, te vooren , de Stenden van Duitfch-
land gezogt tot mededoo'gen te beweegen
met zulken, die door Alva vervolgd wer-
den. Maar waren deezen allen Gerefor-
meerden? Immers, neen. Men zou zeg-
gen , dat de Spanjaard ten onregte ver-
volgde; en dat wy 't met regt zouden
doen. Maar zo fpraken Papillen en Lu-
therfchen, en allen, daar zy de magtig-
flen waren. Zo men dan dien weg in
wilde; 's Lands ondergang flondt voor de
deur. Wilde men deezen Vogelzang,
om zyn te letterlyk, den Geefldryveren,
om hun te geeflelyk verflandvanfommi-
ge dingen, te lyve; zo zou men dé ver-
volging aan twee uiterflen beginnen, en
veelligt, in 't kort, nader komen, zo 't
fbmmigen Predikanten naar den zin gaan
mögt. Beter was 't, dat men den Ker-
elyken eens ernflelyk aanzeide, dat zy
ig hadden te houden binnen de paaien
an hun beroep. Die luiden konden zig
ezwaarlyk maatigen, als men hun te
eel inruimde, en verwekten niet flegts
ervolging tegen andere Gezindheden;
aar ook beroerte onder de hunnen, en
pfland tegen de Overheden. Zy waren
t 3 die , ten tyde van Leiceiler , de
efte Wethouders met den vinger aan-
eweezen, en, door 't ophitfen der Ge-
eente , in gevaar van lyf en leeven ge-
olpen hadden, niet om datze in 't fluk
er Leere veranderd waren; maar om
atze niet regeerden, naar den zin van
mmige Kerkelyken. Of de Predikanten,
ier ter Stede, zig ook niet fomtyds on-
aardiglyk gedraagen hadden tegen de
wgemeeflers; dan, met te zeggen, dat
et aan de Heeren niet flondt, hun te be-
zien,
33
dat ook op die van de Kerke wel
wat te vinden zou zyn, zo 't Land mee
het verwekken van tweedragt kon ge-
diend worden; en dat het zorgelyk was,
zo geheel op menfehen te bouwen.'t Was
nu zeftien jaaren geleeden, dat Schepe-
nen , over zekere zaaken, den raad der
Predikanten begeerd hebbende , een
fchriftelyk antwoord ontvingen, 't welk
genoegzaam inhieldt, dat de perfoon,.
wien 't aanging, behoorde te flerven;
maar 't verftand der Regteren verfchilde
zo veel van dat deezer raadgeeveren,
J)
dat men hem, zonder eenige fchandftraf-
fe, losliet. Zo men vervolgen wilde
behoorde men zyn regt daartoe, met
klaare plaatfen uit het nieuwe Verbond,
te toonen. Maar die waren 'er niet. En
over den zin der Plaatfen uit het oude
Verbond, die men tot dat einde bybragt,
verfchilden de geleerden. Zulken, die
zig zo vafl hielden aan de Predeftinatie,
voegde 't vervolgen allerminfl; want zo
die grond hadt, moeft immers elk ko-
men, daar hy befcheiden was. Men will
ook wel, hoe bezwaarlyk het Geregt
deezer Stede, van het begin der tegen-
woordige Regeeringe af, hadt können
befluiten , om dieven ter dood te verwy-
zen; en hoe de bedenkelykheden daaro-
ver, naderhand, aanleiding gegeven had-
den , tot het opregten van het Stads Tugt-
huis; en zou men nu zo ligt van doolin-
gen halszaaken maaken ? Immers, was 't,
onder ons, een algemeen gevoelen, dat
men hier niemant eenig leed om zyn ge-
loof behoorde aan te doen: en dit gevoe-
len fleunde op het algemeen oogmerk
van het aanneemen der wapenen, 't ver-
werven van vryheid van Godsdienfl, en
op herhaalde verklaaringen der Gerefor-
meerden. De Wethouderfchap van Am-
flerdam behoorde, ten minflen , in 't
vervolgen niet voorbaariger te zyn dan
die van andere Steden, op dat zy niet
fcheene te treeden in de voetftappender
voorgaande Paapfche Wethouderfchap.
Men bragt, tegen Vogelzang, i"3dat hy
zyne dooling niet flegts geloofde; maar
ook zogt voort te planten. Doch dit was
natuurlyk, en gefchiedde ook door de
Predikanten, en door elk omtrent het
gene hy voor waarheid meldt. Menzeide
aften iemant, op eenen buitengewoonen
'3
d en na de avondpreeke, te trouwen;
n dan, dat de Heeren meer Predikanten
erJchaffen moeden, zo zy in diergelyke
nd ëenoorzaamd wilden zyn **nogten
3)
'aeren oordeclsn. Hoe 't verkiezen der
Hhh 2
ook
»
»
-ocr page 478-
AMSTERDAMS
II. Deel.
„ twintig jaaren moordens, wierp men 't i$9
„ Spaanfche juk van den hals. Vogelzangs
„ gevangenis hadt Burgemeeiler Hooft, in
,, 'teerft, bekommerd, zo om de vreemd-
„ heid van 's mans gevoelen, als om dat hy
„ zag, dat eenige Heeren zo hevig tegen
„ hem waren. Doch naderhand befpeuren-
„ de, hoeonvriendelyk de Predikanten zig
„ gedroegen tegen allen, die 't met hen niet
„ eens waren; ook hoe eenige vreemde Le>
„ demaaten der Gereformeerde Kerke, on-
„ langs, zonder verlof van Burgemeelleren,
„ gegaan waren in de huizen der Mennoni-
„ ten, om hen, huns ondanks, over hun ge-
„ loof moeilyk te vallen; fchoon die y veraars
„ zeer wel willen, dat de Mennonitifche
„ Vergaderingen, door 't geheele Land ,
„ by de Heeren Staaten en Wethouders der
,, Steden, geduld werden; hadt hy niet an-
„ ders können befluiten, dan dat de ver-
,, volging, eens begonnen zynde, allengs-
,, kens voortdaan zou tot allen, die 't met
„ de Gereformeerde Kerke niet eens waren,
,, en wien nogtans zo veel gelegen lag aan
,, 't wederftaan des Spanjaards, als de aller-
„ belle onder hen. Maar om deeze goede
„ luiden zo eng te bepaalen, als de Kerke-
„ lyken fcheenen te willen, hadt zyne Geu-
„ zery nimmer geilrekt, en flrekte 'erook
„ nog niet toe. De Kerk genoot thans veel
„ meervryheid, dan zy, in den aanvang
„ der beroerten, hadt durven hoopen. Daar-
„ mede behoorde zy zig te vrede te houden.
„ Toen zogt men niemant de wet teilellen
„ in geloofszaaken. Waarom zou men 'c
„ nu doen? De zeden der andersgezinden
„ waren niet erger dan die der Gerefor-
„ meerden, zo dat men hen, ook om deeze
„ reden, niet harder behoorde te handelen..
„ Redelyker, en voor 's Lands welvaart
„ dienfliger was het, dat men, volgende
„ den ouden voet van Regeeringe, niemant
„ over Geloofszaaken moeilyk viele; maar
„ elkanders doolingen ten goede hielde, als
„ komende alleenlyk ten lalle van hem,
,, dienzc bezwaarden. Dan zou men een-
„ dragt in den Staat behouden,enelkande*
,, ren de hand blyven bieden, in 't weder-
,, liaan van den algemeenen vyand: daar,
,, zo zy, dienaar nieuwe vervolgingfchee-
„ nen te haaken, hunnen wenfch verkreß'
„ gen, het verval van den Staat onvermyd'
baar was." Ten befluite , verzogt de
Burgemeeiler „ dat niet op zyn perföon»
„ maar op 't gene hy gefproken hadt ge'
„ zien mögt worden, en dat men alles Ü1
„ opregtheid en zonder vooroordeel ovef"
„ weegen mögt ; dan zou , hoopte hy *
„ God eene genadige uitkomft geeven'
„ en men de oude fpreuk waar bevindepj
„ ook, dat by de Staaten beflooten was,
„ den man naar denHaage te doen voeren,
„ Doch dit befluit fcheen, naar 't goed-
„ dunken van eenige Predikanten en God-
„ geleerden, doorgedreeven te zyn, door
„ eenige Leden, die deezer Stad niet gun-
,, flig waren, en waarfchynlyk diergelyk
„ eene vervoering, tot hunnent, niet gedoo-
„ gen zouden. Ook bleek, uit verfcheiden
,, voorbeelden, en vooral uitdeOrdonnan-
„ tien op het herren der Convoojen en Li-
„ centen, en op het beveiligen van de zee,
„ dat eenigen gaarne Wetten hielpen maa-
„ ken,diezyzelven niet dagten te houden.
„ Veeliigt, dagt men ook, in den Haage,
„ dat de gantfche Regeering deezer Stad
eens was, oirfVogelzang hard te handelen.
,, Doch Burgemeeiler Hooft kon niet goed-
„ vinden, dat menden man, tot bederf van
„ zyne vyf kinderkens en van zyne zwangere
„ huisvrouwe, in den Haage deedeopilui-
„ ten. De Oud-Burgemeeiler , Doftor
„ Maarten Kofler, hadt, al voor elf jaaren,
,, by zekere gelegenheid, beweerd , dat de
3, Overheid,in geloofszaaken, geen gezag
„ altoos hadt over de onderzaaten. Dat was
„ ook, van 't begin des oorlogs af, beweerd
„ geweeft. Was dit gevoelen goed geweeft,
„ toen 't ons tegenging; 't behoorde, met
„ onzen voorfpoed, niet ten kwaade veran-
,, derd te zyn. Uit het Gefchrift der Ker-
0 kelyken, in Maymaand laatilleeden over-
„ gegeven, was wel te zien, dat zy zogten
„ te wege te brengen , dat niemant van
„ andere gezindheid dan zy- zyn veriland
„ aan anderen zou mogen mededeelen: 't
„ welk zy noemden, zyne dwaaling ilrooi-
„ jen , en de Gereformeerden onruftig
maaken en bedroeven. Dat zou eenigen
„ fchyn hebben, zo die menfchen zelven
„ van hunne dwaaling overtuigd waren.
„ Doch zy hielden zig zo vaft verzekerd,
3, dat zy de waarheid geloofden en leerden,
„ dat veelen hunner niet gefchroomd had-
„ den, zig, ten tyde der Spaanfche Regee-
„ ringe, om't voorflaan hunner Leere , aan
,, den fmertelykflen dood over te geeven.
„ Zo men hun, nogtans, 't verfpreiden
„ hunner Leere beletten wilde , zou te
„ bezien Haan, met wat middelen ? Zeker-
„ lyk, zou men zeggen, door de magt der
„ Overheid, als men 't door geene onder-
„ regtingen en vermaaningen doen kon.
„ Maar zou die magt zig regelen naar eeni-
„ ge wetten der Schriftuure ? Of zou
j, men eenige nieuwe Wetten en Plakaaten
„ maaken, en die ten itrengfle zoeken uit
„ te voeren ? 't Laatile deedt Filips; doch
„ wat won hy 'er mede ? De zogenaamde
„ Ketterynam toe, en na twintig of vyf en
-ocr page 479-
GESCHIEDENISSEN.
XI. Boek.
415
*59S. j) dat de onderlinge verdediging de veiligße
v0 » « O)-"
gjfel' In zekere aantekeningen des Heeren Hooft,
iv0lädr t lang na deezen opgefteld, verhaalt hy, dat
SN uit 'er> ten deezen tyde, reeds twee Wethou-
^et, ders te Amfterdam waren, die verftonden,
dat men den ketters behoorde te vervolgen.
Doch hy voegt 'er by, dat de een, zo hy
nog een- of twee en twintig jaaren geleefd
hadt, door zyne eigen wet, zou veroordeeld
geweeft zyn, alzo hy wel den Gereformeer-
den Godsdienft beleedt; doch, in't ftuk der
Predeftinatie , van 't gevoelen der genen
was, die men toen met Piakaaten bezwaar-
de. Ook maakte, fchryft hy,het verklaa-
ren van dit Leerftuk naar 't gevoelen van
Calvinus en Beza, dat lommigen , en hy
Zelf zig niet tot de Gemeente begaven; alzo
men hem verpligten wilde, om nimmer met
anderen van zyn gevoelen over deeze Leere
te handelen, ofte fpreeken; 't welk hem
naar te groote dienftbaarheid fcheen te
fmaaken, om welke te ontgaan, hy jaaren
lang buiten 's Lands gezworven hadt. On-
dertuflchen, hadt hy Vogelzang niet t'ee-
nemaal können bevryden. Den gevangen
werdt, den negenentwintigften January,by
myne Heeren van den Geregte,gelaft, bui-
ten de Stad en de Vryheid derzelve eene
*nyl in 't ronde te vertrekken , zonder daar
wederom binnen te mogen komen, dan met
Verlof van dezelfde Heeren, onder bedrei-
ging van te zullen gebannen worden. Som-
migen willen ook, dat zyn Boekje, bet Licht
??>*A Waarheid, door beuls handen, verbrand
lj;tV,]ferdt- Vogelzang voldeedt aan dit vonnis;
«{' Woch geraakce, nog dit zelfde jaar, onder
iu Jm t regtsgebied van den Baljuw van Kenne-
teiis5g' jöerland, wederom in hegtenis. Te Haar-
l\' m gevangen leggende, bragt men hem zo
Vck^u61*6' dathy, den vyfentwintigften Oclo-
t^hl tT' verfcheiden'zyner gevoelens, fchrif-
C2. ^.» herriep, en nu beleedt „ dat God
Mc"!)s. J' "iet hghaamlyk was, gelyk een man; dat
>> Adam en Eva beide Gods beeld gehad
hadden, en niet Adam alleen, en dat het
3> zelve beïtondt in de heerfchappy over
IJ aHe de fchepfelen; dat Gods Zoon eeu-
" wig was ^ ^-ien ny te vooren géfteld hadt
'! niet eeuwig te zyn; en dat de Vader, de
! Zoon en ^ Heilige Geeft, God zynde,
" niet drie Goden, maar één God waren:
'5 «at hy den Kinderdoop ook voor onregt
,': ?}«& te houden , waarom zyn jongfte
1 Kind nog ongedoopt was; doch dat hy 't
' nu, in de Gemeente, wilde laaten doo-
„ komen, en zig verder Jaaten onderreg- I59g.
„ ten." Vyfdagenhierna, zondt hy nog
een gefchrift uit, waarin hy 't voorgaande,
met Schriftuurplaatfen en redenen, beves-
tigde. Ook badt hy de Wethouders en
Dienaars des Goddelyken Woordszeeroot-
moediglyk om vergiffenis, bekennende, zig,
met het uitgeeven van zyn boekje, zwaar-
ïyk bezondigd te hebben, 't welk hy fmeek-
te, dat God, en allen, die hy daar door
geërgerd hadt, hem vergeeven wilden. Se-
dert , werdt hy ontflaagen, zonder dat my
gebleeken is, op welk een'voet(/). Doch Hy komt
zyne Huisvrouw verkreeg, den veertienden wederom
November, by de Heeren van den Gereg-^e Am"
te der Stad Amfterdam, dat hy, voor eerft, rdam-
wederom in de Stad verblyven mögt (g).
Wat 'er, alhier of elders, verder van hem
geworden zy, is niet tot myne kenniffe ge-
komen.
Het Tugthuis hier ter Stede, waarvan de Mann
Burgemeefter. Hooft, in zyne jongfte re- en Vr
en-
ou-
de ten behoeve van Vogelzang, gewaagd wen-
hadt, was, in 't jaar 1596, opgeregt.Een 7"^"
gedeelte van 't Clariflen - Kloofter op den hier ter
Heiligen Weg werdt 'er toe gefchikt. Wy Stede,
zullen-'er, hierna, in de befchryving van °Pge-
de openbaare Gebouwen der Stad, omftan-regt"
diger van handelen. Ook ftellen wy tot die
befchryving uit te gewaagen van het Vrou-
wen-Tugthuis of Spinhuis , waartoe, niet
lang na het fügten van het voorgaande, het
S. Urfulen - Kloofter bekwaam gemaakt
werdt. Het werdt, door de Staaten van
Holland, reeds op den agtften September
deezes jaars 1598, even als andere Gods-
huizen , met vrydom van 's Lands Importen
befchonken (h).
Men bevondt, inden aanvang deezes De Gods-
jaars , dat fommige Godshuizen hier ter huizen
Stede meer laften dan inkomften hadden, moeten
terwyl anderen meer inkreegen dan zy uit-e"'a"de'
gaven. De Vroedfchap befloot, derhalve, derftei}?
„ dat Burgemeefteren, die," zo luidt denen.
Refolutie „ Opperfle Voogden waren van
„ den Armen, ende Godshuyfen, binnen
dee-
„ ze Stad wefende, fulcx dat fy vermogten,
daer over te flellen alfukke perfoonen tot
„ Regenten, als zy luyden geraden
vonden;
„ de te kort komende Armen-Comptoiren,
„ uit andere meer vermogenden , zouden
„ mogen onderfteunen, tot dat zy in ftaat
„ geraakten, om de penningen, waarmede
5, men hen te hulp gekomen was, wederom
„ te rug te geeven (/')."
De
(f)  Aantek. van den BereC*. HOÓïT «mi D. VAN
SAK« ty BRANDT I. »«''""Üj'l'       f , ,
» w ld Z° dra hy los zyn zou' Voorts
u«e hy geduuriglykindevermaanin
igen
(g)  Juftitieboek, hgi«*e»4< 4 May im. ƒ. I07 by-
Dbandt als bavt», il. 83*.
^•'! Ä" f" «W* C * KOOÏT iy RaANDT I.      fö kS'vS. *■ f « *"* UM. ƒ. ,„ vtrßi
'£ä*-                                                          Handv. U. z67.
-ocr page 480-
AMSTERDAMS            IL Deel
4i6
tuflehan Holland en Zeeland, deeden die i$99
van Dordrecht, onder anderen, belooven,,3erKi',e
dat alle Schepen, Schuiten en goederen,va" s°
van Gouda, den Yffel af, door de gemelde na**
Kille, gevoerd wordende, Kanthout, Krom-tu
hout en eeken planken uitgenomen, zo vry
zyn zouden van het Dordrechtfche Stapel-
regt, als of zy door de Spuije gevoerd wer-
den: zullende zelfs deOofterfcheenNoord
fche balken, uit de Noordzee in deeze Larï
den gebragt, vry zyn, 't zy dezelven-gekant,
of rond waren. De A£r.e, door de Wethou-
derfchap hier van verleend, en den eenen-
dertigften December deezes jaars 1599 ge-
tekend, is,om het groot belang, welk Am-
fterdam by deeze Vryheid hadt, onder de
Privilegien deezer Stad, geplaatft,. en in 'c
licht gegeven fj>).
                                       ,e.
Omtrent deezen tyd ,of wat eerder, hadt P"^
zig eene nieuwe gezindheid van Engelfche J|V
Hervormden, te Amfterdam, nedergezet,^^
die naar de puurheid of zuiverheid , welke zig !*r
zy voorgaven, Puriteinen, en naar Robert A1" tt>
Browne,
eenen hunner voorgangeren,Brovi l!alf(
nifien of Bruiniflen genaamd werden. Zy
hadden zig , reeds in Engeland , van de
openbaare Kerke afgezonderd, en waren
hierom van Koningin Elizabet verdreeven
uit het Ryk. Hier ter Stede, hieldenze,
met oogluiking der Wethouderfchap, Gods-
dienftige byeenkornften, onder anderen in
de Barndefteeg, daar nog een gedenkteken
derzelven, in den naam der Bruinifien-gang,
overgebleeven is. De Conreclor der Latyn-
fche Schoole aan de oude zyde was, voor
deezen , Ouderling hunner gemeente ge-
weeft; doch, federt, tot de openbaare Ker-
ke overgegaan: en deezen zogten zy, in dit
jaar 1599, wederom tot zig te trekken,
door zeker gefchrift, waarin zy reden ga-
ven van hunne afzondering, onder ande-
ren klaagende „ over de verwardheid der
„ Amfterdamfche Kerke, waar, zeidenze,
„ de geheele Gemeente nimmer faroen-ver-
„ gaderde; de Dienaars den dag. des Hee-
„ ren nimmer met het volk heiligden , e«
„ men tot den doop ontving het zaad van
„ zulken, die nimmer Leden der zigtbaare
„ Kerke geweeft waren." Voorts, vonden
zy vreemd „ dat men God dagelyks diende
„ in de Kerken des Antichrifts" (zo noem'
denze de Kerken, die voorheen door d*
Roomfchgezinden gebruikt geweeft waren)»
„ dat men daar de huwelyken beveiligde >
„ die niet tot den Kerkelyken dienft, ma^
„ tot de burgerlyke regeering behoorden'
„ dat men feeftdagen onderhield, ter ge'
„ dagtenifle van Chriftus geboorte, opft»11'
5J din£
(?) Handv. il, »y, [tój.]
1^q8 De Engelfche Koopluiden, Avanturiers
~ c 4 genaamd, zig , federt eenige jaaren, in
Sek! de Duitfchland hebbende nedergezet, waren,
Engel- ter oorzaake van zeker verfchil, welk de
fche Duitfche Koopluiden in Londen met de En-
Koop- Keifche Regeering hadden , genoodzaakt
Ä- geworden , Duitfchland te ruimen Ver-
fiersgs- fcheiden Hollandfche en andere Steden ga-
naamd, ven zig veel moeite, om hen naar haarent te
her lokken: ook Amfterdam, daar men, in Ju-
wenly deezesiaars.beüoot, hun keur van plaats
tot eene Halle of wooning toe te ftaan, en
hun, onder anderen, het Kloofter van S.
Maria, of het oude zyds Huiszitten -nius in
de Nes of het Kloofter van S. Katharina
Op denFluweelen-burgwaï, of het ronde Be-
gynhof aan te bieden (£). Doch deeze aan-
biedingen vonden geenen ingang. De En-
gelfche Avanturiers floegen zig, eerlang,
te Middelburg in Zeeland neder (/).
Aanwas De Vaart op Ooftindie werdt, dit jaar,
der Vaart hier ter Stede , fterker voortgezet. De
op Ooft- cmpagnie van verre, den Schepen en Raad
^ Gerrit Bickerin haare gemeenfehap ontvan-
gen hebbende, hadt zig, federt, vereenigd
meteene andere Maatfchappy, beftaande
uit Fincent van Bronkbarfi, Simon Janszoon
Fortuin, Govert Dirkszoon, Kornetts van Kam-
•pen, Jakob Tbomaszoon, Ettert Simonszoon
Jonkbein
en Jan Hermanszoon, allen Koop-
luiden hier ter Stede. De vereenigde Maat-
fchappy bragt, nog in dit jaar,agt fchepen
in zee, onder bevel van Jakob Simonszoon
van Nek,
van welken 'er vier, binnen vyf-
'iS99' tien maanden, met eene aanzienlyke party
Peper en Nagelen, die zy te Bantamgelaa-
den hadden, te rug kwamen. De anderen
vier, die Amboina, Banda en Ternate be-
zogt hadden, kwamen, eerft in 't jaar iöoo,
in 't Vaderland te rug (m). Naar de Weft-
indien was, in 't jaar 1598, van hier, ook
meer dan één togt ondernomen («). De
Vroedfchap befloot, reeds in November
des jaars 1599» de oude Ooßindifihe Com-
pagnie,
gelykze genoemd werdt, en de fa-
mengevoegde Compagnie, handelende op
Guinea , voor eenige jaaren, te geryven
ieder met eene erve op Raapenburg aan 't
Ryfenhooft, responderende aan 'f Te (0), daar
de Ooft- en Weftindifche Maatfchappyen
nog tegenwoordig haare Pakhuizen hebben.
Amfter- De Staaten van Holland, omtrent deezen
dams be- tyd, de Kille, loopende door de Landen en
lang by 't gorfingen van Bonaventura, hebbende doen
vaarbaar ueicwaam maaken tot eene gemeene vaart
waaleen
(k) Refol. Vroedfch. N. | i 7*ly ij9g. f. 2}+K
il)
Vaderl. Hift. JX. Deel, hl. s enz.
(w)Eerfte Schipvaart van JACOB VanTOeck, il. 7,g,
17 , 10,17. 41,
(n) Vadeil. Hift. IX. Deel, II. IJS , U9 , I»i
(*) Refol. Yioedfch. N. g 8 Nov. WS. f. »»+•
-ocr page 481-
XI. Boek.
GESCHIEDENIS« E.N.
417
ß99- 5, ding en hemelvaart; dat men, jaarlyks,
„ de Ouderlingen veranderde , in plaats
„ vanze te laaten aanblyven enz." Men
zogt, van de zyde der Gereformeerden ,
deeze luiden , door redenen , tot andere
gedagten te brengen. Doch alle poogingen
waren vergeefs (q). Zy werden, eindelyk,
in de Noordhollandfche Sinode, die, in 't
laatft van Juny des jaars iöoi, te Amffcer-
dam, gehouden werdt, voor Scheurmaakers
verklaard (r). Sedert, verminderde hun
getal flerk, fchoon 'er, veele jaaren laater,
nog overblyffels van deeze Gezindheid,
1)8 te Amflerdam, gevonden werden.
ttinu°r^e De jongfte vergrootingen en verfterkin-
S? tooU ëen der Stad hadden de oude muuren en
Poorten derzelve, langs de ooftzyde van
fident en Raaden van Holland,Zeeland en 1600.
Friesland, was, reeds in 't jaar 1595, een op de
Plakaat uitgekomen op 't fmk der Jagt en Wilder-
Wilderniffe (af).; welk men, tot hiertoe, te nifren
Amfterdam, nog niet hadt willen laaten af- dc.
kondigen, om dat men 't nadeelig hielde te Ja" SS'
zyn aan de burgerlyke vryheid der ingeze zekere
tenen, die, onder anderen, volgens het zei- bepaaiin-
ve, door de Bedienden der Jagt, onder het f |£oaf-
Regtsgebied der Stad, gevat, en voor eenedjgd>
vreemde Regtbank van Houtvefter en Mees-
terknaapen te regt gefield konden worden.
Doch op den agtentwintigften April des 1601.
jaars 1601, befloot men, eindelyk, tot de
afkondiging, onder uitdrukkelyke verklaa-
ring nogtans „ dat de ingezetenen aan ze-
„ kere Artikelen van het Plakaat niet zou-
„ den gehouden zyn, en vooral, dat zy,
„ binnen de StadofderzelverRegtsgebied,
„ niet zouden mogen agterhaald, noch zo
„ men hen al buiten Stads gebied agterhaald
„ hadt, elders dan ter eerfter aanleg voor
„ Schepenen te regt gefield worden." En
met diergelyke uitzonderingen zyn, nader-
hand , de Plakaaten op de Jagt en Wilder-
niffe, ook doorgaans, zo niet altoos, hier
ter Stede afgekondigd geworden (y).
De aanhoudende Spaanfche oorlog hadt, Dwaaze
federt eenigen tyd, hier ter Stede, gele- Wedden-
genheid gegeven tot ongerymde wedden- fchaP"
e,          ° ° 1 •         o J                      pen, nier
lenappen op het inneemen van Steden en [er Ste-
Sterkten, op het leeven of de dood van de, ver-
Vorflen, en diergelyken. 't Geregt, be-booden-
fpeurende dat zulke weddenfehappen twee-
dragt verwekten in de Stad, en nadeelig wa-
ren voor de huisgezinnen, verboodt dezel-
ven by eene Keure van den agtften Decem-
ber, en verklaarde dat men 'er geen regt
op zou doen (z). Ook fchynt het, dat de
meeften, federt, deeze dwaasheid vaaren
lieten.
In den Zomer deezes jaars 1601, was de Peftziek-
Peft te Amfterdam, zo wel als door gantfehte hier
Holland, zo fel ontfteken, dat de gewoo-terStede'
ne Kerkhoven om de Kerken de menigte der
dooden niet bevatten konden, waarom be-
flooten werdt,het plein van 't Karthuizers-
Kloofter, daar de Kerk plagt te ftaan, de
bleekvelden van 't ronde Begynhof, en de
ledige plaats van't Gafthuis, ten weiten
van de Stede,daar de nieuweNonnen-Kerk
plagt te ftaan, tot begraafplaatfen te ge-
bruiken (0). De pelt hieldt aan tot_ diep 1602.
in 't volgende jaar; waarom, reeds m de
Lente, beflooten werdt, nog een Pefthuis te
bou-
(*) Zie Gioot-Plakaatb. f Veel, col. 1336.
(*.) Handv. bl. 507. [*«'■]
(«) Refol. Vioedfch. N. g 2$ Uug. iff0T% ƒ, 3JJ-
tde
n den Singel en langs de weftzyde van den
dce?16'1-Kloveniers-burgwal , noodeloos gemaakt.
af.
!■<
'V men befloot, de muuren, de meeile too-
f ens, en eenige poorten af te breeken; 't
zy dat men ongeraaden vondt, de Stad met
zo veele koften tevens te bezwaaren; 't zy
dat men met dit werk draalde, om de ge-
ërfden langs de veften te gemakkelyker te
doen befluiten, tot het voldoen der pennin-
gen, waarop hunne huizen gefchat werden,
uit hoofde der verbetering, die zy, door
ï(j het af breeken der muuren en toorens, be-
°°- kwamen. In 't begin des jaars 1600,werdt
beflooten, het af breeken der oude muuren,
nog eenigen tyd, uit te ftellen (j). Doch
in September daaraan, befloot men, daar-
mede voort te vaaren, en de fchamele ge-
meente, die onder de boogen in de muuren
woonde, by tyds te waarfcbuwen (/)• 't
Werk werdt, aan de oude en nieuwe zyde
te gelyk, fterk doorgezet, in 't jaar 160r.
In 't jaar 1602, voer men 'er mede voort:
en in 't jaar 1603, werdt het geheellyk vol-
trokken (u). De geërfden aan de oude ves-
ten werden toen, volgens een befluit van
den Raad, reeds in 't jaar 1600 genomen
00 j op zekere fomme gefchat, die zy, of
in geld, of in rentebrieven ten behoeve dei-
Stad, tegen den penning zeftien, opbren-
gen moeiten O): 't welk de meeften ge-
reedelyk deeden, om dat zy, door 't af-
breeken der muuren, niet flegts eenvermaa-
kelyk uitzigt, maar ook een' vryen op- en
%k^t afflag verkreegen hadden.
Op den naam van Prinfe Maurits en Pre-
(?) Zie Brandt Reform. I- Deel, bl. 843 enz,
)r)
EiiANDT II. Deel, bl. *i-
yj Refol. Vioedfcii. N. | 17 Jan- I6o° ƒ• 291 verfi.
yj
Refol. Vroedfch N. g- 13 SeP{- ISo»-"ƒ• jn.
ƒ. 3 Rero1- Vroedfch. N.K z 7aK- 16oz- 12 Maart K03.
tv) *!¥",> *zz vtrf°-
tJ\tl- Vl0«ltch. N. I t7 Asv' is«»./-. 321.
■ • W, /, io8 verjt.
-ocr page 482-
II. Deel.
AMSTERDAMS
4ï8
i6o2«
houwen (F). Ook kwamen 'er verfcheiden
Keuren uit, ter gelegenheid deezer befmet-
telyke ziekte, 't Was, tot hiertoe, hier ter
opregtte, waardoor de handel grootelyks
benadeeld werdt. De algemeene Staaten
beflooten, derhalve, alle deeze Maatfchap-
pyen tot eene algemeene te vereenigen, die,
den twintigften Maart deezes jaars, Oetroi
verkreeg, om alleen op Ooilindie te han- ,ee\
delen. Zy was verdeeld in zes Kamers, ^f tVn-
eene te Amfterdam, eene in Zeeland, twee'^e:ii&;
op de Maaze, of te Delft en te Rotterdam, mere« 'a
en twee in't Noorderkwartier, ofte Hoorn è&^ '
en te Enkhuizen. De Kamer te Amfterdam
hadt de helft in de gantfche Maatfchappye:
Zeeland een vierde, en de andere vier Ka-
mers ieder een zeftiende (g). Op 't aan-
houden der Stad Amfterdam, hadden Bur-
gemeefteren aldaar, den zeftiendenMaart,
het regt verkreegen, om voortaan de ver-
kiezing van Bewindhebberen te doen, uit een
driedubbel getal van bevoegde Perfoonen,
die door Bewindhebbers, en , volgens eene
laatere fchikking, door Bewindhebbers en
Hoofddeelgenooten, benoemd waren:welk
regt ook aan Burgemeefteren der andere
Steden, daar Kamers waren, werdt toege-
ftaan (//). De Speceryhandel der Ooftin-
difche Maatfchappye nam zo fterk toe, dat ,,
zy te Amfterdam, in 't volgende jaar, het oi'
Stads Bushuis, welk nog het Ooftindifch
Huis op den hoek van de Hoogftraat is,
tot een Speceryhuis van de Stad huurde
voor niet minder dan tweeduizend guldens iii
't jaar (t).
                                                  .*
't Geregt beraamde, ten deezen tyde, ver- S'u
fcheidene Ordonnantien omtrent de nieuwe j^/
Haarlemmer- en S. Antonis - Huis (&), die
in 't jaar 1601 gebouwd waren. De groote
Heilige - Wegs- en Jan-Rooden-poorts-lluis
1602.
Keuren
omtrent
dezelve.
dat de Vrou-
Stede, gebruikelyk geweeft
Doch
gingen.
wen mede ter begraavmge
dit werdt nu, tot nader verlof, verbooden,
om dat men gemeenlyk op de begraafplaat-
fen te lang naar de Vrouwen toeven moeit:
t w __________
uit de graven oprees,
gt, die
aakte.
op de predikdagen,
gee-
Wyders, mogten,
ne graven geopend worden
en Kapellen, als op de Kerkhoven.
Kerken
Men
verboodt ook de pruimen, fpenagie en kon-
kommers, en het houden van het lof aan
wortelen, raapen en radyzen, om dat men
begreep, dat de befmetting daarop meefl
hegtte. 't Gewaad van zulken, die aan de
pelt overleeden waren, moeft,eerft na ver-
loop van zes weeken, en buiten de Stad,
gelugt worden, 't Geregt beval eenen pleg-
tigen biddag te houden op den vierentwin-
tigiten July. Doch in December, was de
Peftziekte zo verre geweeken, dat het, des-
wege , den agttienden, eenen dankdag deedt
houden (c)- Aanmerkelykis,ondertuiTchen,
't gene fommigen melden, dat deeze lang-
duurige befmettelyke ziekte niemant derBur-
gemeefteren , Schepenen , Thefaurieren ,
Regenten van't Weeshuis, Predikanten, Ou-
derlingen , Diakenen, Huiszittenmeefteren,
Re6toren of Leermeefteren der Latynfche
Schooien, dit jaar , tot op den zeventien-
den Auguftus toe , in 't graf fleepte (d):
waaruit miflchien af te neemen is, dat zy,
voornaamlyk, de kleine gemeente getroffen
heeft, en uit gering of ongezond voedfel
ontdaan is.
Byzon-
derheid.
waren, in 't jaar 1602,gebouwd (7)
Laurens Pieterszoon Spiegel hadt, by
De alge-
meene
Veree-
nigde
Sedert de vereeniging der twee Amfter-
damfcheOoftindifche Maatfchappyen, hadt
de Vroedfchap geraaden gevonden, alle an-
^^^^     - -       - - "''fe
terften wil, eenig geld gefchikt tot een Hof- J,ci#
je voor arme luiden. Zyne erfgenaamen0
verzogten, in dit jaar 1603, daartoe een
erf agter de Leproozen te mogen koopen (m)-
Sedert bouwden zy zes huisjes in de Amftel-
ftraat, by de Botermarkt, die Spiegels huisjes
genaamd werden: en een derouditeHofjes
geweeft zyn, welken, hier ter Stede, na de
verandering der Regeeringe, zyn gefügt. Mt
Het toeneemen der Lutherfchen hier teL ,
Lande, hadt den Gereformeerden, al federt ^>f^
eenigen tyd, aanleiding gegeven, om tegen h^V'
hen te waaken. In de Noordhollandfche^e,
Sinode, die, te Amfterdam, in Juny des jaars y i^
i6ot>p$
Ooftindi- dere uitruitingen naar de Indien, die, voor
fche rekening van Amfterdammers of uitheem-
Maat- fchen, hier ter Stede, gefchieden mogten,
SS7 met der daad, te verbieden (»• Men zogt
opge. devereenigdeMaatfchappy, voor anderen,
legt. te begunftigen, en veroorlofde haar, in 't
jaar i6oi,tot het bekwaamelyker dryven
haars handels in de Indien, te Dordrecht
penningen te doen flaan met deezer Stede
wapen en den naamAEMSTELREDAMUM
beftempeld (ƒ). Doch de gunft, die der
Vereenigde Maatfchappye hier beweezen
werdt, verhinderde niet, dat men, elders
hier te Lande, OoftindifcheMaatfchappyen
(g) Zie Groot-Plakaatb. I. Deel
(h) Handv. hl. 264. [IJ2-]
(i) Refol. Vioedfch. N. & 14, 22
kol. J29.
^April Uol. f. 4*"
(i) Refol. Vroedfch. N. * 13 •Jprit i«o2. ƒ.
391.
(c) Keurb. H. ƒ. 201, 203 , 20+.
{i) Prsft. 8c Erudit. Viror. Epift. f. '«5.
\e) Refol. Vroedfch. -N. S 9 Dcc. 1*00. ƒ. 32J.
{f) Refol. Vioedfch. N. % 7 M**rt 160L f. %%%,]
4:4 verfo.
(kj Handv. bl. 714, 71J. I>S>0, 291.]
(I) Amfteldara door J. LAURENTIUS.
\m) Refol, YloecUch. *T. £ I Sept. 160}
*/<•ƒ'•
ƒ.4?»
-ocr page 483-
XL Bok.           CES CHIE DENISSEN;
4*9
^003. i6oi9 gehouden was, en waarin, gelykwy
4e ver. hoven (n) aantekenden, de Bruiniflen voor
,, des aïgemèenen geloofs of verdonkerden IOW;
,, en twyfelagtig gelden , of genoegzaam
erin- Scheurmaakers verklaard waren, werdt ook „ verloochenden," daar over vinnig aan
1 getart was, in zeker gefchriftvan Pbilippus
Nicolaus,
Paftoor te Hamburg: 't welk hem
bewoogen zou hebben, de Lutherfchen te
Amilerdam te bedfaageft by de Overheid
(f). Doch hykon zig hiertoe ook gewettigd Men bei
agten,uit hoofde van het befluit der Noord-fluit de
hollandfche Sinode van den jaare i6oi,bo-zeI^n te
ven vermeld. Hoe 't zy, uit het befluit der ^/c~
Vroedfchap zelf, blykt , dat men 't daar
voor hieldt, dat de Martinifien niet alleen
groote Vergaderingen maakten; maar daar-
enboven eenighe heftige propoqßen ende boucx-
kens, fit-eckende tot oneenigheyt van de gemee-
ne ruße ende lafieringe van de Gereformeerde
Religie, voerden ende uytgaven.
De Burge-
meeflers , in gevolge van het befluit des
Raads, vermaanden de Martinifien, een- en
andermaal, tot het nalaaten hunner Verga-
deringen (f). Zelfs tekenen fommigen aan,
dat hunne huiskerk of vergaderplaats, voor
eenige dagen, geflooten werdt (t). Doch
zy fchroomden niet, terflond daarna, op
eene andere plaats, byeen te komen; wes-
halve men goedvondt, de Predikanten,
Ouderlingen en Diakenen der Martinifien ,
die dienden of gediend hadden, voor Buf-
gemeefteren en Oud-Burgemeefleren te ont-
bieden; en hun ernftelyk aan te zeggen,
„ dat niemant, voortaan, zyn huis of fpy-
„ ker,tot hunne Vergadering, zou laaten
„ gebruiken, of dat men hem, terflond, ter
„ Stad uit wyzen zou (u)." Niet lang na 't \yat hiet
neemen van dit befluit, werden eerfl een in ge-
Predikant en Ouderling of Diaken van de daa" 9
gezindheid der Flacciaanen, die de kleinfle
was, voor Burgemeefleren en Oud - Burge-
meefteren gedagvaard, die hun aanzeiden,
„ dat, in geval men nog voortvoer, met
„ het houden van Vergaderingen, hy, die
„ 'er plaats toe verfchafte, en de Predikant,
„ die 'er leerde, terflond, ter Stad uit ge-
„ zet zouden worden." De Predikant, die
't woord voerde, beriep zig, met beleefde
en beweeglyke uitdrukkingen, op de klein-
heid en zwakheid zyner Gemeente, fmee-
kende, dat hun genade voor regt gegund
mögt worden. Doch alzo hun hierop geene
hoop altoos gegeven werdt, vertrokken zy
met een beklemd herte, de Heeren laaten-
de in de verwagting, dat zy gehoorzaametl
zouden (y\ Van de Gemeente der zoge-
naam-
ff) Brandt II. Deel, il. si.              ; ,
(sj Refol. Vroedfch. N. 10. 12 ~*P'- "°4-/• "*trfi.
O)
BRANDT II. Deel, il. Si-
           .,           ,
{«) Refol. Vroedfch. tf. i-- *'^'"- Ä'*" V>r^
\v)
Refol. Vwedfdi. * "• »♦ ^nl Ié0+- /• M.
^le\^]Sv^t^fc|{«H^
-ocr page 484-
II. Deel»
AMSTERDAMS
42o
in de vaart van kleine fchuïten, die mond- * **
behoeften hervvaards bragten, maakte, in
of omtrent het jaar 1432 , eenen Overßagb,
Overtocht,
of, gelyk het eindelyk genoemd is,
eenen Overtoom op den dam, alwaar, door
middel van zekere werktuigen , tamelyke
fchepen overgehaald, en dus uit en in de
Meer gebragt werden. Dykgraaf en Heem-
raaden van Rynland, aangezet, zo 't fchynt-,
door die van Haarlem, befioegen Amfter-
dam in boete. Doch Hertog Filips van
Bourgondie, toen Ruwaard van Holland,
fchorfte de betaaling van dezelve, en beval,
dat al wat 'er gemaakt was, gemaakt zou
blyven, tot dat hy, of zyn Raad partyen
in 't minnelyke met eikanderen zou hebben
doen verdraagen: gelyk my gebleeken is,
uit eenen brief van den negentienden Sep-
tember des jaars 1432, die nog, in de Oude
Kerke (z),
bewaard wordt. Hangende dit ge-
fchil , fchynen die van Haarlem, om den
Overtoom nutteloos te maaken, de vaart
voor den dam te hebben toegepaald , in 't
jaar 1433. Doch de burgers van Amfterdam
haalden de paaien uit den grond,ftakenderi
dam door, en voeren, gelyk voorheen, langs
de Meer, zonder Haarlem aan te doen. Iïet
Heemraadfchap vanRynland befloegde Stad
wel wederom in boete. Doch Hertog FilipS
verklaarde 'er haar vry van, en betrok het
gefchil voor zig en zynen Raade, mids zy
zeven honderd fchilden aan hem ; alzo men
ook de Graaflyke tollen, door't mydenvan
de vaart door 't Spaarne en Haarlem, ont-
gaan was (V); en drie honderd fchilden aan
't Heemraadfchap voldeede; gelyk, uit ee-
nen brief van den drie-entwintigften January
des jaars 143 3[ £434] (//), blyken kan. In 't
jaar 1514, werden die van Haarlem, weder-
om, door die van Rynland, gemagtigd tot
het beletten van de doorvaart, door'tflaan
van paaien. Ook verklaarde Koning Karel»
in 't jaar 1519, het gebruiken van die door-
vaart, 't welk toen wederom, onder ande-
ren, door de Amfter dammer s,gefchiedd e,
voor ongeöorlofd (c). Sedert, fchynt 'er
een Verdrag tuffchen de twee Steden ge\
troffen te zyn, waarby de gedaante, en de
wyze van herftellen en onderhoud en des O'
vertooms geregeld werden: in welk verdrag»
Leiden, als eenerlei belang hebbende taet
Amfterdam, ook fchynt getreden te zy0*
Maar over 't naarkomen van dit verdrag»
vielen geduuriglyk klagten. De twee Steden
klaagden, dat Haarlem denOratoom teh°°£
(r.) Laadt.XI.
(e) Zie Privileg, van Haarl. hl. ïlj,ije.
(b)  Oude Kerk, Laad? XI.
(c)  Privileg, van Haarl. bl- i»°, zij.
'1Ö04. naamde Ubiquitiften werden verfcheiden
Predikanten, en eenigen der voornaamfte
Ouderlingen en Diakenen ontbooden voor de
Heeren, daar geen der Predikanten, maar
wel zeven der andere Kerkelyke perfoonen
verfcheenen. Menhieldt hun, insgelyks,
't beflüit des Raads voor .-waarop vier hun-
ner, Joas Rendorp, Jan des Champs,Paulus
Bosfchaart
en Abraham van Leinens, met
ronde woorden, verklaarden „ datzyhun-
„ ne vergaderingen niet konden, nochzou-
„ den nalaaten." De Vroedfchap, hiervan
kennis gekreegen hebbende, befloot de ge-
melde vier luiden nog eens voor Burgemees-
teren en Oud-Burgemeeiteren te doen ont-
bieden , die hun afvraagen zouden, of zy
by hun voorgaande antwoord bleeyen vol-
harden? en zo ja, hun aanzeggen, datzy,
binnen 's daags fotmefchyn, uit de Stad zou-
den hebben te vertrekken, en daar niet we-
derom in komen, dan by verlof van Burge-
meefteren in der tyd (jw). Doch of zulks
gefchied, en wat 'er 't gevolg van geweeft
zy, vind ik nergens aangetekend. Vaftgaat
het, ondertiuTchen , dat de Lutherfchen,
te Amfterdam, hunne Vergaderingen, of
geheel niet, of niet lang nagelaaten, en al-
lengskens meerder vryheid gekreegen heb-
ben ; gelyk uit het vervolg deezer gefchie-
deniffe nader blyken zal.
Oor
           Tuffchen Haarlem ter eener, en Leiden
fprong en Amfterdam ter anderer zyde, was, om-
van 't trent dezen tyd, wederom (x) gefchil ont-
gefchil ftaan} over den Ouertocbt of Overtoom. De
Over- ërond van cfa gefchil is nergens klaarlyk
toom, aangeweezen. Zie hier, wat wy, desaan-
tuffchen gaande, uit vergelyking van een groot ge-
Haarlem taj van egte ftukken, met de meefte waar-
jj" Lg"_er fchynlykheid , hebben können opmaaken.
den en De Stad Haarlem, groot belang hebbende
Amfter- by 't behouden van de Vaart door 't Spaar-
dam ter ne f fchynt, al vroeg, gezorgd te hebben
zyde.rer voor 'l ^eSgen en onderhouden van eenen
dam in de Koßverlooren-Faart, ten einde van
den Heiligen Weg buiten Amfterdam, in
den ring van Rynland, doch onder 't Bal-
juwfchap van Kennemerland; door welken
dam , de vaart door de Haarlemmer- en
Leidfche - Meer , van deeze zyde, belet
werdt, en de fchepen genoodzaakt, hunnen
■weg, door 't Spaarne en door Haarlem, te
neemen. De dam fchynt, in of kort na 't
jaar 1413» gelegd te zyn: in welk jaar, de
Koftverlooren-Vaart gegraaven werdt (31).
Doch de Stad Amfterdam, zig, door den
dam,grootelyks verhinderd vindende,zelfs
(w) Refol. Vroedfch. N. 10. 24 ^4pril 1S0+. f. zt verfo,
(x) Zie hiervoor, bl. +oj.
(y) Zie tianilv. van Rynland, hl. 71, 7+, 77, 79, s».
-ocr page 485-
XI. Boek.           GESCHIEDENISSEN.               421
J604. deedt maaken, waaruit volgde, dat men 'er, andere Steden wilden tot een minnelyk ver- 1604..
met de gewoonlyke werktuigen, zulke groote drag komen, behoudens elk zyn regt. Doch
fchuiten niet overhaalen kon, alstevooren. de Prins verftondt „ dat de Overtoomeerft
Ook klaagde men, dat de planken of andere „ in den voorigen Haat gebragt zou wor-
werktuigen, die 't meeft te lyden hadden, „ den, en dat men, daarna, over een ver-
liegt onderhouden werden. Hieruit fproot, „ drag, in zyne tegenwoordigheid, hande-
door den tyd, eene overeenkom!!, volgens „ len zou." De twee Steden niet gelafr.
welke, het lighaam van den Overtoom, door zynde om hierin te bewilligen, begeerde
Haarlem; en de flykplanken, over welken zyne Doorlugtigheid, dat men de zaaken,
de fchepen liepen, en de werktuigen, tot ten minfte by voorraad, liete voortgaan,
het overhaalen vereifcht, door de twee an- onverminderd elks geregtigheid (g) , gelyk
dere Steden,onderhouden zouden worden, gefchiedde. Op den dertienden en veer-
Doch toen klaagde Haarlem wederom, dat tienden, werdt de Overtoom,door laft der
deeze werktuigen te groot gemaakt, en de Gemagtigden van den Hove, naauwkeurig-
planken vaft gehegt werden,op eenewyze, ]yk gemeeten (b). Leiden en Amfterdam
waardoor de Overtoom te zeer befchadigd verklaarden zig, den agtftenMay, gereed
werdt. In den aanvang der beroerten, toen tot het overleveren der ftukken, "waarop zy
Amfterdam de Spaanfche zyde hieldt , hun regt op den Overtoom bouwden; doch
kreunde men zig niet aan 't onderhouden Haarlem bleef agterlyk (i). 't Schynt dat
der gemaakte overeenkomften. De Over- het werk toen, vermoedelyk ter oorzaake
toom werdt weggenomen, en de vaart ge- van het afzyn van Prinfe Maurits , die te
opend of geflooten, naar men 't geraaden velde was, eenige maanden fleepende ge-
vondt; gelyk wy, op zyne plaats, hebben houden werdt. Midlerwyl, ondernamen dießaade-
. aangetekend (d). Maar na dat Amfterdam van Haarlem, op den elfden November, de lykhedcn
Voldoening ontvangen hadt van den Prinfe twee uiterfte Kespen aan den Overtoom, op van ds
van Oranje, in 't jaar 1578, nam Haarlem eigen gezag, te veranderen. De twee Ste- efne ^
het onderhoud van den Overtoom wederom den deeden, hierna, alle de Middelkespeh Xq Lde,'
op zig. Doch 't leedt maar weinige jaaren, opneemen, en den bodem van den Over-
of men verflondt, te Amfterdam, dat Haar- toom herftellen, zonder zig te ftooren aan
lem afweek van het oud gebruik, gelyk wy het verzoek, door die van Haarlem , ten
boven (e) hebben aangetekend. Ik weet tegendeele , gedaan. Prins Maurits , de
niet, oft gefchil, welk, deswege, in't jaar Gekommitteerde Raaden en de Gemagtig-
15%>, ontftondt,toenbygelegdwerdt:doch den van den Hove, hiervan kennis gekree«
nu eindigde het met een Verdrag, welk, na gen hebbende, verftonden, den zesentwin-
veel arbeids, eerft, in 't jaar 1609, tot vol- tigften,dat beide de partyen kwalyk gedaan
komenheid kwam. 't Zal der moeite wel hadden, en dat alles herfteld moeft worden,
waardig zyn, dat wy 't beloop en den uit- op den voet, waarop het in April laatftleeden
flag der handelinge hierover, die, zelfs uit gebragt was(£). Doch hiertoe warenpartyen
de uitgegeven Handvefien deezer Stad, niet te niet te beweegen, hebbende de Vroedfchap.
j>. befpeureniSjhierbeknoptelykteboekftfcllen. van Amfterdam, ten zelfden dage, een be-
4^, De Steden Leiden en Amfterdam hadden fluit genomen, om 't gefchil wederom voor
2oek"ts nu den weg van regte ingeflaagen, en zig den gewoonlyken Regter te brengen (/).
j^rtyeu vervoegd aan den Hove van Holland (ƒ), Men deedt, den elfden December, eenen voorflag
we; voor welks Gemagtigden, partyen, den nieuwen voorflag, hierop uitkomende „ dat, van zyne
tQt eg11 aêtften April deezes jaars i6o4,ontbooden „ by voorraad, en onverminderd elks regt,D°or-
V^e^k Waren' om' ware 'c m°gelyk> 't gefchil af „ de Overtoom, door den Stads Timmer- jjgjj"
erdrag, te doen by minnelyk Verdrag. Doch zyne „ man van Haarlem , ten overftaan der
Doorlugtigheid, Prins Maurits, vondtraad- „ Gemagtigden van den Hove, en in 'sby-
zaam, de byeenkomft te doen houden in „ zyn van partyen, gebragt zou worden in
zyne tegenwoordigheid, en ten overftaan „ den ftaat, waarin dezelve, in April laatft-
van Gekommitteerde Raaden. Die van „ leeden, geweeft was; dat aan den zelven
Haarlem vorderden „ dat de Overtoom „ geene andere rollen, flykhouten en an-
s> herfteld werdt, inden ftaat, waarinde- „dere werktuigen gebruikt zouden wor-
s> zelve, van overoude tyden, en nog voor „ den, dan, federt het jaar 1602., gebruikt
sj veertien dagen, geweeft was." De twee
                                                      » wa"
,,,                                                                                         (V) Handv. tl. 348.              „ • m »,„ u,- 1 >.
Ia-j             •"«*» Hlii«wsv'",'-,'JÏ3*»1A1 UtftS j f I, j^u.      \" f----------- ---
(\\ ui                                                                                   (') Handv. hl. 34?
J/, %'fix.. 4oï.                                                                     ft) Handv. tl. 34?.
l;U" Ziviles, van Haail. M. 4z8s'                                   (0 KttO. Vwedfth. X. 10. if Sn. i«ot. ƒ. 41J
itS.
Iii 2
-ocr page 486-
^■■^■^■■■■■■■^J^^^^^^p
AMSTERDAMS
II. Deel.
422
pen gelegd, doch niet in ctezëlven, of l"0^
„ in het ftaande werk van den Overtoom,
„ zouden mogen gefpykerd of ingekeept
„ worden, door de Steden Leiden en Am-
,, fterdam, zouden worden bekoftigd; dat
,, de Overtoom, in deezen f iaat, geduuren-
„ de het jaar ic5o5, onderhouden zou wor-
„ den, en dat, na 't eindigen van het zeU
„ ve , partyen door zyne Doorlugtigheid
„ zouden worden befchreeven, om zig, op
„ de duurzaamheid van dit Verdrag, nader
„ te verklaaren." In deezen voorflag, be- Am^f',
willigden die van Amfterdam, met eenige daw
verandering (q). Doch waarin dezelve be-, jfl,,
ftaan hebbe is my niet klaarlyk voorgeko- ,net ee'
men. Alleenlyk vermoed ik , uit de be- nige ^
woordingen eener volgende Refaktie deran<*e'
Vroedfchap, dat men de flykhouten,in dering'
kespen of het ftaande werk van den Over-
toom, wilde inkeepen, omze te vader te
waren; dat dezelve, befchadigd zynde,
zou moeten worden herfteld, op den zelf-
den voet , door een' Timmerman van
Haarlem, ten overftaan van Timmerlui-
luiden of andere Gemagtigden van Lei-
den en Amfterdam ; dat de gefchillen,
over deeze herftelling vallende, door twee
Gemagtigden van den Hove, zouden wor-
den beflift, ten kofte van hun, die bly-
ken zouden ongelyk gehad te hebben;
1604.
55
»
dat, in geval, op de klagten van hun,
„ die den Overtoom gebruikten, dezelve,
„ binnen vier dagen, niet herfteld werdt,
die herftelling, door een onzydig timmer-
„ man, ten bevele van twee Gemagtigden
„ van den Hove, en ten kofte van die van
,, Haarlem, gefchieden zou; dat van de
„ hoogte, breedte en lengte van den Over-
„ toom eene nette kaart zou worden ge-
- maakt, waarnaar dezelve herfteld en on-
doen leggen: 't welk, by den voorflag, ver
55
derhouden worden zou; dat de uitlegging
der duifterheden in deezen voorflag, en
het daarop volgende Verdrag aan zyne
Doorlugtigheid , en aan de andere ge-
melde Heeren ftaan zou; en dat partyen
Si
klaard was, niet te mogen gefchieden. On- De
,#»
dertuffchen, werdt 's Prinfen voorflag byïQ.
de andere Steden van de hand geweezen.nl ' (
Hy floeg dan, op nieuws, voor „ dat de Hy *|e.
„ herftelling van denOvertoorn, op de laatft-n0jj nr
„ gemelde wyze,gefchied zynde, partyenen
„ hun regt zouden können vervolgen." En voo^f
Amfterdam bewilligde ook hierin, behou- i6°*
dens de inkeeping der flykhouten (r). r
Haarlem en Leiden gaven 'er , insgelyks, Die ^
hunne ftem toe. En de Overtoom werdt, Senjt,
op den negenden, tienden, elfden en twaalf- w°
den February des jaars 1605, op den voor-
geflaagen voet, herfteld. Zelfs hadt Am-
fterdam , voor eerffc, van het inkeepen der
flykhouten in de kespen afgezien. De Prins
zogt toen de Steden over te haaien om van 't
vorderen van haar regt, voor den tyd van vyf
jaaren, af te ftaan, en geduurende dien tyd,
den Overtoom te doen herftellen, door Tim-
merluiden der drie Steden. Amfterdam be-
willigde in 's Prinfen voorflag, voor den tyd
van drie jaaren ■(/). Doch ik vind niet, dat
dezelve, by de andere Steden, aangenomen
werdt.
                                                         $
Ondertuffchen, beftonden die van Haar- tff„£'
35
S5
met den eerften verklaaren zouden, voor
hoe veele jaaren, zy zig aan dit Verdrag
„ wilden houden , en of zy , midlerwyl,
s, hunne zaaken in regten vervolgen wil-
„ den, of laatenindenftaat, waarinzywa-
feft (m)."
Amfter-
dam
keurt
dien af,
De Vroedfchap van Amfterdam, die te
'vooren verklaard hadt, de voorflagen van
zyne Doorlugtigheid gaarne te willen hoo-
ren (n) , vondt deezen , waarin Haarlem
terftond hadt bewilligd (0), zo fchadelyk
en fchandelyk voor de Stad, dat zy niet
fchroomde, zulks den Prinfe, met ronde
woorden, te kennen te geeven. De Afge-
vaardigden ter Dagvaart kreegen egter laft,
om nadere voorflagen te hooren; doch
te gelyk, om nimmer toe te ftaan, dat Haar-
lem den Overtoom herftellen, of een Op-
's Prinfen ziender op den zelven houden zou (ƒ>)• Zy-
nadere ne Doorlugtigheid floeg dan, den drie-en-
voorflag. tvvintigllen December, nader voor „ dat
j, de herftelling van den Overtoom, binnen
„ zes dagen na 't aanneemen van 't Verdrag,
„ gefchieden zou, door een onzydig Tirn-
„ mermah, ten bevele van Gemagtigden
„ van den Hove, en ten kófte van die van
„ Haarlem , uitgenomen dat de invulling
„ tuffchen de Kespen , met ftyve eeken
„ planken, en het maaken en keperen der
„ flykhouten of flykplanken, die op deKes-
fm) Haridv. il. 349,  35°.
(n) Refol. Vroedfch.  N. 10. 9 Dec. 1604.. ƒ. 4t.
(o) Handv. bl, 3 je.
lp) Refol. Vroedfch.  N. Jo. ij Dec, l«04. ƒ. 44 verf:
lern, nog voor 't einde deezes jaars, doorv?eVt
hunnen byzonderen Timmerman, den Over- ^6ii
toom te doen herftellen. De Stad Amfter- «^'„t
dam vaardigde, terftond, den Burgemees- $$**
ter KornelisPieterszoon Hooft,deSchepens 'et \,
Jan Jakobszoon Huidekeoper
en Jakob de $
Graaf
, en den Sekretaris Jakob de Haan
derwaards af, die te wege bragten, dathec
werk
(q) Refol. Vroedfch. N. Io. 29 Dec. 1604. ƒ. 45 , +tf.
(1) Refol. Vroedfch. N. 10. 4 ?««• Iüoj. ƒ. ^Sverfo. 4?'
(s) Refol. Vroedfch.. ü. 10. 7 Mattrtitos.f. ss-verfiS^
-ocr page 487-
XI. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
423
i(5o5. werk geftaakt werdt (0- Verders befloot
men, vanwege deezeStad, voorts op te
maaken, 't gene nog onvoltrokken geblee-
ven was : en zo die van Haarlem ietilrydigs
met den ouden voet mogten gemaakt heb-
ben, het zelve af te breeken,ten ware men
zig daar tegen kantte, in welk geval, het
gelaaten zou worden, gelyk het ge weeft was;
doch zo die van Haarlem iet ilegten mog-
ten, dat door deeze Stad gemaakt was,
zou men al wat zy gemaakt hadden, insge-
lyks, doen afbreeken (11). Doch of, en hoe
verre dit befluit uitgevoerd wierdt, vind
ik nergens aangetekend. Ondertuffchen,
werdt 'er, na 't uitgaan van 't jaar 1605,
wederom over een minnelyk verdrag ge-
handeld , waarvan wy , terftond , verflag
K
         zullen doen.
dae stad Het toeneemen van de Ooftindifche Maat-
Ooj|der fchappye gaf gelegenheid, dat aan haare
1" Kamer, hier ter Stede, meerder plaats ,
jjjht- omtrent het gewezen Bushuis, diende te
n^Ppye worden ingeruimd. Ook gefchiedde zulks,
}k^ in de Lente deezes jaars. Stads voorraad
«pHiifs van gefchut en oorlogstuig werdt toen ver-
een plaatft in den tuin der Voetboogs doele (v\
\^
alwaar, eerlang, een nieuw Stads Maga-
fcurg tJJ* zyn of Tuighuis gebouwd werdt. De Ooft-
' indifche Maatfchappy ving, weinige jaaren
laater, aan, haare eigen fchepen te timme-
ren, waartoe haar, in 't jaar 1608, te ge'
lyk met de Admiraliteit, een erf op Raa-
penburg , tot een Scheepstimmerwerf, aan-
Kromhout, Raadsheer van den Hove, die 1606.
tuffchen beide ging, fchreef'er, den zesden Verdrag
Auguftus, eenen brief over aan deeze Stad: wegens
waarop , by de Vroedfchap , beflootenden °"
werdt „ dat men zou aanhouden op het n°?m'
„ voltrekken van het Verdrag, waarvan ding vtn
„ reeds een Ontwerp gemaakt was, mids Amfter-
„ de Stad zig niet verbonde, om, zo lang dam.
„ het Verdrag duuren zou, geene nieuwe
„ werktuigen te gebruiken aan den Over-
„ toom; hoewel zy wel verklaaren wilde,
„ zulks niet van zins te zyn (2)." Nader-
hand,-kwam zy nog wat nader, en wilde
zig verbinden, om, geduurende het Verdrag
by voorraad, welk wederom , flegts voor
een jaar, ontworpen was, geene nieuwe
werktuigen te gebruiken; mids van deeze
verbindtenis geen gewag gemaakt wierdt,
noch in het Verdrag, noch in het verflag,
welk Kromhout van 't gehandelde doen
moeft O), 't Liep aan tot den eenentwin- Monde«
tigften December, eer men, op deezen voet, linge o-
door tuflehenkomft van 's Lands Advokaat, H^fJ1'
Joan van Olderbamevelden
van den Raads- voor een
heer Kromhout, eene mondelinge overeen- jaar.
komft trof voor eenjaar, die de Stad, nader- 1607»
hand, geraaden vondt, voor nog twee jaa-
ren, te vernieuwen; hoewel men, omtrent
den tyd, veranderde van gedagten, en be-
floot, het Verdrag, nog voor vier,vyf,of
zes jaaren, aan te gaan, mids men, blyven-
de by de tegenwoordige gedaante der werk-,
tuigen, aan de ftoffen, waaruit zy gemaakt
werden, of aan 't vergrooten of verkleinen
van dezelven, niet gebonden ware (b). Doch
't blykt niet, dat men, op deezen voet,
overeengekomen is. De zaak werdt dan
vervolgd voor den Hove van Holland, al-
waar die van Haarlem, den vierentwintig-
ften Ocfober, eene fententie verwierven in
hun voordeel, die hun toeliet, den Over-
toom te herftellen, op den ouden voet. Doch
Leiden en Amfterdam beriepen zig, terftond,
van deeze Sententie, op den Hoogen Raa-
de (O- Die van Haarlem ondernamen ,
ondertuffchen , omtrent den aanvang des
jaars 1609, den Overtoom te herftellen. Die o ver-
van Amfterdam namen hieruit aanleiding, een-
om de handeling over een Verdrag, weiktku°(|?hen
zy nu wel voor agt, tien of twaalf jaaren Leiden
fluiten wilden, wederom aan te binden, 'ten Am-
Liep aan tot den zeftienden Juny, && zyfterdatn.
met Leiden overeenkwamen „ dat zy het
„ maaken en herftellen van den Overtoom
»> al-
*eweezen werdt O).
X
derStu^ De algemeene Staaten, in't jaar 1606,
^Pli^ >beflooten hebbende, een zeker getal van
jNe£s Waardgelders aan te doen neemen in de
V3n »an byzondere Provinciën, bewilligde Amfter-
Sei^d- dam, op 't fterk aanhouden van PrinfeMau-
x^b rits, eerft in 't werven van tweeduizend, en
* daarna in 't werven van drieduizend en vyf-
tig man (>■). Doch toen, in 't volgende
jaar , met de Aartshertogen Albertus en
Izabelle, over eene vrede, en eerft over
eenen ftilftand van wapenen in onderhande-
ling getreden werdt, vondt men, hier ter
Stede, geraaden, zwaarigheid te maaken in
het aanneemen der Waardgelders, indien
de ftilftand van wapenen voortgang heb-
Vm beJ? moge (ƒ); gelyk hy hadt.
                     ,
"äer j, 'S Tot het treffen van een minzaam verdrag
^litigg" degens den Overtoom, werdt, in dit jaar,
Vet een Wederom gehandeld. De Heer Nikolaas
Vioedfch. N. 10.  13 Dec. I60J. ƒ. go.
Y\ Rel'ol. Viocdlch. N. u>.  ÏS Dec. 1605. ƒ. si.
&*} Rtfol. Vroectich. H. I°-  vipr. i«oj. ƒ. 59 verfs.
S*J Refol. Vioedlch. N. 10.  li Jan. ifios. ƒ. i6i verf.
)■> i'.^fol. Vioedfch. N. 10.  17 J»h U06. f. Ioi verft
ƒ• «s 0l' Vioedl'di. N. 10. 2S sAfnl, 14 May KS07.
(b) Refol. Vioedfch. x. •">• *- 6*/"- *7, i» ö». 1*07.
lü 3
-ocr page 488-
I StlLk •jMadz-.^!,
-ocr page 489-
II. Deel.
AMSTERDAMS
4H
den twee anderen Steden aanzeggen, dat rfofc
zy, volgens het Verdrag, eene nette be-
fchryving en afbeelding moeften maaken
van de werktuigen, die aan den Overtoom
gebruikt werden; doch men verftondt, te
Amfterdam , dat de ftoffe en hoedanigheid
der werktuigen den Haarlemmers niet aan-
ging, alzo daarover nimmer gefchil geweeft
was (i). Ook vind ik niet, dat deeze zaak
verder gevolg gehad heeft.
In 't jaar 1607, waartoe wy, na 't ver-Ra^'ir
haal van den afloop der gefchillen over den P1/eS0p
Overtoom, wederkeeren , werdt, voor '-tf^boV
eerft, in de Vroedfchap van Amfterdam, wenv3*
geraadpleegd over hes opregten eenernieu-eene
we Beurs of Vergaderplaats voorde Koop- j^téf
luiden hier ter Stede; waartoe eene bekwaa- g^de-
me gelegenheid op het Rokin werdt uitge-
zien, 't Werk werdt, federt, zo ernftelyk
ter hand genomen, dat het gebouw, in 't
jaar 1611, voltrokken werdt (k). Wy zul-
len 'er, hierna, in 't befchry ven van de ge-
bouwen der Stad, uitvoeriger van moeten
gewaagen.
De handeling over eene altoos duuren de Aw^r-
vrede met de Spaanfche Regeeringe, die, dai" ß
in dit zelfde jaar 1607, begonnen was, enk^i/
terftond eenen ftilftand van wapenen voort- fjüV
gebragt hadt, in Auguftus des jaars 1608, van '^
vmgteloos zynde afgebroken, tradt men,BefV
niet lang daarna, in onderhandeling over *
een veeljaarig Beftand. Amfterdam vondt
niet geraaden,in deeze handeling te bewil-
ligen , ten ware men de vrye Regeering en
Vaart, voor altoos, bedingen kon. De Vroed-
fchap raadpleegde dikwils over dit gewig-
tig onderwerp ; doch bleef beftendig by
haar befluit (/)■ Maar de Aartshertogen
wilden meer niet toeftaan, dan dat zy, met
de Staaten , zouden handelen en fluiten,
als met vrye volken; waar uit volgde, dat
zy dezelven, na 't uitgaan van 't Beftand ,
niet anders dagten aan te merken, dan zy,
geduurende den oorlog , gedaan hadden.
Prins Maurits yverde fterk tegen 't Beftand,
en fchreef, den eenentwintigden Septem-
ber, en den eenentwintigftenO£tober,twee
rondgaande Brieven aan de Steden van
Holland, en ook aan Amfterdam, waarby
dezelven van de bewilliging in 't Beftand
werden afgemaand (m). En deeze Brieven
werkten fterk op de Vroedfchap van Am-
fter-
(;') Refol. Vroedfch. N. II. 28 Juny ifiii. f. ziverf'.
(O Refol. Vroedfch. N. 10. 28 ^April, i*.July, ïSept.
I607. 17 May 1608. ƒ. 135 verfo , 142 verfo , 147 verfo,
168. N. II. 2 Juny 1S11. ƒ. 22 verfo.
(1) Refol. Vroedfch. N. 10. 28 Uug. 27 Sept. 27 oft.
lo, 17 Nov. 1608. f. 174, 17s, 177.
(ra) Zie den eerften Brief hy METEREN XXX. Boel^, f-
J72, den tweeden by Commelinhl. 109t. enin'tfranf^
in de
Negociat. de Jbannin Tom. lil. p. 27,
1607. „ alleen zouden op zig neemen, mids zy
„ dien in goeden Haat onderhielden; dat
„ men geen verdrag met Haarlem fluiten
., zou, dan met onderling goedvinden; dat
'„ men eikanderen het invoeren van bekwaa-
^ „ me werktuigen zou helpen bevorderen,
„ en dat de regtsgedingen , op gemeene
„ koften der twee Steden, zouden worden
„ gevoerd (ß)." Doch Haarlem was on-
gezind om te fluiten (e). Die Stad onder-
nam zelfs, op den eerften Oclober, weder-
om eenige herftelling te maaken aan den
Overtoom, zonder de twee andere Steden
gekend te hebben. Men zondt den Schout
en Stads Timmerman van Amfterdam der-
waards, om den voortgang van 't werk te
Verdrag ftuiten (ƒ): en dit gaf eindelyk gelegenheid
by voor- to£ het treffen van een Verdrag, by voor-
^jg°orraad,eerft tuffchen Haarlem en Amfterdam;
jaaren, welk den zevenden, in de Vroedfchap dee-
tuflchen zerStad, goedgekeurd,en den zeilienden,
de drie door <je falQ Steden, getekend werdt. Het
Steden. keflonc|t uit zes Leden, die hierop uitkwa-
men: 1. ,, Dat de Overtoom blyven zou
„ op zulk eene hoogte, laagte en verdere
„ geftalte, als waarop dezelve, volgens de
„ tekening van 't jaar 1604, in February
„ van 't jaar 1605, gebragt was. 2. Dat
„ de herftelling gefchieden zou, volgens de
„ gemelde tekening, door een'Timmerman
„ van Haarlem, en een' Timmerman van
„ Amfterdam. 3. Dat,geduurende dentyd
„ van dit Verdrag, geene andere gedaante
s, van werktuigen aan den Overtoom ge-
j, bruikt zou worden, dan die, in February
„ des jaars 1605, gebruikt waren, en nog
„ tegenwoordig gebruikt werden. 4. Dat
„ dit Verdrag verftaan werdt, by voorraad,
„ en op de proeve gemaakt te zyn, en vyf-
„ tien jaaren duuren zou. 5. Dat de drie
„ Steden , midlerwyl, blyven zouden by
„ haar regt,welk, door dit Verdrag,noch
„ aan de eene, noch aan de andere zyde,
„ verftaan werdt verkort te zyn. 6. Dat
„ den drie Steden ook geen tyd geloopen
„ hadt, noch loopen zou, tot op den uit-
„ gang van dit Verdrag, om, na 't verloop
,, der gemelde vyftien jaaren, zodanige mid-
„ delen van regte te gebruiken, als zy zou-
„ den geraaden vinden (g)." Amfterdam
hadt de meefte zwaarigheid gevonden in
het derde Lid van het Verdrag: doch was
'er, tot behoudenis der eendragt, overge-
ftapt Qi). In 't jaar 1611, deedt Haarlem
(d)  Handv. van Leyden , uitgegeven door frans VAN
Mieris hl. 789.
(e)   Refol. Vroedfch. N. 10. 29 Jan. 3 Maart, s Sept.
I609. f.
182 vcrfo 192 verfo, 212 verfo.
(ƒ) Refol. Vroedfch. ü. 10. 2 Oft. IS09. ƒ. 213.
(g) Zie Privileg, van Haarlem, hl. 429.
(h) Refol. Vroedfch. IS.10. 7 Qti, 1609. f.il} verft, ii+.
-ocr page 490-
, J.Stal^hdz.
-ocr page 491-
XI. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
Wo8. fterdam, die,door dezelven,geftyfdwerdt weeft was (*). Men ontwiern eenP Ka**
m t genomen befluit. Ondertuflchen, neig-   van de voorgenomen* vergrootinT tili
den de meefte Provinciën, en de meefte   na 't werk,in 't jaar iöio,begonnen'werdt*
Steden van Holland tot het aanneemen van   met het aanleggen eener nieuwe xvaale tot
tBeftand. Zeeland alleen ftemde'er te-   berging van fchepen («); die, federt hï
gen: en in Holland, {temden nog eenige   raade van Prinfe Maurits, naar de ko'nft
Je Stad Steden, waaronder Amfterdam was, dat   verflerkt werdt (V). Men fchikte in 't
lo°^be. men't niet behoorde aan te gaan. De Staa-   volgende jaar , eenige nieuwe erven tot
««en. ten van Holland beflooten,derhalve,tegen   Scheepstimmeringe on Uilenburg in 't af-
't einde des jaars deeze Stad te bezenden,   gelegenfte der Stad. Men kwam Overeen
en, ware t mogelyk over te haaien, om   met het Hoogheeroraadfchap van Rvnland«
iöio.
zig te voegen met de meerderheid. De
wegens het gedeelte van deszelfs Regtsge-
bied, welk, met de vergrooting, binnen
de Stad of Vryheid gebragt werdt (w). En
Raadsheeren Leonard de Voogd , Rombout
Hogerheets en Nikolaas Kromhout werden             
herwaardsi afgevaardigd, en oefleedden al   alzo de Stad, ter gelegenheid van het bui-
hunnewelfpreekendheid.omdeVroedfchap   tentimmeren, groot belang hadt om haa
te doen veranderen van gedagten. Doch zy   re vryheid nog vyftig of meer roeden uit
Verklaarde rondelyk, met te können be-   te breiden, werdt geraaden gevonden daar-
„ willigen, om dat Zeeland nog met bewil-   op, by de Staaten, aan te houd™ r*\i 't
p-^-r?          f dat hpFra;?he  Wdk T'^ b* de uitko^ gebleeken
en Hof middel hadt gevonden, om Prins Mau-   is, verftondt, niet bekwaamer te können
rits over te haaien, bleef de bewilliging van   doen, dan door het maaken eener Kaarte
-^at]d Amfterdam, en die van Zeeland zelf, maar   waarin de voorgenomen vergrooting en
h.H weinige dagen, agter (o). Men kwam, in   te gelyk de begeerde uitbreiding der Vrv-
iï^ige.ïebruary des jaars 1609, te Antwerpen by-   heid aangetekend was. Alles gefchiedde
*6Ó? ^Gn' alwaf hf twaalfjaang Beftand, op   met overleg van Prinfe Maurits , op dat
9- den negenden April, getekend werdt. Het   het verzoek te gemakkelyker ingani vin-
Werdt, hier ter Stede,op denvyfdenMay,   den mögt. De Kaart was, in de Lente des
D-_-----0KrJ.                                           jaars 1612 , reeds in gereedheid gebragt
In July des voorleeden jaars, was, by de   (y). Doch 't liep aan tot den negentienden rr • •
Vroedfchap, beflooten, op het voorbeeld   July des jaars 1613, eer de Staaten bewil- Zfdtr
k
van andere voornaame Koopfteden, ook
hier eene Wiflelbank op te regten, waar
   ]igden in -£ verzQek der g^ en ^ j^yjgjjj
%
«i%.^w uvj:ii«mu] nji^uiio uc i\aarc, Dy wei-
diclie bepaalden volgens de Kaart, bv wel-
over al federt twee jaaren, geraadpleegd   ke dezelve, op de meefle plaatfen, verre
was (q) In t begin deezes jaars, werdt   boven de honderd gaarden, was uitgebreid
Ordonnantie op de Wiflelbank afgekondigd
   f», fchoon men de paaien, die de Turis-
diftie aanweezen, nog de C. Gaarden
bleef noemen, welken naam zy tot heden
(r). Wy zullen , hier
.,~ , &y.n.5auiwu
hebben , cm 'er omltandiger van te han- toe behouden. Van toen af, begon men
delen                                                                                    fterk vnnrf- tp xrwrpn . mof hot- rr^^i,
3?
                                                                  fterk voort te vaaren, met het rooijen van
_______
£%. bchoonde Stad, zo onlangs, uitgelegd   ftraaten en burgwallen binnen de nieuwe
"et;
"1 Cn 7erfl:eri(t was aan de weftzyde, nood-   vergrooting (a); die egter, ten deezen ty-
W tM ThG het veelvuldi§ buitentimmeren en   de, niet verder, dan van de nieuwe Haar"'
Ä
gannoogen van den grond om de Stad de   lemmer- tot. aan de Heilige - Wegs - Poort
te
g ë^^g» in den Zomer deezes jaars, tot   werdt voortgezet; alwaar de onlangs aan-
en beflmt, om by 's Lands Staaten te ver-   gelegde aarden^ wallen geheellvk gefWt
CQi
2-eenff0n'O&0U0t/f^ni^e_enaan-   werden f». Het Reaalen -Eiland werd?,
*• *Sf7 % verSrTting ('}- , Ü O^^erdt,   in 't jaar iói4, het Prinfen- en Bickers-Ei!
^e |end;.Ä0p im zevenden Auguftus en   land, in 't jaar 1615, beflooten te rooi-
j^ u-Mi««» ui vijuciu uci OLtlu , ic gciyK;
ö-et het ban- en vangregt, zover buiten de
*n^Ve ëra^ten uitgebreid, als 't een en 'c
aer buiten de oude graften uitgebreid ge-
                                                                 :ea
(t) Oude Ketk, LW<- XXXIII. Handv. il. 6. £i°4.J
(u) Refol. Vroedfch. N. 10. 6. Febr. 26 ^ApTil,9 7*V'
S July
16^10. ƒ. 22+ verft, 23+ verft, 237 verf), 239-
fo) v ("ol- Vroedfch. N. 10. ij, is Dec i«os, ƒ. Ï7S.
ƒ■
f7j ^- H. ƒ. 267.
l6o8.
f lc>1- Vroedfch. N. io. io May I5e«. 2« , 2« ?»/y
»«■/„. ^el°l- Vroedfch.
\.»y A\ciur. vrucujca. i\. ii. 19 ^i«^- *"— -*' 3*'
Ö) Refol. Vroedfch. N. ri. 9 ^ru Itlz' ?• 6a-
(z.) Zie
I. Deel, II. Bti!^, bl. 4«-
00 Refol. Vroedfch. ^. n- S Maart, lo ^«^ ,s
, -       .                    N- 10- -9 ?«. Itfoj.. ƒ. 184,187 ƒ• 74, 8J !/»ƒ., 8«.                   . „„
l'/Refai v ,.,                                                             (J) Refol. Vroedfch. U. tt.tt Ott, j, ^
Vioedfch. N. 10. io 7«/j i«09. ƒ. 2o6*«r/ïr. ,6i3. ƒ. gP, p» w/., J>» *"/'•                           ä          '
-ocr page 492-
4a6 AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN. II, Deel,
Stad het Burgemeefterfchap ook door den t6i*>
tyd aanzienlyker gemaakt hebbende , be- pjaats
halve dat de bezigheden van dit ampt ook van ^e*
menigvuldiger en gewigtiger geworden wa- j°n|e.
ren,befloot men,in 't volgende jaar 1612, ^e(tett
by verbreeding der voorige Oclrojen, van ts mag'1'*
's Lands Staaten te verzoeken „ dat Bur- gentot
„ gemeefteren een gequalificeerd perfoon,de" ^
„ nevens den jongften Burgemeefter, of, Sc0 ie"
„ zo deeze niet kon tegenwoordig zyn, al-piemer
,, leen, of jaarlyks, of voor deszelfs lee-dyk
„ ven, mogten magtigen, om de Verga-
„ deringen der Heemraaden van den Die-
„ merdyk by te woonen; en zo hy alleen
jen (c). Het eerfte kreeg zynen naam naar
den Schepen Reaal, die de eerfte huizen
aldaar liet bouwen. Het tweede heeft,
waarfchynlyk, zynen naam naar Prins Fre-
drik Henrik gekreegen;en het derde, naar
den Burgemeefter Jocm Bicker, die aldaar
de meefte huizen en pakhuizen gebouwd
heeft, en onder anderen een aanzienlykhuis,
in de groote, op den hoek van de kleine
Bickersftraat, welk met zyn wapen en een
fraaijen tooren verfierd was, en waarin hy
eenen geruimen tyd gewoond heeft. Men
heeft het Reaalen-Eiland eerft omtrent het
jaar 1624, en de twee anderen, wel tien
jaaren laater, begonnen te bebouwen (d).
Voorts verliepen 'er maar weinige jaaren,
of de andere gedeelten der nieuwe uitleggin-
ge waren, meeft overal, betimmerd.
In,de Lente des jaars 1611, waren, in
het nabuurig Muiden, veertig of vyftig huis-
jes, by ongeluk, afgebrand. De Regee-
ring van 't Steedje hadt zig by die van Am-
fterdam vervoegd, om onderftand: en de
Vroedfchap befloot, terftond , eene fom-
me van zevenduizend guldens, aan die van
Muiden, tot eenen maatigen Intreft, ter leen
op te fchieten (*)•
Wy hebben, op zyne plaats (ƒ), ver-
haald, dat de Stad Amfterdam, al van 't
jaar 1440 af, regt gehad hadt tot den me-
defchouw van den Diemerdyk tuiTchen Am-
fterdam en Muiden , en om daartoe den
jongften Burgemeefter in der tyd te mag-
tigen. Doch het toeneemend aanzien der
itfio.
3J
verfcheen , alles te verrigten , wat de
jongfte Burgemeefter, tegenwoordig zyn-
„ de, zou hebben mogen en behooren te
„ verrigten, uit kragte der oude Privile-
„ gien :" in welk verzoek, den zeventien-
den December, bewilligd werdt (g).
De ruft, die 't Land in 't gemeen ge-
noot, na 't fluiten van 't Beftand , gaf aan
de Kooplieden, met naame aan Amfter-
dam , gelegenheid, tot het fterk uitbreiden
haarer Scheepvaart en Koophandel:'t welk
den aanwas en welvaart der Stad kragtig-
lyk bevorderde. Doch zy hadt, daarte-
gen , ook rykelyk haar deel, aan de onlus-
ten, die de Kerk deezer Landen, federt
weinige jaaren, hadden begonnen te be-
roeren, 't Zal dan niet ondienftig zyn, dat
wy den Leezer ook een beknopt berigt gee-
ven van den loop en afloop deezer onlus-
ten : waarin wy ons egter eeniglyk ofvoor -
naamlyk bepaalen zullen , aan het deel,
welk deeze Stad daarin gehad heeft. En
dit berigt zal de hoofdftof der drie volgen-
de boeken uitmaaken.
(l) Haadv. hl. 3*1. [10«.]
De Stad
verftrekt
Muiden
eenig
geld.
1611.
De Stad.
verkrygt
Oftroi,
om een
gequalifi-
ceerd
per-
foon,
nevens,
of in
(c)   Refol. Vroedfch. N. n. 6Dic. 161+. ia Dtc. i«ij.
f, 140 verfo , 163 verfo.
(d)  Zie FiLiPS von ZE5EN , Belehr, von Amfterdam,
f. 170, 171.
(e)   Refol. Vroedfch. N. 11. 2j May 1(11. f. 21.
(f)  Zit II. Deel,- V. Boek.., hl. »12,
X\\r^'
-ocr page 493-
4*7
TWEEDE         DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
T E R D A M.
A M S
twaalfde, boek.
Amsterdams Geschiedenissen, van het jaar ï6ï2s
tot in 't begin des jaars 1617.
De onluften, die, federt eenige jaaren, beroep buiten Amfterdam aan te neemen, rg™
de Kerk deezer Landen begonden te dan met verlof van Burgemeefteren in der
         *
beroeren, waren ontdaan, ter gelegenheid tyd. In 't jaar 1582, werdt hy, van Stads-Hy .
van het verfchü over de Leere der Godde- wege, naar Geneve gezonden,om zig ver-van St^
lyk'e Voorfchikking en Befliiiten, tuffchen der te oefenen (c): 't welk, ten deezen ty- wege,
s
't Frahciscus üomarus en Jaeobus Arminius, de, meermaalen gefchiedde: en vind ik,naarGc"
Hoogleeraafs der Godgeleerdheid op 's
jaar 1586 , beflooten ^^
heeft „ wanneer de Student £ Arminius J
„ die, van Stads wege, naar Geneve ge-
„ zonden was, wederom t'huis kwam, ee-
% Lands Hooge Schoole te Leiden. Gomarus
W*" ^as een Vlaaming van herkomft, en, na
t overgaan van Vlaanderen aan den Span
t(3ia. 'aard, herwaards gekomen. Arminiuswas
te Oudewater gebooren, en, na zyrts Va-
ders overlyden, tot de ftudie opgeleid, eerft
door Theodorus Emilius, die, 't Priefteramnt
„ nen anderen derwaards te zenden, en
„ daartoe de voorkeur te geeven aan deii
„ 2oon van wylen den Predikant Jan Claas-
. ,                 --------, —,--------------r- „ zoon(d)t" in de Lyften der Predikanten,
«deRoomfcheKerke afgeftaan hebbende, Joannes Nicolai a Wajjenaer genoemd. Ar-TotPre;
«g tot de Gereformeerde Kerke gevoegd minius, in't jaar 1587, hier ter Stede tedikant
«adt; en daarna, door Rudolf Snellïus, een' rüg gekeerd zynde, werdt, in 't volgende deezer
«er grootfte Wiskundigen van zynen tyd, jaar, door de Claflis van Amfterdam, Pro- Jte
öie hem met zig nam, op eene reize naar ponent verklaard; en niet lang daarna, totre^
"ellen. Van hier was hy, in 't jaar 1575, gewoonlyken Predikant deezer Stad be-
Jn Holland wedergekeerd, daar hy, door roepen. Hier tradt hy, in 't jaar 1590, inijy
benige goede vrienden onderfteund,zig zes 't huwelyk met Elizabet Reaal, Dogter van trouwt.
Jaaren oefende, op de nieuwe Hooge Schoo- Laufens Jakobszoon Reaal, Schepen en
f te Leiden. In 't jaar 1581, werdt hy, Raad der Stad, van wien wy, in 't voor-
^1 ^oor Burgemeefteren van Amfterdam, en gaande gedeelte deezer Gefchiedenifien ,
SL S)or,eenige Predikanten deezer Stad, den dikwils gewaagd hebben. Doch niet lang Word/-
\ 7
hS
V
J V
envan'tKraamers-Gildeaangepree- hierna, maakte hy zig, byPIancius en eeni- verdagt
, n •» als een bekwaam voorwerp, om, ten ge andere Leden des Kerkenraads, verdagtvan °"-
oite van 't Gilde, voort te laaten ftudee- Van onregtzinnigheid, ter gelegenheid vanvegt?%
«i in de Godgeleerdheid (a). Men hadt, zekere zyne Predikatien, over het zevende™*
s. heKKl!yk' §elykwy °P zyn Plaats Semeld Hoofdftuk des Briefs aan de Romeinen,
's~' ter cen ®' aI kort na de verandennS hier waarin hy verftondt, dat Paulus niet van zig
V
a'f den ■ e' befloo"n' de inkomften der Gil- zelven, noch van een' herbooren Chriften,
8eK n-16t t0t bral*en'dnnken en ydele by- maar van een' onherbooren Jood gefproken
d0 0oyigheden; maar tot beter gebruik te hadt. JoannesTaßn en Joannes Uitenbogaard,
Gild befteeden- 0ok nam het Kraamers- verzogt, om den twift, die hier uit gereezen
jt ae de koften van Arminius ftudien op zig. was , by te leggen, deeden eenen voorflag,
ros.
aS
y w
verbondt zig, daarentegen, om geen die van Arminius omhelsd
doch by den
Kef-
«*, X4« 18.
(c)   Vita Arminii f. i».
(d)  Refol. Vioedfch. M
Kk.k
S. II Stpt. IjSfi.
ï-STüK.
-ocr page 494-
II. Deel.
AMSTERDAMS
428
der voorwaarde „ dat hy niet vertrekken l»13'
,, zou, voor dat de Stad van een' ander'
>} bekwaam Predikant voorzien was ; dat
„ hy, in een mondgefprek met Gomarus,
„ zig van alle verdenking van onregtzinnig-
,, heid zuiveren zou , en dat hy vrywil-
„ Hglyk van 't Hoogleeraarfchap zou af-
„ ftaan ,zo de Kerk van Amfterdamzvnen
„ dienft, t'eenigen tyde, behoeven mögt
,, (/)•" 't Gefprek met Gomarus liep af tot
genoegen van Arminius, die, daarna, met
een eerlyk getuigenis des Amfterdamfchen
Kerkenraads, naar Leiden vertrok (m).
           t.
Maar in de Hooge Schoole herleefden ^°%ä5
de gefchillen terftond. Arminius verde n^V1'
digde ftellingen over de Predeftinatie, die 0p \
door Gomarus wederlegd werden. Armi- iflL
nius fchreef wederom tegen Gomarus. De Ü°°$>
Predikanten, de Studenten koozen party. s
De byzondere Sinoden namen kennis van
den twifl, en drongen op eene nadere ope-
ning der punten, over welken men verfchil-
de. De algemeene Staaten bewilligden, den
vyftienden Maart des jaars 1606,in't hou-
den eener Nationaale Sinode, alwaar de
NederlandfcheBelydenis enHeidelbergfche .
Catechismus overzien zouden worden. Doch
over dit byvoegfel rees gefchil onder de
Kerkelyken , oordeelende Gomarus en de
zynen, dat de Belydenis en Catechismus,
die zy als een ondergefchikten regel des
Geloofs aanmerkten , alleen!yk moeften
goedgekeurd, niet, gelyk Arminius en de
zynen verlangden, van nieuws overzien wor-
den (n): 't welk, in de Noordhollandfche
Sinode, die, in Juny des jaars 1007 , te Am-
fterdam werdt gehouden, aangemerkt werdt
als fmaakende naar onregtzinnigheid (0). <etf
Men predikte ook, van toen af, te Amffcer- ßi*
dam, fcherp tegen Arminius (ƒ>), die, fe- Än-
dert, voor den Hoogen Raad , en in de Jo'V
Vergadering der Staaten van Holland, te- é^jP
gen Gomarus gehoord zynde, zonder dat1*1
men eikanderen nader kwam, op den ne-
genden Oftober des jaars 1609, over-
leedt (q).
                                                       /'
De Predikanten, die Arminius gevoelen ^ /
waren toegedaan, in January des volgenden jjj,^
jaars, in ftilte, byeen gekomen zynde, be-^.
ilooten hunne Leer, in vyf punten vervat, /pd*
voor te draagen aan de Staaten van Holland ^
in eene Remonflrantie, waarnaar hun , federt»
de naam van Remonflr anten bygebleevenis-
Te gelyk verzogtenze, in eene wettige efl
vrye Sinode, gehoord, of, kon dit niet zyn»
broe-,
(l) Vita Arminii p. 173.
(m) Vita Arminii p. I80, rj>;.
(") Vita Arminii p. 106. ii2, zit, z$% ,273 /ju, 31*
3l■5,}^7.
(•>) liRANDT II. Deel, hl. 73.
(p) Brandt II. Deel, hl. ss.
(j) Vita Aiminii f. 351, is», as, 43i.
Kerkenraad van de hand geweezen werdt
(e). Burgemeefteren, bedugt dat de twifl
hooger ryzen mögt, ontbooden, den elfden
February des jaars 1592 , den gantfchen
Kerkenraad, dien zy, by monde van den
voorzittenden Burgemeefter, Reinier Kant,
aanzeiden „ dat zy de onderlinge gefchillen
„ der Leeraaren, uit derzel ver Predikatie n,
„ ongaarne verflaan hadden; hun te gelyk
„ vermaanende , tot meerder gemaatigd-
„ heid, en tot afzonderlyke envriendelyke
gefprekken over de onderlinge gefchillen,
op dat de Wethouderfehap niet genood-
1612.
Burge-
meeile-
ren ver-
maan en
den Ker-
kenraad
tot ge-
maatigd-
heid.
„ zaakt wierdt, zig te bedienen van andere
„ middelen, ter behoudenis der gemeene
„ rufte in de Kerk en in den Staat." De
Predikanten antwoordden ,, dat zy bereid
„ waren, in een mondgefprek te treeden
„ met Arminius, in 't byzyn van den Ker-
„ kenraad:" waartoe deeze zig ook gene-
gen toonde. Doch Burgemeefteren ver-
klaarden, te begeeren ,, dat alles in verge-
„ telheid gefield, en geen nader mondge-
„ fprek gehouden werdt; dat de Predikan-
„ ten zig moeften wagten van nieuwigheden
„ te brengen op den predikftoel;datmen,
3>
over de gefchillen, afzonderlyk en in 't
vriendelyke, met eikanderen moeft han-
55
delen, en zulken, die men van dooling
niet overtuigen kon, in zagtmoedigheid
„ draagen, tot dat de gefchillen, door een
„ Sinode, beflift werden (ƒ)•" In't vol
gende jaar 1593, verantwoordde Arminius
zig zo wel voor den Kerkenraad, dat dezel-
ve befloot,, broederlyke eendragt met hem
„ te onderhouden, tot dat de verfchilpun-
„ ten, door een algemeen Sinode, nader
„ uitgelegd zouden zyn (g)." Arminius be-
hieldt de gunft der Wethouderfehap in zo
verre, dat hy, eerlang, tot Fifit at or der La
tynfche Schooien
, en, nevens Doftor Sebas-
tiaan Egbertszoon, tot het onderzoeken der
boeken, werdt aangefteld (A).
Ook fleet hy den tyd,te Amfterdam,fe
dert,in tamelyke ruft, tot dat dedoodvan
twee Hoogleemars der Godgeleerdheid te
Leiden, Lucas Trelcatius de Oude en Fran-
cisco Junius
, die, in 't jaar 1602,door de
peil werden weggerukt, gelegenheid gaf,
dat hem eene der openvallendeplaatfenop-
gedraagen werdt. Doch Burgemeefteren
verklaarden, dat zy zynen dienft niet ont-
beeren konden (j): en 't liep aan tot den
vyftienden April des jaars 1603, eer hy,
door den Raad, ontflaagen werdt (Ji), on-
(e) Vira Arminii p. 31 , 34» iS, 45 , +8 , 57.
Armi-
nius
verant-
woordt
zig.
wordt
Profeflor
te Lei>
den.
(f) Vita Arminii p
(<r,
Vita Arminii f
(h)
Refol. Vroadfch
JJ .ept. 1603. ƒ. 433.
(i) Vita Arminii P
«7-73
89
•Af- 1S9S- ƒ• J7 •""•ƒ».
X.
I "
119, HS, 14«-
ii) Refol. Vtoedfch. N. J is april iSoj- ƒ. 414,
-ocr page 495-
XU. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
429
■.1612.
broederlyk verdraagen te worden. Die 't met
Gomarus hielden leverden, hier tegen, eene
Contruremonfirantie in, waarnaar zy Contra-
remonfiranten genoemd werden, en floegen
het houden eener Nationaale Sinode voor,
of het zenden der punten van verfchil aan
de uitheemfche Hooge Schooien, aan wel-
ker uitfpraak zyzig wilden onderwerpen (f).
Midlerwyl, werdt, ter Vergaderinge van
Holland, geraadpleegd op het houden ee-
ner Provinciaale Sinode. De meefte Leden
neigden hiertoe, mids de Afgevaardigden
tot de Sinode verkooren wierden door de
Staaten. Doch Dordrecht, Amflerdam,
Hoorn en Enklmizen verfchilden van de
meerderheid (s). Amflerdam verflondt,
dat de Claflen de Afgevaardigden zouden
benoemen; dat zy , door de Hoofdfteden
der Claffen, zouden verkooren worden, en
hunnen lall krygen van de Staaten (t). De
Staaten hadden, ondertulTchen, by meer-
derheid vanflemmen, beflooten, den Clas-
fen aan te fchryven, dat zy,in 't beroepen
van Predikanten, niemant onderzoeken of
be..vvaaren zouden , bover+de Leer, in de
Remonftrantie vervat. Doch Amflerdam
en de drie andere Steden hadden zig onge-
lafl verklaard, om in dit befluit te bewilli-
gen; waarom het, door verfcheiden Kerke-
lyken, niet naargekomen werdt (u).
In Arminias plaats , was , midlerwyl,
Cnnradus Vorflius tot Profeflbr der Godge-
leerdheid beroepen. Doch eenige Kerkely-
ken, den manfchuldig houdende aan grove
doolingen, zogten den voortgang van dit
beroep te beletten. Te Amflerdam, werdt
zelf tegen zyne Leer gepredikt: 't welk hem
zo diep trof, dat hy gelegenheid zogt, om
Plancius, die fterkft tegen hem yverde, te
fpreeken, in 't byzyn van Burgemeefteren.
En fchoon dit gefprek niet kwalyk voor
Vorftius afliep (v); was egter de meerder-
heid derVroedfchap zo overtuigd van't na-
deel , welk de Kerk van Vorftius te dugten
hadt, dat zy, eerlang, befloot, te wege te
die van hun, in 't ftuk der Predeflinatie,
verfchilden, die, volgens fommiger aante-
kening, noemendeMammulukken, Peßen en
Duivels, die men, met hunne kinderende-
hoorde te verjaagen; waartoe zelfs de Wet-
houders , by 't aanvaarden hunner bedienin-
ge, met gedrukte fchriften, vermaand wer-
den. In fommige Predikatien, werdt ge-
waagd , van 't verdryven der Kanaäniten en
van 't verdeelen van 't Land Kanaan onder
't volk van Izraël, met toepafïing op den
ftaat deezes Lands, en vermaaning , om
eikanderen, hier, op gelyke wyze, te han-
delen.' Ook was, in dit zelfde jaar 1610,
Herman Barendszoon, een der Krankbezoe-
keren, door den Kerkenraad, buiten kennis
van Burgemeefteren, afgezet van zyn ampt,
om dat hy, zo getuigd wordt, in't Huk der
Predeflinatie, verfchilde van zyne mede-
broeders (X).
Tegen den aanvang des jaars i6"ii, be-
gon men zelfs, hier ter Stede, te arbeiden
om zulken, die men wift, dat in 'tftukder
Predeflinatie wat gemaatigder waren dan
anderen, te weeren uit de Regeeringe: waar-
mede , naar 't fcheen, eenige Kerkelyken
beftonden zig te moeijen. Men wift niet
flegts, eenige weeken voor de verkiezing,
te zeggen , wat nieuwe Regenten men te
wagten hadt; maar, wel zes of zeven maan-
den te vooren, hadt een der Predikanten
tegen eenen regeerenden Burgemeefter ge-
zeid, dat men zekeren Heer tot het Burge-
meefterfchap dagt te brengen: 't welk ook
gebeurde. In zekere Aantekeningen, wordt
gemeld, dat Burgemeefteren, kort na de
verkiezing, aan den Raad deeze vraag dee-
den, of iemant ook wifl, of bevonden hadt,
dat .onze Predikanten naar de Regeering fion-
den ? Waarop één der oudfle Leden van de
Vroedfchap verklaarde „ dat hy, als men,
„ door de woorden onze Predikanten , zo
„ wel die van andere Steden als van deeze
„ Stad verflondt, meende, dat, fchoon zy,
„ of eenigen hunner zulk een oogmerk heb-
1612.
S ver-
mit
«leefte
Jeden
^ Hoi.
>de
Een
Krankbe-
zoeker
wordt,
door den
Kerken-
raad, af-
gezet.
Eenige
Predi-
kanten
worden
verdagt
gehou-
den vaia'
zig te
veel te
moeijen
met de
Regee-
ring.
*b
Uien.
ft*.
brengen, dat zyn beroep geen voortgang
& j»
ben magten, zy zo flegt niet zouden zyn,
hadt (V). Ook werdt hy, wat laater, doch
met behoudenis van wedde, gefchorft in
zyn ampt, eer hy 't nog geoefend hadt.
De Predikanten hier ter Stede, immers de
Nederdukfche, waren allen, of genoegzaam
allen in 't gevoelen der Contraremonftran-
ten, en verklaarden zig, dikwils,fcherpge-
„ van zulks openlyk te verklaaren; doch als
„ men, uit waarfchynlyke redenen, eenige
„ rekening maaken mögt, hielde hy devol-
„ gende zaaken voor zeer bedenkelyk; de
„ oneerbiedigheid der Predikanten jegens
„ de Wethouders, reeds in 't jaar 1578 be-
„ toond; het ftoktrekken der Claffis van
„ Alkmaar, die eene ongewoone onderte-
„ kening vorderde van de Predikanten, te-
„ gen de Wethouderfchap en de Staaten;
„ het afzetten van den Ziekentroofter Her-
5> man
(.v) Aantek. van Eurgem. C. f. HOOIT by Ek4NDT n.
Deel, bl. 148 , l+J>.
Kkk z
%
«11
"»«en.
noeg, van den predikftoel, tegen zulken,
</) Vaderl. Hift. X. Deel, bl. 33 enz..
y)
B:\ANDT II. Deel, bl. 131.
*erp K-eiol. Vroedfch. AT. 10. 2, 19 Jttny isio. ƒ. 230
r«\l38 vcrf°-
>A eRandt It. Deel, bl. 131, 132.
(»i B IiRANDT I[. Deel, bl. I4S enz..
J *«fol, Vroedich. N. 11. is ^ifril 1S11. f. 19 </erp>.
-ocr page 496-
II. Deel.
AMSTERDAMS
43°
naar grooter meefterfchap ftonden. De Oud- 161&
Burgemeefter Kornelis Pieterszoon Hooft s.
heeft hierover eenige bedenkingen in fchrift 'ffleefter
gefield , die op deezen zin uitkramen: Hooft 0?
1612. » man Barendszoon; het dagelyks uitvaa-
„ ren tegen de Regeering, wegens de me-
„ nigvuldige hoerery, dronkenfchap en dier-
„ gelyk kwaad, even of zulks den Heeren
„ zo zeer niet mishaagde als hun; het in-
„ voeren van uitheemfchen in denKerken-
„ raad, en 't handelen aldaar, zonder aan
„ eed of Inftructie gebonden te zyn, en
„ buiten kennis der Wethouderfchap, ter-
„ wyl men hunne Refolutien noemde naar
„ de Kerke der Stad, fchoon 'er weinige
„ ingeboorenen iet in te zeggen hadden.
„ Dat men der Wethouderfchap , in 't ver-
„ kiezen van Predikanten , te weinig gezags
„ liet, en als men eenig beroep aandiende,
„ zig hieldt als of de zaak haaft hadt, op
„ dat de-Heerengeen zonderling onderzoek
„ zouden können doen op de perfoonen ,
„ gaaven, handel en wandel der beroepe-
„ nen. Dat ook een Predikant, of eenige
„ Predikanten, over ettelyke jaaren , van
Gysbert Janszoon van de Poll, toen Diaken,
„ eenig geld hadden geèifcht, om, buiten
„ kennis van Diakenen, naar 't goedvinden
„ der eifcheren, befteed te worden. Dat
„ men, nog onlangs, den Diakenen, aan
„ hunne huizen, geld afgevorderd hadt, om
„ gegeven te worden aan zekeren Predi-
5i kant [Pieter Janszoon], die,in de Claflis
„ van Alkmaar, tegen 't begrip der Wet-
„ houderfchap geyverd hadt, onder belof-
„ te dat men die fomme, [zynde vyftigre-
„ aaien van agten of honderd guldens] , den
„ Diakenen in hunne rekening zou doen
„ gelden (y)." Op alle deeze zaaken, ver-
ftondt deeze Heer, dat men behoorde te
letten. Doch ik vind niet, dat 'er iet op
beilooten werdt.
Men
           Het prediken tegen zulken, die eenig an-
fteekt op der begrip van de Leere hadden, dan de
eenige Predikanten hier ter Stede, ging, ondertus-
tetfvan fcnen , voort. In May des jaars 1611,
den Pre- hoorde men van den Predikftoel roepen ,
dtkftoel. „ dat 'er, in de Stad, Perfoonen waren,
„ Libertynen of Vrygeeften, die tegen de
„ opregte dienaars Gods haat droegen ;
„ dieze vervolgden, en uit hunnen dienft
„ zogten te ftooten:" 't welk geoordeeld
werdt te daan op eenige Regenten, die 't
poogen der driftigfte Kerkelyken zogten te-
gen te (laan. Onder deeze Regenten, wa-
ren 'er, hier ter Stede, die zeer afkeurden,
dat de Predikatien veelal beftonden uit het
voordraagen der zweevende gefchillen, en
niet genoeg gerigt waren tot boete en god-
Beden- zaligheid. Ook verftonden zy, dat eenige
kingen Kerkelyken, meeft vreemdelingen, zig te
van den Veel gezags hadden aangemaatigd, en nog
O') Aantek. van een' voornaam' Regent *)■ EKANDT II,
Dttl, il. i$o, i;i.
„ 't Was, meende hy, nu zover met dehnen
„ Reformatie gekomen, dat men niet flegts v0Ji
„ goede, verftandige, eerlyke luiden, diein \t&#&'
„ geenen daadelyken Kerkendienft waren; urÄ
„ maar zelfs Wethouders der Steden, al-tot
„ fchoon zy voorheen't Ouderlingfchap be- '[e/n(l.
„ kleed hadden, onbekwaam hieldt, omtN
„ over de tegenwoordige Kerkelyke gefchil-
„ len te oordeelen : terwyl anderen, en
„ daaronder ook Ouderlingen, die niet al-
„ tyd in den Kerkenraad waren, en 'er mo-
„ gelyk voorheen nooit in waren geweeft,
„ zig daarover het oordeel aanmaatigden.
„ En deezen waren meelt uitheemfchen ,
„ wien 't egter minft betaamde anderen te
„ beweegen om zig te fcheiden van de belle
„ liefhebbers des Vaderlands, die, voor
„ deezen om den Godsdienft buitens Lands
„ gezworven hebbende, in 't eerft wel in
„ den Kerkendienil waren gebruikt, doch
„ naderhand voorbygegaan om plaats te
,, maaken voor nieuwelingen en vreemde«
„ lingen, die men bekwaamer hieldt tot de
„ zaaken, die nu op het tapyt waren. Die
„ van de Kerke hier te Stede hadden, al
j, voor veele jaaren, getoond, dat zy zig
,, niet genoegden aan de vryheid, die zy
„ genooten ; maar ook anderen , daar de
„ Overheid geen ongemak of beroerte, van
„ wagtte, in zwaarigheid zogten te bren-
„ gen; doch zy hadden zig hierover ge-
,, wagt by 't leeven van zulken, die, kort" ,
„ na 't overgaan der Stad, tot de Regee-
„ ring beroepen waren, en geenen luft ge-
„ toond zouden hebben , om 't gemeene
5, fchip aan de klip der tirannye te verzei-
„ len. Die van de Confiftorie waren im-
„ mers, in hunnen handel en wandel, niet
„ beter dan andere vroome bekwaame lui-
„ den. Waarom zou men dan den eerften
„ zo veel meer betrouwen? Of zou 't ook
„ eene onbekwaamheid of vloek zyn, een
„ Hollander gebooren te wezen, gelyk fom-
„ migen wel gezeid hadden, dat de Hol-
„ landers niet zo Godvrugtig en yverig wa-
„ ren, als de Brabanders en Vlaamingen.
„ Men hadt eertyds over de invoering van
„ nieuwe Biffchoppen geklaagd, en nu liet
„ men de Kerk regeeren door vreemdelin-
„ gen, die men begaan liet, zonder hen
,, ergens aan te verbinden; die de reis- eU
„ andere koften , tot vordering van hufl
„ voorneemen gemaakt, den Kerkmeefte'
„ ren afvorderden, zonder ordonnantie va*1
„ Burgemeefteren, tot kleinagting der Re'
„ geeringe. Van deeze luiden kwam ook
- „ VOO*
-ocr page 497-
XII. Boek.             GESCHIEDENISSEN.
431
voort het vorderen van nieuwe onderte-
keningen. Deezen wilden klaagers en
regters te gelyk wezen, en de Wethou-
derfchap gebruiken tot uitvoering hunner
vonniflen. Deezen poogden , hier te
Lande, tweederlei Regeering te veftigen,
en de Kerkelyke zelfs boven de Burger-
lyke te verheffen. Men ftondt ook, in
de Kerk, naar te groote heerfchappy,
wanneer men de luiden, om kleinighe-
den, of dingen, die, volgens 's Lands
wetten, niet ftrafbaar waren, voor den
Kerkenraad ontboodt, en in opfpraak en
kleinagtkig bragt. En 't was ten hoogfte
te verwonderen, dat men de Kerkelyken
zo veel gezags liete oefenen, zonder hen
aan eed of inftru&ie te binden ; daar
zelfs de Regenten van 't Landen de Ste-
den verphgt waren, de zaaken van Re-
geeringe te beleiden, gelykze, volgens
hunnen eed en Inftruclie, verftonden te
behooren. Men zeide, hierop, dat de
Kerkelyken genoeg gebonden waren aan
de Schrift: even of de Schrift ook ande-
ren luiden niet aanging, en of zy de men-
fchelyke geneigdheden meer dan ande-
ren hadden afgelegd, 't Hadt zyn beden-
ken ook, dat de beiluiten des Kerken-
raads niet zo wel als alle burgerlyke wet-
ten en bevelen werden afgekondigd. En
dit was een der twiftpiinten geweeft met
die van de Alkmaarfche Claffis , die 't
Claffisboek t'zoek bragten, uit het welk,
toen 't naderhand, op 't bevel der Wet-
houderfchap, te voorfchyn kwam, men
bevondt eenige bladen gefcheurd te zyn.
Zo de Kerkelyken, wyders , over de hoo-
ge punten der Predeftinatie al eens wer-
den; zou 't niet vreemd zyn,dat zy hun
gevoelen 's Lands Staaten zouden willen
opdringen, dezelven noodzaakende, om
zulken , die deeze punten anders ver-
ftonden en leerden, ten lande uit te jaa-
gen. Ën zo dit eens, door 't bedryf der
Kerkenraaden en de flapheid derllegee-
ringe, ftondt uitgewerkt te worden, moeft
het Gode geklaagd zyn. Men hadt een
zwaar anker te tillen; doch 't moeft niet
met dommekragt, maar met beleid ge-
fchieden. De tegenwoordige verfchillen
hadden de eendragt weggenomen: die
moeft , fchoon het tegenwoordig byna
eene Kettery geworden was van liefde te
Vermaanen, door liefde en infchikkelyk-
heid, herfteld worden. Men moeft de
daaden der zulken, 't zy burgerlyken of
kerkelyken, die aan 't rad der oneenig-
heid draaiden, verdagt houden. De O-
yerheid moeft 'er dan tegen voorzien. En
kon 2y de Kerkelyken brengen tot wat
„ meerder gemaatigdheid en toegeevend- 1612.
„ heid; de Reformatie zou 'er door gevor-
„ derd worden. Veel meer goede luiden
„ zouden zig tot de gemeenfchap des Avond-
„ maals begeeven, zo menze, op hunne ei-
„ gene beproeving, naar de leffe van Paulus
„ wilde aanneemen, zonder by de Kerken'
„ dienaars op de volle en breede toeftem-
„ ming van de Leer, de Belydenis en Ca-
„ techismus, en eenige zwaare punten on-
„ derzogt te worden. De tegenwoordige
„ verdeeldheid werdt zo zeer niet geveftigd
„ op de toe- en tegenftemming der H.
„ Schrift in 't gemeen, als wel op de uit-
„ legging van fommige plaatfen, waarover
„ men den gemeenen Lidmaaten geen oor-
„ deel toefchreef; en op eenige menfche-
„ lyke Schriften , die men^ byna met de
„ Goddelyken gelyk ftelde, en onverbree-
„ kelyk wilde onderhouden hebben; daar
„ menze, volgens het voorbeeld der eerfte
„ Kerkvergaderinge van Jeruzalem, eerder,
„ naar tyds gelegenheid, behoorde te ver-
„ anderen, tot de meefte opbouwing. In
„ de Gemeente, moeft eenige orde gehou-
„ den, en ongeregeldheden geweerd wor-
„ den, zo veel redelykerwyze gefchieden
„ mögt; doch die orde zo naauw te willen
„ verbinden aan de meening van eenige
„ zwaarhoofdige menfchen, vooral vreem-
„ delingen, die zo vol argwaans waren,
„ dat zy zulken, die hun gevoelen in alles
„ niet konden volgen, hielden van vreeze
„ Gods en waarheid ontbloot te zyn, was
„ onbehoorlyk (s)."
In deezer voege, dagt de Heer Hooft Amfter-
over fommige Kerkelyken, en over de te-J?an?.vei>
genwoordige Kerkelyke gefchillen. Doch met ^e
de meefte Leden der Vroedfchap deezer meefte
Stad zagen de zaaken anders in. De Staa- Laden
ten van Holland, bevroedende, dat wylen.van,Ho1"
Prins Willem de I. reeds gewaakt hadt te-0a"e/.t
gen het gezag, welk eenige Kerkelyken zig, invoersn
ten zynen tyde, begonden aan te maatigen, der Ker-
en geoordeeld, dat de opperfte befchikkingk?n°rde'
over Kerkelyke perfoonen en zaaken be-"1"^™1
hoorde te ftaanaan de burgerlyke Over- IS9i.
heid; neigden, in 't begin des jaars 1611,
op den raad van den Advokaat Oldenbar-
neveld, tot het invoeren der Kerkenorde-
ning van't jaar 1591, waarby denWethou-
deren der Steden meer gezags in 't beroe-
pen der Kerkendienaaren gegeven werdt,
dan zy, tot hiertoe, gebruikt hadden. Doch
de meerderheid der Vroedfchap van Ara-
fterdam verftondt, dat de tegenwoordige
gefchillen eerft in eene Nationaale Smode
be-
(*.) Aantek. van de» Heft C. f. HOdtT by Eranbt
II. Deel, bl. ijz *»*■
Kkk 3
-ocr page 498-
II.'Deël.
AMSTERDAMS
43 2
ièvk
men nu, uit eeniger ommegang met an-
deren, geene onvroome luiden, zo ligt
iet kwaads befluiten; zo heeft men veel
beflifl moeiten worden; waarna 't nietmoei-
lyk vallen zou, eene Kerkenordening vafl
te ft ellen, die elks goedkeuring verdiende.
En fchoon dit punt, op aanmaaning der
meeite Leden van Holland , naderhand,
meermaalen in beraad gelegd werdt, ver-
anderde de Vroedfchap niet van gevoelen
(a). Sommige Leden derzelve verftonden
nogtans, dat alle zaaken van gewigte, zo
wel Kerkelyke als andere , niet dan by
kenniffe der Wettelyke Overheid behoor-
den gedaan te worden , en dat men het
leerampt en de bediening der Sacramenten
alleen ten laftevan de. Dienaars des Woords
behoorde te laaten. Zelfs liet één der Oud-
Burgemeefleren zig, in de raadpleegingen
over 't invoeren der Kerkenordening van 't
jaar 1591, onder anderen, in deezer voege
hooren: „ Laat geene tweederlei Regee-
„ ring, zonder dat de eene onder de ande-
„ re fta, in ons Land toe, op dat het ge-
„ meene fchip, eerft in Vlaanderen, daarna
„ ten tyde van Leicefter, en nu wederom,
„ door 't bedryf van fommige Kerkelyken,
„ in gevaar gebragt, niet ten vierde maale
„ op eene en dezelfde klip verzeilé (£)."
Doch, terwyl de meefte Leden der Vroed-
fchap andere inzigten hadden, viel het den
Kerkelyken, onder welken eenigen nu be-
weerden, datmen Burgemeefteren , in 't
IÓI2.
meer
reden qm, uit het doen van het
„ agtbaar gezelfchap des Kerkenraads, een
„ befluk op te maaken tot hun nadeel, de-
„ wyl zy, fchoon een groot en aanzienlyfe
„ genootfchap, waarop men meer plagt te
„ zien dan op onbeampte pèrfoonen; en al-
„ toos zeer zorgvuldig, om eene volkome*
„ ne eensgezindheid te bewaaren, nu on-
„ langs , met overleg en aanroeping van
„ Gods naam , den Predikant Gozuinus
„ Geldorp van Sneek beroepende, daar-
„ mede, dewylze uit zyne fchriften en ge-
„ drag zyne felheid tegen de zogenaamde
„ Ketters kenden , reden gaven om te
„ denken,1 dat zy allen, in dit ftuk, van
„ zyn verftand moeften zyn: 't welk ver
„ zien zou, en den grondflag leggen tot
„ allerlei geweetensdwang en vervolging,"
Doch men beweerde, hier ter Stede, meer
en meer, dat men deWethouderfchap in't
beroepen van Predikanten niet behoorde te
kennen; of deedt men 't, dan moeft het
gefchieden , onder betuiging, van in zyn
regt onverkort te willen blyven (V).
               A
Terwyl 't gezag der Kerkelyken te Am- tf°V
fterdam, ten deezen tyde, zo groot was, en ^f/"1
de meefte Regenten hun zeer toegedaan Ëpisc°'f
't Beroep
van Go-
zuinus
Geldor-
beroepen der Predikanten, niet behoorde te waren, kon't naauwlyks agterblyven, of pit'*
pius mis-
haagt
eenigen
uit c'e
Vroed-
fchap.
de Remonftranten moeften hier 't een of 't ge
ander te lyden hebben; gelyk, van de an-K'.V.'
kennen, niet moeilyk, Gozuinus Geldorpius,
van Sneek, daar hy 't ketterftraffen gedree-
ven hadt, in dit jaar ióia, hier ter Stede,
op den predikftoel te brengen. De gemaa-
tigdften onder de Regenten , die niet
fchroomden verkeering te houden met zul-
ken , welken by de Predikanten verdagt
waren van onregtzinnigheid , keurden dit
beroep openlyk af, en verdedigden zig,
te gelyk, by gelegenheid, over hunne ver-
keering met Remonftrantfchgezinden , in
_______
dere zyde , de Contraremonftranten over lp i*
harde bejegening klaagden, in de Steden,^'5
daar de Regeenng de Remonftranten be- brö£
gunftigde. 't Gebeurde, in't jaar 1613 ,ki'Vj5'
dat Simon Episcopius, een Amfterdammer
van geboorte , en thans Hoogleeraar der
Godgeleerdheid te Leiden, van zynen Broe-
der fan Egbertszoon Bijfchop, die te Am-
fterdam woonde, verzogt werdt, als Peeter
deezer voege: „ Men bedenkt niet, dat te ftaan over den doop van deszelfs Dogter,
de natuur van dit Land, inzonderheid die
der Stad Amfterdam, als meeft door
koopmanfchap en onderlinge lieftallig-
heid beftaande, zulk een naauw opzigt
en argwaan niet verdraagen kan. Eer-
tyds, plagt men te zeggen, hoe iemant
beter is, hoe hy bezwaarlyker van ie-
mant vermoedt, dat hy kwaad is. Nu
willen de allerargwaanigften voor de al-
lerbeflen gehouden zyn, t'eenemaal ver-
werpende het oude zeggen, dat zelfs,
geduurende de felile vervolging onder 't
Pausdom, zeer gemeen was : de Kerk
oordeelt niet van verborgene dingen.
die den tweeden April ftondt te gefchieden.
Episcopius, die de zyde der Remonftran-
ten hieldt, maakte vry wat zwaarigheid in
het voldoen aan dit verzoek, ter oorzaake
van het gebeurde in deeze Stad, aan Joan-
nes Uitenbogaard, Predikantin den Haage,
die dezelfde partye aankleefde. Deezen
was, den veertienden February, met het
kind zyns Stiefdogters ten doop verfchynen-
de, door den Predikant Plancius , die 't
Formulier aflas, gevraagd, niet, of by de
Leer
, die in bet oude en nieuwe Teflament en
in de Artikelen des Clmfielyken geloofs begree-
pen was, en dienvolgende inde Chrijtelyke Kef
-,">
3>
V)
ke geleerd werdt, niet bekende de volkomen
■+
                                                         Leef.
(«) Refol. Vroedfch. N. II. 26, zS Febr. }l Qiï
Pee. ifiii. ƒ. IJ verft), 4I , 42-
(b) Zie ti&kNDT H. Dttl, il. 170, 17«.
(c) Zie BRANDT II. Deel, II- r*4> IM.
-ocr page 499-
ffi BOEK.
GESCHIEDENISSEN.
433
ï(313. Leer der zaligheid te zyn ', gelylc, volgens de
Kerkenordening des jaars 1586, alomme,
in de Gereformeerde Kerken, gebruikelyk
was; maar of hy tleeze Leer, die hier geleerd
werdt
, en voorts in 't oude en nieuwe Tefla-
ment en inde Artikelen des algemeenen Chrifle-
lyken Geloofs hegreepen was, niet bekende de
waaragtige en volkomen Leer der zaligheid te
zyn?
En Uitenbogaard, op de verandering
der woorden geen agt ilaande, hadt ja ge-
antwoord : waarop zig een gerügt verfpreid
hadt, dat hy, met dit antwoord, de Leer
der Remoniïranten openlyk hadt wederroe-
pen; waarom hy zig verpligt gevonden hadt,
de meening van zyn antwoord, in eenen
brief aan Plancius, rondelyk te verklaaren
(d~). Episcopius was dan bed.ugt, dat het
hem gaan mögt, als Uitenbogaard. Doch
op de verzekering, dat niet Pläncius maar
Casparus Heidanus of'van der Heide prediken
zou; en dat men, hier ter Stede, geen an-
der Formulier op den predikiloel hadt leg-
gen dan het oude met het woord dienvolgen-
de
, liet hy zig overhaalen. Maar 't viel uit,
gelyk hy gevreesd hadt. De Predikant
vraagde, met luider Remme,of zygetuigen
niet bekenden 't gene in het oude en nieuive
lefiament ,en in de Artikelen des Chriflelyken
geloofs begreepenwas, en't gene alhier geleerd
tiïerdt
, de waaragtige en volkomen leer der
Zaligheid te zyn ?
Daarby voegende, wat
antwoord gylieden hierop
? Episcopius , de
Vraag zeer wel verftaan hebbende , ant-
woordde „ dat hy, wat hem betrof, hieldt
s> waaragtig te zyn, 't gene volgens Gods
ii woord en de artikelen des algemeenen
3, Chriflelyken Geloofs , werdt geleerd ,
i, naar den inhoud van het Formulier, met
» het woord dienvolgende." Waarop de
Predikant hervraagde, wat hy zeide ? Hy
herhaalde zyn antwoord, met luider ftem-
^e. Terftond volgde hem zyn broeder,
Zeggende ik mede, en nog twee onbekenden,
"toy ook, wy ook. De Predikant, zeer geftoord
Over 't gebeurde, zeide tegen Episcopius,
35 dat het wel ftout en vermetel van hem
» gedaanwas.dat hy zo in de Kerke fpree-
»> Ken durfde: hadt hy eenige zwaarigheid
55 gehad, hy mogtze hem ten zynen huize,
?> hem wej bekend, hebben voorgedraagen."
episcopius hernam hierop ,. dat hy, ingeval
» de
broeder met zyn antwoord niet te
»> vrecje was, heen.gaan zou en niet ftaan
£ °ver den doop van 't kind." De Predi-
kt» dit kwalyk neemende, zeide, Gyzyt
, Jongman,die zo fiout niet behoort te fpree-
een' ^ ^e^x ëe^oor^ wat ^er ge^eerd is, dat
menfch niet is dan Jlof en aarde
, en dat
hy niet behoort zo fiout, trots en hoogmoedig l6iq
te wezen. Hy hadt, naamlylc, vandefchep-
ping van 's menfchen lighaam, uit Genefis
gepredikt. Doch als Episcopius hierop
zweeg, voeren de andere Predikanten, Jo-
annes Hallius, Joannes Urfinus, Joannes Ie
Maire , Jacobus Triglandius en Gozuinus
Geldorpius voort met het doopen der kin-
deren, waaronder ook dat van Episcopius
broeder was. Episcopius hadt voor, Hei-
danus, na dat hy van denpredikftoel geko-
men zou zyn, aan te fpreeken, over 't voor-
gevallene. Doch Heidanus bleef zig op-
houden ïn 't doophuis, fpreekende met den
Voorzanger. Terwyl Episcopius en zyn
broeder het doophuis uit traden, werden zy
van verfcheide luiden by den mantel getrok-
ken, en aangefproken. Zeker man wilde
van den ProfefTor weeten, wat hy, 's Zon-
dags te vooren, uit de Predikatie van Trig-
landius opgetekend hadt: 't welk hy wei-
gerde te zeggen. Een vrouw dreef hem
toe „ datj zo hywaarlyk een Chriflen was,
„ hy Heidanus in 't byzonder moeft aan-
„ fpreeken." Waarop hy antwoordde,
„ zulks van zins te zyn; doch het nu na te
„ laaten, om opfchudding te voorkomen."
Maar 't geroep en de aandrang namen zo
ilerk toe, fchreeuwende fommigen , weg
met die muitemaakers! foei
, gy oproerigenhoopt
fchehnen en rabauwen! laatze ons een veeg
geeven:
en de Deurwaarder zelfwaar zynze?
laatze my krygcn: wyflze myflegts:
datEpisco-
pius befloot, te rug te keeren naar het doop-
huis , en den Predikanten aan te fpreeken.
Hy hieldt hun voor „ dat al de oproer ont-
„ ftaan was,uit hetongewooneFormulier,
„ welk hem, door Heidanus, voorgehou-
„ den was, en dat hy op het gewonnlyke
„ gereedelvk geantwoord zou hebben." Hei-
danus vraagde „ of hyProfeilbr Episcopius
„ niet ware? wat hyin de Kerk deedt? en
„ waarom hy 'er niet uit bleef?" Waarop
hy zeide „ dat de reden hiervan wel bekend
„ was,engeene andere dan't verzoek zyns
„ broeders, om als getuige te ftaan over
„ den doop van zyns broeders kind; doch
„ dat hy meer reden hadt om te vraagen,
„ uit welke oorzaak men hem een ongewoon
„ Formulier voorgehouden hadt ?" Heidanus
beriep zig op een O&roi der Staaten, welk
geboodt, op zulk eene vraage te antwoor-
den. Doch alzo Episcopius geen kennis hadc
van zulk een Octroi, wees hy den Predi-
kant op het Formulier, by de Sinode des
jaars 1586 ontworpen; voorts vraagende,
„ wat misdaad 'er ftake in zo te antwoorden
„ als hy geantwoord hadt?" Heidanus wees
hem op nieuws tot het Oélroi. Hallius, toen
't woord neemende, vraagde den ProfefTor,
»of
(<0 Zi, v„
*riglAnd K«k. Hift. II. est «»*.
-ocr page 500-
II. Deil»
AMSTERDAMS
434
Doch Burgemeefter Jakob de Graaf, hem itW
hier in de rede vallende, zeide ,, Dat is Zyn S£{
,, zo niet. Hy heeft voor ons alhier ver- fp^
„ klaard, dat hy 't nooit anders gebruikt ^ffter
„ hadt."Episcopius, hierop niet ftil ftaan- ^Gï^'
de, verhaalde voorts „ onderregt geweeft
„ te zyn, dat veelen van de Heeren 't ge-
„ drag van Plancius hadden afgekeurd; dat
„ hy'er, door eenigen uit den Kerkenraad,
„ over beftraft was , en dat iemant van de
„ Regenten, daarover eenen der Predikan-
„ ten hebbende aangefproken, zoveel hadt
„ verftaan, dat het eens gebeurd was, doch
„ niet meer gebeuren zou. Dat hy nog-
„ tans, weetende hoe precys en onruftig
„ Plancius was , de beurt van Heidanus
„ hadt waargenomen, die de befcheidenfte
,i was in 't prediken; en ook, na 't voorval
„ met Uitenbogaard, het Formulier wel en
„ regt gebruikt hadt." Toen zeide Burge-
meefter Kromhout, mei-, hadt gy dan liever
gez-meegen.
En Episcopius daarop „ dat zyn
„ broeder egt er niet gez weegen zou heb-
„ ben; dat hun ftilzwygen ook toeftemmen
„ zou hebben gefcheenen ; dat hy niet
„ nieuws begeerde, noch dat Heidanus iet
„ tegen zyn gemoed, of tegen de orde der
1613. j» of hy hunne Kerk niet hieldt voor eene
" „ ChriftelykeKerk?" Episcopius antwoord-
de ,, dat dit eene vreemde vraag was, alzo
3, hy zelf in deeze Kerk gekomen was, om
„ getuige te zyn over den doop van een
„ kind. 't Was wat anders alle waarheid,
5, en wat anders noodzaakelyke waarheid
„ te leeren.'t Laatfte erkende hy, dat hier
„ gefchiedde, en hieldt hy hierom deeze
,, Kerk voor eene Chriftelyke Kerk; doch
„ niet het eerfte. 't Was bekend, dat hy
„ dit voorheen tegengefproken hadt. Dit
„ deedt hy nog. En hierom hadt hy zig,
,, op de ongewoone vraage, hem gedaan,
i, met uitzondering , moeten verklaareh ,
„ orri zyn geweeten niet te kwetfen."
Hiermede affcheid neemende , werden hy
en zyn broeder wederom van 't gräauw en
't vrouwvolk aangerand; doch met minder
hevigheid dan te vooren; fchoon Episco-
pius , uit de Kerk gekomen , nog eenige
mansperfooneh hoorde zeggen : Lnfiig,
jongens, raapt {leenen, fmyt nu die fcbehnen
en oproermaakers.
Doch 't liep zo hoog niet.
De Profellbr en zyn gezelfchap kwamen
behouden t'huis.
Episco- Maar 's anderendaags werdt hy voor
pius Bufgemeeflereh ontbooden, die hem aan-
wordt zeiden „ hoe zy met leedwezen hadden
or „ verftaan, dat, door hem, getuige ftaan-
meeftc- s> de over ^en d°op van zyns broeders kind,
ren ont- „ met zyn antwoord, gróote oorzaak gege-
booden. fi yen was tot beroerte in de Kerk; hoe
j, daarover klagten gevallen waren, en hoe
„ weinig hem betaamde, de Leer derKer-
„ ke tegen te fpreeken." Hy antwoordde,
„ dat hem degereezenonluftfmertte;doch
„ dat hy 'er, zyns weeténs, geene oorzaak
„ van Was, noch gelegenheid toe gegeven
„ hadt. Dat hy, met zyn antwoord op eene
„ openbaare vraage, die men, tegen zyne
„ verwagting, uit een ongewoon Formulier,
„ hadt voorgefteld, de Leef der Kerke niet
„ tegengefproken; maar alleen zyngeweö-
„ ten gekweeten hadt." Hierop merkte
Burgemeefter Barthold Krombout aan „ dat
>> hy» weetende wat Uitenbogaard te voo-
„ ren bejegend was, ligtelyk denken kon,
„ dat hem zulks ook kon bejegenen; dat
„ hy, derhalve, de Predikanten eerft moeft
„ aangefproken, en verzogt hebben, dat
„ zy zulk een Formulier leezen wilden ,
„ waarop hyonbezwaard kon antwoorden."
Episcopius hernam „ dat hy alles vooraf
„ rypelyk bedagt, en reden gekreegen hadt
„ om te vertrouwen, dat hem niet gebeu-
„ ren zou, 't gene Uitenbogaard gebeurd
„ was, hebbende men hein verzekerd, dat
„ Plancius zig daarmede hadt verfchoond,
„ dat hy een onregt boek hadt opgevat."
5>
Kerke, zeggen zou; maar alleenlyk dat
het Formulier gevolgd of in dien zin aan-
?>
genomen ware, die by de Sinodezelve,
„ in 't jaar 1586, was uitgedrukt." Maar
Burgemeefter de Graaf zeide hierop „ dat
„ het in de Sinode zo niet gefteld en be-
„ flooten was." En Episcopius wederom,
„ dat het inderdaad zo geraamd en toege-
„ itaan was, dan of het te Amfterdam,etl
„ by alle andere Kerken, was goedgekend,
„ wift hy niet; fchoon 't zo fcheen te zyrl
„ uit de boeken, die, ten dien einde, op
„ den predikftoel lagen, of van den Koller
„ gebragt werden ;"daarby voegende „ dat
„ het zo geraamd was, om dezelfde oor-
„ zaak als de tegenwoordige; alzo eenige
„ luiden, die bezwaard waren op die vraag
„ te antwoorden , hunne kinderen op de
„ dorpen door de Paapen deeden doopen,
„ of ongedoopt lieten; om welk te voor-
„ komen de verandering in de gemelde Si-
„ node gefchied Was." 't h, zeide toen de
Heer de Graaf, weinig eers voor een Predi'
kant
, te veranderen 't gene hy gelezen, of tt
toonen dat by hwalyk gelezen heeft, of 00»
eenig tegen- of infpreeken te gedoogen. Gy*
voegde hy 'er by, zoudt het ook wel kzvatyK
neemen
, dat iemant zulks in uwe Leffen °J
Predikatien deedt.
Doch Episcopius beweer'
de „ dat hier noch in-noch tegenfpreekiré
- gefchied ware; maar dat hy alleenlyk'
gevraagd zynde, geantwoord hadt; 4*c
.,, ook de eer der Predikanten daarby %
dt
le&
*f
-ocr page 501-
GESCHIEDENISSEN.
XII. Boek.
435
^13. j) leedt, dat iemant, om zyn geweeten te
„ voldoen, wat meer dan ja antwoorde,
)> of iet dat nagelaaten was in 't geheugen
3» vernieuwde , als het bekwaamlyk ge-
)» fchiedde." Voorts, hielde hy Burgemees-
teren nog voor „ of hy, dewyl toch de
j, Heeren het ftilzwygen fcheenen goed te
jj vinden, met zyn antwoord, wel iet mis-
3, daan hadt?En of hy wel Chriftelykeren
j, redelyker kon antwoorden ? Of de zin
„ der vraage niet was, of behoorde te zyn,
s, in eene Gereformeerde Kerke, dat het
„ gene daar, volgens Gods Woord, ge-
sj leerd werdt, alleen voor waaragtig ge-
5, houden moeft worden? En was dit de
3, zin; waarom werdt dan't antwoord, welk
3, dien zin onderftelde, kwalyk genomen ?
>, Men wift, dat hy vry wat hadt tegen de
5, Leer, die van fommigen hier ter Stede
„ geleerd werdt. Hy woonde ook niet te
3, Amfterdam: hy hoorde de Predikanten
3, niet leeren: hoe kon hy dan anders dan
3, met de gemaakte uitzondering antwoor-
3, den? Ten ware de Heeren begeerden,
sj dat niemant getuige ware, dan die hun-
33 ne Predikanten dagelyks hoorde leeren.
3} Te minder behoorde zyn antwoord mis-
M pfeezen te worden, in eenen tyd, daar
33 men zag, dat, in fommige punten, die
3> hier met groote hevigheid gedreeven
as werden, verfcheidenlyk gevoeld en ge-
35 loofd werdt." De Burgemeefter Gerrit
jakob Witfen
Zeide toen ,, dat Heidanus
35 het Formulier van 't jaar 1586 wel niet
35 gebruikt hadt; maar hem hadt verklaard,
35 niet beter te weeten, of hy hadt het ge-
bruikt. Waarom, hernam Episcopius, wordt
*ny dan myn redelyk, en naar 's mans eigene
tneening gefchlkte antwoord zo kwalyk geno-
men? Hy heeft my,
zeide de Heer Witfen,
Verklaard, dat hy u niet kende. Ik beken ron-
uflyk
, antwoordde de Profeflbr, dat ik meen-
de, dat zidks met opzet gefchied was, eerfl,
om dat hy wifi dat ik in de Stad waSi, ten an-
dren
, om dat hy mynen broeder wel kende, ten
üerde, om dat hy wifl dat myns broeders huis-
vrouw bevallen was, en dat ik mogelyk eerfl-
ja<*gs tot den doop komen zou: voorts, zag ik,
"Wer veel meer Predikanten tegenwoordig wa-
vffl dan naar gewoonte; ten laatflen en voor-
aamlyk, om dat hy zulks voor deezen niet
$edaan
5 en 00k, na 't geval van Uitenhogaard
*le* Plancks, hei Formulier van 't jaar
1586
ikhkt ha^' ®uch ,f zy J,y my ^en^e °fniet->
„ den hadt." 't Mögt anders, zeide hy, ^xj.
erger afloopen
, en daardoor gelegenheid gegeven,
werden , dat de kinderen ongedoopt bleeven.
Hierop zeide een der Heeren „ dat tewen-
j, fchen ware, dat aan wederzyde wat ge-
„ arbeid werdt tot bekwaame ruft en vre-
,, de in deeze tyden, en dat Episcopius en
„ de zynen, fomtyds, geene gelegenheid
,, of oorzaak gaven, om zo te vraagen."
ja, voegde 'er de Heer de Graaf by 3 in-
dien gy niets hadt tegen den Catechismus of de
Leer der Kerken ; gy zoudt geene zwaarigheid
maaken. om op deeze vraag te antwoorden.
Toen betuigde Episcopius „ niemant oor-
„ zaak gegeven te hebben om te vermoe-
,, den, dat hy iet hadt tegen den Catechis-
j, mus. 't Was wat anders den Catechismus,
,i wat anders alles wat hier geleerd werdt
„ toe te (taan. Zy willen ook niet, wat
„ zy meer doen zouden , tot bevordering
„ van ruft en vrede, dan zy dagelyks dee-
„ den. Zy wilden ook wel goeden raad
,, hooren en volgen. En zo 't fchryven eri
„ prediken tegen eikanderen verbooden
„ werdt; gaarne zouden zy. 'er zig naar
„ voegen. Zo den Predikanten hier ter
„ Stede belet werdt, ftrydig met de Refö-
„ luden der Staaten, tegen de Remonftran-
,, ten te prediken, en de betwifte punten
„ der Gemeente als noodzaakelyk ter za-
„ ligheid in te ftampen, zou de weg tot -
„ vrede haaft gebaand zyn." De Heer de
Graaf gaf hierop te kennen „ dat men of
,, wyken, of tot elkanders gevoelen over-
„ gaan moeft." Doch Episcopius verklaar-
de ,, dat hun geweeten en de liefde hunner
„ gemeenten niet gedoogden, dat zy wee-
„ ken: en dat men ook niet ligtelyk in één
„ gevoelen geraaken zou, zo de ïleereri
„ geene orde geliefden te Hellen tegen zulk
,* eene groote bitterheid, als men hier da-
„ gelyks hoorde." Weet gy wel, vraagde
toen Burgemeefter de Graaf", dat, als men
gezag gebruikt
, 'er ook veelen zullen moeten
zyn, die van dat gezag lyden?
Episcopius
erkende dit, zeggende ,, dat het de natuur
„ der zaake van zelf leerde, ten ware men
,i eene * evenhoogheid van 't burgerlyk en * Coiuté-
„ kerkelyk gezag wilde toelaaten." Einde- raliceii.
lyk , vraagde Burgemeefter Gerrit Jakob
Witfen den Profeflbr „ of hy, 't gene hem
„ van Heidanus bejegend was , wel ten
„ befte duiden en vergeeten wilde, en alles
j, daartoe helpen beftieren, dat men^ruft
„ en vrede bleevemet eikanderen? Epis-
copius verklaarde zig daartoe genegen :
waarop de Heeren hem, met vermaaning
dat hy daaraan wel doen zou , gaan lie-
ten (0-
                  , ., r           wt
(e) Z,e BRANDT ït. Veel, hl. llS-Ilj. p. A LlMB0JiC»
Vita Episcö^ü P. «W« WIOMimj hl. etl cnv
LH
boorde om zulk een antwoord zo kwa-lyk
n
gehandeld te worden. Hierop wenichten
pls Sen „ dat het niet gefchied ware." E-
ee^i?S ^oe? toen voor " ^at ^e ^eeren
»> finuüer geliefden vafi te (tellen,
raan men zig onverbreekelyk tehou-
I. STük.
-ocr page 502-
II. Deel.
AMSTERDAMS
43 6
Te Hoorn, was, omtrent deezentyd,ge- jéi4'
fchil ontftaan; waarmede ook Amfterdam Qnlud
gemoeid werdt. Twee Predikanten der eerfl- floo^*
gemelde Stad , die de zyde der Remon-
ftranten-hielden, waren, door eenige Ou-
derlingen , voor valfche Leeraars verklaard:
waarna de Wethouderfchap eenige Predi-
kanten van buiten ontboodt, om de vrede te
bevorderen, onder welken ook waren Pe-
trus Plancius en Jacobus Rolandus van Am-
fterdam. Doch men arbeidde te vergeefs.
De Claffis van Hoorn ftondt op 't punt, om
de twee Hoornfche Predikanten te veroor-
deelen, toen 'er bevel kwam van Gekom-
mkteerde Raaden, om met het werk niet
voort te gaan. De Contraremonftrantfche
Leden van de Claffis zonderden zig hierop
af van de Remonftrantfche , weigerende
kerkelyke gemeenfehap met dezelven te
houden. De derde Predikant te Hoorn,die
Contraremonflrantfch was, maakte zwaarig-
heid om langer te prediken ; waarop hy
ontüaagen, en een ander van 't Remon-
ftrantfch gevoelen in zyne plaats beroepen
werdt (k). Ondertuflehen, hielden de Con«
traremonftranten te Hoorn afgezonderde
Vergaderingen : doch 't fchynt, dat zy
buiten ftaat waren om de koften, hierop
loopende, te draagen, en zig hierom, tej
Wy hebben 't gebeurde met Episcopios
hier zo uitvoeriglyk willen verhaalen,voor-
naamlyk, op dat men zien zou,hoe eenige
Leden der Regeeringe deezer Stad, ten dee-
zen tyde, oordeelden over de zweevende
gefchillen. Men ziet, uk het bovenftaan-
de, dat Btirgemeefter de Graaf fterkft yver-
de tegen Episcopios en de Remonftranten.
Doch fommigen hebben aangetekend , dat
deeze Heer, eerlang, zo zeer veranderde
van gevoelen, dat hy zelfs de afgezonder-
de Vergaderingen, die de Remonftranten
hier ter Stede hielden, nu en dan, by woon-
de (ƒ)•
                    . „
De yver van eenige Predikanten tegen
zulke Regenten, die wat gemaatigder wilden
gaan,dandemeeften, nam, ondertuflclien,
hand over hand toe. Op eenen biddag in
November, leerden Ritdolphus Petri 's mor-
gens , en Casparus Heidanus 's avonds „ dat
„ de vyanden van Gods Kerk, en zulken
,, zelfs, die uk de Kerk waren opgeftaan,
5, zig tegen de Kerk aankanteden; dat men
„ de Belydenis en Catechismus, die zo zui-
„ ver en klaar waren als zilver, welk ze-
„ venmaal gelouterd was, wilde overzien
„ en verbeteren; dat de Kerk, in haarebe-
„ naauwdheid,niet alleen geen gehoor kry-
„ gen kon by 's Lands Overheid 5 maar dat
„ die zelve de Kerk benaauwde en bezwaar-
„ de:" met diergelyke redenen, die fom-
migen Regenten, by welken deeze Leer-
aars , anderszins, om verfcheide gaaven en
deugden, wel gezien waren, geenen kleinen
aanitoot gaven (g).
Maar de meerderheid der Vroedfchap
nam, van tyd tot tyd, befluiten, waaruit de
Kerkelyken gelegenlieid namen om zig te
fterken in de gedagten, dat de verfchïllen
in de Kerke, niet dan door ftrenge midde-
len, waren weg te neemen. Zy bewilligde
niet in een befluit, welk, door de meefte
Leden der Staaten van Holland , in den
aanvang des jaars 1614, genomen werdt,
en de verfchillende gevoelens beide op 't
redelykft voorftelde, en verdraaglyk ver-
klaarde. Enkhuizen en Edam alleen voeg-
den zig by Amfterdam. Doch de drie Ste-
den verklaarden, wat laater „ wel te mo-
„ gen lyden, dat de andere Steden zig, zo
„ zy 't goedvonden, in den haaren, met de
„ genomen Refolutien behielpen (/;)":
fchoon men, hier ter Stede, bleef oordee-
len „ dat de Refokuie, noch voor deeze
„ Stad, noch voor 't gemeene Land, heil,
„ zaam ware (2)."
(f) Brandt II. Deel, hl. 21$.
<g) Aantek. van een' voornaam Regent by ERANDT II.
Veel, hl. 128.
(h) Refól. Holl. 4 Nov. I1SI3 — 23 Jan. 1614. hl. 44.
Zie »OPBRANDT II. Deel, hl. 232 enz,. 23s, 236.
(ij Kefol. Vioedlch, N. 11. 13 Jan. 1614. ƒ. 102 v«r/>.
1613.
Aanmer-
king we-
gens Bur
gemees-
terde
Graaf.
Twee
Predi-
kanten
prediken
tegen
eenige
Regen-
ten.
Amfterdam, daar de Predikanten hun ge- ple6Ä'
negen waren, en veel op de meefte Leden te,,Ä
der Regeeringe vermogten,vervoegd heb- \t>$
ben, om onderfteuning. In January des jaars jn 'y-
1615, werdt dan in den Raad voor gefield, Vj^
„ of men, van Stads wege, iet doen zou, J^J^
„ ten behoeve van de genen, die zig te^/,
„ Hoorn van.de openbaare Kerk afzonder- v>
„ den?" Zo vindt men't, ten minften, by
Brandt (/), aangetekend. Doch in de
Regißers der Vroedfchap, blykt alleenlyk,
„ dat Burgemeefteren den Raad hebben
„ medegedeeld een' brief der Wethouder-
„ fchap van Enkhuizen, waarin geklaagd
„ werdt, over de ftrengheid der Regeerin*
,, ge van Alkmaar, tegen zulken, die aldaar,
„ federt eenigen tyd,in eenefchuure, Ver-
„ gadering gehouden hadden, welke ftreiag'
„ heid zy gaarne gefluit zagen: en nog een'
„ brief van Burgemeefteren en Raad var)
„ Hoorn, berigtende, dat fommigenaldaaf
„ zig van de Kerke hadden afgezonderd >
„ en vergaderingen hielden in zekere hui'
„ zing, met bygevoegd verzoek, dat Buf
„ gemeefteren van Amfterdam geliefden tö
„ beletten, dat een Predikant van Amftei"
„ dam, in de afgezonderde Vergaderinge ie
„ Hoorn,kwameleeren,indien zulks,dó^
„ de afgezonderden, verzogt mögt worde1"'
({) BRANDT II. Deel, hl. 23J-24I,
(/; 11. Dui, U. 247.
Amfter-
dam be-
willigt
niet in
een be-
fluit der
Staaten,
tot vrede
der Ker-
ken,
iól/j.
-ocr page 503-
I
XII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
437
^r5- 5> gelyk federt gefchied was." Men vindt
niet, dat op de zaak van Alkmaar wyders
geraadpleegd werdt. Maar over de zaak
van Hoorn, viel eenig gefprek over en we-
der; waarna 't befluit tot nadere gelegen-
beid werdt uitgefteld (?;z). Wyders, geeft
Brandt (n) den inhoud op eener Rede-
voeringevan den Oud-Burgemeefter Kor-
lyk, dat zy de zogenaamde Kruiskerk
aldaar noemde afgeweeken van de Kerke,
en beweerden, dat de anderen, door 't
invoeren van nieuwigheid, zelven afge-
weekenen waren; maar alle nieuw was
niet kwaad, en alle oud niet goed. Dat
toonde de eerfte Reformatie. Men keur-
de het overzien der Belydenis en Cate-
chismus af; daar de Augsburgfche Ge-
loofsbelydenis, in een en dertig jaaren
tyds, wel elf maaien overzien was. Wa-
ren de Contraremonftranten, die de ge-
maatigdheid, voorheen, omtrent de Leer
der Predeflinatie, met zo veel zorgvul-
digheid gebruikt, wilden affchafFen; die
der Overheid deezer Landen, meer dan
in anderen, de kennis van Kerkelyke zaa-
16 ij-,
nelis Pieterszoon Hooft, by deeze gelegen-
heid, in deVroedfchap gedaan. In dezelve,
wees hy aan: „ dat de voornaamfte oor-
zaaken, waardoor de tegenwoordige twis-
ten gevoed werden , uit Amfterdam
voortkwamen; en dat te vreezen ftondt,
dat, na den voorgang van eenigen, die
oorzaak van 't verlies van eenige Provin-
ciën geweeft waren, deeze Stad, zo men
zulk een' voet hieldt, ook oorzaak zyn zou
van 't verlies der overige Nederlanden:
't welk het Pausdom zo zeer zou doen
aanwaflen , dat men naauwlyks ergens
eene plaats zou vinden, om zyn gewee-
ten vryelyk te beleeven. Niemant ftondt,
ging hy voort, in eene vrye Regeering
eenen anderen eenig verder gebied toe,
dan zyne regtfpraak ftrekte, zelfs niet
van eenen enkelen gevangen. Ja de dor-
pen, onder de Ambagtsheerlykheid dee-
zer Stad gelegen, zouden zig, ongetwy-
feld, in regte tegen haar verzetten, zo
zy derzelver regtfpraak eenigszins zogt
te verkorten. Wat grond hadt deeze
Stad dan, om zig de Regeering van an-
dere Steden te onderwinden? Zou men
hier, op verzoek van gantfch Holland,
wel toelaaten, 't gene men anderen verg-
de? Wat gebieden hadden wy meer over
hen, dan zy over ons ? Wy handhaafden
hier onzen fcerkenraad by dat verftand,
dat der Overheid geene kennis noch ge-
zag toekwam over Kerkelyke zaaken,
binnen haare eigene paaien; en die Ker-
kenraad porde ons, om daarin orde te
ftellen, in 't gebied van anderen. Wy
wilden de Refolutien, by meerderheid
van Hemmen in deeze vergadering geno-
men , ftaande houden; en weigerden 't
zelfde plaats te geeven, omtrent Refo-
lutien, door de Heeren Staaten, met veel
grooter meerderheid van Hemmen, ge-
nomen. Waarnaar geleek dit ? was 't
niet onbillyk, zynen buuren te vergen,'t
gene men zelf niet doen wilde ? en on-
zen Refolutien meer gezags toe tefchry-
ven, dan die der Heeren Staaten? Hoe
kon zulk eene regeering beftaan ? Wy
narrien der Regeeringe van Hoorn kwa-
/», j+3^tfol. Vroedfch, N. II. z+ J*n. Uli. f. Jvir-
°fl, tl.
147.
»
ken onttrekken wilden, zo geheel vry van
„ nieuwigheid? De Leden deezer Verga-
„ deringe, welker Ouders onder deSpaan-
„ fche dwinglandy geleeden hadden, moes-
„ ten zig eens herinneren, hoe de punten,
5>
thans in gefchil, by hunne lieve ouders
verftaan werden; enzy zouden bevinden,
dat dezelven meeft plagten te hellen over
de gemaatigde zyde. Was 't geene nieu-
wigheid , dat men den luiden, in de plaats
5)
van hen tot de Schrift te wyzen, afvor-
„ derde eene breede toeftemming van al
„ wat hier werdt geleerd, zonder daarby
„ te voegen, volgens de Schrift, gelyk van
„ ouds gebruikelyk was?"
Met deeze en diergelyke redenen, zogt
de Oud-Burgemeefter zyn gevoelen den
Raad fmaakelyk te maaken. Doch zyne
ftem goldt minder dan zy plagt, federt dat
men hem, die, van het jaar 1588 tot het
jaar 1610 , agt maaien Burgemeefler ge-
weeft was, en van deeze agt maaien, vier
maaien, twee jaaren agtereen, geregeerd
hadt, uit het Burgemeefterfchap hadt wee-
ten te houden. Men meent, dat hiertoe voor-
naamlyk gelegenheid gegeven hadt, dat hy
het hoog houden der erven, die, dooreeni-
ge Regenten, eene nieuwe uitlegging der
Stad voorziende, warenopgekogt, metern-
ftige taaie, in de Vroedichap, hadt afge-
keurd (0).
Oorzaak,
v\vaarom
zyn raad
thans
minder
ingang
vindt dan
voor-
heen.
Omtrent deezen tyd, werdt Simon Goulart,
Predikant der Walfcheof Franfche Gemeen-
te deezer Stad, die, federt lang, 't gevoe-
len van Melanchton, welk men hieldt over-
een te komen met dat der Remonftranten,
was toegedaan geweeft, om het verdedigen
der algemeene genade en het wederleggen
van de verwerping der jonge kinderen, ge-
fchorft in zyne wedde en onderhoud. Joan-
Simon1 '
Goulart,"
Walfch
Predi-
kant al-
hier,
wordt ge.
[chorft
in zynen
disnft,
om Re«
mon-
nes
(c) zie Brandt ii. D"l> *'• 2«> «*.. Vaderi, Hift.
X. ficei , hl. 83 ««<V'
Lil 2
-ocr page 504-
II. Deel.
AMSTERDAMS
43«
naar Gods heilig woord, in zuiverheid ióI<5'
gehandhaafd, en he£ verfchillend gevoe-
len over de vyf punten in liefde verdraa-
1615. nes Uitenbogaard,Predikant in denliaage,
ftrantfch- en Jacobus Taurinus, Predikant te Utrecht,
6'
heid
d- hadden vergeefs by Burgemeefteren van
»> b
en, tot weering van factie, fcheuring en
Amfterdam voor hem gefproken (p). De
Wethouderfchap liet de zaak door den Wal-
fchen Kerkenraad afdoen, zonder zig in de
zelve te willen fteeken.
De Contraremonftranten , befpeurende,
oneenigheid; onder bedreiging, dat zy,
die tegen deeze Refolutie aangingen,als
verftoorders der gemeene rulle zouden
worden geftraft (s)." Doch dit belluit
De Con
trare-
mon-
hoe fterk een' fteun zy hadden aan de Re- hadt geenengenoegzaamen klem, by gebrek
iet'
geeringe van Amfterdam, beftonden, in den van eenpaarigheid. De Stad Amfterdam, ^
houden nazomer deezes jaars, aldaar eene Verga- fchoon zy, nog onlangs, verklaard hadt, &f *<st
Verga- dering te beleggen van meer dan dertig „ de tegenwoordige Regeering te willen w^,
dermgen,,prcdikanten, uit verfcheide Steden en Plaat- ,, handhaaven, en met de Edelen enande-11'6
\t d'"" fenvan Holland en Weftfriesland, baken
tot bs-' kennis van 's Lands Staaten, of van derzel-
vorde- ver Gekommitteerde K aaden. Zelfs liet men
ring der zig verluiden, dat, hier ter Stede, eene
Natio- diergelyke Vergadering van Predikanten uit
re Steden te verftaan , dat het hoogfte
opzigt, beleid en beftier, niet alleen over
burgerlyke, maar over Kerkelyke Perfoo-
nen en zaaken, den Heeren Staaten toe-
kwam';" hadt egter in deeze Refolutie
naale
Sinode
verfcheide Provinciën ftondt gehouden te   niet bewilligd.De Staaten dan, bevroeden-rje#f
worden, in de maand September. DeStaa-   de, hoe veel hun gelegen ware aan de ftem ten jj,
ten namen het houden van zulke Vergade-   deezer magtige Stad , vonden geraaden ,|juV
Sp,
ringen zeer kwalyk, en beüooten, Bürge-   haar, door eene aanzienlyke bezending uit j^bc
meefteren van Amfterdam te fchryven omze   het midden hunner Vergaderinge, te on- nis
te doen fcheiden. Ook weet ik niet, of de   derregten van hun opregt oogmerk, tot be-
tweede wel gehouden zy. In de eerfte, was   houdenis der waare Chriftelyke Gerefor-
overlegd, op wat wyze, men beft eene Na-   meerde Religie; van de gewigtige redenen»
tionaale Sinode zou könnenverkrygen. Ook   die zy gehad hadden, om de jongfte Refq-
meenen fommigen, dat, in dezelve , mid-   lutien tot vrede der Kerken te neemen, en
delen beraamd werden, om zig, meer en   van derzelver nuttigheid en noodzaakelyk-
meer, af te zonderen van de Remonftran-   heid. Tot deeze bezending werden benoemd
ten (g); gelyk eerlang gebeurde. De to^-
de Heeren Jdriaan van Matbenes, Heer van
geevendheid der Wethouderfchap hier ter
Mathenes, uit het Lid der Edelen
Hugo
Stede maakte de Kerkely ken hoe langer hoe   Muis van Holy , Schout van Dordrecht,
vrymoediger. Tot zo verre zelfs, dat,vol-   Gerrit Janszoon van Eik, Burgemeeftervan
gens de aantekeningen van Burgemeefter   Delft, Meefter Hugo de Groot, Raad en
Hooft, eenige Predikanten, ten deezen ty-   Penfionaris van Rotterdam en Willem Pie-
de, hier openlyk leerden „ dat het der Pre-   terfoon Ha/es , Burgemeefter van Hoorn.
„ dikanten ampt was, de Heeren, die in't   Doch voor hunne aankomft werdt door de
„ verkiezen der Wethouderen te zeggen   Stad verfpreid, dat zy gezonden waren, om
„ hadden, elk in't byzonder, te onderregten,   de Religie te veranderen, 't Gerügt kwam
„ hoe zy zig daarin behoorden te gedraa-   hun ter ooren, en zy lieten niet na, elk te
gen; fchoon zy, 't welk een groot voor-   verzekeren van de valfchheid van dit uit-
„ regt was, hunne Kerkenraaden verkoo-
„ ren, naar hun eigen goedvinden:'t welk,
,, voegt hy'erby, fommigen deedt omzien
j, naar de voorige tyden, toen de graauwe
„ moniken de Magiftraat fielden (r)."
flrooifel, en van der Staaten en hunne op-
regte meening, tot behoudenis der waare
Gereformeerde Religie (f). Zy verfchee- jtA
nen, den drie en twintigften April, in de^MJ
volle Vroedfchap , alwaar de Groot, uit^ö'"
aller naam, eene uitvoerige Rede deedt, $ \
die, van woord tot woord, aldus luidde: VC
Erntfefle, achtbare, avijfe, feer voorfenight
Heeren
,
De Stan-
De Staaten van Holland, ziende hoe de
tén nee- Kerkelyke zaaken, in verfcheide Steden en
men een Plaatfen 3 op fcheuring en afzondering dreig-
befluit, (jeri ujt te loopen,of reeds uitgeloopen wa-
om
fcheu-
ring te
weeren.
I6l6
ren , beüooten, den agttienden Maart des
jaars 1616, te verklaaren „ dathetregten
„ gezag des Lands, onder de Regeering
M
n Heeren de Staten van Hollandt ende
Weft-Vrießandt
, hebben ons ghelaftuwe
„ der Heeren Staaten, zou worden bewaard;
„ de Chriftelyke Gereformeerde Religie,
E. van haren t'wegen feer vrundelick te groe-
ten ; met toewenfehinge van alderhande vooi"
fpoet. Hare Ed. Mo. en twijffelen niet , ot
(s) Refol. Holl. 1 Maart 16 Afr. \6\i, hl, 4,
(t) BRANDT II, Deel, hl. 343, 344»
17s.
(l>) Brandt lt. Deel, hl. ?.so, 244:
(q) BllANDT II. Deel, hl. 275, 27*.
(r) Aantek. van Aan Heere C. f. HoOïT fyBRANDT II.
Veel, hl. 311.
-ocr page 505-
GESCHIEDENISSEN.
XII. Boek.
439
;*6i6'. uwe E. hebben door het rapport van hare Ge-
committeerden , die federt eenige laren her-
waerts ter Vergaderinge van hare Ed. Mo. heb-
ben gecompareert, genoech verflaen degheftal-
teniffe van de fake v-:n der Kercken, de Re/o-
lutien
die by haer Ed- Mo. zyn genomen, en-
de de Redenen die hare Ed. Mo. hebben gemo-
veert, om de felve Re/olutien te nemen. Doch
al foo fy even-wel bemercken, dat van wegen
de Stadt van Amflerdam ende weynigh andere,
fwaricheyt wert .gemaeckt, om haer met de fel-
ve Re/olutien te conformeren , ende hare Ed.
Mo.
nochtans alles overleydt hebbende, niet al-
leen eenige Maenden, maer laren langh, gheen
ander uytkompft en fien uyt de dagelijcx was-
fende mifverftanden, als door de wegen, die by
de voornoemde Re/olutien werden aengewefen,
niet konnende met goeden ooghen aenfien, dat
by ghcbreck van remedien de faken van.de Kerc-
ken
fouden komen in meerder confufie . hebben
ons belaft in u E. Vergaderinghe te verfchijnen,
om te doen het devoir datmen in gelijcke dif-
crepantie van opinie ghewoonelick is te doen,
te weten, de diiïïculterende Leeden teverfoec-
ken, om haer met de meefte ende befte advij-
fen vande Vergaderinge te willen conformeren.
M ijn Heeren de Staten zijn verblijdt gheweeft
te, verflaen uyt de Gecommitteerden van uwe
E. dat uwe E. nevens de Heeren Edelen ende
andere Steden volkomentlick zijn gherefolveert
te mainteneren de jegenwoordighe lofFelicke re-
gieringe , waer onder ons God Almachtigh foo
merckelick heeft ghefegent; ende dat uwe E.
foo wel als hunluyden mifhagen de particulie-
re propooften, fchriften ende aftien, waer door
by eenige niet dan al te opentliekgetracht werdt,
om de felve regieringhe veracht ofte verdacht te
maecken. T'is haer mede feer aengenaem ge-
weeft te bemercken dat uwe E. met de Edelen
ende andere Steden verflaen, dat mijn Heeren
de Staten competeert de Hooghfle opfichte, be-
leydt ende beiluyringe, niet alleen over Bur-
gerlicke, maer oock over Kerckelicke perfoo-
nen ende faken, als zijnde 'tfelve een notabel
poinct van onfe Chriflelicke Reformatie ,jeghens
de verkeerde opinie in het Paufdom obtineren-
de, die mede-brengt dat foo wel de Coninghen,
Princen ende Potentaten, als alle particulieren,
fchuldigh zijn, abfolutelick te volghen, foo in
de poincten van het Geloof, als int ftuck vande
Kerckelicke regieringe, de Voorfchriften van-
de Kerckelicke perfoonen: waerjegensbydeE-
üangelifche Leeraers altijdt ter contrarie is ge-
ftiftineert, ende uyt Godts vvoordt krachtelick
tewefen, dat de particuliere in hare particulie-
re aftien, ende de Overheden in de Publique,
häer niet en mogen fimpelick verlaten op een
Riders wijfheyd't ofte confcientie, maer felve
jfhuldigh zijn de faecke te onderfoecken ende
^lcx te doen als fy uyt Godts vvoordt bevinden
fe behooren, Ghclijck fulcx duydelick mede-
Jengt de Requefie van weghen de Gbere/ormeer-
je» ten tijde vande perfecutie o ver-gele ver t.aen-
e« Coningb van Spangien, als oock aende Staten
J'nde Landen,
hoe-wel het meerendeel vande
eW als doe noch gheen kennilfe en hadde vande
y^n Religie. Ende is het felve altijdt on-weder-
Preeckelick gehouden,ende door gheftadigeprac-
jj^üe opentlick bethoont by alle Churfurflen,
tlncen j Graven ende Regierders van Groote
ende kleyne Republicquen, het Paufdom met de 1616.
tyrannie,algoderie ende ketterie van dien verwor-
pen, ende de fuyvcre Euangeii/che Religie aenge-
nomen hebbende: ende namentlick oock by mijn
Heere den Prince van 'Orangien ho. m. ende
d'Heeren Staten van Hollandt ende Zeelandt:
hebbende fijne Hooghghemelte Extic. niet alleen
eenige Ordonnantiengeconcipieert, om daer me-
de te ftabilieren de publique authoriteyt in Kerc-
kelicke faecken; maer oock de felve gedefen-
deert jegens het contrarie gefuftineerdeVan ver-
fcheyden Kerckelicke perfoonen. Vwe Eerfaem-
heden hebben buyten twijfel mede wel verflaen,
hoe dat mijn Heeren de Staten van Iiollandt ende
Vl^efl: Fi'ieflandt
, tot wegh-neminge van alle on-
behoorlijcke fufpicien ende mifvertrouwen, me-
nighmael oprechtelick ende finceerlick hebben
verklaert, dat fy willen blijven maintenerende
de ware Chriftelicke Ghere/ormeerde Religie r
fonder eenige inbreuck daer in te laten gefchie-
den: Iae dat mijn Heeren de Edelen , ende de
Steden verfcheyden malen hebben gheprotef-
teert, datmen haer foude aendoen het grootfte
ongelijck vande werelt, foomen foude meenen,
dat fy eenighfins fouden willen verlaten ofte
toeftaen gekrenckt ta. werden, een foo koftelic-
ken pandt, als is de ware Religie, waer van fy
het vrye exercitie met foo veel goets ende bloets
hebben verkregen, ende loftelick geconferveert.
Nu foo wenfchten mijn Heeren de Staten wel,
dat haer Ed. Mo. moghten bemercken de eenig-
heyt van uwe E. met haer Ed. Mo. niet alleen
in defe nu verhaelde poinéten, maer oock in al-
le d'andere faecken, ende namentlick inden in-
houdt vande Re/olutien onlangs overgefonden
aende Steden. Iioo/t-Officieren ende ClaJ/en, be-
ftaende in twee hooft ftucken, namentlick in de
Regieringe vande Kercken, ende in de Toleran-
tie op eenige Theologifche verfchillen.
Nopende de Regieringhe vande Kercken, is niet
anders gherefolveert, dan 'tguntinden lare 1591.
by eenige Politique, ende eenige Kerckelicke
perfoonen geconcipieert,by fijn Exü' den Hoo-
gben
ende Provincialen Rade, ende felfs oock
by mijn Heeren van Amflerdam was goedt ge-
vonden. Dan de fvvaricheydt inden feïven lare
1591 werde gemoveert byden Steden Delf,
Goude, Rotterdam,
ende Medenblick, die niet
anders en konden begrijpen, dan dat int {lellen
vande Kercken-dienaren, ende noch eenige an-
dere poincten den Overheden veel minder wierd'
toegheftaen by het voorfeyde Concept, dan de
felve Overheden hier te Lande'gehadt hadden on-
der het jock van 't Paufdom /t welk haer doch-
te onbehoorlickte zijn. Dan daer nae, bemerc-
kende de groote fwaricheyden die dagelijcx re-
fen uyt het ghebreck van een vafte Ordre,, heb-
ben leedtwefen gehadt van haer voorgaende pre-
cijfheyt; ende hebben als nu aengenomen 'tgunt
by haer te vooren was ghedifficulteert. T'welck
tot een Exempel fal mogen dienen aen anderen
Steden, die miflchien metter tijde mede door ex-
perientie fouden mogen leeren, dat het beter is
in tijdts eenen lijdelicken voet aen te nemen,
dan, het uyterfte precijfelick urgerende, de fa-
ke te laten komen in verloop. De voet van E-
le&ie
by de Heeren Staten nu ettelicke malen in
conformiteytvan het voornoemde Concept gere-
fol veert, is buyten t wijffel fodani^h, dat daer by
voor de Kercke, ende den welftandt vande Re-
LH 3                                                         ü-
-ocr page 506-
440                A M S T E R D A M S              IL Deel.
iïgie genoechfaem is geforght, alfoo niemandten onderlinge Tolerantie de Kerckelicke eenigheydt itfio*
kan komen tot den Kercken-dienft,dan die by te onderhouden, niet tegenftaende de Theolo-
de Kercken-dieneers doorExaminatie van Leer gifche gefchiilen, die op 'tftuck vande Predefli-
ende leven daertoebequaemwerdtgekent. Ghe- natie ende den denkkven van dien in de Kercken
lijck oock de Namen foo vande Kercken-dienaers van haer gebiedt zijn ontftaen. Dit bevel is
als vande Ouderlingen, de Gemeente werden klaerlijck gefundeert op een vafte regel, diemen
voor-geftelt voor de beveiliging, ten eynde een met recht wel magh noemen een Groot fluck
yeder de bedenckingen die hy op hare perfoon vande Chriflelicke Reformatie: want de Gerefor-
foudè mogen hebben, vryelick foude openbaren: meerde Kercken, door Godts vvoordt onderrecht
Sulcx dat het niet en is inde macht van eenige zijnde, hebben altijdt opentlick gefultineert, dat
Overheden yemandt tot den Kercken - dienft te de Leer-ftucken waren van tweederhande natu-
bevorderen, dan die nae wettelick onderfoeck re: Eenige foodanige, dat een yeder, gekomen
geoordeelt is te zijn een Leeraer vande ware zijnde tot de laren van difcretie, de felvefchul-
Chriftelicke Gereformeerde Religie. Dan nadien digh was te verftaen, ende met een oprecht Ge-
boven't Intereft vande Kercke, de Regieringe loove aen te nemen op verlies van fijne Saligheyt:
vande Steden, ende van hetganfche Landt, ten welcke Leer ftucken genoemt werden het Fun-
hoofhften daer aen is gelegen wie den Predick- dament, ende byde voornoemde Gereformeerde
//flif/betredet om tot de- Gemeente te fpreken, Kercken geoordeelt werden te zijn, weynigh in.
foo brengt de Reden mede, dat de Ovsrheydt getale, in deHeyligbe Schriftueredoorgaensfeer
hiar-inne een funderlinge forge ende gefach is claerlickvoor-geftelt, met belofte van Saligheydc
competerende, 'twelck nochtans by de voor- voor den genen die de felve fouden geloven,
noemde Refolutien fulex is gemodereert, dat het ofte met dreygement van VerdoemenuTe voor
voor-ftellen vande perfoonen half komt aen de den genen die de felve niet en fouden geloven:
Gedeputeerden vande Kercken-raedt, ende half Dat alle andere Leer-ftucken niet en zijn hec
aende Gedeputeerden van de Overheydt, welc- Fundament, maer het Gebouw, ende foo de felve
ke Gedeputeerden oock moeten zyn bequaem voorgeftelt werden conform Godes woort, dat
tot fulcke aclie, dat is den welftandt vande Kerc- de felve genoemt werd-en goudt ende filver: foo
ie, ende vande Religie toe-gedaen. Nopende de felve afgaen vande waerheydt, dat de felve
het compareren vande Gedeputeerden der O- genoemt werden boy ende ftoppelen: Dan dat de
vsrheden'm Kerckelicke vergaderingen, fulcxis Leeraers die fodanigh boy endeßoppelen bouwen,
in eenige Steden gebruyekt van het beginfel af daerom de Saligheyt niet en verliefen: waer uyt
vande Reformatie, ende namentlick tot Enck- volght, dat fy oock van de Kercke niet en mo-
huyfen, alwaer fulex tot noch toe geftadigh is gen uyt-geflooten werden, als die van Cbriflo fel-
geobferveert; ende dient, lbo tot onderhoudin- ve voor fijne Lidtmaten werden gekent: maer
ge van alle goede ordre in de felve Kerckelicke dat wy ter contrarie fchuldigh zijn,de kranck-
vergaderingen, als tot beter correfpondentie van- heden van foodanige te verdragen, de felven niet
de Overheden, ende Kercken-dienaren, aengefien te oordeelen, maer aen te nemen, ver wachten-
den Kercken-dienaren middel wert gegeven, om de dat den dagh de waerheydt ontdecke. De
door de Gedeputeerden vande Overheyt alle ha- contrarie praéticque van 't Paufdom, alwaer-
re fwaricheden aende Overheyt aen te doen die- men om alderhande Leer ftucken , nae eenige
nen, ende daer jegens bequame remedien tebe- Kerckelicke determinatie, de Luyden anathema-
komen. Dacr-en boven foo en werd.t fulex niet tifeert, verkettert, ende verdoemt, hebben de
gefielt als noodtfaeckeüjck, maer gelaten in dif- on ie altijdt gefeydt niet te komen uyt den Geefl
cretie vande Magiflraten. Wel is waer , dat het Chrifii, maer uyt den Geefl des Anti-chrifls: En- .
te wenfehen waer, dat niet alleen op defe poinc- de lbo wanneer de Papillen den onfen verweten
ten, maer oock op alle'tgunt vorder de Kercke de verfcheydenheydt van het gevoelen vande
is raeckende ,eeoé Kerckelicke Ordonnantie over Gereformeerde Leeraers over eenige poinólen ,
langhe ware gearrelteert geweeft, ende dat daer daer uyt infererende dat wy waren van diverfche
door miffchien vele fwaricheyden fouden heb- Religie, is by den onfen daer op feer wel geant-
ben können voor-komen werden: maer alfo daer woordt, dat fodanige verfchillen geen diverfche
verfcheyden poinclen waren van groote infïch- Religie en maken, noch de Kerckelicke eenicheydt
te, ende uwe E. felve mede verftonden, dat het en verbreecken: Daer toe allegerende 't Exempel
oirboir was eenige ordre te Hellen op de gere- van alle de Leeraers vande oude Chriilelicke
fene Differenten, eermen met vruchte daer in Kercke,onder de welcke geen twee en werden
foude können befoigneren, ende middelertijdt de bevonden die niet in eenige Leer-ftucken van-
Ele&ien niet en konden ftilftaen, foo mode daer den anderen en hebben verfchilt, maer des niet
op nootfaecklijck eenigh reglement werden ge- tegenftaende altijdt zijn gebleven in eene Alge'
fielt: te meer nae dien voor defen tijdt, elèke meene Kercke, houdende met den anderen alle
Stadt te naefte by eene particuliere forme van Chriilelicke gemeenfehap. Defe verdraeghfaem-
Eleclie hadde gebruyekt, ende datmen fach dat heydt in poinélen, die niet ganfchelijck noot-
uyt die diverflteyt vande praétique vele onluften wendigh zijn ter Saligheydt, is by de voornaenv
en commotien ontftonden, ende de queftien fte Leeraers vande Euangelifche Kercken, niet
daer uyt rijfende dagelijcx wierden gebracht ter alleen geleerdt, maer metterdaedt gepraólifeert
Vergaderinge van mijne Heeren de Staten, fulex geweeft: Sulx liet-men , dat foo inden Iare 1529«
dat haer Ed. Mo. niet en conden ledigh ftaen, als inden Iare 1537. tuffchen Luther urn ended^
daer op te Hellen eenige provifionele Ordre. Svvitferfche Kercken-dienaers, ftaende in gefch^
over 'tftuck van het Avont-mael, even-wel op'
w
Y füllen nu komen, mijn Heeren , tot'bet rechte broederfchap is belooft , ende een wir
tvvede Flooft-fluck vande Refolutien van tijdts Onderhouden: hoe-wel daer nae wedero"*
hare Ed. Mo, beftaende in het bevel, van door door hevicheydt gebroocken, tot groot nae-deßI
yjtfl.
-ocr page 507-
XU. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
44 ï
nodus, noch inden lare 1604. den Lutherfchen
Predicant tot Woerden, door hare Gedeputeer-
den doen befoecken, ende hem noden tot de
vereeniging, door het exempel hier vooren ge-
allegeert vande Kercken van Polen. Gelijck nu
over het verfchil van het Avont-mael ende 'tgunt
meer tuflchen ons ende de Lutherfche oneens is
byden onfen altijdt de Tolerantie is geprefen-
teert geweeft, foo ift oock kennelijck dat in
Engelandt, in Svvitferlandt_, ende in meer an-
6l6. vande Euan
^w^w.v. „uv^v.,, „„-„ tot groote
1616,
vreught,
voor-deel ende verfterckinge vah.de Pa-
pillen. De felve voet van Tolerantie is we-
derom hervat inden lare 1570 in Polen endeLü
thouvv
, tuflchen de Kercken vande Aufburgh-
fihe
, Boheemfche ende Svvitferfche Confejfie:
alle welcke niet tegenftaende haer verfchil in
het iluck van het Avont-mael, malkanderen heb-
hen belooft alle Chrhteliclce liefde endevrundt-
fchap., verklarende d'een d'ander te houden voor
rechtfinnige Kercken, ende bereydt te zijn ha-
J'e onderlinge eer.igheydt te bethoonen, foo door
tgehoor vande Predïcatien, als door de gemeen-
schap der Heylige Sacramenten: Defe Eenig-
heydt door Godes funderlinge genade in de voor-
noemde Kercken tot noch toe onderhouden zijn-
de, heeft haer kracht ende fterckte gegeven,
foo jegens de Papiften, als jegens de Samofate-
n'tanen.
Gelijcke manier van Eenigheyt is oock
inden lare 1575 aengegaen, ende noch onlancx
Vernieuwt,tuflchen die vande Confefïe van Auf-
hurgh,
ende den genen diemen noemt Büßten,
mitfgaders de Broeders diemen noemt Valdenfes
m het Coninghrijck van Bohemen. Dat in
£>uydtfch-landt op gelijcke voet de Kerckelicke
eenigheydt, tuflchen de Protefianten niet en is
getroffen, heeft aende zijde vande onfen niet
Ontbroken, die aende Lutherfche altijdt de felve
■Eenigheydt hebben geprefenteert, blijvende ye-
dereen byde vrijheydt van fijn gevoelen: waer
mede de Lutherfche zijn geftelt int ongelijck
yoor Godt ende den menfchen. Dit blijckt by
"ö aften van Conferentie gehouden tot Mompel-
gard,
byde brieven die de Heere Churfurft
Palfgraef Frederick h. 1. m. aenden Palfgraef
Van Nyenburgb
heeft gefchreven, vele verfchey-
«en boeckenVan onfe Gereformeerde Leeraers,
^nde onder ander een, onlancxuyt-gegevenby
-ö. Paraum Proffeffèur tot Heydelbergh , ex-
PteiTelick ten dien eynde ingeftelt, om de Lu-
therfche te recommanderen de voorfeyde To!e-
rantie. . Onfe Nederlandtfche Kercken hebben
°ock fpeciaiick over langen tijdt gethoont hare
genegentheydt tot defe Moderatie. Want alfo
ipden lare 1577 de Saxenf che Theologanten
Becker boecic genaemt Concor die-hoek hadden
%t-gcgeven, inhoudende een condemnatie van-
?e Kercken in 'tftuck van het Avont-mael yan
«aer verfchillende, foo zijn noch inden felven
are, in Septembri, te Francfoort vergadert ge-
beft de Gedeputeerde vande Franfche, Pool-
•|f»e, Hungerfche, Boheemfche, Svvitferfche en-
, e andere Kercken, in prefentie van een Am-
dere plaetfchen, over de Nederdalinge Chrifii
ter Helle,
over de Excommunicatie ende meer
andere poinften, difputen zijn gerefen, ende tot
noch toe niet en zijn gedecideert, fonder dat
daeromme de Kerckelicke Efemgheydt is ver-
broocken. D. Franci/cus Iumi>,s\ in fijn leven
Profeffor inde Vniverfiteyt tot Leyden, bewogen
zijnde door de occafie van eenige Kerckelicke
gefchillen tot Utrecht gerefen, heeft een Ver-
maninge tot Vrede uyt-gegeven , al waer dit ftuck
vande Tolerantie over het verfcheyden gevoe-
len feer fterckelick beweert, ende als hoogh-
noodigh voor-den welftant vande Kercken werdt
gerecommandeert. De voornoemde Suydt-Hol-
landtfche Synode vanden lare 1604. byde Fran-
fche Kercken zijnde gewaerfchouwt , dat D.
Pifcator
ProfefTeur tot Herbornin 't Graeffchap
van Najfau eenige doolinge leerde vande Beib-
ringe
, van het Geloove, ende vande vverckelije-
ke Rechtveerdigheydt
Chrifti, heeft goedt ge-
vonden de Franfche Kercken te vermanen, dat
fy de faecke doorfulcke hevicheydt niet drijven
en wilden, dat daer uyt eenige fcheuringe ofte
twift mochte ontftaen: zedert welcken tijdt D.
Tilenus
ProfefTeur tot Sedan, in het ftuck vande
Rechtvaerdigh-maeckinge ('twelck altijdt inde
Gereformeerde Kercken is gehouden geweeft te
zijn vande Hooghfte importantie )nae- volgen de
de opinie D. Pifcatoris, is daer door geraeckt
in harde contentie met D. JSdolin&o, een wel-
bekende ende uyt-nemende Kercken - dienaer in
Franckrijck. Welcke contentie uyt de wege
geleydt is, door tuflehen-ipreeeke« vande Heer
van Plejfn ende andere geleerde perfoonen, in
dier-vougen dat den een den anderen heeft ge-
kent voor een rechtfinnich Leeraer, blyvende
onder-tuflehen elck by fijn opinie. De felve
voet van Tolerantie wert oock gepraftifeert foo
hier te Lande als in andere Landen byden gene«
die de Predeflinatie ftellen fonder conditie, al-
foo eenige van hemluyden de felve ftellen bo-
ven , ende andere onder den Val, fulex dat in-
de Haeghfche Conferentie, by de Broeders die
daer genoemt zyn Contra-Remonßranten, wel
uytdruckelijck is gcfeydt, dat daer over noyt
eenige on-eenicheydt ofte ftrijdt geweeft is ia
onfe Kercken.
Om nu defe Generale Regel van Tolerantie te
appliceren tot de queftien vande Predeflinatie.
ende den aenkleven vandien,
fulex die inde voorfiz.
Conferentie zijn gedifputeert, ende waer door
(Godt betert) foo droevige alteratie is gerefen
in onfe Kercken; wie is foo vermeten diefoude
dorven feggen dat de kennifTe vande felve ter
fiener ofte ter andere zijde t'eenemael noodwen-
digh is ter Saligbeydt? want de poinften die
alfoo noodwendigh zijn, moeten by Vrouwen
foo wel als by Mannen; by Ionge foo wel als
by Ouden; by Arbeydtfluyden foo wel als by
Do&oren verftaen ende aengenomen werden,
op
leur vande Coninginne van Engelandth.ra.
nde eenighe Gedeputeerde vande Heer Palf-
f! aef lan Caftmir: In welcke by-een-komfte
jede zjjn verrchenen je Gedeputeerden vande
j^crlandtfche Kercken, ende hebben eenfa-
eeep^Jc^ ingeftelt een Remonftrantie aen eeni-
fc> ^hurfurften ende Furften van de Auf burgh-
cjgJ? Confeflie, om te thoonen de onbefchey-
ind yt' ende het perijckel dat gelegen was
\rae voornoemde condemnatie ende af lhijdinge
Iare m.?neydt. Ende is daer-en boven inden
den .
'eenlijC t Gereformeerde Kercken, dienende al
^heriM» om ^e fcheuringe, die by de Luther-
-as aentrevanpen.^e ont?aen. Dien vol-
gende f *s aengevangen, te ontgaen. „»u ,U1
00 heeft oock de Suydt-Eollantfche Sj
-ocr page 508-
R D A M S            IL Deel.
'twelck oock uyt-druckelijck wert aen-gewefen i6i
by Perkinfum een notabel Leeraer inEngelandt;
ende inde queftie vande Predeflinatie met den
aenkleven van dien, eens zijnde met de Broe-
ders van 'thooger gevoelen diemen hier noemt
Contra-Remonflranten: alfo hy feydt dat de Lu-
therfche Kercken, drijvende de Al-gemeene Ge-
nade
, zijn ware Kercken Gods, die den grondt der
Salicheydt onvervalfcht behouden: gelijck oock
de felve Perkinfus de dwalinge vande Prye vviU
Ie
ftelt onder de poinéten, waer door geen ftuck
van het Fondament en werdt omgeftooten*
VVaer mede feerwel accordeert 'tgunt over ee-
nige laren gefchreven is by D. Paraum Profef-
feur tot Heydelbergh, mede ftaende int gevoe-
len der Contra-Remonflranten n alwaer hy de ar-
ticulen vande Goddelicke Predeflinatie, hare
oorfaecke ende vverekingen, ende vande nature
des vryen wils
ftelt, niet onder de noodfaecke-
licke articulen, maer onder de Tbeologifcbe Be-
fluytingen
, waer in men wel kan verfchillen fon-
der de Vrede ende Liefde te breecken: daer by
vougende, indien de Euangelifche Theologan«
ten fulcx wel wilden bedencken , datmen min-
der gekijfs inde Kercken foude vernemen, ende
dat het middel nae byde handt foude zijn, om
de wonden te genefen ende de Vrede te treffen*
De Kercken van Anbalt, als oock eenige Leer-
aers in Denemarcken, hebbende verlaten de Lu-
tberfebe
opinie van het Avont-mael, zijnde noch-
tans in 'tftuck vande Predeflinatie ende den aen-
kleven vandien gebleven by het lager gevoelen,
'twelck hier te Lande byde Broeders diemea
Remonflranten noemt werdt verdedight: ende
nochtans is kennelick dat andere Gereformeerde
Kercken, met de Kercken ende Leeraers alfoo
gevoelende, hebben onderhouden ende noch
onderhouden alle goede Eenigheydt ende broe-
derlicke correfpondentie, In Engelandt zijn
jegenwoordigh, niet in geringe maer in hooge
Kerckelicke ampten, perfoonen van het eene
ende van het ander gevoelen , fonder dat daer-*
omme de Vrede der Kercken eenighfins werde
verftoort. Om noch naerder te komen, Sijne
Ma1, van Groot Bretaingen, rijpelick deur-ge--
lefen ende over-gewogen hebbende de Articu-
len , fulcx die zijn vervatet inde Remonftrantie,,
met de Articulen vande andere zijde, heeft ver-
klaert ende aende Heeren Staten gefchreven be-
vonden te hebben, dat beyde de opinien met de
waerheydt des Chriftelicken Geloofs, ende meC
der Zielen Saligheydt wel können beftaen. In-
dien wy van Engelandt ons wenden nae Franc
rijck,
wy en können daer niemandt onder èfi
Gereformeerde Leeraers vinden van meerde*
aenfien ende reputatie als is D. Molinceus, die
in feecker Advijs, gegeven tot de ver-eeniging0
der Kercken, feydt, datmen behoort te trach'
ten om van alle de Euangelifche Confeflien EeHf
Conleflïe
te maecken ('twelck oock is gewee#
het advijs vande Gedeputeerde vande Kercke11
inde Vergaderinge tot Franckfort hier voore"
aen -geroert) ende datmen daer-inne behoort fttf'
fwijgens voor by te gaen vele faecken, fondef
kenniflè vande welcke een menfche kan Salii,
werden: gelijck als is (feyt hy) de queftie v**
Pifcator, ende vele fubtile opinien geproponeef
by Arminias aengaende den Vryen vville ; "^
Volbardinge der Heyligen, ende de Predefli^f
tie
; daer by vougende , dat alle d'Erreuren 1
442                 A M S T E
1616 °P veri;es van nare Saligheydt. Hoe veel een-
' voudige Godfalige menfchen zijn daer nu in de
Gemeente Cbrifli, jaemnTchien onderde Kerc-
ken-dienaren felve, die den ftant van'tverfchil
niet en verftaen, ende veel minder weten wat
zijde fy behooren te kiefen: füllen wy die dan
de Saligheydt dorven ontfeggen ? T'zy verre van
een Chriften menfche dat hem fulcx inde fin
foude komen. Beyde de opinien komen daer
in over-een, dat alle de befluyten ende werckin-
gen Godes , aengaende de Saligheyt der men-
fchen, zijn gegrondt in iê/« Chrißo, ende hou-
den over-fulcx het eenige Fondament het welck
is lefus Cbriflus; de meefte difputen komen aen
op de ordre die daer is tuflchen Godes voor-
wetenheydt ende Godes befluyten ,die nochtans
in Gode alle beyde zijn van alle eeuwicheydt.
Hier op zijn door de al te groote fubtijlheydt
van difputen, gerefen foo intricate queftien, dat
de aldergeleerdtfte qualijck raedt weten om haer
fel ven daer door te redden. Dat nu dan over defe
poinéten deTolerantie haer behoort uytte ftrecken
niet alleen tot degetneeneLidtmaten,maer oock
tot de Leeraers, brengt de Reden felve mede,
overmits de Leeraers niet exempt en zijn van
onwetenheydt ende dwalingen, ende over-fulcx
mede zijn onder het getal vande genen wekker
fwackheyden de andere moeten helpen dragen.
De geftadige praóticque der Gereformeerde Kerc-
ken thoont fulcx oock klaerlijck. T'huif-boeck
Balingen is hier te Lande genouch bekent '.Lo-
ei communes Melancbtonis
zijn niet alleen uyt-
gegaen in 't Latijn, maer oock in 't Franfch, met
een treffelijcke recommandatie D. Calvini. Die
defe boecken fal willen confereren met de In-
ftitutien D. Calvini, ende met het gunt by D.
Bezam
op 'tftuck vande Predeflinatie ende den
gevolge vandien is gefchreven, fal het gefchil
van haer gevoelen over de huydendaeghfche
queftien wel klaerliclc bemereken. Nochtans zijn
alle defe Perfoonen geweeft geleerde ende God-
falige Mannen, uyt-nemende inftrumenten Go-
des, jae colomnen vande Kercke. Elckeenvan
hemluyden heeft buyten twijfel gewandelt met
een goede confeientie, niet alleen geloovende,
maer oeck de Gemeente Godes met alle vry'
moedicheydt voor-ftellende 'tgunt een yeder
meende beft gefundeert te zijn in Godes woordt,
ende te dienen tot de meefte ftichtinge vande
Kercke: maer fy en hebben om defes verfchils
wille malkander niet verdoemt, ofte afgefne-
den: maer ter contrarie malkander bejegent als
Lieve ende waerde Broeders, ende mede-arbey-
ders inden Oegft des Heeren, latende alfoo aen
hare nae-komelingen een treffelick Exempel van
befcheydenheydt, ende moderatie. Alle 'tgunt
hier vooren is gefeydt vande Tolerantie ende
Kerckelicke Eenicheyt byden onfen geprefen-
teert aende Lutherfchen, is tot defe queftien
mede applicabel, alfoo de Lutherfche boven het
verfchil van het Avont-mael, oock leeren de
Al-gemeene Genade; de Predeflinatie uyt den voor-
gefienen Geloove
; ende dat eenige ware Geloovi
gen
, door Sonden jegens de confeientie uyt den
Gelove ende Genade t'eenemael vervallen:
Sulcx
dat de Synoden ende Leeraers hier vooren ver-
haelt, den felve Lutherfchen Eenigheydt pre-
fenterende , daer mede verklaart hebben defe
poin&en aen geen van beyde zijden te zijn nood-
wendigh, maer de Tolerantie onderworpen:
-ocr page 509-
GESCHIEDENISSEN;
XII. Boek.
443
*6l6". de Religie zijn gekomen, De vbüloir trop fga~
voir,oude vouloir trop avoir.óu Ia
uytdegroo-
te cuiïeufheydt, ofce uyt giericheydt ende am-
bitie : dat het laetfte de Roomfcbs Kercken heeft
bedorven, maer dat getracht werdt de onfen te
bederven door het eerfte : maer indien wy ons
felven konden' gebieden veel dingen niet te we-
ten, ende ons te vrede te houden met de faec-
ken die 'noodigh zijn ter Saligheydt, ende in
mateiïen dié niet nootfaeckelijck en zijn ,• te
dragen'de dwalende ende anders gevoelende,
dat wy alfdari het meerder-deel vande wegh tot
de Vrede fouden hebben gewonnen. Indien ons
Duydtflant, Engelandt, ende Vranchijck niet
en contenteert, ende dat wy willen fien op het
gevoelen ende praftique van onfe Landen, men
lal bevinden dat hierin Hollandt Kercken-die-
naers zijn over de veertigh laren aengenomen
in Diende, die ten tijde van haer aenneminge
Opentlick hebben getuyght haer te houden aen
het lage gevoelen ,^'twelck nu genoemt wert het
gevoelen der Remonßranten, fond er datyemant
gepretendeert heeft haer daerom uyt den Dienft
te weeren, ofte haer gevercht heefc anders te
leeren dan fy gevoelden. D. Gomarus, D Trel-
catius, D. Cucblinus
, ten tijde als D. Arminias
met hemluyden diende in de Vniverfiteyt tot
Leyden , hebben folemnelick .verclaert datter
tuffchen hemluyden haers wetens geen verfchil
en was, nopende de Fondamenten vande Leere.
Dat meer is,noch inden Iare ión.naedat door
bet houden vande Conferentie den ftandt van het
gefchil volkomentlick was ontdeckt, alfo de
Heeren Staten den Predicanten refpeftivelick
vermaent ende belaft hadden, malkander in Broe-
derlicke ende Chriftelicke liefde te bejegenen,
ende alles te helpen dirigeren tot Rufte ende
Vrede, hebben de felve Predicanten foo van
d'eene als van d'andere opinie aengenomen haer
daer nae te reguleren. De Synode vande Fran-
jfbe Kercken
defer Vereenigbde Provinciën, heeft
inden Iare 161a. mondeling , ende inden Iare
1613. fchriftelick verklaert ende belooft de
Broederlicke Eenigheydt te onderhouden met
de Kercken ende Kercken dienaren van hare Sy-
node, niet tegenftaende de huyden-daegfche ge-
schillen. Hoe-wel nu daer nae het vyer van
On - eenigheyt meer is opgeblafen dan wel ware
te wenfehen, foo en heeft nochtans daer door
de namyre vande faecke niet können verandert
Werden, nochte rechtvaerdige materie gemaeckt
van fcheuiïnge 'tgunt voor defen altijd was ver-
ftaen te zijn een materie van Tolerantie. T'welck
leer wijffelick ende Godvruchtelick confidere-
rende vele Kercken-dienaers van het hooger ge-
Voelen, jae vele Kercken ende Gaffes, beftaen-
[■e uyt Kercken - dienaers van beyde de gevoe-
^"s_, hebben de Tolerantie ende Chriftelicke
*-enicheydt tot noch toe onderhouden. niet al-
leen in Hollandt ende VFefl - Frießandt, maer
£0ck inde Nae - buyrige Provinciën, alwaer de
lelve queftien zijn ontftaen: Zijnde onder de
lelve Kercken-dienaers vele van die Geleert-
^?ydt, dat het een temeriteyt ware de felve in
5" ftuck te befchuldigen van Ignorantie, ende
van die Vromicheyt, dat het een onbefchaemt-
Sn^T- ware te fuftineren dat fy fulex fouden
Hie]rgKens hareConfcientie.
defe quef? dr nt 00ck wel over-gewogen, dat
IV? Stuk poin&en nieC aUeen niet en zijn
noodwendigh geweten te werden ter Saligheydt,
maer dat oock de felve zijn foo f waer, ende van
foo diepen infichte, datmen niet en Val bevin-
den , dat of inde Oude Chriftelicke Kefcke, ofte
inde Gereformeerde oyt daer van is gedaen ee-
nige Synodale decifie. Want wat belangt de
Oude Kercke, 't is kennelick dat de Leeraers
vande eerfte vier hondert laren nae de_Apofto.
lifche tijden, deurgaens thoonen van die hooge
poinften geene kenniffe gehadt te hebben, ful ex
dat oock de Gemeente uyt hare Predicatien ende
boecken geene kenniffe vande felve poinften
heeft können ontfangen. Dat meer is, D. Cal-
vinus, Beza
ende andere vande felve opinie, be-
kennen rondelick dat die Leeraers van die tij-
den anders als fyluyden van defe faecken gevoelt
ende gefproocken hebben : nochtans ift 'feecker
dat de Chriftelicke Een-voudigheydt noytmeer
als -in die tijden heeft gebloeyt: Dat noyt meer
Martelaren hare Zielen Cbrifio hebben op-geof-
fert: tot een feecker teyeken dat foo wel de God-
falicheydt als de Salicheydt fonder foo hooge
wetenfehap wel können beftaen. Daer nae al ft)
eenige Ketters de Natuerlicke krachten der Men-
fchen jegens de Genade begonften te verheffen,
foo heeft Augiiflinus, een Hoogh vermaert Leer-
aer der Kercken, de faecke wat hooger gevat,
ende fulex voor-gefhen de noodvvendicheyt
vande Genade om'tot de Salicheydt te geraec-
ken , dat hy daer by heeft gevoed« eene Abfo-
lute Predeftinatie, niet fonder oppofitie van ve-
len. Hoe wel nu t'fijnen tijden jegens de voor-
noemde Ketters vier ofte vijf Cóncilien zijn ge-
houden: dat'oock Auguflinm principale Direc-
teur is ge weeft van een vande felve Cóncilien
gehouden binnen Cartbago, foo blijclct even-
wel uyt de Aften vande felve Cóncilien, dat daer
by vande abfolute Predeftinatie ende 'tgunt daer
van dependeert geene decifie is gegeven ter een-
re nochte ter andere zijde: maer beftaethet fom-
mier vande befluyten vande voornoemde Cón-
cilien daer inne, dat geleerdt werdt, Dat alle
Menfchen verdorven zijn , ende dat niemandt yet
kan doen , dat Geeftelick goedt is, fonder e enige
inwendige ende onverdiende Genade Godes. Al-
foo nu daer nae eenighe andere de Genade foo
verre erkenden, dat fy toe-ftonden, dat den
voort-gangh in het goede quam vande Genade,
meenende 'ondertuffchen dat eenige Menfchen
door een beginfel van een Goeden wille de Ge-
nade voor quamen, foo is jegens de felve gehou-
den geweeft. een Concilie te Orangie, waer-inne
fommierlijck geleerdt werdt, dat oock het be-
ginfel van het goede kompt uyt de Genade,
ionder dat in het felve Concilie als noch eenige
mentie werdt gemaeckt van éen Abfolute Pre-
deftinatie ter Salgheydt: ende daer-op zijn de
faecken voor die tijdt blijven beruften. Met de
Exempelen van het Paufdom en willen wy ons
niet behelpen; even-wel is aen -merekens waer-
ciich dat die poinften waer over die Scholaßique
Schrijvers (foo-men die noemt) foo on-eens
zijn, waer over de Dominicanen twiftenmet de
Iefuijten, jae de Iefuijten oock onder malkande-
ren,geenfints en können gehouden werden voor
oorfaecken van onfe afwijckmge van het Pauf-
dom : ende hoe-wel inde Roomfche Kercke over
vele hondert laren de maniere is geweeft van
feer lichtveerdelick te procederen tot decifie
ende tot condemnätie, dat nochtans de Paufen
1616.
de
Mmm
L
-ocr page 510-
444               AMSTERDAMS               II. Deel.
de queilien vande abfolute ofte geconditionneerr in fijn Heylich woordt (gelijck alle Gerefor-
de Predeftinatie, als oock de raamere vande meerde Leeraers jegens de Papiften tot noch toe
werckinge vande Genade in den wille des Men- hebben gefuftineert) foo en behoeft de Hooghe
fchen, niet en hebben gedecideert aen d'eene Overhcydt daer toe geen Authoriteyt vande
ofte aen d'andere zijde:maer hebben aenbeyde Kercke te ontkenen, jae is fchuldigh de felve
de parthyen hare opinien vry gelaten, met ver- Authoriteyt te gebruycken, niet alleen fonder,
bodt van malkanderen te condemneren ofte bit- maer oock jegens de wille van vele Kercken-
terlick over te halen. Godt gave dat de Kinde- dienaers. Alfoo nu dan de fcheuringen om
ren des Lichts in defe faecke foo wijs waren als queftien niet noodwendich terSaligheydtin Go-
de Kinderen der DuyfternhTe; ende 'tgunt de des woordt klaerlick ?.ijn verboden, ende de
Papiften doen om haer wereldtfch - rijk^ftaende queftien inde Conferentie vorhandeiL nae lange
te houden, dat de Euangelifche fulcx deden om ende rijpe examinatie, nae dat by de notabelfte
het Rijck Chrifti in Liefde ende Vrede te bou- Kercken-dienaers ter weder zijde de materie op
wen. Die nu den tijdt fal willen infien van het 'tbreetfte was verhandelt, openbaerlickzijnbe-
beginfel af vande Reformatie tot nu toe, fal vonden te zijn niet noodwendigh ter Saligheydt,
bevinden dat hoe-wel defe queftien genoechfaem foo en heeft de Hooge Overheydt niet'anders
alle Kercken door-wandelt hebben, even-wel können doen als Godes wet int werck te ftellen,
noyt daer van in eenige wettelicke Synode de- ende alle contravenüe te beletten. Alle de Ge-
cifie is gegeven: ende hoe verfcheydelick de reformeerde Leeraers fuftineren oock jeghens
Confiffien fpreeken van defe materie, kan een de Papiften dat het Recht vande Synoden te
yder lichtelickbemercken die demoeyte wilne- convoceren de Hooge Overheden toekompt ,
men om de felve met aendacht te door-lefen. waer in buyten twijfel begrepen is de vrijheydr,
Eenige meenen dat in Engelandt tot Lambeth van te oordeelen of de Synode dienftich fal zijn
inden Tare 1595. defe queftien Synodalick fou- ofte niet, welcke vrijheydt de Hooge O ver-
den zijn gedecideert: maar 't is een merckelick heydt werdt benomen, alftnen foude willen ful-
abuys: alfoo de by - een - kompfte tot Lambeth tineren de Synoden abfolutelick noodigh te zijn,
geen Synode en is geweeft, nochte oyt voor felfs oock nae foodanige examinatie als hier voo-
fulcxen is gehouden": oock de Articulen die al- ren is verhaelt. De geftadige praótique ftrijdt
daer zijn geftelt, alleenlick betuygen de opinie oock jegens foodanige gepretendeerde noodwen-
ende 'tadvijs vande Theologanten diealdaerwa- dicheydt. Want de Coningen van Juda vele
ren vergadert, en daer-en boven in dier-vougen verbeteringen in Kerckelicke faecken hebben ge-
zijn in geftelt, dat foo wel die van het lage,als daen nae Gods woordt fonder eenige Synode,
van 'thooge gevoelen de felve fouden können Vele Gereformeerde Leeraers allegerende 'te- j
aen-nemen fonder haer opinie te veranderen: xempel vande Keyfer Theodofij, die nae de aen-
maer 'tgunt meeft ftaet te noteren, is, dat by roepinge van Godes hulpe over Kerckelicke dif-
authoriteyt vande Coninginne h. m. defe Arti- ferenten een uyt-fpraeck hadden gedaen, feg-
culen van Lambeth zijn verboden te publiceren, gen dat daer uyt meer goets is gevolght als uyt
ende dat Sijne Majefteyt jegenwoordigh regne- eenige Synode. De Reformatie felve is die te
rende, zijnde verfocht by eenige Predicanten, wege gebracht by Synoden in de Rijcken ende
dat fy defe Articulen fouden laten inferéren in- Landen van Europa ? In 'tminfte niet: het re-
de Confeffie van Engelandt, fulcx heeft gewey- medie en was vande KerckelickePerfoonen niet
gert, meenende ondienftich tezijn,datmen'tfelve te verwachten die de oorfaecke waren vande
Boeck vande Confeiïïe foude ftofferenmetTheo- fieckte: Maer de Coningen ende Overheden
logicale conclufien.
                                              door Godts woordt verlicht zijnde, hebben door
Mijn Heeren de Staten, door defe ende meer Publique Authoriteyt de Reformatie te wëge ge-
andere redenen wel verfeeckert zijnde dat nie- bracht. Ende op datmen niet en meene dat dit
mandt geoorloft en is ter fake vande poinften alleenlick plaetfe heeft in een foo groote ver-
inde Conferentie verhandelt eenige fcheuringe dorventheydt als daer was in het Paufdom, de
inde Kercken aen te rechten, hebben verftaén Churfurften, Furften ende Steden van 'tRijck
haer ampt te zijn, by Publique Authoriteyt, die de dwalingen over 'tftuck vant Avont-mael
Chriftelicke Refolutien , ende beqname uyt- hebben geweert uyt hare Kercken, die ander-
voeringe vande felve Refolutien, foodanige fints aireede waren gereformeert, hebben fulcX
fcheuringen te beletten. Hier jegens is by eeni- niet gedaen door Synoden, maer door Publique
ge gefuftineert, dat defe faecke zijnde Kercke- Authoriteyt. Godt heeft haren yver gefegent,
lick, eerft behoorde gexamineert te werden by ende fy werden byde onfen daer over ten hoogh*
een wettelicke Synodale Vergadering: waer je- ften geprefen. Kan dan de Publique Authori-
gens verfcheyden-malen is verthoont dat foo- teyt fonder Synode te wege brengen verheterin-
danige Synodale Vergaderinge in defe materie gen vande Leere, hoe veel te meer kan de fel-
niet noodigh, ende, nae gelegenheydt van tij- ve in defe faecke plaetfe hebben, daer in 'tmin-
den, oock niet dienftigh en was. DatdeSyno- ftebyde Hooge Overheydt niet getracht en werdt
dale Vergaderinge niet abfolutelick noodigh en om de Lecre'te veranderen, maer om fcheurin'
is, blijkt uyt 'tgunt hier vooren is gefeydt, van- gen te vermijden. Die met aendacht wil letren
de authoriteyt van een Hsoge Overheydt over op de Kerckelicke gefchiedenilTen, fal wel be-
Kerckelicke perfoonen ende faecken, in welck vinden dat het bequaemfte middel tot Remedie
poincl: mijn Heeren van Amfterdam haer altijdt van fcheuringen altijdt is gehouden geweeft te
hebben verklaert conform de andere Landen zijn de Publique Authoriteyt. Alfo in Africa de
vande Vergaderinge : want indien de Hooge O- Donatiflen haer hadden afgefondert vande Al'
verheydt van Godt Almachtigh heeft ontfangen gemeene Chriftelicke Kercke, ende de faecke
volkomen macht ende authoriteyt, om alles te ïangh fonder vrucht byde Kerckelicke pérfo°'
gebieden»ende uyt te voeren, dat Godt gebiedt nen was verhandelt, heeft eyntelijck den KeS"
-ocr page 511-
GESCHIEDENISSEN.
XII. Boek.
445
'6l6. fer Conflantinm de fake moeten evoceren tot
fijne kennifie, ende daer inne fententieren. Dan
de faecke daer mede niet t'eenemael zijnde ge-
rechtes een ruymen tijdt daer nae vande recht-
finnige Leeraers verfocht geweeft een Confe-
rentie
voor Marcellino als CommüTaris byden
Keyfer Honorio daer toe geordonneert , alwaer
parthyen gecompareert, ende alles gededuceert
hebbende dat ter faecke dienende was, is byden
voornoemden Marcellinum uyt-fpraecke gedaen,
door de welcke ende d'executie daer op ge-
volght, het meeren-deel vande afgeweeckene
wederom zijn gekomen totde Eenigheydt. Wil-
len wy komen tot d'exempelen van onfentijdt,
Sijne Majefteyt van Groot. Brittannien bemerc-
kende eenige difpofitie tot fcheuringe inde Kerc-
ken van fijn gebiedt, fo over eenige fubtilequef
tien vande Leere (waer onder mede waren eeni-
ge queftien vande Predeftinatie ende den aen-
kleven vandien) als over de Regieringe vande
Kercken, heeft parthyen in fijn prefentie doen
compareren tot Hamptoncourt, de felve gehoort,
ende op yeder poinft fulcx geappoincleert als
fy in goede confcientie bevondt te behooren,
'twelck is t'eenemael een gelijcke faecke, ende
gelijcke manier van procederen als in defen by
de Heeren Staten is gehouden. Ende om noch
naerder te komen, D. Beza (waerdigermemo-
- rie) verhaelt in een van fijne boecken, dat tot
Bern eenige beginfèlen van fcheuringe zijnde
gcrefen over 'tftuck vancie Predeftinatie den
Raedt van Bern een Edict hebben laten uyt-
gaen, daer by een yeder verbiedende , dat fy
niet onbedachtelick vande fvvare materie vande
Predeftinatie en fouden fpreecken: Beladende
voorts de Kercken-dienaren, dat fy vande felve
faecke matelick, religieufelick, endefonderer-
gernifle uyt Godes woordt fouden leeren, foo
wanneer de occafié fulcx foude mede-brengen ,
met bevel dat niemant uyt het gebiedt van Bern
(foo als eenige onbedachtelick deden) nae Ge-
ueve
ofte andere plaetfe ten Avont-mael fouden
loopen,maer dat een yeder het felve foude ont-
fangen uyt handen vanden Dienaer van fijne
Kercke: Seggende D. Beza dat daermede defe
moeyte een eynde heeft genomen.
Dat yemandt nu foude willen feggen. dat net
Oordeel vande Synode wel niet noodigh en is
om die oorfake dat die Hooge Overheydt geen
Macht ofte Authoriteyt foude hebben buyten
de Synode,maer om door 'tAdvijs vande Syno-
de te beter te zijn geinftrueert, die felve foude
eerft wederleydt werden door vele voor-ver -
haelde exempelen, alwaer byde Hooge Over-
heden geen Advijs van Synoden en is genomen,
ende door de reden felfs, overmits eenige faec-
ken foo"klaerlick zijn gefteltin Godes woordt,
ende een Hooge Overheydt daer van foo feec-
kerlïck kan zijn overtuycht, dar fy niet en be-
hoeft te rade te gaen met Vleyfch ofte Bloet,
?lfoo niemandt raedt en vraecht ofte gehouden
!s te vragen inde faecken waer van hy feeckere
kennifie heeft: gelijck een Hooge Overheydt
mael vermaent) datmen uyt de over-een ftem- rtfró
minge van vele treffelicke Leeraers wel foo <*oe-
den raedt ende vafte kennifie kan ontfangen als
uyt een Synode. Wie. en foude fulcken Sy-
node niet 'feer achten daer hy D. Calvinum, f).
Bezam, D. Hyperium, D. Urfinum, D;Vp-hi.
takerum, D. Perkinfum, D. helium, D. Da-
nceum, D.Iunium, D. Par mm, D. Cafaubo-
mm* D. Pifcatorem, D. Molinmm
foude hoor
ren fpreecken? Vraeght defe allen of men niet
fchuldich en is malkander te tolereren over defe
queftieufe Poincten ende andere van gelijcke
nature ? Sy füllen in haer gefchriften antwoor-
den lae. Is dit noch niet genoegh, ende wil
yemandt-noch infifteren op een Synode, de fel-
ve gelieve te gedencken datmen foo we] Inftruc-
tie ende Advijs kan ontfangen van Oude als van
Nieuwe Synoden, fo wel van Wtheemfchen
als van Inlandtfchen. De Oude Synoden ge-
houden ten tijden Augußini, mitfgaders de Sy-
node van Orangie leeren ons, datmen-de Eer
van Godes Genade wel kan voorftaen, fonder
yet te decideren over 'tftuck van de Abfolute
Decreten ende 'tgunt daer van dependeert. De
Synode tot Sendomir, ende de Synode tot Franc-
fort
beyde hier vooren verhaelt recommanderen
ons de Tolerantie. Wil-men noch enkel heb-
ben een Synode van ons Landt, ende van on-
fen tijdt; wy hebben hier vooren geallegeertde
Synode te Woerden , ende de Synode vande
Franfche Kercken. Soo veel Claffes die de To-
lerantie
over de queftieufe Poincten practiferen
zijn foo veel kleyne Synoden als men de fake,
niet den naem infiet. De twaelf Conferenten
aen wedïr zijde, zijnde de voornaemfte Kerc«
ken-dienaers van beyde de opinien, die int lange
zijn gehoort, alles hebben bygebracht dat fy
meenden te dienen tot voorftant van hare opinie,
ende niet te minder eyntelick malkander Broe-
derlijckeliefde belooft hebben,behooren in gheen
minder aenfien te zijn als een Synode. Dien
dit al niet genoech en is, om Advijs ende In-
ftruftie te ontfangen , voor die en kan niet ge-
vonden werden dat hem fal genoegen. _
.Indien dan niet noodigh en was eenige nieu-
we Synode over dit ftnek te beroepen, fo moet
geexamineert werden of men oock eenige dienft.
uyt foodanige Synode konde verwachten: want
in 'faecken die niet Abfolutelick noodigh en zijn,
moet de voorfichticheydt plaetfe hebten, om te
oordeelen wat nae gelegentheydcvan tijden dient
gedaen ofte gelaten. De Synoden hebben voor-
tijdts dickmael gedient om eenige Ketterien te
condemneren: Dan wy hebben verthoont, dat de
dwalingen die in defe Poinclen fouden mogen
gefeyt werden te zijn aen d'een of d'ander zij-
de , noyt byde Gereformeerde Kercken gehou-
den en zijn voor heretijcoftecondemnabel. Dat
oock defe Poinóten noyt en zijn gehouden voor
foodanige daer-in-men behoorde decifie te ge-
ven , fulcx dat defen dienft vande Synode leer
ondienftich foude zijn: behalven dat om een
decifie te geven over eenige queftien noodigh ls
te hebben een fuyver Oordeel ,vry van paffien
'twelck hier te Lande in defe tijden feer quahek
foude zijn te vinden, als genoech af-genomen
kan werden uyt de hevicheydt vande dagelijcxe
Predicatien ende fchriften. Dat by een Synode
een equitabele voet van Lolerantie fopde wer-
den geraemt ende eendrachtelick aen-genomen,
Muira a                                                fuicx
Recken , als dat de verdraeghfaemheyt over
* oinélen niet geheel noodigh ter Salïgheydt ons
van Godt js bevolen, ende dat de Poincten die
Poinftn "V^eftie onder de geheel noodige
oron(. ^n ,niet en können gereeckent werden,
ataec oock te ietCen (gelijck jugufiinus dick-
-ocr page 512-
R D A M S            IL Deel.
Synode ftaen te confidereren de voor - oordelen j
die haer in eenige Provintien hebben geopen-
baert, niet alleen int particulier, maer oock in
notabele vergaderingen, fulex dat die perfoonen-
uyt de Provintie komende, buyten twijfel by
eenigen fouden werden gefufpeéteert. Ende of
müTchien eenige moderaten oock in die Provin-
tien fouden mogen zijn, foo is feer onfeecker of
de felve tot den Synode füllen werden gefon-
den, ja is het contrarie veel apparenter. Daer-
en-boven alfoo-men in de Nationale Synode ge-
woon is by ftemmen te procederen, fouden al-
daer de Kercken van Hollandt ende Wefl-Vrief-
landt
lichtelick over-ftemt können werden, en-
de byde Gedeputeerden uyt de andere Provin-
tien fodanigen voet genomen werden, die met
den ftant van hare Provintien foude over-een-
komen , maer met den ftant vande Kercken van
Hollandt ende Weft-Vrieflandt niet en foude
accorderen. Indien men foude willen komen tot
een Generale Synode (gelijck van oudts alle quef-
tien vande leer in Generale Synoden plagen
verhandelt te werden, ende 'tfelve by vele Co-
ningen, Princen ende Theologanten werdt ge-
acht te zijn het eenige remedie om de on-eenk-
heyden die inde Euangelifche Kercken gerefen
zijn wech te nemen) 'tfelve foude tijdt require-
ren om den Coningen, Princen, Overheden en-
de Kercken daer toe te difponeren: behalven dat
Sijne Majefleyt van Groot Bretaignie, den Chur-
vorfl Palfgraef, D. Molinaus
in Vranckrijck ^
ende meer andere verftaen, dat tot foodanige
Generale Synode de Euangelifchen, die Luther-
fchen genoemt werden, mede fouden moeten
werden verfocht, waer - in miffchien eenige an-
dere fwaricheyt fouden maecken. In alle ge-
vallen den ftant van onfe Kercken en kan niet
in onfeeckerheyt gehouden werden ,tot dat fo-
danigen Generale Synode ('twelck fonder tijdt
en moeyten niet kan gefchieden) te wege foude
zijn gebracht. Daer is noch een poinct dat op
het houden vande Synoden fonderlinge kompt
in confidentie * dat is de Overheyt moet pree-
fupponeren, ofte fimpelick te willen volgen dat
de Synode fal goet vinden, ofte haer nae-oordeel
vry te willen' behouden. Het eerfte is ftrijden-
de met Gods woort, met den grondt der Refor-
matie , ende met het recht van t'Landt, t'welck
de Heeren Staten van Zeelandt wel - verftaen-
de, hebben dit nae-oordeel aen haer felve ex-
preftelick gereferveert. Ende buyten twijfel
dit quitterende foude de Hooge Overheyt het
Landt ftellen in het uyterfte gevaer, door dien
het foude können gebeuren dat de Indifcreten
inde Synode de overhandt krijgende, yet fou-
den befluyten t'welck niet en foude können uyt-
gevoert v/orden, fonder de gemeene faecke te
brengen inde uyterfte confufie. Ter andere zij-
den, indien mijn Heeren de Staten vry houden
(gelijck hare Ed. Mo. behooren te doen) haer
nae-oordeel, foo fal lichtelick gebeuren dat het
'oordeel des Synodi, ende'het oordeel van hare
Ed. Mo. niet wel over een en füllen komen:
Ende in fulcken gevalle ftact grootelijcx te be-
duchten of niet vele vande gemeente , infon-
derheyt fodanige die gewoon zijn meer wercx
te maecken van kerckelicke perfoonen als van
hare Hooge Overheyt (gelijck den deck-mantel
van Religie vele luyden abufeert) door een
kerckelicke verklaring zijnde geftijft, vervoert
446                 A M S T E
1616. fulcx kan wel gewenfcht maer feer qualiek ver-
hoopt werden voor defen tijdt: want vande Im-
inoderate perfoonen yet moderaets te verwach-
ten is buyten apparentie. Men fiet dat alle hare
aótien te openbaerlick loopen, of tot al te groo-
te ongebondenheydt inde leer, ofte tot fcheu-
rïage. De moderate perfoonen hebben by defe
hevigen geen credijt om yet goets te wege te
brengen: jae felve men fiet hoe feer byde he-
vigen getracht werdt om defen alle haer credijt
dat fy byde Gemeente noch overich fouden mo-
gen hebben te benemen. Wat difcretie, wat
onpartijdicheydt, wat vreedfame adyijfen kan-
men verwachten van gemoederen die in het heet-
fle zijn van hare alteratie ? T'gunt tot noch toe
is gebeurt in eenige Claflicale by - een - komfte,
oock in eenige meerder vergaderinge die fonder
publique authoriteyt onlancx zijn gehouden,
wijfen genoech aen waer toe dat getracht werdt.
Men gelieve nevens de goede vruchten die by
wijlen zijn gekomen uyt de Synoden , oock te
gedencken eenige die qualiek zijn gefuccedeert.
T'is wel eer geüen dat de Synoden vanmalkan-
deren gefcheyden, ende elck deel een vergade-
ringe apart maeckende, t'ander deel heeft ge-
excommuniceert. • T'is oock feer confiderabel
dat vele kerckelicke perfoonen feer oneens zijn
met de Overheden op 'tftuck vande Authoriteyt:
jae haer jegens de Overheden met de Gemeente
poogen te behelpen.Gelijck nu alle macht grooter
is by een gevoecht dan verfpreyt, alfo ift, dat de
Synoden dickmael hebben gedient om de Kerc-
kelicke authoriteyt, jegens ^de authoriteyt van
de Overheyt te ftijven, daer van vele exempe-
len, des noodt zijnde, foude können werden
gealiegeert. Dient oock gelet op de groote dif-
ncukeVt die daer is in het beroepen vande Sy-
node (alftnen fchoon daer toe foude genegen
zijn) om vele queftien die eerft foude moeten
zijn gedecideert. Vele Kerckelicke perfoonen
füftineren dat aen haer Claflicale vergaderingen
alleen ftaet de deputatien te doen tot de Synode:
de Overheden ter contrarie verftaen dat haer
toe-ftaet te beforgen,dat tot de Synode mogen
komen de bequaemfte, geleerdfte en difcreetfte.
Hier uyt volght een andere queftie, of dehee-
le vergaderinge vande Heeren Staten by plura-
liteyt de deputatie fal doen, dan of elcklidt van
de vergaderinge eenige fal deputeren. Eenige
Kercken-dienaers füftineren dat de genen die de
Remonflrantie hebben onderteeckent, ofte ee-
nigh bedencken hebben op de Confeffie ende Ca-
techifmum
behooren gehoort te worden als par-
thye, maer geen ftem behooren te hebben inde
Synode : defe queftie moft oock gedecideert
zijn voor het houden vande Synode. Men weet
de fwaricheyt die by eenige gemaeckt is, op de
ClaufuU vande refumtie vande voornoemde Con-
feflie
ende Qatechifmo: defe fwaricheyt mofte
mede eerft komen te cefleren. Voorts de Sy-
node diemen foude willen beroepen , foude moe-
ten zijn Provintiael , Nationael ofte Generali.
De Provinciale Synode (boven alle 'tgunt hier
boven is gealiegeert) foude die difliculteyt on-
derworpen zijn, dat in eenige plaetfen de Claf-
fen
zijn gefcheurt, en over-fulex elck deel fou-
de pretenderen te zijn Claßs van dat quartier,
ende mitfdien de deputatie haer toe te komen,
indien-men foude verftaen dat de deputatie Claf-
fkaliter
foude gefchieden. Op de Nationale
-ocr page 513-
GESCHIEDENISSEN.
XII. Boek.
447
*616. füllen werden tot een quade opinie van hare wet-
telicke Overheyt, ende daer by komende (als
wel gebeurt) eenige feditieufe predicatien ende
gefchriften , lichtelick fouden raecken bnyten
het fpoor van hare fchuldige gehoorfaamheyt.
Alle t'welcke (mijn Heeren) by ons niet en
werdt gefeyt met de meeninge, dat wy fouden
wanhoopen van het houden van een wettelicke
Synode, daer foo vele godvruchtigen nae ver-
langen , ende daer toe over lange foo byde Hee-
ren Stalen van Hollandt ende FFeß-Frießandt,
als byde Heeren Staten Generael goede refolutien
zijn genomen, maer dat wy meenen dat noch
wat tijts van noode is om de gemoederen fulcx
te prepareren, dat de Synode mochte hebben
de noodige qualiteyten daer toe gerequireert,
ende voor al een goede genegentheyt tot Vrede,
ende behoorlicke refpeft van de Hooge Over-
heyt: waer toe de humeuren niet en können
werden gedifponeert, ten zy de onderlinge to-
lerantie
wat beter werde gefielt inde praftique,
t'welck middeler-tijdt niet en kan te wege ge-
bracht werden, dan door goede inductie gë-
voecht met de publique authoriteyt, Voecht
hier by (mijn Heeren) foo het V. E. gelieft ,
het advijs van Sijne Majefteyt van Groot Bri-
taignie,
die de Heeren Staten door fijn miiïive
foo ernftelijck heeft vermaent,dat defegefchil-
len niet beter en können werden ter neder ge-
leyt, dan door publique Authoriteyt. Gelijck
oock de Heeren,van 't Hofvan Gelderlandt, ende
de Heeren Staten s''Lands van Overyßelover de-
fe felve queftien , alfoodie inde landen van haer
gebiet mede waren gemoveert, geen ordre en
Hebben weten te Hellen, dan door de felve pu-
blique authoriteyt.
Ten is oock niet nieuws 'tgunt defen aen-
gaende nu gefchiet inde landen van Hollant en-
de VVeft-Vrieflandt. Want behalven dat de
Graven van Hollandt'm oude tijden de couragie
Wel hebben gehad van de Paftooren te belaften
haren dienfl te continueren , niet tegenftaende
alle interdiftien ende excommunicatien, beloo-
vende haer het felve jegens een yeder uyt te
voeren, foo heeft het Hofvan Hollandt inden
Iare 1536. als de Kerckelicke macht op haer
hooghfte was geklommen, wel dorven fchrij-
ven aen alle Officieren, dat fy de Paftooren fou-
den belaften niet indifcretelick te predicken duy-
ftere materien, of waer uyt het volck gefchan-
dalifeert foude mogen werden, ofte oorfaecke
nemen van murmuratie jegens hare Overfteofce
anderen, maer te predicken het Euangelie ende
de Epiflelen met ftraffinge der fonden: dat fy hun
°ok wachten fouden jegens malkander op de
ttoel te predicken, maer indien fy van een an-
der yet hoorden dat heretijck ofte fchandaleus
Was, dat fy den felven daer van fpreecken fou-
den alleen, ofte 'tfelve den Officier ofte den
tfove te kennen geven, om daer in voorden te
borden alft behooren foude. Myn Heeren van
^nfierdam hebben buyten twijfel goede memo-
de", hoe veel fteden federt de reformatie zijn in
°nruft geftelt doordefe queftien van deßredeßi-
t'atie
, hoe menichmael de faecke is geventileert
geweeft inde vergaderinge vande Heeren Staten:
f"ui-namentlick hoe dat (nu geleden ontrent
acntmen iaren) de faecke Sibrandi Taconis, die
W ,,7 Teftien met kerckelicke cenfuren was
«eiwaert, aoor authoriteyt vande Heeren Suten
is geaccommodeert geworden i wat vermaning
eerft byden Hoogen Rade,éaer nae byde Hee-
ren Staten zijn gedaen geweeft aen B. Gomarum
ende D. Arminium, om vrede met den anderen
te onderhouden: wat moeytendat daer nae zijn
gerefen, door het afvorderen van ongewoonelic-
ke maniere van onderteeckening van Confejße
ende Catechijmo:
ende hoe mijn Heeren de Sta-
ten alles met moderatie hebben gefocht te be-
leyden, tot voor-kominge van fcheuringen. De
Conferentie is daer nae gevolght: V. E. is be-
kent wie de oorfaecke daer toe heeft gegeven.
Nae dat de Heeren Staten de patientie hadden
gehadt,om al te hoorendatde Conferentenaen
weder zijden wilden allegeren, is by haer Ed.
Mo. op den twintichften Mey 1611. genomen
feeckere Refolutie, waer by hare Ed. Mo. ver-
klaerden de vijf queflieufe poinften te houden
in flate, fulcx als die voor het aenvangen vande
Conferentie waren geweeft: vermanende voorts
ende belaftende den Predicanten , malkander in
Broederlicke ende Chriftelicke liefde te bejege-
nen, ende alles te helpen dirigeren tot rufte en-
de vrede; ende daer toe. de goede Gemeente
by de bequaemfte middelen , van het oprecht
voornemen van hare Ed. Mo. te berechten, en-
de over-fulcx in hare Predicatien vande voorfz.
poinften foo foberlick ende moderatelick te han-
delen als tot meefte rufte, vrede ende ftichtinge
der gemeente was dienende, fonder ter eenre
ofce ter andere zijde hun te laten voorftaen of-
te verluyden, den anderen daer in overwonnen
te hebben. De equiteyt, moderatie ende difcre-
tie van defe Refolutie is fb groot geweeft, dat
niet alleen de felve inde vergaderinge is gepaf-
feert fonder contradiftie, maer dat oock de Pre-
dicanten van beyde de opinien de felve Refo-
lutie hebben aengenomen, ende belooft haer daer
nae te reguleren, als hier vooren is aengeroert.
Hoe konden mijn Heeren de Staten beter getuy-
gen hebben van hare onpartydicheyt, als de be-
kentenhTe van beyde de partyen ? Defe Refo-
lutie is geweeft het fondament van alle gevolgh-
de befoigne, begrijpende in generale termen al-
le t'gunt oyt federt particulierlick is uyt-ge-
druckt. VVant inde vergaderinge yan Augufto
ende Septembri daer aen volgende, is gerefol-
veert de felve Refolutien den Steden over te
fenden, ten eynde Burgemeefteren ende Reojer-
ders de felve Refolutien elck inde haren &den
Kercken-dienaren alfnoch fouden infinueren, en-
de ordonneren hen daer nae in alles te regule-
ren. In Novembri is nae refumtie byde voor-
noemde Refolutie geperfifteert, met verklarin-
ge dat de Heeren Staten hielen voor onbehoor-
lick f gene daer jegens byyemandt was gedaen:
ordonnerende ende bevelende van nieuws een
yeder hem daer nae te reguleren, op peyne
van als wederhorigh vande bevelen der Hooge
Overheyt geftraft te werden : daer by voegende
dat gelijck haer Ed. Mo. noyt verftaen en had-
den, nochte als noch en verftonden,dataenye-
mandt het gevoelen vande vijf poinften in quef.
tie inde Remonftrantie vervat op gedrongen fou-
de werden , dat oock alfoo haer Jld. Mo. Ver-
ftonden, dat niemand* boven tfelve gevoelen
jegens fijn gemoet foude werden befwaert, maer
dat foo wel d'eene als d andere, met tegenftaen-
de het voornoemde verlcheyden gevoelen in al-
le hare dienften die fy hadden ofte krijgen moch-
Mmm 3                                          ten
1616.
-ocr page 514-
II. Deel.
AMSTERDAMS
448
nomen het concept, ende onder-tmTchen tijdt \6i"
ende gelegentheyt gehadt om te verftaen dead-
vijfen van geleerde perfoonen. De Stadt van
Leyden , Rotterdam en eenige andere hebben
voort-gebracht eenige poinften, die fy dienftich
hielden inde Refolutie gebracht te werden. E-
ven-wel om vrede en accommodatie wille heeft-
men de felve laten varen. JViijn Heeren van
Dordrecht hebben, naer de communicatie met
de Kercken dienaren van hare Stadt ,-in verfchey-
de vergaderingen van haer Ed. Mo. foo wel als
uwer E. hare confideratien op de voorfeyde
Refolutie geopenbaert, dan zijn foo verre te ge-
moet gegaen,dar. haer E. om de rufte wille daer
inne hebben gecondefcendeert. Met wat appa-
rentie kan dan defe befoisnie geaccufeert wer-
den van partydicheyt, infonderheyt bydebroe»
ders van het gevoelen, der Contra - Remonflran-
ten
, nademaél de felve niet alleen met foo no-
table kenniffe isgedrefleert geworden, maer daer-
en-boven van feer vele trefFelicke Kercken-die-
naren van t'felve gevoelen, tot eenicheyt ende
niet tot fcheuringe genegen zijnde, is aengeno-
men? Men befie oock de Refolutie felve, men
fal daer niet bevinden het minfte woordt eeni-
ghe partydicheyt fmaeckende. Daer wert ge-
fproken van heftige di'futen, van nae-duydinge
aen weder-zijden. De fchriften (Godt betert)
ende de predicatien geven daer van niet dan te
groote getuygeniiTe. Een yeder werdt vermaent
te gevoelen tot maticheyt, met toelatinge van
alle vriendelicke conferentie onder geleerde per-
foonen. Wie is hier bybefwaert? Immers niet
de Contra - Remmflranten , die inde Haegfche
Conferentie
felve verklaerthebben,datmen van-
de leere der Predeftinatie in de Kercken fober-
lick ende voorfichtelick behoort te fpreecken.
T'is waer daer werden geftelt eenige palen ofte
limiten, maer fy werden geftelt aen beyde de
zijden: ende foomen de faecke wel inliet, foo
zijn de limiten meerder in getale de welcke
dienen tot vermaninge vande Remonflranten,
waar van de Contra - Remonflranten geen pe-
rijckel en loopen. Want de Contra-Remon-
flranten
werden gewaerfchout voor drie extre-
miteyten, waer voor fy haer forchvuidelick be-
hooren te wachten, ende waer mede fy int min-
fte niet en zijn befwaert, alsterftont aengewe-
fen fal werden. Maer de Remonflranten werdt
belaft te vermijden alle defenae-volgendepoinc-
ten : Dat het beginfel van s'menfchen Salicheyt,
des menfcbes natuyrlicke krachten fouden beboo-
ren toe geeygent te worden : Dat het midden
vande Salicheyt
, de felve natuyrlicke krachten
foude bebooren toe geeygent te werden: Dat het
eynde foude bebooren toe geeygent te werden de
felve natuyrlicke krachten : Dat het geloove de
natuyrlicke krachten fouden mogen toe-geeygent
werden: Dat al het felve ende een yeder van dier*
de genade Godes niet en foude bebooren toe - ge-
fcbreven te werden: Dat de felve Genade eenige
andere genade foude können zijn ah in Jefu Chris'
to onfe Saligbmaecker : Dat de felve Genade
verdienbaer foude zijn.
Van alle defe pohicte"
loopen de Contra-Remonflranten gheen perijckek
maer werden de felve gheftelt om te thoone11
hoe verre men t'laghe gevoelen, dat is het ge'
voelen der Remonflranten, kan ende mach t0'
lereren: zijnde defe limiten t'eenernael de fe^
die in d'oude Chriftelicke Concilien zijn getfeI1
' ten ende anderfints, onderlinge als broeders in
'" Chriftelicke liefde fonder eenige verhindering
foude leven ende leeren ftichtelick, tot vorde-
ringh van Godes eere, op-bouwinge vande ware
Chriftelickegereformeerde Kercke, in-voeringe
ende onderhoudinge vande liefde , rufte ende
vrede onder de goeden Jngefeten, alles by pro-
vifie ende tot dat anders, nae goede en rijpe
deliberatie, inde voorfz. faecke foude wefen ge-
ordonneert. In den Iare 1612. nae dat de Con-
ferenten
aen weder zijden den ftandt des gefchils
hadden geformeert, nae dat fy oock hare advij-
fen hadden in-gelevert, ende over fulcxde fake
met alle rijpicheyt zijnde geexamineert, fulcx
datmengeennaerder ofte vorder onderrechtinge
konde verwachten, is alfnoch verftaen ende ge-
ordonneert, dat gearbeydt foude werden tot ruf-
te vrede ende eenicheyt onder de kerckclicke
perfoonen. VVaer na de experientie geleert
hebbende, dat de By-een-komffle van eenighe
vande Confei enten gehouden tot Delft de fake
vande Kercke niet verbetert, maer eer verer-
gert hadde, ende daer by zijnde gekomen de
trouwhartige vermaninghe van fijne Majefleyt
van Groot Bretaignie
hier vooren gemention-
neert, om defe queftien niet door Theologifche
difputen te doen examineren, maer by publique
authoriteyt te afibpieren: foo is byde Vergade-
ring noodigh gevonden te ftellen feeckere mo-
derate voet. op de Tolerantie van het verfchey-
den gevoelen, onder anderen om daer mede te
verhoeden, dat onder de namen van Remonflran-
ten
ofte Contra-Remonflranten niet eenighe haer
en fouden foeken te bedecken, ende alfoo t'fa-
veur vande tolerantie te gebruycken, die eenige
Leere foude willen defenderen, die byde oude
Chriftelicke, ende daer na byde Gereformeerde
Kercke was geoordeelt, niet te zijn tolerabel.
Hierop fiet de Refolutie, die,na lange exami-
natie met feer grpote aequiteyt ende circumfpec-
tie, eerft in Ianuario, ende daer nae in Mar-
tio 1614 byde Heeren Staten is gearrefteert.
jf. Hoe-wel nu uwe Achtbaerheden difficulceyt
makende in het aen nemen vande felve ABe,
niette min verklaert hadden wel te mogen lij-
den , dat de grenen die hen begeerden met den
felve tot haren dienfte, rufte ende welftant der
kercken ende gemeenten inden haren te behel-
pen, t'felve mochten doen, foo fchijnt noch-
tans dat eenige perfoonen daer uytoccafie ende
pretext hebben genomen om de voornoemde
Chriflelkke Refolutie te traduceren , als of de
felve ware partijdelick gemaeckt, duyfter inge-
ftelt, ende in/ulcker voegen, dat de felve of-
te ftreedt met de waerheyt, ofte injurieus was
jegens de gereformeerde Kercke. Alle welcke
calumnien (mijn Heeren) nergens anders uyt
en fpruyten, als uyt een gepafïïoneert gemoet,
ende een ongebonden licentie van qualick
fpreecken. Hoe lange ende rijpe examinatie
voor is gegaan eerrnen tot defe Refolutie is ge-
komen , is hier vooren verhaelt , ende onnoo-
dich alhier te repeteren. Dat de felve Rejolutie
foude t'werck zijn van eenige Remonflranten
weten uwe Ed. t'eenernael te zijn onwarach-
tich. Het bewerp van de voornoemde Refolu-
tie
is eerft voortgebracht inde vergaderinge, Een
yeder heeft aldaer vryelick gefeyt fijne bedenc-
kingen. Tweemael is byde Steden daer op ge-
nomen reces, hebbende een yeder met haerge-
-ocr page 515-
GESCHIEDENISSEN.
XII. Boek.
449
'Sló, tot weeringe vande leere die de genade Godes   de Geloovige können gefeyt werden uvt ver
nae-deelich foude mogen zijn, fonder dat inde   kooren te zijn, ofte om dat het Geloove"smet-
lelve Concilien yet fal werden bevonden, waer   voor de Verkiefinge, ofte om dat de Verkiefin
van de fu ftantie inde voorfei woorden vande   ge gaet voor het Geloove, het felve en thnnnr
Rejolutie niet en zy vcrvatet. T'gunt daar nu   geen dobbelfinnicheyt inde Refolutie. VVanr
volght mde Refolutie, van te leeren ofte te ge-   het is wat anders dobbelfinnicheyt te fpreecken
. voelen: dat Godt de Heere Almachtich van eeu-   wat anders klaer te Hellen het gunt waer over
vvtcbeyt nae fijn weh behagen gegrondt in Iefu   men eens is (als Dat de Geloovigen zijn de
Lhrifio onfen Heylandt ende Saligh-maecker, ter   uyt-verkoorenen: Dat alle het goet de Genade
eeuvviger Salicheyt verhoren heeft den genen die   toe gefchreven moet werden) ende, t'gunt in
door de onverdisnbare genade ende vverckinge des
Heyligen Geefles in onfen Heere Iefum Chriflum
Gelooven
, ende in den felven Geloove ten eynde
toe volharden: ende da er jegens ' er verdoemenif
fe verworpen die in Iefum Chrißum niet en ge-
koven, ende in f felve Ongeloof ten eynde volhar-
gefchil is te laten buyten decifie. Dit laetfte
is gedaen in de Synode van Sendomir, noopen-
de het Avont-mael: ende foude nootelick moe-
ten gefchieden,alfmennae het advijs vande Sy-
node van Franckfort, van D. Molinao ende meer
anderen, -uyt alle Euangelifehe Confeffien eene
den. Defe leere ofte gevoelen is niet de leere Confeflie foude maecken, alfo t'felve niet en
ofte het gevoelen der Remonftranten, voor fo foude können gefchieden, fonder veel queflieu-
vele fy vande Contra-Remonßrantenveri'ch'ülen, fepoinften ftil-fwijgens voor-by te gaen. Als
Waer het is de leere ende t'gevoelen van alle Sijne Majefieyt van Groot Bretaignie raedt dat-
Gereformeerde, jae van alle Chriftenen. Want men in t'ftuck van Theologie vande faecke be-
hoe men het ftuck van de Predeftinatieneempt, hoort eens te zijn: maer de maniere ofte hoe dat
altijd* blijft het feecker ende onbeweeght dat fulcx ofte fulcx gefchiet, niet curieufelick te
het zijn de felve perfoonen, De uytverkoorenen onderfoecken, foo en raedt fy niet dobbelfin-
Gods, ende Die oprechtelick ende flantvaßelick nich te fpreecken, maer wat te fpreecken ende
gelooven: dat het van gelijcke de felve perfoo- wat te fwijgen, t'welcknae 't advijsD.Molinai,
nen zyn, De verworpenen, ende Die ongeloo- is de naefle ende kortfte wech tot den vrede.
vichflerven. Die dit foude willen ontkennen, Dat met de woorden van dat God niemant ge-
die foude ontkennen het Fondament vande Chrif- fchapen heeft ter verdoemenijfe, nochte yemandt
telicke Religie. De Refolutie en feydt oock nootfaeckt tot fondigen, Godes Voor - vvetenheyt
niet, datmen niet yet daer-en-boven ofte yet ofte de Er f-Jonde foude werden geloochent, is
hooger foude mogen gevoelen ende leeren: maer een pure detorfie fonder reden, fonder appa-
prefupponeert het contrarie als fy de voor-ver- rentie. Want de woorden fpreken van Godes
haelde leere houdt voor genoechfaem. Nu kan fcheppinge, niet van het gunt waer in de men-
Wen het genoechfame wel yet waer ende dien- fche hem felven brengt: ende van een nootfaec •
ftich wefen , maer niet t'eenemael noodwen- kelidieyt die beflaet in voorgaende werekinge,
dich. De Heeren Staten feggen by hare Refo- nietvandeonfeylbaerheydvanwetenfchap.VVie
httie, datmen overdoet voorfeyde gevoelen niemandt heeft Godes Voor-wetenheyt beter gedefen-
e" falmoleßeren nochte befwaaren hooger te gaan: deert, de Erf- fonde meer aengewefen, als Au-
latende vry, hooger te gaen die meenen hooger guflinus ende Profper•? defe zijn 't nochtans die
te können gaen, altijt met behoorlicke matic- leggen, Dat God niemandt en floot inde fon-
heyt ende vermijdinghe vande aen-gewefene ex- den : Gheen oorfaeck en is van de fonden :
tremiteyten. T'gunt nu vorder volght inde Re- Niemandt voor - fchickt om te fondigen : Dat
jwutie van in alle andereuytleggingen vande fluc- God niemandt en dwingt te fondigen, jae _ feg-
ken' der Cbrifielicker leere te "blijven by de Leere gen noch , Dat om dat God x>nfeylbaer is in
der Gereformeerde Kercken , ende namentUjck fijne wetenfehap , dat hy daeromme nochtans
clefer Landen, is opentiick gefielt op het ver- niemandt aen en brengt eenige nootfaeckelicheyt.
f°eck ende de vermaninghe vande Contra-Re- om te fondigen. Wat belangt het derde poincT:
^onfiranten, als die de Remonftranten, ofteee- vande limitatie gefielt mde Refolutie tot waer-
'%e der fel ver, befchuldigen, als of fy buyten fchouwinge vande Contra - Remonflranten, daer
«e queftieufe poinclen afgingen vande Leere der van werden de woorden mede by eenige onbe-
lelver Kercken. T'befluyt vande Refolutie is hoorlick gedetorqueeit. Want als de Refolutie
alleen tot liefde, eenigheyt ende goede fiichtin- vermaent van niet te leeren, <fe God niemandt
Sbe,
Dit alles geexamineert zijnde , wie en Joude nooden ter Salicheyt dien hy ganfchelijck
'f1 niet moeten bekennen dat de Refolutie is befloopn foude hebben die niet te geven, het con.
;,eenemael onpartydich ingeflelt, tot vrede en- trarie daer van, het welcke men houdt voor
"e i'edelick contentement vande difputerende warachtich, en is niet dat God alle die hy noodt
?fr%en maer infonderheyt der Contra-Re- gantfchelijck beflooten foude hebben de Salie-
™Jlnftranten<> De befchuldigingh van duyfterheyt heydt te geven (want dat God ganfchelick be-
ftCe dobbelfinnicheyt is immers fo weynighge- fluyt, dat gewerdt altijd: maer nu weten wy
^deert. De woorden zijn klaer: de meeninge datter vele zijn geroepen, maer weynigh uyt-
fc ?°ech bekent, alfmen de felve nietmoetwil- verkooren) maer dit iffc datmen houdt voor waer
"*lick en wil verdraeyen: Want anderfins ende ftichtelick , dat de noodinge waer door
geerde uyt-leggingen, komende uyt palfien, God den menfche noodt, . vereyfcht dat Lrod
dp » Coi1fèjfie èn&e Catechifnus fo weynichals eeniger-mate den genoodden de Saiigneyt gunt,
* Refolutie, jae Gods vvoordt felve niet ont- ofte eenighfins (te weten op conditie; beüoten
dl V YYant wat belangt dat gefeyt wert, dat heeft de Salicheyt te geven: fulcx dat dit feer
^fS?nade het werek vande Salicheyt kan toe wel accordeert met het gundt de tontra-Remon-
don, ^^wden, door wederftandelicke of flranten feggen inde Conferentie, dat God trie-
001 0nwede«landelicke werekingen, ende dat mant de Genade aen-en-biedt op dat hyfe ver-
wer=
-ocr page 516-
I DA M S               IL Deel.
Geenfins. Seggen hare Ed. Mo. dat de Contra-
Remonflranten
die felve extremiteyten leeren
ofte gelooven ? mede niet, maer fy feggen dat
eenigen (fonder yemandt te noemen) fulcx
werdt nae-geduyt. Wie is hier medebefwaert?
Voor - waer de Gereformeerde Kercken kanmefl
die extremiteyten fonder on waerheyt niet nae-
duyden:want alle de Confefllen roepen dat Godt
de fonden niet en wil, ende gheen oorfae'ck en
is nochte autheur van het quade. Onfe Neder*
landtf che Belijdeniffe
leert, dat God den mehfehz
goedt
, rechtvaerdigh ende; heyligh heeft gefcha-
pen: De Catechifmus
doet daer by dat God den
menfche heeft gefchapen om hem lief te hebben
,
ende met hem in eeuwige falighsydt te leven..
De voorfeyde Nederlandtfche belijdeniffe leert
ons vorder dat God eenighe menfchen haeltuyt
den Val, anderen laet inden Val ende verderf
daer fy' haer felven ingeftoten hebben : Hoe
kan-men dan met eenige apparentie onfe Kerc-
ken met het contrarie van defe bekentenifien
befwaren? De paflagien vande Gereformeerde
Leeraers , die de voornoemde extremiteyten
condemneren, zijn feer veel in getal, ende hier
onnoodich te verhalen. Tot wat eynde is da:i
in de voornoemde Refolutie mentie gemaeckt
vande voorfz. extremiteyten ? Voor-waer niet
te vergeefs. Want eerftelick dient het felve
niet om de gereformeerde Kercken te belaften,
maer om de felve te ontlaften ende te fuyverer..
Auguftinus bemerekende dat hy van eenigen in
Vranckrijck ende Italien befchuldight wierdt»
als of hy fodanige extremiteyten leerde, heeft
met openbare fchriften de felve extremiteyten
gecondemneert, ende alfoo fijn onfchult bed
thoont. Het Concilie van Orangie, zijnde ge'
houden tot defenfie vande Genade Godes, he*eft
geen fwaricheyt gemaeckt te anathematiferet*
alle de gene die fouden willen feggen dat Godt
yemant voorfchickt tot het quade. Daer uyt te
willen infereren dat de Vaders van het felve
Concilie de Kercken hebben gebrant-merckt»
waer een groote abfurditeyt: Sy hebben ter coO'
trarie de Kercken gefuyvert van lafteringe. Al'
foo mede de Heeren Staten, wetende dat de 'Je'
fuyten ende andere vyanden vande Reformatie»
onfe Kercken te lafte leggen datfy Gode wreet'
heydt, ongerechticheydt ende dobbelheydt foU'
den toe-fchrijven, thoonen met der daedt, al'
Voorftanders vande Kercken, dat in onfe Kei'C
ken fodanige ongerijmtheden niet geleert, ]^e
niet getolereert en werden. Dit is de naetf^
wegh om ónfe weder-fpreeckers de mondt t6
floppen, als wy felve condemneren t'gunt waer
mede fy ons t'onrechte foecken te befchuldige"'
T'ander eynde waerom mentie vande voornoen1'
de extremiteyten is gemaeckt, is om een yed^
te waerfchouwen, dat fy door hevicheytvafl1-
ftijf te trecken jegens hare wederpartie, niet1,
verre en fouden loopen, t'welck dickmael f.
beurt. Auguftinus heeft gerflerekt dat eeöJ»£
fijn leere meenende te volghen, vervielen l°if
grove erreuren, die daer nae genoemt zijn (,
erreuren der gepredeftineerden.
Hy heeft ov^L
fulcx noodich geacht de felve te waer
ende te rugge te trecken, om te blijven bfr^f
de behoorlicke palen. Dat doe gebeurtis^V
mifduydinge van Auguflini fchriften, foude 'e
nu mede niet by eenige können gebeuren ? -^
voorwaer: Want de" Contra-Remonßrant^ $
450                  Ä- M S T E ]
1616 werpen foude, maer dat hyde Genadeaen-biet
onder conditie van Gelove ende Bekeeringe, op
dat de gheile die de Genade niet deelachtich en
werden, mogen weten welck d'oorfake is waer-
omme fy de felve nieten verkrijgen, namentlick
om dat de ge-eyfchte conditie van hem niet ver-
vult en is: Seggende daer by dat het woordt dei-
Genade niet en is nae Godes intentie een woordt
der VerdoemenilTe, maer dat het fulcx wordt
door de fchult der menfchen: conform t'gunt
wel eer by Profperum was gefeydt, dat het on-
geloof niet en kompt uyt Godes voorfchickin-
ghe: dat oock niemandt en wordt geroepen om
niet te gelooven. De felve Contra-llemonflran-
ten
feggen oock, dat 'Godt niemandt befloten
en heeft te verdoemen fonder aenfien van fijne
fonde. Soo en heefc hy dan immers niet gan-
fchelick, dat is fonder eenigh aenfien van hare
wederfpannicheyt befiooten eenige perfoonen
de falicheyt niet te geven. D. lunius ende D.
Tilenus
hebben alle beyde jegens D. Arminium
gefchreven, ende zijn over-fulcx met hem niet
eens op de queflieufe poinclen: nochtans feydt
D. lunius, dat Godt met fijne voor-gaende wille
niet en wilt de doodt des ellendigen
, die door
fijn eygen fchult aireede ellendigh is
, maer dat hy
bekeert zijnde van fijne fchult het leven bekome.
Seydt oock op een ander plaetfe: datter geen
Voor-oordeel Godes en is jegens des menfches Sa-
licheydt fonder aenfien vande finden:
Ende Tile-
nus
feydt (met Areiio ende veel andere gerefor-
meerde Leeraers) dat de wille Godts dat alle
menfchen faligh werden
, is geconditionneert, die
by anderen wert genoemt een
©u0J0aen!je ÏUïïïe/
ende dat in dien fin de woorden, van dat Godt
vvilt dat alle menfchen faligh werden
, können ver-
fiaen worden niet alleen van alle foorten van men-
fchen
, maer oock van yeder menfch: t'welck oock
wert toe-geftaen by D. Paraum in fijn laetfte
boeck jegens Bellatminum. Eenige andere, on-
lancx gefchreven hebbende, noemen defe wille
Godts een Approberende-vville, ende feggen dat
fy over den wille Gods van faligh te maken den
genen die niet falich en werden, geen verfchil
en hebben met de Remonflranten dat yet heeft
te beduyden. Van defe wille fpreeckt Augus-
tinus
(den wekken de Contra-Remonftr anten vaf-
telick fuftineren met hemluyden eens geweeft te
zijn van gevoelen) als hy feyt, dat den men-
fchen tot fchult gerekent wordt dat fy Godt ver-
achten die haer wil genef en.
Ende Profper, als
hy feydt dat die de noodende wille verfmaden,
de ßräffende wille füllen voelen. Ende voor-
waer, te willen fegghen dat Godt de teyckenen
van te willen foude bethoonen, fonder noch-
tans eenighfins te willen fulcx als hy door de
teyckenen betuycht, ware Godt yet toe - ge-
fchreven t'welck hem fonder blafphemie niet
toe - gefchreven en kan werden. Godt is een
oprecht Godt inden wekken geen bedroch en
woont. Soo blijckt dan dat d'voornoemde drie
— poinóten die inde Refolutie zijn geftelt, fulcx
genomen zijnde als de eygenfchap vande woor-
den ende een onpartydich verftant mede-bren-
ghen , geenfins en ftrijden met de waerheyt. Laet
ons nufien ofdaer door de Gereformeerde Kerc-
ken worden gebrandt - merckt, als eenige feer
onbefcheydelick fultineren. Seggen dan de Hee-
ren Staten dat de Gereformeerde Kercken een
van die drie extremiteyten leeren ofte gelooven?
-ocr page 517-
GESCHIEDENISSEN.
XII. Boek.
451
de calutnnien van eenige al te hevige perfoo- rA,<
nen.
                                                   ö r            lölth
Wat uwe E. belangt, mijn Heeren, wy ge-
loovenvaftelick,dat de felve veel difcreter oor-
deelen vande intentie ende aótien van mijn Hee-
ren de Staten: dan bemereken, dat V. E. zijt
becommert voor de confervatie vande Gerefor-
meerde Religie, ende beducht dat door het toe-
laten vande voorfeyde Tolerantie de licentie
groeyende, eenige Nieuwicheyden fouden mo-
gen in-cruypen, die met den grondt vande Re-
formatie
niet en foude accorderen. Hier-op
hebben mijn Heeren de Staten ons belaft V. E.
te verfeeckeren, dat haer feer aen-genaem is de*
fe V. E. forge voor de ware Religie, ende daer
benevens dat mijn Heeren d'Edelèn ende andere
Steden niemant gaerne en fouden wijeken in den
yver vande felve Religie te mainteneren: fulex
dat, de Leden vande Vergaderinghe hebbende-
de felve affectie, ende malkander helpende nae
hare fchuldighe plicht,de Religie geenperijckel
en kan lijden. T'is wel te gelooven dat in defe
alteratie eenige perfoonen haer meer difpenfe-
ren als wel te wenfehen ware: maerdeoorf-'ec-
ke van foodanige licentie kompt alleen uyt het
gebreck van Tolerantie in poinclen die tolerabel
zijn. Want indien de Contra-Remonfiranten
ende Remonfiranten, die te famen gheen meer-
der queftien en hebben dan inde Conferentie zijn.
verhandelt, (gelijek de Conferenten vande fijde
vande Remonfiranten fulex inde felve Conferen-
tie hebben verklaert} met malkander hielden al-
le broederlicke gemeenfehap , ende malkander
de handt boden, niemandt en foude t'hart heb-
ben van foodanighe nieuwicheyden voor te {tei-
len. Maar nu, de Broeders zijnde in contentïe
ende jaloufie met den anderen, foecken oock die
ghene die exorbiteren heul ende fcherm aen
d'een of d'ander zijden. Hier by kompt dat de
Claffes , op eenige plaetfen zijnde gefcheurt,
gheene cenfuren bequamelick en können exer-
ceren : fulex dat oock om die oorfaecke wille
alleen noodig is de reunie vande felve Claffes te
procureren. Immers fo daer ergens eenige fo-
danige fvvaricheyden zijn, die en zijn de Heeren
Staten niet te wijten, alfoo haerEd. Mo. nie-
mandt oyt verder furcheantie jegens de Kercke-
licke cenfuren hebben verleent , als foo veel
aengaet de poinften inde Conferentie verhan-
delt: fulex dat een yeder vry ftaet den genen
die vorder gaen te befchuldigen voor de Claffi-
cale vergaderïnge, ofte foo de felve nae-latich
zijn , de faecken aen haer Ed. Mo. te verthoo-
nen. Wel is waer dat de Heeren Staten, we-
tende dat het de Kercke niet toe en kompt van
het verborgen te oordeelen, niet en hebben goet
gevonden den wegh om jegens yeder Kercken-
dienaer te procederen by inquifitie ofte exami-
natie, ende over-fulex niet dienftelick nochte
ftichtehek en hebben geoordeelt, dat by de Re-
monfiranten
op de poinften van weghen de Con-
tra-Remonfiranten
hemluyden voor-gehouden
eenighe verklaringen foude werden gedaen ^en-
de dat om de felve redenen om welcke de Con-
tra-Remonfiranten
inde Conferentie haer nadoen
geexcufeert van te antwoorden op de vragen
haer inde felve Conferentie van wegen ae Re.
monfiranten
geproponeert »opende de Fervver-
pinge.
Maer haer Ed. M. hebben daer bene-
Nnn
                                                        vens
*«l6. de Conferentie bekennen , dat Nicaßus vander
Scbuyren
fo verre is gekomen , dat hy geleert
heeft dat God den menfche tot de fondebevveecht,
ende dat hy daer over is byde Kercken gecen-
fureert. Soo doen dan hier de Heeren Staten
dat de Kercken mede doen, te weten, dat fy de
goede Luyden waerfchouwen , ten eynde fy
haer door onmaticheyt niet en verloopen. De
Remonfiranten werden gewaerfchcuwt ende ver-
maent niet te leeren Dat de Natuerlicke krach-
ten de Salicheyt fouden wereken: Dat de Sa-
licheydt foude zijn uyt verdiende: Datter eeni-
ghe Genade ter Salicheydt foude zijn buyten
Chriftum. Sy en beigen haer dit niet,maer feg-
gen dat fy fulex noytgeleerdt en hebben,noch-
te leeren en willen: bedancken de Heeren Sta-
ten
voor de vermaninge: verdedigen de Refolu-
T'foude den Heeren Staten met goede re-
den feer aengenaem zijn geweeft, ende alfnoch
zijn, dat eenighe vande Broeders diemen Con-
tra-Remonfiranten
noemt, de moeyte hadden ge-
nomen ofte als noch namen, om mede de felve
Refoluiie te verdedigen, ende te bethoonen dat
de extremiteyten van, Dat God yemant nootfa-
kelicheyt foude op-leggen van te fondigen, of-
te , Dat de fcheppinghe tot verdoemenifle foude
ftrecken, ofte, Dat Godes noodinge niet ern-
fteHjek ende oprechtelick en foude gefchieden,
altijdt zijn verworpen byde Gereformeerde Kerc-
ken , ende dat fyluyden oock niet en willen lee-
ren waer uyt fulex met goede confequentie be-
floten foude können werden. VVy meenen dan,
wijn Heeren, dat een yder, hebbende een on-
Partydich gemoet, fal moeten oordeelen dat de
Voorfeyde' Refoluiie is ingeftelt in alle gequiteyt:
Seen van beyde de partyen condemnerende: niet
deciderende de queftieufe poinften: conform de
fuyvere leere: ende tot eere en ftichtinge van-
de Gereformeerde Kercken. De felve Refolutie
is verchoont geweeft aen Sijne Majefteyt van
Gj'öw Briiaignie, aen mijn Heere den Aertf-
wßcbop van Cantelbergh < ende meer andere
■BiiTchoppen van groote geleertheydt in Enge-
'andt,
die allegader foo wel de intentie als de
A&e felve hoochelick hebben geprefen, feggen-
de te bemereken dat de Heeren Staten de ge-
beente hadden willen waerfchouwen voor twee
eyen gevaerlicke klippen, d'eene der Manicheen,
""ander der Pelagianen, ende de felve te doen
verftercken in die leere die het voorfte ende het
achterfle, dat is het beginfel, voort-gangh ende
vol-treckinge vande Salicheydt Godt alleene toe-
cnrrjvende, nochtans geen verachting mede en
orengt van goede wereken. Hebben oock hare
Ja. Mo. doen aen-dienen dat fy nieten twijffel-
fen of door dit middel fouden alle curieufe men-
den inden thoom werden gehouden, ende de
, ei'cken hare voorige geruftheyt bekomen. Die
^leVen, die fulex van woorJe tot woorde me-
-brengen, zijn in handen, en können, des
°odt zijnde, verthoont werden. T'blijcktoock
^tter daedt dat vele Claffen, vele Kercken-
henai'eh, felve van het gevoelen der Contra-
^■onfiramen
, defe Refoïutie als Chriftelick en-
}jarrecl:it-matigh, ende geenfins befwaerlick voor
endgCk0nfcientien, aireede hebben aen-genomen,
öieene l0°fc haer daer nae te reSuleren- VVy
^Rerbf~m*in Heeren^ hiermede de voorfey-
I sTüKgenoech§ejuftifiCeerC hebben van
-ocr page 518-
452                  AMSTERDAMS               II.Deel.
1616. vensverklaert, dat tot weëringhe van t'guntby leden, maer om dat fy, niet te vrede zijnde tfl
yerriandt voort-gebracht was, ofte fbude mogen hare vrijheyt te behouden, anderen gelijcke vrij-
werden, jegens de fijyvere Leere, byhaer au- heyt niet en wilden toe-laten, de gemeenfchap
thoriteyt, ordre ende difpofitie voorfien foude der Heyligen verbraecken, haer felve fcimldich
werden nae behooren. TSvelck oock inder daet maekten aen fclieuringen , Kereke boude jegens
is gefchiet byde voorfeyde Refqlutie vanden Ia- Kereke: ende nochtans heeft-men met de felve
re 1Ó14. medebrengende dat in alle anderefiuc- langh gepatïenteert, haer gefocht met alle goede
ken der Cbriflellcker Leere alle Kercken-dienaren redenen ende perfuafien, oock door de authori-
de uytlegginge [ouden doen , volgende Godes teyt van moderate perfoonen, te brengen tot
vvoordt ,ende i'gene deurgaens byde Gereformeer- haer devoir. Maer als vermaninge ende belaf-
de Kercken aen-gbenomen, ende dien conform in- tinge niet hebben können helpen, foo is dé O-
de Gereformeerde Kercken defer Landen_ geleert verheydt geftelt ge weeft in die termen, dat fy
is. Ende hoe-wel dit genoech was, foo is noch- heeft moeten kiefen of fy over foodanige per-,
tans , tot naerder accommodatie ende wegh- foo-nen authoriteyt wilde gebrayeken, dan of
nemïnge van alle ongefundeerde fufpicien, inde fy openüick wilde profeffie doen vande fcheu-
AÜe van Reces, genomen in de Vergaderinghe ringe toe te laten. Elck een die de eenicheydt
van haer Ed. Mo. die jegenwoordelick werdt vande Kereke bemint, weet wat van beyde (tont
gehouden (gelijck oock voor defen was gedaen, te prefereren. De Tolerantie dan moet haer uyt
inde Refolutie genomen in Mayo i6n.)exprefTe fpreyden over alle die de Tolerantie willen nae-
mentic gemaeckt vande Neder landtfebe Confef- komen. D. Paraus verhaelt dat in de Churfur-
fie ende den Heydelbergbfchen Catecbifmo, Schxif- ftelicke Pais eenigeluyde-roepers van haren
ten die buyten twijfel grooten dienft können dienft zijn ontflagen, om dat fy het Godfaligh
doen inde Kercken, als de felve met befchey- bevel vande Churfurft,gebiedende niette lafte-
denhey t gebruyekt werden , niet om daer uyt ren, maer het Evangelium tot ftichtinge te pre-
vele fubtile queftien te foecken, ende malkan- dicken fonder bitterheydt, ende vande gefchil-
der daer mede te verftricken, maer om nevens len fedichlick ende fonder vinnicheyt voor
de Confeßen van andere Euangelifche Kercken t'volck te handelen, niet en wilden gehoorfa-
te betuygen de groote eenigheyt die de, felve men: Sijne Churfurftelicke Hoocheyt, jegens
Kercken hebben met den anderen, in foo vele foodanige perfoonen gebruyekende de authori-
treffclicke ftucken vande Leere: welcke eenic- teyt die haer was competerende , heeft daer-
heyt des te meer is te achten, om dat de felve mede niet gefocht te heerfchen over de Con-
niet en is te wege gebracht door dwangh ende feienden, maer ter contrarie te beletten, dat de
vreefe,als in het Pau/dom, nochtedoorconfpi- eene Kercken dienaer over de Confidentie van-
ratie van eenige Vergaderinge, maer inde tijden de andere niet en foude heerfchen. Des niet-
vande Perfecutien, de Kercken verftroyt zijnde te-min mogen V. E. wel verfeeckert zijn, daE
door geheel Europa, door Gods woort ende mijn Heeren de Staten , als oock de Steden ,
fijn Heylighen Geeft- wonderbaerlick is ge- feer ongaerne komen tot het gebruyek van foo-
wrocht. IfTer nu eenige Kerken-dienaer die van danige authoriteyt, ende niet en füllen nae-laten
dit algemeene Geloof af-wijekende, fijne par- alle mogelijcke patientie, voorfichticheyt ende
ticuliere opinien brengt op den publiquen Pre- difcretie te gebruyeken, om, foo veel het mo-
dick-ftoel, de HeerenStatenfüllennietalleen niet gelijck is, de noodfaeckelicheydt van foodanige
beletten, maer ter contrarie, fo veel mogelick remedien te ontgaen.T'blijktoock aireedemet-
is, helpen bevorderen ,dat jegens foodanige wer- ter daedt, dat het getal van die perfoonen, waer
de geprocedeert, ende dat ofdentlick, nae Go- over de felve Authoriteyt gebruyft foude moe-
des woordt: het welcke ons leertdatmenjegens ten werden, niet groot en kan zijn, alfo vele
een Ouderlingh geene befchuldigingen en fal hare advijfen hebben gegeven voor de Toleran-
aen-nemen anders als onder twee ofte drie ge- tie: andere met hare aeïien de felve hebben ge-
tuygen.
                                                                 approbeert: Vele oock vande hevichfte , ofte
Andere zijn beducht, foo het fchijnt, dat door door onderwijfinge van moderate Leeraers, of-
de voornoemde Refolutien de Kercken-die- te immers door ontfich ende exempel van t'gunt
naers van het gevoelen de Contra-Remonßranten andere hevigen is weder - varen, de faecke tot
fouden raecken uyt den dienft. Maer die vreefe het uyterfte niet en füllen laten komen.
is fonder eenigh fondament, ftrijdende met de Daer refteert noch eene fwaricheyt die by"
intentie vande Heeren Staten, ende jegens de eenige werdt gemaeckt op t'ftuck vande Tok'
klare difpofitie vande voorfz. Refolutien, de rantie, ende het praótiferen vande Relolutien'-
welcke mede-brengen dat de eene foo wel als namentlijck dat daer uyt fal volgen, dat die var»
d'andere moeten dulden ende gedult werden in d'eene ende d'ander opinie, elck hare meeniri'
goede gelijckheydt, t'welck ten overvloet inde ghe de Gemeente lullen voor-ftellen , die al'
AÜe van Reces wederom is uyt-gedruckt. T'is tijdt daer door in ongeruftheyt fal werden ge'
cock foo verre van daer dat yemandt vanden houden ^emerckende'de diverfiteyt vande Lee-
dienft foude zijn geweert, om dat hy was vande re. Dan hier-op dient voor folutie, eerftelic^
opinie der Contra-Ranonfiranten, dat ter contra- dat volgens de bekentenifle byde Remonßrantefl
rie (ons wetens) geen Stadt en is in Hollandt verfcheyden malen, oock byde Contra-Remoir
ofte FFeß - Frießandt, die alleen bedient werdt ßranten in de Conferentie ghedaen op hetftuc»
door Remonßranten, VVat aengaet de gene die vande Fervverpinge, wel eenige poinften zijf
uyt haren dienft zijn geftelt, of byde Heeren begrepen in Godes woordt, v/aer van men of
Staten of by eenighe Steden, t'felve en is haer den Predick-ftoelende voor den gemeenen Votf'
niet weder-varen om dat fy waren van d'eenof ke niet en behoeft te leeren, om dat de fel«*
d'ander opinie, ende fulex oock openüick be- aenftoot können geven aen velen die in Godf
b                                  woof^
I
-ocr page 519-
GESCHIEDENISSEN.
XII. Boek.
453
"i6. woordt niet wel en zijn geoeffent, gelijck de
felve Contra-Remonftranten feer wel feggen :
Avant den Kercken-dienaren wordt niet alleen de
Eenvoudicheyt, raaer oock de Voorfichticheyt
gerecommandeert, ende belaft Godes woordt
recht te fnyden, dat is bequamelick te applice-
ren, nae gelegentheyt van tydt ende plaetfe ,
tot ftichtinge ende niet tot onftichtinge: fulcx
dat-men met goede confcientie wel eenige din-
gen die waer zijn , immers voor een tijdt, kan
verfwijgen, alfmen fiet dat daer uyt onruftfou-
de volgen : T'welck indien oyt plaetfe heeft
gehadt, voor al in defen jegenwoordighen tijdt
plaetfe behoort te hebben , alfoomen fiet dat
foo vele perfoonen door het verhandelen vande
Hooge leer-poincten , jegens malkanderen inbit-
terheyt werden ontfteeckcn : fulcx dat het buy-
ten twijfel hemluyden veel dienftigherfoudezijn
dagelijcx te hooren de vermaningen totdeGod-
falicheyt ende Chriftclicke deuchden: immers
fbude de Leere vande queftieufe poincten, wel
dienen uyt-geftelt tot dat Gemeente metter
daedt bcthoonde eerft wel geleert te hebben dat
het noodichfte is, te weten de rechteBoetvaer-
dicheyt ende beternifle des levens, diemendoor-
gaens fiet feer weynigh betracht te worden.
Voor-waer die dit wel leerde, ende onder tuf-
fchen andere queftien wat ter zijden ftelde, fou-
de hem niet beklagen van fijn tijdt qualijck be-
lleet te hebben. Te minder iftnoodfakelijckdefe
queftieufe poincten op t'ftoel te brengen, om
dat de Gemeente nu eenen langen tijdt daer-me-
de mecft dagelijcx onderhouden is geweeft, en-
de over-fulcx, fo door de Predicatien als dooi-
de gefchriften, genoech behoort geinftrueert te
"wefen vande confideratien die daer-op vallen.
Ende nae - dien daer meer andere ftucken zijn
vande Chriftclicke leere (vele oock noodiger
als d'voorfz. queftieufe poincten ) foo dienen
die mede wat! tijdes te hebben, om de Gemeen-
te ingeplant te worden, ten eynde dat fy t'eene
te veel leerende, alle de reft niet en vergeten.
Indien-men even-wel noch meent, datnien van-
de voorfz. poincten niet t'eenemael cri kan fwij-
gen, daer is noch. al goeden raedt om fulcx te
doen fonder te komen in contentie. Wanthoe-
"wel daer is eenich verfchil in het gevoelen, foo
en is nochtans t'felve foo groot niet als eenige
vvel meenen: Ende, foo door de Conferentie
als door andere gefchriften van geleerde perfoo-
nen , blijekt dat die vande eene opinie vele faec-
ken können leeren, fonder contra-dictie van die
vande andere opinie. Om t'felve fommierlick
te verthonen, Den heelen eerften artijckel van-
de Remonftrantie werdt byde Contra-Remon-
flranten
toe-geftaen: maer werdt daer by gefeydt
dat het befluyt int felve artijckel vervat niet en
*| de geheele Predeftinatie. De Remonflranten
ftaen dit oock toe, ende bekennen datter is eeni-
Se Predeftinatie ofte verkiefinge tot den Geloo-
v?: bekennen oock dat God in het fenden van
%'n woordt aen eenige menfchen, het niet fen-
"e« aen d'anderen: in den eene, die dickmael
?rger is, krachtiger te roepen dan den anderen:
in den eenen langer leven te gunnen dan den an-
°^en, gebruyekt fijne vry - raachticheyt ende
V^fheyt'die voor den menfchen on-door-gron-
oeilckis. Wederom feggen eenige,den Contra-
Remonflranten toe-gedaen, darmen overd'ordre t/JtK
vande Befluyten, te weten het bèfluyt van het
geloove te geven, ende het befluyC vande Sa-
ïichevt te geven, niet en behoort te twiften.
De Remonflranten ftaen toe dat de Verkiefinge
nieten is uyt de wereken, jae dat oock het Ge-
loof niet en is een oorfake vande Verkiefinge,
ende dat de hooghfte oorfaecke vande verkie-
finge is Godes wei-behagen. VVeder-om foo
bekennen de Contra-Remonflranten, dat Chrif-
tus is het Fondament vande Predeftinatie, ende
dat God niet en heeft voor-ghenomen yemandt
falich te maken, fonder aenfien van t'Geloof
ende boetvaerdieheyt. Wat het tweede artijc-
kel belangt, de Remonflranten bekennen dat niet
alle menfchen en zijn herftelt inden ftant der
Genade, ende dat daeromme, foo vele detoe-
eygeningh aen-gaet, Chriftus alleen voor de Ge-
loovigen is geftorven. Ter anderen zijden feg-
gen de Contra-Remonflranten dat het lijden Chrif-
ti van fulcke waerde ende kracht is, dat het
genoechfaem is voor aller ende een yeder men-
fchen fonden: waer by dient gevoecht dat hier
vooren is geallegeert uit de geleerfte vande opi-
nie der Contra-Remonflranten, dat God wil de
falicheyt van een yeder menfeh onder feeckere
conditie: ende dat andere vande felve opinie,
toe ftaen dat God altijdt meerder gaven gheeft
aen die ghene die de minder gaven wel gebruyc-
ken. Het derde artijckel vande Remonftrantie
is t'eenemael buyten queftie. Belangende het
vierde fpreeckende vande maniere vande werc-
kinge vande Genade, t'verfchil is dief-aengaen-
de foo fubtijl, dat hy fcherp moet fien die t'fel-
ve wel fal bemereken. Want de Remonflran-
ten
bekennen dat het verftant onwederftande-
lijck van Godt werdt verlicht: dat oock de goe-
de lüften ende krachten om te gelooven den
menfeh in-geftort werden onwederftandelick.
De Contra-Remonflranten ende die met haer eens
zijn van gevoelen, bekennen aen d'anderzijde,
dat de Genade den menfchen tot de daedt vande
bekeeringe beweecht door innelicke aenradin-
ghe, ende nietwegh en neemt de geheele macht
van te wederftaen, maer wel den wederftant
felve: fulcx dat de Genade, in haer eygen na-
tuyr ingefien zijnde, de vrijheyt laet vin te we-
derftaen : fuftineren oock jegens eenighe Lu-
therfchen , dat de wille felfs inde eerfte bekee-
ringhe niet en is t'eenemael lijdende, maer dat
fy mede werekt vry ende onbedwongen, doch
beweecht zijnde door de Genade. De Remon-
flranten
wederom, bekennen dat de Genade niet
alleen de macht en werekt om te gelooven, maer
de daet van t'Gelove felfs: ende dat dit is eene
particuliere Genade die alle menfchen niet en
ontfanghen, maer alleen eenighe, ende dat in-
den felven Godes genade den wederftant wech-
neemt: Dat oock onfe bekeeringe niet en hangt
aen onfe wille. Aengaende het vijfde en laet-
fte poinct, bekennen de Remonflranten dat de
Geloovige hebben eenige feeckerheyt van hare
falicheyt, ende fo veel fy vorder voort-gaen
inde Godfalicheyt, dat oock de fekerbeyt loo
veel grooter werdt. De Contra-Remonflranten
ende die haer zijn toe-gedaen, bekennen aen
d'ander zijde, Dat de feeckerheyt vande Sahc-
heyt dien niet toeenkompt die roeckeloofelick
Nnn 2                                              te-
-ocr page 520-
II. Deel.
AMSTERDAMS
454
nochte noodigh nochte dienftich en is) ft> kan joió.
fulcx noch al gefchieden, fonder alteratie vande
Gemeente, fo wanneer de Kercken - dienaers,
volgens t'gunt fy felve voor defen verklaerc heb-
ben behoorlijck te zijn, moderatie endebeleefc-
heyt daer inne gebruyeken: ende over - fulcx
malkander niet en fchelden, verketteren nochte
verdoemen, veel minder met valfche calumnien
befwaren : maer nevens het voorftellen van haer
gevoelen , de goede Gemeente vermanen om
Chriftelicke liefde ende eenicheyt te bethoonen
aen alle de Huyfganooten des geloofs, die oock
niet uyt-genomen , die anders in die poinften
fouden mogen gevoelen: op hope dat God met-
ter tijdt de waerheydt vande felve poinélen klaer-
der aenden dagh fal brengen , met aen-wijfinge
van het verfchil dat daer is tufichen poinéten
die poodwendigh zijn geweten te worden ter fa-
licheyt, ende andere poinóten die niet en zijn
noodwendigh. Onder defe Moderatie is oock
begrepen behoorlijck onderfcheyt van tijdt ende
plaetfe, naedien op de eene tijdt ende plaetfe
ftichtelick foude können zijn, t'welck op een
andere tijdt ende plaetfe aenftootelick foude
wefen: waer-inne de Kercken - Raden ende de
Overheden vande plaetfe met alle diferetie kön-
nen voorfien.
Myn Heeren, wy meenen uwe Achtbaerhe-
den goeden redenen gegeven te hebben vande
Tolerantie over de verfchillige poinften: van
het gebruyek vande publique Authoriteyt in de-
fe faecken, ende vanden Inhoudt vande Refo-
lutien byde Heeren Staten tot noch toe in de fel-
ve faken genomen. VVy meenen oock ende
vertrouwen folutie gegeven te hebben op alle
t'gunt ons wetens daer jegens wert geobiieieert.
Vwe Achtb. gelieve nu te over-weghen de im-
portantie van defe faecken, als waer aen is han-
gende de welftandt foo van ons lieve Vaderlandt
als vande Kercke.
Want alfmen de Tolerantie niet en foude
amplecleren, foo moft een van defe drie din-
gen noodfaeckelick gefchieden: Oft alle de Kerc-
ken-dienaers moften gebracht werden, nopende
defe poindlen, tot eene opinie: Ofte die vande
eene opinie moften geweert werden uyt den
Kercken -dienft: Ofte men mofte toe laten twee
Gereformeerde Kercken in defe Landen van
Hollandt ende Weft-Viïeflant. Alle de Kerc-
ken-dienaers tot een opinie te brengen en is
niet mogelick: aen beyde zijden werden geal-
legeert veel paftagien vande H. Schrifmre : vele
apparente redenen: vele treffelicke Leeraers,
foo vande Oude als vande Gereformeerde Kerc-
ken. Die vande eene opinie uyt den Kercken-
dienft te weeren, is noch Chriftelick noch doen-
lick: Niet Chriftelick, om dät de Leere onfes
Heeren Jefu Chrifli meerder moderatie ende b'e-
fcheydenheyt mede - brengt, dan datmen ye-
mandts gaven onvruchtbaer foude maken, alleen
om eenigh verfchil van gevoelen in foo fware,
ende voor foo velen niet wel begrijpelicke ma-
terien. Ten is oock niet doenlijck: want het
getal foo vande Kercken-dienaers als vande Lidt-
maten vande Gemeente houdende d'eene ende
d'andere opinie, is te groot, dan dat fulcx fou-
de können gefchieden fonder t'Landt te Hel-
len in combuftie. De gereformeerde Kercken
de-
1616 levell: Dat oock de feeckerheyt is vergefel-
' fchapt met vreefen ende beven: Dat daer zijn
eenige trappen ofcebeginfelen des waren geloofs,
die omVeftooten können worden: Dat daer is
eene feeckere mate des geloofs , binnen den
welcken de uytverkoorene niet meer feecker en
können zijn van hare Salicheydt dan de verwor-
pene : Dat vele de volkomen feeckerheyt niet
en bekomen voor het uytterfte van haer leven.
De Remonfiranten leeren dat de Geloovighe vaf-
telick moeten vertrouwen op Godes barmhertic-
heyt, niet alleen voor het jegenwoordige.maer
oock voor het toe-komende. De Contra-Re-
monfir anten
leeren dat de Geloovighe ten aen-
fien van hen felven können uyt-vallen. De
Remonfir anten ftaen toe datmen door alle fonden
de Genade niet en verlieft. De Contra-Remon-
(trauten
ftaen toe datmen door fware fonden ver-
lieft de principale werckinge vande Genade. Die
op alle defe poin&en, de welcke byde gelecrt-
fbe van beyde de opinien toe - geftaen worden,
fijn oogh-merck wil nemen, fal bevinden dat
die van t'een ende t'ander gevoelen langh van-
de Predeftinatie ende den aen-kleven van dien
fouden können predicken,, fonder in contentie
te geraecken: te meer, alfmen let niet op de
fpeculatie, maer op de pra&ique waer toe alle
leeringen behooren gedirigeert te worden. T'in-
ficht vande Contra- Remonfir anten is, darmenden
geheelen oorfpronck vande Salicheydt Godes
barmherticheyt moet toe-fchrijven, metuytfluy-
tinge van alle verdienden: wie heeft daer 'yet
jegens ? T'inficht vande Remonflranten is dat-
men gheen levend menfche precijfelijck de hoo-
pe vande falicheyt behoort af te fnyden: dit ftaen
de Contra-Remonfir anten oock toe. Wederom
de Contra-Remonfir anten foecken den menfche
te benemen alle roem van hem felven: T'is
redelick, ende kan byde Remonflranten niet we-
der -fproken werden. Maer de Remonfir-anten
foecken den menfeh te vermanen' dat hy, hoo-
rende Godes ftemme, fijn harte niet en verhar-
de , nochte en wachte nae foodanige treckinghe
die met gewelt foude gefchieden: Dit is mede
foowel gefondeert,ende foo ftichtelickdatnie-
mandt vande Contra-Remonflranten fulcx en fal
willen weder fpreecken. Voorts de Contra Re-
monflranten
foecken de rechte Gelovige jegens
alle wan-hoop.ende flaeffche anext te bewaren.
Wie ifleryan de Remonflranten die foodanighen
voornemen foude willen verhinderen? De Re-
monflranten
foecken de Luyden af te trecken
vande forgeloofheydt, ende te vermanen om
hare verkiefinge 'vaft te maken door de goede
wereken. Dit is oock hoogh -noodich , infun-
derheydt in defen tijdt, ende en kan by niemant
berifpt werden. Hier uyt, ende uyt t'gunt by-
de geleerde ende de materie beter verftaende
daer^by gevoecht foude können werden, is lich-
telick te begrijpen dat de Kercken dienaers van-
de eene ende d' andere opinie, felfs oock vande
Predeftinatie ende den aenkleven van dien wel
fouden können leeren volgens haer gemoet, oock
bekomen het principael oogh-merck endeeynde
van hare leeringhe, fondèr malkander veel te
contra-diceren. Dan genomen ten uyterfte, men
konde niet nae-laten oock het nauwfte van het
verfchil te yerhandelen (hoe - wel fulcx miflehien
-ocr page 521-
GESCHIEDENISSEN.
XII. Boek.
455
*6i6. defer Landen (die tot noch toe God zy gelooft
maer eene is geweeft) aen twee te laten fcheu-
ren is wel doenlick, maer ten uyterften perni-
cieux. T'is waer, mijn Heeren, wy laten toe
by conniventie eenige Vergaderinge van Marti-
nißen
ende Mennoniten : m2er uwe E. weten wel
dat dit een gheheel ander faecke is: alfoo de
Heeren Staten niet hebben aen genomen de pro-
tectie van fodanige gefintheden , maer alleen
vande ware Gereformeerde Kercke, die haer E.
M. behooren lbo ongefcheurt te conferveren,
als fy de felve ongefcheurt hebben ontfanghen.
T'is het woort der waerheydt, Dat alle Rijck
dat in hem [elven verdeelt is, verßroyt moet wer-
den.
T'is ook aenmerckens waerdig dat de ex-
perientie van alle tijden geleert heeft, dat de
fcheuringen vande Kercken onder wat pretext
het is, eens een beginfel ende forme genomen
hebbende terftont ongenefelick werden. De
fcheuringhe vande Novationen inde Oude Kerc-
ke , heeft begonnen inden lare 220. ende niet
tegenftaende alle vlijt, die foo byde Leeraers
als byde Chriftelicke Princen daer toe is aen-
gewent, heeft inden tijt van hondert-en vijftigh
laren niet wegh genomen können werden. De
fcheuringe vande Donatiflen heeft haren oor-
fpronck gehadt ontrent den lare onfes Heeren
drie hondert, ende is de Kercke daer-mede ge-
quelt geweeft langer als hondert laren daernae.
Ontrent den lare 600. heeft de VVefterfche of-
te Latijnfche Kerck alleen, ende fonder corref-
pondemie vande Oofterfche Kercken, gegeven
een decifie op een fware queftie vanden fißort-
gangb vanden Heyligen Geeß:
Hier uyt is ge-
refen de fcheuringe tulTchen de Griekfcbe ende
Latijnjcbe Kercke, die tot den huydigen dage
is duyrende, fonder dat de felve ftucken heb-
ben können aen een gebracht werden, niet te-
gen-ftaende daer toe verfcheyden Concilien zijn
gehouden. De fcheuringe tufTchen de Lutber-
fchen
ende de Gereformeerde haer beginfel ge-
nomen hebbende ontrent den lare 153©. ismeer
ende meer gegroeyt ende inden lare 1575. ge-
heel opentlick uyt - ghebroocken: Sedert wek-
ken tijdt tot nu toe vele Godvruchtige Princen
ende Leeraers arbeyden om die wonden te ge-
nefen, maer (God betert) te vergeefs. Soo veel
Hchter ift, mijn Heeren, te fcheuren , dan te hee-
len: ende daerom moet men de beginfelen van
foodanigen quaet met allen ernft voor komen:
te meer nae dien de fcheuringen van fodanige
nature zijn, dat metter tijdt daer uyt broeyen
vele dwalingen, die erger zijn als t'gunt gepre-
texeert was tot oorfaecke vande Tcheuringe.
Soo fietmen dat de Novatianen ende Donatif
*e», oock de Grieckfche ende Êhtijnfche Kerc-
*e, nae den tijdt van hare fcheuringe meer en-
*je meer zijn af-gedwaelt vande waerheyt: dat
"jje'Lutherfche zijn vervallen tot de Leere van-
~* Ubiquiteyt. De oorfaecke hier van (nevens
P°ds rechtvaerdige oordeel) is, dat door de
lcheuringhe alle goede ordre werdt gekrenckt,
£n<*e dat elcke parthye , voor af-breuck vree-
mde, de noodige remedien niet en derft ge-
£ruycken. Alle wijfe, Godvruchtige perfoo-
^n» infiende wat dagelijcx paflèert, füllen wel
^re""en oordeelen of ons dit perijckel niet en
ychti ende of wy geen groote redenen en
hebben om byvoort-gangh van fcheuringefukx t6i6
meer ende meer te vreefen. Wie fd ons oock
verfeeckeren, mijn Heeren, dat de fcheuringe
toegelaten zijnde om de poinclen d;:e nu «
fchil ftaen , geen meerder fcheuringen daer uyt
en füllen volgen ? Iae, wie is foo flecht die niet
en voor-Het dat ons fulcx ftaet te verwachten?
Want, is het geoorloft om defe queftien van-
de Predeflinatie fcheuringe te maecken, waerom
niet om andere queftien mede de Predeflinatie
raeckende, waer-inne de Contra-Remonftr-anten
felve onder den anderen oneens zijn?Is het ge-
oorloft om eenige poincten raeckende de Pre-
deflinatie,
waerom niet veel meer om poinclen
die de Recbtvaerdigb - maeckinge raecken , als
zijn de 'poinften waer over Pifcator ende Tilt-
nm
ter eenre, Molin&us ende vele met hem ter
andere zijde, difputeren ? Iae fo veel Theolo-
gicale queftien als daer zijn (de welcke zijn feer
vele in ghetale) foo veel nieuwe fcheuringhen
füllen daer ontllaen, als eens die grondt geleydt
is datmen om het verfchil van leer-poincten niét
noodigh ter falicheyt, de.gemeenfchap behoort
te verlaten. Dit kompt oock overeen met de
experientie van alle tijden. Want van oudts
gelijck de Novatianen haer vande Kercke af-ge-
fondert hadden , foo hebben eenighe ghenaemt
Quartidecimani haer af-gefunden: vande Nova-
tianen.
De Donatiflen gefcheyden zijnde vande
eenicheyt, zijn wederom onder haer verdeelt
gewerden aen Rogatiflen, Maximinianiflen, Par-
menianifien, Cirrenfs
, Circumcelliones ende meer
andere fedten. T'felve hebben wy fien gebeu-
ren in onfe tijden. De Lutherfche hebben haer
vande andere Euangelifche af-gefcheyden, ter-
ftont zijn fy mede verdeelt aan Flaccianen, 0-
fiandrianen ende meer diergelijcke. De Engel-
febe Paritainen
fietmen onder haer fcheuren van
dage tot dage meer ende meer. 'Maer voor al
is notabel het exempel vande VFeder-doopers,
die aireed foo veel fecten onder haer hebben,
datter qualick yemandt is die het ghetal ofte al-
le de namen foude weten te feggen, Hieruyt
is goet af te nemen, mijn Heeren, dat wy eens
de fcheuringe toe-latende , niet en hebben te
verwachten als meerder en meerder verwoeftin-
ghe vande Gereformeerde Kercke, tot af-breuek
vande ware Religie, vreucht ende vi&orie van-
de Papiften. Wat fwaricheyden dat dit mede
fal brengen inden ftaet van het Landt, können
alle politique perfoonen lichtelick bemereken
De fieckten van de publique Kercke infecteren
altijdt de politie, infonderheydt in een Regie-
ringhe wiens principalen bandt is de Religie.
Want den fel ven bandt ontknocht zijnde, moet
daer uyt volgen diflblutie vande eenicheyt van-
den ftaet, vyantfehap vanProvintie jegensPro-
vintie, haet van Steden jegens Steden, faftien
inde Steden felve, jae partyfehap tot binnen in-
de huyfen toe, gelijck in Italien ende Duydtfcb-
landt
is gebeur^, ten tijde vande Guelfen ende
vande GiheUinen, ende in defe Landen ten tij-
den als die fchadelicke namen van tJoucx ende
Cabaillaux de gemoederen foo hebben ontftelt,
dat die inde tiidt van aoo. laren quahjek geftik
hebben können werden. W*lcken haet ende
partyfehap in defen des te droever ende ge-
vaerlicker foude zijn,oni dat de lelve niernandt
Nnn 3
                                                       an-
-ocr page 522-
II. Deel.
AMSTERDAMS
45ó
161&
houdenis der Gereformeerde Religie en de
eenigheid der Kerken deezer Landen. De
Heer Muis verzogt , daarbenevens „ dat
„ men geene nadeelige gerügten van de
„ Stad Dordrecht, of van hem in 'tbyzon-
„ der wilde aanneemen; alzo de Stad zig
„ by de meerderheid gevoegd, en de Re-
„ folutie aangenomen hadt, om dat zy
„ anders geene kans zag om de Kerk voor
,, fcheuring te behoeden, en verftondt, dat
„ de Leer der Contraremonftranten, by de
,, Refolutie, niet bezwaard werdt." De
Afgevaardigden verklaarden, wyders, meer
dan eens „ dat zy bereid waren, de zwaa-
„ righeden in 't aanneemen der Refolutie,
„ zo 'er nog eenigen zyn mogten, op te
„ loffen." Doch hun werdt, voor tegen-
woordig, alleenlyk geantwoord „ dat de
„ Heeren Raaden op de zaake zouden let-
„ ten («),"
Ook raadpleegde men, nog dien zelfden
dag, op het gedaane verzoek, en werdt toen,
zo de Groot aantekent, by eene meer-
derheid van weinige ftemmen Qu), befloo-
ten, zig niet te voegen by de meefte Leden
van Holland, alzo, in derzelver Refolutie,
geene bekwaame middelen werden voorge-
flaagen, waardoor men uit de tegenwoor-
dige zwaarigheden zou können gered wor-
den O). Doch den Afgevaardigden werdt,
twee dagen hierna, alleenlyk geantwoord,
„ dat Burgemeefteren en Raaden zig, door
„ hun voorftel, ten volle onderregt hielden
„ van het oogmerk der Staaten, in het nee-
„ men en overzenden hunner Refolutie aan-
„ gaande de Kerkelyke zaaken; dat zy daar-
„ by ook eenige redenen , ter anderer zyde,
„ hadden overwoogen, en ook gelet op de
„ gefteldheid hunner Stad; en dat zy hun-
„ nen Edele Mogendheden hunne meening
„ zouden doen verflaan, door hunne Afge-
„ vaardigden."-De afgezondenen der Staa-
ten deeden hun beft, om Burgemeefteren te
beweegen tot nadere opening hunner zwaa-
righeden; doch men weigerde met hen in
onderhandeling te treeden. Nogtans ver-
(tonden zy, daarna, met Burgemeefteren in
/-I(5 anders en foude raecken als de befte Patriot-
' ten, op wekker getrouwicheyt den ftaet van
t'Landt a'der-meeft behoort te ruften. Ende
om dat door hare divifie alle andere, qualick
geaffe&ionneert zijnde tot den felven ftaet, goe-
de occafie foude werden gegeven om daer je-
gens te attenteren. In Coningh-rijcken felve
is de verfcheydenheydt van Publique Religie
ten hooghften fchadelick: maer voor de Repu-
hliquen
t'eenemael ruineux. Wat fwaricbey-
den nu hier uyt vorder metter tijt zouden me
gen over-komen defe treffelicke Volck - rijeke
Stadt, füllen mijn Heeren van Amfierdam nae
hare wijfheydt wel können over - leggen, zijn-
de kennelick, dat van alle oude tijden deKerc-
kelicke dhTenfien hare fwaerfte ende dange-
reufte operatien hebben ghedaen binnen de
grootfte Steden. Dit alles dan, mijn Heeren,
zijn de vruchten die uyt ds fcheuringe ftaen
te verwachten, ende noch meer andere incon-
venienten , die beter dienen gedacht dan ge-
feydt.
Aen d'ander zijde, indien men ampleéteert
de Chriftelicke Moderatie ende wel ghelimi-
teerde Tolerantie, foo füllen wy eerftbekomen
dat ons in defe koortfe meeft noodigh is, na-
mentlijck ruft ende ftilte: alle leeringen ftrij-
dende met het algemeene Geloove der Gerefor-
meerde Kercken, füllen met eendracht uyt de
Kercken geweert werden. De Kercken - diena-
ren alles nae - latende dat tot verbitteringe fou-
de mogen ftrecken , füllen van tijdt tot tijdt
gedifponeert werden tot beter vrundfehap, en-
de fal al foo door wegh - neminghe van alder-
hande beletfelen de wegh bereyt werden, tot
een wettelicke onpartydige Synode , alwaer
door vrundelicke conferentie , ende goede oa-
derrechtinge uyt Godes woordt, de differen-
ten gemindert, ende de opinien naerder by
malkander gebracht füllen moghen werden: de
Gemeente fal werden gefticht door de leere
die ftreckende is tot Godfalicheyt, ende ver-
maent tot liefde , eenicheyt, ende gehoorfaem-
heyt. De goede vrundfehap ende correfpon-
dentie tuifchen de Heeren Edelen met de Ste-
den., ende de Steden onder den anderen, ende
tufTchen de fleur vande Ingefetenen van t'Landt,
te weten alle perfoonen, affectie dragende tot
de ware Chriftelicke Gereformeerde Religie,
fal meer ende meer gevordert werden , tot
groot - maeckinge van Godes naem , welftandt
ende profperiteyt van onfe lieve Vaderlandt,
ende op-bouwinge vande Kercke. Hier- toe ift,
mijn Heeren, dat wy van wegen mijn Heeren
de Staten V. E. alles prefenteren dat eenich-
fins van haer E. Mo. foude moghen werden ge-
requireert, ende int particulier, den dienft.
van onfe perfoonen, als zijnde tot dien eynde
alhier gekomen: biddende V. E. dat het haer
gelieve defe onfe dienft voor aengenaem te
houden.
wo"1
een vriendekk gefprek
ff
tegen het aannee- P1
dat men hier
aanzag
men der Refolutie, om dat de Gemeente
zeer bevreesd was voor verandering def
Religie, en ook geen regt begrip hadt
van de verdraagzaamheid, welke men
„ wil-
De aanfpraak der Afgevaardigden werdt
met groote aandagt gehoord. Na 't eindi-
gen derzelve, badt de Heer van Mathenes
de Heeren Raaden te willen gelooven, dat
de Staaten niets zo zeer zogten als de be-
Ant-
woord
van de
Vroed-
fchap.
BRANDT II" Dstl'
(») Verhaal der Gedep.
ii.
9+ enx..
tl. 3«3 . 384-
(v) Verantw. Cap. VIII. bl. %9.
(w) Refol, Vioedfeh. A\ n. 13 -April. i6tt- ƒ. 17*'
-ocr page 523-
XII. Boek.
GESCHIE
457
H tige Sinode, onder 't gezag der Staaten,
„ waren overwoogen en verhandeld; dat
„ zy ook niet verftondt, dat men eeni>e
j, Contraremonftrantfche Leeraars in hunne
„ bediening fchorfen of afzetten zou, om
„ dat zy geene Kerkelyke gemeenfchap
„ konden houden met de Remonftranten;
„ of den Contraremonftranten in hunnen
„ Godsdienil hinderen, onder voorwendfel
., van fcheuring, om dat zy de Remonftran-
„ ten,,of die met de Remonftranten ge-
„ meenfchap hielden, niet konden gaan hoo-
„ ren. En dit alles tot dat de verfchillen,
„ by eène wettige Sinode, onder 't gezag
„ der Heeren Staaten, zouden zyn onder-
„ zogt, en verhandeld (j)." '
Uit deeze verklaaring, die hier, Van dë
Predikftoëlen, eene mannelyke Refaktie ge-
noemd werdt, met vermaaning, omze ook
mannelyk ftaande te houden (z\ bleek klaar-
lyk, dat de bezending en de aanfpraak des
Heeren de Groot geene verandering ge-
maakt hadden in de befluiten der Vroed-
fchap van Amfterdam,die,byherhaalinge,
verklaarde, daarby te willen volharden(a).
Ondertuflchen, was de gemelde Aanfpraak
gedrukt en in 't licht gegeven , na dat zy,
op laft der Staaten, aan de Leden ter on-
derzoek ter hand gefteld was. De Stad nam
't verfpreiden deezer Aanfpraake, 't welk
buiten kennis der Staaten gefchied was, zeer
euvel, en magtigde de Raaden Joan ten
Grootenhuis
en Roeten Ernfi, en den Penfio-
naris Adriaan Pauw om de Aanfpraak te on-
derzoeken , en de punten, die aanmerking
verdienden , daaruit op te tekenen, waarna
men overleggen zou, of 't ook geraaden
ware, dezelve openlyk te beantwoorden:'t
welk ik egter niet weet gefchied te zyn. Te
gelyk werdt beflooten , ter Vergaderinge
van Holland, te klaagen, over de ftrenge
handelwyze van fommige Wethouders te-
gen de Kerkendienaars en Gemeenten dei-
Gereformeerde Kerken , uit hoofde van
Staatsbeamten, waarin de Stad nimmer be-
willigd hadt,met verklaaring, dat men,zo
hierin geene hertelling kwame , niet zou
können nalaaten , openlyk aan te wyzen,
waarin Amfterdam verongelykt werdt. Nog
werden de Afgevaardigden tér Dagvaart ge-
magtigd, om, met de Steden,die eeneïyn
trokken met deeze Stad, of anderszins, zig
te vervoegen aan zyne Doorlugtïgheid, Prin-
fe Maurits, en deszelfs byftand, als Stadhou-
der, te verzoeken (£): al 't weike veel toe-
bragt,
(}) Zie TllTGLAND Kerk. Hift. hk 7S4-
(Z) Zie
BRANDT II. Deel, bl. 3S8-
(a.) Refol. Vrocdfch. N. n. 7 M*art' lI'3 April,
Juny, 3 Sept. 166 f. «7» ""f" > '7^ VS verfo, ,3J< •'
(*j Refot vwedfch. *• »• 5° "*"&• l6^. f. Igi „,,
*Ji6.
wilde invoeren; dat eene wettige Sino-
de, onder 't gezag der Staaten gehouden,
de gemoeden beter tot onderlinge ver-
draagzaamheid zou bereiden; dat de Re-
folutien, welken men nam; ook behoor-
den te worden uitgevoerd; doch dat de
uitvoering der Reïolutie, welke men hen
nu wilde doen aanneemen, op veelePlaat-
fen, en vooral hier te Amfterdam, af-
breuk van de Kerk, verlies van neering,
en.mogelyk meer andere zwaarigheden
naar zig fleepen zou." Men voerde hun
hierop wei te gemoet „ dat de Gemeente
deezer Landen zagtzinnig was, eerbied
hadt voor de Overheid, en geene geneigd-
heid tot fcheuring. Dat de meefte ont-
fteltenifien in de Kerken haaren oorfprong
genomen hadden uk de hevigheid van
fommige Kerkelyken, welken men te veel
wilsgelaaten hadt, waarna zy frouterge-
worden waren. Dat de Overheid zig van
haar gezag bedienen moeft, om deezer
hevigheid paaien te zetten; wanneer de
ruft haait herfteld zou zyn. Dat de zaa-
ken, in de byzondere Conferentien, zo ver
gebragt waren als zy in de Sinode zouden
können gebragt worden; waarom het hou-
den eener Sinode niet gefcbaapen ftondt
de eendragt te zullen bevorderen." Doch
Burgemeelteren hernamen „ dat men van de
eendragt niet moeft wanhoopen; dat de
Afgevaardigden der Stad , hunnen laft
geopend hebbende, zouden hooren,wat
nadere voorflagen de Heeren Staaten doen
zouden, en daarvan, des noods, verflag
doen." Zy voegden hierby „ dat hun
niet lief zou zyn, dat iemant hunner in-
gezetenen de ruft van 't Land of van an-
dere Steden ftooren zou (V)."
De verklaaring, die, kort hierna, van we-
ge de Stad Amfterdam, ter Vergaderinge
van Holland overgebragt werdt, hieldt in:
5 dat zy de waare Chriftelyke Religie, nu
, over de vyftig jaaren hier te Lande ge-
>  oefend, verftondt te handhaaven; dat het
» voor den Staat ondienftig was, daarin ee-
>  nige verandering te maaken, ten ware,
» dezelve, in eene wettige Sinode, wel en
' typeiyk overwoogen ware; dat zy hierom
' toet hadt können bewilligen in verfchei-
» den voorflagen en aften, federt het jaar
' l<Su gemaakt: ook niet in den laatften
' voorflagvanden drie entwintigften April;
' ^at zy ook niet kon toeftaan, dat, onder
» «aaren naam, eenige Plakaaten werden
' §emaakt tegen die van de Religie, ten
'» ^are de verfchillen, vooraf, in eene wet-
1616;
't Ver-'
fpreideii
der Aan-
fpraake
van den
Heere dé
Groot
baart
hier mis*
noegen.
De Stad
klaagt
over de
ftreng-
heid *
eeniger
Steden
tegen dé
Contra-
remon-
ftranten*
(*) zu
^INDt'iI. Deel, hl. 3H «SS.
-ocr page 524-
II. Deel.
AMSTERDAMS
458
ll$I&-
eenige Verzoekfchriften van klaagende Con-
traremonflrantfche Gemeenten, onverwagts
en tevens, aan de Staaten te doen overle-
veren. Vafl gaat het, dat 'er zeker befluit
der Staaten van Gelderland , tot vereeni*
ging by voorraad {trekkende, overwoogefl
en afgekeurd werdt, en dat men befloot,
alles te laaten aan de Nationaale Sinode >
die men zou tragten te doen befchryven uit
de welgeftelde Kerken, indien 'er, binnen
eenige maanden , nog niet toe beflooten
bragt, om de zaaken, door den tyd, te
doen uitvallen tegen de meening der mees-
te Leden van Holland. Ook zeide de Pen-
fionaris de Groot, t'eenen dage, tegen ie-
mant, uit wiens Aantekeningen, Brandt
het te boek gefield heeft „ dat Amfler-
„ dam, en de genen, die de Contraremon-
1616.
■>■>
ftranten voorftonden , ftout; de Advo-
kaat en de andere Steden flaauw waren,
j, en dat de Refolutie en alles in gevaar
„ was (e)."
                                    .
De Predikant Jacobus Triglandius hadt,
in 't voorleeden jaar, hier ter Stede, een
boek uitgegeven, onder den titel van den
Regtgemaatigden Chriflen,
{trekkende om te
bewyzen, dat de vyf punten, zo alsze van
de Remonftranten begreepen werden, in de
Kerke niet mogten verdraagen worden.
Hiertegen gaf Jacobus Taurinus, Predikant
te Utrecht, in dit jaar , zyn boek van de
onderlinge Verdraagzaamheid
in 't licht, waar-
in hy regt het tegendeel ftaande hieldt. In
de Voorreden las men iet ten nadeele der
Stad Amflerdam, daar men, zyns oordeels,
den yverzieken tongen en pennen te veel
fcheen toe te laaten,en de grondflagen van
fcheuring te leggen. Doch dit mishaagde
der Wethouderschap zo zeer, dat zy 't boek
door den Schout deedt ophaalen (i). Tau-
rinus verdedigde zig daarna, wegens 't ge-
ne hy van Amflerdam gefchreeven hadt,
met nadere aanvvyzing van 't gene daar ,
zyns gedagtens , omging. Ook gaf hy
een tweede deel van zyn boek in 't licht,
welk, insgelyks,hier ter Stede, verbooden
werdt (e).
Op den zesentwintigften Juny deezes jaars,
werdt te Amflerdam, wederom eene heime-
lyke Vergadering van Contraremonftrant-
fche Predikanten gehouden, door 't beleid
van eenigen, die de fcheiding noodig hiel-
den, en 'er geduuriglyk op aandrongen. De
vergaderden zeiden, tot hunne verdediging,
dat zy byeenkwamen, ingevolge van eenen
Sinodalen lafl van den jaare 1586, om de
Nationaale Sinode te vorderen. Men kwam
hier uk Gelderland, uit Holland, uit Zee-
land , uit Friesland , uit Overyflel en uit
Groningen en Ommelanden byeen. In de
Provincie van Utrecht, hielden de meefle
Predikanten deRemonftrantfche zyde.Plan-
cius, Hallius en Urfinus woonden, uit de
Amflerdamfche Predikanten, de Vergade-
ring by. De eerftgenoemde zat voor. Som-
migen fchryven, dat hier beflooten werdt,
(c)  Brandt II. Oecl, hl. 419.
(d)  Refol. Vroedfch. N. II. 9 Febr. mf. f. 16$ verfe.
(e)  BBANDT II. Deel, hl, 448 «»*.
Taurinus
boeK van
de onder-
linge ver-
draag-
zaamheid
wordt,
hier ter
Stede,
opge-
. haald en
verboo-
den.
werdt (ƒ).
nde-
Ten deezen zelfden tyde, werdt, door ^ m.
eenige Leden der Vroedfchap van
dam,gefprokenvan hier eene Sinode te wil- ^ap-
len befchryven, al zou het de Stad ettelyke
duizenden koften. Ook werdt, in den Raad,
voorgegeven „ dat men de oude Geuzen,"
deezen naam kreegen de Contraremonftran-
ten van fommigen „ verdry ven wilde."
Waarop de Oud-Burgemeefler Hooft ant-
woordde : „ Dat zulks waar was; maar ge-
„ heel andere oude Geuzen dan hier ge-
„ meend werden. Dat de meeften, die»
„ ten tyde der vervolginge, buiten 's Lands
'>
hadden moeten zwerven, reeds overlee-
den waren;dat vandezelven nog leefden
„ de Heeren Jan Jakobszoon Huidekooper»
„ Jan de BifTchop, Jan Pieterszoon Reaal
„ en anderen. Dat hy zig ook, van zyn
„ twee-entwintigfte tot over zyn dertigfte
„ jaar, buiten de Stad hadt moeten ont-
„ houden, gelyk ook hadden moeten doen
„ de ouders van verfcheiden anderen, die
„ nu voor geene oude Geuzen mogten door-
,,, gaan. Dat men zig, by't leevenderoU'
„ de Geuzen, wel gewagt zou hebben te
„ onderneemen, 't gene men, maar pasii3
„ de dood der meeften, begonnen hadt'
„ Dat, zyns oordeels , onze ondergang >
„ door onze onverdraagzaamheid, en doof
,, ons te kanten tegen de befluiten der Staa^
„ ten, ons nader was dan wy waanden.'
Op eenen anderen tyd, zeide hy „ dat de
„ Stad Amflerdam de voornaamfte oorzaak
„ van al 't misverftand was." En als hen1
dit, door eenigen, die meenden dat de be-
houdenis der Religie hing aan hun ftei>
ftaan op de Leer der hooge Predeilinatie»
kwalyk genomen werdt, hernam hy „ d&
„ het doen van eenigen hier ter Stede nif
„ alleen flrekte, om dé Remonftranten $
„ de Regeering te weeren; maar ook ge'
„ heellyk te verdrukken; daar nogtans $
„ Amflerdamfche Predikanten, naar v?e\
W
Byeen-
komftder
Contra,
remon-
'ftrantea,
te Am-
flerdam.
Wat al-
daar ge-
handeld
werdt.
(f) Brandt II. Deel, hl. 430. Baudart. Mem. v'1'
Deel, f. II.
-ocr page 525-
XII. Boek.
GE S C H I E D'E'NI S S E N.
459
^16. „ ker raad de Heeren zeer luifterden, wel
„ willen, dat Kalvyn en Beza deeze zelfde
„ gevoelens, in Melanchton, Bullingerus,
3, Hemmingius en anderen, ten goede gehou-
„ den hadden. Zo men dan op den tegen-
5, woordigen voet voortginge, zouden zy,
s, zo wel als de Remonltranten , gevaar
„ loopen. Hy ha"dt wel gedagt, dat de
j, nieuwe voet van Regeeringe, dien men,
3, hier, federt zes of zeven jaaren, begon
„ te houden, op eene vreemde moer leg-
3j gen moeit : doch 't kwaad fcheen zig
„ reeds veel verder te openbaaren, dan hy
„ ooit gewaand hadt, en was, niet dan door
3, gemaatigdheid en eendragt , te wee-
„ daadelyk te doen ophouden, ep de zaa- I(jisr
„ ken op den ouden voet te doen herftel-
„ len (/)." Waarop dit laatfte zage, mag
men afneemen uit den raad van den'prim
fe, die, in Maart hierna, ter Vergaderin-
ge van Holland verklaarde „ dat men,zyns
„ oordeels , de gemoeden moeit zoeken
3, te verzagten; en ten dien einde, deReli-
gionsverwanten," dien naam gaf hy aan
de Contraremonftranten „ by voorraad, on-
„ verlet en in veiligheid, behoorde te laa-
„ ten, prediken; dat men ook,.daar eenige
„ Kerken dien aar en verlaaten waren, mögt
,., zien dezelven, by verdrag, wederom te
„ doen ontvangen, of anderen van gelyke
„ gezindheid in hunne plaatfe te brengen
„ by leeninge of anderszins, tot dat in de
„ zaak zelve middel gevonden zou zyn:"
in welken voorflag, door eenige Leden, be-
willigd werdt. Doch men kwam tot seen
befluit (ni).
                                          ö
Ondertuffchen, was 'er, in January te Nadere
vooren, wederom eene heimelyke Verga- byeen-
dering van Contraremonftrantfche Predi- ^omJJen
kanten en Ouderlingen, hier ter Stede, ge- u^?n'
houden , waarin eene Aéte ontworpen en mon-
getekend werdt, in welke men verklaarde, ftranten,
„ dat zulken wel deeden, die zig van de te Am~
„ Remonltranten afzonderden; en dat hetfterdain-
„ niet vryftondt , met dezelven Kerkely- ^ae'to£
„ ke gemeenfchap te houden, tot dat, door r™
„ eene Nationaale Sinode, daarin nader (bekken-
„ werdt voorzien." Van de Amfterdam- de> in
fche Predikanten hadden Plancius, die we.dezelven
derom voorgezeten hadt, en Hallius dee- a£?de"
ze Acte ondertekend. En men zondtze,
federt, alomme aan de Contraremonftrant-
fche Kerkendienaars af, door veelen van
welken, dezelve, insgelyks, getekend werdt.
Men befchreef eene nieuwe vergadering
te Amfterdam , tegen den tienden April.
Doch men oordeelde, indenHaage, dat de-
zelve ftondt ingerigt te worden, om de raad-
pleegingen der Heeren Staaten tegen te
gaan, waarom Gecommitteerde Raaden,
den agtften te vooren, aan Burgemeefte-
ren fchreeven , dat die Vergadering mögt
belet worden, of dat, ten minften, eenigen
uit de Regeenng in dezelve mogten te-
genwoordig zyn, om te verftaan, wat al-
daar gehandeld werdt, en om daarvan den
Heeren Staaten verflag te doen («). Doch
of men, in April, byeengekomen zy, is my
nergens gebleeken. Maar den zesenwin-
tig-
(l) Refo!. Vroedfch. N. 11. 23 ?**■ lS'7- /• 203.
{ra) Refol. Holl. z Maart I«i7- bJ BBANDT "• Deel , .
*'• +48.
(n) BRANDT II. Deel, bl. *59-^z.
Ooo
k
\
V]I ^ans zo weinig ingang als te vooren. Ook
j'jjop^ waren de zaaken, dit jaar, zeer ten nadee-
V(ï°or Ie der Remonltranten veranderd , na dat
'tjf^V Prins Maurits , die voorheen gefcheenen
S.~ hadt, zig in de Kerkelyke gefchillen on-
'^teij, zydig te willen houden , duidelyk genoeg
. hadt getoond , dat hy de zyde der Contra-
remonftranten toegedaan was (/;); en na
dat de Stad Amfterdam, gelyk wy boven (i)
aantekenden, beflooten hadt, met denPrin-
fe over 't Kerkelyke te raadpleegen. Men
befloot, federt , ook tot vermeerdering
der Stads foldaaten (£). Doch dit be-
fluit fchynt, vooreerft, niet uitgevoerd te
zyn. Zyne Doorlugtigheid , zig, federt,
meer en meer, uitende ten voordeele der
l5 Contraremonftranten, bragt te wege, dat,
?• op den drie - entwintigften January des jaars
*W 1<^I7 ■> in de Vroedfchap deezer Stad ,
S^f- beflooten werdt „ de waare Chriftelyke
Äy 3, Gereformeerde Religie en derzelvers be-
. 5, lyders voor te itaan ter Vergaderinge
V'/ » van Holland, en zig, ten dien einde,
'e. li'i-3j te voegen by zyne Doorlugtigheid; hem
5) te danken voor de zugt en yver, die
i> hy voor de gemelde Religie toonde, en
3> hem te verzoeken, dat hy daarin vol-
3, harden wilde. Doch zo de verichillen,
5, door eene Sinodale Vergadering, of op
j> eenige andere wyze, konden bygelegd
" en de vrede herfteld worden , zou men
3> ook daartoe de hand leenen. Voorts ,
3» Zou men den Advokaat van 't Land, 01-
55 denbarneveld, in 't byzonder aanzeggen
51 en vermaanen , dat hy zyn beft wilde
" doen, om de harde en vreemde handel-
» Wyzen, die, in 't fluk van den Gods-
55 dienit, by der hand genomen waren ,
Ä' Aantefe. by Brandt II. Deel, II. 431 enz,.
(i\ Z„'e BRANDT II. Deel, bl. 340 enz,.
W)i'^. 457.
^ "-ef0l_ Vl;oedfchi N, ij, 3 Seft. itl6. f. 185.
L STUK.
-ocr page 526-
46o AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN. II. Deel.
1617. tigften en zevenentwintigften July , werdt werdt (0): doch eer dit gebeurde, was 'er ivl"l'
'er wederom eene Contraremonilrantfche ook met de Remonllranten te Amfterdam
Byeenkomft gehouden te Amfterdam, waar- iet voorgevallen, welk veel gerugts maak-
in de Afte van fcheiding, in January ont- te, en waarvan wy, in 't volgende Boek,
worpen, nader overzien en vaftgefteld verflag zullen doen.
(o) Brandt II. Deel, II. +s*.
TW^'
-ocr page 527-
46ï
TWEEDE         DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
AMSTERDAM,
DERTIENDE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van het jaar i6iy,
tot in bet jaar 1626.
15j r^%e Rernonftranten, ziende de Contra-
t)e b \_J remonftranten, van tyd tot tyd, hei-
iion.e" melyke Byeenkomften houden , om hunne
Kiten partye te fterken, beflooten ook, ten zelf-
^«eni- den einde, te Rotterdam en elders, daar de
ile^n Regeering "un §un^ig was> byeeri te ko-
HeQ^ men, om orde op hunne zaaken te ftellen,
^eente
en zig te naauwer aan eikanderen te verbin-
denen den. Ook hielden zy, te Amfterdam, om-
i^°n' trent den aanvang deezesjaars, afgezonder-
Vetgad de Vergaderingen met eenige Leden der
te Walfche Gemeente, die, misnoegd over 't
te^i ^^ten van hunnen Predikant Simon Gou-
tagtig menfehen , zonder dat zulks, door 1617
de Wethouderfchap, of op eenige andere
wyze , belet werdt. De Remonftranten,
eenigen van welken deeze Vergaderingen
ook hadden bygewoond , fchreeven, den
dertigften, aan eenige Predikanten van hun
gevoelen te Leiden, om eenen Leeraar, die
hen in de Nederduitfche taaie mögt kön-
nen ftigten. De brief was , in der haaft,
door de volgende zev.entien perlbonen or.
dertekend : Samuel Olfertszoon , Dirk van
Endich
, Pieter Jooflen, Henrik Henrikszoon,
Reinier Teile, Pieter Pieterszoon, Rem Eg'
bertszoon BiJJcbop
, Abraham Antoniszöon , <
Abraham Janszoon
, Dirk Henrikszoon Qiiec-
kei, Henrik Henrikszoon Eekelboom, Willem
Klaaszoon, Jakob Laurenszoon Reaal, Thys
Pieterszoon
, Jan Egbertszoon BiJJcbop , Kor-
nelis Klaaszoon Spring
en Arend de BiJJcbop.
De Predikant van Warmond, Cbrifliaan Sopin-
gius,
kwam hierop te Amfterdam, en pre-
dikte , voor de eerfte reize in 'tNederduitfch,
op den vyfden February, ten huize van Wil-
lem Sweerfen, voor eene vergadering van
tweehonderd en vyftig perfoonen; onder wel-
ken veele nieuwsgierigen waren, en ook eeni-
ge yverige Contraremonftranteri , een van
welken, een Smid zyns handwerks, den Pre-
dikant, met luider ftemme, heette liegen:
waaruit eenig gedruifch ontftondt. Doch 't:
wérdt haaft geftild, doordien Barend Jans-
zoon,Boekhouder
van 't Huis - zitten - huis,
fchoon ook Contraremonftrantfch, den Srnid
in 't ongelyk ftelde ; en Rem Egbertszoon
BiJJcbop
, Broeder van den Profeffor Epis-
copius, elk, die iet op de Predikatie te zeg-
gen hadt, zyn huis aanboodt, om daar des-
wege met Sopingins te komen fpreeken.
Doch van dit fpreeken kwam mets, fchoon
de gemelde Boekhouder, een Scnoolmeefter
Jan Janszoon, en nog zekere Eduard Jans-
Ooo 2                                              Zoon
4^
"am.
^art' zig federt by hen voegden. Vooraf had-
denzezigegtergerigtaandeWalfcheSihodé,
die, hier ter Stede, gehouden werdt, en op
dezelve begeerd, dat men eenig middel uit-
vinden moge, om Goulart wederom te ver-
zoenen met den Kerkenraad. En toen zy
hier afgeweezen waren, hadden zy een Ver-
zoekfehrift ingeleverd aan de Wethouder-
fchap, waarby zy begeerden, dat hun vrye
Godsdienstoefening gegund mögt worden
buiten de openbaare Kerke, alzo zy aldaar
«et brood des Avondmaals, niet langer, met
geruften gemoede, gebruiken konden.Doch
my is niet gebleeken, wanneer dit verzoek-
schrift ingeleverd, noch wat 'er op geant-
woord werdt. Maar in 't begin van January
deezes jaars, hieldenze de eerfle afzonder-
tyke Vergadering, ten huize van Willem
k^*?, Sweerfen ,
Timmerman en Houtkopper op
N Ul2e
vlooijenburg,in de nieuwe uitlegging,bui-
S^'ïtj, ten de S. Antonis poort. Hier kwamen, de
'6r,
eerlte reize, zo fommigen fchryven, maar
re
H
*esendertig peribonen byeen; voor welken,
■2°°* Jacobus Batelier, Student in 't Walfch
lueologifch Collegie te Leiden, in't Franfch,
|e£redikt werdt. Naderhand, gefchiedde
ee ft no§ twee maa'en»mel: eenen toeloop,
rltvan zeftig, en toen van zeventig of
-ocr page 528-
AMSTERDAMS              II. Deel.
4Ö2
om zeker kind te doopen. 't Graauw, dat Iw
voor de deur ftondt ,ftoof toen naar boven, .
dringende zo geweldiglyk in op de verga-
derde menigte, dat men zig reppen noch
roeren kon. Eenige yveraars riepen , uit
de venfters , komt boven! komt boven! 't is
nu tyd
, en meer dan tyd. Van beneden,
werdt gefchreeuwd, valin, val in! ßa dood,
ßa dood den Predikant, dien fcheurmaaker. De
glazen werden voorts uitgefmeeten: de hou-
ten venfters vermeld. Men meende de trap-
deur toe te fpykeren. Doch de Remonilran-
ten , fterker in getal, drongen naar buiten, en
zogten naar een goed heenkomen. Op ftraat
gekomen, werdenzenageloopen, uitgejouwd
en met flyk gefmeeten. De Predikant, van
vyf ofzes aanzienlyke burgers verzeld, berg-
de zig, met moeite, in de Brouwery de
Haan, daar hy, door den Brouwer Piet er
Evertszoon Huift
, die van zyne knegts Werdt
bygeftaan, tegen het aandringend graauw,
bei'chermd werdt. De vrouw, die met het
kind ten doop gekomen was, werdt ook in
veiligheid gebragt. Rem en Jan Egberts-
zoon BilTchop, Jakob Laurenszoon Reaal,
Secretaris der Admiraliteit, KornelisKlaas-
zoon Spring, Efaias Hiole, die tot de Wal-
fche Gemeente behoord hadt, en nog twee
of drie, de laatften afgetreden zynde, floo-
ten den fpyker toe. De twee BiiTchoppen
en Reaal werden, op ftraat gekomen, zo
geweldiglyk gedrongen, dat zy de wyk in
eens Bakkers huis neemen moeften. Doch
na verloop van eenigen tyd, van daar ver-
trekken willende, werden zy terftond be-
kend, en door de menigte eer gedraagcn
dan gedrongen over de S. Antonis- of nieuwe
markt, tot in de Barndefteeg; daar zy, van
de eene naar de andere zyde der ftraat ge-
ftooten wordende (b), op nieuws in een huis
weeken. De geweldenaars ftreefden, kort <{?
hierna, wederom naar de Predikplaats. Dep^,
voorbaarigften braken de deur open , en g^jjs
liepen naar boven, daar predikftoel, ban-Pj|Ji
ken, ftoelen, boeken en alles vernield, en \J
ten venfteren uit geworpen werdt. Toen^'
brak men 't lood uit de gooten , en, na den
middag, begon men de pannen van het dak
van boven neder te werpen: 't huis zelf zou,
naar alle waarfchynlykheid, lall geleeden
hebben, zo Burgemeefteren geene orde ge-
field hadden. De Schout kwam, des avonds
ten zes uuren, aan den Spyker, en verdreef
de plonderaars. Geduurende de plondering»
was 'er de Onderfchout Arent. Ellertszoon
Haan
, met zyne dienaars, meer dan eens »
omtrentgeweeft,zonder wil of magt tetoo-
nen, om de woeftheid te fluiten:'t welk het
volk
(J) Brieven gedrukt 166Z. iy Jan Rieuwertsz, hl. z+3-
1617. zoon opkwamen, met oogmerk om van de
gefchilpunten in 't gemeen te handelen ,
waartoe Rem BilTchop zyn huis niet leenen
wilde. Voorts, hadt men, onder de preeke,
voor 't huis van Willem Sweerfen , eenige
vergadering van jongens befpeurd, die wel
wat gedreigd hadden; doch tot geene daa-
delykheid gekomen waren (a).
Zy huu- De Remonilranten, bevindende, dat het
ren eene huis van Willem Sweerfen te klein was,tot
Verga- het houden hunner byeenkomften, huurden,
derplaats den zescjen February, van een' aanzienlyk
boom-3""burger , Herman Rendorp genaamd, een
floot. grooten Spyker of Pakhuis op Dwarsboom-
floot, Schottenburg geheeten, welk wel dui-
zend menfchen bevatten kon, en terftond
tot eene Predikplaats gereed gemaakt werdt.
't Gerügt hiervan liep haaft door de Stad,
en kwam ook Burgemeefteren ter ooren,
die Rendorp ontbooden, hem aanzeggende,
dat de huurders van zyn Spyker zorg draa-
gen moeden, dat zy anderen geen kwaad
voorbeeld gaven, en zig zelven eenig mer-
kelyk onheil op den hals haalden. Voorts,
werden 'er eenige fmaadfchriften verfpreid
door de Stad, ftrekkende om 't gemeen op
te hitfen tegen de Remonilranten, en dee-
zen af te fchrikken van 't prediken. Rem
BilTchop bragt eenigen van deeze Papieren
aan Burgemeefteren, die't prediken ontrie-
den ; doch niet uitdrukkelyk verbieden wil-
den. Men vergaderde dan, op Zondag den
twaalfden February, op Dwarsboomfloot,
daar, naar men meende, meer dan agthon-
'tGraauw derd menfchen byeenkwamen. Voor de deur,
ftoort ftondt eene groote fchaare, jongens en ge-
hunne boefte, die, onder de preeke, met fteenen
kornft" d°or de glazen wierpen: 't welk den Predi-
aidaar. kant nogtans niet belette, de preeke geheel
of genoegzaam ten einde te brengen. Maar
op of kort na 't einde der preeke, waarin
Sopingius, voorzigtiglyk, alles gemyd hadt,
wat de Contraremonllranten ftooten kon,
vraagde een ContraremonftrantfchEngelfch-
man, Humfrei Bromlei genaamd, met eene
flerke ftemme ,, of men ook anders,in de
„ de oude en nieuwe Kerke, predikte, daar,
„ zeide hy, onze Predikanten Plancius,Hal-
„ lius en Triglandius leeren?" Daarop riep
de menigte ja, ja , ja; doch zeven of
agt Hemmen van Contraremonftranten rie-
pen , neen, neen. De Engelfchman ftortte
toen eene bittere klagte uit over de fcheu-
ring, die in de Kerk en in den Staat verwekt
werdt, het verval van Arnfterdam jammer-
lyk betreurende: al 't welke zo veel gerugts
maakte, dat de Predikant, hoe zeer hy 't
verzogt, geen ftilte genoeg verwerven kon,
(rt) Aantek. van Bürgern. C. P. Hooft. MS,
-ocr page 529-
-**»*-——3?; "^
'XIII. Boek.            GESCHIEDENISSEN.
463
aan verfcheiden oorden in de Stad byeen. tdèi
Omtrent zeven uuren, zag men jongens, '
mannen, en daar onder volk van de flegtfte
foorte,die op plonderingen roof vlamden,
meeft vreemdelingen, aan hoopen van vyf-
tig, honderd en tweehonderd, trekken door
de Stad. Veelen volgden den Schout, die
juift toen op de been was, om Roomfchge-
zinden-Vergaderingen te ftooren; doch zy
verlieten hem, die eerlang naar huis ging.
't Graauw gaf voor , naar Arminiaanfche 'tGraauw
Vergaderingen te zoeken, en kwam, ein- £hooIt
delyk, in merkelyken getale, omtrent ten deTsin?
agt uuren, op den Singel of Konings-graftgeUtus-
by de Warmoesgraft: van waar de menigte, fchen
omtrent ten half negen uuren, naar den Y- £en
kant voortrukkende, eerft, met groote ver- f^Zl
woedheid, de oogen floeg, op het huis van en Berg-
den Heer Volkert Overlander, Schepen enftraat.
Raad, en daarna Burgemeefter der Stad
ftaande omtrent de Bergftraat: toen op dat
van Rem Egbertszoon BiiTchop, naaft het
voorgemelde: wyders op de huizen van J-
rend Bieter szoon van der Burg
, Huig Jans-
zoon
, den Oud-Burgemeefter Kornelis Pie-
terszoon Hooft en den Oud-Burgemeefter
Gerrit Jakob Witfen. Daarna, een weinig
terug deinzende, bleef de fchaare, ten Jaat-
fte, ftaan voor 't huis van Rem Egberts-
zoon BiiTchop, zynde de zesde wooningbe-
noorden de Bergftraat, daar de Luipaard in
den gevel ftondt. Men hadt het volk diets
gemaakt, dat hier gepredikt zou worden:
't welk greetiglyk geloofd was. Eerft klopte
men aan, naaft zyne deur. Doch zyn buur-Valt aan
man zeide, Mannen gy zyt verkeerd, hun, °P.ftet
te gelyk, het huis van Rem aanwyzende, r"^™.
daar terftond aangebeld werdt, zo geweldig, berts-
dat de fchel brak, onder 't roepen van Doet zoon
op, gy Jrminiaanen, gy preekt daar in huis.
Biffchop;
Rem BiiTchop riep van binnen „ dat het
„ niet waar was, en dat een hunner binnen
,, komen kon, om 't huis te bezigtigen."
Doch 't baatte niet. Twee glazen raamen
van de zydkamer werden met fleenen aan
ftukken gefmeeten. Men zogt, door dezel-
ven, in huis te komen. Doch BiiTchop kreeg,
met hulpvaniemantvan buiten, het houten
venfter digt, en floot de woefte menigte daar
buiten. Toen ging 't werpen met fleenen
wederom aan, doch flaplyk, terwyl Bilfchop
zig naar de bovenfte zolder begaf, op eene
bedpan floeg , en luidkeels brand! brand!
riep , op hoope van ontzet. Doch niemanc
repte zig om hem by te fpringen.Des zondt
hy zyne dienftmaagd, door eenen uitgang,
dien zyn huis op deHeeren-grafthadt,naar
den Opperfchout Willem van der Does, met
bede om onverwyldehulpe. 't Verzoek werdt
aangedrongen , door een zyner buuren,
O00 3
                                             Her-
^17.
volk hadt doenwaanen , dat hem 't werk niet
mishaagde. De eigenaar en huurder, federt
voor Burgemeefteren ontboodeh, ontfloegen
eikanderen van de huur: en deRemonftran-
ten durfden, voor eerft, niet waagen,open-
lyk byeen te komen. Zy verzogten, 't is
waar, terftond hierna, vryheid van Gods-
dienftoefening aan Burgemeefteren en Raa-
den (c). Doch ik vind niet, dat 'er eenig
antwoord kwam op dit verzoek.
OndertulTchen, fcheenen de yveraars on-
der de Contraremonftranten te verwagten,
dat de Remonftranten niet zouden nalaaten,
den volgenden Zondag, wederom te predi-
ken : 't welk zy, door het ftrooijen en aan-
plakken van nieuwe Pasquillen, fcheenen te
willen voorkomen. Op Donderdag , den
zeftienden February, vondt men 'er een aan
iemants deur geplakt van deezen inhoud:
Begint gy Jrminiaanen op Zondag weer te
preeken;
Zo zullen 'er een deel in 't water worden ge-
fieken.
Op Saturdag of Zondag daarna, werdt het
volgende aangeplakt: ,
Hoort myn Heeren, hoort myn vermaanen,
Deezen Zondag zullen preeken d' Jrminiaanen;
Maar daar' zyn zevenhonderd Landsknegten
,
Die met cl'Jrminiaanen willen vegten.
En aie nog heeft een goeden dienfi van doen,
Die kome hy deezen Kapitein, en wilt ufpoên.
Ik waarfchouw deeze Jrminiaanfche gekken,
Datze -wat zullen krygen op haar bekken.
De Raad was, den agttienden, tot 's a-
vonds ten zeven uuren, vergaderd. Men
handelde, onder anderen, over deopfchud-
ding- van 's Zondags te vooren, en verzogt
aan Burgemeefteren, dat zy, tegen dierge-
lyke opfchuddingen, in 't vervolg , beter
voorzien wilden: 't welk zy aannamen. Ook
bleeven Burgemeefteren en Schepenen by-
een, na 't fcheiden van den Raad: en de
W ethoüderfchap, bedugt voor nieuwe be-
werte , belaftte den Major der bezettinge,
z'g, des Zondags den negentienden, by tyds,
te vervoegen op Dwarsboomfloot, en om-
*rent het huis van Willem Sweerfen op
v]°oijenburg,metlaft 0m denRemonftran-
j,eri het prediken te ontraaden,zo zy 't, op
°e eene of de andere plaats, mogten willen
^derneemen. Doch zy hadden 't, dien dag,
j.et in den zin. Midlerwyl, fchoolde het
s aairw, wel een uur voor zonnen opgang,
K
Ne
ante
c.
^ïi"1
t weUefei0tlc! nn eenlge Brieven enz. gedr. 1617. Antwoord
to
ing van het Discours, gedr. 1417. BbandT II.
t>eel
bi
' +73.-487 , 4j,z
-ocr page 530-
464                AMSTERDAMS            ' II. Deel.
Herman Tholinks, Schoonzoon van den Oud- de „ gemeend te hebben, dat de Schouten \6 iV
Burgemeefter Hooft,die zelf maar drie hui- }i altoos laft hadden, om kwaad te verhoe-
zen van Rem Biffchop woonde (i). De „ den; en zulken, die beledigd werden, te
Schout liet zig overhaalen, drong,van agt „ befcherrjien:" te gelyk vraagende „ of
dienaars verzeld, nevens Tholinks, door 't 5i 'er, zo dit niet zyn kon, geen middel wa-
volk, tot voor de deur, daar een der vin- „ re, om tien of twintig foldaatên te beko»
niglle fteen werp eren aangetaft en in 't huis ,, men, op zyne eigen kollen? " Doch zy
gebragt werdt. Het fmyten hieldt toen op. zeiden „ niets te können doen, zonder laft
De Schout, flraks de deur wederom ope- „ van Burgemeefleren : maar zy zouden
nende, zeide, Gaflen, wat wilt gy hebben? „ agteruit gaan, en hun beft doen, om de
't Antwoord was, de Arminiaanen ■preeken „ jongens, die voor 't huis waren, te ver-
Jaar,- die'willen wy fiooren. De Schout we- „ jaagen." Doch de Onderlchout Haan,
derom, Daar is geene Vergadering: ik ben den degen trekkende tegen 't graauw', werdt
loven, beneden, en overalgeweefl. Zy toen, met flcenen geworpen. Terïtond daarna,
de maße buur en hebben ons gezeid, dat wy riep men, de Schout gaat weg; 't huis is ons ^
hier zyn moeflen.
Rem Biffchop, 't volk over ten prys, met al wat 'er in is. Straks wierp 't ^
de deur aanfpreekende, zeide, Mannen en men, met zo veel gewelds, op deur en ven- ^
Gaflen, waarom doet gy my dit? Heb ik ie- fiers, dat niemant, in 't voorhuis, oi'in de ^
mant te kort gedaan? Of iemant
, die voor my zydkamer, d uuren kon. Biffchop en zyne
gewerkt heeft, niet wel betaald, of een penning Huisvrouw beflooten toen, de boeken,"het
afgetrokken? Heb ik met iemanteenigentwijt? geld en eenige andere dingen van waarde
Ben ik niet een burger, zo onbefproken als een van agteren over de fchutting, in den tuin
ander ? Wat hebt gy op my, datgy myn huis zo van den Heere Overlander, te bergen, waar-
beflormd ? Niets, niets, was de gemeeneftem, in zy van eenige arbeiders, die, onder eene
dan gy zyt een Arminiaan. Zo dra de Schout hagelbui van fteenen, docr deagterdeur,
een weinig van de deur af week, begon men in huis gelaaten waren, geholpen werden,
wederom te werpen in de glazen. De On- Biffchop zelf bergde zig ook in 't huis van
derfchout, met zyne dienaars ook in huis den Heere Overlander, na dat hy't geweer,
gekomen, flilde 't volk, dat agter aan 't huis welk hy in huis hadt, zorgvuldiglyk verfte-
aan 't werpen gevallen was, met woorden, ken hadt, op dat 'er geen grooter geweld
De Schepen Volkert Overlander, die naafl mede gepleegd werdt, 't huis , met den
Rem Biffchop woonde, uit de Kerk gehaald meeflen huisraad, laatende ten prooije der
zynde, begaf zig, ten fpoedigfle, naar 't plonderaaren. Zyne Huisvrouw bleef, nog
huis van den voorzittenden Burgemeefter eenigen tyd na hem, in huis; doch vloodt,
Reinier Pauw, welk, omtrent vyfentwintig eindelyk, met veel gevaar, naarde Heeren-
huizen verder, op de zelfde graft, flondt, gr aft, daar haars mans Broeder, Jan Eg-
met verzoek om byftand. De Burgemeefter bertszoon Biffchop , woonde, wiens huis
nam aan, met de andere Heeren te zullen ook reeds' met plondering gedreigd was, en
fpreeken , en zyn beft te zullen doen, om daar men al eenige glazen ingefmeeten hadt.
den oproer te ftillen. De fmyters riepen, De vrouw, van 't graauw gevolgd worden-
midlerwyl.dat men hunnen gevangen mak- de, geraakte in een Kaffenmaakers huis,
ker loslaaten zou; dan wildenze 't huis met en uit het zelve in den tuin vanBurgemees-
vrede laaten. Biffchop, toen nog hoop heb- ter Witfen, daar men haare kinderen, hei-
bende op eene goede uitkomft, badt voor melyk, by haar bragt. 't Graauw hadt,
den gevangen , dien de Schout eindelyk midlerwyl, het hek of de glinting, voor 't
flaakte. Doch toen wierp men, flerker dan huis flaande, uit den grond gerukt, en mer
te vooren. De Schout, na een halfuur de deur derzelve, ook met eene plank, zo
verloops, verdriet in 't wagten krygende, geweldiglyk gebonsd op de deur van't huis»
befloot,metdenOnderfchoutte vertrekken, en van de kelder, dat zy de laatfte, einde-
Rem Biffchop, zyne huisvrouw Lysbet de lyk, open kreegen. Toen fleeptenze tweö
Biffchop, Zufter van Jan de Biffchop, Raad zwaare balken uit de kelder, waarmede ge-
der Stad, enzyns broeders huisvrouw ba- weldiglyk op de huisdeur geramd werdt. 't
den en fmeekten, dat zy toch blyven zou- Was elf uuren, eer zy in huis raakten, daar
den, zeggende, Myne Heeren, zo gy weg- toen alles geplonderd en vernield werdf-
gaat, zyn wy gelyk als overgeleverd. Doch't De vaten metkoopmanfehappen werden ge'
antwoord was, wy können hier dengantfehen opend, en twee kiften met koflbaare boS'
dag niet blyven;wyhebben daartoe geenenlafi ken, die Biffchop uit Engeland ontvangt
van Burgemeefleren. Rem BifTchop verklaar- hadt, verfcheurd. De voorraad van fpyz3
en drank werdt te lyve geflaagen, wegge'
(d) Aamk. van Büßern, c. r. hooft. m.
               voerd, of vertreden en geplengd. De fchiï'
-ocr page 531-
GESCHIEDENISSEN.
XIII. Boek.
465
ÖI7- deryen werden in Hukken gefheeden: een
yzeren kift, die men niet open krygen kon,
naar de graft gefleept, daar menze zou in-
geworpen hebben, zo 't niet , door den
„ deraars zoeken in handen te krygen, en iér-
„ het ftrooijen van Pasquillen, waarin deh /'
„ Wethouderfchap of anderen befchimpt Si-
en gelafterd werden, door de befte mid-ken.
Schepen, Pieter Matthyszoon,belet gewor- „ delen, tragten te voorkomen (h). Over-
den was. De fchade, door Rem Biffchop, eenkomftig met dit befluit, maakte 't Ge-
by deeze plondering geleeden, is, federt, regt eene Keur, die 's anderendaags afge-
op vyfduïzend guldens begroot gewor-
den (O-
Ondertuffchen , waren de Wethouders
op 't Stadhuis byeen gekomen, en hadden,
jÄ<jt terftond, de famenrotting en 't geweld aan
^ge. de huizen van Rem en Jan Egbertszoon Bis-
kondigd werdt. De opfchuddingwerdt, by
de Keure, geweeten aan de Remonstranten,
die, zonder nood of wettelyke reden, afge-
zonderde Vergaderingen gehouden hadden;
welke Vergaderingen nu uitdrukkelyk ver-
booden werden (*')• Doch 's nagts na 't uit-
komen 'deezer Keure,werdt 'er een Pasquil
aangeplakt, waarin het ongeluk van Rem
by fchop, welk toen nog niet op 't hoogft ge-
komen was , by openbaare afkondiging ,
verbooden (ƒ). Doch dit verbod hielp
Biffchop beklaagd, en aan de agteloosheid
luttel, 't Pionderen ging zynen gang, tot dat en partydigheid der Wethouderfchap ge-
Burgemeefter Pauw en eenige Schepenen en weeten werdt. Men hadt 'er den naam van
Raaden, omtrent ten twaalf uuren, voor't Abraham Antoniszoon onder gefteld om te
geplonderd huis verfcheenen , de plonde- kennen te geeven,dat het uit den koker der
raars, door hunne tegenwoordigheid alleen, Remonftranten kwame. De Wethouderfchap
verftuiven deeden. De Heeren traden, ver- beloofde, terftond, driehonderd guldens aan
die den maaker ontdekte. Doch daarna is
gebleeken, dat het, door Wynand Elberts-
zoon,
Schoolmeefter van 't Contrarernon-
ftrantfch gevoelen, opgefteld was , om de
Remonftranten in den haat te brengen by de
Regeeringe. Een yveraar onder de Remon-
b
b
w
°ok dat van Jan Egbertszoon: 't welk, den ftranten gaf, kort hierop, ook eenige Brie-
Volgenden dag, andermaal gedreigd werdt. ven, wegens de beroerte hier ter Stede,in
Zelfs^werden eenige andere huizen vanRe- 't licht, welken , insgelyks, by openbaare
monftr anten, tegen den avond van den twin
tigften, voorzien van foldaaten. En 't graauw
was, inderdaad, zo verbitterd op deeze Lui-
den, dat twee hunner, Kornelis Klaaszoon
Spring, Befchuitb-akker, en Abraham Anto-
niszoon , Kaarfemaaker, geduurende de plon-
dering van Rem Biffchops huis, op ftraat
aangerand, met fteenen gefmeeten, en in
groot gevaar van hun leeven gebragt werden,
tot dat de eerfte zig bergde in 't huis van den
Schout, daar hy wel ontvangen werdt, en
tot 's avonds vertoefde; en de ander in dat
Van een' Spekverkooper, op den hoek van
ae Heeren- en Warmoes-graft , daar men
"em nogtans agter na liep, en noodzaakte
°.vertwee daken te klauteren, en eene vei-
"gsrfchuilplaats te zoeken (g).
Birro-emfiffreren sravpn. den twintigftenj
afkondiging, verbooden werden,'als, dus
luidt de Keure, met groote partyfcbap ge-
fchreeven (k).
Onder of na de beroerte,
waren 'er eenigen inhegtenis genomen, die
men voor handdaadigen hieldt. Sommigen
derzelven werden terftond geflaakt: anderen,
na verloop van eenigen tyd, en onder borg-
togt van een honderd vyftig, twee honderd,
of drie honderd guldens: doch men vondt
niet geraaden, eenigen der oproerigen aan
't lyf te komen. En Rem Egbertszoon Bis- Aan Rem
fchop, die Lid maat der Gereformeerde Ker- Esbe"s-
ke was, werdt, 's Donderdags na de pion- ?}°£n,
dering , door twee Ouderlingen , uit den en ancte-
naam des Kerkenraads, aangezeid, dat hyren
zig van 's Heeren Avondmaal, welk des WOfdt
Zondags daarna ftondt gevierd te worden,het ,A'
zou hebben te onthouden. Gelyke aanzeg- ™ai
-
*-ven Raad kennis van 't gebeurde aan't huis ging gefchiedde ook aan Jakob Laurenszoon ontzei J.
feg*.
an Rem Egbertszoon. De Raad verftondt, Reaal, Secretaris der Admiraliteit, en aan
s> dat men niet alleen tegen diergelyke on- eenige anderen, die naderhand openlykvan
" geregeldheid behoorde te waaken; maar de Gemeente werden afgefneeden. Voorts,
ook het onbehoorlyk prediken fcherpelyk kwam, van wege de Gecommitteerde Raa
erbieden: voorts, moeft men de pion- den, aanfchryvens aan de Steden,om tegen
dier-
s> v
J<*«t*antek- van Rurgem. C. P.
HOOÏT.
229.
MS. Brieven
zo Febr. liry.f. 8 verf,. "
ziFebr.z6i7.f.9. Keutb>
71. BRANDT H. Deel, IL
(h) Refol. Vroedfch. N. 12
(t) Refol. Vroedfch. N. iz,
I. ƒ. I6S verf).
(kj Keurb. I. ƒ. i«7 -<"rf°'
500, jol.
(ƒ) Ke • by Jan Rieuwertsz. hl,
federte ?)?^ van eenige Blieven enz. g
+87-I7" Var'het Discourseer. 1617
'• f. ALljiBORCH Vita S.
ISI7- Antv/. tot
Brandt II. Deel,
Episcopii p. 91-102.
-ocr page 532-
AMSTERDAMS            II. Deel.
466
men, ten deezen tyde, in het Dorp Vree- ï61^'
land ftondt. 't Blykt niet, datzy, vooreerft,
hebben durven waagen, Godsdienftige By-
eenkomfteh in de Stad te houden (in). Som-
migen hunner geloofden, dat de Kerkenraad,
omtrent deezen tyd, eerft mondeling, en
daarna fchriftelyk, by de Wethouderfchap
zou hebben aangehouden op de opregthg
eener Kerkelyke gevangeniffe, waarin men
allezulken zou opfluiten, die niet paften op
de Kerkelyke tugt, en de aalmoeffen mis-
bruikten (»)• Doch hiervan is my, in de
Stads Regiflers, geen blyk altoos voorge-
komen.
                                                        .
De Contraremonftranten, den negenden Ve'0
July, de Kloofter-Kerk in den Haage heb-bJj/
bende ingenomen, in welke Prins Maurits,wo'"'
den drie-entwintigften, ter preeke ging, gaf t\e^
zulks, onder anderen, den Staaten van Hol- Stä3Lt
land gelegenheid tot het neemen der Refolu- t0V
1617. diergelyke beroerte, als te Amfterdam voor-
gevallen was, op haare hoede te zyn. De Re-
geerfng van Amfterdam beantwoordde den
brief, met aanwyzing van 't gene zy gedaan
hadt, om de beroerte te fluiten en in 't ver-
volg te voorkomen (/): waarby de zaak ge-
bleeven is.
De Am- Maar de Amfterdamfche Remonftranten,
fterdam- zig niet konnende voldoen, in het nalaaten
fche Re- hunner Godsdienftige Vergaderingen, ver-
fon' voegden zig, den zesden Maart, met een
verzot- Verzoekfchrift aan de Staaten van Holland,
ken vrye waarin zy om derzelver befcherming baden,
Gods- te gelyk begeerende dat hun eenige Predi-
dienftoe- \imteü van iiun gevoelen in de openbaare
van'de Kerken, of anderszins afzonderlyke Verga-
Staaten deringen mogten toegedaan worden. Doch
van in dit Verzoekfchrift werdt niet donkerlyk
Holland. £e bennen gegeven, dat de Wethouderfchap
van Amfterdam zig'te flap gedraagen hadt.,
in het fluiten der jongfte beweegingen. De
Afgevaardigden der Stad op de Dagvaart
namen , derhalve , het inleveren van dit
x Verzoekfchrift zeer euvel, noemden't op-
roerig , en wilden 'er niet op Hemmen, voor
dat de Edelen en Steden verklaard hadden,
of zy kwalyk hadden gedaan, of nog kwa-
lyk deeden aan het handhaaven der oude,
waare, opregte, Chriftelyke, Gereformeer-
de Religie, gelykze van den beginne aan-
genomen was, en nog behouden werdt. Op
't Verzoekfchrift, kwam , ondertuffchen ,
geen antwoord. Men leverde dan , den
zeftienden Maart, een tweede in , waar
in het zelfde verzoek herhaald werdt, be-
weerende de Vertooners,dat zy zig hielden
aan de oude, regte en waare Reformatie,
en zelfs aan de Nederlandfche Geloofsbe-
lydenis en Catechismus, fchoon zy, in fom-
mige punten, verfchilden van de tegenwoor-
dige Amfterdamfche Predikanten. Op dit
Vertoog, werdt, by de Staaten, beflooten,
de Afgevaardigden van Amfterdam te ver-
zoeken „ dat, op de redenen van bezwaar-
„ nis, in het zelve vervat, rypelyk mögt
„ gelet worden, in zulker voege, dat de
„ ruft der Stede bewaard, en den klaageren
,, gelegenheid gegeven werdt, om hun ge-
En aan »■> moed te beleeven." De Remonftranten,
de Wet- hiervan kennis gekreegen hebbende, ver-
houder- voegden zig met een Verzoekfchrift aan
fchap van ßurgemeefteren en Raaden van Amfterdam,
danfer om VI7elyk te rnogen vergaderen. Doch
Doch hun verzoek werdt niet ingewilligd. Sedert,
vergeefs, voeren zy, in kleinen getale, nu en dan, ter
preeke naar Abkoude, daar een Predikant
ftondt van hun gevoelen. Ook hoorden zy,
fomtyds, Joannes Geeßeranus, die, meent
(l) BRANDT II. Deel, bl. jol, JOZ. P. A LlMEORCH
Vita S. Episcopii f. 103 , 104.
tie van den vierden Auguftus,die, federt,
*?J'
by de Contraremonftranten , defcberpe Re #*r't)
folutie genoemd werdt. By dezelve, werdt ge'
de nationaale Sinode afgeftemd, envaftge-epi!'
fteld, de voorige Refolutien, tot eendragt
ftrekkende, met alle gemaatigdheid,uit te
voeren. Voorts, werden de Steden , die
des behoeven zouden, gemagtigd tot het
aanneemen van Waardgelders , ter haarer
verzekeringe (0). Doch Dordrecht, Am-
fterdam ,Enkhuizen, Edam en Purmerende
hadden niet bewilligd in deeze Refolutie.
De Vroedfchap te Amfterdam bleef, inde
Kerkelyke zaaken, by haar voorig gevoelen.
Zy hadt, al in April, verklaard, 't gezag
der Staaten en Wethouderen te willen bly-
ven handhaaven, mids men niets onderna-
me tegen de belyders der waare Chriftelyke
Gereformeerde Religie, waardoor zy alleen
de Contraremonftranten verftondt. Zy ver-
klaarde, in May, niet te können bewilligen
in den voorflag van eene Byeenkomft van
agt weereldlyke en agt kerkelyke perfoonen»
om middelen te beraamen tot verzagting
der gemoeden. Zy drong, naderhand,nog
ernftelyk op het houden der nationaale Si'
node (p). Doch toen, den zeftienden Au'
guftus, de jongfte Refolutie der Staaten va"
Holland overwoogen werdt, in de Vroed'
fchap, verzogten eenigen deroudfte Ledefl
tyd van beraad, en affchriften der ftukken»
en vooral van 't advis van Burgemeefteren-
De raadpleeging werdt dan verfchooven &
den agttienden. 's Daags te vooren, kree'
gen twee of drie Leden de verzogte affchrir
tefl'
(m) Aantek. van Bürgern. C. P. Hooft. MS.
(n) Brandt ii. Dcct, bl. 501-jiï.
(o) Vïded. Hift. X. Deel, bl. isï,l$z, ,Sl
'p) Refol. Vroedfch. N. iz. s ~4pril, &H^>
•Aug. 1617, f.
II , Ii , i + verfo , ij, 20.
nJ»ip'
-ocr page 533-
XIII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
46?
*^i?. ten. Ten befremden dage, waren eenige Sinode; voor welke ook vier Provinciën zig 1617,
Leden en onder anderen deBurgemeefteren verklaard hadden. De vyf Steden, die, in tionaalê
Kromhout en de Graaf, en zelfs de. voor- de Vergadering van Holland, niet met de Sinode.
zittende Burgemeefter Diederik Bas niet te- meefle ftemmen beflooten wilden hebben
genwoordig. DeOud-BurgerneefterKornelis Honden'er zeer op, dat men, in de Ver'
Pieterszoon Hooft ftondt, derhalve, hard gadering der algemeene Staaten, befloote
V
Ä -
Se'
aan, dat de zaak wederom uitgefleld werdt. met de ftemmen der meefle Provinciën (»:
Hy hieldt denLeden voor „ datmen,door al 't welk zulk eene verwarde gedaante gaf
niet te ftemmen met de meefle Leden der aan den ftaat der Regeeringe, als zy, in
Staaten, zig fcheen te willen fcheiden van veele jaaren, niet gehad hadt.
Holland, daar de Stad, volgens de Graaf- De Gezant des Konings van Groot -Bri- De
lyke brieven van de jaaren 13476111355, tanje, Dudlei Carleton, den Staaten de Na-WeeS"
nimmer van mögt gefcheiden worden." tionaalê Sinode, den zesden Oélober, heb- fchn car-
Hy voegde 'er by „ dat men, o'ndertufïchen, bende aangepreezen, in eene redevoering, letons
bleef kleeven aan Refolutien der Vroed- die terftond in 't licht kwam, gaf Jacobus Rede-
fchap, die flegts met eene meerderheid Taurinus, Predikant te Utrecht, gelegenheid, voering
van eene of twee ftemmen genomen wa- om dezelve te wederleggen, in eene zo^e- wor^t'tc
ren. Men poogde, zeide hy, te wege te naamde Weegjchaal, over welker inhoud,&J, ^
brengen , dat zig 't gantfche Land aan Carleton zig zo gebelgd hieldt, dat hy te booden.
ons gevoelen onderwierpe, 't zy wy de wege bragt, dat het Gefchrifc, door de al-
meerderheid of de minderheid hadden, gemeene Staaten , verbood en werde , en
in de hooge Vergaderingen." Hy klaag- duizend guldens beloofd, aan diedenfehry-
de, wyders, gelyk meermaalen „datmen ver aanbragt. Doch de Publicatie, desaan-
den Kerkelyken te veel gehoor gaf, die gaandeingefteld, werdt,in verfqheiden'Ste-
veelal vreemdelingen waren, en's Lands den van Holland, niet afgekondigd, alzo
belang niet kenden, noch ter herte na- 'er de Staaten dier Provincie niet in bewil-
men. Een van onze Predikanten hadt , ligd hadden (f): maar te Amfterdam, werde
zeide hy, in zynen yver, wel durven de Weegfchaal door den Schout opgehaald,
raaden, dat men, eer men 't begonnen en het verkoopen en verfpreiden derzelve,
werk fteeken liete, liever al de neering by eene byzondere Keure van den eerflen
van 't Land zou verliezen. Maar alle December, verbooden («)•
raaders waren geene gelders. En die
Predikant zelf zou zig , meende hy ,
wel zeer kwalyk houden, als hy, by ver-
loop van's Lands middelen, verzwaaring
oorlogs
■ Op den negentienden der zelfde maand,De Stad
deeden Dordrecht, Amfterdam, Enkhuizen,raad"
Edam en Purmerende, ter Vergaderinge van !^ef 3p.
Holland, eenen voorflag tot het houden eener feflbren
Provinciaale Sinode, die de Nationaale Si-en Predi-
zyne halve neering, dat is, zyne halve node zou voorgaan; dochdeezevoorflag be .dikan-
gaadje, zou moeten miffen. Maar zulke haagde den overigen Leden niet, onder an-^"^ ^
Luiden zogten zig gezag aan te maatigen deren, om dat, daarby, het verkiezen der ïen
vyQQÏ'
over anderen, in zaaken van Godsdienft, Leden tot de Provinciaale Sinode gefield deSino-
daar de wapenen, voor de gemeenevry- werdt aan de byzondere ClafTen; daar zyde.
beid van allen, aangenomen waren (?)." verflonden, dat deeze verkiezing behoorde
Doch deeze en diergelyke redenen vonden gelaaten te worden aan de Heeren Staaten
geenen ingang by de meefle Leden. Men (V). De befluiten, die, in den aanvang des j^g,
befloot „ geene ligting van Waardgelders volgenden jaars , by de Vroedfchap van
toe te flaan;op 't houden eener nationaa- Amfterdam, genomen werden, liepen allen
Ie Sinode aan te dringen; by de eens aan- uit op het bevorderen van het houden' der
genomen Gereformeerde Religie te vol- Nationaale Sinode: hebbende de Heeren,
harden; 's Lands hoogheid en Regeering hier ter Stede, geraadpleegd, niet alleen
te handhaaven, doch by eenpaarige be- met de Predikanten deezer Stad, maar ook
> williging, niet by overflemming; mids- met de ProfefToren Joannes Polyander en An-
gaders 't gezag en de magt van zyne tonius Thyfius, en met Feflus Eommiu^An-
Öoorlugtigheid, als Gouverneur en Stad- tonius JValceus, Abraham Doreßaar^n Samuel
houder, volgens zyne Commiffie en In- Bartholdi , Predikanten te Leiden , in den
£ ftmétie fr\" Sedert, werdt, door Am- Haage , te Enkhuizen en te Momken-
dam
y ;rdam en de vier andere Steden, flerk
§eyverd voor het houden der nationaale
S>eel', tl*"}; Va» ien Heere C- P> H00ET h ERANDT II.
:*v
(s) Zie BRANDT II. D»I> hL «*'-«°»«3»»«3i
«!7, 640, 66i, 671.                bl
(tl Zie BRANDT II- *"" " **' " + ' *"*"
(') Keutb. I. ƒ. J7J ,'""/'• „
(^BRANDT II. Ded, bl, 679 enz., "
J«3J:
2.16,li, 30~4ȣ. I6l7.f.z+,zs-
I STUK.
-ocr page 534-
II. Deel.
AMSTERDAMS
468
derduitfche Akademie, in de graft, vervaar- 161&
digd hadt, op zeven fchuiten: in welken, 1
doode Prins Willem met zyn huisgezin, de
zeven Provinciën, en het blazoen der Ka-
mer, eene bykorf met het woord Yvek,
verbeeld waren. Ten volgenden dage, deedt
de Prins zig door de oude en nieuwe Stad
roeijen, en zag den Moord van Graave Floris
den V.
, op het tooneel der Nederduitfche
Akademie, vertoonen (1). Denvyfentwin-
tigften, vertrok de Prins met rytuig ter Stad
uit. Een half uur buiten dezelve, hadden
de oude Kamer en de Akademie wederom
vertooningen vervaardigd. Zyne Doorlug-
tigheid keerde naar den Haage (j); doch
of hy, geduurende zyn verblyf hier ter
Stede, eenige zaaken van gewigt met de
Wethouderfchap verhandeld of geregeld
i6i 8. dam O), die allen fterk gezet Waren op het
fpocdig houden der Sinode. En federt wer-
den , van wege de Stad, twee of drie Ver-
toogen ter Dagvaart van Holland ingele-
verd, waarby de Nationaale Sinode, met
agterftelling der Provinciaale, fterk werdt
aangepreezen (x).
Prins
         Maurits, Prins van Oranje, in May dee-
Maurits zes jaars, den Landdag in OveryiTel heb-
wordt, te bende by gewoond, begaf zig, verzeld van
Amfter- Don Emmanuel, Prins van Portugal, en van
SkTn andere Grooten, den drie entwintigften, te
gehaald. Kampen, fcheep naar Amfterdam, daar hy
treffelyk werdt ingehaald. OmtrentMuiden,
kwam'hem een groot getal van Jagten te
gemoèt, die 's morgens van Amfterdam ge-
zeild waren. De twintig vendelen fchutters
ende drie vendelen Stads foldaaten fton-
den, de eerften, op den dam en langs het
water, tot aan de nieuwe brugge, de an-
deren, van de Verkensfluis tot aandenNie-
zel, gefchaard. De Officiers waren met O-
ranjen-pluimen en fluijers uitgeftreeken. Zy-
ne Doorlugtigheid werdt eerft verwelkomd
door den Kolonel Jonas Witfen, die hem,
met vier floepen, te gemoet gezeild was.
De Prins tradt, op ftroom, over by den Ko-
lonel. De Koopvaardyfchepen vlagden en
vuurden : de Trompetters bliezen Wilhel-
mus van Naffowwcn.
Ten vyf uuren naden-
middag, voer de Prins , door de nieuwe
brugge, ter Stad in, onder 't losbranden van
zes ftukken gefchuts, die op de brugge la-
gen. Aan den dam, tradt hy op, over een'
ileiger,die met blaauw Laken bekleed was.
En hier werdt hy, door de gantfche Regee-
ringe, begroet. De oude Rederykers-Kamer
in Liefde bloeijende hadt, tuffchen de Waage
en den fteiger, eene fraaije zegeboog opge-
regt, met dit opfehrift, in 't Latyn:
BeMEDICTUS , QUI VENIT IN NOMINE DoMINI.
dat is,
Gezegend hy, die in 's Heeren naam komt.
Ook deedt zy hier verfcheiden' zinnebeeldi-
ge vertooningen, tot 's Prinfen eerc. Voorts,
werdt zyne Doorlugtigheid, langs 't water,
over de oude brugge, door den Niezel, en
over den Oude -Zyds- Voorburgwal geleid
naar de Verkensfluis, daar de Brabantfche
Kamer ook eenige vertooningen deedt ,
flaande op de eendragt, die zy, door 's Prin-
fen beleid, verwagtte. In 't Prinfen-hof
gekomen, zag zyne Doorlugtigheid, uit de
voorvenfters, de vertooningen, die de Ne-
fw) JVefol. Vroedfch. N. 12. 10 Jan. 21 Febr. 10 Maan
I6I8. ƒ. 53 verfo , ss , 5«.
(x) TlUGLAND. il, losl, 10*4. BAUDARt X, Beek, f.
*8, 2S.
hebbe, is my nergens gebleeken.
ftef'
In Utrecht, en in eenige Steden van Hol- A'"1
land, waren, ingevolge der Refolutie van f'!*]t
den vierden Auguftus des voorleeden jaars, p^i*
Waardgelders aangenomen , om de Wet- jvï^J
houders te befchermen tegen opfehuddin- & jjjt
gen , waaruit verandering der Regeeringe f" Jl'
gevreesd werdt. Maar x^mfterdam, en de^'i
Steden, die 't met deeze Stad eens waren, de ^«f
in deeze Refolutie niet bewilligd hebbende, in-
voegden zig, in den Zomer, by de meefte ^V
Provinciën, die , op den raad van Prinfes
Maurits , ter Generaliteit, beflooten , de
Waardgelders te doen afdanken (2). De
Prins begaf zig, ten deezen einde, naarU-
trecht. De Staaten van Holland deeden ,
ten zelfden tyde, eene bezending derwaards,
om de afdanking der Waardgelderen, ware
't mogelyk, te voorkomen. Doch deeze
bezending was vrugteloos. Zyne Doorlug-
heid gaf aan de Regeering van Amfterdam
kennis van het oogmerk der afgevaardigden
van Holland, en deeze bragt toen te wege,
dat de bezending naar Utrecht, door zes
Steden »Dordrecht, Amfterdam, Schiedam,
Enkhuizen , Edam en Purmerende , ter
Dagvaart van Holland, werdt afgekeurd.
Van wege deeze zes Steden, kwamen zelfs,
kort hierna, Gedeputeerden te Utrecht, om
den Prins de hand te bieden. De Waardgel'
ders werden toen afgedankt, en de Regee-
(y) Triumphe tot Amfterdam enz. gedr. ISIS.'
(z.) Refol. Vroedfch. N. 12, 245 *s, J»ly i6it.fi
62, «3.
(1) 't Is waarfcbynlyk het Treurfpel Geraardt-üUf
Velzen
van den Droflaard Pieter KorNELISzooJ*
Hooft geweeft , dat, in 't jaar 1613, in 't li<#j
gekomen , en voor 't eerft op de Nederduitfch^
Akademie vertoond was (Zie P. C. HooETS lee'
ven,
bl. 8) : en waarin de Fegt de opkomft Êlï,
loffelyke daaden van Prinfe Maurits breedfpraake"
lyk voorfpelde.
-ocr page 535-
XIII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
469
«18.
ring te Utrecht veranderd («). In Holland,
gefchiedde gelyke afdanking, by een Pla-
kaat der algemeene Staaten , welk, met
moeite, in de Steden werdt afgekondigd (Z>).
Het afdanken der Waardgelderen baan-
de den weg tot de ontydige verandering
der Regeeringe, in de meefte Steden van
Holland. Zy volgde kort op het gevan-
gen neemen van 's Lands Advokaat Olden-
barneveld,en van de HeerenHogerbeets en
de Groot, PenfionarilTen van Leiden en Rot-
terdam, 't welk, op den negenentwintigften
Auguftus, uit naam der algemeene Staaten,
gefchiedde. De meefte Leden van Holland
verftonden, dat, door dit gevangen neemen,
's Lands hoogheid gefchonden was, en wil-
den de gevangenen doen flaaken. Doch Am-
flerdam en de vyf andere Steden verklaar-
den zig hierop niet gelaft. Men befloot dan ,
alleenlyk te bewerken, dat ter Generaliteit
vooreerft niet voortgevaaren werdt met de
regtspleeging over de drie Heeren : gelyk
gefchiedde (c).
Doch kort hierna, begon Prins Maurits
de Regeering in de Steden van Holland ,
buitens tyds, te veranderen, eerft zonder
daartoe van de Staaten gemagtigd te zyn;
doch daarna, op verzoek der meefte Leden.
't Liep aan tot den tweeden November, eer
zyne Doorlugtigheid, ten deezen einde, ook
te Amfterdamverfcheen. Hy hieldt de ver-
andering hier ter Stede dienftig, onaangezien
de Refolutien op de Kerkelyke gefchillen,
by de Vroedfchap van Amsterdam, federt
eenige jaaren, genomen, volkomenlykvol-
deeden aan zyne inzigten; omdat dezelven
gemeenlyk met eene kleine meerderheid van
twee of drie ftemmen waren overgehaald;
Welke kleine meerderheid, by verfchei-
den' veranderingen, ligtelyk de minderheid
worden kon. Brandt heeft (d), uit een
Gefchrift van Episcopius, aangetekend,
dat de Vroedfchap van Amfterdam, op den
zevenden Ottober des jaars i6i7,beflooten
hadt, zig te voegen by de overige Leden
}?an Holland, in het bevorderen van eene
Ptovinciaale, niet Nationaale Sinode ; en
dat dit befluit, zonder veel tegenzeggens,
^et eene meerderheid van vyf of zes ftem-
^t^zou overgehaald zyn geweeft. 't Welk,
z° men 't aanneemt, bewyzen zou, hoe on-
^aft, zelfs ten deezen tyde , de befluiten
tiercVroedfchap ftonden. Doch Brandt
j^f heeft getwyfeld, of Episcopius om-
reflt dit befluit ook kwalyk onderregt ge-
817* ,BrAndt II. Deel, II. S04 , 807, SIï, jij glS,
(b\
*•
(c) j,R*NDT II. Deel, hl. izy , %zï.
weeft zy: en ik ben wel verzekerd, dat'er 1618.
niets van te vinden is, in de Regißers van
de
Vroedschap. De meerderheid heeft,
beflendiglyk , geftemd , voor het houden
der Nationaale Sinode, en alleenlyk voor
de Provinciaale, om de zaaken tot de Na-
tionaale Sinode voor te bereiden. Maar
deeze meerderheid was klein, gelyk wy,
meer dan eens , hebben aangemerkt: en
hierom hieldt de Prins de verandering voor
dienflig.
Tegen den tweeden November, wanneer Hy komt
de Prins, van Gouda, hier te gemoet werdt *n d,e
gezien , werden de twintig Kompagnien '
fchutters en de drie Kompagnien foldaaten
in de wapenen gebragt. Men ontving zyne
Doorlugtigheid, met alle betoog van eere.
Hywas, te fchepe, over de Haarlemmer
Meer, gekomen tot aan den Overtoom,ter
halverwege van welken,hy, door de Kolo-
nellen Jonas Witfen en Geurt Dirkszoon, met
gewapende floepen, -ontmoet werdt. Hy
tradt in hunne floep, en voer,met dezelve,
ter Stad in, tuffchen de fchutters en foldaa-
ten, die langs de burgwallen ftonden, en
wakkerlyk vuurden. Aan 't Prinfen - Hof,
werdt zyne Doorlugtigheid, door Schout en
Burgemeefleren, ontvangen (e). Ten vol-
genden dage, deedt hy de gantfche Vroed-
fchap op het Stadhuis byeen roepen. Zy
beflondt thans uit de volgende Perfoonen:
Jan Jacobszoon Huydecoper , Cornelis Pie-
terszoon Hsoft
, Jan de Biffchop, Roelof Eg-
bertszoon, Jacob Pieterszoon Copit
, Reinier
Pauw
, Jacob Gerritszoon Hoing, Claas Ja-
cobszoon Couckebacker, Tsbrand Bon
, Horman
van de Poll, Pieter de Vlaming, Jonas Wit-
fen
, Doftor Pieter Schaap, Jonas Joriszoon,
Doftor Dirk Bas, Pieter Matthyszoon, Doc-
tor Sebafiiaan Egbert szoon, Jacob de Graeff,
Berthout Cromholt
, Doftor Volkart Overlander,
Doftor Johan ten Grootenhuys, Dirck de Vla-
ming
, Roeten Ernfl , Jan Pieterszoon de
PVith, Jacob Poppe, Abraham Boom
, Lau-
rens Janszoon Spiegel, Jan Gysbertszoon
,
Adriaan Pieterszoon Raap, Jan van Hoorn,
Hillebrand Schellinger , PVernerd Ernfi van
Baffen,
Doftor Dominicus Heemskerck, Ja-
cob Jacobszoon Hinlopen
en Claes Jacobszoon
Iiaringcarfpel.
De Prins , uit naame van Ver-
den Raad, door den Schout afgehaald, en[^t
in de Vergadering der Vroedfchap verfchee- yroe^_
nen zynde, verklaarde „ dat hy hiergeko- fchap,e
„ men was, om volgende den laß van de re- ontflaat
gier der en van 't Landt, defehe fefjendeftich dezelve
Raden te bedancken van haren dienfi, endevhaa-
?oger-
«ft.
?6s
aijj-;
CIts
S te
o*
. ren eed.
met eenen te ontflaen van den eed, dien zyT
„ luyden als Vroetfchappen
gedaan hadden;
mits-
26a
Holl. z», 30, 31 Aug. I6J8. hl, 2Sj, ijg,
(d) il >-.z«3
(e) Ttïumph. inkomfte des Frincen vanOrang.^wfr.iin.
Ppp 2
-ocr page 536-
II. Deel.
AMSTERDAMS
470
zo dat men goedvondt, uwe Vorflelyke i6$-
Doorlugtigheids tuffchenfpraakenbemid- .
deling daarover te verzoeken: waardoor
die verfchillen, eindelyk, waren neder-
gelegd. Des agt ik my gelukkig , dat ik
myn gemoed, in deeze geftelteniile van
zaaken, voor uwe Vorftelyke Doorlug-
tigheid, moge ontladen. Ik zal anders
niet zeggen, dan dit weinige: dat de ge-,
heele Vergadering van deezen Raad, by
duuren eede, verbonden was, tot voor-
ftand van de Voorregten en Vryheden ,
deezer Stede, en dat zig de Heeren Raa-
den daarin, tot nog toe, met groote een-
dragt en zorgvuldigheid, gekweeten heb-
ben, met naame omtrent drie punten, die
my nu in den zin komen: eerfi, om, by
middel van arreft op perfoonen of goede-
ren , alhier jurisdictie te fundeeren, en
allerlei zaaken bankvaft te maaken : 't
welk fomtyds, met groote moeite enon-
luft, tegen eenige Steden, met naame
tegen Middelburg en Rotterdam, is ge-
handhaafd : ten anderen , het Privilegie
de non evocando, medebrengende, dat men
geene burgers voor eene vreemde Vier-
fchaar of Regter betrekken mag: ten der-
den
, dat geene burgers in gevangenis
mogen gehouden worden, als zy vermo-
gen borg te Hellen, om, ter aanmaanin-
ge des Regters, voor 't Geregt te ver-
fchynen. Doch deeze punten zyn niet
te vergelyken, by de punten, die nu in
gefchil ftaan. 't Is wel waar, dat het wei-
vaaren van den Staat de opperfte Wet
zyn moet; maar ik houde het daar voor,
dat zelfs niemant uit den Raad, ter zaa-
ke van de ftrydigheid der gevoelens, die
fomtyds in den Raad geweeft zyn, eenig
befluit poogde te maaken tot nadeel van
de Leden , die de minfte Hemmen uit-
bragten, als of die niet, zo wel als de
anderen, voor eerlyke, voor vroome lui-
den , en voor goede Patriotten en tegen-
ftanders van Spanje , beftaan mogten. Kn
hoewel die Heeren, welken de minfte
Hemmen hadden, hun inzigt en gevoe-
len van de zweevende gefchillen , met
goeden ernH, volgens hunnen pligt, voor-
Helden; zo heeft nogtans niemant hunner
zig ooit eenig complot, of iet diergelyks
in 't minfl onderwonden, om de anderen,
met flinkfche middelen, te verkloeken:
waardoor de zaaken ook zyn uitgevallen,
gelyk men nu ziet. Die ook de Verga-
dering der Heeren Staaten van
Holland
en der Generaliteit wat veel bezogten»
weeten,watflrydigheden en hevighedefl
daar menigmaal onder de Leden voorvie-
len ; hoe dikwils de zaaken werden uit-
1618. j> mitsgaders van den eed ende't rechtet welck   
' „ haar, als Schepen ofte Raed (2) geweeft   
hebbende, int kiefen Van Burgermeefier en,   
„ is loecommende." Hy voegde 'er by „ dat   
„ hy gaarne van deezen lafl verfchoond   
„ ware geweefl; doch dat de tegenwoordi-   
„ ge hooge nood endienflvan 't Land zulk   
„ eene verandering vorderde, die ook reeds   
„ in meer andere Steden gefchied was;op   
„ dat de misverflanden en oneenigheden,   
„ beide in Kerkelyke en Staatszaaken, die   
„ eenen tyd lang in't Land geweeH waren,   
„ eens nedergelegd, en diergelyke zwaa-   
„ righeden, in vervolg van tyd, voorko-   
„ men mogten worden (ƒ)." Zo dra de   
Prins uitgefproken hadt, begondendeliee-   
ren op te Haan, om te vertrekken. Doch   
de Oud-BurgemeeHer Kornelis Pieterszoon   
Hooft, zulks befpeurende, vondt goed, den   
regeerenden Burgemeefteren Jakob Gerrits-   
zoon Hoing en Doftor Dirk Bas (de anderen   
twee, Barthold Kromhout en Jacob Boelens,   
waren niet tegenwoordig) te vraagen, of zy   
daarop niet begeerden te zeggen1?Zy zeiden,   »
neen: en niemant anders openbaarde zig, om   s,
Dg Oud- iet te fpreeken. De Heer Hooft verklaarde 
Bürge- toen „ dat hy zig, gemoeds- en eedshalve,   
Hoof" " gedrongen vondt, een weinig te zeggen,"   ,,
ver. en verzogt'er verlof toe van zyneDoorlug-   ,>
zoekt, tigheid, met byvoeging „ dat hy anderszins   
dat de _ „ zwygen zou." De Prins bewilligde in
zyn verzoek: waarop hy, op deezen zin,
Raadniet
bedankt
worde, aanhief:                                                   
,, 't Zal, doorlugtige Vorft, op Licht-   
„ miffe eerftkomende, vyf en dertig jaaren 
,, zyn, dat ik in den Raad ben beroepen,   
„ en geduurende al dien tyd, heb ik myne   
„ genegenheid tot het huis van Nailau dik-   
„ wils betoond. Dikwils ben ik, van dee-   ,,
„ zer Stede wege, ter Vergaderinge der   
„ Heeren Staaten van Holland, ook ter Ge-   
„ neraliteit, verfcheeilen. Verfcheiden' mis-   
„ verftanden zyn, in dien tyd, tuffchen   
j, deeze Stad en de Steden Haarlem en   
„ Leiden ontftaan, die ter fcherpe, gereg-   
,, telyke en andere handelingen uitborflen,   
„ en gefchaapen waren, hooger te loopen,   
(f) Refol. Vroedfch. n. 12. 3 Nov. 16I8. ƒ. S;.
(2) 't Woord Raad fchynt hier wat oneigenlyk.
Niet de Raaden, maar de regeerende en Oud-Bur-   "
gemeefteren en Schepenen hebben regt tot hetkie-   '5
zen van BurgemeeQeren. En dit 's miffchien de   
reden geweeft, waarom fommigen, in het te boek
Hellen van 's Prinfen aanfpraak , het woord Raad
agterwege gelaaten hebben. Zie Brandt II. Deel,   "
bl. 867. 't Welk wv egter niet hebben durven   »>
navolgen, om dat dit woord, niet alleen in de Lyfi   
der Regeeringe voor de Handvefien ; maar ook in   
de oorfprongkelyke Regißers der Vroedschap, ge-   '
vonden wordt. Ook kan men het mogelyk opvatten   "
in den zin van Burgemeeßer, ge\yk het zo, in oude   j>
Privilegien, voorkomt. Zie Handv. bl. 25 [13].     j,
-ocr page 537-
XIII. Boek.
GESCHIE
471
ris van de WilTelbank. De gemaakte ver-
anderingen in de Steden werden, den zes-
tienden November, goedgekeurd door de
Staaten van Holland, met verklaaring, dat
niemant daardoor zou mogen geagt wor-
den, in zyne eer, goeden naam en faam,
gekwetft te zyn (k).
In dit veranderen der Regeeringe, zo wel
" in andere Steden, als te Amfterdam, be-
diende Prins Maurits zig gemeenlyk van den
raad der zulken onder de Regenten, die
meeft voor de Nationaale Sinode geyverd
hadden, en deeze gelegenheid waarnamen,
om hunne vrienden in de Regeeringe te
brengen. Doch fommigen hebben aange-
tekend , dat één der Amfterdamfche Re-
genten, die zeer groot of het meefte gezag
hadt in.de Regeeringe, en byna alles naar
zynen zin befherde, ten deezen tyde, van
zyn' loozer verfchalkt werdt, die een zyner
partyen, tegen zyn oogmerk, op 't kuffen
wift te doen houden, een ander daaraf te
doen fchoppen, en dit bedryf zelfs ten zy-
nen lafte te doen brengen. Met al't welke,
het zig omtrent in deezer voege zou hebben
toegedraagen. Zeker Oud-Burgemeefter,
zo ik vermoede Reinier Pauw, een yverig
voorftander der Sinode, bevondt zig, om-
trent den tyd van de verandering der Re-
geeringe , veeltyds, in den Haage, om met
den Prinfe te fpreeken. Ten zekeren dage,
begaf hy zig naar Amfterdam, om met de
zynen, in 't geheim, te overleggen,welke
Leden der Vroedfchap men aan zyne Door-
lügtigheid opgeeven zou, om bedankt te
worden. Men vergaderde, ten deezen einde,
op eenen nagt, ten huize van zekeren ver-
trouweling in de Warmoesftraat. Hier werdt
men genoegzaam eens over eene lyft van
naamen , die men eenen der regeerende
Burgemeefteren deedt fchry ven, of gefchree-
ven overgaf, om aan den Prinfe behandigd
te worden: waarna de beleider des werks
wederom naar den Haage vertrok. Op de
lyft was ook gefield de naam van zekeren
Óud-Schepen en Raad, in weerwil van ie-
mant, die 't, in de nagtvergadering tegen-
woordig zynde, niet hadt können keeren;
doch daarna zyn verftand fcherpte, om zy-
nen vriend te redden. Hy vervoegt zig, in
flilte, ten zynen huize, ontdekt hem, onder
eede, wat ten zynen nadeele beflooten was,
en raadt hem, dien flag met eenen trek te
verzetten, door middel van zynen broeder,
die met de dogter des Burgemeefters, aan
' wien de Lyft ter hand was gefield, gehuwd
was. Hy volgt dien raad, keert zig tot zy-
nen broeder, die, op zyn verzoek, zy-
, ,                     nen
(& Zie Vaderl. Hift. X. Dttl, il. j8} en^
PPP 3 ■'•
*6i8.
„ gefield, van de eene Dagvaart en Verga-
„ dering tot de andere, tot datzy, na lang
„ geduld , nog eindelyk tot eene goede uit-
55 komft zyn gebragt, zonder dat men ooit
;) heeft gepoogd, op dusdanig eene wyze,
5, tegen iemant te handelen. Indien men
s, zulks, in diergelyke verscheidenheid van
5, gevoelens, zou hebben gedaan, 't zou
5, een werk zonder einde, en dikvvils te doen
35 geweeft zyn. Dies bid ik uwe Vorftelyke
3, Doorlügtigheid , dat het hem gelieve ,
„ deeze goede Stad, en deeze eerlyke Ver-
„ gadering te verfchoonen, naar behooren."
's Prinfen antwoord was kort. Befievaer,
zeide hy, 't moet nu voor decz' tyd zo zyn.
De nood. en dienfl van 't Land vereifchen het
(g). En op dit woord, fcheidden de zes en
dertig Raaden. Doch terftond daarna, wer-
den zy allen, op zeven na, wederom in hun-
ne waardigheid herfteld. De zeven, die
verlaaten bleeven , waren Ysbrand Ben ,
Herman van de Poll en Pieter Matthyszoon,
Oud-Schepenen, Doélor Sebaftiaan Egberts-
zoon en Jakob de Graaf, Oud-Burgemeefte-
ren,Dirk de Vlaming van Oudshoorn, Oud-
Schepen, en Laurens Janszoon Spiegel,re-
geerend Schepen. In derzelver piaatfen ,
Werden tot Raaden aangefteld Gillis Janszoon
Beth
, Arend Pieterszoon van der Burg, Pieter
Egbertszoon Fmk
, Jakob Pieterszoon Hoog-
kamer
, Simon van der Does, Henrik Hudde en
Doëtor Albert Koenraadszoon Verburg oïBurg.
Waarna zyne Doorlügtigheid denRaaden den
eed afnam, en verklaarde „ zyne meening
3> geenszins te zyn, dat dit werk ftrekken
„ zou tot nadeel of vermindering van eeni-
„ gen deezer Stede Priuilegien, Coußuymen,
Fry- ende Gerecbtigheydcn:" te gelyk den
Secretaris, Jacob de /-/<MK,belafteride,van
't voorgevallene aantekening te houden (h).
Voorts, fchreef de Prins, den twee-entwin-
ügften January des volgenden jaars „ te
•>■> verftaan, dat zy, die, onder de nieuwlings
55 aangeftelde Vroedfchappen, Schepenen
as geweeft waren, ook het regt hebben zou-
55 den, om Burgemeefteren te helpen kie-
j> zen(ï)" De regeerende Burgemeefteren
en Schepenen bleeven, wyders, in hunne
bedieningen. Ook behielden de ontilaagen
Vroedfchappen hunne andere dienden. Lau-
rens Janszoon Spiegel bleef Schepen; Doc-
j*>r Sebaftiaan Egbertszoon , Thefaurier;
^errnan van de Poll, Weesmeefter; Ys-
brand Ben, Commiffaris der Huwelykfche
2a.aken ; Pieter Matthyszoon , AiTurantie-
lïleefler, en Dirk de Vlaming, Commiffa-
Vef} fant=k. van Bürgern. C. P. Hooft by Brandt II.
(h) t'•'*«7.
(i) R r Vrocdfch. N. 12. 3 Nov. TI5I8. ƒ. gj vtrß.
J
*-cfol. Vioedfch. H. 12. zsjan. i6lj>. ƒ. 7zverft>.
ióiS,
Voorval,
ter gele-
genheid
van dee-
ze ver-
andering
der Re-
geerin-
ge.
*°8tans<
Sa
</ 2e-
-ocr page 538-
AMSTERDAMS              II. Deel.
472
„ agtig; maar dat men men daarom, eeni- iói"*
„ gen van de af gezetten inlaatende, juift,
„ van de jongften zou beginnen, heeft
„ gantfch geene reden. Laat ons liever van
„ de oudften beginnen, ,of van zulken, wel-
„ ker ouders, om de vryheid, in den ker-
„ ker moeften treuren, en na hunne dood
,? op fchavotten zyn onthalsd; gelyk aan
„ den Vader van Doclor Sebaftiaan Ég-
„ bertszoonisgefchied(Z)." Endeezereden
hadt klems genoeg, om hem, dien men zogt
te herftellen, te weeren. Doch in de plaats
van een' der bedankte Vroedfchappen in te
brengen, vondt men geraaden, zekeren an-
deren Heer tot deeze waardigheid te ver-
kiezen : en door deezen, ook gehuwd met
eene Dogter van den bedankten Regent,
den Schoonvader voor altoos uit te fluiten
van de Vroedfchap , en de vyandfehap
tuffchen.hem en den Burgemeefter , dien
hy zyne afzetting , hoewel ten onregte ,
weet , onverzoenlyk te maaken. De af-
keerigheid tiüTchen de twee Burgemeefters
wies daarna zo hoog, datze op het punt
ftondt van tot daadelykheid uit te barften.
Het bedryf van den eenen, in 't veranderen
van't briefje, gaf ongetwyfeld aanleiding"
tot groote oneenigheid, die men houdt dat
nog meer toenam, ter oorzaake van hunnen
twift over zeker treffelyk ampt, waar elk
hunner eenen zyner vrienden zogt in te
dringen. Men verhaalde ook, dat zeker
ander Heer, die te vooren de zyde van dien
beleider der zaaken plagt te ftyven, insge-
lyks door een ampt, waarover gefchil viel,
van zyne party werdt afgetrokken. Ook
ontfehoot het hem met eenen der nieuwe
Vroedfchappen, een man van verftand en
geleerdheid, die hem eerlang tegen viel.
Onder de oude Heeren , waren, behalve
de genen , die over de zweevende gefchillen
altoos van een ander verftand waren ge-
weeft, ook eenigen , die , in 't kort, de
dingen anders inzagen en hem tegen gingen;
't welk, eerlang, gelegenheid gaf, dat men
den ftuurman, die, naar men 't federt be-
greep , het fchip tuffchen de barningen ee-
ner 'ftrenge ftiptheid byna verzeild hadt,
voortaan, van 't roer der Regeeringehielde
(m): waaruit, binnen weinigejaaren,groo-
ter gemaatigdheid ontftondt in 't beftier
deezer Stede,gelyk, uit het vervolgdeel
gefchiedeniffe, bïyken zal.
                            M
De Nationaale Sinodete Dordrecht be-^iv
gon haare zittingen, weinige dagen rm dat de-
de Regeering te Amfterdam veranderd was, üf
De Leer der Remonftranten werdt, eer-
iang)
(7) Zie II. Veel, VIII. Beet, tl- 311.
{m) Zie BRANDT II. Deel, il. t6s enz.                           ,
nen Schoonvader met deeze woorden aan-
fpreekt: Wel Fader, wat hoor ik ! zal myn
broeder afgezet wordend En zult gy toelaaten,
dat myne en uw dogters kinderen
, uwe kinds-
kinderen, in tyd en wyle,zullen moetenhooren,
dat hun Oom, als een Landverraader
, uit de
Wet gezet is ?
De Burgemeefter, de fchou-
ders ophaal ende, zeide : Wat kanik 'er tegen
doen ? 't Is te laat.
De ander hervat toen,
volgens't ingeeven van dien bedekten vriend:
't Is nog niet te laat. Ik weet raad, om my-
nen broeder te redden. Schrap zynen naam uit,
en zet een ander,
dien hy noemde, in de
f laats, die u voor deezen zo fchendig gehoond
heeft.
De Burgemeefter laat zig beweegen;
maakt, zonder veel oveiiegs, de verande-
ring in 't briefje, en levert het den Prinfe,
die den inhoud, naarkomt, en onder anderen
den Heer, dien men, in de plaats van den
uitgefchrapten,hadtgefteld, afzet. Deez',
die eene zyner dogteren befleed hadt aan
eenen der zoonen van den Oud-Burgemees-
ler, dien men hieldt het voornaam beleid
deezer veranderinge gehad te hebben, wee-
tende wat hy by den Prinfe vermögt, ge-
loofde het ergfte, gaf hem de wyt van 't
gebeurde, duidde het ten kwaadfte , en
verboodt zelfs zynen Schoonzoon zyn huis.
Wat de Oud • Burgemeefter daartegen be-
tuigde, om zig te verontfchuldigen,'t mögt
niet helpen, 't Is waarfchynlyk, dat hyden
Burgemeefter, die de lyft overleverde, be-
tigtte; die 't veelligt ontkend, of op eene an-
dere wyze ontlegd heeft. Ten naaften jaa-
re, zogt de Oud-Burgemeefter de breuk te
heelen, en zyns Zoons Schoonvader te doen
herftellen. Hy verwierf voorfchryvens van
hoogerhand aan de Regenten van deezen
inhoud: „ Naardien 's jaars te vooren, in
„ de meefte Steden van Holland, eenige
„ Regenten van hunne dienften verlaaten
„ waren, met zulken verftande , dat der
„ Steden Privilegien daardoor niet zouden
ï, worden verkort, noch de verlaatenen in
,, hunne eer , goeden naam en faam ge-
„ kwetft, volgens de verklaaring der Staa-
„ ten van Holland van den zeftienden No-
„ vember des gemelden jaars; zo vondt
„ men goed, om redenen van gewigt, wel
„ ernllelyk te verzoeken en te begeeren,
„ dat de Heer N- N. wederom inde Vroed-
„ fchap gelaaten of gefteld werdt." Doch
op 't leezen van deezen brief, ftondt een der
oudfte Raaden, 't zy Jan Jakobszoon Hui-
dekooper of Kornelis Pieterszoon Hooft,
want dit 's onzeker, op zyne beurt, op ,
zeggende : „ 't Gene daar gefchreeven
„ wordt van de afgezette Heeren, dat zy,
„ door die verlaating , in hunne eere en
„ goeden naam niet zyn gekwetft, is waar-
-ocr page 539-
XIII. B
GESCHIEDENISSEN.
OEK.
473
^'9. lang , in dezelve , veroordeeld. En kort ken.' Alleenlyk vind ik, dat diergelyk een
n>irs hierna, fpraken vierentwintig Regters, uit Verzoekfchrift, in Juny, aan de Staaten van
1619.
itie de alle de Provinciën, doch voor de helft uit Holland is overgeleverd: waarop
een on-
h^V ^°H""d, verkooren, het vonnis uit over de gunftig antwoord kwam, welk, onder
an-
j*ereD, ^rie gevangen Heeren , Oldenbarneveld , deren, door de Stad Amfterdam, werdt
&t Hogerbeets en de Groot. Men weet, dat goedgekeurd (q).
de eerfte onthalsd, en de twee laatften tot ' Ondertuffchên, hielden de Remonftran-piak-a
eene eeuwige gevangenis verweezen en naar ten deezer Stad, den drie-entwintigftenju- ten te-
Loeveftein gevoerd werden. Onder de vier- ny, eene Godsdienftige Vergadering buiten |ca
de
entwintig Regters, was ook Reinier Pauw, de Heilige-Wegs-poort in eenen tuin ( O-tomt"-™"
Burgemeefter van Amfterdam (»). En eer Diergelyke vergaderingen waren ook te Oud- fch'e Ver-
't vonnis nog geveld was, ftrooide men, dorp buiten Alkmaar gehouden, en by Pia- gaderin-
hier ter Stede, een vinnig gedrukt fchimp- kaat van den Hove van Holland van den ne- gen'
fchrift tegen den Prinfe van Oranje, tegen genentwintigften May, onder zekere geld-
de Regters , en tegen de Dordrechtfche Si- boete, verbooden. Doch by de Staaten van
node: 't welk het Geregt zo zeer mishaagde, Holland werdt, federt, geraadpleegd op het
dat 'er, by eene Keure van den twintigften inftellen van een nader en fterker Plakaat
Maart., honderd ponden vlaams beloofd tegen de Remonftrantfche Vergaderingen,
werden aan die den maaker, drukker of ver- Zy deeden 'er een Ontwerp van maaken door
fpreiders van het zelve wift aan te wyzen(o). 't Hof, welk, federt, door de Edelen en
DeRemonftrantente Amfterdam fielden, Steden, ook door Amfterdam (ƒ), goedge-
weinige weeken na dat hunne Leer in de keurd werdt, en, naar alle waarfchynlyk-
S
5»e
ge-
efter
h
He
%
i^- Sinode te Dordrecht veroordeeld was, een heid,op den naam der Staaten van Holland,
V'tye verzoekfchrift in, om vrye Godsdienftoefe- zou uitgegeven geweeft zyn, zo de andere
tSL%s
Zy vertoonden, in het   Provinciën, het Ontwerp gezien hebbende,
dat de hoogeOverheid,voornaam-   niet raadzaamer geoordeeld hadden, dat
ij lyk, behoorde te zorgen, dat de ingeze-   het Plakaat, op den naam der algemeene
s> tenen in hunnen Godsdienft, en indebe-    Staaten, ingefteld, en in alle de Provinciën
s> tragtinge der Godzaligheid niet verhin-   afgekondigd werdt, gelyk, hier wat vroe-
jj derd werden; dat zy,zyndevan aanzien-   ger, elders wat laater, gefchiedde (t),
55 lyken, middelbaaren en laagen ftaat, zig, 't Plakaat, welk alle Remonftrantfche j7en (]er;
;s> tot hier toe, gehoorzaamlyk en getrou-   Vergaderingen, en alle verzameling van zei ven
3> welyk gedraagen hadden, fchot en lot   penningen , tot onderhoud derzelven, op wordt te
to gegeven, en ook alles gedaan, wat tot   zwaare boeten verboodt, was, den derden^faefg"e.
'5 behoudenis van 't Vaderland noodig en   July, gedagtekend, en werdt, eerft den ne- kondigd."
15 dienfüg geweeft was ; dat zy ook nog   gentienden , hier ter Stede, afgekondigd.
5, bereid waren, voor het zelve, goed en   Twee dagen te vooren, op den zeventien-De Re-
5> bloed op te zetten; doch dat zy het daar   den, zynde een Woensdag, hadden de Re-J"0"
ftranten
aan hier
s> voor hielden, dat'men hun geene minde-   monftranten, hier ter Stede, nog gepredikt,
>» re vryheid behoorde toe te laaten, dan    des.nagts tuiïchen tienen elf uuren, in eene voort""
s> anderen Chriftenen hier te Lande werdt   heimelyke Vergadering, ten huize van Pie- met het
55 vergund; en ook den Jooden binnen Am-   ter Joofien, op de Waal by de Montelbaans- houden
'5 fterdam, uit geen ander irizigt dan van   tooren. Doch deeze Vergadering werdt ^ai] ^ei"
55 voordeel in 't ftnk van den Koophandel,   befpied, door eenen Makelaar , die 'er , vergade-
»5 DatFrankryk,Poolen engantfchDuitfch-   zonder vraagen, ingegaan, en voor een'an-ringen.
» land ondervonden, wat flerkte en magt   der' aangezien was. Binnen zynde, konhy
hun de vryheid van Godsdienft gegeven   niet meer dan drie of vier perfoonen beken-
" hadt. Dat men hierom, in de genieene   nen, doordien 'er flegts een klein eind kaars
äs Regeering van deezen vryen Staat, hun   in den fchoorfteen hing. Doch na de preeke,
5» de waardigfte en koftelykfte van alle   volgde hy den Predikant, en zag waar de-
s> ^hatten , den Godsdienft en 't gehoor   zelve inging: daar egter niets meer op volg-
5> des Goddelyken woords niet behoorde te   de. De afkondiging van 't Plakaat belettede
55 °nthouden, naardien zy, in goeden ge-   de Remonftranten niet, voort te gaan met
55 ^oede , met de Contraremonftanten ,   het houden hunner heimelyke Vergade™-
C>o^lene gemeenfchap houden konden (f)"   gen. Zy kwamen, op Donderdag den vyf-
Verd °^ en waar ^ verzoekschrift ingele-   entwintigften, wederom, ter zelfder plaat-
01 ^erdt, is my nergens klaarlyk geblee-                                                                         fe,
(«} v-. ,                                                                              (c) Refol. Vroedfch. 2*. **• ,2+ j"' lSJ9' f- 79 vtrfi.
<°)kÏ»'A- Hift. X. Deel. bl. 3+1.                                '            (/) Zie BRANDT III. Deel, H-7f°.
vtJ *'e Brandt III. Deel, bl. 757,                                     (/) brandt Hl. Deel, bl. 75+ «»».
-ocr page 540-
II. Deel.
AMSTERDAMS
474
&°'
magh menfe maer ten hooghflen uitbrengen*
dan 't fluiten is, men magh met geen vreem-
den handelen.
Over den inhoud van dit briefje, werd£
Stochius, die zig voor een Lid der Univer*
fiteit verklaard hadt, naauwkeuriglyk on-
dervraagd. Hy hadt reeds bekend, eenige
penningen verzameld te hebben, ten behoe-
ve der Remonflranten: ook dat 'er, in Au-
guftus, zo hy meende, aan den Predikant
Adriaan vanden Borte, tot verval van eenige
koften, zekere penningen gezonden waren
door Rem Egbertszoon BilTchop, dien hy
verklaard hadt, te vermoeden, dateenige
geldverzameling gedaan hadt. Ook hadt hy
beleeden, dat Jan Willemszoon UJJelink, een
yverig Remonftrant te Amfterdam, naar
"den Haage, Delft en Rotterdam gereisd
was, om te zien wat 'er ingekomen ware;
doch dat hy geklaagd hadt, dat 'er weinig
inkwam. Diergelyke geheimen oordeelde
men ook in het briefje vervat te zyn, 't welk,
dagt men, geheel in verbloemde bewoor-
dingen was opgefteld. De vifch, daarin
vermeld, was, meende men, een zak met
geld: de viffcher een geldverzamelaar,van
wien verhaald werdt, dat hy by nagt enon-
tyde veel ontving. Doch Stochius betuig-
de, hoog en duur, dat hy inderdaad Stok-
vifch van Rem Egbertszoon ontvangen hadt.
.En deeze heeft naderhand gefchreeven, dat
hy hem vyfentwintig pond Stokvifch hadt
toegezonden, die van den Stokvifchkooper
Adriaan Jakohszoon gekogc was. Ook ver*
flondt hy, door de viifchery, by donkere
lugt,deheimelyke Predikatien (V); en doof
den Vader van Jakob, Izaak Frederici, voor-
heen Predikant te Utrecht, die thans voof
de Remonflranten te Amfterdam predikte»
Wyders, werdt Stochius ondervraagd, ovef
't gene hy met Rem, wegens Stade, had£
gefproken ; en hy beleedt, dat zy famefl
overlegd hadden, om zig, als zy 't hier nie*
langer houden konden, aldaar neder te zet'
ten, zonder dat zy iet bellooten, veel va$
ondernomen hadden, andere ingezetene!»
derwaards te troonen. En deeze bekentend
kwam ook overeen, met het gene Rem Eg'
bertszoon BilTchop, naderhand, gefchree'
ven heeft Qw). Men vertoonde den gevat*"
gen ook eene Lyft van naamen, door ReJ*
gefchreeven, willende , dat hy verklaar^
zou, wat daarmede gemeend werdt. t»;
zeide, dat het Rems hand was, doch vei'
klaarde, de naamen niet te kennen. M^
onderzogt hem nog over verfcheiden' an^'
re punten. Hy liet zig, eindelyk, bewc6'
fe, byeen. Doch ook by nagt en zeer ia
flilte (u). En deeze vergaderingen werden
aangehouden , zonder dat my bekend is, dat
zy, voor 't jaar 1621, op eenigerhande wy-
ze, gefloord werden.
1619.
vraag"*
V0
i^-
Rem Eg*
terts-
zoon Bis'
fchop
raakt in
ongele-
genheid.
IÖ20.
Maar in den aanvang des jaars 1620 ,
raakte Rem Egbertszoon BilTchop, wiens
huis, drie jaaren te vooren, door 't graauw,
geplonderd geworden was, in nieuwe onge-
legenheid. Te Leiden was, op den dertien-
den January, in hegtenis genomen Paulus
Stochim,
-die, in 't jaar 1618, van zyne
Stoc
Vroedfchapsplaats verlaaten , en nu in 't
vermoeden geraakt was, dat hy zig ophieldt
met het verzamelen van penningen, ten be-
hoeve der Remonftrantfche Predikanten en
Gemeenten. In 't gaan naar den kerker,
hadt hy twee brieven laaten vallen, die ,
door Rem Egbertszoon Biifchop, aan hem
gefchreeven waren. Zy waren door den
Schout opgeraapt, en den Wethoudëren ter
hand gefield. Een deezer brieven luidde
als volgt:
2yn           Ecrfaemc byfondre gunflige Heer en Vrundt,{
brtefaan D'uwe alle beyde van 't verflooren der Armi-
Paulus nianenfyn my geworden, en daer uit heb ik
Stochius, erÏCn [jQg Öderen in laß geweeß is, en meer
Vroed- met hem in groot prykel. Geboft fy Godt, die
fchap te 'tfoo gewendt heeft. O Godt, f aldit altydtfyn,
Leiden. en nimmermeer enden ? Wat füllen wy doen ?
Den Heere bidden. Wy hebben gefondigt. Hee-
re vergeeft het ons. 't Is my lief dat gy hoops
bebt, dat het aen dien man goed doenfal't Ont-
wyken is befi. Ditmael. Uw brief ken f al ik
daetelyk gaen beflellen, en morgen, met Godts
hulpe
, foo der cenfehuit vaert, vifch fenden.
Mynfchip is noch niet gekoomen. God bewaer
het voor ongeluk, 't Heeft my defenfoomer al
wat getroffen. Patientie. Ik foude u al eer heb-
ben geantwoord
, dan hadde hoope [_dat~] de
fchuiten eer gevaeren fouden hebben
, en dat ik 't
dan met de vifch te gelyk Jou hebben gedaen,
Wynant heeft nog niet ontfangen ,foo my fyn
dochter gefeit heeft
, of 't is u gefunden. Van
Staeden weet fy niet, dan van Nieumegen is
een brief aen U gekomen en voortgefonden. An-
ders ditmael niet noodig hebbende te fchryven,
beveele Uw E. in Godes bewaeringe
, en fyt
van herten gegroet
R. E. Bisschop.
rjÄ
«je»
,„1
Onder flondt gefchreeven:
Hier gaet het redelyk , magh 't foo blyven. De
vifjchery is goed by defi nevelige donkre lucht.
De Vader van Jacob is een goed vijjeher: brengt
hier goede waeren ter markt
, die fchynen aen-
genaem te weefen
, en füllen profyt geeven,
(») Zie Brandt III. Deel, bl. ss*.
., by Jan Ë-ieuwettz. hl- *4'-'i*<
. by jan Bieiwenz. *'• J+r'
ft/) Brieven gedrukt l66z
(w) Blieven gedrukt 1661
-ocr page 541-
XIII. Boek.
GESCHIED ENI S S E N.
475
%o.
haar, vervolgens, in een ander vertrek gaan, 1620.
en leide in beraad, of men haars mans Comp- Zyn
toir of Schryf kamer ook door 't Gere°t zou Comp-
laaten bezoeken. Schepenen gingen byBur-toir,
gemeefteren : ook zag men Burgemeefter "S
Pauw in Schepens kamer gaan. Sommige zogt.
Schepenen zogten 't bezoeken te voorko-
komen, en verftonden, dat men 'er niet by
overftemming toe befluiten mögt. Doch
eindelyk werden de Schepenen, Jakob Hoog'
kamer
en Albert Koenraad Burg, gemagtigd,
om, nevens den Schout, Willem van der
Does,-Rem Biffchops Comptoir , brieven
en papieren te doorzoeken : 't welk, ter-
ftond , eer de vrouw nog t'huis kwam, in 't
werk gefteld werdt, en drie of vier uuren
duurde. Men vondthier verfcheiden' fchrif Watmen
ten, die de Heeren medenamen: onder ande- daar
ren, hetaffchriftvan eenen brief, door Rem vondt?<
gefchreeven, over de verandering der Re-
geeringe in Holland, in 't jaar 16x8, waar-
in gelezen werdt: Is dit zefligjaarige oud-
heid?^ Is weieene goddelooze Calvinifcheflout-
heid ?
voorts een' brief van eenen Daniel
Hiole
uit Dantzig, die Rem bedankte voor
een toegezonden verhaal van 't gene op de
Dordrechtfchc Sinode omgegaan was, en
voor 't gene, desaangaande, in druk was
uitgegeven, en hem toegefchikt: nog twee
brieven van den ProfefTor Episcopius, twee
affchriften van Pasquillen, en eene lyftvan
dertig of veertig naamen , door Rem ge-
fchreeven , zo men meende, vanperfoonen,
die voorhadden zig met der woon naar Sta-
de te begeeven. De Schepen Jan Willems-
zoon Bogaard
reisde, weinige dagen hierna *
op Leiden en den Haage, waarfchynlyk om
de ontdekkingen, in Rems Comptoir ge-
daan , te vergelyken met de bekentenifle
van Stochius. Toen vreesden fommige Re-
monflranten te Amfterdam, dat het hun
gelden zou, en dat men hen, over de Col-
lege, zou aanfpreeken. Jan Willemszoon
Uffelink,va» wiens yver in dit werkwybo-
ven gewaagd hebben, week,ten deezenty-
de, ter Stad uit (y). En den dertigften Ja- Drie Re.
nuary, werden drie Remonftrantfche bur- mon.
gers, Henrik Ekelboom, Abraham Anto- ftrant-
niszoon enPieter Jooften, voor Schepenen £fres^l'
ontbooden, en op 't ftuk der Colle&e on-fenVoor
dervraagd. Ekel boom bekende „ dat hy, Schepc-
„ uit zig zelven, honderd guldens aan ar- nen ont-
„ men gegeven hadt,de helft aan de Wee- b°oden.
zen, en de helft aan eenige Waaien."
Daar één der Schepenen op vraagde, was
V niet am Goularts Waaien? Poch hy ver-
klaar-
gen om vergiffenis te verzoeken, en werdt,
na lang zitten , onder borgtogt, ontflaa-
gen (x).
Doch op den zeftienden January, drie
dagen na dat Stochias in hegtenis genomen
was, werdt Rem Egbertszoon Biffchop, te
Amfterdam , voor Schepenen ontbooden.
Hy antwoordde „ dat hy komen zou." Doch,
verftaande dat men voorhadt hem vaft te
houden, en tegen Stochius te hooren, liet
hy zig , door zyne Huisvrouw, beweegen,
om voor't gevaar, dat hem dreigde, te
fchuilen, ofte wyken. Den volgenden dag,
kwam 'er wederom een bode, zeggende,
3, dat hy terftond boven komen moeit."
Doch zyne Huisvrouw, Lysbeth Filips de
Biffchop, gaf ten antwoord, Hy kan niet ko-
men. Hebben de Heeren iet te vraagen
, waarin
ik hen kan dienen; ik ben bereid te komen. Maar-
myn man komt voor deeze maal niet.
Toen liet
men de vrouw, terftond, voor Schepenen
komen. Men vraagde, Waar omkomt uw man
niet
, op 't gebod der Schepenen ? Of weet hy
niet) dat hier zyne Overheid is
, die hy gehoor-
zaamheid hewyzen moet? Myne Heeren,
ant-
woordde zy, dat hy niet komt, is zyn fchidd
niet, maar de myne. Ik heb my zelve ver-'
vaard gemaakt, ziende, aan 't vangen van
inyns mans goeden vriend te Leiden, hoe men
t op de Remonflranten heeft gelaaden. Daar-
om vrees ik
, dat men mynen man, dien men
niet man de minßen onder de Remonflranten
agt te zyn
. de eene of de andere fmaadheid zal
aandoen: 't gene ik niet zou können draagen ;
mant ik ben
, door de plondering van myn huis,
over drie jaar en gefchied, nog zo gekwetfl,
dat ik niet meer lyden kan.
Eenigen van de
Schepenen zogten haarte overreeden, dat
zy haaren man be\veegen zou boven te ko-
men. Doch zy badt, dat men 't haar niet
vergen, noch haar 't weigeren kwalyk af-
nemen wilde; maar haare zwakheid te ge-
boet komen. Zelfs verklaarde zy „ eerder
s> zelve in de gevangenis te willen gaan,
j, en goed en leeven opofferen, dan haaren
» man, fchoon zy van zyne onfchuld over-
» tuigd was, beweegen om boven te ko-
*> men, zonder verzekerd te zyn, dat hy
niet vaffc gehouden zou worden." Hier
over reezenlhooge woorden. Eenige Hee-
ren zeiden „ dat men 't Land beroerde,
55 het prediken niet laaten wilde , en op
>> geene Plakaaten pafte." Waarop de
Vfouw hernam „ dat de Roomfchen ook 't
'% Prediken verbooden hadden, zonder dat
» het gelaaten werdt, en dat men God bo-
" Ven al gehoorzaamen moeft." Men liet
*J BRAndt IV. Deel, il. 16$, 167 , 161,169,170, IJS'
L STUK.
berts. b
orde l
.0or
St
O
»0,
«1.
(y) Zü BB4NDT IV. V1' il- !Z'*
Ql1
-ocr page 542-
II. Deel.
AMSTERDAMS
476
1620. klaarde „ niet te weeten, wiens Waaien het gerigt aan den Heer Abraham Boom, die, J°
„ waren." Abraham Antoniszoon, gevraagd met de verandering der Wet in February, ginS'J
zynde „ of hy geene Collecle gedaan hadt, wederom Schepen geworden was, en met S*^
„ voorde Remonftranten ?" antwoordde, wien hy, veele jaaren, vriendfchap gehou-B
„ dat hy ongehouden was, dit, of iet, dat den hadt (b). In deeze brieven, veront-
„ hem bezwaaren kon, te zeggen. Willen fchuldigde hy zig ook, over 't gene men,
„ de Heeren iet ten zynen lafte, zy mog- te Leiden en op zyn Comptoir, ten zynen
„ ten 't bewyzen, en hemdoen 't generegt nadeele, meende ontdekt te hebben. ,, De
„ was." De Schepenen hernamen : wy „ Lyft vannaamen, die hem verdagt ge-
weeten wel, van welke gezindheid gyzyt. Dat „ maakt hadt, kon, fchreef hy, wel tot.
men zulks van u vermoedt, is zo vreemd niet. „ geheel andere einden dienen, dan men
Zegt daarom ronduit wat 'ervan zy. Doch de „ waande: en men hadt geen bewys , dat
ander antwoordde: Dat 's geen fiyl van reg- „ 'ar iet onbehoorlyks mede gemeend, veel
ten. Sommigen hebben zig weleer aan een ,, min uitgevoerd was. Met de Heeren van
flaak gepraat, met meer te zeggen dan zybe- „ Stade, hadt hy niet gehandeld om eeni-
hoefden. Ik weet beter. De Schepen, die 't „ gen van 's Lands ingezetenen derwaards
woord voerde, liet zig daarop hooren: Zo ,, te troonen, gelyk men hemnaargaf. De
gy 't met geen gemoede zeggen wilt, zullen „ twee Pasquillen, die men zeide op zyn
wy 'tu wel doen zeggen. Waarop de ander zei- „ Comptoir gevonden te hebben, betuigde
de, de Heeren können doen wat hun gelieft: „ hy, voor God, niet te hebben gemaakt.
ik ben in hun geweld. Doch als één der Sehe- „ Doch hy was gewoon alle fchimp- en
penen hierop zeide, wy zyn geene gewelde- „ fteekdigten, van wat zyde zy ook kwa- ■
naars, verbeterde hy zyn zeggen,in deezer „ men, als zy eenigszins aartig waren, uit
voege, Laat het dan zyn in hunnemagt: want „ te fchryven en te bewaaren: 't welk hy
ikfla hier voor de Heeren, en zy hebbenmagt „ verftondt niet verbooden te zyn. Voorts,
om my te doen wat hun gelieft. Pieter Joos „ betuigde hy, niet te zulkn nalaaten,lief-
ten werdt niet flegds over de Collecle on- „ de te bewyzen aan zyne behoeftige broe-
dervraagd; maar ook, of hy in geene Re- „ ders, fchoon hem dit hier voor misdaad
monftrantfche Vergadering geweeft ware? M aangerekend werdt. Eindelyk, verklaar-
Doch hy ontkende 't een en 't ander, en „ de hy zig ook ongezind, om vrygeleide
bleef by de ontkentenis: 't welk met re- „ te verzoeken, gelyk hem geraaden was»
den vreemd fchynen mag, alzo, gelyk wy „ zyndè hy bedugt, dat men iet uit hem
boven (^aantekenden, deheimelyke Ver- „ zou tragten te trekken, welk 'er niet in
gaderingen der Remonftranten, reeds in 't „ was, of hem opening vergen, waarvan
voorleeden jaar, ten zynen huize, gehou- n hy en andere eer lyke luiden niet dan fcha*
kenlaat den waren. Toen men met deeze drie lui- „ de zouden te wagten hebben (c)." Op
ze gaan. den niet verder komenkon, liet menze gaan; de drie indaagingen, volgde geene vierde,
doch onder belofte van des vermaand zyn- De Schout vondt niet goed, het geding ver
de wederom te zullen verfchynen.
                der te vervolgen. Maar Rem Egbertszoofl
Rem Eg Maar ten volgenden dage, zynde den een- durfde, vooreerfl, niet waagen.zig inAnr
berts- endertigften January, werdt Rem Egberts- fterdam te vertoonen. Hy begaf" zig inBra'
z0°" zoon 'Biffchop, om dat hy, ontbooden zyn- bant, daar hy zig eenewyle tyds onthieldt-'
met de de, tegen zJne belofte, niet verfcheenen toen naar Frankryk; daar hy tot in 't vol'
klok in- was, en om dat men, :in zyn Comptoir , gende jaar vertoefde : waarna hy wederofl1
gedaagd, blyk gevonden hadt, dat hy, tegen's Lands naar Amfterdam keerde (d)} gelyk wy be' ,
Plakaaten, gezogt hadt de gemeene ruftte neden zien zullen.
                                       *$.,
verftooren,openlykmet deklok ingedaagd, De Regeering deezer Stad deedt, x&f\,
om zig hier, binnen zekeren tyd, te komen Dagvaart van Holland, die in Maart gehoii'ft^
verantwoorden. Op deeze indaaging volgde den werdt, onder anderen, voorflaan „ d^JÉ/*
eene tweede, den veertienden, eneeneder- „ men geene anderen tot ampten van W^
Hy ver- de, den agtentwintigften February (a). Doch „ geeringe of Politie behoorde toe te laate"y (tV
fchynt Rem > die zyne regters, of de meeften der- , dan mannen van de waare Gereformeerde,,
fchryff zelven voor ?*"*<% hiddt' vondt geraa- „ de Religie (0 :" Toen ook,op den e&'Léf
tot zyne den, zig fchuil te houden, enopgeenedee-
                                                                e{i J/'
veront- zer indaagingente verfchynen. Hy gaf re-
fchuldi- de
(c)  Brieven in if,6z. te Amt. by JanRieuwertsz.^«1''''
hl. 2ji, 132 , ï4i . 243.
(d)  BBANDT IV'. Deel, hl. 192.                                      ,/,
(*.) BUdm. 473. fe) Refol, Hoij, 20 mmh Uio, hy EfiANDT IV. D'
(«; Kearb. I.
ƒ. 220. i;. i0J),
-ocr page 543-
XIII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
477
fchap, van welke hy, in zyne jeugd, de 1621.
beginfels geleerd hadt. Zelfs ontwierp hy,
ter deezer gelegenheid, een werk tegen 'de
Pynbank
, 't welk naderhand in 't licht kwam,
en van kenners geoordeeld werdt, geleer-
delyk en bondiglyk gefchreeven te zyn. in
't begin van Juny des jaars 1621, werdt hem
en Prince, op laft der Wethouderfchap ,
niet flegts vry gebruik van fchryfgereedfchap
toegeftaan; maar men gaf hun ook verlof,
om zig, dagelyks, op de plaats van het
Tugthuis, te vertreeden, en daar de aan-
fpraak. hunner vrienden en bekenden, ter
befcheidenheid der Regenten, te genieten.
't Is zelfs gebeurd, dat Prince in gefprek Een hun-
raakte met den Paltsgraave Fredrik, ver- ner raakt
dreeven Koning van Boheme, die, nevens geJ^jf
de Gemaalin van Graave Ernft vanNaiTau, met den
den Heer van Brederode endeszelfsZufter, Koning
den Engelfchen Gezant Carleton en andere van fi0"
Grooten, het Tugthuis was komen bezien.lierae-
In welk gefprek, daar Carleton en anderen
zig ook 'm mengden, Prince vrymoediglyk
beweerde „ dat hy wel van de Heeren Staa-
„ ten, maar niet van Gode gebannen was;
,, dat hy Gereformeerd was, niet naarden
„ Catechismus van den Palts; maar naar
,, Gods woord; datdeSinodedegemoeden
„ niet verbinden kon , vooral niet tegen
„ Gods woord ; dat elks eigen geweeten
,, zyn Regter zyn zou , in dingen, die den
,, grondflag der zaligheid betroff in, en d at,
„ in minder dingen , de onderlinge vér-
„ draagzaamheid plaats hebben moeit."
De Heer van Brederode zeide toen „ dat
„ zy ,Remonftranten, eikanderen eenen eed
„ van getrouwheid gedaan hadden , dien
„ zy niet afgaan wilden." Doch Prince
antwoordde „ dat zy niemant gezwooren
„ hadden dan Chriftus, hunnen Heere, en
„ dat, het gene men van eenen anderen eed
„ uitftrooide, loutere agterklap was." In
't heengaan, zeide Carleton tegen iemant,
„ die man heeft verftand. 't Is jammer,
„ dat hy'tniet beter gebruikt heeft." Waar-
op Prince, die dit gehoord hadt , zeide,
Ik dank God, dat ik nog niet overtuigd ben,
van bet, tot hiertoe, kwalyk gebruikt te heb-
ben.
Het meefte gezelfchap fcheidde toen,
met betoog van beleefdheid; maar vanééne
der voornaamfte vrouwen uit het zelve
wordt verhaald, dat zy de Predikanten, die
hier zaten, voor oproermaakers en landver-
raders fcholdt. Doch zulke bejegeningen
ontmoetten hun dikwils , waartegen zy ,
flegts fomtyds, gelegenheid hadden , om
zulken, die hen kwamen zien, beter te on-
derregten (i).
Gre-
(i) BRANDT IV. Deel, hl, 57S>'5S2,
Qqq 2
°. endertigftenOclober deezes jaars, de Schout,
Willemvan der Does, zyn ampt nederleide,
werdt het zelve, by voorraad, tot aan Vrou-
wendag des jaars 1621, waargenomen door
den voorzittenden Burgemeefter, Fredrik de
Vry
, van wien, in fchriften van dien tyd,
aangetekend wordt, dat hy zig, geduuren-
de zyn Schoutfchap, veel moeite gaf, om
eene Arminiaanfche Vergadering te betrap-
pen (ƒ). Zelfs, begon men, na 't uitko-
men van een tweede Plakaatder algemeene
Staaten, welk den eerden February gedag-
tekend was , enwaarby vyf honderd guldens
beloofd werden aan elk, die eenen Remon-
ftrantfchen Predikant in hegtenis leverde,
fcherper te letten op de Predikanten, dan
te vooren. Een van de eeriten, die, federt,
gevat werdt, was Joannes Grevius , voor-
heen Predikant te Heusden, die te Emme-
rik betrapt, van daar naar den Haage ge-
voerd , en , den zeftienden May, door de Ge-
deputeerden ter Generaliteit, veroordeeld
werdt „ om gebragt te worden in het fe-
„ creete Tugthuis te Amfterdam, en aldaar,
„ zyn leeven lang, even als andere tugte-
„ lingen, bewaard en gehandeld te wor-
„ den (g)" 't Zelfde lot trof, wat laater,
Samuel Prince, weleer Predikant te Baard-
"Wyk in 't Land van Heusden, die op 't Ei-
land Goereede gevat, en ook naar den
TT                                           t
Haage gevoerd was, daar hy, doorGemag
tigden van den Hove, gehoord werdt, en
van waar men hem, omtrent het midden
van Juny, naar het Tugthuis te Amfterdam
Voerde, zonder dat zyne Sententie ooit ge-
meen werdt gemaakt (/;). Zy klaagden ,
federt, dat men hen, in 't heimelyk Tugt-
huis, in 't eeril, zeer hard handelde, en
weeten 't aan de Regenten, die thans waren
Korneas Schellinger, Suiker bakker en Oud-
Diaken, Pieter Dirkszoon Emaus, Matthys
Janszoon Egh
en Jakob Jakobszoon Zeeuw,
ft. en aan den Binnenvader. Men onthieidt
hun, in den winter, fomtyds, vuur en licht,
en alle boeken, die de tegenwoordige ker-
kelyke gefchillen betrofFen. Zy werden
befchimpt, getergd, en fomtyds, met het
openbaar Tugthuis, en met de rasp ge-
dreigd. Hunne vrouwen en kinderen wer-
den , in de maand of zes weeken, naauw-
lyks eens by hen toegelaaten. Doch deeze
en diergelyke hardigheden gefchiedden,
Steent men, buiten kennis der We-thoude-
ren. Ook verkreeg Grevius, eerlang,verlof
tQt het leezen van Regtsgeleerde boeken,
en begaf zig tot de oefening eener weeten-
S'iruL Vrve aanwyzing tegen de Hiftoiie van F. deVky,
Ó>) I^NDT IV. Deel, hl. 220, 234.
J «HaNot 1V, Dee!> j/t jij , 243 , 244,
\
!
-ocr page 544-
II. Deel.
AMSTERDAMS
4?8
i62t-
Frederici, weleer Predikant te Utrecht, be-
geven naar de Hoofdbrugge by Schreijers-
hoek, om van verre te zien,hoe 't werkaf-
loopen zou. Doch hy werdt, in 't voorby-
gaan, digt by de brugge, in 't licht der
maane, die toen byna vol was, gekend van
eene vrouw van Hoorn, die op de Gelder-
fche Kaai woonde, en over haare deur lag.
Zy ontdekte hem eerft aan haaren man-,en
toen aan zekeren Schuitevoerder: en deeze
laatfte gaf het den Schouten, of derzelver
dienaaren te kennen, die Sapma, over de
leuning der brugge leggende, aantafltenen
bonden, terwyl Izaak Frederici het gevaar
ontliep. Sapma werdt, voor eerft, gebragt
in 't voorhuis van Jan Olfertszoon, daar men
nog bezig was met het optekenen der Re-
monflranten. Men ontbondt hem, op de
voorfpraak van Lysbeth de Bifïchop, Huis-
vrouw van Rem Egbertszoon Bifïchop, die
ook in de Vergadering geweeft was , de
handen, tot groot geluk van veelen, alzo
zulks hem gelegenheid gaf, om eene Lyft
van naamen van zulken, die iet tot onder-
houd der gebannen Predikanten gaven, te
gelykmet zyn' neusdoek, uit zyn zak te haa-
ien en te verfleeken onder een ftoelkuffen,
daar zy, zonder door de Schouten gezien
geweeft te zyn, na eenige dagen verloops,
door de dienftmaagd van 't huis, gevonden
werdt. Omtrent ten twee uuren in den nagt,
werdt Sapma, tuffchen de twee Onderfchou-
ten , naar de Stads gevangeniffe aan 't Stad-
huis , de boeijen genaamd, overgebragt. Hy
werdt , naderhand , verfcheiden' reizen ,
door Schepenen , ondervraagd; eens in de
Pynkamer. Hy beleedt, meermaalen, hier
ter Stede, en ook elders gepredikt te heb:
ben; doch betuigde, gemoedshalve niet te
können zeggen , waar hy t' huis gelegen
hadt, noch waar vier of vyf Predikanten ,
die zig nevens hem hier hadden opgehou-
den , hun verblyf hielden. Hy bekende ook,
dat hy jaarlyks driehonderd vyfentwintig
guldens genooten hadt; doch wilde niet ont-
dekken, van wien hem deeze fomme ter
hand gefield ware. Voorts, viel 'er met den
Schout ende Schepenen dikwils gefprek 0-
ver de Leere, waarin hy 't gevoelen der
Remonflranten, naar zyn befte vermogen,
verdedigde. Hy fchreef, federt, dat fotn-
mige Schepenen, met naame deHeerRoe-
tert£rnft,hem zeer fmaadeiyk bejegenden.
Ook leverde hy den Geregte eene fcjarifte-
lyke verdediging over van zyn gedrag' dis
zo veel fcheen uit te werken, dat men hem,
federt, minzaamer toefprak. Zelfs hadden
eenige Heeren, te vooren reeds , niet don-
keriyk te verflaan gegeven, dat zy met hem
Grevius en Prince hadden al eenen gerui-
men tyd in het Tugthuis gezeten , toen
eenige yverige Remonflranten, met hunne
kennis, eenen toeleg fmeedden, om hen,
door middel van ladders, te verlolFen. De
beleider van 't werk was Dominicus Sapma,
voorheen Predikant te Hoorn , die thans,
fomtyds, voor de heimelyke Remonftrant-
fche Vergadering, hier ter Stede, predikte.
In Auguftus des jaars 1621, werdt de toe-
leg in 't werk gefield. Sapma was reeds
aan 't overklimmen, om Grevius en Prince
te haaien; doch 't mislukte ,by gebrek van
een genoegzaam getal helperen , en door
eenen misflag, omtrent een klein gedeelte
van den toeftel. Sapma ontkwam het ge-
vaar, waarin hy zig gefteken hadt, geluk-
kiglyk. Weinig tyds hierna, zou men't werk
hervat hebben; doch 't bleef ageer, alzo
Sapma zelf in hegtenis raakte Qk): 't welk
zig in deezer voege toedroeg.
1621.
Men
fineedc
een toe-
leg om
hen te
verlos-
fen.
Ds W
Dom'«1;
gevat»
De Re-
mon-
ftrant-
■De Remonflranten hielden, laat in den
avond van den agtentwintigflen Auguftus,
eene kleine Vergaderingvan omtrent vyftig
e^0^ftmenfchen,ten huize van JanOlf'ertszoonop
op den den Kraansfleiger, tuffchen de Waal en de
Kraans- Hoofdbrugge. Doch ten einde van 't gebed
fteiger na de preeke, werdt men gewaar, dat het
aeftoord ^u's met wz& bezet was. Drie of vier man-
* nen meenden uit te gaan: doch men riep,
fiaat, of dat gaat Vr door! Zy week en dan
wederom naar binnen , en flooten de deur. De
Predikant werdt verfteken, in eene plaats,
daar hy wel bewaard was. Ook vondt men
nog fchuilplaats voor vyftien of zeftien per-
foonen. Eenigen bergden zig in de Kelder:
. anderen, op de daken, tuffchen de huizen.
Op deeze wyze, wagtte men den Schout af.
Eindelyk , kwamen twee Onderfchouten ,
Piet er Janszoon Vlasvat en Arend Elberts-
zoon Haan. De deur werdt geopend. Men
zogt naar den Predikant èn de toehoorders.
De eerfte werdt niet gevonden. Maar men
vondt omtrent twintig van de laatften, wel-
ker naamen opgetekend werden. Met ver-
bergen , zoeken , vinden en optekenen ,
werdt de nagt,tot over twee uuren,geflee-
ten. Doch ten een uure, hoorde men, van
buiten , roepen , Zy hebben den Predikant.
Van binnen . hieldt men zig verzekerd, dat
de Predikant veilig was, en dat die van bui-
ten zig bedroogen. Maar hun was, inder-
daad , een Predikant in handen gevallen ,
fchoon een ander, dan die daar dien avond
geleerd hadt. Dominicus Sapma, vernee-
mende, dat de Vergadering op den Kraans-
fleiger geftoord werdt, hadt zich, metlzaak
(k.) Brandt IV. Deel, il. jsz.
d"
U6
»V
-ocr page 545-
XIII. Boek.          GESCHIEDENISSEN.               479
t62i. verlegen waren, en wenfchten dathy hon- werk Hellen moeft. Sapma nam 't help'd
derdmylen van daar was. Drie weeken om- der onderneeminge wederom bv der hSS
trenthackhygezeten,toenzyneHuisvrouw, en Haagde nu gelukkiger dan tevooren TV
Grietje Ulbes, en zyne Zufter vryheid kree- nagt tuflchen den twaalfden en dertienen
& onf f? • or? hemSed^uriglyk te bezoeken, ge- Ocïober werdt 'er toe beflemd: en de dïnY
Suit iyk z? deede"-, s Naëcs na den seienden ternis, zynde de maan omtrent zeven en
JK'te-september, fchoot hem een middel in den twintig dagen oud, kwam den aanlegeeren
s< zin ter zyner verloshnge , waarvan hy, 's zonderling te itade. Men hadt de fllutels
Maandags den twintigften zyner Huis- van de kamers, daar de gevangenen zaten,
vrouwe en Zufter kennis gaf. 's Woendags en die elk twee deuren en twee floten had!
daarna, kwamen de vrouwen hem, ten vier den, weeten nagemaakt te krveen Het
uuren na den middag, naar gewoonte, be- Tugthuis hadt hooge muuren, en ftèileda-
zoeken. De Huisvrouw hadt een' doekom ken,die men op- en af klimmen moeft Aan
de km, als ofzytandpyn hadt, en was voorts, den buitenmuur van 't gebouw, bra<n men
meteen klik en ander gewaad, zo toege- houten ladders, die zwart geverwd"waren
fteld, als Sapma dagt uit te gaan Toen op dat zy, in den donker, te minder moe-
t halfzeven werdt en de poortklokluidde, ten gezien worden. Langs deezen klom
trQk de gevangen een vrouwen rok en jak men eenige mannen naar boven en on het
over zyne kleederen aan, bondt een* fchor- dak, over welk zy touwleeren' fnand™
teldoek voor, zette eene huif op, fpelde vaftmaakten en vallen lieten tot od d
een' doek om de kin, en ftak een vrouwen- plaats van 't binnen-tugthuis. Tot hiert
ring aan de hand, daar hy den neusdoek was 't werk gebragt, onder' 't geloop Jan'
mede voor den mond houden zou. Wan- menfchen en 't gebas van honden zonder
neer 't nu donker genoeg was, en hy de dat de aanleggers ontdekt waren Doch
gelegenheidgunftigoordeelde, hing hy een' terwyl eenigen op het dak ftonden ande-
huik om, en ging, met zyne Zufter, behen- ren langs de touwleeren op de binnennlaats
diglyk af, zyne Huisvrouw in den kerker nederdaalden, kwam een buurman met den
laatende. Eene oude vrouw, die de fleu- blooten degen aanloopen op de genen,die
tels droeg, tradt vooruit: haar volgde de van buiten, de ladders bewaarden, roepen-
Zufter, welke, nevens Sapma, die de laat- de „ dat zy dieven waren, die de' geldkift
Itekwam, zig geliet bitterlyk te fchreijen, „ van 't Aalmoefleniershuis" welk toen
en den neusdoek voor mond en oogenhieldt, ftondt digt by het Tugthuis daar nu de
mtgelaatenwerdt.Opftraatgekomen,moeft Latynfche School is „ befteèlen wilden"
hy nog een goed ftuk wegs voort-, en veel Men deedt wat men kon, om den man'
volks voorbygaan, eer hy kwam, daar hy met goede woorden , te ftillen , ronduit
wezen wilde. Zyne Huisvrouw zat nog ze- zeggende, dat men voorhadt de Predikan-
ven dagen in hegtenis, doch werdt toen op ten te verloflen, en men brast het zo ver
SN VrKeten igefldd f' u                          dat hy .Zig Sezeen liet»en eerlang heenen
X Mldk™Y]' was >door £et gevangen nee- ging. Maar van binnen riep één der tug-
\^n p«ï van Sapma, gelegenheid gegeven tot telingen, die niet wel by 't hoofd bewaard
i^Uit net uitftellen van den toeleg, om Grevius was, op het verneemen van gerugt 0p de
S 8|l-en pnnce te verloffen. De Remonftranten binnenplaats , de Arminiaanm brcelen uit f
%.' Wa.ren bedugt, dat Sapma ook in het Tugt- de Arminiaanen breeken uit! Doch 't werdt
nuis geplaatft zou worden, wanneer zy hem, in huis niet gehoord, of, om dat hy 't
*e gelyk met de twee anderen, dagten uitte meermaalen plagt te roepen , zonder dat'er
«elpen. Doch's daags na zyne ontkoming, iet aan was , niet geagt. Ondertuflchen
«amen eenigen de verlosfing van Grevius hadden de mannen, die op de binnenplaats
en Pnnce op nieuws by der hand die egter waren nedergedaald, de gevangenkamers
£*n voor de tweede reize mislukte: en 't met de nagemaakte fleutels geopend en
geelde luttel, of de beleiders en aanleg- Grevius en Prince daaruit gehaald,die'zv,
.T*s waren ontdekt geworden.'t Werk bleef langs de houten ladders, naar beneden dee-
«n iteeken, tot dat de Remonftranten, op den klimmen. Met hen raakte ook vry een
j^urdag den negenden Oftober , kennis Jezuit Levinus Wouters van BnuTel, en twee
v ^egen, dat men de twee Predikanten, den luiden van andere foorte. Doch om des
VefP-nden Woensdag> «aar 't Huis te Loe- Jezuits wille, waren ook eenige Roomfch-
dat ^n voeren zou. Toen werdt beflooten, gezinden den Remonftranten behulpzaam
benden toeleg, nu of nimmer, in 't geweeft, in het bevorderen deezer verlos-
(r
                                                          finge. Grevius en Prince kwamen in 't
ÄiN°T iv. D«/, hi. SS9-S76.                       donker by eenigen hunner goedgunnexen
Q<H 3                                            era
-ocr page 546-
II. Deel.
AMSTERDAMS
48o
't leedt geene drie weeken na zyne terug- iö2
komft, of de Schout kreeg aanfchryvens uit
den Haage, om het regt der Graafelykheki
tegen Rem Biflchop te bewaaren. Dit ver-
wekte nieuwe bekommering. Rem (liep een
nagt buitens huis, en bleef den volgenden
dag van de beurs. Doch daarna verfcheen
hy wederom in 't openbaar. Zelfs trof hy
gevalliglyk den Schout aan in de Hand-
boogs-doele, die hem zeervriendelyk beje-
gende; doch te gelyk te kennen gaf, dat hy
gepord werdt iet tegen hem te doen, en dat
hy hem roepen zou. Ook gefchiedde dit ^g
des anderendaags. Op des Schouts rolle ^
verfcheenen, werdt hem verklaaring afge-^or*0^
1621. en werden eerft des morgens gesnift. Ook
vondt men twee ladders itaan aan den bui-
tenmuur , die de uitvoerders hadden agter-
gelaaten, om door 't medeneemen niet ont-
dekt te worden.
Zypredi- Grevius en Prince predikten, na hunne
ken, na verlosfing,, nog eenigen tyd, in de heimely.
hunne ke Vergaderingen te Amsterdam. Doch de
°°ÜL°' laatfte vertrok eerlang naar Rotterdam ,
ming,
nog in ww              v                  .,-,,.
heimely- Grevius reisde, in t volgende jaar, naar
keVer- Duitfchland, gaf, in't begin van 't jaar 1624,
gadering zyn boek van fc Pynbank, te Hamburg, in't
Stede'" licht5 doch werdt, kort daarna, op eene
reize naar Spiers, vermift, zonder dat men
ooit iet van hem vernomen heeft (m).
De Re- Midlerwyl, werdt, zo ver my gebleeken
geering is, hier ter Stede, geheel geen onderzoek
begint geciaan naar de bewerkers der verlosfinge
zMinT-1" van Grevius en Prince. 't Scheen, dat de
heid te meer der heiduder Wethouder en, allengskens,
neigen, neigde tot zagtheid en gemaatigdheid. De
Schout Jan ten Grootenhuis hadt zig, we-
gens de boete der Vergaderinge, die, ten
tyde van 't gevangenneemen van Sapma,
geftoord was, laaten voldoen met vyfhon-
derd guldens, fchoon hy, ftrengelyk han-
delende , wel twaalfhonderd guldens zou
hebben können vorderen (ra). In de jaaren
iÖ23en 1624,raakten, hier ter Stede,nog
wederom drie Remonllrantfche Predikanten
in hegtenis, eerft Petrus Cupus; kort daar-
na Bernberus Vezekius, en, eindelyk , Ar-
noldus Geefieranus
( o ), die allen drie, on-
der Acte van Non prejudicie der Gecommit-
teerde Raaden, van hier vervoerd, en op
't Huis te Loeveftein gevangen gezet wer-
den (j>). Doch na dien tyd, ging men hier
zagter omtrent de Remonftranten. Ook
waren, in Februarydeezesjaars 1621,reeds
eenige Heeren in de Regeering gekomen,
die de zaaken zogten te beleiden tot rekke-
E^ -ts tykheid en gevoegzaamheid : 't welk Rem
2oon " Egbertszoon Biflchop, die, in 't voorleeden
Biflchop jaar, tot driemaalen toe, met de klok inge-
komt daagd was, hadt doen befluiten, om her-
tader0In waards weder te keeren. Hy kwam > den
Stad. eerften Juny, in de Stad, vertoonde zig ,
terftond daarna, op de nieuwe brug, opdë
beurs, en andere openbaare plaatfen, daar
de regeerende Burgemeefter, Pieter de Vla-
ming van Oudshoorn
, de Vice-Prefident Sche-
pen, Abraham Boom, en andere luiden van
aanzien, zig niet ontzagen, openlyk met
hem te wandelen en te verkeeren. Doch
vergd van zynen brief aan Stochius (q). Doch se
iebe-
zyn Procureur vorderde ,, dat de Schout ro1!^
„ eerft zynen eifch doen, en hem tyd laa*?1
„ ten zou, om te antwoorden." De Schout
begeerde daarentegen „ dat de brief eerft
„ verklaard werdt, dan zou zyn eifch haalt
„ gereed zyn." De ander antwoordde „ dat
„ zulks geen ftyl van regten was." DeSchout,
zig toen tot den gedaagde keerende, zei-
de „ dat hy na den middag tot zynent ko-
„ men, en den brief uitleggen moeft ; 't
„ welk hy ligtelyk doen kon." Rem ver-
zogt den briefte mogen zien, en 's ande-
rendaags werdt 'er hem een afichrift van ge-
zonden. Vier weeken daarna, kwam Rem
ten huize van den Schout,hem vraagende,
„ of hy hem de begeerde verklaaring van
„ zyn briefje aan Stochius moeft komen
„ brengen, of wagten op nader ontbod?'
Doch de Schout gaf hem zulk antwoord, p^^af
waaruit duidelyk bleek, dat hy de zaak gaar- tih$-
ne zou laaten fteeken. Ook werdt Rem Bis'lv'
fchop , door den Schout of de Wethouder- e
fchap , niet verder gemoeid. Doch in 0& F^'et
tober werdt hy ontbooden voor den Kerken ^g1^,
raad, drie maaien door den Kofter, en te^See<i
vierde maale door eene bezending van d^ <^|. W
Predikant Jacobus Rolandus enden Oude1" j^11
ling Herman Albertszoon, Kleermaaker. Ma^r ^
hy weigerde, t'eiken reize, te verfchynefl»
en gaf, onder anderen, voor reden van 1>T
ne weigeringe, dat hem, in 't jaar iói7'
de broederfchap reeds opgezeid was. &\
voorzag wel, dat men voorhadt, hem ple#
tiglyk van de Gemeente af te fnyden, e,
dat zyn verfchynen voor den Kerkend
het begin deezer Kerkelyke Regtspleegiité,
geweeft zou zyn, waaraan hy niet goe '
vondt zig te onderwerpen. Doch 't liep n°F
wel dertien maanden aan, eer men 't ^ '
van de zyde des Kerkenraads, wedet0
(m) Brandt IV. Deel, hl. $82-J*8.
(n) Brandt IV. Dtel, hl. 6oS.
(«) G. Brandt Dagwyzer, hl. 683. 14» 2J*.
(/) Groot-Memor. N. III. ƒ. 1, 12.
(q) Zie hier voor, hl. 474.
-ocr page 547-
GESCHIEDENISSEN.
XIII. Boek.
■.Kai.
^y en
5en an-
«eten
gefnee
aanbondt (V). En op den eenendertigden
December des jaars 1623, werden Rem
Egbertszoon Biffchop en zyne Huisvrouw
Lysbeth Filips de Biffchop, by openbaare
afkondiging in de nieuwe Kerke, geëxcom-
municeerd^
of in den ban gedaan, om dat
zy 't gevoelen der Remonstranten toeftem-
den en derzelver Vergaderingen bywoon-
den, of, gelyk het elders (s), meer overeen-
komftig met den inhoud van het Kerkelyk
vonnis, uitgedrukt wordt, om dat zy niet
ilegts by hun Ketterfch gevoelen bieeven;
maar zig ook in de Reinonftrantfche en We-
derdoopcrfche Vergaderingen vinden lieten.
Hei; zelfde lot trof, om gelyke reden, en
op den zelfden tyd, nog. agt andere voor-
naame Leden der Gereformeerde Kerke van
Amfterdam, te weeten , Adriaan Jakobs-
zoon van Noord,
Bergervifchverkooper, en
zyne Huisvrouw, Griet Jans, Jakob Lau-
renszoon Reaal,
Secretaris der Admiraliteit,
Joofi Brajjer , Jan Egbertszoon Biffchop ,
Samuel ülf ertszoon, en zyne Huisvrouw, Tan-
ncke Huiberts,
en Dirk Dirkszoon Komans (f).
Rem Egbertszoon overleedt, ruim een jaar
na deeze affnyding van de Gemeente, op
den tienden April des jaars 1625 (ii).
Te Amfterdam, waren, in 't.jaar 1621,
nog de meefte of aanzienlykfteRemonftran-
ten. De inkomften uit alle hunne Gemeen-
ten beliepen thans 31240 guldens, waarvan
Amfterdam 7200 , Rotterdam 4000 , Ui-
trecht 2600, Leiden 2400 guldens, en de
andere Steden merkelyk minder hadden op-
gebragt (V).
De Heer Fredrik de Fry, Oud-Burgemees-
ter van Amfterdam, hadt, in 't begin dee-
Zes jaars, een Boek in 't licht gegeven, met
den titel van Hiflorie, of kort en waaragtig
verhaal van den oorfprong en voortgang der
Kerkelyke beroerte in Holland.
In de Voorre-
den , verklaarde hy, dat dit werk, door eenen
der geleerdfte en vermaardfle mannen van
pns Vaderland, opgefteld was; en dat hy
'er zeker fchrift, door laft der Nationaale
Sinodë ontworpen, bygevoegd hadt, met
een aanhangfel, welk hy voor 't zyne erken-
de. Doch de Remonftranten vonden zo wei-
n'g fmaaks in deeze Hiflorie, dat Uitenbo-
§aard de pen opvatte, omze te wederleg-
§eri, en in September een werk uitgaf, welk
eeri.iglyk tegen het Burgemeefterlyk werk
§erigt was (w).
Met het uitgaan van het Beftand in de 1621.
Lente deezes jaars, was de oorlog tegen den Opreg-
Koning van Spanje wederom begonnen: en tingder
dit hadt gelegenheid gegeven tot de opreg- Yr^a'
ting eener algemeene Weftindifche Maat- Maaï
fchappye, die in vyf Kamers, van Am%. fchap-
dam, van Zeeland, van de Maaze, van 'tPye.
Noorderkwartier en van Friesland met Stad
en Lande, verdeeld was. De Kamer Amfter-
dam hadt vier negende, de Kamer Zeeland
twee negende, en de drie andere Kamers
ieder een negende in de Maatfchappye (V).
Aan de Kamer te Amfterdam, werdt, fe-
dert, plaats tot het houden van haar Kolle-
gie, ter zyde de Vleefchhal op de Heeren-
markt , door de Vroedfchap, afgeftaan (3/),
De zorg voor de uitbreiding des Koophan- Gemaa-
dels en der Scheepvaart, en vooral het her- tigdheid
vatten van den uitlandfchen oorlog gaf, in der te~
fommige Steden, aanleiding tot het oefenen ®e0n0"rdI
van meerder gemaatigdheid omtrent de Re- ge Re-"
monftranten. Te Rotterdam, hielden zy, geeringe
in deezen jaare, reeds Vergaderingen van Y3" Am-
tweeduizend menfehen in getale , zo wel er am"
binnen als buiten de Stad: 't welk met eeni-
ge oogluiking toeging (2). Te Amfterdam, 1^22t
begondenzeop diergelyke oogluikingtehoo-
pen, na dat, in January en February des jaars
1622, by de gewoonlyke verandering der
Wethouderfchap, wederom eenige Heeren
in 't bewind geraakt waren, die voor zeer
gemaatigd in't fluk van den Godsdienflge-
houden werden. Men verkoor drie nieuwe
Raaden, twee van welken , Geurt Dirkszoon
van Leuningen
en Andries Bicker , openlyk
voor zulk eene gemaatigdheid uitkwamen.
De derde, Doctor Nikolaas Tulp, werdt geagt
tuffchen beide te gaan. De vier Burgemees-
ters, die toen verkooren werden, Jakob Pop-
pen
, Frans Henrikszoon Oetgens ,Dodiox Dirk
Bas
en Jakob van Nek, gingen voor zeer
befcheiden, en af leeerig van allen gewee-
tens dwang. Ook waren 'er, onder de Sche-
penen , eenigen, van welken de Remonftran-
ten het zelfde vertrouwen hadden. Doch Misnoe-
zo zeer als deeze verandering den Remon- gen van
ftranten hier ter Stede behaagde, zo veel £eniSe
ongenoegen gaf zy aan de yverigften der k^fen
Stads Predikanten, eenigen van welken niet daar-
fchroomden te zeggen „ dat de gantfche over.
„ Vroedfchap nu Armiriiaanfch geworden
„ was." De Predikant Adriaan Joriszoon
Smout
zou zelfs, op den predikfloel,gezeid
hebben „ hoe beklaaglyk ware, dat men,
Her'«e.
5f
i'-
() Brandt IV. Deel, hl. 6io-«i7-
ft» 0nP3rt- Chton. bl. 47.
in
't verkiezen van Wethoudéren,.-zo Ios-
fe-
»
ƒ,, < G- VOETIUS Polit. Eccl. V.
III. Trail. IV. Cap. I.
»ita v' hy ßi*ANDT Dagwyzer, hl. 6j)i. P- A LimbokCH
/«.TSC0P» ?•'«'•
ivi t• A Ltmeorch Vita EDiscopu f. 303,
(.v) Vadsd. Hift. X. Deel, hl- <W > **»•
(y) Rcfol. Vroedfch. XI. »3- *sMay I6i3. ƒ. jcg v,rf>.
(1) EBANDT IV. üsel, bl- 6z6> 734» 73S.
U
1 ö"4ndt iv> Dccii hL 8+(S f ,47,
-ocr page 548-
R D A M S            II. Deel.
allengskens grooter. Van 't morren kwam *63
men aan 't werpen met fteenen, zo dat de
neus van 't beeld gefchonden werdt. Toen
dagt de Huisheer, dat het tyd van zwigten
was. 't Hoofd werdt weggenome;;, na dat het
omtrent een halven dag geflaan hadt. Maar
Abraham Antoniszoon werdt, deswege,
voor Schepenen ontbooden. Men vraagde
hem „ of hy 't hoofd van den gewezen Ad-
„ vokaat niet in 't flotfluk van zyne kelder
„ geplaatft hadt?" Hy verhaalde, hoe 't
bygekomen ware, en dat hy't wel gelaaten
zou hebben, zohygedagt hadt, dat iemant
zig daaraan geflooten zou hebben. Hierme-
de liet men hem gaan, zonder dat hem iet
verders bejegende (c).
Doch, gelyk uit het gebeurde omtrent0$
het huis van Abraham Antoniszoon, de haateer
van 't gemeen tegen den Advokaat Olden- Lie^
barneveld gebleeken was; zo bleek, wat laa- p^
ter, hier ter Stede, ook de afkeer, dien <s^pf
veelen tegen Hugo de Groot hadden opge- «"^
vat. Die Heer was, in 't voorleeden jaar, ^tufy
ontkomen uit de Loevefteinfche hegtenis ,\f^
en hadt zig, federt, naar Frankryk begeven, p«1*
daar hy e ene Verantwoording fchreef voor ds
wettelyke Regeering van Holland,
zo als de-
zelve geweeft was , voor de verandering
des jaars 1618. Dit Gefchrift was, inFe-
bruary deezes jaars 1622 , gezonden aan
den Heer Maurier, Gezant des Konings van
Frankryk inden Haage, om het ter drukper-
fete bezorgen. Hiertoe bediende men zig»
buiten kennifTe der bloedvrienden van as
Groot, van eenige Remonflranten , die 'c
werk, eerlang, te Amflerdam, op de per*
bragten. Terwyl men met drukken voort*
ging, werdt de Heer Henrik Hooft, zoon yofl
den Oud-Burgemeefter Kornelis Pieterszootf
Hooft, die uit Frankryk herwaards reisde»
en eenige brieven van de Groot medebragt-
op zeker gegrond of ongegrond vermoeden»
dat hy iet tot nadeel van den Prinfe van O'
ranje gefprokenhadt,teLilloaangehouden-
en naar Zeeland gevoerd; doch fpoedig 0$'
flaagen. Maar de Groots brieven, daar •
veelligt meeft om te doen geweefl was, we?'
den, in de Vergadering der Gecommittee1"
de Raaden van Zeeland, geopend en gelj'.
zen. Uit dezelven ontdekte men, dat ° (P
Verantwoording in Holland gedrukt wer%/,o
(J). De Wethouderfchap van Amflerd3^äny-
kreeg ook, eerlang, door iemant,dieonb^y
kend bleef, kennis van de plaats der heimat
lyke drukkerye. Doch eer de Schout d# J/
kwam zoeken , werdt men eenigszins vj*(
48*                 A M S T E
1622. j> felyk te werk ging, zonder den mond des
„ Heeren eens raad te vraagen. Een goed
„ Wethouder," zou hy 'er hebben byge-
voegd „ moet drie deugden hebben, wys-
„ heid, kloekmoedigheid om iet door te
„ dringen, en Godvrugtigheid. Oldenbar-
„ neveld was wel wys genoeg, maar hy
„ was niet doordringende; hy was te flap,
„ en liet zig ligtelyk verhinderen door tus-
„ fchenkomende zaaken , en zag te zeer
„ hier en daar op. Spinola, de Veldheer
„ der Spaanfchen,is fcherpzinnig en door-
„ dringend genoeg; maar 't ontbreekt hem
„ aan Godvreezendheid. Maar in zyne
„ Doorlugdgheid, Prinfe Maurits,zyndee-
„ ze drie zaaken byeen, en zo moeten alle
„ Wethouders zyn; daar behooren de kie-
„ zers op te letten." Wyders, werdt van
den Predikitoel geklaagd „ dat mendeRe-
„ monflrantfche Vergaderingen te zeer door
„ de vingeren zag, en dat daarom geen ze-
„ gen Gods over 't Land zyn kon." Ook
liep, ten deezen tyde, een flerk gerügt door
de Stad, dat de Prins van Oranje, in't kort,
te Amflerdam komen zou, om de Wet, nog
eens, buitens tyds; te veranderen (a): 't
welk egter niet door de uitkomfl bewaar-
heid werdt.
Plancius De Remonflranten hier ter Stede beloof-
fterfc. den zig ook iet goeds uit de dood van den
Predikant Plancius, die zeer tegen hen ge-
yverd hadt, en den vyfentwintigflen May
Abraham deezes jaars overleedt (Z?). Doch in July
Antonis daarna raakte Abraham Antoniszoon,Kaar-
zoon femaaker hier ter Stede en yverig Remon-
haalt zig ftrantfchgezind, in eenige moeilykheid, die
moeflyk- mee^ aan zYn onbedagtzaam of onvoorzig-
heid op tig gedrag te wyten was. Bezig zynde met
den hals. het bouwen van een huis op den hoek van
de Warmoes-graft, moefl 'er een flotftuk op
de boog van de kelder, en in 'tflotir.uk ee-
nige tronie of leeuwskop tot fieraad gefield
worden. De Timmerman zeide tegen den
Steenhouwer, dat hy 'er 't hoofd van den
Advokaat Oldenbarneveld in houwen zou.
De Steenhouwer ftelde het Abraham Anto-
niszoon voor, die zeide „ dat hy daar niet
„ tegen hadt," hem te gelyk een prent ter
hand (lellende, om 'er 't hoofd naar te maa-
]cen. 't Werdt tcrflond vervaardigd, en op
eenen vroegen morgen boven de kelder ge-
field, 't Geleek zo wel, dat ieder voorby-
ganger den man terftond kende. Iemant,
onder 't vaflmaaken, daaromtrent komende,
zeide, wat floutigheid is dit! Dat zeggen
deedt eenige luiden ftilftaan. De hoop werdt
(«) Brandt IV. Deel, tl. 71+, 725, Ü7.
(fc) Crqi.se Keik. Regifter,K z8. Brandt IV. JDtti,
il.
sj«.
(c) Brandt iv. Deel, II. 740.                      .
(rfj c, brandt Leven van H. de Groot, tl. -."■»«
-ocr page 549-
XIILBoek.          GESCHIEDENISSEN.
483
22. wittigd van zynen toeleg, eh vondt mid-
del , om 't gene reeds gedrukt was te ber-
gen. Doch men hadt alles wat agterdogt
geeven kon niet aan een zyde können
doen. De Schout vondt nog twee drukper-
sen en eenen grooten hoop wit papier, en
liet, daarop, zyne dienaars, een' nagt en
een halven dag, in 't huis blyven; doch toen
Zy niets meer vonden, deedt hyze wederom
vertrekken. De aanleggers van't werk zou-
den gaarne een' anderen drukker gebruikt
hebben; doch hoop op winft belette dente-
't >„ genwoordigen het gevaar te zien, waarin hy
beredt zig zelven en anderen Helde. Hy wilde dan
** voort met het werk, en verkoos, in eenen
anderen oord van de Stad,eene zeer onge-
legene plaats om het te vervolgen. Men
moeft hem zynen gang laaten gaan, uit vree-
ze dat hy eenigen, die zig met de zaak ge-
moeid hadden en hem bekend waren, in 't
^ verdriet brengen mögt, zo men hem tegen-
%ll' viel. Doch zo als hy zig bereidde om de
V^* pers en de letters uit den huize te draa-
gen, werdt hy, maar agt dagen na de eer-
Ite ontdekking, ten tweede maale, over-
vallen door den Schout, die letters en pa-
pier , wel ter waarde van vierhonderd gul-
dens , vondt, en medenam. De drukker
ontkwam 't gevaar; doch zyn broeder, die
naaft zyne deur woonde, en by wien twee
bladen , tot de Verantwoording behooren-
de, werden gevonden, werdt gevangen ge-
nomen. Men hadt den Schout aangediend,
dat 'er al vier bladen gedrukt waren. Doch
?« 't vyfde was reeds van de pers gekomen.
Au Ondertuffchen , was deeze hapering oor-
y0'' zaak , dat het werk te Amfterdam ftee-
". ken bleef, en door den Drukker Izaak Wil-
lemszoon Verbeek
te Hoorn uitgevoerd
Werdt; doch zo langzaam, dat het boek,
. niet voor November, in 't licht kwam. 't
Werdt, in de meefte Steden van Holland,
opgehaald. Doch zeker Boekverkooper te
Amfterdam, eenyverig Remonftrant, zondt
Burgemeefteren en Schepenen ieder een
exemplaar , door een' matroos, die van
Rouaan fcheen te komen. De Raaden ter
Admiraliteit hier ter Stede ontvingen elk
gelyke gifte. Doch de algemeene Staaten
gaven een fcherp Plakaat uit, tegen't Boek,
^elk, den vierentwintigften November, ge-
dagtekend was. In de meefte Steden van
Rolland, werdt dit Plakaat afgekondigd,
behalve te Amfterdam, en, zo fommigen
Reenen, ook niet te Dordrecht, noch te
^°orn. Ook werdt, te Amfterdam , den
*?°ekverkooperen geen eed afgevergd, ge-
,yk) om 't boek te agterhaalen en 't ver-
°°pente beletten, in andere Steden, ge-
I. STUK
fchied was (O- 't Gene ter gelegenheid „t^
der Verantwoordinge, hier ter Stede, voor-
viel, toonde dan den afkeer, dien veelen
nog van den Schryver hadden; hoewel 'er,
te gelyk,uit bleek, datde Wethouderfchap
in 't gemeen gemaatigder van hem en zyn
fchryven oordeelde.
In July deezes jaars, werdt, te Amfter-Brancj.
dam, zekere Baltbazar Paul, om voorge lUgters
nomene Brandftigtery, geworgd en gebla- ontdekt.
kerd (ƒ). Hy beleedt, hiertoe, door eeni-
gen, die zeiden van de Spaanfchen uitge-
zonden te wezen , omgekogt te zyn, eii
hadt voor, door middel van hooge doozen,
als Lantaarnen gemaakt en met vuurwerken
gevuld, die hy en de zynen, in't Stadhuis,
in 't Ooftindifch huis en elders, nederzetten
            >
zouden, de Stad, aan verfcheiden oorden
tevens, in den brand te zetten. Doch de
toeleg werdt gelukkiglyk ontdekt: een der
doozen kwam in handen van 't Geregt, welk
'er, naderhand, nog een vondt, ten huize
van Paul, die gevlugt was, en zig daardoor
verdagt gemaakt hadt; doch te Leeuwaar-
den agterhaald werdt. De andere fchuldi-
gen waren 't, vroeger dan hy, ontkomen,
en werden, zo 'tfchynt, niet agterhaald (g).
Men voer, te Amfterdam, nog voort met Te A]Tl=
het houden van heimelykeRemonftrantfchefierdam"
Vergaderingen, dan in't eene huis, en dan wordt
in 't andere. Doch op den negentienden De- wederom
cember, werdt'er wederom, zulk eene Ver-|e^on.
gadering geftoord, die ten huize van Joofi ßrant-
Br affer, Broedervan den Heer Govert BraJJer, f che Ver-
Thefaurier-Generaal der Vereenigde Ne-Saderin&'
derlanden, gehouden werdt. Doch Jooft gdl00rd*
Braffer werdt, na die ftooring, in eenige x 23'
weeken, niet gemoeid. Toen zogten eeni-
ge voornaame luiden hem te beweegen, om
zyne zaak met den Schout af te maaken,
hem voorhoudende „ dat, zo hy vonnis
„ verwagten wilde, eenigen der voornaam-
„ fte Schepenen zig verpligt zouden agten,
„ om uit de bank te gaan, alzo zy over
j, geene zaaken van Godsdienft zitten wil-
„ den; doch dat zy zig hierdoor verdagt,
„ en voor het toekomende onnut maaken
M zouden." Doch hy verklaarde „ liever,
„ als't niet anders zyn mögt,de volle boe-
„ te te willen geeven by vonnis van Sehe-
           •;;
„ penen, dan vy f groot by verdrag met den
„ Schout. De Schepenen," zeidehyook,
„ moeften zo wel iet voor de vryheid doen,
„ als hy en de zynen, die hunne welvaart
„ en hun leeven zelf ter befcheidenheid
„ van
C') Brandt IV. Deel, II. «19-su, «*»• ,,,,,_
(ƒ) N. V. WASSÏ.NAE11 Hift. Verhaai- Ui. vee ,f. «6.
fr) Confeffieboek v*n ij OB. i«*' "" ZJ {utJ l6"- ƒ.
134- Sententie!). v*n iz Jan. i<*> >"** >'? l6il«f- J7«
Rrr
-ocr page 550-
II. Deel.
AMSTERDAMS
484
werdt, van de Contraremonflranten, ook i623*
van de gemaatigdften, kwalyk genomen:
voornaamlyk, om dat men, daarin,nietge-
bleeven was by de paaien eener behoorlyke
verweeringe; maar partyen te vinnig hadt ^
gt
aangetaft. 't Geregt van Amfterdam ver- '£ ot.
klaarde zelfs dit Gefchrift, by afkondiging deeit
met de klokke van den agtften Maart ,, een jjc 6e'
„ fameus, fedkieus en fchandaleus libel, fc»ri£'
„ en den Schryver,als een verftoorder der
„ gemeene rufte , ten hoogften ft'raf baaf
„ te zyn, beloovende den genen, die hem
„ aanbrengen zou, van Stads wege, te zul'
„• len vereeren met driehonderd , en die den
„ Drukker ontdekken zou, met tw'eehon-
„ derd guldens, met verder verbod van dit
„ Gefchrift, of eenige andere argerlyke,
„ oproerige en fchandaleule boekjes , niemv-
„ maaren, liedjes, refereinen en diergely-
„ ken, binnen de Stad te brengen, na te
„ drukken, te verkoopen , of uitte deelen,
„ op de ilraffen, in 's Lands Plakaatenuit-
„ gedrukt («)." Doch ik vmd niet, datVj
men den Schryver of Drukker immer aan-^
bragt. Jan Blanfaart en nog twee fchuldi- % &
gen, die in Ooftfriesland gevat waren, wer- $fF^
den, te fchepe, naar Amfterdam gevoerd, z^/'
daar zy, nog voor 't einde van February, ^ f
aankwamen. Eer menze naar den HaagefilIj#
bragt, zatenze eenigen korten tyd in de \fL
boeijen, daar zy van de nieuwsgierigen , A* f
die men elk een' fchelling, ten behoeve der ^
armen, liet betaalen , in grooten getale,
bezien werden (0). Slatius, die zig in een
boerenpy gefteken en een- flegten hangenden
hoed op 't hoofd gezet hadt, ging, in dee-
ze toerufting, den zevenden dag na 't ont-
dekken der famenzweeringe, door Amfter-
dam; voer van daar op Harlingen, en voorts
op Leeuwaarden en Groningen, van waaf
hy op Lingen dagt te reizen. Doch hy werdt,
by het dorp Rolde, niet verre van Koever-
den , aangegreepen; eerft naar Koeverden,
en van daar te water naar Amfterdam ge'
voerd, daar hy, den twaalfden Maart, aan- ^
kwam, en ten zelfden dage, in zyn boerefl£/(„
gewaad, naar 't leeven, afgebeeld werdt ^j^d-
voorts, in 't koper geè*tft,door Klaas Jan^'^
zoon Vijfcher,
die zyne prent terftond uitgaf»
met een gedigt'daaronder, waarin de Re*
monftranten fchamperlyk werden doorga
ftreeken, als of de famenzweering uit hut1'
nen boezem voortgekomen was (j>). Docf*
de aanleg en ontdekking deezerfamenzwee''
ringe, de vlugt, ägterhaaling en ftraf def
overige fchuldigen ftaan ons hier, als geen^
b#'
(n) Keurb. K. ƒ. il vnfi. Zie 004. BRANDT'IV. De' '
hl.
988.
(o) BRANDT IV. Deel, hl. 9S4.
(f) Brandt IV. heel, hl. 993, 954, $9$'
1623. M van 't wufte graauw fielden (£)." Doch
of deèze zaak eenig verder gevolg gehad
hebbe, vind ik nergens gemeld.
Samen- In 't begin van February , kwam aan den
zweering <3ag
eene roekelooze famenzweering tegen
tegen t ^et leeven van Maurits, Prinfe van Oranje,
vanPrin- gefmeed door de twee Zoonenvandenont-
(e Mau- halsden AdvokaatOldenbarneveld, en meefl
rits ont- door den jongften; doch waarin ook twee
^kt"rl , Roomfchgèzinden, en eenige Remonftran-
eenigeGe ten, of die den Remonftranten toegedaan
Remors- waren, de hand hadden. Henrik Slatius
ftrancen voorheen Predikant te Bleiswyk,enomRe
daaraan mönffranCfchgezindheid afgezet, hadt 'er
hadden" voor anderen, deel äan. Hy lag, ten dee
zen tyde, overhoop met de Remonftrant
fche broederfchap, die hem het opzigt over
het drukken haarer boeken onttrokken hadt,
en hem niet voorthielp naar zynen zin (i):
't welk hem, veelligt, te eerder, tot vert wy-
felde aanflagen vervallen deedt. Jan Blan-
faart,
die verfcheiden' Gemeenten der Re-
monitranten als Proponent hadt bediend (£),
was ook onder de medewufligen. Doch
nimmer is gebleeken, dat 'er , behalve
deezen, eenige Remonftrantfche Predikan-
ten deel of eigenlyke kennis aan gehad heb-
- ben: en veelmin nog, dat de gantfche So-
ciëteit
of Broederfchap zig daaraan zou heb-
ben fchuldig gemaakt: 't welk Episcopius ,
den vierden Auguftus deezes jaars , aan
Affuerus Mätthifius deedt fchryven : Wat
gemeenfchap heeft de Societeyt met defe Con-
fpiratie ? Wie zyn daer aen fchuldigb geweefi?
't Komt op Slatius en Blancert aen.
£n wat
laager: 't Gaept als een oven, dat hiermede
de Societeyt ongelyck geßhiet, U-L. bekent
oock felve
, dat ghy daerom niet en zyt ver-
flerckt geworden in u voornemen,
tot verlaa-
tinge der Sociëteit {trekkende, om dat een of
twee predikanten fich daarmede hebben gemengt.
Want die hebben het felfde uyt loutere wraeck-
gierigheyt voorgenomen
, en op haer particulier
Devoor-(/). Doch al kort na't ontdekken en vatten
Remorf-
van eeniSe ^huldigen, waren ettelyken van
ilrant-
de voornaamfte Remonftrantfche Predikan-
fchePre- ten die in 't Land waren, heimelyk, teAm-
dikanten fterdam, byeen gekomen, om te overleg-
AmftTr-16 gen' Wat hun» in deezen 'ftand der zaaken,
dam by-
tot nunne verontfchuldiging, te doen ftondt.
een, en En hier werdt beflooten, eene Verdediging
geeven 0p te Hellen , die terftond in 't licht gege-
ontf Tl"
ven werdt' en waartoe AdriaanvandenBor-
digingliiire'
weleer ledikant te Leiden, zyne pen
't licht, geleend hadt (m). Doch deeze verdediging
(h) BRANDT IV. Deel, hl. 8sg>
(i) BliANDT IV. Deel, hl. s«*, 903.
(ij Bra.ndt IV. Deel, hl. 911.
\l) Brieven in ï66i. te Amft. hy Jan RleÜwertSZ. gedr.
11.
404, 40j.
(m) BRANDT IV. Deel, hl. 96$ «£*
-ocr page 551-
GESCHIEDENISSEN.
XIII. Boek.
485
I623.
Die ziekte ging, hier te Lande, byzon- 161%.
derlyk in deeze Stad , verzeld met eene Duurte.
groote duurte der leevensmiddelen. De De
Vroedfchap befloot, volgens gewoonte in^,roed~
diergelyke gelegenheden, den voorraad van ^f
graanen, die in de Stad was, heimelyk te graanen
doen opneemen, en vondt dien zo gering, inkoo-
dat men geraaden oordeelde, voor StadsPen-
rekening , niet alleen merkelyke inkoopen
van Rogge te doen; maar ook den uitvoer
van Graanen, buiten byzonder verlof vao
Burgëmeéfteren, te verbieden (u). De prys
der Rogge liep tot op tweehonderd goud-
guldens het laft. Doch terwyl het ys nog
in 't water lag, kwamen 'er veele fchepen
met graanen uit de Ooftzee voor de Stad:
waardoor de prys, in 't volgende voorjaar,
merkelyk daalde. Men getuigt, dat eenige
Koorenkoopers, toen de markt op't hoogft
was, hunne graanen , onder marktsgang ,
aan de Stad en aan de Godshuizen in de-
zelve verkogt hadden (v).
Burgëmeéfteren van Amfterdam, in den De Stad
aanvang deezes jaars, met Dykgraave en verkrygc
Heemraaden van Nieuwer-Amftel, overeen- 0£t1
gekomen zynde om den Amfteldyk , ter bmg^dd
lengte van omtrent drie mylen, dat is, zo te ouder-
verre als de fchouw van Dykgraave enHeem-kerk te
raaden zig ftrekte, te zanden, en daardoor ^eJ
bekwaam te maaken, om 's Winters en 's
Zomers, zo te voet als te paard en met den
wagen, te können gebruikt worden; verwier-
ven, den twintigften Maart deezes jaars, Oc-
troi van 's Lands Staaten, om, tot goedmaa-
king der onkoften, hiertoe vereifcht, twee-
maal zo veel bruggeld te Ouderkerk te mo-
gen vorderen, als zy, in de hoedanigheid
van Ambagtsheeren van Nieuwer-Amftel of
Amfterveen, plagten te doen (w).
De Winter was, op 't einde van dit en Hoog-
in 't begin van't volgende jaar, boven maa- water, in
te ftreng geweeft, waarop, den elfden Ja. Amfter-
nuary, eene doorbraak volgde in den Lek- ^'
dyk, een halfuur boven Vreeswyk of de 4'
Vaart, die door yskropping en hoog op-
perwater veroorzaakt werdt. Al watnoord-
waards en noordweftwaards in 't Stigt en in
Holland lag liep toen onder, tot Amftelland
toe. In Amfterdam, ftondt het binnen- en
buitenwater, even hoog, en boven depeil,
zo dat de fluizen geen' dienft doen konden,
't Water bleef hoog tot den zesentwintig-
ften, toen de wind zuidooftwaards zwaaide,
en gelegenheid tot loozinge gaf (x)-
De
betrekking hebbende tot de gefchiedeniffen
van Amfterdam, niet byzonderlyk te ver-
haaien. Alleenlyk tekenen wy, met een
enkel woord, aan, dat Jeroen Eivoutszoon,
een der vier matroozen, die 't ftuk uitbrag-
ten,en welken de Prins beloofd hadt te zul-
len bevorderen, eerlang, Kapitein op een
Oorlogsjagt geworden is , en van Amfterdam
plagt uit te vaaren: in welk beroep,hyzig
wakkerlyk gekweeten heeft (q).
Omtrent deezen tyd, werden, by den
vyand, wederom verfcheiden' aanflagenge-
fmeed, om de groote fchepen, die hier in
de Waaien lagen, en verfcheiden' der nee-
ringrykfte ftraaten, als deWarmoesftraat,
de Kalverftraat en den Zeedyk,midsgaders
de Beurs en 't Ooftindifche huis, door mid-
del van houten buizen, met buskruid en
brandftoffen gevuld, fchielyk en tevens, in
ligter laage vlam te zetten. Hiertoe was,
onder anderen, zekere Lieve van Ek van
Bruffel herwaards gezonden, die, de gele-
genheid der Stad naauwkeuriglyk befpied
hebbende, verflag deedt van 't gene hy waar-
genomen hadt. Men ftelde hem zesduizend
guldens ter hand, tot uitvoering van den
aanflag. Doch toen hy 't geld in handen
hadt, maakte hy zig t'zoek, zyn brandge-
reedfchap te Antwerpen agter laatende. De
Jezuken te Antwerpen zyn, naderhand, nog
met eenige Brabanders aangefpannen tot
diergelyken einde: eenigen van welken ook
binnen Amfterdam geweeft zyn. Doch zy
vonden de Waaien, het Ooftindifch Huis,
en 's Lands Magazyn zo wel bewaakt, dat
zy, wanhoöpende aan den uitflag, onver -
rigter zaake, te rug keerden. Men kreeg
Van de meeften deezer onderneemingen ,
hier te Lande, kennis uit eenen Kapitein
Blaauw of Blaauwbeen, die in den Haage,
om zeker voorval, in hegtenis geraakt was.
Ook blykt, uit meer dan eene Keure van
den Zomer des voorleeden, en van het be-
gin deezes jaars, dat de Wethouderfchap
Van Amfterdam, toen reeds, uit verfchei-
den'brieven, berigt van hetvoorneemender
brandftigteren gekreegen hadt, en op mid
^elen verdagt was, om het te fluiten (f).
*•« de goede voorzorg, die men hier ter
^edehieldt, verydelde, federt, alle dier-
§elyke onderneemingen (ƒ).
DePeftziekte, die hier, federt eenigen
i^> zeer gewoed hadt, was in dit jaar mer-
.e|yk afgenomen, fchoon men 'er nog ee-
Se kennelyke overblyffels van gewaar
?°°rge-
s
Cter
%\>
Ou,
t^iet
W
f») Refol. Vroedfch. N. 14. 2* oB- 2+' Nov- 6> 1*
I>cc. 1613. f. S9 verfo, 87 vtrfi, 91, 105, Hz.
(v) WASSENAER VI. Deel, f. 3J, 3« verjo, 77,
(w) Handv. bl. 3tj. [»»].
(') M. ib ^ASSENAER Hlft- Veihaal. VI. Deel, ƒ. 6z-H. p^ K z(,^
f. 61,
Rrr 2
-ocr page 552-
II. Deel.
AMSTERDAMS
436
voorjaar verpagt was. Doch de Gemeente, 1^24'
deezen laft ongewoon, verwekte opfchud-Boter- •
dingen in verfcheiden' Steden, om 'er zig paSt-
van te doen ontdaan. Te Haarlem, werdt
eens Pagters huis geplohderd. Te Amfter-
dam, ontftondt ook eene geweldige beroer-
te op de Botermarkt, die toen op den Dam
gehouden werdt. 't Graauw was aldaar, in
grooten getale, op Maandag, den derden
Juny, famengefchoold, en viel eerft aan 't
fmaalen op den Pagter of Impoftmeefter van ,
de Boter;daarna aan 't werpen met fteenen
op deszelfs Comptoir, daar de glazen uit
raakten. De bewooners van de huizen aan
de markt, die ook niet veilig waren, dee-
den hun beft, om 't volk met goede woor-
den te ftillen: doch 't mögt niet helpen. De
Wethouderfchap gaf hierop laft, om de ke-
tens te fpannen, die de toegangen naar den
Dam, door de Vogelfteeg , de Nieuwe-
Kerks-fteeg,den Nieuwendyk, het Water,
de Vifchmarkt, den Vygendam en de Krom-
elleboogfteeg, plagten af te fluiten. Indee*
ze toegangen , werden, daarenboven, fol-
daaten gefield. Ook plaatftenze zig nevens
de Waage : 't welk reeds eenigen fchrik in
de woefte menigte verwekte, die, voorts,
door de Burgers uit de wyken omtrent den
Dam, alleen met hun zydgeweer en barde-
zaanen gewapend, langs de Gafthuisfteeg,
de Kalverftraat en de Beursftraat, voor wel-
ken nog geene ketens gefpannen waren, van
de markt gedreeven werdt. Toen werden
deeze toegangen ook afgeflooten. Deoproer
was hiermede geftild: den volgenden Maan-
dag, werdt de Impoft, zonder wederzeg-
gen , betaald. Alleenlyk , was 'er , eene
gemakkelyker orde gefield op de betaaling
van den Impoft der Kopboter (ƒ), die
meefl van 't gemeenfle volk gekogt werdt:
't welk veel toebragt om't graauw in ruft te
houden.
Ondertuflchen, hadt, geduurende de op- tlt
fchudding op den Dam, een andere hoop "^
flegt volk, op de S. Antonis- of Nieuwe&f
markt, eene oude vrouw, die lang van to- ^ '°s
verye berugt geweefl was, aangerand, ge- fO&L,
fleept, gefleurd, en eindelyk in 't water ge- fy'1
fmeeten. Zy dreef hier eene poos op haare &°^'
rokken, 't welk het graauw verfterkte ^fpy,
den waan, dat zy toveren kon. 't Hielp niet» tSr K\,
dat eenige mededogenden haar uit het ^"^VC
ter trokken; zy werdt 'er , andermaal > }a ^fiooi'
gefmakt. Een Schuitevoerder, die haar *"
zyne fchuit zogt te bergen, werdt aange^al"
len, en zo lang met mefTen gedreigd , dat
hy de arme vrouw ten prooije der ge'
(ƒ) Keuib. K. ƒ. 50,
De Spaanfchen bedienden zig, midlerwyl,
van de ftrenge vorft, die tot in Maart toe
aanhieldt, om eenen inval te doen in de Ve-
luwe , die Amfterdam ook ongeruft maakte.
Graaf Henrik van den Berg trok, den zeven-
tienden February, 's morgens ten tien uu-
ren, by Dieren, over den Yffel, die daar
ter plaatfe digt met ys bezet lag (y~) , en
den agttienden werdt in de Vroedfchap van
Amfterdam beflooten, dat de ichuttery, om
den vierden nagt, waaken zou. Ook nam
men in overleg om 't gefchut op de wallen
te laaten brengen (2): 't welk egter niet
fchynt gefchied te zyn. In den Zomer des
voorleeden jaars, hadt men, op verzoek van
Prinfe Maurits, een vendel foldaaten van
hier laaten trekken naar Heusden O): doch
nu verzogt men zyne Doorlugtigheid ernfte-
lyk, dat de uitgezonden foldaaten herwaards
te rug gefchikt mogten worden (£). Men
ftelde niet flegts orde op hetopenbytenvan
de Vegt, van Utrecht tot aan Muiden en
de Zuiderzee toe; maar men fprak zelfs
van het openbyten der Zuiderzee zelve, die
ook een goed fluks wegs bevrooren lag. Wy-
ders, vondt de Vroedfchap geraaden, Mui-
den , waarin reeds eenige bezetting lag,
van nog veertig man, en van eenig gefchut
te voorzien ( c ). Doch men was hier vry
met de vrees. Den eenentwintigften, be-
pon het een weinig te dooijen, en twee da-
gen daarna, verliet de vyand, die veel van
de vorft geleeden hadt, de Veluwe weder-
om (d).
Tot verfterking van het Leger van den
Staat, werden, in de Lente deezes jaars,
verfcheiden' Grensfteden ontbloot van krygs-
volk, en wederom, met Burgers uit de Ste-
den van Holland,bezet. Amfterdam maak-
te ook een vendel van tweehonderd en
twaalf Burgers uit, welk in Bommel gelegd
werdt, en onder bevel ftondt van den Sche-
pen en Raad, Jan Jakobszoon Hinloopen, als
Kapitein, den Oud-Schepen, Jan Willems-
zoon Bogaard
, als Luitenant , en Mkolaas
Kloek,
als Vendrig. Doch zy waren nog
geene twee maanden van huis ( e ).
De Staaten van Holland hadden geraaden
gevonden, tot vervalling van een gedeelte
der onkoften van den oorlog, een Impoft
van eene gulden te leggen op ieder vieren-
deel Boter; die, volgens gewoonte , in 't
1624.
Voor-
zorg hier
ter Stede,
ter.gele-
genheid
van 's
vyands
inval ia
de Velu-
we.
Een ven.
del Bur-
gers, te
Bommel
in bezet
ting ge-
legd.
Op-
fchud-
ding te
Amfter-
dam, o«
ver de
(y) WASSENAER VI. Deel, ƒ. I07.
(z.) Refol. Vroedfch. ,-N. 14. I* Febr. 11524. ƒ. «o.
(«) Refol. Vroedfch. .N. 14. 2« J«ly U23. ƒ. 24.
(b)   Refol. Vroedfch. 2f. 14. 19 Febr. \6z+. f.iziverfo.
(c)   Refol. Vroedfch. N. 14. 20,2« Febr. 1624. ƒ. iZ}}
I40 verfo.
(d)  WA&ENAER VI. Deel, f. los , Iio.
OJ N. V. WASSENAER Hift. Verhaal, IX. Deel,f. + verft.
-ocr page 553-
XIII. Boek.             GESCHIEDENISSEN.            487
t6H. weidenaaren laaten moeft, die haar, op   gevoerd, en dat zulks in Zeeland onr
nieuws , m 't water wierpen , en zo lang   dekt zou zyn. De Heeren Pauw vervol
fooiden, met dompelen en onderhouden,   den zig, hierop, met een Verzoekfcnriff
1625,
dat zy den_______________________________
beloofde, den vyfden, driehonderd guvoor ieder der handdaadigen, die haa
f. -I                                         
aan mvne Hem™ n*
—■'-*-'»-iH V-Huil. ,
icüap aan myne Heeren van den Geregte, waar-
by zy kennis gaven van 't gene, ten hun-
nen lafte, tegen de waarheid, werdt aio
worden aangebragt (g). Doch zy kreeg nie- geftrooid, en begeerden daartegen gedekt
mant in handen Het geweld op de nieuwe te worden, 't Geregt voldeedt aan hun
markt hadt, midlerwyl, te wege gebragt, verzoek, en beloofde', den twee-entwin-
dat zig minder gelpuis vervoegd hadt naarden Dam, waar anders de opfchudding be-
zwaarlyker zou hebben können geilild wor-
den (T).
tigften_ Maart, tweehonderd guldens aan
elk, die de eerfte uitftrooijers of verfprei-
ders van dit gerügt wifl aan te brengen,
het voortvertellen van dit en diergelyke
b,
De Stad Amfterdam vanouds, de Die- gerügten, voorts, wel fcherpelyk verbie-
mermeer, eertyds de Watergrafts-meerge- dende(/«).
naamd in eigendom bezeten hebbende , Prins Maurits, den drie-entwintigften A- Maurlts
«int
ff
et
en
pril, in den Haage overleeden zynde, werdt fterft-
in zyne hooge waardigheden, opgevolgd gedr-Vk
door zynen Broeder Fsedbik Henrik, volgt
Hj^ie- Oftroi van 's Lands Staaten , om deeze
^er. Meer te doen bedyken, mids zy zulken,
die, door deeze bedykinge, in hunne vaar-
vuv,, ^ww, »^w-w ~~~,™-, ~. ,*-.,.- v«^- De Staaten van Holland beflooten, al zeer hem op.
ten, waterloozingen of eigendom, bena- fpoedig, om deezen Prins tot Stadhouder
deeld fronden te worden, vooraf te vrede hunner Provincie aan te Hellen («) DeVroed-
ftelde,en tien fchellingen van tweegrooten fchap van Amfterdam hadt egter geraadem
Vlaams ieder, voor elke morgen van den „ den Prinfe zyne Commiffie en Inftruaie
grond, aan deGraaflykheid betaalde. Voorts,
werdt haar, onder zekere voorwaarden ,
vryheid van verpondingen en andere gemee-
ne laften toegedaan, voor den tydvanvyf-
tien jaaren. Doch deeze vryheid werdt,
by nader Oclroi van den vierentwintigften
July des jaars 1626, tot op dertig jaaren
uitgebreid, en de Meer van Graaflykheids
tollen en allerlei tienden, voor altoos, vry
verklaard (i). Men voer, na 't verkrygen
van dit tweede Oclroi, vlytiglyk voort met
de bedykinge (T),die egter niet voor't jaar
1630 voltrokken werdt. De Advokaat Da-
„ niet over te geeven, voor dat menze met
„ die van Zeeland vergeleeken, en op ee-
„ nen eenpaarigen voet-gebragt hadt (0)."
Doch 't is bekend , dat Fredrik Henrik
het Stadhouderfchap van Holland, zowel
als zyne andere waardigheden , niet op
eene byzondere Inftruótie, maar alleenlyk
op eene algemeene Commiffie, bekleed
heeft (p).
Een' geruimen tyd voor deeze verande- De D-
ring, waarvan de Heeren, die in 't jaar ter Jo oft
1Ó18 uit de Regeering geraakt waren, en van den-
de Remonftranten zig veel goeds beloof- V01^1
velaar en de zynen hadden, reeds in t begin   den, was de Digter Joofi vat den Vondel, ffeft het
des jaars 1622, by Burgemeefteren en Raa-   te Amfterdam woonagtig, door den Heer £3™
den, aanzoek gedaan tot het bedyken der   Alben Koenraadsz. Burg, Schepen en Raad KL*,
^11^mJenr (> a D • • " n         j-     der Stad> aanSezet 0m een Treurfpel te Plicht.
§ DeOud-Burgemeefter Reinier Pauw, die,   maaken van het ongeluk, 's Lands Advo-
federt het jaar 1605, agtmaalen regeerend  kaat Oldenbarneveld, in dien zelfden tvd
«urgemeelter geweelt was, en tweemaaien  oveweknmpn. Vondel hadr
Ä
K?!iWie jaarenr agtel ell^andsr/<en geregeerd  ^ datheC geen t d ^, w »
V hadt, was federt het jaar 1620, met ver-   Sch B wedero£ had(. id f
\ kooren tot deeze waardigheid Ook fcheen  het op een anderen mam, m |e]k '
^ hy omtrent deezen tyd mkleinagting ge.   Vondel aanleiding genomen hadt, om he
taant tezynbyveelen onder t gemeen. Zelfs   Treurfpel van Palaïnedes te ontwerpen, van
Werdt, ten zynen nadeele, in de Lente des   wien de ouden verhaalen, dat hy, onder
jaars 1625, verfpreid, dat hy en zyne Zoo-   dekfel van geld van den vyand genooten, en
^en, of eenigen hunner veel boter en kaas
van hier naar den vyand zouden hebben
het oog derwaards gewend te hebben, door
beleid van Agamemnon enUlyfTes,vankant
geholpen werdt: 't welk Vondel hieldt,ge-
noeg-
(m) Keurb. K. ƒ. 69.
(n) Eefol. Holl. 1, 3 M*? IS2J. hl. 6i , 66.
(c) Refol. Vroedfch. N. ij. 28 ^ipril 1625, f, 8vtrfi.
(p) Vaded. Hift- XI. Deel. hl. 4.
Rrr 3
k) Keurb. K. ƒ. 49.
T J*J WassenAER vil. Deel, f. 10+ verfi enz. DOMSE-
xH VI. Sa'K.' bl- 535- COMMELIN , hl. 1107.
f) Handv. hl. .338. 34° [m, U5-]
3 jf-i Refol. Vroedfcli. N. 14. z+Juny 1614. ƒ• »7. N. ij.
rf?% I626. 27 April I627. ƒ. 17!, il+verfo.
1 ' ^-efol. Vroedfch. N. ij. 27 fan. 1622. ƒ. 87 verft.
-ocr page 554-
AMSTERDAMS
II. Deel.
488
i6iS-
aangezet, en Ernfi Roeters. Vondels Ad-
vokaaten waren Luit en Kats, en zyn Pro-
cureur Bouwman. Zy beweerden „ dat
, men den Palamedes voor eene Griekfche
, gefchiedenis neemen moeft, die de Dig-
, ter , naar de tooneelwetten , met eenige
, byfieraaden , opgefchikt hadt; en .dat
, men den inhoud verftaan moeft , niet
, naar 't gene 'er fommigen uit trokken,
, maar naar de verklaaring des Digters ,
, die, gelyk elk , zyne eigen' woorden
, mögt uitleggen." De Schepenen Burg en
Roeters waren niet van één verftand, en
bragten de zaak voor de volle bank van
Schepenen , die ook niet eensgezind wa-
ren. Maar de Schout, Jan ten Grootenhuis,
viel zagt, den Digter alleenlyk te laft leg-
gende „ dat hy, in het Treurfpel, dingen
„ hadt gefproken, die hy hadt behooren
„ te zwygen." Het meerderdeel der Sche-
penen neigde ook tot zagtheid. Maar de
Vice-Prefident, Jan Gysbertszoon de Fries,
hoorende,uit het gefprek, dat verfcheiden'
Schepenen gezind waren, den Digter eene
geldboete op te leggen, zeide, toen zyne
beurt van ftemmen gekomen was : Van
Vondel zou 't niet meer doen
, zo ik met het
regt begaan mögt (q).
By de meerderheid,
werdt nogtans geoordeeld , dat hy drie-
honderd guldens aan boete betaalen moeft:
't welk hy gewilliglyk deedt. Het Treur-
fpel, flegts gedeeltelyk opgehaald, was,
in weinige dagen, uitverkogt: en eene week
of twee laater, kwam 'er een tweede, en
kort daarna, een derde druk te voorfchyn.
Men wil zelfs, dat dit ftuk , binnen wei-
nige jaaren, omtrent dertig maaien, gedrukt
werdt. Doch 't liep aan tot in 't jaar 1665,
eer 't, voor de eerfte reize, hier ter Ste-
de, openlyk werdt vertoond, in een huis
op Droogbak , alzo de Schouwburg toen
verbouwd werdt. In laater' tyd, is het,
met uitlaating van de meefte verzen, die
op 't Kerkelyke zagen, ook op den Schouw-
burg , ten tooneele gevoerd. De Digter
ftelde , eerlang , eene wydluftige uitleg-
ging van zyn Treurfpel op, die veele bla-
den papiers befloeg. Doch zeker Heer
hieldt hem 't gevaar, welk hierin ftak, zo
leevendig voor oogen, dat hy zyn opftel in
't vuur wierp (f).
In den Zomer deezes jaars , was d^
Buskruid - molen van Joris Adriaanszoon.i
Bewindhebber der Weftindifche Maatfchap'
pye , die op den Heiligen - Weg ftondt»
by ongeluk of door onvoorzigtigheid , &
de lugt gevloogen ; waarby een man het
jeß'
(q) Zie VONDELS Hekeld. hl. ISO.
\t) Vondels Leven, hl. 3.S-24, 6%, j7.
1625. noegzaame overeenkomft te hebben met het
geval des.Advokaats. Hy was met Palame-
des bezig , toen 't gerügt hier ter Stede
kwam, dat Prins Maurits, die ook een per-
fonaadje in 't fpel zyn zou, op het uiterfle
lag. Vondels Huisvrouw riep dan, aan de
de trap, die naar zyne Kamer ging, Man,
de Prins legt en fierft:
waarop hy antwoord-
de , Laat hem flèrven , ik belui hem vafi.
Ook ging hy, na 's Prinfen dood, zo vly-
tiglyk voort met zyn werk , dat het Treur-
fpel, met 's Digters naam op't voorhoofd,
nog in 't najaar, in 't licht gegeven werdt.
Wathem Het oogmerk des Digters werdt ligtelyk
hierover ontdekt: en veelen verftonden, dat menigte
bejegen- van luiden, die toen nog groot gezag hier
de ? te Lande hadden, ook de Leer der open-
baare Kerke, in het Treurfpel, al tefcherp
werden doorgeftreeken. 't Leedt ook niet
lang, of 't boek werdt opgehaald, en de
Digter aangeklaagd. Vondel geloofde, en
plagt federt te verhaalen, dat deProkureur-
Generaal hem in den Haage zogt te regt te
doen Hellen; dat de Penfionaris der Stad,
Adriaan Pauw , Zoon van den Burgemees-
ter Reinier Pauw, die als Regter over 01-
denbarneveld gezeten hadt , hiertoe hadt
geraaden; doch dat het, meeft doordeher-
tigheid van den Burgemeefter Diderik Bas,
op de voorfpraak van den gewezen Schepen,
Herman van de Poll, die in 't jaar 1618 ont-
flaagen;doch by verfcheiden' Regenten nog
zeer gezien was, was agtergebleeven. Ook
verhaalt men, dat Schepen AndriesBicker,
op 't aanhouden van den Penfionaris Pauw,
zou gezeid hebben, Als men onze burgers
naar den Haage zal voeren; wat hebben iny
dan hier te doen?
Doch terwyl hierover nog
werdt geraadpleegd, vondt Vondel zig in
zulk eene verlegenheid, dat het huis hem
te bang werdt. Hy verfchuilde zig dan,
ten huize van zynen Zwager Hans de Wolf,
die weigerde zig met zyne zaak te moeijen.
Van hier, daar hy vreesde het eerft ge-
zogt te zullen worden, begaf hy zig naar
't huis van Laurens Jooflen Baake, die hem
gaarne ontving en bergde; en wel, volgens
eene oude overlevering, op zyne Hofftede
aan de Beverwyk, thans den Heere Ni-
COLAAS GeELVINCK DE JONGE, Se-
cretaris deezer Stad, toebehoorende, en
Scheibeek genaamd. Doch, na drie of
vier dagen fchuilens , verftaan hebben-
de , dat men 't vervoeren naar den Haage
hadt afgeweezen, kwam hy wederom te
voorfchyn. Zyne zaak werdt, vervolgens,
op des Schouts rolle getrokken. De twee
Schepenen , die deeze rolle waarnamen,
waren Albert Koenraadsz. Burg, die Von-
del tot het digten van zyn Treurfpel hadt
z
-ocr page 555-
XIII. Boek. GESCHIEDENISSEN.               489
l625. leeven verlooren hadt O). De bewoo- raadfchap geregtelyk te beletten, daarme- 1626.
ners der huizen op den Heiligen - Weg de voort te gaan. _ Hieruit ontftondt een A ter-"
hadden, reeds te vooren, meer dan eens, pleit, voor 't Hof in den Haage, tufïchen dyl.£ "
geklaagd aan Burgemeeileren, over 't ge-
   de Heemraadfchappen van Rynland en
vaar , welk zy en de voorbygangers zei-
   Woerden ter eener, en de Stad Amfler-
ven van deeze kruidmolens liepen, en
   dam ter anderer zyde. Men was hier, al
Burgemeefleren hadden hunne klagten in
   vroeg, bedugt, dat de Heemraadfchappen
denRaad gebragt (t), waar, in 't be-
   eene uitfpraak in hup voordeel zouden wee-
l^2(5. gin des jaars 1626, beflooten werdt „ dat
   ten te verkrygen, en zogt hierom te wege
,, voortaan geene kruidmolens binnen de
   te brengen, dat de zaak ter Vergaderinge
„ Vryheid gefield zouden worden, dan
   van Holland gebragt, en 'Staatswyze afge-
„ met verlof van myne Heeren van den
   daan werdt (w). Doch eer zulks gefchied-
„ Geregte ; dat, zo wanneer, in het toe-
   de, gaf het Hof eene interlocutoire Senten-
„ komende, door het opfpringen van eèni-
   iie , waarby verlof gegeven werdt, om
„ ge kruidmolen , zwaarigheid ontflondt,
   met het leggen van den Siaaperdyk voort
„ de eigenaars alle de kruidmolens, bin-
   te vaaren, ter hoogte van vier voeten agt
„ nen de Vryheid flaande, op hunne kos-
   en een halve duimen, Rynlandfche maat,
„ ten, zouden moeten af breeken en verplaat-
   boven zekere peil, den negenentwintig-
„ fen; en dat Burgemeefleien een opzig-
   flen Auguflus des jaars 1624 , op lalt
,j ter Hellen zouden, op koflen der Kruid-
   van den Hove, aan den Spaarnedammer-
„ maakeren , om agt te geeven, dat 'er
   dyk, en te Amflerdam aan de nieuwe
„ niet boven eene bepaalde hoeveelheid
   brugge gefield. De Vroedfchap, hiervan
„ kruid in de molens en ftooven bewaard
   kennis gekreegen hebbende , flelde vaffc,
^ s, werdt («)."
                                                dat de zaak, zonder langer uitflel, ter
De Stad Amflerdam , na veel hande-
   Vergaderinge van Holland moeit gebragt,
^ lens , met de Stad Utrecht overeengeko-
   en afgedaan worden (.r). Midlerwyl, hadt
{hin men zynde, om, op gemeene koflen, een
   de Stad zig van de Sententie van den
(Aad Zandpad te maaken van Ouderkerk tot
   Hove beroepen op den Hoogen Raad,
\«- Breukelen, en een Wagenweg, van tegen
   daar men 't gefchil,by minnelyk Verdrag,
JV^' over den Voetangel tot aan het Dorp Ab-
   zogt by te leggen (y). Doch 't liep aan,
Ä) koude; zo verleenden de Staaten van Hol-
   tot den zesden Auguflus deezes jaars 1626,
tq!V land daartoe, den vyftienden Juny deezes
   eer partyen, te Amflerdam, by voorraad,
Vjji jaars , Oclxoi, de twee Steden te gelyk
   en behoudends elk zyns regts , overeen-
\* veroorloovende , haare koflen te vinden
   kwamen „ dat men, met het leggen van
'uit een Gabel of Weggeld, welk gerekend
   „ den Siaaperdyk, voortvaaren zou, mids
zou worden op den twintigflen penning
   ,, dezelve, ten verzoeke van Burgemees-
van de uitgefchooten hoofdfomme. Voorts,
   „ teren van Amflerdam, niet hooger ge-
werdt, volgens gewoonte , bepaald , dat
   „ legd werdt, dan twee voet en tien
men den eigenaaren der Landen, die ver-
   „ duim boven de peilen van den negen-
graaven, en der huizen, die verzet zouden
   „ entwintigfien Auguftus des jaars 1Ó24:
moeten worden, vooraf, goed genoegen
   „ en zo 't gebeurde, dat, by 't overloo-
\ Zou moeten geeven (v).
                                 „ pen of overflorten van hooge vloeden,
K. Al' voor den* aanvang des jaars ió"24,  eenige grondwaalen vielen, zouden Bur-
C 'hadden Dykgraafen Heemraaden van Ryn-
   „ gemeefleren van Amflerdam, des ver-
ij1 land ondernomen, tot verflerkinge van den
   „ zogt zynde, daarover met de Heeren
J^d Velzerdyk, eenen Slaaper-öf Agterdyk te
   „ van Rynland in onderhandeling komen,
è.n,' leggen, die zigflrekken zou van den Spaar-
   „ en hun, omtrent het herftellen van den
'^Vnedammerdyk af, tot aan de Zandpoort
   „ Dyk, en het dempen der grondwaalen,
(\ j°e. Amflerdam hadt veel belang by 't
   „ redelyk genoegen geeven (2)." Waar-
iNyt e§gen van zulk een' dyk, met naame ,
   mede de twifl, die hgtelyk nadeelige ge-
^«n"Wanneer dezelve wat hoog gelegd werdt;
   volgen gehad kon hebben, voor eenen ge-
ji^- ^zo , door het overloopen van den laagcn
   ruimen tyd, was bygelegd. Doch de on-
^Hr velzercjyk, de Stad, tot hiertoe, van 't
   eenigheid in 't fluk van den Godsdienfl
^e«n Qoogwaterj welk, vooral met Noord wes-
   gaf, dit jaar, hier ter Stede, aanleiding
ÜjJ\vtf:n winden, voor en in de Stad kwam,
   tot nieuwe beroerte, gelyk wy , in 't vül-
> l^agt ontiafl te worden. Men verzuimde
   gende Boek, verhaalen zullen.
Qan niec, dit werk te fluiten, en het Heem-
                                                        f
'■ t37-'"4-]                                                             _ TWEE.
-ocr page 556-
490
TWEEDE
DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
AMSTERDAM.
VEERTIENDE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van het jaar 1626,
tot in het jaar 1632.
ten, eerft met woorden, en, toen die niet i# •
hielpen, zo men wil, met Hagen, wegge-
jaagd. Hieruit rees beweeging. 'tGraauw,
te hoop geloopen, en verneemende, dat
hier eene Arminiaanfche Vergadering ge-
houden werdt, viel aan 't uitwerpen van de
glazen;pafte, voorts, terwyl de vergaderde
menigte naar een goed heenkomen zogt, in
huis te raaken,en fmeet ftoelen en banken,
en 't gene meer voor de hand was, ten
venfteren uit. Toen 't huis ledig geplonderd ^
was, begon men het af te breeken. DeJ)8^
Wethouderfchap , midlerwyl, kennis van ^^
de opfchudding gekreegen hebbende, zondt \ei o?
den Major Nikolaus Hajjelaer, met eenige $>.
Stads foldaaten, af om dezelve te ftillen-
Doch eer hy volks genoeg byeen hadt, was
het drie uuren na den middag, en het dak
reeds afgebroken. Toen trok hy aan op
de woefte menigte, die, zonder op zyne
waarfchuwing te paffen, de foldaaten met
fteenen dreigde. De Major gaf, daarop >
aan 't eerfte gelid, bevel om los te branden- A
Een der belhameien werdt zulks getroffen»^
dat hy, met het mes in den mond en de Jy>'
handen vol fteenen, nederftortte. De overi- /
gen deinsden toen af, naar den Montelbaafls t{
tooren. De foldaaten namen, zonder voo}
eerft meer te fchieten, het geplonderde hui5
in, uit welk egter, des avonds laat, not
iemant, 't.zy een bloot toekyker (Z>), °|
een die deel aan 't gepleegde geweld geh^
hadt (1),geveld werdt. 'tLighaamvan
(i) N. v. WASSENAER Hift. Verhaal, Xr. Deel , /■
verfo.
.f
(i) Onder 't gemeen , werdt verfpreid eo *u
loofd, dat deeze gefueuvelde fiegts een toeW'L
geweeft was; maar Vondel dagt 'er anders^ .
gelyk, uit deeze regels van zyne Rommelpot '$
Ge-
fchrift ,
tot voe-
ding van
party-
De gemaatigdheid in zaaken van Gods-
dienft , waartoe de Regeering van
Amfterdam, meer en meer, begon te nei-
gen, ftak fommigen heethoofden zo zeer in
ïchap en 't oog, dat zy zig niet ontzagen, dezelve,
ting der
Regee-
linae
0p allerlei wyze, fchamperlyk ten toon te
ftellen. Hiertoe diende , onder anderen,
een gefchrift, welk, in 't begin deezes
ftrekken- jaars, by nagt, geftrooid was, en den naam
de, ver- droeg van Apologie ofte Feranfwoordinge voor
IÓ2Ó.
de Predicatie van D. Johannes Doucber, Fran-
fchen Predicant binnen Amfterdam. 't Ver-
fpreiden van dit Gefchrift, welk men hieldt
te ftrekken , om de partyfchap onder de
goede ingezetenen te voeden, en de Regee-
ring in veragting te brengen, werdt zo eu-
vel genomen, dat deWethouderfchap,den
dertigften January, zeshonderd guldens be-
loofde aan die maaker, drukker of uitgee-
ver wift aan te wyzen; en zo de aanbren-
ger de drukker of uitgeeverzelf zyn mögt,
werdt hem, daarenboven, ftrafvryheidtoe-
gezeid (a). Doch my is niet gebleeken,
datdeWethouderfchap hierin eenige nade-
• re ontdekking gedaan heeft.
'tGraauw De Remonftranten, fteunende op de ge-
ftoort maatigdheid van veele Leden der Regee-
eene Re- ringe, voeren, ondertuffchen , voort met
JP0U' het houden hunner heimelyke Byeenkom-
fche Ver- ften > die , omtrent deezen tyd , meer en
gadeiïng,meer openbaar werden. Doch , op den
op de tweeden-Paafchdag, zynde thans den der-
°ujjs tienden April, werdt hunne vergadering,
en p?on- die toen °P den Montelbaans burgwal of
dert het oude Schans gehouden werdt, wederom ge-
Huis, ftoord door 't graauw -. 't welk zig in deezer
voege toedroeg. Eenige jongens, voor 't
huis , daar de Byeenkomft gehouden werdt,
fpeelende, werden, door de Remonitran-
(*) Keutb. K. ƒ. 7«.
-ocr page 557-
GESCHIEDENISSEN.
XIV. Boek.
49 ï
%6.
laatflen werdt eerfl door't graauw gefleept
voor 't huis van den voorzittenden Burge-
meefler Jakob van Nek, daarna voor dat
van den Burgemeeller Bieter de Vlamingvan
Oudshoorn,
als wilde men hun dit ombren-
gen wyten.' Doch eindelyk moeft men 't
naar 't Gaflhuis draagen (V). De yveraars
tegen de Remonftranten, en onder deezen
Simon van der Dow,Oud Schepen en Raad,
en Zoon van den gewezen Schout Willem
van der Does, fcholden Halïelaer, ter ge-
legenheid van het doodfehieten van deezen
laatflen, voor eenen Moordenaar (d). Drie
oproerigen waren, ondertuilchen, gevat,
zekere Scheeps-Kapitein, in dienfl der Wefl-
indifche Maatfchappye, genaamd Zwart,
en twee Ooflindifchvaarders. Zwart en een
der twee anderen werden, met het zwaard
over't hoofd, de derde met geeffelinggeftraft
(V). Eer Zwart nog gevonnift ware, vrees-
den fommige Kerkelyken, dat het hem den
hals koflen zou. De Kerkenraad zelf fcheen
zo met hem begaan, dat 'er eene bezending
gefchiedde aan Burgemeefleren , bellaande
uit de Predikanten Adriaan Smout en Joannes
Kloppenburg
en twej Ouderlingen , onder wel-
ken de Oud-Schepen Jan IVillemszoon Bo-
gaard
was, om hun aan te zeggen „ datzy,
„ zo Zwart met de dood geflraft werdt, 't
j, gebed in de Kerke niet voor hem doen,
„ noch de uitvoering van 't vonnis bywoo-
„ nen zouden, veel min- hem vermaanen,
j, om zig tot flerven te bereiden, alzo hy,
„ in eene goede zaak, geyverd hadt (ƒ)•"
Doch my is niet gebleeken, hoe deeze bood
fchap van de Heeren opgenomen werdt. 's
Daags na de plondering, liep de S. Anto-
nis of nieuwe markt zo vol volks, dat men
aldaar voor eenige nieuwe opfehuddingbe-
dugc was; om welke te voorkomen , de
fofdaaten uit het geplonderde huis geligt, en
op de S. Antonis Waag gelegd werden.
Maar 't graauw, zulks verneemende, ftreef
de naar 't verlaaten huis, welk voorts, ten
gronde toe, afgebroken werdt. De pion-
deraars, meer dan duizend in getale , trok-
ken, vervolgens, met een gedeelte der af-
(c)  vondels Hekeld. il. 173. en in Öäavo hl. Sz met
<*e \Aant.
(d)  vondels Hekeld. ia Odavo bi. 73. in de ^Aant.
(?) Amfterd. Beroerte gedr. i6js. Ccrt Verhaal van de
n. Faftie, gedr. 1628. Atteft. *gt. de Wederlegg. van
1 -Ubel fameux, gedr. 1627. il. 6\ , «+.
(ƒ) Authcnt. en Waaracht. Verhaal, gtir. 1030. il. 21.
** Hanekot, in de Hekeldichten, bl. 172, blyken
kan :
Het geviel, dat grauwe Geuzen
Wonnen 't huis te Monkelbaen,
E>aer Heer Hopman Swart vooraen
■•rok met finte Stevens reuzen,
J-oen Je Uambeer, wel emant,
I STITTT66 dieven in bst mnU
gebroken fparren en latten, als in triomf', t6&&
door de Stad, zelfs over den Dam, en voorby
't Stadhuis. Een andere hoop bleef zig nog
op de nieuwe markt onthouden, tot dat de
Schuttery, hieromtrent in't geweer geko-
men, de toegangen naar de markt bezet
hadt, en 't graauw, met goede woorden ,
bewoog tot vertrekken Hiertoe déedt, on-
der anderen , zyn befl, de Burgerhopman
Jakob Pieterszoon Hoogkamer, Oud Schepen
en Thefaurier , die omtrent de Brouwery
de Haan flondt met zyn vendel , daar 't
meeflë^volk was famengefchoold , onder
welk eene oude vrouw, zynde een vlafter
of zydewindfter, zeide: Deeze Heer is niet
Arminiaanfcb ; maar goed Kerkfch: ik heb hemt
dikwils
, in de oude Kerke, in 't Heeren geßoel-
te zien zitten. Laat ons, op zyn begeer en
,
weggaan. Ook begaf zig "de menigte, mee
het vallen van den avond, naar huis : waar-
mede de opfehudding geftild was fg\
Doch de Wethouderfchap verklaarde,&byDe Ver-
eene afkondiging van den zeventienden , gaderin-
het houden van diergelyke Vergaderingen, ^en en 'e
zo wel als het daadelyk llooren derzelven, <jerzei,
voor ongeoorlofd en ftrafbaar; alzo zy , ven
aan den eenen kant, wel van meening was, de wordt
Chriftelyke Gereformeerde Religie, gelykvcrbo0-
dezelve openlykgeleerd werdt, alleen, doortlen'
openbaar gezag, te handhaaven; maar ook,
aan den anderen, alles dagt aan te wenden,
wat tot bewaaring der rulle onder de inge-
zetenen dienen kon. Zelfs beloofde zyeene
vereering aan zulken, die eenige perfoonen,
jong of oud, welken zig aan de jongde plon-
dering, berooving en huisfehending hadden
fchuldig gemaakt , of die eenige jongens
daartoe aangezet hadden, willen aantewy-
zen (h). Doch my is niet bekend, dat 'er meer
fchuldigen ontdekt werden. De Vroedfchap
befloot, wat laater, dat Burgemeefleren en
Schepenen eenige orde beraamen zouden,
om diergelyke oproer en huisdorming te
voorkomen , en alle onheilen te verhoe-
den (i): 't welk ik egter niet vind, voor-
eerft, gefchied te zyn. 't Bleek, uit de be-
zending des Kerkenraads, klaarlyk,dat'er,
onder de Predikanten, waren, die 't woeft
bedryf der plonderaaren vergoelykten, en
toefchreeven aan yver voor de waare Leere.
Maar de Predikant, Komelis Hanekop, die De Pre-
laatftelyk te Breda geflaan hadt; doch, met dikant
het overgaan dier Stad aan de Spaanden, „™^s
zynen dienfl hadt moeten verlaaten; in July worjt p
des voorleeden jaars, herwaards beroepen door d'en
00, en op ernflig verzoek des Kerkenraads, Kerken-
door raad, in
Of) DOBttttAAK VI. *»•*>**?** ÊOMMELIN, W. ,,„,.
(ü l\t: LUI * .*•* juiy «fiiS. f, l6, vtr/,,
(O CROESE Keik. *-eS'a- "• SZ.
Sss
tl
-ocr page 558-
II. Deel.
AMSTERDAMS
492
Stede, in 't Staaten-Koliegie te Leiden ge- \d%l'
plaatft (t). De Digter Joost van den
Vondel heeft de gedagtenis van 't ge-
beurde met den Predikant Hanekop bewaard,
in een fcherp Hekeldigt, genaamd Rommel-
pot van 't Hanekot
, welk, in 't jaar 1627»
in.'t licht gekomen is (a). De Kerkenraad
fcheen, midlerwyl, volkomenlyk overtuigd,
dat Hanekop regtvaardiglyk gehandeld was.
Immers, men leeft, in zeker Gefchrift van
dien tyd , op den naam van Predikanten en
Ouderlingen , uitgekomen „ dat alle de
„ Dienaren defer Gemeente, van aenbegin
„ der Reformatie, tot delen tyd toe, een-
„ parighlyck defelve Leer geleert hadden,
„ ende als noch leerden; behalven alleen
„ het different, dat, binnen eenige maen-
,, den herwaerts, alhier was voorgevallen,
„ in het welcke, de Predicanten ende Ou-
„ derlingen voornoemt, alle ende elck in
„ 't byfonder, alfoo nae den woorde Gods
„ ende ordre der Chriftelycke Kercke, ver-
„ mogens haer Ampt ende beroepinge,tot
„ rufte der Kercke ende behoudenifle van
„ de heylige waerheid, hadden gehandelt,
„ als fy voor Godt den Heere, ende voor
„ alle Kerckelycke Vergaderingen, ver-
„ trouwden te verantwoorden (V)."
              ƒ•
Met de gewoonlyke verandering derRe-fieV'
geeringe, in den aanvang deezes jaars, wa-Wy*
ren, hier ter Stede, wederom eenige Hee ^rf,c
ren in 't bewind geraakt, van welken, allen, *$'
die de ongewoone handelingen van de jaaren
1618 en 1619 afkeurden, zig zeer veel
goeds beloofden. Doch anderen, die eenige
Befchryvers van Amfterdam (w) harde Ge-
reformeerden
noemen, zagen deeze verande- j
ring met ongenoegen. Uit den koker van Py
deezen, was een lomp fchimpfehrift voort-^
gekomen, welk, kort voor de gewoonlykes
vernieuwing der Wethouderfchap , hier ter
Stede,verfpreid werdt, en aldus luidde:
Dit fyn de Quanten,
Die oprechten willen de Arminiaenfe San' I
ten.
Capiteyn Boom, Oetgens, Geurt Dircsz.,
Andries Bicker, Bas,Albert Coenraet,
Teeling, [mißchienTholincx],Schaep»
Grootenhuyfe , Haftelaer , Opmeer,
W. Bäcker, Hinlopen, Reaal, Over-
lander.
Dit fyn de waggehnuffen,
Die door de vroomen fyn geraeckt op •
kujfen.
Raep»
(0 Groot-Memor. n. IH. ƒ. 28 verfi.
(u)
Vondels Leven, bt. if„
                                     , ,
(v) Re-^onftr. ua de Magiftr. van Amft. gedr. tn A
Haage, ï6ly. hl. j.
(ra) DOMSELÄ&R, hl, 331. COMMiLIN, hl. I%oS'
1626.  door Burgemeefteren, goedgekeurd was (/),
n ' fchroomde niet,het oproer enhuisftorming
dienft ge- openlyk te veroordeelen , en voor Onchris-
fchoift. telyk uit te maaken (m). De uitvoering der
Plakaaten tegen de Remonftränten, en het
bannen van deeze luiden uit de Kerke ftondt
hem ook tegen. Zelfs durfde hy, openlyk
genoeg, beweeren, dat de vyf Arminiaan-
fche punten zulke grove dwaalingen niet
■waren, dat zy den grondflag der zaligheid
ondermynden (»)■ Hierdoor maakte hy zig
zo verdagt by zyne medebroeders , dat de
Kerkenraad, aangezet, zo men wil (0), on-
der anderen , door den Oud - Schepen en
Raad, Warnar Ernfi van Boffen, in Novem-
ber deezes jaars, befloot, hem te fchorfen
in zynen dienft,onder voorwendfel,zofom-
migen fchryven, dat hy te zwak van berfe-
nen of van lighaam was, om dien waar te
neemen naar behooren (p). 't Liep egter
1627.  nog tot in de Lente des volgenden jaars aan,
eer de Vroedfchap kennis kreeg , dat de
Kerkenraad de verlaatïug van Hanekop op
Burgemeefteren begeerd hadt, en dat Ha-
nekop daartegen betuigde, dat men hem,
zonder oorzaake, bezwaarde. De meefte
Leden verftonden toen „ dat Burgemeefte-
„ ren' behoorlyke kennis van de gelegenheid
„ en waarheid der zaaken neemen zouden,
,, en daar van der Vroedfchap verflag doen,
„ om dan, op Hanekops verlaating, met
„ derzelver raad, te mogen befluiten; doch,
„ dat de punten van de Leere kerkdyk
., zouden worden verhandeld (q)." Maar 't
blykt niet, dat Burgemeefteren Hanekop
fchuldig gevonden hebben. En in Novem-
ber des jaars 1628 , kon de Kerkenraad nog
geen verlof krygen, om een' ander' Predi-
kant, in zyne itede, te verkiezen, naardien
hy, buiten kennis van Burgemeefteren, ver-
laaten was (r). Wat hierop verder gevolgd
zy, vind ik, in de Regifiers der Vroed-
schap, niet aangetekend. Dochvaftgaat,
dat Hanekop, na zyne fchorfing, den Pre-
dikftoel niet wederom beklommen heeft,
hoe zeer ook veele aanzienlyke luiden hem
genegen bleeven. Sommigen tekenen aan,
dat hy, hier ter Stede,den vyftiendenjuly
des jaars 1655, overleeden is (j). 'tls te
vermoeden, dat men hem zyne gaadje, tot
zynen dood toe, zal hebben laaten genie-
ten. In't begin des jaars 1626, was zyn
* Aium< Zoon Jrnoldiis, ais * Kweekeling deezer
(/) GrooNMemor. a\ m. ƒ. 23.
(m) Zie Vondels Hekeld. hi. 173.1
(n) Onpartydig Chron. hl. 50.
(0)   Zie Vondels Hekeld. in oeiavo hl. $3 met de Aant.
(P) DOMSELAAR VI. Boek^, hl. 3 3». COMMELIN, hl. IIOJ.
CkOese Kerk. Reg. hl. 52.
(1)  Refol.,Vroedfch.N. 1$. \6 Maan 1527. f. zo6iierfo,
(r)
Refol. Vioedfch. N. ifi. 14 Nov. I628. ƒ. +1.
O) Cf.OESE Keik. Reg. hl. Sz.
-ocr page 559-
GESCHIEDENISSEN.
XIV. Boek.
493
-7- Raep, Hadden , Hoochcamer, Vlamingh,
Neck, Renniil [Reynft] , Vinck, Tulp,
Raephorft.
Wilt niet langer waggelen maer vaflßaen,
Enßpannen niette vroomen aen,
En helpen
, naer myn vermeien,
Datier op Vrouwendagh geen Anninianen
comen aen.
Dit fyn de vromen.
Pauw, Jan Gysbertsz., De Vry, J. W.
Bogaerc, Iiülebrant Schellinger, Ver-
does , Ernfl: Roeters, Bets , Haring-
carfpel.
De Heer Nikolaus van Reigersberg,Raads-
heer in den Hoogen Raad, en Zwager van
Hugo de Groot, omtrent deezen tyd, ar-
beidende om te wege te brengen, dat dee-
zen vryheid gegund mögt worden, om we-
van Credentie (4) fprack ick gifier en , die i6i7.
oock my fprack, ofte het niet goed ware, dat
Uwe Ed. eens op de kunfie fiude fchryven.
Schoneiïbergh ende ick zyn gherefolveert
, te-
ghens de aenfiaende Fergaderinghe, eens den
goeden Heer tefpreecken
, ende neeinen in Se'denc-
ken, of wy het niet by occafie van defen Brief
behooren te doen. Wy füllen alles by brenghen
wat moghelyck is: dan men magh niet te fier
perffen.
Flecli poteft, frangi non potefl:.(*)• (*) 'i kan
Ende om met volkome refolutie. te mogen gaen,ge_bo°gen>
moft men eer ft weten
, wat plaetfe te kiefin, ™e\ ële'
ende oock ofte het geraden is
, foo lange hoope worden.
met apparentie is de refiitutie te verwerven.
U. E. heeft verfiaen, uyt het geene ick Stifter
Blanke, over acht dagen, fchreef, wat myn
laetfie officien fyn geweefi : myn bejegening
was geet; dan komefoo dickmacl, ende boude
foo ernfiigh daerop aen , dat ick licht fiude ver-
veelen: te overtreden is ongeraden, alfoo den
tydt veel geeft.
Symon de Rycke, ende noch een van fyn
humeur
(5) fyn in de Vroedfihap tot Amfter-
dam ghekoren,dat
, naer myn opinie, eengroo-
tenflagh is. De Rycke is couragieus, onifiet
geen Gemeente, heeft lange jaer en de foldaten
betaelt, die oock fier van hem dependeeren. De
vier gekooren Burgermeefiers zyn de befte
, die
men kim wenfihen ,
Bas , Oetgens , Geurt
Dircksz., Bicker (6).
De Heer Bafius is nu tot Anifterdam, hebbe
hem aengefchreven ende verfocht
, gelyck hy
aengenomen heeft
, daer alle goede devoiren te
doen. Wy moeten fien wat de Vergaderinghe
geven fal. Ick beken gaerne dat uytftel geen
goet en doet, hoewel in het reguard van Ani-
fterdam met uytftel is gewonnen, Ick twyffel
niet
, of men fieckt, foo hier ah daer, quade
officien te doen. Maer wat remedie
? Siet, hoe
ruchtbaer het is, foo werdt daer fier weynigh
van ghefproocken, het welck my fier wel be-
haeght. Menfiydt,
Smoutius op dcnBiddagh
(over tivaelf daghen) in fyn Predicatie heeft
gefiyt
dat men het Troyaanfche Paardt we-
der wil inhalen: dan met dien man werdt ge-
fpot. Het 'aas gevreeft, dat alle Prcdikftoe-
len daer van finden hebben ghedavert. - Het is
beter uyt gevallen Met
Pynaker (7) beeft U. E.
fich niet te bekommeren, is van weynigh Con-
fideratie
, quamquam livor & obtreétatio pro-
nis
(4) Dat is , Dirk Gerritszoon Meerman , die , in
't jaar 1618, uit de Vroedfchap van Delft verlaa-
ten; doch nu daarin wederom herfteW was- ^IS
Aitzema, I. Deel, bl.658.
Cs") fakob Jakobszoon Fink.             . ~ .
(6) Dirk of Diderik Bas , A?.om °*Zm* »«
Waveren, Geurt Dirksz. van Beumngen, en Andries
(W Komelis Pynaker, Profeflor m de Regten, en
Gezant der Staaten te Algiers , die, op de te rug rei-
ze van daar, met de Groot, te Parys, gefprokenhadt.
Zie C. Brandt Leven van.de Groot. bl. 353.
Sss 2
*6 •
derom in 't Land te keeren, waartoe hem
ook de gemaatigdheid der Amfterdamfche
Regeeringe zeer te ftade komen kon ,
fchreef, deswege, onder anderen,den zes-
den February , eenen brief aan zynen Zwa-
ger te Parys, dien hy, voor dat dezelve
befteld werdt, uit zynen zak hadt laaten
vallen. Hy werdt door iemant opgeraapt,
en den Raadpenfionaris Jntoni Duik over-
handigd, die hem in de Vergaderingvan
Holland bragt, daar men hem van deezen
inhoud vondt:
Mon Freue (*),
Deßen morghen hebbe ick ontfanghen den
uwen van den vier en twintig ßen January
metten bygaenden
, die ick met Schonen-
hernh ('z)fal communiceeren, en den oirboir
daermede doen. Voorleden Sondach
, doen ick
hem leß fprack
, was denßlven Schonenherch
van opinie, dat U. E. aen den
goeden Heer
(3) behoorde te fchryven, of ten minfien aen
my, om hem te communiceren een verzoek wel
mearraifonneerts, met redenen, die U.E.[ouden
noolfaecken, naer foo langhe patientie
, foo den
Menftvan't Landt niet konde lyden, dat op
U. E.
[niet] finde worden ghelet, om u f elven
elders te ftellen : moefi daer noch op dencken.
Moewei defe korte woorden groot en fin hebben,
nde ghenoegh dat f elf de inhouden. Doen ter
lydt fiyde ick niet, dat ick U. E. aireede tot
fchryven hadde gheraeden: ende f al daerom u-
"ïïen Brief 'beter te pajje komen.
Den man
(2) Door Schoneribergb, wordt Nikolaus van Beau-
m°nt
gemeend, die thans, wegens Zeeland, ter al-
gemeene Staats vergadering«, zitting hadt. Zie Ait-
7,Vnöeel>bL ß58-
He l: is' zyne Door!uStigneic'lJ Prins Fredrik
-ocr page 560-
AMSTERDAMS              II. Deel.
494
1627. nis auribus excipiantur (*): fyn faeckenßaen De inhoud van deezen brief werdt, by KW'
{*) Alhoe-niet wel. Ende naer ick kan hooren ,fpreeckt eenige Leden derVergaderinge van Holland, Wat o-
wel feer wel van U. E. feydt U. E. daer in groot
bedenkelyk gevonden, en men befloot, dien v^jbi-[ef
kwaad- aenßen is t namentlyck by den Cardinael. Bid-
„JfÜrh!1 de U. E. feer van een kleyn gheruchfniet ver-
£ïl li&jl"*                                J                                    7 7                                  7         7
mi, met vaert te zyn; tnaer alles ongemerckt door te
greetige iaten gaen.
Vosbergen is noch in Zeelandt
eorm, ievrofen. Hebben my weder verfocht te fien,
"aanfe- °f fy yet ^aer ^on^e verneeinen> dat U. E- wel
hord. van daer fult verfiaen. Wat de Alliantie van
nader te laaten onderzoeken. Reigersberg, tedoei1
midlerwyl, kennis gekreegen hebbende van ?iel;
't lot van zyncn brief, verdedigde dien,in
een Vertoog, welk hy den Staaten overle-
leverde; en/ waarin hy aanwees, dat hy,
voornaamlyk, gefchreeven hadt,om zynen
Zwager kennis te geeven van 't gene hy ge-
Vranchy:k r et ar deert, Jol ick vernemen, ende
danfchryoen. Ick wilde wel, dat U. E. my
van alles in het breede advifeerde
, om occafie
te hebben met U. E. Nicht, ende andere van
fwarigheydt te fpreecken.
U. E. fchryft niet, hoe de Gaarde des
(f) Ze- Seaux (f) by den Koning, in fyn prefentie ,
gelbe- jO0;. jjg van je Sorbonne is overgehaeh, daer
' ick fyne Excellentie, over acht dagen, veel van
hoorde vertellen.
De Vrouw van Valckenburgh (daer ick
over vier dagen ten huyfe van den Heer
Wyts
mede te gafle was) fiyde my, aen myn Sufier
te willen fchryven
, ende dat ick 't oock wilde
doen, ende haer laten weten; dat Jy uytterlyck
tot in 't begin van May hier meent te blyven:
is feer habyl, oock van goede wille ende goedt
heleydt : wilde myn Sufier haer bier rencon-
treerde, om ofte bet met de naefle Vergaderin-
ge niet en viel, ick dan, door myne Sufier,
ende fuleke Inßrumentcn, wat moghte werc-
ken. Daer dient op gelet.
Nieus weet ick niet, dan dat tot Utrecht
groot misverflant is, tuffchen het Hoff ende de
Magifiraet: ende dat overmidts het Hoff had-
de gedepecheert appel van een Goutfmit, die
by de Vroedtfchap over een gehouden Ver-
gaderinghe was gecondemneert : de Vroedt-
fchap den Deurwaerder, die het Mandament
badde gcexpjoiäeert, gevangen heeft gefielt. Men
meent de Staten het Hoff füllen maint eneeren.
Voor het Vermaecken van de Magifiraet tot
Amfierdam, was daer defe Pasquille gefiroyt:
Dit zyn de Quanten enz. (8).
Dit fchryve ick U. E. om te fien hoe het
daer is ghefielt. Recommandeere my aen myn
Sufier
, ende fal ten naefien myn Commifße
finden. Defen fesden February feflien bonden
feven en twintigb.
Onder ftondt
U. E. dienftwillige Broeder
N. v. Reygersbergh.
Het opfehrift was
A Monfieur, Monfieur Grotius
a Paris ■ (%).
(x) Zie AlTZEMA I. Deel, il. i$6. C.EP.AKDT Leven
van H. de Groot, il. 3<>i-
(8) Zie'hier voor, bl. 492. Agter de naamen
der vromen, in dit fchiiiipfcnrift, hadt de Raads-
heer Reigersberg deeze drie woorden gefteld :
Rari quippe boni, dat is, Weinigen, voorwaar, zyn de
vroomen:
of, zeldzaams vroomen, zekerl
daan hadt, of van zins was te doen, om
hem vryheid te verwerven tot het leiden van
een ampteloos leeven in zyn Vaderland (y).
De Vroedfchap van Amfterdam, kennis ge-
kreegen hebbende van 't fchryven van Rei-
gersberg , befloot deswege eerft met den
Prinfe van Oranje te fpreeken, en den Af-
gevaardigden ter Dagvaart te gelaflen, de
meening der andere Leden te verneemen,
en over te fchryven; waarna de inhoud des
Briefs eerfl in nadere ovcrweeging genomen
zou worden (z). Van wege de Staaten,
werdt, federt, ook gefproken met den Prin-
fe , die verftondt, dat de Raadsheer den
brief van de Groot, waarop de zyne een
antwoord was, toonen moeft Hy deedt
dit, en men vondt, dat Reigersberg fcher-
per gefchreeven hadt dan de Groot. Rei-
gersbergs brief werdt dan gefteld in handen
van 's Lands Fiskaal, die 'er egter geene
genoegzaame ffcof in vondt, om den Raads-
heer in regten aan te fpreeken. In Septem-
ber, werdt deeze zaak nog wederom in de
Vergadering der Staaten gebragt, en men be-
floot toen, den brief, door't Hof, te laaten
onderzoeken (a). Doch hierby is 't geblee-
ven, en vind ik niet, dat de Raadsheer ver-
der over zyn fchryven gemoeid is. De Dros-
faard Hooft fchreef, den eerften Ofto-
ber, in de Franfche taaie, uit Amfterdam,
aan den Raadsheer „ dat hy, verftaan heb-
„ bende de kuiperyen, die de kwaadwilli-
„ gen aanregtten , om de gerügten , die
„ voorheen omtrent den inhoud van zynen
„ brief verfpreid waren, leevende te hou-
„ den, niet wift te zeggen , wat grooter
„ ware, de fpyt, dien hy 'er van hadt, of
„ de trek om 'er over te lagchen; gelyk
„ zelfs de yverigften uit den Raad deezer
„ Stad daar den fpot mede dreeven (£).'',
ÓndertulTchen, verliepen 'er nog eenige jaa-
ren, eer de Groot waagen durfde, hier te
Lande, weder te keeren.
                                    „$>
De Sinoden van Holland hielden, ten dee- Ve ^
zen tyde, zo fterk aan byde Staaten, op de t'"
uit-
(y) Zie AlTZEMA» ••'■ «J«.
t*) Refol. Vroedfch. N. ij. i Maart 16Z7- f. log [verf* \
(a) Refol. Holl. 4, S , 9, 10, 12» 22 Mi*rt, 18 H*P
16, zs Sept. 1627. fc/.4i,4J, 48, Ji , 53, 5* j «8, U f,*'*'
245, 249-
(i) HooïTS Brieven N, 152. U. ««.
-ocr page 561-
XIV. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
49S
uitvoering der Plakaaten tegen de Remon- „ der Gemeente tegen haare wettige Ovpr T*o<?
flranten, dat zy, eindelyk, in May deezes
jaars, beflooten, dezelven te vernieuwen:
te meer, alzo men vernam, hoe fommigen
dat dezelven, met de dood van
heid door verwekt werdt. Dat dit on-
„ langs, nog in zekere gevaarlyke famen-
„ rotting gebleeken was , waar de om-
„ ftanders zelven gelegenheid gegeven had-
„ den, dat de fchuldigen zig verftaken,en
„ de handen der Geregtsdienaaren ontwee-
„ ken." Voorts, werdt het tekenen van
zulke verzoekfchriften en het vorderen van
derzelver tekeninge, midsgaders het maa-
de1:|egen
Hon. Prinfe Maurits, kragteloos geworden waren.
%jteQ Doch Rotterdam kantte zig tegen dit befluit,
|j! »er. verklaarende, noch vermogen noch gezind-
ten, heid te hebben, om de Plakaaten uit te
Te Amfterdam, begon men.
voeren (f). ^
allengskens, het voorbeeld van Rotterdam ken van oploop en famenrotting• ~ weïfcher-
te volgen, 't zy dat men,inderdaad,begon pelyk verbooden, met bevel, dat niemant
tegelooven, dat de Plakaaten te ftreng en by zulkeenefamenrotting,zoublyvenftaan'
onredelyk waren; 't zy dat men voor ver- en dat de ouders voor de kinders zouden'
loop van Koophandel en Neering vreesde , moeten verantwoorden. En naardien myne
wanneer men de inwooners te zeer bepaal- Heeren van den Geregte zulke famenrottin-
de, in de oefening van den Godsdienft. De gen volftrektelyk beletten wilden betuig-
Remonftranten hielden dan hunne vergade- den zy, onfchuldig te willen eenouden wor
ringen langs hoe openlyker, te Amfterdam, den aan de ongelukken , die iemant ter
met naame m de maanden February en deezer gelegenheid, mogten overkomen (hS
Maart des jaars 1628. 't Graauw verga- Doch alzo, in deeze Keure, de Remon n
derde egter, op den agtften Maart (d), ftrantfche Vergaderingen niet verbooden kenraad
wederom in grooten getale, voor een huis waren , onderwondt zig de Kerkenraad , levert
opdeLaftaadje(e), daar de Byeenkomft daarover uitdrukkelyk te klaagen, in eeneenYer"
toen gehouden werdt. Doch de Major Has-
.. - - tegen de
aan Burgemeefteren en Raaden werdt over-Keur der
handigd. Men fchroomde niet, zig,in dit Wethou-,
Vertoog, onder anderen, te bedienen vanl^
deeze woorden „ dat men, in de Keure,
de goede gemeente (in 't welnemen) fcheen
te willen abufeeren met die woorden , dat
myne Heeren van den Gherechte niet meer-
der ter herten namen, dan de Confervatie
en de hanthavingbe van de ware Cbrißelyke
felaer~de Stads foldaatenbyeen gerukt heb
bende, belette het overvallen en pionderen
der wooninge. Eenigen uit de burgerye,
die zig onder den hoop vermengd hadden,
"werden gedreigd: een burger en eenigen
van het graauw in hegtenis genomen: waar-
mede de oproer,die, zo de Remonftranten
fchreeven, door zulken, dien 't minft be-
taamde, verwekt was (ƒ), geftild werdt,
ÖH.
Doch eenige burgers, die denRemonftran- „ Gereformeerde Religie (£)." De burgers,
ten zeer ongenegen waren, ontwierpen een die de iongfte famenrottingehadden aange-
f>eij.yerzoekfchnft aan Burgemeefteren ~enRaa- moedigd, "fteunende op zuïk een'voorgang,
!%« den' "rekkende om over de Remonftranten gaven, 's daags na de overlevering van dit
XI te klaagen, en het verhinderen van derzel- Vertoog, een Protefi over aan de Wethou-
(£N.e ver byeenkomften te wege te brengen. Men derfchap, waarin zy betuigden, geen liegt
tÄn. "et dit Verzoekfchrift, door veelen, onder- en opgeraapt volk te zyn, gelyk zy, in de
f °>4(ieet- bekenen (g). De Wethouderfchap kreeg Keure, fcheenen afgemaaid te worden; maar
V
x- 'er ras kennis van, en deedt, den eerften eerlyke burgers, die de welvaart en ruft
l)'% April, eene Keur afkondigen, waarin zy der Stad lief hadden, en alleenlyk verzog-
verhaalde „ in't zekere onderregt te zyn, ten, dat de Arminiaanfche Conventiculen,die
j, dat eenige luiden, zonder wettig verlof, met 's Lands Plakaaten ftreeden, geweerd
zig vervorderden, veelen van de goede  mogten worden. Omtrent deezé"n tjdiBeKrmi
s> Gemeente te beweegen tot ondertekemn-  werdt ook, van den kant deezer burgeren, der Scha-
| ge van zekere Concepten of Requeflen ,  of van den kant der zulken, die hunne zy-ter^ ■
» ftrekkende, zo't heette, tot bevorderin-  de hielden, een gefchrift uitgegeven, ge-ficht'mt
» ge der waare Chriftelyke Gereformeerde  naamd Kroon der Schutterye van Amfterdam
waarin beweerd werdt „ dat de eigenlyke
„ roem der Amfterdamfche Schutterye ge-
5, legen was in demagt, diezy,ze^eme,n5
„ hadt, om, ten overftaan van Gemagtig-
„ den der Staaten, de Wethouders te ont-
» zet-
s> Religie,die denWethouderen boven al-         
» les ter herte ging, en der rufte onder de
>> ingezetenen; daar 'er, in tegendeel,niet
5> dan onruft en partyfchap, en ophitfing
f O Vsdeil. H.'ft. XI. Deel, bl. 47.
iV Cort en Waaracht. Verhaal, gedr. iSig.
(f > Rerl1* Van **e Arm'n* Fa&ie j g'dr. I6Z8,
•edr. i^monfti:antie van July IÄ28. in 't Oprecht Verhaal
CO Waaiagt. vertoon, gedrukt iS}o. bl. zS.
(h) Keurb. K. ƒ. 1*4 *fr/i.
(,} Verh. van de Armm. Fa»ie , gedr. 2g,
(O Zie 't Requeft in de Waai acht. Veit, il, i(,
Sss 3
-ocr page 562-
/
. D A M S * IL Deel.
hadden opgehitfl. Ook wordt, in fchriften lót*
van deezen tyd, die van de zyde der ftren-
ge Gereformeerden uitkwamen, verhaald,
dat de Schout Grootenhuis, 1
            ^mees-
teren Bas en Oetgens, en de Schepen Hin;
loopen, in 't byzonder, den Prinfe hadden
voorgehouden, dat al de onruft aan de Pre-
dikanten en aan derzelver oproerige Predi-
katientewytenware. Doch onder de Vroed-
fchappen waren'er ook eenigen, die oor-
deelden , dat de oogluiking omtrent de
Remonftranten oorzaak der opfehuddinge •
was. Zy vertoonden den Prinfe, dat 'er ,
onder de Remonftranten deezer Stad, gee-
ne vyftig huisgezinnen van aanzien waren;
om welk gering getal, men de Stad niet
behoorde te laaten ontruften. Zy verhaal-
den zelfs, dat de verbittering op zulken
uit den Raade, die den Remonftranten be-
gunftigden, zo groot was onder't gemeen,
dat de afgezondenen ter Dagvaart, die ge-
maatigde Refolutien hadden overgebragt,
naar den Haage, in 't wederkeeren, gevaar
geloopen hadden van gefteenigd te worden.
De Prins, de klaagers aan de eene, en de lf.f
Wethouders aan de andere zyde gehoord f«,
hebbende, betuigde aan elk „ datdewaare11"
„ Gereformeerde Religie gehandhaafd, en
„ de Remonftrantfche Vergaderingen, vol-
„ gens de orde des Lands, zouden geweerd
„ worden, mids dat alle ondertekeningen
„ en verzoekfehriften vernietigd werden
„ (/)." En op deezen voet werden de on-
luften bygelegd. De Wethouders verbon-
den zig allen , tot de handhaaving der
waare Gereformeerde Religie , en tot het
weeren van onbehoorlyke Vergaderingen,
naar hun vermogen. De Krygsraad beloof-
de , den Wethouderen de behulpzaame hand
te zullen bieden, in het fluiten van allerlei !
oproerige famenrottingen. De Verzoek-
fehriften en ondertekeningen werden ook
gefcheurd, en in 't vuur gefmeeten. De
Prins, vier dagen in de Stad vertoefd en de
ruft, zo 't uiterlyk fcheen,herfteldhebben-
de , keerde, den veertienden April , naar
den Haage te rug (in). In Vondels Am-
ßerdams wellekomß aan
Fredkik Hen-
rik, Prince van Oranje (n) , wordt van den
uitflag zyner verrigtinge hier ter Stede, in
deezer voege, gewaagd:
Waer gy komt u treden zetten
Krygen keuren en fiadts wetten
Nieuwe kracht, en haet en twifi
Stuiven -wegh als rook en miß '•
En
(!) Refol. Holl. I^Ufril T6:g. bl. Jf.
(ra)
Cort ende Waeracht. Verhael
, gedr. 161%. Waeiacl>c'
Vertoon,
gedr. 1628. bl. zj-31.
(nj Zie z,yne Joëzy 1. Deel 1bt, s»t
496               A M S T E B
1628. ,5 zetten van 't bewind, en anderen in de
„ plaats te kiezen, gelyk zy getoond hadt
„ in 't jaar 1578,toen zy de Paapfche Wet-
„ houders af, en anderen in derzelver plaats
„ gefteld hadt. De Schuttery hadt, dreef
„ men , nog dezelfde magt; hoewel men ,
„ als 't ware, hoopte, dat zyze niet ligtelyk
„ zou behoeven te gebruiken." Dit werkje
moeft te bedenkelyker voorkomen, om dat
het ftrekte tot eene foort van verbetering
van een ander, wat vroeger, met een ander
oogmerk, gefchreeven; waarin de Schut-
tery, tot betragting van haaren eed van ge-
trouwheid en gehoorzaamheid aan de Wet-
houderfchap, vermaand werde
Prins
          De Regeering dan, ziende dat zy weinig
Fredrik ftaats maaken kon op' een gedeelte derBur-
Hennk gerve en bedugt voor grooter ongelegen-
komt te p .1 ' , °n 1 >
            & ■•t>
Amfter- heid, vondt, terftond na t ontvangen van
dam. 't Verzoekfchrift des Kerkenraads, geraa-
den,op den Prinfevan Oranje tebegeeren,
dat hy zig, ten fpoedigfte, herwaards be-
gave, om de gereezen onluften, door zyn
hoog gezag, by te leggen. Ook kwam zy-
ne Doorlugtigheid, den tienden April, tegen
den avond , in de Stad, verzeld van twee af-
gezondenen uit de Gekommitteerde Raaden,
de Heeren Dirk van Bkiswyk en Jakob van
Broekhoven
, en van een' aanzienlyken ftoet
van Edelen. Men hadt, uit ieder der twin-
tig vendelen Schutters , dertig man in de
wapenen gebragt ; doch zorg gedraagen,
dat daar onder weinig of geene misnoeg-
z e den waren. De Wethouderfchap ont-
verrig- ving zyne Doorlugtigheid aan 't Prinfen-
tingen hof, daar hy, den volgenden dag, begroet
aldaar werd|; door den Kerkenraad, die verklaar-
lingVer de, dat al de onruil hier ter Stede ontftaan
gereezen was uit het dulden der Remonilrantfche
onluften. Vergaderingen. De Prins toonde zig mis-
noegd over het tekenen van 't Verzoek-
fchrift : 't welk de Predikanten zogten te
verfchoonen. Eenige burgers vervoegden
zig daarna by den Prinfe, die ook, van tyd
tyd tot tyd, handelde met de Wethouder-
fchap. Zes Hoofddeelgenooten der Weft-
indifche Maatfchappye leverden zyner
Doorlugtigheid, den twaalfden, een Ver-
toog over, waarin zy, eerft, breedvoerig,
lyk aanweezen, hoe veel nuts de Maatfchap-
py deede aan 't Vaderland; en welk zy be-
flooten met een verzoek, dat de Prins, op
't voorbeeld van zynen Vader en Broeder,
den waaren Hervormden Godsdienft hand-
haaven, en alle verbooden Byeenkomften
weeren wilde. Burgemeefteren en Raaden
hadden den Prinfe onderregt, dat zy, die
't Verzoekfchrift voorftonden , voor verre
het grootfte gedeelte,gemeene burgers wa-
ren , die 't flegte graauw tot plondering
-ocr page 563-
XIV. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
4-97
28.          En deze ongetoomde tongen,
Die zooßout en onbedwongen
Oproer flockten, twifl, en moort,
Zivygen ßü aen yder ourt.
All myn trouwe burgeryen
Eenigh in uw komjt verblyen.
Geen Megeere geeft zich bloot.
Elk het hooft kit in denfchoot.
Waarop hy, wat laager, volgen laat:
'k Had met veel meer praeh behangen
Uiv doorluchtigheit ontfangen;
Maer ik weet wel hoe gy acht
Ware deught de ryxfle pracht:
Hier mee (lof den Heer der beeren)
Aan ik noch een zaeifioffeeren:
Mannen heb ik, zoo men
'f vraegbt,
Daer myn raethuis moet op draegbt:
Onder deze, in raets beraming,
Blinkt defchrarJerheit van
Vlaming,
Pols cprcchtigheit heel braef,
En de dapperheit van G
R A e f :
Mannen Qaet de nyt vry grimmen)
Die myn vefien deden klimmen:
Zulke zoek ik by de kaers.
't Heb 'er ook noch
Hasselaers,
Die hun halzen voor my wagen ;
Die hun vaders degens dragen,
Welke op 't Spaevfche knokebeen
Zyn gefchaert voor 't\ algemeen:
Errefvyanden van Spanje,
Errefvrienden van Oranje ;
Daer een Feit heer mee bcfluwt
Voor geen zeven Legers gruwt.
Doch 't leedt maar weinige maanden,
toen de onlufl hier ter Stede, op nieuws,
heviger ontftak dan te vooren. De Remon-
stranten , die nu, in verfcheiden' Steden en
fchnp. Omtrent tweehonderd en vyftig jg2q
Perfoonen, waaronder ook eenige vrouwen °
waren, gaven hiertoe Volmagtaan eenigen
uit hun: welke volmagt, onlangs, naar een
notarieel Affchrift ,in 't licht gegeven is Ca)-
dat nogtans, in eenige naamen, en in de
orde derzelven, verfchilt met het oorfprong-
kelyke, welk wy hier letterlyk gevolgd zyn :
„ Alfoo het de Edele Grootmoghende Hee-
„ ren de Staeten van Hollant endè Weftvries-
;, land den 25 July laetftleden op de Requefte
,, vande Remonftrantfchgefmde (by de welcke
,y fy verfoghten onbekommert buyten de pu-
;, blycke kereken exercitie van haere relligiete
„ moghen doen, haere Predicanten daer toe vry
„ in't lant te mooghen coomen, e*nde die ge-
„ vanghen zyn te hebben gerelaxeert) gelieft
„ heeft te apoftilleeren ; Dat defe Supplianten
„ elcks inden haeren, haermetonderteeckende
„ requefte füllen moeten addrefieren aen haere
„ refpeftive Magiftraten: Soo is 'I:,datwvon-
„ dergefchreven te vreeden zyn dat van onfen
„ 't weghen aende E. E, Heeren de Burohe-
„ meefleren ende Regeerders deefer Stede Am-
„ flelredamme, ende daer het verder behooren
„ fal,met alleeerbiedigheonderdanigheytdoor
j, eenïghe vande ondergefchreven perfoonen het
„ gedavn verfoeck, van exercitie van Relligie,
„ incoomen ende relaxatie van Predicanten,
■}■> gevordert fal mooghen worden.
JanEgbertsz Bijfchop, Adriaan J. van Noordt,
Joofi Brajfir, Pieter Mathyfen, Pieter Cleu-
tring [CleutrynJ, Philips Thyfz, Abraham Gillon,
Dr. Robert van der Houve, Anthony de Langbè,
Heyndrick Lenfen, Pieter Wülemsz Hooft, Jan
Valckfz, Guillame Lindeman, Pouwels vanHeemskerk,
Leenart van Sorgen, oock voor fyne Moeder en Familie,
Clement van Sorgen , Jan van de Poll, Albert
Schuyt, Izaak van Gherwen
1628, Gerardt Baes
Dr. JEgidius Snouck , Nicolaas van Heuvel, Ja-
cob Bicker,
          G. van Schoonhoixien,         Francais
Hermans van Bergen, Reinier Scbaep,
Dr. Jan
van Hartoghvelt, Frans van Limborch, Abraham
Anthonisfèn, Dirck Geurtsz, Härmen de Bijfchop
Hans van Loon, Louis Houwen [Hanuyel
,
Symon Saluament, Joannes a Stapel, Abraham
Stoffelferi, Dirck Jooflen,. Micbiel Colyn,
Charles de Latfeur, Dirck Hasfelaer
, p Steen-
huyfen, Jacob Lauwens [Laurensz.'] , Augußyn
Wtenbogaert, 'H. van Broncborß, Nkolaes Clouck
Nanningfs, J. Gilles, Jeronimus Coymans, Ja-
cob Willewfe Hooft, Richart Gerarts ter Horfl,
Jacop van den Bergb
, Jan van Vlooswyck. Eg-
hertus Bodxus, Nicolaes van Loon, Marten van
Heuvel, Willem van Borffelen, Hendrick Colyn,
Joan van Wouwer, Johan Scbaep, Class Bas,
Nicolas Balefiel, Goris de Weertt, Jacob Maier,
Adolf Forekenbeeck , fVillem Kempsz, AertKonincx,
IfaacBevelot, Frans de Neue, JanGerritzMeys,
Comelis Feldt, Jan Jans Corver, Br.H. Herber-s,
Aris Hendricksz. Halewat, Pieter Vries, Hendrik
Dirkz. Meulnaer, Tatick Katb, Jacop Spaecken-
burch, Bartholomê Laurenz Reaell, J' Voorin,
Claes ende Arent van Buyl, Jacob Engeljz Spithof,
Jan Greuen Meyer van der Ooßen, Garbrant Ger-
rit-
(?) ZU Onfchuld der Remonftranten, gehukt itj4. il.
J+, idint. (20J.
h
dorpen van Zuidholland, by dage en open-
]yk, en te Rotterdam, in grooten getale,
Veen kwamen, vervoegden zig , in July
deezes jaars, met twee Vertoogen aan de
Staaten van Holland, ernftelyk verzoeken-
de , om vrye oefening van hunnen Gods-
^enft (o). De Staaten antwoordden, den
vyf en twintigften, dat de Remonftranten
?*g> met ondertekendeVerzoekfchriften, aan
£unne byzondere Magiftraaten vervoegen
Jenden (p). En dit antwoord gaf den Remon-
_ranten te Amfterdam gelegenheid, om te
äadpleegen op het gene hun , in deezen
v°eftand der zaaken, te doen flondt. De
:„ °°rnaamften kwamen haaft overeen, dat
V ce"1 b tn zvan *iec verl°f der Heeren Staaten
^o6k Oej?°orde te bedienen, en vrye Godsdienft-
ïenjug te verzoeken van de Wethouder-
Ï5i8_ Z"> deeze Remonftr. in 't Oprecht Verhaal,gedrukt
f*
-^«fol. Holl. 25 July I6zt. il. HS,
-ocr page 564-
AMSTERDAMS
II. Deel.
493
628 titfen Tferenbergh, Airlaan [Lenard] Jellis, E- dricks wedle van Hendrick Hooft, Jan van Dalen , 16^'
verardus Voscuil.
M. I). P. Jacobsz Ring, A- Broer Janfe, Jean Gerritfe, Beniaemin Pieten,
brabam Filet', Hugo Steur, l.aac tSoudewyns
Henrich Janfen Kruywaghen, Joris Nauwynck,
Abraham Cambier, Dirck Teunisfe Bengvoort,
Pbilïpus Denyfe [De mys~\
, Willem Usfellnx. Lau-
rentius Bor, Jan Bleker, Jooft Baack, Valentin
Lamberts, Jacob Rombouts, Cbripiffel Hellenis,
Jagues de Clercq , Corneiis Spiering
, Jacob
Jacobf. Jong, Claes Janfen, Claes Maltbysz,
W.Cats, Laurens Jacobfe Armlnlus, Albart Bas,
Thyman Jacobs Hinloopen, Gysbert Conlnk
, Gerridt
Claesze Cop, Jeronimus Coymans, Symen B. Appelman,
Jacob Fries, Jan Heyndricks Soop
, Comelis Ever'
Margrytte Bainyncb wedu van Peter HaJJelaer,
J'oan de Bofch.
$:&
Of men, uit kragte deezer Volmagt, den P' bl
Wethouderen van Amilerdam, ten deezenteee!e»
tyde , eenig Verzoekfchrift hebbe aange- & ui/",
booden, is my nergens gebieeken. -Men vo&L,
ziet, ondertuiïchen, uit de naamen der on- dstt5j>
dertekenaaren , hoe veele aanzienlyke lui-!ta
den in deeze Stad wel wilden medewer-
ken, tot het bezorgen van vrye Godsdienft-
oefeninge aan de Remonftranten. Want
Petrus
Herman Teunisjen,
fenlValff, JanMartensz, Anto.Poppias, Dirck Comelisz,
'Joannes van Ailendorff, Jan Jaupen, Erasmus Forc-
kenbeeck, ValkTheunifz, Ham van der Elfi de jonge, dat, met de tekening deezer volmagt,
Dirck Dir ckfzCaomr.ns, HeynderickWouterfz, Martin meer niet te kennen gegeven werdt, en dat
Poncelet, Samuel Olpferts, Antonis Proot, Davit
pieterfen de Finder, Pieter Claesz, Pieter Pr. Scbip-
mans, Jeremias Goovertz, Jan Pieterfz Neckewelt,
Pieter Woltrincx, Jacques van der Hulfi, Jean
Outgertfen , Abraham de Verwer, Gerhardt Sant-
de ondertekenaars niet alle Remonftranten
waren , is my zelfs gebieeken , uit eenen
brief van den Remonftrantfchen Predikant
Barthobmeus Pravoflms , den eerften Sep-
bereb, Dr. Everart Mooerfelaer, JanDePuyner, tember deezes iaars 1628 , Mn Simon EpiS
Jan van Halewyn, Jan Willemjen van H
Dyauerti c0Pmsi die toen te Rotterdam was, ge«
Maenen fchreeven; waarin klaarlyk te verdaan gege-
Anna van Loon IV. van Adriaen Spiering,
Dyrcks die weduwe van Gerbrant Janfe,
Maeitenfz, Gbysbert Cornelifs, Pletter de Latfeur ,
Jan Hagen, Jacob JanzJ Stout, HuibrecbtBaltenfz,
Jacob Wyncoop , GeraCrt van Ryffen, Symen Symen-
ven wordt, dat de tekenaars der Amfter-
damfche Volmagt, welken, ten dien tyde,
reeds over de 80 heele gequalificeerde buysgd
fen, Nicolas Corver, FranfoisFinfon, Leenden Cor-
nelisfen, HansCaluwaert, FranchoisvanHuele, Jna Jmnen uitmaakten, met allen Remonfiranten
Mattheiten, Daniel de Breen,
J. Burgundus,
ex profejjb waren. Doch, hoe veele goed-
lillebrant Bentes,
Gbeurt Dircks, Gerret Brandt, Abraham Janfe de
Wees, J- C. Hogbeboom, Jacob Claefen, Jan
Gerritsz Hooft,
         Jocbem Jansz. Scheepmaker,
Venan de Mon, Michel Buler, Thomas Plendricksz.
de Keyfer, Abraham Geleyns , Egebert Janfen,
Hendrick van Zeiler, Herman
Gooris.de Oude,
Pieter Comelisz Dortsman, David Vinck boons ,
Joan Huydecooper, Heyndrick J. de Reyger_,
unners de Remonftranten, in Amfterdam,
° . , , ,
                             11 t t> i-
ook hebben mogten; alle de Baljiiwen en
Schouten deezer Provincie, en derhalven
ook de Schout van Amfterdam, kreegen,
eerlang, op het fterk aanhouden der Zuid-
hollandfche Sinode, die, in July, te Delft
gezeten hadt, aanfehryvens van de Staaten,
Lauwerens Scbyn, Neeltye Remmer W. van Ja-iTyfe gedagtekend den veertienden Auguftus ,
meeshouwer, ■h^^u'^^Jaupr^ waarby hun belaft werdt, de Plakaatente-
Marry fans, wed. van Jan Olfarjen Lynjlager, Jan                ■>                                    »                  ,
Hasfeläer, Frans Claefen Harnesveger, Freckrick
Leekher
, Grietgen Dircks. weduiv van Jan Heäerfen
van Cbanu , Cornelia Bitters, weduwe van Gedeon Fal-
let, Juditgen Dircks, weduwe van Nicolaes Colyn,
Cornelia van Mefon, weduive vanLeenart de Beerfaellger,
Mertt-en Bruinen , wed. van Andries Frederikz,
gen de Remonftranten, en tegen derzelver
afgezonderde Byeenkomften, ter uitvoerin-
ge te leggen (r).
                                       f
Op dit fchryvens , fchepten de zoge-PV1',,
naamde harde Gereformeerden hier ter Ste-y^t
Bettyn Jacops, weduwe van Harman Bäcker, Arendt de wederom hoop , dat de Remoilftrailtlch-
JaenfenKaelkoen, Griet van Neck wedue van Jan Byeenkomften belet ZOLlden worden. Doc^
^duevanJanPtetersNiefs- ^ hoQp nam ^ ^ zy befpeurden
Claes, Dirck Janfz. van Beuninghen, Pieter
'van den Bergh l-Volpharts, Dirck Corver, Micbiel
Janfen, Jean van 'Lier , Henrick Boelisfen,
Francisco Venart, Plans Hermans van Bergen, A-
driaan Dircks Sparwer, Nanningb Comelisz, Sa-
muel
Co/Ier , Michiel Dartois, Rutgert Jansfen,
Brecht Luckas de weduvan Reinier [Cjiyirad'] Kofier,
Franchoife van Wasjenhove wedwe van E. Poppius
,
dat de Remonftranten niet alleen voortvot"1'
ren met het houden hunner Byeenkomften;
maar dat ook de Wethouderfchap, in OC'
tober, befloot, het getal der Stads foldaf
ten te vermeerderen. Gelegenheid tot di£
laatfte gaf, dat degemeene buuren, wo0"
Jan Betfin Rodenburg, EvenLourens Willem nende op en over de Prinfen-graft, byR^
Janfe Blauw, Jan Willemfe Blauw, Pieter Jank          n.              r>                  n                 n j 1 „•*»
Mafienbroeck, Huygb Pieterfe Voskuyi, Jan Uden, ^efte, aan Burgemeefteren en Raaden ge
Arent Pieters Brugbman, Wouter Wouters, Hen
drick Urlings, Jan Arentfcn Delff, Johan Cocq ,
Hans van Esfen, Pieter Outghers, Jan Gerrits ,
Niches Leenaerts, JooßMichiels.Wisfinck, Pie
ter de Clercq , Adriaen Com. van
7 bergen , Jacob
Jacobs, Machtelt Jans, wedu van Gerret Willemsz.
Jaliger, Harman Janfen, Lysbet Philips , wee-
duwe van Sal
. Rem Biffchop, Brecht Rodinghs, wed-
we van Salygher Coenraet Matthysz, Haefien Hen-
klaagd hadden, over menigvuldige dieVf
ryen, huisbraaken en ftraatfehenderyen ^
dien oord; die zy, voornaamlyk, aan g"'
brek van behoorlyke wagt toefchree^'
Ook kwamen'er, omtrent deezen tyd,v^e .
vreemde Krygsknegten van Ooftland, ^
(r) Zie de Miflive in 't Oprecht Veihaal, hl. 7«.
-ocr page 565-
XIV. Boek.         GESCHIEDENISSEN.
499
628. hun volle geweer, in de Stad: 't welk, door
de weinige foldaaten der bezettinge, niet be-
hoorlyk belet kon worden, en ondertuifchen
tot veele ongeregeldheden aanleiding gaf.
De Vroedfchap vondt dan, op den voor-
flag van Burgemeeïleren, geraaden „ het
nieuwe foldaaten der Gemeente aandeeden; ^og
zonder daarvan kennis te geeven aan de
Wethouderfchap, aan welke 'er ook, nim-
mer, iet van gebleeken is. Ondertuffchen
werdt, door zulk voorgeeven, misnoegen
gevoed of verwekt onder 't gemeen (z),
Ook hielp hiertoe veel 't gebeurde onder't
vendel Schutters van den Kapitein Volken
Overlander; waarmede het zig in deezer
voege toedroeg.
Den regeerenden Burgemeefter,PieterdeJan
Vlaming van Oudshoorn, binnen 's jaars,Klaa^
overleeden zynde, was de Heer Overlan vioos-
der, in zyne ftede, verkooren. Het Bur-Wvk
gervendel, waarover deeze Heer geboodendóor'deii
hadt, moeff., derhalve, van eenen nieuwen Kl7Ss-
Kapitein voorzien worden. De Krygsraad Laad tQt
verkoor hiertoe Jan Klaaszoon Hooswyk, die Katern
voorheen Luitenant van een Burgervendel verkoo-
geweeft, doch, om zekere vrye woorden,re" »
voor de verandering des jaars 1618, van\vordt
dit zyn ampt verlaaten was. Ook xVerdt f^ïw"
hy gehouden voor een voornaam begun- ters van
ftiger der Remonftranten. 't Geviel dan,zyn Ven-
dat hy, den twaalfden O&ober, door dendel afge"
Kolonel Geurt Dirkszoon, thans ook regee-
rend Burgemeefter, aan de Schutters van
zyn Vendel voorgefteld wordende; veelen,
op de vraage ,, of zy hem voor hunnen
„ Kapitein wilden aanneemen en houden ?"
neen, neen, antwoordden. De Kolonel be-
val hierop den Provooffc, de naameii van
deeze antwoorders op te tekenen ; gelyk
gefchiedde. Albert Hermansz. Dingflee,
van Meppen geboortig, Neftelmaaker zyns
handwerks, en omtrent vyfentwintig jaaren
oud, een der driftigile weigeraaren, werdt,
federt , voor Burgeraeefteren ontbooden.
Hy verfcheen 'er met dertig of imer der
zynen, die ook ter gehoor begeerden toe-
gelaaten te worden. Doch Burgemeefteren
lieten Dingftee alleen binnen komen. Hier Welke
werdt hem afgevraagd, waarom hy Vloos- redenea
wyk niet voor Kapitein kon aanneemen ïl^'st
't Antwoord was , om dat het tegen zyn ge- ven?
moed ftreedt. Vervolgens, nevens Willem
Barendsz. Kuiper,
voor den Krygsraad ont-
booden zynde, werdt het zelfde antwoord
gegeven, op dezelfde vraage. Toen wer-
den de Korporaal Bieter van Goetthem, Ro-
bert Jansz.
en nog drie of vier anderen bin-
nen geroepen, die uit eenen mond fpraken.
Van Goetthem gaf voor reden van zyne
zwaarigheid „ dat Vlooswyk , onderde
„ voorgaande Regeeringe, om zyn lalter-
„ lyk fpreeken van's Lands Overheid, van
„ zyn Luitenantfchap verlaaten was; dat hy
„ zelfs nog van de tegenwoordige Regee-
„ rin-
55
beiluit van den derden September des
jaars 1616 (/), tot de aanneeming van
zeshonderd man onder drie vendelen,in
35
't werk te flellen , en Burgemeefleren te
s, magtigen, om die vendelen, des noods,
», met vyfb'g of zeflig, of met zo veele kop-
„ pen te vermeerderen, als zy, tot befcher-
„ ming der Burgerye, en tot geruftheid dee-
s, zer Stede, zouden geraaden vinden."
Ook werdt de Krygsraad gemagtigd , om
Zulke orde te ftellen op de Ratelwagt, als
de dienft der Stad, naar hun oordeel, ver-
eifchen zou (O-
't Aanneemen van meerder Soldaatetï of
v
Waardgelders, voor welken, men, eerlang,
geD, ook nieuwe Wagthuizen fügtte, werdt ter-
ftond in 't werk gefield, en gaf geen klein
ongenoegen aan deftrenge Gereformeerden,
die bedugt waren, dat men zig van dezel-
ven bedienen zou , tot handhaavinge der
Remonilrantfche Vergaderingen. Onder
deezen, ontbrak het ook niet aan' zulken,
§e<.Ke-
die zig van 't misnoegen, welk eenigen uit
de Burgerye hadden opgevat tegen de Wet-
houders, zcfaen te bedienen, om verande-
ring te wege te brengen in de Regeeringe:
Waarin, voornaamlyk, de hand hadden Doc-
tor Kar el Leenaardsz. en Jan Willemszoon
Bogaard,
Oud-Schepen der Stad; die, in
't fchimpfchrift, in 't begin van 't jaar
1627, verfpreid, en hiervoor («) opgege-
ven, onder de vroomen gerekend werdt. Bei-
de deeze luiden, of huns gelyken namen
kwalyk, dat men, over één der nieuwe
Vendelen, tot Kapitein hadt aangefteld Jan
Üendriksz. Soop (v~)
, den zelfden, ongetwy-
feld, die, onder den zelfden naam, de Vol-
ïnagt der Remonftranten , hiervoor (iü)
te leezen, getekend, en, voor eenige jaaren,
of nog ten deezen tyde, eene Glasblaazery
"adt, tegen over de Kloveniers Doele (.%■).
Qok vonden zy vreemd , dat men Bieter
Tücher, die gezeid zou hebben, dat 'er nu
•^ns was, om den Predikanten den mond te
poeren, als zy wederom tegen de Regee-
-ltlgpredikten, eene Vendrigsplaats gegeven
zy, onder de bur-
gaven
§ers, breed op van den overlaft, dien de
l*\ Zie hiervoor, TI. Deel, XII. Beek., hl. 459.
(u\ Re(o1 Vtoedfch. N. 16. 6 Oßob. 1623. ƒ. 38.
(*>) ,ool'Me"lot' N" Hl- ƒ• 8° verfi.
(J*).t*dz..W.
Ca
ip \f- I. Poktanus liefchr. van Amft. II. Boek,XXYII.                                              ,,„_,_ ,„ T .„ . 5> 1J""
(y) il'1*- ***.<"» i«i4i ^                   U) Senrent. van C. LENABDS en J. W. BOGAEBD,*«-
«aaracht. Veitoon. gedr. 163©, hl, }i,                       drukt i6ij>.
STUK,
*.
Ttt
-ocr page 566-
II. Deel.
AMSTERDAMS
5°°
1Ó2&
1628. „ ringe lafterlyk fprak; dat hy Oldenbar-
„ neveld hooglyk prees, zeggende dat men
„ ham nog een eerebeeld opregten zou; en
„ dat hy een vyand der Gereformeerde Re-
5, ligie en een voorftander der Arminiaan-
„ fche Fa&ie was." Na deezen, Honden
'er wederom eenige anderen binnen , die
diergelyk antwoord gaven. Doch van Goet-
them en vier of vyf anderen, van nieuws
ingeroepen, werdt aangezeid „ dat zy zig
„ nog agt of tien dagen bedenken konden;
„ doch allen ontfchutterd zouden worden,
', zo zy den Kapitein Vlooswyk niet wilden
Bürge- '„ aanneemen (a)." Dit gebeurde in 't laatft
meefte- van November : in 't midden van welke
ren wor- maancj ^ Burgemeefteren, ziende op welken
magtf^d fpil alles draaide, zig reeds door den Raad
tot het' hadden doen magtigen, om, op hun eigen
voorko- gezag, alle bekwaame middelen in 't werkte
J?.1:!1 en ftellen , tot het voorkomen of ftillen van
van^e- gevreesde beroerten, na dat zy, vooraf,
vreesde ernftelyk verklaard hadden „ geene ande-
beroei-- j? re meening te hebben, dan de Stad en
ten- „ Burgery te befchutten, en de openbaare
„ Religie te handhaaven, zonder de Re-
„ monftrantfche te willen invoeren (b)."
De mis- De misnoegde Schutters en anderen hiel-
noegden den, ondertuifchen, van tyd tot tyd, by-
ftellen eenkomften, ten huize van van Goetthem,
Verzoek-pjngß.ee en anderen; daar gefproken werdt
opaande van ziS ' met Verzoekfchriften, te vervoe-
Staaten. gen aan 's Lands Staaten. Doftor Karel
Leenaardsz
hadt, reeds te vooren , een
wydluftig Vertoog ontworpen , regelregt
gefchiktom de Regeering der Stad inklein-
agting te brengen (V). Met dit Vertoog,
was hy geweeft ten huize van Kornelis Kor-
neliszoon Schellinger
, Suikerbakker, daar hy
't Schellinger, en nog twee of drie anderen
vertoond hadt, eenigen van welken het had-
den afgekeurd. Leenaardsz. hadt dit Ver-
toog federt agtergehouden voor de zynen
hier ter Stede, fchoon hy 'er eenigen Per-
foenen, deel hebbende aan de Regeeringe,
hier en buiten de Provincie, kennis van ge-
geven hadt. Maar hy en de Oud-Schepen
Jan Willemszoon Bogaard hadden, voor-
naamlyk, de hand, in 't ontwerpen van ze-
ker Verzoekfchrift , op den naam van de
Ingezetenen, Schutteren
, Burgeren en Ne go-
Inhoud tianten der Städ Jmfierdam (d), waarin ge-
van een klaagd werdt „ over het buitengewoon ge-
derzel- ^ ta} der Waardgelderen, en over het gee-
zogt „ dat de Waardgelders gebragt mog-
„ ten worden op het getal, by de Voldoe-
„ ning uitgedrukt Qe); dat daarover zulke
„ Officiers mogten gefield worden, waarin
„ de goede ingezetenen geruft konden zyn,
„ en dat, voortaan, in alle bedieningen ,
„ perfoonen, die der Gereformeerde Re-
„ ligie waren toegedaan, mogten worden
„gebruikt(/)"
                                                s
Behalve dit, werdt 'er nog een Verzoek- Her.
fchrift opgefteld, op den naamvandeklaa-al'
gende Schutters uit het Vendel , waarover
de Heer Overlander Kapitein geweeft was.
Het was , door vyfenzeftig Perfoonen, on-
dertekend. In het zelve, werdt geklaagd,
„ dat men der Burgerye van Amfterdam
,, Kapiteins tragtte op te dringen, die be-
„ rugt waren Paapfch te zyn, en kwalyk
„ fpraken van de Religie en van de Re-
,, geeringe; en dat men de Schutters, die
„ zulke Kapiteins niet konden aanneemen,
„ dreigde te ontfehutteren." Wyders ,
werdt begeerd „ dat 's Lands Staaten de
„ verzoekers by haar Burgerregt, als Schut-
j, ters, wilden handhaaven, en voorts zo-
„ danige orde ftellen, dat de Regeeringhe
van de Stad, neffens andere Steden van
,, Holland, moght worden ge conformeen' ,naer
de Ordre en Placcaten van 't Landt (g)."
Uit deeze laatfte woorden , bleek niet p f(l
donkerlyk, dat deeze Schutters verandering be'V
zogten in de Regeeringe. Doch zulks was, t°0|of
nog ruim zo klaar, te befpeuren, in het^-
Vertoog van Leenaardsz , welk maar aan „j/
weinigen getoond was. Want,na dat hy,
in het zelve, hadt durven ter nederftellen,
, dat de Gemeente, door de Wethouders ,
, als met voeten getreden werdt; dat al de
, overlaft, die der Gemeente werdt aange-
, daan, aan de Wethouders tewytenwas;
, dat de Wethouders zig ftelden tegen 's
, Lands wettige Regeering, en dat de te-
, genwoordigen veel verichilden van de
, voorige braave Heeren;" verzogt hy,
wel uitdrukkelyk , dat de Gemeente mochte
worden verforcht met alfulcke Voefler - Heeren
beyde der Politie als der Kercke, door ende met
dewelcke
, de Stad in ruße ende vrede geregeert
mögt worden (F). Uit welke woorden dui-
delyk bleek, dat Leenaardsz. en de zynen
voorhadden, de Regeering te doen veran-
J
deren, door 't gezag der Heeren Staaten. r
De misnoegde Schutters, of liever zes 1M^
zogenaamde Gekommitteerden uit de Schut- tyfi
terye begaven zig eerft , en nog voor 't /$
ein f
(e)  Zie IT. Deel, IX. Bo>\, tl. ?«I.
(f)  Refol. Vioedfch. N. 16. 20 Dec. ISiS. ƒ• 6S. Z"
dit
'Requeft in de Waaracht. Vertoon, hl. 31.
Ig) Zie 't Requeft in de Schutters dwang». '• x3.
(»j Sentent. van Dr. CAREL Lenards. gedr< ifii».
ven
„ ven van bedieningen aan zulken, die der
„ Religie niet waren toegedaan;" en ver-
fa) Schutteis dwang gedr. 1619. hl. «-11.
(b)  Refol. Vioedfch. N. is. 14 Hov. Ï6zs.f. 41 verfo.
(c)   Zie Copie dei Remonftrantie -van Dr. CAREL LEE-
NAERTSEN ende.fyne gheaflocieeide.^cir. te Haarl.\f,z9.
(d)  Sentent. van C. LENARDS en J. W. Eogaerd. ge-
drukt
idip.
-ocr page 567-
XIV. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
5°i
)2<s. einde van November, naar den Haage(o),
^jNe alwaar zig,, ten dien tyde, ook bevonden
„ doen mögt om de ontfchiittering , ont- 1628,
„ poortenng of andere zwaarigheden, waar-
„ mede hy gedreigd werdt, te ontgaan?
„ 5. Hoe hy, om 't weigeren van zujk eenen
„ eed, ontfehutterd, ontpoorterd, of op
„ eenige andere wyze, gekweld wordende
„ zig behoorde te gedraagen?" Men hieldt
deeze vraagen den Schutteren voor, om te
weeten, of'er hunne meening wel in ware
uitgedrukt: 't welk zy erkenden. De Afge- Ant-
vaardigden der Sinoden vonden, nogtans, ^0C"Ld
niet goed, dezelven te beantwoorden, dan feflbren"
met overleg der Theologifche Faculteit te en der
Leiden. De Predikanten Hugo Beyerus en Afge-
Jo annes Kloppenburg trokken dan derwaards. v aai'di§-
De Profefforen der Godgeleerdheid, de ftfJJ.
vraagen onderzogt hebbende, beantwoord- den op
denze fchriftelyk , de vier eerfte ontken- deeze
nender wyze: op de laatfle, zeidenze „ datvraaSen«
„ zulk een Lidmaat zyn leed lydzaamlyk
„ draagen, en de zaak Gode beveelen
„ moeft" Het oordeel der Profefforen
werdt, door de Afgevaardigden der Sino-
den, goedgekeurd en onderfchreeven, en
dit fchriftelyk Advys, welk den zesden De-
cember gedagtekend was, den Schutteren
ter hand gefield (7).
Zo dra het. rugtbaar werdt, verïtonden Oordee-
de meefte engemaatigdfteingezetenen, dat 1
en over
het onvoorzigtiglyk gevraagd, en nog on-ditAnc"
voorzigtiger gegeven was. Men erkendewoord*
wel, dat Lidmaaten der Gereformeerde
Kerke en alle anderen verpligt waren, na te
laaten, 't gene hun, door Gods woord en
hunne Confcientie, verbooden werdt. Doch
men zag niet, dat Gods woord, of eene wel
onderweezen Confcientie iemant leerde,
zwaarigheid te maaken in het befchermen
van zyne medeburgers, 't zy Remonflran-
ten of anderen , tegen openbaar geweld.
Veelen zagen zelfs niet, dat het de waare
Gereformeerde Religie benadeelde , dat
men den Remonflranten, zo wel als ande-
ren byzonderen Gezindheden , toeliete,
Godsdienftige byeenkomflen te houden.
Voorts, vondt men, in 't Advys, verfchei-
den' uitdrukkingen vreemd en ongepafl: en
onder anderen , die van fubalterne Magi-
flraat,
even of aan deeze minder regt over
't geweeten toekwame dan aan de hooge
Overheid. Men dagt ook, dat de Godge-
leerden de paaien van hun beroep ver te
buiten gegaan waren, met, van het_reêc
van nakeur onder de Schutters, van Privi-
legien en Coflumen, te willen oordeelen.
En 't werdt Kloppenburg zonderling kwa-
lyk genomen, dat hy zig mef dit werk ge-
moeid hadt. Zelfs moeft hy lyden, dat de Scherp
Dig- veis vaß
(l) Schutters dvntig S'dr- l6ï*- "'• I3-2+.
Ttt 2
de Afgevaardigden der Zuid- en Noordhol-
]jjn"<j!" landfche Sinoden, en onder dezelven, Jo-
0cien.annes Kloppenburg, Predikant te Amflerdam.
'Van Goetthem en Dingftee , de hoofden
der Gekommitteerden , vervoegden zig
eerft met het Verzoekfchrift aan een' voor-
naam' Perfoon uit de Regeeringe, naamlyk,
gelyk ik, op goeden grond (z) , vermoede,
aan den RaadpenfioharisDüik, die hun het
overleveren van het zelve ontriedt. Toen
kwamen zy by Kloppenburg , met wiens
raad en hulp (£), zy zeker Verzoekfchrift
aan de Afgevaardigden der beide Sinoden
inftelden, van welken zy begeerden te wee-
ten ,, of zy Vlooswyk, dien zy befchree-
„ ven als een man zonder Godsdienfi, en een
openbaaren vyand van de Gereformeerde Re-
ligle en van hot Vaderland, wel in goeden
„ gemoedé , en , volgens Gods Heilig
ty „ Woord , als hunnen Kapitein zweeren
'<^f „ mogten?" Uit dit Verzoekfchrift, fielden
\^n de Afgevaardigden der Sinoden , vervol-
A. ngens, vyf vraagen op, hierop uitkomende:
Vj11' de j, i. Of een Lidmaat der Gereformeerde
t^'Hl- „ Kerke wel eenen eed doen mögt, ftrekken-
S'Van j) de tot nadeel der waare Gereformeerde
Alters» Religie? 2.Of hy zulk een' duifleren en in-
CJ>e" j, gewikkelden eed mögt doen, dat hy,daar-
Veil~ j» door, in tyd en wyle, zou können ver-
„ pligt worden, de wapenen te gebruiken,
„ of iet anders te doen, tot nadeel derGe-
j, reformeerde Religie, of tot voordeel van
j, derzelver vyanden? 3. Of hy, het regt
s> van nakeur hebbende,eenen Burgerkapi-
3, tein verkiezen mögt, dien hy wilt te zyn
„ een gezwooren vyand der waare Gere-
*0„, ■» formeerde Religie? 4. Of hy, van de
IjV » * fubalterne Magiflraat tot het afleggen
\ ij van zulk een' eedgeperil wordende, dien
C») Zie Noodwendich en Levendich Vethzcl, gedr. 11529.
(\.) Sentenr. van r. v. Goetthem en A.H.Dingstee,
gedr. i6l9.
(9) Ia eenGefchrift, ten deezen tyde, van den
«ant der misnoegde Schutterye, uitgegeven, lees
ik, dat de Perfoonen , die eerft verzogt geweeft
2?n 0111 naar den Haage te gaan, deezen waren:
, ße Heer Schepen Jan Willemsz Bogaart,
■rfl'.en van Balch, Comelis- Scbellinger Cornelisz.,
Jasper IVillemsz Baes, Pieter Jacoisz. Elias,
Coenraet van Ceiden,
De HeerAdvocaetafeJFtó,
Jan Leemans,
         Airiaen Jansz. van den Berch ,
Pieter van Teylingen, Wouter Jansz. van den Bercb,
■Abraham van Lathum. Jan Reiniersz.
Comelis Davidsz. de Haen,
Mr. Dirck Croejer,'
Gerrit Ryeken Stuart,
         Jan Cornelisz. Kick,
'a«-r Claesz., Jrienjllertsz. Brouwer, Tfaac Boddens.
geh""^» in twee afdrukfels, welken ik in handen
acl heb, nog met de pen gevoegd was
JSf00t^
                              Pieter, Harcke.
""ndicb en Levendich. Verhael, gedr. 1629.
>
-ocr page 568-
AMSTERDAMS
II. Deel.
50a
Doch tegen deeze ontfchuttering lever- ^
den twee en twintig Perfoonen , en onder Klj£'
deezen van Goetthem en Dingflee , den";„eJ1<
veertienden, eene foort van Proteft over
aan Burgemeefteren. Ook gaven zy een
Verzoekfchrift in aan Burgemeefteren en
Raaden, waarby zy herftelling van eere be-
geerden. Doch hierop kwam geen,immers
geen fchriftelyk antwoord (n).
Ondertuiïchen, waren Leenaardsz , Bo-zyen^*
gaard en nog eenige burgers naar den Haa-andere
ge gereisd , daar zy hun Verzoekfchrift, misn.gV^-
waarvan wy boven (o) gewaagd hebben,^"huf
den dertienden, terVergaderinge vanHol-ne Vef'
land overleverden. Leenaardsz hadt 'er,zoek'
buiten kennis der overigen, zyn Vertoogfchr ^n
bygevoegd, waarover hy, t'huis gekomen, jg^ta»'
befchuldigd werdt van de zynen; die hy te ten.
gemoet voerde, dat zy zig opgeene Staats-
zaaken verflonden. Eenigen der ontfchut-
terden begaven zig ook naar den Haage, en
voegden zig by Leenaardsz en de zynen. En
dit gezelfchap hadt, op den zelfden dertien-
den, gehoor by den Prinfe Stadhouder (p),
daar de Regeering van Amflerdam vinnig
befchuldigd werdt (q). De Afgevaardigden
der Regeeringe hadden, midlerwyl,tewe-
ge gebragt, dat den klaageren, ter Verga-
deringe van Holland, gehoor geweigerd, en
hun 't Verzoekfchrift in handen gefield was.
Burgemeefteren kreegen 'er terftond kennis Burgf*
van-: en , reeds voorheen gemagtigd ge-me b?
1628. Digter Joost van den Vondel hem
vondel vinnig ftak in zyn Beeren-Catechismus (m),
op hec ^aar hy t de domheid der Theologanten be-
e' fchimpt hebbende, op de vraag van den
Boer,
Zyn dan dees ezels zonder reden ?
den Student doet antwoorden :
't Blykt als zy 't volk ontflaen van eeden,
Gezworen aen haer Overheden.
B. Dat dient ah onkruit uitgewiedt;
Ons Zalichmaeker leert dit niet,
Die 't volk gehoorzaemheit gebiedt.
Wie port haer aen tot zulke ranken?
S. De boden van Synodes banken.
B. 't Is tyt die boeven af te danken,
Zy grypen na der Staeten fiaf.
Beft maekt nier verkensdryvers af,
Gemefi met fpoeling en met draf.
S. 't Zou Kloppen borgh te byfler paffen,
Stads becdlaer(i) >die nu opgewajfen,
Zyn voefierheeren wil verbajfen.
Ont-           Den elfden December, werden wederom
fchutte- eenigeSchutters, en daaronder vanGoetthem
eerfigT en Dingftee, die 't meeft gewoeld, en 't Ad-
tmrgers, vys alomme onder de Schutterye verfpreid
hadden , voor den Krygsraad ontbooden.
De tekenaars van het Verzoekfchrift ver-
zelden hen; doch men liet maar drie - en-
twintig of vierentwintig Perfoonen binnen
ftaan, die allen bleeven by de verklaaring,
dat zy, gemoedshalve, Vlooswyk niet voor
Kapitein erkennen konden : waarop zy al-
len ontfchutterd, of van hunnen Schutters-
eed ontflaagen werden. Zy protefleerden
'er tegen, en verzogten 'er A£te van, die
hun, den volgenden dag, t'huis gezonden
werdt, en van deezen inhoud was:
Alzo N. N. in de Kryghsraedt verklaart
heeft , in zyn gemoet fwaricheyt te maec-
ken om onder zyn Kapiteyn
Jan Klaesz.
Vlöoswyck, by 'f Collegie van de Krygs-
raedt gekofen, te waken; Soo iß
, dat de E E.
Beeren van 't voorfz. Collegie .niemant in zyn
gemoet willende parjfen ,den f elven
N. N. van
zyne gedane film terlycke eedt hebben ontflagen,
als fy hem ontflaen by dcfen, ABum ter Ver-
gaderinge van de E E. Krygsraedt in Amflel-
redam den
11 December 1628.
Ter Ordonnantie van de Heeren Bur-
ghermeefteren, Cölonellen ende an-
dere Cryghsraeden,
D. Mo START.
(ra) Hekeld. hl, 177.
(1) Dien fchimpnaam gafde Digter Kloppenburg,
om datby, op koften der Stad, geftudeerdhadt. Zie
de Hekeld. in OÜavo, met de Anti. bl. 58.
weeft zynde om de gevreesde beroerte ,r
weeg
$
door de bekwaamfte middelen, te ftillen, de-
bewoogen zy den Prins van Oranje, omPrins
hun, op de heimelykfte wyze, nog eenigeoin ^
vendelen knegten toe te fchikken, die, on-"° V"'«
der bevel van den Wagtmecfter Jacob PVyts, %\et>t
den negentienden, reeds te fchepe voor de te &
Stad gekomen waren (f), eer'eriemantvanke»'
wift. Sommigen hebben te verftaan gege-
ven , dat de Prins zo zeer gefield was op
de handhaaving van het gezag der tegen-
woordige Regeeringe van Amllerdam, om
dat deeze hem, door het rykelyk bewilligen
in de oorlogslaften, en in alles wat zyn aan-
zien kon doen ryzen, zogt te behaagen (s).
Doch 't kan ook zyn, dat hy begreep, door
zynen pligt, als Stadhouder, verbonden te
wezen, om de goede Regeering en Burgery,
op 't verzoek der Wethouderfchap, te ver- ji
dedigen, tegen oproer en geweld. Wat 'er 't ^"d«
van zy; 's daags na de aankomft der ven-d0W
delen, deeden Burgemeefteren de Vroed-%PS,
fchapjj
(n) Schutters dwang geir. 1619. H. 24-29.                     W
(o) Itladz.. 500.
(p) Nootwendich en Levendich Verhael, gedr. i«i9.
(^j Sentent. van C. Lenards en j. W. .BogAARD.
(r) Refol. Holl.8, 12, 13 , i9,2oZ)«c. Ifiu.i/. zio, in,
tl) .214. 223 , 224..
(O AJTZEJTA I. Bitl, II. 703.
-ocr page 569-
GESCHIEDENISSEN.
XIV. Boek.
503
„ zelveflreedt met de Privilegien, diedoor 1628.
„ de Vroedfchappen bezwooren waren; alzo der Ver.
„ het niemant vryflondc, by de Staaten te zoek-
„ klaagen over de Regeeringe, zo lang dezel- fchriften.
„ ve de Privilegien niet gefchonden hadt; 't
,, welk zo veel zyn zou als de Regeering dee-
„ zer Stad op te draagen aan de hooge Over-
„ heid. Voorts, zou men den Afgevaar-
„ digden ter Dagvaart laflen, dat zy, in
„ geval zy zien mogten, dat by de Staaten
„ iet mögt worden voorgenomen, 'tzymet
„ den klaageren gehoor te verleenen, of
„' anderszins, zouden verklaaren, dat men
„ hier geene inbreuk in de Privilegien, ge-
„ doogenzou; en na die verklaaring, ter-
„ flond, naar huis keeren." Eindelyk, werdt
ook beflooten „ onderzoek te doen naar de
„ veroorzaakers van de onluft en het mis-
„ trouwen, waaruit de klagte hier ter Stede
„ gefprooten was (u)."
Doch het ontbieden en inlaaten van foldaa-«t 0n£.
ten flondt, ondertulïchen, ookfommigen uit bieden
de Regeeringe tegen. De Heer Henrik Hudde, van
die, in 't jaar 1618, door Prinfe Maurits,^f|s"
in de Vroedfchap gefield v/as, fchroomde wor(jc
niet, Burgemeefleren, eenige weeken laater, Burge-
aan te zeggen „ dat zy,'s"Lands foldaaten meefte-
„ doende komen voor de paaien deezer Ste-ren' 4oor
„ de, zender voorgaandeRefolutie van denLeden"
„ Raad, gedaan hadden tegen de Privile- van da
„ gien." Hy herhaalde dit zeggen, eenVr0f^
en andermaal, zelfs na de verandering der^haP'
Regeeringe, in February des volgendengèn'0!^
jaars. Burgemeefleren bragten de zaak toen men.
in de Vroedfchap, die verklaarde „ dat Bur- Verklaa-
„ gemeefleren, by verfcheiden' Refolutien ring des
„ van den Raad, gemagtigd v/aren, om te fed^
voorzien tegen gevreesde beroerte; dathoeve"
„ die van 't jaar 1628 niet kwalyk, nochVan Bur-
„ tegen de Privilegien, gedaan hadden aan gemees.
„ het ontbieden van Soldaaten , zonderteïen-
„ daarvan, vooraf, kennis te geeven aan
„ den Raad; en dat het den tegenwoordi-
„ gen en toekomenden Burgemeefleren, al-
„ toos, zou vryftaan, de middelen, die zy,
„ tot voorkominge van gevreesde onheilen,
„ dienflig oordeelden, zulks voor te berei-
„ den , dat daarvan , met believen der
„ Vroedfchap, terflond, gebruik gemaakt
„ kon worden («)."
In den Haage, fchikte zig, in 't eerft,De Ver-1
alles tot genoegen der Regeeringe. De Raad- ^«JJ«
penfionaris Duik hadt den Staaten, mt naamafgewee_
van den Prinfe, zo dra geene kennis gegeven,, Zen in
dat zyne Doorlugtigheid, Amfterdam, opdenflaa-
verzoek der Wethouderfchap, van meer-£e-
der bezetting voorzien hadt, of zy befloo-
ten,
<y) Refol. Vroed/A. If. i«. zo Dee Ifcl./.«^,
(„,; Refol. Vioedfch. N- 1«. 7 fih. isi9i ƒ_ ?I-J
Ttt 3
ÏÖ28. fchap vergaderen, en hielden haar voor,
, „ cYdt zy in 't zeker onderregt waren, hoe
„ de onluft in de Stad. gevoed werdt,'door
j, eenige kwaadwilligen van binnen ; maar
„ ook, daar buiten, door andere Provinciën,
„ en door zeker groot Perfoonaadje (2);
„ dat zy, gemagrigd om beroerte te voor-
„ komen, door de Gedeputeerden ter Dag-
„ vaart, over de verzekering der Stad met
„ nog vier of zes vendelen geraadpleegd
„ hadden met den Prinfe van Oranje; waar
.
          „ op zy het goedvinden van den Raad ver-
v^ygs- 5J zogten te verflaan." De Raad bewillig-
komt. de, terftond, in't inneemen van zes vende-
^ Sta£ len (0: en zo dra dezelven in de Stad wa-
ren , werdt de Gemeente van het oogmerk
deezer vermeerderinge van bezettinge on-
derregt, in eene Waarflcbuwing van den vol-
ju
        genden inhoud:
^Mn- jiß0 ? jÖOr machinatie van verfleheyden on-
Van nflighe perfoonen , ontflaen flynfeeckere mis-
l^nde verflanden ende diffidentien, waerdoor appa-
^üm-rentelyck eenighe tumult e , oproer, jae bloed-
kt^Qs' fiortinghe flondt te verwachten, hebben deHee-
y-Hzn rm Burghermeeflers ende Vroedflchappen deßr
Stede raedfaem gevonden, e enige Compagnien
binnen deßr voorsz. Stede, met believen ende
goedvinden van myn beere den Frince van O-
ragnien, te doen logeren, alleen daertoe firec-
kende om de voorsz flwarigheyden voor te ko-
men
, ende deße Stede ende ghemeynte van dien
in hare oude gerißheyd ende fleur te brenghen.
Waer van de voorn, beeren mitsdien goedge-
vonden hebben, de goede gemeynte te verwitti-
ghen, ende denflelve van hare goede ende rechte
tneyninghe ende intentie in deflen ver [slierende
,
by deflen te inflinueren, dat het innemen van de
voorsz. Compagnien alleene is flireckende ten
fine als vooren, ende dat fly daermede niet an-
ders voor en hebben, als de onderhoudinghe en-
de voorfland van de ware Chriflelycke gerefor-
meerde Religie ,foo die hier publiquelyck geleert
wordt, beneffens de ruße en de welflanddefler
Stede. Gepubliceert ten overfiaen van de Hee-
ren Burgermee fier en ende alle den Vroedfibap-
pen defler Stede, demptis
Jacob PieterszCop-
pit, Jacob van Neck, Jan Ghysbrechtsz.
ende Adriaan Pietersz. Raep. By my derflel-
ver Stede Secretaris,
D. MOSTART (¥)•
yk%^ 'tVerzoekfchrift, doorKarelLeenaardsz
'efei^s en de zynen in den Haage overgeleverd, ver-
sie.2 volgens, in de Vroedfchap, gelezen zynde,
%s werdt verflaan „ dat het overleveren van het
(f) Refol. Vroedfch. N. i<S. 20 Vee. 1628. ƒ. e? verfo.
(u)
Refol. Vioedfch. N. 16. 20 Vee. I6i8. ƒ. 68.
•(2) Hiermede werdt gezien op Ernfl Kafimir
vanNaffau,
Stadhouder van Friesland. 2ie Noot-
■wsndicb en Levendicb Verhael,
gedr. 1629.
-ocr page 570-
IL Deel.
AMSTERDAMS
5°4
vergiffenis te bidden; of by weigeringe hier- 162?'
van, twee jaaren buiten de Stad, derzelver
vryheid, en eene myl in 't ronde te ver-
blyven. 't Sclrynt dat hy 't laatfle verkoo-
ren, en zig, federt, in den Haage (z), of
ook wel te Haarlem onthouden heeft. Doch
na dat de twee jaaren verloopen waren ,
kwam hy wederom in Amfterdam. Over
Pieter Harke, ging diergelyk vonnis; be-
halve dat hy flegts in driehonderd guldens
boete verweezen werdt. Alle de gevangenen
werden veroordeeld tot het voldoen van de
koflen hunner gevangenifïe en der Regts-
pleeginge. Voorts, werdt, den eenender-
tigflen , op * aanbeveelinge der Heeren * ret&.
Staaten, eene algemeene f uitwifTching en man$L
vergeeting van misdaad afgekondigd, tent^"
behoeve van allen, die de jongfte laflerly-
ke Verzoekfchriften getekend hadden; de
hoofdbeleiders, en zulken, die, gedagvaard
zynde , niet verfcheenen waren, uitgeno-
men (a). De Kerkenraad toonde, onder-
tuffchen , wat zy van de regtvaardigheid
deezer vonniffen gevoelde, met Leenaardsz.,
kort hierna, een getuigfehrift te geeven,
dat hy een man was vroom van leeven, en
opregt in de Leere (£).
Doch de rufl was hiermede nog niet vol- De ,
komenlykherfleld onder de Burgerye, wel- ^\°\
ker gemoeden, door het vinnig prediken \C0tt
van fommige Leeraars , met naame van^r?'
Smout en Kloppenburg, geduuriglyk
, wer- nes'*
den opgezet tegen de Wethouderfchap. Men i'i ^
gaf ook verfcheiden' fchriften in't licht, waar- KeV
in 't gedrag der gevonnillen verdedigd, en
de Regeering in 't ongelyk gefield werdt.
De Wethouderfchap , niet onbewuft van
den hoek, waaruit deeze fchriften, en an-
dere poogingen ten haaren nadeele, voort-
kwamen , floeg verfcheiden' middelen ter
hand, om de onluflen , in derzelver oor-
fprong, te dempen. Burgemeefteren had-
den , onder anderen, den vierentwintigft'en
January, aan de Vroedfchap voorgefleld,
„ of het, tot wegneeming van alle wan-
„ trouwen en argwaan , die tuffchen de
„ Regeering en de Kerk zou mogen ont-
„ ftaan, niet van dienft zyn zou, dat een
„ of twee Raaden, belydenis doende van
„ de Gereformeerde Religie , gemagtigd
ten, den Amflerdamfchen burgeren de in-
geleverde fchriften, ongelezen, te rag te
geeven, en hen te wyzen aan hunne Wet-
houderfchap , met vermaaning , om zig,
voortaan, als gehoorzaame ingezetenen, te
gedraagen. Den afgevaardigden uit de Re-
geeringe werdt verzogt, dat men geen naamv
onderzoek wilde doen op het voorgevallene:
't welk zy aannamen, gunftiglyk te zullen
overdraagen (x).
Doch de Wethouderfchap hieldt zig zo
zeer gehoond, door de voornaamfte dryvers
van dit werk, dat menbefloot, eenigender-
zelven voor Schepenen te ontbieden. Van
Goetthem en Dingfteeverfcheenen,denne-
genentwintigflen December, en werden,na
eenig onderzoek, wederom naar huis gezon-
den. Doch de Oud Schepen Jan Willems-
zoon Bogaard, Doclor Karel Leenaardsz.,
Pieter Jakobszoon Elias , en Pieter Harke
werden, den vyfden January des jaars 1629,
insgelyks, ontbooden. Bogaard, die eeril
binnen flondt, zwaarigheid maakende, om,
mondeling , op zekere vraagen van den
Schout, te antwoorden, kreeg drie uuren
tyds om zig te bedenken , en midlerwyl
naar huis te gaan. Toen hy wederkwam,
en nog weigerig bleef, werdt hy vaftgehou-
den. Zo ging 't ook omtrent, met Leenaardsz
en Harke, welke laatfle veele luiden bewoo-
gen hadt om het Verzoekfchrift van den
eerften te tekenen. Maar Elias , afgegaan
zynde, keerde niet weder, en hieldt zig,
eenigen tyd,fchuil. Wat laater, werdt Dirk
Croefer
gevat; doch, eerlang, op vryevoe-
ten gefield (3/). Van Goetthem en Ding-
ftee, op den gemeld en vyfden January, op
nieuws ontbooden zynde, werden ook agter
afgeleid, en vaftgezet. 't Liep aan tot het
einde der maand, eer deeze luiden gevonnift
werden. Leenaardsz. werdt, den zevenen-
twintigflen, voor al zyn leeven, gebannen
uit de Stad, derzelver vryheid, eneenemyl
in 't ronde, op eene boete van zeshonderd
guldens en goeddunkelyke ftraffe. Van
Goetthem en Dingflee werden, den negen-
entwinügflen, voor zes jaaren gebannen.
De twee anderen werden, den eenendertig-
ften, binnens Kamers, geyonnifl. Van Bo-
gaard werdt, byzonderlyk, kwalyk genomen,
dathy, fchoon Oud-Schepen, de Staaten,
op valfche gronden, hadt gezogt te bewee-
gen, om de Regeering te veranderen. Hy
werdt verweezen in eene boete van twee-
duizendguldens, en om, binnen vierentwin-
tig uuren, in de Kollegien van myne Hee-
ren van den Geregte, bekentenis van zyne
misdaad te doen, en God en 't Geregt om
(x) Refol. Hol). 20 Dec. 1628. bl. 124, 22J.
(y) Nsotwendich en Levendicli Veihael, gtdr, uz9.
1628.
Eenigen
worden
te Am-
fterdam
in hegte-
nis ge-
nomen.
.1620.
Lee-
naardsz
wordt,
voor al-
toos, ge-
bannen.
Vier an-
deren,
voor zes
en twee
jaaren.
>>
werden, om , van deezer Stede wege,
zitting te neemen in den Kerkenraad, en
alle andere Kerkelyke Vergaderingen ,
5>
die hier ter Stede gehouden werden, vol-
gens het onwederfpreekelyk regt, welk
„ der Wethouderfchap in alle openbaare
„ Ver-
(z.) Zie VONDELS Heke'd. bl. igo.
(a) Keuib. K. ƒ. 13» verft. Zie o'k. de. Sententien, ge-
drukt
1S29.
(4) Authent. en Waaracht; Veihael, gedr. isjo. bl, ïï>
-ocr page 571-
GESCHIEDENISSEN.
XIV. Boek.
505
%c
der Stede, geraaden, den Schutters - eed, 1629
met eene redelyke uitlegging, in 't Hcht teden
geeven; en dien, daarop, door alle deBur- Schut-*
gervendelen, van nieuws, te doen afleggen.ters-eed
De Raad ftemde met Bürgemeefleren over- ve,'nie^
een. De eed werdt, den zeventienden Fe-wen'
bruary, afgekondigd. In dezelve, beloofde
men, onder anderen, de Magiflraet en de
Regierders der
Stad gebouw ende ghetrou-w
te fyn.
't Welk verklaard werdt, te bete-
kenen „ de handhaaving van deezer Stede
„ Privilegien en gefegtigheden, onder elks
,, Kapitein, en de befcherming derBurge-
„ ren en Inwooneren voor allen geweld en
„ overlafl." Voor deezen eed, ging eeneAfkosdi-
afkondiging, op den naam van Burgemees-ging te-
teren en Raaden, behelzende „ dat eeni-?eahfC
„ ge weinige onruflige en kwaadwillige J^ Ad"..
„ menfehen,ookzulken, die, van büiterivys en
„ ingekomen, hier minnelyk ontvangen en andere
„ bejegend warerj , der goede gemeente driften.
„ federt eenigen tyd, verkeerde indrukfels'
„ gegeven hadden van de wettige Regee-
„ ringe deezer Stad, die niets meer ter her-
„ te nam dan de handhaaving der waafe
„ Chriflelyke Religie, zo als die alhier, in
„ de openbaare Kerken, geleerd werdt;
„ haar daarenboven zoekende te ontflaan
„ van haaren Burgerlyken eed en pligt ,
„ waaruit niet dan verwarring, verminde-
„ ring van Privilegien en vryheden, en
,, onriitT en fchade te wagten was; dat
„ men hiertoe verfcheiden' Pasquillen en
„ Schimpfehriften geflrooid hadt tegen de
„ Regeering, en onder anderen een , waarin
„ de Burger-eed gezift en kwalyk uitgelegd
,, werdt: ook eene zogenaamde Schutters
Kroon, in welke de oogmerken der kwaad-
,, willigen klaar genoeg opengelegd wer-
„ den; dat, wydérs, om de Schutteryvan
„ eed en pligt te ontbinden, door zulken,
,, wien 't minfl betaamde, bevorderd was,
,, zeker Jdvys incas van Confcientie, waar-
„ door de Stad in groote ongelegenheid
,, zou hebben können gebragt worden, zo
„ Bürgemeefleren, met goedvinden van den
„ Prinfe van Oranje, als Stadhouder deezer
„ Vergaderingen toekwam; volgens het ge-
„ bruik van verfcheiden' Steden in Hol-
„ land; en volgens het XXXVII. Lid van de
„ Kerkenordeninge der jongfte Nationaale
„ Sinode van Dordrecht (3): 't welk zy
„ hielden te zullen ftrekken tot vaftflelling,
„ onderhouding en vermeerdering van on-
„ derling goed verfland * eneenigheidtus-
„ fchen de Regeering en de Kerk." En
op deezen voorflag, hadt de Raad verilaan,
„ dat Bürgemeefleren, volgens het gemel-
„ de regt, hoe eerder hoe liever, twee
„ Raaden, belydenis doende van de Gere-
„ formeerde Religie , zouden rnagtigen ,
,, om zitting in de Kerkelyke Vergaderin-
3, gen te neemen; te meer, naardien de
3, meening niet was, iet tegen de Kerke te
„ doen, of eenige onbehoorlyke magt over
„ dezelve te oefenen (»•" Het neemen
van dit befluit flrekte regelregt tot beteuge-
ling van onbefcheiden Kerkelyken. Ook
ohtftondt 'er, toen 't bekend werdt, groot
gemor over onder deezen. Doch de Re-
geering hadt vaftgefteld, hun geen' voet te
wyken; fchoon zy geraaden vondt , op 't
aanhoudend verzoek des Kerkenraads, het
daadelyk neemen van zitting, nog eenigen
tyd, uit te flellen (i). Ook befpeurde men
klaarlyk, hoe de meerderheid der Vroed-
fchap gefield ware, toen de Heer Herman
Gysbrechtsz van de Poll, die, in 't jaar 161S,
van zyne Vroedfchapsplaats, door Prinfe
Maurits, ontzet geworden was, op zynen
ouden eed, wederom ingelaaten werdt in de
Vroedfchap (e); daar men zelfs verftondt,
dat hy zyne oudeplaats wederom behoorde
te bekleeden (ƒ).
Bürgemeefleren, midlerwyl, befpeuren-
de, dat de verkeerde bevattingen der ver-
bindtenifle van den Schutters-eed,zig,door
het uitgeeven van het Advys der Profeffo-
ren en Sinodale Afgevaardigden en van an-
dere fchrifcen, meer en meer begonden te
verfpreiden onder 't gemeen, vonden, met
overleg van den Prinfe van Oranje, die des-
wege, door de Afgevaardigden der Stad,
gefproken was, tot meerder verzekerdheid
(c)   Refol. Vroedfch, N. i«. 24 J">'. u>z9- ƒ• 7°-
(d)  Amhcnt. en "Waaracht. Veihael, gedr. 1630. bl. \%.
(e)  Refol. Vroedfch. N. 16. ig Jan. 1619. ƒ■ verft.
(f)  Refol. Vroedfch. N. 1«. 2 Sebr. 1629. f. 71.
(3) Dit xxxvii. Lid luidt aldus: In allen Kercken
fal een Kercken - Raedt zyn , befiaende uyt Dienaren
des Woordti ende Ouderlingen, de wekken ten minflen
"He weken eens tfamen komen füllen, alwaer denDie-
naer des Woordts
(ofte Dienaren, foo daer meer fyn)
y ghebeurte prefuleren, en de aS:ie regeren fal. Ende
Ja' oock de Magiflraet van de plaetfe refpeBivelyck ,
wdien het bner gelieft , een of twee van den baren
,
"jgffinde Lidmaten 'der Gemeente , by den Kercken-
liaedt mogen hebben
, om te aenhooren en mede van de
voorvallende faecken te delibereren.
Zie Groot -Pia-
kaatboek, ui.
Deel, bl. 467.
>be,
s
^
elen
■>•>
Provincie, daann niet voorzien hadden;
dat Burgemeelleren en Raaden, tot voor-
„ kommg van den indruk, dien deezefchrif-
„ ten reeds gemaakt hadden , en verder
„ mogten können maaken, by raade van
„ zyne Doorlugtigheid ,. hadden goedge-
„ vonden, de gantfehe Schuttery haaren
„ ouden eed te doen vernieuwen , en ten
„ dien einde, alle Schutters bevalen , te
„ verfchynen, daar zy, door den Krygs-
„ raad, zouden ontbooden worden , mee
„ verbod, dat niemant zig, als Schutter,
„ zou gedraagen, voor dat hy den eed,
„ van
-ocr page 572-
AMSTERDAMS
11. Deel.
So6
1629. ->•> van nieuws, zou hebben afgelegd (g)." 't Vertoog ter Vergaderitige van Holland i6%9'
Ook hebben alle de Burgervendelen, het  gelezen zynde, floegen eenige Leden den.grn(ïig
eene nahet andere, voor den Krygsraad,  Afgevaardigden van Amfterdam drie pun-beA^
ontbooden zynde, den ouden Schutters eed,  ten voor, welken zy meenden te zullen ftrek-deI' j;
B
' —<----"-    .-                                          - - ~ hier terV
03? V
den Prm- ^ yan Qranje kennis van, door de Afge-
vaardigden ter Dagvaart en door brieven:
en zyne Doorlugtigheid vaardigde , hierop,
eenen brief af van den volgenden inhoud:
Doch alzo de Afgevaardigden derfde6"
Stad deeze punten hielden te flryden metz.;rge.j]
de Privilegien, weigerden zy, volftandig-gs11
lyk, daarin te bewilligen. De Vröedlchap
bedankte hen voor hunnen yver, vermaan-
de hen zo voort te gaan, geene de minftë
inbreuk op der Stede Privilegien te gedoo-
gen,en, zo zy befpeuren mogten,dat men
't egter zogt te doen „ ter Vergaderinge
„ te verklaaren , dat men dacrtegen, van
,, Stads weghen . tot affweerihghe van dien,
fiodanighe middelen ter handen nemen zou
ah ons God ende de nature verleent had-
„ den (&)." Voorts, werdt hun gekit ter
dat
over
Oag
teren.
De Prince van Orange , Grave van
Naiïau , Moers &c. Marquis van
der Vere ende Vliffingénl, Heere en-
de Baron van Breda &c.
Erentfeße, eerfame, befondere goede vrien-
den. Wy hebben door U E Gecommitteerde,
ende de volgende brieven verflaen
, 't geene
U. E.
, naer voorgaende Communicatie met
ens. ter hand hebben genomen, .ende hoe dat,
na gedane publicatie, alle de Comp. Schutteren Vin U. E. Stadt den Eedt hebben vernieuwd op »
de befchuidigingen, vervat in ht
Ver-
't oude formulier ende bygevoeghde interpreta-
tie tWelck wy verhopen alles in goede ordre *i toog van de Gedeputeerden der Sinoden,"
ende fiilligheyd volbracht te zyn, niet twyffé'- k moeden zy te wege brengen, dar dit
lende oft U E Stadt fal daerby gewerden de Vertoog het Hof in handen gelteld werdt,
fekerheyd ende rufte, die tot welfiandderfeher, om de Staaten daarop te dienen van berigt,
ende van 't gemeyne Land f00 fier nodigh is. en ter Vergaderinge vooral aandringen dat,
V/aer mede
                                                    m ' raadpleegen over dit (luk , gelet werdt
op de bew'aarmg van de Hoogheid en Ge-
Eerentfefte, eerfame, befondere goe- regtigheid van't Land. Eindetyk, alzo de
den Vrunden U. E. Gode almachtigh Predikant Kloppenburg fich met de Confu-
bevelen.
In 's Gravenhaghe den lenten ghevoegbt, ende , wel beter wetende,
XXVften. february 1629 Onderfiondt m de fake niet recht gegaen hadt , werdt
"U. E. goedwillige Vrund, ende was beüooten , zulks nader te onderzoeken (/).
getckent
De Afgevaardigden der Stad, met dee- A^'t?
F. Henry de, Nassau (*). zen laft naar denliiage vertrokken, vor-
nan
»«
üde
derden, terftond, dat het Vertoog den Ho- ta
De Afge- De Afgevaardigden der Sinoden , mid- Ve in handen gefield werdt; 't welk zonder ^nli'
vaardig- lervvyl, euvel neemende, dat hun Advys, akftfel gefchiedde. Ook leedt het niet lang,iaA
den der in de afkondiging van Burgemeefteren en of Prefïdent en Raaden berigtten den Staa f ^'
i
Sinoden Raad en, nevens eenige Pasquillen, genoemd ten „ dat 'er, voor dehandhaavingder Ge-
je
£
dat en veroordeeld was, vervoegden zig, den
de Staa- agtentwintigften February, met een Vertoog
reformeerde Religie, zo veel zorg ge-;
draagen werdt, als mogelyk , of voor-Si»0/
maals gefchied was; en dat zy,hierom, inu
onnoodig hielden, dat de Regenten zig^jy^
daartoe, door eenen nieuwen eed, ver-%o^~
bonden, gelyk in het Vertoog begeerd
werdt. Dat, tegen de afzonderlykeVer-
gaderingen der Remonftranten, by Pia-
kaaten , voorzien was , de overtreeders
van welken ook geregtelyk werden aange-
fproken, 't welk nogtans, veelligt, met
meer vrugt gefchieden zou, zo 't alomme,
met eenpaarigheid , gefchiedde. Dat ,
midlerwyl, in bedenking kwam, of niet
goed zyn zou, dat de Gedeputeerden
der Sinoden nadere opening gaven van
„ de
ten de
Regee-
ring van
Amfter- 3'
dam ver- "
plïgten, „
om reden j}
te gee-
ven van
het ver- »
oordee- »
]en van "
hun Ad-
vys.
        "
n de Staaten van Holland: waarin zy ,
ooraf begeerd hebbende ,, dat hunne Ede-
Ie Groot-Mogendheden, voorzigtiglyk en
met zagte middelen , de Religie wilden
vafter itellen, tegen de Faftie der Re-
monstranten ;" ook verzogten „ dat de
Agtbaare Magiflraat van Amflelredam
mochte ghevorden werden om punituelyken
aen te ixiyfen de onwaerheydt
, onrechtmae-
ticbeydt, fihadelycke Confequentie
&c. van
hun Advijs of Confultatie, op dat zy daar-
op mogten gehoord worden (f)."
(g) Refol. Vroedfch. N. \6. I7F"*»\ iSlp. ƒ. 7j. Zie o„k_
Remonftr. der Synoden van den 28 Febr. i6is. in de Byiag.
tl. 3 3.
(h, Geregiftr. in de Refol. Vroedfch. N. 16. s Maart
I629. f. 79.
(ï) Remonftr. van deGedepur, der Zuid- en Noordh. Sy-
noden
van ig Feh. 1629. gedr. t« Ha.irl. 1619.
•ji
(\) Refol. Vroedfch. ïfi 16,
(l)
Refol. Vroedfch. N: 16.
s Haart 152,9,
j Maart 1629.
ĥ 73
f
-ocr page 573-
XIV. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
507
ï6
„ de zagte middelen, tot weeringe van der algemeene Staaten, het buitgeld voor rroa
„ der Remonftranten bedryf, van welken 't Bootsvolk op zeftien maanden en twintir
29.
zy, in 't Vertoog, gewag gemaakt had
1 *"Xces- » den. Dat by de * buitenfpoorigheden der
e'!' „ Remonftranten, in het Vertoog, niet wel
„ te pas gebragt was, 't gene de Wethou-
,, derfchap van Amfterdam, onlangs , om-
„ trent eenige burgers , gedaan hadt, als
„ ware zulks gefchied, om deRemonftran-
„ ten te begunftigen en die van de Gere-
„ formeerde Religie te bezwaaren; alzo,
j, uit de regtspleeging zelve, en uit de her-
„ haalde betuigingen derWethouderfchap,
„ het tegendeel bleek. Dat de vraagen,
„ op welken de Gedeputeerden hadden
„ goedgevonden te antwoorden, ontydig en
„ ondienftig waren voorgefteld, en dat de
„ vraagers zig, in allen gevalle, eerfthad-
„ den moeten vervoegen aan hunne Magi-
„ ftraat. Dat ook ongegrond en buiten re-
„ den was, dat men die Magiftraat nader
„ reden haarer afkondiging zou afvorde-
„ ren, gelyk in 't aanhangfel op het Ver-
j, toog begeerd werdt. Dat, eindelyk,de
„ Predikanten behoorden vermaand te wor-
„ den, om, door Godvrugtige Predikatien
„ en Schriftuurlyke vermaaningen, de Ge-
„ meente te brengen tot afftand van zon-
„ den, behoorlyke eerbiedenis en gehoor -
„ zaamheid jegens haare Overheid, en lief-
„ de en eeniglieid onder eikanderen: ook,
„ om de Remonftranten en anderen , die
„ zig nog buiten de openbaare Kerken hiel-
j, den, door vriendelyk verzoek en aan-
,, fpraak, te winnen, en uit hunne doolin-
gen te redden (»)."
dagen; doch ltelde net, op verzoek des
Admiraals en der andere hooge Bevelheb-
beren, op zeventien maanden (0). Maareen
hoop matroozen, die zig veel grooter be-
looning hadt toegelegd, op de Plaats van
't Huis vergaderd,dreigde,dat zy,zomen
hun geen genoegen gaf,1zigzelvenhaaft aan
meerder buitgeld helpen zouden. Eenigen
wierpen 't oog al naar de kelder, daar de
fchat bewaard werdt. Doch de dienaars der
Maatfchappye, hun voorhoudende, dat zy
's anderendaags konden wederkomen, als de
Bewindhebbers voltalliger zouden zyn, kree-
gen hen de Plaats af, en op ftraat,waarna
hun de Poort voor de neus geflpoten werdt
Voor de Poort, kwamen huffhaaft veelen
van hunne makkers by,die maar palfelykte
vrede waren met het gene zy ontvangen had-
den, en greetiglyk deelden in de hoop, om
meer te bekomen, 't Woefte bootsvolk
werdt opgehitft door de Kroeghouders en
Hoeren, die, in grooten getale, hieromtrent
woonden, en op een gedeelte van den buit
vlamden, 't Gefpuis bragt fteenen aan,
die, wel haaft, door de glazen, en over den
muur op de Plaats vloogen. Men viel met
een byl aan 't hakken in dedeur,poogende
't (lot los te krygen, terwyl anderen eenen
fleeper noodzaakten, om een yzeren goote-
ling, die aan den Y-kant lag, voorde*Poort
te ileepen. De toeleg was, de Poort met
ftraatfteenen open te fchieten ; doch geen
"winkelier wilde den matroozen buskruid ver-
koopen. Midlerwyl, was men van binnen
ook verdagt op tegenweer. Men bragt eeni-
ge handgranaaten byeen, die men, als 't
neep, onder den hoop geworpen zou heb-
ben. Doch 't kwam zo ver niet. De Wet- De be
houderfchap, fpoedig kennis gekreegen heb- zetting
bende van den oproer, zondt den Wagt-ftilt de-
meefter Jakob Wyts, die over de onlangs zelve"
ingenomen zes vendelen geboodt, en den
Major Nikolaas Haffelaer, met eenigeman-
fchap, naar 't Weftindifche Huis; die de
oproerigen, zonder eens te fchieten, ver-
ftuiven deeden (f). De Digter Vondel
maakte, kort hierna, dit geeftig vers,
Op hetOntset van Piet Heyns Buyt.
2"?«
Het morren over 't verfterken der bezet-
5eW tinge van Amfterdam, in December laatft-
Voódain. leeden, duurde nog by veelen, toen zy,in
^«ftin February deezes jaars, zonderling te pas
jjr<%e " kwam, om een gevaarlyk oproer te ftillen,
^ waarvan wy de gelegenheid en uitflag, kor-
telyk, vernaaien moeten. De Weftindifche
Maatfchappy hadt, in Maymaand des voor-
leeden jaars, eene aanzienlyke Vloot uitge-
ruft , onder bevel van Bieter Pieterszoon
Hein
, in 't gemeen Piet Hein genaamd,
Wien 't, den agtften September, gelukt was,
de gantfche Spaanfche Zilvervloot, in de
Havana, te bemagtigen. Met den buit, hier
veroverd, die op elf of twaalf millioenen
beri iot werdt, zeilde hy naar't Vaderland,
da.: hy , in January deezes jaars, aankwam.
De fchat werdt, voor 't grootfte gedeelte,
gebergd in 't Weftindifche Huis (n) op den
Huanenimerdyk , nu het Nieuwe -Zyds-
Heeren-Logement. De Maatfchappy be-
grootte , ten overftaan van Gernagtigden
Het Weftinjes-Huis fpreekt.
Ikflak noch in een gekx Kaproen,         Vers van
Boe 'kzay, waer toe dit Garnizoen (4) ? Von del,
Maerte*dee-
(0) N. V. WASSENAER Hift. Verhaal , XVI. Deel , ƒ.
Jol virfo.
                                                ,.
(p) VAN DEN SANDE, X. B"\- "'• -37. DOJISELAAR
VI. Boei,, hl. ii7. COMMELIN, tl. II09.
(4) Wy hebben, hiervoor (bl. 496)> gezien>
Vw                                                     dat,
(m) Rcfcripiie en Advys van 't Hof» gedr, Ifizj.
(»; Vaderl. Hift. XI. Deel, hl. 6%, 6S.
I. STUK.
-ocr page 574-
II. Deel.
AMSTERDAMS
S°B
„ 'er geen trom ; men timmert 'er geen 1629-
3) wachthuizen (>)."
't Leedt egter geene vier maanden, toen OnSs'. f
de zagte ruft, die de Droffaard op 't Slot te yu^e0»R
Muiden genoot, onverwagt, gefloord werdt. ^mfter
Graaf Henrik van den Berge, die onlangs ciam>tsr,
tot Veldmaarfchalk des SpaanfchenLegersgeleS^fl'
in de Nederlanden verheeven was, toog, hei^
op den drie-entwintigflen July, even boven dennde-
Yffeloord, over den Yffel, en viel weder- ^en >fl'
om, gelyk in 't jaar 1624, met eenen aan- val i»^
zienlyken hoop Krygsvolks, in de Veluwe. VeW''
De tyding hiervan verwekte veel bekomme-
ring , in en omtrent Amfterdam. De Regee-
ring ontving eenen brief van Prinfe Fredrik
Henrik, met verzoek „ dat van hier eenig
„ volk, zo uit de Burgery als Soldaaten,
„ die hier in bezetting lagen, zou uitged-
ij ten worden, tot bezettinge der Steden
„ Harderwyk , Naarden en Muiden:" in
welk verzoek, terflond, bewilligd werdt (ƒ),
alzo de Raad, reeds in February, beflooten
hadt, het uittrekken van 's Lands foldaaten
uit te Stad toe te flaan , indien de Prins-
Stadhouder geraaden vinden mögt, dezel-
ven elders te gebruiken (£)• Burgemeefle- De ^
ren werden dan gemagtigd om met denS1^
Krygsraad orde te flellen tot de uitzending ^fl^1'
van eenige Burgers. Ook fchikten zy, ter-
flond , het vendel foldaaten van Kapitein
Hart naar Muiden. De Droffaard Hooft
herinnerde hun, dat zy, by den jongflen in-
val in de Veluwe, ook vier of vyf flukken
gefchuts derwaards gezonden hadden, om
op de voornaamfle toegangen geplant te
worden; en laft gegeven om een wagthuis
van deelen op te flaan , aan 't Noordeinde
der Veflinge (u). Doch of't een en 't an-
der, ook tegenwoordig,gefchied zy,is my
nergens gebleeken. Maar Amflerdam zondt, R:
op verzoek der Staaten van Utrecht, dePley
Raaden Henrik Hudde en Simon de Rykenaar'c^ M,
den Hinderdam, om daar, met die van U-we(l*J"
trecht, te raadpleegen op de verflerking va"
van den Vegtftroom, van den Hinderdam VeS1*
af, tot aan de Rynfche Vaart of Vreeswyk
toe (V). Hiertoe werdt, door Gemagtigden
van Holland en van Utrecht, terflond, be-
flooten. En de Stad Amfterdam fchoot, aan
de Provincie van Utrecht,op goede verze-
kering , honderd duizend guldens, tot uit-
voering van dit werk ( in ): waartoe, over
gantfeh Holland, tuffchen Maas en Zyp,
de zesde man van de huisluiden, met het
noodige gereedfehap, opgeprefl werdt. Ook
wer dp
(V) HOOTTS Brieven N. i«j. hl. i}4-
(s) Refol. Vroedfch. N. j«. zi f ah *6l9. f.99 -verft.
it) Refol. Vroedfch. N. 16. n f'hr. I629. ƒ, 7? vtrfi.
(k) HoOïts Brieven N. I80. hl. i4i-
(v) Refol. Vroedfch. *T. 16, 28 Ja!J «29. ƒ. 100.
(w) Refol. Vroedfch, N. x«. *A«£, I61». f. 101.
Maer doen de moetwil, opgeruit,
Begon, om Sinte Bieters buit,
Een kangs te wagen, driefl en dom
,
Mit 'diegent vaendel, flaende trom;
Doen quam tny 't krygsvolk wel te pas
,
De fleenen vlogen door het glas.
Ik docht dees Geuzen hennen Spaens:
Of is Sint Pieter
(5) Harmiaens?
Giert almanshoer dieflong mitfmart
En gleurde by de Verkens mart
(6),
Mit al de lange Verkens dyk (7),
Op 't opengaen van 't hemelryk:
Men ley een flik gefchuts aen boort,
Om rammen finte Pieters poort:
Die riep Sint Angdries (f)aenomhulp:
Sint Japek
(9) kruip nou uit juufchulp.
O Sinte Klaes
(1), kreet Symen vaêr (2),
Trek an, jy bent gien Moordenaer(3).
De Jankten trokken op byget,
En hier deur was de
(*_) bruit ontzet 1
En zoo bleef Sinte Pieter baes:
Godt loont Sint Japek en Sint Klaes (q).
De Heer Pieter KornëLiszoon
Hooft, Droffaard van Muiden en Baljuw
van Gooiland, fchreef, eenige weekenlaa-
ter, toen hy zig op den Huize van Muiden
ophieldt, aan zynen Zwager Juflus Baak,
Koopman te Amfterdam, met opzigtopden
tegenwoordigen toefland der Stad, omtrent
in deezer voege: „ Nu leeven wy hier als
„ die de werelt geflorven zyn, oft ten min-
„ ften leeren fterven, op zyn Philofoophs.
„ D'eene dag is den anderen zoo gelyk,
„ dat ons leeven een fchip fchynt, in doo-
„ de flroom, en ftilte. Beter ftil nochtans
„ als te hard gewaait. Hier preekt men
„ geen pafTy als die van onzen Heere; men
„ dicht 'er geen requeflen; men raapt 'er
„ geen fleenen om de Heeren naa 't hooft
„ te werpen. De kiuTens zyn 'er zoo zacht
„ niet dat ze iemant bekooren kunnen. Jaa
„ die'er op belufl was, kreeg 'er welgoedt
„ koop een naa 't hoofdt. Ook roert: men
(1) Hekeld. hl. 179.
dat, onder de ftrenge Gereformeerden, ook eeni-
ge deelgenooten in de Weftindifche Maatfchappye
waren,die, ongetwyfeld,het inneemen van meer-
dere bezetting voor noodeloos zullen hebben aan-
gezien. Op deezen fchynt de Digter hier byzon-
derlyk het oog te hebben.
(5)  De Admiraal Piet Hein.
(6)  De Varken-markt was toen, 't gene men nu
de Heeren-markt noemt, gelyk , in de Kaart van
Balthazar Floriszoon, te zien is.
(7)  Zo noemt de Digter den Haarlemmerdyk.
(8)  De regeerende Burgemeefter en Kolonel
/indries Bicker.
(9)  De Wagtmeefter JakobWyts,
(1)  De Major Niholaas HaJJelaer.
(2)  Simon van der Does, Oud-Schepen en Raad.
(3)  Zie, om dit te verftaan, hiervoor, W.491.
Ï629.
zer gele-
genheid,
gedigt.
(*) Mis«
fchien
'buit*
Schry-
vens van
denDros-
faard
Hooft,
met op-
zigt op
den te-
ge"- ,.
wooidi-
gen toe-
fland van
Amtier -
dam.
-ocr page 575-
GESCHIEDENISSEN.
XIV. Boek.
509
*62p. werdt deeze verfterking, fpoediglyk, vol-
trokken. En men beloofde 'er zig te meer
dienft van. alzo men zig te binnen bragt,
dat wylen Prins Maurits, wiens woorden, in
't ftuk van te verftaan 't gene tot 's Lands
befcherming dienftig was, voor wetten ge-
houden werden , gezeid zou hebben, ge-
trooft te zyn, de weftzjrde van de Vegt en
Vaart, op deeze wyze bewald zynde, met
y
         tienduizend man, tegen de gantfche weereld
>0|^ere te verdedigen. De Gemagtigden van Hol-
ment aan de weftzyde van de Vegt zulks i629
mögt verzorgd en verzwaard worden, dat
de Landen, daar agter gelegen, door het
doorfleeken van den Lekdyk, niet mogten
onderloopen (z). Men begon, terftond hier-De Mui-
na, een gat te delven in den dyk hoven derdyk
Muiden ,welk met een Fortgefterkt werdt, wordt
en waardoor 't Land beooften de Vegt on-^°°^e'
der water liep (a). Doch de vyand hieldt
Amersfoort, by gebrek van mondbehoef-
ten, flegts tot den vierentwintigflen Augus-
tus in; verliet toen de Stad, en trok weder-De vyand
omopwaards, tot aan en over den YfTel;trek£te
aan deeze zyde van welken ftroom, flegtsrug'
zevenhonderd knegten en twee-endertig vaa-
nen paarden, van veertig tot vyftig ieder
vaan, leggen bleeven: van al 't welke de
Droffaard Hooft kennis kreeg, uit iemant,
dien hy op kondfchap uitgezonden hadt,
en die, tot in 's vyands Leger, geweeft
was (V). Hem was ook, van wege de Staa-
ten, belaft, de Huisluiden van Gooiland in
de wapenen te brengen. Doch zy waren
meeft gevlugt, doordien verfcheiden' vyan-
delyke partyen, tot voor de poorten van
Naarden, geftroopt, en Hilverfom,'tvoor-
naamfle dorp in deezen oord, in den brand
gefleken hadden (c). Het verrafTen van
Wezel, waardoor den vyand de toevoer
van boven afgefneeden werdt, hadt hem
genoodzaakt, de Veluwe zo verre te verlaa-
ten (cl). De weinige manfchap , die nog En ver-
aan deeze zyde van den YfTel was blyvenIaat de
leggen, trok, den dertienden Odtober, ins-Veluwc*
gelyks, over den ftroom. 't Land was hier-
door wederom verloft van de vrees voor
de gevolgen van deezen vyandelyken inval;
en Amflerdam in 't byzonder, daar 't ge-
rügt reeds geloopen hadt, dat de vyand van
zins was zig van de Stad meefler te maa-
ken (e).
De verovering van 's Hertogenbofch, kort Amfter-
op het verraffen van Wezel, gevolgd zyn- da.m
de, befloot Amfterdam, op den voorgang^j"e?
van andere Steden, den Prinfe van Oranje ken van"
deswege te begroeten. De afgezondenen Muiden,
fpraken, ter deezer gelegenheid, ook met
zyne Doorlugtigheid over de verfterking
van deeze Stad en van Muiden, en dron-
gen , byzonderlyk, op de verfterking van
Muiden aan. De Prins vondtze dienftig-
Men raadpleegde 'er over,in de Vergade-
ring van Holland, en maakte verfcheiden'
Kaarten van de ontworpen verfterking. Doch
't
(z.) Refol. Vroedfch. N. 16. ^«S-]6*9' f\I0Z'
(a) Refol. Vtoedfch. N. .«• w -*»* 16Z9' f' IO* v"f*>
Vaderl. Hift. XI. Deel, hl. »6- ..
(*; HooFTs Brieven,*- >«•«; J£
te) HOOFTS Brieven, *-,s°; ,' I49,
(d) vaderl. Hift. XI. v"''"\ 10.
(/) VAN DEN SANDS, X. ÜH{_, bl, J4S,
VVV 2
k
vom-
land, onder welken ook was de Heer An-
thony Oetgens van Waveren,
regeerend Bur-
gemeefter van Amfterdam, vonden wyders
geraaden, wanneer de vyand dieper intrek-
ken mögt, den dyk aan de zuidzyde van
Muiden, en aan de Noordzyde van 't Slot,
te doen doorfleeken: waartoe men egter niet
dan in den hoogflen nood komen zou. Doch
wanneer 't daartoe komen mögt, twyfelde
Hooft niet, of men zou Muiden „ mits be-
„ hoorlyk geftyft wordende met volk en
„ behoeften, God ten voorflen , wel be-
„ fchermen. Niettemin" was, fchryft hy,
„ de hoope van de Heeren van Amfterdam
„ en de zyne, dat de Heeren Staaten, nu
' „ ten tweeden maale, door de beroerte op
„ de Veluwe, dus opgewekt, deeze gelee-
„ genheidt beeter zouden doen fterken,en-
„ de zulks verzien, dat men, in gelyken
j, voorval, den vyandt wat nader zou moo-
5, gen laaten komen, ende niet van noode
„ hebben, zoo tydtlyk, tot verwoeftinge
„ van onze eigene Landen, door't waater,
fye „ te verftaan (ar)."
fluit
i-Am-
't Leedt naauwlyks drie weeken, of de
te
dajj11"vyand drong dieper door, en veroverde A-
Jj ver- mersfoort, op den veertienden Auguftus, 't
«antlcen» welk zo dra te Amfterdam niet vernomen
Stend werdt, of men befloot, tot meerder verfter-
f'An, king der Stad, die zwakft was buiten de S.
j^'s- Antonis poorte, een bolwerk op te werpen
°lc' aan de Ypeflootfche fluis, of ten minften
alles daartoe te bereiden, en by voorraad
aldaar een halfmaantje te maaken. Ook
werden Burgemeefleren gemagtigd, om de
S. Antonis-poort zulks te fierken, dat de-
zelve tegen eenen aanloop beveiligd mögt
Zvn (jO- De Raad Hillebrand Schellinger
werdt ook terftond afgevaardigd naar Naar-
den , om, nevens de Heeren Oetgens, Hud-
de en de Ryke, op de behoudenis van Naar-
den te raadpleegen, en om Muiden te be-
fchermen, des noods, zelfs door het door-
fleeken van den dyk. Voorts, werdt den
Afgevaardigden der Stad in deezen oord
gelaft, zorg te draagen ,dat het retrenche-
(*) HooiTS Brieven N. 18S. hl. W, HS.
\y) &efoi. vioedfch. n. h. ij, 16, ai v4«f, iSij, ƒ.
I01 •ver/., ,0
-ocr page 576-
II. Deel.
AMSTERDAMS
Sio
diken tegen de Overheid. Van hem vraag- 1&9'
de de Burgemeefter Kornelis PieterszoonnierI're'
Hooft, in zeker gefchrift (k), of men welix^1
eenig Schryver zou können aanwyzen, die in*9
lafleren en fchelden by Smoutius zou können
haaien?
In 't jaar 1606, was hy, ruim een
jaar, Predikant te Roon geweeft; doch zy-
nen dienft aldaar hebbende nedergelegd,
predikte hy, federt, in verfcheiden' afgezon-
1629. 't werk hadt, voor eerft, nog geen' voort-
gang, hoe zeer Amfterdarri'er op aanhieldt
(ƒ). Ondertuflchen, bleef 'er nog eenigen
tyd bezetting binnen Muiden en Weesp, die
ik vind, dat, in November deezes jaars,
door den Droffaard Hooft, gemonfterd
werdt (g).
Dykgraaf en Heemraaden van Nieuwer-
Arnftel, den Staaten van Holland vertoond
Of
to
maaken
van de
Boven-
kerker-
Polder.
hebbende , hoe door het bepolderen van derde Vergaderingen der Contraremonftran-
verfcheiden' ftreeken Lands, zo wel in het ten. In 't jaar 1613 , droeg hy zyn Schrif-
Stigt van Utrecht, als in Holland gelegen, tuurlyh.Ja op aan de Staaten van Holland;
in welk boek, naar 't oordeel der Staaten
e
deelte van Nieuwer-Amftel, tuffchen het
Loopveld [ik verfta het groote Loopveld]
en Tarnen of den Uithoorn, groot gevaar
liep van overftroomd te worden, verzog-
ten, met goedvinden van Burgemeefteren
van Amfterdam , als Ambagtsheeren van
Nieuwer - Amftel, en verwierven , op den
negentiendenDecembe^deezes jaars 1629,
Oftroi, om de gemelde ftreek, door 't leg-
gen van eenen dyk langs 't gebied van Ta-
men , van den Amfteldyk af tot aan den
Veenweg toe, te mogen bepolderen,en de
koften te vinden uit eene gabelle, die, by
de gemaakte verlaaten, zou worden inge-
vorderd. De nieuwe Polder werdt, federt,
de Bovenkerker-Polder genaamd. Wy hebben
het Oclxoi tot het aanleggen derzelve, welk
onzes weetens nimmer gedrukt geweeft is,
hier agter wel onder de BylaagenQlf) willen
voegen.
zelven „ gearbeid werdt tegen hunne Re-
„ foluüen, ook met kennelyke onwaarheid,
„ ja tot /editie en oproerigheid." Ook werdt
hy, deswege, den twintigften July des ge-
melden jaars, voor de Staaten ontbooden:
en hun geene voldoening konnende geeven,
wegens 't gene hy gefchreeven hadt, werdt
hem gelaft, binnen vier dagen, naar 's Graa-
vezande te vertrekken, en binnen de vry-
heid van die Stede te vertoeven, tot dat
zynezaak, ter naafter Vergaderinge, zou
afgedaan zyn (l). Hoe lang hy hier bleeve
is my niet gebleeken;doch fommigen teke-
nen aan, dat hy, boven arreft en al, door-
ging (?«). In September des jaars 1620,
werdt hy te Amfterdam beroepen (n); daar
hy veel toebragt tot de fchorfing van Hane*
kop, en dikwils, vooral op de Bededagen,
vinnig uitvoer tegen de Regeering. Op den
agtentwintigften January des jaars 1626 ,
hadt hy 's Lands plaagen toegefchreeven
aan het dringen van Luiden in de Regeerin-
ge, die 't Pausdom waren toegedaan; en de
Staaten befchuldigd, om dat zy Schepen
naar Rochelle gezonden hadden, tot ver-
Haarlem
ftyft de
geban-
nen Am-
fterdam-
mers.
De vrees voor denvyand hadt de inwen-
dige onnut, hier ter Stede , een weinig
doen afneemen, die egter, tegen 't einde
des jaars, het hoofd wederom opftak. De
Vroedfchap hadt, vroeg in 't voorjaar, reeds
met ongenoegen vernomen, dat de geban-
nen burgers geftyfd werden door 't nabuu-
rig Haarlem, waar eenigen zig niet alleen
onthielden , en hunne fcherpfte fchriften
tegen de Amfterdamfche Regeering, open-
lyk, lieten drukken; maar van wege welke
Stad, ter Vergaderinge van Holland, ook
voorflagen gedaan werden , die men hier
hielde te ftrekken tot krenking van der Ste-
de Privilegien, en die men befloot, door't
gezag van Prinfe Iredrik Henrik , of door
ernftige Proteftatien , tegen te gaan (*').
drukking, zo hy zeide, van de waare Ge-
#
reformeerde Religie (0). Op den Biddag sta'<
van May deezes jaars 1629, hadt hy den van ^
Prins van Oranje aangetaft, op zulk eeneP^,,^
wyze, dat Burgemeefteren aanfehryvens ^ege^[
kreegen van het Hof, om daarop onderzoek x\n$ \
te doen; gelyk, zeer in ftike, gefchied was. terS'
Ook hadt hy, op den eerften Auguftus ,
insgelyks eenen Biddag, in de Oude Kerke,
van den Predikftoel gezeid: „ Gy zyt de
„ oorzaak met uwe proceduuren, dat God
„ almagtig den vyand op de Veluwe heeft
„ doen komen - - Men legt den luiden
„ misdaad te laft; maar mogten zy eens,
„ als befchuldigers en befchuldigden,tegen
„ eikanderen gehoord worden, dan zou men
Schets
Doch de ballingen en ontichutterden von-
van 't ge- den, hier ter Stede, ook vlytige voorftan-
ders aan fommige Predikanten, met naame
met
Adriaan
Smout,
eer hy
aan Adriaan Smout en Joannes Kloppenburg.
De eerfte was, al voor lang, berugt ge-
weeft, wegens zyn bitter fchryven en pre-
(1^) By BRANDT II. Deel, bl. 2.16.
\l) Refol. Holl. 20 July 1613. by BRANDT II. Deel,
bl.
nj.
()») Vryc aanwyzing tegen de Hiß°lie van F. DE VKÏ»
bl. 83.
(n) CROSSE Kerk. Regifter., il- 44-
(«} Authem. en Waaiagc verh. gtdruit wjo. bt, 4,"
(ƒ) Refol. Vroedfch. N. 16. n Sept. 1629. 7 Jan, itfjo.
ƒ. 108 ,156 verfo.
(g) HooïTS Brieven, N, m. bl. Ijo.
(h) Lr. A.
(') Refol. Vroedfch. K. 16, +*ipril i<$zs>. ƒ.81.
-ocr page 577-
GESCHIEDENISSEN.
XIV. Boek.
511
eerfl, en zeide, eindelyk „ dat hy de Hee- ,(2Q
„ ren niet believen kon, zonder kennis van
„ den Kerkenraad, welken hy verzogt,
„ vooraf, te mogen berigten van 't gene op
„ hem begeerd was:" 't welk hem vergund
werdt. Weinige dagen hierna, verfcheen
hy wederom voor de Heeren, zeggende,
„ dat de Kerkenraad het overleveren der
„ Preeke niet dienflig gevonden hadt; doch
„ dat hy 't egter doen zou, mids menhem
„ eene maand tyds gave." Men flondtze
hem toe; maar als hy, na verloop derzelve,
niet opkwam, deedt men hem boven komen,
en drong hem tot het voltrekken zyner be-
lofte. Hy hieldt zig onkundig van eenige
belofte,en beriep zig op 't verbod desKer-
kenraads. De Heeren hielden hem toen
eenige punten uit hunne aantekeningen voor,
en vraagden hem, wie hy op 't oog gehad
hadt met de woorden, Gy zyt de oorzaak met
uwe proceduren
enz. en Herfielt de genen die
gy ontfchutterd hebt ?
En na eenige aarze- Zyne be-
ling, erkende hy, daarmede deMagiflraat,kentenis«
zo wel als de Gemeente, gemeend te heb»
ben. Ook beleedt hy, met verfcheidene an-
dere uitdrukkingen, op de Magiflraat te
hebben gezien. Zelfs ontzag hy zig niet,
Burgemeefleren in 't aangezigt te zeggen:
Myne Heeren, valt God nog te voet \ en bidt
hem om vergiffenis; fiaat van uwe begonnen
proceduren af; want anders zult gy u en uwe
kinderen om hals brengen.
Ook zeide hy,
„ dat, in de Sententien der Burgeren, din-
„ gen gefield waren, die God den Heeren
,, vergeeven wilde, dat zyze zo hadden doen
„ flellen." Men voerde hem te gemoet,
„ dat hy, indien hy dit dagt, den Heeren
, in 't byzonder moefl aangefproken heb-
', ben, zonder zulke dingen op denPredik-
„ ftoel te brengen, en de Regters openlyk
„ ten toon te flellen." Doch hy beweerde,
„ dat de ergernis, openlyk gegeven zynde,
„ ook openlyk behoorde beflrafc te wor-
„ den." En als de Heeren ontkenden, er-
gernis gegeven te hebben, zeide hy „ dat
„ de geheele Gemeente daarvan overtuigd
„ was." Wyders, werdt hem gevraagd,
wie hy meende met den ouden Raad ? waar-
op hy zeide, Burgemeefier Pauw en de zynen.
Men vraagde hem , of de Heeren verpligt
waren, Burgemeefier Pauw te volgen, als
zyne redenen hun niet voldeeden ?\/Vaarop
hy antwoordde „ dat men in den Raad
„ kwam met bekuipte Hemmen,en in zul-
„ ker voege de befluiten doordreef. Men
hervraagde „ hoe hy zulks wilt? Dochhy
antwoordde hierop alleenlyk ,, dat de dingen
„ zo geheim niet bIeeven,ot zy lekten wel
„ eenluit." Na eenige verdere woorden-Men iaa£
wifleling, liet men den Leeraar gaan, hem hem
Vvv 3                                                  al-saan-
^29. j, bevinden, wie eigenlyk fchuld hadt. - -
» Gy agt ons te klein en te gering, dan dat
5, gy met ons Correspondentie zoudt hou-
„ den - - Men houdt ons voor kootjongens
„ —— Gy houdt zo veel van u zelveri", als
„ of gy alleen iet te zeggen hadt. Men
„ leent zyne ooren, veel liever, aan een
„ hoop Poëeten, Orateurs, Juriflen, Poli-
„ tyken, dan aan ons. Dit 's verkeerd. Zy
„ haaien hunne dingen uit Redenvoeringen,
„ uit de Keizerlyke Regten enz. Wy zeg-
„ gen blootelyk,& Heere zegt het.Wyheb-
„ ben Gods woord: hoort, derhalve, wat
„ wy u zeggen. Wy zyn uwe Herders;
„ wy zullen u anders niet zeggen dan de
3, waarheid. Wee den afvalligen, die zonder
my raadflaagen, Jefaia XXX. — Herfielt
3, dan de genen, die ons zo trouwgeweeffc
„ zyn, herfielt de genen, die gy ontfchut-
„ terd hebt. Volgt niet na de voetflappen
„ van Rehabeam, die den jongflen Raad
„ flelde boven den ouden enz." Al dit en
nog meer fprak hy,' met het aangezigt ge-
wend naar 't Burgemeeflers-geftoelte, daar
Schout en Burgemeefleren zaten. Voorts,
beftrafte hy de Gemeente , d
at Zy, QVQT
haare bezwaarniffen tegen de Regeeringe,
haare Predikanten niet gekend, maar in den
Haage geklaagd hadt. „ Wy beigen 't ons,
„ zeide hy, dat gy ons niet gekend hebt.
„ Ik voor my belg het my, dat gy myniet
\
„ gekend hebt. Gy hebt, met uw klaagen
„ in den Haage, uwe Heeren getergd, zo
j, dat zy zig tegen u gefield hebben. Ik
„ weet wel, dat u al wat veel gevergd is;
„ maar gy moeft tot ons gekomen zyn: wy
„ zouden by uwe Wethouders gegaan, en
„ hun hunne misflagen aangewezen heb-
„ ben." Voorts, zeide hy „ dat de Predi-
3, kanten menig Vertoog aan Burgemeefle-
„ ren gedaan hadden; ook aan den Prinfe,
„ toen zyne Doorlugtigheid zig laatflelyk
3, hier bevondt. Maar, ging hy voort, wat
3, was het? Men agtte het niet. Menfloeg
„ het in den wind." En zyne beflraffing
befluitende, zeide hy „ Kortom, zy heb-
>, ben allen tegen ons gezondigd, van den
minflen tot den meeden toe (py
k
o0f°rdt Over zulk prediken, wer dt Smout, Wel
jNees'ir'haaft,voor Burgemeefleren ontbooden, die
0^1 hem zeiden „ dat zy eenige aantekeningen
^ °o- 3j gehouden hadden van zyne jongfle Bid-
3> dags-preeke; dochbegeerden,dathyhun
» die, zo na mogelyk, opgefleld , gelyk
» dezelve uitgefproken was, overleverde,
» om te können zien, of zy zyne woorden
>i ook anders hadden opgevat, dan hyze
« gemeend hadt." Smout aarzelde in 't
(/>) Authent. e„ Waeracht. Veih. hl. s - ï.
-ocr page 578-
II. Deel.
AMSTERDAMS
512
dat de Kerkenraad iet tegen Smout doen i^2^
zou, en gaven 't, by gelegenheid, aan eeni- Pre
ge Predikanten en Ouderlingen te kennen. °;eU\i/s,
Doch de Kerkenraad kreunde 't zig niet. t,evig ...
En Smout floeg zo weinig agt op de ver- teècne."
maaning van Burgemeefieren, dat hy, den ^fe>
eenentwintigflen November, predikende o-Ill)ö
ver Mattheus VII. vers 5. Gy geveinsde, werpt
eer ft den balk uit uw oog
enz., volgens de aan-
tekening van eenige luiden van aanzien, wel
durfde zeggen „ dat zy de geveinsde waren,
„ die de yveraars voor de Religie hier had-
j, den ontfchutterd; dat hy, voorheen, al-
„ gemeene uitdrukkingen hadt gebruikt,
„ maar nu byzonderlyk zou gaan, al zou't
j, hem nog zo kwalyk genomen worden.
„ Dat hier vervolgd werden, die voor Gods
„ woord yverden, gelyk, God beter't, dit
„ jaar, genoeg gebleeken was. Dat men
„ hier erger was te werk gegaan, met In-
„ quifitie, Perfecutie en vervolging, dan de
5, Koning van Spanje ooit in Spanje gedaan
„ hadt. Dat men zelfs de Dienaars van
„ Gods woord vervolgd hadt:" ['t welk op
Kloppenburg fcheen te zien.] „ Dat hy de
„ perfoonen niet noemde; maar dat elk wel
„ verftaan kon, wie hy meende."
Wegens deeze preeke, werdt Smout we-rjurg8",
derom ontbooden voor Burgemeefieren, die rn&J.
hem, op zyne weigering om hun zyne preek r^en
gefchreeven ter hand te Hellen, hunne aan- j^/'
tekeningen voorhielden. Hy ontkende, de w^
woorden Inqiiifitie en Perfecutie gebruikt te
hebben -Op het overige hoopte hy, zo men
hem uitftel gunde , nadere voldoening te
zullen geeven. Doch befpeurende, eer hy
vertrok, dat Burgemeefieren zig van hun
gezag tegen hem bedienen zouden, bragt
hy te wege, dat de Kerkenraad, nog dien Ai/eif„
zelfden dag, befloot, twee Predikanten en ren y
twee Ouderlingen te zenden aan Burgemees- KerV
teren, met lafl om hun de bewyzen af te Ti*yfl
vraagen, welken zy, omtrent „ de Preeken "elJt{'
„ van Smout, hadden ingewonnen." Doch ge».
Burgemeefieren, ongezind om zig de regt-Sm",^
fpraak over Smout uit de hand te laaten0^/
wringen, weigerden rondelyk, den Kerken-g
raad hierin te wille te zyn. Smout, op nieuws
ontbooden zynde, werdt gedrongen op de
beloofde voldoening, wegens zyne jongfle
Preeke. Doch hy ontweek zulks met te
zeggen „ dat zyne. medebroeders hem ge-
„ lafl hadden, de Preek in gefchriftteftel-
„ len, enze den Kerkenraad over te leve-
„ ren." Burgemeefieren vorderden hem
toen mondelinge onderregting af. Doch hy
verklaarde,, ook hierin, den Heeren niet
„ te können dienen, buiten bewilliging des
„ Kerkenraads."
't Was nu, in 't laatft van November of
1629. alleenlyk aanzeggende „ dat Burgemeefle-
„ ren, volgens hunnen eed, niet zouden kon-
„ nen nalaaten, wegens 't voorgevallene ,
„ zulke voorziening te doen, als zy, tot
„ behoudenis der rufle van de Stad en der
„ Religie, zouden agten te behooren,"met
vermaaning „ dat hy zig verder gedraagen
„ zou, gelyk een goed eerlyk Predikant be-
„ taamde."
Hande-
ling met
den Pre-
kant
Kloppen
burg,
Terwyl de zaaken met Smout dus Hon-
den , zo niet al vroeger, werdt Kloppenburg,
in gevolge van het befluit der Vroedfchap,
. hiervoor (q) te boek gefield, insgelyks > zo
ik meene,voor Burgemeefieren ontbooden.
Sommigen fchryven,dat deMagiflraat Cri-
mineellyk tegen hem deedtprocedeeren (r).
Men
hadt, behalve het bewerken van het Advys
over den Schutters • eed, veele andere din-
gen ten zynen lafle.Dochmyis nietklaarlyk
gebleeken, wat 'er al met hem gehandeld
werdt. Sommigen tekenen aan, dat hy, ge-
lyk Smout naderhand, uit Amfterdam ge-
weezen werdt, en zig eenigen tyd te Lei-
den onthieldt (*)• Anderen melden, dat hy,
den negenden November, van de Amfler-
damfche Gemeente ontflaagen werdt (f): 't
welk zeer wel gefchied zou können zyn,na
dat hy ter Stad uit geweezen geworden was.
Doch Trigland, zyn ampt- en tydge-
noot, fchryft, dat hy, de gramfchap der
Wethouderen willende ontwyken, zig buiten
die naai-
den Brie-
ïe be-
roepen
wordt.
de Stad gehouden heeft (u). Hy werdt,
nog in dit zelfde jaar, naar den Briele be-
roepen , daar hy maar weinige toehoorders
hadt, zo men aan deeze verzen van den
Digter Vondel geloof wil liaan:
Geen Paep , geen ßohbranä mag hier den
wervel draeien;
De tochtfchuit kit gereet
, voor al die oproer
kraeien,
Ah Smout, en Kloppenburgh; wiennuhet
harte breekt ,
Zoo dik hy in den Briel voor zes paer ooren
preekt (c).
Maar ïn'tjaar 1640, werdt hy tot Hoogleer-
aar der Godgeleerdheid te Harderwyk be-
vorderd , en vier jaaren laater, in dezelfde
hoedanigheid, teFraneker; daarhy, in't
' jaar 1652,overleedenis(iw). Eenige jaaren
voor zynen dood, heeft hy zig, nog dik-
wils, wederom in Amfterdam vertoond (x).
Smout Midlerwylj verwagtten Burgemeefieren,
(q) Bladz.. 50«.
(r) Tmot-AND. hl. 917.
(1) AlTZEMA I. Deel, hl. ion.
(t) Ckoese Kerk. Regifter, bt. 4S.
(u) TRIGLAND. il. $Z1-
(v) Hckeld. hl. 199.
(w) Ckoese Kerk. Regifter, bl. 47,
(a-J TniGLANO. il. $17.
-ocr page 579-
XIV. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
162
De Leeraar vertrok, met eene fchuit, hem
door Burgemeefteren toegefchikt, nog in
dien zelfden nagt, ter Stad uit, ond'er eenen
grooten toeloop van volk, welk voor zyne
deur vergaderd was, om hem te geleiden,
of te zien vertrekken (a). De Kerkenraad
kreeg, gelyk men ligtelyk denken kan,ter-
ftond kennis van dit uitzetten, 's Anderen-
daags , den agtften, was'er reeds eene be-
zending van vier Predikanten en twee Ou-
derlingen by Burgemeefteren, verklaarende,
„ hoe de Kerkenraad, met hertzeer, ver-
„ ftaan hadt, dat hunnen medebroeder,
„ Smout, de Stad ontzeid was;en hoe zy,
,, met eenpaarige (temmen, gelaft waren,
„ den Heeren aan te zeggen, dat zy, met
i, die proceduren, der Kerke geweld aan-
„ deeden, en zig aantrokken 't gene Ker-
„ kelyk was." Zy voegden 'er by „ dat
„ zy, zo de Heeren hiermede voort wilden,
,, genoodzaakt zouden zyn, de Proceduren»
„ eenigen tyd herwaards gevallen, te bren-
j, gen daar 't behoorde, waaruit, ongetwy-
„ feld, veele zwaarigheden zouden ont-
„ ftaan; waarom zy verzogten, datdeHee-
,, ren afftand wilden doen van de aangevan-
„ gen proceduren." Trigland, een der vier
Predikanten, voegde hierby „ dat zy hun
,, gemoed bevryden moeften, en Gode re-
„ kenfchap geeven van't bloed hunner Le-
s, demaaten."
Burgemeefteren, de Kerkelyken gehoord
hebbende, betuigden „ hunne hoogfte ver-
„ wondering, dat men hun, zelfs daar ter
5, plaatfe, met zulke taaie, bejegenen durf-
„ de. Zo men hen vervaard dagt te maa-
„ ken, zou men zig jammerjyk bedroogen
„ vinden. Dagten die van der» Kerkenraad,
„ dat de Heeren der Kerke geweld aandee-
,, den, en zig, in 't uitzetten van Smout,
29.
in 't begin van December. Burgemeefteren
wagtten,nog vier of vyf weeken, langmoe-
diglyk af, wat de Kerkenraad doen zou;
doch, befpeurende, dat men daar de zaak
op de lange baan fchoof, en dat Smout, on-
dertuffchen, met hevig prediken voortvoer
°3o. (y), gaven zy, den zevenden January des
lieven jaars 1630, der Vroedfchap kennis „ van
de menigvuldige poogingen,by hen, fe-
dert eenigen tyd, aangewend, om den
1630.
De Ker-
kenraad
doetee-
ne be-
zending
aan Bur-
gemees-
teren ,
ten be-
hoeve
van
Smout»
Sis
S
Predikant Adriaan Smout te houden bin-
nen de paaien van zyn beroep, en te doen
afftaan van zyn oproerig prediken; waar-
in hy, dagelyks, de bedryven der Wet-
houderen deezer Stede, in zaaken van
5>
Regeeringe en Regtsoefeninge, veroor-
deelde:" daarby voegende „dat zy hier-
55
55
in niets op hem hadden können winnen;
maar dat hy,van tyd tot tyd,op gelyken
55
voet, was voortgegaan, gelyk blyken kon
uit zyne Preeken, op verfcheiden' tyden
gedaan, die in den Raad gelezen, en
hem voorgehouden waren. Dat zy hier-
om niet langer konden uitftellen, zig daar-
Nee-"
4>it 5,
over gevoelig te toonen, en, oordeel en-
de , dat het, zo voor zynen perfoon als
voor den Predikdienft, de minfte kwet-
fmg geeven zou, zo de zaak politikelyk,
of buiten vorm van regtspleeginge, afge-
daan werdt,waren zyvan meening,hem
te belaften, binnen zekeren korten tyd,
Ernftig
ant-
woord
van Bur-
gemees-
teren»
55
de Stad te ruimen: waarop zy den raad
der Vroedfchap verzogten." De omvraag
gefchiedde, vervolgens, en verre het groot-
fte gedeelte der Raaden verklaarde „ dat
55
Burgemeefteren, * uit eigen gezag, vol-
ftrektelyk, en by zig zelven, zonderden
raad der Vroedfchap daarop te verzoe-
„ ken, hierin zulks zouden mogen doen,
„ als zy zouden goedvinden; doch datzy,
„ wat hun gevoelen betrof, eens waren met
s, Burgemeefteren (2)." De uitvoering van
't gene men tegen den onruftigen Leeraar
voorhadt, bleef toen geen oogenblik agter.
Smout kreeg, nog dien zelfden dag, eene
A&e t'huis van deezen inhoud:
Burgermeefiers ende Regheerders der Stadt
Am fier dam bclafien
D. Adriaen. Smout,
om redenen, op morghen voor 't ondergaen van
de Sonne de Stadt ende de Vryheydt van dien te
1'uimen , fonder daer weder in te komen, oppe-
Ke indien hy voor de voorfz. tydt niet en ver-
weckt, van door der Heeren Officier daer wt-
geleyt te worden. Actum den fevenden Janua-
ry 1630.
Ter ord. van haerE.E.
D. Mostart.
Ainhent. en Waaracht. Verhaal.£e<fr. iöjo. &/. S-i<J.
fegen den donateur dei Sent. D. Smoutii , gedr. 1630.
(z) Refol. Vioedfch. M. 16. 7 Jan. 1530. ƒ. 13S vtrfi.
35
iet hadden aangemaatigd,'t gene der Ker-
ke raakte; zy dagten daartegen, allen met
eikanderen, dat de Kerk den Heeren,eil
der Regeeringe geweld zogt aan te doen,
door hun zaaken van Regeeringe te ont-
trekken. De Heeren zouden ook, zo wel
als zy, rekenfchap moeten geeven van
de zorg, die hun toeftondt te draagen voor
^,
55
de ruft der Gemeente, en vooralles■, wat
„ meer van de Regeeringe afhing. Zy
„ zouden ook het bloed der genen, die hun
,, aanbevolen waren, moeten verantwoor-
„ den. Die zorg zouden zy zig, in geenen
„ deele,laaten onttrekken." Voorts eüch-
ten zy verklaaring van de woorden, dat de
Kerkenraad de zaak zou moeten brengen,daar
't behoorde.
„ Verftondt-men daar denPre-
3)
dik-
(*) TRIGLAND. W. 5*4- DOMSKlAAiVl, Buk,, hl. iW
COMMÉLIN, hl. l*°S°
-ocr page 580-
II. Deel.
AMSTERDAMS
5*4
i6r-
huis, aan de weftzyde der Keizers -graft»
tulTchën de Lelie graft en Prinfen -flraat,
waarin, den eenendertigflen January, door
Hermanns Montanus, voor't eerfl, gepre-
dikt werdt. Episcopius predikte 'er , ins-
gelyks,op den derden February, zyndeeea
Zondag, zonder eenigszins geftoord te wor-
den. Maar 's Woensdags daarna wederom
predikende, flooven eenige onruftige luiden
ter Vergaderplaatfe in, die nogtans, na een
weinig toevens, wederom vertrokken. Van
dien tyd af, werdt hier openlyk gepredikt,
en 't gebouw , nog in den Zomer deezes
zelfden jaars, tot eene Kerk vertimmerd.
Episcopius deedt aldaar de eerfte preeke,
1630.
3>
dikfloel door, en zogt men dus de Ge-
„ meente gaande temaaken; dan rieden zy
!', die van den Kerkenraad wel voor hun te
,, zien, wat zy deeden. De Heeren wis-
„ ten, hoe zy hun, in zulk een geval, be-
, jegenen zouden." Doch de afgezondenen
zeiden hierop :, dat zulks hunne meening
„ niet was; maar dat zy de zaak, voor Kerke-
lyke enClasficaleVergaderingen, meen^
'j1
toen
n te brengen." Burgemeefleren zeiden
dat, wanneer die van de Kerke ge-
Hunne
aanbie-
ding.
fchiktelyk handelen wilden, zy ook ge-
' fchiktelyk bejegend zouden worden. De
* Heeren waren bereid, elk rekenfchap te
„ geeven van hunne bedryven, en byzon-
derlyk te doen zien, dat het gene Smout
|' telaft gelegd was, louterpolitykwas;e_n
'*, dat het niemant, veel min eenen Predi-
„ kant, vryfiondt, zo openlyk, op Schepe-
„ nen-Vonnifïen te fpreeken." Maar Trig-
land bragt hiertegen in „ dat hy, van ge-
„ moedswege , vryheid hadt, als hy be-
„ vondt, dat Schepenen kwalyk gevonnift
", hadden , zulks op den Predikfloel te
brengen." Waarop hem geantwoord
op den agtflen September (d). De DigterV"^
'0
van den Vondel maakte een treffelykg
vers op de ftigting deezer Kerke (e), welk, da0jjt
onder eene afbeelding van 't gebouw, open- 0pge-
lyk te koop gehangen werdt. Doch de Wet-ha»1*
houders, niet willende, dat men met hun-
ne goedheid pronken zou, terwyl men den
Remonflranten nog , in fommige Steden,
laftig viel: ook weetende, dat 'er zeer ge-
arbeid werdt, om de Plakaaten, tegen hen
Vrymoe-
dig zeg-
gen van
Trig-
land.
werdt „ dat men wel will, hoe hy oordeel- gemaakt, alomme in 't werk te doen leg-
gen; lieten niet alleen de prent en 't gedigt
ophaal en; maar ook de koperen plaat op't
Stadhuis brengen, daarze, eenige jaar en,
leggen bleef, tot dat menze, na 't verder
verzagten der tyden , den eigenaar , den
Boekverkooper Abraham de Wees , volgen
liet (ƒ ).
De Lutherfchen, die nergens, hier te Lan- pe ^
de, flerker in getal waren dan te Amfler- tb_e£,
„ de van 't vonnis over de uitgebannenen.
„ Luflte het hem dan; hy mögt werk be-
3, ginnen ; maar zou zulks bejegend wor-
„ den, dat het hem lang heugen zou (Z>) "
Ondertufïchen, namen de Remonflranten
meerder vryheid, naar gelang dat de Wet-
houders , hier ter Stede, zig yveriger fiel-
den tegen de heethoofdige Kerkelyken. E-
diezig,federtzyne ballingfchap,
De Re-
mon-
ftranten
ftigten,
te Am-
fterdam.
eene
nieuwe
Predik-
plaats.
gemeenlyk in Frankryk onthouden hadt, dam, hielden, federt eenige jaaren, hierb
bo*r'
j
was, in 't jaar 1624, nevens Uitenbogaard, ter Stede, onder toelaatinge dervWethou- eefls
Si'
fi
te fchepe op reis gegaan naar Holftein; doch, derfchap (g), ookopenlyke vergaderingen, 0p'
in een groot Huis of Pakhuis, op 'tSpuybyré^
den Singel, ter welker plaatfe, zy, in't jaar
1632, eene aanzienlyke en geheel openbaa-
re Kerk fligteden (£), die nog in wezen is.
De Doopsgezinden genooten ook , federt
lang, volkomene vryheid van Godsdienfloe»
fening : en deeze vryheid van geweeten
bragt, onder anderen, zo veel toevloed van
ingezetenen, en zo veel neering en welvaart
in de Stad, dat Vondel, te regt, van
deeze tyden zingen mögt:
Godt, Godt, zeidt d'Amflelbeer, zal elx ge-
weten peilen:
De vrydotn ga zyn gang, en vliegb met volle
zeilen
Den
te Havre de Grace ingeloopen zynde, ont-
dekt geworden door een' Amflerdamfch'
bootsgezel.Ook werdt het Schip, welk hen
voerde, in dezelfde haven, terwyl zy aan
land waren, onderzogt door een Staatfch
Oorlogsfchip; 't welk hen zo verlegen maak-
te, dat zy de reis flaakten, en naarRouan
te rug keerden (c). Doch omtrent twee
jaaren laater ,in den Zomer des jaars 1626,
kwamen zy beide, de een na den ander, in
Holland. Episcopius onthieldt zig te Rot-
terdam; doch predikte, den dertigflenDe-
cember des jaars 1629, in de Vergadering
der Remonflranten te Amflerdam. De Preek
werdt, omtrent op de helft, geftoord, door
't gerügt, welk eenige onruftige menfchen
maakten. Doch zy werdt, twee dagen laa-
ter, op den eerflen January deezes jaars,
zonder opfchudding, ten einde gebragt. Ten
deezen tyde, kogten de Remonflranten een
(d)  P.'A LlMBOKCH Vita Episcopi'
/>• 303.
3°7, 30g.
(e)  Vondels Poëzy, II. Deel, W-
(f)   Vondels Leven, bl. 31.            .
(g)  Vrye aanwyzing tegen de Hiitonc van E. de Vald
£edr. I6ZI. bl. 93.
(è) F. VON ZESEN, ?. ï9*'
(b) Authent. en Waaracht. Verhaal, jje<fr. i«jo. bl, i«.ij.
(cj P. a LlMüOllCH Vita Episcopii f. Ï9S-300.
-ocr page 581-
f
XIV. Boek.          GESCHIEDENISSEN.               515
^30. Denlflroom uit en in: zoo wort ons vefi De Kerkenraad antwoorddealleenlyk,by i6<iq
gehont:
                                              monde van den Prefident „ dat men, in ''t DeKer-
Zoo tafl dejioopman tot den eïleboogh in 'r „ afzyn van haare Edele Agtbaarheden,op kemaad
gout (t).
                                            „ alles raadpleegen, en eenigen afzendenver"
D .                                                                    M zou, om nader met de Heeren te fpree-Hattet
h0"Je«- De WethouderfchapvanAmfterdam.tot „ ken." -En's anderendaags, verfcheenen neemen'
Hap ^~in hiertoe hebbende uitgefteld, de voorgeno- eenigen voor Burgemeefteren, die nogtans van zit-
voll
ten men zitting te neemen in den Kerkenraad, niets ten lafte der Wethouderen inbragten tins »it-
'e.invondt nugeraaden, daartoe, eindelyk, te dan „ het dulden derRemonftrantfche Ver- ^je*
«eij^- komen, en door dit middel, de ruft, die „ gaderingen, het beroepen vanDomime&s
Veifchee a,daar' door het vertrek van Smout en Klop- „ Winfemius'm het Tugthuis, het uitzetten
j>>ver*Penburg> enigszins herfteld was, voor het „ van Smout, en eenige andere kleinighe-
i'ïrt toekomende, te ■bewaaren. Vooraf, ver- ,,' den." Doch zy verzogten, by aanhou-
Dieirk°°g- fcheen zy, in vollen getale, in den Kerken- ding „ dat haare Edele Agtbaarheden van
«|daa'rüm raad, daar zy vertoonde „ hoe fmertelyk „ 't neemen van zitting in den Kerkenraad
^öjigteM haar viel het misverftand, welk, tuflchen „ wilden afftaan, immers tot op de aan-
een.,, haar en den Kerkenraad, ontftaanwas," „ ftaande NoordholIandfcheSinode." Men
met verklaaring „ datzy, fchoon zybjllyk vraagde hun „ waartoe dit uitftel dienen
%„ zou hebben können wagten, dat men haar „ zou?Enofmen'tregtderMagiftraatda<rc
„ Gecommitteerden toegezonden hadt, den „ te doen betwiften op de Sinode? Zo ja*
„ Kerkenraad wel hadt willen voorkomen, „ dan zouden de Heeren daar ook tegen-
„ om haare genegenheid, tot het wegnee- „ woordig willen zyn, om hun regt ftaande
„ men van allen misverftand, en tot be- „ te houden." Doch die van den Kerken-
„ vordering der gemeene rufte, te beter te raad antwoordden „ dat zy zulks geenszins
„ doen blyken. Van haare zyde, wilde zy „ voorhadden, zynde het regt der Wethou-
„ al, wat men, behoudends eer en eed , „ deren tot het neemen van zitting in de
„ van haar verwagten kon, toebrengen, om „Kerkelyke Vergaderingen zo blykbaar,
„ alles op eenen goeden voet te herftellen: „ dat het niet kon in twyfel getrokken wor-
j, en zy verzogt dezelfde bereidwilligheid „ den. Zy verzogten flegts uitftel, tot hun-
„ van den Kerkenraad. Haars oordeels, „ ne eigene ontlading, op dat zyde beftraf-
„ was 'er nietsdienftiger, dan dat men,ter „ fing der Claffen en Sinodenontgaanmog-
„ wederzyde , rondelyk openbaarde, Wat „ ten; voor welke zy bedugt waren, wan-
3, men tegen eikanderen hadt, op dat men, „ neer zy, zonder derzelver kennis, in de
„ kennende de oorzaaken der kwaaie, de ,, zitting bewilligd hadden." Burgemeefte-B
„ regte geneesmiddelen zou können in 't ren hernamen „ dat dit flegts blaauwe uit- meeliê-
„ werk Hellen. Wat haar betrof, haar mis- „ vlugten waren , voorgefteld alleen om ren too*
„ noegen was alleenlyk hieruit ontftaan, dat „ tyd te winnen. Immers, konden zy.niefr ne° jje
„ zy, eenigen tyd herwaards, zo uit de Pre- ,, Kerkelyk beftraft worden, om het toe-j^jj Ja_
„ dfikatien als uit eenige andere daaden, ge- „ ftaan van iet, welk, in de Kationaale Si-dit ver-'
„ waar geworden was, dat die van de Ker- „ node, beflooten was. Eene byzondere zoek.
„ ke den eenen voet dagten te zetten op „ Sinode hadt geene magt, om iet te doen
„ den Predikftoel, en den anderen op 't „ tegen zulk een befluit; eene Clafle nog
j, Raadhuis, om zo te gelyk de Kerkelyke „ veel minder. Ook was dé zitting den
„ en Regeeringszaaken aan zig te trekken; „ Wethouderen van Delft,Leiden enEnk-
„ dat men zig niet hadt ontzien, de bedry- „ huizen toegeftaan , zonder voorgaande
3, ven der Wethouderen, by alle gelegen- „ goedkeuring van eenige Sinode : en 't
j, heden, fcherp door te ftryken, en ver- „ was nooit gehoord, dat de Kerkenraaden
j, dagt te maaken:'t welk, met eenige voor- „ daarover eenige beftraffing hadden moe-
j, beelden, beweezen werdt. Dat zy, des- „ ten ondergaan. Zo de afgezondenen dan
„ onaangezien, bereid was, alles te ver- „ eenigen naderen laft hadden op het toe-
j, geeten, en eikanderen met nieuwe liefde „ ftaan der zittinge; verzogt men dat zy
s, te omhelzen. Dat de Kerkenraad nu maar ,, dien wilden openen-, op dat men 't werk
5, rondelyk openbaaren moeft, welke be- „ gevoeglyk beginnen mögt. De Heeren
35 zwaarniflen zy hadt tegen de Wethouder- „ Waren te vrede, de zitting te verfchui-
j> fchap, die, voor de gantfche Vergade- „ ven, tot zulk eenen bekwaamen tyd, als
3> ring, betuigde, niette weeten, datzy der „ men onderling zou overeenkomen. Doch
'« Kerke ergens in verkort hadt. Kon men alzo de afgezondenen verklaarden, geenert
5j haar egter anders onderregten; zy was verderen laft te hebben, Üet menze gaan (£).
» bereid, alles tot genoegen te herftellen."
                                      u/>, . ' Mid-
,. ~                            00                                         ^ Authent. en w«ei**r> Verhaal, ^irnkj 3o. il
(•) Hekeld. tl.. IS>.                                                          18,21-24.
I.STUK.                                             Xxx
-ocr page 582-
m
II. Deel.
AMSTERDAMS
516
vaardigden naar Amfterdam te zenden. Doch l<53 '
zy antwoordden, by monde van den Penfio-
naris Kats „ dat de weg, huns oordeels,
,, vooraf, wat bereid moeft worden." Dor-
drecht voegde zigby de Edelen. Maar Haar-
lem maakte zwaarigheid, om Kerkelyke zaa-
ken anders dan Kerkelyk te verhandelen, en
verklaarde zig voor 't houden van éene Si-
node. Delft neigde tot het byleggen der
gefchillen, door middel der tegenwoordige
Afgevaardigden. Leiden ftemde voor eene
Sinode in den Haage,om daar te onderzoe-
ken, of de gefchillen polityk of Kerkelyk wa-
ren. Amfterdam deedt, eerft by monde
van den Penfionaris, en toen by monde van
Burgemeefter Bicker , een breed verhaal
van den oorfp'rong der gefchillen, die allen
den Steden even zeer betroffen, en louter.,
polityk waren. „ Zodanig was, zeidenze,
„ gewiffelyk, het dulden der Remonftran-
„ ten, dat, in andere Steden, zo wel ge-
„ fchiedde , als te Amfterdam. In allen
„ geval, raakte zulks den Kerkelyken niet.
„ De Remonftranten waren , naar 't oordeel
„ der Kerkelyken, of eene polityke Faftie,
„ of eene Seite. In 't eerfte geval, moeft
„ 'er de Overheid alleen tegen waaken. In
„ het tweede, waren zy buiten de Kerk,
„ en ftonden dus onder geen Kerkelyk ge-
„ zag. Het regt om zitting in de Kerken-
„ raaden te neemen kwam allen Wet-hou-
„ deren , geregtelyk , toe; werdt buitens
„ Lands, in Zwitferland en te Geneve, ge-
„ bruikt, en hier te Lande, in fommige Ste-
„ den. Het uitzetten van Smout was ge-
„ fchied, ingevolge van het regt der Ma-
„ giftraaten in 't gemeen, om oproerigen
„ burgeren, Predikanten zo wel als ande-
,, ren, de Stad te ontzeggen. ' Wilden an-
„ dere Steden haar regt in Sinoden laaten
„ betwiften; Amfterdam verftondt , dat
„ zulks zo veel was als 's Lands hoogheid
,, weg geeven, en alles in verwarringbren-
„ gen. Men zeide, dat geen Predikant zy-
„ ner bedieninge zeker zyn kon, zo men
,, hem over zyne Predikatien voor de Ma-
„ giftraaten kon aanfpreeken ; maar kon
„ wel eenige Regeering beftaan , als de
„ Predikanten , ongeftraft , alles voor de
„ Gemeente zeggen mogten?" Hierby werdt
gevoegd eene fchets van Smouts trant van
prediken, die niemant der Raaden van de -
Hoven, zonder verwondering, hooren kon.
De Burgemeefteren Bicker en Bas verklaar-
den , by herhaalinge en ernftelyk dat de
„ Stad haar regt niet zou laaten krenken
„ door de Sinode; maar daartegen gebrui-
„ ken de middelen, die haar, door God en
„ de natuur, verleend waren. De Kerke-
„ lyken zogten, zeidenze, op eenen dag,
1630. Midlerwyl, viel 'er, ter Vergaderinge van
Hande- Holland, ook veel te doen, over't by leggen
lingen der Kerkelyke onluften, te Amfterdam. Ee-
terVer- nige Leden der Staaten fielden de Regeering
gaderin- deezer Stad in 't ongelyk,en fPraken,op 't.
Holland, aanhouden der Kerkelyken,van het byeen-
over de' roepen eener ProvinciaaleSinode, waarinde
zitting Zaak van Smout, die van de Remonftrant-
ir 1en fche Vergaderingen, en die van de zitting
raad Gen der Wethouderfchap in den Kerkenraad
over ''t zouden onderzogt worden. Doch de Vroed-
uitzetten fchap verklaarde uitdrukkelyk, dat zy nim-
van mer in zulk eene Sinode bewilligen zou(/).
Smout. Ook bleef dezelve agter, na dat 'er de Prins-
Stadhouder , en de twee Geregtshoven op
Ook met gehoord waren (m). Hooft verhaalt,
den Prin- hoe zyne Doorlugtigheid, de Hoven by zig
fe stad- ontbooden hebbende, dezelven, ter weder-
erTdcT zyde van zig, en tegen over de Afgevaar-
twee Ge- digden der Edelen en Steden van Holland,
regtsho- geplaatft hadt: enhoeBurgemeefterBicker,
veD* in deeze byeenkomft, meer dan een vol uur,
het woord gevoerd, en van punt tot punt,
van tyd tot tyd, aangeweezen hadt, in wel-
ker wyze, Smout zig, zo tegen de hooge
Overheid, als tegen de Bondgenooten,met
ergerlyke, verwaande en haatelyke rede-
nen , hadt verloopen: 't welk van zulk een
gevolg was geweeft, dat zelfs de Afgevaar-
digden der hevigfte Steden gunftiger begon-
den te gevoelen van het gedrag der Regee-
ringe van Amfterdam (n). Doch my is een
uktrekfel uit eenen anderen Brief ter hand
gekomen, gefchreeven, naar 't my toefchynt,
door den Raadsheer Reigersberg aan zynen
Zwager de Groot,waarin alles omftandiger
verhaald wordt. Den Penfionaris Kats eerft
gevraagd hebbende naar de reden, waarom
deeze byeenkomft belegd was; opende de
Prins de vergadering, met eene minzaame
aanfpraak, waarin hy zig zeer beklaagde,
over de gefchillen onder de Leden,raaden-
de, dat men dezelven, by minzaam verge-
lyk, eerder dan bydaadelyke uitfpraak ,af-
deede. De Prefidenten der Geregtshoven
verklaarden zig, uit naam derzelven, van
één verfland met zyne Doorlugtigheid. De
Afgevaardigden van Amfterdam , toen 't
woord neemende, bedankten den Prins voor
zyne zorge, en verklaarden zig bereid om
opening te geeven van de oorzaaken der te-
genwoordige oneenigheid. Men verftondt
nogtans, dat zulks voegzaamer zou können
gefchieden, wanneer de beurt om te ftem-
men aan Amfterdam zou gekomen zyn. De
Prins vraagde toen de Edelen, of zy zwaa-
righeid zouden maaken, om eenige Afge-
(l) Refol. Vroedfch. N. 16, zi April 1630, f. 14; vsrfi,.
(ra)Vaded. Hift. XI. Deel, hl. 84.
(»j Hooïts Brieven, N. 20S. il. i<*.
een
-ocr page 583-
GESCHIEDENISSEN.
XIV. Boek.
517
i63o.
„ meefteren en Regeerders der Stad Am- 1630.
„ fterdam, de gemeene zaak ten befte, den overeen-
„ tyd van een jaar, van heden af te reke-komftig
„ nen, zouden vertoeven met het neemen met zy-
„ van zitting in den Kerkenraad , en hetnen
„ regt, welk hun anderszins toekwam, voor voorIlaS-
„ zo lang , niet gebruiken; dat Adriaan
„ Smout Predikant zyn en blyven, gaadje
„ genieten, en overal beroepelyk zyn zou;
,, doch zig onthouden van te komen binnen
„ Amfterdam (f)." 't Liep aan tot in Maart
des volgenden jaars, eer de Noordholland-
fche Sinode zig op 's Prinfen voorflag ver-
klaarde. Doch eer wy dit verhaalen, moe-
ten wy nog 't een en 't ander aantekenen,
welk tot de gefchiedeniiTen van Amfterdam,
in deezen jaare, behoort.
Op den twaalfden April deezes jaars, wa- Zekere
ren, door myne Heeren van den Geregte,Vrmgen
verbooden zekere vraagen, op den naam^1'^'
van de Akademie hier ter Stede, in 't licht hierher
gekomen, met derzelver antwoorden; alzo Stede
menze hieldt te ftrekken, tot vermeerde- worden
ring van den haat en verbittering, onderde^1100"
ingezetenen (/)• 't Is my ten hoogden waar-
fchynlyk, dat, met dit verbod, onder an-
deren, gezien werdt op de Vraagen en Ant-
woorden
, in Vondels Hekeidigten (T), te
vinden, fchoon de uitgeevers van die Fle-
keldigten, en de Schryver van Vondels
Leven (u) geoordeeld hebben, dat dezelven,
eerft in 't jaar 1631, gedigt zyn. Zie hier
een ftaaltje van de zinrykften deezer Vraa-
gen,
door Vondel gedaan, uit den naam
der Akademie, welks Zinfpreuk Y v e r was;
en van de antwoorden , daarop gegeven ,
door den DrolTaard Hooft.
D'Amsterdamsche Akademi
aan alle Poëten en Dichters der Vereenigde
Nederlanden
, Liefhebbers van de
goude Fryheid.
Apol, op Helikon gezeten,
Vraegt al zyn heilige Poëten :
Wat befte en flimfte tongen zyn?
Of waerheit zaligh maekt, offchyn ?
Of dwang van vrome Chriften zielen
Niet ftrekt om Hollandt te vernielen ?
Of vryheit niet en was de fchat
Waerom men eerft in oorlog tradt?
Of ook in welbeftierde Steden
Een oproermaker wordt geleden ?
Of huizeplondren veften fticht?
Of d'eedt geen burgery verplicht?
En
(r) Refol. Holl. iz, 2i D"- l£s°- ll' l6*' J7+.
(s) Keurb. K. ƒ. i+j.
(t) ßladz,. 187 enz,.
(u) ßUdz,,
33,
Xxx 2
>, een Paufelyk gezag te verkrygen; daar
s, de Paufen, zo vëele jaaren, over gear-
„ beid hadden." 't Slot van alles was ,, dat
„ zy wel lyden mogten, dat men de gefchil-
„ len zogt by te leggen, mids zulks ge-
„ fchiedde , zonder verkorting van Stads
„ geregtigheid." De Steden Alkmaar ,
Hoorn en Enkhuizen verklaarden „ geenen
3, anderen laft te hebben dan om de zaaken
„ te doen verhandelen in eëne Sinode, "
zonder eenige reden te geeven van haar ge-
voelen. De Heer Foreefi, (ik gebruik hier
des Schryvers eigene woorden) die wel kan
fpreeken
, alfoo tegen fyn eigen opinie advi-
f eer de
, pajjeerde daer licht over : de andere
twee waeren flechte broeders
(0). De Prins-
Stadhouder vondt niet vreemd , dat men,
volgens eenen voorflag van Dordrecht, de
zaaken liete afdoen door vier Raadenuitde
twee Geregts hoven en vyf Kerkelyken ,
twee Profeiïoren, en drie Predikanten. Doch
de Kerkelyken, en, gelyk wy gezien heb-
ben , verfcheiden' Steden zelven, maakten
zwaarigheid, om, over zaaken, die zy voor
Kerkelyk hielden, anders dan door Kerke-
lyken , te laaten oordeelen. De Afgevaar-
digden der Noordhollandfche Sinode, federt
eenigen tyd, met de Regeeringe van Am-
fterdam, vergeefs, gehandeld hebbende,
deeden, in November, eenen voorflag ter
Vergaderinge van Holland, om de gefchil-
len in der minne af te doen. Doch deeze
behaagde den Staaten niet (p). Ook nam
'erde Stad Amfterdam in 't byzonder ge-
heel geen genoegen in. Eindelyk, deedt
zyne Doorlugtigheid, in 't begin van De-
cember, eenen voorflag, hierop uitkomen-
de „ dat de Heeren van Amfterdam, nog
j, voor eenigen tyd, zouden ftilftaan, met
„ het neemen van zitting in den Kerken-
>, raad; en dat Smout Predikant zou zyn,
s, als voorheen; zyne gaadje genieten, en
„ overal beroepelyk wezen; doch zigwag-
„ ten van binnen Amfterdam te komen."
De Vergadering van Holland nam genoegen
in deezen voorflag, en verzogt den Prins,
de zaaken, door zyne tufïchenfpraak, op
deezen voet, te willen afdoen. DeVroed-
fchap van Amfterdam, in aanmerking nee-
mende , hoe veel werks de Prins gehad hadt
aan het byleggen der Kerkelyke onluften
hier ter Stede, oordeelde, dat het niet wel
Voegen zou, dat zy zig verzettede tegen
zynen voorflag. Zy bewilligde 'er dan ge-
reedelyk in (q). De Prins, zynen voorflag
in eene uitfpraak veranderende,verklaarde,
°P den twintigften December „ dat Burge-
(«) Exti^ft uit een brief van een' ooggetuige. MS.
y\ Vadetl, Hift. XI. Deel, hl. %f.
l?J Refoj, Vioedfch. N. iff. ï+ Dte. «630. ƒ. i7<>-
s.ee-
le1
-ocr page 584-
II. Deel.
AMSTERDAMS
Si8
Burgemeefteren, door den Raad gemag' ï°3°*
tigd, hadden, in deezen jaare, wederom Dein&e"
eene party Graanen ingekogt, en daarvan, z^11
in Ociober , reeds een merkelyk .gedeelte J^jen
moeten uitleveren aan bakkers , die geenffeteld»
kooren te koop konden krygen, alzo 'cr°terës\^
niets geveild werdt. Zy waren, derhalve,genhrel
bedugtjdat de voorraad, dienzy opgedaanl^atf'
hadden, niet toereiken mögt, om de inge-hceid"iJl
zetenen, in geval van nood , te voorzien.. graaneD'
Doch om hiervan, met grond, te können
oordeelen, vonden zy geraaden, 't getal van
alle de zielen, die zig in de Stad bevonden,
door de Kapiteinen der burgerye, te doen
opneemen. De Vroedfchap ftemde met
Burgemeefteren, en magtigde hen, om nog
eenigen inkoop van Graanen of andere eet-
waaren te doen (w). Van de voorgenomen
telling hebben wy reeds elders gewaagd,
en te gelyk gemeld,dat ons niet gebleeken
was, of zy gefchied ware (V); doch federt
hebben wy eene byzondere aantekening van
de gemelde telling gevonden, die, op den
agttienden December des jaars 1630,reeds
voltrokken was. 't Getal der hoofden, in
de twintig Wyken der Stad, beliep, onder
de volgende Kapiteinen:
Onder Dr. Pieter Opmeer ; . 8755
-------- Pieter Jansz. Reaal . . 3140
:-------. D. Allardus Cloek . . . 3938,
-------- Jan ClaaszoonVlooswyck . 5727.
-------- Dr. Hendrick Reynft . . 11966.
_____Dr. Mattheus Raaphorft . 3333
._____ Jacob Bicker . . .2215
------— Dk Albertus Coenradus . 6376,
1630.          En of zich Leeraers niet verloopen,
Wanneerze dezen bandt ontknoopen ?
Wiens antwoort kortft en bondigfl is,
En klaerft in deeze duifternis,
Dien zullen ^Akademiheeren
Met eenen Princen ROEMEReeren:
Daar Pallas, met haer diamant
In fnee den Veldtheervan het landt;
Die met 's Hartogenbofch gaet ftryken,
Daer Maurits tweemael of moeft wyken.
Y v e R.
jyAntwoorden moeten ingebraght worden voor
den eerflen van Somermaand, zyndededagh
onzer Verkiezinge
, ah Apollo te recht zal
zitten om den prys te geven
, dienze verdient.
ANTWOORDT.
De befte tong die Hemmen fmede
Zong Gode lof, den menfchen vreede.
Die fwygend meeft haer deughd be-
toont,
Is die met vuur d'Apoftels kroont.
De fnoodft' op aerde deedt de menfchen,
Zoo wys als Godt te weezen wenfchen
De boofte fprak in 't hemelryk,
Myn maght zy d'hooghfte maght gelyk.
In hun flieht Godt zyn heerfchappyen,
Die, met het doen, 't geloof belyen.
Schyn, als een drogh en dwaellicht,
leidt
Wie dat haer volgt, ter duifterheit.
De vroome zielen te belaegen,
Kan Hollands zachte grond niet draegen.
De Roomfche geus het fmekent blad
Tot BruiTel ondertekent had,
Zoo wel als d'ander, en verzocht 'er
's Lants vryheit by aen 's Kaizers dochter.
Den muiter, die geruftheit haet,
Looft altyts een gefchikte ftaet.
Daer d'eene burger 's anders muuren
Beftormt, die ftadt en kan niet duuren.
Geen aerdfche Godt, of hy wordt by
Een eedt verknocht: meer fchuttery.
Wat Leeraers ooit dien band ontlitfen,
Die kerven 't fnoer der zeven flitfen.
P. C. H.
Nieuw De Regenten van 't Gafthuis, bevinden-
Pefthnis de dat hun Pefthuis zeer vervallen was,
geftigc. verzogten, in den Zomer deezes jaars 16 30,
verlof om een nieuw te fligten aan de ooft-
zyde van den Heiligen Weg, even binnen
de vryheid der Stad. 't Gebouw werdt, nog
in dit zelfde jaar, aangevangen: en de Stad
onderfteunde het Gafthuis, tot de ftigtinge
van het zelve, met vierentwintig duizend
guldens (y).
(v) Refol. Vroedfch. N. i<S. 20 Juny ujo, ƒ. ij2.
D'
D'
Dr
Dr
Jacob Backer . . . 2191
Jacob Pietersz.Hoogkamer 2405,
Reinier Reaal . . . 8939
Cornelis van Dronkelaar 2938
Cornelis Jacobsz Wayer . 2914
Abel Matthys Verburg . 4477
Df. Pieter Egbertsz Vink . 4334
Jacob Symonsz. de Vries . 3455.
D'. Hillebrand Schellinger . 2649,
Dr. Pieter Bas . . . 8319,
Dr. Ernft Roeterz . . 20448
Jan Witsz . . . 6730
115249(4)
De Regeering hadt, op verzoek der ge
erfden aan de ooftzyde des Buiten-Amftels,
reeds voor lang gefchied (y), een toegang
enc
(w) Refol. Vroedfch. N. \6. ie. Sepp. 17 oäob. 1 Nov,
I6JO. f. 16$ verfo , 166 verfo, 167 verfo.
(X) I. Deel ,11. tice{, hl. Jl.
(j) Refol. Vroedfch. N. i;. 22 Nov. '«24. 2g. Ja».
I6zj. ƒ. 4? , J9.
(4) Refol. van den Oud-Raad van Bürgern. I. et
II. Deel, f. 62. In het oorfprcmgkelyke.ftaat ma»*
114949; zo dat 'er een misflag zyn moet, of in &
optelling, of in de byzondere getallen.
-ocr page 585-
XIV. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
519
^30. en Wanderweg aldaar begonnen te leggen,
van de Stad af tot aan de Diemermeer; en
^31. verwierf, op den eenentwintigden July des
jaars i63i,0£troi van 's Lands Staaten, om
de gronden, die zy tot voltrekking van 't
werk zou noodig hebben, volgens Schepe-
jj
         nen fchatting,te mogen naar zigneemen(z).
lte|5er"" De uitfpraak des Prinfen van Oranje over
tee^g n de Kerkelyke gefchillen, van den twintigften
&enge_ December des jaars 1630, was wel by de
j^gen Wethouderfchap van Amfterdam aangeno-
fJeuit- men; doch voldeedt niet aan den Kerken-
vanad raad deezer Stad, en even weinig aan de
^iiifeen Noordhollandfche Sinode , die ,-Jn Maart
^hou- des jaars 1631, te Enkhuizen, vergaderd
r" zynde, befloot „ dat, fchoon de gedagten
,, derClaffen daar heenen fcheenen te loo-
„ pen,dat de Heeren van Amfterdam gee-
„ ne zitting behoorden te neemen in den
„ Kerkenraad, tot op het vaftftellen eener
,, Kerkenordeninge; en dat Adriaan Smout,
„ die, buiten de gewoonlyke orde, om zyn
„ prediken, van den dienft ontzet was, in
j, denzelven behoorde te worden herfteld;
5, zy egter, ten gevalle van den Prinfe,ten
„ gemeenen nutte, en uit geneigdheid tot de
5, vrede, wel wilde toeftaan, dat de Heeren
„ van Amfterdam de zitting indenKerken-
„ raad verfchooven, tot dat de Prins, de
3, Staaten en de Sinode deswege zouden
j, verdraagen, mids de Kerkenraad agtga-
j, ve, om jaarlyks eenigen uit de Wethou-
„ derfchap, Leden der Kerke zynde, tot
„ Ouderlingen te verkiezen, gelyk alreeds
„ gefchied was; dat Adriaan Smout, vry-
„ williglyk verblyvende uit Amfterdam,
„ Predikant zyn en blyven zou, gelyk voor
„ deezen; zyn gaadje genieten; overal be-
„ roepelyk zyn, en van de Sinode voor Pre-
„ dikantvan Amfterdam gehouden worden;
j, en dat de Wethouderfchap van Amfter-
„ dam, met andere Predikanten', over't
3, ftuk van prediken, zonder voorafgaand
„ Kerkelyk oordeel, voortaan, op zulk eene
Vetl!] j. wyze, niet geliefde te handelen."
W^3' Men leverde, den agttienden Maart, een
^te affchrift van dit Befluit ter Vergaderirige
I15S het van Holland over. De Afgevaardigden van
<Wuit Amfterdam lazen 't, met veel verontwaar-
tSfej. ^iging 5 en verklaarden 't, den twintigften,
Ätj'ti. i° eenen brief aan zyne Doorlugtigheid,
io^Si- » voor t'eenemaal ftrydig met 's Prinfen
e' i, uitfpraak, en met het blykbaar regt der
5j Magiftraaten." Voorts, bedankten zy
zyne Doorlugtigheid , voor de zorge en
Moeite, by hem, in deeze zaak, aange-
rend , in vertrouwen „ dat hunne Princi-
j> paaien, nu alles wat zy konden hebben-
<~) Handv. IL 34«.
(") A'ae v2n Refolutie enz., gcdr. itfji, il, 5,6.
„ de toegebragt, zonder uitftel, onder 't I(5-,r
„ welneemen van zyne Doorlugtigheid, met °
„ de zitting in den Kerkenraad mogten en
„ behoorden voort te gaan, en tot handhaa-
„ ving hunner Geregtigheid te doen »'t ge-
,, ne zy geraaden zouden vinden, zonder
„ aan eenige voorwaarden, alzo dezelven
„ by de Kerkelyken verworpen waren, ge-
„ bonden te zyn, ten ware 's Prinfen uit-
„ fpraak, als nog, binnen weinige dagen,
„ aangenomen wierdt." Voorts,verklaar-
den zy „ dat j noch zy, noch hunne Princi-
„.paaien, omtrent de aangeroerde zwaa-
„ righeden, de Sinode gekend hadden, en
„ nog niet kenden; en dat zy van dezelve
„ geene uitfpraak altoos behoefden te ver-
„ wagten, veel min naar te komen (a)."
Doch de Sinode, in plaats van zig te voe- Nader
gen naar 's Prinfen uitfpraak , deedt, denbe(lLiic
eerften April, een befluit aan denPenfiona-der,Si"
ris Kats overleveren, welk nog een toon"0
hcoger floeg. Zy verklaarde „ dat, in de
„ vier eerfte Nationaale en Provinciaale Si-
„ noden, van de jaaren 1571,1574,1578 en
„ 158 t, geen gewag gemaakt was van 't
„ ftuk der Zittinge; dat dezelve, alleen by
„ toegeeving, en by debuitengewoonege-
„ Iegenheid der Leicefterfche Regeeringe,
„ in de Kerkenordening des jaars 1586 ,
„ was vaftgefteld; dat de Kerkenordening
„ van Dordrecht van denjaare 1619, waar-
„ in de Zitting ook gefteld was, welonder-
„ zogt, doch niet naauwkeuriglyk herzien;
„ en dat geene van die twee Kerkenorde-
„ ningen, door de Staaten, bekragtigd ,
„ noch ook, in allen deele, alomme naar-
„ gekomen was;dat,eindelyk, hunneEde-
„ Ie Groot-Mogendheden,byherhaaldebe-
„ fluiten, zo van den jaare 15795 als Jaat-
„ ftelyk van denjaare 1624, hadden goed-
„ gevonden, dat alle zaaken gelaaten zou-
„ den worden by 't gebruik, welk, tothier-
„ toe, in elke Clafle, gevolgd was. Dat,
„ om alle deeze redenen, de Kerkenraad
„ van Amfterdam, daar die zitting nimmer
„ in gebruik was geweeft, dezelve, tot op
„ het vaftftellen eener wettigeKerkenorde-
„ ninge, den Heeren beleefdelyk weigeren
„ moeit, te meer, om dat menze den Ker-
„ kenraad wilde opleggen als eene ftraf,
j, daar dezelve geene bewuftheid hadt van
j, zig ergens in vergreepen te hebben, be-
„ halve dat, door deeze zitting, waarfchyn-
„ lyk, den weg gebaand zou worden, eerft
„ tot gemaatigdheid tuffchen die van de
„ Religie en de Remonftranten, en daarna
„ tot daadelyke invoering, der Arminiaane-
„ rye. Dat ook, onder dekfel van een voor-
„ gewend regt of Privilegie, alle Wethou-
„ ders en Heeren zitting in den Kerkenraad
Xxx 3
                                             „ zou-
-ocr page 586-
AMSTERDAMS
II. Deel,
520
„ en ongegronde vermoedens en onder- i^S1*
„ Hellingen." Zy voegden 'er by „ dat,
„ -zo wel het zitten der Magiftraaten in
„ den Kerkenraad, als het regt van uitzet -
„ ting van onruftige, onnutte en oproerige
,, menfehen , geregtigheden waren , óen
„ Landen, Heeren, Leden en Steden $ naar
„ alle Goddelyke en Weereldlyke Regten,
„ toekomende; dat de Staaten dezelvenal-
„ toos erkend hadden, en vermaand teoe-
„ fenen; gelykze ook altoos geoefend wa-
5, ren, jegens allerlei Perfoonen. Dat de
„ zitting der Magiftraaten in den Kerken-
„ raad, in verfcheiden' Steden van Holland,
„ in gebruik was , en den Magiftraaten, jit
ipfo jure Magiflratus (*), en als Cußodes O ß
utriufque tabula (f), toekwam, volgens ^°n Wf
„ de erkentenis der Nationaale Sinoden, regt vf
„ federt 1586 gehouden, en zelfs der jong- 'tM*
„ fte Dordrechtfche, in het XXXVII. punt ^
„ van de ontworpen Kerkenordeninge. Dat **%.
„ deeze twee punten , derhalve , niet in ^-) ^
,, gefchil getrokken, noch onbruikbaar ge- w^
„ maakt konden worden, vooral niet in ee- sitL$
„ ne Kerkelyke Sinode, aan welke de Wet- ^eo-
„ houderfchap deeze punten nimmer ver-
„ bleeven hadt; en te minder, naardien zy
„ zig voor openbaare partye hadt verklaard.
„ Dat zy, al waren zy Kerkelyk, 't welk
„ zy niet waren, nogtans, in geene byzon-
„ dere Sinode, mogten onderzogtworden,
„ om dat zy, immers het ftuk derZittinge,
„ in eene Nationaale van den jaare 1586,
„ was afgedaan. Dat de Commiffariflen
„ politicq, die, wegens hunne Edele Groot-
„ Mogendheden, in 't voorleeden jaar, de
,, Provinciaale Sinoden hadden bygewoond,
,, zig ook gefteld hadden tegen 't verhan-
,, delen van zulke punten, het afdoen van
„ welken , eindelyk , door hunne Edele
„ Groot - Mogendheden , aan den Heere
„ Prinfe van Oranje gefteld was. Dat zyne
„ Doorlugtigheid, hierop, eene uitfpraak
■„ hadt gedaan, waarin deWethouderfchap
„ van Amfterdam, dech niet de Sinodebe-
j, willigd hadt, die zelfs, tegen de ver-
„ maaning van den Raadsheer Loenius ,
„ CommnTaris politicq, en terwyl hy naar
„ den Haage geréisd was, om het goed-
„ vinden der Staaten op het voorneemen
„ der Sinode te vèrftaan, befluiten genomen
„ hadt, over het erkende regt des Lands
„ en der Steden, ftrydig met 's Priafen ver-
„ klaaring. Dat men zelfs getvagt hadt, de
„ Acle van dit voorgewend befluit den Prin-
„ fe in handen te Hellen, met verzoek, dat
„ zyne Doorlugtigheid zig daarnaar gelief-
„ de te rigten.Doch dat de Prins verklaard
„ hadt, zig van zynen pligt gekweeten, efl
„ de zaak afgedaan te hebben. Dat de
1631. » zouden können neemen, en dat elk, da-
„ gelyks, wat nieuws in de Kerkenordening
„ zou konnen invoeren: 't welk niet dan tot
„ veele verwarring aanleiding geeven zou.
„ Dat de Sinode,hierom, den Predikanten
„ en Ouderlingen der Kerke van Amfter-
„ dam vermaande en beval, zig te fchik-
„ ken naar dit befluit, en ingeval hun, daar-
„ om , onverhoopt, eenige zwaarigheid
„ overkomen mögt, hadden zy zig, op na-
„ der advys der byzondere Claffen, op de
„ Gedeputeerden der Sinode, en op de Si-
„ node zelve te beroepen." Ten opzigte
van Smout, trok de Sinode ook in, 't gene
zy te vooren toegegeven hadt. Zy beweer-
de „ dat Predikanten, over hun prediken,
„ door Kerkelyken, geoordeeld, en,gelyk
„ zy Kerkelyk werden aangenomen, ook
,, Kerkelyk moeften worden afgezet." Zy
beriep zigop eeneRefolutie der Staaten van
den dertigften May desjaars 1579, die door
Prins Willem den I. bekragtigd, en waarby
verklaard was „ dat men, in 't aanneemen
„ en afzetten der Kerkendienaaren, geene
„ nieuwigheid zou toelaaten." En zy ver-
klaarde, eindelyk „ dat Smout, die,zonder
„ een voorafgaand Kerkelyk oordeel, door
,, BurgemeefterenvanAinfterdam, afgezet
s, was, in zynen dienft behoorde herfteldte
„ worden, tot dat hy, over zyn prediken, in
„ eene wettige Kerkelyke Vergadering, be-
„ klaagd, en zyne fchuld daarin, naar den
„ woorde Gods, gebleeken ware.'* Doch
ten befluite betuigde zy nog „tewenfchen,
„ dat haare laatft voorgaande voorflagen
„ mogten aangenomen worden (Z>)."
Ernfti^e ^e ^eer Jakob Kats , Penfionaris van
aanteke- Dordrecht, die thans de Vergadering van
ning der Holland, by voorraad, waarnam, alzo de
Stad Am-Raadpenfionaris Duik,onlangs, overleeden
tegen dit was' ze^ met weet ende, tot wat einde hem
befluit dit Sinodaal befluit overgeleverd was, Hel-
der Sino- de het den Afgevaardigden van Amfterdam
de
in handen, die 'er, terftond, eene ernftige
aantekening tegen deeden, met verzoek dat
dezelve, in de openbaare Notulen van den
Staat, mögt worden ingevoegd. Zy verklaar-
den, gezien te hebben „ dat de Kerkelyke
„ befluiten der Sinode, zo wegens hetnee-
„ men van zitting in den Kerkenraad te Am-
„ fterdam, als wegens het uitzetten van
„ Adriaan Smout, niet gegrond waren op
M eenigen Tekft uit Gods woord, zo als
„ wel behoord hadt; maar ten deele op kwa-
„ lyk begreepen enontydigbygebragteRe-
„ folutien van hunne Edele Groot Mogend-
5>
heden, ten deele op verkeerde gevolgen,
(t) Gercgiftr. in de Refol. Vroedfch. N. 15, 28, 15 U-
pril
iSji. ƒ. 19S verfo enz.. Zie 0«/^ A&e YStl Reib], enz.,
gedr,
163 I. hl. JT-IJ,
-ocr page 587-
XIV. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
521
I63]
5, Afgevaardigden van Amfterdarn zig,der-'
j, halve, hielden aan hun jongde berigt, en
„ alle Sinodaale aanhaalingen , redenen,
„ handelingen, befluiten, ten hunnen op-
„ zigte,voor nietig en kragteloos verklaar-
„ den; dat ook eenigen , wie zy waren,
„ Kerkelyken of anderen, zig gedraagende
,, naar de gemelde Kerkelyke befluiten, niet
„ zouden verfchoond worden; maaronder-
„ worpen blyven aan Burgemeefteren eri
j, Regeerderen, die, tot handhaavingevan
„ hun regt, tegen de onlydelyke indringing
„ der Kerkelyken in polkike zaaken, ook
>, van zins waren te gebruiken alle regt,
„ magt en middelen, hun van Gode ter
„ hand gefteld , zo als zy , naar eed en
,, pligt, zouden vinden té behooren. En
,, zo hieruit, voor de Stad Amfterdarn ,
„ voor het lieve Vaderland, en voor de
„ Kerke, eenige meerdere zwaarigheid
„ mögt ontftaan , verklaarden zy , voor
„ God en hunnerEdele Groot-Mogendheden
„ Vergadering, dat hunne meefters daar-
j, aan onfchuldig waren , terwyl zy ver-
„ trouwden, dat hunne Edele Groot-Mo-
„ gendheden alle inbreuk op der Landen
„ en Steden geregtigheden zouden helpen
„ weeren, en die geregtigheden, daaren-
„ tegen, tegen ongelyk en hinder, hand-
„ haaven,gelyk, naar eed en orde derRe-
„ geeringe, vereifcht werdt (e)-" De Af-
gevaardigden, federt, verflag doende van
hunne verrigtingen aan de Vroedfchap ,
werden bedankt door Burgemeefteren en
. Raaden, die te gelyk beflooten „ dat men,
• „ tegen den (*) toeleg der Kerkelyken, en
„ den voet, dien zy in deezen hielden, met
„ kragt zou aangaan, en, ten dien einde,
„ alle mogelyke magt en middelen in 't
„ werk Hellen; wordende Burgemeefteren
„ gemagtigd, om daarin te doen, 't gene
„ zy zouden geraaden vinden (d)."
De Kerkelyken zaten, ondertiuTchen, ook
niet ftil, maar leverden, ter naafter Verga-
deringe van Holland, die in July gehouden
werdt, een lang gefchrift over, tegen de
aantekening der Afgevaardigden van Am-
fterdarn. En naardien op dit Gefchrift wei-
nig agt fcheen geflaagen te zyn, verftondt
men, federt, dat zy , te raade geworden
waren, de zaak, in November, wederom
in de Vergadering te brengen. De Afge-
vaardigden van Amfterdarn werden dan ge-
laft , te wege te brengen, dat de zaak niet
in overweeging kwame; doch zo 't egter
gefchieden mögt, moeften zy 't regt der Stad
verdedigen; en zo 'er eenige Refolutie te-
Geregift. in de Refol. Vroedfch. N. 11S. z%, 29 ~A~
j Ir'ii. f.
19S vérfo.' Zie ook Afte van Refolutie enz.
1<V Refol. Vroedfch. N. IS, z%, 29 ^pril i6jl. ƒ. 100.
gen genomen werdt, daar tegen proteflèeren, ifo i.
en van hun Protefl aantekening doen houden
in 's Lands Regiilers f». Doch 't fchynt, dat
de Kerkelyken, federt, veranderd zyn van
gedagten. Immers ik vind niet, dat zy ee-
nige nieuwe poogingen, tot bereikingehun-
ner oogmerken, ter Vergaderinge van Hol-
land , gedaan hebben.
Maar Burgemeefteren van Amfterdarn Zy mag-
herinnerden de Vroedfchap, op den zeven- ''S* B<x-
entwintigften December „ dat de tyd om f^l'
„ zitting in den Kerkenraad te neemen , nieuws,
„■ door den Prinfe beraamd ,nu verftreeken omzit-
„ was, en dat zy hierom te raade gewor- tinS te
„ den waren, eerff daags zitting te neemen."?ee'nen
De Vroedfchap magtigde hen, op nieuws, Kerken-
om zulks te doen, zo als zy, naar hunne raad.
befcheidenheid en wysheid, zouden bevin-
den te behooren (ƒ). De Kerkenraad,die
nu niet anders verwagten kon, dan dat de
zitting zou voortgaan, wendde alle poogin-
gen aan omze, ten minfte nog eenigen tyd, 't Wordt
te doen uitftellen, en kwam, eindelyk, in onder
January des jaars 1632, met Burgemeefte-zekere
ren overeen „ dat dezelve, tot den eerftehxw°a°r"dsn
„ May eerftkomende, zou worden uitge- uitge- '
„ fteld, onder de volgende voorwaarden: fteld.
„ 1. Dat 'er eene volkomen vergetenis zyn'
„ zou van al wat, ter gelegenheid der zit-
„ tinge, voorgevallen mögt wezen; en dat
„ die zitting niet als eene ftraf zou worden
„ aangemerkt. 2. Dat de zitting, om allen
„ wantrouwen weg te neemen, en de goe-
,, de Correspondentie tuflehen Burgemeefte-
„ ren en den Kerkenraad te beveiligen,
„ met kennis en advis der Gedeputeerden
„ van de Sinode en der byzondere Claffen
„ van Noordholland, genomen zou worden.
„ 3. Dat, door deeze zitting, de gemeene
„ Kerken, onder de Sinoden van Holland"
„ en Weftfriesland behoorende, niet zou-
„ den benadeeld worden. 4. Dat, tot het
„ neemen deezer zittinge, door Burge-
,, meefteren, een of twee uit hun, zynde
„ Ledemaaten der Gemeente, zouden ge-
„ magtigd worden, om te aanhooren, en
n op alle voorvallende zaaken naarKerken-
„ orde te raadpleegen; doch zonder beflis-
„ fende Item te hebben. 5. Dat ook, door
„ deeze zitting, de Kerk van Amfterdarn,
„ in haare gewoone orde, zo in 't beroepen
„ van Predikanten en in 't verkiezen van
„ Ouderlingen en Diakenen, als in alle an-
„ dere kerkelyke dienften, niet zou ver-
„ kort worden: en dit alles tot geen ander
„ einde, dan tot haadhaavinge der waare
„ Chriftelyke Gereformeerde Reügie, za
» als
(e) Refol. Vroedfch. N. i«. *s> t^v- 1<f3i. ƒ. 22°,
(ƒ) Refol. Vroedfch. N. i«- *7 Dee> l*3>. ƒ. »*♦ vtrft.
ft
ke
55?
-ocr page 588-
II. Deel.
AMSTERDAMS
$2S
telyk, verviel tot ongebondenheid, hadt, lóS1,
reeds op 't einde des jaars ióapjbeflooten,
eenen Profeiïbr in deFilozoofieenHiftorien
herwaards te beroepen (/). Omtrent een
jaar laater, befloot men tot het beroep van.
twee Profefforen, waartoe Burgemeefteren
en Scholarchen gemagtigd werden. Ook
werdt toen goedgevonden, het S. Agnie-
ten-Kloofter-Kerkje, ftaande op den Oude-
z.yds Agterburgwal, welk, door de Admi-.
raliteit, tot een pakhuis werdt gebruikt,
bekwaam te maaken tot het doen der open-
baare Leffen Qri). Doch zo dra de voorge- lMft
nomene opregting van zulk een Gymnafium k?ntte!
illufire, of doorlugtige School, rugtbaar werdt, z\.
kantede de Stad Leiden, bedugt voor ver-S
mindering van 's Lands Hooge Schoole al-
daar, zig ernftelyk tegen de uitvoering van
dit voorneemen, tot zo verre zelfs, dat zy
weigerde te bewilligen in eenen tweehon-
derdften penning, die toen voorgeflaagen
was, zo men Amfterdam liete voortgaan
met het opregcen der doorlugtige Schoole.
Die van Amfterdam weezen daartegenaan,
dat zy niets voorhadden, welk, naar reden,
kon geagt worden te ftryden met de Privi-
legien van 's Lands Hooge Schoole te Lei-
den (n), en ftonden, eindelyk , in April
deezes jaars 163 r, toe, dat men 't gefchil
met die van Leiden, zo ver het geeven van
openbaare Leffen betrof, verbleeve aan de
uitfpraak der twee Geregtshoven, mids de
Staaten zig fterk maakten, om die uitfpraak,
binnen eene maand, te doen gefchieden,
geduurende welken tyd, men, vrywilliglyk, .
met het geeven van openbaare Leffen, ftil-
ftaan zou (0). 't Schynt, öndertuflchen,
dat de Kerkelyken , zelfs de buitenland-
fchen, zwaarigheid meenden te vinden, in
de opregting der doorlugtige Schoole* te
Amfterdam. De Zwitferfche Akademien.pe P>1
en Kerken hadden, den tweeden Juny des Ce^f..
voorleeden jaars , eenen brief herwaards AP'
gezonden (p), die terftond in 't licht kwam, me0'i
en waarin zy niet ilegts ernftelyk klaagden, kc0 ^lx
over den aanwas der Arminiaanen hier teren''
Lande; maar zig ook, omtrent de voorge-af«
nomene opregting der doorlugtige Schoole
te Amfterdam, in deezer voege, uitlieten:
Non nihil quoque nos turbatos effè f'atemur,
novo quodam alio qui fuperveniebat rumo-
re, de nova condenda Academia Amfleroda-
mi. Nam cum unitce Provincies dcademiis,
toto orbe cekberrimis, nee non florentijß-
mis Scholis prope abundent, vix aliud nobis
1 (l) Refol. Vtoedfch. N. i«. 3t Dec. i&19, f. US-verf^
(m) Refol. Vtoedfch. N. i«. n !)«■ 1630./. 174 ^r/i.
(n) Refol. Holl. 8>i8 April 163«- *'. 62, 73- Vide ir
Pneftant. & etudit. Vitor. Épift. />• 7S9, 760, 7«2.
(«) Refol. Vtoedfch. N. 16. 28 - 29 AprU i6}I. ƒ, zoe^
(f) By AlTZÏMA l. Dt'l' l>L 1023.
1631. „ als die tegenwoordig, in de openbaare
„ Kerken alhier, geleerd werdt, en laatfte-
„ lyk, in den jaare 1619, in de Nationaale
„ Sinode teDordrecht, vaftgefteld was (g)."
Uit het bewilligen in deeze voorwaarden,
bleek, eindelyk,dat de Kerkelykente Am-
fterdam eenigszins aan de hand kwamen. Zy
vervoegden zig, terftond, met een Verzoek-
schrift aan 's Lands Staaten en aan zyne
Doorlugtigheid, en verwierven, den negen'
tienden Maart, goedkeuring der gemaakte
Overeenkomft, behoudens her regt der E-
delen en Steden, om zitting te neemen in
de Kerkenraaden , en de verklaaring der
Stad Amfterdam, dat zy, tot het verrigtte,
't Ge- geene goedkeuring behoefde (//). De zit-
fchiedt tjng in den Kerkenraad volgde op deeze O-
eindelyk. vereenkomft, en duurde eenigejaaren; doch
werdt eindelyk geftaakt. Maar Smout, die
federt nergens beroepen werdt, onthieldt
zig buiten Amfterdam, en bekwam, niet
zonder moeite, zyne Predikants-gaadje(i).
Öndertuflchen, werdt de ruft in de Stad ,
allengskens, volkomenlyk herfteld. De Pre-
dikanten fchikten zig, in zo verre, naar de
begeerte der Wethouderfchap, dat Jacobus
Laurentius , die zelf altoos zo gemaatigd
geweeft was, dat hy, by fdmmigen zyner
medebroederen, voor eenen vleijer der Hee-
ren gehouden werdt, naderhand (5), zeer
kwalyk nam, dat Hugo de Groot de
Amfterdamfche Kerkelyken, in zeker ge-
fchrift, oproerig genoemd hadt. Men hieldt
hem voor „ datdeGrootalleenlykzagopde
„ Kerkelyken van 't jaar 1619, en tien jaaren
„ laater, niet zo zeer op die der volgende ty-
„ den; datTrigland naar Leiden vertrokken,
„Smout derStad uit gezet, Kloppenburg ge-
,, vlugt was;dat'erookeenigen overleeden
„ waren; en dat men de tegenwoordigen
„ voor gemaatigder hieldt, 't zy men zulks
„ den Kerkenraad, of der voorzorge van de
„ Wethouderfchap hadt dank te weeten."
Óp welk befcheid, Laurentius geen verzet
hadt (£). Wy hebben deeze byzonderheid
alleenlyk willen aanroeren, om te doen zien,
hoe de Kerk de burgerlyke Overheid, al-
lengskens , volgde in gemaatigdheid.
Aanlei-
ding tot
het op-
regten
eener
Door-
lugtige
Schoole.
De Regeering,in aanmerking neemende,
dat de jeugd deezer Stad, in 't gemeen, te
vroeg, en eer zy eenige gronden van Filo-
zoofie gelegd hadt, van de Latynfche Schoo-
ien , naar de Akademien gezonden werdt,
daar zy, buiten 'toog haarerouderen, lig-
(g) Refol. Vioedfch. N. ifi. 19 7a*- '«32. ƒ• n« -verf,.
(h) Zie 't Requifi en de Apoftille hiel igtet, in de ßj-
lA&gcn
L1. li.
(i) Refol. Holl. 27 J<*h i«4o. bl. 1Ä0.
(kj Epift. G. J. VOSSII ad H. GROTiüM 17 jfnnii li+i.
inter
Prsftant, Vitor. Epift. p. % 18.
(5) In 't jaar 1642.
-ocr page 589-
XIV. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
523
^i. „ perfuadere pojjlimus , quam rtovdm Ac ade ■
miam, fi tarnen rumor ille ijahus non fit ,-
j, non orthodoxorum, fed prhniiin qu'ülem Ar-
,, tninianorum, mox verb Socintdnoriim Ojji-
cinam deterrimain, proindeque mottflrofiS'
fimarum opinionuM, quas haäeniis inlucem
„ proferre callidi homines ètubuertint, géni-
„ tricem f ore:
dat is , Een ander geragt,
„ welk by het voorige gekomen is, heeft
£ ons, wy bekennen't, ook een wéinig önt-
„ ruft: 't gerügt , naämlyk, van hét o'p-
„ regten eener nieuwe Akademie te Arh-
,, fterdam. Want naardien ds Véreèriigda
„ Geweften, van Akademien, die door' dé
„ ganfche weereld vermaard zyn, én van
3, zeer bloeijende Schooien rykëlyk 2yn
„ voorzien; zo können wy ons bezwaarlyk
„ verbeelden, dat deeze nieuwe Akademie,
„ zo anders 't gerügt daarvan niet valieh
j, zy, ergens anders toe dienen zal, dan
„ tot eenen fhoodftén winkel, niet van'
„ regtzinnigen; maar eerft van Afrniniaa'
,, nen, en daarna van Sociniaanen; en ver-
„ volgens eene Kwèekfchoól wórden vatl
,, de gedrogtelykfte gevoelens , welken
„ die looze menfchen zig, tot hiertoe_, ge-
„ fchaamd hebben te openbaaren." Veel-
ligt , oordeelde men , in Zwitferland , zo
fhrengelyk, om dat men daar vreesde, dat
de Amfterdamfche jeugd, die derwaards
plagt gezonden te worden , om zig in de
weetenfchappen te oefenen, de Zwitferfche
Akademien minder bezoeken zou , als zy
t'huis te regt raaken kon. Doch men ftoor-
de zig hier luttel aan het oordeel van lui-
den , die van 't gene hier te Lande omging
niets wiften, dan 't gene hun, door eenige
heethoofdige Kerkelyken , werdt overge-
briefd. De Geregtshoven verklaarden zig,
op het ftuk der doorlugtige Schoole, ten
fye voordeele van Amfterdam (q). -
\*
Saat Men ging dan aldaar voort met het werk,
^dl^r en beriep Gerardus Joannes Voffius en Cas-
*V par Barhus, die beide, in 't jaar 1619, van
hunne ampten in de Hooge Schoole te Lei-
den verlaaten waren,tot eerfte Profelforen:
Voffius in de Hiftorien, en Bariasus in de
j, Filozoofle en Welfpreekendheid (f). De
32. Doorlugtige School werdt door Voffius ge-
opend met eene pi egtige redenvoering, die,
den agtften January des jaars 1632 , onder
eenen grootèn toevloed van menfchen, uit-
gefproken werdt (s). De Digter Hooft,
de Stad, in een fraai vers, geluk wenfchen-
tw de met zulk eene Schoole , en met zulke
^t^ot^rofeflbren , vermaande haar , te gelyk ,
tft aartiglyk, datzy'er den overgroot en Huigh de
(?) Prseftant. & erudit. Viror. Epift. f. 766.
(r)
Vaderl. Hift. XI. Deel, hl. 89.
(') Oiipart. chton. hl, 57.
IV. STUK.
Groot ,<• die onlangs in Holland wederge- i(-A?_.
keerd, en van Rotterdam, den negenden Amftcr-
December laatftleeden,in ftilte, herwaar ds dam.
gekomen was (t), behoorde by te voeden
(«)• Doch men woelde, ten deezen tyde,
fterk ter Vergaderinge van Holland, om
hem het Land te doen ruimen. - Haarlem,
Leiden , Gouda , Alkmaar en Enkhuizen
hadden doorgédreeven, dat den Baljuwen
en Schouten aangefchreeven was, dat ïf
de Groot in verzekering: moeiten rieemén
(ï). Hyhieldtzig, derhalve, te Amfter-
dam ftil én in huis , tot in 't begin van
Maart, wanneer hy zig, in de Kerk en op
ftraat, vertoonde. Ook vondc hy hier ag-
ting en gunft by veelen s met naame by
de regeerende BurgemeefLeren , die dèri
Schout ten Grooténhms en deri On'der-
fchout, heifhelyk gelafï hadden, rifétS', tèri
zynen nadeelè, te onderneémen. Zclfcde Zvne
Oud Schepen Jan Willemszoon Boja^rd, (.ntmoe'
die, zig twee jaaren buiten de Stad. on't- sdfeSn
houden hebbende, nu daiar wedeiom bin- Bogaard,
nen gekomen was, kwam zig by de Groot
verontfchuldigen, dat hy, op ftraat, van
hem en zyn gezelfchapf gegroet geweeft
zynde, niet wederom hadt gegroet, hebben-
de hy gemeend , dat men , voor zekere
Vrouwe, die voor hem ging, den hoed ge-
ligt hadt; daarby voegende, dat hem veel-
eer gepaft zou hebben, de Groot eerft te
groeten, dan niet wederom te groeten, na
dat hy van hem gegroet geweeft was. Waar-
op de Groot beleefdelyk antwoordde ,, dat
,, het te veel gedaan was, dat een Oud-
„ Schepen van Amfterdam zig verneder-
,, de, om over zulk eene geringe zaak zig
„ by hem te komen verontfchuldigen (w)."
Zyne partyen bragten 't, eindelyk, zo ver- Hy ver-
re, dat 'er, by de Staaten van Holland, tIrektwe-
met meerderheid van ftemmen, een befluit ^L^n-
genomen werdt, om tweeduizend guldens de uit.
te zetten op zyn lyf, en vyfhonderd gul-
dens op hetlyfvan elk, die hem huisveitte
of verbergde (.r). Amfterdam en verfchei-
den' andere Steden hadden egter niet bewil-
ligd in dit befluit (j). Doch de Groot,
zig nu in Holland niet langer veilig agten-
de, vertrok , den zeventienden April, te
fchepe van hier naar Hamburg (z). Se-
dert, begaf hy zig in dienft der Regeerin-
ge van Zweeden , die hem in Ambaffade
zondt naar 't Hof van Frankryk.
De
(t) C. Brandt Leven van H. de Groot, hl. 4j4-
(u) V. C. Hooïts Leven, hl. is-
(■v) Refol. Holl____Dec. i63'. b'. ijl.
(») C. BRANDT Leven van H. de Groot, bt 415,42«.
(x) Refol. Holl. 10 Maart, 7 ^April i«3I. hl. jt.
(y) Refol. Vroedfch. N. 16. Io. ?<•»• '*3Z..f. 2ij -verfo.
(x.) C. brandt Leven van H. de Groot, hl. 4+2.
ryy
-ocr page 590-
f
II. Deel.
AMSTERDAMS
524
weerde, in een uitvoerig antwoord „ dat lÓ33'
„ de Plakaaten alleen oproerige Vergade-
„ ringen verbooden, en dat hy zulke Ver-
„ gaderingen nimmer ten zynen huize ge
,j houden, noch ergens bygewoond hadt
j, (c)-" En ik weet niet, dat men hem fe-
dert gemoeid heeft. In 't volgende jaar ,
beflooten de Remonftranten, in hunne Ker-
ke op de Keizers-graft, kinderen tedoopen;
't welk, tot hiertoe , alleenlyk in ftilte in
de byzondere huizen gefchied was, op wel-
ke wyze, ook nog, wat laater (6), Jaca-
bus
, Zoon van den Profeflbr Caspar Bar-
Iceus,
by hen, gedoopt werdt. Ook kon-
digden zy, in May des jaars 1633 , af van
den predikftoel, dat zy elk vryheid lieten,
om zig eerft op zyne bejaardheid te laateri
doopen, of om den doop aan kinderen, o-
penlyk in de Kerke, of in ftilte in huis, te
De Remonftranten waren zeer in hunnen
fchik geweeft, met de opregting der door-
lugtige Schoole te Amfterdam, en met de
verkiezing der Profeflbren; en hadden, ter-
ftond, beflooten, hunne jeugd, die tot den
Predikdienft gefchikt werdt, derzelver les-
fen te doen hooren; hoewel 'er nog eenige
jaaren verliepen, eer dit befluit ter uitvoe-
ringe werdt gebragt (a\ Midlerwyl, ge-
nooten zy, hier ter Stede, zo veel vryheid
als zy begeeren konden , federt dat de
Vroedfchap, in 't begin van September des
voorleeden jaars, hadt beflooten, dat het
vernieuwen en uitvoeren der Plakaaten, te-
gen hen gemaakt, onbeflaanbaar was met
de ruft der Stad; welk befluit wy, om zy-
ne merkwaardigheid, aan het einde van dit
Boek (b), geplaatft hebben. Abraham An-
toniszoon, een groot yveraar onder de Re-
monftranten, werdt egter, in't jaar 1632,
door den Schout, Dr. Jan ten Grootenhuis,
voor Schepenen gedagvaard,over 't houden
en bywoonen van Vergaderingen, die by's
Lands Plakaaten, en byzonderlyk, by dat
van denderden July des jaars 1619, ver-
booden waren. Hy verfcheen; doch be-
(a) P. A LlMBORCH Vita Epïfcopii, f. 314.
(h) Refol. Vroedfch, N, 16. $ Sc[tK 1031, ƒ, nf verfo,
Ryltutgen Jjt,
C,
1632.
De
Vroed-
fchap
befluit,
de Pla-
kaaten
tegen de
Remon-
ftranten
niet uit
te voe-
ren.
laaten bedienen (4)< 't Leedt zelfs maar
tot in Oftober des jaars 1634., toen de Re-
monftranten, hier ter Stede, eene Kweek-
fchool opregteden , waarin Simon e'pisco-
pius, die tot nu toe te Rotterdam gewoond
hadt, de eerfte Theologifche Leflen gaf (e).
De P'
moii-
ftrante"
regte»
een ,.
Kwee*
fchoo»
op.
(c)  Vit een AfTchrift van dit Antwoord.
(d)  Vit een Affchrift der Kerkelyke Afte.
(e)  P. A LlMBOBCH Vita Episcopii, ƒ>, 3IS-,
(6) Den 19 Maart 1634.
B y-
-ocr page 591-
GESCHIEDENISSEN.
XIV. Boek.
525
BYLAAGEN
op het II. Deel, XIV. Boek.
Lr. A.
Ocmoi voor Dyckgraeff ende Heemraden van Nieuwer - Amstel , omme tot Polders te
mogen maacken feker diflriSte gelegen binnen den Amjhldyck
, ende de Veenwegh , ende foo
veele Molens ende Verla at en te mogen maken als fy tot drooghoudinge van voorsz. bepalder in-
ge nodigb füllen achten.
Gegeven den 19 December 1629.
r\e Ridderfchap, Edelen en Steden vanHol-
-*-^ land en Weftvriesland, reprefenterende de
Staten van denzelven Lande doen te weetenhoe
dat ons vertoont is by Dyckgraaf ende heemra-
den van nieuweramftel, ten oirbaar ende gemee-
ne befte van de ingelanden, milchen het Loop-
velt ende d'Jurisdictie van Tarnen, beflooten
binnen den Amfteldyck, ende d' Veenwegh, ende
op het goetvinden van de heeren Burgermeefte-
ren ende Regeerders der Stadt Amfterdam als
Ambachtsheeren over den voorn, diftricte dat
van tyt tot tyt, ende hoe langs hoe meer, ver-
fchyden dorpen, gehuchten ende quartieren foo
in hollandt, als in den gefliehte van Uytrecht,
in ende met Amftelandt uytwaterende , ende
haer bepolderende veroorzaackten, dat de landen
binnen den voorn, diftrióte met den Amftel ge-
meen leggende, foo feer comen te inunderen
datgefchapen'was, defelve incorten tyt ten on-
bruyeke te füllen geraken, ten ware daar iegens
behoorlyck wierde voorfien, twelck bequame-
lyck conde gefchieden mits brengende den am-
fteldyck langs d' iurisdictie van tarnen heene o-
ver een ftroocke Lants tot aan de Veenwegh by
de Kerck van Tarnen uytcomende, keerden der-
halven fy verthoonderen haar tot ons, verfouc-
kende dat fy by onfe Oétroije, in der befter for-
me mochten werden geauthorifeert het voorn,
diftrict (in maniere voorfeyt in eene ofte meer
polders, na dat d' gelegentheyt by haar bevonden
foude mogen werden t'vereyfehen) te mogen
befluyten, om t felve des fwinters foo wel als
des fomers hoogh uyt te waateren, droogh te
houden en daar toe tot taxatie van de gerechten
aldaar te mogen gebruycken foo veel lants als
fy füllen achten van doen te hebben, ende dat
fy de voorn, bepolderinge füllen mogen verfor-
gen met foveel molens, verlaaten, wateringen,
tochten , caden , toepaden ende diergelycke,
mitsgaders met keuren ende ordonnantien, te
executeren op dyekrecht, foo als fy ten meeften
oirbaar ende dienfte van den Lande bevinden
fouden te behooren, alles met onderlinge Com-
municatie van Burgemeefteren als Ambachtshee-
ren voorfit. ofte derfelver gecommitteerde; dat
fymede d'oncoften als oock d'afdelvinge dei-
Landen tot de voorn, bepolderinge nodigh fou-
den mogen ommeflaen, ende nae dyekrecht in-
gewinnen o^er d'ackertalen foo als die in de
yerpondinge fyn contribuerende fonder onder-
fcheyt van verdolven Veenlanden ofte anderen
des dat ons mogte gelieven de vertoonders ten
behoeve als vooren totfoulagementvandeover-
groote oncoften tot de voorn, bepolderinge te
doen te authorifeeren by forme van gabelle te
mogen doen heffen aan de te maekene verlaten
van ieder turfpondt ofte diergelycke, een inge-
lant ofte inwoonder toecomende in 't uyt- ende
invaaren t'elckens een ftuyver ende een vreemt
man toebehoorende twee ftuyvers, van een
praam een ingelant ofte inwoonder toecomende
een blanck een vreemde toebehoorende twee
blancken, van een voer- ofte fteygerfchuyt een
ingelandt ofte inwoonder toebehoorende' een
halve ftuyver ende een vreemt man een ftuyver,
van een fpeeljacht, weyfchuyt ofte vreemde
vifchuyt twee ftuyvers; Soo is't dat wyd'faac-
ke ende verfouck voorsz. overgemerkt alvooren
hier op gehadt het advys van die van onfe ca-
mer van de reeckeninge van den voorf. Landen
d'Supplianten geaccordeert,geoftroyeerdt ende
geconienteerdt hebben, accorderen, confente-
ren ende oétroyeren by defen, dat fy het voorf.
diftricT; in manieren als vooren in een ofte meer
Polders, naai- dat d'gelegentheyt by haar bevon-
den fal werden t' vereyfehen füllen mogen be-
fluyten, omme het felve des winters foo wel
als des fomers hoogh uyt 't waater droogh te
houden ende daar toe tot taxatie van den ge-
rechte aldaar te mogen gebruycken foo veel
lants als fy füllen achten van doen te hebben,
oock de voorn, bepolderinge te mogen beforgen
met foo veel molens, verlaten, vaerten, wa-
teringen , tochten , caeden , toepaden , ende
diergelycke, mitsgaders met keuren ende or-
donnantien t'executeren op dykrecht, foo als
fy ten meeften dienfte van den Lande bevinden
lullen te behooren alles met onderlinge com-
municatie van Burgemeefteren als Ambachts-
heeren voorn, ofte derfelver gecommitteerde;
dat fy mede de oncoften affdelvinge der Lan-
den tot de voorn'*, bepolderinge nodigh füllen
mogen ommeflaen ende na dyekrecht inwinnen
over d'ackertalen foo als die in de Verpon -
dinge fyn contribuerende, fonder onderfcheyt
van verdolven Veenlanden ofte anderen, au-
thoriferende de Supplianten vorder ton verval-
linge van de oncoften, in defen te doen by
forme van gabelle te mogen heffen an de ge-
maackte verlaten, van ider turfpont ofte dier-
gelycke , een ingelant ofte inwoonder toebe-
hoorende, in 't in ende uitvaren t'elckens een
ftuyver, ènde een vreemt man toebehoorende
twee ftuyvers ; van een praem , een ingelant
ofte inwoonder toecomende een blanck , een
vreemde toebehoorende twee blancken ; van
een Voer- ofte Steygerfchuyt, een ingelant of-
te inwoonder toebehoorende een halve ftuyver,
een vreemt man een ftuyver, van een Speel-
jacht, Veenfchuyt ofte vreemde Vifchuyt twee
Yyy a
                                                    ftuy-
-ocr page 592-
II. Deel.
AMSTERDAMS
526
Bylaa- fluyvers , behoudelycken dat de Supplianten
gen den genen, die aireede pretenderen lullen by
L*. A. het voorsz. werk ofte êenigh lidt van dien merc-
kelycken befchadicht , ende geinterefTeert te
weefen, ofte henluyden namaels mogen open-
baren, gehouden zullen wefen te doen behoor-
lyck contentement ende ten eynde de Supplian-
ten defen onfen Confente, accorde ende oc-
troye, in manieren als vooren mogen genieten,
lbo füllen fy gehouden zyn defe t'onfer Camer
van de reeckeninge te prefenteren omme aldaar Byl*a'
gevifiteerdt, geinterineerdt ende geregiftreerdt geU
te worden 't welck gedaan fynde laften ende !/• ^'
bevelen Wy allen ende eenen Igelycken, die
defen aangaan fal, hem hiernaar te reguleren,
fonder den Supplianten te doen ofte gehengen
gedaan te werden eenigh hinder ofte moyeniflè
ter contrarie. Gegeven in den Haage onder
onzen grooten.Ssgel hieraan gehangen, op den
19 December 1629.
Lr. B.
Bylaa.
GEN
L". 13.
V-3'
Request der Gedeputeerden van de Noordhollandfche Sinode aan de Staaten van Holland om
approbatie op eene Conventie met de Magiflraat van Amflerdam
, wegens derzeher zitting in den
Kerkenraad; en Apoftil van haare Ed. Groot-Mog. op het zelve van
den 19 Maart 1632,
Aende Ed. Groot Mo. beeren Statten van Hollant ende Weflvrieüant.
Zeeven met alle behoorlicke onderdanicheyt
^-* ende eerbiedinge te kennen, de Gedepu-
teerden des Synodi van Noorthollant, hoe dat
het kerckelick different tot Amfterdam, tuifchen
de Achtb: Magiftraet ende die Kerb, kerckenraet
aldaer, over t' nemen vande feffie by die vande
voorf. Magiftraet, inde gemelde kerckenraet In
Ianuario ende februario laetftleden, ten over-
ftaen vande gecommitteerde der refpective Clas-
fen, ende de Gedeputeerden des Synodi van
Noorthollant in fulcker voegen door des heren
Genade is affgehandelt ende bygeleyt, dat de
welgemelde Magiftraet den eerften Mey, ofte
den eerften donderdach in Mayo eerftcomende,
de gemelte feffie door haere Gedepdc. inden
voorf. kerckenraet aenvanckelick fal nemen, op
fodanige conditien als hier nevens gaet, ende
refpeftivelicke by de meergemelte Magiftraet en-
de kerckenraet ingewillicht ,ende oock by de
heeren xxxvj. Raeden geapprobeert fyn, Ende
alfoo goetgevonden is , by de Vergaederinge
voorf. met toeftemminge vande voorf. Magis-
traet, tot meerder verfeekeringe vande voorf.
kercke, foo by uwe Ed. Groot Mo: als by fyne
furftelicke Doorluchticheyt, den Heere Prince
vanOrangie te verfoeken approbatie vandeigemel-
te conditien waerop het verdrach ingegaen is: Soo
is het dat de Gedeputeerden voorf. den mfa
febr, leftleden in abfentie van uwe Ed. Groot
Mo: verfocht ende becomen hebbende de ge-
melte van fyne Princel. Excie. die de felve
gunftelick ende in forma vergunt heeft, haer
tegenwoordelick keeren tot uwe Ed. Groot Mo:
ende aende felve optalderdienftelyckteverfoec-
ken, dat uwer Ed. Groot Mo: de conditien aen
d'ander fyde van defe geftelt, geilen hebbende,
gelieve ten dienfte ende tot behout vande ruft
ende welftant vande voorf kercke de felve oock;
mede t' approberen, ende de acte van approba-
tie op de marge van defe te doen gunftelick tee-
kenen, op dat de voorf. gedeputeerde daer me-
de wederkerende tot de kercke van Amfterdam,
de felve met de gewenfchte toeftemminge van
uwe Ed. Groot Mo: foo wel als van fyne Prin-
cel. Excic. ten volle mogen verheugen. Dit
doende &c. Onderftont uwe Ed. Groot Mo:
onderdanige, de Gedeputeerde des Synodi van
Noorthollant, "Was ondert. Abrahamus a Do-
reflaer. Adrianus Snellius.
Conditien van Verdrach tujfcben de AcbtbaereMagiflraet ende de eerwaerdige kerc-
kenraet van Amflerdam over de feflie by de voorf- Magiftraet inde gemelte kerc-
kenraet te nemen
, den eerften Mey ofte den eerften Donderdach in Map eer ft'
comende.
TAat voor eerft een totale amneftie van al
L-' t'gunt ter oorfaeke van defe feflie foude
mogen gepaiïèert fyn, geftelt worde , gelyck
dan defe Jeflle verclaert werdt byde Achtb.hee-
ren voornt- niet genomen te werden in Pcenam.
Ende dat dienvolgens om alle diffidentie wech
t' nemen, ende daer iegens om de onderlinge cor-
respondentie tufichen de Achtb. heeren Bürgerin,
ende Regierders van Amfterdam, ende die van-
de kerckenraet tefancieren ende beveiligen, met
kennhTe ende advys der Gedeputeerden des Sy-
nodi, ende der refpeétive ClaGen van Noort-
hollant, de feffie op de naevolgende conditien
fal worden in t werek geftelt.
Voor eerft dat met de feffie niet füllen wer-
den gepreiudiceert de gemeene kereken onder
beyde de Synoden van hollant ende Well-Vries-
lant forterende.
Dat voorts de heren Burgemrn ende Regier'
ders voornt. aennemen, een ofte twee vande
heeren, wefende Ledemaeten der gemeente ^ inde
kerckenraet t' fenden, omme t'«.enhooren, ende
mede vande voorvallende faecken te delibereren
conform de kereken order, fonder decifive fleia*
men t' hebben.
Gelyck dan de heeren voornt. by defen ver'
claeren van meninge t' fyn de kercke van Aö1'
fterdam niet te preiudiceren , door defe fe#e
in haere gewoonlicke ende tot noch toe alhieir
onderhouden order; niet alleen int ftuck va»'
de beroepiage der Predicantên , verkieflngej*
der Ouderlingen ende Diaconen, maer 00*
0                                       '                   ju*
-ocr page 593-
XIV. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
527
Haa- inde oeffeniiige van alle andere kerckelicke
^ dienften.
'• ü< Ende dit alles tot geen ander eynde dan tot
nsaïntien ende hanthavinghe van de waere Chris-
telicke Gereformeerde Religie , fulcx die ie-
genwoordich inde publique kercken alhier ge-
leert werdt, en laeftmael A", 1619 in de Syno-
do Nationale tot Dordrecht, is gearrefteert.
Op de Margine ßont geappoflilleert.
De StaetenvanHollant endeWeftvrieslant,ge-
llen ende geexamineert hebbende, de articulen
daer op verdragen is, het different nopens de
feffie vande heeren Magifoaeten der Stadt Am- Rylaa-
fterdam ende kerckenraet aldaer, hebben de Gen
voorf. articulen, voor foo veel het noodich L' B.
is, geapprobeert ende geratificeert , appro-
beren ende ratificeren de felve articulen by de-
fen , alles nochtans [onder prehidkievant recht
fwelck de heeren Edelen ende Steden fouden mo-
gen faflineren inde fejjie van de kerckenraet
f hebhen,
ende onder verckuïnghe bydehee-
re Gedepde. der voorf. Stadt gedaen, van dat
defe faeke beftaet by haer felven, fonder dat
fy daer toe approbatie van noode hebben,
gedaen inden Haeghe den xixc. Martii 1632.
Lr. C.
Refolutie der Vroedfchap van Amflerdam van den 5 September 1631. waar by verklaard
wordt, dat het uitvoeren der Plakaaten tegen de Remonßranten enbeßaanbaar is met de ruß
der Stad.
BVÏ.AA-
GEN
L% C.
De Heeren Burgermeefters hebben den Rade
voorgedragen dat ter jongde Vergaderinge
der Heeren Staten defer Provincie door den Ge
deputeerden der Synoden van Suyd- ende Noord-
hollandt, groote follicitatien gedaen waren tot
executie der Placcaten tegens de Remonftranten
geëmaneert, ende voornamentlyk dat hunlieden
toegelaten mochte worden üch neffens de Gede-
puteerden der Kerken van de andere Provinciën
te adreffereu aen de ho: mo: Heeren Staten gene-
rael, om derfeluer macht, hunlieden van God ge-
geven (gelyk de Predikanten fpreken in de Re-
quefte, tot dien eynde ter gemelter Vergaderin-
ge overgelevert, in den Raed alhier gelefen)
daertoe te mogen imploreren; Datfe ook, naer 't
fcheyden der voorfz. Vergaderinge den heeren
Gecommitteerde Raden verfocht hadden, de
plaetfe daer de Remonftranten hare byeenkom-
ften in den Hage zyn houdende onvruchtbaer
te maeken ; die ook fulx gepooght, edoch om
eenige redenen noch niet geëffectueert hadden.
Ende alfoo defe faecke ter aenflaender dagh-
vaert, naer alle apparentie, weder op de baan
lal komen, dewyle de Kerkelyke in hare voorfz.
follicitatien blyven continueeren, ende 't werk
daer door fulx" prepareren, dat het fchynt dat
men fal foeken mette meefte Hemmen daer op
refolutie te nemen; Datfe daeromme den Raed
by maniere van advis voordroegen , oft fy meynt
datdedienft van 't land de renovatie ende exe-
cutie der placcaten kan lyden: ende dewyle de
magiftraten van verfcheyden plaetfen, foofe felfs
verklaert hebben, niet machtigh fyn om de voorf.
byeenkomften te weeren, oft den lande oorboor
is, daer toe de macht van dien (foo 't de kerke-
lyke noemen) dat is, de militie te emploieren;
ende ofmen niet en behoort in tyds dienaengaen-
de fulke refolutien te nemen, diemen verftaet ten
meeften dienfte des Lands ende der Religie te
füllen ftreeken. 't welk in omvrage gebracht, en-
de daerop rypelyk gedelibereert wefende, is ver-
ftaen, dat het renoveren ende executeren der
Placcaten een fake is der politie ende niet der
%rke. Dat de judicature ende executie van dien
"iet den Heeren Gecommitteerde Raden , die
geen Jurisdictie in defen deele hebben, maer den
Magiftraten der Steden daer de Conventiculen
gehouden worden, competeert: Dat d'ervaren-
heyd niet alleen van de eerfteChriften tyden,maer
oock van defe Landen, foo in 't begin van den
oorloge als naerdefelve genoegh geleert heeft,
dat de gemoeden der menfehen in faecken des
gelooffs, door geeftelyke wapenen moeten ge-
leyt, maer door geen placcaten gedwongen kön-
nen worden. Dat het onftichtelyk ende contra-
rie het beroep derPredicanten is, de Magiftraten
tot executie van placcaten tegen Chriftgeloovi-
ge, die in 't gevoelen van haer verfcheelen, aen
te manen. Datfe door foodanige follicitatien hun-
lieder eyghen Vergaderinge doen affnemen, en-
de de publique Kerke daerdoor afbreek doen. Dat
men gefien heeft, dat, foo lang men in't houden
der voorfz. byeenkomften geconni veert heeft > het
Land,ende infonderheyddefe Stadtin rufte, vre-
de ende eenïgheyd geweeft fyn; datfe integendeel
foo lange de executien duurden in continuele be-
roerte ende muyterye gefteken hebben. Ende fyn
dienvolgende de Gedeputeerden gelaft,de predi-
canten die ter Vergaderinge dienaengaende nieu-
we follicitatien fouden mogen doen , nas huys
te wyfen. Ende de voorfz. ende andere Confide-
ratien ter Vergaderinge voor te ftellen, ende al-
daer te doen examineren. Doch even verre fy
merken, dat men met meerderheyd van ftemmen
den predicanten foude mogen toeftaen om haer
voorfz. verfoekter Generaliteyt te mogen doen,
füllen de Gedeputeerde de Vergaderinge voor-
dragen , dat fulx de fouveremiteyt ende hoogheyd
van't Land ten hoogften prejudiciabel ende na-
deeligh is, ende verfoekendat denfelvengelieve
in ferieufe bedenken ende deliberatie te nemen
off in de tegenwoordige gelegenheyd van tyd foo-
danighe renovatien ende executien dienftigh fyn.
Ende by aldien men echter daertoe met plurali-
teyt van ftemmen foude willen refolveren, ful-
lenfe de overftemminge fien te weeren, daerte-
gen protefteren ende de proteftatien doen regis-
treren. Indien men ook foude meynen met meer-
derheyd van ftemmen, ende tegens dank ende
wil van de Magiftraet van den Hage ende van 't
Hof f den welken de judicature ende t: recht van
dien toekomt) de Gecommitteerde Raden tot de-
molitie vande plaetfe der Remonftranten te las-
ten fullenfe foodanige overftemminge mede niet
Yyy 3                                                       ge-
-ocr page 594-
2a8 AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN. II.Deel.
heylen,die daeruytfouden mogen ontftaen, teBYi>4'
myden, alhier geen renovatie nochte executie gen
der zelver zal doen, nochte gedogen gedaen te L'. C*
worden. Sullen vorder fyn Prc.Extie.hare con-
fideratien ende proteftatien, ende die ongelegen-
heyt daer uyt te ryfen reprefenteren, ende den-
felven gedienftelyk verfoeken, dat zyne Doorl.
niet gelieve fich totte executie van dien te laten
bewegen ende imploieren.
Bylaa- gedoghen,ende, in gevalle van doordringinge,
gen daer tegens als vooren mede protefteren, ende
Lr. C. de proteftatie in aftis doen infereren. Wat voorts
de renovatie ende executie der Placcaten be-
langht, daer tegen fullenfe de voorverhaelde en-
de andere Confideratien bybrengen, ende indien
men evenwel daer mede deur wil, van defer
Stede wege verklaren, dat men verftaet, dat het
de ruft ende vrede defer Stad foude troubleren,
ende dat men daeromme, ende omme alle on-
-ocr page 595-
5 29
TWEEDE         DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
AMSTERDAM.
VYFTIENDE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van het jaar 1632,
tot bet jaar 1649.
hierna, troffen de twee Steden, desaangäan- 1634.
de, eene Overeenkomft, die, op den zeven-
tienden July, door eene willige Condemnatie
van den Hoogen - Raade, werdt bekragtigd
(d). En 't leedt niet lang, of de vaart en
weg werden voltrokken.
Den twee-entwintigften January deezesDeStad
jaars 1632, was de Koningin van Boheemeftaat P*1"
wederom bevallen van eenen Prins , dieter ovex
Guflaaf Adolf genaamd, en, door de Staaten anderea
van OveryiTel, de Stad Amfterdam, de Prin-Prins
fes van Oranje en de Vrouwe van Bredero-van Bo*
de, ten doop gehouden werdt (e). Deheeme'
Vroedfchap deezer Stad hadt reeds befloo-
ten, den jongen Prins tot eene pillegave te
vereeren eenen Lyfrentebrief van zeshon-
derd guldens's jaars, leggende in eene doos
van vyftienhonderd guldens; endaar eenge-
fchenk van vierhonderd en vyfb'g guldens in
de Kraamkamer by te voegen (f). De Ko-
ning , kort hierop, naar Duitfchland verreisd
zynde, overleedt te Ments, op den negen-
entwintigften November (g).
De Staaten der Vereenigde Provinciën Hande-
waren, omtrent deezen tyd, in onderhande- üng met
ling over vrede met de Spaanfchen, en te Frankr5'k
gelyk met Lodewyk den XIII., Koning vanf" Span"
Frankryk, over een befchadigend verbond. '
De handeling met de Spaanfchen werdt, ein- ^j™
delyk, afgebroken, op den zeftienden De-
cember des jaars 1633; doch die met Frank-
ryk werdt toen, met meerder ernft, hervar.
Éindelyk, werdt men 't eens, op één punt
na, waarop het Franfche Hof zeer gezet
fcheen. De Koning vorderde „ dat de Staa-Frank-
„ ten zig verbonden, om niet zonder zyne ryks
„ toeftemming te verdraagen met Spanje." voorflag.
De
(d)   Groot-Memor. N. 1Xt.fi Ü9 W», 133. Zh «^
Privileg vin Haail- tl. 468, 47°, 474.
(e)  LAMPE Vcrv. op WAS«ENASRXX[. De«/, ƒ. 46 verfa.
(f)  Refol. Vroedfcli. N. i«. '9 Jan. icn, ƒ. iis v,rft,
r£)
AITZEMA I. Deel, H, U«I.
ZZZ 2
tft».
klttogt
De veldtogt des jaars 1632, die Maas-
tricht en verfcheiden' andere Steden
i
1 enue
ee aan de Staatfche zyde overbragt, gaf gele
genheid tot den uittogt van twee vendelen
Amfterdamfche fchutters , die , onder de
Kapiteinen Willem Bäcker en Dr. Allard Kloek,
beide Schepenen en Raaden, Honden; den
vierentwintigften Auguftus, op 't Prinfenhof,
gemonfterd , en drie dagen laater, inge-
fcheept werden naar Nieuwmegen, daar zy
in bezetting bleeven tot op den zesden Oc-
tober: wanneer zy herwaards keerden, en
bedankt en betaald werden (a).
Fredrik, Paltsgraaf aan den Ryn, geboo-
ren uit eene Dogter van Willem den I.,Prin-
fv5n n~fe van Oranje, Louife Juliana genaamd, was,
^ee. in 't jaar 1619, tot Koning van Boheeme
ee'op verkooren; doch, in't volgende jaar, door
*6narei~'t verloop zyner zaaken, genoodzaakt ge
worden, de wyk te neemen naar Holland,
't;'"il
Ily hieldt, federt, eenige jaaren agtereen,
zyn gewoonlyk verblyf by Reenen. In ja-
nnary des jaars 1629, was hy , met Prins
Henrik, zynen oudften Zoon, op reis ge-
gaan naar Amfterdam, om den fchat te zien,
die op de Zilvervloot veroverd, en herwaards
gebragt Was. Te Haarlem gekomen, ftak
het Vorftelyk gezelfchap van land met ee-
ne Veerfchiüt, fchoon het een ftorm waaide.
Doch in de Hollefloot, werdt de Veerfchuit
overzeild van een' dryver, en liep terftond
Vol waters. De Koning werdt gebergd in
%
den dry ver. Doch de Prins en drie Edelen
*ar- verdronken (b). En veelligt heeft dit onge-
^l\ Va'> onder anderen, aanleiding gegeven tot
V' en het maaken der nieuwe Vaarte, Frek- en
SS dam.
enweS tuiTcheri Haarlem en Amfter-
waartoe, den vierden April des jaars
%," l63», Oclxoi verworven werdt (V). Kort
itl Z,U Co-MMELIN, hl. 821.
,( < uITJKM* I- D"<> hl- "3.
(c) Handy hi. ,z, r,,« i
I. STUK. tïf-[r,é,J
-ocr page 596-
II. Deel.
AMSTERDAMS
53°
„ Zo men 'er egter mede voort wilde, dan ïo34'
protefieerden zy , uit den naam hunner
Principaalen, dat zy daaraan part noch
„ deel wilden hebben, en dat zy 's Lands
„ vryheid, die den voorouderen zo dierbaar
„ geweefl was, en ons niet minder dierbaar
„ behoorde te zyn , ten hunnen opzigte,
„ door zulke nadeelige verdragen, nietzou-
„ den laaten befnoeijen. Ook wilden zy niet,
„ dat hun geweeten werden de ongemakken
„ en rampen, die,uit zulk eene verbindte-
„ nis van's Lands Vryheid en Geregtigheid,
„ te wagten waren; van welke hunne Ver-
„ klaaring zy verzogten, dat openlyk aan-
„ tekening gehouden werdt («)." Dordrecht
hadt zig, reeds te vooren, omtrent op ge-
lyke wyze, verklaard. Rotterdam en Alk-
maar voegden zig by deeze Steden (k) : al 't
welke van dit gevolg Vas, dat het Verdrag
eerfl met eenige verzagting gefield, en in
't jaar 1635 zulks veranderd werdt, dat bei-
de Frankryk en de Staaten zig verbonden ,
niet met Spanje te zullen fluiten dan geza-
menlyk, en met gemeen goedvinden (/) ;
waardoor 's Lands Vryheid en hoogheid
volkomenlyk bewaard bleeven.
Het toeneemen der Stad, federt de jong- Een'^
fle Vergrooting, gaf wederom (m) aanlei- n[f$)t'
ding tot het flerk toeneemen van het getal „op
der kinderen in het Burger-Weeshuis alhier. f et o"1'
De Regenten, bedugt, dat hunne inkomflen, vairéi.
door den tyd, niet mogten toereiken, totvan^
het onderhoud der arme Weezen, verzog- ^eI^t
ten, in den aanvang deezes jaars ,, dat het 'w^s'
„ getal der jaaren, binnen welken zy gehou- huis
„ den waren kinderen in te neemen, vermin- dep,
„ derd, en dat van de jaaren, die de Ou-Su'
„ ders Poorters geweefl moeflen zyn, ver-
„ meerderd mögt worden: ook dat zy ont-
„ flaagen mogten zyn van hetinneemenvan
„ lamme, kreupele, blinde, malle en krank-
„ zinnige kinderen." Voorts, vraagden zy ,
„ of kinderen, welker Vaders 't Poorterregt
„ behuwelykt, doch geenen Poorterseed ge-
„ daan hadden, of het doen van welken eed
„ nog geene zeven jaaren geleeden was,
„ wel tot het Weeshuis behoorden?" Ein-
delyk, gaven zy in bedenking „ of de prys
„ van 't Poorterregt niet een weinig dien-
„ de verhoogd te worden: alzo het, door
„ arme luiden , veeltyds , gekogt werdt,
„ eeniglyk, op dat hunne kinderen, na hun
„ overlyden, in't Weeshuis zouden kon-
„ nen komen?" De Vroedfchap befloot,
op dit verzoek, den vierden January deezes
jaars
(i) Refol. Vtoedfch. N. 17. 18, 29 Jan. 7,14. li Vebr,
I«34. ƒ. 33,34 verfo, 3S, 3«. Zie 00^ AITZEJIA U. £>«/,
tl. 94.
(k_) AlTZI.MA II. Deel, hl. 93 , 94-
(Ij Vadeil. Hift- XI. Deel, hl. 186, 198.
\m) Zie II. Deel, VI, Beel^ *'• zSo.
1633. De meefle Provinciën, en de Prins van O-
ranje zelf, zig vleijende met de hoop, dat
Lodewyk de XIII. tot eene openbaare vre-
debreuk met Spanje komen zou,verflonden,
dat men,op deezen voet, met Frankryk be-
Amfter- hoorde te fluiten. Maar eenige Leden van
dam kant Holland oordeelden, dat zulk een Verdrag
'er jjfS . ftreedt met 's Lands hoogheid (Ä). De Af-
Sn gevaardigden der Stad Amflerdam, altoos
1634.. bezorgd voor het handhaaven van's Lands
geregtigheid, verklaarden, op den vieren-
twintigften February des jaars 1634 , ter
Vergaderinge van Holland,, datzybefpeur-
„ den, hoe eenige Leden der Vergaderinge
„ genegen waren, zeker Verdrag met Frank-
„ ryk aan- te gaan, op bezwaarlyke voor-
„ waarden, en (trekkende tot vermindering
„ van de Souverainiteit en Vryheid des
„ Lands, en tot verbreeking van voorgaan-
„ de inzigten en Refolutien, plegtiglyk ge-
„ nomen by de Regeeringe van Holland en
„ Weftfriesland, van welke Amflerdam, en
5, de andere Steden, die met deeze Stad
„ eens waren, aanzienlyke Leden waren;
„ in welk gewigtig fluk, dat, naar 't oor-
„ deel der overeenftemmende Leden zelven,
j, ter wederzyde , zeer bedenkelyk was ,
„ men nu, met eene meerderheid van eeni-
„ ge flemmen, zogt te befluiten. Dat zy,
„ hierom, op uitdrukkelyken lafl hunner
Trincipaalen, verklaarden, genegen te zyn
„ tot een nader verdrag van vriendfchap,
„ goed verflandenonderlingenbyflandmet
„ de Kroone van Frankryk, mids zulks ge-
„ fchiedde buiten vermindering van de Vry-
,, heid en Souverainiteit deezer Landen,
„ waarvoor, voorheen, zo veel gedaan en
„ geleeden was. 't Was, oordeeldenze,
„ veel beter, by deeze Regeering, op eene
„ buitengewoone wyze, zo veele middelen
„ te vinden, als het gemelde Verdrag aan
„ den Staat toebrengen zou, dan dat men
„'s Lands vryheid zou laaten krenken. Doch
„ zo deeze reden den overigen Leden niet
„ gewigtig genoeg fchynen mögt, en men,
„ desonaangezien,met het fluiten van zulk
,, een Verdrag, zou willen voortgaan, ver-
„ klaarden zy, lafl te hebben, om den an-
„ deren Leden te kennen te geeven, dat zy
„ in een verdrag op den gemelden voet niet
„ mogten noch zouden bewilligen; dat het
„ ook niet in de magt der overige Leden
„ flondt, öm, in zaaken, die de Souverai-
„ niteit en 't hoogfte gezag der Regeeringe
„ betroffen, tegen 't gevoelen van zulke
,, aanzienlyke Leden, te befluiten met meer-
„ derheid van flemmen; daar, in veel min-
„ dere zaaken, de middelen en bewilligin-
„ gen aangaande, geene overflernming viel.
(h) Vadeil. Hift. XI. Deel, U. 173, I83ji84.
-ocr page 597-
XV. Boek.
GESCHIEDEN*! SSE N.
531
ï634> jaars „ dat de jaaren, binnen welken het
„ Weeshuis verpligt zou zyn, kinderen in té
„ neemen, op twaalf, en de tyd van 't Poor-
„ terfchap der Ouderen op zeven, gelyk van
de gevaarlyke kwaal zig te Leiden geopen- tftf \
baard hadt, zorgde men, hier, om dezel-
ve buiten de Stad te houden; doch alle voor-
zorg was vergeefs. De peft kwam hier zo
fterk als elders. De Wethouderfchap ver-
nieuwde en vermeerderde de voorige Peffc.
keuren, en verboodt, onder anderen, ge.
lyk voorheen ook gefchied was, het verkoo-
pen vanfpenagie, pruimen, konkommers; en
wortelen, raapen en radyzen met het lof (ra).
Eenigen hebben der moeite waardig ge- Een
agt aan te tekenen, dat zig, omtrent Ocio- vreemde
ber deezes jaars, een vogel, wat grooterv°§e'
dan een gans, graauwagtig van verwe,om-^aop
trent drie weeken agtereen, 's avonds met het kruis
zonnen ondergang, plaatfte op het kruis van van den
den tooren der Oude Kerke, waarop hy, den Oude-
gantfehen nagt, bleef zitten, houdende hetKerks,"
gezigt naar 't werten, daar hy 's morgenstooreu'
heenen vloog; komende, den volgenden a-
vond, ter zelfder ftede, uit het ooflen te rug.
Zulk esn ongewoon verfchynfel bragt de*
nieuwsgierige menigte op de been, die 'er
allerlei voorlpellingen uit maakte, fchoon
'er niets byzonders op volgde. Eindelyk,
deedt de Regeering, voor opfehudding be-
dugt, den vogel doorfchieten (x). 't Is niet
onwaarfchynlyk, dat dit dier, gewoon op
doode lighaamen te aazen, in deezen Peffc-
tyd, op den reuk der overleedenen aan de
peft afgekomen is.
In 't voorleeden jaar 163.?, hadden deAmfter-
Sinoden van Zuid- en Noordholland, in eendam
Vertoog aan de Staaten van Holland, ern-™*^
ftelyk geklaagd, over de ftoutheid en bui- heidTif *
tenfpoorigheid der Pausgezinden, met aan-het ver-
tuiging, dat zy onfchuldig wilden gehouden nieuwen
worden aan de nadeelen, die daaruit, voork^tena"
Kerk en Staat, te dugten waren (V)> Entegencje
deeze klagten waren van dit gevolg geweeft, Roomfch
dat het Hof Provinciaal de Steden, en ook gezin-
Amfterdam vermaand hadt, tegen de By-den-
eenkomften der Roomfchgezinden, met het
gene 'er aan vaft was, te waaken. Onder-
tuflehen, hadt het oefenen van nieuwe ftreng-
heid tegen de Roomfchgezinden, in den te-
genwoordigen toeftand des tyds, merkelyke
zwaarigheid in. De Staat ftondt in verbond
met Frankryk, eene Roomfchgezinde Mo-
gendheid. Men was, daarenboven, in of
omtrent November des jaars 1635, weder-
om in onderhandeling getreden met de
Spaanfchen (z): en beide deeze aanmerkin-
gen woogen zo veel by de Vroedfchap dee-
zer Stad, dat zy, na herhaalde raadpleegin-
gen , in den aanvang des jaars 1636, be-
6
                           *                        floot
O») Keurb. L. ƒ. 3 verf», 10. **•
(X) DOMSEI.AAR VI. £"«.,"•»«• C°MMEUN,J;. ,„,,
(y\ Onparr. Chron. *'• 6I-
\i) Vadeil. Hift. XI. Ditlt H. ZIJ,
Zzz 3
5'
ouds, bepaald zouden blyven; dat de ver-
pligting, om gebrekkelyke kinderen van
lighaam of geeft te ontvangen, ook bly-
ven zou, gelyk zy plagt; dat zulken, die
aan Poortereffen gehuwd waren, Poorters-
J'
eed doen moeften, om voor Poorters ge-
houden te worden, en hunnen kinderen
„ regt te laaten, om in 't Weeshuis te wor-
s, den ontvangen; en dat het Poortergeld van
„ dertig op veertig guldens verhoogd zou
„ worden,welketien guldens aan'tWeeshuis,
j, boven 't gene het reeds uit het Poortergeld
3, genoot, zouden worden toegevoegd («)."
Ten deezen tyde, werdt, by den Raad,
iehsing
voor 't eerft, geraadpleegd op het aanlan-
den van een Eiland, in de nieuwlyks ge-
maakte Oude-Zyds-Waale,en van de uitge-
«5
»Ei-
baggerde ftoffe: welk niet alleen dienen zou,
om den flag van't water in de Waaletebree-
ken; maar ook tot de maft-neeringe be-
kwaam zyn (o). Doch daar verliepen nog
eenige jaaren, eer zulks voortging, en het
fchoone Mewae-Waals-Eiland aangewonnen
werdt. In'c jaar 1645, was het inftaat,
om aan erven uitgegeven te worden (_p),
gelyk, eerlang, gefchiedde (7), onder voor-
waarden , dat aldaar geene Brouweryen ,
Branderyen , of Smeerlmelteryen zouden
mogen worden opgeregt (r). Ook werdt
het verzoek der Weftindifche Maatfchap-
pye, dat aldaar, op Stads koften, een nieuw
Weftindifch Huis mögt worden gebouwd,
van de hand geweezen (Y). In 't jaar 1650,
werdt gekeurd, dat de rioolen aldaar niet
laager leggen mogten dan die der gemeene
ftraaten (t).
In 't jaar 1635, openbaarde de Peft, die
na 't jaar 1625 niet gewoed hadt, zig we-
derom in Holland, metnaame te Leidenen
hier ter Stede, daar altoos groote overvloed
van geringe ingezetenen plagt te zyn, onder
welken deeze kwaal meeft heerfchte. Te
Amfterdam, ftierven, in dit jaar, agtduizend
een honderd zeven en zeventig menfchen.
Doch ten naaften jaare, fleepte de befmet-
telyke ziekte, hier ter Stede, wel zeventien-
duizend een honderd drie en negentig; an-
deren fchryven zeventien duizend vy f hon-
derd en twee (u) menfchen weg (v). Zo dra
lV4.
*n
M.
fc
i635.
16
3<5.
(n) Refol. Vroedfch. N. 17- 4 J"n. 1634- ƒ. 30 verfe
3l verfa. Zie oo{ Handv. hl. 124, Z7S- [183, 388.]
\vj i\eiuj.   viucuicu. ±\. *. _
(p) Refol.  Vioedfch. N. 19. 20 Nov
<s34. ƒ. 32.
. I(tdf. f Ai ^trrCo.
1*45. f,67 verf).
(?) Zie I.   Deel, II. Boek,, hl. 47.
* -           . r i                  .i.-.i »■. _. -ö.„
('.) Refol. Vroedlcli. N. 19. 5 ?<"«• !*■<«. ƒ. 71 verft.
(•) Refol. Vroedlcli. N. 19. 1° Jan' KS46. ƒ. 72.
y) Handv. hl. 994. [>97.]
(") Onpartyd. Clrrofl. hl. 68.
(*J DOMSELAAll VI. Betk,, hl. 444. COMMBLIN, W. II »o
-ocr page 598-
R D A M S            II. Deel.
„ zogt werden, partyen te willen bevredi- 163/'
„ gen. Ondertuflchen, magtigden zy de
„ planters, om de verkogte Tulpen , ten
„ lafte van de koopers, op nieuws, te mo-
„ gen verkoopen, en hunne fchade op de
„ koopers te verhaalen, in geval verftaan
„ mögt worden, dat de koop van waarde
„ was, blyvende, midlerwyl, alle andere
„ verdragen van voorkoop van Tulpen op-
„ gefchort, en in hun geheel (Z>)."Sedert,
verviel de luft tot den Tulphandel t'eene-
maal. De meefte handelaars waren luiden
geweeft van klein vermogen, die, door hoop
op winft bekoord, hun gewoonlyk beroep
verlaaten hadden, om gemakkelyk en fpoe-
dig ryk te worden. Doch het fchielyk daa-
len der koopmanfchap was oorzaak, dat de
meeften blyde waren , dat zy 't verlaaten
beroep wederom konden ter hand flaan (c).
Toen de Lief hebbery op 't hoogft was, hadt
men, ter Vergaderinge van Holland, reeds in
overweeging genomen, om eenen Impoft te
leggen op de bloemen (d); doch de fchie-
lyke daaling derzelven maakte, dat men 't
uit den zin ftelde.
De Eigenaars der Landen, in en aan de Ka^ j«
Duivendrechtfche Polder, bevonden heb- lan|^ä
bende, dat die landen, federt het bedyken s^',
der Diemer- en Bylemer-meeren, meer danfteis $
voorheen, met water belaft werden; en dat leg^*
de gewoonlyke Kade het winterwater niet
van 't Land houden kon; hadden, reeds in
't jaar 1636 , beflooten, eene bekwaame
Kade te leggen langs de ooftzyde van den
Amftel, tot aan of omtrent Ouderkerk toe.
Zy verwierven 'er, den twee en twintigften
January deezes jaars, Oflxoi toe van's Lands
Staaten (e). Op den eeriten Auguftus des 0^
jaars 1638,kwamen dezelfde aangelanden, eeI"V
met de Steden Amfterdam en Weesp, over- ^ $-,
een, om de bruggen, leggende in den weg ^»g fy
tuffchen Amfterdam en de Diemermeer- fcb^n
brugge, en den verderen weg, ter breedte stapi«'
van vyftig voeten, te onderhouden, op zulk Lv
een' fchouw, als daarop, van hooger hand, 'me^s,
gefteld zou worden, mids de twee gemelde br«$j#
Steden het onderhoud van de fchoeijingee"v/
langs den Amftel aan de ooftzyde, met de l^e$'
buitenvleugels van de bruggen, en twaalf
voeten wegs daar nevens, tot een trekpad
tuflchen Amfterdam en de Diemermeer-
brugge, zo ver als de Steden dien weg zou-
den goedvinden te gebruiken, ten haaren
lafte namen (/).Doch kort voor dat deeze
overeenkomft getroffen werde, waren de
twee
(h) Zie Groot-Phkaatb. II. Deel. kol. jj«,.
(c)   A1TZEMA II. Deel, bl. 503, 504. DoMSELAAR VI-
Boel^, '"'• !!). COMMELIN, bl. IIIO.
(d)   B-cfo!. Holl. + Maj 1673. bl. 8+.
(e)   HanJv. bl. 347.
(f)   Handy, bl. 347.
532                 A MST E
1636. floot „ dat men, uit aanmerking van dete-
„ genwoordige gefteldheid der zaaken van
„ 't Land, daar men met den Koning van
„ Frankryk in verbond, en met den vyand
„ in handeling was; ook ten aanzien devoo-
„ rige Plakaaten, op dit Huk gemaakt,be-
„ ftand genoeg waren tot weering der Room-
„ fche Conventiculen, geene verandering of
„ vernieuwing der Plakaaten doen zou;
„ maar den Baljuwen en Schouten alleenlyk
„ aanfchryven, dat zy, met de uitvoering
„ der oude Plakaaten, naar den inhoud der-
zelven, zouden hebben voort te vaa-
„ ren <»."
Wind- Eene zonderlinge drift tot Windhandel in
handel Tulpen beheerfchte de ingezetenen van
in Tul- Haarlem en van deeze Stad, ook van an-
ternste-er^ere Steden enPlaatfen van Holland, in den
de. Herffl deezes jaars. Oud en jong, man en
vrouw, klein en groot ftak zig in deezen
handel. De prys der Tulpen werdt, door
de ftreeken van eenige handelaaren, gewel-
dig hoog opgejaagd, 't Gene eerfl een of
twee guldens gekoft hadt, werdt, dikwils,
na weinige dagen verloops, honderd en meer
guldens waardig. Na de laatfte planting in
October, verkogt men de bollen, te ont-
vangen, of terftond, of in't volgende voor-
jaar. Eene Tulp, de Admiraal van Enkhut-
zen
genaamd, werdt, te Alkmaar , voor
vyfduizend guldens verkogt. Men woog
eikanderen de bollen en bloemen by aazen
toe. Een bloem van vier aazen, Gouda ge-
naamd, werdt eerft om twintig,daarna om
twee honderd vyf en twintig guldens verkogt.
De flegtfte Tulpen, die men plagt uit te
rooijen en op den mefthoop te werpen, wa-
ren nu geld waardig. En deeze drift naar
winft viel voor in eenen tyd van zwaare il erf-
te in verfcheiden' Steden, met naame te Am-
jgoy fterdam. Doch tegen 't volgende voorjaar,
toen de gekogte bloemen ontvangen moes-
ten worden, waren veelen buiten flaat om
te betaalen,'t gene zy gëkogthadden. Hier-
uit , en uit andere oorzaaken, reezen verfchil-
]en tuflchen koopers en verkoopers, in on-
derfcheiden' Steden, en onder anderen in Am-
fterdam; die zig, met verzoekfchriften, ver-
Orde , by voegden aan de Staaten van Holland: en
de Staa- deezen, den raad van den Hove Provinciaal
ten van hebbende ingenomen, verftonden, den ze-
rrïd ven en twintigften April „ dat zy en't Hof,
U ad I ULI                               r* 1 1,            -1                 1
gefield, » vooraf, benoorden onderregt te zyn,we-
„ gens den oorfprong en tyd der groote ry-
„ zinge en daalinge in de Tulpen, en het
„ getal der handelaaren in de byzondere
„ Steden: 't welk zy meenden bekwaamfl
„ door de Wethouders derzelven te zullen
können gefchieden; waarom dezelven ver-
(«) Refol. Vtocdfch. N. 17. z% J*n. iSi«. ƒ. n*.
-ocr page 599-
XV.Boek.           GES C H I E D EN I S SE N.
533
t6'o?. twee Steden ook met de Hoofd ingelanden, De Nederdukfche -Akademie, aan de 1607
Dykgraaf en Heemraaden van de Bylemer-
  weftzyde der Keizersgraft,tiuTchendeRun De
Meer overeengekomen, wegens het gebruik
   en Beerenftraaten, waar eenige Liefheb- Schouw-
van de nieuwe Vaart en Weg, door die van
  bers der Taal- en Digtkunde, federt twintig burg
de Bylemer-Meer gemaakt; welken, door de
  jaaren, Treur- cnBlyf|>elen lieten vertoonen, w°irdt
twee Steden, onderhouden moeften worden
  redevoeringen uitfpreeken, en andere nutte bouwd.
(g). Eenige maanden te vooren, op den vyf-
  konften oefenen, was, voor eenigen tyd, in
tienden Oétober des jaars 1637, verwier-
  bezit geraakt van de Regenten van't Wees«
ven Amfterdam en. Weesp Oclroi tot het
  enOude-mannen-huis,die,op deplaatsder-
maaken van eenenTrekweg én Voetpadtus-
  zelve, eenen geheel nieuwen Schouwburg
fchen de tweeSteden, en tot het opftellen
  deeden fügten, welke, in dit jaar, volbouwd
van eene Gabelle, om de koften te vinden,
   werdt. Het Treurfpel van Joost van den
gerekend tegen den penning twintig; welke
  Vondel, Gysbrecht van Aemßelgenaamd,
gabelle, door beide de Steden, ieder voor
   was het eerfle, welk, omtrent den Kerft-
de helft, genooten zou worden (h). De
  tyd deezes jaars, op het nieuw Tooneel,
Regeering van Weesp hadt die van Am-
   vertoond werdt. Men fpeelde hier, federt,
fterdam., al voor lang, aangezogt, tot het
  tweemaal ter weeke. De Regenten der twee
maaken van deezen trekweg, eer 'er, by
  Godshuizen gaven het opzigt over 't Too-
de Vroedfchap , op beflooten geworden
  neel aan eenige liefhebbers der konfte die
was (ï). In't jaar 1655, verkreegen de twee
  jaarlyks, by hen verkooren, en Hoofdendel
Steden Oclroi om, boven de gemelde Ga-
  Schouwburgs genaamd werden (0). 't Ge-
belle, die van de Paffagiers met de Trek-
   bouw is, tot heden, in ftand gebleeven;
fchuit werdt gevorderd, nog een fluiver te
   fchoon 'er, in 't beftier van 't zelve, nu en
mogen heffen van eiken wagen, die langs
   dan, verandering gekomen is.
bss den trekweg gevoerd werdt (£).
                      DefmaalrinTooneel-konftheerfchtethansDe Ko~
'i)^ De Stad Amfterdam bezat, ten deel e,inge-
  zeer, hier ter Stede. Menzag'erongémeeneni,1§in"
j^tige volge vanden afftand der Geeftelyke goede-
  blyken van, in't volgende jaar, toen Maria^T^'
An. ren , ten deele, door aankoop (/), eenige Lan-
  de Medicis, Koninginne-Moeder van Frankryk, Frauke
\l^ deryenindeHolendrechtfche Polder, gelegen
  werdt ingehaald. Die Vorftin hadt zig, reeds 7k, Ma-
fVt' tufichen Ouderkerk en Abkoude; en was,
   eenige jaaren, in Brabant onthouden, alzoPi1 ,de.
{Sou reeds in 'c Jaar l633> met de overige inge-
  zy het Hof van den Koning, haaren Zoon, J^rdtT'
'blanden van de Polder, overeengekomen,
  door beleid van den Kardinaal de Richelieu, te Am-
\^ om dezelve met eene Kade te fluiten, en,  die 't Ryk regeerde, hadt moeten verlaatend fterdam,
jNe doormiddel vaneen' agtkanten watermolen,
  In den Zomer des jaars 1638, begaf zy zigPraSdS-
»i^e. droog te houden. Doch alzo de ingelanden
  naar Holland, met oogmerk om der Staaten If^gen"
tof/fer geene geregtelyke magt hadden, om boeten
   bemiddeling te verzoeken, in de gefchillen 1638."
fydgc te vorderen, en de onwilligen tot het on-
  tulfchen haar en den Koning, haaren Zoon.
r' derhouden der Kade en wateringen, en tot
  Terwyl zy zig hier ophieldt, deedt zy een'
het opbrengen der verdere Polderlaften te
  keer door de voornaamfte Hollandfche Ste-
tedwingen , verwierven zy gezamenlyk ,
   den. De Wethouderfchap van Amfterdam,
den tienden July deezes jaars, Oclroi van's
   van haaren toeleg verwittigd, hadt de ver-
Lands Staaten, om jaarlyks uit hun lighaam
  eifchte voorbereidfels gemaakt, om haar
Vier Perfoonen te kiezen, drie van welken
  Vorftelyk in te haaien. Zy reedt,den een
de regtfpraak der breuken hebben zouden,
  en dertigften Auguftus, uit den Haage, en
terwyl de vierde, zyndede oudfte indienft,
  kwam, des avonds, te Haarlem. Burge-
de uitfpraak der drie anderen ter uitvoerin-
  meefteren van Amfterdam zonden, terftond,
ge leggen zou, zonder de hulp van eenige
  den Penfionaris Willem Boreel derwaards,
andere officieren, of eenige verdere regts-
  om haare Majefteit te verzoeken, dat zy de
v,.\ Pleeging te behoeven (m).
                          Stad met haare tegenwoordigheid vereeren
*tef- Op Kers nagt deezes jaars, rees het zee-
  wilde, haar keuze geevende, om zulks, te
^ater, met eenen Noordweitelyken wind
  water ofte lande, te doen. Zy verkoos het
^p buijig-weder, zo hoog voor de Stad, en
  laatfte , en vertrok , op Woensdag , den
^r°ng met zo veel gewelds naar binnen,
   eerften September, herwaards, verzeld van
at men, des morgens, met fchuiten door
  de Prinfefïe van Oranje, en van een' aan-
v Scheiden' ftraaten voer (n).
                      zienlyken ftoet van adelyke Heeren en Vron-
ft Handv. hi. 4,2. [ijs.]
                                 wen. Omtrent het Huis ter Hart,lag eene
CO 2ïïd,',i'- ft'; [ v8'] « «.-.«,'«.,
   ëro°te menigte van fpeeljagten , langs 't Y
X'vTfi. utverfi. *
        derwaards gezeild, en fierJyk uitgeitreeken,
r^N root Memor. N. lil. f. 124 vsrfe, Ut.
met vlaggen en wimpels. E en der pragtigften
00                                               * O O- .
&»> Handv. hl. 43S.
x * UOMitiAARYI.*,^, hl. ^■H.COMMi.LlH,hl.i
was
«j. (,) voK»fi.s Leven, »'. »+« 40,
-ocr page 600-
II. Deel.
AMSTERDAMS
534
was, den eerften avond, Maria. Ten vol- iö3?
genden dage, leidden Burgemeefteren de
Vorltin door de Stad, en onder anderen
naar 't Ooilindifch huis, daar een banket
toebereid was , eeniglyk uit Indifche gewas-
fen en voortbrengfels beftaande. Öp den
derden dag, vermaakte men haare Majefteit
met nieuwe vertooningen, die, tuflehen de
Lange- en Doele - bruggen, daar de graft
breed is, op een Eilandje, uit de Veenen
derwaards gevoerd, in eenen nagt, vervaar-
digd waren. Het Vorftelyk gezelfchap en
Schout en Burgemeefteren zaten in eene
pragtige floep. Eri terwyl dezelve de Grim-
meneffe-fluis invoer, ging de Offenfluis,
daar regt over, open, en liet een'Neptuin,
op zynen wagen, die de gedaante van eene
fchelp hadt, door. Hy werdt van Merkuur
in eene kogge gevolgd: voor in ,zatdeAm-
fterdamfche Maagd, die de Koningin, met
een kort vers, begroette. De (loep , die
haar voerde, werdt toen geroeid naar de
noordzyde van 't Eilandje, daar, onder ee-
ne groote zeegeboog, nieuwe vertooningen
gefchiedden: eerfl, het Huwelyk van Fran*
cois de Medicis en Joanna van Ooftenryk,
Vader en Moeder der Vorftinne; en toen
Maximiliaan, Amfterdam befchenkende met
de Keizerlyke Kroone. Aan de zuidzyde
van 't Eilandje, wervvaards de floep toen
gevoerd werdt, zag men den elendigen ftaat
van Frankryk onder Henrik den III. , en
den bloeijenden onder Henrik den IV., in
vyf groptfche vertooningen afgebeeld. Toen
werdt het gezelfchap vermaakt door eenen
waterftryd , tuflehen tien matroozen , in
witte linnen kleedinge, met roode mutfen
op het hoofd ; die eikanderen met hand-
fpaaken te keer gingen, en uit de fchuitert
in 't water deeden tuimelen. Tegen den
avond, voer men, door de S. Antonis fluis»
naar 't Y: daar de Koningin, op de Ooftin-
difche werf, een fchip zag afioopen:'t welK
zy, op verzoek der Burgemeefteren, eenen
naam gaf, en Maria de Medicis noemde«
Voorts, voerde men haar-, hetY langs, naa^
de Zoutkeeten, van waar zy in de Prinfefl'
graft, eninhaareverblyfplaats te rug kwam-
Den volgenden dag, zynde Saturdag, ging
zy, in ftilte en onverzeld, eenïge winkels
bezoeken. Ook verleende men toen , op
haare bede , ontflag aan eenen gevangen»
die, tegen zyne meening, iemant, dooi' c
werpen van eenen fteen, gedood hadt. Op.
Zondag, den vyfden September, vertrok
het aanzienlyk gezelfchap wederom naar den
Haage. Burgemeefteren namen affcheid v^
de Koninginne , eer zy uit het Prinfenh^
tradt. Voorts, deedt men haar uitgeleide»
op gelykewyze als men haar ingehaald ha^»
QU
16^8. was v00r ^e Koninginne gefchikt, die egter
in 't rytuig bleef, en den dyk langs reedt,
tot aan de Vryheid der Stad, daar zy, door
éen Kornet Ruitery, uit de aanzienlykfte
Burgers kinderen beftaande, en geleid door
Kornelis van Davelaar , Heere van Petten,
ontmoet en begroet werdt. Zy werdt, door
de jonge Ruiters, ter Stad in geleid door
de Haarlemmer,- Poort, terwyl de klokken
geluid werden, en 't gefchut op de wallen
geloft. Binnen de poort, en langs deftraa-
ten, die de Vorftïn door moeit, Honden de
twintig vendelen Schutters gefchaard. De
Koningin werdt, aan de poort, verwelkomd
door den Kolonel Andries Bicker, Oud-Bur-
gemeefter , en de Burgerhopluiden Pieter
Reaal,
Ontvanger, Gerbrand 'Janszoon Pan-
cras,
Oud Schepen en Raad, en Jacob Bic-
ker,
Bewindhebber der Ooftindifche Maat-
ichappye. De floet, voorgereeden van de
Ruiters, en gevolgd van een gedeelte der
Schutterye, kwam langs den Nieuwendyk
op den Dam, en trok voorts, over den Mid-
deldam, door eene zeegeboog, die 't Kog-
gefchip, het oud zegel der Stad, droeg,
en waaronder de Bruiloft van Koning Hen-
rik den IV. met de Koninginne zinryk ver-
toond werdt. Wyders, nam het aanzienlyk
gezelfchap zynen weg door de Warmoes-
ftraat en Niezel, en voorts, langs de ooft-
zyde van den Fluweelen burgwal, tot voor
de oude Doeleftraat, daar eene andere ee-
renpoort ftondt, met eenen hoogen enfier-
lyk gefchilderden gevel, voor welken dit
halve vers van Vir gilius te leezen was: Lae-
ta Deum fartu : dat is, Zy verheugt zig, in
't voortbrengen van Goden.
Na 't opfehuiven
der gordynen, zag men hier de Koningin, in
de gedaante van Berecynthia, op. eenen zee-
gewagen, die, nevens haar, haare Vorfte-
lyke kinderen voerde, en door vier maag-
den , de vier weerelddeelen verbeeldende,
begeleid werdt. Tegen over den Wagen,
vertoonde zig wederom het Koggefchip ,
welk eene maagd voerde, Amfterdam ver-
beeldende ,. en zig eerbiediglyk buigende
voor de Koninginne,die, deeze vertooning,
met zonderlinge oplettendheid, befchouwd
hebbende , zig naar 't Prinfenhof begaf,
daar zy, door de vier regeerende Bürge-
meefters, Pieter HaJJelaer, Abraham Boom,
Antoni Oetgens van Waveren en Albert Koen-
raad Burg
, verzeld van de twee Penfiona-
riüen, Willem Boreel en Cornelis Boom, be-
groet werdt. Boreel voerde het woord. De
Koningin nam haaren intrek in 't Prinfen-
hof: de Prinfes van Oranje in 't huis van een'
voornaam' Koopman, Elias Trip genaamd.
Het wagtwoord werdt, door de Koninginne,
gegeven, zo lang zy in de Stad bleef,en 't
-ocr page 601-
GESCHIEDENISSEN.
XV. Boek.
535
^38, en langs den zelfden weg. De Heer van
Petten reedt, aan 'c hoofd der jonge Ruite-
rye, wederom voor,tot op de uiterftepaa-
ien van de Vryheid der Stede. Zykwam,
des avonds, te Leiden, en den volgenden
dag in den Flaage. Terwyl zy zig te Amfter-
damophieldt, hadt zy zig, door den beroem-
den Gerard Hondhorß, doen fchilderen, en't
af beeldfel vereerd aan Burgemeefteren (ƒ>),
die 't, naderhand,voor den fchoorfteen der
Secretarye van het tegenwoordige Stadhuis,
gonop te vatten tegen den Prinfe, als of 1638.
hy, door middel der Generaliteit, te veel Fr.1
gezags zogt over de byzondere Provinciën. Henrik.
En deeze argwaan fcheen meeft plaats te
vinden, onder de Regenten van Amfterdam
(r): op welken, zo men ftaat maaken moge, 'sPrinfën
op het gene, desaangaande, in de Brieven misnoe-
van den Franfchen AmbaiTadeur , Graave%en °P
d'Eßrades, verhaald wordt, zyne Hoogheid, Amfter-
ten deezen tyde, ook zeer misnoegd was.'t dam.
Zal der moeite wel waardig zyn, hier uit-
voeriglyk aan te tekenen, wat, desaangaande,
in deeze Brieven, gelezen wordt.
De Kardinaal de Richelieu, den twintig- Verhaal
ften April deezes jaars 1638, aan den Graave desaan-
d'Eftrades fchryvende, bediende zig, onder Srande,
anderen, van deeze woorden: „ Zeg aan "lt. de
„ den Heere Prinfe van Oranje, dat my varnevden
„ van Amfterdam berigt wordt, dat de Graave
„ Spanjaards aldaar , door tuflchenkomft d'Eftra-
„ van een' Koopman, Marcellus [Marcelis] des*
„ genaamd, die Agent van den Koningvan
„ Deenemarke is, driehonderd duizend
„ ponden buskruids gekogt hebben , die
„ naar Antwerpen gezonden moeten wor-
„ den (V)." De Graaf d'Eftrades antwoordde
den Kardinaal hierop, den negenentwintig-
ften, in deezer voege: „ Ik heb den Heere
„ Prinfe van Oranje gefproken van het be-
„ rigt, welk men Uwe Eminentie, wegens
„ dien Koopman Marcellus, gegeven hadt.
„ Hy zeide my, dat hy 't reeds wift, en
„ aan de Wethouderfchap van Amfterdam
„ hadt gefchreeven, dat zy hem zou doen
„ vafthouden, en te regt ftellen; waarop
„ hy antwoord verwagtte. De gemelde
„ Prins ontboodt my, den volgenden dag.
„ Ik vond hem zeer gramftoorig. Hyfmeec
„ den hoed op de tafel, en zeide my, dat
■„ de Wethouderfchap van Amfterdam een
„ uit de haaren aan hem gezonden hadt,
„ om hem te zeggen, dat zy, volgens zy-
„ nen laft, Marcelias ontbooden hadt, om
„ hem te ondervraagen aangaande zynen
„ handel met de vyanden van den Staat, en
„ zyn bevragten van fchepen, om buskruid
„ te brengen naar Antwerpen; doch dat hy
„ hierop geantwoord hadt, geene kennis
w van deeze zaaleen te hebben; dat hy Re-
n fident van den Koning van Deenemarke
„ was, aangaande den Koophandel op de
„ Ooftzee; wilde men dien af breeken, men
„ hadt zig maar te verklaaren, en hyzou,
„ terftond, naar den Koning, zynen mees-
„ ter, keeren. Voorts, werdt hy onder-
„ vraagd , aangaande zekere tienduizend
„ Ryksdaalders,doorhem geleend aan ee-
t, nen
fr) AITZEMA II. Deel, hl. 48S-4SO.
(,) Lettr. du Comoe d'£STRADES Tm. I. f, a«,
Aaaa
?"■
hebben doen plaatfen.
De zorg derRegeeringe van Amfterdam,
J^agt tot voorftand van den Koophandel der in-
foef gezetenen, gaf haar, omtrent deezen tyd,
^'g. gelegenheid tot klagten over de Regeeringe
van Dantzig, daar men den Hollandfchen,
en onder deezen , den Amfterdamfchen
Koopluiden , die zig aldaar hadden neder-
gezet, zeer bepaalde in hunnen handel, die,
door de burgers alleen, gedreeven werdt
met de bovenlanders; by welke burgers,
de Hollanders verpligt werden te koopen.
Doch de klagten der Amfterdammeren von-
den geheel geenen ingang (q). De Regeering
van Dantzig hadtvafbgefteld, haare burgers
De. boven vreemden te begunfligen.
S?ttad Uit dezelfde zorg voor 't belang des
|Hhj[ Koophandels, was ook het verfchil ontftaan,
ül' de welk Holland, en Amfterdam in 't byzonder
>iej>e. ten deezen tyde hadt, met de algemeene
%-^~ Staaten. Men hadt, ter Generaliteit, in 't
l*ïet. rvoorleeden jaar, bellooten, een vierde ge-
4tpS Veelte van de Convooijen en Licenten te
\^- verpagten, in verwagting, dat'er dan beter
^ tl1 gepaft zou worden op het behoorlyk invor-
Ciltent deren_ derzelven. Maar Amfterdam hadt
zigftêrk gekant tegen deeze verpagting, en
drie Raaden der Admiraliteit, die, in Juny
des voorleeden jaars, tot het doen der ge-
melde verpagtinge, herwaards gekomen.wa-
ren, daarin geregtelyk belet, hen doende
dagvaarden voor Schepenen der Stad. Hier-
uit rees gefchil met de algemeene Staaten,
die verftonden, dat de Raaden ter Admira-
liteit aan niemant dan aan hun verantwoor-
ding fchuldig waren. Maar de Staaten van
Holland, waarby die van Zeeland zig, eer-
lang, ook voegden , verdedigden die van
Amfterdam. Alle de andere Provinciën
vielen hun tegen. Men fprak,van 't gefchil
l? willen verblyven aan Prinfe Fredrik Hen-
tjk, die, 'kort te vooren, met den titel van
\, Zyne Hoogheid, vereerd geworden was. Doch
^ arS- 1h ,^taaten van Holland toonden daartoe
teS«ö °p A e genegenneid. Sommigen fchryven,
dat men, in deeze Provincie, argwaan be-
(Ji yO Zie c. EABLAUs Blyde Inkomft van Maria de Me-
s-Dapper hl. 25S-24S. aitzema lUUtel.tl, s+z-s-iS'
t?J Aitzema II. Veel, hl. 537.
*• STUK.
-ocr page 602-
II. Deel.
AMSTERDAMS
53Ö
nen Koopman, 'Byland genaamd, die de Collegie ter Admiraliteit, waaronder de by- la-
vier fluiten, gelaaden met buskruid, mus- zondere Collegien flaan zouden, en dus nog aan s
1638.
55
ketten en pieken, bevragt hadt. Hy be-
leedt, dat hy dit geld aan Byland geleend;
doch niet wift, wat gebruik deeze 'er
van gemaakt hadt. Men hadt, midlerwyl,
ook Byland in hegtenis genomen, die,
voor Burgemeefteren van Amflerdam ge-
bragt zynde, ondervraagd was over den
handel, dien hy met den vyand gehad
meer afhangen, dan zy reeds deeden, vari|
de algemeene Staaten en van zyne Hoog-
heid. De Staaten van Holland vonden veel
zwaarigheid in 's Prinfen voorflag, en Am-
flerdam meer dan de meefle andere Leden.
Dit gefchil komende by de voorigen, werdt
ter algemeene Staatsvergaderinge, in de te-
genwoordigheid van den Prinfe , op den
w
hadt. Hy hadt geantwoord, dat de Burgers zesden Februar y des jaars i639,beflooten,
van Amflerdam vryheid hadden, om overal eene aanzienlyke bezending te doen naar
te handelen; dat hy 'er honderd noemenkon, Amflerdam ; na 't overhaalen van welke
die de Antwerpenaars bedienden; dat hy 't Stad, men ligtelyk kans meende te zien, om
ook deedt; dat de Koophandel niet 'kon ge- de overige Leden van Holland, tot het ge-
flremd worden, en dat hy hun wel betuigen voelen der meefle Provinciën, te beweegen.
J5
wilde, dat, zo men om winfi te doen door
de hel vaaren moefl, hy'er 't zengen zyner
zeilen aan waagen zou
?" Dat de Heeren
van Amflerdam hem toen onfchuldig ge-
oordeeld hadden, alzo hy maar bedienaar
Tot deeze bezending werden benoemd de
Heeren Graaf van Kuilenburg , Noordwykt
Terefiein, van der Kamer
, Nobel, bosbergen,
Tienhoven, Weede, Walta
en Haarfolte uit
de algemeene Staatsvergaderinge , en de
was, en niet gehandeld hadt, dan voor  Heeren van Sommelsdyk, van Berchem en de
„ zyne meeflers , de Koopluiden van Ant-   Thefaurier Generaal BraJJer, uit den Raad
„ werpen. Myn Heer de Prins van Oranje,"  van Staate. Zy hadden laft om „ Burgemees"
vervolgt d'Eflrades „ was zeer kwalykvol-   „ teren en zes en dertig Raaden over tehaa-
j, daan over 't verhaal van deezen Afgevaar-  „ len tot bewilliging in de nader orde op de
digde, en zondt hem zonder antwoord te
rug. Hy vaardigde, terflond,iemant af
aan den Admiraal Tromp, met laft om
de vier fluiten met buskruid en geweer in
Texel aan te houden, en niet dan op zyn
uitdrukkelyk bevel te ontdaan. Gy ziet,
zeide hy my toen, hoe veel gedulds men
hebben moet met deeze plompaarts van Koop-
zeezaakenvan den zesden Maart des jaars
„ 1636, met naame in het altoosaanblyvend
„ Collegie ter Admiraliteit, zo als het, door
„ zyne Hoogheid , voorgeflaagen was :
•»
,, voorts , in de opregtinge eener Kamer
i
j>
„ van * Verzekeringe; in 't verbod om fche-: -
„ pen aan den Koning van Spanje, of zynen^
„ aanhangeren te verhuuren, of te verkoo-
„ pen; in de flraffe van zulken, die't reeds
,, gedaan hadden, of nog zouden doen: en
„ eindelykook inde algemeeneVerpagting $
van 's Lands middelen te water." De af- ïPt
gezonden Heeren kwamen, den agtflen Fe- z!yf j
bruary, in de Stad. De Graaf van Kuilen- jJgjdS8
55
luiden. Ik heb gcene grooter vyanden dan de
Stad Amflerdam. Maar kryg ik Antwerpen
„ eens; ik zal haar wel zo zeer vernederen, dat
3, zy zig nimmermeer zal können opbeuren (£)."
In hoe verre, op dit verhaal flaat te maa-
ken zy, blyve het oordeel des onzydigen
Leezers aanbevolen. Zeker genoeg is 't,
dat de vyand, uit deeze Landen, en ook
uit Amflerdam, omtrent deezen tyd, van
■P
burg , het hoofd der bezendinge, zondt,^
terftond, zynen Hofmeefler, Plettenberg,
naar 't Stadhuis, om Burgemeefteren kennis
krygsbehoeften voorzien werdt («). Doch te geeven van de aankomfl der Afgevaar-
of zulks, door de Wethonderfchap ,ooglui- digden, en te verzoeken, dat haare Edele-
kende werdt gedoogd, om dat zy bedugt Agtbaarheden de zes en dertig Raaden of
was voor 't verlies des Koophandels, wan- Vroedfchap deezer Stad wilden vergaderen,
neer Antwerpen, waarop Fredrik Henrik ten aan welken zy hunne Geloofsbrieven over-
deezen tyde het oog hadt, gewonnen zou leveren , en hunnen laft openen zouden,
zyn; 't welk men, door het voorzien deezer Doch zo alsPlettenbergopden Dam kwam»
Stad, zou hebben willen voorkomen; zou traden Burgemeefteren , die thans waren
ik, by gebrek van behoorlyke kennifïe, niet Abraham Boom, Jan Corneliszoon Geelvinck,
durven verzekeren
't Gefchil met Amflerdam, over 't verpag-
ten van een vierde gedeelte van 's Lands
middelen te water, was van gevolg. De
Prins van Oranje hadt, onlangs, eenen voor-
flag gedaan tot opregting van een opperfl
(t) D'ESTRADES Tem. I. f. Ï7-*S>.
{«) Zit AlTZSMi II. Vttl, hl. SS6>
Gerbrand Claaszoon Pancras en Willem Bac-
ker, 't Stadhuis af. Hy deedt hun egter
zyne boodfchap; doch kreeg voor befcheid,
„ dat Burgemeefteren niet gewoon waren»
„ over diergelyk verzoek, op ftraat, ma^
„ op 't Stadhuis te raadpleegen, en dat zy>
„ des nademiddags ten drie uuren, wedef'
„ om vergaderen zouden." En alzo PleC'
ten-
De alge
ineene
Staaten
doen
eene be-
zending
-ocr page 603-
GESCHIEDENISSEN.'
XV. Boek.
537
,1(^39- tenbcrg hierop vraagde, of de zes en dertig
Raaden dan ook zouden vergaderen ? werdt
hem Neen geantwoord „ en dat die zo ras
„ niet by eikanderen te krygen waren." Hy
nam hiermede zyn affcheid. Doch Burge-
meefleren traden, terflond, wederom in 't
Stadhuis', en in hunne Kamer, en vonden
geraaden, een Stads bode te zenden aan
de Herberg der Afgevaardigden, met aan-
bieding , dat zy by Burgemeefleren gehoor
konden hebben , wanneer 't hun gelieven
zou. Des nademiddags , verfcheenen de
Heeren van der Kamer en Braffer voor Bur-
gemeefleren, om 't reeds gedaane verzoek,
tot het byeenroepen van de Vroedfchap,
nader aan te dringen. Doch men antwoord
tuffchen, werden de Afgevaardigden, in.^9.
hunne Herberge, daar zy reeds, door Bur-
gemeefleren , verwelkomd waren,op Stads
koffen, onthaald. Ook lieten Burgemeefle-
ren hun, na dat zy van 't Stadhuis gegaan
waren, weeten, dat zy, in vollen getale 1 het
middagmaal met hen zouden komen houden.
Midlerwyl, hadden Burgemeefleren , op Burge^
dat zy niet zouden fchvnen, zig;eenigmeer meefte-
i                                               - ■£-* ^              ren ï?Ge
der gezag aan te maatigen, dan hun, naarven rer
de orde der Regeeringe , toekwam, den den Raad
Raad byeengeroepen, dien zy voorhielden,kennis
wat 'er, tuffchen de Afgevaardigden en hen,van-
was voorgevallen, met by voeging, dat hun
niet geraaden dagt, den Raad op de voor-
gefielde punten te vergaderen; en verzoek,
dat de Raad deszelfs oordeel over den voor-
flag der Afgevaardigden, en hun antwoord
daarop geliefde te verklaaren. En na eenig
beraad, verflonden de Leden „ dat aanBur- Oordeel
„ gemeefteren, als Hoofden van DENdes
„ Raad, het beroepen van den R aad flondt; Raads#
„ dat zy, hierom,wel gedaan hadden,dac
„ zy 't verzoek der Afgevaardigden, zo
,, als het lag, van de hand geweezen had-
„ den; dat het ook onfatfoenlyk, onbeboorlyk
,, en buyten ordre en ftyl van de Regeeringe
„ was; en dac de Staten Generael en Raedt
van Spatje niet gevoecht waren, om zulke
„ bezendingen te doen aan byzondere Ste-
„ den der Bondgenooten, om dezelven daar-
„ door voor in te neemen, en te beweegen
„ tot eane verklaaring op punten, die nog
„ in Befchryving gebragt , en met haare
„ Medeleden ter Vergaderinge van Holland
„ overwoogen zouden moeten worden."
Wyders, werden Burgemeefleren verzogt,
,, den gemelden Afgevaardigden, van dee-
,, zer Stede wege, aan te zeggen, dat zy
,, niet bevoegd waren, om, in diervoege als
„ zy hier kwamen, in den Raad ontvangen
„ te worden, veel min om voorflagen te doen
„ aan een byzonder Lid der Vergaderinge
„ van Holland, buiten kennis van de Staa-
„ ten dier Provincie, die zelve Souverain,
„ en met de algemeene Staaten alleenlyk in
„ verbond was; doch zo zy, wegens deU-
„ nie, iet hadden voor te fielten, datzy'c
„ zelve doen moeflen aan de Vergadering
„ der Staaten van Holland, of, in derzel-
„ ver afwezendheid,aanderzelver Gecom-
„ mitteerde Raaden, om van daar,_naar
orde en oud gebruik, by uitfehryvinge,
„ hier ter Stede, en in de andere Steden
„ deezer Provincie gebragt te worden (V)."
Burgemeefleren begaven zig» hierop, na Bmge-
't fcheiden van den Raad, in vollen getale, meefte-
naar de Herberg der Afgevaardigdeo,swel ren w^r
1™ geren der
bezen-
(v) Refo). Vioedfch. N. 17. 11 Fdr, l«3j. ƒ. 23« v«r/«.
Aaaa 2
t^efte- de hun „ dat, naar de bekende orde op de
kenlllaa' „ Regeeringe deezer Stad, wanneer'er ee
N
arig. ■>■> nige bezending van buiten kwam , de
h
.om,) Geloofsbrieven werden overgeleverd aan,
£ ,bc- „ en het gehoor verleend voor Burgemees.-
8«ho'"se>j teren, en niet voor de Vroedfchap of
* de' „ zes en dertig Raaden. Begeerden hunne
He
,, Edele Mogendheden dan gehoor vanBur-
fcl^" „ gemeefteren; 't werdt hun toegeftaan. "
'oe' j Wyders , vraagden Burgemeefleren ook ,
ft;
:*4u. „ wat zaaken de Heeren Gemagtigdenzou-
„ den gelieven voor te Hellen?" Doch ue
twee Heeren antwoordden „ dat hunne Ge-
„ loofsbrieven hielden aan Burgemeefleren
i „ en Raad; en dat zy geenen laft hadden,
j, om eenige opening te doen dan in den
„ Raad of Vroedfchap." Hiermede ver-
trokken zynde, vonden de Afgevaardigden
geraaden, naar den Haage te fchryven om
jj naderen laft, na 't ontvangen van welken,
y zig , den twaalfden, gezamenlyk ver-
£- voegden by Burgemeefleren, na dat zyzig,
^n. " 's daags te vooren , hadden aangegeven, Hier
K%e- leverden zy hunne Geloofsbrieven over, en
tj^e- verklaarden wyders „ dat de punten, die
„ zy den Raad hadden voor te draagen,
„ meefl betroffen de zaaken van de zee,
„ naamelyk x. om in den Haage op te reg-
„ ten een altoos aanblyvend Collegie , om
„ het opper opzigt te hebben overdeKufl-
„ fchepen. 2. Om het geheele middel der
„ Convooijen en Licenten, over 't gantfche
* j, Land, te verpagten. 3. Om eeneMaat-
u' „ fchappy van * Verzekering op te regten,
), volgens de bekende Ontwerpen, en 4.
s, Om den Raad van Staate regtfpraak toe
j, te flaan, over de eigenaars der fchepen,
j, die aan Spanje verkogt of verhuurd, en
j, in de Middellandfche zee gebruikt wer-
» den: op welke punten, zy verzogtendat
5> de Raad mögt vergaderd worden." Doch
■"ürgemeefleren gaven alleenlyk voor be-
scheid „ dat zy den Heeren behcorlyk ant-
» woord zouden laaten toekomen," Or.der-
\
-ocr page 604-
II. Deel,
AMSTERDAMS
53§
„ te zyn eene ongehoorde nieuwigheid, daar j($3?«
„ nogtans bleek, dat 'er, den zeftienden
„ April des jaars 1592, eene diergelyke be-
„ zending uit het midden der Vergaderinge
„ van hunne Hoog-Mogendheden aanMid-
„ delburg in Zeeland gefchied was^datzy,
,, wyders,'t gefchrift, hun overgegeven,
ah een befmettelyk papier, in eene open-
„ baare herberg , hadden laaten leggen ,
j, zonder het'te willen behouden, veel min
„ den Raad mededeelen; dat, zo Amfter-
„ dam,in'tjaar 1610, zo wel bevoegd ge-
„ weeft was , tot het doen der bezendinge
„ naar Utrecht, als hunne Hoog-Mogend-
„ heden, zyne Hoogheid en de Raad van
„ Staate waren , tot het doen der tegen-
„ woordige bezendinge, men toen op de
„ onderneeming dier Stad zo veel niet te
„ zeggen gehad zou hebben." 't Voorftel
werdt beflooten , met eene verklaaring,
ken zy mondeling vertoonden „ dat hun het
„ begeerde gehoor by Burgemeefteren en
„ Raaden niet kon worden toegeftaan." Zy
voegden 'er by „ dat de punten van hun-
IÖ39-
dinge
gehoor
in de
Vroed-
fchap.
»
nen laft niet eenig byzonder Lid of Stad,
maar de Provinciën in 't gemeen betrof-
fen; dat de Unie van Utrecht niet was
een Verbond tuflchen de Generaliteit en
ieder Lid of Stad van elke Provincie ;
maar tuflchen de Provinciën onderling;
en
dat men Amfterdam, of den ande-
5)
ren Steden zo veel eers niet geeven kon,
zonder de hoogheid van Holland te kwet-
fen. Ook willen zy geen voorbeeld, dat
eene byzondere Stad ooit door de Gene-
raliteit bezonden geweeft was. De pun-
ten, die men wilde voorftellen, betroffen
de Staaten der Provincie, in welker Ver-
gadering , die den twee entwintigften zou
aanvangen, men dezelven, zomen 't goed-
vondt, zou können brengen. Doch zy kon-
den den Heeren verzekeren, dat op alle
de punten van hunnen laft, of by Holland
reeds beflooten was, of punten van be-
fchryvinge gemaakt waren." Zy verzog-
ji
si
)5
dat hunne Hoog - Mogendheden s zyne
Hoogheid en de Raad van Staate 't ge-
beurde te Amfterdam nogtans niet geden-
ken wilden, en alleenlyk baden, dat hunne
Edele Mogendheden, op de vier voorge-
flaagen punten, een fpoedig, eenpaarig
en heilzaam befluït wilden neemen."
Van wege de Vergadering van Holland, Barg6"
f>
»
ten,
ten befluite „ dat men hun niets wilde
s, vergen, welk ftrydig was met de Hoog-
„ heid van Holland, of met de loffelyke
„ Gewoonten der Stad:" en beloofden ge-
williglyk „ té zullen letten, naar behooren,
„ op de goede redenen, welken, in het Ge-
„ fchrift, hun door de Heeren Afgevaardig-
j, den ter hand gefteld, vervat waren; waar-
„ na zy de ftem der Stad over 't gene ter
„ Vergaderinge van Holland zou worden
„ voorgefteld, ten zynen tyde, in die Ver-
„ gadering zouden doen inbrengen."
De Afgevaardigden, dit antwoord ontvan-
gen hebbende, bleeven nog in de Stad tot
den vyftienden,waarfchynlyk om nog eens
befcheid te können hebben uit den Haage;
en keerden toen derwaards, zonder eenige
nadere onderhandeling gehad te hebben met
Burgemeefteren. 't Liep aan tot den zesen-
twintigften, eer de voorflag, dien men te
Amfterdam dagt te doen, met de vereifch-
■ te veranderingen, ter Vergaderinge van Hol-
land , gedaan werdt. De Afgevaardigden
verzuimden niet, by deeze gelegenheid,te
klaagen „ dat Burgemeefteren van Am-
„ fterdam bevolen hadden, de Schepen,
„ te Heilevoetfluis leggende, niet uitterus-
„ ten, ten ware men laft hadt, omze naar
., Texel te brengen , onaangezien hunne
s, ■ Hoog-Mogendheden, by herhaalinge en
„ ernftelyk, het tegendeel belaft hadden:
„ dat dezelfde Burgemeefteren hun, zelfs
„ ter begeerte van hunne Hoog-Mogend-
„ heden, geen gehoor hadden willen toe-
j, liaan in de Vroedfchap, zeggende zulks
werdt geantwoord, dat men op het voorge- mee^
at
ft
naame Amfterdam, verzogten affchriftenX'/
van 't Vertoog, en Burgemeefteren deeier
Stad deeden, den agtften Maart, een ant-
woord op het zelve inleveren ter Vergade-
ringe van Holland: waarin zy, vooraf, om-
ftandiglyk verhaald hebbende, wat tuflchen
deAfgevaardigden en hen voorgevallen was,
vervolgens, aanweezen „ dat zy, in hun
,, bevel omtrent de Kuftfchepen tè Helle-
„ voetfluis, hadden gehandeld, overeenkom-
„ ftig met de Refolutien der Heeren Staa-
„ ten van Holland, die begeerd hadden,
„ dat gemelde fchepen zouden inkomen en
„ uitgeruft worden , daar zy uitgevaaren
„ waren, en niet juift in het Goereefche
„ gat; dat het geval van Middelburg vyftig
„ jaaren geleeden, en van eene geheel an-
„ dere natuur was, gelyk met de Refolutie
„ der Generaliteit zelve beweezen werdt;
„ dat zy, in 't jaar 1610, op verzoek van
„ die van Utrecht zelve, Afgevaardigden
„ derwaards gefchikt hadden, om als mid-
„ delaars te dienen , tuflchen die Stad,
„ welke toen met de wapenen van den Staat
,, gedreigd werdt (w), ter een er, en de alge-
„ meene Staaten enPrinfe Maurits, ter ande-
„ rer zyde; en dat zy niets hadden gedaan,
„ 't welk eenige opfpraak verdiende. Dat
(»>) Zit Vadetl. Hift. X- D"', H. ij.
De be-
zending
klaagt
over
Burge-
meeftc-
ren van
Amiler-
dam, ter
Verga-
deringe
van Hol'
land.
-ocr page 605-
XV.Boek.           GESCHIEDENISSEN.                53p
*%. >, jy,wyders beoogd hadden, het gefchrift, fe voor de eerfte, en met zeshonderd ^ ,
" i d00\d\A^^ë<ien,mfem dens en lyflhaffe voor de ttelreife l6S9'
„ openbaare herberg ter hand gefield, te geboet worden, en de overtreed^ na ver'
„ behouden; doch dat deezen daarop ut- loop van jaar en d™ nnaftriffW Ze
„ drukkelyk antwoord van wege den Raad Het RaXS defzer I d^as zoï °°-
n begeerd hadden; 't welk zy niet hadden vallig geword n dat Svraedfchw hT'*^
„ können toezeggen. Dat zy, bemerkende aanvang V^T LSÏ V.roedl<:ü;P'In de" «adplee.
dar dp Afo-^r^iVrlpn 7;;T1n "™*™a? aanvang deczes jaars, eemgen uit haar mag- gmsen
„ dat de Afgevaardigden zig naar de eene tigden, om ontwerpen tot het flirten van om ee»
„ zyde van de kamer begaven zo 't fcheen, een nieuw Stadhuis te onderzoeken Cdlar ST •
„ om te raadpleegen 't papier met veel van, in tyd en wyle, verftV?^doenaandenÄ'
„ eerbied voor hun hadden nedergelegd, Raad (tf Doch kar verleen ZeeniS^
„ en zig, om hun meer vryheid te laaten, jaaren eer 't werk begonnen werdt S
„ begeven naar een ander vertrek daar de ^Nagtstuffchenden zesden In zevenden*
„ Afgevaardigden, naderhand, byhenkwa- January des jaars 1640, omiZt hTtlr T'
„ men, zonder t papier mede te brengen , Stede /zulk een vreeffetyteten^d dS" ^
, gelyk zy verwagt hadden.'' Jiindelyk, de meefle huizen flonden te fchS Heï
klaagden Bnrgemeefleren, op hunne beurt, looden bekïeedfel welk dio-r ™,TS a
over twee tut de Gecommitteerde Raaden Koorenmarkt iaftgJpTke
        s Aïn
van Holland die, gewoon ter algemeene den eenen hoek losrukten 7ehieZt™A
Staatsvergaderinge te verfchynen, zig ne- opgerold. De weerhaan ei"SnfmM van
vens de andere Afgevaardigden , hadden den Reguliers-tooren flortten m'twit 2
doen magtigen, tot de bezending naar Am- de fpits van den tooren der Nieuwe zvd?
fterdam;daar zy ,by wel beëedigdelnfW Kapelle viel in 't dak. De daken van veele
tie, gelaft waren deRefolutien der Staaten huizen werden zwaarlyk befchadij enee-
van Holland te handhaaven: 't welk men te nige gevels om verrP Jen&ïT« S 'm
Vn fterdamfteeken. Ook werdt er by Hol- de aardbeevingen doorgaands byftil weder A au *
land, niet naar genoegen der meefle Pro- voorvallen. Enby zulk weder, gevoeldlmenv^ ^
yincien beflooten op de punten om welken 'er eene, hier te Lande, op den vyfentwte
de bezending was aangelegd FrednkHen- ftenMaartdeezes zelfdenjaars'deTiSS
nk, ziende datzybyverfcheiden'Steden, ten half drie uuren. Zy duu de, te AmS
en vooral by Amflerdam (»), niet door dam.naauwlyks een minuut.Dieffienen had
wilden, dreefze niet flerk, fchoon 't,fchryft den 'er geene gewaarword ng va Se wak
AiTZEMA^aangeeneoorblaazersont- ker wartn , hSorden trappefi?be^fteden
brak die, om hun byzonder belang, 't gezag kaffen en wanden kraaken, en zagen't han!
der algemeene Staaten, en dat van zyne gend huisraad beweegen. Ook vie'en hier
Hoogheid zogten te vermeerderen. Nogtans, en daar, eenige glazen ruiten uit het lood
meent hy, dat deeze twifl met Amflerdam Voor 't overige , was men vry met den
kwaad bloed gezet heeft, waarvan men, fchrik rc)
\ werdgteSren kater' ^ Ukwerkfels Sewaar Sedert 'het droogmaaken van de Diemer. Schfc
J^te t^J" v a
           1         ,                    meer, begonden zig aldaar veele Im'dpn kim? nn
fc£ Kor nat afloopen deezerhandelingen, met der woon, neder te zetten: ook kwam ^s".
|%e kwam er, denzefhendenApril, hier ter Ste- aldaar, dagelyks, veel toevloed van artfe? °2feni"S
S t tl' "f"' ,erpe vT mC^egei] erëerlyke ders en anderen, onder welke mengte niet rT de
S Sd^Rete S MSS^off! ^*' F****", «*róAJ3 ^ *
W;J" hr K-egeering, m 1 öemeen,_ot m t vielen, die geregtelyk behoorden belet te
f"? feendrhèdeen UJÄ^Ä of  "**& ^ *T ^^ °™ de ^
S ^°Send,heden- We.™e"> drukJcen of  was zelfs nog onbepaald, hebbende de gron-
V l^fofn van zulke fchnften zou met  den derzelve, eertyds, behoord ondl de
driehonderdguldensengoeddunkelykeflraf-  Ambagtsheerlykheden van AmflervSn ,
ie  Diemen en Ouderkerk, de grenzen van wel-
j (*•) Refoi. vroedfch. N. is. 26 jimyti7 juiy,3ioäob.  ken nog niet waren geregeld. Tot voorko-
'Ty){{:Vccf°U\\oz!0'^'                              minS der ongemakken, die uit het een en
(^j n'. nee', b'i. jo7,593.                                bet ander te dugten waren, vondt de Graaf-
(0 Refoi. Vroedfch. N. 17. 2 Maart i639- f- ,a) H.ndv tl m                                        ]?k'
aHv
aar c,e ftukken egter zeer gebxekkelyk gedrukt (O domselaak vi. *«»«<'? *'• «4, commeIin 4'
II«*'
Aaaa 3
-ocr page 606-
AMSTERDAMS
II. Deel.
54°
ait de Stad naar buiten getrokken werdt (0- i^°'
De Koophandel, met naame de Amtier-Ee"^^
mfche, leedt, ten.deezen tyde, zo veeli1,0^.
1640. lykheids - Rekenkamer geraaden , op den
tienden May deezes jaars, den tegenwoor-
digen Baljuw van Amftelland,. Piet er Bou-
devoynsz van Lokhorfl
, te magtigen, om ,
nevens de Heemraaden der Diemermeer,
alle hooge en laage Jurisdiftie aldaar waar
teneemen, met dien verftande nogtans, dat,
na zyn overlyden of afftand, 't Baljuwfchap
der Diemermeer aan den Dykgraaf dier
Meer zou opgedraagen worden (d).
Trekweg Men vondt zo veel gemakt by de Vaar-
en Vaa]tten en Xrekwegen, die, federt eenige jaa-
gemaakt ïén^& Amfterdam, naar eenigendernaas-
fterdam" te Steden, gemaakt waren, dat de Regee-
op Mui- ring deezer*Stad,al federt eenigentyd,met
den en fce van Naarden en Muiden, in onderhan-
dden-deling geweeft was, om eene bekwaame
Vaart, Trekpad en Wagenweg temaaken,
van hier naar Muiden, en voorts naar Naar-
den. Eindelyk, werdt men 't eens (e), en
verwierf 'er Oclroi toe van 's Lands Staa-
ten , welk, den vyfentwintigften Oftober dee-
zes jaars, gedagtekend was (ƒ). De weg be-
gon , van de Stad, langs den Amftel en Ring-
floot der Diemermeer, tot aan het Diemer-
bru^getje, van waar dezelve nevens de Vaart
voortliep tot aan Muiden, door welke Ste-
de, men in eene andere fchuitoverging, en,
langs eene andere vaart en weg, te Naar-
den kwam. In 't volgende jaar, werdt dit
Octroi verbreed met een ander, waarby den
drie Steden gegund werdt, de Landen, die
zy tot de vaart en weg zouden behoeven,
te mogen overneemen by waardeeringe van
Gemagtïgden der Staaten, zonder in Dyks-
laften gehouden te zyn, mids de waardee-
ring der Landen , naar gelang , zo veel
hooger gefchiedde (g). By het eerfte Oc-
troi,was reeds bepaald, dat de weg alleen
voor den reizenden man moeft dienen, en
niet tot het vervoeren van koopmanfchap-
pen bekwaam gemaakt worden.
Streng Het timmeren buiten de Stad,in deVry-
verboJ heid, fchoon by herhaalde Keuren verboo-
n 'c den, ging thans zo fterk voort, dat het Ge-
timrae- regt geraaden vondt, het gedaan verbod,
ien, den vyftienden September van dit, en den
tienden May van het volgende jaar,ernfte-
lyk, te vernieuwen, met bedreiging, dat men
de nieuwe timmeraadjen, zonder oogluiking
pf verdrag, zou doen {legten (A). Onder-
tuffchen, werdt beflooten , het timmeren
van koehuizen binnen de vryhc'd toe te
itaan, alzo, door dezelven, geene neering
(d)  Handv. II. ?43- ['«<>.]
(e)   Refol. Vroedfch. N. t7. 11 Juny 1639. ƒ. zjo. Ar. ig.
■2.Ï Mug. 1Ä40. ƒ. 3S verf«.
(f)   Handy, hl. 430. [119.]
(g)   Handv. bl. 431. [120.]
(),) R-eCoI. Vroedfch. N. ig. 3 Sept. U40. ƒ. 40. Haildr.
il. lac?, loc?. [603, S03.]
da                     <^^—^^^-—»
van de Duinkerkers, dat honderd negen enjjérdat»
vyftig van de voornaamfte Koopluiden dee- fcbe .
zer Stad zig, in January des jaars 164 t ,Ko°Pc'r.
vervoegden, met een verzoekfchrift, aan de <le°
algemeene Staaten, fmeekende om kragti-^ b'--
ger befcherming der fcheepvaart, en byzon- {$&'
derlyk, dat den Luitenant-Admiraal Maar- m^ „?
tenHarpertszoon Tromp gelaft mögt worden,Sc!;e^
de haven van Duinkerken, gelyk voorheen^ffal-
wel gefchied was, met een bekwaam aan-
tal van Oorlogsfchepen, te bezetten. En die
verzoek hadt zo veel klem, dat Tromp be-
vel kreeg om, na't overvoeren vanden jon-
gen Prinfe Willem naar Engeland, op vier
ryke Weftindifchvaarders te kruiflen. Ook
werdt den Duinkerkeren eenige afbreuk
gedaan (£). Nogtans vind ik niet, dat de
haven van Duinkerken bezet werdt, gelyk
de Koopluiden verzogt hadden.
Het Collegie ter Admiraliteit teAmfter- DeAf^
dam gaf, omtrent deezen tyd, zo dikwils mir3'^
verlof tot den uitvoer van wapenen en krygs- Jf $&
behoeften, dat zulks den anderen Provin- f^t't
cien in 't oog liep. Ook verftondt men , ver^!
in den Haage, dat het verleenen van zulkove*
verlof behoorde tot de Vergadering der al-vc' <$
gemeene Staaten, die, zo men oordeelde,^of
beft kon weeten, of zulk een uitvoer ge- tot ^
fchieden kon, zonder benadeeling van'sLands uitv^„
Magazynen. Maar de Admiraliteit meende,renj?
dat hier ter Stede het grootfteMagazyn was Ss**
van 's Lands Krygs behoeft en, en dat men, '
nergens beter dan hier, weeten kon, of'er
genoegzaame voorraad vanKrygsbehoeften
in 't Land ware. Ook oordeelde zy, dat
de onkoften op het verzoeken en verkrygen
van verlof tot uitvoer, wanneer 't in den
Haage zou moeten gefchieden, zo hoog zou-
den loopen , dat de Koopluiden liever te
Hamburg, of in andere Oofterfche Steden,
verlof tot uitvoer van Oorlogsgereedfchap
zouden zoeken te verkrygen, dan hier te
Lande; 't welk tot verfperring van den Han-
del gelegenheid geeven zou. Da raadplee-
gingen, die, over dit ftuk, in September,
in den Haage gehouden werden (I), maak-
ten geene verandering in de gewoonte der
Admiraliteit te Amllerdam. De zaaken
bleeven aldaar voortgaan op den voorig01
voet.
                                                                 (f
Muflapba Jga, Afgezant van de Otto-E<J <)«'
rftannifche Porte, was, in 't begin deezes t0^\\
jaars.
in den Haage aangekomen, met laft [iiSt[
om '
(i) Refol. Vroedfch. N. is.u Maart 1541./ 71 vixf''
(kj)
AlTZT.MA "• Deel, bl. 750 enz.,
(1)
AITÏEMA II. Deel, il. 787.
-ocr page 607-
XV. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
5-41
vHi. om de onderlinge vriendfchap met den Staat   en twintig duizend guldens, te vereeren, ter r<*n
Ms,
aan te kvveeken , en het afvaardigen-van
   befcheidenheid van BurgemeefterenfjO-'Op
Oj/j;^! eenen nieuwen Ambaffadeur aan de Porte
   den twintigften May, kwam het Vorftelyk
'en £f" te verzoeken. Hy werdt , op koften van
   gezelfchap herwaards, en werdt, op de ui-
den Staat, onthaald: doch alzo het Huis,
   terfte grenzen der Stads Vryheid, buiten
h St
waar hy zyn verblyf hieldt, voor den Am-   de Haarlemmer-Poorte , ontmoet, door Dirk
baffadeur van Portugal gefchikt was, liet   Tholinx, Prefident-Schepen en Raad, aan't
hy zig beweegen, om teAmfterdam te ver-   hoofd eener treffelyke ruiterbende. Binnen
toeven, tot dat het fchip gereed zyn zou,   de poort, werdt het gezelfchap, en deKo-
welk hem naar zyn Hof te rug zou voeren,   ningin in 't byzonder, begroet door denPenj
Hy kwam dan in deeze Stad, daar men   fionaris, Cornelis Boom. De foldaaten en
hem eene herberg bereid hadt, en alwaar   fchutters waren allen in de wapenen, en in
hy, nog eenigen tyd, op koften der alge-   orde gefchaard. Langs den weg, dien de
.;a-
ftoet door moeft, om op 't Prinfenhof te
komen, waren vier zeegeboogen opgeregt,
eene op den Dam, aan den kant van 't Dain-
meene Staaten, onthaald werdt (m).
Op verzoek van Joan Chrifliaan, Hertog
van Steeswyk
- Holfiein , befloot de Vroed-
lefte,
'laan,
v,iStaj'fchaP van Amfterdam,in July deezesjaars, rak, eene voor aan in de Beursftraat,eene
ji65e, sdat Burgemeefteren, van Stads wege, Pe- op den Middeldam, en eene voor de oude
o^s ters en Getuigen zouden zyn over den doop Doeleftraat. Onder deeze zeegeboogen,ge-
\L^ van deszelfs jonggebooren Zoon, wien een fchiedden, na 't opfchuiven der gordynen,
&jL rentebrief van driehonderd guldens's jaars, de pragtigfte vertooningen , meeft flaande
\ ° in een koffertje van zeshonderd guldens, op 't Huwelyk van den jongen Prinfe en de
tot eene pillegaave werdt toegelegd. Men Engelfche Kroonprinfeffe. In de eerfte boog,
vondt goed, daarenboven, driehonderd gul- zag men de bruiloft van Thetis en Peleus,
dens, of wat meerder of minder te vereeren op welke, al de Goden en Godinnen ver-
in de Kraamkamer («).
                                     gaderd waren: en de boog was van boven
De jonge Prins van Oranje was, vroeg in behangen met eene dubbele fefton van O-
't voorjaar, naar Engeland vertrokken, tot ranje-appelen, doorvlogten met roode en
voltrekking van zyn huwelyk met de Prin- witte roozen. Tuffchen de zuilen, hingen
felfe Maria, Dogter van Karel den L, Ko- de wapens der veroverde Steden in Ooft-
tc,r'k ningvanGroot-Britanje. Het vorftelyk paar, en Weftindie aan eenen fnoer van Oranje-
W>
en de Koninginne zelve kwamen,in deLen- zyde. 't Gebouw der tweede booge was,
f'\^ te des jaars 1642 , in Holland: en toonden tuffchen de zuilen, behangen met roode en
witte roozen, hier en daar met gouden le-
p
liën doorwrogt. Op den top ftondt de Kei-
den zou , met hun bezoek te vereeren. De zerlyke Adelaar. De vertooning was, het
i^tedg1'Regeering kreeg, bytyds, kennisvan dit
■-&- ' voorn eemen.
Verbond tuffchen Keizer Adolf van Naffau
en Eduard den II., Koning van Engeland,
Frankryk was hier, in 't jaar iÖ38,zoprag- welk, in 't jaar 1292, geflooten werdt. Da
tig ingehaald, dat men vooral niet minder derde boog, die op den Middeldam ftondt,
meende te moeten doen, by deeze gelegen- overtrof de anderen verre in grootte en pragt,
heid. Op den veertienden May, werdtaf- en pronkte met eenigeLatynfcheenNeder-
gekondigd, dat de fchutters, tegen den ne- duitfche verzen. Op den top ftondt het
gentienden des avonds, in de Stad en by wapen van Groot-Britanje, welk tot boven
der hand moeften zyn, op eene boete van de huizen uitftak, tuffchen de wapens van
Vyf en twintig guldens. De jonge Ruitery Gelderland en Naffau. De vertooning was het
werdt ook gewaarfchuwd; doch niemant, Huwelyk van Reinoud van Naffau, eerften
zelfs niet het fcheepsvolk op ftroom, mögt Hertog van Gelder, met de Prinfeffe Eleo-
fchieten, zonder daartoe bevel te hebben noor , Dogter van Eduard den III., Ko-
van hooger hand (0). De Vroedfchap, jn ning van Engeland. Tuffchen de zuilen,
aanmerking neemende, dat men derKonin- ftonden Mars en Pallas, voerende de wa-
ê'nne-Moeder van Frankryk , voorheen, pens der Steden en fchanfen, door Fredrifc
^enige vereering gedaan hadt, befloot ook Henrik, op den Spanjaard veroverd. De
5<e Koninginne van Groot - Brit anje en de vierde zeegeboog droeg ook een reeks van
vinfeffe haare Dogter, met twee en twin- wapenfchilden der veroverde plaatfen in
t!g duizend , drie en twintig duizend, of vier Ooft- en Weftindie. Op den top ftondt een
leevendman, Herkules verbeeldende, die
[*)Aitzf.M/V II. Deel, hl. 774, 77J.
Y> B-efol, Vroedfch. N. is. 22. Jalj 1S41. ƒ,
'•"J Kemb. L. ƒ. 173 verfo.
den
$3 verft»
Q) Refol. Vioedfch. X, »*• '7 M*y »«♦*. ƒ. 117 wrf«,
-ocr page 608-
II. Deel-
AMSTERDAMS
S4*
geene gezindheid toe, waarom 'er, van we* io42'
ge Amfterdam, ook zwaarigheid in gemaakt
werdt (Y).
                       m                    . drifc
In deezen jaare, zat, hier ter Stede, ie'rjenrik
mant gevangen,die ftempelsgemaakthadt,verieent
waarmede, met zyne kennis, valfche dub-aan $t,
bele fluivers gemunt waren. Hy liep gevaargeVajjfer
van den hals. Doch Prins Fredrik Henrikne^tBds
verleende hem, op zyn verzoek, vergiffenis \ets^li'
van de verdiende ftraffe des doods, op dennjs.
zeftienden December (?)■ In 't volgende jó43'
jaar 1643 ■> fchonk hy vergiffenis van alle
ftraffe en boete aan eenen ongelukkigen
doodflaager, die hier ter Stede in hegtenis
zat: en in 't jaar 1645, bediende hy zig nog
eens van deeze zyne magt, in een diergelyk
geval O).
                                       '            dj9
Op den eerflen dag van de vaflen des Bf^0a-
jaars 1643 (v), die toen viel op den agttien-^,,,. .}
den February, ontflondt 'er, op 't midden\^.
van den dag,brand in 'tVrouwen-Tugthuisofs?
of Spinhuis, eertyds, het S. Urfulen-Kloos-b11'5'
ter, welk byna geheellyk verteerd werdt.
Men weet dit ongeluk aan de onagtzaam-
heid eeniger tugtelingen; hoewel fommigen
dagten, dat eenigen haarer den brand, voor-
bedagtelyk, gefligt hadden, om, onderde
verwarring, die dezelve veroorzaaken moeft,
gelegenheid te vinden om te ontfnappen: 't
welk egter niet gelukte. De tugtelingen wer-
den, wel digt aan eikanderen gekoppeld,
naar 't Rasphuis overgebragt, daar zy be-
waard werden, tot dat het Spinhuis weder-
om opgebouwd was (iu).
                             j>
Ten deezen tyde, werdt, in den Haage, AO'
gehandeld
over de verlenging van 't06troidJtf
der Ooflindifche Maatfchappye : 't welk*j6A
merkelyke zwaarigheid ontmoette by eenigegeW
Leden, die gaarne gezien zouden hebben,iP<$f
dat de Weflindifche Maatfchappy, wie 't, fj$
federt twee jaaren, geweldiglyk tegenliep $é'
in Brazil (#), met de Ooflindifche vereenigd feb*
geworden was. Doch de Stad Amfterdam pi'6'
verklaarde zig ernflelyk tegen deeze veree-
niging. Zy verflondt „ dat de aandeelen in
„ de Ooflindifche Maatfchappye niet an-
„ ders waren aan te merken, dan als goe-
„ deren van byzondere perfoonen, die, bui-
„ ten bewilliging der eigenaaren, niet met
„ de goederen van anderen vermengd,
„ vereenigd mogten worden; dat ook, noch
„ de Leden van Holland, noch iemant an-
„ ders, tot het maaken van zulk eene ver-
„ eeni-
(s) Refol. Vroedfch. N. 18. * D'c- T<HJ- /■ l+7 vcrf"
(t)
Groot-Mcmor. N. UI. ƒ• «S verfi.
(k)
Groot-Memor. N. III. ƒ. 230, i+5-
(v) FOKKENS hl. 282.              '
(*>) Dapper, bl. 418. Domsëlaar VI. Boel^, bl. 4l!'
COMMF.LIN , bl. I1«S.
(*; Vadetl. Hift. XI. Deel, hl. 571.
1642. den aardkloot torfle. Hiermede werdt op
de dapperheid van Fredrik Henrik gezin-
fpeeld. Japetus en Atlas, Willem den I.
en Maurits verbeeldende, lagen aan zyne
zyde, en befchouwden hem met verwon-
dering. Van binnen, zag men, na 't op-
fchuiven der gordynen, een tempel, waar-
in het Huwelyk van Jakob den IL, Ko-
ning van Schotland, en Maria vanEgmond,
»it Reinoud, Hertog van Gelder, voort-
gefprooten , voltrokken werdt. Het Vor-
ftelyk gezelfchap, alles bezigtigd hebben-
de , werdt, aan 't Prinfenhof, door den
Penfionaris Willem Boreel, uit naam van
Burgemeefleren, begroet. Den volgenden
dag , werden de Perfoonaadjen , in ver-
fcheiden' weluitgeflreeken floepen, door de
Stad geroeid , onder 't geleide van Bur-
gemeefteren, die hun de Godshuizen en an-
dere voornaame gebouwen vertoonden. In 't
Oude-Mannen-huis, deedt PrinsFredrik Hen-
rik een gefchenkvan drie guldens aan ieder
der oude luiden, die toen ruim tweehonderd
fterk waren. Voorts, voer men, eene poos,
langs 't Y, daar wakker gevlagd en gevuurd
werdt van de fchepen. De ver'tooningen
van 's daags te vooren werden , op ver-
zoek van zyne Hoogheid, nog eens her-
haald: ten welken einde, Burgemeefleren
eene groote flellaadje op den Dam hadden
doen opflaan, en met blaauw Laken be-
kleeden ; waarop het Vorftelyk gezelfchap
geplaatfl werdt. Doch de watervertoonin-
gen, die op den Amftel gefchiedden, vie-
len ongelukkiglyk uit. Des Vrydags, den
twee en twintigflen May, reedt het door-
lugtig gezelfchap de Reguliers-Poort uit,
naar den Haage te rug, op gelyke wyze als
het ingekomen was. De Amfterveenfche
weg was, om 't ftuiven te voorkomen, op
bevel van Burgemeefleren , door de Huis-
luiden, begooten. Schepen Tholinx, die
wederom, aan 't hoofd der jonge Ruiter-
bende, honderd en vyftig paarden fterk,
vooruit gereeden was, plaatfle zig, met zyne
manfchap, in flagorde, op een kamp lands
voorby den Overtoom, alwaar hy van de
doorlugtige Perfoonaadjen affcheid nam (q).
De Digter Joost van den Vondel
maakte een treffelyk gedigt op de inhaalin-
ge der Koninginne van Engeland hier ter
Stede (r) Zy vertoefde, tot op 't einde
des jaars, in Holland. Men nam toen, ter
Vergaderinge der Staaten,in overweeging,
om haar eenige begiftiging te doen. Amfter-
dam zou hiertoe ligtelyk gekomen zyn. Doch
de overige Leden der Provincie toonden 'er
(9) AlTZEMA II. Deel, bl. 8IS , 817.DAJPEB, tl, iii-H%.
.■(r) Zie %.ynt
foczy I, Dcil, it. 171.
-ocr page 609-
XV. Boek.
GESCHIEDENISSE N.
.543
%.
eeniging bevoegd waren; zelfs mogten,
haars oordeels, noch de Bewindhebbers
der byzondere Kameren, noch de Verga-
dering van Zeventienen, op zulk een' voor-
flag, in eenige onderhandeling treeden, al-
zo hun pligt was, de goederen der Maat-
fchappye te beflieren, volgens het Oclroi.
Ook was 't, meende zy, van gevaarlyk
uitzigt, dat men zo ligtelyk komen zou tot
hy zig de kennis over deeze misdryven aan, rf,*
die, van ouds, ook volgens uicdrukkelyke
Graaflyke Privilegien en het beftendig ge-
bruik, tot de Schouten en Geregten van
veele byzondere Dorpen plagt te behooren.
De Stad Amfterdam, als Ambagtsheer van
Slooten, Slooterdyk en Osdorp, nam deel
in 't geding tegen den Baljuw (d). Doch
ik vind niet aangetekend, hoe het zelve af-
liep.
De Hefïifche manfchap, die thans, zo 't De Am-
heette, tot onderfteuning van Frankryk en fterdam-
de Staaten, de wapenen voerde inDuitfch-khe
land, en, voor een gedeelte,aan denRyn-^0"^,,
kant lag, vorderde zwaare tollen van dejdaagen
goederen, die> te water en te lande, den over 't
Ryn langs gevoerd werden. De Amiterdam-^h°°;;
;>
vermenging en vereeniging der goederen
van byzondere Perfoonen, wanneer men
daarin maar eenig nut vondt voor den
3)
Staat, naardien men zig, naderhand, van
deeze zelfde reden,ook in andere geval-
len , zou können bedienen (y)." Onder-
tuflchen, kon men geene vernieuwing van't
Octroi der Ooitindifche Maatfchappye ver-
werven, voor zeker getal van jaaren. Men fche Houtkoopers , die hierdoor zeer ge-fo^"«
drukt werden, klaagden 'er over, in dend^Ryn.
aanvang deezes jaars. Men fchreef aan de
Landgraavinne van Heffen ; doch 't was
vrugteloos (e), en deeze lait duurde , ge-
noegzaam zo lang, als de oorlog.
Ter Vergaderinge van Holland, werdt,Reduiten
door eenige Leden, nog al, van tyd tot tyd, dsr
gedrongen op het vernieuwen en verbreeden Vroed-
'*6
H.
fterdam toonde~zig hiertoe^ongezind, en^f^^"
hadt, reeds in 't jaar 164 r, veritaan, dat ten ovèt
men het, ten opzigte der geeftelyke Zulte-den aan-
ren, Kloppen genaamd, behoorde te laaten^as der
by het oude gebruik; of zo men op eenige J^^.
verandering aanhielde, liet de Stad toe,den.
dat de famenwooning van meer dan twee
Kloppen in één huis verbooden werdt, mids
het Begynhof alhier daarvan uitgezonderd
bleeve (ƒ). Doch, in de Lente deezes jaars
1644, vervoegden zig twee Predikanten en
eenige Ouderlingen by Burgemeelteren, ern-
ftelyk klaagende,ocer hetdagelyxaengroeyen
derPapiflen
, alhier ter Stede. En Burgemees-
teren bragten deeze klagten in den Raad,
daar veritaan werdt, dat men zou blyven
by de Refolutien omtrent de Roornfchge-
zinden, voorheen hier genomen (g). Ook
oordeelde men,watlaater,wederom „ dat,
„ by voorigePlakaaten,genoegzaameorde
„ geiteld was tegen de itoutigheden der
„ Roomfchgezinden; dat het op de uitvoe-
„ ringe derzelven, onder de maatiging en
„ beitiering der byzondere Magiitraateo,
„ alleen aankwam; en dat de vreemde Paa-
„ pen en inkomende Geeitelyken, en alle
Hierarchie of geeftelyke Regeering, voor-
't in ftand houden der Maatfchappye, be-
floot, eindelyk, een of twee Perfoonen uit an-
dere Steden alhier in de beiliering der Maat-
fchappye toe te laaten,om daardoor de be-
williging in de verlenging van 't Oclxoi te
ligter te doen doorgaan. Zy tradt zelfs, eer-
lang, hierover, met die van Haarlem, in
onderhandeling (Z>). En 't fchynt, dat dit
befluit veel toegebragt heeft, om de Verga-
dering der algemeene Staaten, in 't verlen-
gen van 't Octroi, te doen bewilligen, 't
Gefchiedde egter niet, voor't jaar 1647,
en toen , voor den tyd van vyfentwintig
jaaren, mids de Maatfchappy, daarvoor,
vyftien honderd duizend guldens eens', in
de algemeene kas deezer Landen , betaal-
de (c).
De Ambagtsheerlykheden en Dorpen van
Kennemerland voerden, in deezen jaare
1644, een pleit voor den Hove van Hol-
land, tegen Lodewyk van Altcrenvan Jaars-
veld,
Baljuw van Kennemerland, die,nevens
£yne Leenmannen, den dertigften January,
«ene Keur hadt doen afkondigen, buiten
kennis der Ambagtsheeren en Geregten ,
Jvaarby de boeten op het vegten en mestrek-
ken merkelyk verhoogd werden. Ook trok
p) Refol. Vroedfch. N. 18. n Dec. 4J. ƒ, ig>.
'*•) Aitzkma II. Deel, tl. 1009, 1010.
'*) Groet-Plakaatb. I. Deel, kol. 537.
, ' ) Refol. Vroedfch. N. 19. 19 Sept. 164J, 7 f,jr# jj^g,
' y- > 9+ vcrfo.
\c)
Groot-Plakaarb. I. Deel, fyl. s^S-
l- STUK.
«>t
N.
»1
al , behoorden geweerd te worden (£).'*
°P
(d)  Handv. van Kennerherl. hl. zii-iTÏ-
(e)  AlTZEMA II. Deel, II. s7i.
(f)  Refol. Vroedfch. jtf. jg. i« ~A<>£- I6+1, f-Hverpi.
(r)
Refol. Vtfe^fch. N. 19. » -*t" l644< /• 17 verfo.
\t)
Refol. Vroedfch. N. 19- l* ""'? JS44- /• ü vtrfi.
Bbbb
-ocr page 610-
IL Deel.
AMSTERDAMS
544
i(545*
eenen hoogen en zwaaren tooren aan de
Kerke te fügten (n), en maakte eenen aan-
vang van 't werk; 't welk egter nimmer vol-
Op deezen voet, bleeven de Roomfchge-
zinden, hier ter Stede, eene redelyke vry-
heid van Godsdienftoefeninge behouden.
1644
trokken is.
Sta*
De nieii'
we
ver-
brandt.
1645
Op den elfden January des jaars 1645,
omtrent ten twaalf uuren op den middag,
floeg de brand, onverhoeds, in de nieiuve
Kerke deezer Stede, zo geloofd werdt ,
door onvoorzigtigheid der loodgieteren, die,
De zwaare koften, die de Stad, federtPe2
eenige jaaren, gehad hadt, aan het. leggen\sirtie
van veele fteenen bruggen, in de plaats van ge-
honten , en aan het maak en van fteenen zen;
aan't dak gearbeid hebbende, en met den
middag afgegaan zynde, de vuurpot voor
een open dakvenfter hadden laaten ftaan,
uit welke de vlam, door den feilen Noord-
ooften wind, eerft in 't drooge houten dak
geflaagen was, en zig, voorts, zo gewei-
diglyk verfpreid hadt, dat, in een half uur
tyds, de gantfche Kerk in ligter laagen brand
ftondt. Men wendde veel moeite aan, om
de vlam te fluiten: doch de hoogte van 't
gebouw, en gebrek aan zulke bekwaame
blufchgereedfchappen, als federt ingevoerd
zyn,maakten 't onmogelyk.Ten drie uuren
na den middag, flortten het dak, het hou-
ten gewelf, het toorentje, de orgels, en de
fchoorbalken met het gene 'er aan vaft was
van boven neder in de Kerke, die, voorts,
van binnen, voor 't grootfte gedeelte, uit-
brandde. De koperen Kerkkroonen, en de
plaatingen langs de burgwallen, waarbynu
nog kwamen de koften, vereifcht tot den
opbouw der afgebrande nieuwe Kerke, en
van het nieuwe Stadhuis, hadden de Vroed-
fchap, al federt eenige jaaren, ernftelyk
doen verdagt zyn op het uitvinden van mid-
delen, tot verbetering van der Stede inkom-
ften (0). Ook vondt men, eerlang, geraa-
den, verfcheiden' nieuwe Excynzen op te >
ftellen. En op den elfden Julydeezes jaars,en^
verwierven Burgemeefteren en Regeerders £&
Oclroi van 's Lands Staaten (p), om, ten taguê'£!!.
behoeve der Stad, te mogen heffen, boven fte» %
den veertigften penning, dien 't Land ge- ni!1^r
noot, eenen excyns van den tagtigftenpen- j^gt«
ning of een en een vierde ten honderd van va{te
stlle onroerende goederen , die binnen de go$'
Stad verkogt werden (2).
                         re°' ^
In 't begin deezes jaars, hadt zig, eeni-G^V
papieren en't geld uit het Huiszitten Comp- gen tyd, in deeze Stad onthouden Alcaide n^o
toir by de Zuiderdeure werden, gelukkig- Mahomed Ben Ascar , Dienaar des Keizers ^jer^
lyk, gebergd; doch de konftigePredikftoel van Marokko, die Geloofsbrieven medest^6'
en alle de overige geftoelten door de vlam
vernield. Men heeft den tyd van dit on-
geluk, welk op den eerffcen dag des jaars,
naar den ouden ftyl, voorgevallen was, in
deeze twee regels, uitgedrukt:
BllfeLLe gVre koVW geraakte Ik tot as,
Doen 't, naar het oVt gebrVlk, Den eer-
ßen laarsDag Was (j).
hadt aan den Staat, en verlof begeerde om
hier een Oorlogsfchip van twintig ftukken,
tegen graanen, zout of andere waaren, te
mogen koopen. Men liet hem de vryheid,
om daarover met onze Koopluiden te han-
delen (q). En 't fchynt, dat hy zig, ten
deezen einde , naar Amfterdam begeven
hadt; doch of, en op welk eene wyze, hy
aldaar gedaagd zy, vind ik nergens aange-
tekend. Hy vertrok, in July, wederom van
hier.
In de huizinge en brouwerye van Schepen
Albert F at er, de Zwaan genaamd, ftaande
op den Nieuwezyds-Agterburgwal, ont-
ftondt, in den voornagt van den tweeden
May,ook een gevaarlyke brand, waardoor
het binnenfte gedeelte van 't gebouw ver-
teerd werdt. Doch 't voorfte en agterfle
gedeelte werdt behouden (]Cj. Veele goe-
deren waren, geduurende den brand, weg
geraakt, die 't Geregt, des anderendaags,
beval, den eigenaar wederom te brengen
(/). De Nieuwe Kerk werdt, kort naden
brand,opkoften van de Stad, en onderop-
zigt der Heeren Thefaurieren (?iï), weder-
om opgebouwd. Men befloot ook, eerlang,
Brand
in eene
brouwe-
rye.
(«) Refol. Vroedfcli. N. 19. 2 Sept. 13 Ottib. )64J. ƒ.
60 vcrfo , 67.
(0) Refol. Vroedfch,
14J verfo, 14J. A'. 19
N. 18. 19. Not/. 10 Dcc. IS+j. ƒ.
J Maart Iö4+. 30 Jany 1645, ƒ.
io , S4, 55-
(p) Handv. tl. 210. [in.]
(^; A1TZEMA IU. Veel, bl. 35.
(2) Zo luidt het Oftroi woordelyk. Doch men
heeft het, zo ver my bekend is, altoos zo begree-
pen,dat de tagtigfte Penning gevorderd is, niet van
alle onroerende goederen,dleindeStadverkogt-jior-
den;
maar di e, verkogt zynde, in ds Stad, en wei binnen
de muur en gelegen zyn;
onaangezicn , in eene Keurs
van den vierentwintigften Maart des jaars i656»°n-
derileld wordt, dat de tagtigfte Penning betaald moet
worden van de onroerende goederen binnen de Stad
en de Jurisdiüie van dien gelegen. Handv.
bl. 211.
[367]. Sommigen hebben hierom, niet zonder re-
den, geoordeeld,dat het Oftroi voordeeliger voot
de Thefaurte zou können uitgelegd worden , dan
t-ot nog toe gefchied is. Zie T. Boel junior Aan-
tel, op de Decifien enObferv- van den Raadsheer Lo&'
nii5,Cas. XS'H. bl, 139 enz.
De Kerk
wordt
her-
bouwd.
(i) DOMSELAAK IV. Bae{, il. 6z. VI. Boek^, bl. 428.
COMMILIK, il. 44* > U68.
(*J Domsklaar VI. Boe{, J/.42S.COMMEI.1N, il. 1168.
(ij Keulb. L- ƒ. ?49 vcr'fo.
\m) B.efol. Vioedfcli. N. 19. zi Fibr. ic+s.f. 59 wr/i.
-ocr page 611-
XV. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
545
ö45> hier. De Admiraliteit te Amfterdam kreeg
aanfchryvens uit den Haage, om hem te
voorzien van plaats op een oorlogsfchip,
welk op dePortugeefche kuft zou gaan kruis-
je K fen, en hem te Saffi aan land zetten (r).
Üingin*
derzelver Gezanten. De Deenfche Ambas- ^,6
fadeur, Korfitz Ulefeld, in denZomer dee-
zes jaars, met zyne Gemaalin en een aan-
zieniyk gevolg, herwaards gekomen , om
de Zontfche tollen te regelen, en de voori-
geVerbonden met den Staat te vernieuwen,
werdt, te Amfterdam, daar hy zig eenigeri
tyd ophieldt, treffelyk ontvangen. Ook hadc
hy eenige byzondere gefprekken met Bur-
gemeefteren, over het oogmerk zyner Am-
ballade (u). Hierdoor werdt de weg ge-
baand tot het fluiten van een Verdrag over
de Zontfche tollen , welk, in 't begin des
volgenden jaars, getroffen werdt (w). Kort
na de aankomft des Deenfchen Gezants, wer-
den twee Muskovifche Ambaffadeurs, hier
ter Stede , insgelyks , met veele tekenen
van hoogagting, bejegend, en in twee bin-
nenfchuiten, van hier, gevoerd naar den
Haage. £n toen zy daar klagtig vielen, dat
men hen niet, op koften van den Staat,
voorzage van wooning en onderhoud s bragt
de Stad Amfterdam te wege,dat hun daar-
in genoegen gegeven werdt. Zy verkreegen
openbaar gehoor in den Haage, op den der-
tigften November: en toen zy, in May des 1647..
volgenden jaars, de te rug reize aannamen,
nam de Regeering van Amfterdam de be-
zorging van 't gene zy onder weg behoeven
zouden, op zig (#).
Prins Fredrik Henrik was, fchoon zeer Fredrik
onpaflelyk, op 't fterk aanhouden derMus-Henr[k
kovifche gezanten, genoodzaakt geweeft,^mèin
hun openbaar gehoor, in November laatft-de ji.
leeden, by te woonen, en hunne aanfpraak volgt
ftaande aan te hooren (y). Hy kwynde ,hem °P-
federt, den gantfchen winter, aan de koorts,
die hem,eindelyk,den veertienden Maart,'
in 't graf fleepte. Zyn Zoon, Prins 'Wil-
lem de II., volgde hem op in de hooge
waardigheden, welken hy, hier te Lande,
bekleed hadt (z).
De Vredehandeiing te Munfter werdt ,DeMun-
ondertuffchen, voortgezet, hoe zeer de^^he
jonge Stedehouder ten oorloge neigde. De^dc
Regeering van Amfterdam yverde zeer tot gete-
bevordering van 't werk der Vrede, die, kend.
eindelyk, tuffchen Spanje en de Staaten, 164S.
op den dertigften January des jaars 1648,
getekend werdt (V). Zy werdt, den vyf-
den Juny, alomme afgekondigd, en deeze
dag, hier ter Stede, gefchikt, tot eenen dag
van algemeene vreugde. Op 't midden van Vreugde-
den Dam,werden drie hooge tooneelenop-bedry.
ge. ven daar-
(v) AlTZEMA III. Deel, bl. is;.
(m) Zie AlTZEMA III. Deel, bl'. W-
(x) AlTZEMA III. Deel, bl. is" isl' *«»
(y) AlTZEMA III. Deel, bl. IS>-
{z.) Vaded. Hift. X(. Deel, {'f +3 3 > *3**
(a) Vaderl. Hift, XI. Vf'1* "• 4J7*
Bbbb 2
}Vpo0_September deezes jaars, een huwelyk lieb-
te k<*im bende doen fluiten met Maria de Gonzaga,
ft^"1- Dogter van den Hertoge van Mantua en
ani- Nevers, deedt zyne Gemaalin, in 't laatft
van November, af haaien van Parys , door
den Biflchop van Warmeland en den Graaf
Opalinsky , die haar , door Holland, ge-
leidden naar Poolen. Zy kwam, den zes-
entwintigften December, des avonds ten agt
uuren, van Utrecht te Amfterdam , daar
omtrent duizend man in de wapenen gebragt
was, om haar in te haaien. Ook werdt zy,
met honderd fchooten, begroet van de wal-
len. Prins Willem kwam haar hier, uit naam
van zynen Heere Vader, verwelkomen. Zy
vertoefde niet lang in de Stad; maar keer-
de , na twee of drie dagen, naar Utrecht,
vanwaar zy haare reis, te lande, door O-
veryffel en Groningen , voortzettede (j).
De Digter van den Vondel heeft een
^
         treffelyk gedigt, ter haarer eere, gemaakt^).
Rer. De oorlog tegen Spanje werdt, ten dee-
1temt zen tyae, van wege den Staat, flaauwelyk
«0           
!>V
____________
" ' iortgezet, inzonderheid, na dat men, in
J> het den aanvang des jaars 1646,begonnen hadt
aUnt.
van vrede te handelen te Munfter. In de
eiPep" jaaren 1645 en 1646,hadt de Prins van O-
16^5' ranje,meer dan eens, toegelegd op het be-
magtigen van Antwerpen. Doch 't was tel-
kens mislukt. Men meende, dat de Stad
Amfterdam het winnen deezer Stad on-
gaarne gezien zou hebben, uit vreeze, dat de
Koophandel, die haar van Antwerpen toege-
vloeid was,wederom derwaards keeren mögt,
waarom zy, zo men wil, 't bemagtigen deezer
Stad altoos tegenhieldt, of wift te beletten
00- Doch wat hiervan zyn moge; vaft gaat,
dat het belang van den Koophandel der Re-
geeringe van Amfterdam, altoos, zeer ter
<v herte gegaan heeft.
% ^]> Men zag dit, onder anderen, nog in dit
j^. zelfde jaar 1646, aan het onthaal, welk den
j^Oen Deenfchen en Muskovifchen Gezanten, hier
v^o, ter Stede, werdt aangedaan. De handel,
^z-tln dien men hier op het Noorden en de Ooft-
V^èt Zee plagt te dry ven , was oorzaak, dat de
d^Se. 'Regeering deezer Stad de vriendfchap der
Noordfche Vorften altoos gewaardeerd en
gezogt hadt, waarvan, by gelegenheid, bly-
ken gegeven werden, in het onthaalen van
(r) AlTZEMA III. Deel, bl. SS.
}') AlTZEMA III. Deel, bl. 87, 88.
y) Zie z,yne Poëzy I. Deel, bl. tig.
bl ,i AJ.tzpma UI- Peclt '"• ioj». Vaded.Hift. Xl.Deel,
5S2
iï3, 4iJ>.
-ocr page 612-
R D A 'M S             II.Deel.
voornaame oorzaak der Vrede. De dag 104!**
werdt gefleeten met het aanfchouwen van
alle deeze Vertooningen , en des avonds,
werden, op veele plaaifen in de Stad, pek-
tonnen gebrand , en vuurwerken afgefte-
ken (&).
                                                        r<
Vyf dagen daarna, op den tienden Juny,Oe^e'
werdt de Nieuwe Kerk, die wederom her- S^/e
bouwd was,ingewyd met eene dankpreeke^k,
over de vrede, die, onder eenen ongeloof-#eteen
lyken toevloed van allerlei gezindheden , V^3
door Fridericus Keslerus, een' der oudftePre-P'f;^
dikanten, uitgefproken werdt (c). Op dengle».,
agtentwintigften Oftober deezesjaars, werdt {nge^
de eerfte fteen van't nieuwe Stadhuis gelegd; D^n
't welk Vondel, in dit tyddigt, te ken- j1^.
nen geeft:
                                               Jui*
DeWynmaent fchreef twee min als't derde v>ot\
kruis,
                                                      §eIe°
Toen 't Vredejaer de grond ley van 't Stad-
buis (d).
Doch de zelfde Digter hadt ook, ter ge-
dagtenilTe der Vrede, een Land/pel gedigt,
Leewwendaalers genaamd, welk, met veel
toejuiching,op den Schouwburg, vertoond
werdt. Voorts, werden, hier ter Stede,
ook op bevel des Raads, eenige Gedenk-
penningen gemunt, llrekkende om het heil
der vrede, na eenen tagtigjaarigen bloedi-
gen oorlog,in 't geheugen te bewaaren (e).
Ook beveiligde het onderling belang vanDrï^,
Spanje en deezen Staat de geilooten vrede üof:*
zo zeer, dat .'er, nog in dit zelfde jaar, te fche|
Amfterdam, drie Oorlogsfchepen werden5°^,,
uitgeruft, die, zo geloofd werdt, door den hier ƒ
Koning van Spanje, tegen Frankryk,waar-gei«"'
mede hy nog in oorlog bleef, zouden ge-
bruikt worden (ƒ).
                                        ^
Omtrent Jaap Hannes, buiten den Die- De ^
merdyk, lag, van ouds, een Huk Lands, z°r-.t»f'
de Paardenboek genaamd , welk van veel f^ie"
dienft was, om den llag van 't water, dat, vpao *£,
vooral met een'ooften-wind, fterk uit depa^
Zuiderzee aandrong, te breeken, en de ha- h°e
ven van Amfterdam van 't zelve te bevry- KjV'
den. Doch men bevondt, ten deezen tyde,
dat deeze hoek lands , .grootelyks , afge-
fpoeld , en verminderd was. Burgemees-
teren waren, derhalve,te raade geworden,
om dien den eigenaaren af te koopen, en
voor 't onderhoud deszelfs, van Stads wege,
zorg te draagen. Doch 't Land was deezen
niet veil, ten ware men, daarbenevens, eeni-
ge Morgentalen binnensdyks Land aannam,
die
(i) DAPPER hl. 249 enz..
\c) DOMSELAAR IV. Boekt ll- «3- COMMEL.1N , H-
44-7. II12.
(d)  Vondels Poëzy H. &™l, hl. i°*.
(e)  G. VAN LoONNederl- Hift.Penning. U. Deeltbl,ii*'
(f)  Refol. Hoil. 15 Pee. I648. !>!• -M-I.
54-Ö                  A MS T E
1618. j?61^» alwaar agttien vertooningen, zes op
ieder toonéel, gedaan werden. Uitvinders
Amfter- van deeze drie zestallen waren de Arts S a-
dam. MUEL Koster en de Digters Geer-
aardt Brandt enjAN Vos,van wel-
ken Brandt zig, federt,ook door zyneHis-
torifche werken, beroemd gemaakt heeft.
't Gantfche werk was, in niet meer dan
zes dagen, vervaardigd. Voor 't hoogde
fchouwtooneel, ftondt de Nederlandfche
Leeuw, met het zwaard en de zeven pylen,
in de eene en de andere klaauw. De ftee-
nen gallery, die toen van boven rondsom de
Waage liep, ftondt met fpeelluiden.bezet:
en op 't fteeken der fchalmeijen en fchuif-
trompetten, werden de gordynen der too-
neelen, tot agttien reizen, opgehaald. In
de eerfte zes vertooningen, die van Kollers
vindinge waren, zag men Willem den I.
in de gedaante van Amflon, Thebe ftigten-
de door 't geluid zyner fnaaren; Maurits,
in de gedaante van Numa Pompilius, die
den Godsdienft der Romeinen geregeld
heeft; Fredrik Henrik, verbeeld door den
Romeinfchen Veldheer Fabius Maximus;
en Willem den II., in de gedaante van Au-
guftus. De vyfde vertooning beeldde af de
zorg van 's Lands Staaten, tot befcherming
der belaagde vryheid. In de zesde, zag
men Mars geboeid, Vulkaan in 't wapen-
-
        fmeeden gefluit, en 't Krygsvolk betaald,
en gedeekelyk afgedankt. Het tweede zes-
tal van de Vertooningen, door Brandt be-
dagt, floeg geheellyk op de gefchiedeniffen
der Batavieren. In de eerfle, werdt de aan-
komft van Bato en de Batavieren, hier te
Lande, uitvoeriglyk , afgebeeld. De ver-
branding van 'tLyk van Richeldin en veele
andere aloude gewoonten werden hier voor
't oog gebragt. De tweede vertooning was
de-beveiliging van 't verbond, tmTehen Ju-
lius Cezar en de Batavieren: de derde beeld-
de af de knevelaaryen der Romeinen, ten
tyde van Vitellius. In de vierde,, werdt de
Batavier Julius Paulus ter dood gebragt, en
zyn Broeder Claudius Civilis verjaagd. De
vyfde verbeeldde 't verdelgen der Romein-
fche winterlegeringen in het Eiland der Ba-
tavieren, door Claudius Civilis. In de zesde,
zag men de Vrede, tüflchen Civilis en Ce-
rialis, den Romeinfchen Veldheer,fluiten,
en de Batavieren deswege vreugde bedry-
ven. Van de zes Vertooningen, door Jan
Vos uitgevonden, verbeeldde de eerfbe het
gewapend Europa; de tweede, de afgeftree-
den Vorften; de derde, de vryheid der Ver-
eenigde Nederlanden , beveiligd door de
eeuwige Vrede; de vierde, de Vrede be-
zwooren; de vyfde, de veiligheid van den
Staat, en de zesde, Amfterdam, als de
-ocr page 613-
XV.Boek.          G ES CHIEDENISS E N.              54
m. die met omtrent agttien roeden zwaaren der vleefch en zuivel was ook ,ewH;ff ■,
paaldyk belaft waren; waartoe de Vroed- duur Doch 't kooren fS- §eweld'g 164S,
fchap niet beöniten kon. Burgemeefteren maatigen prvs afzo 'e vrv °S °P eeam
werden dan alleenlykgemagtigi om tegen kwaS Tdolee da r^ ^T
t aflpoeJen van den Paardenhoek de ver- dan hier te Ohl^'^bÄeSf *
ofchte zorg te draagen (g); gelyk,federt, feederi hadt (n) '
             b * eder ^e'
5& ^lie^e n ^lan^d 'T*  ^£* «"'"'• «^ *™SS&
>den 5«Sf ' ' ZUKfn, langs den Jan-  ne Conful van Frankryk , hier ter\PdP Stede.
Hoo Ro10cden-P°ortstoorenlag, een fteenen ge-  zyn verblyf ftondt te hebben Menï ^toe§e-
C°°- we f te leggen, ter wederzyde van den ge-  hem dezelfde eer e« voorrijen tS Ktlaa5en*
H?- ltennth00mi:-en.0m-.dSk0flendaart°ete CaDOü^drsSttT^r^g^6 IÓ49'
gel vinden, huisjes m 't midden van dit gewelf ten. Hy trok een vierde en hondeSvan
^ Tr,en' -°mZe vooruStads réke™ge   alle waaren, die, voor F^^&tfo?
tot wmkelneeringen te verhuuren ö). Het  of voor rekening van zulken d e 0S
gewelf werdt, federt volmaakt; dochmen  Franfche vlagge^n voeren tAnXrdnt
vondt met geraaden,het met huisjes te be-   0fi„ anderelavens de'ezer L^ ter!
Stad -r> v- ■ ■          t> ,                             den mgebragt, en even veel van rW<™i„vQ
*"« J? rmglï Va" Brheme,' die zi§' na uitgaa"de waaren. Ook hadt hv maf ï
j JC0, de dood van haaren Gemaal (*), hier te anderen onder zig aan te Zllel d£o £
v W Lande, bleef onthouden hadt, onlangs, hadt geene regtfpraak, dan ovlrznlk"^
jijo, der Regeeringe van Amfterdam verzogt, fche Koopluiden, le^lSkSAS
yfti om vyftienduizend, of twintigduizend gul- ren, voor hem te regt te ftaan m Na
Stf dens ter leen met belofte van deeze pen- zyne toelaating hier ter Stede vLl'ere*
«V mngen te zullen afleggen uit het eerfte nig verfchil met hem, over het vierdeSn
geld, welk haar, uit Engeland of van el- honderd , 't welk men weizSdl IL' fl
ders, toekomen zou. De Vroedfchap befloot, laaten genieten, zo zulks ook niet in ande
haare Majefteit met vyftienduizend guldens re Kooplieden betaald werdt ( p ) Doch*
te believen, zonder daarvoor eenige Intreft of, en hoe dit verfchil afgedaan werdt is.
te bedingen (/). Doch de verandering, die, niet tot myne kennüTe gekomen
kort hierna, m Engeland, voorviel, daar In Mavmaand deezes hzr* l~*
haar Broeder, Koning Karel de I.' ont- detw^edS^^Ä/^^*-
halsd,en deKoningklyke Regeeringvernie- Van Engeland, als Refident, in den SSefSnd
igd werdt, heeft haar, ongetwyfeld, niet Izaak Doreßaar, eensftedikaS?. Zoon vfnSn,
veel gelegenheid overgelaaten, om pennin- Bakhuizen, die'zig te Londen nedergezet ter ^'
gen uit Engeland te ontvangen. Zy bleef en als Fiskaal tegen Karel den 32sen^'d
hier te Lande, tot na de herftelling van Ka- hadt. Doch hy was maar twee of Sie da S?
rel den U in t jaar 1660: en begaf zig gen in den Haage geweeft, toen hv door™ Do.
toen naar Engeland, daarzy, den dne-en- vyf of zes Perfoonen, die men hieldtSchnrreflaar-
twintigften February des jaars 1662, over- ten geweeft te zyn, en, zo naderhand ver
eedt veele van de gemaakte fchulde, hier nomen werdt, l 't ffÄ
te Lande, en vermoedelyk ook defchuld aan ren Whitford, in zvne herberge, overval
.V ïS? rTb-£aald,kf.tende &'            len> en moorddaadiglyk omgebragt werd
K . Hft êf tfchejaar ló^was by uitftee- ö). Ter gelegenhekfvan deeSird
< kendheid vogtig geweeft. Men hadt byna werdt, onder anderen hier ter StedT een
geene vorft in den winter en in den zo- fchendfchrift verfpreid: 't welk het GereS
rner , genoegzaam geene droogte gehad, belluiten deedt, tot het inftellen einer S
De weiden lagen dras, tot in >t midden van Ie Keure, tegen het maaken draken en
t jaar. De peulvrug en en moeskruiden uitgeeven van diergelyke Gefchriften, die
bedierven op t veld 'c Vee hadt gebrek den twintigften May afgekondigd werd r/)!
aan behoorlyk voedfel: de Schaapen wer- Twee dagen te vooren, was, hier ter s£
den galkg, en ftierven by menigten zo dat de, van wege het Hof van Holland bj af-
het pond fchaapenvleefch, hier ter Stede, kondiging met de klok, duizend Äs
Voor tien ftuivers verkogt werdt. Alle an- beloofd aan elk, die de moorders van Do-
re-
«) Rcfol. Vroedfch. N. ip. 9 7«««. i«^g. ƒ. I73,                f») Domselaar VI.Boel^,bl.^ commSI-in,4/. 1I7g
y:) Relol. Vroedfch. N. 19. i.} Nov. 164?./ z-%vcrfo.         (') AlTZfMiV III. Deel, bl. 3S6
( A ^do'-. Vroedfch. JV.20. ig Jan. +9. ƒ. ï0.                  (f) Refo). Vroedfch. W. 2o„ 8 fa* «+S. Ï3 4ptih$<z,
J<) Zie hier voor, bl. siS).                                               ƒ. }i verfo, «+ verfo, * «*»j*,
y) Refol. Vroedfch. N. ,„. 10 Aug. 48. f.zooverß        (l> Vade/1- Hift- XII. Deel, H. 3«,
<*0 Ajtzema UI. Deel, bl, jj«, lV.D,il,U.74,.t„'       (r> Handv- *'. SJl. L*'7-2
3bbb 3
-ocr page 614-
548 AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN. II.Deel.
l6W
fchade, den Amfterdamfchen Koopluiden,
in omtrent negen jaaren tyds, door de Fran-
fchen aangedaan , wel zeven en een hal-
ve millioen guldens beliep (a). De Stad
beweerde toen , ter Vergaderinge van Hol-
land, dat men zig, met geweld, behoorde
te verzetten, tegen de mishandelingen van
Frankryk (v~). Doch de andere Leden ,
minder belang hebbende by 't belemmeren
der fcheepvaart, neigden tot zagter mid-
delen. In't jaar 1652, werden 'er egter
eenige Oorlogsfchepen uitgeruft , die , zo
geloofd werdt, tot beveiliging der fcheep-
vaart in de Middellandfche zee . dienen
zouden (ot) ; doch eerlang, in den oorlog
tegen Engeland, gebruikt werden. De kaa-
peryen der Franfchen hielden aan, genoeg-
zaam zo lang als zy met Spanje in oorlog
waren. Alleenlyk gaven zy den Staaten eenig
genoegen, na dat de Luitenant-Admiraal de
Ruiter zig, in 't jaar 1657, van eenige Fran-
fche Kaapers en Oorlogsfchepen meefter
gemaakt hadt (x). Maar 't ftremmen der
fcheepvaart hieldt niet geheellyk op, dan
na 't fluiten der Pyreneefche Vrede, in 't
jaar 1659; waarop, in 't jaar. 1662, een
Verbond van onderlinge befcherminge tus-
fchen Frankryk en de Staaten volgde.
reflaar zou aanbrengen. Doch, onder het
trekken der klokke, was 'er de klepel uit-
gevloogen; 't welk, door den Amfterdam-
fchen Digter Jan Zoe t , die zeer Konings-
gezind was, in zeker rym , aangemerkt werdt,
als beduidende, dat men de moorders on-
gemoeid behoorde te laaten O). Doch de
verftandigften in Holland dagten 'er, ten
deezen tyde, anders over.
De Koophandel der ingezetenen van Am-
fterdam op de Middellandfche zee was ,
federt eenige jaaren , geweldiglyk belem-
merd door de Franfchen, die, op bevel
of met oogluikinge des Konings, onzeKoop-
vaardyfchepen aanhielden en opbragten ,
onder voorwendfel dat zy den Spanjaard
voorzagen van voorraad. En deeze belem-
mering nam toe, na dat de Staat vrede ge-
maakt hadt met Spanje, terwyl Frankryk
nog met dit Ryk in oorlog bleef. De Stad
Amfterdam ftondt 'er zeer op, dat men de
geweldenaaryen der Franfchen, door fterk
convooijeeren, beletten moeft (O-Doch haa-
re vertoogen vonden geenen ingang. De
meefte Provinciën, en Prins Willem de II.
inzonderheid waren meer geneigd,om zig,
zelfs na't fluiten der Vrede, fterk gewapend
te houden te lande. Het Collegie ter Ad-
miraliteit te Amfterdam vertoonde den Staa-
ten, in February des jaars 1651, dat de
(s) Zie zvne Werken, il. 5*.
(t) Refol." Vtoedlch. -N. zo. is J*n. I«4P- ƒ• 9 verJ°>
{1649.
Schade
den Am-
fterdam-
fchen
Koopl ui-
den,door
de Fran-
fchen, in
de Mid-
delland-
fche zee
toege-
bragt.
f«) Voiez, WlCOJIEïORT Preuves Tom. I. f, S79. '
(v) Refol. Holl. 23 J'mj I«SJI. hl. ju.
(m) Vaderl. Hirt. XU. Deel, bt. 2S).
(x) Vaderl. Hift. XU. Deel, hl. 33S, 444,447» 4JJ.
TWEE'
-ocr page 615-
549
DEEL.
TWEEDE
GESCHIEDENISSEN
VAN
AMSTERDAM.
ZESTIENDE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van het jaar 164.9.
tot het jaar 165%
vinden. Doch de Prins ftelde 'er zig zo 1649.
ernftelyk tegen , dat men 'er, in eenige
maanden, niet verder op drong. In deAmfter-
Vroedfchap van Amfterdam, werden, on- dam be-
dertiuTchen , van tyd tot tyd, befluiten ge-T1^'
nomen , ftrekkende tot vermindering van ^nbe.
'sLands uitgaaven, en eindelyk, in Juny, ge- taald Iaa«
raaden gevonden, te bewilligen in het on- ten van
betaald laaten van negen en twintig Com- neSen en
pagnien uitheemfchen , die ter betaylinge compf?--
van Holland ftonden (c). 't Liep egter totnien,
in Oétober aan, eer die van Holland den
Prinfe verklaarden, dat zy tot dit afzonder-
lyk onbetaald laaten zouden moeten komen,
zo de Provinciën weigerden te bewilligen,
in hunnen voorflag tot algemeene afdanking.
De voorflagen , die , daarentegen, van 's
Prinfen zyde, gefehiedden, voldeeden die
van Holland niet: 't welk het misnoegen te-
gen deeze Provincie, en vooral tegen de Stad
Amfterdam, het voornaamfce Lid derzelve,
fterk deedt toeneemen by zyne Hoogheid.
Hier kwam nog by, dat de Stad, in 't De Stad
begin des jaars 1650, befloot (d), en wat bewerkt
laater, ter Vergaderinge van Holland, te ee"?. hs~
wege bragt, dat 'er, uit naam der Staaten f^En-
van Holland alleen , een Commiflaris ge-gefand,
zonden werdt aan de tegenwoordige Regee- door
ringe van Engeland, waartoe, eerlang, Ge-Ufhnd
rard Schaap Pieterszoon,
Raad in de Vroed- eß^
fchap van Amfterdam, benoemd werdt.Hy 5
hadt laft om de Regeering der nieuwe Re-
publyk te erkennen , en de belangen van
Holland in 't byzonder voor te ftaan in En-
geland De verwydering tuiTchen zyneHoog-
heid en de Stad Amfterdam, werdt hier-
door gevoed (<?), alzo de Prins veel liever
ge-
De draad der gefchiedenifle leidt ons nu
tot het ontvouwen der oorzaaken en
gevolgen van eenen hevigen tweefpalt, tus-
fchen den jongen Stadhouder, Willem den
IL, en de Stad Amfterdam; die gefchaa-
pen ftondt 5 het gantfche Land over ein 'e
te zetten, zo de gemaatigdheid der Ara-
fterdamfche Regeeringe zulks niet voorko-
men hadt. 't Zal der moeite wel waardig
zyn, dat wy deeze zonderlinge gefchiede-
nis, van haaren oorfprong af, opnaaien.
Het fluiten der Munfterfche Vrede, welk,
voornaamlyk, door 't beleid van Amfter-
dam, was doorgedreeven, was Prinfe Wil-
lem, en zynen jongen en oorlogszugtigen
Raadsluiden zeer tegen de borft geweeft ,
en hadt zyne Hoogheid beveiligd in het mis-
noegen , welk wylen Prins Fredrik Henrik,
in de laatfte jaaren zyns leevens, tegen de
Stad hadt opgevat. Dit misnoegen vermeer-
derde, na dat men, ter Vergaderinge van
Holland, hadt begonnen te raadpleegen op
het verminderen van 's Lands uitgaaven: 't
Welk, door Amfterdam, als 't meelt te draa-
gen hebbende in de gcmeene lallen, fterkft
gedreeven werdt, zelfs tot zo verre, dat de
Stad verftondt, dat zyne Hoogheid, wiens
Wedde fommigen verhoogen wilden, in ver-
goeding van het nadeel, welk hy by de Vre-
de leedt, zig met dezelve behoorde te vre-
de te houden O). De algemeene Staaten
hadden,op 't fterk dringen van Holland,in
j* jaar 1648,reeds beflooten, tot eenemer-
^elyke vermindering van Krygsvolk. Am-
^erdam nogtans, in Maart des volgenden
£jars , vailgefteld hebbende , nog vyftig
cornpagnien te doen afdanken (b) , deedt
2u&s j ter Vergaderinge van Holland, goed-
ni,~ "-efol. Vroedfch. N. zo. u Ju». 164$. ƒ. j.J.Mu-
»
> 8.efol. Vroedfch. A'. zo. is Maan 1645, /. 16,
fifcl*
f" 's
(c) Refol. Vroedfch. N. Zo. i7 April, zi Juny, ;0^^.
I649. ƒ. 20 -verf, 1% verft, 36.
(dj Reii/1. Vroedfrh. N. zo. s f*"- l6S°- f, 49'verf».
(O Vaderi. HUI. XII. Dfi, *'• ÏS>6» *»7.
-ocr page 616-
AMSTERDAMS
II. Deel.
550
1650. gezien zou hebben * dat de Stad erigantfch toonde, om zyner Hoogheid te geryven. Ai- ifó0,
Holland, zo wel als de overige Provinciën, leenlyk, zou zy gaarne gezien hebben, dat
tot de herftellingvanzynenSchoonbroeder, de Leening op den naam der Staaten van
Karel den il., hadden medegewerkt, dan Holland gefchieddé,mids de Stad zorg droe-
dat zy eene Regeering erkenden, die zy- ge, dat de penningen, onder haare ingeze-
nen Schoonvader, Karel den I.» ter dood tenen, by welken zy, voor hoofdfomme en
hadt doen brengen.
                                    intreft, wilde inllaan , gevonden werden.
Zy doet Wat laater, gebeurde 'er nog iet, welk Doch toen de Staaten zwaarigheid maakten*
eenige ^et ongenoegen tuffchen zyne Hoogheiden om zig, op eenigerhande wyze, te moeijen
Kapirei-" de Stad Amfterdam deedt toeneemen.^ De met deeze leeninge , nam de Stad alleen
nen, die Prins hadt denVice-Admiraal,^7^ Korne- deezen laft op zig, en bezorgde denPrinfe
door de liszoon de Witte, die, zonder verlof, uit twee millioenen guldens , tegen vierten hon-
Ädmira- ßrazü te rug gekomen was, in den Haage, derd(g), en op verdere redelykevoorwaar-
jl";i: m- doen vatten, en op de Voorpoorte van den den, die, met volkomen goedvinden van
genomenHove brengen. Te gelyk, waren, te Am- zyne Hoogheid, geregeld werden. 'tGraaf-
waren, fterdam, door het Collegie ter Admirali- fchap van Leerdam, de Baronny van Yffel-
op vi ye te;c aldaar, eenige Kapiteinen vande Witte's flein, de Heerlykheid Klundert of Niervaart
^üen Escluader in hegtenis genomen, 't Een en én de Oranje-Polder werden, voor de op-
't ander werdt euvel opgevat door de Staa- gefchooten fomme, verpand. En de Prins
ten van Holland, die't hielden voor eene beloofde, dezelve, binnen zes of tien jaaren,
blykbaare krenking van hun grondgebied, te zullen afleggen (h).
en voor eene inbreuk op hunne opperfte Men zou billyk hebben mogen ver wagten,
magt. DeWethouderfchap vanAmfterdam, dat het gereedelyk opfchieten van zulk eene
de Admiraliteit hebbende doen vermaanen aanzienlyke fomme, 't welk, zelfs van wege
tot het ontdaan der gevangenen, en weige- zyne Hoogheid, voor eene weldaad erkend
rend antwoord bekomen hebbende, deedt werdt, de Stad volkomenlyk herfleld zou
de hegtenis opbreeken, en de gevangen Ka- hebben in de goede gezindheid vandenPrin-
piteinen op vrye voeten Hellen. De alge- fe; doch daar verliepen maar weinige wee«
meene Staaten toonden zig hierover ten ken, na dat het Verdrag van Leeninge ge-
hoogfte gebelgd. Doch de Staaten van flooten was, of hy gaf blyken van ongenoe-
Holland verdedigden zig, met klem van re- gen jegens de Stad, van welken men, onder
denen. Zelfs fielden zy orde, om de Wit- geene voorgaande Stadhouderlyke Regee-
te van de Voorpoorte te haaien. Doch de ringe, immer wedergade gezien hadt.
            tf
Prins voorkwam dit, en deedt hem weder- De Staaten van Holland, niet bewilligd^ A
om brengen naar zyne herberg, daar hy hebbende in den Staat van Oorloge voorst^H'11
eerft vailgehouden geweeft was. Hy werdt jaar 1650, waarop, onder anderen, het ao^u-
egter, niet dan na 't overlyden van zyne Krygsvolk gebragt was, welk zy meendenfc1"^
Hoogheid, geüaakt (ƒ). -
                          te moeten worden afgedankt, en welk vyf ^
Zy ver- Doch omtrent den tyd van 't vatten van en vyftig Compagnien te voet, en twintig gfy
ftrekt de Witte, viel 'er iet voor, welk het goed te paarde beliep, oordeelden zig niet ver- V'//
denPrin-verftand tuffchen zyne Hoogheid en de Stad pligt tot voldoening van hun aandeel in de k«"^ ■
mülloe- Amfterdam fcheen te moeten herftellen. gaadje van dit Krygsvolk, en vonden, der-^r
nen, op Omtrent den aanvang van April, zondt de halve., in 't begin deezes jaars, ook met'
eenigen Prins Joan van den Kerkbcve, gezeid Polyan- bewilliging van Amfterdam (i), geraaden,
zvner der, Heer van Heenvliet, herwaards , om den Gecommitteerden Raaden laft te geeven
tleeriy- jjurgemeefteren, uit zynen naam, voor te om, nog voor Paafchen, den Kapiteinen en
deren!' Aaan » dat hy, zig, federt eenigen tyd, in Ritmeefteren der Compagnien, die ten hun-
„ zwaare fchulden hebbende moeten ftee- nen lafte Honden, zynde een en dertig te
„ ken, eene aanzienlyke fomme aan geree- voet en elfte paarde, en die zy onbetaald
„ de penningen noodig hadt; en hierom wilden laaten, aan te fchryven, dat zy op
„ verzogt, dat de Stad hem twee millioe- geene verdere betaaling, van wege de P«r
„ nen, tegen, eenen maatigen Intreft, wilde vincie van Holland, te rekenen hadden-
„ opfchieten, biedende hy aan, daarvoor, Voorts , verftonden zy , de betaaling te
„ de bellen zyner Heerlyke goederen te moeten inhouden van tien man op iedff
„ zullen verpanden."Burgemeefteren brag- Compagnie te voet en te paarde, die nog &
ten 's Prinfen voorflag in de Vroedfchap, •
                                                     dientf ,
die zig, voor 't grootfte gedeelte, genegen (s) Reroi. vtoedfch. n. 20. 4,«,«, 23 April i«5°- *
St, 60,62-vtrfo,6}.                                                                  ,
(h) Gtoot-Memor. N. UT. ƒ. 2S4» I8j , 512 virfa.i1"
. (ƒ) AlTZEMA III. Deel, IL 4i«,Vad«l.Hift.XH.JD«/, Munioicnt-Regifter, ÏJ. A.
hl. 83 tna..                                                                          (i).Rcfol. Yroedfch. N. io- * J4". i«jo. ƒ. jo.
-ocr page 617-
XVL Boek.
GESCHIEDENISSEN.
551
c5o. dienfr. bleef, en ten hunnen Iafle geftaan
hadt. De uitvoering van dit befluit werdt
egter, ter gelegenheid van eenen nieuwen
voorflag van zyne Hoogheid, nog eenige
weeken verfchooven; doch in 't begin van
Juny, even voor 't fcheiden der Vergade-
ringe ter oorzaake van het Pinkfterfeefl, in
* 't werk gefield.
v0j "en De Prins van Oranje en alle 's Prinfen
tüjjj,^. vrienden namen de uitvoering van dit be-
S ^ fluit zeer euvel op, en noemden 't eene af-
aS. zonderlyke afdanking, en eene verbreeking
van de Unie tuffchen de Provinciën. Doch
de Staaten van Holland verftonden, dat het
eerfie Lid van de Unie zelf de byzondere
Provinciën liet in 't volkomen bezit van der-
zelver Privilegien, Vryheden en wel her-
bragte Gewoonten; en derhalve ook in het
regt, welk zy, van ouds, gehad hadden,
van niet verpligt te zyn tot het draagen van
eenige lallen , dan waarin zy flaatswyze
hadden bewilligd. Volgens het negende Lid
der gemelde Unie, waren de byzondere Pro-
vinciën ook niet gehouden in eenige lallen
der Generaliteit , dan die , met gemeene
bewilliging der Bondgenooten , waren opge-
legd. Ennaardemaal die bewilligingen flegts
Voor een jaar gefchiedde, en voor het jaar
1650, in Holland, nog niet gefchied wa-
ren , oordeelden de Staaten deezer Provin
cie, dat zy , zonder eenige krenking der
Unie, konden nalaaten eenigeCompagnien
te betaalen , tot welker betaaling zy niet
langer verbonden waren. Hunne aanfchry-
ving aan de Overflen deezer Compagnien
was, eigenlyk , ook geene byzondere af-
danking, maar alleenlyk eene bekendmaa-
king van hun befluit; op dat hetKrygsvolk
weeten mögt, dat het, voortaan, op de be-
taaling van Holland, niet meer zou können
rekenen. Zo de overige Provinciën in ftaat
en gezind geweeft waren, om dit Krygsvolk
aan te houden en te betaalen, zou het haar,
ook zonder krenkinge van de Unie, volko-
1 menlyk, hebben vrygeflaan.
*V0e 't Scheen nogtans, dat dit alles, ter Ge-
*i(j^ neraliteit, thans gantfch anders begreepen
„ het befluit tot byzondere afdanking; en 1650.
„ dat de Prins deeze bezending , en deper-
„ foonen , waaruit dezelve zou beflaan ,
„ regelen zou." Hier kwam nog één punt
by, welkwy, met de eigen woorden der
Refolutie , zullen voorfteilen , om dat de
Prins van Oranje zig, uic hoofde van het
zelve , geregtigd geoordeeld heeft tot de
onderneeming van 't gene hy, federt, tegen
de Stad Amflerdam en tegen eenige Leden
der Vergaderingen van Holland goedvondt
in 't werk te flellen.Zyne Hoogheid werde,
naamlyk , verfocht ende geauthorifeert, om
alle nóodige ordre te flellen
, ende die voorfie-
ninge te doen
, ten eynde dat alles in goede rus-
te ende vrede werde geconferveert
, ende in/on-
derheydt werde gemaint ene er t ende vajlgehou-
den de Unie met den gevolge ende aencleven
van dien
, ende in tegendeel geween ende te
ghemoedt getreden
, dat ter contrarie van dien
Joude mogen werden voorgenomen (k).
Des _ anderendaags , verklaarde zyne De Prins
Hoogheid, dat hy van zins was, zig zel-fte,tzig
ven te flellen aan 't hoofd der bezen •£*"«
dinge , tot zyne medeafgevaardigden ver-der t,e;
kiezende de Heeren van Aartsbergen, Mau- zendin-
regnault, Renswoude en Klant uit de alge-Se«
meene Staatsvergaderinge, en de Heeren
van Asperen , Lucasz. en den Thefaurier
Generaal BraJJer, uit den Raad van Staate.
De Vergadering bedankte den Prins voor
zyne voorzorg, hem verzoekende, dat hy,
door alle mogelycke middelen van induäie of
overreding , de Steden van Holland zou
zoeken af te maanen van afzonderlyke af-
danking (/). De Staaten deezer Provincie
deeden vergeeffche moeite ter algemeene
Staatsvergaderinge, om deeze bezending te
doen agterblyven (m). Zy vertrok, den
agtflen Juny, naar Dordrecht.
De Vroedfchap van Amflerdam was. zooe
dra Burgemeefteren hiervan kennis kreegen, Vroed-
byeengeroepen tegen den tienden, en ver-khap
flondt eenpaariglyk „ dat het deezer Stad, ^g"/"1"
, als zynde maar een Lid der Vergaderin- heruit"
, ge van Holland, volgens de bekende orde deeze be-
, der i-.egeeringe.niet toeflondt,in byzon-•zending
, dere onderhandeling te treeden met Af niet te
, gevaardigden der algemeene Staaten, ende Jï^m~
, dat dienvolgende de opgemelte bezendinge was
, gefchiedt tegens dejtyle van de Regieringe."
Voorts, werdt geraaden gevonden, de Bur-
gemeefteren Antoni Oetgens van Waveren en
Piet er Hajjelaer den Frinfe te gemoet te zen-
den, en zyner Hoogheid, van deezer Stede
we-
(i) Refol. Gener. Dom. sjuny '«J°. *»i' ^efo1 Vr°e<Üch.
N. 10. 10 Juny f. <S« verfi. AliZEMA Herft. Leeuw,*/,
o. m qttart ». Vader!. Hift. XII. Deel, H- «7 > «*.
(Ij Refol. Genet. Luna 6 Juny «**°-
(m) Refol. Genei. M*rti> 7 7<">1 lfS°'
Cccc
'GenetWerdt. Zyne Hoogheid, aan 't hoofd van
S
'
IÄ ' den Raad van Staate, op den vyfden Juny
efl
<otJften eerflen Pinkfterdag, ter algemeene Staats-
^ftfye vergaderinge , verfcheenen zynde , deedt
f|e«arj, *klaar, met vier flemmen, het befluit nee
V/' >Illen » om ^en Bevelhebberen der flerke
<ot 'e» » Plaatfen, daar de ontflaagen Compagnien
tj^u.06 « in bezetting lagert, aan te fchryven, dat
«lelf ^n " ZY de uitvoering van den lad der Staaten
N^V van Holland zouden hebben te voorko-
'^oi- » Uien; voorts, dat men eene plegtige be-
SJ zending doen zou aan de Steden vanHol-
» Jand, om dezelven te doen afitaan van
L STUK.
-ocr page 618-
II. Deel.
AMSTERDAMS
S52
mogen ryfen. En als of men voorzien
hadt, 165*
't gene, niet lang hierna, voorviel, Bürge-i$e&f'6
meefteren werden verzogt „ een waakend legg'1^
„ oog te willen houden op de geruftheid en VOJ0
„ zekerheid van de Stad [p )." 't Liep flegts ^er \p
aan tot den twintigften, toen het Ontwerp zendi°'
der Verdediginge van Hollands Refolutieop ge»
de vermindering van 't Krygsvolk en der
Wederlegginge van den voorflag, dien de
bezending, te Dordrecht en elders, gedaan
hadt, in de Vroedfchap werdt goedgekeurd.
(5). Het is, zo ver my bekend is, nog nim-
mer in 't licht gegeven: doch vervat zo vee-
Ie merkwaardige byzonderheden , dat wy
dienftig geoordeeld hebben, het zelve, hier
agter, by wyze van Bylaage {>), te plaat-
fen-                                                                  f*
Ondertufïchen, was de bezending reeds Z^
in verfcheiden' Steden van 't Zuiderkwartier^,,
van Holland geweeft, en trok nu door 't?0'
Noorderkwartier, toen de Vroedfchap dee-an'^«
zer Stad te raade werdt,andermaal,eenige m3^ Ie
Heeren, met de voorige boodfchap, te zen- ^le"
den aan den Prinfe, en hem te verzoeken, $10*
dat hy de Stad, in deeze gelegenheid, voor-
by wilde gaan, alzo men genoodzaakt zou
zyn, hem, in de hoedanigheid van Afge-
vaardigde der algemeene Staaten, gehoor te
weigeren.Zo hy nogtans gezind bleeve,om
de reis herwaards te vervolgen, moeft men
hem aanzeggen, dat hy dan , als Stadhou-
der , en in geene andere hoedanigheid, ont-
vangen zou worden, en dat men de Hee-
ren , die met hem overkwamen, flegts als
byzondere perfoonen, zou aanmerken (s).
Tot voltrekking van deezen laft, werden
gemagtigd de Oud-Burgemeefter 'Jan Cor-
neliszoon Geelvinck,
de Prefident Schepen,
Henrik Dirkszoon Spiegel, en een der Stads
Secretariflen. Zy troffen den Prins aan te
Edam , daar zy hunnen laft volvoerden.
Doch zyne Hoogheid toonde zig niet ge-
zind , om Amfterdam te myden. Zelfs gaf
hy te verfraan, dat hy 'er, dien nademid-
dag, 't was den drie-entwintigften Juny ,ten
drie uuren, dagt aan te komen.
                      *
De Raad hadt_, reeds te vooren, befloo- #^£
ten, den Prins, indien hy kwame, te ont-'^1^,
vangen als Stadhouder, en derhalve met de ^°Li
burgery in de wapenen, en met alle andere op-
tekenen van eere (£)• Burgemeefteren dee-^jj'5
den dan het Damrak van fchepen en ligters Jj/j5
ontledigen, en't gefchut planten op de nieuwe A^
brugge, door welke, de Prins, te water,5[3(
ftondt aan te komen. Aan den Dam voor *'
de
(p) Refol. Vroedfch. N. io. 13 Juny 1,550. ƒ. 7*.
(q) Refol. VloedfcU. N. 20. zo Juny i6jo. ƒ. 7J vtr[-
(r)
L». A.
(1) Refol. Vroedfch. N. zo. zo J»ny l«jo. ƒ. 8«.
(t) Refol. Vroedfch, A', 10. z° J»ny i6jo. f. 87.
1650. wege, aan te dienen „ dat men zynfurfie-
lyke perfoon, nochte de andere Heeren met
haer zynde, ah geen andere qualiteit in de-
Jen becleedende dan Gedeputeerden van de
Heeren Staten Generael, op haer Hoog. Mog.
Credentiebrieven, hier ter audiëntie, noch zelfs
binnen de Stadt, niet en zoude connen toe-
laten, zyne Hoogheid, wyders, verzoe-
„ kende, dat hy zyn gezag en hooge wys-
„ heid veeleer wilde gebruiken, om hunne
„ Hoog Mogendheden te doen afgaan van
„ 't gene zy,tegens den ftyl der Regeeringe,
„ en de Refolutie van Holland, hadden voor-
„ genomen." Naar Enkhuizen, welk nog
niet, met de meefte andere Leden van Hol-
land , geftemd hadt in het onbetaald laaten
van 't gemelde Krygsvolk, beiloot Amfter-
dam, insgelyks, eene bezending te doen,
om deeze Stad tot eenpaarigheid met de
overigen te beweegen (»).
Zy dient Midlerwyl, was de bezending te Dor-
het den drecht geweeft, daar men haar, in denvol-
Prinfe jen Oud-Raad, gehoord hadt; doch met
Gor'in-6 zulken uitllag, dat 'er de verwydering eer-
chem. der door toegenomen dan verminderd was
(0). Van Dordrecht, begaven de Prins en de
andere Heeren zig naar Gorinchem, daar de
Heeren van Waveren en Haffelaer hunnen
laft voltrokken. Zyne Hoogheid fcheen
hunne boodfchap zo op te vatten, als of men
hem, als Stadhouder, niet in de Stad zou
willen ontvangen: 't welk zy verklaarden,
„ t'eenemaal, en zo ver als het ooften van
„ het weften vervreemd te zyn van de min-
„ fte gedagten van den Raad, zullende men
„ nimmer nalaaten den Prinfe, in de hoe-
„ danigheid van Stadhouder, alle fchuldi-
„ ge eer te bewyzen." Doch de bezending
vervolgde haare reis. De Amfterdammer
Heeren handelden, voor hun vertrek, met
die van Gorinchem, en op de te rug reize,
met die van Gouda,over 't ftuk der bezen-
dinge, en deeden, den dertienden, reeds
verflag van hunne verrigtingen aan den Raad,
daar beflooten werdt, de Heeren Andries
Bicker
, Cornelis de Graaf, Cornelis Witjen,
JSIikolaas Tulp en Pieter Kloek te magtigen,
om de redenen te ontwerpen, met welken
En maakt men, ter naafter Dagvaart van Holland, de
een Ont- genomen befluiten op de vermindering van
werp 't Krygsvolk zou können verdedigen, en te
Verdedi- &elyk ^ Hooêheyt, Vryheyt ende gerechtig-
ginge ' beyt van defi Provincie, ende van de Leden
van het van dien, tegens alle nieuwigheden ende in-
befluit drachten, ongequetß helpen conferveren, ende
der Staa- voorcomen alle disorde ende onheylen, die uyt
eenê/ de voorf. indrachten ende nieuwigheden zouden
(n) Refol. Vroedfch. N. 10, lo Juny 1S50. ƒ. 70 verf,,
(») Zit Vadeil. Hift. XII. De tl, il. 70 ent,.
-ocr page 619-
XVI. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
553
■*"5o. de Waage was eene houten brug gelegd,
om te gemakkelyker uit het vaartuig aan
land te können treeden* Voorts, was 'er
laft gegeven, om de twintig vendelen fchut-
ters te fchaaren langs den weg, dien zyne
Hoogheid dpor moefl, om aan 'tPrinfenhof
j, te komen. Doch de toebereidfels waren
naauwlyks halfin gereedheid gebragt, toen
den vierentwintigflen, deeden zy den Raad I(55a
famenkomen, dien zy kennis gaven van 's
Prinfen voorflag. Men verflondt „ dat't Wordt
„ het, ten verfcheyden infichten, zeerondien beleefde-
fiigh ware, dat aenfyn Hoogbeydt, in de^k^&e'
Stadt gecomen wefende in de bezendinge van weezen'
de Gedeputeerden van de Heeren Staten Ge ■
nerael, audiëntie zoude worden Verkent: en-
de dat men overfulx't zelve beleef 'dclyck zou
,, excufeeren"'Men voegde denBurgemees-
teren toe de Heeren Jan Corneliszoon Geel-
vinck
, Henrik Dirkszoon Spiegel, Corneas
Witfen, Simon van der Does
en Frans Ban-
ning 'Kok
, Heer van Purmerland , om
deeze verontfchuldiging te doen , by den
Prinfe (v). dieze zeer euvel opnam. Een' der
afgezondenen, toen regeerend Schepen, en,
zo ik, op goeden grond, vermoede, Cornelis
Wit/en
, hem de meening des Raads nader
willende verklaaren, dreef hytoe, dat hy
wel Duitfch verßondt
, en geenen uitlegger noo-
dig hadt
Men nodigde , voorts , zyne Hoog- De Prins
heid wederom ter middagmaaltyd, en hadt vertrekt,
dezelve reeds laaten bereiden, toen hy,ver-
onverwagts, van 'tPrinfenhof tradt, zonder te°°srta(!j
daar affcheid te neemen. Burgemeefleren ,uit.
vaftftellende dat de Prins fpoedig vertrek-
ken zou, deeden, in alleryl, de Ruitcry en
eenige vendelen Schutters in de wapenen
komen, die zig plaatflen langs den Dam en
Nieuwendyk, den gewoonen weg naar de
Haarlemmerpoort, die zyne Hoogheid uit
moefl. Doch hy, een koel affcheid, aan 't
Stadhuis , genomen hebbende van Burge-
meefleren, deedt de Koets fnellyk voort-
flaan, reedt langs de Keizersgraft naar de
poort, en kwam, nog dien zelfden dag, te
Haarlem (w).
Ter algemeene Staatsvergaderinge werdt, Hydoet,
den zevenentwintigften Juny, verflag gedaan in den
van de bezending,hierop uitkomende,, dat Haage,
„ fommige Steden verklaard hadden te wil-]H^s
„ len blyven by de Unie; dat anderen hier-bezen-
,, van naauwlyks, anderen geheel niet ge-dinge.
„ rept hadden,en dat men,te Haarlem,te
„ Delft, te Amfterdam en te Medenblik,
„ der bezendinge gehoor hadt geweigerd."
De Prins voegde hierby „ dat hem, in 't
„ byzonder , geduurende de bezending,
,, eenige zaaken waren voorgekomen, waar-
„ van hy, by gelegenheid, aan hunne Hoog-
,, Mogendheden nadere opening meende te
„ doen O)." En op den dertigften, terVer-
gaderinge van Holland verfcheenen zynde,
deedt hy aldaar de beloofde nadere opening,
in een fchriftelyk voorflel, welk, gelyk men,
na-
onvej de Prins •> omtrent twee uuren voor den be-
**gts,jnftemden ^'^' onverwagts> met eene floep,
eStad. in de Stad kwam, en op den Dam, over de
pas gemaakte brug, aan land flapte. Eeni-
ge Heeren , gevalliglyk op 't Stadhuis zyn-
de, begroetten zyne Hoogheid, en geleid-
den hem naar 't Prinfenhof, daar men hem
eene koflbaare maaltyd bereid hadt. Doch
hy weigerde aan te zitten, en deedt zig,in
eene byzondere kamer , door zyne eigen
bedienden, opdiiïchen. Door een' van de
Heeren gedrongen wordende, om ten min-
ften een' dronk te doen, antwoordde hy
fpytiglyk, om met eikanderen te eeten en te
drinken, zouden wy beter vrienden moetenzyn
dan wy tegenwoordig zyn.
Tegen den avond,
zag de Prins, nevens Burgemeefleren uit de
venfiers leggende, de gewapende fchuttery,
onophoiidelyk vuurende ter zyner eere, voor*
* by 't Prinfenhof trekken (u).
g'jjeert Midlerwyl,, hadt zyne Hoogheid ernfte
91Sr' lyk aangehouden by Burgemeefleren, om,
\i^ op de Geloofsbrieven der algemeene Staa
ten, in den vollen Raad gehoord te wor
den Doch Burgemeefleren, zig beroepende
op de herhaalde befluiten des Raads, had-
den zulks volftrektelyk van de handgewee-
zen. De Prins, langen hevig lyk, doch ver-
geefs , hebbende aangehouden , begeerde
eindelyk, in den Raad gehoord te worden,
als Stadhouder. Burgemeefleren verzogten
toen, naar de orde der Regeeringe deezer
Stad, opening van 't gene zyne Hoogheid
den Raad wilde voordraas:en,om daaruit af
te neemen, of zy den Raad daaro er zou-
den mogen vergaderen. De Prins weigerde
K de verzogte opening, in 't eerft;doch ver-
ovcf klaarde daarna ,, dat hy dagt te fpreeken
Sbe*3"» van 't gene de Heeren Burgemeefleren
k%J „ van Waverenen Hafïelaer, uit naam van
^totde» Burgemeefleren en Raaden, hem, voor
^C1' s, eenige dagen, teGorinchem, hadden te
„ gemoet gevoerd." Burgemeefleren dee-
den hun beft, om zyne Hoogheid af te bren-
gen van deeze gedagten; doch als hiertoe
geene kans was, beriepen zy zig, eindelyk,
Dp de afwezendheid van den Prefident-Bur-
gemeefter Wouter Valkenier, wienzy voor-
af, wilden raadpleegen. 's Anderendaags,
-                                                                                              (v) Refol. Vroedfch. N. 10. J4 Junj i«?o. ƒ. %t,
^'") Dapper U. 275 , 17*. AlTZEMA Heift, Leeuw , (») dapper kl. 2.76. Aitzema Herft. Leeuw, */. 3z.
' **•
                                                                                         (*) AiTziMA Heift, Leeuw.? H. 33» 3«.
Cccc z
-ocr page 620-
II. Deel.
AMSTERDAMS
554
der 't volk verfpreid werdt. Zy bragten 't J 5 '
in den Raad, daar zy , te gelyk, verflaguitv°£
deeden, van't gene, byeenige Leden, ge- n%\èt-
magtigd om nader onderzoek te doen op'derin'
het onderwerp der bezendinge, was raad ge van
zaam gevonden. Deeze Leden en de Ver-H°llan
gadering in 't gemeen fcheenen, naamlyk,
te neigen, om het ontflaagen Krygsvolk,
by voorraad, nog eene maand, in dienft te
houden, en eenige gaadje toe te leggen aan
de ontflaagen Overflen. Doch de Vroed-
fchap van Amfterdam verftondt, dat men
behoorde te volharden by het befluit, op de
afdanking en vermindering genomen.Voorts,
vondt zy vreemd, dat de gemagtigde Le-
den, in,hun verflag, geen gewag gemaakt
hadden, van de fcherpe aanfpraak, doof
Alexander van den Kapelle, Heer van Aarts-
bergen,
gedaan, in den Oud-Raad te Dor-
drecht , waarby hy hunne Edele Groot-Mo-
gendheden, om derzelver Refolutie op de
afdanking, befchuldigd hadt van inbreuk op
de Unie, met byvoeging, dat zy, deswe-
ge, lyf en goed verbeurd hadden. De
Vroedfchap vondt geraaden, wegens zulke
hoonende taaie, herftelling te vorderen voor
de Regeeringe van Holland, ter plaatfe,
daar 't behoorde. Eindelyk, werdt ook be-
flooten, eene verdediging tegen 's Prinfen
voorftel te ontwerpen; doch dezelve niet in
te leveren ter Vergaderinge van Holland,
dan na dat men zyne Hoogheid zou hebben
getragt te overreeden, om zyn Voorftel we-
derom in te trekken: in welk geval, men
ook de Verdediging te rug houden zou (a).
Maar 't was 'er wel verre van af, dat de
Prins zyn Voorftel zou hebben willen te rug
neemen. De Verdediging van Burgemees-
teren en Raaden werdt, derhalve, ter Ver-
gaderinge van Holland, overgeleverd (b),
en behelsde hoofdzaakelyk „ dat zy met
„ fmerte gezien hadden, dat hunne goede
„ meening, in alles wat de ftoffe van 's Prin-
„ fen voorftel uitmaakte , genomen werdt
„ voor eene oorzaak van misnoegen en klag-
„ ten. Dat zy zig gedrongen vonden, om
„ zig voor hunne Edele Groot-Mogendhe-
„ den te verdedigen, en zulks te meer,
„ naardien het Voorftel, waarby zy befchul-
„ digd werden, alomme onder de Gemeen-
„ te verfpreid was: in volkomen vertrou-
,, wen, dat by hunne Verantwoording bly-
„ ken zou, dat zy niets voorgehad hadden,
„ dan , nevens de handhaaving van de
„ wettige orde der Regeeringe, en van de
„ geregtigheid deezer Provincie en hunner
„ Stad, alle fchuldige agting en eere te be-
» wy-
(*) Refol. Vroedfch. tf. 20. 4 Jnly I6jo. f. 88 verfa.
\b)
Refol. Vioedfch. N. io. 13 jt»/j i«jo. ƒ. V7 verft.
naderhand , verftondt, door den Griffier
Cornelis Mufcb, opgefteld was. Het behels-
de eene fcherpe klagte overBurgemeefteren
en Raaden van Amfterdam „ die hem,te-
„ gen alle verwagting, te Gorinchem, had-
„ den doen aanzeggen, dat zy hem, noch
„ de andere Heeren, die de bezending be-
„ kleedden, niet zouden inlaaten in de Stad;
„ en die hem, te Edam, hadden laaten ver-
„ zoeken, dat hy de Stad niet wilde aan-
„ doen, maar voorby gaan, op dat de Wet-
„ houderfchap niet mögt genoodzaakt wor-
„ den, iet te doen, dat hem misnoegen zou
, können geeven." Voorts, verhaalde zyne
Hoogheid „ hoe hy, desonaangezien, in
„ de Stad gekomen zynde, door Burge-
„ meefteren, met eenig uiterlyk betoog van
„ eere, als Stadhouder, ontvangen was;
„ doch dat zy zyn verzoek om, nevens de
„ andere Heeren der bezendinge, in de
„ Vroedfchap gehoord te worden, hadden
„ afgeflaagen. Dat hy toen, als Stadhou-
„ der, gehoor hadt begeerd, over een punt,
„ waarvan hy reeds opening gedaan hadt;
„ doch dat zy, dit zyn verzoek ter over-
„ weeginge van den vollen Raad gebragt
„ hebbende, hem daarna hadden verklaard,
j, dat zy hem, ook in de hoedanigheid van
,j Stadhouder, het begeerde gehoor niet
„ konden toeftaan. Dat dit gedrag veel
„ verfchilde van dat der andere Steden,
,, die allen hem, als Stadhouder, gehoor
„ hadden aangebooden;en dat hy 'thieldt
„ te itryden met de gewoonte , met zyne
„ waardigheid en agting, en met den Staat
,, en Hoogheid der Provincie, die hem met
„ de Stadhouderlyke waardigheid bekleed
„ hadt; behalve, dat het ook ftrekte tot
„ kleinagting en oneer van zyn' perfoon:
„ waarom hy op de Vergadering begeer-
,, de, dat zy die van de Regeeringe van
„ Amfterdam daartoe zou verwilhgen en
„ ook houden, om hem, wegens 't gebeur-
„ de , behoorlyke herftelling en voldoe-
„ ning te geeven; en hierop ten fpoedigfte
„ raadpleegen en belluiten (y)." Sommigen
tekenen aan, dat zyne Hoogheid, die dit
voorftel ook mondeling deedt, zig met ee-
nige beweeging en verheffing van item hoo-
ren liet, als hy den naam van Amflerdam
noemde; doch dat hy daarna wederom ze-
diger fprak (z).
De Bufgemeefteren van Waveren en de
Graaf, die de Dagvaart bywoonden, ver-
zogten een affchrift van 's Prinfen voorftel,
welk, zeer tegen den zin der Amfterdam-
fche Regeeringe, terftond gedrukt, en on-
(y) Munimént-Rcgifteri Lr. A. Zie »»^AlTZÉMA'Heift.
Leeuw, hl. 37.
(*J Aitzema Herft. leeuw, 'bl. 38.
1650.
Klaagt
zeero-
ver de
Regee-
ringe van
Amfter-
dam.
Burge-
meeite-
ren en
Raaden
verdedi-
gen zig,
-ocr page 621-
XVI. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
555
wyzen aan zyne Hoogheid." Na deeze
inleiding, volgde een Verhaal van 't nee-
men der ftrydige befluiten, ter Vergaderin-
gen van Holland en van de algemeene Staa-
ten , op 't ftuk van 't ontflaan of aanhouden
van 't Krygsvolk, en hoe hierop, ter alge-
meene Staatsvergaderinge, bellooten was,
eene aanzienlyke bezending te doen aan alle
de Steden en Leden van Holland, aan 't
hoofd van welke, zyne Hoogheid , wien
men, ten opzigte van deeze Provincie en
derzelver Steden en Leden, ten zelfden tyde,
eene feer bedenckelycke authorijatie gegeven
hadt, zig hadt gelieven te ftellen; zonder
dat de Afgevaardigden der Staaten van Hol-
land ter algemeene Staatsvergadetjjnge den
voortgang dier bezendinge hadden können
fluiten. ,, Burgemeefteren hadden toen de
„ Vroedfchap vergaderd, die eenpaariglyk
„ verftaan hadt, daf, men de bezending en
„ zyne Hoogheid zelve, die geene andere
„ hoedanigheid bekleedde , dan die van
„ Afgevaardigde der algemeene Staaten,
„ in de Stad niet zou können toelaaten. De
„ redenen van dit befluit waren, by eene
„ andere diergelyke gelegenheid , fchoon
„ van veel minder gewigt, reeds in 't jaar
„ 1639, van wege deeze Stad, ter Verga-
„ deringe opengelegd (V), en behoefden nu
„ niet herhaald te worden. Ook was,door
„ eenige gemagtigde Leden , zelfs op het
„ ftuk der tegenwoordige bezendinge, ge-
„ oordeeld, dat hunne Edele Groot -Mo-
j, gendheden, by uitdrukkelyke Refolutie,
j, behoorden vaft te Hellen, en daarvan ter
„ algemeene Staatsvergaderinge, en zelfs
„ aan ieder der byzondere Provinciën, ken-
„ nis te geeven, dat de byzondere Steden
„ en Leden, voortaan , zulke bezendingen
„ niet zouden hebben toe te laaten. Bur-
„ gemeefleren en Raaden, nogtans, met
„ fmerte hebbende gezien,dat zynetïoog-
„ heid, door aenradinge van foodanige Per-
foonen, die fulcx niet en betaemde , zig hadt
j, laaten inwikkelen in zulk eene bezending,
3, hadden hem te gemoet gezonden te Go-
„ rinchem, om hem 't befluit des Raads
s, aan te dienen, en van de voorgenomen
s, reize af te maanen ; met bygevoegde
si verklaaring, dat hy, als Stadhouder be-
» geerende te komen, met de vereifchte
» eere, ontvangen zou worden. Doch ver-
» neemende, dat de Prins by zyn voornee-
s» men bleef, terwyl de Vroedfchap beften-
» diglyk oordeelde, dat de bezending hier
» niet toegelaaten kon worden, hadt men
j» hem,andermaal, te Edam,doen verzoe-
» ken, dat hy de Stad, voor deeze reis,
(«0 Zie II. Deeit xV.lSoe{,, il. 538 »«4
33
3J
33
33
33
33
33
33
33
33
.')
33
3)
33
5)
33
>)
33
33
33
3)
33
33
33
33
J>
33
13
31
33
33
33
33
33
33
33
»
33
»
33
33
33
33
3)
33
33
33
35
33
33
J)
33
53
3>
voorby geliefde te gaan, ten ware hy als l6*0
Stadhouder begeerde te komen. Doch
hierop hadt zyne Hoogheid geantwoord,
dat hy, nevens de andere Heeren Ge-
magtigden, dagt te komen, met alle de
hoedanigheden, die hy tegenwoordig be-
kleedde. Men hadt hem toen verklaard,
dat hy als Stadhouder ontvangen zou
worden. Hy was, den volgenden dag,
in de Stad gekomen, en, voor zyn Per-
foon, met de gantfche Burgery in dewa-
penen en alle tekenen van eere, door Bur-
gemeefteren, verwelkomd. Doch alzo
hy goedvondt te verklaaren, nevens de
andere Gemagtigden der algemeene Staa-
ten, aldaar gekomen te zyn, om, in ge-
volge hunner Geloofsbrieven, hunnen lift
te openen aan de Vroedfchap, in welke
hy gehoor begeerde; zo was zulks, om
de verhaalde redenen, afgeweezen ; te
meer, om dat de Heer van Aartsbergen,
in den Oud-Raad van Dordrecht, met
zeer fcherpe , bittere en ondraaglyke
woorden, verklaard hadt, dat de Hee-
ren Afgevaardigden niet van Dordrecht:
zouden vertrekken, voor dat zy een dui-
delyk antwoord , in gefchrifte , zouden
bekomen hebben, en die van Dordrecht
vaardige en daadelyke herftelling zouden
hebben gedaan van de verbreekinge der
Unie, waaraan zy en de andere Leden van
Holland zig hadden fchuldig gemaakt,
en waarover zy ftraf baar geworden wa-
ren aan lyf en goed, en in perfoon en
goederen bekommerd, en voor alle Reg-
ters en Regtbanken betrokken zouden
mogen worden: daarby voegende, dat
hy, by gebreke of uitftel van voldoening,
og andere taal zou moeten voeren. Zy-
ne Hoogheid hadt hierop gehoor begeerd
als Stadhouder; doch zonder zyne hoe-
danigheid van Afgevaardigde der alge-
eene Staaten af te leggen; zonder ook
uifte opening te geeven aan Burgemees-
eren van 't gene hy der Vroedfchap wil-
e voordraagen, alleenlyk zeggende te
illen fpreeken van 't gene hem, teGo-
nchem, door den Heere van Waveren,
as aangezeid, en zig niet vergenoegen-
e met de aanbieding van dien Heer,om
ulks op ftaande voet te verantwoorden,
urgemeefteren, fchoon in zig zelven de
agt hebbende,om op het begeerdege-
oor te befchikken, zo als zy raadzaam
ouden oordeelen, vonden egter, tot hun-
e meerdere ontlafting, goed, den Raad
aarop te doen vergaderen, die van mee«
ing was, dat men 't begeerde gehoor
eleefdelyk afllaan moeft, naardien zyne
oogheid, met laft der algemeeneStaa-
Cccc3                                        „ten,
-ocr page 622-
II. Deel,
AMSTERDAMS
5*6
i<55<*
„ gevallen, in de Vroedfchappen rond te
„ reizen; die door zyn aanzien, te doen
„ verbaazen , gelyk Aartsbergen te Dor-
„ drecht hadt getragt te doen, en daardoor
ten, in de Stad gekomen was, en verzogt
gehoord te worden over iet, welk betrek-
king hadt tot dien lalt. Burgemeefteren
en vyf Raad en hadden 't gevoelen des
Raads niet flegts overgebragt aan den
Prinfe; maar zyne Hoogheid zelfs ver-
zogt, dat hy, iet hebbende voor te ftel-
len, waarover het ook zyn mögt, hun
het zelve geliefde mede te deelen, onder
verbindtenis van het den Raad getrou-
welyk te zullen aandienen, die geneigd
zou zyn, hem daarop alle mogelyke vol-
doening te geeven. Doch zyne Hoogheid
geene verdere opening willende doen dan
in de volle Vroedfchap; zo waren Burge-
meefteren en afgezondenen uit den Raad
van hem gefcheiden. Dat men nu, met
deeze. laatfte afwyzing , zou hebben te
kort gedaan aan de agting, die men den
Stadhouder verfchuldigd was , konden
Burgemeefteren en Raadenniet zien. Zy
hadden , in de CommiJJie , door hunne
Edele Groot - Mogendheden , aan zyne
Hoogheid gegeven, wel gezien, dat de
Stadhouder verpligt was, de Hoogheid,
Privilegien en welvaart van
V Land en de
Steden, 't gebruik der Chriflelyke Religie
en de oefening des Regts by raade van den
Hove voor te fiaan: ook dat hy magt hadt
,
om , by gelyken raade, Brieven van ver-
giffenis en kwytfihelding te verkenen; dat
hy de zaaken van oorloge en regeeringe
moeß beleiden
, by goeddunken der Staaten
of by raade van derzelver Gecommitteerde
Raaden, overeenkomflig met derzelver In-
flruiïie, en dat hy de Magistraten moeß
veranderen naar behoor en, enovereenkomßig
met der Steden Privilegien.Dochvan
eenig
Regt des Stadhouders, om, uit kragte zy-
ner Commiflie, te verfchynenin de Vroed-
fchappen der Steden, werdt geen het min-
fte gewag gemaakt. De Stadhouder was,
derhalve, in dit opzigt, aan te merken als
andere byzondere Perfoonen, en moeft
zig,iet in de Vroedfchap hebbende voor
te ftellen , eerft vervoegen aan Burge-
meefteren , om daar opening te doen, en
gehoor te verzoeken, wanneer 't aan Bur-
gemeefteren ftondt, te oordeelen, of de
Vroedfchap, die niet van alle zaaken ken-
nis nam, daarop behoorde vergaderd te
worden, of niet. En zo zy tot het laat-
fte bellooten, moeft de Stadhouder ge-
duld hebben, zonder zig zulks tot hoon
of kleinagting te rekenen , alzo Burge-
meefteren dit regt alleen toekwam. Voorts,
gaven "-Burgemeefteren en Raaden den
Staaten te bedenken, van welke gevaar-
lyke gevolgen zou können zyn eene magt
des Stadhouders, om , naar zyn wei-
1650.
53
33
93
3}
33
35
39
33
33
39
99
39
5)
33
33
3)
3>
33
33
33
33
}3
33
33
S>
33
»3
33
33
35
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
3>
33
33
39
33
33
35
33
33
39
3>
31
ss
verandering te wege te brengen in Refo-
lutien, die de Staaten, uit hunne Sou-
veraine magt, genomen hadden. Ook
hadden de voorige Stadhouders nooit zulk
33
een regt geoefend in Amfterdam, gelyk,
verkeerdelyk en uit kwaade onderregting3
3)
in 's Prinfen voorftel gezeid was. De hoog-
fte Regeering was niet den Stadhouder,
maar den Staaten aanbevolen. Burge-
meefteren en Raaden vertrouwden dan,
zig zelven en 's Lands Hoogheid hier me-
de geaoeg verdedigd te hebben, en, in
de plaats van voldoening te geeven, ge-
regtigd te zyn om herftelling te vorderen
van de indragt, die der Regeeringe van
Holland in't gemeen, en van Amfterdam
o
in 't byzonder was aangedaan, door zul-
ken, die zyne Hoogheid tot het aannee-
men en in 't werk ftellen deezer onge-
gronde bezendinge geraaden hadden. Ook
33
verzogtenze uitdrukkelyk, dat Aartsber-
„ gen tot herftelling van ongelyk verpligt
„ werdt; alzo deRefolutie, op het ontflag
„ van 't Krygsvolk genomen, niet ftreedt
„ met de Unie; maar fteunde op het goed
„ regt deezer Provincie, en ftrekte tot ver-
„ ligting in de drukkende koften des voor-
„ gaanden oorlogs, en door den tyd ook
„ tot ontlaftinge der goede Ingezetenen.
„ Ten befluite , verklaarde men zig ver-
„ wonderd, dat zyne Hoogheid alleen over
„ Amfterdam hadt geklaagd, daar hy, in
„ 't verflag ter Generaliteit, te kennen ge-
„ geven hadt, dat ook andere Steden dee-
„ zer Provincie hem gelyk gehoor, hadden
„ geweigerd (d)."
De Afgevaardigden der Stad deeze ver-
dediging, ter Vergaderinge van Holland,
hebbende overgeleverd, oordeelden de
meefte Leden, dat zy aan een zyde behoor-
de te worden gelegd. Ook hadt men nog
niet eenpaariglyk können befluiten op 'tftuk
der afdankinge. De Raad, hiervan kennis
bekomen hebbende,verftondt, vooralsnog,
te moeten blyven by de voorige Refolutien:
voorts, werdt den Afgevaardigden der Stad
gelaft, ter Vergaderinge van Holland, aan
te houden op de goedkeuring der ingelever-
de verdediginge, en dat zyne Hoogheid mögt
worden bewoogen om daarmede genoegen
te neemen, en zyn voorftel in te trekken (/)•
De Algemeene Staaten waren, midlerwyl»
met
ze f
fff
ira" of
(d)  Refol. Vioedfch. N. ï0. ij July iSjo. ƒ. 50 vtrfi-
Zi
e e«k_ AlTZEMA Hetft. Leeuw, bl. jg.
(e)  Rcfol. Vioedfch. a, zo. 16 Juij i«j8. ƒ.
100.
-ocr page 623-
GESCHIEDENISSEN.
XVI. Boek.
557
haald (i), «n 't behoort niet byzonder ge- 1650.
noeg tot de gefchiedenmen van Amflerdam,
om 'er hier wederom op flil te ftaan. Doch
de onderneeming op deeze Stad ftaat ons
hier, met de vereifchte omflandigheid en
naauwkeurigheid, te ontvouwen.
De Prins van Oranje, vaflgefleld hebben- Gronden
de, zyn gevoelen op de vermindering van yan zyne
't Krygsvolk, welk in den jongften voorflagg"2'^11
des Raads van Staate begreepen geweefl dragom-
was,te doen goedvinden,ter VergaderingetrentAm-
vanHolland; en deStad Amflerdam alleen, on- fterdam
der alle de Leden deezer Provincie, nog verftonder"
vervreemd vindende van het omhelzen vanz°§t"
deezen voorflag; alzo zy, tot hiertoe, nog
niet bewilligd hadtin het Advys Conciliatoir,
waarin de meefle Leden overeengekomen
waren, liet zig, door eenigen, beduiden,
dat 'er geen middel was, om deeze Stad te
doen veranderen van gevoelen, dan door al-
daar eene buitengewoone verandering te
maaken in de Regeeringe. Willem de I.
was hiertoe 'gemagtigd geweefl, by den
breeden lafl, die hem, in de jaar en 1575 en
1576, door de Staaten van Holland en Zee-
land , gegeven was (£). Doch de Stadhou-
ders na hem hadden 't niet wettiglyk kön-
nen doen, dan wanneer zy, daartoe, byzon-
derlyk, gemagtigd waren, door 's Lands
Staaten, behelzende hunnen gewoonlyken
lafl meer niet,dan dat zy de Magiflraaten,
moeflen veranderen, volgens de Privilegien,
die allen den tyd en wyze der Magiftraats-
beflellinge bepaalen. Op zulk eene byzon-
dere magtiging, hadt Prins Maurits, in 't
jaar 1618, de wet te Amilerdam, buitens
tyds, verzet (7). En zou het tegenwoordig
wettiglyk gefchieden; de Staaten van Hol-
land moeflen 'er zyneHoogheid,insgelyks,
toe magtigen. Maar de Vergadering van
Holland was thans niet gefchikt, om'er zulk
eene magtiging van te verwagten. De Stad
Amflerdam hadt niets geflemd, niets ver-
rigt, omtrent de punten, die thans in gefchil
ftonden, dan 't gene gegrond was op, en
overeenkwam met de befluiten der Staaten
van Holland, de Souverainen der Provincie;
die dusgeenen fchyn van reden hebben kon-
den, om den Stadhouder te magtigen, tot
eene ongewoone verandering in de Regee-
ringe aldaar, 't Volk hier aan 't muiten te
helpen tegen de Wethouderfchap,zo eeni-
ge heethoofdige yveraars voor 's Prinfen ge-
zag daartoe al mogten gezind geweefl zyn;
en daaruit gelegenheid te neemen, om den
Staaten eene magtiging tot buitengewoone
verandering der Regeeringe af te vergen,
(:\ vaderl. Hift. XII. Deel, hl. 9o.
(k) ^Vadert. Hift. VII. Deel, bt. ij, 9+.
\tj Zit tóft VOW, »• O"1* XIII. Bfe\, il. w.
met die van Holland, in onderhandeling ge-
t0tver- treden over de vermindering van 't Krygs-
w'S'ng volk. Zy'ne Hoogheid deedt eenige nieuwe
\^°[' voorflagen. Doch men kon eikanderen niet
v85i]'ig" verflaan. De Staaten van Holland von-
cir°via.'eden geraaden, hun befluit om eenig Krygs-
""• volk onbetaald te laaten te verdedigen, in
eenen beredeneerden brief, die den zeven-
entwintigflen July gedagtekend, en aan de
Staaten der byzondere Provinciën gerigt
was (ƒ). Men fprak ook van eene buiten-
gewoone bezending, van wege Holland,te
willen doen aan de byzondere Provinciën;
waartoe Amflerdam zeer neigde. De Of-
ficieren der ontflaagen Compagnien hadden,
ter Vergaderinge van Holland, betaaling
verzogt van twee en veertig maanden agter-
flallige foldye, die de meefte Leden ver-
ftonden, dat op de byzondere Comptoiren
van Holland moeflen verdeeld worden. Am-
flerdam oordeelde, dat hiervan , zo 'er
verder op gedrongen werdt, een punt van
befchryvinge behoorde gemaakt te wor-
den. De Raad van Staate hadt eenen mid-
delweg voorgeflaagen, om de Staaten van
Holland te vereenigen met die der andere
Provinciën. Veele Leden van Holland neig-
den zeer tot deezen middelweg, en men ont-
L wierp , kort hierna, een Advys Conciliatoir,
i{^-
welk 'er niet veel van verfchilde (g). Doch
"eiSt Burgemeefteren en Raaden van Amilerdam
^6e„. verftonden, op den negen en twintigflen
(lV- July, dat de Afgevaardigden der Stad bly-
iii^ji ven zouden by 't genomen befluit; maarzo
\ alle de andere Leden oordeelden, dat men
het Advys Conciliatoir behoorde vafl te Hel-
len , moeflen zy, voor eenen kleinen tyd,
üitflel verzoeken, om aan de Principaalen
te fchryven , en gunfliger advys in te bren-
ne b. gen(Ä).
C^'s Zo ftondt het te Amflerdam, toen de Prins
'Ves van Oranje,'s daags na dat dit befluit in de
d^ig. Vroedfchap genomen was, iet ondernam,
\M waarvan 't gantfche Land verbaasd flondt.
^|ade- Hy bediende zig, naamlyk, van de wape-
I}!1 Hou nen van ^en Staat, om Amflerdam te ver-
lig, raffen en te bedwingen; en hy deedt zes
Ve; e- Afgevaardigden in de Vergaderingen van
\eJ| Holland, Jacob de Witt, Oud Burgemees-
ter van Dordrecht, Jan de Waal, Burge-
ïneefler, en Alben Ruil, Penfionaris van
Haarlem, Jan Duifi van Voorbout, Bürge-
ïneefter van Delft,Nanning Keizer,Penfio-
naris van Hoorn, en Nicolaas Stellingwerf,
Penfionaris vanMedenblik,in hegtenis nee-
?^en, en naar Loeveflein voeren. Wy heb-
ben dit laatfle, elders, omftandiger ver-
(f) Zie Vaderl. Hift. XII. Deel, *'• SI-Ï3, «<J-jp.
W ■A'tzema Herft. Leeuw, tl. 45, 50.
V*) B-efol. vxoedfch. N. zo. 19 fr'j ™S°,f. l00 verf,.
-ocr page 624-
II. Deel.
AMSTERDAMS
55B
tiglyk diergelyke bevelen mogen geeven in i65°'
Holland, 't gene hun egter nimmer toege-
Haan is; hun befluit van den vyfden Juny
magtigde den Stadhouder geenszins, tot het
gebruiken van geweldige middelen, veel
min tot ongewoone veranderingen in de Re-
geeringe. Het magtigde hem flegts, met
algemeene woorden, om zorg te draagen »
„ dat de ruil bewaard, de Unie gehand-
„ haafd, en al wat daartegen werdt voor-
„ genomen te gemoet getreden werdt. "
Doch de meening bleek geenszins te zyn,
dat zyne Hoogheid zig, om dit einde te be-
reiken, van geweldige middelen, en van de
wapenen van den Staat zou mogen bedienen.
Duidelyk blykt dit, uit eene volgende Refo-
lutie der algemeene Staaten van den zesden
Juny, waarby zyne Hoogheid verzogt wordt,
de Steden van Holland af te doen zien van
byzondere afdanking; niet door de wapenen;
niet door vatten en vailzetten van de Leden
der vrye Staatsvergaderingen; niet door on-
gewoone veranderingen der R.egeeringe ;
maar door alle mogelyke middelen van induc-
tie of overreeding (n). De Prins handelde
dan, ook in de onderneeming op Amller-
dam, tegen de blykbaare meening der al-
gemeene Staaten, op welker magtiging en
befluit hy zig egter eeniglyk beriep. Doch
laat ons tot het verhaal van den aanleg en
afloop deezer geweldige onderneeminge a-
vergaan.
                                                       .
't Schynt, dat zyne Hoogheid, niet langtf^f
na dat de bezending naar Amllerdam vrug-^/
teloos afgeloopen was , zig, door kwaadev^
raadsluiden, heeft laaten brengen tot het^id^
befluit, om die Stad met de wapenen tericC
dwingen. Omtrent den aanvang van Julyj^J,,
hadden verfcheiden' Haarlemfche en Am-"3
fterdamfche Koopluiden brieven van Lon-
den, van Dantzig en van elders bekomen,
waarin van het beleg van Amllerdam , als
van iet, welk tegenwoordig was, gewaagd
werdt: 't zy dat de toeleg niet bedekt ge-
noeg gehouden ware; of dat het voornee-
men om de Stad te bezenden buiten 's Lands
gerügt gemaakt hebbe als van een beleg;
of dat men zulk een gerügt voorbedagtelyk
hebbe laaten loopen, om Amllerdam te ver-
baazen; of dat'er, eindelyk, nog andere
redenen van dit gerügt geweefl zyn, welken e
wy nu niet bedenken können (0). Zyne Hoog'^tó'
heid hadt zyn voorneemen vroeg bekend ^i
gemaakt aan Graave Willem Fredrik vaiï^J
■k-t rr*               i-t         li             1           _____ t> • _1 . 1              •_ _ V -tftl * .1
1650. was °°k genoegzaam onmogelyk. De Ge-
' meente was hier thans ingenomen met ag-
tinge voor haare Overheid, die, door haare
gemaatigde Regeering, de herten gewon-
nen hadt: ook liet de Vrede, die thans her-
field was, geene gelegenheid over, om 't
gedrag der Overheid haatelyk af te maaien
by 't volk; 't welk, in tyden van oorlog ,
doorgaands, ligtelyk te doen is. 't Scheen
dan, dat '^r geen middel was, om de Wet
te verzetten te Amllerdam, ten ware zyne
Hoogheid, die onlangs gezien hadt, hoe
weinig hy hier, ongewapend, vermögt, de
wapenen vanden Staat, die hem waren aan-
vertrouwd , gebruikte, om zig, by verrafling
of met geweld, meefler te maaken van de
Stad, waarna hy 't in zyne magt dagt te zullen
hebben, om 'er zulk eene verandering te
maaken in de Regeeringe, als hy zou ge-
raaden vinden. Hy begreep nogtans ligte-
lyk, dat hy hiertoe, noch als Stadhouder,
noch als Kapitein-Generaal, gemagtigd was.
Zyne Commiffien verbonden hem, om de
Vryheden en Privilegien des Lands en der
Steden voor te flaan. Maar niets flreedt
meer met de Privilegien, dan door gewel-
dige middelen eene buitengewoone veran-
dering te wege te brengen in de Regeerin-
ge van eene der Hemmende Steden. Ook
beriep zig de Prins, om zyne onderneeming
te regtvaardigen, niet op eene algemeene
Commiffie; maar enkelyk op het befluit der
algemeene Staaten van den vyfden Juny ,
welk wy, hier voor (m), woord elyk heb-
ben te boek gefield. Veelen verflonden nog-
tans , dat zyne Hoogheid, door dit befluit,
geenszins gewettigd was tot zulk eene ge-
weldige onderneeming. De algemeene Staa-
ten hadden niets te gebieden in Holland;
daar de Staaten der Provincie fouverain wa-
ren. Zy konden, derhalve, den Prins van
Oranje niet wettiglyk magtigen, tot eene
onderneeming tegen eene Hollandfche Stad,
en derzelver Regeering. Men zeide we],
dat het gefchil tuflchen de algemeene Staa-
ten en die van Holland de Unie betrof, en
dat het beleid van de zaaken der Unie den al-
gemeenen Staaten aanvertrouwd was; doch
hiertegen diende, dat de byzondere Provin-
cien en Steden zig, by het eerfle Lid der
Unie , haare byzondere Regten, Privile-
gien en Vryheden hadden voorbehouden:
onder welken, geenen der minden waren
de vryheid om, naar goedvinden, te mogen
bewilligen, of niet, in de gemeene laften;
en de vryheid om ter Staatsvergaderingen
te mogen Hemmen, naar men 't verftondt.
Doch al hadden de algemeene Staaten wet-
{m)Bl«dx,. 551,
NaJJau, Stadhouder van Friesland, wien l^A
opperbeleid des aanflags werdt toever-^rtê
trouwd. 't Voorneemen was, de Stad, doof 3an ^
mid'ge'V
(») Zie hier voor, bl. sji.
(,J Y«l«l. Hift. XII. Oedt bl. 9i, 93.
-ocr page 625-
XVI. Boek.          GESCHIEDENISSEN.
5S9
^50. middel der Ruiterye, des ogtends, met het
openen der poorte, in te neemen, en zig
daartoe voornaamlyk te bedienen van de
Regementen der Kolonellen Fredrik,Graave
van Dona,
en Kornelis *üan JerJJen, Heere
van Sommelsdyk
, den eerften een' vollen
Neef, den anderen een' boezemvriend des
Prinfen van Oranje. Dit Krygsvolk lag, te
Nieuwmegen, te Arnhem, en elders daar-
omtrent , in bezetting. Men hadt voor, het
zelve op de Veluwe te doen verzamelen,
en van daar, langs verfcheiden' wegen, te
doen trekken naar Abkoude, daar de alge-
meene zamelplaats zyn zou. Van hier zou
men, voorden dag, vertrekken naar Am-
fterdam, en de Stad fragten te overrompe-
vaardig zynde, kreeg laffc van den Prinfe, l(^r0t
om zynen weg over Amfterdam te neemen,
en den afftand der Dorpen tuffchen die Stad'
en Scherpenzeel, naäuwkeuriglyk, gacje te
flaan , om zig, in 't geleiden der troepen,
daarnaar te können fchikken. Hy voegde'er
by „ dat hy Graave Willem gelaft hadt,
„ te Amfterdam geen geweld te pleegen te-
„ gen burgers of foldaaten, alware 't ook,
„ dat men zig eenigszins ftelde tegen de
„ Ruiterye, en 'er zelfs op fchieten mögt;
„ zo 't niet al te hoog liep:" Sommelsdyk,
wyders, vermaanende, om Graaf Willem,
die, zeide hy, vol vuurs en wat haaftig was,
te willen helpen beletten, dat'er geene wan-
orde gepleegd werdt.
Met dit affcheid, vertrok Sommelsdyk, Som-
alleen van zynen kamerdienaar verzeld, den railsdyk
zevenentwintigften July, des middags tenreiftdoor
een uure, te paarde, uit den Haaee. den^mfter"
1            T „•,               . &w' ,UC11 dam naar
wegneemende over Leiden naar Amfterdam. $cher-
Doch omtrent Koudekerk gekomen zynde,penzeel,
werdt hy ingereeden door den Marquis de0deJ*
Vieuville
, die hem zeide,lafl te hebben vantuffchen
zyne Hoogheid, om hem te verzeilen, debeide af
Ruitery te volgen, en van alles verflag te te mee-
doen. Zy kwamen beide, ten half tien uu-ten-
ren, aan den Overtoom, daar zy , in de
grootfte herberg, vernagteden. 's Morgens
van den agtentwintigften July zaten zy, ten
half vyf uuren, wederom op, en reeden ,
door de Heilige-wegs- of Leidfche Poort, in
Amfterdam. De Heer van Sommelsdyk
werdt, federt, verdagt gehouden, dat hy
hier gekomen was, om de wallen der Stad
te befpieden. Doch hy heeft verklaard, dat
hy zig in 't geheel niet opgehouden hadt ia
Amflerdam; maar zelfs, toen , by 'tinryden
der Heilige-wegs-poorte, de ftegek eep van
't paard van Vieuville gebroken was, en
herfteld werdt, vooruit gereeden was naar
de Reguliers- of Utrechtfche poorte, zon-
der ergens te toeven, dan een oogenblik op
de Reguliers-breêftraat, daar hem de Schout
van Buuren ontmoet was, en aangefproken
hadt. Vieuville hadt hem niet ingehaald ,
dan zeftig of zeventig treden buiten de Re-
gulierspoorte, wanneer de klok vyf uuren
floeg; waarop hy zyn uurwerk ftelde, om
te beter rekening te können maaken, hoe
veel tyds hy behoeven zou, om met de Rui-
tery van Scherpenzeel te Amfterdam te ko-
men. Voorts, waren zy gereeden over Ab-
koude , Baambrugge, Loenen, Vreeland,
Kortenhoef, Hilverfom, Zoeft en Leusden
op Scherpenzeel,alwaar Sommelsdyk, des
nademiddags ten vyf uuren , en Vieuvil-
le , die te Hilverfom van hem gefchei-
den was, om een' keer naar Amersfoort te
doen, den volgenden middernagt, aangeko-
D d d d
                                              men
l
5«a
len
Omtrent den twintigften July, hadt de
\\Jn Prins den Heer van Sommelsdyk by zig
ontbood en in den Haage, hem bekend maa-
llende „ dat hy beflooten hadt, Graaf Wil-
„ lem, met eenige Ruitery, te zenden bin-
j, nen Amfterdam, om aldaar het geweigerd
„ gehoor als Stadhouder te bekomen; en
„ dat hy hem en de bezetting van Nieuw
„ megen hiertoe, onder anderen, dagt te
„ gebruiken." Sommelsdyk maakte,zo als
hy naderhand verklaard heeft, eenige zwaa-
righeid in den grooten weg, en in de hitte
van 't jaargetyde. Doch de Prins, dien hy,
's anderendaags , in de tegenwoordigheid
van Graave Willem, wederom fprak, vol-
hardde by zyn bt fluit, zeggende zelfs, dat
hy, zo de Ruitery niet tydig genoeg voor
de Stad mögt können zyn, in perfoon en
met grooter magt dagt te volgen. Twee da-
gen verliepen 'er toen, zonder dat de Prins
verder fprak met den Heere van Sommels-
dyk; doch op den derden dag, verklaarde
hy Graave Willem en hem „ dat de dag,
3, de weg, de troepen en alles nu beitemd
„ was; dat hy, Sommelsdyk,vooruittrek-
„ ken moeft, om de troepen te ontvangen
„ op de Heide van Harten, en van daar
s, naar Abkoude te geleiden." Doch Som-
melsdyk den Prinfe, hierop, wederom, den
grooten afftand van den weg tuffchen deeze
twee Plaatfen te gemoet gevoerd, en ver-
zogt hebbende, dat hy de troepen, te Scher-
penzeel, in plaats van op de Heide van Har-
den, verwagten mögt; hernam zyne Hoog-
heid „ dat hy dan den Graave van Dona
a> belaften zou, het volk te Harten te gaan
j> ontvangen, en naar Scherpenzeel te ge-
» leiden." Voorts, beval hy Sommelsdyk,
°P den tweeden dag daarna, de reis aan te
«eernen; doch eerft nog zyne laatfte beve-
len te komen ontvangen. Sommelsdyk, reis-
0>) Aïtzem* Herft. Leeuw, */. «7.
I. STUK.
-ocr page 626-
II. Deel.
AMSTERDAM S
5<5o
ville hadden zig, den negenentwintigfeen, i65:-
te Scherpenzee'1 opgehouden, verwagten de ^ite
de Ruiterv, die derwaards geleid werdt door det&K,
den Graave van Dona, en niet voor vyf uu- ^.^f
ren des nademiddags aankwam. Sommels-> Rur'
dyk trok, terftond, met dezelve, voort, langs j^alt
den beftemden weg; en zou, naar zyne re-0p d.s
kening, den dertigften July, ten vyf uuren 01'
des morgens, voor Amfterdam hebben ]jon $%,
nen zyn, zo hy 'er, door zeker toeval, nietb6
in verhinderd geworden ware. De togt over
Leusden en Zoeft ging voorfpoedig genoeg;
doch op de Gooifche Heide, buiten Hilver-
fom, werden de troepen overvallen van een
zwaar onweder, 't welk hen, in 't dorp, eene
poos vertoeven deedt. In 't uittrekken, ver-
hief zig de donder zo fterk, en dehagtwas
zo donker, dat alleen vier Compagnien, met
den Heere van SommeIsd}rk aan 't hoofd ,
den regten weg infloegen, terwyl tien an-
deren, die door den Rkmeefter Mom ge-
leid werden, van den weg afdwaalden,, en
na een uur of langer, op de Heide, herofn
gezworven te hebben, wederom te Ililver-
fbm kwamen (Y). Eene geloofwaardige o-
verlevering fchryft dit dwaalen toe aan eené
byzondere oorzaak. Twee of drie Officiers,
en miffchien wel Sommelsdyk en Vieuville
zelven, hadden, in 't opneemen van den
weg, eenen Heelmeefter, die, op eene af-
gelegene plaats, by Hilverfom, woonde ,
bewilligd, om des nagts, na den negenen-
twintigïten July, lichtte zetten voor zyne
hoogfte venfterglazen, voorgeevende, dat
iemant hunner bekenden, die een' mandag
begaan hadt, de vlugt langs deezen weg
dagt te neemen, en op dit licht aangaan zou.
Doch het onweder, welk dien nagt opftak,
en de vervaarlyke donkerheid hack den Heel-
meefter, zo hy naderhand voorgaf, doen
befluken,- dat niemant zig, in zulk weder,
op reis begeeven zou: waarom hy zyn licht,
omtrent ten elf uuren, weggenomen, en uit-
gedaan hadt. Mom en zyne Ruiters, die den
weg aan dit teken meenden te kennen,ner-
gens eenig licht verneemende, raakten van
den weg af, en kwamen, wél drie uuren na
den beltemden tyd, op de algemeene ver-
zamelplaats , te Abkoude (t).
                       f
Graaf Willem was hier, reeds kort naö^c^
middernagt, aangekomen, zynde hy, in den y>)(i
nademiddag van den negenentwintigften, j$ £-,
uit den Haage vertrokken. Sommelsdyk er»ir>:
Dona kwamen 'er, ten be'temden tyd e, oir/^V,
trent half vyf uuren aan, mee vier Compag-^n ft
nien Ruiters, zynde zy, e erft omtrent Vree' pss^,
land, gewaar geworden , dat de andere*t^'fi '
tien i0p
(s) Aitzema Herft. Leeuw, hl. 67,-442. BAPPB* ' ^
hl. 289.
(,; vadeii, Hift, XII. Dcd, hl. 95.
i6r-o. men was Ó?)> met voorneemen om, des an-
derendaags , den togt naar Abkoude, en
voorts naar Amfterdam voort te zetten.
Gentillot Gentillot, een Franfchman en Major, in 't
kjygtlaft Regement van Douchant, hadt, reeds te
dm de V0Aren, jaft Van den Prinfe gehad, om zig
liefs"" m^ vyftig Franfchen naar Amfterdam te
poort begeeven; de Reguliers-poort in te neemen
in te rnetgemoeda, en de aankomende Ruitery
neemen. 0nder'Graave Willem, door dezelve, ter
Stad in te laaten. Doch hy, zyne Lands-
luiden van den blaam van 't werk, zo veel
mogelyk, willende zuiver houden, verwierf
verlof van den Prinfe, om zyne manfehap
uk allerlei Landaart te mogen kiezen, gelyk
hy deedt, neemende daaronder veele Offi-
ciers , die alleenlyk met zinkroers en zyd-
geweer gewapend waren. Gentillot zelf
heeft, naderhand, aan Aitzema , die dit
fchryft, verhaalt „ dat hy lafl hadt om
„ geene vyandelykheid te pleegen, zelfs het
5, fchieten mydende, al werdt 'er fchoon op
j, hem en de zynen gefchooten. Ook hadt
i „ de Ruitery den zelfden laft, zo de bur-
„ gery het niet al te grof maakte. Zymoeft,
„ in het intrekken, aan elk zeggen, dat zy
,, kwamen , als vrienden ten befie van de Stad
en van den Staat, en om eenigheid en vrede
te bewaaren tnjfchen de Provinciën in 't ge-
,, meen en de Leden van Holland in 't byzon-
der. Dus in goede orde de Stad zynde
„ ingereeden , zou zy het Stadhuis hebben
„ bezet; waarna zyne Hoogheid inperfoon
„ de voorgenomen verandering in de Re-
„ geering gemaakt zou hebben." Aitze-
ma voegt 'er by „ dat ieder Rkmeefter
„ tweehonderd of driehonderd Dukaaten
„ aan goud by zig hadt, om den Ruiteren,
„ die zonder geld of voorraad opzaten, ce-
„ nig verfchot te können doen, tot hun on-
„ der houd: ook, zo gezeid werdt,omzul-
,, ken, die tegenftand zouden mogen wil*
„ len bieden aan de poorte, daarmede te
„ füllen."
Hykomt Gentillot en de zynen, die zig te Utrecht
met vyf- bevonden, traden aldaar, den negenentwin-
bfnneT tiS^en Ja'y'in ^e nagtfehuit op Amfterdam,
de boom. ^s ^m' ^es morgens van den dertigften ,
yroegtyds, bragt binnen de Reguliers-poorte.
Hieromtrent dagten zy, volgens affpraak,
Graaf Willem te vinden, waarna zy zouden
getragt hebben , de poort in te neemen.
Doch zyne Doorlugtigheid niet verneemen-
de, hielden zy zig ftil. (r). De reden van
zyn toeven ftaatons hier beknpptelyk te ont-
vouwen.
Een ge- De Heeren van Sommelsdyk endeVieu-
(}) Aitzema Herft. Leeuw, hl. 459-462, 46Ä.
(r) AiiztwA Herft, Leeuw, hl. 67, 6S.
-ocr page 627-
XVLBoEK.          GESCHIEDENISSEN.
5<5t
t(^o. tien van hun waren afgedwaald. Graaf Wil-
lem vraagde, terftond, of alle de troepen
byeen waren? doch vernam niet zo dra het
tegendeel, of hy floeg voor „ of men, met
„ de manfchap, welke men by zig hadt,'s
„ Prinfen laft niet behoorde nittevoeren, en
,, den togt, zonder uitftel, voort te zetten?"
De meefte Officieren , aan welken deeze
voorflag gedaan werdt, verflonden van ja.
Doch Sommelsdykwas, zo hy,naderhand,
verklaard heeft, van oordeel ,, dat men de
„ agtergebleeven manfchap behoorde in te
„ wagten, alzo zyne Hoogheid uitdrukke-
„ lyk gewild hadt,' dat de aanOag, om alle
,, wanorde te voorkomen, met veel volks,
„ ondernomen zou worden, en het te dug-
„ ten ftondt, dat de Stads bezetting en bur-
„ gery aangemoedigd zouden worden, om
„ tegenftand te bieden, wanneer men met
„ weinig volks ter Stad in trok:'t welk dan
„ gelegenheid tot daadelykheden geeven
„ zou, die zyne Hoogheid, zo veel eenigs-
„ zins mogelyk ware , voorkomen wilde
„ hebben." Graaf Willem en de anderen
lieten zig hierdoor beweegen, om de agter-
geblèeven Compagnien in te wagten, die
niet voor half agt uuren te Abkoude aankwa-
men; waarna de togt naar Amfterdam werdt
j, voortgezet (u).
kt.,,'1 . In de Stad, was alles, den voorgaanden
trokken («), De DrofTaard van Muiden, l6v0
Gerard Bicker, Zoon van den Oud-Bürge-
meefter Andries Bicker, die, kort hierna
in de Stad kwam, beveiligde het verhaal
van denpoftlooper, daarby voegende, dat
een groot gedeelte der manfchap, omtrent
Naarden en door Gooiland, verfpreid lag;
doch dat een taamelyke hoop Ruiters fterk
aantrok op Amfterdam (cy). De landluiden
van omtrent Weesp en Muiden, en de op-
gezetenen der Dorpen van Amflelland na-
men, op de onverwagte tyding der aankom- >
fte van vreemd Krygsvolk, met zak en pak,
de wyk naar de naafte Steden, en veripreid-
den de ontfteltenis door Amfterdam, daar
men nog luttel dagt om zyne Hoogheid, of
om troepen van den Staat; maar daar de
eerfte gedagten vielen, of op deZweedfche
troepen , die thans in Galikerland lagen, of
op de Lotharingfchen, die meermaalen on-
geregeldheden bedreeven hadden op de
grenzen, en die men nu dagt dat afkwa-
men , om de Stad te pionderen (x).
Burgemeefter Bicker hadt, op de eerfte Burge-
verzekerde tyding van onraad, de Vroed-m.eefter
fchap doen vergaderen; haar voorhouden-Jiicke,r
de ,. dat een groot aantal gewapend Krygs-SS-
„ volk, te Ouderkerk en daar rondsom, gaderen.
„ kwam aantrekken, met oogmerk, gelyk 'Gefluit '
„ men vermoeden mögt,om de Stadtena-aIdaar
geno-
men.
<ls|['" nagt, in diepe ruft geweeft. Niemant ver- „ deren, en te overrompelen." Waarop
^
moedde eenigen onraad van buiten. De Heer
^den Comelis Bicker, Heer van Zwieten, was de
fiag. eenigfte der regeerende Burgemeefteren, die
by de hand was, zittende hy thans voor, in
Burgemeefters kamer, in de plaats vanden
Heere Wouter Valkenier, die, weinige da-
gen te vooren (O» overleeden was. De
Heer Nicolaas Corvcr bevondt zig op de Dag-
vaart in den Haage: de Heer Antoni Oet-
gens van Waveren
op 's Lands Verpagting
te Alkmaar. Doch op Saturdag ogtend,
zynde den dertigften July, verwekte de Ham-
burger Poftlooper de eerfte ongeruftheid in
de Stad. Hy was, op de herwaards reize,
geweeft onder de dwaalende Ruitery van
denRitmeefterMom, die, geenen laft heb-
bende om iemant op te houden, en ooit niets
meer van den toeleg weetende, dan dat hy
Zyne manfchap te Abkoude brengen moeft,
hem hadt laaten doorryden. Hy bragt dan,
even na agt uuren, in de Stad gekomen zyn-
de , eerft aan 't Pofthuis, en toen aan Bur-
gemeefter Bicker tyding, dat hy, met het
sanbreeken van den dag, geweeft was on-
der eenige duizenden Ruiters, die voorga-
ven Lotharingfchen te zyn, en naar de Stad
C») Aitzema Herfr. Leeuw, hl. 67, 4Cz%
O) Op den drie en twintigften July,
beflooten werdt.. zonder uitftel. den TCrvo-q.
beflooten werdt „ zonder uitftel, denKrygs-'
,, raad te vergaderen, om op alle voorval-
„ len te voorzien; de burgery in de wape-
„ nen te doen komen, en den Heer Coen-
raad Burg te fchikken naar den Haage,
„ om den Afgevaardigden ter Vergaderinge
van Holland kennis te geeven van den
,, toeftand der Stad (3/)." OndertufTchen,
waren reeds, omtrent half negen uuren, op
bevel van Burgemeefter Bicker, de poorten
en boomen geflooten, en de valbruggen op-
gehaald. Omtrent negentig ftukken gefchuts
werden , wat laater, naar de wallen p-eileept
(z), de burgery en Stads bezetting in de wa-
penen gebragt. De gewapende burgery, wel
voorzien van kruid, lood en lont, werde
door de Stad en aan alle poorten verdeeld.
Midlerwyl, was Graaf Willem, met een Graaf
gedeelte der Ruiterye, laat op den voorde- Willem
middag, aan den Amftel, tot digt onder Am- "ade"
fterdam, genaderd, fommigen fchryven ,
zelfs onder 't bereik van 'tgefchut der Stad
00: doch 't fchynt, volgens anderen, dar.
hy
(v) Aitzema Herft. Leeuw-, tl. 67.
(n>)
Holl. Merc. van i«5»- f'; *».
(x) Holl. Merc v*» i«°- hU **• WlcqjJEJORT. Tom.
I. Livr. IV. P- i»°%, ..
               _ ,
(v) Refol. Vroeafch. N. 20. 30 July 1650. hl. loz
(z.1 Aantek. van HERB. Gov. van. den OEVER. MS.
\4
WlCcyiEFORT f.Wt I. livr. I.V, p. ,^
Dddd 2
-ocr page 628-
R D A M S             II. Deel.
„ met alle mogelyke middelen, te verde. lo5 '
„ digen naar behooren." Tegelyk, wer-pe^
den de Raaden Simon van Hoorn, Bernard1^^
Schellingcr
en Piet er Kloek gemagtigd, om"1 tS-
der Stede wallen te bezigtigen, en agt te !efl^r'
geeven op 't gefchut en de Kanonniers. Ook
werdt beflooten, zo't de tyd gehengen kon,
tot meerder verdediging der Stad, voor el-
ke poort, eene halve maan op te werpen,
de bruggen buiten de S. Antonis-, Reguliers-
en Heilige-wegs-poorten af te breeken , en de
balken en 't klein vaartuig, uit de Stads graf-
ten , naar binnen te doen brengen (V): welk
befluit, voor een groot gedeelte, werdt uit-
gevoerd. Men floeg ilaketfels in de wallen,
waartoe eenige Gilden vrywilliglyk hunnen
dienil aanbooden (d). Zelfs tekenen ibm-
migen aan, dat eenige Doopsgezinde Gil-
debroeders zig tot den arbeid aan de veilen
gebruiken lieten ( e ). De houten bruggen
om de Stad werden afgebroken: de fchuiten
en kleine vaartuigen, die in de nieuwe vaart
en elders lagen, naar binnen gehaald, of in
den grond geboord: de Stad, van buiten,
met eene borilweering gedekt. In den Am-
fiel, voor de Stad, werden eenige vaartui-
gen en vlotfchüiten gelegd, die met gefchut
beplant werden. Op de Roode- , nu de
Doelebrug, lagen zes halve kartouwen.
Voorts , fchikte men, eerlang , agt Oor-
logsfchepen en drie Jagten naar den mond
der Zuiderzee, om de Stad,ook van den Y
kant, te befcherrnen (f).
De Heeren van Maarfeveen en van derzy^
Does, in een gewapend jagt, ter Stad uiteen^
vertrokken zynde, troffen Graaf Willem aan,ze"
voor de Hoiïlede Welna aan den Amilel, gra/
in eenen kring van Krygsoverilen; en vol-wi^
trokken, terilond, hunnen lail. Maarfeveen
voerde het woord, vooraf betuigd hebben-
de „ hoe leed hun deedt, dat zy zyne Door-
„ lugtigheid, in zulk eene ongelegenheid,
„ moeilen komen begroeten." Graaf Wil-
lem , naar 't fcheen, verzet over 't gene hem
voorgehouden werdt, zweeg 'er flil op;
waarna Maarfeveen hernam „ dat hy, tot \rtf°J
„ hiertoe, niets gezeid hadt, dan't genedig^n
„ overeenkwam met den lail van Bürge- va" g
„ meefleren en Raaden; doch dat hy, uit Hqe
„ zig zelven, den Graave wel gantich vrien- yirß
„ delyk en gedienflelyk wilde raaden, tenvee!1'
„ fpoedigilen af te trekken, naardien hy
„daar niet was zonder groot gevaar; te
,, meer, alzo de Stad vol was van allerlei
„ Landaart, en vreemd ibort van luiden,
„die,
(c, lUfol. Vroèdfch. N. zo. 30 JulJ löjo. p0fi pmudium.
f.
ioi.
(d)   WlCQUEFORT Tam. \, Livr. IV. p. i9o.
(e)   DOMsEUAAB VI. ltoe{, bl. 367.
(f)  Specificatie der Ongoldcn MS. zie «»4.H0II, Merc.
van 1650. bl. }o.
5Ó2                  A M S T E
ió'fo. hy zig, verder af, omtrent de Hoffledevan
Dirk JVuitiers, Welna genaamd, onthouden
heeft (£). In de Regifters der Vroedfchap,
wordt alleenlykgemeld „ dat hy,met eeni-
,, ge troepen, omtrent de Stad lag." Hier
verneemende , dat de valbruggen opge-
haald, de poorten geilooten waren, en de
Stad overeinde ilondt, vondt hy nietgeraa-
Zendt den, iet geweldigs te onderneemen; maar
£e.n'f zondt, op, of kort na den middag, eenen
denFrta-.briefvan zyne Hoogheid naarde Stad,die,
fe der- terilond , aan den Heere Bicker gebragt
waards. werdt, en woordelyk aldus luidde:
De Prince van Orangien.
Eerentfefle, voorfienige, zeer discrete,
befondere goede Vrunden ,
Leflmael in U Stad zynde voor den dienfl
van 't Landt, zoo heb zoo vreemt van U. L.
bejegent geweefl
, dat om diergelycken niet meer
onderworpen te wefen
, beb ick Graef Willem
van Najfau mit bybebbende troepen in U. L.
fladt willen fchicken
, mei ordre om alles daer
in ruße en Jiilte te holden
, op dat het geene ick
U. L. noch voor te dragen hebben den dienfl
van 't Landt raeckende, tny niet door eenighe
\ qualyck ■ geintentionecrde en come belet te wor-
den. Daer toe ick dan van U. L. begeer e de
goede handt te willen holden. Ende ons hier op
verlatende, bevelen wy U.L in de protectie des
Alderhoogfien
, ende verblyven
U. L. goede vriendt
[getekend]
G. P. d'Okange.
Hage den 29 July 1650.
Befluit Burgemeeiler Bicker bragt deezen brief,
der die bleek gefchikt te zyn, om door Graave
fchap opW^em ze'vna dat hy, met de troepen,
deezen Jß de Stad zou gekomen wezen, te worden
brief. overgeleverd, terilond, in de Vroedfchap,
alwaar beflooten werdt „ de Heeren Joan
Huidekooper, Heer van Maarjeveen, en Si-
mon van der Does af te zenden aan Graa-
„ ve ■ Willem, met fchriftelyken lail, om
„ zyner Doorlugtigheid voor te draagen,
„ dat men, op het verneemen van den aan-
„ togt van eenig Krygsvolk, terilond, ge-
„ zonden hadt aan de Heeren Staaten van
„ Holland, van welken men fpoedig ant-
„ woord te gemoetzag; hem,wy<jers,ver-
„ zoekende, dat hy de Stad verfchoonen,
„ en niet nader komen wilde, of dat men,
„ anderszins , genoodzaakt zyn zou, zig,
(t) AlTZEMA Hilft. Leeuw, bl. 6f,
-ocr page 629-
XVI. Boek.
GESCHIEDENISSEN,
563
„ die, tot daadelykheden voortflaande, lig-
„ telyk iet onderneemen Zouden,dat zyner
„ Doorlugtigheid fchadelyk, en hun niet
„ aangenaam zyn zou, wordende afdaar zulk
„ eene taal gevoerd, dat de Heeren Regeer-
„ ders niet zouden können ledigftaan, maar
„ gedwongen worden, de middelen en wa-
„ penen te gebruiken, die God en de na-
„ tuur hun hadden gelieven, te verleenen."
Graaf Willem antwoordde alleenlyk „ dat
„ hy niets gedaan hadt, dan op 1 aft van
,, zyne Hoogheid, wien hy van 't voorge-
„ vallene verllag doen zou." De afgezon-
den Raaden keerden, hierop, na 't neemen
van een minzaam affcheid, naar de Stad,
en Graaf Willem begaf zig, kort hierna,
naar Ouderkerk (g).
Ten vyf uuren na den middag, kwam de
Raad wederom byeen. De Heer van Zwie-
ten, toen verflag gedaan hebbende van't ge-
ne hy in 't werk gefield hadt, tot verzeke-
ring der Stad, gaf in bedenking , of men
niet eenige Waardgelders behoorde aan te
neemen. En hierop werdt beflooten, den
volgenden dag, tweeduizend man te wer-
ven, op eene foldye van tien en twaalf Hui-
vers 's daags, en, ten dien einde, nog dien
zelfden avond , de trom te roeren, wor-
dende den Burgemeefteren aanbevolen , in
't maaken van Officieren over deeze man-
fchap, te willen agt geeven op bedreeven
perfoonen, en die, voor deezen, meer in
Stads dienft geweefl waren. En vind ik, dat
Kapiteinen over deeze manfchap, die in vyf
vendelen verdeeld was, geweefl zyn Joan
Soeteman, Ca/per Rcrofe, Bieter Ie Febre, Cor-
nelis HaJJelaer
en Johannes Blaauwenhaan. De
naamen der agt Kapiteinen over de Oorlogs-
fchepen, die 't Y beveiligden, waren Hec-
tor Pieterszoon, Gerrit van Lïmmen, Maarten
de Graaf, Claas Hillebrandszoon Prins, Pieter
Tam, Hendrik Hendrikszoon, Hein Comelis-
zoon
en Ritferd Robertszoon. De Kapiteins
der drie Jagten waren Jan Zael, Claas de
Brey
en Jan Meindertszoon (h). Voorts,
werdt goedgevonden, den Ontvanger Uiten-
bogaard te
belaflen, geene betaalingen meer
te doen, tot op nader bevel van Burgemees-
teren (ï).
Ten volgenden dage?zynde Zondag den
eenend er tigiten July , verfcheenen Burge-
meefter Corver en de Oud Burgemeefteren
Geelvinck, HafTelaer en de Graaf, die de
Dagvaart in den Haage bygewoond, enden
Heer Frans Banning Kok, Heer van Purmer -
(x) Aitzema Herft. Leeuw, H 69-
V') Vit de
Rekeningen der Equipage, berußende ter The-
Jaurie.
(') Refol. Vroedfch. N. ;o. 3° 7»> »6*°. 's avondsten
\ f «»ren, f.
,0j.
land,nevens denPenfionarisCornelisBoom, ,^0
aldaar gelaaten hadden, in de Vroedfchap
deezer Stede; daar zy 't gevangen neemenden
van zes Afgevaardigden bekend maakten ;Lfe
entegelyk „ dat zyne Hoogheid, door den
„ Raadpenfionaris Kats, ter Vergaderinge
„ van Holland, hadt doen aandienen, bok
hy zeflig Compagnien voetvolk en een goed
aantal van Ruit er en hadt doen trekken naar
Amßerdam, die, zo hy vertrouwde, reeds in
de Stad zouden zyn: waarop deAfgevaar-
„ digden van Dordrecht, en toen alle de
$i overigen uit de Vergadering gegaan wa-
„ ren." De Raad nam , hierop, eenige merk- Merk-
waardige befluiten, die wy hier opgeeven waardiSe
zullen, in die orde, als zy, in de Stads Re- ')efllliten
gißers, voorkomen. Men vondt geraaden, ËU
alle de Leden van Holland binnen Amfter
dam te befchryven : 't welk ik e^ter niet
vind gefchied te zyn. Men befbot, den
weg tuffchen den Overtoom en Amftelveen
door te delven, den Buitenvelder- en Oute-
waalder-Polder door te fteeken, en de flui-
zen in de Stad te openen; waardoor de toe-
gang herwaards, gedeekelyk, belet werdt.
De Raaden Simon van der Does en Coenraacl
Burg
werden gemagtigd , tot het aannee-
men der Waardgelderen. Ook werdt goed-
gevonden , duizend matroozen en eenige
Konftapels aan te neemen, en Jakob Zael,
tot Kommandeur over 't bootsvolk en de'
floepen op 't Y, aangefteld. Men befloot,
eenige flukken, de bezending van deezen
jaare en van den jaare 1639 betreffende,
en den brief van zyne Hoogheid , aan Bur-
gemeefteren en Regeerders gefchreeven,
door den druk, gemeen te maaken. De
Steden Haarlem en Muiden, die ook voor
overrompeling vreesden, de Stad omeenio-
gefchut verzogt hebbende, werdt geraaden
gevonden, eerft een overflag te maaken van
't gefchut en de wapenen, welken men hier
in voorraad hadt. Eindelyk, werden Bur-
gemeefteren volkomenlyk gemagtigd om
op alle fchielyke voorvallen ten befte te
voorzien; en de Raaden verzogt, zo eeni-
gen van hun iet voorkomen of invallen
mögt, daarvan aan Burgemeefteren opening
te willen doen (£). De meeften van deeze
Refolutien werden uitgevoerd. De werving Waard.
der Waardgelderen, die tien, ender ma-gelders
troozen, die twintig ftuivers 's daags trok-en ma-
ken, hadt zo groot een' toeloop, dat 'er,troozen
van de eerften, in zeer korten tyd, al eenige JJJJen°"
Compagnien op de wallen waren. De Waag,
het Prinfenhof en het Ooftindifch huis wer-
den gebruikt, om volk aan te neemen (/).
De*
(41 Refol- Vroedfch. N. Jo. 31 July i6-0 f .
\t) Holl. Meic. van 1650. il. 30.                   ^ "^^
Dddd 3
16
Jo.
SS
f» te
b*
Af.
SStad
-ocr page 630-
II. Deel.
AMSTERDAMS
5^4
op hy hun, zo hy, naderhand, verklaard i65c
heeft, op bevel van zyne Hoogheid , ant-
woordde „ dat het noch op de Stad,noch
,, op de Burgery van Haarlem was aange-
„ zien: ook niet op de Burgery van Am-
„ fterdam." De Heer Joan van.de Kamer,
een der Haarlemfche Heeren, hadt hem
toen gevraagd „ of de Zweedfche troepen,
„ die, ten getale van zes- of zevenduizend
,, man, in 't Land van Gulik lagen, door
,, den Prinfe, ontbooden waren ?" waarop
hy geantwoord hadt ,, dat 'er, zyns wee-
„ tens, geene de minfte gemeenfehap was
„ tuilchen deeze troepen en zyne Hoog-
„ heid;doch dat dezelven alleenlyk inGu-
,, likerland gekomen waren , om hunne
„ agterftallige brandfehattingen in te vor-
De S. Antonis-fiuis aan 't Y, en 't Boeren-
Huisje, even buiten de Heilige-wegs-poort,
■werden open gezet, Vaardoor het Land tus-
fehen den Ouderkerker- en Amftelveenfchen
weg, tot aan den Uithoorn toe, onderliep.
De°Noordweftelyke wind, die wakker op-
ftak, hielp hiertoe veel. De S. Antonis-of
Diemerdyk werdt, by Jaap Hannes, om-
trent doorgegraaven, en van de aitgedol;
ven' aardeeene fchans opgeworpen,in wel-
ke . dertig Stads foldaten gelegd werden (m).
Midier vvyl, hadt zyne Hoogheid,des Sa-
turda^s 's avonds over de maaityd zittende,
reeds tyding gekreegen van het mislukken
des aanflags op Amiterdam, 't welk hem
derwyze ontftelde, dat hy van de tafel op-
ftondt, en zig in zyn vertrek op floot; daar hy,
ftampvoetende van fpyt, en denhoedtegen
den grond werpende, niemant gehoor ver-
leenen wilde. De Heer van Purmerland en
de Penfionaris Boom verftonden , omtrent
elf uuren, het miflen van den toeleg, uit
den mond van eenen onbekenden (b) , die,
zo men vermoeden mag, ten dien tyde, in
's Prinfen dienft was.
Den eenendertigften , des morgens, was
'er lalt van den Prinfe te Ouderkerk geko-
men, om het Krygsvolk , dat, ondertus-
fchen, uit de Gelderfche, Overyffelfche en
. Stigtfche Steden, te voet en te paarde, her-
waärds trok, te verdeden. De Heer van
Zuilenftein floeg zig te Muiden en op 't Mui-
der Slot neder : een gedeelte zyner man-
fchap vatte pofl aan de Diemer brug. De
Heer van Sommelsdyk werdt gefchikt naar
't Huis ter Hart, halfwege Haarlem. Doch
die van Amiterdam hadden den weg tus-
fchen den Overtoom en Amftelveen, dien
hy langs moeit, by 't Huis te Vraag, door-
gedolven, en aan de opening eenige man-
ichap gelegd. Sommelsdyk, hiervan ken-
nis bekomen hebbende, zondt vyfentwintig
Ruiters en dertig Muskettiers vooruit, op
welker aankomft, de Amfterdamfche man-
fchap de zwakke poft verliet. Toen deedt
hy eene brug over de opening leggen, en
vervolgde zynen weg naar 't Huis ter Hart,
daar hy, des nademiddags, aankwam. Aan
den Overtoom hadt hy eenig volk gelaaten,
welk, tot aan't Pefthuis toe, poften uit-
zettede (0).
Sommelsdyk was zo dra. niet op 't Huis
ter Hart aangekomen, of de Regeering van
Haarlem zondt eenige Heeren aan hem af,
die hem, met groote ontiteltenis, vraagden,
of 't ook op hunne Stad gemunt ware? Waar-
1650.
Sluizen
geopend
De Die-
merdyk
omtrent
doorgë-
dolveii.
Zyne
Hoog-
heid
krygt
tyding
van het
misluk-
ken des
toelegs
op Am-
fterdani.
Re-
De
„ deren;" daarby voegende ,, dat hetgoed
,< zou zyn, zo 'er geene meerder gemeen-
„ fchap ware tuffchen de Stad Amiterdam
„ en het Parlement van Engeland. " En
toen hierover eenig verder gefprek gevallen
was, hadt de Heer van Sommelsdyk, vol-
fterf
«'Of*'
ver«*
gens zyne verklaaring, eindelyk, gezeid ,
,, dat de Prins hem, zes dagen te vooren,
„ een' Brief vertoond hadt, door een' En-
'tKrygs-
volk
voor de
Stad
wordt
verdeeld
„ gelfch Overfte, uit Londen gefchreeven,
„ inhoudende dat het Parlement beloofd
ling
het
lem1
„ hadt, tienduizend man over te zenden tot
,, byftand van Amiterdam. Ook hadt de
„ Prins verklaard, de Lyft gezien te heb-
„ ben, waarin de naamen der Kolonellen
,, en andere hooge Bevelhebberen over de
,, gemelde manfehap waren uitgedrukt fj>)."
Doch 't fchryven van deezen Engelfchen O-
verfte was een louter verdigtfel. De Stad
hadt geene andere gemeenfehap met het
Parlement van Engeland, dan dat zy, ne-
vens de andere Leden van Holland, gelyk
wy boven (q) zagen, beflooten hadc tot het
afzenden van den CommiiTaris Schaap, om
de vrede met de tegenwoordige Regeering
aldaar te onderhouden. Ondertuflchen ,
itrooiden eenige driftige voorftanders van 's
Prinfen gezag, omtrent deezen tyd, zekere
verdigtc punten van een Verdrag tuffchen
de Stad Amfterdam en het Parlement van
Engeland, waarby men zig, kwanswys, we-
derzyds verbondt, om den vereenigden Pro-
vinciën, Holland uitgenomen, den oorlog
aan te doen. Eenige luiden, zelfs,Regen-
ten , lieten zig, in 't eerft, hierdoor innee-
men. Doch de plompheid van 't verdigtfel
ftak,eerlang,elk in de oogen, en'tfchend-
fchrift werdt, by de verftandigen, met ver-
ontwaardiging , verworpen (?')•
Zy-
(p) AlTZEMA Herft. Leeuw , hl. 453,
(f) ßudz.. 5*9-
(rj Holl. Aleic. van iSJ°. bl. 33,
Bekom-
mering
te Haar-
lem.
(m) Holl. Merc. van l6?°. *'• 34.
(n) Zie Vaded. Hift. XII. Deel, hl. i00.
(o) Holl. Merc. fan 1650. bl. 33■> 34. AirzEMAHctft.
Leeuw, hl. 4S3.
-ocr page 631-
XVI. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
5$$
Heer van Beverweerd te zenden naar den i6ko.
Haage, met lall, om ter algemeene Staats-
vergaderinge te wege te brengen, dat men
befloote, hem, door eene plegtige bezen-
ding, te verzoeken om naar den Haage te
keeren, op dat zyne eer bewaard bleeve,
ingeval de onderhandeling met Amilerdam
den begeerden uitflag niet hebben mögt.
Beverweerd vertrok , des Maandags , by
tyds, van Amflelveen; gaf van 's Prinfen
laft opening aan den Heere van Mathenejfe,
die aannam dien ter uitvoeringe te doen
brengen; en fpoedde zig zo wel, dat hy,
nog dien zelfden avond, in 't Leger te rug
kwam (o).
De onderhandeling met de Stad werdt, Hy treedt
van 's Prinfen zyde, begonnen. Op Maan- '» onder-
dag den eerften Auguftus, vaardigde zyne.hande"
Hoogheid eenen brief af aan deRegeerin de'S
ge, waarby hy begeerde „ met zyne by-
„ hebbende troepen, in de Stad ingelaaten,
„ en ter gehoor in den Raad ontvangen te
„ worden, om aldaar eenige zaaken, den
„ dienfl van den Lande betreffende, voor
„ te dellen." 't Was niet moeilyk te voor-
zien, dat deeze eifch niet zou ingewilligd
worden. Ook bleek klaar genoeg, dat de
Prins, met dit fchryven, voornaamlyk, be-
oogde, der Regeeringe gelegenheid te gee-
ven, om met hem in onderhandeling te tree-
den. De Raad befloot dan, de Heeren Cor-
ftelis de Graaf, Simon van der Does
, Nicolaas
Tulp
en Bieter Kloek af te zenden aan zyne
Hoogheid „ om het gedrag, welk de Raad,
„ tot hiertoe, gehouden hadt, te verdedi-
„ gen, en den Prinfe te antwoorden, dat
„ hy, komende met zyne gewoonlyke* Huis *Domeßi.
„ bedienden, in den Raad zou können voor- luen-
„ dellen, 't gene hy voor te dellen hadt
„ met verzekering , dat zyne Vordelyke
„ Perfoon, met alle agtinge en eerbewys
„ ontvangen en gehandeld zou Worden.''
Voorts, werden gemelde Heeren geinag-
tigd, om 't gene 'er aanleidelyks tot ver-
drag voorvallen mögt in orde te bren-
gen, en daarvan aan den Raad verflag te
doen f».
De Gemagtigden vertrokken, terdond, Weder-
naar Amdelveen , en volvoerden hunnen zydfcbe
lad. De Prins begeerde bezetting te leggen eifchen-
in de Stad. Zy verzoeten, dat hy terdond
wilde aftrekken, en de Stad ongemoeid ha-
ten (x). Doch men kwam eikanderen haad
nader. De Prins toonde zig genegen tot ver-
drag, mids, van der Stede wege, niet zo
fterk gedaan wierdt, op de uitvoering van
het befluic der Vergadennge van Holland,
om-
(v) \ViC<yjï.FORT Tem. I. Livr. IV. f>. lsI
(.„; Relc.1. Vrriedrch. N. zo. i^Ug. u f            ,
(x) A1TZE.MA Heifl. Leeuw, bl. 72,
Zyne Hoogheid, een weinig bekomen van
den fpyt, die hem, op de eerfte tyding van
't mislukken des aanflags op Amilerdam,
den geeft vervuld hadt, befloot, des Zon-
dags , den eenendertigden, zig, in perfoon,
te begeeven naar 't Leger voor de Stad, wel-
ke hy dagt te dreigen met een langduurig
beleg, en dus, ware't mogelyk, tot onder-
werping te brengen. De twee hooge Ge-
regtshoven ontrieden hem de reize; doch
hy beriep zig op den lad der algemeene
Staaten, aan welken hy de Geregtshoven
wees, zo zy verftonden, dat men eenen an-
deren voet te volgen hadt. Voor zyn ver-
trek, vaardigde hy eenen brief af aan de
Staaten der zes Provinciën , waarin hy ver-
klaarde, het vatten der zes Afgevaardigden
en het zenden van eenig Krygsvolk naar
Amderdam gedaan te hebben, op lad der
algemeene Staaten, begreepen in derzelver
Refolutie van den vyfden Juny laatftleeden
(j-). Na de ogtendpreeke, vertrok de Prins,
te paarde, uit den Haage, gevolgd van een
groot getal van Edelluiden en Krygsover-
iten. Hy nam zynen weg, door't Bofch,
Leiden en de Veenen, naar Amdelveen,
daar hy, des avonds, aankwam, en Graaf
Willem vondt (f).
heidbe.
Nrtg
reSer t»
1S"C"
De gelegenheid van Amilerdam en de
middelen, die de Stad, ter haarer verde-
diging , in 't werk gefield hadt, en verder
zou können in 't werk ftellen, werden hem
hier, ilukswyze , aangeweezen. De Am-
ftellandfche weiden lagen onder, tot aan
den Uithoorn toe, alleen door het openzet-
ten der S. Antonis- en Boeren - fluizen, en
het doorileeken van de Buitenveider- Pol-
der. De Diemerdyk was, op een half uur
graavens na , doorgedolven. En 't flondt
'aan die van Amilerdam, door het geheel
voltrekken der doorgraavinge, de baare zee
ten lande in te Horten, en al 's Prinfen Krygs-
volk te vernielen. Ook liep 'er een gerügt,
dat,, op dit laatile, in de Vroedfchap was
geraadpleegd, en dat het flegts aan twee
ftemmen gehaperd hadt, dat 'er niet toe
beflooten was (u). Doch hiervan vind ik,
in de Regißers der Vroedjcbap, niets het al-
lerminde aangetekend. Lode-wyk van Nas-
Sau
, Heer van Beverweerd, die geene kennis
gehad hadt van de onderneeming op Am-
sterdam, flelde den Prinfe 't gevaar, waar-
ln- hy zig bevondt, op 't leevendigtl, voor
■°ogen. En vindt men gemeld, dat hem
toen zulk een -angil aanging, dat hy, ter-
dond , befloot, in minzaarne onderhande-
llng te treeden met de Stad, en tegelykden
y) zic hier voor, bl. 551.
''Xti nAlTZEM* Hetft- Leeuw, il. 7°> 7:. Vaderl. Hift.
«I. Deel, bl. IOI ,oz.
(») A1ÏZEM4. Hctft. Leeuw, il. 7*.
-ocr page 632-
II. Deel.
AMSTERDAMS
566
Leger. De Prins nam in overleg, om den i6$°*
Overtoom door te graaven, en zig, daar-
door, van 't overtollig water te ontlaften:
en waren, tot dit werk, reeds een groot ge-
tal van boeren opontbooden; doch de ar-
beid werdt geftaakt, doordien zyne Hoog-
heid zig beduiden liet, dat hy 'er weinig
dienft van hebben kon. Men meent, dat de
Overtoom, zo hy by deeze gelegenheid weg
geraakt ware, niet ligt wederom hermaakt
geworden zou zyn (b).
                                   ,p
Die van Amfterdam voeren, midlerwyl,ds^
voort, met het in 't werk ftellenvan'tgenegel {t
tot verdediging der Stad dienen kon. Dev,ia0rtt
Diemerbrug, de brug op den Singel, tus-^°et^
fchen de Reguliers- en Heilige wegs-poor-te '^
ten, en de brug by 't zwarte huis , op denfte*8
Buiten-Amftel, werden afgebroken. De vaar-
tuigen , vlotten, balken en 't hout van de
zaagmolens werdt binnen de Stad gebragt,
op dat'er zig niemant van bedienen zou. Ook
werden nog vier floepen, ieder van twee
metaal en baffen voorzien, gelegd op de We- i,
tering. Op 't Lymzieders pad, was eenevo"'!,
Compagnie Metfelaars opgeregt, die tegen lef'
eenige Ruiters,op denOvertoomfchenweg1^
leggende, werden uitgezonden. Beide de^^J
partyen vraagden eikanderen, of zy laß omde^l
te fchieten hadden?
waarop niet geantwoordp^tf
werdt. Doch de Ruiters keerden, eerlang,
te rug naar den Overtoom. En toen wer-
den , naar 't fchynt, honderd man Stads fol-
daaten, onder den Vendrig Braakman, in
het Pefthuis gelegd (c). Tien of twaalf Stads
foldaaten, met Kapitein Soeteman, een' En-
gelfchman, aan 't hoofd, gezonden naar de
drie Baarsjes over de Wetering , om den
weg aldaar door te fteeken, en de Slooter-
Polder onder water te zetten, werden,door
de Ruiters, die aan den Overtoom lagen,
en op hen afkwamen, ligtelykverjaagd.De
Kapitein zette het eerft op een loopen, voor-
geevende laft tot vegten te willen gaan haa-
ien van Burgemeefteren. Anderen fmeeten
't geweer weg, of fprongen in 't water, en
bergden zig met zwemmen. Een jongen
uit den hoop gaf vuur op de Ruiters, en
maakte zig gereed, om op nieuws te laaden,
toen hy aangegreepen, afgeroft, en in de
Wetering geflooten werdt: waarna men hem
gelegenheid liet, om naar de overzyde te
zwemmen. Een Paadje van Graave Willem,
die zig in eene graauwe py vermomd hadt;
een Vendrig, Rispe genaamd, en eenige E-
delluiden en Ruiters, door de Amfterdam-
mers, hier en daar, opgeligt, werden ge-
vangkelyk naar de Stad gebragt, en niet
geflaakt, dan na dat het verdrag met den
Prin-
(t) aitzema Herft. Leeuw, J/. 7j,75,dapper, t/.is*«
(c) DAPPE.B, il, zy/.
1650. omtrent de afdanking van 't Krygsvolk ge-
nomen. Ook floeghyBurgemeefter de Graaf
in 't byzonder voor, dat de dienfl en ruft
van de Stad wel vereifchen zouden, dat een
Heer of twee van de Regeeringe ontflaagen
werden. De Gemagtigden deeden, nog dien
zelfden avond, verflag van 't voorgevallene
aan den Raad, die befloot „ omtrent deaf-
„ danking van't Krygsvolk, te bewilligen
„ in den jongften voorflag des Raads van
„ Staate, zo als dezelve lag; doch aan de
„ andere zyde, op alle mogelyke wyzen weg
„ te neemen het agterdenken, welk zyne
„ Hoogheid, tegen eenige Heeren uit de
„ Regeeringe deezer Stad, hadt opgevat,
„ en ook te wege te brengen, dat de Le-
„ den, die, ftaande de Vergaderinge, door
„ den Prinfe, in hegtenis genomen waren,
„ wederom op vrye voeten gefield wer-
„ den (y)." En de Gemagtigden keerden,
op Dingsdag den tweeden Auguftus, weder-
om naar Amftelveen, om, volgens dit be-'
fluit, de handeling met den Prinfe voort te
zetten, 's Daags te vooren, was, door het
Geregt, bevolen, dat niemant zig op de
Stads wallen zou hebben te vervoegen, dan
het Krygsvolk , welk aldaar befcheiden
was (z).
Staat van Midlerwyl, hadt de Prins den Heer van
't Leger Sommelsdyk, die zig 's Maandags naar Am-
voor de ftelv.een begeven hadt, belaft, het volk,
" welk onder zyn bevel ftondt, in geheele
Compagnien te veranderen: 't welk, den
volgenden dag, in 't werk gefield werdt.
De Heer van Steeland, Droflaard van Buu-
ren , en Schoonbroeder des Heeren van
Sommelsdyk, werdt met eenige vendels ge-
legd te Spaarnedam, van waar hy egter, op
bevel van Graave Willem, uuTchen den
tweeden en derden, wederom optrok naar
Ouderkerk (a). Sommelsdyk hadt,onder-
tuffchen, van de planken van een afgebro-
ken boerenhuis twee fchansjes doen opwer-
pen, op den Haarlemmer-weg, by de paal
van halfwege; en op den dyk, op dezelfde
hoogte, die van binnen met aarde gevuld
werden, 't Krygsvolk, welk hier lag, klaag-
de zeer, dat het tegen hunne vrienden en
Betaalsheeren gebruikt werdt, en nog ge-
brek aan mondbehoeften hadt, die men,
voor 't grootfte gedeelte, van Haarlem haa-
ien moeft; alzo de landluiden hier omtrent
weinig in getal, en liegt voorzien waren.
Doch van over 't Y werden eenige eetwaa-
ren, met fchuitjes,_aan den dyk gevoerd.
Die van Delft en Leiden bragten fchoppen,
fpaden en ander oorlogsgereedfchap naar 't
(y) Refol. Vroedfch. N. zo. 1 ^iug. lSjO. 's avondi ten
Acht uren
ƒ. 105 verfo, 106.
(z.) Keurb. M. ƒ. 81 verft.
(«) Aitzema Hesft. Leeuw, tl. 4S+.
-ocr page 633-
GESCHIEDENISSEN.
XVI. Boek.
5^7
I(>5o. Prinfe getroffen was. Op Dingsdag , den
tweeden, werden, rondsora de Stad, aar-
den borftweeringen opgeworpen. De brug
der Raamfloote werdt toegeheid , om de
vaart uit de Wetering naar de Stads graft
te beletten. De Polder van 't Pefthuis werdt,
in de Veft, tegen over de Zeemleêrmolen,
doorgefteken. De Raampoorts-brug en de
fchuttingen der Raamen werden afgebroken.
Op den Amftel by den Omval, lagen drie
Uitleggers, zeven Sloepen, en twee Vlot-
fchuken, voorzien van gefchut. 't Waffen
van 't water verwekte geene kleine bekom-
mering in de belegeraars , die den Landlui-
den dikwils vraagden, hoe hoog het wel zou
kannen ryzen
? De Prins van Oranje deedt,
des nademiddags, een' keer te paarde naar
't Huis ter Hart; doch kwam, na een kort
JU , verblyf aldaar, te Amftelveen te rug (d).
S^n& De Gemagtigden der Stad, in de Leger-
^'V- P^aat^e wedergekeerd, vonden den Prins on-
Dat fyne Hoogheyt terfiond het Leger zal i6$o.
doen deslogeren.
Dat het gefchut van de wallen , ende het
aengenomen volck terflondt affgedanckt zal
moeien worden.
De Raad, nog dien zelfden avond, op 's De Raad
Prinfen Gefchrift geraadpleegd hebbende, bewillige
befloot in alles te bewilligen, drie punten'er In • °P
uitgenomen: i. het verlaaten der Heerentenn^_
Burgemeefteren Bicker, 2. het goedkeuren
van 't vaftzetten der zes Leden, en 3. het
ontvangen van zyne Hoogheid, met zyne
Compagnie guardes en omtrent honderd Of-
ficiers. Doch zo deeze punten niet konden
weggenomen, of verzagt worden, moeften
de Gemagtigden nog eens verfiag komen
doen (e).
De Gemagtigden, voorzien van behoor- De Hee-
lyke volmagt van ßurgemeefteren en Raa- ren Bie-
den (ƒ), begaven zig, hierop , des ande.j!er be
rendaags, zynde Woensdag den derden Au-teUI^n
guftus, wederom naar Amftelveen, en brag- van de
ten te wege, dat hun twee punten van deftegee-
drie werden toegeftaan. Doch de Prins vor- nnëe*
derde volftrektelyk, dat de Heeren Bicker
zig ontfloegen van de Regeeringe. Men ont-
wierp dan een verdrag van de punten, ia
welken men eens was, en begreep de voor-
waarde , die de Heeren Bicker betrof, in
een afzonderlyk punt. Alles werdt open-
gelegd voor den Raad, die, terfiond, be-
floot , het Verdrag, zo als het lag, te bekrag-
tigen; doch niet goedvinden kon, het afzon- -
derlyk punt aan te neemen, voor dat deHee-.
ren Bicker vrywillige verklaaring gedaan
hadden „ dat zy, tot behoudenis van de
„ rufte der Stad en der Gemeente, zig van
„ alle verdere Regeeringe en Stads amptefl
„ wilden onttrekken." De Gemagtigden
kreegen toen laft, om alle bedenkelyke re-
denen te gebruiken, om zyne Hoogheid van
het afzonderlyk punt te doen afzien; doch
zo zulks niet mögt können gefchieden, ook
daarin te bewilligen. Voorts , werden de
Heeren Burgemeefteren Bicker zeer affec-
lueufelyck
bedankt , voor hare gunflige ver-
claringe ten rufte van 't gemeene befte ge-
daen
, met belofte van defe gunfie aen hare
E. E. perfonen
, familie ende nacomelinghen,
by alle gelegent heden, van wegen 't gemeen,
te erkennen
(g).
Het Verdrag en het afgezonderd punt wer-Het Ver-
den, nog dien zelfden dag, door zyne Hoog- <fc>g
heid ter eener, en de Gemagtigden ter an- *°r«
derer zyde, te Amftelveen, getekend, en.°en °"
door inhoud
.                                  van het
TA Refol Vroedfch. N. 20 iMug. 16*0. ƒ. 105 verfc. 1 o7.zelve
tf\z,l dezelve in de Hoü. Merc. *« I(Sj0. w_ 'I07' ZeiVe«
\s) Refol. Vroedfch. N. ïo. 3 A*£. ISso. ƒ. iQ7, "
Eeee
'P.der geneigd, om in den naderen voorflag des
Kaads volkomenlyk te bewilligen. Dochzy-
\
^ra» ne Hoogheid gaf hun een Gefchrift van zy-
ne eigen hand mede, welk woordelyk van
deezen inhoud was:
Memorie.
Dat die van Amflerdam refolutie nemen om
laer te conformeren met d'andere zes Provin-
ciën, aengaende den Staet van Oorlcgb
, ende
dat dienvolgens den zelven Staet van Oorlogh
voerde gearrefieert
, ende dat zoo langhe den
oorlogh tujjchen Vrancryck en Spaignen zal
duyren. Oock de troupes wel te betalen, en tot
de achterfiallen ordre te geven.
Dat de twee Blekers uyt de Magiflraet zul-
len gefielt worden
, en aen fyne Hoogheyt eene
Acte gegeven werden
, datje der niet wederom
. zullen ingenomen worden.
Dat, aengaende de andere Heeren , die ge-
Vangen zyn, voor advis van Amflerdam zal
ingebracht worden, dat men behoort refolutie
in Hollandt te nemen, dat die Heeren niet meer
in Regeeringe zullen worden geleden.
Dat die trouppes, die by Hollandt zyn voor
defen affgedanckt geworden
, zullen- haer ach-
tevflal betaelt crygen
, en daerin gecontinueert
borden
, tot datje by den Raedt van Staten
Zullen wefen affgedanckt.
Een aäe van Confirmatie van de Staten van
hollandt.
Dat, na-er dat alles geaccordeert ende be-
^"edight zal zyn
, fyne Hoogheyt in de Stadt
*al comen alleen met fyne Compagnie gardes» '
etide omtrent een hondert officieren.
(d) Ho!l. Merc. va» iSjo. bl. }$, 5«> 37.
I- STUK.
-ocr page 634-
t D A M S             IL Deex..
hadden de algemeene Staaten, op verzoek ï 5^
van die van Holland, en ingevolge van den i^Z?
heimelykeh laft van zyne Hoogheid, van wel- ée^e
ken de Heer van Beverweerd opening ge- Late"
daan hadt aan den Heere van MatheneiTe aan ^
(i)
, beflooten, eene aanzienlyke bezending, pf'nte
waartoe de Heeren van Aartsbergen > Paats, ^d^
Rensvooude
, Ofinga en Malert benoemd.wer- jLäg««
den , te doen aan den Prinfe , om zyne
Hoogheid te verzoeken „ dat hy naar den
„ Haage te rugkwame,devyandelykheden
„ deede ophouden, en den Koophandel van
„ Amfterdam zynen vryen loop Hete (&)."
Doch de bezending, den volgenden dag,
op reize gegaan zynde, vernam, onder weg»
dat zyne Hoogheid zig met de Stad ver-
draagen hadt, en keerde, hierop, zo wel
als eenige afgezondenen uit de Gecommit-
teerde Raaden, naar den Haage te rug(/).
Zyne Hoogheid vertrok, des nagts of vroeg
in den volgenden morgen, van Amftelveen,
en was, des middags, reeds in den Haage.
Het Krygsvolk trok al eerder af, uitgeno- #^-
men dat gedeelte, welk maar even aange-^ju -
komen was, en tyd tot ruften noodig hadt: tteü' '
doch daar verliepen nog eenige dagen, eer
de Stad goedvondt, de aangenomen waard-
gelders en matroozen af te danken: 't zy dat
men den Prins nog te misnoegd hieldt, om
op zyne goede geneigdheid jegens de Stad
vaften ftaat te können maaken; 't zy dat
hiervoor eenige andere redenen geweeft
zyn, die my niet zyn voorgekomen. De Stad
bewilligde, eerlang, in den Staat van Oor-
log, volgens het eerfte punt van't Verdrag ,
(111): waarna, by de Provinciën, tot eenen
eenpaarigen voet van afdankinge beflooten
werdt (ra). De zwaare onkoften , die de
Stad, by deezen fchielyken overval, hadt
moeten maaken, werden fpoediglyk afbe-
taald. Onder anderen, vind ik, dat aan
Evert Lambertszoon, die de eerfte tyding
van de aankomft van 't krygsvolk in de
Stad gebragt hadt,en dus waarfchynlykde
Hamburger poftlooper geweeft is, vier hon*
-derd guldens vereerd zyn (0).
                      ./'
Zodanig een uitflaghadt'sPrinfen onder- A,A
neeming op Amfterdam, die, kort hierna,0Ä
met zulk een' zwarte koole getekend werdt, Oo»\
in de Regifters van's Lands Staaten. Men^V'
verfpreidde , ten deezen tyde , dat zynev
Hoogheid voorhadt, zig meefter te maaken
vafl
(i) zh hier voor, bl. $6i.
(<J Refol. Gener. Mart, % Aug, ijjo. by WlcqUEFOR1*
Preuves Tom. I. p. 69g.
(/) Vaderl. Hift. XII- lied , bl. 107.
(m) Refol. Vroedfch. N. 20. 15 Aug. 1550. ƒ. 110 vtffi*
(n) Vaderl. Hift. XII. Deel , bl. Ut.
(o) Specificatie der Ongelden , berußende ter Theftiir'e ï
Kas XIII. Laade 13,
568                 AM S T E
[650 doorBurgemeefteren enRaadenbekragtigd.
Het Verdrag behelsde „ i.Dat Amfterdam,
,, zo wel als de zes Provinciën, bewilligen
„ zou in den Staat van Oorloge, dien zyne
„ Hoogheid verzogt werdt te doen brengen
„ op den voet van denvoorflag,laatftelyk,
„ by den Raad van Staate, gedaan; doch,
„ midlerwyl, en zo lang de oorlog tuflchen
„ Frankryk en Spanje duuren zou, fchoon
„ niet langer dan drie ofvier jaaren,zoude
„ tegenwoordige Staat van Oorloge plaats
„ hebben. 2. Dat de Stad befluiten zou,
„ om de agterftallen van 't Krygsvolk, welk
„ door Holland afgeweezen was, te vol-
„ doen; en om orde te helpen ftellen, tot
„ goede betaalinge der overige troepen. 3.
„ Dat zyne Hoogheid,in de Stad geh* even-
„ de te komen, gelyk de Stadhouders. zy-
„ ne Voorzaaten, met alle eere en gedien-
„ ftigheid, ontvangen zou worden: zullen-
„ de hem ook, in de gemelde hoedanig-
„ heid, in de Vroedfchap, indien hy 't be-
„ geeren mögt, gehoor worden verleend.
„ 4. Dat de Heeren van Amfterdam ter
„ Vergaderinge van Holland hun beft zou-
„ den doen , om alle onluften en voorge-
„ vallene zaaken te doen vergeten, en de
n oude vertrouwelykheid en vriendfchap te
„ doen herftellen, houdende daarover ge-
„ meenfchap van raade met zyne Hoogheid.
„ 5. Terftond na 't voltrekken en tekenen
„ van dit Verdrag, zou de Prins het aan-
„ gevoerde Krygsvolk wederom doen kee-
„ ren naar zyne voorige bezettingen, en
„ de Stad zou de aangenomen manfchap
„ afdanken, en alles herftellen opdenvoo-
„ rigen voet." Het afzonderlyk punt hieldt
in „ dat zyne Hoogheid, buiten benadee-
„ ling van do eer en goeden naam van de
,, Heeren Arianes en Cornelis Bicker, de een
„ oud-, en de anderregeerend Burgemees-
„ ter der Stad Amfterdam, en buiten be-
„ zwaar en krenkinge van derzelver per-
s> foonen en goederen, naar deezes tyds ge-
„ legenheid , dienftig oordeelde , dat zy
„ zig ontrokken van alle verdere Regeering
„der Stad, zonder daartoe wederom be-
„ roepen te worden. Nogtans, was zyne
„ Hoogheid bereid,hen in perfoon te hoo-
„ ren, en zo hy dan nog by zyn gevoelen
„ bleeve, zouden zy xjg vry williglyk ont-
■ „ flaan van de Regeeringe, op den voorge-
„ melden voet, rnids zy zig, van nu af, van
„ de oefeninge hunner Stads ampten ont-
„ hielden (£)."
;. bg. 's Daags voor het treffen van dit Verdrag,
(h) Refol. Vroedrch, N. zo. j ^iug. ifijo. ƒ. IOj, ait-
zi.ma Hetft. Leeuw, bl, js. Holl, JAeic. va» isjo. 4;. 38.
-ocr page 635-
XVI. Boek.
GESCHIEDENISSEN;
569
*6jo. van de Wifïelbank, om, met den fchat, die
'er in bewaard werdt, zynen Schoonbroe-
der, Koning Karel den IL, op den troon
gefchreeven aan de * onbefihaarnde fceegbeid rfto
en enkelen moedwil en verwaandheid van eeni-
info-
ge belhamels, die hunne Vroedfchappen mis-\J?,
van Groot-Britanje, te herflellen (p). Doch
dit verdigtfel hadt zo weinig fchyns , als
het Verdrag tuiTchen de Stad Amfterdam
en het Parlement van Engeland, welk, by
eene afkondiging van den zeigenden Au-
guftus , ftrengelyk verbooden werdt (5).
Men wil, dat zyne Hoogheid, toen 't hem
nu mislukt was, Amfterdam in te neemen
by verrafïïng, te ligter befloot tot verdrag
met de Stad, om dat hy inderdaad voor 't
waffend water vreesde, en omdat hy de
handeling den Gemagtigden der algemeene
Staaten,die hyte gemoet zag, niet toever-
trouwde (r). Doch men verwonderde zig,
met reden, dat hy juift begeerde, dat de
twee Heeren Bicker en geene anderen zig
ontfloegen van de Regeeringe; daar de meer-
derheid der Vroedfchap, voorheen, geffcemd
hadt tot alle de Refolutien, die gelegenheid
gegeven hadden tot's Prinfen misnoegen. De
Bickers hadden, 't is waar, veel aanziens
in de Stad, en mogelyk was dit de rjeden,
waarom zyne Hoogheid, die toch toonen
moeft, dat hy op eenigen te onvrede was,
hen alleen en voor anderen uitkipte. Sommi-
-gen vernaaien ook „ dat de konftenaaryen
j, van eenigen, die zig, federt, willen te
,, dringen in de poften derontflaagen'Hee-
„ ren, hebben medegewerkt met 's Prinfen
ö „ ongenoegen (V)." Doch hiervan is my
I^Prinsgeen duidelyk blyk voorgekomen. Klaarlyk
^j^ de bleek, ondertuiTchen,voor alle onpartydigen,
Vane"en de ongegrondheid en wetteloosheid der han-
®üt2n delwyze van zyne Hoogheid omtrent de Stad
leid, en kwalyk onderregt hadden; en tegen
welker ongehoorde ,fchadelyke en verderfeïyke
oogmerken
, ftrekkende tot verandering in de
Regeeringe en in den waaren Hervormden
Godsdienft, de Prins dikwils gewaarfchuwd
was: met by voeging, dat hy, om deezer
boos voornemen tegen te gaan, en zulke werk-
tuigen
te weeren uit de Regeeringe, de Stad
Amfterdam, met eenig volk van oorloge, te
gemoet getrokken was. En deeze fcherpe
en algemeene befchuldigingen waren alles,
wat dit Gefchrift, ten lafte van Amfterdam'
of van eenige Arnfterdamfche Regenten'
inhieldt Zyne Hoogheid, of liever de Grif-
fier Mufch, die dit Gefchrift opgefteld hadt
begreep hgtelyk, dat zulke algemeene be-
fchuldigingen, zonder byzondere aanwyzing
van woorden of daaden, en zonder eenig be-
wys, niet genoeg waren, om iemant der Arn-
fterdamfche Regenten in 't ongelyk te doen
Hellen. Hy befloot hierom het Gefchrift,
met eene verklaaring, dat hy de byzon-
dere punten van bezwaarnis tegen eenigen
ten zynen tyde, openleggen zou. Doch dee-
ze belofte is nimmer voltrokken. Ook moes-
ten alle deeze befchuldigingen in rook ver-
dwynen, na dat de Prins, eerft, ten opzig-
te van de Heeren Bicker, en daar na ten
opzigte der gevangen Heeren, die allen,
eerlang, op vrye voeten gefield werden,
mids zy zig onthielden van de Regeeringe,
verklaard hadt, dat zy „ in hunne eer en
„ goeden naam ongekrenkt zouden blyven:"
en blykt hieruit tevens, hoe onbelTaanbaar
's Prinfen handelwyze, op den eenen, met
zyne handelwyze op den anderen tyd, ge-
weeft zy.
Zyne Hoogheid beriep zig, om zyn ge-Onder-
drag te regtvaardigen, ten deele op zyne zoek
Commiffie, ten deele op den lafl der alge-deezer
meene Staaten, die hy, gelyk men 't fe.redenen-
dert, altoos begreepen heeft, en nog tegen-
woordig begrypt, gantfeh ten onregte, de
hoogße Regeering
noemt. Doch wy hebben,
uit den inhoud dier Commiffie, hier voor O),
by eene andere gelegenheid aangehaald,
reeds können zien, dat dezelve hem geens-
zins wettigt tot geweldige, noch ontydige
verandering der Regeeringe. Dat de alge-
meene Staaten noch regt noch oogmerk had-
den, om zyne Hoogheid tot geweldige on-
derneemingen in Holland te magtigen, is
ook reeds, hier voor O), uit hunne Ref0.
Iu-
ra.) Zie hee hy AitzemA Herft. Leeuw ,i/,44- £S w *_
OOEFOBT Tom. I. Pr«»*, f. 7«.                       "'* **"
(■v) ßlaäz.. JJS.
(a) BUdz,. S5i'
«•"ent nxiiiLciuaiii en uiuLiciiLucnceren Diäter in
^^t- 't byzonder. Hy hadt aan de Vergaderingen
iu''°Ver van Holland en van de algemeene Staaten
^rifVg beloofd, dat hy de redenen van zyn gedrag
'■' omtrent Amfterdam nader openleggen zou.
Ook leverde hy, weinige dagen na zyne te-
rugkomft in den Haage (t), een Gefchrift
over, genaamd Redenen en Motiven, diefy-
tie Hoogheydt hebben bewogen by der hant te
nemen, foo ten regarde van de gearreßeerde
■Heeren, als van 't geen aengevangen is aan
,
hy ende ontrent der Stede Amflerdam (u). Doch
in dit Gefchrift, vondt men niets ten lafte
Van Amfterdam, dan dat het, nevens de
andere Steden van Holland, op verminde-
ring van Krygsvolk gedrongen; tot afzon-
der Iyke afdanking, gelyk het genoemd werdt,
beflooten, en den Prinfe, als Stadhouder,
gehoor geweigerd hadt. En dit werdt toe-
(p) Aitzema Herft. Leeuw, tl. 92.
f«} Keurb. M, f. 83.
y) W[C(^jEitokT Turn. I. Livr. IV. p. iSJ_
y) WicquKjoHT Tom. I. Livr. IV. ƒ>. j94.#
IV A1T2EIHA Herft. Leeuw, hl. 79, Si.
Eeee 2
-ocr page 636-
II. Deel.
AMSTERDAMS
57°
vyand, mogelyk, gelegenheid gegeven zou i<55 '
hebben, om den Staat, op nieuws, aan te
taften. Wyffelyk, befloot de Raad dan
tot een fpoedig verdrag, waarby, aan de
eene zyde wel iet toegegeven; maar, aan
de andere, ook fterk geftaan werdt op het
gene tot handhaaving van der Stede Pri-
vilegien en loffelyke herkomen ftrekken
kon. Men ftondt zyner Hoogheid gehoor
toe in de Vroedfchap;doch alleen als Stad-
houder , en zonder eenigszins af te ftaan
van het regt, welk Burgemeefteren hadden,
om den Raad niet te vergaderen,. dan na
dat hun opening gedaan was van 't gene 'er
zou worden voorgefteld. Van de verplig-
ting om bezendingen der algemeene Staaten
te ontvangen, in de Stad, werdt geen woord
gerept. Ook was men 'er wel verre van af,
om goed te keuren, 't gene zyne Hoogheid,
omtrent de zes Heeren, die, ftaande de Ver-
gaderinge, gevat waren, verrigt hadt. De
Heeren Bicker ftonden, 't is waar, uit zugt
tot de gemeene rufte, en om den Prinfe te'
voldoen af van de Regeeringe; doch niet
dan na dat zy uitdrukkelyk bedongen had-
den , dat zy in hunne eer en goeden naam
ongekrenkt zouden blyven: met welk be-
ding , alle befchuldigingen ten hunnen las-
te, zelfs met 's Prinfen toeftemming, on-
gegrond werden verklaard. Schoon dan de
wyze en gemaatigde Regeering van Am-
fterdam iet, of, zo men wil, veel toegaf;
zy bleef nogtans die zy was, en gedoogde
geene de minfte krenking in haare voorreg-
ten, noch in den goeden naam zelfs van
haare meeft befchuldigde Leden.
Hier ter Stede, duurde de ongeruftheid D« °£
eenen geruimen tyd na dat het Krygsvolk 8e!^'
afgetrokken was. 't Gemeen was vol wan- Jjltf«*
trouwen op zyne Hoogheid, en, volgens jaio
fommiger aantekening, waren zelfs de Re- duurt
genten bedugt, dat hy den toeleg, om zig v°°'
by verraffing meeftertemaakenvan de Stad,
nog niet uit den zin gefteld hadt. Men hieldt
dan fcherpe wagt aan de Poorten. Men
ónderzogt de aankomende fchepen naauw-
keuriglyk. Men voer voort, met het ftellen
van paaien in de Stads graften (J>). Zelfs f1^/'
werden, eerlang, in den Amftel, ter plaat-bl° @?t
fe van de groote fteenen Amftelbrug, twee %a^l
zwaare houten Blokhuizen gebouwd, onder ^ °1
opzigt van den Ingenieur Jan Heimanszoon gsf '
Koek, die van Antwerpen ontbooden was,
en eenige jaaren in dienft der Stede geweeft
is (c). De blokhuizen ftonden op zwaare
eeken paaien, tuJTchen welken, binnen be<
flooten hekken, gewapende floepen kondefl
gelegd worden. Voorts, waren de onder'
fte
tb) AiTZEMA Herft, Leeuw, bl, si, yï,
O) VWewbl. joi.
1650. luden zelven, beweezen. En 'tlaatfle bleek
nog duidelyker, na dat 's Prinfen toeleg o-
penbaar geworden was. De Vergadering der
algemeene Staaten befloot toen, gelyk wy
boven (x) zagen, den Prins, door eene pleg-
tige bezending, te verzoeken , dat hy de
vyandelykheden voor Amfterdam deede
ophouden, en naar den Haage keerde. Hoe
kon zy dan voorgehad hebben, den Prins tot
, zulk eene geweldige onderneeming te mag-
tigen? De meefte Provinciën antwoordden
ook zo flaauwelyk op 's Prinfen brief, waar-
by hy haar kennis van zyne onderneemingen
gegeven hadt, dat men, uit haar antwoord,
klaarlyk kon afneemen, dat het werk haar
tegen de borfl was (3'). Maar zo de Prins,
noch by zyne Commiflie, noch door de al-
gemeene Staaten, gemagtigd was tot het
gene hy ondernam; wat regt, wat fchyn
van regt kon hy, of konden zyne raadslui-
den, die, zeker lyk, meer dan de jonge Vorfl
te befchuldigen waren, hiertoe dan voor-
wenden?
Rede- _ De Stad werdt, omtrent deezen tyd, ook
nen, die door eenigen befchuldigd, wegens het aan-
had^tot gaan'van het Verdrag met zyne Hoogheid.
het aan- Zy moeft, meende men, of niet, of veel
gaan van eerder, toegegeven hebben, en de zaak niet
het Ver- tot zuik een uiterfte hebben laaten komen,
drag
zo zy de magt niet hadt, om haare ftreng
valt te houden (2). Doch was het te ver-
wonderen , dat Amfterdam niet gewapend
was, tegen zulk een zeer ongewoon middel,
als was eene belegering met de wapenen
van den Staat? Wy hebben, daarenboven,
hier voor (a), reeds gezien, dat de Stad,
op den negenentwintigften July, 's daags
voor dat Graaf Willem met het Krygsvolk
van den Staat herwaards kwam, begon te
neigen tot de omhelzinge van eenen voorge-
llaagen middelweg. 't Was dan niet vreemd,
't kwam zelfs overeen met de befte regels
der Staatkunde, dat zy, zo geweldiglyk aan-
getaft, goedvondt den tyd te vieren, enzig,
in 't fluk der afdankinge, te voegen naar
den zin van zyne Hoogheid , en van de
meefte Provinciën. Zo de Belegering veel
langer geduurd hadt, zou de Koophandel
der Stad eenen onvermydelyken krak ge-
kreegen hebben; en zo men ware voort-
gegaan met het doorfteken der dyken en het
openzetten der fluizen, zou men een groot
gedeelte van Holland en van het Stigt van
Utrecht een onbefchryfiyk nadeel hebben
toegebragt, behalve dat het watten der in-
wendige verdeeldheid 'den pas verzoenden
(x) BUdx.. $68.
(>) Zie Hetft. Leeuw, bl. 8«. 87» 88, %91 so. Vaderi.
Hilt. XII. Deel, bl. ii2.
(*.) AiTZEMA Heift. Leeuw, bl, j%. [
(a) BUdx..
j57,
-ocr page 637-
XVLBoek.          GESCHIEDENISSEN.               57r
16S°- 5e ^"diepingen der fterkten, waar zig de tig Compagnien gebragt, die onr]er fwpp k
Konftapels en Busfchieters onthielden, ter Kolonellen, de Heeren #«T° °T"TpT* l6$°-
wederzyde, en naar buiten, voorzien van Comelis Witfen, Honden, en voor JJLl Yeeer
gefchutpoorten met valdenren, even als op eerlang, eenenieuwe Ordonnantie lemlTkr
deOorlogsfchepen, mt welken men met werdt (g). Bargemeefteren en Oud-Crp-e
grof gefchnt, op roopaarden gelegd, den meefteren hadden, tecelyk.beflooten,lat
ftroom, en den weg ter wederzyde, beflry- een Kolonel, Burgemeefterwordende, zyne
ken kon. Om de tweede verdiepingen, lie- Kolonelsplaats zou nederieggen ' Ter ge-
pen breede open gangen van vooren ge- legenheid van de vermeerdering der Bur-
dekt door dikke honten borftweeringen, gervendelen, waardoor ook de onkoften des
waar de foldaaten de wagt konden honden. Krygsraads meerder werden, werdet.^
De derde verdiepingen waren verdeeld in Poortgeld met een halven ftaiver en hï
verfcheiden lugüge vertrekken voor de Be- Burgerregt van veertig op wftig'guldens
velhebbers. Ter wederzyde der blokhai- verhoogdI (*)
              - - ^ 8 *>maeas
zen, op den weg langs den Amftel, fton- Willem de II., Prins van Oranje, wiens Wi,I(.m
den tweehameijen met welken de toegan- onderneeming op Amflerdam gelegenheid dïï
gen ftedewaards werden afgeflooten. Voorts, tot zo veele veranderingen hier ter Stede ge- fterft.
werdt, vyftig of zeitig treden van de blok- geven hadt, overleedt aan de kinderpokies
huizen af, naar baiten , dwars over den op den zesden November 's 3J?
ftroom, eene ry paaien geflaagen, in wel- negen uuren, in 't vyfentwintigftXZ7S
ke, twee openingen waren tot het doorlaa- ouderdoms (t). De tyding van dit äffler en
ten van vaartuigen, die met boomen gefloo- was, den volgenden morgen, ten drie naren
ten werden. De paal van der Stede vry- reeds in Amflerdam, daar veelen zig niet
heid aan den Amftel, die zig, volgens de wederhoaden konden van het geeven van
Privilegien , ftrekte tot honderd gaarden aiterlyke tekenen van blydfchap. De Dia-
baiten de Veftingwerken, ftondt na verre kens vonden, in een der zakjes, waarinde
binnen deezen afitand van de blokhaizen, aalmoefTen onder de preeke verzameld wor
waarom zy, op bevel des Raads, eerlang, den, eenige Hakken gouds, in een papier"
zo veel verder werdt uitgezet. Ook werdt, waarop dit rym te Jeezen ftondt:
             '
tot meerder verzekerdheid der Stad, het
baitentimmeren binnen de Vryheid , op                De Prins is doodt
nieuws, verbooden (d). Doch de blokhui-                 Myn gaef vergroot.
zen, zulke flevige gevaarten, die in 't jaar                 Noyt blyder maer\ *
1651 voltrokken werden, ftonden naauw-                In tachtig jacr (k\
lyks driejaaren. Men bevondt, zo fommi-
gen willen, dat de loop en fchaaring des De Vroedfchap.befloot,op aanfchryvensDe Hee-
Amftels, door het veelvaldig en digt paal- der Gecommitteerde Raaden, een goed aan-ren Bic-
^ werk onder en voor de blokhaizen , al te tal van Afgevaardigden ter Dagvaart te zen- ker ko-
t'e. in zeer belet werden (e). Ook werdt, in den den, om orde te helpen Hellen op 's Lands ?en we*
>5sat Zomer des jaars 1654, beflooten, de oude Regeeringe. Ook floegen Burgemeelleren feT m
!? ^m Stad'aan verfcheiden' oorden
>beter te ver- op den agtften, denRaade voor, of de Heeren geelïe;
1$V Werken, volgens een Ontwerp van de In- Bicker niet wederom tot hanne voorige be
% *ör- geniears Parceval, Koek en den Kapitein dieningen behoorden ingelaaten te worden*
Rufius; in welk geval, de blokhuizen gee- De Raad verflondt, dat men eerfl in den*
nen dienft zouden können doen: waarom ge- Haage zou onderftaan, hoede andere be
raaden gevonden werdt, dezelven , ne- langhebbendeSteden zig, Jn dit opzigt ge-
vens de hameijen, te liegten, en 't hout el- draagen zouden (l). Men vernam omtrent
ders te gebruiken (/):en dit befluit werdt, twee weeken hierna, dat eenigen van dee.
Kui ort hierna ' ter uitvoeringe gebragt-
         zen de Leden, die zig, te vooren, van de
[SJ. . Maar in den aanvang van September des Regeeringe onttrokken hadden, wederom
5vOaars l65°, waren Bargemeefteren, door de ter Dagvaart zonden; waarop hier ook be-
C> Vroedfchap, gemagtigd, om de Bargerven- flooten werdt, dat de Heeren Bicker weder-
% ' delen, die, tot hiertoe, maar twintig flerk om tot de bekleeding hanner voorige waar-
3 op n' geweeft waren, by raade van Kolonellen en digheden keeren zouden (ßf.
%. den Krygsraad, te vermeerderen in getal.
                                                        Maar
'S ^y werden dan, kort hierna, op vierenvyf- (g) Handv. w.
\h) Refol. Vroedfch. N. 20. z% l> Sefc, ig off^ I6,0.
ƒ. 112, 119, 120 -verf«. Handv. il. ijo, I67j I6^ "» -
,,<*) Refol. Vroedfch. N. 20. s4»g.isn. f. isg. Handir. (O Vaderl. Hill. xu Deel, bl ii8.
tl. 1009
                                            "* »»•/• »o». n<uiuv. ^' AlTZEMA Herft. Leeuw, tl. 95.
(f) Refol. vroedfch. JU, 21. 2 July uSi.. >, ,'8s veJß, (»*) Rdo1- Vroedich, N, 10.. iz tVn% 34j0, 'fi ,ïfj
Ee'ee 3
-ocr page 638-
AMSTERDAM S             II. Deel:
57^
thorifeert ,met de meefie dexteriteyt ende Jecre' l650,
teffe
, de zaecken derwaerts heenen te fileren ,
by de Leden, daer zy de befie inclinatie ende
meefie confidentie by vinden: ende den Heeren
xxxvi. raden op den eedt belaß, dejen te Je-
creteren (p).
                                                 ^,
Wy hebben dit merkwaardig befluit wel, A8" en
met de eigen woorden van de Vroedfchap,^erdit
willen voordraagen, op dat men zien zou, t,efluit'
hoe vroeg de Stad Amfterdam reeds ge-
neigd heeft tot de fcheiding van het Stad-
houderfchap en Kapitein- Generaalfchap ,
waartoe, eerfl in 't jaar 1667, beflooten
werdt. Ook blykt, uit dit befluit, dat de
geweldige onderneeming van wylen den Prin-
fe van Oranje der Regeeringe van Amfter-
dam eenen afkeer ingeboezemd hadt van
de Stadhouderlyke Regeeringe , immers
van het hoog gezag, welk de Stadhouders
voormaals gehad, of geoefend hadden.
           j
De Staaten van Holland, den agtftenDe-De sit
cember, beflooten hebbende, dat de ftem-^eljjo?
mende Steden, welker Wethouderfchap,^evs''
door den Stadhouder, plagt befteld te wor-kie«iflL
den, voortaan, van hun Oclroi zouden kon- va«^
nen verzoeken, om haare eigene Wethou-P6116
derfchap te beftellen; zo verwierven ver-
fcheiden' Steden, terftond,zulk eenOclroï
(q). Te Amfterdam, plagt de Stadhouder
alleenlyk Schepenen te kiezen,uit een dub-
bel getal, door de Vroedfchap benoemd.
Doch nu verzogt de Regeering, dat deeze
verkiezing doorBurgemeefteren gefchieden
mögt (r); waartoe, den twee en twintigften
December, Oclroi verleend werdt, door
de Staaten (s).
                                             Ji
Op de Regeering derVereenigde Provinze«;,
vincien in't gemeen, werdt ook, eerlang,^ef.
eenige orde beraamd, in eene buitengewoo- ^tt,
ne Vergadering, die* op verzoek der Staa-de» ju»
ten van Holland , befchreeven was. Wy ^l &
ftaan niet ftil op verre het meefte, welk in ^/
deeze aanzienlyke Vergadering gehandeld vai' Ê
werdt (0, om dat het Amfterdam niet in 't ie",,
byzonder betrof. Doch in Juny des jaars &°1
1651, toen de bezigheden der groote Ver-hf^('
gaderinge omtrent afgeloopen waren, bragt
de Raadpenfionaris Jacob Kats, die voor-
hadt zyn ampt neder te leggen, het Ge-
fchrift, waarin wylen zyne Hoogheid reden
gaf van den aanflag op Amfrerdam en van
het vatten der zes Heeren, welk, tot hiertoe, '
beflooten , onder hem beruft hadt, in de
Vergaderinge van Holland. Men leide in
beraad, of men dit Gefchrift verbranden,
of
(p) Refol. Vroedfch. N. 20. 2 Dec. isco. f. 129,130.
(1) Vaderl. Hift. XII. Deel, H- 13+, 13«.
(r) Refol. Vroedfch. N. zo. 19 Dec. 16JO. ƒ. ijz.
(1) Handv. bl. log. [hj.]
(t) zie Vaderl, Hift, XI1. Deel, U. ij» enz,,
I(5-0 Maar agt dagen na 's Prinfen overlyden,
5 ' beviel de Prinfes, zyne Weduwe, van ee-
^°°r" nen Prins , die Willem Henrik genaamd
Willem werdt, en naderhand, onder den naam van
den lil. Willem den III., vermaard geworden is. De
De Stad stad Amfterdam befloot, terflond, zig als
biedt zig peter over fen jonggebooren aan te bieden
Sn. 00; en-deedt hem daarna> eene Pillegift
van eenduizend guldens 's jaars (o). De
Prinfes Weduwe van Fredrik Henrik floeg
den Staaten den jongen Prins, al vroeg,
voor, tot Stadhouder, Kapitein - Generaal
en Admiraal. Doch men toonde, in Hol-
land , hiertoe nog luttel gezindheid. In de
Vroedfchap van Amfterdam , daar men,
federt de geweldige onderneeming van wy-
len zyne Hoogheid, af keerig geworden was
van de Stadhouderlyke Regeeringe , was,
reeds voor eenige dagen, beflooten, voor
eerft niet te treeden tot de aanftelling van
eenen Stadhouder. By dit befluit, vondt
men geraaden te blyven, na dat de brief
De Stad, der Prinfeffe - Weduwe gelezen was. En-
befluit, fa om weck te nemen de vreje die men wel
voor heeft gehadt over de al te groote authoriteyt,
niet te die de Stadthouder ende Capiteyn-Generaalheeft
komen gehadt off gebruyckt, nu leflelyck oock niet
tot de zonder gevaer van den geheelen Staet door quaet
aanftel- ingeven van dangereuje ende niet gequalificeer-
eenen*üde Raedsluyden;
werdt geraaden gevonden,
Stadhou- dat, van nu voortaan, in de Provincie van Hol-
der, en \andt ende Weflvrieslandt, als een grondwet
|j? heden van den ^taet' vaft V3er^e êefielt: °ff men *'#-
van Stad w»i off morgen zoude mogen meenen 't hebben
houder van eenen Stadthouder off Capiteyn over de mi-
en
Ka- luie van Hollandt te lande ende te water, 't
Generaalm^ noc^tans niet te PaJFe comt a^s ty abfen-
nooitaan^ van den Prince van den Lande, dieder nu
eenen niet en is, dienfligh te we/en; ende off men
denzelf- boven dien noch zoude mogen meenen, datier
den Per- feenigen tyde zoude dienen te worden gefielt
te draa- een Capiteyn Generael over de militie van de
gen. Geünieerde Provinciën ende Conquefien van dien,
onder goede InfiruStie, by onderlinge bewilli-
ginge te arrefieren ; dat men, in zulcken geval
het zelve Capiteynjchap ■ Generael nimmermeer
zal laeten comen ende concurreren in een en de-
felve perjoon van den voorn. Stadthouder off
Gouverneur over Hollandt ende Weflvrieslandt,
indien Zeeland daer toe als vooren niet mocht
verflacn
,- maer dattet altyt zullen moeten we-
fen diflinfte ende feparate per Jonen, om d'an-
dere provinciën
, door Hollands exempel, in den
haren daertoe mede te bewegen: ende om nu
f e fiuyten de menées, die worden aengewendt
om te obtineren voorige charge: werdende de
Qedeputeerden ter Daghvaert gelaft endegeau-
fn) Refol. Vroedfch. N. 20. is Nov. isjo. ƒ. 121 verf:
(')
AlTZEMA IH. Deel, */. j;ï.
-ocr page 639-
GESCHIEDENISSEN.
XVI. Boek.
573
%r. of openen en leezen zou, en men befloot
tot het laatfte. 't Werdt vervolgens gefield
in handen van eenige Gemagtigden, die oor-
deelden „ dat het, fchriftelyk, behoorde
„ wederlegd, en de wederlegging aan de
„ groote Vergadering overgeleverd te wor-
„ den; dat men de bezending, in 't voor-
„ leeden jaar, aan de Steden van Holland
s, gedaan, ook behoorde te veroordeelen,
„ als ftrydig met den vorm der Regeerin-
„ ge; en dat men de andere Provinciën be-
j, hoorde te verzoeken , dat zy de Refolu-
„ tien, die, den vyfden en zesden Juny des
j, voorleeden jaars , door eenige weinige
„ Afgevaardigden ter algemeene Staatsver-
„ gaderinge, uit ontzag voor de aanzienlyk-
„ heid des Prinfen van Oranje, genomen
j, waren, wilden afkeuren, voor nietig en
„ van geener waarde verklaaren, en te ge-
„ lyk intrekken de afgeperfte dankzeggin-
„ gen, aan wylen zyne Hoogheid gedaan."
Eindelyk, verftonden de Gemagtigden „ dat
„ men, by duidelyke Refolutie, behoorde
„ te verklaaren, den aanflagop Amfterdam,
» ,, en het aantallen der zes Heeren te hou-
<w«t.„ den voor een * toeleg op de vryheid, hoog-
s, heid en fouverainiteit deezer Provincie,
„ regelregt ftrydig met alle Wetten, Reg-
3, ten en Privilegien." 'tBefluit, welk de
Staaten van Holland hierop namen, kwam
genoegzaam overeen met het gevoelen der
Gemagtigden. Leiden alleen oordeelde, dat
dit befluit niet naar den gewoonlyken vorm
fte der Regeeringe genomen was («).
\?eer De Staaten van Holland deeden,omtrent
H<to?'deezen tyd,ook onderzoek naar denopftel-
jf'de. Ier van dit Gefchrift, en van een ander, be-
\v|| zig heizende Klagten over die van Jmßerdam,
*?ii s 'welk, door zyne Hoogheid, kort na des-
Sif'n" zelfs te rugkomft met de bezendinge , ter
jee') toe. Vergaderinge van Holland, ingeleverd was:
A^(,°p en men bevondt, dat beide deeze fchriften,
\j6f- immers het laatfte zekerlyk, door den Grif-
fier Mufch, was opgefteld (V); doch dee-
ze was, den zesentwintigften December des
jaars 1650 , overleeden (w), waarom 'er
niets tegen hem gedaan werdt. De Heer
Van Sommelsdyk, die de hand gehad hadt
in den aanflag op Amfterdam, verneemende,
dat 'er ook naar zyn gedrag onderzoek zou
gedaan worden, waarop de Stad, inderdaad,
*eer gefield was (x); boodt zig zelven ter
Verantwoordinge aan. Men befchuldigde
«em „ 1. dat hy, in den eed van Holland
3> zynde, kwalyk gedaan hadt aan het lei-
„ denyanKrygsvolknaar Amfterdam, op m.
„ bevel van zyne Hoogheid. 2. Dat hyde
         '
„ wallen van Amfterdam hadt befpjed. En
„ 3. Dat hy verfpreider was van het gerügt
„ dat deeze Stad zeker Verdrag gemaakt
„ hadt met het Parlement van Engeland."
Doch hy bragt hiertegen in „ i. dat hy,
„ als Kolonel, ook onder zynen Kapitein-
„ Generaal flondt, die hem, wegens 't
„ fchenden van zynen Krygseed, zou heb-
„ ben können doen ftraffen; behalve dat
„ zyne Hoogheid ook groot gezag hadt in
„ zaaken van Regeeringe, en in Amfterdam
„ alleenlyk begeerde gehoord te worden,
„ over 't gene den dienft der Landen be'
" n0fj2* Dat hy zi§ zo koitefi tyd int Am-
„ üerdam hadt opgehouden, dat het hem
„ onmogelyk geweeft zou zyn de wallen te
„ befpieden; en dat hy, met zyne reize door
„ de Stad, niet anders beoogd hadt, dan
„ den tyd af te meeten, dien de Rukery
„ zou noodig hebben, om van Scherpen,
„ zeel te Amfterdam te komen. 3. Dathy,
„ wegens de gemeenfchap tuflchen 't Par-
„ lement van Engeland en de Stad Arafter-
„ dam, niets hadt gezeid, dan 't gene hy,
„ weinige dagen te vooren, uit den mond
„ van zyne Hoogheid, verftaan hadt."
Voorts, fchreef hy 't voornaam beleid van
den aanflag op Amfterdam toe aan Graave
Willem Fredrik. De Staaten van Friesland Hy wordt
namen, hieruit, onder anderen, gelegenheid, be8ree-
om ter Vergaderinge der algemeene Staa-peu in,
ten te dringen op de afkondiging eener al- "meine
gemeene vergiffen-iffe van 'tgene,in'tvoor- VergifFe-
leeden jaar, voorgevallen was. Doch deniffe'
Staaten van Holland vonden geen genoegen midsziS
in 't ontwerp, welk desaangaande gemaakt dende""
was (j). Amfterdam in 't byzonder flondt van de
'er fterk op, dat de zaak van den Heere van Regee.
Sommelsdyk voor 't Hof betrokken werdtringe*
(z). Hy befloot, federt, zig in zo verre
fchuldig te erkennen, dat hy,openlyk ver-
zogt, onder de algemeene Vergiffeniffe, te
mogen begreepen worden. Amfterdam be-
weerde, in t eerft, dat men 'er hem van
behoorde uit te zonderen; doch flondt,wat
laater , toe , dat hy 'er onder begreepen
werdt, mids hy zig , vrywilliglyk, of in
gevolge van een Staatsbefluit, van alle amp-
ten van Regeeringe in Holland onthielde («);
waartoe hy, eindelyk, komen moeft. De
algemeene Vergiffenis werdt toen vaftge-
fteld , en vervolgens afgekondigd. Men
verklaarde, in dezelve „ nu noch ooit te
» zullen gedenken aan de onluften des voor-
>» lee-
(y) Vaderl. Hift. XII. Dtel, hl. 194-195.
(*,) Refol. Vroedfch. N. zo. 19 July i6SI f         . -
166 verft, 167.                                                                 .
f«) Refol. Holl. is,l6,t9J»»y,Z} •A«S.l6si.l!.lï9,
;\I9*> 3"' 4JI,4J3.
fL\ u tAlTZM» Herft. Leeuw, II. 455 r«,
W H°r; Meic-VAn '«jo- *'•«*•
1 J Refoi- Vroedfch. K. zo. 10 July ™U. f. i«l.
-ocr page 640-
II. Deel.
AMSTERDAMS
574
den van alles, wat hun, deswege, nu of i°5 '
na deezen, zou mogen overkomen(d)"
1651. » Ieeden jaars, en de Refolutien van den
„ vyfden en zesden Juny, met al wat, uit
„ kragte van dezelven, verrigt en onder-
„ nomen was, voor nietig en van onwaar-
„ de; van al 't welke de blyken en over-
„ blyffels geligt zouden worden uit deopen-
„ baareRegifters (&)."
De Re- Midlerwyl, badden eenige Steden, en ook
geering Amfterdam, geraaden gevonden, 't Ge-
van Am- fchrift van wylen zyne Hoogheid, genaamd
flerdam Redmen.en Motiven, afzonderlyk te weder-
dS de leggen, en die wederleggingen ter Verga-
Heeren deringe van Holland over te leveren. Tot
ren Bic- net ontwerpen der wederlegginge van Am»
fchrifte- fterdam' waren' nevens Burgemeefteren,
lyk. de Heeren Andries Bkker, Cornelis van Dron-
keiaar
en Pieter Kloek uit de Vroedfchap ge-
magtigd. De wederlegging was, op den
naam van Burgemeefteren en Vroedschap-
pen , ontworpen, en den negentienden July,
in den Raad, goedgekeurd (c). Zy behels-
de eene ronde verklaaring „ dat de Heeren
„ Andries en Cornelis Bicker altoos had-
„ den geteont te wefen vroome ende eerlycke
Regenten, ende oprechte trouwhertige Pa-
triotten, ende liefhebbers van't Vaderlandt;
„ dat zy,nimmer, eenigen voorflaggedaan
„ hadden, tot verbreekinge der Unie,ver-
„ andering der Regeeringe, of der waare
„ Chriftelyke Gereformeerde Religie, noch
„ by gevolg tot verderf van den Staat; maar
„ dat hunne daaden en voorflagen, altyd,
3, tot behoudeniffe van den zelven, hadden
„ geftrekt; dat de Regeering volkomenlyk
„ voldaan was over de wyze, waarop ge-
„ melde Heeren den laft, hun gegeven,
„ hadden uitgevoerd, in de raadpleegingen
„ op den nieuwen Staat van Oorlog, en op
„ de afdankinge van een gedeelte van 's
„ Lands Krygsvolk; waarover zy , voor
„ deezen, bedankt waren, en nu nog be-
„ dankt werden. Dat zy, wyders , van
„ deeze raadpleegingen, van tyd tot tyd,
„ getrouw verflag gedaan hadden. Dat ook
„ de werking tegen de bezending het eigen
„ bedryf der gantfche Regeeringe geweeft
„ was, en geftrekt hadt tot handhaavinge
„ van de hoogheid der Provincie, en van
„ de geregtigheid der Stad, geenszins om
„ eenige verwydering te verwekken in den
„ Staat. Dat de Stad haar gedrag , ten
„ deezen opzigte , reeds, in der Staaten
„ Vergadering , geregtvaardigd hadt, en
„ dat zy zig byzonderlyk bedankte van het
„ goed beleid der Heeren, die zy daarin
„ gebruikt hadt; welken nogmaals bedankt,
,, en kofteloos en fchadeloos gehouden wer-
./*) AitzEma Herft, Leeuw, hl. $%7-
(c)
Kefol. Vioedfch. tf, zo, 11, 19 J»h ifiji./. l«z,
163 verf,.
Kort hierna, ontving de Regeering het '• e8
Ontwerp van de verdediging der Staaten ^^ig
van Holland, over het gehandelde en ge- ßerig.c,(
beurde, in't jaar 1Ó50. De Afgevaardig-k°;T,tlD
den ter Dagvaart werden gemagtigd, orfl1'
het zelve, naar voorkomende gelegenheid,
te vermeerderen of te verminderen, en
vooral, te bevorderen, dat het in 't licht
gegeven werdt (e): gelyk , eerlang, ge,-
fchiedde, onder den titel van Waaragtïg en $
noodig Berigt.
In dit ftuk, werdt het gehan- l^t
delde over de vermindering van 't Krygs ^
volk eerft uitvoeriglyk verhaald; en daarna,iS
van den aanflag op Amfterdam en 't vatten
der zes Heeren gefproken met deeze woor-
den : Middelertydt fyn , den- 30 July 1650
/morgens, op 't alleronvenvachtße uytgeborflen
foodanige deffeynen
, daer op wy foncler * bor- * 'C,
reur niet Jouden hebben können of derven detic- ^"
ken , namentlyck
, dat fes Heeren uyt onfe
fouveraine Vergaderinghe , opt verfoück van
fyn Hoogheydt
, op deszelfs Kamer gekomen
fynde, aldaer in detentie gehouden, ende oock
daer naer ghewapenderbaiult gevanckelyk weg-
gevoert, en naer den Huyfe van Louvenfieyn
ghebracht fyn, als mede dat men de Stadt van
Amfterdam
, fynde de confiderabelfle van onfe
gantfche Provintie, ende wekkers fpoedig ende
onverwachte mine
, den onderganck van bet
gantfche Landt evidentlyck nae fich flepen[ou-
de
, fubytelyck met Kryghsvolck van den Staet,
fecretelyck aldaer ghekomen fynde
, heeft ge-
tracht te overvallen, ende 't gunt verder daer-
aen dependerende, ten felven tyde, in 't gbff'
fichte van ons ende de gantfche werehlt ,is ghe-
fchiedt.
Voorts, werden deeze geweldige on- j
derneemingen toegefchreeven aan „ f ver- f n,,
„ derfelyke enfnoode Raadsluiden, die, om6
,, hunne byzondere driften , ftaatzugt en
„ belangen te voldoen , den jongen Heer
„ daartoe geraaden en bewoogen hadden."
Daarop volgde een breedvoerig bewys van
drie byzondere punten „ 1. van het regt der
„ Staaten om het Krygsvolk, in welksaan-
„ houding zy niet bewilligd hadden,onbe-
„ taald te laaten. 2. Van de wetteloos-
„ heid der bezendinge aan de Steden van
„ Holland van Juny des jaars 1650. 3. Van
„ de inbreuk op 's Lands Hoogheid en Vry-
„ heid, gebleeken in den aanüag op Am-
„ fterdam, en in het gevangen neemen der
„ zes Heeren." Waarna 't Berigt befloo-
ten werdt met eene dankzegging aan Go-
de, die't Land, zo onvoorziens, zonder
eenig toedoen der Regenten, uit alle dee'
(d)  zie AITZEMA Heifl. Leeuw, il, 477.
(e)  Refol. Vtoedich. M. 10. 11 Jnly iSjI. f, lói-
-ocr page 641-
XVI. Boek.
GESCHIEDENISSE
N;
575
:*<%]
ze verwarringen, verlofl hadt; en met eene
vermaaning, om 's Lands Vryheid den na-
komelingen zo ongekrenkt na te laaten, als
men dezelve tegenwoordig bezat (ƒ).
De onderneeming op Amfterdam hadt de
Stad zo zwaare koften veroorzaakt, datzy,
al by tyds, op middelen verdagt geweeft
was, om deswege vergoeding te bekomen
uit 's Lands Kaffe. De ingelanden en op-
gezetenen der doorgefteken Buitenvelder- en
Outewaalder Polders hadden ook zo veel
geleeden, dat de Raad,reeds in 't voorlee-
den jaar, verftaan hadt, dat zy daarin be-
hoorden te gemoet gekomen te worden (g).
En in September deezes jaars, werdt be-
flooten,dat men voor deezePolders vrydom
vanVerpondinge zou tragten te verwerven,
ten minften voor den tyd van een jaar (*> l6<]
Tot het bekomen van vergoeding van kos-
ten aan de Stad , werdt, insge]yks gear
beid. Men erkende, ter Vergadering«?van
Holland,dat dezelven, ten dienfte van den
Lande, gedaan waren, en dat men der Stad,
wegens haaren betoonden yver en wakker!
heid, grooten dank fchuldig was. Doch daar
verliepen nog eenige jaaren, eer haar de
gedraagen koften, ter fomme van vier eft
vyftig duizend vyf en veertig guldens en tien
ftuivers, door 't gemeene Land van Hol-
land,- werden goedgedaan (i). En deeze
was de eindelykeuitflageener onderneemin-
ge, die nooit weêrgade gehad hadt: en, gelyk
hertelyk te wenfchen is , nooit weêrgade
moge hebben.
(h) Refol. Vroedfch. N. zo. r Sept. fI f I7,
(i) Refol. Holl. 3o M«y, ^ jjny , s
Ij) 'JJ'
:Stad
:nvetft
V2t
goe.
«Of«
Ni
aan.
(f)  Zie AlTZEMA Hetft. Leeuw, bl. 4g<5-jtg.
(g)  Refol. Vioedfch. N. zo, i Dec. 1650. ƒ. 130.
7 Dec. I6JS. bl. ,z7. 2; M«artïSsS bl o, i)
I«.
~„ >. t..,„____ ti___V,_____
bl. 63
»7- Zie oei Aan
h.
op 't Leven van H, DE GROOT,
UU Deel, bl. 8ZJ.
«f.
AlTZEAïA
I- STUK.
Ff f f
BY«
-ocr page 642-
II. Deel.
E if
S7Ö                  AMSTERDAMS.
B Y L A A G
op het II. Deel, XVI. Boek.
Lr. A.
BïLAAGË
Lr. A.
Advys der Gecommitteerden van de Vroedfchap van Amflerdam, wegens de propoßtie van fyti
Hoogheyt, gedaen tot Dordrecht, nevens den anderen Heeren Gecommitteerden van de Staten
GeneraeL
Geregiftreerd \xi\Refolutieboek N. 2.0. 0.0 Juny 1650. f. 75 verfo enz.
Het heeft U. Achtb. gelieft ons te commit-
teren, om nader te overmercken 't geen
ter occafie van de bezendinge van de Heeren
Staten Generael aen den Steden van Hollandt
over de bewufte cafTatie ende reductie van een
gedeelte van 's Lands Militie in deliberatie is ge-
weeft ; ende omme te concipiëren ende op het pa-
pier te brengen de redenen, motiven ende con-
fideratien , waermede de Heeren Gedeputeerden
ter eerfter Vergaderinge van de Heeren Staten
van Hollandt gaende van wege defe Stadt ge-
fterckt zouden mogen worden, om de hoogheyt,
vryheyt ende gerechtigheden van defe Provin-
cie , ende den Leden van dien tegens alle in-
drachten ende nieuwigheden, die daartegen on-
dernomen zyn ende verder zouden mogen wor-
den , voor te ftaen ende ongequetft te confer-
veren, ende voor te helpen comen oock vermy-
den de disordre ende onheylen , die uyt de
voorf: indrachten ende nieuwigheden zouden
mogen ryfen.
Wy hebben om U Achtb. laft in defen t'ach-
tervolgen, nagefien ende geejcamineert de Re-
folutien van haer Ed. Groot Mo. den eerden
ende tweeden defer op 't voorf: fubjeét geno-
men, ende de propofitie daer tegens by de Ge-
committeerdens van de heeren Staten Generael
gedaen aen de magiftraet van Dordrecht, mits-
gaders het Tractaet van Unie: de commiiïievan
fyne hoogheyt als Stedehouder van Hollandt:
d'lnftruclie van den Raedt van State ende ver-
fcheyden andere befcheyden ter materie dienen-
de ; ende zyn insgelyx door de Heeren ter Dag-
vaert zynde geweeft bericht van diverfe omftan-
digheden, die haer omtrent defe zaeck hebben
toegedragen, 20 in Hollandt als ter Generaliteyr.
Ende hebben wy niet anders connen zien ende
afnemen dan dat haer Ed: Groot mo. in tnemen
van de gemelte refolutien, van onbetaelt te la-
ten , ende voor gelicentieert te houden de quote
van defe provincie in vyf en vyftigh Compag-
nien te voet ende twintigh te paerdt, ende in de
redudie van de Compagnien voetknechten van
tfevenugh koppen op t'feitigh, ende van deruy-
ters van tfeftigh op vyfiigh, oock in 't efrechie-
ren van dit gerefolveerde by aenfchryvinge aen
de Capkeynen, Ridtmeefters ende Solliciteurs,
op haere repartitie ftaende , gedaen hebben 't
geen haer Ed. Groot mo. wettelyck, volgens de
namyr van de Regeeringe, zyn vermogens te doen.
De wettige macht welcke haer EdrGroot-Mo.
hier toe by haer zelve competeert, achten wy te
dependeren van de hoogheyt ende fouverainiteyt
van de Provincie, ende gefondeert te zyn op de
bekende ende onyerbrekelycke grondflagh van
de Regieringe: Dat in het ftuck van belaftingen
geen overftemminge plaetfe heeft, maer een yder
provincie gereferveert blyft de Vryheydt om de
confenten die daertoe verfocht worden in te wil-
ligen of te excufeeren, ende overfulx alfo het
onderhouden van de militie is wel devoornaem-
fte belaftinge, ende die meeftendeel alle d'an-
dere met haer fleept; fo wordt oock volgens de
bekende ftyl van Regieringe, by petitie van den
Raedt van State, van jaer tot jaer, confent Ver-
focht in den Staet van oorlogh, ende, by ge-
volgh, ieder Provincie die vryheyt gelaten, om
hare confenten daerop zoo verre bepaelt offon-
bepaelt in te brengen, als zy vermogens zyn te
prefteren, ende , ten dienfte van den Lande ver-
ftaen te behooren: alfo anderfmts, ende indien
aen de Generaliteyt geftelt zoude zyn het getal
van de militie by pluraliteyt van ftemmen vaffc
te ftellen, zulx dat oock de overftemde Provin-
cie daerinne haer confent mofte dragen : zoo
zoude, by nodigh gevolgh, d'eene Provincie d'an-
dere de wet connen ftellen in het dragen van de
belaftingen, alfo de militie niet en can onder-
houden worden zonder foldye, ende de foldyen
niet gevonden»worden zonder belaftinge: Ende
zoude hier mede den anderen Provinciën , welc-
ker finantien tegenwoordigh onvergelyckelyek
veel min dan Hollandt zyn befwaert, ende dies
vermogens om'meerder in de gemeene Lallen
te dragen, nu een open wegh gebaent zyn om
defe goede Provincie , door 't opdringen van
voor haer ondraeghlycke laften , in confufie
van finantien ende onvermydelycke ruine te
helpen.
Dat voorts de Heeren Staten van Hollandt
defe wettelycke macht om afffonderlyck van de
andere provinciën te disponeren tot de reductie
ende licentieringe van de Militie op haere re-
partitie ftaende , in zodaniger voegen als ge-
fchiedt ia, nieten hebben gebruyekt, voor efl'
de al eer zy alle behoorlycke middelen haddeU
aengewendt, om de andere Provinciën tot eefl'
parigheyt met haer Ed, Groot Mo. te bewegen»
ende dat haer Ed. Groot Mo. vermits de o»'
vermogentheyt van hare finantien niet lange1*
en eenden patienteren, zonder den dienft vai»
't Lande merekelyck te verachteren, het zelve
achten wy dat de Heeren Gedeputeerden, ovef
defe befoignes geweeft hebbende, genoegfaeö"
zullen doen blycken, daer 't vereyfcht wordt»
door aenwyfinge van de meenighfuidige devö*-'
ren, die aen de Gedeputeerden van de Provi'"'
cien ter Generaliteyt tot defen eynde by Hy'
landt zyn gedaen, ftaende zoo langhwyïige °e'
liberatien, als over dit werek zyn gevallen,eiY
-ocr page 643-
GESCHIED EN ISSEN.
X Vi. Boek.
577
f^AAGE de partioulierlyck door de gevoeghfaemheydt
"■ A. die de Leden van Hollandt hebben getoont ,
mits, ter contemplatie van de andere Provinciën,
zo verre affte gaen van haer Ed. eerfte refolutie
van te caflèren honderd ende vyif Compagnien
te voet ende de helft van de Ruyterye: ende uyt
het geen haer Ed. Groot Mo. den Heeren Sta-
ten van de andere Provinciën, aengaendedeon-
' gelegentheyt van Hollands finantien op dit fub-
jccT; over langh by miffive hebben geadverteert.
Ende zeeckerlyckheeft oyt,ftaendeden oor-
logh, de nood gedrongen om extraordinarie le-
vées te doen, waer door 's lands Militie tot
fulcken grooten aental van Compagnien is ge-
augmenteert, gelycke ende grooter noodt dringht
Hollandt tegen woordigh, om alle Militie, die
men, zonder gevaer van den Lande, miflèn can,
sff te fchafFen ende te excuferen, ende die men
nodigh heeft op de voet van de meefte mesnage
te houden, indien zy oyt hare ingezetenen de
vruchten van de Vrede door verlichtinge van
ichatringen ende impofitien wil dpen genieten,
ja zelfs haer ruine prevenieren.
't Is insgelykx genoegh bewefen ter Vergade-
ringe van haer Ho. Mo. dat defe verminderinge
van de Militie, waer toe Hollandt benodight is
te refolveren, gefchieden can, zonder te manque-
ren aen de nodige befcherminge van de Landen;
ende dit alfo by fyne Hoogheyt den Heere Prin-
ce van Orangien geoordeelt te zyn, can blyc-
ken uyt de voorflagh van accommodement, den
achtften December leftleden door fyne Hoog-
heyt gedaen aen haer Ed. Groot-Mo., waerinne
wierd' voorgeflagen grooter verminderinge van
Militie dan tegenwoordelyck by haer Ed. Groot-
JVlo. is goedgevonden.
't Is mede genoegfaem bekent, dat door de wey-
nige ordre,die 'eris op de betalinghe, monfte-
ringe- ende discipline van de Militie, 's Lands
Compagnien zoo fchandelyck defe&ueux zyn ,
dat men tegenwoordelyck zo veel foldaten niet
effectivelyck in dienft zal bevinden, als men na
defe ende grooter caftatie ènde verminderinge
zoude hebben, by aldien men te gelyck ordre
flelde, om, volgens het ne art.van de Inftruc-
tie van den Raedt van State,de betalinge hoofc
voor hooft te doen ofte bydiergelyck middel ver-
hinderde dat het Lands geldt door Mortepayn
niet en wierd' geconfumeert.
Ende is derhalven wel te verwonderen , dat
men niet lieveï tracht op defe voet het Landt,
niet met foldaten op 't papier maer in effecte voor-
fien te houden, eride dat men Hollandt boven
vermogen,wil furchargeeren, ende daerdoor te
Weegh brengen, dat men op de monfteringe en-
de discipline van de Militie geen goede ordre can
ftellen, alfo om daertoe te comèn, eerft goede
betalinge moet yoorgaen, die niet te practiferea
is, wanneer de lallen gaen boven het incornen.
Sulx dat inderdaed die geene diehierinne Hol-
land tegengaen, niet alleen de ruine van die Pro-
vincie thoonen te zoecken , maer oock de be-
fcherminge ende de fecuriteyt van 't Landt niet
weynïch verachteren.
Ende overfulx , alfo de Heeren Staten van
Hollandt niet anders in defen hebben gedaen,
als het geene haer Ed. Groot Mo. wettelyck ver-
mogens ende tot voorcomingë van de ruine van
hare Provincie noodshalven gehouden waren ,
ende zonder vercortinge van 's Lands nodige be-
fcbermeniflê conden doen, fo wordt óefe■ sc-Bylaice
tie van haer Ed. Groot-Mo. buyten alle be-Lr. A.
hooren gecontraquarreert by de andere Provin-
ciën , ende in de voorf. propofitie Van haer Ho.
Mo. Gecommitteerdens t'onrecht getraduceerr
ende becladt met verfcheyden imputatien waer
aen U Achtb, ende de andere Leden van Hol-
landt zoo wy ons verfekert houden niet fchul-
digh en zouden willen zyn.
Als namentlyck, dat door defe afffonderlyc-
ke licentieringe ende reduftie van haer Ed.
Groot Mo. i. zoude worden gecontravenieert
het Traftaet van de Unie. i. verbroken ende 0-
vertreden de ordre ende voet, die tot noch tos
in de Regieringe onverbrekelyck is geobferveert,
alfo aen fyne Hoogheydt ende den Raedt van
State by de gefamèntlycke Bondtgenoo en het
opperfte Commandement, aenneeminge , aff-
danckinge off reduftie van Cryghsvolck zoude
zyn gedefereert, ende van dezelve alleen de-
penderen de Militie in eedt t'ontfangen, ende
daervan wederomme te ontflaen endè te licen-
tieren. 3. dat by gevolge haer Ed Groot Mo.
oorfaeck zouden zyn van alle de disordre on-
heylen, de ruine van den Staet ende ingezete-
nen van dien, die hier uyt ftonden te vrefen.
Ende wordt met gelycke onrede noch ge-
claegt, dat haer Ed. Groot-Mo. haer niet en
hebben willen voegen met dezes andere Provin-
ciën , op de Staet van oorlogh, noch zelf daer-
over in conferentie comen, ibnder welckeftaet
nochtans , volgens de fuftenue van de gezey-
de Heeren Gecommitteerdens, niet mogelyck
zoude zyn het Landt buyten confude te hou-
den.
Voor zo veel belangt de contraventie van de
Unie 't zelve en zien wy niet met wat fon-
dament beweert mach worden, maer ter con-
trarie, dewyle by het Traclaet van Unie een
yeder Provincie wordt gelaten by fyne hoos;-
heyt, gerechdgheyt ende Privilegien, ende dat
nergens overgegeven ende toegeftaen wordt dat
d'eene Provincie de andere in het ftuck van
belaftinge zoude mogen overftemmen, maer
wel het contrarie: zo zoude defe befchuldingh
wel mogen worden geretorqueert tegens de
geene die Hollandt, in het gebrayck van hare
wettelycke macht, zoecken te verhinderen.
Wat aengaet d'intentie van de Unie, waer van
in defen gewagh wordt gemaeckt, defelve geen
andere zynde dan de befcherminge van de Geü-
nieerde Landen, ende het handhaven van een
veders vryheyt ende gereehtigheyt;zoo wordt-
fe niet zeer wel betracht by de geene, die de
Provincie van Hollandt, welcke zo veel voor
haer eygen en des anders vryheyt heeft gedaen
ende geleden, zouden willen onbequaem maec-
ken om haer zelven in tyden van noodt te cort-
nen befcherroen.
Dat men zeyt, dat de Provinciën haer ver-
bonden hebben, omme by den anderen te bly-
ven, in aller maniere ende forme als of zy eene
Provincie waren, 't zelve wordt qualyck in de-
fen gevallen geappliceert, aengezten wy willen
vertrouwen dat niemandt in de Regieringe van
Hollandt gedacht en heeft om contrarie te doen,
mits dat men wel verftaet, dat hiermede de ge- '
rechtio-heden van de Provinciën niet t'famen gen
fmolten zyn, maer een yeder by dezyne is ge-
bleven ende verbonden den anderen by de hare
Ffffa
                                            "           te '
-ocr page 644-
II. Deel.
AMSTERDAMS
573
Bvlaage te laten, ja daerinne te helpen voorftaen ende betalen van de Militie door goede ordre te doen ßjrf^
Lr. A.
maintineeren.                                                       ftrecken, zoonieten zouden zyn getraverfeert lf-
Gelyck oock zeer qualyck ten propooft ende geweeft, ende de mesnage beter benertighü
hatelyck de Religie in defen wordt bygebracht, Voor zoo veel het tweede aengaet datacn fyQ
alfo de queftie hier niet en is over Religie, off Hoogheyt ende den Raedt van State het opper-
yets daervan dependerende,maer alleenlyckoff fte Commandement tot aenneminge ofte afdanc-
de Provincie van Hollandt geconftringeert mach kinge offreduclie van het Cryghsvolck zoude
worden by h^erBondtgenooten om meerder Mi- zyn gedefereert, indien men dit zoo zoude wil'
litie aen te houden als zy vermogens is te bèta- len verftaen dat fyne Hoogheyt ende denRaedt
len, ende daer door in de disordre ende confu- van Staete daer over abfolutelyck by haer zel-
fie, die uyt geruïneerde finantien ende onbetaelt ven zouden hebben te disponeren, zoo weder-
'Crvshsvolk gewoon zyn te ontflaen, onvermy- fpreeckt men de bekende ordre ende gefteltevan
delyck te vervallen, fonder evenwel effeótive
meer volck in dienfi te hebben, als Hollandt,
onder goede mesnage, wel zoude willen onder-
houden.
                         .,          'w'          ,
Dat wyders gemelte Heeren Gecommitteer-
den haar fonderen op het oe. Artic. van de Unie,
om het different, dat men tegens Hollandt op-
neemt re trekken tot decifie van de Stadthou-
ders, 't zelve zoude (onder corredtie) mogen
de Regieringe, achtervolgens dewelcke fyne
Hoogheyt ende de welgemelte Raedt hiertoe
confenten van de Provinciën nodigh hebben en-
de gewoon zyn te verfoecken; doch indien men
hier by anders niet en meent dan dat fyne Hoog-
heyt, ende welgemelte Raedt, het goedvinden
van de Provinciën voorgaende, de voorf. zaeken
effectueren, zo en wordt hierdoor niet verhin-
dert dat de Provincie van Hollandt, hebbende
plaets hebben, zoo wanneer over de esgaliteyt eerft alle gevoegfaemheyt getoont om eenparig-
ende inesgaliteyt van de Contributien tuflchen lyck met d'andere Provinciën te gaen eyntelyck
de Bontgenoten eenigh verfchil zoude gerefen by haer felve refolvere om op haer repartitie on
betaelt te laten ende voor gelicentieert te hou-
den de Militie, die zy inderdaet onvermogens is
te betalen. Oock wordt in de Inftruétie van den
Raed van State by 't 7 Art. wel duydelyck ge-
zeyt, dat de Raden niet zullen mogen doen tot
prejudicie van de Privilegien, Rechten, Vry-
heden ende Ufantien van de Provinciën in 't ge-
nerael ende yeder in 't befonder: onder weicke
Vryheden ende Ufantien alfo wel de voornaem-
fte is het recht dat yeder Provincie altydc gehadt
heeft ende gepraclifeert, van zyn confenten naer
het vermogen van zyne finamie ende eygen goed-
vinden te formeeren; fo behooren dan welge-
melte Heeren Raden van State niet te onderne-
men de Provincie van Hollandt in defe gelegen-
heydt daer van te beroven.
Buyten dat oock by het 32 art. van de voorf.
Pnftruftie de Provinciën duydelyck zeggen van
haer niet te abdiceren het recht ende de macht
omme by den Staten Generael, ende de Staten
van de Provinciën elx in 't particulier, yeder
zoo veel hun aengaet, ten tyde van noodt, off
als het de zaken van de Landen zullen verey-
fchen, zelffs ordre (tot dienfte van de Landen)
in de zaecken, by hun luyden ter dispofltie van
den voorf. Raedt geftelt, te mogen ftellen.
Dat men yets fchynt te willen concluderen
tegen de wettige Refolutie van Hollandt door-
dien de Militie in eedt is van de Generaliteyt,
't zelve heeft zeer weinigh fondament, alfo
haer Ed. Groot Mo. de Militie, daer over hier
different is niet uyt den eedt van den Staten
Generael hebben ontflagen , maer alleen voor zoo
zyn, wasrvan te verftaen is het voorf. oe arr,
Ende zeeckerlyck aengezien de Provincie van
Gelderland by de Vrede zoo merckelyck is ge-
beneficeert, ende andere Provinciën mede na
haer vermogen, ende na proportie van Hollandt
niet en contribueren, zo ift wel reden dat eens
ferieufelyck van 't veranderen ende reformeren
van de quota en de contributie werde gehandelt,
ende zoude als dan, in geval van differentie,
dit connen te pas comen, maer niet in cas fub-
jeft, in het weicke different comt gemoveertte
worden over een poinót tfamen gaende met de
hoogheyt ende vryheyt van de Provincie, weic-
ke men niet vermach in compromis te Hellen.
Ende zoo wanneer omtrent defe zake al ee-
nigh bedencken conde vallen aengaende het dif-
ferent aen den Stadhouder, des neen, zoo zou-
de zulx als nu geenplaetfe hebben connen, alfo
fyn Hoogheyt zich heeft gevoegjit met de Ge-
deputeerden van de andere Provinciën.
De Heeren Gecommitteerden zeggen wel in
hare voorf. Propofitie, dat zy geloven dat de
finantien van de Ed. Groot-Mo. Heeren Staten
van Hollandt hüogh zyn befwaert ende niet wel
connen dragen alle de laften; dat is wel waer,
ja het is defelve onmogelyck te dragen alle de
laften; maar dat andere Provinciën willen clagsn
over gelyck befwaer ende onmacht;hoe groote
onreden zulx zy can wel blycken allen den gee-
nen die den Staet van Hollandt ende van de an-
dere Provinciën is bekent. De Provincie van
Vrieslandt heeft byna een derde part van hare
gemeene middelen affgeftelt, ende can noch jaer-
lix een goede fomme te boven ftaen, ende eeni- veel haer aengaet voor gelicentieert gehouden
ge andere Provinciën hebben hare laften mede ende dienvolgende van de verbinteniiTen,diezy
aen Hollandt hadden, vrygeftelt; zonder haer
verder hier inne te laten.
Voor zoo veel aengaet de refolutie den eer-
ten deele vermindert, in plaetfe dat Hollandt,
houdende hare Gemeente onder de befwaernis-
fe van de oude fchattingen noch zeer veel hon
derd duyfenden, na dele caffatie, ende na dat ften novembris anno 1623 ter Generaliteyt ge'
noch zeer veel andere middelen van mesnage nomen, waerby ter occafie dat eenige Provi11'
gepraétifeert zullen worden jaerlix te cort zal cien in de betalinge van hare Compagnien dif'
comen.
                                                                 ficulteerden, ende defelve van hare repar»ne
Ende is zeer wel te geloven, dat indien de affwefen, by haer Ho. Mo. verftaen isdatgeen
Provincien vermogen uyc eygener authoriteyt
eenige Compagnien aff te wyfen, zonder voor-
Provinciën in defelve onmacht met Hollandt
waren, verfcheyden goede voorflagen, die meer-
malen zyn geproponeert van 's Lands geld, in 't gaende communicatie ende refolutie van haer Ho.
Mo
-ocr page 645-
"'/ofe*.
XVI.BoE/c.           GESCHIE
k^age Mo. ende van den Raedt van State. Daer op
"' A. can dienen , dat hier door Hoilandt nochte eeni-
ge andere Provincie geenfints is benomen hare
wettige macht ende vryheyt, uyt erachte van de
welcke by haer in cas iubjeet isgedisponeert; al-
fo by een refolutie diervvyfe ex incichnti geno-
men by de Gedeputeerden ter Generaliteytgecn
veranderinge in de forme ende natuyr van de
Regieringe conde gefchieden , ende aengefien
het van zelfs fpieeckt, dat de Provinciën die
doetnaels Compagnien affvvefen, niet hebben hel-
pen refolveren ende toeflaen dat zy zulx niet
en vermochten te doen, zo zoude immers defe
Refolutie niet meer effect hebben, dan off in
defen gevalle op gelycke manier ter Generaliteyt
by zes Provinciën wierde gerefolveert dat Hol-
landt gedaen hadde 't geen zy insgelyx niet ver-
mochte., maer hierenboven zoo is de zake, waer
over als doen different ende queflie was, niet
vangelyke natuyr ende gelegentheytalsde zake
in defen, ende can overfulx van het een tot het
ander geen argument worden ge trocken ,alfo de
Landen doemaels in oorloge, onder een gefor-
meerde Staet van oorlogh , waren, daerfe nu
zyn in vrede ende in deliberatie om een Staette
formeren, oock de Provinciën, die de foldaten
affvvefen van hare repartitie, fchynen, naer uyt-
wyfen van de refolutie 'c zelve gedaen te hebben
zonder voorgaende Communicatie van de ande-
re Provinciën, dat in defen niet en is gefchiedt,
ende uyterlyck, dat by de voorf. Refolutie ge-
fielt wordt, dat de Provinciën zulx niet vermo-
gen te doen 't zelve can wefen om dat zy daer
mede contravenieerde de confenten by haer voor
als doen gedragen, ofte quamen te manqueren
in de nodige befchermenifle van 't Landt, ofte
dier off diergelycke andere oorfaken, ende niet
om dat, volgens de Unie, gelyck men nu Avil
voorgeven, geen Provincie vermochte de con-
fenten in de militie na demaet van harefmantie
te limiteren, want in de voorf. Refolutie niet
gefeyt wordt dat de Unie daer door wierd ver-
broocken, maer dat het onmogelyck was ander-
fints het Landt in flate ende buyten confulie te
houden, welcke reden niet en militeerc in de-
fen; dat vorders gezeyt wordt, dat defe Refo-
lutie by Hoilandt is geurgeert, daer van heeft
ons uyt de Copievan de zelve niet connen blyc-
ken.
Van gelycken oock en can de natuyr ende for-
me van Regieringe niet verandert zyn by't geen
door de Heeren Gedeputeerden ter Generaliteyt
is gerefolveert in den jare 1616. omtrent de zake
voorgevallen in Zeelandt, gelyck uyt de voor-
gezeyde redenen claerlyckconfleert,maer daer-
enboven zoo is de zake als doen by Zeelandt
ondernomen van geheel andere natuyr als het te-
genwoordige in differentie zynde. De Heeren
Staten van Zeelandt, gelyck U Achtb. uyte re-,
folutie ende acte van die tyt can blycken, had-
den alsdoenflilzwygensde Compagnien op haer
repartitie gereduceert ende vermindert, 't zelve
wierd' gedaen flaende den oorlogh, wanneer de
behoudenhTe van 't Landt abfolutelyck depen-
deerde van de Militie, regens de Staet van oor-
logh die de Provinciën gefamentlyck hadden aen-
genomen, ende, op derzelver Confenten , in
°bfervantie was, ende dit alles zonder voorgaen-
de communicatie, zulx dat hare Ho. Mo. daer
van eerft advertentie cregen door den Gouver-
DENISSEN.                ST9
neur van Sluys, wanneer gemelte Staten van
Zeelandt nu al bezigh waren om de voorf. Re-
ductie in 't guarnifoen van die Stad t'efféctue-
ren, fulx dat lichtelyck aff te nemen is hoe'veel
de zaecke in defen van de voorfeyde is ver-
fchillende, ende dat dienvolgende defeive hier
niet wel te pas en wordt gebracht, doch flaet en
paffant aen te mereken dat de bezendinge, die de
Heeren Staten Generael als doen hebben gead-
dreffeert, niet geaddreflèert ginghaen de Steden
van de gemelte Provincie van Zeelandt, maer
aen de Heeren Staten van dezelve.
Ende hoewel als doen de Provincie van Zee-
landt van het geen zy ondernomen hadde is
affgegaen, zo heeft dezelve echter verflaen dat
de Compagnien die zy gereduceert hadde niet
by ordre van haer Ho. Mo. maer op haer lafl
wederom compleet gemaeckt zouden worden ,
gelyck te zien is by 't geen verhaelt wordt in een
refolutie van haer Ho. Mo. van den 2 martiides
gezeyden jaers 1626.
Doch voor zoo veel concerneert hetvaflflel-
len van den Staet van oorlogh geformeert by
den Raedt van State, dat de Heeren Staten van
Hoilandt daerinne, gelyck geclaeght wordt, geen
confent hebben willen dragen,'t zelve en is niet
vreemt, aengezien het onmogelyck is voordefel-
ve Provincie de laden van die;te voldoen, ge-
lyck by defen Raedt op de laefte Petiden van den
Raedt van State, om die reden, oock is verflaen,
dat men in de voorf Staet niet en zoude noch-
te conde bewilligen.
Dat men oock, volgens de laetfle voorflagh
van fyne Hoogheyt na gedane caffatie van de op-
gemelde Compagnien zoude overgeven niet meer
te cafTeeren, voor ende al eer de vrede tuflchen
Vranckryck ende Spaegnen geflooten, ende in
Duytslandt volcomen geexecuteert zoude zyn,\
't zelve is buyten alle reden, alfo de Provincie
hiermede, tot de uytcomfle van een onfeeckerf,
zaektoe, haer zelve zoude beroven van de vry-
heyt ende macht omme omtrent een van de im-
portantile zaken vanden Staet, na tytsgelegenc-
heyt te connen disponeren, Ende zouden wy,
onder correctie, .wel geloven, dat de Heeren
Staten van de andere Provinciën oock by haer
zelven niet gelogeert zouden zyn om hierinne te
condescenderen , ende dat men op dit fubjeét
in Hoilandt occafie zoude connen nemen van
haer te bezenden.
Wanneer voor 't aengaen van de Vrede preli-
minarie geproponeert wierdt, dat men de Staet
van oorlogh zoude vaflflellen, is verflaen, dat
de Provinciën de vryheyt moft open blyven van
daer op na gelegen theyt van zaken te refolveren.
De oorfake die de Provinciën als doen gehadt
hebben, van hare vryheyt in defen niet over te
geven, heeft noch de Provincie van Hoilandt,
ende derhalven geen reden om het geen doen
verflann is te veranderen.
Dat gemelte Heeren Gecommitteerden in de
voorf. hare Propofitie de refolutie van haer Kd.
Groot-Mo. trachten te fugilleren, als genomen
by overflemminge ende tegens proteftarie van
notable Leden,''t zelve can" ter wereJcniet die-
nen ter intentie van haer lid. alfo dit niet alleen-
lyck weitelyck vermocht te gefchieden, maer
zelfs, aengefien de deliberatie viel over een poinct
van belaflinge, zoo zoude , fchoon de minfle
flemme de belaflinge hadde willen excufeeren,
F fff 3                                                     vol-
-ocr page 646-
58o AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN. U.Deel.
volgens de voorfeydemaximend'overftemminge  liever den genen, die de wettige en ten dienfte ßtf
van 'c meeftendeel daer tegens geen plaetfe heb-
  van den Lande nodige refolutie van haer Ed. Ur«
ben; oock en is de dispariteyt van de advifen
   Groot Mo.met zorgelyck contramandementaen
tufichen de Leden van Hollandt, zo wy ver-
   de Militie, ende met bezendinge,ftrydendete-
trouwen, niet daer uyt gerefen, dat de diffentie-
   gens d'ordre van de Regieringe aen de Steden
rende Leden zouden geacht hebben, dat de ge-
  (middelen die zelffs die geene diefe aenvaerdea
refolveerde caflatie ende redu&ie tegens den
  nieuw ende extraordinaris moeten noemen) co-
dienft van den Lande gefchiede, maer op een
   men tegens te gaen, niet om dat de fecuriteit ofce
prefuppoft, dat het eenigh inconvenient mocht
   dienft van 't Landt door de Refolutie van Hol-
geven , 't zelve te doen zonder bewilligingh van
   landt zoude laft lyden , want de caflätie ende
de andere Provinciën, lulx dat defelve Leden
   redu&ie die d'andere Provinciën toeftaen, niet
mogen gefeyt worden fcrupuleux geweeft te
   zqer merkelyck van de Refolutie van Hollandt
zyn, in aff te wachten 't onbenoegen dat de
   is verfchillende, maer om dat men dit niet wil
Gedeputeerden van de andere Provinciën hier
   laten voortgaen zonder Hollandt t'extorqueren
over mochten comen te toonen, ende niet ge-
   't gebruyck van de Vryheydt ende macht haer
oordeelt dat de zake in zich zei ven was tegens de
   competerende , om op de petitien vanden Raedt
form van de Regieringe off dienft van den Lan-
   van State van tyt tot tyt naer gelegentheyt van
de;ende blyckt derhalven hoequalyckde voorf.
   haer Staet te disponeren, een poinct dat men
Heeren Gedeputeerden dit zelve t'haren voor-
   noyt ende infonderheyt in defen niet can over-
deel willen duyden; maer voor zoo veel aengaet
   geven, zonder in Hollandts onvermydelyclc ver-
de gedane proteftatie, ende exorbitantie daerinne
   dei ff ende confufie te confenteren.
gepleeght indien de Leden die dezelve hebben Ende derhalven , om te comen tot het twee-
gelieven te interponeeren daer van niet gelieven
   de Lit van de commiffie, dewelcke 't U, Achtb.
aff te gaen, zo can ter Vergaderinge van haer
   gelieft heeft ons op te leggen, zo en connen wy
Ed. Groot Mo. worden gedelibereert wat men
   niet anders oordeelen , dan dat het dienftigh
«laerop nader zal dienftigh vinden te doen.
          ende nodigh zal zyn by 't geen door haer Ed.
Dat vorders de Heeren Gedeputeerden van de   Groot Mo. is gereïblveert, ende by U Achtb.
aes andere Provinciën ter Vergaderinge van haer
   voorgaende refolutie, gelaudeert ende geappro-
Ho. Mo. gelieft hebben hierover een bezendin-
  beert, te perfifteren, ende geenfints in te wil-
ge te decerneren aen de Steden van Hollandt,
   ligen 't geen by de voorf. propofitie van de Ge-
dies aengaende is tegenwoordig in defen ende in
   committeerden van haer Ho. Mo. wordt gein-
den jare 1639 in gelycken gevalle wel verftaen
   tenteert.
dat hare Ho. Mo. by dit middel haer quamen te Ende alfo wy achten dat door de voorf. nieu-
adreflèren daer zy, volgens de ordre van de Re-
   wigheden ende indrachte, onderleytby de Ge-
gieringe, nieten behoorden, achtervolgens de
   deputeerden van de andere zes Provinciën, wordt
welcke de bezendinge hadde moeten gefchieden
   gefocht de Leden van Hollandt in diffentie te
aen de Staten van defe Provincie, ende niet aen
   brengen, 200 oordeelen wy te gelyck, onder
de Steden in 't particulier, die niet gequalificeert
   correctie, datU Achtb. door de Heeren Gede-
en zyn, om met Bondtgenoten van Hollandt,
   puteerden, ter Daghvaert gaende, alle nadere
zonder kennilTe van de Staten, te handelen , in
   behoorlycke devoiren gelieveu te doen. om de
zaken de Provincie in 't gemeen raeckende,alfo
   Leden tot eenftemmigheyt te brengen, als me-
niet tuffchen de Steden maer tuffchen de Pro-
   de dat fyn Hoogheyt den Heere Prince van O-
vincien de Unie is gefloten, gelyck in 't voorf.
   rangien als Stadthouder van defe Provincie da-
jaer 1639 door de Gedeputeerden van defe Stadt
   telyck na de byeencomfte van de Heeren Sta-
ter Vergaderinge van Hollandt fchriftelyck is ge-
   ten van Hollandt, ferieufelyck behoort verfocht
remonftreert, tor welcke fchrifcelycke Remon-
   te worden te compareren ter Vergaderinge van
ftrantie wy ons in defen gedragen, ende is des
   hare Ed. Groot Mo. ende aldaer met voorhou-
te meerder onreden geweeft, dat hare Ho. Mo.
   dinge ende erinneringh van de Commiffie hem
defe bezendinge aen de Steden hebben onderno-
   als Stadthouder gegeven, ernftelyck aengemaent
men^ alfo de Heeren Gecommitteerde Raden
   ende verfocht, om zich niet verder in Commis-
hebben aengeprefenteert gehadt de Leden van
   fie van de Gedeputeerden van de andere zes Pro-
Hollandt op dit fubjecl te befchryven, om Staats-
   vincien te laten employeren, maer te voegen
gewyfe te vergaderen.
                                      tot voorftandtvande goede zaecke van Hollandt.
Wat belangt de zorgelycke bewegingen, con-   Ende dat vorders gemelte Heeren Gedeputeer-
fufie ende onheylen, indien hier uyt eènige qua-   den van defe Stadt gelaft werden, te helpen be-
men te ryfen dat Godt verhoede , zoo blyckt   vorderen, dat Hollandts Refolutien uytgewoerc
uyt het voorverhaelde wel claerlyck , dat de   werden met de minfte onruft ende onluft die
fchuldt daer van zoude te wyten zyn, niet den   doenlyck is , ende indien yetvves voorvalt, daer
Heeren Staten van Hollandt, die, volgens de   op haer Ed. nader laft mochten nodigh hebben
macht ende authoriteyt haer competerende ten   't zelye over te fchryven.
éienfte van': Landt hebben gedispoueert,maer
TWEE-
-ocr page 647-
58i
DEEL.
TWEEDE
<} GESCHIEDENISSEN
VAN
E R D
A M S T
A M.
ZEVENTIENDE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van het jaar 1651,
tot het jaar 1661.
Amflerdam, welk, in den Zomer des
voorleeden jaars , door een onver-
wagt toeval, genoodzaakt geweefl was, zy-
ne Huizen open te zetten, en het naafle land
te laaten onderloopen, werdt, in de Lente
van dit jaar, van eenen zwaaren watervloed
overvallen, die meer fchade deedt. Het op-
perwater hadt,in't beginvan January,diep
in Duitfchland, geweldig hoog geftaan, en,
watlaater, verfcheiden'Dyken, in Gelder-
land en in 't Stigt van Utrecht, doen bezwy-
ken. Doch Holland hadt hiervan luttel ge-
leeden. De zeevloed, die, in 't laatit van
February, een gedeelte van Friesland over-
ftroomde, deedt dit Gewefl, en de Stad
Amfterdam in 't byzonder, veel meer na-
deels"; Op Zondag den vyfden Maart, met
volle maan en fpringvloed, waaide het zo
flerk uit den Noordweflen, dat het Noord-
zeewater, door de gaten der Zuiderzee, naar
binnen geperfl, omtrent den middag, in 't
Y en in de Stad, reeds twee of drie duim
hooger flondt, dan het, in den Allerheili-
gen vloed des jaars 1570, geftaan hadt. 't
Water vloeide over den Nieuwendyk en
Warmoesflraat. Veele fleegen hieromtrent
werden met fchuitjes bevaaren. De meefte
kelders, en verfcheiden' pakhuizen en lootfen
liepen onder, en veele koopmanlchappen
werden zwaarlyk befchadigd; anderen,ter
naauwer nood, en half bedorven, gebergd;
waartoe zig luiden gebruiken lieten, die,
hekoord door 't hooge loon, welk men uit-
zieden moeft, uuren agtefeen,tot den mid-
del toe,in 't water ftonden. De S. Antonis-
°f Diemerdyk bezweek voor den hoogen en
^erk aandringenden vloed, die'er twee ga-
ter> in fliet, een ter wydte van omtrent ze-
ventig, en een ter wydte van vyfcien roe-
den; waar door't water, met zoveel ge-
welds, ten lande in Hortte, dat de ringdyk
der drooggemaakte Diemermeer, tegen den 15,-1
avond, ook inbrak. De Meer raakte weloeDie-
zeftien voeten diep onder water. Al de plan- mei meer
taadjen en eenige Lufthuizen werden ver- 0in
nield. De eigenaars derzelven moeiten zig,01 "
den volgenden Zomer, vergenoegen, met
hunne_ tuinen en luftplaatfen, alleenlyk in
fchuitjes, te bezoeken. Doch zo dra de
gaten in den zeedyk geflopt waren, viel men,
na 't verwerven van vernieuwinge van't ver-
leende Oclroi voor.nog tien jaaren, op den
zeventienden December des jaars 1652(0:),
zo vlytiglyk aan het herflellen en merkelyk
verzwaaren van den ringdyk,en voorts aan
het droogmaaken der Meer, dat alles, in
weinige jaaren, wederom in den voorigen,
of beteren flaat gebragt was (b). Nog voor
't einde van Maart, hadt de Provincie van
Utrecht,ter algemeene Staatsvergaderinge,
voorgeflaagen het houden van eenen alge-
meenen bededag, tot afweeringe der rampen,
alomme,door hooge watervloeden,veroor-
zaakt. Doch fommigen (ö) tekenen aan, dat
de Staaten van Holland, in aanmerking nee-
mende, dat'er, onlangs, een bededag ge-
houden was, en dat die dagen, dikwils ,
plagten misbruikt te worden, om uit te vaa-
ren tegen de Regeeringe, te wege bragten,
dat 'er met op beflooten werdt.
De aanhoudende oorlog tuflchen Frankryk De Am^
en Spanje maakte de zee, alomme, zo onvei- fterdam-
lig, dat de Amflerdamfche Scheepvaart en **& ] .^
Koophandel, daardoor, niet weinig belem- deTbie."'
merd werdt. DeAmflerdamfche Koopluiden, den den
bedagtop middelen, om de zee te beveili-Staat
gen , booden den Staat aan, in vyf maan-honderd
den, honderd Oorlogsfchepen, twintig elke ?°hr£gJ'
(a)  Handv. il. 340. [8 37-J,,
(b)   Holl. Merc. van ifij"- *'• ff' 2gi*9. DOMSEl.AAR
VI. Bock^, il. 413. COMMELIN', tl. usj,
(cj AITZEMA III- Oitlf bi- «Jï»
-ocr page 648-
II. Deel.
AMSTERDAMS
5'S:
zantfehap »herwaards gezonden, welk flaa- I ^
telyk ontvangen werdt; doch onverrichter dam
zaake te rug keerde (i). De Gezanten had-
den, ondertuffchen, veel fchimps moeten
uitflaan van de Koningsgezinden in den Ha3"
ge, en zelfs van fommige bedienden der Ko-
ningklyke Prinfeffe, Weduwe van Willem
den II. Doch om deeze fmaadheid te ver-
zoeten, werdt, onder anderen, te wege ge-
bragt, dat zy, te Amfterdam, genodigd,
en door de Wethouderfchap, volgens ge-
woonte in diergelyke gelegenheden, treffe-
lyk onthaald werden (k). Doch zy,deeden,
t'huis gekomen zynde,zülk een verflag van
hun gezantfehap , dat 'er, eerlang, eene
Akte van 't Parlement uit voortkwam, waar-
by de invoer in Engeland vefbooden werdt
van alle waaren , die niet voortgebragt, of
gemaakt waren, ter plaatfe, daar de vreem-
de fchepen, die dezelven derwaards brag-
ten, t'huis hoorden: door welke Akte, den
Hollandfchen en Zeeuwfchen Koophandel
op Engeland, die meeft in vreemde waa-
ren beftondt, geheellyk , de bodem inge- i
flaagen werdt (/).
De kloekmoedigheid van eenen Smid Ee^
hier ter Stede, Jan Janszoon de Dood ge- $"ji&
naamd, verdient der geheugeniffe aanbe- -JV*,
volen te worden. Hy was, federt eenen ge-'tf
ruimen tyd, deerlyk gekweld geweeft van fteßlJ'
den fteen. Doch op den zevenden April
deezes jaars, nam hy 't be!luit,om zig zel-
ven te redden. Terwyl zyne vrouw naar
de Vifchmarkt gegaan was, flypt hy een.
broodmes, fnydt op de plaats, daar hy de
fmert gevoelde , en perft den fteen uit de
opening; waarna hy om eenen Heelmeefter'
zendt, dien hy toont, wat hy gedaan hadt,
en beveelt, de wonde te heelen: 't welk,
eerlang, gelukkiglyk gefchiedde, De fteen
werdt, federt, in zilver gevat, en van in-
gezetenen en vreemden, dikwils, met ver-
wonderinge befchouwd (m). Sommigen
melden , dat dezelve de grootte van een
hennenei hadt, en agt lood zwaar was (72).
De zwaare koften, die de Stad, federt 0c^l'
eenigen tyd, te draagen hadt, zo in het aan- ?%
leggen van nieuwe Veftingwerken, als in het fe t£>
opbouwen van een nieuw Stadhuis, waarvan, gt«^ \i
in 't jaar 1648, de.eerfte fteen gelegd was, rflt e1'
gaf, omtrent deezen tyd, gelegenheid tot g^ «£
het raadpleegen op middelen, om het inko- \J$ %
men der Stede, naar gelang, ook te doen ^u*
toeneemen: en onder anderen, werdt, in
November deezes jaars, door Burgemees-
165t. maand, te water te zullen brengen, rnids
" het Land zig verbonde, om Intreft te be-
taalen van de koften, hiertoe vereifcht, tot
de afloffing der hoofdfomme toe. Die van
Zeeland deeden dezelfde aanbieding (d).
Doch ik vind niet, dat 'er eenig befluit op ge
nomen werdt.
fcy bê- Men hadt, in 't jaar 1649, op 't fterk aan-
vorderen houden van Amfterdam; doch zeer tegen
de be." den zin van Zeeland, een Verdrag van uit-
kPS"- koop wegens den Zontfchen tol geflooten,
hèfver" met Fredrik den III., Koning van Deene-
drag van marke , wien men, voor uitkooppenningen,
Uitkoop drie honderd en vyftig duizend guldens 's
dT™ Jaars beloofde te betaalen (e). Doch, na
Zont- het fluiten van dit Verdrag, maakten Zee-
fchentol.land, Overyffel en het Kwartier van Zutfen
zwaarigheid, om het te bekragtigen. Hol-
land hadt, ondertuffchen, eene goede fom-
me, op rekening der penningen van uitkoop,
gefchooten aan het Deenfche Hof, en de
Amfterdamfche en andere Koopvaardyfche-
pen van ingezetenen van deezen Staat voe-
ren , zonder tol te betaalen, door de Zont.
Holland, en Amfterdam in 't byzonder ga-
ven zig veel moeite, om het Verdrag van
uitkoop te doen bekragtigen, door de ande-
re Provinciën, 't Gelukte, in April deezes
jaars 1651 (ƒ); doch niet,, dan na dat, in
't laatft van February, een groot getal van
Amfterdamfche en Noordhollandfche Koop-
luiden, die op de Uitkooppenningen te fpree-
ken hadden, met voorfchryvensderllegee-
ringe van Amfterdam aan de Staaten van
Holland, in den Haage gekomen waren,en
by de Leden der Vergaderinge, onder wel
ken, Rotterdam een weinig begon te aar-
zelen , zo ernftelyk, gedrongen hadden op de
bekragtiging van 't Verdrag, dat 'er, ein-
delyk, toe beflooten werdt, mids men Zee-
land genoegen gave, in 't befchermen van
den Weftindifchen handel (g). Doch dit
Verdrag, welk, met zo veel moeite, tot
ftand gebragt was, werdj^ in 't jaar 1653 ,
wederom vernietigd. Men bevondt, dat
'er 't Land meer fchade dan voordeel van
hadt; en dat 'er de Zweeden, welker vriend-
fchap men toen hoog noodig hadt, zeer mis-
noegd over waren. Het werdt dan , op den
voorfiag des Konings vanDeenemarke, ver
broken (/ƒ).
j3e En- Het Parlement van Engeland, na 't over-
gelfche lyden van Prinfe Willem den iL, hoopge-
Gezan- fchept hebbende, om een naauw Verbond
üen^e^te zullen können fluiten met de Staaten,
Amfter- hadt, in Maart deezes jaars 1651, een ge-
(d)  AITZEMA III. Deel, hl. 650.
(e)   Vadeil. Hift. Xil. Deel, hl. 41.
(ƒ; Vaderl. Hift. XII. Deel, hl, 43-
(g) AlTZEMA UI. Deel, hl. 65;, 1Ï5+.
(hj Vadetl. Hift. Ï1I.U«/, hl. 27*.
te-
(!) Vadetl. Hift. XII. Deel, hl. .08 tax.,
({) AITZF.MA III. Deel, hl. 659.
<<; Vadcil. Hift. XII. Deel, bl. 111.
(m) Holl. Merc. van 't jaar I.«Sl. hl. 48.
\n) Zie J. SiX VAN ChandEJ-IKK ïaèiy , hl. ^9e.
-ocr page 649-
XVIL Boek.
GESCHIEDENISSEN.
583
l&5h teren, aan den Raadvoorgeflaagen, of men
het Poorterfchap niet in groot en klein zou
können verdeden, en de Groot-Poorters,
tegen 't verkrygen van zekere > byzondere
voorregten, eene merkelyk grooter fomme
I(^52. doen betaalen(o). 't Liep aan tot den zeven
en twintigften January des jaars 1652, èer
hiertoe beflooten werdt (p). Op den een
en dertigflen, werdt, door 't Geregt, afge-
kondigd „ dat het Groot-Poorterfchap vyf
„ honderd guldens kollen zou, en vryheid
„ geeven tot allerlei Koophandel en Win-
„ kelneering: ook tolvryheid, na jaar en
„ dag; de bekwaamheid om, na eene zé-
„ venjaarige geduurige inwooning, tot al-
„ Ie ampten vanRegeeringe te können ver-
„ kooren worden; en eindelyk ook het voor-
„ regt, om, in geval van misdaad, niet
„ meer dan zyn lyf en honderd guldens aan
„ geld te können verbeuren. Het klein Poor-
terfchap zou niet meer dan vyftig gul-
fchen Gröote en Kleine Poorters, by eene xGk%
Keure van den vyfentwintigften Maart des f, . "
jaars 1668, te niet gedaan, het Poortergeld iJn?"
voor elk op vyftig guldens gefteld, en ieder wordt
Poorter, tot alle Poorters-voorregten en vry- wederom
heden, geregtigd verklaard werdt O). te *iet
Terwyl men bezig was, met het nieuwe gedaan-
Stadhuis, agter het oude, te bouwen, en de"^™^
muuren van het zelve, reeds tot boven den ver-
grond , waren opgetrokken, floeg, op Zon- brandt
dag den zevenden July dees.esjaars, desongewis
morgensten twee uuren, de brand in hetklgy
oude- gebouw , welk, van agteren, reeds
ten deele, afgebroken was. 't Vuur liep,
van omtrent het toorentje, waaronder Bur-
gemeeilers Kamer was, zo geweldig voort,
dat het gantfche gevaarte, meell van hout
gemaakt,uitgenomen den tooren en een ge-
deelte van 't muurwerk,in korten tyd,ver-
nield werdt. Men houdt voor zeker, dat
'er, ter deezer gelegenheid, veele oude Re-
gillers en Stukken verbrand zyn. Ook is 'er
eenig geld verfmolten , en t'zoek geraakt-
De lchilderyen, waarin de aanflag derHer-
dooperen op de Stad, en de flraf,daarover
geoefend, waren afgebeeld, en die op de
Kamer van CommiifarüTen van kleine zaa>
ken hingen, werden door de vlam verflon-
den. Ook verbrandde de oude venilers in
de püije of 't Zegelhuis, waarin men de ga-
ten plagt te können zien > die, door de ko-
gels, gefchooten op de Herdoopers, toen
deezen het Stadhuis inhadden, gemaakt
waren. Doch 't gaat vafl, dat 'er ook zeer
veele Boeken en Schriften, en het meeile
gelid uit de WilTelbank, daar, zo fommigen
aantekenen (0> de vlam gefluit werdt, in
veiligheid gebragt zyn. En in de Aanteke-
ningen
van eenen der Brandmeefleren (1),
lees ik, dat 'er,naar gelang der felheid van
den brand, weinige wezenlyke fchade ge-
fchied is. Eenige yveraars voor Stads dienfl
flreefden, midden door de vlammen, naar
de Secretarye, en keerden, met armen vol
boeken en papieren, te rug. Een was 'er,
die naar de Weeskamer liep, toen zy in
vollen brand flondt, en de boeken en regis-
ters , welken hy magtig worden kon, ten
venfteren uit, op flraat fmeet, daar zy waar-
genomen en gebergd werden: waarna hy zig,
by een touw, langs den tooren, nederliet,
alzo de trap, die hy opgekomen was, reeds
was afgebrand (u). 't Geld uit de WilTel-
bank werdt ook, by zakken vol, op de flraat
geworpen. De burgery kweet zig loffelyk,
in,
35
dens kollen. En zulke Poorters zouden
tolvryheid genieten, vryen handel ennee-,
„ ring mogen dryven, en in alle Gilden ont-
„ vangen worden; doch niet tot ampten van
„ Regeering of Regtsoefening können wor-
,, den toegelaaten : ook niet genieten het
,, Privilegie van, in geval van misdaad ,
„ niet meer dan zyn lyf en honderd guldens
„ te können verbeuren. Kinderen, vaneene
„ Poorteres gebooren, zouden, fchoon de
„ Vader verzuimd mögt hebben, den ge-
„ woonlyken Poorter - eed t& doen, in 't
3, Groot-Poorterfchap können ontvangen
„ worden, mids vyftig guldens betaalende.
„ Die jaar en dag, met zyn Huisgezin, bui*
„ ten de St ad woonde, 't zy op 't platte Land,
j, of in eene beflooten' Stad, zou zyn Poor-
s, terregt verbeuren, ten ware hy, ter Se-
* >. 3, cretarye alhier, verklaard hadt, waar hy
''O1''" " zyne * woon-ng hier ter Stede verkoos,
,, en hier, ten minlle twee maanden in 't
„ jaar agtereen, met zyn huisgezin, woon-
„ de (3)." Men beoogde, door deezeon-
derfcheiding van Groot- en Klein - Poorter-
fchap, veele vreemdelingen herwaards te
lokken, en het Groot-Poorterfchap te doen
koopen, om tot het bekomen van aanzien-
lyke ampten bevoegd te zyn: doch men be-
reikte zyn oogmerk niet. De zwaare kollen
Van het Groot • Poorterfchap, en de kleine
«oop, om, fchoon men 't bezate, aan aan-
Sienlyke ampten te können geraaken, fchrik-
*en de meeile vreemdelingen af; zo dat bet,
. ,Q zeftien jaaren tyds, alleenlyk eenige rei-
5e«ï-s ?en weggefchonken; doch maar eens ge-
Hr. «ogt was (r); waarom het onderfcheid tus-
(") Refol. Vroedfch. N. 20. 3 Nov. isSi. ƒ. is«.
y) Refol. Vroedfch. N. 20. 27 Jan. J2i r 20,
(?J Handv. hl. 12+. [282.]
*• STUK.
(r) Refol. Vroedfch. Lr
(t)
Handv. hl. 12$.
.
il. 7*~
il. 72.
(t) Holl. Merc. van i6sz.
(a) Holl. Merc. van i6>z.
(O Herbert Govrrtsz. van den Oever.
Gggg
-ocr page 650-
D A M S               II. Deel.
584               A M S T E R
1652. in, zo veel mogelyk ware, te bergen van't
gene geoordeeld werdt, de meefte waarde
te hebben (V)- Wonder is 't, dat 'er, in
deeze gevaarlyke verwarring, niemant om-
kwam, of zelfs van belang gekwetft werdt.
In't noorden van dentooren, ftondt een ton-
netje buskmids, welk, vuur vattend e, in de
lugt vloog, en een ftuk muurs medefleepte,
Voor- zonder eenig menfch te befchadigen. Bur-
zorgvan gemeefteren,fpoedig berigt gekreegenheb-
Burge- bende van dit ongeluk, hadden terftond de
meefte- Schuttery en Stads foldaaten in de wapenen
ren" doen komen, en wallen, poorten, ftraaten
en bruggen doen bezetten, om 't graauw,
dat op plondering vlamde, van den Dam te
houden, of het ontkomen te beletten, zo zy
'er reeds waren, en met den gemaaktenbuit
meenden door te gaan. Veelen, en de Wet-
houderfchap zelve vermoedden, in 't eerft,
dat de brand voorbedagtelyk geftigt was.
Men vondt, des ogtends ten vier uuren,
eenige tonnetjes buskmids in een fchuitjein
de Prinfen-graft onder de Reebrug, 't welk
fommigen in dit vermoeden verfterkte. Doch
dit buskruid lag te ver van 't Stadhuis, en
kon wel met een geheel ander oogmerk der-
waards gebragt zyn.'t Werdt egter,in den
eerften yver, aangehaald, en in 't water ge-
fmeeten. Naderhand, werdt, met de meefte
waarfchynlykheid, geoordeeld, dat de brand
veroorzaakt was, door de nalaatigheid en
kwaade toevoorzigt der Ruitenvagt, zynde,
by onderzoek, gebleeken, dat de brand eerft
befpeurd was, op de Turfzolder, die een
venfter hadt, welk boven de Kaak uitkwam,
en digt gelegen was aan de Kamer, daar de
Kooijen ofKrebben van de Ruiterwagtfton-
den, en waar de meeften (liepen, terwyl twee
verpligt waren, fchildwagt te houden (ot).
Vermoedelyk, is 'er, op deeze zolder, eeni-
ge onvoorzigtigheid gepleegd, die de Rui-
terwagt hadt moeten voorkomen, of tydig
ontdekken. Immers,zy werdt, met goed-
vinden des Raads ,by voorraad, afgedankt,
terwyl aan Burgemeefteren de magt gelaa-
ten werdt, om ze, des noods , wederom
aanteftellen O), gelyk, federt, ook ge-
fchied is. Ten agt uuren des morgens, was
de brand genoegzaam geblufcht. Doch de
poorten , ketens en draaiboomen bleeven
nog, met burgers en foldaaten, bezet. Bur-
gemeefteren en 't Geregt kwamen byeen in
de Herberg de Prins, agter de Waage, al-
waar terftond eenige Kamers tot Burgemees-
ters-, Schepens-, Raad- en Weeskamer be-
kwaam gemaakt werden, dieegter,na eeni-
(•») Zie ]. SlX VAN CHANDELIER Poè'zy , hl. 373 enz..
(w) lnfoimatien, genomen op den 13 f*ly i«Si. berus-
tende ter Thefaurie,
in de Oooz.e G. 11 O.
(*) Refol. Vreedfch. N. io. 11 J«ij int-, f. 249.
ge dagen verloops, naar 't Prinfenhof wer- 1652*
den overgebragt. De Wiflelbank werdt in
den Jan - Rooden - Poorts - tooren geplaatft,
daar elk, den volgenden dag, reeds weder-
om in 't affchryven geryfd werdt. De De-
folaate-Boedels- en AfTurantie-Kamers wer-
den in 't oude Weftindifche Huis op de
Heeren-markt gehouden,en tot het uitvoe-
ren van lyfftraffen, eenige vertrekken bo-
ven de Waage op den Dam gebruikt, voor
welke ook het Schavot werdt opgeregt. De
tooren van 't verbrande gebouw, dreigende
in te ftorten, werdt, 's daags na den brand,
met dikke kabels gefchoord, en vervolgens
afgebroken. Doch op den zevenden des a-
vonds, was reeds aan de Herberg de Prins,
daar 't Geregt toen vergaderd was, afgele-
zen „ dat elk, die eenige Papieren, Schrif-
„ ten, Boeken, Geldof iet anders onder zig
„ hebben mögt, welk in den brand vermift
„ was, het zelve, op lyfftraffe,zonderuit-
„ ftel , in dg Prins op den Dam leveren
„ moeft (7)." Veel fchade werdt 'er, on-
dertuflchen, door de Stad,geleeden aan 't
geld, welk, door de hitte gefmolten was,
en, na eenige dagen, aan klompen van twin-
tig- en dertigduizend guldens, uit de puin-
hoopen, gehaald werdt (z). Een deel be-
fchadigde Ryksdaalders bleef eenige jaaren
leggen in de WiiTclbank, zonder dat zy ver-
munt, of vérkogt werden. Doch alzo, in
't jaar 1664, de prys van 't ongemunt zil-
ver hoog gereezen was, gaven Burgemees-
teren den Kommiffariffen van de Wiflelbank
verlof, om deeze Ryksdaalders , gelykze
waren, te mogenverkoopen (a).EenIerfch
Koopman, Steven Frenks genaamd, eeavon-
nis van namptiffement van zeven en twintig
honderd vyf en zeventig guldens en drie
ftuivers in zyn voordeel verkreegen hebben-
de , welke fomme, in een kasje op de Re-
kenkamer , gelegd was, hadt verzuimd, de-
zelve van daar te ligten, om dat hem de
fpecie niet aanftondt. Dit kasje was ook ver-
brand , en 't geld gefmolten, in zoverre, dat
'er niet meer dan omtrent zevenhonderd zes
en zeventig guldens van te regt gekomen
waren. Frenks verzogt, federt, vergoeding
van fchade uit Stads kaffe (£). Doch my
is niet gebleeken, dat in zyn verzoek bewil-
ligd werdt. Het verbranden van het oude
Stadhuis gaf, federt, gelegenheid, dat, met
het opbouwen van het nieuwe , vlytiger
voortgegaan werdt, hoewel 'er nog drie
jaaren verliepen, eer men 'er zitting in nee-
men kon.
                                            De
(y) Keurb. M. ƒ. ijj>.
(*) Dapper, II. 33z. Domsela AR-IV. B"k, hl. *•
COMMF.LIN, hl. 2.57.
(a)   Groot-Memoriaal N. V. ƒ. Ijl verf:
(b)  Refol. Vroedfck. it. il.....Maart l«jj. ƒ. 4«'
-ocr page 651-
et OUD ZE STADHUIS, de "WAAG, de NIEUWE KEB.K aa eenige Jauizen,
-ocr page 652-
XVII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
%ß$
De oneenigheid tuiïchen den Vereenigden
Staat en de tegenwoordige Regeering van
zullende binnen ftaan, was met zyne mak-
1652.
kers afgefproken, dat zy hem,zo"hy gevat
mögt worden, terftond, ontzetten zouden.
Hy kwam, vervolgens, v/ederom voor de
Heeren. daar hy de maandgelden vorderde
met zulke onhebbelyke en dreigende woor-
den, dat men geraaden vondt, hem, dooi-
den Major Bicker en eenige Schouts-Die-
naars , te doen vatten. Hy zogt zyn mes te
trekken, en zig te weer te fteilen; doch 'c
werdt hem belet. Buiten gekomen, om weg-
geleid te worden, trokken eenigen van zy-
ne makkers, op zyn geroep om ontzet, de
meilen; twee of meer van welken ook ge-
vat werden. Voor de poort van 't Weftin-
difche Huis , hadt zekere Joris Janszoon
ftaan fchelden op de foldaaten, terwyl eeni-
gen, en vermoedelyk ook hy, met fteenen
over de muuren geworpen hadden. Immers,
men vondt hem alleen , ftaande voor de
poorte , en den Onderfchout Willem van
Buily
met eenige dienaars, gekomen, om
naar de fteenwerpers te zien, toegraauwende,
hier ben ik, gy hebt het hart niet, dat gy
fehlet
, of -wy zullen 't huis om. ver haaien. Hy
werdt, hierop, aangegreepen, en ook, na
eenigen tegenftand, gevangkelyk weg ge-
leid ; waarna de overige muiters afdroopen,
zig voorts ftil hielden, en eerlang weder-
om fcheep gingen.
't Geregt van Amfterdam veroordeelde, en ter
den volgenden dag, zynde den negentienden dood ge-
September, Antoni Jakobszoon en Joris Jans-bra^*
zoon, op hunne bekentenis, ter galge (V),
welk vonnis, den twintigften, werdt uitge-
voerd. Men hadt het fchavot voor de Waa-
ge opgeregt, en, tot voorkoming van op-
s.
is
zeil
Vs
v,nds
Engeland, omtrent deezen tyd, tot open-
baaren oorlog zynde uitgeborften , was men
te Amfterdam vlytiglyk in de weer, met
het uitruilen van Oorlogsfchepen tot 's Lands
Vloote, die, onder't opperbevel ftondt van
den Luitenant-Admiraal Maarten Harperïs-
zoon Tromp.
Tot het bevorderen deezer
uitruftinge waren eenige Heeren uit de Ver-
gadering der algemeene Staaten gemagtigd,
die hunne byeenkomften, hier ter Stede,
hielden op het Weftindifche Huis. 't Geviel,
in September, dat, eenige Oorlogsfchepen,
die te Amfterdam uitgeruft waren, in't Vlie
ingeloopen zynde, een goed getal van ma-
troozen, door weinige belhamels aangezet,
de hoofden byeen ftak, en, tegen dank van
de Heeren Commiflariiren der Monfteringe,
en van de Kapiteins der fchepen, de zwarte
Leeuw
en de Kroon, met de boot, naar eene
Kaag voer, en zig met dezelve naar Amfter-
dam liet brengen; daar zy, des Zondags den
vyftienden September, aankwamen, en ter-
ftond affpraken, om 's anderendaags te ver-
fchynen op 't Weftindifche Huis, en den
Gemagtigden tot de buitengewoone uitrus-
tinge volle betaaling der vier, of vier en
een halve maand agterftallige foldye af te
vorderen, of, by weigeringe daarvan, den
Heeren den dienft op te zeggen. Zo ge-
zeid, zo gedaan. De muitende matroozen
der twee fchepen begaven zig, des Maan-
dags, voor agt uuren, naar 'c Weftindifche
Huis, daar zy nog vyf of zeshonderd man
van de andere fchepen vonden. Zy benoem-
den'er eenigen, die binnen ftaan zouden,
en den Heeren hunne begeerte voordraagen.
't Gefchiedde. Men bejegende hen minne-
lyk, beloofde hun genoegen, en twee maan-
den gaadje op rekening te zuilen geeven,
zoze flegts wederom fcheep wilden gaan.
Doch hiernaar haddenze geene ooren. Zy
ftookten in tegendeel eikanderen op, om
dagelyks op 't zelfde uur te verfchynen op
't Weftindifche Huis, tot dat zy hunnen vol-
len eifch en toezegging der hoogfte gaadje,
die thans meerder was dan zy bedongen had-
roer, die ligtelyk zou hebben kennen ver-
wekt worden, door de menigte van matroo-
zen , welken zig, tot reddinge hunner mak-
keren , verbonden hadden, den Dam, mee
drie vendelen Stads foldaaten, doen bezet-
ten; die laft hadden tot geene daadelykhe-
den te komen, ten ware men onderneemen
mögt, de Regtsoefening te beletten. On-0 , .
der de aanfehouwers, ftoqden eenige vrou- t,y >teu"£.
wen, die, veelügt ,naauwe betrekking heb-voeren
bende tot de misdaadigen, of derzelver mak- der ftraf-
den, zouden verkreegen hebben. Zy be- kers, terwyl't vonnis uitgevoerd werdt, aan fe"
gaven zig dan, den volgenden dag, weder- \ fchreijen raakten, en flaauw werden; waar-
7 derwaards, en werden, op gelyke wy- 0m zy zig bevlytigden, om uit de menigte •
se
terwyl, hadt men zorggedraagen,dateeni-
|e Stads foldaaten, met den^Major Jacob
Bicker
aan 't hoofd, zig vervoegden voor en
op 't Weftindifche Huis , daar 't muitend
oootsvolk, ten derden dage, wederom,in
groote menigte, famengevloeid was.Antoni
jakobszoon
van Koppenhagen, een der voor-
fiaamfte belhameien, dien dag, wederom
in veiligheid te-komen. Doch hierdoor ont-
ftondt zo groot een gedrang tegen de fol-
daaten, die voor de Waage ftonden, dat
eenigen uit hun gelid wyken moeiten. De
Kapitein Abraham Commelyn, die hier ge-
boodt, gaf toen bevel tot fchieten. De Lui-
te-
fc) Confeffieboek van 1}
f. 9° t vi.
Gggg
-ocr page 653-
AMSTERDAMS
II. Deel.
536
betloot, hem, openlyk, van agt tot agt da- l •> 's\.
gen, met de klok, te doen indaagen; ge- debeevrS,
1652. tenant Sebafiiaan Ludoïfvan Eitzen riep ook,
fehlet 'er onder: waarop eenige foldaaten in
't wilde fchooten op de aandringende me-
nigte , waaronder wel agt onfchuldige bur-
gers gedood; anderen deerlyk gekwetft wer-
den, 't Schieten verwekte zulk eene byftere
ontfteltenis onder de aanfehouwers, dat eik
naar een goed heenkomen zogt, en veel en
onder de voet raakten, en vertrapt, ande-
ren in 't water gedrongen weiden.
Af kondi- Het ongeluk, welk den onfchuldigen toe-
ging ter kykerên overgekomen was, trofdeWethou-
deezer derfchap zo diep, dat zy, den volgenden
gelegen- j^ by openbaare afkondiging, drie hon-
eL ' derd guldens beloofde, aan elk, die eenen
foldaat wift aan te wyzen, die iemant uit de
burgerye gegriefd; en zes honderd guldens,
aan die bewees dat eenig bevelhebber laft
't Geregt om te fchieten gegeven hadt (d). Ten zelfden
belooft _ dage, hadden myne Heeren van den Gereg-
den mui- te ■ ^y raac|e van (je Heeren Raaden ter Ad-
bootsge- miraliteit alhier, preefereerende, gelyk zy zig
zeilen uitdrukten, gratie voor rigeur van Juflitie, ver-
vergiffe- giffenis beloofd aan alle de matroozen,die,
nis* behalve de ter dood gebragten, en eenige an-
deren , welken met mindere ftraffen geftraft
waren, zig aan den opftand hadden fchuldig
gemaakt, mids zy zig, binnen tweemaal vier-
entwintig uuren , begaven in de ligters, die
gereed lagen om hen aan boord te voeren:
ftaande Burgemeefteren 'er , in zulk een
geval, voor in, dat hun, door de Heeren
Gemagtigden tot de buitengewoone uitrus-
ting, alle behoorlyk genoegen gegeven zou
worden : daar zy , binnen den beftemden
tyd , niet fcheep gaande, met verbeurtenis-
fe hunner verdiende gaadje, en zelfs aan
den lyve geftraft zouden worden; terwyl
aan alle volkhouders en anderen fcherpelyk
verbooden werdt, hen te huisveften (e).
De oproerige matroozen voegden zig allen, of
't welk meeft allen naar dit bevel. Doch de Staaten
de Staa- van Holland namen kwalyk, dat de Wet-
ten van houderfchap der Stad ondernomen hadt,
kwalyk verg*ffenis van openbaare misdaaden toe te
neemen. zeggen, zonder hen te kennen. Zy merkten
't aan als eene krenking hunner opperfte
magt. De Regeering van Amfterdam ver-
klaarde, zonder zulk een oogmerk, en al-
leen uit hoogen nood, totdeezenitapgeko-
men te zyn. Doch de Staaten hielden zig
niet voldaan, voor dat de Stad beloofd hadt,
zig, voortaan, in diergelyke gelegenheden,
altoos eerffc aan hunne Edele Groot-Mo-
gendheden te zuilen vervoegen (ƒ).
Watj Midlerwyl, was de Kapitein Commelyn
omtrent ter Stad uit geweeken: waarom 't Geregt
lyk gefchiedde (g). Doch hy verfcheen ^
die
il
Dl«"
niet, op de indaaging: waarom hy, federt,l c ß
* onbekwaam verklaard, en buiten Amfter- ten Se"
dam en eene myl in 't ronde gebannen werdt gev'^n,
(ft). De Luitenant van Eitzen, Zoon van Al- ^Jï'ïel-
brecht van Eitzen, Burgemeefter van Ham- f^M'"
burg, fchoon hem geraaden werdt te wyken,
bleef in de Stad, en verfcheen, eerlang, voor
Schepenen; daar hy ontkende, laft tot fchie-
ten gegeven te hebben, fchoon men zeven
en meer eenftemmige getuigen tegen hem
inbragt, die het tegendeel beveiligden. Hy
werdt dan agter af geleid, en met depaleye
gedreigd. En toen beleedt hy, dat hy,de
beweeging aanziende voor eenen blykbaaren
oploop, tot handhaaving van 't Geregt, be-
volen hadt, te fchieten. Doch eenige wee-
ken laater, verklaarde hy zulks doorvreeze
beleeden te hebben, en ontkende, op nieuws,
bevel tot fchieten te hebben gegeven (i).
Hy zat tot in het volgende jaar, wanneer
hem,op hooge voorfpraak van verfcheiden'
Mogendheden, door 's Lands Staaten, ver-
giffenis van misdaad verleend werdt ( k ). g0ff.
Kort na de voorgevallen beroerte , waren ^L aai>
Burgemeefteren, door den Raad, gemag-tvri^'
tigd geweeft, om de vrienden der doodge- <jen de'
fchootenen op den Dam, die hier ter Stede gef'j^
niet woonden , met eene gepafte fommeve
gelds, te vergenoegen, en de kinderen of
weduwen, die hier woonden, eene lyfren-
te van vyf en twintig of dertig guldens 's
jaars toe te leggen (/). Ook tekenen fom-
migen aan, dat de weduwen en weezen der
gefneuvelden , door de Wethouderfchap,
eerlang, naar hunne gelegenheid , of met
eenig ftads ampt, of met een fomme gelds,
tor- vergoeding van 't geleeden verlies, ver-
eerd werden (ni).
                                       , *
Met den aanvang des jaars 1653, kwa-?'g/
men wederom Gemagtigden der algemec^f!^,
ne Staaten te Amfterdam, om den aankoopßfl
en uitrufting van Oorlogsfchepen te bevor- en .,j,
deren (n). De Engelfche oorlog werdt ilerk fw
voortgezet, tot merkelyk nadeel van den
Koophandel van Amfterdam, waarin, zo wel
als in veelerlei neeringen en handwerken
          (
hier ter Stede, eerlang, zo groot een ver-
val kwam, dat'er, dit jaar, wel veertien-
of vyftienhonderd (0), of, volgens ande-
ren,
(g) Keuib. M. ƒ. 167.
(h) AITZEMA III. Deel, bl. 874.
(>') Confeflieboek™»»i3.tf«f. i6St.toti%jan. i6S4.f.9*'
(1^)
RefoK Holl. 16 Off. iSjz. U- 46*. 3 M**rt'653• '''
84. AITZEMA III. 'Duel, bl. 746, 747, 874.
(7) Refol. Vioedfch. N. z\. 7 03. 16SI. f. Io verf'-
(m) Dapper, bl. n%-%zz. Domselaar VI. Btek> ''
3J5 enz,. COMMïUif, bl- "49 enz..
(n) AITZEMA III. Deel, bl. -j%6 , 8ZJ,
(«; AITZEMA III. Deel , bl. 87«.
{d) Keutb. M. ƒ. 16S.
(e)  Keutb. M. ƒ. K5.
(f)  Wiccjueiort Ttm. I. Livr. VI. f. 33*.
-ocr page 654-
XVII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
537
niet te bewilligen in de aanflelljnge van ee-
nen Stadhouder en Kapitein-Generaal. By!
deeze gedagten, bleef men nog , hief ter
Stede, toen, in den Zomer des voorleeden
jaars, door Gelderland en Zeeland , op de
aanflelljnge van eenen Kapitein-Generaal
gedrongen werdt (?/). De Leden van Hol-
land waren,genoegzaam eenpaariglyk,van
dezelfde gedagten. 't Ontbrak nogtans niet
aan zulken, beide in en buiten deeze Pro-
vincie, die den jongen Prins van Oranje
zogten te bevorderen, tot de ampten, door
zyne Voorouders bekleed. Ook werden,
om de zugt tot den Prinfe leevendete hou-
den onder 't volk, hier en daar, beroerten
verwekt, wordende de tromflaagers , die
omüoegen om zeevolk te werven, in ver-
fcheiden' Steden, genoodzaakt, zulks te
doen, in den naam des Prinfen van Oranje. Te
Amflerdam, zogt men 't hiertoe ook te bren-
gen; doch 't mislukte (V). Maar te Enk-
huizen , werdt het oogluikende gedoogd. In
deeze Stad, ontflondt eene geweldige be-
roerte (iü) , om welke neder te leggen, on-
der anderen, de Heer Cornelis ÏViïfen, Raad
in deVroedfchap der Stad Amflerdam, ge-
magtigd was, die egter de reis niet fchynt
gedaan te hebben (x). Toen Zeeland, wat
laater, den jongen Prins tot Kapitein - Ge-
neraal voorfloeg, befloot Amflerdam, door
de kragtigfle redenen, te wege te brengen,
dat de zaaken gelaaten werden, gelyk zy
waren (j): 't welk ook, eerlang, gelukte.
Doch geduurende de raadpleegingen over
dit gewigtig onderwerp, hadden eenige jon-
gens, die, met Oranje-papieren-fluijers op
't hoofd, een vendel en een trompet, door
den Haage liepen, roepende Vive Ie Prime
d''Orange
ƒ vry wat opfchudding verwekt, en
zelfs de glazen ingefmeeten aan 't huis van
den Fiskaal Cornelis Boy , en aan dat der
Heeren van Dordrecht. De Vroedfchap van
Amflerdam, hiervan kennis bekomen heb-
bende , befloot, ter Vergaderinge van Hol-
land , te bewerken, dat de Wethouderfchap
van den Haage, van wege de Staaten, ver-,
maand werdt, zorg te draagen, dat de Le-
den der Vergaderinge aldaar veiliglyk ver-
blyven konden, of dat hunne Edele Groot-
Mogendheden, anderszins , daartoe zulke
middelen zouden uitvinden , als zy zouden
raadzaam agten (2). De beweegingen wer-
den egter, niet volkomenlyk, noch alomme
geflild, dan na 't fluiten der vrede.
De
(u) Refol. Vtoedfch. N. n# 6 J„s. i6sz. f. 7.
(v) Vaderl. Hift. XII. Deel, hl. *»'•
(m) Vaderl. Hift. Xü. Deel, bl. z*s "»*•
(x) Refol. Vroedfcli. N. 21. 27 n] 16J3. ƒ. 66 verfe.
(y) Refol. Vroedlch. N. z'- i° July I6j3. ƒ. 79.
(se) Refol. Vioedt'ch. **. «. ... ^lug, 16J3. ƒ. 8j.
ren, wel drieduizend huizen ledig Ironden.
Omtrent het Heeren-Logement, wies het
gras op de flraaten. Zekere Handfchoen-
maaker,die voorheen agt en veertig knegts
in 't werk gehad hadt, werkte na, by ge-
brek van neeringe, zelf voor knegt. Een
handelaar in zwart Zyden-Speldewerk, die
drie- of vierhonderd meisjes, in en buiten
de Stad, aan werk hadt geholpen, hadt 'er
nu maar drie in dienfl (p). Van de zeven
deuren der Waage op den Dam, waren 'er,
zo fommigen aantekenen, gemeenlyk, wel
drie of vier geilooten (q). Uit welke Haal-
tjes , men 't verval des handels afneemen
kan.
De oorlog gaf aanleiding, dat, hier ter
Stede, verfcheiden' Oofterfche fchepen wer-
den opgebragt, die den Engelfchen allerlei
voorraad, zelfs Contrebande goederen,toe-
voerden. De Refident der Hanze-Steden,
Lieuwe van Aitzema, gaf zig veel moeke,
om deeze fchepen te doen ontdaan , en
kwam, ten deezen einde, ook te Amflerdam,
daar hy gehoor hadt by Biirgemeefleren ,
klaagende, in't byzonder, over 't neemen van
eenige fchepen op de Elve, welken ftroom hy
beweerde onzydig te moeten gehouden wor-
den. Burgemeefleren beloofden, by monde
van den Heere Joan van de Poll, die voorzat,
datzy 'er, metdeVroedfchap, over raadplee-
gen zouden. Doch Burgemeefler Nicolaas
Corver
hieldt hem, naderhand, voor,, dat die
„ van Hamburg voor onzydig wilden aan-
„ gemerkt worden, en nogtans handelden,
„ ftrydig met de onzydigheid. " Aitzema
zette, vervolgens, zyne handeling voort in
den Haage (r). Doch de bezwaarniflen,
welken hy inbragt, en de klagten, welken
daartegen, van wege de Staaten, en voor-
al van wege de Stad Amflerdam, gedaan
werden, duurden zo lang als de oorlog. In
deezen jaare, werden omtrent zeftigEngel-
fche Bootsgezellen, die, met een Paspoort
des Konings vanDeenemarke, van Hamburg
waren afgefteken, in zee genomen, en te
Amflerdam opgebragt, daar zy in de boei-
jen gezet werden; alzo men de krygsgevan-
genen van den Staat ook in Engeland aan-
Eieldt, en zeer kwalyk handelde (ƒ).
Terwyl de oorlog ter zee, dit gantfche
jaar, flerk werdt voortgezet, fmeulde ook,
inwendig, in verfcheiden' Steden,en onder
anderen te Amflerdam, een vuur van op-
roerigheid , welk nogtans fpoedig gedoofd
^erdt. Wy hebben reeds verhaald (u),
dat Amflerdam beflooten hadt, vooreerfl,
00 Aitzema III. Deel, il. sis-
(?) A1TZE.MA IU> £)„,,[, bl_ g7S.
y) Aitzema III. Deel, hl. 8?4> 875, 878-882.
y) AlTZEM4 III. Deel, il. 87J.
(*J II. Deel, XVI. Beek., hl. J72.
IÖ53-
te4S,
Öi
kl
nik.
Vn.
5t
Gggg 3
-ocr page 655-
II. Deel.
AMSTERDAM S
5*8
maar het Noordhollandfche in 't byzonder i65$'
zögt,omtrent deezen tyd, verfcheiden' jaaren Doiï. et
agtereen, te wege te brengen, dat het Kweek- zo^.
fchool der Remonflranten, welk hier, fe- Jfj^0i
dert het jaar 1634, opgeregt was, insge-Lf^'
lyks, geweerd werdt. Burgemeefteren,in,,i<jfl; n.
't jaar 1655, kennis krygende, dat hierop fti'^n
wederom flondt te worden aangehouden ,te 6,8s.
beflooten, den Afgevaardigden der Synode ^
te antwoorden „ dat zy wel zorg zouden
i, draagen, dat, in ditftuk,nietsopenbaar-
„ lyk by der hand zou genomen worden;
„ doch van de andere zyde, niet konden
„ goedvinden, te onderzoeken, wat iemant,
„ in dusdanige zaaken, in 't byzonder, in
„ zyn huis, kwame te doen Cf )."
Eenige Leden van Holland , en ook de ^tult
Raadpenfionaris Joan de Witt hadden , al^H*''.
vroeg in't voorjaar van 1653, kennis ge- dW[
had, van Engelands geneigdheid tot vrede i'5 vS
(g), hoe zeer men zig aldaar ooktoeruftte Ëfl^
ten oorloge» In den aanvang van July, werdt 'gV^'
'er de Vroedfchap van Amfterdam ook van ^["
onderregt, door Burgemeefter Frans Ban-v*^'
ning Kok
, Heer van Purmerland, die met een'
aanzienlyk' Engelfchman gefproken hadt.
Zelfs deelde hy den Raad , onder belofte
van geheimhoudinge op den eed, een Ont-
werp mede van de voorwaarden, op welken
men zou können overeenkomen (£). Men
tradt, federt, in onderhandeling. De voor-
flag, om Engeland en deezen Staat tot één
Gemeenebeft te vereenigen, werdt, te Am-
fterdam, met verontwaardiging, van de hand
geweezen (f): doch de onderhandelingen
niet t'eenemaal afgebroken, 't Liep egter
aan, tot in de Lente des jaars 1654, eer men
over de voorwaarden der Vrede, op één ,,«»
punt na, eens werdt. De Proteólor, Olï-O^.
vier Kr omviel,
vergeefs gevorderd hebben- ^^
de, dat de algem&ene Staaten den Prins ^aB
van Oranje uitflooten van de waardigheden, K^'V
door zyne Vooroud,-s bekleed, vorderde ^e'jjn'>
nu, dat Holland alleen zig verbondt, ora^O-
dien Prins, noch iemant zyner nakomelingen, \^p
immer aan te Hellen tot Stadhouder, noch 6ocL^
te ftemmen tot Kapitein Generaal over de^U"
Krygsmagt van den Staat. Hy verklaarde te;tflui■'
rondelyk, dat, van het bewilligen of niet "elfl "^
bewilligen in dit ééne pr.nt, de vrede of de de1^-
oorlog afhing. De Ambaffadeurs van den ^U-
Staat tot de Vredehandeling gaven hiervan be
kennis aan den Raadpenfionaris, die 't aan
eenige voornaame Leden van Holland ver- ^d<
trouwde. Burgemeefter Nicolaas Tulp, die l
de
ff) Exrrafl: uit de Rffolut. der Heeren Burgam. van J*
(g) Vadetl.Hift- XII. Deel, tl. 251 enz..
(b) Relol. Vroedfcli. A'.'ï'i. i July i«;j. ƒ. 71 vrrfr'
(») Refol, Vtoedfeh. Jtf, ii. ru Aug. i6j3. ƒ. jp.
165$, De dood van den Luitenant - Admiraal
En ook Maarten Harpertszoon Tromp, die, den tien-
te Am. den Auguftus, in den zeeflag voor de Maa-
fterdam. ze, gefneuveld was, hier ter Stede, ken-
baar geworden zynde, ontftondt 'er eenige
beweeging in de Nes, omtrent de Pieter-Ja-
kobs - ftraat, voor 't huis van Pre/erf Mey,
die befchuïdigd werdt, kwalyk gefproken te
hebben van den Luitenant - Admiraal, 't
Graauw, hierover geftoord, fmeet de gla-
zen in, aan 't huis van Mey, en begon de
luifel reeds af te breeken, toen de moedwil
gefluit werdt. Mey werdt egter in hegte-
nis genomen, 't Geregt maakte, den veer-
tienden , 's-daags na de opfchudding, bekend,
dat elk, die iet ten zynen lafle bewyzen kon,
zulks, zonder uitftel, doen moeft (a): 't
welk ik nogtans niet vinde gefchied te zyn.
Hande- Sommigen tekenen aan, dat de Roomfche
ling al- Geeftelyken, die niet in Amfterdam geboo-
hierotn- ren waren, in deezen jaare, op 't fterkaan-
uent de h0U(jen der Predikanten, hier, ter Stad uit
gezinden, gezet werden, laatende men zulken, die ge-
booren Amfterdammers waren, alleen vry-
heid, om hier te blyven woonen (Z>). Doch
ik meen goede reden te hebben, om te twy-
felen, of zulks waarlyk gebeurd zy. In No-
vember des jaars 1655, werdt de overwee-
ging van de bedenkingen der twee Holland-
fctie Synoden, waarby begeerd werdt, dat
alle Mispriefters en geordende Perfoonen
ten Lande uit mogten gezet worden, hier ter
Stede, gefield aan eenige Gemagtigden uit
de Vroedfchap (c): en ik vind niet, dat
hiervan eenig verllag gedaan is. Men ge-
bruikte, in de Stad, de gewoonlyke ooglui-
king omtrent de Roomfchgezinden. In No-
vember des jaars 1656, werdt het onder-
zoek van een Ontwerp van een Plakaat,
welk, volgens het begrip der Synoden,ge-
maakt was, insgelyks, gefield aan eenige
Gemagtigden uit de Vroedfchap , die 'er
zulk verflag van deeden, dat het, als ftry-
dig met de Munfterfche Vrede, en aanftoo-
telyk voor Roomfchgezinde Mogendheden,
verworpen werdt (d); fchoonde Stad, in't
jaar 1654, nevens andere Leden van Hol-
land, geftemd hadt,om de Roomfchgezin-
den, dieeenige Ampten van Schout, Sche-
pen, Secretaris, Armmeefler, Kerkmees-
ter of Schoolmeeftcr, ten platten Lande, be-
kleedden, van dezelven te verlaaten, en Ge-
reformeerden in de plaats te Hellen (e).
De
            De Synoden bepaalden, ondertufTchen,
jvjord- }iaaren yVrer niet by het bearbeiden van de
iUie Sy-" weerinSe ^er Mispriefteren en geordenden;
(,'.) Kenr!>. M f. 177 Vffo.
(bj AiTZSMA UI. Dtei, bl, tja.
(i) Reiol. Vroed feil. Lr. A. 19 Nov. I6jj. ƒ. 3.9 -verft.
(d) R.etV.1. VroedCch. Lj. B, 10 Pcc. I658. f. 71.
(cj B.ei»l. Vroedicli. -\. ii. 50 Jnlj !*ƒ+•ƒ. lyl.
-ocr page 656-
GESCHIEDENISSEN.
XVII. Boek.
589
%4. de Dagvaart, wegens Amfterdam, bywoon-
de, een' keer herwaards doende, verwittig-
de den Raad, op den tweeden April, dat
de Vrede afhing van 't bewilligen in zeker
punt, welk Holland alleen betrof; doch
noodzaakelyk geheim blyven moeft: waar-
op de Raad goedvondt, de Afgevaardigden
der Stad in den Haage te magtigen, om in
dit punt te bewilligen, indien 'er, van de
Engelfche zyde, op mögt gedrongen wor-
den (&): gelyk gefchiedde. Men raadpleeg-
de'er, federt, ook over, ter Vergaderin-
ge van Holland, onder den eed van geheim-
houdinge. Eenige Leden waren gereed om
in den eifch des Protectors te bewilligen,
beweerende , dat vrede beter dan oorlog
ware, en dat de Prins van Oranje, by 't
aanhouden van den oorlog, ook veel lyden
zou. Doch anderen vonden geraaden, eerft
ruggefpraak te houden met hunne Vroed-
fchappen: en onder deezen waren ook de
Afgevaardigden van Amfterdam , die de
zaak, den negen en twimigften April, in den
Raad bragten, na dat de Leden, vooraf,
by eede, beloofd hadden, dezelve nimmer,
?e Stad zelfs niet aan de afwezende medeleden, te
i/VllI'gtzullen openbaaren. Men befloot hier te be-
"üf^f^willigen, in 't gene de Proteólor gevorderd
hadt: doch het affchrift van dit befluit
werdt, in de geheime kaffe van Burgemees-
teren gelegd, en, eerft op 't einde des jaars,
toen de zaak lang weereldkundig geweeft
was, te boek gefteld (/). De Staaten van Hol-
land hadden, den vierden May, een diergelyk
befluit genomen, in gevolge van welk, de
vermaarde Acte van Seclule of Uitfluiting
werdt opgefteld. Hoe veel over deeze Ac-
te, die, eerlang, ook met bewilliging van
Amfterdam (m), aan den Proteótor Krom-
wel overgeleverd werdt, met de andere Pro-
vinciën, te doen viel, hebben wy, elders (n),
omftandiglyk, verrekend, en ftaat ons hier,
als Amfterdam niet byzonderlyk betreffen-
v de, niet wederom te herhaalen.
^t>ef" "^e ^e van Uitfluiting hadt, ondertus-
\ tgy' fchen, de Vrede voortgebragt; die teAm-
^V- fterdam zo hoog gewaardeerd werdt, dat
(ä^'ei-rnen aldaar, reeds op den agtften May, be-
llet gede flooten hadt, ter gedagtenifle van dezelve,
^laH~ gouden gedenkpenningen te doen flaan ,
voor Schout, Burgemeefteren, Schepenen
enRaaden(o); gelyk, federt, gefchiedde.
Den zeven en twintigften, werdt de Vrede
afgekondigd, en met eenen dankdagen open-
baare tekenen van vreugde gevierd. Van
(() Refol. Vroedfch. N.-rtri <Apnl 16j4 ƒ. u6-verfe.
il)
B-efoI. Vroedfch. N. 21. 19 ^pril, 31 Dee. ié;+. ƒ.
*73> 2*3 -verfi.
(m)
Refol. Vroedfch. N. 21. z Juny i6J4. ƒ. IJ+.
(»; Vaderl. Hift. XII. Deel, bl. 31+ enz..
W Reiol. Vroedfch. N. tl. 8 May I6j+. ƒ. 17« verf».
't nieuwgebouwde Stadhuis, en van den l0w
Prinfen-hofs- en Oude-Kerks-toorens, waai-
den wittevredevlaggen. De voorgevel van
't Stadhuis was , met groen loof, fierlyk
behangen: de venfters met tapyten belegd,
's Morgens ten negen uuren, kwamen Bur-
gemeefteren en de gantfche Regeering op 't
Prinfen-hof byeen. Van hier begaven zy zig,
met de Stads boden vooruit, naar de nieu-
we Kerke, daar zy de dankpreekehoorden,
na 't einde van welke, zy naar 't nieuwe
Stadhuis traden, alwaar de vrede, onder't
losbranden van 't gefchut, en onder 't gefchal
van trompetten en andere fpeekuigen, af-
gekondigd werdt. Sommigen melden, dat
de Trompetters aanvingen, met het blaazen
van Wilhelmus van Naffbu-we, 't zy gevallig-
lyk, of op laft van Burgemeefteren , tot
genoegen van 't gemeen, welk hier, zo ee-
nigen gefchreeven hebben, voor een groot
gedeelte, zeer Prinsgezind was(p). 'sNa-
demiddags ten drie uuren, kwam de gant-
fche Regeering wederom op 't Stadhuis ,
voor welk, ten aanfchouwen van de menig-
te, tien vertooningen géfchiedden, die, door
den Digter Jan Vos, waren uitgevonden.
Hier zag men de hel, de baarmoeder des
oorlogs; den oorlog, met al zyne gruwelen;
denkwynendenKoophandel;het fluiten van
't Verbond met Deenemarke; 't fcheepgaan
van't Oorlogsvolk; de zege op Zee,gekogt
met het bloed van voornaame Bevelhebbe-
ren; de verheffing van den Heere van Ob-
dam tot Vlootvoogd; de zee en de ftroo-
men, fmeekende om de Vrede; het neder-
daalen der Vrede uit den hemel, en deNe-
derlandfche maagd,op eenen troon van an-
kers , kabels , zeilen , vlaggen en ander
fcheepsgereedfchap. 's Avonds werden pek-
en teertonnen gebrand op den Dam, en,
den gantfchen nagt door, alomme,wakker-
lyk gevuurd. Burgemeefteren zonden, aan
ieder Predikant, een half aam wyns ,op dat
zy ook in de gemeene vreugde deelen zou-
den (q).
De Regeering van Amfterdam hadt,ter- veran-
ftond na het fluiten der Vrede, geraaden dering
gevonden, de drie Compagnien Stads fol- in de be-
daaten, die thans ieder honderd en zeitig ^"sltd.
koppen fterk waren, op honderd en twintig
koppen te verminderen, zo dra de Vrede
zou afgekondigd zyn (r): 't welk, federt,
gefchiedde. Op de Wagten der bezettinge»
werdt eene nieuwe Ordonnantie gemaakt,
en de Raad verklaarde, dat het bewind o-
ver dezelve altoos geftaaji hadt, en nog
ftondt,
O) THURLOË'S Papers in de Vader'- Hifi. XII. Deel,
il. 281 , 3Ï I-
(q) DAPPER bl. zjï enz..               . .,
(r) Refol. Vroedfch. A. **■ *4 ■<*ƒ"■» I6j+. £ 172 verf».
-ocr page 657-
II. Deel.
AMSTERDAMS
59°
[654-
iy Gemeente, onder heyligen fchyn, indriicken,
ende defelve Gemeente van de Regierings al-
,, foo t'onrecht vervreemden " Voorts, werdt
beflooten, dat Burgémeefteren den Predi-
kant voor zig ontbieden, en in gyzeling hou-
den zouden, tot dat hy voldoening gegeven
zou hebben: en zo hy niet verfcheen, zou
men de Staaten van Holland verzoeken, om
hierop zulke orde te ftellen, als tot de ruft
van 't Land geoordeeld zou worden te be-
hooren (x). Burgemeefleren ontbooden den
Predikant, tegen den vyf en twintigften.
Doch hy antwoordde, dat zyne bezigheden
hem niet toelieten, die week te komen (y)-
Voorts, vind ik niet gemeld, hoe 't met dee-
ze zaak afgeloopen zy.
De Admiraliteit hier ter Stede verzogt,
in July deezes jaars, aan de algemeene Staa-
ten , dat haar vryftaan mögt, de Kaapers
van Salee, zo wel als anderen, te doen aan-
tallen door 's Lands Oorlogsfchepen; alzo
de Regeering aldaar, federt eenigen tyd,
alle de fchepen, die van 't volk verlaaten
waren, al waren zy fchoon door Saleefche
Kaapers gejaagd geweeft, voor goeden prys
verklaard hadden (z): doch ik vind niet,
dat hiertoe verlof gegeven werdt. TulTchen
het zelfde Collegie en het Collegie ter Ad-
miraliteit in 't Noorderkwartier, ontftondt,
ten deezen tyde, een zwaar gefchil,ter ge-
legenheid dat de Convooimeefter te Zwolle,
wiens Comptoir onder het Collegie in 't
Noorderkwartier behoort, na 't openen van
den doortogt daar ter Stede naar Duitfch-
land in't jaar 1652, zwaarigheid maakte,
om goederen te laaten doorvoeren, op pas-
poorten , die, door 't Collegie te Amfter-
dam, verleend waren. Om deeze belem-
mering van den handel van hier over Zwol-
le te fluiten, deedt het Collegie te Amfter-
dam, tegen den inhoud van een Plakaat van
den zesden May des jaars 1623, de Zwol-
fche Veerfchepen, die hier ter Stede aan-
kwamen, onderzoeken («). De twift liep
zo hoog, dat men de Koopluiden , die te
Amfterdam uitgaande regten betaald had-
den, noodzaakte, omze andermaal ook te
Zwolle te voldoen: doch het Collegie te
Amfterdam gaf hun, daarna, de dubbel be-
taalde regten wederom te rug. De twee
Collegien werden 't niet volkomenlyk eens,
voor 't jaar 1660. Zy kwamen toen over-;
een „ dat, van goederen, die 's Winters
„ te lande over Zwolle verzonden werden,
„ 's Lands regt te Amfterdam zou worden
„ betaald, zo zy, binnen agt dagen, hoo-
(x) Refol. Vroedfch. N. 21. 24 Sept. 1654. f. zot verfi.
(y)
Muniment-Regift. £r. B. ƒ. »1 verfo, 92.
(x.) AlTZEMA III. Deel ,bl. 1104.
                                   t
(«) AlTZEMA III. Deel, bl. H04.
6<-, ftondt,aan Burgemeefleren en Kolonellen (Y)-
Doch op zekere gerügten van oproer, werdt,
in Auguftus, beflooten, de drie Compag-
nien, hier ter Stede in bezetting leggende,
in alle flilligheid, te brengen tot op twee-
honderd man, en voor de verzekerdheid en
verfterking der Stad de vereifchte zorg te
doen draagen door Burgemeefleren en vyf
Gemagtigden uit denRaade, de Heeren ^k-
toni Oetgens van Waveren, Cornelis de Graaf,
Heer van Zuid-Polsbroek
, Simon van Hoorn,
Joan Blaauw en Cornelis van Flooswyk (t).
Gerügt
van
eenen
toeleg
op Am-
sterdam
Sommigen melden, dat tot deeze voorzorg
gelegenheid gaf een los gerügt van den op-
togt van Graave Willem van Naflau, uit
Groningen herwaards, met eenige duizen-
den knegten, naar 't fcheen, om de vernie-
tiging der Aéle van Uitfluitinge, met ge-
weld, door te dryven. Doch dit gerügt
bleek, eerlang, ongegrond geweeft te zyn.
Nogtans werden, te Amfterdam, na 't ver-
Herken der bezettinge, buitenwagten uit-
gezet , en gewapende vaartuigen gelegd op
't Y en op den Amftel (h). Doch de onge-
ruftheid verdween, allengskens. De her-
Helling der Vrede maakte de Hollanders,
en de ingezetenen van Amfterdam in 't by-
zonder onbekwaamer om indrukfels te ont-
vangen , ten nadeele der tegenwoordige Re-
te'* ir!«
i-alit
da«1,.
'''S'
de**
tie1.
Moeite
met een
Predi
geeringe (o). Ondertuflchen , was 't ge-
beurd , dat een Predikant van Buikfloot,
Petrus van der Veer genaamd, op den twee
kant vanen twintigften September, hier ter Stede,
flo^" ten huize van Marrit ge Claas, Weduwe van
Gerrit van Kippen,
in de Doeleftraat, ge-
zeid hadt „ dat Kromwei afftondt van 't
„ punt der uitfluitinge van den Prinfe van
„ Oranje, 't welk men toch hieldt in Hol-
„ land gefmeed te zyn." Hy hadt hier by-
gevoegd „ dat de Bickers , tegen eed of
„ belofte, wederom in de Regeering ge-
„ komen waren, en dat zeker ander Bur-
,, gemeefter een At heiß of'Menniß geweeft,
„ en, ongedoopt, Burgemeefter geworden,
„ of geftorven was (tu)." Hiervan waren
beëedigde verklaaringen belegd, ten huize
van Burgemeefter Frans Banning Kok, Heere
van Purmerland
, dieze in de Vroedfchap
bragt. Men verftondt aldaar „ dat zulke
„ lafterlyke gedagten, niet zonder blykbaa-
„ re ondankbaarheid,vallen konden in den
„ minften onderzaat, veel min in Predikan-
„ ten, dewelcke, overtredende de Limiten van
3>
haer beroep, uyt ixereldtfe infichten, haere
averechtfe ende vergiftigde pajfien de goede
(s) Refol. Vioedfch. N. 21. lejuly i«54. ƒ. 199.
ff) Refol. Vroedfch. N. 21. 20 Aug. I6J4- ĥ 199 verfo.
(«J'Thurloes Papers Vol. II. f. 392, J47>577-
(v) WlCQJïEEORT Tom. I. Livr. VlII.-p. 4jo. AlTZE-
MA III. Deel, bl. 1172.
(n>) Muniment-Regift. Li. B. ƒ. 90, 91,
-ocr page 658-
XVII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
591
*54
„ ger op vervoerd werden; doch na den
„ agtften dag, zou 's Lands regt te Zwolle
„ moeten worden voldaan. Van de goede-
j, ren, die over zee naar Zwolle gingen,
„ om verder vervoerd te worden, zou 's
„ Lands regt te Zwolle worden betaald, 's
„ Lands regt van de goederen, die, in 't
„ jaar 1655, °P beide de plaatfen, waren
j, aangegeven, zou, door de beide Colle-
„ gien, elk voor de helft, genooten wor-
„ den (£)."En federt deeze overeenkomt!:,
is my niet bekend, dat de twee Collegien,
over dit punt, eenig verfchil gehad hebben.
's Nagts tuflchen den zesden en zeven-
den January deezes jaars, ftormde het, hier
ter Stede, zo geweldig,.dat het kruis,met
den appel of kloot en den weerhaan, van
den Weiter-Kerks-toor en nederwaarts Hort-
te op het dak der Kerke en op het Kerkhof.
Het yzer onder en boven den appel was in
drie Hukken, en de appel of kloot, die ze-
ven tonnen waters hieldt, midden door ge-
broken (c). Doch alles werdt fpoedig we-
derom herfteld.
Het verval der Weftindifche Maatfchap-
pye, federt het verlies van Brazil, hadt ge-
legenheid gegeven om het Huis en de pak-
huizen , van welken zy zig, in haaren bloei-
jenden ftaat, hier ter Stede, bediend hadt,
tot ander gebruik te fchikken. De Pakhui-
zen op de Y-graft waren, reeds in den aan-
vang deezes jaars, tot een Werkhuis voor
bedelaars bekwaam gemaakt. Doch alzo,
tot het voortzetten deezer onderneeminge,
eene goede fomme van penningen vereifcht
werdt, waarvan de Stad thans niet zeer
voorzien was, vondt men geraaden , het
nieuwe Werkhuis, met het Spinhuis , welk
reeds vry wat gelds in voorraad hadt, te
vereenigen (d): gelyk gefchiedde. In Au-
guftus deezes jaars, werdt de bedelaary by
de huizen verbooden, onder bedreiging, dat
de bedelaars, of ter Stad uit, of in'tnieuw-
lings opgeregte Werkhuis gezet zouden wor-
den (e).
De Schilderkonft bloeide thans zeer te
Amfterdam, en hadt, onder anderen, eenen
voornaamen voorftander aan den Heer Joan
Huydecoper, Heere van Maarfeveen,
en Rid.
der van S. Michkl.
De oefenaars en lief-
hebbers deezer Konfte en eenige Beeldhou-
wers , Digters en anderen, famen een getal
van omtrent honderd uitmaakende, hielden,
le. De Digter Jooft van den Vondel verfcheen I(j>£
ook op dit feeft, daar hy aan 't hooge ein-
de van de tafel geplaatft, en hem, door ie-
mant, Apollo verbeeldende , de Lauwer-
krans , als hoofd der Digteren , opgezet
werdt. Hy vereerde het Feeft ook met
een Gedigt, welk,in zyne Poëzye (f), te
leezen is. Voor 't fcheiden, namen de Kon-
ftenaars en liefhebbers, die voortaan eene
Broederfchap ftonden uit te maaken, een
befluit, om diergelyk Feeft jaarlyks te hou-
den. Doch dit befluit is, zo fommigen fchry.
ven, ■ door nyd en eigenbaat, verydeld (g),
en de gantfche Broederfchap , in 't kort, te
niet geloopen. In Vondels Leven {¥), wordt
het houden van 't S. Lucas Feeft, ten on-
regte zo ik agte,op het jaar 1653 vermeld.
De oorlog met Engeland hadt Amfterdam Welvaart
zo zeer gedrukt, dat men aldaar, iri 't jaar van Am-
1653, beflooten hadt, het nieuw Stadhuis,fterdam>
welk men bezig was te bouwen, flegts van vlede
ééne verdieping te maaken (/)■ Doch de met En-
Vrede was zo dra niet geflooten, of de Koop- geland.
handel, de bron van de welvaart der Stede,
begon te herleeven, en Amfterdam bloeide
wederom, gelyk te vooren. Zelfs, werdt,
V
'Hl s
S
in den aanvang des jaars 1655, eene Keur
1655.
gemaakt tot bepaaling van de overdaad in
bruiloften en maaltyden, waarin,onder an-
deren , bevolen werdt, dat aan de Bruid
geene gefchenken van Juweelen of andere
koftbaarheden gegeven mogten worden, die
meer dan den twintigften penning van 't gene
de Bruidegom ten huwelyk bragt, waardig
waren (k). Ook waren de inkomften der Stad
eenigermaate vermeerderd met de Vrede,
waarom ,• en om dat de toeneemende Koop-
handel nieuwe Kamers van bewind en regis-
oefening vorderde, men wederom overging
tot het eerfte ontwerp,om 't Stadhuis twee
verdiepingen hoog te maaken (l). De aan-
waflende Houthandel hier ter Stede gaf ook
gelegenheid, dat men, met de Heeren van
Rynland, in onderhandeling zogt te treeden,
om de Watering Koßverlooren tuflchen de
Stad en den Overtoom in koop of huur te
bekomen, met oogmerk omze, voor Stads
rekening , wederom te verhuuren aan de
Houtkoopers, om hun hout in te leggen:
waartoe Burgemeefteren, door de Vroed-
fchap, gemagtigd werden (in).
Met het bouwen van het Stadhuis, was D<? Re-
men nu, in zeven jaaren tyds, zo ver gevor- seer'ns
»e
ko
v11-
&
derd,
?p den eenentwintigften Oclober deezes
jaars, een S. Lucas-Feeft in de S.Joris Doe-
voor ï
(ƒ) II. Deel, hl. 371.
(/) Houbkaken Schouwbargh der Schilde« in« Deelt
hl.
329 enz..
(h) BUdx.. S6.
(i) R»foJ. Vroedfch. N. zi. IO jrehr. i«SS.f. 131*«/»
(/Q Keuib. M. ƒ. 224. AlTZlMA Itl. Deel, hl. ,,„ *
(1) R-efol Vroedfch. N. 11. ,o Fetr. 1655. ƒ. Z3i iew>
(OT)RefQi. vroedfch. x. %u il 7«». uss.f, «*,
(*) Zie Groot-Plakaatb. III. Veel, hl, r2f«.
)y |>QMSEI,AAR VI. B,e{, il. +1+ COMMEUN, hl. Hgf,
5 \ u ol- Vroedfch. N. ai. i« J*n. I6j+./. 140,
{.') Handv. hl. 4J8,4JJ>. [«54, W-J
I. STUK.
-ocr page 659-
II. Deel.
AMSTERDAMS
59^
afzondt, die 't fchip bemagtigde , en naar m$'
Monikendam te rug voerde. De Admira-
liteit te Amfterdam viel hierover klagtig
aan de algemeene Staaten. Doch de Ste-
den van Holland hielpen eikanderen de vry-
heid van Monikendam zo ernftelyk voor-
ftaan, dat de klagten der Admiraliteit niet
veel ingang vonden (j).
                                -ef,
Aan Fredrik Willem, Keurvorß van Bran- ^
denburg,
die eene Dogter van Fredrik Hen- ^t
rik, Prinfe van Oranje, ten huwelyk hadt, het ?e'
was, in February deezes jaars, een zoon ge- tcrfcllJj>r
booren. Hy gaf 'er der Stad Amfterdam ^'pü'
kennis van, en boodt haar het Peterfchap de^
aan, welk, terftond, aanvaard werdt.MenH^,
fchonk den jongen Keurprins eenen lyfren-denb'
te-brief van duizend guldens 's jaars, leg-
gende in eene gouden doos, tot eene pille-
gave (0, om welken over te brengen, Bur-
gemeefter Joan Huydecoper , Heer van
Maarfeveen, met een aanzienlyk gevolg,
afgezonden werdt (u).
                                    -„;
Sommigen hebben aangemerkt, dat men, DsIrV
omtrent deezen tyd, te Amfterdam , uit^^vä"
ftaatkundige inzigten ,nu en dan, byzondere F"edfilc
tekenen gaf van agtinge voor het Huis van neflf
Oranje (y), onder welken, veelligt, ook het w°r%,
gereedelyk aanvaarden van het Peterfchap ^%t
over den Keurprinfe van Brandenburg gere- J,t<
kend mag worden. Ook nodigde men, naar ha^
-'t fchynt,met diergelyk oogmerk, de Prin-
feffe Weduwe van Fredrik Henrik hier ter
Stede. Zy hadt haare reis, van tyd tot tyd ,
verfchooven: doch werdt, ten laatften, in
Oftober deezes jaars, met twee Amfterdam •
fche jagten, van Utrecht afgehaald, en ftaa-
telyk ontvangen en getoefd. Te Ouderkerk,
ontmoette haar een groot getal van fpeel-
jagten. De Amfterdamfche jonge Ridder-
fchap reedt, ter wederzyde van 't jagt, welk
haare Hoogheid voerde, langs den Amftel.
Op de blaauwebrugge, lagen zes halve kar-
touwen , die, op haare aankomft, geloft wer-
den. Op ieder der drie andere bruggen, wel-
ken zy door moeft, om aan 't Oude-Zyds-
Heeren-Logement te geraaken, ftondt een
vendel Stads foldaaten gefchaard, die ook
wakker vuurden uit de musketten. Zykwairjj
den eenentwintigften, in de Stad, daar zy,
dagelyks, in 't Heeren-Logement, en den
drieën twintigften, Koningklyk, op't Stad-
huis, op Stads koften, onthaald werdt. De
Burgemeefteren Joan van den Poll, die thans
voorzat, Joan Huydecoper, Heer van Maar-
feveen, Henrik Dirkszoon Spiegel en Nicolaas
Tulp,-
O) AlTZEMA UT. Deel, hl. nj>I.
(t) Refol. vioedfch. N. 21. 17 ^tpril isss-f- *i°> G100I*
Memor. N. IV. ƒ. 5«.
(u) AlTZEMA IH. Deel, hl. II99,
(v) AlTZEMA III. Deel, il. 746,
derd, dat de Regeering befloot, op Don-
derdag, den negen en twintigften July dee-
zes jaars, aldaar, voor 't eerft, zitting te
neemen. Eerft, werden, gelyk als ter in-
wydinge van het nieuwe gebouw, des voor-
demiddags, twee Predikatien gedaan, eene
in de Oude, en eene in de Nieuwe Kerke,
die, door de gantfche Regeering, en door
de meefte Amptenaa/s, gehoord werden.
Daarna, begaf de Wethouderfchap zig naar
haare gewoone Vergaderplaats, op 't Prin-
fen-hof, en toen, ten elf uuren, in rang ,
de Schout, met de roede van Juftitie voor
zig, vooruit, en voorts Burgemeefteren ,
Schepenen, Oud-Burgemeefteren, Thefau-
rieren, Weesmeefteren en Raaden, gevolgd
van de Stads Secretariffen, naar 't Stadhuis
(n). Sommigen hebben aangetekend, dat
aldaar, terftond , eene Keur afgekondigd
werdt, waarby, ter gedagteniffe der inwy-
dinge van 't Stadhuis , de Kermis, die in
September plagt gehouden te worden, op
den eerften Auguftus verplaatft werdt (0).
Maar volgens Stads Keurboek (p), was de af-
kondiging deezer Keure reeds op den ze-
ventienden April deezes jaars gefchied. Doch
't leedt maar weinige jaaren, toen de Ker-
mis wederom op den gewoonlyken tyd ver-
legd werdt; alzo deVleefchhouwers klaag-
den, dat het vleefch , welk zy, omtrent
Kermis, meer dan op andere tyden, plag-
ten te flaan, door de hitte van 't jaargetyde,
te fchielyk, aan bederf onderworpen was (q).
's Nademiddags, verfcheen de Schuttery
voor 't Stadhuis, daar wakkerlyk gevuurd
werdt, ter eere van de Wethouderfchap,
die eikanderen, daarna, onder 't geluid van
allerlei fpeeltuig, op 't nieuwe Raadhuis ,
onthaalde. Ter gedagteniffe deezer intree-
de, deedt de Regeering, door Simon Val-
kenaar,
gouden en zilveren gedenkpennin-
gen fchroeven, die, volgens eene Keure
van den zeventienden December, door nie-
mant, mogten naargemaakt worden (r).
Het Collegie ter Admiraliteit te Amfter-
dam, vermoedende, dat de laading van ze-
ker fchip , leggende voor Monikendam ,
niet naarbehooren aangegeven was,zondt,
in de Lente deezes jaars, den Geweldige en
eenige bedienden derwaards, om het te on-
derzoeken, 't Vermoeden werdt gegrond
gevonden, en 't fchip herwaards te rug ge-
bragt. Doch de Regeering van Moniken-
dam nam 't fchenden van haaren ftroom zo
euvel, dat zy eenen hoop gewapend volk
f»)Refo!. Vroedfch. Lr. A. 30 July 165$. ƒ. 1.
O) DOMSELAARVI. Beekjbl.+oj. COMMELIN, hl, hjt.
(f) M. ƒ, 129.
\q) Refol. Vroedfch. L'. C. 6 J"lJ 16S0. ƒ. 45 wrfi.
(rj Keiub. M. ƒ. zij i/erft.
1655-
eerft,
zitting,
in 't
nieuw
gebouw-
de Stad-
huis.
De Ad-
mirali-
teit hier
ter Stede
raakt in
gefchil
met de
Regee-
ring van
Moni-
kendam.
-ocr page 660-
GES C HIEDENISSEN.
XVII. Boeit.
593
%5. Tulp , nevens den Schepen Dirk Tulp , Zoon
van den laatiten, en den Secretaris Comelis
Bader, aten aan ééne tafel met dePrinfes-
fe. Zy was, voor den agtentwintigiten,
K reeds wederom in den Haage (w).
f Stad De Regeering van Amfterdam hadt, on-
^r" dertufïchen , niet verzuimd, byde Voogden
'8o(je over den Prinfe van Oranje, aan te houden
v' '• '*Q op de afloffing der twee milIioenen,in'tjaar
s- 1Ó50, aan wylen zynen Heere Vader ver-
JdJ' ftrekt; van welken, in de Lente deezes jaars,
\it reeds een millioen moeft afgelegd geweeit
Vu zyn. De Voogden, geene kans ziende tot
deeze afloffing, floegen voor, dat men de
tejjS- Stad, by twintig- of vyfentwintig - duizend
^uv'er" guldens tevens, zou doen betaalen doorby-
zondere Perfoönen, die dan treeden zouden
in 't Verding, welk de Stad met wylen zy-
ne Hoogheid gemaakt hadt: of dat de Stad,
om aan haare penningen te geraaken, zul-
ken van 's Prinfen goederen zou doen ver-
koopen, als zy daartoe bekwaamft zou oor-
deelen. Burgemeefleren waren , reeds in
Maait, verzogt en gemagtigd,om op dee-
zen voet met de Voogden te handelen (»).
't Schynt, dat een gedeelte van de fchuld,
wat laater, afgelegd werdt (y). Doch daar
verliep nog een geruime tyd, eer de Stad,
op zekere wyze, volkomen voldoening be-
j         kwam.
Aek- In den Zomer deezes jaars, was de Pefl
teJer wederom ontfteken hier te Lande, metnaa-
e'e,me te Amfterdam. Zy woedde zo flerk,
dat 'er, hier ter Stede, in den tyd van een
jaar, dat is,tot den Zomer des jaars 1656,
zeflienduizend zevenhonderd zevenentwin-
tig menfchen aan overleeden waren. In de
eerfle zes maanden, flierven wel dertien-
duizend vyf honderd en agt menfchen. Men
oordeelde, dat de lugt thans oorzaak was
van deeze befmettelyke ziekte, om dat de
gewoonlyke Zomer- en Herfftvogels geheel-
lyk vervloogenof geftorven waren. De ramp
hadt ook invloed op den Koophandel. De
fchepen, naar Spanje gefchikt, werden met
de laading te rug gezonden, of mogten, zo
Zy al behoorlyke gezondbrieven medehad-
den , niet dan na eenige weeken toevens, ont-
laaden worden. Het inbrengen van Holland-
tteilf fche geweeven' floffen werdt, in Frankryk
l?t(^> en elders, flrengelyk verbooden (2). De
vlll?of' Wethouderfchap maakte, onder't woeden
nüj^o. der Peftziekte, veeleKeuren,om den voort-
^r^^r gang der befmettinge te fluiten, 't Venten
et> van oude kleederen en vodden mögt ner-
fw) AlTZEMA III. Duel, bl. Iïoj , Uo«.
lx) Refol. Vroerlfch. N. ai. 23 Maart 165J. ƒ. 247.
Groot-Memor. N. IV. ƒ. 5? verfo.
(y) Refol. Vioedfch. Zr. A. 11 Sept, \6ss.f. 12 verfo.
» (*0 Holl. Merc. -van 165J. bl. 127. DOMSF.LA.AR VI.
C"<» bl. 444. COMMELIN» bl. Ugo.
gens gefchieden, dan op het Bolwerk be' iov5;
weften de Reguliers poort, 't Inbrengen efjt-
verkoopen van blaauwe pruimen, zwart e ge maak-
krieken en konkommers werdt volflrektelyk
verbooden. Men ftelde eenige Stads Doc-
toren , Chirurgyns en Apothekers aan, om
de kranken van behoorlyke hulpmiddelen
te voorzien. Wat laater, werden ook drie
buitengewoone ziekentroofters aangefteld.
In de huizen, daar iemant aan de pefl ge-
ftorven was, mögt, binnen veertien dagen
daarna, en zo't vettewaariers waren, bin-
nen vier weeken, geene neering gedaan,
en de deuren derzelven alleen om uit en
in te gaan geopend worden. Zo de pefl
by een' Vleefchhouwer kwam , mögt aldaar
geen vee geflagt worden , binnen "zes wee-
ken na dat de laatfle kranke geflorven, of
genezen was. 't Stroo, waarop een kranke
gelegen hadt, moeft verbrand worden. De
doodkiften moeiten , met pek , waterdigt
worden gemaakt. Elk moeft de goot voor
zyne deur, tweemaal ter weeke, doen rei-
nigen. De lyken moeiten, ten langde bin-
nen drie etmaalen, begraaven worden. De
draagers en rnedegangers mogten geene Jan*
ge rouwmantels aan hebben, en delaatflen
niet op de Kerkhoven komen. Ook mögt
men 't fterf huis met geene wollen rouwftof-
fen behangen. In Auguflus, werden, eeni-
ge-klagen agtereen, honderd en tagtig pek-
tonnen gebrand, op zéftien onderfcheiden'
plaatfen in de Stad. Zo groot was deflerfte,
in September, dat belaft werdt, dat kinde-
ren en ongehuwden,'s morgens voor negen,
en in de oude en nieuwe Kerke, voor elf
uuren, moeiten begraaven worden. Ook
werdt het opfchikken van lyken verbooden.
Ten zelfden tyde, werdt, ter oorzaakeder
kleinte van 't Kerkhof aan de Wefler-Ker-
ke, en den flank, die 't begraaven aldaar,
veroorzaakte (#), het Bol werk voor de Blom-
graft tot een nieuw Wefterkerkhof gefchikt.
Ook werdt toen eene verdeeling gemaakt van
de wyken, die, op ieder der zes Kerkhoven,
zouden moeten begraaven. Het toeneemen
der kwaaie gaf, op vertooninge van den
Kerkenraad (&), gelegenheid , tot het in-
flellen van eenen weekelykfchen Bededag,
die, met Woensdag den agtflen September,
ten vier uureï*, aanving. Doch in Decem-
ber , was de fterfte in zo verre afgenomen,
dat het Geregt beval, dat de lyken weder-
om, op den gewoonlyken tyd, des nade-
middags , begraaven zouden worden: en in
January des volgenden jaars, bevondt men,
dat het getal der dooden het gewoone ge-
tal
(*) Refol, Vroedfch. L*. A- "yAug. i5jj. ƒ. 5.
(b)
Refol. Vtoedfch./>'• A. 4 iep;. i6jj./. 11 W»,
Hhhh z
-ocr page 661-
.«at. —
&JSZTGT T^tJV-'jr ÓzrjOK WKSTJÏJ
mica of.
-ocr page 662-
AMSTERDAMS
II. Deel.
594
téS6
16 SS- tal niet veel te boven ging, waarom, in de Lande, meer dan tweehonderd duizend gul-
plaats van den weekelykfchen Bededag, op dens verzameld, die hun, eerlang, werden
Woensdag den vyfden, een plegtige Dank- overgemaakt (//). Te Amlïerdam, was een
dag gehouden werdt (c).
                            goed gedeelte van deeze fomme byeen ge-
De eed In July des jaars 16 55, werdt by den Raad bragt: van welke, zo my gebleeken is, in
van
vervat
den Bur-
gereed.
yerftaan, dat allen, die Raaden geweeit wa- twee reizen, meer dan zeven en zeilig dui-
ren, zouden aangemerkt worden als Bur- zend guldens werdt uitgekeerd (z). Ook
gers, al haddenze verzuimd, den Burger- kwamen , eerlang , ruim driehonderd van
eed te doen; alzo de eed van Raad geoor- deeze verdreevenen herwaards, die zig ge-
deeld werdt, den Burgereed, volkomenlyk, negen toonden, om de nieuwe Volkplanting
te vervatten (d).
                                        der Stad , in Nieuw Nederland, te helpen
De Stad
ftigt ee-'
ne Volk-
planting
In Noord-America, was, in 't jaar 1609, bevolken (k). En werden, federt, ten zelf-
door Henrik Hudfon, in dienft der Veree- den einde, van tyd tot tyd, perfoonen en
nigde Ooftindifche Maatfchappye uitgevaa- huisgezinnen aangenomen (/).DeStadnam,
um ren, op de hoogte van ruim eenenveertig nog voor 't einde deezes jaars, vyfentwintig
Neder- graaden , ontdekt een Gewefl , welk hy duizend guldens op, ten behoeve der Volk-
land. Nieuw Holland noemde , en welk , nader- plantinge, en om dezelve van eenige noodi-
hand, den naam van Nieuw Nederlandkreeg ge waaren te voorzien (jn). In de Lente des
(e). De Wellindifche Maatfchappy, federt jaars 1657, waren 'er wederom driehon-
zynde opgeregt, zondt volk en vee naar derd Planters byeen gebragt, gereed tot
dit Gewefl, en voer 'er op, van tyd tot tyd. de reize naar Nieuw Nederland. Men be-
Haare dienaars en planters kogten veel floot toen , nog zesendertig duizend gul-
Lands van de Amerikaanen, en onder an- dens , ten zelfden einde , op te neemen,
deren een Eiland in den mond der Riviere en de Volkplanting te voorzien van eenen
Manhattans, die tegenwoordig Hudfons Ri- Predikant ( n ). Kort te vooren, was 'er
"uier heet; op welk Eiland, eerlang de Sterk- nog tienduizend guldens toe opgenomen.
te Amßerdam en de Stad Nieuw Amflerdam Wat laater, nog zesduizend. Doch in 't
1656. gelligt werden (ƒ). Over dit Eiland, hadt begin van September, vorderden de Ge-
de Maatfchappy 't beftier opgedraagen aan magtigden tot het opzigt over de Volk-
de Kamer Amflerdam, die zig, in den aan- plantinge wederom nieuwen onderfland. Men
vang des jaars 1656, genegen toonde, om begon toen te zien, dat de kollen der Volk-
een gedeelte haarer bezittingen in Nieuw plantinge het voordeel, welk zy gaf, te
Nederland over te doen aan de Stad. Men boven gingen., De Vroedfchap verklaarde,
oordeelde, in de Vroedfchap, dat dit Land, nooit van meening geweefl te zyn, omze, tot
behoorlyk bebouwd wordende , alles zou zo zwaare koften, te onderhouden (0). Nog-
konnen uitleveren, wat tegenwoordig uit de tans verfchafte zy, in de Lente des jaars
Ooflzee gehaald werdt, tot maften toe: en 1658, nog wederom twintigduizend guldens,
menbefloot, hierop, met de Maatfchappye, en zondt, op nieuws, een fchip met eenige
over den koop van het zelve, inonderhan- planters derwaards (p~). In 't najaar, werdt
deling te treeden, op dat men niet altoos geraadpleegd op middelen, om Nieuw Ne-
van de Ooflzee zou behoeven af te hangen derland, met minder koften, teonderhou-
(g). 't Land werdt gekogt. Burgemeefteren den, en te gelyk beflooten, nog wederom
en Raaden beraamden, in November, eeni- zesduizend guldens, voor de Volkplantin-
ge voorwaarden, ten behoeve van zulken, ge, te ligten. Men maakte eenige veran-
die zig aldaar zouden willen nederzetten, dering in de voorwaarden, ten behoeve der
om den grond te bebouwen en te beplan- Planteren opgefteld, alzo dezelven al te na-
ten. De Hertog van Savoje, misnoegd op deelig bevonden werden voor de Stad (q). De
zyne Gereformeerde onderdaanen, in de Planters, die hunne goederen, immers ge-
dalen van Piemont, bekend by den naam deeltelyk , zonden werwaards zy wilden,
van Waldenzen, hadt dezelven,.federt eeni- werden nu, onder anderen, verpligt, om
gen tyd, naar hun oordeel, te hard gehan
deld, en genoodzaakt, hunne wooningen te
verlaaten. Voor deeze luiden, was, hier te
dezelven alleen naar deeze Stad te zenden.
Doch
(h) AlTZRMA III. Deel, bl. 1240.
(i) Groot-Memor. N. IV. f. 96, 10«.
(kj Holl. Merc. van iS$6. bl. 12.0. DOMSELAAlt VI«
Boe(^, bl. 407 enz.. COMMELIN bl. II57.
(I) Groot-Memor. N. V. ƒ. 51, 79, gt verfo.
(ra)
Relbl. Vroedfch. Ar. A. n Nov.. 1656. f. Ijï verfo,
\n)
Refol. Vroedfch. ƒ.». A. 3 Maart l6S7-f. 19»i/érfi-
(o)
Refol. Vroedfch. Lt. A. 4 Julj, 7 Sopt. lósj.f.ziS-
(p)
Refol. Vroedfch. L'. n. 11 April I6>S. ƒ. 16.
, (q) Rcfel. Vroedfch, L'. E. 19 OiUb. aa Dec. !«»•ƒ•
ss, 72,
(c)  Keutb. M. ƒ. 23 j, 23«, «)9«'/',
244)
24.J verfo,
Ï4fi ,149, 2Jo,iSI verfo, 257,258.
(d)  Refol. Vroedfch. lt. A. 30. Jttlj
'SJS. ƒ. 2, verfo.
Handv. bl. 123, [169.]
(e)  J. de Laat Bcfchr. van Weftindie, bl. 83 enz,.
(f)  Memorie van 28 Febr. !«$+. in 't Verbaal van H
BEVERningk bl. 608 mx..
(X) Refol. Vroedfch. Lt, A. 3 Maart 165$. f. 7«.
v.
-ocr page 663-
GESCHIEDENISSEN.
XVII. Boek.
595
%S.
Doch dit punt werdt, in 't begin des jaars
1659, m zoverre, veranderd, dat zulke
Planters, die de kollen hunner overvoerin-
ge aan de Stad voldaan hadden, hunne waa-
ren mogten voeren, werwaards zy wilden,
behalve de Pelteryen, en de waaren , die zy
naar 't Ooflen,naar 't Noorden, of naar de
Nederlanden wilden fchikken; alle welken zy
gehouden zouden zyn, herwaards te bren-
gen (r). Doch het onderhoud deezer Volk-
plantinge viel der Stad in 't begin zo fcha-
delyk, en 't gene van daar gebragt werdt,
leverde zo weinig uit, dat men, inSeptem-
tember daarna, befloot, Zig dezelve weder-
om kwyt te maaken, enze, ten befte moge-
lyk , aan de Weflindifche Maatfchappye
wederom over te doen (Y); doch deeze toon-
de hiertoe geene gezindheid altoos. Mid-
lerwyl, werden 'er, in de jaaren 1660 en
1Ó61 , nog wederom negenentwintig dui-
duizend tweehonderd en vyftig guldens, ten
behoeve der Volkplantinge, geligt (r): en
in 't jaar 1662, aan vyfentwintig Huisge-
zinnen van Mennitlen, die zig derwaards
begeeven wilden , honderd guldens ieder
toegedaan (w). Van dien tyd af, begon de
Volkplanting te bloeijen. De Scheepvaart
en Koophandel derwaards, die gedeeltelyk
gefchiedde voor Stads rekening, nam toe (V).
Doch de oorlog met Karel den II., Koning
van Groot-Britanje, die, in 't jaar 1664 ,
ontflak, deedt alles van gedaante verande-
ren. De opkomende Volkplanting werdt,
in 't zelfde jaar, omtrent den aanvang van
September , door Robert Holmes , bemag-
tigd(io). De Koning behieldtze, by de Vre-
de des jaars 1667. Nieuw Nederland werdt,
federt, Nieuw Tork vernoemd, welke naam
ook aan Nieuw Amfierdam gegeven werdt.
Ondertuffchen , hadt de Vroedfchap van
Amfierdam, in't jaar 1665, beflooten, het
Burgerregt deezer Stad te fchenken aan de
geweezen Burgers van der Stede Volkplan-
tinge in Nieuw Nederland (x).
De Regeering van Engeland hieldt, in 't
jaar 1656, waartoe wy nu wederkeeren ,
ter gelegenheid der Vredebreuke met Span-
je fj), Oorlogsfchepen in de Spaanfche en
in de Middellandfche zee, die ondernamen,
de Koopvaardyfchepen van ingezetenen van
(r) Refol. Vroedfch. L'. B. lo Maart i«j». ƒ. 91.
(s) Refol. Vroedfch. L'. B. 30 Sept. 16S9. f. ISi verfa.
(t) Refol. Vroedfch. Lr. C. 25 ^Aug. 16 Nov. 1660, 6 Jan.
S May I66I. ƒ. 50 verf«, 82,99, 132.
(u) Refol. Vroedfch. Lr. C. 20 ^April 1662. ƒ. 192.
(v) Refol. Vroedfch. L'. C. zzFebr. 10, 16 Maart J6S).
J. 233 verfa, 24.0, 244. L'. D. 10 *Aag. 2+, 26 Otl, 1663.
f' 26, 48, 4».
,(w) Brieven van en aan den Raadp. DE Witt, IV. Deel,
t'-
386, 387. Holl. Merc. van 1664. bl. 152. Vaderl. Hift.
*«1. Deel, bl. 119.
(*) Refol. Vroedfch. /.'. E. 26 Aug. I66j. ƒ. ig,
O) ZU Vaderl. Hift. XII. Deel, bl. jsj.
deezen Staat aan te houden, te onderzoe- k5<-(5.
ken, en, op vermoeden dat zyContreban- '
de goederen voerden, op te brengen. De
Scheepvaart deezer Landen , en die van
Amfierdam in 't byzonder werdt, hierdoor,
geweldiglyk, belemmerd. Het Collegie ter
Admiraliteit hier ter Stede en de Regeering
zelve (z) hadden, over 't gedrag der En-
gelfchen, reeds meer dan eens, geklaagd
ter algemeene Staatsvergaderinge, zonder
dat 'er eenig beßuit op gevallen was. Het Heimelr-
Collegie vondt dan goed, zelf eenige orde ke lad '
te flellen, geevende den Bevelhebber Gi- äer Ad-
deondeWildt, den Vice-Admiraal Michiel™^^
Adriaanszoon de Ruiter
, en den Kapiteïnen. stede,
der fchepen, die onder hunne vlagge voe- om zulks
ren, heimelyken lafl, den derden Novem te TOM-
ber gedagtekend „ om denEngelfchenOor- komsn-
„ logsfehepen, in zee, behoorlyke eer te
„ bewyzen, met het flryken der vlagge, 't
„ laaten loopen van 't marszeil, en het doen
„ van eenige eerenfehooten. Zo de Engel-
„ fchen de Koopvaarders onder 's Lands
„ Convoi wilden onderzoeken, onder voor-
„ wendfel, dat dezelven naar vyandelyke
„ Plaatfen gefchikt waren, moefl men hun
„ voorhouden,dat de fchepen hier teLan-
„ de t'huis hoorden, en geene Contrebande
„ waaren inhadden, met aanbieding van 't
„ een en 't ander, met de Zeebrieven en
„ Paspoorten, te willen bewyzen. Indien
„ men, desonaangezien , de fchepen wilde
„ aanhouden , opbrengen en ontlaaden,
„ moefl men den Schipperen belaften, zulks
„ niet tegedoogen. ZodeEngelfchendreig-
„ den, geweld te zullen gebruiken, moeil
„ men zig gereed maaken, om het metge-
„ weid af te keeren; en zo zy tot daadelyk
„ geweld overgingen, moefl men 's Lands
„ eer betragten, en zig manmoediglyk ver-
„ dedigen: maar in beflooten havens, of
„ onder't bereik van Sterkten, of onder de
„ magtigeVlooten van.BMc? en Mountague,
„ moefl men zig van het pleegen van ge-
„ weid onthouden." Doch de algemeene
Staaten beflooten, eerlang, deeze orde we-
derom in te trekken. De Vice-Admiraal de
Ruiter, beklaagde zig hierover, in eenen
brief van den zeflienden December aan de
Admiraliteit, te Amfierdam, fchryvende ,
onder anderen, in eenen regtfehaapen zee-
mans flyl „ dat het intrekken der orde voor
„ V Lands Dienaars ondraaglyk was; dat zy,
„ by de Koopluiden en by 't gemeen, voor
eerlooze fchelmen zouden worden uitge-
„maakt; dat niemant zyn Convooi zou
„ können befchermen; dat de minfle En-
„ gelfchman hen zou zoeken tehoonen, de
„ fche-
(z.) De Witt Brieven, III. Z)«;, bl. 117.
Hhhh 3
1)6
-ocr page 664-
AMSTERDAMS
IL Deel.
596
i6fi
zou. De Stad, om dit onheil te verhoeden»
verwierf, derhalven, op den zeventienden
Auguftus deezes jaars, Oclroi van's Lands
Staaten, dat niemant in de gemelde Am-
bagtsheerlykheden zou mogen flagturven,
dan met bewilliging van Burgemeefteren »
als Ambagtsheeren (d). .
De voorflag, die, al voor twee jaaren,
in de Vroedfchap deezer Stad, gedaan was,
om het Vegtwater in, of ten minfte nader
aan de Stad te brengen, werdt, in de Len-
te deezes jaars, wederom vernieuwd. Men
hadt reeds een Ontwerp gemaakt, om eene
Graft te graaven, uit de Vegt by Nigtevegt,
door het Land van Oud of Klein Muiden,
onder Holland gelegen, tot in het Gein ;
welke Graft groot gemak toebrengen zou
aan de Brouwers , die nu veel gereeder by
't Vegtwater zouden können komen dan
voorheen,en niet door Weesp behoeven te
vaaren, waarom zy, omtrent deezen tyd,
duizend guldens 's jaars, voor 't gebruik van
zulk eene Graft, uitbooden. De koften van
't werk werden op twee en veertig duizend
guldens begroot, en Volkert Gerritszoon Kr ook
hadt 'er Oftroi toe verworven van 's Lands
Staaten, het regt van welk O£troi hy, eer-
lang , aan de Stad afftondt. Men befloot,
in Juny, voort te vaaren met het werk (e).
De voornaamfte zwaarigheden in het zelve
waren, dat de ontworpen Graft zou können
gebruikt worden tot eene doorvaart voor
fchepen, tot groot agterdeel voor de Stad
Weesp; en dat Amftelland, door dezelve,
zou können belaft worden met vreemd wa-
1656. »» fchepen te onderzoeken enteneemen; en
,, hen nog als Jan Gats uitlagchen enz."
De Ruiter kreeg hierop laft van de Admi-
raliteit te Amfterdam, om zig aan de ge-
heime orde te houden. Zeeland nam dit
zeer euvel. Doch men meende, dat de
Admiraliteit dien ftap, niet zonder kennis
der Staaten van Holland, gedaan hadt («).
Ondertuflchen, vind ik niet, dat 'er, ten
deezen tyde, iet van belang, tuflchen de
EngelfcheOorlogsfchepen en de onzen voor-
viel.
De Stad Het toeneemen van het getal der ingeze-
ftaat der tenen in Amfterdam, welk ook het getal
Diaconie der behoeftigen deedt toeneemen , gaf, om-
plaats tot trent (jeezen ty(jj gelegenheid tot deopreg-
ö
e
Wees
huis toe
ting van een nieuw Weeshuis der Gerefor-
meerde Diaconie, waartoe de Stad, in den
dar-
aanvang deezes jaars, een ftuk gronds by
de Zwaanenburgsbrugge aan de Diaconie
vereerde (£). 't Gebouw werdt, in 't vol-
gende jaar, voltrokken.
Zy doet
het klei-
ne Loop
veld ver-
breeden.
Een uur gaans van de Stad, tuflchen den
Amftel en den Veendyk, in de Ambagts-
heerlykheid van Amftel]and, lag, vanouds,,
een Weg, het kleine Loopveld genaamd, die
zo fmal was, dat de rytuigen eikanderen al-
daar niet myden konden, naar behooren. De
Stad, belang hebbende by het verbreeden
van deezen weg, verwierf, den zeventien-
den Maart deezes jaars, Oclroi van's Lands
Staaten, om de gronden en landen, die tot
verbreeding van den weg zouden noodig
zyri, volgens de fchatting van de Geregten,
onder welken dezelven gelegen waren, te
mogen naar zig neemen, en om een Gabel
te mogen heffen van twee penningen of een
duit, van elk' menfch, die den weg langs
ging (V). En in gevolge van dit Oclroi,
werdt het kleine Loopveld,kort hierna,op
Stads koften, verbreed,
't Slag- De Haarlemmer-Meer hadt, federt vee-
naven in \e jaaren, een aanzienlyk gedeelte van de
j^jf" Landeryen, gelegen in de Ambagtsheerlyk-
heerlyk- heden van Amfterveen, Slooten, Slooterdyk,
heden Osdorp en de Vrye Geer, der Stad toebe-
der Stad hooren.de , weggenomen. En desonaange-
ÏSboo- zien ' Was het durven, in de gemelde Am-
den, zon- bagtsheerlykheden, door de oogluiking der
der'haar Baljuwen, zofterk voortgezet, dat de Veen-
verlof, plailen, die ter diepte van agttien of twintig
voeten waren uitgebaggerd , op fommige
plaatfen , naauwlyks vyfentwintig roeden
van de Meer af lagen: welke ffnalle ftrook,
doorbreekendc, een groot gedeelte der ge-
noemde Ambagtsheerlykheden, voor eene
verderfelyke overftrooming , bloot Hellen
(«) AITZEMA UI. Detl,bl. 119%, 1199.
(b) Refoi. Vroedfch. Lx. A. 6, iS Jan, 1656. f. ;j,
(fj Handy, tl, 35^.. [123.]
Doch beide deeze zwaarigheden wer-
ter.
den weggenomen, van de zyde der Stad. Zy
verbondt zig, tot voorkominge der eerfte,
by 't begin der Graft, in den Vegtdyk al-
leen , te zullen laaten fteeken een' duiker
met drie keelen, ieder niet wyder dan ze-
ven Rynlandfche voeten, en zo laag, dat
'er ook de kleinfle fchuitjes niet zouden door
können. Tot wegneeminge der tweede zwaa-
righeid, zou zy, ten einde der Graft, en daar
dezelve in 't Gein uitkwam, een fluisjelaa-
ten leggen, met zulke fchutdeuren voor-
zien, dat het Vegtwater, daardoor,ten al-
len tyde, uit Amftelland zou können gehou-
den worden. Op deezen voet, werdt,den
veertienden September, eene overeenkom!!
geflooten tuflchen Burgemeefteren van Am-
fterdam en Dykgraaf en Heemraaden van
Amftelland (ƒ), die, vooraf, door den Raad,
was goedgekeurd (g). Ook kwam men over-
een
(d)   Handy, bl. 3Z3.
(e)   Refol Vroedfch. ir. A. 18 Maart, 14 Juny iöjfj. ƒ•
8z -verfo 3 11 o verfo.
(f)  Groot-Memor. N. IV. ƒ. in, 113. Handv- *'•
43^- [iJ3.]
U) Kefol. Vroedfch, Lr. A. 11 Sept. I6j6. .ƒ. M7veri°>
-ocr page 665-
XVII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
597
IC5<5. een met de Brouwers, dat zy, voor 't ge-
bruik van 'c Vegtwater uit de"nieuwe Graft,
vyftien honderd guldens 's jaars betaalen
zouden: doch zo 't werk minder dan vyftig
duizend guldens koflte , naar gelang zo veel
minder, gerekend tegen drie ten honderd (/ƒ).
't Werk bleef nogtans fteeken. In 't jaar
1663 , verzogten de Brouwers nog, dat het
mögt worden voortgezet (i). Doch het is,
ft tot nu toe, agter wege gebleeven.
ü!,*pad De Steden Amfterdam en Gouda, over-
laar m eengekomen zynde wegens hetmaaken van
Vda eene Vaart en Trekpad tuffchen de twee
^aakt. Steden , hadden daartoe , op den zesden
April, 06troi verkreegen van 's Lands Staa-
Men begon met. de verfterking van het Ei- lt557.
land Kattenburg. De ingezetenen aldaar, ,
hadden, reeds in 't jaar 1655, geklaagd, Sten-
dat zy, des nagts, door het ophaal en der burg
brugge, gelegen ten einde van het Kiland, worde
van de Stad werden afgefneeden (q). Men beti"1"
befloot, hierop, de brug te verleggen, enra
een Wagthuis te Hellen op het uiterfte Bol-
werk (r). Sedert, werdt nader op de ver-
fterking van Kattenburg geraadpleegd (J").
't Werk werdt, eerlang, tot volkomenheid
gebragt, en de tot hiertoe onbetimmerde
erven op het Eiland, van Stads wege, ver-
kogt. Onder anderen, vind ik, dat de Stad,
in 't jaar 1660, twintig erven op Katten-
burg, tot zeshonderd guldens ieder erf, ver-
kogt heeft aan Henrik Rufe, buitengewoon
Ingenieur alhier, die beloofde, dezelven, tot
fieraad der Stad, te zullen doen betimme-
ren (t). In den aanvang des jaars 1657,
was reeds beflooten, den grond, benoorden
de nieuwe Vaart op Kattenburg en verder
gelegen, tot aan en omtrent Outewaal, zo
aan de Admiraliteit als aan anderen , tot
Scheepstimmerwerven uit te geeven (ii);
gelyk , federt, gefchiedde. De vergroo-
ting der Stad aan de Ooflzyde werdt toen
vlytiglyk voortgezet: en zy verwierf, op
den tweeden May des jaars 1663, het ge-
woonlyk OcTrroi van 's Lands Staaten, om de
erven, die binnen de wallen getrokken wer-
den , volgens de fchattinge van Schepenen,
te mogen naar zig neemen (ü).
By de Vroedfchap deezer Stad was, in De Stad
November des voorleeden jaars, in beden- raad-
king gekomen, of men, uit kragte van hetP,eeëtoP
Oftroi, den agtentwintigften July des jaars jjf^jj*
1523, door Keizer Karel den V., aan die varj eeu
van Nieuwer-Amftel of Amfterveen, tot het Paarde-
houden eenerPaardemarkt,op de twee laat-markt,
fte dagen in Auguftns, verleend Qw), ook
hier ter Stede, eene Paardemarkt zou kön-
nen opregten (x). Doch men oordeelde,
na ryp beraad, dat de Stad zig , met dit
Oclroi, niet zou können behelpen, zo om
dat het zelve, reeds zo oud zynde, ligte-
lyk zou können aangemerkt worden als ver-
jaard , als om dat de Privilegien een bepaald
regt gaven, en zig niet verder ftrektendan
tot de perfoon of perfoonen, aan welken de-
zel ven verleend waren. Men verftondt nog-
tans, dat alle Steden bevoegd waren, om
ongetrivikgeerde Paardemarkten te houden,
dat
M Refol. Vroedfch. L'. A. 10 Nev. i6ss- fi »7-
(V) Refol. Vroedfch. V. f- *9 £.». 1««. f. 3 3 w/i.
(s) Refol. Vroedfch. Z-'- A. "fc i«ï«. ƒ. IJ2 verf,,
(t\ Refo Vroedfch. L*. B. 28 Jan. i<«o. f. Ho v„r
fö Refol'. Vroedfch. U.A. i, ?*«. l«S7. ƒ. „,. J
V„) Haodv. bl. i. [887.]
(w) Handv. bl. }2I.
\X) Refol, Vioedfch, /.'. A. II Nev. lS$6.f. i;j,
16
'57. ten (£). De Staaten van Utrecht, over
welker bodem, omtrent den Uithoorn, de
Trekweg, voor een klein gedeelte, loopen
moeft, verleenden haar , den zeïlienden
July des jaars 1657, een diergelyk Oclroi (/):
waarna 't werk, tot groot geryf der beide
Steden, in korten tyd, voltrokken werdt.
A11^ In de Lente deezes jaars, klaagden, on-
<*da;
i)ers"m" der andere ingezetenen deezer Landen, de
^agen Koopluiden van Amfterdam zeer over de
(^>' den zwaare tollen, die, door den Graave van
£ls te Oldenburg, te Elsvliet beneden Breemen,
c- gevorderd werden. Men tradt, van wege
de algemeene Staaten, hierover in onderhan-
deling met den Graave (?«); doch daar ver-
liep vry wat tyd.s, eer men hem van gedrag
kon doen veranderen.
De uitrufting ter zee, die, in 't voorlee-
CT den jaar, begonnen was,hadt eenigeagter-
^de^'fdogt verwekt aan 't Spaanfche Hof, daar
Ate vermoed werdt, dat men 't daarmede op
«la^f- Spanje hadt aangezien. De Spaanfche Am-
^aitj°nt" baffadeür , Don Eflevan de Gamarra , gaf
zulks den Staaten te kennen. Doch hy werdt
haaft geruft gefteld («). 't Belang van den
Staat vorderde het onderhouden der herftel-
de vriendfehap met Spanje. Men begreep
zulks vooral te Amfterdam, werwaards de
gemelde Ambaffadeur, in deezenjaare 1657,
een' keer deedt, en treffelyk ontvangen
werdt (o)- Omtrent twee jaaren te voore.n,
hadt men, op zyn verzoek, hier ter Stede,
een Engelfch jongman, Richard genaamd,
ï>e $t , in het Tugthuis gezet (p).
\(jt. Het ontwerp om Amfterdam aan deOoft-
r> de' zydeuit te leggen, en te verfterken, welk
^ 2y- voor veele jaaren genomen was, werdt, om-
' Ver" trent deezen tyd, ter uitvoeringe gebragt.
V>) Handv. bl. 434. [u+>]
V) Refol. Vroedfch. Ir. C. 14 n0Vm j^j. ƒ. tf2.
(k.) Handv. hl, 4z«. [126.]
tO Handv. bl. 417. [117.]
(m) AlTZEMA IV. Deel, bl. 19« e»z,
t») Vaderl. Hift. XII. Deel, bl. 447.
C«; Vondels Poè'zy, I. Deel, bl. j87,
iP) «W8t-Memor. N. IV. ƒ. 64-
-ocr page 666-
II. Deel-
A M S T E R D A MS
593
By het gemelde ongeluk, kwam, op den 1^59-
veertienden May des jaars 1659, een an-Een 1^^"
der. De fteenen brug, op drie boogen,over nen bi|>»
de Prinfen graft by de Leliefluis leggende, "or
dat zyn zodanigen, waar men iemant, om
fchuld , bekommeren of arrefieeren mag.
En hierop werdt goedgevonden, zulk eene
Paardemarkt hier ter Stede op te regten,
die tweemaal 's jaars, in April en in Au-
guftus, gehouden worden, en, t'elken rei-
ze, drie dagen duuren zou (y). Doch dit
befluit is niet ter uitvoeringe gebragt, of
heeft ten minfte geen gevolg gehad. _
De Staaten flooten, in Juny deezes jaars,
een naauw Verbond met Fredrik den III.,
Koning van Deenemarke, die thans met
Zweeden in oorlog was, en van hier , eer-
lang, met geld en oorlogsfchepen, onder-
fteund werdt (z). 't Sluiten van dit Ver-
bond gaf gelegenheid, dat de Koning van
Deenemarke, op verzoek van den Heere
CoenraadvanBeuningen, Penfionaris van Am-
fterdam,en buitengewoon Ambaffadeur der
Staaten aan het Deenfche Hof, deeze Stad
beveiligde in alle de Privilegien, die zy en
haare handeldryvende ingezetenen, van de
Koningen, zyne Voorzaaten. ontvangen had-
den De brieven, die hier van verleend
werden , waren , op den agttienden May
des jaars 1658, te Koppenhagen, gedag-
tekend O).
                       .              . .
1657-
ftortte, onverhoeds, in. Zeven of agt me.n-
fchen lieten 'er 't leeven. E enige anderen,
die in 't water gevallen waren,werden,ge-
lukkiglyk, gebergd (ƒ). Doch deeze ramp pe BeUfS
gaf aanleiding tot het verbeteren van dege-vv^c
welffels der Beurs, die nu ruim vyftig jaa- ver' ^
ren geftaan hadt, en welker gaanderyen,b°u
ten Noorden en ten Zuiden, begonden te
zakken : 't welk , door het inbuigen der
booge, waarop 't gebouw ruft, en door wel-
ke, de vaartuigen, met geftreeken maften,
uit den Amftel in het Damrak, en vandaar
te rug, plagten te können vaaren, veroor-
zaakt was. 't Gebouw werdt dan, op beide
de gemelde plaatfen, uitgebroken, en de
ilaauwe boog aldaar met eene halfronde
boog onderfteund. De Koopluiden hielden,
terwyl de Beurs verbouwd werdt , hunne
Byeenkomften in de Nieuwe Kerke, en ver-
gaderden eerft, op den eerften January des
jaars 1660, op de herftelde Beurs; die, eeni-
ge jaaren laater (g), op nieuws, moeit wor-
den uitgelegd (£).
                                           ,
Terftond na de gewoonlyke verandering De y$
der Regeeringe in February, werdt, door der &
myne Heeren van den Geregte,de rangbe-"11 %?
paald tuffchen de Heeren Commiffariffen, ea"|d.
in alle de *ondergefchikte Collegien van Re- * JtM
geeringe en Regtsoefeninge hier ter Stede: ten*
te weeten, de oudfte Commiffariffen in de
Magiflrature zouden, in alle de byzondere
Collegien, voorzitten, uitgenomen dat de
Oud Schepenen en Raaden, in de gemelde
Collegien, de voorzitting zouden behouden,
als naar gewoonte (i).
De Staaten van Holland hadden, onlangs, op^
orde gefield op de grootte der Turftonne te N^t
binnen deeze Provincie , ter gelegenheid ?%$.
eener nieuwe Ordonnantie aangaande denting^
Impoft op de Turf. Te Naarden, was de b#$*
Turfton, naar de voorgefchreeven grootte, da*fa
gemaakt. Doch eenige onruftige ingezete- 1>"L
nen verwekten , ter deezer gelegenheid,
eene byftere beroerte, op den negentienden
May. De nieuwe Tonnen werden allen ver-
nield: 't huis des Pagters van de Turf op-
gebroken en geplonderd, en de Wethou-
derfchap der Stede, eindelyk, genoodzaakt,
op den eenentwintigden, af te kondigen,
dat de Turfpagt, voortaan, geheeven zou
wor-
De Ko-
ning van
Deene-
marke
beveiligt
de Stad
in ds
voor-
heen ver-
leende
Vryhe-
den.
1658.
Vrye
vaart op
Portugal,
onaange-
zien den
oorlog.
De Staaten der Vereemgde Provinciën
vorderden, federt eenigen tyd, vergoeding
van de Kroone van Portugal, wegens het
verlies vanBrazil, welk der Weftindifche
Maatfchappye , door de Portugeezen, af-
handig gemaakt was. Doch alzo deeze ver-
goeding agterbleef, hadt de Staat, in den
Herfft des jaars 1657 , aan Portugal den
oorlog verklaard (i> Desonaangezien, bleef
de vaart en handel derwaards open, en de
Admiraliteit te Amfterdam verleende, open-
lvk, Paspoorten en Zeebrieven voor goe-
deren en fchepen op Portugal. Het zenden
van oorlogsbehoeften derwaards was alleen-
lyk verbooden (O-
Het fpringenvaneen Kruidmolen aan den
den Heiligen of Overtoomfchen weg, welk
den twaalfden September des jaars 1657
voorgevallen was (i), en vry wat fchade
veroorzaakt hadt, gaf mynen Heeren van
den Geregte, in de Lente deezes jaars 1658,
aanleiding tot het maaken eener nieuwe Keu-
re, omtrent het behandelen, bewaaren en
vervoeren van het Buskruid, en omtrent het
maaken der Kruidtoorens langs den Heili-
gen weg. Zy was, den zevenden May, ge-
dagtekend (e)
Keur
omtrent
het Bus-
kruid.
(y) Refol. Vroedfch. Lr. A. 15, 10 Jan. iSsy.f. u}
:rfo , 187.
(x.) Vaderl. Hift. XII. Heel, bl. 4«i,+s7.
(aj Handv. bl. 60. [»!.]
\b) Vadetl. Hift. XII. Deel, bl. 455.
(c)   AnZEMA IV. Deel, bl. ZSJ.
(d)  COMMELIN, bl. II69.
(?) Handv. bl. +ÏJ. [67S.]
(ƒ) DOMSELAAR VI. Boek., bl, 4ZJ. COMMELW, bl.
1165 -
(g) Refol. Vroedfch. V. F. 9. <A»g.
(h)
DOMSELAAÄ VI. Boe^ bl. +12.
1668. ĥ 88.
CÖMMELlN ,
%u
IIJ7-
(1) Handv. bl, us.
-ocr page 667-
XVII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
599
Ï(%Q. worden, op den ouden voet. 't Gerügt dee-
zer beroerte kwam fpoedig te Amfterdam,
daar men op middelen bedagt was, omze
te fluiten. Men fchikte, op verzoek, zo
ik t meen , der Regeeringe van Naarden ,
twee of drie Compagnien Stads foldaaten
derwaards, die, met den avond, uit Am-
fterdam trokken , en, tegen 't aanbreeken
van den volgenden dag, onverhoeds, bin-
nen Naarden kwamen. De oproerigen hiel-
den zig toen ftil. De belhamels werden ge-
vat, en geftraft. Eenigen der fchuldigen
waren gevlugt. De Gecommitteerde Raa-
den hadden, reeds te vooren , vyfhonderd
' guldens beloofd aan elk, die eenen fchuldi-
gen zou aanwyzen. Ook kwamen, wat laa-
ter, twee Compagnien van de Lyfwagtder
Staaten van Holland in Naarden, waardoor
de Stad in ruft gehouden werdt (k). De
Amfterdamfche Compagnien keerden toen
v wederom herwaards.
v0eraeur- m den Zomer deezes jaars,bevondt zig,
111 in den Haage,de Keurvorftin van Branden-
lem den IL De vyftiende droeg het zin- I0\-o.
nebeeld der dankbaarheid voor de bewee-
zen dienften van het Huis van Oranje: en
de zeftiende de Stad Amfterdam, als eené
Maagd verbeeld. Eenige dagen^ hierna ,
werden 'er,voor 't zelfde doorlugtig gezel-
fchap , nog drie vertooningen gedaan, de
Krooning van Keizer Adolf van NafTau, dé
verdrukte Nederlanden onder 't juk van
Spanje, en het Huwelykvan George,Prin-
fe van Anhalt, en Henri etta Katharina, Prin-
feffe van Oranje, verbeeldende (m). De
Vorftelyke Perfoonaadjen, zig eenige dagen
verluftigd hebbende in Amfterdam, keer-
den, eerlang, te rug naar den Haage. De
Keurvorft fchreef, federt, een' brief van
dankzegging aan de Stad, waarin hy be-
tuigde, ten hoogfte voldaan te zyn, over
het onthaal , zyner Gemaalinne aange-
daan (re).
Wy hebben, ter zyner plaatfe (o), ge- De Stad
waagd van het Verdrag,in denjaare i626,fluiceene
gemaakt tuffchen het Hoog-Heemraadfchap nadere
van Rynland en de Stad Amfterdam, op de k0mft
hoogte van den SIaaperdyk. Die dyk, federt met het
het maaken van dit Verdrag, gezakt en we- Heem-
derom aangehoogd zynde, ontftondt 'er,™*d'
ten deezen tyde, gefchil over dit hoogen, varfilyn-
oordeelende de Stad, dat men daarin deland.op
peil, by het Verdrag bepaald, overfchree de hoog-
den hadt. Doch deeze peil was tegenwoor f,e v*™
dig niet wel te vinden, t Gefchil zou,perdyk>
zekerlyk, hooger geloopen zyn, zo men,
op den negenden Ocfober deezes jaars, niet
overeengekomen ware, om drie nieuwe pei-
len te flaan op ééne hoogte, eene aan den
negenden fteen van den Ooftervleugel der
groote Kolksfluis, te Spaarnedam; eene aan
de Damsfluis, alhier, die aldaar aan den
buitenvleugel van de Zuidooftzyde der ge-
melde fluis, regt onder het peilteken van
den Allerheiligen vloed des jaars 1570, ge-
field werdt; en eene aan de nieuwe Brug-
ge, die aldaar aan de Zuidweflzyde, aan
den buitenhoek van 't ukerfte Steenwerk,
ten Noordweften van het Damrak, daar de
houten brug toen begon, werdt geplaatft.
Voorts, kwam men overeen, om den Slaa-
perdyk te houden op de hoogte van twee
voet en tien duim boven de gefielde peil.
De drie peikekens werden , in de Lente
des jaars 1660, op de beraamde plaatfen,
gefield, nevens nog een vierde, welk aan
den Ooftervleugel van de groote Sluis te
Spaarnedam, agt voet buiten de buitenfle
deuren, op dezelfde hoogte als het teken
aan de Kolksfluis aldaar , gefield werdt.
d>an-
etibürg burg, Dogter van Fredrik Henrik, Prinfe
fJ?W van Oranje, ende Prins van Anhalt, met
d,^'6- zyne Gemaalin, haare Zufter. Dit Vorfte-
Üran-Van lyk gezelfchap , en de Prinfeffen, Weduwen
van Fredrik Henrik en Willem den II.
f;i
alde.
pooge werden, te Amfterdam, genodigd, door
•^"°- den Burgemeefter Joan Huydecoper, Hee-
Wojj!n re van Maarfeveen. Ook begaven de mees
ier
ter*ten Z*S derwaards, en kwamen 'er aan op
^e," den negenentwintigften Auguftus. De Ko-
o^'yk ningklyke Prinfes , Weduwe van Willem
8en,,ül" den IL, was agtergebleeven, om verfchil
over den rang met de Keurvorftinne te voor-
komen: 't welk ook de reden was, waarom
zy den jongen Prins, haaren Zoon, die nu
omtrent negen jaaren bereikte, en onlangs
te Leiden gekomen was, om zig in taaien
en weetenfchappen te oefenen , niet her-
waards wilde laaten gaan (/). 't Vorftelyk
gezelfchap werdt, hier ter Stede, ftaate.
lyk ingehaald. De Perfoonaadjen bezagen,
een of twee dagen na derzelver aankomft,
het Stadhuis , en werden vermaakt met ee-
nige vertooningen, door den Digter Jan Vos
uitgevonden, en geplaatft op zeftien ftaat-
fiewagens, die, over den Dam , en langs
de voornaamfte ftraaten en graften der Stad,
gevoerd werden. Op den eerften, vertoon-
de zig een zinnebeeld van de Eendragt: op
de zeven volgenden, die der zeven veree-
nigde Provinciën. Op den negenden, zag
men Keizer Adolf van Naffau. De vyf vol-
genden voerden Willem den L, Maurits,
Fredrik Henrik, Willem den II. en Wil-
Op
Holl. Merc. (m) dappeb , 'hl. is1 «»*.
(K) Groot-Plakaatb. It. Deel, kol. zssi,
■van I6S9. bl.57,
(t) AITZEM4 IV. Desli bl. 47°i 47'.
I. STUK.
V. ƒ. 4.
\
„)| Groot-Memoriaal N.
.) Zie II. Dtcl, XIII. Boc{, bt.tf9,
Iiii
-ocr page 668-
II. Deel.
AMSTERDAMS
6oo
door affpoelinge, als door 't vervoeren der \dS9'
fteenen, waarin deszelfs fterkte beftondt, elJ Ë^
allengskens, kleiner werdt. 't Zelfde ge- mel0°
vaar liep ook Schokland. Ondertuffchen,
was, voor allen, die de Zuiderzee beloe-
ren, veel gelegen aan de behoudenis dee-
zer Eilandjes , onder welken de fchepen
zig, by ftormagtig weder, plagten te ber-
gen. Amfterdam rekende 'er,vooral, groot
belang by. Doch men zag geene kans, om
de Eilandjes te doen onderhouden,naar be-
hooren,zo lang deHeerlykheid derzelven,
gelyk ten deezen tyde, bleeve in handen
van byzondere Heeren, die 'er weinig in,-
komften uit trokken , en zig hierom niet
veel aan derzelver behoudenis lieten gele-
gen zyn. De Vroedfchap befloot, derhal-
ven, in September deezes jaars,zig, door
koop, meefter te maaken van de Heerlyk-
heid van Urk (.%-), die van de Staaten van
Holland ter leen gehouden, en, nevens de
Heerlykheid van Emmeloord , door den
Heer Joan van der Werve, bezeten werdt.
't Gelukte, in 't jaar 1660. De Heerlyk-
heden van Urk en Emmeloord, welke laat-
fte ook verftaan wordt, op Hollandfchen
bodem te leggen (y), fchoon Ens geagt
wordt tot Overyffel te behooren, werden
beide, door de Stad, gekogt (2), die een*
der Burgemeefteren tot Ambagtsheer Hel-
de , welke, door de Staaten van Holland,
met de Heerlykheden verlyd werdt. De
jongfte Burgemeefter, Andrïes de Graef, was
de eerfte, wien, in 't jaar 1660, deeze eer
werdt opgedraagen (a). Op den twee en
twintigften July des jaars 1662, verwierf de
StadOclroi van 's Lands Staaten, om de
vuurboet op 't Eiland Urk, voor welke het
Land, federt eenigen tyd, zeer veel was
afgefpoeld, binnenwaards te verplaatfon, en
van de koften, daartoe vereifcht, aan hun-
ne Edele Groot-Mogendheden verflag te
doen, op dat deezen, zo dezelven,uit het
gewoonlyk vuurgeld,- niet mogten können
gevonden worden, op de verhooginge van
dat vuurgeld , nader zouden mogen raad-
pleegen (b). Burgemeefteren en Thefau-
rieren werden, federt, gemagtigd, om het
hooge Land omtrent de vuiirboetglooijende .
en tot een ilrand te doen maaken, waarop
de kragt van 't water mögt gebroken wor-
den (J). Wy zullen, by eene andere ge-
legenheid , de twee Heerlykheden nader
befchryven.
De
(x) Refol. Vroedfch. L'. B. 30 Sept. 11559. f. VSU
(y)
Refol. Vtaedfch. ir*. LL. 10 Sept. 1737./. 21«.
(z.) Groot-Memor. A'. V. f. 39, 6} verft,6S-
\a)
DAPPER,, bi. 55 I.
(b) Handv. hl. 355.
(e) Refol. Vroedfch, Lt. D. 11 Sept. \6&%, f. 3«.
i6"ro Op de koperen plaaten der peikekens, fton-
den de letters S. 1659. P. Q>): welke let-
ters S. P. Slaaperdyks Peil fchynen te bete-
kenen. En naar deeze peikekens, werdt de
hoogte van den Slaaperdyk , federt, ge-
fchikt.
                                                .
Twee        De vergrooting der Stad , die nu vlytig-
houten lyk voortgezet werdt, maakte het opregten
Lootfen ^an eene 0f twee nieuwe Kerken noodzaa-
lotKer' kelvk. Men hadt, reeds in 't jaar 1656,
Snïd g rLden gevonden , eene Kerk te feilen
op het Bickers-Eiland, ter plaatfe van eene
Maftenmaakery en twee Schuitenmaake-
ryen (q). Doch't voltrekken van dit befluic
fcheen, om de koften van 't werk, of om
andere'redenen, uitgefteld geweeft te zyn.
En nu vondt men goed, twee houten loot-
fen tot Kerken te timmeren, eene ter ge-
melder plaatfe op het Bickers-Eiland, en
eene op Wittenburg, by de brug naaft aan
'tMagazyn der Admiraliteit (r): 't welk,
terftond hierna , werdt uitgevoerd. Het
fterk toeneemen der Gereformeerde Ge-
meente bewoog den Kerkenraad, om der
Regeeringe te verzoeken, dat het getal der
Predikanten met twee mögt vermeerderd
worden 0): waarin,eerlang, bewilligd werdt.
De Lu- De Lutherfche Gemeente was, met den
ther" aanwas der Stede, ook zo zeer toegenomen
fchenbe-. etalj datzy, nog voor 't einde deezes
hie'T'1 jaars, verzogt, om eene tweede plaats tot
plaats tot de oefening van haaren Godsdienft, waar-
eene toe zy zeker Pakhuis, op de Brouwersgraft
tweede am de zuidzyde, tulTchen de Keizers- en
K
         Prinfen-graft, bekwaam wilde maaken. Bur-
gemeefteren en Raaden bewilligden in haar
verzoek (0- Doch toen zy, in 't jaar 16.62,
om nog eene plaats in de Konynen - ftraat,
ten zelfden einde , verzogt, werdt zulks
haar niet toegeftaan, dan onder voorwaar-
de , dat zy de plaats op de Brouwers-graft
wederom zou laaten vaaren (u). Maar zy
verkoos op de Brouwers-graft te bly ven ver»
gaderen (V), tot dat haar, in 't jaar 1667,
op gelyke voorwaarde, eene plaats op den
Singel by 't Kattegat, vergund werdt O),
alwaar zy, federt, haare deftige nieuwe Kerk
geftigt heeft.
De Stad In de Zuiderzee, leggen, en lagen van
koopt deouds twee Eilandjes, Urk en Schokland, op
Ambagts-weik laatile twee Dorpjes leggen, Ens en
heenyk- £mme}oor(i genaamd. Men bevondt, federt
vanlSrk eenige jaaren , dat het Eilandje Urk, zo
(f) Groot-Memor. JU. V. ƒ• 5,*4. Handv. hl.417,41».
[ijs, 84°]
(a) Refol. Vroedfch. L' A. 7 Dec. I65S. ƒ. 16z verft.
Ir)
Refol. Vroedfch. LX. B. 27 Maart 16$9- f. 91-
Is)
Refol. Vroedfch. U. S. 31 Dec. 1659- ƒ• «S».
(») Refol. Vroedfch. Lt. B, 8 , 17 Oec. lóSS.f- 184« :!$>.
(»; Groot-Memor. N. V. ƒ.72, verf».
(v)
F. VON ZESEN , 4/. 21!.
(»; Groot-Memor. N'. V. f. IJS verft.
-ocr page 669-
GESCHIEDENISSEN.
XVII. Boek.
601
De dood van den Prote&or Olivier Krom-   ook eenige eerenfchooten deeden, op 't na- 16(0
wel, die in 't jaar 1658 voorgevallen was   deren hunner Hoogheden. De Koninp-klv
"" de herftelling der   '-"---^------J-------vn.,J„._,.,i1W
J?nil. Koningklyke Regeeringe in Engeland; Ka-
f °e
»i
d
*ksZ rel-de II., die zig thans hier te Lande ont-
Sot.an hieldt, werdt, den agttienden May deezes
^anje. jaars 1660 , tot Koning uitgeroepen , en
begaf zig, op de eerfle tyding hiervan, uit
Breda naar den Haage, daar hy, den vyf-
entwintigften, Koningklyk ingehaald , en
door de hooge Regeering begroet werdt (e).
Kloveniers-Doele. Ten volgenden dage,
werden hunne Hoogheden op 't Heeren-
Logement onthaald, en bezagen, vervol-
gens , de Godshuizen. Den zeventienden,
was hun eene Vorflelyke maakyd bereidop
't Stadhuis, voor welk, ten zes uuren,ver-
fcheenen twintig Staatfiewagens , met zo
De Wethouderfchap der Stad Amfterdam , veele vertooningen, door Jan Vos uitgedagL
alwaar de Koning zig, in 't jaar 1658, eeni- Men zag hier Nederland by de wapens der
gen korten tyd heimelyk opgehouden hadt zeven oudfte Steden; Koning Jakob den I,;
(ƒ), vondt ook geraaden, hem, door eene Koning Karel den I. op het moordfchavot;
plegtige bezending, te doen geluk wenfchen. Kromwei meteen bebloeden byl; den Ge-
Zy werdt bekleed door de Burgemeefteren, neraal Monk; de Geregtigheid 't geweld
" "          "-------' ~ CV"" ".....'""J"" en't bedr°g beflrydende; Engeland, ry-
dende m eene zeefchelp; Schotland en Ier-
land; Koning Karel den IL; en de Koningk-
lyke Prinfes , Maria. De overige negen
vertooningen waren de Eendragt, Keizer
Adolf van NafTau, de vyf Prinfen van Oran-
je, Willem de I., Maurits, Fredrik Hen-
rik, Willem de II. en Willem de III., de
Dankbaarheid en de Stad Amfterdam,die,
in't voorleeden jaar, aan de Keurvorftinne'
van de hand, terwyl hy verklaarde, de van Brandenburg, vertoond geweeft waren
vriendfchap, die de Stad hem bewees, eeu- (f). Men merkte op, dat de Koningklyke
wiglykte zullen gedagtig zyn (g). Zulke Prinfes zig afkeerig toondevan'tgezigtder
betuigingen deedt hy ook, met opzigt op derde vertooninge, waarin haar Vader, Ko-
den Staat in 't gemeen
fpoediglyk.
De Stad Amfterdam , de eer van het
ning Karel de I., op 't moordfchavot, ver-
beeld werdt. Op den agttienden, deedt de
jonge Prins een' keer door de Stad te paar-
de, aan 't hoofd der Amfterdamfche Rid-
derfchap, die met Oranje-f'jerpen en plui-
men verflerd was. Na den middag, ver-
maakte zyne Hoogheid zig op 't Y, zeilen-
de als Admiraal over honderd jagten. Den
S8 *o-
!»f
nn.
bezoek des Konings van Groot-Britanje niet
ei 'de hebbende können genieten, nodigde, na zyn
ty1^ vertrek, de Koningklyke Prinfes, zyneZus-
Otlans.van ter, en den jongen Prins van Oranje, haa
den
\déen ren Zoon (h), zo ernftelyk, dat zy zig,
^ Am.' vyftienden Juny, met jagten, herwaards be-
twintigften, hoorden hunne Hoogheden de
gaven. Zy werden, omtrent een uur .gaans
buiten de Stad, ontmoet van eene Compag-
nie van omtrent honderd Ruiters , uit de
preeke in de nieuwe Kerke, daar een ge-
ftoelte voor hun gereed gemaakt was van
binnen met tapyten behangen, en van bui»
aanzienlykften derBurgerye, die 't Vorfte- ten, aartiglyk, met groen loof en Oranje-
lyk gezelfchap Stedewaards geleidden. Een appelen verfierd. Den eenentwintigden,
vierdendeel üurs van de Stad, werden hun- vertrok het doorlugtig gezelfchap door de
ne Hoogheden begroet, door eenige Af- Veenen naar Leiden, wordende, op gelyke
gevaardigden der Regeeringe. Aan de Poort, wyzejds by^de inhaalinge, uitgeleide ge-
ft
_____________ ___0,
uit
vier vende- daan (Q. Vondel heeft de gedagtenis
len beftaande, tuflchen welke, de doorlug- van den paardenrid des jongen Prinfen be-
tige Perfoonaadjen door reeden ; terwyl'er, waard m een keurlyk vers (/), waar hy zig,
'Uit de musketten en uit eenig gefchut,welk onder anderen, dus hooren Iaat:
op de blaauwe brug en de naafte bolwerken
Jag, wakkerlyk gevuurd werdt. Op den
öam, ftonden eenige Burgervendels, die
», Prins WILLEM draeft alle Amftelrid-
ders voor,
Verbonden aen Graefs ftandert en
kornette.
U) Vader]. Hift. XII. Deel, hl. 471.
'') AlTZRMA IV. Deel, hl. 589 eng,.
U) Vadeil. Hift. XIII. Deel, hl. 6.
W n'JZEMA IV. Deel , bl. J94.
ihj B.elol. Vroedfch, Lr. c. 4 J»»y >««o. ƒ. zs vtrf.
eer
S>
bl. isi enz..
IV. Deel, il.
(() DAPPK".
Stf.
hl. 42«,
fi I AITZEMA
- Zie zyne Foëzy I. Deel
V)
liii
-ocr page 670-
II. Deel.
AMSTERDAMS
602
i6óo-
„ HeerWAVEREN en Tulp bewaeren
't fpoor
Des Princen. — —
                    '
zer-meelmolen af, lynregt door Zeevank,
tot aan de Stad Edam: van daar,door Kat-
woude , tot aan Monikendam ; langs den
toenmaaligen weg en vaart, tot aan de Broe-
kermeer, en verder tot aan den Waterland-
fchen dyk en Volewyk, gelyk te vooren.
Voorts, zou men eenen wagenweg maaken,
langsde trekvaart, van Hoorn af, tot aan den
Waterlandfchen dyk. Om de renten te vin-
den der fommen, die tot het maaken deezer
wegen, paden en vaarten vereifcht werden,
werdt den vyf Steden het heffen eener re-
delyke Gabelle toegedaan (p). 't Werk
werdt, kort hierna, voltrokken, tot groot
geryf der reizigers van Amfterdam naarde
andere Steden, of van daar terug.
                   {
Amfterdam leedt, op 't einde deezes jaars, Z*3'
geweldig veel van eenen vreelfelykenftorm^,
wind, die, 's nagts tulfchen den agttiendenw'
en negentienden December, uit den Zuid-
weften opftak. Veele huizen, kerken, too-
rens werden zwaarlyk befchadigd. 't Kruis,
met den weerhaan en bol, ftortte van den
Jan - Rooden - poorts - tooren, ten deele op
ftraat, ten deele op een der naafte daken.
In'tY, floegen vier Fluitfchepen om. Het
Veerfchip van hier opHarderwyk dreef al-
daar van zyn anker af, en verging met al 'e
volk. In Texel, bleeven wel honderd fche-
pen: welk verlies de AmfterdamfcheKoop-
luiden geweldiglyk drukte (4).
                         J
Weinige weeken na dit ongeval, tegen 't Dr-
einde van January des jaars 1661, ontvin-^eaif
gen drie voornaame Koopluiden hier ter Ste-^Jti1 \,
de, Trip, Boekaart en Scholten, dreigende %po?&
brieven van onbekenden, waarby hun be- deflj^,
laft werdt, op zekere aangeweezen plaat- z°%j-
fen, en binnen zekeren tyd, eene merkely- x
ke fommevan penningen, in gouden munt,
te leveren, zo zy hun leeven niet in de waag-
fchaal ftellen wilden. De Koopluiden gaven
'er den Geregte, terftond, kennis van, welk
duizend zilveren Ryders of Ducatons be-
loofde aan die de fchryvers aanbragt, met
toezegging, dat men den aanbrenger, zo
hy medepligtig zyn mögt, ftrafvryheid be-
zorgen zou. Te gelyk werdt verbooden,
met Piftoolen, Zakpiftoolen, Stiletten en an-
dv.r ongeoorlofd geweer, langs de ftraat te
gaan. Ook moeften de Herbergiers de
vreemdelingen , die by hen kwamen ver-
nagten, ter Secretarye aangeeven. Doch de
fchryvers der dreigende brieven, die veel-
ligt alleenlyk beoogden, den Koopluiden ,
aan welken dezelven gerigt waren , eenen
fchrik aan te jaagen, zyn nimmer ontdekt
geworden (r).
                                         De
(ƒ>) Handv. bl. 428, [838 ]
(q) Koll. MciC. van 1660. bl. 170. DOMSELAAR v*'
Büfk, bl. 415. COMMF.LIN, bl, II6J.
(O £>QMS£I.AA&VI.£«e4,&/,4IJ.eoMMEI.IN, bl.lV*"
1660.
Heime- OndertuiTchen, was, onder de reis der
lykoog- Koningklyke PrinfeiFe naar deeze Stad, een
meik ftaatkundig oogmerk verborgen geweeft ,
deezer
reize
waarvan men nergens, onzes weetens, ee-
nig berigt vindt, dan in de Brieven van den
Raadpenfionaris de Witt f» Haare
Hoogheid hadt voor, te beproeven , of de
Vroedfchap van Amfterdam ook gezind zou
zyn, om haaren jongen Zoon , den Prins
van Oranje, te voorfchikken tot de hooge
ampten , door wylen zyne Hoogheid be-
kleed. Zy fprak hierover "met denOud-Bur-
gemeefter Cornelis de Graef, Fryheer van
Zitidpolsbroek ;
en deedt haaren Secretaris
Buifero deswege fpreeken met de regeeren-
de ßurgemeeileren. Doch alle deeze Hee-
ren ontrieden haar , zulk een voorftel te
doen aan de Vroedfchap, die zy zigverze-
kerd hielden, dat 'er niet toe te beweegen
zou zyn. Zy keerde dan naar den Haage,
zonder, zo ver my gebleeken is, hier ter
Stede, eenigen openlyken voorflag tot be-
vordering van den jongen Prinfe gedaan te
hebben.
Trek- Men hadt, hier ter Stede, al voor eenen
-vaart geruimen tyd, geraadpleegd op het maaken
naar van een Trekpad en Vaart van Buikfloot naar
Hoorn, purmerende (k). Ook was, in'tvoorleeden
merende]jaar» geraaden gevonden, eene Trekvaart
en over 'te maaken naar Hoorn, zo over Purmeren-
Edam en je} ais 0ver Monikendam en Edam. Men
*lolV' tradt, hierover, in onderhandeling met de
gemaakt. Wethouders der vier Steden (0). Men kwam,
* eerlang, overeen: en op den vyfden Juny
deezes jaars 1660, verwierven de vyf Ste-
den Oclroi van 's Lands Staaten, tot het
maaken van trekwegen en vaarten, van de
Stad Hoorn af, tot aan en in de Aamfloot;
vandaar, door Scherwoude, tot aan den
Oudendyk; voorts,tot aan den Oofthuizer-
meelmolen; en van daar, aan de eenezy-
de, langs de Beemftervaart en Ringdyk ,
tot aan Purmerende; van daar, tot aan Pie-
ter Spieringsfloot, en door de Agterdigtin-
ge, langs het water de Bnrge, agter Wa-
tergang en Ilpendam heenen, tot aan de
Broekermeer, en voorts, tot aan den Wa-
terlandfchen dyk: en tot het maaken van
een' fchuifweg , van den Waterlandfchen
dyk af, tot aan het Zuideinde van de Vo-
lewyk toe. Aan de andere zyde, zou de
vaart en trekweg loopen, van de Oofthui-
(m) IV. Deel, bl. 10. Zie »< Vaderl. Hift. XIII. Dtel,
hl.
37.
(n) Refol. Vroedfch. Lr. A. 1% Maan 1656. f.S}. L', B.
28 July 1659. ƒ. 117.
(0) lVefol. Vroedfch. Lt. B. 11 Nov, is$s, il, 17«.
-ocr page 671-
'«*e».-
XVII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
6o'
*66i.
ïeteeni
f Ker.
De gefchillen in de Kerke, tiuTchen de
Voetiaanen en Coccejaanen, die omtrent dee-
zen tyd ontftaan w-aren, gaven, hier en daar,
aanleiding tot eenige onluften met de Ker
kelyken, fornrnigen van welken zig niet ont-
zagen , het gedrag der Wethouderen, die
tot gemaatigdheid neigden, fcherp door te
flryken , in de Kerkenraaden en van den
Predikfloel. Onder anderen, durfden fom-
migen, die 't met deeze Kerkelyken hiel-
den , wel fchryven, dat 'er, te Amfterdam,
ten deezen tyde, niet meer dan drie of vier
waare Proteftanten gevonden werden onder
de Regenten , en dat de overigen Papillen
in hun hert, of Vrygeeften en Atheiften wa-
ren (Y). Te Utrecht, was, aan twee Pre-
dikanten, Abraham van de Felde en Joannes
Teeling,
die zig, meer dan anderen, ver-
zet hadden tegen de Overheid, in July des
jaars ió6o, de Stad ontzeid. Van de Vel-
de werdt, federt, te Medenblik beroepen.
Doch de Staaten van Holland,bedugtvoor
zynen onruftigen aart, verftonden, dat hy
niet alleen Medenblik, maar ook de gant-
fche Provincie ruimen moell. Ondercus-
fchen, was het grootfte gedeelte der Ge-
meente van Medenblik zo zeer met Van de
Velde ingenomen , dat de Regeering al-
daar geene kans zag, om hem te doen ver-
trekken, ten ware zy met de flerke hand
werdt bygefprongen. Zy fchreef dan om
Krygsvolk aan Gecommitteerde Raaden,
die ßurgemeefleren van Amfterdam ver-
zogten, drie Compagnien Stads foldaaten,
met de ligte maane, te fchepe, naar Me-
denblik te zenden; gelyk zy ook, onlangs,
diergelyk getal van manfchap naar Utrecht
gezonden hadden. Men befloot hiertoe in
den Raad , op den agtften February des
jaars 1661 (0- Naderhand , kwam 'er,
meen ik, ook nog eenige manfchap uit den
Haage te Medenblik. Van de Velde ruim-
de de Stad; begaf zig naar Zeeland, en
werdt, eerlang, Predikant te Middelburg,
daar hy zig zonderling bemind wifttemaa-
ken by de yverigfte voorftanders van het
Huis van Oranje, en niet fchroomde, de
Staaten van Holland, van den predikfloel,
te fchelden voor Verhondbreekers (ii). xSfa
't jaar 1675, wederom in 2ynen dienft te 66
Utrecht herfïeld (u).
                                   1W1'
Het drukken en verfpreiden van fchimn <r ,
r u t»           r i               ï           n            "-uimp- Keur al-
icnniten , fchoon onlangs ftrengejyk ver- hier te-
booden door de algemeene Staaten , g\ngen 't
thans, hier ter Stede, zo fierkin zwang verfprei-
dat 'er, in Maart en in Odober deezes jaars' £",„ J1
by twee byzondere Keuren , tegen voor- fchriften,
zien werdt. 't Geregt verklaarde, dat het
Plakaat der algemeene Staaten , in allen
deele, zou worden ter uitvoeringe gebrast,
en beval allen Boekverkooperen, op eene
boete van honderd guldens,de fchriften en
gedrukte Papieren , die hun, door onbe-
kenden, zouden worden toegezonden, ter-
ftond den Schout in handen te Hellen O)
t Begraaven by nagt, niet flegts van jon- En om.
ge, maar ook van bejaarde Perfoonen, was, KaK*
ten deezen tyde hier ter Stede, tegen <febegraa-
overoude en loffelyke gewoonte, zeer In ge- ven b?
bruik geraakt; waarom het Geregt, by nagc-
eene Keure van den negenden September,
beval, dat voortaan geene oude Perfoonen
by nagt begraaven zouden worden, en dat
zy, die onvoldraagen of kraamkinderen by
nagt begraaven wilden, zulks, vooraf, by
Requefte, aan de Edele Heeren van den'Ge-
regte, zouden moeten verzoeken. En op
den twaalfden January des jaars 1663 1
werdt gekeurd, dat van zulk een 'Kraam-
kind vyfentwintig guldens boete aan't Aal-
moefleniers huis betaald zouden worden.
Van kinderen tot tien jaaren oud, vyftig
guldens; van perfoonen van tien tot vyf-
entwintig jaaren , honderd guldens, en bo-
ven de vyfentwintig jaaren, honderd en
vyftig guldens , wanneer men dezelven by
nagt begraaven wilde (V).
Tot het opregten van een nieuw Aal- Nieuwe
moefleniers huis, ten welks behoeve, dee- Aal-
ze boeten moeften betaalt werden, werdt m°effe-
in Oftober des zelfden jaars 1663 eerfl niers
beflooten door de Vroedfchap. Ook wer-Sllwf"
den, ten zelfden tyde, meer andere inkom-
ften voor het zelve vafïgefteld De Stad
fchonk den grond tot het gebouw, welk,
aan de Zuidweflzyde der nieuwe Prinfen-
graft, tuflchen de Leidfche graft enLeid-
fche flraat, getimmerd werdt (y).
s
ia-
!c
Cnaar
de verheffing van Wiliem den III., Prins
Van Oranje, tot Stadhouder, werdt hy,in
(v) Tweejaar. Gefchiedeniff. bl. s»s. Vaderl. Hift. XIII.
Deet.bl. sz. SI. XIV. Deel, bl. 4+J-
(wj Handv. bl, 571, 57z. [817, S17.]
(*) Handv. bl. 97i, 97*- 11« 874-]
(j) Refol. Vroedfch. Lt. C. 17 Nov. 1661. f. 2.l6verfo.
Lr-
D. z<s Oü. i6«3. ƒ• }»■ ver£- Groot-Memoriaal .N. y.
ƒ• «3.
V) Thurloe's Papers Vel. V. ». 66Zt
(f) Refol. Vroedfch. Lt- C. 8 Pebr. i6(l. f. ioj.
(«) Reib). Holl. 18 Sept. K>Ö2. bl, 47.
Iiü 3
TWEE-
-ocr page 672-
6o4
TWEEDE          DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
E R D A M.
A M S T
agttiende boek.
T 1662,
AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN, Wn
tot bet jaar 1671.
gelyke ongelukken; maar ook tegen huis- j5$"
braak en ander geweld te waaken, en, ten
dien einde, met de Stads waakers, verfland
te houden: te gelyk, werdt hun belaft, de
luiden, die zy daarop betrappen mogten,
des anderendaags , ter befchikkinge van
myne Heeren van den Geregte, óver te le-
veren (b).
In de Lente des jaars 1663, waren, ne-Ze^
vens eenige andere Ettgelfchen, twee Predi- ëe?jV
kanten herwaards gekomen, die vrye Gods- ï^gel'
diénftoefening en eene bekwaarne plaats {&& J
daartoe verzogten (c). Zy verklaarden, dat bek°j^
zy zig niet hadden können voegen naar het nieVs.
ontwerp van eensgezindheid, welk de Ko- 9°^'
ning van Groot-Britanje, in zyne Ryken, feniȣ'
hadt ingevoerd, waarom zy zig van daar
hadden moeten begeven. Zy voegden 'er
by, dat zy, in de Geloofsflukken,nietver-
fchilden met de Gereformeerde Kerken dee-
zer Landen, fchoon zy, in 't punt derKer-
kenorde, niet volkomenlyk met dezelven
eens waren. Men nam, op dit verzoek,
het berigt in van de openbaare Engelfche
Kerke hier ter Stede, en verftondt, dat de
verzoekers luiden van een vroom leeven wa-
ren, die niets aanftootelyks leerden, en dat
de Stad Rotterdam hun niet flegts eene plaats
ter oefeninge van hunnen Godsdienft, maar
ook onderhoud voor hunne Predikanten aan-
gebooden hadt. Burgemeefteren en Raaden
beflooten hierop, den aangekomen Engel-
fchen vrye Godsdienftoefening, en eene be-
kwaarne plaats daartoe te vergunnen (i).
Men hoopte, hierdoor, een goed getal van
Engelfche Huisgezinnen herwaards te trek-
ken , ten voordeele van de tegenwoordige
vergrootinge der Stad. Ook kwamen 'er
eeni-
1661 T"\ykgraafen hoogeHeemraadenvanWa-
Overeen- *-^ terland, omtrent deezen tyd, weder-
komt* om hebbende ondernomen , het Rietland,
met het tuffchen den Waterlandfchen dyk en de Nes
Heem- jn >t y, te doen doorgraaven, tot merke-
fchap ^^e belemmering van de vereifchte fchuu-
van Wa- ring voor Amfterdam; verwierf de Regee-
terland, fing deezer Stad provifie van regte ten Ho-
wegens
de Nes.
ve van Holland, om deeze doorgraavingte
fluiten. Partyen kwamen, federt, op den
dertienden February des jaars 1662, in der
minne, overeen „ dat die van Waterland
„ niet alleenlyk van't begonnen werk zou-
„ den afflaan; maar zig ook verbinden, dat
„ het Rietland, nimmer, door iemaht,zou
„ doorgegraaven, maar, zo 't door affpoe-
„ linge verminderen mögt, zonder dat 'er,
„ door die van Waterland, des vermaand
„ zynde, in voorzien was, door de Stad
„ Amfterdam zou mogen befchoeid en be-
„ paald worden." Hiertegen verbondt de
Stad zig „ om aan die van Waterland twee
„ duizend guldens eens te betaalen. Doch
„ het Regtsgebied over de voornoemde
„ plaatfe bleef aan Dykgraave en hooge
„ Heemraaden (a)."
Wagten
omtrent
De Raaden ter Admiraliteit alhier, in
den Herfft deezes jaars, geraaden gevon-
het Prin-den hebbende, zekere Perfoonen aan te ftel-
fenhof, jen^ om^ jgs nagts, ten getale van zes,te
williüing waaken, in de Wagthuisjes op den Oude-
van ''t zyds - Agterburgwal voor de Prinfenhofs-
Geregt, fteeg ; en een fchildwagtshuisje te zetten
aan ge
fteld.
aan de andere zyde van dezelfde ftraat,
verzogten, dat' deeze Perfoonen, van Stads
wege, als gewoonlyke Wagters , mogten
worden aangemerkt, 't Geregt bewilligde
in dit verzoek, op den agtentwintigften No-
vember, en magtigde de gemelde Perfoo-
nen , om, niet alleen tegen brand en dier-
(rfj Gioot-Msmor. N. V. ƒ. «7. Kandv. hl. n;.
(b) Handv. hl. zs?. [g)-9 "]
(t) Refol. Vroedfch. Lr C. lo Matrt i«Sj.
(d) ae:»!. Vroedtcli. U, D. % Jnny iss;.
*4t i"j
-ocr page 673-
XVIII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
605
^63. eenigen ; doch 't getal derzelve is nooit
jj. groot geweefb.
Vir5 Het vergrooten der Stad maakte het aan-
Jïiarkc" ^ggen van eene nieuwe Vifchmarkt nood-
de, zaakelyk, die,in den aanvang deezesjaars,
e^' aan den Weftkantvan den Singel ter weder-
zyde van de nieuwe Haarlemmerfluis, ge-
bouwd (e), en federt de nieuwe en kleine
,
         Vifcbmarkt genaamd werdt.
^■aaken De rioolen,die in de burgwallen uitkwa-
\^ r:oc»- men, veroorzaakten zo veele vuiligheid in
üur's'^(iede Stad, dat het Geregt, om de nieuwe
!«n ui!' uitlegging hiervan te bevryden, op den veer-
Wat 'er van zy; de Peft ontfl:ak ZQ fterk
hier ter Stede, dat er, m dit jaar, negen
duizend zeven honderd twee en vyfiil
men-
fchen begraaven werden, 't Gerügt hier-
van , buitens Lands verfpreid wordende
gaf gelegenheid tot ftremming des Koop!
handels. De fchepen, van hier naar Lon-
den gefchikt, moeften eenige mylen bene-
den de Stad blyven leggen, en daar dertig
dagen vertoeven (T). In Frankryk, moes-
ten zy volle veertig dagen leggen. De alge-
meene Staaten fchreeven, op 't einde des
jaars., aan Koning Lodewyk den XIV. „ hoe
„ hun, door de Heeren Staaten van'Ylol-
„ land, verzekerd was, dat de befmettely-
„ ke ziekte te Amfterdam, toen zy op 't
„ hevigft was, nog geen tweemaal hetee-
„ woonlyk getal van menfchen hadt weg-
„ gefleePt;dat ook de lugt hier te Lande zo
„ weinig ontftoken was, dat de befmetting
„ aan Amfterdam bepaald bleef, zonder
„ tot de nabuurige Steden enPlaatfen over
„ te flaan, onaangezien dezelven, dagelyks,
„ gemeenfchap hielden met Amfterdam;
„ en dat het kwaad, binnen weinige wee-
„ ken, zo zeer was afgenomen, dat het,
„ in 't kort, geheellyk zou opgehouden zyn f
Zy verzogten, ten befluite „ dat de Koop-
„ handel vän Amfterdam, door 't langop-
„ houden der fchepen, niet mögt geftremd
„ worden (f)." Doch 't getal der dooden 166*4.
te Amfterdam bleef, doorgaands, verre over
de tweehonderd ter weeke, in 't volgende
voorjaar, en vermeerderde, in den Zomer,
tot over de agthonderd, negenhonderd en
duizend toe. Veele voornaame luiden hiel-
den toen hun verblyf op 't Land, onder an-
deren ook veele Jooden, die in de Bever-
wyk hunne toevlugt namen. De Keuren van
't jaar 1655 (k) werden, voor 'c grootftege-
deelte , vernieuwd. En alzo de befmetting
zig nu ook door gantfch Holland verfpreid
hadt, ftelden 's Lands Staaten ook eenige
orde, om den voortgang derzelve te fluiten
De Staaten van Zeeland verbooden aan al'
Ie fchepen, die van Haarlem , Leiden of
Amfterdam kwamen, het inkomen in hun-
ne Provincie (T): waarop, ook hier ter Ste-
de, in beraad gelegd werdt, of men den
invoer der goederen van zulken, die den
onzen om de Peft den handel verbooden ,
insgelyks, niet behoorde te verbieden (jri).
Men droeg, hier ter Stede, de gewoonlykê
zorg om den voortgang van 't kwaad tellui-
ten. Onder anderen, werden 'er eenige
Peft-
tienden Juny deezes jaars , keurde „ dat
ver-
boö/ei'" »> niemant, voortaan, eenige nieuwe rioo-
aen' „ len, komende uit de Secreeten, en met
„ de burgwallen deezer'Stede gemeenfchap
,, hebbende, zou mogen maaken, op de
,, verbeurte van honderd guldens, en daa-
„ delyke flegting der gemaakte rioolen(/)."
f^
         De Noordfche Maatfchappy, in Frankryk
i^ opgeregt, zogt, in deezen jaare, te wege
Vo
^er'dè • te brengen, dat de zwarte Amfterdamfche
Sfter- Zeep niet ingevoerd werdt te Rouan, on-
^fche der voorwendfel, dat,onder dezelve, Wal-
^ifkin vifchtraan vermengd was, die zy thans al-
tebeilykleen in 't Ryk invoeren mögt. Burgemees-
^1. teren gaven zig veel moeite, om dit oogmerk
te fluiten. Zyfchreeven'erover aande Wet-
jhouderfchap van Rouan, en beweezen.dat
de Amfterdamfche Zeep met geene traan
.gemaakt was. Zy zonden hunnen brief aan
den Ambaffadeur der Staaten, den Heere
Willem Boreel, diezyn beft deedt, om't be-
lang der Amfterdamfche Zeepziederyen te
bevorderen (g). Ook meen ik, dat de in-
voer der Amfterdamfche Zeep in Frankryk,
kort hierna, wederom gedoogd werdt.
t^iek- Een Oorlogsfchip van deezen Staat, welk
tejg^er lang voor Algiers gelegen hadt, terwyl de
tede-peft aldaar, kort tevooren, heviglyk ge-
woed hadt, en nog niet geheellyk opgehou-
den was, werdt, op de te rug reize, zwaar-
lyk met dezelfde kwaaie bezogt. Veele ma-
troozen ftierven onder weg. 't Schip kwam,
eindelyk, in Texel binnen, en't bootsvolk,
voor een gedeelte, hier ter .Stede, met de
ziekte onder de leden. Men meent, dat
eenigen, die op Kattenburg t'huis lagen en
overleeden , de befmettelyke kwaaie , in
deeze Stad, allereerft ontfteken hebben. Ook
vermoeden fommigen, dat het graaven der
nieuwe graften, in de tegenwoordige Ver-
grootinge der Stad, waardoor de modderi-
ge grond, aan veele oorden tevens, geroerd
J^erdt, veel toegebragt heeft, om de be-
feetting te doen aanhouden en voortflaan.
(e) Keutb. ir. o. ƒ. 11 terfo. Handv. bl? sis. r?6l 1
IX) "E viiTT Brieven I. Deel, bl. 672..                   J
(h) AITZEMA IV. Deel, il. UZI.
(d) AITZEMA IV. Deel, bl. II53.
((_) Zie II. Deel, XVII. Beek^, bl. J93.
(I) AITZEMA V. Deel, bl. 84, 14, , j7g
(^Refol. Vroedfch. U. D. 7 0(i, m^ 1J? ^
-ocr page 674-
II. Deel.
AMSTERDAMS
6o6
Onder de bezettelingen deezer Stede , 1664-
hadden, federt lang, eenige ongefchikthe-NieUfl,s
den plaats gehad, welken men, omtrentOrd°n'
Peft-Do&oren, Chirurgyns, en Apothekers
aangefteld (n). Doch tegen't einde des jaars,
nam de Pefhziekte flerk af. Het getal der
begraavenen hier ter Stede was egter, dit
jaar, vier en twintig duizend een honderd agt
en veertig
geweeft (0). Op den eenentwin-
twintigften January des volgenden jaars ,
werdt een algemeene dankdag gehouden,
wegens het ophouden der Peftziekte in Hol-
land fj>).
In den nazomer des jaars 1663, en op
den negenentwintigften April deezes jaars,
hadt men, boven de Stad, twee ongewoo-
ne Lugtverhevelingen gezien, van dezelfde
foort, zo't fchynt, als die naderhand, en voor-
al in de tegenwoordige eeuwe, gemeener
geweeft, en onder den naam van Noorder-
licht bekend geworden zyn. De eerfte wordt
befchreeven als eene bleeke vlam of fakkel,
uit de lugt nederdaalende ; de andere als
een vuurige kloot, die korte dikke ftraalen
uitfchoot. Sommigen merkten deeze ver-
fchynfels aan, als voortekens of oorzaaken
der befmettelyke ziekte, die hier, ten dee-
zen tyde, heerfchte (q). Doch de ontdek-
kingen der laatere natuurkundigen hebben
de °opmerkzaamen van diergelyken waan,
reeds voorlang, genezen.
Op den twintigften December deezes jaars
zag men, hier ter Stede, zo wel als elders
in Holland (r), een zonderling uitwerkfel
van eene fchielyke vorft. 't Hadt naauw-
e lyks iet gevrooren, toen de bovenlugt, 's
nagts ontlaatende, regen nederliet, die zo
fchielyk en dik om de takken der boomen
vaft vroor, dat een takje van een vinger
dik, met het aanvriezend ys, zo dik als
een arm werdt. Aan veele takken hingen
lange yskegels, zo zwaar, dat zy de tak-
ken fcheurden. Geheele boomen werden,
door de zwaarte van 't aangevrooren ys,
van den wortel afgerukt; anderen gefpleeten,
of, tot op de helft, of, van boven tot beneden:
veelen van byna al de takken beroofd; welk
zonderling verfchynfel zig eerft met den dag
vertoonde voor de ingezetenen, die 's nagts
alleenlyk 't gekraak der fcheurende Ham-
men en takken gehoord hadden, met wel-
ken nu de voornaamfte graften alomme be-
ftrooid lagen. Wy behoeven niet te zeggen,
dat de ftraaten zo glad waren, dat zy be-
zwaarlyk gebruikt konden worden. Veele
boomen werden nog behouden , door het
branden van pektonnen onder dezelven, 't
welk het ys fmelten deedt O).
(») Keurb. Lr. O. f. 46, 77. Groot -Memor. N. V. ƒ.
US vcrfe, lïl vet/i.
(o) DOMSELAAR VI.Boel^, bl. 444. COMMELIN, bl. ilgl.
' (p) Holl. Merc. van 1664.. bl. »i>3.
(^) DOMSELAAR VI. Bo'i., bl. 4I6. COMMELIN, bl. 1160.
(r) Holl. Meic. van 1664. bl. 194.
(0 DOMSELAAR VI. £«<. i/.+l/. COMMELIN, &/.II60.
1664.
deezen tyd , geraaden vondt, te ftuiten.nan^.
Ook moeften, met de nieuwe Vergrooting^ge. .
der Stad, de wagtplaatfen vermeerderd wor-c
den (t). Men maakte dan, op 't een en 't
ander, een nieuw Reglement, welk den ne-
genentwintigften January gedagtekend was,
en waarby,onder anderen, vaftgefteld werdt,
dat geen Officier der foldaaten, die nu vyf
Compagnien fterk waren , 's nagts uit de
Stad zou blyven, zonder verlof van Burge-
meefteren, die, wanneer zy tegenwoordig
waren, ook bevelen gaven aan de hooge en
laage Officieren der bezettinge (u).
De Schout by Nagt Cornelis Tromp hadt, ßeg'"'-
in deezen Winter, een Engelfch Koopvaar- fels <£
dyfchip, welk door de Algierfche Kaapersü"^
genomen was, verloft, en hier ter Stede^cS5,
opgezonden, alwaar een gedeelte der laa-
dinge, aan bederf onderhevig zynde, door
't Collegie ter Admiraliteit alhier, in 't open-
baar, verkogt geworden was. Doch alzo
de Gezant des Konings van Groot - Britan-
je, George Downing, het fchip en de laading
te rug eifchte, werdt het een en het ander
den Eigenaaren; zelfs zonder datmeneenig
bergloon vorderde, wederom gegeven(v).
Ook waren, in de Lente deezes jaars, te
Amflerdam, en elders in Holland en in Zee-
land, fchimpfchriften aangeplakt op den Her-
tog van York, Broeder des Konings van
Groot-Britanje; waartegen, zo dra 'er de
Gezant over klaagde , door eene ernftige
Waarfchouwing vandenHove van Holland,
voorzien werdt (ra). Men toonde, op deeze
wyze, dat men het Engelfche Hof ontzien
wilde. Doch Karel de II. fcheen te zoeken
naar voorwendfels, om den Staat den oor-
log aan te doen, die, nog in dit zelfde jaar,
aangevangen, en in 't volgende jaar, open-
lyk, verklaard werdt.
De Stad Hamburg, verneemende , dat,De ^
hier te Lande , oorlogsfchepen werden uit-den^
geruft, tot beveiliging der Scheepvaart door201"^
de Middellandfche zee, tradt, in 't begin^V'*
deezes jaars , in onderhandeling met de^et^
Staaten, om haare Koopvaardyfchepen te
doen befchermen door 's Lands Vlooten. De
Réfident der Hanze-Steden, Lieuwe van
Aitzema
, begaf zig, ten dien einde, onder
anderen, naar Amflerdam , daar hy in 't
Collegie ter Admiraliteit gehoord werdt.
Doch men vondt hier niet geraaden, den
Koophandel der Hamburgeren, die niet
bloei-
(t) Refol. Vroedfch. L'. D. 12, zs Jun. i<6*. f. sz,
$>3 vjrfi.                                          .
(«; Handv. bl. 837- L911-]
(v) Zie AlTZEMA V. Deel, bl, 119.
(») Zie AlTZEMA V. Deel, bl. 11 9.
Twee
onge-
woone
Lugtver
fchyn-
fels.
Zonder-
ling uit
werk fel
eener
fchielyk
Torft.
-ocr page 675-
XVIII. Boek. '"tf E S C H I ED È N I S S Ë
N.
607
^64. bloeijen kon, zonder dat 'er de Amfterdam- dertufTchen, werdt de Vaart naar 't Noor-
fche Koophandel by leedt, te befchermen. den en de Ooftzee open gefield ten be-
Hamburg werdt dan in de noodzaakelyk- hoeve voornaamlyk van den Am'fterdam-
heid gebragt, om zelf twee Oorlogsfchepen ichen Koophandel. Het Collegie ter Ad-
uit te ruften, tot beveiliging zyner Scheep, miraliteit alhier, gaf, onder dekfel van
vaart O),
                                                       deeze vryheid, ook verlof tot de Vaart naar
1665.
?rde
fc
'iiee-
De Staat was, in 't jaar 1647, met den 't Weden, waarover , door 't Collegie ter
ting"der K°m"n§ vanDeenemarke,overeengekomen, Admiraliteit in Zeeland, ter Vergadering»
'Schepen,dat de fchepen, van hier op Noorwegen der algemeene Staaten, ernflelyk,geklaagd
jNoor-vaarende, tot beter fchikkinge van 't vol- werdt (a). InAuguftus, werden, vier Koop-
vaaer^n doen der bektftinge,_op dezelven gelegd, vaardyfchepen, die in Zweedent'hnis hoor-
de. ' * zo hier te Lande als in Noorwegen , door den, niet verre van Texel, door de Staat-
bevoegde Perfoonen, gemeeten zouden wor- fcheVloote aangehouden. Prins Adolf Joan,
den. Doch in't jaar 1658, was meri onder- Paltsgraaf aan den Ryn, die zig toen'te'
ling te raade geworden, de meeting,alleen Amfterdam ophieldt, drong fterk op 'tont-
hier te Lande , te laaten doen.mids de Op- flag deezer fchepen, verklarende, dal de-
zigters enMeeters, van wederzyde, gefield zelven niet naar Engeland, of naar een i-re
werden. Van wege Deenemarke , waren andere Plaatfe, die met den Staat in vyarfd-
toen aangefteld tot Opzigter Galmei Mar- fchap was, gefchikt waren. Ook vind ik
celis, en tot Meeters Jacob Aloffen en Lo- dat dit ontflag, kort hierna', gevolgd is (b~)
.dewyk van Wefierbof:
en van wege deezen De ongelukkige uitflag van den Zeekrygn
en-
Staat, Henrik Tollenaar tot Opzigter; en deezes jaars gaf aanleiding tot eemgeoproe- g/be-
tot Meeters Jacob^ Dirkszoon Haan te Am- righeid in Holland. Te Amfterdam zelf, weegin-
fterdam; Klaas Fredrik Schouten te Hoorn, begon men te morren over de tegenwoor- gen'
en Maarten Pieterszoon Edam te Medenblik dige Regeeringe , en te fpreeken1 van de
(y). De opzigters mogten alomme hunnen noodzaakelykheid der bevorderinge des
dienfl pleegen: ook de Meeters wegens Dee- Prinfen van Oranje (c). Ook was, hier ter
nemarke: doch de Meeters wegens deezen Stede, zekere Enge Ifc hm an, Thomas Corney
Staat, alleenlyk in de Steden, daar zy ge- genaamd, in hegtenis geraakt (d), op ver-
Iteld waren. Voor 't meeten werdt drieflui- moeden of verzekering, dat hy iet brouwde
vers van 't laft betaald. Doch over de ver- ten nadeele van den Staat. Hy beleedt
deeling van dit loon rees, in dit jaar 1664, onder anderen , dat hy brieven verwagtte
eenig verfchil, tuflchen den Opzigter Tol- van Hamburg, die van den Engelfchen Re-
lenaar en de Meeters; waarop, by eene Re- fident Zwaan, door middel van zekeren
folutie der _ algemeene Staaten van den Jackfin, aan den Engelfchen Gezant Dow-
drie entwintigften December, orde gefield ning gezonden werden. Men vondt geraa-
ty
         werdt (2).                                                     den, deeze brieven aan te houden en teope-
tin ri!s- De oorlog tuflchen Groot - Britanje en nen, om te zien, of 'er ook iet, ten lafte
jke.jf-1" deezen Staat,die,in het volgende jaar 1665, van Corney of anderen , uit te ontdekken
terSt.eder openlyk gevoerd werdt, gaf, hier ter Ste- ware (O- Doch of dit gefchied , en hoe 't
^ö^.'de, aan het Collegie ter Admiraliteit gele- verder met Corney afgeloopen zy, vind ik
* genheid tot het uitruften van Oorlögs- en niet aangetekend. Een andere Engelfchman
Behoeft-fchepen, waarmede, al in 't begin Say geheeten, die zig ook te Amfterdam
des jaars, een aanvang gemaakt werdt. Ook onthieldt, zogt, wat laater, Edmond Lud-
lieten zig, wat laater, eenige Amfterdam- hw , een'der regteren van Koning Karelden
fche Koopluiden beweegen, om veertien of L, te beweegen, om herwaards te komen
vyftien fchepen, die te Kadix lagen, op onder verzekering, dat men hem hier ftel-
goede verzekeringe der Provincie van Hol- len zou aan 't hoofd van een goed aantal
land, aan den Staat in't gemeen ten oorlo- van Krygsvolk, welk men, van hier, naar
ge teverhuuren.Deuitruftingterzeewerdt, Engeland zou zenden, om, met hulp der
hier ter Stede, bevorderd, door eenige bui- Engelfche Repu bliksgezin den, de Regee-
tengewoone Gemagtigden der algemeene ring aldaar te veranderen. Doch Ludlow
Staaten. Van een der uitgeruftte fchepen, leende geene ooren aan deezen voorflag(/).
in Texel leggende, verliepen, eerlang-,wel De Engelfche Vloot zig vertoond heb- Voor-
vier en zeftig matroozen, vier van welken,
hier ter Stede, gevat werden. De zeekryg
viel, dit jaar, niet voorfpoedig uit. On-
________________                  ben- zorg.hier
U) AlTZF.MA V. Deel. il. 15* , +»» , 438 , 4j 1 J0,
(i) AITZEMA V. Deel, bl. J49 , j5o.
(c)  Vadcrl. Hift. XIII. Deel. tl. ij», 1$u
(d)   Gtoot-Memor. N. V. f. isi verfi.
)e) Refol. Vioedfch. Lt. E. 24 July lSS .
(f) ludlows MeiBous. KW. m. ^ i}J.,' 3'
Kkkk
(x) AiTZEMA V. Deel, tl. 33 3, 3 34.
O) Grout-M^mor. N. IV. ƒ. 1.9».
(x.) Zie AlTZLMA V. Deel, tl. 2-iS. ««rj.
I. STUK.
ti. 177.
-ocr page 676-
II. Deel.
A M S T E R D AM S
<5o8
ï6&
1665.
ter Ste-
bende voor Texel, gaf zulks gelegenheid
aan Burgemeefteren van Amfterdam , om
zyne dikwils herhaalde klagten, aan hunne
Hoog-Mogendheden , dat "hem zyne vier fter*
de, ter .Kapitein Tak, met tweehonderd man uit de
gelegen- bezetting deezer Stede, derwaards te zen-
heidyan Jen^m tegen eene landing te waaken. Den
Sehen Biffchop van Munfter, aangezet, en inftaat
en Mun- gefield door den Koning van Groot-Britan-
l5ein
kinderen, binnen Aath in Henegouwen, uitK
'
dat
louteren haat tegen zynen Godsdienft, na"pe^a'
tien jaaren lang, onthouden geweeft waren, dereo»
Men hadt, van wege deezen Staat, lang en do0^."
vergeefs, aanzoek gedaan, aan 't Hof te-J**,
Bruffel, en by den Spaanfchen Ambaffadeur r
fterfcherije, die den Ridder William Temple*heime-
fr
oorlog. -lyk, naar Munfler gezonden hadt,om hem-in den Haage, om de uitlevering deezer Jäe
byfland in geld aante bieden (g), den Staaten kinderen ,^en eindelyk, in Oktober des jaars 'ff "je
1664, beflooten, eenige Prieftcrs of Paapen **'^
uit Spaanfch Vlaanderen te ligten : en dit h(^W'
befluit was van zo veel klem geweeft, dat
de Ambaffadeur beloofd hadt, de kinderen
federt den oorlog verklaard hebbende, en met
. zevenduizend of agtduizend man in Gronin-
gerland geruktzynde, verzogtende Staaten
van Holland de Stad Amfterdam, dat zy twee
Compagnien wilden zenden naar Groningen, op het Fort Rouge te zullen leveren: welke
tot verflerking der bezettinge, alzo men zig belofte nogtans nog niet naargekomen was
verzekerd hielde, dat de Bilfchop het oog
hadt op die Stad. Doch men verftondt hier,
dat men de veiligheid van Amfterdam in ge-
vaar Hellen zou, zomen de Stad thans ont-
blootte van bezetting; waarom beflooten
werdt, het verzoek der Staaten, beleefde-
lyk, van de hand te wyzen, hun egter de
tweehonderd man , die , onder Kapitein
Tak, naar Texel gezonden, doch daar nu
minder noodig waren, aanbiedende (h). Wy-
ders, werden de Burgerwagten , hier ter
Stede, verfterkt, waakende men nu, by da-
ge en by nagt, met drie Compagnien om den
,agttienden nagt, daar men, te vooren, met
twee Compagnien, om den zevenentwintig-
Hen nagt, gewaakt hadt (i). Ook werdt, in
verfcheiden' andere opzigten, gezorgd voor
de verflerking en bewaaring der Stede (k).
De Ko- De Koning van Frankryk, die den Staat,
ningvan eerlang, hulp toezondt tegen den Biffchop
Frankryk van jviunfter, en wien men fterk aanzogt,
Ondertuffchen, waren den Vader zyne kin-
deren , door eene Sententie van den Hove
van Holland, reeds in 't jaar 1658, toege-
weezen. Hy verzogt dan nu , dat het be-
fluit om eenige Priefters te ligten, eindelyk,
mögt worden in 't werk gèfléld, De alge-
meene Staaten vonden zulks ook geraaden,
en fielden 'er orde toe, in geval de kinde-
ren , binnen veertien dagen of drie weeken,
niet werden geleverd (m). De levering -ag-
ter blyvende, beftonden omtrent honderd
foldaaten uit de bezettinge van Sluis den
Pater en vyf Schoolmeefters te ligten uit
het Collegie van Zoetendaal by Brugge, en
dezelven met zig naar Sluis te rug te voeren,
om aldaar te blyven, tot dat Gois zyne kin-
deren bekomen zou hebben. De Spaanfche
Ambaffadeur , Don Eftevan'de Gamarra,
klaagde over dit geweld,en drong op'tont-
flag der zes perfoonen. Doch men antwoord-
de hem,dat hetnietvoor de uitleveringder
kinderen te wagten was, en dan, zonder
uitflel, gefchieden zou («). 't Is te vermoe-
den, dat het een en het ander .federt ge-
volgd zal zyn, hoewel ik zulks niet vinde
aangetekend.
Jo-
pen tim
meren,
te Am-
fterdam.
-"Dm z'§» ten behoeve van den Staat, te ver-
klaar en tegen Groot - Britanje, deedt, om-
trent deezen tyd, eenige Oorlogsfchepen
timmeren te Amfterdam, en verwierf verlof
van 's Lands Staaten, om, tot bemanninge
De Koning van Frankryk klaagde, ten KM
te"
derzelven, hier te Lande, vierhonderdma-
troozen, Franfchen of andere vreemden, die
deezen tyde , over den Genuees Gio Paul des
2S
niet in 's Lands dienfl waren, te werven, midshun geene hooger gaadje beloovende, danvyftien guldens ter. maand. In Oftober des
jaars 1666, verzogt de Franfche Ambaffa-
deur, Graaf' cïEßrades, uit naam van den
Koning, zynen Meefter, eene Gefchutgie-
tery te mogen opregten, te Amfterdam (/):
doch ik vind niet, dat in dit verzoek bewil-
ligd werdt.
ning:
1, in een nieuwspapier van zyn^ank' (
maakfel, eenige nadeelige tydingen vanryk>öf
hem verfpreid hadt. Men zal zulks nader een^
verftaan, uit de volgende vertaaling van een ?isV
gedeelte van's Konings brief aan denGraa- tg Al,r
ve d'Eftrades , die den negenentwintigften &it^
May gedagtekend was; en niet in de ge-
drukte Brieven van en aan dien Ambaffadeur
1666.
Andre Gois, Koopman en Burger hier ter gevonden wordt; fchoon, in het antwoord
Stede, vernieuwde, in July deezes jaars, op den zelven, welk in 't licht gegeven is,
Een in-
wooner
van Am-
melding van 't geval gemaakt wordt (o).
„ Ik heb Lionne gelaft, aan U te fchry-
„ ven,
(m) AlTZEM'A V. Deel, bl. 974.
(«; A1TZEM* V. Deel, bl. 975, J17«.
(tj D'ESTJUDES Tim. IV. p. '304.
(s) See TemPLE'S Works Vol. III. p.
(h)
Refol. Vroedfcll. /-'. E. 7 Ociab.
Zie
00^ AlTZEMV V. Deel, bl. 655.
(i) CO.UMELIN. hl. U94.
(*J Grooi-Metnor. N. V. ƒ. 179.
('} AlTZBMA V. Heel, bl, 8JS, W*
'3 , 19.
I66J. /.
3 8 MST fa.
-ocr page 677-
GES C H I E D ENI S S EN.
XVIII. Boek.
609
^ö6. „ ven, over het * onderwerp van den Ge-
M'eS. 3> nuees, die tot Amfterdam woont, ge-
, naamd Gio Paul Bonobi of Balbi , die
komende, den Slaaperdyk, door hen, zou ifö§.
doen bewaaren, en alle hooging aldaar daa-
delyk doen beletten (r): gelyk dezelve, ten
deezen tyde, ook agterwege gebleeven is.
Eene kleine Deenfche of iVoordfche Ge- Deen-
reformeerde Gemeente , die door eenen fche of
Predikant bediend werdt, hadt, federt ee- Noord-
nigen tyd, hier ter Stede , haaren Gods-^n^c*
dienft geoefend in een gehuurd huis, doch, alhier,
in de Lente deezes jaars, eene plaats van
de Stad verzogt, alzo zy, fchoon niemant
onder haar van aalmoeffen leefde, verklaar-
de , de koften der huure niet langer te kön-
nen draagen. Men ftondt haar eene Loots
of Pakhuis toe aan de oude Adrniraliteits
Werf, eenen Jan Rombout in eigendom toe-
behoorende (j), rmds hieruit geen gevolg
getrokken wierdt, om eenige gaadje te vor-
deren voor den Predikant, die thans was
Chrifliaan Abel: aan wien nogtans, eerlang,
van jaar tot jaar, vyfhónderd guldens, uic
Stads KaiTe, werden toegelegd (t). Doch
deeze Gemeente verliep , binnen weinige
jaaren. De Predikant vertrok uit de Stad.
En in 't begin des jaars 1674, werdt by den
Raad beflooten, aan Burgemeefterentever-
blyven, of men hem, zo hy te rug kee-
ren mögt, wederom toelaaten zou , of
niet °(a).
Ter gelegenheid dat de Stad Londen, in Een En-
September deezes jaars, voor een groot ge- gelfc;h
deelte, door den brand, vernield geworden F"red/*
was, onderwondt zig Richard Made, Predi-h^r ^dc
kant der Engelfche Kerke alhier, openlyk openlyk
te bidden om de herflelling en voorfpoed voor de
dier Stad. Bürgerneefteren, aanfchryvens£tad
van de Staaten van Holland bekomen heb- on e"
bende, ontbooden den Predikant voor zig,
en verftonden uit hem, dat hy, inderdaad,
voor de Stad Londen gebeden hadt, met
betuiging, dat hy 't voortaan laaten wilde,
indien zulks aanftoot geeven mögt. Men
vondt egter zulk bidden , in 't heetft van
den oorlog met Groot-Britanje, zo onbe-
hoorlyk, dat Made, op den tweeden O&o-
ber, bevel kreeg, om zig voortaan van 't
Predikampt, en van alle Kerkelyke Verga-
deringen te onthouden, tot dat hem anders
belaft zou worden. Veelligt, zou hy ftren-
gergehandeld geworden zyn, zoniet geblee-
ken ware, dat hy gewoon was, ook om 's He-
mels zegen te bidden over de Vloote en wa-
penen van den Staat f»
Ondertuflchen, ontbrak het in Amfterdam En-
niet aan zulken, die de onderneemingen der gelfchge-
En- zinden te
(f) Reib!. Vroedfch. L*< f. n Nov. 1666. f. Isiverfa
(:) FlLlP VON ZEsEN, bl. He.
<t) Reiol. Vroedfch. Lr. E. 2« M**rt U66. « Juny lu-
<«, Refol- Vroedfch. Lt. K. 28 Ftbr. I674. f ,
lil
Groot-Memoi.W. V. ƒ. I«,.
                    J' ' .
(m. „ f voortgaat de weereld te vervullen met
ertk „ booze tydingen, die zeer onbefcheiden
„ zyn, en akyd vol van kwaadwilligheid
„ tegen myn eigen perfoon. Ik twyfel
v
         „ niet, of de Staaten, die alle dagen ge-
&#£.„„ voelen zo kragtige * uitwerkfels vanmy-
„ ne vriendfchap en befcherminge, zullen
„ daarover zodanig een gevoelen betoonen
„ als zo onvoorzigtig eene roekeloosheid is
j, verdienende, met hem uit te bannen, zo
„ verre hunne Provinciën ftrekken.
„ Ik begeer dat gy daar van fpreekt met
„ den Heer de Witt, als van eene zaak, die
„ my zeer treffende is , en die ik niet twy-
„ fele of zal by hem ter harte genomen
y*»f/ac.), worden , om my daarinne f voldoening
„ te geeven. Indien hy dienftig agt, dat
„ gy daarover een Memorie ingeeft aan de
„ Staaten, zo blyft niet in gebreke zulks
„ ten fpoedigfte te doen. Waarmede ik
„ God bidde enz."
Men kreeg terflond kennis van'sKonings
fchryven te Amfterdam, daar 't , in de
Vroedfchap , geleden werdt. Ook werden
drie Raaden Henrik Dirkszoon Spiegel, Mr.
Lambert Reinfl,en Mr. Pieter Kloek gemag-
tigd, om het n ader te onderzoeken (p). Doch
hoe 't met deeze zaak, en met den Nieuws-
^ fchryver afliep , vind ik niet aangetekend.
bq S(ad Ónaangezien de overeenkomft, in 't jaar
>et^et 1659 , met het Hoogheemraadfchap van
jpü van Rynland gemaakt, van welke wy, terzyner
b!" s'aa- plaatfe (q), gewaagd hebben, beftonden Dyk-
rc^. graaf en hooge Heemraaden, in den Herfft
deezes jaars , den Slaaperdyk , voor een
gedeelte , wel zeftien of twintig duimen
hooger te maaken, dan by de gemelde Over-
eenkomft bepaald was, en tot verdere ver-
hooging aanbefteedingte doen. Burgemees-
teren van Amfterdam, overtuigd van het
nadeel, welk de Stad hier van te wagten
hadt, gaven 'er der Vroedfchap kennis van.
Men befloot, den Penfionaris Hop ten fpoe-
digften af te vaardigen aan den Baljuw van
Kennemerland, of aan zulke andere Hoofd-
officiers , onder welker regtsgebied , de ver-
hooging gefchied was, of zou gefchieden;
op dat dezelven daartegen mogten voorzien.
Te gelyk, werdt geraaden gevonden, een'
bekwaam' Officier, aan 't hoofd van vyfcig
°f meer foldaaten, buiten om te zenden naar
Spaarnedam, om zig,naar gelegenheid van
Saaken, te voegen by den Penfionaris, die,
by de Hoofd-Officiers geene voldoening be-
(f) Refol. Vroedfch. /,. E. 1« 7«"7 J«S«. ƒ. i2j.
(l) IL Oe,L, XVH. Mak., il. 599-
Kkkk 2
-ocr page 678-
II. Deel.
AMSTERDAMS
óio
i667<
naar Hamburg gefchikt was; van waar hy
de reis naar Muskou voortzetten zou (z).
De Munfterfche oorlog was, op den agt-
tienden April des voorleeden, en de Engel-
fche, op den eenendertigden July deezes
jaars, met een Verdrag van Vrede geëin-
digd (o). En by het laatfte, was Karel de
II., Koning van Groot-Britanje, gebleeven
in 't bezit van Nieuw Nederland, en van de
Volkplanting der Stad Amfterdam in dat ge-
weft, welk hy, in 't jaar 1664 , op den
Staat veroverd hadt. Men hadt, geduuren-
de den laatftgemelden oorlog, befpeurd ,
dat 'er eenë fterke party was hier te Lande,
die de belangen van Groot-Britanje zogt te
vereenigen met die des Prinfen van Oranje
(b). En hieruit werdt gelegenheid geno-
men , om een ontwerp te hervatten, waar'
toe, al voor lang, by eenige Steden, en
onder anderen by de Stad Amfterdam, nei-
ging befpeurd was. Men verftondt, naam-
lyk,dat de Prins van Oranje, tot wiens be-
vordering verfcheiden' Provinciën fterke be-
geerte toonden, onvermydelyk , tot Kapi-
tein-Generaal zou moeten aangefteld wor-
den , indien de Staat, gelyk te dugten was,
wederom mögt ingewikkeld raaken in eenen
oorlog te Lande. Doch men oordeelde, dat
zulk een hoog Krygsampt hem te veel ge-
zags geeven zou in den Staat, zo hem ,
nevens het zelve, ook het Stadhouderfchap
over de meefte en aanzienlykfte Provincies
opgedraagen werdt. Men was hierom be-
dagt op middelen, om deeze zwaarigheid
te voorkomen, en hervatte, ten dien einde,
de raadpleegingen over een Ontwerp, om
het Stadhouderfchap , voor altoos , afge-
fcheiden te houden van het Kapitein-Gene-
raalfchap. Hierdoor zou het gezag des Prin-
fen van Oranje,zo hy met het laatftgemel-
de ampt mögt bekleed worden, merkelyk
minder zyn, dan dat zyner Voorouderen
geweeft was; en Groot - Britanje, welk, zo
men vaftftelde, haakte naar de volkomen
verheffing des Prinfen, om zo veel te meer
invloeds te hebben op de Regeering van
deezen Staat, zou in dit zyn oogmerk wor-
den te leur gefteld. 't Ontwerp der fchei-
dinge van de twee hooge waardigheden, 't
welk, zo fommigen hebben aangetekend (c),
eerft gemaakt was door den Heer Gillis Vak'
kenier
, Oud-Burgemeefter van Amfterdam,
was, in 't begin van July, eer nog de vrede
met Groot-Britanje geflooten was, door den
Raadpenfionaris de Witt, overgebragt ter
Vergaderinge van Holland, en aldaar OVer-
Cx) AlTZEMA VI. Deel, bl. 2»o.
(<•) Vaderl. Hift. XIII. Deel, bl, 202> l6e,
\b\
AlTZEMA VI. Deel, bl. 168.
(c) Zie Vadeii. Hift. XIV. ttttlt bl. »;.
j^g.6 Engelfchen begunftigden. De Ridder Tem-
'
£fe,diezigthansteBruffelophieldt,hadt,al
djjj"" in Maart, aan den Biffchop van Munfter ge-
fchreeven, dat een ryk Amfterdamfch Koop-
man hem dertigduizend Ryksdaalders zou
overmaaken, die tot onderfteuninge des Bis-
fchops gefchikt waren. En in Auguftus ,
fchreef hy naar Engeland, dat, zelfs in Am-
fterdam, den Engelfchen veel eers bewee-
zen werdt, en dat de Graaf van Stafford, die
onlangs derwaards gereisd was, met meer
beleefdheids, bejegend was geworden, -dan
een Burgemeefter der Stad <» 't Welk ten
minfte bewees, dat men hier niet afkeerig
was van de herftelling der Vrede.
Felle
         Op den zeftienden Maart des jaars 1667,
vorft en begon het zo fel te vriezen, dat het Y voor
fchieiyke Amfterdam, den volgenden dag, reeds digt
1667. laS' en den agttienden begaan werdt. Doch
de vorft hieldt maar weinige dagen aan. Op
den zesentwintigften, des morgens, gingen
nog drie perfoonen over 't Y, naar Water-
land, en tegen den avond zeilden de Wa-
terfchepen reeds voorby de Stad , fchoon
het Pampus,niet voor den negenentwintig-
ften, van 't ys bevryd werdt, en de Zuider-
zee , voor Uitdam, op den eerften April,
nog digt lag (x).
Het
          De Vroedfchap van Amfterdam, de Pre-
Poorter- dikanten der op enbaare Kerke te vafterwil-
fchaP lende verbinden aan 't waar belang der Ste-
den Pre- de, en hun en hunnen kinderen ookeeneby-
dikanten zondere gunft willende bewyzen, befloot,
gefchon- jn Auguftus deezes jaars, aan alle tegen-
de-
det
ling
Reg'
ringvan
AA'
da
11?1
fter
0ver
va»
f\i
een
*
0
ken
woordige Predikanten, en aan alle zulken,
die 't Predikampt, na wettig beroep, in 't
vervolg, bedienen zouden, het Poorterfchap
der Stad te fchenken, zo dra zy zig voor
Burgemeefteren vertoond, en den gewoon-
lyken Poortereed aldaar afgelegd zouden
hebben, zullende ook hunne wettige kin-
deren , zo wel voor als na het afleggen van
dien eed verkreegen, als Poorters worden
aangemerkt, mids zy, die voor het doen
van den gemelden eed gebooren waren, dien
eed insgelyks kwamen afleggen, wanneer zy
den ouderdom van agttien jaaren bereikt
zouden hebben Qf).
In November, kwam hier te Lande een
Gezant van den Czaar van Muskovie, her-
waards gefchikt, tot aankweeking van het
onderling goed verftand met deezen Staat.
De Agent der algemeene Staaten verzelde
hem, op zyne terug reize, tot Amfterdam
toe, daar Burgemeefteren verzogt werden,
hem en zyn gevolg te willen doen plaatfen
op een der fchepen deezer Landen, welk
(») See TemPLE'S Works Val. IU. />. »9, SS.
(.V) COMMELIN . bl. H84.
O) B.efol. Vroedlch. Zt. E. 9 .Aug, i«67. ƒ. 221.
Musko-
vifche
Gezant,
hier ter
Stede.
-ocr page 679-
ver,
'&f)a*..
f
GESCHIEDENISS EN.
XVIII. Boek.
611
m-,
dam niet gelezen voor den derden January ^S.
des volgenden jaars. Ten zelfden tyde,
werden, door de Burgemeefteren, de te-
genwoordig zynde Raaden, en den Secre-
taris, Mr. Wigbolt Slicher, den eed afgelegd
op het eeuwig Edi£t, die aldus luidde:
Ik belove ende fweere het bovenflaande eeu-
wich Edict , mitsgaders alle de poinclen ende
articulen daer inne vervat , heylichlyck ende
oprechtelyck te füllen maintineren
, oock geen-
fints te füllen gedogen, dat daer iegens eenige
indracht
, ofte infraStie gefchiede , veel min
oyt ofte oyt
, eenighe propofitie off advis te
füllen doen, ofte geven, noch oock te füllen
doen doen, off doen geven, die daer iegens
, in
éenigen deele, flrydich zoude mogen isoefen.
Soo waerlyck moet my God
almachuch helpen]
Zie hier de naamen der genen, die, hier
ter Stede, den eed op 't eeuwig Edici ge-
daan hebben.
Burgemeesteren.
Mr. Lambert Reynft.
Dor. An dries de Graeff.
Nicolaes Pancras.
genomen door de Leden: die 't wel haafl
eenpaariglyk goedkeurden. Sedert werdt,
ter algemeene Staatsvergaderinge, een voor-
flag gedaan, overeenkomlligmet dit Ont-
werp. Doch de meeile Provinciën waren
oneens met Holland. De Staaten van dee-
ze Provincie kwamen, derhalve , op den
eenentwintigften December, tot het vaft-
flellen eener Refolutie, die reeds den vyf-
den Auguflus te vooren genomen was, en
federt den naam van eeuwig EdiSl gekreegen
heeft. By deeze Refolutie, werdt beraamd,
i. Dat het vermogen om in de Ridder-
fchap te befchryven altoos aan de Rid-
derfchap; en het vermogen om de Ma.
giftraaten in de Steden te verkiezen al-
toos aan de Steden blyven zou, zonder
ooit aan iemant te worden afgeftaan. 2.
Dat de ampten, flaande ter begeevinge
der Staaten van Holland, altoos door de-
zelven zouden begeven worden, uitge-
nomen de Krygsampten, omtrent welken,
men nadere fchikkingen maaken zou. 3.
Dat Holland nooit zou toeftaan, en ter
Generaliteit te wege zoeken te brengen,
dat aldaar ook beflooten werdt, niet te
bewilligen, dat een Stadhouder tot Ka-
pitein- of Admiraal-Generaal verkooren
werdt; en dat zelfs het Ampt van Stad-
houder van Holland zou zyn en blyven
vernietigd. 4. Dat de Edelen en Vroed-
fchappen der Steden, de Leden der Ver-
gaderinge van Holland en de Raadpen-
fionaris zig, tot het handhaaven der ge-
melde punten, by plegtigen eede, zouden
moeten verbinden. 5. Dat het derde punt,
in de Inftruótien van den toekomenden
Kapitein- en Admiraal Generaal, zou wor-
den ingevoegd;zullendehyzig, byeede,
moeten verbinden, om daartegen nimmer
eenig verzoek te doen (d)." Om den eed
op het eeuwig Ediót in de Vroedfchappen
der Steden te vorderen, waren gemagtigd de
Heeren Fredrik van Dorp, Heer van Maas-
dam
,uit het Lid der Ridderfchap en eerfte
en voorzittende Raad in den Hove van Hol-
land, Gillis Valckenier, Oud - Burgemeefter
van AmiTerdam , en Reinier Langewagen,
Burgemeefter van Hoorn (e).
Doch 'tfchynt, dat hienn, naderhand,
Verandering gekomen is. Immers, de Staa-
ten beflooten, op den gemelden eenentwin-
tigften December, Burgemeefteren der by-
zondere Steden te magtigen om den Vroed-
fchappen den eed op het eeuwig Edi6t af te
neemen. En dit befluit der Staaten, den
Steden, ten zelfden dage, zynde toegezon-
den, werdt in de Vroedfchap van Amfter-
(<0 Vadetl. Hift. XIII. Deel, hl- »87 <»x.
(') AlTZ&MA VI. Dttl, hl. I«8-
Sa
Raaden.
Nicolaes Tulp.
Cornelis Witfen.
Joan van de Poll.
Bernard Schellinger.
Joachim Rendorp.
Joan Blaeuw.
Cornelis Geelvinck.
Gillis Valckenier.
Cornelis van Vlooswyk.
Hans Bontemantel.
Roetert Ernft.
Henrik Hooft.
Cornelis de Vlamingh van Ouds-
hoorn.
Jacob Jacobsz Hinloopen.
Cornelis Bäcker.
Joan van Waveren.
Frans Reael.
Joan van Hartochvek.
Jacob van Neck Jacobsz.
Joan Corver.
Pieter Schaep.
Cornelis Graeflandt.
Joan Hudde.
Vincent van Bronchorft.
Dor.
DM.
M'.
Dor
r
Dor.
Mr.
Dor.
Dr.
Mr.
St
4
e.
tel«,
af-
8i
M/.
Van de zes Raaden, die afwezig waren,
deeden, op den zevenden, deneeddeHee-
ren Nicolaes van Loon, Jacob van Neck, en
M. Joan Huydecoper;op den negenden,de
Heer Nicolaes Rochusz. van Capelle, en op
Kkkk 3
                                          den
ï<*8.
-ocr page 680-
II. Deel.
A M S T E R D A MS
%11
den twaalfden,de Heeren M'.Coenraadvän grenzen van deeze Provincie, en onder an- %0'
Beuningen
en Gerard Hajfelaer. De drie open- deren op de verfterking van Naarden, waar-
gevallen Raadsplaatfen werden, op den agt- by de Stad Amfterdamzoveel belang hadt.
entwintigften, vervuld met de Heeren Joan 't Zal hierom niet ondienftig zyn, dat wy,
1668.
Huift, Mr. Jan ten Groot enlmys en M1. Ja
cob Boreel,
die, insgelyks,den eeddeeden.
Op den zelfden dag des volgenden jaars
1669, werdt dezelfde eed gedaan, door
hier ter plaatfe, van 't gehandelde over dit
gevvigtig onderwerp, uitvoeriglyk, verflag
doen.
Ter gelegenheid van den Engelfchen en pe "jj,
den Heer Leonard Ranß, die toen tot Raad Munfterfchen oorlog, was, reeds op denc0^
verkooren werdt: en een jaar laater, door agtften February des jaars 1666, ter Ver-l t&
de Heeren Mr. Willem Bäcker en Mr. M- gadennge van Holland, beflooten,de Pro-^f
colaes mtfen
, die toen Raaden werden (ƒ). vincie, door het verfterken der Grensplaat- drie }>
fen, in eenen genoegzaamen ftaat van ver- delW
dediging en zekerheid te Hellen,'t welk den neJerir
Gecommitteerden Raaden, by eene Refo fetot
lutie van den vyftiendenJuny des jaars 1667, jee^,,
ernflelyk, aanbevolen werdt. 't Geviel, dat ve^6
het Noorderkwartier aan het Zuiderkwar- ^'
DMmdtd
ren
tier, by afrekening, eene aanzienlyke fom-
Stede, den eed op 't eeuwig Edicïheeft af- me fchuldig gebleeven was. De Gecom-
eele^d (e),
                                                mitteerde Raaden vonden, wat laater, ge-
' De Vrede met Groot Britanje, op welke raaden, deeze fomme te gebruiken tot het
men, hier ter Stede, in gevolge van een verfterken van Naarden, Woerden, Oude-
befluit der Vroedfchap, gedenkpenningen water en Schoonhoven. Zy magtigden dan,
deedt flaan (b), was nog niet geflooten, toen op den negentienden Oftober des gemelden
de Staat reden kreeg om voor nieuwen oor- jaars, den Heer van fVimmenum, die, we-
log te dugten , ter gelegenheid van den in- gens de Ridderfchap, den Heer Joan Ele-
val des Konings vanFrankryk, in de Spaan- ™an, die, wegens de Stad Leiden, en den
fche Nederlanden (i). Men deedt, van de Heer Gerard HaJJelaer, die, wegens de Stad
zyde der Staaten, zyn beft, om de vrede Amfterdam , in hunne Vergadering zitting
te bewaaren door onderhandeling: men floot hadt, om eerft een ontwerp van 't werk te
Aanlei-
ding tot
de raad-
pleegin-
gen op
de ver-
fterking
van
Naarden.
maaken, en om het, vervolgens, ter uit--
voeringe te brengen. Den Heeren Eleman
en Haflelaer werdt deezelaftopgelegd,niet
alleenlyk om dat de Steden Leiden en Am-
fterdam , uit welken zy in de Gecommitteer-
de Tripte alliantie oïhst drievoudig Verbond
milchen Groot-Britanje , Zweeden en de
Staaten, waardoor aan Frankryks overwin,
ningen paaien gefield werden, en waaruit,
eerlang, de Akenfche Vrede gebooren werdt
Doch eer 't nog zo ver kwame, raadpleeg- de Raaden waren afgevaardigd, veel belang
de men, in den Haage, op de middelen, hadden by de ontworpen verfterking der
die vereifcht werden tot befcherming van grenzen; maar ook, om dat zy beide, on-
den Staat, in geval dezelve mögt ingewik- langsgemagtigdgeweeft zynde, om'sLands
keld raaken in den oorlog. In February, Vloote, van gefchut, buskruid en anderen
werdt 'er een Verdrag van onderftartd ge- voorraad te voorzien, zig van deezen.hun-
flooten met den Biflchop van Osnabrugge, nen laft, met ongemeenen yver en beleid,
Hertog van Zeil, die in perfoon te Amfter- gekweeten hadden: en te gelyk met zo veel
dam gekomen was, om over dit Verdrag te eerlykheid en fp aarz aamheid, dat de goede
handelen (k). En fchoon, ten deezen tyde, uitflag van den Engelfchen oorlog, voor een
geloofd werdt, dat de Koning van Frank- groot gedeelte, aan deeze twee Heerentoe-
ryk, door zynen Ambafladeur, den Graa- gefchreeven werdt. Men begon, met het
ve d'Eftrades , onder de hand, eenige fche- maaken van eene aftekening der verfterkin-
pen, tot bet vervoeren van Krygsvolk, hadt ge van Naarden, die beftaan zou in twee
doen huuren hier ter Stede (/), hieldt men groote Forten, een tutfchen de Stad en de
egter een waakend oog op de oogmerken Zuiderzee, waardoor de haven befchermd
van het Eranfche Hof. In den Haage, was en beftreeken zou worden, en een tufïchen
zelfs, al in den Zomer des jaars 1667,ern- de Stad en de Naarder-Meer rwaarbyeene
ftelyk geraadpleegd op de verfterking der Auis zou worden gevoegd, door middelvan
' '. _
         ■ ,' :" welke, men het land om de Plaats onder
(fi Refol. Vrocdfch. L*. F. 3 Jan. I6S8. ƒ. n verft tax,.                          1                   „*+*.„ r\ /-.                           „«.•
L'.G.ti ja». .67o. ƒ.«.                                   water zou können zetten. De Gecommit- gurg?
\s) B-efoi. vtoedich. u. G. 1* jan. i«7i.ƒ. 8«.         teerde Raaden dit Ontwerp hebbende goed- mee(Li>
tb) Refol. Vroedfch. L*. F. 3 J*n. 1668. f. I8.                   ,         , , .             1,. . r                  , °. , ,„n *'
■ \i) vaded.Hift. xiii. Deei, bi. ze».                     gekeurd (m), werdt er, nog voor 't einde rfV<
(k.) AITZEMA VI. Deel, bl. 510.                                                                                                                                              Van
(l) AiTZEMA VI. Dat. bt. SU.                                                          AITZEMA VI. Deel. bl. 4»«.
-ocr page 681-
G ES € H I E D EN I SS EN.
XVIII. Boek.
613
r'68. van Oftober , door den Heere Haflelaer,
l^kxy. kennis van gegeven aan Burgemeefteren van
^ 'er Amfterdam («), op dat zy de gemaakte af-
j^k tekening onderzoeken , en voorllaan zouden,
't.gene zy zouden oordeelen-, by de voor-
' genomen verfterking van Naarden, ten
meeflen diende .hunner Stad, in aanmerking
te moeten genomen worden. Sommigen te-
kenen aan, dat Burgemeefteren zouden ge-
antwoord hebben „ dat zy in't werkgeene
„keur hadden, en de uitvoering van het
„ zelve, geheellyk, overlieten aanGecom-
„. mitteerde Raaden (0)." Doch hiervan vind
ik niets gemeld , in de Regifters der Stad. De
. onpaffelykheid des Heeren van Wimmenum
gaf gelegenheid, dat het aangevangen werk,
federt, alleen door de Heeren Eleman en
Haflelaer, werdt voortgezet, die de noo-
dige erven omtrent Naarden, by fchattin-
ge, overnamen, en daarna eenige Huizen
deeden afbreeken, en de omgelegen plan-
taadjen uitrooijen. De vereifchte kielfpit-
ting gedaan zynde, werdt, by aangeplakte
biljetten, bekend gemaakt> dat de openly-
ke aanbefteeding der ontworpen Vefting-
werkenvan Naarden aldaar gefchiedenzou,
op Maandag den zevenentwintigften Februa-
ry deezes jaars 1668. De Heer Haflelaer
begaf zig, op den vierentwintigilen, naar
zyne Landhoeve by Weesp, Landskroon ge-
naamd , daar de Heer Eleman, op Zondag
den zesentwintigften, by hem kwam (f),
y°°rflag . Elk was nu in de verwagting, dat de be-
g?ßur- fteeding, ten beftemden dage, voortgaan
tet^es- zou; doch Burgemeefteren en Raaden van
v9an c>a Amfterdam hadden, maar twee dagen voor
„ alleen het gemeene Land, maar de Stad wj**-.
„ Amfterdam veel belang hadt by de rype " *
„ overweeging van den dienft of ondienft
„ eener fterke Plaats, die zo na by de Stad
•„ gelegen was; dat zy van den HeereHas-
„ fe!aer,op hun verzoek, bekomen hadden
„ twee Refaktien van hunne Edele Groot-
,, Mogendheden van den agtften February
„ des jaars 1666 en van den zeventienden
„ Juny des jaars 16Ó7; doch dat de over-
„ komft van den gemeiden Heere hierop
„ zo kort gevolgd was, dat zy nog geenen
„ tyd gehad hadden, om die twee Refölu-
„ tien, met de vereifchte aandagt,teovcr-
„ weegen, veelmin, over de byzonderhe-
„ den van het werk der verfterkinge, hun-
„ ne gedagten te laaten gaan, naar behoo-
,, ren." Na 't ovenveegen van welk voor Men be-
itel, beflooten werdt „ den Heer Penfiona-fl"it> te
„ris Hop, zonder uitftel, te zenden naar wege te
„ denHaage,om by GecommitteerdeIlaa-d-f^de"'
„ den te wege te brengen, dat de voorge-verfter-
„ namen aanbeiteeding, eenige weinige da- king van
„ gen, werdt opgefchort, en aan deezen N^rden
„ Raade demagtgelaaten, om de zaak, als^f
„ nog in zyn geheel, rypelyk te overwee-worde.
„ gén.alleenlyk tot den tyddernaafte Ver-
„ gaderinge van de Heeren Staaten, om
„ daar deszelfs gevoelen te verklaaren, of
j, uit deszelfs naam eenig nader verzoek te
„ laaten doen (#)." De inhoud van dit be»
fluit werdt vervat in eenen brief aan de Hee^
ren Gecommitteerde Raaden, die den Hee-
re Hop medegegeven werdt (/). Sommi-
gen tekenen aan, dat de Luitenant-Ad mi*
raal, Willem Jozef, Baron van Gend, kort
te vooren, by eenen der Burgemeefteren van
Amfterdam, was komen onderftaan, of het
der Regeeringe deezer Stad ook onaange.
naam zyn zou, dat hem het Bevelhebber-
fchap over het verfterkte Naarden opge-
draagen werdt. En zy geeven niet donker-
lyk te kennen, dat dit ondertaften Burge-
meefteren wakker gemaakt hadt fs). Ook
was niet te vermoeden, dat de Stad zulk
eene voornaame Hollandfche grensplaats,
als men Naarden maaken wilde, gaarne ge',
zien zou hebben onder 't bevel van eenen
Gelderfchen Edelman, wiens Vader thans
Gouverneur was van den Prinfe van Oran-
je, die onlangs, ook met bewilliging van,
Amfterdam, door de vernietiging van het
Stadhouderfchap, van alle hoop op de ver-
kryging deezer waardigheid fcheen verfte-
ken te zyn, en dien men, derhalve, door
het bevorderen van zulken, die zo naauw
eene betrekking tot hem hadden, tot Krygs-
f?) Refo!. Vrocdfch Lt. F. xj Feir. USwf         p £*
(r) Zit AITZEMA VI. Deel, il. 4,4,                              '
(,) AITZEMA VI. Deil, il. 456.
^H. dien beftemden dag, bellooten, dezelve te
h
QaP- doen uitftellen. Met de gewoonlyke ver-
andering der Regeeringe, waren Burgemees-
ter en geworden de Heeren Comelis van Vloos-
izyck,
Heer van Vlooswyk, Diemerbroek
en Paapenkoop , Comelis de Fläming van
Outshoom,
Ridder, Heer van Oudshoorn
en Gnephoek, en M'. Gillis Valckenier, zyn-
de Mr. LambertRcynfl,zhOuÓL-¥>wrgemQes-
ter, aangebleeven; en 't fchynt, dat deeze
Heeren, of de meeften derzelven andere
inzigten hadden op het verfterken van Naar-
den , dan de meefte Burgemeefteren, die het
Voorgaande jaar hadden geregeerd. Im-
mers , Burgemeefteren hielden den Raad
Voor „ dat zy vernomen hadden, hoe men
j> eenen aanvang gemaakt hadt van eene
i> aanzienlyke verfterking der Stad Naar-
» den, zonder dat daarover byzonderlyk
s> geraadpleegd of bellooten was, ter Ver-
» gaderinge van 's Lands Staaten; dat niet
f") Refo!. Vroedfch. L'. F. is Fehr. i66j./. zlverfi.
y> A»TZRMA VI. Deel, tl. 489, 4Sä.
l?J AlTZ£M4 vi. Deel, il. 4J«.
-ocr page 682-
t D A M S               Ü. Deel.
„den weg openen zou tot in 't hert van i66>
„ Holland, en tot voor de poorten van Am-
„ fterdam; daar de voorgenomen verfter-
„ king in ftaat zyn zou , om een Leger
„ van meer dan vyftigduizend man te ftui-
„ ten, en Amfterdam, van die zyde, voor
„ allen uitheemfch geweld beveiligen." De
twee Heeren merkten ook aan „ datdePro-
„ vincie van Holland veel dienft zou kon»
„ nen trekken van de verfterking van Naar-
„ den, in geval zy, onverhoopt, gefchil
„ krygen mögt met de andere Provinciën."
Doch na dat zy omftandiglyk hadden ver-
toond , op wat wyze, tot hiertoe, in 't ganc-
fche werk, by de Gecommitteerde Raaden
gehandeld was , met verklaaring , dat zy
wel gewenfcht hadden, dat de Heeren van
Amfterdam derzelver bedenkingen hadden
geuit, eer 't werk zo ver gebragt, en zo „{
veele koften gemaakt waren, beloofde deve$e"
Heer van Wimmenum, eindelyk, uit zynenviJ" $v
naam alleen, den brief van Burgemeefteren am
en Raaden te zullen zenden aan de Heeren raadt>
Eleman en Haifelaer, hun daarby fchryven- aao^
de „ dat hy aan hun liet, wat daarin be-fteeV'
„ hoorde gedaante worden;doch voor zynjj^ini
„ perfoon van gevoelen was, dat men 't v3n „
„ werk, voor eenige weinige dagen , be-N»3. e
„ hoorde uk te ftellen." De Heer Hop,ee"^ui'
geene kans ziende om meer te verwerven, "pi-
keerde met den brief aan de Heeren Eleman len.
en Haffelaer terftond naar Amfterdam: doch
alzo hy deeze Heeren aldaar niet aantrof,
liet hy den brief, nog dien zelfden avond,
door zynen Klerk, aan de Land wooning van
den Heere Haffelaer by Weesp beftellen.
Op den zevenentwintigften, dag der voor-
genomen aanbefteedinge, deedt hy verflag
van zyne verrigtingen aan de Vroedfchap,
die goedvondt, te volharden by haar befluit,
om 't werk der aanbefteedinge te doen op-
fchorten , tot de naafte Vergadering der
Staaten van Holland (t).
Midlerwyl, was de aanbefteeding uitge-'t <^t,
field tot naderen laft; doch de perfoonen /c"^
gekomen om de aanneeming te doen, wa-
ren te Naarden nog opgehouden. De Heer
Haffelaer was terftond gekeerd naar Am-
fterdam , daar hy de raadpleegingen der
Vroedfchap , op den zevenentwintigften,
bygewoond hadt. De Heer lïleman en hy,
nevens den Penfionaris Hop, begaven zig,
nog dien zelfden nagt, naar den Haage: de
twee eerften om naderen laft van Gecom-
mitteerde Raaden te haaien (w);de laatfte,
om te wege te brengen, dat de aanbeftee-
ding werdt uitgefteld.
pe
(r) Refol. Vroedfch. Lt. F. 27 Febr. li&l. f. 13 ««*•
(»J A1TZE1YU VI. Deel, bl. 4517.
6i4                 A M S TE ]
1668. ampten van deezenaart,geenegelegenheid
fcheen te moeten geeven, om zig, wanneer
't de ftaat zyner zaaken vereifchen mögt,
ligtelyk meeiter te maaken van eene fterke
Plaats, zo n a gelegen aan de magtigfte Stad'
der Provincie.
Ilande- De Penfionaris Hop , terftond naar den
ling van Haage vertrokken zynde, deedt, nog dien
den Pen-zejfden avond, opening van zynen lall aan
Hop, den Raadpenfionaris de Witt, en aan den
in den Heere van Wimmenum, die voorzat in de
Haage. Gecommitteerde Raaden, verzoekende, des
anderendaags, in 't Collegie te mogen ge-
hoord worden. Beide deeze Heeren waren
verwonderd, over 't gene hy hun voorhieldt.
Zy merkten de voorgenomen verfterking van
Naarden-aan, als ten hoogfte dienftig voor
Holland in 't gemeen, en voor de Stad Am-
fterdam in 't byzonder. Ook was zy, zei-
denze , niet ondernomen , dan in gevolge
van meer dan ééne Refolutie der Heeren
Staaten: en 't werk was reeds zo ver ge-,
bragt,dat het niet wel, zonder kleinagting
van den Staat,kon worden opgehouden, of
uitgefteld. Zy voegden hierby, dat de af-
wezendheid van alle de Gecommitteerde
Raaden uit den Haage niet toeliet, dat 'er,
tegen den volgenden dag, Vergaderingbe
legd werdt, zynde ook den tyd te kort, om
de Heeren te befchryven. Nogtans, namen
zy aan, op 't ftuk nader te letten, en den
Heere Hop, den volgenden dag, gelegen-
heid te geeven, om hen, op nieuws , te
fpreeken. 't Gefchiedde. De Raadpenfio-
naris hieldthem, uit beider naam, voor,
„ dat de Heer van Wimmenum wel gene-
„ gen was ,om Burgemeefteren en Raaden
„ dienft te doen; doch zig alleen in den
„ Haage bevondt, en gebonden was. aan
„ de Refolutien van hunne Edele Groot-
„ Mogendheden, welker uitvoering hyniet
„ bevoegd was te ftremmen." Voorts, ver-
haalde hy „ met hoe veel beleid, de Re-
,, folutie vandenagtften February desjaars
„ 1666 bewerkt was, op een Verzoekfchrift
„ van die van Weesp, en met bewilliging
j, der Afgevaardigden van Amfterdam." Hy
merkte aan „ hoe heilzaam deeze Refolutie
£ toen geoordeeld was, als naar welke, men
„ wel vyftig jaaren getragt hadt;" daarby
voegende „ dat de Munfterfche oorlog, die
„ aanleiding tot het neemen deezer Refolu-
„ tie gegeven hadt, ligtelyk wederom ont-
„ lteeken kon; dat men zig op de Franfchen
„ en Munfterfchen niet veel kon vertrou-
„ wen; dat zy beide kennis hadden van
„ onze grenzen, fterkten en toegangen; dat
„ Naarden, zo als het tegenwoordig ge-
„ field was, geen tegenftand altoos doen
„ kon, en,overmeefterdzynde,denvyand
-ocr page 683-
XVIII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
6*15
J668. De Heer Hop, wederom in onderhande-
tGefprek ling getreden zynde met de Heeren van
^«:hen Wimmenum en Raadpenfionaris de Witt,
^-aad- vernam „ dat de eerftgemelde in het be-
l1enfio- j> geerde uitftel geene groote zwaarigheid
jNs de ,, maaken zou." Doch de Raadpenfionaris
<Cpen hielde hem voor „ dat Amfterdam,om de
Üonarls" " ver^erking van Naarden te vorderen, in
llop. j> jaar 1666, beleid gebruikt, en Weesp
„ doen fpreeken hadt; dat het Verzoek-
„ fchrift van die van Weesp hem, Raad-
„ penfionaris, door de Heeren van Amfter-
„ dam, ter hand gefield en aanbevolen was;
„dat'er, in de zaak, doorgaands, niets
„ was gedaan, dan met medeftemmingvan
j, Amfterdam; dat het moeilykwas,te ver-
j, neemen, dat de Stad derwyze wankelde.,
j, en zwaarigheden maakte op de uitvoering
„ van 't gene met haare bewilliging befloo-
„ ten was; dat, eindelyk , de zaak, ter
,, Vergaderinge van hunne Edele Groot-
s, Mogendheden, gebragt wordende, ge-
„ vaar liep van geheel agterwege te bly-
„ ven, door de verfchillende begrippen, die
„ daaromtrent te voorzien waren." De
Heer Hop antwoordde hierop „ dat nie-
„ mant van de Regeeringe of Vroedfchap
„ bekend fiondt, iet van.het gemelde be-
3, leid geweeten te hebben ; dat de zaak
„ zelve, de verfterking van Naarden, naam-
„ lyk, in haar geheel bleef, al werdt zy ee-
„ nigentyduitgefteld; dat hy geen'lafthadt,
„ om zig daartegen te verklaaren;maar al-
„ leenlyk om tyd te begeeren, tot nader
j, onderzoek en beter verftand der meenin-
„ ge van hunne Edele Groot-Mogendheden.
„ En dat, zo deezen mogten oordeelen, dat
„ het werk behoorde agterte blyven, daar-
j, uit klaarlyk volgen zou, dat hunne mee-
„ ning nimmer geweeft was, de algemeene
„ woorden der Refolutie van den agtften
„ February des jaars 1666 van alle de gren-
„ zen deezer Provincie met Veftingwerken
„ te voorzien, zo verre te trekken, dat daar
„ onder zouden begreepen zyn zulke voor-
„ naame werken, als men nu om Naarden
„ aanleggen wilde." De Raadpenfionaris
hernam „ dat men, voor dit laatfte , niet
„ behoefde bedugt te zyn; dat alleen in
j, bedenking zou komen, met welke Plaats,
„ men de voorgenomen verfterking zou be-
„ hooren te beginnen; dat Amfterdam groo-
s, telyks benadeeld zou worden zo men
s, eens belluiten mögt, niet met Naarden
• s, aan te vangen; dat de Gecommitteerde
j, Raaden beflooten hadden, Naarden, in
» de eerfte plaatfe, te verfterken, enkelyk
»> om Amfterdam, welk ligtelyk van dien
s> kant zou können overvallen worden, te
„ beter te dekken; vooral in den tegen-
I. STUK.
„ woordigenkommerlyken toeftand der ty- ^63.
„ den, zynde Frankryk, met een magtig Le-
„ ger, op de been, en den Biflchop van
„ Munfter wederom aan 't werven. Dac
„ de Franfchen, die den Staat, in den jong-
„ ften Munfterfchen oorlog, hadden byge.
„ ftaan, zo wel als de Munfterfchen, wis-
„ ten, hoe ligt Holland, van den kant van
„ Naarden, kon worden aangevallen; en
„ dat, van deezen kant ook, in alle tyden
„ van oorlog, de meefte bekommering ge-
„ komen was." De Heer Hop antwoordde
hierop, wel ter zaake en behoorlyk; doch
toenhy, naderhand, verflag van 'r. gehan-
delde deedt aan Burgemeefteren, verfton-
den eenigen derzelven „ dat, toegeftaart
„ zynde , dat de Heeren Staaten 'blyven
„ zouden by hun befluit om de grenzen te
„ fterken, en dat alleenlyk te dugten ftondt,
„ of men wel van Naarden beginnen zou; »
„ deeze Stad geene zwaarigheid behoefde
„ te maaken, van zig hieraan te onderwer-
„ pen, alzo de Leden, verftaande dat de
„ meefte nood omtrent Naarden was, niet
„ van de Gecommitteerde Raaden verfchil-
„ len zouden, of anders, de waare meening
„ der hooge Regeeringe ontdekt hebbende,
„ het dienftigfte en noodigfte eerft helpen
„ vaftftellen; waarin de Stad zig ook wel
„ zou können voegen, zynde het, in eene
„ zaak van zo veel gewigt, hoognoodig,
„ dat men met eenpaarigheidbefloote,zon-
„ der eikanderen, door bedekte wegen, een
„ voordeel af te zien, waaruit, in tyden en
„ wylen, gevolgen zouden können getrok-
„ ken worden, tienmaal fchadelyker voor
„ de Stad, dan zy voordeel uit dit voor-
,, regt zou hebben können trekken:" welke
aanmerking men goedvondt, by nadere ge-
legenheid, aan te dringen.
Na 't gefprek met den Raadpenfionaris
werdt de Heer Hop gehoord, in het Col-Ho\Heer
legie der Gecommitteerde Raaden, daarkrygt ge-
vier Leden tegenwoordig waren. Hy ver-hoor ia
nieuwde hier zyn verzoek om uitftel derG-ecom"
aanbefteedinge, en bekleedde het met re-KÜI:
denen: waarna hem, in tegenwoordigheid den.
van zes Leden , geantwoord werdt „ dat
„ hunne Edele Mogendheden, door eenigen
„ hunner Medeleden , aan de Regeering
„ van Amfterdam zouden doen voorftellen
j) de redenen, die hen bewoogen hadden,
55 om met de verfterking van Naarden te
„ beginnen; doch zo de Regeering van Ani-
„ fterdam van een ander verftand zyn mögt,
„ zou men't voorgenomen werk agterwege
„ laaten, en de koften fpaaren, mids de
„ Stad zig, ten langfte binnen tweemaal
„ vier en twintig uuren, op de zaak zelve
verklaarden ajzo men, in geval van lan-
LIH
                                           M ge«
-ocr page 684-
II. Deel.
AMSTERDAMS
6i6
„ noegzaame eenpaarigheid der Vergade- iö
„ ringe genomen was, betuigende zy, van
„ wege de genoemde Heeren, ten befluite,
„ onfchuldig te willen zyn aan de nadeelen,
„ die,uit het nalaaten of verwylen der ver-
„ fterkinge van Naarden, zouden mogen
„ volgen, en die alleen aan deezeStadzou-
„ den te wyten zyn."
                       -           e.
Burgemeefteren, den Raad, tegen deni5l'g|e-
volgenden dag, vergaderd hebbende, hiel-^D h"11'
den dien,'nevens den gemelden voorflag,^n ^
ook eenige redenen voor, welken, tegen de Ha3L
nuttigheid en dienft der voorgenomen ver- ee^0en
fterkinge, konden worden ingebragt. ZyfTeoC,t,tS'
merkten aan „ dat Holland nog niet ge-gen*
„ noegzaam verfterktzyn zou, onaangezien nutter
„ Naarden verfterkt ware, konnende den he'L'
„ vyand, wanneer hy op de Veluwe ware, j^g«.
„ Holland, langs verfcheiden' oorden, in-
„ trekken, en zelfs Amfterdam naderen,
„ zonder Naarden aan te doen, alzo hem,
„ daartoe, onder anderen, een breede, ge-
„ baande en wel gezande weg open lag
„ door 's Graavenland, en van daar tot aan
„ de Vegt, langs eene vaart, door welke
„ hy zig allerlei voorraad zou können laa-
„ ten toevoeren, en waarna hy, den Vegt-
„ dyk hebbende tot eenen wal, waaragter
„ een gantfch Leger fchuilen kon, te Mui-
„ den, te Weesp, aan den Hinderdam, te
„ Vreeland, te Loenen, teNieuwerfluisen
„ elders, over de vafte bruggen, of met
„ fchuiten, die alomme by de hand waren,
„ over de Vegt komen kon, zonder dat
„ het hem, door de bezetting van Naar-
„ den, al was zy al zeer talryk, zou kon-
„ nen belet worden. Dat het, in de tegen-
„ woordige fchaarsheid der geldmiddelen,
„ raadzaamer was, de penningen, tot het
„ verfterken van Naarden gefchikt, te be-
„ fteeden tot het aanwerven van Krygs-
„ volk, waarvan men thans meer dienft zou
„ können hebben. Dat men de penningen
„ zou moeten vinden, of by opneeminge,
„ waardoor de Sterkte een eeuwige laft voor
„ de Provincie worden zou, bultende kos-
„ ten van het onderhoud; of uit een twee-
„ honderdflen , of veelligt wel een hon-
„ derdflen penning, waardoor de goede in-
„ gezetenen, die nu, in het tweede jaar,
„ een honderdflen penning betaalden, zeer
„ zouden gedrukt worden ; fchoon deeze
„ zwaarigheid zou moeten worden overge-
„ flapt, als de nood blykbaar was; 't welk
„ men hier nog niet zien kon. Dat, wyders,
„ te dugten ftondt,dat men zig tezeerver-
„ laaten zou op het verflerkte Naarden, en
,) de buiten - flerkten op de grenzen, naar
„ gelang, verwaarloozen; welker bezettin-
„ gen ook zouden moeten verzwakt wor-
„ den,
1668. „ ger uitflel, zo wel als in geval van be-
„ williging, met de voorgenomen aanbeftee-
„ ding voort vaar en zou."
Zy zen- De Leden der Gecommitteerde Raaden,
den Ge- die naar Amfterdam gefchikt werden, wa-
magtig- ren de Heeren Eleman, Haffelaer ea Joan
ïmter^Pffir* welke laatfte> we§enS Rotterduan}'
dam. in Gecommitteerde Raaden zitting hadt.
Die de Zy verfcheenen , den negenentwintigften
nuttig- February, by Burgemeefteren, diezy, by
vtlie" monde van den Heere Eleman, voorhielden,
kinge „ dat Naarden eene Grensplaats van Hoi-
van „ land was , welker verfterking eerft ter
Naarden ^ han(j was genomen, om dienft te doen
bewee' Il aan de Stad Amfterdam; die wel de mag-
ren
tigfte te water was, maar niet te lande;
" die ook, in voorige tyden, met naame in
„ 't jaar 1629, toen Graaf Henrik vanden
, Berge in de Veluwe gevallen was, in
„ groote bekommering gezeten hadt, en
„ zelfs in den jongflen Munfterfchen oorlog,
„ toen men, insgelyks, voor eenen inval in
„ de Veluwe bedugt geweeft was. Dat het
j, zelfde gevaar dagelyks te dugten was,
„ van den kant van Frankryk, wiens mag-
„ tige en zegepraalende Legers by der hand
„ waren; of andermaal van den BhTchop
„ van Munfter, die zyn Krygsvolk , met
„ Franfch geld, wift te betaalen. Dat de
„ Stadhouders, voorheen, de verfterking
„ der grenzen van Holland belet hadden,
„ ten gevalle van de Provinciën; doch dat
„ dezelve, nu dit beletfel ophieldt, be-
„ hoorde in 't werk gefield te worden, voor-
hal omtrent Amfterdam, het voorwerp,
„ welk vyanden en kwalykgezinden altoos
„ hadden gezogt te bemagtigen; waarom
„ het, van wege den Staat, te zorgvuldi-
„ ger befchermd moeft worden. Dat zy
„ hierom verzogten, dat de Raad hierop
„ mögt vergaderd worden. Dat men 't ver-
„ fterken van Naarden zou nalaaten, zo 't
„ ondienflig geoordeeld werdt, zynde de
„ Heeren Gecommitteerde Raadenzelven,
„ ter oorzaake van de fchaarsheid van 's
„ Lands geldmiddelen, niet ongenegen, om
„ ftil te flaan , hoewel zy, anderszins,
„ meenden, de vereifchte penningen te zul-
„ len können vinden. Datzy, eindelyk,
„ een fpoedig antwoord verzogten, alzo de
„ zaak geen uitflel leedt; zynde de gron-
„ den om Naarden reeds aangenomen; de
„ boomen omgehouwen; de grondtekening
„ gemaakt en goedgekeurd; de aanneemers
„ van 't werk opontbooden, en met geld
„ bewoogen om te wagten, zonder nog te
„ reppen van den blaam, dien het langer
„ uitflel brengen zou over de Heeren Ge-
„ committeerde Raaden, en dat om het uit-
»
voeren eener Refolutie, die met eene ge-
-ocr page 685-
GESCHIEDENISSEN.
XVIII. Boek.
6i7
magt tot verdrukking der vryheid mis-
bruikt geworden was; waarom de Stad
ook, met zulk eene bezetting in Naar-
den , niet vry , ten minfte niet geruft
zyn zou: en dat de gantfche Staat in 't
zelfde geval zou zyn, alzo hy, die zig
meefter zou hebben weeten te maaken
van Amfterdam, zig ook, wel haalt, met
de middelen van deeze Stad , meefter
maaken zou van gantfch Holland, en van
den gantfchen Staat, inzonderheid daar't
fluk der Patenten, op welken het Krygs-
volk van de eene Plaats naar de andere
wérdt gefchikt, tot nog toe, niet in dier-
voege hadt können worden geregeld, dat
de vereifchte fpoed, met eene genoeg-
zaame geruftheid voor de Provinciën en
Steden, gepaard ginge. Dat men hierop
niet zeggen kon , dat de Stad ook van de
bezetting uit eene andere Provincie zou
können overvallen worden, alzo men meer
dan eenen dag of nagt noodig hadt, om met
een' aanzienlyken hoop volks zo verre te
trekken; daar men, in-vier uuren tyds,
van Naarden hier zyn kon: behalve dat
ook de andere Provinciën, ter oorzaake
van het klein getal der Compagnien, tef
haarer betaalinge ftaande, zulk eene magt
den, naar maate dat die van Naarden ver-
fterkt werdt. Dat ook de voorgenomen
verfterking den anderen Provinciën zeer
tegen de borft zyn zou, en te ligter doen
befluiten, om andere befchermingte zoe-
ken, en Holland alleen te laaten zitten
met de fcheenen voor 't vuur van den
oorlog, wanneer zy hier de voorbereid-
fels zagen maaken van iet, waardoor zy,
als het Holland t'eenigen tyde gelegen
komen mögt, zouden können afgefneeden
en verlaaten worden. D*5t ook zeer te
vreezen was, dat de handeldryvende in-
gezetenen argwaan zouden opvatten, over
deeze zo naby gelegen Sterkte: waarte-
gen niet deedt, dat men veeleer het ver-
trek der Koopluiden, by gebrek van ge-
noegzaame veiligheid, zou mogen dug-
ten:naardien de ondervinding, veelejaa-
ren herwaards, geleerd hadt, dat geene
Koopluiden Amfterdam verlaaten of ge-
myd hadden, om dat Naarden niet beter
verfterkt was; maar zig, daarentegen,
in kommerlyke tyden, dikwils derwaards
hadden begeven. Dat ook der Stad Am-
llerdam, uit zulk eene vefting, waarin
doorgaands eene fterke bezetting zou moe-
ten gehouden worden , een geduurige
fchrik over 't hoofd hangen zou, om door
dezelve overvallen, en naar de hand ge-
zet te worden van hem, die, in zorgely-
ke tyden, zyn gezag zou willen doen gel-
den; 't zy dat hy ware het Hoofd van 't
Krygsvolk, of de Bevelhebber der Sterk-
te , of iemant, die, deezen Bevelhebber
aan dehand hebbende, zig van denzelven
zou zoeken te bedienen. Dat het, fchoon
'er geene Stadhouders meer te vree-
zen mogten zyn, nooit ontbreeken zou aan
Staat- en heerfchzugt, in zulken, die tot
aanzien en gezag zouden mogen verhee-
ven worden, en door den tyd het Krygs-
volk , door bezoek en vriendelyke toe-
fpraak, aan hunne koorde zouden wee-
ten te krygen; de verhooging van Kapitei-
nen en Kolonellen behendiglyk bevorde-
ren ; onder de Regeeringe, door het be-
wyzen van goede dienften aan deezen en
genen in 't byzonder, aanhang maaken,
en de zaaken eindelyk zulks beleiden, dat
het volk van oorloge, welk anders ver-
fpreid legt, onder voorwendfel van be-
ter krygstugt onder het zelve te oefehen,
en het nader by de hand te hebben, om
in geval van nood te können worden ge-
bruikt, in ééne plaats byeengebragt werdt,
daar het, zyne fterkte ziende, en vertrou-
wen op eikanderen krygende, ligtelyk,
vrees in anderen veroorzaaken zou. Dat
men dikwils gezien hadt, dat zulk eene
i66S*
5)
5'
5J
5)
niet zouden können byeentrekken. Dat het
ook zeer gevaarlyk was, zulk eene fterke
Plaats, daar de vyand bykomenkon, zon-
der anderen aan te doen, midden in 't
Land te hebben; alzo dezelve, eens, by
verraffing, waarvoor de magtigfte ves-
tingen bloot ftonden, ingenomen zynde,
alle de omleggende Plaatfen onder be-
dwang zou können houden, zonder anders
dan door een langduurig beleg te können
herwonnen worden. Dat, eindelyk, de
verfterking van Naarden, welke men te-
gen de magt van Frankryk, en tegen de
verdagte troepen van den BhTchop van
Munfter wilde doen dienen, niet dan na
verloop van een jaar of twee, in behoor«
lyken ftaat van tegenweer zou können ge-
bragt worden: weshalve dit werk , zo
zulks het oogmerk der Heeren Staaten
geweeft ware, al vroeger, ondernomen
geweeft moeft zyn; gelyk men, ook nu,
minder reden van bekommeringe hebben
zou, zo men, toen de Refolutie tot ver-
fterkinge der grenzen genomen werdt,
j>
met de verfterkinge van Weesp voortge-
„ vaaren ware."                       '
De Vroedfchap, de bedenkingen vanBur-
gemeefteren gehoord hebbende, magtigde
de Heeren Mr. Lambert Reynfl , D'. Giftfs
Valckenier
, Dr. Nicolaas Tulp, Dr. Cornelis
Witten
, Nicolaas Pancras, Gerard Hqßelaer,
Mr. Henrik Hooft en Mr. Andries de Graaf,
L111 2                                               om
-ocr page 686-
II. Deel.
AMSTERDAMS
6i8
tö68-
van Holland. De Afgevaardigden deezer
om alles nader te onderzoeken, en van hun-
ne bedenkingen aan den Raade verüag te
doen (V).
Wy hebben, ineen ander werk (ïo),uit
Aitzema (x), aangetekend, dat de Item-
men over de verfterking van Naarden, tus-
fchen de vier Burgemeefteren, de zes en der-
tig Raaden, en de agt Gemagtigden uit den
Raade gefteken hebben. Doch federt dat wy
gelegenheid gehad hebben, om de Refolu-
tien der Froedfcbap
zelven in te zien, können
wy, met verzekering, zeggen, dat aldaar
van deeze byzonderheid niets altoos te boek
gefteld is. Men vindt alleenlyk, dat de
agt Gemagtigden , 's anderendaags , den
tweeden Maart, verflag gedaan hebbende
van hunne Commiflie, Burgemeefteren en
Raaden beflooten hebben, uit hunnen naam,
den Heeren Afgevaardigden uit de Gecom-
mitteerde Raaden aan te zeggen „ dat zy
„ niet zouden können aanzien, dat met de
„ aanbefteedinge der Veftingwerken van
„ Naarden voortgevaaren werdt, voor dat
j, men daarop de meening der Heeren Staa-
„ ten nader zou hebben verftaan; ten wel-
„ ken einde, daarvan, ter naafter Dagvaart,
„ zou worden gefproken; oordeelende zy
„ niet verpligt te können worden, om, in
„ zulk een korten tyd, als by de Heeren
„ Gecommitteerde Raaden bepaald was,
,, op zulk gewigtig punt, een eindelyk be-
„ fluit te neemen. Doch zo men, deson-
„ aangezien, met de aanbefteedinge wilde
„ voortvaaren, zou daartegen, van wege
„ deeze Stad , geprotefieerd worden, met
„ voorbehoudenis van de magt om hierna
„ zulk eene verdere proteftatie te doen,
„ als men als dan zou bevinden te behoo-
„ ren (j)."
De Afgevaardigden uit de Gecommitteer-
de Raaden, kennis van dit befluit gekreegen
hebbende, gaven te verftaan, dat zy, vol-
gens hunnen laft en Inftruclie, genoodzaakt
waren voort te gaan met de aanbefteeding.
Zy vertrokken, dien zelfden dag, nog naar
den Haage.Doch de Gecommitteerde Raa-
den, hen gehoord hebbende, verftonden,
„ dat men wel met de aanbefteedinge voort-
„ gaan zou; doch den minftaanneemende
„ aanzeggen, dat hy zyn bod, den tyd van
„ drie wèeken, een dag of twee onbegree-
„ pen, geftand zou moeten doen;wanneer
„ hem 't werk uiterlyk af- of aangezeid zou
„ worden." De aanbefteeding gefchiedde
dan op deezen voet. Ondertuflchen, na-
derde de tyd der gewoonlyke Vergaderinge
(v) Refol. Vroedfch. L'. F. 1 Maart i6««. ƒ. 2g enz..
(w) Vacleil. Hift. Xlll. Deel, tl. 362.
(v) VI. Deel, hl. 41,8
(y) Refol. Vroedfch. L'. F. z Maart 166%. f. 3* verf,
1668.
Stad werden gemagtigd om den Heeren Nade.1
Staaten, op dezelve, bekend te maaken, j>eilUg£3(I,
„ wat 'er, tuUchen de Heeren Gecommit- der
„ teerde Raaden en derzelver Gemagtig-
„ den, ter eener, en de Regeering deezer
„ Stad, ter anderer zyde,over de verfter-
„ king van Naarden, gehandeld was, met
„ herhaalde verklaaring, dat de Stad niet
„ kon noch zou aanzien , dat de aanbe-
,, fteeding, van 's Lands wege , wierdt
5, aangezeid, 6Ï met de verfterkinge voort-
„ gevaaren, voor men daarop de meening
„ van hunne Edele Groot-Mogendheden
„ verftaan zou hebben, na 't houden van
„ een befoigne door Commiflariffen uit 's
„ Lands hooge Vergaderinge, over het re-
,, gelen der voorgenomen verfterkinge; van
„ welk befoigne 't verflag hier ter Stede zou
„ moeten worden overgebragt , om door
,, Burgemeefteren en Raaden overwoogen
„ te worden. Voorts, moeften de Afge-
„ vaardigden der Stad het gemelde befoig-
„ ne in diervoege beleiden, dat daarin ont-
,, worpen en op 't papier gebragt mogten
„ worden zodanige middelen van zekerheid
„ voor de Stad Amfterdam, als zy,nevens
„ de andere Heeren Commiflariffen, dien-
„ ftig zouden oordeelen, mids daaronder
„ ook gefteld werden de volgende 2<?.rpun-
„ ten:
„ 1. Dat geen Gouverneur over Naar-
„ den en de Sterkten daaronder behooren-
„ de, noch geen Commandeur over de be-
„ zetting, in dezelven leggende , gefteld
„ zou worden, dan die de Regeering van
„ Amfterdam uitdrukkelyk verklaard zon
„ hebben, haar aangenaam te zyn.
„ 2. Dat ook geen Gouverneur of Com-
„ mandeur langer aldaar verblyven zou ,
,, dan hy aan de Regeering van Amfterdam
„ aangenaam zyn zou, zullende,op de aan-
„ maaning van die Regeeringe, een ander
„ in deszelfs plaatfe worden gefteld.
„ 3. Dat in Naarden en de onderhoorige
„ Sterkten, geene Ruitery voor gewoonly-
„ ke bezetting zou worden gelegd.
„ 4. Dat de bezetting der Stad en derSterk-
„ ten niet grooter zyn zou dan vyf honderd,
„ of uiterlyk zeshonderd mannen te voet.
„ 5. Dat de gemelde bezetting,in Oor-
„ logs- of andere kommerlyke tyden, niet
„ zou mogen vermeerderd worden , dan
„ met kennifle en uitdrukkelyke bewilligin- /
„ ge der Regeeringe van Amfterdam.
6. Dat al het volk, waarmede de ge-
„ melde gewoonlyke bezetting, in tyd van
„ nood, vermeerderd zou zyn, op de aan-
„ maaning der Regeeringe van Amfterdam,
„ daaruit geligt, en de bezetting op het
Ant-
woord
van wege
de Stad
aan de
Gemag-
tigden
van Ge>
commit-
teerde
Raaden.
Befiuit
der Ge-
commit-
teerde
Raaden.
-ocr page 687-
VOfe^.
XVIII. Boek.            GESCHIEDENISSEN.             619
*668. „ gewoonlyk getal gebragt zou moeten wor- geene genoegzaame orde gefield. Bürge- 1668
v „ den (z)."
                                               meefleren hadden, derhalve, te wege ge-
ft«ver. Na deezen tyd, vind ik niet, dat 'er, in
  bragt, dat het Collegie buitengewoon be-
vjn S eenige jaaren, by de Vroedfchap van Am-
  fchreeven werdt, tegen den zevenden Maart.
aarden fterclam, op de verfterking van Naarden ge-
  Ende Vroedfchap hiervan kennis bekomen
jj'yft raadpleegd is. Sommigen tekenen aan, dat
  hebbende, werdt, na gehouden raadplee-
gden, de punten, die de Stad bedingen wilde, den
  ging, verftaan, Burgemeefteren en Thefau-
Leden van Holland niet zeer gevallig wa-
  rieren te magtigen, om, van Stads wege,
ren. Zeker is't, dat het aanbefteedde werk
  Hoffe, gereedfchappen en penningen, by
den aanneemeren werdtopgezeid, endatde
  leeninge en op belofte van wedergeevinge
verfterking van Naarden, ten deezen tyde,
  of vergoedinge, te mogen verfchaffen, tot
v fteeken bleef (<z).
                                       fpoedige herftellinge van den Zeedyk'; en
"rge- De jongfte Vergrooting der Stad, met
  om te mogen helpen beüuiten tot het gene
tier,elte- welke thans yverig voortgevaaren werdt,
  ter verzekeringe der binnensdykfche Lan-
\ j!0r' gaf gelegenheid, dat veele Handwerkskti- den noodig zou geoordeeld worden («f). Wat De Re-
agtigd 3en zig, hier ter Stede, nederzetteden. De laater, werdt beflooten, de R.edakZeebwryda'lt
t*'t
'Regeering, om deezen te meerder aan te voor twintig jaaren, aan den Muiderdyk 'Ze5'
te,0,"«- moedigen, en de nieuwe uitlegging te fpoe- niet verre van de Stad, opgeworpen, als eSt"
lWa?n diger te bevolken, befloot, in de Lente dee- thans van weinig nut.zynde, af te bree-
tian(j.er" zes jaars, het Poortergeld, dat voor fommi- ken (e).
J^ksiui.gen wat te hoog liep , aan alle Meefter- De zelfde Heeren Burgemeefteren en De Oos-
^ te Handwerksluiden , die zig met der woon Thefaurieren waren, ook, door den Raad,«*-Kerk
*^n- herwaards begeeven wilden , twee jaaren gemagtigd, om in de plaatfe der voor eeni'wordt
of langer , ter befcheidenheid van Bürge- ge jaar-en geftigtte houten Predikloots, die boUWa.
meefleren, te goede te houden (b): welk op Raapenburg ftondt, op Witten burg ,
befluit, ongetwyfeld, veelen, die, met den door Kerkmeelleren derzelve, eene nieuwe
tegenwoordigen oorlog in de Spaanfche Ne- fteenen Kerk te doen bouwen, en de pen-
derlanden, Brabant en Vlaanderen verlieten, ningen, daartoe vereifcht, van tyd tot tyd,
v herwaards gelokt heeft.
                              op Intreft te ligten, tegen drie ten honderd^
j^uw. Het Waaien-Weeshuis hier ter Stede, ten lafte van de Stad, mids dezelven we-
Waealen- door het aanwaffen deezer gezindheid, te derom afleggende, uit de verkooping en an-
Vses" klein geworden zynde, verzogten de Ker- dere voordeelen van dé graven, zo verre
f%. e" kenraad en Diaconie derzelve, in den aan- zulks zou können llrekken (ƒ).
ï66p. vang des volgenden jaars, verlof van de De vergrooting der Stad hadt verfcheiden'Octroi
Regeeringe, om het zelve en eenige huizen erven nader aan, en zelfs gedeeltelyk onder op de
te mogen verkoopen, en een ander Wees- de Vryheid der Stad gebragt, die te vooren opdragt
huis te mogen bouwen. Burgemeefteren en onder andere Geregten behoord hadden. ^ ere^
Raaden bewilligden in dit verzoek, en fchon- Tot voorkominge der moeilykheden en twy- deeltelyk
ken der Walfche Gemeente, tot het nieuwe felingen, die hieruit, ter gelegenheid van onder de
gebouw, een erf in de nieuwe uitlegging op de opdragt deezer erven, en in andere ge- Vryheid,
de Prinfen-graft op den wefterhoek van de legenheden, zouden können ontftaan, vondt e,n Pi.
Vyzelgraft (c), alwaar het, kort hierna, de Regeering geraaden, met de naafle Ge-onderde
deftig"opgetimmerd werdt.
                         regten, eene fchikking hieromtrent te be-n.iafte
v0°or§         De hooge Zeeburg of Zeedyk tuffchen raamen, die, den negen en twintigftenNo- Gereg-
itt^ndeeze Stad en Muiden was , in de Lente vember deezes jaars, by een O&roi. van 'sjen ge"
^k. er" deezes jaars, in groot gevaar van doorbraak Lands Staaten bekragtigd werdt (g).
            gen'
geraakt, door aanhoudende zwaare flor- In de Lente des volgenden jaars, werdt, Amfler-
men en eenen geweldigen aandrang des wa- ter Vergaderinge van Holland, wederom dam be-
ters, 't Grootfte gevaiar liep de dyk niet geraadpleegd op de zitting des Prinfen vanjilljgtin
ver van Muiden , daar hy geen voorland Oranje in den Raad van Staate. Amfterdam £"£{£?
hadt; van veel paalwerk ontbloot, en op bewilligde hierin, en verftondt zelfs,tegen fen Van
vyf plaatfen zodanig uitgehold was, dat hy, 't gevoelen van fommige Leden, dat men Oranje
met den eerflen hoogen vloed, dreigde door zyner Hoogheid eene befluitende ftem be-™ den
te breeken. Hiertegen was, op de jongfte hoorde toe te flaan (*): waartoe, eerlang, ™van
byeenkomfl van Dykgraave en Heemraaden, ook ter Vergaderinge van Holland, befloo- ^ e"
ten 7
-ocr page 688-
Oio                AMSTERDAMS              II. Deel,
1670. ten werdt. Toen naderhand geraadpleegd zaak met allen ernft te bevorderen (/). Doch ió7°'
werdt over de wedde, welke men den Prin- hoe zy zig hierin gekweeten hebben, en wat
fe, wegens het zitten in den Raad vanStaa- 'er de uitflag van geweeft zy, vind ik ner-
te, behoorde toe te leggen, en welkefom- gens aangetekend.
migen op vyftigduizend guldens begroot had- De nieuwe uitlegging der Stad nu genoeg- Een.lghffuf.
den (i)> oordeelde de Stad, dat menze op zaam voltrokken, en voor een goed gedeel G°[!jer
dertigduizend of zesendertigduizend guldens temet aanzienlyke huizen bezet zynde, was ^gr $teie
ftellen moeft. Doch de Vergadering van men op middelen bedagt, om het afgele- &ebou'
Holland befloot, eerft in de Lente des jaars genft gedeelte deezer uitlegginge, tot. aan-«re"^
167 i,zyner Hoogheid niet meer dan vyfen- moediging der Wollen- en Linnen-weeverye ge °^ltf
twintigduizend guldens toe te leggen (/t). hier ter Stede, te doen betimmeren met ^ uit-
Eenige Doch geduurende deeze of andere raad- wooningen , die genoegzaam alleen aan legg^C
Afge- pleegingen, waren de Afgevaardigden der Weevers, Wolkammers, Spinners en dier-m^^
vaardig- Stad, door eenige Afgevaardigden van Rot- gelyke handwerksluiden zouden mogen ver jeS m
Rotter? terdam, geftyfd door die van Delft en Hoorn, huurd worden. Het Gafthuis, het Burger- <JjJ\^'
dam en onheufchelyk bejegend en gedreigd; fchroo- Weeshuis en het Leproozen-huis bezaten vetf-
anderen mende men niet, den Afgevaardigden van eenige Landeryen , van welken zy kleine
bejege- Amfterdam te gemoet te voeren „ dat dee- huur trokken. De Regenten deezer Gods-
van Am- » ze Stad, {leunende op haare magt en huizen toonden zig dan genegen,om deeze
fterdam „ grootheid, de andere Leden tot onder- Landeryen, in 't openbaar«, aan de meeft-
onheu- „ werping zogt te brengen , en den voet biedende te verkoopen, en voor 't gene 'er
fchelyk, ^ Qp ^en nek te zetten," met bygevoegde van kwam vierhonderd of meer huisjes te
Verlade-bedreiging „ dat men, andermaal, eenLe- bouwen inde nieuwe vergrooting; en dezel-
ringevan,, ger voor de Stad zenden zou, om haar ven, in de eerft komende twaalf jaaren, niet
Holland. JS te bedwingen." Burgemeefteren en Raa- hooger te verhuuren, dan de huur beliep,
den , hiervan kennis bekomen hebbende, welken zy van de verkogte Landeryen ge-
en niet bewuft zynde, dat zy ooit iet had- trokken hadden, verhoogd met een vierde
den voorgenomen, welk naar eenige over- voor het onderhoud der gebouwde huisjes,
heerfching fmaakte: noch dat iemant der De Vroedfchap bewilligde in dit hun ont-
Regenten deezer Stad in 't byzonder iet werp (m): en in minder dan een jaar, wa-
«tot onderdrukking der andere Leden ont- ren de huisjes voltimmerd. De Vroedfchap
worpen, of in 't werk gefteld hadt; maar verftondt toen „ dat de huur van ieder
zig, in tegendeel, verzekerd houdende, dat „ huisje met de kelder, voor de eerftko-
de Stad altoos gezogt hadt, in befcheiden- ,, mende drie of vier jaaren, op negentig
heid en zedigheid uit te munten boven de „ guldens 's jaars behoorde gefteld te wor-
andere Leden* en meermaalen, uit infchik- „ den, zonder hier onder nogtans de hoek-
kelykheid, veel over zig hadt laaten gaan; „ huizen enneeringhuizen te begrypenjdat
beflooten, zig gevoelig te toonen over den „ de Regenten der Godshuizen , veertien
hoon, dien men zulk eene aanzienlyke Stad „ dagen lang, de voorkeur geeven zouden
aangedaan hadt; de zaak in de Vergaderin- „ aan handwerksluiden, die van buiten kwa-
ge van Holland te brengen, en te onder- „ men, en welken men hier hun handwerk
zoeken, of die van Rotterdam , uit eigen „ zou laaten oefenen, onder zeker Regle-
beweeging, of uit laft hunner Principaalen, „ ment, by 't Geregt te beraamen. Doch
zo fchamperlyk van deeze Stad gefproken „ dat, na verloop der gemelde veertien da-
hadden, met bygevoegde verklaaring, dat „ gen, alle inwooners, die eenig handwerk
zy zulke Regenten hunner Stad, die, tot „ oefenden, welk tot de Weevery behoor-
diergelyk verwyt, gegronde reden gegeven „ de, zonder onderfcheid, tot het huuren
hadden,naar verdienften wilden doenftraf- „ der nieuwe wooningen zouden worden
fen; en met ernftige bede aan hunne Edele „ toegelaaten (n)." De huisjes werden ,
Groot-Mogendheden, om tegen zulke las- federt, allen verhuurd; doch in de hand-
teringen, voor het toekomende , te voor- werken, die aldaar, in 't eerft, geoefend
zien, indien, gelyk zy vertrouwden , niet werden, is, door den tyd, merkelyk verval
mögt können beweezen worden, dat eenig gekomen.
                                                      )jjf
Amfterdamfch Regent daartoe reden gege- Jean de Labatlie, Walfch Predikant teLaby
ven hadt. De Afgevaardigden ter Verga- Middelburg, en aldaar, om doolingen inde hi^o
deringe van Holland werden gelaft, deeze Leere, van den Predikdienft, en federt ter^V«r
Stad
(/) Refo!. Vroedfch. L'. G. 14 <April 1670. ƒ. 4° verft.
(i)
Vaderl. Hift. Xllt. Dal, H. 427 '»*•
                             (m) R6*°l. Vroedfch. /.'. G. i+^pril 1670. f. 41 verft.
(k,) Refol. Vroedfch. ir. G. H,»7 April K71. ƒ. «o, (n) Refol. Vroedfali. I'. G. 13 , zo Vehr. i<>7(. ƒ. j»
114 vsrft.
                                     .                                          Verft, 99 verft.
-ocr page 689-
XVIII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
'Ó2I
I670. Stad uit gezet, was, onlangs, hier ter Stede
laderin. gekomen, daar hy afzonderlyke byeenkorn-
m ver- ften hieldt. Doch dit werdt hem, door Bur-
)Q°(len. gemeefteren, een en andermaal , verboo-
tten (0). Hy voer 'er egter bedektelyk mede
voort, en maakte, zelfs onder deftige luiden,
eerlang, eenigen aanhang, tot dat hy, ein-
delyk, befloot , met eenigen der zynen ,
naar Herford, in't Graaflchap Ravensberg,
te verreizen, alwaar hy,tot in 't jaar 1674,
vertoefde. Hy begaf zig toen naar Altona,
daar hy overleeden is (p).
^der De Wiffelbank deezer Stad hadt, by haa-
le^r°i» ren opregting in 't jaar 1609, Odtroi ver-
hob" kreegen dat de penningen, in dezelve be-
Van ^e ruftende, door niemant mogten gearreßeerd
r'%1- of bekommerd worden. Doch men onder-
ir&. vondt, omtrent deezen tyd, dat fommige
fcherpzinnige luiden, ftililaande op de be-
paalde betekenis van het woord penningen,
ondernamen arreflen te doen op het onge-
munt metaal in de Wiffelbank gebragt, of
op het regt, welk Faétoors en Koopluiden
hadden, om voor anderer rekening in de
Bank af te fchryven. En fchoon deeze ar-
reßen
geen gevolg hadden, verwierf de Stad,
op den zeitienden December deezes jaars,
eene nadere verklaaring van haar Oclroi,
waarby deeze onderfcheiding voor nietig
verklaard werdt (q).
pgroo- Tot hiertoe, was de Stad van verver-
itel^- fching van water voorzien geworden, door
VlJ1! middel van het Y; welk, door de buiten-
^ajjt^fluizen, met den vloed, ingelaaten zynde,
door de binnen-fluizen, in vier onderfchei-
den' boezems, in de Stad ontvangen en rond
geleid; en daarna, wederom in 'tYgeloosd
werdt. Doch alzo twee van deeze boezems
gemeenfchap hadden met den Amftel, en
het Amftelwater, vooral des Zomers, een
of twee voeten laager ftondt, dan het wa-
ter, in deeze boezems, dat is,in eengroot
gedeelte der Stad, moefl gehouden worden;
kon men dezelven naauwlyks ververfchen,
dan by laage ebbe, die 's Zomers zeldzaam
voorviel. En dan kwam 'er nog, uit den
Amftel, geen ander water in de Stad, dan
't gene, voorheen, reeds uit de Stad geko-
men en zeer vervuild was. Men befloot
dan, in denHerfft deezes jaars, dit ongemak
te voorkomen, door het leggen van twee
Huizen in den Binnen-Amftel, op de hoogte
van de Utrechtfche Dwarsftraat, die het
Y-water uit den Amftel weeren zouden ;
waarna het, de Stad rond geleid zynde ,
wederom in 't Y zou können ontlaft worden.
E*e Heeren Gerard HaJJelaer, Cornelis de
(») Groot-Memor. N. VI./. U verfo, I8 verß,
(/>) Goeree Kerk. en Waei. Hiltorie, tl. 6i9, 6(0,
il) Handy, hl. 674.
Vlaaming van Oudshoorn en Joannes Hudde xfa0t
werden gemagtigd, om, nevens de Heeren
Burgemeeiteren en Thefaurieren, opzigt te
hebben op dit gewigtig werk; waarvan ,
eerlang , een uitvoerig Ontwerp gemaakt
werdt O). _ Doch in dit Ontwerp kwam,
federt, eenige verandering. Men vondt, in ^ .
den Zomer des volgenden jaars, geraaden, '
in de plaats van twee, drie fluizen te maä-
ken, eene groote in 't midden , en twee
kleinen, eene aan ieder zyde (/). En in
gevolge van dit veranderd Ontwerp, werdt
de groote Amftellluis, in 't jaar 1674, vol-
trokken. Sedert, werdt de Stad, tweemaa-
len in den tyd van vierentwintig uuren, door
middel van het Y-water, ververfcht, zon-
der dat de Amftel befmet werdt. Ook droeg
men_, van toen af, zorg, dat het intappen
en uitlaaten van 't Y-water niet door dezelf-
de fluizen gefchiedde. De twee boezems in
de Stad, die, voorheen, in een geheelen Zo-
mer, naauwlyks eenigen aftrek van water
kreegen, kreegen nu dagelyks goeden af-
trek, alzo de ebbe gemeenlyk agt of negen
duim laager ging, dan 't water, in de Stad,
zonder ongemak, kon geleeden worden (*)•
De menigvuldige rioolen, die in de graften
der Stad uitloopen, en eenige andere oor-
zaaken hebben egter, door den tyd,tewe-
ge gebragt, dat de graften, allengskens on-
dieper en vuiler geworden, met de minfte
gifting of roering, of als de Y-fluizen, by hoo-
gen vloed, digt gehouden moeten worden,
vry veel ftanks opgeeven. Men heeft ver-
fcheiden' middelen voorgefiaagen en in 't
werk gefield, om dit ongemak te voorko-
men, van welken wy, by eene andere ge-
legenheid, in 't verhandelen van den water-
loop en waterkeering hier ter Stede, uit-
voeriger verflag zullen moeten doen.
De Regeering van Amfterdam , altoos G°fcbil
zeer zorgvuldig om de ingezetenen derSte mächen
de te handhaaven by derzelver voorregten,de Stad
geraakte, ter deezer gelegenheid, in den5"fhet
Herfftdes jaars 1671, in een ernftig ge-£„ He0n0
fchil met het Hof van Juftkie in den Haage, gen Raa
en zelfs met den Hoogen Raade; waarvan de-
Wy den uitflag , beknoptelyk, ontvouwen ^anIe£oC
moeten. Dirk van Haringcarfpel, Kapitein heibel-
van een vendel Mariniers of Zeefoldaaten, ve.
ten dienfte van den Lande, en gebooren
Poorter en inwooner deezer Stad, laft ge-
kreegen hebbende, om met 's Lands Vloo-
te in zee te gaan, was , aan 't Schild op
het Eiland Texel, in woorden geraakt met
Otto de Rumoer, insgelyks Kapitein over
een
(r) Refol. Vroedfch.. L'. fl. 31 <?S»>. *s.-Nox-. 1670./.
73, 73 verfo.
(s) Refol. Vroedfch. /.'• G. 6 July 1671. ƒ. „9 v„f,,
(t) zie
't Bericht wegens de Wateren deezer Stede*
-ocr page 690-
6*£                 A M S T E
een diergelyk vendel. De degens raakten
uit de fchede. Rumoer deedt den eerflen
aanval;doch werdt, in 't gevegt,zozwaar-
lyk gewond, dat hy, na eenige dagen leg-
gens, den geeft gaf. Haringcarfpel hieldt
zig, eenigen tyd, verhoolen; doch vervoeg-
de zig, midlerwyl, met een Verzoekfchrift
aan Gecommitteerde Raaden , begeereh-
de „ dat hem mögt toegelaaten worden,
„ zig den grooten Krygsraad ter purge of
„ zuivering voor te'dellen, alzo, gelykhy
„ beweerde, de ontmoeting tuffchen hem
„ en Rumoer moeft aangemerkt worden
„ als eene ontmoeting tuffchen twee Krygs-
„ luiden, die eenigszins op den Krygstogt
„ voorgevallen was; behalve dat Rumoer
„ hem ook eerft hadt aangetad." De Hee-
ren Gecommitteerde Raaden bragten dit
verzoek in de Vergadering van hunne Edele
Groot-Mogendheden, die 'er, terftond, in
bewilligden; te gelyk afwyzende zeker Ver-
zoekfchrift van Ditlof Rumoer, Broeder van
den overleeden,waarby begeerd was „ dat
„ hunne Edele Groot-Mogendheden den
„ Procureur-Generaal, of eenig ander' Of-
„ ficier zouden beveelen, den Kapitein Ha-
„ ringcarfpel voor 't Hof van Holland, of
3, voor eenige andere Regtbank, crimineel-
9, lyk te dagvaarden." Doch Ditlof Ru-
moer , zig kwalyk genoegende met het ver-
wyzen der zaake aan den grooten Krygs-
raad , beweerde, in een tweede Verzoek-
fchrift „ dat het voorgevallene , niet als
„ een Krygsmans, maar als een gemeen
delict of misdaad aangemerkt moeft wor-
„ den," andermaal, verzoekende „ dat
„ den Procureur-Generaal mögt worden ge-
3, laft, daar over, voor den Hove van Hol-
„ land, te procedeeren, zonder van eeni-
„ gen anderen Officier of Regtbank te ge-
„ waagen." De Staaten gaven zo veel agt
op dit tweede Verzoekfchrift, dat zy't voor-
gevallene , inderdaad, voor eene gemeene
misdaad verklaarden , en de voorgaande
Refolutie introkken. Doch zy bevalen te-
vens , dat de verzogte purge niet gefchie-
den zou voor den Hove van Holland, ge-
lyk Ditlof Rumoer begeerd hadt; maar
voor den ordinaris en dagelyxen Regter, naer
de wetten en de practique defer Landen
, daer-
toe bevoegt en competent.
En in gevolge van
dit bevel, vervoegde Haringcarfpel zig aan
Schepenen van Amilerdam, als zynen ge-
woonlyken en bevoegden Regter, alwaar
hem, op zyn verzoek, citatie of dagvaar-
ding tegen den Officier , de Vrienden en
Maagen van den overleeden, en alle ande-
ren , die zig party zouden willen Hellen, en
ten opzigte van zulken, welker woonplaat-
fen hem onbekend waren, citatie by Edic-
D A M S              II. Deel.
te, en met aangeplakte Biljetten aan't Stad- \dl}'
huis en de Kerke, werdt toegedaan. Ha-
ringcarfpel werde toen, by prov/fie, onder
handtadinge ontflaagen. Maar de Procu-
reur-Generaal, verdaande , dat het Hof
alleen, in zaaken van purge of zuivering ,
Regter ware, verzogt aldaar een Mande-
ment poenaal,
waarby niet flegts gehandeld
werdt tegen Haringcarfpel , en tegen den
Schout, die alleenlyk als gedaagde voor-
kwam; maar waarby aan Schepenen ook,
in fcherpe en dreigende bewoordingen ,
werdt bevolen, de verleende ASie van ci-
tatie
in te trekken; diergelyke niet meer te
verleenen, en de koden, daarover geval-
len , te betaalen. 't Verzoekfchrift werdt
den Schout deezer Stad in handen gedeld,
om den Hove te dienen van berigt: welk
ingeleverd zynde , werdt den Procureur-
Generaal Mandement verleend, niet gelyk
hy 't eerd verzogt hadt; maar alleenlyk te-
gen de claufule van Editie oïEdiaale Citatie?
waarmede hy meende, dat, onder anderen,
zyn Perfoon, en anderen, die niet onder 't
Regtsgebied van Amderdam behoorden ,
voor Schepenen deezer Stad , gedagvaard
werden: 't welk Schepenen, eerlang, be-
tuigden , nimmer in hunne gedagten geko-
men te zyn, alzo de Procureur-Generaal
niet kon geagt worden te behooren onder
diegenen, welker woonplaatfen onbekend
waren , waarop alleen de Ediclale Cita-
tie
zag.
't Mandement, midlerwyl, door den
Deurwaarder geëxploiteerd of" aangekondigd
zynde, werdt door Schepenen ingetrokken,
en de Deurwaarder, drie dagen, in hegte-
nis gehouden. De Afgevaardigden der Stad
traden, vervolgens, in onderhandeling met
Commiffariffen van het: Hof, die erkenden,
„ dat Schepenen van Amderdam, over bur-
„ gers der Stad, in geval van Purge, be-
,, voegde Regters waren:" waartegen, van
de zyde der Stad, erkend werdt „ datSche-
„ penen den Procureur-Generaal niet on-
„ der de Edi&ale Citatie begreepen." 't
Mandement werdt toen wederom overgele-
verd: en men dagt, hier ter Stede , dat
het Hof voortaan dil gezeten zou hebben.
Doch 't viel anders uit. 't Hof zettede de
begonnen regtspJeeging voort. Haringcar-
fpel hadt van 't verleende Mandement Jp-
pél
verzogt aan den Hoogen Raade , en^ *p
zyn e * bezwaarniffen overgeleverd. Doch ^
het Hof, zonder op deeze bezwaarniffen te
befluiten, verleende Mandement van Com-
plaincte
tegens Schepenen, en zelfs tegens
Burgemeederen van Amderdam, zo deeze
laatden zig party maaken wilden. En dit
gefchiedde, zonder dat aan Burgemeederen
-ocr page 691-
XVIII. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
623
I67l, of Schepenen kennis gegeeven was van het „ de, of den Gematigden tot de uitvoe-
Requeft, waarby men onderftelde, dat het „ ring van het begeerde Mandemenr um
jongfte Mandement, door den Procureur-
Generaal, verzogt geweeft was. Burgemees-
teren , door zulk een onminnelyken handel,
niet weinig ontfligt, bragten de zaak in de
Vroedfchap, alwaar befïooten werdt, dat
Complainóte wilden aanfchryven en be-
„ laften, aan Burgemeefteren van Amfter-
„ dam regt te doen hebben: of zo de Hoo-
„ ge Raad hiertoe niet bevoegd geoordeeld
werdt, andere onzydige Regters , ten
men, by den Hoogen Raade, brieven van „ zelfden einde, benoemen, en ondertus-
Complaincte tegen 't Hof verzoeken zou , „ fchen het Poenaal en de Compkintte van
waarby Prefident en Raaden, tegen zekeren
bepaalden dag en uur, in de Raadkamer
van den Hoogen Raade gedagvaard wer-
den ; gelyk gefchiedde. Doch eer nog de
„ den Hove nietig en van onwaarde ver-
„ klaaren." Ten opzigte van de kleinigheid,
die het Hof Burgemeefteren en Schepenen
dagvaarding gefchied was, kreeg de Deur- Mandement van Attentaten poenaal, met de
waarder bevel, zo gezeid werdt, van we- Claufule van Editie , in deeze Provincie
ge den Hoogen Raade, om dezelve op te omtrent Steden, ongehoord, en waardoor
houden; zonder dat men geraaden vondt, de Regtbank van Amfterdam,by openbaar
hiervan eenige reden te geeven aan Bürge- klokkengeflag, voor elk'veragtelyk tentoon
meefteren, die zelfs geen antwoord ont- gefield werdt, verklaarden de Afgevaardig
vingen op den brief, dien zy, hierover , den „ dat Burgemeefteren niet zouden »f
aan den Hoogen Raade hadden afgevaar-digd. Men befloot dan, eindelyk, de zaak
te brengen voor 's Lands Staaten. De Af-
gevaardigden der Stad fielden een wydluf-
tig Vertoog op, waarin, uit de oude Privi-
legien , byzonderlyk uit die van de jaaren
1401 en 1409 (it), beweerd werdt,, dat al-
„ Ie breuken, te Amfterdam vallende, of,
„ door Poorters dier Stad, benoorden de
„ Maaze, verbeurd, binnen de Stad moes-
„ ten beregt worden." Voorts, werdt,
uit het tweehonderd en twintigfle Lid der
Inftruftie voor den Hove Provinciaal, be-
weezen ,, dat het zelve elk by zyne Juris-
„ diclie laaten moeft:" en uit het Groot-
Privilegie van Vrouwe Maria „ dat het
„ Hof geene kennis neemen mögt van ee-
j, nige zaaleen, die ter eerfter aanleg tot                             
laaten, de Regten en Privilegien hun
„ door de Graaven van Holland in der tyd'
„ om hunne goede dienften, verleend; by
„ derzelver opvolgers bezwooren; by dé
„ Satisfactie bedongen , en met goed en
„ bloed befchermd, naar hun uiterfte ver-
„ mogen, te handhaaven , zonder te gedoo-
„ gen, dat hun dezelven, doorliet Hof
„ of door eenigen Procureur Generaal, on-
„ der hoedanig een voorwendfel ook, af-
„ handig werden gemaakt; of dat het Hof,
„ in zulk een geval, Regter in zyne eigen
„ zaak zyn zou : in vertrouwen , dat zy
„ hierin, door hunne Medeleden, zouden
„ worden bygeftaan, terwyl zy geene ge*
„ zindheid altoos hadden, om zig den ge-
„ woonlyken Regter, of 't gene by hunne
Edele Groot - Mogendheden , naar de
„ de kenniffe der Steden of Dorpen be- ,, orde der Regeeringe, zou worden goed
„ hoorden:" ook „ dat het zelve geene „ gevonden, eenigszins te onttrekken (u)."
„ bevelen mögt geeven, tegen de Privile- Het Hof, van ter zyde kennis gekreegen
„ gien der Steden," 't welk, volgens een hebbende van het Vertoog der Stad , ver-
Privilegie van Koning Filips van den jaare dedigde zig , in eenen uitvoerigen brief,
1562, en volgens eene Refolutie der Staa- die aan haare Edele Groot-Mogendheden
ten van Holland van den jaare 159:,voor- gerigt, en den elfden December gedagte-
al, niet mögt gefchieden , zonder de Re- kend was (ra). De Hooge Raad hadt, den
queften van partyen, vooraf, aan de Ste- agtften te vooren, ook een' brief aan haa-
den gezonden te hebben, op dat deezen den re Ed Groot - Mog. laaten afgaan: die aan
Hove daarop zouden können onderregten, de Afgevaardigden der Stad werdt mede*
eer de verzogte bevelen werden afgevaar- gedeeld. En deezen, verklaard hebbende,
digd. Wyders, werdt aangemerkt, dat de » dat, by de Ediclale Citatie, de Procureur-
Staaten, op den negenentwintigften Oclo- 5> Generaal niet kon begreepen worden ge-
ber des jaars 16Ó7, nog verftaan hadden, ,, dagvaard te zyn, noch dat, op hem,
s, dat het Hof, naar de orde en het regt „ eenig defaut of verftek kon worden toe*
s> van 't Land, geen Regter zyn kon over „ gepaft; en dat het vonnis, by Schepe.
sj de verfchillen tnfTchen het zelve en de „ nen van Amfterdam, in geval van Purge
3> Steden voorvallende." En ten befluite
te
verzogt „ dat de Staaten den Hoogen Raa-
(v) B-efol. Vroedfch. IJ. G. 2' oH. ïS, ï5 $,vmit <
Dec. 1671- ƒ. 144, 153, 1S7 verfo , 163.
(w) Muniment-Regifter, £»• G< ƒ. 171 ws>
Mmmm
(«) Zie n. Deel, II. B,tkj hl. 133. III. JS«^, H, ijj.
I. STUK.
-ocr page 692-
CHIEDEN1SSEN. II. Deel.
't Geregt van Amfterdam hieldt ftand, en
Haringcarfpel werdt, in 't volgende jaar,
zuiver en onfchuldig verklaard, wegens't
gene,waarover hyzigterpurgegefield hadt.
't Liep aan tot in 't jaar 1677, eer de Staa-
ten , by Plakaat van den vyftienden Sep-
tember des gemelden jaars, verklaarden ,
dat geen ingezeten, die niet voorvlugtig,
of op heeter daad betrapt was, anders zou
können worden te regt gefield, dan voor
zynen dagelykfchen en bevoegden Regter
(y): tot opheldering van welk, Plakaat, by
Refolutie van den zeftiendén December,
daaraan volgende, de Officiers en Regters
der plaatfe, daar de misdaad begaan was,
bevoegd werden verklaard, tot het onder-
zoek op, en de regtspleeging over de mis-
daad , wanneer de misdaadige niet voor-
vlugtig , of op heeter daad gegreepen was,
en dat het oordeel over de voorvlugtigheid
en 't vatten op (heeter daad, aan den ge-
woonlyken en bevoegden Regter ,ftaan zou
(z). Uit het een en 't ander, is, niet zon-
der grond, op te maaken, dat de Souve-
rain de regtspleeging, in geval van Purge,
ook by Edictak Citatie, zo wel aan de Ge-
regten der Steden, als aan het Hof, heeft
willen overlaaten (a). Ondertuffchen,
fchynt de verklaaring van 's Lands Staa-
ten, in dit gewigtig fluk , zo lang agter-
gebleeven te zyn , ter oorzaake van den
feilen oorlog , die in 't jaar 1672 ont-
ftak, en van de veranderingen, die daaruit
voortkwamen.
(1) Groot-Plakaatb. III. Deel, II. 138j.
(z.) Groot-Plakaatb. IV. Deel, bl. 409.
(a) Zie Bof.ls Aantek. of de Decilïen en Obferv. van.
LOENIüS, */. 47S.
624         AMSTERDAMS GES
„ te wyzen, geene verdere uitwerking heb-
„ ben zou, dan naar regten mogelykware,
„ onverminderd nogtans der Stede Privilé-
„ gien" beflooten de Staaten, op den drie-
entwintigften en vierentwintigflen der ge-
melde maand December „ den Hove aan
„ te fchryven, dat het zelve, op de Grieven
„ van den Kapitein Haringcarfpel, goed
„ regt zou doen; dat, voorts, de proceduren
„ over de attentaten poenaal, midsgaders
„ die van Complainäe, zo voor het Hof als
„ voor den Hoogen Raad aangevangen, by
„ provifle, in ftaate zouden worden gehou-
„ den, onverminderd eens iegelyks regt:
„ dat, wyders, door Gecommitteerden van
„ haare Ed. Groot-Mogendh. tot de zaaken
„ van dejuftitie, na ingenomen berigt van den
„ Hoogen Raade, van het Hof, van de Re-
j, kenkamer van 's Lands Domeinen, en van
„ Schepenen van Amfterdam, midsgaders
„ van de Advokaaten Fiskaal en Procu-
„ reurs - Generaal, beide in 't Crimineel en
„ in 't Civil, des noods, met den eerflen,
„ eene onderhandeling zou worden aange-
„ vangen, om 't gene verders wegens dee-
j, ze zaak nog oneffen zou mogen blyven,
,, in der minne af te doen, en by eene al-
„ gemeene Verklaaring vafl te ftellen, van
„ wat kragt en uitwerking zouden können
,, zyn de uitfpraaken , die, in geval van
it Piirge, op Ediäale Chatten, voor deGe-
,, regten der Steden of voor andere byzon-
„ dere Regtbanken, gedaan werden (x)."
My is niet klaarlyk gebleeken , wat 'er
Van deeze voorgenomen onderhandeling ge-
worden zy. Doch de Ediclale Citatie van
(x) Muniment-Regifter, L'. G. ƒ. 139. Refol. Holl. n
en
24- Dec* 1671. bl. 100.
twee-
-ocr page 693-
Ii$
TWEEDE          D E E L.
GESCHIEDENISSEN
VAN
AM-S TÉR DA M.
_ ----------------------------------------------------1--------------------■-----------------------------:---------------------"■ i '■                             —.,---------------------■:. .;■„■ •'.-----------------------------,------------------------------------------- .                                            ------------------ ' ■' -■ '■------------------■------------------------------■'-' ... ..«(■.
NEGENTIENDE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen;
r i(572i
Schutters in goede ttigt te houden j en
vlytiglyk te oefenen in den wapenhandel,
op dat zy, des noods, de Stad zouden mo-
gen können befchermen; dat men den
De gevaarlyke oorlog tegen den Staat,
die met den aanvang des jaars 1672
ontflondt, en hevigft door Frankryk en Groot-
Rritanje gevoerd werdt, was ook van veel
invloed op den toefland van Amflerdam in 't
byzonder: waarom wy ons verpligt agten >
de gefchiedenifTen der Stad, in dit merk-
waardige jaar, eenigszins omftandiglyk, en
met de vereifchte naauwkeurigheid,te ont-
vouwen.
Men hadt, reeds in den Herfft des jaars
1670, uit fchryvens van den AmbafTadeur
Pieter de Groot, die voorheen Penfionaris
van Amflerdam geweefl was (a), en zignu
aan 't Franfche Hof bevondt, verflaan,dat
Lodewyk de XIV., Koning van Frankryk,
den Staat iet euvels brouwde (F). Ook was
men, al vroeg, bekommerd voor nieuwe
vyandelyke onderneemingen van Karel den
II., Koning van Groot-Britanje. Men hadt
hierom 's Lands Zeemagt op eenen taame-
iyken voet gebragt. Doch te Lande, was
de Staat zwak, ter oorzaake inzonderheid
van het verfchil der Provinciën over de be-
vordering des Prinfen van Oranje (c). Te-
gen 't einde des jaars 1671, begonmen eg-
ter te zorgen voor de verflerking der gren-
zen van Holland. In de Vroedfch ap van
Amflerdam, werdt toen ook geraadpleegd
öp het beveiligen der Stede, en, onder an-
deren , voorgeflaagen „ dat de Stads graf-
^72
1672.
o
chen
oen
Majoor en Ëapiteihen der Stads bezet-
tinge gelyke waarfchuwing doen moeit,
„ en dat de CommhTarifien der mon-
„ fteringe zorgvuldiglyk moeflen letten,
i} dat de Compagnien voltallig gehouden,
„ werden: dat, eindelyk, de Stads be-
„ zetting, met de twee Compagnien, die
„ onlangs afgedankt waren, op nieuws, bë-
„ hoorde té worden verflerkt ($):" DeGe-rje Stad
committeerde Raaden, in den aanvang desbewilligt
jaars 1672, wederom, gelykin'tjaar 1668,in'tver-
gedrongen hebbende op de fpoedige verlier-fterken
king van Naarden, waarin men, hier tergden.
Stede, zwaarigheid gemaakt hadt; werdt
daarin nu, na eenig beraad, bewilligd door
Burgemeefteren en Raaden, mids de bezet-
ting van 't verfterkte Naarden, in tyd van
Vrede, niet talryker ware, dan van vyf-
of zeshonderd man. Doch de voorgenomen
verflerking werdt ten deezen tyde niet vol-
trokken. De Stad flondt 'er ook ernftelyk
op, dat men met de Staaten van Utrecht
overeenkwame omtrent het befchanfen van
deVegt en Rynfche Vaart; te gelyk in be-
denking geevende, of men den vyand, zó
hy in de Veluwe vallen mögt,door hetop-
ftoppen van het water aan den Grebbendyk,
niet eenigen tyd ten minfte,zou können be-
letten , dieper door te dringen (e).
Op de bevordering des Prinfen van Oran- Zy itemc
je, werdt ook,vroeg in 't voorjaar,een be-van de
fluit genomen. Amflerdam toonde zig van eerften,
de cerfleh gerteigd, oni zyne Hoogheid te p™^
3i
ten van maften en hout behoorden ontïe-
digd te worden; dat de Veftingwerken
), om de Stad,die nog niet voltrokken wa-
s> ren, ten fpoedigfte voltrokken mogten
si worden, en de beddingen tot plantinge
» van gefchut gereed gemaakt; dat den Co-
» lonellen mögt worden aanbevolen, de
(«) Refol. Vroedfch. Lr. E. 6 Febr. itso.f. tsi. l'r E.
lS J*H. 166j. f 176.
0>) Refol. Vroedfch. L'. G. i OS. 1670. ƒ. 72 verß.
3fiV-)hVSf^- Hift- X1U- Dcel' hl- +*1* ^z, 471. 476.
svan
verheffen tot Kapitein-Generaal, mids zulks, Oranje
met eenpaarige bewilliging der overige Le- tot Ka-
den, Pitehï-
(d)  B-èfol. Vroedfch. Ir. G. 7 D"- '«^l. ƒ. j73' v„r.
(e)  Refol. Vroedfch. L'. «. « J»n. tFetr,ii7i. ƒ.1?*
■verft ,' J97 verft, 20I verf: '
Mmmm %
-ocr page 694-
II. Deel.
AMSTERDAMS
Ó2Ö
de Juny, daar Heemskerk, die op 't fchip i£>72'
de Dolfyn, gevoerd by den Luitenant-Ad-
miraal Willem Jozef van Gend; en Bergh,
die op 't fchip de Stad Utrecht, onder den '
Kapitein Joan Bont befcheiden was , het
leeven af bragten, en met eere, hier ter Ste-
de, te rug keerden; alwaar Heemskerk, in
November deezes jaars, tot Secretaris, en
in January des volgenden, tot Penfionaris
        ,
aangefteld werdt (h): maar Haflelaer, die H#'l
zig op het fchip de Befchermer , gevoerd f'ieü
by Kapitein David Swerius begeven hadt,
fneuvelde in den ftryd, door eenen kogel
getroffen zynde, en twee moederlooze dog-
tertjes nalaatende, die hy by eene Dogter
van den Schout en Burgemeefter, Gerard
Hajjelaer,
gewonnen hadt (i). Doch ik vind
niet, dat andere Amfterdammers, ten dee-
zen tyde, het voorbeeld van deezen drie
den, gefchiedde. Ook bewilligde de Stad
fpoedig in de ontworpen Inftruétie voor den
Prinfe. Doch in February, kwamen de Pro-
vinciën overeen , om zyner Hoogheid de
waardigheid van Kapitein - Generaal alleen-
lyk voor den aanftaanden veldtogt op te
draagen; waartoe ook de Stad haare ftem
gegeven hadt (ƒ).
Frankryk en Groot-Britanje den Staat,
op den zevenden April, den oorlog verklaard
hebbende, begon men in Holland en met
naame te Amfterdam, ernftiger maatregels
te neemen tot tegenweer. Men befloot de
Schutters en huisluiden alomme te oefenen
in den wapenhandel : waartoe , door de
Vroedfchap deezer Stad, byzonderlyk ge-
magtigd werden de Raaden en Colonellen
Cornelis. Geelvinck , Heere van Kaftrikom,
en Roetert Ernfi. De Schuttery, die hier
thans uit vyf Regementen, welken famen
vierenvyftig Compagnien uitmaakten, be-
ftondt, werdt eerlang verminderd op agten-
veertig Compagnien , die onder zes Rege-
menten werden verdeeld. Ieder Compag-
nie was, te voor en, omtrent honderd kop-
pen fterk geweefl. En de weerbaare man-
fchap van de nieuwe uitlegging der Stad
werdt ook onder de byzondere Compagnien
gebragt. Doch de vermindering van vier-
envyftig op agtenveertig Compagnien fchynt
niet ter uitvoeringe gebragt te zyn, of ten
minfte niet lang ftand gegreepen te hebben.
Men vondt zelfs, hier ter Stede,geraaden,
aan te zien, dat eenige Patriotten of Lief-
hebbers des Vaderlands, van wege de hoo-
ge Regeeringe, werden aangemoedigd, om
Soldaaten of Matroozen, op eigen beurze,
te werven, onder AÊte van getuigeniffe ter
hunner eere (g). Ook begaven zig, eer-
lang , drie Amflerdamfche Heeren op 's
Lands Vlcote, Gerard Hajjelaer, Zoon van
Pieter Hajjelaer, Coenraad van Heemskerk ,
Zoon van Joan van Heemskerk, Raadsheer
in den Hoogen Raade , en Joan Bergh ,
Regtsgeleerde, uit eerlyken flamme van
Naarden herkomftig, en thans Vendrig ee-
ner Burger-Compagnie te Amfterdam. Al-
len drie hadden zy een zeker getal van ma-
troozen , op eigen koften geworven, onder
zig: Haflelaer veertig, die Engelfche mut-
fen, met rood fluweel gevoerd, ophadden;
Heemskerk vyftig, die diergelyke mutfen
met blaauw fluweel droegen, en Berghagt,
die mutfen voerden, met groen of graauw
fluweel geftoffeerd. Zy woonden allen drie
't gevegt voor Soulsbaai by> op den zeven-
1674.
Géne-
raal te
bevorde-
ren.
De fchut-
tery
wordt
hier ver-
meer-
derd, en
in deii
wapen-
handel
geoe-
fend.
, Sf
\S'
hebben nagevolgd. Te vooren was , ter De
Vergaderinge van Holland , een voorflag wyft,
gedaan, om den vyfden man van alle Bier-Pr^ d#
dragers, Turfdragers en diergelyke arbei-^!fden
dende Officianten tot matroozen op de Vloo-man.'L;
te te preffen. Doch deeze voorflag werdt, ar^.
hier ter Stede, afgeweezen, zo om datdee- d.erteii
ze arbeiders, of onder de Burger-vendelen ^n
verdeeld waren, of, by ongeval van brand, hau11'
der Burgerye ten dienft ftaan moeften; als in-
zonderheid, om dat het vyfde gedeelte van
hun getal hier naauwlyks honderd en vyftig
koppen uitmaaken zou (£).
                             „.
De Franfchen hadden zig, in May, mees- M&
ter gemaakt van Orfoi, Rynberk en andere jlul[iV
Plaatfen aan den Ryn. De Keulfchen en Mun- ^V"'
fterfchen waren in Overyffel en jh't Graaf- laatf
fchap Zutfen gerukt, en hadden, insgelyks, va" flt
verfcheiden' Steden bemagtigd. Men vrees- wa^eili'
de, in Holland, niet zonder reden, dat de^o.
Franfchen, Nieuwmegen overmeefterd heb-
bende, door de Betuwe, in die Provincie,
of over den Ryn, by Reenen , in 't Stigt
zouden dringen; wanneer de zwakke Hol-
landfche Steden voor hun geweld zouden
blootftaan. Men was hierom bedagt op
middelen, om Holland, door 't inlaaten van
't water, en door 't leggen van fchanfen op
de toegangen, te dekken tegen den naderen-
den vyand (/). In May, was reeds befloo-
ten, door de fluizen op halfwege Haarlem,
en door de fluizen in d'en Yflel te Gouda
leggende, zo veel waters in den boezem van
Rynland te laaten, dat het zelve agt duim
boven de gewoonlyke zomerpeil ftondt i
waarna, ook met bewilliging van Amfter-
dam, geraaden gevonden werdt, de fluizen,
met
(h) Groot-Memoriaal N. VI. ƒ. 93, 10«.
(»•) G. Brandt Leven van de Ruiter, bl. 66t.
(^)Refoi. Vroedfch. Lr. H. 19, 20 April 1671. ƒ. 40,4!*
{ij Vadeil. Hift. XIV. Deel, bl. 29,30. .
Gerard
Haffe-
laer,
Coen-
raad van
Heems-
kerk en
Joan
Bergh
begee-
ven zig,
meteeni-
ge ma-
troozen,
op eigen
beurze
gewor-
ven, op
's Lands
Vlöote.
(ƒ) Refol. Vtoedfch. lf. G. iS,3i Dec. 1671. f.is, is.
21 Jan. 20 Febr. 1672. ƒ. 179 verfo , 190,194,19J, 196, 209.
(S) Refol. Vroedfch. L'. H. 4, 7 Afrit, 3 Maj 1672. ƒ.
30, 3},36, 4J.
-ocr page 695-
GESCHIEDENISSEN.
XIX. Boek.
627
167.:
met naame de (luizen op halfwege Haarlem, reeds te vooren, genegenheid getoond had- 1672
die nu met de afwatering opengedreeven den (0).
                                                      ' i -
werden, met zwaare balken, teverfparren,
of toe te houden. De Stad hadt egter be
dongen, dat deeze verfparring, flegts voor
Midlerwyl, waren de Franfchen, 's daags ne Frari-
te vooren, by het Tolhuis, over den Ryn fchen
getrokken ,^ en in de Over-Betuwe doorge-komen
Nag.
5* der
^gevan korten tyd, gefchieden zou, en dat de flui- drongen, daar zy de Staatfche poftgeflfa over ^
Ä'" zenterft°nd zouden worden geopend, zo gen hadden. De algemeene Staaten kree-Ryn'
öVcr er" haar, door het digthouden derzelven, eenig gen hiervan, den volgenden voormiddag,
ongemak in haare wateren werdt toegebragt. kennis, uit eenen Brief van de Afgevaardig-
Ook zouden die van Haarlem moeten beloo- den te Velde, dien wy, aan 't einde van
ven, om hunne fluizen, niet dan by noodi-ge fchuttinge, te openen, op dat de loop
van 't water, ten nadeele van Amfterdam,
door hen, niet mögt verleid worden (m\
De boezems op deeze wyze vol gehouden
wordende, verftondt men, te Amfterdam,
dat het onder water zetten der Landeryen,
zo lang als 't mogelyk ware, moeft worden
uitgefteld, De Staaten van Holland befloo-
De Heer
en Mr. Bieter Schaap, Raad deezer Stede,
begaf zig, met een affchrift van deezen
Brief, in perfoon, herwaards. De Vroed-Voor-,
fchap werdt, nog dien zelfden avond ten 20rS te
tien uuren, byeen geroepen. Men befloot Ainftér-
terftond in het inlaaten van 't zoete water
te bewilligen. Ook werdt geraaden gevon-
den
ter Vergaderinge van Holland, te
ten 'er toe, op den agtften Juny.Dochmen wege te brengen, dat 3e Stad met eeneaan-
oordeelde, hier ter Stede, op den elfden, zienlyke bezetting voorzien werde, en on-
dat 'er nog geene genoegzaamereden was, dertuflehen een begin te maaken met het
om tot dit uiterfte te komen. Men belloot
'er zelfs tegen te protefleeren, en het, met
der daad, te beletten, zo men 'er, deson-
aangezien, mede voortwilde (tï). Maar 't
leedt niet langer dan tot den dertienden ,
aanwerven van drie vendelen Stads foldaa-
ten, waarin de Raad, al vooreenigen tyd,
bewilligd hadt. Men vondt goed, de vier'
envyfbg Compagnien Burgers nog met drie
te vermeerderen, en alle nagten zes Com-
toen men hier veranderde van gedagten. pagnien, in de plaats van drie, te doen waa.
Men kreeg zulke nadeelige tydjngen uit het ken (q). Wat laater, werdt het getal der
kleine leger der Staaten, welk, onder den Burger-Compagnien op zeitig gebragt (r\
Prinfe van Oranje, aan den Yfïel flondt, Voorts,raadpleegde men op het afbreekeri
dat men met reden bedugt werdt, dat het der bruggen langs de toegangen naar de Stad
de poft aldaar niet lang zou können hou- welk laatfte gelaaten werdt aan de Heeren
den; maar genoodzaakt_ worden , langs de CommifTarifTen tot de Veftingwerken der
Veluwe, naar de Provincie van Utrecht,
en naar Holland te wyken. Men befloot
dan alles, zo na als 't mogelyk ware, tot
de inlaatinge van 't water gereed te maa
Stede, by welken nu de Oud Burgemees-
ter , Mr. Andries de Graef, gevoegd werdt (j-).
Twee dagen laater, werdt ook beflooteiiMen iaat
het zoute water, zo aan de Ooft-als Weft water in
ken; en, ten overftaan van deeze Stad, en zydevandeStad,intelaaten,nadatdegoedeen om
van de Stad Gouda, of van derzelver Ge- Gemeente vooraf gewaarfchuwd zou zyr) Stad-
magtigden, alle de Slooten der Polders voor om zig voor fchade te hoeden (7): tot welk
zonder het nog
werk, de Heeren Nicolaas Pancras, Cornelis
over 't
Land te laaten loopen, ten ware de van Vlooswyk, Heer van Vlooswyk, Andries
Yflel bemagtigd , of door de onzen ver- de Graef, Nicolaas van Loon en JoamwsHud-
laaten werdt; in welk geval, de Vroedfchap de gemagtigd werden. Onder opzigt van
oordeelde, dat men alle middelen ter hand deeze Heeren, werden terftond eenigePol-
neemen moeft, om de Landeryen, zonder ders om de Stad doorgefteken:ook de Die-
eenig uitflel, onder water te zetten. Ten mer- en Bylemermeeren. De doorfnyding
zelfden tyde , werdt ook goedgevonden , in den Diemerdyk gefchiedde omtrent Jaap
wanneer zulks ter Vergaderinge van Hol- Hannes, 't Gat aldaar werdt verfchanft: en
land mögt voorgeflaagen worden, voor 't omtrent het zelve een Oorlogsfchip gelegd,
gevoelen deezer Stad, in te brengen, dat De Ringdyk derDiemermeer werdt,insge-
de hooge Collegien van 's Lands Regeerin- lyks, doorgefteken. Ook de Amfleldyk, ter
ge, 's Lands geldmiddelen en Oorlogsbe- wederzyde;enop dedoorfnydingen werden
noeften,in geene veiliger plaats danindee-
Ze Stad konden worden overgebragt: waar-
toe eenige Leden der hooge Regeeringe ,
(o) Refol. Vroedfch.
(p) Bylaage U. A.
(q) Refol. Vroedfch
(r) Haridv. bl. ist.
(s) Refol. Vroedfcli
vefpertinam ƒ. 66 , 67
L'. H. ij Juny 1671- ƒ• «3,64., 6j,
L*. H. ij■ ?«"y l67*- f. 71.
H.
69.
13 Juny 1672 p„ß ,
(™) Refol.
(n) Refol.
Vroedfch. Lt. H. 13 i ** May i671#/.49 yj,
Vtoedfch. £'. H. II 7»nj I672. ƒ, S9.
(t) Zie Keutb.
Mmmm
L'. P. f. 3 8.
-ocr page 696-
i
II. Deel.
AMSTERDAMS
628
vrywillige Ruiters opgeregt, over welke de
Heeren Dirk Tulp, Oud - Schepen, Henrik
Hooft,
Advokaat-'Fiskaal voor 't Collegie
ter Admiraliteit alhier, en Jan van Vloos-
ivyk,
Secretaris deezer Stad, Ritmeefters
waren. De arbeid aan de wallen werdt vly-
tiglyk voortgezet. Men bediende zig hier-
toe van de jongens uit de Weeshuizen.Ook
floegen 'er veele Doopsgezinden de hand
aan. Doch de Jooden werden verfchoond,
mids twaalfhonderd en zeftig guldens aan
de Stad opbrengende (2). Voor de Haarlem-
mer- en LeidfchePoorten, werden ravelyneri
gelegd, om die poorten te dekken. De wallen
werden, eerlang, geftoffeerd met tweehon-^
derd ftukken gefchuts.'t Bevel over de Burge-
fye enhetKrygsvolkinde Stad werdt, door
Burgemeefteren, opgedraagen aan den Colo*
nel Joativan Beveren, Bevelhebber van Geer^
truidenberg en onderhoorige Sterkten («).
Men befloot, in 't begin van July (b), fcherp
onderzoek te doen op de inkomende Fran-
fchen, en zelfs alle gebooren onderdaanen
des Konings van Frankryk , die hier niet
voor May gewoond hadden, ter Stad uit te
doen vertrekken: welk bevel, in Oclober,
ook tot de Engelfchen uitgebreid werdt (c).
Sommigen fchry ven, dat de Prins van Condé
voorhadt, zig van Amfterdam meefter te
maaken (<f): 't welk, zo men 't aanneemt,
de zorg, die, ten deezen tyde, voor de Stad
gedraagen werdt, ten volle regtvaardigt.
De kommerlyke toeftand van Holland en 0sn<j)
van den gantfchen Staat gaf, midlerwyl,gengj>.
in verfcheiden' Steden aanleiding tot mis- ^L
noegen , waarvan eenigen zig bedienden ,.[„ f<A.
om de verheffing van den Prinfe van Oranje mige{J
tot de waardigheden zyner Voorzaaten te^V
1672. fchanfen gelegd, 't Zelfde gefehiedde in den
' Veendyk en elders. Men raadpleegde ook
op het flegten van molens, raamen en an-
dere timmeraadjen buiten de Stad : doch
men befloot, eerlang, het zelve nog eenigen
tyd uit te ftellen (ii). Kortom, men ver-
zuimde niets, om de Stad ongenaakbaar te
maaken voor den vyand.
Het o- Het Leger der Staaten, den YfTel hebben-
vergaan de moeten verlaaten, was, ondertuflchen,
xr3n H geweeken naar Utrecht, daar 'tgraauw,ge-
en au-en lyk men> °P den zeftienden J™y» te Am~
trecht fterdam , vernam , volftrekt meefter was
geeft ge- van de Regeeringe, en, zo 't fcheen, be-
1(;S*;n* flooten hadt, 's Lands Krygsmagt buiten te
verde« houden O). Ook verftondt men, in den
voorzorgHaage, dat het Leger,in den tegenwoordi-
binnen gen nood, gebruikt moeft worden om Hol-
Amtier
dam.
land te dekken. Het werdt dan verdeeld
langs de toegangen naar deeze Provincie.
Prins Joan Maurits van Naflau vatte poft te
Muiden, daar hem, eerlang , uit Amfter-
dam , op zyn verzoek, omtrent negendui-
zend guldens aan geld en veelerlei behoef-
ten werden toegefchikt; fchoon men, om-
trent deezen tyd, niet dan met moeite be-
floot, buskruid ten dienfte van 't gemeene
Land van hier te laaten vervoeren. Ook
moeft de Stad haar e geldmiddelen, ten dee-
zen tyde, zeer te raadehouden,ter oorzaa-
ie van de zwaarekoften,waarin zyzigftee-
ken moeft,om zig te verzekeren (w) tegen
den naderenden vyand, die, °s nagtsna den
negentienden, van Naarden, en op dendrie-
entwintigften, van Utrecht meefter werdt.
Men oordeelde hier ook de Burgery zo noo-
dig te hebben,dat men zig verontfchuldig-
de van het laaten aanwerven van eenige vry-
willigen uit deeze Stad, tot het verdedigen
van de poft aan de Nieuwerbrugge, onder
beleid van den Prinfe van Oranje (x). De
vlugtelingen, die, by menigten, van Naar-
den herwaards kwamen, werden, by klei-
ne hoopen, ingelaaten door 't klinket. De
poorten werden, ten deezen tyde, digt ge-
houden, de valbruggen waren opgehaald,
de hameijen geflooten. Menfmeetde brug-
gen op de toegangen af. Men nam twaalf
Compagnien gewapend Bootsvolk aan, die
onder bevel van den Vice-Admiraal I/aak
Sweers
gefield, en, voor eerft, op de Uit-
leggers in 't Y en in den Amftel, gelegd
werden (y). Ook werden drie Compagnien
1 («) Refol. Vroedfch. I'. H. 14, ij, is, 19, zo, zi,
Z5, Z4 Juny, n July 16JI. ƒ• 7«.71, 7«» 77. 78» 84,
SS, 86, 87, 88, 149» 17°- Gioot-Memor. ff. VI. f. 74,
77» 79-
(v) Refol. Vroedfch. Zr. H. 1« Juny 16-jt.. f. 7$.
("i»)Refol. Vroedfch. L*. H.21,22,24, i%, lojuny 1571.
ƒ. 88,91, 92, 9«, 97,101,127.
(x) RefoJ. Vroedfch. Ij*. H. ZJ Juny 167s. ƒ. 04.
(y) Groot-Memor. N: VI. f. 75 verfit 78, 81 verf» , !,
verf, ?t verft, J7 verft, js , »4 verf:
bevorderen. Te Amfterdam, hadt men nog'
Itef'
tans minder blyken van dit misnoegen be
da*
fpeurd, dan in de meefte andere Steden ;
fchoon het hier ook niet ontbrak aan zulken,
die fommige Heeren , by monde en ge-
fchrifte, verdagt zogten te maaken van on-
geoorlofde handeling met hetFranfcheHof.
Op den zesentwintigften Juny, was het Pr!
»ff.
graauw zo opgezet door eenigen, dat men Kat)r
zig niet ontzag, den Veldmaarfchalk, Prins ^0Af
Joan Maurits, die toen door deeze Stad trok, vo°! f
op de openbaare ftraat, aan te randen, en^j.
voor verraader te fchelden (e). Op de Bur- j" B,
gerwagten, ging ook een heimelyk en open-
lyk morren om onder eenigen. 'sNagts tus-Pe0f(f'
fchen den agtentwintigften en negenentwin- *Sjcief
tig.
(x.) Gioot-Memor. K. VI. ƒ. 87.
(a)  Refol. Vroedfch. L„ H. 23 July 1671. f. 137.
(b)   Groot-Memor. N- VI. f 71.
(c)   Keurb. /.». P. ƒ. 40 verf , 47 verf. COMMELlN,
bl. IZI2, J2i;-
(d)  VALKENTER Verw. Europa, I. Deel, bl. aSI.
(t) VALUNIEA Veiw. Europa, I. Deel, bl, *»7,«*S'
-ocr page 697-
XIX. Boek.                 GESCHIEDENISSEN.                629
^72. tigftenJuny(i),deedtdeOud-Burgemeefter was , bragt veel toe, om 't volk m J q
Jerard Gerard Haffelaer, van wien wy, in 't voor- den ongeruft te houden. De ÏL a ?£' i6?2'
^fleiaer gaande gedeelte deezer Gefchiedeniffen , dam hadt de voorwaarden d;P Amlter" de han*
j*ot'e nieermaalen gewaagd hebben, en die, fe- den Koning, waren voorgel^*'^"71?mi"*
K £ ^ het J^ l6> het Ampt van Hoofd- ftonden, hfhet behouden van 't gfne'hy eeds *&k-
wetft, Officier bekleedde, de ronde langs de wal- veroverd hadt, of iet andersvan S n*.
sterft len, vermoedelyk, om met e,gen oogen te waarde in de plaatfe, boven vergoediS Sn
< zien' .Joe. c °P de wagten toeging. Gele- de koften des oorlogs. voor volftrekt offaan-
ae« genheid hiertoe gaf een gerügt, door fom- neemlyft verklaard (V), en ze fITZern
mige burgers,, ten zynen huize, verwekt, ftige aantekening gedaan te^en Ltbeflu
dat de Franfchen met eenige vaartuigen, ter Vergaderinge van Holland, in afweTend
m't Y omtrent het Blaauwe Hoofd, ge- heid haarer Gedeputeerden «I™
naderd waren met oogmerk , gelyk men waarbygoedgevonden was, volma^e lp'
vreesde, om de Stad te verrafïen. De Heer ven om te fluiten, mids de R^gferinf en
Haffelaer toonde zig bereid, fchoon 't nagt Souverainiteit der byzondereProvinckn he
en hy reeds te ruft gegaan was, om de waar- waard bleeve (/,). Doch 't semeen h,w"
heid hiervan te onderzoeken. Doch bevondt, van geene kennis hebbende? en onder de
aan t Blaauwe Hoofd gekomen, dat de ver- hand opgeftookt wordende teJl< SiT
dagte vaartuigen vol Zuid- en Noordhol- ten, hadt alomme? en Zelfs rf A d'ReSen"
• landfche boeren waren, die, in Deventer het hoofd en den mond vol 7 lterdara'
en elders krygsgevangen gemaakt, federt, leg, om 't Land aan Frankrvk ^nen.toe-
waren vrygekogt. De Hoofd-Officier, zulks pen. De Stad Dordrecht hadt ter vil T'
vernomen hebbende, vindt geraaden, langs ringe, voorgeflaagen, dat mende Gemeen*
de wallen en poorten, de ronde te doen, te van de waare gefchaapenheid der han-~
eer hy naar huis keert. Doch aan de laat- delinge met Frankryk behoorde te onderren
ftepoft gekomen, wordt hem, door den ten. Doch de Stad Amfterdam „u •„ ï S
' Burger fchildwagt, naar 't woord gevraagd, ze handelinge bewilligd hehf^'nT i
De Heer Haffelaer, verftoord over defze zig tegen del vooXf va„Ä^
vraage hervraagde of hy zyne ordre nietbe- ware tevens openbaar gemaakt werdt dar
ter verfiondt ? en of hy zelf het woord wel zy met in het geeven van volmast eefremï
badtl De burger, zulks' met neen beant- hadt. De Regeering vondt egter xrerandT
■woord hebbende hieldt egter den Heere tot.gemftftelling der Gemeente,in 'Cd
Haffelaer die vaft voortging, den tromp van.een verbod van uitvoer van graanen
van den fnaphaan toe, nog al aanhoudende we k den ne^enentiviiuTVO^ c ë, ". »
om het woord te weeten.bDe Hoofd-Offi- werdt, te iSLn m™fn t JIÏ
cier , dit dringen en dreigen kwalyk nee- „ zind was, de Stad, en derzehfer rv5
mende, tradt naar den Schildwagt, enfloeg „ dienft en Vryheid, met goed en blSS
met den rotting t geweer nederwaards, 't „ en tot het uiterfte toe, te befchermen«?»
welk, alzo de haan overgehaald was, in dit En fommigen tekenen aan dat deezeïf
oogenblik, los ging, en een' kogel uitliet, die kondiging van nuttigen invloed was op een
den Heere Haffelaer ongelukkiglyk kwetfte goed gedeelte der Burgerye (*); een andeï
in de dye. Hy kwynde ang aan de wonde, gedeelte van welke egïer nog bleef morren
en overleedt er eindelyk aan, op den elfden op eenigen uit de Regeeringe
juny des volgenden jaars. Een zyner Die- De beweegingen onder 't gemeen K^ c ,
naaren die met een'halven piek gewapend blykbaarlyk aangelegd, om ï« S„T ™ Zm?
was, zynen meefter gekwetft ziende, ftiet Oranje te bevorderen. Le£h^le^he.
den fchildwagt in de borft ; doch deeze duurende dezelven, reeds voo Jflaa^ef'TO'2
bragt'er t leevenaf (ƒ). Na dat de Heer dat men zyner Hoodiei de vdkfmen malt?^
Sf&taß^llTte^• We;dC °Ver/e/f Tn beholto^0mdreaageai? 5Ä
net öcftoutampt, by voorraad , door den en de Stad Amfterdam heflnnt W £ranie.
Ser n £ j-r         . w ,                        rJgheid der Leden gefchiedde r/) Maar's
^J^^^^SS^ ' 17^ ?T V00r 'C neemen van ditYefluk, was*
8tegen r vergaderinge van Holland, beflooten de Regeering van Dordrecht door eenge-
r/)vALKEN1EKVerw.Europa,1.^ M_„ 7I1 deelte der Burgerye, gedwongen geworden,
c°mmelin, hl. non.                          ' ■ ' ' s'                                                                       Om
entwxnugften en negenentwmtigften July voorviel; '^J Reft». Vroedfch. u. h. ,p /«»ƒ i67*./ ï£ '"t
J&£ % vol§en de Lyfl te* RegeeriJe voor de Ke,lub' Lt' p" f' " ™fi-                             «»•»*
Handvefien.                   JJ             o "'«è« vow oe M vaukeniek, i. Deel, u. *ss.
.'.(i} Refol. Vïoedfch. Ar. H. 30 Jmy iS,z# y. x
-ocr page 698-
II. Deel.
AMSTERDAMS
63ö
ment; deedt het graauw verftuiven in een iep'
oogenblik, en geleidde den Heer de Graef
veiliglyk te rug naar 't Stadhuis; van waar
hy, eerlang, milchen de Burgemeefters Cor-
nelis de Vlaming van Oudshoorn
en Henrik
Hooft,
en de Colonellen Geelvinck en Roe-
ters
, gevolgd van eenen grooten fleep inwoo-
ners, naar de Haarlemmer - Poort gebragt
werdt. En hier werdt aan de Burgerwagt
verklaard, dat de Heer de Graef, om Stads
zaaken, ten befte van de Burgerye , naar
den Haage vertrekken moeft. Men liet hem
dan andermaal op den Poftwagen treeden,
en hy reedt, zonder verdere verhindering,
ter poorte uit. Maar 't gerügt der bewee-Op-,
gingen voor 't Heeren-Logement verfpreid ^c}\$
de zig fchielyk door de Stad. 't Gefchreeuw dfjcWl\
van een oploop ! een oploop! klonk door alle den'00''
ftraaten. 't Graauw rotte te hoop, aan ver den *\
fcheiden'oorden, met naame, op en om-tle
trent de Reguliersmarkt, die, in 't jaar 1668,
tot eene Botermarkt gefchikt was (w); van
waar de woefte menigte, langs de Reguliers-
Breêftraat, naar den Dam wilde. Doch een
Serjant, met een Korporaalfchap burgers,
de wagt houdende onder den Reguliers-too-
ren, bezette in aller yl de Reguliers Breê*
ftraat, den Singel, de Kalverftraat en de
nieuwe Doeleftraat, met piekeniers en mus-
kettiers, en ftuitte de aandringende menig-
te. Ook bevondt zig hier een der Burge-
meefteren, om de Schutters aan te moedi-
gen tot hunnen pligt. In de nieuwe uitleg-
ging over de Prinfen - graft, waren de wy-
ven op de been geraakt, een van welken
met de trom omfloeg, dat elk die een fiui-
ver of een halve ßuiver veil hadt om een
vendel te koopen , waarmede men naar den
Dam dagt te trekken
, zig terflond openbaaren
moeß.
En in een oogenblik , vloeide 'er
eene groote menigte famen. Doch de Bur-
gerwagt van de Leidfche Poort en Regu-
liers-tooren verdreef dezelve , met weinig
moeite (0). Ook vernam men hier, voor
eerft, geene oproerige beweegingen meer.
't Is zeer te vermoeden, dat de tegenwoor-
digen heimelyk waren aangelegd, om, door
middel derzelven, ook hier, gelyk in an-
dere Steden, de Regeering te dwingen om
den Prins van Oranje te verkiezen tot Stad-
houder; en dat de bewerkers deezer bewee-
gingen van het voortzetten derzelven heb-
ben afgezien , na dat zy vernomen hadden,
dat de Raad hadt beflooten te bewilligen in
de verhefl&nge van zyne Hoogheid.
                 ..
Ten volgenden dage, werdt de verkiezing3f°t.
van den Prinfe, tot alle de waardigheden,^,/
VOOr-
fB) Keurb. L*. O. f. 19z verfo, 207 verfo.
(o)
VALKENIER Veiw. Europa, I. Dccl,H. 6%9, 69»'
om den Prins , by fchriftelyk befluit, te
verklaaren tot Stadhouder. Andere Steden
volgden dit voorbeeld. En Amfterdam on-
der de eerften : wordende alhier, op den
eerflen July, zonder dat 'er, zo ver my
gebleeken is, ten dien dage, eenige oproe-
rige beweeging vooraf gegaan ware, in de
Vroedfchap, beflooten „ van deezer Ste-
„ de wege, wel geen' voorflag te doen tot
„ vernietiging van 't Eeuwig Edift en be-
„ vordering van zynë Hoogheid tot het Stad-
„ houderfchap; doch, zo de andere agt-
„ tien Leden daartoe eenpaariglyk neigden,
„ insgelyks, in 't een en 't ander te bewil-
„ ligen." De Afgevaardigden der Stad
ter Vergaderinge van Holland verzogt heb
bende, dat hun, in deeze gewigtige tyds
gelegenheid , nog eenige Heeren uit den
Raad mogten worden toegevoegd; werden
daartoe, ten zelfden dage, benoemd de Hee*
ren Andries de Graef en Dr. Willem Bäcker.
De eerfte hadt, nevens den HeerJoanCor-
ver, maar even verflag gedaan van eenen
keer, dien zy, 's daags te vooren, naar
Muiden by Prinfejoan Maurits gedaan had-
den , en was hierop, in den Raad, befloo-
ten, alles, ter Vergaderinge van Holland,
aan te wenden, om de poften te Muiden,
te Weesp en aan denHinderdam wel te doen
bewaaren (m).
De Heer de Graef begaf zig , op den
middag, naar't Nieuwe-zyds Heeren-Loge-
ment, voorheen het Weftindifche Huis, op
den Haarlemmerdyk, om van daar, met den
Poftwagen, te vertrekken naar den Haage.
Hieromtrent was eenig {legt graauw en
vrouwvolk famengefchoold, welk, ziende
dat de Burgemeefter een' reiszak by zig
hadt, hem begon te fchelden voor Verraa-
der,
roepende, dat hy met geld en brieven
naar den Haage trok
, om de Stad den vyand
te leveren
, daarby voegende, dat men den
fchelm vafl houden
, en door fehlet en moeß. De
Schutters, die op het Wagthuis boven 't
Heeren - Logement de dagwagt hielden, op
dit gerügt, in 't geweer geraakt, deeden
den Poftwagen ftil ftaan. De Burgemeefter
tradt 'er af, en bergde zig in't Heeren-Lo-
gement, tenvyl een wyf hem naar de pa-
ruik greep, en een ander hem haare muts
in 't aangezigt fbeet. Zelfs werdt 'er, in
't fluiten van de deur, een' fteek met een
degen naar hem gedaan , waardoor een
jongman, Olfert Meijer genaamd , aan de
hand gekwetft werdt. De Burger-Kapi-
tein Pieter Verlo , midlerwyl zyn vendel
Schutters op de been gebragt hebbende ,
rukte regt toe regt aan op 't Heeren-Loge-
O) Refol. Vroedfch. L'. H. 1 Jalj 187». ƒ. »o, m, m»
1672.
De Oud-
Burge-
meefter
An dries
de Graef
wordt,
door 't
graauw,
gefchol-
den en
ge-
dreigd.
-ocr page 699-
XIX. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
631
^72. voorheen door zyne voorzaaten bekleed, op
^ntde nieuws, in den Raad deezer Stede, vaft-
linlftel" geftêld, en te gelyk beflooten, den Prinfe
eiibVer_ hiervan, door eene aanzienlyke Staatswyze
"'etigingbezending,kennis te geeven, zo dradeLe-
*an 't den van Holland, eenpaariglyk, tot 's Prin-
^iiwig fen verheffing, zouden beflooten hebben.
• De vernietiging van 't eeuwig Edicl; werdt,
ten zelfden tyde, vaftgefteld(p). In zeke-
re Aantekeningen van den Heere H a n s B o n-
temantel, die, ten deezen tyde, Prefi-
dent-Schepen en Raad deezer Stede was,
leeft men ,, dat dit Edicl:, door den Grif-
„ fier Gaspar Fagel en den Oud-Burgemees-
,, ter Gillis Valkenier uitgevonden, en den
„ Raadpenfionaris de Witt overdrongen
„ was; dat Fagel het, in't jaar 1670, reeds
j, hadt willen doen vernietigen, zo men den
„ Prinfe geene belüftende ftem in den Raad
„ van Staate wilde toeftaan; doch dat Val-
„ kenier,'s daags voor dat de vernietiging
„ van dit Edidt, hier ter Stede, beflooten
„ werdt, nog in de Vroedfchap gedreeven
„ hadt, dat men 't in wezen behoorde te
„ laaten , en den Prins egter tot Stad-
„ houder aan te ftellen, of zelfs, van dee-
„ zer Stede wege, voor te flaan, om hem
„ tptGraave te verheffen;waartoe deRaa-
„ den Nicolaas fancras, Cornelis Geehinck,
3, Jacob Jacobszoon Hinloopen en Cornelis
Bäcker ook gezind zouden gefcheenen heb-
„ ben. Doch Bontemanteï en de mee 'e
3, andere Leden hadden gedrongen op de
„ vernietiging van 't Eeuwig EdicT:, alzo
.,, men vaftftelde, dat de Staaten deLeden
„ wel ontflaan zouden van den eed, op de
„ onderhoudinge van het zelve afgelegd.
,, Ook werdt," volgens de Aantekeningen van
den Heere Bontemantel „ de voor-
„ flag om den Prins tot Graave te verhef-
„ fen, door de meefte Leden der Vroed-
„ fchap, van de hand ge weezen (q)." Doch
van deeze byzonderheden vind ik niets ge-
meld in de Regifiers der Vroedfchap.
verzekeren (f). Het boek, waarin alle de 1<jjft|
Leden van de Vroedfchap, federt het jaar
1668 , het eeuwig Edicl: ondertekend had-
den, werdt, op den elfden July,in de Raad-
kamer, verbrand (j).
De verheffing des Prinfen van Oranje hadt De Afgc-
merkelyken invloed op de begonnen hande- vaardig-.,
ling met Frankryk. De meefte Steden had- {*en van
den, te vooren, bewilligd om te fluiten , raca^n
onder anderen Edam , welks Afgevaar hier in
digden, den derden July (i) , door Ara- 'yfsge-
fterdam naar den Haage reizende, aange-vaar'
taft waren van de burgers, die hen naaV 't
Stadhuis gefleept, en genoodzaakt hadden
tot het openen van hunnen laft, waatby
bleek, dat zy in de volmagt tot handeling
bewilligen mogten: 't welk hen in lyfsge-
vaar bragt (t). Amfterdam hadt altoos de
handeling afgeftemd; doch weinig gehoor
verworven ter Vergaderinge van Holland.
Maar na de verheffing van zyne Hoogheid,
was 't blad omgekeerd. Men befloot toen,
op 't fterk dringen van Amfterdam, en na
't inneemen van 's Prinfen gevoelen , de
handeling af te breeken, zo de Koning van
Frankryk zyne eifchen niet maatigen wilde;
en wat laater, al 't beleid derzelve te laa-
ten aan den Prinfe van Oranje. Terwyl de
handeling gerekt werdt, kwam 'er zo groot
eene verandering in den ftaat der zaaken,
dat men wel haaft betere voorwaarden be-
dingen kon van Frankryk. Doch 't verhaal
hiervan behoort niet tot de gefchiedeniflen
van Amfterdam in 't byzonder (u).
In deeze Stad, duurde, zelfs na 's Prin-c;toute
fen aanftellinge,'t gemor en het misnoegen vraag
onder eenigen. Op den vyfden July, begafva" ee-
zig Govert Outvorfl, Koperflager en Serjant nen b.ur'
der Burgerkompagnie van Kaprsin Jakob ^rse*
de Graaf,
naar Burgemeefters-Kamer, den meeilers-
Heere Henrik Hooft, die zig toen alleen al Kamer,
daar bevondt, ftoutelyk, en met gedekten
hoofde, afvraagende, £oe men 't met de Stad
voorhadt ?
daarby voegende, dat hy en wel
drieduizend met hem ongerufi waren, en ge-
ruß
(r) Refol. Vroedfch. L'. H. j July i6jz. f. 14«.
(,) Refol. Vroedfch. L'. H. n July i6yz. f. i$o. Zie
„,4 Vaderl. Hift. X!V. Deel, hl. 8f.
(t) Refol. Vroedfch. L'. H. 3 J«h l672- /■ J42' Va-
der! Hift. XIV. Deely hl. 66.
(«) Zie Vadeil. Hift. XIV. Deel.
(0 In een ige Aantekeningen van deezen tyd, die
ik, in de Faderlandfcbe Hiflorie, gevolgd had, wordt
het geweld, gepleegd aan de Afgevaardigden van
Edam, gefield gebeurd te zyn op den zesentwïn-
tigften Juny. L)och in de Refolutien der Vroedfchap,
lees ik, op den derden July, van d'infilentie, dees
OCHtent. by de burgers alhier, aeti de Heeren Gede-
puteerden van Edam gepleecbt:
't welk ik onderde!
op het zelfde geval te zien -• waarom ik , ten opzigte
van den tyd, afgeweeken ben van de Aantekeningen,
boven vermeld.
Nnnn
gillen» Op den vierden July, werdt Willem de
v0rj{J- III., Prins van Oranje, aangefteld tot Stad-
stadlho houder van Holland: en den volgenden dag,
*6ï. u" werdt, in de Vroedfchap deezer Stede, be-
flooten, zyne Hoogheid, door eene byzonde-
re bezending van Stads wege, waartoe de
Heeren Cornelis de Vlaming van Oudshoorn,
Prefident-Burgemeefter, en Jacob Boreelen
Cornelis Rogh,
Raaden, benoemd werden,
met de nieuwe waardigheid geluk te wen-
fchen, en van de zonderlinge toegenegen-
heid en bereidwilligheid van deeze Stad te
(p) Refol. Vroedfch. L'. H. 2 July i6yz. f. 134.
(.1) Vit Aantek van Schepen Bontemanteï, MSS. Zie
Vaderl. Hift. XIV. Deel, il. 8J, 8«.
I-STUK.
-ocr page 700-
II. Deel.
AMSTERDAMS
632
,, 27 bolwerken, hebbende daerenboven in de \6l
,, buytenwerken en gemaekte doorfnydingen te
„ befetten acht confiderable avenues van alle
„ het welk die heere L\ Colonel du Mont, als
„ alles naeuwkeurig hebbende onderfocht, u
5, hooch'. klaer bericht can doen, die wy bid-
„ den daerop moge werden gehoort, ende dat
„ wy hier op wyders van U hoogheids hoogwys
„ advys en confideratien mogen wefen gedient,
,, op wat wyfe u hoogheid oordeelt dat foo
„ groot een werk in behoorlyke fecuriteit en
„ forme van defenfie kan werden gebracht, hoe
„ veel canon , kruyt, fcharp en ander amonitie
„ van oorloch, hoe veel befettingen, hoe groot
„ aental militie, hoe veel Commandanten', hoe
„ veel Ingenieurs daer toe noodigh fyn ver-
,, eifcht, dat deze fake by U hoogheid gepon-
„ dereert ende ooverwogen fynde, wy ook met
„ het gene ons dan nog foude mogen deficieren,
„ door U Hoogheids ordre, foo veel doenlyk \
5, is, promptelykmogen werden voorfien ende
„ van gedient: En om U hoogheid van 't guar-
„ nifoen alhier bericht te doen , foo is 'c fulx
„ dat haer Ed: Gr: Mo: ons eenige dagen gele-
„ den, op ons aenhouden om eenig bequaem
„ Commandant, hebben gelieven toe te fenden
„ den heere Colonel Beveren, ende alfoo wy
„ om meer hooge Officieren aenhielden, fyn
„ ons gerecommandeert, ende hebben haeren
„ dienft geprefenteertd'Overften of Colonellen
„ Trempe, Stocheym, Jorman, Fagnani, Ver-
„ ftraten, Frens en Du Thiel, van dewelke
„ eenige de premier rang van den Commandant
„ fchenen te willen in disput trecken. Nu bid-
„ den wy dat U Hoogheid ons uyt defe ofcé
„ andere, die u Hoogheid bequaem mochte oor-
„ deelen fodanig Commandant en foo veel me-
„ de- ofte minder Commandanten gelieven te
„ dispicieren , als U Hoogheid oordelen fal
„ tot befettinge van onfe binnen en buyten for-
„ tificatien vereift te fyn. Wy füllen ons daer
,, gewillichlyk aen gedraegen, ende alles wat
„ van U hoogheids hand comt niet anders als
„ heilfaem voor ons confidereren ,ook met per-
„ miflle den Ine enieur Du Monts comft gaerne
„ te gemoet fien.
,. Wyders foo beftaet onfe burgery uit fes-
„ tigh cómpagnien , ende maekt uyt een aental
„ van 10000 koppen, onfe militie gerengeert on-
„ der 14 Capiteinen bedraegt 2200 koppen ende
„ vier cómpagnien paerden; waer onder twee
„ vrywillige van de jonkheid van defe ftad ma-
„ ken uit 2.60 ruiters, fulks in alles 12460 man.
„ Wy kunnen niet ftille ftaen om nochmaels
„ te repeteren dat wy ons naeft God in alles
„ verlaten op uw Hoogheids wyfe direftie ,
„ goede voorforge en voorfichtig beleid, ende
„ fullenhier met permiffie, noch byvoegen dat
„ wy 't voor een fonderlinge gratie en geluk
„ fouden achten , indien wy foodaenige eere
„ mochten genieten, en ons d'occafie wierde
„ gegeven om aen u Hoogheids perfoon hier
,, ter ftede defe verfekeringe mondeling nader
„ te kunnen betuygen. Soo'tdan buyten hin-
„ der ofte ongemak kofte gefchieden , dat u
„ Hoogheid geliefde te refolveren omme tot
„ beter informatie van 't geene voorf. is een
„ keer herwärts in loco re doen; TJ Hoogheid
„ foude hier vinden genegen herten die alleen
„ haer
1672. ruß gefield wilden worden. Men nam in be-
raad , om deezen onbefcheiden menfch ,
terftond, agter af te leiden. Doch eenigen
hielden 't tegen; en hy'badt Burgemeefter
Hooft, des anderendaags, om verfchooning;
zo dat de zaak, voor dien tyd, geen ver-
Burge- der gevolg hadt (y). Burgemeeileren, mid-
meefte- lerwyl , vernomen hebbende , dat zyne
ren Hoogheid gezind was, de Stad, door alle
aanzie m0§elyke middelen, tegen vyandelyke aan-
Ho0Zg" vallen, te befchermen, lieten, op den agt-
heid.' ften, eenen Brief aan hem afgaan, die van
woorde tot woorde aldus luidde:
Aen syn Hoogheid,
Doorluchtige Hoochgebooren Vorfl ende Heere,
„ 1 Tit het mondeling bericht van den Hee-
„ *^ re van Oudtshoorn, onfen welgeëerden
„ Collegua, ende de andere Heeren defes ftads
„ Gedeputeerden hebben wy met fonderlinge
„ aengenaemheit verftaen, dat u Hoogheid heeft
„ gelieven de goedheid te hebben van aen de
„ felve verfeekeringe te geven van de onver-
„ diende toegenegentheid die u Hoogheid heeft
„ omdefeftadt ende de goede ingefetenen van-
„ dien metraed en daed te willen byfpringenen-
„ de van alle oppreffien en vyandtlyke attaquen,
„ door alle bedenkelyke precautien , befcher-
„ men en protegeren.
„ Wy vinden ons daerop gemoedigt om uw
„ Hoogheid wat omftandelyk defes ftads con-
„ ftitutie en gelegentheid by defen te remon-
„ ftreren, ende met eenen des felfs wyfe raed in
„ veele importante faeken (daer voor wy geer-
„ ne bekennen dat ons verltandt ftille ftaet, en
„ die onfe capaciteit by manquement van erva-
,, rentheid verre overtreffen} gedienftelyk te
„ requireren: onder proteftatie, Doorluchtige
„ Hooghgebooren Vorft en Heere, dat wy hier
„ inne gaen met de openhartigfte confidentie
„ van de wereld, en dat wy hebben dat ver-
„ trouwen hru Hoogheids eedelmoedigheid, dat
„ naeft God ons heil daervan totaliter depen-
„ deert, ende dat wy uw Hoogheid confidereren
„ als die geene de welke van Godt Almaghtig
„ met de vereifchte qualiteiten is begaaft, om
,, de vervallene fake door fyn wys' beleyt te
„ kunnen herftellen, ende bydefe bekommerly-
„ ke conftitutie van tyden den Staet voor ver-
„ der onheil behoeden.
,, Doch om u Hoogheid met geen verdere
„ proteftatie (van 't geene nochtans waerach-
„ tig is en dat wy bidden dat by uw Hoogheid
„ mooge impreilie neemen als een articel des
„ geloofs) op te houden, füllen wy overgaen
„ tot de fake, ende u Hoogheid met het vereifch-
3, te refpeét gedienftelyk te gemoet voeren hoe
„ dat uit de bygaende Caerte kan afgemeten wer-
,, den de conftitutie van defes Stads fortificatie,
5, behelfende in fyn circuit de diftantie van vier
„ Uren gaens, omringt (buyten d'Ykant) met
- (k) Vit Aintek. van Schepen BONTEMAntel, zie Va-
dert. Hift. XIV. Deel, hl. 20g.
-ocr page 701-
GESCHIEDENISSEN.
XIX. Boek.
633
„ haer glorie daer inne füllen Hellen dat fy haer
„ moogen qualificeren onveranderlyktefyn
Doorluchtige, HoochgeborenVorfi en Heere,
Uw Hoogheids ootmoedige die-
naers,
van de Poll; ook, zo fommigen melden,de xfa%
Oud-Burgemeefter Gillis Valkeniertdie'tbe.
leid van al dit werk hadden, leiden 'er veel
eers mede in by de opmerkzaamften onder
de burgerye (x): maar men begrypt ligte-
lyk, dat de geweldige koften, die tot dit al-
les vereifcht werden, de geldmiddelen, en
zelfs het credit der Stad zeer moeften druk-
ken. De gemeene laften des oorlogs, waar-
in Amfterdam zulk een aanzienlyk gedeel-
te draagen moet , kwamen hierby. Al 't j3urge.
welke de Regeering, ten deezen tyde, zo meelt«
verlegen maakte, datzy, op den zeftienden Hooft
July , befloot , Burgemeefter Hooft af tewordt
vaardigen aan den Prinfe-Stadhouder, metp^J"
laft om zyner Hoogheid de gelegenheid derstadhóu-
Stad, en vooral den flegten ftaat van der-der afge-
zelver geldmiddelen, omftandiglyk, te ver- vaardigd,
toonen, met verzoek, om uit den Prinfe te,?"1 h(?m
mogen weeten, of 'er zyns oordeels, naglnheid
dat men goed en bloed byde gemeene zaak der Stad
zou opgezet hebben, eenig middel ware uitte ver"
te denken, om het overige te behouden,entoonen*
verdere verderfelyke onkoften te voorko-
men; en of zyne Hoogheid, door deszelfs
Vorftelyk credit en luifter, by den Koning
van Groot -Britanje of elders, daartoe zou
können medewerken(j).De Heer Burgemees-
ter Hooft begaf zig terftondop reis, en hadt,
den volgenden dag, zynde Zondag den ze-
ventienden July, tot twee maaien toe, gehoor
by den Prinfe, hem in 't breede verwonen-
de „ den ftaat van 't Krygsvolk deezer Ste-
„ de, van derzelver veiling werk en van bin-
„ nen en van buiten, en byzonderlyk de
„ flegte gefteltenis van derzelver geldmid-
„ delen." Voorts, verzogt hy „ dat zyne
„ Hoogheid geliefde te denken, op wat wy-
„ ze , het gemeene Land beft uit deeze
„ moeilykheden zou können gered worden,
„ met verzekering, van Stads wege, om
„ met hem alles, zelfs de eigen perfoonen
„ der Regenten, te willen opzetten, zo hy
j, oordeelde, dat de Staat, door de wape-
„ nen, in zynen voorigen toeftand te her-
„ ftellenware.Doch vondthyde zaaken zoen hem
„ verre verloopen, dat zy niet te redden de mede-
«72.
bürgermeesteren en regeerders
der Stad Amsterdamme.
S July 1672.
Men ziet, uit dit fchryven,klaarlyk,dat
de Regeering van Amfterdam beflooten
hadt, den Prinfe van Oranje, fchoon maar
onlangs tot Stadhouder verheeven, de blyk-
baarfte bewyzenvan eerbied en hoogagting
te geeven. 't Leedt zelfs maar weinige da-
gen , toen men befloot, zyner Hoogheid
voor te flaan, dat de Stad het haare wilde
doen, om hem hooger waardigheden te doen
opdraagen, en zyn gezag en aanzien inden
Staat te doen vermeerderen. En 't is ten
hoogfte waarfchynlyk, dat een verkeerd be-
grip van 't gene hierover gehandeld werdt,
fommigen (w) heeft doen fchryven,datdie
van Amfterdam den Prinfe, omtrent deezen
tyd, de * opperfte magt over hunne Stad
hadden aangebooden. 't Zal hierom niet
ondienftig zyn, dat wy hier een naauwkeu-
rjger en omïrandiger berigt van 't gebeurde
ten deezen opzigte invoegen.
't Gevaar, waarin Holland, en Amfter-
dam in 't byzonder geftort geworden was,
door het naderen des vyandelyken Legers,
hadt de Stad, die, federt den aanvang der
jongfte vergrootinge, reeds vry wat ten ag-
teren geraakt was, gejaagd op nieuwe en
zwaare koften, die haare geldmiddelen uit-
geput, en zelfs haar Credit, geweldiglyk,
verzwakt hadden. Het aanwerven van ver-
fcheiden' vendelen Stads foldaten; het lig-
ten van een goed getal matroozen; het hou-
den van uitleggers in 't Y, in de Zuiderzee,
in den Amitel; het maaken van doorfnydin-
gen en het leggen van fchanfen op de toe-
gangen naar de Stad, by 't Huis ter Hart,
aan den Overtoom, by Jaap Hannes, en ter
wederzyde van den Omval aan den Amftel;
de arbeid aan de Stads wallen; het opwer-
pen van nieuwe werken buiten de Haarlem-
ïher- en Leidfche Poorten; het voorzien der
Stad vankrygs- en mondbehoeften, en zelfs
van geheele* üuitfchepen met zoet water ,
om, tn geval van nood, tot het brouwen van
Kzx én ander gebruik te können dienen; al
dit en nog veel meer ftrekre wel tot nut en
feêfcherming der Stede, en de Oud-Burge-
meefter er; Hoofd Officier Gerard Hqßelaer,
en de Burgameefterer; Henrik Hooft txijoan
(w, Burnet Hiftory ofhis own Time Val I. p. 32«.
%
S'Uy.
Hfter
^ ten
s.
ZS">d
j£' 'en
}•>
waren , dan door een verdrag, op rede- werkinS
lyke voorwaarden; en agtte hy, om het f* Stf
een of het ander tot een goed einde te bieden,
5'
brengen, noodig, op fyn ■perjoon hoogerom hem
digniteiten te doen confereeren, ende ß>neh00gtr
authoriteit en gefagh te doen vermeerderen; Sn te
jj de Stad Amfterdam was genegen, daar- doen op.
>, toe, van goeder herte, het haare toe te draagen.
» brengen." De Prins beantwoordde dee- Ant-
zen
f*) VALKF.NiER i. Deeit hL +7, 7mx.. Vervol? o»
't Leeven van H. de Groot, */. 7«.
                               r
(y) Refol. Vroedfch. L'. H. it.7"h i«/z. ƒ. 7Z stads
Miffiven N. IV. ƒ. Hs «„/,.
                              '
Nnnn z
-ocr page 702-
II. Deel.
AMSTERDAMS
634
l67K
genis van Burnet alleen maaken moge,
blyve het oordeel des onzydigen Leezers
aanbevolen.
By gelegenheid, dat wy hier van Burge-
meefter Hooft gewaagd hebben, können
wy niet nalaaten, kortelyk, te melden, 't
gene een ander Engelfch Schryver,de Am-
baffadeur William Temple, die hem
van naby gekend hadt, van hem te boekge-
fteld heeft, „ Ten deezen tyde, waren 'er,"
fchryft hy (i), „ twee regeerende Burge-
„ meefters te Amfterdam, die 't gantfche
„ bewind over de Stad, welke veel invloeds
„ op den Staat heeft, in handen hadden, te
,, weeten Hooft en Valkenier. Hooft was
„ een eerlyk, edelmoedig man, die groo-
„ te rykdommen van zyne voorouders be-
„ zat. Hy was, daarenboven , geleerd,
„ fchrander, vrolyk, en vry van ftaatzugt,
„ hebbende hy al de ampten, die hem door
„ den Staat waren aangebooden , van da
,, hand geweezen, en zig te vrede houden-
„ de met op zyne beurt Burgemeefter te
„ worden van zyne Stad, in welk ampt hy
„ zig zo weinig werks gaf, als hem moge-
„ lyk ware : een regtfehaapen vernuft, die
„ my, vervolgt de Schryver, twee dingen
„ gezeid heeft, welken ik nooit voorheen
„ gehoord had, het eene, dat iemant, die
„ op morgen een pynlyken dood te wagten
„ hadt, zyn genot neemen zou van den dag
„ van heden, indien hy gezond ware, en
„ dat hy de eene of de andere ziekte of ee-
„ nig verval van kragten onder de leden
„ hebben moeft, zo hy't niet deedt: hec
„ andere, dat iemant, die ouder dan zes-
„ tigjaarenwenfehte te worden,een plom-
„ pe bloed zyn moeft; en dat hy, zo dra
„ hy dien leeftyd, welke hem toen naby
„ was, bereikt zou hebben, naar de eerfte
„ goede gelegenheid om te fterven verlan-
„ gen zou. Ook maakte hy," vervolgt T e m-
ple „ zyn zeggen waar, ftervende, onbe-
„ zorgd, aan een overval van jigt, en fpree-
„ kende met zyne vrienden, tot dat hy om-
„ trent bezweeken was: waarna hyze weg-
„ zondt, op dat hy niet in hunne tegenwoor-
„ digheid fterven mögt. Maar,naderhand,
„ een weinig bekomende, ontboodt hyze
„ op nieuws , zeggende, dat hy nog een half
„ uur met hen praaten kon. Van zulk een'
„ aart was de Heer Hooft. Dezelve," gaac
Temple voort „ hadt veel overeenkomft
„ met den roynen ,fchoon hy voor een gril-
,, lig man gehouden werdt, en my eens zei-
„ de, dat ik de eenigfte Ambaffadeur was,
„ dien hy ooit van zyn leeven bezogt hadu
„ Hy had al het gezag, welk iemant in zy-
„ne
(d) Memoirs from 1471 u i«7J». f. 34s , 37s. Edit. 175*'
1672. zen voorflag met algemeene en beleefde
woorden, betuigende, dathy, met der daad,
va°n°zynetoonen zou' dat nY zi§ het belang van de
Hoog- Stad ter herte liet gaan. Voorts, beloofde
heid. hy, zo 't hem eenigszins mogelyk ware ,
Amfterdam met zyne tegenwoordigheid te
zullen vereeren. Hy hadt ook, zeide hy,
een' Edelman afgevaardigd aan den Koning
van Groot • Britanje , van wiens handeling
hy zig iet goeds belooven durfde. De In-
genieur du Mont, die hier ter Stede veel
dienil gedaan hadt, in het aanleggen van
nieuwe Veftingwerken, was, onlangs, op
ernftig verzoek van den Prinfe, naar 't Le-
ger vertrokken (z> Doch zyne Hoogheid
beloofde nu, hem, met den eerften, her-
waards te 'rug te zullen zenden. Ook zou
hy zyne gedagtenlaatengaanopeen'ofmeer
bekwaame Commandanten, die men, hier
ter Stede, daar nu vry wat gewapend volk
binnen was , oordeelde noodig te hebben
(a). Burgemeefter Hooft deedt, den ne-
gentienden, verflag van 't gehandelde met
den Prinfe: 't welk, door de Vroedfchap,
Aanmer- in allen deele, werdt goedgekeurd (b). De
kingen Engelfche Hiftoriefchry verBürnet,fpree-
°eneBur-^ende van l £ene de Stad Amfterdam, ten
net, we- deezen ty de, met den Prinfe handelde, meldt,
gensdee->5 hoe zyne Hoogheid zelf hem verhaald
zehande-^ hadt, dat deeze Stad hem zulke aanbie-
boek ae " dingen deedt, om dat zy alles voor ver-
fteld » looren hieldt, en de fchande van haaren
heeft. „ ondergang liever over hem dan over zig
„ zelve brengen wilde." Doch uit ons ver»
haal blykt, dat de Regeering gezind bleef,
het uiterfte, en zelfs haare eigen perfoonen
te waagen, zo de Prins oordeelde, dat de
Staat door de wapenen te redden ware: 't
welk doet zien, dat zy zyne Hoogheid in
geen gevaar van fchande brengen wilde ,
waaraan zy zelve niet begeerde te deelen.
Wyders, zou de Prins ook aan Barnet ver-
klaard hebben „ dat de Landzaaten geenen
Souverain verdraagen konden, en meer tot
„ den oorlog zouden opbrengen, om tmn-
„ 11e eigene vryheid te befchermen, dan
j, voor eenigenVorft,wie hy ook ware:en
„ dat deeze aanmerking hem bewoogen
„ hadt, om de aanbieding van Amfterdam
„ van de hand te wyzen (c)-" Doch uit de
Regiflers der Vroedfchap blykt wel niet, dat
zyne Hoogheid den voorflag der Stad om
hem hooger waardigheid te doen opdraa
gen aangenomen; maar even weinig, dat hy
denzelven afgeweezen heeft. Hoe veel ftaats
men dan, ten deezen opzigte,op hetgetui-
(z.) Refol.Vtoedfch. ƒ r. H. 25 , 30 Jany 1671. ƒ. 101, m.
(*) Refol. Vroedfch. L'. H. 27 funy, 22 J»ly 1671,/.
1*9 • !*z-
(i) Refol. Vroedfch, L', H. ij> July it72. f. 17*. ,
{') BURNET Val. I. f. 326.
Afbetr
ding der
Burge'
&&&-
Yf0it
nieüia-
l'3151 la.
-ocr page 703-
GESCHIEDENISSEN.
XIX. Boek.
635
^72, „ ne Stad hebben kon, zonder het te zoe-
„ ken, te agten, of te gebruiken; daar Val-
kenter het zo fterkzogt en najaagde als hy
„ kon, zonder'er half zo veel van te bezit-
„ ten: want hy was ftuurfch en gemaakt,
„ fchoon van veel beleid en overleg: ook,
het toen was, geraaden vondt, zyne nagt- 1762.
ruft te neemen, om te beter te zorgen voor fleutels
de fleutels, welker bewaaringe hem aanver- °p ,'f .
trouwd was. Maar met den aanvang van Zywor-'
Auguftus, viel de beurt om voor de fleutels den aan'c
te zorgen,, op den Burgemeefter Joan van huis van
7 T\ 11              Ti_____              r\                           1                                 iïitrrro
„ zo geloofd werdt, gierig, en voorts be- de Poll; en Burgemeefteren vonden toen ge- ßur£e
raaden, dezelven wederom ten zynen hui- ™a^e d^r
ze te laaten brengen. Van dit hun befluit Pon ge-
gaven zy kennis aan den Krygsraad, door braS£-
wien het den byzonderen Compagnien werdt
„ hendig in 't uitvinden en te werk ftellen
„ van de middelen, die hy dienftig oordeel-
„ de, om zyne oogmerken, in 't fluk der
G ^ „ Regeeringe, te bereiken."
Eer de Prins van Oranje zignaar Amfter
aangediend. Doch de Schuttery, fchoon zy,
omtrent deezen tyd, de poorten reeds be-
waakte; of eenige heethoofden onder dezel-
ve namen euvel, dat de fleutels in bewaa-
ring van Burgemeefteren bleeven. Men mor- Onge-
de ,, dat Burgemeefteren, meefters zynde n?e§en
„ van de fleutels, ook meefters van de Stad ^eerr"
„ waren; dat de droevige ervaarenis, or^ onder de
„ langs, geleerd hadt, hoe veele Bürge-Bürge.
„ meefters, door 't overleveren van der rve-
„ Steden fleutelen, de Steden en Burgeryen
„ te gelyk aan den vyand hadden overge-
„ leverd; doch dat het hier nog tyd was,
„ dat de Burgery zelve toezage, en eenoog
„ in 't zeil hielde" 't Graauw, de lugtkry*
gende van het misnoegen onder de Schut-
terye ftreeft, op zekeren avond, in grooten
getale, naar den Dam. Eenige onruftige
geeften, die, om te minder bekend te zyn,
den mantel om de ooren geflaagen hadden,
mengen zig onder den woeften hoop; blaa-
zen 't vuur van oproerigheid aan, en ver-
zekeren 't volk van byftand. Tegen tien
uuren, kwamen de Schutters, met de fleu-
tels van ééne der poorten, aan 't Stadhuis ,
in de plaats van aan 't Huis van Burgemees-
ter van de Poll. 't Graauw, om als 't ware
te zien, of zy de regte fleutels wei bragten,
drong naar binnen: doch werdt gefluit door
den Kapitein Barend Elias, die toen de wagt
hadt, en, den ingang van 't Stadhuis bezet
hebbende, nevens zyne manfehap, met de
lonten op den haan,de fleutels der overige
poorten en boomen bleef afwagten, die eg-
ter , vooraf, door de onrufligen op den Dam,
bekeeken en geteld werden. Maar de fleu-
tels van denNieuwe-brugs-boom waren, door
eenigen, die zig} zo 't fchynt, naar den laft
van Burgemeefteren voegen wilden, aan 't
huis van Burgemeefter van de Poll gebragt,
't Volk zulks bemerkt hebbende, ftreeft,'t Volk
woedende, derwaards, en vordert de fleu-ftreeft
tels ftoutelyk te rug, op dat zyze op 't Stad- ££« 't
huis brengen, en bewaaren mogten. Geval- fe™^™
liglyk, bevondt Burgemeefter Hooft zig ten re vande'
huize van den Heere van de Poll. Deeze, Poll.
ter deure uit getreden, houdt der menigte
voor „ dat de fleutels daar immers wel be-
„ waard waren; dat Burgemeefteren'er ook
Nnnn 3
                                       „ niet
over >t dam begar, was er wederom eenig gemor
"e»aa. verwekt onder de burgerye over 't bewaa-
,jei1 van ken der poorten, en't bewaaren van de fleu-
te|s ^ reien der zelven. Het eerfte gefchiedde,
Poq, tg' ten deezen tyde, ook by nagt, door de Stads
'n boQl foldaaten, en de fleutels der poorten en boo-
"^i. men werden aan 't huis der regeerende Bur-
gemeefteren gebragt en bewaard. Doch de
nabyheid der Franfchen, die Utrecht niet
alleen; maar ook Naarden inhadden, maak-
te de Burgers, of eenigen der zelven onge-
ruft als of de poorten en de fleutels derzel-
ven niet bewaard werden, naar behooren.
Eenige Regenten waren nog al verdagt by
't gemeen, als of zy 't oog hadden naar den
vyand , en toeleg maakten, om hem de Stad
in handen te ftellen; fchoon hiervan nooit
iet het allerminfte gebleeken is, en men
veeleer reden heeft om te befluiten , dat
diergelyke gerügten verwekt, of voortver-
haald werden, door zulken, die verandering
zogten in de Regeering der Steden, en ook
te Amfterdam, alwaar zig deeze toeleg wel
haaft openbaarde, 't Was 'er zo ver vanaf,
dat men niet gezorgd zou hebben voor de
beveiliging der Stad, dat men zo dra, in 't
beginvan Auguftus, geene tyding gekreegen
hadt, dat de Franfchen de poften omtrent
Muiden begonden te naderen, of men befloot
den Heer Jacob Boreel af te vaardigen aan zy-
ne Hoogheid, en om een' Kolonel en Rege-
ment voetvolk, tot verdere bezetting der
Stede, te verzoeken. Ten zelfden tyde ,
werden ook, op ingeloopen berigt, dat 'er,
by wylen, eenige onraad befpeurd was in
en omtrent de Wetering, de Heeren Corne-
lis Geelvinck
, Heere van Kaftrikum, Dr. Roe-
ten Ernfi
en Mr. Nicolaas IVitfen gemagtigd,
om, nevens de Heeren Commiffariffen tot
V ^e Veftingwerken, daarop een waakend oog
rfe" te houden (e). Maar tegen 't einde van Ju.
f'')ftr ly» hadden eenige burgers beftaan,de fleu-
*Nt tels der poorten, in plaats van aan 't huis
W* van eenen der Burgemeefteren, te brengen
jjy (jglft op de Hoofdwagt op 't Stadhuis, alwaar
Ns Burgemeefter Lambert Reinfi, wiens beurt
(«).R.efoi. Vroedfch. Lr. H. J ^»X« 1672 faß meridiem
-ocr page 704-
AMSTERDAMS
II. Deel.
636
1672.
„ niet mede konden uitvoeren, zo lang de Leger by Bodegrave, hier ter Stede aan, 1 * .a
„ Burgery de poorten bewaarden; en dat, op den twaalfden Auguflus. De Schuttery k"1"^
„ al wilde fchoon een Burgemeefter den hadt bevel gekreegen, om zig in de wape-de
„ fchelm fpeelen, en de poort openen; het nen te begeeven, en den Prins plegtiglyk
„ hem immers ligtelyk door de Burgerye in te haaien. Doch zyne Hoogheid kwam»
„ belet kon worden." Doch al deeze rede- vroeger dan men verwagt hadt, in ftilte,
nen waren vrugteloos. De Gemeente, meer in de Stad , zynen intrek neemende in 't
en meer, aangegroeid in getal, hadt den Oude-zyds-Heeren-Logement. De Schutte*
burgwal reeds zo digt bezet, dat de Kapi- ry trok hier, dien zelfden avond nog, op
tein Fredrik Beerewouts, Schoonzoon van Bur- lafl van Burgemeefleren, in haare volle rus-
gemeefler van de Poll, met eenige gewa- ting, voorby ; 't welk tot tien uuren des ja-
pende Schutters uit zyn vendel, toegefchoo- avonds duurde. Ten volgenden morgen, Beb-
ten om oproer te voorkomen, en eenige vry- bezigtigde de Prins, verzeld van twee der #
willige Ruiters zelven genoodzaakt waren regeerende Burgemeefleren, en onder 't ge-
En
dreigt
het met
plonde-
ring.
onverrigter zaake te rug te keeren. De op- leide van eene Compagnie der vrywillige
roerigen, ftout op hun getal, dreigden daar- Ruiterye, de Stads wallen, van den Y-kant
op 't huis met plondering, en fmeeten reeds by de Haarlemmer Poort af, tot aan Funen
met fteenen door de glazen, toen de Bürge- toe. Voorts, reedt hy naar 't Prinfen hof,
meefler,om grooter onheil te voorkomen, alwaar hy, als Admiraal - Generaal, in 't
op de floep kwam met de fleutels, vraagen- Collegie ter Admiraliteit, zitting nam. Bur-Ne^
de mie dezehen hebben moefi? Een onbezuis- gemeefleren, dien zelfden dag, den Raad ^et
de dronkaart greep 'er naar. Een ander, hebbende voorgedraagen, dat zyne Hoog- zj£türé
wat befcheidener, zogtze hem te ontwel- heid hun hadt bekendgemaakt, dathyietm &,,
digen , tot datze , eindelyk , door eenige van gewigt in den Raad hadt voor te Hel- \T!°ä
gewapende fchutters, aanvaard, en by de len (è), werdt hem, des nademiddags ,fr
overigen op 't Stadhuis gebragt werden. De als Stadhouder, in de volle Vroedfchap
opfchudding voor 't huis van Burgemeefter zitting gegeven, 's Prinfen voorftel fchynt,
van de Poll nam hiermede een einde (ƒ). ten deezen tyde , beftaan te hebben in het
Burgemeelleren namen federt het gevoelen aandringen op zekeren voorflag van Dor-
'igj^ van den Krygsraad in, over de wyze, op drecht, welke, den veertienden July, ter
Eurg
mee
ren
len.by" welke de Stads fleutels, voortaan, tot ver- Vergaderinge van Holland, gedaan, en waar
by begeerd was, dat den Prinfe onbepaalde
volmagt gegeven werdt , om met Groot-
rv
raacPor-te worden. En de Krygsraad verklaarde, Britanje te fluiten; welke voorflag, door de
de op het °P den vierden Auguftus „ dat menze be- Leden, overgenomen was. Immers, ik
bewaa-
»
hoorde te brengen in de Corps de Garde vind, dat Amfterdam, tot hiertoe nog niet
van de Hoofdwagt op het Stadhuis, om in den zelven bewilligd hebbende, 's daags
aldaar gelegd te worden in zekere kift, na dat de Prins in de Vroedfchap verfchee-
geflooten met twee byzondere fleutels , nen en gehoord was, befloot, deAfgevaar-
eene van welken, des avonds, zou wor- digden ter Dagvaart laft te geeven, om me-
den gebragt aan 't huis vaneenen der de te ftemmen tot de begeerde volmagt (i).
ren van
de Stads
fleute-
len.
j, Heeren Burgemeefleren, door den Ser-
„ jant van de Hoofdwagt, dieze, des mor-
„ gens, wederom van daar zou af haaien ;
„ terwyl de andere fleutel, nevens de kift,
„ op de Hoofdwagt, in handen van eenen
„ der Hoofd-Officieren , blyven zou." Bur-
gemeefleren en Raaden, de ruft der Burge-
rye , in deeze tyds gelegenheid , zo veel
Sommigen tekenen aan, dat zyne Hoogheid,
van Stads wege, wederom om een' ervaa-
ren Commandant verzogt geweeft zynde, ge-
antwoord zou hebben „ dat de Stad onwin-
„ baar was; en dat hy, zo de vyand Mui-
„ den en Weesp overweldigen mögt, in per-
„ foon, binnen Amfterdam bevel zou ko-
„ men voeren." De Prins, den dertienden,
doenlyk ware,willende bevorderen,befloo- treffelyk op het Stadhuis onthaald zynde,
ten, 't gevoelen van den Krygsraad te om- vertrok, nog dien zelfdennademiddag, mee
helzen, en te doen naarkomen (g). Ook drie jagten, naar Muiden , Weesp, den
worden, tot op deezen dag toe, de Stads Hinderdam en 't Huis te Abkoude,daar hy f>
fleutels hier ter Stede , omtrent op de ge- de Veftingwerken bezigtigde. Den veertien-tf/v^
melde wyze, bewaard.
                                den, kwam hy te Amfterdam te rug, en den ^,
Weinige dagen na 't füllen der opfehud- vyftienden, vertrok hy, van voor 't Stad-
dinge over het bewaaren van de Stads fleu- huis, tuflehen vierentwintig vendelen Schüt-
teten, kwam de Prins-Stadhouder, uit het
                                                          ters
■Zyne
Hoog-
heid
O') Refol. Vroedfch. /,'. H. 13 ^i»g. i«7». ƒ. 13«.
(i) Refol. Vioedlch. L*. ü. h .*«£. 1071. f. ijj>.
(f) VALKENIER I. Deel, hl. y*6 enz..
{$) ïtófol. Vieectfeh. Li. H. s yt»£. 1(71, ƒ. i°3.
-ocr page 705-
XIX. Boek.                  GESCHIEDENES EN.                <$«7
l6?2. ters door, die, van daar, tot aan de Leid- Amfterdam, hadt het gemeen -Aa t^u
fche Poort, gefchaard ftonden. Hy reedt toe, ffiller gehouden dan dderf F™ l672'
ter poorte u.t, onder 't loffen van 't gefchut weinige woejgeeften ftookten er tZ
endemusketten wordende,doortweeCorn- de hand, de ingezetenen op ftr0oiïeS
pagnien vrywilhge Ruiters, geleid tot aan fchimpfchriften , ten nadeele' <£Ten
den Overtoom (k) Voor zyn vertrek was woordige Regeeringe. Op den drie-eS' 7o,e
beflooten ,, hem uit naame van den Raad, tigften Auguftus, maar agt dagennaïS'SS
„ verzekering e doen, dat de Stad nooit fen vertrek, vondt men %r, "Jan de Beurs ™*
„ m gebreke blyven zou,om de weldaad, en elders, een aangeplakt- 't welk woör der IJur"
„ haar door zyn bezoek aangedaan, met een delyk, aldus luidde:
                      '           geren
„ genegen hert, te erkennen; hebbende zy                                                                ftenfc81"
„ beflooten alles, ja goed en bloed, ten dien-         Versoeck van de Borgers der
* ^ " fte T T6 H00gheid Cn ^behoudenif?                  Stadt Am»™™
ver tad » van den Staat,op te zetten." Voorts, werdt         ■■
fiS**- ï ''T VCrfrin§ Vf derti§ duiZ^d gf Voor «& > verfia™ onze Borgen, dat m
ï^dertiH-dens gedaan, te verrekenen, overmids de ze Heeren haaß hLs-J. j„ j^-^-a
i**£f tegenwoordige fchaarfchheid van Stads Kas- Zo als Z 't Zr f           f l Handtveflen,
«**. fe, tegen de fchuld van zynen Heere Va- ZdZtLZ'eT ??             
der , "hoogloffelyker gedagteniffe „ welk iTL^We&ZV^ *"*<"*""> **
„ klein gefchenk men hemladtniet te wil- XSffl^i?^«£% J-f
„ en verfmaaden; maar alleenlyk te wil- kgien en Borgers rechten zyn gweß T-'t
len zien op het goede hert, waarmede fpoedigfle te herflellen, op dat de Boter-i»L
„ het zelve gedaan werdt (/)." Doch drie de blyft.
                                 »or^ermvn-
weeken laater, befloot men, op 's Prinfen
verzoek, veertienduizend guldens van deeze
                                2-
fomme te verrekenen tegen een jaar Intreft . Dat '™ de Handtveflen begreepen flaat, dat
van vierhonderd duizend guldens, diezyne die van de Vroetfchap, dieCapitcynen ofLuy-
Hoogheid aan de Stad fchuldig was; en de tenanten zyn, haar affcheyt met den eerfien
overige zeftienduizend guldens aan hem in te nemen, op dat zy nyt kracht van de oude
geld te voldoen (wz).
                                  Handtveflen van de Borgers niet verworpen
P&roi Op den tienden Auguftus deezes jaars, werden, en met fchande ruymen moeten.
l^et verwierf de Stad, welker gewoone en bui-
                                »
v9nen tengewoone inkomften, tegenwoordig, niet rw «**.             j-t, r
Kken konden toereiken, tot vervalling der zwaare fi.tCrtJfr m0gm ™'
*H. laften, diezy te draagen had?, Odroivan J™Z?J f/" feßlndlfcher Compagnie,
's
Lands Staaten , tot het heffen van een mlgmS haar Ledt m de Unie Mooren.
Huisgeld van alle huizen en pakhuizen, naar
                                4-
gelang dat dezelyen in de Verpondingen Verflaan wy wel exprejjelyk, dat ons ver-
droegen.
Zo de Verponding van zes tot de ter handt gefielt de Handboogh- en de Voet-
dertien guldens beliep, zou men agt pen- boogbs doelen, die zy den borgers ontvreemt
ningen 's daags betaalen; van dertien tot twin- hebben.
tig guldens, een ftuiver; van twintig tot der-
tig guldens, twee ftuivers; van dertig tot veer- & „
                   *'
tig guldens, drie ftuivers; van veertig tot vyf- . VerJtaan ™J t»el exprejjelyk , dat na dit
tig guldens, vier ftuivers; van vyftig tot zes- Jaar Steeveflen met zutl™ verhuurt wor-
tig guldens, vyffluivers; en van zefligguldens ,\ want het van mts is een Privilegie voor
Ê en daarboven, zes ftuivers (n). de Borgeren.
f'Ä Maar weiniSe da§en na 's Prinfen vertrek                                6.
j* -t n"uit Amfterdam , befpeurde men hier nieu- Verflaan wy, dat de *6 Raden mt de Bor
Ke„ we beweegingen onder 't gemeen , ftrek- gers , ofte u]i'% getal vatfa%netk'e
Je^en. kende, gelyk eerlang klaarlyk bleek.omde Koopluyden zullen beflaan, op dl iy verz-
Nde*enten wa5S7teK^akenvan;t bewind, kert zyn, dat bet geit vanfibattingen aan ons
Pder Sterk namen deeze beweegingeninverfchei- getrouwe Stadhouder, of daar hy orZeren
<J e. den Steden toe, na de yffelyke moord der w/, werde befielt,\fp dat hy Heer is en
6e- Broederen de Witt, die 0p den twintigften geen knecht.
Auguftus in den Haage voorviel. Doch in Want wy een Requefl aan zyn Hoogheyt
onfe Prins en Stadhouder zullen prefenteeren
(^l^EZ^^l'l\l%^ f
240
        f Sfß êJ lieden 't niet te herflellen, zul-
")«'• vroedfch. /.'. H. s scpt. i^i'f.-L'          n dan °P fJn Haaghs huyshouden, dat wy
i ) m. p«viieg. boek> fi uf,                            niet uytvruntfchap kunnen, f al UL. dan ge-
waar
-ocr page 706-
II. Deel.
AMSTERDAMS
638
l6p-
waar werden. En UL weet, dat die dit ontfangen U Ed. Gr. Agtb. miffive ons door
biljet affcbeurt zal acht op genomen werden, den Bode Brugman over gebragt
, met dewelcke
en zal op zynder tyt een koegel vereert werden, wy ons aenfionds by fyne Hoogheid hebben ver'
voegt, en des/elf's hoog-wyfen raed en hulpe
1672,
verfogt; dog geen anderen uytflag bekomen,
als dat hoogfigemelte fyn Üoogheyd wel kan
befeffen heP inreparabel quaed dat uyt vorder
voortgang van een moetwillige Gemeynte Jou-
de können ontßaen; maer dat hy egter Van ad-
vys was
, dat het felve met auctoriteyt of ge-
weld niet te fiuyten foude fyn; en daerom beft
foude wefen met de hoofden van de onver genoeg-
de Borgery te accorderen, het fy aytter hand
ofte met interpofitie van fyn Hoogheyds per-
Joon ; en dat men by onfekerheyd van de Auc-
teurs de felve by publicatie daer toe foude kon

nen inviteren. Wy fallen fien of wy, onver -
vanckelik uwer Ed. Gr. Agtb. beter advys
, een
concept op papier können brengen
, om U Ed.
Gr. Agtb. te communiceren, fonder ons egter
in te laten in het gene wy met gedienflig ref-
peSt U Ed. Gr. Agtb. privativelik aenbevolen
Oranje moet groot,
De Witten zyn doot,
Tot Borgers glory,
Brant viclory.
Dit 's kort befcheyt
, de Borgers houden
, Landt.
De opperdieven behalen oneer en fchandt.
Domheid In dit fchotfchrift, welk, zomen meent,
en
          ook nog op den vierentwintigften, nier en
wift men naauw-
lyks, of men zig meer over de domheid ,
dan over de kwaadaartigheid van den Op-
fteller verwonderen zou. Te zeggen, dat
de Handveften vorderden, dat de Raaden
geene Burgerkapiteinen zyn mogten; daar
aartig-
Jieid van
dit ver-
zoek.
de oude Keuren
Gewoonten'bleek; te zeggen, dat, by
en
de
r
Unie, toen men nog om geene Ooft- of füllen laten.
Weftindifche Maatfchappye dagt, bezwoo-
          p g.
ren was', dat Regenten geene Bewindheb- Syn Hoogheyd was mede van advys, dat de
bers dier Maatfchappyen zouden mogen ja^e gm geen jjefennnge van Staet te regten
zyn, bewees zo veel onkunde en domheid, f0U(}efyn; en füllen wy dien - volgende de pro-
als bezwaarlyk onderfteld mögt worden te p0fltie $asr van ter Vergadering excuferen.
können vallen in luiden , die leezen en " De Vroedfchap, den raad van den Prin-Me" w
fe-Stadhouder overwoogen hebbende, be-fluit
floot, op den voorflag van Bürgemeefteren, vo°0$
dat men, dewyl de zaak niet fterk drong, je zitt^'
en alles nog in tamelyke ruften ftikewa-
„ re, vooreerft, hieromtrent niets vaftftel-
,, len of by der hand neemen zou (ƒ>)•"
              }i
De Vergadering der Staaten van Holland Vo^f
den zevenentwintigften ftaandete fcheiden,van fllit-
zo werdt, des daags te vooren, door de Ge- j°erde
committeerde Raaden, voorgedraagen, datRaa^"'
klaarlyk, dat men de Regenten zogt te doen
ontzetten van ampten, waarvan de klem
der Regeeringe , gedeeltelyk , plagt af te
hangen, en dat men hun ook zulken, waar-
aan eenig voordeel vaft was , misgunde.
Men beoogde hen , door vinnig dreigen ,
wars te maaken van 't bewind, onder dek-
fel van den Stadhouder, den Prins van O-
ranje, grootte maaken; op wiens verdere
verheffing fommigen zo zeer gefield fchee-
nen, dat zy eikanderen , ten deezen zelf-
den tyde, zo te Amfterdam als elders ,
briefjes in de hand f laken, behelzende eene
vermaaning om zyne Hoogheid, door de Ma-
gifiraaten van de Steden , met alle beleefd-
heid, tot
Graaf van Holland te doen ver-
klaar en
(0).
vooraf een middel behoorde bedagt te wor-tot #
jef
den, tegen de onruft en beweeging onder de lin^e
Burgery en Gemeente in de Steden. Menb-snVefl
verzogt hun, dat zy zig, omtrent zulk eenfn &<"- ■
middel, verklaaren wilden. Zy gaven te Ste^0,
verftaan „ dat zy maar twee middelen be-
„ denken konden, of het middel van dwang
„ en regtsoefening, of het middel van over-
>5
reding. Dat het gebruik van het dwang-
middel ongeraaden was, zynde het krygs-
volk, waarvan men zig zou moeten be-
dienen, niet fterk genoeg, en ook met
den vyand belemmerd op de grenzen,
en de Regtbanken ontbloot van den ver-
eifchten klem en ontzag , en geen van
beide beftand tegen eene gewapende en
hollende Gemeente, behalve dat ook
ongeraaden ware, het overig gezag van
„den
De Re-
geering
pleegt
Burgemeefteren, niet onkundig van het
woelen van eenigen, om onruft te verwek-
ken onder de ingezetenen, hadden dienftig
il
raad°met gevonden , den raad van zyne Hoogheid
zyne hierover in te neemen, en ten dien einde,
?°^s' aan de Afgevaardigden der Stad ter Ver-
over het gaderinge van Holland gefchreeven ; van
dillen welken zy een antwoord ontvingen, welk,
der Ge- jen vierentwintigften, in de Vroedfchap,
>i
meente.
geleezen werdt, en aldus luidde :
Defefoo verre gefchreven fynde, hebben wy
(O Vadetl. Hift. XIV. Deel, hl, 211.
(p) B.ef<jl. Vroedfch. L'. H. 2+ Aug. iSyz. f. i&z.
-ocr page 707-
XIX. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
639
^72. s> den Stadhouder en van de Regenten in
„ de waagfchaal te Hellen. Dachet hier-
„ om meer geraaden fcheen, dat men den
„ zagtften weg van overredinge infloege ,
„ en den Prins-Stadhouder verzogt, om de
„ Gemeente, door allerlei middelen, beter
j, te onderregten, en het goed gevoelen,
„ welk zy van haare Overheid behoort te
„ hebben, te herftellen: en, zo zulks niet
„ gelukken wilde,de Regenten,of eenjgen
„ derzelven, op de allerbeleefdfte wyze,
„ over te haaien, om zig, vrywilliglyk,en
„ buiten benadeeling van der Steden Pri-
„ vilegien, en van hunnen goeden naam en
„ faam,te ontdaan van deRegeeringe.Dat
„ hierop , ftaahde de Vergaderinge , op
ivfchryvinge, behoorde beflooten te wor-
„ den, met behoudenis van de vryheid van
„ affchryvinge voor de Leden; zullende de
„ magtiging van zyne Hoogheid van kragt
„ blyven, ten opzigte van de Leden, die
„ bewilligden; en die niet bewilligden, hun-
„ ne eigene middelen moeten gebruiken,
„ tot flilling der beweegingen (q)."
rien, en dezelve, met den Secretaris Dirk Iö72.
Schaap, te zenden aan zyne Hoogheid, met
aanbieding, dat alle de Regenten, op 't wel-
behaagen van den Prinfe , afftand wilden
doen van de Regeeringe; en met verzoek,
dat zyne Hoogheid hieromtrent zulke fchik-
king wilde maaken, als hy, tot dienft en
ruft van 't gemeene Vaderland en van dee-
ze Stad in't byzonder, zou bevinden te be-
hooren (u). Te vooren, hadc de Oud-Bur- Burge-
gemeefter Andries de Graef reeds in den "Refter
Raad verzogt, van de Regeering ontflaa-^-r.
gen.te worden. Doch men hadt verdaan, zÓekt,
dat de Vroedfchap, behoudens derzelver vergeefs,
agting, niet bevoegd was, om in zulk een0Dtflaa'
verzoek te bewilligen (v).
                           worden
. De Secretaris Schaap vertrok den zesden Gewelde-
naar't Leger byBödegrave, alwaar zyne ge op-
Hoogheid zig bevondt: en op dien zelfden looP ,
dag, ontftondt 'er, door een flinks geval [°u°r y-
of loos beleid, een gevaarlyk oproer hier jen Lui-
ter Stede, waar van wy den aanleg en uit-tenant-
flag, omftandiglyk, verhaalen moeten. Kort Admi-
na twaalf uuren op den middag, als 't mees- ^|t^
te arbeidsvolk van 't werk komt,rotte eene
groote menigte van 't flegtfte graauw, vee-
Ie vreemde bootsgezellen, en eenige hon-
derden van wyven, welker mannen op 's
Lands Vloote dienden, van alle kanten,fa-
men. De menigte ftreefde, als dol, naar't
huis van den Luitenant Admiraal de Ruiter,
ftaande op den buitenkant van 't Nieuwe-
Waals-Eiland, daar een Ruiter te paarde
boven de deur uitgehouwen was. In dit
huis, bevonden zig, ten deezen tyde, des
Admiraals Huisvrouw, eene Dogter,diezy
by hem hadt, eene Nigt en twee dienft-
maagden, zonder eenig manvolk. Ten een
uure, was 'er nog geene de minfte bewee-
ging voor 't huis; doch een oogenblikdaar-
na , kwam het graauw, van alle kanten, in
zo grooten getale, toefchieten, dat men,
voor en ter wederzydevan het huis,fcheen
te können gaan over de hoofden. Men mom- Het
pelde en ichreeuwde, dat men 't huis 20a wordt
pionderen. Mevrouw de Ruiter, zulks ver-metplon-
neemende, ontboodt den HeerWeJJelSmid,^™?
een voornaam Koopman en Kapitein eenerge s '
Burger-Compagnie, die flegts een huis of
twee verder naar de Kalkmarkt toe woonde,
en wiens dogter met haaren voorzoon, Jon-
ker Joan van Gelder, gehuwd was, ten naa-
ren huize, om haar met raad en hulpe te
dienen. Hy, op zyne floep getreden, vraag-
de aan 't volk, wat 'er gaans ware ? Men
antwoordde, onbefchoftelyk, Gy dikkefchelm,
kom van de floep; men zal u op zyn Jan de
Witts
(u) Refol. Vroedfch. Lt. H. s Sept. i«7x- ƒ. 283.
i-v) Refol. Vioedfch. Lt. H. i Sept, 1671, ƒ, 2.%z,
OOQO
Ainfter-
d»in be-
Jn dèe-
*e« voor
De Afgevaardigden van Amfterdam, zig
verlegen vindende, om in eene zaak van zo
veel gewigt, zonderuitdrukkelyken laflvan
Burgemeefteren en Raaden, te ftemmen,
vaardigden terftond iemant af, met verzoek,
dat de Raad hierop, zonder uitftel, verga-
derd mögt worden; gelyk nog dien zelfden
avond na tien uuren gefchiedde. Men be-
floot, na eenig beraad, den voorflag der
Gecommitteerde Raaden , zo als dezelve
lag, te omhelzen. Men vondt nogtans ge-
raaden, dit befluit, voor eerft, geheim te
houden (r). De Staaten, den raad vanzy-
nen Hoogheid hebbende ingenomen , na-
men , den zevenentwintigften , diergelyk
befluit, op infehryvens binnen agt dagen.
Men beruftte te Amfterdam in het befluit
der Staaten; vondt geraaden niet af tefchry-
ven, maar der misnoegde Burgerye vryheid
tefaaten, om haare klagten, zo zy dezel-
ven hieldt gegrond te zyn, te doen aan zy-
ne Hoogheid (Y).
Ondertuflchen, bleef alles hier ter Stede
in tamelyke ruft; waarom men, nog op den
derden September, befloot, het geruftftel-
len der Gemeente op zyn beloop te laaten,
zonder eenige nadere vertoogen te doen aan
zyne Hoogheid (0- Doch twee dagen laa-
ter, vondt men geraaden, eene lyft temaa-
ken van alle deregeerende Burgemeefteren
en Schepenen, alsmede vandeVroedfchap-
pen, Oud Burgemeefteren en Oud-Schepe-
(?) Vsderl. Hift. XIV. T>ed, bl. I89,
(r) Refol. Vroedfch. Lt. ri. Z6 Aug. i6yz. pofidecimtm
■Vefpertinam.
V) Refol. Vroedfch. Lt. H. 3° <Aug. i672. ƒ. j7y#
(') Refol. Vroedfch. Lr. H. 3 Sept, I6yz. f. 28z.
I. STUK.
*e|yks.
Nuiten
^nne
itti
'Peen
Seid
^*
-ocr page 708-
II. Deel.
AMSTERDAMS
640
dit zyn? Ik heb, nog deezen dag, een' brief 167 '
van myrf man ontvangen, die gifleren gefchree-
ven is
, en waarin hy meldt, dat hy met 's Landt
Floot den vyand, eerlang, weer hoopte te gaan
opzoeken.
Smid verzogt, dien brief aan 't
graauw te mogen vertoonen , om terwyl
dezelve gelezen en overwoogen werdt, tyd
te winnen, en orde te Hellen tot het beko-
men van hulpe. Zyn raad werdt gevolgd.
Hy vraagde, of 'er ie mant onder den hoop wa-
re , die des Admiraals hand kende ?
Eenigen
riepen, dat zy 't zig toevertrouwden. Leeft
dan,
zeide Smid, dien brief, en gy zult be-
vinden, dat het zeggen van des Admiraals ge-
vangenis louter verdigt is.
Uit het leezen
van den brief, ontftondt eenige twifl Som-
migen, die de Ruiters hand kenden, zei-
den , 't zyn fchelmen, die den Admiraal dit
naargeeven.
Ondertuffchen, hadt men ruim
een half uur tyds gewonnen. Twaalf of
veertien gewapende burgers waren reeds
voor 't huis van den Vendrig byeengeko-
men, toen de Heer Smid zyne gantfche Com-
pagnie,,die men, in de wandeling, de wilde
Ieren
noemde, in haar volle geweer, over
de brug by de Weflindifche pakhuizen zag
aantrekken. Eenigen riepen waar toe dit
volk?
Daar Smid op antwoordde, Ik hebte
nagt de wagt aan de Muiderpoort, daar de
Franfchen, veelligt, den eerflen aanval zul-
len doen. Ik wil hierom
, met myne Compag-
nie
, die zeer fterk is, by tyds, op de wagt zyn.
Ondertuffchen , van 'tr buis aftreedende,
Helde hy, met zyn' Vendrig, Serjanten en
andere Officiers, orde om geweld met ge-
weld te keeren. Hy liet de nieuwe Schip-
persflraat, die niet ver van 't huis was,be-
zetten door drie gelederen Muskettiers, on-
der bevel van eenen Serjant, dien hy lafl
gaf, om 'er onder te fchieten , in 'ien 't
graauw wilde doorbreeken. Met de overige 'tGi3"9'
manfehap, meer dan tweehonderd flerk, w3r^0
trok hy naar 't huis des Admiraals, dry-,va,nu
vende het graauw, met rottingflagen, van jeS A^'
daar, tot voor zyn eigen huis, zonder het mir^L
verder te können krygen. Hierop gaf hy ver^r
bevel, dat zyne burgers zig gereed zouden ven'
maaken: en als't graauw nergens naar fcheen
te luifteren, geboodt hy den Muskettieren
aan te leggen, en den Piekenieren de pieken
te vellen. Toen ging 'er een yffelyk ge-
fchreeuw op, onder denwoeftenhoop. Doch
de burgery tradt 'er op in, en dreef de me-
nigte , met den rotting en met de gevelde pie-
ken , die fommigen op de borft flieten, tot
een fluk wegs voorby 't huis des Admiraals.
Juift op dit oogenblik, kwam een tjalk of
kleine uitlegger, die zes flukken gefchuts
aan boord hadt, regt voor 't huis leggen,
daar hy, ter oorzaake der groote menigte
van
1672. Witts handelen. Maar hy, hierop ftoutelyk
op de ftraat treedende, dreef hun toe, Heb
ik 't verdiend; men handel my dan op zyn Jan
de Witts.
Doch toen begonden hem eenigen
te verfchoonen , zeggende, dat zy tegen hem
niets hadden.
Hy drong dan door, tot aan
't huis van den Admiraal,daar hy Mevrouw
de Ruiter zeer verlegen vondt. Zy fprak
van deur en venfters te willen fluiten. Doch
hy verftondt, dat men, met zulk eenever-
tooning van vreeze , het graauw veeleer
tergen of aanlokken zou, en riedt, deur en
veniters open te zetten, goed gelaat te too-
nen , en 't volk goede woorden te geeven,
Weffel om cy^ te winnen- Daarna begaf hy zig
Smid, Ka-naar 't huis van zynen Vendrig, Nikolaus
pitein Duizend, die't bedryf der domme menig-
eener te verfoeide; met hem overleggende, hoe
Compag- men zyRe Compagnie fchutters , die dien
nie doet dag of 's avonds de wagt hebben, en naar
zyn beft, de Muiderpoort trekken moefl, beft; in de
om. ** wapenen brengen zou. Geene tromflagers
ftillen? ^y ^er nanc^ hebbende, alzo deezen zig,
naar 't gebruik van dien tyd, op den Dam
onthielden,zondthy zyne dienftbodendoor
de gantfche wyk, en ten huize van alle zy-
ne Schutters, hun beveelende, in hun vol-
le geweer, voor 't huis van den Vendrig,
die ook hier omtrent woonde, te vergade-
ren. Hier liet hy 't vendel in de floep
zetten, 't welk veel gefchreeuw verwekte
onder 't volk. Maar hy gaf te verftaan ,
dat hy dien dag de wagt hadt, en ten dien
einde zyne Compagnie byeenbrengen moefl;
't welk het graauw een weinig tot bedaaren
bragt. Voorts, zondt hy zynen Luitenant
aan Burgemeefteren, om kennis van den
oploop te geeven, en byftand van krygs-
volk te verzoeken, 't Graauw begon ,
midlerwyl, fterker aan te dringen op het
huis van den Admiraal, zo dat het, eer-
lang, alleen fcheen te ontbreeken aan eenen
voorganger, die den eerflen fleen wierp.
De Heer Smid, zig toen wederom begee-
vende naar 't gedreigde huis, vraagde de
menigte, waarom 23/ daar, in zo groot een
getale, waren Samengetrokken
? 't Antwoord
'tGraauwwas, gy weet het wel. Hy betuigde, dat
befchul- by 't niet wijl. Toen ging 'er een gefchreeuw
digt de op van yeelen tevens, om dat de Admiraal,
van ver- ^'ie fchelm, 's Lands Floot aan de Franjehen
raad. heeft verkogt, en gezogt over te leveren. Eeni-
ge wyven riepen, dat hy de Floot hadt willen
verraaden, en voor ieder van haare arme man-
nen een ducaton trekken zou.
Anderen
fchreeuwden , dat zy hem y's daags te vooren,
aan handen en voeten gebonden
, in den Haage
hadden zien inbrengen.
Mevrouw de Ruiter,
verbaasd over de boosheid van zulk een
logen, zeide tegen den Heer Smid, hoe kan
-ocr page 709-
GESCHIEDENISSEN,
XIX. Boek.
$41
1672.
vanfchuiten met volk, henvaardsgevoerd,
om dit geweld te aanfchouwen, niet wel
voorby kon. Smid riep den Kapitein toe,
of hy niet genegen -ware den Admiraal dienß
te doen
, en ieszelfs huis , tegen het raazende
graaww, te helpen befchcrmen?
De Kapitein
toonde zig bereid, haalde, op Smids ver-
zoek, zyn gefchut te boord, en deedt het
met fchroot laaden. , Groote verbaasdheid
veroorzaakte dit onder't volk, dat zelf niet
will, door wien 't gaande geworden was,
en geenen aanleider gehad hadt , om in
tyds aan te vallen. In deezen fland der
dingen , kwamen agttien wel gewapende
Ruiters , door Burgemeefleren , op verzoek
van Smids Luitenant, derwaards gezonden,
op 't Eiland aanrennen, met zo veel vaart,
dat zy honderden van 't graauw in 't water
gedreeven zouden hebben , zo Smid hun
niet te gemoet getreden ware, en verzogt
hadt zig in 't gelid te willen fle'llen, en zag-
ter te ryden. Dus kwamenze by de gewa-
pende burgers, die toen, nevens de Rui-
ters , aandrongen op de moedwilligen, de-
zelven voortdryvende tot aan de nieuwe
Bantammerftraat; daar de Kapitein Cornelis
Roch,
Oud-Schepen en Raad, met een ge-
deelte van zyn vendel, den Heere Smid en
den Ruiteren, ter goeder uure, te hulpe
kwam. Voorts, fchooten, wat laater, en
toen 't graauw reeds afweek, nog vier der
naafle Compagnien burgers toe. Men vondt
geraaden, de vier bruggen van 't Eifand
elk met eene Compagnie burgers te bezet-
ten. Al 't graauw moeft toen het Eiland
verlaaten, en elk liep zyns wegs. Smid,
op 't Eiland niet meer te doen vindende,
trok naar zyne wagtplaats aan de Muider-
poort. Maar't Eiland werd dien nagt be-
waakt , door de vier Compagnien, die laatfl
waren aangekomen, en men liet 'erniemant
op, dan die men wift dat 'er woonde, 's
Anderendaags, kwam 'er wederom eenig
gemeen volk voor 't huis des Admiraals ;
doch men las hun eenen zyner brieven voor,
meldende de plaats, waar hy zig toen met
de Vloot in goeden ltaat bevondt; waarop
zy wel haafl verfchooiden. Doch de uit-
legger bleef, nog wel vier of vyf dagen,
voor de deur leggen. De beroerte hadt eg-
ter hier geen verder gevolg, en was, door
kloekhertigheid en beleid, gefluit, zonder
een droppel bloeds te vergieten. De Rui-
ter, op de Vloot kennis krygende van 't
gene omtrent zyn huis te Amfterdam voor-
gevallen ware, vondt geraaden, *vryehoe-
de te verzoeken van zyne Hoogheid, by ee-
nen brief, die den elfden September ge-
dagtekend was. Doch de Prins hadtze hem,
op 't verzoek van andere vrienden, reeds
twee dagen te vooren, verleend. Hy liep Tfa%
egter, in dit zelfde najaar, hier ter Stede, 7 '
nog gevaar van 't leeven. Op eenen taor-t„fe
gen, den dag wordt niet genoemd, kwam in zyn *
een onbekend man ten zynen huize aanklop« eigen
pen; en toen hem opengedaan was, methuis'Se"
een groot mes en een bol broodsin de hand, ™,ar va^
in 't voorhuis indringen, raauwelyk roepen- C eevei"
de , waar is Michiel de Ruiter? Men vraag-
de, op geen kwaad verdagt , wat hy be-
geerde? Hy hernam, dat hy Michiel de Rui-
ter wilde fpreeken.
De Admiraal, op eene
opkamer , ter zyde van 't voorhuis, dit ge-
roep hoorende, tradt naar beneden, om te
verneemen, wat men hem te zeggen hadt.
Maar de ander kreeg hem zo dra niet in 't
oog y of hy liep, met het bloote mes, in
arren moede, naar hem toe, en zou hem ,
naar alle waarfchynlykheid, gegriefd heb-
ben, zo niet een zyner dienaaren, denboos"-
wigt een kleinen ladder, die in 't voorhuis
flondt, op 't lyf ofde armen geworpen, en
daardoor den fleek verzet hadt. Voorts £
werdt hy ten huize uit gedreeven, zonder
dat iemant in de gedagten kwam, hem na
te loopen, of vaft te houden, öp dat hy,
in hegtenis geraakt, genoodzaakt mögt wor-
den te ontdekken, wat hem tot zulk een
boos ftuk bewoogen hadt. Sedert, deeden
de dienaars van den Geweldige en andere
Geregtsdienaars veel moeite, om hem, in
kroegen en kuffen, op te zoeken en in han-
den te krygen. Doch alle moeite was ver-
geefs. Ook kon men niet bevroeden, wat
deezen menfch tot zulk eene roekelooze
daad mögt gedreeven hebben, en of hy 'er,
uit eigen beweeging, of door anderen, toe
ware aangezet. Wie de ftigter of aanleg-
ger geweeftzy van de beroerte, die , eenigè
weeken té vooren , voor 't huis van den
Admiraal verwekt was, heeft men, insge-
lyks, nimmer met zekerheid können ver-
neemen. . Men hadt wel flerk vermoeden
op fommigen ; doch dit vermoeden hadt
geen' grond genoeg, om hen geregtelyk te
befehuldigen. Zeker is 't, dat iemant, daar-
omtrent woonende, terwyl de burgers van
Smids Compagnie vergaderden , naar de-
zelven toetradt, en,zig gelaatendenergens
van te weeten, den Kapitein vraagde, wat
het volk begeerde
? En als deeze hem onder-
regt hadt, wat 'er gaans ware, antwoord-
de hy, Ik ben zo even by een Heer geweefi,
die by dit volk, met een enkel woord
, meerzoii
vermoogen
, dan gy met al uwe burgers. Ook
werdt te meer geloofd, dat de beroerte met
voordagt verwekt was, om dat Mevrouw
de Ruiter, drie dagen te vooren, eenen
brief ontvangen hadt van haar mans voor-
dogter, de Huisvrouw van den Kapitein
Oooo 2,
                                            Jem
ïoer
*otdt
Seftild,
ftnder
Joed-
fto«ing.
k*
-ocr page 710-
/
II. Deel.
AMSTERDAMS
642
l6>
ften, in den Krygsraad zou mogen voor-
zitten, voorilagen doen en de befluiten
opmaaken; dat zy den Krygsraad zouden
mogen vergaderen , zo aikwils als zy
goedvonden, en dat de Krygsraadzynen
byzonderen Secretaris hebben zou. 6. Dat
niemant tot Kapitein, Luitenant, Vendrig
of Serjant zou mogen verkooren worden,
i6~>2. -Joan de Witt, uit Rotterdam gefchreeven,
meldende, hoe daar 't gerügt liep, dathaars
Vaders huis te Amfterdamgeplonderd was,
ofgeplonderd ftondt te worden; hebbende
de ondervinding meermaalen en ook hier ter
Stede geleerd, dat zulke gerügten uit vaft-
geftelde voorneemens ontftonden, en zekere
voorboden van onverwagte gebeurteniffen
waren (10).
Eenige Maar 's daags na den oploop voor 't huis
burgers van den Admiraal de Ruiter, op Woensdag
vergade ^en zevenden September, zynde den ge-
■Do°le. woonlyken Maandelykfchen bededag, ont-
ftondt 'er eene andere beweeging in de Stad,
die klaarlyk aangelegd was op het bevorde-
ren van verandering in de Regeering. Eeni-
ge burgers verzogten veelen hunner mede-
burgeren, by gedrukte briefjes, tegen den
avond van dien dag, op de Klo veniers Doe -
Ie in de nieuwe Doeleftraat te willen byeen
komen. Negentig of honderd perfoonen,
meeft Handwerksluiden, verfcheenen hier,
tegen den beftemden tyd, en waren naauw-
lyks byeen, of de deur van 't vertrek werdt
geflooten, en voorgeflaagen, of deBurger-
pligt, in deezen zorgelyken tyd, niet vor-
derde , dat men zyn werk maakte, om her-
ftelling te verkrygen in de oude Privilegien
en Vryheden. Terwyl hier over gefproken
werdt, vondt iemant, gelyk als by toeval,
onder een ftoelkuflen,ineen verzegeld pak-
je, een groote menigte afdrukfels van een
Verzoekfchrift, uit den naam der Burgerye
en Schutterye van Amfterdam, gerigt aan
Burgemeefteren en Raaden, en aan myne
Men Heeren van den Geregte. Gerrit Klaaszoon
leeft al- pruit ^ Scheepstimmerman, een der afdruk-
Ve£ n felen opvattende, klom op de tafel, en las
zoek- het Verzoekfchrift, welk uit twaalf Arti-
fchrift, kelen beftondt, die hierop uitkwamen:
"u , „ 1. Dat alle verdagte Regenten zig mog-
Artike- " ten ontflaan van hunne Ampten, en dat
Jen be- „ andere bekwaame Perfoonen, Leden van
ftaande. ,? den Gereformeerden Godsdienft, naar
„ den inhoud der Privilegien, in derzelver
„ plaats, mogten worden aangefteld, alzo
,, de Burgers, onder de tegenwoordige Re-
„ geering deezer Stad, zig ongeruft bevon-
„ den. 2. Dat de Burgers herfteld werden
„ in derzelver Privilegien en Voorregten.
„ 3. Dat geene Magiftraatsperfoonen, tot
„ Secretariffen ingeflooten, Leden mogten
„ zyn van den Krygsraad. 4. Dat ieder
„ Regement zyn eigen Colonel hebben
„ mögt, die, door den Krygsraad, uit de
„ byzondere Regementen, zou moeten ge-
„ kooren worden. 5. Dat niemant dan de
„ Colonellen , te beginnen met den oud-
3?
33
dan die te vooren als Adelborft gewaakt
hadt, om dus deBurgery te doen regee-
ren door bekwaame Officieren, die, ne-
vens de Regenten, verpligt waren te zor-
gen voor den welftand der Stad, op dat
dezelve niet buiten hunne kennis in de
handen van een tirannifch volk mögt wor-
den overgeleverd, gelykdenabuurennu,
tot hun uiterfte bederf, ondervonden. 7.
Dat, tot voorkoming van zulk een'ramp,
de Stads -Artillerymeefters uit de Leden
van den Krygsraad zouden moeten ver-
kooren worden. 8. Dat de fleutels der
Stad altoos, gelyk tegenwoordig, door
de Officiers der Burgerwagt, op het Stad-
huis , zouden moeten bewaard worden.
9. Dat alle de bedieningen, omtrent den
Krygsraad open vallende, door den Krygs-
raad, zouden moeten begeven worden:
ook de drie Doelen, als der Schutterye
toebehoorende. 10. Dat Burgemeefteren
zig zouden moeten verpligten, om geene
33
ampten noch bedieningen te geeven dan
aan zulken, die zes jaaren burger geweeft,
33
èn binnen deeze Stad, of ten minfte
binnen Holland enWeftfriesland, geboo-
33
ren waren. 11. Dat de Collegien van
Schepenen, Commiffariffen en Secreta-
riffen mogten worden gezuiverd, en dat
geen Burgemeefter het Schoutsampt voor-
taan meer bedienen mögt. 12. Dat de
Gilden in derzelver Privilegien gehand-
53
haafd ; de Gildekeuren uitgevoerd , en
alle ftraat- enlandloopers geweerd mog-
ten worden. De verzoekers beloofden ,
ten befluite, goed en bloed voor den Staat,
de Stad en den Heere Prinfe van Oranje
te zullen opzetten, wanneer in deeze pun-
53
ten bewilligd werdt (x)."
't Verzoekfchrift gelezen zynde, werdt
'er gevraagd, of 't niet wel ingeßeld ware ?
en of de Burgery niet in haare Privilegien wil-
de gehandhaafd worden?
't welk van de me-
nigte met ja werdt beantwoord. Men bragt
hierop een Gefchrift te voorfchyn, waarby
dit laatfte alleenlyk begeerd werdt. De mees-
ten tekenden dit Gefchrift. Doch eenigen,
die't in beraad namen, liepen gevaar van
mishandeld te worden, en raakten niet dan
met moeite van de kamer af. Men benoem-
de
(«0 G. Bbandt Leven van de Ruiter, tl. 740-745,7(2. (*•) z™ Valkenier I. Deel, Bjl. N. «8, hl. ijl
-ocr page 711-
XIX.Boek.              GESCHIEDENISSEN.            643
1672. de vier Perfoonen , Doótor Abraham van mochte overkoomen door de reetvaardio-e wraack
Poot, den Apotheker Jacob Dankerts, Da der getergde gemeente, dit doende &c.                1672.
niel Smout en Arnout van der Wayen , om n , . . ,
't Verzoekschrift, ten volgenden dage,aan f^tfde^pSl          gSJgSP*1
Burgemeefteren over te leveren (yj Ook Lambert Reynft           jacob Jaco™ hinloopen
waren zy, en Doctor van Poot in 't byzon- Nicoiaes Pancras          joan Corver
der, de voornaamfte dryvers geweeft, onder J°*n.blaeuwr                Pieter Schaap
.        de vergaderden in de Doele.                    ^tv^fvf , lft-uB^
Aaiimp,- n/r                    j ■ n             j           i         «-ornehsvanVIooswyck Willem hacker
Sten                   eer Wy " LUtflaS Van de6Zen han' Nicolaes van Loon         Cornclis Rogh
pve5r j del verhaalen, zal 't niet ondienilig zyn,
jhouden dat wy hier i;wee of drie aanmerkingen maa- Doch onder deeze zogenaamde verdagte
^»dit ken, over het oogmerk en den inhoud van Regenten, waren 'er veelei,,die indeezen
\k het °f3T°rPen Verzoekfchrift.
                    hagchelyken tyd, in de zwaarwigtigfte Corr-
fcfarift *' Het blykbaar grooC oogmerk van het miffien, tot welftand van Stad en Land, ge-
zelve was, gewüTelyk, verandering te we- bruikt geweeft waren; gelyk men zelfs uit
ge te brengen in de Regeeringe der Stad. het voorgaande gedeelte deezer gefchiede-
fe Men befpeurt dit, onder anderen, uit het niffe, heeft konnen zien;en geenen waar-
fhim'p5 eerße en eJfde Artikel, 't Bleek ook uit een van in 't allerminfte blykt, dat zy niet fterk
Jtift vinnig fchimpfchrift, welk, omtrent deezen geyverd hadden, tegen het voorgeflaagen
|en tyd, geftrooid, en waarin eenigen der ver- verdrag met Frankryk, en tot beveiliging
E£| dagte Regenten met naame genoemd wer- en verzekering der Stad tegen vvandelvke
|fn" den. Het luidde woordeiyk als volgt:
        onderneemingen. Zy, die deeze Regenten
verdagt hielden, noemen zig een ongelooflyk
Aen de E. Heeren Buegemeesteren getal. Doch wy hebben boven (2) gezien,
en ses en dartighRaadeder Stadt dat de vergaderden op de Doele naauwlyks
Amsterdam.
                                    honderd haaien konden, onder welken 'er
zekerlyk, waren, die 't Verzoekfchrift niet
JX/ie iffer foo ongevoelyckoftemoetwillens Hint getekend hadden. Ook werdt 'er »weinige da-
rr dienktenlanfien de grouwelycke en- gen laater, een lomp fchimpfchrift verforeid
de verdoemde verraderye die ons lieve vaderlant 5~„r jfl cLj ,„„£:„ F^l""t vcupieiu,
fyn gebrouwe ende overgekome , van diergehcke T \
           2' T          vo°rgegeven werdt,
Tierannye men niet geboort noch gekefen foolan- dat de voorftanders van het Verzoekfchrift
ge de weerelt heeft geflaen, waer in ghy de mees- naauwlyks een agtfte gedeelte van de Burge-
ne part fufpeB en fchitldigb fyt, helpende fmee- rye uitmaakten. Het luidde, van woord tot
de die verdoemde faamefweringe van het eeuwigh wOOfd , aldus:
ediä, ende aBens van feclufie ende gearbeydt aan
die grouwelycke verraderye van de witte loeve-                    Ar«-™.™«- «« >.. r> -u              *
fieynfche faBie alleen uyt eygen regeerfucht enge-                   AWWOOrt Op t Canaille - requeft, Lomp
not van de Soeveryniteyt, /bekende het lofelycke                        ingegeven door vier van hare Schimp.
Huys van Oranje ende Najfouw tot de grondt uyt                        Belhamels aen de Magiftraet ^chrift
te roeyen ende ons en onfe kinderen tot flatve en                        defer Stede Amfterdam op den vf^v
Contrabutariffen van Vranckryck te maacken ,                        8 September 1672. '             net Ver-
fynde liever frans als prins fiet nu eens aan in hoe                                                                             he . ä
te&ÄÄÄÄst ,/»*/—f,"> ltmnic'"L" £J"
hebt gebracht door UE boofe Regeeringb het ™eranen, Catholyken , Remonfiranten en bel' en'
fcbip van het vaderlant foo grouwelyx moetwil   fiheydene Gereformeerden , uitmakende | van
'Uns voor de wint hebt doen verfyle , ende noch   de gewapende Burgerye, ingefien hebbende den
fien -wy daaglyckx dat ghy liedens daar enbooven  feditieufen eyfch van de Canailleufe Requiran-
allepracktyck aanwent om in de Reegeringe ,te   ten          f verßaen dat aen"de dg ^ -
byven, ende volgens den vercoop noch alles over te   o' A, b,:m n """s""""1 uc ïviagi-
keveren ofte haten verhoren gaan , foo feggen  Jtraet ffe Burgemeefteren geen andere verkie-
wy die een ongeloofelycke getal fyn UE. aan alle  ßnge Jal werden gedaen, als ontrent onfe Lic-
die aan dit grouwelyck verraat by de gemeente  ven Vrouwen dagh naeflkomende, volgens het
fufpeB fyt, waar van eenige hier onder gefpeci-   Privilegie defer Stede gegeven by H. L. M.
ficeert dat ghy aanßonts U ampt ende bedieninge   Albrecht , Grave van Hollant, den 16 f ehr
nederleyt ef\tlee'elrince van Oranje fonfer   I300 (2): en wort oock verflaen gem d '
uytflel verfoeckt om lyn reyfe herwaarts te willen   „;//„/•» /»„.____»j;„. ». ■„„„ ; ? "" ,
verhaafligen op dat andere beauaame patriotten   ülS *& tegenwoordige Regeeringe volgens cos-i,
en by de gemeente niet fufpeB mogen geeligeert                                                                       ^U-
worden tot gerafligbeydt van het gemeene befl en-     ^ sud*. «ii;
de per faute van dien foo protefleere hier meede
alle voor de gantfche weerelt dat fy fchuldig Jul-     (2) Het Privilegie, waarop hier gezien wordt, is
(en fyn aan het bloet ende aan alle onbeylen die U  niet van den zeftienden February , maar van den
tnocb-  zeftienden January des jaars 1399 [1400J. Zie II.
(y) Valken,ek , 1. Deel, bl, 7j»,                            Deel, II. Boek, bl. 132.
Oooo 3
-ocr page 712-
II. Deel.
AMSTERDA. M S
644-
ftandiglyk, te bewyzen. Hier merken wy p7^
alleenlyk aan, dat deeze volftrektelyk de
eerfte reis was, dat de Burgery of een ge*
deelte derzelve begeerd hadt, dat Magi'
ftraats - perfoonen geene Leden waren van
den Krygsraad. Zo lang de Stad Schutte-
ryen en Burgervendelen gehad had , was
regt het tegendeel in gebruik geweeft. Bur-
gemeefters waren dikwils Colonellen; Sehe-
pens en Raaden ook Kapiteinen geweeft: zo
dat de opftellers van het Verzoekfchrift, of
zy,die hun dit verzoek hadden ingegeven,
hoe groote voorftanders en herftellers der
Privilegien zy ook wilden geagt worden te
zyn, blykbaarlyk toeleiden op het krenken
van het gene, by oude, welherbragte en
tot hiertoe ongekrenkte Gewoonten, heil-
zaam bevonden was, tot behoudenis van de
ruft en welvaart der Stad.
3. In 't Verzoekfchrift, worden, wyders,
den Burgeren voorregten toegefchreeven,
die zy nimmer gehad hadden, en, onder
anderen, den eigendom der drie Doelen,
die wel,oudtyds, door de drie Schutteryen,
welken eene foort van Gilden of Broeder-
fchappen waren, bezeten waren geweeft;
doch van welke Broederfchappen, de laate-
re opgeregte Burger-Compagnien t'eenemaal
-onderfcheiden waren, fchoon deezen, inzon-
derheid na het te niet loopen der oude Schut-
teryen , ook Schlitteryen genoemd werden:
al 't welke wy, in de verhandeling der Schut-
[672 tume en Privilegien beboren te gehoorfaamen,
alfchoon die van den Canaille Stadhouder f ehe
mierde gefielt
, want hy fyn eer ende eedt ver-
acht hebbende
, heeft fich als Mas Aniello
canaïlleus op laten werpen, om onfe Privilegien
f o licht als fyn eedt te verbreecken
, en met. de
voet te treden: derhalven wert de Requiranten
haer eyfch ontfeyt. /Mum Amflerdam den
10
September 1672.
Prefent. ut fupra
Was getekent
Privilegius Privilegiorum.
Geadvoueert van 't gros der gefamentlycke
Doopsgefinden, exemt den blauwenburg-
walfen Steyl-oor > 'tfamen^ der Burgerye.
getekent ut fupra.
Lager ftond.
Hantvestius van Willekeur.
Doch op de waarheid van 't gene, in zul-
ke fchimpfchriften, die door enkele perfoó-
nen van de eene en de andere zyde, kön-
nen gefchreeven en verfpreid worden, voor-
gegeven wordt, is luttel ftaats te maaken.
Het klein getal der vergaderden op de Doe-
le bewyft genoegzaam, dat het 'er wel ver-
re van af was, dat de verandering der Re-
geeringe, door de meefte en voornaamfte
Burgers, zou begeerd geweeft zyn. Ook
was zulk een klein en onaanzienlyk getal
t'eenemaal onbevoegd, om Regenten, die
nooit wettiglyk befchuldigd waren van wan-
gedrag, voor verdagt te verklaaren. Maar,
gelyk eenige tydgenooten hebben aange-
merkt , men beleefde nu booze tyden, in welke
d'onfchuldigßen dikwils d'ongelukkigflen werden,
en de beften 't boofle loon ontfingen
(«).
2. In 't Verzoekfchrift werdt, wyders ,
begeerd „ datgeeneMagiftraats-perfoonen
„ Leden van den Krygsraad waren; dat de
„ Colonellen alleen in den Krygsraad zou-
„ den voorzitten; en dat alle de bedienin-
„ gen, omtrent den Krygsraad voorvallen-
„ de, door den Krygsraad, zouden moeten
„ vervuld worden;" dingen allen, die niet
alleenlyk regelregt ftrekten, om een voor-
naam gedeelte van den klem van 't bewind,
welk in 't gezag over de gewapende Burge-
rye gelegen is, Burgemeefteren en Regeer-
derenuitde handen te wringen; maar die
ook, .meerendeefs, vief kant aanliepen tegen
de aloude gewoonte, en tegen menigvuldi-
ge Keuren, van tyd tot tyd gemaakt en be-
kragtigd: 't welk wy voorhebben , in onze
verhandeling over de natuur en herkomft
der Schutteryen en Burgervendelen, om-
(<t) G. brandt Leven van de Rujter, il, -jtt.
teryen , klaarlyk bewyzen zullen.
!f'
't Verzoekfchrift dan zo merkelyke on- qc^
gerymdheden behelzende , was het niet n^j
vreemd, dat het,gelyk fommigen aanteke-'"
nen , niet ingeleverd werdt. De vier Per- per-
foonen , benoemd tot de inleveringe, wer- zoeK
den, den volgenden dag, zynde den agt-ft^
ften September, door eenige tekenaars ,^1
' overgehaald, om het Verzoekfchrift te ver-^n^
branden, en 't voornaamfte van den inhoudïingjf
van het zelve alleen mondeling voor te draa- Bie-
gen aan Burgemeefteren. Zy kreegen vrien- "^„/
delyk befcheid. Burgemeefteren verklaar-gear^'
den, te willen letten op 't gene zy haddengeO'
voorgedraagen, 't welk op een algemeen
verzoek om herftelling in de voorregten der
Burgerye uitgekomen was. Zy deeden
hiervan verflag aan de vergaderden op de
Doele, en werden voor hunne moeite be-
dankt. Maar hierby bleef het niet De dry-
vers van dit werk , Doctor Abraham van
Poot
, Jan van Bruynenburg, Elias Nolet en
Henrik van Poot, Broeder van den Doctor,
die in fommige fchriften van deezen tyd
fchynen voor te komen, als de vier benoem-
den om het' verzoek der Burgerye aan Bur-
gemeefteren voor te draagen,yverden,ter-
ftond hierna, om de zeitig Burger-Compag-
niea
-ocr page 713-
XIX. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
<>45
^72. nien te beweegen, om twee Gecommitteer-
den uit elke Compagnie te benoemen, die
de belangen der Burgeren aan zyne Hoog-
heid, den Prinfe van Oranje, zouden voor-
houden. Zelfs tekenden zy een gefchrift,
hiertoe (bekkende: 't welk, nog dien zelf-
den avond , door Gerrit Klaaszoon Fruit,'
Jacob Luikewaal en Gerrit Mcindertszoon, op
de wagten rond gedraagen werdt (b). Doch
ik vind niet, dat deeze toeleg gelukte.
Onderuüichen, hadt zyne Hoogheid tot
„ als zy zouden können begeeren (c)."Het
ontflaan deezer zeftien Heeren werdt ter-
ftond aan de Gemeente bekend gemaakt. Zy
kon 'er uit zien, dat niet allen, die te voo-
ren getekend waren als verdagt by de Bur-
gerye , door den Prinfe - Stadhouder, be-
dankt werden. Onder deeze getekenden,
waren 'er wel zeven, te weeten de Heeren
Henrik Hooft ,Nico!aas Pancras, Comelis van
Flooswyk, Nicolaas van Loon, Jacob Jacobsz.
Hinloopen, Joan Corver
en Comelis Rogh (cl),
die in de Regeering bleeven: waartegen we-
derom andere zeven Heeren, Willem Blaewa,
Jacob de Graef, Nicolaas van Capelle, Dirk
Spiegel
, Nicolaas van Waveren, ArnoudHooft
en Gerard Bors bedankt werden, die by de
yveraars uit de Burgerye niet verdagt ver-
klaard waren. Doch de Prins - Stadhouder
hieldt geenen van de ontflaagen Heeren ver-
dagt van pligtverzuim. Hy ontfloegze al-
leenlyk uit ftaatkundige inzigten, van wel-
ker redelykheid en gegrondheid hy zelf goed-
vondt te oordeelen.
De twee aanblyvende Burgemeefteren en
de niet ontflaagen Raaden verzogten zyne
Hoogheid, ten zelfden dage, by eenen be-
leefden brief, die wederom door den Se-
cretaris Schaap afgezonden werdt, dat het
hem gelieven mögt de opengevallene plaat
fen der dienende Burgemeefteren, Schepe-
nen en Raaden, met andere bekwaame man-
nen, te vervullen (e). Terwyl men hierop
befcheid verwagtte,kwam 'er,den dertien-
den , een Lyft in 't licht van twee en der-
tig Perfoonen, die, drie dagen te vooren,
door de vergaderden in de Doele , be-
noemd waren; en uit welken men begeer-
de, dat de Prins van Oranje zeftien Perfoo-
nen tot Vroedfchappen kiezen wilde, zon-
der dat de goede yveraars fchynen gewee-
ten, of opgemerkt te hebben, dat 'er niet
meer dan negen Heeren uit de Vroedfchap
ontflaagen waren. De Lyfl was getekend
door Doélor van Poot, die zig als Secre-
taris der Vergaderinge fcheen te laaten ge-
bruiken. Zy behelsde de volgende naamen:
1672.
WUt
op den tienden uitgefteld te verklaaren ,
welke Heeren hy van de Regeeringontflaan
wilde. Hy deedt het toen, by eenen Brief,
uit het Leger by Bodegrave afgezonden, die
den elfden in de Vroedfchap gelezen werdt.
Volgens eene Lyfl, by den Brief gevoegd,
werden ontflaagen de Heeren
Bürge meesteren.
Johan van de Poll.
Mr. Lambert Reinft.
Schepenen.
Hans Bontemantel.
Mr. Willem Blaeu.
M'. Jacob de Graef.
R A A D E N.
Johan van de Poll.
Mr. Lambert Reinft.
Dr. Johan Blaeu.
Hans Bontemantel.
Nicolaas van Capelle.
Mr. Andries de Graef.
M'. Pieter Schaep.
Joan Huift.
Mr. Willem Bäcker.
OUD-SCHEPENEN.
Dr. Roetert Ernft.
Dirk Spiegel.
Nicolaas van Waveren.
Mr. Arnoud Hooft.
D\ Gerard Bors.
In den Brief, werdt verklaard „ dat dit
„ ontflag gefchiedde, in gevolge der Refo-
„ lutie van hunne Edele Groot-Mogendhe-
„ den van den zevenentwintigften Auguftus
„ laatftleeden; en der aanbiedinge van vry-
3, willigen afftand van Burgemeefteren en
„ Vroedfchappen, in derzelver Refolutie
„ van den vyfden deezer." Ook verklaar-
de zyne Hoogheid „ dat de ontflaagen Hee-
„ ren, door dit ontflag, geenszins in hunnen
s, goeden naam en eere gekrenkt of bena-
3>. deeld werden , zullende hy hun, des
M noods, ten allen tyde, zodanige byzonde-
s) re befcherming en vrye hoede verleenen,
{b) Valkenier l.Deel,t>l.7S°>7Si. HyUN.69.il.153.
De aan-
blyvende
Regen-
ten ver-
zieken ,
rlat zyne
Hoog-
heid de
openge-
vallen
plaatfen
vervulle.
De ver-
gader-
den op
de Doele
gseven
daartoe
eene
foort van
Nomina-
tie
in 't
licht.
Laurens Jansz. Noote,
Jacob Winter.
Philips Zaal.
Comelis Bäcker.
Jan Stakelenbeecq.
Elias Linckenburgh.
Hannen Gerritsz Pot.
Jobannes Pollio.
Ifack Wamfinck.
Tymen Jacobsz Joncker.
Ifack Looman.
Pieter Gillisz. van den
Bos.
Weffel Smith.
Pieter Koek Dircksz.
Johan Pyl.
Govert Outvorfi.
_______________I                     Ni-
(c)   Refol. Vroedfch. L'. H. M Sept. 1672. ƒ. jsg, zig
ook de Lyft der XXXVI. Raaden voor de Handy, op bet jaar
167z.
(d)  Zie hier voor, hl. 394-
(ó Refol. Vroedfch. L'. H. 11 Sept. 167*. ƒ. 3<;0.
-ocr page 714-
II. Deel.
AMSTERDAMS
646
„ eed ontflaan zouden?" De aanblyvende tft *
Heeren vonden geraaden, hierop, fchrif-
telyk antwoord te verzoeken van den Prin-
fe tot hunne geruftheid, alzo eenige aan-
zienlyke burgers kwalyk fcheenen te nee-
men , dat het ontilag der bedankte Hee-
ren, door fommigen, begreepen werdt zig
tot alle andere ampten en waardigheden uit
te fbrekken. Schaap vertrok dan den veer-
tienden naar den Haage (g), daar de Prins
zig toen bevondt, en keerde , eerlang, te
rug met twee brieven, die den vyftienden
gedagtekend waren. By den eenen , ver. &/■',
klaarde zyne Hoogheid „ geen ander oog- wo0^ij
„ merk gehad te hebben, dan dat de ont-^"„fe,
„ flaagen Heeren zig van alle ampten en be-
,, dieningen, hun van Stads wegeopgedraa-
„ gen, zouden moeten ontflaagen agten."
Ook gaf hy te kennen „ dat hy met be-
„ vreemding gezien hadt, hoe, in de ge-
,, drukte Copyen van zynen voorigen brief,
„ den naam van den Heer Pieter de Graef
„ niet onder de naamen der ontflaagen Het-
„ ren gefteld was: 't welk by een misflag
„ moeft toegekomen zyn, zyndezynemee-
„ ning ge weeft ook deezen te ontflaan van
„ de Regeeringe." By den tweeden brief, pie
werden de volgende Heeren, door zyne nieu^.
Hoogheid, in de plaats der ontflaagenen , ^fnê3&
Willem van den Broeck.
Jan van Erpecum.
Dirck Bloem.
Abraham Aleivyn.
Gillis Wybrants.
Jan van Klarenbeeck.
Andrïes van Berg-
heyck
(3).
i672. Nicolaes Waïlendael,
Wyer Beeldfayder.
Reynier Lampen.
Jan de Kuyer.
Cornelis van der Noot.
Adriaen Ackerlack.
Jan Snel.
Hendrick de Kempenaer
Härmen Voordy.
Onder deeze Perfoonen waren eenigen
der hoofden van de vergaderden op de Doe-
le, die hierdoor zo zeer in de veragting van
veelen raakten , dat men niet fchroomde,
hen te befpotten in openbaare fchimpfehrif-
ten, die men voor hunne huizen te koop
liet fchreeuwen ; 't welk hen zo bedeesd
maakte, dat zy 't hoofd naauwlyks ter deu-
re uit fteeken durfden (f). Ondertuflchen,
floeg zyne Hoogheid zo weinig agt op dee-
ze benoeming, dat hy niet meer dan een'
der benoemden in de Regeering Helde; ge-
lyk wy wel haaft zien zullen.
Den Secretaris Schaap, op den dertien-
den , verflag van zyne verrigtinge by den
Prinfe gedaan hebbende, vonden deaanbly-
vende Burgemeefteren en Raaden dienilig,
hem andermaal af te vaardigen, om uit zy-
ne Hoogheid te verneemen „ of de bedank-
Zy wor-
den des-
wege
fcherpe-
lyk be-
fchimpt.
Nader
verzoek
der aan-
blyvende
Regen-
ten aan
zyne
Hoog-
heid.
ten
fielt-
aangefteld:
»
te Heeren zig, voortaan, van alle amp-
ten en waardigheden zouden moeten ont-
flaagen rekenen, en als byzondere Per-
foonen aangemerkt worden ; dan of de
ontflaagen Burgemeefteren en Raaden den
rang van Oud - Burgemeefteren en Oud-
Burgemeesteren.
Coenraed van Beuningen, oud Bur-
gemeeßer.
Johan Hudde.
Schepenen.
Louis Trip.
David de Wilhem.
Nanning Kloek.
Raaden.
Nicolaes Opmeer, oud Schepen.
Louis Trip.
Johan Appelman.
Henrick Becker.
Johan Commelyn.
Dirk Blom.
Michiel Tielens.
Mr. Gillis Sautyn.
Dr. Gerard Bors.
Coenraed Klenk.
Onder deezen, was de Heer Dirk Blom
de eenige, die door de vergaderden op de
Doele benoemd geweeft was. Dr. Gerard
Bors,
die nu in de Vroedfchap gefteld werdt,
was, te vooren, door zyne Hoogheid, als
Oud-Schepen, ontflaagen geweeft.''De nieuw-
lings aangeftelde Heeren werden, terftond,
in
(z) Refol. Vioedfch. L'. H. 13, HSept.iSyz.f. 30*,3°*«
3>
Schepenen zouden blyven behouden, en in
die hoedanigheid mogen verfchynen, op de
J'
verkiezing van Burgemeefteren ? Ook of
niemant hunner, voortaan, eenig Com-
31
miiïarisfchap in 't een oft ander Collegie
binnen deeze Stad zou mogen bekleeden,
J>
of Colonel of Kapitein der Burgerye zyn,
of zitting behouden in de Collegien ter
5>
Admiraliteit in Zeeland en in 't Noorder-
kwartier ? Voorts , of de ontflaagen Oud-
5)
Schepenen, Raaden zynde, ookvanhun-
n ne Raadsplaatfen moeften afftaan , al-
„ lchoon zy daarvan niet byzonderlyk ont-
„ flaagen waren? En eindelyk, of Burge-
„ meeiteren , uit naame van zyne Hoog-
„ heid, de bedankte Heeren van hunnen
(f) Zie Vaderl. Hift. XIV. Deel, hl. z,j, 2lS.
(3) In de Nedcrdiiitfcbe Keurdigten , bl. 395.
vindt men eene Lyft van drie en dertig, tendee-
le dezelfde, doch grootendeels andere naamen ,
waaruit de vergaderden op de Kloveniers -Doele
begeerden, dat zyne Hoogheid de Vroedfchapver-
kiezen zou. En , veelligt , zyn 'er, in deezen
verwarden tyd , verfcheiden' zulke Lyften ontwor-
pen, die allen even weinig aanmerking verdien-
den.
-ocr page 715-
XIX. Boek.
'GESCHIEDENISSEN.
647
Ï672. in den eed genomen, na dat Burgemeefte-
ren , daartoe door den Raad gemagtigd
zynde , de bedankten hadden aangezeid ,
dat zy door zyne Hoogheid van alle ampten en bedieningen ontflaagen waren (h).
Ook werden, eerlang , de Commifiien,
welken fommigen van hun bekleed hadden,
aan andere Heeren opgedraagen (i).
^isnoo- 'c Groote werk _ van de verandering der
8en on- Regeeringe was hiermede afgedaan.'t Was
^r fom-.'ernogtans wel verre van af, dat het allen
fcete"" ingezetenen even zeer behaagd zou hebben.
ien over'c Leedt 'maar weinige dagen, of men vondt
<feeze een gefchrift aangeplakt aan den Jan-Roo-
^tande- den-poorts-tooren , waarin de ontflaagen
ng- Heeren driftiglyk verdedigd werden , en de
verandering toegefchreeven aan den Burge-
meefter Gillis Valckenier, die zyne vrienden
ter Regeeringe hadc willen indringen , om
.zynen aanhang te flyven. 't Gefchrift heet-
te te fpreeken uit den naam van veele dui-
zenden Burgers, en de opftellers zeiden voor
't meerderdeel te behooren onder de Kapitei-
nexijacob de Graef, Jan Huift, Hans Bonteman-
tel, Nicolaas van tVaveren,
en Blaauw, alle ont-
flaagen Regenten, voor welken zy lyfen goed
wilden opzetten. Zy waarfchuwden elk,
toe te zien, dat het hier niet op zyn Haagfch
afliep, en de Stad in een bloedbad geraak-
te (k). Doch op dit dreigen kwam geen ge-
volg , en Amflerdam geraakte, allengskens,
Ptdeop inwendig in ruil. Tot meerder verzekering
h^ jden der ze'Ve > en om, in deezen bangen oor-
Wil l°gstyd» alle noodelooze blyken van open-
baare vreugde te vermyden , was, reeds
voor eenigen tyd, vailgefteld, op den jaar-
lykfchen Kermis, die in September valt,
geenerlei Spelen, en zelfs geene Kraamen
toe te laaten. Wat laater, befloot rnen nog-
tans, te gedoogen, dat Burgers Kraamen
opregteden: ook Wafelkraamen, mids, in
dezelven , geene buitenfpoorigheden wer-
den toegelaaten (i).
*}* Over- In ^ begin van Oclober, was by Burge-
in wezen waren, gefield aan de befchikking ,672
der Heeren Thefaurieren f».
                  ö l
Onder de belaflingen, die de tegenwoor- Gelegen-
dige oorlog in Holland noodzaakelykmaak- heid toe
te, hadden 's Lands Staaten ook eene Capi- het0P-
taale Leening gevorderd, beflaande in eenen re8tC11
dubbelen tweehonderdflen penning, die in mÏS
gemaakt Goud- en Zilverwerk mögt betaald hier tér
worden, van welks waarde, gerekend te- Stede-
gens agtenveertig guldens en twaalffluivers
de onfe goud, volgens 's Lands Plakaaten
gewerkt, en drie guldens vyf fluivers, de
onfe Zilver groote keur , Obligatien ver-
leend, en vier ten honderd in 'tjaarlntrefl
betaald zou worden (0). Elk hadt, zo dra
het oogmerk der Staaten bekend gemaakt
was, zyn Goud- en Zilverwerk in de Wis-
felbank deezer Stede gebragt, om welk te
ontvangen, men meer dan één vertrek f chik-
ken rnoefl (f). Doch de zwaarigheid be-
flondt in dit goud en zilver, fpoedig ge-
noeg, tot geld te munten. De Munthuizen
in Gelderland, in Utrecht en in OverylTel,
waren in handen van den vyand geraakt, en
't verzenden van ongemunt Zilver, naar de
Hollandfche Munten te Dordrecht en té
Enkhuizen , kon niet gefchieden zonder
gevaar: behalve dat de Munten, in dee-
ze twee Steden, de Gemeente en 't Land
ook niet vaardig genoeg van een' genoeg-
zaamen voorraad van penningen voorzien
konden. Men was, derhalve, hier ter Ste-
de , al by tyds, bedagt geweefl op het ver-
zoeken van Oéh-oi van 's Lands Staaten, om
hier, by hoogen nood, eene Munt te mo-
gen opregten (q). Doch Dordrecht en de
Weflfriefche Steden kantten zig flerk tegen
het verleenen van zulk een 06trci.De Stad
verklaarde, geenszins van meening te zyn
om de andere Steden van 't regt der Mun-
te te ontzetten, en hier niet te zullen mun-
ten, dan by hoogen nood. Men tradt in
onderhandeling met de belanghebbende Ste-
den O). Die van Weflfriesland gaven te
kennen, dat zy 't regt der Munte, op re-
delyke voorwaarden, by voorbeeld dat het
voordeel voor hun, en 't geryf en Regaal
der Munte voor Amflerdam zouden zyn
wel aan de Stad wilden afllaan. Doch die
van Dordrecht verklaarden, dat zy Amfler-
dam niet zouden können geryven, al wilden
zy fchoon, om dat reeds onder 't graauw
verfpreid werdt, dat zy het Munt- en Sta-
pelregt , tegen de Privilegien, voor geld
verkogt hadden (s). Amflerdam verkreeg %
fcäj; meefteren en Raaden beflooten, de Over-
ta tf0e" manfchappen der Doelen te vernietigen, en
g>Xn 't"de inkomflen derzelven aan de Heeren The-
^'«i- faurieren aanbevolen te laaten, mids zy die
kC' inkomflen, zo ver dezelven mogten llrek-
Vj ken, bekeerden tot onderfteunine van den
Krygsraad O). Wat laater, werdtookhet
Pluimgraaffchap, of het opper-opzigtover
de Stads Zwaanen, welk, gemeenlyk,door
eenen Burgemeeiïer, waargenomen werdt,
te niet gedaan, en de Zwaanen, die thans
(h) Refol. Vroedfch, L'. H. 15 Sept. ,*„. f ,0. ,o5.
O) Refol. Vroedfch. Lr. H. + OS. lt' / ,f ''
(O Vit eer. Affcluift van 't Oorrpronpkélvke J
(m) Refol. vioedfch. V. H. 4 Oft. . /. ,ts
I. STUK.
ein-
(n) Refol. Vroedfch. ir. I. i« H'v. i«72. ƒ, j0_
(o) Groot-Plakaatb. III. Deel, il. io+3.
(p) COMMELIN , hl. lief.
(q) Refol. Vroedfch. L'. H. is Jüny i67, f
(r) Refol. Vroedfch. L'. H. I« July ,6 ' " f '
(O Refol. Vroedfch. L\ H. 6 ^„x> ic~z'f.'io?.
Pppp
-ocr page 716-
II. Deel
AMSTERDAMS
64«
van Oclober, zondt men, op 's Prinfenaan- léfó
fchryvens, drie Compagnien van de zelve
naar Texel en 'tVlie,daar men bedugtwas
voor eene landing der Engelfchen, die zelfs,
naar men hier vernomen hadt, eenen aan-
flag op deeze Stad in den zin hadden (a>).
Doch fchoon men, ten zelfden tyde, aan-
hieldt by zyne Hoogheid, om eenen ande-
ren Commandant in de Stad, en om hec
te rug zenden van den Ingenieur du Moni,
vind ik niet, dat tot het een of het ander
beflooten is.
Weinige weeken te vooren,hadt menge- Eenté5
raaden gevonden, de doorfnydingen in den d?° ƒ
Diemerdyk by Jaap Hannes wederom digt ^"f^ri
temaaken, alzo de verfchanfingen en bat- weder0111
teryen aldaar nu in goeden ftaat van tegen- digt &e'
weer waren gebragt. Wat laater, werdt taa^'
ook beflooten , de doorfnydingen in den
Haarlemmer weg eenigszins te floppen, o-
vermids de Polders daaromtrent anders niet
konden worden droog gemaakt (a-).
In July te vooren, hadt zyne Hoogheid Kapitejis
het Slot te Kroonenburg aan de Vegt bezet Coï^L
met omtrent honderd en dertig man,onder ^,'rdtge'
de Kapiteinen Cornelis WilJen, Amfterdam- Vangen
mer,en N. Bowwman.VyfrienhonderdFran- en ge'
fchen uit de bezetting van Utrecht waren,lo^
op den eerflen Auguftus, opgetrokken, om
dit Slot te bemagtigen. Zy befchooten 't,
uit drie flukken. Doch op 't flot was gebrek
aan krygsbehoeften, waarom Bouwman ge-
ramden vondt, in befprek te treeden met
den vyand. Maar Witfen, niet van zins zig
zo fchielyk over te geeven, weefde zig ,
eenen tyd lang, wakkerlyk, uit de-kelders
van 't flot. Eindelyk, werdt hy overmand,
en met al de bezetting krygsgevangen ge-
maakt , en naar Utrecht gevoerd (y). De
Regeering van Amfterdam nam , op den
vierden October, een befluit, om Witfen,
die fich, dus luidt de Refolutie, alomme als
een braaf foldaat
hadt gecompof teert, en toen
nog te Utrecht gevangen was, telofïen(s);-
gelyk, meen ik, federt, gefchied is.
De Franfchen hadden, na dat zy Naar-Me"^
den en Utrecht bemagtigd hadden, van tyd fluliD
tot tyd, de Gooilandfche enAmffellandfche j^i*'
Dorpen afgeloopen. In October, trokken zy, ^m^
met een aanzienlyken hoop volks, aan op de van■
poften van Prinfe Joan Maurits vanNairau,Kr$iji<
wiens hoofdkwartier te Muiden was. Zy^tfef'
waren rykelyk van grofgefchut voorzien,&&
en overweldigden eene fchans in 's Graaven- vo°r"
land.;z'60'
(w) Refol. Vroedfch. /.». H. 4, j, e, is, 23,30 Aug. 4 da.
1572. ƒ. 2oo, 20«, 212,244, zs9t *78 . 323. Comme-
LIN, bl. 1207.
(x) Refol. Vroedfch.l.t H. 3 . II Sept. 1672. ƒ. 275, 50X«
(j) COMMEUN, bl. 1207.
O) Refol, Vtöedlch. L'. H. 4 OU, 1472 ƒ. 324.
1672. eindelyk, met veel moeite, verlof, om, in
de tegenwoordige verlegenheid om pennin-
gen, en buiten benadeeling derHollandfche
Munten, geld te mogen flaan of fchroeven.
In Oétober, was alles tot de Munt in ge-
reedheid gebragt, en deInftrucTien voorde
bedienden der Munte opgefteld en goed ge-
keurd (t). 't Stads Wagthuis aan den Re-
guliers-toor en werdt bekwaam gemaakt tot
een Munthuis, alwaar, eerlang, gouden
Ducaaten en zilveren Ducatons en Ryks-
daalders gemunt werden, die 't wapen der
Stad op de voorzyde droegen. De Munt-
meeiler mögt geene andere Muntftoffe ge-
bruiken, dan die hem, door Commifïaris-
fen van de Wiflelbank , ter hand gefield
werdt. De Stad genoot al 't zuiver voor-
deel van de Munte. Het munten duurde,
tot dat de drie overheerde Provinciën van
den vyand verlaaten, en in 't jaar 1674 met
de overigen vief hereenigd geworden wa-
ren. Het Munthuis werdt, federt, tot eene
herberg bekwaam gemaakt, die nog den
naam van de Munt draagt (¥)•
De Stad De Colonel van Beveren, die, voor eenen
verzoekt korten tyd , bevel gevoerd hadt over de be-
omee- zettinge der Stad, was, in 't begin van Ju-
jfne3n* ly, reeds van hier vertrokken; en zyn ver-
Com- trek hadt gelegenheid gegeven tot een be-
mandant, fluit (der Regeeringe, om met het aanwer-
in de ven van Waardgelders of Kanonniers, die
plaats
lf reeds vierentwintig honderd fterk waren,
van
Heer van ftil te flaan, tot dat de Stad van eenen an-
Beveren. deren Commandant voorzien zou zyn. De
Heer van Beveren hadt, geduurende zyn
verblyf alhier, zo weinig genoegen gege-
ven , dat men hem niet wederom tot Com-
mandant begeerde, en liever zag, dat de
Heer van Weideren tot Commandant werdt
aangefleld (v). Zyne Hoogheid hadt, reeds
in 't begin van Auguftus, en dus lang voor
de verandering der Regeeringe, begeerd,
dat de Waardgelders hier afgedankt wer-
den, en dat de Stad, met eene bezetting
van 's Lands Krygsvolk, voorzien werdt.
Zy wil Doch men verftondt toen, dat dezelven, als
haare meeft braaf volk en hier gezeten zynde, in
Waard- dienft behoorden te blyven. Ook vondt men
?elj.ersft in 't eerft ongeraaden, dezelven op foldaa-
houden. ten - gaadje te brengen, waarop door eeni-
gen gedrongen was; hoewel hiertoe eerlang
beflooten werdt. Wat laater, werden aan
zyne Hoogheid, op zyn verzoek, driehon-
derd man uit de Stads bezettinge, tot uit-
voering van zekeren aanflag, dien ik niet
gemeld vinde, toegevoegd: en in't begin
O) Refol. Vroedfch. L'. I. ij , is Oli. 1671. f. 1, 2.
(u) COMMELl'N, bl. 701, I2o6, I2o8.
\v) Ref«l. Vroedfch. Ir. H, iS July t 4 4«l• I«7». ƒ.
J70 . 20I,
-ocr page 717-
GESCHIEDENIS SE N.
XIX. Boek.
649
i(572. land. Doch by de poft te Ankeveen, die
vinnig befchooten werdt, werden zy vvak-
kerlyk afgeflaagen. Prins Joan Maurits gaf
'er der Regeeringe deezer Stad kennis van,
haar te gelyk verzoekende, om een merke-
lyk aantal van Krygsvolk, tot verdediging
der pollen, die hem waren aanvertrouwd.
Men befloot, hierop , Burgemeefteren te
magtigen, om zes- of zevenhonderd man
van de Stads foldaaten derwaards te fchik-
ken; doch vooraf den Heer en M'.Nkokas
Wit/én
, Raad, af te vaardigen, om de ge-
legenheid der poften te onderzoeken , en
wegens de plaatfing van het Krygsvolk dee-
zer Stad overeen te komen (a). Ondertus-
fchen, hadt zig een groot getal van Land-
luiden, welker huizen en goederen , door
den vyand, verwoeft waren, begeven naar
'Amfterdam, alwaar zy, tot in 't volgende
jaar, door de Aalmoezeniers en Huiszitten-
meefters, op laft der Regeeringe, onderhou-
den werden (b).
voor- De Franfchen den Lekdyk hebbende door-
eg om gefteeken, om Holland, door middel van
opC hoo§ hetOpperwater ,t'eenemaai te doen onder-
Kweii3"vloeijen; beval de Prins van Oranje, voor-
^ór het' ziende, datverfcheiden'Polders in Rynland
?°orftee-geheellyk zouden overftroomd worden, zon-
^i van der dat de uitwaterende fluizen, te Spaarne-
^,ovk"dam en °P Half"we§e> genöegzaame ont-
''^and^lafting zouden können toebrengen; datDyk-
febragt graaf en Heemraaden van Amftelland, met
del'door kennis der Regeeringe van Amfterdam, zo
%i-^s veel waters in hun Diftricl zouden inlaaten
S het als mogelyk ware, mids de boezem van Am-
][• we- ftelland laager bleeve dan die van Rynland;
ioo°m teen daarna, in den Veendyk ofAmfterveen-
en- fchen weg, eene bekwaame opening maa-
ken, om het water der Haarlemmer-Meer,
door dezelve , en voorts door de fluizen
van Amfterdam, zo veel mogelyk wäre, te
loozen. De brief, waarby zyne Hoogheid
deeze bevelen gaf, werdt, den dertienden
Oclober, in de Vroedfchap deezer Stad,
overwoogen. Burgemeefteren droegen den
Raad voor, dat,behalve den Lekdyk,ook
de hooge Zeedyk by Naarden , door den
vyand , doorgefteken was ; waardoor het
Land metoverftrooming, zo wel van't Zee-
water als van 't Rivierwater, gedreigd werdt.
Men verzogt enmagtigde de Heeren Joan*
nes Hudde,
regeerend' Burgemeefter, Nico-
laes Pancras
, Cortielis Bäcker, Cornelis Geel-
vinck
, Heere van Kaftrikum, Nicolaes van
Loon
, en Mr. Jan Corver, Raaden , om te
overleggen, op welk eene wyze, men be-
kwaamlykft aan het heilzaam oogmerk van
zyne Hoogheid voldoen, en den vyandely-
ken toeleg tegengaan zou können: waarna
zy den Raade van hun gevoelen verflag
moeften doen (c). 't Gefchiedde, weinige
dagen laater. En de Raad befloot „ voor-
„ eerft, een gat te maaken , nevens den
„ Overtoom en 't eerfte huis op den Veen-
,, dyk, ter wydte van twintig voeten; het
„ zelve met fcheépsplanken te overdekken,
„ en naar de zyde der Meer , met eene
„ draaideur, te fluiten. Door dit gat,zou
„ men het Meerwater können loozen, wan-
„ neer het hooger ware dan het Amftelwa-
» ter, en dus, ten minfte gedeekelyk, vol-
j, doen aan 's Prinfen oogmerk, met den
„ irieeften fboed, en zonder iemants bena-
„ deelinge." Wyders, vondt men geraa-
den „ de uitwaterende fluizen van Rynland
„ en Amftelland, met de ebbe , te doen
„ openen, om de hooge overftrooming, voor
„ welke men bedugt was, te voorkomen En
„ op dat de vyand, den Lekdyk,denZui-
„ derzeedyk en andere dyken, van welken
„ hy meefter was , doorfteekende, Holland,
„ naar zyn welgevallen, niet zou onder wa-
„ ter zetten, will men geenen beteren raad,
„ dan dat men zig, met al 's Lands magt,
„ bevlytigde, om den vyand, nog voor den
„ winter, uit Naarden, Woerden,Utrecht
„ en andere Plaatfen te verdry ven; om wel-
„ ken raad den Gecommitteeïden Raaden,
„ en den Prinfe van Oranje fmäakelyk te
„ maaken, de regeerende Burgemeefteren
Coenraad van Beaningen en Joannes Iludde,
„ en de Raaden Gillis Falckenier en Cornelis
Geelvinck, Heere van Kaftrikum, benoemd
„ werden (d)." Het maaken van het gat in
den Veendyk werdt egter, op het fterk aan-
houden der Stad Haarlem, die bedugt was,
datzy, door het zelve , in haare fcheep-
vaart benadeeld zou können worden, eenigen
tyd uitgefteld. De Stad Amfterdam boodt
de noodige verzekering aan, om Haarlem
geruft te ftellen; en onder anderen het gat
zulks te overdekken, dat het onmogelykbe-
vaaren kon worden. Doch die van Haarlem
namen geen genoegen in 't gene men hun
aanboodt; zo dat het doordelven van den
Veendyk, eindelyk, geheel agter bleef (e).
Men loosde, alleenlyk, eenige maanden
agtereen, by ebbe en laag getyde, het o-
vertollig Amftelwater, door de Stads flui-
zen, in het Y,zo veel menkonde. Het hoog
op
(c)  Refol. Vroedfch. L'. H. 13 OS. HV-f; "°-
(d)  Refol. Vroedfch. ir. I. zl OS. i«7z- /■ 3- <» de Ey-
laae./,. 1$.
                   .                        ,
(e)  Refol. Vroedfch. Lt. I. »*, 2* #,v- * Dt<:. IS71. f.
SS ,6i, 71.
PpPP 2
i5?2-.
Men be-
fluit een
patin
den
Veendyk
te del-
ven.
't welk
door
Haarlem
tegenge-
houden
wordt.
O) Refol. Vroedfch. Lr. H. 10 oa. 72. ƒ. 328.
i.h) Refol. Vroedfch. L'. I.1", 15 Maan i6j}.f. ijit1!!-
-ocr page 718-
II. Deel.
AMSTERDAMS
650
fchen, inderdaad , by Bodegrave doorge- \6f'
broken waren; en daar, en daaromtrent, de der fr^'
meefte verlaaten huizen in den brand ge fchen'*
ftoken hadden; nog twaalfhonderd matroo- B0^',
zen te werven, die, onder bevel van den §ra
Vice-AdmiraalSweers,naar Alfen werden
gezonden. Men nam ook een goed getal
van vrywillige burgers aan. Op 't byten
langs den Amftel, werdt de vereifchte orde
gefteld. Ook werdt, over 't maaken van
eene dwarsbyt over 't Y, van Funen af,
tot aan de Volewyk toe, geraadpleegd mee
den Luitenant - Admiraal de Ruiter (I), aan
wien het bevel over al 't volk van wapenen,
zo burgers, matroozen als foldaaten, langs
het Y en den Waalkant, opgedraagen werdt
(7). Voor Durgerdam werden vier Oorlogs-
schepen gelegd, onder bevel van den Kapi-
tein Jan Rylofszoon van Hoorn, die geene
vaartuigen naar de Stad liet, zonderze voor-
af onderzogt te hebben. De wallen der Stad
waren, op 't einde des jaars, beplant met
driehonderd ftukken gefchuts. Doch't ge-
viel , dat een bolwerk, tuflehen de Wees-
per- en Muiderpoorten, de zwaarte van den
aarden wal niet konnende draagen, met een
gedeelte van de gordyn, in de gr aft ftor-
tede. De Stad zou dus, van deeze zyde,
open gelegen hebben voor den vyand. Doch
de breuk werdt, in korten tyd, met wier
en aarde, geftopt. Het floeg ook, na wei-
nige dagen verloops, aan 't dooijen, waar-
door den vyand belet werdt, dieper in Hol-
land in te dringen. De Amfterdamfchevry-
willigen, die gereed geweeft waren om uit
te trekken, werden toen ontflaagen vanden
togt(wj): waarmede het rampfpoedig jaar
1Ó72, welk, hier ter Stede, in groot e on-
geruftheid gefleeten was, ten einde liep.
(kj) Refot. Vroedfeh. L'. I. 28 , 29, iï Dcc. lóyz. 2
opperwater vloeide nogtans over de gemee-
ne wegen, in Amflelland en elders, en maak-
teze, voor eenen tyd, onbruikbaar. Ook
bevalen Burgemeefteren, in't begin des*vol-
genden jaars, dat zy, die laage wooningen
en kelders binnen de peilfluizen der Stad in
gebruik hadden, zig voor fchade moeften
hoeden, wanneer men, by hoog buitenwa-
ter, niet in ftaat mögt zyn, om te loozen
naar behooren;en het water binnen de peil-
fluizen , met het hooge Amftelwater , op
dezelfde hoogte geraaken mogt(f). Doch
van de andere zyde, werdt de Stad, uit de
Lek, voorzien van zoet water, zo dat de
Brouwers alomme uit de graften brouwden,
en de Noordhollanders hunne waterfche-
pen,voor deS. Antonis fluis binnen de Stad,
vol zoet water lieten loopen (g).
1672.
Men
zendt,
van hier,
krygs-
Volk naai-
den Uit-
hoorn en
naar Ou-
derkerk.
In 't begin van November, kreeg men,
hier ter Stede, berigt, dat de Franfchen ,
in het Dorp Waveren, brand geftigt en ge-
ftroopt hadden. Men befloot hierop, tef-
ftond, tweehonderd Stads foldaaten en ee-
nige Ruitery te zenden naar den Uithoorn,
tot verfterking van de poft aldaar. Ook wer-
den tweehonderd man van hier uitgezonden,
om te Ouderkerk poft te vatten (i). En al-
zo men, by diergelyke gelegenheid, ligte-
lyk meer krygsvolk kon noodig hebben ,
werden Burgemeefteren gemagtigd , om
over zeshonderd man Stads foldaaten tebe-
fchikken, zonder dat zy den Raad,vooraf,
behoefden te kennen (i).
Tegen 't einde des jaars, kreeg men ,
hier ter Stede, tyding van den toeleg des
vyands op Holland; waartoe de ftrenge vor ft
hem goede gelegenheid gaf. Men befloot
terftond zeshonderd matroozen aan te nee-
men , en, op ingekomen berigt, dat de Fran-
Voor-
zorg
alhier op
de tyding
van het
door-
breek en
( r \ Vpnrb ƒ r P. ƒ• 63 ver Co,                                                                 1 ' -            1«11 ■ ■ 11
85 enz,. 8p.
g Efc«m4.^i,jj,j*A»;^Mn:^-
(l) Gioot-Meoior. N. VI. ƒ. 116. Ehandt de Ruiter,
tl. 7«?.
(m) COMMELIN> tl. 823, I2ep, 1210.
ƒ. 104, III, 134, US- COMMELIN, hl, 120-, I21I.
(Jï) Refol, Vroedfeh. L'. 1. 5 Nov. 1672. f. 14.
lij Refol, Vroedfeh. L*. I. 12 Nev, I672. ƒ. 4$.
B %
*
-ocr page 719-
XIX. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
651
BY LAAG EN
op bet II. Deel, XIX. Boek.
Lr. A.
'3fißi>e der Gedeputeerden te Peelde van den twaalfden Juny des jaart 1672 berigt
geevende van het doorbreeken der Franfcben in de Betuwe.
Hoog Mogende H
E E R E N,
De vyand is, tot ons groot leed wefen defe mor-
gen in' de Over-Betuwe doorgebroken,
en hebben de Regimenten te paerd van King-
jna, Haerfolt, La Leek, Jofeph met zyn Ma-
jor , en het Regiment van Ailva geflagen :
wat verlies eygentlik daer voorgevallen is kön-
nen wy nog niet fpeciffceren. De vier Com-
pagnien van La Leek fyn minft of weynig be-
fchadigt binnen Arnhem gekomen. Wy heb-
ben in der haeft daerop gerefolveert het Leger
op te breken, alfoo men nu den vyand op den
rugge en van voren heeft, en hebben naer Groe-
ningen gefonden het Regiment van Braersma,
naer Vriesland Amama , naer Sutphen Graef
van Solms en Voorft, naer Deventer Stek en
Clant,naer Swol Ripperda en Bamphield,naer
Doesburg Swartfenborg en Wefterlo, naer U-
trecht de Veldmaerfchalk Wirts , Grave van
Hornes, jonge Nieuland Aquila, Grave van
Stirum en Golfteyn, naer Arnhem drie Com«
pagnien van Pain & Vin, en de Regimenten
van Vrybergen en Gent leggen tuffen Nimme-
gen .en Arnhem, zynde te laet gekomen om
de voorsz. Regimenten te feconderen. De Ruy-
tery meenen wy dat men by een fal moeten
trecken onder Arnhem. Wy hebben het on-
geluk dat den Heer Prins van Oranje ontrent
Arnhem en naer de Over Betuwe was, en wy
waren hierontrent gebleven, om dat den vyand
lig ook hierontrent tot in 't geOgt van den Ys-
fel heeft laten fien. Of wy dele nagt nog een
alarm van die kant, vermits het overgaen van
Grol, te verwagten hebben, weten wy niet
nog ook wat refolutie te nemen ontrent onfé
perfoonen. Bidden den almagtigen God , dat
hy den Staet genadiglik voor meerder onhey-
len wil bewaren, en wy blyven met haeft,
Hoog-Mogende Heeren,
G. Schade.
H. Be verningh.
Sutfhtn I z Juttii i«7ï.
Pppp 3
Lr. E
s
-ocr page 720-
II. Deel.
AMSTERDAMS
Lr. B.
652
Rapport van Commifarifen der Vroedfchap van Amfterdam van zi OSlober 1672
wegens het hozen van het water over Amfteiland, en de gevreesde overflrooming van
gantfcb Rolland: en Re/olutie daer op genomen.
Is gelefen het navolgende fchrifcelik rapport,
vergunt is. Amftelland foude ook nergens daer
door benadeelt fyn; want dan alleen als by haer
water te veel is, fal men het zelve op 't Meer
lofen; en niet te veel hebbende, fal 't behou-
den können werden. En ten dien opfigte moee
'er noodfakelik een draydeur voor defe nieuwe
waterlofinge fyn; want anderfins foo den Am-
ftel met het Meer gelyk wierde gehouden, fou-
de den Amftel fomerdaegs veel te weinig wa^>
ter hebben, foo ten regarde van defes Stads fchut-
tingen, die daerdoor feer verfwaren fouden, als
ten aenfien van de fchuring en ververfing in de
Stad, die op verre na foo confiderabel niet fou
fyn; als ook in opfigte van de aen den Amftel
gelegene Polders, die fomerdags foo goed wa-
ter als dan niet inlaten fouden können ; gelyk
ook onfe Schipvaert daer by vry benadeelt fou-
de werden; gemerkt de Haerlemmer-Meer, deur-
gaens, federt dat we van Rynland afgefcheyden
fyn, wel een voet en meerder lager is geweeft
als den Amftel. Daer fou ook niet te vreefen
fyn, dat dit Meerwater door Amfterdam loo-
pende, de leege Stad onder water fou fetten,
dewyl het Meerwater op den 14 Oftober laetft-
leden gemeten fynde nog agttien duymen onder
de Y-peyl bevonden is; en fynde op die tyd,
volgens verfcheyde getuygeniflen, de Meer ge-
noegfaem foo hoog als fygemeenlik is des win-
ters , en derhalven op het hoogfte. Synde ook
mennigmael ondervonden, dat het .-water inde
laage Stad een voet en minder onder gemelte
Y-peyl fynde, geen fchade aldaer veroorfaekt;
te meer fouden die kelders dan vry fyn van 'c
water foo het felve agttien duymen daer onder
blyfc. Ook heeft men daerenboven ten defen
opfigte niets te vreferr, dewyl men altyd die
draydeur met de minfte moeyte fluyten fal kön-
nen ; ofte ook ten allen tyden naer welgevallen
(door des Stads fluyfen in de wal en Amftel)
foo wel 't Ryn- als Amftelwater buyten de
Stad fal können houden. Dog niet alleen dat
hier niemant by benadeelt foude werden, ofte
eenige regtvaerdige reden van klagten gegeven;
maer in tegendeel fouden aen veelen feer con~
fiderable voordeelen zoorden toegebragt.
Want
wat Amfterdam en Amftelland belangt, dewyl
de voorn, draydeur ten allen tyden feer mac-
kelik open gedaen foude können werden, foo
foumen niet alleen by ebbe 't Meerwater door
Amfterdam doen loopen, en daer door de lee-
ge Stad merkelik fchuren en fuyveren können ;
maer men foude ook 't Amftelwater, wanneer
men 't te veel hadde, op 't Meer, dat ordina-
le, gelyk gefeyd is, een voet ïager is, kön-
nen quyt raken; 't geen in defe tyd feer con-
fiderabel is, nu de Vecht by Muyden gefloten,
wel diende door Amftelland geëxonereert te wer-
den, daer de Stad Amfterdam, fo om het ver-
fe Brou-water nader, als meerder fchuring door
de Stad te brengen, ook niet weinig aen gele-
gen
Commiflarinen van defen Rade , hebbende m
gevolge en tot voldoeninge van vorige Re-
folutie Commifforiael, in dato 13 defes , ge-
examineert de MhTive van fyne Hoogheyd den
Heere Prince van Oranje, geaddreflèert aen de
Dvkeraef en Hoogheemraden van Amitelland;
mitsgaders 't vordere geproponeerde van de
Heeren Burgemeefteren, in de felve Relolutie
geinfereert en vervat; „ Eerltelik,op watwy-
fe het oogwit van fyne Hoogheyd in de ge-
" melte miffive vervat op V gevoeglixt en met
" de meefle ruß foude können werden bereykt;
', en ten tweede , wat middelen tot voorko-
11 minge van de gevreesde onheylen , die uyt
de overvloeying van wateren te refulteren
"iftaen, dienden by der hand genomen; en hoe
■■ de vyandlyke defieynen hierin beft tegenge-
" gaen en belet fouden können werden ? " En
dienende den Raed van haer EE. Confidera-
tien en advys fouden vermeynen (onder 't
beter gevoelen van haer Ed. Agtb.) nopen-
de het eerfte poinót „ dat het felve hares oor-
deels by provifie konde voldaen worden met
" het maken van een gat nevens den Overtoom
" en 't eerfte huys op de Veendyk, welk gat
kan vallen omtrent twintig voeten wyt, en
füllende uytkomen digt aen dees fyde van
„ den Overtoom; 't welk met fcheepsplanken
„ overdekt, en met een draydeur aen de fyde
van de Meer gefloten moft werden." Hier
mede fou het oogmerk van fyne Hoogheyd ,
foo niet volkomen, ten minften voor een groet
gedeelte bereykt fyn, dewyl men het Haerlem-
nier- meer -water als dan foude können lofen
ten allen tyden als het' Amftel -water leeger
ware als dat van de Meer. T welk ook feer
gevoeglik alfoo foude können gefchieden, de-
wyl foo een waterlofinge in ontrent veerden da-
gen met weynig koften ten «iemands nadeele en
met veel voordeels
voor de Stad Amfterdam en
ganfch Amftelland, en dienvolgende ook met
de meefle ruft in 't werk geftelt en ten eynde
gebragt foude können werden. Ten niemands
nadeele;
want dewyl e 't alleen een waterlofin-
-ge , en geen deurvaert fyn fou , nogte ook
geen confiderabel brak water in de Meer, maer
veeleer verfcher als het Meer felfs is, infon-
derheyd wanneer de Amftelfluys voltrocken fal
fyn , brengen foude; en dat men ook d'inlating
ten allen tyde in fyn magt fou hebben, en tot
een fekere imprejudiciable hoogte, des nood,
termineren können; foo fouden in foodanigen
geval nog Haerlem, nog Leyden, nog Amftel-
land daer by ten minften niet benadeelt fyn. E-
dog fchoon fy al door 't inlaten van \ Amftel-
water in 't Meer eeniger maten benadeelt wier-
den , foo hadden fy egter geen reden van klag-
ten , dewyl by 't privilegie van Keyfêr Kavel
de anno 1520. foodanig en meerder regt van
waterlofing notoiiiik aen die van Amfterveen
-ocr page 721-
XDCBoèk.
GESCHI E DE NI SSE N.
655
gen is. De Buyten-velderle en Sloter - polder
B yt AA-
fr louden hier ook voordeel by rekenen kernte   derÄ^ EtÄÄÄBi
*••*. vermus fy de Kaden van de refpeftive wegen
   ons Land beft gelooft; en ten ZfeZToe dé??
aen den Schendcel foo hoog niet fouden hebben
   gevreesde inundatie beft voorgekomen foudé
op te maken, als wel voor defen , nogte ten
   können worden. Wat het eerfle Lid belast
dien opfigte ook foo veel pene ui van deurbreken
   oordeelden fy Heeren Commiffarifen notoir tè
fubjeft zyti, dewyl by harde fuyd-wefte win-
   fyn, dat tot het lofen en wegbrengen vän 'ro-
den het Meerwater in de Scnenckel Wel 2 a 3.
   vervloedig water geen ander raed il als allede
voet opgejaegt word, t geen door 't openen
   uytwaterende fluyfeii van Ryn- en Amftelland
van dit nieuwe verlaet als dan belet, en bynae
   wanneer de ebbe begint te gacrt onen en als
geheel fou worden voorgekomen. Die van
   de vloed begint te gaen wede/ toe tè doen.
Rynland fouden daer 00* dit conflderabel pro-
   waer omtrent alle de nodige ordres al VOOr eeni-
fyt by vinden, dat fe, namentlik, in tyd van
   ge dagen, foo by de Heeren Burgermeefteren
overvloed van water veel meer als nu quytfou-
   als de Heeren van Rynland gefield, en voor foo
den können werden; want niet alleen dat fe
   veel dè Heeren Burgermeefteren bekent is wel
een waterloofing van 20 voeten wyt en fesvoe-
   waergenomen fynde, foo is ontrent dit poinct
ten diep meer louden bebben, t geen al een con-
   niet meerder te doen , ren ware dan dat men
fiderabel gedeelte van alle hare gefamentlikeüyt-
   met het opmaken van de twee geconcipieerde
wateringen maekt, maer daerenboven foude
   fluyfen in de nieuwe vergroötinf wilde voort-
haer overvloedig water, door dit gat wel eer-
   varen: want hoe meerder fluyfen hoe meerder
der gelooft können werden, als dooreenige van
   water gelooft kan werden. Fn dewvle men
hare fluyfen , dewyl niet alleen de ebbe wel
   door foodanige twee fluyfen on<xelooflik veel
ruym een half uer eerder voor Amfterdam als
   water foude quyt können raken fouden fy
voor halfwegen Haerlem begint te gaen; maer Heeren Commiffarifen tot het opmaeken
van
ook infonderheyd in opfigte dat by alle fterke
ebben,de wind meeftentyd uyt den fuydweften
fynde, als dan 't Meerwater nae den Overtoom
defelve wel inclineren , foo haeft Stads CafJe*
het eenigfins verdragen fal können. Alleenlik
fouden fy hier nog byvoegen, dat de Stad door
veel ftercker, en wel twee a drie voeten hoo-   bet deurlaten van al te hooien water groote
ger als nae halver wegen opgefet, en by gevolg   fchade foude können lyden, maer dat daerinon
ook foo veel eerder door d Amfterdamfe a s   geene andere wyfe is te voorlien als de Stad
Rynlandfe fluyfen gelooft kan werden. Derhal-   f00 haeft als mogelik is te bepolderen • dat is
ven fouden fy Heeren Commiffarifen (onder   den Amftelfiuys en wat daer aen hoort op het
beter oordeel van haer Ed. Agtb.) van gevoe-   fpoedigfté op te maken. Dog dewyle de Hee-
len fyn, „ Dat den Dykgraef en Heemradeii   ren Burgermeefteren ook hierin alle mogelike
,, van Amftelland, aen wien de voorfeydebrief   ordres hebben gefielt, foo valt daerontrent ha-
„ van fyne Hoogheyd is géfchreven, behoorden   res oordeels ook niet meerder te doen
„ te refcfiberen (daer toe haer Ed: geloofden       Aengaende bet ander Lid, te weten hoe de
gevreesde inundatie beft voorgekomen foude
können werden; Commiffarifen confidererende
dat defe inundatie gefchieden kan door het deur-
fy feer genegen fouden fyn, dewyle fy ook een
parig verftaen hebben, dat foodanige Waterlo
finge voor Amftelland' feer dienftig en te wen
fchen foude fyn, gelyk van 't felve fentinient   fbyden van den Lekdyk, Suyder-feedyk , als
ook is ge weeft den Dykgraef van den Nieuwen-   andere, en welke doorfnydingen wy onfevyan-
Amftel (alvoren met fyn Heemraden daerover   den, foo lang fy meefter fyn van gemelde dyc-
hebbende geconfereert) „ dat fy,gelyk ook de   ken, niet können beletten op honderd en meer
„ Heeren Regeerders van Amfterdam, al voor   plaetfen te doen, en alfoo Holland met een hoo-
„ eenige weeken, alle nodige ordres hadden ge-   ge vloed (die wy alle dagen te verwagten heb-
„ fielt om door hunne refpeftive fluyfen geen   ben) fonder dat onfe fluyfen op die tyd daer
„ water in, maer wel by alle gelegentheyd uyt   iets tegens helpen können, met fout offoetwa-
„ te laten; gelyk fy ook niet beter wiften of  ter, of beyde te doen overftroomen; te meer
„ wierd feer naeukeung agtervolgt, en dat fe   dewyl het Land alreeds vol water is; en alfoo
„ daenn foo lang de nood niet anders vereyfte,   Boer en Ruyter, ja ons alle gelyk in de groot-
„ leer iorgyuldig continueren fouden: voorts   fte verlegentheyd te brengen, en daer de vyan-
a, dat ly, gelyk ook de Heeren van Amfterdam,   den buyten alle bedenking haer toeleg of opge-
„ met wien fy fyne Hoogheyds brief volgens   maekt hebben, of nog op maeken füllen; bly-
„ fyne Hoogheyds ordre gecommuniceert had-   vende ondertuffen fy op 't hooge,wyin'tmid-
„ den, niets beters hadden können uytvinden,   den van 't verdroncken Land fitten: foo wiften
j, als datter by proviüe een waterloofinge van   fy Heeren Commifiarifen geen beter nog an-
„ twintig voeten wyte in de Veendyk, digt aen   dere raed om dit gedreygde en haeft te Ver-
„ den Overtoom, meteen fchotdeur daer voor,   wagten onheyl voor te komen, als „ dat men
„ gemaekt wierde, om het water uyt het Haer-   „ op het alderfpoedigfte make, dat wv weder
lemmer-Meer ten allen tyden, als het felve
3, Meer hooger was als den Amftel, gelyk nu
j, al verfcheyde malen binnen weynig dagen
jj voorgevallen was, door Amfterdam te doen
s> loofen: en dat fy niet nalaten fouden het
55 felve op het alderfpoedigfte in 't werk te
« leggen, en ten eynde te brengen, gelyk fy
„ meefter fyn van gemelde dycken. En om
M daertoe te komen, fagen haer Ed. ook geen
„ andere kans, als dat men den vyand met
j, geweld uytNaerden, CJtregt, en andere plaet-
„ ièn dede ruymen, en dat hoe eer hoe liever;
„ dewyle, foo 031, nu periculumin mora is,
„ en dienvolgende foude haer Ed: oordeelen.
hoopo ' "" ' '
s, hoopten het felve binnen veertien dagen ook „ dat dit nog voor de winter diende afgedaen'
„ te lullen können voltrekken."
                          Xot welk advys fy haer boven de gefeyde,ook
nog
-ocr page 722-
CHIEDEN1SSEN. II. Deel.
„ trofen, die 'er feer veel en ook vol moets B?tAA'
„ genoeg gevonden füllen werden.
                    cë^
„ Dog foo men 't hier mede ook nog niet fou-L'« **
„ de durven wagen , dat men dan de vrywillige
„ Burgers mede op ontbiede; en foo 'er dan nog
„ meer volk van nooden is, dat men veel liever
„ een generaale en fuffifante opbod over gantfch
„ Holland en Weflvriesland uytfchryve, als dac
„ men defe faek nog voor de winter niet onder-
,, nemen foude. Eyndelik fouden fy Heérea
,, Commiflarifèn fonder 't beter gevoelen van
„ haer Ed. Agtb.) ook oordeelen, dat men een
„ confiderable deputatie aen fyne Hoogheyd
„ behoorde te decerneren, om hem dit te doen
„ begrypen als een faek van dat gewigte, daer
„ onfe eenige behoudeniflè in fbhynt gelegen
„ te fyn."
Waer op gedelibereert fynde , is eenparig
goed gevonden en verdaen, het voorfz. advys ^
foo 't leyd, te amplefteren,ende Heeren Com-
milTarifen voor hare EE. genomen moeyte te
bedancken: En dat verders een aenfienlike de-
putatie tot bereykinge van het falutair oogwie
in 't gemelde advys omdandelik aengeroert,uyc
het midden van defen Raed aen fyne Hoogheyd
den Heere Prince van Orange fal werden gede-
cerneert. En op dat defelve met te meerder
vrugt moge gefchieden , dat de te nomineren
Heeren Commiflarifèn dillen werden verfogt
om fig al voren te vervoegen en te addreflèren
aen 't Collegie van d'Ed. Mog. Heeren Gecom-
mitteerde Raden ; en defelve te remondreren
de noodwendigheyd van defe fake, en gedien-
delik te verfoeken, ten eynde haer Ed: tot be-
vorderinge van 't gene voorfz. is door eenige
Heeren uyt het midden van welgemelte haer
Ed: Mo: in de voorfeyde deputatie mogen wer-
den ge-adfideert. Waertoe vervolgens verfogt
en gecommitteert fyn, gelyk als verfogt en ge-
committeert werden by defen de Heeren M>.
Coenraed van Beuningen en Johannes Hudde ,
regerende Burgermeederen, mitsgadersMr.Gil-
lis Valckenier en Cornelis Geelvinck , Heere
van Caftricum,
654        AMSTERDAMS GE!
nog door vele andere redenen bewogen vonden.
Want in gevalle den vyand in gemeke plaetfen
komt te overwinteren, men hier te verwagten
heeft, ic. alle dagen alarm voor onfe poorten niet
alleen, maer byna voor alle Steden van ganfch
Suyd-Holland.Tena^.'t verbranden van alle onfe
watermolens, huyfen en hoffteden, dat men haer
niet of feer fwaerlick fal können beletten, ten ßc.'t
ondernemen van branddigting in Stad, Koop-
vaerdy- en Oorlogfchepen, de magt van ons
Land, en dat mogelik ligter als men denkt uyt-
gevoert foude können werden: ten 4*. 't onder-
nemen van de Dycken van 't Noorderquarticr
deur te deken, en alfoo dat quartier voor eeu-
wig ónder water te fetten. Hoe veel fielen en
vee dit alles koften, en wat irreparable fchade
dat veroorfaken en den Staet aenbrengen fou, we-
ten wy alle. Daer by conildererende, dat, hoe
de vyanden langer in Naerden, Woerden, U-
tregt etc. blyven, hoe fe haer daer.vader in
smeken füllen ; en wy in tegendeel daegelix on-
vermogender moeten worden; dewyl wy niet
alleen milTen onfe negotie, maer ook d'inkom-
ften van onfe landeryen. huyfen, obligatien; en
moetende fupporteren een ondragelyke lad,
fynde haed ten eynde van ons geld, geloof en
Silver - werk. En daerenboven te winter op on-
fen hals füllende hebben een ongelooflik getal
van arme en behoeftige menfchen: uyt alle 't
welcke in feer korten tyd onfe totale ruine in-
dubitabel moet volgen, ten fy dan dat wy ons,
gelyk gefeyd is, op 't alderfpoedigde door on-
ie wapenen daeruyt helpen, terwylen wy nog
voetvolk en Ruyters, en geld en fchepen, en
beter nae alle apparentie voor, als na de winter
gelegenheyd füllen vinden om haer foo te water
als te lande by te komen, en niet fonder grote
hope uytde;gefeyde plaetfen op te flaen;„foo
„ nebben fy Heeren Commiflarifèn met eenpaa-
„ rig advys defe fake van foo grooten belangen
„ gewigt geoordeelt,dat,in gevalle onfetegen-
„ woordige militie daertoe niet fuffifant mogte
„ fyn, dat men fein alleryl fuffifantmake,door
„ 'taennemen van meerder foldaten, of ook ma-
-ocr page 723-
«555
TWEEDE          DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
AMSTERDAM
TWINTIGSTE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van het jaar 1673,
tot in het jaar 1684.
de Provincie van Utrecht behoord hadt. , jg_-
Doch terwyl men, op deeze en andere
wyzen, bezig was om Amfterdam te ver-^[gtner"
zekeren tegen aanvallen van buiten, liep de ontdekt
Stad inwendig gevaar van brandftigting. Op en ge-
den negenden February, raakte hier in heg-ftrafL
tenis een Schotsman, JöhnFrazer genaamd,
diebeleedt, in Engeland, gehuurd te zyn,
om hier ter Stede brand te fügten: ook ,
twee Zweeden, Andries Andrieszoon en Paul
Andrieszoon Ritter,
gebroeders, te hebben
omgekogt, om het Ooftindifche huis, of eeni-
gen van 'sLands Oorlogsfchepen in den brand
te fteeken. Men hadt verfcheiden' brand-
gereedfehappen by hem gevonden: ook ee-
nigen, die hy bekende zelf gemaakt te heb-
ben. Hy werdt, den zeftienden, yeroor:
deeld om geradbraakt en in 't aangezigt met
een brandend bos ftroo geblaakt te worden:
welk vonnis, twee dagen laater, aan hem
uitgevoerd werdt (e)« Men zogt,ten dee-
zen tyde, vergeefs, naar zyne medepligtir
gen. Doch eenige jaaren laater, werdt een
derzelven , William Mader genaamd , te
Rotterdam gevat, en insgelyks met de dood
geftraft (ƒ). Men hieldt, omtrent den aan-
vang deezesjaars , te Amfterdam, zo naauw
een opzigt over de Engelfchen, dat menze
hier, niet zonder byzonder verlof van Bur-
gemeefteren, toeliet (g).
3 De zwaare laften, die Amfterdam, ten Dé Stad
deezen tyde, draagen moeft, hadt den Raad verkoopt
doen befluiten, lyfrenten ten lafte der Stede Lyften-
te verkoopen. Zulks was\ in 't voorleedenten'
jaar, nog eens gefchied: en toen hadt men
honderd guldens renten beloofd, van
1000
ie stad ^7° ^ra't gevaar van den intogtderFran-
Jt^A fchen in Holland verdweenen was ,,
or de
keerde de ViceAdmiraal Sweers, met de
°ewaa-
t'lg der
uiten-
matroozen onder zyn bevel, in January des
jaars 1673 , van de Goudfche Sluis naar
boften, deeze Stad , daar zy, in de buitenpoften
*Ö73. rondsom dezelve , verdeeld werden (0).
Doch voor 't einde van Maart, werdt goed-
gevonden, dezelven af te danken (£). Men
verzuimde , ondertuflchen , niet, zorg te
draagen voor de poften, die de toegangen
hervvaards dekten. In February, werdt be-
floQten, zes Compagnien Stads foldaaten,
op verzoek van Prinfe Joan Maurits, tot
verfterking van de poft te Muiden, af te
zenden. Ten zelfden tyde , werden vyf
diergelyke Compagnien naar Weesp ge-
fchikt (e)- En in 't begin van May, tegen
dat her. Leger in 't veld verfchynen moeft,
werden, uit ieder der zeftig Compagnien
Schutters, vyfentwintig man geloot, of vry-
williglyk gekooren, die, onder deKapiteinen
Jacob van der Waayen en Nicslaas van Loon
R
Evor-. 'Willemszoon, in Weesp gelegd werden. De
,n«tt het
e8sen
> de
Stad Amfterdam nam, van wege den Staat,
het verfterken van Weesp op zig. Ook
< uis te werdt, eerlang, eene fterke fchans gelegd
^üiden. aan de Nieuwerfluis. De fluis aan den Hin-
derdam, die insgelyks verfterkt was, werdt
weggenomen, en in de plaats derzelve, op
den voorllag van Amfterdam, eene fchoo-
ne fluis te Muiden gelegd, door welke men
2ig, met meer gemak dan te vooren, van
't overtollig Lekwater ontlaften kon (i);
behalve dat de Provincie van Holland eene
fluis in haare magt kreeg, die te vooren tot
{a) COMMEI.IN, hl. J209.
(i) Refol. Vroedfch. L'. I. lo M*&rt 1*73. ĥ IJ}..
(f) Refol. Vioedfch. L'. I. z, 3 Febr. 1673./- Ii9»i*°-
(d) COMMEL1N, bl. m, mz, uis. Vadeil. Hift. XIV.
B»l> bl. 32+ ^Aant, (z)
(e)  COMMELIN, II. II90.
(f)   Holl. Merc. van 16,77. bl-**2"
(/)
Gtoot-Memoi. H. VI. ĥ "ȥ
Qqqqa
I* STUK.
-ocr page 724-
II. Deel.
AMSTERDAMS
656
batteryen te houden op de Naarder Meer, jóyj«
beide rykelyk geftoffeerd met gefchut, waar-
door de Franfchen verhinderd werden, hun-
ne werken aan den Muiderberg te voltrek-
ken , naar behooren. Het grof gefchut,
welk van Amfterdam naar Muiden gezon-
den was, hieldt ook niet op van fpeelen op
den vyand, die eindelyk de poft aan den
Muiderberg, in 't begin van Juny, weder-
om verlaaten moeft (/).
                      , - .
De Franfchen, in Auguftus, een gedeel- Het W'
te van hunne magt, uit deeze Landen, ge-win"e
trokken hebbende , oordeelde de Prins vaneden
Oranje de gelegenheid gunftig tot het her-^eeft
winnen van Naarden, waarop hy, reeds in ruii»te'.
September des voorleeden jaars, eenen aan- aanwii.
flag gefmeed hadt, die vrugteloos was af-fter
geloopen, doordien het Krygsvolk, welk hy
van Amfterdam verwagtte, te lang weg
bleef(m). Doch nu gelukte de toeleg beter.
De Graaf van Waldek onthieldt zig, ten
deezen tyde, te Amfterdam, daar Krygs-
volk verzameld, en gefchut en andere be-
hoeften ingefcheept, én door Ouderkerk,
Abkoude en de Nieuwerfluis, naar Loenen
gevoerd werden. De Ruitery toog, langs
de weftzyde van den Amftel, tot aan den
Omval , daar zy, langs eene fchipbrug,
over den ftroom , en voorts, door Weesp,
insgelyks naar Loenen trok. De Graaf van
Waldek, over Vreeland derwaards geko-
men, rukte met de manfehap voort naar de
oude Loosdrecht, zig verzekerende van eene
poft aan eene brug over de vaart naar 's Graa-
venland, die door de Franfchen verlaaten
was, en terftond verfterkt werdt. 's Graa-
venland en Kortehoef werden, insgelyks,
bezet. In 't begin van September, kwam
zyne Hoogheid in't Leger in de Loosdrecht.
De Franfchen deeden , uit Naarden, nu
en dan eenen uitval op de poften der on-
zen; doch werden, geduuriglyk, met eenig
verlies, afgeflaagen. Kort hierna, werdt
het Leger verfterkt, door eenige Spaanfche
Ruitery, die insgelyks langs den Amftel der-
waards getrokken was; en toen deedt de Prins
Naarden berennen, door den Graave van
Waldek. Op den agtften, begon men de
Stad te befchieten, met kanon, welk van
Amfterdam in 't Leger gezonden was. 't
Beleg werdt zo wakkerlyk voortgezet, dat
men, op den elfden, 's nagts ten elf uuren,
het ravelyn voor de Huizerpoort begon te
beftormen. 't Ravelyn werdt veroverd, en
den volgenden dag, werdt de Stad,by eer-
lyk verdrag, opgegeven (jï).
Het
(1) Valkenier II. Dal, II. 24? «,
(m) Valkenier i. Deel, hl. 824.
(n) Valkenier II. Deel, bl.^ioenz,. commelin, *■/.
3215 ) 121«.
1000 guldens, op Iyvcn van 1 tot onder sojaaren.
10-73.
. o0 ------------,
40--------
45--------
■ 50 —-
55--------
60--------■
65 ------
70--------
—   20 ■
—  30 •
— 40 •
—  45
—  50
—  55
—  60 ■
—  65.
—  70
950-—
900 —
850 —
800 —
750 —
675 —
600 —
' 50° —
400 *
300 —
75 én daar, boven.
Doch men hadt toen bevonden, dat'er veel
lyfrenten gekogt werden op hoog bejaarden,
die hooge renten ontvingen, en 't Capitaal,
binnen zo korten tyd, te rugftondentekry-
gen, dat 'er de Stad weinig gebruik van
hebben kon. Men befloot , derhalve , al
vroeg, geene lyfrenten te verkoopenop lui-
den boven de vyftig jaaren: en toen men,
in den aanvang deezes jaars , een bcfluit
nam, om op nieuws lyfrenten te verkoopen,
vondt men raadzaam, zulks te bepaalen aan
perfoonen onder de vyftig jaareivbelooven-
de v/ederom honderd guldens rente van
1000 guldens, op ly ven van 1 tot onder de 20 jaaren.
950----------■-----------------20 •              30-------
900----------------------:------30 ■"-             40 ——
850--------------------------40 ---------- 45 -------
- 800---------------------------45 ■              50 -------
Men befloot, by voorraad, eenmillioen,op
deeze wyze, te ligten (fi): welke fomme,
binnen weinige dagen, ingefchreeven was.
Doch alzo de Stad veel gereed geld noodig
hadt,ligtte zy, in April,nog omtrent drie-
maal honderd duizend guldens, tegen een
half ten honderd ter maand (i), welke Intreft,
naderhand, op vier ten honderd in 't jaar
verminderd werdt, voor zulken,die hunne
penningen niet afgeloft begeerden te heb-
ben (ft}.
De Franfchen, die Naarden nog inhiel-
den, ziende de onzen zig, te Weesp, te
Muiden en elders verfterken , vielen ook
aan 't beveiligen van Naarden, en wierpen
zelfs eene fchans op by Muiderberg, tus-
fchen Muiden en Naarden, daar zy eene
doorfnyding maakten in den dyk, in welke
eene fluis gelegd werdt , waardoor zy 't
water, beooften de Vegt op 't Land ftaan-
de, dagten af te tappen in de Zuiderzee, en
zig dus den toegang naar Muiden te openen.
Men begreep , te Amfterdam , terftond ,
welk een gevaar deeze Stad loopen zou, zo
de Franfchen de poft te Muiderberg inhiel-
den, en middel vonden, om 't Land van
water te ontlaften. Men verzuimde, der-
halve, niet, uitleggers te fchikken naar de
Zuiderzee, voor Muiderberg, en dryvende
(h) Refol. Vroedfch. Zr. I. 18 Jan. I«73. ƒ. 113.
(i) Refol. Vroedfch. L*. I. 14 April 1673. ƒ. I6y.
(i) COMMELIN, hl. 1205, I2II , Iü2,
Die van
Amfter-
dam
noodzaa-
ken de
Fran-
fchen,
eene in-
genomen
poft te
Muider-
berg te
verlaa-
ten.
-ocr page 725-
XX. Boek.               GESCHIEDENISSEN.
6 57
1% Het overgaan van Naarden hadt geluk- hnier, Nkolaes Pancras, Joon Munter en 1674.
Jevoj. kige gevolgen voor Amfterdam. De Fran- Lo«w 7Hp, bezeffende, dat 's Printen W
jjvan fchen verlieten , terftond , hunne poften del met veele fchulden bewaard was en Xe£
£*el- langs de Vegt, en namen de wyk naar U- dat dit, waarfchynlyk, zyneHooeheid wedefen.
trecht: waardoor Amfterdam eene ruimte houden zou van naar een Huwelyk wlik
kreeg, die de Stad, in meer dan een jaar zynen Staat betaamde, tetragten; de^n
tyds, met genooten hadt. Eenige Staatfche den Raade een voorftel, in gevolge van welï
Ruitery herwaards getrokken, om zig béflooten werdt, ter Vergaderinge voor e
eenige dagen te ververfchen, werdt ,fchoon flaan, dat men den Prins behoorde te ont
zy flegts Patent van den Graave van Wit- heffen van eene fchuld van eweemiUioenèn
genflem, haaren Overfte , toonde, binnen guldens, die ten zynen lafte liep dezelve
gelaaten, en op de OITenmarkt geplaatft. overneemende, voor rekening van de Pm
Men hadt egter, te vooren, getwyfeld,of vincie (0. De Leden bewilligden in deezen
menzewel anders, dan op byzonderPatent voorflag. Amfterdam hadt zelf no- vier
van zyne Hoogheid, behoorde te ontvan- maal honderd duizend guldens te vorderen
gen (o).. Doch zy keerde, binnen weinige van zyne Hoogheid, zyndeeen gedeelte der
I dagen, naar t Leger.
                    .             twee millioenen, die de Stad, in't jaar lóTo
%fl " n agenDna c overg^ van Naarden, aan wylen Prinfe Willem den II. verftrekt
B» vyf. trokken oP Patent van zyne Hoogheid, en hadt («). En zy verwiffelde ook in't iaS
W in Sevo'gne van een befluit-van Burgemees- 1679, haare fchuldbrieven ten li {^
g* teren en Raaden vyftien CompagnienBur- zyne Hoogheid, in fchuldbrieven meeftren
Vis. gers, ieder van honderd man, naar Gouda, lafte van de Provincie, en voor een kW,
daar zy flegts vier dagen bleeven: waarna gedeelte, ten lafte van het Markgraaffchan
zy, op gelyk patent, herwaards keerden, van Bergen op Zoom (v)
                       P
Midlervvyl , hadt zyne Hoogheid dertien. In de Lente deezes jaars, zag men, hier Scfaiely-
honderd en vyftigHoornfche burgers in dee- te Lande en omtrent deeze Stad, wederom ke ™-
ze Stad gelegd, die er met langer vertoef- een zonderling blykvande fchielVkevïïï? anderinS
den (P> '.-.•-.                                 dering van weder, waaraan de Lup-t-ftrZiYn we"
*ce Het beleg van Bon, welk in OÉtober on- hier onderhevig is. De Vorft die in FV
Nd
Se0c
dernomen werdt, noodzaakte deFranfchen bruary begon,was zo fel, en hieldt zoW
gantfeh Holland, de Stad en Provincie van aan, dat het Y, tot in 't laatft van Maat?
Utrecht, en verfcheiden' Steden van Gelder- nog begaan werdt. Zelfs gingen on den ■
hnd te ruimen; waarover, op den zesden derden April, nog zes perfoonen 'van llf
pecember,eenalgemeenedankdaggehou- dam naar Marken, en des anderendaags"
den werdt Amfterdam werdt dus , nog reedt nog iemant op de Haarlemmer Sfer
voor t einde des jaars, geheellyk verloft op fchaatfen; maar den zevenden w?s 't
van de vrees voor de aanflagen van eenen reeds zo warm, dat de jongens, eve'n buiten
vyand, die zo digt by de Stad gelegen hadt. de Stad , in de Haarlemmer Trekvaart
Ook beiloot men de Raam- en Zaagmolens- zwommen, terwyl het Y en de Zuiderzee'
poorten , die, tot meerder verzekering der nog wel eene week daarna flerk mer dr f
De Stede,toegemetfeld geweeft waren,weder- yS bezet waren O)
           '                  y
>mff om te doen openen (?). De drie Compaq Op den eerften Auguftus, werden deeze Zwade
*> AfXTÜhgA RW ry' $$ dS J?gkheid Landen hezo& met eene" verfchrikkelyken iform e
C Z
         d! werd<:n> nten zelfden tyde» voor ftorm, die ook aan deeze Stad grootefchT
»kt, haare gedaane dienften, bedankt (0- De de toebragt. De wind ftak hier des avonds'
geruftheid nam toe, na dat de Vrede met ten agt uuren op, met een geweldL onwï
Groot-Britanje op den negentienden Februa- der van blikfem, donder, hage ef mrln
Sr ïy n£S JfrSr ?4' Aefl°?ten WaJ »'          De fchePen' die voor de^aaleflagen, wer-
:< , DenPrinfe van Oranje in den aanvang den, voor't grootfte gedeelte, in efnoogen.
^,deifesgemeldenjaars,totErfftadhouderver- blik, van hunne ankers gedreeven: negen
O* van Waard zynde, namen fommige Leden der gingen te gronde. De Hamei voor de
&1?ene&adenn§eVaHHol[and hieruit gelegen- Haarlemmer-Poort, het kruis op den too-
■__
'ioe.
!eid ' °™ 7"e Ho°Sh^d tot trouwen te ren dier poorte, en dat der EngelfcheKe?-
raaden Doch Burgemeefteren van Amfter- ke op 't Begynhof werden om verre eerukt.
:• dam, die thans waren de Heeren GillisFalc Het zwaare kruis van den tooren der Wes-
(') Refol. Vroedfcb. /.'. I. t,9 0£l. l(,7i- ƒ_ 240> 2tJi                                                                                         ter
x(pj Refol. Vroedfcb. Lr. I. i+ Sept. \6ii.f.zio.Gtoot-
Meraor. N. vi. ƒ. i4+ verfo. Commelin, l). 8i4                   !<) Refol. Vroedfch. L'. K. 19 Maart i«74- ƒ. 4r.
(?; Refol. Vroedfch. L*. I. 4 Dec. i673> f rj K        (u) Zie II. Deel, XVI. Boei, il. ss°-
?Tl V57+- f- "■                                                                   (v> Refo1- Vroedfch. £,. N. 18, 2<f -D«- '«79. ƒ. 30 A,
,{ ,, l01- v'oedfch. if. I. 4 Des. 7}. ƒ 20,                Gioot-Memor. iV. VI. ƒ. ijo wr/«, ï5Z *"ƒ«, »»lP»*
W Vad«l. Hift. XIV. JW, £/. W. y'                  (w) COMMELIN, i/. 11S4.
-ocr page 726-
AMSTERDAMS            II. Deel.
658
ftaan „ dat men vooraf de gedagten der M
,, voorzittende en andere Leden behoorde
„ te weeten; om welken te verneemen de
„ Gedeputeerden ter Dagvaart laft kree-
„ gen(Zi)." Midlerwyl, werden de Heeren Am^
regeerende Burgemeefteren , benevens de*^
Heeren Mr. Gillis Valckenier, M'. Henrik^b*
Hooft, Jacob. Jacobsz.Hinloopen
, Cornelis' aanvilr'r
Bäcker, Jacob van Nek JacobsZ, Mr. Jdr&w^*.
cob Boreel,
M'. Cornelis Roch, Jean -Appel-^te
man, D'. Gerärd Bórs
en Dirk Blom, metaal*
toevoeging van den Penfionaris Mr. Cornelis jen.
Hop, gemagtigd, om de zaak nader te on-
derzoeken,, enden Raad te dienen vander-
zelver confideratien en advys (c). En dit
gefchiedde, den volgenden dag, loopende
de bedenkingen der Heeren Commiffariffen
op deezen zin „ dat 's Prinfen verzoek om /
„ den goeden raad der Heeren Staaten, iß
„ eene zaak,die,in verfcheiden'opzigten,
,, kon worden aangemerkt als zyne Hoog-
„ heid in 't byzonder raakende, voor een
„ zonderling blyk van agtinge en vertrou-
„ wen moeft worden aangemerkt; dat ook
„ de opdragt der hooge Overheid van Gel-
„ derland een bewys was van de hoogfte
„ toegenegenheid, in de Staaten dier Pro-
„ vincie, tot 's Prinfen perfoon. Doch dat
„ zo veel luifters en gezags zelf niet kon
„ opweegen tegen de liefde en gunll der
„ goede gemeente, die, federt deafzwee-
„ ring van Koning Filips , een' innerlykeri
,i afkeer gehad hadt van Vorftelyke, Graaf-
„ lyke en diergelyke titels, en daarentegen
„ veel genoegen gevonden in de Stadhou-
„ derlyke Regeering, welke, onlangs, mee
„ ongemeenen yver en drift van 't volk,'
„ herfteld geworden was. Dat men, voor«
„ al in deeze tyden, zorg draagen moeft j
„ dat het volk niet in den waan gebragt
„ werdt, dat de Prins zyn eigen belang
„ zogt, boven dat van 't gemeen. Dat
,, hierom, van wege deeze Stad, ter Ver-
„ gadermge der Staaten, behoorde geftemd
„ te worden , dat men zyne Hoogheid ,
„ voor de gedaane bekendmaaking en verj
„ zoek om goeden raad, op de beleefdfte
„ wyze, moeft bedanken; doch te gelyk
„ het aanneemen der hooge Overheid van
„ Gelderland, als ftrydig met zyn waarag- .
„ tig belang, trouwhertiglyk ontraad en, in
„ verwagting , dat hy deezen raad , als
„ voortkomende uit eene wel beproefde ge-
„ negenheid te hemwaards , niet anders
„ zou willen opneemen." Burgemeefteren
en Raaden omhelsden dit advys, in allen
deele (<*)• De Leden van Holland ver-
fchiï-
(b) Refol. Vroedfch. L*. K. 4 Febr. 1S7J. ƒ. 171.
(<r) Refol. Vroedfch. U. K. s Febr. 1675. f. 172.
(d) Refol. Vroedfch. L'. K. 6 Febr. 167J. ƒ. 173,
1674. ter Kerke werdt geheel krom geboogen.
Aan de daken der meefte Kerken , werdt
zwaare fchade geleeden. Het lood van
voornaame gebouwen, als de Beurs, het Dia-
conie-Weeshuis, en het Huis van den Heere
Burgemeefter Louis Trip, werdt opgerold.
Weinige huizen waren 'er, die niet, aan da-
ken , fchoorfteenen, gevels, meer of min,
zwaar befchadigd waren. Door de gantfche
Stad lagen de boomen om verre, op fommi-
ge plaatfen in zulk eene menigte, dat men
de burgwallen niet,of naauwlyks gebruiken
kon. Op de nieuwe Markt, werdt een zwaa-
re boom uit den grond gerukt, en wel hon-
derd en tagtig voeten verre voortgefmeeten.
Óm de Stad,raakten twee en twintig zgag-
molens, en op de wallen zes korenmolens
óm verre. Kortom, de uitwerkfels van den
geweldigen wind vertoonden zig aan alle zy-
den (x). Aanmerkelykwas,ondertuffchen,
't gene fommigen aantekenen, dat men, te
Haarlem, naauwlyks drie uuren gaans van
Amfterdam gelegen, dit vreeflelyk weder
niet gewaar geworden was (y).
Twaalf Holland en de Vereenigde Provinciën nu
Stads geheellyk verloft zynde van den vyand ,
Compag- fcnoon de oorlog met Frankryk nog bleef
daa"en°" duuren, beflooten Burgemeefteren en Raa-
befloo- den van Amfterdam, in't begin van O£to-
ten af te ber, twaalf Compagnien Stads foldaatenaf
danken. te danken, en niet meer dan drie, onder
den Major Jacob Bicker en de Kapiteinen
Lambert JVitfen en Cornelis Geelvinck, in
dienft te houden. Men veranderde nogtans,
eerlang, een weinig van gedagten, ter be-
geerte van zyne Hoogheid, op wiens ver-
zoek, geraaden gevonden werdt, de twaalf
Compagnien nog eenigen tyd aan te hou-
den , en naar Breda in bezetting te fchik-
ken (z).
Gelder- De Provinciën Gelderland, Utrecht en
land Overyffel van den vyand verlaaten,enwe-
biedt den derom met de overigen vier vereenigd ge*
PntlQ worden zynde , vonden de Staaten der
ranje de eerftgemelde Provincie geraaden, den Prin-
hooge fe van Oranje de hooge Regeering des Vor-
Regee- ftendoms Gelder en des Graaffchaps Zut-
nng aan. fen aan te bieden, onder den titel van Her-
I075- toge van Gelder en Graave van Zutfen. Zyne
Hoogheid vondt egter niet goed, zulk eene
waardigheid te aanvaarden, voor hy des-
wege geraadpleegd hadt met de andere
Provinciën, en onder anderen met de Staa-
ten van Holland (a). 't Stuk kwam, der-
halve , ter overweeginge van de Vroedfchap-
pen der Steden. Te Amfterdam werdt ver-
(x) Holl. Metc. van 1*74. bl. I«3.
(j) CoMMELlN, bl. II8J.
(*,; Refol. Vroedfch. L'. K. 4, Il Ott. IS74. ƒ.119,124.
{») Vadeil. Hift. XIV. Deel, bl. 3*6 «»*•
-ocr page 727-
XX. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
$59
1675. fchilden onderling in gevoelen. De Edelen,
Dordrecht, Gouda , Rotterdam , Gorin-
chem, Schiedam, Schoonhoven, Briele,
Hoorn, Edam en Medenblik neigden, om
zyne Hoogheid tot het aanvaarden der hoo-
ge Overheid van Gelderland te raaden. Alk-
maar en Purmerende verffconden , dat men
't niet afraaden moeft, maar aan 's Prinfen
eigen verkiezing laaten. Maar Haarlem,
Delft, Leiden, Amfterdam, Enkhuizen en
Monikendam Hemden duidelyk voor de
ontraading. De Raadpenfionaris Fagel oor-
deelde „ dat men't befluitopmaaken moefl,
„ volgens de flemmen der Leden." Men
kreeg hiervan , nog dien zelfden avond,
kennis te Amfterdam. De Raad werdt, 's
nagts ten twaalf uuren, byeen geroepen, en
verftondt eenpaariglyk „ dat zy geraaden
nen agt dagen, ter Secretarye. moeft ko- ifoc,
men aangeeven, met verbod omze,zonder
nader verlof van den Staat, te vervreemden
of te vervoeren (/;).
Een geweldige ftorm uit den Noordwes- Hoog
ten, die 's nagts tuffchen den vierden en water.
vyfden November opftak, jaagde het zee-
water zo hoog op tegen 's Lands dyken,
dat zy, op verfcheiden' plaatfen, doorgingen,
onder anderen tuffchen Haarlem en Amfter-
dam, en tuffchen Muiden en Naarden, 't
Water ftondt, hier ter Stede, tot aan de
Waage op den Dam, en liep zelfs over den
Nieuwen Dyk, zo dat zeer veele kelders en
laage pakhuizen onder raakten (i). Doek
het wenden van den wind ontlaftte de Stad
fpoedig.
Men was, in deezen jaare, vlytiglykbe- Veele
zig geweeft aan het maaken en herftellen h°uten
van veelerlei Stads werken. Inzonderheid, gS[n
werden 'er een groot getal van nieuwe hou-
         *
ten bruggen gelegd. De hamei voor de
Haarlemmer Poort, die, in den ftorm van«
't voorleeden jaar, om verre gerukt was 1
werdt insgelyks volmaakt (£). Kortom,
men verzuimde niet, al het vermogen der
Stad aan te wenden , om dezelve veilig,
gemakkelyk en aangenaam te maaken voor
de bewooners.
Doch alzo men dikwils ondervonden hadt, Midde-
dat de kelders, niet flegts in 't laage, maar len aan-
zelfs in 't hooge gedeelte van de Stad, bloot j^j^f
flonden voor overftrooming, was men ookvujie
op middelen bedagt om deeze zwaarigheid Stads wa-
te voorkomen. Men hadc, al voor eenigen ter bui-
hadden, zo als zy 't voor God en de na-
komelingfchap dagten te verantwoorden,
il
en zo als zy 't beft oordeelden te zyn
voor den Staat en voor zyne Hoogheid,
welker beider belang zy hielden een en
>}
het zelfde te zyn." Zy oordeelden, wy-
ders „ dat de gevoelens der Leden afzon-
„ derlyk aan den Prinfe moeften worden
s> opgegeven, zonder dat 'er een algemeen
„ befluit uit opgemaakt was; alzo eenezaak
„ als deeze niet eigenlyk behoorde ter over-
„ weeginge der Staaten; maar dat daarover
„ alleenlyk het gevoelen van ieder byzonder
„ Lid gevraagd was (e)." Hoe zyne Hoog-
heid, ziende de voornaamfte Steden van
Holland en Zeeland neigen om hem het
aanvaarden der hooge Regeeringe van Gel-
derland te ontraaden, weinige dagen laater,
de aangebooden waardigheid van de hand
wees, hebben wy elders te boek gefteld (ƒ ),
en behoort niet byzonderlyk tot de gefchie-
deniffen der Stad Amfterdam.
In Juny, werdt de Stad bezogt van den
Keurvorft en Keurvorftin van Brandenburg,
die door Prinfe Joan Maurits en andere
Grooten verzeld waren,en, den zeventien-
den , op de groote zaal van 't Stadhuis, def-
tig onthaald werden (g).
De oorlog tegen Zweeden, die, kort hier-
na , verklaard werdt, gaf gelegenheid tot het
beflaan van alle de goederen der Ingezete-
nen van deezen Staat, die onder 't gebied
des Konings van Zweeden gevonden wer-
den. Doch hierop volgde een diergelyk be-
flag hier te Lande. En te Amfterdam in 't
byzonder werdt,op den eenendertigftenju-
ly, afgekondigd, dat elk, die eenigeZweed-
fche goederen onder zig hadt, dezelven, bin-
tyd, vaftgefteld, denAmftel, waar nu de JJ^11
te
groote fluis gelegd was, te houden buiten houden
befmetting van 't brakke Stads water; en &n kei/
beflooten, ten dien einde, Ooftwaards van ders e?
de Stad, eene vaart té graaven, agter het Pakhui'
Braakje fVaterryk, federt tot land gemaakt; o^J/.0
die ftrekken zou tot aan. de nieuwe Vaart, loopen
en dienen tot een' bekwaamen boezem, om *e t>evry.
het Stads fchutwater daardoor te brengen
tot aan 't Nieuwe Diep, daar men 't, met
de ebbe, zou können doen afloopen. De
Stad hadt, op den zevenentwintigften Sep-
tember deezes jaars ,Oclxoi verworven van
's Lands Staaten, om de landeryen,dietot
het graaven van het nieuwe Kanaal, en tot
het leggen eener bekwaame kaade langs
het zelve, vereifcht werden,by fchattinge
van de Geregten , onder welken dezelven
gelegen waren, over te neemen; mids zy
zorg droege, dat het Huisje, ten einde van
het Kanaal te leggen, met dubbele deuren,
voorzien, en geen water in 't Nieuwe Diep
ge-
(h) COMMELIN, bl. III!,
(i) Tweejaar. GefchiecienifT. bl. 7S0.
(K.) Refol. Vroedfch. Lt. K. z% Jan, 157$. f. j$+e»z..
6R
eur.
>ften
Srvor-
Sden-
> ko-
d
Drde
S:ren ter
5eeven
(') Refol. Vroedfch. Lx- K- 9 Febr. i6js. 'snatts tenïi
twen , f.
i77-
(f) Vaderl. Hift. XIV. Deel, bl. jjg enz.,
U) COMMEL1N, bl. 1218.
-ocr page 728-
66o                AMSTERDAMS               II. Deel.
Cóccejus, was, al federt eenige jaareii, hier
ter Stede, zo wel als elders, eenig gefchil
geweeft, welk nu hooger fcheen te zullen
loopen, doordien de eerften zig veel lieten
voorftaan op de byzondere gunft des Prin-
fen van Oranje, die zy zig, door eenen meer
dan gemeenen yver voor het Stadhouder-
lyk Huis, boven anderen, meenden waar-
dig gemaakt te hebben. In Holland, zogt
men egter de zaaken te beleiden tot eenig-
heid. En de Noordhollandfche Sinode hadt,
in 't jaar 1674, tien punten ontworpen, die
daartoe ftrekten. Burgemeeiteren van Am-
fterdam fcheenen niet ongenegen, om deeze
punten, ook hier ter Stede, te doen agter-
volgen; doch verkooren eerft af te wagten,
of dezelve ook, door de Zuidhollandfche
Sinode, zouden worden goedgekeurd (q).
Maar omtrent den aanvang des jaars 1677,
bragt de Regeering deezer Stad den Ker-
kenraad tot een befluit op herbewaarenvan
de eenigheid en vrede in de Kerke, onder
deeze zes voorwaarden: „ 1. Dat men bly-
„ ven zou by de regtzinnige waarheid, waar-
„ in alle Gereformeerde Leeraars eens wa-
„ ren, en die, in Gods Woord en de For-
„ mulieren van eenigheid , den Catechis-
„ mus ,de Belydenis en de Regels derDor-
,, drechtfche Sinode, was begreepen; en
1675. geloosd werdt, dan met afloopend water,
by ebbe, in 't Y,tegen de Ypeflooter-fluis
aanftaande (/). Terftond na 't verkrygen
van ditOétroi, werdt het graaven van 't
. Kanaal ondernomen (111). Doch men moeit,
ten zelfden tyde, op middelen bedagtzyn,
om 't water in de Stad te houden uit de
kelders , die , by hoogen vloed en hoog
Arnftelwater , dikwils onderliepen. Men
'hieldt, in zulke ongelegenheden, de Y- en
Amftelfluizen wel digt: doch hierdoor werdt
de vaart geftremd,tot groot nadeel van den
Koophandel, behalve dat ook de Amftel-
landfche Landeryen onderliepen : en zo 't
gebeurde, dat het Y- en Amftelwater te
gelyk hoog was, lekte het water, al fchoon
de fluizen digt gehouden werden, zo flerk
aan alle kanten door, dat de boezem der
Stad, in den tyd van een uur, een vierde,
een halve, en fomtyds een geheele duim
rees. Men zag dan geene andere kans,
om deeze zwaarigheden te voorkomen, dan
'»dat men zig van zekere werktuigen bedien-
de, door welken zo veel waters uitgemaa-
. len werdt, als, op den zelfden tyd, door
lekking, fchutting, regenwater, huiswater
en op andere wyzen, binnen den boezem
der Stad werdt gebragt. Burgemeeiteren
floegen daartoe drie rosmolens voor, die
deezer
Stad oöt-
iverp£
eeniSe
Vre<i8'
2C'1' ~
den^
geD°r
men-
in den Stads tuin zouden gezet worden, en
J5
dat men, gevolgelyk, zou erkennen,dat
wanneerze met eene loots werden overdekt,
niet meer dan drie duizend agt honderd gul-
dens koften. En men befloot, in 't begin
van December, tot de opregting der ver-
eifchte rosmolens («).
De Ad- Den Luitenant-Admiraal de Ruiter, in
miraal de eenen zeeflag, by Sicilië, in April des jaars
Ruiter 1676, gekwetft geworden, en aan de won-
iVV ^e overieeden zynde, werdt het Lyk, eer-
'er, ten opzigte van de Godgeleerdheid
en Godsdienft, geen hoofdverfchil was
onder de broeders, die egter, zo veel
mogelyk ware , tragten zouden, het zelf-
de te gevoelen en te fpreeken. 2. Dat
men zig hoeden zou voor alles, wat de
eendragt ftooren kon; en eikanderen,
noch by de Heeren van de llegeering ,
nochby de Gemeente, zwart of verdagc
mäaken. 3. Dat men de ftukken, waar-
over men verfchilde, niet zou houden
van zulk een gewigt, dat, zonder de-
zelven, de Schrift niet wel noch ter za-
ligheid zou können verdaan of gepredikt,
noch Chriftus Ryk bevorderd worden. 4.
Dat men zig, in Predikatien en Catechi-
fatien, van onfehriftuurlyke fprèekvvyzen
en {tellingen, die den grondflag der Leere
niet betroffen, en ligtelyk misnoegen zou-
den können verwekken, zou wagten; of
zo men 'er zig, fomtyds, van bediende,
dezelven zo verklaaren , dat duidelyk
bleeke, dat men niet van de Gereformeer-
de Leere afweek. 5. Dat men, in het
beroepen van Predikanten, zien zou op
gemaatigde en vreedzaame Perfoonen,
zonder in aanmerking te neernen, op wat
Akademie dezelven geftudeerd hadden:
„e"
(?) Groot-Memor. N. VI. ƒ■ IJ«.
' * lang, herwaards gevoerd, en op den agt-
1>
tienden Maart des jaars 1677 , hier ter
Stede, in de Nieuwe Kerke, begraaven (0).
Wordt, De Weduwe en Kinderen van den Heere de
»'
in de Ruiter hadden, in Juny te vooren, op Bur-
Nieuwe gemeefteren begeerd, dat hun most wor-■.begra'a- den toegelaaten, de wapens van den over- „
ven. leeden voor deszelfs huizing op te hangen. „
Doch Burgemeeiteren vonden 'er eenige „
zwaarigheid in, om dat diergelyke verzoe- „
ken, telkens, voordeezen, waren afgeflaa- „
gen. Zy zouden 't egter hebben aangezien,indien 'er de vrienden des Admiraals fterk „
op geftaan hadden (j>): 't welk ik nogtans „
niet vinde gefchied te zyn.
                          }
De Ker- Tuflchen de aanhangers der Leere van ,
kenraad Voetius en de aanhangers der Leere van „
{/) Nandir. bl. w                                                             "
(m) Refol. Vroedfch. /r- K. 23 Od. 7f. ƒ. zy*.             
(») Refol. Vroedfch. Li. K. 6 Dec. 1675, ƒ. 25!.
(') Brandt de Ruiter, bl. loos.
(f) Gtoot-Memor. H'. VI. ƒ. I8a.
-ocr page 729-
XX. Boek.
;G E SC H I E DENISS EN.
661
I^?7- »> en dat men daarover, vooraf, in't vrien-
„ delyke famen fpreeken zou. 6. Dat men
j, hem, die hiertegen aangaan mögt, eerfi
,, Broederlyk zou vermaanen, om alle ver-
„ wydering voor te komen." Men maakte
van deeze punten een Kerkenraads befluit
van Predikanten en Ouderlingen, welk den
Hieronimus van Beverningk, die, wegens de
Staaten, tot de Vredehandeling gevolmag-
tigd was, fchreef, op den zevenentwintig-
ften Juny des jaars 1678 „ hoe een Franfch
„ Koopman van Amfterdam den Franfchen
„ inboezemde, dat 'er niets zo onredelyk
„ bedagt kon worden, dat de Regenten van
„ die Stad niet zouden toeftaan, om de
„ Vrede te bekomen, tot welk eenprys het
„ ook zyn mögt (y)." Doch 't bleek by de
ukkomft, dat de Stad niet dan op redelyke
voorwaarden wilde fluiten. De Vrede werdt,
eindelyk, getroffen,op den tienden Augus-
tus : na dat men, op den vyfden te vooren,
hier ter Stede, nog werving zonder trom-
1678.
igtentwintigften January getekend was. Men
ftelde vafl, dat men het den inkomenden
Predikanten, zo dra zy zitting in den Ker-
kenraad namen, zou voorleggen, om zig
daar naar te voegen (r); gelyk federt ook
gefchied is. Ook wordt het, jaarlyks , voor
't vernieuwen van den Kerkenraad, voor-
gelezen.
°0rdeel
S Am-
«erdam
«ver "s
fr'nfen
De Prins van Oranje, aan wien 't gemel-
de Befluit tot vrede der Kerke, door den
Burgemeefter Nicolaas fVitfen, uit den naam
van Burgemeefteren , fmaakelyk gemaakt
flag, tot voltalligmaaking van eenige Rege-
menten., toegeftaan hadt, mids men geene
minderjaarigen, die onder Ouders of Voog-
den ftonden, aanname (z). Temple telt
Burge-
meefter
Hooft
arbeidt
'er toe.
Burgemeefter Hooft, die in de jaaren 1677
en 1678 regeerde, onder de voornaamfte
bewerkers der Vrede f». Ook verhaalt
hy, dat de Prins van Oranje, zig, kort na
't fluiten der Vrede, naar deVeluwe op de
jagt begeven hebbende, hem, dienaar Am-
fterdam ftondt te verreizen, verzogt hadt,
„ zyne groete te doen aan Burgemeefter
„ Hooft, en hem te zeggen, dat hy niet
„ begeerde, dat hy zyne belangen bevor-
„ derde, dan zo lang hy, zyne Hoogheid,.
„ de belangen van den Staat voorftaan zou."
Temple kweet zig van deeze boodfchap:
was (s) , voltrok, in November deezes jaars,
zyn huvyelyk met de Prinfefle Maria, Dog-
ter des Hertogs van Jork (t). De Stad
Amfterdam was onder de eerften gereed,
om het zelve goed te keuren («); fchoon
Temple aantekent, dat de Franfchen al-
daar argwaan hadden weeten te verwekken
pver dit huwelyk, als ware het nadeelig ge-
weeft voor de vryheid des Vaderlands, en
als hadt Koning Karel de II., door middel
van het zelve, den Prins geheellyk overge-
haald tot zyn ontwerp van eene aanftaande
vrede. Hy voegt 'er by, dat men, hier te
Lande, eene ongeneeslyke agterdogt opge-
vat hadt tegen het Engelfche Hof, en daar-
om den Prins zo veel niet vertrouwde,
als hy verdiende (y). Doch men heeft re-
den om te twyfelen, of de Ridder Temple
naar behooren onderregt geweeft zy van 't
gene te Amfterdam omging.
. Men handelde, ten deezen tyde, te Nieuw-
megen, over de Vrede, op welke de Regee-
ring van Amfterdam fterk gezet was.' Alle
de Refoluden, die, van tyd tot tyd, door
Burgemeefteren enRaaden, genomen wer-
den O), liepen uit op de bevordering van
een werk, welk men aanzag als ten hoog-
üen heilzaam en noodzaakelyk voor den
Staat in 't gemeen, en voor deeze Stad in
't byzonder. De Graaf d'Eßrades, Ambas-
fadeur des Konings van Frankryk, hadt, zo
de Raadpenfionaris Fagel verzekerde, aan
iemant te Amfterdam, die 'er veel gerugts
van maakte, gefchreeven, dat de Prins al-
leen de Vrede tegenhieldt (x). En de Heer
(>■) Holl. Merc. van 1677. hl. 92. COMMELIN, il. 1219.
(Ó Vit Aantek. van Bürgern. N. Witsen.
;(*) Vaderl. Hift. XIV. Deel, hl. 46S.
(«) Refo!. Vroedfch. I'. L. 9 Nov. B677. ƒ. 284.
(f) Memoirs p. 3+7, 348.
(w) Refol. Vroedfch. Lt. lil. 9, 19 May, 23 JUU ig7g.
ĥ 47> S4. 61.
• (x) Refo1- Holl. 28 Miors 167$. hl. i+s.
I. STUK.
en de Heer Hooft verzogt hem, vrymoe-
moediglyk en edelmoediglyk, den Prinfe te
zeggen „ dat hy doen zou, 't gene op hem
„ begeerd was, en zo lang in 's Prinfen be-
„ lang zyn, als de Prins in 't belang vanzyn
Tot hoe
lang hy's
Prinfen
belang
dagt te
bevorde-
ren.
„ Vaderland was. Doch zo zyne Hoogheid
„ dit immer verwaarloosde, zou hy de
„ eerfte zyn, die zig tegen hem verzetten
„ zou. Tot dien tyd toe, zou hy zyn ge-
„ drag noch berispen noch miftrouwen,
„ alzo hy zeer wel wift, dat onderling mis-
„ trouwen tuflchen de Staaten en den Prins
„tot bederf van 't Vaderland ftrekken
„ moeft (£)•"
Op deeze wyze, verhaalt de Ridder
Temple deeze byzonderheid in zyne Ge-
denkfchriften,
die in 't Franfch en in 't Ne-
derduitfch overgezet, en in elks handen zyn.
Doch in een zyner onvertaalde Brieven, den
zevenden Oäober deezes jaars , uit den
Haage gefchreeven, gewaagt hy 'er uitvoe-
riger en naauwkeuriger van: waarom wy
der moeite waardig geagt hebben, zyne ei-
gen woorden, vertaald, hier in te laifen:
3) Toen
(y) Munim. Regiftet, N. i. ƒ. «39-
(x.) Groot-Memot. N. VI. f. zo} vsrfi,
(a)
Mempits f. 362.
{}) Memoks/»» 577, 17*-
}*fter.
ev'-ede
l«?8.
Rrrr
-ocr page 730-
D A MS               II.DeeI^
„ den naam hadden, niet flegts dat zy goede 167$'
„ Patriotten waren; maar ook luiden vafl
„ bekwaamheid en van eerlykheid, en zul-
„ ken, waarop het volk in 't gemeen zig
„ gaarne verliet. Dat hy geene van deeze
», luiden behoefde te noemen, alzo zy niet
„ nalaaten konden bekend te zyn by den
„ Prinfe: want, zo hyze al niet uit eigen
„ opmerking kennen mögt; 't gemeen ge-;
„ rugt zou hem zeggen, wie zy in elke Stad
„ waren. Dat, eindelyk, zo de Prins heb-
„ ben wilde, dat alles hier gemakkelyk en
„ eendragtiglyk ging; hy, wanneer hy iets
j, ter Staatsvergaderinge voor te ftellen
„ hadt, eerft eenigen van deeze luiden uit
„ de verfcheiden'Steden ontbieden, en met
„ dezelven afzonderlyk fpreeken moeft: zo
„ hy bevondt, dat zy omtrent zyn voorftel
„ eenerlei gevoelen hadden, mögt hy wel
„ rekenen, dat de zaak, zekerlyk en ge-
„ makkelyk, in de Staatsvergaderingdoor-
„ gaan zou : zo zy verfchilden , moeft
„ hyze andermaal ontbieden, en 'er geza<
„ menlyk met hen over fpreeken , hun
,, voorhoudende, dat hy bevondt, dat zy
„ van verfchillende begrippen waren , en
„ dat hy daarom begeerde, dat zy in zyne
„ tegenwoordigheid eens met eikanderen
„ fpraken: hieruit zou, op de eene of de
„ andere wyze,eeneovereenkomfttuflehen
„ hen ontftaan: even als, door de over- en
„ wederfpraak in de Staatsvergaderingen,
„ altoos, meer of min, te wege gebragt
„ was: en hiernaar zou zyne Hoogheid al-
„ toos vafte maatregels neemen können.
„ De Heer Hooft, die veel openhertiger
„ man is, en veel meer gezags , fchoon
„ minder verbeelding, heeft dan de andere,
„ liet zig nog verder tegen my uit. Want
„ na dat hy eenigen van dezelfde dingen
„ gezeid hadt, wegens 's Prinfen raaHplee-
„ ging met vertrouwde en geagtte Perfoo-
„ nen in de byzondere Steden, na dat hy
„ vooraf zyne maatregels met die van Am-
„ fterdam genomen hadt, zo wel als met
„ zulken uit andere Steden, die men open-
„ lyk wift van hem af te hangen, zyneon-
„ derhandelingen niet bepaalende aan zeer
„ weinige perfoonen van eene andere foort,
„ noch zaaken van gewigt alleenlyk over*
„ leggende met een'of twee Luiden; zobe-
„ floot hy, ten laatfte, het gefprek in dee-
„ zer voege: dat niets hier zo noodzaake-
„ lyk was , als eene volkomen eendragt
„ tuffchen den Prins en de Staaten; dat de
„ minfte fchyn van verfchil tuffchen beide
„ moeft weggenomen worden, alzo zulks
„ Frankryk maar aanleiding geeven zou,
,j om het dan met de eene en dan met de
„ andere party in den Staat te houden; en"
.» met
662.                 A MS T E B
1678. „ Toen zyne Hoogheid," fchryft hy,
Gefprek » onlangs, van hier vertrok, beval hy my
tuffchen » zeer ernflelyk, een' keer te doen naar
den Rid- „ Amfterdam, niet flegts om de gemoeden
derTem^ aidaar te polfen, omtrent het punt der
jaurge- » handhaaving van de Vrede, waarvan ik
meefte- den Heer Secretaris verflag gedaan heb;
ren Hooft,, maar ook, omtrent de wyze , waarop
en Vale- ^ Zy z\g jegens den Prinfe gedraagen zou-
kemer' „ den, nu de Vrede geflooten was; naar-
„ dien hun gedrag, in het jongde gefchil
„ wegens Maaftricht, hem hadt doen ver-
„ moeden, dat zy, by alle gelegenheden,
„ openlyk zouden aanwerken tegen zyne
„ belangen, hoe zeer dezelven ook over-
„ eenkwamen met het gevoelen der andere
„ Provinciën, en zelfs met dat der overige
„ Steden in deeze Ten minfte, dagt hy
„ dat de Heer Valckenier zulk een' rol fpee-
„ len zou/ Doch op dat zyne Hoogheid
„ zyne maatregels te beter neemen mögt,
„ begeerde hy eenig duidelyker licht, zo
„ met betrekking tot zyne eigen befluiten,
j, als ten opzigte der wyze, waarop de Heer
Hooft hem daarin onderfteunen zou; dat
„ is, hoe ver hy onderfteund, en hoe ver
j, hy verlaaten ftondt te worden. Want de
„Stad Amfterdam wordt volftrektelyk ge-
„ regeerd door deeze twee perfoonen, zon-
„ der dat 'er iemant anders is, die flegts
„ voorgeeft, daarin eenig deel te hebben.
„ Ik heb lang met beide gefproken , niet
*■-;' „ alleen gezamenlyk, maar ook afzonder-
i
          9i lyk, en, zo als de Prins meent, zeer ten
„ voordeele van zyne zaaken en dienft in
„ deeze Stad. De Heer Valckenier, die een
„ peinsagtig, loos en bedekt man is, kwam
„ egter zo ver tegen my uit, dat hy, ten
„ laatfte, rondelyk zeide, dat, wat hem
„ betrof, hy altoos zo veel agting als iemant
„ in 't Land toonen zou voor zyne Hoog-
„ heids Perfoon en belangen, zo lang hy
„ zig hieldt binnen de vaftgeftelde wetten
,j van den Staat; maar zo hy, by de eene
„ of de andere gelegenheid, ondernam de-
„ zelven te overfchryden, was hy verpligt,
i, zig, zo zeer als hy konde daartegen te
„ verzetten: en hy geloofde, dat zyne Stad
„ niet alleen ook zo doen zou; maar dat de-
„ zelve daarin zou toegevallen worden van
„ alle de andere Steden van deeze Provin-
,, cie, fchoon zy,ter Staatsvergaderinge,
„ in andere opzigten, verfchillend met Am-
,, fterdam ftemmen mogten. Dat hier twee
„ foorten van luiden waren,van welken de
„ Prins gebruik maaken kon: zulken, die
„ hem ten Hove, en in zyne jagtpartyen
„ en andere uitfpanningen, verzeilen kon-
„ den; en zulken, die gefchikt waren om
„ het Land te regeeren» en in't algemeen
-ocr page 731-
GESCHIEDENISSEN.
XX. Boek.
663
1678. " met elk van beide juift zo veel, als met „ Britanje] maar beftendig blyven wildeby < s
j, zyne tegenwoordige inzigten beft over-
„ eenkwame. Dat, wat hem betrof, hy
„ hiervan zo wel. overtuigd was, en zulk
het
„ hier
agtervolgen van deszelfs maatregels
te Lande Cc\"
Doch Burgemeefter Hooft hadt weinig B"rge-
;j
een goed gevoelen van den Prinfe hadt,
gelegenheid, om te doen blyken, hoe hyzig, na de Vrede, omtrent den Prinfe dagt
Hoofc
fterfc.
r
zo ten opzigte van deszelfs gemaatigd-
heid, als van deszelfs regtfchaapen be-
grip van zyn waaragtig belang, welk ge-
heellyk verknogt was met dat van het
te gedraagen. Hy overleedt, maar ruim
twee maanden na zyn gefprekmetTemple,
op den twaalfden December deezes zelfden
jaars (ß). Temple verhaalt nogtans,dat
hy, in deezen korten tuffchentyd, te wege
bragt „ dat de groote en agterdogtige Stad
,, veel meer vertrouwen kreeg op den Prin-
„ fe van Oranje, en op deszelfs gantfche
„ beleid in Staatszaaken (e)."
In May deezes jaars, was een gevaarly- De Raad
ke oproer ontftaan aan den Zaankant, over beflui:
het invoeren eener nieuwe Turftonne , die eeniëe
elders omftandiglyk befchreeven is (f). ^a"p
Burgemeefteren en Raaden bellooten , op naar den
den eenentwintigden, twintig, dertig, veer- Zaan-
tig of meer Stads foldaaten naar Zaandam kanjj te
te zenden , tot ftillingejan den oproer (g). toeft!"'
3>
Vaderland, dat, onaangezien al den arg-
waan , die hier ongelukkiglyk verwekt
was, en veelligt, na deezen,looslyk ver-
wekt ftondt te worden; hy volftrektelyk
bellooten hadt, den Prins te vertrouwen,
tot dat hy hem zou zien ingewikkeld in
onderneemingen, ftrydig met het belang
en de vryheid van den Staat. Dat hy,
in zulk een geval, de goede party kie-
zen , en zig tegen die onderneemingen,
volgens zynen pligt, verzetten zou; doch
dat hy, midlerwyl, geen' flap zou doen,
waar door hy 't Land en den Prins beide
zou kon'ien benadeelen,door het voeden
3?
Doch ik weet niet, of dit befluit uitgevoerd iïng"van
werdt.
                                                     een op-
Tuffchen de Steden Amfterdam enWeesp ™er'
was, in 't jaar 1650, eene Overeenkom!! ge- eenkomft
troffen op het onderhoud van eenen weg, tuflchen
van ouds den Broedyk en ook ten deele Amfter-
ware dat eene tweede vermindering van den Looijendyk genaamd, loopende, door ^m en
Krygsvolk, op zulk een' voet, dat het Weesperkarfpel, van de Uitermeerfche fluis S^ns*
de gewoonlyke^inkomften van het in de Vegt af, tot aan den Harden of's Graa zekere
".....                        venland toe. Men hadt deezen weg federt gabelle
tot een zandpad gemaakt: en de Stad Weesp ln Wees-
hadt,in 't jaar 1675, op haaren naam, Oc- {Lei,9*"
troi verworven van 's Lands Staaten, om
eene gabelle te mogen heffen , tot onder-
houd ^van het gemelde Zandpad. Doch al-
zo het, door beide de Steden, onderhouden
werdt, verklaarde Weesp, op den agtften
September des gemelden jaars, dat de ga-
belle ook ten voordeele van de beide Ste-
den flrekken zou (/&). Doch het Zandpad De twee
tuflchen de twee Steden, en de Vaart nevens Steden
hetzelve, die in 't jaar 1638 aangelegd wa- verk>7-
3?
u
Ldeng'viddflt
ren, hadden tegenwoordig meer onderhoud f™; °
om
tot deszelfs perfoon en belang, waarvan
hy begeerde, dat ik zyne Hoogheid ver-
zekeren zou.
„ Toen ik den Prins van dit alles verflag
deed, fcheen hy 'er by uitfteekendheid
noodig. Het onder water zetten der naafte d^gafeel
Landeryen, in 't jaar 1672; de overftroo- Ie op
ming in't jaar 1675, en andere rampen had- he^Zan,d"
den dit Zandpad zo zeer bedorven, dat het y-aarTte
niet dan met zwaare koften herfteld kon
verhoo-
■»
■>i
worden. 't Pad was daarentegen zo weinig gen«
dat myne reis wonderlyk wel gedaagd gebruikt, dat de inkomften der Gabellege-
- dat hy van't gehandelde zulk weldiglyk verminderd waren. Men bevondt,
m
w
een goed gebruik maakerTzou, dat hyniet
twyfelde, of hy zou deezen Staat wel
(c)  TEMPLEs Wotks Tim. IV. p. 4,53.
(d)  Regeer. Lyft voor de Handv. op 't jaar 187g.
(e)   Memoirs p- 378.
(f)   Holl. Merc. van Ï6l%. il. 100 enz,. Zie ookJVzfeü,
Hift. XIV. Deel, hl. 473 enXl.
(g)   Refol. Vroedfch. L'. M- ll &ay I678. ƒ. 60.
(h) Handv. hl. 4+1.
Rrrr 2
35
weeten te regtvaardigen ten opzigte van
het deel, welk dezelve behoorde te nee-
■)1
men in de algemeene belangen van 't
„ Chriftenryk, zo zyneMajefteit [van Groot-
-ocr page 732-
II. Deel.
MSTERDAMS
664
gene defelve my in laß heeft gegeven UE. te jó70'
[eggen. Blyven hier mede
Monsieur,
UE Dienftwill. vriendt
( getekend )
C. Huygens.
Hage 19 Martii 1679.
In 't laatft van Auguftus, kwam, voor orde
deeze Stad, een fcheepje op ftroom leggen, hier ^
welk niet meer dan agttien laften groot, ^jLpen
envanSalée, daar thans de peft woedde, kcoffle^e
gekomen was. 't Geregt kreeg 'er terftond Van &e[
kennis van, en verboodt, eenige goederen peft ^
uit het zelve, hier ter Stede, te lolfen, in ^j'^fen«
den tyd van zes maanden. Ook werdt, ten p a
zelfden tyde , bevolen, dat geene fche-
pen, van Salée of andere befmette plaat-
fen komende, vérder onder de Stad zou-
den mogen naderen dan tot aan den Paar-
denhoek (T).
In 't jaar 1679, zag men twee ongewoo-Ds ^
ne begraafeniflen hier ter Stede, eene in de^'Jyoir
Nieuwe, en eene in de Oude Kerke. Opdél«'0^
den agtilen February, werdt de beroemde in de
inden aanvang des jaars 1679, dat de las"
ten van 't Zandpad, in de laatfte zes jaa-
ren, de inkomften wel veertig duizend gul-
dens te boven gingen. En nog was de Vaart
nevens het Zandpad, op verfcheiden' plaat -
fen,zo ondiep geworden,dat 'er geene wa-
teffchuiten vlooten konden. De zwaare kos-
ten , die tot het onderhouden van 't Zand-
pad en 't verdiepen der Vaarte vereifcht wer-
den , bewoogen 's Lands Staaten, om den
twee Steden, op derzelver verzoek, den
negenentwintigftenMaart des gemelden jaars,
Oêfroi te verkenen, om, in plaats van twee
ftuivers van alle Schepen zonder onder-
fcheid,vier Huivers te heffen van alle vaar-
tuigen grooter dan Snebfchuiten; zes ftui-
vers, van alle Waterfchepen, Smakfchuiten,
Aaken en Samoreuzen; een en een halve
ftuiver van ieder perfoon, die, boven de twee,
tot beftuuring van 't vaartuig vereifcht, met
eenig fchip, de Veerfchuiten uitgenomen,
werden gevoerd, en vier penningen van ie-
der Verken of Schaap , het Zandpad ge-
bruikende (i).
1679.
De Prins
van O-
lanje
verbiedt
den Am-
fterdam-
fchen
Couran-
tier , iet
van den
Hertog
van York
te fchry-
ven.
Wy hebben elders (£) verhaald, dat de
ontdekking van een waar of gewaand ver-
raad in Engeland den Hertog van York, 's
Konings Broeder, verdagt gemaakt zynde,
dat hy 'er de hand in hadt, in Maart des
jaars 1679, noodzaakte het Ryk, voor eenen
tyd', te ruimen, en een' keer te doen naar
Holland; daar hy, zelfs van zynen Schoon-
zoon, den Prinfe van Oranje, met onge-
meene koelheid , bejegend werdt. Wy
voegen 'er hierby, dat dit laatfte af te nee-
D
■"'bU--J- -............>-------------------j----------------
Nie»f '
0                    1 1                         i____ ____ t\'
_en
de
vooren overleeden was, door veertien Dig- --..
ters, die 't lyk droegen, in de nieuwe Kerke, m!jar.
ter aarde befteld. Men fchonk den draage- fchalk,.
ren eenen zilveren penning , die, aan de Wirtz^
eenezyde, 's mans beeldtenis, en aan dede9g,
andere, eene zingende Zwaan vertoonde; \fa'tty
waarby men 't jaar van zyne geboorte en ven.
dood las, met deeze woorden : D'o u d t-
STE EN GROOTSTE PoEET (tri). Het
Lyk van den Veldmaarfchalk Paul Wirtz,
die reeds in 't jaar 1676 te Hamburg over-
leeden , en over wiens nalaatenfchap groot
verfchil geweeft was, werdt, eerft in den
Herfft deezes jaars , herwaards gevoerd,
en op den vierentwintigften Oclober met
veel ftaatfie begraaven in de Oude Ker-
ke. De Wethouderfchap verzelde het
Lyk(a).
De nood des jaars 1672 hadt de Stad Am- Nie""
fterdam, onder zekere voorwaarden, doenrar"^jir
bewilligen in de verfterking van Naarden, Pleneop,
waarin zy, eenige jaaren te vooren , nog^ver^
merkelyke zwaarigheid gemaakt hadt (0). i<en ^j.'
Doch deeze verfterking was niet of naauw-N*aI
lyks ondernomen, toen de Franfchen de Stad
innamen; welke, niet voor 't jaar 1673, den
Prinfe van Oranje wederom in handen viel.
De Staaten hadden, op den vierden May des
jaars 1674, en op den twee-entwintigften Ja-
nus-
(l) Keurb. Li. P. ƒ. ZI4 verfi, nj.
(m) VONDELS Leyen, bl. 74> 7f.
\n) Holl. Metc. van 1679. bl. igo.
(»} Zit II. Dol, XV1U. -B«fc, l>i. «" enx,.
men is, uit eenen brief, die zyne Hoog-
heid aan den Amfterdamfchen Courantier,
en waarfchynlyk ook aan anderen , deedt
fchryven. My is van deezen brief een af-
fchrift ter hand gekomen, welk, woorde*
lyk, aldus luidt:
Monsieur,
Defe is om geen anderen eynde als om. UE
bekent te maecken dat fyn hoogfr. my expres-
fel. heeft gelaft UE uyt desfefs naem aen te
fchryven
, dat UE figh f al hebben te waghten
in UE volgende couranten eenige de minfie
mentie te maeken van de perfoonen van hare
hoogheden, den beere hartogh envrowwe hartogin-
ne van Torck
, van haere aenkomfte, vertrek,
ofte yets dat haer fiude mogen raecken. Wil-
lende hooggedagte fyn-e hoogh1. UE gewaer-
fchouwt hebben
, dat indien (JE figh fal ver-
vorderen daervan yetives te fchryven 't fy in 't
goede, oft quade
, dat fyn hoogb. feekerlyk UE
fier aualychfal doen traSleeren. Dit fynde het
(i) Handv. II. 433.
(<) Vadetl. Hift. XV. Deel, hl. 'ïj.
-ocr page 733-
XX. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
66$
167p. nuary des jaars 1675, beflooten,Naarden,
aan den Gooifchen kant, daar de grond
hoog was, af te zanden (j>); doch omtrent
' de verdere verfterking der Veftinge, geen
uitdrukkelyk befluit genomen. Zyne Hoog-
heid , die zeer op 't verfterken van Naar-
den gefield was, hadt de zaak wederom op
het tapyt gebragt, in den aanvang deezes
jaars 1679. De Regeering van Amfterdam
kreeg 'er , terftond , kennis van , uit den
Heere Coenraad van Heemskerk, die thans,
wegens deeze Stad, in de Gecommitteerde
Raaden zitting hadt. Zy zogt de raadplee-
gingen te doen verfchuiven, tot op denaas-
^fter- te Vergadering der Staaten (q). En federt
J& be- werdt beflooten, te verklaaren „ dat de
hebben laaten ontvallen, die te kennen ga- rfyn
Ven, hoe men, te Amfterdam, bedugt was 'i
dat zyne Hoogheid op het verfterken van Sul-
Naarden drong, om, door middel van diedigd.dat
Vefting, meerder magt over Amfterdam h? mis*
en gevolgelyk over den gantfchen Staat in'tl0uwen
handen te krygen. Onder anderen zou hy fjs?
gezeid hebben „ dat de verfterking van verwek*
„ Naarden llegts driehonderd duizend gul-hadt-
„ dens koften zou; doch dat de tyd ligte-
„ lyk komen kon, dat Amfterdam wel om
„ drie millioenen willen mögt, dat Naarden
„ nimmer verfterkt geweeft was." DeRid-
derfchap, zeer'verfbord op die van Am-
fterdam , en op den Heere van Heemskerk
in 't byzonder, hadt niet gefchroomd, ter
Vergadennge,aan te merken „ hoe zulken
„ die wantrouwen tuffchen zyne Hoogheid
„ en de Leden verwekten, voor verftoor-
„ ders der onderlinge rufte moeftengehou-
,, den worden (O"BurgemeefterenenRaa-De Stad
den,kennis gekreegen hebbende van'tgeneverde-
hun in den Haage naargegeven werdt, ver-diS£h€m-
klaarden zig afkeerig van 't verwekken van
argwaan jegens zyne Hoogheid, en oordeel-
den , dat memant ligtelyk geloof geeven
moeit aan vertellingen, ten tegendeele ver-
fpreid. Ten opzigte van den Heere van
Heemskerk in 't byzonder, verklaarden zy,
,, dat, zo hy al gezeid mögt hebben, dat
„ Amfterdam zig het verfterken van Naar-
„ den wel zeer zou können beklaagen, zulks
„ niet behoefde te zien op 't gene van we-
jj ge zyne Hoogheid zou mogen onderno-
„ men worden; maar op het nadeel, welk
„ Amfterdam van het verfterkte Naarden
» zou te dugten hebben, wanneer het eens,
„ door den vyand , overmeefterd was."
Voorts, verzogten zy den Raadpenfionaris,
dat hy de jongfte Refolutie der Staaten, te-
gen welke zy reeds eene aantekening gedaan
hadden , niet wilde uitgeeven. Doch de
Staaten verftonden, dat hy, met dit uitgee-
ven , 't welk reeds begonnen was, zou
voortgaan. Amfterdam beweerde hiertegen
„ dat wel de afzanding, maar niet de ver-
„ fterking van Naarden, ter Vergaderinge
j, der Staaten, in beraad gelegd was; waar-
„ om de Raadpenfionaris , zelfs tot het
„ laatfte, niet hadt mogen befiuiten, veel
„ min het befluit uitgeeven, en doen uit-
„ voeren." Zyne Hoogheid nam, federt,zyne
genoegen, in 't gene de Stad, ten zynen Hoog.
opzigte, hadt doen verklaaren (a). Doch he.id vat
men bleef, van hier, nog al dringen opdemisnoe"
noodeloosheid van't verfterken van Naar- fegen?
den; daar toe gebruik maakende van eeni-Amfter-;
gendam.
(t) Aantek. van een Reg. van Delft op 23 Febr. 1S79. MS.
(») Refol. Vroedfch. I'. M- 27 Febr. % Maart; 16J9. f,
lltenx..
299. GlOOt-Me«Ot. W. VI. ƒ. 82S,
Rrrr 3
kif\ „ Stad niet kon bewilligen in het verlier
jjNinir " ken van Naarden , zonder een vooraf-
chniet„ gaand uitdrukkelyk befluit der Staaten;
vae de „ alzo men hier verftondt, dat Naarden,
iin» „ naar den Gooifchen kant wordende afge-
^Jan „ zand, genoegzaam onwinbaar te maaken
{K „ was; daar deeze Vefting, voor de afzan-
5, ding, verfterkt zynde ,nadeeligvoorHol-
„ land zou können worden , wanneer zy
„ eens door den vyand mögt worden inge-
„ nomen." Men voegde hier een verzoek
by „ dat met de verfterking van Naarden,
„ voor de afzanding , niet mögt worden
j, voortgevaaren, dan na dat men Holland,
„ ook aan andere oorden, verfterkt hadt."
En men verzogt, eindelyk „ 1. dat zyne
„ Hoogheid een ontwerp wilde doen maa-
3, ken van de verfterking der gantfchePro-
„ vincie. 2. dat Gecommitteerde Raaden
„ mogten onderregt worden, dat zy, zon-
-. der nader befluit der Staaten, niet be-
voegd waren, om met de verfterking van
3>
Naarden,voor dat de afzandinggefchied
ware, voort te vaaren. 3. Dat hun ook
3>
mögt worden aangezeid, dat zy zouden
gelieven af te wagten, waar de Staaten
„ de penningen, die zy tot de verfterking
M van Naarden gefchikt hadden , wilden
s, befteed hebben (r)." Doch hierop volg-
de een befluit der Scaaten „ om Gecommit-
s, teerde Raaden te verzoeken en te gelas-
„ ten, om de verfterking, zo wel als de af-
„ zanding, ten fpoedigfte voort te zetten; en
s, om op zyne Hoogheid het maaken van
s, een ontwerp der verfterkinge van de gant-
j, fche Provincie te begeeren:" in welk be-
fluit, Amfterdam, nogtans, niet bewilligd
b hadt (j).
v,6riHeer Terwyl men hierover in den Haage han-
fce delde , werdt den Heere van Heemskerk
^ s' naargegeven, dat hy zig uitdrukkingen zou
(p)  Refol.  Vroedfch. L'. M. 14 Maan 1679. ƒ. 308.
iq)  Refol.  Vroedfch. L'. M. 4 Febr. i6y9. f. I72.
(r)  Refol.  Vroedfch. L'. M. 20 Febr. 1679./". .76.
(s)  Refol.  HoU, zi Febr. 1S75». bh zu.
-ocr page 734-
666                AMSTERDAMS               II. Deel.
Vergadering, afgedaan werdt (a). Doch l(&°'
dit gelukte zo fpoedig niet: waardoor ook
het werk der afzandinge vertraagd werdt.
Burgemeefleren en Raaden van Amfler-Me" itl
dam waren, federt eenigen tyd, bedagtge-,belerhs-
weefl op middelen, om de lallen der Stad, terenv'^
die, geduurende den oorlog, flerk toege-jerS^
nomen waren, te verminderen, en derzel-i"1<0'n
ver inkomflen te verbeteren. Zy hadden,fts11'
onder anderen, in Oélober des jaars 1679,
beflooten „ de Profeflbren der Doorlugtige
„ Schoole, die toen zes in getal waren,
„ tot op drie te laaten uiefterven; de In-
„ trefl, die de Stad betaalen moeft, van
„ vier op drie en een half ten honderd te
„ verminderen ; de Obligatien , ten lafle
„ der Stad loopende, ten fpoedigflen af te
„ lofTen; de eenige Compagnie Stads fol-
„ daaten af te danken, met behoudenis van
„ gaadje voor den Kapitein, Luitenant en
„ Vendrig, en de vafle goederen van de
„ Stad, en van de Kerken en Godshuizen,
„ die weinig opbragten en veel onderhoud
„ vereifchten, te verkoopen (£)." Op ge-
lyke wyze,wilden zy ook de geldmiddelen
des gemeenen Lands verbeterd, en te raa-
de gehouden hebben. Doch alzo zy hec
groot verval, welk in 's Lands zeemagt ge-
komen was, met leedwezen zagen, floegen
zy, in 't begin des jaars 1680, het aanbou-
wen van een goed getal van Oorlogsfche-
pen voor ; waartoe , eerlang , beflooten
werdt (ƒ)• Het timmeren deezer fchepen
ging egter niet zo fpoedig voort, als men
gehoopt hadt.
Amflerdam hadt, dikwils, zwaarlykge-Ee"ea
leeden van hooge zeevloeden, en liep 'er n'[eüe{-
grooter gevaar van , doordien een groot ~fl{4,
gedeelte der Stad aan den Y-kant niet be- „&&$&
polderd, en laag gelegen was. Men bragtiang8^
dit fluk ter overweeginge van den Raad,inYka
Auguflus deezes jaars. 't Werdt toen ge-
field aan eene Commiflie , beftaande uit
alle de regeerende Burgemeefleren, en uit
de Heeren Cornelis Geelvinck, Heere van
Kaflrikum , Mr. Gillis Valckenier, die op
den zesden November daaraan overleedt
(ß), Cornelis van Vlooswyk, Heer van Vloos -
wyk, Johannes Hudde , Louis Trip, Johan
de Vries
en Cornelis Bäcker ( e ). Zy over-
woogen verfcheiden' vooriïagen, die tot
beveiliging der Stede gedaan werden, en .,
deeden , eerfl in Maart des jaars 1681 , 1°
verflag van een Ontwerp „ om de Stad aan
„ den Y-kant, door vier fleenen Waterkee-
„ rin-
(a)  Refol. Vroedfch. L'. N. z ^4u%. i6?o. ƒ. 210.
(b)  Refol. Vroedfch. Li. N. 16 Oä. J679. ƒ. 4.
(c)  Refol. Vroedfch. L'. N. 9 Jan. 6 Febr. lóio.f. 47»
77. Zie oo^COMMELIN, II. 1220.
(d)  Zie COMMELIN, bl, H20.
\e) Refol. Vtoedfch. L'. N. ij» Aug. \6%o. f. ils.
gen der redenen, van welken men zig, in,
't jaar 1668, bediend hadt, en die wy, ter
zyner plaatfe (u) , gemeld hebben. Einde-
lyk, boodt men aan „ het onderzoek, of de
„ Refolutien der Staaten, op het afzanden
„ van Naarden genomen, ook eene refolu-
„ tie tot verlterking der Stad inflooten, te
„ willen verblyven aan de uitfpraak van
„ den Hove , mids zulks niet in gevolg ge-
„ trokken wierdt." Te gelyk, werdt den
Heere van Heemskerk gelafh, dat hy zig
altoos verontfchuldigen zou van iet te raa-
den ofte doen, tot uitvoering der Refolu-
tie van den drieentwintigftenFebruary dee-
zes jaars, de verflerking van Naarden be-
treffende O). Onder de redenen, die de
Stad, tegen de verflerking van Naarden,
hadt ingebragt, was ook deeze „ dat de
., Koopluiden, zo hier als buitens lands, uit
„ de verflerking van Naarden , argwaan
„ zouden können opvatten; die, hoe onge-
„ grond ook, ligtelyk nadeelig zou kon-
„ nenzyn voor 's Lands Koophandel, daar
„ de welvaart, en zelfs 't gantfche beftaan
„ van den Staat van afhing." Doch deeze
aanmerking hadt nieuw misnoegen verwekt
by zyne Hoogheid, als of die van Amfler-
dam daar mede getoond hadden, dat zy hem
miflrouwden. Van wege de Stad, werdt
ernflelyk het tegendeel betuigd; doch te ge-
lyk verklaard, dat men niet nalaaten kon,
voor te flellen , dat anderen , al ware 't
geheel ongegrond , een' argwaan zouden
können opvatten, die voor den Staat, en
voor zyne Hoogheid, niet dan nadeelig zyn
kon (*).
De verklaaring van Amflerdam tegen 't
verflerken van Naarden was van dat ge-
volg, dat dit werk, voor eerfl, niet flerk
werdt voortgezet. Met de afzanding werdt
een aanvang gemaakt. De Stad flondt toe,
dat de Zandfchuiten ontheeven werden van
den tol der fluis te Muiden, en van de ga-
belle van het Trekpad tuffclien Muidenen
Naarden, fchoon zy daarby merkelyk bena-
deeld wierdt. Doch in't volgende jaar,
maakte zy zwaarigheid, om op zekere fchik-
king in het afzanden te bewilligen, zo lang
men haar niet fchadeloos fiel de, ter zaake
van de kollen, door haar gedaan, in 't maa-
ken der Muider-fluis (y). Zyne Hoogheid
zag dit ongaarne; doch de Stad bleef by
haar gevoelen (z). Zy flondt 'er, nog in
't begin van Auguflus, op, dat de zaak der
vergoeding van haar verfchot,op denaafle
1679,
Met de
afzan-
ding van
Naarden
wordt
een be-
gin ge-
maakt.
1680.
(*) Zie II. Deel, XVIII. Boel^, hl. 616 enz..
(n>) Refol. Vroedfch. L'. M. 14 Maart 1679-ƒ. 506,309.
(x) Refol. Vroedfch. L'. M. 17 ^Apr. 1679. f. 34<s enz.,
(y)
Refol. Vroedfch. Lr. N. 2« Jtily 1680. ƒ. I9f.
(x.) Refol. Vroedfch. Ir. N. 29 Juiy itjo, ƒ. Iji8,200.
-ocr page 735-
G E SC H I E D EN I SS EN.
XX. Boek.
667
i68x. „ ringen, ieder met twee paar ebdeuren,
„ te fluiten, de Haringpakkery , de oude
„ Teertuinen,en weinige huizen meer, op
„ begeerte der bewooneren zelven, daar-
„ onder niet begrypende. De vier Water-
-„ keeringen moeften gelegd worden in het
„ Damrak, daar de nieuwe brug lag; naar
*,, 't einde van de Gelderfche Kaai, voor 't
„ Frans - Talingen - fteegje; daar de Kraans-
„ brug lag, ten einde der Oude Waale;en
„ ten einde van den Montelbaans burgwal,
,, daar de Y-brug lag, by 't oude Weftin-
„ difche Huis. En om de nieuwe Water-
„ fte tweemaal 's jaars, den fchouw te doen
„ langs de gantfche Waterkeering, eens in
„ 't najaar, by hoogen vloed, en eens in
„ den Zomer, op den eerften Dingsdag in
„ Auguftus." De Raad nam een befhit,
in allen deele overeenkomftig met het ver-
flag van Commiflariflen (ƒ).
Midlerwyl, hadden Burgemeefteren, reeds
op den dertienden der zelfde maand Maart,
Oftroi verworven van 's Lands Staaten, om
de koften der Waterkeeringe te vinden uit
eenen omflag op de ingezetenen (g), die,
federt., onder den naam van Waterkeergeld,
betaald wordt. Met den arbeid aan de Wa-
terkeering werdt zo vlytiglyk voortgevaa-
ren, dat men 'er, in November deezes jaars,
al ver mede gevorderd was. Men befloot
toen, by nadere overweeging, de Water-
keering tuflchen de Spaarnedammer fluis en
Nieuwe brug te maaken, door de Ramskooi
en langs de Texelfche Kaai, daar men den
grond met klei hoogen, en voorts beftraa-
ten zou ; ter wederzyde, naar de huizen
en naar den waterkant, zagtjes af glooijen-
de. Langs den Nieuwen-dyk, tuflchen de
Haarlemmer- en Spaarnedammer - (luizen,
zou men de ftraat in 't midden, op gelyke
wyze, hoogen, doch drie duimen laager,
en wat fteiler glooijende, om de huizen zo
weinig te befchadigen als mogelyk ware-.
Eindelyk, werdt ook, op verzoek der eige-
naaren van de huizen en pakhuizen op de
Gelderfche Kaai, en om andere goede re-
denen , goedgevonden, de Waterkeering
daaromtrent te leggen, van de Kolks fluis,
langs den Kolks-burgwal, tot aan den Schrei-
jers hoek, en binnen den Sehreijers tooren
om, regt over de Gelderfche Kaai; en van
daar voort, langs den buitenkant. tot aan
de Kraans-brug (h). Maar in de Lente des
volgenden jaars, verzogten de bewooners
der Oude Teertuinen, dat de wal aldaar
verbreed en verhoogd mögt worden; dat 'er
nood • of fchotdeuren voor de Kolk mogten
worden gemaakt, en dat de nieuwe fluis
buiten om den Sehreijers tooren mögt wor-
den gelegd: in welk verzoek, terftond be-
willigd werdt (i). By gelegenheid der ver-
hooginge van den buitenkant van het nieu-i
we Waals-Eiland, tot eene Waterkeering
aldaar, zou men, langs 't water, gaarne
eene fteenen jukking gemaakt hebben. Doch
de eigenaars der huizen, aanziende tegen de
koften, verzogten, dat men hen alleenlyk
van eene houten jukking voorzien wilde:
waarin, insgelyks, bewilligd werdt (*). De
Wa-
(f) Refol. Vroedfch. Lt. N. 19.Maart I6ti, f. 30j (nx..
)i) Handv. bl. 716.
(h) Reiol. Vroedfch. L'. O. 7 Nov. 16gi. ƒ. j%.
(i) Refol. Vroedfch. L'. O. 9 Maart 1682, ƒ. i$?,
(,y Refol. Vroedfch. I*. O. ii May iigj.'ƒ." 10^,
lCSi.
De Stad
verkrygï
Oclroi .
tot het i
omflaan
der kos-
ten.
j>
keeringen bekwaamlyk te hegten aan die
van den Haarlemmerdyk enhetNieuwe-
Waals-Eiland, moeftmen den Nieuwen-
dyk , van de nieuwe Haarlemmer fluis
tot aan de Ramskooiof HaiTelaars-fteeg,
met eene fleuf klei in 't midden, hoogen
Men
maakt
eenige
verande-
ring in
het eer—
fte Ont-
werp der
Water-
keerin- ''■
ge. .;
-»»
tegen't inkolken. Van 't einde van de
eene of de andere fteeg af, tot aan den
voet der nieuwe brugge, moeit, door't
leggen van muurwerk, 't verhoogen van
ftraaten, of op eenige andere wyze, ee-
3>
ne beftendige Waterkeering worden ge-
maakt , die voortgaan moeft, van de
ooftzyde van de nieuwe brug, langs den
Kamper - fteiger en Zeedyk , tot op de
ooftzyde van den Oude-zyds-Kolks•
burgwal: van daar, door het eerfte Pak-
huis en Frans-Talingen-fteegje, tot aan
de Waterkeering in de Gelderfche Kaai,
aan de weftzyde: en van de ooftzyde der
gemelde Kaai, door het naafte flopje en
huis, regt toe regt aan opdeKraansbrug.
De gantfche Waterkeering , zo in de
graften als op het land , zou moeten
worden gemaakt, ten minfte op de hoog-
te van drie voeten beneden het bovenfte
van den dekfteen van den Oofterhoek aan
den zeekant van de fluis te Muiden. En
men oordeelde ook, dat, door den' tyd,
J>
de Haarlemmer-dyk binnen de wallen,
het Nieuwe-Waals-Eiland , de Y - burg-
;»>
wal , en de dyk tuflchen de Raapenburger
fluis en de Stads wallen, op dezelfde hoog-
te , behoorden te worden gebragt. De
koften waren op driemaal honderd dui-
zend guldens gerekend, die men begreep
op alle de huizen en pakhuizen van de
s>
Stad, zo buiten als binnen de Zeedyken
gelegen, te moeten omflaan. De tyd,
tot het maaken der Waterkeeringe ver-
eifcht, werdt op twee jaaren gegift. En
men oordeelde, dat Burgemeefteren en
Thefaurieren, telkens op den eerften
Maandag inSeptember, behoorden te zien,
»>
of alles by der hand en in orde ware, om 'er
■s» zig, des noods, van te können dienen:
„ en na 't voltrekken van 't werk, ten min-
-ocr page 736-
AMSTERDAMS            II. Deel.
668
den met de verdrukte Gereformeerden in v***
Frankryk fterk gaande maakten onder 't
volk: welk toenam, toen men veele Fran-
fche Gereformeerden, met hunne kinderen,
naar Holland zag overkomen (p). In den
nazomer, kwamen reeds eenige Franfche
vlugtelingen hier ter Stede, en in Septem-
ber , vervoegden Pierre Poulain, Matthieu Ie
Noble
en eenige anderen zig, met een Ver-
zoekfehrift, aan Burgemeefteren , waarby
zy begeerden, dat hun gelegenheid gege-
ven werdt, om hier de weevery op te reg-
ten , die zy, in Frankryk, hadden moeten
verlaaten. Ook bewilligde men in dit ver- Zy *?ef
16*81. Waterkeering werdt, binnen den befrem-
den tyd, in den jaare iö32 , voltrokken.
Sommigen hebben de eer van't werk, voor-
naamlyk, gegeven aan den Burgemeefter
Johannes Hudde (l). Men kan, uit eene Grond-
tekening van Amfterdam , ligtelyk zien,
hoe groot een gedeelte der Stad, door het
maaken deezer Waterkeeringe, voor hoo-
gen vloed bevryd geworden zy.
De Stad In de Lente des jaars 1681, werdt, by
fchenkt Burgemeefter en en Raaden, aan Diakenen
der Dia- jer Gereformeerde Kerke , op derzelver
j°nie verzoek, toegedaan een erf in de nieuwe
grond tot Vergrootinge, tot het fügten van een Bes
een Ou- jes. of Oude-Vrouw en huis (m). 't Gebouw
de Vrou wer(jt, federt, voltrokken aan den Amftel,
H^ tuffchen de Heeren- en Keizers - graft; en
de oude Vrouwen, die, tot hiertoe, door de
Diaconie, afzonderlyk plagten befteed te
worden, werden 'er in geplaatft.
DeFran- Sedert eenige jaaren, onthieldt zig,hier
fchen ter Stede, een Franfchman, die zig Graaf
fragten van Sedan of van S. Paul noemen liet. Lo-
Selyk dewyk de X1V-> Konit)S van Frankryk, dee-
uit Am. zen man fchuldig houdende aan fnoode eu-
fterdam veldaaden, ondernam hem heimelyk te doen
te ligten, opligten en vervoeren, ten dien einde ne-
gen dragonders, met eenen Luitenant aan
't hoofd, uit de bezetting van Yperen her-
waards zendende. Doch alzo men, by tyds,
de lugt gekreegen hadt van den toeleg ,
werdt deeze manfehap, tegen 't einde des
jaars, te Rotterdam, vaftgehouden, en naar
den Haage gebragt, daar 't den Graave d'd-
vaux,
AmbalTadeur des Konings vanFrank-
ryk, vry wat moeite koftte, eer hyze op
vrye voeten kon doen Hellen («).
Veele De Gereformeerden in Frankryk begon-
Franfche den, federt meer dan een jaar, meer of
vlugte- mjn ^ verc]rui<t te Worden. De Koning wilde
begee- geene Gereformeerde Vroedvrouwen meer
ven zig toelaaten (o). Hy verboodt allen Roomfch-
naar Am-Katholyken, op zwaare ftraffen, de Gere-
fierdam. forrneercje Leer te omhelzen. De belyders
deezer Leere werden van verfcheiden' kleine
ampten uitgeflooten. De verdrukking nam
toe, in 't jaar 16 81. De Koning beval, by een
Edict van den zeventienden Juny, dat de
kinderen der Gereformeerden, zo dra zy
zeven jaaren zouden bereikt hebben , tot
den Katholyken Godsdienll zouden mogen
worden aangenomen. Men verfpreidde dit
Edi£t in Holland; en het bragt veel toe,
om de gemoeden te vervreemden van Frank-
ryk. Te Amfterdam, werden klaagliederen
gezongen langs deftraaten, die 't medely-
CTUnfttë'
drie en twintigften September, het Burger-j^ o«1'
fchap en drie jaaren vrydom van Stads Ex- vai)gefl'
cynzen gefchonken, benevens verlof; om
hunne handwerken buiten de Gildente mo-
gen oefenen. Daarenboven, werden Bur-
gemeefteren gemagtigd, om diergelyke vry-
heden aan diergelyke perfoonen te mogen
toeftaan. De Heeren Mr. Jacob Boreel ,M<.
Nicolaas Witfen
en Jean Appelman werden
benoemd, om het oog te houden over de
aankomende Franfche vlugtelingen, en zorg
te draagen , dat dezelven aan werk geholpen
werden. De zieken werden in 't Gafthuis
befteld: de armen den Ouderlingen en Dia-
kenen der Walfche Gemeente aanbevolen,
en nog voor 't einde des jaars, tweemaal
tienduizend guldens uit Stads CaiTe gefchikt,
tot onderfteuning der behoeftige Franfche
vlugtelingen (q). De vervolging wies aan, i$
in 't volgende jaar, na dat de Franfche
Geeftelykheid een Ontwerp van vereeniging
gemaakt hadt, welk door de Gereformeer-
den verworpen was; waarop zy, door dra-
gonders, tot aanneeminge van het zelve ge-
dwongen werden, 't Getal der vlugtelingen
vermeerderde toen fterk. Onder anderen,
begaf zig Pierre Baille,een voornaam Koop-
man uit Clermont in Languedoc, naar Am-
fterdam , wien hier het gewezen Aalmoes-
feniers-Ziekenhuis tot een Werkhuis werdt
toegeftaan; daar hy, voor eerft, honderd
Franfche vlugtelingen aan werk helpen zou,
waartoe de Stad hem tienduizend guldens,
zonder Intreft te rekenen, fchoot (r). In
't volgende jaar, toen hy, in de plaats van
veertig , reeds zeftig getouwen opgeregt
hadt, en hetgantfcheiX'oordfche Bofchmet
zyn werkvolk bezet was, werden hem nog
tienduizend, en wat laater,nog vyftiendui-
zend guldens verftrekt. Ook betaalde de
Stad
O) Negociat. du Comte D'AVAUX Tom.l. p. IJl, IJ4>
157, !«'• Vaderl. Hift. XV. Deel, bl. 315.
(fj Refol. Vroedfch. Lr. O. iz, zj S'pt. 7 OU. 6 ßet.
\f>%\. f.
si , JS>) «3 > 1°?.
(r) Refol. Vroedfch. £', O. U Sept. l«8ï, ƒ. zjj. "
( O 'COMMÏXIN , il. S?Z, "8S.
(»>) Refol. Vroedfch. L'. N. 3 ^Afril ligt. ƒ. 332.
(k) ZU Vaderl. Hift. XV. Dei}, bl. 7} ent,.
(»; 'Negociat. 4:t Comte d'avAUX Tc», I. p. je.
-ocr page 737-
XX. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
669
1682. Stad voor hem vierduizend vierhonderd
guldens Bankgeld op Wiffelbrieven, mids
hy zyne boeken liete naarzien , gelyk hy
aangebooden hadt. Ten zelfden tyde, wer-
den hem, uit het Weeshuis, Aalmoeffeniers-
huis en Diaconie-huis, tweehonderd en veer-
tig Meisjes toegedaan, om Point de Venife
en andere kanten te naaijen (f). Aanjean
Pineau
waren, te vooren al, drie- of vier-
duizend guldens verftrekt, mids hy de Ser-
ges de Nismes,
welken hy maakte, der Stad
in handen ftelde. Ook hadt men Dinant
Loures
het opregten van vyftig getouwen,
tot het weeven van Wollenftoffen , onder
gunftige voorwaarden , toegeftaan. Men
vergunde den Markgraave de Venours eene
wooning voor jonge Franfche Juffrouwen ,
die kant werken zouden. En men befloot,
in January des jaars 1683, twee Colle&en
's jaars te doen, ten behoeve der Franfche
vlugtelingen, en de penningen, die 'er van
kwamen, der Walfche Diaconie in handen
te Hellen (0- Kort te vooren, was vaftge-
fteld, de zolders boven 't Stads Magazyn,
op den Singel by den Heiligen - Weg, te
fchikken tot een Stads Zydewindbuis, om te
voorkomen, dat de zyde, die hier verwerkt
werdt, niet buken de Stad werdt gevoerd,
om gewonden te worden (u). Tot onder-
houd van dit Huis, werdt, in den jaare
1688, een Godspenning van een gulden ten
minfte gelegd op ieder baal zyde, die ver-
kogt, en ter waage gewoogen werdt ( v ).
In 't jaar 1684, kwamen 'er nog meer vlug-
telingen over, die ook, voor een groot ge-
deelte, hier ter Stede geplaatft werden ;
gelyk wy beneden zien zullen
ingang der Plantaadje, gefchikt werdt (x) 16S2,.
De Gemaalin van Ferdinand Albrecht,De Stad
Hertog van Brunswyk-Lünen burg, op den ftaat aIs
veertienden Maart deezes jaars, van twee Gevader,
Zoonen verlort zynde, werden Burgemees-2oonedes
teren en Raaden van Amfterdam tot Geva-Hertogs
ders over een' deezer Zoonen, Ernfl Ferdi- van
nand, verzogt. De Stad aanvaardde deeze ^'""s-
eer, en fchonk den jongen Prinfe een ftuk nenbura,
Zilverwerk , ter waarde van zeshonderd
guldens (y).
De Volkplanting van Suriname hadt,Zybe-
tot in den Herfft des jaars 1682, toebe-komt een
hoord aan de Staaten van Zeeland ; doch derde in
werdt toen , voor tweehonderd en zeftig df Volk>
duizend guldens, aan de Weftindifche£su.S
Maatfchappye afgeftaan. De Stad Amfter-
rinamc.
dam hadt lang het oog gehad op deeze Volk-
planting , en het overneemen derzelve be-
werkt (s). Zy zogt ten minften een ge-
deelte van den eigendom voor zig te ver-
krygen. En men kwam, in May des jaars 1683.
1683, overeen, dat de Volkplanting, voor
een derde gedeelte, door de Stad, voor een
derde gedeelte, door de Weftindifche Maat»
fchappye, en voor het overige derde ge-
deelte, door den Heere Cornelis van Aars-
fen, Heer van Sommelsdyk
, bezeten zou wor-
den (a). Van Stads wege, werden, eer-
lang , tot eerfte Direäeurs verkooren de
Heeren Coenraaä van Klenk, Gillis Sautyn en
Cornelis Valckenier. Men beraamde eenige
punten, naar welken zy zig, in het waar-
neemen deezer Commiffie, zouden hebben
te gedraagen. De Heer van Sommelsdyk
gaf aan de Stad Obligatie,voor den beloop
van zyn aandeel in de Volkplanting, welk,
door haar, uitgefchooten werdt (i>). De
Staaten van Holland verleenden Schepenen
van Amfterdam, by Refolutie van den twin-
tigften July des jaars 1684, verlof, om mis-
daadigen, die anders tot het Tugthuis zou-
den veroordeeld geworden zyn, te mogen
doen vervoeren haar Suriname, omze al-
daar, aan opênbaare werken, te doen ar-
beiden CO-
Het toeneemen van het getal der inwoo- De Re-
neren, federt de nieuwe Vergrooting der§eeif'n£
Stad, moeft noodwendig gevolgd wordenf^f
van het toeneemen der kinderen in de Wees- tot het
huizen, met naame in het Aalmoeffeniers- bouwen
Weeshuis, dat. voor omtrent twintig jaa-van eeii
' ***** 5 v w                        iii» nieuw
ren, opgeregt, en voor maar agthonderd kin- AaN
de' moefle-
(x) Refol. Vroedfch. Lt. O. 12 Nov. i6tz. f. }ï8.
(]) Refol. Vroedfch. Ia. O. 16 April i«82. ƒ. 17*.
(*) Refol Vroedfch. Lr. O. 7 Oäeb. 27 Nov. I6%i. ig
Jan. 7, iSépt. s D'c.ietz. f. «S> , 8i . «t , igi-, «3,^
<a) Munim.-Reg. N. 4. ƒ. 29J. Handv. II. z6s.
(b)   Refol. Vroedfch./,'. P. 20 Ma], u Juny, zl Aa£,
1681 'ƒ• 8°> 8I ' IIJ*
(c)  zie Handv. hl, J78.
Ssss
j^euwe In de nieuwe Vergrooting der Stad, om-
t,^. trent de Muider Poort, lagen, tuffchen den
Vf^en Amftel en de Raapenburger-graft, van de
Hihle'r Heeren-graft tot aan de Stads wallen, nog
5^ Stede veele erven ledig, een gedeelte van welken
!eg|e* men, in den aanvang deezes jaars, befloot
te beplanten, aan tuinen uit te geeven, en
tot houtwallen te verhuuren (w) , gelyk,
federt, gefchiedde. En is zulks het begin
geweeft der nieuwe Plantaadje, die, nader-
hand, in verfcheiden'opzigten, verbeterd
is, en nog zeer wel onderhouden wordt. In
November, werdt geraaden gevonden, in
de plaats van den ouden Hortus Medicus of
Artfenytuyn, die in 't Reguliers - Hof ge-
weeft , en met de nieuwe Vergrooting weg-
geraakt was, eenen nieuwen aan te leggen:
waartoe eene bekwaame plaats, aan den
(s) Groor-Memor. N. VII. ƒ. 81.
(*/ Refol. Vioedfch. L<- ?• '«• ** fan. 12 Maart, is
7«ny
1683. f. 17,20, 21 , lf ' 49, Sj.
(») Refol. Vroedfch. L'. F. Js Dec. isg2. ƒ, u
(v)
Handv. hl. U69, 298.
{«) Refol. Vroedfch./,'. O. 16 fan. nu. f. j2r,
I. STUK
-ocr page 738-
/
II. Deel,
AMSTERDAMS
6jo
van veele Koopvaardyfche- i<5Sj-
deren gefchikt was, daar 'er nu wel der-
tienhonderd in gehuisveil werden; waardoor
het Huis derwyze vervuld en opgepropt was,
dat 'er de kinderen niet konden gehavend
worden naar behooren. De Regenten ver-
zogten , derhalve , verlof tot het bouwen
van een nieuw Huis; waartoe by de Vroed-
fchap »inluny deezesjaars, beflootenwerdt.
Burgemeeileren werden gemagtigd, om het
opzigt te hebben over 't bouwen, en zorg
te draagen, dat de middelen der Stad, die
'er, naar alle waarfchynlykheid, toe zouden
vereifcht worden, zo veel mogelykware,
gefpaard werden (ß).
In Engeland en Schotland, waren, federt
eenigen tyd, de Presbyteriaanen, 't zy o-
penlyken of heimelyken, vervolgd, zelfs
onder voorwendfel, dat zy een ontwerp had-
den gefmeed, om den Koning te ontzetten
van de Regeeringe (e~). Eenigen van deeze
Luiden begaven zig, omtrent het einde dee-
zes jaars,. naar Amilerdam, daar zy, als
om den Godsdienil geweeken zynde, ver.
zogten met het Burgerfchap en met eenige
andere voorregten te mogen befchonken
worden, 't Verzoek werdt, in de Vroed-
fchap , overwoogen, en Burgemeeileren ge-
magtigd , om daarin te doen, zo als zy, ten
dieiifte van de Stad, zouden geraaden vin-
den (ƒ). De Graaf van Shaftsbury , die, in
't jaar 1672, Lid van 't Parlement van En-
geland zynde , met de fpreuk delenda efi
Canhago,
beweerd hadt,dat de vereenigde
Staat uitgerooid moeft worden, was, in 't
voorleedenjaar 1682,00k eene fchuilplaats
in Holland komen zoeken (g), en hadt zig
naar Amilerdam begeven; daar hy, op den
derden February deezes jaars 1683 , aan de
jigt in de ingewanden, overleeden was (h).
De Oorlogsvloot, diedeStaat,indeezen
jaare , naar Gottenburg gezonden hadt,
werdt, op de terug reize, den zeflienden
November , van eenen geweldigen florm
beloopen, waardoor de fchepen, die hier
ter Stede en in 't Noorderkwartier t' huis
hoorden, veel leeden. Vier fchepen ver-
gingen voor 't gat van Texel en voor Kam-
perduin , met het meefle volk. Ter laatft-
gemelde plaatfe, bleef het fchip Woerden,
gevoerd door Joan de Witte, die 'er, ne-
vens zynen Zoon , Michiel de Witte, het
leeven by infchoot. Beide deeze Lyken wer-
den, den vier en twintigilen, in de Nieuwe
Kerke alhier begraaven. De florm trof de
Beurs van Amilerdam ook zwaarlyk, door
het
vergaan
1683.
pen (?').                               ^^^^^^^
De Nieuwmeegfche Vrede was naaiiw-A^j8^
lyks geflooten., of men was, hier te Lande, d^c-e-
bedugt, dat dezelve van geenen langen duur j^iuiS'
zyn zou, ter oorzaake der eifchen van Frank- fcbe'i
ryk op een gedeelte der Spaanfche Neder- danFrl"
landen. In de Lente des jaars 168 c, hadt v!in.e en
Lodewyk de XIV., om zyne eifchen te doen r^\^
gelden, een Leger gezonden naar de Ne Amfteï'
Herlanden , en Luxemburg geblokkeerd: dam-
doch die blokkeering werdt, een jaar laa-
ter, opgebroken. De Franfchen floegen,
federt, den Koning van Groot-Britanje voor
tot zegsman in de gefchillen met Spanje;
doch de Spaanfchen mistrouwden het En-
gelfche Hof, en lieten den tyd verloopen,
die hun tot het aanneemenvandeezenvoor-
flagverleend was, zonder zig op den zel-
ven te verklaaren. De Franfchen vielen
toen wederom in de Spaanfche Nederlan-
den, in September deezes jaars. En deeze
inval gaf gelegenheid tot een gefchil tus-
fchen den Prinfe van Oranje en de Stad
Amilerdam, waarvan wy den afloop hier,
met de vereifchte naauwkeurigheid , ont-
vouwen moeten.
niers-
huis.
Eenige
Engel-
fche
vlugte-
lingen
begee-
ven zig
her-
waards.
Zo dra kreeg men, hier te Lande, geenel>e
lliS!
kennis van den inval der Franfchen, of men ^gaaf
befloot, de Spaanfche Regeering te onder-nem^
(leunen, met agtduizend man, die, 's jaars onde^
te vooren, beloofd waren (£). De Stad Am-fteu°6
flerdam hadt egter, niet dan fchoorvoeten- ™°0p
de, bewilligt in dit befluit. Zyverilondt,
dat men vooraf behoorde te beproeven, of
Frankryk niet te beweegen zou zyn tot een
minnelyk Verdrag;en beweerde, dat de Le-
den den onderftand onder geène andere
voorwaarde beloofd hadden. Doch het
hoog gdleegen gezag des Prinfen van O-
ranje, die zig voor het verleenen van den
onderftand verklaard hadt, bragt te wege,
dat het zonder uitflel werdt afgezonden
(/). Zelfs bleek, eerlang, dat zyne Hoog-
heid veel meer dan agtduizend (tn), en, zo
fommigen aantekenen («), wel veertiendui-
zend man hadt doen optrekken. DeRegeering
van Amilerdam, bedugt dat zulk een flap
den Staat ligtelyk, op nieuws, inwikkelen
zou in eenen laftigen oorlog, fchroomd e niet
zig daartegen rondelyk te verklaaren: 't
welk den grondflag lei van de verwydering
tuffchen zyne Hoogheid en haar, die, van
tvd tot tyd , toenam.
. *
          J                                    't Stondt
(,) COMMELW, hl. 459, ii*1- Vojes. attjji Negociat.
du Comte d'Avaux Tom. II. p. i> 4» J.
(i) Vadert. Hift. XV. Dal, bl. Ui.
(I) Refol. Vroedfch. L'. ï. ij , ióS^m««}./. U«, 14'.
fm) Refol. Vroedfch. ir. P. i9 Dec. I«83. ƒ• 3«.
(n) Negociat. Qomte d'AYAUX Tom. 1. p. 330,3+a'
Tom, 11. />. 10J.
Onder
anderen
de Graaf
van
Shaftsbu-
ry.
Zwaare
zeefcha-
de.
(d)  Refol. Vroedfch. f. P. H J*ny I6»3- /• »4.
(eRAPIN Tom. IX. f. ST-9, $37.
(f' Refol. Vroedfch. L'. P. 10 Dec, 1583. ƒ. *97«
(jr) RAPIN Tom. IX. />. 5 32..
(fcj Negociat. Uu Comte u'AVAUX Tom. I. />. »77»
-ocr page 739-
GESCHIEDENISSEN.
XX. Boek.
67I
„ niet minder zou behoeven te doen. Dat
„ de ingezetenen van Holland, geduurende
„ den jongften oorlog, met vyf millioenen
,, 's jaars, belaft geworden waren; naauw-
,, lyks de helft van 't inkomen hadden ,
,, welk zy, voor dien oorlog, hadden ge-
„ had: en dat, aan de agterilallen aan 'c
„ Krygsvolk, en aan de Legerlaften bleek,
„ dat de middelen, thans ingevoerd, nog
,, niet genoegzaam waren, om den Staat
„ van de gemaakte fchulden te ontheffen.
„ Dat de yoorgeflaagen werving van zes-
„ tienduizend man den Staat 3253166, en
„ Holland 1896900 guldens , in 't eerfte
,, jaar, koften zou. Dat de arbeid aan de
„ Veftingwerken dien laft nog zou vergroo-
„ ten. Dat de Legerlaften Holland, in den
» jongften oorlog, meer dan een millioen
guldens gekoft hadden. Dat Frankryk
thans magtig ter zee was, 't welk den
Staat ook zou noodzaaken, om eene aan-
zienlyke Vloot van zeftig fchepen ten
minften uit te ruften, die, inde zeven
maanden, 4575404 guldens zou moeten
koften. Dat Holland , in den jongften
„ oorlog, eenige jaaren agtereen, zo voor
„ deszelfs aandeel in de gemeene , als
„ voor deszelfs byzondere laften, 26 tooooo
j, guldens 's jaars hadt moeten opbrengen;
„ en dat daarentegen deszelfs inkomften,
„ in het voorleeden jaar , niet meer dan
„ 13000000 beloopen hadden, die, naar
„ alle waarfchynlykheid, met de tiende ver-
„ hooging op verfcheiden' middelen, in dit
„ jaar, maar op 14050000 guldens zouden
„ können worden gebragt: waaruit klaar-
„ lyk volgde, dat men, uit van nieuws aan
„ te ftellen middelen, nogi 2100000 guldens
„ zou moeten vinden, boven het verval,
„ dat, door den oorlog, in de tegenwoordi-
„ ge middelen te wagten was, en zou moe-
ten vergoed worden. Dat men geene
nieuwe laften zou können opleggen in
Holland,daar de vafte goederen zoveel
bezwaard waren, als zy draagen konden;
daar de perfoonlyke laften niet konden
worden verhoogd , zonder de vermogende
„ luiden ten Lande uit te dry ven; en daar de
„ middelen op de verteering de kleine Ge-
„ meente reeds boven maate zwaar vielen.
„ Dat het opneemen van penningen zonder
fonds verderfelyk was, en 't Land zyn
credit beneemen zou. Dat verfcheiden'
„ Provinciën haar aandeel in de gemeene
„ laften niet konden opbrengen; en dat,
„ eindelyk, de Staat, zo hy zigindenoor-
„ log liete inwikkelen, toch in 't kort, tot
" eenefchandelyke en nadeelige Vrede zou
genoodzaakt worden." Alle welke re-
denen de Stad bewoogen, om eerder te ar-
Ssss 2                                                  bei-
't Scondt nu gefchaapen, dat 'er, fchier
dagelyks, zaaken van gewigt zouden voor-
vallen in den Haage, waarop de Steden, en
Amfterdam in't byzondereen fpoediger be
■fluit moeften neemen, dan mogelyk ware,
indien, op al wat 'er gewigtigs voorkwam
op de Dagvaart,de Vroedfchap vergaderd
werdtjOm Commiflariflen tot het overwee-
gen daarvan te benoemen. Men befloot
hier, derhalve, de Heeren Joannes Huilde,
Mr. Joan Corver , Mr. Jacob Boreel, Joan
de Fries, Jean Appelman
enMr. Gerrit Hooft
te verzoeken en te magtigen, tot het on-
derzoeken der befcheiden , die uit den Haa-
ge komen zouden, om daarop der Vroed-
fchap van hunne bedenkingen en raad te
dienen (o).
Weinige dagen na 't neemen van dit Be-
fluit, deedt de Raad van Staate, op 't be-
geeren van zyne Hoogheid, de vermaarde
Petitie tot de aanwerving van vyfenveertig
honderd Ruiters, vyftien honderd Dragon-
ders en tienduizend Voetknegten, in alles
zeftienduizend man,die zo veel gerogtsge-
maakt heeft. De Vroedfchap van Amfter-
dam befloot niet over deeze Petitie te raad-
pleegen, dan na dat men gezien zou heb-
ben, van welk een uitflag zouden zyn de
poogingen, welken men hoopte te zullen
doen aanwenden, om de Vrede, door on-
derhandeling , te herftellen. Zy merkte
aan ,, dat de oorlog voornaamlyk in de
„ Spaanfche Nederlanden ftondt gevoerd,
a, en zelfs op den bodem van den Staat
„ overgebragt te worden, zo dra de Staat
„ zig in den zelven liete inwikkelen. Dat
„de Koophandel, in zulk een geval, te
}i water en te lande» zougeftremdworden,
„ 't welk Holland buiten ftaat ftellen zou,
„ om den laft des oorlogs te draagen. Dat
,, de andere Provinciën hun aandeel ook
„ niet zouden können opbrengen. Datnieu-
„ we belaftingen de inkomften uit de loo-
„ pende middelen zouden doen afneemen.
„ Dat de tegenwoordige belaftingen zelven
„ reeds te zwaar waren, en den Staat te
„ gronde brengen zouden. Dat de Verdra-
„ gen den Staat niet verbonden, om Span-
J5 je, voor als nog, te onderfteunen. Dat
„ Spanje de befcherming zyner Nederlan-
„ den zou laaten aankomen op zyne Bond-
,„ genooten, welker magt niet opgewoogen
„ was tegen die van Frankryk , welk, in
„ den jongften kryg , eenen ftaat van oor-
3, log van omtrent zeventig millioenen hadt
„ können opmaaken, en nu, daar het met
„ verfcheiden'Verbonden gefterkt was,en
„ verfcheiden'Landen aangewonnen hadt,
(t) Refol. Vroedfch. V. P. 'S Sept. 16J3. ƒ. I+3.
16*8^
'•y ftelt
eene
~°mmis-
«e aan
tot on-
derzoek
♦»n'tge.
Ie er
Sewig.
% ter
^aP.vaart
Voor.
^am.
Smaakt
g^*arij»-
Nd om
,7 bewil.
Vn in
«ene
>rge.
Uagen
, a1 zes-
'«ndui.
*end
-ocr page 740-
n. Deel.
AMSTERDAMS
672
den. Men las 'er in „ dat de Leden der ióS-3-
„ Vergaderinge, eenpaariglyk, de Vrede
„ fielden boven den Oorlog, zo dezelve op
„ grondflagen van regtvaardigheidkonver-
„ kreegen worden." Van de Nieuwmeeg-
fche Vrede, meeft door Holland bewerkt,
werdt, in den brief, doorgaands met af-
keuring , en zelfs met veragting gefpro-
ken. Het gedrag des Konings van Frank-
ryk, na de Nieuwmeegfche Vrede, werdt,
in den zelven, met haatelyke verwen, af-
gefchilderd, en zelfs duidelyk te verftaan
gegeven, dat die Vorft toeleide , om zig
meefter te maaken van deezen Staat. De
Leden fcheenen, volgens deezen brief, te
denken, dat Amfterdam alleen zwaarigheid
maakte in de werving, om hen te verplig-
ten tot het bewilligen in zulk een verdrag,
als deeze Stad geraaden vondt. Met één
woord, men vondt hier zo veele wanvoeg-
lykheden in den gemelden Brief, dat men
befloot, ter Vergaderinge aan te houden,
dat dezelve geligt werdt uit de openbaare
         (
Regifters. Ook verzuimde men niet, her. Zyk'3
onbenoegen der Stad te kennen te geeven, °v^$f
over de fchampere en vinnige bejegeningen, ^ beje-
die de Afgevaardigden der Stad, ter Ver- geni«'.
gaderinge der Staaten, hadden ondergaan, ge">^
en welken men hieldt te ftryden met de \o0Lq.
vryheid van ftemmen, den Leden toebe- ^t?
hoorende; met bygevoegde verklaaring aan daan-
den Raadpenfionaris, dat de Raad zulks,
indien 't wederom gebeuren mögt, niet on-
aangeroerd zou können laaten voorbygaan,
maar daarop antwoorden , zo als dezelve
verftondt, aan de eer en de agting van dee-
ze Stad te betaamen (*)•
Doch 't was 'er zo ver van af, dat de Le- DeFr^
den zouden beflaoten hebben, den brief, aan van.
de Stad gerigt, in te trekken, dat de Ver-Sfztë'
gadering, oordeelende, dat Amfterdam al- op ^'(
leen de werving tegenftemde, fchoon Delft, zoek ^
flegts onder voorwaarde , bewilligd hadt, Verg'
befloot, eene aanzienlyke bezending her- nngfjo!'
waards te doen, aan 't hoofd van welke, ^Jja,»f
de Prins van Oranje, als Stadhouder van'tho0
Holland, verzogt werdt zig te ftellen. Voorts, een«^
beftondt zy uit de Heeren van JVaJJenaer, °?z%
van Villers
en van Rboon uit de orde vandeher
Ridderfchap, en twee Heeren uit ieder der wa»1''5'
volgende negen Steden, Dordrecht, Haar-
lem, Delft, Leiden, Gouda, Rotterdam,
Alkmaar, Hoorn en Enkhuizen, benevens
den Raadpenfionaris. De bezending kwam,
den vyftienden November, te Amfterdam,
en nam haaren intrek in 't Oude-zyds-Hee-
ren Logement, van waar zy, den volgenden
morgen, door de regeerende Burgemeefte-
ren',
(f) Reföl.Vioedfch. V, P. 1» N«*. uu. f. 171
1683- beiden aan de herftelling der Vrede tuffchen
de oorloogende Mogendheden, dan, door 't
aanwerven van meerder Krygsvolk , den
Staat in te wikkelen in eenen verderfelyken
oorlog (p).
Misnoe- De meefte Leden van Holland verftonden
gen van nogtans, dat de werving behoorde voort te
$H„ gaan. Delft alleen meende, dat men 'er
held2' niet toe befluiten moeit dan met eenpaarig-
hier- heid. Maar Amfterdam ftemde beftendig-
over. lyk tegen de werving (q). Kort hierna ,op
den vyfden November, deedt de Graaf d'A-
vaux, AmbafTadeur des KoningsvanFrank-
ryk by de Staaten, hun eenen voor (lag, in-
houdende, dat de Koning, zyn Meefter ,
zig, in de plaats van Luxemburg, welk hy
gevorderd hadt, met eenige andere Plaat-
fen, 't zy in de Spaanfche Nederlanden, of
in Katatonie of Navarre,te vrede zou hou-
den (r). En deeze voorflag fterkte de Stad
Amfterdam in de gedagten, om de Vrede
te bevorderen door Verdrag, en de werving
af te Hemmen. Doch zyne Hoogheid, die
de Vergadering van Holland, ten deezen ty-
de, met zyne tegenwoordigheid vereerde,
nam het gedrag der Afgevaardigden van
Amfterdam zo kwalyk, dat hy verklaarde,
„ dat de Graaf d'Avaux, zo hy hier tegen-
„ woordig geweeft ware, geene andere taal
„ zou hebben können voeren; dat Burge-
„ meefter van Beuningen, die meeft in de
„ Vergadering gefproken hadt, zyn hoofd
„ kwyt zyn zou, zo men alles ten fcherp-
„ ften onderzoeken wilde; dat hy, Prins van
„ Oranje, zo veel belang by 's Lands wel-
„ vaart hadt als de Stad Amfterdam; dat
5'
hy zig van deeze Stad niet zou laaten
ringelooren, en nog veel minder zig vlyen
„ haar de * grilligheden van van Beunin-
„ gen," die by den Prinfe en deszelfs vrien-
den werdt aangezien, als de voornaame oor-
zaak waarom Amfterdam zo zeer tegen de
werving was (x). De Edelen en de meefte
andere Leden gebruikten zo veele redenen
als zy bedenken konden, om de Stad te doen
veranderen van gedagten. Doch zy bleef
byhaar gevoelen. De Vergadering vaar-
digdetoen eenen Brief af aan de Stad, die
den tienden November in de Vroedfchap
gelezen werdt. Men merkte deezen brief
hier aan, als het werk van den Raadpenfio-
naris Fagel in 't byzonder: vooral, om dat
daarin verfcheiden' punten gevonden wer-
den, die in den mond van hunne Edele
Groot-Mogendheden, om verfcheiden' ge-
wigtige redenen, niet konden worden gelee-
fd Refol. Vioedfch. Ir. P. s Off. i6tz. f. i+j.
(q) Refol. Vioedfch. ir. P. } Nov. 1683. ĥ i*+-
(i-) Negociat. du Comte d'Avaux Tom, l.P. 3746"/»»'x>.
(s) Vaderl. Hift. XV. Deelr il. J+J.
* Capri-
De Stad
blyft de
werving
afflem-
men.
De Ver-
gadering
van Hol-
land
fchryfc
haar.
-ocr page 741-
**v
We-.-
GESCHIEDENISSEN.
XX. Boek.
$73
waarop dit verflag fteunde,met byvoeging, 1683.
dat Burgemeefterea en Raaden van hun ein-
delyk befluit, op 't gehandelde met de be-
zendinge , ter naafter Dagvaart, openino-
zouden doen (x). Doch dit byvoegfel werdt
niet wel genomen door den Prinfe, die 'er
zeer op gezet was, dat Burgemeefteren en
Raaden zig , zonder uitftel, verklaarden.
Men befloot dan, der bezendinge kennis te
geeven, dat de Stad bleef by haar gevoe-
len (y). Zyne Hoogheid was 'er zeer over
geftoord.- De bezending begeerde, tegen
den eenentwintigften November, andermaal
gehoor, in de volle Vroedfchap DeRaad-
penfionaris leverde toen eene aanfpraak, by
wege van Proteft, over, tegen het befluit
der Stad; waarna zyne Hoogheid, het woord
opneemende,zeide „ dat de Raadpenfiona- Aan-
„ ris geuit hadt de middelen, die, by hem fpraak
„ en de Gemagtigden der Staaten, waren van zyne
„ beraamd,om deezeStadte beweegen tot ï!00/'
„ bewilliging in de werving. Dat de vraag
„ tegenwoordig alleen was, of de Stad zig
j, by de overige Leden geliefde te voegen,
niet of Spanje Frankryks voorflag behoor-
168", ren,NicolaesOpmeer enGerardBorsvanWa-
* re«, verzeld van den Penfionaris, met koet-
fen werdt afgehaald, en geleid naar't Stad-
huis , daar Burgemeefteren en Raaden ver-
gaderd waren. Op de eerfte tyding, dat
de koetfen den dam naderden, traden de
twee andere Burgemeefteren , de Heeren
Joan Munter en Coenraad van Beuningen, van
twee Secretarilfen verzeld, van 't Stadhuis,*
en ontvingen den Prins en de andere Heeren,
by 't uittreeden der koetfen. Zyne Hoog-
heid werdt, door de Secretariffen, naarde
Vroedfchaps Kamer geleid, terwyl Burge-
^ meefteren de overige koetfen bleeven af-
^e be- wagten. De Prins werdt, in 't Werten van
ve?krvS 'c vertre^» alleen aan eene tafel geplaatft.
?ehoor C Over hem zaten de vier Burgemeefteren,
b de ' insgelvks aan eene tafel, agter welke, de
vfoed- Penfion aris en de twee Secretarilfen ook
" ap" aan eene tafel geplaatft waren. Ter reg-
terhand van zyne Hoogheid, in 't Zuiden,
zaten de Raaden; en ter linkerhand, in 't
Noorden, de twee en twintig Heeren der
bezendinge, in twee ryen : de drie Edelen
naaft aan den Prinfe; daarna de Raadpen-
M
fionaris , en vervolgens de Gemagtigden
der Steden, in hunnen rang. De Raadpen-
fionaris, den Geloofsbrief der Staaten van
Holland hebbende overgeleverd, deedt eene
lange redevoering, om Burgemeefteren en
Raaden te beweegen tot bewilliging in de
werving (k). Men beloofde, by monde van
den Penfionaris Jacob Hop, op denvoorflag
te zullen letten, en zulk een befluit te zullen
neemen, als met den eed en pligt van goe-
de en getrouwe Regenten overeenkwame.
Zyne Hoogheid en de andere Heeren wer-
den toen, op gelyke wyze, afgeleid, en de
voorflag, die fchriftelyk overgeleverd was,
gefteld in handen der Commiflarifien van
den Raad , in September benoemd (o) ,
by welken nu de Heeren Cornelis Geelvinck,
Heere van Kaftrikom, en Nicolaas Witfen
^
         gevoegd werden (<w).
tAStad Zyne Hoogheid en de andere Heeren
Kil ly werden, dien dag en den volgenden, op
V°elen? Stads koften» deftig onthaald. Ondertus-
fchen, hadden Commiflariilen den voorflag
onderzogt, en deeden 'er, den agttienden,
verflag van, welk op het afftemmen van
de wervinge, en het bewerken der aannee-
minge van de voorwaarden , door Frankryk
aangebooden, uitkwam. Men vondt geraa-
den, eer men hierop nog befloote , zyne
Hoogheid en den anderen Heeren , door
Burgemeefteren en Commifiariflen van den
Raad, kennis te geeven van de redeneq.,
(«) Manlm.- Reg. N. 4. f. 499 & /cjf.
(v) Zie hier voor, bl. «71.
(w) Refol. Vrosdlch. L»t* *s Nov- 1««3. ƒ• *«*»
„ de aan te neemen. Dat men alleenlyk
„ zwaarigheid fcheen te maaken om zig te
„ fchikken, of, om dat men, van 't begin
„ der raadpleegingen, met de andere Le-
„ den verfchildhebbende, nu voor kleinig-
„ heid hieldt van zyn gevoelen af te ftaan;
„ of, om dat men Frankryks voorflag den
,, anderen Leden overdringen wilde , en
,, hierom weigerde zig in ftaat van tegen-
„ weer te ftellen. Dat het, in eenen Staat
„ als deeze, uit zo veele Leden bertaande,
„ een onverdraaglyke grondregel was, dat
„ één Lid alle de overigen zou willen re-
„ geeren. Dat hy van 't voorgevallene ver-
„ flag doen zou aan hunne Edele Groot-
„ Mogendheden, op dat deezen daarna mog-
„ ten befluiten, wat 'er verder diende ver-
„ rigtte worden. Dat hy, als Stadhouder
„ der Provincie, zig onfchuldig hieldt aan
„ alle de onheilen , die den Staat, door
„ deeze weigering,zouden mogen overko-
„ men. Dat hem niet onbewuft was, hoe
„ hy, in dezelfde hoedanigheid, gehouden
„ ware, de gefchillen onder de Leden te
„ bemiddelen; doch dat hy zig even zeer
„ gehouden rekende, elk Lid te houden by
„ zyn regt, volgens welk, niemant hunner
» zig het gevoelen van een zyner Medele-
„ den behoefde te laaten overdringen. Al
„ 't welke hy goedgevonden hadt, tot zyne
„ ontlaftinge, voort te brengen."
Toen de Prins gefproken hadt, werdt, Ant-
op woor*
/,..) Refol. Vroedfcb. I'. P. i» Niv. 1683, f. lo? enz.
Ssss 3
-ocr page 742-
II. Deel.
AMSTERDAMS
Ó74
,, ryks voorflag, inderdaad, een punt van 1683-
.„ overweeging geworden was , zo men
.„ den oorlog vermyden wilde. Dat men
„ zelfs, na dat men lang en onzeker geoor-
„ loogd hadt, geene kans hebben zou, om
,, zig betere voorwaarden te belooven. Dat
„ de werving den oorlog onvermydelyk
„ maaken zou, terwyl de lall daarvan on-
„ draaglyk zyn zou voor den Staat. Dat
,, men altoos gezind geweeft was, de toe-
„ geevendheid der andere Leden, met ge-
„ lyke toegeevendheid, te beantwoorden,
„ fchoon de bejegening, die de Afgevaar-
op de aanfpraak van den Raadpenfionaris
en op 't gene 'er zyne Hoogheid hadt by-
gevoegd, uit laft van Burgemeefteren, door
tien Penfionaris Hop, in't algemeen, ge-
antwoord „ dat het hun fmertte, dat de
„ Betluiten van deezen Raad den Prinfe en
,, den anderen Heeren Gemagtigden geen
„ genoegen gegeven hadden. Dat men zig
1683.
van den
Penfio-
naris
Hop, uit
den naam
van Bur-
gemees-
teren en
ILaaden.
5 5
niet verklaard hadt, dan op de uitdruk»
kelyke begeerte van zyne Hoogheid. Dat
de Raadpenfionaris ook hadt verzogt, dat
men niet wederom in 't breede, by mon-
de of gefchrifte, zou antwoorden , alzo
de Staat met fchryven en wryven niet te
behouden was; maar dat men, voor 't
ft
digden der Stad , federt eenigen tyd,
ontmoet hadden, gantfeh niet overeen
'J
kwame met zulk eone toegeevendheid,
J)j
vertrek van den Prinfe en van de andere
„ hebbende fommigen zelfs, in een byzon-
„ der gefprek, gewaagd van't gene der Stad,
„ in de jaaren 1577 en 1578, overgekomen
„ was; 't welk, in de tegenwoordige om-
„ Handigheden, niet hadt können gefchie-
,, den dan door zulken , die Amfterdam
„ geen goed hert toedroegen. Dat de Stad
„ dikwils van haar byzonder gevoelen was
„ afgeftapt, ten gevalle der andere Leden,
„ en dat men 't haar hierom te minder
„ kwalyk neemen kon, dat zy, in een ftuk
j, van zo veel gewigt als het tegenwoordi-
„ ge, eens op haar ftuk ftaan bleef. Dat
„ zy getoond hadt, hoe zeer haar 's Lands
„ behoudenis ter herte ging, in den jong-
„ ften oorlog, toen zy zo diep in de beurze
„ getaft hadt, dat de Staat haarer byzonde-
„ re geldmiddelen daardoor vyfentwintig-
„ honderd duizend guldens agteruit gezet
„ was; doch dat het nu niet op 's Lands be-
Gemagtigden, een vaft befluitname. Dat
de Raad, wyders, de Afgevaardigden
ter naader Dagvaart zou laften, om te
zien, op welk eene wyze, de zaaken zou-
den können worden gefchikt. Dat Bur-
gemeefteren en Raad , eindelyk , voor
God ende weereld,verklaarden,dat zy,
in alle hunne raadflagen , niets anders
bedoelden, dan den welftand des Vader-
lands , en om, ten dienfte van zyne Hoog-
35
heid , en tot bevordering van eenpaarig-
„ heid onder de Leden, alles toe te bren-
„ gen, wat men van eerlyke Regenten, die
„ pligt en eed ter hertenamen, zou können
„ verwagten: waarvan zy verzqgten, dat
„ aan de Leden der Staaten kennis gegeven
„ mögt worden (z)."
Sommigen tekenen aan, dat de Prins van
Oranje dit antwoord nasuwlyks gehoord
hadt, of hy tradt ten Stadhuize af, in 't
heengaan zeggende „ dat hy klaarlyk zag,
„ met wien men verftand hielde," het oog
hebbende op den Graave d'Avaux, Ambas-
fadeur van Frankryk; „ doch dat men't zig
„ deerlyk beklaagen zou (0)." Maar hier-
van vind ik niets gemeld in de Regiflers der
Vroedfchap.
Men voegt 'er by, dat zyne
Hoogheid, terftond hierna , verzeld van
den Heere van Rhoon en den Raadpenfio-
naris Fagel, ter Stad uit vertrok, zonder,
gelyk gebruikelyk was, van iemant der Re-
genten affcheid genomen te hebben. De
andere Gemagtigden volgden hem : en de
gantfche bezending, zes dagen te Amfter-
dam vertoefd hebbende, keerde onverrigter
zaake in den Haage te rug.
Twee dagen hierna, magtigde de Raad
de Afgevaardigen der Stad ter Vergaderin-
gevan Holland, om de jongfte aanfpraak
van den Raadpenfionaris, en 't gene'er door
den Prinfe bygevoegd was, omftandiglyk,
te wederleggen. Men wees aan 5i datFrank-
(z.) Reib!. Vroedfch. L'. V. 21 Niv. 1683. ƒ. 234.
(«j Negociat. rf» Comte D'AVAUX r»z». Il, ƒ>. 14.
De be-
zending
keert,
onver-
rigter
zaak e,
naar den
Haage.
5)
fcherming aankwam, konnende men vre-
de krygen, als men in Frankryks eifch
bewilligde ; daar de werving alleenlyk
dienen zou, om Spanje ongenegener te
maaken tot het befchermen zyner Ne-
, derlanden (*)."
                                          $
Zyne Hoogheid en de Gemagtigden derDe[r/'
Staaten, die te Amfterdam geweeft waren, eiin3'
federt gevraagd zynde, wat"zy,in den.te-jjen> ^
genwoordigen toeftand der zaaken, raadenmCy-
zouden, verklaarden rondelyk, dat men totme.e,V
de werving behoorde te befluiten by meer- llgln^1"
derheid van Hemmen. En deeze raad werdt tot ^
overgenomen, om 'er in deVroedfchappenwervj|6,
der Steden op te raadpleegen. DeStadAm-bc($er
fterdam voncit, gelyk men ligtelyk denken ^K3"
kan, geen genoegen in deezen raad,enbe--er $
weerde, dat, in zaakeh van belaftinge, ge-tege"'
lyk de werving was, naar de orde der Re-
geeringe, geene overftemming vallen kon
(c). Dordrecht en Delft maakten, federt,
een
(b) Refb'. Vroedfch. L'. P. 25 No-w. 1683. ƒ. 138.
(c) Refol. Vroedfch. L'. P. 2 Dec. 1683. ƒ. 161.
Hande-
lingvan
de Afge-
vaardig-
den der
Stad op
de Dag-
vaart.
-ocr page 743-
XX. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
<5?5
«83
een Ontwerp, dat tuflchen beide ging, en
ftrekken zou om Amfterdam te vereenigen
met de overige Leden; doch de Stad vondt
ook geen gevallen in dit Ontwerp, en vol-
hardde by haare mening (d). Zelfs, be-
floot zy, tegen 't einde des jaars, ter Ver-
gaderinge van Holland, te klaagen, dat 'er
meer Krygsvolk naar de Spaanfche Neder-
landen gezonden was, dan men, volgens de
Verdragen, verpligt was t» leveren; en te
gelyk te wege te brengen, dat het alleen tot
bezetting van fterke Plaatfen mögt worden
gebruikt (e).
De Graaf d'Avaux , Ambafladeur des
Konings van Frankryk, verftaan hebbende,
hoe zeer Amfterdam de werving tegenftem-
. de, en hoe fterk deeze Stad yverde tot be-
vordering der Vrede, door het aanneemen
van eenen der voorflagen van 't Franfche
Hof; zogt, midlerwyl, op den twee en twin-
tigften December, met de Afgevaardigden
van Amfterdam in een vertrouwelyk gefprek
>te komen, en hen in hunne gedagten te ver-
fterken, of nader tot de zynen te bewee-
gen. D'Avaux geeft, in zyne Handelingen,
die,voor eenige jaaren,in 't licht gegeven
zyn, te kennen, dat hy, van 't beginzyner
Ambaflade af, na 't fluiten der Nieuwmeeg-
fche Vrede , veel verkeering gehad hadt
met de Amfterdamfche Regenten, of met
eenigen derzelven, die hem, reeds in't jaar
1679, geraaden hadden, den'Prins van O-
ranje,opwien de Koning van Frankryk toen
zeer misnoegd was, niet geheellyk tefchu-
wen (ƒ). Ook zou de Stad,op zynen raad,
in September des gemelden jaars, een Ver-
bond met Frankryk hebben voorgeflaagen,
zo de Prins haar niet hadt doen veranderen
van gedagten (g). Naderhand, zou d'A-
vaux, volgens zyn verhaal, herwaards ge-
fchreeven hebben, om de Stad af te maa-
nen van een Verdrag, tot handhaavingder
Nieuwmeegfche Vrede (h), waarover toen
gehandeld werdt. Hy verhaak , wyders,
dathyzig, in 't jaar 1680, bediend hadt
van een' Arminiaanfch' Predikant te Am-
fterdam , een man, fchryft hy, van verfland
en van veel vermogen by de Amßerdamfche
Heeren
, en die geen ander dan de Remon-
ftrantfche Leeraar, en bekende Hiftorie-
fchryver , Geeraerdt Brandt , kan geweeft
zyn; om eene naauwe gemeenfchap uit te
werken, tuflchen Burgemeefter Valckenier
of de Stad in 't gemeen en de Provinciën
Friesland en Stad en Lande (£). Hy zegt
(d)  Refol. Vroedfch. L'. P- IO &*(£> i«sj. f. 29S.
(e)   Refol. Vroedfch. Lx. V. 29 Dec. 1683./. 302.
(f)   D'AVAUX Tom. I. f. 7, 8-
(g)  Le raeme Tom. I. p. 21» 22> SS.
(Ii)
Le meme Tom. 1. />. 34j 43-
(i) d'Avaux Tem. 1. p. ioi, io», 109, 13$.
ook, dat hem, door eenen der Raaden van j^g,-,
Amfterdam, in November des jaars 1682,
berigt was, dac de Raad beflooten hadt, de
werving der zeftienduizend man af te ftem-
men (£). Doch hier begaat hy een' blyk-
baaren misflag, alzo 'er, niet voor den vyf.
den October des jaars 1683, in de Vroed-
fchap deezer Stad, geraadpleegd is, over
de werving, die eerft,opden negenentwin-
tigften September te vooren, voorgeflaagen
was. Voorts, verhaalt d'Avaux, dat hy,
in Juny des jaars 1683 , te Amfterdam ge-
weeft , en door eenen der Raaden, met wien
hy briefwifleling onderhieldt, van eenige
geheimen onderregt geworden was (/). In
February te vooren, hadt hem, fchryft hy,
een Burgemeefter van Amfterdam verhaald,
hoe de Heer van Amerongen, Gezant der
Staaten aan 't Hof van Berlyn, hem verze-
kerd hadt, dat de Keurvoril van Branden-
burg eene lyn trekken zou met de Staaten,
zo men zynen tweeden Zoon uit het eerfte
Huwelyk, Prinfe Lodeivyk, de opvolging in
het Stadhouderfchap deezer Provinciën,na
't overlyden des Prinfen van Oranje, beloo-
ven kon (m). In 't begin van O&ober, had-
den, volgens zyn verhaal, de Heeren van
Amfterdam hem nog iemant toegezonden,
om hem te vraagen, of zy zig konden ver-
zekerd houden, dat de Koning den oorlog
niet voortzetten zou, zo zy de werving af-
ftemden (tï) ? In November, zou hem nog
een Schepen van Amfterdam,uit den naam
van twee Burgemeefteren, vier uuren vari
den Haage, in den nagt, gefproken hebben,
hem bekend maakende , dat de gantfche
Raad, op Burgemeefter van Beuningen na,
den voorflag des Konings van Frankryk tot
herftelling der Vrede met Spanje redelyk
gevonden hadt (0). En op 't einde der ge-
melde maand, hadden, fchryft hy, Burge-
meefter van Beuningen en een ander Am-
fterdamfch Regent nog iemant aan hem af-
gezonden, om met hem te fpreeken over 't
werk der Vrede: met welken perfoon, hy,
volgens zyn verhaal, naderhand , nog meer
dan eens gefproken hadt (p), eer hy, op den
twee en twintigften December, gelegenheid
zogt, om met de Afgevaardigden der Stad
in een vertrouwelyk gefprek te komen. Doch Twyfe.-
hoe veel ftaats 'er te maakenzy ,op het ge- üngover
ne de Graaf d'Avaux van zyne gefprekken ^ ver*
met de Amfterdamfche Heeren, of met ee-wegens
nigen derzelven, verhaald heeft, beken ikdezel-
niet te weeten. Vaft gaat, dat de Regee-ven.
ring
Vn
fi
Nam.
heRe
^te
aux
>aira
(i). D'AVAUX Tom. 1. p.
(/) Le meme Tom. I. ƒ>.
(m) Le meme Tom. I. f.
(n)
Le meme Tom. I. p.
(/)
Le meme Tom. I. p.
)pj
Le meme Tom. II. p.
2J3.
303» 30+.
278.
34J-
389.
ao
'» "j 30, 3«, 40, 4$.
-ocr page 744-
AMSTERDAMS            IL Deel.
676
beweegen tot eene mondelinge verklaaring ió§3'
van hunne beftendige genegenheid tot be-
vordering der Vrede, en om met hem in
onderhandeling te treeden, over het gene,
tot geruftftelling beide van Frankryk en van
deezen Staat, ftrekken kon. Doch de Am-
fterdamfche Heeren weigerden rondelyk
zig zo verre te verbinden (ƒ). D'Avaux
heeft nogtans können goedvinden te fchry-
ven „ dat men beloofd hadt, dat de Stad
„ de werving tegenftaan zou uit al haar
„ vermogen, en haar beft doen , om de
„ Staatfche hulptroepen uit de Spaanfche
„ Nederlanden te rug te doen ontbieden,
„ mids de Koning van Frankryk zyne wa-
„ penen naar Katalonie, of naar Italië over-
„ bragte (»"
                                               z.
De handeling der Heeren Hooft en Hop ^s"ao
met den Graave d'Avaux gefchiedde opge^e
uitdrukkelyken laft der Vroedfchap vandor
Amfterdam, en daarom geenszins zo be- heid e^
dekt, of zyne Hoogheid en eenige Leden vaf'^u
der Vergaderinge van Holland moeften 'er 8en H"1'
kennis van krygen. D'Avaux hadt,ter al-[and,
gemeene Staatsvergaderinge , fchriftelyk o^\]
verklaard, dat de Koning, zyn Meefter, ba%i>
den tyd van beraad, die aan Spanje ver- vf^'
leend was , tot den laatften January ver- jafl) $el
lengde: 't welk men hieldt te ftrekken om de" e
de werving te beletten, en een gevolg te Gra33l)<i.
zyn van de gefprekken met die van Amfter- d'Atf
dam. De argwaan op deeze Stad nam dan,
hand over hand, toe', by allen, die den
Prinfe meeft naar de oogen zagen. Zyne
Hoogheid, zeer verftoord op de Stad, begaf
zig, den eenendertigden December, naar
de Vergaderinge van Holland, den Leden
voorhoudende „ hoe die van Amfterdam
„ verhaald hadden, dat de Engelfche Ge-
,, zant aan den Heere Nicolaas fVitfen,Oad-
„ Burgemeefter en Raad, zou verklaard
,, hebben , dat men ontwyfelbaar oorlog
j, te wagten hadt, zo de werving voort-
„ ginge. Doch dat de Engelfche Gezant,
„ hiernaar gevraagd zynde,ontkend hadt,
„ in dier voege te hebben gefproken. Dat
„ men , zo Amfterdam in zulker voege
„ voortginge, zekerlyk oorlog hebben, en
„ onder den oorlog bezwyken zou. Dat
j, men hem, te Amfterdam, befchuldigde,
„ dat hy oorlog zogt, zonder dat men zul-
„ ke lafteringen ftrafte, en terwylze, mis-
„ fchien,door de Regenten zelven gevoed
„ werden;daar menze, zekerlyk, omtrent
„ eenen Burgemeefter, niet ongeftraft ge-
„ doogenzou. Hy zou zig, voer hy voort,
„ niet beroemen, over 't gene hy gedaan
„ hadt,
(s) Verhaal van deConvcif. enz., indeConüdei. Vïb Staatse.
Nxot. XIV. bl. 67.
{t) D'AVAUX T»m. II. f. %%, s».
1683. ring van Amfterdam, naderhand, verklaard
heeft „ dat de Graaf d'Avaux, op den ge-
„ melden twee en twintigften December,
„ gelegenheid gezogt hadt, om met haare
„ Afgevaardigden vertrouwelyk te fpree-
„ ken, en dat Burgemeefteren en Raad of
„ de Afgevaardigden ter Dagvaart, voor
„ dien tyd, in jaar en dag, geene de minfte
„ gemeenfchap met hem gehad hadden."
En hieruit fchynt ten minfte te volgen, dat
de Amfterdamfche Regenten hem, binnen
dien tyd, niet van wege de Stad, maar flegts
als byzondere Perfoonen, gefproken had-
den; fchoon het tegendeel, in eenigen der
aangehaalde Plaatfen uit zyne Handelingen,
niet donkerlyk te kennen gegeven wordt.
De Hee- Wat 'er van zy, de Afgevaardigden der
renHooft Stad, befpeurende, dat zy, by den Prinfe
«n Hop en ^y 's Pfjnfen vrienden, reeds verdagt
Xent'op waren van ongeoorlofden handel met den
laft hun- Graave d'Avaux, vonden ongeraaden hem
ner Prin- te fpreeken, zonder uitdrukkelyken laft hun-
cipaalen, ner principaalen. Twee hunner, de Heeren
Ambaffa- Gerrit Hooft ' 0ud'SchePen en Raad, en
deur. Jaeob Hop, Penfionaris der Stad, kreegen
hierop terftond laft om den Ambafiadeur te
hooren (q). Hy gaf hun te kennen „ dat
. „ de Koning, zyn Meefter, den tyd, die
„ Spanje gegeven was, om zig op zynen
.,, voorflag te verklaaren, verlengen wilde
„ tot den eerften February des jaars 1684;
„ en dat hy niet ongeneigd was, om zyne
„ wapenen te trekken uit de Spaanfche
„ Nederlanden, en elders te gebruiken."
De Heeren Hooft en Hop, een' keer naar
Amfterdam gedaan hebbende, om verflag
te doen van 't gehandelde , kwamen den
negen en twintigften in den Haage te rug,
met laft van Burgemeefteren , die in de
volle Vroedfchap bekragtigd was, om uit
d'Avaux te verftaan „ wat grond hy hadt,
„ tot het voorgeeven, dat Frankryk zyne
„ wapenen naar elders zou willen overbren-
„ gen." Ook moeften zy op hem begee-
ren „ dat hy den Staaten, of eenigen voor-
„ naamen Leden kennis gaf van 't gene hy
s, hun, in 't byzonder, verklaard hadt: en
„ zo hy hierin zwaarigheid maakte, moes-
„ ten zy 'er zelven opening van doen aan
„ den Raadpenfionaris, en daar zy 't ver-
„ der geraaden vonden (f)."
Zyn
           De Heeren Hooft en Hop voltrokken
voorflag hunnen laft by d'Avaux,' zonder eenig uit-
aan hun. ßej. jQCj1 von£jen hem ongeneigd, om zig
zo duidelyk en openlyk aan de Staaten te
verklaaren, als hy zig aan Amfterdam ver-
klaard hadt. Hy zogt hen, daarentegen, te
(q) Voicz. Negociar. du Comte d'AVAUX Ttm.U. p. 7e„
(t)
Refol. Vtoedfch. Lr. P. 19 Dec. «83. ƒ, 3»*. Mn-
ninj. -ILegift. a. 4. ƒ. 6c+ & ƒ«??•
-ocr page 745-
'W'iHHI
•"'Afc
*/p
G E S C H IE D E NI SS E N.
XX. Boek.
677
1683. n hadt, om oorlog te voorkomen; maar hy
„ hieldt zig verzekerd, dat de handelwy-
„ ze, die van Beuningen, federt eenigen
Doch de Afgevaardigden van Amflerdam I(5g<>.
verklaarden „ dat zy daartoe niet zouden Diev^
„ können verftaan, ten ware zulks, by eene Amfter-
„ duidelyke wet, verbooden werdt, of dat dam be-
„ de Staat in openbaare vyandfchap ware weeren,
„ met de Mogendheden, van welken de j^at hec
„ Gezanten waren afgezonden. Wel wil.ß"" mJc
„ den zy belooven ,dat zy van 't gene hun, ukheem-
„ den Staat in 't gemeen betreffende, door fche Ge-
„ uitheemfche Gezanten, mögt voorgehoUrantente
1                  »                       .                   °              p              lpï GG-
„ aen worden, opening geeven zouden aaneen.
„ de verdereLeden der hooge Regeeringe.
„ Met den AmbafTadeur van Frankryk ,
„ meenden zy zo wel te mogen fpreeken,
„ als met de andere uitheemfche Gezan-
„ ten, onder welken de Zweedfche, nog
,, onlangs, door den Heere Raadpenfiona-
„ ris, aan hun gezonden was, om te ver-
„ flaan, hoe 't flondt met hunne raadplee-
„ ginge op 't fluk der-wervinge ? Ook be-
„ hoorden zulke gefprekken hun zo wel
„ vry te flaan als anderen Leden der hooge
„ Regeeringe, die zy, dagelyks, met uit-*
„ heemfche Staatsdienaars zagen verkee-
„ ren," Doch alzo 'er eenige Refolutien
lagen, die't handelen met uitheemfche Ge-
zanten , door byzondere Leden, fcheenen af
te keuren, verklaarden zy, wat laater, aan
den Raadpenfionaris „ dat deeze Refolu-
„ tien, zo menze al op het geval in gefchil
„ toepaflelyk maaken wilde, de Leden al-
„ leenlyk bragten onder de verbindtenis,
„ om 't gene den Staat in 't gemeen betrof
„ te brengen ter overweeginge der Leden
„ van den Staat. Dit haddenze reeds ver-
„ klaard te willen doen: en onder deeze
„ verklaaring, meenden zy, zonder temis-
„ doen, te können voortgaan in hunne on-
„ derhandelingen met uitheemfche Gezan-
„ ten, en zelfs met den AmbafTadeur van
„ Frankryk, zo lang deeze Kroon niet in
„ openbaare vyandfchap geraakt was met
„ de Staaten (v)."
De Graaf d'Avaux, nog voor't einde des Zy ver-
jaars 1683 , lafl ontvangen hebbende van volgen
den Koning, zynen Meefler, om de Re^u°ne
geering van Amflerdam te verzekeren, dat^^et
zyne Majefleit geene fterke Plaats in deden Am-
Spaanfche Nederlanden zou belegeren, zo baffadeur
de Staaten geene nieuwe werving deeden, d'Avaltx'
noch hun Krygsvolk lieten gebruiken, om
Franfche Plaatfen aan te taflen; begaf zig,
ten dien einde, in 't begin des volgenden ^ 1684.
jaars, naar deeze Stad O). De Afgevaar-
digden derzelve fpraken hem ook, op den
           ;
agtflen January, in den Haage, hem drin-
gende om, 't gene hy hun mondeling voor-
hieldt, in gefchrifte te vervatten, en ter
Ge-
(V) Verhaal van de.Convetf.
(t»! d'Avaux T<m>. II. /« HJ.
Ttttr
55
tyd, gevolgd hadt, oorlog te wege bren-
gen zon. Men zogt Frankryk te behaa-
gen, en hieldt 'er,'t gene onverdraaglyk
35
was, heimelyk verfland mede, 't Kwam
'er tegenwoordig op aan, of men zig, door
Amflerdam, zou laaten brengen tot on-
»5
derwerping aan Frankryk. Doch dit zou
hy tegenftaan, zo lang 't in zyn vermo-
»5
gen ware. Men fprak van Vryheid, en
dwong, ondertufïchen, de Leden, om zig
niet te wapenen. Maar April zou moge-
lyk niet in 't Land zyn, of de kneppel
35
zou op flraat geworpen, en de zaaken ge-
bragt wezen in den flaat, waarin zy, in
't jaar 1672, waren. En dan zou blyken,
wien 't hoofd vafler op de fchouders flaan
»
zou, en welke Regenten eed en pligt be-
tragt hadden; welken niet. De Vroed
fchap van Amflerdam, vervolgde hy,
35
fprak na, 't gene haar, door den Fran-
fchen AmbafTadeur, voorgefproken was;
ja gebruikte redenen, die deFranfchen zei-
ven niet gebruikten. Hem,Prinfe vanOran
je, van wien men zig,in 't jaar 1672,be-
diend hadt, om den Staat te redden ,
werdt nu te lail gelegd, dat hy 's Lands
bederf zogt. Doch hy zou zig Frankryk
55
niet onderwerpen; maar den tegenwoor-
3i digen vorm der Regeeringe, met zyn
„ bloed, handhaaven." Zyne Hoogheid
eerfl gefproken hebbende, verklaarde de
Ridderfchap, met geenen minderen ernfl,
3, dat zy 't zeggen, dat de Prins oorlog zogt,
„ hieldt voor loutere ladering , alzo zy
9, wifl, hoe zeer hy voor de Vrede gey-
„ verd hadt. Dat Amflerdam over alle de
„ Leden zogt te heerfchen, daar men al-
.. toos gezien hadt, dat de Leden eens wer-
55
35
den, wanneer 'er zeflien of agttien- eens
waren. Dat Amflerdam de vryheid en
de welvaart van den Staat in gevaar flel-
de, en dat men zulken, die hiervan oor-
35
3>
zaak waren, by naame bekend maaken
zou, en aan 't licht brengen, wat ver-
ftand zy met Frankryk gehouden hadden,
„ zo door 't afzenden van poflloopers, als
„op andere wyzen." Doch al'deeze he-
vigheid flrekte flegts^om Amflerdam te
beweegen tot bewilliging in de werving.
Maar de Stad bleef by haar gevoelen. Ee-
nige Steden begonden haar toe te vallen.
De Edelen, zulks befpeurende , floegen
voor „ of men den byzonderen Leden der
„ Vergaderinge de verflandhouding met uit;
„ heemfche Gezanten niet behoorde te be-
„ letten ?" Sommigen neigden hiertoe (uj.
(«) Aantek. -vanden Heere HOP van 31 Dec. 168a. Asnt.
y»n een Repenr van Delft van 31 Die, Ui;. MSS.
I. STUK.
^
-ocr page 746-
II. Deel.
A M S T E R D A M S
678
altoos een geheim gebleeven, op welk eene 1684*
wyze. Van wege zyne Hoogheid, werdt
gezeid, dat het Pakket door den Markgraaf
van Grana,
Landvoogd der Spaanfche Ne-
derlanden, onderfchept was. Doch in de
Handelingen van den Graave d Avaux, die in
't jaar 1752 uitgekomen zyn, wordt deeze
zaak in een ander licht gefteld. De Am*
bafladeur verhaalt „ dat de Prins van O-
„ ranje, om de Amfterdamfche Heeren te
„ bederven , hadt doen befpieden , wan-
„ neer hy, Graaf d'Avaux, een' renbode
„ afzondt naar Frankryk; dat hy, vernomen
„ hebbende, dat 'er, op den negenden Ja-
„ nuary, poftpaarden gevraagd waren, den
„ Renbode, die zynen weg over Luik nam j
„ deedt volgen; dat de laft, dien hy gaf^
„ om de poorten van 's Hertogenbofch en
„ andere Staatfche plaatfen te doen openen,
„ hem gelegenheid verfchafte, om denFran-
„ fchen Renbode te agterhaalen te Maas-
„ tricht, daar hy hem , door den Bevel-
„ hebber, eenen geruimen tyd deedt op-
„ houden, eer men hem van poftpaarden
„ voorzage; dat hy, midlerwyl, drie par-
„ tyen, van zeven man ieder, ter poorte
„ uitzondt, met laft om den Reubode, een
„ vierdendeel uurs buiten Maaftricht, in te
„ wagten en op te ligten. Dat de party,
„ die hem aantrof, tot de Staatfche Rege-
„ menten van Berlau en Tilly behoorde.
„ Dat zy hem ontkleedden. en van zyne
„ brieven beroofden, zonder hem te beftee-
„ len, en dat zy zyne laarzen en overrok aan
„ zynen poftlooper gaven, die hem weder-
„ om naar Maaftricht bragt; van waar hy
„ zig naar den Haage begaf, den Ambas-
„ fadeur kennis geevende van 't gene hem
„ overgekomen was; dat hy, AmbalTadeur,
„ in 't eerft, klaagde over zulk eene onder-
„ neeming, zonder egter den Prins van O-
„ ranje te befchuldigen; doch dat hy, gee-
„ nen laft van zyn Hof krygende om zyne
„ klagten te vervolgen, daarvan afliet, om
„ eerft te zien, wat gebruik de Prins van
„ Oranje van de onderfchepte brieven maa-
„ ken zou (2)."
                                           ^
Terwyl zyne Hoogheid, of de Markgraaf f &\r
van Grana, op deszelfs verzoek, de brie S%ai»,
ven, die grootendeels in Cyfer gefchreeven h0\^
waren, deedt ontcyferen, werdt de zaak #0$
van de werving wederom op het tapyt ge- roetJef'
bragt, ter Vergaderinge van Holland De ^ v?'j
Afgevaardigden van Amfterdam deeden 'er* ^0^
den dertienden Jauuary, een wydluftig Ver- w^
toog tegen (a). Doch alzo de meefte Le^ te" ^r.
den neigden tot de werving , vondt zyne if ^,
Hoogheid geraaden, daartoe te doen befliß
1684, Generaliteit in te leveren: waartoe hy ver-
D'Avauxjklaarde geenen laft te hebben. De Graaf
fchryft d'Avaux fchreef, den volgenden dag, aan
den in- den Koning omftandiglyk over wat'er, in
één der- dit gefprek, welk die van Amfterdam, na-
zelven der hand , verklaarden, zeer kort geweeft
wer te zyn (x), ware voorgevallen, onder an-
paar. deren, gewaagende van dingen, die ligtelyk
ryk.n " misduid konden worden, ten nadeele van
de Stad, of van derzelver Afgevaardigden.
Hy deedt die van Amfterdam, onder an-
deren, zeggen „ dat men, in Holland, vrees
„ hadt voor den Prinfe van Oranje; dat zy
„ wenfchten, dat hy zyn yoorftel in ge-
„ fchrift vervatten wilde, niet zo zeer om
„ daarop ter Generaliteit te doenraadplee-
„ gen, als om 's Konings goede gevoelens
„ omtrent deezen Staat rugtbaar te maa-
„ ken onder 't gemeen. Dat zy dagelyks
„ eene Stad overhaalden, om de werving
„ tegen te flemttien, en Friesland en Stad
„ en Lande ook haaft hoopten te winnen."
Hy voegde hierby „ dat Amfterdam, in-
„ derdaad, fterk werkte onder de andere
„ Steden , en in verfcheiden' derzelven
*brigites. » * kuiperyen hadt aangefteld; dat de Raad-
' „ penfionaris Fagel, gefterkt met het ver-
„ mogen des Prinfen van Oranje, zulk een
„ befluit kon doen neemen als hy goed-
a, vondt, zelfs tegen de wetten van den
„ Staat; doch dat hy, op deeze wyze, doen-
„ de befluken tot de werving, geen genot
,, zou können trekken van zulk een befluit,
„ zo lang Amfterdam 'er niet in bewilligd
„ hadt; alzo niemant den Solliciteuren mi-
„ litair geld zou willen verftrekken , tot
„ het doen der wervinge. Dat het, nog-
j, tans, den Prinfe en deezer Stad ligter
„ viel, eikanderen te dwarsboomen, dan
„ elk zynen eigen toeleg te doen gelukken.
3, Dat elk zig, ondertuflchen, met Amfter-
„ dam vereenigde, en dat zyne Hoogheid,
„ iet geweldigs onderneemende, meer te-
„ genftand ontmoeten zou, dan hy verwagt
„ hadt." Doch in den zelfden brief, Hon-
den ook dingen, uit welken de oogmerken
en het gedrag der Stad Amfterdam konden
geregtvaardigd worden: als, onder anderen,
„ dat zy den Koning geene byzondere ver-
„ zekering hadt willen geeven, en verklaard
„ hadt, dat zulks, door de algemeene Staa-
„ ten, behoorde te gefchieden,die zy nog
„ hoopte, daartoe te zullen können bewee-
» gen {y)"
De brief Doch deeze brief en eenige anderen,die
wordt jn 't zelfde pakket met een' renbode naar
fchepV. Frankrykgezondenwaren,kwamen,kort hier-
na, in handen van den Prinfe van Oranje.'t Is
ten
(*) Verhaal van de Convetf.
(j) Zie den Brief in de Confid. van Siaatsz. Hum, 1,11.
hl, ï, 9, en Holl, Merc. v*n 1684. tl, 19, zj.
(z.) D'AVAUX Tem. II. f. 122 & fuiv.
(») Zie Vadeil. Hift. XV. Deel, tl, «70 ens.
-ocr page 747-
XX. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
679
ió84.
ten,met meerderheid van flemmen, onaan-
gezien zulks gehouden werdt teftrydenmet
de grondwetten van den Staat, volgens wel-
ken, in zaaken van oorlog,vrede, verande-
ring van Regeeringe en beladingen, een-
paarigheid vereifcht wordt. De Afgevaar-
digden van Amfterdam lieten , ondertus-
fchen, niet na, te fpreeken met denGraa-
ve d'Avaux, over 't gene de Vrede bevor-
deren kon; doch gaven, in gevolge van hun-
nen lad (b), opening van 't gene hun voor-
kwam aan den Raadpenfionaris, en aan de
Leden der Vergaderinge. Maar zy konden
niet voorkomen, dat, op den een en der-
tigften January, ter Vergaderinge van Hol-
land, met meerderheid van flemmen, tot de
wervinge beflooten werdt. Zy deeden 'er
eene korte, en naderhand eene uitvoerige
en fcherpe aantekening tegen , by welke
laatfte,het genomen befluit verklaard werdt
voor ftrydig met de grondwetten van den
Staat, en gevolgelyk voor nietig en van on-
waarde, met byvoeging, dat de Stad nim-
mer iet tot de kollen der wervinge betaalen
zou (c).
Maar Amflerdam kon zulke flerke be-
fluiten, en die zo zeer aanliepen tegen 't
gevoelen des Prinfen van Oranje, niet nee-
men , zonder dat men aldaar in eene mer-
kelyke bekommering geraakte, voor eeni-
gen geweldigen toeleg van 's Prinfen zyde,
om de Stad te doen veranderen van maat-
regels. Man was nog niet vergeten, hoe
"Willem de IL, Prins van Oranje, zig, in't
jaar 1650, gefield hebbende aan't hoofd
eener bezendingé, onder anderen gefchikt
om Amflerdam tot andere gedagten te bren-
gen; toen deeze bezending vrugteloos uit-
gevallen was, zig van de wapenen van den
Staat hadt gezogt te bedienen, om Amfler-
dam tot onderwerping te brengen. De aan-
zienlyke bezending, die, met zyne Hoog-
heid aan 't hoofd,in 't voorleeden jaar, hier
ter Stede 'was geweeft, hadt ook geene vrugt
voortgebragt. Men hadt, derhalve, reden
om voor eenig geweldig uitwerkfel van 's
Prinfen ongenoegen bedugt te zyn. D'A-
vaux .heeft aangetekend, hoe hem, in 't
laatfl van November des voorleeden jaars ,
kort na dat zyne Hoogheid te Amfterdam'
was geweeft, een brief was medegedeeld,
ten dien tyde, uit den Haage naar Amfler-
dam gefchreeven, en meldende „ dat de
„ Prins gezeid hadt, dat men twee Bürge-
meefiers van amfterdam, die hy noemde,
,, buiten ßaat fiellenmoefl, om zjg te kanten
(b)  Refo). Vroedfch. L'. P. 28 Jm. 84. ƒ. i0%.
(c)  Refol. Vroedfch. Lr.T. 4, 7 Febr. iö«^. ƒ. 3 16, 324.
Refol. Hol]. 31 Jan. 1684- *'• «+. Zie ook Vatterl. Hift.
xv. &«;, u. n%.
tegen zyne oogmerken. Waarop iemant I0-g4#
„ anders hadt geantwoord, dat inenze naar
,, de andere izeereld zenden moefi:en de Prins
„ wederom, dat tnenze, door tien anderen,
moefl doen verzetten." D'Avaux verhaalt,
wyders, dat de Regeering, in dien tyd, hier-
op reeds beflooten hadt, de wagten in de
Stad te verdubbelen (dj. Doch wat ook
van de waarheid van dit verhaal zyn moge;
vafl gaat het, dat,terwyl men, in den Haa-
ge , nog raadpleegde op de wervinge der
zeftienduizend man; hier ter Stede, befloo-
ten werdt, het getal der Stads foldaaten ,
welk, na deNieuwmeegfche Vrede, tot op
vierhonderd man, die in 's Lands foldye
flonden, verminderd was, met zeshonderd
man te vermeerderen (e). En na dat men,
ter Vergaderinge van Holland, met de
meerderheid, tot de werving beflooten hadt,
werdt geraaden gevonden, eene nieuwe or-
de te ftéllen op hetopbyten van'tysronds-
om de Stad : 't welk, by de tegenwoordige
flrenge vorft, tot beveiliging derze!ve,ten
hoogfle noodzaakelyk geoordeeld werdt (f).
Doch de bekommering alhier nam toe,zyne
na dat men berigt gekreegen hadt van 't Hoog-
gene, op den zeflienden February,ter Ver- heiddoet
gaderinge van Holland, voorgevallen was. deHee-
Zyne Hoogheid begaf zig, dien dag, des Hooft
morgens ten elf uuren, naar de Vergadering, en Hop
met den onderfchepten brief van den Graa- uit de
ve d'Avaux, die nu ontcyferd was, by zig. Jerè*-
?am doet
et eene
'aiUeke-
1ing
tegen.
e
van Hol«
land
Zo dra hy gezeten was, gaf hy te kennen,
dat hy der Vergaderinge iet van het hoog-
fle gewigt hadt mede te deelen, te gelyk gaan
begeerende, dat de deuren vooraf geiloo-
ten werden, en den deurwaarderen bevolen,
elk, die tot de Vergadering behoorde, bin-
nen , doch niemant wederom uit te laaten,
zonder lafl van hunne Edele Groot-Mo-
gendheden. De Raadpenfionaris gaf, hier-
op , terftond, zulk bevel aan den deurwaar-
der, zonder vooraf omvraag gedaan te heb-
ben, gelyk eenigen, naderhand, meenden,
dat hadt behooren te gefchieden. Zyne
Hoogheid verklaarde toen „ dat het gene
hy hadt voor te draagen ook eenigszins
" betrof de Heeren Gerrit Hooft, "Oud-
" Schepen en Raad, en Jacob Hop, Pen-
it fionaris der Stad Amfterdam," waarom
hy verzogt „ dat deezen twee zig,zo lang
„ de raadpleegingen duurden, in 't vertrek
„ der Staaten, begeven wilden;" gelyk zy
deeden. De Prins deedt toen den onder-
fchepten brief van d'Avaux leezen, door
den Raadpenfionaris. tly was nog onver-
taald;
(d)  D'AVAUX Tom. II. p. 22.
(e)  Refol. Vroedfch. I'. P. 28 ?<>*• ,<!s4' ƒ• 3H.
(f)  Refol. Vroedfch. L'. P. 4 Fcbr- I68t> ƒ• 318. Vtitz.
tuffi
D'AVAUX Tom. II. p. I4°> '77»
Tm 2
-ocr page 748-
II. Deel.
AMSTERDAMS
68ö
drecht , fchoon de verzegeling redelyk hou- 1684*
dende, insgelyks, te verflaan gegeven. Delft
was 't, in dit opzigt, ook eens met deeze
Steden; doch verftondt, daarenboven, dat
men Amfterdam een affchrift van d'Avauxs
brief toeftaan moeft. Zo begreep het ook
Leiden. Amfterdam verklaarde, niet te kön-
nen gedoogen, dat de Stads Papieren ver-
zegeld werden ; doch was gereed om op
den brief te berigten, en ondertulTchen den
Principaalen kennis te geeven. De Edelen
fielden, wyders, voor, dat men de Papie-
ren, door drie Heeren, zou können doen
verzegelen, en onderden Heere vanMaar-
feveen laaten, mids hy, op den eed, aan-
name , daarvan niets te verduifteren. Dor-
drecht oordeelde ook, dat 'er verzekering - ■%
zyn moeft. Doch Delft en Leiden begree-
pen, dat men zo fcherp niet behoorde te
gaan. Gouda hadt vertrouwen in Maarfe-
veen ; doch voegde zich met de Edelen,
indien de voorzittende Leden verder gaan
wilden. Rotterdam en Gorinchem beriepen
zig op naderen laft. Schiedam mögt wel
zien, dat de Papieren, verzegeld zynde,
onder den Heere van Maarfeveen gelaaten
werden: en de overige Leden ftemden al-
len met de Ridderfchap. 't Befluit viel
dan „ dat men den Leden een affchrift van
„ den onderfchepten brief zou toezenden;
„ dat de Heer van Maarfeveen de bewaa-
„ ring der Papieren in 'tComptoirvan Am-,
„ fterdam op zig neemen zou, en dat de
„ brieven van den Penfionaris Hop by el-
„ kanderen zouden worden gelegd: alles on-
„ der 't zegel van den Heere van Maarfe-
„ veen, en van twee andere Heeren ."Doch
Amfterdam kantte zig ernftelyk tegen dit
befluit, onaangezien zyne Hoogheid aan-
boodt, de raadpleegingen geheim te Willen
houden, enze niet, dan onder gelyke belof-
te van geheimhoudinge, aan de andere Pro-
vinciën te zullen mededeelen. De Raad-
penfionaris zeide toen „ dat, naardemaal
„ Amfterdam niet gedoogen wilde, dat ie-
„ mant, nevens den Heere van Maarfe-
„ veen, de papieren in bewaaring hieldt,
,, de Ridderfchap niet zou können nalaa-
„ ten, alles nader te onderzoeken, en zelfs
„ in 't licht te geeven." De andere Leden
kwamen genoegzaam overeen met de Rid-
derfchap. Eindelyk, werdt, na datdeRaad-
penfionaris, totvyfmaalen toe, de flemmen
opgenomen hadt, by meerderheid van flem-
men, vaftgefteld „ dat de verzegeling door
„ drie Heeren gefchieden zou, en dat' de
„ Papieren zouden blyven onder den Heere
„ van Maarfeveen. Voorts, zou men den
„ brief, in de Vroedfchappen , geheim
„ houden, en al 't gehandelde insgelyks-
„ Al-
1684. taa^ ; en alzo veele Leden de Franfche
taal niet of naauwlyks verflonden, kon de
zin van denzelven,ten minfte door deezen,
En be- niet gevat worden. Na 't leezen,.beweer-
fcbuldigtde Zyne Hoogheid, dat de Heeren Hooft
\en Hop, wegens hunne verftandhouding met
ongeoor-
d'Avaux, te befchuldigen waren. De Raad-
verftanJ- penfionaris hadt ook, zofommigen verhaa-
houding }en f aan veele punten van den brief eene
d'Avaux zeer haatelyke uitlegging gegeven. Zy voe-
", 'gen 'er by, dat fommige Leden reeds fpra-
ken van de twee Heeren in hegtenis te nee-
men, toen deezen, anderhalfuur in 't ver-
trek getoefd hebbende , wederom binnen
traden, zonder geroepen te zyn. Sommi-
gen vonden dit vreemd; doch de Burge-
meefler Joan Huydecoper, Heer van Maar-
feveen , die de dagvaart wegens Amfter-
dam ook by woonde, en in de Vergaderka-
mer gebleeven was; en zy, verflonden, dat,
naardemaal hunne naamen niet genoemd
werden in den brief van d'Avaux, zy niet
verpligt waren, zig te onthouden uit eene
Vergadering, van welke zy erkende Leden
waren. Wyders, begeerden zy, dat hun
de brief nog eens mögt voorgelezen wor-
den, op dat zy 'er zig op mogten verant-
woorden. Doch dit werdt hun geweigerd.
De Edelen, Dordrecht, Haarlem en ande-
re Leden beweerden zelfs, met veel ernft,
dat zy behoorden buiten te liaan. Delft,
Leiden, Gouda, Rotterdam en de Steden
van 't Noorderkwartier zogten hen over te
haaien, dat zy 't, uit infchikkelykheid, dee-
den. Doch zy oordeelden, dat zy behoor-
den te blyven. Men tradt dan tot de raad-
De Rid- pleegingen in hun byzyn. De Ridderfchap,
derfchap Zyne Hoogheid voor de opening bedankt
voor't hebbende, klaagde zeer, dat Amfterdam
verzege- a^es overleide met d'Avaux , en nog be-
ien der weerde, daartoe bevoegd te zyn. Voorts,
Papieren ftemde zy,dat men de Stads Papieren,die
fterdanT *n 'c Logement der Afgevaardigden in den
die in ' Haage beruilten, nevens die van den Pen-
den Haa- fionaris Hop, behoorde te verzegelen, en
gewaren.op de Charterkamerte brengen,omze daar-
na te leezen, of ongelezen te rug te gee-
ven, naar dat de Leden zouden geraaden
Oordeel vinden. Maar Dordrecht zeide „ dat de
der an- n Heeren van Amfterdam eerft flrafbaar
Leden » zyn zouc^en» als de brief waarheid fprak:
„ 't welk men vooraf onderzoeken moeft."
Haarlem merkte aan „ dat, zo men onder-
„ ftelde, dat de brief, in allen deele, de
„ waarheid fprak , zulk een gedrag , als
„ Amfterdam gehouden hadt, den Staat
„ het onderfte boven keeren zou. Doch
„ men wilde gaarne afwagten, watAmfter-
9, dam van zelf doen zou, en den zagtften
j, weg kiezen." En dit laatfte hadt Dor-
-ocr page 749-
XX. Boek.               GES C Hl EDENISS EN.              681
1684. 55 Alleenlyk behieldtzyne Hoogheid de vry.
„ heid aan zig, om den brief te mogen
„ mededeelen aan de Gecommitteerden tot
„ de buitenlundfche zaaken, die hem hun-
„ nen Principaalen zouden mogen toefchik-
,, ken (g)." Doch't leedtmaar weinige
dagen, of daar kwam eene vertaaling van
den briefin't licht, waarin nog verfcheiden'
plaatfen oningevuld gebleeven waren, die
men, naar 'tfcheen, niet hadt können ont-
cyferen ; en welken, naderhand, in eene
tweede uitgave, werden aangevuld.
t>e Stads De Heeren Franco van der Goes, Bürge-
Papieren meefter van Delft, Adriacm Baart, Penfio-
verze- naris van Alkmaar, en Shmn van Beaumont,
geld. Secretaris der Staaten van Holland , wer-
den, nog op den zelfden zeftiendenFebrua-
fy, gemagtigd, om de verzegeling der Pa-
pieren van Amfterdam te doen, met hun
eigen zegel, enze te laaten onder den Hee-
re van Maarfeveen , tot dat de Leden zou-
den geoordeeld hebben , of menze nader
behoorde te onderzoeken, of niet. Zy kwee-
ten zig terftond van deezen Iaft. De Hee-
ren Hooft en Hop vertrokken , nog dien
zelfden avond, naar Amfterdam, daar de
Cyding, die zy bragten, Bürgerneefteren ge-
weldiglyk ontftelde, met naame Burgemees-
ter van Beuningen, die, 't voorleeden jaar
geregeerd hebbende, en nu als Oud-Burge-
meefter aangebleeven zynde, de meefte ken-
nis hadt van't gehandelde met d'Avaux, en
'er verfcheiden' brieven over hadt gewifleld
met den Penfionaris Hop, die nu ook on-
der \ zegel lagen. De ontfteltenis van Bur-
gemeefteren fproot, nogtans, gelyk zy na-
derhand verklaard hebben, niet uit eenige
bewuflheid van fchuld; maar uit een bezef,
dat zy, in den Haage, onheufch en onre-
delyk bejegend waren. Ook werdt, op den
fcurge- negentienden, toen de vertaaling van den
^eefte- brief van d'Avaux reeds in't licht gekomen
nadeele, meende te zullen können trekken. 1684.
Men deedt hem fchriftelyk bedanken,door
den Penfionaris Hop. Ook hielde hy zyn
woord, aanwyzende „ dat men ten onreg-
„ te twee Heeren met naame hadt befchul-
„ digd, daar hy niemant in 't byzonderge-
„ noemd hadt; dat men zynen brief ook,
„ op meer dan ééne plaats, kwalyk ontcy-
„ ferd hadt; en dat aan hem ftondt, de
„ zaaken, over welken hy handelde, op
„ zulk eene wyze, aan zynen Meefter voor
„ te draagen, als hy geraaden vondt;zon-
„ der dat iemant regt hadt, om daaruit be-
„ fchuldigingen te trekken , ten nadeele
,, van eenen derden (z)."
't Gebeurde met de Heeren Hooft en 't Ge-
Hop werdt, midlerwyl, fpoedig rugtbaar een.
in den Haage, daar elk den mond vol hadt j^jf
van befchuldigingen der Heeren van Am-van'Am-
fterdam. „ Zy hadden, riep men, 't Land fterdam.
„ verkogt aan den Koning van Frankryk,
„ en 't geld daarvoor van d'Avaux ontvan-
„ gen; doch de Prins van Oranje hadt het
„ verraad ontdekt. Men moeft hen dan te
„ regt ftellen, of handelen, gelyk men de
„ Witten gehandeld hadt."Maar dit kwaad- Doc^
fpreeken hieldt op, na dat men den onder- Laat'"
fchepten brief van d'Avaux , waaruit het ^n aff
verraad zou hebben moeten blyken, gele-
zen hadt. Men vondt , in deezen brief,
niets, dan eene fterke begeerte tot vrede
in de Amfterdamfche Regeeringe, die haar,
op zyn ergft genomen, gebragt hadt tot on-
derhandelingen met den Ambafladeur van
Frankryk, welke niet met de gewoone wy-
ze van handelen overeenkwamen , zonder
dat 'erin 't allerminft uit bleek, dat men
zig aan hem tot iet onbetaamlyks verbon-
den hadt(T).
Burgemeefteren enRaaden, federt, be-De Stad
flooten hebbende, ernftelyk aan te houden befluic
op de ontzegeling hunner Papieren, deeden |ef^"e
te gelyk een verhaal overleveren aan devafrdV
Vergadering van Holland van 't gene zy, den ter
federt den twee en twintigften December, Dagvaart
met den Graave d'Avaux gehandeld had- jf zen"
den (/)• Men het dit verhaal ook in druk '
uitgaan, en het bragt veel toe, om 't ge-
meen, welk men gezogt hadt te vervullen
met argwaan tegen de Amfterdamfche Hee-
ren , beter te onderregten. De Vergadering
van Holland, ondertuffchen , de^ ontzege-
ling der Papieren hebbende afgeflaagen,
befloot men, van hier, geene Afgevaardig-
den meer ter Dagvaart te zenden; maar de-
zelve alleenlyk te laaten bywoonen, door de
Secretariflen Dirk Geelvinck en Cornelis Mun-
ter,
(i) d'Avaux Tim. ii. />. *°4 & fmv-
ikj d'Avaux Tom. 11. p- 2°»> 2"-
(/) Refol. Vroedfch. L'. Q; *3 ™j> I684. f. is.
Tttt 3
^
was, uit den naam van Burgemeeileren en
Raad, eenen brief afgezonden aan alle de
fch
ad
ryven
aan de Steden van Holland, behelzende eene ern:
§teden. ftige betuiging, dat de Regeering van Am-
fterdam haakte naar gelegenheid, om haare
volkomen onfchuld in 't gehandelde met
d'Avaux, middagklaar, te doen blyken (h).
^'Avaux Ondertüflchen, hadt de Graaf d'Avaux,
^huiT vol§ens zvn vernaal> °P den zeftienden des
de Am-gt avonds, reeds kennis gekreegen van 't ge-
?erdam- Tie, dien dag, in de Vergadering van Hol-
4he land, was voorgevallen. Hy fchreef ter-
eren- ftond aan de Regeering van Amfterdam, dat
hy bereid was ten zynen lafte te neemen,
't gene men, uit zynen brief, ten haaren
(g) Aantek. van den Beete Hop van is Feh. I«S4.
! (fc) Refol. Holl. 24
Febr. ï«84. bl. 9S. zie ooijConM.
van Staatsz. N. VI. bl, 31. Holl. Merc. n i6s^.bl.ii.
-ocr page 750-
II. Deel
AMSTERDAMS
682
l6H4.
$684. ter, die, vantydtot tyd, verflag deeden
17
gefprek getreden waren, en konden lig-
telyk geweeten worden,door eenen Am*
bafladeur, van wien de Raadpenfionaris
Fagel dikwils gezeid hadt, dat hy alles
wift uit te vorfchen, wat in den Staat
omging." Op de tweede reden, zeiden-
vNoch op •de pun-ten van vbefchry- t^"IpjJI b
ze
„ dat zy, omtrent het ftuk der wervin-
eerft, te bewilligen in den voortgang der „ ge, nooit iet aan d'Avaux verklaard had
gen.
den, waardoor hunne vrye raadpleegin--
gen op dit ftuk, in 't allerminft, konden
gehinderd worden. De derde reden moeft,
vervolgdenze, geheel, ongegrond voor-
loopende middelen; hoewel men, hierom-
trent , naderhand , eenigszins veranderde
van gedagten , en toeftondt, dat eenige
•middelen, op den gewoonlyken tyd, ver-
pagt werden (n).
->
komen, aan elk, die will, wat 'er, van
den aanvang des jaars, op de werving
„ geraadpleegd was; hebbende Amfterdam
„ alleen Schiedam nevens zig gehad, in 't
„ afftemmen derzelve,terwyl Delft geoor-
„ deeld hadt, dat men 'er niet dan met een-
„ paarige Hemmen toe behoorde te beflui-
,, ten. Zy wilden nogtans niet ontveinzen,
„ dat zy aan d'Avaux gezeid hadden, dat
„ omtrent het raadpleegen opzyneMemo-
„ rien verfcheiden' voornaame Leden, en
„ zelfs, volgens zyn eigen getuigenis, de
„ Raadpenfionaris Fagel in hun gevoelen
„ waren: 't welk men ten onregte op de
„ wervinge geduid hadt." Op de vierde re-
den , verklaardenze „ niet alleen
Eenige
Leden
bewee-
ren, dat
men de
verze- ,,
gelde
Papieren
behoort-. "
te onder 3»
zoeken.. „
De Ridderfchap en eenige Steden be-
eerden , wat laater, dat men de verzegel-
e Papieren behoorde te onderzoeken. Zy
ielden den anderen Leden voor. „ 1. Dat
die van Amfterdam den Graave d'Avaux
kennis gegeven hadden van de zwakheid
van den Staat, en van de verdeeldheid
ia den zelven: en dat zy zig, hierdoor,
met reden, verdagt gemaakt hadden. 2.
Dat zy hem ook gezeid hadden, dat zy
de werving beletten , en 'er niet in be-
33
willigen zouden. 3. Dat zy hem hadden
onderregt van hunne kuiperyen, tot ftrem-
ming van de werving ;'en van de Leden,
die zy tot hun gevoelen hadden overge-
haald. 4. Dat zy met hem hadden ge-
33
beloften gedaan ; maar zelfs geene de
fproken van byzondere verzekeringen , „ minfte hoop gegeven te hebben van ,
welken men hem, desnoods, geeven „ t'eenigen tyde , eenige byzondere ver-
zou. 5. Dat zy_hem,_eindelyk,gedron- „ bindtenis te zullen aangaan; waarom zy
niet konden begrypen, wat den Ambas-
fadeur mögt bewoogen hebben, om in 't
flot van zynen briefte fchryven, dat zy
't gefprek hierover zouden verfchooven
hebben, tot dat zy alle hoop,om hunne
oogmerken te bereiken, zouden hebben
verlooren." Eindelyk, zeidenze, op de
gen hadden tot het inleveren eener Me-
morie , niet zo zeer op dat men 'er ter
algemeene Staatsvergaderïnge over raad-
pleegen, als op dat dezelve onder 't ge-
meen rugtbaar worden zou. Alle welke
dingen, huns oordeels , fmaakten naar
ongeoorlofde verftandhouding, ten nadee-
„ Ie van den Staat, en oorzaak gaven,om vyfde reden , dat ,hun oogmerk , in het
, de verzegelde Papieren te onderzoeken."
Doch verfcheiden' Steden konden haare
dringen op het inleveren eener Memorie,
geen ander geweeft was dan dat dezelve
komen mögt ter kenniffe van zulken, die
'er over moeften raadpleegen. Doch ,
alzo zulk eene Memorie noodwendig naar
Bürge-
meefte-,
ren van
Amfter-
ftem nog niet geeven tot dit laatfte (0). En
Burgemeefteren van Amfterdam beant-
woordden de vyf gemelde redenen, in eenen
dam"we- brief aan de afgezondenen ter Dagvaart ,
derleg- waarvan zy allen ftemmenden Steden een
gen hun-affchrift toezonden. Zy merkten, op de
de Prpvincien zou moeten verzonden
worden , zo hadt het den Ambafladeur
ne rede
nen
vrygeftaan, te fchryven, dat hy daaruit
iet goeds hoopte , tot bevordering van
eerfie, aan „dat de brief van d'Avaux, ner-
gens , zo veel zy hadden können befpeu-
ren, te kennen gaf, dat hy het zwakke
van den Staat en de oneenigheid in den
zelven uit hun verftaan hadt. Dochdee
een Verdrag; zonder dat zy zien kon-
den , hoe zulk fchryven hun tot nadeel,
veel min tot zo hooge misdaad , zou
J3
33
33
, können worden toegerekend." Voorts,
33
ze dingen waren weereldkundiggeweeft, booden Burgemeefteren aan, gelyk zy reeds
, voor dat zy, in December, met hem in te vooren gedaan hadden, om hunne on-
fchuld, zo men 'er nog eenigszins aan twy-
(m) Refoi. vroedfch. /.-. Q. 18 Febr. I(S84, ƒ, 4j, 49. feien mögt, ook door het openleggen der-
efol. Vroedlch. Lr. Q, zi Febr. * Muart UH. f. verzegejde papieren ? ZQ verze hiertoe die-
51, «J.
(oj D'AVAUX Tem
11, p. 2zc, zia, z48.                nen konden , nog volkomener te doen bly-
ken
-ocr page 751-
EDENISSEN.             683
de Voorpoorte in den Haage; daar hy, na 1684.
lang gezeten te hebben , overleeden is.
Bofch, die te Amfterdam woonde, werdt,
terwyl van Bankhem daar nog vaft zat, o-
penlyk ingedaagd (ü). Doch ik vind niet,
dat hy te voorfchyn gekomen is.
De vervvydering tufTchen den Prins van Schriften
Oranje en de Stad Amfterdam nam, mid-voor en
lerwyl, hand over hand, toe, en werdt ge- Amfter-
voed door fcherpe fchriften, die, van de dam in 't
eene en de andere zyde, verfpreid werden.licht Se"
Onder anderen, kwam 'er eene zogenaam- Seveiu
de MiJJive van een Regent ter Fergaderinge
van Holland,
op den naam van Philalethes,
in 't licht, welke men hieldt door den Raad-
penfionaris Fagel gefchreeven te zyn (V),
en waarin het gedrag der Heeren van Am-
fterdam vinnig doorgeftreeken werdt. De
Regeering deezer Stadt vondt geraaden ,
dit Gefchrift openlyk te wederleggen, 't
Regende, daarenboven, fchimpfchriften van
allerlei foorte: in eenigen van welken, ook
de Prins van Oranje niet gefpaard werdt.
Het drukken en verkoopen van fchandelyke
Libellen
over Staatszaaken was, onlangs,
door 's Lands Staaten, wel fcherpelyk ver-
booden (w). Zelfs kwam 'er , hier ter
Stede, op den tienden May, eene Keur te-
gen uit (X). Doch de drift van 't gemeen
om zyne Overheid door te ftryken, fcheen
aan te waffen tegen 't verbod. Te Amfter-
dam , aasden de ingezetenen , die thans
zeer overtuigd waren van de goede oogmer-
ken der Wethouderfchap, op al wat 'er te-
gen den Prinfe van Oranje , meer of min
openlyk, in 't licht kwam : fchroomende
men niet, hem te laft te leggen, dat hy den
Staat zogt in te wikkelen in eenen verderfe-
lyken oorlog (j). Sommigen verhaalen zelfs,
dat de Regeering van Amfterdam in beraad
zou gelegd hebben , om Henrik Kafimir,
Prins van Naffau en Stadhouder van Fries-
land en Groningen, te verkiezen tot Bevel-
hebber der Stad (2). Doch hiervan heb ik
geen het minfte blyk gevonden, in de Re-
gißers der Stad.
In 't begin van April, vaardigde zyne Voor-
Hoogheid, die klaarlyk befpeurde, dat hyzorghiei'
weinig nut trekken kon, van het befluit tot [f/ *£„
de wervinge, welk, buiten bewilliging van geweidi-
Amfterdam, genomen was; volgens het ver- ge on-
haal van d'Avaux , iemant af naar deeze dernee.
Stad, om te beproeven of men zig aldaar,mingen<
op eenigerlei voorwaarden, met hem zou
können verdraagen. Doch deeze pooging
hadt
(„) vaderl. Hift. XIV. Deel, hl. 179- XV.Deel, bl.i0ti>
(v) fToiex, D'AVAUX Tor». II. f. z*9-
(m) Groot-Plakaatb. IV. Deel, bl. 38° j 380,
(x) Handv. hl. 1044.
(y) Voiez. D'AVAUX Tom. II- ?• *9*.
(X.) BUBNET Vol. I. f- S94--
XX. Boek.               GESCHI
^84. ken (p). Doch op deezen brief volgde voor
eerfl niet anders, dan dat het onderzoeken
der Papieren , waarop eenige Leden ge-
drongen hadden, werdt uitgefleld.
J^ug- Kort na 't afzenden van deezen brief,
*en,Van wei'dt , volgens 't verhaal van d'Avaux ,
flag op"' uit den Haage, naar Amfterdam gefchree-
^ Stad. ven „ dat men, ter eerftgemelde plaatfe
„ naar middelen uitzag om Amfterdam aan
„te taften, te bombardeeren, en aldaar
„ eenen opftand te verwekken ónder 't
„ graauw (5)." Doch 't zy dit berigt ee-
nigen grond hadt, of niet; men befloot,
den drie en twintigften Maart, op nieuws,
boven de vierhonderd man Lands foldaa-
ten, die hier in bezetting lagen, nog zes-
honderd of agthonderd man in dienft der
Stede aan te neemen (r).
j°eleg In de Stad, waren de Regenten niet zon-
lep het der bekommering. Van Burgemeefter van
Vau'g" Beuningen wordt verhaald, dat hy , om-
^aieesT trent deezen tyd, niet uit Amfterdam durf-
^ van de gaan, uit vreeze van opgeligt en vaft-
^ütiin- gezet te zullen worden. Zelfs liepen 'er,
ten deezen tyde, zulke fterke gerügten van
eenen toeleg op zyn leeven,dat myneHee-
ren van den Geregte niet fchroomden, op
den een en twintigften Maart, af te kondi-
gen , dat hun de gegrondheid van die ge-
rugten genoegzaam gebleeken was, te ge-
lyk duizend zilveren Ducatons beloovende
aan die de fchuldigen aanbragt (*)• De
Stad werdt ook, door de Staaten, gemag-
tigd , om den medepligtigen ftrafvryheid
toe te zeggen (f)- Joan van Bankhem en
Samuel Bofch werden , ten deezen tyde ,
voor anderen , van den aanflag op Burge-
meefter van Beuningen verdagt gehouden.
Van Bankhem hadt, in 't jaar 1672,Sche-
pen van den Haage zynde , de hand gehad
in den toeleg op de Broeders de Witt, en
was , daarna , door zyne Hoogheid , tot
Baljuw van den Haage bevorderd. Doch
in de waarneeming van dit Ampt, hadt hy
zig zulks gek weet en, dat hy, van verfchei-
den' euveldaaden befchuldigd zynde , op
de Voorpoorte van den Hove, vaftgezet,
en eerlang veroordeeld werdt,om onthalsd
te worden. Doch hy beriep zig van dit
vonnis op den Hoogen Raade. Terwyl 't
geding daar onafgedaan hing, ontfhaptehy
uit de hegtenis, en week, ten deezen tyde,
naar Amfterdam , daar.hy andermaal ge-
vat werdt. Men bragt hem wederom op
,0>) Miffive van Bürgern van Amft. van jg Maart 1684.
in de Hol], Merc. van 1*84. t>l. 7° enz. en Confidet. van
Staatsz. Num. XXVI. hl. $9-
C?) D'AVAUX Tom. II. p, I6J , 170.
(r) Refol. Vroedfch. Lt. Q.- *? Maan ns?4. ƒ. 6S%
(1) Keutb. Q. ƒ. jg, en hier agter Bylaage U. A.
. (t) Relol. Holl. zo. Maart I6S4- U 170.
-ocr page 752-
II. Deel.
AMSTERDAMS
684
1684-
1684. hadt geen gevolg («). Weinige dagen laa- „ niet zouden bewilligen in den ophef van
ter, maakte Burgemeefter van Beuningen,
aan de Burgemeefteren Hudde en Huyde-
coper en aan den Penfionaris Hop bekend,
hoe de Profeflbr Joannes van der Waayen,
die ten dien tyde gebruikt werdt, om de
Prinfen van Oranje en NaiTau met eikande-
ren te verzoenen, hem, dien ogtend, zyn-
de den veertienden April, kennis gegeven
hadt van de middelen, die daartoe, van de
zyde des Prinfen van Oranje, waren aange-
wend , en die beide in beloften en bedrei-
gingen beftonden; en hoe hy 'er bygevoegd
"hadt „ dat de Prins van Oranje ook het
eenige gemeene middelen binnen hunne
Stad, noch langer met goede oogen aan-
zien , dat, zonder hunne toeftemming >
betaalingen gedaan werden op de poften
van den Staat van oorloge. Zo men,
nogtans, onverhoopt, goed vonde, hierme-
de voort te gaan,zouden zy zig genood-
zaakt zien, daar tegen zulke befluken te
neemen,en zulke middelen te gebruiken,
als zy, tot voorftand van hun regt, en
van de waardigheid der Stad, zouden
dienftig oordeelen: terwyl zy betuigden
onfchuldig te willen zyn aan alle de on-
heilen , welken hieruit zouden können
■>•>
»
oog hadt op Amfterdam (Z>)" De be-
kommering hier ter Stede nam, derhalve, zo „ opryzen (ƒ)." Doch deeze ernftige ver-
zeer toe, dat men, voor 't einde van May, klaaring was nog niet in ftaat,om de Leden
befloot nog vierhonderd Stads foldaaten aan tot de begeerde ontzegeling over te haaien.
te neemen, en de Veftingwerken, die, tus-
fchen de Haarlemmer-Poort en de Wefter-
beer, merkelyk vervallen waren, te ver-
fterken (c). Ook werdt, wat eerder, by een
befluit van den Krygsraad, het getal der
Burgercompagnien, welk, voor eenigen tyd,
op vyftig verminderd was, wederom op zeftig
gebragt (ß): waarop het, federt, geblee-
ven is. En op den agtften September, werdt
een algemeene orde vaftgefteld op 't ftuk
Burgemeefteren en Raaden beflooten, der-
halve , eenige dagen laater „ niet alleen
„ niet te bewilligen in de aanftaande ver-
„ pagtingdergewoone loopendemiddelen;
„ maar den Ontvanger David de Wiïhem ook
„ te belaften, by provifie, geene pennin-
„ gen uit de ontvangft der Verpondinge of
„ der andere gemeene middelen te zenden
„ naar 's Lands Comptoir in den Haage,
„ zo lang de Stads Papieren nog verzegeld
van den Allarm; wanneer de gantfche Bur- „ gehouden werden (g)." Men gaf der't Ge\,
gery in de wapenen komen, en niet dan op Vergaderinge van Holland kennis van dit i'chieLi'
bevel van Burgemeefteren of Kolonellen van befluit: 't welk, eindelyk, te wege bragt/J5"
haare loopplaatfen fcheiden moeft (e)-
         dat de Staaten, den Heer van Maarfeveen
De Stad
dringt
Midlerwyl, hadt zyne Hoogheid alle de eerft van de bewaaring der verzegelde Pa-
Provincien niet können overhaalen tot een pieren ontflaagen hebbende, bevel gaven,
fterk op befluit op de wervinge,naar zyn genoegen, dat dezelven ontzegeld en den Afgevaardig-
zegeling
haarer
Papie-
ren.
In Zeeland, was 'er, met meerderheid van den van Amfterdam in handen gefteld wer-
ftemmen, toe beflooten. Friesland en Stad den (b)\ gelyk, ruim vier maanden na de
en Lande hadden'er vlak uit tegen geftemd. verzegeling, op den vierentwintigftenjuny,
De algemeene Staaten neigden ook, meer gefchiedde (i). Terftond hierna, bewillig-
en meer , om, volgens den voorflag van de de Stad in den Staat van oorlog, over*
Frankryk, in onderhandeling te treeden over eenkomftig met het advis van Gecommitteer-
eene Vrede of twintigjaarig Beftand. De de Raaden, en in de gemeene middelen,
zaaken fchikten zig, derhalve, allengskens die, volgens gewoonte, in 't kort, verpagt
naar de oogmerken der Stad Amfterdam. moeften worden (£). De algemeene Staa-
Zy hadt, in 't midden van May, haare Af- ten flooten ook een Verdrag met Frankryk,
gevaardigden wederom gezonden in de Ver- waarby zy zig verbonden , om Spanje te
gaderinge van Holland; doch die gantfche beweegen tot het aanneemen van een twin-
maand de ontzegeling haarer Papieren niet tigjaarig Beftand, welk, op den vyftienden
können verwerven. Burgemeefteren en Raa-
den, zulk een' hoon niet langer konnende
verdraagen , beflooten, eindelyk , op den
Auguftus , zo wel met het Keizerryk als
met Spanje, gellooten werdt. De Stad Am-
fterdam bereikte dus haar oogmerk ,
tweeden Juny, den Leden aan te zeggen, verkreeg, in de herftelling der rufte onder
j, dat, zo men tenlaatfte geene ordeftelde denabuurige Mogendheden, het loon haa-
„ tot de lang gevorderde ontzegeling; zy rer onbezweeken*Standvaftigheid, onaange-
zien de hevigfte tegenkantingen. De wak-
f«) D'AVAUX Ten*. II. f. 294» 31«.
(4) Aantek. van den Heere Penfion. J. HOP van 14 ^A-
pril
1684. MS.
(c) Refol. Vroedfch. L'. Q; 24 U*]t I| Juny 1S84. ƒ.
134» D!> M*-
(i) Handv. II. i«r.
(e) Handy, bl, na.
ker-
(ƒ) Refol. Vroedfch. L'. Q. i Juny i«84. ƒ. i)9.
(g) Refol. Vroedfch. L'. Q. ij Juny I684. ĥ 141.
(h) B-efol. Holl. 19 , ij Juny 1684. bl. 299, 30J.
(i) D'AVAUX Tom, hl. f. «J.
(O Refol. Vroedfch. Ir, O,, is Juny IC84. ƒ. 144. ***'
-ocr page 753-
XX. Boek.
GESCHIEDENISSEN.
685
1684. Verheid en het beleid, in 't moediglyk voor-
draagen en aandringen haarer befluken, door
den Heere Penfionaris Hop , beweezen ,
werdt ook eerlang erkend, toen zy hem,
die, in 't jaar 1680, voor vyfjaaren, aan-
genomen geweeft was, uit aanmerking van
de goede en getrouwe dienßen
, door hem ,
aen de Stad gedaen, en die nog voor het toe-
komende van deszelfs yver, vigilantie en on-
gemeene bequaemheid te vertagten
waren ,
zonder bepaaling van tyd, in zyn ampt be-
veiligde (/). De Stad deedt hem , in 't jaar
1689,00k de eer van hem op de Nominatie
tot Raadpenfionaris van Holland te bren-
gen (m). In 't jaar 1684 , niet lang na 't
voorgevallene met den Heere Hooft en
hem, ter Vergaderinge van Holland, tradt
hy, hier ter Stede, in de egt met Jongk-
vrouwe Izabelle i/oo/^ Zufter van gemelden
Heere. De Digter Joachim Oudaan
maakte een deftig vers op dit Huwelyk,
waarin hy zig, zinfpeelende op het gebeur-
de in- deezen jaare, onder anderen , dus
hooren liet (n):
Maar 't had wat in de klem te zetten op
dat werk:
Twee helden, Hooft en Hop, de dom-
mekracht teflerky
(l) Refbl. Vroedfch. Zr. Q. u July i«8f. ƒ. 51».
(m) Refol. Vroedfch. f. S. 26 May 1S8J. ƒ. 317.
(/>; Poézy II. Deel, hl, j8ï.
Waar met men u (*J en my (f) heeft zoe- I(5g4,
ken te ondermynen,
                           (*)rry*
Doen met onkreuk'bren moed 't gevreefl ge- b(eJ?ü?
vaar verdwynen:
                                ^Ji(L aar'
't Is tyd dan, dat ook Gy (§) die vadzig- (§) Vry
beid verlaat,
                                      beid.
En weer te voorfchyn treed tot welßand van
den Staat;-
Geen macht van Koningen , noch Vorflen
zal u bind'ren;
Men ziet het eerlyk bloed der Vad'ren in hun
kind'ren
Herleven: Amsterdam, dat aan 't Ge-
meenebefi
De levens ader ßrekt, verlaat zich op geen
veß,
Noch weerbaar ravelyn der diep gefchote
grachten
,
Noch wel geworven heir van Land- en wa-
termacbten,
Noch fchotdeur om een zee te zetten op het
veld y
Noch verd're tegenweer daar 't zyne vry-
heid geld;
Zoo zeer als op den moed en trouw der Bür-
gerheeren ;
't Gematigd wederwicht van 't Vorflelyk
regeren.
Vvvv
JB Y-
I. STUK.
-ocr page 754-
II. Deel.
AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN.
686
EBydaag6
L'.A.
B Y L A A G
op het II. Deel, XX. Boek.
Lr. A.
NOTIFICATIE.
Wegens eer? aanjlag op het Leeven van den Heer Mr. Coenuaed van Beünikgen, regeer en^
Burgemeefler der Stad dmfierdam
, gedagtekend den 11 Maart 1684.
Alfoo op de geruchten, welke als kennelyk
is, federt eenigen tyd geloopen hebben
van eenig deflèyn tegens het leven van den heer
Burgermeefter van Beuninoen, myn hee-
ren van den gerechte door verfcheyde overeen-
fteromende informatien ende inditien genoeg-
faem feekerlyk is gebleeken, dat eenige boos-
wigten, ten getalle van fes , feven ofte meer,
omtrent het huys van gedagte heer van Beu-
n in gen, op voorleeden donderdag, die ge-
weeft is den 16 defes , des avonts 't famenge-
rot , het felve deffeyn (dog God lof te ver-
geefs) hebben getragt te executeren: ende dat
'tr voor de veyligheyd van een yder, ende fpe-
cialyk van de gene die part aen de Regeringh
hebben ten hoogften aen gelegen is, dat foda-
nig ongehoort en verfoeyelyk moortdadigh on-
dernemen , op 't klaerft werde ontdeckt, ende
dat de gene die daeraen fchuldig fyn , behoor-
lyk werden geftraft, als mede voorfien ten eyn-
de het felve deflèyn als nog niet werde uytge-
vbert, vermits: aen welgedagte heeren van den
gefegte by goede informatien i? gebleken, dat
na de voorf. dag van den 16 defes binnen de-
fe Stadt nog booswichten fyn gevonden , die
haer hebben laten ontvallen dat het nog uitge-
voert foude werden, Soo is 't , dat haer Ed:
achtb. om daertegens naer behoren te voorfien
goetgevonden hebben aen een yder Ingefetenen
van defe Stad te ordonneren, ten fpoedigften
aen den heere hooft Officier bekent te maken
alle het gene hem of haer van het voorf. moort-
dadigh toelegh, of andere diergelyk magh be-
kentzyn, op arbitrale correctie, by aldien y-
mant daer in naerlatigh foude mogen werden
gevonden, en makenhaer Ed: achtb. vorders by
defen bekent ende beloven, dat by foo verre
ymant een ofte meer complicen van 't voorf.
moortdadigh deflèyn fal weten aen te melden,
diermaten dat defelve daer op in hechteniffè fal
werden bekomen, en van fyn misdaet overtuygt,
voor die goede dienft aen de Juftitie, en aen
de genieene faeke gedaen, fal génieten een be-
looning van duyfent filvere Ducatoris, en dat
fyn naem fecreet fal werden gehouden: en dat
by aldien den aenbrenger felfs een van de Com-
plicen foude mogen fyn, haer Ed: achtb, alles
füllen doen wat in haer is, om hem pardon en
impuniteit te procureren, ende dat defelve daer
en boven insgelyks fal genieten de voorf. prse-
mie van duyfent filvere ducatons, by aldien als
vooren gemelt, een of meer van fyne Compli-
cen daer op in hechteniffè werden bekomen, en
van haer misdaet overtuyght. Ordonneerende
haer Ed: achtb. daer en boven wel expreffëlyk,
dat niemant 't zy Plerbergier, Drogafteryhouder,
of houders van flapers, of andere, wie 't ook
foude moogen fyn, binnen defe Stadt althans
yemant vanbuyten ingekomen,logerende,voor
welkers onfchuld hy niet verantwoorden wil of
kan, niet fal vermogen van defe tydt af vorders
in fyn huys te houden, fonder de naem ende de
qualitey t van de perfoon, aenftonts bekent te ma-
ken aen de Capiteyn, ofce in fyn abfentie aen
de naefte hooft officier van de wyk,in dewelke
hy woont, ftatuerende en ordonneerende daer-
enboven haer Ed. achtb. dat alle herbergiers ,
Droogegaftery houders, houders van flapers en
diergelyke, die vreemde luyden fyn gewoon te
logeren, van dagh tot dagh aen de Capiteynca
off hooft officieren hier boven geroert, van de
gene die fy logeren notificatie füllen hebben te
geven, en een Billet over te leveren , inhouden-
de hare naem en qualiteyt. En indien defelve
Capiteyn, of in fyn abfentie de naefte hooft-
officier van de wyk eenigh het minfte nabeden-
ken op de voorf a'engegeven perfonen foude mo-
gen hebben, dat defelve daer van aenftonts ken-
niflè fullen nebben te geven aen den heer Op-
perfchout defer Stad, en in gevalle ymant in 't
aengeven van perfonen die hy logeert gebreckigh
blyft fal verbeuren een fomme van 100 guldens,
en boven dien arbitralyk werden gecorrigeert.
-Waerfchouwende eyndelyk haer Ed. achtb. een
yder forgvuldelyk in achting te nemen, dat by
haer niet werden ontfangen, fonder groote om-
fichtigheyt, luyden die van quaet bedryf ver-
dacht können zyn.
Aldus gearrefteert den 21 maert 1684 preH
de heeren Burgermeefteren Joannes Hud-
de
enM'. Joan Huydekoper, Ridder, Heer
van maerflèveen, neerdyck &c. en de hee-
ren Schepenen Mr. Jacob Jacobsz. Hin-
lopen, AlbenBent es, Cornelis Valkenier\
M''.' jeronimus de Haze de Georgio, Ja-
cob Elias,
en Mr. Pieter Huift. En ten
felve dage gepubliceert, prefentibus Mr.
Jacob jacobz. Hinlop'en , prafiderende
Schepen, als Stedehouder van de heer Mr.
Jacob Boreel, hooft-officier, Joannes Hud-
de,
Burgermeefter; Cornelis Valkenier en
M'. Pieter Huift, Schepenen.
In kenniflè van my Secretaris.
(Was getekend) W. Valckenier.
T WEE-
-ocr page 755-
W E Ë D E
DEEL;
GESCHIEDENISSEN
VAN
AMSTERDAM;
EENENTWINTIGSTE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van het'jaar 1684j
:
                        tot het jaar 1695.
neemen, om, van daar, naar Zoeftdyk te 1684.'
ryden, daar hy eenige weeken dagt te ver-voor 't
toeven. De naafte weg derwaards was Stadhuis
door Amfterdam. Een Neef van Bürge-««willen
meefter van Beuningen , zyne Hoogheid \^'
verzeilende, gaf zynen Oom kennis van 's
Prinfen voorneemen, om door Amflerdam
te trekken. Van Beuningen verzuimde niet,
de andere Burgemeefteren hiervan te ver-
wittigen. Men hefloot, de middagmaakyd
voor zyne Hoogheid te bereiden; doch na-
derhand verflaande dat hy niet voor vier
uuren aankomen zou, vondt men geraaden,
de middagmaakyd in een nanoens-onthaal
te veranderen. De gantfche Raad kwam j
op 't verzoek van den Heere van Beunin-
gen, byeen, op 't Stadhuis. Doch zyne
Hoogheid, met vollen ren, van den Nieu-
wendyk, op den Dam komende, nam zy-
nen weg digt langs de Waage, en fcheeii
't Stadhuis te willen myden. Drie Burge-
meefteren , Cornelis Geehinck , Heer van
Kaftrikom, Coénraad van Bwningen en Joan
Huydecoper
, Heer van Maaffeveen, zynde
den Heere Joannes Hudde afwezig, hadden
naauwlyks zo veel tyd gehad, dat zy, ten
Stadhuize afgetreden, de koets deeden ftil-
houden. De Heer Geel vinck, die thans voor-
zat in Burgemeefters - Kamer, verzogt den
Prins, dat hy hun de eer wilde aandoen van
eenige ververfching, die op 't Stadhuis ge-
reed gemaakt was, te komen nuttigen.
Doch hy.weigerde het fierlyk,zondereenig
teken van beleefdheid tegeeven,dandat hy
't hoofd éen weinig voorwaafds boog naar
't poortïer van de koets: waarna hy, zonder
zig eenigszins op te houden, de Kalverftraat
in, en ter Stad uit reedt. En deeze onvriende-
lykheid werdt genomen voor een blyk van
's Prinfen aanhoudend misnoegen op de Re-
geering van Amfterdam. Men wil ook, dat-
Vvvv %
                                         dit
y^Xntzegelen der Papieren van Amfter-
16 84.
^yne \_J dam, en de Verdragen, die 'er op
j-toog- gevolgd waren , fcheenen de verzoening
2 d . tuffchen zyne Hoogheid en deeze Stad te
vn?wLzls hebben moeten uitwerken. Ook fchryven
fommigen,
dert, door de Regeering herwaards geno-
digd, en treffelyk onthaald werden (a).
Doch de Stad kantte zig, in dit en in't vol-
gende jaar, zo ernftelyk tegen zulken van
's Prinfen onderneemingen, die zyhieldtte
flrekken, tot krenking van het regt en de
vryheden der Steden, dat daaruit of nieuw
misnoegen ontftondt , of klaarlyk bleek,
dat de verzoening niet zo volkomen geweefl
was, als zyne Hoogheid gewenfcht hadt.
Hy liet nogtans niet na, zelfs na het fluiten
van het twintigjaarig Beftand, onder de hand,
door middel van den Heere nan Bevermngk
en anderen, te arbeiden,om Amfterdam te
winnen (b). Men wil zelfs, dat hy Burge-
meefteren beloofde, dat hy zig, voortaan,
ïn 't waarneemen zynerhoogeampten,flip-
telyk zou houden aan de grondwetten van
den Staat; en dat men hem, daarop, ver-
Waard hadt, dat men het voorgevallene niet
meer gedenken wilde (c). Ook melden fom-
migen, dat Burgemeeftervan Beilningen in
't byzonder zyn beft deedt, om 's Prinfen
gunft te herwinnen, en zelfs, om eene vol-
komen verzoening te bewerken , tuffchen
zyne Hoogheid en de Stad (d). Doch hoe
weinig hy hierin nog gevorderd ware, bleek,
volgens fommiger verhaal, in 't begin van
October. De Prins bevondt zig toen, op
een Lufthuis, naby Haarlem, vermoedelyk
op 't Huis Zwaanenburg, 0p halfweg, tus-
fchen deeze Stad en Amfterdam, met voor-
le ver-
kenen
*Jetde
Regee-
*ing van
Amfter-
*»?rydt
Sr de
Z°nder
(a) BUBNÉT Vol. I. f. S9+-
(i>)
D'AVAUX Tom. IV. p. «r, 89, 95.
(e) D'AVAUX Tom. IV. />. 9S> '07.
(d) D'AVAUX Tim. IV. ƒ>. "3.
-ocr page 756-
II. Deel.
AMSTERDAMS
68?
ten van het onderzoeken der Nominatie. ï6°r
Doch hun werdt, van Stads wege, belet,
daarmede voort te vaaren, en zy genood-
zaakt, onverrigter zaake, te rug te keeren.
De Regeering van Dordrecht klaagde, fe-
dert, over 't Hof, ter Vergaderinge van
Holland, en werdt daarin onderfteund door
de Stad Amfterdam, die verftondt, dat het
Hof geen regtsgebied hadt in de Steden;
fchoonzy,vande andere zyde, het regt des
Stadhouders wilde blyven handhaaven (k).
dit voorval Burgemeefter van Beuningen,
hier, by de Regeeringe, in ongunft bragt,
alzo hy verzekerd hadt, dat zyne Hoog-
heid kwam met oogmerk om te fpreeken
van de bekwaamde middelen , om het
onderling goed verftand te herftellen ( e).
Ondertuflchen, duurde de bekommering
nog hier ter Stede. De aangenomen Stads
Ibldaaten bleeven in dienfl, en Burgemees-
teren werden, voor 't einde van Oftober,
op nieuws, gemagtigd, om, door het op-
maaken van ingeftorte wallen; door 't ver-
plaatfen van 'c gefchut; door het toemaa-
ken van de Amftelfluis, en andere bruggen
enfluizen; door het ftellen van paalwerk,
of wat 'er meer noodig mögt zyn, alles te
doen, wat tot het befluiten en verzekeren
der Stad en der toegangen derwaards ver-
eifcht werdt (ƒ). Ook tekenen fommigen
aan, dat de zwakke plaatfen om de Stad
met paaien bezet; de wallen met oorlogs-
behoeften voorzien; gefchut op zekere af-
ftanden geplaatft; fchuiten met gefchut in
den Amftel en andere wateren, en twee ge-
wapende vaartuigen in 't Y gelegd werden:
alle welke voorbehoedfels toegefchreeven
werden aan de vrees, welke men hier hadt
voor eene geweldige onderneeming des
Prinfen van Oranje (g); die, egter of nooit
beraamd geweeft, of ten minfte nooit ter
uitvoeringe gebragt is.
Den dienfl der Predikanten alhier, federt
het bouwen der Oofter-Kerke , merkelyk
zwaarder geworden zynde, vooral, om dat
onder derzelver getal ook eenige ouden en
zwakken gevonden werden; verzogt deKer-
kenraad, in de Lente deezes jaars, om ver-
meerdering van Predikanten; waarop de
Vroedfchap befloot, het gewoone getal met
een te verhoogen (/;).
Wat laater .werdt geraaden gevonden,
den Intreft der Capitaalen, die ten lafle van
de Stad liepen, van drie en een halfop drie
ten honderd te verminderen, mids dat aan
zulken, die hunne Capitaalen, tot deezen
Intreft, niet aan de Stad begeerden te laa-
ten, de aflosfing derzelven aangebooden
werdt (i).
Zyne Hoogheid , zo men meende, on-
derregt, dat 'er, in 't benoemen der goede
Luiden van Agten te Dordrecht, welk door
de Gilden gefchiedt, eenige onbehoorlyk-
heden hadden plaats gehad, bragt te wege,
dat eenige Gemagtigden uit den Hove der-
waards gezonden werden, die , zonder de
Wethouderfchap te kennen, een begin maak-
ff) JToiex. d'AVAUX Tom. IV. ƒ>. "3 & fuiv. H9.'
(f)  Refol. Vroedfch. L'. Q.^27 OÜ. 1684. ƒ. i93.
(g)  D'AVAUX Tom. IV. p. 199.
(h) Refol. Vroedfch. ir. Q. 20 Maart 1684. ƒ. «7.
{<} Refol. Vtoedfch. L'. <^ 28 Juny 168*. ƒ. 14«.
1684.
Men
vaart
voort
met voor
de verze•
kerdheid
der Stad
zorg te
draagen.
Zy. leverde zelfs, in den aanvang des vol-
[685-
genden jaars, een uitvoerig Vertoog ter Ver-
gaderinge van Holland over , waarin het
regt des Stadhouders, om onderzoek te doen
op de Nominatien, naauwkeuriglyk, werdt
naargefpoord, en onder anderen getoond,
„ dat aan de Staaten ftondt kennis te nee-
„ men van de gefchillen, die over de uit-
„ gebreidheid en paaien van het Stadhou-
„ derlyk gezag, tuffchen den Stadhouder
„ en de Steden, mogten voorvallen (/)."
Doch eer de Staaten hierop eenig befluit na-
men, hadt zyne Hoogheid te wege gebragt,
dat 'er, te Dordrecht, eene nieuwe Nomi-
natie van goede Luiden van Agten gemaakc
w.erdt; waaruit hy, terftond, de verkiezing
deedt. Wy hebben, elders (m) ,omftandig-
lyk gehandeld van dit gefchil, welk Amfter-
dam niet regelregt betrof; waarom te min-
der noodig is, dat wy 'er hier breeder van
gewaagen zouden.
De Prins van Oranje, die ongaarne ge-Zyn^
zien hadt, dat de Stad zig voegde aan de^°°Ke(:
zyde van Dordrecht, vatte nieuw misnoe-zo'ent^
gen tegen haar op, toen zy, na 't fluiten Volk°'
van het twintigjaarig Beftand, fterk begon menlr
te dringen op" vermindering vanLandmagt, ^aji'
terwyl zy zig zeer geneigd toonde, om den ^da»1'
aanbouw van Oorlogsfchepen te helpen be-
vorderen. De Regeering befloot zelfs, gee-
ne penningen meer naar den Haage te zen-
den, tot betaalinge van's Lands Krygsvolk;
en de Ontvanger David de Wilhem. kreeg
laft, om hiermede, tot nader bevel,op te
houden (n): terwyl zy nieuwe zorg droeg
voor de veiligheid der Stad, door het getal
der gewoonlyke Ratel wagt, met tweehon-
derd man, te vermeerderen (o). Zy liet
zig, nogtans, eerlang, overhaalen om van
de afdanking af te zien, mids de aanbouw
van zes en dertig Oorlogsfchepen, waartoe,
reeds in't jaar 1682, beflooten was, fter-
ker
(IQ Refol. Vroedfch. L'. Q. 7, ij Nov. 1% , 20 Dee.
1684./. 196, 20J,JIII, 2IJ.
't Getal
der Pre
dikanten
wordt
met een
vermeer-
derd.
De In-
treft van
drie en
een half
op drie
ten hon-
derd ver-
minderd.
Amfter-
dam kieft
de zyde
van Dor-
drecht ,
in een
gefchil
met zyne
Hoog-
heid en
het Hof.
-ocr page 757-
GESCHIEDENISSEN.
XXI. Boek.
689
Zoon van Karel den II., ondernomen werdt. 1685.
Monmouth hadt zig, eerftin den Haage,. '
en daarna, zeer in 't heimelyk, te Amfter- fti|d "
dam onthouden , daar hy den toeleg be- hadt.
raamde, met den Graaf vanArgyle ^die ins-
gelyks herwaar ds geweeken was (ƒ).. De
laatfte bekwam hier, zo Burnet fchryft
honderd duizend guldens vaneene ryke We-
duwe , en kogt 'er voorraad van krygsbe-
hoeften voor, met welken hy, in 't midden
van May, naar Schotland zeilde. Mon=
mouth volgde hem, omtrent drie weeken
laater, zig begeven hebbende aan boord
van een klein Oorlogsfchip van dertig Huk-
ken, welk hier ter Stede van Klaas Jakobs*
zoon de Fries
gekogt, en de Helderenberg ge*-
naamdwas. Het werdt gevoerd door den
Kapitein Bieter Abrahamszoon Brakel De
Regeering van Amfterdam hadt geene ken-
nis gekreegen van deeze uitrufting , voor
dat het te laat, en de Helderenberg reeds
vertrokken was. Zy hadt zelfs niet gej
weeten, dat Monmouth zig in de Stad ont-
hieldt; doch 'er, op 's Konings begeerte,
onderzoek naar gedaan, met oogmerk om
hem te doen vertrekken, zo men hem hadt
können vinden. Zelfs was zeker Blaauw-
boekje, genaamd An impartial Enquiry, of
Onzydig Onderzoek , welk , waarfchynlyk,
door de vrienden des Hertogs van Mon-
mouth , verfpreid was, en fcherpe befchul-
digingen inhieldt tegen Karel den II., dia
toen nog leefde, en deszelfs Broeder, den
Hertog van Jork, hier ter Stede, den zes-
den February, door 't Geregt verbooden (ƒ).
Al 't welke bewees, dat men, te Amfter-
dam, den Koning van Groot-Britanje niet
ongeftraft wilde laaten hoonen. Monmouth,
in 't weften van Engeland geland zynde ,
hadt zig, terftond, voor Koning doen uit-
roepen, en eene Oorlogsverklaring tegen
Jakob den II. in 't licht gegeven, die ook
hier te Lande verfpreid ; doch terftond ,
door 't Hof, en ook door 't Geregt van Am-
fterdam (u), verbooden werdt. Men weet,
hoe beide Monmouth en Argyle hunne roe-
kelooze onderneeming, federt, met den hals
geboet hebben (V). Koning Jakob klaagde
zeerover de Regeering van Amfterdam, die
't fchip den Helderenberg niet in beflag geno-
men hadt,fchoon het,door denEngelfchen
Gezant Skehon, verzogt, en door de Staa-
ten bevolen geweeft was. Doch de Stad
verdedigde zig zo volkomenlyk, in eenen
brief aan de Staatfche Gezanten in Enge-
land , dat 'er 't Hof, zo 't fcheen, genoe-,
gen
(s) Zie Vaderl. Hift. XV. Deel, M- *»*•
(t) Kenrb. Q_/. 87.
(u) Keutb. Q_. ƒ. 92. -verfo.
(v) Zit Vaderl. Hift. XV. Deel, bl, 300 tttx*
Vvvv 3
ker werdt voortgezet (f). Haar befluit bragt
veel toe, om haar te herftellen in de gunft
van zyne Hoogheid, en de verzoening te
volmaaken, die, in 't voorleeden jaar,ge-
brekkelyk gebleeven was.; D'A vaux ver-
haalt, dat Burgemeefter Hudde,.die thans,
als Oud Burgemeefter, aangebleeven was,
en 't meefte gezag hadt in de Stad, meer
dan anderen, fchroomde, den Prinfetemis-
haagen. Ook vervreemdde de vervolging
der Gereformeerden in Frankryk de Regen-
ten van Amfterdam, meer en meer, van
het volgen van maatregels, die met de in-
zigten en belangen van het Franfche Hof
overeenkwamen, en tot hiertoe den Staat
in vrede bewaard hadden. Voor 't einde
des jaars, werdt de verzoening getroffen.
Men beloofde:, het voorgevallene, ter we-
derzyde, te zullen vergeeten. Ook zou men,
volgens 't verhaal van d'Avaux, van den
een' en den anderen kant, niets van gewigt
in de Vergadering van Holland brengen ,
zonder 'er eikanderen, vooraf, over gehoord
te hebben. Doch de AmbalTadeur voegt
'er by , dat Burgemeefter van Beuningen
niet in 't Verdrag begreepen was. De Prins
bleef te zeer op hem geftoord: en hy hadt,
ook in Amfterdam, in ver na, het aanzien
niet, welk hy voorheen aldaar gehad hadt
U). Wy laaten egter deeze byzonderhe-
den, die alleen op 't gezag van d'A vaux
fteunen , geheellyk voor zyne rekening.
Gelyk ook ter zyner verantwoordinge blyft
de vertelling, dat de Prins, na 't fluiten van 't
Verdrag, gaarne gezien zou hebben, dat
men hem verzogt hadt, in Amfterdam te
komen: doch dat, zulks door zyne vrien-
den in de Vroedfchap gebragt zynde, al-
daar beflooten werdt,. dit bezoek, onder
voorwendfel van het ongunftig jaargetyde,
beleefdelyk, van de hand te wyzen (r).
Immers, ik vind hiervan geene melding al-
toos , in de Regiflers van de Vroedfchap.
Karel de II., Koning van Groot - Britan-
je, in February deezes jaars , overleeden
zynde, was opgevolgd, door zynen Broe-
der, Jakob den II., die den Roomfchen Gods-
dienft beleedt. De Prins van Oranje, Schoon-
zoon dés Konings, was nooit onverfchillig
geweeft, omtrent den toeftand der zaaken
in Engeland; doch begon 'er zig nu ernfti-
ger mede te moeijen. En meenen eenigen,
dat hy niet onkundig geweeft zy van den
aanflag tegen de Regeeringe van Koning Ja-
kob, die, in den voorzomer deezes jaars,
door den Hertog van Monmouth, natuurlyken
(p) Zie Vaderl. Hift. XV. Deel, il. jS3 cnXl.
Il) Negociat. du Comte d'Avaux Tum. V. p. 137» 18?»
I9°j lil.
(»•) D'A VAUX Tem. V. f. *°J>
1Ó85.
aiis-
»oegd op
ourge-
teeOer
Van Beu-
lingen.
^e Stad
Jerde-
Jetzig,
degens
!*ue i,e-
f*uldi-
Plj>g van
'Engel-
l
ï!
heHof,
süfzy
on-
See
>g des
>Mon-
Hth
-ocr page 758-
II. Deel.
AMSTERDAMS
690
nedergezet, werden zelfs niet verfchoond. i6&$'
Het vlugten werdt nog algemeener dan het zjg, op
geweeft was. Kortte vooren, hadt men,nieuws'
in Frankryk, en byzonderlyk te Bourdeaux ^J^he
en teRouan, beflag gelegd op de bezittin- v[ugte-
gen van veele Gereformeerde Koop luiden, üngen
die penningen en goederen van Hollandfche her-
Koopluiden onder zig hadden. Zeitig Am-^g.
fterdamfche Koopluiden hadden zig, in Sep-.^
tember, met een Smeekfchrift vervoegd
aan Burgemeefteren, om , door derzelver
voorfpraak, herftelling van fchade te beko-
men. De Penfionaris Hop fprak 'er over
met den Graave d'Avaux, die goede woor-
den gaf (b). Doch ik vind niet aangete-
kend , welk een gevolg deeze zaak gehad
hebbe. De Regeering van Amfterdam ver-
zuimde , ondertuffchen, niets, om de Fran-
fche vlugtelingen hier wel te ontvangen. In Hu"?f
Oclober , befloot zy, aan agt van de be-^6^
kwaamfte Predikanten onder dezelven, elk^de»
tweehonderd guldens 's jaars toe te leggen, Van °K
mids zy zig hier ter Stede onthielden, en derho»
den Predikdienft waarnamen (<r): en in Ja-vo0*~
nuary des volgenden jaars , werdt gelykezie
fomme aan nog vier anderen toegelegd (d).
By de verdeeling, die, naderhand, door de
Staaten van Holland, op het onderhouden
der gevlugte Franfche Predikanten, werdt
gemaakt, werden 'er aan Amfterdam zes«
tien toegeweezen (e). Aan Jean Cabrier , bv&e1*
die hier de Taffetas luflreerde, zo goed als v0°rhtjn>
te Lions, werdt een gefchenk van vyf hon- L6;",- ter
derd guldens, en tweehonderd guldens jaar- ste<te'
lyks toegelegd , mids hy zyne konft aan toege'
geene buitenluiden leerde (ƒ). De twee jaar- v° '
lykfche Collecten ten behoeve der Franfche
vlugtelingen, die, in 't jaar 1683, voor twee
jaaren, vergund waren, werden, na 't her-
roepen van 't Ediót van Nantes, nog voor >
twee jaaren, toegeftaan (g). En alzo het'cSc^i
getal dier Vlugteiingen , na dien tyd, zo&lé
fterk toenam, dat de WalfcheKerk te klein eer)e
bevonden werdt, om het zelve te bevatten, nie^"
werdt het Schermfchool op de Prinfengraft Ker^u
by 't Molenpad tot eene tweede Kerk be-1°°^
kwaam gemaakt, en van Stads wege, twee ggjna»^
fteenen wooningen voor dezelve , tot ge-
bruik der Diaconie en voor den Kofter, ge-
fchikt (p). Aan dé maakers van gouden,
zilveren, zyden en wollen Stoffen werdt
plaats tot het opregten van werkhuizen ge-
fchonken (f). Te Rotterdam, volgde men
den
(h) D'AVAUX Tom. V. p. I.J3 , IJ5, !«?•
(c)  Refol. Vtoedfch. Zr. O^ 13 03. I68J. ƒ. 34«.
(d)  Refol. Vtoedfch. Lr. R. j Jan, 1686. ƒ. 40.
(e)  Holl. Merc. van 1686. hl. 128.
(f)  Refol. Vroedfch. L'. R. 23 03. J«8J. ƒ. 4.
(g)  Refol. Vroedfch. L', R. 9 Not/. 168J. ƒ• <>.
(h) Refol. Vroedfch. Lr. R. 22 Dec. 16SJ. ƒ. 3?.
(i) Refol. Vroedfch, £>. R. 27 ^ipril 168«. ƒ. 100:
1685. gen in nam. Kapitein Brakel, eenen tyd lang
te Londen in hegtenis gezeten hebbende,
verwierf zelfs, ten laatfte,. vergiffenis van
den Koning. Doch 't fchip de Helderenberg,
van eigenaar veranderd , en, op 't einde
des jaars ,vöor deeze Stad gekomen zynde,
werdt daar in beflag genomen, en ten be-
hoeve des Konings verbeurd verklaard. De
tegenwoordige eigenaar werdt nogtans , uit
's Lands kaffe , met elfduizend guldens ,
fchadeloos gefteld O),
De Stad Burgemeefteren van Amfterdam, geraa-
verkrygt den gevonden hebbende, den weg tuffchen
Oftroi Duivendrecht en Abkoude, die zeer verval-
tot ver^ len was f te herftellen, en om den zelven
van6derf rydbaar te maaken,eene Valbrug te leggen
weg tus- over de Ringfloot van deDiemermeer;ver-
fchen wierven, op den drie en twintigften Maart
Duiven- deezes jaars, Oclxoi van 's Lands Staaten,
Abkou. om ^e Landeryen, tot verbreedinge van den
de. weg vereifcht, van de eigenaars, volgens
fchatting van de Geregten, te mogen over-
neemen, en om, tot vergoedinge der on-
koften , eenen draaglyken Tol te mogen
heffen (x). Men trof, op den eenentwin-
tigden May des volgenden jaars , eene Over-
eenkomft met de Poldermeefters en Inge-
landen vandegroote Duivendrechtfche Pol-
der , wegens het gebruik en de hoogte van
den nieuwen weg: en de weg- en brugtol
werden, ten zelfden tyde, geregeld (y).
't Verval De twee Latynfche Schooien , die , al
der La- federt eenige jaaren, tot één gebragt wa-
tynfche
         ^ vervielen egter tegenwoordig zo
Kerfteld. zeer> "oor °e opregting van andere byzon-
dere Latynfche Schooien, waarin beter on-
derwys gegeven werdt,dat Burgemeefteren
en Raad, in Maymaand deezes jaars, te
raade werden, den tegenwoordigen Rector
te beweegen,om van zyn ampt af te ftaan,
en hem en den anderen Meefteren, welken
men mögt goedvinden te ontfiaan, een be
hoorlyk jaargeld toe te leggen. Men be-
floot, wyders,naar bekwaame mannen om
te zien, om de plaatfen der bedankten te
vervullen; en, op dat men hierin te beter
flaagen zou, de wedde van Reftor en Mees
ters te verhoogen O),
't Hef- Het EdicT: van Nantes, waarby den Ge-
roepen reformeerden, in den jaar e 1598, vryheid
va" 't . van Godsdienftoefeninge inFrankryk toege-
Nante?71 ftaan was' 'm °a°ber deezes jaars, zynde
geeft ge- ingetrokken, begon de vervolging aldaar,
legen- op nieuws, heviger dan te vooren. Geboo-
heid, dat ren Hollanders, die zig in Frankryk hadden
(») Zie Vader!. Hift. XV. Deel, &'. 304 éni.
(x)
lil. Privileg, boek, ƒ. izo ""•ƒ•. Handv. bl. 43J.
verg. Groot-Memor. N. VII. ƒ. H7-
(y) Handv. hl. 4.35-, 416.
{%.) Ziehier na, inde&efchfyv. rfsrLATYNSCHRSCHOOLE.
(<»* Refol. Vioedfch. I'. Q« 23 May j«8J. f.Kz<i9.
-ocr page 759-
XXI, Boek.             GESCHIEDENISSE N.               691
1685. den zelfden voet. De Franfche handwer- maaktenze, voor hun vertrek, in wiflelbrie- 1686.
ken werden, in zo grooten getale, overge- ven over (p). En naardemaal veelen van n St j
bragt naar.Amfterdann naar Rotterdamen hun zig genegen toonden, om aan deezené^mt
elders, dat de Ambafladeur d'Avaux zulks Stad eenige penningen op Lyfrente te gee- eenig
met geene goede oogen kon aanzien, en 'er ven, werdt beflooten, hun daarmede te ge- Seld van
deerlyk over klaagde, in zyne brieven (£)„ ryven; een honderd en vyftig duizend gul de,.vlug-
^en De Koopluiden hier te Lande deeden, on- dens van hun op te neemen,enjaarlyks van oV^f"
*°ekt dertuflchen, hun beft, om Paspoorten te honderd guldens te geeven
                          rente.
Jyen yerkrygen van den Koning van Frankryk,
nitt0§t voor zulken hunner bloedvrienden, die on- Op een lyf van 10 jaaren en daar onder ƒ 4.--------
*tank- der 't gebied van den Staat gebooren wa-                   vanio wt 15 jaaren——« 4. 2
% te ren, en zig in Frankryk hadden nedergezet,                    __20__25________* 4! 7 ~
^nver- ZOnder aldaar genaturalifeerd te zyn:'t welk,                    —25 — 30-------------s 4.' 9 .__
HÓi^°°rmeen ik, fomtyds gelukte. Een Amfter-                ' ■—30—35----------—«4.12 —.
^rs, en damfch Koopman , Vincent genaamd, ver-                    —35 —40-------------* 4-16 —
Wn- zoet zulk een Paspoort voor zyn en broeder,                   __*° *|               ~'l'Ji'
Vq yfe die eene Papiermaakery by Angouleme hadt,                   5o — 55_________£%_____
O Am' waaraan wel vyfhonderd arbeiders de koft                    — 55 — 60-------------« 6.14 —
""eis™" wonnen (/). En ik meen, dat hem zynver-                boven de 6o--------•■-------* 7-14 —
IG$6. zoek toegeftaan werdt. De Regeering van
Amfterdam fprak zelve voor eenige luiden Men hadt> te™**? vooren, eenige pennin-
vannaame, welker bloedvrienden hier ter §en van de Franfche ylugtelingen op Intreft
Stede in de Regeeringe waren : en onder genomen. Doch nu befloot men eerft, tot
anderen, voor Mevrouwe van Oudshoorn, het geeven van Lytrenten. Men nam egter
die reeds zeventig jaaren bereikte, en wiens geen hooger Capitaal dan zesduizend gul-
man verlof voor den tyd van zes maanden dens op een lyf, en maar op een perfoonuit
hadt, om zig buiten 't Koningkryk te ont- mt el.k.e mihe> die nog verklaaren moeft,
houden; voor den Heere van Heemftede,die dat dit Capitaal hem alleen m eigendom
ook reeds buiten Frankryk was; doch aldaar toekwam (5).
no* eenig goed hadt; voor Mevrouwe de Omtrent den aanvang deezesjaars 1686, Bürge-
PKduwemnder Meeren voor den Heere verfcheen de Oud-Burgemeefter Coenraad™^
ter Smit ten,
die geen van beide genaturaR- ™» Beumngen, die, zo men op t verhaal van^*™
M waren. Voorts, verzogt de Stad ver- dAvx ^aat maakenmoge, nog m deverzoekf,
gifFenis en vryheid voor den Heer Dutry, onguntt Itondt van zyne Hoogheid, en wiens van zyne
die in hegtenis genomen was, om dat hyde aanzien in de Stadook fterk afgenomen was, ^Pten
kinderen van den Heer de la Sabliere, een' f de Karaer van Burgemeefteren, verzoe- ^
vlugteling, naar 't fchynt,in zyne herberge ke"de, van zyne ampten van Burgemeefter worden.
bewaard hadt. D'Avaux ftelde't verzoek en Vroedfchapontflaagen te v/orden. t Ver-
der Heeren van Amfterdam gunftiglyk voor zoek werdt in den Raad gebragt, daar ee-
aan den Koning (*>: en 't fchynt,dat 'er, nige Heeren benoemd werden, om de Pri-
ten minfte gedeeltelyk, in bewilligd is. vilegien naar te zien, en te onderzoeken,
Wat laater verzogt een Burgemeefter van of> en in hoe verre,in de begeerte van den
Amfterdam'vryen uittogt voor de vrouw en Heere van Beuningen bewilligd kon wor-
kinderen van eenen zyner nabeftaanden, den en of het ook tegen den inhoud der
vanden Bofih genaamd, die uit Frankryk Privilegien ftreede (f) ? Doch ik vind niet,
geweeken was (»). De Staaten Generaal dat 'er verflag van deeze Commiffie gedaan
hadden, te vooren, verzogt om de vryheid zy aan den Raad, en gevolgelyk ook niet,
van twee Hollanders, de Heeren Ploos van dat 'er eenig nader beiluit op genomen zy.
Anfiel en van Euffen, die, befchuldigd dat Zeker is 'tnogtans, dat hy, die den eerften
zv eenige Franfche Gereformeerden hadden February des jaars 1685, als Burgemeefter
helpen ontvlugten, in Frankryk, in hegte- afgegaan was,federt, met wederom verkoo-■
nis genomen waren.(*): en ik meen, dat ren werdt. Doch zyneVroedfchaps-plaats
ook dit verzoek hun toegeftaan is. De vlug- werdt niet vervuld, dan na zyn overlyden
telingen, die herwaar ds kwamen, bragten, (ƒ)• Hy verhaalt zelf, in een zyner ge-
zo zy eenig vermogen hadden, zo veel van drukte Zendbrteven den agtften January
hunne goederen mede als zy konden, of des jaars 1689 gefchreeven (O, dat hy toen.
f O D'AVAUX Tom. V. f. z«7- Tom. VI. p. »).                      f/>) D'AVAUX Tom. VI. p. lof.
(Ij D'AVAUX Tora, V. p. 193.                                                     (q) Refol. Vroedfch. Lr. R. IJ-^"8.6' ƒ' IJ
(m) D'AVAUX Tom. V. p. 3°3 . 304. Tom. VI. p. 13.            (r) Refol. Vroedfch. ir. R. s f*»- '«»*• /• 16.
(n) D'avuix Tom. VI. p. 15-                                                      O) Re<°l' Vroedfch. L'. W. zs 7*»- I«St. ƒ. i«ï»
(o) D'AVAUX Tom. V. p. ISi'                                                      O) ßt<"tz* 17,
-ocr page 760-
II. Deel,
AMSTERDAMS
69%
!686. drie jaaren van de Regeeringe ontflaagen wedergekreegen, en is, op den twintigften i° '
geweeftwas, enzig, in dien tuffchentyd, 061:ober des jaars 1693 , overleeden. In^ °yn
zeer op de zaaken der Ooftindifche Maat- zyne vroege jeugd (1), hadt hy grootengecil^,
fchappye, van welke hy Bewindhebber was trek gevoeld, tot een ingetoogen en afge-in zy"ê
(u) , toegelegd hadt. Hy hadt ook fterk in zonderd leeven. En weet men, by over- yroege
de Ooftindifche Aótien gehandeld; doch met levering, dat hy , toen, beproefde, daUsllS '
zulk een' ongelukkigen uitflag,dat dezwaa- hy zig, voor vyfendertig of veertig guldens
re fchade, die hy op deezen handel leedt, in 't jaar, van voedfel voorzien kon. Hy
Hy
wordt
zyner
zinnen
byiler.
hem het verftand krenkte. Men befpeurde vervoegde zig toen ook in 't gezelfchap der
hiervan taftelyke blyken, in den Herfft des Rynsburgeren , welk ten huize van Frans
jaars 1688,toen hy een Gefchriftontwierp Joachimszoon Oudaen, Bakker te Rynsburg,
over het duizendjaarig Ryk van Chriftus, en Vader van den beroemden Digter Joa-
welk hy hieldt, in 't kort, te zullen opge- chim Oudaen, byeen kwam; daar hy eens
regt worden. Hy fchreef, naderhand, over eene ernftige redevoering deedt, aanwy-
deeze ftoffe, donkerlyk en verwardelyk, zende, hoe een Chriften wandelen moeft,
aan Burgemeefteren en Schepenen, dieligte- om God, naar het Boek, zo noemde hy de
]yk zagen,waar het den ongelukkigenHee- Schriftuur, te behaagen. Omtrent deezen
re haperde. Men liet toe, dat hy, in zyn tyd, kreeg hy ook kennis aan Johan Har-
huis, opgeflooten en bewaard werdt, daar tigvelt, Zoon van Kornelis Hartigvelt, Bur-
men zig van geneesmiddelen bediende,om gemeefter van Rotterdam, voor wien men,
hem te herftellen. Doch hy beweerde, dat zeide hy, infiaan kon, dat hy naar het Boek.
hy gezond was van lighaam en geeft, en leefde. Ook aan Daniel de Br een en anderen,
nam zeer euvel, dat hem, op den zeven- van welke luiden hy 't gevoelen van het
tienden Oftober des gemelden jaars, met duizendjaarig Ryk overgenomen hadt, welk
geweld, een ader geopend was. Hy wift hem, toen hy, in zynen ouderdom, zyner
wel, dat hy geen bewind over zyne midde- zinnen byfter geworden was, wederom in
len hadt, zynde het zelve, op den twintig- den geeft fchynt opgekomen te zyn. Met
ften der gemelde maand, door Schepenen, Joachim Oudaen, hadt hy ook, federt hec
aan zyne Huisvrouwe , Joanna Bartholotti bywoonen der Rynsburgfche Vergaderinge,
van den Heuvel, en eenige anderen, geduu- altoos kennis gehouden (x).
rende zyne ongefteldheid, opgedraagen (v). De Regenten van 't Gafthuis deezerStad De^
Doch hy verbeeldde zig, dat hy nog zeer hadden, in den aanvang des jaars 1Ó86 ,nulSj[
ryk was, en zag groote winften te gemoet waartoe wy nu wederkeeren, verlof gekree- w°[
op zyne beleende Acfien, die hy den ar- gen, om de Kerk, die van ouds aan 't Gaft- groot'
men, der Stad, of den Prinfe van Oranje, huis behoord hadt, te vergrooten , en te
voor 't Land, aanboodt. Doch hy klaagde, gelyk, om zekere Huizen en Land van 'c
dat niemant dezelven aanvaarden wilde: 't Gafthuis te verkoopen, en de penningen,
welk hy voor een wonderwerk aanzag. Doch daarvan komende, te befteeden aan Obli-
daarvoor hieldt de ongelukkige byna alles
                                                           ga-
wat omtrent hem gebeurde, en onder an- (*) d.-v. hoogstraten Leven van Joachim oudaen, bi.
deren , dat niemant hem aanfprak, of zyne Jil>41' s°'
redenen onderzogt; dat millioenen, gelyk (l) De Heer van Beuningen fchryfc, in zyne*
hy zig Uitdrukte, by misrekening, oordeel- Zendbrief aan C. v. H., waarfchynlyk Coenraad van
den, dat vierduizend guldens in de Ooftin- Heemskerk , die den eerften November des jaars
difche Maatfchappy zesduizend guldens 's l688 gedagtekend is, dat hy toen zes en zeitig
iaars winft eaven- en dat oo 7vn klonnen Jaaren oud was; hy zou , derha ve, nog geene
jaars wnnc gaven, en aat, op zyn Kloppen, twintig jaaren moeten bereikt gehad hebben, indien
fchreeuwen en weeklaagen bynagt, me- zyriftil en afgefcheiden leeven, en zyn bywoonen
mant der bliuren ten bedde uit gereezen der Rynsburgfche Vergaderinge, gelyk Hooastra-
was. Alle deeze en meer andere blyken TEN fchryfl: ( Leven van Joachim Oudaen , bl. 39.)
zyner krankzinnigheid vindt men in zyne ieigen gedrukte Brieven O), die allen, in
of kort voor zynen ongelukkigen toeftand,
gefchreeven zyn. Door wien, of met welk
ik vermoed, dat Hoogstraten den tyd te vroeg:
gefteld heeft. Immers, ik lees, in zekere Aante-
keningen
van den Heere Gerrit Schaep Pietersz,,
in 't jaar 1638 Schepen en Raad geworden, dat de
Heer van Beuningen, in 't jaar 1643, Secretaris
oogmerk, zy gedrukt en uitgegeven zyn,   HeerAvaftn Beuningen, in t jaar 1643, Secretans
. &         1 1 S r\__„ , ,," °TT 1 J r    van Amfterdam geworden zynde, niet voor t jaar
is my onbekend. De ongelukkige Heer heeft   l6j0) afftand van dit ampt deedt, en tot in 't jaar
nimmermeer het gebruik van zyn verftand   1651 een afgezonderd leeven leidde: waarna hy,
in 't laatftgemelde jaar, tot Penfionaris zynde aan-
. . _ ,,         „ ,,tT .                                    gefteld, terftond in gewigtige Staatshandelingen
3 ffi wÄf/Äi.'iW.i.,./.,,,,,,,.   f bikt we^- . ZT» verblyf te Rynsburg fchynt,
(w) zendbr. van dm Hr. c. v. B. bi. i, *, ä,7,s,y,   derhalve,m t jaar 1650 en 1651, te moeten ge-
17, i8. zendbi. ««» c. v. H. bl. i,+,7> >».               plaatft worden.
-ocr page 761-
GESCHIEDENISSEN.
XXI. Böek*
69j
gatien, ten lade van openbaare Comptoi-
ren loopende, waarvan zy zig grooter In-
treft beloofden (y). Ten zelfden tyde ,
werdt, ten behoeve van allen,die het mögt
aangaan, door Burgemeefteren verklaard,
dat hetGafthuis alleenlyk een Gafthuis was,
waarin behoeftige kranken ontvangen wer-
den, en geene Proveniers, die iet vóór kolt
of geryf betaalden (2).
Henrik Cafimir, Prins van NafTau en Erf-
Stadhouder van Friesland, der Regeeringe
van Amfterdam, op den zevenentwintigften
july deezes jaars, kennis gegeven hebben-
de , dat zyne jonggebooren Dögter, den
volgenden dag, plegtiglyk ftondt gedoopt
te worden, en dat hy de Stad, als Geva-
der, daarby dagt te doen reprefenteeren;
zo werdt by den Raad beflooten der jonge
Prinfeffe <, tot eene pillegave , té vereeren
een' lyfrehtebrief van zeshonderd guldens
jaarlyksj leggende in eene gouden doos,
en daarenboven vyfhonderd guldens te
fchenken in de Kraamkamer («).
De Staaten 's Lands van Utrecht met Bur-
gemeefteren van Amfterdam zynde overeen-
gekomen , om een' bekwaamen wagenweg
te maaken tuffchen de twee Steden, mids
daartegen heffende eene behoorlyke Ga-
belle , en deeze weg dok moetende loopen
over Slootdyk , door het Geregt van Kroo-
nenburg; zo verzogt en verwierf Antonis
van Lynden
, Heer van Kroonenburg, Loenen
enz. Oétroi van de Staaten van Holland ,
gedagtekend den dertigften May, om den
weg over Slootdyk ook te mogen maaken en
onderhouden, waartegen hem, insgelyks,
eene bepaalde Gabelle werdt toegelegd. En
dit Oftroi, als de Stad eenigszins betreffen-
de, is, in eene van de Stads Regiflers (£),
te boek gefteld.
De Volkplanting van Suriname, waarin
de Stad een derde gedeelte bezat, van tyd
tot tyd , meerder voordeel beloovende ,
fchroomden Burgemeefteren en Raaden niet^
de Commiffariffen, die, van Stads wege,
't bewind der Sociëteit of des Genootfchaps
hadden, te magtigen , om , nu en dan ,
voor korten tyd , eenige penningen op te
neemen, en zelfs den Heere van Sommelä-
dyk, die voor een derde eigenaar en daar-
benevens Gouverneur der Volkplantinge
was, op goede verzekering, eene aanzien-
lyke fomme te fchieten (c). Op 't einde
deezes jaars, werdt, onder anderen, be-
flooten, de inlaag in 't Genootfchap, voor
(y) Refol. Vroedfch. Lr. R. is Jan. i68fi. ƒ. JOjju
(x.) Handy, hl. 272.
(a)  Refol. Vroedfch. L'. R. ij Aug. j6>6. f, 156.
(b)   IU. Piivüegieb. ƒ. 121. en Handv. hl. 4?9.
(c)  Refol. Vroedfch. L". Q^. H Febr. i July iSiS. ƒ.
»7S, 310.
L STUK.
ieder der drie deelgenooten, met agtentwin- ^ s
tigduizend guldens te verhoogen;by welke *»
gelegenheid, de Stad dën Heere van Som-
melsdyk, tot voldoening van zyn aandeel
in deeze verhooging, wederom veertiendui-
zénd guldens opfchoot (d).
In November deezes jaars , werdt ont- D w.
dekt, dat, uit de Wiffelbank deezer Stad, iefbanlT
federt eenige jaaren, wel drie enveertigdui- wordt
zertd zevenhonderd én zeventig guldens ge- befloo»-
ftolen waren. Burgemeefteren , die, van
wege de Stad, voor de fchade inftonden,
fpaarden' gééné moeite, om de handdaadi-
gen te ontdekken, en te doen ftraffen (e):
't welk hun bok, meen ik, ten deele, ge-
lukt is.
Omtrent den aanvang des jaars 1687 , De Stad
ontftondt 'er gefchil tuffchen den Hoogen neemt
Raad en 't Hof, waarin de Regeering van deel in
Amfterdam ook eeriig deel nam, en welk pkerge-
hooger zou geloopen hebben, zo 't niet, fchen'"8"
by tyds , door 's Lands Staaten zelven , denHoo-
bygelegd geworden was. Adriaan Bouwman, gen Raad
Predikant te Alfen, was, oveir zekere my^ en*J^of-
onbekende misdaad, voor 't Hof in regteri °7*
betrokken. Eenige Leden der Gemeente
hadden zig, federt, vervoegd aan de Clas-
fis van Woerden en Neder-Rynland, waar-
toe de Predikant van Alfen behoorde, mee
verzoek, dat zy de zaak tuffchen den Leer-
aar en hen, tot de meefte ftigtinge, wilde
afdoen. De Claffis verwierf 'er verlof toe
van 't Hof; doch zat 'er naauwlyks over,
of daar kwam bevel van den Hoogen Raa-
de, om 'er mede ftil te ftaan. De oude en
nieuwe Kerkenraad van Alfen hadt dit be-
vel weeten te verwerven. Doch de eerft-
gemelde Leden der Gemeente wift.en te
wege te brengen , dat 'er , op naam van
zyne Hoogheid , midsgaders Prefident en
Raaden van den Hove , brieven kwamen
aan de Claffis, gedagtekend den twintigfteri
February, om de zaak met den Predikant
af te doen, zonder zig aan 't bevel van den
Hoogen Raade, ten tegendeele gegeven ,'
eenigszins te kreunen. De Hooge Raad
zig, door deeze brieven, ten hoogfte bele-
digd agtende,' verleende een nieuw* bevel, * Mande-
waarby de oude en nieuwe Kerkenraad her- ment van
fteld werden in 't bezit van Kèrkelyke zaa- ^flW*
ken te mogen afdoen, voor dat dezelven in
de Claffis gebragt mogten worden. De Raads-
heeren Cornelis Hop en Fincent vahBronkhorfl,
beide burgers van Amfterdam, werden, door
den Hoogen Raade, gemagtigd,om dit be«
vel ter uitvoeringe te brengen. Zy begaven
zig naar Alfen, daar zy bevel gaven toe
her-*
(d) Refol. Vroedfch. Zr. R. 3 D"> «686. ƒ. i»i,
(et Groot-Memoi. N. VU. ƒ. >«».
Xxxx
1686.
IfGaft.
«uis
Ver-
klaard
SeenPro-
^eniers-
huis te
Oe Stad
llaat Ge-
Vader
"Vere'e-
1e Dog-
kr van
JenPrin-
[evan
^affau.
Oftroi
°P een
Veelte
^aa
en
gen-
brecht.
N in-
f 15>ocie-
JltlÜ..
016 »ordt
Sr.
°°gd.
-ocr page 762-
A M 'S T E R D A M S
II. Deel.
6p4
j587 herflelling van alles, wat verkeerdelyk ge-
daan was, op eene boete van honderd gou-
den Ducaaten, jegens de hooge Overheid
te verbeuren; te gelyk de Brieven van den
Hove,waarby deClaffis gemagtigd was om
over de zaak te zitten, naar zig neemende
„ magtigen, de Predikant, of wie 'er zig \6%T
„ meerder by bezwaard vondt, zig zou mo-
„ gen vervoegen aan de Staaten zelven;die
„ deswege zulk eene fchikking zouden maa-
„ ken, als zy zouden bevinden te behooren
„ (ƒ)." De Heeren Hop en van Bronk-
Maar 't Hof kreeg zo dra geene kennis van horft , hierdoor genoegzaame vergoeding
't gebeurde, of het dagvaardde de Raads- ontvangen hebbende, voor den hoon, hun
heeren Hop en van Bronkhorft in perfoon, aangedaan, begaven zig wederom naar den
en beval hun de brieven van aanfchryvinge Haage , en tot het waarneemen van hun
aan de Claffis aan eenen der Secretariffen beroep.
dt«
van den Hove te rug te geeven, en de pen 's Nagts tiuTchen den vyfden en zesden B^^j.
te naaien door de woorden, hierop flaande, May, was 'er een hevige brand ontftaan in p*rf
in de brieven, waarby de Hooge Raad den het Dorp Durgerdam, aan de overzyde van
Kerkenraad van Alfen herfteld hadt in 't 'tY, in 't gezigt van Amfterdam,gelegen,
regt of bezit, welk denzelven betwift werdt. Omtrent driehonderd huizen werden aan
De Hooge Raad, 't bedryf van 't Hof aan- kooien gelegd. De Kerk, een Zaagmolen,
ziende als eene blykbaare inbreuk op hunne en weinige huizen aan den Zuidooftkant blee-
waardigheid en gezag, vervoegde zig aan ven Haan.'t Ongeluk was veroorzaakt, door-
de Staaten van Holland, met verzoek, dat 't aanglimmen van doove kooien, in een
het Hof in 't ongelyk mögt worden gefield, hutje aan den Ooflkant van 't Dorp, en de
De Heeren Hop en van Bronkhorft, niet vlam was, door eenen flyven Ooftenwind,
gezind om in perfoon te verfchynen, voor flerk aangeblaazen (g). De Regeering van
't Hof, en bedugt voor verderen hoon, be- Amfterdam gaf, in de Lente des volgenden
gaven zig naar Amfterdam, en klaagden der jaars, aan die van Durgerdam verlof, om,
Regeeringe het ongelyk, welk men hun hier ter Stede, te mogen bekend maaken,
aandeedt. Burgemeefteren trokken zig de dat zy eene Lotery, ten behoeve der ver*
zaak hunner burgeren aan; fchreeven, den armde ingezetenen, hadden opgeregt (hy.
negenden Juny, in hun voordeel, aan de uit de winft van welke, naderhand, de ver-
Staaten» en verzogt en „ dat hunne Edele brandde wooningen wederom werden opge-
„ Groot - Mogendheden den Provinciaalen timmerd.
„ Raaden wilden beveelen, fchriftelyk aan Omtrent deezen tyd, werdt, in de Vroed- Raad-,
„ te wyzen, op wat gronden dezelven zig fchap van Amfterdam, wederom ernflelyk pleeg'!
5)
zo veel gezags aanmaatigden over Ge- geraadpleegd op het weeren of voorkomeng
het ff'
e
magtigden van den Hoogen Raade , in van den flank, in de wateren deezer Stede; "„ i
i$
zaaken derzelver ampt betreffende." Ook waarop, eerlang, een ontwerp gemaakt (ij den W\.
begeerden zy „ dat den Procureur - Gene- en in den Raad gebragt en goedgekeurd inde s$
j, raal mögt gelaft worden, voor de Heeren werdt. Burgemeefteren en Thefaurieren wer-*er
„ Staaten open te leggen , wat hy in te den, ten zelfden tyde, gemagtigd, om het
„ brengen hadt tegen de Heeren Hop en ter uitvoeringe te brengen, en daartoe, van
van Bronkhorft," die , ondertuffchen
verklaard hadden, dat hun het waarneemen
van hun beroep niet te vergen was,zo lang
zy 't niet, met veiligheid voor hunne per-
foonen, doen konden. De verdeeldheid zou
hooger geloopen hebben, zo niet de Staa-
ten , met zyne Hoogheid hebbende geraad-
pleegd, eenen middelweg ingeflaagen, en
Stads wege, de noodige penningen te ge-
bruiken (k).
De Staaten 's Lands van Utrecht hadden, Vo"^
al federt eenigen tyd, op de Staaten vanwa^
Holland begeerd, dat de fchans, die, in 't^ótt*
jaar 1672, aan de Nieuwerfluis, op Sfigt- van a*
fchen bodem, aangelegd was, wederom mögt fcM'lL.
geflegt worden. In dit verzoek werdt, ein-te ,1$*
op den zeventienden Juny bevolen hadden, delyk", bewilligd
,, dat de Hooge Raad de brieven van aan
Doch de Stad Amfter-jj a»
n , dat zulks, onder an- §&& °f
fchryvinge aan't Hof te rug geeven zou, deren, onder deeze voorwaarde, behoor-wo^6"'
de pen haaiende door de woorden in hun de te gefchieden: „ dat aan 't oordeel der
bevel, die op deeze brieven floegen; dat „ Staaten van Holland flaan zou, te over-
het Hof zou intrekkende dagvaarding in „ weegen, of de nood, t'eenigen tyde,ver~
perfoon, aan de twee Raadsluiden,Hop
en van Bronkhorft, gedaan, de aanteke-
ningen van 't gene daarop gevolgd was,
doende ligten uit de rolle; en dat, zo 't
Hof mögt willen voortgaan, om de Clas-
fis tot het afdoen der hangende zaake te
„ eifchen zou, eene of meer fchanfen aan
» de
(f)  Zie Holl. Hitte, van 1687. hl, IS2-17I.
(g)  Holl. Merc. van 1687. tl. 171.
(h) Groot-Memor. Ä. VII. ƒ. 191 verfi.
(») Munlm.-Reg. N. 6. f. j8o & feqq. Tliefaui. £,**">
ds N.
(<J Refol, Yieedfch, L', R. 2 J»»j U87. ƒ. jcj,
■>•>
S5
-ocr page 763-
GESCHIEDENISSEN.
XXL Boek.
695
1687.  " ^e Nieuwerfluis of elders op Stigtfchen
„ bodem aan te leggen; en dat zy, zulks
„ noodig agtende, daartoe, zonder uitftel,
„ in gevolge van de overgifte der Staaten
„ 's Lands van Utrecht, zouden mogen ko-
„ men (/)."
&e Stad Het geta^ der Franfche vlugtelingen, on-
feteene der welken ook veele arme luiden waren,
°elaftii]g nam zo fterk toe in deeze Stad,dat deKer-
|Lde kenraad der Walfche Gemeente, wien de
en den oiiderfteuning deezer luiden aanbetrouwd
Wyn, was, in den aanvang des jaars 1688,klaag-
'en be- de, dat de herhaalde Colle61;en, hier ter
den?6 - Stede, gedaan, nog niet konden toereiken
fee ran om aan de dringende behoeften te voldoen;
Pügte- en dat hunne Kas wel vyftienduizend gul-
''ngen. dens ten agteren geraakt was. Men voegde
1688.   hierby,dat 'er jaarlyks veertigduizend gul-
dens vereifcht werden , tot onderfteuning
der arme vlugtelingen. En de Vroedfchap
beiloot, op den twintigflen May, eene be-
lading van drie fluivers te leggen op ieder
zak tarwe, en van zes fluivers op ieder an-
ker wyns, waarvan, naar men rekende, ruim
vier en twintig duizend, en ruim twaalfdui-
zend guldens zouden können komen, die,
ten behoeve der arme Franfche vlugtelin-
gen , zouden bekeerd worden (m). Om 't
gene 'er nog te kort kwam te vinden, werdt,
federt, eene belafting gelegd op de Courta-
ge
der Makelaars in Ooft- en Weftindifche
A&ien (n). Doch , met de behoeftigen ,
kwamen ook veele ryke Franfche huisge-
zinnen herwaards over:'t welk toegefchree-
ven werdt aan de ftrengheid, waarmede zy,
in fommige Steden en Provinciën des Ryks,
bejegend werden, die, fchryft d'Avaux,
veel verfchilde van degemaatigdheid,wel-
ke men, te Parys, te. Rouan, en elders, on-
der 't oog des Konings, gebruikte (0).
h-            De Stad vereerde ook, in de Lente dee-
Jii'eS," zes jaars, een erf op dePrinfen-graftbyde
die hem, omtrent deezen tyd, ernfl werdt. 1688.
't Gedrag van Koning Jakob den II. ftondt - , Pr{n
Amfterdam ook geweldiglyk tegen. Zul- fen togt"
ken , die , door hem , onder ongegronde naar En-
voorwendfels , verdrukt of verjaagd wer-gelaadte
den, werden hier met opene armen ontvan- d°n" bs"
gen. Sommigen, gelyk Doctor Gilben Bur-Wlüisen'
net, met het burgerfchap vereerd (5). Ook
befloot men deezen te befchermen, tegen
het uitdrukkelyk verzoek des Engelfchen
Ambaiïadeurs (f). Nogtans, wilde men niet
gedoogen, dat 's Konings naam hier open-
lyk gefchandvlekt werdt. Men hadt, op 't
einde des voorleeden jaars, een Gefchrifc
verbooden, genaamd Ontdekking van 't ge-
vaar der Proteflanten in Engeland
, waarin
eenige hooge Perfonaadjen oneerbiediglyk
gehandeld werden (ƒ). Doch omtrent den
aanvang deezes jaars, hadt zyne Hoogheid,
door den Raadpenfionaris Fagel, eenige
opening van zynen toeleg op Engeland laa-
ten doen aan den Oud - Burgemeefler, Ni-
colaes Witfen,
die toen in 't Collegie van
Gecommitteerde Raaden zitting hadt, en
op den eerflen February, wederom tot Bur-
gemeefler verkooren werdt. De Heer van
Dykveld
fprak 'er hem, wat laater, insge-
lyks, over. Zelfs vraagde zyne Hoogheid
hem om raad. Doch hy antwoordde alleen-
lyk, met algemeene uitdrukkingen. Onder-
tuffchen , vondt de Burgemeefler zig be-
zwaard met het geheim, welk hem toever-
trouwd was, durvende hy de Amfterdam-
fche en andere Nederlandfche Schippers,
die op Frankryk voeren, niet waarfchuwen,
fchoon hy zig verzekerd hieldt, dat zy in.
hun verderf liepen, zo de togt op Engeland
voortgang hadt. Omtrent het midden van
Juny , kwam Dykveld de Burgemeefleren
Hudde en Witfen , in 't heimelyk , fpree-
ken, ten huize van den eerflen; hun, na
dat zy hem vooraf de ftiptfle geheimhou-
ding beloofd hadden, voorhoudende, hoe
hy, door zyne Hoogheid, aan hun en aan
den derden Burgemeefler, den Heere Cor-
nelis Geelvinck
, Heere van Kaflrikum, af-
der
Weesper-ftraat aan de Nederduitfche Gere-
^nierd. formeerde Diaconie, tot het opregten eener
Brouwerye, ten behoeve der zelve (p), wel-
ke , federt, getimmerd werdt.
Sie;. De vervolging in Frankryk, die veele in- onden was, om hun >t                we]k
Atot gezetenen deezer Landen verbitterd hadt §en Staat uit Engeland drei|d 0^der ,*
Vhh tegen het Franfche Hof, bragt ook niet wei-                         
deling"" nig toe, om de Regeering van Amfterdam,
N drie meer dan te vooren, te vervreemden van
^fter- Frankryk: 't welk den Prinfe van Oranje
^u?ge'.ie aanleiding gaf, om de Stad te ligter te doen
■»eeftgfg Hemmen in de onderneeming op Engeland,
oog te brengen. Hy vraagde hun, in 't by-
zonder, of zy niet zouden können goedvin-
den , dat men aanviele, eer men aangevallen
werdt. Doch zy verflonden, dat men 't
werk den tyd aanbeveelen moeft , en ten
minfte wagten tot in 't voorjaar. Dykveld
opende zig , daarna , nog duidelyker aan
Witfen alleen, die hem naar de fchuit ge-
leid-
fa) Vadetl. Hift. XV. Deel, tl. JJ°.          ,
(r) Refol. Vioedfch. Ir. S. IJ ?""• »*"• *' "9
(,) Keurb. Q, ƒ. If},
XXXX 2
II) Refol. Vroedfch. £r.R. 3,+ OB. 1687. ƒ.315,35«?.
(»») Refol. Vroedfch. £'• S. 26 Maart, 20 May 1688.
/- (tj Refol. Vioedfch. I'. S. 18 Jan. 1689. ƒ. *"• Keuib.
Zr. Q. ƒ. 171, 176 verft.
(o) D'AVAUX Tom. VI. ƒ>• «OJ ' I0«-
ip) Refol. Vioedfch. L'. S. 26 Maart «88. ƒ. ^i.
-ocr page 764-
AMSTERDAMS            II. Deel.
696
Hudde , Geelvinck en Witfen kennis gaf ï^*'
van zyne verrigtingen. Hy hieldt de avond-
maakyd met de twee laatften,diezig zorg-
vuldiglyk wagteden van op den goeden uit-
flag der onderneeminge te drinken. Zyn
verblyf in de Stad bleef geheim. Hy werdt,
ter middernagt, in ftike uitgelaaten , heb-
bende Burgemeefter Witfen zorg gedraa-
gen, om eene der Stads poorten te doen
open houden (y).
Midlerwyl, begon men zig, hier te Lan- Amter\
de, door beleid van den Prinfe van Oranje,daJ".^ein
fterk toe te ruften, te water en te lande. T 0'nder-
Te Amfterdam, werdt de ukrufting te wa- ftèunioS
ter yverig voortgezet, door den Heere Hiob van de°
de Wildt, Secretaris der Admiraliteit, dieP*infe*
kennis hadt van 's Prinfen oogmerk. Doch
't liep tot in September aan, eer op de ge-
wigtige onderneeming geraadpleegd werdt,
in de Vroedfchappen der Steden van Hol-
land. De Raadpenfionaris fchreef, den
negenden, aan de Steden , met verzoek,
dat derzelver Afgevaardigden ter Dagvaart
gelaft mogten worden, om een befluit te
neemen tot verdediging van den Staat. De
brief werdt, met eenige bylaagen, te Am-
fterdam, gefield in handen van de regeeren-
de Burgemeefteren en eenige Gemagtigden
uit den Raad (z). In de byeenkomft dee-
zer Gemagtigden, ftemde Burgemeefter Wit-
fen ,, dat hy de groote zaak noch aan-noch
,, afraaden kon; doch zo men 'er egter me-
„ de voort wilde, verftondt hy, dat men
„ niet nalaaten kon, den Prins te onder-
„ fteunen, mids men den onderfland bepaal-
„ de; niet met Engeland brake, en , by
„ goeden uitflag, onderfland van daar
„ bedonge." Doch de meerderheid der
Gemagtigden en der Vroedfchap zelve be-
floot tot het onderfteunen van zyne Hoog-
heid; alzo 't werk, onder de andere Leden
van Holland, te ver gebragt was, om te
können gefluit worden. Eenige Raaden oor-
deelden , dat het ftilzwygen der drie Bur-
gemeefteren oorzaak geweeft was, dat men
deezen gewigtigen toeleg , heimelyk, zo
ver hadt können voortzetten. Doch de mees-
ten verftonden, dat het ontydig openbaaren
van den zelven 't Land in groot gevaar hadt
können Horten («). Hoe, na dat de Leden \^s^1
leidde, hem zoekende te beweegen tot het
belooven van bylland, in den togt naar En-
geland. Twee dagen laater, werdt Witfen
in den Haage ontbooden, daar hy, meer
dan eens, fprak met de Heeren van Dyk-
veld en van Rhoon , den Raadpenfionaris
Fagel, en zyne Hoogheid zelve. Ten laat-
fte, deedt hy een' keer naar Amfterdam,
en bragt toen voor 't gevoelen der drie Bur-
gemeefter en , zynde den vierden, den Hee-
re Jean Appelman, verdagt by zyne Hoog-
heid, en daarom buiten 't geheim; in den
Haage in „ dat zy 't groote werk noch aan
„ noch afraaden konden; doch zo 't, bui-
,, ten hun toedoen, werkftellig gemaakt
„ werdt, wilden zy,voor hunne perfoonen,
„ wel raaden tot zulk een' onderfland, als
„ zy met eed en pligt beftaanbaar zouden
„ oordeelen; fchoon zy van gedagten wa-
„ ren, dat het, by de Vroedfchap hunner
„ Stad, niet doorgaan zou (*)."
De geboorte van eenen waaren of ge-
waanden Prinfe van Walles, die omtrent
deezen tyd voorviel, maakte geene kleine
beweeging hier te Lande. De meeden hiel-
den den jonggebooren voor een ondergefte-
ken kind. De Engelfche Conful Daniel Pe-
tit
te Amfterdam (u) vondt goed, ter ge-
legenheid deezer geboorte, op den twee-
entwintigften July , vrengdevuuren aan te
fleeken voor zyn huis; doch eenige moed-
willigen , zulks niet konnende gedoogen ,
wierpen met fteenen door de glazen , en
bedreeven andere baldaadigheden (v). 't
Geregt beloofde, des anderendaags, dui-
zend guldens aan die den eerften fteenfmy-
ter aanbragt, en honderd zilveren Ducatons
aan die een' van de aanvoerders ontdekte(iu).
Eenige weekert te vooren , hadden , naar
fommiger verhaal, twee Ieren eenen Duit-
fcher te Amfterdam getragt om te koopen,
om den Prins van Oranje, door vergif, van
kant te helpen. Doch de Duitfcher weiger-
de hun te wille te zyn : waarop zy naar
de Haagfche jaarmarkt getrokken waren,
om op dezelve hunnen toeleg uit te voeren
(ar), zonder nogtans hun oogmerk te heb-
ben können bereiken.
De Prins, midlerwyl, den-Heer Willem
Bentink, Heer van Rhoon,
naar Duitfchland
hebbende gezonden,om met eenige Hoven
te handelen over 't leveren van manfchap,
vaardigde hem, in 't midden van Auguftus,
af naar Amfterdam-, daar hy den Heeren
ff) Verhaal van Bürgern. WITSEN, ƒ. j.IO MS. Vadetl.
Hift. XV. Deel, hl. 416 enz..
(f.) Zie Groot-Memor. N. VII. ƒ. 158.
(v) HoU. Merc. van ïSSS. bl. 177.
(»3 Keutb. Q^ ƒ. 160 verfo.
(k) Pufendorf de Geftij Fiedeiici Guillelmi Lür.
X!X. §. »s. f. i}ots
1688.
Moedwil
voor't
huis van
den En-
gelfchen
Conful
alhier.
Toeleg
op'tlee-
ven van
den Prin-
fe van
Oranje.
De Heer
van
Rhoon
komthei-
me\yk. te
Amfter-
dam.
van Holland en de andere Provinciën be- Prin
de*
fl
den Prins van Oranje
tewov1
tot lv
onderfteunen, de togt naar Engeland on-L
dernomen werdt, en, in April des jaars 1689, ^„in-
met de krooning van den Prins en de Prin- gin §ei'(
fefïe, tot Koning en Koningin van Groot- kroo"'
Bri- i6*?'
(y) Verhaal van Bürgern. WITSEN,/. 'io.ii MS.
(z.)
Refol. Vioedl'cli. Li. S. iz Sept. 16S8. ĥ 114.
{«) Veriiasl *«» Eurgera. WlisEN, ƒ. »j-U MS,
-ocr page 765-
XXL Boek.
GESCHIEDENISSEN.
697
Britanje, eindigde, hebben wy. elders (Z>),
omftandiglyk, te boek gefield.
Te Amflerdam, werden,ter gelegenheid
deezer Krooninge, op Donderdag den een-
entwintigften April, ongemeene blyken van
vreugde gegeven, 't Gefchut van de wallen
werdt geloft: de klokken drieniaalen ge-
luid. De wimpels en vlaggen waaiden in
't Y van alle fchepen. Des avonds, wer-
den de voornaamfte toorens met lantaarens
verlicht. Men ftak alomme vuurwerken af.
Op veele plaatfen, werden pektonnen ge-
brand, hebbende 't Geregt vooraf belaft,
dat daartoe flellaadjen in de graften ge-
maakt zouden worden, om de boomen langs
dezelven niet te zengen (c). De Admiraal
Tromp en de Engelfche Koopluiden munt-
ten boven anderen uit, in 't affteeken van
fraaije vuurwerken (d). Kortom, de vreug-
de , die hier ter Stede getoond werdt ,
fcheen alle maat ontwalTen te zyn.
Ondertufïchen, wikkelde de verandering,
in Engeland voorgevallen , den Staat in
eenen koftbaaren oorlog in, waarby de Am-
fterdamfche Koophandel ook veel te lyden
hadt. Veele Koopvaardyfchepen, die men,
ter oorzaake van het geheim , waarmede
de toeleg op Engeland hadt moeten beleid
worden, niet hadt können waarfchuwen',
werden in Frankryk aangehouden. De oor-
logsfchepen van den Staat vertoefden lang
in Engeland , waardoor de Koopvaarders
wagten moeiten naar Convoi, 't welk, zo
de Heer Witfen, die toen, nevens ande-
ren, buitengewoon Ambafiadeur in Enge-
land was, aan Koning Willem zelven ver-
klaarde, de Beurs van Amfterdam alleen
De zes Compagnien Stads foldaaten, in j^jfa
't jaar 1684 geworven, waren nog indienft n
gebleeven; doch van tweehonderd op een- „raar*
honderd en vyftig man verminderd. Maar de« het'
de naderende oorlog, of eenige bekomme-getal
ring voor inwendige beroerte deedt den haarer
Raad, in den aanvang deezes jaars,beflui ^oldaa"
ten, om de verminderde Compagnien weder-
om op het oude getal van tweehonderd man
te brengen (g). Ook werden Burgemeefte-
ren gemagtigd, om de Stad rykelyk te voor-
zien van allerlei Krygsbehoeften (h). De
Stad bleef nogtans, het gantfche jaar , in
tamelyke ruft. Doch tegen 't einde des- Gerügt
zelfs, werdt de Regeering, van verfcheiden' van
kanten, gewaarfchuwd, dat de Koning van voorge-
Frankryk, met wien men nu in openbaaren £°a^
oorlog was, luiden uitgemaakt hadt, om ftigting.
hier ter Stede brand te ftigten. 't Geregt
beloofde, den veertienden December, twee-
duizend guldens aan elk, die zulk een' brand-
ftigter aanbragt, en het bevorderen van ftraf-
vryheid, zo de aanbrenger een medepligti-
ge zyn mögt. Voorts, werdt het aanhou-
den van vreemde bedelaars en landloopers,
die zig ligtfl tot wanbedryven vervoeren
laaten, wel fcherpelyk verbooden (2).
Eenige FranfcheÖorlogsfchepen, het Ei- De Frani
land S Chriftoffel op de Engelfchen vero-fchen
verd hebbende, zogten zig, in May deezes traSjen'■*
jaars, meefter te maaken van de Sterkte^ar^Su*
in de Volkplanting Suriname, die de Stadnname."
Amfterdam voor een derde toekwam. De
bezetting deezer Sterkte was, in July des
voorleeden jaars, aan't muiten geflaagen,
en hadt den Gouverneur, Heere van Som-
melsdyk, die haar met ftokflagen hadt doen
te keer gaan; en den Commandant Ferboom^
die hem byftaan wilde, deerlyk van 't lee-
ven beroofd. Doch de muitery was, fe-
dert, geftild (£). De Franfchen nu, met
tien Oorlogsfchepen, de rivier van Surina-
me met den vloed zynde opgedreeven, maak-
ten zig meefter van 's Lands uitlegger het
wapen van Amflerdam
, en wierpen,daarna,
eenige bomben in de Veiling. Doch zo dra
waren zy niet gekomen ender 't bereik van
't gefchut der Staatfchen, of zy werden zulks
begroet, dat zy genoodzaakt werden, de
ankers te kappen, en af te dry ven met de
ebbe. De nieuwe Gouverneur , Joan van
Scherpenhuizen
, hadt zig, in 't afwyzen des
vyands, wakkerlyk gekweeten. De Heer
Frangois van Aarjfen, Heer van Chaüllon,
tweede Zoon van den onlangs vermoorden
Gouverneur, by gebrek van volk, zelf het
Cr) Refol. Vroedfch. L'. S. « Jan. i*S9' f- "7-
(h) Refol. Vroedfch. L'. S. ig Ja». iäSS- ƒ. Zlï.
(i) Keurb. Q^ ƒ. 180 verfo.
(kj
Holl. Merc. van 1688. *'• '**•
Xxxx 3
1689.
J'reugde
nier ter
Stede,
°ver dee-
*e Kroo.
£e Am-
fche
Jooplui-
jeniy.
J^aare
*hade,
^or den
°orlos.
«ürge-
§eefter
ifitfen
Jfigerc
>titel
> Ba-
Xen't
urator"
bhap der
?°oge
wel tien millioenen guldens koftte(V). Men
vergde den Ambafladeuren in Engeland ook
verfcheiden' hardigheden, en het tekenen
van Verdragen, daar de Heer Witfen noode
toe kwam. Men boodt hem, om 't werk
wat te verzagten, den titel van Baron aan.
Doch hy weigerde dien te aanvaarden, dug-
tende, dat dezelve hem afgunft verwekken
mögt, te Amflerdam. Ook drong Koning
Willem hem tot het aanneemen der waar-
digheid van Curator der Hooge Schoole te
Leiden, die Burgemeefter van Beuningen,
tot hiertoe, bekleed hadt. Doch hy wees
deeze eer, insgelyks , van de hand, alzo
hy verftondt, dat men niemant om ziekte
van zyn ampt behoorde te ontzetten , en
dat de Heer van Beuningen ligtelyk zou kön-
nen beteren (ƒ).
(b)  Vaderl. Hift. XV. Deel, U. 473 enz..
(c)  Keurb. Q. ƒ. 174 verfo.
(d)  Hol!. Merr. van i«89- hl. 3 3.
(e)  N. VVitsf.n Verbaal in de Vadeil. Hift. XVI. Deel,
tl. 41, 43.
(f)  N. wiTSEN Verbaal in de Vadeil. Hift. XVI. Deel,
hl.
4J > 4«.
-ocr page 766-
II. Deel.
AMSTERDAMS
698
Stad, den Heere Cornelis Bors van Wave- 1^9'
ren, die met de Nominatie naar denHaage
was gezonden geweeft. Zy befloot, hierop >
zig te vervoegen aan de Staaten, met ver-
zoek ,, dat hunne Edele Groot-Mogendhe-
„ den, of het Hof beveelen wilden de ver-
j, kiezing te doen; of zelven de verkiezing
,, wilden doen; of eindelyk, uit hunne vol-
„ Ie magt, de tegenwoordige Schepenen.
„ en ondergefchikte Regtbanken in derzel-
„ ver dienft doen volharden, tot dat 'er eene
„ wettige verkiezing uit de Nominatie ge-
„ daan zou zyn : onverminderd nogtans,
„ en buiten benadeelinge van der Stede
„ Privilegien voor het toekomende (p)."
De Staaten beflooten tot het laatfte: waarop De Stan-
de Schepenen en ondergefchikte Regtban- ten doe
ken voor Burgemeefteren ontbooden, en ver- G\n
zogt werden, in hunnen dienft te willen vol- |]unne»
harden, tot dat de verkiezing van Schepenen, dienft
voor deezen jaare, zou zyn ingekomen (q). volhar«
Hét Hof zondt, daarna, buiten kennis der ,deI^'0f
Regeeringe van Amfterdam, een affchrift zendt d«
der Nominatie naar Engeland , op welke, Nc-mi"3"
iü8o.
gefchut laadende en loffende, werdt, door
het ontydig aangaan van 't zelve, ongeluk-
kiglyk, gekwetft in'taangezigt, en aan bei-
de de handen, van welken hy twee en drie
vingers verloor (/)•
De Stad
ftaat, als
Doopge-
tuige ,
over den
Prins van
Saxen.
De Stad werdt, in O&ober deezes jaars,
verzogt tot Doopgetuige over den Zoon
van Henrik , Hertog van Saxen , Gulik ,
Kleeve, Berg enz. Zy aanvaardde deeze
eer, en vereerde den jongen Prins een ftuk
zilverwerks , ter waarde van agthonderd
guldens (tri).
Gefchil
tuffchen
Koning
Willem
en de
De afvvezendheid van Koning Willem,
die , onaangezien zyne verheffing op den
troon van Groot-Britanje, nog met de Stad-
houderlyke waardigheid hier te Lande be-
Stadlm- kleed bleef, gaf, eerlang, gelegenheid tot
fterdam. een nieuw gefchil met de Stad Amfterdam,
waarvan wy nu den oorfprong en uitflag ont-
vouwen moeten.
De Stad 's Daags voor den tyd, waarop de No-
zendt de minatie der Veertienen tot Schepenen hier
tie°™^a" ter Stede gemaakt moeft worden, was de
Schepe-
Raad byeengekomen, om te overleggen ,
naar gewoonte, de perfoonen, welken men tie na**
aan wien deeze Nominatie nu, in afwezend
n
't Hof, heid des Stadhouders, behoorde gezonden gaarne verkooren zag, waren aangeftipt. De E"^e"
te worden,
gien naar ,
Men zag, hierop, de Privile
en bevondt, dat verfcheiden'
Ambaffadeur Witfen, die nog in Engeland
was, verzogt Koning Willem, dat hy de
uit de
verkie-
zing te
doen.
derzelven inhielden, dat de Nominatie, in
zulk een geval, aan Prefident en Raaden
van den Hove moeft worden gezonden. On-
der anderen, fprak hiervan klaarlyk het Pri-
vilegie van den derden January des jaars Witfen verdedigde de Regeering
1581, op den naam van Koning Filips ge-
geven, inhoudende „ Dat de Vroedfchap,
in Conformité der voorfz. Stede Privilegien,
„ zou procederentot electie van de veertien per-
foonen, omme daar uyt, by onfe Stadhou-
j, der, ofte in syn absentie by die van on-
„ sen Raade in Holeand, feven tot Sehe-
penen der voorfz. Stede gecreè'ert te wor-
ing, doen
de zig mis-
niet regt-
nden was.
Koning
niet zou
naarHol-
e Amfter-
ren." De
„ dat het
on, en dat
kon zyn."
De Heer
den («)." En naardemaal deeze Nomi- van Rhoon [weigerde hem te zeggen, wie
natie op den agtentwintigften January ge- Schepens gemaakt waren, fchoon hy 't wel
fchieden moeft , en Schepenen , op den wift. Koning Willem was twee der aange-
tweeden February, moeiten worden beëe- ftipten op de Nominatie, met voordagt
voorby gegaan (r). 't Liep aan tot in Maart, Konin£
eer de Schout een' brief ontving van Ko- ^1 G
ning Willem , waarin de verkiezing van eerß' ;tt
Schepenen beflooten was. Zy beftondt uit Maart,'13
de Heeren Albert Bentes,M'. Jacob tenGroo- verkie-
tenhuis, M'. Dirk Bas, M'. Dirk Pater,W- zinä'
Pieter Huift ,Pieter Reael, Heer van Nigte-
vegt, en Daniel Bemard, Heer van Katten-
broek; die, terftond hierna, beêedigd wer-
den, om den gewoonlyken tyd uit te die-
nen. De Heer ten Grootenbuis overleedt den
ne-
digd, in welken tuffchentyd, de Nomina
tie niet naar Engeland kon worden gezon-
den; zo werdt beflooten, dezelve te zen-
den aan Prefident en Raaden van Holland,
met verzoek, dat deezen daaruit de gewoon-
lyke verkiezing wilden doen (0). 't Ver-
zoek gefchiedde. Doch 't Hof maakte zwaa-
righeid om aan het zelve te voldoen, zon-
der daarop vooraf den raad des Stadhouders
te hebben ingenomen. De Vroedfchap kreeg
'er kennis van, door den Penfionaris der
•tHof
maakt'er
zwaarig-
beid in.
(/) Heil. Merc. van 1S89. tl. i«o, I«I.                              (p) Refol. Vioedfch. L'.S. 30, n Jan. «89. ƒ■ *4I,142-
(m) Refol. Vroedfch. Lr. T. 6 oa0b. 1*89. ƒ. 7«.                (?) Refol. Vtoedfch. /r. S. 1, 3 Fetr. I68j>. ƒ249, tï».
(*) Handv. tl. 100. [76.]                                                      (r) N. Witsen Vetbaal in ds Vadeil. Hift- XVI. iiteU
{>) Refo!. Vioedfch. Z,*. S. z7,itj«>>.i6is. f.i)2,H5.   tl. $3.
-ocr page 767-
XXL Boek.
GES C II I E D E N I S S EN.
6.99
163p. negentienden April, en 't leedt tot den ze- „ vilegien, in gevolge van welken, het Hof, 1690.
venden September, eer de Heer Adriaen Bäc-
ker,
in zyne plaats, beëedigd werdt. Doch
men maakte hier, in dit lang uitflel, te
minder zwaarigheid, om dat de verkiezing
en belediging van Schepenen, die, in de
plaats van afgeftor venen , verkooren wor-
den, aan geenen byzonderen tyd bepaald
was.
öeStad Op deeze wyze, was 't,in 't jaar 1689,
vervoc;gt met de verkiezinge van Schepenen afgeloo-
dikwils, en onder anderen in't jaar 1564,
„ de verkiezing van Schepenen gedaan hadt,
„ zonder dat ooit blyken zou, dat de Stad
,, van de flipte agtervolging der Privilegien
„ was afgedaan. Dat zulks ook niet ftondt De ^tad
     V,                                       T»                      f)                  T r-        , VGl KI Stift
in T vermogen van Burgemeefierenen Vroed de natuur
fchap, alzo de Privilegien niet en waren der Pri-
gegeven aen de Regenten van de Steden, vi|egien.
maer aen de Steden zelve."
Eenige Leden, en byzonderlyk het Lid E
21
StUl
lalt* Pen" Doch met ^en aanvangdes volgenden der Edelen, hadden ook iet op de redenen ^èllm"
' '. jaars, werdt by Burgemeefteren en Raad van Amfterdam ingebragt, en onder ande- gen 8
2oek,dat beflooten,een ernftig Vertoog in te leveren ren gezeid „ dat de kennis van zaaken van gevoelen
ter Vergaderinge van Holland, waarby be- }, vanRegeeringe, by eene Refolutie van der Stad
Burlp geerd werdt „ dat Prefident en Raaden van
„ den jaare 1674, den Hove onttrokken
„ was; dat de verkiezing doorBurgemees-
„ teren te laaten doen aanliep tegen de Pri-
„ vilegien, waarop de Stad zig beriep: en
„ dat op deeze Privilegien zelven, veelügt,
wel iet te zeggen zou zyn." Doch de Zy ver-
Bürge
"Heefte-
en de
den Hove, door de Staaten,mogten ge-
laft worden, om, voortaan, de verkiezing
van Schepenen te doen, in gevolge van de
Privilegien, tot welkerhandhaavinge,de
Regeering van Amfterdam , by duuren
verkie-
2'ng mo
gen
          »
J
'a"g de „
'Jtadhou- ■■,
«er zo "
ver af- »»
frezig is. »
dedigc
zig.
eede , verbonden was : of, zo 't Hof
, dat de Refolutie
, van 't jaar 1Ö74, in 't punt, waarover nu
,, verfchil viel , geene verandering altoos
„ gemaakt hadt; alzo, by dezelfde Refo-
„ lutie, gezeid was, dat de Steden blyven
„ zouden by derzelver Privilegiën, en ge-
,, volgelyk ook de Stad Amfterdam bydat,
„ volgens welk, haare Schepenen, in af-
„ wezendheid des Stadhouders, door het
„ Hof, moeiten gekooren worden: behal-
„ ve, dat de Staaten ook nog niet bepaald
j, hadden, van welke zaaken van Regeerin-
,, ge zy de kennis den Hove onttrokken
„ hadden. Dat, zo de verkiezing niet aan
„ Burgemeefteren kon komen, om dat zulks
„ met de Privilegien ftreedt; zy niet be-
„ grypen kon, hoe de Leden dan zwaarig-
,, heid maaken konden, om dezelve, inge-
„ volge der Privilegien, te laaten aan
,, den Hove. Dat zy niet kon bedenken,
„ wat men, met grond, tegen het Pri-
„ vilegie van den jaare 1581, kon inbren-
,, gen; dat wel by provifie gegeven was;
„ doch op die provifioneele , was geene
„ nadere fchikking gevolgd. Dat het ook,
„ te Delft, door Prinfe Willem den I.,
„ gegeven was; doch dat het hierom zelfs
,, te kragtiger moeft geoordeeld worden,
„ alzo zyne Doorlngtigheid daarmede toon-
„ de, wel begreepen te hebben,hoe nood-
„ zaakelykware, dat Schepenen, op den
„ bepaalden tyd, gezet en beëedigd wer-
„ den. Dat 'er fomtyds ook, op verzoek
„ der Steden zelven, wel eenige verande-
„ ring gemaakt was in de Privilegien; doch
„ dat zulks geene plaats gehadhadt, om-
„ trent het Privilegie van den jaare 158r,
„ 't welk altoos in ftand gebleeven was"
Ko-
zulks, tegen verwagting, niet naarkwa
me, ofte lang uitftelde;dat Burgemees-
teren mogten gemagtigd worden, tot het
doen der verkiezinge, in gevolge van het
Octroi van den twee - entwintigften De-
cember des jaars 1650, zo lang zyneMa-
jefteit van Groot -Britanje, de Stadhou-
der deezer Provincie, zig zo verre afwe-
1690.
»>
3>
zig bevondt, dat, omtrent den tyd der
„ beëediging, aan de Privilegien niet kon
„ voldaan worden (y)." Doch de Staaten
verftonden , dat in dit verzoek niet kon
worden bewilligd, zonder daarop de gedag-
ten van Koning Willem te hebben ingeno-
^ Staa- men. Men zondt het Vertoog dan naar En-
aen
Wek
^ K°-
^Uem.
geland; van waar, eerlang, ongunflig ant-
woord kwam. Koning Willem verklaarde,
„ niet onderregt te zyn van de Privilegien,
„ waarop die van Amfterdam zig beriepen,
„ noch'in zyne Commiffie gevonden teheb-
„ ben, dat de verkiezing van Schepenen,
„ in zyne afwezendheid, door Prefident en
„ Raaden van den Hove, gefchieden moeft."
Doch van wege de Stad werdt hiertegen
aangemerkt „ dat men, reeds in 't voorlee-
„ den jaar, hadt aangeweezen, by welke
„Privilegien, de tyd en wyze der verkie-
„ zinge van Schepenen bepaald was; en
s, dat daar van, door 't Hof, aan Koning
„ Willem kennis was gegeven. Dat het
„ geenszins te verwagten was, dat, in de
s, Commiffie des Stadhouders, byzonderlyk
„ gewaagd zou worden van de verkiezing
j, door 't Hof, in afwezendheid des Stad-
„ houders. Doch dat, door die Commis-
fie, niet te kort gedaan werdt aan de Pri-
»>
(s) Refol. Vroedfch. L'. T. i Jan. i6s°- ƒ. ui «»*.
-ocr page 768-
AMSTERDAMS
II. DEEL;
70ö
1690.
Koning Willem hadt zig, ondertuflchen, Tereflein van Haleivyn , Raadsheer in den 169&
z"YZ nog niet duidelyk verklaard op den inhoud Hove van Holland, was, onlangs, doornictte
eene
aanteke-
ning ter
Vergade-
ring van »
Holland. „
n het Vertoog der Stad. De Leden wil- Koning Willem, in wiens gunft hy altoos gelyk _
n zyne nadere verklaaring afwagten. diep geftaan hadt (a), verkooren tot Sehe- R«^
aar de Stad deedt aantekenen „ dat zy pen van Dordrecht, en in deeze hoedanig- ^n #o-
onfchuldig wilde gehouden worden aan heid gebleeven een Lid van den Oud-Raad ve t>ly-
de nadeelen, die daaruit zouden können dier Stad, door welken , Burgemeefleren ven kan'
ontilaan, dat zy zig niet zou können in- benoemd worden. Hy meende, te gelyk
laaten in eenige raadpleegingen * noch met de hoedanigheid van Oud - Raad van
j>
in buitengewoone laden bewilligen, zo Dordrecht, ook de Raadsheersplaats inden
men haar niet handhaafde , by haare Hove te können behouden Koning Willem
5>
Privilegien ; inet voorbehoudenis van verflondt dit eveneens, en de Stad Dor-
zulk een nader Proteft, als Burgemees- drecht yverde 'er fterk voor. Maar Am-
3>
teren en Vroedfchap zouden te raade flerdam kantte 'er zig tegen, en beweerde,
" worden (t\"
                                          dat de twee Ampten onbeftaanbaar waren
De Stad
zendt
haare
Nomina-
tie we-
derom
aan 't
Hof.
" Midlerwyl* was men, den agtentwintig- met eikanderen, ftrydende het bekleeden
ftenjanuary, naar gewoonte, getreden tot derzelven, door een en den zelfdenPerfoon,
het maaken eener Nominatie van Veerde- met het tweehonderd eenendertigde Lid
nen, met oogmerk omze wederom aan 't der Inftruélie voor de beide Hoven; behal-
Hof te zenden, tot het doen der verkiezin- ve dat twee Ampten, die't verblyf van hem,
ge. Op deeze Nominatie werden gebragt die dezelven bekleedde, vorderde op twee
de'Heeren Frangois de Fkq, M'. DirkMun- byzondere plaatfen, volgens het befchree-
ter, Mr. Frangois de Vroede , Mr. Frederik ven regt en het agtfte Lid der Crimineele
Dankerts, Mr. Nicolaas Corver,M'.Nicolaas Ordonnantie van den jaare 1570, niet door
Six, Mr. Elias Coymans, Mr. CoenraadBurg, een' en denzelfden Perfoon konden worden
Daniel Hochepied, Mr. Joan Blaauw, Joan bekleed (y). Doch de redenen der Stad
van Oojlerwyk, Joan Commelyn, Jacob Scott, Amfterdam vonden weinig ingang. De Heer
en Joris de Waert («). Doch de Vergade- van Halewyn behieldt beide de Ampten,
fing van Holland verftohdt, dat Burgemees- tot dat hy, wegens Dordrecht, in de Ver-
teren en Vroedfchap deeze Nominatie zen- gadering van Holland, en van daar, in die
den zouden aan zyne Koningklyke Majefteit der Staaten Generaal zynde afgevaardigd j
in Engeland. Burgemeefleren kreegen hier- eindelyk , geraaden yondt, zyne Raads-
van, den negenentwintigften, kennis; doch heersplaats , vrywilliglyk , neder te leg-
zonden, desonaangezien, de Nominatie aan gen (2).
                                                         ;
het Hof, met verzoek, dat het zelve geen Het ander gefchil, welk, omtrent te ge- Zy k3%
agt wilde liaan op de gemelde Refolutie ; lykmetdit, öntftondt, ging Koning Wil-«8'^
alzo dezelve, zo ten opzigte van de wyze lern nog nader ter herte. Hy hadt zynen1&&P-
als inhoud, onwettiglyk genomen, en by- boezemvriend, Willem Bentink, Heer van vcn ^
gevolge nietig en van onwaarde was. De Rhoon, die, federt het jaar 1676, in't Lid Port-oir.
Raad keurde goed,'t gene Burgemeefleren der Edelen van Holland befchreeven ge-'31^
gedaan hadden,en men befloot,eenpaarig- weeft was,in Engeland met eefampten op-^ie»
lyk, de Refolutie, op den naam der Heeren gehoopt, en onder anderen vérheeven totvan J
Staaten genomen, ten kragtigfte te weder
leggen;gelyk zonder uitflel gefchiedde(u),
Ondertuflchen, hadt het Hof, by meerder
heid van ilemmen, beflooten, zig te voe               , .                _           ^______
gen naar de Refolutie der Staaten , en de Vergadering van Holland, daar hy zitting
Nominatie van Schepenen, ongeopend, te nam, onder de Edelen- De Regeering van
rug gegeven (w).
                                      Amfterdam, zulks wel voorzien hebbende,
Doch terwyl dit gefchil de Vergadering hadt, eenige dagen te vooren, reeds over-
Uol[a
Weikze
ongeo-
pend te
rug geeft
Amfter-                                     
legd, wat haar, in zulk een geval, te doen
ftondt. Men bevondt ,, dat, reeds by eene
dam be- van Holland bezig hieldt, waren 'er twee
^eert' anderen ontftaan, waarin Amfterdam ook
Vroed™ eene andere zyde verkoor, dan die , voor
fchap welke Koning Willem en eenige Leden zig
van Dor- verklaard hadden. De Heer Mr. Cornelis
drecht
ft) Refol. Vioedfch. L'. T. 17 Jan. 1690. ƒ. t+j enx..
(») Refol. Vioedfch. Lr. T. i% Jan, 1690. f. 15 z.
(v) Refol. Vioedfch. /.'. T. 30 Jan. $ Feh. iSyo. ƒ.
153. IS5. Munim.-Regift. N. 8./. i<)8 int..
(wj Zit Yadejl. Hift. XVI. Deel, il. 7».
>>
Refolutie der Staaten van den zevenden
Maart des jaars 1586, vaftgefteld was,
dat iemant, die onder den eed of gaadje
»>
ftondc
(x) Set EURNET Vol. I. />. 31J, 329.
(y) Refol. Holl. zi Dcc. 1689. *'. «i4- Refol. Vtoédfcbr.
JLr. T. 11, 16 Jan. 1S90. ƒ. 125, 135.
(*.) Zie Vaderl. Hift. XVI. Detl, tl. f9.
-ocr page 769-
I^ü
GESCHIEDENISSEN.
XXI. Boek.
701
„ ftondt van iemant anders, dan vän wien
„ hy afgezonden was, niet in de Vergade-
„ ring der Staaten zou mogen zitten. Dat
„ de Staaten ook, in 't jaar 1655, hadden
„ beflooten, den Heer Hendrik van der Ka-
s, pelle toe Rysfel, die toen gezeid werdt
„ ook onder de Stenden van Kleeve be-
„ fchreeven te zyn, te doen weeren uit de
„ Vergadering der Staaten Generaal, wer-
„ waards hy, wegens Overyflel, afgevaar-
„ digd was. Dat men, in 't jaar 1663, ter
„ Generaliteit gedrongen hadt, op hetnaar-
„ komen derRefolutien van den zeflienden
„ January en drie-entwintigflen April des
„ jaars 1624 , volgens welken, niemant,
s, die in uitheemfchen eed of dienfl was,
„ in de Vergadering van hunne Hoog - Mo-
„ gendheden zou mogen afgevaardigd wor-
„ den; gelyk zulks, reeds in 't jaar 1643,
„ door de Staaten van Holland, was vaft-
j, gefield." Men hadt dan, reeds op den
zeflienden, beflooten „ dat, in geval de
„ Graaf van Portland zitting name in de
„ Vergadering van Holland, de Afgevaar-
„ digden deezerStad daartegen protefleeren
„ zouden, en zelfs uit de Vergadering ver-
„ trekken, laatende daar alleenlyk den Pen-
„ fionaris Bors van Waveren om te hooren
„ en te zien, zonder ergens op gelafl te
„ zyn (a)." 't Een en't ander was, federt,
gefchied. Doch alzo de Afgevaardigden
der andere Steden alleenlyk in de toelaatin-
ge des Graaven van Portland bewilligd had-
den, zonder dat zulks, by de byzondere
Vroedfchappen, was goedgekeurd, befloot
men, wat laater, den Penfionaris Bors van
Waveren te magtigen, om op de dagelyks
voorvallende zaaken te mogen helpen raad-
pleegen en befluiten; terwyl de Stad bleef by
haar voorneemen, om in geene buitengewoo-
ne middelen te bewilligen, voor men haar,
op haar Vertoog wegens de verkiezing, van
Schepenen, genoegen hadt gegeven; zonder
dat zy afging van haar Proteft, tegen de
toelaating des Graaven van Portland (£).
Koning Willem, midlerwyl, kennis ge-
kreegen hebbende van het voorneemen der
Heeren van Amfterdam, om den Graaf van
Portland te weeren,toonde 'er zigtenhoog-
fte misnoegd over, en fchreef, den twin-
tigften, uit Kenfington, aan den Graave,
„ dat de kwelling, die de Heeren van Am-
„ fterdam hem wilden aandoen, alleenlyk
„ ontftondt uit het kwaad hert, welk zy den
„ Koning toedroegen, en hem zeer verdrie-
„ tig viel." Hy voegde 'er by „ dat hy
„ begeerde, dat de Graaf begreépen zou
(«) Refol. Vroedfch. L". T. n, i2, IS jan. 1690. f.
11$ , 116 , 129.
(i) Refol. Vroedfch. L'. T. z* ?«».' wjo. f. 141.
I. STUK.
„ zyn in de overeenkomfl, wegens zynen
„ voorgeflaagen middélweg, om de zaak
j, van de verkiezing der Schepenen af te
„ doen; en die de eenigfte was, dien hy
„ zou willen gedoogen (c)." En in gevolge
der begeerte van zyne Majefteit, werdt, fe-
dert , over de zaak des Graaven van Port-
land , en over die van de verkiezinge van
Schepenen, te gelyk gehandeld.
't Vertoog der Stad Amfterdam tot Ver-
dediging haarer Privilegien vondt, nogtans,
geenen ingang ter Vergaderinge van Hol-
land. De andere Steden maakten geene
zwaarigheid, om haare Nominatien over te
zenden naar Engeland, en oordeelden hier-
om, te eerder,datAmflerdam van gelyken
behoorden te doen. ÖndertiuTchen, verliep
de tyd , waarop de Schepenen , naar ge-
woonte , en volgens de Privilegien, in den eed
genomen moeften worden: 't welk niet ge-
(chied was, om dat'er nog geene nieuweSche-
pens verkooren waren. De oude Schepens
bleeven dan, ook na den tweeden February,
in dienfl. Doch de Edelen verftonden, dat
zulks niet wettiglyk gefchiedenkon,zo lang
zy daartoe niet gemagtigd waren, door de
Staaten van Holland; uit welker naam, zy
't regt, maar voor een jaar, en tot den twee-
den February toe, bedienen konden. Zelfs
dreigden zy, dat alles wat thans door de
Schepenen verrigt werdt,wel ligt voor nie-
tig en van onwaarde verklaard kon worden,
en drongen 'er op, dat zulks, zonder uit-
ftel, gefchiedde. De meefte Steden neig-
den tot het gevoelen der Edelen. Delft en
eenige anderen verftonden alleenlyk, dat
men eerft nog eens met de Heeren van Am-
fterdam fpreeken moeft. De Vroedfchap,
kennis gekreegen hebbende van 't gene ter
Dagvaart voorgevallen was, befloot, wat
nader by te komen, en deedt, nog voor t
einde van February, voorflaan „ dat zy de
j, Nominatie haaren Ed. Gr. Mogendh. in
„ handen wildeftellen,mids zy voorafver-
„ klaarden, zelven daaruit de verkiezing te
„ willen doen; of, zo zy hierin zwaarigheid
„ maaken mogten, dat het hun dan gelie-
,j ven mögt, op Koning Willem te begee-
„ ren, dat hy hen verzogt, de verkiezing
„ te willen doen; of, zo dit ook nog niet
„ fmaaken mögt, dat zy dan alle de ftuk-
„ ken, dit gefchil betreffende, wilden over-
„ zenden naar Engeland , om 's Konings
„ meening op alles te verftaan. En indien
„ ook dit geen' ingang vinden mögt, zou
„ men bewilligen in eerien voorflag van den
„ Raadpenfionaris Heinfius, hierin beftaan-
» de,
(0 Zie Vidimus van den Hove va,n eene Miffive van Wil-
lem den III. iedr. 1719' il- I0'
Yyyy
lópo.
1690.
Men be-
weert ,
ter Ver-
gaderin-
ge van
Holland,
dat de
oude
Schepens
van Am-
fterdam
niet wet-
tiglyk
können
blyven
dienen.
En houdt
haare Af-
éèvaar-
l'huis.
De Stad
doet ee-
nige na-'
dere
voorfla*
gen^
^isnoe-
|en van
honing
Willem
*Pde
Stad.
-ocr page 770-
II. Deel.
AMSTERDAMS
702
i6gd
„ verkiezing te doen, of dat zy zelven de
„ verkiezing doen wilden, onder verzeke-
,, ring dat deeze daad niet in gevolg ge-
„ trokken worden, noch de Privilegien der
„ Stede benadeelen zou; mids, te gelyk,
„ alle de Hukken en Refolutien dit gefchil
„ betreffende geligt werden uit de Notu-
len (ƒ)." De Leden ontvingen, hierop,
de Nominatie; doch zondenze terftond Ko-
ning Willem toe, de tegenwoordige Sche-
penen houdende in hunnen dienft, tot dat
de verkiezing gefchied zou zyn, onder ver-
klaaring „ dat de Privilegien van Amfter-
„ dam,aan de eene,en de voorregten des
„ Stadhouders, aan de andere zyde, hier-
„ door, niet zouden geagt worden verkort
„ te zyn, alzo zy vaftelyk beflooten had-
„ den, zyne Majefteit van Groot-Britanje,
„ in de Stadhouderlyke voorregten, en de
„ Stad Amfterdam, in derzelver Privile»
„ gien, volkomenlyk, te handhaaven (g)."
1690.5, de, dat de Nominatie gefield zou wor-
„ den in handen van hunne Edele Groot-
„ Mogendheden, met verzoek om daaruit
„ de verkiezing te doen; dat daarop, ter-
„ ftond, alle de flukken, dit gefchil be-
„ treffende, uit de Notulen zouden worden
„ geligt, met verzekering , dat zulks tot
„ geene de minfte benadeeling van der Ste-
„ de Privilegien ftrekken zou, en dat men
„ zig, in 't vervolg, naar dezelven, en by-
„ zonderlyk naar dat van den jaare 1581
„ zou gedraagen, de Nominatie, in gevol-
„ ge van het zelve, in afwezendheid des
„ Stadhouders, zendende aan Prefident en
„ Raad en in Holland: en zo dan de ver-
„ kiezing, door eenig toeval, boven den
„ beftemden tyd, agterbleeve, zouden de
„ zeven eerfl genomineerden voor Schepenen
„ gehouden worden." Maar, zo alle deeze
voorflagen niet mogten behaagen , kree-
gen de Afgevaardigden ook laffe „ om we-
„ derom op de buitengewoone middelen van
„ oorloge te raadpleegen, mids de zaak der
„ verkiezinge van Schepenen,te gelykmet
„ deeze, afgedaan wierdt (<2)."
Die van De Afgevaardigden der Stad deeden ai-
de hand |e de gemelde voorflagen; doch kondenze
gewee- n an ajjen jer Vergaderinge van Hol-
den, land fmaakelyk maaken. Men befloot dan,
Zy doet op nieuws, voor te flaan „ dat de tegen-
eene na- ?j woordige Schepenen zouden1 aanblyven,
dere aan- ^ tot Qp ^e naafte verandering der Regee-
16 in§' 35 ringe;-en dat 'er, midlerwyl, over de
„ zaak der verkiezinge, zo wel als over de
„ buitengewoone middelen van oorloge, zou
„ geraadpleegd en beflooten worden (/)."
Dieook Doch deeze voorflag werdt ook niet aan-
niet be- genomen. De Staaten beflooten zelfs, op
BeffuU ^en agtentwintigften February „ dat Bur-
der Ver- j> gemeefteren en Vroedfchap van Amfter-
gaderin- „ dam zig niet zouden können bedienenvan
I?}7311 „ de Refolutie, in 't voorleeden jaar, op
an * „ het aanblyven der Schepenen, genomen;
j, dat, by gevolge, de tegenwoordige Sehe-
„ penen werden gehouden ontflaagentezyn
„ van hunnen dienft, zullende alles, wat
„ zy, na deezen, mogten verrigten, wor-
„ den aangemerkt als nietig en van onwaar-
„ de, zonder dat daarop, in 't vervolg,
De Stad iy eenige agt zou geflaagen worden." Bur-
j^Uigt gemeefteren en Raaden , zig belemmerd
vooriiag vindende met deeze Refolutie, vonden, ein-
van ■ delyk, geraaden, den middelweg, die door
Heinfius. den Raadpenfionaris Heinfius voorgeflaagen
was, te omhelzen , volgens welken „ de
„ Nominatie gezonden moeft worden aan
„ de Staaten van Holland , met verzoek,
j, dat dezelven het Hof wilden belalten, de
(i) Refol. Vroedfch. L'. T. i4 Febr. 1690. f. «g.
(e) Refol. Vroedfch. Lt. T. 27 Mr. U90, ƒ, i;2.
Terftond hierna, deedt Koning Wiilem
de verkiezing van Schepenen uit de gemaak
te Nominatie, welken waren de Heerende
Vicq, Munter, de Vroede, Dankerts,Cor
ver, Six en Blaau. Te gelyk, fchreefhy
aan de Staaten „ dat hy niet twyfelde, of
„ zy zouden goede redenen gehad hebben,
„ om hem de Nominatie, niet door deRe-
„ geering van Amfterdam, telaatentoeko-
j, men, maar zelven over te zenden; dat
Konin»
veridelt
Schepe-
nen , *
de No«1
'natie -
de ™*'
ten toe-
gezon-
den.
„ hy, derhalve, niet nagelaaten hadt, de
„ verkiezing te doen; ichoon hy anders-
„ zins ook gaarne zyn Stadhouderlyk ge-
„ zag zou gebruikt hebben, om der Staaten
„ Refolutie te handhaaven. En gelyk hy
„ vaftelyk vertrouwde, dat de Staaten de
„ vereifchte zorg draagen zouden voor de
„ behoudenis zyner Stadhouderlyke voor-
„ regten, zo wilde hy zig ook een' voor-
„ ftander toonen van de Privilegien der Scad
„ Amfterdam; ten welken einde, hy niets
„ liever zien zou, dan datze hem allen, zo
„ verze, niet alleen de Regeering, maar
„ ook de goede burgery en ingezetenen be-
„ troffen, werden toegezonden (£)." Doch
dit laatfte gefchiedde niet. 't Verfchil over
de zitting des Graaven van Portland was,
te gelyk met het verfchil over de verkiezing
van Schepenen, vereffend. De Afgevaardig-
den van Amfterdam woonden, in gevolge
van een beiluit der Vroedfchap (f), op den.
zevenentwintigften Maart, de Vergadering
van Holland by, in de tegenwoordigheid des
Graaven van Portland, die , kort hierop,
naar Engeland keerde (&). Ook bewilligden
zy
(ƒ) Refol. Vroedfch. L'. T. 2, Maart i«9°. ƒ• '73.
(g) Refol. Hol!, ii Maarr 1590. bl. 106.
(h) Zie
de Miffire in de Holl Merc. van IS90. bl. Sïe
(ij Refol. Vroedfch. Lt. T. zj Maart i«jc, ƒ. j0i,
(/(.) Holl. Merc. .«4» i6jo. il. S+,
-ocr page 771-
GESC HI ED E N I S SE N.
XXI. Boek.
befluit, is, met de Nominatie van Schepe- k50q,
nen deezer Stad, gehandeld, tot in 't jaar
1702 toe, dat is, zo lang als Koning Wil-
lem leefde.
Doch 't gefchil over't verzenden der No-Jan Hol,
minatie van Schepenen naar Engeland
was 8evan"
nog op zyn hevigfl, toen rugtbaar werdt ,||£ i?
dat eenige Amflerdamfche Regenten, doof ge> t,B-
iemant, die in den Haage gevangen zat,fchuidige
befchuldigd werden van ongeoorlofden hart- efmße
del met Frankryk. De befchuldiging, hoe ^khe
weinig fchyns zy ook hebben mögt, fcheenRegen-
ingang te vinden by eenige luiden van aan- ten van
zien, die den Amflerdammeren geen goedon§e00r"
hert toedroegen. Men verfpreiddeze onder ^Tl
't gemeen, in eenige vinnige fchimpfehrif- met
ten. En fommigen waren niet zonder be-Frank-
kommering, dat men 't gemunt hadt ophetryk*
te wege brengen eener buitengewoone ver-
andering in de Regeeringe deezer Stad. Ons
is gelegenheid voorgekomen,om een groot
getal van Papieren en Brieven te zien, die
uit den boedel van den Heere Burgemeefler
JoiiANNEsHuDDE lierkomflig zyn; thans
onder den Heere Jan Hudde Dedel,
Burgemeefler van 's Graavenhaage, berus-
ten, en deeze zonderlinge zaak betreffen.
En naardemaal van dezelve, onzes weetens,
nergens, in gedrukte fchriften, eenig ge-
wag gemaakt Wordt, meenen wy den Lee-
zer geenen onaangenaamen dienfl te zullen
doen, zo wyhem hier het voorgevallene,
beknoptelyk, voordraagen.
In 't begin des jaars 1689, was, omtrent wie ds
de Schans Filippine, in hegtenis geraakt'befchul-
Jan Hol, Schoenmaakers gezel, geboortig diSer
van Heel in den Bommelerwaard. Men ware*
hieldt hem, in 't eerfl, voor eenen verfpie-
der: te eerder, om dat hy verzdd was van
een vrouwmenfeh in mans gewaad, welk
men, naderhand, bevondt, doorhem be-
zwangerd te zyn. Het vrouwmenfeh zat
niet lang, en werdt, met eenig reisgeld
voorzien zynde , van de hand gezonden.
Maar Jan Hol, by wien men eenige verdag-
te papieren gevonden hadt, werdt, eerfl te
Filippine, en naderhand, door den Graave
van Hoorne, te Sluis, ondervraagd. Zyne
bekentenis was verward en oneenpaarig.
Hoorne fchreef, over 't geval, aan hunne
Hoog-Mogendheden, die hem, byfecreete
Refolutie van den tweeden Maart des jaars
1689, bevalen, den gevangen over te zen-
den aan den Raad van Staate in den Haage.
Hol werdt op de Voorpoorte geplaatfl: en,
op den vyfentwintigflen Maart en den der-
den en zevenden April, voor CommifTaris-
fen van den Raad van Staate, ondervraagd
zynde, bekende hy » dat hy, in de week Zyne fae»
„ van Kersmis des jaars 1688, met eenen kenteni*
Yyyy 2                                   „ brief
zy vervolgens in de gemeene lallen (/). Op
den agtentwintigften January des volgenden
jaars, werdt de Nominatie van Schepenen,
volgens gewoonte, gemaakt. Doch alzo
Koning Willem, die,den zesentwintigflen,
van Gravefand afgefloken was, toen, alle
uuren, in Holland verwagt werdt, befloot
men de Nominatie aan zyne Majefleit te
fchikken, zo hy zo fpoedig landen mögt,
dat de verkiezing, op den vereifchten tyd,
te rug kon zyn. Anderszins, zou menze,
met gelyk verzoek, als voorleeden jaar ge-
fchiedwas, zenden aan de Staaten (m).
Koning Willem zette , den dertigflen Ja-
nuary, voet aan land: en ik meen, dat hy
toen de Schepensverkiezing gedaan heeft,
uit de Nominatie , die hem , onmiddelyk
door de Stad, was toegezonden. Doch alzo
niet te wagten was, dat zyhe Majefleit, jaar-
lyks, zo vroeg in Holland komen zou, moefl,
op het verzenden der Nominatie, noodwen-
dig, een andere voet beraamd worden. Burge-
meefteren en Raaden beflooten , reeds in
Maymaand daarna „ dat de Nominatie al-
„ toos op den agtentwintigften January ge-
„ fchieden zou; dat dezelve den Staaten
„ in handen zou worden gefield, met ver-
„ zoek, om de Stad daaruit ten fpoedigfle
„ te doen hebben de verkiezing van zeven
„ Schepenen; en dat, zo de verkiezing,
„ tot na den eerflen February, draalen mögt,
3, haare Edele Groot-Mogendheden, eens
„ vooral, zouden verklaaren, dat de die-
„ nende Schepenen en de mindere regtban-
j, ken in dienfl zouden blyven, tot dat de
5, verkiezing in handen van Burgemeefteren
s, zou gekomen zyn , mids dat de Stad
„ hiertoe geen verzoek deedt;maar dat de
„ gemelde verklaaring, van wege den Ko-
„ ning, als Stadhouder, door den Raad-
,' penfionarisjofopeene andere wyze,be-
„ werkt werdt (n)." Doch 't liep tot den
agttienden Oclober aan, eer de Staaten be-
flooten „ zig te laaten welgevallen, dat,
3i wanneer Koning Willem zig buiten de
„ Provincie.bevondt, de Nominatie van
„ Schepenen van Amflerdam, jaarlyks, aan
„ hunne Edele Groot-Mogendheden zou
„ overgebragt, en dan telkens verzonden
9, worden aan zyne Majefleit, om daaruit
„ de verkiezing, als Stadhouder, te doen."
De Stad Amflerdam bewilligde in dit befluit.
Alleenlyk, werden de Afgevaardigden ge-
lafl, flegts aan te zien, dat de uitdrukking,
dat de Nominatie telkens aan hoogflgedagte
zyne Majefleit
zou morden overgezonden, ter
conclufie
ginge (o). En in gevolge van dit
(O Refol. Vroedfch. Zr. T. 19 Maan ns9o. ƒ. 204.
(») Refol. Vroedfch. L'. V. 28 Jan. is9I. ƒ, 2g, 29.
(n) Refol. Vroedfch. L'. V. i$ May 1691./. 92.
(o) Refol. Vroedfch. L'. V. *° Oéieb. jsjh. ƒ. 187.
Hoe 't,
»ader-
hand,
»net het
verzen-
<jen der
Nomina.
l'e van
Schepe-
en , ge
Klikt
^ierdt
-ocr page 772-
II. Deel.
AMSTERDAM S
704
overgezet, en dat de Secretaris dien» 1690-
daar uit,in 't Franfch hadt vertaald.Dat
de brief behelsde een verzoek aan den
Koning, om hen, tegen half April, met
een Leger te komen verloflen van de
dwingelandy des Prinfen van Oranje; ten
brief van voorfchryvens van den Heere
1690.
s>
55
3>
33
33
3>
33
33
35
33
33
33
33
3)
3>
33
JJ
33
3>
33
3>
35
35
35
35
35
35
33
35
35
33
33
35
33
35
3>
33
33
J3
3'
33
33
33
33
il
33
van Werkendam, aan de Burgemeefleren
van Amflerdam gerigt, in deeze Stad ge-
komen was,om den Heeren voorteflaan
een middel van zyne uitvinding , waar-
door men verfch water in of naby de Stad
zou können brengen ; dat zyn voorflag
van de hand geweezen was, en dat hy,
kort daarna, op eenen avond, ter Stad
uit willende vertrekken , op de eerfte
fteenen brug naar de Utrechtfche Poort
toe, ontmoet was, door zekeren Heer,
die, hem afgevraagd hebbende, of hy de
man niet ware, die den brief aan Burge-
meefteren gebragt hadt, en ja tot ant-
woord hebbende bekomen, hem hadt ver-
zogt mede te gaan, en hem gebragt hadt
in een huis, daar hy nog eenige ändere
Heeren gevonden hadt. Dat hem hier,
zo hy zeide, gevraagd was , of hy wel
eenen eed van geheimhoudinge wilde
doen; wanneer men hem iet van belang
openbaaren zou. Dat hy zig hiertoe be-
reid getoond hadt, zo 't iet goeds ware;
en dat men hem daarop gevergd hadt,
eenen brief te brengen aan den Gouver-
neur van Rynberk, welk thans in de magt
van Frankryk was; en eenen anderen aan
den Heere de Louvois, Staatsdienaar van
Koning Lodewyk den XIV. Dat die Hee-
ren drie in getal waren geweeft; dat een
derzelven (2) appelman genaamd was;
dat hy de naamen der anderen twee niet
wift; doch dat zy wel zo lang van per-
foon waren als Appelman. Dat zy hem
twee brieven hadden medegegeven, eenen
aan den Gouverneur van Rynberk, enee-
nen aan den Koning van Frankryk, onder
een' omflag aan den Heer de Louvois. Dat
men hem honderd Ryksdaalders vry geld
beloofd hadt, zo hy deeze brieven be-
itelde ; en dat men hem honderd vyfen-
twintig guldens op hand gegeven hadt,
tot reisgeld. Dat de brieven met een Ca-
chet, waarop een gekroond cyfer ftondt,
waren toegemaakt. Dat hy, met dezel-
ven, op den eerften January des jaars
1689, van Amflerdam gereisd was naar
Rynberk. Dat de Gouverneur hem, op
't vertoonen van den brief, hadt voort-
geholpen op Ur dingen; en dat hy, voorts,
over Nuits, Bon, Rynbach, Montrojal,
Saarlouis, Mets, Verdun, Chalons en
Parys , naar Verfailles getrokken was.
Dat hy den brief, aan den Koning gerigt,
voor den Secretaris van de Louvois, uit
het Nederduitfch , waarin dezelve ge-
fchreeven was, in het Hoogduitfch hadt
33
33
dien einde, in de eerfte plaatfe, de Ste-
den Nieuwmegen en Graave in te nee-
„ men, en daar na, over de Veluwe enU-
„ trecht, aan te trekken op Amflerdam.
„ Dat de brief getekend was J, Apesz, Hen-
rik de Laat. en dat hy wel hadt können
„ merken, dat Louvois diergelyke brieven
„ verwagtte. Dat men hem, voorts, met
„ eenen ongetekenden brief, zonder op-
„ fchrift, te rug gezonden hadt, met laft
„ om dien aan Burgemeefler Appelman te
,, beftellen." Men hadt deezen brief, dio
in 't Franfch gefchreeven was, by hem ge-
vonden , toen hy gevat werdt. In den zelven,
las men, behalven eenige fchoone beloften,
een verzoek om nader berigt van de magt,
die de fchryvers van den brief aan den Ko-
ning hadden, om deszelfs onderneemingen
wel te doen gelukken. Voorts, hadt hy
eene lyfl by zig van de plaatfen, die hy
doortrekken moefl, en eenen eigenhändigen
brief van Louvois aan den Gouverneur van
Duinkerken, met laft, om hem fpoedig voort
te helpen.
                                                        at
De bekentenis van Hol, die ook voor^en^
CommifTariffen van den Raad van Staate h.e^n,
niet eenpaarig geweeft was, bleef, onder- \Q^
tuffchen, geheim. AUeenlyk lekte, hier en hem» oP
daar , uit, dat hy eenige Amfterdamfche nie"^V
Heeren befchuldigd hadt. In Engeland ,tG^
werdt, by fommigen, nadeelig van deeze16 '
Heeren gefproken. Doch Koning Willem
floeg 'er, naar 't fcheen, luttel geloofs aan,
en hieldt alles voor uitvindingen van 't Fran-
fche Hof, om argwaan en onluft, hier te Lan-
de , te verwekken. Ondertuflchen , bleef
Hol zitten, zonder dat my gebleeken is, dat
hy, op nieuws, gehoord werdt, voor den
zevenentwintigften January des jaars 1690;
wanneer hy, by zyne voorige bekentenis,
voegde „ dat de Heeren, die hem hadden
„ afgezonden, een heimelyk verbond had-
„ den gemaakt met den Koning van Frank- j(t
„ ryk." Maar, op den derden February, Hy h*e.
viel hy, op enkel voorgeeven, dat 'er eeni- f^\ti'
ge Amflerdammer Heeren voor de deur ^ ^*
ftonden, tegen welken men hem hooren zou, det°K,
door den mand,uitberftende in deeze woor- ds»51
den: O God! ik ken niemant van die Heeren.
Ik hebze nooit gezien. Zy zyn onnozel.
Men
bragt hem toen aan de paleije. Doch hy
verklaarde, zo voor als na depyniginge,
beide op den derden en zevenden February,
(a) Jean appelman was thans regeercnd Burge-
«neefter.
j>
dat hy geene Amfterdamfche Heeren
ken-
>3
-ocr page 773-
GESCHIEDENISSEN.
XXI. Boek.
705
„ den geftraft, zonder dat men eenigeagt j6qo.
„ floege op het gene hy, ten nadeele van
„ anderen, verteld hadt (py
De redenen der Vroedfchap van Amder- Straf
dam hadden, ter Vergaderinge van Holland, over Jan
niet zo veel ingang, als men zou hebben Ho1'
mogen verwagten. Nogtans fprak men wei-
nig meer van de befchuldigden voor 't Hof
te willen trekken. De ladering van Jan Hol
bleek zo klaarlyk, dat de Raad van Staate
geene zwaarigheid maakte, om hem te ver-
oordeelen tot geefleling en brandmerk; tot
het tugthuis voor vyftien jaaren , en , na
dien tyd, tot ban voor altoos uit de Ver-
eenigde Nederlanden, 't Vonnis werdt, op
den eenendertigden December des jaars
1690, geveld: doch in het zelve, werdt nie-
mant genoemd, die door Jan Hol befchuldigd
geweeft was. Zelfs werdt 'er de naam van
Jmflerdam niet in gefpeld. De misdaadige
werdt, eenige dagen laater, te 's Herto-
genbofch, gegeefleld en gebrandmerkt (5).
Doch hy moet, na't ontvangen deezer draf-
fe, niet, of niet lang in een Tugthuis ge-
zeten hebben, alzo ik aangetekend vind,
dat hy, om eenig ander misdryf in hegtenis
geraakt zynde, in February des jaars 1692,
te Rotterdam , ter dood gebragt is. De
argwaan, dien eenigen, tegen fommige Am-
derdamfche Regenten , hadden opgevat ,
verdween geheellyk. Koning Willem en
de Graaf van Portland zelf verklaarden ,
t'eenen dage, aan den Gezant Jacob Hop,
dat zy de vertelling van Jan Hol nimmer
hadden können gelooven- En niemant rep-
te federt van de befchuldigden te regt te
willen Hellen.
De droogte, het Pampus genaamd, ge- Meeu-
legen voor Amfterdam, aan 't einde der wes
Zuiderzee, hadt, al voor eenige eeuwen, ^ein-
diepgaandefchepen belet, aan en van de Stad ^^
te komen. Men was, derhalve, op midde- Bakker,
lenbedagt, om de fchepen te ligten over een Am-
deeze droogte. In 't jaar' 1672, hadt men fterdain-
zig bediend van zekere grooce kiften, die ™^it de
onder de fchepen gebragt; en door het Ie- Kamee-
dig pompen van welken, dezelven over 't len of
Pampus geligt werden (r). Doch in 't begin ph^'s
des jaars 1690, vondt Meewwes Meinderts- Jft,
zoon Bakker, gebooren burger deezer Stad,
de Kameelen of Schipligters uit, door middel
van welken, de zwaarde Oorlogsfchepen
van negentig en honderd ftukken, zonder
hinder, over 't Pampus en andere ondiepten
in de Zuiderzee, van Amfterdam af naar de
Vlietertoe, worden geligt. Het Collegie
ter
(t,) Refol. Vroedfch. Lt.T. 17. \i-Afrtl i«oo./. 209,212.
(q)
Vit ie Confeffie en Sentent. van Jan jj0Lj ent/cele
andere
Brieven en Stukken,
(r) COMMEI.1N, hl. '197'
Yyyy 3
kende; dat alles, wat hy, ten hunnen las-
te , verhaald hadt, verzierd was; dat hy
zelf de brieven aan den Gouverneur van
Rynberk en aan den Koning van Frank-
ryk hadt opgefleld, toegemaakt, en be-
fteld, met oogmerk om te beproeven, of
1690.
3J
5>
de Franfchen wel zo loos waren , als
„ voorgegeven werdt; en om hun eenig
j, geld afhandig te maaken." Veelen ver-
wagtten toen, dat Hol, naar verdienften ,
geftraft zou worden. Doch men vondt ge-
raaden, hem, op den eenentwintigden Fe-
bruary, nog eens te dreigen met de paleije.
En toen hernam hy zyne eerde befchuldi-
ging, met byvoeging van eenige omdandig-
heden. Al het welke hy, op den derden A-
pril, ter fcherper onderzoek gebragt zyn-
de, andermaal in den hals haalde, hoog en
duur betuigende, dat hy nooit van iemant
afgezonden was tot eenig heimelyk oogmerk,
maar alles zelf verzierd hadt : by welke
laatde bekentenis, hy, op den zesden April
en federt, ook buiten pyn en banden, vol-
hardde.
De algemeene Staaten nogtans, hoe
vreemd zulks ook fchynen moge, verdon-
den , ten deezen tyde, dat de perfoonen ,
die door Jan Hol befchuldigd waren, te regt
behoorden te worden gefield; en bragten
hun gevoelen in de Vergadering van Hol-
land. Veele Leden dier Vergaderinge wa-
ren van 't zelfde verdand, en oordeelden,
dat men de zaak moed onderzoeken voor 't
Hof. Doch de Vroedfchap der Stad Am-
fterdam „ fchoon ten hoogden afkeerig
„ van al wat zweemde naar verbooden ver-
„ ftandhouding met vyanden van den Staat,
„ vondt groote zwaarigheid in het overval-
len van onbefproken luiden, met een
" Crimineel regtsgeding, zo lang 'er geen
„ blyk altoos van misdaad ware." Jan Hol
hadt,zeide men „ zelf zyne befchuldiging
„ wederom in den hals gehaald, en met, op
„ nieuws, flaande gehouden, dan na dat hy
Veele
Leden
Van Hol-
land oor-
deelen,
dat de
befchul-
digden ,
Voor't
Üof, be-
«ooren
te regt
gefteld
te wor-
den.
Amfler-
dani ver-
klaart zig
hier te-
gen.
ij
met de paleije gedreigd geworden was.
Ook zouden, in allen geval, de befchuldig-
den niet voor het Hof, maar voor hunnen
dagelykfchen Regter moeten betrokken
worden. Doch hiertoe behoefde men niet
te komen,zo lang'ergeen meer blyk van
misdaad ware, dan het bloote zeggen
van eenen bekenden verraader. Crimi-
neele
Regtspleegingen, al bleek zelfs de
onfchuld van den befchuldigde , lieten
altoos eene vlek van fchandelykheid na,
en moeiten daarom, tegen onbefproken
luiden, niet dan op bewys van fchuld ,
ondernomen worden. Maar Jan Hol be-
hoorde , als een vyand van den Staat, en
een lafleraar van eerlyke luiden te wor-
.55
-ocr page 774-
AM STER D AM S
II. Deel.
yo6
„ van den Vader op den Zoon,en van den ióqo,
eenen Zoon op den anderen, was over-
„ gebragt, en dat ook , fomtyds, meer
„ waaren waren ingeilaagen, dan een huis-
„ gezin behoefde. Men liet nogtans aan
„ Bürgerneefteren, de voorheen verleende
„ vryheden toe te ftaan, aan*zulke perfoo-
„ nen, die verfch uit Frankryk overkwä-
„ men," Voorts , werdt beraamd „ dat
„ de plaatfen der ftervende en vertrekken-
„ de predikanten niet wederom vervuld
„ zouden worden." En eindelyk werdt be* Enon-
flooten „ de Walfche Diaconie, in deezen derfteunt
„ kommerlyken tyd, met vyftigduizend gul de ^>
„ dens, uit Stads Caffe, te onderfteunen, fchei(T '
„ en haar, daarenboven, haar verfchot goed CC
„ te doen (u)."
De Regenten van 'tAalmoeffeniers Wees- De Raad
huis vielen, in de Lente des volgenden jaars,befluit'
ook klagtig by Burgémeefteren, over het'^w te
toeneemend getal der Weeskinderen, ter-'il,ien
wyl de inkomften van het Huis waren ver- op alle
minderd, onder anderen, door het verbod Wynen.
van den invoer der Franfche Wynen, van Bra „#i
welken zy een ftuiver van 't Oxhoofd, voorenen»'
't Huis, plagten te trekken; het miffen van ten be-
welk inkomen, hun jaarlyks zevenduizend hoeve
guldens fchade geweeft was. Zy verzog- ^al? fes-
ten, derhalve, dat 'er, om dit verlies te ver- feDjers-.
goeden, eene belading op allerlei Wynen, wees-
Brandewynen en Azynen gelegd mögt wor- hui-
den; gelyk kort hierna gefchiedde (u).
        i<5or.
Burgémeefteren, wat eerder, aanfchry-Bede-
vens van 's Lands Staaten gekreegen heb-ft°ndeS
bende,tot het houden van Bedeftonden, om !TSi^
's Hemels zegen te verwerven over de wa-
penen van den Staat, en over den perfoon
van zyne Groot - Britannifche Majefteit; be-
valen , den zesden April, dat dezelven, drie-
maal ter weeke, des avonds ten zes uuren;
gehouden zouden worden, op Saturdag, in
de Nieuwe-, Zuider- en Amftelkerk, op
Maandag, in de Oude-, Wefter- en Noor-
derkerk, en op Dingsdag, in de Oude- en
Nieuwe zyds-Kapel (tv).
De Luitenant - Admiraal Cerneïis Tromp De Lui"
overleedt, in deeze Stad, op den negenen- ïï^aaï
twintigften May deezes jaars, na dat hy, ee- cornet
nen tyd lang,gekwynd hadt.Zyn lyk werdt, Tromp
den zesden Juny, des avonds tuffchen negen overig-
en tien uuren, met de gewoonlyke ftaatfie,
langs de Heeren- en Keizers graft, gedraa-
gen , en begeleid naar den Amftel, alwaar
een Jagt gereed lag, waarmede riet naar
Delft gevoerd werdt. 't Werdt, in de Oude
Kerke aldaar, in het gra^f van des Zeehelds
Vader, Maarten Harpertszoon Tromp, by-
(») Refol. Vroedfch. Lr. T. 31 7"ly i««"5- f- *7°.
(v)
Refol. Vroedfch. U. V. »,*7 -April I6ju. ƒ, i0) 8J,
(») Gtoot-Memor. .N. VII. ƒ• 2*x verf''
ter Admiraliteit alhier was zo voldaan van
1690.
deeze uitvindinge, dat het den uitvinder een
daggeld toeleide, by Aétè van den zesden
Oclober des gemelden jaars (s).
Delaft De verwoefting van de Palts hadt zo veel e
der Wal- Franfche vlugtelingen , die voorheen der-
meente" waards geweeken waren, naar Holland, en
hier ter byzonderlyk naar Amfterdam gedreeven,
Stede dat de Walfche Gemeente alhier, die met
neemt het onderhoud derzelven belaft was, zig,
fterk toe. -m juny jeezes jaars ? genoodzaakt zag, om
onderfteuning te verzoeken uit Stads Caffe.
Zy wees aan „ dat haare jaarlykfche las-
„ ten , met het onderhoud der gevlugtte
„ Predikanten , omtrent honderd duizend
„ guldens beliepen; daar zy, voorheen,
„ niet meer dan veertig- of vyftigduizend
„ guldens,plagten te bedraagen. Dat haare
„ inkomften daartegen niet meer dan vier-
s, endertig- of vyfendertigduizend guldens
„ opbragten; zo dat 'er ten minfte vyfen-
„ zeftigduizend guldens 's jaars te kort ko-
„ men zouden." Men begreep ligtelyk, dat
het opbrengen van zulk eenen grooten bui-
tengewoonen onderltand de Stad, door den
tyd, te zwaar vallen zou (t): weshalve men
op middelen bedagt was, om de jaarlykfche
uitgaven der Walfche Gemeente te befnoei-
De        jen. Men deedt Diakenen eenen ftaat van
Vroed- de behoeften der vlugtelingen overleveren;
ichapbe- en volgens den zelven, waren 'er thans,on-
ntukle ^er dezelven, 1708 armen, tot welker on-
len, om derhoud , men 71905 guldens 15 ftuivers
den toe- oordeelde noodigte hebben. Men overwoog,
vloed Wyders, dat het getal der vlugtelingen zo
telingen" ^-er'c aanwies» om dat aan dezelven eenige
te doen vryheden en zulk een aanzienlyk onderhoud
vermiri- werden toegeftaan. Men voorzag dat de toe-
deren, vloed der armen te groot worden zou, zo
menze,op den zelfden voet,bleeveontvan-
gen ; dat wel voor een Godsdienltig werk
moeft aangezien; doch waardoor Stads Cas-
fe, nogtans, niet al te zeer gedrukt moeft
■worden. Ook hadt de, Burgery geklaagd,
dat zy, in haare neeringen en handwerken,
vry wat leedt van de vryheden, die den
Franfchen vlugtelingen vergund waren. Men
beiloot dan „ de driejaarige vryheid van
„ Stads Excynfen, en de ontheffingen van
„ de Gilden en de vereifchten van dezel-
„ ven, in 't jaar i68x toegeftaan, voortaan,
j, niet meer te verleenen; maar de vlugte-
„ lingen , in alles , met naame ook in 't
„ bekomen van het Burgerregt, met de an-
„ dere Burgers gelyk te ftellen: te meer,
„ om dat men bevondt, dat de driejaarige
„ Vryheid, fomtyds, ter kwaader trouwe,
(s) Holl. Marc, van i69o. Il, 19+. COMMELIN, hl. Iijj,
(f) Refol. Vroedfch, L'. T. i<5 Juny isjio. ƒ. Z44.
-ocr page 775-
GESCHIEDENISSEN.
XXI. Boek.
?or
J691. gezet (x). Op den zeftienden Maart des meninftaatware,om 'er bedaardelyk op te 1692.
voorleeden jaars , hadden Burgemeefteren letten (b).
van Amfterdam den overleeden , op zyn Burgemeefteren van Amfterdam, als Am-Verfchil
verzoek, toegeftaan,eeneGrafftede,opzy- bagtsheeren van Slooten, Slooterdyk, Os-weSens
Be koften, in eene der Kerken deezer Stad, dorp en de Vrye Geer,in 't jaar 1656, Oc- hetfe§tSr
te mogen laaten ftigten, en Kerkmeefteren troi hebbende Verkreegen , om de over- overde
gemagtigd, om deswege met hem, met ken- treeders der Plakaaten op het flagturven bin- fchen-
nilTe van hunne Edele Groot-Agtbaarheden, nen de gemelde Ambagtsheerlykheden, ding van
overeen te komen (y). Doch 't fchynt, dat voor Schepenen aldaar te regt te doen ftel- p,Lands
hy, naderhand, veranderd is van gedagten, len; oordeelden, federt, dat 2y, of hun ten"*
en verkooren heeft, te Delft, begraaven te Schout van Slooten, daartoe alleen, ter eer- het flag-
worden.
                                                    fter aanleg, geregtigd waren. Doch Dyk-turven,
Over-
vloed
Van
Vifch.
Sommigen hebben aangetekend, dat, in graaf en Heemraaden vanRynland verfton-1" de
dit jaar 1691, zo veel vifch gevangen werdt, den, datzy, van ouds gewettigd geweeft hè^rfyk-"
dat een honderd en negentig SchelvhTchen, zynde, om kennis te neemen van het over-heden
aan de Vifchmarkt hier ter Stede , voor treeden der Plakaaten op het flagturven, zo van Sloo-
niet meer dan tien ftuivers , verkogt wer- ver hun ring zig uitftrekte (c); hiertoe, zo £:n *
den (z).
                                                    wel als de Stad Amfterdam, geregtigd wa-~jjj.0^"
&e Stads In de Lente des volgenden jaars, werdt, ren binnen de voorgemelde' Ämbagtsheer- beilegt!
j-ompag- tot verligting van de bezwaarde geldmid- lykheden, die onder den ring van Rynland
delen deezer Stede, geraaden gevonden, de behoorden, 't Gefchil werdt, onder willige
Condemnatie van den Hoogen Raade, ver-
dorden
op hon-
herdaan honderd man ieder, in ryen en gelederen,
gebragt. te verminderen (#). 't Was nogtans niet
1092. zo veiiig fjj de Stad, of daar viel, in 't mid-
den van den Zomer, vry wat baldaadigheids
voor, voor 't Huis van den Lakenbereider
van Gangel, tegen wien 't werkvolk was op-
geftaan ; w aarin, door eene ernftige Waar-
fchuwing van den vierden July, voorzien
werdt.
bleeven aan de uitfpraak van Mr. Mattheus
de Hertoge,
Advokaat Fiskaal van Holland
en Weftfriesland, die de Stad in 't ongelyk
ft elde, en verftondt,, datDykgraaf en Heem-
„ raaden van Rynland, zo wel als zy, ge-
„ regtigd waren, om kennis te neemen van
„ de overtreedingen op het Slagturven ,
„ binnen de gemelde Ambagtsheerlykhe-
„ den." De uitfpraak werdt, dentwee-en-
twintigften Oftober deezes jaars, door den
Hoogen Raade bekragtigd, en Burgemees-
teren bevalen Schout en Geregten van Sloo-
^ardbee
>g.
pit werk
>els der-
Mve
{tier ter
*'ede.
Op den agttienden September, 's nade-
middags omtrent ten half drie uuren, ge-
voelde men hier te Lande, en in de nabuu-
rige Geweften, eene aardbeeving, die maar
omtrent twee miniuiten duurde, en, gelyk
ten, Slooterdyk, Osdorp en de Vrye Geer
zig naar dezelve te gedraagen (d).
doorgaands, by zeer ftil weder, voorviel.
Hier ter Stede, werden alle de huizen en de
Hetregt van 't op- en affcheepen derBees- Orde op
ten hier ter Stede, al van den jaare 1539 J}et op"
zwaarlle gebouwen zelven , het Stadhuis af, aan deHuiszitten aan de oude zydege-dg^pen
niet uitgezonderd, heen en weder bewoo- geven zynde, en in 't jaar 1675, door deten aan"
gen. De Jan-Rooden-Poorts-tooren fchud- Regenten van 't Oude-zyds-Huiszittenhuis,Zeeburg.
de zo zigtbaar en fterk, dat men voor in- de herberg Zeeburg aandenMuiderdykzyn« 1693.
ftorten bedugt was. De Oude-en Zuider- de gefügt (e ), by welke bekwaame gele-
Kerks-toorens werden ook zo blykelyk heen gènheid was tot het opfcheepen der Sees-
en weder geflingerd, dat de fpeelklokken ten, die uit Gelderland , Friesland en O«
aan't kleppen raakten. De fchepen in'tY veryflèl herwaards gevoerd werden; zo
en 't kleine vaartuig op den Amftel werden werdt, by myne Heeren van den Geregte,
ook, op en neder, bewoogen met het wa- op den zesdenFebruary des jaars 1693 ,ge-
ter. Inde graften, welde het water van keurd ,, dat de Beeften, uit de gemelde
den grond opwaards,en in de huizen hoor- „ Provinciën komende,nergens anders dan
de men een gedruifch, als ofal wat'er zwaars „ aan Zeeburg zouden mogen worden op-
op de zolders ftondt, met geweld, heen en „ gefcheept." En om de Schippers hiertoe
weder gefchooven werdt. Doch men ver- te houden, werdt, op den agtentwintigften
nam niet, dat 'er, door deeze aardfchud- January des volgenden jaars, afgekondigd,
ding, eenige fchade gedaan was. Ook hiel- „ dat zy, hier ter Stede, nooit vragt zou-
den alle de verfchynfels derzelve 0p, eer
                                                       »» den
(h) COMMELIN, hl. 1164. Europ. Merc. Ji'Iy-Septemb.
1692. hl. 219.
(c) ZI' Handv. van Rynland, hl. s6,
ld)
Handv. bU 32?.
(ej COMMELIN, hU 1*1 > Sil'
{*) COMMELIN, hl. 1123. Europ. Merc. lApril-Juny
I
os»1« <". in , 174.
(y) Groot-Memor. N. VII. ĥ "4 ferfi.
(z.)
Feyken Ryp Chron. van Hoorn, hl, 2ss.
(a)
Refol. Vroedfch. L'. V. 7 Maart I6ji. f. 251.
-ocr page 776-
II. Deel.
AMSTERDAMS
7o8
„ den mogen aanneemen, of eenige beurt lyk herfteld werdt. Immers eenigen befton- i60>
bevaaren, en daarenboven vyfentwintig den, in OStober des gemelden jaars, openlyk,
guldens verbeuren, zo dikwils als zy hun- in de Kerke, uit te vaarentegen den Predikant
„ ne beeften niet aan Zeeburg , maar aan Theodorus Dominicus, en terwyl hy predikte:
„ Jaap Hannes of elders, geloft hadden (ƒ)." tegen welke baldaadigheid, Burgemeefteren
En deeze orde was te noodiger, niet flegts eene ernftige waarfchuwing deeden leezen
om dat de Regenten van'tOude-zyds-Huis- van de Predikftoelen, in beide de Kerken
zittenhuis aan Zeeburg bekwaame gelegen- (£). Men bleef nog, voornaamlyk , over
heid tot het opfcheepen der beeften ge- twee punten, verfchillen: 1. wie voor Con-
maakt hadden; maar ook, federt eenige jaa- tribueerende Lidmaaten moeften gehouden
ren, gewoon waren, het regt van Opfchee- wórden ? en 2. of dezelven , hoofd voor
1693.
pinge aldaar te verpagten.
In de Lutherfche Gemeente hier ter Ste-
de , was, federt eenige jaaren, geen kleine
hoofd, in de verkiezing van Ouderlingen en
Diakenen, ftemmen zouden, dan of zulks,
door een bekwaam getal uit dezelven, be-
Twee-
Ipalt in
twïft ontftaan; om welken te beilegten, het hoorde te gefchieden? Burgemeefteren von-
therfche gezag der Regeeringe vereifcht werdt. De den dan, in May des jaars 1684.,geraaden,
^eeern" Beftierders en eenige Leden verfchilden o- twee Advokaaten, Joan van den Broek en
ter Stede, ver 't regt tot de verkiezing van Ouderlin- Joannes Mhufius, te magtigen ,om partyen
gen en Diakenen , en over 't beftier der te hooren, en ware 't mogelyk te bevredi-
Kerkengoederen. Men hadt, van de eene en gen, of anders Burgemeefteren verflag te
de andere zyde, verfcheiden' ontwerpen ge- doen (/)• De poogingen der twee Advo-
maakt, tot onderlinge bevrediging der ge- kaaten vrugteloos zynde uitgevallen, ver-
moeden, die, in den aanvang des jaars 1683, klaarde de Kerkenraad,dat zy de befUffing
Burge-
meefte-
ren be-
raamen
een mid-
del , by
voor-
voor Burgemeefteren gebragt werden. En van 't gefchil gaarne aan Burgemeefteren
haare Edele Groot-Agtbaarheden hadden, verblyven wilden. Doch de misnoegde Le-
op den drie-entwintigften January des ge- den der Gemeente, omtrent zeftig in getal,
melden jaars, twee Refolutien , by provi- konden hiertoe nietverftaan,fchoon'er hun-
fie, goedgekeurd en bekragtigd, die, op den ne Gemagdgden in bewilligd hadden; en
eenendertigden December en op den zesden fchoon zyzelven verklaarden, hunne zaak te
raad, om january te voor en, in eene buitengewoone willen Hellen aan den Predikant Joannes Cole-
d
te leg-
gen.
y Vergadering van Predikanten, Gedeputeer- rus alleen, die egter gefchroomd hadt, de be-
den , of dienende Ouderlingen en afgegaa- flifling op zig te neemen; doch zyn gevoe-
ne Ouderlingen of Oud-Oudften, en dienende len wel wilde verklaaren, gelyk hy deedt.
en Oud-Diakenen, genomen waren. Zy be- Maar hierin nam wederom de Kerkenraad
helsden „ i- Dat elk, die Lidmaat was, geen genoegen. Burgemeefteren, verpligt
en tot onderhoud der Kerke en armen iet om voor de ruft onder de Burgery te zor-
begeerde te geeven, zynen naam en 't
gene hy jaarlyks geeven wilde ,
nieuw Kerkenboek, tekenen zou. 2. Dat
elk, die tot de verkiezing van Ouderlin-
gen en Diakenen begeerde te ftemmen,
ten minfte twintig guldens's jaars, tot de
bovengemelde einden, geeven moeft.,3.
Dat, uit zulke Lidmaaten, jaarlyks, door
den voorzittenden Predikant, ten over-
ftaan van de Predikanten, de gedeputeer-
de Ouderlingen en de dienende Diake-
nen , tien perfoonen geloot zouden wor-
den, om, nevens den Kerkenraad, de
Ouderlingen en Diakenen te helpen ver-
kiezen. 4. Dat zulken, die, boven de
gemelde twintig guldens, nog tienDucä-
tons 's jaars gaven , geregtigd zouden zyn,
om de Rekening der Kerken- en armen-
middelen, jaarlyks, binnen eene maand
na May, mede op te neemen, en naar te
zien (g)." 't Scheen nogtans , dat de
gen, beflooten dan, op den agtften April
des jaars 1685, partyen te doen aanzeggen,
dat zy zig, ftil en vreedzaam,naar de pro-
vifioneele Refolutie van hunne Edele Groot-
Agtbaarheden van den drie-entwintigften
January des jaars 1683, zouden hebben te
gedraagen, tot dat op de zaak nader be-
flooten werdt (£). En dit nader befluit volg-
de , op den tienden September des jaars
1685. De provifioneele Refolutien van den Burg^
drie-entwintigften January des jaars 1683 mee^
en van den agtften April des jaars 1685 rene6iiJ'
werden in eene volftrekte en eindelyke Re- jjgjUe«
folutie hervormd , met deeze veranderingen uitfp^u
alleenlyk „ i.datzy, die in de verkiezing ovej
„ van Ouderlingen en Diakenen begeerden tW
„ te ftemmen, in de plaats van twintig,
„ maar tien guldens 's jaars zouden behoe-
„ ven te geeven: en 2. dat, uit deeze Con-
„ tribueerende Lidmaaten, in de plaats van
„ tien , vyftien perfoonen zouden geloot
jj
55
35
55
55
55
55
Opfchud- 5»
ruft, door deeze fchikking, niet volkomen
(ƒ) Handv. bl. 17J, 17«.
(z) Groot-Mcmor. N. VII. ƒ. 7«.
ding in
de Ker-
ke.
j, wor-
(h) Groot-Memor. N. VII. ƒ. 93 vtrfo.
(i) Groot-Memor. N. VII. ƒ. ioz.
({) GwotMemor. N. VII. ƒ. I12 verf;
-ocr page 777-
GESCHIEDENISSEN.
XXI. Boek.
70p
„ worden, om 's daags na de looting de
„ verkiezing van Ouderlingen en Diakenen
,, te helpen'doen (/)." Maar 't bleek, eer-
lang, dat, ook in deeze fchikking, by allen,
geen volkomen genoegen genomen werdt.
Ook was 'er gefchil gereezen over eenige
punten der Leere, 't welk de verwydering
grooter maakte. De misnoegde Ledemaa-
ten vervoegden zig, in 't jaar 1690, met vyf
vraagpunten, aan de Hooge Schooien van
Grypswalde, Tubingen en GiefTen, en aan
de Predikanten van Frankfort, derzel ver uit-
fpraak daarop verzoekende.De meefte punten
raakten de Leer. Doch in het laatfle, hadt
men zaaken gebragt, die Burgemeefteren
alleen,en derzelver uitfpraak van den tien-
den September des jaars 1685 betroffen:
waarom zy geenszins voor eenige uitheem-
fche Regtbank behoorden gebragt te wor-
den. Ook kreegen Burgemeefteren zo dra
geene kennis, dat zulks gefchied was, of
zy bevalen , op den derden February des
jaars 1691, dat men zig fliptelyk zou heb-
ben te houden aan de uitfpraak van den jaa-
re i68j. „ Doch, zo 'er eenig verfchil vie-
„ Ie over geloofspointen ter zaligheid > ver-
„ klaarden zy, geenszins van meeninge te
s> zyn, fig daer in te geven, maer het zelve
te zullen laten aen het oordeel der Synodens
meefteren, onlangs , veele Regenten van ißp^
Godshuizen en anderen wagt-vry haddenPakhui,
verklaard. Burgemeefteren en ColonellenZen.
kwamen , derhalven , overeen, om het
Wagtgeld fcherper in te vorderen dan tot
hiertoe gefchied was, en, ten opzigte van
zulken, die, wegens hunne gezindheid of
ongefteldheid, van de moeite, die aan 't
waaken, drillen, optrekken enz. vaft was,
vry gehouden werden, te verhoogen: en
daarenboven een wagtgeld te leggen op al-
          '«■
Ie onbewoonde pakhuizen, die omtrent zes-
honderd in getal waren, en met eikanderen,
naar men rekende ; omtrent agtenveertig
honderd guldens zouden können opbrengen.
Van 't een en 't ander werdt een opftel ge-
maakt, welk, den eerften May des jaars
1694, gedagtekend was (0).
Burgemeefteren beflooten, in dit zelfde Beter-
jaar, hier ter Stede, aan de Schans by de huis op-
Weteringspoort, een nieuw Beterhuis op teëete&u
regten, en tot Kafteleinen en Betermeefters
aan te ftellen Maximiliaan Auguflinus Schoor-
man
en Cornelis Berghman Wuytiers (p) ,
die, wat laater, door myne Heeren van den
Geregte, gemagtigd werden , om kwaad-
aartigen, die aan hunne hoede werden aan-
vertrouwd, des noods, met geweiden ban-
den , te bedwingen (q).
De aanhoudende oorlog en andere laften De Raad
hadden zo groot een verval veroorzaakt inneemt
den ftaat der geldmiddelen van de Stad,eei? be-
dat de Raad, reeds in September des voor-^^
leeden jaars, op den voorflag van Bürge- rjng vaa"
meefteren, beflooten hadt „ 1. den onder- den ftaat
„ ftand aan de Franfche vlugtelingen, be-van lier
„ halve 't gene aan de geviugte Predikanten Stf?e
„ gegeven werdt, te bepaalen op vieren-dele™ "
„ twintigduizend guldens 's jaars , en de Onder-
„ onderftand trekkende Predikanten te laa-fond aan
„ ten uitfterven. 2. de zes Stads Compag-d.e,Fran'
„ nien, op zulk eenen tyd als Burgemeefte- v1Ugte-
„ ren zulks zouden geraaden vinden , telingen
„ verminderen op zeftig koppen, te weeten vermin-
„ agtenveertig in ryen en gelederen, driederd'
„ Officiers, met derzelver jongens, ook drie
„ in getal, drie Serjanten, en drie Trom-
„ flaagers. En , 3. het Lantaarngeld te
„ ftellen op een zeftiende van de Verpon-
„ dinge der huizen; het emmer- en ftraat-
„ geld op een twee-endertigfte, en het om-
„ leiden en zuiveren der wateren ook op
,, een twee-endertigfte, door Huurder en
„ Verhuurder, ieder voor de helft, te be-
1693.
Kenige
Leden
vervoe-
gen zig
aan bui-
'enland-
fche
Hooge
Schoo-
ien.
Yerklaa-
Jing van
«Urge-
nieefte-
ren hier-
omtrent.
van de Augsburgfe Confejfie, hier te Lande
te houden (m)." Maar niettegenftaande
het herhaald bevel van Burgemeefteren ,
duurde de onruft in de Lutherfche Ge-
Moedwil meente
nog eenen geruimen tyd. Zy
liep zelfs zo hoog, dat 'er, op den twintig-
ften December des jaars 1693, des avonds
by 't uitgaan der Lutherfche nieuwe Kerke,
een groote hoop volks voor dezelve ftaan
bleef, die zekeren Ouderling waarnam, den
mantel affcheurde, en met fcheldvoorden
aanviel. Myne Heeren van den Geregte
beloofden, federt, driehonderd guldens aan
den aanbrenger van eenen der fchuldigen
aan deezen moedwil, en gelyke fomme aan
hem, die den Geregte van eenige nieuwe
famenrotttinge kennis gaf (n). De hevig-
heid bedaarde nogtans, door den tyd, on-
der de Lutherfchen , die zig, eerlang, on-
derwierpen aan de fchikking van Burge-
meefteren; fchoon dezelve niet veelejaaren
agtervolgd geworden is.
Men bevondt, omtrent deezen tyd, dar'
de inkonaften van den Burger - Krygsraad
hier ter Stede wel vyfcienduizend guldens
jaarlyks door de laften werden overtroffen,
en dat de inkomften nog merkelyk ftonden
verminderd te worden , doordien Burge-
(') Groot Memor. N. Vil./. i?o verfi.
(m)
Groot Memor. N. VII. ĥ H9.
(n)
Kcurb. Q. ƒ. is,.
I. STUK.
omtrent
c2nen
Oucier.
^enbe-
"uit.een
wagt-
feld te
'eggen
*Pde
51
taalen (r)." Doch de Walfche Gemeen-
te klaagde zo zeer over haare drukkende
ar-
(,) Handy bl. i«t.
(/,) Groot-Mcmor. N. VII. ƒ• I« vtrfo.
(q) Handv. hl. 1051.
(r) Refol. Vroedfch. L'. W. 1+ Sip, I6s3l ƒ. «4.
Zzzz
-ocr page 778-
fio AMSTERDAMS GESCHIEDENISSEN. II.Deel.
óm, op geenerlei wyze, aanmoedigen. Aan jóoy
de Stad Kampen, die eene rekening in de
Wiffelbank verzogt, was uitftellend ant-
woord ; doch aan de Stad Haarlem,diege-
lyk verzoek deedt, eenige hoop gegeven.
Ook beflooten Burgemeefteren en Raad, fe-
dert , aan geene Stad, tot het gemelde einde,
eene rekening toe te ftaan, uitgenomen aan
de Stad Haarlem, mids dezelve buiten dege-
woonlyke boeken der Bank gehouden werdt,
en de Stad niet aanfpraakelyk ware, zo van
de penningen iet, door ontrouw of anders-
zins, mögt worden vermift. Ook begeerde 't Ge'
men geene rekening toe te ftaan, voor dat fchl(3ns*
de Lotery vol ware(u). Doch die van Haar- "£fby-.-
lem, hunne Lotery hebbende uitgefchree- zon^ere'
ven, onder voorwaarde, dat hun eene ge- reden^1*
woonlyke rekening zou vergund worden, aan.
armoede, dat de vierentwintigduizend gul-
dens, die haar, by de gemelde Refolutie,
waren toegelegd, voor het eerfte jaar al-
leen , met zesduizend guldens verhoogd wer-
den (s). In de Lente des jaars 1695, ver-
nieuwde de gemelde Gemeente haare klag-
ten , en Burgemeefteren en Raaden lieten
zig beweegen, om haar, nog voor dat jaar,
den buitengewoonen onderftand van zesdui-
zend guldens toe te ftaan (t).
De Heer Hille, Commandeur der Stad
Huift, verzogt, in Oótober des jaars 1Ó95,
Oftroi om op zyne koften verfch water in
Amfterdam te mogen brengen, en wegens
't gebruik van het zelve, zig met de brou-
wers te mogen verdraagen. Van Stads wege,
werdt gereedelyk in dit verzoek bewilligd^).
Doch ik vind niet, dat het ontwerp van
den Heer Hille ter uitvoeringe gebragt is.
Burgemeefteren, kennis gekreegen heb-
bende , dat eenige byzondere Steden, Lo-
teryen hebbende opgeregt, tot verzekering
der inleggeren, voorhadden, eene rekening
te verzoeken in de Wiffelbank deezer Stad;
vonden geraaden, te beveelen, dat aan nie-
mant, voor naderen laft , eene rekening,
tot zulk een einde, zou worden toegeftaan.
Zy zagen het opregten van zo veele Lote-
ryen aan als fchandelyk voor het Land in 't
gemeen , en als fchadelyk voor 't Land
en de ingezetenen beide; en wilden 't, hier-
(s) Refol. Vroedfch. £'. w. ij Jan. 94. ƒ. 26I.
(t) Refol. Vroedfch. L'.X. zy ^April i«$ij. ƒ. 104,
(u) Refol. Vroedfch. Ls. X. 19 Oéi, 1695. f. 3».
1694.
1695-
Ontwerp
om
verfch
water in
de Stad
te bren-
gen.
lö*
ftonden 'er ernftelyk op, by Burgemeefte-
Haar
De Re-
geering
beveelt
geene re-
kening
in de
Wiflel-
bank te
verlee-
nen, ten
behoeve
der Lote
ryen van
byzonde-
re Ste-
den.
ren van Amfterdam, zig verbindende, om
de beleefdheid, die hun, in dit opzigt,be-
weezen zou worden, by voorvallende gele-
genheden, te zullen erkennen, ende Boek-
houders van de Wiffelbank, daarenboven ,
behoorlyk te zullen loonen, voor derzelver
moeite. De belofte van erkenteniffe, en de
nabuurfchap der Stad woog zo veel by Bur-
gemeefteren en Raaden, dat men, einde-
lyk, befloot, aan Haarlem eene gewoon-
lyke Rekening in de Wiffelbank toe te
ftaan (w).
(v) Refol. Vroedfch. L'. X. 3 Dec. 9j, ƒ. ,,«.
(»>; Relol. Vroedfch. L<. x. 3 ?-.». i«,«./. J4s.
TWÉÉ-
-ocr page 779-
4&*.i
TWEEDE           DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
AMSTERDAM.
T W E E-E N. TWINTIGSTE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van het jaar 1696',
tot op ds Utrechtfche Vrede in "'t jaar 1
[?I3'
1696
effeniers-
1696.
Gewei
\_ te Amfterdam, een algemeen misnoe-
armen, te verbeuren. De Magiftraatsper-
foonen, Commiffariffen, Penflonariffen en
Secretariffen mogten hunne lyken, en die
van hunnen huize, door de Stads Boden,
laaten draagen of uitvoeren. De Gilde-
broeders zouden de Gildeknegts tot Aan-
fpreekers en hunne medebroeders tot dras«
gers mogen gebruiken. En de Jooderi
werden van deeze Keure uitgezonderd.
Zulken, die Aften ter Secretarye voor
den armen verzogten , zouden zig van
geene Aanfpreekers behoeven te bedie-
nen , en de lyken van buuren mogen Jag-
ten draagen. Aan 't lykgevolg zou, na
de begraafenis, geen wyn mogen ge-
fchonken worden, op eene boete van zes-
honderd guldens. Ook zouden, op ge-
lyke boete, geene ongehuwde perfoonen,
met jongmans nevens het kleed, mogen
worden begraaven. De Aanfpreekers.,
Lyk- en Lantaarndraagers zouden in *t
zwart gekleed moeten zyn,met mantels,,
beffen,lamfers van ééne lengte, en hand-
fchoenen. De Lantaarndraagers alleen
zouden geene mantels behoeven aan te
hebben. De Aanfpreekers , derzelver
Hoofdluiden, die twaalf in getal waren.,
en de Lyk- en Lantaarndraagers zouden
geene lamfers of handfchoenen, by ver-
eeringe, mogen aanneemen. De draagers
zouden, een uur voor 't uitdraagen van
't lyk, voor 't fterf huis moeten verfchy-
nen, en daar, door de Hoofdluiden, op-
gelezen worden, die, in de plaats der af-
wezenden, terflond, anderen zouden ont-
bieden, ten welken einde zig,altoos,tien
draagers, 's middags van een tot drie,en
's avonds van agt tot negen uuren, aan
't Comptoir der CommifTariiTen, die vier
in getal waren, bevinden moeften. Die
Zzzz 2
                                       » te
dige op- s;en onder de geringfte ingezetenen, welk,
roer 'lier binnen weinige weeken, tot hevige daade-
terStede.jy^heden uitborft, die gevaarlyke gevolgen
gehad zouden hebben, zo de voorzigtigheid
der Wethouderfchap en de moed der Bur-
gerye den oproer niet, in de eerfte begin-
felen , gefluit hadt. De oorfprong en uit-
komffc deezes werks ftaat ons hier, met de
vereifchte omftandighcid en naauwkeurig-
heid, te verhaalen. .
Aanlei- De Staaten van Holland hadden,om een
ding tot gedeelte van de zwaare koften des tegen-
den zei- WOordigen oorlogs te vinden, onlangs, eene
Ven' belafting gelegd op het trouwen en begraa-
ven, waarvan het eerfte ontwerp gemaakt
was, door den Engelfchen Agent te Am-
flerdam , den Heer Jozef Kerby , wien ,
hiervoor, eerlang, een jaargeld van vyftien-
honderd guldens, geduurende zyn leeven,
Keur op werdt toegelegd («). De Heeren van den
bet be- Geregte, hier ter Stede, de Gemeente m
Staaven. ftaat willende Hellen, om het regt op 'tbe-
graäven te gemakkelyker te voldoen, be-
flooten, de pragt in de begraafeniffen, die
van tyd tot tyd toegenomen was, te bepaa-
len, by eene Keure van den tienden Janua-
ry des jaars i69Ó,waarby ook het bedienen
der begraafeniffen, hier aanfpreeken genaamd,
en het draagen der lyken en lantaarnen, tot
ampten gemaakt werden, die , voortaan,
door Burgemeefteren, ftonden begeeven te
worden.De Keur beftondt uit vierenveertig
Leden , welker voornaamften hierop uit-
Inhoud kwamen: „ Niemant mögt eenige Lyk- of
^erzelve. „ Lantaarndraagers ofAanfpreekers, buiten
3>
de aangeflelden, gebruiken, op zekere
boete, door de aanftellers en aangeftel-
(«) Refol. Holl. 9 080b. I«9P- hl. 1114.
-ocr page 780-
II. Deel.
AMSTERDAMS
*7i>
„ Schepenen Extraordinaris gedagvaard , 1696'
„ en de zaak op de Keurrolle gebragt wor-
te laat kwamen verbeurden zekere boete;
die weg bleeven, voor de eerfte reize,
vyfentwintig guldens,en voor de tweede
reize, hun arript. De draagers mogten,
na de begraafenis, niet wederom in 't
derf huis komen. £0 een van de genoem-
de Amptenaars dronken ter begraafeniffe
kwame, verbeurde hy zekere boete.
Ook mogten zy, aan 't fterf huis, geene
fpys of drank vorderen, of aanneemen.
Op beledigingen onder dezelven , met
woorden ofdaaden,was ook zekere boe-
te geiteld. De Aanfpreekers moeiten,
zo lang't lyk boven aarde itondt, óp ze-
ker uur, aan 't fterf huis komen,; de be-
wooners van het zelve beleefdelyk beje-
genen , en niet vertrekken, dan na ver-
kreegen verlof. De Hoofdluiden, Aan-
fpreekers, Lyk- en Lantaarndraagers zou-
den , elke foort afzonderlyk, in ééne beurs
werken. De Commiffariiïen zouden, da-
gelyks, in hun Comptoir vergaderen, en
zorg draagen, dat de gevorderde Aan-
fpreekers en draagers , door de Hoofdlui-
den, aan de fterf huizen gezonden wer-
den. Voorts, zouden de CommiffarifTen
het loon der Hoofdluiden, Aanfpreekeren
en Draageren doen invorderen, door ie-
der Hoofdman , die de begraafenis be-
diend hadt, en daarvan twee en een half
ten honderd korten, ten behoeve der
Hoofdluiden in 't gemeen. Nog zou van
het gemelde loon vier ten honderd, ten
behoeve der Aalmoefleniers-armen, wor-
den ingehouden , door Commiffariflen,
die ook voor het naarkomen deezer Keu-
re zouden zorg draagen, en om de zes
maanden, nieuwe lamfers en handfchoe-
nen aan de Hoofdluiden, Aanfpreekers en
Draagers uitdeelen, 't beloop daarvan in-
houdende van derzelver weekloon: ook
zorg draagen, dat zy van behoorlyke
mantels voorzien waren. Die Commis-
fariffen kwalyk bejegende verbeurde ze-
kere boete, of,als 't voor de vierde rei-
ze gefchiedde , zyn ampt. Commiffaris-
fen genooten, met hun vieren, een gul-
den van ieder Lyk, die van 't loon der
Lyk- en Lantaarndraageren afgehouden
werdt. De Hoofdluiden moeiten, op
den dag der begraafeniffeof uitvaart, aan
't fterf huis, en dagelyks, aan 't Comp,
toir der Commiffariffenverfclrynen, der-
zelver bevelen naarkomen , en van de
misilagen der mindere beampten aanter
kening houden, alles op zekere boete.
Ook moeiten de Aanfpreekers en Draa-
gers de Hoofdluiden, op zekere boete,
niet kwalyk bejegenen. Die boete wei-
gerde zou, door Commiffariffen, voor
1696.
5>
55
it
33
55
55
53
55
55
35
35
35
35
55
55
33
33
33
33
33
33
33
33
33
33
»3
J3
33
35
J3
33
33
35
33
35
33
33
3)
>>
33
33
33
33
33
33
33
33
33
J3
33
»3
33
»3
»3
»3
93
?3
den." Wyders, was, aan 't einde der
Keure, eene lyft gevoegd van de loonen der
Aanfpreekeren, Hoofdluiden,Lyk-en Lan-
taarndraageren, die meerder of minder wa-
ren, naar dat een lyk in de Kerk, of op een
Kerkhof, en laater of vroeger, begraaven
werdt. Men las , eindelyk , aan 't einde
deezer Lyfte, dat de Keur met den eenen-
dertigften January, zynde een Dingsdag,
ingaan zou (b).
Doch eer zy nog afgekondigd ware, en Misnoeg
vooral koft na de af kondiging, ontftondt 'er Senn"
een heimelyk gemor onder't gemeen, meeft ^!neen
verwekt door zulke Aanfpreekers, die, door Sverdee'
de aanitelling van een bepaald getal, vanzeKeo^"
hun beroep itonden verfteken te worden;
en door derzelver vrouwen , zynde deeze
Kunne veeltyds gewoon, in geval van bur-
gerlyk misnoegen , het hooge woord te
voeren, 't Was veelen Aanfpreekeren verre
uit de gisfing gegaan , dat het getal der
beampten van hunne foorte ilegts op zesen-
dertig bepaald was, hebbende zy itaat ge-
maakt, om allen indienft te blyven, en uit
te ftervem Ook hadden zy , met talmen
en klaagen, zo veel uitgewerkt, dat 'er, in
plaats van zesendertig, twee-enzeventig
Aanfpreekers waren aangefteld, en dat het
getal der Lyk- en Lantaarndraageren ook
merkelyk vermeerderd geworden was. Doch
onaangezien deeze vermeerdering, bleeven
'er nog veelen ontzet van hun beroep. En
deezen ontzagen zig niet, den Heeren, aan
derzelver huizen, en zelfs op ftraat,aante
loopen en laftig te vallen, itoutmoediglyk
vorderende, dat eene Keur, die hun zo na-
deeligwas, mögt worden ingetrokken. Zy
leverden zelfs Verzoekfchriften in aanBur-
gemeefteren, die, zo men geloofd heeft,
reeds beilooten hadden, of op 't punt waren
om te befluiten, dat elk,die ooit Aanfpree-
ker geweeit was, by Acte van hunne Edele
Groot - Agtbaarheden , zou worden aange-
fteld,'; toen de oproerigheid zo zeer het
hoofd opitak, dat zy met geen toegeeven
en zagtheid meer te bedwingen was.
Naar gelang, dat de tyd van het ingaan Neemt ^
der Keure naderde, werdt het misnoegenüerkt°'
algemeener. Veelen der aangeftelde Aan- j^g,^
fpreekeren zelven waren te onvrede, om ^ t/d
dat zy, volgens het zesentwintigfteLid der van iiet
Keure, in ééne beurs werken moeiten {c) , ing*311
alzo zy, die voorheen veel werks gehad ^ure
hadden, nu met de minft bekwaamen en nadero '
minft begunftigden gelyk gefteld werden.
Men
(b)  Keutb. L'. R. ƒ. Si.
(c)  Gioot-Memot. *r. VIII. ƒ. "* w'fi.
-ocr page 781-
i DENISSEN.              713
de en fcheldende onder de oogen zagen, en, 1695»
zo fommigen verzekerd hebben, met vui-
ligheid naar 't hoofd wierpen. De Hoofd-
luiden en Draagers, die wederom aan't Aal*
moefleniershuis gekomen waren, om te ver-
neemen, welke Lyken zy, den volgenden
dag, zouden moeten bedienen, werden- van
't graauw, welk aldaar ook in groote me-
nigte famengeloopen was, befchimpt, by de
mantels getrokken, en met drek gefmeeten:
al 't welke voorfpelde, dat het,'s anderen-
daags , wanneer de Keur ftondt in te gaan,
niet gemakkelyk afloopen zou.
Burgemeefteren, 't gevaar vanoproer wil- De Stads
lende voorkomen, gaven, nog dien zelfden foldaaten
avond, bevel, dat de Stads foldaaten, te-^omenin
gen den volgenden ogtend, in de wapenen we^
zouden komen, en zig ftellen , ten deele
aan de Hoofdwagt, voor de Waage op den
Dam, ten deele voor 't Aalmoefleniershuis,
en voor de voornaamfte poorten , om den
toeloop van buiten te weeren. Ook werdt
eeneWaarfchuwing opgefteld, om 's ande-
rendaags te Worden afgekondigd, waarby
alle oproerigheid, fcherpelyk , verbooden
werdt.
Met het aanbreeken van den volgenden't Welk
dag, zynde Dingsdag, den eenendertigden fommi-
January, ftondt de Stads bezetting gefchaard f™ PjY*
op haare byzondere poften. Veelen preezen deren
de voorzorg van Burgemeefteren, en hiel- veroor-
denze noodig, om de gevreesde beroerte Seelen,
te fmooren in de geboorte. Doch anderen
fchortten 'er den neus over op. 't Optrekken
der foldaaten zou,
zeidenze, te veel volks lok-
ken naar de loopplaatfen> en 't gevaar van op-
roer doen toeneemen.
Lenigen fchroomden
niet, te zeggen ,, dat men der Burgerye
„ eene haatelyke Keur, door geweld van
„ Krygsvolk, zogt te pverdringen, 't welk
„ geenen regtfchaapen voorflanderen der
„ vryheid, gelyk de Amfterdammers waren,
,, te gedoogen ftondt." De wyven roerden, Vermoe-
meer dan de mannen, den mond, enfommi- den, dat;
gen hebben voor waarfchynlyk gehouden, datde °P~
eenigen derzelven, heimelyk, waren opge- JJfkfokt
hitft door zulken, die, uit deeze beweegin- js, 0m
gen, eene buitengewoone verandering in de verande-
Regeering verhoopten, waarby zy hunne re- jj'0n^'e'l
kening meenden te zullen können vinden. geering
Doch hiervan is my niets met zekerheid ge- te wege
bleeken. Vaft gaat, dat, ter gelegenheid te bren- ,
eener geweldige beroerte te Rotterdam, nog Sen-
voor weinige jaaren, aldaar, eene ongewoo-
ne verandering in de Regeering gemaakt
was (O- Ook plakte men, nog deezen '
zelfden dag, briefjes aan 't Stadhuis, waar-
by het zelve te huur gezet werdt, om ter-
ftond
(e) Zie Vadeil. Hift. XVI. Dtel, bl, m enXl.
Zzzz 3
XXII. Boek.             GESCHI
ï6o5. Men blies der kleine Gemeente in „ dat
„ de Keur de geringen meeft drukte, die,
„ om Gods wille, als bedelaars, zouden
„ moeten komen bidden, om naar hunnen
„ zin te mogen begraaven worden; terwyl
„ de ryken, voor hun geld, nog eene eer-
„ lyke begraafenis zouden können krygen."
En dit zag op het zesde Lid der Keure,
waarby beïaft werdt, dat de onvermogenden
een lyk door buuren of anderen zouden mo-
gen laaten draagen, en geene Aanfpreekers
behoeven te gebruiken, mids zy eene Aäe
voor de Armen
ter Secretarye lieten haaien.
Doch men hadt hier valfchelyk en kwaad-
aartiglyk bygehangen, dat de armen, in eene
flegte witte kift, met Stads wapen befchil-
derd, naar't Kerkhof zouden worden ge-
bragt; 't welk groote verbittering verwekt
hadt onder't gemeen, dat doorgaands onbe-
kwaam of ongezind is, om met eigen oogen
te zien, wat hun van de Overheid bevolen
wordt. Onder luiden van meerder vermo-
gen, werdt de Keur of voor-of tegenge-
fproken, naar dat elk gezind was. Men
vondt 'er, die dezelve preezen, vooral om
dat 'er 't loon der Aanfpr eekeren en Draa-
geren, dat dikwils veel te hoog plagt te
loopen, by bepaald was. Maar anderen
dagten, dat het hard viel, zig te moeten te
vrede houden met Aanfpreekers en Draa-
gers , door de Commiflariffen en Hoofdlui-
den a'angefteld; daar menze, te vooren, naar
zynen zin , hadt mogen verkiezen. Ook
meenden veelen, dat het Loon der Kerk-
hof" lyken tehooggefteldwas. 't Gerügt was
zelfs algemeen, dat de Keur nog, in ver-
fcheiden' opzigten, ftondt verzagt en veran-
derd te worden.
Een der OndertulTchen, naderde de tyd van het
Hoofd- ingaan der Keure. De CommuTarhTen ,
luiden Hoofdluiden, Aanfpreekers en Draagers
Aan waren aangefteld. De Commiifariflen na-
fpreekers men, den agtentwintigften January, zitting
w°rdt in hun Comptoir, welk in een vertrek van
aange- >t AalmoeiTeniershuis geplaatft was (i). De
van 't Hoofdluiden vergaderden aldaar, insgelyks;
gtaauw. doch een derzelven werdt, regt voor 't Aal-
moeffeniershuis, aangerand van 'tgraauw,
en genoodzaakt, zig met devlugt te redden.
De volgende dag, zynde Zondag^werdt met
genoegzaame ftilte doorgebragt. 't Vuur der
oproerigheid fmeulde nog; doch behoefde
flegts wat fterker te worden aangeblaazen,
'tGraauw om ligter laage te ontvlammem. 's Maan-
^heidt dags, den derrigften , vloeide veel volks
Beeten van allerleie foorte byeen op den Dam, eeni-
' gen van welken de afgaande Burgemeefte-
ren, ftoutelyk, om 't lyf vloogen; morren-
{d) Gioot.Mcmor. N. VIII. ƒ. n* verfi.
-ocr page 782-
AMSTERDAMS
II. Deel.
7H
l&fi*
werdt. Straks ging 'er gejuich op, onder
de woefte menigte. De vendels , fchortel-
doeken en neusdoeken werden om 't hoofd
gezwaaid; 't Graauw trok het Stadhuis
door en weder door, en voorts , door de
Kalverftraat, ten deele naar 't Huis van
Burgemeefter Jacob Boreel, op de Heeren-
graft by de Leidfche ftraat, ten deele naar
't Aalmoeffeniers-huis; daar de baldaadig-
heid het eerft haare rol fpeelde.
Midlerwyl, was de Vroedfchap byeen
gekomen op 't Stadhuis, daar Burgemees-
teren haar kennis gaven van 't opfchorten
der Keure, en van de opfchudding voor 't
huis van den Heere Boreel; haar wyders
voorhoudende, of 't niet geraaden ware ,
nevens de Stads foldaaten, ook de Burgery
in de wapenen te brengen, en den Kapitei-
nen van beide laft te geeven, om , zo zy
door 't graauw werden aangevallen, op het
zelve,tot hunne verdediging,met fcherpte
fchieten : waartoe , terftond , beflooten
werdt (ƒ). Voor 't Aalmoeffeniers - huis,
ftonden de foldaaten, gekeerd ten deele
naar de Leidfche graft, ten deele naar de
Leidfche ftraat, om de Commiffariffen en
Hoofdluiden tegen de aandringende menig-
te te dekken. De hoop was zo dra niet
vermeerderd, door 't gefpuis dat van den
Dam kwam,en tyding bragtvan'topfchor^
ten der Keure, of men viel met fteenen aan
op de foldaaten , aangemoedigd door een
vrouwmenfch, dat een hoepel om 't lyf en
een ftok op de fchouder hadt, onder 'troe-
pen van val aan, val aan! ßa dood die hon-
den, fia dood!
Een fchielyke fchrik ver-,
fpreidde zig door de naafte buurten, daar
venfters en deuren, met groote verbaasd-
heid , werden toegeklapt. De foldaaüen
verduurden de hagelbui van fteenen, om-
trent een half uur lang, zonder te wyken,
of zig te verweeren, toen 'er bevel gege-
ven werdt, om aan te leggen, na dat men
zulken, die, zonder kwaad oogmerk, der-
waards gekomen waren, gewaarfchuwd hadt,
om zig voor het dreigend gevaar te hoeden.
Door den eerften fchoot, die vermoedelyk
met loos kruid gefchiedwas,werdtniemant
gekwetft. 't Graauw, toen ftouter gewor-
den, dringt tegen't geweer der foldaaten
in, maakt 'er zig meefter van, en dryftden
kleinften hoop van de twee opde vlugt,ten
deele naar 't Aalmoeffeniers-huis, ten deele
naar de Leidfche poort, welker deuren ge-
flooten werden. De andere hoop foldaaten,
die ook met fteenen, van wederzyde, en
zelfs van den overkant der Prinfen - graft,
aangevallen werdt , fchoot met fcherp »
waar*
(ƒ; Refol. Vrriedfch. I>. X. 31 Jan. l«9<$. ƒ. 349-
ftond te können betrokken worden: 't welk
niet donkerlyk ontdekte een' toeleg, om de
Regeering, die, op en na den eerften Fe-
bruary, naar gewoonte, ftondt veranderd te
worden, wars te maaken van 't bewind: 't
gene nogtans niet gevolgd is.
's- Morgens vroeg, rotte het graauw te
hoop, in de Noorder- en Nieuwe Looijers-
ftraat en daaromtrent, alwaar veele wee-
vers woonden. De kreet was algemeen,
dat 'er, dien dag, geen weever op zyn getouw
zitten zou.
Men trok, aan hoopen, naarde
plaatfen, daar de foldaaten ftonden , met
naame naar den Dam, die ten negen uuren
reeds zo vol volks was,dat de Heeren,be-
'zwaarlyk, door den drang der menigte, op
't Stadhuis komen konden. De gantfche
Stad raakte, in korten tyd, vol gewoels.
't Slegtfle graauw , en daaronder veele
vreemde bootsgezellen, die met den win-
ter aan land gebleeven waren , fchoolde,
uit alle hoeken, famen. 't Vrouwvolk en
de jongens waren met puthaaken , luiwa-
gens , heibezems en diergelyk gereedfchap
gewapend. Eenigen droegen vendels van
fchorteldoeken, aan ftokken gebonden: an-
deren biervaten en botertonnen voor trom-
mels, waarop zy, met telhouten, den op-
togt floegen , en eene geweldige menigte
agter zig ileepten. Alomme door de Stad,
en zelfs voor 't Stadhuis en voor 't Aal-
moeffeniershuis, vertoonde men fpottelyke
Lykflaatfien, om de Keure en de maakers
derzelve te befchimpen. Men lei een' ka-
rel in eene fchaaf bank, en droegze de Stad
door , onder een fchamper gejuil en ge-
fchreeuw der menigte, die, door zulke ver-
tooningen uitgelokt, alomme , de ftraaten
vulde.
- In deezen ftand der dingen, vondenBur-
gemeefteren geraaden, de beraamde waar-
fchuwing tegen oproerigheid niet af te kon-
digen. Zy deeden, in tegendeel, na 't lui-
den der Stads klok, door een' Secretaris,
den volke voorleezen , dat de Keur op 't
begraaven, die dien dag ftondt in te gaan,
nog voor zes weeken, opgefchort werdt.
Zy beoogden, ongetwyfeld, der woeftheid
een weinig fpeelens te geeven, en onder-
tuiïchen tyd te winnen, om 't gemeen tot
bedaaren te brengen, ^waarna het hun ge-
makkelyker vallen moeft, de Keur te doen
naarkomen. Doch hunne toegeevendheid
hadt eene verkeerde uitwerking, 't Graauw
werdt 'er ftouter op. Een ongebonde hoop,
van over de Nieuwe Markt, uit de Jonker-
en Ridderftraaten, byeen gerukt, kwam,
met ftokken en handfpaaken gewapend ,
door de Warmoesftraat, op den Dam, juift
toen de opfchorting der Keure afgekondigd
1696.
Öproeri-
ge fa-
men rot-
tingen
door de
gantfche
Stad.
vroed
be-
fchap
fluit ge'
weldfl>et
geweld
te pee-
ren.
De fol-
daaten
worde»
van oi
't
Aal-
moefle-,
niersbi"*
verdree-,
ven.
Scni ra-
pende
JLykltaat-
fien.
Bürge-
meefte-
ren
fchorten
de Keur,
voor zes
weeken,
ep.
'tGraauw
ftreefc
naar 't
Aalmoss-
feniers-
huis.
-ocr page 783-
?^T3
GESG Hl E Ö Ë N I SS E Ä.
XXII. Boek.
ns
•ïöo6. waardoor eenige oproerigen gedood, of  hielpen niet. Hydeedt dan met fcherpfchie- i6gè.
gekwetfl werden: 't welk ook het lot was  ten ,■ waardoor twee nieuwsgierigen , een Hv ^ec
van eenige nieuwsgierigen, die, in groote  Bakker en een Timmerman , by ongeluk,met
menigte, aan de overzyde ftonden. Doch  doodelyk, getroffen werden« Spaaroog en fcherp
de woede wies aan, in plaats van te ver-  vier der zyneri wären , ten zelfden tyde,fchieten
minderen. De glazen van 't Aalmoeffeniers-  met den degen in de vuift, ingedrongen op £ "„ er
huis werden uitgefmeeten. Men ftormde  het graauw, en hadden een'jongen, en twee hoop.
op de deuren. De foldaaten werden, ein-  of drie andere muiters gedood of gewond,
delyk, allen verdreeven. Eenigen, die de  Maar de menigte, verre van te zwigten,'tGraauw
Leidfche poort hadden ingenomen, floo-  werdt toen a!s uitgelaaten. Zy drong, mét!?°" de,
ten, eerlang, door tuffchenfpraak van ze-  meflen, Hokken en fleenen, aan op de fol- erftui-
keren karel, eene foort van een ftilftand van  daaten, fmeet de tromflaagers, met trom met Ven,
wapenen met de oproerigen.                        al, in de graft, en noodzaakte veelen van 't
HetHuis 't Graauw, nu geenen tegènftand meer  Krygsvolk te wyken, en anderen op de knieën
vanBur- ontmoetende, flreefde naar 't huis van den  om lyfsgenade te bidden, tot dat de gantfche
Heere Boreel, daar men reeds , met het  Compagnie verflrooid en verftoöven was.
uitwerpen der glazen en 't bonzen op de De plonderzugt hadt toen de handen ruim, Het Huis
deuren, begonnen was. De domme hoop  omze aan't huis en 't huisraad te fchenden. des Bu^
hieldt deezen Heer, ten onregte, voor den  De lantaarnpaal, die voor 't huis ftondt , gemees-
gtrVa
maaker der Keure,om dat zyn naam onder werdt ftraks uit den grond gerukt, en mette
vallen.
dezelve gefpeld werdt, alzo zy ten zynen dezelve de voordeur opgeloopen. 't Graauw g^iJn-
overftaan was afgekondigd. Ook was zy, {treeft, by drommen , ten huize in, en derd,
door zynen Zoon, den Secretaris Balthazar valt woedende aan op het koftbaar huisraad,
Boreel, in deeze hoedanigheid , onderte- dat niet hadt können geborgen worden. Zil-
kend. Eenigen uit het graauw waren reeds verwerk, Porcelein , Spiegels werden op
in't huis des Burgemeefters geweeft , en ftraat gefmeeten en verbryzeld. Een Spie-
hadden eenen aanvang met pionderen ge- gel onder anderen van groote waarde , en
maakt. Doch men hadt hen, met zagte een vorflelyk gefchenk, die een der huis-
Kapitein woorden , doen vertrekken. Wat laater genooten hadt gezogt te behouden, onder
Spaar" was Kapitein Joan Spaaroog, met zyne Com- voorwendfel, dat hy hem ergens bergen
zofkt, pagnie, van den Dam derwaards getrok- zou, om hem daarna te verkoopen, en
vergeefs,:ken, om verder geweld te fruiten: en vin- den buit met eenen der plonderaaren té
het dende aldaar niet alleen veel flegt volk, deelen , werdt tegen de leening van den
fot "bè^ maar °°k een ëroot ëetal van nieuwsgieri- floep aan fcherven geflaagen. 't Vernield
daaren'te gen uit de burgerye byeen, hieldt hy hun huisraad werdt in 't water geworpen. Men
hrengen. allen voor „ hoe 't hun pligt ware, elk gedoogde niet, dat 'er iet geroofd werdt.
, zyns wegs te ga^an ; te meer, naardien Eender plonderaaren, eenftuk Zilverwerks
„ Burgemeefleren de goedheid gehad had- willende wegdraagen, werdt door zyne mak-
\ den van de gehaatte Keure in te trekken," kers by den mouw gevat, en gedwongen den
met meer andere redenen, ftrekkende om buit te flaaken. Doch de jongens vifchten
't gemeen te doen bedaaren. Doch de ftout- eenige Hukken vernield houtwerk op uit dè
ften uit den hoop druifchten hiertegen aan, graften, die aan de omflanders geveild en
roepende, dat men hen bedroog* en doende, verkogt werden , om tot eene gedagtenis
' op nieuws , een hagelbui van fleenen af- bewaard te worden Burgemeefter Boreel
vliegen op het huis en op de foldaaten. On- hadt zig, op 't ernflig verzoek zyner vrien-
der 't graauw, werdt , vermoedelyk met den, kort voor den aanvang der grootfle
een kwaadaartig oogmerk, verfpreid, dat woede, het gevaar onttrokken, en was,
drie van den hoop in 's Burgemeeiters huis agter over eene fchutting, by een' der ge-
in hegtenis gehouden werden. En dit ge- buuren, geweeken.
rugt deedt de woede wakkeren. Men vor* De woede hadt hier haar zat gekreegen,De Bür-
derde de gevangenen te rug, en liet zig, eer de Burgery in 't geweer, en voor 't huis sery ^er-
door de herhaalde verzekeringen , dat 'er kwam, daar zy den oproerigen hoop, zon-pnde®
niemant in 't huis vaftgehouden werdt, der moeite , verdreef. Maar 't graauw , raars.
geenszins te vrede ftellen. Spaaroog beval, gebeeten op Kapitein Spaaroog , die eeni- Zy pion«
eindelyk, zyne manfchap, aan te leggen, gen der hunnen gegriefd hadt, ftreeft naar deren het
en waarfchuwde de menigte voor 't laatfl, 's mans wooning op de Reguliers - graft >Kaplan
dat zy zigftil naar huis begeeven zou, of klopt aan, dringt met geweld ter naaüw-Spaar-
dat hy anders genoodzaakt zou zyn, ge- lyks geopende deure in, en plondert en ver- oog. ;
weid te gebruiken. Doch woorden, en een nielt, in weinige oogenblikken, al wat voor
fchoot met loos kruid, die 'er op volgde, de hand was. De konftigfle Schilderyen,
waar-
K.
-ocr page 784-
II. Deel.
AMSTERDAM S
7i6
zouden moeten gebruikt worden, vondt goed, 1696'
het befluit van den voorgaanden dag, om eene
geweld met geweld te keeren , openlyk af bende
te kondigen, en elk te waarfchuwenomzig wyOTltf*
naar zyn huis te begeeven , op dat geene Sfrs £,.
onnozelen in lyden komen mogten (b). De men jnds
waarfchuwing gefchiedde, uit den naam der wape-
Vroedfchap, die de gantfche Burgery ver- nen-
beeldt, op dat dezelve te beter klemmen
zou op de menigte. De Burgery kwam,
terftond hierop, in 't geweer, en eerlang
ook eene bende vrywillige Ruitery uit de
aanzienlykfte jonge Luiden beftaande, die,
voorgegaan door de Heeren Burg, Hinloo-
pen, Huydecoper
en Six, met de pallas in
de vuift, door de Stad reeden, om alle fa-
menrottingen te voorkomen.
't Graauw hadt zig, midlerwyl, na 't pion- De Bbt-
deren van des Agents huis, begeven naar gery ver-
't huis van den Oud-Burgemeefter Joan de d[y jet
Vries, op de Heeren-graft, welk ook met j?a°rs vaa
plondering gedreigd werdt, om dat deezqVoor'c
Heer, die thans in 't Collegie ter Admira huis vaa
liteit hier ter Stede zitting hadt, zo men Burg^jr
zeide, niet hadt belet, dat 'er, onlangs,™e yrie«*
eenige muitende matroozen waren opgehan-
gen. De burgery was reeds, in kleinen ge-
tale , voor dit huis byeengekomen. Ook
ftonden daar eenige Zee - Kapiteins in de
deur,die eenigen uit het graauw, ftoutelyk
indringende op de burgerye, met geld en
goede woorden, paaiden. Anderen kwamen
hierop, van de overzyde, met eene fchuit,
op het huis aanroeijen, onder hevig fchel-
den en dreigen,meer gelds vorderende. De
Officiers der burgerye en de Burgemeefter
zelf gebruikten hu minzaame dan harde
woorden, om 't volk tot reden te brengen.
Doch alles was vergeefs. De burgers ga-
ven dan, eindelyk , vuur op de ftoutfte
dringers, kwetften 'er eenigen, en fchooten
'er twee onder de voet. De overigen wer-
den , door flagen, op de vlugt gejaagd.
't Huis van den Heere de Vries werdt And&e
dus beveiligd, voor de gedreigde plonde-huiz?*
ring. Aan 't Huis van Burgemeefter dew°rpiofl-
Haze, werdt de roofgierige hoop ook af-'^ing .
gefchrikt, door eenigen, die zig, met ont- gedi'eig '
bloot geweer, op en voor de ftoep , ge-
plaatft hadden. By den Hoofdofficier Fran-
fois de Vicq,
hadt het graauw zig, met zag-
te woorden, en duure beloften, datdeKeur
op het begraaven geenen voortgang hebben
zou, laaten afwyzen. Omtrent andere hui-
zen, gelyk die van den Heere van Maarfe-
veen, van den Onderfchoat Filips Engebregt,
en zelfs het Rasphuis en de Lomberd, die
ook met plondering gedreigd waren, bleef
het
(<0 Keurb. R. ƒ. «|.
1696. waarvan de Kapitein een zonderling lief-
hebber was , werden deerlyk gefchonden.
Zelfs werden de venfters en kruisraamen
aan den voorgevel ten. deele afgebroken.
Eene of twee Compagnien burgers konden
der woede hier geen meefler worden. Zy
ruftte niet, voor datdegraft gevuld lag met
lynwaat, beddengoed, kleederen , boffen
lont, pieken, en al wat 'er meer in huis ge-
vonden was. Het huis van Burgemeefter
Jeronimus de Haze de Georgio werdt toen ook
gedreigd. Doch alzo de meefte Compag-
nien Burgers, in den agtermiddag, op de
been gekomen waren, werdt deeze bedrei-
ging niet uitgevoerd. De woede verpoosde
zig dan , met het vallen van den avond.
De Keur Ondertuffchen , was , door myne Heeren
wordt van den Geregte, by aangeplakte Waar-
vernie- fchuwingen , alomme door de Stad , be-
tl§ ' kend gemaakt, dat de Keur op het begraa-
ven in 't geheel geen' voortgang hebben
zou, maar volftrektelyk vernietigd werdt (g).
'tGraauw De oorzaak der opfchuddinge dus zynde
piondert, weggenomen, fcheen men met reden te mo-
den vol-
gen verwagten , dat de gemeente zig Uil
g
das, het houden zou. Doch 't graauw,nu denfmaak
Huis van van 't pionderen weg hebbende, wilde 'er
den En- mede voort, en floeg, des anderendaags,
geifchen over,tot nieuwe buitenfpoorigheden.'sMor-
Kerby fiens voor neSen uuren, eer de Burgery nog
inde wapenen gekomen was, werdt het Huis
van den Engelfchen Agent Kerby, die voor
een uitvinder van nieuwe laften ging, aan-
gevallen. Dit Huis ftondt op de Keizers-
graft. De bewooner , 's daags te vooren
gewaarfchuwd, dat het hem gelden zou,
hadt het waardigfte huisraad in veiligheid
gebragt. Het overige ftondt der plonder-
zugt ten doel. 't Gebouw zelf werdt deer-
lyk befchadigd. In anderhalf uur tyds,
werdt het van binnen geheellyk gefloopt:
de Italiaanfche vloeren, met hakken en
beuken, verbryzeld: de gefchilderde pan-
neelen van de zolderingen afgerukt en ver-
nield , en 't fekreet zelf, ten gronde toe,
afgebroken. Tot den tuin en het tuinhuis
toe, werdt alles bedorven, 't Gene men
van den huisraad magtig kon worden werdt,
door de venfters,op ftraat gefmeeten,met
zo veel onbezuisdheid, dat een man en eene
vrouw, die voor 't huis ftonden,onder een
vleefchkuip verpletterd werden. Men liet
den wyn en 't bier door den kelder loopen,
daar deeze vogt, door de woedende wy ven,
in de muilen getapt of gevangen, en gulzig-
lyk ingezwolgen werdt.
De Bur • De Raad, voorziende, dat 'er fterker mid-
gery en delen, om de woeftheid te doen bedaaren,
(£) Keutb. R.. ƒ. «».
-ocr page 785-
GESCHIEDENISSEN.
XXII. Boek.
fiT
Waage, byeen gekomen zynde, het dood- 1696*
vonnis over twee der gevangenen, die, tenwonje
zes uuren des avonds, by toortslicht, uit met de
eenvenfter der Waage, werden opgehan- doodge-
gen. De bootsgezel, wien men de gefto- ftraft-
len geelen zyden neusdoek om 't lyfgegord
hadt, was 'er een van. Zy bleeven beide
hangen tot 's anderendaags 's morgens ,
wanneer 'er nog drie anderen, nevens hen, Nog drie
werden opgeknoopt (ï). De Dam was toen, anderen.
al vroeg, door de vrywillige Ruitery, de Bur-
gers en de Soldaaten, bezet geweeft: waar-
door de meefte aandrang der nieuwsgieri-
gen , die aan de Regtsoefening zou hebben
können hinderlyk zyn, gefluit geworden was.
't Gerügt der oproerigheid zig, reeds te
vooren, verfpreid hebbende tot in den Haa-
ge, hadt men van daar het Regiment blaau-
we Lyfwagten herwaards doen trekken;en
't was nu reeds, op twee uuren na, gena-
derd aan de Stad, toen 'er , uit naam der
Regeeringe, een verzoek aan gedaan werdt,
om te rug te keeren; alzo de oproer, door
de trouwe der Burgeren en de wakkerheid
der vrywillige Ruiterye, volkomenlyk ge-
ftild was. 's Lands Krygsvolk trok, hier-
op , wederom naar den Haage.
Óp Vrydag, den derden February, dee- Men
den de Onderfchouten fcherp onderzoek j?°et
naar geroofde goederen, 't Geregt beval, ontet-
by eene openbaare afkondiging, dat elk, zoek
die 'er eenigen onder zig hadt, dezelven, naar de
zonder uitftel, zou hebben te brengen in ^ee!.ha"
handen van den Heere Hoofd - Officier (fy handdaa.
Naar de handdaadigen aan den oproer werdt digen.
ook vlytiglyk gezogt. Eenigen werden, op
vermoeden van fchuld, in hegtenis geno-
men, en by afkondiging van den vierden
February, zeshonderd guldens beloofd aan
elk , die eenen der opftookeren tot, en
voorgangeren in den gepleegden moedwil
wift aan te wyzen, zo dat hy van de mis-
daad overtuigd werdt; met belofte, dat men
den aanbrenger Acle van ftrafvryheid zou
tragten te verwerven, zo hy medepligtig
mögt geweeft zyn. Voorts, was, in deeze
afkondiging, merkwaardig, dat de oproer
daar by werdt toegefchreeven aan de vyan-
den van't Vaderland, welker uitgezonde-
nen men hieldt de voornaamfte aanleiders
der plonderinge geweeft te zyn. 's Maan- Nog ze-
dags, den zesden , werden , omtrent den^°dd
middag, nog zeven plonderaars, zonder digen
veel plegtigheids, uit de Waage opgehan- opgehan-
gen: alleenlyk werden de misdaadigen, door gen.
vier Predikanten, tot de dood bereid. On-
der de geftraften was een gewezen foldaat,
dien
(i) Confeffieboek van zj Maart 16$S tut 9 *At>ril\6<i&*
ƒ. I9S> 196» 198 verft.
(£) Kemb. Ir. R. ƒ. «9.
Aaaaa
1696. het by dreigen. Maar de meefte oproeri-
gen, die van voor 't Huis van den Heere
de Vries verdreeven geworden waren, na
alleen bedagt op fteelen en rooven, ftreef-
'tGraauwden, van daar, naar 't Huis van den Jood-
valt, in fchen Heere ie Pinto, in 't gemeen den ry-
t
huis yn j00(i genaamd, op de S. Antonis - Breê •
Jood de ftraat> die juiffc, op dien tyd, nevens zyne
^ihto. Huisvrouw, in den Haage was. Elk wift,
dat dit huis opgevuld was met koftelykhe-
den. De woefle hoop was 'er zo dra niet
voorgekomen, of de vaardigden klommen,
als katten,op,tegen de venftertralien,bra-
ken de glasroeden en luiken, en vielen in
de kamers, daar 't, naar gewoonte, op een
beBur- pionderen ging. Maar, in dit oogenblik,
gery be- rukken eenige Compagnien Burgers, die op
1 trapt de ^e Nieuwe Markt verzameld waren, aan op
raars het huis, met meening om de plonderaars,
«ldaar. binnen het zelve, te betrappen. Men zag
nu klaarlyk , dat de fielen op rooven uit
waren, alzo de Jood de Pinto niets met de
Keure op het begraaven te doen hadt. De
burgers dan, den meeften hoop nieuwsgie-
rigen en anderen van voor 't huis verdree-
ven hebbende, ftreeven, met den degen
in de vuift, ter deure in, en fteekenenflaan
zo wakkerlyk onder de fchenders, dat vee-
len gekwetft, eenigen gedood werden: en
anderen, agteruit, in de graft fprongen, en
zig met zwemmen bergden, terwyl eenigen
't gevaar, op eene andere wyze, ontkwa-
men. Doch omtrent dertig, die zig meeft
allen met eenige koftelykheden van meer-
der of minder waarde hadden gezogt te
verryken, werden gevat en naar de Waage
op den Dam gebragt. Zy waren byna allen
gewond, en onder dezelven bevondtzigeen
bootsgezel van Bofton in Nieuw Engeland,
die een' koflbaaren neusdoek geftolen hadt,
welke aan een flip van denzelven, die hem
uit den broek hing , ontdekt werdt. De
Jooden hadden, nu de plonderzugt op ee-
nen hunner broederen aanviel , zig by de
burgers gevoegd, om dezelve te fluiten. De
woede, aan 't huis van de Pinto, van haa-
re uiterfte kragt beroofd geworden zynde,
lieten de plonderaars het hoofd hangen,
zonder iet meer te durven onderneemen. De
vrywillige Ruitery, rydende door de ftraa-
ten, voorkwam alle famenrotting. En tegen
den avond, plaatftezig het Gilde derTurf-
draageren, door Burgemeefteren met halve
pieken voorzien, onder een groot vendel,
waarin een türfdraager verbeeld was , en
met witte bandjes om de hoeden , voor
het Stadhuis, waardoor dit aanzienlyk ge-
bouw tegen overlaft beveiligd werdt.
Twee uit hi den agtermiddag, ftreek het Geregt,
<fen hoop zonder de gewoonlyke plegtigheden, op de
I. STUK.
-ocr page 786-
7i8                AMSTERDAMS              II.Deel.
nozel bloed geftort hadt. Men zette hem 1(,q6.
dan op de voorige plaats. Eindelyk,in vry-
heid geraakt, begaf hy zig naar Haarlem,
en van daar naar Rotterdam, daar hy over-
leeden is (p).
De Vroedfchap, midlerwyl, op den ze- Burgs-
venden February des jaars 1696, byeenge- meefter
komen zynde , beüoot , op den voorflag Boreel,
van ßurgemeefteren, Burgemeefter Boreelen Kap'"
en Kapitein Spaaroog volkomene vergoeding ^'"ar-
te doen van de fchade, by hen, door de oogw°r'
plondering geleeden, den eerften, om datden fcha*
hy die,in zyne hoedanigheid van regeeren-deL°°j,
den Burgemeefter, geleeden hadt; den an-§e
deren, om dat zy hem, ter oorzaake van
het befchermen van des Burgemeefters huis,
was overgekomen (q). De vergoeding van
fchade aan den Heere Burgemeefter beliep
agtentwintigduizend zevenhonderden vyftig
guldens (r): aan den Kapitein Spaaroog
werden twintigduizend guldens toegelegd ,
mids hy, onder eede verklaarde, tlat zyne
geplonderde goederen zo veel waardig ge-
weeft waren; gelyk hy deedt (Y). Op den Alge-
zelfden zevenden February, werdt ook be-meene
flooten, ter Vergaderinge van hunne Edele v'frgl
Groot-Mogendheden, eene algemeene ver-
giffenis te verzoeken, voor allen, die zig
aan de geftilde beroerte hadden fchuldig
gemaakt, met uitzondering alleenlyk van
zuiken, vrouwen zo wel als mannen , die
bevonden werden, voorgangers en belha-
mels onder de overigen geweeft te zyn.
Men verftondt, naamlyk, dat veele fchul-
digen , uit vrees voor ftraffe, de Stad ver-
lieten; en onder anderen, ook veele boots-
gezellen, die men, tegen't aanftaande voor-
jaar , ten hoogfte noodig hebben zou: waar-
om men de afkondiging van zulk eene alge-
meene vergiffenis te dienftiger hieldt (?).
Burgemeefteren en Raad waren, wyders, zo De v$r
voldaan over het beleid en de dapperheid gers^'
der Officieren en Burgeren, zo te voet als te den ^
paarde, dat men geraaden vondtjeenigge-^1^
denkteken aan ieder der zelven te vereeren penni"'
(u). Ook werden, eerlang,zilveren pennin-gen bt'
gen vervaardigd van drieërlei grootte, en fchoi1'
twee guldens tien fluivers, vyf guldens en ken'
agt guldens waardig (ü) , die aan de Bur-
gers werden uitgedeeld. Op de eene zyde,
zag men Neptunus, ftaande in zyne koets,
op welker rug, het wapen van Amfterdam
uitgebeeld was; en de winden, die de zee
on-
(/>) A. KOUERAKEN Scheuk, der Schilders III. Deel, hl.
373 cnx,.
(q)
Refol. Vroedfch. I.,. X. 7 Fcbr. 1696. f. 3f3.
(r) Refol. Vroedfch. I' ï. zt May 169S. ƒ. jg,
(j) Refol. Vroedfch. Lt. Y. 22 Jan. 1697. ƒ. isti.
(t) Refol, Vroedfch. Lt. x. 7 Fcbr. I69S. ƒ. 354.
(») Refol. Vroedfch, /.' X. 7 Febr. 1696. f. 355.
(?3 Retbl. Vroedfch. L>, ï. 3 ^ipil 1696, ƒ. 39.
dien men, om wangedrag in 's Lands dienft,
in 't jaar 1672, neus en ooren afgefneeden
hadt; en die, voor 't huis van den Agent
Kerby, fierken drank aan 'tgraauw verkogt
hadt, en een voorganger in 't pionderen ge-
weeft was. Men fleepte het lyk van deezen
booswigt, op eene horde, door de Stad;
waarna hem, op 't galgeveld, het hoofd
werdt afgehouwen : 't welk daar op een'
ftaak gezet werdt, boven het rad, waarop
de romp werdt vaflgemaakt. Negen van
de overige geftraften .werden aan de galge
op 't Galgeveld vaftgebonden, alwaar ook
vier der oproerigen, die, in de hitte der
verdediginge, waren doodgefchooten , by
debeenen, opgehangen werden (/). De
andere gevangenen werden op vrye voeten
gefield, op twee of drie na, diein'tRasp-
huis opgeflooten werden (m). De makkers
van deeze laatflen dreigden of verwekten ,•
wat laater, eenige oproerige beweegingen,
om dezelven te verloffen: waartegen, by
eene ernflige waarfchuwing van den der-
tienden April, voorzien werdt (ra).
De meeflen, die ter gelegenheid van den
oproer geftraft of gevangen werden, waren
vreemdelingen, bootsgezellen of arbeiders,
en daar onder tweeEngelfchen en twee Ve-
netiaanen. Alleen lyk, was ook in hegtenis
geraakt de Konftfchilder Ernfl Stuven of
Steuven van Hamburg, die befchuldigd
werdt, dat hy 't volk tot plondering hadt
aangefpoord, aan 't Huis van Burgemeefter
Boreel, en tegen wien, twee perfoonen ge-
tuigden, dat zyhem, in 't Huis van den
Agent Kerby, hand aan 't werk hadden zien
flaan. Hy werdt, nogtans, onder handtaï-
ting en belofte van ten allen tyde weder-
om voor Schepenen te zullen verfchynen,
ontflaagen (o)- Doch in 't volgende jaar,
raakte hy, over eene gewelddaadige beje-
gening , eenen zyner Leerlingen aangedaan,
waaruit eene merkelyke opfchudding ont-
ftondt voor zyn huis op de Blomgraft, an-
dermaal in hegtenis, na dat hyzig, eenen
tyd lang, met fleenen en een' degen, tegen
de Geregtsdienaars en Ratelwagts, ter weer
gefield hadt. Hy werdt toen, voor den tyd
van twaalf jaaren , in 't Rasphuis gezet;
doch raakte 'er,na zes jaarenverloops,we-
derom uit. Men hadt hem nogtans belaft,
de Stad te ruimen. Doch hy bleef 'er bin-
nen , en voer voort, kwalyk te fpreeken
van de Wethouderfchap, die hy plagt te
befchuldigen, dat zy, in 't jaar 1696, on-
f/) Confeflïeboek van 2J Maart 169J tot 9 ^Afnl 1*9«.
ƒ. 117, 3iS.
(ra) Zie Hift. van den Oproer te Amfterd. geir. 170».
<») Keurb. /,'. R. ƒ. 70.
(0^ Confeflïeboek van z$ Maart 169S tot 9 ^jpriliGyS.
ƒ. il«, 221.
-ocr page 787-
EDENISSEN.             719
„ te voeren, dezelve doende trekken, van
„ des Vendrigs huis af, naar de byzonde-
„ re hoofdwagten. 2. Dat men goede zorg
„ behoorde te draagen, voor de verze-
„ kering der Magazynen van geweer en
„ krygsbehoeften in de Stad; op dat men
„ 'er, des noods, altoos meefter van zou
„ können zyn. 3. Dat, tot beter verzeke-
„ ring van het Stadhuis, op de minfte be-
„ weeging, de agterdeur en debinnendeu-
„ ren van de trappen aan de zyden behoor-
„ den geflooten te worden, en zelfs altyd
?, geflooten te blyven , behalve wanneer
„ Burgemeefteren en Schepenen vergaderd
„ waren; en dat aldaar, op de Waage en
„ op de Wagthuizen, altoos eenige vbor-
„ raad van kruid , lood en lont behoorde te
„ worden_ bewaard. 4. Dat, in geval van
„ beweeginge,de poorten en boomen, ter-
„ ftond, benoorden geflooten, endefchot-
„ balken wel verzekerd te worden. 5. Dat,
,, tot ftilling van oproer, twee punten in
„ aanmerking kwamen: eerfi, hoe men de
„ Burgery, of het Krygsvolk, fpoedig ge-
„ nocg, in de wapenen zou können doen
„ komen ? En ten tweede, wat zy, in de wa-
„ penen gekomen zynde, zouden hebben te
„ verrigten?" Omtrent het eerfie punt, werde
geoordeeld „ dat,'wanneer de beweeging
„ by dage gebeurde, het teken van allarm,
„ 't zy met trom- ofklokgeflag,oplaftvan
„ Burgemeefteren alleen. behoorde gege-
„ ven te worden. En men zag 'er zelfs zo
,, veel zwaarigheid in, om het geeven van
„ dit teken, by nagt, aan iemant anderste
,, vertrouwen, dat men oordeelde, het ook
„ dan,aandenvoorzittendenBurgemeefter,
„ of in deszelfs afwezendheid, aan een'der
„ volgende Burgemeefteren te moeten laa-
„ ten: die het, naar gelegenheid van zaa-
„ ken, door den bevelvoerenden Officier
„ van de Hoofdwagt, zou können doen
„ geeven. Dat, in beantwoordinge van het
tweede punt, op het geeven van dit teken,
„ de vier naaft gelegen wykenvan het wit-
„ teRegement, Num. 6,7, 23 en24, ter-
„ ftond, het Stadhuis en de toegangen der-
„ waards moeiten bezetten, en voorts den
„ laft volgen van Burgemeefteren, of, in
„ derzelver afzyn, van Colonellen, Kapi-
„ teinen, of ook mindere Officieren, die zy
„ daar zouden vinden, den voorrang, onder
j> ieder derzelven, geevende aan den oud-
„ ften. Dat de Ratelwagts zig, op het te-
5, ken van allarm, ook naar hunne byzon-
dere Corps de Guarde zouden behooren
te begeeven. Dat de rendevous of zamel-
" plaatfen voor de Burgerye en het Krygs-
s, volk, in zulker voege, zouden können
s> worden gefchikt, dat vier Compagnien
Aaaaa a
                                     „ van
XXII. Boek.             GESCHI
1696. onftuimig hadden gemaakt, beftraffende. Om
den rand ftondt:
Motos prostat componere eluctüs (iy).
dat is: volgens Vondels
vertaalinge:
■—■ ----- Maar beter het ontflelt
En byfler onweer ecrfi beßecht in zyne
paaien.
Op den voorgrond, zag men twee water-
vogels , hun neft verlaatende.
Aan de andere zyde, vertoonde zig eene
bedaarde zee, die van de opkomende zon
befcheenen werdt, en op welke, de wa-
tervogels hun neft wederom innamen. Bo-
ven de zee, las men:
HaLCYONIBUS . REDUCTIS.
Senatus . Amstelod.
ClVIBUS . SUIS . HOC.
Antiqua . virtutis.
Spectat^que fidei
. Premium largitur.
dat is:
De ruß herfleld zynde , Jchenkt de Raad
van Jmfierdam deeze erkentenis der al-
oude dapperheid en beproefde trouwe aan
deszelfs Burgerye-
Onderaan ftondt het jaartal MDCXCVI.
En zodanig was de uitflag eener beroer-
te , die, zonder de kloekmoedige hulp der
, Burgerye , van verderfelyke gevolgen ge-
weeft zou zyn. Zy was , uit 'geringe oor-
zaaken, en grootendeels uit misverftand,
ontftaan : 't gene altoos eenig vermoeden
overgelaaten heeft by veelen, dat zy ver-
wekt , of ten minften aangeftookt was, om,
onder dekfel derzelve, verandering te we-
ge te brengen in de Regeeringe: 't welk,
zo 't het oogmerk van eenigen geweeft
mögt zyn , nogtans , door het vaardiglyk
ftillen der opfchuddinge, niet gelukt is.
Midde- In Maymaand hierna , werden eenige
'en be- Raaden gemagtigd, om te overleggen, wat
^amd, roen beft zou können in 't werk ftellen, om
stadinde ^e ^tad m de tegenwoordige ™ft te bewaa-
fegen 'ren , en toekomende oproeren te dempen
^oordi- (#). Zy deeden, op den agtften Auguftus,
lewUftte verflag van hunne raadpleegingen, en ver-
ren.™" klaarden van gevoelen te zyn: „ 1. Dat
„ men het optrekken der Schutterye , in
„ ryen en gelederen, 't welk van ouds in
„ gebruik geweeft was, geduurende de drie
„ Zomermaanden, wederom behoorde in
(») ViRGiL. «nead. X-'V I-
lx) Refol. Vioedfch, Li. ï. 17 May u96. f. si.
-ocr page 788-
72o                 AMSTERDAMS              II.Deel.
1696. » van het Oranje-Regement, Num. 1, 2,  fcherye van't nieuwe Diep, welk, door 't 169&
',, 17, en 18, werden geplaatfl by de Nieu-  leggen der barmte,ftondtverkleind tewor-
„ we Brug en op de Texelfche Kaai , en  den, voor dezelve minder dan zeshonderd
„ twee anderen,Num. 15 en i6,bydeKat-  guldens gebooden werdt (z). De Staaten i6<?7*
»>
tenburger Brug, of het Werkhuis: vier  van Holland, wien het Dominium directum
Compagnien van het blaauwe Regem ent,  of de regtftreekfche Heerfchappy over het
Num. 27, 29, 55 en 56, op het Konings-  nieuwe Diep toekwam, verleenden der Stad,
Plein; vier Compagnien van het geeleRe-   op den eenentwintigften May des volgen-
gement, Num. 33, 34, 35 en 36, by de   den jaars, verlof, tot het leggen van
nieuwe Waaien Kerk, en vier Compag-  deeze barmte (a). Op den dertienden Ju- Zyneen*
nien van het groene Regement, Num. 45, ny daarna, nam de Stad het gantfche on-het°aüi
46, 47 en 48, op de Noorder Markt. Dat derhoud van den dyk, tuffchen het Huis, ^ jac
deeze lighaamen, dus verdeeld geplaatfl genaamd Zeeburg, en de Traankookery , gedeelte
zynde om te algemeener ontzag te ver- alleen op zig, zig verbindende, om daar-dyksop
oorzaaken, te ligter zouden konden trek- aan alle de werken te doen maaken; mids zi§*
ken, daar 't de nood vorderde, na dat zy de gemeene Waarfchappy haar, jaarlyks,
eerft de famenrotting, die in hunne by- tien guldens van de roede betaalde, en de
zondere wyken mögt ontdaan zyn, ver- werken, die, uit hoofde van de grondwaa-
ftrooid hadden. Doch dat de oudfle Ka- Ie, welke in den dyk vallen mögt, zouden
pitein over dezelven, van tyd tot tyd, moeten gemaakt worden, mede ten haaren
„ ronden moeft uitzenden, door de voor- lafte name (b).
„ naamfte ftraaten der buurte omtrent de Burgemeefteren van Amfterdam, als Am-Over-
„ zamelplaats; en vooral omtrent de plaat- bagtsheeren van Slooten, Slooterdyk, Ooft-eenkom'
„ fen, voor welken meeft diende gezorgd dorp en de Vrye Geer, bekragtigden, op^° °aa-
„ te worden, gelyk het Kruidhuis, de Ooft- den drie-entwintigften Oftober deezes jaars, ken van
j, en Weftindifche huizen, de Bank van de Overeenkomft, getroffen tuffchen 't Ge- een
j, Leeninge en anderen, om dus kondfchap regt der gemelde Plaatfen en den Kerken- Voetpad»
„ te können krygen van't gene'er omging, raad van Slooterdyk, wegens het maaken ^nt°dê
„ en daarvan verflag te können doen aan van een voetpad , van den Haarlemmer- drie
„ Burgemeefteren en Colonellen , op het Trekweg af, tot aan de Groen- of Sala-tuinén. Baarsjes.'
„ Stadhuis. Dat de oudfte Kapitein op el- De Kerkenraad zou hiertoe een' ftrook Landstot aan ,
„ ke zamelplaats ook laft behoorde te heb- van twintig Rynlandfche voeten breed fchen-dem"gf'
ben, om, in geval van plondering, of ken. 't Geregt zou het voetpad, met hetxrek-
ander geweld omtrent dezelve, eenige gene'er toe behoorde, opmaaken: waarna vaart,
manfchap derwaards te zenden. Dat men de Kerkenraad het onderhoud op zig nam,
„ ook orde behoorde te Hellen op de za- en zig den fchouw van't Geregt onderwierp
„ melplaatfen voor het Krygsvolk, doch (c). Gemagtigden van den Hove bewerk-
,, dat het zelve, in tyden van oproer, al- ten, in 't jaar 1699, een verdrag met de
toos van de Burgerye afgezonderd behoor- eigenaars van eenige Moestuinen, aan den
if de gehouden , en alleen tot bezettinge ftrook van 't Groenpad by Slooten , onder
„ van deWaag, Poorten en boomen gebruikt Slooterdyk; waarby deezen zig verbonden,
„ te worden." De Raad voegde zig ge- om een bekwaam pad te maaken langs hun-
heellyk naar dit advis der Gemagtigden, en ne tuinen, mids hun daartegen, door den
Burgemeefteren werden verzogt, den inhoud Kerkenraad van Slooterdyk , met welken
van het zelve, met den eerften, werkftellig de Stad Amfterdam zig gevoegd hadt,
te willen maaken (y).
                                twaalfhonderd guldens eens betaald werden.
De Stad De Stad Amfterdam kwam,op den drie- Voorts, verbondt de Kerkenraad zig, om,
legteene entwintigften July deezes jaars, met de Ge- tot beveiliging van de eigenaars der Moes-
barmte, jnterefleerden vandeYpeuooterfluizeover- tuinen, een geflooten hek te maaken,'t welk
binnen! een,dat zy,aan debinnenzyde van den Die- 's morgens, met het luiden der poortklok
zyde vanmer- of Paalen-zeedyk, eene barmteleggen van Amfterdam, geopend, en's avonds, op
een ge- zou, ter lengte van tweehonderd negen roe- gelyken tyd, geflooten zou worden. En dit
deeltf denen agt voeten, beginnende aan Zeeburg, Verdrag werdt, insgelyks, van wege Bur-
Dlemer1- en zig ftrekkende tot aan de Traankooke- gemeefteren der Stad, als Ambagtsheeren,
dyk. rye van Jean Tourton , en dat ter breed- bekragtigd (d). 't Gantfche pad werdt dus
te van agttien roeden, mids zy, jaarlyks,
                                                           een
aan de gemelde Geintereffeerden betaalde, (*.) Handv. u. 3«9.
't gene, by openbaare verpagtinge der Vis- [t\ Zc£\\od&. l*. r. »?„„, lS97. /. *«. Ha„dn
bl. 370.
(c) Handv. */• ?jo.
(y) Refol. Vfoedfch. Z,». Y. « *<*£. I«j«, f. jowt,
           (d^Haudv. bl. U>.
-ocr page 789-
GE SCH IEDENI SS E N.
XXII. Boek.
72 x
een bekwaam Kerkpad , van omtrent de
Koftverlooren-Vaart by de drie Baarsjes af,
tot digt aan Slooterdyk.
Terwyl men dus zorgde voor 't gemak
en de veiligheid van de opgezetenen ten
platten Lande, in de nabuurfchap der Stad,
werdt, in 't laatft van 't jaar 1697, ookbe-
flooten, twee voornaame vertrekken van 't
Stadhuis, de Raadkamer en 't Burgemees-
ters Vertrek, die tot hiertoe niet deftig ge-
noeg waren behangen geweeft, van binnen,
beter te doen verfieren. Ook werdt geraa-
den gevonden, de nilfen in 't verwelffel der
groote zaale van 't gebouw, met duurzaam
fchilderwerk, te doen vullen. De muur tus-
fchen de marmeren pilafters, die tot hier-
toe ruw gebleeven was, werdt ook alomme
met marmeren plaaten gedekt (e). Omtrent
drie jaaren hierna, werdt goedgevonden ,
den gantfchen kap van 't Stadhuis, die op
veele plaatfen dreigde in te Horten, geheel-
lyk te vernieuwen, en zig daartoe te bedie-
nen van het hout, welk de Stad, ten dien
einde, in Ierland, hadt doen koopen (ƒ ).
De Vrede met Frankryk, 's nagts tuflchen
den twintigflen en eenentwintigflen Septem-
ber des jaars 1697, te Ryswyk getekend,
en federt bekragtigd geworden zynde, werdt
deswege alomme hier te Lande groote
vreugde bedreeven. Hier ter Stede, wer-
den, op den zesden November, pektonnen
gebrand, en vuurwerken afgefteken; doch
de gewoonlyke bevelen, tot voorkominge
van ongelukken , vooraf, vernieuwd (g).
Voorts , werdt, ten deezen tyde, by den
Raade beflooten, eenige gouden penningen,
ter gedagtenilTe deezer Vrede, te doen mun-
ten, gelyk ook, by diergelyke gelegenhe-
den, in de jaaren 1648, 1654 en 1668, ge-
fchied was (£). De zes Compagnien Stads
foldaaten werden, tot vermydinge van kos-
ten , op den vyfentwintigften November,
afgedankt. Alleenlyk behielden de Kapi-
teinen, Luitenants enVendrigs hunne wed-
den , zo lang zy leefden, of tot eenigen an-
deren dienft gebruikt werden , mids zy in
de Stad bleeven woonen,én zig altoos hiel-
den ten dienfle van Burgemeefteren (ï).
Peter Jkxowitz, Czaar van Muskovie,
in den Zomer deezes jaars, een aanzienlyk
Gezantfchap herwaards gezonden hebben-
de vondt geraaden, zig, onbekend,onder
deszelfs gevolg, te vervoegen, en kwam,
in Auguftus, in Holland. Burgemeefteren
van Amfterdam, wei voorziende, dat hy
ook hier ter Stede komen zou, en bezeffen-
de, hoe veel der Stad gelegen ware aan 1697.
zyne vriendfchap, uit hoofde van den zwaa-
ren Koophandel, die van hier op Muskovie
gedreeven werdt, fielden den Raade voor,
of't niet dienftig ware, dat men 't Gezant-
fchap , uit agtinge voor de tegenwoordig,
heid van zyne Czaarfche Majefteit, eenige
buitengewoone eer beweeze, met Tooneel-
fpelen te doen vertoonen , vuurwerken te
laaten affteeken, en op andere wyzen. De
Raad befloot hiertoe gereedelyk, mids het
in geen gevolg getrokken werdt, ten opzig-
te van andere gezanten, die hier, in tyd en
wyle, zouden mogen komen (k). Men be-
wees dan den Vorft allerlei eer. Hy hieldt oefent
zig, eenen geruimentyd, hier ter Stede op, zig in het
en alzo hy, federt de verovering van Azof, Scheep«,
beflooten hadt, de Scheepvaart in zynRyk""1
X697.
't Stad-
huis
wordt
rnerke-
lyk ver-
iierd en
verbe-
urd.
ren.
te doen bloeijen, oefende hy zig, met eigen'
handen, in het Scheepstimmeren, zyne by-
zondere lief hebberye, zonder op de Tim-
merwerf anders dan Pieter genoemd te wil-
len zyn. In 't begin des volgenden jaars,
1698.
deedt hy een' keer naar Engeland, van waar
hy, inMaymaand, in Holland te rug kwam.
Hy vertoefde hier toen maar eenige dagen,
en nam daarna de te rug reis naar zyne
Staaten aan (/).
De prys der Graanen was, hier en in de voor-
nabuurige Landen , allengskens , zo hoog zorg der
geklommen, dat men, in Holland, en zelfs Regee-
in deeze Stad, waar altoos de meeftevoor-Vnge
raad plagt te zyn, met reden, bezorgd werdt stad, ter
voor gebrek. Burgemeefteren hadden, de geiegen-
fchaarsheid voorziende, zig, .reeds voor 'theid
einde des jaars 1697, zeer in 't heimelyk, j^^
doen onderregten,hoe veel Tarwe en Rog-dmu.te
ge men toen, hier ter Stede , in voorraad in de
hadt (ni). Doch federt, was die voorraad Graanen;
merkelyk geminderd, doordien 'er veel meer
uitgevoerd werdt, dan 'er inkwam. Men
vondt dan geraaden, eene openlyker opnee.
ming der Graanen te laaten doen, in Okto-
ber deezes jaars, door de Kapiteinen der
Wyken. De Staaten van Holland hadden
den uitvoer van Graanen buiten hun Geweiï
verbooden, en diergelyk verbod gefchied-
de, eerlang, door de algemeene Staaten;
waarna 't vervoeren van Graanen uit de
VereenigdeNederlanden ongeoorlofd werdt.
Maar alzo de uitvoer, uit deeze Stad, naar
andere Plaatfen in deeze Provincie , nog
vryftondt, vreesde men voor gebrek hier
ter Stede,' en oordeelde het opneemen van
den voorraad noodig, op dat men daarna
bedagt zyn mögt op middelen, om het ge-
vreesde gebrek te voorkomen (»). Elk werde
wel
(i) Refol. Vroedfch. U. T. 17 Aug. i6$j, ƒ. liu
ft)
Vaderl. Hift. XVI. Deel, tl. m eng,,
(m)
Refol. Vroedfch. /.'. Z. 7 Dec. S7, ƒ. j.
fn) Refol. Vroedfch*. L', Z, zï OH»i. itgufi *<S*
Aaaaa 3
Vreugde
hier ter
Stede,
over de
Vrede.
Gedenk-
pennin-
gen ge-
munt.
üe zes
Conipag-
Wen
Stads
foldaa-
*en afge-
dankt.
*>e Czaar
l*n Mus-
kovie
onthoudt
yg,ee-
Ngen
W, hier
Sfit Stede.
(') Refol. Vroedfch. L'. Y. ^ N™. u9y. ƒ. 3J,, 3JÏ.
(f)  Refol, Vroedfch. Lt. AA. i Sept. i7oo. ƒ. 7x.
(g)   Keutb. R. ƒ. 10J verft.
(ht Refol. Vroedfch./.' *• 2 Nov- '697. f. iSU
(i)
Refol. Vwedfch. L'. ï. 1* N'v- ™97>f- »*♦•
-ocr page 790-
AMSTERDAMS            II. Deel.
722
de zetting haaien konden; welke twee Hui-
vers , aan de Bakkers , op het vertoonen
der Loodjes, uit Stads Kafle, werden goed-
gedaan (v).
De aanhoudende duurte der Leevensmid- De
delen drukte de behoeftigfte ingezetenen ^°-°Sas
zeer, fchoon de Regeering niets verzuim- y00den
de, om den laft derzelve draaglyk te bekome
maak en. De Staaten van Holland, op dén vry Es-
een ent wintigften November, aan de armen c^s agt-
der Hoogduitfche Jooden hier ter Stede JJJe0d
vryheid van Impoft van agtduizend ton turf ton T«$"
verleend hebbende, mids dezelven op eene
openbaare plaats opgeflaagen , en inder-
daad aan zulke armen uitgedeeld werdt
(w); fchonk de Stad hun, in February des i<5<?!?°
volgenden jaars, voor dezelfde Turf, vry-
heid van Stads Excyns , onder de zelfde
voorwaarden (jx).
Doch ten deezen tyde, rees de prys der Stad
Graanen zo" hoog , dat een Roggen brood K^0hr„[T
van twaalf pond , op twee-entwintig ftui-^ oor-
vers gezet werdt, en in 't begin van Maart, den ge°'
nog hooger gezet moeft worden. De on- pend.
vermogenden konden zulk een brood toen
vyf ftuivers onder de zetting krygen. Men
oordeelde, derhalve, dat het nu tyd was,
om Stads Koorenpakhuizen te openen, en
vooreerft, vyf of zes weeken agtereen, zes-
tig laftenRogge ter weeke af te leveren aan
de Bakkers, ten pryzevan tweehonderdnë-
genenveertig goudguldens, zesentwintig ftui-
vers , het laft, om te zien, welk een' invloed
zulks hebben zou óp de markt (y). In 't
begin van April, werdt ook met de afleve-
ring van de Stads Tarwe een aanvang ge-
maakt, en toen beflooten, den prys der-
zelve en der Rogge altoos een weinig onder
de markt te ftellen (z). En naardemaal 'er, j^en
wat laater, eene party Tarwe uit Barbarye Haat deff
wel fcherpelyk gelaft, de Tarwe, Rogge
en Garft, welken hy onder zig hadt, op te
geeven aan den Kapitein, of mindere Offi-
ciers van zyne Wyk (0). Men verboodt
het verkoopen van Graanen aan zulken, die
dezelven niet tot hunne neering of gebruik
dagten te bezigen, of die niet door Burge-
meefteren, tot het inkoopen van Graanen
voor Stads rekening, waren aangefteld(p).
Men hieldt naauwe toezigt op het vervoeren
van Graanen naar buiten: 't welk,door ee-
nige baatzugtigen, tegen 's Lands Plakaa-
ten, gefchiedde (g). In 't begin van De-
cember , gefchiedde eene nieuwe opgave,
beide van de hoeveelheid en van de deugd
en hoedanigheid der Graanen, die elk on-
der zig hadt, aan Gemagtigden uit de
Vroedfchap, op het Stadhuis O). Mid-
lerwyl, was men bedagt geweeft op mid-
delen , om de Stad te voorzien, 't Ontbie-
den van Graanen uit Muskovie, of van el-
ders, werdt van de hand geweezen, om
dat het niet fpoedig genoeggefchieden kon:
doch men befloot, eenigen inkoop van al-
lerlei graanen te laaten doen, voor rekening
der Stad, op zulke plaatfen, daar menze
beft en fpoedigft bekomen kon (*)• ■ Men
hadt bevonden, dat de voorraad van Graa-
nen , hier ter Stede, zeer gering was. Men
rekende, dat de Stad, in een rond jaar, tot
haar eigen gebruik, omtrent tienduizend ze-
venhonderd en vyftig laften noodig hadt,
en befloot hierom, zorg te draagen,dat'er
zevenduizend agthonderd laften in de Stad
waren; waarmede zy, voor agt maanden,
voorzien zou zyn, binnen welken tyd, men
op toevoer uit het nieuwe gewas hoopen
mögt (t). Doch deeze peil werdt, wat
laater, tot op zevenduizend laften vermin-
derd , op dat men de nabuuren zo veel te
beter zou können geryven (u). De Graanen
fteigerden, midlerwyl, van tyd tot tyd, in
prys: en de zetting van 't brood moeft, naar
gelang , verhoogd worden, tot merkelyke
bezwaarnis der kleine Gemeente. Men
fchroomde nogtans Stads Koorenpakhuizen
te openen, alzo zulks veel geroeps veroor-
zaaken zou, 't welk men voorkomen wilde;
doch, tot verligting der kleine Gemeente,
bediende men zig van een middel, welk ,
te vooren, meermaalen gebruikt was. Van
Stads wege, werden aan de onvermogenden
Loodjes uitgedeeld, op welken zy een brood
van zes pond gewigts twee Huivers onder
f e) Keurb. R. ƒ. 120 verfo.
(p)
Keurb. R. ƒ. 111 verfo.
(f) Keurb. B-. ƒ. 112, 125.
(r) B-efol. Vioedfch. I'. Z. 19 Nov. 169%. ƒ. zij. Keurb.
R. ĥ 125.
(s) Refol. Vroedfch. Lr. Z. 24 Oft. K98. ĥ i68. 17z.
(t) Refol. Vroedfch,Lr. Z. ;i OU. + Nov. 1698.ƒ.176,17g,
Oj Refol, Vioedfch, Li. z. < p*t. i«s8. f. zu.
1698.
Men
«.loet
Graanen
koopen,
voor
Stadsre-
kening.
aangekomen was, die men voorhadt, we- «itvoe
lic
deromuit te voeren naar eene andereplaatsbinnen deeze Provincie, werdt beflooten
van
inge-
voerde
den uitvoer toe te ftaan van alle Graanen, Graan«11
die, na deezen, in de Stad gebragt zou-toe-
den worden, indien zulks begeerd werdt;
alzo men bedugt was, dat de Graanhandel
ligtelyk naar elders zou verlegd worden,
wanneer men zulks weigerde (a). En men
bevondt wel haaft, dat dit verlof gelegen-
heid gaf, dat 'er meer graanen her waar ds
gevoerd, en zelfs in de Stad gelaaten wer-
den , dan men anderszins zou hebben kön-
nen verwagten; behalve, dat ook het in-
en
(v) Refol. Vroedfch. Li. Z. $ ,29 Nov. I«98. ƒ. 183,220.
Groor-Meinor. N. VIU. f. Igo verfo.
(n>) Handv. hl.. 475.
(x) Refol. Vroedfch. LT. Z. 27 Febr. 1*99. ƒ. 23}.
(y) Refol. Vroedfch. L'. z. 9 M*art 1699. ĥ 238.
{*,) Refol. Vroedfch. /.'. Z. 2. April 1699. f. 284.
(*) Refol. Vioedfch. Li. Z. 16 ^ifril 1699, f. 29g,
Men be-
zorgt der
kleine
Gemeen-
te brood
onder de
zetting.
-ocr page 791-
GESCHIEDENISSEN.
XXII. Boek.
7-3
169p. en uitvoeren der Graanen zelven veelerlei der groote Viflcherye afleggen (ƒ). Nog- I^QQ
arbeidsluiden aan werk hielp (Z>).
                  tans, heeft men de Haringvaart, die zig
Stads
Kooren-
Pakhui-
zen wor-
den we-
derom
Sefloo-
ten.
Het openen van Stads Koorenpakhuizen aan de Maaze en in 't Noorderkwartier ge-
was , midlerwyl, van gewenfchten uitllag veftigd hadt, hier niet wederom in bloei
geweeft. De Rogge was zo zeer gedaald können brengen.
in prys, dat 'er, te Dordrecht, twintig goud- Burgemeelleren van Amfterdam, ter ge- De Stad
guldens meer voor befteed werden, dan legenheid van eenen hoogen vloed, waar neemt de
hier. Doch hieruit ontfbndt wederom een door de Yperflooterfluis in den Muiderdyk zorS
nadeel voor den Koophandel, welk de wys- befchadigd geworden was, die Huis heb-y^^
heid der Regeeringe zogt te voorkomen, bende doen hermaaken, en in beteren Haat terflui°'
Uit de Ooflzee , kwamen geene Graanen (tellen, dan zy te vooren geweeft was, wer-op zig.
hier ter Stede, dan met oogmerk omze we- den, op den tweeden December deezes
derom te vervoeren naar hooger markt, jaars, door de GeintereiTeerden in de ge-
werwaards zelfs partyen gebragt waren, melde (luis, verzogt, en des noods ook ge-
zonder hier ontfcheept te zyn geweeft. Vee- magtigd, om in tyd van nood voor dezelve
Ie Graanen werden ook naar buitenlandfche te blyven zorgen (g). Ook beraamde zy, ij00.
Markten gevoerd, die anders hier zouden 0p den zevenentwmtigften Oftober des vol-
gebragt geweeft zyn. Hieruit nu was, door genden jaars, eene Mtru&ie voor den Sluis-
den tyd, eene fchaarsheid te dngten, die wagter (h) , die nog tegenwoordig moet
verderfelyker zou zyn voor de Stad, dan naargekomen worden,
dat men de markt een weinig deedt ryzen. De weg door de Plantaadje, van den De weg
En deeze redenen bewoogen de Regeering, Hortus Medicus of Artfenytuin af, tot aan door de
om Stads Koorenpakhuizen, nog voor 't de Muiderpoort toe, werdt zo fterk beree-P|antaad-
einde van May, wederom te fluiten (c). den en gebruikt, dat dezelve geduuriglyk^^
Tegen 't najaar, befloot zy, aan debyzon- hermaakt moeft worden: 't welk, niet zon-
dere Godshuizen, de Graanen, die dezel- der zwaare koften voor de Stad, gefchie-
ven noodig mogten hebben, een weinig on- den kon. Men vondt, derhalve , in Sep-
der de markt te leveren (d). Ondertus- tember deezes jaars 1700, geraaden, dien
fchen, hadt het fluiten van Stads Kooren- weg te beftraaten: 't welk, als het meten-
pakhuizen voor de Bakkers den prys der kelen Brabantfchen fteen, ter breedte van
De duur- Graanen wederom doen ryzen. De toevoer anderhalve roede , gefchiedde , gerekend
te neemt was hierop zo zeer vermeerderd, dat de werdt, ruim agtduizend guldens, en in de
af-
          prys, allengskens, afnam, en zo gemaa- eerfte twintig jaaren, honderd guldens 's
tigd werdt, dat de duurte kon geagt wor- jaars aan onderhoud, te zullen koften CO-
den , geheellyk, verdweenen te zyn.
             't Werk werdt, kort hierna, voltrokken, en
Men Een Koopman van Maaslandsfluis, die de ftraatweg wordt nog tegenwoordig on-
zoekt de zjg, in't voorleeden jaar, hier ter Stede, derhouden.
Karing- jiacjt nedergezet, om zig met de Haring- Ten deezen tyde , werden de wateren Midde-
hiertèr vangft, die hier voordeezen zeer gebloeid der Stad, in welken zo veele rioolen uit-len ge-
Stede, hadt, te geneeren, hadt, ten dien einde, loopen, en waarin, fchoon ftrydig met me- kmikt
wederom reeds twee Haringbuizen uitgeruft ; doch nigvuldige Keuren, zo veele vuiligheid ge oin de
bloefen bevindende, dat het hem ontbrak aan eene worpen wordt, zo 2eer vervuild bevonden,der^stad
' 'J ' bekwaame plaats om de netten te droogen, dat men op middelen bedagt zyn moeft., om te zuive-
en aan een' koperen ketel om dezelven te dezelven te zuiveren, en beter te doenom-ren en
taanen, verzogt hy Burgemeefteren,in den loopen; en fterker doorfchuuring , in den^jj^
aanvang deezes jaars, om 't een en 't ander; wintertyd, te veroorzaaken. Ten dien ein- i00peu."
en de Vroedfchap, in aanmerking neemen
de, dat de Stad van bekwaame plaats tot
het taanen der netten voorzien was, en dat
de koperen ketel en het opflaan van eene
Loots, daar dezelve in geplaatft kon wor-
den, niet boven de vierentwintig honderd
guldens koften zou, bewilligde, terftond,
in 't gedaane verzoek (e). De Stuurluiden,
die van hier ten Haring voeren, moeften
de, werdt, in Oftober deezes jaars , be-
flooten: „ 1. Ebdeuren te maaken aan de
Yfluizen, te weeten, de S. Antonis-fluis,
de Kolks fluis, de Dams-fluis en de oude
en nieuwe Haarlemmer- (luizen, die 'er,
tot dien tyd toe, niet fchynen geweeft te
zyn,om, met dezelven ,byebbe, te kön-
nen fchutten: voorts, de vloeddeuren en
de vloeren der (luizen, behoorlyk, te her
den gewoonlyken eedaanPenningmeefteren , maaken. 2. Twee ebdeurtjes te maaken,
j> aan
(f)  Groot-Memor. N. VIII. ƒ. 177.
(g)  Handv. bl. 41«.
(b) Handv. bl. 417.
(f'j Refol. Vroedfch. Lr. AA. 1 Sept. iy00. f. 7}.
(t) Refol. Vroedfch. L'. Z. z6 May 1699. f. 309.
(c)  Refol. Vroedfch. Li. Z. 2.1 May 1S99. ƒ. 307.
(d)  Refol. Vroedfch. I-t. Z. " oa. is99. ƒ. 3+9.
(/) Refol. Vroedfch. Lx. Z. 27 Mr. 1699. ƒ. *34.
-ocr page 792-
AMSTERD AUS
II. Deel.
7H
woonlyke veertigduizend, te mogen onder- i?02*
fleund worden. Men bewilligde in haar
verzoek (o) : 't welk, naderhand, nog eens,
vernieuwd werdt, met gelyken uitflag (p).
Volgens een Refolutie der Vroedfchap van
den jaare 1699 , werden deeze dertigdui-
zend guldens, of 't gene men meerder of
minder noodig hebben mögt, voor Stads
rekening, opgenomen, tegen drie ten hon-
derd in 't jaar: en om den Intreft te vin-
den , werdt de belading, ten behoeve van
de armen, op de Wynen gelegd, met drie
iluivers van het Oxhoofd, verhoogd, en't
gene van deeze belading meerder kwam dan
de Intrefl beliep gebruikt tot aflosfing, der
Hoofdfomme (q).
De vereenigde Staat, die naauwlyks de De Staat
vrugten begon te fmaaken van de onlangs
wordt,
geflooten Vrede, werdt, in den aanvang0?
deezer eeuwe, in eenen nieuwen en zwaa- f^S»
ren oorlog ingewikkeld, die, voornaamlykzwaaren
door den byfland van 't vermogend Amfter- oorlog
dam, eenige jaaren , met roem,fchoonnietInSewiW
zonder zwaare koflen van den Lande, ge-keld'
voerd werdt. Gelegenheid tot deezen oor-
log gaf de twifl over de Spaanfche nalaa-
tenfchap, houdende Frankryk zig niet aan
het Verdrag van Verdeelinge der Spaanfche
Heerfchappye, welk met Groot-Britanje en
de Staaten geflooten was; maar aan eenen
Uiterflen wil van Koning Karel den II. ,
waarby de Hertog van Anjou tot deszeïfs
Opvolger was verklaard. De Keurvorft
van Beieren, Landvoogd der Spaanfche Ne-
derlanden, de zyde van Frankryk houden-
de, hadt, reeds in February des jaars 1701,
Franfch Krygsvolk ontvangen in de fterke
Plaatfen van zyn gebied, die, door de Staat-
fche bezetting deezer Plaatfen , ontruimd
werden. Nergens, myns weetens, is aan- Opbel-
getekend, wanneer, en by welke gelegen-dering
heid, dit Staatfch Krygsvolk in de Spaan-y.an eetl
fche Nederlanden gekomen zy. Ik heb 'erSJS
ook niets van können melden, in de Fader-'ds Hift°'
landfche Hiflorie, om dat ik 'er, zelfs inderie dee-
Regifters van den Staat, niets van gevon-zes ^
den had. Doch na 't uitgeeven van dat
Werk, is my een affchrift ter hand geko-
men van eene Overeenkomft , in 't jaar
1698 geflooten , tuflchen Willem den III.
Koningvan Groot-Britanje, en den Keur-
vorft van Beieren ; waarby de eerfte zig
verbondt , om vyfentwintig Bataillons of
Regementen, Staatfche manfchap,te bren-
gen in de fterke Plaatfen der Spaanfche Ne-
derlanden, 't Is ten hoogfte waarfchyn.
lyk, dat aan deeze Overeenkomft federt
aan 't flüisbindt in
Ooftindifche Hok
met toldeuren , ^
t Ziekenwater, by 't
en eene fteenen fluis
in de plaats der twee
1700. »
houten fteekfluisjes , aan den Dam ten
einde van de nieuwe vaart: nog een krab-
benhoofd, voor den buitenften watermo-
len aan Zeeburg , om de fchepraden te-
gen den flag van 't water te bevryden.
3. De Brugfecreeten, die tot in 't water
doorhingen, of met paalwerk van onde-
ren belemmerd waren , op te neemen;
en, by hermaaking, de onderkanten der
balken of leggers niet laager te brengen
dan gelyk met Stads peil. 4- Alle aan-
en uittimmeringen in de burgwallen ,
waardoor de doorftrooming zou können
belemmerd worden, in het toekomende,
zo veel mogelyk ware , te vermyden. 5.
De Modder- en Steigeraard - fchouwen,
zo vroeg in den nazomer, als de warmte
van 't weder eenigszins gedoogen kon,
en uiterlyk met den eerften October, in
de Stad te brengen , en daar in 't werk
te houden, tot dat alle de vervuilde plaat-
fen , volkomenlyk, waren opgeredderd en
uitgediept, of zo lang het, zonder bena-
deeling van den omloop der wateren, ge-
5J
3'
3)
3>
fchieden kon; en het diepen buiten de
Stads fluizen, in den Zomertyd, te laa-
„ ten verrigten ( k). Ten deezen tyde ,
■werden eok twee Keuren gemaakt, tegen
het belemmeren en befchadigen der flui-
zen , en vooral tegen het werpen van vui-
ligheid op en in dezelven (/). En in geval
iemant aan de bekeuringen wegens dit laat-
fte niet voldoen wilde, werdt deregtfpraak
daarover, in Auguftus des volgenden jaars,
gefield aan de Regenten van 't Aalmoeffe-
niers - Weeshuis (m); aan welk Huis, de
eigendom van de Stads vuilnis, al voor vee-
Ie jaaren, gefchonken was. In January te
vooren, waren ook de oude Keuren , tot
voorkoming van belemmering en verfper-
ring van de Stads wateren, en weering van
flank en ondiepten , met merkelyke ver-
anderingen en verbeteringen , vernieuwd
geworden (n).
Ï70I.
Buiten-
ge woo*
ne on-
derftand,
door de
Stad, aan
de Wal-
fche Dia-
conie
gedaan.
De Walfche Diaconie,die,jaarlyks,met
veertigduizend guldens, van Stads wege,
ten behoeve der Franfche vlugtelingen, on-
derfleund werdt, hadt nu, twee jaaren ag-
tereen, ter oorzaake van de duurte der lee-
vensmiddelen, nog dertigduizend guldens
jaar lyks daarenboven ontvangen, en verzogt,
in't begin des jaars 1702 »wederom metge-
lyke dertigduizend guldens, boven de ge-
{kj Refol. Vroedfch. Zr. AA. i» Oäsi, 1700./. 80. Gioot-
Memor. N. VIII. ƒ. 104.
(/) Handv. bl. 722, 723.
(m) Handv. bl. 723.
(n) Handy, bl. 72;.
vol-
(0)  Refol. Vroedfch. U. AA. ii Jan. 1702. ƒ. 2+,
(p) Refol. Vroedfch. Lt. BB. 9 J.m. 1703./. ,0
(1)  Refol. Vroedfch, L'. Z. 27 oä. k>Sp. ƒ. 3yi
-ocr page 793-
GESCHIEDENISSEN.
XXII. Boek.
725
170,2. voldaan is, en dat Koning Willem over het minatie , door de Vroedfchap gemaakt, xy02.
Staatfche Krygsvolk befchikt heeft,zonder kwam, hier ter Stede, wederom aan Bür-
de Staaten te kennen. De Overeenkomft gemeefteren.
is, eerft na 's Konings dood, bekend ge- Het Franfche Hof deedt, eer nogdeoor-Amfter-
worden aan eenigen hier te Lande, en men log openlyk aangevangen ware, veel moei-dam
vindt 'er, onder anderen , van gewaagd , te om den Staat over te haaien tot een af-b,yft:»
in het VIII. Lid van een Reglement op het zonderlyk Verdrag, voornaamlykzynwerk^ "a,
huisveften der Staatfche manfchap in de maakende, om de Stad Amflerdam, die, van Ko-
Barriere plaatfen vanden dertigften Janua- na de dood des Stadhouders , meer invloeds ning
ry des jaars 17.16 (r). Wy hebben 'er , dan te vooren ftondt te hebben in de Re- Willera.
hier, een woord van willen melden , tot geering van den gantfchen Staat, op zynej^dse"
opheldering van een merkwaardig duifter zyde te winnen. De poogingen, die hier- "ot het
punt in deHiftorie deezer eeuwe. Het leg- toe werden aangewend, hadden zelfs, al voort-
gen van Franfch Krygsvolk in de Spaanfche voor 't afflerven van Koning Willem, gele-zetten
Nederlanden, 't welk eerlang van eenige genheid gegeven tot het verfpreiden vaneen ,de3s oor*
vyandelykheden op de grenzen gevolgd gerügt in Engeland, dat de Stad minder y- °gS*
werdt, baarde zo veel omziens in Engeland verde voor't gemeen belang dan de andere
en hier te Lande, dat beide de volken zig Leden van den Staat. Doch de Penfionaris
begonden te bereiden ten oorloge, toen Ko- Willem Buy 5 fchreef, nog in Maart deezes
ning Willem, op den negentienden Maart jaars, eenen brief naar Engeland, die eer-
deezes jaars 1702, overleedt (V).
                lang in 't licht gegeven werdt; waarin hy
Koning Men toonde, hier te Lande, veele te- rondelyk verklaarde „ dat Amflerdam, in
Willem kenen van rouwe over zynen dood. De „ de vermeerderingen van't Krygsvolk;in
fteift. klokken werden, zes weeken agtereen, drie- „ de verbonden met uitheemfche Mogend-
maal's daags, t'elken reize een halfuur, „ heden; in de voorgeflaagen opneemingen
geluid. Ook kleedden alle de Regenten „ van penningen, en in andere middelen
en voornaame Amptenaars zig, op's Lands „ tot voortzetting van den oorlog, zonder
Voorval koften, in den rouwfj)- Doch fommigen „ aarzelen, bewilligd hadt, en zelfs,voor
te Am- tekenen aan , dat 'er, te Amflerdam, ie- „ een groot gedeelte, oorzaak was geweeft
fterdam, mant was,- die openlyk den fpot dreef met „ van de moedige en eenpaarige verklaa-
ter dee^ jeeze vertooning van treurigheid: 't welk, „ ring der Staaten van Holland, na de dood
genheid! door het volk» zo euve] genomen werdt, „ van Koning Willem gedaan, om zig flip-
dat het den fpotter aanviel, en van 't leeven „ telyk te houden aan de aangegaane ver-
beroofde (u).
                                            „ bindteniffen f»." Zelfs nam de Stad,
Veran- De dood van Koning Willem maakte ver- kort na 't afvaardigen van deezen brief,
dering in andering in de beflelling der Wethouder- het moedig befluit, om ter Vergaderinge
de befiel- fchap, in de Steden van Holland. De Stad- van Holland te flemmen tot het verklaaren
ij^^jj houderlyke waardigheid werdt niet begeven, van den oorlog aan Frankryk, als de eenige
derfchap, De Ridderfchap en eenige andere Leden weg, om aap de aangegaane verbindtenis-
hier.en' zouden gaarne gezien hebben, dat de ver- fen te voldoen; om te geraaken uit de on-
in andere kiezing der jaarlykfche Magiflraaten, die zekerheid, waarin men, een jaar lang, ge-
Steden. te vooren aan den Stadhouder geftaan hadt, weeft was, en om de Bondgenooten veree-
vooreerft, verbleeven werdt aan de Verga- nigd te houden (x). Ook volgde hierop,
dering van hunne Edele Groot -Mogendhe- in 't midden van Maymaand, de Oorlogs-
den, aan welke men de Nominatie wilde verklaaring der algemeene Staaten (y) :
overgezonden hebben, met eene byzonde- waarna de kryg, genoegzaam jaar op jaar,
re aanpryzing der perfoonen , welken de wakkerlyk, voortgezet werdt. De Hertog Marlbo.
Steden gaarne verkooren zagen. Doch de van Marlborough , die over 't vereenigd r0USh
Stad Amflerdam verftondt, dat de Magi- Leger der Bondgenooten geboodt, onder-houdt
ftraatsbeflelling in de Steden van Holland hielde naauwe gemeenfehap met de Stad gemeen-
behoorde gebragt te worden op den voet, Amflerdam, en kwam dikwils herwaards, fchap
waarop dezelve, in 't jaar 1650 , na de voor 't openen van den veldtogt, om dem<* de
dood van Willem den IL, gebragt geweeft voornaamfte Leden der Regeeringe over te Stad-
was (v). De andere Leden Hemden, voor haaien tot gereede bewilliging in de maat-
't grootfle gedeelte , met Amflerdam, en regels, die hy, tot bevordering van 't ge-
de verkiezing van Schepenen uit eene No- meene belang, dienftig oordeelde (2). On-
(r) Zie Groot-Plakaatb. V. Deel, hl. z,6.                                                                                                              Qer
O) Vaderl. Hift. XVII. Deel, bl. ,og.                                  („) foiet, LamBERTI Tom. II. f. 86.
O) Groot Plakantb. V. Deel, hl. «.                                     (x) Refol. Vroedfch. Lr. BB. 4 ~tpril l7M, f i enz.
(tt) Lameerti Memoit. Tom. II. p. %,.                             (y) Vaderl. Hift. XVII. Deel, tl. ij3t          ■"
(v) Refol Vroedfch, L». U3.19, 21 April ïjoz.f. 13,11.      (*) Vaderl. Hift. XVII, Dttl, il, j^
I. STUK.                                           Bbbbb
/
-ocr page 794-
AMSTERDAMS
II. Deel
yi6
der anderen, kwam hy, op den tienden De-
cember des jaars 1704, met een aanzien-
lyk gevolg, in twee jagten,te Amflerdam,
daar hy , door Burgemeefteren ingehaald
zynde , zynen intrek nam in 't huis van
Burgemeefter Witfen, en op't Oude-zyds-
Heeren-Logement, pragtigter middagmaal-
tyd onthaald werdt. Na twee dagen toe-
vens, in welken, hem de voornaamfte ge-
bouwen der Stad, en ook den Schouwburg
vertoond werden , keerde hy , met een
groot gevolg van koetfen, te rug naar den
Haage (a).
De Waarfchappyen van den Hoogen Zee-
burg en Diemerdyk ftonden, in April dee-
zes jaars,, een ftuk Rietland in 't Nieuwe
Diep af aan de Stad, zonder dat dezelve
iet daar voor behoefde te betaalen , met
vryheid, om door dat Land flooten te mo-
gen maaken, en de ftoffe, die uit dezelve
gegraaven werdt, te mogen gebruiken tot
het maaken van loswallen of andere noodi-
ge werken. Doch na dat het Rietland be-
hoorlyk gehoogd was, zouden de Waar-
fchappyen de ftoffe uit de flooten mogen
laaten weghaalen, tot hooginge alleen van
den Diemerdyk (&).
De dykaadje der Bylemermeer, door eene
zwaare doorbraak, in April deezes jaars,
in zulk een flegten ftaat geraakt zynde ,
dat de eigenaars geene kans zagen ,om de-
zelve te herftellen; beflooten de Steden
Amflerdam en Weesp, op den twintigften
November deezes jaars, die Meer te aan-
vaarden , in den ftaat, waarin dezelve te-
genwoordig was; en den dyk, voor gemee-
ne rekening der beide Steden, te herftellen,
en te onderhouden : waartegen de twee Ste-
den ook de voordeden van de Gabelle, de
Vogelkooi en de Viffchery in de Meer, het
gras- en rietgewas van den dyk, en wat 'er
meer van de Meer komen mögt, gelykelyk,
deelen zouden (c). In 't volgende jaar,
bedongen de Steden van de Ingelanden,
dat zy, tot behoudenis van den dyk, bin-
nen aan den zelven, modder of andere ftof-
fe zouden mogen laaten brengen , zonder
onderfcheid, of dezelve over de oude of
nieuwe Landen gebragt werdt. Zulks is,
federt, gefchied, en men heeft, daardoor,
allengskens, meer lands in deeze Meer aan-
gewonnen. In September des jaars 1703,
hebben de Ingelanden der Bylemermeer
hunne twee ftryk - water • molens , aan de
Stad Amflerdam alleen, voor vyfendertig
honderd guldens verkogt (d).
(«) Europ. Merc. Janimry- Juny 170J. il. 7%.
(t)
Handv. tl. 371.
(c)  Refol. Vroedfch. Zr.BB. i4,N«v. 1702. ƒ.5».Handv.
il. i*U , ,
(d)  Handv. il. 34t,
De florm, die de doorbraak in den ring-
dyk van de Bylemermeer hadt veroorzaakt,
hadt ook verfcheiden'gaten geflaagen in den
Muiderdyk, voor een van welken, terftond,
een kiftdam gelegd werdt. Doch alzo de-
zelve niet flerk genoeg was, orn het win-
terwater te keeren, werden Burgemeefteren
van Amflerdam, in Auguftus des jaars 1702,
door de Vroedfchap, gemagtigd, om, ne-
vens het Hoogheemraadfchap van den Zee.
burg, voor het verzekeren van den Dyk te
zorgen (e); waartoe, van Stads wege,ee-
ne aanzienlyke fomme opgefchooten werdt
(ƒ), alzo de dyk, op drie byzondere plaat-
fen , doorgebroken , op anderen , zwaar
befchadigd zynde, herftelling noodig hadt.
De dyk werdt ook her field. Doch men be-
vondt, eerlang, dat dezelve flegter onder-
houden werdt, om dat hy, niet uit ééner-
hand, maar door byzondere dykpligtigen,
werdt gemaakt. Hierom werdt, in 't vol-
gende jaar, ter Vergaderinge der Staaten
van Holland, van Stads wege, voorgeflaa-
gen, of men den Muiderdyk niet tot een
gemeenen Landsdyk zou können maaken.
Doch alzo zulks niet gefchieden kon, zon-
der bewilliging der Staaten 's Lands van
Utrecht, die ook eeriige roeden dyks te on-
derhouden hadden, tradtmen, eerlang, in
onderhandeling met eenige Utrechtfche Ge-
magtigden, die geenszins neigden, om den
dyk tot eenen gemeenen Landsdyk te maa-
ken ; maar liever zouden gezien hebben,
dat de Stad Amflerdam het onderhoud van
het gedeelte dyks, welk het Stigt bekofli-
gen moefl, tegen betaalinge eener jaarlyk-
fche fomme, op zig nam. De Stadt beriedt
zig hierop; doch men kon eikanderen over
de begrootinge deezer fomme niet verftaan
(g), weshalve, de onderhandelingen, vrug-
teloos, werden afgebroken. Ondertuffchen,
liet de Regeering van Amflerdam zig, van
tyd tot tyd , veel gelegen leggen aan het
wel onderhouden van den Muider-zeedyk,
het doorbreeken van welken onbefchryflyke
fchade aan veelerlei Koopmanfchappen in de
Stad veroorzaaken kon(7>). Men hadt zelfs,
hier ter Stede, te waaken tegen booswigten,
die den dyk zogten door te fteeken. En vind
ik, dat, op den twintigften January deezes
jaars 1703 , Kempe Pauluszoon Duyf van
Harlingen, om voorgenomen doorfteeking
van den dyk by Zeeburg , hier gerad-
braakt is.
In den aanvang des jaars 1703 , hadden
de Scheepstimmerluiden aan de nieuwe of
Kat-
(e)  Refol. Vroedfch. V. BB. 4 Au%. 1702. f. 62.
(f)  Refol. Vroedfch. L'. BB. 27 Sept. 1702. ƒ. 82.
(^) Refol. Vroedfch. L'. BB. 14 Scpt. 1703./. r<sg.
(b) B-efol. Vroedfch. L'. CC. z Sept. 1706. f, zu.
1702-
De Re-
geering
van Am-
flerdam
zorgt
voor de
herftel-
ling van
den Mul-
derdyk«
1702.
Een ftuk
Rietland
in'tnieu-
we Diep
aan de
vStad af-
gedaan.
I703'
De Ste-
den Am-
■ fterdam
enWeefp
aanvaar-
den de
ingebro-
ken By-
lemer-
meer,
en her-
ftellen de
dykaadje
derzelve.
Klagte»
over *»
ondiep*
-ocr page 795-
GESCHIEDENISSEN.
XXII. Boek.
7*7
1703. Kattenburger Vaart hier ter Stede geklaagd,  fionaris Heinfius in 't licht (0), die de he- 1705.
dernieu-dat hunne Timmerwerven genoegzaam on-  vigheid een weinig deedt bedaaren.
weVaart. bruikbaar werden gemaakt , door de on-      Het Franfche Hof, in den nazomer dee- Burge-
diepte van die Vaart, welke zy meenden  zes jaars 1705, eenige opening willendemeefte-
veroorzaakt te worden , door het affpoelen
der wallen van Kattenburg en Wittenburg,
welken niet befchoeid, en niet beheid wa
doen tot eene Vredehandeling, gaf'er hei-fen ^'
melyk kennis van aan de voornaamfte Le- ^sn va^n"
den der Regeeringe, byzonderlyk aan Bur-Frank-
ren. De Vroedfchap , kennis gekreegen gemeefteren van Amfterdam , op welker ryks ge-
hebbende van deeze klagten , magtigde laft, de Penfionaris Buys een Ontwerp ee- Pe!|d'
Burgemeefteren en Thefaurieren, om daar
in zulks te voorzien, als zy zouden oordee-
len te behooren (i).
De Steden Amfterdam en Weesp , het
Trekpad en den Ryweg tuffchen de twee
Steden, inzonderheid daar dezelven langs
de Bylemermeer loopen, niet zonder zwaa-
re koften hebbende können herftellen, zyn
ner algemeene Vrede maakte , welk door vrede?'
hen goedgekeurd , en aan de Engelfche
Staatsdienaars medegedeeld werdt. Doch
men was, aan 't Engelfche Hof, zo flerk
gefield op 't voortzetten des oorlogs, dat
de heimelyke handeling, die , nog eenen
geruimentyd, altoos met kenniffe van Bur-
gemeefteren van Amfterdam , agtervolgd
De Ga-
bellen,
tuffchen
Amfter-
dam en
Weesp,
worden
met de
helft ver
de, onder anderen, een gat in den weg ge- werdt, eindelyk , meer agterwaards dan
broken geweeft, ter lengte van zes en twin- voorwaards begon te gaan; waarom zy, in
tig roeden en ter diepte van vyf en vyftig 't jaar 1707, zo goed als afgebroken werdtfji).
De laft des oorlogs viel, midlerwyl, den Beden-
Lande zo zwaar, dat men, in de Lente des kingen
jaars 1706, ter Vergaderinge van Holland, A"ft^_
in beraad leide, om eenige Domeinen derdam.over
Graafelykheid te verkoopen. De Vroed-'t ver-
fchappen der Steden raadpleegden hiero- loopen
ver, federt, insgelyks. Te Amfterdam, ^aar,
werdt, onder anderen , overwoogen , of lykheïds
men, in geval van verkoopinge van eenige Domei-
Graaflykheids Domeinen, ook eenige nieu-nen-
we Ambagtsheerlykhedenof andere Domei- l7°6.
nen voor de Stad moeft tragten te verkry-
gen. Doch men verftondt, ten deezen ty-
de, dat verfcheiden' Ambagtsheerlykheden,
voorheen door de Stad aangekogt ,metnaa<
me die van Urk en Emmeloord , zeer kofl-
baar vielen; en dat het gezag, welk men in
de overigen oefende, veelligt, door de kos-
ten, welken men aldaar hadt moeten maa->
ken, geëvenaard, zo niet overtroffen was.
hoogd.
1704.
voeten; verwierven, op den zevenden Ju-
ny des jaars 1704 O£troi, van 's Lands Staa-
ten , om de Gabellen tuffchen de twee Ste-
den met de helft te mogen verhoogen ( k ).
Eenige
Amfter-
damfche
burgers
klaagen,
dat Marl-
De overwinning by Hochftett, die op den
dertienden Auguflus des gemelden jaars
voorviel, hadt den roem des Hertogs van
Marlborough, grootelyks, doen ryzen, en
hem de hoogagting verworven van 't ge-
borough meen, en van veele Grooten hier te Lande.
geen ge- De ingezetenen van Amfterdam muntten
zags
genoeg
heeft.
*7°S-
hierin boven anderen uit, en eenigen hun-
ner gaven 'er een duidelyk bewys van, in
't volgende jaar. Marlborough was toen
van gevoelen , dat men den vyand behoor-
de aan te taften in Brabant; doch der Staa-
ten Afgevaardigden te Velde ontrieden 't,
en deeden Marlborough, zeer zyns ondanks,
bewilligen in hunne meening. Hy klaagde
hierover, eerlang, in eenen brief aan de
Staaten, fchryvende, onder anderen „dat  Men befloot, derhalve, geene meer Ambagts-
„ zyn gezag in 't Leger thans veel minder  heerlykheden voor de Stad te verkrygen,
„ goldt,danhet,voorleedenjaar,inDuitfch-  dan Diemen enOuderkerk en weinige ande-
„ land, gedaan hadt (/)." De Engelfche  ren, die naby de Stad gelegen waren.Voorts,
Gezant by de Staaten bragt te wege, dat  waren 'er, nog eenige Domeinen van eene
andere natuur, die men hier wel wilde koo-
pen, en onder anderen, het regt om zwaa-
nen te mogen houden, waarvoor de Stad
deeze brief fpoedig gedrukt, en alomme
verfpreid werdt (m): en hierdoor werdt zo
groot eene gifting verwekt in de gemoeden
van fommige Amfterdammers, dat zig een  nu jaarlyks twee guldens aan de Rekenka-
hoop burgers naar 't Stadhuis begaf, om  mer verfchuldigd was. Eindelyk, was men
over de Afgevaardigden te Velde teklaagen,  hier van gevoelen, dat eenige Domeinen in
die, zeidenze, den Hertoge van Marlbo-  't geheel niet behoorden te worden verkogt
rough geen gezags genoeg lieten (b). Men  (q). De overige Leden van Holland hadden
zette hen af, met goede woorden. Ook  ook hunne byzondere bedenkingen over 't
verkoopen der Domeinen. Men kwam tot
geen befluit. En daar verliepen nog eenige
j'aaren, eer men tot verkoopen kwam.
De
(o) Voiex. LAMBEKTl Tom. III. f. 475^
(p) Vaded. Hift. XVII. Deel, hl. 289.1S4 314.
(<f) Refol. Vroedfch. Ü.CCj, llMayiio6.f.i°7,i°9>
Bbbbb 2
kwam 'er, wat laater, een brief van de Af-
gevaardigden te Velde aan den Raadpen-
(') Refol. Vroedfcli. L
CO Handv. hl. 43 3-
(t) Vficz, LAMBERT1 Tom. III. p. 478.
(m)'LAMBKRTi Tom. III. />• 479.
(n) Yadeil. Hift. XVII. Ose/, il, isi.
03. ƒ. 101.
-ocr page 796-
AMSTERDAMS
II. Deel.
728
met dezelfde zesduizend man Amflerdam xfbf-
te overmeefleren, zo dra de aanflaande veld-
togt in de Nederlanden geopend zou zyn.
Hy onderflelde, dat hy de Stad dan ontbloot
zou vinden van bezetting; dat zy door de
burgery niet zou können befchermd wor-
den , en dat hy, dezelve bemagtigd hebben-
de , meer dan duizend fchepen, die aldaar
lagen, zou können vernielen, en de Stad
zelve aan kooien leggen; waarna Frankryk
in vier dagen vrede hebben zou „ alzo,"
zeide hy „ al de rykdom en magt der Ver-
„ eenigde Provinciën in deeze Stad alleen
„ beflondt, en de Staaten geenen moed
„ zouden hebben, om den oorlog voort te
„ zetten, na dat Amflerdam bedorven zou
„ zyn." Voorts, zou hy zig, met zyne
manfchap, op de kleine vaartuigen , met
welken hy dezelve herwaards gevoerd zou
hebben,en onder de befcherming vaneeni-
ge galeien, naar Texel en zeewaards begee-
ven, en in deezer voege de Engelfche en
Staatfche Oorlogsfchepen tragten te ontwy-
ken. Doch zyn voorflag vondt geenen ingang
aan 't Franfche Hof (iu)\ Ook heeft men
groote reden om te twyfelen, of dezelve,
van zyne zyde, wel ernflelyk gemeend
werdt.
Buiten de Haarlemmer-Poort, tmTchen Orde op
de Stads veft en de Haarlemmer vaart, was 'f fchtU"
een klein Schutfluisje gelegd f waardoor^'!°.°
Turfponten, Tentfchuitjes, Jagten, Melk buiten de
fchuiten en diergelyke vaartuigen uit en in Haar-
de Vaart konden gefchut worden. Bürge- lemmer
meefteren vonden geraaden, op den eerflen Poort\>
Auguflus des jaars 1708 , een Reglement i
vafl te flellen voor den Sluiswagter, waar-
by het fchutgeld op een fluiver en een hal-
ven fluiver, naarde grootte en foorte der
vaartuigen , bepaald , en elk toegelaaten
werdt, zig , voor tien guldens in 't jaar ,
van 't fchutgeld vry te koopen (x). In 'c
jaar 1714 , werdt , tot nader verklaaring
van dit Reglement, gefield, dat van de
Praamen en Melkfchuiten der Huisluiden,
die de Haarlemmer vaart langs moeflen ,
telkens een halve fluiver zou moeten be-
taald worden (y).
De heimelyke Vredehandeling met hetVoort.
Franfche Hof', die eenen tyd lang opge-zetting
fchort geweefl was, werdt wederom voort-der hei-
gezet, in den aanvang des jaars 1709. D&mel5**
Regeering van Amflerdam hadt 'er de voor- hande-
naamfle hand in. De PenfionarisBuysendeiinge111^
Heer Bruno van der DuJJen, Burgemeefler Fra"!f"or
van Gouda, begaven zig, in 't midden van b$èid°
Maart, naar het Stryenfche Sas, en hielden, der Re-
in
C») Memoir, Cotiste de Forbin Tam. H. p. zsi.
(x) Handy, hl. 3J7.
(y) rtejwiv. hl. jST.
De Diakenen der Lutherfche Gemeente
deezer Stad verwierven, op den vierentwin-
tigften December deezes jaars i7oó,06lroi
van 's Lands Staaten, om de nalaatenfchap
van de ouders der kinderen, die in hun Wees
huis werden opgevoed, tot onderhoud van
die kinderen, te mogen naar zigneemen,
midsgaders, de vrugten der Hoofdfommen,
die aan de kinderen, geduurende hun ver-
blyf in het huis, verfier ven mögt en. Ook
werdt het Weeshuis erfgenaam verklaard
van zulken, die in het zelve waren opge-
voed ; ten ware zy het regt van erfvolginge
hadden afgekogt. 't Gene de oude Vrouwen
in 't Lutherfche Oude - Vrouwenhuis nalie-
ten verviel, volgens dit Oéïroi, ook aan het
gemelde Huis (f).
De Walfche Diaconie klaagde wederom,
op het einde deezes jaars, dat de armoede
onder de Franfche vlugtelingen, by gebrek
van werk in den tegenwoordigen oorlogs-
tyd,zo flerk toegenomen was, dat zy, in
dit jaar, boven de gewoonlyke veertigdui-
zend guldens, met welken zy, van Stads we-
ge, onderfleund werdt, wel negentiendui-
zend guldens ten agteren was geraakt; en
verzogt, op nieuws, om buitengewoonen on-
derfland (f). Burgemeeftcren en Raaden
voldeeden aan dit verzoek, in de Lente des
volgenden jaars. De vereifchte penningen
werden, volgens gewoonte, opgenomen, en
de laft, dien de Stad hiervan hadt, gevon-
den uit de verhoogde huurder Banken in de
Vleefchhallen, en uit eene belafling van vyf-
honderd guldens op allen, die, voortaan,
met verlof van Burgemeefteren, de neering
van KofFyfchenken, hier ter Stede, begin-
nen, of overneemen zouden (ƒ)• In 't jaar
1707, gaf de Walfche Diaconie, bovenden
gewoonlyken onderflandvan veertigduizend
guldens , agtduizend driehonderd vyfenzes-
tig guldens uit, die haar wederom, van Stads
wege, werden goed gedaan (11). Doch op
den negenentwintigften January des jaars
1709, werdt beflooten, haar met niet meer
dan veertigduizend guldens 's jaars te on-
derfleunen (u).
De Ridder de Forbin, na 't eindigen van
den veldtogt deezes jaars, aan 't Franfche
Hof, met den Heere de Pontchartrain,'m ge-
fprek geraakt zynde, over het onderneemen
eener landinge in Schotland, met zesduizend
man, die onder zyn bevel gefield zouden
worden, maakte veel zwaarigheid in den
togt; doch floeg den Franfchen Staatsdie-
naar voor, dat hy herts genoeg hadt, om
(r) Handv. hl. 4Ö3.
(i) Refol. Vroedfch. L«. CC. zi Dee. 1706. ƒ. z8l.
(t) B-efol. Vroedfch. Lis. DD. iz Maart 1707. ƒ. 19.
(«) Refol. Vroedfch. L". DD- s Jan, 170?. ƒ. iqo,
(?) Gioot-Memor. N. iX. ƒ. »9.
1706.
Oftroi
ten be^
hoeve
van'tLu-
therfche
Wees-
huis, en
Oude-
Vrou-
wehhuis
hier ter
Stede.
De Wal-
fche
Diaconie
wordt
wederom
door de
Stad on-
der-
fteund.
1707.
De Rid-
der de
Forbin
doet een'
voorflag
aan 't
Franfche
Hof, om
Amfter-
dam te
verdel-
gen.
-ocr page 797-
GESCHIEDENISSEN.
XXII. Boek.
729
tot behoudeniffe van het Eiland Urk,in hun- iyi0.
ne Stad, eene Lotery op te regten, terfom-
me van zesmaal honderdduizend guldens (c)>
gelyk, eerlang, gefchiedde. Het voordeel,
welk hiervan kwam, werdt ook befteed, tot
verbetering van het Eiland. Op den dertien- » .
den Juny des volgenden jaars, kreeg de Stad, geiden
daarenboven, Oclroi van 's Lands Staaten, Emmel-
om een Ankergeld te heffen van dertig ftui- oord-
vers van elk fchip, dat voor Emmeloord, I?Ir-
welks Ambagtsheerlykheid ook aan Amfter-
dam behoorde, het anker werpen zou (d).
De Franfche Kapitein CaJJart, in Auguftus Surina.
des jaars i7i2,meteenEsquader,vanMar- me
tiniqae gezeild zynde, kwam, op den tien- wordt,
den Ocfober, in de Rivier van Suriname, door de
en maakte zig, terftond, meefter van de £jm
gantfche Volkplanting, behalve van de Stad gebrand-
en de Vefting Paramaribo, diehy belegerd fchat.
hieldt, en met eene bombardeering dreig- 1712.
de: 't welk die van binnen noodzaakte tot
een Verdrag, waarby hem eene brandfchat-
ting van agtmaal honderdduizend guldens
beloofd werdt. Hy keerde niet naar Marti-
nique te rug, voor dat hem deeze fomme,
in geld, in koopmanfchappen, en in Negers,
betaald was (e). De Volkplanting, die de
Stad Amfterdam voor een derde toebehoort,
leedt by deezen aanval zo veel, dat zy, in
lang, niet wederom op haar verhaal ko-
men kon.
De afzonderlyke Vredehandeling tuffchen Amfter-
Engeland en Frankryk werdt, midlerwyl,
dam be-
zo vlytiglyk voortgezet,dat 'er,in den zo- willigein
mer des jaars 1712, een ftilftand van wape- |endftïI"
nen tuffchen de twee ryken getroffen werdt, w^e7an
die tot een gevolg hadt, dat de Engelfche nen.
troepen, onder den Hertog van Ormond, zig
fcheidden van het Leger der Bondgenooten.
De Regeering van Amfterdam, hiervan ken-
nis bekomen hebbende , en bedugt voor
verwydering tuffchen Engeland en den Staat
bewilligde van de eerften in de getroffen
Wapenfchorfinge, voor den tyd van twee
maanden (ƒ). Ook ftemde zy, federt, ge-
reedelyk in de voorwaarden van Vrede, die
door het Engelfche Hof beraamd waren (g).
De Vrede werdt, hierop , in 't volgende 1^12.
jaar, te Utrecht geflooten;dochop veelna-
deeliger voet, dan dezelve voorheen zou
hebben können getroffen worden. De Stad en in 't
Amfterdam ftemde, zonder uitftel, tot het bekragti-
bekragtigen derzelve (h) : en deedt, federt, sen der
tot gedagtenis derzelve, eenige gouden ge- j?^recnt-
denkpenningen munten en uitdeelen (7). Vre^e.
(c)  Groot-Memor. N. IX. f. m. Handy, hl. 335,
(d)  Handy» hl. 336.
(e)  Euiop. Merc. van 1713. hl. 160, 311.
(f)  Refo!. Vroedfch. L'. EE. 3e 7««y i7j2 f ,,j
(gRefol. Vioedfch. V. EE. u Xfec. 17,2 V ,90 '
(h) Refol. Vioedfch. Lt. EE. 27 ^pril i7t', f. zzz.
(O Refol. Vroedfch. Lt. BZ, 5 July iyn.f.z73.
Bbbbb 3                           TWEE-
in het Dorp Stryen, een mondgefprek met
den Prefident Rouillé, die uit Frankryk af-
gezonden was. Burgemeefteren van Am-
fterdam kreegen terftond kennis van 't gene
'er gehandeld was, waarvan wel haaft iet
uitlekte. De Stad neigde thans zo fterk tot
vrede, dat Prins Eugenius, nog voor 't ope-
nen van den veldtogt, een' keer herwaards
deèdt, om haar tot andere gedagten te bren-
gen. Rotterdam haakte even zeer naar 't ein-
de van den oorlog, die, fchoon voordeelig
voor de Bondgenooten uitgevallen, veel
bloeds en geweldige {chatten gekofl hadt.
De handeling werdt, eindelyk , openbaar.
Men ontwierp eenige voorafgaande punten;
doch vorderde zo veel van Frankryk, dat
de Koning, toen reeds hoopende op eene
gunflige verandering aan 't Engelfche Hof,
zwaarigheid maakte omze te tekenen (2).
Hynamzeegter jinFebruary des jaars 1710,
allen op één na aan. Men tradt hierop te
Geertruidenberg in openlyke onderhande-
ling, waartoe de Heeren Buys en van der
Duffen, van wege de Staaten, gemagtigd
werden. Doch deeze onderhandeling liep
vrugteloos af, alzo de Staatfchen vorderden,
dat de Franfchen zig verbonden, om den
Hertog van Anjou Spanje en de Indien te
te doen ruimen; waartoe de Franfchen on-
magtig of ongenegen waren (a). De oorlog
werdt dan wederom voortgezet. Doch het
afzetten van verfcheiden'Staatsdienaars aan
't Engelfche Hof gaf den Franfchen, in 't
jaar 1711, gelegenheid om met het zelve in
afzonderlyke onderhandeling te treeden ,
waarin zy beter flaagden.
Het onderhoud van 't Eiland Urk, waarvan
de Stad, in't jaar 1660, de Ambagtsheer-
lykheid gekogt hadt , hadt haar dikwils
zwaare fommen, en fomtyds wel agttiendui-
zend guldens, in één jaar, gekofl (b). Een
geweldige ftorm, op denagtftenjanuarydes
jaars 1710 opgefteken, hadt dit Eiland ook
zo veel fchade toegebragt, dat het wel haaft
geheel onbewoonbaar ftondt te worden, zo
'er geene nieuwe en kragtige middelen in 't
werk gefield werden, om het te verbeteren,
en in goeden ftaat te onderhouden. De ge-
legenheid van het Eiland en de vuurbaak op
het zelve waren, ondertuffchen, van zo veel
dienfl, tot beveiliging van de vaarte door de
Zuiderzee, dat Burgemeefteren van Amfter-
dam niet konden nalaaten,de zorg voor het
zelve den Staaten van Holland,ten kragtig-
ften, aan te beveelen. En hunne Edele Groot«
Mogendheden gaven, op den vyfden Juny
des jaars 1710, Burgemeefteren Oftroi om,
(*0 Vaderl. Hift. XVII. Deel, hl. 318-341.
(a) Vader]. Hift. XVII. Deel, hl. 350-381.
(h) Refol. Vioedfch. L"< cc- » MaJ ls- ƒ• -°S.
1709.
geeringe
van Am-
fterdam.
17IO.
Lotery
ten be-
hoeve
Van het
Eiland
Urk op-
geregt.
-ocr page 798-
1
73°
TWEEDE
DEEL.
GESCHIEDENISSEN
VAN
AMSTERDAM.
D R I E-E NTWINTIGSTE BOEK.
Amsterdams Geschiedenissen, van het jaar 17'13,
tot het jaar 1740.
„ alle de Landen, die door den Muiderdyk 1714-
„ befchermd werden, tot het onderhoud
„ van den zelven, zouden moeten draagen,
„ en dat men 't werk van de herftelling des
„ dyks, met de Stigtfche Waardsluiden, en
„ des noods ook met de Heeren Staaten van
„ Utrecht, overleggen zou." Burgemees-
teren van Amfterdam werden verzogt, de
befchaaving van 't werk op zig te neemen;
de noodige penningen , ter fomme van hon-
derdduizend guldens toe , tegen drie ten
honderd in 't jaar, te verfchieten , en van
alles verflag te doen aan de Vergadering
der Staaten (c). De Regeering der Stad nam
aan, te zullen voldoen aan het verzoek van
haare Edele Groot - Mogendheden, en ver-
koor zes Raaden, om voor de dykaadje te
zorgen (d). Ook leedt het niet lang, of de
Muiderdyk werdt herfteld. De Stad hadt,
tot deeze herftelling, een honderd vyftien-
duizend vierhonderd vierenzeftig guldens
en veertien ftuivers gefchooten , welken
men, eerlang, befloot , in vyftien jaaren
tyds, door de dertienhonderd morgen, die
onder deeze dykaadje behoorden, te doen
afleggen (e).
De grond van de Diemer- of Watergrafts- De $$*
meer bleef, na de jongfte droogmaaking, bewil''^
zomoeraffig, dat men zwaare koften doenin ?
moeft, om den zelven te verbeteren. Dyk- 0£tI°
graaf en Heemraaden, zig met deeze kos- Dykgraaf
ten bezwaard vindende, verzogten, in de enBe£ta'
Lente des jaars 1715,1er Vergaderinge van raadj"
Holland, Oftroi , om eene redelyke Gabelle ^"iner-
te mogen heffen van alle wagens, paarden meer tot
en offen of koeijen, in of door deMeer trek- hetbef-
kende, mids de ingelanden en opgezetenen fen ™qv
van dezelve bevryd bleeven. Hun Verzoek- beule.
fchrift j^!^
(c)   Groot-Plakaatb. y. Deel, hl. i«y+.
(d)  Refol. Vroedfch. L'. EE. j July 1714./. »71«
(e)  Refol. Vroedfch. L'. GG. 3 Sept. i-jio, f. s°>
De Landen in de Bovenkerker - Polder
1713-
Ont-
gron-
ding, be-
zuiden
Amfter-
veen,
verboo-
deu.
onder Amfterveen meeft allen, federt
eenige jaaren, ingefteken en verturfd zyn-
de, was men nu ook begonnen, de Landen
in de Buitendykfche Polder bezuiden Am-
fterveen in te fteeken: 't welk, voortgang
hebbende, zeer nadeelig ftondt te zyn voor
het gemelde dorp, dat, met een harden
zuidweften wind, veel te lyden zou hebben
van den flag van 't water. De ingezetenen
van Amfterveen vertoonden dit gevaar aan
de Ambagtsheeren,de Burgemeefteren van
Amfterdam, die, op den vierden April ,
bevalen „ dat geen Land in de Buitendyk-
„ fche Polder, agter de huizen van Am-
„ fterveen gelegen, zou mogen worden ver-
„ turfd." Ook deedt zy, om hun bevel te
beter te doen verftaan, op zekere plaats be-
zuiden het dorp, een' paal ftellen, binnen wel-
ken , geen land ontgrond of verturfd worden
mögt (ö): gelyk ook, meen ik, federt, zeld-
zaam gefchied is.
De Stad
De dyk beooften Muiden, die, dikwils,
neemt de door zwaaren ftorm en hoogen vloed, be-
zorg fchadigd geworden was, leedt, in 't begin
herftel-6 van Maart des jaars 1714, wederom zo
ling van veel van diergelyke rampen , dat de Stad
den dyk Amfterdam, welke veel belang hadt by de
beooften behoudenis van deezen dyk , niet alleen ;
opUziI? maar ook de Leden van Holland in 't ge-
ten lafte meen verftonden, dat men, zonder uitftel,
van 't aan 't herftellen van den zelven arbeiden
gemeene moeft. Men leide in beraad, om den dyk,
1714.
zo wel beooften als bewerten Muiden, tot
eenen gemeenen Dyk te maaken (£): en de
Staaten beflooten hiertoe, op den dertigften
Juny, betrekkende ook den dyk tuflchen
Muiderberg en Naarden tot de gemeene
dykaadje. Voorts, ftelden zy vaft „ dat
(*) Handv. il. 324.
(i) RefoJ. Vroedfch. Z'. EE. 25 May 171+. ĥ z6i*
-ocr page 799-
GESCHIEDENISSE Ni
XXIII. Boek.
731
1715. fchrift kwam, onder ander en, naar gewoon-
te , in handen der Regeeringe van Amfter-
dam (ƒ), die verftondt, dat men in debe-
. geerde Gabelle zou können bewilligen, on-
der de volgende voorwaarden: „ 1. Dat de
„ Outewaaler-weg, op eene bekwaame
j, breedte,en met een voetpad daarnevens,
„ ten genoegen van Burgemeefteren, door
„ Dykgraaf en Heemraaden, zou moeten
j, onderhouden worden. 2. Dat voetgan-
„ gers en allerlei vee, uitgenomen paar-
9, den, offen en koeijen, van de Gabelle
„ zouden vry zyn. 3. Dat Burgemeefteren
s, de Gabelle, ten allen tyde, zouden mo-
„ genafkoopen, mids voldoende't gene,
„ tot het maaken van den Outewaaler-weg,
„ verftrekt was; en mids dat Dykgraaf
3, en Heemraaden , ook dan , bleeven by
j, hun oud regt, om de Meer te fluiten, of
„ open te laaten. Doch zo lang de Gabelle
„ geheeven werdt, moeft de Meer open
„ blyven, zonder dat 'er egter driften van
j, fchaapen of verkens mogten doorgedree-
„ ven worden, dan met bewilliging van
„ Dykgraave en Heemraaden ; en geene
„ HefTenkarren altoos (g)." Ook is het
O&roi, federt, op deezen voet verleend ,
betaalende een rytuig met vier wielen twee
ftuivers; een rytuig met twee wielen een
Huiver; een man te paard een halven ftui-
ver, en een paard aan de hand, os of koe
twee duiten. Doch de ingelanden en opge-
zetenen zyn vry.
VerWvf Peter de l-' Czaar van Muskovie, die
vanPeterzig* ge]Yk WY in 'c voorgaande Boek (h),
den I., verhaald hebben,op 't einde dervoorgaan-
Czaar de eeuvve, eenen geruimen tyd, hier ter Ste-
vanMus^ ^ opgehouden hadt; deedt, in 't jaar 1716,
Amfter- van zyne Gemaalinne verzeld,eene tweede
dam. reis herwaards. Hy kwam, vooraf, en eerft,
ij 16. over Utrecht, te Amfterdam, daar hy, den
zeventienden December, des avonds,voor
't huis van den Muskovifchen handelaar
Chrifloffel Brantz, op de Keizersgraft over
den Schouwburg, uktradt en vernagtte.
Doch den volgenden dag, nam hy zynen
intrek in 't huis van den Muskovifchen Hee-
re Soloffihoff, op de Heerengraft, by de
Vyzelftraat. De Staaten van Holland had-
den den Graaf van Albemarie uit de Rid-
derfchap, en eenige Heeren uit de Steden,
onder anderen, den Heer en Mr Gerrit Hooft,
Burgemeefter van Amfterdam , benoemd,
om den Ruffifchen Vorft, geduurende zyn
verblyf in de Provincie, te verzeilen, en
eere aan te doen. De Wethouderfchapont-
haalde hem, den eenentwintigften Decem-
(ƒ) Refol. Vroedfch. /-'. FF. z Maart i7ij. ƒ. i7.
lg) Refol. Vroedfch. L'. ff. n Maart 171J. ƒ. 38.
(i) BUdz.. 711.
ber, op eene nanoensververfching,in den 1716*.
Schouwburg. Voorts, werdt hem het merk-
waardigfte,hier ter Stede, vertoond.Doch, 171?.
in de volgende maand, overviel hem hier
eene ziekte, van welke hy egter fpoediglyk
herftelde. Vroeg in 't voorjaar, kwam zy- Zyne Ge-
ne Gemaalin herwaards, die hem, eerlang, maalin.
verzelde naar den Haage: doch op den een-!Mmt»
entwintigften April, in deeze Stad, te ruglyk* hier
kwam, daar men haar op't Y vermaakte, ter Stede,
met een fpiegelgevegt, tuffchen twee Es-
quaders Jagten en mindere vaartuigen, van
welken het eene door den Schout by Nagt,
Matthias Boudaan, en het andere, door den
Kapitein#e«n£ Gr ave, gebood en werdt. Tus-
fchen Nieuwendam en Schellingwoude, vlak
voor de Admiraliteits- en Ooftindifche Wer-
ven , raakten de Esquaders hevigft aan ei-
kanderen, in 't gezigt der Czaarinne, die
zig bevondt aan boord van een der groot-
fte Jagten, voerende eene Ruffifche vlag-
ge: doch tegen den avond , voegden de
Esquaders zig byeen, en geleidden het Jagt
der Czaarinne naar de Stad. De Czaar,
midlerwyl eene reis naar Frankryk en naar
't Spa gedaan hebbende, keerde,in Augus-
tus , hier ter Stede te rug. En toen werdt,
op zyn verzoek, een nieuw Spiegelgevegt
gehouden, in den mond der Zuiderzee. De
Prinfeffe Weduwe van Jan Willem Friß,
Prinfe van Oranje en Naifau , vereerde
de Stad toen ook met haare tegenwoordig-
heid, en nam deel aan deeze vertooning.
De Czaar en Czaarin vertoefden tot den Zy kee-
tweeden September in Amfterdam, en ver- ren naar
trokken toen , onder 't bsbranden van 'thunRyk*
gefchut van de wallen, naarBerlyn: van
waar zy, eerlang, naar Petersburg te rug
keerden. De Czaar hadt den Heer Brancz
hier tot den Ridderftand verheeven, en tot
zynen Refident en Hofraad aangefteld. De
Heer Joan van der Burgh was zyn Agent en
Commercie - Raad geworden , en de Heer
Soloffihoffmet hem naar Petersburg gekeerd.
Men hadt, hier te Lande, byzonderlyk te
Amfterdam, hoop gefchept, om een Ver-
drag van Koophandel te zullen können flui-
ten met den Czaar, waarvan reeds een Ont-
werp gemaakt was. De Stad beloofde zig
veel voordeels, uit zulk een Verdrag. Doch
de Czaar, die zeer gefteld was , om den
Koophandel in zyn Ryk, met de fchepen
zyner eigene onderdaanen , te doen dry-
ven was niet te beweegen tot fluiten (1).
Op het timmeren en rooijen in de Stad Keur op
„„an      T7CH1 rWlrïe TTOV^noi/^^n' K 0.1« ——          hof- t
tim-
waren, van ouds, verfcheiden' Keuren ge-het
maakt en vernieuwd. Doch men bevondt,Sen
om-
f») LAMBERTI Memoir. Tom. IX. p, 6lp -60, Tom.
X. /. I<H, 11«, ng, Vadeil. Hift. xvili. b^i, il, ut.
I
-ocr page 800-
AMSTERDAMS
II. Deel.
73^
tot het maaken eener nieuwe Wet, ter be- 1717»
kortinge der Regtspleegingen, in diergely- hier ter
ke gelegenheden. De misdaadige, zynde Ste<j.e,
het hoofd van eene gantfche bende ftraat- f^s
fchenders, huisbreekers en moordenaars, Staaten
was, in 't begin des jaars 1716, gevat, en gelegen-
vervolgens te regt gefield. De Hoofdoffi- heki [0t
cier hadt menigvuldige geregtelyke befchul- £|£ ™f
digingen ten zynen lafte in handen, zelfs ner nieu«
van zyne makkers, die hem bezwaard, en we Wet:
'er den dood op geleeden hadden. Doch
hy ontkende alles, wat hem den hals zou
hebben können koften. Men bragt hem aan
depaleije, die hy doorllondt, zonder te
bekennen. Hy werdt dan in het Rasphuis
gezet: doch vondt middel , om, op den
derden September des gemelden jaars, te
ontfnappen. Maar 't leedt maar weinige
uuren, of hy werdt, pas buiten de Leidfche
Poort, in eene herberg op den Overtoom-
fchen weg , andermaal, gevat door den
Onderfchout, Joan Voetknegt. Men ont-
ving hem, vervolgens, in een gewoonlyk
Proces ,'t welk tot in 't begin des volgenden
jaars duurde. Toen werdt hy veroordeeld ,
om leevende geradbraakt te worden. Doch
hy hadt de ftoutheid van zig, van het von-
nis van Schepenen, op het Hof van Hol-
land te beroepen. Men voerde hem dan
naar den Haage, daar hy , op de Voor-
pootte , werdt vaftgezet. Het Hof beves-
tigde , eerlang , het vonnis van Schepenen.
Doch de booswigt beriep zig andermaal op
den Hoogen Raade. 't Liep tot den twee- 1718.
entwintigften July des jaars 1718 aan, eer
dit hoog Geregtshof verklaarde, dat hy, by
de twee voorgaande vonniffen, niet be-
zwaard was. Men bragt hem, vervolgens,
te rug naar deeze Stad, alwaar het beftem-
de vonnis, op den zesden Auguftus, aan
hem werdt uitgevoerd.
's Lands Staaten, bevroedende, hoe zeer waarby
de byzondere Schepensbanken, en de hoo- bet op-
ge Geregtshoven zelven konden opgehou- Vslkeren
den worden, door het appelleeren vanopen ?p de
baare misdaadigen , die , hardvogtig ge- Geregts-
noeg geweeft zynde, om de paleije door hoven,
te ftaan, in een gewoonlyk Proces, ontvan- aan°-
gen waren ; hadden , rnidlerwyl, op den B0os?are
zeventienden Juny te vooren, reeds voorwigten
eene altoosduurende Wet vaftgefteld „ dat verboo*
„ geene dieven, landloopers en ftraatfchen- der»
,, ders, die, over gepleegde dieveryen ofwordt-
„ geweldenaaryen, eens in 't openbaar ge-
„ ftraft geweeft, en naderhand, over dier-
„ gelyke misdaaden, andermaal, terftraf-
„ ie veroordeeld waren, zig op eene hoo-
„ ger Regtbank zouden mogen beroepen,
„ al ware 't fchoon, dat zy, niet op be-
„ kentenis, maar op bewyzen en getuige-
„ nis-
omtrent deezen tyd, dat eenigen derzelven
niet werden naargekomen naar behooren.
Myne Heeren van den Geregte fielden,
hierom, by eene Keure van den elfden Maart
deezes jaars , verfcheiden' heilzaame or-
dres op het maaken van heiningmuuren ,
fchuttingen, floepen, hekken en pothuizen:
ook tegen 't gebruiken van Stads grond tot
dorpels, holten of fchuinten: op het Hel-
len van Ketels, Pannen, Ovens van Brou-
wers, Zeepzieders , Suikerbakkers , Ver-
wers en diergelyken: en op het maaken der
Kagchels van Zydeverwers , Gouddraad-
trekkers, Suikerbakkers en anderen, die
op zolders werden geplaatft (k): alles tot
voorkominge van brand, die anderszins, by
zulken, die meer dan gemeen flerk vuur
gebruiken, ligtelyk, ontllaan kan.
De aanhoudende flormwinden, die, in
't najaar, en byzonderlyk in de maand De-
cember, waaiden, hadden het zeewater zo
hoog, tegen de kullen van Holland en van
de nabuurige Provinciën, opgejaagd , dat
men, alomme, en ook hier ter Stede, voor
eene doorbraak der Zeedyken bekommerd
werdt. Op den vyfentwintigilen en zesen-
twintigften, liep de Waterkeering langs de
de oude Teertuinen en by't Kamper hoofd,
en de Haarlemmerdyk, binnen de Haar-
lemmer-Poort, gevaar van door te bree-
ken. Doch de goede voorzorg van Bur-
gemeefteren , die zig , in perfoon, der-
waards begaven, voorkwam dit gevaar. De
dykaadjen werden behouden, fchoon, door
den hoogen watervloed, de Eilanden, ten
ooflen en ten wellen van de Stad, t'eene-
maal, overftroomd werden. Het overloo-
pen van den Slaaperdyk tuffchen Spaarne-
dam en de Zandpoortdeedt het water, voor
en inde Stad,eenigszins, zakken. Defcha-
de was niet groot, in Amfterdam. Doch
het doorbreeken van den Affendelverdyk
op zes plaatfen, en het bezwyken van den
S. Aagtendyk, by de Beverwyk, zette het
gantfche Noorderkwartier, behalve het
Schermer-Eiland en de groote droogge-
maakte Meeren, tot aan Avenhorn toe,on-
der water. Aan andere oorden in Holland,
werdt ook vry wat geleeden. Doch de
meefte fchade aan menfchen en vee viel,
in Friesland, en vooral in Groningerland;
gelyk, by anderen , uitvoeriglyk , is aan-
getekend.
De regtspleeging, die, omtrent deezen
tyd, hier ter Stede, gehouden was, over
eenen berugten booswigt, genaamd Jacob
Fredrik Muller
, anders Jaco, gaf 's Lands
Staaten, in 't volgende jaar , aanleiding,
(O Handv. tl. 986.
1717.
van
Stook-
plaatfen.
Hooge
Water-
vloed op
Kerfttyd.
Regts-
pleeging
over ee-
nen be-
rugten
booswigt
-
-ocr page 801-
GESCHIEDENISSEN.
XXIII. Boek.
7 23
1718. „ niflen, en zelfs in een ordinaris Proces,
„ gevonnift waren" En deeze wet heeft,
onder anderen, federt, niet weinig mede-
gewerkt , om de boozen, die, te vooren,
meer kans zagen om de verdiende ftraf te
verwylen, af te fchrikken van het kwaade.
gaderde meer dan eens. Doch ten laatften 1720«
kwamen de wederzydfche Afgevaardigden,
op den vyfden Juny des jaars 1720 , te
Weesp, overeen ,, dat de meeting des jaars Over-
„ 17il', door de Staaten van Holland en een-
,, van Utrecht, zou worden goedgekeurd;komft
„ dat alle dykpligtigen zig naar dezelve deswege.
„ zouden moeten fchikken; dat de tegen-
„ kantingen daartegen en alle gedingen, in
„ de eene of de andere Provincie aangevan»
„ gen, zouden ophouden; dat het Hoog-
„ heemraadfchap, door de Staaten van
„ beide de Provinciën , hehoorlyk , zou
„ worden geo&rojeerd ; dat dit alles zou
„ ftand houden, tot dat de Staaten ter we-
„ derzyde het anders zouden verftaan, bui-
j, ten benadeeling nogtans van het regt van
„ uitboezeming, der Waardfchappye van
,, den Diemerdyk toekomende , over de
„ landen onder den dykpligtigen ring, te
„ weeten, die van Outersdorp, Buitenkerk
,, en Overdiemen , allen onder den Ban van
„ Diemen; de Landen benoorden deGaasp
„ en Smalweesp, en dus tuflchen de Wees-
„ per vaart en denZeedyk,tot aan de Stad
„ Weesp toe, en van Weesp langs de Vegt
„ tot aanMuiden, ofliever,"gelyk het na-
derhand verklaard werdt „ ook langs de
,, weftzyde van de Vegt, door Muiden,
„ tot aan den hoogen Zeedyk toe; allen in
„ Holland gelegen, behoudends de verde-
,, dedigingder belanghebbenden hiertegen;
„ die nogtans , volgens eene nadere ver-
„ klaaring, alleenlyk betrekkelyk zou mo-
„ gen zyn, tot de wyze van oefenen van
,, het regt van uitboezeming, niet tot hec
„ regt zelf: zullende, onder het regt dee-
„ zer uitboezeminge, niet zyn begreepen
„ zull?e landen ,die, buiten den ring, in de
„ eene of de andere Provincie, gelegen, wel
„ niet dykpligtig waren, doch egter tot de
,, dykslaften betaalen moeiten." Met deeze
overeenkomfr., werden alle voorgaande ge-
fchillen vereffend gerekend. Zy werdt, den
zevenentwintigften Juny, door de Staaten
van Holland, bekragtigd (/): en in Oao-
ber en November, door beiderlei Staaten,
nader verklaard; waarna de overeenkomfr.
en verklaaring , insgelyks door beiderlei
Staaten, nader goedgekeurd en beveiligd,
en Dykgraaf en Heemraaden , met een ge-
paft Oclroi van de eene en de andere Pro-
vincie , voorzien werden (tri). In gevolge van
deeze Ocbrojen, houdt men zig nog aan de
meeting des jaars 17 n, die, in't jaar 1741,
op
f/) Groot-Plakaatb. V. Biel, il. t9.
(m)
Handv. il. j7i, 37». 373,174- 37*. Groot-Plakaatfr.
V. Deel, hl. as.
Ccccc
Scigting
van een
Oude-
mannen-
huis der
Diaco-
nie.
De Nederduitfche Gereformeerde Dia-
conie, eene aanzienlyke erfenis bekomen
hebbende, die haar, door wylen Jan .van
Aken,
nagelaaten was, befloot, in deezen
jaare 1718, haar Oude-Vrouwen-Hais te
vergrooten met een gebouw, voor honderd
oude mannen, welk geitigt werdt, onder
de Ziekenkamer der oude Vrouwen , die
Amftel-
Jagtha-
ven aan-
gelegd.
ook merkelyk werdt uitgezet. Aan den voet
van de Amftelbrug ten weften, werdt, in
dit zelfde jaar, ook eene Jagthaven aange-
legd , alwaar een bekwaam aantal van boei-
jers , jagten en fpeelfchuiten geplaatft kön-
nen worden.
Gefchil
over het
onder-
houd van
den Die-
merdyk.
De Diemerdyk was, laatftelyk in 't jaar
1711, van den draaiboom buiten Amfter-
dam af, tot aan' de Kykuit poort der Stad
Muiden, gemeeten, en verdeeld in zekere
Bonnen of perken, volgens welke verdeeling,
de dykpligtige Landen,met het onderhoud
van zekere roeden of voeten dyks, waren
aangeflaagen. Amfterdam bekoiligde, vol-
gens voorige overeenkomften, zeshonderd
en tagtig roeden, twee voet en zes duim
dyks, loopende van den draaiboom af, tot
aan de Traankookerye of herberg Zeeburg
toe, behalve dat de Stad nog ruim twee
roeden dyks onderhieldt, die verder gele-
gen waren. De gemeene Waardfchappy,
beflaande uit Muiden en Weesp , Wees-
perkarfpel, Loosdrecht, Loenen en Breu-
kelen, Kortehoef, Abkoude , Nigtevegt,
en Diemen met Overdiemen, ten deele on-
der Holland, ten deele onder 't Stigt be-
hoorende, moeft, volgens deezen aanflag,
omtrent dertien honderd roeden dyks be-
koftigen. Het overige gedeelte van den dyk,
die in 't geheel op drieduizend tweehonderd
agtenzeftig roeden, vyf voet en zesendertig
duim gemeeten was, moeft, door byzon-
dere Steden, Dorpen, Genootfchappen of
Perfoonen, onderhouden worden. Onder dee-
zen waren 'er, die, niet te vrede met hun-
nen aanflag, het Hoogheemraadfchap,des-
wege, in regte betrokken hadden, voor den
Hove van Holland; daar't geding, eenige
iaaren, onafgedaan hing. Doch in Junydes
1719- jaars 1719» werden de Penfionariflen van
Haarlem, Leiden en Hoorn, door de Staa-
ten van Holland, gemagtigd, om met Ge-
magtigden der Staaten 's Lands van Utrecht
in minzaame onderhandeling te treeden tot
afdoening van :t gereezen gefchil. Men ver-
I. STUK.
-ocr page 802-
I
II. Deel*
AMSTERDAMS
734
fpotting der Actiehandelaar en , fommigen 172&
van welken aangevallen, en van paruiken
en hoeden beroofd werden , rotte, laat in
den avond, byeen voor dit KofFyhuis;wierp
'er de glazen uit; liep de deur open , en
zou, zekerlyk, nog meer moedwil bedree-
ven hebben, zo deOnderfchouten, Geregts-
dienaars en Nagtwagts den woeften hoop
niet hadden doen verftuiven: 't welk egter
niet gelukte, zonder dat 'er, vooraf, fter-
ke wederftaad gebooden ware. Tegen dee-
ze baldaadigheid , kwam, den volgenden
dag, eene ernftige Waarfchuwing uit, waar-
by zeshonderd guldens beloofd werden aan
zulken, die de eerfte aanvallers ontdekten,
met belofte, dat men ftrafvryheid voor hun
zou tragten te verwerven, zo zy medeplig-
tigen mogten geweeft zyn (0). Sedert,
werdt 'er geen nieuwe moedwil gepleegd,
ter deezer gelegenheid. De windhandel in
Actiën nam ook een einde, tot onherftel-
baare fchade van veelen ■, die met zwaar
verlies hadden moeten verkoopen, of mee
Papieren, die niets waardig waren, zitten
bleeven.
Het woeden van de Peft te Marfeille gaf zorg te-
gelegenheid, dat, hier te Lande, en ook gen 't
in deeze Stad, de vereifchte zorg gedraa- inkomen
gen werdt, tegen het inkomen van goede- ^"tte*
ren, die in of aan befmette Plaatfen gelaa- goede-
den waren (p). In 't begin van November, ren.
werden vyftig man uit de bezetting deezer
Stede gezonden naar het Eiland ter Schel-
ling, om tegen het inbrengen van goede-
ren, die geoordeeld werden der befmettin-
ge onderworpen te zyn, te waaken.
Op den tienden December, werdt, hier Keur te-
ter Stede, eene Keur beraamd , tegen 't gen 't
moedwillig fügten van brand. Men hadt, m"edwil'
naamlyk, bevonden, dat, op verfcheiden' \f ^
tyden, in November en December , koo- brand.
len, turf, hout, zwavelftokken en andere
brandftoffen gelegd waren in de ronde gaten,
die, tot het uit- en inloopen der Katten, in de
buitendeuren der Pakhuizen, op de Brou-
wersgraft, in 't Kattegat en elders, gemaakt
waren; en dat 'er, op verfcheiden' plaat-
fen, reeds brand ontftaan was , eer men
de deuren open krygen kon. 't Geregt be-
loofde, derhalve, tweeduizend guldens aan
hem, die eenen Brandftigter aanbragt,zig,
gelyk meermaalen gefchied was, wederom
verbindende tot het bevorderen eener Acte
van ftrafvryheid, zo de aanbrenger eenme-
depligtige zyn mögt (5).
De
op laft van Dykgraave en Hoog-Heemraa-
den, herdrukt is (n).
De windhandel in A&ien , in Frankryk
begonnen en van daar naar Engeland over-
gewaaid, werdt, van den aanvang deezes
jaars af, ook fterk gedreeven hier te Lan-
de , byzonderlyk te Amfterdam, daar men,
al vroeg, de opregting eener Maatfchap-
pye van Koophandel voorfloeg , diergely-
ken, federt, in zeer veele Steden, zelfs in de
kleinften en ongelegenften , werden opge-
regt. Doch Burgemeefteren weezen, hier,
't ontwerp deezer nieuwigheid, wyflelyk,
van de hand. Ook verboodt het Geregt,
eerlang, allen Makelaaren zig met deezen
windhandel te moeijen. Doch de zugt tot
winft wies aan tegen 't verbod. Elk, zelfs
geringe handwerksluiden ftaken zig in den
A&iehandel, die, in 't eerft, met weinig
geld, kon gedreeven worden, en fomtyds
grove winften gaf. De gewoonlyke beurs-
tyd duurde niet lang genoeg, om deezen
handel volkomenlyk te dryven. Men ver-
gaderde, des ogtends en des avonds, in
fommige KofFyhuizen, en zelfs tot diep in
den nagt, op den Dam, daar, onder een
luid gefchreeuw , geveild , gebooden, ge-
kogt en verkogt werdt. De Jooden, niet
van de minfte yveraars in dit werk, trok-
ken, midden in den nagt, aan groote hoo-
pen, met veel gedruifch, naar hunne buurt
te rug. Doch toen, tegen den nazomer,
de daaling der A£lien in Engeland, ook in
Holland, en vooral hier ter Stede , eene
geweldige daaling veroorzaakte , werden
de Actiehandel en AÊtiehandelaars het
voorwerp der algemeene befchimpinge. 't
Regende , dagelyks , Pasquillen en Spot-
prenten, waarin 't een en 't ander fcham-
perlyk werdt afgemaaid. Men voerde hier
twee fchouwfpelen ten tooneele, gedigt door
Pieter Langendyk : het ééne Quincampoix
of de Windhandelaars, het andere Arlequyn
ABioniß
genaamd, en regelregt ftrekken-
de tot befchimpinge van den Actiehandel,
en van zulken, die 'er hunne welvaart aan
hadden opgeofferd. De naam van Quin-
campoix
was die van eene ftraat te Parys,
waar deeze handel meeft gedreeven werdt;
en werdt, ten deezen tyde , ook hier ter
Stede , gegeven aan een KofFyhuis in de
Kalverftraat aan de weftzyde by den Dam,
daar de meefte A&ioniften byeen kwamen,
't Gemeen, misnoegd over den Actiehandel,
die den meeften wezenlyken Koophandel
deedt ftilftaan, op den vyfden O&ober een
ftroopop draagende naar den Dam, tot be-
(«} Zie dezelve in de Handv. tl. 377-414.
1720.
A&ie-
handel
hier ter
Stede.
Moedwil
aan een
Koffy-
huis,
daar dee-
ze han-
del fterk
gedree-
ven
werdt.
f») Keutb. S. f. 129.
(f) Zie Vaderl. Hift. XVII. De,l. il.
{l) Keuib. S. ƒ. 131.
Ï3Ï.
-ocr page 803-
GESCHIEDENISSEN.
XXIII. Boek.
735
teloos. in Utrecht en Överyffel, wifl men 1722.
reeds, dat het werk op den Landdag zo
goed als afgedaan was. De Prins van O-
ranje werdt, den tweeden November, ver-
kooren tot Stadhouder van Gelderland. De
vier Provinciën, Holland , Zeeland , U-
trecht en Överyffel, namen, federt, een be-
fluit, om zig, by de tegenwoordige Regee-
ring zonder Stadhouder , te handhaaven:
waartoe Amflerdam, in gevolge van ver-
fcheiden' Refolutien van Burgemeeftéren en
Raaden (j),ter Dagvaart van Holland, ge-
reedelyk, zyne flem gegeven hadt.
De Tooren der Oude Kerke, welksVerandé-
grondflagen, federt eenigen tyd, meer of ringen
min , begonden te zakken, werdt, in 't vol- aan de
gende jaar 1723, wederom herfleld. Ook °.ude ea
werdt de Kamer der Broederen Diakenen JJ^J.
1721.      De Vrede tiuTchen Rusland en Zweeden,
Vuur- die op den dertigften Auguftus, Ouden flyl,
htaHier i° ^ Jaar "721» geflooten werdt, gaf den
Stede, Ruffifchen Refident, Chrißoffelvan Brantz,
afgefto- gelegenheid tot het houden van een Vreug-
ken, ter defeeft hier ter Stede, op de Klöveniers-
Se!^n- Doele, welk twee dagen duurde. Hyhadt,
Vreds onder anderen , in den burgwal voor de
tuflTchen Doele, een pragtig vuurwerk doen opreg-
Rusland ten) den. gefiooten Tempel van Janus ver-
en Zwee- beeldende, Qp den top, flondt een ver-
gulde dubbele Arend, 't Gebouw was zes-
tig voeten hoog; in vier verdiepingen on-
derfeheiden, enrondsom met Latynfcheop-
fchriften en zinnebeelden verfierd. De on-
derfle verdieping werdt, na 't vallen van
den avond van den negenden December,
met een groot getal van lampen, van bin-
nen, verlicht. Ten half negen uuren, be-
gonnen de vuurwerken te fpeelen, 't welk
twee uuren duurde. De maakyd werdt,
naderhand, in de Doele gehouden, en des
anderendaags hervat, wanneer 'er wederom
eenige vuurwerken afgefteken werden.
De Prins Willem Kar el Henrik Friß, Prins van O-
van O- ranje en NaiTau en Erfüadhouder vanFries-
ranJl land, reeds voor eenige jaaren, tot Stad-
^e°rkoo- houder van Groningen verkooren zynde,
ren tot werdt, in't jaar 1722, fchoon naauwlyks
Stadhou- elf jaaren bereikende, tot Stadhouder van
der van >t Landfchap Drente aangefleld. En federt
knd.er" arbeidde men, onder de hand, en zeer het
1722.  melyk, om hem ook de Stadhouderlyke
waardigheid van Gelderland te doen op-
draagen. 't Werk werdt, eindelyk , zo
verre in banden gelegd, eer 'er iet van uit-
lekte, dat men 'er, openlyk, op de Land-
fchaps-Vergadering, die in October zou ge-
houden worden , van flondt te handelen,
toen 'er de Staaten der vier Provinciën, die,
federt de dood van Koning Willem, geenen
Stadhouder gehad hadden, de eerfle kennis
van kreegen. Op den tienden Oftober,
werdt 'er 't eerfl over gehandeld , in de
Vroedfchap van Amsterdam. Men befloot
aldaar zyn beft te doen, om de verkiezing
van den Prinfe van Oranje tot Stadhouder
van Gelderland, ware 't mogelyk,te voor-
komen O). De Staaten van Holland von-
den, eerlang, geraaden, eene bezending te
doen naar Zeeland, Utrecht en Overylfel,
om deeze drie Provinciën, tot het neemen
van maatregels, ten deezen zelfden einde,
te beweegen. Onder de Afgevaardigden
naar Utrecht enOveryiTel,wasook de Heer
Willem Buys, Penfionaris der Stad Amfler-
dam. Doch de bezendingen waren vrug-
(r) Refol Vioedfch. L*. Gd 10, 14 oBoh 1721./.
19*> is*.
in de Nieuwe Kerke vernieuwd
't Getal
1723.
der Predikanten in de Nederduitfche Gere-
formeerde Gemeente werdt ook, in 't zelf-
de jaar, met twee, vermeerderd.
Èen Amflerdamfch Koopvaardyfchip, Dapper-
Koning van Spanje genaamd , en gevoerd heid en
door Pieter Valk, raakte, den vierden Ju-beIeid
riy, op de hoogte van Gibraltar, flaags met ^n Ac^.
twee Algierfche Kaapers. 't Gevegt hadt fterdam-
omtrent een uur geduurd, toen het dood ich en
flil werdt. De Kaapers kwamen toen het KooP-
Koopvaardyfchip opzyde, en een derzelven k^fér
klampte het aan boord. De Kaapef hadt reeds
vyf en veertig man op 't Koopvaardyfchip
overgezet, toen hy, door hevig fchieten,
genoodzaakt werdt, af te houden , en te
krengen. De ändere Kaaper enterde toen
het Koopvaardyfchip, tot tweemaalen toe;
doch werdt telkens afgeflaagen, en deins-
de, eindelyk, zo verre af, dat hy 't Koop-
vaardyfchip, met geen agt ponds kogel,
befchieten kon. Ongelukkiglyk, ontdekte
men toen brand in 't Koopvaardyfchip. De
floep werdt, terflond, uitgezet, om dege-
zonde manfchap, maar dertien in getal, te
bergen. En zy was flegts twee fcheepsleng-
ten van'tfchip af, toen het in de lugt vloog.
De Kaapers zonden drie Barkaffen af op de -
floep, die 't gevaar, gelukkiglyk, ontkwam,
en zig in de haven vanMarbellabergde(0.
De moed en 't beleid van den Amflerdam-
fchen Schipper werdt, hooglyk, geroemd
by zyne Reeders, en by allen, die 'er ken-
nis van gekreegen hadden;
Het flraatfchenden, de dieveryen en de Këüré'ri
huisbraaken hadden , hier ter Stede , zo tegen
fterk in zwang gegaan, dat het Geregt,£raat;,.
reeds by eene Keure van den cwintigften ryen en
NoJieve-
(s) Refol. Vioedfch. Lt. GG. \6 oSob. tVo*. 2 r>«.ryen<
ijiz. f- 19« , 204, zo6. Muniin. - Reeift. N. Zo. f. 48».
(t) Zie Europ. Meic. JulyDeccmb, 1725, n; 33,
Ceece %
-ocr page 804-
736                Ä MS TER D A M S              II. Deel.
1723.  November des jaars 1721, honderd guldens
beloofd hebbende aan elk, die eenenftraat-
fchender aanbragt (u), op den tweeden der
1724.  ze^de maand, in 't jaar 1724, beval „ dat
„ elk, wien iet op 's Heeren ftraatenafge-
„ dwongen was, of dien men 't zyne, door
„ 't opbreeken van huizen, pakhuizen, fche-
„ pen of fchuiten, ontroofd hadt, zulks, ter-
„ ftond, en ten langden op den volgenden
„ dag, zou moeten aanbrengen aan myne
„ Heeren van den Geregte, die den Cipier
„ van de Boeijen gemagtigd hadden, om
„ daarvan naauwkeurige aantekening te hou-
„ den (ü)." Doch na dien tyd, werden,
hier ter Stede, veel minder moedwillighe-
den gepleegd, dan te vooren.
Geweldi- Een hevige ftorm, die op den vierden
geftorm-.December ontftak, deedt geweldig veel
wind. fchade aan de fchepen, die in 't Y voor de
Stad lagen. Tuffchen drie en vyf uuren
na den middag, woedde de wind hier op't
felft, fchoon dezelve, met geduurige ver-
heffingen, tot agt of negen uuren aanhieldt.
Verfcheiden' fchepen werden zo vreeffelyk
geflingerd van den wind, dat zy, de zoge-
naamde Dukd'ahen, zynde boffen van zwaar
paalwerk, met yzeren bonten aan een ge-
klonken, waaraan zy vaft lagen , uit den
grond rukkende,van hunne ankers dreeven;
tegen eikanderen ftieten, en wyd en zyd
verftrooid werden. Tuffchen Durgerdam
en Schellingwoude, raakten 'er twee aan
den grond, die eikanderen zo fterk prang-
den, dat de overloopsbalken, uit het zwak-
fte van de twee, gedrongen werden. Een
driemaftfchip , by Nieuwendam vaft ge-
raakt , verloor twee van zyne maften. Vee-
Ie menfchen verdronken in 't Y. Een
Veerfchuit van Purmerland floeg, met
al'tivolk, om by de Nes. In Texel werdfr
ook veel fchade geleeden. Kortom , de
ftorm, die veelen het leeven koftte, trof
ook, ter oorzaake van het verlies, welk aan
Schepen en Koopmanfchappen geleeden
werdt, de Amfterdamfché Beurs zo zeer,
dat zy 'er lang gevoel van hadt. In de
Stad, werden ook veele gevels en fchoor-
fteenen om verre gerukt, en groote {tuk-
ken loods, van de daken van 't Stadhuis en
de Beurs, opgerold en weggevoerd. Het
kruis van den Tooren der Noorder-Kerke
werdt geheel krom geboogen. Doch de fcha-
de aan de huizen en gebouwen was veel min-
der , dan die, in 't Y, aan de fchepen, ge-
leeden werdt.
Gevegt wy hebben, op het voorgaande jaar ,
tuffchen gewag gemaakt van de dapperheid vanden
(a) Handv. hl. 104},
(*) Handv. hl. 1043,
Amfterdamfchen Koopvaardyfchipper Pie- 1724.
ter Valk, in een gevegt tegen twee Algier- , Am.-
fche Kaapers. Doch geene mindere dap-fterijam-
perheid hadt, in deezen jaare, getoond de fchen
Koopvaardyfchipper Albert Schaap , op eene Koop-
reize van deeze Stad naar Smirna. Hyvaa1^.
voerde agtentwintig of dertig ftukken ge Algiery*
fchuts, en werdt, op den agtften Novem-nen.
ber, in de Middellandfche Zee aangetaft,
door twee der voornaamfteAlgierfcheOor-
logsfchepen, die beide zeer fterk bemand
waren, 't Gevegt duurde twee geheele da-
gen, zonder dat Schaap wift van wyken,
of afhouden. De Algierynen werden, ein-
delyk, zo reddeloos gefchooten, dat zy bei-
de genoodzaakt werden , den ftryd te ver-1
laaten. Doch den volgenden dag, liep Schaap
een derde Algierfch Oorlogsfchip op fte-
ven, welk vyftig ftukken op hadt. Terftond,
raakten de twee fchepen aan eikanderen.
Schaap weerde zig zo wakkerlyk, dat de
Algieryn afhieldt.. 's Daags daarna, werdt
het gevegt hervat. Doch Schaap hadt zy-
nen vyand, naauwlyks, de tweede laag ge-
geven , toen de brand ongelukkiglyk in zyn
buskruid floeg, waardoor 't fchip, met al
't volk en den dapperen Schipper zelven,
in de lugt vloog (w).
In't jaar 1725, kwam, hier ter Stede,DeUur>
iemant, die de konft van 't vergulden zoenWeér-
wel verftondt, dat hem't vergulden van de wyrers
Weer- en Uurwyzers en andere uitwendige0'1 felat-
fieraaden van de toorens deezer Stede:ook^en der
dat van de Adelaars op den top der fchoor-toorens
fteenen van het Stadhuis werdt aanbefteed. en Se-
Ook heeft hy 't zo wel uitgevoerd, dat het^°l"Jg™
verguldfel, veele jaaren, in de open lugt, verguld.
ftand gehouden heeft. Zonderling behen- 1725.
dig was hy, in'tmaaken van fteigeringen
rondsomdefpitfender toorens , die hy, met
geringe koften en moeite, vaardiglyk, v/ift
toe te ftellen: 't welk oorzaak was, dat hef
vergulden, fchoon van veel omflag; fpoe-
diger afliep, dan men zou hebben können
verwagten.
Tuffchen den zesden en zevenden Janua- Toeleg
ry deezes jaars 1725, vondt men aan den0"} aan't
trap van 't Comptoir der Convooijen, aan£ri"fen*
't Prinfenhof, eenig vuur, vermoedelyk al- b°and te
daar, met voordagt, gelegd, om brand fertigten,
ftigten. 't Geregt deedt veel moeite, om
den aanlegger deezer boosaartigeondernee-
minge te ontdekken (#). Doch men heeft
'er nimmer können agterkomen.
In't volgende jaar 1726, op den twee-Brand in
den February, onftondt 'er, by ongeluk,'£.Di*Cj'
brand in het Diaconie-oude-Vrouwen-Huis, yre0ll.
die
(w) Zie Burop. Merc. J*n.-Junjl7Z5. il. 94.
(x) Kemb. S. ƒ. I74:
-ocr page 805-
GESCHIEDENISSEN.
XXIII. Boek.
737
1726. die egter, fpoediglyk, geblufcht werdt, en
wen- niet veel fchade veroorzaakt hadt.
Huis.
         piet opregten eener Ooftindifche Maat-
De fchappye te Ooftende , in 't jaar 1722 ,
fivfalA waar u^c de Stad Amfterdam , welker in-
baffadeur gezetenen zo veel deel hadden in de Ne-
Marquis derlandfehe Ooftindifche Maatfchappye ,
van Leimuiden en Vriezekoop, die, weft-
waards van Kudelftaart, digt aan de Haar-
lemmer- of Leidfche-Meer gelegen is. Zy
behoorde weleer aan den Huize van Was-
fenaer van Warmond, en was nu, by erf-
opvolginge, in 't bezit geraakt van Fran-
ciscus Paulus Emilius,
Graave van Oultre-
mont en Warfufé, en Maria Izabella van
Beyer en van Schagen
, Graavinne van War-
fufé , Vrouwe van Schagen, Schagerkogge
enz., die beflooten hadden , zig dezelve,
by verkoop, kwyt te maaken. De Regee-
ring hadt 'er kennis van gekreegen, en be-
diende zig van den Predikant Petrus Elze-
vier
, om 'er over te handelen. Hy kogt
de Ambagtsheerlykheid, kort hierna, voor
rekening van de Stad, vooreene fomme van
drie-enveertigduizend guldens (a). En op
den dertienden Maart des jaars 1728, werdt
'er de Heer en Mr. Lieve Geelvinck, Oud-
Burgemeefter en Raad, van Stads wege,
voor de eerfte reize, mede verlyd (Z>).
In den Zomer en Herfft des jaars 1727,
regeerden in de Nederlanden, in 't byzon-
der in Holland, en met naame te Amfter-
dam, eene foort van heete koortfen, die
van veelen voor befmettelyk gehouden wer-
den. Weinige huisgezinnen waren 'er, welken
geheel geen deel hadden aan deezen alge«
meenen ramp , die , verfcheiden' weeken
agtereen , tufTchen de zeshonderd en ze-
venhonderd menfchen in 't graf fleepte; daar
'er anderszins, by gewoone tyden , in den
Herfft, op zyn hoogft, tweehonderd men-
fchen ter weeke fterven.
Men hadt, ter algemeene Staatsverga-
deringe, en ter Vergaderinge van Holland,
al federt eenige jaaren, gehandeld overeen
bekwaam middel, om de verfchiüen, die,
tufTchen de Provinciën, en tufTchen de Le-
den van Holland onderling, voornaamlyk
over zaaken , waaraan belafting verknogt
was, ontftaan mogten, te vereffenen. De
ontwerpen, hierover gemaakt , waren , in
de Vroedfchappen der Steden van Holland,
en ook in die van Amfterdam, overwoogen
(c). Doch in den Haage, was men, tot
nog toe, tot geen befluit gekomen. Een
nieuw Ontwerp, op het ftuk der Overftem-
minge onder de Leden van Holland, in 't
jaar 1728, door de Steden, zynde overge-
nomen, werdt, hier ter Stede,in July,ge-
field aan eeneCommiffieuitdeVroedfchap,
(ü!),die 'er, na eenige weeken, verflag van.
deedt» welk hierop uitkwam : ,, Dat, in
„ zaa-
(*) Refol. Vtoedfch. L'. HH. n Ntv. 1717. f, Z70-
(i) Hand», bt. 333.
(e) Refol. Vroedfch. L'. GG. 10 0#«J. ï72+> ƒ, 31»*
Munim. - Regift. N. io. f. 812.
(d) Refol. Vioedfch. L'. HH. 9 J»ly 172$. ƒ. .51«.
Ccccc 3
I?27-
den en
Vriezen-
koop.
de St.
Philippe
komt te
Amfter-
dam.
veel nadeels te dugten hadt, hadt, federt,
gelegenheid gegeven tot verfcheiden' on-
derhandelingen tufTchen uitheemfche Mo-
gendheden ; aan de eene zyde, flrekkende,
om de Maatfchappy te Ooftende te doen
ftandhouden; en aan de andere, omze te
doen vernietigen. Uit deeze onderhande-
lingen, waren, in't jaar 1725,de Verdra-
gen van Weenen en Hanover gefprooten,
en men arbeidde fterk, om de Staaten te
doen treeden in het laatfte. Doch het Hof
van Spanje, een der Bondgenooten van het
Weener Verdrag, zogt 'er de Staaten van
af te rnaanen, en zondt den Markgraaf de
S. Philippe
herwaards, om hun zyne bemid-
deling , tufTchen Keizer Karel den VI., van
wien de Maatfchappy te Ooftende Öftroi
verkreegen hadt, en hen , aan te bieden.
De Ambaffadeur zig, ten dien einde,in de
Lente des jaars 1726, eenigen tyd, in den
Haage hebbende opgehouden, begaf zig,
op den agtften Juny, naar Amfterdam,om
de Regeering deezer Stad, tot bewilliging
in zynen voorflag, over te haaien. Doch
hy werdt hier onpaffelyk , en , met veel
moeite, na twee dagen toevens, te rug ge-
voerd naar den Haage, daar hy, den elf-
den , des morgens ten vyf uuren , over-
leedt (y) De Staaten namen, federt, het
Verdrag van Hanover aan: waardoor, na
eenige jaaren verloops, en veele verande-
ringen in den ftaat der zaaken van Europa,
eindelyk, de vernietiging der Ooftendefche
Maatfchappye te wege gebragt werdt.
Heete
koortfen
hier ter
Stede.
Burge-
meefte-
ren en
Raaden
geejven
hunne
toeftem-
ming aan
een Ont-
werp tot
befliffing
der ge-
fchillen
onder de
Leden
van Hol-
land.
1728.
De Stad
koopt de
Ambagts
heerlyk'
heden
Van Ku-
De Staaten van Holland, in 't jaar 1724 *
beflooten hebbende, eenige Domeinen der
Graaflykheid te gelde te maaken; was, on-
der anderen , op den twintigflen Oftober
des gemelden jaars , opgeveild en voor ee-
delftaart, ne fomme van, drieduizend guldens, door de
Stad Amfterdam, gekogt de Ambagtsheer-
lykheid van Kudelftaart, voor zo ver het-
zelve in de Provincie van Holland gelegen
is. En op den negentienden April deezes
jaars 1726, werdt de regeerende Burge-
meefter, M*. Joan van de Poll, van wege^
de Stad, voor 't eerft,met deeze Ambagts-
heerlykheid verlyd (z).
En van
Leimui-
In 't volgende jaar 1727, kogt de Stad
de veel voornaamer Ambagtsheerlykheid
(y) Europ, Merc JulyDecsmb. xyzt, hl. 28.
(*) Handv. hl. 33j.
-ocr page 806-
AMSTERDAMS
II. Deel.
738
tfrf.
„ zaaken de verandering van Regeering of
„ Godsdienft betreffende, midsgaders, in
„ 't ftuk van aanvallende of verweerende
„ Verbonden , niet zou mogen worden be-
„ flooten, dan met eenpaarigheid van alle
„ de Leden. Dat, in zaaken van andere
j, Verbonden uit hoofde der Unie; in zaa-
„ ken van vrede en oorlog, en van confen-
„ ten, zou mogen worden beflooten, met
j, vyftien ftemmen, mids dat, in zaaken
„ van confenten, onder dezelven waren ten
„ minfte vyf van de agt eerftftemmende
„ lieden uit het Zuiderkwartier , en twee
„ van de drie voorftemmende Steden uit
„ het Noorderkwartier. Dat, in zaaken
„ van belaftinge of ander bezwaar van den
„ Koophandel en Scheepvaart, niet zou
j, mogen worden beflooten tegen het een-
„ paarig advis van twee der drie Steden
„ Amfterdam, Rotterdam en Hoorn; in
„ zaaken , de weeveryen betreffende, niet
,, tegen diergelyk advis van twee der drie
„ Steden, Haarlem, Leiden en Amfterdam;
„ in zaaken , de Ooft- en Weftindifche
„ Maatfchappyen raakende, niet tegen het
j, advis van Amfterdam en eene of twee
„ der andere Steden, alwaar Kamers zyn;
j, en in zaaken, de groote Viffchery raa-
j, kende, niet tegen het advis van twee of
j, drie der vyf Steden, die Viffchery ver-
„ toonende. Doch op het verbieden van den
„ Koophandel, by gelegenheid van eene
j, befmettelyke ziekte of anderszins, en op
„ het verbieden van den in- of uitvoer van
„ eenige waaren in tyden van oorlog, zou
„ niet mogen worden beflooten danbyeen-
,, paarigheid van alle de Leden, tot zo
j, lang, deswege, iet naders zou zyn vaft-
„ gefield. Dat over het verkenen van Oc-
j, troijen, Vrydommen, Gunften enz. zou
j, mogen worden beflooten met vyftien
j, Hemmen, mids dat, onder dezelven, wa-
i, ren ten minfte vyf van de agt voorzitten-
,, de Steden van het Zuiderkwartier, en
„ twee van de drie voorzittende Steden van
„ het Noorderkwartier. Doch zo 'er gefchil
j, vallen mögt over hetverleenen vanvoor-
i, regten, welken eenig Lid mögt oordee-
j, len aan te loopen tegen zyne Privilegien,
„ en hierom niet te behooren tot de raad-
„ pleegingen der Vergaderinge van Hol-
„ land, zou zulk een gefchil moeten wor-
„ den beliegt, door vyf of zeven * Zegs-
j, luiden, by ballotteering of looting, te kie-
„ zen uit de twee Geregtshoven, die, voor-
„ af, by eede,aan haare Ëd. Groot-Mog.
„ Vergadering zouden moeten belooven,
„ dat zy goed regt zouden fpreeken. Dat,
„ eindeiyk, het Reglement, op de Over-
j, ftemming te maaken, alleenlyk zou die-
„ nen tot eene proeve, en niet langer duu-
„ ren dan tot het einde van het jaar 1730."
Burgemeefteren en Raaden bewilligden in
het verflag van Commiffariffen {e); doch
men kon het den Leden van Holland niet
fmaakelyk maaken, en het vaftftellen van
een Reglement op de Overftemming ter
Vergaderinge van Holland is, tot hiertoe,
agterwege gebleeven.
Sedert het invoeren van een nieuw Pla-
kaat op den ophef van 's Lands gemeene
middelen te water, in denjaare 1725,had-
den de Magiftraaten der Steden van Hol-
land , en ook die van Amfterdam, in ge-
volge eener Refolutie van 's Lands Staa-
ten van den eenendertigften July des ge-
melden jaars (ƒ) , op den eed , by den
aanvang hunner bedieninge gedaan , be-
loofd , den Collegien ter Admiraliteit en
derzelver bedienden, in zaaken, de betaa-
ling van 's Lands regt te water, en de uit-
voering der Plakaaten, deswege gemaakt,
betreffende, geene de minfte verhindering
toe te brengen; maar hun, in tegendeel,
de behulpzaame hand te bieden. Menzag,
in de Lente des jaars 1729, hier ter Stede,
de uitwerking deezer belofte. Twee of
drie Schuitevoerders hadden eene party
Thee, die niet, of niet behoorlyk was aan-
gegeven , met geweld, ter Stad ingevoerd*
zonder dat het, door de bedienden der Ad-
miraliteit , welken zy tegenftand gebooden
en gekwetft hadden , hadt können belet
worden. Volgens het jongfte Plakaat op
den ophef van de middelen te water, moes-
ten zulken, die 's Lands regt verkort, en
daartoe de hand geleend hadden, te regt
ftaan voor de Collegien ter Admiraliteit.
Doch over het regt, om burgers, die zig
tegen 't Plakaat op den ophef van 's Lands
middelen te water vergreepen hadden,bin-
nen de Steden te mogen vervolgen , en
voor de Admiraliteiten te dagvaarden, was,
dikwils, gefchil ontftaan met de Wethou-
ders der Kooplieden. Te Amfterdam, ver-
ilondt men, ten deezen tyde, dat de fchui-
ten, met goederen, die door de boomen
waren gevaaren, zonder bezogt te zyn, tot
binnen de Stad , mogten vervolgd en agter-
haald worden, mids die vervolging onaf-
gebroken gefchiedde, enf dat men de goe-
deren niet aantaftte, na dat zy, in de kel^
ders of pakhuizen der Koopluiden, zouden
zyn opgeflaagen. Het dagvaarden van bur-
gers
(e) RefoL Vroedfch. L'. HH. 10 *Aug. 17z». ƒ. 39«.
Munim. -Regift. JV. 20. f. 72°-
(fj Zie Gtoor-Plakaatb. VI. Deel, H. ijjj.
BedenJ
kingen»
hier ter
Stede ge«
maakt,
over h
Regtsge-
bied der
Admira'
liteit.
1729;
-ocr page 807-
hT*
XXIII. Boek.
geschiedenissen;
739
1729. gers voor het Collegie ter Admiraliteit be-
hoorde, meende men, niet te gefchieden,
dan na dat daartoe de bewilliging van Bur-
gemeefteren of Schepenen verzogt en ver-
kreegen was. De regtfpraak over gewel-
digen wederftand verftondt men aan dé
Admiraliteit te behooren, zo ver dezelve
uitliep op het verwyzen tot geldboeten ;
doch wanneer de wederftand zo ver gegaan
was, dat de misdaadige daarover aan den
lyve zou moeten worden geftraft, oordeel-
de men, dat de Schepenen deezer Stad de
regtfpraak daarover behoorden te hebben
(g). En, hiermede overeenkomftig, wer-
den de Schuitevoerders, die den geweldi-
gen wederftand gedaan hadden , in twee
waarfchuwingen, die alomme werden aan-
geplakt , met naame , omfchreeven , en
eene fomme gelds beloofd aan zulken, die
een' hunner den Geregte aanbragten (£);
't welk ik egter niet vind gefchied te zyn.
Keur te- De raadpleegingen in den Haage over
ßen het toelaaten van eenen Paufelyken Vica-
fciXn ris hier te Lande» die' in 'l Jaar 1730>ge-
hier, ter'houden werden, gaven gelegenheid tot ee-
gelegen- nig misnoegen , onder fommige Predikan-
heid der ten, die, onkundig van het oogmerk dee-
^aaJ". zer raadpleegingen , niet fchroomden, de-
|en o^zelven te bedillen van den Predikftoel (i>.
het toe- Te Amfterdam, werden ook fchimpfchnf-
laatcn ten en fpotprenten gedrukt en verfpreid ,
vanpee" waarin gefmaald werdt op zulke Leden en
feTykêr?" hooge Amptenaars van Holland, welken
Vicaris, men hieldt te neigen tot het gedoogen van
vei'-. eenen Vicaris. En deeze ongeregeldheid
fpreid. ga£ aanieiding tot eene Keure van den ne-
J73a gentienden October , waarby vyfhonderd
guldens beloofd werden aan hem, die een'
of meer maakers , fchryvers , drukkers ,
aanplakkers of uitgeevers van zulke lafter-
lyke en oproerige fchriften aanbragt; en te
gelyk, dat men den medepligtigen ftrafvry-
heid zou tragten te bezorgen (k).
I)e don- Op den zevenden May deezes jaars,was
der flaat de donder geflaagen in de Wefter-Kerke,
i£. d£ zonder egter eenige merkelyke fchade ver-
ES** oorzaakt te hebben.
Gezant De Keizer van Marokko hadt, in 't najaar,
van Ma- eenen Ambafïadeur, Perez genaamd , her-
rokko te waards gezonden , ora over een Verdrag
danfer' van Vrede en Koophandel te handelen met
de Staaten. De Gezant hieldt zig, ten dien
einde, in 0£tober en November, ook ee-
nigen tyd op te Amfterdam, van waar hy,
den vyfden der laatftgemelde maand, we-
Oj) Refol. Vroedfch. L'. II. is Maart 1719. ƒ I3t
(h) Keurb. S. ƒ. 2=°> z°° mrfo.
(i) Zie
Vaderl. Hift. XIX. Deel, hl, tf- «»*,
(4.) Handv. tl. ic4J.
derom keerde naar den Haage. Drie dagen 1730.
laater , werdt het Verdrag met Marokko
getekend. Perez, in April des volgenden
jaars, andermaal hier ter Stede gekomen
zynde , vertrok wederom naar zyn Ryk.
Doch de Keizer, zyn Meefter, weigerde
het getroffen Verdrag te bekragtigen (/).
De Prins van Oranje , zigj op de Hoo-De Prins
ge-Schoole van Utrecht, in de weeten-van o-
fchappen geoefend, en naderhand, eenigen ranJe
tyd, zyn verblyf in den Haage gehouden Jjjj dtf
hebbende, keerde, tegen 't einde deezes stad.
jaars., naar Friesland , en trok , op den
vierden December, door Amfterdam.
's Nagts na den veertienden April, zyn- Brand in
de Paafchmaandag des jaars 1731 , ont-'t Peft-
ftondt 'er , ongelukkiglyk , brand in hethuis-
Pefthuis, buiten de Leidfche Poort alhier; *73r*
welk, doordien 'er de Brandfpuiten uit de
Stad niet fpoedig genoeg konden bykomen,
alzo de poorten geflooten waren, van bin-
nen , voor een groot gedeelte, in de affche
gelegd werdt. Het werdt, terftond, om-
trent in dezelfde gedaante, wederom op-
gebouwd.
De Gecommitteerde Raaden veilden, op De Stad
den tienden Auguftus des gemelden jaars, koopt de
wederom eenige Ambagtsheerlykheden uit ^mbaets-
's Lands Domeinen. De Stad Amfterdam heder?"
kogt 'er twee van, te weeten Ouderkerk van Ou>
aan den Amftel, waaronder ook de buurtderkerk
Duivendrecht begreepen was, voor vyfen-en Die"
twintigduizend een honderd guldens ; enmen'
Diemen met Diemerbrug voor tienduizend
driehonderd guldens. Op den tienden Oc-
tober,werden twee regeerende Burgemees-
teren , van Stads wege , met deeze Am-
bagtsheerlykheden verlyd, de Heer Egidius
van den Bempden
met Ouderkerk , en de
Heer Gerrit Corver, Heere van Velzen ,
met Diemen (ni).
De Prins van Oranje, nu den ouderdom De Prins
van twintig jaaren bereikt hebbende , en vsn °-
ftaande te worden ingehuldigd, als Erfftad- ran.je
houder van Friesland, trok, op den zesen- Jf",^"
twintigften Auguftus, wederom derwaards doorArn.
door deeze Stad. De inhuldiging gefchied- fterdam.
de, vervolgens, te Leeuwaarden, op den
vierden September (n).
Franpois de IJL, Hertog van Lotharin- De Her-
gen , die, in 't jaar 1745, tot de Keizer ly- tog va»
ke waardigheid verheeven werdt, kwam,^otha"
op den agtften O6tober,ook in deeze Stad, ïacfer?*
daar hy vyf dagen vertoefde en al het hand
merkwaardige bezag; waarna hy, zeer vol- Keizer,
daandoeteen'
(l) Vadetl. Hift. XIX. Deel, II. tu
(m) Handv. tl. 334, 33«.
(n) Europ. Meic. J»lj-Dttmb. 1731. £/, t}ti
-ocr page 808-
IL Deel.
AMSTERDAMS
74o
Juny, naar den Haage,en werdt daar, van 1734*
wege de Staaten van Holland , begroet,
onder anderen door den Heer Lieve Geel-
vinck,
Heer van Kaftrikum, regeerend Bur-
gemeefter van Amfterdam (5).
In April deezes jaars, werdt, by Bürge'«-Nieuw*,
meefteren en Raaden, beflooten,eenenieu-^ee"erl
we fteenen Kerk te bouwen op het Bic-opspie-
kers-Eiland, in de plaats van de houten kers-Ei-
Loots (r), die aldaar, in 't jaar 1659 , ten land ge*
diende der Nederduitfche Gereformeerde ^l-
Gemeente , getimmerd was. De nieuwe
Kerk was, niet voor 't jaar 1737, vol-
bouwd.
De gerügten van eenen aanftaanden op- Onge-
ftand onder de Roomfchgezinden, ter ge- gronde
legenheid , dat de Sacramentsdag thans gerügte»
ftondt famen te loopen met den S. Jansdag, van ee
die altoos op den vierentwintigften Juny valt, ftan£] 0n-
zig door't gantfche Landverfpreid hebben- der de
de, hadden ook te Amfterdam eenige on-R-oom('cIv
geruftheid verwekt by fommigen, die, zon- Pz 3
der eenige gegronde reden , waanden, engenffiid
voortvertelden, dat de gevreesde opftandvan den
gepaard zou gaan met eenegeheele omkee- famen-
ring der Regeeringe, en dat de Roomfch- j00p|n"
gezinden, hier ter Stede, reeds, heimelyk, qra.
Schout, Burgemeefteren en Schepenen had- ments-era
den benoemd , die terftond het bewind zou- S. Jans-
den aanvaarden, zo dra men de tegenwoor-das"
dige Wethouderfchap , op den noodlotti-
gen dag, van al haar" gezag ontzet zou heb-
ben. Doch die dag liep, hier en alomme,
ten avond, zonder dat men iet vernam, dat
naar eenen opftand zweemde. Van fom-
miger giffing, dat de gerügten, welken al
de ongeruftheid veroorzaakt hadden, ver-
wekt of gevoed werden, door zulken, die
op gelegenheid hoopten, om, zo dra'er ee-
nige merkelyke beweeging ontftondt, den
Prins van Oranje, die zig, nevens zyne Ge-
maalin, ten deezen tyde, hier te Lande be-
vondt, te doen uitroepen tot Stadhouder
van Holland , hebben wy , in een ander
werk, reeds gewag gemaakt (j) , zonder
dat wy ons egter, voor de gegrondheid dee-
zer giffinge, hebben durven verklaaren.
Doch omtrent deezen tyd, of wat laater, De bv-
werden , in verfcheiden' Steden van Hol- eenkom'
daan over de eer, die hem hier beweezen
was, over Utrecht, naar Rotterdam , en
voorts naar Engeland reisde. In Decem-
ber, nam hy, van daar, over Holland, de
te rug reize aan naar Duitfchland (o).
In den Zomer des jaars 1732, was,hier
ter Stede, eene Dienftmeid, om Huisdie-
verye, in gevolge van een Schepenen von-
nis , in 't openbaar , gegeefTeld , en in 't
Spinhuis gezet. Doch eenigen tyd hierna,
verfpreidde zig, onder de hand, een on-
gegrond gerügt, dat het zilverwerk of de
kleinoodien, die zy gehouden werdt gefto-
len te hebben, in 't huis,daar zy gewoond
hadt, en welk op de Heerengraft, zuid-
waards van 't Koningsplein, ftondt, gevon-
den waren, 't Gemeen , doorgaands ge-
neigd , om aan diergelyke gerügten geloof
te flaan , fchoolt, hierop, in groote menig-
te, famen voor dit huis , dreigt het met
plondering , en bedryft 'er zelfs eenigen
moedwil, die egter nog gelukkiglyk geftuit
werdt. Op den drie entwintigften Oclober,
kwam 'er eene waarfchuwing van myne
Heeren van den Geregte uit, waarby duizend
guldens beloofd werden aan hem, die de
eerfte aanvoerders van den gepleegden
moedwil wift aan te wyzen (p).
Van wege den Prinfe van Oranje, werdt,
omtrent deezen tyd , gehandeld over een
Huwelyk met Anna, Kroon - Prinfeffe van
Groot - Britanje. In den Herflt des jaars
1733, werdt men eens over de voorwaar-
den : en in November, flak de Prins over
naar Engeland. Doch 't liep, tot in Maart
des volgenden jaars 1734, aan , eer htt
Huwelyk voltrokken werdt. In May, nam
het Vorftelyk Paar de reize herwaards aan.
Te Rotterdam, werden hunne Hoogheden,
door Burgemeefteren der Stad, in 't Jagt,
begroet. Zy vertrokken, den eerften Juny,
des morgens,met rytuig, naar Amfterdam,
daar zy, ten zes uuren des avonds, aankwa-
men , en teriiond overgingen in 't Jagt,
welk hen naar Friesland ftondt te voeren.
Een der Stads Penfionariffen kwam hen,
kort hierna, uit naame van Burgemeefte-
ren , begroeten, en afvraagen, wanneer die
Heeren, in perfoon, de eer zouden können
hebben, om hunne Hoogheden te komen
opwagten. Doch de Prins en Prinfes ver-
ontfchuldigden zig van het ontvangen van
dit bezoek, ter oorzaake van den korten tyd,
dien zy aan de Stad zouden können vertoe-
ven. Ook verliep 'er naauwlyks een uur,
toen het Jagt onder zeil ging. Het door-
lugtig Paar keerde, nog voor 't einde van
(o) Eutop. Merc. July • Dectmb, 1731. tl- 17? > Hl.
(p) Keutb. S. ƒ. iJé verfi.
1731-
keer her-
waards.
Moed-
wil, aan
een Huis
op de
Heeren-
graft ge-
pleegd.
173a.
De Prins
van O-
ranje
trouwt
de
Kroon*
Prinfes
van
Groot-
Britanje.
-734-
Komr.,
nevens
zvne Ge
maalin,
te Am-
fterdam.
ften der
zoge-
land, met naame te Amfterdam, te Rot-
terdam en in den Haage, heimelykeByeen-naainc!e
komften gehouden van luiden, die voorga-Vr^eMsf
ven te behooren tot een aloud Genootfchapfilaaren
van Frye Metfelaars, gelykze genoemd wer-jj^f^.'
den; welke Byeenkomften, voomaamlyk,stede,
om dat men daarin, ten deezen tyde, per- verboo-
foo-den-
(q) Europ. Merc. Jan.-Juni 1734. tl. 142 *»-.. i9J%
(r; Relbl. Vroetifch. /.'. KK. 29 ^April 1734. ƒ. ä46,
(!) Zie Vaderl. Hift. X!X. Deel, bl. 166.
-ocr page 809-
GESCHIEDENISSEN.
XXIII. Boek.
741
foonen ontving, die de misdaad van muï-
tery begaan hadden; en om dat alles, in
dezelven, zeer bedektelyk behandeld werdt,
gehouden werden, gevaarlyk te zyn voor
den Staat. In den Haage werdt , op den
vierentwintigften Oftober des jaars 1735,
zulk eene Byeenkomrt of Loge, gelykze ge-
noemd werdt, geopend; aan welker hoofd
zig bevondt Joan Cornelis Radermacher, The-
faurier-Generaal van zyne Hoogheid, den
Prinfe van Oranje, die den titel voerde van
Groot-Meefier der Broederfchap. Doch deeze
Byeenkomlt werdt, op laft der Staaten van
Holland, door 't Hof verbooden. De Wet-
houders der Steden ook aanfchryving ge-
kreegen hebbende, om diergelyke Byeen-
komften te fluiten, werdt 'er, te Amfter-
dam, eene geftoord, die, in de Stilfteeg,
aan de zuidzyde, gehouden werdt. 't Ge-
regt verboodt, daarenboven, by eene Waar-
fchuwing van den tweeden December „ het
,, houden en bywoonen van diergelyke on-
„ betaamlyke Byeenkomften, 't zy onder
„ den naam van Vrye Metfelaars, of van
,, eènigen anderen, in de Stad of in der-
„ zelver Jurisdictie : ook het verhuuren,
,, leenen of laaten gebruiken van huizen,
„ kamers, zolders, kelders , fchuuren of
„ open plaatfen, tot het gemelde einde ,
fier dam en Schout en Geregte van Amfter- 1735.
veen, dit verloop willende herftellen, wa Verpon-
ren, den elfden December des jaars i687,dinSs
overeengekomen, wegens twee byzondere^an(^e"1'
Lyften, inhoudende de Perceelen, die ,ken
voortaan, door Amfterveen aan Amfterdam, Lands.
en, door Amfterdam aan Amfterveen, zou-
den worden overgedaan Doch alzo de Ver-
pondingen der eerften driehonderd zeven-
en vyftigguldens vyftienftuivers en vierpen-
ningen meer beliepen, dan die der laatften,
zou deeze fomme, jaarlyks, door de The-
faurie extraordinaris der Stad Amfterdam,
aan het Geregt van Amfterveen worden
goedgedaan. Deeze overeenkomft was tot
nu toe agtervolgd. Doch by de invoering
van het nieuwe Quohier der Verpondinge,
in den jaare 1732, waren de Landeryen,
die de twee Geregten tegen eikanderen ver-
wiffeld hadden, zo veeflaager belaft, dat
Amfterdam, in de plaats der voorgemelde
fomme, maar een honderd zevenentagtig
guldens en dertien ftuivers aan Amfterveen
goeddoen moeft. En op den vyftienden
Juny des jaars 1736, kwamen Burgemees-
teren van Amfterdam en Schout en Gereg-
te van Amfterveen overeen, dat de uitkee-
ring, voortaan, op deezen voet, gefchie-
den zon. De Landeryen, wegens welken
deeze ukkeering gefchiedt, leggen , ten dee-
le in de Outewaaler-, ten deele in de Bui«
ten-Velder-Polder, onder de Stad (u).
Op den derden Febmary des jaars 1737, De Blik-
floeg de Blikfem, onder de preeke, wederom fem A^t
in de Wefter Kerke : doch veroorzaakte |Ve^ __
veel meer fchrik dan fchade.
                        tetk.
Burgemeefteren en Raaden, in September 1737.
des voorleeden jaars , beflooten hebben-Nieuwe
de, eene nieuwe Vleefchhal te zetten op Vleéfch-
de Botermarkt (V), werdt dezelve, in dit J^ °P_de
jaar, volbouwd } en terftond tot gebruikmak
gefchikt.
Sedert het begin des jaars 1736 , wasDe Lo'
reeds by de Vroedfchap in beraad gelegd, jjjjgjj
en, eenige maanden laater, beflooten, de Statnn
twee huizen, die de Stad in den Haage be- den Haa-
zat, het Logement der Gedeputeerden terêe wor-
Dagvaart en de wooning voor den Afge- ^en h?r"
vaardigde in de Gecommitteerde Raaden,
af te breek en en te vertimmeren (w).
Men maakte, in 't jaar 1737, eenen aan-
vang van 't werk: de Heer Jan Six de Jon-
ge
, Zoon van den regeerenden Burgemees-
ter M'. Jan Six , Heer van Hillegom en
Vromade, leide, op den eerften April ,
den
(0) Handv. bl, 510,
1734.
1735-
onder bedreiging van , als verftoorders
der gemeene rufte , anderen ten voor-
beelde, zwaarlyk en naar vereifch van
zaaken, te zullen worden geftraft (?)/'
Na 't uitkomen deezer Waarfchuwinge,
vernam men, hier ter Stede, in eenen ge
ruimen tyd, niets van de Byeenkomften der
Vrye Metfelaaren Doch my is berigt, dat
'er, naderhand, zo wel in den Haage als in
deeze Stad en elders, wederom verfchei-
den' zyn opgeregt: en dat zy thans meer
aangemerkt worden als vrolyke gezelfchap-
pen, welker geheim flegts in eenige ydele
plegtigheden beftaat, dan dat 'er eenig by-
zonder nadeel, voor Kerk of Staat, van zou
te dugten zyn. Men verzekert zelfs, dat
Perfoonen van den hoogften rang, beide in
den Burgerftaat en in de Kerke, thans Leden
zyn van de Broederfchap der Vrye Metfe-
laaren.
Van ouds was, te Amfterveen, verpon-
ding betaald, en opdragt gefchied van ee-
nige Landeryen, die onder Amfterdam ge-
legen waren; gelyk , daarentegen, zekere
andere Landeryen, te Amfterdam,verpon
ding betaald hadden, en opgedraagen ge-
weeft waren, die eigenlyk onder Amfter-
veen behoorden. Burgemeefteren van Am-
(I) Keurt». S. f. 21S.
I. STUK.
Over
een
komft
tuffchen
de Stad
en Am-
fterveen,
degens
de betaa-
ling der
(v) Refol. Vroedfch. I'. IL, 12 Sept. 173«, ƒ. SI<
\w) Refol. Vroedfch. L*. KK. 2+ J*n. 1710, f. «oö!
IX- 12
Sept. 17s«. ƒ. 7*.
L'.
Ddddd
-ocr page 810-
AMSTERDAMS
II. Deel.
742
den eerften fteen aan 't Logement der Ge-j
deputeerden: en in de Lente des jaars 1741,
waren beide de huizen volbouwd.
DeCorfen, federt eenige jaaren, zynde
opgeftaan tegen den Staat van Genua, had-
den den Baron van Neuhoff verkooren tot
hunnen Koning, onder den naam van Theo
dorus den I.;
die, om zig in 't nieuw ge-
bied te beveiligen, onderfland zogt by by-
zondere perfoonenin Engeland, in Holland,
in Zeeland, en ook te Amfterdam. Zelfs,
was hy, met zeker bekend fchip, naar Cor-
fica gezeild; doch zig aldaar niet können-
de handhaaven naar behooren, hadt hy 't
Ryk moeten verlaaten, en was herwaards
gekeerd. In April deezes jaars , bevondt
hy zig in Amsterdam, daar hy, op 't ver-
zoek van eenige byzondere Perfoonen, ter
oorzaake van eenige te vooren gemaakte
fchulden, in 't Stadhuis in gyzeling gezet
werdt. Doch hy zat 'er niet lang. Men
vondt middel, om zyne fchuldeifchers te
voldoen: waarna hyontflaagen werdt uit de
hegtenis. Hy vertrok, kort daarna, uit de
Stad; doch is altoos van 't gebied over Cor-
fica verfteken gebleeven.
aaren 1742 en 1743, kwamen de Ooftin- 1738'
difchvaarders wederom op de been (z).
Doch na dien tyd, heeft men 'er, omtrent
het Ooftindifche Huis, geenen merkelyken
overlaft van gehad.
De ftrenge Winter des jaars 1740, ver- Strenge
oorzaakte, hier ter Stede , zo wel als el- Winter,
ders , veel ongemaks. 't Begon op den x74°*
vierden January te vriezen, en op Satur-
dag, Zondag en Maandag , den negen-
den , tienden en elfden , was de koude
op zyn felft. De Thermometer van Fah-
renbeit
ftondt, op den laatftgemelden dag,
des ogtends ten agt uuren, een, en een en
een halve graad onder het teken van o.
In deezen tyd, bevondt men, dat twee of
drie fteenen bruggen, door de vorft, ge-
borften waren. Ook zyn 'er eenige men-
fchen, bynagt, op de ftraaten, dood ge-
vrooren. De vorft hieldt aan tot op het
einde van February; fchoon de felfte kou-
de niet lang duurde. Doch daar verliepen
nog eenige weeken, eer de graften, in en
om de Stad, en het Y voor dezelve, van
ys ontledigd werden.
Men hadt, in 't felft van den Winter, De toe-
zo groot een gebrek gehad aan regen- of leS om
ander verfch water, dat veelen het ys, aan eene Pgt
geheele brokken , in huis haalden, fmol-water ts
ten en gebruikten. En dit gebrek gaf we- graaven
derom aanleiding , om te denken op het mislukt,
graaven van eene put, op eene plaats bin-
nen de Stad, waar men oordeelde een
ftrook te loopen van 't Muider zand. Gil-
les Hobus
en eenigen zyner medeftanderen
ondernamen het werk, op het Amftelveld,
op hunne eigene koften, na dat Burgemees-
teren hun, den negenentwintigften April,
Ociroi , voor den tyd van vyftig jaaren,
verleend hadden (a). De put werdt ge-
graaven. Doch men kon de wanden der-
zelve niet digt genoeg houden. Men kreeg
zo veel toevloed van onzuiver water in de
put, dat men, na 't fpillen van veele ver-
geeffche koften , de onderneeming moeft
laaten fteeken.
Keizer Karel de VI. overleedt, op den Korte
twintigften Oftober deezes jaars. En zyn jChetse.
dood gaf gelegenheid tot eenen agtjaarigen fc^de-
oorlog, tuffchen de voornaamfte Mogend- niffen
heden van Europa, betwiftende fommigen van Am*
derzelven's Keizers Dogter, Maria Therefia, ^,^t
het regt tot het grootfte gedeelte van 's Va- 5*40.
ders nalaatenfchap , terwyl anderen haar
in 't bezit van dezelve zogten te handhaa-
ven. Onze Staat werdt ook, eenigszins,
in deezen oorlog ingewikkeld. Men onder-
fteun- -
(z.) Keuifi. S. ƒ. 2«« verfo , z-o,
(<0 Groot-Memot. N. X, ƒ. iso.
1737.
DeBaron
van Neu-
hoff, ver-
kooien
Koning
van Cor-
fica,
wordt,
hier ter
Stede,
om
fchuld,
fiegy-
zeld.
Eeuw
feeft van
de Stig-
tinge
Schouvv-
burgs.
1738.
Op den zevenden January des jaars 1738,
werdt, op den Schouwburg deezer Stede,
s&et eeuwgetyde der opregtinge van dit ge-
bouw gevierd, met een gepaft Zinnefpel,
door den Digter Jan de Marre opgefteld.
De Regeering der Stad vereerde het fpel
met haare tegenwoordigheid. Het werdt,
federt, eenige reizen na eikanderen, onder
eenen grooten toevloed van aanfehouweren,
vertoond.
Oproeri
ge fa-
menrot-
tingen,
in en om
trenthet
Ooftin-
difch
Huis.
Een groot getal van matroozen en ander
volk, verftaande, dat men de Ooftindifch-
vaarders, die laatftelyk in 't Vaderland wa-
. ren te rug gekeerd , met minder gaadje
wilde afzetten, dan zy oordeelden hun ge-
regtelyk toe te komen, rotte, op den agt-
tienden Auguftus, voor'en in het Ooftindi-
fche huis, te hoop, drong in hetSlagthuis,
dreigende zulken, die hun wederftonden,
met ftraatfteenen, welken reeds waren uit-
gegraaven, te keer te gaan , en daadelyk
belettende , dat iemant uit het Huis kon
komen. De oproer werdt egter nog geluk-
kiglyk geftild. En op den vyfden Septem-
ber, beloofde het Geregt duizend guldens,
aan hun , die de belhamels der beroerte
aanbragt (x). In November des jaars 1739,
befpeurde men andermaal eene oproerige
famenrotting omtrent het Ooftindifch Huis,
waartegen, insgelyks, by een ernftige waar-
fchuwing , voorzien werdt (y). En in de
(x) Keurb. S. f. 2;9 verft.
(•/)
Kei»b. S. ƒ. 250 vtrft.
-ocr page 811-
G E S C H I E D E N I S S Ë R
XXIII. Boek.
?43
I740. fteunde het Huis van Ooftenryk, eerftmet len ter befcheidenheid van den Prinfe-Stad- 1
geld, en daarna met manfchap ; waartoe houder. Daarop volgden diergelyke ver-
de Stad Amfterdam fterk geyverd heeft, anderingen, in de andere Steden. Mid-
Frankryk de Ooftenrykfche Nederlanden, lerwyl, was ook de algemeene Vrede te
en zelfs gantfch Staatfch Vlaanderen over^ Aken geflooten ; by welke, fchoon 'er ,
meefterd hebbende ; gaf zulks aanleiding federt , op nieuws, een felle kryg, tus-
tot de merkwaardige verandering des jaars fchen de magtigfte Vorften van Europa ,
I747.WillemKarelHenrikFriso, ontfteken is geweeft, de Staat egter, niet
Prins van Oranje en Naffau, die reeds van zonder de ernftige en onbezweeken poo-
drie Provinciën Stadhouder was , werdt, gingen der Regeeringe van Amfterdam *
in de Lente des gemelden jaars, eerft tot tot heden toe, gelukkiglyk, bewaard is.
Stadhouder van Zeeland ; toen , met be- Wy roeren 't gebeurde na 't jaar 1740
williging van Amfterdam , tot Stadhou- flegts ter loops aan, zonder te treeden in
der van Holland, en weinig laater , ook 't gene , van dien tyd af, byzonders, in
tot Stadhouder van Utrecht en Overyiïel Amfterdam is voorgevallen. De zaakeri
verkooren. Doch op deeze verkiezing, zyn nog te verfchgefchied, dan dat zy,
volgden, even als in't jaar 1672, bewee- met de vereifchte gegrondheid, omftan-
gingen in veele Steden, en ook te Amfter- digheid en naauwkeurjgheid, zouden kon-
dam, die, eerlang, aanleiding gaven, tot nen vernaald worden. Om welke redent
buitengewoone verandering in de Regee- wy, met het jaar 1740, van het openleg-
ring der Steden. In September des jaars gen der Geschiedenissen van A M-
1748 , gefchiedde deeze verandering, al- STERDAM, en van het tweede
lereerft, te Amfterdam , daar de Regee- Deel van ons Werk een einde maaken.
ring beflooten hadt, haare ampten te ftel-
VE RB E TE RING.
t
In het TI. DeelXVIII. Boei, M. 624 Kol. 2 Reg. 14 ßaat daar aan volgende, de Officiers en Reg-
ters der plaatfe , daar de misdaad begaan was, lees, des volgenden jaars, de Officiers en keg-
ters over het territoir, waaronder de misdaadigen woonagtig waren , met uitfluiting van de Of-
ficiers en Regters der plaatfe , daar de misdaad begaan was.
De misftelïing is veroorzaakt, door eene drukfeil in 't Groot -Plakaatboek, IV. Deel, bl. 500. die ik, op
de gunßige aanwyzing van een' kundig' Heer, noodig geagt heb, uit de
Refol. van Holland , 16 Decemb.
16 78. bl. 630. te verbeteren.
Een ieder wordt verzogt dit Stuk niet te laaten binden voor dat het Werk geheel en al
is afgedrukt; waar mede zo veel fpoed zal gemaakt worden, als met de vereifchte naauvv-
keurigheid beftaanbaar is. Ook moeten de byzondere Titels II. UI. IV. V. VI. * als dit
Stuk ia een Band ingenaaid of ingebonden wordt, weggenomen worden.
\